Stichting Woonpartners Volkshuisvestingsverslag en jaarrekening 2013
Voorwoord Aanpassen, dat was voor vrijwel iedereen aan de orde in 2013. Ook voor Woonpartners. We hadden te maken met allerlei ontwikkelingen, landelijk en regionaal. Ontwikkelingen die ons, onze klanten en onze partners raken. Onder landelijke politieke druk moeten we de sociale huurmarkt verkleinen en de investeringsmogelijkheden worden beperkt, onder andere door de heffingen die we moeten afdragen. Kostenbesparing was daarom een van de hoofditems. In 2012 hadden we ons hier al op voorbereid en besloten met een lagere bezetting verder te gaan en onze uitgaven opnieuw tegen het licht te houden. Dit heeft in 2013 niet alleen geleid tot een nieuwe organisatiestructuur, maar ook tot een kwaliteitsslag. Omdat we met minder mensen even goede – of zelfs betere – dienstverlening willen bieden, zijn we gestart met interne opleidingen, gericht op persoonlijke ontwikkeling en resultaatgericht samenwerken. Aansluitend zijn we aan de slag gegaan met het aanpassen van onze processen om efficiënter te kunnen werken, met minder bureaucratie voor de klanten. Een nieuw onderhoudsbeleid moet op termijn leiden tot extra kostenbesparingen, zonder in te leveren op de kwaliteit van het onderhoud. De aandacht voor de voortgang van nieuwbouw- en renovatieprojecten is onverminderd hoog gebleven en dat blijft ook zo in 2014. Verder hebben we het initiatief genomen om met maatschappelijke partners rond de tafel te gaan; we willen met hen bespreken hoe we de leefbaarheid in de wijken op niveau kunnen houden. Dat is niet altijd eenvoudig, gezien de veranderende omgeving en de voortdurende crisis, bezuinigingen en decentralisaties van onder andere de Wmo en AWBZ, Jeugdzorg en de Participatiewet. De crisis raakt helaas ook onze huurders. Om de huurders met lagere inkomens tegemoet te komen in de stijgende woonlasten, treffen we voor hen met prioriteit energiebesparende maatregelen en gaan we zorgvuldig om met wettelijke huurverhogingen en wijken we daar zelfs soms in positieve zin vanaf. De veranderingen hebben een grote mate van inzet gevraagd van onze medewerkers. Ik ben er trots op dat onze medewerkers enthousiast met de nieuwe organisatie aan de slag zijn gegaan. Het is nog onduidelijk wat de nieuwe Woningwet en andere landelijke besluitvorming over de toekomst van corporaties nog meer met zich mee zullen brengen. Daarbuiten ziet onze financiële toekomst er nu goed uit. We streven ernaar om eind 2014 daadwerkelijk de gewenste kostenbesparingen gerealiseerd te hebben, zodat we kunnen gaan oogsten wat we de afgelopen jaren gezaaid hebben. In het belang van onze klanten, vanzelfsprekend. Ger de Wilde directeur-bestuurder Woonpartners
1
Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 1 1 Strategie .......................................................................................................................................... 5 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 2
Betaalbaar wonen ........................................................................................................................... 8 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12
3
Kwaliteitsbeleid bestaand bezit ............................................................................................ 14 Onderhoudskosten 2013 ....................................................................................................... 14
Dienstverlening.............................................................................................................................. 16 5.1 5.2 5.3
6.
Nieuwbouw ........................................................................................................................... 12 Verwerving ............................................................................................................................ 12 Herhuisvesting ....................................................................................................................... 13 Strategisch vastgoedbeleid ................................................................................................... 13
Kwaliteit van het bezit ................................................................................................................... 14 4.1 4.2
5
Doelgroepen ............................................................................................................................ 8 Huisvesting bijzondere doelgroepen ....................................................................................... 8 Woonruimtebemiddeling ........................................................................................................ 8 Verhuringen ............................................................................................................................. 9 Aantal huurwoningen .............................................................................................................. 9 Gedifferentieerde woningvoorraad ...................................................................................... 10 Huurwoningen naar huurprijsklasse ..................................................................................... 10 Aanpassing streefhuur........................................................................................................... 10 Huurderving ........................................................................................................................... 10 Mutaties en mutatiegraad..................................................................................................... 10 Verkoop en aankoop van bestaande woningen .................................................................... 11 Jaarlijkse huuraanpassing ...................................................................................................... 11
Woningvoorraad............................................................................................................................ 12 3.1 3.2 3.3 3.4
4
Ondernemingsplan .................................................................................................................. 5 Missie en visie.......................................................................................................................... 5 Onze kernwaarden .................................................................................................................. 6 Strategische opgaven .............................................................................................................. 6 Operationele doelstellingen .................................................................................................... 6 Financiële doelstellingen ......................................................................................................... 7
KWH-Huurlabel ...................................................................................................................... 16 Klachten en geschillen ........................................................................................................... 16 Gezamenlijke Geschillenadviescommissie ............................................................................ 16
Maatschappelijk presteren............................................................................................................ 18 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6
Leefbaarheid in buurten en wijken ....................................................................................... 18 Wijkvisies ............................................................................................................................... 18 De WP-Servicekaart ............................................................................................................... 19 Wonen, welzijn en zorg ......................................................................................................... 19 Huisvesting bijzondere doelgroepen ..................................................................................... 20 Aanpassing woning/opplussen complex ............................................................................... 20 2
6.7 6.8 7
Domotica ............................................................................................................................... 21 Sponsoring ............................................................................................................................. 21
Lokale verankering en samenwerking ........................................................................................... 22 7.1 7.2 7.3 7.4
8
Belanghouders....................................................................................................................... 22 Prestatieafspraken Woningcorporaties en Gemeente Helmond 2012-2015........................ 22 Samenwerkingsverbanden .................................................................................................... 23 Bewonersparticipatie in 2013 ............................................................................................... 23
Organisatie .................................................................................................................................... 24 8.1 8.2
9
Personele bezetting ............................................................................................................... 24 Ondernemingsraad ................................................................................................................ 24
Bestuur, toezicht en governance................................................................................................... 26 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7
10
Algemeen directeur-bestuurder............................................................................................ 26 Werkwijze .............................................................................................................................. 26 Raad van Toezicht.................................................................................................................. 27 Jaarstukken 2012 ................................................................................................................... 28 AedesCode en Governance Code .......................................................................................... 29 Gedragscode Integriteit en Klokkenluidersregeling .............................................................. 29 Goedkeuring jaarverslag........................................................................................................ 29 Gezonde financiën ..................................................................................................................... 30
10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6 10.7 11
Heffingen ............................................................................................................................... 30 Wettelijke normen ................................................................................................................ 30 Risicobeheersing.................................................................................................................... 30 Financiële benchmark ........................................................................................................... 31 Financiële instrumenten........................................................................................................ 31 Financieel meerjarenbeeld .................................................................................................... 32 Stichting Woonpartners en haar verbindingen ..................................................................... 33 Bijlagen ...................................................................................................................................... 36
11.1
Bijlagen bij hoofdstuk 2 ......................................................................................................... 36
11.1.1 11.1.2 11.1.3 11.1.4 11.1.5 11.1.6 11.1.7 11.1.8 11.1.9 11.2
Bijlagen bij hoofdstuk 3 ......................................................................................................... 41
11.2.1 11.3
Aantal verhuringen aan bijzondere doelgroepen ......................................................... 36 Overzicht van woningzoekenden en verhuringen in 2013 ............................................ 36 Tabel Verhuringen 2013 (Aanhangsel E) ....................................................................... 37 Overzicht van de aantallen VHE’s en de wijzigingen in 2013 ........................................ 38 Overzicht bezit naar wijk ............................................................................................... 38 Samenstelling van de voorraad per 31 december 2013 ............................................... 39 Overzicht oorzaken van leegstand en huurderving....................................................... 39 Totaal aantal beëindigde huurcontracten ..................................................................... 40 Overzicht verkochte huurwoningen in 2013 ................................................................. 40
Plannen in uitvoering en ontwikkeling .......................................................................... 41
Bijlagen bij hoofdstuk 4 ......................................................................................................... 42 3
11.3.1 11.4
Bijlagen bij hoofdstuk 5 ......................................................................................................... 42
11.4.1 11.4.2 11.5
Meetresultaten KWH-Huurlabel.................................................................................... 42 Leden GGAC 2013 .......................................................................................................... 42
Bijlagen bij hoofdstuk 6 ......................................................................................................... 43
11.5.1 11.5.2 11.6
Onderhoudskosten 2013 ............................................................................................... 42
Uitgaven leefbaarheid 2013 .......................................................................................... 43 Huisvesting bijzondere doelgroepen ............................................................................. 44
Bijlagen hoofdstuk 7 .............................................................................................................. 46
11.6.1 Positionering van de belanghouders van Woonpartners en de overlegfrequentie (bij benadering) ................................................................................................................................... 46 11.7
Bijlagen hoofdstuk 8 .............................................................................................................. 47
11.7.1 11.7.2 11.7.3 11.8
Bijlagen hoofdstuk 9 .............................................................................................................. 49
11.8.1 11.8.2 11.8.3 11.9
Aantal medewerkers ..................................................................................................... 47 Aantal fte’s .................................................................................................................... 48 Overzicht ondernemingsraad ........................................................................................ 48
Bezoldiging Bestuur, Raad van Toezicht en enkele andere functionarissen ................. 49 Samenstelling Raad van Toezicht .................................................................................. 50 Belangrijkste gespreksonderwerpen en besluiten ........................................................ 51
Bijlagen bij hoofdstuk 10 ....................................................................................................... 52
11.9.1 11.9.2 11.9.3 11.9.4
Indicatoren Woonpartners ............................................................................................ 52 Stichting Woonpartners en haar verbindingen ............................................................. 53 Organogram verbindingen ............................................................................................ 55 De enkelvoudige cijfers per 31 december 2013 per verbinding/rechtspersoon .......... 56
4
1
Strategie
1.1 Ondernemingsplan In 2013 zijn we gestart met de nieuwe organisatie die een belangrijke bijdrage levert aan het behalen van de doelen die Woonpartners heeft gesteld. In ons ondernemingsplan 2012-2016 zijn voor het jaar 2013 daarom doelen opgenomen die naast de dienstverlening aan onze klanten vooral te maken hadden met de aanpassing van de interne organisatie en het faciliteren van onze medewerkers om klaar te zijn voor de uitdagingen van de toekomst. Veel medewerkers kregen (deels) nieuwe taken en er zijn nieuwe verbindingen gelegd. Overkoepelend doel is dat we in staat zijn onze volkshuisvestelijke taken op een goede manier te blijven uitvoeren en daarmee onze klanten te blijven bedienen met goede en betaalbare huisvesting. 1.2
Missie en visie Onze missie luidt: Woonpartners is een maatschappelijke onderneming die zich inzet om de klanten uit onze doelgroepen passende huisvestingsmogelijkheden te bieden in een gewaardeerde leefomgeving in de stad Helmond.
‘Maatschappelijk ondernemen’ is in onze ogen: het agenderen en helpen oplossen van lokaalmaatschappelijke (woon)vraagstukken, zodat mensen prettig wonen en leven in buurten, wijken en stad. We beschikken over voldoende lef en creativiteit om zelfbewust de ruimte te zoeken en te nemen om effectief die dingen te doen waar de samenleving om vraagt en het meest mee is gediend. We hechten daarbij veel waarde aan een open dialoog met klanten en lokale belanghebbenden. Op basis daarvan maken we beleidskeuzes, die leiden tot maatschappelijke prestaties. Daarover leggen we op transparante wijze verantwoording af en zo bouwen we aan onze reputatie en het vertrouwen in onze organisatie. Een heldere visie vormt de basis voor de uitwerking van onze missie. Die visie bestaat uit verschillende elementen en invalshoeken:
De stad Helmond is ons werkgebied, we voelen ons verbonden met de stad en we leveren graag onze bijdrage aan een aantrekkelijke stad met een goed imago. We kiezen vooral voor de wijken waarin we al bezit hebben. Onze doelgroep bestaat uit huishoudens met een inkomen dat lager is dan € 34.229 (2013) en huishoudens die door persoonlijke omstandigheden niet in staat zijn zelfstandig te voorzien in huisvesting. Huishoudens met een inkomen tot € 43.000 bedienen we in de huidige woningmarkt ook. Huishoudens met een inkomen dat hoger is, huisvesten we alleen in de sociale huursector als dit een bijdrage levert aan onze volkshuisvestelijke doelen. Woonpartners verwacht op langere termijn een krimpende markt in Helmond. Deze ontwikkeling is van groot belang voor de stad en de samenleving. Om onze taken in de toekomst goed te kunnen blijven uitvoeren, zullen we met maatschappelijke partners moeten komen tot een gedeelde visie over ‘waar de stad heen moet’. Gezien het belang dat wij aan een gedeelde visie hechten zullen wij ons hier sterk voor inzetten. We kijken zorgvuldig naar de omvang van de werkzaamheden en de omvang van de organisatie in relatie tot ons woningbezit. Dat vraagt om resultaatgericht werken, en nieuwe vormen van (samen)werken. 5
We streven naar voldoende ruimte om in te blijven spelen op de volkshuisvestelijke opgaven in Helmond. Daarom zorgen we voor een stabiele financiële positie met voldoende mogelijkheden voor afstemming van de woningvoorraad op de vraag.
1.3 Onze kernwaarden Onze kernwaarden geven richting en invulling aan het ‘gedrag’ van Woonpartners. Onze kernwaarden zijn:
Klantgericht (faciliteren) - Woonpartners verplaatst zich in de klant en denkt proactief mee met haar klant. We herkennen en erkennen mensen met dezelfde waarden en identiteit en stemmen onze producten en diensten hierop af. Maatschappelijk betrokken (duurzaam) - Woonpartners is een corporatie die dicht bij haar klanten en midden in de samenleving staat. We realiseren duurzame woningbouw en staan voor duurzaam woningbeheer. Ook gaan we duurzame en gelijkwaardige relaties aan met klanten en belanghouders, nu en in de toekomst. Bruggenbouwer (ondernemend) - Woonpartners zet actief in op samenwerking tussen partijen zonder zelf altijd een leidende rol te spelen. Wij faciliteren de zelfredzame klant en werken in- en extern samen met anderen om de lokale woon- en leefomgeving waar nodig te verbeteren. Woonpartners is een doortastende bruggenbouwer! Integere partner (transparant) - Woonpartners is een integere partner die staat voor een intrinsieke betrouwbaarheid. We zullen ons niet laten beïnvloeden door oneigenlijke zaken. Woonpartners is een solide partner waar men op kan rekenen. Zo geven we onderscheidende kracht aan de kernwaarden van Woonpartners.
1.4 Strategische opgaven Op basis van de ontwikkelingen die we zien en de missie, visie en kernwaarden van Woonpartners hebben we voor de jaren 2012 – 2016 vier strategische opgaven bepaald: 1. Vergroten van de klantwaarde van de woningen door maatregelen te nemen voor de woning, de woninguitrusting, de woonomgeving en de woonbeleving. 2. Met maatschappelijke partners komen tot een gedeelde visie op de stad en de samenleving en op basis daarvan afspraken maken over de kwaliteit van de bestaande wijken (fysiek en sociaal-maatschappelijk), over sloop, herstructurering en vervangende nieuwbouw. 3. Transformeren naar een organisatie die een concurrerende markt aan kan. 4. Behouden van investeringskracht om de volkshuisvestelijke taak uit te voeren. 1.5 Operationele doelstellingen Enkele van de operationele doelstellingen die Woonpartners in 2013 had: Ontwikkelen en herzien van verschillende beleidsterreinen: in het afgelopen jaar zijn onder andere het onderhoudsbeleid en het huurbeleid van Woonpartners herzien. Evaluatie en eventuele herziening van de participatie: in 2013 is een evaluatie met externe ondersteuning gestart, resultaten hiervan worden in 2014 verwacht. Ontwikkeling van zowel de kennis als de competenties van de medewerkers, zodat de nieuwe organisatie in staat is ook in de toekomst de volkshuisvestelijke taken uit te voeren. Behouden van het KWH-huurlabel: ook in 2013 heeft Woonpartners het KWH-huurlabel behouden. Dit is voor ons een belangrijke graadmeter voor de klanttevredenheid. 6
1.6 Financiële doelstellingen Woonpartners had in 2013 de volgende financiële doelstellingen: We behouden de A-status van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) en een positieve cashflow: deze doelen zijn behaald. Het CFV kent geen A-status meer toe zoals zij dit in het verleden deed. In de Toezichtbrief van 2 oktober 2013 heeft het CFV gemeld dat het door deze organisatie gedane onderzoek geen aanleiding geeft tot controle of nader onderzoek. Dit is vergelijkbaar met het verkrijgen van de A-status. In een brief van 17 januari 2014 heeft het WSW aangegeven dat Woonpartners kredietwaardig is en het faciliteringsvolume voor de jaren 2013-2014-2015 afgegeven. Het risicomanagement wordt in de loop van het jaar verder ontwikkeld: Woonpartners heeft met ondersteuning van Twynstra en Gudde een aantal stappen gezet op het gebied van risicomanagement. De structuur is opgezet en in 2014 wordt de implementatie afgerond. De praktische uitwerking van het begrip vastgoedwaarde in relatie met klantwaarde is per 1 januari 2014 vastgesteld: dit doel is met reden niet behaald. Woonpartners heeft in de loop van 2013 de conclusie getrokken dat leefstijlen, een van de pijlers van klantwaarde, onvoldoende onderscheidend vermogen heeft bij de klanten van Woonpartners. Omdat klantwaarde als gevolg daarvan is geschrapt in het aangepaste ondernemingsplan, zijn de werkzaamheden in dit kader afgebroken.
7
2
Betaalbaar wonen
2.1 Doelgroepen Woonpartners heeft voor haar vastgoedportefeuille strategische keuzes gemaakt en de gewenste vastgoedportefeuille voor de toekomst bepaald. Ons huurbeleid is primair gericht op het aanbieden van betaalbare woonruimte aan de groep mensen die niet zelf in passende huisvesting kan voorzien. Dit zijn voornamelijk mensen met een inkomen beneden € 34.229 (de inkomensgrens voor huurwoningen met een huurprijs tot € 681,02 in 2013). Daarnaast bedienen we bijzondere doelgroepen. 2.2 Huisvesting bijzondere doelgroepen Met een aantal organisaties en instellingen hebben we taakstellend afspraken gemaakt om passende woningen te verkrijgen voor kandidaten die tot specifieke doelgroepen behoren. Dit zijn bijvoorbeeld mensen die moeten verhuizen vanwege een bijzondere situatie, zoals geplande sloop van hun woning, de behoefte aan een aangepaste woning of een zorgindicatie. De huisvesting van deze doelgroepen is geregeld via de winkelmodule in het woonruimtebemiddelingssysteem Wooniezie. Een vooraf bepaald deel (1 op de 5) van de vrijkomende woningen gaat automatisch naar deze ‘winkel’. Voor instanties als zorginstellingen zijn er ‘sleutels’ beschikbaar, zodat zij gebruik kunnen maken van de winkelmodule voor bijzondere doelgroepen. In 2013 verhuurde Woonpartners 52 sociale huurwoningen woningen aan bijzondere doelgroepen. Woningzoekenden die van de Zorgpoort (Wmo) een indicatie hebben om vanwege een lichamelijke beperking te verhuizen naar een gelijkvloerse of rolstoelgeschikte woning, worden in Wooniezie met voorrang geholpen in het aanbodmodel. Zij dienen daarvoor te reageren op woningen met het label ‘nultreden’ of ‘rolstoelgeschikt’. In totaal zijn in 2013 tien kandidaten met deze indicatie geslaagd in het vinden van een woning (buiten de winkelmodule). Woningen die ingrijpend zijn aangepast, worden direct toegewezen aan de Zorgpoort. De Zorgpoort kan vervolgens een geschikte kandidaat aandragen. Bijlage 11.1.1 bevat een overzicht met het aantal verhuringen aan bijzondere doelgroepen. Veelal hebben deze woningzoekenden via een ‘sleutel’ binnen de winkelmodule een woning gevonden. Directe bemiddeling Wanneer herstructureringskandidaten via de winkelmodule niet binnen zes maanden geplaatst kunnen worden, kunnen de deelnemende corporaties van Wooniezie gebruikmaken van ‘Directe bemiddeling’ om met voorrang op alle andere bemiddelingsvormen woningen toe te wijzen. Als het voor de voortgang van de herstructureringsplannen noodzakelijk is herstructureringskandidaten te herhuisvesten, wordt er gebruik gemaakt van ‘Directe bemiddeling’. In 2013 heeft Woonpartners twee woningen via de ‘Directe Bemiddeling’ verhuurd aan herstructureringskandidaten. 2.3 Woonruimtebemiddeling Vrijkomende woningen van Woonpartners en de collega-corporaties woCom en Compaen worden gepubliceerd in Wooniezie. Wooniezie is een online woonruimtebemiddelingssysteem, waarin de woningzoekende zelf kan kiezen via welke module hij reageert op het beschikbare aanbod (combinatiemodel). Er is een optie-, aanbod-, loting- en een direct-te-huurmodule. Afhankelijk van de 8
vooraf bepaalde criteria worden de woningen toegewezen. Voor het optiemodel is de plaats in de wachtrij bepalend. Voor het aanbodmodel geldt de langste inschrijftijd. De lotingmodule voorziet in een automatische loting waarbij iedereen evenveel kans heeft. Voor de direct-te-huurmodule geldt dat de woning wordt toegewezen aan diegene die het eerst reageert. Kengetallen woonruimtebemiddeling In 2013 werd Wooniezie 521.637 keer bezocht door 127.113 unieke bezoekers. Het inschrijven in Wooniezie is nog steeds gratis, waardoor er voor woningzoekenden geen belemmeringen zijn om preventief in te schrijven. Op 31 december 2013 bedroeg het aantal woningzoekenden in Wooniezie 15.264. In vergelijking met 2012 is er een daling te zien. Ook het aandeel woningzoekenden dat onzelfstandig woont, is gedaald (met 14 %). Het aantal verhuringen in Helmond is met 2,3 % gestegen. Het percentage geslaagde woningzoekenden dat binnen één jaar wordt geholpen is in 2013 toegenomen tot 22 %. Ook het percentage dat langer dan drie jaar wacht op een woning is toegenomen, tot 38,9 %. Het aantal verhuringen aan eenpersoonshuishoudens is wederom gestegen. Bijlage 11.1.2 geeft een overzicht van woningzoekenden en verhuringen in 2013. 2.4 Verhuringen Het aantal woningen dat in 2013 door Woonpartners via Wooniezie is verhuurd, is met 16 % gestegen van 557 in 2012 naar 645 in 2013. Daarnaast zijn er via Wooniezie 60 garages/parkeerplaatsen verhuurd. We beperken ons in deze verslaglegging tot de woningen. Naast de 645 verhuringen van wooneenheden hebben we in totaal 31 woningen (waarvan 3 wisselwoningen) tijdelijk verhuurd. Het gaat hier om tijdelijke verhuringen in: het herstructureringsgebied in de Binnenstad; het mogelijk te slopen appartementencomplex aan het Lindberghplein; de te ontduplexen woningen aan de Maaslaan/Molenbeek; woningen aan Pieter de Hooghstraat, Betuwehof en Veluwehof in verband met renovatie; enkele woningen aan Sallandhof in verband met bodemsanering. Deze verhuringen lopen niet via Wooniezie, maar tellen in het primaire systeem wel mee als nieuw afgesloten contracten, waardoor er een verschil is tussen de daadwerkelijke verhuringen in Wooniezie en het aantal afgesloten contracten zoals geregistreerd in het primaire systeem van Woonpartners. Verhuringen 2013 (Aanhangsel E) Bijlage 11.1.3 bevat de tabel Verhuringen 2013 (Aanhangsel E). Hierin staan 645 verhuringen van 2013 die in Wooniezie hebben plaatsgevonden, onderverdeeld naar het type huishouden, leeftijdsgroep, inkomenscategorie en huurklasse. 2.5 Aantal huurwoningen Woonpartners heeft per 31 december 2013 in totaal 8.976 verhuureenheden (VHE’s), waarvan 7.460 woongelegenheden. Het totaal aantal woongelegenheden is ten opzichte van 2012 gestegen met 49 woningen. Er werden in 2013 in totaal 29 woningen onttrokken aan de voorraad door sloop en
9
verkoop. Daarnaast zijn er 57 woningen toegevoegd aan de voorraad in 2013. Bijlage 11.1.4 bevat een overzicht van de aantallen VHE’s en de wijzigingen in 2013.1 2.6 Gedifferentieerde woningvoorraad Woonpartners beschikt over een gedifferentieerde woningvoorraad. Ons woningbezit ligt verspreid over zes wijken in Helmond. Ongeveer de helft van ons woningbezit (49,8 %) bestaat uit eengezinswoningen. Het grootste aandeel aan huurwoningen ligt in de wijk Helmond-Oost (33,2 %). Daarnaast bezit Woonpartners 48 (zorg)woningen in Beek en Donk. Bijlage 11.1.5 bevat een overzicht van ons bezit, verdeeld over de wijken. 2.7 Huurwoningen naar huurprijsklasse Het bezit van Woonpartners is voor 97 % bereikbaar voor huurtoeslag, met een huurprijs beneden de € 681,02. Veruit het grootste deel van dit bezit behoort tot de categorieën ‘goedkoop’ (18 %) en ‘betaalbaar 1’ (63,6 %). Bijlage 11.1.6 bevat een overzicht van de samenstelling van onze voorraad per 31 december 2013. 2.8 Aanpassing streefhuur Om een meer marktconform huurprijsbeleid vast te stellen heeft Woonpartners in 2013 haar streefhuren gebaseerd op de WOZ-waarde. De streefhuren worden bepaald op basis van een voor elke woning gelijk percentage van de WOZ-waarde van die woning (het WOZ-percentage). In 2013 was dat percentage 4,21 %. 2.9 Huurderving Na het uitvoeren van standaard mutatieonderhoud streeft Woonpartners ernaar om woningen direct te verhuren. Eventuele leegstand wordt geregistreerd op de leegstandssoort ‘Frictieleegstand’. Als er bij mutatie meer onderhoud uitgevoerd moet worden, dan is er sprake van ‘Leegstand mutatieonderhoud of renovatie’. 80 % van de leegstand in 2013 had betrekking op bovengenoemde leegstandssoorten. De leegstand (zowel in dagen als in euro’s) als gevolg van sloop komt ten laste van de speciale voorziening, leegstand van te koop staande woningen komt ten laste van het verkoopresultaat. In 2013 was de leegstand als gevolg van verkoop 17 %. Huurderving naar aanleiding sloop en herstructurering in het herstructureringsgebied Binnenstad valt onder de WijkOntwikkelingsMaatschappij Helmond Binnenstad bv (WOM) en komt niet ten laste van de exploitatie van de bv Woonpartners. De frictieleegstand van overige sloopprojecten (Lindbergplein) bedroeg 3 %. Bijlage 11.1.7 bevat een overzicht van de oorzaken van leegstand en de huurderving. 2.10 Mutaties en mutatiegraad Waar het bij verhuring gaat om een nieuw contract, gaat het bij een mutatie om de beëindiging ervan. De mutatiegraad van woningen is gestegen van 8,18 % in 2012 naar 9,34 % in 2013. Het aantal mutaties van woningen is met 91 gestegen. Bijlage 11.1.8 bevat een overzicht van het totaal aantal beëindigde huurcontracten voor woningen (exclusief bedrijfsruimten, parkeerplaatsen en garages) volgens het automatiseringssysteem SG Tobias. 1
De gegevens van paragraaf 2.5 t/m 2.8 komen uit de jaarrekening/bedrijfswaarde. Deze is veranderd van opzet, waardoor de gegevens niet meer 1-op-1 overeenkomen.
10
2.11 Verkoop en aankoop van bestaande woningen Op dit moment heeft Woonpartners ruim 500 woningen geselecteerd als verkoopwoning. Alle huurders van deze woningen hebben de mogelijkheid gekregen om de woning te kopen. Huurders die niet willen kopen, blijven huren. Bij mutatie bieden we deze woningen te koop aan. Woonpartners laat voorafgaand aan een verkoop een bodemonderzoek en een bouwtechnische keuring uitvoeren. We werken niet met een vraagprijs, maar met een koopprijs. Deze koopprijs is gebaseerd op een taxatie die is uitgevoerd door een onafhankelijke taxateur. Aantal verkochte huurwoningen In 2013 zijn er in totaal 31 eenheden verkocht. Dit houdt in dat het aantal verkochte woningen ten opzichte van 2012 gestegen met met 15 woningen. Alle woningen zijn verkocht voor een marktconforme prijs gebaseerd op de taxatiewaarde. De gemiddelde verkoopprijs van de woningen bedraagt € 130.177. Bijlage 11.1.9 bevat een overzicht van de verkochte huurwoningen in 2013. Teruggekochte woning Van 2008 tot en met 2010 verkocht Woonpartners alle bestaande woningen met Slimmer Kopen®. Kopers konden zo kopen met korting tot 25 %. Als kopers van een Slimmer Kopen® woning de woning willen doorverkopen, moeten zij de woning eerst aanbieden aan Woonpartners. De bij de verkoop verleende korting wordt bij terugkoop verrekend in de terugkoopprijs. In 2013 heeft Woonpartners twee woningen teruggekocht in verband met Slimmer Kopen®. Deze woningen zijn door Woonpartners voor een marktconforme prijs verkocht. Hierdoor vloeiden de destijds verleende kortingen terug naar Woonpartners. 2.12 Jaarlijkse huuraanpassing Elk jaar worden op 1 juli de huren van woningen, parkeervoorzieningen en commerciële ruimtes verhoogd. De regering stelt vast met welk percentage de huren maximaal verhoogd mogen worden. Vanaf 1 juli 2013 zijn de percentages voor de maximale huurverhoging hoger dan de inflatie. Dit betekent een huurverhoging van 2,5 % inflatie en daarbij 1,5 % huurverhoging boven de inflatie. De totale huurverhoging bedroeg daarmee 4 %. Woonpartners heeft de navolgende percentages doorgevoerd voor de huuraanpassing van 2013: De huurverhoging 2013 bedraagt 4 % voor sociale en geliberaliseerde woningen. De huurverhoging voor commerciële ruimtes bedraagt 2,5 % voor zover geen andere bepalingen in het huurcontract zijn opgenomen. De huurverhoging voor alle overige verhuureenheden (souterrains en parkeergelegenheden) bedraagt 4 % voor zover geen andere bepalingen in het huurcontract zijn opgenomen. Daarnaast heeft Woonpartners een inkomensafhankelijke huurverhoging toegepast. Dat is afhankelijk van het huishoudinkomen: 2,5 % inflatie + 1,5 % huurverhoging boven inflatie + 0,5 % inkomensafhankelijke huurverhoging = in totaal 4,5 % voor middeninkomens (dit zijn huishoudinkomens van € 33.614 tot € 43.000); 2,5 % inflatie + 1,5 % huurverhoging boven inflatie + 2,5 % = in totaal 6,5 % voor hogere inkomens (dit zijn huishoudinkomens boven € 43.000).
11
3
Woningvoorraad
3.1 Nieuwbouw Bij het ontwikkelen van nieuwe woningen onderscheidt Woonpartners drie soorten projecten: ‘gebiedsgericht’ (bijvoorbeeld herstructurering van een bestaande wijk), ‘projectgericht zelf’ en ‘projectgericht turn key’. De marktvisie en wijkvisie leiden samen tot keuzes: voor welke doelgroep(en) gaan we bouwen, welk type woning, in welke prijsklasse en nemen we wel of niet koopwoningen mee in het nieuwbouwplan? Op basis van deze uitgangspunten verrichten we op diverse gebieden nader onderzoek, zoals onderzoek naar planologische randvoorwaarden, marktanalyse, financiële haalbaarheid en planning. Op basis van een startdocument wordt een project in ontwikkeling genomen. Inhoudelijk dient elk plan te voldoen aan het Bouwbesluit en aan het programma van eisen dat Woonpartners per categorie hanteert. Dat betekent: zo veel mogelijk aanpasbaar en toegankelijk bouwen, standaard veilig hang- en sluitwerk volgens de normen van het Politiekeurmerk, rekening houden met aspecten van duurzaamheid, onderhoudsgevoeligheid en energiezuinigheid. Ten slotte gelden de financiële randvoorwaarden die voortkomen uit het financieel beleid en het investeringsbeleid. Aantallen nieuwe woongelegenheden en nieuwbouw in ontwikkeling In 2013 hebben we 92 woningen opgeleverd. De nieuwe woningen zijn verdeeld over de volgende projecten: 47 huurappartementen Tolpost, Weverspoort; 4 groepswoningen voor 28 bewoners (verkocht aan de Zorgboog); 1 groepswoning bestaat uit 7 onzelfstandige woonruimten, Weverspoort; 8 huurwoningen en 33 koopwoningen in blok 13/14, Vossenberg . Hiervan zijn 14 woningen verkocht en uiteindelijk 27 woningen in de verhuur genomen. In 2014 zullen we volgens een harde planning 19 nieuwe huurwoningen in Weverspoort opleveren. In de periode 2015-2016 zullen we volgens prognose 186 huurwoningen (175 appartementen en 11 eengezinswoningen) en 39 koopwoningen realiseren. Vanwege de recessie staan projecten onder druk, vooral projecten met koopwoningen. Het is moeilijk een betrouwbare prognose te geven van de productie na 2016. Bijlage 11.2.1 geeft weer welke plannen we in uitvoering of in ontwikkeling hebben en wanneer we de projecten verwachten op te leveren. Behalve met deze projecten is Woonpartners bezig met plannen voor meerdere locaties. De ontwikkeling verkeert echter in een vroeg stadium en daarom hebben we deze nog niet in de planning van op te leveren woningen opgenomen. 3.2 Verwerving In 2013 zijn in het nieuwbouwproject Spitsmuisstraat/Burgemeester Van Houtlaan (blok 13 en 14) 19 woningen omgezet van koopwoningen naar huurwoningen, waarmee deze (verhuur)eenheden zijn aan te merken als door Woonpartners aangekochte woningen.
12
3.3 Herhuisvesting Bewoners die moeten verhuizen in het kader van bijvoorbeeld herstructurering, maken gebruik van een Sociaal Plan dat is opgesteld door de woningcorporaties Compaen, Volksbelang, woCom en Woonpartners, samen met de huurdersbelangenverenigingen. In juni 2013 hebben we het actieve verhuisbeleid met Sociaal Plan omgezet naar een passief verhuisbeleid. In 2013 hadden we te maken met de herhuisvesting in het kader van de volgende projecten:
Weverspoort - In 2010 hebben de bewoners van fase 6 (70 woningen in totaal) een sloopbericht ontvangen. In 2013 zijn vier huishoudens verhuisd naar een andere passende woning. Nog elf huishoudens wachten op passende huisvesting. Lindberghplein - In januari 2012 hebben de bewoners van de 18 appartementen aan het Lindberghplein een sloopbericht ontvangen, 17 huishoudens zijn hetzelfde jaar verhuisd. In 2013 zijn er geen huishoudens verhuisd met een sloopbericht. Er wacht nog één huishouden op passende huisvesting. Duplexwoningen Molenbeek, Dongestraat en Maaslaan - In maart 2012 zijn de bewoners van 52 boven- en benedenwoningen schriftelijke geïnformeerd over het samenvoegen van deze woningen tot eengezinswoningen. In dit kader zijn in 2013 drie huishoudens met Sociaal Plan verhuisd naar een andere passende woning.
Herhuisvesten in het kader van sloop met beperking overlast Nadat huurders hun te slopen woningen verlaten hebben, bepalen we of we de woning tijdelijk verhuren, in bruikleen geven of inzetten als atelierwoning. De laatste optie is pas aan de orde als de woning niet meer bewoonbaar is. Voor bovenstaande projecten zijn alle leeggekomen woningen op een van deze manieren ingevuld tot de woningen definitief worden gesloopt. 3.4 Strategisch vastgoedbeleid Door de reorganisatie zijn taken en verantwoordelijkheden verschoven binnen de organisatie. Dit heeft geleid tot herintroductie van de RIGO-beleidsachtbaan, inclusief de daarbij behorende overlegstructuren. De RIGO-achtbaan brengt het proces op zowel op strategisch, tactisch als operationeel niveau in beeld. Deze herintroductie heeft veel voeten in aarde gehad. In 2014 wordt in het kader van het project GRIP het proces geëvalueerd en worden de knelpunten in beeld gebracht. Begin 2013 hebben we besloten om, gezien de veranderende omgevingsfactoren, diverse sloopnieuwbouwprojecten in te trekken. De betreffende projecten/complexen hebben het label ‘heroverwegen’ gekregen. Dit heeft de volgende gevolgen: De transformatieopgave van 1,2% binnen de wensportefeuille wordt niet gehaald. Planmatig of levensduurverlengend onderhoud zijn gecombineerd met energiemaatregelen opgevoerd in de begroting voor de te behouden woningen. In de begroting van 2013 zijn daarvoor indicatieve bedragen opgenomen. In 2014 worden de financiële gevolgen specifieker in beeld gebracht. In 2013 hebben we het huurbeleid, het onderhoudsbeleid en het scootmobielbeleid vastgesteld. De implementatie van de diverse beleidsstukken heeft deels in 2013 plaatsgevonden. In 2014 wordt hieraan een vervolg gegeven. Tevens is in 2013 een eerste aanzet gedaan voor de herziening van de wensportefeuille. 13
4
Kwaliteit van het bezit
4.1 Kwaliteitsbeleid bestaand bezit In juni 2013 heeft Woonpartners het ‘nieuwe’ onderhoudsbeleid vastgesteld. We zijn een procedure gestart om aannemersbedrijven te selecteren om te komen tot betere service, een hogere klanttevredenheid, behoud van de kwaliteit van ons woningbezit en een efficiëntere bedrijfsvoering. Het onderhoudsbeleid bevordert een meer directe relatie tussen de kwaliteit van een woning en de huurprijs van een woning. We maken daarbij onderscheid tussen onderhoud en kwaliteitsverhogingen. Bij de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden combineren we werkzaamheden daar waar mogelijk is om overlast te beperken. Het onderhoudsbeleid draagt bij aan het behoud van voldoende woningen in het betaalbare segment en treedt per 1 januari 2014 in werking. 4.2 Onderhoudskosten 2013 Bij Woonpartners onderscheiden we drie soorten onderhoud: Klachtenonderhoud - het onderhoud dat we (laten) uitvoeren naar aanleiding van reparatieverzoeken. Mutatieonderhoud - het dagelijks onderhoud aan een leeggekomen woning dat nodig is om de verhuurbaarheid van de woning te waarborgen en in sommige gevallen te verbeteren. Planmatig onderhoud - onderhoud dat periodiek aan woningen wordt uitgevoerd volgens een (meerjaren)onderhoudsschema. Bijlage 11.3.1 geeft een overzicht van de onderhoudskosten in 2013. Klachtenonderhoud In de begroting 2013 was voor klachtenonderhoud een budget opgenomen van € 1.146.000. De gerealiseerde uitgaven bedragen € 1.839.590. De realisatiecijfers van het begrotingsjaar 2013 laten een overschrijding zien van het begrotingsbudget. De overschrijding kunnen we onder andere verklaren door het feit dat de kosten voor reparatieonderhoud het afgelopen jaar met circa 30% zijn gestegen, doordat de afdeling Planning & Intake is uitbesteed aan een externe aannemer. Mutatieonderhoud Bij mutatieonderhoud maken we onderscheid in mutatieonderhoud voor rekening van Woonpartners en voor rekening van de vertrokken huurder (ook als gevolg van ontruiming). Bij leeggekomen woningen die in een relatief verouderde staat verkeren, kunnen we besluiten tot extra onderhoud. Het gaat hier om een zogenaamde narenovatie van het binnenonderhoud. De buitenzijde wordt in een collectieve aanpak uitgevoerd. Een deel van de investering kan kostendekkend zijn, tegenover de investering staat dan een huurverhoging. Het deel dat niet kostendekkend is, komt ten laste van de winst- en verliesrekening. In de begroting voor 2013 was € 1.328.000 opgenomen voor mutatieonderhoud. Hiervan is € 842.557 daadwerkelijk gerealiseerd. Het gemiddelde bedrag per mutatie is € 1.477. De gemiddelde kosten per mutatie zijn van toepassing op 697 geregistreerde verhuismutaties van alle VHE’s in 2013. De werkelijke kosten voor mutatieonderhoud lagen in 2013 lager dan de begrote kosten. Doordat we de laatste jaren het binnenonderhoud projectmatig uitvoeren , is de kwaliteit van het binneninterieur gestegen, dit resulteert in lagere mutatiekosten. De gemiddelde kosten per woning zijn iets gedaald ten opzichte van 2012. In deze kosten zijn de kosten opgenomen voor opknapbeurten van woningen 14
om de woning weer in de gewenste staat te kunnen verhuren. Ook is veel asbesthoudend materiaal verwijderd tijdens mutatiewerkzaamheden. Planmatig onderhoud In 2013 hebben we nagenoeg alle projecten van het planmatig onderhoud uitgevoerd volgens de begroting 2013. Er is ook een aantal overloopprojecten van 2012 uitgevoerd. De realisatie bedraagt € 6.171.468 circa 88% van het begrotingsbudget.
