Gemeente Baarn Commissie voor Samenleving, Bestuur en Financiën (SBF) Verslag van de openbare vergadering, gehouden op dinsdag 13 maart 2007 in het gemeentehuis
Commissievoorzitter:
de heer W.J.L. Genuit (GL) (waarnemend)
Raadsgriffier:
mevrouw J.G.S. Pijnenborg
Aanwezig:
de heer P.A.H.Blokker (PvdA), mevrouw A.W.T. Dercksen (HvB), de heer J. Hoogendoorn (CDA), de heer J.M.W. Jansen (CDA), de heer C. Koudstaal (BOP), de heer A. van der Meij (VVD), mevrouw H.L. Nauta-van Gelder (GL), de heer J.G. Nijhof (LTS), de heer A.B.A. van Roshum (CU), de heer R. Timmer (PvdA) en de heer J.S. de Ranitz (VVD),
Overige aanwezigen:
de heer H.A. Smith (wnd. burgemeester), de heer W.L. Lieberwerth (wethouder) en de heer J. de Wilde (wethouder)
Afwezigen:
de heer A.R. Stolk (VVD) (voorzitter)
Publieke tribune:
10 personen
Pers:
1 persoon
1. Opening De VOORZITTER opent om 20.00 uur de vergadering en heet alle aanwezigen welkom, in het bijzonder mevrouw Feith (voorzitter bezwaarcommissie)) en de heren van de politie, district Eemland-noord. De heer De Groot is helaas verhinderd om de presentatie te geven en zijn plaats wordt ingenomen door de heer Buijzerd. Voorts heet spreker van harte welkom mevrouw Dercksen die vanavond zal worden geïnstalleerd als commissielid. 2. Installatie mevrouw A.W.T. Dercksen als lid van de commissie SBF Mevrouw Dercksen legt voor de VOORZITTER de belofte af. Vervolgens feliciteert de voorzitter mevrouw Dercksen met haar installatie als nieuw lid van de commissie. 3. Vaststelling agenda en mededelingen De VOORZITTER meldt dat de heer Stolk afwezig is vanwege vakantie en daarom is spreker vanavond voorzitter van de commissie. De burgemeester komt wat later. 4. Inventariseren insprekers publieke tribune De VOORZITTER deelt mee dat zich geen insprekers hebben aangemeld. 6. Evaluatie bezwaarcommissie en wijziging verordening Eerste termijn 1
Mevrouw NAUTA vindt het een gunstig rapport. Verzocht wordt om in een volgende rapportage de ervaringen van de bezwaarden mee te nemen. De heer TIMMER merkt op dat een onderdeel van een goede dienstverlening een goede bezwarenprocedure is. De aanbevelingen t.a.v. motivering en communicatie zijn belangrijke punten voor zijn fractie. Moet er worden gedacht aan een second opinion bij de bijzondere aandacht voor de kwaliteit van medische adviezen? Geldt voor alle woningbouwverenigingen dat er sprake kan zijn van een urgentieverklaring bij overlast van buren? Neemt het college de aanbeveling van het klanttevredenheidsonderzoek over? Hoe staat het met de expertise binnen de commissie t.a.v. de WWB? De heer HOOGENDOORN vindt het een prima rapport en bedankt de bezwarencommissie voor haar inzet. Mevrouw DERCKSEN is lovend over de ervaringen met de bezwaarcommissie. Het is veel veelzijdiger geworden en zij is zeer te spreken over de kwaliteit van de commissie. De heer NIJHOF is ook vol lof en stemt in met het voorstel. De heer DE RANITZ sluit zich aan bij de woorden van lof over de evaluatie en bij de vragen die door de PvdA zijn gesteld. Wethouder LIEBERWERTH zal de lof van de commissie overbrengen. Het college is verguld met de kwaliteit van de bezwarencommissie. De expertise op het gebied van de WWB is vertegenwoordigd in de commissie in de vorm van een oud-directeur van een sociale dienst en de persoon doceert ook nog in sociale rechten. Wat betreft het klanttevredenheidsonderzoek is het probleem dat iemand die geen gelijk heeft gekregen een bepaalde opvatting over de commissie zal hebben en degene die wél gelijk heeft gekregen een andere opvatting over de commissie zal hebben. De vraag is derhalve of het meten geen onbedoelde effecten zal sorteren. Bij overlast door buren vindt in veel gevallen overleg plaats door de burgemeester met de betreffende woningbouwvereniging waarbij ook een urgentieverklaring aan de orde komt. Tot dusver is het overleg meestal met woningbouwvereniging Eemland omdat zij de meeste huurwoningen in bezit heeft. Het komt vaak voor dat na een bezwaar tegen een medisch advies een reactie van de medici veel tijd in beslag neemt. Geprobeerd wordt om in de onderbouwing van de adviezen van de GGD meer aanscherping te krijgen. Tweede termijn De heer TIMMER stelt dat in een klanttevredenheidsonderzoek gevraagd kan worden of men zich correct en afdoende bejegend voelt door de bezwarencommissie. Wethouder LIEBERWERTH geeft aan dat de voorzitter van de bezwarencommissie heeft ervaren dat de grondhouding van de organisatie zeer positief is. Er heeft enige gewenning plaatsgevonden omdat de ambtenaren hoor en wederhoor niet gewend waren maar men heeft zich heel snel kunnen vinden in de rol die van hen verwacht wordt. Ook bij andere gemeenten is een dergelijke verbreding van de rol van de bezwarencommissie waargenomen. De VOORZITTER concludeert dat het voorstel als hamerstuk naar de raad gaat. 7.
