PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009
FINANCIËLE ADMINISTRATIE COPERNICUS BV 1.
€ „
Aan
710 Inkopen 160 Te verrekenen omzetbelasting 130 Crediteuren
€
Aan Aan
700 Voorraad goederen 710 Inkopen 720 Prijsverschillen op inkopen
2.
3.
€ „
Aan
060 6% Hypothecaire lening o/g 153 Vooruitbetaalde bedragen 110 Rabobank
€ „
Aan
720 Prijsverschillen op inkopen 160 Te verrekenen omzetbelasting 130 Crediteuren
020 Inventaris 160 Te verrekenen omzetbelasting 021 Afschrijving inventaris Aan 020 Inventaris Aan 900 Diverse baten en lasten Aan 130 Crediteuren (€ 225,- – € 2.000,- + € 1.800,- = € 25,-)
€ „ „
5.
7.
€ „
Aan Aan Aan
400 Loonkosten 440 Sociale lasten 153 Vooruitbetaalde bedragen 170 Af te dragen loonheffingen 210 Te betalen lonen
€
Aan Aan
120 Debiteuren 165 Verschuldigde omzetbelasting 820 Opbrengst verkopen
8.
800 Kostprijs verkopen € Aan 700 Voorraad goederen (20 × € 75,- + 30 × € 80,- + 25 × € 50,- = € 5.150,-)
PDB FCA avondexamen juni 2009
1
€
87.643,50
€ „
73.650,1.350,-
€ „
76,400,-
€
23.900,-
€
1.071,-
€ „ „
2.000,25,6.069,-
€ „ „
500,5.556,14.621,-
75.000,-
150 Nog te ontvangen bedragen € 476,Aan 169 Af te dragen omzetbelasting Aan 900 Diverse baten en lasten (20% van € 2.380,- = € 476,-; 19/119 × € 476,- = € 76,-)
4.
6.
73.650,13.993,50
20.000,3.900,-
900,171,-
5.325,969,1.800,-
18.755,1.922,-
9.133,25 € „
1.458,25 7.675,-
€
5.150,-
5.150,-
9.
420 Transportkosten 160 Te verreken omzetbelasting Aan 130 Crediteuren (19/119 × € 178,50 = € 150,-)
10.
153 Vooruitbetaalde bedragen 130 Crediteuren
€
460 Algemene kosten Aan 153 Vooruitbetaalde bedragen (2 × € 300,-/6 = € 100,-)
€
130 Crediteuren 720 Prijsverschillen op inkopen Aan 160 Te verrekenen omzetbelasting Aan 700 Voorraad goederen (40 × € 40,- = € 1.600,-)
€ „
Aan
11.
12. Aan 13.
€ „
200 Kruisposten 100 Kas
€
090 Rekening-courant directie Aan 165 Verschuldigde omzetbelasting Aan 700 Voorraad goederen (19% van € 1.300,- = € 247,-)
14.
€
110 Rabobank 120 Debiteuren 130 Crediteuren
€
Aan Aan
€ „ „
Aan Aan
410 Afschrijvingskosten 460 Algemene kosten 430 Interestkosten 021 Afschrijving inventaris 153 Vooruitbetaalde bedragen
15.
150,28,50 €
178,50
€
300,-
€
100,-
€ „
295,64 1.600,-
€
5.000,-
€ „
247,1.300,-
€ „
1.499,40 1.499,40
€ „
200,1.200,-
300,-
100,-
1.851,64 44,-
5.000,-
1.547,-
2.998,80
200,450,750,-
16.
Redenen van inventarisatie van de voorraad goederen zijn: – middel ter bepaling van vermogen en bedrijfsresultaat – middel van controle op de bewaarder – middel tot controle op het bijhouden van de kantoorvoorraadadministratie – middel tot indirecte bepaling van het verbruik – middel tot indirecte bepaling van de productie – middel tot vaststelling van het bestaan/aanwezigheid van goederen – middel tot beoordeling van ouderdom en kwaliteit
17.
De gemiddelde interestkosten per jaar van de vaste activa bedragen: 6% van € 150.000,-/2 = € 4.500,-.
18.
De jaarlijkse interestkosten van de grondstoffen bedragen: 6% van € 50.000,- = € 3.000,-.
PDB FCA avondexamen juni 2009
2
KOSTPRIJSCALCULATIE PASCAL BV 1.