15
5
Dienstverlening
5.1 KWH-Huurlabel Woonpartners is sinds 2004 lid van het Kwaliteitscentrum Woningcorporaties Huursector (KWH). In 2006 behaalden we voor het eerst het KWH-Huurlabel en dat hebben we sindsdien behouden. Met behulp van de meetresultaten werken we aan het verder verbeteren van de dienstverlening waar dat kan of nodig is. De meetresultaten over 2013 zijn op alle onderdelen die bepalend zijn voor het behoud van het KWH-Huurlabel hoger dan de norm (7,0). Klachten behandelen (norm 6,5) telt hiervoor in 2013 niet mee. KWH heeft onze resultaten voorgelegd aan de Commissie Kwaliteitsverklaringen en geadviseerd het label te verlengen. De resultaten zijn opgenomen in bijlage 11.4.1. 5.2 Klachten en geschillen Onze heldere procedure met betrekking tot het indienen en behandelen van klachten en geschillen voldoet aan de eisen die het Besluit beheer sociale-huursector (BBSH) stelt en aan de eisen die vanuit het KWH-Huurlabel worden gesteld. Voor bewoners hebben we alles eenvoudig beschreven in een aparte brochure. Ook via de website kan men informatie opvragen. In de meeste gevallen lukt het ons om samen tot een oplossing te komen als een huurder een klacht heeft. Als huurders niet tevreden zijn over de afhandeling van een klacht, kunnen zij zich wenden tot de Gezamenlijke Geschillenadviescommissie (GGAC). 5.3 Gezamenlijke Geschillenadviescommissie De Gezamenlijke Geschillenadviescommissie (GGAC) is opgericht door de woningcorporaties Compaen, woCom en Woonpartners, samen met het Platform Helmondse Bewonersorganisaties. De leden zijn onafhankelijk en werken niet bij Woonpartners. Bijlage 11.4.2 bevat een overzicht van de leden en hun functies binnen de commissie. De GGAC werkt volgens een reglement dat voldoet aan de eisen die het Besluit beheer sociale-huursector (BBSH) stelt. De GGAC maakt het mogelijk voor huurders (en bewonerscommissies) om geschillen in te dienen over de uitvoering van beleid van de woningcorporaties en draagt bij aan een goede klachtafhandeling en een verbetering van de relatie tussen partijen. Ten slotte levert de GGAC een bijdrage aan de optimalisering van het functioneren van de woningcorporaties door het uitbrengen van onafhankelijke adviezen. De GGAC wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris, de heer mr. B. Mous, van de externe organisatie Cluens. In 2013 heeft de GGAC twee keer vergaderd. Alle bijeenkomsten betroffen een hoorzitting naar aanleiding van een geschil, al dan niet vooraf gegaan door een locatiebezoek. Geschillen in 2013 In 2013 zijn acht geschillen voor behandeling ingediend. Ultimo 2013 was één geschil nog niet afgehandeld. De hoorzitting van dit geschil zal begin 2014 plaatsvinden. In vijf gevallen was de klager niet ontvankelijk. Vier keer kwam dat omdat de huurder de klachtenprocedure bij de woningcorporatie niet geheel had doorlopen. In drie van deze gevallen betrof het huurders van Woonpartners. In één geval betrof het een klacht van een woningzoekende, die geen huurder was van een van de woningcorporaties.
16
Van de twee afgehandelde geschillen heeft de GGAC er een gegrond bevonden. Eveneens een keer heeft de GGAC het geschil niet gegrond geacht. Bij het geschil dat gegrond werd bevonden, was Woonpartners de verwerende partij. Het geschil betrof een klacht over “derving woongenoot”; Woonpartners en de klachtindiener hebben afspraken gemaakt over deze situatie en Woonpartners heeft hiervoor een compensatie aangeboden. Gegronde geschillen: Woonpartners: 1 Niet gegronde geschillen: Woonpartners: 0
17
6. Maatschappelijk presteren 6.1 Leefbaarheid in buurten en wijken Jaarlijks neemt Woonpartners een budget in de begroting op voor de bekostiging van activiteiten en voorzieningen in de sfeer van leefbaarheid. Omdat het ministerie in dit kader beperkingen oplegt, maar ook door het feit dat Woonpartners haar middelen heeft heroverwogen in verband met de financiële beperkingen, heeft Woonpartners in 2013 minder besteed aan leefbaarheid dan het jaar ervoor, namelijk € 331.113 (in 2012 was dit € 824.702). Omdat we het wel van belang vinden om te blijven investeren in leefbaarheid, hebben we gezocht naar mogelijkheden om dit te doen met minder financiële middelen. Dit hebben we gerealiseerd door andere partijen bij de initiatieven te betrekken en door bewoners een belangrijke rol te geven in de uitvoering van leefbaarheidsprojecten. In bijlage 11.5.1 is een overzicht opgenomen met de begrote kosten en de werkelijk gemaakte kosten. Vanuit onze organisatie participeren en faciliteren we leefbaarheidsinitiatieven op wijk- en projectniveau. Een greep uit de activiteiten die we ondernemen: actieve participatie in het wijkgericht werken van de gemeente; bewonersparticipatie; het treffen van maatregelen bij leegstaande woningen om de situatie leefbaar en beheersbaar te houden; het vergroten van de veiligheid in huis en in directe omgeving; de inzet van een aantal buurtbeheerders; deelname aan diverse activiteiten in het kader van sociaal beheer, zoals activiteiten van het Kernteam woonoverlast, portiekgesprekken, overleg met politie en het Helmond Interventie Team; bestrijden van burenoverlast; deelname (ook financieel) aan festiviteiten op complex-, buurt- en wijkniveau, zoals activiteiten ter promotie van buurt en wijk of acties om zwerfvuil op te ruimen; beloning van goed woongedrag via de WP-Servicekaart. 6.2 Wijkvisies Om de woonkwaliteit van de bestaande wijken te borgen, ontwikkelen we samen met onze partners wijkvisies en wijkactieplannen en stellen we zelf, naar aanleiding van wijkscans, interne wijkjaarplannen voor onze wijken op. Hierin zijn de projecten opgenomen waarvoor Woonpartners verantwoordelijk is. De integrale wijkvisies stellen we per wijk op in samenwerking met de bewoners, gemeente en het maatschappelijk middenveld. Deze wijkvisies geven een beeld van wat er leeft in de wijk, wat er beter zou kunnen en wat ze samen kunnen doen om ervoor te zorgen dat het over twintig jaar nog steeds goed wonen en leven is in de wijk. De combinatie wonen, welzijn en zorg vormt een belangrijk onderdeel van wijkvisies. De wijken waarin Woonpartners actief is, kennen geen zorgwekkend karakter. We geven mede daarom de voorkeur aan compacte wijkvisies op maximaal één A4-tje, die de kapstok en het toetsingskader vormen voor het doen en laten op korte termijn. Daardoor kunnen we de wijkvisies ook sneller aanpassen als dat nodig is en beter anticiperen op toekomstige ontwikkelingen. 18
Per wijk is een Wijkjaarplan gemaakt, waarin staat welk bedrag we waarvoor willen investeren in een wijk. De Wijkjaarplannen hebben dus een intern karakter. De concrete acties voor de komende paar jaar worden vastgelegd in zogenaamde Wijkactieplannen, waarbij bewoners en professionals afspraken maken over maatregelen en activiteiten voor de korte termijn. Woonpartners probeert deze methodiek door te zetten voor de andere wijken. Voor de wijken Helmond-Oost, Helmond-Noord, Rijpelberg en Centrum zijn intussen de Wijkactieplannen vastgesteld en die van Binnenstad en Brouwhuis volgen in 2014. Voor de wijken Centrum, Binnenstad, Helmond-Noord, Helmond-Oost, Rijpelberg en Brouwhuis hebben we in 2013 de globale wijkscans geactualiseerd om de sterke en zwakke kanten, de kansen en bedreigingen per wijk weer te geven. 6.3 De WP-Servicekaart Met de WP-Servicekaart beloont en stimuleert Woonpartners goed woongedrag. Voor een kleine bijdrage per maand (€ 4,31) kan een huurder vrijwillig deelnemen. Ultimo december 2013 namen ongeveer 3.563 huurders deel, ongeveer 50 % van ons huurderbestand. Het product bevat de volgende elementen: extra huurdersonderhoud (voor rekening van Woonpartners); een kortingpas voor een aantal winkels en eetgelegenheden in Helmond; een voordelige verhuisservice en de mogelijkheid om de boedelbak van Woonpartners te huren; waardecheques voor deelnemers die voldoen aan een aantal voorwaarden (met betrekking tot goed huurderschap) die te gebruiken zijn bij de aangesloten Helmondse ondernemers. De waardecheques kunnen ook worden ingezet om een project in de sfeer van leefbaarheid te bekostigen. Woonpartners kan in dat geval het bedrag dat aan waardecheques is ingeleverd verdubbelen. Rond december 2013 vond voor de negende keer de beloningsronde plaats, met uitkering van waardecheques voor circa € 80.950. De leden van de WP-Servicekaart kunnen de cheques tot en met 31 december 2014 verzilveren. 6.4 Wonen, welzijn en zorg De doelgroep van Woonpartners bestaat voor ruim 15 % uit mensen van 75 jaar of ouder. De categorie 55-plus vormt al meer dan 45 % van onze huurders. Daarnaast hebben we te maken met ontwikkelingen als vergrijzing, extramuralisering en verandering van wet- en regelgeving. In 2013 gaven we op verschillende terreinen vorm aan samenwerking met andere partijen om wonen te verbinden met welzijn en zorg. Dit doen we door het ontwikkelen van specifiek beleid en het realiseren van passende huisvesting en bijbehorende (welzijns- en zorg)voorzieningen, diensten en producten. Behalve om een veilige woning en woonomgeving gaat het daarbij ook om de aanwezigheid van voorzieningen, zoals een scootmobielstalling. Woonpartners is betrokken bij meerdere samenwerkingsverbanden die tot doel hebben een combinatie van wonen, welzijn en zorg tot stand te brengen. Hierdoor kunnen bewoners langer zelfstandig blijven wonen in de vertrouwde woning en woonomgeving en zullen ze de vraag naar zorgvoorzieningen uitstellen. We spelen daarnaast een actieve rol in de gemeentelijke beleidsontwikkeling Wonen-Welzijn-Zorg (WWZ).
19
Binnen ons bezit hebben we de volgende woonservicegebieden waarin alle primaire voorzieningen zo veel mogelijk geclusterd bij elkaar liggen: Centrum/Binnenstad, Helmond-Oost, Helmond-Noord, Rijpelberg/Brouwhuis. Bij het uitwerken van de wijkvisies en wijkontwikkelingsplannen voor onze wijken zoeken we naar mogelijkheden om de gewenste basisvoorzieningen te helpen realiseren, al dan niet geclusterd. Vanuit financiële afwegingen hebben we de keuze gemaakt om in 2013 geen rol te spelen in het ontwikkelen van maatschappelijk vastgoed. 6.5 Huisvesting bijzondere doelgroepen Zelfstandig wonen met kwaliteit is ons uitgangspunt voor de huisvesting van senioren, mensen met een lichamelijke en/of geestelijke beperking en personen die specifieke zorg of begeleiding nodig hebben. Woonpartners biedt een grote variëteit aan passende woningen aan de doelgroep senioren. Mensen met een verstandelijke beperking en mensen die gebruikmaken van geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang of verslavingszorg bieden we bij voorkeur een woonsituatie waarin zij optimaal zelfstandig kunnen functioneren, beschermd of begeleid. Op dit specifieke terrein werkt Woonpartners nauw samen met een aantal instellingen, zoals Stichting ORO, Stichting SWZ, Stichting Maatschappelijke Opvang (SMO), de GGZ, Stichting Bijzonder Jeugdwerk Brabant (BJB) en Stichting LAT. Naast deze partijen is er ook in toenemende mate overleg met andere toetreders in deze markt, zoals Zorggroep Helmond en Atlant Groep. In het kader van risicomanagement zijn de panden die we in ons bezit hebben voor de huisvesting van bijzondere doelgroepen in 2013 gescreend en gelabeld. Voor een aantal panden geldt een verhoogd risico op leegstand en huurderving. Om die reden hebben we besloten om deze specifieke vastgoedportefeuille af te bouwen. In bijlage 11.5.2 is een toelichting opgenomen met de verschillende vormen van huisvesting voor bijzondere doelgroepen en de bijbehorende zorg- en welzijnspartners. 6.6 Aanpassing woning/opplussen complex Het aantal passende woningen voor mensen met lichamelijke beperkingen in de sfeer van aanpasbaar en toegankelijk wonen, moet worden uitgebreid door middel van nieuwbouw. Gelijktijdig moeten we meerdere pijlen richten op de bestaande voorraad. Aan de groeiende vraag naar aangepaste woningen kunnen we alleen tegemoet komen als we gelijktijdig meerdere oplossingen aanbieden, zoals:
Woningaanpassing via Wmo - Woonpartners probeert de termijn van officiële woningaanpassingen in opdracht van bureau De Zorgpoort (Wmo) verder te versnellen. Wooniezie - Als aanpassing van de woning niet mogelijk of niet wenselijk is vanwege de te hoge kosten, is het verhuisprimaat van toepassing. De belanghebbende verhuist dan naar een woning die wel geschikt is of is aan te passen. In dat geval stellen we een vergoeding voor verhuis- en herinrichtingskosten beschikbaar. De gemeente en de drie corporaties van Wooniezie, waaronder Woonpartners, hebben afspraken gemaakt over het ter beschikking stellen van woningen voor deze doelgroep. Als een in het verleden ingrijpend aangepaste woning vrijkomt, is deze beschikbaar voor een kandidaat van De Zorgpoort.
20
6.7 Domotica Domotica kan ingezet worden ter ondersteuning van welzijn en zorg als dagelijkse levensbehoefte. Het gaat hierbij om talloze toepassingsmogelijkheden, gericht op veiligheid, zorg, comfort, gezondheid en zuinig/bewust gebruik van energie. Met een aantal maatschappelijke partners (gemeente, SWOH, Combivisie, De Zorgboog en Savant) hebben we in 2010 Domovisie opgericht, een organisatie van waaruit ook diensten en producten worden aangeboden. Het hieruit voortgevloeide pilotproject ‘Langer thuis met meer comfort’ is in 2013 geëvalueerd. De omvang van en deelname aan de pilot waren te gering om uiteindelijk van een succesvolle pilot te kunnen spreken. Daarom is het project beëindigd. Woonpartners participeerde in het project op basis van 50 % cofinanciering. Omdat we verwachten dat Domotica in de toekomst in toenemende mate een rol speelt in het kader van welzijn en zorg, heeft Woonpartners met haar partners besloten om de opgerichte bv slapend intact te houden, zodat van hieruit op termijn eventueel snel actie kan worden ondernomen.
6.8 Sponsoring Op basis van ons sponsorbeleid steunen we activiteiten en instellingen die gerelateerd zijn aan het wonen in onze wijken en in de stad Helmond. Hierbij vinden we het bevorderen van de sociale samenhang in de stad en wijk belangrijk. Met een totaalbedrag van € 15.842,02 hebben we onder andere de volgende initiatieven ondersteund in 2013: • Bijdrage aan het Kasteel van Sinterklaas georganiseerd door Stichting Stadspromotie Helmond. In het Kasteel van Sinterklaas kunnen ruim 20.000 kinderen een bezoek brengen aan het tijdelijke woonverblijf van Sinterklaas en zijn pieten in het kasteel van Helmond. Woonpartners sponsort het evenement en geeft daarmee haar huurders korting op de entreeprijs. Tevens stellen wij gratis kaarten beschikbaar voor huurders met een serviceabonnement. Het belangrijkste doel hierbij is de betrokkenheid van de bewoners bij de stad vergroten en zodanig een bijdrage leveren aan positief stadsimago. • Bijdrage aan Stichting Welzijn Helmond om de braderie in de Binnenstad mogelijk te maken. Doel van deze braderie is onder andere het bevorderen van de sociale samenhang in deze herstructureringswijk. Woonpartners heeft in deze wijk de afgelopen jaren veel nieuwe woningen gebouwd en gerenoveerd en er ligt nog een opgave om ca. 400 nieuwe huur- en koopwoningen te realiseren. • Bijdrage Playing for Succes. Playing for Success is een grensverleggend initiatief waarmee leerlingen hun vaardigheden in taal, rekenen en ICT verbeteren. Het gaat om onderpresterende kinderen: ‘gewone’ leerlingen die minder presteren dan ze kunnen en soms achterblijven op het gemiddelde niveau. Deze kinderen zijn de toekomstige bewoners van onze wijken. • Bijdrage aan Stichting Wijkraad Helmond Oost om de organisatie van het wijkfestival mogelijk te maken. Het wijkfestival wordt voor en door bewoners georganiseerd en is voornamelijk bedoeld om de sociale samenhang in de wijk te bevorderen. Ook verenigingen en instanties presenteren zich op het wijkfestival.
21
7
Lokale verankering en samenwerking
7.1 Belanghouders Woonpartners betrekt haar belanghouders bij voorkeur op voorhand bij haar beleid. In 2013 heeft Woonpartners actief en interactief gecommuniceerd met volgende externe belanghouders: Huurders Belangen Vereniging (HBV) Woonpartners en Huurdersraad; bewonerscommissies van ca. 25 complexen/buurten; gemeente Helmond; diverse corporaties: woCom (Helmond/Someren), Volksbelang (Helmond) en Bergopwaarts (Deurne); welzijnspartijen, zoals Stichting Maatschappelijke Opvang (SMO), LEVgroep, stichting Bijzonder Jeugdwerk Brabant (BJB), politie; zorgorganisaties zoals Savant, De Zorgboog, GGZ en ORO. Bijlage 11.6.1 geeft een overzicht van de positionering van de belanghouders van Woonpartners en de overlegfrequentie. Daarnaast vindt er uiteraard regelmatig tussentijds overleg plaats met talloze belanghouders over een verscheidenheid aan onderwerpen. Ook ontvangen belanghouders ongeveer zes keer per jaar een digitale nieuwsbrief waarin we kort het actuele nieuws weergeven en organiseren we belanghoudersbijeenkomsten. Daarnaast volgen steeds meer belanghouders en leveranciers Woonpartners op Twitter en Facebook, waar we korte berichten plaatsen over actuele ontwikkelingen. 7.2 Prestatieafspraken Woningcorporaties en Gemeente Helmond 2012-2015 Periodiek wordt de gemeentelijke woonvisie geëvalueerd en geactualiseerd voor de volgende vijf tot zeven jaar. Op basis van de vastgestelde visie spreken de gemeente en de Helmondse corporaties in een convenant af welke prestaties zij in die periode leveren. In januari 2013 zijn de Prestatieafspraken 2012-2015 ondertekend. Deze afspraken zijn gemaakt binnen de context van de maatregelen en beleidsbeslissingen van de Rijksoverheid die de financiële positie van corporaties onder druk zetten. De afspraken zijn gebaseerd op de Woonvisie 2012-2020 en de ondernemingsplannen van de corporaties en betreffen de volgende BBSH-prestatievelden:
zorg dragen voor huisvesting van de doelgroep van beleid; bewaken van de kwaliteit van de woongelegenheid; betrekken van bewoners bij het beleid en beheer; voeren van een financieel beleid gericht op de continuïteit van de instelling; bijdrage leveren aan de leefbaarheid van buurt en wijken; invulling geven aan wonen en zorg.
Binnen de prestatieafspraken wordt er onder andere gewerkt aan het handhaven van de kernvoorraad, het huisvesten van bijzondere doelgroepen, energiebesparing, de prioriteit voor investeringen in de doorontwikkeling van Binnenstad en Centrumplan, de handhaving van de leefbaarheid in wijken en het zo lang mogelijk zelfstandig laten wonen van mensen. Gedurende het gehele jaar monitoren de partijen de voortgang en vindt bestuurlijk overleg plaats over eventuele bijstelling. Woonpartners participeert uiteraard in dit overleg met de gemeente en collegacorporaties. 22
7.3 Samenwerkingsverbanden Stichting Woonpartners participeert of participeerde in 2013 in meerdere samenwerkingsverbanden of -relaties. De belangrijkste zijn:
Lid van brancheorganisatie Aedes, de vereniging van woningcorporaties; DO, het Directeuren Overleg van de corporaties Woonpartners, woCom en Bergopwaarts; Wooniezie, het samenwerkingsverband voor het aanbieden van beschikbare woonruimte van de corporaties Woonpartners, woCom en Compaen, waarin ook de gemeente Helmond participeert; Het Lorentzgenootschap, een overlegorgaan met zorg- en welzijn partijen, zoals De Zorgboog, Savant en Stichting Maatschappelijke Opvang Helmond e.o. (SMO), waarin ontwikkelingen in het maatschappelijk veld worden besproken en antwoorden hierop worden geformuleerd; Microhulp Helmond, een fonds ter ondersteuning van mensen die door omstandigheden in een schrijnende financiële noodsituatie terecht (dreigen te) komen. Woonpartners participeerde in dit fonds voor een proefperiode van een jaar. Deze participatie is medio 2013 beëindigd, omdat Woonpartners de toegevoegde waarde van het project niet onderkende; Buurtbeheer, een structurele voorziening van de gemeente Helmond en de corporaties in het kader van leefbaarheid en wijkbeheer. De gemeente en corporaties zijn deze samenwerking met elkaar aangegaan tot en met 2014. In 2013 is gestart met een uitgebreide evaluatie van het project ‘Buurtbeheerders’ met de intentie om dit project na 2014 te continueren.
7.4 Bewonersparticipatie in 2013 Het betrekken van bewoners bij beleid en beheer is voor Woonpartners een vanzelfsprekend prestatieveld. We voeren veelvuldig overleg (minimaal tweemaal per jaar op initiatief van Woonpartners) met meer dan 25 bewonersgroepen en de Huurdersraad en we bieden (financiële) ondersteuning bij hun activiteiten. Op dit onderdeel voldoen we in ruime mate aan de regelgeving zoals opgenomen in het Besluit beheer sociale-huursector (BBSH) en de Wet op het Overleg Huurders/Verhuurder. We scheppen de randvoorwaarden waardoor de HBV Woonpartners en alle overige georganiseerde bewonersorganisaties binnen Woonpartners zelfstandig en competent kunnen functioneren. Daarbij hoort ook het aanbieden van scholingsprogramma’s en onafhankelijke professionele ondersteuning. Onze bewonersparticipatie en belangenbehartiging vinden plaats op de volgende niveaus: corporatieniveau, wijk-/buurt-/complex-/projectniveau en individueel niveau.
23
8
Organisatie
8.1 Personele bezetting In 2013 hebben we vervolg gegeven aan de bezuinigingsopgave voor de organisatie. Daarbij hoorden ook de beëindiging van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd en beëindiging van arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd. Alle vacatures die in 2013 bestonden, zijn op tijdelijke basis of op interim-basis ingevuld. Op 31 december 2013 waren er bij Woonpartners 85 medewerkers in dienst. Het aantal medewerkers is in 2013 met 7 afgenomen. Het totale aantal gerealiseerde fte’s was 71,1 op 31 december 2013 (werkelijk aantal). In 2012 was dat 81,48. In 2013 lag er een reorganisatieopgave om het aantal fte’s terug te brengen naar 70,6 fte’s. Deze opgave is in 2013 dus niet volledig gehaald. Om de continuïteit organisatie te borgen zijn aan de formatie 2 tijdelijke krachten bij de afdeling Klanten toegevoegd, 4 tijdelijke krachten bij de afdeling Financiën en 1 tijdelijke kracht bij Vastgoedbeheer.De boventalligheid die nog bestaat, wordt in 2014 teruggebracht naar de reorganisatieopgave. De gemiddelde leeftijd is gestegen naar 45,03 als gevolg van uitstroom van jongere medewerkers (veelal als gevolg van beëindiging van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd) en een lage instroom. De gemiddelde duur van het dienstverband ten opzichte van 2012 is nagenoeg gelijk gebleven, omdat tijdelijke contracten (jaarcontracten) zijn beëindigd. Overzichten van medewerkers (naar geslacht, dienstverband en leeftijd) en fte’s zijn opgenomen in bijlage 11.7.1 en 11.7.2. 8.2 Ondernemingsraad De ondernemingsraad (OR) van Woonpartners gaat voor een transparante organisatie waarbij een duidelijke visie, heldere besluitvorming en draagvlak centraal staan. De OR wil dit bereiken door: open en transparant te zijn ten opzichte van de achterban en deze op een duidelijke manier te informeren; ervoor te zorgen dat medewerkers bekend zijn met de OR en zijn activiteiten en het vertrouwen hebben van medewerkers in een toegankelijke OR; een actieve opstelling die zich kenmerkt door het nemen van initiatieven en slagvaardig handelen in het belang van de medewerkers en het bedrijf. De OR bestaat uit vijf leden. Bijlage 11.7.3 bevat een overzicht van hun functies en zittingstermijnen. Activiteiten van de ondernemingsraad De samenstelling van de OR is in 2013 gewijzigd als gevolg van het tussentijds aftreden van Marleen van Lieshout en Patrick Caris. De OR ontving twee kandidaatstellingen, die van Kim Verschuren en Huub Niessen. Zij zijn automatisch in de OR gekozen. Erika van Anen en Paul Geurts zijn in 2013 voor vier jaar herkozen. In 2013 heeft de OR zeven maal overleg gevoerd met de directeur-bestuurder. Twee keer heeft er overleg plaatsgevonden met de Raad van Toezicht. Er zijn twee evaluatiemomenten geweest over de organisatieontwikkeling met de directie. Voor dit overleg plaatsvond, heeft de OR een enquête gehouden onder haar leden. Tot slot heeft de OR ook meerdere malen overleg gehad met enkele
24
regionale corporaties in het kader van het onderzoek van een aantal corporaties om samen te gaan werken in een Shared Service Center (samenwerking op bepaalde backoffice- en frontofficetaken). De OR heeft, onder begeleiding van GITP, een dag besteed aan training. Daarbij is gesproken over de rol en de positie van de OR en de manier waarop de OR invulling wil geven aan zijn taken. De ondernemingsraad neemt verder drie keer per jaar deel aan het regionaal OR-platform Zuid Nederland, georganiseerd door FNV-bouw. Naast de organisatieontwikkeling werden de volgende onderwerpen besproken: de jaarlijkse evaluatie van het beoordelingssysteem, het uitbesteden van onderhoud, mogelijke samenwerkingsverbanden met andere organisaties, het oprichten van de bv Planning & Intake (“Homepartners”), collectieve verlofdagen en een hernieuwd personeelshandboek dat nog moet worden aangepast om te voldoen aan de instemming van de OR.
25
9
Bestuur, toezicht en governance
9.1 Algemeen directeur-bestuurder Stichting Woonpartners heeft een eenhoofdig bestuur in de persoon van Ger de Wilde, algemeen directeur-bestuurder. Woonpartners heeft in 2013 haar middelen uitsluitend besteed in het belang van de volkshuisvesting. Er vonden geen transacties plaats waarbij sprake was van tegenstrijdige belangen van de bestuurder. De bezoldiging van de algemeen directeur-bestuurder voldoet aan de door de Commissie Izeboud gestelde kaders. Hierover hebben we volledig openheid van zaken gegeven aan de Rijksoverheid. De bezoldiging voldoet aan de normen die de WNT hanteert. De algemeen directeur-bestuurder vervult een aantal nevenfuncties die allemaal verenigbaar zijn met de functie van algemeen directeur-bestuurder van Woonpartners. Personalia De heer G.C.H.M. de Wilde, geboren op 26 september 1950; werkzaam bij Woonpartners sinds 1 augustus 2001; per 1 april 2003 voor onbepaalde tijd benoemd in de huidige functie van statutair algemeen directeur-bestuurder. Verenigbare nevenfuncties De algemeen directeur-bestuurder van Woonpartners vervult de volgende nevenfuncties. Gerelateerd aan Woonpartners: lid aandeelhoudersvergadering WijkOntwikkelingsMaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Woonpartners bezit 95% van de aandelen; lid bestuur stichting StadswandZuid te Helmond. Woonpartners participeert in de herontwikkeling van deze locatie aan de Kasteel Traverse/Zuidende; lid aandeelhoudersvergadering Domovisie. Niet gerelateerd aan Woonpartners: lid Raad van Commissarissen bij ZLM Verzekeringen te Goes. 9.2 Werkwijze Het besturen van Woonpartners gebeurt intern vooral in de volgende overlegplatforms:
Intern toezicht door de Raad van Toezicht - De Raad van Toezicht vervult zijn interne toezichthoudende taak onafhankelijk. De directeur-bestuurder geeft de randvoorwaarden hiervoor vorm. Hij bereidt de vergaderingen van de Raad van Toezicht voor met de voorzitter. Hij zorgt voor toelevering van de stukken en is verantwoordelijk voor uitvoering van de genomen besluiten, een en ander volgens de bepalingen in de statuten en het bestuursreglement. Het Directieteam (DT) - De directeur-bestuurder organiseert en leidt het periodieke overleg met de manager Markt & Strategie en de manager Klant en Vastgoed. Dit overleg vindt gemiddeld eenmaal per twee weken plaats. Alle onderwerpen die van belang zijn voor de organisatie komen in het DT aan de orde. De gegevens omtrent beloning de algemeen directeur-bestuurder en de DT-leden zijn opgenomen in bijlage 11.8.1. 26
Extern overleg - De directeur-bestuurder neemt deel aan diverse periodieke overlegvormen met externe belanghouders. De volgende overlegvormen zijn relevant: o overleg met de Huurders Belangen Vereniging (HBV) Woonpartners en de Huurdersraad (eenmaal per twee maanden plenair); o Bestuurlijk Overleg (BO) met de gemeente Helmond en bestuurders van de Helmondse corporaties; o Directeuren Overleg (DO) met de directeuren van de corporaties Woonpartners, woCom en Bergopwaarts; o Commissie Wonen gemeente Helmond.
9.3 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op het bestuur van Stichting Woonpartners. Dit interne toezicht betreft alle aspecten van de organisatie. De Raad van Toezicht is samengesteld op basis van een profielschets en bestaat uit vijf leden. In de profielschets is beschreven wat de functie van de Raad van Toezicht is, hoe het algemene kwaliteitsprofiel eruitziet en welke specifieke deskundigheden en disciplines in de Raad van Toezicht aanwezig dienen te zijn. Deze deskundigheden en disciplines zijn: volkshuisvesting en ruimtelijke ordening; projectontwikkeling, bouw en commercieel vastgoed; financieel/economisch; juridisch; marketing en communicatie; welzijn, zorg en sociale veiligheid; vertegenwoordiging van de huurders. In 2013 hebben er geen mutaties plaatsgevonden. De honorering en vergoeding vinden plaats op basis van de richtlijn van de VTW (de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties). Dit is vastgelegd in het reglement. Er is ook een differentiatie in beloning per functie. Een overzicht met de namen en overige relevante gegevens van de leden van de Raad van Toezicht is opgenomen in bijlage 11.8.2. De gegevens omtrent beloning zijn opgenomen in bijlage 11.8.1 Reglement In het reglement van de Raad van Toezicht is het volgende vastgelegd: de samenstelling, de totstandkoming van benoemingen, de inhoud van taken en taakverdeling, de zaken die niet verenigbaar zijn met het lidmaatschap, de wijze van vergaderen en besluitvorming, de honorering en vergoedingen, de informatievoorziening, de relatie tot de accountant, de bewonersorganisatie en ondernemingsraad, de informele contacten en de externe verantwoording. De Raad van Toezicht functioneert op basis van de AedesCode en volgt de Governance Code Woningcorporaties met inachtneming van:
Benoeming bestuur - De benoemingstermijn voor een periode van maximaal vier jaar wordt in acht genomen. De huidige bestuurder heeft een aanstelling voor onbepaalde tijd , die de Raad van Toezicht respecteert. Als te zijner tijd een nieuwe bestuurder benoemd wordt, is een benoemingstermijn van maximaal vier jaar van kracht.
27
Herbenoeming lidmaatschap Raad van Toezicht - Woonpartners heeft in haar statuten de bepaling opgenomen dat een lid na de eerste zittingsperiode van vier jaar één maal kan worden herbenoemd voor een nieuwe periode van vier jaar. Bij tussentijds aftreden start de opvolger een nieuwe termijn van vier jaar. Huurder maakt deel uit van Raad van Toezicht - Volgens het BBSH (artikel 7 lid 1 onder e) kan de huurdersvereniging van Woonpartners een bindende voordracht doen voor twee zetels in de Raad van Toezicht. Twee zetels binnen de Raad van Toezicht worden dan ook bekleed door leden die zijn voorgedragen door de Huurdersraad.
Werkwijze De basis van het werk van de Raad van Toezicht bestaat uit reguliere vergaderingen. Over het algemeen dient de Raad van Toezicht zijn goedkeuring te geven aan de (voorgenomen) bestuursbesluiten. Ook kan de Raad van Toezicht instemmen met de overige zaken die ter verantwoording of ter kennisneming zijn besproken. In bijlage 11.8.3 staan de belangrijkste onderwerpen die de Raad van Toezicht in 2013 kreeg voorgelegd. In 2013 heeft de Raad van Toezicht een Auditcommissie en Vastgoedcommissie ingesteld. De taak van deze commissies is om de besluitvorming van de Raad van Toezicht voor te bereiden. In 2013 heeft de Raad van Toezicht een zelfevaluatie uitgevoerd. Hiervan is een verslag gemaakt. Ook namen de leden van de Raad van Toezicht in 2013 deel aan het VTW-congres en workshops. De Raad van Toezicht is via een collectief lidmaatschap lid van de Vereniging van Toezichthouders voor Woningcorporaties (VTW). Toetsingskader Raad van Toezicht en bestuur Om een oordeel te kunnen vellen over de zaken die in de vergaderingen aan de orde komen, beschikken de Raad van Toezicht en de algemeen directeur-bestuurder over toetsingsinstrumenten en -informatie. De belangrijkste daarvan zijn:
het ondernemingsplan voor de periode 2012-2016; de begroting 2013; de kwartaalrapportages; de bevindingen uit de interne controlerapportages, Managementletter accountant, beoordeling prestaties door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en CFV en benchmarkgegevens uit de sector; de afspraken van de Raad van Toezicht met de algemeen directeur-bestuurder; de gesprekken van de Raad van Toezicht met de accountant en de ondernemingsraad; adviezen van externe deskundigen met betrekking tot strategische ontwikkelingen, financiële risicobeheersing, de maatschappelijke en volkshuisvestelijke functie van Woonpartners en de ontwikkelingen in de branche; algemene informatie, onder andere via VTW en Aedes.
9.4 Jaarstukken 2012 In overeenstemming met de statuten is de Raad van Toezicht opdrachtgever van de accountant voor de controle van de jaarrekening. In 2013 kreeg BDO Accountants de opdracht voor controle van de 28
jaarrekening 2012. Woonpartners stelde de jaarrekening en het jaarverslag 2012 (inclusief het volkshuisvestingsverslag) in concept op. Na goedkeuring van deze stukken door de accountant stelde de bestuurder alle stukken vast. In dit verband heeft de Raad van Toezicht zowel schriftelijk als in gesprek met de accountant kennisgenomen van de bevindingen van de accountant naar aanleiding van de integrale controle. Op basis hiervan heeft de Raad van Toezicht het bestuursbesluit tot vaststelling van het jaarverslag en de jaarrekening 2012 goedgekeurd en decharge verleend aan de bestuurder voor het gevoerde beleid. 9.5 AedesCode en Governance Code Woonpartners onderschrijft de AedesCode. Door zich te binden aan de AedesCode laten corporaties zien waarvoor zij staan, waarop zij aanspreekbaar zijn, dat zij kwaliteit bieden en dat zij zich willen verantwoorden naar de omgeving waarin zij opereren. In de AedesCode die Woonpartners onderschrijft, is ook de Governance Code voor Woningcorporaties verankerd. De toepassing hiervan is voorgeschreven, inclusief het principe ‘pas toe of leg uit’. Het is voor Woonpartners een vanzelfsprekendheid om de Governance Code (naar letter en geest) na te leven. 9.6 Gedragscode Integriteit en Klokkenluidersregeling Woonpartners heeft haar integriteitbeleid op hoofdlijnen vastgelegd in een Gedragscode Integriteit. In deze Gedragscode staan richtlijnen voor wat wel en niet kan, zowel binnen als buiten onze organisatie. Deze richtlijnen gelden voor alle medewerkers, directie, bestuur en Raad van Toezicht en voor iedereen die optreedt namens Woonpartners. Onze Gedragscode Integriteit hebben we gepubliceerd op onze website. Onze Klokkenluidersregeling is als aparte paragraaf opgenomen in de Gedragscode Integriteit. In 2013 hebben we geen meldingen ontvangen in het kader van deze regeling. 9.7 Goedkeuring jaarverslag De Raad van Toezicht heeft het uitgebrachte jaarverslag over 2013 goedgekeurd in de vergadering van 18 juni 2014. De Raad van Toezicht waardeert de prestaties van Woonpartners in het verslagjaar: Woonpartners heeft laten zien dat zij is voorbereid op de toekomst en klantgericht te werk gaat. De raad is er trots op dat de dienstverlening van Woonpartners onverminderd hoog is en heeft er veel vertrouwen in dat Woonpartners haar positie in 2014 weet te behouden en te versterken. De Raad van Toezicht volgt de naderende organisatieaanpassingen vol belangstelling en met een kritische blik, zoals het een toezichthoudend orgaan betaamt.
29
10 Gezonde financiën 10.1 Heffingen In 2013 heeft Woonpartners voor de eerste keer de Verhuurdersheffing voldaan. Dit betrof voor dit jaar een beperkt bedrag van € 140.000. Voor de komende jaren wordt deze heffing verhoogd naar € 3,5 miljoen in 2014 en bijna € 6 miljoen in 2018. De Saneringssteun over 2013 bedroeg 1,6 miljoen. Deze heffingen hebben een grote invloed op het vermogen en kasstromen van Woonpartners. 10.2 Wettelijke normen Woonpartners moet als woningcorporatie voldoen aan de regels en normen die het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) opleggen.
Het CFV vraagt jaarlijks gegevens op via CorpoData. Het CFV beoordeelt Woonpartners op basis van signalen die uit analyse van meerdere onderwerpen naar voren kunnen komen. De beoordeling wordt verwerkt in de Oordeelsbrief van het Ministerie. Deze wordt jaarlijks verzonden. In de brief die we in 2013 hebben ontvangen, staat dat het CFV geen opmerkingen heeft en Woonpartners dus binnen de kaders van het CFV blijft. Het WSW geeft financiers de garantie dat Woonpartners haar rente- en aflossingsverplichtingen voor de door haar geborgde leningen nakomt. Zo kan Woonpartners met borging goedkoper geld lenen. In 2013 voldeed Woonpartners aan de eisen die het WSW stelt. Het WSW heeft aangegeven dat Woonpartners geborgde leningen kan aantrekken. Voor de toekomst heeft het WSW een nieuwe beoordelingssystematiek opgezet. Hiervoor zijn door het WSW al extra gegevens opgevraagd. Het WSW gaat corporaties beoordelen op vijf financiële ratio’s en zeven risicogebieden.
10.3 Risicobeheersing Om de financiële positie scherp in beeld en op een goed niveau te houden, zetten we een aantal middelen voor financiële risicobeheersing in. Maandelijks produceren we rapportages op zowel financieel als niet-financieel gebied. Maandelijks stellen we ook budgetoverzichten op die met de managers van de afdeling besproken worden. Per kwartaal stellen we rapportages op voor het Directieteam (DT) en de Raad van Toezicht (RvT), die de rapportages bespreken en analyseren. Rapportage op het gebied van projectontwikkeling vindt plaats aan de hand van fasedocumenten waarin we per onderkende projectfase de belangrijkste uitgangspunten, risico’s, realisatie en autorisatie opnemen. Daarnaast stuurt Woonpartners actief op de beheersing en spreiding van de renterisico’s en leningenportefeuille. Door vermogen aan te trekken tegen gunstige rentetarieven en rentes afhankelijk van de markt voor kortere of langere tijd vast te zetten, werken we gericht aan het stabiliseren van rentelasten, het maximaliseren van rentebaten en het spreiden van renterisico’s. Een goede beheersing van risico’s wordt van steeds groter belang. Intern is dit onderkend. In 2014 wordt een nieuwe risicobeheersingssystematiek geïmplementeerd. Het risicomanagement van Woonpartners richt zich op de risico’s die kunnen leiden tot het niet halen van de doelen uit het ondernemingsplan. De doelen in het ondernemingsplan zijn gepresenteerd in de vorm van strategische opgaven die voor de jaren 2014-2015 zijn bepaald. Deze zijn als volgt uit: • Ons woningaanbod sluit aan bij de huidige en toekomstige mogelijkheden en verwachtingen van de doelgroepen. 30
• • •
De kwaliteit van de bestaande wijken blijft in stand. Transformeren naar een organisatie die de toekomstige markt aan kan. Behouden financiële ruimte om volkshuisvestelijke taak uit te voeren.
