A
gemeente Eindhoven
Raadsnummer
11R4531
Inboeknummer
11bst01653
Beslisdatum B&W 04 oktober 2011 Dossiernummer
11.40.552
Raadsvragen Van het raadslid dhr. K. Rijnders (‘leefbaar eindhoven’) betreft aanvullende vervolg raadsvragen aangaande Taxbus Eindhoven, 1 augustus 2011 Even ter geheugensteun een chronologische opsomming van feiten: . Juni 2010 de gunning van het CVV contract . Augustus afronding overname personeel betrokken bij contract (CAO). Niet gerealiseerd. . 1e week december de eerste mensen op gesprek + aanbieden van arbeidscontract. . 3e week december, Oudjaar vervoer van de baan . 4e week december Oudjaarvervoer gedeeltelijk terug. (N.a.v. actuele motie) . Vanaf 1 januari 2011 Taxbus telefonisch onbereikbaar, periode duurt tot 4e week januari. . Eind januari de eerste 17 ontslagen. . De eerste malus boete wordt opgelegd. . Maand januari 1050 officiële klachten . 1e week februari eveneens ruim 100 officiële klachten. . 1e week februari constatering voertuigen niet WA verzekerd. . 2e week februari constatering chauffeurs zonder vereiste papieren (chauffeurspas) De situatie rond de recente aanbesteding van het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer Taxbus blijft vraagtekens oproepen, zo bleek dat wederom bij de onlangs gehouden SP enquête onder de gebruikers van Taxbus. Ook wij, “leefbaar eindhoven” hebben kunnen constateren dat na deze desastreuze overname begin dit jaar het vertrouwen onder de oorspronkelijke gebruikers voor een groot deel is weggevallen, zoals reeds vernoemd in onze bijdrage voor de Kadernota. Dat dit vertrouwen is weggevallen is niet alleen schandalig te noemen, maar is tevens beschamend als men kijkt hoe wij in deze met onze ouderen omgaan, die mensen die de grondleggers zijn geweest voor de maatschappij waarin wij nu leven. De grote vraag blijft of dit past bij het doel die de bezuinigingen met zich meebrengen?
A
Raadsnummer
11R4531
Zoals blijkt, heeft de SP zich gericht op de gebruikers, terecht overigens, doch voor ons zijn er op andere vlakken ook nog tal van vragen. Op de eerste plaats de normen en waarden. In het bestek is een passage opgenomen inzake het TX Keurmerk. Nu valt de geloofwaardigheid van het Keurmerk in het geding te trekken (zie brief in bijlage), maar dat neemt niet weg dat de aanbestedende Overheid geen eigen implementatie voorschrijft ten aanzien van kleding voorschrift. Hoe is het in godsnaam mogelijk dat een chauffeur in korte broek, een hemdje en dan ook nog vol tatoeages op slippers binnen een vanuit de Overheid gegeven opdracht een dienstverlenende taak uitvoert? Dit, om maar een voorbeeld te noemen.
Ter verduidelijking citaten uit het bestek: 1.16.1 Alle voertuigen zijn voorzien van kaartlezers waarmee de magneetpassen van de klant gelezen kunnen worden. Deze apparatuur dient bij te dragen aan het verzamelen van de data zoals aangegeven in paragraaf 1.17.2. * Alle voertuigen beschikken over goedwerkende communicatiemiddelen waarmee op elk gewenst moment contact kan worden opgenomen met de centrale en eveneens gebruikt kan worden bij noodsituaties. * Alle voertuigen zijn uitgerust met GPS en navigatie Dit betekent dat vrijwel alle voertuigen voorzien moeten zijn van GPS en dat de GPS-coördinaten realtime worden doorgezonden naar de centrale. * In de registratiesoftware dient de vervoerder deze GPS-posities te vermelden zodat de opdrachtgever kan controleren waar het voertuig zich bevond op het moment dat een statusmelding werd verstuurd naar de centrale. De vervoerder spant zich maximaal in om bij zo veel mogelijk ritten GPS-registratie te realiseren. Indien GPS-coördinaten bij het afhandelen van een klacht nodig zijn om te kunnen bepalen of een taxi op een bepaalde locatie is geweest en deze gegevens ontbreken, dan wordt die klacht in beginsel gegrond verklaard. * Met de registratie op het instap- en uitstapadres wordt het tijdstip en de (GPS)locatie geregistreerd. Dat geldt ook voor registraties bij het niet aantreffen van de klant (loosmelding). De opdrachtgever wil de mogelijkheden openhouden om gedurende het contract meer registraties te vragen. * Voor registraties waarbij de afstand hemelsbreed tussen de gevraagde en de gerealiseerde vertreklocatie/aankomstlocatie groter is dan 250 meter wordt aangenomen dat de registratie niet op de juiste locatie heeft plaatsgevonden. Algemeen * Alle voertuigen dienen te voldoen aan alle relevante bepalingen en door de Rijksdienst voor het Wegverkeer te zijn goedgekeurd voor Taxivervoer.