Mogelijke verklaringen voor het verschil in opslagpercentage zijn onder meer: – voor grondstoffen heeft Pascal met meer leveranciers te maken dan voor halffabricaten waardoor de kosten van de afdeling Inkoop voor grondstoffen relatief hoger zijn dan voor halffabricaten; – met leveranciers van grondstoffen heeft Pascal geen langetermijncontracten afgesloten en met leveranciers van halffabricaten wel, waardoor de inkoopkosten voor halffabricaten over een langere periode kunnen worden gespreid dan voor grondstoffen; – grondstoffen worden in het buitenland gekocht en halffabricaten in eigen land waardoor de inkoopkosten voor grondstoffen relatief hoger zijn dan voor halffabricaten.
2.
Twee methoden van opslagberekening die gebruikt worden voor het doorberekenen van de indirecte kosten in de kostprijs zijn onder meer de primitieve opslagmethode en de verfijnde opslagmethode.
3.
De verwachte inkoopprijs inclusief directe inkoopkosten van grondstof X bedraagt 90% van € 7,50 = € 6,75.
4.
De jaarlijkse afschrijving op de machine bedraagt: € 240.000,-/6 = € 40.000,-.
5.
Jaarlijks wordt € 40.000,- per 31 december afgelost. De interest bedraagt over het 1e jaar: 6½% van € 240.000,- = € 15.600,over het 2e jaar: 6½% van € 200.000,- = „ 13.000,over het 3e jaar: 6½% van € 160.000,- = „ 10.400,over het 4e jaar: 6½% van € 120.000,- = „ 7.800,over het 5e jaar: 6½% van € 80.000,- = „ 5.200,over het 6e jaar: 6½% van € 40.000,- = „ 2.600,––––––––– Totaal € 54.600,Of: 6½% van 6 × (€ 240.000,- + € 40.000,-)/2 = € 54.600,-
6.
De standaardkostprijs van één product van serie A bedraagt: grondstofkosten: 2 kg à € 7,50 € 15,directe loonkosten: € 38.000,-/9.500 = „ 4,vaste kosten: afschrijving: € 40.000,-/10.000 = „ 4,interest: (€ 54.600,-/6)/10.000 = „ 0,91 overige kosten: € 12.000,-/10.000 = „ 1,20 –––––– Totaal € 25,11
7.
Het verwachte bezettingsresultaat op de vaste kosten voor 2008 bij de productie van producten van serie A bedraagt: (9.500 − 10.000) × (€ 4,- + € 0,91 + € 1,20) = – € 3.055,- (nadelig).
8.
Het efficiencyresultaat op grondstoffen X van producten van serie A over het eerste kwartaal van 2008 bedraagt: (2.800 × 2 − 5.730) × € 7,50 = – € 975,- (nadelig).
PDB FCA avondexamen juni 2009
3
9.
Het standaardverkoopresultaat van producten van serie A over het eerste kwartaal van 2008 bedraagt: 2.650 × (100/119 × € 35,70 − € 25,11) = € 12.958,50.
10.
De dekkingsbijdrage van één product van serie B bedraagt: € 25,- − (95% van € 10,- + € 50,-/100 + 5% van € 25,-) = € 13,75.
11.
De break-evenafzet voor producten van serie B is: (15.000 × 5% van € 10,- + € 90.000,- + € 80.000,-)/€ 13,75 = 12.910 stuks. De break-evenomzet bedraagt: 12.910 × € 25,- = € 322.750,-.
12.
De totale omzet van producten van serie B bedraagt: 14.000 × € 24,50 = € 343.000,-.
13.
Omzet Halffabricaat Y: 14.000 × € 9,50 = Indirecte inkoopkosten halffabricaat Y: 15.000 × € 0,50 Machinekosten Arbeidskosten Verpakkingskosten: 97% van 14.000/100 × € 50,- = Verkoopkosten: 5% van € 343.000,- =
€ 343.000,€ 133.000,„ 7.500,„ 90.000,„ 80.000,„ 6.790,„ 17.150,––––––––––
Totale kosten Het voordelige bedrijfsresultaat op producten van serie B bedraagt 14.
„ 334.440,––––––––– € 8.560,-
Afval is dat deel van de grondstof dat benodigd is bij de fabricage van het product maar er niet in wordt opgenomen. Uitval is dat deel van de producten dat op grond van onvoldoende kwaliteit niet voor de normale verkoopprijs kan worden verkocht.
15. en 16. Constante kosten, variabele kosten en dekkingsbijdrage bij producten van serie C 600000
500000
Bedragen
400000 Constante kosten 300000
Dekkingsbijdrage Variabele kosten
200000
100000 0 0
5
10
15
B 20
25
30
stuks (x 1.000)
17.
De normale productie en afzet van producten van serie C is: € 300.000,-/€ 12,- = 25.000 stuks.
