Hoofdstuk 1 1.
WAARV OOR AARVOOR
ST AA T STAA AAT
“D AT” ? “DA
D ......................... en A .......................................... T .................................................. Samen met DVT wat staat voor : ‘DrukVoorbereidingsTechnieken’ vormt DAT de peiler van het grafisch productieproces. 2.
HET
GRAFISCH PRODUCTIEPROCES
Aan de hand van een voorbeeld wordt hierna duidelijk gemaakt wat het grafisch productieproces allemaal inhoudt. a. De klant Tijdens het gesprek dat de drukker heeft met de klant worden alle elementen aangebracht die moeten maken dat het drukwerk tot een goed eindresultaat komt :
HOOFDSTUK 1DDAAT Situering van
- over welk drukwerk gaat het ? : geboortekaartjes, briefpapier, naamkaartjes, tijdschriten, affiches, toegangstickets, boeken, reclamefolders, ..... - welke oplage ? : grote oplage, kleine oplage, ..... - kleur ?: zwart/wit of kleur, 1 kleur of meerdere kleuren - welk soort papier ? : mat, blinkend, gekleurd, dik, dun, .... - op welke manier worden de inhoudelijke gegevens geleverd ? : handgeschreven of op diskette, CD, Zip,.... in welk programma : word, PageMaker, QuarkXpress, Excell, ..... met foto’s, dia’s, gedigitaliseerde beelden, ..... b. Ontwerp en layout Tijdens deze fase zal de ontwerper op basis van de gegevens die door de klant werden verstrekt een aan de hand van enkele ideeënschetsen tot een eerste voorstel van ontwerp komen. Hierbij wordt reeds een lay-out opgemaakt waarin tekst en beeld ingepast zullen worden. c. Tekstverwerking Alle teksten worden met behulp van een tekstverwerkingsprogramma (vb Word) en een opmaakprogramma (vb. PageMaker, QuarkXpress) op een computer gezet. d. Beeldverwerking Beelden dienen gescand te worden zodat ze verder verwerkt kunnen worden in programma’s zoals Photoshop. In zo’n programma kan je de beelkwaliteit verbeteren, maar soms word ook inhoudelijk het één en ander aangepast.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-1-
Hoofdstuk 1
e. Montage Op een groot montage-vel worden de verschillende onderdelen van het te drukken werk samengebracht per vorm en per kleur. Dit betekent dat wanneer bv een katern van 16 bladzijden gedrukt dient te worden, men per vorm acht bladzijden in de juiste volgorde zal moeten monteren. f. Drukvormvervaardiging In deze fase worden de vormen vervaardigd waarmee gedrukt zal worden. Elke deelkleur (C,M,Y en K) heeft zijn eigen vorm. Op de vorm worden de montagefilms gelegd en deze worden dan belicht met UV-licht. Na ontwikkeling zijn de vormen gereed om op de pers gebracht te worden en te drukken. g. Drukken
HOOFDSTUK 1DDAAT Situering van
h. Afwerken en veredelen Na het drukken dienen allerhande bewerkingen uitgevoerd te worden zodat van één of meerdere bedrukte vellen papier een afgewerkt product ontstaat. De uitgevoerde bewerkingen : - snijden - vouwen - verzamelen - nieten - naaien - lijmen - binden - lamineren 3.
BESL UIT ESLUIT Aan de hand van voorgaand beeld is het nu wel duidelijk waar DAT zich in het grafisch productieproces bevindt : achteraan. Dit maakt het een zeer belangrijk onderdeel van dit proces, want wanneer hier fouten ontstaan dient vaak een groot deel van het proces te worden overgedaan.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-2-
Hoofdstuk 1
HOOFDSTUK 1DDAAT Situering van
4.
HET
GRAFISCH PRODUCTIEPROCES IN SCHEMA
DE KLANT
ONTWERP EN LAYOUT
TEKSTVERWERKING
BEELDVERWERKING
MONTAGE
DRUKVORMVERVAARDIGING
DRUKKEN
AFWERKEN & VEREDELEN
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-3-
Hoofdstuk 2 1. 1.1
WAT
IS DRUKKEN
?
Elementen Vanuit jullie kinderjaren weten jullie wat drukken is, jullie hebben vast en zeker met een stempeldoos gespeeld. Kennis van grafische technieken is hiervoor niet nodig. Om van drukken te spreken zijn er 4 elementen altijd nodig : 1.
Inkt ............................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................
2.
Drukvorm ............................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................
3.
Drukdrager ............................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
4.
Drukkracht ............................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................
Het is wel mogelijk om nog meer van deze elementen te noemen, maar van deze 4 bovenstaande mag geen enkele element ontbreken wil men van drukken spreken. 1.2
Definitie van “drukken Drukken is te omschrijven als : een vermenigvuldigingstechniek waarbij de .................................. tegen een .................................. wordt geperst door middel van .................................. . Deze .................................. is voorzien van een laagje .................................. dat na elke afdruk opnieuw wordt aangebracht waardoor het aantal gewenste afdrukken wordt verkregen.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-4-
Hoofdstuk 2 1.3
De druktechnieken Het indelen van de druktechnieken kan op verschillende manieren gebeuren. Eén van de meest klassieke onderverdeling is gebasseerd op het verschil in gebruikte drukvorm. De voornaamste technieken zijn :
2.
HOOGDRUK
2.1
Inleiding
■
.....................................................................
■
.....................................................................
■
.....................................................................
■
.....................................................................
Hoogdruk is de oudste drukmethode en was al gekend door de chinezen vanaf 250 voor Christus. ■
Bi Sheng : ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
................................................................................................................................................ ■
Gutenberg Gutenberg wordt in het Westen als de uitvinder van de boekdrukkunst beschouwd. Hij drukte rond 1450 zijn eerste werk. Zijn uitvinding situeert zich in feite op 3 niveau’s :
■
■
.........................................................................................................................................
■
.........................................................................................................................................
■
.........................................................................................................................................
De voorlopers van hoogdruk : ■
............................................................................
■
............................................................................
■
............................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-5-
Hoofdstuk 2 2.2
Principe
Alle tekst en beeld die in hoogdruk moeten worden gereproduceerd, zijn (de naam zegt het zelf) verhoogd op de drukvorm zijn aangebracht. Die hogergelegen delen (= beeld) nemen inkt aan wanneer er een inktrol overgaat. De omringende gedeelten of legergelegen delen (= witruimtes, spaties, .....) nemen geen inkt aan. De drukvorm die gebruikt wordt bij hoogdruk zijn clichés van metaal (zink, koper, ....), van rubber of kunststof. Hoogdruk : ............................................................................................................................... ...............................................................................................................................
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
............................................................................................................................... 2.3
Hoe herken je een drukwerk dat gedrukt is in hoogdruk ?
■
1ste kenmerk : de drukmoet ............................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................
■
2de kenmerk : de kraalrand ............................................................................................................................................... ............................................................................................................................................... ...............................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-6-
Hoofdstuk 2 2.4
Soorten hoogdrukpersen 2 soorten hoogdrukpersen :
■
- de handpers (zie de omgebouwde wijnpers van Gutenberg) - de mechanische pers : - degelpers - cilinderpers - rotatiepers
De degelpers : Vlak/vlak Drukvorm : .................................................................................. Tegendruk : .................................................................................. Principe :
.................................................................................. .................................................................................. ..................................................................................
Voorbeeld : ..................................................................................
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
■
De cilinderpers : Vlak/rond
Drukvorm : .................................................................................. Tegendruk : .................................................................................. Principe :
.................................................................................. .................................................................................. ..................................................................................
Voorbeeld : ..................................................................................
■
De hoogdrukrotatiepers : rond/rond
Drukvorm : .................................................................................. Tegendruk : .................................................................................. Principe :
.................................................................................. .................................................................................. ..................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-7-
Hoofdstuk 2 2.5
Vormen van hoogdruk Hoogdruk kan onderverdeeld worden in :
■
.........................................................
■
.........................................................
1. Typoddruk
Typodruk is de eerst gebruikte en dus de oudste techniek voor het drukken van tekst. Omdat de eerste hoogdrukproducten meestal boeken waren, wordt deze techniek soms ook boekdruk genoemd. Typodruk wordt vandaag de dag enkel nog toegepast/gebruikt voor de afwerking van een drukwerk : ■
Blinddruk :
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
■
Pregen :
................................................................................................................................................
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
■
Stanzen/uitkappen
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
■
Rillen/biegen :
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
■
Foliedruk :
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-8-
Hoofdstuk 2 2. Flexodruk
Flexodruk : ................................................................................................................................................
De laatste jaren is flexodruk een steeds belangrijke plaats gaan innemen in de grafische sector. Flexodruk is een ideaal drukprocédé voor moeilijke ondergronden (draagtassen, servetten, verpakkingsmateriaal voor etenswaren, formulieren en zelfs kranten). Aantrekkelijk bij de flexo is het gebruik van waterinkten, waardoor kranten absoluut niet meer afgeven. Het kwalijke hiervan is, dat met deze inkten gedrukte pagina’s moeilijk zijn te ontinkten waardoor weer milieuproblemen ontstaan. Flexodruk is te herkennen aan de typische glanzende kleur van de inkt, die vooral bij schuin opvallend licht goed zichtbaar is. Drukmoet treedt niet op, maar letters en lijnen vertonen wel duidelijke kraalranden, waarbij de inkt vlekkerig en onregelmatig is weggeperst. Producten van de flexografie zijn :
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
■
■
Verpakkingsdrukwerk : - plastic draagtassen (vb zakjes van Delhaize, Carrefour, ...) - papieren draagtassen - golfkartonnen dozen - inpak- en geschenkenpapier - vuilniszakken - broodzakken - folie- of cellofaanverpakkingen (vb. chipszakjes) Servetten, ....
3.
DIEPDRUK
3.1
Principe
Diepdruk : ............................................................................................................................... ............................................................................................................................... ...............................................................................................................................
Principe : 1. De inkt wordt op de vorm gebracht. 2. Een rakel haalt de overtollige inkt weg. 3. Er blijft enkel inkt over in de dieperliggende delen (= napjes) De drukvorm die gebruikt wordt bij diepdruk is een cilinder Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
-9-
Hoofdstuk 2 3.2
Hoe herken je een drukwerk dat gedrukt is in diepdruk ? Een manier om diepdruk te onderscheiden van de andere druktechnieken zijn de gekartelde randen van volvlakken, beelden of tekst.
De vlakken en teksten op de drukvorm bestaat in diepdruk uit een groot aantal napjes die inkt bevatten. De “bruggen” tussen de cellen moeten ervoor zorgen dat de rakel de inkt niet uit de vlakken haalt. Bij het overzetten van het beeld op de drukdrager vloeit de inkt uit de verschillende napjes in elkaar over, zodat het lijkt alsof het gehele vlak inkt bevat. Aan de rand van vlakken en teksten blijft het diepdrukraster steeds zichtbaar : de rand is gekarteld. 3.3
Toepassingsgebieden Diepdruk wordt vooral gebruikt bij het bedrukken van : - tijdschriften in grote oplage’s (vb. het binnenwerk van de Humo) - verpakkingen (vb. chipsverpakkingen) - behang- en geschenkpapier - waardepapier (geld, postzegels, cheques, ...)
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
3.4
Soorten diepdruk Er bestaan 3 soorten diepdruk : 1. Conventionele
diepdruk De napjes hebben :
- .............................................................. - ..............................................................
2. Half-autotypische diepdruk
De napjes hebben :
- .............................................................. - ..............................................................
3. Autotypische
diepdruk De napjes hebben :
- .............................................................. - ..............................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 10 -
Hoofdstuk 2 3.
VLAKDRUK
4.1
Principe Onder vlakdruk rangschikken we die druktechnieken waarbij op de drukvorm geen enkel reliëf te vinden is. Vandaar de naam vlakdruk. Tot vlakdruk behoren de steendruk en de uit steendruk voortgekomen techniek offset. Beide technieken zijn gebasseerd op de natuurkundige eigenschap dat water en vet elkaar afstoten. Vlakdruk : ............................................................................................................................... ............................................................................................................................... ...............................................................................................................................
4.2
Steendruk of lithografie
De 1ste vorm van vlakdruk is de steendruk of lithografie. Het was Dhr. Senefelder die rond 1797 de ontdekking deed.
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
Op welke manier maakte Dhr. Senefelder een afdruk in steendruk ? Dhr. Senefelder was een toneelschrijver.
1.
Hij schreef zijn teksten op een kalksteen met behulp van een vettig krijtje.
2. Hij maakte daarna de steen nat met een spons.
3. Daarna bestreek hij de steen met een inktrol. Wat bleek : de inkt hechtte alleen op de vette delen van de steen (= delen waar met het krijtje geschreven was). Besluit .................................................................................................... .................................................................................................... Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 11 -
Hoofdstuk 2
4. Het papier op de steen leggen.
5. Het papier aandrukken met behulp van een pers.
6. Het beeld wordt afgedrukt op het papier
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
Na de uitvinding van de fotografie leerde men om het beeld langs fotografische weg op de steen over te brengen : de fotolithografie. Vooral Frankrijk werd toonaangevend in de lithografisch prent-en affichekunst.
Tegenwoordig is steendruk, afgezien van het gebruik door kunstenaars, voor het produceren van oplage-drukwerk niet meer lonend. Er is een verwant drukprocédé in de plaats gekomen : “de offsetdruk”. 4.3
Offset Offset is de opvolger van steendruk Als je tegenwoordig drukwerk in handen krijgt is de kans groot dat het gedrukt is in offset, behalve in de kranten- en verpakkingssector - waar hoogdruk wordt toegepast en in de tijdschriftensector - waar vooral de grote familiebladen, de radio- en tv magazines en de roddel- en sensatietijdschriften in diepdruk worden uitgevoerd. De offsettechniek heeft voor de meeste andere grafische producten sinds de jaren 60 het monopolie.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 12 -
Hoofdstuk 2 n
Principe
Offset is gebasseerd op het principe dat inkt en water elkaar afstoten. ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................
De drukvorm die gebruikt wordt bij offset is een metalen/aluminium plaat.
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
■
Hoe herken je een drukwerk dat gedrukt is in offset ?
- ................................................................................................................................................ - ................................................................................................................................................ - ................................................................................................................................................ - ................................................................................................................................................
