Informatiemanagement Examennummer: 91227 Datum: 28 juni 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur
Dit examen bestaat uit 7 pagina’s. De opbouw van het examen is als volgt: - 20 meerkeuzevragen - 5 open vragen
(maximaal 40 punten) (maximaal 60 punten)
Als bij een vraag een motivatie of berekening vereist is, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze motivatie of berekening ontbreekt. Geef niet meer antwoorden dan er worden gevraagd. Als er drie redenen worden gevraagd en u geeft er meer dan drie, dan worden alleen de eerste drie in de beoordeling meegeteld. De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Schrijf duidelijk leesbaar. Toegestane hulpmiddelen: - Geen
Wij wensen u veel succes!
91227.ex_v1
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
Meerkeuzevragen (40 punten)
De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Vermeld het meest juiste antwoord. Voor een correct antwoord: 2 punten.
1. Wat is een van de rollen van een informatiemanager? a. Afstemmen van de drie perspectieven: strategie, organisatie en technologie. b. Inzicht hebben in de wijze waarop de organisatie aan de realisatie van doelen werkt. c. Ondersteunen van gebruikers bij technologische voorzieningen. 2. Het bedrijf Royalty wil een investering doen, maar wil graag meer duidelijkheid over de kosten en de opbrengsten van deze investering in brede zin. Dat wil zeggen dat de financiële kant belangrijk is, maar ook de niet-financiële kant. Er zijn verschillende scenario’s mogelijk. Welke methode/analyse is het meest geschikt voor Royalty voor deze investering? a. Business case b. Gevoeligheidsanalyse c. Kosten-batenanalyse 3. Van welke invloed van IT op bedrijfsprocessen is sprake bij de invoering van BPR? a. Automatisering b. Rationalisering c. Re-engineering 4. De inzet van informatietechnologie kan van grote invloed zijn op de inrichting van bedrijfsketens. Wat is een van de mogelijke effecten?
91227.ex_v1
a. Het ontstaan van meer persoonlijke relaties tussen partners. b. Het ontstaan van minder mogelijkheden voor uitbesteden. c. Het ontstaan van nieuwe intermediairs in de keten.
NCOI Opleidingsgroep
1
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
5. Een functioneel ontwerper maakt een functioneel ontwerp waarin de eisen en wensen van de gebruikers zijn vastgelegd ten aanzien van een nieuwe applicatie. De gebruiker weet echter niet zo goed wat hij wil. De functioneel ontwerper helpt de gebruiker om zijn eisen helder te krijgen en legt deze vast. Welke vorm van kenniscreatie is dit? a. Combinatie b. Explicitering c. Socialisatie 6. Wat is een primaire kennismanagementactiviteit van de personalisatiestrategie? a. Documenteren van kennis. b. Kennis delen door samenbrengen. c. Toekennen van kwantitatieve waarde. 7. Wat is een belangrijk verschil tussen COBIT en ITIL? a. ITIL is concreet beschreven in procedures. b. ITIL is specifiek afgestemd op het IT-governanceproces. c. ITIL is vooral in termen van doelstellingen vormgegeven. 8. Het bedrijf Interact gebruikt pakket Y als datawarehousepakket. Het pakket is verouderd, maar voldoet nog steeds aan de wensen van het management. Tot welke categorie van de applicatiegezondheidsmatrix behoort het pakket Y? a. Koesteren b. Verbeteren c. Vraagteken 9. Wat is een kenmerk van strategic information systems planning? a. Eén van de resultaten is een informatiebeleid. b. Het perspectief van de planning is 1 tot 3 jaar. c. Het uitgangpunt is de architectuur. 10. Wat is een kenmerk van een datawarehouse? a. Gegevens zijn genormaliseerd. b. Gegevens zijn onderwerpgeoriënteerd. c. Gegevens zijn voor operationele processen. 11. Wat is de juiste volgorde van de kennisprocessen?