Voor nieuwbouwprojecten wordt per fase goedkeuring verleend. Hierbij worden financiële gevolgen alsmede de risico’s van het project vastgelegd en besproken. Risico’s bij de uitvoering worden zoveel mogelijk beperkt door te werken met vooraf afgesproken bouwkosten. Projecten worden niet eerder gestart dan nadat 70% van de woningen bij voorintekening is verkocht. 10.4 Financiële benchmark In de financiële analyses die het CFV maakt van de prestaties van corporaties, is Woonpartners gerangschikt in de categorie ‘Gemiddeld profiel met krimpende portefeuille’. Bij de indicatoren rentedekkingsgraad en aflossingsratio scoort Woonpartners volgens de beoordeling door het CFV beter dan de referentiegroep en het landelijk gemiddelde. De rentedekkingsgraad is een indicator die aangeeft of een onderneming aan haar renteverplichtingen kan voldoen. De aflossingsratio geeft aan welk percentage van de leningenportefeuille kan worden afgelost uit de operationele kasstromen. Woonpartners heeft ook minder schuld per woning dan de referentiegroep en het landelijk gemiddelde. Bijlage 11.9.1 laat zien hoe Woonpartners door het CFV beoordeeld is en hoe enkele indicatoren bij Woonpartners zich verhouden tot die van andere corporaties met een vergelijkbare portefeuille (referentiegroep). In 2014 wordt de publicatie van het CFV (Corporatie in perspectief) niet meer opgesteld. Hiervoor in de plaats komt de Corporatie Benchmark Centrum, waarvan ook wij gebruik gaan maken. 10.5 Financiële instrumenten Woonpartners heeft een nieuw Treasurystatuut opgesteld. Dit Treasurystatuut voldoet aan de huidige wetgeving. Dit statuut wordt in 2014 vastgesteld en aan de Raad van Toezicht voorgelegd. Volgens de stresstest van het CFV hoeft Woonpartners geen liquiditeitsbuffer aan te houden voor de financiële instrumenten. Financiering Voor Woonpartners is de beschikbaarheid van financiering cruciaal voor haar plannen. In 2013 is één lening van € 11 miljoen geherfinancierd. Een roll-over lening van € 7,5 miljoen is beëindigd, deze is niet geherfinancierd. Per saldo is de leningenportefeuille, inclusief het kortlopende deel, van Woonpartners met € 9 miljoen afgenomen. Exclusief het kortlopende deel is de leningenportefeuille vrijwel gelijk gebleven. Liquiditeitenbeheer De liquide middelen zijn in 2013 met € 5,7 miljoen afgenomen: van € 7,9 miljoen per 31-12-2012 naar € 2,2 miljoen per 31-12-2013. Dit saldo betreft het tegoed op de lopende rekening. Daarnaast had Woonpartners de mogelijkheid om gelden op te nemen tot een bedrag van € 5 miljoen bij de Rabobank en € 20 miljoen vanuit de nog niet opgenomen roll-over leningen. Leningenportefeuille De gemiddeld gewogen rentevoet bedraagt per 31 december 2013 4,47 %. In 2012 was dit
31
4,39 %. Deze stijging is te verklaren doordat Woonpartners minder gebruik heeft gemaakt van de roll-over leningen. Deze leningen hebben een lage rente. In 2013 was er minder financieringsbehoefte. Derivaten In 2014 is een nieuw Treasury statuut opgesteld, hierin is voor derivaten het volgende opgenomen: Woonpartners trekt enkel nog financiële derivaten aan conform de op dat moment geldende regels Het aantrekken van financiële derivaten is gericht op het beperken van opwaartse renterisico’s. Het gebruik van gestructureerde derivaten en het schrijven van renteopties worden uitgesloten. Woonpartners zal zich houden aan de beschreven beleidsregels. Indien er updates verschijnen van deze beleidsregels zullen deze automatisch de bestaande vervangen, zodat we altijd voldoen aan de meest actuele eisen. De totale marktwaarde van de swaps (renteruilingen) bedraagt per 31 december 2013 € 0,7 miljoen negatief. Er is geen sprake van een zekerheidsstelling in de vorm van een stortingsplicht (zogenaamde ‘margin call’). De nominale hoofdsommen van deze swaps zijn € 11,0 en € 2,5 miljoen. Daarnaast hebben we een ‘collar’ lopen (een optiestrategie waarmee het renterisico van een toekomstige financiering of deposito kan worden afgedekt). De marktwaarde hiervan is op 31 december 2013 € 0,1 miljoen negatief, de nominale hoofdsom hiervan is € 6,0 miljoen. De totale marktwaarde van de derivaten bedraagt dus per 31 december 2013 € 0,8 miljoen negatief. Per 31 december 2012 was de marktwaarde € 1,7 miljoen negatief. De swap van € 11 miljoen eindigt in maart 2014. In de leningenportefeuille van Woonpartners zit één extendible lening. Daarbij heeft de ABN-AMRO het recht om in 2017 te kiezen voor een vaste rente (3,9%) of een variable rente (3 maand euribor). De restant looptijd vanaf 2017 is tien jaar. Eind december heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) in haar RJ Uiting 2013-2015 Richtlijn 290 Financiële instrumenten (2013) uitgebracht. Conform de richtlijn voor de Jaarverslaglegging moet bekeken worden of de hierin opgesloten derivaat ("embedded") apart gewaardeerd moet worden. Woonpartners is van mening dat dit voor deze embedded derivaat het geval is. In afwachting van een mogelijke verder uitwerking van de richtlijn heeft Woonpartners er voor gekozen om deze waardering in de toelichting op te nemen. De marktwaarde van deze derivaat bedraagt per 1-1-2013: € 1.522.899 negatief, de waarde per 31 december 2013 bedraagt € 961.139 negatief. 10.6 Financieel meerjarenbeeld Bij het opstellen van de begroting 2014 hebben we een nieuw meerjarenperspectief in beeld gebracht dat loopt tot 2018, met een doorkijk naar 2023. In dit meerjarenperspectief zijn de Verhuurdersheffing en Saneringssteun verwerkt. Lasten De onderhoudslasten vormen de grootste uitgavenpost van Woonpartners. Door middel van diverse projecten wil Woonpartners de hoogte en de planning van deze uitgavenpost nog beter beheersbaar maken. De overige bedrijfslasten worden kritisch gevolgd. Na de reorganisatie zijn deze gedaald. Verdere terugdringing is noodzakelijk om ook in de toekomst financieel gezond te blijven.
32
Financiële sturing Voor de financiële continuïteit is het van belang dat Woonpartners zowel op korte als lange termijn aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Dit betekent dat we steeds de beschikking moeten hebben over voldoende financiële middelen. Zowel het inzicht in de ontwikkeling van de solvabiliteit (bepalend voor de continuïteit op lange termijn) als de fluctuaties van de kasstromen (bepalend voor de continuïteit op korte termijn) zijn daarom van belang. We vinden het belangrijk dat de intern gehanteerde ratio’s aansluiten bij de instrumenten die door de toezichthouders gebruikt worden. Het CFV en WSW hebben hun beoordelingssystematiek aangepast. We hebben daarom de financiële ratio’s op basis van onze prognoses getoetst aan de normen die de toezichthouders hanteren. Woonpartners voldoet aan deze normen. 10.7 Stichting Woonpartners en haar verbindingen Vanaf 2003 heeft Woonpartners een nevenstructuur met bv’s. Stichting Woonpartners is 100 % eigenaar/aandeelhouder van Woonpartners Holding bv met de hieraan verbonden werkmaatschappijen. Naast de genoemde Holding bv participeert Stichting Woonpartners ook in andere verbindingen. Een overzicht van de aan de Holding bv verbonden werkmaatschappijen en overige verbindingen is opgenomen in bijlage 11.9.2. De algemeen directeur-bestuurder vormt sinds 1 februari 2008 het eenhoofdige bestuur van alle bv’s. met uitzondering van Social Finance Management bv. In 2013 heeft Woonpartners Holding bv al haar aandelen in Social Finance Management bv tegen nominale waarde verkocht. De Raad van Toezicht van Stichting Woonpartners vormt de Raad van Commissarissen van Woonpartners Holding bv. De activiteiten in deze bv’s zijn nog tamelijk beperkt, gezien de omvang en samenstelling van het bezit. Er is geen personeel in dienst en er worden geen vergoedingen aan de bestuurder en leden Raad van Toezicht verstrekt. Werkzaamheden die Stichting Woonpartners uitvoert voor de Woonpartners Holding bv worden doorbelast op basis van werkelijk bestede uren. Woonpartners bereidt op dit moment een transactie voor waarbij zij de aandelen van Volksbelang in de Wijkontwikkelingsmaatschappij overneemt. Woonpartners wordt dan 100 % aandeelhouder. Ook participeert Stichting Woonpartners in achttien Verenigingen van Eigenaars (VvE’s). Bij deze VvE’s gaat het in de meeste gevallen om appartementencomplexen met daaronder commerciële ruimtes. Sinds 2004 is er ook een VvE met uitsluitend woningen, namelijk VvE Hindestraat/Bakelsedijk. Enkele Verenigingen van Eigenaars hebben ook een relatie met Woonpartners Commerciële Exploitaties bv en Woonpartners Parkeerexploitaties bv. In 2013 is een verbindingenstatuut vastgesteld. Mede naar aanleiding van de Herzieningswet zal Woonpartners haar strategie met betrekking tot verbindingen heroverwegen. In het organogram in bijlage 11.9.3 hebben we de verbindingen en relaties van Woonpartners weergegeven. In bijlage 11.9.4 vindt u per verbinding/rechtspersoon de enkelvoudige cijfers per 31 december 2013. Investeringen In de meerjarenbegroting 2014-2018 zijn de volgende investeringen in vastgoed ten behoeve van verhuur verwerkt:
33
Omschrijving
Aantal woningen / panden 11 5 3 40 48 5 20 5 25 19 76 12 8
WOM Blok 7 WOM Blok 5 WOM Blok 5.1 WOM Blok 9 UWV (huur) WOM Blok 11 commerciële ruimte WOM Blok 11 WOM Blok 12 Binderseind Centrumplan (app) Centrumplan (ggb) WOM Blok 1 WOM Blok 4
Periode 2014 2015 2015 2015 2015 2016 2016 2016 2016 2017 2017 2017 2017
Tevens zijn de kosten voor levensduurverlenging meegenomen. Deze levensduurverlengende uitgaven zorgen weliswaar voor een langere exploitatie, maar leiden in principe niet tot hogere huuropbrengsten. Wel nemen rentelasten toe naar aanleiding van de investeringen. In totaal is voor de periode 2014-2018 een bedrag van € 27,8 miljoen ten behoeve van levensduurverlenging opgenomen. Financiële kengetallen 2013 2013 2012 Financiële continuïteit op basis van de vennootschappelijke balans en verlies- en winstrekening van stichting Woonpartners Solvabiliteit in % 36,14 44,05 Liquiditeit 0,39 0,68 Rentabiliteit eigen vermogen in % -14,28 6,87 Rente vreemd vermogen in % 3,74 3,53 Definities kengetallen: Solvabiliteit: Eigen vermogen 31.12 / Balanstotaal per 31.12 Liquiditeit: Vlottende activa per 31.12 / Kortlopende schulden per 31.12 Rentabiliteit eigen vermogen: Resultaat boekjaar / Eigen vermogen per 31.12 Rente vreemd vermogen: Betaalde rente / Totaal vreemd vermogen inclusief voorzieningen per 31.12
Kasstromen De operationele kasstromen van Woonpartners zijn de komende jaren positief. Om te beoordelen of Woonpartners op langere termijn ook aan haar aflossingsverplichtingen kan voldoen stelt het WSW als norm dat de operationele kasstromen de komende vijf jaren minimaal 2 % van de leningenportefeuille bedragen. Ook na deze fictieve aftrek blijven de operationele kasstromen van Woonpartners positief zodat wij voldoen aan deze eis.
34
Bron: begroting 2014 1
Financieringsruimte Het aanbod aan financieringsmiddelen is verbeterd ten opzichte van vorig jaar, echter is de kapitaalmarkt nog steeds niet erg ruim. Geldgevers stellen nog steeds hoge eisen aan lenende partijen en vragen hogere risicovergoedingen of aanvullende zekerheidsstellingen. Het Eigen Middelen Beleid (EMB) van het WSW biedt wel perspectief in die zin dat dit regelt dat geld verkregen uit DAEB-activiteiten onder bepaalde voorwaarden mag worden ingezet voor niet-DAEB activiteiten. Dit betreft waarschijnlijk een tijdelijke maatregel, waar we echter wel mee aan de slag gaan. De financieringsbehoefte kan over 2014 tot en met 2016 oplopen tot een bedrag van € 23.378.000. Onrendabele investeringen In 2013 is in de jaarrekening een vrijval van de voorziening voor onrendabele investeringen verwerkt van € 1,8 miljoen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de gedeeltelijke vrijval van de voorziening voor het project Weverspoort in verband planwijzigingen en aanbestedingsresultaten.
35
11 Bijlagen 11.1 Bijlagen bij hoofdstuk 2 11.1.1 Aantal verhuringen aan bijzondere doelgroepen Instelling
Aantal sleutels
Aandeel Woonpartners
Gemeente : COA
10
6
SMO
32
20
GGZ
12
5
ORO
5
1
Zorgpoort
*
0
Herstructurering
**
20
Totaal
52
*Met de Zorgpoort zijn aparte afspraken gemaakt: alle woningen die ingrijpend zijn aangepast worden direct aangeboden aan de Zorgpoort. De Zorgpoort heeft hiervoor geen sleutels nodig. ** Het aantal sleutels voor herstructureringskandidaten is afhankelijk van de daadwerkelijke vraag en wordt vooraf niet vastgesteld.
11.1.2 Overzicht van woningzoekenden en verhuringen in 2013 Aandeel woningzoekenden woonachtig Helmond
50,3 %
Aandeel woningzoekenden woonachtig SRE gebied
38,8 %
Aandeel woningzoekenden overig Nederland
9,6 %
Aandeel woningzoekenden buitenland
1,3 %
Aandeel woningzoekenden die onzelfstandig wonen
43,9 %
Aandeel woningzoekenden één- en tweepersoonshuishoudens
81,7 %
Aandeel woningzoekenden met inkomen < € 34.229
85,5 %
Aandeel woningzoekenden met inkomen > € 34.229
14,3 %
Aandeel afgesloten contracten aan woningzoekenden met inkomen < € 34.229
94,9 %
Aantal verhuringen in Helmond via Wooniezie
1013
Stijging percentage aantal verhuringen via Wooniezie t.o.v. 2012 Aandeel verhuringen via aanbodmodel
23,8 % 50 %
Aandeel verhuringen via Direct te huur en Loting
32,2 %
Aandeel verhuringen via Winkel en Bemiddeling
15,4 %
Aandeel geslaagde woningzoekenden met inschrijftijd < 1 jaar
22,0 %
Aandeel geslaagde woningzoekenden met inschrijftijd > 3 jaar
38,9 %
Gemiddeld aantal weigeringen
2,7
Aandeel afgesloten contracten aan woningzoekenden < 65 jaar
84,4 %
Aandeel afgesloten contracten aan woningzoekenden > 65 jaar
15,6 %
Aandeel afgesloten contracten aan woningzoekenden tot en met 22 jaar
11,9 %
Aandeel geslaagde matches aan één of twee pp. huishoudens
85,4 %
36
11.1.3 Tabel Verhuringen 2013 (Aanhangsel E) In de volgende tabel staan de 645 verhuringen van 2013 die via Wooniezie hebben plaatsgevonden, onderverdeeld naar het type huishouden, leeftijdsgroep, inkomenscategorie en huurklasse. Eenpersoons huishouden LEEFTIJD Jonger dan 65 jaar Jonger dan 65 jaar 65 jaar en ouder 65 jaar en ouder
JAARINKOMEN Groter dan 21.025
Totaal
74
13
101
Tot 21.025 Groter dan 21.100
44
164
15
223
5
2
7
Tot 21.100
1
38
4
43
59
281
34
374
Tweepersoons huishouden
Rekenhuurprijs
JAARINKOMEN Groter dan 28.550
Rekenhuurprijs >374,44 <= 574,35
<= 374,44
Tot 28.550 Groter dan 28.725
13
Tot 28.725 13
Totaal Drie- en meerpersoons huishouden LEEFTIJD Jonger dan 65 jaar Jonger dan 65 jaar 65 jaar en ouder
> 574,35
14
Totaal
LEEFTIJD Jonger dan 65 jaar Jonger dan 65 jaar 65 jaar en ouder 65 jaar en ouder
>374,44 <= 574,35
<= 374,44
Rekenhuurprijs
JAARINKOMEN Groter dan 28.550 Tot 28.550
Rekenhuurprijs > 574,35
15
8
23
86
19
117
1
7
8
17
5
22
119
39
171
Rekenhuurprijs >374,44 <= 574,35
<= 374,44
2
2
> 574,35
Totaal 10
23
49
25
76
1
1
36
100
62
37
Rekenhuurprijs
13
Tot 28.725 Totaal
Totaal
11.1.4 Overzicht van de aantallen VHE’s en de wijzigingen in 2013 Aantal op Omzetting Onttrekking door Samenvoegen Toevoeging door aan- Aantal op 01-01-2013 koop-huur verkoop en sloop /splitsen koop en nieuwbouw 31-12-2013 Zelfstandige woongelegenheid 7125 21 -29 0 56 7173 Onzelfstandige woongelegenheid 202 0 0 9 0 211 WOM 76 0 0 0 0 76 Niet woon. - maatsch._gezondheid en zorg 53 0 0 0 0 53 Niet woon. - maatsch._onderwijs en opvoeding 2 0 0 0 0 2 Niet woon. - maatsch._overig 1 0 0 0 0 1 Niet-woon. - overig_bedrijfsruimten/winkels 34 0 0 0 1 35 Niet-woon. - overig_overig bezit 27 0 0 0 0 27 Niet-woon. - overig_parkeervoorzieningen 1398 0 0 0 0 1398 Totalen 8918 21 -29 9 57 8976
11.1.5 Overzicht bezit naar wijk Aantal van VHEnummer Beek Rijlabels en Donk Binnenstad Brouw huis Dierdonk HELMOND Helm ond-Noord Helm ond-Oost Rijpelberg Centrum Eindtotaal duplexwoning beneden 37 13 14 64 duplexwoning boven 14 29 16 59 etagewoning begane grond 15 152 31 57 199 71 525 etagewoning met lift 21 21 hoekwoning 50 31 1 56 64 64 10 276 tussenwoning, eindwoning 514 323 4 1018 1028 552 3439 woning 1e etage, geen lift 162 17 82 220 106 587 woning 1e etage, met lift 17 212 51 50 183 513 woning 2e etage, geen lift 136 16 1 62 105 79 399 woning 2e etage, met lift 13 213 54 44 149 473 woning 3e etage +, geen lift 60 9 75 136 280 woning 3e etage +, met lift 3 253 56 124 362 798 (leeg) Woning 3e etage, geen lift 24 24 Eindwoning/Tussenwoning 2 2 Eindtotaal 48 1813 654 1 5 1581 2476 872 10 7460
38
11.1.6 Samenstelling van de voorraad per 31 december 20132 Verdeling Betaalbaar 1 Betaalbaar 2 Duur Geliberaliseerd Goedkoop Eindtotaal < Aftoppingsgrens Omvang kernvoorraad (huurprijs < € 681,02 Som van netto huur Som van netto VHE-huur Som van maximale huur Som van bruto huur Gemiddelde van netto huur Gemiddelde van netto VHE-huur Gemiddelde van bruto huur Gemiddelde van maximale huur Afwijking netto huur t.o.v. maximale huur
Aantal 4746 557 589 225 1343 7460 6646 7235 € € € € € € € €
Verhouding in % 63,6 7,5 7,9 3,0 18,0 100,0 89,1 97,0
3.412.468,71 3.771.842,29 5.703.596,16 3.582.409,79 462,02 505,61 480,22 764,56 59,8%
Toelichting: bedragen per maand. 11.1.7 Overzicht oorzaken van leegstand en huurderving3 Tabel: Huurderving vanwege leegstand in 2013 Oorzaak leegstand Frictie / mutatie Renovatie Ten laste van exploitatie Sloop Verkoop Totaal
Huurderving Verdeling in % € 350.866,52 56% € 151.412,64 24% € 502.279,16 80% € 18.238,25 3% € 108.819,34 17% € 629.336,75 100%
2
De gegevens komen uit de jaarrekening/bedrijfswaarde. Deze is veranderd van opzet, waardoor de gegevens niet meer 1-op-1 overeenkomen. 3
De gegevens komen uit de jaarrekening/bedrijfswaarde. Deze is veranderd van opzet, waardoor de gegevens niet meer 1-op-1 overeenkomen.
39
11.1.8 Totaal aantal beëindigde huurcontracten De gegevens voor het totaal aantal beëindigde huurcontracten voor woningen (exclusief bedrijfsruimten, parkeerplaatsen en garages) zijn verzameld vanuit het automatiseringssysteem SG Tobias. 11.1.8.1.1
2008 2009 2010 2011 2012 2013
Woningbezit volgens SG Tobias 7597 7541 7459 7389 7411 7460
Totaal aantal
Regulier
Mutatiegraad totaal
Mutatiegraad regulier
910 676 703 633 606 697
860 665 616 590 497 X
11,98 % 8,96 % 9,42 % 8,56 % 8,18 % 9,34 %
11,32 % 8,82 % 8,26 % 7,98 % 6,71 % X
(exclusief sloop, verkoop, ontruimingen / x = gegevens ontbreken in systeem)
De mutatiegraad van woningen is gestegen van 8,18 % in 2012 naar 9,34 % in 2013.
Mutatiegraad woningen Overig
Aantal 697 110
VHE 7.460 1.516
11.1.9 Overzicht verkochte huurwoningen in 2013 Wijk Helmond-Oost Helmond-Noord Binnenstad Binnenstad Helmond-Noord Helmond-Noord Helmond-Noord Helmond-Noord Helmond-Oost Helmond-Oost Helmond-Noord Helmond-Oost Helmond-Noord Rijpelberg Helmond-Noord Rijpelberg Helmond-Oost Rijpelberg Helmond-Noord Helmond-Noord Totaal
Straat Van Weerden Poelmanstraat Marslaan Hindestraat Bakelsedijk Astronautenlaan Cornetpad Mercuriuslaan Basstraat Van Graftstraat Hopmanstraat Saxofoonstraat Witte de Withstraat Adonislaan Kaarderhof Callistopad Theo Driessenhof Broekwal Nemerlaerhof Trombonestraat Venuslaan
Aantal 2 2 2 1 3 1 3 1 1 1 1 1 4 2 1 1 1 1 1 1 31
Wie heeft gekocht Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Derde(n) Huurder van WP Derde(n) Derde(n)
40
Mutatiegraad 9,34 % 7,26 %
11.2 Bijlagen bij hoofdstuk 3 11.2.1 Plannen in uitvoering en ontwikkeling Onderstaande tabel geeft weer welke plannen Woonpartners in uitvoering of in ontwikkeling heeft en wanneer we de projecten verwachten op te leveren. Project/jaar van verwachte oplevering
Appartement huur
Eengezins woning huur
Koopwoning WP Derden
Totaal Huur
Koop
2014 Weverspoort blok 3 8 Weverspoort blok 7 11 2015-2016 Weverspoort blok 5.2 5 Weverspoort blok 5.3 20 Weverspoort blok 9 40 Weverspoort blok 10 19 Weverspoort blok 11 15* Weverspoort blok 12 6 Winkelplein 9 Binderseind 25** UWV-gebouw 86*** Totaal aantal woningen van 2014 175 30 39 205 39 t/m 2016 * Weverspoort blok 11 betreft 15 huurappartementen en 3 commerciële ruimten van ca. 100 m2 ** Binderseind betreft 22 appartementen en 3 commerciële ruimtes *** UWV gebouw betreft 54 appartementen en 32 studio’s
Behalve de hierboven genoemde projecten is Woonpartners bezig met plannen voor meerdere locaties. De ontwikkeling bevindt zich echter nog in een vroeg stadium en daarom hebben we deze niet in de planning van op te leveren woningen opgenomen.
41
11.3 Bijlagen bij hoofdstuk 4 11.3.1 Onderhoudskosten 2013 Onderstaande tabel geeft een overzicht van de onderhoudskosten in 2013:
Begroting 1.146.000 1.328.000 6.724.639 203.361 9.402.000
Klachtenonderhoud Mutatieonderhoud Plan -en projectmatig onderhoud Overig Onderhoudskosten t.l.v. exploitatie
11.4
Realisatie na correctie 1.839.590 161 % 842.557 63 % 6.171.468 92 % 155.128 76 % 9.008.743 96 %
Bijlagen bij hoofdstuk 5
11.4.1 Meetresultaten KWH-Huurlabel
Thema Klantcontact Bereikbaarheid Communicatie en informatie
Totaalscore 2013 KWH-Huurlabel 7,7 Thema Verhuizen 7,7 Woning zoeken 7,5 Nieuwe woning Huur opzeggen
Thema Onderhoud Reparaties Onderhoud
Thema Klachten behandelen Klachten behandelen
7,9 7,6
11.4.2 Leden GGAC 2013
De heer P. Kerkhofs, kantonrechter
voorzitter
Mevrouw C. van Zon, juriste
lid huurderbelang
Mevrouw M. Gringhuis, lid verenigingsraad Woonbond
lid huurderbelang
De heer H. Smits, voormalig corporatiedirecteur
lid verhuurderbelang
De heer drs. E. Davids, manager algemene zaken bij corporatie
plaatsvervangend lid verhuurderbelang
42
8,2 8,3 8,3
6,3
11.5 Bijlagen bij hoofdstuk 6 11.5.1 Uitgaven leefbaarheid 2013 Begroting 2013 Leefbaarheid uit ondernemingsplan Opplussen voorraad Comfort plus pakket Deelname VIP project / Microhulp Leefbaarheidmonitor Leefbaarheid wonen Onderhoudsaanpassingen Wijkontwikkeling Achterpaden Werkgroep + activiteiten Buurtbemiddeling Ontruiming door gemeente Evenementen, bijzondere projecten en festiviteiten Folders en website wijkvisies Leefbaarheid bij renovatie Opruim-en schoonmaakacties Schutting Voorzieningen scootmobiels Sponsoring
Werkelijk 2013
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
20.721,00 0,00 0,00 0,00 20.721,00
26.000,00 65.000,00 8.000,00 44.000,00 10.000,00 10.000,00 39.000,00 0,00 0,00 41.000,00 56.000,00 0,00 5.000,00
98.784,17 33.167,00 1.762,00 10.018,00 13.059,00 -4.760,00 34.173,00 0,00 0,00 1.610,00 11.555,00 0,00 0,00 672,00 200.040,17
304.000,00 Leefbaarheid uit onderhoudsbegroting Aanpassingen entrees/parkeergarage/trapopgang Leefbaarheid diversen Groenonderhoud (opknappen en onderhoud) Poorten/toegangsdeuren
28.000,00 23.000,00 55.000,00 31.000,00 137.000,00 441.000,00
Jaarrekenmodel 2013 Verschil
43
3.272,00 -3.325,00 61.304,83 49.100,00 110.351,83 331.113,00 331.113,00 0,00
11.5.2 Huisvesting bijzondere doelgroepen Huisvesting voor senioren Bij Woonpartners onderscheiden we de volgende woonvormen voor senioren: “Verzorgd Wonen”: woonzorgcentrum Rivierenhof (120 appartementen en kleinschalig beschermd wonen met zorg van Savant in Brouwhuis) en woonzorgcentrum Keyserinnedael (25 appartementen die aanleunen tegen het verpleeghuis van De Zorgboog in het Centrum met dezelfde naam). “Geschikt Wonen”: ruim 300 appartementen in geclusterde complexen met voorzieningen. Hiertoe behoren de complexen Brouwhorst, De Kortenaer en Rozenhof, alle met een zogenaamd steunpunt of steunpunt plus. Appartementencomplexen voor senioren (ruim 350 woningen) en ruim 600 verspreid gelegen seniorenwoningen. Van het totaal aantal woongelegenheden kunnen circa 2.500 woningen worden aangemerkt als zogenaamde nultredenwoning. Vastgoed voor Stichting ORO Stichting ORO biedt professionele totaalzorg aan kinderen en volwassenen met een verstandelijke beperking. Woonpartners verhuurt aan ORO project De Bleek (23 woonplekken aan de Bosscheweg in Beek en Donk), project De Hoge Hees (25 woonplekken aan de Schoolstraat in Beek en Donk), project De Werf (dagbesteding aan de Weth. Heinsbergenplein in Helmond), project van Speijklaan (37 woonplekken en dagbesteding aan de Tjerk Hiddestraat in Helmond) en project Hamsterstraat (23 woonunits met gemeenschappelijke ruimte in Helmond). Ook in de wijken verhuurt Woonpartners woningen aan ORO voor de huisvesting van mensen met woonbegeleiding. In Vossenberg stellen we drie woningen aan ORO ter beschikking voor de tijdelijke huisvesting van een groep jeugdigen. Vastgoed voor Stichting LAT Aan Stichting LAT, een groep ouders van kinderen met autisme, stelt Woonpartners 10 van de 53 appartementen in het complex aan de Margrietlaan/Bernadettestraat ter beschikking. In overleg met de gemeente, de Huurdersraad en wijkbewoners, is een tweede LAT-project in het complex Reynaerde aan de Burgemeester Van Houtlaan opgenomen. Dit plan biedt in totaal ruimte voor 59 appartementen (30 huur/29 koop). Twaalf van deze appartementen zijn toegewezen aan Stichting LAT hierin te integreren. Het project is eind 2012 opgeleverd. Vastgoed voor SWZ (Samenwerkende Woon- en Zorgvoorzieningen voor gehandicapten) SWZ biedt professionele totaalzorg aan mensen met een verstandelijke en lichamelijke beperking. Ten behoeve van deze doelgroep verhuren we in complex Keysershof (Centrum) twaalf woonzorgappartementen met 24-uurs begeleiding. Daarnaast is er een ontmoetingsruimte en een leerwerkbedrijf in de vorm van lunchroom “De Keyser”. Onder begeleiding runnen cliënten van SWZ deze lunchroom. In het naastgelegen complex Keyserinnedael huurt SWZ ook ruimten van Woonpartners voor dagopvang en activering. Vastgoed voor Stichting Maatschappelijke Opvang Helmond e.o. (SMO) SMO biedt maatschappelijke opvang aan mensen in een (dreigende) crisissituatie, dak- en thuislozen en mensen die anderszins een kwetsbare positie in de samenleving hebben. Via de unit Woonbegeleiding zijn circa zestig huishoudens gehuisvest in onze ‘gewone’ woningen, verspreid over de wijken. Via het woonruimtebemiddelingssysteem Wooniezie heeft Stichting Maatschappelijke Opvang Helmond e.o. (SMO) de mogelijkheid om het aantal woningen voor mensen die zelfstandig wonen met woonbegeleiding uit te breiden. Het pand aan de Zuid Koninginnewal huurt SMO voor de huisvesting van buitenlandse/tijdelijke werkkrachten. Vanwege bezuinigingen heeft SMO de panden aan het Beugelsplein (15 plaatsen Training Zelfstandig Wonen) en Noordende (12 plaatsen resocialisatie)medio 2013 afgestoten. Met Zorggroep Helmond heeft Woonpartners intussen een huurovereenkomst gesloten met ingang van 1 januari 2014 voor het pand aan het Beugelsplein voor het opvangen en begeleiden van (jong-) adolescenten die in het verleden binnen de jeugdhulpverlening (vrijwillig, civiel en/of strafrechtelijk) een traject hebben gevolgd. Ook over het pand aan de Koninginnewal is overleg gaande met de insteek om het pand te verhuren als maatschappelijk vastgoed. Vastgoed voor Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) Voor huisvesting van mensen met een psychiatrische achtergrond biedt Woonpartners woningen aan de regionale GGZinstelling. Specifiek voor groepsbewoning kochten we een tweetal grote nieuwbouwwoningen aan in de buurt Vossenberg. GGZ maakt ook gebruik van de mogelijkheid om via ‘Wooniezie’ het aantal woningen met woonbegeleiding te kunnen uitbreiden. Daarnaast verhuren we een pand aan de Molenstraat 129 aan een woongroep met jongeren met sociaalemotionele problematiek en ADHD. Vastgoed voor Stichting Bijzonder Jeugdwerk Brabant (BJB) BJB biedt opvang, hulpverlening, training en onderwijs aan jongeren en gezinnen met problemen. Voor de huisvesting van
44
de bijzondere doelgroep stelt Woonpartners een voormalige pastorie aan de Margrietlaan (Helmond-Oost) ter beschikking waarin wonen, leren en welzijn met elkaar worden gecombineerd. Ook maakt BJB gebruik van de mogelijkheid om via ‘Wooniezie’ het aantal woningen met woonbegeleiding te kunnen uitbreiden. Short Stay Facility (SSF) of Woonhotel De stad Helmond heeft geen ‘gewone’ woonvoorziening waar mensen voor een relatief korte tijd onderdak kunnen vinden. Woonpartners verwierf voor dit doel het leegstaande kantoorpand Kasteel Traverse 104 (Centrum). Realisering ervan hangt af van verschillende factoren. Er vinden oriënterende gesprekken plaats met Zorggroep Helmond en Atlant Groep (Arbeidsintegratie en begeleiding). Het voormalige Hotel Wilhelmina wordt verhuurd aan studenten van de Automotive Campus in Helmond. Omdat verhuur van studentenhuisvesting (kamer) niet tot de corebusiness behoort van Woonpartners, is het beheer uitbesteed aan Interveste.
45
11.6 Bijlagen hoofdstuk 7 11.6.1 Positionering van de belanghouders van Woonpartners en de overlegfrequentie (bij benadering) Naam
Type
Rol
Gemeente
Overheid
Huurdersraad en Bewonerscommissies Ondernemingsraad ORO, SMOH, LEVgroep, BJ Brabant, GGZ, De Zorgboog, Savant, SWZ, Atlant Groep, Zorggroep Helmond, Politie Accountant WoCom, Bergopwaarts en Volksbelang Makelaars, banken, projectontwikkelaars, aannemers, adviseurs e.d.
Klant
Toezicht/faciliterend en partner Informatie/Advies/instemming
2- 6
Medewerkers Zorg, Welzijn en Veiligheid
Advies/instemming Partner/klant
12 1-4
Financieel Corporaties in de regio
Advies/Controle Partner
Diversen
Advies/levering van diensten en producten
46
Overleg/jaar 4
2 10 1
11.7 Bijlagen hoofdstuk 8 11.7.1 Aantal medewerkers 31-12-2013
31-12-2012
AANTAL MEDEWERKERS
85
92
Vrouwen
43
51
Mannen
42
41
FULLTIME MEDEWERKERS
54
57
Fulltime vrouwen
12
16
Fulltime mannen
42
41
PARTTIME MEDEWERKERS
31
35
Parttime vrouwen
31
35
Parttime mannen
0
0
GEMIDDELDE LEEFTIJD
45,3
44,7
Vrouwen
42,7
42,3
Mannen
47,9
47,7
GEMIDDELDE DUUR DIENSTVERBAND
12,8
12,7
Vrouwen
11,3
10,8
Mannen
14,3
15,1
47
11.7.2 Aantal fte’s ONDERDEEL ORGANISATIE
31-12-2013 Gerealiseerd 1 2
DIRECTIE EN WIJKMANAGEMENT STAF (manager) Staf
1 9,23
MARKT EN STRATEGIE (manager) Markt en Strategie
1 4,23
KLANT EN VASTGOED (manager) Projecten Klanten (manager) Team Woning Team Klant (teamleider) Team Klant Vastgoedbeheer (manager) Vastgoedbeheer
1 2,75 1 9,32 1 12,24 1 10
FINANCIËN, P&C (manager)
1
Team Planning en Control Team Financiën (teamleider) Team Financiën
6,47 1 5,86
Totaal gerealiseerd formatie
71,1
11.7.3 Overzicht ondernemingsraad De OR is op 31 december 2013 als volgt samengesteld: Naam Paul Geurts Lian van der Linden Kim Verschuren Erika van Anen Huub Niessen
Functie Voorzitter Secretaris lid Lid Lid
OR-lid sinds 23-07-2009 08-2006 25-06-2013 07-2012 25-06-2013
48
Aftredend in 2017 2015 2015 2017 2015
11.8 Bijlagen hoofdstuk 9 11.8.1 Bezoldiging Bestuur, Raad van Toezicht en enkele andere functionarissen Bezoldiging Bestuur, Raad van Toezicht en enkele andere functionarissen De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector treedt in werking met ingang van 1 januari 2013. Uit hoofde van deze wet is Woonpartners verplicht de bezoldigingen van bestuurders en enkele andere functionarissen te publiceren. 2013
G.C.H.M. de Wilde C.J. Huppertz M.H.A.M. Hoevenaars
Omvang dienstverband (in fte) 1,0 1,0 1,0
Functie algemeen directeur / bestuurder manager Klant & Vastgoed manager Markt & Strategie
Belastbare vaste en variabele Beloningen Dagen in onkosten- betaalbaar op dienst Beloning vergoeding termijn 365 143.097,77 8.598,56 28.733,04 365 89.383,22 9.412,49 19.617,66 365 85.453,73 1.674,56 17.305,50
Het bezoldigingmaximum bedraagt na indexering voor 2013 € 228 599. De bezoldigingen van de bestuurder en andere functionarissen komen niet boven dit toegestane maximum.
P. Krekels N. Dijkhuizen G. van den Heuvel H. Smelt I. Stommels-Verrijdt
Raad van toezicht voorzitter Raad van Toezicht lid Raad van Toezicht lid Raad van Toezicht lid Raad van Toezicht lid Raad van Toezicht en gedeeltelijk vice-voorzitter
49
2013 Jaarlijkse bezoldiging 11.250,00 7.860,00 8.000,00 8.000,00 7.923,75
11.8.2 Samenstelling Raad van Toezicht In onderstaande tabel staan de namen en overige relevante gegevens per 31 december 2013. Naam
Geb. datum
Functie
Afgetreden/ aftredend per Aftredend per 2014
Herbenoeming mogelijk?
Woonplaats, functies / nevenfuncties
Lid Voorzitter
Datum (her-) benoeming 01-07-2008 07-04-2010
De heer P.H.J. Krekels
19-111942
Nee
29-011970
Lid Vicevoorzitter
23-04-2008 26-11-2008 03-04-2013
Aftredend per 2017
Nee
13-031947
Lid Voorgedragen door huurders
08-10-2008 20-11-2013
Aftredend per 2017
Nee
De heer G.A.J. van den Heuvel
14-081952
Lid
26-11-2008 12-12-2012
Aftredend per 2016
Nee
De heer H.J.M. Smelt
16-071978
Lid Voorgedragen door huurders
04-04-2012
Aftredend 2016
Ja
Helenaveen (Deurne) -Lid Grondkamer Zuid; -Voorzitter Uitvoeringskamer Grote Peel; -Penningmeester Zorgcoöperatie Helenaveen Helmond -Docent Financieel Management Fontys Hogescholen ’s-Gravenhage -Zelfstandig consultantVoorzitter Stichting Heelweg; -Lid Raad van Toezicht Stichting Scholengroep Zuidwest -Secretaris Haagse Kunstkring Deurne -Zelfstandig projectmanager en adviseur bouw (Agnito BV te Deurne); -Lid huizencommissie Congregatie H. Geest te Gemert; -Adviseur startende ondernemers -Bestuurslid Ondernemersvereniging GOED -Bestuurslid Walsbergse Zangvereniging Helmond -Advocaat/Partner AV Advocatuur ; -Directeur ContractHulp B.V. -Penningmeester Wijkraad Brandevoort;Lid Raad van Toezicht Stichting Eerstelijns Diagnostiek Nederland, Blauwestad.