2
A
Raadsnummer
11R4531
* Voor het vervoer mag zowel van gewone taxi’s en taxibusjes, als van de hierna nader gespecificeerde rolstoelbussen, gebruik worden gemaakt. * De vervoerder moet beschikken over voldoende voertuigen met rolstoelplaats(en). * De vervoerder is vrij in de keuze van het in te zetten type vervoermiddel zolang dat vervoermiddel voldoet aan de eisen uit dit bestek en het voertuig geschikt is voor reizigers met een beperking, bijvoorbeeld op het gebied van toegankelijkheid. In overleg met de opdrachtgever zullen afspraken gemaakt worden over welk voertuig geschikt is voor een bepaalde indicatie.
1.17.1 Ritregistratie * De vervoerder is verplicht om de in- en uitstapmomenten geautomatiseerd te registreren en zal hiervoor zo veel mogelijk de vervoerpas van de klant gebruiken. Bij de uitstap kan de chauffeur volstaan met afmelding van rit via de toets op de dataterminal. * Voor vergoeding door de opdrachtgever komen uitsluitend ritten in aanmerking die (per gebruiker) voor aanvang en bij afsluiting van de rit, via uitlezing van de zich in het voertuig bevindende dataterminal, zijn geregistreerd. Dit geldt voor klanten die daartoe beschikken over een eigen vervoerpas. * De vervoerder gebruikt zoveel mogelijk de vervoerpas van Wmo-reizigers voor elektronische registratie in het voertuig van gemaakte ritten. Deze registratie dient plaats te vinden door middel van het doorhalen van de pas door de dataterminal bij instappen. In onderstaande uitzonderingssituaties is een combinatie van GPS en het bedienen van een drukknop op de dataterminal door de chauffeur toegestaan: • De klant heeft geen pas (OV-klant). In deze situaties kan de rit worden opgestart met een combinatie van het handmatig activeren van de terminal (de knop) met plaatsbepaling van het voertuig d.m.v. GPS. Aldus kan bepaald worden of de opgevraagde tijd het voertuig op de gevraagde plaats aanwezig was. De klant ontvangt een ritbon van de rit. • De klant heeft wel een pas, maar de dataterminal accepteert de pas niet (dit kan aan de apparatuur of aan de pas liggen) of de klant is de vervoerpas vergeten. In dergelijke gevallen geldt de hierboven genoemde methode.