SPANJOLEN : wanneer er op de plaat of op het rubberdoek stofdeeltjes zitten, kunnen er in de afdruk inktstippen met een wit randje eromheen ontstaan.
■
Soorten offset.
Offset onderscheiden we in : - vellenoffset - rotatieoffset
het papier is geen vel maar een bobijn (= rol papier)
De vervaardiging van drukwerk in kleine formaten op kleine offsetpersen (vb. Quickmaster of Printmaster wordt kleinoffset of kantooroffset genoemd.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 13 -
Hoofdstuk 2 5.
ZEEFDRUK
5.1
Inleiding Pas zo’n 15 jaar na het einde van de Tweede wereldoorlog begon de zeefdruk zich industrieel goed te ontwikkelen. We zouden het daarom de jongste loot aan de stam van de grafische industrie kunnen noemen, ware het niet dat het door het sjabloonprincipe tevens de oudste druktechniek is. Zeefdruk is een vorm van doordrukken, ook welk silkscreen genoemd.
5.2
Principe
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
Zeefdruk is een “doordruktechniek”.
De afdruk ontstaat door het gaas op bepaalde plaatsen dicht te maken zodat er geen inkt op het papier kan komen = ..................................................................................... . Het gaas zal dus alleen open zijn op de plaatsen die inkt moeten doorlaten = .................................................................................... .
De inkt wordt met behulp van een ................................................... door het gaas of de zeef geperst. 5.2
Voordelen ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 14 -
Hoofdstuk 2 5.3
5.4
6.
Wat wordt er vooral in zeefdruk gedrukt ? ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
...............................................................................................................................................
Hoe kan je een drukwerk herkennen dat gedrukt is in zeefdruk ? ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
...............................................................................................................................................
OVERZICHTST ABEL VERZICHTSTABEL
VAN DE VERSCHILLENDE DRUK TECHNIEKEN DRUKTECHNIEKEN
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
Een indirect drukprocédé : er is geen rechtstreeks contact tijdens het drukken tussen de drukvorm en de drukdrager. Een direct drukprocédé : er is contact tijdens het drukken tussen de drukvorm en de drukdrager.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 15 -
Hoofdstuk 2
7.
DIGIT AAL DRUKKEN IGITAAL
7.1
Inleiding
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
Elke drukker wil vandaag sneller, beter en goedkoper drukken. Digitaal drukken zet een stap in die richting door de workflow (= het grafisch productieproces) in te korten.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 16 -
Hoofdstuk 2 7.2
Computer to plate Computer to plate (CTP) : .................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................
Het belichten op film, het ontwikkelen van de film en de montage van de film verdwijnt. Daar films niet meer ontwikkelt moeten worden is dit ook minder belastend voor het milieu. 7.3
Computer to press (= digitale pers) Computer to press :
HOOFDSTUK 2 Druktechnieken
....................................................................................................................................................
Voorbeeld : Quickmaster DI 7.4
Computer to print (= digitale printer) Computer to print : ....................................................................................................................................................
Voorbeeld : NexPress Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 17 -
Hoofdstuk 3 1.
HET
PRINCIPE
Het drukken in offset is een chemisch drukproces. De werking van het offsetprocédé berust op het principe dat inkt en water niet mengbaar zijn met elkaar. Ze stoten elkaar af. De drukvorm die gebruikt wordt bij offset is vlak en wordt gemaakt van metaal, papier of kunststof. Het vervaardigen van deze drukvorm gebeurt langs fotografische weg. De drukvorm, die lichtgevoelig is, wordt belicht en ontwikkeld. Na ontwikkeling bestaat de drukvorm, ook wel offsetplaat genoemd, uit delen die inkt aantrekken en water afstoten en delen die water aantrekken en inkt afstoten. 2.
DE
CILINDER OPSTELLING
1. ..................................................................
1
2. ..................................................................
HOOFDSTUK 3 Het offsetprocédé
3. ..................................................................
2
3
2.1
De plaatcilinder Wat is het doel van de plaatcilinder ? ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
Op welke manier wordt de offsetplaat rond de plaatcilinder bevestigd ? ■
................................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 18 -
Hoofdstuk 3 2.2
De rubberdoekcilinder Wat is het doel van de rubberdoekcilinder ? ■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
Waarom is het rubberdoek verplaatsbaar naar de tegendrukcilinder ? ■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
Wat versta je onder “in drukking” brengen van de pers ? ■
................................................................................................................................................
Wat versta je onder “drukspanning” ?
HOOFDSTUK 3 Het offsetprocédé
■
................................................................................................................................................
Waardoor wordt de grootte van de drukspanning bepaald ? ■
2.3
................................................................................................................................................
De tegendrukcilinder Wat is het doel van de tegendrukcilinder ? ■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 19 -
Hoofdstuk 3 3.
HET
DRUKPROCES
1. ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ 2. ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ 3. ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ 4. ................................................................................................................................................ 5. ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................. ................................................................................................................................................
HOOFDSTUK 3 Het offsetprocédé
................................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 20 -
Hoofdstuk 4
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
1.
SCHEMA TISCHE CHEMATISCHE
VOORSTELLING
Duid op bovenstaand schema de draairichting aan van de 3 belangrijkste cilinders. Kleur de rollen van het vochtwerk blauw Kleur de rollen van het inktwerk groen. Duid aan : 1. plaatcilinder 2. rubberdoekcilinder 3. tegendrukcilinder 4. inleg 5. uitleg 6. grijpers en transportketting
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 21 -
Hoofdstuk 4
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
2.
DE
INLEGZIJDE
1. ............................................................. 2. .............................................................
Om het inlegbord naar beneden of naar boven te brengen teneinde de papierstapel te kunnen plaatsen. 3. .............................................................
Knop om de hoeveelheid zuiglucht te regelen die je nodig hebt om juist 1 vel door te geven aan de grijpers. 4. .............................................................
Wanneer een vel papier te vroeg of te laat vertrekt vanuit de inlegstapel, bestaat de kans dat het niet juist aankomt in de grijpers. Met deze knop kan je de aankomst ,indien nodig, corrigeren. 5. .............................................................
Hiermee wordt de hoogte bepaalt tot waar de stapel dient te stijgen. 6. .............................................................
Knop om de hoeveelheid blaaslucht te regelen die noodzakelijk is om een goede afscheiding te bekomen tussen de in te voeren vellen. 7. .............................................................
Om de zijgeleiders van de inleg en - opgelet ! - tegelijkertijd die van de uitleg naast het papier te plaatsen. Het is dus belangrijk dat je ervoor zorgt dat de uitleg is leeggemaakt voordat je een nieuwe stapel papier inlegt.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 22 -
Hoofdstuk 4 8. .............................................................
Hiermee stel je de lichtgevoeligheid in van de sensor die de pers doet stilvallen bij het opnemen van meer dan één vel.
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
3.
DE
UITLEGZIJDE
1. Voorste vellengelijkstoter aan/uit 2. Grijperopeningstijdstip 3. .............................................................
Wanneer het beeld hoger of lager op het vel gedrukt dient te worden, kunnen we door aan deze knop te draaien - bij draaiende machine ! - het beeld 15 mm naar onder en 30 mm naar boven verplaatsen. 4. ............................................................. 5. ............................................................. 6. ............................................................. 7. ............................................................. 8. .............................................................
Om de uitlegwagen naar boven of naar beneden te brengen wanneer we de stapel willen uithalen of een nieuwe wagen willen plaatsen. 9. Stapeltransport snel/traag
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 23 -
Hoofdstuk 4 10. .............................................................
Om de hoeveelheid inkt te bepalen die door de likrol van de ductor wordt afgenomen. 11. .............................................................
Knop om de hoeveelheid vocht af te regelen. Hiermee wordt meer of minder spanning gezet tussen de doseerrolen de vochtopdraagrol. 12. .............................................................
Hendel om de ductor manueel te verdraaien zodat een correcte inktverdeling kan bekomen worden.
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
13. .............................................................
De ruimte tussen de rubberdoekcilinder en de tegendrukcilinder kan in functie van de dikte van het papier aangepast worden tussen 0,04 en 0,3 mm. Hierdoor kunnen we voor elke soort papier de juiste drukspanning geven. 14.Gereedschapstafel
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 24 -
Hoofdstuk 4 4.
HET
8
BEDIENINGSP ANEEL BEDIENINGSPANEEL
1
4
2
5
3
6
9 10 11 12
13 14
15 16
32 7
17 18 19
20
27 28
23 24
21 22
26
29 30
31
25
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
33
TORNSTAND
1. .............................................................
Hiermee kan je de cilinders en rollen traag vooruit laten draaien. Dit kan continu : met gesloten veiligheidskleppen of telkens door een gedeeltelijke omwenteling : wanneer één klep open staat. 2. .............................................................
Wanneer je voorwaarts of achterwaarts wil tornen moet je eerst deze schakelaar activeren door hem tweemaal in te drukken. Deze knop kan niet geactiveerd worden wanneer meer dan één klep openstaat. 3. .............................................................
Hetzelfde dan bij 1 maar in de andere richting TOETSEN AUTOMATISCHE BEDIENING
4 . .............................................................
Hiermee wordt achtereenvolgens : 1. De plaat bevochtigd 2. De plaat ingeïnkt 3. Het beeld op het rubberdoek geplaatst 4. Het papier opgenomen 5. In druk gegaan 5.
Misdrukteller
6 . .............................................................
7.
Invoertoetsen
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 25 -
Hoofdstuk 4
STORINGSMELDERS 8. Service 9. .............................................................
Dit lampje geeft aan dan één van de veiligheidskleppen openstaat of dat de noodstop werd ingedrukt. 10. Storing
plaat verwisselen
11. Storing
randapperatuur
12. .............................................................
Dit komt meestal voor wanneer de wagen in de uitleg niet op zijn plaats zit.
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
13. .............................................................
Er zit een vel vast in de uitleg. 14. .............................................................
Er zit een vel vast in de inleg. 15. .............................................................
De pers is stilgevallen nadat de sensor vastgesteld heeft dat er meer dan één vel werd meegenomen. 16. .............................................................
De inlegtafel is aan het stijgen. De inlegtafel staat te hoog of niet hoog genoeg zodat er problemen zijn om één vel op te nemen.
VOORKEUZETOETSEN 17. Toets
voorbevochtigen plaat
18. Toets
plaat ininkten
19. Toets
rubberdoek ininkten
20. Toets
rubberdoek wassen
21. Aan/uitschakelen 22. Speciale
plaat automatisch uitspannen.
functies
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 26 -
Hoofdstuk 4
DIRECTE KEUZETOETSEN 23. ............................................................. 24. .............................................................
Om de noodzakelijke blaas- en zuiglucht te bekomen 25. Selectietoets
drukeenheid
26. .............................................................
Hiermee wordt aan 2500 omwentelingen/uur één vel papier opgenomen en onder de sensor voor dubbelblad-signalering gebracht. 27. Rubberdoek
wassen
HOOFDSTUK De opbouw van 4 een eenkleurendrukpers
28. ............................................................. 29. ............................................................ 30. Schuinregister
verstellen
31. ............................................................. 32. ............................................................. 33. .............................................................
5.
TECHNISCHE ■
■
■
■
■
■
■
■
GEGEVENS
Maximum papierformaat : ................................................................................................. Minimum papierformaat : .................................................................................................. Maximum drukformaat : ................................................................................................... Grijperrand : .......................................... Maximum druksnelheid : ............................................... Minimum druksnelheid : ................................................ Plaatdikte : ............................................... Papierdikte : ...............................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 27 -
Hoofdstuk 5
HOOFDSTUK De opbouw van 5 een tweekleurenpers
1.
SCHEMA TISCHE CHEMATISCHE
VOORSTELLING
Duid op bovenstaand schema de draairichting aan van de 4 belangrijkste cilinders. Kleur de rollen van het vochtwerk van drukwerk (DW) 1 : blauw Kleur de rollen van het vochtwerk van DW 2 : rood Kleur de rollen van het inktwerk van DW1 : groen. Kleur de rollen van het inktwerk van DW 2 : zwart Duid aan : 1. plaatcilinder DW 1 2. plaatcilinder DW 2 3. rubberdoekcilinder 4. tegendrukcilinder 5. inleg 6. uitleg 7. grijpers en transportketting
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 28 -
Hoofdstuk 5 2.
DE
BEDIENINGSELEMENTEN
HOOFDSTUK De opbouw van 5 een tweekleurenpers
1. .............................................................
Om kleur 2 tov kleur 1 hoger of lager te plaatsen. 2. .............................................................
Om kleur 2 tov kleur 1 naar links of naar rechts te verplaatsen 3. ............................................................. 4. ............................................................. 5. ............................................................ 6. ............................................................. 7. .............................................................
- Noodstop , schakelaar tornen, voorwaarts tornen en achterwaarts tornen. 8. .............................................................
Hefboom naar boven : wasstand (vochtwerk en inktwerk worden aan elkaar gekoppeld) Hefboom naar beneden : drukstand 3.
HET
BEDIENINGSP ANEEL BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de 2 kleurendrukmachine is identiek aan dat van de 1 kleurendrukmachine. Maar de knop “selectie drukwerkeenheid” (zie blz 25 knop 25) die op de 1 kleurendruk machine van geen betekenis is, is op de 2 kleurenpers wel degelijk van belang !
Selectie : ......................
Selectie : ......................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
Selectie : ...................... - 29 -
Hoofdstuk 6
1. MACHINELEER De Heidelberger degelautomaat is gebouwd op basis van het Boston-principe. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een kniegewricht om de degel tegen het fundament aan te drukken. Daardoor is er minder energie nodig om toch een gelijkmatige krachtverdeling over het ganse oppervlak van het fundament in één keer te krijgen.
10 4 9
8 7
6 1
2
5
HOOFDSTUK 6 De Heidelberg Degel
11
3
a. Schematische voorstelling Duid op bovenstaand schema de volgende onderdelen aan : 1. ............................................................................................ 2. ............................................................................................ 3. ............................................................................................
Wanneer deze uitgetrokken wordt, komt de pers onder druk de staan
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 30 -
Hoofdstuk 6 4. ............................................................................................
Nemen het papier over van de zuigers, brengen het voor de drukvorm om het dan op de uitlegtafel te laten vallen 5. ............................................................................................
de rechthoekige metalen plaat waarmee men het papier uiteindelijk tegen de drukvorm drukt 6. ............................................................................................