Intrekken verordening op de behandeling van klachten gemeente Baarn 2001
2
Eerste termijn De VOORZITTER wijst er op dat de intrekking van de verordening een bevoegdheid van de raad is maar de regeling zal door het college worden vastgesteld. Dat neemt niet weg dat de commissie zijn mening kan geven over de regeling. De heer TIMMER vraagt of wordt gedacht aan een vorm van mediation bij het oplossen van de klachten. Mevrouw NAUTA verzoekt het college om de doelstelling in artikel 2 aan te vullen met een bepaling over de verbetering van de kwaliteit van de organisatie. Mevrouw DERCKSEN vraagt of de regeling tot stand is gekomen op basis van een model van de VNG. Zo ja, waar wijkt de regeling dan af van de format? Toegejuicht wordt dat eerst wordt geprobeerd om de klacht informeel af te handelen zonder dat hiermee de zorgvuldigheid uit het oog wordt verloren. De heer VAN ROSHUM vraagt of aan de klager de volledige procedure voor het doen van klachten inclusief de formele weg van afhandeling wordt uitgelegd. De heer DE RANITZ gaat akkoord met het voorstel. De heer NIJHOF vraagt hoe de kennisgeving van de procedure aan de burger plaatsvindt. Weet de burger waar hij informatie kan halen? Wethouder LIEBERWERTH legt uit dat in uitzonderlijke situaties mediation is overwogen maar geprobeerd wordt om deze taak door de manager te laten vervullen. Vanuit rechterlijke organisaties wordt soms gevraagd of de gemeente bereid is om mediaton toe te staan. De organisatie leert van elke fout en daarom lijkt de door mevrouw Nauta gevraagde toevoeging enigszins overbodig. Er was geen VNG model voor de regeling voorhanden. Het totale traject inclusief de ombudsman wordt op goede wijze geregeld in de organisatie. Zodra het college de regeling heeft vastgesteld, wordt het op internet gezet en er zal ook bekendheid aan worden gegeven op de gemeentepagina. Tweede termijn Mevrouw DERCKSEN vraagt of er soms een verordening van de VNG op dit gebied bestaat. Het is uitstekend dat er een regeling is ontworpen want dat hoeft zelfs van de wet niet. De heer KOUDSTAAL meldt dat mediation in de praktijk een bruikbaar hulpmiddel blijkt te zijn. Het is niet zo’n zwaar middel omdat het juist tot goede resultaten kan leiden vóór de gang naar de rechter. Wethouder LIEBEREWERTH zegt dat in een aantal zware gevallen inderdaad mediation is toegepast. Duidelijk is dat mediation in een beginstadium veel strijd en kosten kan voorkomen maar als je dit traject aangaat, moet je ook aangeven tot hoe ver je bereid bent te gaan. Met de portefeuillehouder zal worden besproken hoe en wanneer in de toekomst tot mediation kan worden overgegaan. In het verleden is zelfs de gedachte geweest om een contract aan te gaan met een mediator maar dat is niet doorgegaan. De voorzitter van de bezwaarcommissie heeft in een aantal zaken op een mediation-achtige wijze dingen opgelost na overleg met het college.