91227.ex_v1
a. Consolidatie – validatie – publicatie b. Kennisbeleid – verzamelen – validatie c. Onderhoud – kennisbeleid – consolidatie
NCOI Opleidingsgroep
2
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
12. In een ziekenhuis moet een nieuwe applicatie komen ter ondersteuning van de keuze van een behandelmethode. De artsen hebben de benodigde kennis hoe deze keuze het beste kan worden gemaakt. Het is moeilijk om deze kennis in beeld te brengen en de artsen zullen regelmatig met nieuwe en veranderende functionele eisen komen. In het traject zullen geen geavanceerde tools beschikbaar zijn voor de ontwikkeling. Welke systeemontwikkelingsmethode kan het beste worden toegepast? a. Levenscyclusaanpak b. Ontwikkeling door gebruikers c. Prototyping/RAD/Scrum 13. Welke invloed heeft de inzet van IT op het inrichten van een gedecentraliseerde structuur? a. Geen invloed. b. Het inrichten wordt makkelijker. c. Het inrichten wordt moeilijker. 14. Voor het bedrijf E-star is het heel belangrijk om tijdig te leveren aan de klant. Doet het bedrijf dit niet, dan zullen de klanten naar een andere leverancier overstappen. Tot welke onderdeel van het raamwerk voor business-informatieplanning behoort dit element? a. Beleidsuitgangspunten b. Business-strategie c. Verkenning 15. W-company besluit in een van zijn projecten niet door te gaan met de volgende fase van het project, omdat de verwachting is dat dit deelproject alleen geld zal gaan kosten. Welke benadering wordt bij deze beslissing gebruikt? a. Optiebenadering b. Portfoliobenadering c. Traditionele benadering 16. Bedrijf X-Company past de codificatiestrategie toe. De medewerkers zijn echter niet snel bereid om kennis te delen. Met welk soort systeem kan deze strategie het beste worden ondersteund?
91227.ex_v1
a. Case-bases reasoningsysteem b. Datawarehouse c. Expertsysteem
3
NCOI Opleidingsgroep
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
17. Wat is een verschil tussen een ERP-pakket en een datawarehouse? a. Actualiteit van gegevens b. Het type database c. Kwaliteit van gegevens 18. Eens in de maand houdt het bedrijf ResourceS een bijeenkomst waarin een groep medewerkers ervaringen uitdeelt en op basis daarvan een best practice vaststelt. Vervolgens wordt deze kennis weer gedeeld met de rest van de organisatie om iedereen er van te laten profiteren. In welke activiteit van de kenniswaardeketen moet deze laatste activiteit (het delen van kennis met de rest van de organisatie) worden geplaatst? a. Externalisering b. Internalisering c. Kennisacquisitie 19. Waarop kan de inzet van BPR invloed hebben? a. Alleen externe integratie van processen. b. Alleen interne integratie van processen. c. Zowel interne als externe integratie van processen. 20. Bedrijf X wil graag ondersteund worden bij het aanbieden van producten aan zijn klanten. Het bedrijf verkoopt via internet allerlei artikelen. Als een klant een artikel koopt, dan wil het bedrijf op basis daarvan (en op basis van eerdere gegevens van de klant) suggesties doen voor andere artikelen. Die keuze moet dan natuurlijk wel aansluiten bij de behoefte van de klant. Wat voor soort techniek kan bedrijf X daarvoor het beste inzetten?
91227.ex_v1
a. Datamining b. Expertsysteem c. OLAP
NCOI Opleidingsgroep
4
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
Open vragen (60 punten)
1. Bedrijf MSk wil een datawarehouse kopen. Bij de uiteindelijke keuze van het pakket spelen meerdere factoren een rol, waaronder natuurlijk de prijs. MSk wil voor de investeringsbeslissing de multicriteriamethode toepassen. a. Geef vijf criteria die gebruikt kunnen worden in de multicriteriamethode voor de beoordeling van de selectie van het pakket. (5 punten) b. Leg uit hoe het beste datawarehousepakket wordt bepaald met de multicriteriamethode. (4 punten) c. Hoe kan de netto contante waarde in de multicriteriamethode worden verwerkt? (2 punten) 2. Een ziekenhuis wil graag op een veilige manier informatie over patiënten uitwisselen met organisaties als de huisarts, thuiszorg, verpleeg- en verzorgingshuizen, maar ook leveranciers zoals laboratoria. De oplossing voor deze uitwisseling wordt gezocht in de IT. Hoe de informatie technisch moet worden uitgewisseld, moet nog worden bepaald.
