A
gemeente Eindhoven
Raadsnummer
13R5644
Inboeknummer
13bst02081
Beslisdatum B&W 29 november 2013 Dossiernummer
13.48.103 (2.2.2)
Raadsvragen Van het raadslid dhr. M. van Dorst (D66) Schriftelijke vragen over leges
Inleiding In de afgelopen jaren heeft de fractie van D66 zich sterk gemaakt voor een vereenvoudiging van vergunningverlening. Het bericht in het ED van vrijdag 22 november waarin wethouder Depla toelicht hoe de tariefstelling voor een verkooppunt van kerstbomen tot stand komt brengt de fractie van D66 nogmaals tot het stellen van vragen. De vereenvoudiging zou moeten leiden tot een verlaging van legestarieven voor de inwoners van Eindhoven. Voor ons is het ook belangrijk dat de leges zoveel mogelijk kostendekkend zijn. Ik neem eerst de drie onderdelen (vereenvoudiging, verlaging, kostendekkend) met u door. Daarna kom ik tot enkele vragen. Vereenvoudiging Wij zien eerst graag dat nog eens goed gekeken wordt voor welke activiteiten nu echt een vergunning noodzakelijk is. b Ga uit van de waarom vraag en niet ‘zo doen we dat altijd’. Wat voegt een vergunning toe aan de activiteit die plaats vindt in de stad? Kan de activiteit ook zonder vergunning plaatsvinden, wat gebeurt er dan vervolgens? Wanneer je tot de conclusie komt dat het inderdaad verstandig is om iets te vergunnen en te toetsen pel je die vraag af; moet je dan hele activiteit vergunnen / toetsen of gaat het om onderdelen van die activiteit. b Als kan worden volstaan met een ontheffing in plaats van een vergunning, pas dan die lichtere vorm toe. Het gaat hier vaker om de uitzondering, om een deel van een activiteit. b Als je toch moet vergunnen, laat dan veel van de activiteit bij de aanvrager liggen. Hij/zij vult een document zo volledig mogelijk in, dan hoef je dat als gemeente in ieder geval niet meer te doen. b Ga uit van het vertrouwen dat je geeft zoals je dat ook bij subsidies doet, dan hoef je aan de voorkant minder zelf te toetsen. b Als je toch moet vergunnen, kijk of je dat voor meerdere zaken tegelijk of voor meerdere jaren tegelijk kunt doen. Niet alles opnieuw toetsen, 1 x integraal. b Samengevat; minder vaak, eenvoudiger, slimmer, uitgaan van vertrouwen
1
A
Raadsnummer
13R5644
Verlaging Het doel van de ons voorgestelde vereenvoudiging is twee ledig. We vragen met z’n allen om efficiënt en effectief om te gaan met de middelen en uren die wij als gemeentelijke organisatie ter beschikking hebben. En daarnaast, nog veel leuker voor de inwoner van Eindhoven, breng je op die manier de legeskosten naar beneden. Minder leges betekent ook dat aanvragers meer geld overhouden voor andere activiteiten. Dat alles komt ten goede aan onze economie. Kostendekkend Als derde deel de kostendekking. In de ogen van D66 is dat echt iets anders allerlei kosten die de gemeente maakt optellen en vervolgens in rekening brengen bij een aanvrager. U dient als aanbieder van een dienst (in dit geval de noodzakelijke vergunning) transparant en concurrerend naar de aanvrager te zijn. U verwacht dat ook wanneer u bijvoorbeeld uw auto voor een APK wegbrengt. U ziet dan hoeveel uren er in gaan zitten en hoeveel zo’n uur kost. Als u dat te veel vindt gaat u voortaan ergens anders naar toe. De aanvrager van een vergunning heeft die luxe niet, u heeft het vergunningen monopolie. Des te meer redenen om transparant en eerlijk te zijn richting de aanvrager. Het voorbeeld van het kerstbomen verkooppunt in de ED artikelen brengt ons tot de volgende vragen. 