Mevrouw I.M. StommelsVerrijdt De heer N.M. Dijkhuizen
50
Lid Vastgoedcommissie / Auditcommissie X
lid Auditcommissie
lid Vastgoedcommissie
lid Vastgoedcommissie
lid Auditcommissie
11.8.3 Belangrijkste gespreksonderwerpen en besluiten In het volgende overzicht staan de belangrijkste onderwerpen die de Raad van Toezicht in 2013 kreeg voorgelegd. Er zijn besluiten genomen over of op basis van de volgende onderwerpen: Datum 16.01.13
Besluit / Goedkeuring
2013-01
Goedkeuring prestatieafspraken 2012-2015 tussen gemeente Helmond, de Helmondse woningcorporatie en Bergopwaarts uit Deurne
Goedkeuring aan het Ondernemingsplan
Vaststelling instellen Vastgoedcommissie en Auditcommissie
29.05.13
Besluit tot herbenoeming I. Stommels-Verrijdt als lid van de Raad van Toezicht
2013-04
Besluit tot goedkeuring integrale gebiedsontwikkeling Weverspoort
29.05.13
Besluit tot goedkeuring van het accountantsverslag 2012
2013.05
Besluit tot goedkeuring van de jaarrekening 2012 en het volkshuisvestingsverslag 2012
Besluit tot goedkeuring van het reglement Vastgoedcommissie
Besluit tot goedkeuring van het reglement Auditcommissie
Besluit tot goedkeuring omzetting van 14 woningen blok 13 + 14 Vossenberg van koop naar
06.02.13 2013-02
28.08.13 2013.06
huur
20.11.13
Besluit tot goedkeuring begroting 2014 Stichting
2013-09
Besluit tot goedkeuring begroting 2014 WOM
Besluit tot goedkeuring Treasury jaarplan 2014
Besluit tot goedkeuring Randvoorwaarden Nieuwbouw
Verlening toestemming aan algemeen directeur/bestuurder tot ondertekening ‘Verstrekken lastgeving / volmacht aan WSW
Besluit tot herbenoeming van N. Dijkhuizen als lid van de Raad van Toezicht voor één zittingstermijn van 4 jaar
51
11.9 Bijlagen bij hoofdstuk 10 11.9.1 Indicatoren Woonpartners De volgende tabel laat zien hoe Woonpartners door het CFV beoordeeld is en hoe enkele indicatoren bij Woonpartners zich verhouden tot die van andere corporaties met een vergelijkbare portefeuille (referentiegroep). Woonpartners 2010 2011
2009
2012
referentie 2012
landelijk 2012
Rentedekkingsgraad
1,8
2,1
2,1
2,3
2,1
1,8
Aflossingsratio
3,7
4,8
9,1
5,4
4,7
3,7
Nominale waarde leningen per VHE bron: Corporatie in Perspectief 2013
25.302
52
24.677
24.347
29.720
34.298
11.9.2 Stichting Woonpartners en haar verbindingen Woonpartners Holding bv Naam Woonpartners Bijzondere Exploitaties bv
Oprichting 30-10-2003
Woonpartners Commerciële Exploitaties bv
30-10-2003
Woonpartners Commercieel Vastgoed bv
30-10-2003
Woonpartners Parkeerexploitaties bv
30-10-2003
Woonpartners Vereniging van Eigenaars bv
30-10-2003
Social Finance Management bv
17-12-2007 beëindigd in 2013
53
Doel Exploiteren, realiseren en beheren van bijzondere registergoederen die indirect samenhangen met de werkzaamheden van Stichting Woonpartners. Exploiteren, realiseren en beheren van commerciële ruimten en de daarmee samenhangende werkzaamheden. Exploiteren, realiseren en beheren van projecten op het gebied van woningbouw en andere registergoederen en de daarmee samenhangende werkzaamheden. Exploiteren, realiseren en beheren van parkeervoorzieningen en de daarmee samenhangende werkzaamheden. Het beheer inzake de verenigingen van eigenaars en de daarmee samenhangende werkzaamheden. Het voeren van het management van Social Finance nv.
Andere verbindingen Naam Woonwagens en standplaatsen Beheer bv
Oprichting 19-06-2006
Coöperatie Smart Finance BA
29-11-2007
Social Finance nv
17-12-2007
WijkOntwikkelingsMaatschappij Helmond Binnenstad bv (WOM)
20-12-2007
Domovisie bv
22-06-2010
Duurzame Energie de Eeuwsels bv
19-12-2011
54
Doel Beheer en exploitatie van de in Helmond gelegen subkampjes met de bijbehorende standplaatsen en woonwagens. Elk van de vier Helmondse woningcorporaties participeert voor 25 % in deze Beheer bv. Het verlenen van ondersteuning in de financieringslasten van particuliere kopers van woningen. Uitvoering geven aan de Starters Rente Regeling ®. Deze is van toepassing bij verkoopprojecten met door of namens Woonpartners ontwikkelde koopwoningen. Ontwikkelen en realiseren van vervangende nieuwbouw (koop en huur) in het e herstructureringsgebied 3 fase Binnenstad. Stichting Woonpartners is 95 % eigenaar van deze bv, woningbouwvereniging Volksbelang is voor eigenaar van de overige 5 %. Het (doen) aanbrengen en onderhouden van domoticavoorzieningen in en rond woningen voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners. Het beleggen en beheren van vermogen. Stichting Woonpartners bezit 30 % van het gestorte aandelenkapitaal. Het realiseren en exploiteren van duurzame energievoorzieningen in het plangebied de Eeuwsels.
11.9.3 Organogram verbindingen Stichting Woonpartners
Domovisie B.V. (30% eigenaar)
Woonwagens en standplaatsen Beheer B.V. (25 % eigenaar)
Holding B.V. (100 % eigenaar)
WijkOntwikkelings Maatschappij Helmond Binnenstad B.V. (95 % eigenaar)
Co peratie Smart Finance B.A. (33 % aandeel)
Social Finance N.V. (Co peratie 100 % aandeel)
Bijzondere exploitaties B.V. (100 % eigenaar)
Commerciële Exploitaties B.V. (100 % eigenaar)
Commercieel Vastgoed B.V. (100 % eigenaar)
VVE Hindestraat (66,4 %) VVE Cascade (47,9 %) VVE De Meulen (69,4 %) VVE Kloosterhof I (70,4 %) VVE Kloosterhof II (80 %) VVE Parkgebouw (67,3 %) VVE De Beurs (76,1 %) VVE Paterslaan (100 %) - VVE L'Étage (Paterslaan) - VVE La Façade (Paterslaan) - VVE parkeergarage Patersln VVE La Place (74,4%) VVE Prinzenhof (79,3%) VVE De Librije (73,6%) VVE Residentie Binderen (94,6%) VVE Filmhuis (89,6%) VVE Oude Filmhuis (50%) VVE Keyserinnedael (100%) VVE Hamsterstraat (56,95%)
Parkeerexploitaties B.V. (100% eigenaar)
Vereniging van Eigenaars B.V. (100% eigenaar)
Duurzame Energie de Eeuwsels B.V. (24,60 % eigenaar)
o
De verbindingen met Social Finance N.V. hebben tot doel de Starters Rente Regeling ® uit te voeren bij verkoopprojecten met door Woonpartners ontwikkelde koopwoningen. In de Coöperatie Smart Finance B.A. nemen naast stichting Woonpartners ook Stichting Trudo uit Eindhoven en Vieya Woningcorporatie uit Dongen deel. Social Finance Management B.V. voert het management van de Naamloze Vennootschap Social Finance. In de Social Finance Management B.V. nemen naast Finance Ideas Holding B.V. ook Trudo Holding B.V. en DWV Beheer B.V. deel.
55
11.9.4 De enkelvoudige cijfers per 31 december 2013 per verbinding/rechtspersoon Nevenstructuur verbonden partijen en cijfers 2013 Woonpartners Holding bv Woonpartners Bijzondere Exploitaties bv Woonpartners Commercieel Vastgoed bv Woonpartners Commerciële Exploitaties bv Woonpartners Parkeerexploitaties bv Woonpartners Vereniging van Eigenaars bv Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad bv
Jaarresultaat voor belasting
Omzet
Eigen vermogen
-1.098.481
30.081
2.882.806
Geplaatst en gestort kapitaal 10.000.000
12.282
1.274.060
-12.374
18.000
1.370.000
772.813
-43.940
0
179.803
18.000
0
303.724
57.601
245.502
2.897.192
18.000
0
0
-1.108.604
107.298
1.700.143
18.000
2.013
3.049
-4.121
0
45.758
18.000
0
12.857
-73.797
5.164.509
183.752
18.000
0
5.454.041
56
Langlopende schulden
Kortlopende schulden
0
2.380.478
INHOUDSOPGAVE JAARREKENING 2013
Geconsolideerde balans per 31 december 2013
58
Geconsolideerde winst- en verliesrekening 2013
60
Kasstroomoverzicht geconsolideerd
61
Waarderingsgrondslagen
62
Toelichting geconsolideerde balans en winst- en verliesrekening 2013
71
Enkelvoudige balans per 31 december 2013
96
Enkelvoudige winst- en verliesrekening 2013
98
Algemene grondslagen voor enkelvoudige jaarrekening
99
Toelichting enkelvoudige balans en winst- en verliesrekening 2013
100
Kasstroomoverzicht enkelvoudig
118
Overige gegevens
119
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
120
Verklaring van bestuur
121
Vaststelling en goedkeuring
122
57
GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (voor resultaatbestemming) ACTIEF
Toelichting
31.12.2013
31.12.2012
1 1.1 1.2 1.3
285.761.222 3.601.854 3.991.228
352.688.297 3.328.551 3.987.853
293.354.304
360.004.701
46.822.293 943.211 10.301.101
42.260.196 505.552 11.162.622
58.066.605
53.928.370
112.460 6.631.415 259.735 33.265 182.669
165.439 6.418.575 280.732 155.560 243.236
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Sociaal vastgoed in exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
Vastgoedbeleggingen Commercieel vastgoed in exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
1.4 1.5 1.6
Financiële vaste activa Andere deelnemingen Latente belastingvorderingen Leningen u/g Te vorderen BWS-subsidies Overige vorderingen
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Som der vaste activa
7.219.544
7.263.542
358.640.453
421.196.613
1.186.111 3.210.638 0
1.254.235 5.689.866 0
4.396.749
6.944.101
45.510
408.219
363.607 77.963 477.752 0 1.158.042 591.368
391.964 68.737 434.786 20.820 2.376.308 925.104
2.668.732
4.217.719
3.299.480
8.690.191
10.410.471
20.260.230
369.050.924
441.456.843
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Vastgoed bestemd voor verkoop Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Overige voorraden
Onderhanden projecten Vorderingen Huurdebiteuren Gemeenten Vorderingen op aandeelhouders/participanten Vorderingen op groepsmaatschappijen Overige vorderingen Overlopende activa
Liquide middelen
3 3.1 3.2 3.3
4 5 5.1 5.2 5.3 5.3.a 5.4 5.4.a
6
Som der vlottende activa
T O T A A L
A C T I V A
58
P A S S I EF
Toelichting
GROEPSVERMOGEN Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen Aandelenkapitaal Agioreserve derden Overige reserves Onverdeeld resultaat boekjaar
7 7.1
Aandeel van derden in het groepsvermogen
7.2
VOORZIENINGEN Voorziening onrendabele investering en herstructureringen Voorziening reorganisatiekosten Overige voorzieningen
8 8.1 8.2 8.3
LANGLOPENDE SCHULDEN Schulden/leningen kredietinstellingen Waarborgsommen Vooruitontvangen huur Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
KORTLOPENDE SCHULDEN Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan leveranciers Schulden aan groepsmaatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden ter zake van pensioenen Overige schulden Onderhanden projecten Overlopende passiva
T O T A A L
9 9.1 9.2 9.3 9.4
10 10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.5 10.6 10.7
P A S S I V A
59
31.12.2013
31.12.2012
900 1.820.245 148.805.699 -18.829.610
900 1.820.245 177.167.853 13.209.533
131.797.234
192.198.531
-3.690
-33.195
131.793.544
192.165.336
14.286.994 297.205 951.868
18.178.867 770.955 917.838
15.536.067
19.867.660
178.693.161 3.216.365 4.959.368 10.639.612
178.451.230 3.140.216 4.923.220 11.338.441
197.508.506
197.853.107
13.146.556 6.485.544 0 1.727.389 105.445 11.636 0 2.736.237
21.949.668 7.485.545 77.152 690.280 19.330 29.766 0 1.318.999
24.212.807
31.570.740
369.050.924
441.456.843
GECONSOLIDEERDE WINST- EN VERLIESREKENING OVER 2013
Toelichting
2013
2012
42.876.379 1.525.578 0 2.803.732 5.164.509 1.537.553
38.713.490 1.518.347 0 2.933.590 7.536.712 1.120.944
53.907.751
51.823.083
5.784.999 21.640.843 0 4.121.224 618.215 765.738 9.128.240 15.222.674
6.279.457 -4.881.527 0 4.786.878 645.137 828.763 7.195.709 15.858.740
Som der bedrijfslasten
57.281.933
30.713.157
BEDRIJFSRESULTAAT
-3.374.182
21.109.926
BEDRIJFSOPBRENGSTEN Huuropbrengsten Opbrengsten servicecontracten Overheidsbijdragen Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille Wijzigingen in voorraden gereed product en onderhanden projecten Overige bedrijfsopbrengsten
11 12 13 14 15 16
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Overige waardeveranderingen van mat. vaste activa en vastgoedportefeuille Erfpacht Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Onderhoudslasten Overige bedrijfslasten
17 18 19 19 20 21 22
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
23
-7.004.628
660.182
Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rentelasten en soortgelijke kosten
24 24
324.149 -8.849.611
891.959 -8.743.888
-8.525.462
-7.851.929
-18.904.272
13.918.179
73.950 -2.978
-741.841 0
-18.833.300
13.176.338
Saldo financiële baten en lasten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN
Belastingresultaat uit gewone bedrijfsvoering Resultaat deelnemingen
25 26
RESULTAAT NA BELASTINGEN
Waarvan aandeel van derden
29
RESULTAAT TOEKOMEND AAN DE WONINGCORPORATIE
60
3.690
33.195
-18.829.610
13.209.533
KASSTROOMOVERZICHT per 31-12-2013 2013
2012
43.977.849 183.049 0 5.656.274 49.817.172
42.758.980 234.486 0 2.200.237 45.193.703
-5.254.974 -8.771.375 -7.928.140 -21.954.489
-6.366.258 -4.777.008 -8.664.362 -19.807.628
Kasstroom uit operationele activiteiten Ontvangsten van huurders Ontvangsten van subsidiegevers Ontvangsten van kopers Ontvangsten overig
Betalingen aan werknemers Betalingen aan leveranciers onderhoud Betalingen overig
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Ontvangen dividend Betaalde interest Betaalde winstbelasting
27.862.683 323.458 0 -8.444.535 45.624 -8.075.453
25.386.075 1.024.154 0 -8.905.737 2.058.651 -5.822.932
Kasstroom uit operationele activiteiten (I)
19.787.230
19.563.143
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa Investeringen in financiële vaste activa Desinvesteringen in financiële vaste activa
-22.480.666 4.499.979 18.096 -1.349.003
-19.517.111 5.955.309 2.262 55.766
Kasstroom uit investeringsactiviteiten (II)
-19.311.594
-13.503.774
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangsten uit langlopende schulden (nieuwe leningen) Aflossing langlopende schulden Mutatie gelieerde partijen
12.370.000 -20.361.448 1.422.580
0 1.616.700 -2.910.382
Kasstroom uit financieringsactiviteiten (III)
-6.568.868
-1.293.682
Mutatie liquide middelen (I+II+III)
-6.093.232
4.765.687
Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen Mutatie kredietfaciliteit WOM Afronding
8.690.191 -6.093.232 702.537 -16
3.116.023 4.765.687 808.485 -4
Eindstand liquide middelen
3.299.480
8.690.191
61
TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING ALGEMEEN Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013. Alle bedragen luiden in euro’s, tenzij anders vermeld.
Activiteiten De activiteiten van Stichting Woonpartners en haar groepsmaatschappijen, allen statutair gevestigd te Helmond, bestaan voornamelijk uit het verhuren van woonruimte.
Groepsverhoudingen De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van de werkmaatschappijen. In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlinge schulden, vorderingen en transacties geëlimineerd. De groepsmaatschappijen zijn integraal voor 100% geconsolideerd. Een overzicht van de in de consolidatie opgenomen groepsmaatschappijen is opgenomen in onderstaand overzicht. Er is geen aansprakelijkstelling volgens artikel 2:403 BW afgegeven voor de verschillende werkmaatschappijen. Naam Stichting Woonpartners Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Woonpartners Holding B.V. Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. Woonpartners Vereniging van Eigenaars B.V. Naam Woonpartners Holding B.V. Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. Woonpartners Vereniging van Eigenaars B.V.
Juridische vorm Stichting B.V. B.V. B.V. B.V. B.V. B.V. B.V.
Belang 100% 95% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
Eigen vermogen 2013 2.882.806 183.752 2.897.192 -12.374 179.803 1.700.143 45.758
Resultaat 2013 -1.098.482 -73.797 57.601 12.282 -43.940 -1.108.604 -4.121
Statutaire zetel Helmond Helmond Helmond Helmond Helmond Helmond Helmond Helmond Maatschap. kapitaal 50.000.000 90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 90.000
Geplaatst kapitaal 10.000.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000
De minderheidsbelangen in Woonwagens en Standplaatsen Beheer B.V. (25 %), Domovisie B.V. (33,3%) en de in 2011 opgerichte Duurzame Energie De Eeuwsels B.V. (24,6%) zijn niet meegeconsolideerd. Deze BV's worden aangemerkt als verbonden partij. Woonpartners had tevens een minderheidsbelang van 16,7% in Social Finance Management. Dit aandeel is in 2013 in zijn geheel verkocht.
Grondslagen In de geconsolideerde jaarrekening van Stichting Woonpartners zijn de financiële gegevens verwerkt van de tot de groep behorende maatschappijen en andere rechtspersonen waarop een overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend of waarover de centrale leiding wordt gevoerd. De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld met toepassing van de grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling van stichting Woonpartners. De financiële gegevens van de groepsmaatschappijen en de andere in de consolidatie betrokken rechtspersonen en vennootschappen zijn volledig in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen onder eliminatie van de onderlinge verhoudingen en transacties. Belangen van derden in het vermogen en in het resultaat van groepsmaatschappijen zijn afzonderlijk in de geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking gebracht. De resultaten van nieuw verworven groepsmaatschappijen en de andere in de consolidatie meegenomen rechtspersonen en vennootschappen worden geconsolideerd vanaf de overnamedatum. Op die datum worden de activa, voorzieningen en schulden gewaardeerd tegen de reële waarden.
ALGEMENE GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING De geconsolideerde jaarrekening van stichting Woonpartners is opgesteld volgens de bepalingen van het Besluit beheer sociale-huursector (Bbsh). In dit besluit wordt voorgeschreven Titel 9 Boek 2 BW toe te passen, behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. Tevens is deze geconsolideerde jaarrekening opgesteld volgens de door de Raad voor de Jaarverslaggeving uitgegeven Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting. Deze richtlijn is in 2011 herzien, stichting Woonpartners past deze herziene Richtlijn vanaf verslagjaar 2012 toe. De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva gewaardeerd volgens het kostprijsmodel. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
62
Financiële instrumenten Onder de financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten, zoals vorderingen en schulden, als financiële derivaten verstaan. In de toelichting op de onderscheiden posten van de balans wordt de reële waarde van het betreffende instrument toegelicht als die afwijkt van de boekwaarde. Indien het financiële instrument niet in de balans is opgenomen wordt de informatie over de reële waarde gegeven in de toelichting op de 'Niet uit de balans blijkende verplichtingen'. Voor de grondslagen van de primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de behandeling per balanspost. Financiële derivaten waarbij de onderliggende waarde niet beursgenoteerd is worden tegen de kostprijs opgenomen. Indien per balansdatum de reële waarde lager is dan de kostprijs dan wel negatief is, wordt het derivaat ten laste van de winst -en verliesrekening afgewaardeerd naar lagere reële waarde, tenzij kostprijshedge-accounting wordt toegepast. Bij bepaling van de reële waarde wordt rekening gehouden met het effect van de lopende rente. Indien financiële derivaten echter voor hedge accounting in aanmerking komen en hedge accounting wordt toegepast is de verwerking van deze winst of dit verlies afhankelijk van de aard van de afdekking. Stichting Woonpartners past hedge accounting toe op basis van generieke documentatie. Kostprijshedge-accounting Het effectieve deel van financiële derivaten die zijn toegewezen voor kostprijshedge-accounting, wordt tegen kostprijs gewaardeerd en het ineffectieve deel wordt tegen reële waarde gewaardeerd. De waardeveranderingen van de reële waarde van het ineffectieve deel worden direct in de winst -en verliesrekening verwerkt.
Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen. Winstbelastingen, ontvangen interest en ontvangen dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde interest en betaalde dividenden worden eveneens opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. De verkrijgingsprijs van verworven groepsmaatschappijen wordt opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geldmiddelen heeft plaatsgevonden. Hierbij worden geldmiddelen aanwezig in deze groepsmaatschappijen afgetrokken van de aankoopprijs. Transacties waarbij geen ruil van geldmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract wordt voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten.
63
GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN DE GECONSOLIDEERDE ACTIVA EN PASSIVA ACTIVA 1. Materiële vaste activa en Vastgoedbeleggingen 1.1 Sociaal vastgoed in exploitatie Grondslag sociaal vastgoed in exploitatie geclassificeerd als bedrijfsmiddel: Sociaal vastgoed omvat woningen in exploitatie met een huurprijs onder de huurtoeslaggrens, het maatschappelijk vastgoed en het overige sociale vastgoed. De huurtoeslaggrens is een algemeen huurprijsniveau dat jaarlijks per 1 juli door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt vastgesteld. Ultimo 2013 bedraagt deze grens € 681,02 (2012: € 664,66). Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerendgoed dat is verhuurd aan maatschappelijke organisaties, waaronder zorg-, welzijns-, onderwijs- en culturele instellingen en dienstverleners en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze is opgenomen in de Beschikking van de Europese Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen. Stichting Woonpartners kwalificeert het sociaal vastgoed als bedrijfsmiddel, aangezien Stichting Woonpartners een beleid heeft dat gericht is op het realiseren van de volkshuisvestelijke taken. Het volkshuisvestelijk beleid staat hierbij centraal. Grondslag classificatie als bedrijfsmiddel en waardering tegen historische kostprijs: Sociaal vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd op verkrijgingsprijs/vervaardigingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. Of sprake is van een bijzondere waardevermindering wordt jaarlijks getoetst op basis van boekwaarde versus bedrijfswaarde. Een bijzonder waardeverminderingsverlies is het bedrag waarmee de boekwaarde de bedrijfswaarde duurzaam overschrijdt en wordt direct in de winsten-verliesrekening verwerkt onder de post overige waardeverminderingen van materiële vaste activa. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdend met een eventuele residuwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op grond wordt niet afgeschreven. Onderhoud Periodiek groot onderhoud wordt volgens de componentenbenadering geactiveerd. Hierbij worden de totale uitgaven toegewezen aan de samenstellende delen. Grondslag waardering als bedrijfsmiddel en waardering tegen actuele waarde gebaseerd op bedrijfswaarde: Sociaal vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd tegen de actuele waarde gebaseerd op bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van de geprognosticeerde kasstromen van de kasstroomgenererende eenheid uit hoofde van toekomstige exploitatieopbrengsten en toekomstige exploitatielasten over de geschatte resterende looptijd van de investering. De indeling naar kasstroomgenererende eenheid is gedefinieerd op complexniveau. Stichting Woonpartners kiest voor deze indeling van de kasstroomgenererende eenheden aangezien deze aansluit bij haar interne bedrijfsvoering en hierbij de basis vormt voor haar vastgoedsturing. De reële waarde wordt afhankelijk gesteld van de voorgenomen bestemming van de complexen. De onroerende zaken kunnen voor langere of kortere termijn voor verhuur worden aangehouden. Veelal geldt dat sociaal vastgoed gekwalificeerd als bedrijfsmiddel (en niet bestemd voor verkoop) zal worden gewaardeerd op basis van bedrijfswaarde, omdat de bedrijfswaarde veelal lager is dan de vervangingswaarde. De kasstroomprognoses zijn gebaseerd op redelijke en onderbouwde veronderstellingen die de beste schatting van de directie weergeven van de economische omstandigheden die van toepassing zullen zijn gedurende de resterende levensduur van het actief. De kasstromen zijn gebaseerd op de eind 2013 intern geformaliseerde meerjarenbegroting en bestrijken een periode van vijf jaar, behoudens de verwachte kosten van groot onderhoud, erfpacht en overige contracten met een werkingsduur van meer dan vijf jaar. De kosten van planmatig onderhoud worden gebaseerd op de in de meerjarenonderhoudsbegroting onderkende cycli per component. Voor latere jaren wordt uitgegaan van de verwachte gemiddelde groeivoeten voor inflatie, huurstijging en rente alsmede genormeerde lastenniveaus. Uitgaven na eerste verwerking (de zogeheten na-investeringen) die leiden tot een waardeverhoging van het actief, worden geactiveerd. Uitgaven die betrekking hebben op toekomstige herstructureringen, waarvan de feitelijke verplichtingen dan wel de in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan, worden in de waardering betrokken. Herstructurering onderscheidt zich van renovatie door het verbeteren of vergroten van de oorspronkelijke capaciteit. Periodiek groot onderhoud wordt volgens de componentenbenadering geactiveerd. Hierbij worden de totale uitgaven toegewezen aan de samenstellende delen. De lasten van onderhoud, niet zijnde periodiek groot onderhoud, waaronder renovatie, onderscheiden zich van activeerbare kosten door het feit dat er geen sprake is van een waardeverhoging van het actief. De lasten van dergelijk onderhoud worden ten laste gebracht van het resultaat op het moment dat deze zich voordoen. Afschrijvingen worden berekend over de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde is gesplitst naar de componenten grond, opstal en overige componenten. Over het aandeel van de grond wordt niet afgeschreven. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur per component en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. De initiële herwaardering van het sociaal vastgoed in exploitatie naar actuele waarde is rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt in een herwaarderingsreserve. De hierop volgende jaarlijkse waardeveranderingen worden als volgt in de jaarrekening verwerkt: • Een waardevermeerdering van een complex onder het sociaal vastgoed wordt in beginsel direct ten gunste van de herwaarderingsreserve gebracht. Uitzondering betreft het geval wanneer voor een complex in het verleden een afwaardering ten laste van het resultaat is gebracht. In die situatie worden waardevermeerderingen van ditzelfde complex als positief resultaat in de winst- en verliesrekening verwerkt, voor zover dit een terugname betreft van deze eerdere waardevermindering. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de terugneming nooit hoger is dan de boekwaarde die bepaald zou zijn indien in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het complex zou zijn verantwoord.
64
• Een waardevermindering van een complex onder het sociaal vastgoed wordt in beginsel ten laste van het resultaat gebracht. Indien echter een herwaarderingsreserve voor dit complex gevormd is, wordt de waardevermindering direct ten laste van de herwaarderingsreserve gebracht tot het bedrag dat met betrekking tot het desbetreffende complex in de herwaarderingsreserve is opgenomen.
1.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie betreft complexen in aanbouw ten behoeve van toekomstige verhuurexploitatie. De complexen in aanbouw worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs en toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering onder aftrek van een bijzondere waardevermindering. Voorts wordt rente tijdens de bouw toegerekend. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gemiddelde rentevoet over het totale vreemde vermogen. Voor onroerende zaken waarvoor specifieke financiering is aangetrokken, wordt de interestvoet van deze specifieke financiering gehanteerd. Indien de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, wordt de onroerende zaak op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. Ingenomen grondposities worden onder deze post verwerkt tegen verkrijgingsprijs en bijkomende kosten. Rentetoerekening vindt eerst plaats nadat ontwikkelactiviteiten zijn gestart. Afschrijving vindt plaats na ingebruikneming van de complexen.
1.3 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd op basis van de verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Lease De materiële vaste activa waarvan de woningcorporatie en haar groepsmaatschappijen, krachtens een financiële leaseovereenkomst de economische eigendom heeft, worden geactiveerd. De uit de financiële leaseovereenkomst voortkomende verplichting wordt als schuld verantwoord. De in de toekomstige leasetermijnen begrepen interest wordt gedurende de looptijd van de financiële leaseovereenkomst ten laste van het resultaat gebracht. Leasecontracten waarbij een groot deel van de voor- en nadelen verbonden aan de eigendom niet bij de woningcorporatie ligt, worden verantwoord als operationele lease. Verplichtingen uit hoofde van operationele lease worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de winst- en verliesrekening over de looptijd van het contract. Onderhoud Periodiek groot onderhoud wordt volgens de componentenbenadering geactiveerd. Hierbij worden de totale uitgaven toegewezen aan de samenstellende delen.
1.4 Commercieel Het commercieel vastgoed in exploitatie wordt gewaardeerd op basis van actuele waarde. De actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van courante prijzen op een actieve markt voor gelijksoortige onroerende zaken op dezelfde locatie en in dezelfde staat. De taxaties zijn uitgevoerd door een onafhankelijk ter zake kundige taxateur. Deze taxateur is aangesloten bij Stichting Vastgoedcert. Winsten of verliezen, ontstaan door een wijziging in de actuele waarde van het commercieel vastgoed, worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de periode waarin de wijziging zich voordoet, onder de categorie “Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille”. Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming, hetzij ten laste van de Overige reserves, een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische kostprijs.
1.5 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie als vastgoedbelegging betreft complexen in aanbouw ten behoeve van toekomstige verhuurexploitatie als commercieel vastgoed. De complexen in aanbouw worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs en indien van toepassing verminderd met bijzondere waardeverminderingen. De verkrijgingsprijs bestaat uit materiaalkosten, toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering en toegerekende rente tijdens de bouw onder aftrek van een bijzondere waardevermindering uit hoofde van te dekken stichtingskosten. De bijzondere waardevermindering wordt bepaald door het verschil tussen de realiseerbare waarde (taxatiewaarde van het object of DCF van exploitatiekasstromen) en de stichtingskosten. Indien de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, wordt de onroerende zaak op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. Ingenomen grondposities worden onder deze post verwerkt tegen verkrijgingsprijs, bijkomende kosten en indien van toepassing verminderd met bijzondere waardeverminderingen. Rentetoerekening vindt eerst plaats nadat ontwikkelactiviteiten zijn gestart.
1.6 Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden die zijn gekwalificeerd als een financieringstransactie worden gewaardeerd op basis van actuele waarde. De actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van courante prijzen op een actieve markt voor gelijksoortige onroerende zaken op dezelfde locatie en in dezelfde staat. Winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de actuele waarde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de periode waarin de wijziging zich voordoet, onder de categorie “Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille”. Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische kostprijs.
65
2. Financiële vaste activa 2.1 Andere deelnemingen Andere deelnemingen waarin geen invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs en indien van toepassing onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen. 2.2 Latente belastingvorderingen Onder de financiële vaste activa zijn actieve belastinglatenties opgenomen, indien en voor zover het waarschijnlijk is dat realisatie van de belastingclaim te zijner tijd zal kunnen plaatsvinden. Deze actieve latenties zijn gewaardeerd tegen contante waarde waarbij discontering plaatsvindt tegen de nettorente en hebben overwegend een langlopend karakter. De nettorente bestaat uit de voor stichting Woonpartners geldende rente voor langlopende leningen (4,47%) onder aftrek van belasting op basis van het effectieve belastingtarief (25%). De actieve belastinglatentie heeft betrekking op tijdelijke verschillen tussen waardering in de jaarrekening en de fiscale waardering en op de aanwezige compensabele verliezen. De opgenomen latentie heeft betrekking op complexen bestemd voor de verkoop, beleggingen en langlopende schulden. Ultimo 2013 zijn er geen verhuureenheden bestemd voor sloop en herontwikkeling. Voor het overige bezit is niet aan te duiden wat de bestemming zal zijn en is vanuit het oogpunt van voorzichtigheid de latentie op nihil gewaardeerd. De actieve belastinglatentie is gebaseerd op het geldend vennootschapsbelastingtarief en wordt contant gemaakt tegen de netto rente. Onder netto rente wordt verstaan de voor de rechtspersoon geldende rente voor langlopende leningen onder aftrek van belasting op basis van het effectieve belastingtarief. Op iedere balansdatum wordt de boekwaarde van een actieve belastinglatentie opnieuw beoordeeld. 2.3 Leningen u/g De verstrekte leningen (leningen u/g) worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, welke gelijk zijn aan de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. 2.4 Te vorderen BWS-subsidies De onder de financiële vaste activa opgenomen vordering uit hoofde van binnen het Besluit Woning gebonden Subsidies (BWS) toegezegde bedragen (contante waarde van de uitbetalingen) wordt jaarlijks verminderd met de door de budgethouders beschikbaar gestelde bedragen. De uitbetalingstermijn is afhankelijk gesteld van de disconteringsvoet. Het kortlopende deel van deze post is opgenomen onder de vlottende activa. 2.5 Overige vorderingen De overige financiële vaste activa worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, welke gelijk zijn aan de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen.
3. Voorraden 3.1 Vastgoed bestemd voor verkoop Vastgoed bestemd voor verkoop betreft de voorraad woningen (opgeleverd en nog niet verkocht). Vastgoed bestemd voor verkoop wordt gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. Deze lagere netto-opbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. De vervaardigingsprijs omvat de bouwkosten, de directe loonkosten en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. De netto-opbrengstwaarde is gebaseerd op een verwachte verkoopprijs, onder aftrek van nog te maken kosten voor voltooiing en verkoop.
3.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop betreft het onderhanden werk (onroerende zaken onverkocht in aanbouw bestemd voor de verkoop). Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de verkoop wordt gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. Deze lagere nettoopbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. De vervaardigingsprijs omvat de bouwkosten, de directe loonkosten en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. De netto-opbrengstwaarde is gebaseerd op een verwachte verkoopprijs, onder aftrek van nog te maken kosten voor voltooiing en verkoop. 3.3 Overige voorraden De overige voorraden worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. Deze lagere netto-opbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. De waardering van de overige voorraden komt tot stand op basis van fifo/lifo/gewogen gemiddelde prijzen. 4. Onderhanden projecten De onderhanden projecten in opdracht van derden betreft onroerende zaken verkocht in aanbouw en worden gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectkosten vermeerderd met de toegerekende winst en verminderd met verwachte verliezen en gedeclareerde termijnen. Indien het resultaat op een onderhanden project niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat wordt geen winst toegerekend. De projectkosten omvatten de direct op het project betrekking hebbende kosten, de kosten die toerekenbaar zijn aan projectactiviteiten in het algemeen en toewijsbaar zijn aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend. In de onderhanden projecten zijn tevens begrepen de uit projectontwikkeling voortkomende projecten indien en voor zover voor eenheden van het project voor of tijdens de constructie een onvoorwaardelijke verkoopovereenkomst is afgesloten. Projectopbrengsten en projectkosten uit hoofde van de onderhanden projecten worden als opbrengsten en kosten verwerkt in de winst- en verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties op balansdatum. De mate waarin de prestaties zijn verricht is bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten/inspectie van het uitgevoerde deel van het project/de voltooiing van een fysiek onderscheidbaar projectonderdeel. Indien het totaal van alle onderhanden projecten een debetstand vertoont, wordt het totaalsaldo gepresenteerd onder de vlottende activa. Indien het totaal van alle onderhanden projecten een creditsaldo vertoont, wordt het totaalsaldo gepresenteerd onder de kortlopende schulden. In het boekjaar gerealiseerde projectopbrengsten worden als opbrengsten in de winst- en verliesrekening verwerkt in de post netto-omzet/wijziging in onderhanden projecten zolang het project nog niet is voltooid. Projectkosten zijn verwerkt in de kosten van grond- en hulpstoffen en in de kosten van uitbesteed werk en andere externe kosten.
66
5. Vorderingen De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De reële waarde en geamortiseerde kostprijs zijn gelijk aan de nominale waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen.
6. Liquide middelen De liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder de kortlopende schulden. De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Indien middelen niet ter vrije beschikking staan, dan wordt hiermee bij de waardering rekening gehouden.
PASSIVA 7. Groepsvermogen 7.1 en 7.2 Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen en aandeel derden in het groepsvermogen Het aandeel van derden in het groepsvermogen betreft het minderheidsbelang van derden in het eigen vermogen van geconsolideerde maatschappijen. Het aandeel van derden in het resultaat van geconsolideerde maatschappijen wordt in de winst-en-verliesrekening in mindering gebracht op het groepsresultaat. Indien de aan het minderheidsbelang van derden toerekenbare verliezen het minderheidsbelang van derden in het eigen vermogen van de geconsolideerde maatschappijen overtreffen, komt het verschil, alsmede eventuele verdere verliezen, volledig ten laste van stichting Woonpartners, tenzij en voor zover de minderheidsaandeelhouder de verplichting heeft, en in staat is, om die verliezen voor haar rekening te nemen. Als de geconsolideerde maatschappijen vervolgens weer winst maken, komen die winsten volledig ten gunste van stichting Woonpartners totdat de door stichting Woonpartners voor haar rekening genomen verliezen zijn gerecupereerd. 8. Voorzieningen 8.1 Voorziening onrendabele investering en herstructureringen In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verwerkt die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd”. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de woningcorporatie zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de woningcorporatie rondom projectontwikkeling en herstructurering. Van een feitelijke verplichting is sprake indien de formalisering van de verplichting heeft plaatsgevonden. Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen en herstructureringen worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen, wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto contante waarde van alle investeringsuitgaven minus de aan deze investering toe te rekenen bedrijfswaarde of actuele waarde. 8.2 Voorziening reorganisatiekosten Deze voorziening heeft betrekking op kosten in verband met de reorganisatie van activiteiten en wordt gevormd indien voor de groep een feitelijke of juridische verplichting is ontstaan. Voor reorganisaties waarvoor per balansdatum een plan is geformaliseerd, maar waarvoor pas na balansdatum hetzij de gerechtvaardigde verwachting is gewekt richting betrokkenen dat de reorganisatie zal worden uitgevoerd, hetzij is gestart met de implementatie van het reorganisatieplan, is een voorziening in de balans opgenomen, maar is de informatie opgenomen in de overige gegevens onder de gebeurtenissen na balansdatum. De voorziening is gewaardeerd tegen de nominale waarde. 8.3 Overige voorzieningen Tenzij anders vermeld, worden de overige voorzieningen gewaardeerd tegen de nominale/contante waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de betreffende verplichtingen af te wikkelen.
67
9. Langlopende schulden De langlopende leningen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de nominale waarde, zijnde het ontvangen bedrag, rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt samen met de verschuldigde rentevergoeding zodanig bepaald dat de effectieve rente gedurende de looptijd van de schulden in de winst-en-verliesrekening wordt verwerkt. De aflossingsverplichting voor het komend jaar is opgenomen onder de kortlopende schulden. Stichting Woonpartners heeft in het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden een terugkooprecht die afhankelijk is van de waardeontwikkeling van de woningen. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden, is de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord. Stichting Woonpartners maakt gebruik van derivaten om het rente- en kasstroomrisico af te dekken. Voor de verwerking, waardering en resultaatbepaling, past stichting Woonpartners met betrekking tot deze derivaten (hedge-instrumenten) kostprijshedge-accounting toe.
10. Kortlopende schulden De kortlopende schulden worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde (indien deze lager is dan de verkrijgings-/vervaardigingsprijs) en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, welke gelijk kan zijn aan de nominale waarde.
68
GRONDSLAGEN VOOR DE BEPALING VAN HET GECONSOLIDEERDE RESULTAAT Algemeen: Het resultaat wordt bepaald als verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. De resultaten op transacties worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd; verliezen reeds zodra zij voorzienbaar zijn. Het resultaat wordt tevens bepaald met inachtneming van de verwerking van ongerealiseerde waardeveranderingen van op actuele waarde gewaardeerde vaste activa en afgeleide financiële instrumenten.
11. Huuropbrengsten De jaarlijkse huurverhoging is van overheidswege gebonden aan een maximum. Voor het verslagjaar 2013 bedroeg dit maximumpercentage 4,0%. De opbrengsten uit hoofde van huur worden aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van opeisbaarheid daar bij tussentijdse beëindiging van het huurcontract geen terugbetalingsverplichting geldt.
12. Opbrengsten servicecontracten Onder deze resultaatpost zijn de van huurders ontvangen voorschotten voor geleverde goederen en diensten verantwoord. Het betreffen bijdragen in diverse servicefondsen, waaronder stookkosten, verlichting achterompaden, gemeenschappelijk energieverbruik, schoonmaak en onderhoud gemeenschappelijke ruimten e.d.