18.
Bij een afzet van 30.000 stuks bedraagt de nettowinst op de producten van serie C ongeveer € 180.000,- (€ 480.000,- dekkingsbijdrage minus € 300.000,- constante kosten).
PDB FCA avondexamen juni 2009
4
PERIODEAFSLUITING NOORDZIJ BV 1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
100 Liquide middelen Aan 125 Verschuldigde omzetbelasting Aan 960 Diverse baten en lasten (19/119 × € 5.355,- = € 855,-)
€
5.355,-
012 Afschrijving machines en installaties Aan 002 Machines en installaties
€
002 Machines en installaties 012 Afschrijving machines en installaties 960 Diverse baten en lasten 120 Te verrekenen omzetbelasting Aan 002 Machines en installaties Aan 150 Crediteuren (€ 360.000,- – € 270.000,- – € 63.000,- = € 27.000,-)
€ 248.000,„ 270.000,„ 27.000,„ 35.150,-
004 Overige vaste activa Aan 450 Indirecte en algemene kosten ( 6 × € 2.810,- – 6 × € 2.180,- = € 3.780,-)
€
€ „
855,4.500,-
€
60.000,-
60.000,-
€ 360.000,„ 220.150,-
3.780,€
3.780,-
052 Algemene reserve € 300.000,Aan 053 Uit te reiken aandelen € 255.000,Aan 160 Te betalen dividendbelasting „ 45.000,[10% van (€ 3.400.000,- – € 400.000,-) = € 300.000,-;15% van € 300.000,- = € 45.000,-] 053 Uit te reiken aandelen Aan 051 Ongeplaatst aandelenkapitaal (16.000 × 10% van € 100,- = € 160.000,-)
€ 160.000,-
135 Voorziening debiteuren Aan 480 Verkoopkosten (€ 150.000,- – 70% van 100/119 × € 239.071= € 9.370,-)
€
120 Te verrekenen omzetbelasting 300 Voorraad materialen Aan 150 Crediteuren
€ „
840 Opbrengst verkopen Aan 130 Debiteuren
€
€ 160.000,-
9.370,-
PDB FCA avondexamen juni 2009
5
9.370,-
€
4.165,-
€
4.615,-
€
34.430,-
€ „ „
27.000,43.800,35.960,-
665,3.500,-
4.615,-
400 Directe materiaalkosten € 30.600,960 Diverse baten en lasten „ 3.830,Aan 300 Voorraad materialen (€ 670.410,- + € 3.500,- – € 639.480,- – € 30.600,- = € 3.830,-) 700 Voorraad producten A Aan 600 Berekende materiaalkosten Aan 601 Berekende directe loonkosten Aan 602 Berekende indirecte en algemene kosten
€
€ 106.760,-
9.
700 Voorraad producten A Aan 800 Kostprijs verkopen
€
840 Opbrengst verkopen 125 Verschuldigde omzetbelasting Aan 130 Debiteuren
€ „
9.000,€
9.000,-
14.200,2.698,€ 16.898,-
10.
Per eind juni 2008 zijn geplaatst: (€ 3.000.000,- + € 160.000,-)/€ 100,- = 31.600 aandelen. De totale intrinsieke waarde van de onderneming is: 31.600 × € 190,17 = € 6.009.372,-.
11.
Deze regels zijn te vinden in Boek 2, titel 9 van het Burgerlijk Wetboek.
12.
Het onderscheid wordt gemaakt op basis van de volgende criteria: – waarde van de activa; – netto omzet; – aantal werknemers.
13.
De interestkosten van de hypothecaire lening over de eerste helft van 2008 bedragen: 5/12 × 6% van (€ 560.000,- + € 40.000,-) + 1/12 × 6% van € 560.000,- = € 17.800,-.
14.
De rechten verbonden aan een gewoon aandeel zijn onder meer: – stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. – beslissen over de winstverdeling; – goedkeuren van de jaarrekening; – décharge verlenen aan het bestuur van de onderneming; – recht op een evenredig deel van de winst (als er winst gemaakt is).
15.
Wanneer een vennootschap onder firma failliet gaat, gaan de beherende vennoten ook failliet. Een maatschap zal veelal eindigen als één van de maten failliet gaat. De maatschap zelf kan niet failliet gaan, omdat er geen afgescheiden vermogen is.
16.
De oorspronkelijke aanschafprijs van de machine bedraagt: € 40.960,-/(0,8 × 0,8 × 0,8 × 0,8) = € 100.000,-.
PDB FCA avondexamen juni 2009
6
BEDRIJFSECONOMIE BRUNEL BV 1.