1. Is de voorstelling zoals gemaakt in het artikel in het ED van 22-11 een juiste weergave? Is het dus juist dat u 8 uur berekend voor een relatief eenvoudige vergunning en is het juist dat u dat doet voor een tarief van € 160 per uur? 2. Als u van mening bent dat de voorstelling bij vraag 1 onjuist is, kunt u mij dan een juiste voorstelling van de gang van zaken geven? (aantal uren en tariefstelling) 3. Als de voorstelling wel een juiste is of een benadering van de werkelijkheid, kunt u dan uitleggen hoe u tot de optelling komt? Bij alle onderdelen plaats ik vraagtekens maar meest nadrukkelijk bij de verzending. Die kost één uur. Wilt u daarmee zeggen dat van alle poststukken die u dagelijks verzend u één uur a € 160 rekent voor verzending? 4. De gemeenteraad heeft een maximum tarief van € 145 per uur gesteld voor de inhuur derden. Dat is een tarief waarvoor wij specialisten inhuren, specialisten van gerenommeerde bureaus. In dat tarief zit ook de volledige overhead van dat bureau (gebouw, administratie, ondersteunend personeel enz). Kunt u mij uitleggen waarom het noodzakelijk is dat de gemeente Eindhoven een tarief hanteert dat ruim boven die norm van € 145 ligt. 5. Dat ene tarief van € 160 per uur hanteert u volgens het ED blijkbaar voor zowel de inhoudelijk medewerker die overleg voert en afwegingen maakt als de uitvoerende medewerkers die de postverzorging op zich nemen. Kunt u mij uitleggen hoe het komt dat daar geen verschillen in zitten? 6. U geeft aan dat je niet alleen moet kijken naar de leges die we nu verhoogd hebben maar dat je ook moet kijken naar de leges die we verlaagd en /of
2
A
Raadsnummer
13R5644
geschrapt hebben. Kunt u mij uitleggen wat de relatie tussen de beide vormen is? Het kan toch niet zo zijn dat we een vorm van leges schrappen en dat we die vervolgens door een ander laten betalen? Dat staat namelijk haaks op het doel van de vereenvoudiging namelijk kosten verlaging voor de Eindhovenaar.
Het mag duidelijk zijn dat de fractie van D66 zich grote zorgen maakt over de voortgang en de inhoudelijke keuzes bij het complete leges en tarieven vraagstuk. Wij rekenen op een snelle reactie van uw zijde. Dat moet volgens ons kunnen, u was immers ook in staat de uitleg snel aan het ED te geven. Afhankelijk van uw reactie kan de fractie van D66 Eindhoven kijken of een behandeling in de eerstvolgende raadsvergadering noodzakelijk is, bijvoorbeeld door een actuele motie. In afwachting van uw snelle reactie, Marco van Dorst Fractievoorzitter D66 Eindhoven Eindhoven, 22 november 2013.
Antwoord van burgemeester en wethouders Vanaf eind 2011 zijn er forse stappen gezet rondom het vergunningenproces. Stappen die vooral gericht zijn op wat nodig is in de stad en wat onze burgers van ons verwachten in de toekomst vanuit onze nieuwe gemeentelijke rol. Het gaat dan om: b het ‘lean’ maken van alle werkprocessen met betrekking tot vergunningverlening; b het schrappen of vereenvoudigen van regelgeving; b het toepassen van een andere kostenonderbouwing; b het toewerken naar 100% kostendekkendheid rekening houdend met maatschappelijke effecten; b anticiperen op toekomstige ontwikkelingen. Met de stappen die we sinds eind 2011 hebben gezet zijn we echt trendsetter in Nederland. De opbouw van de tarieven zijn nu zo transparant dat we, van buiten naar binnen, met aanvragers de dialoog aangaan over de mate van dienstverlening en de mogelijkheden over een nieuwe rolverdeling. Dit hebben we in 2012 met de horeca gedaan, rondom de bouw zijn we ver gevorderd met de private kwaliteitstoets, de winkeliersvereniging in WoenselXL weegt de belangen bij verzoeken om tijdelijke verkoop in het winkelgebied en met de marktcommissie is recent de dialoog ook opgestart voor een andere kostenbesparende werkwijze.