Hierin zit het antismetpoeder dat gelijkmatig over de uitlegtafel verspreid kan worden om het aan elkaar kleven van de verschillende bedrukte vellen te vermijden 7. ............................................................................................
Hiermee kan de hoeveelheid inkt die uit de inktbak in het inktwerk moet komen per zone geregeld worden
8. ............................................................................................
De rol die in de inktbak draait
HOOFDSTUK 6 De Heidelberg Degel
9. ............................................................................................
Neemt inkt over van de rol die in de inktbak draait en geeft die door aan de distributierollen
10. ............................................................................................
Deze twee aan elkaar gekoppelde rollen brengen de inkt over op de drukvorm en dienen uitgenomen of geblokkeerd te worden wanneer de pers uitgerust wordt om te rillen of kappen
11. ............................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 31 -
Hoofdstuk 6
2. DE GRIJPERS EN DE MOLENWIEKEN BEWEGING Een Maltesisch-kruismechanisme zorgt voor de draaiende beweging van de grijpers. De vier tijden van de grijpers omvatten volgende begrippen :
1ste tijd
4de tijd
2de tijd
HOOFDSTUK 6 De Heidelberg Degel
3de tijd
1ste tijd :
............................................................................................................................... ............................................................................................................................... ...............................................................................................................................
2 de tijd :
............................................................................................................................... ............................................................................................................................... ...............................................................................................................................
3 de tijd :
............................................................................................................................... ............................................................................................................................... ...............................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 32 -
Hoofdstuk 6
3. TECHNISCHE ■
■
■
■
■
■
■
■
GEGEVENS
Maximum papierformaat : ................................................................. Minimum papierformaat : ................................................................. Maximum druksnelheid : ................................................................. Minimum druksnelheid : ................................................................. Productiesnelheid : ................................................................. Motorkracht : ................................................................. Netto gewicht : ................................................................. Degelkracht : .................................................................
4. PAPIER TRANSPOR T APIERTRANSPOR TRANSPORT
OP DE
HEIDELBERG DEGEL
HOOFDSTUK 6 De Heidelberg Degel
a. W erkmethode Werkmethode 1.
...........................................................................................................................................
2.
...........................................................................................................................................
3.
...........................................................................................................................................
4.
........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
5.
...........................................................................................................................................
6.
...........................................................................................................................................
7.
...........................................................................................................................................
8.
...........................................................................................................................................
9.
...........................................................................................................................................
10.
...........................................................................................................................................
11.
...........................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 33 -
Hoofdstuk 6
b. Het werken met vellenschuivers versus het werken zonder vellenschuivers. Wat zijn vellenschuivers? ................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................ ...............................................................................................................................................
Het gebruik van vellenschuivers wordt aangeraden bij : - precisiewerk - meerkleurenwerk - paswerk Het werken zonder vellenschuivers. n
Inleggen van het papier :
- ......................................................................... - .........................................................................
Invormen van het cliché :
- .........................................................................
HOOFDSTUK 6 De Heidelberg Degel
n
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 34 -
Hoofdstuk 6
Het werken met vellenschuivers. n
Inleggen van het papier :
- ......................................................................... - .........................................................................
Invormen van het cliché :
- .........................................................................
HOOFDSTUK 6 De Heidelberg Degel
n
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 35 -
Hoofdstuk 7
1. WAAROM EEN PERS ONDERHOUDEN ? Het is noodzakelijk de pers goed te onderhouden omdat : ■
.................................................................................................................................................
■
.................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................. .................................................................................................................................................
Het onderhoud van de pers bestaat uit :
2. HET
■
....................................................................
■
....................................................................
SCHOONHOUDEN/SCHOONMAKEN VAN DE PERS
Om een lange levensduur van de pers te garanderen is het van groot belang dat deze regelmatig wordt schoongemaakt. a. Waaruit bestaat het schoonhouden of schoonmaken van de pers ? ■
Dagelijks :- ....................................................................................................................
HOOFDSTUK 7de pers Het onderhoud van
- .................................................................................................................... - .................................................................................................................... - .................................................................................................................... - .................................................................................................................... ■
■
Wekelijks : .............................................................................................................................. 3 maandelijks: .......................................................................................................................
b. Enkele tips en weetjes ■
■
Gebruik geen scherpe reinigingsmiddelen bij het reinigen van de pers want hierdoor kunnen de onderdelen ruw worden en kunnen de vuilresten zich nog beter aan die onderdelen gaan hechten. Zorg dat de machine droog blijft : het materiaal waaruit de pers is opgebouwd vormt in een vochtige omgeving samen met zuurstof een verbinding, namelijk roest. Om dit te voorkomen kan je vet en was aanbrengen op de metalen vlakken.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 36 -
Hoofdstuk 7
3. HET
SMEREN VAN DE PERS
a. Waarom ? ■
.................................................................................................................................................
■
.................................................................................................................................................
■
.................................................................................................................................................
■
.................................................................................................................................................
b. Soorten smeerpunten 1. Centrale smering Wat ? .............................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................
Soorten centrale smering :
HOOFDSTUK 7de pers Het onderhoud van
■
automatische centrale smering ........................................................................................................................................
■
manuele centrale smering ........................................................................................................................................
Centrale smering van de Heidelberg Quickmaster 1. .............................................. 2. ..............................................
Smeermiddel : ......................................... Alle smeernippels met behulp van de vetspuit doorsmeren.
Centrale smering van de Heidelberg Degel Smeermiddel : ......................................... Na het vullen van het reservoir moet de ronde greep, die de centrale smering in werking stelt, twee maal krachting in de richting van de pijl tot aan het einde worden getrokken. Opgelet : dit moet gebeuren terwijl de machine draait. Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 37 -
Hoofdstuk 7
2. Handsmering Wat ? .............................................................................................................................................. ..............................................................................................................................................
3. Smeerpunten. Om de machines te kunnen smeren zijn hiervoor .................................. en .................................
■
voorzien.
smeergat
Enkel voor smering met olie Het oliegat wordt door middel van een oliekan bijgevuld
HOOFDSTUK 7de pers Het onderhoud van
■
smeernippel
Een smeeropening die is afgesloten door een verend kogeltje. Dit kogeltje voorkomt terugvloeiing van het smeermiddel. De inspuiting van het smeermiddel gebeurt onder druk met behulp van een vet- of oliespuit. Er zijn twee soorten smeernippels : - ............................................. - ............................................. c. Wanneer smeren en met welk smeermiddel ? In het bijgeleverde machinehandboek kan je het tijdstip van smeren terugvinden en wordt normaal gezien ook vermeld met welk smeermiddel je moet smeren. Dikwijls zijn de verschillende smeerpunten ook voorzien van een kleur ■
■
■
rood : ........................................................ geel
: ........................................................
groen : .......................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 38 -
Hoofdstuk 7
d. Aandachtspunten bij het smeren van de pers. ■
................................................................................................................................................. .................................................................................................................................................
■
.................................................................................................................................................
■
.................................................................................................................................................
HOOFDSTUK 7de pers Het onderhoud van
■
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 39 -
Hoofdstuk 8
De oorzaak van ongelukken die kunnen gebeuren in de werkplaats zijn meestal te wijten aan : - slordigheid - onvoorzichtigheid - het niet respecteren van de veiligheidsvoorschriften - het op een verkeerde manier omgaan met de chemicaliën waarmee men werkt - de pers op een foutieve manier te bedienen - ... 1. VERL UCHTING ERLUCHTING
IN DE WERKRUIMTE
Omdat je met vluchtige producten en kuismiddelen werkt, is het belangrijk dat er een goede ventilatie of afzuiginstallatie in de werkruimte is voorzien. Deze installatie dient de giftige dampen die eventueel vrijkomen bij het gebruik van deze producten of kuismiddelen te verwijderen. 2. HET
SOR TEREN VAN AFV AL IN ONZE WERKRUIMTE OP SCHOOL SORTEREN AFVAL
HOOFDSTUK Veiligheid in de 8 grafische industrie
Op school zijn er voldoende vuilnisbakken voorzien om je afval te sorteren : ■
................................................................
in
........................................................
■
................................................................
in
........................................................
■
................................................................
in
........................................................
■
................................................................
in
........................................................
■
................................................................
in
........................................................
■
................................................................
in
........................................................
3. HET
VERWIJDEREN VAN VERVUILD WATER.
Het is belangrijk dat alle vervuild water weggegoten wordt in de bakken voorzien om de platen te reiningen. Dus gooi je vervuild water niet in de wasbakken voor het wassen van je handen, want deze zijn verbonden met het huishoudelijk afvalwater. 4. HET
GEBRUIK VAN CHEMICALIËN
In de grafische industrie worden chemicaliën gebruikt om de pers schoon te houden : het verwijderen van inktresten, het wassen van de machine (inktwerk, ....). Deze chemicaliën kunnen ......................, ...................... of ........................... zijn, vandaar dien je zeer voorzichtig te werk te gaan bij het gebruik ervan.
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 40 -
Hoofdstuk 8
De betekenis van de symbolen die je vind op het etiket Onderstaande symbolen geven aan welk gevaar er bestaat bij verkeerde behandeling van een product. Deze symbolen vind je ook terug op de verpakking van het product. OXIDEREND : ...................................................................................................... ........................................................................................................................ ........................................................................................................................ ........................................................................................................................
LICHT ONTVLAMBAAR/ONTVLAMBAAR : .................................................................. ........................................................................................................................ ........................................................................................................................
HOOFDSTUK Veiligheid in de 8 grafische industrie
........................................................................................................................
GIFTIG : ............................................................................................................ ........................................................................................................................ ........................................................................................................................ ........................................................................................................................
SCHADELIJK : ...................................................................................................... ........................................................................................................................ ........................................................................................................................ ........................................................................................................................
BIJTEND / CORROSIEF : ....................................................................................... ........................................................................................................................ ........................................................................................................................ ........................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 41 -
Hoofdstuk 8
Voorzorgen die je dient te nemen bij het gebruik van chemicaliën ■
........................................................................................................................................
■
........................................................................................................................................
■
........................................................................................................................................
■
........................................................................................................................................
5. DE
SYMBOLEN DIE JE KUNT TEGENK OMEN IN EEN WERKRUIMTE TEGENKOMEN
a. Reddingsborden
HOOFDSTUK Veiligheid in de 8 grafische industrie
Het reddingsbord heeft een rechthoekige of vierkante vorm met wit pictogram op groene achtergrond (de groene kleur moet ten minste 50 % van het bord beslaan).
.................................
.................................
...................................
.................................
.................................
...................................
.................................
.................................
...................................
.................................
.................................
...................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 42 -
Hoofdstuk 8
b. Gebodsborden
HOOFDSTUK Veiligheid in de 8 grafische industrie
Het gebodsbord heeft een ronde vorm met wit pictogram op blauwe achtergrond (de blauwe kleur moet ten minste 50 % van het oppervlak van het bord beslaan).
.................................
.................................
...................................
.................................
.................................
...................................
c. Borden in verband met het brandbestrijdingsmaterieel Borden in verband met het brandbestrijdingsmaterieel hebben een rechthoekige of vierkante vorm met wit een pictogram op rode achtergrond (de rode kleur moet ten minste 50 % van het oppervlak van het bord beslaan).
.................................
.................................
.................................
.................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 43 -
Hoofdstuk 8
6. DE
VEILIGHEIDSV OORSCHRIFTEN DIE VAN TOEP ASSING ZIJN IN DE WERKRUIMTE OP SCHOOL. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN OEPASSING
1. .............................................................................................................................................. 2. ............................................................................................................................................... 3. ............................................................................................................................................... 4. ............................................................................................................................................... 5. ............................................................................................................................................... 6. ............................................................................................................................................... 7. ...............................................................................................................................................
HOOFDSTUK Veiligheid in de 8 grafische industrie
8. ............................................................................................................................................... 9. ............................................................................................................................................... 10. ............................................................................................................................................... 11. ............................................................................................................................................... 12. ...............................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. De Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 44 -
Hoofdstuk 9
1 . ROLLENWASMIDDEL ■
Benaming .............................................................................................................................................
■
Functie .............................................................................................................................................
Opgelet : Wanneer rollenwasmiddel gebruikt wordt om de offsetplaat te reinigen, gebruik dit dan in combinatie met water !!! 2. A RABISCHE G OM ■
Benaming .............................................................................................................................................
H O O F D SPT UK roducten
9de offsetpers aan
■
Functie .............................................................................................................................................
■
Het aanbrengen van de gom ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
■
Het verwijderen van de gom ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
3. P LA TENREINIGER LATENREINIGER ■
Benaming .............................................................................................................................................
■
Functie .............................................................................................................................................
Opgelet : Overvloedig gebruik kan het drukbeeld beschadigen !!!
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 45 -
Hoofdstuk 9
4. C ORRECTOR ■
OF RETOUCHESTIFT
Functie ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
■
Gebruik ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
H O O F D SPT UK roducten
9de offsetpers aan
Opgelet : - De corrector of retouche altijd van het beeld wegvegen - Wanneer de retouche gebeurt wanneer de plaat nog op de machine zit, vergeet dan niet de ochtrollen van de plaat te zetten zodat er geen corrector of retouche in het vochtwerk terecht komt. 5. A NTI - SMETPOEDER ■
Functie ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
Opgelet : - Wanneer er teveel anti-smetpoeder gebruikt wordt tijdens het drukken dan zal het poeder zich tijdens de tweede drukgang afzetten op het rubberdoek. Hierdoor vermengd het poeder zich met de drukinkt op het rubberdoek en bekom je een stoffige afdruk. - Regelmatig stoppen om het rubberdoek te reinigen is dan een noodzaak 6. R UBBERDOEK ■
ZWELPRODUCT
Benaming .............................................................................................................................................
■
Functie .............................................................................................................................................
■
Gebruik ............................................................................................................................................. ............................................................................................................................................. ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 46 -
Hoofdstuk 9
7 . R UBBERDOEKREGENERA T OR UBBERDOEKREGENERAT Functie ■
............................................................................................................................................. ............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................