2e navigatie in de auto's en bussen 1.16.1 Alle voertuigen zijn uitgerust met GPS en navigatie 3e radio en airco (er wordt beweerd dat in de bussen geen airco en radio in mag zitten)
3
A
Raadsnummer
11R4531
1.16.1 In de voertuigen mag in bijzijn van de klant geen muziek worden afgespeeld. (Radio mag dus wel gewoon, alleen niet aan (met muziek…….) als klant in auto zit. Over de airco wordt niets beschreven in het Programma van Eisen. Airco is in ieder geval niet verboden) 4e Achteraf ritten corrigeren naar de juiste instap tijd is helemaal niet toegestaan! 1.17.2 Ritadministratie De vervoerder houdt een fraudebestendige geautomatiseerde administratie van het aantal aangevraagde en uitgevoerde ritten bij op basis van de ritplanning in de centrale en de ritregistratie in de voertuigen. Dit betekent dat ook niet-uitgevoerde, geannuleerde en no-show ritten zijn opgenomen in deze administratie. De volgende gegevens worden per rit geregistreerd: Bovenstaande citaten hebben voornamelijk betrekking op het registreren van de uitvoering, waaraan ook de betaling voor het uitvoerende bedrijf is gekoppeld Wij hebben kunnen constateren dat een half jaar na aanvang de kaartlezers voor de magneetpassen nog niet in werking zijn. . Hoe kan men vaststellen of de registratie correct verloopt? . Hoe kan men vaststellen dat de afgesproken tijden worden gerealiseerd? . Op welke wijze kan men hier conclusies aan verbinden? . Hoe verhoudt zich dit met de huidige klachten registratie? . Op welke wijze kan men de malus regeling vaststellen? . Wordt de malus regeling daadwerkelijk wel geïnd? Uit gesprekken met betrokken chauffeurs blijkt dat de beschikbare instrumenten niet toereikend zijn (mobilofoon), waardoor men regelmatig telefonisch contact dient op te nemen met de centrale. Daar de voertuigen niet zijn uitgerust met handsfree apparatuur, levert dit gevaarlijke situaties op en daarbij financiële consequenties voor de chauffeurs. . Deelt het College met ons de mening dat dit zeer onwenselijk is? Uit diezelfde gesprekken bleek ook dat het onderhoud van het wagenpark vraagtekens plaats bij de uitvoering daarvan. Zo blijkt dat eens in de zoveel tijd er een monteur aanwezig is voor dat onderhoud. In de tussentijd wordt er met defecten (geen grote) gewoon doorgereden. . Deelt het College met ons de mening dat ook dit zeer onwenselijk is? Ook het stedelijke en regionaal WMO vervoer dient als visite kaartje voor de ambities van de regio te zijn. Zichtbaar hebben wij kunnen waarnemen dat de voertuigen niet schoon zijn, daarbij kunnen we tevens waarnemen dat om welke reden dan ook voertuigen niet voorzien zijn van het logo en de belettering. . Deelt het College met ons de mening dat dit moet verbeteren?
4
A
Raadsnummer
11R4531
Kunt u vervolgens aangeven het aantal gereden ritten. De krant schreef onlangs een naar onze mening over een absurd hoog aantal ritten per dag, wat neer kwam op grofweg 75.000 ritten per maand, . Hoeveel ritten zijn er de afgelopen maanden daadwerkelijk gereden, gespecificeerd per Gemeente en per maand? . Hoe verhoudt zich dit aantal ten opzichte het aantal geboekte ritten? . Hoeveel klachten zijn daadwerkelijk officieel opgenomen, gespecificeerd per Gemeente en per maand? Wij vragen het College niet alleen om spoedige beantwoording van onze vragen, doch doen tevens een klemmend beroep op u, om de opmerkingen die zijn geplaatst ten aanzien van de kwaliteit en veiligheid binnen dit vervoer met grote spoed ter verbetering te bespreken met de uitvoerder.
Kees Rijnders Tel: 0652-675424
[email protected] www.leefbaar-eindhoven.nl
Antwoord van burgemeester en wethouders Vraag1: Wij hebben kunnen constateren dat een half jaar na aanvang de kaartlezers voor de magneetpassen nog niet in werking zijn. . Hoe kan men vaststellen of de registratie correct verloopt? . Hoe kan men vaststellen dat de afgesproken tijden worden gerealiseerd? . Op welke wijze kan men hier conclusies aan verbinden? . Hoe verhoudt zich dit met de huidige klachten registratie? . Op welke wijze kan men de malus regeling vaststellen? . Wordt de malus regeling daadwerkelijk wel geïnd? In alle voertuigen van Regiotaxi de Vallei zijn kaartlezers aanwezig en in werking. Of de registratie correct verloopt wordt vastgelegd in de database die het SRE maandelijks ontvangt. Deze database leidt ook tot de factuur. Op deze factuur worden de malussen al in mindering gebracht. Elke maand wordt de factuur gecontroleerd door een facturatietool die wordt bediend door een onafhankelijk
5
A
Raadsnummer
11R4531
bureau. Tot nu toe is ongeveer € 17.000 ingehouden op de facturen over het totale contract. De klachtenregistratie staat los van het wel of niet werkend zijn van apparatuur. De klachten worden geregistreerd door een onafhankelijk bureau en dit bureau bewaakt ook de beantwoording. Het SRE en de gemeenten kunnen direct alle klachten, de voortgang van de beantwoording en de brieven met de beantwoording inzien in een digitaal systeem.