3
A
Raadsnummer
13R5644
Als het gaat om de beperking van de regeldruk zijn de laatste jaren de volgende maatregelen getroffen: b door gebruik te maken van de Crisis- en herstelwet doen we geen bouwtoets meer bij dakkapellen aan de voorzijde; deze worden alleen nog getoetst op welstand en het bestemmingsplan b we hebben ingestemd met een experiment van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om wederom in het kader van de Crisis- en herstelwet niet preventief te toetsen aan het bouwbesluit als grondgebonden eengezinswoningen worden gebouwd onder een waarborgregeling van de Stichting Garantiewoning b de sloopvergunning is vervangen door een meldplicht b de dakkapel aan de achterzijde van de woning is vergunningvrij geworden Daarnaast zijn diverse vergunningen vervangen door algemene regels, waardoor er dus geen vergunning meer hoeft te worden aangevraagd. Voorbeelden hiervan zijn: b Uitstalvergunningen (sandwichborden bij winkels). Deze borden zijn buiten het centrumgebied toegestaan. b Vergunningen voor opslagcontainers en afvalcontainers. b Uitritvergunningen bij nieuwbouw. b Ventvergunning. b Collectevergunning voor kleding. b Terrasvergunningen. b Exploitatievergunning natte horeca. Verder zijn b Kienvergunningen omgezet naar jaarvergunningen (ipv voor elke kienavond opnieuw een vergunning aanvragen). b Met de nieuwe erfgoedverordening zijn delen van gemeentelijke monumenten uitgezonderd van de vergunningsplicht. Bovenstaande wijzigingen zijn gepaard gegaan met het treffen van bezuinigingsmaatregelen op directe en personele kosten. Uit o.a. deze vragen over de standplaatsvergunning blijkt dat met deze aanpassingen, die de kosten voor bewoners en bedrijven die in deze stad iets ondernemen terugdringen, nog niet alle dilemma’s bij leges zijn opgelost. Een aanvraag om een vergunning is namelijk niet alleen een dienst voor degene die hem aanvraagt maar is ook een dienst voor de direct omwonenden. Aan de ene kant zouden we het liefst initiatieven met kleine impact voor de buurt of de omgeving toestaan zonder dat hiervoor een vergunning met bijbehorende kosten nodig is. Aan de andere kant willen we initiatieven die tot ongewenste effecten kunnen leiden, zoals overlast voor de omgeving, concurrentie voor nabijgelegen bedrijven,
4
A
Raadsnummer
13R5644
belemmering verkeer, kunnen weigeren of voorwaarden aan verbinden zodat de negatieve effecten voor de omgeving acceptabel blijft. Probleem is dat het niet altijd mogelijk is om van te voren in algemene regels precies vast te stellen wanneer een initiatief wel of geen ongewenste impact op de omgeving heeft. Dan wordt via vergunningverlening het voorstel beoordeeld en wordt maatwerk geleverd. Omdat het juridisch dus niet altijd mogelijk is om vooraf onderscheid te maken tussen activiteiten met grote of kleine impact kan het gebeuren dat initiatieven met kleine impact toch vergunningsplichtig zijn omdat de consequentie van het schrappen van de vergunningplicht kan zijn dat initiatieven met grotere impact voor omgeving ook zonder vergunning altijd mogelijk worden. Dit dilemma speelt nadrukkelijk bij de standplaatsvergunning. Daar moet de afweging worden gemaakt tussen aan de ene kant ondernemers vrij de ruimte te geven om spullen te verkopen en aan de andere kant rekening te houden met de belangen van omwonenden en andere ondernemers die hiervan hinder kunnen ondervinden. Binnen het project “Geen regels, tenzij …” heeft de raad de mogelijkheid om deze afweging te maken en te vertalen in het schrappen dan wel aanpassen van regelgeving. U kunt keuzes maken of/en wie de belangenafweging maakt tussen hetgeen een aanvrager wenst met een activiteit en het effect wat deze activiteit eventueel doet in de directe omgeving (zoals overlast buren, concurrentie voor nabijgelegen bedrijven, verkeersveiligheid). Als succesvol voorbeeld bij de standplaatsvergunning kan de rolverschuiving in WoenselXL worden genoemd. Indien deze verschuiving van rollen in meerdere gebieden gewenst is dan zal dit zeker nader worden uitgewerkt. 1.
