Hogeschool Zuyd, Heerlen Opleiding: Croho: Varianten:
Advanced Nursing Practice; hbo-master 49246 duaal
Visitatiedatum:
10 juni 2009
© Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, september 2009
2/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Inhoud
3
Deel A: Onderwerpen 1.1 Voorwoord 1.2 Inleiding 1.3 Werkwijze 1.4 Oordeelsvorming 1.5 Oordelen per facet en onderwerp
5 7 7 8 9 10
Deel B: Facetten Onderwerp 1 Onderwerp 2 Onderwerp 3 Onderwerp 4 Onderwerp 5 Onderwerp 6
13 15 17 28 32 34 37
Deel C: Bijlagen Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5:
Doelstelling van de opleiding Programma Inzet van personeel Voorzieningen Interne kwaliteitszorg Resultaten
Onafhankelijkheidsverklaring panelleden Deskundigheden panelleden Bezoekprogramma Overzichtslijst van door de opleiding ter inzage gelegd materiaal Domeinspecifieke referentiekader en opleidingscompetenties
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
39 40 41 48 50 68
3/69
4/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Deel A: Onderwerpen
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
5/69
6/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
1.1
Voorwoord
Dit rapport is het verslag van het panel dat in opdracht van NQA de hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice van Hogeschool Zuyd heeft onderzocht. Het beschrijft de werkwijze, de bevindingen en de conclusies. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in het kader van de accreditatie van hogere beroepsopleidingen. Het onderzoek is begonnen in maart 2009, toen het zelfevaluatierapport bij NQA is aangeleverd. Als onderdeel van het onderzoek heeft het panel de opleiding gevisiteerd op 10 juni 2009. Het panel bestond uit: De heer drs. B.J.A.M. van Bergen (dagvoorzitter en domeinpanellid); De heer drs. A.M. Eliens (domeinpanellid); Mevrouw H. van Teeffelen (studentpanellid nurse practitioner); Mevrouw M. Snel B HRM (NQA-auditor). Dit panel voldoet aan de eisen zoals gesteld in het document Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties van de NVAO (oktober 2007). Het panel beschikt over relevante werkvelddeskundigheid en over vakdeskundigheid. Onder vakdeskundigheid wordt verstaan het vertrouwd zijn met de meest recente ontwikkelingen en vertrouwd met lesgeven en beoordeling en toetsing minstens op het niveau/oriëntatie van de te beoordelen opleiding. Daarnaast beschikt het panel over onderwijsdeskundigheid, studentgebonden deskundigheid en visitatiedeskundigheid (zie bijlage 2). Het rapport bestaat uit drie delen: • Deel A: het Onderwerprapport, waarin de oordelen van het panel over de basiskwaliteit van de opleiding op onderwerpniveau worden uitgesproken met daarbij de overwegingen waarop die oordelen zijn gebaseerd. Het gaat hier om oordelen in de gradatie positief/negatief. Tevens wordt hier het eindoordeel geformuleerd. • Deel B: een Facetrapport waarin op facetniveau door het panel oordelen en argumenten ter onderbouwing van dat oordeel worden gegeven. De oordelen gaan uit van de vierpuntsschaal (onvoldoende, voldoende, goed en excellent) conform het voorschrift van de NVAO. Uitzondering hierop is facet 2.6, als gevolg van aanvullende instructies van de NVAO wordt hier het oordeel voldaan of niet voldaan gegeven. Dit Facetrapport vormt de basis van het Onderwerprapport. • Deel C: hierin zijn alle relevante bijlagen opgenomen. 1.2
Inleiding
De Hogeschool Zuyd is in 2001 ontstaan na een fusie tussen de Hogeschool Limburg en de Hogeschool Maastricht. De hogeschool heeft ruim 50 bacheloropleidingen en zes masteropleidingen, verdeeld over zes sectoren: economie, gedrag & maatschappij, gezondheidszorg, kunsten, onderwijs en techniek. In het studiejaar 2007-2008 waren er ruim 13.000 studenten en bijna 1.500 medewerkers, geclusterd in 21 faculteiten. Het onderwijs wordt aangeboden op drie locaties: Heerlen, Maastricht en Sittard.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
7/69
De hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (M-ANP) van Hogeschool Zuyd is een tweejarige duale opleiding voor verpleegkundigen met een afgeronde hbo-opleiding in de verpleegkunde en ten minste twee jaar werkervaring binnen een bepaald verpleegkundig specialisme. De opleiding is in 2005 van start gegaan in Heerlen, locatie Nieuw Eykholt. Daar is de opleiding ingebed in de faculteit Gezondheid en Zorg en maakt zij deel uit van het Platform Gezondheidszorgopleidingen en maakt zij deel uit van de faculteit Gezondheid en Zorg. De andere opleidingen die behoren tot deze faculteit zijn de bacheloropleidingen Creatieve Therapie, Ergotherapie en Verpleegkunde, de masteropleiding Vaktherapieën en de Businessunit zorg/contractactiviteiten. Het doel van de M-ANP is het verbreden en verdiepen van competenties van ervaren hbo-verpleegkundigen. In de M-ANP opleiding verwerven verpleegkundigen competenties die traditioneel tot het medisch domein horen en verdiepen de reeds aanwezige verpleegkundige competenties van ervaren hbo-verpleegkundigen tot masterniveau, zodat zij kunnen inspelen op de veranderde zorgvraag en daar ook juridisch voor bevoegd zijn. De leidraad hierbij is naast wetenschappelijke en vakinhoudelijke theorie, de steeds veranderende dynamiek van de praktijk. In het voorjaar van 2009 studeren er 30 studenten aan de opleiding. Sinds 2005 stromen er jaarlijks tussen 11 en 18 studenten in. In 2007 zijn de eerste studenten afgestudeerd. Het kernteam kent een totale omvang van 3,0 fte verdeeld over twaalf personen. 1.3
Werkwijze
De beoordeling van de opleiding door het panel verliep volgens de werkwijze zoals die is neergelegd in het Beoordelingsprotocol van NQA. Deze werkwijze wordt hieronder beschreven. NQA onderscheidt drie fasen in het visiteren: de voorbereidingsfase, het eigenlijke bezoek door het panel en de rapportagefase. Hieronder volgt een korte toelichting per fase. De voorbereidingsfase Allereerst heeft een NQA-auditor het zelfevaluatierapport gecontroleerd op kwaliteit en compleetheid (de validatie) en daarmee op bruikbaarheid voor de visitatie. Vervolgens bereiden de panelleden zich in de periode mei 2009 inhoudelijk voor op het bezoek d.d. 10 juni 2009. Zij bestudeerden het zelfevaluatierapport (en bijlagen), formuleerden hun voorlopige oordelen op basis van argumenten en zij formuleerden vraagpunten. Zij gaven hun bevindingen door aan de NQA-auditor. Op basis van een overzicht van voorlopige oordelen inventariseerde de NQA-auditor tenslotte kernpunten en prioriteiten voor materialenonderzoek en gesprekken. Tijdens een voorbereidende vergadering is het bezoek door het panel voorbereid.