H O O F D SPT UK roducten
9de offsetpers aan
.............................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 47 -
Hoofdstuk 10
1. H ISTORISCHE INTRODUCTIE a. Rotsgraveringen Sommige prehistorische volken maakten prachtige schilderingen van dieren, mensen en abstracte patronen op de wanden van grotten. Die stelden mogelijk jachttaferelen voor en zijn dan ook een zeer oude vorm van beeldschrift. voorbeelden : ....................................................................... ....................................................................... .......................................................................
b. Inscripties op steen voorbeelden : .......................................................................
H O O F D SPT UK apier
10
.......................................................................
c. Kleitabletten De oude volken van het Midden-Oosten gebruikten een rieten stift om op zachte kleitabletten te schrijven. De wijze waarop ze het uiteinde van het riet afsneden, bepaalde de vorm van de tekens die ermee gemaakt werden. Wanneer de kleitabletten in de zon droogden, werden ze hard en bleef het geschrevene bewaard. Zo lang dit niet opgedroogd was, kon het geschrevene gewist worden en was de kleitablet dan ook herbruikbaar. voorbeeld: ....................................................................... d. Papyrus Papyrus om op te schrijven wordt gemaakt van de stengel van de papyrusplant. 1. .................................................................................................................. .................................................................................................................. ..................................................................................................................
2. .................................................................................................................. .................................................................................................................. ..................................................................................................................
3. .................................................................................................................. .................................................................................................................. ..................................................................................................................
4. Als de vellen in de zon zijn gedroogd worden ze ingewreven met cederolie om ze beschrijfbaar te maken.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 48 -
Hoofdstuk 10
e. Perkament Papyrus groeide in grote aanplantingen in het Dal van de Nijl, maar er waren zoveel planten nodig om schrijfmateriaal te maken dat ze uiteindelijk schaars werden. Papyrus was dan ook zeer duur in het gebruik, mede door het feit dat ze slechts aan één zijde kon beschreven worden. Toen de aanvoer van papyrus begon te verminderen, zochten de mensen naar een vervangend materiaal om op te schrijven. Het resultaat was perkament, gemaakt van dierenhuiden. Hoe bekomt men perkament ? 1. ........................................................................................................................................... 2. ...........................................................................................................................................
10
3. ........................................................................................................................................... 4. ........................................................................................................................................... 5. ...........................................................................................................................................
H O O F D SPT UK apier
6. ...........................................................................................................................................
Het mooiste en bijgevolg duurste perkament bekwam men door het bewerken van de huid van ongeboren dieren. Waarom? ..................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 49 -
Hoofdstuk 10
f. Eerste papier Volgens de traditie werd het papier in China uitgevonden door een ambtenaar van het keizerlijk hof, genaamd ..................................................... (rond 105 na Chr.) De Chinesen maakten gebruik van de bast van de moerbeiboom, van bamboe en van de resten van oude visnetten die gemaakt waren van hennep.
10
Hoe maakten de Chinezen papier ? 1. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
2. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
H O O F D SPT UK apier
3. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
4. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
5. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 50 -
Hoofdstuk 10
2. S AMENSTELLENDE
BEST ANDDELEN BESTANDDELEN
a. Vezelstoffen Eigenschappen : ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
Voorbeelden : ............................................................................................................... ...............................................................................................................
b. Vulstoffen
10
Functies : ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
Voorbeeld : Kaoline c. Lijmstoffen Functie :
H O O F D SPT UK apier
■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
d. Bindmiddelen Functie : ■
................................................................................................................................................
Voorbeeld : Zetmeel e. Fixeermiddelen Functie : ■
................................................................................................................................................
Voorbeeld : ALUIN [Al2 (SO4)3]
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 51 -
Hoofdstuk 10
f. Kleurstoffen Functies : ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
g. Bleekmiddelen Functie : ■
................................................................................................................................................
h. Water Functies : ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
3. G RONDSTOFVOORBEREIDING
H O O F D SPT UK apier
10
De belangrijkste grondstof voor papier : Hout Hout dient echter verschillende bewerkingen te ondergaan alvorens gebruikt te kunnen worden als basisgrondstof. Deze verwerking kan op drie manieren plaats vinden : 1. Mechanische manier 2. Chemische manier 3. Thermo-mechanische manier 1 . Mechanische manier Hout (boomstammen) T Zagen en ontschorsen (= de boomstam ontdoen van zijn schors) T Chips (de boomstammen worden in spaanders gehakt)
T Slijpen (van chips naar houtslijp) T Houtslijp (= fijngemalen hout : houtvezels + incrusten(hars, gom, pectine,...))
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 52 -
Hoofdstuk 10
Voordelen :
- goedkoop : 95% van het hout wordt tot houtslijp verwerkt - er blijven lange, minder beschadigde vezels over
Nadeel : door het achterblijven van de incrusten krijg je sneller verkleuring van het papier en een minder lange houdbaarheid van het papier 2. Chemische manier
H O O F D SPT UK apier
10
Hout (boomstammen) T Zagen en ontschorsen (= de boomstam ontdoen van zijn schors) T Chips (de boomstammen worden in spaanders gehakt) T Koken (met behulp van chemicaliën worden de houtchips gekookt) T Celstof of cellulose (na het koken blijven enkel de zuivere houtvezels over, de incrusten zijn opgelost)
Voordeel :
de vezels zijn minder beschadigd
Nadelen :
- duurder dan de mechanische wijze - kleiner rendement : minder dan de helft van het hout blijft over
3. Thermo-mechanische manier Dit is een combinatie van de beide vorige methodes 4. Gerecycleerd papier als basisgrondstof Oud papier sorteren T Ontinkten (inktresten oplossen) T Eindproduct = een grijze massa Om een papier van goede kwaliteit te bekomen wordt deze massa gemengd met celstof of houtslijp.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 53 -
Hoofdstuk 10
4. F ABRICAGEPROCES a. De langzeefmachine
4 1
2
6
3
5
10
1. .............................................................. In deze opslagruimte zit voor 95 à 98 % water en een kleine hoeveelheid vezelstof. Door een klep in de stofoploopkast loopt deze papiermassa op het zeefdoek. Daar deze klep verstelbaar is kan de opening vergroot (groter gramgewicht) of verkleind (lichter gramgewicht) worden.
H O O F D SPT UK apier
2. .............................................................. Dit is een continu ronddraaiend zeefdoek waarop de papiermassa terechtkomt vanuit de stofoploopkast. Door de zwaartekracht lekt een groot gedeelte van het water door de zeef weg. Hierdoor ontstaat zowel de looprichting van papier (cf. boomstammen in de rivier) als de tweezijdigheid van het papier (viltzijde en zeefzijde) 3. .............................................................. Op een bepaald moment kan men alleen door uitlekken niet meer water uit de massa krijgen en moet men perskracht gaan toepassen. Hiervoor gebruikt men grote walsen waartussen de papierbaan wordt gevoerd.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 54 -
Hoofdstuk 10
4. .............................................................. Vervolgens maakt men gebruik van warmte om nog meer vocht uit de massa te krijgen. Men laat de papierbaan door een hele reeks holle stalen cilinders lopen waarin hete stoom wordt geblazen. Deze stoom zorgt voor een temperatuur van ± 80 °C.
5. ..............................................................
H O O F D SPT UK apier
10
Op een grote moederrol wordt het papier opgerold om daarna te worden versneden naar kleine rollen of in vellen
6. .............................................................. Het aanbrengen van een watermerk door een grote koperen cilinder waarop een verhoogde tekst of tekening is aangebracht.
b. De .................................. Hier wordt het papier glanzend gemaakt. Daar de verschillende cilinders onderling een verschillende diameter hebben ontstaat er slip tussen de cilinders waardoor het papier een soort van strijkeffect krijgt en glanzend gemaakt wordt.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 55 -
Hoofdstuk 10
5. B EP ALEN EPALEN 5.B
VAN DE LOOPRICHTING
a. Wat? .................................................................................................................. b. Basis voor de bepaling .................................................................................................................. c. Waarom is kennis van de looprichting belangrijk? - ................................................................................................................ - ..................................................................................................................
d. Voorbeelden : ■
Een boek
H O O F D SPT UK apier
10
De looprichting moet evenwijdig zijn met de rug van het boek zoniet : - ............................................................. - .............................................................
■
Muziekpartituur Wanneer een muziekpartituur een verkeerde looprichting heeft, blijft deze nooit ........ rechtop staan op de staander.
■
Een wijnetiket Het etiket zal altijd van de fles loskomen wanneer de looprichting verkeerd is, zelfs met de strafste lijm.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 56 -
Hoofdstuk 10
e. Hoe kunnen wij de looprichting van papier bepalen? 1 . D E N AGELPROEF ■
■
De proef : rits met je nagels langs beide randen van een vel papier zodat er golven ontstaan Besluit in verband met de looprichting : ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
10
2 . D E S CHEURPROEF
■
■
De proef : scheur het papier in beide richtingen Besluit in verband met de looprichting : ......................................................................................................................................
H O O F D SPT UK apier
...................................................................................................................................... ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
3 . D E V OUWPROEF ■
■
De proef : vouw het papier in beide richtingen Besluit in verband met de looprichting : ...................................................................................................................................... ...................................................................................................................................... ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 57 -
Hoofdstuk 10
4 . D E B UIGPROEF ■
■
De proef : Snij twee even grote smalle strookjes uit het testvel. 1 uit de breedte en 1 uit de lengte. Wanneer beide strookjes op elkaar gelegd worden zal ofwel het onderste strookje doorbuigen ofwel beide doorbuigen. Besluit in verband met de looprichting : ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
H O O F D SPT UK apier
10
......................................................................................................................................
5 . D E W EERST ANDSPROEF EERSTANDSPROEF ■
■
De proef : Buig een stuk karton in beide richtingen Besluit in verband met de looprichting : ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
6 . D E E ERSTE ■
■
WATERPROEF
De proef : Maak de twee randen van een stuk papier nat zodat die gaan krullen. Besluit in verband met de looprichting : ...................................................................................................................................... ...................................................................................................................................... ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 58 -
Hoofdstuk 10
7 . D E T WEEDE ■
■
WATERPROEF
De proef : Snij een cirkel uit een vel papier met een diameter van minstens 10 cm. Leg deze op het wateroppervlak. Besluit in verband met de looprichting : ...................................................................................................................................... ......................................................................................................................................
H O O F D SPT UK apier
10
......................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 59 -
Hoofdstuk 11
1 . O PBOUW
VAN EEN PLAA T PLAAT
Een offsetplaat bestaat in principe uit twee lagen : – ...................................................... – ...................................................... a. De drager Drukplaten voor offset zijn bijna altijd aluminium platen. Aluminium is echter op zich te glad om als offsetplaat te dienen. Hiervoor moet het oppervlak opgeruwd worden. Dit gebeurt mechanisch (droog of nat borstelen) of elektrochemisch.
Droog geborsteld oppervlak
Nat geborsteld oppervlak
Electrochemisch behandeld oppervlak
H O O F D SOffsetplaten 11 TUK
b. De lichtgevoelige laag De lichtgevoelige laag op een offsetplaat bestaat uit verschillende bestanddelen: 1.
......................................................
Functie : 2.
............................................................................................................................
......................................................
Functie :
2 . B ELICHTINGS -
............................................................................................................................
EN
O NTWIKKELPROCES
Het deel van de lichtgevoelige laag waarop licht valt, wordt ontleed door de inwerking van het licht en is daardoor oplosbaar in een ontwikkelvloeistof. Het niet belichte deel van de lichtgevoelige laag is bestand tegen die ontwikkelvloeistof. Resultaat : de niet-belichte laag vormt het oliofiele gedeelte of vetaannemende gedeelte van de offsetplaat. De vrijgekomen drager of het belichte deel vormt het vochtvoerende of hydrofiele gedeelte.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 60 -
Hoofdstuk 11
3 . S OOR TEN OORTEN
PLA TEN PLATEN
Men maakt een onderscheid tussen de platen op drie niveau’s. a. het niveau van de drager: ■
.......................................................................
■
.......................................................................
b. het niveau van de belichting: ■
................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................
H O O F D SOffsetplaten 11 TUK
c. het niveau van de fabricatie:
■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
■
................................................................................................................................................ ................................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 61 -
Hoofdstuk 11
4 . P REP AREREN REPAREREN
VAN EEN OFFSETPLAA T OFFSETPLAAT
a. Inleiding Het prepareren van een offsetplaat moet ervoor zorgen dat een plaat, na reeds gedrukt te zijn, nog kan hergebruikt worden. Reden ? : - ....................................................................................................................... - .......................................................................................................................
Als we de plaat geen extra behandeling geven dan blijft die gevoelige laag onderhevig aan oxidatie en zal het hydrofobe deel van de belichte plaat gaan aantasten waardoor die op termijn ook inkt zal aantrekken. b. Hoe prepareren ? 1. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
H O O F D SOffsetplaten 11 TUK
2. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
3. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
4. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
5. ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 62 -
Hoofdstuk 12
1 . I NKTWERK Bij het offsetprocédé spelen zowel inkt als (vocht)water een belangrijke rol. De drukplaat moet bevochtigd worden alvorens die wordt ingeïnkt. Het doel van deze bevochtiging is .................................................................................... .......................................................................................................................................... .
De beelddelen en niet-beelddelen liggen namelijk op vrijwel gelijke hoogte op de plaat. Een inktwerk is in principe opgebouwd uit de volgende onderdelen : 1. de inktbak bestaande uit : .................................................................................... 2. .................................................................................... 3. ....................................................................................
H O O F D SInktwerk 12 T U K& V ochtwerk Vochtwerk
4. .................................................................................... 5. .................................................................................... 6. ....................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 63 -
Hoofdstuk 12
2 . V OCHTWERK a. Vochtwater Men brengt vochtwater aan op de drukplaat opdat die delen van de plaat die geen beeld dienen over te dragen, vrij van inkt zouden blijven. Men gebruikt de term vochtwater omdat aan het water additieven worden toegevoegd die het water beter geschikt maken voor het offsetprocédé. Het additief heeft meerdere functies : - ....................................................................................................................................... - ....................................................................................................................................... - ....................................................................................................................................... - .......................................................................................................................................