3
De heer DE RANITZ vindt het een goede zaak als zaken in eerste instantie worden opgelost door de manager. Een mediator zal altijd een externe persoon zijn en derhalve brengt dit kosten met zich mee. De heer TIMMER stelt dat mediation in een aantal gevallen wel degelijk zin kan hebben. Wél moeten er twee partijen achter staan. De heer KOUDSTAAL legt uit dat mediation probeert te voorkomen dat een gang naar de rechter wordt gemaakt. Als er een klacht is waaruit blijkt dat men niet verder kan gaan met elkaar en de volgende stap zou de gang naar de rechter zijn, is als oplossing de inschakeling van een mediator vaak een goede zet. De heer DE RANITZ is het daarmee eens maar het is nog mooier als de klacht in eerste instantie wordt opgelost door de manager. De VOORZITTER concludeert dat het voorstel als hamerstuk naar de raad gaat. 8. Verordening wet inburgering 2007 gemeente Baarn Eerste termijn Mevrouw NAUTA vraagt waarom er nog voorrangscriteria gehanteerd worden als er genoeg cursussen zijn. Er moet veel soepeler met deze wet worden omgegaan. De verordening staat vol van betalingen en sancties en dan vraag je je af hoe vorstelijk Baan nog is. De gemeente moet de mensen ruimhartig tegemoet komen opdat zij zich hier thuis voelen. Er wordt een bedrag van 140.000 euro voor cursussen t.b.v. het personeel overgebracht van 2006 naar 2007. Kan dat geld niet worden ingezet om de inburgeraars cursussen aan te bieden? Als dat niet mogelijk is, dient de regeling voor de bijzondere bijstand te worden toegepast voor de mensen die een minimum inkomen hebben. Haar fractie is mordicus tegen enige vorm van boete. De mensen willen hun best doen en lopen wellicht niet altijd in het stramien dat de samenleving wil maar dan mag hen geen boete worden opgelegd. De toegesneden inburgeringsvoorziening klinkt weer heel wollig. Beter is als er drie standaardvoorzieningen komen van een laag, midden en hoog niveau naar gelang de achtergrond van de persoon. Dan wordt het makkelijker gemaakt en ontstaat er niet zoveel bureaucratie. De heer HOOGENDOORN merkt op dat de gemeente nu eenmaal wettelijke taken moet uitvoeren. Mevrouw NAUTA heeft begrepen dat er in de verordening een souplesse zit om dit zelf in te kunnen vullen. De heer BLOKKER vindt het voorliggende voorstel een nogal straffe regeling maar het centraal stellen van de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeringsplichtige is evident. In de criteria moeten de afstand tot de arbeidsmarkt en het hebben van een opvoedingstaak een hoge prioriteit krijgen. Hopelijk krijgt de Stichting Vluchtelingenwerk voldoende vrijwilligers om de maatschappelijke begeleiding en de stage te kunnen regelen. Bij het geven van boeten dient te worden gekeken naar de ernst van het feit en de verwijtbaarheid voordat een boete wordt opgelegd. Wat wordt gedaan met de mensen die ondanks hun inspanningen geen examen of diploma halen?
4
De heer DE RANITZ gaat akkoord met het voorstel. Bij een evaluatie moet goed gekeken worden hoe een en ander heeft gewerkt. Sancties zijn nodig om de integratie tot stand te brengen waarbij natuurlijk van geval tot geval moet worden bekeken welke omstandigheden daartoe geleid hebben. Mevrouw DERCKSEN vindt dat niet uit de verordening geproefd mag worden dat het alleen om hulpbehoevenden gaat. Veel mensen komen in Nederland die een goede opleiding en een baan hebben en zij zitten ook aan deze verplichting vast. In hoeverre is er ruimte om geen eigen bijdrage te vragen aan mensen die afhankelijk zijn van bijstand of een laag inkomen hebben? In het licht van de inspanning ingevolge de WWB is het opleggen van een boete niet gepast. Als zo’n iemand het examen niet haalt, heeft dat al een enorme impact op de persoon. Dan moeten er andere maatregelen worden getroffen. De heer DE RANITZ vraagt aan wat voor maatregelen wordt gedacht. Mevrouw DERCKSEN denkt dan bijvoorbeeld aan het slepen van de kinderen door het examen door de leerkrachten. De heer DE RANITZ merkt op dat dit een hulpmiddel is maar geen maatregel. Mevrouw DERCKSEN stelt dat er al een