8/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
De opleiding heeft in haar zelfevaluatierapport kenbaar gemaakt voor welk domeinspecifiek referentiekader zij kiest. De NQA-auditor heeft met de domeindeskundigen in het panel bekeken of sprake is van adequate domeinspecifieke doelstellingen, of dat nadere aanvulling dan wel nadere specificatie nodig is. In het facetrapport is aangegeven op welke landelijke beroeps- en opleidingsprofielen het domeinspecifieke kader (en het opleidingsprogramma) is gebaseerd. Het bezoek door het panel NQA heeft een bezoekprogramma ontwikkeld voor de (dag-)indeling van het bezoek door het panel dat is aangepast aan de specifieke situatie van de opleiding (bijlage 3). Er vonden gesprekken plaats met het opleidingsmanagement, docenten, studenten, afgestudeerden en met werkveldvertegenwoordigers. Aan het begin en tijdens het bezoek heeft het panel ter inzage gevraagd materiaal bestudeerd. Tussen de gesprekken door heeft het panel ruimte ingelast om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen-)oordelen. De bevindingen zijn door de panelleden beargumenteerd. Aan het einde van het bezoek heeft de voorzitter een mondelinge terugkoppeling gegeven van enkele indrukken en ervaringen van het panel, zonder expliciete oordelen uit te spreken. De fase van rapporteren Door NQA is, op basis van de bevindingen van het panel, een tweeledige rapportage opgesteld, bestaande uit een facetrapport en een onderwerprapport, waarin de kwaliteit van de opleiding is beoordeeld. Met dit rapport kan de opleiding accreditatie aanvragen bij de NVAO. De opleiding heeft in augustus 2009 een concept van het totaalrapport (deel A en deel B) voor een controle op feitelijke onjuistheden ontvangen. Naar aanleiding daarvan zijn enkele wijzigingen aangebracht en is het totaalrapport voor een laatste controle op feitelijke onjuistheden in september 2009 aan de opleiding voorgelegd. Het definitieve rapport is door het panel vastgesteld in september 2009. Het visitatierapport is uiteindelijk in september 2009 ter beschikking gesteld aan de opleiding, die het samen met de accreditatieaanvraag kan indienen bij de NVAO. 1.4
Oordeelsvorming
In dit hoofdstuk wordt per onderwerp een oordeel uitgesproken op basis van weging van de facetten die van dat onderwerp deel uitmaken. Bij deze weging spelen de beslisregels zoals die door NQA in het Beoordelingsprotocol zijn geformuleerd en nader uitgewerkt in de notitie Handreiking voor oordeelsvorming een belangrijke rol. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een herhaling gegeven van de oordelen op de facetten gevolgd door een weging die leidt tot het eindoordeel. De (uitgebreide) argumentatie is te vinden in het facetrapport. De opleiding heeft bij het aanbieden van haar zelfevaluatierapport op een tweetal facetten een oordeel excellent aangevraagd. Het betreft de facetten 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma en 3.3 Kwaliteit personeel.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
9/69
1.5
Oordelen per facet en onderwerp
Totaaloverzicht van oordelen op facet- en onderwerpniveau Onderwerp/Facet
Opleiding hbo-master Advanced Nursing Practice
Onderwerp 1 Doelstellingen opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen 1.2 Niveau master 1.3 Oriëntatie HBO master Totaaloordeel Onderwerp 2 Programma 2.1 Eisen HBO 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma 2.4 Studielast 2.5 Instroom 2.6 Duur 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud 2.8 Beoordeling en toetsing Totaaloordeel Onderwerp 3 Inzet van personeel 3.1 Eisen HBO 3.2 Kwantiteit personeel 3.3 Kwaliteit personeel Totaaloordeel Onderwerp 4 Voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen 4.2 Studiebegeleiding Totaaloordeel Onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten 5.2 Maatregelen tot verbetering 5.3 Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld Totaaloordeel Onderwerp 6 Resultaten 6.1 Gerealiseerd niveau 6.2 Onderwijsrendement Totaaloordeel
10/69
Goed Goed Goed Positief Goed Voldoende Goed Goed Goed Voldaan Goed Goed Positief Goed Goed Goed Positief Goed Goed Positief Voldoende Goed Goed Positief Goed Goed Positief
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Doelstellingen opleiding Aan de drie facetten behorend bij het onderwerp Doelstellingen opleiding is het oordeel ´goed´ toegekend. Het oordeel op het onderwerp is voor de opleiding derhalve positief. Programma Aan de facetten Eisen HBO, Samenhang in opleidingsprogramma, Studielast, Instroom, Afstemming tussen vormgeving en inhoud en Beoordeling en toetsing is het oordeel ´goed´ toegekend. Aan het facet Relatie doelstellingen en inhoud programma is het oordeel ‘voldoende’ toegekend. Aan het criterium bij het facet Duur wordt voldaan. Het oordeel op het onderwerp is voor de opleiding derhalve positief. Inzet van personeel Aan de drie facetten behorend bij het onderwerp Inzet van personeel is het oordeel ´goed´ toegekend. Het oordeel op het onderwerp is voor de opleiding derhalve positief. Voorzieningen Aan de twee facetten behorend bij het onderwerp Voorzieningen is het oordeel ´goed´ toegekend. Het oordeel op het onderwerp is voor de opleiding derhalve positief. Interne kwaliteitszorg Aan de facetten Maatregelen tot verbetering en Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld is het oordeel ‘goed’ toegekend en aan het facet Evaluatie resultaten is het oordeel ´voldoende´ toegekend. Het oordeel op het onderwerp is voor de opleiding derhalve positief. Resultaten Aan de twee facetten behorend bij het onderwerp Resultaten is het oordeel ´goed´ toegekend. Het oordeel op het onderwerp is voor de opleiding derhalve positief. Totaaloordeel Op grond van voorgaand schema en de inhoudelijke onderbouwing daarvan blijkt dat de opleiding op de zes onderwerpen positief scoort. De conclusie is dat het totaaloordeel over de opleiding positief is.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
11/69
12/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Deel B: Facetten
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
13/69
14/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Onderwerp 1
Facet 1.1
Doelstelling van de opleiding
Domeinspecifieke eisen
Goed
Criterium - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De eindkwalificaties van de hbo-master Advanced Nursing Practice (M-ANP) zijn beschreven in het Competentieprofiel M-ANP 2007. De hierin beschreven kerncompetenties zijn afgeleid en geordend volgens het Canadian Medical Education Directions for Specialists (CanMEDS) Roles Framework, 2005. Wereldwijd wordt deze rollenstructuur als standaard gehanteerd voor het opleiden van medisch specialisten. De zeven rollen zijn: klinisch expert, communicator, teamwerker, manager van processen, belangenbehartiger, wetenschapper en professional. • Afstemming over de eindkwalificaties van de opleiding vindt plaats in het landelijke opleidingenoverleg (LOO) voor M-ANP waaraan de opleiding uit Heerlen deelneemt. Het panel heeft notulen van het LOO M-ANP ingezien. Via het LOO M-ANP vindt onder andere afstemming met het werkveld plaats (zie ook 1.3). Daarnaast zijn de competentieprofielen van ANP-opleidingen in Nederland in het landelijk overleg vergeleken met het competentieprofiel van de nurse practitioner van de branchevereniging V&VN(1) (2004). De vergelijking laat zien dat de gehanteerde competenties volledig overeenkomen, alleen ordening en formulering verschillen. Dit komt overeen met de landelijke afspraken die gelden voor de opleidingen ANP. • Op basis van bestudering van materiaal stelt het panel vast dat het competentieprofiel van de opleiding aansluit bij de internationale beroepsprofielen die zijn vastgesteld door de National Organization of Nurse Practitioner Faculties (NONPF, 2006). Daarnaast heeft de opleiding een vergelijking gemaakt met het competentieprofiel dat in de U.S.A. wordt gebruikt voor master ANP-opleidingen hetgeen laat zien dat dezelfde CanMEDS-rollen in de opleiding centraal staan. • Met de M-ANP biedt Hogeschool Zuyd een brede opleiding in het medisch domein waarmee zij inspeelt op de ervaring en werkcontext van de hbo-bachelor verpleegkundige. In het opleidingsprogramma wordt een accent gelegd op het klinisch handelen (de integratie van verpleegkundig en medisch handelen), het zogeheten ‘wetenschappelijke karakter’ van de opleiding en op zorginnovaties via de rollen Professional en Communicator (Competentieprofiel M-ANP 2007). Op die wijze geeft MANP van Hogeschool Zuyd een eigen kleur aan het profiel dat de ANP-opleidingen in Nederland gebruiken.