H O O F D SInktwerk 12 T U K& V ochtwerk Vochtwerk
b. Oppervlaktespanning Water heeft altijd de neiging zich in druppels te verdelen. Dit wordt veroorzaakt door de zogenaamde oppervlaktespanning. Dit is ................................................................................................................................... . Om leidingwater als vochtwater te kunnen gebruiken heeft men zeer veel dikke druppels nodig om een aaneengesloten waterfilm tot stand te brengen(a). Bovendien is er in de druppels nog zoveel spanning aanwezig, dat ook twee druppels zomaar in elkaar overgaan waardoor de waterfilm doorbroken geraakt en de inkt de mogelijkheid krijgt ertussendoor te gaan en de plaat te bereiken(b). Om dit te vermijden dient de oppervlaktespanning van de druppels verlaagt te worden waardoor één enkele druppel een groter vlak kan bevloeien en dunner wordt waardoor de onderlinge aantrekkingskracht vermindert(c).
a v b
c
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 64 -
Hoofdstuk 12
3 . O ORZAKEN
VAN DROOGL OPEN DROOGLOPEN
- ....................................................................................................................................... - ....................................................................................................................................... - ....................................................................................................................................... - .......................................................................................................................................
4 . R OLLENSCHEMA
QM
16 13
15
H O O F D SInktwerk 12 T U K& V ochtwerk Vochtwerk
14
1. .................................................................................... 2. .................................................................................... 3. .................................................................................... 4. .................................................................................... 5. .................................................................................... 6. .................................................................................... 7. .................................................................................... 8. .................................................................................... 9. .................................................................................... 10. ....................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 65 -
Hoofdstuk 12
11. .................................................................................... 12. .................................................................................... 13. .................................................................................... 14. .................................................................................... 15. .................................................................................... 16. .................................................................................... A. .................................................................................... B. ....................................................................................
H O O F D SInktwerk 12 T U K& V ochtwerk Vochtwerk
C. ....................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 66 -
Hoofdstuk 13
1 . DOEL ..........................................................................................................................................
Het is de bedoeling dat het gedrukte woord en beeld niet alleen zichtbaar wordt gemaakt, maar dat de aandacht er ook op getrokken wordt. 2 . S AMENSTELLING Elk drukprocédé stelt zijn eigen eisen inzake grondstoffengebruik. Ook de inkt is daar onderwerp van, waardoor de inktindustrie zich is gaan toeleggen op het fabriceren van specifieke inkten voor de verschillende drukprocédés en meer in het bijzonder voor de diverse toepassingen. Om de bijzondere kenmerken van de specifieke inkten te bekomen is een aparte samenstelling voor elk soort inkt nodig. Grofweg kunnen we echter stellen dat elke inkt bestaat uit volgende samenstelling
13
a. ....................................................................................................................................... b. ....................................................................................................................................... c. ....................................................................................................................................... a. Het pigment
H O O F D SDrukinkt TUK
De pigmenten zijn in te delen in vier categorieën : 1. ............................................................ Dit zijn delfstoffen uit ijzerhoudende gesteenten. Ze hebben als eigenschap dat ze onderling mengbaar zijn, grof van korrel en een middelmatige dekkracht hebben 2. ............................................................ Dit zijn metaalverbindingen die verkregen worden door oververhitting. Ze leveren onder meer het chroomgeel, het zinkgeel, het milori- en het kobaltblauw
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 67 -
Hoofdstuk 13
3. ............................................................ Deze zijn voornamelijk afkomstig van houtsoorten en worden industrieel niet meer gebruikt. Voorbeelden zijn karmijnrood, Indigo, Indisch geel 4. ............................................................ Deze haalt men uit steenkoolteer. b. De bindmiddelen Hun taak situeert zich op drie niveau’s: 1. .......................................................................................................................................
H O O F D SDrukinkt TUK
13
2. .......................................................................................................................................
3. .......................................................................................................................................
c. De vulstoffen 1. ................................................................................... versnellen het droogproces 2. ................................................................................... zorgen ervoor dat de inkt niet op de rollen droogt 3. ................................................................................... zorgt voor een vergroten van de schuurvastheid 4. ................................................................................... zorgt voor de juiste aanpassing van de inkt aan de papiersoort, type pers, snelheid, drukprocédé,…
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 68 -
Hoofdstuk 13
3 . D ROGING a. Hoe drogen inkten ? De droging van inkten kan plaats vinden op twee manieren : - ............................................................................................................................ - ............................................................................................................................
b. Natuurlijke droging Deze droging kan op verschillende manieren gebeuren : - ........................................................................................................................................... deze methode wordt vaak bij kranten toegepast
H O O F D SDrukinkt TUK
13
- ........................................................................................................................................... de eerste fase gebeurt in de eerste minuut na drukken, de tweede fase duurt gewoonlijk enkele uren - ........................................................................................................................................... deze droging duurt minimaal twee uur en inkten die op deze manier moeten drogen hebben meestal een hoge glans c. Geforceerde droging - .......................................................................... deze inkten noemen we heatset-inkten, de droging vindt in twee stappen plaats: een eerste fase is de verdamping van het oplosmiddel en de tweede fase een oxydatie bij sterk verhoogde temperatuur - .......................................................................... dit zijn inkten die alleen drogen door bestraling met UV-licht van een bepaalde golflengte. De droging vindt zeer snel plaats door polymerisatie van de bindmiddelen. Dit is een zeer milieu-belastende techniek die echter heel geschikt is om kunststoffen in offset te bedrukken (vinyl, polyprop, pvc,…) - .......................................................................... dit is een versnelde oxydatieve droging ten gevolge van met straling opgewekte warmte binnen de inktlaag
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 69 -
Hoofdstuk 13
4 . P ANTONE - SYSTEEM Het benoemen van een kleur is geen eenvoudige zaak. Ieder mens ziet een kleur net een tikkeltje anders, waardoor ook het benoemen van een kleur niet erg objectief gebeurt. Gelukkig zijn er systemen ontwikkeld waarbij een groot aantal kleuren door middel van een nummer vrij objectief te benoemen valt. Het bekendste systeem is het ............................................................................................ de zogenaamde PMS-kleuren waarbij verschillende hulpmiddelen behoren. Dit zijn drukinkten, kleurstiften, water- en plakaatverven, kleurenwaaiers, referentieboeken en stalenboeken,… Zelfs bij diverse DTP-programma als QuarkXpress en Adobe PageMaker is het mogelijk kleuren te gaan kiezen via deze PMS- bibliotheek. Enkele gekende voorbeelden : De groene verkeersborden die autosnelwegen aanduiden hebben als kleur nummer PMS 347 De rode verkeersborden hebben een PMS 485 Belgacom had als huiskleuren PMS 320 en PMS 021(oranje) De Europese vlag bestaat uit een blauwe achtergrond (Pantone reflex blue) en twaalf gele sterren (Pantone Yellow) Het logo van de Londense Underground - de roundel - bestaat uit rood (PMS 485) en blauw (072) Het logo van de Visakaart heeft een blauwe band (PMS 294) en een oranje band (PMS 123) ■
13
■
■
■
■
H O O F D SDrukinkt TUK
■
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 70 -
Hoofdstuk 13
5 . R ASTERST ANDEN ASTERSTANDEN
EN KLEURV OLGORDE KLEURVOLGORDE
a. Rasterstanden Onder rasterstand verstaan we de hoek die het raster maakt ten opzichte van de basis van de afbeelding. Wanneer alle deelbeelden met dezelfde rasterstand zouden worden weergegeven, zouden de rasterpunten op elkaar vallen waardoor de primaire kleuren niet meer afzonderlijk waarneembaar zouden zijn en waardoor de afdruk alleen nog uit donkere punten zou bestaan. De rasters van de verschillende kleuren moeten dus onder een verschillende hoek ten opzichte van elkaar staan.
H O O F D SDrukinkt TUK
13
Een andere reden waarom verschillende rasterstanden noodzakelijk zijn, is het voorkomen van ................................................. . Dit is een storend verschijnsel die optreed wanneer lijnen of rasters elkaar snijden onder een te kleine hoek (denk maar aan de nieuwslezer die een geruit pak draagt).
Voor een éénkleurenwerk wordt een rasterstand van ................. gebruikt. Deze rasterstand is voor het menselijk oog het minst storend en heeft een rustige invloed op het totaalbeeld. Bij meerkleurendruk probeert men steeds 30° verschil tussen de verschillende rasters te steken , dus : - twee kleuren : ........................................................................... - drie kleuren : ........................................................................... maar bij quadri of vierkleurendruk lukt dit niet meer en is men verplicht de minst opvallende kleur (meestal geel) onder de meest opvallende hoek van 90 ° te plaatsen.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 71 -
Hoofdstuk 13
b. Kleurvolgorde ■
Bij éénkleurenpersen : - ............................................................................................ - ............................................................................................
■
■
Bij tweekleurenpersen : ............................................................................................ Bij meerkleurenpersen : ............................................................................................
6 . P RAK TISCHE RAKTISCHE ■
■
■
■
13
■
■
■
Plaats de inktdozen steeds proper terug in de kast. Hou het etiket leesbaar (kleur - droging - lichtechtheid - transparant of dekkend). Misvorm de deksels niet. Maak geen putten in de inkt zodat je velvorming vermijd. Kuis de paletmessen steeds af na gebruik. Meng en druk met inkten van hetzelfde merk. Gebruik transparant wit om inkt aan te maken. Laat geen inktresten rondslingeren.
H O O F D SDrukinkt TUK
■
TIPS I . V . M . INK T INKT
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 72 -
Hoofdstuk 14
1 . I NLEIDING Tijdens de afwerking en vaak ook gedurende de voorbereidende werkzaamheden worden materialen van verschillende aard haaksgesneden, schoongesneden, doorgesneden of uitgesneden. n
haaks snijden :
..................................................................................................................
............................................................................................................................................. n
schoonsnijden: ................................................................................................................... .............................................................................................................................................
n
doorsnijden : ...................................................................................................................... .............................................................................................................................................
Wanneer het snijwerk in de afwerking binnenkomt heeft men gewoonlijk te maken met plano vellen die veelal bedrukt zijn. Deze vellen zijn nog niet gevouwen of verder bewerkt en liggen aan grote formaten met stapels op elkaar. Voor het snijden gebruikt men een plano snijmachine 2 . P LANO
SNIJMACHINE
H O O F D SSnijden TUK
14
In ons land heeft men keuze uit een aantal goede plano snijmachines; om er enkele te noemen : Polar, Schneider en Wohlenberg. De meeste van deze snijmachines zijn tegenwoordig volledig programmeerbaar wat niet weerhoudt dat de snijder nog steeds de juiste gegevens dient in te voeren gemeten vanaf de aanleg. Eén foutje van de snijder en de drukker kan opnieuw beginnen. a. Het bovenmes De plano snijmachine bevat alleen een bovenmes dat zodanig geslepen is dat het door zijn slijphoek, dikke pakken papier kan doorsnijden. Het mes maakt een zwaaibeweging van links naar rechts. Het komt schuin naar beneden en raakt eerst één zijde van het papier. Het loopt door het papier en komt pas enkele millimeters boven de snijlat parallel aan de tafel, zodat de onderste vellen van de stapel geheel worden doorgesneden. Voordelen van deze werking zijn : n
.............................................................................................................................................
n
.............................................................................................................................................
n
................................................................................................................................................
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 73 -
Hoofdstuk 14
b. De meshoek vouw
voorvo uw
Een belangrijke factor wat betreft de snijkracht is de meshoek. De hoek waaronder het mes geslepen wordt is sterk afhankelijk van het te bedrukken materiaal dat gesneden moet worden. Deze meshoek kan liggen tussen 17° en 26°. De meshoek moet op de dikte en hardheid van de verschillende te snijden materialen worden afgestemd.
We kunnen de volgende grondregel gebruiken : - Dik te snijden materiaal
......................................................................
- Zacht te snijden materiaal
......................................................................
- Hard te snijden materiaal
......................................................................
14
c. Bot mes Enkele gevolgen van het gebruik van een bot mes zijn : - ....................................................................................................................................... - .......................................................................................................................................
H O O F D SSnijden TUK
- ....................................................................................................................................... - ....................................................................................................................................... .......................................................................................................................................
d. De persbalk Het papier mag tijdens het snijden niet verschuiven, wat vooral bij harde en gladde papiersoorten gauw het geval is. De persbalk heeft als taak de stapel aan te persen waardoor de lucht tussen de vellen vermindert. Tijdens het snijden is het materiaal vastgeklemd en kan het door het mes niet worden verschoven. De persdruk is afhankelijk van de gebruikte snijbreedte en kan varieren van 300 tot 5000 kg of meer voor grotere formaten.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 74 -
Hoofdstuk 14 VAN DE WOHLENBERG
H O O F D SSnijden TUK
14
3 . W ERKING
Voornaamste bedieningselementen 1 Bedieningspaneel 2 Messenhouder 3 Parallelinstelling van het mes 4 Hoofdschakelaar 5 Startknop 6 Draaiknop voor het instellen van de druk 7 Foto-elektrische beveiliging 8 Zijtafel 9 Afkaprichel 10 Bedieningsknoppen 11 Draaiknop voor de spindel 12 Pedaal voor de persbalk 13 Werktafel aan de voorkant
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 75 -
Hoofdstuk 15
1 . V OUWWIJZEN
Door eenmaal te vouwen ontstaan vier pagina’s. Dat is de basis van alle vouwslagen. Een vel kan zowel in staand als liggend formaat worden gevouwen. Bekende toepassingen voor deze methode zijn wenskaarten, folders, formulieren, omslagen voor tijdschriften,… Als een drukvel verschillende keren wordt gevouwen, hangt de benaming van de vouwslag af van de plaats waar de vouw wordt gemaakt. • Verlopen de vouwslagen evenwijdig met de vorige vouw, dan spreken we van een parallelslag. De meest voorkomende zijn :
H O O F D SVT UK ouwen
15
- ................................................................................ - ................................................................................ - ................................................................................ - ................................................................................ Deze methode wordt meestal toegepast bij het vervaardigen van folders, formulieren, landkaarten, reclamedrukwerk,…
• Vindt de tweede slag plaats haaks op de eerste slag, de derde weer haaks op de tweede, dan hebben we te maken met een kruisslag. Deze bestaat uit minimum twee slagen, ofwel 2 x 4 pagina’s en wordt daarna telkens verdubbeld dus 16 pagina’s, 32 pagina’s,… Deze methode wordt vooral toegepast voor het vervaardigen van katernen voor boeken, brochuren, e.d.