Vraag 2: Uit gesprekken met betrokken chauffeurs blijkt dat de beschikbare instrumenten niet toereikend zijn (mobilofoon), waardoor men regelmatig telefonisch contact dient op te nemen met de centrale. Daar de voertuigen niet zijn uitgerust met handsfree apparatuur, levert dit gevaarlijke situaties op en daarbij financiële consequenties voor de chauffeurs. . Deelt het College met ons de mening dat dit zeer onwenselijk is? Uit informatie is gebleken dat de boordcomputer in alle voertuigen aanwezig is en werkt naar behoren (een incidenteel defect daargelaten).
Vraag 3: Uit diezelfde gesprekken bleek ook dat het onderhoud van het wagenpark vraagtekens plaats bij de uitvoering daarvan. Zo blijkt dat eens in de zoveel tijd er een monteur aanwezig is voor dat onderhoud. In de tussentijd wordt er met defecten (geen grote) gewoon doorgereden. . Deelt het College met ons de mening dat ook dit zeer onwenselijk is? Alle Taxbus voertuigen zijn nieuw. Uit navraag blijkt verder dat de voertuigen goed worden onderhouden, regelmatig gecontroleerd en mankementen worden direct verholpen. Vraag 4: Ook het stedelijke en regionaal WMO vervoer dient als visite kaartje voor de ambities van de regio te zijn. Zichtbaar hebben wij kunnen waarnemen dat de voertuigen niet schoon zijn, daarbij kunnen we tevens waarnemen dat om welke reden dan ook voertuigen niet voorzien zijn van het logo en de belettering. . Deelt het College met ons de mening dat dit moet verbeteren? De vervoerder reinigt de voertuigen frequent van binnen en van buiten. Er zijn ook nauwelijks tot geen klachten hierover. Het ontbreken van belettering kan tijdelijk voorkomen bij de instroom van nieuwe voertuigen. Op zich mag zonder belettering worden gereden als er maar een bord aanwezig is met het Taxbus logo. Dit gebeurt op precies dezelfde manier als bij de vorige vervoerder. Kort samengevat kan het SRE de vervoerder op de volgende manieren controleren:
6
A b
b
b
b
Raadsnummer
11R4531
Er zijn driewekelijkse gesprekken met de vervoerder en indien nodig tussentijds contact. Hierbij zijn ook een aantal gemeenten aanwezig die in dit overleg ook direct lokale zaken of signalen kunnen bespreken. Vanuit de klachten zou kunnen blijken dat zaken niet volgens contract worden opgepakt. De klachten worden daarom uitgebreid gemonitord door het SRE. Vanuit de managementinformatie en de ritgegevens die het SRE maandelijks krijgt kan ook nagegaan worden of alles volgens contract verloopt. Dit wordt ook nog eens gecontroleerd door een extern bureau om na te gaan of het juiste bedrag is gefactureerd en of de malus op juiste wijze in rekening is gebracht. Tenslotte heeft het SRE ook nog andere middelen die ingezet kunnen worden om de vervoerder te controleren zoals een mystery quest onderzoek. Dit zal dan ook binnen afzienbare tijd worden ingezet.
Vraag 5 Kunt u vervolgens aangeven het aantal gereden ritten. De krant schreef onlangs een naar onze mening over een absurd hoog aantal ritten per dag, wat neer kwam op grofweg 75.000 ritten per maand, . Hoeveel ritten zijn er de afgelopen maanden daadwerkelijk gereden, gespecificeerd per Gemeente en per maand? . Hoe verhoudt zich dit aantal ten opzichte het aantal geboekte ritten? . Hoeveel klachten zijn daadwerkelijk officieel opgenomen, gespecificeerd per Gemeente en per maand? De antwoorden op de laatste vraag zijn al eerder verzonden naar Leefbaar Eindhoven maar de antwoorden zijn middels een bijlage toegevoegd worden aan het dossier. Eindhoven, 22 september 2011.
avi/QG11031847
7