1 V&VN: Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (branchevereniging)
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
15/69
•
Het panel beoordeelt de eindkwalificaties als passend bij de opleiding. Deze zijn een logisch gevolg van de landelijk gemaakte afspraken die gelden voor de ANP-opleidingen in Nederland. Daarbij stelt het panel vast dat de opleiding samenwerkt met het regionale werkveld en de Universiteit Maastricht voor de verdere inhoudelijke uitwerking van het profiel.
Facet 1.2
Niveau master
Goed
Criterium - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een master. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De opleiding hanteert de Dublin descriptoren voor de duiding van het hbo-masterniveau. In de notitie Dublin descriptoren toegepast op opleiding M-ANP, november 2008 heeft de opleiding de relatie tussen de Dublin descriptoren en de eindkwalificaties helder weergegeven. • In het Zelfevaluatierapport heeft de opleiding een tabel opgenomen waarin wordt beschreven hoe de Dublin descriptoren aansluiten bij de competenties en rollen. Deze koppeling is ook inzichtelijk gemaakt in het Competentieprofiel. • De opleiding geeft aan dat Dublin descriptor ´kennis en inzicht´ onder andere aan de orde komt in de competenties van de rollen: klinisch expert, teamworker en wetenschapper. De Dublin descriptor ´oordeelsvorming´ komt terug in de competenties bij de rollen: wetenschapper en manager van processen. De competenties zijn in bijlage 5 opgenomen. • Op grond van de het bestudeerde materiaal stelt het panel vast dat de gehanteerde eindkwalificaties van de opleiding overeenkomen met het vereiste hbo-masterniveau.
Facet 1.3
Oriëntatie HBO master
Goed
Criteria - De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. - Een hbo-master heeft de kwalificaties voor het niveau van zelfstandig en/of leidinggevend beroepsbeoefenaar in een beroep of spectrum van beroepen, dan wel het niveau van het functioneren in een multidisciplinaire omgeving waarin een hbo-opleiding vereist is of dienstig is. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Het doel van de opleiding is hbo-verpleegkundigen binnen een specialistisch gebied met ten minste twee jaar werkervaring breed op te leiden tot hbo-masterniveau. De gehanteerde eindkwalificaties (zie 1.1) zijn daarvoor, mede op basis van landelijke
16/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
•
•
afspraken, ontleend van de internationaal vastgestelde beroepsrollen: de CanMEDSrollen. De onder de zeven rollen uitgewerkte kerncompetenties getuigen van het gewenste hbo-masterniveau (zie 1.2). De hbo-masteropleiding leidt op tot het beroep van nurse practitioner op hbomasterniveau, ook wel ‘verpleegkundig specialist’. De nurse practitioner kan adequaat en zelfstandig de zeven beroepsrollen (CanMEDS) uitvoeren, functioneert zowel in het verpleegkundig als het medische domein en is in staat om een aantal taken, die tot het domein van de arts horen, over te nemen. Daarin onderscheidt de nurse practitioner zich van de hbo-verpleegkundige. De nurse practitioner werkt altijd samen met artsen, medisch specialisten en huisartsen. Invulling van de competenties in de praktijk gebeurt door de nurse practitioner vanuit het perspectief van de verpleegkunde. Door de medisch specialist gebeurt dit vanuit het perspectief van de geneeskunde. Bestudering van documentatie laat zien dat het regionale beroepenveld wordt geraadpleegd via de werkveldcommissie van de opleiding. Daarin hebben afgevaardigden uit verschillende sectoren van de gezondheidszorg zitting. De werkveldcommissie komt ten minste een keer per jaar plenair bijeen. Daarnaast worden leden op individuele basis, en wanneer gewenst in subgroepen, geraadpleegd rondom specifieke thema’s. Het panel heeft notulen van de werkveldcommissie ingezien en met leden van de commissie gesproken en constateert dat de commissie, door participatie aan inhoudelijke discussies en het formuleren van adviezen, de opleiding van feedback voorziet. Verder is de opleiding actief in het werkveld. Naast deelname aan het LOO M-ANP is de opleiding betrokken bij verschillende activiteiten in het land, zoals het VBOC-project(2) en heeft de coördinator van de M-ANP geparticipeerd in de landelijke werkgroep ter oprichting van het Assessment Centrum Verpleegkundig Specialist (ACVS) ter vaststelling van instroom en EVC en in het College Specialisme Verpleegkunde.
Onderwerp 2
Facet 2.1
Programma
Eisen HBO
Goed
Criteria - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied/de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk.