De totale kosten inclusief de interestkosten van het vreemd vermogen over 2008 bedragen: 0,92 × € 75.000.000,- = € 69.000.000,-. De totale kosten exclusief interestkosten van het vreemd vermogen over 2008 bedragen: € 69.000.000,- – € 1.200.000,- = € 67.800.000,-.
2.
Het bedrijfsresultaat over 2008 bedraagt: € 75.000.000,- – € 67.800.000,- = € 7.200.000,-. De rentabiliteit van het gemiddeld totaal vermogen vóór belasting over 2008 is: (€ 7.200.000,-/€ 50.000.000,-) × 100% = 14,4%.
3.
De winst na belasting over 2008 bedraagt: 0,75 × (€ 7.200.000,- – € 1.200.000,-) = € 4.500.000,-. Het gemiddeld eigen vermogen in 2009 bedraagt: 0,22 × € 50.000.000,- = € 11.000.000,-. De rentabiliteit van het eigen vermogen na belasting over 2008 is: (€ 4.500.000,-/€ 11.000.000,-) × 100% = 40,9%.
4.
Het gemiddeld vreemd vermogen in 2008 bedraagt: 0,78 × € 50.000.000,- = € 39.000.000,-. De interestkosten in een percentage van het gemiddeld vreemd vermogen over 2008 zijn: (€ 1.200.000,-/€ 39.000.000,-) × 100% = 3,1 %.
5.
De totale korting in een percentage van de totale omzet is: 2% van 20% = 0,4%.
6.
De gemiddelde krediettermijn van debiteuren is: ½ × (€ 10.000.000,- + € 14.000.000,-)/(80% van 1,19 × € 75.000.000,-) × 365 dagen = 61 dagen.
7.
– Obligaties behoren tot het vreemd vermogen van een onderneming, aandelen behoren tot het eigen vermogen; – De bezitter van een obligatie krijgt interest ongeacht of er een winst is gemaakt, de bezitter van een aandeel kan dividend krijgen ingeval er winst is gemaakt; – Obligaties moeten op enig moment worden afgelost, aandelen niet.
8.
Bevoegdheden van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders zijn onder meer: – benoemen/ontslaan van directieleden; – benoemen/ontslaan van leden van Raad van Commissarissen indien aanwezig; – veranderen van de statuten; – goedkeuren jaarstukken; – vaststellen dividend.
9.
De ondernemingsraad moet om advies gevraagd worden over: – de overdracht van de zeggenschap over de onderneming of een onderdeel daarvan; – belangrijke inkrimping, uitbreiding of andere wijziging van de werkzaamheden van de onderneming; – wijziging van de vestigingsplaats van de onderneming; – het groepsgewijze werven of inlenen van arbeidskrachten; – het doen van belangrijke investeringen.
PDB FCA avondexamen juni 2009
7
10.
Deze controle is opgedragen aan een (door de AFM gecertificeerde) registeraccountant. Hij/zij brengt verslag uit aan de Raad van Commissarissen, indien die aanwezig is en aan het bestuur (het accountantsverslag).
11.
Het totaal vreemd vermogen is: 100% – 22% = 78% van het totaal vermogen. Het kort vreemd vermogen is: 30% van 78% = 23,4% van het totaal vermogen. De current ratio per 31 december 2008 is: 31,5%/23,4% = 1,3.
12.
Bij een faillissement kunnen de aanvragers zijn: de schuldenaar zelf, tenminste twee schuldeisers of het Openbaar Ministerie (Officier van Justitie). Bij een surseance van betaling kan de aanvraag alleen worden gedaan door de schuldenaar zelf.
13.
De jaarlijkse afschrijving op de gebouwen bedraagt: (€ 2.400.000,- – € 200.000,-)/16 = € 137.500,-. De aanschafprijs van de gebouwen bedraagt: 20 (16 + 4) × € 137.500,- + € 200.000,- = € 2.950.000,-.
14.
De contante waarde van de totale koopsom bedraagt: € 15.000,- + € 9.000,- × (1 – 1/1,064)/0,06 = € 46.185,95.
15.
Er worden € 1.200.000,-/€ 15,- = 80.000 aandelen uitgegeven van nominaal € 10,-. Het geplaatst aandelenkapitaal na emissie komt daarmee op: € 3.160.000,- + 80.000 × € 10,- = € 3.960.000,-.
16.
De toename van de agioreserve ten gevolge van de emissie bedraagt: 80.000 × € 15,- – € 800.000,- = € 400.000,-.
PDB FCA avondexamen juni 2009
8