sanctie is op het niet halen van het examen en dat zal niet van de boete afhangen. De heer NIJHOF pleit er voor om de verordening het accent te geven van het feest van de inburgering en het samen zijn met elkaar. Het kan ook gaan om je eigen schoonzoon. Daarom moet meer accent worden gelegd in de verordening op de positieve kanten van de inburgering. Hoe wordt tegemoet gekomen aan gehandicapten die cognitief niet kunnen voldoen aan de eisen voor inburgering? De heer VAN ROSHUM zou graag meer inzicht krijgen in hoe zo’n traject loopt en inzage krijgen in een examen om meer feeling met dit onderwerp te krijgen. Zijn fractie is ook niet zo blij met de boeteregeling. Verwacht wordt dat je alleen een boete krijgt als je er echt met de pet naar gooit. Het woord inburgeringsplichtige zou moeten worden gewijzigd in inburgeraar omdat dit wat vriendelijker klinkt. Wethouder DE WILDE legt uit dat de gemeente de plicht heeft om invulling te geven aan deze wetgeving. Er is een categorie mensen waarvoor het verplicht is om in te burgeren. Dan gaat het om vluchtelingen met een status en uitkeringsgenieters. Daarnaast is er een categorie mensen waar het wenselijk zou zijn dat zij een inburgeringscursus volgen. Bij de eerste categorie gaat het in Baarn om 10 mensen per jaar. De tweede groep bestaat uit 18 personen die een bijstandsuitkering hebben. De derde categorie komt van de Informatiseringsbank in Veendam en dan gaat het voor Baarn om 198 potentiële inburgeraars. De ervaring leert dat als je die mensen gaat benaderen dit leidt tot een kwart van het bestand dat moet inburgeren, dus ongeveer 50 personen. De doelgroep varieert van analfabeten tot academisch geschoolden. Derhalve zal maatwerk moeten worden geleverd. Belangrijk is dat de mensen zich zo snel mogelijk thuis voelen. Omdat niet aan alle mensen tegelijk een traject kan worden aangeboden, zullen prioriteiten moeten worden gesteld. Dan gaat het om mensen die een uitkering hebben en toegeleid moeten worden naar werk. De mensen die een opvoedingstaak hebben, is ook een zeer belangrijke categorie. Op die
5
doelgroepen zal de gemeente zich richten. De bijzondere bijstand regeling wordt ruimhartig toegepast en als daar mensen een beroep op doen, zal dit welwellend worden bekeken. Er ligt een VNG regeling voor en t.a.v. de boeten heeft het college gekozen voor een milder beleid waarbij aansluiting is gezocht bij de WWB. Dat is milder dan de maximale boetes die in de wet staan. De mensen die een beroep doen op de inburgeringscursus zullen een overeenkomst krijgen voorgelegd en daaruit vloeit ook de plicht voort om te presteren. Als er niet gepresteerd wordt, staan daar sancties tegenover. Zo zit de wet in elkaar. De eigen bijdrage ad 270 euro is een verplichting. Mensen die in een uitkeringssituatie zitten, betalen die eigen bijdrage niet. Als mensen het heel snel doen en het niveau A2 taal halen, bestaat de mogelijkheid om de 270 euro weer terug te krijgen. De gemeente zal komen met een aantal standaard aanbiedingen die aangepast zijn aan het niveau van de inburgeraar. Geprobeerd wordt om die mensen te benaderen waarvan zeker is dat zij dit traject in kunnen want een wachtlijst werkt demotiverend. Voor de groep die pas in Nederland is en nog geen netwerk heeft in het dorp, zal invulling worden gegeven gedurende een jaar aan de maatschappelijke begeleiding via de Stichting Vluchtelingenwerk Midden-Nederland. Gehoopt wordt dat het aantal vrijwilligers daar snel op peil zal zijn. Er worden momenteel vrijwilligers geworven. Als iemand kan aantonen dat hij niet in staat is om aan een inburgeringstraject mee te doen, kan een ontheffing worden gevraagd. Een mogelijkheid hiervoor is een handicap of de leeftijd. Als iemand niet in een uitkeringssituatie zit en ouder is dan 60 jaar, kan vrijstelling worden verleend. Voor uitkeringsgerechtigden is de verplichting tot 65 jaar. Wanneer iemand buiten zijn toedoen het examen niet heeft gehaald, worden er geen sancties opgelegd. Met het opleggen van boetes zal met wijsheid worden omgegaan. Bij de intake wordt