2 VBOC: Verpleegkundige Beroepsstructuur en OpleidingsContinuüm.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
17/69
Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Via diverse opdrachten werken studenten aan de zeven rollen en de daarbij behorende competenties. Bestudering van het studiemateriaal van de modulen laat zien dat de opleiding binnen iedere module gebruik maakt van relevant, actueel en aan de praktijk ontleend materiaal, vakliteratuur en wetenschappelijke literatuur van nationale en internationale bronnen. In de klinische modulen en in de coachgroepen wordt onder meer gebruik gemaakt van casuïstiek uit de beroepspraktijk en in het eerste jaar wordt met een wetenschappelijk artikel gewerkt, dat studenten moeten beoordelen op methodologische kwaliteit. Afhankelijk van de opdracht en de werksetting van de student, maken studenten van verschillende bronnen gebruik. Het panel heeft de gebruikte literatuur ingezien en stelt vast dat het generieke aanbod getuigt van voldoende kwaliteit. Dit aanbod is zeer omvangrijk en fungeert als een soort databank voor studenten die afhankelijk van hun project voor bepaalde literatuur kiezen. Het gehanteerde studiemateriaal beschouwt het panel als relevant voor de ontwikkeling van de vereiste kennis en vaardigheden die de beroepsrollen vragen. Daarbij merkt het panel op dat er geen referenties in de modulen zijn opgenomen. Dit beschouwt het panel, in het licht van de vereiste zelfstandig onderzoekende houding, als een gemis. • De werkomgeving van de student geldt als vertrekpunt voor het onderwijs. Dit past in de duale opzet van het programma. In de werkomgeving voert de student diverse opdrachten uit. Daarnaast brengt de student vanuit zijn of haar beroepsomgeving casuïstiek in waar vanuit studentgroepen op wordt gereflecteerd. Op deze manier komt de student ook in aanraking met ervaringen van andere studenten. • In de module Wetenschapper 1 in het eerste leerjaar wordt de rol van de nurse practitioner bij het uitdragen en toepassen van (wetenschappelijke) kennis gebaseerd op onderzoeksresultaten behandeld. Centraal staan vaardigheden in het beoordelen van wetenschappelijk onderzoek in relatie tot het diagnostisch en therapeutisch proces, en zijn voorwaardelijk voor het toepassen van evidence based practice (EBP). In de klinische modulen worden de principes van EBP toegepast op de gezondheidsproblemen en patiëntengroepen die centraal staan in deze modulen. In het tweede jaar wordt de module Wetenschapper 2 gegeven en deze is gericht op de uitvoering van onderzoek. Studenten beschrijven een inleiding en methodesectie van het project ten behoeve van de masterthesis in de vorm van wetenschappelijk artikel in een tijdschrift. Hierna kan de student kiezen voor een stroom gericht op het verwerven van kennis en vaardigheden voor kwalitatieve dan wel kwantitatieve onderzoeksmethodieken. Dit is ondersteunend naar de uitvoering van de masterthesis waarmee de student de opleiding af sluit. Voor de masterthesis voert de student een project uit omtrent een zorginnovatie waarin een probleem uit de eigen beroepspraktijk aan de orde wordt gesteld en waarvoor via empirisch onderzoek aanbevelingen worden geformuleerd. • Actuele verbanden met ontwikkelingen in het vakgebied worden vanuit de verschillende praktijksituaties ingebracht, te weten: - de praktijksituaties van studenten; studentervaringen zijn onderwerp van discussies van studentgroepen; - de inbreng van docenten; zij brengen ontwikkelingen in het vakgebied in en stellen deze aan de orde in het onderwijs via casuïstiek, aanbevolen artikelen en colleges. Studenten uiten zich hierover in het gesprek met het panel tevreden.
18/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
-
•
•
• •
•
de inbreng vanuit het werkveld vanuit discussies met de werkveldcommissie van de opleiding. De ontwikkeling van beroepsvaardigheden vindt plaats in de binnenschoolse programmaonderdelen als mede in de praktijk van de student (buitenschools leren). Bij het binnenschools leren ligt de nadruk op het aanleren van relevante skills, waarbij gebruik wordt gemaakt van onder andere de skillslabs van de Hogeschool Zuyd en de Universiteit Maastricht. Hier leren studenten relevant fysisch diagnostisch onderzoek uitvoeren. In de vijf modulen ‘Klinische Expert’ wordt de student geleerd om klinisch te redeneren en besluiten te nemen rondom diagnose, prognose, resultaten, interventies en evaluatie op verschillende medische en verpleegkundige gebieden. De ordening van onderwerpen is afgeleid van de Internationale Classificatie van het Menselijk Functioneren (ICF). Als voordeel van dit classificatiesysteem noemt de opleiding de mogelijkheden voor interprofessionele communicatie. In de onderwijsmodule farmacologie is aandacht voor werking en toepassing van medicatie. Farmacologie is tevens geïntegreerd in de klinische modulen en in de praktische en klinische fase. Voor deze fases maken studenten six step’s(3) toegepast op de eigen praktijkvoering. In de module ‘Communicator’ wordt een goede mondelinge en schriftelijke communicatie met patiënten en artsen behandeld. In de module ‘Manager’ selecteren studenten een zorginnovatie en ontwikkelen zij een implementatieplan voor zorginnovatie in de eigen beroepspraktijk en presenteren dit. Verbanden met de actuele beroepspraktijk vloeien direct voort uit het feit dat de student werkzaam is in een relevante functie. De student werkt ten minste 32 uur per week en is ingeschreven in het BIG register als verpleegkundige. Verder dient de werkomgeving van de student opleidingsmogelijkheden te bieden in termen van begeleiding en opdrachtmogelijkheden. Dit alles wordt in het instroomtraject voorafgaand aan de opleiding bepaald (zie 2.5). Tijdens de opleiding maken ANP-studenten een studiereis naar New York waarin bezoeken aan zorginstellingen en opleidingen tot nurse practitioner plaatsvinden. Voor de inhoudelijke uitwerking van de CanMEDS-rollen heeft de opleiding samengewerkt met verschillende partners. Voor ‘klinisch handelen’ is er samengewerkt met de geneeskunde opleiding van de Faculty of Health Medicine and Life Science van de Universiteit Maastricht, met Rino Zuid Nederland en enkele klinische experts uit het werkveld. Uit de Studentenmonitor 2008 blijkt dat studenten vinden dat de opleiding voldoende voorbereidt op de beroepspraktijk, dat zij gedurende de opleiding voldoende contact hebben met de beroepspraktijk en dat de opleiding voldoende praktijkgericht is.