13. Overheidsbijdragen Overheidsbijdragen betreffen de vrijval uit de egalisatierekening rijksbijdragen en overige overheidsbijdragen. De overheidsbijdragen hebben betrekking op specifieke regelingen en worden aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van opeisbaarheid.
14. Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille De post nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de boekwaarde (bestaand bezit) dan wel de vervaardigingsprijs (projecten voor derden). Opbrengsten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte). Mogelijke verliezen op nieuwbouw koopprojecten worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn. Projectopbrengsten uit hoofde van de onderhanden projecten worden als opbrengsten verwerkt in de winst-en-verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties op balansdatum.
15. Wijzigingen in voorraden gereed product en onderhanden projecten Wijzigingen in voorraad gereed product In het boekjaar gerealiseerde wijzigingen in de voorraad gereed product. Onderhanden projecten In het boekjaar gerealiseerde projectopbrengsten worden als opbrengsten in de winst-en-verliesrekening verwerkt in de post netto-omzet/wijziging in onderhanden projecten zolang het project nog niet is voltooid. Projectkosten zijn verwerkt in de kosten van grond- en hulpstoffen en in de kosten van uitbesteed werk en andere externe kosten.
16. Overige bedrijfsopbrengsten Hieronder worden onder andere de inschrijfgelden van woningzoekenden, de opbrengsten van overige dienstverlening en incidentele opbrengsten verantwoord.
17. Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille De afschrijvingen (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille worden gebaseerd op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de geschatte economische levensduur. Afschrijving van het actief vindt plaats tot de restwaarde is bereikt. De afschrijvingen op sociaal vastgoed in exploitatie worden gebaseerd op de bedrijfswaarde. Binnen de afschrijving op het sociaal vastgoed in exploitatie worden componenten onderkend met een verschillende levensduur. Naast de grond (geen afschrijving) en de opstal worden installaties en inventaris onderkend. Van een afzonderlijke component is sprake indien deze component meer dan 10 procent uitmaakt van de waarde van het actief en/of indien de afschrijvingslast (als gevolg van een afwijkende levensduur van de component ten opzichte van de opstal) meer dan 10% afwijkt van de situatie dat geen component zou zijn onderkend.
18. Overige waardeverandering van materiële vaste activa en vastgoedportefeuille De overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan door, gedurende het verslagjaar, nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met betrekking tot investeringen in nieuwbouw en herstructurering (sloop).
19. Lonen, salarissen en sociale lasten 20. Pensioenlasten Voor de grondslagen wordt verwezen naar de paragraaf voorziening pensioenen. 21. Onderhoudslasten Onder onderhoudslasten worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum worden verwerkt onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen.
69
Het klachten- en mutatieonderhoud wordt onderscheiden in kosten van derden en eigen dienst, alsmede de kosten van het materiaalverbruik. In de winsten verliesrekening zijn de kosten van de eigen dienst opgenomen bij de kostensoort salarissen en sociale lasten. 22. Overige bedrijfslasten Hieronder worden de overige kosten verantwoord die zijn gemaakt in het kader van de gewone bedrijfsvoering. De overige bedrijfslasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben.
23. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van de vastgoedbeleggingen in het verslagjaar.
24. Financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen. Rentelasten worden geactiveerd voor kwalificerende activa gedurende de periode van vervaardiging van een actief, indien het een aanmerkelijke tijd vergt om het actief gebruiksklaar of verkoopklaar te maken. De te activeren rente wordt berekend op basis van de verschuldigde rente over specifiek voor de vervaardiging opgenomen leningen en van de gewogen rentevoet van leningen die niet specifiek aan de vervaardiging van het actief zijn toe te rekenen, in verhouding tot de uitgaven en periode van vervaardiging.
25. Belasting resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-en-verliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. Sinds 1 januari 2008 vallen de woningcorporaties integraal onder de vigerende belastingwetgeving. Eind 2008 is er overeenstemming bereikt tussen Aedes en de belastingdienst betreffende de Vaststellingsovereenkomst 2 (VSO 2). De VSO 1 is eenzijdig in 2008 door de belastingdienst opgezegd. Stichting Woonpartners heeft de VSO 1 en VSO 2 getekend. Stichting Woonpartners heeft op basis van de uitgangspunten van VSO 1 en VSO 2 de fiscale positie ultimo 2013 en het fiscale resultaat 2013 bepaald. Doordat jurisprudentie inzake de uitwerking van VSO 1 en VSO 2 voor woningcorporaties nog ontbreekt, kan de werkelijk te betalen of te verrekenen belasting afwijken van de in de jaarrekening opgenomen schatting.
26. Resultaat deelnemingen Als resultaat van deelnemingen waarin invloed van betekenis wordt uitgeoefend op het zakelijke en financiële beleid, wordt opgenomen het aan de woningcorporatie toekomende aandeel in het resultaat van deze deelnemingen. Dit resultaat wordt bepaald op basis van de bij Stichting Woonpartners geldende grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. Bij deelnemingen waarin geen invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, wordt het dividend als resultaat aangemerkt. Verwerking hiervan vindt plaats onder de financiële baten en lasten.
27. Buitengewoon resultaat na belastingen Onder buitengewone baten en lasten worden verstaan baten en lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die duidelijk te onderscheiden zijn van de activiteiten in het kader van de gewone bedrijfsuitoefening en derhalve naar verwachting zelden zullen voorkomen.
28. Mutatie actuele waarde materiële vaste activa De mutatie actuele waarde bestaat uit de mutatie in de bedrijfswaarde als gevolg van autonome ontwikkelingen, wijzigingen in beleidsparameters en wijziging van uitgangspunten (niveauwijzigingen). De mutaties als gevolg van nieuwbouw en sloop zijn verwerkt in de waardeverandering materiële vaste activa.
29. Aandeel van derden Het aandeel van derden is het resultaat in het boekjaar dat niet toekomt aan Stichting Woonpartners.
GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN HET GECONSOLIDEERDE KASSTROOMOVERZICHT Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de directe methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen en vlottende effecten. De effecten kunnen worden beschouwd als zeer liquide beleggingen. Winstbelastingen, ontvangen interest, betaalde interest en ontvangen dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. De verkrijgingsprijs van verworven groepsmaatschappijen wordt opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geldmiddelen heeft plaatsgevonden. Hierbij worden geldmiddelen aanwezig in deze groepsmaatschappijen afgetrokken van de aankoopprijs. Transacties waarbij geen ruil van geldmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract wordt voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten.
70
TOELICHTING OP DE ONDERSCHEIDENDE POSTEN VAN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 1. MATERIËLE VASTE ACTIVA EN VASTGOEDBELEGGINGEN
1.1 Sociaal vastgoed in exploitatie Een overzicht van sociaal vastgoed in exploitatie is hierna opgenomen: Stichting Woonpartners
Totaal
Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013
252.099.902 97.931.226 2.657.169 352.688.297
252.099.902 97.931.226 2.657.169 352.688.297
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Overboekingen Herclassificatie van sociaal vastgoed naar commercieel vastgoed Herclassificatie van commercieel vastgoed naar sociaal vastgoed Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013
7.700.342 -497.853 -8.996.902 10.163.536 -6.468.328 86.842 -68.914.712 -66.927.075
7.700.342 -497.853 -8.996.902 10.163.536 -6.468.328 86.842 -68.914.712 -66.927.075
Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
263.084.441 97.931.226 -75.254.445 285.761.222
263.084.441 97.931.226 -75.254.445 285.761.222
1.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Een overzicht van vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie is hierna opgenomen: Stichting Woonpartners Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013 Mutaties Investeringen Desinvesteringen Overige waardeveranderingen Subsidies Overboekingen Herclassificatie/herkwalificatie Herwaarderingen Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013 Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
Totaal
19.496.215 0 -16.167.664 3.328.551
19.496.215 0 -16.167.664 3.328.551
4.676.127 0 0 0 -9.632.185 -40 -166.517 5.395.918 273.303
4.676.127 0 0 0 -9.632.185 -40 -166.517 6.203.921 1.081.306
14.540.117 -166.517 -10.771.746 3.601.854
14.540.117 -166.517 -10.771.746 3.601.854
Grondposities Woonpartners
Lungendonk UWV gebouw Stationsplein Valkenswaard Dommelseweg
Jaar aankoop 2006 2009 2006
Aanschafwaarde d.d. 31-12-2013 4.403.000 1.250.000 2.506.300
Voorziening d.d. 31-12-2013 -1.535.000 -1.250.000 -1.970.798
Boekwaarde d.d. 31-12-2013 2.868.000 535.502
Opmerking 1) 2) 3)
1) Eigendom van T.I., betreft agrarische grond, terugkooprecht voormalige eigenaren in 2023. Indien de grond woningbouwbestemming krijgt dient een bijbetaling plaats te vinden. Projectontwikkelaar Janssen de Jong participeert in dit project. 2) Eigendom T.I. 3) Eigendom Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V.. Op dit moment gemengde bestemming, grondpositie staat te koop.
71
1.3 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Een overzicht van de onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie is hierna opgenomen: Kantoorgebouwen Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013
Inventaris
Vervoermiddelen
Totaal
4.571.377 -238.004 -1.873.165 2.460.208
6.047.290 0 -4.582.620 1.464.670
484.809 0 -421.835 62.974
11.103.476 -238.004 -6.877.620 3.987.852
249.547 0 -168.825 0 0 0 -73.797 0 6.925
899.207 0 -684.432 0 0 0 -183.690 -4.170 26.915
0 0 -30.465 0 0 0 0 0 -30.465
1.148.754 0 -883.722 0 0 0 -257.487 -4.170 3.375
4.820.924 -311.801 -2.041.990 2.467.133
6.946.497 -183.690 -5.271.222 1.491.585
484.809 0 -452.300 32.509
12.252.230 -495.491 -7.765.512 3.991.227
31.12.2013
31.12.2012
Stichting Woonpartners Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V.
3.566.364 424.864
3.464.554 523.299
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie per balans
3.991.228
3.987.853
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Subsidies Overboekingen Herclassificatie/herkwalificatie Herwaarderingen Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013 Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
1.4 Commercieel vastgoed in exploitatie Een overzicht van commercieel vastgoed in exploitatie is hierna opgenomen:
Stichting Woonpartners
Woonpartners Parkeerexploitaties B.V.
Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V.
Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V.
Totaal
Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013
35.204.768 747.668 0 35.952.436
3.406.254 -732.278 -272.976 2.401.000
5.146.458 -2.699.077 34.619 2.482.000
2.927.596 -491.099 -1.011.737 1.424.760
46.685.076 -3.174.786 -1.250.094 42.260.196
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Overboekingen Herclassificatie van sociaal VG naar commercieel VG Herclassificatie van commercieel VG naar sociaal VG Waardemutatie als gevolg van herclassificatie Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013
3.038.514 -268.422 216.000 6.468.328 -146.465 1.323.370 -5.021.966 5.609.359
0 0 0 0 0 0 -1.194.000 -1.194.000
40.728 0 0 0 0 0 -132.653 -91.925
786.500 -54.521 0 0 0 0 -493.316 238.663
3.865.742 -322.943 216.000 6.468.328 -146.465 1.323.370 -6.841.935 4.562.097
Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
44.512.723 747.668 -3.698.596 41.561.795
3.406.254 -732.278 -1.466.976 1.207.000
5.187.186 -2.699.077 -98.034 2.390.075
3.659.575 -491.099 -1.505.053 1.663.423
56.765.738 -3.174.786 -6.768.659 46.822.293
Commercieel vastgoed in exploitatie voor de besloten vennootschappen bestaan uit de volgende complexen: - Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V.: commerciële ruimtes in complexen La Facade en L'Étage - Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V.: warmtepompinstallaties - Woonpartners Parkeerexploitaties B.V.: parkeerkelders onder complex Keyserinnedael, complex L'Étage / La Facade en complex Hamsterstraat Woonpartners waardeert het commercieel vastgoed op basis van de taxatiewaarde. De geconsolideerde waarde ultimo 2013 bedraagt: € 49.250.893). Bij waardering op basis van bedrijfswaarde bedraagt het saldo ultimo 2013: € 38.771.803.
72
1.5 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Een overzicht van vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie is hierna opgenomen: Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V.
Stichting Woonpartners Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013
Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V.
Totaal
0 0 0 0
2.506.300 0 -2.000.748 505.552
311.557 -311.557 0 0
2.817.857 -311.557 -2.000.748 505.552
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Overige waardeveranderingen Subsidies Overboekingen Herclassificatie/herkwalificatie Herwaarderingen Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013
917.220 0 -449.561 0 0 0 0 0 467.659
0 0 0 0 0 0 0 -30.000 -30.000
269.927 0 0 0 0 0 0 -269.927 0
1.187.147 0 -449.561 0 0 0 0 -299.927 437.659
Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
917.220 0 -449.561 467.659
2.506.300 0 -2.030.748 475.552
581.484 -311.557 -269.927 0
4.005.004 -311.557 -2.750.236 943.211
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie voor de besloten vennootschappen bestaan uit de volgende complexen: - Stichting Woonpartners: woningen Marterstraat Weverspoort - Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V.: woningen en parkeervoorzieningen in Valkenswaard - Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V.: warmtepompinstallaties in nog op te leveren nieuwbouw De afschrijvingstermijnen en gevolgde systematiek luiden als volgt: Sociaal vastgoed in exploitatie: Grond Casco Installaties Inrichting
geen afschrijvingen lineair lineair lineair
50 jaar 15 jaar 15 jaar
Over vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie wordt niet afgeschreven. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie: Bedrijfsgebouwen Terreinen Installaties Inventaris Vervoermiddelen
lineair geen afschrijvingen lineair lineair lineair
10 jaar 5 - 10 jaar 5 - 8 jaar
2013
2012
3,00% 1% 10 jaar 50 jaar 5,25% medionumerando
4,00% 1% 10 jaar 50 jaar 5,25% medionumerando
De uitgangspunten voor de bedrijfswaardeberekening van het sociaal vastgoed in exploitatie zijn: Jaarlijkse huurverhogingen Jaarlijkse huurderving Minimale levensduur Maximale levensduur Disconteringsvoet Moment van discontering
Tabel parameters bedrijfswaarde Periode
Huurstijging in %
Prijsinflatie in %
Stijging loonkosten in %
Stijging kosten onderhoud
Stijging overige var. lasten in %
2014 2015 2016 2017 2018
2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
2019-e.v.
73
20 jaar
Exploitatielasten De exploitatielasten per verhuureenheid zijn ontleend aan de begroting van stichting Woonpartners. De exploitatielasten bestaan uit de volgende elementen: · Directe exploitatielasten, onder andere belastingen, verzekeringspremies etc. · Indirecte exploitatielasten welke betrekking hebben op het sociaal vastgoed (geen kosten van projectontwikkelingsactiviteiten). Deze kosten bestaan onder andere uit administratieve lasten, beleid en automatisering. Stichting Woonpartners heeft de totale indirecte exploitatie toegerekend op de verdeelsleutel van het aantal fte’s dat betrekking heeft op sociaal vastgoed. · Heffingen van overheidswege die gekoppeld zijn aan het sociaal vastgoed in exploitatie, welke conform het wettelijk kader zijn geformaliseerd.
Levensduur De gehanteerde uitgangspunten bij de bepaling van de resterende economische levensduur zijn: · Jaarlijks wordt vastgesteld of aanpassing van de levensduurinschatting noodzakelijk is. · Er wordt voor sociale huurwoningen uitgegaan van een weerlegbaar vermoeden dat de resterende economische levensduur maximaal 50 jaar en minimaal 10 jaar bedraagt. · De restantlevensduur wordt echter primair bepaald met inachtneming van de reguliere richtlijnbepalingen inhoudende dat een bijstelling van de gebruiksduur periodiek wordt vastgesteld. Indien de administratieve minimale restantlevensduur korter is/wordt dan 10 jaar, is bijzondere aandacht nodig voor een hernieuwde inschatting van de restantlevensduur. - De voor de bedrijfswaarde gehanteerde levensduur wijkt af van de gehanteerde levensduur voor de bepaling van de boekwaarde (o.b.v. historische kostprijs). De impact hiervan is beperkt. · Het strategisch voorraadbeheer van de corporatie is in principe leidend. Voor maatschappelijk vastgoed kan uitgegaan worden van een kortere maximale resterende economische levensduur (b.v. 30 of 40 jaar) afhankelijk van de inschatting van economische risico’s.
Restwaarde De bepaling van de restwaarde van de grond opgenomen in de bedrijfswaarde vindt, voor zover er nog geen herbestemming van de grond heeft plaatsgevonden, plaats op basis van de huidige vergelijkbare kavel of vierkantemeterprijs voor een sociale huurwoning. Deze kavelprijs wordt geïndexeerd naar het einde van de levensduur en verminderd met verwachte sloopkosten en kosten van uitplaatsing. Indien feitelijk dan wel in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan die consequenties hebben voor de bestemming van de grond, dan wordt met deze gewijzigde bestemming in de waardering rekening gehouden.
Indeling in kasstroomgenererende eenheden De kasstroomgenererende eenheden zijn bepaald in overeenstemming met het strategisch voorraadbeleid van Stichting Woonpartners. De indeling van het strategische voorraadbeleid is gebaseerd op de indeling van productmarktcombinaties, geografische ligging, woningtype en levensduurinschatting.
Rentabiliteitswaardecorrectie Bij de bepaling van de bedrijfswaarde wordt niet langer rekening gehouden met de rentabiliteitswaardecorrectie van de bestaande leningenportefeuille en beleggingen. De rentabiliteitswaardecorrectie betrof het verschil tussen de contante waarde van de verwachte kasstromen uit hoofde van leningen en beleggingen en de waardering van deze posten op de balans. De rentabiliteitswaardecorrectie is als stelstelwijzing verwerkt. In het boekjaar werd ter zake van vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de eigen exploitatie een bedrag van € 123.783 (2012: € 371.000) aan bouwrente geactiveerd. In 2013 is de gemiddelde investering in projecten lager dan in 2012 en is naar rato van oplevering toegerekend in plaats van voor een heel jaar (zoals in 2012). Het saldo ultimo 31.12.2013 bedraagt € 494.783 (31.12.2012: € 371.000). Vanaf 2012 is pas gestart met het toerekenen van rente aan projecten. Het onroerend goed is wat betreft vreemd vermogen nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie waarvoor jegens Waarborgfonds Sociale Woningbouw een obligoverplichting geldt, welke is opgenomen onder de ‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Als gevolg hiervan is het onroerend goed dat met deze leningen is gefinancierd niet hypothecair bezwaard. De activa zijn verzekerd tegen aanschaf- c.q. voortbrengingskosten. Jaarlijks wordt de waarde aangepast aan het indexcijfer voor nieuwbouwwoningen zoals dit door het CBS wordt berekend. De verzekerde som op basis van herbouwwaarde op balansdatum bedraagt € 80.000 (31.12.2012 € 80.000). Het onroerende goed is nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie. Er zijn geen hypothecaire zekerheden afgegeven. In de post sociaal vastgoed in exploitatie zijn 7.217 (31.12.2012: 7.228) verhuureenheden opgenomen. De geschatte waarde gebaseerd op de meest recente WOZ-beschikkingen van deze verhuureenheden bedraagt € 960.981.000
1.6 Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
Actuele waarde verhuureenheden 1 januari Verkopen boekjaar Terugkopen boekjaar Totaal onroerende zaken verkocht onder voorwaarden per balans
31.12.2013 Slimmer kopen
31.12.2012 Slimmer kopen
11.162.622 -4.171 -857.350 10.301.101
11.569.614 2.748 -409.740 11.162.622
Bij de contracten gebaseerd op het “Slimmer Kopen”-principe geldt dat er sprake is van verleende kortingen tussen 0% en 25%, dit percentage is in aftrek genomen. Daarnaast heeft Stichting Woonpartners een terugkooprecht. Het aandeel van Stichting Woonpartners in de waardeontwikkeling van de woning is 50% in 2013. De actuele waarde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden is gebaseerd op de WOZ-waarde van de woningen waarbij rekening gehouden is met de gemiddelde mutatie van de WOZ-waarde van woningen van Woonpartners over de jaren.
74
2. FINANCIËLE VASTE ACTIVA
2.1 Andere deelnemingen
31.12.2013
31.12.2012
Boekwaarde per 1 januari
165.439
165.439
Mutaties: Aankopen, verstrekte leningen Verkopen, aflossingen Waardeverminderingen Terugnemingen waardeverminderingen Aandeel resultaat waarin wordt deelgenomen Dividend Aandeel in overige rechtstreekse vermogensmutaties Totaal andere deelnemingen per balans
0 0 -52.978 0 0 0 0 112.461
0 0 0 0 0 0 0 165.439
0
0
112.461
165.439
Cumulatieve waardeverminderingen per 31.12.2013 Cumulatieve ongerealiseerde herwaardering per 31 december 2013 Het verloop van de individuele andere deelnemingen is als volgt: Woonwagens en Standplaatsen Beheer B.V. Boekwaarde per 1 januari Mutaties:
Boekwaarde per 31 december
Coöp Smart Finance
Domovisie
Duurzame Energie De Eeuwsels B.V.
Totaal
4.500
15.000
50.000
95.939
165.439
0 0 0 4.500
0 0 0 15.000
-50.000 0 0 -
-2.978 0 0 92.961
-52.978 0 0 112.461
De vier Helmondse corporaties zijn gezamenlijk eigenaar van de besloten vennootschap Woonwagens en Standplaatsen Beheer B.V.. Deze B.V. is eigenaar van een aantal standplaatsen en woonwagens die vanuit deze B.V. wordt beheerd. De Coöp Smart Finance heeft als doel het verlenen van ondersteuning in de financieringslasten van starters bij de aanschaf van woningen door de leden ontwikkeld/gebouwd door middel van het verstrekken van rentekorting. Dit samen met stichting Trudo en Vieya Wooncorporatie uit Dongen. Domovisie is een samenwerkingsverband met partners zoals de Zorgboog, Savant, Stichting Welzijn ouderen Helmond (SWOH) en de gemeente Helmond. Er worden in diverse complexen domoticavoorzieningen aangebracht om te zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig en prettig kunnen wonen in hun huidige woning. In 2013 heeft aflossing op deze deelneming plaatsgevonden.
2.2 Latente belastingvorderingen
31.12.2013
31.12.2012
Het saldo betreft latente belastingvorderingen die zijn ontstaan uit hoofde van verschillen tussen de waarde van activa en passiva voor de fiscale resultaatbepaling en de waarde in deze jaarrekening. De latentie heeft tevens betrekking op verliescompensatie. De waarderingsverschillen betreffen de waardering van vastgoed dat voor verkoop is gelabeld en de waardering van leningen en derivaten. Per 31 december 2013 bedraagt de latentie op het vastgoed € 5.810.000 (2012: € 5.453.000 m.b.t. Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V.) en op de leningen en derivaten € 822.000 (2012: € 966.000). (2012: € 966.000). Het verloop van de post latente belastingvordering(en) (exclusief verliescompensatie) is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Afloop Verkopen Overige mutaties Boekwaarde per 31 december
965.763 -175.525 0 31.290 821.528
1.037.176 -162.544 0 91.131 965.763
Boekwaarde per 1 januari Mutaties Boekwaarde per 31 december
5.452.812 357.075 5.809.887
6.040.056 -587.244 5.452.812
Totaal latente belastingvorderingen per balans
6.631.415
6.418.575
Het verloop van de post latente belastingvordering verliescompensatie is als volgt:
75
2.3 Leningen u/g
31.12.2013
31.12.2012
0 259.735 259.735
0 280.732 280.732
Het betreft de volgende categorieën leningen: Leningen derden Leningen aan aan stichting Woonpartners gelieerde partijen Totaal leningen u/g per balans Het betreft 3 leningen met een rentepercentage variërend van 0% tot 4% met een looptijd van 2019 tot 2038. Het verloop van de post lening u/g is als volgt: Woonwagen en Standplaatsen Beheer B.V. Hoofdsom leningen Bij: verstrekte leningen Af: aflossingen Af: voorziening deelneming Stand per 31 december
Social Finance N.V. 265.732 0 -5.997 0 259.735
Hoofdsom leningen Bij: verstrekte leningen Af: aflossingen Af: voorziening deelneming Stand per 31 december
2.4 Te vorderen BWS-subsidies
15.000 0 -15.000 0 0
31.12.2013
31.12.2012
Stand per 1 januari Te vorderingen BWS-subsidie Bij: kortlopend deel Totaal te vorderen BWS-subsidies per balans
347.183 -191.623 155.560
548.397 -220.842 327.555
Mutaties Bij: toevoeging rente Af: ontvangen BWS-subsidie Overige mutaties Totaal mutaties
11.338 -191.623 -11.979 -192.264
19.627 -220.841 0 -201.214
Stand per 31 december Te vorderen BWS-subsidie Bij: kortlopend deel Te vorderen BWS-subsidie incl. vlottend deel
154.919 -121.654 33.265
347.183 -191.623 155.560
Waardering van de te vorderen BWS-subsidies vindt plaats door aan de contante waarde van de subsidie bij aanvang van de exploitatie jaarlijks rente toe te rekenen tegen het subsidierendement, onder aftrek van de te ontvangen bijdrage. Deze bijdrage is vastgesteld op 10,00% van de contante waarde. Het subsidierendement wordt om de tien jaren, per complex, door de gemeente herzien. Dit is over het algemeen tien jaren na oplevering van het complex. In 2013 is het subsidierendement voor complex 377 gewijzigd. Per 01-03-2014 vervalt voor dit complex de laatste termijn. De post overige mutaties bestaat uit correcties naar aanleiding van aanpassing van de intern berekende saldi met de saldi van de gemeente Helmond.
2.5 Overige vorderingen Startersrenteregeling Premiederivaten Totaal overige vorderingen per balans
31.12.2013
31.12.2012
158.644 24.025 182.669
176.740 66.496 243.236
176.740 0 0 0 0 -18.096 158.644
179.002 0 0 0 0 -2.262 176.740
Het verloop van de post Startersrenteregeling is als volgt: Stand begin boekjaar Nieuw aangegane regelingen Beëindigde regelingen Mutatie voorziening voor niet terugontvangen regelingen Mutatie vooruitbetaalde kosten Toerekening kosten aan exploitatie Stand einde boekjaar
Woonpartners is deelnemer aan de Startersrenteregling. Bij deze regeling ontvangt een koper 20,00% korting op de maandelijkse hypotheeklasten. Woonpartners waardeert de bijdrage die zij in het kader van deze regeling betaalt tegen nominale waarde onder aftrek van een voorziening i.v.m. het mogelijk niet terugontvangen van de bijdrages. De hoogte van de voorziening wordt bepaald op het verschil tussen de nominale waarde en de contante waarde van de betaalde bijdrages. Bij terugontvangst van de vordering valt de voorziening vrij. Jaarlijks wordt 1/10 deel van de contante waarde van de kosten naar de exploitatie geboekt. Per 31-12-2013 had Woonpartners 8 regelingen afgesloten. In 2013 zijn geen nieuwe regelingen afgesloten. Het verloop van de post premie derivaten is als volgt: Stand begin boekjaar Af: boeking kosten per maand tlv resultaat Stand einde boekjaar
66.496 -42.471
108.967 -42.471
24.025
66.496
In 2004 is een collar afgesloten. Deze beperkt het risico van een lening die in 2004 is afgesloten. De premie die hiervoor betaald is, wordt over de looptijd van 10 jaren verdeeld (totaal € 168.000). De looptijd is tot en met 1 september 2014. De WOM heeft een cap afgesloten. Bij het aangaan van het contract heeft de WOM een premie betaald van € 114.000. De premie wordt afgeschreven over de looptijd van 5 jaar.
76
3. VOORRADEN 3.1 Vastgoed bestemd voor verkoop Vervaardigingsprijs Af: voorziening voor verwachte verliezen Totaal vastgoed bestemd voor verkoop per balans
31.12.2013
31.12.2012
1.186.111 0 1.186.111
1.254.235 0 1.254.235
Dit bedrag heeft in 2012 betrekking op de aankoop van 8 appartementen in het project Blok 12 Vossenberg welke zijn overgenomen van Janssen de Jong, alsmede 4 nog onverkochte parkeerplaatsen van het in 2012 opgeleverde project Vossenberg Blok 3. In 2013 bestaat dit bedrag uit de waarde voor 8 niet verkochte woningen in Vossenberg blok 13. De 4 onverkochte parkeerplaatsen van het project Vossenberg blok 3 zijn tevens nog verantwoord op de voorraad. 3.2 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Vervaardigingsprijs Af: voorziening voor verwachte verliezen Totaal vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop per balans
31.12.2013
31.12.2012
3.210.638 0 3.210.638
5.689.866 0 5.689.866
Dit bedrag heeft betrekking op de nog onverkochte koopwoningen van de in ontwikkeling zijnde projecten Vossenberg Blok 13 en Vossenberg Blok 14.
4. ONDERHANDEN PROJECTEN Onderhanden projecten in opdracht van derden Totaal gedeclareerde termijnen Totaal onderhanden projecten per balans
31.12.2013
31.12.2012
1.479.604 1.434.094 45.510
972.890 564.671 408.219
5. VORDERINGEN
Huurdebiteuren Gemeenten Vorderingen op aandeelhouders/participanten Vorderingen op groepsmaatschappijen Latente belastingvordering(en) Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen Overlopende activa Totaal vorderingen per balans
31.12.2013 Totaal
> 1 jaar
31.12.2012 Totaal
363.607 77.963 477.752 0 0 0 1.158.042 591.368 2.668.732
0 0 0 0 0 0 0 0 0
391.964 68.737 434.786 20.820 0 0 2.376.308 925.104 4.217.719
0 0 0 0 0 0 0 0 0
31.12.2013
31.12.2012
656.602 -292.995 363.607
470.530 -78.566 391.964
5.1 Huurdebiteuren
> 1 jaar
Het saldo huurdebiteuren kan als volgt worden gespecificeerd. Huurdebiteuren Af: voorziening wegens oninbaarheid Totaal huurdebiteuren per balans
In 2013 is een voorziening getroffen voor alle contractgebonden vorderingen op vertrokken huurders die een schuldregeling hebben of waarvan de vordering meer dan 1 jaar oud is.
77
5.2 Gemeenten
31.12.2013
31.12.2012
77.963 0 77.963
68.737 0 68.737
Het saldo gemeenten kan als volgt worden gespecificeerd: Vorderingen op gemeente Helmond Overige vorderingen op gemeenten Totaal gemeenten per balans
De post vorderingen op gemeenten betreft van gemeenten te ontvangen subsidies en overige vorderingen. Stichting Woonpartners heeft alleen vorderingen op gemeente Helmond. Het openstaande bedrag is lager dan in 2012, dit heeft te maken met het feit dat er in 2013 een aantal subsidieregelingen afliepen. 5.3 Vorderingen op aandeelhouders/participanten
31.12.2013
31.12.2012
477.752 477.752
434.786 434.786
31.12.2013
31.12.2012
0 0
20.820 20.820
31.12.2013
31.12.2012
0 807.676 121.654 103.688 125.024 1.158.042
45.624 1.719.380 191.634 329.166 90.504 2.376.308
1.392.598 -1.288.910 103.688
1.445.498 -1.116.332 329.166
Het saldo vorderingen op aandeelhouders/participanten kan als volgt worden gespecificeerd: Rekening courant Woningbouwvereniging Volksbelang Totaal vorderingen op aandeelhouders/participanten
5.3.a Vorderingen op groepsmaatschappijen Het saldo vorderingen op groepsmaatschappijen kan als volgt worden gespecificeerd: Diverse rekening-couranten VVE's Totaal vorderingen op groepsmaatschappijen per balans
5.4 Overige vorderingen Het saldo overige vorderingen kan als volgt worden gespecificeerd:
Nog te ontvangen belastingen Overige niet contractgebonden vorderingen Te ontvangen BWS-subsidies komend boekjaar Overige debiteuren Door te belasten kosten woonruimteverdeling Totaal overige vorderingen en overlopende activa per balans
De post overige debiteuren is als volgt samengesteld: Overige debiteuren Voorziening dubieuze overige debiteuren Totaal overige debiteuren per balans
In 2012 werd de voorziening overige debiteuren voornamelijk gevormd door vertrokken huurders (78% wordt voorzien), Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) (95% voorzien) en betalingsregelingen (25% voorzien). In 2013 is een voorziening getroffen voor alle contractgebonden vorderingen op vertrokken huurders die een schuldregeling hebben of waarvan de vordering meer dan 1 jaar oud is.
5.4.a Overlopende activa
31.12.2013
31.12.2012
228.807 39.442 0 0 0 161.772 130.681 30.666 591.368
228.807 40.449 100.392 303.245 43.844 0 0 208.367 925.104
31.12.2013
31.12.2012
54 48.417 3.251.009 3.299.480
86 45.609 8.644.496 8.690.191
Het saldo overlopende activa kan als volgt worden gespecificeerd:
Grond Centrumplan Te ontvangen rente Vooruitbetaalde licentiekosten Te ontvangen creditfacturen Te ontvangen bijdrage De Bleek Vooruitbetaalde zorgpremie Vooruitbetaalde brandverzekering Overige overlopende activa Totaal overlopende activa per balans
6. LIQUIDE MIDDELEN Kas Postbank Rekening courant banken Totaal liquide middelen per balans
De afname is voornamelijk te verklaren door het feit dat er op 31-12-2012 een saldo van € 6.500.000 op de spaarrekening van Woonpartners stond. Op 31-12-2013 was dit nihil.
78
7. GROEPSVERMOGEN
7.1 Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen De invloed van het cumulatieve effect van de stelselwijziging(en) op het aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen is als volgt weer te geven. 2013
2012
Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen volgens jaarrekening vorig boekjaar Effect stelselwijziging Mutatie herwaardering Subtotaal
192.165.336 0 -41.538.491 150.626.845
87.331.984 91.657.014 0 178.988.998
Resultaat boekjaar
-18.833.301
13.176.338
Totaal aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen volgens jaarrekening
131.793.544
192.165.336
Het aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen is onder te verdelen in gerealiseerd groepsvermogen en niet-gerealiseerd groepsvermogen. Het verloop van het gerealiseerde groepsvermogen is als volgt:
Boekwaarde per 1 januari Resultaat vorig boekjaar Herclassificatie DAEB niet-DAEB Mutatie herwaarderingsreserve commercieel vastgoed Waardemutatie Verkoop onder Voorwaarden Mutatie door stelselwijziging Boekwaarde per 31 december
2013
2012
8.841.125 13.209.533 0 1.666.204 1.418.093 0 25.134.955
19.899.790 0 0 0 0 -11.058.665 8.841.125
Het verloop van het niet-gerealiseerde groepsvermogen is als volgt:
Herwaarderingsreserve sociaal vastgoed in exploitatie
Herwaarderingsreserve commercieel vastgoed in exploitatie
Herwaarderingsreserve onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
Totaal
Boekwaarde per 1 januari 2012 Realisatie door afschrijving Realisatie uit hoofde van verkoop Toename uit hoofde van stijging van de bedrijfswaarde Afname uit hoofde van daling van de bedrijfswaarde Boekwaarde per 31 december 2012
55.348.273 -6.133.634 -140.578 97.931.226 0 147.005.288
12.175.636 0 0 3.111.439 0 15.287.075
7.857.742 0 0 0 0 7.857.742
75.381.651 -6.133.634 -140.578 101.042.665 0 170.150.105
Boekwaarde per 1 januari 2013 Realisatie door afschrijving Realisatie uit hoofde van verkoop Waardemutatie boekjaar Correctie voorgaand jaar Mutatie agv herclassificatie Toename uit hoofde van stijging van de bedrijfswaarde Boekwaarde per 31 december 2013
147.005.288 -4.099.794 175.314 0 0 -120.135 -37.614.011 105.346.662
15.287.075 0 0 0 0 120.135 -1.666.204 13.741.006
7.857.742 0 -121.560 -645.725 -650.808 0 0 6.439.649
170.150.105 -4.099.794 53.754 -645.725 -650.808 0 -39.280.215 125.527.317
2013
2012
-33.195 29.505 0 -3.690
-2.233 -30.962 0 -33.195
7.2 Aandeel van derden in het groepsvermogen Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Aandeel derden in het resultaat Dividenduitkeringen Totaal aandeel van derden in het groepsvermogen per balans
EIGEN VERMOGEN Onder de post eigen vermogen is een bedrag van -/- € 3.690 opgenomen als aandeel derden (-/- € 33.195 eigen vermogen per 01-01-2013; € 29.505 resultaat 2013). Dit betreft het 5% minderheidsbelang dat de Woningbouwvereniging Volksbelang heeft in de Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. De overige 95% betreft het belang van Stichting Woonpartners. Doordat Stichting Woonpartners geen 100% belang heeft ontstaat een verschil tussen het enkelvoudige en geconsolideerde eigen vermogen.
79
8. VOORZIENINGEN
8.1 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen
31.12.2013
31.12.2012
De post onrendabele investering nieuwbouw bestaat uit de volgende projecten: - Herstructurering Vossenberg - Herstructurering WOM - Onrendabele investering overige nieuwbouw Totaal voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen per balans
40.000 9.853.723 4.393.271 14.286.994
2.330.857 11.524.175 4.323.835 18.178.867
2.330.857 779.504
88.827 1.669.936
0 -3.070.361 0 40.000
1.351.598 0 -779.504 2.330.857
11.524.175 6.102.758
10.496.808 1.971.249
0 -5.891.295 -1.881.915 9.853.723
5.344.194 -185.318 -6.102.758 11.524.175
4.323.835 9.182.403
3.744.174 8.560.109
123.425 0 -9.236.392 4.393.271
1.711.955 -510.000 -9.182.403 4.323.835
Het verloop is als volgt: Voorziening herstructurering Vossenberg Boekwaarde per 1 januari Verantwoord onder Materiële vaste activa in ontwikkeling 01/01 Mutaties in het boekjaar: - Dotatie boekjaar - Onttrekkingen Verantwoord onder Materiële vaste activa in ontwikkeling 31/12 Boekwaarde per 31 december
Voorziening herstructurering WOM Boekwaarde per 1 januari Verantwoord onder Materiële vaste activa in ontwikkeling 01/01 Mutaties in het boekjaar: - Dotatie boekjaar - Onttrekkingen Verantwoord onder Materiële vaste activa in ontwikkeling 31/12 Boekwaarde per 31 december
Voorziening onrendabele investeringen overige nieuwbouw Boekwaarde per 1 januari Verantwoord onder Materiële vaste activa in ontwikkeling 01/01 Mutaties in het boekjaar: - Dotatie boekjaar - Onttrekkingen Verantwoord onder Materiële vaste activa in ontwikkeling 31/12 Boekwaarde per 31 december
De voorziening voor onrendabele investeringen en herstructureringen is overwegend langlopend van aard. Verwacht wordt dat van dit bedrag op balansdatum een bedrag van € 1.033.000 (2012: € 2.331.000) binnen een jaar wordt gerealiseerd.
8.2 Voorziening reorganisatiekosten
31.12.2013
31.12.2012
770.955 141.540 -615.290 297.205
1.300.000 89.878 -618.923 770.955
Het verloop van de post voorziening reorganisatiekosten is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotaties Onttrekkingen Totaal voorziening reorganisatiekosten per balans
De voorziening reorganisatiekosten is overwegend kortlopend van aard. Verwacht wordt dat dit bedrag op balansdatum binnen een jaar wordt gerealiseerd.