bepaald op welk niveau de cursus gegeven gaat worden en of er wel behoefte aan is. Als mensen nog in het buitenland verkeren, moeten ze ter plekke een inburgeringsexamen doen. Er worden lessen gegeven in maatschappijkennis. Dat bevat geschiedenis, aardrijkskunde en cultuur maar het meest cruciale is de opleiding in de Nederlandse taal. Tweede termijn Mevrouw DERCKSEN vraagt welke ruimte de gemeente zelf heeft in interpretatie van de wet. Er is een inconsequentie in het stellen van sancties in de situatie dat iemand naar werk geleid wordt terwijl er al sancties bestaan in het kader van de WWB. De heer TIMMER wijst er op dat in het voorstel al is aangegeven dat dubbele sancties niet mogelijk zijn. Mevrouw NAUTA merkt op dat het gaat om gasten die in het land komen. De toon kan gezet worden door de mensen hartelijk te ontvangen en stimuli te geven om aan de inburgering deel te nemen. Hoe autonoom is de gemeente om een eigen koers te varen? De heer NIJHOF zegt dat het antwoord van de wethouder wel vertrouwen geeft maar de wet is nogal hoekig. Wat zijn de ontheffingsmogelijkheden en wie beoordeelt of er ontheffing wordt gegeven? De heer VAN ROSHUM vraagt of de gemeente de statushouders volgt nadat het inburgeringsexamen is gedaan over bijvoorbeeld een periode van vijf jaar. Mevrouw DERCKSEN vraagt of het bedrag dat het rijk jaarlijks geeft voldoende is om 80 mensen in een traject te zetten.
6
Wethouder DE WILDE zegt dat de rijksbijdrage van 233.000 euro voor dit jaar bestaat uit een vast deel om de cursussen te organiseren, een variabel deel voor initiële kosten en een inspanningsdeel afhankelijk van hoe de gemeente heeft geïnvesteerd. Achteraf moet verantwoord worden hoeveel mensen een traject hebben gevolgd en dan kan de rijksbijdrage gekort worden. Het kan niet meer worden. Met dit bedrag komt de gemeente dit jaar uit met 80 mensen. Mevrouw DERCKSEN vraagt wat er gebeurt als 85 mensen dit jaar bediend moeten worden. Wethouder DE WILDE zegt dat dan in overleg met elkaar moet worden gegaan. Als mensen in de bijstand zitten, is er geen sprake van cumulatie van boetes want dan is het een onderdeel van het totale traject van toeleiding naar werk. De gemeente moet zich aan de wet houden. Er is maar een beperkt onderdeel waar de gemeente autonomie heeft en de hoogte van de boetes is daar één van. Mevrouw NAUTA vraagt of de gemeente mag zeggen dat iemand geen eigen bijdrage hoeft te betalen. Wethouder DE WILDE antwoordt dat dit niet kan. Alleen wanneer men het examen op een bepaald niveau haalt, kan men de 270 euro terug krijgen. De heer KOUDSTAAL vraagt of de gemeente de autonomie heeft om te zeggen dat iemand het geld terug krijgt als hij het examen heeft gehaald. Wethouder DE WILDE merkt op dat deze zaak is vastgelegd in wet en regelgeving. De heer DE RANITZ vindt dat de eerste evaluatie van de uitvoering van de verordening moet worden afgewacht voordat een nadere invulling aan een en ander kan worden gegeven. Wethouder DE WILDE zegt dat de mensen zich in dit dorp prettig zullen voelen maar binnen de geldende wetgeving. Als iemand aantoont dat hij een psychische of lichamelijke handicap heeft en daardoor niet in staat is om het traject te doen, wordt een ontheffing verleend. Voorts kan een ontheffing worden gegeven als een aantoonbare inspanning is geleverd maar de gemeente tot het oordeel komt dat het desondanks niet mogelijk is om het examen te halen. Op de besluiten van het college staan bezwaar en beroep open. In het eerste jaar wordt aan statushouders een begeleiding aangeboden en daarin gaat deze gemeente verder dan andere gemeenten. De heer NIJHOF constateert dat de bevoegdheid tot het verlenen van ontheffingen bij het college ligt. Wethouder DE WILDE legt uit dat de uiteindelijke beslissing over het aanbieden van inburgeringstrajecten bij het college ligt. De VOORZITTER concludeert dat de fracties van PvdA, VVD en CDA akkoord gaan met het voorstel en dat de fracties van HvB, GL, BOP, LTS en ChristenUnie eerst beraad wensen. Derhalve gaat het voorstel als bespreekpunt naar de raad. 5.