3 Six step: een instrument waarmee systematisch en in 6 stappen vanaf diagnose tot behandeling wordt gewerkt.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
19/69
Facet 2.2
Relatie doelstellingen en inhoud programma
Voldoende
Criteria - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheden om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken op master niveau. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • In het tweejarig programma staan de zeven beroepsrollen van het CanMEDS framework centraal waaraan de vereiste kerncompetenties zijn gerelateerd (zie 1.1). In een tabel in het Zelfevaluatierapport heeft de opleiding een matrix opgenomen waarin rollen/competenties concreet zijn gekoppeld aan de modulen. De opbouw van het programma is in het Onderwijs- en examenreglement 2008-2009 opgenomen. Deze laat zien wanneer welke module wordt aangeboden. • Het panel heeft modulen bestudeerd (Moduleboeken). Daarin zijn de competenties van de CanMEDS-rollen opgenomen in termen van (leer)doelen. De opleiding werkt binnen het programma vooralsnog niet met deelcompetenties uitgewerkt naar niveaus. Docenten geven in het gesprek met het panel aan dat zij de competenties nog naar niveaus gaan uitwerken. Het panel merkt op dat binnen het tweejarig programma in modulen soms gelijk op het vereiste hbo-masterniveau wordt gewerkt. Uitwerking van de competenties op subniveaus is dan niet nodig. De operationalisering van de competenties naar doelen is dan voldoende. • Uit de Studentenmonitor 2008 en het Leermeesteroverleg blijkt dat studenten en leermeesters tevreden zijn over het inhoudelijke niveau van het onderwijs. • De inhoudelijke uitwerking van het programma laat zien dat per onderwijseenheid meerdere rollen tegelijk aan bod komen. Bijvoorbeeld farmacologie bij klinisch redeneren. Het integraal aanbieden van meerdere rollen stemt overeen met het beroepsbeeld waarvoor wordt opgeleid. • De aangeboden modulen zijn per onderwijseenheid gestructureerd aangeboden in fasen waarbinnen integraal aan de rollen/competenties wordt gewerkt. Het programma kent drie fasen die als leerlijnen door het programma lopen: theoretisch klinische fase, praktisch klinische fase en klinisch werken fase. Voor de theoretisch klinische fase worden bijvoorbeeld in het eerste studiejaar zeven en in het tweede studiejaar vier modulen aangeboden. • De profilering van de opleiding bestaat uit een accent op de rollen van Professional en Communicator via integratie van verpleegkundig en medisch redeneren, het wetenschappelijk karakter en de aandacht voor innovaties. Integratie van verpleegkundig en medisch redeneren vindt plaats vanuit de modulen klinisch expert (rol Klinisch expert) waarin ook wordt gewerkt aan de rollen Communicator en Belangenbehartigeer. Via de masterthesis is aandacht voor zorginnovatie in de directe patiëntenzorg. Hierin staat een probleem uit de praktijksituatie van de student centraal waarvoor de student een
20/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
wetenschappelijke vraagstelling formuleert die hij of zij via een onderbouwde onderzoeksmethode uitwerkt. De opleiding profileert zich met EBP in het programma (in termen van ‘wetenschappelijk accent’, zie 1.1). In de inhoudelijke uitwerking van het programma herkent het panel het ‘wetenschappelijk’ accent via het gebruik van resultaten van wetenschappelijk onderzoek als één van de drie kennisbronnen binnen EBP, naast ervaring van werkers en referenties van patiënten. De andere twee kennisbronnen van EBP beschouwt het panel als onderbelicht waardoor, wat betreft het panel, een profilering op het gebied van EBP niet opgaat. Op grond van deze constatering beoordeelt het panel dit facet ´voldoende´.
Facet 2.3
Samenhang in opleidingsprogramma
Goed
Criterium - Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Een inhoudelijk samenhangend programma volgt uit de wijze waarop het programma is opgebouwd. Per rol zijn modulen uitgewerkt. Deze modulen worden binnen drie fasen, die als leerlijnen door het programma lopen, integraal aangeboden. Per onderwijseenheid komen in drie fasen meerdere modulen aan bod waardoor per onderwijseenheid aan meerdere rollen wordt gewerkt (zie ook 2.2). Het panel stelt vast dat de opleiding goed zorg draagt voor een inhoudelijk samenhangend programma door gedurende het hele programma in de verschillende onderwijseenheden de zeven CanMEDS-rollen centraal te stellen. • De verschillende modulen van een beroepsrol worden verspreid over twee jaar aangeboden. Een toename in niveau wordt gekenmerkt door een toename in de complexiteit van de beroepscontext waarbinnen de vereiste competenties dienen te worden verworven. Dit getuigt van verticale samenhang. De beroepsrol Klinisch Expert komt in het hele programma nadrukkelijk aan bod. In het begin van de opleiding (modulen Klinisch Expert 1 en 2 ) wordt daarbij gebruik gemaakt van simulatiepatiënten. Dit wordt opgebouwd naar opdrachten (proeven) in de klinische praktijk (module Klinisch Expert 3) en naar een assessmentprogramma, dat studenten zelf schrijven in het tweede jaar (modulen Klinisch Expert 4 en 5). Het panel stelt vast dat ook de ondersteunende modulen (farmacologie bij klinische modulen/rol Klinisch expert) worden gekenmerkt door een toename in complexiteit. • Parallel aan modulen binnen een rol worden ondersteunende modulen aangeboden. Naast de eerste vijf klinische modulen (rol Klinisch expert) wordt de module farmacologie aangeboden. Ook wordt binnen de modulen Klinisch Expert gebruik gemaakt van ICF functies, zodat het menselijk functioneren binnen deze rol samenhangend aan bod komt. Op die manier worden nodige kennis en vaardigheden voor de uitvoering van een rol integraal aangeboden. Hierdoor wordt, naast de centraal gestelde rol Klinisch expert, ook gewerkt aan de rollen Communicator en Belangenbehartiger. Verder komen in de modulen ANP i.o. alle zeven CanMEDS-rollen integraal aan bod. Hierbij worden
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
21/69
•
•
•
verschillende vakgebieden, zoals anatomie en fysiologie, geïntegreerd aangeboden. Het panel stelt vast dat het programma ook een horizontale samenhang kent binnen de onderwijseenheden. Per rol wordt een aantal modulen vanuit de opleiding (binnenschools) aangeboden en werkt de student een aantal moduleopdrachten uit in zijn of haar beroepspraktijk. Via de theoretische klinische fase, een praktisch klinische fase en een klinisch werken fase, is de samenhang tussen de theorie en de praktijk in het programma opgebouwd (OER). Daarbinnen werkt de student aan opdrachten op school en in de eigen praktijk. Het panel stelt vast dat via de duale opzet van het programma continu uitwisseling tussen theorie en praktijk plaatsvindt. Modulen worden geëvalueerd onder studenten en docenten. Uitkomsten van evaluaties worden in het docentenkernteam besproken en kunnen leiden tot aanpassing van het programma. Uit de Studentenmonitor 2008 blijkt dat studenten de samenhang in het programma als voldoende beoordelen. De opleiding heeft op dit facet een excellente beoordeling aangevraagd. Het panel beoordeelt de inhoudelijke samenhang in het opleidingsprogramma goed, maar kan op basis van de aangedragen bewijslast niet onderschrijven dat deze samenhang excellent is. De leden van het visitatiepanel hebben totaal acht van de negen ANP-opleidingen in Nederland gezien en kunnen ook vanuit dat perspectief niet de geclaimde uniciteit in de samenhang of excellente uitwerking van de samenhang in het opleidingsprogramma beamen.