• Uiteraard kan men ook parallelslagen en kruisslagen met elkaar samen gebruiken. Dit noemen we dan combinatieslag(en)
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 76 -
Hoofdstuk 15
2 . S OORTEN
VOUWMACHINES
Na de snijmachine is de vouwmachine de meest gebruikte afwerkingsmachine in de drukkerij. Van deze machines kennen we twee sterk uiteenlopende systemen : – de messenvouwmachine – de tassenvouwmachine a. De messenvouwmachine Deze machine bestaat uit twee vouwwalsen, die tegen elkaar in draaien met daarboven het op- en neergaande mes. Het vouwmes slaat het vel tussen de walsen, die een persende werking uitoefenen. 1. vouwvel 2. mes 3. aanleg
15
4. vouwwals 5. vouwwals
b. De tassenvouwmachine
H O O F D SVT UK ouwen
Voor de totstandkoming van een tassenvouw zijn telkens drie walsen en een tas nodig. De invoerwalsen die loodrecht tegenover elkaar geplaatst zijn transporteren het vouwvel in de tas totdat het tegen de aanleg stuit. Doordat de tegen elkaar in draaiende walsen het vel opzij blijven duwen ontstaat er tussen walsen en tas een onscherpe voorvouw die door de walsen aangeperst wordt.
1. vouwvel 2. vouwtas 3. aanleg 4. invoerwals 5. vouwwals 6. invoerwals/vouwwals
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 77 -
Hoofdstuk 15
c. Voordelen en nadelen van beide systemen n
messenvouw : Voordelen :
Nadelen :
n
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
-
..................................................................................................
tassenvouw : Voordelen :
15
-
Nadelen :
H O O F D SVT UK ouwen
d. De tafelvouwmachine Veel drukkerijen beschikken over een klein formaat vouwmachine voor het vouwen van formulieren, mailings of folders. De werking hiervan is exact gelijk aan die van de grotere vouwmachines doch zijn snelheid en formaat is uiteraard geringer. Deze kleine machine is vaak uitgerust met twee of vier tassen. De bekende soorten vouwslagen kunnen op de vouwmachine gevouwen worden zoals : - parallelslag - wikkelslag - zig-zagslag De ingevoerde vellen worden in kleine stapeltjes opgelegd, waarbij het onderste vel wordt ingevoerd Net zoals op de grote vouwmachines is het desgewenst mogelijk te snijden, te rillen of te perforeren na het vouwen.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 78 -
Bijlagen
P APIER
WORDT GEMAAKT VOOR DE DRUKKER, NIET VOOR DE BINDER !
B I J L AG E N
Het door ontwerpers en drukkers papier wordt na bedrukking door Vooral de brocheerder die er een de uitgaafbinder die een genaaid wantrouwen.
alom geprezen mat of halfmat machinegestreken afwerkers met de nodige argwaan benaderd. genaaid gebrocheerd boek van moet maken en gebonden boek moet binden, hebben reden tot
Nog niet zo lang geleden hield een papiertechneut tijdens een symposium een voordracht over papier, in het bijzonder over de gestreken kwaliteiten. Na een indrukwekkend overzicht van de steeds betere afstemming van de strijklagen op het drukproces en de drukinkt, vroeg ik de inleider wat de aandachtspunten van de fabrikant waren niet betrekking tot de machinale verwerking van matte en halfmatte m.c.-soorten tot gebrocheerde en gebonden boeken. Het antwoord kwam snel en duidelijk: ‘Papier wordt gemaakt voor drukkers, niet voor binders’. Ik denk dat dat antwoord kenmerkend is voor de aandacht die geschonken wordt aan het verwerken van de genoemde m.c.-soorten tot boeken. Als je echter bedenkt dat zeker een derde van al het m.c. papier tot boeken verwerkt wordt, is het op z’n minst ‘vreemd’ te noemen. De ‘betere’ boeken Over welke boeken gaat het eigenlijk? Het zijn vooral jaarverslagen en andere representatieve uitgaven voor bedrijven en instellingen, tweezijdig in full-colour bedrukt, op m.c. Daarnaast kunstboeken en catalogi en de betere reisgidsen en tuinboeken. Al deze boeken hebben een ding gemeen. De productietijd vanaf idee tot drukwerk is vrij lang en de overgebleven verwerkingstijd voor het drukken en afwerken is kort. Immers, de datum van toezending of uitreiken van jaarverslagen en de opening van een schilderijenexpositie staat vast. Zeker is dat veel troubleshooters van de papiergroothandel en de inktleveranciers en de verantwoordelijke medewerkers van drukkerijen en binderijen het druk hebben als het prachtig gedrukt piano drukwerk afgewerkt moet worden tot boeken. In veel gevallen worden deze mensen opgeroepen na een alarmerend bericht van de binder als er tijdens het machinale afwerkproces strepen, overzetten, vegen of andere ongewenste markeringen ontstaan op het mooie drukwerk. Want voor de drukker is het doorgaans zeker, dat het niet zijn ‘schuld’ is. Van wie dan wel? Dat is een vervelende vraag en in tegenstelling tot het bindwerk zit de zaak in veel gevallen dan ook muurvast. De doelstelling van dit artikel is om de bij het binden inmiddels bekende knelpunten aan te geven en zo mogelijk een oplossing te bieden of, wat beter is, productiebelemmering of kwaliteitsverlies te voorkomen. Het verwerken van mooi gedrukt werk tot hoeken kan iets meer zijn dan een vorm van brood verdienen. Allemaal boekendrukker... Vroeger was het drukken van het hierboven omschreven werk voorbehouden aan alom bekende kwaliteitsdrukkers. Praktijk is dat bijna iedere drukker met de huidige apparatuur zo mogelijk ook boeken drukt. Op zich is dat prachtig, maar helaas wordt het zo belangrijke overleg met de binder vaak vergeten! Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 79 -
Bijlagen
De gespecialiseerde drukkerijen die veel jaarverslagen en kunstboeken drukken zijn in veel gevallen door schade en schande wijs geworden en besteden veel aandacht aan het voor- en natraject om ongewenste zaken te voorkomen. Het ‘all-in’ verzorgen van hoeken is niet moeilijker dan folders en brochures, maar wel anders. Voor een aantal producten verloopt het afwerkproces gedeeltelijk gelijk: bijvoorbeeld het vouwen van folders, geniete brochures en boeken. Maar een veelvoud van aandachtspunten komt naar voren als de gevouwen vellen verwerkt moeten worden tot gebrocheerde of gebonden boeken. Opvallend is wel dat juist de gespecialiseerde drukkers direct bij de hinder op de stoep staan als er iets gesignaleerd is wat betrekking heeft op de druk of de combinatie druk en papier.
B I J L AG E N
Daarnaast is er een categorie bedrijven die de binder bij gesignaleerde problemen vraagt: ‘Stuur wat uithouders op, maar ga in verband met de levertijd wel door met produceren.’ Dat het eindproduct en de factuur bij die groep vaak een meningsverschil veroorzaakt, laat zich raden. De meest voorkomende problemen Door de niet of nauwelijks onder druk gebrachte strijklaag van het matte en halfmatte m.c. is het oppervlak zeer krasgevoelig. Het meest voorkomend zijn de beschadigingen van het papieroppervlak, die zichtbaar worden als min of meer glimmende strepen of markeringen. Het drukvel, c.q. na het vouwen het katern, moet vele malen in-, door- en uitgevoerd worden voor de diverse machinale behandelingen. Daarbij kunnen dergelijke glansstrepen of markeringen ontstaan. Erger wordt het als de opgebrachte drukinkt gaat smetten of plaatselijk overzetten. Tijdens het drukken slaat de inkt zeer snel weg in het sponzige oppervlak van de matte strijklaag, riet uitzondering van de fijne pigmentdeeltjes van de drukinkt. Daarvoor heeft de strijklaag de werking van een zeef De vloeibare bestanddelen van de inkt verdwijnen in de strijklaag en de pigmentdeeltjes blijven achter en veroorzaken ongewenste strepen of smetten. Ondanks perfecte inkten en droogstoffen is het net of het drukwerk niet droog is en ook nooit droog wordt. Vooral de extra dik opgebrachte inktlagen bij bijvoorbeeld duplexafbeeldingen zijn vaak de oorzaak van smetten. Het afwerkproces Veel grootformaatdrukkers werken met palletinvoer met daarbij stapelkeerinrichtingen. Hierdoor wordt voorkomen dat de plano aangeleverde vellen m.c door de drukker zelf in handen worden genomen, met uitzondering van enkele beoordelingsvellen. Voor de binder is dat anders. Hieronder volgt een opsomming van bewerkingen waarbij liet bedrukte papier letterlijk en figuurlijk ‘in handen’ wordt genomen, niet daarbij aangegeven de mogelijke ‘veroorzakers’ van ongewenste smetstrepen, overzetten of afstoten van lijm en papier. Het voorsnijden tot vouwformaat Veel drukvellen worden voor het vouwen tot het gewenste vouwformaat gesneden. Vooral de zwaardere papiersoorten kunnen niet in één machinegang zonder plooivorming verwerkt worden tot bijvoorbeeld katernen van 32 pagina’s. De voorkeur wordt dan gegeven aan katernen van 8, 12 of 16 pagina’s. Ook is het vaak nodig de
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 80 -
Bijlagen
B I J L AG E N
aangeleverde drukvellen te ontdoen van kleurbeoordelingsbalken of een te grote witmarge. Daarbij geldt ook dat voor het verwerken tot boeken eventuele in- of omstekers of kleurenkaternen eenzelfde brutoformaat moeten bezitten als de overige katernen, anders is een goede verwerking niet mogelijk. Over het aansnijden van een valse aanleg, omdat de drukker zijn drukkersaanleg niet in overeenstemming heeft gekozen met die van de vouwmachine, zullen we het niet hebben. Maar het komt nog steeds dagelijks voor. De drukvellen worden met kleine pakjes tegelijk opgelegd op de opstoottafel en na het gelijkstoten ingevoerd, gesneden en al of niet met. een afvoerautomaat opgestapeld. Tijdens het snijden kan door onderling verschillende stapelhoogte, door plaatselijke bedrukking, op die plaatsen extra druk ontstaan, wat overzetten tot gevolg kan hebben. Als de snijder of hulpkracht tijdens het opstoten verdacht vreemd gekleurde handen krijgt, is dat veelal een indicatie dat een bepaalde drukkleur, in veel gevallen blauw, niet droog of veegvast is. Het vouwen Een samenspel van walsen, tassen, messen, transporttafels of banden zorgt ervoor dat het vel tot de gewenste katern wordt gevouwen. Om plooien te voorkomen en precisievouwen mogelijk te maken zal de vouwer op de daarvoor bestemde plaatsen gebruik maken van perforatie- of rillijnen. Door de kruisslagen, het wegdrukken van het papier in de katern en de ophoping van lucht zal voorspelbaar op diverse plaatsen plooivorming ontstaan. Voor kruisslagen is het perforeren een probleemloze oplossing. Als er katernen van 12 of 24 pagina’s verwerkt moeten worden is het niet mogelijk te perforeren en moet de vouwer na de twee slagen zigzag in de eerste vouwpartij rillen en er zo voor zorgen dat de rug volledig intact blijft voor het naaien. Als de druk van sommige pagina’s doorloopt tot in de rug ontstaat er tijdens liet rillen extra spanning op de rillijnen. Veel voorkomend is het dat de bedrukking van de doorlopende afbeelding over gaat zetten op de erboven of onderliggende onbedrukte delen. Dit overzetten is pas goed zichtbaar als de boeken zijn nagesneden, zodat de vouwer om dat te kunnen controleren de vouwvellen geheel open moet slaan. Verhoogde bloeddruk ontstaat er bij diverse betrokkenen als deze ontsierende overzetting zichtbaar wordt op bijvoorbeeld de inleidende pagina bij het voorwoord van een jaarverslag. Het transport van de vouwvellen tussen de verschillende vouwpartijen wordt op de tassenvouwmachine verzorgd door rollentafels. Daarboven lopen kogels op het vel om dit te begeleiden en om het opwaaien te voorkomen. Deze kogels zijn van metaal, glas of kunststof. Het gewicht ervan, de hoeveelheid, samenstelling en plaats is bepalend voor het al of niet veroorzaken van glansstrepen of smetten. Hetzelfde geldt voor de druk van de vouwwalsen. Als vellen gevouwen moeten worden is een minimale spanning nodig voor het dubbelvouwen. Als de drukinkt niet veegvast is, ontstaat overzetten. Het uitvoeren van grootformaat katernen gaat via het staffel uitlegapparaat, waar ook weer bedrukte delen op onbedrukte delen worden geschoven. Gelukkig zijn de meeste onderdelen d e direct in aanraking komen met het papier tegenwoordig van roestvrij staal gemaakt in plaats van het immer strepen veroorzakende aluminium.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 81 -
B I J L AG E N
Bijlagen
Schutbladenplakken Voor gebonden boeken moet de eerste en laatste katern worden voorzien van een schutblad. Hierbij wordt net als bij het vergaren de onderste katern van de stapel weggenomen en daarop het schutblad geplakt met een plakrandje van ongeveer 3 mm. De juiste papierkeuze, de looprichting en de bedrukking is hierbij belangrijk. Doorlopende bedrukking op bedrukte schutbladen, dan wel op de pagina die op het boek wordt geplakt of een doorlopende bedrukking op de eerste en/of laatste pagina maakt dat de hechting niet of nauwelijks tot stand komt. De opgebrachte lijmstreep zal zeker niet penetreren in de inktfilm en zal gaan ketsen en onregelmatig uitvloeien. In veel gevallen veroorzaakt dit het loslaten van het schutblad, waarbij dan een lelijke beschadigde rand op de eerste pagina zichtbaar blijft. Door dit loslaten wordt ook de noodzakelijke verbinding tussen boek en band gedeeltelijk verbroken. Vergaren Voor het vergaren moeten op dik papier gedrukte katernen van bijvoorbeeld 8 pagina’s vaak ingestoken worden tot katernen van 16 pagina’s. Dit insteken vermindert de latere opdikking in de rug als het boek veel katernen bevat. Daarnaast worden ook veel afbeeldingen, gedrukt op andere papiersoorten, in- of omgestoken. In deze gevallen is overleg over de plaatsing zeer wenselijk. Als het tegenwoordig zo populaire calco (transparant papier) verwerkt moet worden, is het een ramp als een plaat van 4 pagina’s in een katern wordt gestoken. Dat geeft extra productiebelemmering bij het insteken, maar vooral bij het naaien. Het calco is op zich prachtig te bedrukken, maar kan absoluut niet tegen vocht. Voor in softcover gebrocheerde boeken, die met behulp van hotmelt worden verlijmd in de rug, of bij geniete brochures is liet goed verwerkbaar. Anders wordt het als dergelijke vellen in hard cover gebonden worden. Dan zal het vocht in de kleefstof die de schutbladen tegen de band plakken en de koudlijm in de rug gegarandeerd zorgen voor een ernstige golving. Het calco onttrekt bovendien vocht uit de overige papiersoorten en zal, zeker voor en achter in het boek, het vocht, vrijkomend bij het in de band zetteut zichtbaar maken in de vorm van plooien. Als dit verschijnsel optreedt, is het boek gereed en is er niets meer aan te doen. Als het boek ook nog in een band wordt gezet die gemaakt is van gelamineerd papier of in bekledingsmateriaal dat geen vocht doorlaat, zal het golven nog erger zijn. De te vergaren katernen worden met kleine stapels in de invoerkasten gebracht, zodat het onderste vel dat weggetrokken wordt zo min mogelijk weerstand ondervindt. De hoogte van de stapel, het losmaken van het onderste vel en de geleiding daarbij is bepalend. Het zal je niet verbazen dat deze handeling, net zoals het transport van de vellen onder de stapelkasten, de oorzaak kan zijn van smetten. Naaien Wij gaan er vanuit dat mat of halfmat m.c. in boekvorm genaaid wordt verwerkt. Garenloos is zonder meer af te raden. Voor het naaien worden de vergaarde en - door middel van collationeerblokjes - op volgorde gecontroleerde katernen op de rugzijde steunend ingevoerd. Ook daar wordt de voorste katern weggetrokken voordat de katern in het midden geopend wordt opgelegd. Vervolgens wordt het vel met verhoogde snelheid getransporteerd naar de aanleg en de diverse naalden voor het maken van de naaisteek. Het is op deze plaats waar een gelijke hoogte van de te naaien boekdelen van het hoogste belang is en waar dunne vellen calco of omstekers voor veel productiebelemmering zorgen. Vooral Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 82 -
Bijlagen
oblong formaten geven bij het invoeren last wat smetten betreft. Daarnaast zijn er ondersteunende of opduwende machinedelen die onvermijdelijk druk uitoefenen op de katern. Als een pagina verder, op de plaats van aanraking van de onderdelen, een zwaar uitgedrukte afbeelding staat afgedrukt, tegenover een onbedrukt deel, kan op die plaats een sterk ontsierende markering worden veroorzaakt. Dus met name bij het vergaren en naaien is het uitkijken geblazen.