Presentatie door de heer De Groot (districtschef politie Eemland-noord) inzake nieuwe werkwijze politie
7
De heer BUIJZERD legt uit dat de heer De Groot deze presentatie zou geven maar hij maakt deel uit van één van de staven grootschalig optreden en daarom is hij opgeroepen om in Utrecht de rellen in de wijk Ondiep te beteugelen. De presentatie is genoemd: Eemland in Beweging. Het district bestaat uit de gemeenten Baarn, Bunschoten-Spakenburg, Eemnes en Soest. Er is altijd gewerkt met vier wijkteams waarvan één wijkteam in Baarn. De dienstverlening en de resultaten konden beter. Vergroten van de slagkracht en de effectiviteit is belangrijk en het vergroten van het gebiedsgebonden werken. In Baarn blijven drie wijkagenten. Neventaken van de wijkagenten worden beter verdeeld hetgeen resulteert in 6 à 7 agenten meer op straat in het district. Er is minder leiding gekomen en de verantwoordelijkheid is lager in de organisatie gelegd. Baarn, Bunschoten-Spakenburg en Eemnes hebben nu één team en Soest heeft één team. Per wijkteam zijn er ongeveer 20 man. De beschikbaarheid van de wijkagent voor de wijk is van 50 naar 80 procent gegaan. De wijkagent wordt minder belast met administratieve zaken en dat verhoogt de kwaliteit van het product. Per district is de doelstelling twintig procent minder criminaliteit. Met name in de gemeente Eemnes is begonnen met buurtparticipatie. Geselecteerde burgers en gemeenteambtenaren worden hiervoor ingeschakeld. Geprobeerd wordt om meer burgers in de wijken te betrekken. Men kan beter 10 keer te veel dan 1 keer te weinig bellen. Prio 1 meldingen zijn verdachte situaties waarbij de politie binnen 10 minuten aanwezig moet zijn. Dat lukt in 95 procent van de gevallen. Bij prio 2 meldingen is de politie in 85 procent van de gevallen binnen 30 minuten aanwezig. Het wijkteamconcept is versterkt. Er was een afdeling ingericht die zich alleen maar bezig hield met grote incidenten. Daar werd veel capaciteit in weggezet maar men kende ook veel loze uren. De bedoeling is nu dat de melding in het wijkteam wordt afgewerkt. Er is minder afdelingsoverleg. Er is een aantal doelstellingen. Het prestatiecontract met Binnenlandse Zaken. Het IVP van de gemeenten. Daar wordt het activiteitenplan op gebaseerd. Speerpunten zijn geweld, jeugd en huiselijk geweld. Er wordt minder aandacht besteed aan verkeer. De heer KOUDSTAAL constateert op wijkavonden dat iedereen er over klaagt dat er te hard wordt gereden, dat auto’s in het groen worden neergezet en dat ze nooit politie zien. De heer BUIJZERD zegt dat er zeker nog veel gedaan wordt op het gebied van het verkeer. De heer KOUDSTAAL stelt dat het IVP de burgers niets zegt. De heer BUIJZERD legt uit dat het IVP de prioriteiten aangeeft waarop het activiteitenplan voortborduurt. Als het nodig vindt er opschaling plaats van wijkteam naar districtsniveau etc. De tevredenheid van de bevolking is 7,5 maar dat moet nog hoger worden. Elke persoon die een aangifte heeft gedaan, wordt nu teruggebeld over wat er met zijn aangifte of melding is gedaan. Geprobeerd wordt om zoveel mogelijk voeling te houden met de samenleving. Zo is vorig jaar begonnen met gesprekken met de Islamitische stichting en de Allochtonenraad om hen te betrekken bij de problematiek onder de jeugd. De heer TIMMER heeft graag meer toelichting op het fenomeen burgerparticipatie zoals dat nu in Eemnes functioneert. Geldt de hoge doelstelling voor het terugdringen van criminaliteit voor alle vormen van criminaliteit? De heer BUIJZERD legt uit dat het gaat om de geregistreerde criminaliteit. In het kader van de burgerparticipatie is een mailbox geopend voor mensen die daarvoor zijn aangewezen
8