Facet 2.4
Studielast
Goed
Criterium - Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De studielast van het totale onderwijsprogramma bedraagt 120 EC, 60 EC per studiejaar. • De opleiding gaat uit van een gemiddelde studiebelasting van 40 uur per week. Iedere twee weken is een onderwijsdag gepland van 8 uur. Dit is exclusief persoonlijke begeleidingsgesprekken. De 8 uren maken onderdeel uit van de studiebelasting van 40 uur. Daarnaast werken studenten allemaal verplicht ten minste 32 uur per week in een relevante functie. De werkplek van de student maakt onderdeel uit van de opleiding. Criteria die hierbij van toepassing zijn, worden bij de instroom tot de opleiding besproken. Bij alle studenten wordt dit in een overeenkomst met de werkgever vastgelegd. Op die manier wordt ook verklaard dat de student in de gelegenheid wordt gesteld om een (internationaal) congres te bezoeken en te participeren aan de studiereis naar New York. Daarnaast studeert de student in zijn eigen tijd aan (zelfstudie en opdrachten). • Naast de contacten op de opleiding, heeft de student tijdens zijn werkuren overleggen met een leermeester als onderdeel van de opleiding.
22/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
•
•
•
•
Studenten, met wie het panel heeft gesproken, geven aan dat de opleiding zwaar is, maar te doen. Studenten beschouwen de opleiding als een investering waarbij een bepaalde inzet hoort en een bepaalde zwaarte gewenst is. In het gesprek met het panel geven studenten geen blijk van struikelvakken. Wanneer studenten als gevolg van studiezwaarte uitvallen, is dat doorgaans het gevolg van privéomstandigheden. Studenten kunnen alle nodige informatie over de opleiding vinden op de elektronische leeromgeving van de opleiding Blackboard en het intranet Infonet. Op Blackboard is praktische informatie te vinden, zoals modulen en les- en tentamenroosters. Resultaten zijn voor studenten in te zien via Infonet/Osiris. Het kernteam en docenten voeren twee keer per jaar een studentbespreking, waarin de individuele studievoortgang van de studenten centraal staat (notulen kernteam studievoortgang per student). De examencommissie onderhoudt de contacten met de werkgever en leermeester indien er ernstige vertragingen optreden in de studievoortgang. Studenten met een ernstige vertraging krijgen een individueel traject aangeboden. Ieder student stelt bij de start van zijn opleiding een competentieontwikkelingsplan (COP) op, dat is gebaseerd op het competentieprofiel van de opleiding. Hierin zijn individuele leerdoelen van de student opgenomen. Deze zijn afgeleid van de functie-eisen die vanuit de werkomgeving van de student aan de functie nurse practitioner gesteld worden. Het COP dient gedurende de opleiding voor de student als leidraad voor de ontwikkeling van de vereiste competenties. Op basis hiervan wordt via de opdrachten bewijsmateriaal verzameld en worden proeven afgenomen (zie verder 2.8). Uit de Studentenmonitor 2008 en Alumnimonitor 2009 blijkt dat de studielast hoog is. Alumni geven in de HBO-Monitor aan dat de opleiding voldoende aandacht hiervoor heeft door belemmeringen zoveel mogelijk weg te nemen. Studenten bevestigen dit in het gesprek met het panel. Dit gebeurt via persoonlijk contact tussen student en docent of in begeleidingsgesprekken. Indien gewenst wordt gekeken op welke wijze het programma voor een student kan worden ingevuld, zodat zo min mogelijk vertraging wordt opgelopen. Het COP van de student dient hiervoor als leidraad.
Facet 2.5
Instroom
Goed
Criterium - Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: bacheloropleiding en eventueel (inhoudelijke) selectie. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De opleiding hanteert de volgende instroomeisen: - een afgeronde hbo-bacheloropleiding tot verpleegkundige (of een equivalent daarvan); - registratie in het BIG register als verpleegkundige; - ten minste twee jaar relevante werkervaring in een specialisme; - een dienstverband van minimaal 32 uur per week.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
23/69
•
•
•
•
•
•
•
Twee leden van het kernteam houden met elke aankomende student een aanmeldingsgesprek. De student vult hiervoor een zogeheten studieloopbaanformulier in. Tijdens het aanmeldingsgesprek komen de vooropleiding, de werkervaring, de motivatie, de leerbekwaamheid, het beroepsbeeld en de verwachtingen ten aanzien van de opleiding aan de orde. Ook worden mogelijke kennis- of ervaringslacunes besproken en mogelijke vrijstellingen binnen het studietraject bekeken (OER MANP). Bij inschrijving voor de opleiding wordt een leerovereenkomst afgesloten (zie 2.4) om beschikbaarheid en betrokkenheid van de werkgever ‘vast te leggen’, aangezien een deel van de opleiding plaatsvindt in de praktijk van de student. Aan het einde van ieder studiejaar dient de student een verklaring van de werkgever te overleggen waaruit blijkt dat de student gedurende het jaar zijn reguliere werkzaamheden als nurse practitioner heeft uitgevoerd (ten behoeve van toekenning studiepunten klinische fase). Indien aspirant studenten niet overtuigend aan de gestelde instroomeisen voldoen, wordt een intake assessment gehouden. Het panel heeft het intake assessment ingezien en stelt vast dat de zeven CanMEDS-rollen hierin als uitgangspunt gelden en dat het instrument ertoe dient het aanwezige hbo-niveau vast te stellen. Wanneer een aankomend student denkt vrijstellingen te kunnen krijgen op grond van opleidingen en/of opgedane werkervaring wordt een zogeheten EVC-procedure in gang gezet. De EVC-procedure die wordt gehanteerd is de landelijk ontwikkelde procedure voor ANP-opleidingen. De geregistreerde verpleegkundige met een afgeronde studie Gezondheidswetenschappen kan buiten de EVC-procedure om vrijstelling krijgen. Per afstudeerrichting van de studie Gezondheidswetenschappen wordt gekeken welke vrijstellingen dit zijn. De Examencommissie behandelt de schriftelijke verzoeken van de kandidaten aangaande vrijstellingen en stelt uiteindelijk de toegekende vrijstellingen vast en of dit leidt tot een individuele of verkorte route. Op het moment van de visitatie is nog geen enkele student toegelaten tot een verkorte route. Voorafgaand aan de opleiding worden studenten over de opzet van de opleiding geïnformeerd via de voorlichtingsbrochure M-ANP. Daarnaast worden studenten in een persoonlijk gesprek over de opzet en inhoud van de opleiding geïnformeerd en kunnen zij informatie vergaren via de website van de opleiding die zij via de algemene website van de hogeschool kunnen raadplegen. Studenten met wie het panel heeft gesproken, geven aan dat vooral ‘het studeren’ hetgeen is waar zij weer aan moeten wennen: de tijd die dit in beslag neemt. Niet zozeer de werkvormen. Het werken met een COP en een portfolio wordt als een grote meerwaarde voor hun eigen werksetting beschouwd. Leermeesters reageren hierop, in het gesprek met het panel, eveneens positief. De opleiding is inhoudelijk afgestemd op de hbo-bachelor verpleegkunde. De opleiding geeft in het Zelfevaluatierapport het onderscheid met de bachelor verpleegkunde weer. Dit laat zien dat de M-ANP voortborduurt op de kennis en werkervaring van de bachelor verpleegkunde en deze verder verdiept en verbreedt binnen de zeven CanMEDS-rollen tot het hbo-masterniveau, zodat in het verlenen van de specialistische zorg meer en/of complexere taken en verantwoordelijkheden in vergelijking met een uitvoerend verpleegkundige.