B I J L AG E N
Het overlijmen of brocheren Daarvoor wordt doorgaans hotmelt-kleefstof gebruikt. Hot lelt vult de ruimte tussen de katernen en de garensteken op, zodat het omslag op de rug mooi egaal van oppervlak is. In veel gevallen wordt een geringe zijbelijning aangebracht, al was het maar om de afhechtdraadjes van de naaisteken onzichtbaar weg te werken. Ook is de verbinding steviger als er buiten de rug ook een platverbinding is. Belangrijk daarbij is dat de bedrukking en/of de vernislaag op die plaatsen is uitgespaard. Is dat niet het geval, dan is het voorspelbaar dat de hechting slecht is en dat er een onregelmatige scharniering ontstaat. Voor gebonden boeken gaat liet inlijmen van de rug samen niet het aanlijnen van een strook overlijmpapier op de rug en gedeeltelijk op de platten. Hiervoor wordt bijna altijd een flexibele koudlijm gebruikt. Deze lijm is veel vloeibaarder dan hotmelt en het gevolg daarvan is dat als de bedrukking doorloopt tot in de rug, op de scheiding van de katernen de kleefstof sterk in kan lopen. Door een uitsparing in de druk te creëren van +/- 2 mm wordt gezorgd voor een perfecte hechting, zonder inlopen. Behalve het inlopen breekt op die plaatsen ook vaak de lijmverbinding, waardoor de katernen alleen door de garensteek met elkaar zijn verbonden. Overige handelingen Voor de technische handelingen zoals driesnijden en boekblokverwerking op de bindstraat geeft mat of halfmat m.c. niet zoveel problemen. Als er zogenaamde aangedrukte schutbladen of opgeplakte schutbladen van mat m.c. worden gebruikt kan het vocht in de lijm ervoor zorgen dat de strijklaag week wordt, zodat de daaropvolgende persing bij de verhoogde inslagen van het bandmateriaal kunnen gaan kleven. Bescherming van de druk Veel van de hiervoor geschetste onregelmatigheden kunnen worden voorkomen als de druk plaatselijk of in volvlak wordt gevernist. Dit maakt het machinaal verwerken zonder strepen of smetten van de druk of de onbedrukte delen mogelijk. Het overzetten van de bedrukking tot in de rug bij het rillen tijdens liet vouwen, het wegtrekken en aanduwen bij liet vergaren en naaien geeft dan ook geen problemen. Bij plaatselijk vernissen van bijvoorbeeld alleen de afbeeldingen, blijft wel extra aandacht noodzakelijk voor glansstrepen van de onbeschermde strijklaag. Indien gekozen wordt voor plaatselijk vernissen, dan ook graag de zware kleurbeoordelingsbalk mee vernissen, want deze blijft anders smetten. Een andere onverwachte oorzaak voor smetten kan voorkomen als in de witmarge in de kop de kleurbeoordelingsbalk wordt meegedrukt. Na het vouwen kan de ‘gekleurde punt’ in de rug bij de kop ervoor zorgen dat bij het vergaren en naaien telkens een streep wordt afgegeven op de overige katernen die er boven of achter komen. Als gekozen wordt voor volvlakvernissen, dan wel graag eenzelfde uitsparing in de rug handhaven, als gedaan is bij het drukken. Zonder deze uitsparing komt er geen hechting tot stand tussen de uitgespaarde delen. Dit geldt ook voor omslagen in geval van zijbelijming. Vernissen veroorzaakt een licht Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 83 -
Bijlagen
tint- en structuurverschil ten opzichte van onbedrukte delen. Looprichting Een eeuwige strijdvraag tussen drukker er hinder zal het altijd wel blijven: moet de looprichting voor kwaliteitswerk parallel lopen aan de drukcilinder of aan de boekrug? Bij drukvellen van bijvoorbeeld 16 pagina’s staand formaat moet de looprichting breedlopend zijn - parallel aan de rug. De drukker zal de voorkeur geven aan langlopend - parallel aan zijn cilinder. Nadelen van deze keuze zijn: - golvingen in de rug door inwerking van vocht door de koudlijmbelijming, waardoor ook de kleefstof verder tussen de katernen in loopt; - slechter vlak open liggen en het veroorzaken van ‘knikken’ in het papier bij het omslaan; - door de golving van het gehele boekblok kunnen de horden van de band ‘open’ gaan staan. Kortom, zonde van het mooie drukwerk. Diverse m.c.-soorten Uit ervaring is gebleken dat de ene m.c.-soort zich beter of prettiger laat verwerken dan de andere. Deze ervaringen zullen drukkers ook wel hebben ten opzichte van de te gebruiken inkt, het ver nis en de droging. Om duidelijkheid te krijgen had Compres het plan om de meestgebruikte soorten halfmat, mat en gesatineerd, in ons land te testen bij al de bewerkingen in de binderij, in combinatie met de relatie tussen druk en papier. Diverse testvormen en daarbij de resultaten bij onveredeld, plaatselijk vernissen er volvlak-vernissen, in combinatie met het verwerken tot boeken. Maar het bleek helaas niet mogelijk om binnen de beschikbare tijd de betrokken partijen op een lijn te krijgen.
B I J L AG E N
Gijs Wortel
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 84 -
Bijlagen
B I J L AG E N
2. PAPIER
IN
CHINA
De oorspronkelijke dragers van het Chinese schrift waren bamboelatjes en zijde. De bamboelatten waren aan elkaar gebonden en opgerold. Elk latje werd van boven naar onder gelezen en kwam overeen met één regel tekst. De kwantitatieve en kwalitatieve verbeteringen van het papier verdrongen geleidelijk de bamboe en de zijde, maar de verticale schrijfwijze bleef behouden. De oudste geschreven bronnen die verwijzen naar papier stammen uit de Ie eeuw v.C. Op het einde van de Oostelijke jin periode verboden officiële decreten het gebruik van bamboestroken, zowel voor de gewone administratie als voor de verslagen aan het hof. De zijde bleef wel in voege voor luxueuze edities en ook in de kalligrafie en schilderkunst. Grote hoeveelheden papier vervaardigd tussen de 5e en 10e eeuw bleven bewaard dankzij de Boeddhistische kloosters van Dunhuang. Het hier opgeslagen papier, dat vooral een verwerking was van moerbeihout, hennep en raméevezels, bevond zich in het droge Woestijnklimaat en daarenboven werd de bibliotheek in 1035 dichtgemetseld door de dreigende invasie. Hierdoor werden 30.000 manuscripten ongeschonden nagelaten die pas in het begin van de 20e eeuw werden ontdekt. Maar niet alleen de Boeddhistische gemeenschap verbruikte veel papier, ook de keizerlijke Tang administratie was een grote papierverbruiker. Het gebruik van bepaalde papiersoorten werd dan ook streng gereglementeerd zoals bvb. geel henneppapier voor mededelingen van het leger, wit rotanpapier voor bevelschriften enz. In de Tang-periode zou het Chinese papier een uitweg vinden naar de Arabische wereld die het later in het Middenlandse- Zeebekken zou verspreiden. Pas in de 12e eeuw bereikte het Europa. Wel ontstonden de eerste papiermolens in de 1 Ie eeuw in Spanje Xativa), gevolgd door Italië rond 1330 (Fabriano) en in 1405 in België. De diversificatie van de Chinese papierproductie opende nieuwe markten en het papier drong door in alle domeinen van het dagelijkse leven (vouwwerk, waaiers, kleding voor de inrichting van woningen, behang, beschuttingen enz.). Vanaf de 7e eeuw kwam het ook in omloop voor ritueel gebruik (in de vorm van voorwerpen die verbrand werden voor de zielen van de overledenen) in de familie of voor staatsoffers. Vanaf de 9e eeuw verschenen papieren speelkaarten en papiergeld en werd door de ontelbare toepassingen van papier een nieuw tijdperk ingeluid. Het maken van papier is afhankelijk van 2 essentiële elementen: de papierpap die bestaat uit het weken van plantaardige vezels of textielvezels en de vorm waarin de pap kon uitlekken en waarmee men de viltachtige materie bekomt die na het drogen papier oplevert. In de 3e eeuw v. C. was in China het procédé van de verwerking van platgeslagen en in water geweekte lompen bekend. De procédés van zowel de papierpap als de vorm kenden een duidelijke ontwikkeling in de 2e tot de 4e eeuw. De kwaliteit van de pap wordt verbeterd door het gebruik van rotan en de papiermoerbei, de Broussonetia Papyrifera. De papiermoerbei werd sinds de Shang-dynastie gekweekt in de vallei van de gele rivier. Alvorens er papier van te maken, leverde deze boom in China lange tijd de grondstof voor bastweefsels, die werden vervaardigd door het stukslaan en pletten van de schors. Het weken van de schors van de papiermoerbei in water zou uiteindelijk één van de belangrijkste stoffen voor het vervaardigen van papier opleveren. De vorm ontwikkelde zich van een vaste vorm, nl. een met weefsel bespannen raam Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 85 -
B I J L AG E N
Bijlagen
waarop het natte vel papier moest drogen, tot een beweegbare vorm. Hierbij werd gebruik gemaakt van een demonteerbaar raam, waarin een scherm vervaardigd uit smalle strookjes bamboe het mogelijk maakte het vel papier los te maken alvorens het volledig droog was. De beweegbare papiervorm maakte een ononderbroken produktie mogelijk en dreef aldus het tempo van de vervaardiging op. Het technisch procédé van het papiermaken werd voor het eerst opgetekend en geïllustreerd in de ‘Man Gong Kai Wu’ van Song Xingxing (ca. 1600-1660). De Chinese papieren kenden een grote diversiteit. Eén der belangrijkste was het henneppapier (Cannabis Sativa) dat vooral geprezen werd om zijn sterke vezels. Het werd omschreven als plooibaar maar taai, fijn en waterdicht. Henneppapier was zeer populair bij kalligrafen en werd ook aangewend voor officiële documenten en bij het vervaardigen van boeken. Tijdens de Tang-dynastie werd het vooral gebruikt om andere boeken te kopiëren. Er waren twee onderscheiden soorten: het witte henneppapier dat bestond uit kleine vellen die sterk verzwaard werden door toevoeging van een deklaag, en het gele henneppapier dat behandeld was met een insectendodende vloeistof, waardoor het een glans had aan de oppervlakte en verder een stevige gesloten textuur vertoonde. Deze laatste soort werd ook verder geproduceerd in de Song-dynastie en zelfs speciaal gemaakt om de Tripitaka in de Guanghui tempel te kopiëren. Het papier van de moerbeiboom was zeer populair en werd vooral gebruikt voor geld, boekomslagen, kledij enz. In de Song-periode was er een belangrijke vernieuwing door het gebruik van bamboe als grondstof. Niet alleen de bast, maar ook de volledige stengel werd gebruikt. Dit was een stap in de richting van de papierfabricatie op basis van hout, een procédé dat in Europa pas veel later zou aan bod komen. Uit de Song, Yuan, Ming en Qing edities blijkt een grote diversiteit aan kwaliteitspapieren bestaan te hebben die enkel vanwege specifiek artistieke doeleinden gemaakt werden. Daarnaast ontstond ook een grote verscheidenheid aan fantasiepapieren met patronen, eventueel gekleurd of bedrukt, die werden gebruikt voor brieven, postpapier, gedichten of commerciële documenten. Deze papieren waren echte kunstwerken op zich. De interesse voor deze sierpapieren was ook in Europa vrij groot. De hand gemarmerde of op de handpers gedrukte, al dan niet met de hand gekleurde bladen, die versierd zijn met decoratieve patronen kenden een rijke variëteit en produktie. Over de oorsprong van het marmeren van papier heeft men geen zekerheid. Vermoedelijk dateren de oudste gemarmerde bladen uit de 11e eeuw en werden zij in Japan vervaardigd. In China zou het reeds vroeger gemaakt geweest zijn, maar er bestaan geen voorbeelden. Uit : “De Leeuw ontmoet de Draak, 7000 jaar wetenschap en Technologie in China en Vlaanderen” Tentoonstellingscatalogus 1996
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 86 -
Bijlagen
3. R EGISTERPROBLEMEN:
NIET AL TIJD MECHANISCH VAN AARD ALTIJD
Als er één soort drukstoornissen is dat een systematische aanpak vraagt, dan zijn het registerproblemen. Want het aantal mogelijke oorzaken is enorm, zowel in de prepress als op de pers. Typisch zo'n probleem waarbij het vaak weken duurt voordat de oorzaak boven tafel komt, zo leert dit praktijkverhaal. Bij binnenkomst in het bedrijf wijst niets op storingen in de drukkerij. De stellingen in de hal waarop drukwerk ligt uitgestald, bevatten hoogkwalitatief vellendrukwerk op mooi papier tot tijdschriften op 80 grams houthoudend offset. Werk waarop niets valt aan te merken. Als echter op het bedrijfskantoor de probleemvellen worden uitgespreid, blijkt meteen waar de schoen wringt: registerproblemen in de doorlooprichting van de rollenpers. De drukkers zijn al maanden in de weer om het probleem op te lossen, maar zonder succes.