waaronder ambtenaren. Specifieke informatie wordt per e-mail aan deze mensen verspreid waarbij informatie wordt gevraagd over situaties. Het heeft veel positieve kanten. Als blijkt dat het gaat werken, wordt het uitgebreid met Burgernet. Dan gaat er ook met MSN gewerkt worden. De pilot ligt bij Eemnes. Als het goed bevalt, wordt het mogelijk uitgebreid naar andere gemeenten in het district. De heer HOOGENDOORN vraagt of is overwogen om in dit kader ook van de lokale zenders gebruik te maken. De heer BUIJZERD zegt dat er al gebruik van wordt gemaakt. Het is een middel om gericht informatie uit te wisselen. De heer NIJHOF vraagt hoe het melden per e-mail functioneert. De heer BUIJZERD meldt dat het goed werkt want het werkt twee kanten op. De heer SMITH vertelt dat hij op het politiebureau heeft gesproken met bewoners over de problemen in de Oranjestraat als ingeslagen autoruiten en jongeren die vernielingen aanrichten. Het verkeersprobleem is ook aan de orde geweest. Men wil er graag cameratoezicht. De jeugd die de horeca heeft bezocht trekt door het park. Hopelijk wordt er nu meer gebeld naar de politie. De politie zal extra aandacht besteden aan dit gebied van Baarn. 9. Bestemmingsreserves resultaat dienstjaar 2006 Eerste termijn Mevrouw DERCKSEN vraagt hoe de bedragen in categorie 3 en 4 zich verhouden tot de reeds in de begroting vastgestelde bedragen en ten opzichte van de bedragen van vorig jaar. Veel kosten zijn immers gerelateerd aan de capaciteit van de organisatie. De heer HOOGENDOORN is verheugd dat er minder wordt uitgegeven aan het I-deel van de WWB dan dat wordt ontvangen. Is er in dit kader zicht op meer inkomsten uit Den Haag? Wethouder LIEBERWERTH zegt dat het bij de categorieën 3 en 4 gaat om budgetten die al in de begroting zijn opgenomen. Voor wat betreft categorie 3 zijn de verplichtingen al aangegaan maar door een stuk regelgeving mag het niet ten laste van het resultaat over 2006 worden gebracht. Het gaat er bij categorie 4 om in hoeverre de raad bereid is om nog budget beschikbaar te stellen voor de activiteiten die genoemd zijn in het voorstel. Veel kleinere gemeenten hebben van het rijk meer gekregen voor het I-deel en het college heeft besloten om dat te oormerken voor de egalisatiereserve. In de toekomst wordt verwacht dat de middelen beperkt zijn. Als die reserve ingezet wordt, zal de raad worden geïnformeerd. Mevrouw DERCKSEN vraagt hoe het doorschuiven van activiteiten uit 2006 mogelijk is want in 2007 staan er ook activiteiten gepland op dezelfde post. Wethouder LIEBERWERTH zegt dat hier met het management over is gesproken maar de opgesomde activiteiten worden dit jaar uitgevoerd. Er is geen zorg dat er in 2008 restbudgetten zullen ontstaan als het bijvoorbeeld gaat om een grote post als opleidingen personeel. In categorie 4 zijn posten als WMO en Wet Inburgering geoormerkt omdat dit nieuwe beleidsvelden zijn waar nog ervaring mee moet worden opgedaan. Als het college
9
geen goede argumentatie krijgt om de middelen door te schuiven naar het nieuwe jaar, gaat het terug naar het rekeningresultaat. Tweede termijn Mevrouw DERCKSEN stelt dat wanneer de halve organisatie dit jaar op cursus moet er activiteiten weg zullen vallen die wél gepland staan. Ook wat betreft de posten WMO en Wet Inburgering worden extra activiteiten gepland maar dan kunnen andere activiteiten niet plaatsvinden. Wethouder LIEBERWERTH herhaalt dat de posten WMO en WI zijn opgevoerd omdat nog niet precies bekend is wat daaraan uitgegeven gaat worden en anders gaat het terug in de algemene reserve en gaan er andere dingen uit betaald worden. In de bruto-netto uren per jaar wordt rekening gehouden met de trainingen voor het personeel. Als activiteiten gaan knellen, zal met het management overlegd moeten worden in hoeverre een aantal taken niet gedaan kan worden. In de organisatie zal worden geverifieerd of het budget voor trainingen ook helemaal dit jaar zal worden gebruikt en of het bijt met bepaalde activiteiten. Hier zal op sectorniveau op worden terug gekomen. In het college is recent gesproken over de problematiek van bezetting bij een aantal sectoren en dan is het praktischer om de raad in één keer in kennis te stellen van de problematiek. De VOORZITTER concludeert dat HvB het voorstel terugneemt naar de fractie en dat de andere fracties positief adviseren over het voorstel. 10.