24/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
Hogeschool Zuyd heeft de Code of Conduct getekend voor studenten die van buiten Europa onderwijs aan de hogeschool volgen. Dit is tot op heden niet aan de orde bij de M-ANP.
Facet 2.6
Duur
Voldaan
Criterium - De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-master: minimaal 60 studiepunten/European credit points. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De studielast van de gehele opleiding bedraagt 120 EC, 60 EC per jaar. De opleiding heeft in de bijlage bij het OER de verdeling van studiepunten vermeld.
Facet 2.7
Afstemming tussen vormgeving en inhoud
Goed
Criteria - Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. - De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De didactische uitgangspunten van de hogeschool zijn van toepassing op de vormgeving en uitvoering van het onderwijs binnen de opleiding ANP welke zijn beschreven in het onderwijskader Maatwerk, een patroon wordt zichtbaar, Kernteam Maatwerk Hogeschool Zuyd, 2005 Heerlen. Dit betekent dat de principes van competentiegericht leren en vraagsturing leidend zijn in het programma. Het panel stelt vast, dat daarbij de competenties van de zeven CanMEDS-rollen als uitgangspunt gelden samen met de beroepssituatie van de student. • Aanvullend op de uitgangspunten van de hogeschool gaat de opleiding binnen haar programma uit van ‘action learning’: de student wordt geacht beroepsproblemen uit de praktijk in te brengen als onderdeel van het eigen leerproces. De inpassing van de eigen werkervaring wordt gerealiseerd door oefeningen, het trainen in de eigen praktijk, actief gerichte reflectie op de (huidige) werkervaring en het (huidig) leren. • Naast de genoemde activiteiten maakt de opleiding in het onderwijs gebruik van de volgende werkvormen: werkgroepen, responsiecolleges, competentieontwikkelingsplan en vaardigheidsonderwijs. Per module zijn de gehanteerde werkvormen en activiteiten in de modulehandleiding opgenomen, bijvoorbeeld: “Life in a bag”, Selfassessment en 360 graden feedback. • Studieloopbaanbegeleiding is onderdeel van het hele programma en vervult een belangrijke rol in de ontwikkeling van de competenties van de individuele student. Vanuit studieloopbaanbegeleiding worden studenten gestimuleerd tot reflectie en zelfstandig handelen, zoals bij het invullen van de activiteiten in het kader van action learning.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
25/69
•
•
•
Het panel stelt vast dat de opleiding goed aandacht besteedt aan het leren in interactie en samenwerking met anderen. De opleiding beschouwt dit ook als belangrijk. In het verlengde hiervan maakt de opleiding gebruik van een elektronische leeromgeving via Blackboard waarbinnen studenten samenwerken en gezamenlijk kennis construeren. Via de verschillende werkvormen/activiteiten verzamelen studenten bewijs voor hun competenties in hun digitale portfolio dat is gebaseerd op hun COP. In het portfolio worden studenten geacht kritische bewijsstukken te leveren op de zeven CanMEDSrollen. Het panel verneemt dat studenten worden geïnstrueerd op het invullen van hun portfolio. Het portfolio wordt gedurende de opleiding meerdere malen ter beoordeling voorgelegd (zie 2.8). Uit de Studentenmonitor 2008 en de Module evaluaties blijkt dat studenten de verschillende werkvormen positief waarderen. Studenten bevestigen dit in het gesprek met het panel.
Facet 2.8
Beoordeling en toetsing
Goed
Criterium - Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De opleiding heeft haar uitgangspunten ten aanzien van beoordeling en toetsing vastgelegd in het visiedocument van de opleiding, het OER M-ANP en de afzonderlijke Modulehandleidingen. • Uit het OER M-ANP blijkt dat de opleiding het beleid van de hogeschool volgt hetgeen aansluit bij de didactische vormgeving van het programma. Ook zijn afspraken ten aanzien van de inrichting van tentamens en examens in het OER M-ANP opgenomen. Per studiejaar kan een student een onvoldoende beoordeling eenmaal herkansen. • De examencommissie van de opleiding is verantwoordelijk voor het vaststellen van toetsen en beoordelingen, het bewaken van het masterniveau, het vaststellen van toetsuitslagen, het toekennen van studiepunten, verlenen van vrijstelling en is eindverantwoordelijke voor de kwaliteit van het assessmentprogramma. Ook analyseert de examencommissie jaarlijks een proeve op basis van kwaliteitscriteria (Baartman e.a., 2006). Resultaten worden met de planninggroep besproken en leiden tot gewenste verbeteringen (jaarverslagen examencommissie). • Ten behoeve van de borging van de kwaliteit maakt de opleiding gebruik van door het docententeam gevalideerde beoordelingslijsten. Daarnaast worden toetsen en beoordeling intercollegiaal met enige regelmaat besproken. In studentbesprekingen (van het docentenkernteam) wordt per student de voortgang besproken en staat de interbeoordelaars betrouwbaarheid als vast punt op de agenda. Dit geldt ook voor de bijeenkomsten die structureel met leermeesters plaatsvinden. Bij individuele opdrachten maakt de opleiding verder gebruik van een plagiaatscanner om plagiaat te voorkomen.