B I J L AG E N
Problemen tijdens het draaien Het te lijf gaan van registerproblemen staat of valt met een systematische aanpak, want de oorzaken zijn talloos. Het is raadzaam eerst vast te stellen of de problemen zich direct voordoen bij de opstart, of pas later tijdens het draaien. Dat laatste blijkt het geval te zijn bij deze drukkerij. Lastig is het gegeven dat het probleem niet vastgebakken zit aan één bepaalde druktoren. De ene dag is het mis op de rode, de andere dag op de gele of op de cyaan-toren. Een blik op de kleurproeven leert dat de fout niet in de prepress kan zitten. Het werk sluit mooi. Navraag bij de drukkers brengt aan het licht dat er niets is veranderd aan de ondervulling of het naspannen. De drukkers hebben ook niet gewisseld van rubberdoek. Wel hebben ze tijdens het draaien tests gedaan met een ander type doek, maar zonder resultaat. Werken volgens standaardnorm Een van de oorzaken van pasverschillen tijdens het drukken is een te hoge drukspanning. Dit komt ook op vellenpersen nogal eens voor.. De drukkers in dit bedrijf werken echter, zoals het hoort, volgens standaardnormen. Het gebruik van een rubberdoekhoogtemeter is een standaardprocedure en bij het naspannen van het rubberdoek is de momentsleutel altijd binnen handbereik. Vandaar dat we besluiten het niet verder te zoeken in een verkeerde drukspanning. Omdat de registerproblemen telkens onverwachts opduiken en ook even onverwachts weer verdwijnen, raken we er gaandeweg van doordrongen dat we een mechanische oorzaak kunnen uitsluiten. Tijdens het drukken stellen de drukkers het register weliswaar telkens mechanisch bij, maar gaandeweg komen de instellingen toch weer in hun oude stand. Om verandering van de instellingen in de gaten te kunnen houden, hebben de drukkers zelfs merktekens aangebracht. Zo bemerken ze dat ook mechanisch bijstellen niet van invloed is op de problemen. 'in de chemie duiken' Voor ons aanleiding om de chemie in te duiken. Voor de doorgaans mechanisch ingestelde drukkers dikwijls niet het meest voor de hand liggende draaiboek. Maar, zoals vaker reeds getoond: offsetdruk is bovenal een chemisch procédé. Storingen in het drukproces zijn daarom voor het overgrote deel ook terug te voeren op chemische oorzaken.
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 87 -
Bijlagen
Oorzaken wegstrepen Een veelvoorkomende andere oorzaak van registerproblemen is te droog papier. Het uitpakken van papier om het te laten acclimatiseren behoort een standaardwerkwijze te zijn in elke drukkerij. Deze drukkerij heeft de gewoonte om de papierrollen minimaal twee dagen voor productie open te snijden, zo melden de drukkers. Te droog papier kunnen we dus wegstrepen als mogelijke oorzaak. Versleten lagers, een manco dat op oudere persen tot gevolg kan hebben dat de drukeenheden op de verschillende torens niet synchroon lopen, kunnen we ook wegstrepen. We hebben hier te maken met een nieuw machinepark.
B I J L AG E N
Bekertest brengt uitkomst Toch besluiten we de baanspanning tussen de verschillende drukeenheden eens aan een kritische blik te onderwerpen. Aanleiding daarvoor is het feit dat het registerprobleem zich nooit voordoet bij zwart (de eerste druktoren). Behalve op eventuele verschillen in baanspanning, besluiten we ons onderzoek ook te richten op de mogelijkheid van te nat drukken. Een te hoge vochtabsorptie veroorzaakt zwelling van de papierbaan, met als gevolg registerproblemen. Het kan ondermeer worden veroorzaakt doordat de inkt te veel vocht opneemt. Vooral uv-inkten vertonen die neiging. Ook al gebruiken deze drukkers geen uv-inkt, toch besluiten we de proef op de som te nemen met de zogeheten bekertest. Deze brengt aan het licht of emulgatie van inkt en water volgens het boekje verloopt. Het is een eenvoudige test. Met behulp van vier spateltjes worden van alle vier de drukkleuren propjes inkt aangebracht in doorzichtige bekers of glazen. Als de inkt gaat wolken en zich dus gaat vermengen met water, gaat het emulgatieproces van start. Met een chronometer kan worden gemeten of het emulgeren tijdig plaatsvindt. Vochtwatertemperatuur varieert In afwachting van de testresultaten besluiten we voor alle zekerheid vochtwater af te tappen bij de retourleiding en de temperatuur ervan te meten. Dat brengt opmerkelijke resultaten aan het licht. Bekertje één 18 'C, bekertje twee 20 'C, bekertje drie 23 'C en bekertje vier 17,6 'C. Opmerkelijke temperatuurverschillen voor water dat weliswaar direct afkomstig is uit de vochtwerken, maar is aangevoerd vanuit de centrale bak, met zijn constante temperatuur. Blijkbaar loopt de temperatuur in het ene vochtwerk hoger op dan in het andere. De bekertest brengt aan het licht dat de inkten emulgeren zoals het hoort. Wel blijkt de zwarte inkt beduidend stroperiger te zijn. Ook de tack is dan meestal hoger. Dit zou de oorzaak kunnen zijn van de hoge vochtwatertemperatuur. Hoe stropiger de inkt is, hoe meer warmte er vrijkomt bij de verwrijving. Inkt en toevoegmiddel bijten elkaar Die inschatting blijkt later de juiste te zijn. Door de hoge tack van de zwarte inkt wordt de papierbaan op deze toren strakker vastgehouden dan op de overige torens. Daardoor ontstaat er onvoorspelbare rek in de baan. Het raadsel blijft echter waarom het verschijnsel zich soms wel en soms niet voordoet. Dat inkt bij stijging van de temperatuur vloeibaarder wordt, is bekend. Maar hier is bij tijd en wijle juist sprake van het stroperiger worden van de inkt. Het kan niet anders dan dat de inkt deugt, maar dat de tack door wisselende gebruiksomstandigheden onvoorspelbaar verandert. Hier moet het vochtwater de boosdoener zijn. Om dat aan het licht te brengen, doen we een beroep op het laboratorium van de inktfabrikant. Die test alle gebruikte inkten en Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 88 -
Bijlagen
vochtwatersamenstellingen. Als twee weken later het rapport binnenkomt, blijkt ons vermoeden juist. Onder invloed van een bepaalde vochtwatertoevoeging blijkt vooral de zwarte inkt bij een stijging van de temperatuur niet vloeibaarder, maar juist stroperiger te worden. De laboratoriumtest heeft aan het licht gebracht dat dit toevoegmiddel bij temperatuurverhoging een zodanige invloed heeft op de inkt dat deze stroperiger wordt. Test is raadzaam Dan wordt ook duidelijk waarom het probleem zich soms wel en soms niet voordoet. Uit de centrale bak aangevoerd vochtwater heeft een constante temperatuur. Maar naarmate de standtijd in de vochtbakken langer is, gaat de temperatuur van het vochtwater oplopen. Vooral bij de toch al wat stroperige, weinig tot emulgeren geneigde zwarte inkt is de standtijd in dit geval zodanig opgelopen dat het toevoegmiddel gelegenheid krijgt zijn invloed op de zwarte inkt te doen gelden. Dat het probleem soms weer even verdwijnt, komt voort uit het feit dat zo nu en dan vers, gekoeld vochtwater uit de centrale bak wordt aangevoerd. De lering die uit dit praktijkprobleem valt te trekken, is dat vocht en inkt nauw op elkaar moeten worden afgestemd. Het verdient aanbeveling, ook als er geen sprake is van problemen, vochtwater gewoon eens aan de inktleverancier mee te geven voor een zogeheten dynamische test. De gerenommeerde leveranciers zullen van dit verzoek niet vreemd opkijken en u graag van dienst zijn.
B I J L AG E N
Franciësco Boog
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 89 -
Inhoudstafel
H OOFDSTUK 1 S ITUERING 1. 2. 3. 4.
VAN
D AT DA
Waarvoor staat ‘DAT’ ? ........................................................... 1 Het Grafisch Productieproces .................................................... 1 Besluit ..................................................................................... 2 Schema .................................................................................. 3
H OOFDSTUK 2 D RUKTECHNIEKEN 1. Wat is drukken? ....................................................................... 4 2. Hoogdruk ............................................................................... 5 3. Diepdruk ................................................................................. 9 4. Vlakdruk ............................................................................... 11 5. Zeefdruk ............................................................................... 14 6. Overzichtstabel ...................................................................... 15 7. Digitaal Drukken ................................................................... 16
H OOFDSTUK 3 H ET O FFETPROCÉDÉ 1. Het principe .......................................................................... 18 2. De cilinderopstelling .............................................................. 18 3. Het drukproces ...................................................................... 20
INHOUDST AFEL TA
H OOFDSTUK 4 D E
OPBOUW VAN EEN ÉÉNKLEURENDRUKPERS
1. Schematische voorstelling....................................................... 2. De inlegzijde ......................................................................... 3. De uitlegzijde ........................................................................ 4. Het bedieningspaneel ............................................................ 5. Technische gegevens ..............................................................
H OOFDSTUK 5 D E
21 22 23 25 27
OPBOUW VAN EEN TWEEKLEURENPERS
1. Schematische voorstelling....................................................... 28 2. De bedieningselementen ........................................................ 29 3. Het bedieningspaneel ............................................................ 29
H OOFDSTUK 6 H EIDELBERG D EGEL 1. Machineleer .......................................................................... 2. De grijpers en de molenwiekenbeweging ................................ 3. Technische gegevens .............................................................. 4. Papiertransport ......................................................................
HOOFDSTUK 7 HET
30 32 33 33
ONDERHOUD VAN DE PERS
1. Waarom een pers onderhouden? ............................................ 36 2. Het schoonhouden/schoonmaken van de pers ......................... 36 3. Het smeren van de pers ......................................................... 37
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 90 -
Inhoudstafel
H OOFDSTUK 8 VEILIGHEID 1. 2. 3. 4.
IN DE
G RAFISCHE I NDUSTRIE
Verluchting in de werkruimte ................................................... Orde en Netheid ................................................................... Het gebruik van chemicaliën .................................................. Veiligheidsvoorschriften ..........................................................
H OOFDSTUK 9 P RODUCTEN
40 40 40 44
AAN DE OFFSETPERS
1. Rollenwasmiddel ................................................................... 2. Arabische Gom ..................................................................... 3. Platenreiniger ........................................................................ 4. Corrector .............................................................................. 5. Anti-smetpoeder .................................................................... 6. Rubberdoek zwelproduct ........................................................ 7. Rubberdoekregenerator ..........................................................
45 45 45 46 46 46 47
H OOFDSTUK 10 P APIER 1. 2. 3. 4. 5.
Historische introductie ............................................................ Samenstellende bestanddelen ................................................ Grondstofvoorbereiding ......................................................... Fabricageproces .................................................................... Bepalen van de looprichting ..................................................
48 51 52 54 56
INHOUDST AFEL TA
H OOFDSTUK 11 O FFSETPLA TEN FFSETPLATEN 1. 2. 3. 4.
Opbouw van een plaat .......................................................... Belichtings- en ontwikkelingsproces ......................................... Soorten platen ....................................................................... Prepareren van een offsetplaat ...............................................
H OOFDSTUK 12 I NKTWERK
60 60 61 62
EN VOCHTWERK
1. Inktwerk ................................................................................ 2. Vochtwerk .............................................................................. 3. Oorzaken van drooglopen ..................................................... 4. Rollenschema QM .................................................................
63 64 65 65
H OOFDSTUK 13 D RUKINKT 1. Doel ..................................................................................... 2. Samenstelling ........................................................................ 3. Droging ................................................................................ 4. Pantone-systeem .................................................................... 5. Rasterstanden en kleurvolgorde .............................................. 6. Praktische tips i.v.m. inkt ........................................................
67 67 69 70 71 72
H OOFDSTUK 14 S NIJDEN 1. Inleiding ............................................................................... 73 2. Plano snijmachine ................................................................. 73 3. Werking van de Wohlenberg .................................................. 75
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 91 -
Inhoudstafel
H OOFDSTUK 15 V OUWEN 1. Vouwwijzen ............................................................................ 76 2. Soorten vouwmachines ........................................................... 77
B IJLAGEN
INHOUDST AFEL TA
1. Papier wordt gemaakt voor de drukker, niet voor de binder! ..... 79 2. Papier in China ..................................................................... 85 3. Registerproblemen ................................................................. 87
Viso Mariakerke - H. de Baene/N. Uytdenhouwen - Technologie DAT : 2de graad - 2de jaar
- 92 -