8.3 Overige voorzieningen Voorziening onderhoud VvE's Voorziening loopbaanontwikkeling (ILOB) Overige voorziening
31.12.2013
31.12.2012
657.061 244.807 50.000 951.868
643.179 274.659 0 917.838
643.179 13.882 0 0 0 657.061
643.179 0 0 0 0 643.179
De overige voorziening heeft betrekking op de grondsanering bij het Sallandhof in Helmond. Het verloop van de post voorziening onderhoud VvE's is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotaties Uitgaven Vrijval Oprenting en verandering disconteringsvoet Totaal voorziening onderhoud VvE's per balans
80
Het verloop van de voorziening loopbaanontwikkeling (ILOB) is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotaties Uitgaven Vrijval Totaal voorziening loopbaanontwikkeling per balans
274.659 20.654 -26.612 -23.894 244.807
306.499 23.250 -28.751 -26.339 274.659
31.12.2013
31.12.2012
9. LANGLOPENDE SCHULDEN
9.1 Schulden/leningen kredietinstellingen
Het verloop van de post schulden/leningen overheid schulden/leningen kredietinstellingen voor leningen van Stichting Woonpartners en haar groepsmaatschappijen is als volgt:
Boekwaarde per 1 januari Kortlopende deel van de langlopende schulden 1-1 Leningenportefeuille per 1-1
178.451.230 12.861.630 191.312.860
184.812.859 4.883.299 189.696.158
Bij: nieuwe leningen opnames (+) / aflossingen (-) boekjaar
11.000.000 -20.361.448
0 1.616.702
Leningenportefeuille per 31-12 Kortlopende deel van de langlopende schulden 31-12 Totaal langlopende schulden/leningen kredietinstellingen per balans
181.951.412 3.258.251 178.693.161
191.312.860 12.861.630 178.451.230
In de leningenportefeuille van Woonpartners zit één extendible lening. Dit houdt in dat de ABN AMRO het recht heeft om in 2017 te kiezen voor óf een vast rente (3,90%) óf voor een variable rente (3 maands euribor). De restant looptijd vanaf 2017 is tien jaren. Eind december 2013 heeft de Raad voor de Jaarverslaglegging (RJ), in haar RJ Uiting 2013-15, Richtlijn 290 Financiële instrumenten (2013) uitgebracht. Conform de Richtlijn voor de Jaarverslaglegging moet bekeken worden of de in de extendible lening opgesloten derivaat ("embedded") apart gewaardeerd moet worden. Woonpartners is van mening dat dit voor deze embedded derivaat het geval is. In afwachting van een mogelijk verdere uitwerking van de Richtlijn heeft Woonpartners ervoor gekozen om deze waardering in de toelichting op te nemen. De marktwaarde van deze derivaat bedraagt per 1-1-2013 € 1.522.899 negatief, de waarde per 31-12-2013 bedraagt € 961.139 negatief. Voor de waardebepaling is uitgegaan van de rente zoals die in het contract is vastgelegd zonder spread. Rente- en kasstroomrisico Hierna is de leningportefeuille uitgesplitst naar rentepercentage en naar resterende looptijd. Rentepercentages Roll over 0% - 1% 2% - 3%
Renteherziening€ periode van 1 tot 3 5.000.000 maanden van 3 tot 6 20.000 maanden van 6 maanden 10.978.305,00 tot 1jaar
3% - 4%
71.500.000
van 1 tot 5 jaar
4% - 5%
77.600.000
van 5 tot 10 jaar
5% - 6%
16.853.107
> 10 jaar
> 6% Aflossing komend bkj
-3.258.251
Resterende € looptijd < 1 jaar 5.000.000 (kortlopend)
€ 2.800.000
-
van 1 tot 5 jaar
32.720.000
-
van 5 tot 10 jaar van 10 tot 15 jaar van 15 tot 20 jaar
35.500.000
> 20 jaar
29.353.107
26.000.000 150.951.412
70.600.000 10.978.305
-
-
-3.258.251
-3.258.251 , De bij de toelichting op de kortlopende schulden vermelde zekerheden voor de schulden aan kredietinstellingen (vestiging pandrecht op debiteuren, vorderingen en voorraden) zijn ook op de langlopende leningen verstrekt door kredietinstellingen van toepassing. Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na afloop van het boekjaar ter hoogte van € 3.258.000 zijn niet begrepen in de hierboven genoemde bedragen, maar opgenomen onder de kortlopende schulden. WSW-obligoverplichting Per 31 december 2013 heeft Stichting Woonpartners een obligoverplichting jegens WSW ten bedrage van € 7.111.000 (31.12.2012: € 7.300.000) uit hoofde van een door WSW verstrekte borgstelling. Het gemiddelde rentepercentage van de leningportefeuille is 4,47% (2012: 4,39%), hierin zijn de derivaten meegenomen. De gemiddelde resterende looptijd is 15 jaren.
9.2 Waarborgsommen Waarborgsommen Rente waarborgsommen Totaal waarborgsommen per balans
81
31.12.2013
31.12.2012
2.270.828 945.537 3.216.365
2.227.281 912.935 3.140.216
9.3 Vooruitontvangen huur Vooruitontvangen huur Totaal vooruitontvangen huur per balans
31.12.2013
31.12.2012
4.959.368 4.959.368
4.923.220 4.923.220
De vooruitontvangen huren hebben betrekking op de huur voor Brede School Helmond-Noord (€ 4.417.000), deze is voor 50 jaar vooruitontvangen. M.b.t. de schoolwoningen van de Bundertjes (Harmoniestraat) is de huur voor 20 jaar cq. 40 jaar vooruitontvangen (€ 526.000). De mutatie in 2013 heeft betrekking op de vrijval van een deel van de huur inzake de Brede school en de schoolwoningen van de Bundertjes (-/- € 196.000). Aan de andere kant heeft er rente egalisatie plaatsgevonden (+/+ € 232.000).
9.4 Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (VOV) De terugkoopverplichting woningen VOV betreft de terugkoopverplichting van onroerende zaken die onder een regeling Verkoop onder Voorwaarden zijn overgedragen aan derden. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd en getoetst aan de bij overdracht ontstane verplichting. Bij de jaarlijkse toetsing van de terugkoopverplichting wordt rekening gehouden met de waardeontwikkelingen van onroerende zaken en specifieke contractvoorwaarden met derden. De samenstelling en het verloop is als volgt: 1 januari Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht Vermeerderingen/verminderingen Boekwaarde per 1 januari Mutaties Opwaarderingen Afwaarderingen Saldo mutaties 31 december Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht Vermeerderingen/verminderingen Totaal verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (VOV) per balans
2013
2012
10.558.516 779.925 11.338.441
10.558.516 0 10.558.516
0 -698.829 -698.829
1.101.166 -321.241 779.925
11.338.441 -698.829 10.639.612
10.558.516 779.925 11.338.441
Ultimo 2013 zijn 93 woningen (2012: 95) onder een VOV-regeling overgedragen aan derden. De daarmee samenhangende mutatie in de terugkoopverplichting bedraagt € 10.639.612 (2012: € 11.338.441). De afwaardering 2013 heeft voor € 478.840 betrekking op de gemiddelde waardedaling van de overgedragen onroerende zaken en voor € 219.989 op de teruggekochte (en weer marktconform verkochte) woningen 2013.
10. KORTLOPENDE SCHULDEN
31.12.2013
31.12.2012
10.1 Schulden aan kredietinstellingen 10.2 Schulden aan leveranciers 10.3 Schulden aan groepsmaatschappijen 10.4 Belastingen en premies sociale verzekeringen 10.5 Schulden ter zake van pensioenen 10.5 Overige schulden 10.6 Onderhanden projecten 10.7 Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden per balans
13.146.556 6.485.544 0 1.727.389 105.445 11.636 0 2.736.238 24.212.808
21.949.668 7.485.545 77.152 690.280 19.330 29.766 0 1.318.999 31.570.740
10.1 Schulden aan kredietinstellingen
31.12.2013
31.12.2012
Kortlopend deel van de langlopende schulden Overige schulden aan kredietinstellingen (Nog niet vervallen rente van geldleningen en derivaten) Waardering rentederivaat Totaal schulden aan kredietinstellingen per balans
8.177.862 4.836.574 132.120 13.146.556
17.078.705 4.870.963 0 21.949.668
Als zekerheid voor de schulden aan kredietinstellingen is een pandrecht op debiteuren, vorderingen en voorraden gevestigd. Stichting Woonpartners heeft bij de Rabobank een kredietfaciliteit ter grootte van € 5.000.000 (2012: € 5.000.000). Zowel op balansdatum in 2012 als in 2013 is deze faciliteit niet gebruikt. De Wijkontwikkelings Maatschappij heeft een kredietfaciliteit van € 5.000.000. Hiervan was € 4.900.000 opgenomen.
De waardering rentederivaat betreft de transitorische rente van een swap ter grootte van € 11.000.000, welke op 21-03-2014 contractueel afloopt. Na aftrek van de transitorische rente tot en met 31 december 2013 resulteert een bedrag van € 132.120.
82
10.2 Schulden aan leveranciers
10.3 Schulden aan groepsmaatschappijen
6.485.544
7.485.545
31.12.2013
31.12.2012
0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 77.152 0 77.152
31.12.2013
31.12.2012
211.039 1.294.276 222.074 1.727.389
177.609 429.487 83.184 690.280
De post schulden aan groepsmaatschappijen is als volgt samengesteld: Woonpartners Holding B.V. Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Woonpartners Vereniging Van Eigenaars B.V. Vereniging van Eigenaars Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Totaal schulden aan groepsmaatschappijen per balans
10.4 Belastingen en premies sociale verzekeringen Loonheffing en premies sociale verzekeringen Omzetbelasting Vennootschapsbelasting Totaal belastingen en premies sociale verzekeringen per balans
Onder de post ‘loonheffing en premies sociale verzekeringen’ is ook de verschuldigde crisisheffing verantwoord. De zogenaamde crisisheffing is een eenmalige heffing van 16% loonbelasting over het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking dat werkgevers in 2013 aan een medewerker hebben betaald, voor zover dat loon hoger was dan € 150.000.
10.5 Schulden ter zake van pensioenen en overige schulden
31.12.2013
31.12.2012
105.445 11.636 117.081
19.330 29.766 49.096
31.12.2013
31.12.2012
0 0 0
0 0 0
De post overige schulden is als volgt samengesteld: Schulden ter zake van pensioenen Nettoloon Totaal schulden ter zake van pensioenen en overige schulden per balans
10.6 Onderhanden projecten De post onderhanden projecten is als volgt samengesteld:
Totaal onderhanden projecten per balans
In 2012 en 2013 heeft deze post een debetsaldo en wordt daarom verantwoord onder Onderhanden projecten aan de debetzijde van de balans.
10.7 Overlopende passiva
31.12.2013
31.12.2012
0 181.258 164.504 338.584 2.051.892 2.736.238
0 223.326 154.202 361.752 579.719 1.318.999
De post overlopende passiva is als volgt samengesteld: Ongerealiseerde winst verkopen Vooruitontvangen huur Opgebouwde vakantiedagen Nog te betalen servicekosten Diverse nog te betalen posten Totaal overlopende passiva per balans
De stijging in de overlopende passiva heeft betrekking op transitorische posten die in de jaarrekening 2013 verwerkt zijn. Deze post bestaat uit € 594.000 voor bijdrage aan de gemeente voor sanering Sallandhof, € 840.000 als voorlopig vooruitontvangen bijdrage van de gemeente Helmond, € 89.000 vordering integratieheffing blok 12, € 142.000 voor nog te betalen facturen voor project Vossenberg en € 387.000 overige schulden.
83
FINANCIËLE INSTRUMENTEN
Stichting Woonpartners maakt gebruik van derivaten om het rente -en kasstroomrisico af te dekken. Voor de verwerking, waardering en resultaatbepaling, past Stichting Woonpartners met betrekking tot deze derivaten (hedge-instrumenten) kostprijshedge-accounting toe. De marktwaarde van de derivaten is ultimo 2013 € 756.000 negatief. Ultimo 2012 bedroeg de marktwaarde € 1.666.000 negatief. Doelstellingen risicobeheer In het treasury statuut van Stichting Woonpartners staan de kaders benoemd omtrent het beheersen van risico's. De financiële instrumenten voldoen aan de kaders genoemd in een aanvullende toelichting op het treasury statuut. In het vigerende statuut is het gebruik van afschermende instrumenten toegestaan ter beheersing van het renterisico op zekere kasstromen en de instrumenten zijn defensief van aard. De volgende eisen worden gesteld ten aanzien van het gebruik van derivaten: • De leden van de treasurycommissie dienen voldoende kennis van zaken te hebben; • Derivaten mogen slechts gebruikt worden om bepaalde risico’s, zoals beleggings-, rente- en financieringsrisico’s af te dekken; • Derivaten moeten voldoen aan de richtlijnen van het WSW; • Slechts een beperkt aantal soorten derivaten is toegestaan, dit zijn forward fixeren, CAP/Floor/Collar, Interest Rate Swap (IRS), Swaption; • Voor het gebruik van derivaten dient te allen tijde en direct (voordat het contract aangegaan wordt) goedkeuring te worden gevraagd aan het bestuur inclusief een motivatie, waarom een derivaat wordt gebruikt. Hedge strategie Het risico van wijzigingen in de rente afdekken met derivaten. Type hedge Kostprijshedge accounting op basis van individuele leningen. Kostprijshedge accounting wordt toegepast op basis van de aansluiting van de kritische kenmerken van de instrumenten met de financieringen. Deze kenmerken zijn terug te vinden in de originele contracten. Afgedekte positie Stichting Woonpartners dekt de variabiliteit in de kasstromen voortvloeiende uit toekomstige rentebetalingen gerelateerd aan huidige leningen af. Hierbij worden de kasstromen van de rentebetalingen van de afgesloten leningen afgedekt. Hedge instrumenten Stichting Woonpartners maakt gebruik van rentederivaten om de variabiliteit van de toekomstige kasstromen gerelateerd aan rentebetalingen van huidige leningen af te dekken. Stichting Woonpartners maakt gebruik van twee Interest Rate Swaps (IRS), hierbij ontvangt Stichting Woonpartners een variabele rente van de tegenpartij en betaalt Stichting Woonpartners een vaste rente. Tevens maakt Stichting Woonpartners gebruik van een CAP. Hierbij ontvangt Stichting Woonpartners boven een overeengekomen rentepercentage (CAP) het verschil tussen deze CAP en het hogere rentepercentage. Stichting Woonpartners maakt ook gebruik van een Collar voor één afgesloten lening, door de Collar zijn de variabele rentekosten van de afgesloten lening begrensd. Stichting Woonpartners heeft geen swaps afgesloten ter dekking van toekomstige investeringen. Accounting Het hedging instrument en de hedged items onderliggend aan de af te dekken rentebetalingen worden tegen kostprijs op de balans opgenomen en gewaardeerd. Hedge ineffectiviteit wordt in de winst -en verliesrekening verwerkt. Marktrisico Stichting Woonpartners beheerst het marktrisico door stratificatie aan te brengen in de portefeuille en limieten in te stellen. Algemeen De belangrijkste financiële risico’s waaraan de groep onderhevig is zijn het marktrisico, valutarisico, het renterisico, het kredietrisico en het liquiditeitsrisico. Het financiële beleid van Stichting Woonpartners is erop gericht om op de korte termijn de effecten van koers- en renteschommelingen op het resultaat te beperken en om op lange termijn de marktwisselkoersen en marktrentes te volgen. Stichting Woonpartners maakt gebruik van financiële derivaten om de financiële risico’s die verbonden zijn aan bedrijfsactiviteiten te beheersen. Stichting Woonpartners neemt met financiële derivaten geen speculatieve posities in. Valutarisico Stichting Woonpartners voert alleen transacties in euro's (€) uit en loopt geen valutarisico. Renterisico Stichting Woonpartners loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name onder financiële vaste activa) en rentedragende langlopende en kortlopende schulden. Voor vorderingen en schulden met variabele renteafspraken loopt Stichting Woonpartners risico ten aanzien van toekomstige kasstromen. Met betrekking tot vastrentende vorderingen en schulden loopt Stichting Woonpartners risico's over de marktwaarde. Met betrekking tot vorderingen worden geen financiële derivaten met betrekking tot renterisico afgesloten. Met betrekking tot bepaalde variabelrentende schulden heeft Stichting Woonpartners renteswaps afgesloten, zodat zij vaste rente betaalt en variabele rente ontvangt. Kredietrisico Het gaat hierbij om het risico dat financiële instellingen niet aan hun contractuele verplichtingen kunnen voldoen. Door het spreiden van transacties over verschillende financiële instellingen wordt getracht dit risico te beperken. Verder dienen de financiële instellingen te voldoen aan kredietwaardigheidseisen (rating). Dit is opgenomen in het treasury statuut. De hoogte van het kredietrisico is afhankelijk van de grootte van het bedrag aan te ontvangen rente op de derivaten en de marktwaarde van de derivaten. Liquiditeitsrisico Het gaat hierbij om het risico dat over onvoldoende middelen wordt beschikt om aan de directe verplichtingen te kunnen voldoen. Dit geldt voor alle verplichtingen van Stichting Woonpartners en haar tegenpartijen, ongeacht of dit nu crediteuren of financiële instellingen zijn. Stichting Woonpartners heeft op verschillende manieren gewaarborgd dat zij altijd aan haar verplichtingen kan voldoen. Naast het aantrekken van langlopende leningen, zijn kasgeld -en rekeningcourant faciliteiten beschikbaar ter grootte van € 5.800.000. Daarnaast heeft Stichting Woonpartners een ruimte van € 20.000.000 op de bestaande roll-over leningen met variabele hoofdsom.
84
Reële waarde per categorie financiële derivaten: 1e Interest Rate Swap (IRS) De marktwaarde van de payer Interest Rate Swap is per 31 december 2013 € 612.000 negatief (31 december 2012 € 1.210.000 negatief). Stichting Woonpartners betaalt een vaste rente van 5,62% en ontvangt 1-maands euribor-reuters van de tegenpartij. De nominale waarde betreft € 11.000.000. De overeenkomst eindigt op 21-03-2014. De marktwaarde van deze Swap is volledig verwerkt in de resultatenrekening in 2013. 2e Interest Rate Swap (IRS) De marktwaarde van de receiver Interest Rate Swap is per 31 december 2013 € 135.874 negatief (31 december 2012 € 265.000 negatief). Stichting Woonpartners betaald een vaste rente van 5,8175% en ontvangt 6-maands euribor-reuters van de tegenpartij. De nominale waarde betreft € 2.500.000 miljoen. De overeenkomst eindigt op 01-09-2014. Collar (cap en floor) De marktwaarde van de collar is per 31 december 2013 € 99.615 negatief (31 december 2012 € 196.000 Negatief). Door middel van de cap ontvangt stichting Woonpartners het verschil tussen 5,5% en 6-maands Euribor indien de 6-maands Euribor hoger is dan 5,5%. Door middel van de Floor opgenomen betaalt Stichting Woonpartners het verschil tussen 2,00% en de 6-maands Euribor, wanneer de 6-maands Euribor onder de 2,00% uitkomt. De nominale waarde bedraagt € 6.000.000. De overeenkomst eindigt op 01-09-2014. CAP (WOM) De cap heeft een ingangsdatum van 02-02-2011, nominaal bedrag van € 2,5 miljoen en een looptijd van 4 jaar (gelijk aan de resterende looptijd van de lening), waarbij de Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond binnenstad B.V. het verschil tussen 2,1% en 1-maands Euribor ontvangt indien de 1-maands Euribor hoger is dan 2,1%. De afgesloten derivaten zijn ultimo 2013 als volgt verdeeld in boekwaarde, nominale waarde en marktwaarde. Boekwaarde Interest rate swaps Collar/cap Totaal
Nominaal
0 49.746 49.746
Marktwaarde
13.500.000 8.500.000 22.000.000
-748.168 -7.615 -755.783
De gepresenteerde boekwaarde heeft betrekking op een collar en een cap, welke zijn vastgelegd in de overeenkomst. De Nominale waarde betreft de hoofdsom bij het aangaan van de derivaat. Voor de marktwaarde ontvangt Woonpartners periodiek een overzicht van de marktwaarde, de gepresenteerde waarde is per 31 december 2013. De resterende looptijden van de derivaten zijn als volgt.
Tot 1 jaar
Interest rate swaps Collar/cap Totaal
Tussen 1 en 5 jaar
13.500.000 6.000.000 19.500.000
Tussen 5 en 10 jaar
0 2.500.000 2.500.000
tussen 10 en 20 jaar 0 0 0
> 20 jaar
0 0 0
0 0 0
De derivaten starten nominaal als volgt in tijd: Reeds lopend Interest rate swaps Collar/cap Totaal
13.500.000 8.500.000 22.000.000
Voor de derivatenportefeuille is met de tegenpartijen afgesproken dat beide partijen geen onderpand dienen te verstrekken als gevolg van een positieve of negatieve marktwaarde. Stichting Woonpartners heeft in de jaren 2014 mandatory breaks in de contracten van renteswaps (€ 19.500.000). Daarnaast zijn er enkele termination events van toepassing, zoals indien Stichting Woonpartners geen Toegelaten Instelling meer is, geen deelnemer meer is van het WSW, de achtervang wegvalt en als er sprake is van onder bewindstelling door het ministerie. In 2013 heeft Stichting Woonpartners geen onderpand verstrekt. De afgesloten contracten betreffen allen derivaten ter afdekking van renterisico's.
85
NIET IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN
Garanties en borgstelling Per 31 december 2013 is door de rechtspersonen die deel uitmaken van de Stichting Woonpartners-groep geen garanties en borgstellingen verstrekt. Fiscale eenheid Voor de BTW en VPB is een fiscale eenheid gevormd. De fiscale eenheid omvat de volgende rechtspersonen: - Stichting Woonpartners - Woonpartners Holding B.V. - Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. - Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. - Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. - Woonpartners Vereniging van Eigenaars B.V. - Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. - Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Entiteiten die behoren tot de fiscale eenheid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor belastingschulden van de gehele fiscale eenheid. Vennootschapsbelasting Per 1 januari 2008 zijn de activiteiten van de woningcorporaties integraal belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Corporaties zijn sindsdien verplicht over hun integrale activiteiten vennootschapsbelasting te betalen. Een en ander is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (VSO). In deze VSO zijn specifieke bepalingen opgenomen met betrekking tot de waardering van posten op de fiscale openingsbalans en de wijze van resultaatneming.
De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst- en verliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. heeft de exploitatie van warmtepompen beschouwd als een BTW-belaste prestatie. De Belastingdienst stelt dit nu ter discussie. Op dit moment vindt er overleg plaats tussen Aedes en de Belastingdienst over de kwestie. Woonpartners heeft met de Belastindienst de afspraak gemaakt om hier voor 1 augustus 2014 overleg over te hebben. Dit kan leiden tot een terugbetaling van BTW van per saldo € 300.000. Aansprakelijkheid Stichting Woonpartners is firmant van een vennootschap onder firma en uit dien hoofde hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van deze vennootschap onder firma. Verliescompensatie Op balansdatum is een voorwaardelijk recht op verliescompensatie voor een bedrag van € 1.818.324 (nominale waarde) niet opgenomen. Deze verliezen zijn alleen verrekenbaar als de totale eenheid Woonpartners Holding B.V. winst behaald. Er is geen actieve belastinglatentie opgenomen. Huurverplichtingen Het jaarlijks bedrag van met derden aangegane huurverplichtingen van onroerende zaken is nihil. Erfpachtverplichtingen De jaarlijkse erfpachtverplichting voor terreinen volgens canon is nihil. Aankopen en investeringen Stichting Woonpartners heeft ultimo boekjaar geen verplichtingen openstaan voor de aankoop van onroerend goed.
Eind 2010 werd bekend dat de tuinen in de Rijpelberg zijn verontreinigd met PCB's. Deze gebieden worden naar verwachting in 2014 gesaneerd. We verwachten de kosten (€ 594.000) op de gemeente Helmond te kunnen verhalen. Verplichtingen persoonsgebonden loopbaanbudget In de CAO Woondiensten is een persoonsgebonden loopbaanbudget per medewerker afgesproken. Elke medewerker heeft recht, afhankelijk van indiensttreding, op een budget ten behoeve van zijn loopbaanontwikkeling. Ultimo 2013 bedraagt het budget € 245.000 (31.12.2012: € 275.000). Aangetrokken leningen Stichting Woonpartners heeft in 2013 géén nieuwe leningen aangetrokken. Pensioenverplichtingen De financiële situatie van de Stichting Pensioenfonds Woningcorporaties (SPW) verbetert zich gestaag. De dekkingsgraad die op 31 december 2012 106% bedroeg is gestegen naar 114% op 31 december 2013. In 2014 is de dekkingsgraad verder gestegennaar 116% per 31 maart. Met ingang van juli 2014 is het herstelplan voor het SPW beëindigd. De Nederlandse Bank beschouwt het herstelplan als beëndigd als een pensioenfonds minimaal 3 kwartalen een dekkingsgraad heeft die hoger is dan de door DNB vereiste dekkingsgraad van 105%. Sinds november 2012 is de dekkingsgraad van SPW 105% of hoger. Het bestuur van SPW heeft besloten om per 1 januari de pensioenen niet te indexeren en de premies te handhaven op het niveau van 2013. WSW-obligoverplichting Per 31 december 2013 heeft Stichting Woonpartners een obligoverplichting jegens WSW ten bedrage van € 7.111.000 (31.12.2012: € 7.300.000) uit hoofde van door WSW verstrekte borgstelling. Bijzondere gebeurtenissen Na balansdatum hebben er geen bijzondere gebeurtenissen plaatsgevonden welke nadere toelichting behoeven.
86
TOELICHTING OP DE ONDERSCHEIDEN POSTEN VAN DE GECONSOLIDEERDE WINST- EN VERLIESREKENING 11. Huuropbrengsten Huuropbrengsten sociaal vastgoed in exploitatie Woningen en woongebouwen Onroerende zaken, niet zijnde woningen Af: huurderving wegens leegstand Af: huurderving wegens oninbaarheid Af: correctie huur voorgaande jaren * Subtotaal huuropbrengsten sociaal vastgoed in exploitatie Huuropbrengsten commercieel vastgoed in exploitatie Woningen en woongebouwen Onroerende zaken, niet zijnde woningen Af: huurderving wegens leegstand Af: huurderving wegens oninbaarheid Subtotaal huuropbrengsten commercieel vastgoed in exploitatie Totaal huuropbrengsten per saldo
2013
2012
37.185.349 2.014.072 39.199.421 -390.320 0 0 38.809.101
38.967.438 112.445 39.079.883 -256.260 0 -2.566.008 36.257.615
2.682.585 1.532.523 4.215.108 -147.830 0 4.067.278
1.320.990 1.202.344 2.523.334 -67.459 0 2.455.875
42.876.379
38.713.490
* Dit betreft een correctie op de huren van de WOM. Van dit bedrag heeft € 875.000 betrekking op 2008, € 662.000 op 2009, € 455.000 op 2010, € 281.000 op 2011 en € 293.000 op 2012. Hierna is een overzicht opgenomen van de huuropbrengsten die in de verschillende gemeenten zijn behaald: Gemeente Helmond Gemeente Helmond (correctie huur voorgaande jaren) Gemeente Laarbeek Totaal huuropbrengsten
42.274.264 0 602.115 42.876.379
40.605.141 -2.566.008 674.357 38.713.490
2013
2012
Overige zaken Leveringen en diensten
52.458 1.308.188
13.018 1.350.940
Subtotaal
1.360.646
1.363.958
177.033 -12.101
176.426 -22.037
1.525.578
1.518.347
12. Opbrengsten servicecontracten De post opbrengsten servicecontracten is als volgt samengesteld:
Vergoedingen glas- en rioolfonds Af: Vergoedingsderving Totaal opbrengsten servicecontracten per saldo
De vergoedingen bestaan uit de bijdragen van bewoners in de diverse servicefondsen. Het betreffen bijdragen voor onder andere stookkosten, verlichting achterompaden, gemeenschappelijk energieverbruik, schoonmaak en onderhoud gemeenschappelijke ruimten, ramen wassen, onderhoud groenvoorzieningen, verwarming gemeenschappelijke ruimten, water, warmtepomp en servicekaart. De exploitatie is kostendekkend, eventuele overschotten/tekorten worden met de huurders verrekend. Uitzonderingen op deze verrekening zijn het glas- en rioolfonds en de servicekaart. Eventuele voorschotten/tekorten hierop komen voor rekening van Woonpartners. De vergoedingen voor het glas- en rioolfonds betreffen de bijdragen die de bewoners betalen voor het fonds dat voorziet in glasschades en rioolverstoppingen.
87
14. Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille 2013 2012 Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille betreft het resultaat/de opbrengsten uit verkopen van bestaand bezit sociaal en commercieel vastgoed aan derden en de opbrengst uit verkochte nieuwbouwwoningen en is als volgt te specificeren:
Sociaal en commercieel vastgoed in exploitatie Opbrengst verkopen bestaand bezit Af: direct toerekenbare kosten Af: boekwaarde Verkoopresultaat bestaand bezit Mutatie terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden Totaal verkoopresultaat onroerende zaken bestaand bezit sociaal en commercieel vastgoed in exploitatie
4.035.500 -242.702 -931.925 2.860.873 -188.780 2.672.093
2.075.000 -127.764 -152.206 1.795.030 12.503 1.807.533
1.105.387 -1.039.861 66.113 131.639
1.126.057 0 0 1.126.057
2.803.732
2.933.590
2013
2012
458.646 466.279 4.239.584 5.164.509
568.433 -2.731.937 9.700.216 7.536.712
Verkoopopbrengsten vanuit projecten:
Opbrengst verkopen projecten Af: vervaardigingskosten Bij/af: resultaatneming op projecten Totaal verkoopresultaat projecten nieuwbouw koop Totaal nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille per saldo
15. Wijzigingen in voorraden gereed product en vastgoedportefeuille
Geactiveerde kosten onderhanden projecten Mutatie onderhanden projecten Opbrengsten voorraad in ontwikkeling Totaal wijzigingen in voorraden gereed product en vastgoedportefeuille per saldo
Wijzigingen in voorraden en gereed product en vastgoedportefeuille zijn van toepassing op Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V..
16. Overige bedrijfsopbrengsten Doorberekende salariskosten Steunpuntbijdragen Vergoeding huurovereenkomsten Leges woonvergunning Overige bedrijfsopbrengsten Totaal overige bedrijfsopbrengsten per saldo
2013
2012
0 32.452 13.855 0 1.491.246 1.537.553
663.609 23.839 9.045 45 424.406 1.120.944
De stijging van de overige bedrijfsopbrengsten wordt voor het grootste deel veroorzaakt door de bijdrage die Woonpartners Bijzondere Exploitaties heeft ontvangen voor de WKO-installaties (€ 973.000)
17. Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
2013
2012
0 0 0 0
0 0 0 0
Sociaal vastgoed in exploitatie Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Materiële vaste activa
4.897.108 887.891 5.784.999
5.477.864 801.593 6.279.457
Vrijval overlopende passiefpost inzake (overheids)subsidies Totaal afschrijvingen op (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille per saldo
0 5.784.999
0 6.279.457
Bouwclaims Goodwill Computersoftware Immateriële vaste activa
88
18. Overige waardeveranderingen van (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Materiële vaste activa Vastgoedbeleggingen Overige Totaal overige waardeveranderingen van (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille per saldo
19 en 20. Lonen, salarissen, sociale lasten en pensioenlasten Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Totaal lonen, salarissen, sociale lasten en pensioenlasten per saldo
2013
2012
21.297.119 343.724 0 21.640.843
-5.755.336 873.809 0 -4.881.527
2013
2012
4.121.224 618.215 765.738 5.505.177
4.786.878 645.137 828.763 6.260.778
Het gemiddeld aantal in de groep (of: Stichting Woonpartners-groep) werkzame werknemers, berekend op fulltimebasis en uitgesplitst naar activiteiten, bedroeg 75,61. Dit aantal is inclusief de doorberekende FTE's voor medewerkers welke gedetacheerd zijn (Onderhoud, planning & intake, WOM en Wooniezie, gezamenlijk 5,57 FTE). Het gemiddelde aantal FTE's, inclusief gedetacheerden, is in 2013 als gevolg van de doorgevoerde reorganisatie afgenomen van 81,49 naar 75,61. Geen van de werknemers is buiten Nederland werkzaam.
21. Onderhoudslasten
2013
2012
Onderhoudslasten (niet cyclisch) Onderhoudslasten (cyclisch) Totaal onderhoudslasten per saldo
2.702.128 6.426.112 9.128.240
1.785.786 5.409.923 7.195.709
Onderhoudslasten sociaal vastgoed in exploitatie Onderhoudslasten commercieel vastgoed in exploitatie Totaal onderhoudslasten
8.270.652 857.588 9.128.240
6.778.975 416.734 7.195.709
5.665.847 773.527 1.688.875 142.403 8.270.652
4.986.264 527.113 1.091.044 174.554 6.778.975
604.243 69.030 170.696 13.619 857.588
249.104 38.853 128.777 0 416.734
De onderhoudskosten voor het sociaal vastgoed in exploitatie zijn te verdelen in: Planmatig onderhoud Mutatieonderhoud Klachtenonderhoud Overig onderhoud Totaal onderhoudslasten De onderhoudskosten voor het commercieel vastgoed in exploitatie zijn te verdelen in:
Planmatig onderhoud Mutatieonderhoud Klachtenonderhoud Overig onderhoud Totaal onderhoudslasten Het klachten- en mutatieonderhoud zijn fors gestegen ten opzichte van 2012. De oorzaken hiervan zijn: • Klachtenonderhoud: kosten van Planning & Intake (€ 338.000) en afkoop contract met Knaapen (€ 77.000) . • Mutatieonderhoud: kosten van Planning & Intake (€ 127.000) en afkoop contract met Knaapen (€ 96.000).
89
22. Overige bedrijfslasten
2013
2012
Beheerkosten: Algemene kosten Automatiseringskosten Bestuurs- en toezichtskosten Huisvestigingskosten Overige personeelskosten Overige beheerskosten Subtotaal beheerskosten
1.727.302 484.019 65.932 195.695 387.307 0 2.860.255
1.820.506 483.866 54.401 281.506 395.279 0 3.035.558
Heffingen: Belastingen Verzekeringen Contributie Overige heffingen (Heffing Centraal Fonds inzake Projectsteunheffing) Subtotaal heffingen
1.642.846 139.098 66.252 1.777.181 3.625.377
1.498.368 121.597 67.636 132.030 1.819.631
Overige bedrijfslasten: Servicekosten Leefbaarheid Dotatie vereniging van eigenaren Afrekening energie wegens verhuizing Oninbare en niet doorbelaste onderhoudskosten Dotatie dubieuze debiteuren Dotatie L'Étage Paterslaan Kosten projectontwikkeling Kosten uitbesteed werk derden Diverse bedrijfslasten Subtotaal overige bedrijfslasten
1.414.469 331.113 62.539 33.038 0 536.613 270.019 0 4.705.863 1.383.388 8.737.042
1.444.525 824.703 44.599 20.387 0 136.151 413.784 0 7.632.179 487.223 11.003.551
15.222.674
15.858.740
Totaal overige bedrijfskosten per saldo
De daling van de overige bedrijfslasten wordt voornamelijk veroorzaakt door de daling van de kosten voor uitbesteed werk voor de voorraad woningen in ontwikkeling bij de Wijkontwikkelingsmaatschappij (-/- € 2.926.000) en de daling van de leefbaarheidskosten (-/- € 494.000) bij de stichting. Daartegenover staan de hogere heffingen (+/+ € 1.805.000), extra dotatie dubieuze debiteuren (+/+ € 400.000) en stijging van de diverse bedrijfslasten (+/+ 896.000). Heffingen In 2013 heeft Woonpartners de verhuurdersheffing van € 137.000 en de saneringsheffing van € 1.640.000 betaald. In 2012 was de heffing € 132.000, dit betrof de "Vogelaarheffing" Dotatie dubieuze debiteuren Ten opzichte van 2012 is de dotatie dubieuze debiteuren gestegen met € 400.000. Deze extra dotaties hebben betrekking op de toegenomen schulden van de debiteuren. Leefbaarheid De kosten voor leefbaarheid komen € 500.000 lager uit dan in 2012. De redenen hiervan zijn: minder kosten voor opplussen (- € 200.000), minder (opruim)acties in wijken en andere activiteiten (- € 250.000) en minder onderhoudsaanpassingen in het kader van leefbaarheid (- € 50.000). Diverse bedrijfslasten De stijging ten opzichte van 2012 is te verklaren door het feit dat er in 2013 o.a. voor € 583.000 aan kosten zijn geboekt voor de grondsanering in het Sallandhof, € 184.000 voor afboeking Datawarehouse en deelneming Domovisie (€ 50.000).
90
HONORARIUM EXTERNE ACCOUNTANT EN DE ACCOUNTANTORGANISATIE 2013
BDO controle
Controle van de jaarrekening Andere controleopdrachten Fiscale adviesdiensten Andere niet-controlediensten
119.135 0 0 0 119.135
Overig BDO
Totaal BDO
0 21.841 5.748 21.623 49.212
119.135 21.841 5.748 21.623 168.347
In de loop van 2012 is Woonpartners overgestapt van Deloitte naar BDO. In bovenstaand schema zijn de totale kosten voor beide partijen weergegeven.
2012
BDO/Deloitte controle
Controle van de jaarrekening Andere controleopdrachten Fiscale adviesdiensten Andere niet-controlediensten
81.808 0 0 0 81.808
Overig BDO/Deloitte
Totaal BDO/Deloitte
0 0 80.236 0 80.236
81.808 0 80.236 0 162.044
Punt 1. Onderzoek van de jaarrekening betreft de reguliere controlewerkzaamheden van het jaarwerk van de Stichting, Holding en de WOM. Punt 3. Dit betreft fiscale adviezen m.b.t. (nieuw)bouwprojecten, aangifte vennootschapsbelasting en BTW-werkzaamheden. 23. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Waardevermindering onroerende zaken vastgoedbeleggingen Waardevermeerdering onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Waardevermindering onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Totaal niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille per saldo
24. Financiële baten en lasten
2013
2012
-6.841.936 478.840 -641.532 -7.004.628
747.668 0 -87.486 660.182
2013
2012
55.986 11.338 256.825 324.149
54.877 19.627 817.455 891.959
Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rente banken, leningen u/g en overige Rente BWS-subsidies Rente op overige vorderingen Total andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten per saldo
De totale rentebaten zijn in 2013 € 568.000 lager dan in 2012. Dit wordt veroorzaakt doordat we in 2013 minder rente op BWS subsidies ontvangen (-/- € 8.000) en de renteontvangsten op nieuwbouwprojecten daalden (-/- € 247.000). Daarnaast is in 2012 voor € 297.110 aan heffingsrente van de belastingdienst ontvangen, in 2013 bedraagt het ontvangst € 35.000 (-/- € 262.000) en ontvingen we in 2012 een bijdrage van de gemeente Helmond voor de Weverspoort (-/- € 45.000). Rente op overige vorderingen in 2013 heeft voornamelijk te maken met onderstaande zaken: - Rentetoerekening aan nieuwbouwprojecten, welke jaarlijks plaatsvindt (€ 123.783). - Doorbelasting aan Jansen de Jong projectontwikkeling in verband met de grondaankoop Lungendonk (€ 99.000). - Gedurende 2013 is er heffingsrente ontvangen voor een bedrag van € 35.000.