Is de voorstelling zoals gemaakt in het artikel in het ED van 22-11 een juiste weergave? Is het dus juist dat u 8 uur berekend voor een relatief eenvoudige vergunning en is het juist dat u dat doet voor een tarief van € 160 per uur?
Uw raad stelt jaarlijks de legestarieven vast. De tarieven voor 2013 heeft u op 6 november 2012 vastgesteld en onlangs heeft u op 5 november de tarieven 2014 vastgesteld. Met bijlage 3.1 van het raadsvoorstel “Herzien ontwerp raadsbesluit tot het vaststellen van de Verordeningen gemeentelijke belastingen en rechten 2014” heeft u voor 2014 inzicht gekregen in de gemiddelde uurbesteding per legesproduct en in bijlage 3.3 kunt u per vergunningsgroep de opbouw van de kosten terugvinden. De hoogte van de legestarieven is gekoppeld aan de kosten die voor de gevraagde dienst (het legesproduct) worden gemaakt. Urenbesteding Vanaf 2011 heeft u de verantwoording gekregen over de urenbesteding bij de vergunningen. In verband met signalen van de horeca is begin 2012, samen met de horecabranche en een externe deskundige, expliciet gekeken naar de uurbesteding
5
A
Raadsnummer
13R5644
voor de horecavergunningen. Uit deze samenwerking is gebleken dat de horecabranche, naast onze primaire vergunningactiviteiten, ook ons serviceniveau zeer op prijs stelt. Ons serviceniveau voor deze branche is daardoor intact gebleven. Met de beantwoording van de recente raadsvragen van het CDA over legeskosten (17 augustus 2013) heeft u inzicht gekregen in de urenbesteding van de monumenten- en kamerverhuurvergunningen. Met de beantwoording van de recente raadsvragen van LPF ( 16 juli 2013, Legeskosten realistisch en acceptabel) heeft u een onderbouwing gehad van de uurbesteding voor de standplaatsvergunningen. De aangegeven uurbestedingen per legesproduct zijn gemiddelden die worden bepaald op basis van tijdschrijven. Daarvoor worden activiteiten uitgevoerd die vanuit onze publieke taak wettelijk verplicht zijn (bv archiefwet, bewaking wettelijke procedures), activiteiten die inhoudelijk nodig zijn voor een goede belangenafweging en activiteiten die we doen om een aanvrager vooruit te helpen (serviceniveau). De werkelijke inzet per vergunning is voor een belangrijk deel afhankelijk van de kwaliteit van de aanvraag, omgevingsfactoren zoals klachten en bezwaren uit de omgeving, locatie van activiteit en de mate waarin een aanvrager extra ondersteuning nodig heeft. Dit zijn aspecten waar we zelf niet op kunnen sturen maar ze geven ons richting welke gemeentelijke inzet nodig is. Ook bij de standplaatsvergunningen zijn er aanvragen die sneller tot een eindproduct komen en aanvragen die meer tijd vragen dan de gemiddelde uurbesteding. Indien een aanvraag compleet en volledig is ingevuld, passend is binnen de beleidskaders, niet leidt tot klachten uit de buurt, geen aanvullend bezoek ter plaatse vergt voor eventueel stroom- of watervoorziening en geen afstemming met andere (handhavings)partners nodig is (zoals die van de kerstboomverkoper), zal een dergelijke aanvraag sneller kunnen worden afgewerkt. Indien een gewenste activiteit bijvoorbeeld een grote impact geeft in de omgeving (zoals die van de viskraam op het Frans Leharplein) dan is, voor de afstemming met de buurt en de daarop volgende belangenafweging, meer tijd dan gemiddeld nodig. Zoals u in bijlage 3.1 van het raadsvoorstel “Herzien ontwerp raadsbesluit tot het vaststellen van de Verordeningen gemeentelijke belastingen en rechten 2014” kunt lezen, bedraagt de gemiddelde uurbesteding voor standplaatsvergunning voor een meerdaagse activiteit inderdaad 8 uur. Dit gemiddelde is gebaseerd op basis van ervaringen uit het verleden (tijdschrijven). In bijgevoegde bijlage 1 treft u de nadere onderbouwing aan. Verrekentarief Binnen het legesdossier wordt gesproken over een verrekentarief in plaats van een uurtarief. Dit is wezenlijk iets anders. Het verrekentarief bestaat namelijk niet alleen uit de personele kosten van sector VTH aangevuld met gemeentebrede overhead,