Informatiebrieven: a. Brief d.d. 8 januari 2007 inzake informatie over Stichting Vluchtelingenwerk Baarn en voorzieningen voor vluchtelingen b. Brief d.d. 19 januari 2007 inzake onderzoeksplan 2007 in het kader van art. 213A de verordening doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Baarn c. Brief d.d. 25 januari 2007 inzake leerlingenvervoer d. Brief d.d. 21 februari 2007 inzake afronding “Plan van aanpak sectie belastingen” e. Brief d.d. 22 februari 2007 inzake tijdelijke uitbreiding Montinischool f. Brief d.d. 22 februari 2007 inzake voortbestaan van de VVV/ANWB in Baarn De heer HOOGENDOORN vraagt m.b.t. punt a of het opgaan in een nieuwe stichting financiële voordelen heeft voor Baarn. Mevrouw DERCKSEN vraagt om zoveel mogelijk de maatschappelijke begeleiding van de statushouders te laten doen door Wegwijs in Baarn die hier met name voor is ingericht en goed functioneert. De heer DE RANITZ constateert dat deze opmerking niet over deze brief gaat. Wethouder DE WILDE legt uit dat de omvang van het budget gerelateerd aan het aantal vluchtelingen op 96.000 euro lag en nu is het in de nieuwe constructie gerelateerd aan het veel kleinere aantal vluchtelingen van 10 met een daaraan verbonden budget van 20.000 euro. Mevrouw NAUTA heeft bij brief nummer c de chauffeurspas gemist. Zijn alle chauffeurs in het bezit hiervan?
10
De heer VAN ROSHUM vraagt of er recent nog contact is geweest met Klomp m.b.t. de stand van zaken. De heer HOOGENDOORN vraagt welke criteria de gemeente hanteert en welke contractduur is afgesproken gezien de klachten in het verleden over Klomp. Wethouder DE WILDE zegt dat het college naar aanleiding van de discussie in de commissie over de passen heeft overwogen om het contract met Klomp op te zeggen en om het bedrijf aansprakelijk te stellen voor de vervolgschade. Dit is niet gedaan. Klomp zet alles op alles om alle chauffeurs in het bezit te laten komen van een pas. De regeling is wat versoepeld. De mensen kunnen in hun opleidingsperiode nog zonder pas werken maar ze hebben de verplichting om de pas binnen een bepaalde tijd te verkrijgen. Alle mensen hebben nu een pas of ze zijn in opleiding voor zo’n pas. Er is maandelijks contact met het management van Klomp en dan wordt er gepraat over problemen en de activiteiten die verricht moeten worden om de prestaties op een hoger peil te brengen. Er is een contract aangegaan voor twee of drie jaar. Het kan zijn dat het contract de mogelijkheid geeft van verlenging. 11.
Vaststellen verslag vorige vergadering 16 januari 2007 en actiepuntenlijst van 21 februari 2007 Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. De VOORZITTER concludeert dat actiepunt 13 kan vervallen. De heer DE RANITZ merkt m.b.t. actiepunt 2 op dat regelmatig is voorgehouden dat De Speeldoos de jaarrekening 2005 nog niet heeft kunnen overleggen. De jaarrekening is nu ontvangen maar de beleidsambtenaar blijft tot half april a.s. ziek zodat pas eind april de informatie kan worden verstrekt. De organisatie blijkt erg kwetsbaar en merkwaardig is dat het college de subsidie voor De Speeldoos reeds heeft vastgesteld en toegezegd. De jaarrekening bevat gegevens die vermeld moeten worden in de subsidieovereenkomst. Wethouder LIEBERWERTH zal in overleg met het management proberen om aan de raad een eerder antwoord te geven dan half april 2007. 12. Rondvraag Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. 13. Sluiting De VOORZITTER bedankt de aanwezigen voor hun inbreng en sluit om 21.55 uur de vergadering.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raadscommissie d.d. 11 april 2007. De voorzitter,
De griffier,
de heer A. Stolk
mevrouw J.G.S. Pijnenborg
11