91
Rentelasten en soortgelijke kosten Rente leningen overheid (incl. boeterente) Rente leningen onder overheidsgarantie Disagio lening Resultaten derivaten Waardeverandering rentederivaat Overige rentelasten Rente waarborgsommen Totaal rentelasten en soortgelijke kosten per saldo
2013
2012
0 7.356.021 19.251 856.200 132.120 377.677 108.342 8.849.611
0 7.482.322 22.632 747.203 0 384.568 107.163 8.743.888
Enerzijds zijn de rentelasten op de leningen afgenomen ten opzichte van 2012 als gevolg van de aflossing van lening 1065 en lening 1059. Deze hadden in 2012 gezamenlijk € 378.000 meer rentekosten dan in 2013. Daarnaast is de korte rente gedaald, waardoor de rente op de roll over leningen met € 36.000 is gedaald ten opzichte van 2012. Ten slotte is er gedurende 2013 vervroegde rente afspraken gemaakt voor leningen 1035/1036/1041, hiermee daalden in 2013 de rentekosten met € 43.000. Anderzijds werd er in 2013 ook een nieuwe lening gestort met rentelasten à € 331.000. Het disagio (bijdrag aan het WSW voor de borging van leningen) heeft betrekking op nieuw aangetrokken leningen. Gedurende 2008 t/m 2013 is voor in totaal € 94.000.000 aan nieuwe leningen aangetrokken, hierover is disagio afgedragen. De vergoedingsfactor is vastgesteld op 0,000069. Dit betekent dat per 1 miljoen borging € 69 euro per kwartaal aan vergoeding moet worden afgedragen. Deze vergoeding wordt berekend over het actuele schuldrestant op dat moment. In 2004 heeft Woonpartners derivaten aangekocht voor afdekking van een renterisico tot 1 september 2014. In 2013 is de rentelast met € 98.000 gestegen. De wijzigingen in de rente van het afgelopen jaar hebben een negatieve invloed op de totale rentelasten van de derivaten gehad. Woonpartners ontvangt namelijk korte rente (welke gedurende 2013 is gedaald) en betalen een vast percentage, waardoor de rentelasten per saldo zijn toegenomen. Op 21 maart 2014 loopt de SWAP ter grootte van € 11.000.000 bij de ING contractueel af. De verwachting is dat de lening waarvoor deze derivaat ter afdekking van het renterisico is aangetrokken niet volledig zal worden opgenomen. De negatieve marktwaarde van deze swap is daarom in de jaarrekening 2013 volledig in het resultaat verwerkt. Na aftrek van de transitorische rente tot en met 31 december 2013 resulteert een bedrag van € 132.120. De overige rentelasten hebben in 2013 voor € 232.000 betrekking op de rente egalisatie van de Brede School (inclusief gymzaal). Hiervoor is eind 2011 huur vooruit ontvangen en hieraan wordt vanaf 2012 jaarlijks rente aan toegerekend. De last in 2012 had tevens betrekking op deze rente egalisatie. Verder is hierin een rentelast van de WOM verantwoord van € 83.000 (2012: € 235.000). Geconsolideerd wordt de doorberekende rente van de stichting aan de WOM geëlimineerd (€ 12.000). 25. Belastingenresultaat uit gewone bedrijfsuitoefening Acute vennootschapsbelasting (lasten) 2008 2011 2012 2013 Latente vennootschapsbelasting (baten) 2011 2012
Totaal belastingenresultaat uit gewone bedrijfsuitoefening per saldo
92
2013
2012
-83.184 0 0 222.074 138.890
83.184 0 0 0 83.184
0 0 -212.840 -212.840
0 658.657 0 658.657
-73.950
741.841
Aansluiting commercieel en fiscaal resultaat: Toekomstige fiscale winsten kunnen niet worden gecompenseerd met in het verleden geleden fiscale verliezen. De effectieve belastingdruk is 1,2% en kan als volgt worden gespecificeerd: 2013 -18.903.557
2012 13.951.374
-2.681.952 200.000 0 -210.899
-7.514.674 327.191 796.643 0
0 -5.042.116 6.128.630 -101.592 473.750 -21.297.119
144.683 -5.398.520 316.700 -240.608 529.045 4.881.527
0 -732.921 5.184.659 -1.392.258 2.289.321 0 0 0 1.640.138 15.643 -388.140 0 -3.930.185
38.740 -727.490 -660.182 0 0 -23.613.188 -123.959 132.030 0 17.357 -239.622 0 0
Belastbaar bedrag
928.296
-17.848.607
Belastingbedrag 20% tot € 200.000 Belastingbedrag 25% over > € 200.000 Totaal
40.000 182.074 222.074
0 0 0
Commercieel resultaat voor vennootschapsbelasting Correcties op bedrijfsopbrengsten: Correctie opbrengst verkopen en fiscaal resultaat projecten Correctie algemene kosten projecten Correctie Mutatie onderhanden projecten Correctie Overige bedrijfsopbrengsten Correcties op Bedrijfslasten: Fiscale afschrijving op BOG Correctie afschrijvingen (geen fiscale kosten) Correctie onderhoud Correctie kosten leefbaarheid Correctie reorganisatie voorziening Correctie waardeveranderingen MVA Overige: Correctie rentebaten Fiscale vrijval disagio leningen o/g Correctie waardeveranderingen Resultaat deelneming Dotatie voorziening onderhoud Afwaardering woningbezit Investeringsregelingen Correctie projectsteun Saneringssteun Gemengdekostenaftrek Herinvesteringsreserve Herbestedingsreserve Verliesverrekening
Woonpartners heeft de fiscale winsten over de jaren 2008 tot en met 2011 kunnen compenseren met de herbestedingsreserve. In 2012 is een onderhoudsvoorziening gevormd waardoor ook in dat jaar de fiscale winsten gecompenseerd konden worden. In de jaarrekening 2013 is compensatie met de onderhoudsvoorziening nog maar gedeeltelijk mogelijk en is derhalve een post voor vennootschapsbelasting opgenomen. Voor het jaar 2012 is nog geen definitieve aanslag opgelegd.
93
26. Resultaat deelnemingen Resultaat Bijzondere exploitaties B.V. Totaal resultaat deelnemingen per saldo
28. Mutatie actuele waarde materiële vaste activa
2013
2012
-2.978 -2.978
0 0
0
0
Voor de toelichting van deze post wordt verwezen het onderdeel bedrijfswaarde waarin de mutatie actuele waarde nader is gespecificeerd. 29. Aandeel van derden
2013
2012
Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. m.b.t. 5% aandeel Woningbouwvereniging Volksbelang Totaal aandeel van derden per saldo
3.690 3.690
33.195 33.195
OVERIGE TOELICHTINGEN
Bezoldiging van (voormalige) bestuurders en commissarissen Voor de bezoldiging van bestuurders van de woningcorporatie kwam in 2013 een bedrag van €178.000 (2012: € 196.000) ten laste van de woningcorporatie en haar dochter- of groepsmaatschappijen. In 2012 is de last ad € 1.000 uit hoofde van de zogenaamde crisisheffing die betrekking heeft op loon van bestuurders hierin begrepen. In 2013 was deze crisisheffing niet van toepassing.
De bezoldiging van bestuurders omvat: • periodiek betaalde beloningen (zoals salarissen, doorbetaling bij vakantie en ziekte, sociale lasten, vakantiegeld, terbeschikkingstelling van auto en presentiegelden); • beloningen betaalbaar op termijn (zoals pensioenlasten, langdurig verlof/sabbaticals, jubileumuitkeringen, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en beloning in verband met een regeling voor vervroegde uittreding, zoals VUT en prepensioen); • uitkeringen bij beëindiging van het dienstverband; • bonusbetaling; • crisisheffing (16% over het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking dat zij in 2013 aan een medewerker hebben betaald, voor zover dat loon hoger was dan € 150.000). De bezoldiging van de bestuurders van de woningcorporatie is als volgt:
Naam Periodiek betaalde beloning Beloningen betaalbaar op termijn Uitkeringen bij beëindiging van het dienstverband Winstdelingen en bonusbetalingen Crisisheffing
Functie Duur van het dienstverband Omvang dienstverband
2013
2012
G.C.H.M. de Wilde 119.350 39.048 0 19.919 0
G.C.H.M. de Wilde 122.423 38.820 0 34.037 1.033
directeur/ bestuurder Onbepaalde tijd 36 uur per week
directeur/ bestuurder Onbepaalde tijd 36 uur per week
Op het moment dat de bestuurder in dienst trad, is hij/zij ingeschaald op basis van de adviesregeling Arbeidsvoorwaarden Statutair Bestuurder Woningcorporaties (Commissie Izeboud). Wij passen de beloning van de bestuurder gelijk aan met de beloning van de medewerkers.
Belastbaar loon Pensioenafdracht Overige vergoedingen
2013
2012
139.269 39.048 0
156.460 38.820 0
De betaling van de bonus aan bestuurder is geheel afhankelijk van het bereiken van bepaalde prestatiedoelstellingen. Deze doelstellingen zijn gebaseerd op relevante groepsdoelstellingen die aan het begin van het boekjaar door de beloningscommissie van de raad van commissarissen voor de bestuurder worden vastgesteld. Na vaststelling van het jaarresultaat vindt de vaststelling van de bonus van de bestuurder plaats, indien de gestelde doelen zijn gerealiseerd. Over het boekjaar 2013 zijn de aan de bestuurder gestelde doelstellingen niet volledig gerealiseerd.
94
De bezoldiging van de commissarissen van de woningcorporatie is als volgt:
Naam: P.H.J. Krekels I.M. Stommels J.J. van Bruggen G.A.J. v/d Heuvel N. Dijkhuizen H.J.M. Smelt Totaal 2013
Naam: P.H.J. Krekels I.M. Stommels G.A.J. v/d Heuvel N. Dijkhuizen H.J.M. Smelt
Jaar: 2013 2012 2013 2012 2013 2012 2013 2012 2013 2012 2013 2012
Bezoldiging als lid van de Raad 11.250 11.250 7.924 9.375 0 2.095 8.000 8.000 7.860 8.000 8.000 6.000 43.034
Bezoldiging als lid van commissies 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Totaal 11.250 11.250 7.924 9.375 0 2.095 8.000 8.000 7.860 8.000 8.000 6.000 43.034
Periode actief: 01-01/31-12 01-01/31-12 01-01/31-12 01-01/31-12 01-01/31-12
Totaal (inclusief sociale lasten en BTW) 14.484 12.099 10.036 10.041 0 2.244 9.680 8.568 9.510 8.000 9.680 6.126 53.390
Functie: Voorzitter RvT Lid Rvt Lid Rvt Lid Rvt Lid Rvt
Commissie Auditcommissie Vastgoedcommissie Vastgoedcommissie Auditcommissie
Bezoldiging Bestuur, Raad van Toezicht en enkele andere functionarissen WNT De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector treedt in werking met ingang van 1 januari 2013. Uit hoofde van deze wet is Woonpartners verplicht de bezoldigingen van bestuurders en enkele andere functionarissen te publiceren. G.C.H.M. de Wilde C.J. Huppertz Functie Omvang dienstverband (in fte) Dagen in dienst Beloning Belastbare vaste en variabele onkosten-vergoeding Beloningen betaalbaar op termijn
directeur / bestuurder 1,0 365 143.098 8.599 28.733
manager Klant & Vastgoed 1,0 365 89.383 9.412 19.618
Het bezoldigingmaximum bedraagt na indexering voor 2013 € 228 599. De bezoldigingen van de bestuurder en andere functionarissen komen niet boven dit toegestane maximum.
95
M.H.A.M. Hoevenaars manager Markt & Strategie 1,0 365 85.454 1.675 17.306
ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (voor resultaatbestemming) ACTIVA
31.12.2013
31.12.2012
285.761.222 3.601.854 3.566.364
352.688.297 3.162.034 3.464.554
292.929.440
359.314.885
41.561.795 467.659 10.301.101
35.952.436 0 11.162.622
52.330.555
47.115.058
3.119.288 6.631.415 1.629.735 33.265 169.809
4.337.877 6.418.575 280.732 155.560 204.655
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Sociaal vastgoed in exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
Vastgoedbeleggingen Commercieel vastgoed in exploitatie Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
Financiële vaste activa Andere deelnemingen Latente belastingvorderingen Leningen u/g Te vorderen BWS-subsidies Overige vorderingen
11.583.512
11.397.399
356.843.507
417.827.342
1.186.111 0 0
1.254.235 2.610.278 0
1.186.111
3.864.513
0
337.408
326.219 77.963 2.836.366 673.497 591.368
391.150 68.737 4.163.688 892.166 876.212
4.505.413
6.391.953
Liquide middelen
2.277.832
7.898.184
Som der vlottende activa
7.969.356
18.492.058
364.812.863
436.319.400
Som der vaste activa VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Vastgoed bestemd voor verkoop Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Overige voorraden
Onderhanden projecten Vorderingen Huurdebiteuren Gemeenten Vorderingen op groepsmaatschappijen Overige vorderingen Overlopende activa
TOTAAL ACTIVA
96
PASSIVA
EIGEN VERMOGEN Overige reserves Resultaat boekjaar
VOORZIENINGEN Voorziening onrendabele investering en herstructureringen Voorzieningen reorganisatiekosten Overige voorzieningen
LANGLOPENDE SCHULDEN Schulden/leningen kredietinstellingen Waarborgsommen Vooruitontvangen huur Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
KORTLOPENDE SCHULDEN Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan leveranciers Schulden aan groepsmaatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden ter zake van pensioenen Overige schulden Onderhanden projecten Overlopende passiva
TOTAAL PASSIVA
97
31.12.2013
31.12.2012
150.656.386 -18.829.610
178.985.344 13.209.533
131.826.776
192.194.877
14.286.994 297.205 294.806
18.178.867 770.955 274.659
14.879.005
19.224.481
178.693.161 3.214.352 4.959.368 10.639.612
178.451.230 3.138.234 4.923.220 11.338.441
197.506.493
197.851.125
8.226.945 5.961.841 2.009.249 1.725.820 105.445 11.636 0 2.559.653
17.732.593 6.780.702 693.154 690.280 19.330 29.766 0 1.103.092
20.600.589
27.048.917
364.812.863
436.319.400
ENKELVOUDIGE WINST- EN VERLIESREKENING OVER 2013 2013
2012
BEDRIJFSOPBRENGSTEN Huuropbrengsten Opbrengsten servicecontracten Overheidsbijdragen Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille Overige bedrijfsopbrengsten
42.291.709 1.525.578 0 2.803.732 495.363
38.266.366 1.518.347 0 2.933.590 1.263.176
Som der bedrijfsopbrengsten
47.116.382
43.981.479
BEDRIJFSLASTEN Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Overige waardeveranderingen van materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Erfpacht Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Onderhoudslasten Overige bedrijfslasten
5.760.362 21.297.119 0 3.883.851 608.155 754.750 9.008.743 10.001.568
6.267.785 -5.755.336 0 4.769.757 642.648 826.275 7.186.488 7.827.214
Som der bedrijfslasten
51.314.548
21.764.831
BEDRIJFSRESULTAAT
-4.198.166
22.216.648
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
-5.184.659
660.182
Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rentelasten en soortgelijke kosten
351.951 -8.704.097
989.750 -8.606.553
Saldo financiële baten en lasten
-8.352.146
-7.616.803
-17.734.971
15.260.027
73.950 -1.168.589
-741.841 -1.308.653
-18.829.610
13.209.533
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN
Belastingresultaat uit gewone bedrijfsvoering Resultaat deelnemingen RESULTAAT NA BELASTINGEN
98
TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE JAARREKENING Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013. Alle bedragen luiden in euro’s, tenzij anders vermeld.
Activiteiten De activiteiten van Stichting Woonpartners en haar groepsmaatschappijen, allen statutair gevestigd te Helmond, bestaan voornamelijk uit het verhuren van woonruimte.
ALGEMENE GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE ENKELVOUDIGE JAARREKENING De enkelvoudige jaarrekening van Stichting Woonpartners is opgesteld volgens de bepalingen van het Besluit beheer sociale-huursector (Bbsh). In dit besluit wordt voorgeschreven Titel 9 Boek 2 BW toe te passen, behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. Tevens is deze enkelvoudige jaarrekening opgesteld volgens de door de Raad voor de Jaarverslaggeving uitgegeven Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting. Deze richtlijn is in 2011 herzien. Stichting Woonpartners past deze herziene Richtlijn vanaf verslagjaar 2012 toe. Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat, alsmede voor de toelichting op de onderscheiden activa en passiva en de resultaten wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening. Indien de enkelvoudige cijfers afwijken van de geconsolideerde worden deze specifiek toegelicht in onderstaande enkelvoudige jaarrekening.
Financiële vaste activa Deelnemingen in groepsmaatschappijen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op de nettovermogenswaarde, doch niet lager dan nihil. Deze nettovermogenswaarde wordt berekend op basis van de grondslagen van Stichting Woonpartners.
Deelnemingen met een negatieve nettovermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd. Wanneer de vennootschap geheel of ten dele instaat voor schulden van de desbetreffende deelneming, respectievelijk de feitelijke verplichting heeft de deelneming (voor haar aandeel) tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt een voorziening gevormd. Bij het bepalen van de omvang van deze voorziening wordt rekening gehouden met reeds op vorderingen op de deelneming in mindering gebrachte voorzieningen voor oninbaarheid. ALGEMEEN
In 2003 is een holdingstructuur opgezet. Naast Woonpartners Holding B.V. zijn er zes werkmaatschappijen opgericht. De activiteiten in deze B.V.'s zijn tot nu toe vrij beperkt geweest. De balans, W&V rekening en de toelichting die u hieronder aantreft hebben betrekking op stichting Woonpartners. In het hoofdstuk Consolidatie zijn de geconsolideerde cijfers opgenomen, voorzien van een beknopte toelichting met verwijzing naar de toegelaten instelling. Voor zover niet expliciet aangegeven zijn de waarderingsgrondslagen van de geconsolideerde cijfers gelijk aan die van de toegelaten instelling. Voor de consolidatie zijn in de jaarrekening de financiële gegevens van de tot de groep behorende maatschappijen integraal verwerkt. Hierin zijn ook de financiële gegevens van de toegelaten instelling, stichting Woonpartners, verwerkt. Onderlinge verhoudingen en transacties zijn volledig geëlimineerd.
99
TOELICHTING OP DE ONDERSCHEIDEN POSTEN VAN DE ENKELVOUDIGE BALANS
MATERIËLE VASTE ACTIVA Een overzicht van de materiële vaste activa is hierna opgenomen:
Woningen en woongebouwen
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie
Totaal
Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013
252.099.902 97.931.226 2.657.169 352.688.297
19.226.701 0 -16.064.667 3.162.034
271.326.603 97.931.226 -13.407.498 355.850.331
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Overboekingen Herclassificatie van sociaal vastgoed naar commercieel vastgoed Herclassificatie van commercieel vastgoed naar sociaal vastgoed Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013
7.700.342 -497.853 -8.996.902 10.163.536 -6.468.328 86.842 -68.914.712 -66.927.075
4.676.127 0 0 -9.632.185 -40 0 5.395.918 439.820
12.376.469 -497.853 -8.996.902 531.351 -6.468.368 86.842 -63.518.794 -66.487.255
Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
263.084.441 97.931.226 -75.254.445 285.761.222
14.270.603 0 -10.668.749 3.601.854
277.355.044 97.931.226 -85.923.194 289.363.076
Een overzicht van de onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie is hierna opgenomen:
Kantoorgebouwen Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 1 januari 2013
Vervoermiddelen
Totaal
3.767.591 0 -1.816.144 1.951.447
6.026.538 0 -4.576.405 1.450.133
484.809 0 -421.835 62.974
10.278.938 0 -6.814.384 3.464.554
249.547 0 -153.861 0 0 0 0 0 95.686
899.207 0 -678.928 0 0 0 -183.690 0 36.589
0 0 -30.465 0 0 0 0 0 -30.465
1.148.754 0 -863.254 0 0 0 -183.690 0 101.810
4.017.138 0 -1.970.005 2.047.133
6.925.745 -183.690 -5.255.333 1.486.722
484.809 0 -452.300 32.509
11.427.692 -183.690 -7.677.638 3.566.364
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Subsidies Overboekingen Herclassificatie/herkwalificatie Herwaarderingen Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013 Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
Inventaris
De automatiseringsinvesteringen maken onderdeel uit van de post inventarissen. Per 31 december 2013 bedraagt de boekwaarde van investeringen in software € 1.270.082.
100
VASTGOEDBELEGGINGEN Een overzicht van de vastgoedbeleggingen is hierna opgenomen:
Woningen en woongebouwen in exploitatie
Woningen en woongebouwen in ontwikkeling
Stand per 1 januari 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Boekwaarde per 1 januari 2013
35.204.768 747.668 35.952.436
0 0 0
35.204.768 747.668 35.952.436
Mutaties Investeringen Desinvesteringen Overboekingen Herclassificatie van sociaal vastgoed naar commercieel vastgoed Herclassificatie van commercieel vastgoed naar sociaal vastgoed Waardemutatie als gevolg van herclassificatie ten gunste van eigen vermogen Overige waardeverminderingen en terugnemingen daarvan Totaal mutaties 2013
3.038.514 -268.422 216.000 6.468.328 -146.465 1.323.370 -5.021.966 5.609.359
917.220 0 0 0 0 0 -449.561 467.659
3.955.734 -268.422 216.000 6.468.328 -146.465 1.323.370 -5.471.527 6.077.018
Stand per 31 december 2013 Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2013
44.512.723 747.668 -3.698.596 41.561.795
917.220 0 -449.561 467.659
45.429.943 747.668 -4.148.157 42.029.454
Totaal
Woonpartners waardeert het commercieel vastgoed op basis van de taxatiewaarde (ultimo 2013: € 41.561.795). Bij waardering op basis van bedrijfswaarde bedraagt het saldo ultimo 2013: € 30.072.719. De WOZ waarde van het commercieel vastgoed bedraagt ultimo 2013: € 54.730.000 Het gepresenteerde bedrag onder woningen en woongebouwen in ontwikkeling betreft het project Marterstraat. De afschrijvingstermijnen en gevolgde systematiek luiden als volgt: Sociaal vastgoed in exploitatie: Grond Casco Installaties Inrichting
geen afschrijvingen lineair lineair lineair
50 jaar 15 jaar 15 jaar
Over vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie wordt niet afgeschreven. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie: Bedrijfsgebouwen Terreinen Installaties Inventaris Vervoermiddelen
lineair geen afschrijvingen lineair lineair lineair
De uitgangspunten voor de bedrijfswaardeberekening van het sociaal vastgoed in exploitatie zijn: Jaarlijkse huurverhogingen Jaarlijkse huurderving Minimale levensduur Maximale levensduur Disconteringsvoet Moment van discontering
Tabel parameters bedrijfswaarde Periode
Huurstijging in %
Prijsinflatie in %
Stijging loonkosten in %
Stijging kosten onderhoud
Stijging overige var. lasten in %
2014 2015 2016 2017 2018 2019-e.v.
2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00% 3,00%
101
20 jaar 10 jaar 5 - 10 jaar 5 - 8 jaar
2013
2012
3,00% 1% 10 jaar 50 jaar 5,25%
4,00% 1% 10 jaar 50 jaar 5,25%
medio-numerando
medio-numerando
Exploitatielasten De exploitatielasten per verhuureenheid zijn ontleend aan de begroting van stichting Woonpartners. De exploitatielasten bestaan uit de volgende elementen: · Directe exploitatielasten, onder andere belastingen, verzekeringspremies etc. · Indirecte exploitatielasten welke betrekking hebben op het sociaal vastgoed (geen kosten van projectontwikkelingsactiviteiten). Deze kosten bestaan onder andere uit administratieve lasten, beleid en automatisering. Stichting Woonpartners heeft de totale indirecte exploitatie toegerekend op de verdeelsleutel van het aantal fte’s dat betrekking heeft op sociaal vastgoed. · Heffingen van overheidswege die gekoppeld zijn aan het sociaal vastgoed in exploitatie, welke conform het wettelijk kader zijn geformaliseerd.
Levensduur De gehanteerde uitgangspunten bij de bepaling van de resterende economische levensduur zijn: · Bij de geschatte resterende economische levensduur wordt rekening gehouden met marktomstandigheden, het kwaliteitsbeleid van de corporatie en de feitelijke staat van onderhoud. De levensduur vormt de basis voor de looptijd van de verwachte kasstromen. · Jaarlijks wordt vastgesteld of aanpassing van de levensduurinschatting noodzakelijk is. · Er wordt voor sociale huurwoningen uitgegaan van een weerlegbaar vermoeden dat de resterende economische levensduur maximaal 50 jaar en minimaal 10 jaar bedraagt. · De restantlevensduur wordt echter primair bepaald met inachtneming van de reguliere richtlijnbepalingen inhoudende dat een bijstelling van de gebruiksduur periodiek wordt vastgesteld. Indien de administratieve minimale restantlevensduur korter is/wordt dan 10 jaar, is bijzondere aandacht nodig voor een hernieuwde inschatting van de restantlevensduur. - De voor de bedrijfswaarde gehanteerde levensduur wijkt af van de gehanteerde levensduur voor de bepaling van de boekwaarde (o.b.v. historische kostprijs). De impact hiervan is beperkt. · Het strategisch voorraadbeheer van de corporatie is in principe leidend. Voor maatschappelijk vastgoed kan uitgegaan worden van een kortere maximale resterende economische levensduur (b.v. 30 of 40 jaar) afhankelijk van de inschatting van economische risico’s.
Restwaarde De bepaling van de restwaarde van de grond opgenomen in de bedrijfswaarde vindt, voor zover er nog geen herbestemming van de grond heeft plaatsgevonden, plaats op basis van de huidige vergelijkbare kavel of vierkantemeterprijs voor een sociale huurwoning. Deze kavelprijs wordt geïndexeerd naar het einde van de levensduur en verminderd met verwachte sloopkosten en kosten van uitplaatsing. Indien feitelijk dan wel in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan die consequenties hebben voor de bestemming van de grond, dan wordt met deze gewijzigde bestemming in de waardering rekening gehouden.
Indeling in kasstroomgenererende eenheden De kasstroomgenererende eenheden zijn bepaald in overeenstemming met het strategisch voorraadbeleid van Stichting Woonpartners. De indeling van het strategische voorraadbeleid is gebaseerd op de indeling van productmarktcombinaties, geografische ligging, woningtype en levensduurinschatting.
Rentabiliteitswaardecorrectie Bij de bepaling van de bedrijfswaarde wordt niet langer rekening gehouden met de rentabiliteitswaardecorrectie van de bestaande leningenportefeuille en beleggingen. De rentabiliteitswaardecorrectie betrof het verschil tussen de contante waarde van de verwachte kasstromen uit hoofde van leningen en beleggingen en de waardering van deze posten op de balans. De rentabiliteitswaardecorrectie is als stelselwijzing verwerkt. In het boekjaar werd ter zake van vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de eigen exploitatie een bedrag van € 123.783 (2012: € 371.000) aan bouwrente geactiveerd. In 2013 is de gemiddelde investering in projecten lager dan in 2012 en is naar rato van oplevering toegerekend in plaats van voor een heel jaar (zoals in 2012). Het saldo ultimo 31.12.2013 bedraagt € 494.783 (31.12.2012: € 371.000). Vanaf 2012 is pas gestart met het toerekenen van rente aan projecten.
Het onroerend goed is wat betreft vreemd vermogen nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie waarvoor jegens Waarborgfonds Sociale Woningbouw een obligoverplichting geldt, welke is opgenomen onder de ‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Als gevolg hiervan is het onroerend goed dat met deze leningen is gefinancierd niet hypothecair bezwaard. De activa zijn verzekerd tegen aanschaf- c.q. voortbrengingskosten. Jaarlijks wordt de waarde aangepast aan het indexcijfer voor nieuwbouwwoningen zoals dit door het CBS wordt berekend. De verzekerde som op basis van herbouwwaarde op balansdatum bedraagt € 80.000 (31.12.2012 € 80.000). Het onroerende goed is nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie. Er zijn geen hypothecaire zekerheden afgegeven.
In de post sociaal vastgoed in exploitatie zijn 7.217 (31.12.2012: 7.228) verhuureenheden opgenomen. De geschatte waarde gebaseerd op de meest recente WOZbeschikkingen van deze verhuureenheden bedraagt € 960.981.000
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
Actuele waarde verhuureenheden 1 januari Verkopen boekjaar Terugkopen boekjaar Totaal onroerende zaken verkocht onder voorwaarden per balans
31.12.2013 Slimmer Kopen
31.12.2012 Slimmer Kopen
11.162.622 -4.171 -857.350 10.301.101
11.569.614 2.748 -409.740 11.162.622
Bij de contracten gebaseerd op het “Slimmer Kopen”-principe geldt dat er sprake is van verleende kortingen tussen 0% en 25%, dit percentage is in aftrek genomen. Daarnaast heeft Stichting Woonpartners een terugkooprecht. Het aandeel van Stichting Woonpartners in de waardeontwikkeling van de woning is 50% in 2013. De actuele waarde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden is gebaseerd op de WOZ-waarde van de woningen waarbij rekening gehouden is met de gemiddelde mutatie van de WOZ-waarde van woningen van Woonpartners over de jaren.
102
FINANCIËLE VASTE ACTIVA
Andere deelnemingen Boekwaarde per 1 januari Mutaties: Aankopen, verstrekte leningen Verkopen, aflossingen Waardeverminderingen Terugnemingen waardeverminderingen Aandeel resultaat waarin wordt deelgenomen Dividend Aandeel in overige rechtstreekse vermogensmutaties Totaal andere deelnemingen per balans
31.12.2013
31.12.2012
4.337.877
5.646.530
0 0 0 0 -1.218.589 0 0 3.119.288
0 0 0 0 -1.308.653 0 0 4.337.877
0
0
3.119.288
4.337.877
Cumulatieve waardeverminderingen per 31 december 2013 Cumulatieve ongerealiseerde herwaardering per 31 december 2013
Het verloop van de individuele andere deelnemingen is als volgt:
Woonwagens en Standplaatsen Beheer B.V. Boekwaarde per 1 januari Mutaties:
Afronding i.v.m. consolidatie Boekwaarde per 31 december
Coöp Smart Finance
Wijkontwikkelings maatschappij Helmond Binnenstad B.V.
Domovisie
Woonpartners Holding B.V.
Totaal
4.500
15.000
50.000
287.089
3.981.288
4.337.877
0 0
0 0
-50.000 0
-70.107 0
-1.098.482 0
-1.218.589 0
4.500
15.000
0
216.982
2.882.806
3.119.288
De vier Helmondse corporaties zijn gezamenlijk eigenaar van de besloten vennootschap Woonwagens en Standplaatsen Beheer B.V.. Deze B.V. is eigenaar van een aantal standplaatsen en woonwagens die vanuit deze B.V. wordt beheerd. De Coöp Smart Finance heeft als doel het verlenen van ondersteuning in de financieringslasten van starters bij de aanschaf van woningen door de leden ontwikkeld/gebouwd door middel van het verstrekken van rentekorting. Dit samen met stichting Trudo en Vieya Wooncorporatie uit Dongen. Domovisie is een samenwerkingsverband met partners zoals de Zorgboog, Savant, Stichting Welzijn ouderen Helmond (SWOH) en de gemeente Helmond. Er worden in diverse complexen domoticavoorzieningen aangebracht om te zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig en prettig kunnen wonen in hun huidige woning. De WOM (Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V.) voert activiteiten uit ten behoeve van stedelijke herstructurering en meer in het bijzonder het uitvoering geven aan het herstructureringsplan 3e fase herontwikkeling binnenstad Helmond. Deze deelneming wordt gewaardeerd tegen de nettovermogenswaarde. Deze nettovermogenswaarde sluit aan met de te verwachten winst die door de WOM in de toekomst gerealiseerd zal worden.
103
VLOTTENDE ACTIVA
VOORRADEN
31.12.2013
31.12.2012
0 0 0
2.610.278 0 2.610.278
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Vervaardigingsprijs Af: voorziening voor verwachte verliezen Totaal vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop per balans
Dit bedrag heeft in 2012 betrekking op de aankoop van 8 appartementen in het project Blok 12 Vossenberg welke zijn overgenomen van Janssen de Jong, alsmede 4 nog onverkochte parkeerplaatsen van het in 2012 opgeleverde project Vossenberg Blok 3. Per balansdatum 31-12-2013 zijn er geen projecten in ontwikkeling welke bestemd zijn voor de verkoop.
ONDERHANDEN PROJECTEN
31.12.2013
31.12.2012
0 0 0
972.890 635.483 337.408
Onderhanden projecten in opdracht van derden Totaal gedeclareerde termijnen Totaal onderhanden projecten per balans De in 2012 gepresenteerde projecten zijn inmiddels opgeleverd. In 2013 zijn er geen onderhanden projecten in ontwikkeling.
VORDERINGEN 31.12.2013
31.12.2012 Totaal
Huurdebiteuren Gemeenten Vorderingen op groepsmaatschappijen Vorderingen op maatschappijen waarin wordt deelgenomen Latente belastingvordering(en) Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen Overlopende activa Totaal vorderingen per balans
326.219 77.963 2.836.366 673.497 591.368 4.505.413
Huurdebiteuren
> 1 jaar -
Totaal 391.150 68.737 4.163.688 892.166 876.212 6.391.953
> 1 jaar -
31.12.2013
31.12.2012
619.214 -292.995 326.219
469.717 -78.567 391.150
Het saldo huurdebiteuren kan als volgt worden gespecificeerd.
Huurdebiteuren Af: voorziening wegens oninbaarheid Totaal huurdebiteuren per balans
Op 31 december 2013 is het percentage van jaarhuur 1,8%. Door de conversie naar een nieuw automatiseringssysteem heeft Woonpartners eind 2013 / begin 2014 minder efficient kunnen aanmanen. In 2013 betreft dit saldo alle vorderingen op zittende huurders, in 2012 werd hier alleen het huursaldo opgenomen. De verwachting is dat de extra achterstand in de loop van 2014 weer wordt ingelopen. Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotatie ten laste van de exploitatie Afgeboekte oninbare posten Boekwaarde per 31 december
1.116.332 536.613 -71.040 1.581.905
1.052.446 136.151 -72.265 1.116.332
Hiervan is verantwoord onder de huurdebiteuren en onder overige debiteuren
292.995 1.288.910
78.567 1.116.332
De post huurdebiteuren omvat de huurachterstand van actieve contracten (inclusief betalingsregelingen). De voorzieningen dubieuze debiteuren had in 2012 betrekking op "te laat betalers" welke door de deurwaarder zijn overgenomen. Wanneer deze debiteuren langer dan 1 maand bij de deurwaarder zijn opgenomen dan wordt 75,00% van het bedrag voorzien. Wanneer dit tijdsbestek korter dan 1 maand is dan wordt rekening gehouden met 25,00%. In 2013 is een voorziening getroffen voor alle contractgebonden vorderingen op vertrokken huurders die een schuldregeling hebben of waarvan de vordering meer dan 1 jaar oud is.
104
Vorderingen op groepsmaatschappijen
31.12.2013
31.12.2012
2.350.503 471.779 0 0 14.084 0 0 0 2.836.366
2.308.763 1.604.039 0 0 7.984 0 20.820 222.082 4.163.688
Het saldo vorderingen op groepsmaatschappijen kan als volgt worden gespecificeerd: Woonpartners Holding B.V. Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Woonpartners Vereniging Van Eigenaars B.V. Vereniging van Eigenaars Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Totaal vorderingen op groepsmaatschappijen per balans Over de rekening-courantverhoudingen is geen rente in rekening gebracht. Het verloop van de individuele vorderingen op groepsmaatschappijen is als volgt:
Woonpartners Holding B.V. Hoofdsom leningen Bij: verstrekte leningen Af: aflossingen Af: voorziening deelneming Stand per 31 december
Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V.
2.308.763 41.740 0 0 2.350.503
Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Hoofdsom leningen Bij: verstrekte leningen Af: aflossingen Af: voorziening deelneming Stand per 31 december
Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V.
1.604.039 2.060.114 -3.192.374 0 471.779
Woonpartners Vereniging Van Eigenaars B.V.
7.984 9.308 -3.208 0 14.084
Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. 0 0 0 0 0
Vereniging van Eigenaars 0 0 0 0 0
20.820 290 -21.110 0 0
0 0 0 0 0
Wijkontwikkelingsm aatschappij Helmond Binnenstad B.V. 222.082 0 -222.082 0 0
Totaal vordering op groepsmaatschappijen 4.163.688 2.111.452 -3.438.774 0 2.836.366
Woonpartners Holding B.V. heeft in 2010 de schulden van de werkmaatschappijen aan de stichting overgenomen. Deze zijn vervolgens verrekend met de storting op aandelenkapitaal en agio van Woonpartners Holding B.V. door de stichting. De vordering op Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. heeft grotendeels betrekking op een bijdrage aan de gemeente Helmond welke door stichting Woonpartners is betaald. Over deze vordering wordt een rente in rekening gebracht.
Overige vorderingen
31.12.2013
31.12.2012
323.131 121.654 103.688 125.024 673.497
280.862 191.634 329.166 90.504 892.166
31.12.2013
31.12.2012
228.807 39.442 0 0 0 161.772 130.681 30.666 591.368
228.807 40.449 100.392 303.245 43.844 0 0 159.475 876.212
31.12.2013
31.12.2012
1.392.598 -1.288.910 103.688
1.445.498 -1.116.332 329.166
Het saldo overige vorderingen kan als volgt worden gespecificeerd: Overige niet contractgebonden vorderingen Te ontvangen BWS-subsidies komend boekjaar Overige debiteuren Door te belasten kosten woonruimteverdeling Totaal overige vorderingen per balans
Overlopende activa Het saldo overlopende activa kan als volgt worden gespecificeerd: Grond Centrumplan Te ontvangen rente Vooruitbetaalde licentiekosten Te ontvangen creditfacturen Te ontvangen bijdrage De Bleek Vooruitbetaalde zorgpremie Vooruitbetaalde brandverzekering Overige overlopende activa Totaal overlopende activa per balans
Overige debiteuren De post overige debiteuren is als volgt samengesteld Overige debiteuren Voorziening dubieuze overige debiteuren Totaal overige debiteuren per balans
In 2012 werd de voorziening overige debiteuren voornamelijk gevormd door vertrokken huurders (78% wordt voorzien), Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) (95% voorzien) en betalingsregelingen (25% voorzien). In 2013 is een voorziening getroffen voor alle contractgebonden vorderingen op vertrokken huurders die een schuldregeling hebben of waarvan de vordering meer dan 1 jaar oud is.
105
Liquide middelen
31.12.2013
31.12.2012
54 48.417 2.229.361 2.277.832
86 45.609 7.852.489 7.898.184
De post liquide middelen is als volgt samengesteld: Kas Postbank Rekening courant banken Totaal liquide middelen per balans
De afname is voornamelijk te verklaren door het feit dat er op 31-12-2012 een saldo van € 6.500.000 op de spaarrekening van Woonpartners stond. Op 31-12-2013 was dit nihil.
106
PASSIVA EIGEN VERMOGEN De invloed van het cumulatieve effect van de stelselwijziging(en) op het aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen is als volgt weer te geven. 2013
2012
Effect stelselwijziging(en) Mutatie agv herclassificatie Mutatie herwaardering Subtotaal
192.194.877 0 0 -41.538.491 150.656.386
87.328.330 91.657.014 0 0 178.985.344
Resultaat boekjaar
-18.829.610
13.209.533
Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen volgens jaarrekening
131.826.776
192.194.877
Aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen volgens jaarrekening vorig boekjaar
Het aandeel van de rechtspersoon in het groepsvermogen is onder te verdelen in gerealiseerd groepsvermogen en niet-gerealiseerd groepsvermogen. Het verloop van het gerealiseerde groepsvermogen is als volgt:
Boekwaarde per 1 januari Resultaat vorig boekjaar Herclassificatie DAEB niet-DAEB Mutatie herwaarderingsreserve commercieel vastgoed Waardemutatie Verkoop onder Voorwaarden Mutatie door stelselwijziging Boekwaarde per 31 december
2013
2012
8.835.239 13.209.533 0 1.666.204 1.418.093 0 25.129.069
19.893.904 0 0 0 0 -11.058.665 8.835.239
Het verloop van het niet-gerealiseerde groepsvermogen is als volgt:
Herwaarderingsreserve sociaal vastgoed in exploitatie Boekwaarde per 1 januari 2013 Realisatie door afschrijving Realisatie uit hoofde van verkoop Waardemutatie boekjaar Correctie voorgaand jaar Mutatie agv herclassificatie Toename uit hoofde van stijging/daling van de bedrijfswaarde Boekwaarde per 31 december 2013
147.005.288 -4.099.794 175.314 0 0 -120.135 -37.614.011 105.346.662
Herwaarderingsreserve commercieel vastgoed in exploitatie 15.287.075 0 0 0 0 120.135 -1.666.204 13.741.006
Herwaarderingsreserve onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
Totaal
7.857.742 0 -121.560 -645.725 -650.808 0 0 6.439.649
170.150.105 -4.099.794 53.754 -645.725 -650.808 0 -39.280.215 125.527.317
2013
2012
-18.829.610 -18.829.610
13.209.533 13.209.533
RESULTAAT BOEKJAAR
Resultaat boekjaar Resultaat boekjaar
OVERIGE VOORZIENINGEN Het verloop van de voorzieningen, waaronder loopbaanontwikkeling en voorziening voor grondsanering Sallandhof is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotaties Uitgaven Vrijval Oprenting en verandering disconteringsvoet Totaal voorziening loopbaanontwikkeling per balans
274.659 70.654 -26.613 -23.894 0 294.806
306.499 23.250 -28.751 -26.339 0 274.659
274.659 20.654 -26.613 -23.894 0 244.806
306.499 23.250 -28.751 -26.339 0 274.659
0 50.000 0 0 0 50.000
0 0 0 0 0 0
Het verloop van de voorziening loopbaanontwikkeling (ILOB) is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotaties Uitgaven Vrijval Oprenting en verandering disconteringsvoet Totaal voorziening loopbaanontwikkeling per balans Het verloop van de voorziening juridische kosten Sallandhof is als volgt: Boekwaarde per 1 januari Dotaties Uitgaven Vrijval Oprenting en verandering disconteringsvoet Totaal overige voorziening per balans
107
LANGLOPENDE SCHULDEN
31.12.2013
31.12.2012
2.269.128 945.224 3.214.352
2.225.631 912.603 3.138.234
Waarborgsommen Waarborgsommen Rente waarborgsommen Totaal waarborgsommen per balans
De hoogte van de waarborgsom bedraagt een maandhuur, afgerond op € 25 naar boven (met een maximum van € 375). Over de waarborgsom van vóór 1993 en de waarborgsommen die overgenomen zijn van woningbouwvereniging De Hoop wordt een rente vergoed van 4,00% per jaar op basis van enkelvoudige interest. Over de waarborgsommen die ontvangen zijn na bovengenoemde data wordt een rente vergoed van 5,00% per jaar op basis van enkelvoudige interest. Van de rente van waarborgsommen kan de volgende opstelling worden gegeven: Beginsaldo Reservering in het boekjaar Subtotaal
912.603 108.342 1.020.945
872.801 107.163 979.964
Betaald gedurende het boekjaar
-75.721
-67.361
Eindsaldo rente waarborgsommen
945.224
912.603
4.959.368
4.923.220
Vooruitontvangen huur
De vooruitontvangen huren hebben betrekking op de huur voor Brede School Helmond-Noord (€ 4.416.000), deze is voor 50 jaar vooruitontvangen. M.b.t. de schoolwoningen van de Bundertjes (Harmoniestraat) is de huur voor 20 jaar cq. 40 jaar vooruitontvangen (€ 526.000). De mutatie in 2013 heeft betrekking op de vrijval van een deel van de huur inzake de Brede school en de schoolwoningen van de Bundertjes (-/- € 196.000). Aan de andere kant heeft er rente egalisatie plaatsgevonden (+/+ € 232.000).
Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (VOV)
2012
2013
De terugkoopverplichting woningen VOV betreft de terugkoopverplichting van onroerende zaken die onder een regeling Verkoop onder Voorwaarden zijn overgedragen aan derden. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd en getoetst aan de bij overdracht ontstane verplichting. Bij de jaarlijkse toetsing van de terugkoopverplichting wordt rekening gehouden met de waardeontwikkelingen van onroerende zaken en specifieke contractvoorwaarden met derden. De samenstelling en het verloop is als volgt: 1 januari Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht Vermeerderingen/verminderingen Boekwaarde per 1 januari Mutaties Opwaarderingen Afwaarderingen Saldo mutaties 31 december Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht Vermeerderingen/verminderingen Totaal verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (VOV) per balans
10.558.516 779.925 11.338.441
10.558.516 0 10.558.516
0 -698.829 -698.829
1.101.166 -321.241 779.925
11.338.441 -698.829 10.639.612
10.558.516 779.925 11.338.441
Ultimo 2013 zijn 93 woningen (2012: 95) onder een VOV-regeling overgedragen aan derden. De daarmee samenhangende mutatie in de terugkoopverplichting bedraagt € 10.639.612 (2012: € 11.338.441). De afwaardering 2013 heeft voor € 478.840 betrekking op de gemiddelde waardedaling van de overgedragen onroerende zaken en voor € 219.989 op de teruggekochte (en weer marktconform verkochte) woningen 2013. KORTLOPENDE SCHULDEN
31.12.2013
31.12.2012
Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan leveranciers Schulden aan groepsmaatschappijen Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden ter zake van pensioenen Overige schulden Onderhanden projecten Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden per balans
8.226.945 5.961.841 2.009.249 1.725.820 105.445 11.636 0 2.559.653 20.600.589
17.732.593 6.780.702 693.154 690.280 19.330 29.766 0 1.103.092 27.048.917
108
Schulden aan kredietinstellingen
31.12.2013
31.12.2012
3.258.251 4.836.574 132.120 8.226.945
12.861.630 4.870.963 0 17.732.593
Aflossingen leningen volgend boekjaar Kortlopend deel van de langlopende schulden Overige schulden aan kredietinstellingen (Nog niet vervallen rente van geldleningen en derivaten) Waardering rentederivaat Totaal schulden aan kredietinstellingen per balans Als zekerheid voor de schulden aan kredietinstellingen is een pandrecht op debiteuren, vorderingen en voorraden gevestigd. Stichting Woonpartners heeft bij de Rabobank een kredietfaciliteit ter grootte van € 5.000.000 (2012: € 5.000.000). Zowel op balansdatum in 2012 als in 2013 is deze faciliteit niet gebruikt. De waardering rentederivaat betreft de transitorische rente van een swap ter grootte van € 11.000.000, welke op 21-03-2014 contractueel afloopt. Na aftrek van de transitorische rente tot en met 31 december 2013 resulteert een bedrag van € 132.120.
Schulden aan leveranciers
5.961.841
6.780.702
0 0 469.661 336.445 0 39.451 0 1.163.692 2.009.249
0 0 276.334 300.217 0 39.451 77.152 0 693.154
Schulden aan groepsmaatschappijen De post schulden aan groepsmaatschappijen is als volgt samengesteld: Woonpartners Holding B.V. Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Woonpartners Vereniging Van Eigenaars B.V. Vereniging van Eigenaars Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Totaal schulden aan groepsmaatschappijen per balans Het verloop van de individuele schulden aan groepsmaatschappijen is als volgt:
Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V.
Woonpartners Holding B.V. Hoofdsom schuld Bij: verstrekte leningen Af: aflossingen Af: voorziening deelneming Stand per 31 december
0 0 0 0 0
Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. Hoofdsom schuld Bij: verstrekte leningen Af: aflossingen Af: voorziening deelneming Stand per 31 december
Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. 0 0 0 0 0
Woonpartners Vereniging Van Eigenaars B.V. 0 0 0 0 0
276.334 193.327 0 0 469.661
Vereniging van Eigenaars
39.451 0 0 0 39.451
77.152 0 -77.152 0 0
Belastingen en premies sociale verzekeringen Loonheffing en premies sociale verzekeringen Omzetbelasting Vennootschapsbelasting Totaal belastingen en premies sociale verzekeringen per balans
Overige schulden De post overige schulden is als volgt samengesteld: Schulden ter zake van pensioenen Nettoloon Totaal overige schulden per balans
Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. 300.217 36.228 0 0 336.445
Wijkontwikkelingsm aatschappij Helmond Binnenstad B.V. 0 1.621.327 -457.635 0 1.163.692
Totaal schulden aan groepsmaatschappijen 693.154 1.850.882 -534.787 0 2.009.249
31.12.2013
31.12.2012
211.039 1.292.707 222.074 1.725.820
177.609 429.487 83.184 690.280
31.12.2013
31.12.2012
105.445 11.636 117.081
19.330 29.766 49.096
Facturen van SPW (Stichting Pensioenfonds Woningcorporaties) en SVW (Stichting Vutfonds Woningcorporaties) welke in december 2013 wel ontvangen zijn, maar nog niet betaald waren, zijn verantwoord onder de post 'crediteuren'. (€ 89.161). Dit verklaart het verschil in de schulden ter zaken van pensioenen ten opzichte van 2012.
109
Onderhanden projecten
31.12.2013
31.12.2012
0 0 0
0 0 0
31.12.2013
31.12.2012
0 181.258 164.504 338.584 1.875.307 2.559.653
0 223.326 154.202 361.752 363.812 1.103.092
De post onderhanden projecten is als volgt samengesteld: Onderhanden projecten in opdracht van derden Totaal ontvangen voorschotten Onderhanden projecten per balans
Overlopende passiva De post overlopende passiva is als volgt samengesteld: Ongerealiseerde winst verkopen Vooruitontvangen huur Opgebouwde vakantiedagen Nog te betalen servicekosten Diverse nog te betalen posten Totaal overlopende passiva per balans
De stijging in de overlopende passiva heeft betrekking op transitorische posten die in de jaarrekening 2013 verwerkt zijn. Deze post bestaat uit € 594.000 voor bijdrage aan de gemeente voor sanering Sallandhof, € 840.000 als voorlopig vooruitontvangen bijdrage van de gemeente Helmond, € 89.000 vordering integratieheffing blok 12, € 142.000 voor nog te betalen facturen voor project Vossenberg en € 210.000 overige schulden.
FINANCIELE INSTRUMENTEN Stichting Woonpartners maakt gebruik van derivaten om het rente -en kasstroomrisico af te dekken. Voor de verwerking, waardering en resultaatbepaling, past Stichting Woonpartners met betrekking tot deze derivaten (hedge-instrumenten) kostprijshedge-accounting toe. De marktwaarde van de derivaten is ultimo 2013 € 848.000 negatief. Ultimo 2012 bedroeg de marktwaarde € 1.670.000 negatief. Liquiditeitsrisico Het gaat hierbij om het risico dat over onvoldoende middelen wordt beschikt om aan de directe verplichtingen te kunnen voldoen. Dit geldt voor alle verplichtingen van Stichting Woonpartners en haar tegenpartijen, ongeacht of dit nu crediteuren of financiële instellingen zijn. Stichting Woonpartners heeft op verschillende manieren gewaarborgd dat zij altijd aan haar verplichtingen kan voldoen. Naast het aantrekken van langlopende leningen, zijn kasgeld -en rekeningcourant faciliteiten beschikbaar ter grootte van € 5.000.000. Daarnaast heeft Stichting Woonpartners een ruimte van € 20.000.000 op de bestaande roll-over leningen met variabele hoofdsom. Doelstellingen risicobeheer In het treasury statuut van Stichting Woonpartners staan de kaders benoemd omtrent het beheersen van risico's. De financiële instrumenten voldoen aan de kaders genoemd in een aanvullende toelichting op het treasury statuut. In het vigerende statuut is het gebruik van afschermende instrumenten toegestaan ter beheersing van het renterisico op zekere kasstromen en de instrumenten zijn defensief van aard. De volgende eisen worden gesteld ten aanzien van het gebruik van derivaten: • De leden van de treasurycommissie dienen voldoende kennis van zaken te hebben; • Derivaten mogen slechts gebruikt worden om bepaalde risico’s, zoals beleggings-, rente- en financieringsrisico’s af te dekken; • Derivaten moeten voldoen aan de richtlijnen van het WSW; • Slechts een beperkt aantal soorten derivaten is toegestaan, dit zijn forward fixeren, CAP/Floor/Collar, Interest Rate Swap (IRS), Swaption; • Voor het gebruik van derivaten dient te allen tijde en direct (voordat het contract aangegaan wordt) goedkeuring te worden gevraagd aan het bestuur inclusief een motivatie, waarom een derivaat wordt gebruikt. Hedge strategie Het risico van wijzigingen in de rente afdekken met derivaten. Type hedge Kostprijshedge accounting op basis van individuele leningen. Kostprijshedge accounting wordt toegepast op basis van de aansluiting van de kritische kenmerken van de instrumenten met de financieringen. Deze kenmerken zijn terug te vinden in de originele contracten. Afgedekte positie Stichting Woonpartners dekt de variabiliteit in de kasstromen voortvloeiende uit toekomstige rentebetalingen gerelateerd aan huidige leningen af. Hierbij worden de kasstromen van de rentebetalingen van de afgesloten leningen afgedekt. Hedge instrumenten Stichting Woonpartners maakt gebruik van rentederivaten om de variabiliteit van de toekomstige kasstromen gerelateerd aan rentebetalingen van huidige leningen af te dekken. Stichting Woonpartners maakt gebruik van twee Interest Rate Swaps (IRS), hierbij ontvangt Stichting Woonpartners een variabele rente van de tegenpartij en betaalt Stichting Woonpartners een vaste rente. Stichting Woonpartners maakt ook gebruik van een Collar voor één afgesloten lening, door de Collar zijn de variabele rentekosten van de afgesloten lening begrensd. Stichting Woonpartners heeft geen swaps afgesloten ter dekking van toekomstige investeringen.
Accounting Het hedging instrument en de hedged items onderliggend aan de af te dekken rentebetalingen worden tegen kostprijs op de balans opgenomen en gewaardeerd. Hedge ineffectiviteit wordt in de winst -en verliesrekening verwerkt. Marktrisico Stichting Woonpartners beheerst het marktrisico door stratificatie aan te brengen in de portefeuille en limieten in te stellen.
110
Algemeen De belangrijkste financiële risico’s waaraan de groep onderhevig is zijn het marktrisico, valutarisico, het renterisico, het kredietrisico en het liquiditeitsrisico. Het financiële beleid van Stichting Woonpartners is erop gericht om op de korte termijn de effecten van koers- en renteschommelingen op het resultaat te beperken en om op lange termijn de marktwisselkoersen en marktrentes te volgen. Stichting Woonpartners maakt gebruik van financiële derivaten om de financiële risico’s die verbonden zijn aan bedrijfsactiviteiten te beheersen. Stichting Woonpartners neemt met financiële derivaten geen speculatieve posities in.
Valutarisico Stichting Woonpartners voert alleen transacties in euro's (€) uit en loopt geen valutarisico. Renterisico Stichting Woonpartners loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name onder financiële vaste activa) en rentedragende langlopende en kortlopende schulden. Voor vorderingen en schulden met variabele renteafspraken loopt Stichting Woonpartners risico ten aanzien van toekomstige kasstromen. Met betrekking tot vastrentende vorderingen en schulden loopt Stichting Woonpartners risico's over de marktwaarde. Met betrekking tot vorderingen worden geen financiële derivaten met betrekking tot renterisico afgesloten. Met betrekking tot bepaalde variabelrentende schulden heeft Stichting Woonpartners renteswaps afgesloten, zodat zij vaste rente betaalt en variabele rente ontvangt. Kredietrisico Het gaat hierbij om het risico dat financiële instellingen niet aan hun contractuele verplichtingen kunnen voldoen. Door het spreiden van transacties over verschillende financiële instellingen wordt getracht dit risico te beperken. Verder dienen de financiële instellingen te voldoen aan kredietwaardigheidseisen (rating). Dit is opgenomen in het treasury statuut. De hoogte van het kredietrisico is afhankelijk van de grootte van het bedrag aan te ontvangen rente op de derivaten en de marktwaarde van de derivaten. Reële waarde per categorie financiële derivaten: 1e Interest Rate Swap (IRS) De marktwaarde van de payer Interest Rate Swap is per 31 december 2013 € 612.000 negatief (31 december 2012 € 1.210.000 negatief). Stichting Woonpartners betaalt een vaste rente van 5,62% en ontvangt 1-maands euribor-reuters van de tegenpartij. De nominale waarde betreft € 11.000.000. De overeenkomst eindigt op 21-03-2014. De marktwaarde van deze Swap is volledig verwerkt in de resultatenrekening in 2013. 2e Interest Rate Swap (IRS) De marktwaarde van de receiver Interest Rate Swap is per 31 december 2013 € 135.874 negatief (31 december 2012 € 265.000 negatief). Stichting Woonpartners betaald een vaste rente van 5,8175% en ontvangt 6-maands euribor-reuters van de tegenpartij. De nominale waarde betreft € 2.500.000 miljoen. De overeenkomst eindigt op 01-09-2014. Collar (cap en floor) De marktwaarde van de collar is per 31 december 2013 € 99.615 negatief (31 december 2012 € 196.000 Negatief). Door middel van de cap ontvangt stichting Woonpartners het verschil tussen 5,5% en 6-maands Euribor indien de 6-maands Euribor hoger is dan 5,5%. Door middel van de Floor opgenomen betaalt Stichting Woonpartners het verschil tussen 2,00% en de 6-maands Euribor, wanneer de 6-maands Euribor onder de 2,00% uitkomt. De nominale waarde bedraagt € 6.000.000. De overeenkomst eindigt op 01-09-2014. De afgesloten derivaten zijn ultimo 2013 als volgt verdeeld in boekwaarde, nominale waarde en marktwaarde. Boekwaarde Interest rate swaps Collar Totaal
Nominaal
0 11.165 11.165
Marktwaarde
13.500.000 6.000.000 19.500.000
-748.168 -99.615 -847.783
De resterende looptijden van de derivaten zijn als volgt.
Tot 1 jaar Interest rate swaps Collar Totaal
Tussen 1 en 5 jaar
13.500.000 6.000.000 19.500.000
Tussen 5 en 10 jaar 0 0 0
tussen 10 en 20 jaar 0 0 0
> 20 jaar
0 0 0
0 0 0
De derivaten starten nominaal als volgt in tijd: Reeds lopend Interest rate swaps Collar Totaal
13.500.000 6.000.000 19.500.000
Voor de derivatenportefeuille is met de tegenpartijen afgesproken dat beide partijen geen onderpand dienen te verstrekken als gevolg van een positieve of negatieve marktwaarde. Stichting Woonpartners heeft in de jaren 2014 mandatory breaks in de contracten van renteswaps (€ 19.500.000). Daarnaast zijn er enkele termination events van toepassing, zoals indien Stichting Woonpartners geen Toegelaten Instelling meer is, geen deelnemer meer is van het WSW, de achtervang wegvalt en als er sprake is van onder bewindstelling door het ministerie. In 2013 heeft Stichting Woonpartners geen onderpand verstrekt. De afgesloten contracten betreffen allen derivaten ter afdekking van renterisico's.
111
NIET IN DE ENKELVOUDIGE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN Garanties en borgstelling Per 31 december 2013 is door Stichting Woonpartners geen garanties en borgstellingen verstrekt. Fiscale eenheid Voor de BTW en VPB is een fiscale eenheid gevormd. De fiscale eenheid omvat de volgende rechtspersonen: - Stichting Woonpartners - Woonpartners Holding B.V. - Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. - Woonpartners Commercieel Vastgoed B.V. - Woonpartners Parkeerexploitaties B.V. - Woonpartners Vereniging van Eigenaars B.V. - Woonpartners Commerciële Exploitaties B.V. - Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Entiteiten die behoren tot de fiscale eenheid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor belastingschulden van de gehele fiscale eenheid. Vennootschapsbelasting Per 1 januari 2008 zijn de activiteiten van de woningcorporaties integraal belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Corporaties zijn sindsdien verplicht over hun integrale activiteiten vennootschapsbelasting te betalen. Een en ander is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (VSO). In deze VSO zijn specifieke bepalingen opgenomen met betrekking tot de waardering van posten op de fiscale openingsbalans en de wijze van resultaatneming.
De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst- en verliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. Aansprakelijkheid Stichting Woonpartners is firmant van een vennootschap onder firma en uit dien hoofde hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van deze vennootschap onder firma. Huurverplichtingen Het jaarlijks bedrag van met derden aangegane huurverplichtingen van onroerende zaken is nihil. Erfpachtverplichtingen De jaarlijkse erfpachtverplichting voor terreinen volgens canon is nihil. Aankopen en investeringen Stichting Woonpartners heeft ultimo boekjaar geen verplichtingen openstaan voor de aankoop van onroerend goed.
Eind 2010 werd bekend dat de tuinen in de Rijpelberg zijn verontreinigd met PCB's. Deze gebieden worden naar verwachting in 2014 gesaneerd. We verwachten de kosten (€ 594.000) op de gemeente Helmond te kunnen verhalen. , Verplichtingen persoonsgebonden loopbaanbudget In de CAO Woondiensten is een persoonsgebonden loopbaanbudget per medewerker afgesproken. Elke medewerker heeft recht, afhankelijk van indiensttreding, op een budget ten behoeve van zijn loopbaanontwikkeling. Ultimo 2013 bedraagt het budget € 245.000 (31.12.2012: € 275.000). Aangetrokken leningen Stichting Woonpartners heeft in 2013 géén nieuwe leningen aangetrokken die nog niet zijn gestort. Pensioenverplichtingen De financiële situatie van de Stichting Pensioenfonds Woningcorporaties (SPW) verbetert zich gestaag. De dekkingsgraad die op 31 december 2012 106% bedroeg is gestegen naar 114% op 31 december 2013. In 2014 is de dekkingsgraad verder gestegen naar 116% per 31 maart. Met ingang van juli 2014 is het herstelplan voor het SPW beëindigd. De Nederlandse Bank beschouwt het herstelplan als beëndigd als een pensioenfonds minimaal 3 kwartalen een dekkingsgraad heeft die hoger is dan de door DNB vereiste dekkingsgraad van 105%. Sinds november 2012 is de dekkingsgraad van SPW 105% of hoger. Het bestuur van SPW heeft besloten om per 1 januari de pensioenen niet te indexeren en de premies te handhaven op het niveau van 2013.
WSW-obligoverplichting Per 31 december 2013 heeft Stichting Woonpartners een obligoverplichting jegens WSW ten bedrage van € 7.111.000 (31.12.2012: € 7.300.000) uit hoofde van door WSW verstrekte borgstelling. WSW-volmacht Als onderpand voor de WSW-geborgde leningen is in de dVi 2012 € 1.037 miljoen aan WOZ-waarde als onderpand ingezet (met peildatum WOZ waarde 1-1-2012). In 2013 is op verzoek van het WSW een volmacht afgegeven aan het WSW om hypotheekrecht te vestigen op het onderpand, in lijn met artikel 30 van het WSW reglement. Hierdoor kan het WSW bij eventuele niet-nakoming van betalingsverplichtingen door de corporatie direct hypotheekrecht vestigen zonder dat hiertoe vooraf de formele bevestiging benodigd is van bestuur en commissarissen. Bijzondere gebeurtenissen Na balansdatum hebben er geen bijzondere gebeurtenissen plaatsgevonden welke nadere toelichting behoeven.
112
TOELICHTING OP DE ONDERSCHEIDEN POSTEN VAN DE ENKELVOUDIGE WINST- EN VERLIESREKENING BEDRIJFSOPBRENGSTEN
Huuropbrengsten Huuropbrengsten sociaal vastgoed in exploitatie Woningen en woongebouwen Onroerende zaken, niet zijnde woningen Af: huurderving wegens leegstand Af: huurderving wegens oninbaarheid Af: correctie voorgaande jaren Subtotaal huuropbrengsten sociaal vastgoed in exploitatie Huuropbrengsten commercieel vastgoed in exploitatie Woningen en woongebouwen Onroerende zaken, niet zijnde woningen Af: huurderving wegens leegstand Af: huurderving wegens oninbaarheid Subtotaal huuropbrengsten commercieel vastgoed in exploitatie Totaal huuropbrengsten per saldo
2013
2012
37.185.349 2.014.072 39.199.421 -390.320 38.809.101
38.967.438 112.445 39.079.883 -256.260 -2.566.008 36.257.615
2.682.585 908.909 3.591.494 -108.886 3.482.608
1.320.990 755.220 2.076.210 -67.459 2.008.751
42.291.709
38.266.366
De post correctie voorgaande jaren heeft betrekking op de huur die stichting Woonpartners heeft geïncasseerd voor de woningen die zijn overgedragen aan de Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V.(WOM). In 2012 is besloten om deze alsnog ten gunste van de exploitatie van de WOM te laten komen. Deze huur wordt met de WOM verrekend.
Hierna is een overzicht opgenomen van de huuropbrengsten die in de verschillende gemeenten zijn behaald: Helmond Helmond (correctie huur voorgaande jaren) Laarbeek Totaal huuropbrengsten
41.689.594 602.115 42.291.709
40.158.017 -2.566.008 674.357 38.266.366
2013
2012
Overige zaken Leveringen en diensten Subtotaal
52.458 1.308.188 1.360.646
13.018 1.350.940 1.363.958
Vergoedingen glas- en rioolfonds Af: Vergoedingsderving Totaal opbrengsten servicecontracten per saldo
177.033 -12.101 1.525.578
176.426 -22.037 1.518.347
2013
2012
32.452 13.855 449.056 495.363
848.772 23.839 9.045 45 381.475 1.263.176
Opbrengsten servicecontracten De post vergoedingen is als volgt samengesteld:
Overige bedrijfsopbrengsten Doorberekende salariskosten Steunpuntbijdragen Vergoeding huurovereenkomsten Leges woonvergunning Beheerdiensten Bemiddeling huurtoeslag Woonzorgdiensten Overige bedrijfsopbrengsten Totaal overige bedrijfsopbrengsten per saldo
De overige opbrengsten vertonen een afname van € 768.000. De voornaamste verschillen zitten in de doorberekende salariskosten (€ 644.000 in 2013). De doorberekende salariskosten worden met ingang van 2013 direct te gunste van de salariskosten geboekt.
113
BEDRIJFSLASTEN
2013
2012
0 0 0 0
0 0 0 0
Sociaal vastgoed in exploitatie Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Materiële vaste activa
4.897.108 863.254 5.760.362
5.477.864 789.921 6.267.785
Vrijval overlopende passiefpost inzake (overheids)subsidies Totaal afschrijvingen op (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille per saldo
0 5.760.362
0 6.267.785
Overige waardeveranderingen van (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille
2013
2012
30.036.954 -8.739.835 0 21.297.119
-14.268.667 8.513.331 0 -5.755.336
Afschrijvingen materiële vaste activa en vastgoedportefeuille Bouwclaims Goodwill Computersoftware Immateriële vaste activa
Materiële vaste activa sociaal vastgoed Dotatie / vrijval (-/-) voorzieningen onrendabele investeringen Overige Totaal overige waardeveranderingen van (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille per saldo
De vrijval van de voorzieningen onrendabele investeringen heeft voor € 5.900.000 betrekking op de WOM, voor € 3.070.000 op de Vossenberg. Voor € 123.000 is gedoteerd voor overige projecten.
Lonen, salarissen, sociale lasten en pensioenlasten Lonen en salarissen Tijdelijk personeel Sociale lasten Pensioenlasten Totaal lonen, salarissen, sociale lasten en pensioenlasten per saldo
2013
2012
3.297.270 586.581 608.155 754.750 5.246.756
4.332.026 437.731 642.648 826.275 6.238.680
Het gemiddeld aantal in de groep (of: Stichting Woonpartners-groep) werkzame werknemers, berekend op fulltimebasis en uitgesplitst naar activiteiten, bedroeg 75,61. Dit aantal is inclusief de doorberekende FTE's voor medewerkers welke gedetacheerd zijn (Onderhoud, planning & intake, WOM en Wooniezie, gezamenlijk 5,57 FTE). Met ingang van 2013 worden de doorbelaste salariskosten direct ten gunste van de lonen en salarissen verwerkt. Voorheen werden deze gepresenteerd onder de overige bedrijfsopbrengsten. In 2013 levert dit een afname van de lonen en salarissen van € 644.000.
Onderhoudslasten
2013
2012
Onderhoudslasten (niet cyclisch) Onderhoudslasten (cyclisch) Totaal onderhoudslasten per saldo
2.682.147 6.326.596 9.008.743
1.776.566 5.409.922 7.186.488
Onderhoudslasten sociaal vastgoed in exploitatie Onderhoudslasten commercieel vastgoed in exploitatie Totaal onderhoudslasten
8.270.652 738.091 9.008.743
6.778.975 407.513 7.186.488
5.665.847 773.527 1.688.875 142.403 8.270.652
4.986.264 527.113 1.091.044 174.554 6.778.975
505.621 69.030 150.715 12.725 738.091
249.104 38.853 119.556
De onderhoudskosten voor het sociaal vastgoed in exploitatie zijn te verdelen in: Planmatig onderhoud Mutatieonderhoud Klachtenonderhoud Overig onderhoud Totaal onderhoudslasten De onderhoudskosten voor het commercieel vastgoed in exploitatie zijn te verdelen in:
Planmatig onderhoud Mutatieonderhoud Klachtenonderhoud Overig onderhoud Totaal onderhoudslasten
407.513
Onder klachtenonderhoud verstaan we het dagelijks onderhoud aan woningen, nadat een huurder een reparatieverzoek heeft ingediend. Woonpartners verstaat onder mutatieonderhoud het dagelijks onderhoud aan een leeggekomen woning om deze weer in goede staat te kunnen verhuren aan een nieuwe huurder. Planmatig onderhoud heeft betrekking op alle onderhouds- en verbeteringsprojecten die planmatig of projectmatig worden voorbereid en uitgevoerd.
114
Overige bedrijfslasten
2013
2012
Beheerkosten: Algemene kosten Automatiseringskosten Bestuurs- en toezichtskosten Huisvestigingskosten Overige personeelskosten Overige beheerskosten Subtotaal beheerskosten
1.259.803 481.203 65.932 159.279 387.307 0 2.353.524
1.477.160 479.394 54.401 237.814 395.279 0 2.644.048
Heffingen: Belastingen Verzekeringen Contributie Overige heffingen (Heffing Centraal Fonds inzake Projectsteunheffing) Subtotaal heffingen
1.634.334 139.098 66.252 1.777.181 3.616.865
1.490.531 121.597 67.636 132.030 1.811.794
Overige bedrijfslasten: Servicekosten Leefbaarheid Dotatie vereniging van eigenaren Afrekening energie wegens verhuizing Oninbare en niet doorbelaste onderhoudskosten Dotatie dubieuze debiteuren Kosten projectontwikkeling Mutaties overige voorzieningen Diverse bedrijfslasten Subtotaal overige bedrijfslasten
1.414.469 331.113 62.539 33.038 0 536.613 0 270.019 1.383.388 4.031.179
1.444.525 824.703 44.599 20.387 0 136.151 0 413.784 487.223 3.371.372
10.001.568
7.827.214
Totaal overige bedrijfskosten per saldo
De stijging van de overige bedrijfslasten wordt enerzijds veroorzaakt door de hogere heffingen (+/+ € 1.805.000), extra dotatie dubieuze debiteuren (+/+ € 400.000) en stijging van de diverse bedrijfslasten (+/+ 896.000). Anderzijds wordt de toename beperkt door een daling in de kosten voor leefbaarheid -/- € 494.000) en mutatie in de overige voorzieningen (-/- € 144.000). Heffingen In 2013 heeft Woonpartners de verhuurdersheffing van € 137.000 en de saneringsheffing van € 1.640.000 betaald. In 2012 was de heffing € 132.000, dit betrof de "Vogelaarheffing" Diverse bedrijfslasten De stijging ten opzichte van 2012 is te verklaren door het feit dat er in 2013 o.a. voor € 583.000 aan kosten zijn geboekt voor de grondsanering in het Sallandhof, € 184.000 voor afboeking Datawarehouse en deelneming Domovisie (€ 50.000). Dotatie dubieuze debiteuren Ten opzichte van 2012 is de dotatie dubieuze debiteuren gestegen met € 400.000. Deze extra dotaties hebben betrekking op de toegenomen schulden van de debiteuren. Leefbaarheid De kosten voor leefbaarheid komen € 494.000 lager uit dan in 2012. De redenen hiervan zijn: minder kosten voor opplussen (- € 200.000), minder (opruim)acties in wijken en andere activiteiten (- € 250.000) en minder onderhoudsaanpassingen in het kader van leefbaarheid (- € 50.000). Dotatie voorzieningen In 2012 is er € 400.000 gedoteerd aan de voorziening voor de dakreparatie van L'Étage. In 2013 is hier nog € 270.000 extra aan gedoteerd. Huisvestingskosten De huisvestingskosten dalen in 2013 met € 78.000 ten opzichte van 2012 voornamelijk als gevolg van het vervallen van de huisvestingskosten van de onderhoudsdienst. Algemene kosten De algemene kosten dalen in 2013 met € 218.000 ten opzichte van 2012. Deze daling in de kosten wordt veroorzaakt door verschillende posten. De grootste afwijkingen ten opzichte van 2012 zullen we hieronder toelichten. In 2012 zijn kosten verantwoord voor organisatieontwikkeling van ongeveer € 100.000. In 2013 zijn deze kosten ten laste van de voorziening voor de reorganisatie geboekt. De teruggevorderde BTW uit de pro-rata regeling zijn in mindering gebracht op de kosten. Naar verwachting bedraagt dit bedrag € 100.000. De kosten voor communicatie en PR zijn in 2013 € 50.000 lager dan vorig jaar.
115
HONORARIUM EXTERNE ACCOUNTANT EN DE ACCOUNTANTORGANISATIE
BDO controle
2013 Controle van de jaarrekening Andere controleopdrachten Fiscale adviesdiensten Andere niet-controlediensten
108.644 0 0 0 108.644
Overig BDO
Totaal BDO
0 21.841 5.748 21.623 49.212
108.644 21.841 5.748 21.623 157.856
In de loop van 2012 is Woonpartners overgestapt van Deloitte naar BDO Accountants. In het schema zijn de totale kosten voor deze beide partijen weergegeven.
BDO/Deloitte controle
2012 Controle van de jaarrekening Andere controleopdrachten Fiscale adviesdiensten Andere niet-controlediensten
76.453 0 0 0 76.453
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Waardevermindering onroerende zaken vastgoedbeleggingen Waardevermeerdering onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Waardevermindering onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Totaal niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille per saldo
Rentebaten en soortgelijke opbrengsten
Overig BDO/Deloitte
Totaal BDO/Deloitte
0 0 80.236 0 80.236
76.453 0 80.236 0 156.689
2013
2012
-5.021.967 478.840 -641.532 -5.184.659
747.668 0 -87.486 660.182
2013
2012
55.986 11.338 284.627 351.951
54.877 19.627 915.246 989.750
De post rentebaten is als volgt samengesteld: Rente banken, leningen u/g en overige Rente BWS-subsidies Rente op overige vorderingen Totaal rentebaten en soortgelijke opbrengsten per saldo
De totale rentebaten zijn in 2013 € 638.000 lager dan in 2012. Dit wordt per saldo veroorzaakt door een daling in de ontvangen rente van de WOM ( -/- € 86.000), minder rente op BWS subsidies (-/- € 8.000) en een daling van renteontvangsten op nieuwbouwprojecten (-/- € 247.000). Verder is in 2012 een bijdrage van de gemeente Helmond ontvangen voor Weverspoort (-/- € 45.000). Daarnaast is in 2012 voor € 297.110 aan heffingsrente van de belastingdienst ontvangen, in 2013 bedraagt het ontvangst € 35.000 (-/- € 262.000). Tenslotte is in 2013 voor het eerst rente doorberekend aan de bijzondere exploitaties BV (+/+ € 17.000).
Rente op overige vorderingen in 2013heeft voornamelijk te maken met onderstaande zaken: - Rentetoerekening aan nieuwbouwprojecten, welke jaarlijks plaatsvindt (€ 123.783). - In 2013 is er rente doorbelast (€ 12.000) aan de Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V., conform de afgesloten overeenkomst. - Met ingang van 2013 wordt tevens, conform overeenkomst, rente doorberekend aan Woonpartners Bijzondere Exploitaties B.V. (€ 17.000). - Doorbelasting aan Jansen de Jong projectontwikkeling in verband met de grondaankoop Lungendonk (€ 99.000). - Gedurende 2013 is er heffingsrente ontvangen voor een bedrag van € 35.000.
Rentelasten en soortgelijke kosten
2013
2012
0 7.356.021 19.251 856.200 132.120 232.163 108.342 8.704.097
0 7.482.322 22.632 747.203 0 247.233 107.163 8.606.553
De post rentelasten is als volgt samengesteld: Rente leningen overheid Rente leningen onder overheidsgarantie Disagio lening Rente derivaten Waardering rentederivaat Rente op overige schulden Rente waarborgsommen Totaal rentelasten en soortgelijke kosten per saldo
116
Enerzijds zijn de rentelasten op de leningen afgenomen ten opzichte van 2012 als gevolg van de aflossing van lening 1065 en lening 1059. Deze hadden in 2012 gezamenlijk € 378.000 meer rentekosten dan in 2013. Daarnaast is de korte rente gedaald, waardoor de rente op de roll over leningen met € 36.000 is gedaald ten opzichte van 2012. Ten slotte is er gedurende 2013 vervroegde rente afspraken gemaakt voor leningen 1035/1036/1041, hiermee daalden in 2013 de rentekosten met € 43.000. Anderzijds werd er in 2013 ook een nieuwe lening gestort met rentelasten à € 331.000. Het disagio heeft betrekking op nieuw aangetrokken leningen. Gedurende 2008 t/m 2013 is voor in totaal € 94.000.000 aan nieuwe leningen aangetrokken, hierover is disagio afgedragen. De vergoedingsfactor is vastgesteld op 0,000069. Dit betekent dat per 1 miljoen borging € 69 euro per kwartaal aan vergoeding moet worden afgedragen. Deze vergoeding wordt berekend over het actuele schuldrestant op dat moment. In 2004 heeft Woonpartners derivaten aangekocht voor afdekking van een renterisico tot 1 september 2014. In 2013 is de rentelast met € 109.000 gestegen. De wijzigingen in de rente van het afgelopen jaar hebben een negatieve invloed op de totale rentelasten van de derivaten gehad. Woonpartners ontvangt namelijk korte rente (welke gedurende 2013 is gedaald) en betalen een vast percentage, waardoor de rentelasten per saldo zijn toegenomen.
Op 21 maart 2014 loopt de SWAP ter grootte van € 11.000.000 bij de ING contractueel af. De verwachting is dat de lening waarvoor deze derivaat ter afdekking van het renterisico is aangetrokken niet volledig zal worden opgenomen. De negatieve marktwaarde van deze swap is daarom in de jaarrekening 2013 volledig in het resultaat verwerkt. Na aftrek van de transitorische rente tot en met 31 december 2013 resulteert een bedrag van € 132.120.
De overige rentelasten hebben in 2013 voor € 232.000 betrekking op de rente egalisatie van de Brede School (inclusief gymzaal). Hiervoor is eind 2011 huur vooruit ontvangen en hieraan wordt vanaf 2012 jaarlijks rente aan toegerekend. De last in 2012 had tevens betrekking op deze rente egalisatie. Belastingen
2013
2012
138.890 -212.840 -73.950
83.184 658.657 741.841
2013
2012
-1.098.482 -70.107 -1.168.589
-677.948 -630.705 -1.308.653
De post belastingen is als volgt samengesteld: Belastingen volgens de winst- en verliesrekening Dotatie voorziening voor latente belastingen Totaal belastingen per saldo Resultaat deelnemingen Woonpartners Holding B.V. Wijkontwikkelingsmaatschappij Helmond Binnenstad B.V. Totaal resultaat deelnemingen per saldo
117
KASSTROOMOVERZICHT (enkelvoudig) per 31-12-2013 Kasstroom uit operationele activiteiten Ontvangsten van huurders Ontvangsten van subsidiegevers Ontvangsten overig
Betalingen aan werknemers Betalingen aan leveranciers onderhoud Betalingen overig
43.429.722 183.049 857.794 44.470.565
42.312.765 234.486 996.065 43.543.316
-5.168.469 -8.766.584 -7.102.062 -21.037.115
-6.344.160 -4.767.787 -8.206.576 -19.318.523
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Ontvangen dividend Betaalde interest Betaalde winstbelasting
23.433.450 323.458 0 -8.324.832 0 -8.001.374
Kasstroom uit operationele activiteiten (I)
24.224.793 1.024.154 0 -8.696.332 2.104.275 -5.567.903
15.432.076
18.656.890
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa Investeringen in financiële vaste activa Desinvesteringen in financiële vaste activa
-17.526.824 4.445.458 18.096 -1.349.003
Kasstroom uit investeringsactiviteiten (II)
-19.602.373 5.955.309 2.262 55.766 -14.412.273
-13.589.036
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangsten uit langlopende schulden (nieuwe leningen) Aflossing langlopende schulden Mutatie gelieerde partijen
11.000.000 -20.361.448 2.721.309
0 1.616.700 -1.158.380
Kasstroom uit financieringsactiviteiten (III)
-6.640.139
458.320
Mutatie liquide middelen (I+II+III)
-5.620.336
5.526.174
Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen Afronding
7.898.184 -5.620.336 -16
2.372.014 5.526.174 -4
Eindstand liquide middelen
2.277.832
7.898.184
118
OVERIGE GEGEVENS
Controleverklaring van de onafhankelijk accountant Hiervoor wordt verwezen naar de hierna opgenomen verklaring.
Statutaire regeling betreffende de bestemming van het resultaat In de statuten van Stichting Woonpartners is geen nadere bepaling omtrent de bestemming van het resultaat opgenomen.
Bestemming van het resultaat over het boekjaar 2012 De jaarrekening 2012 is vastgesteld in de vergadering van de Raad van Toezicht. De vergadering heeft de bestemming van het resultaat vastgesteld conform het daartoe gedane voorstel.
Voorstel tot bestemming van het resultaat over het boekjaar 2013 Het bestuur stelt met goedkeuring van de Raad van Toezicht voor het verlies over het boekjaar 2013 ten bedrage van € 18.829.610 geheel ten laste van de overige reserves te brengen. Dit voorstel is nog niet in de jaarrekening verwerkt.
119
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
120
Verklaring van bestuur
Het bestuur verklaart dat Stichting Woonpartners gedurende het verslagjaar uitsluitend werkzaam is geweest op het gebied van de volkshuisvesting en dat alle uitgaven ook in het belang van de volkshuisvesting zijn gedaan. Helmond, 18-06-2014 De bestuurder,
G.C.H.M. de Wilde Algemeen Directeur
121
Vaststelling en goedkeuring
Na kennis te hebben genomen van de bevindingen van de accountant stelt de Algemeen Directeur, in zijn hoedanigheid als bestuurder, de jaarrekening van Stichting Woonpartners over het boekjaar 2013 vast. Helmond, 18-06-2014 De bestuurder,
G.C.H.M. de Wilde Algemeen Directeur
Na kennis te hebben genomen van de bevindingen van de accountant keurt de Raad van Toezicht de jaarrekening van Stichting Woonpartners over het boekjaar 2013 goed. Helmond, 18-06-2014 Raad van Toezicht,
De heer P.H.J. Krekels Voorzitter
Mevrouw I.M. Stommels-Verrijdt Lid
De heer H.J.M. Smelt Lid
De heer N.M. Dijkhuizen Lid
De heer G.A.J. van den Heuvel Lid
122