6
A
Raadsnummer
13R5644
maar in dit tarief zitten ook kosten die direct aan de dienst zijn gekoppeld en de kosten van adviserende sectoren en externe adviseurs. Zoals uit bijlage 3.3 van het tarievendossier kunt opmaken wordt het verrekentarief van € 160 bij de APVvergunningen (loterij, kienen, collecte en inzameling, inzameling oud papier, winkeltijden, standplaats, mobiele kraan, bouwplaats) bepaald door de volgende kosten (totaal € 704.761) te delen door het aantal productieve uren (4399) voor deze groep vergunningen: b Publicatiekosten (vaste kosten) b Toerekenbare BTW (vaste kosten) b Kosten voor digitaal zaakgericht werken 1(vaste kosten) b Personele kosten van VTH (primaire vergunningenproces en ondersteunende processen) b Kosten voor Geogids/Geofundament (sector R&B, vaste kosten) b Gemeentebrede overhead
In de toelichting van het tarievendossier is expliciet vermeld dat in het verrekentarief de effecten van de bezuinigingen van Route2014 nog niet zijn verwerkt. Het gaat dan om effecten op de verlaging van de gemeentebrede overhead. Om binnen enkele maanden grote fluctuaties in de hoogte van de tarieven te voorkomen, heeft u op 5 november 2013 ingestemd met het uitgangspunt om de tarieven voor 2014 met 3% te laten stijgen. Voor een nadere onderbouwing verwijzen wij u naar het antwoord van vraag 1 op de raadsvragen van LPF: Wat ziet het college als kosten dekkend. Op 5 november heeft u ook ingestemd met een bezuiniging van circa 14 fte binnen het primaire vergunningenproces. Voor een goede dienstverlening is een bepaalde kritische massa nodig van de personele capaciteit. Met alle getroffen maatregelen komt bij sommige vergunningsoorten de grens van de kritische massa duidelijk in zicht is. Het succes van de deregulering laat direct de keerzijde zien. De vaste kosten, de gemeentebrede overheadskosten die niet kunnen meeademen en de kosten voor ondersteunende processen die niet / niet evenredig in omvang afnemen moeten worden verdeeld over steeds minder vergunningen. Bij de ondersteunende processen gaat het bijvoorbeeld over het open houden (en mogelijk zelfs uitbreiden) van de flitsvergunningen- en vergunningenbalie, informatieverstrekking aan de balie en per telefoon, het beantwoorden van raads-, pers- en collegevragen, beroepen op de Wet openbaarheid bestuur, het anticiperen op veranderende regelgeving en het leveren van input voor P&C-cyclus. Met de
1
Uiteindelijk doel van digitaal zaakgericht werken is dat elke vergunning wordt gezien als een zaak die centraal staat in een digitale werkomgeving. Dat betekent dat aan iedere vergunningaanvraag digitaal kan worden gewerkt voor de taken rond vergunningverlening, toezicht en handhaving; daarbij gaat het om medewerkers in het primair proces en interne (en extern geautoriseerde) adviseurs. Sinds 1 juli 2013 wordt deels digitaal zaakgericht gewerkt.
7
A
Raadsnummer
13R5644
krimp van de personele formatie daalt het aantal productieve uren voor het primaire proces. Omdat de kosten niet evenredig afnemen met de daling van het aantal productieve uren stijgt direct het verrekentarief. Samenvattend bedraagt voor standplaatsvergunningen het verrekentarief op basis van de huidige begroting 2014 € 160. Het verrekentarief is een andere grootheid dan het uurtarief en bevat naast de personele kosten en overhead dus ook andere kosten zoals publicatiekosten, kosten voor Geogids/Geofundament, digitaal zaakgericht werken en BTW. 2.