91227.ex_v1
a. In welk NOLAN-tijdperk bevindt het ziekenhuis zich? Leg uit waarom. (4 punten) b. In welke fase van dit tijdperk bevindt het ziekenhuis zich? Leg uit waarom. (3 punten) c. Wat is de volgende fase voor het ziekenhuis en wat kan het management van het ziekenhuis verwachten in die fase op het gebied van IT? (4 punten)
NCOI Opleidingsgroep
5
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
3. Het internetbedrijf EffekesWachten verkoopt tweedehands boeken. Het bedrijf verkoopt alleen via internet. Het heeft bij de oprichting goede software en hardware gekocht om mee te werken, maar deze lijken nu wat verouderd. Er is weinig aandacht voor de IT, want het management richt zich meer op de afzet en omzet. Het bedrijf is gevestigd op een aantal plaatsen verspreid over heel Nederland, om snel te kunnen leveren. De concurrent heeft een nieuw pakket aangeschaft waarmee men zegt een flinke voorsprong te zullen krijgen op EffekesWachten. Er worden algemene en specifieke factoren onderscheiden die kunnen verklaren waarom organisaties een hoog rendement halen uit hun investeringen in informatietechnologie. a. Geef een oordeel over het rendement van een IT-investering in het bedrijf EffekesWachten aan de hand van twee specifieke factoren. (6 punten) b. Leg uit waarom het niet per definitie zo is dat EffekesWachten ook het nieuwe pakket moet aanschaffen omdat de concurrent dat heeft gedaan. (5 punten) 4. Bed&Co maakt bedden voor baby’s en peuters. Helaas gaat het niet zo goed met het bedrijf. De afzet van bedden neemt af, de markt krimpt. Het bedrijf dreigt failliet te gaan door deze situatie. Bed&Co heeft besloten aan business-informatieplanning te gaan doen. Een van de resultaten van business-informatieplanning is de verkenning. a. Benoem de vijf activiteiten van deze verkenning. (5 punten) Na het doorlopen van het traject waarin oplossingen voor de situatie zijn gezocht, heeft Bed&Co besloten zich te richten op de seniorenmarkt. Er is immers sprake van vergrijzing en deze markt is dus groeiende. Het bedrijf heeft een business-strategie opgesteld. Een aantal punten uit deze strategie zijn: • • • • •
Op korte termijn zorgen dat Bed&Co niet failliet wordt verklaard. Zich richten op de productie en de verkoop uitbesteden aan partners. Op lange termijn groeien tot de top 5 van grootste producenten van bedden voor ouderen. Focus op kosten en efficiency. Richten op de seniorenmarkt.
91227.ex_v1
b. Geef twee voorbeelden van de manier waarop ICT kan worden ingezet om aan de business-strategie te voldoen of daarin te ondersteunen. (4 punten)
NCOI Opleidingsgroep
6
Informatiemanagement - Examennummer 91227 - 28 juni 2014
5. Een supermarktketen en zijn leveranciers willen de onderlinge samenwerking bevorderen. De partners in de keten streven naar informatie-uitwisseling in twee richtingen, d.w.z. ze willen kennis over de detailhandel combineren met productkennis. Door de informatie-uitwisseling kan de leverancier analyseren hoe de verkoop verloopt per winkel of distributiecentrum en daarop zijn eigen voorraad aanpassen. Hierdoor kunnen kosten omlaag en de beschikbaarheid van producten verbetert (minder nee-verkoop) en daarvan kan de supermarktketen weer profiteren.
91227.ex_v1
a. Geef twee aspecten die ervoor zorgen dat het inzetten van IT, voor het bevorderen van de samenwerking, succesvol is. (4 punten) b. Geef twee invloeden die de inzet van IT bij de ketenintegratie zal hebben op de bedrijfsprocessen en organisatiestructuur van de supermartketen. (6 punten) c. Geef twee wijzen waarop IT de interne en externe integratie van de organisatie met de leverancier beïnvloedt. (8 punten)
7
NCOI Opleidingsgroep