Als u van mening bent dat de voorstelling bij vraag 1 onjuist is, kunt u mij dan een juiste voorstelling van de gang van zaken geven? (aantal uren en tariefstelling)
Zoals uit het antwoord op vraag 1 blijkt, klopt het dat een vergunning voor een meerdaagse standplaats gemiddeld 8 uur kost aan tijd (ééndaagse activiteit kost 4,5 uur). Dat het hier een gemiddelde betreft, blijkt uit dit antwoord. Bijlage 3.1 van het eerder genoemde raadsvoorstel geeft u het inzicht van de gemiddelde uurbesteding en tariefstelling per vergunningsoort. In dat antwoord is tevens de opbouw van de tariefstelling voor de standplaatsvergunning genuanceerd. Bij andere vergunningsoorten komen hier ook nog de kosten bij voor de interne en externe adviseurs. Zo zijn in het verrekentarief voor de kamerverhuurvergunningen de kosten van sector GBO ten behoeve van de leefbaarheidstoets verwerkt en bij de bouwvergunningen, planologische vergunningen en brandveiligheidsvergunningen zijn dat de kosten van de Veiligheidsregio, de commissie Ruimtelijke Kwaliteit en sector ORVM (bestemmingsplan, verkeer). 3.
Als de voorstelling wel een juiste is of een benadering van de werkelijkheid, kunt u dan uitleggen hoe u tot de optelling komt? Bij alle onderdelen plaats ik vraagtekens maar meest nadrukkelijk bij de verzending. Die kost één uur. Wilt u daarmee zeggen dat van alle poststukken die u dagelijks verzendt u één uur a € 160 rekent voor verzending?
Een uitgebreide toelichting staat in bijlage 1, waarbij de activiteiten voor een ééndaagse en een meerdaagse standplaatsvergunning zijn uitgesplitst. Momenteel wordt het digitaal zaakgericht werken fasegewijs geïmplementeerd. Na deze implementatiefase zijn de effecten op de werkprocessen zichtbaar. Dit zal leiden tot besparingen zodra de digitale koppelingen tussen de verschillende datasystemen tot stand zijn gebracht die ter vervanging komen van de huidige handmatige handelingen. Ook moeten zaken als substitutie (digitaal vervangt papier
8
A
Raadsnummer
13R5644
volledig), een gemeentebrede en wettelijk geaccepteerde digitale handtekening en andere randvoorwaarden zijn ingeregeld. Op het moment dat er sprake is van besparingen zullen deze worden verwerkt in de tarieven. In de huidige situatie worden onder het kopje “verzenden beschikking” de volgende activiteiten uitgevoerd: b Allereerst wordt door de administratie bekeken of de aanvraag analoog of digitaal is ingediend; b Uitgezocht wordt of alle benodigde stukken (aanvraag, besluiten, tekeningen) aanwezig zijn; b De aanvraag wordt opgezocht in het digitale postsysteem; b Onderliggende stukken en dossier worden in het digitale postsysteem verwerkt; b Een na-scan formulier (handmatig) wordt ingevuld en dit formulier wordt samengevoegd tot één complete set (archiefexemplaar); b In het procedurebewakingsprogramma (key2activiteiten) wordt de procedure opgezocht, doorgeboekt en er wordt een factuur voor de leges aangemaakt; b De kennisgeving leges wordt uitgeprint en bij het besluit gevoegd (één archiefexemplaar en één voor de klant); b Besluit en kennisgeving leges worden verzonden naar klant en archief. Bovenstaande activiteiten zijn veel omvangrijker dan slechts het verzenden van een poststuk (de laatste stap). Het antwoord op de vraag “Wilt u daarmee zeggen dat van alle poststukken die u dagelijks verzendt u één uur a € 160 rekent voor verzending?” is daarom nee.
9
A 4.
Raadsnummer
13R5644
De gemeenteraad heeft een maximum tarief van € 145 per uur gesteld voor de inhuur derden. Dat is een tarief waarvoor wij specialisten inhuren, specialisten van gerenommeerde bureaus. In dat tarief zit ook de volledige overhead van dat bureau (gebouw, administratie, ondersteunend personeel enz). Kunt u mij uitleggen waarom het noodzakelijk is dat de gemeente Eindhoven een tarief hanteert dat ruim boven die norm van € 145 ligt.
Ook voor dit antwoord verwijzen wij u naar de uitleg over de tariefstelling bij het antwoorden op vraag 1 en 2. Een vergelijking met een uurtarief bij inhuur gaat mank, omdat het gaat om een andere grootheid dan het verrekentarief. 5.
Dat ene tarief van € 160 per uur hanteert u volgens het ED blijkbaar voor zowel de inhoudelijk medewerker die overleg voert en afwegingen maakt als de uitvoerende medewerkers die de postverzorging op zich nemen. Kunt u mij uitleggen hoe het komt dat daar geen verschillen in zitten?
Zoals in het antwoord van vraag 1 vermeld is het verrekentarief een optelling van vaste kosten, personele kosten, adviseurkosten en gemeentebrede overhead gedeeld door het aantal productieve uren binnen het primaire vergunningenproces. De personele kosten zijn de werkelijke salariskosten zodat in het verrekentarief rekening is gehouden met de verschillende salarisschalen. 6.
U geeft aan dat je niet alleen moet kijken naar de leges die we nu verhoogd hebben maar dat je ook moet kijken naar de leges die we verlaagd en /of geschrapt hebben. Kunt u mij uitleggen wat de relatie tussen de beide vormen is? Het kan toch niet zo zijn dat we een vorm van leges schrappen en dat we die vervolgens door een ander laten betalen? Dat staat namelijk haaks op het doel van de vereenvoudiging namelijk kosten verlaging voor de Eindhovenaar.
Voor dit antwoord verwijzen we u naar de inleiding van ons antwoord en de, in het antwoord op vraag 1, gemelde keerzijde van het succes van deregulering.
Eindhoven, 29 november 2013.
10
A
Raadsnummer
13R5644
Bijlage 1: Uurbesteding standplaatsvergunning (meerdaags, / 1 dag) Vooroverleg: uren (2 / 1) Het vooroverleg is een vorm van serviceverlening om met name de minder ervaren vergunningaanvragers te ondersteunen bij de aanvraag. Het betreft hier allerhande vragen en afstemming met aanvragers voorafgaand aan de vergunningaanvraag. Ontvangen aanvraag: uren ( 1 /1) De binnengekomen aanvraag wordt centraal geregistreerd, digitaal benoemd en ingeboekt. Bepaalde gegevens uit de centrale digitale aanvraag worden vervolgens overgenomen in andere datasystemen die specifiek nodig zijn om et vergunningproces te bewaken (doorlooptijd en juridische bewaking van de te zetten stappen). Er wordt een ontvangstbevestiging verstuurd en een digitaal dossier gemaakt. Inwinnen advies en verwerking: uren (1 / 0) De aanvraag wordt beoordeeld op ontvankelijkheid en de aanvraag wordt, afhankelijk van de aangevraagde activiteit, uitgezet naar adviseurs. Na beoordeling en constatering van het ontbreken van voldoende gegevens wordt een brief opgesteld en verzonden over de integrale compleetheid van de aanvraag. Indien nodig worden afspraken (telefonisch/overleg) gemaakt over aanvullingstermijn. Het geheel wordt administratief en procedureel verwerkt in digitale systemen. Advisering: uren (2 / 0,5) De complete aanvraag wordt getoetst en beoordeeld vanuit diverse belangen (beleid, leefbaarheid, economische concurrentie, aansluiting op nutsvoorziening). Indien aan de orde wordt ter plaatse gekeken en vindt afstemming met de buurt en partners plaats. De feitelijke situatie is de grondslag om tot specifiek maatwerk te komen en ook andere omstandigheden mee te kunnen wegen. Opstellen (ontwerp) beschikking: uren (1 / 1) In deze fase worden vindt belangenafweging plaats op basis van deeladviezen van adviseurs en aanvullende bevindingen. Er wordt een juridisch correcte beschikking opgesteld met het voornemen te verlenen/weigeren. Het precariobedrag wordt bepaald. Het geheel wordt administratief en procedureel verwerkt in digitale systemen. Verzenden beschikking: uren (1 / 1) De beschikking (inclusief aanvraag) wordt gestempeld, geregistreerd, gecontroleerd. De beschikking wordt verzonden naar aanvrager en andere belanghebbenden (in- en extern). Het geheel wordt administratief en procedureel verwerkt in digitale systemen. Het dossier wordt gearchiveerd. De factuur wordt verstuurd.
11