26/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
•
•
•
•
•
In de opzet van de toetsing staan de CanMEDS-rollen/competenties centraal. De competenties van de student worden getoetst door middel van proeven van bekwaamheid en assessments. Via kritische bewijsmaterialen laat de student resultaten van het leerproces in een bepaalde context zien. Deze heeft de student verzameld in het digitale portfolio. In de beoordeling (de proeve) kijkt de opleiding naar het beroepsproduct (kritisch bewijs), als onderwerp van beoordeling, en het proces dat heeft geleid tot het product (via onder meer reflectieverslagen) en de contextuele factoren die de wijze van handelen beïnvloed hebben (beroepscontext van de student). Een schriftelijk verslag van het denk/redeneerproces van de student is verplicht bij elke proeve. De modulecoördinator stelt de van toepassing zijnde beoordelingscriteria vast. Deze zijn in de modulehandleiding opgenomen. Hierbij is ook de berekening van de zak-/ slaaggrens beschreven en of de toetsing formatieve of summatieve toetsing betreft. In de toetscriteria van schriftelijk werk heeft de opleiding criteria voor de vorm opgenomen. Een deel van de toetsing en beoordeling vindt plaats in de praktijk van de student. In modulehandleidingen is opgenomen wie welke onderdelen wanneer beoordeelt: de coach (van de opleiding), de leermeester (uit de praktijk van de student) en/of beide. Bestudering van het materiaal laat zien dat de competentieontwikkeling bij studenten over onderdelen die binnenschool plaatsvinden (theoretisch klinische fase) worden beoordeeld via proeven van bekwaamheid. De proeven van bekwaamheid over de modulen klinisch expert 3, 4 en 5 vinden plaats in de praktijk van de student en worden mede beoordeeld door de leermeester van de student en/of andere deskundige assessoren in het werkveld van de student. De competentieontwikkeling van de Praktisch klinische fase wordt middels portfolio assessment en een voortgangsgesprek in de praktijk beoordeeld. Hierbij heeft de leermeester een adviserende rol. Onderdelen van de competentiebeoordeling zijn: korte klinische beoordelingen, six step’s en de competentiekaarten. Wanneer een portfoliobeoordeling onderdeel uitmaakt van de proeve, fungeert een medestudent als peer-assessor. De modulen farmacologie worden schriftelijk getentamineerd. Uitkomsten hiervan worden als kritisch bewijs in het portfolio opgenomen. Het panel beoordeelt de wijze van toetsing positief. De toetsvormen beschouwt het panel als passend bij de doelen en de opzet van de opleiding. Studiepunten voor de klinisch werken fase worden toegekend op basis van het duale deel van de opleiding. De klinisch werken fase is gekoppeld aan de praktisch klinische fase. De studiepunten van de praktisch klinische fase worden toegekend als de student zich aan de verplichtingen van de 32-urige werkweek heeft gehouden. De student moet aan de opleiding bewijs overleggen dat er geen langdurige afwezigheid is geweest en de normale werkzaamheden als nurse practitioner i.o. heeft uitgevoerd. De student rondt het programma van de opleiding af met de individuele masterthesis en het eindgesprek met de leermeester en coach in de praktijk. De criteria waaraan de masterthesis moet voldoen en de wijze waarop de eindbeoordeling tot stand komt, heeft de opleiding beschreven in het moduleboek Voorstel voor masterthesis en ANP in ontwikkeling. Deze laten zien dat de student een probleem uit zijn eigen praktijk zelfstandig op een planmatige, methodisch verantwoorde en systematische wijze uitwerkt (zie 6.1). Voor de masterthesis dient de student een plan van aanpak op te stellen dat door de eerste beoordelaar (docent van de opleiding) wordt goedgekeurd. De beoordeling van de masterthesis vindt plaats door de docentbegeleider en door een
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
27/69
•
•
•
tweede onafhankelijke beoordelaar van een van de samenwerkende organisaties (voornamelijk academisch ziekenhuis Maastricht, Universiteit Maastricht of kenniskring). Het panel beoordeelt deze opzet als goed. Toetsuitslagen worden binnen 15 werkdagen bekend gemaakt via Osiris, dat studenten kunnen inzien. Wanneer studenten toelichting op een beoordeling wensen, kunnen zij daarvoor de betreffende beoordelaar (docent) benaderen. Studenten oordelen deze werkwijze als positief. De gehanteerde kwaliteitscriteria zijn beschreven in de handleiding en in het Zelfevaluatierapport opgenomen. Haalbaarheid, vergelijkbaarheid, cognitieve complexiteit en authenticiteit zijn voorbeelden van gehanteerde criteria. In de uitvoering van de beoordelingen herkent het panel grotendeels de toepassing van de criteria. Concreet herkenbaar zijn de criteria met betrekking tot de vorm. Het aandeel van de student in een artikel/publicatie, ten opzichte van het aandeel van een leermeester, kan meer concreet worden aangegeven. Uit evaluaties van de klinische modulen blijkt dat studenten de aansluiting tussen het onderwijs, toetsing en de organisatie van de toetsing als positief waarderen. Studenten bevestigen dat in het gesprek met het panel.
Onderwerp 3
Facet 3.1
Inzet van personeel
Eisen HBO
Goed
Criterium - Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Het panel heeft de cv´s van de docenten bestudeerd en concludeert dat de achtergronden en activiteiten van docenten bijdragen aan een goede verbinding met de beroepspraktijk. Acht van de elf docenten zijn betrokken bij onderzoeksprojecten en beschikken over relevante praktijkervaring. Twee docenten combineren werken in het werkveld met het verzorgen van onderwijs binnen de opleiding. Drie docenten hebben een aanstelling als universitair docent/onderzoeker bij de Universiteit Maastricht. Ook heeft de opleiding een Amerikaanse nurse practitioner in de auditrol in dienst. • Binnen de opleiding verzorgen (medisch) specialisten uit het veld regelmatig masterclasses. Op specifieke inhoudelijke gebieden worden op die manier recente beroepsontwikkelingen ingebracht. De opleiding streeft er naar om de praktijk van het patiëntperspectief via masterclasses met ervaringsdeskundigen in te brengen. • De meest sterke verbinding met de praktijk vloeit voort uit de duale opzet van de opleiding. Iedere student is als ´nurse practitioner in opleiding´ ervaringsdeskundige. Daarbij heeft iedere student vanaf de start van de opleiding een leermeester die als opleider van de nurse practitioner in de praktijk fungeert. Leermeesters zijn altijd medisch
28/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
•
•
specialisten. In enkele gevallen wordt een verpleegkundig specialist toegevoegd aan het leermeesterschap. De opleiding organiseert jaarlijks bijeenkomsten met leermeesters. Daarin wordt ondermeer de verwachting ten aanzien van het leermeesterschap besproken. Leermeesters, met wie het panel heeft gesproken, beschouwen dit als waardevol. Bestudering van het materiaal laat verder zien dat zes medewerkers van de opleiding de afgelopen jaren één of meer (inter)nationale publicaties hebben verzorgd. Het overzicht van deskundigheidsbevordering van docenten laat zien dat in 2007-2008 scholing is ingevuld met bezoeken van congressen en symposia. De opleiding is voornemens om in de loop van 2009 een mentor-mentee-systeem van alumni met studenten in te voeren. De opleiding geeft hiervoor als reden dat de nurse practitioner nog een relatief nieuw fenomeen is in de gezondheidszorg en taakherschikking nog volop in beweging is en zij zo ook een beter zicht krijgt op de beroepsomgeving van alumni. Van alumni en studenten verneemt het panel dat zij tevreden zijn over de mate waarin docenten van de opleiding op de hoogte zijn actuele ontwikkelingen en deze inbrengen in de opleiding. Daarnaast verneemt het panel van studenten dat zij via docenten ook in contact worden gebracht met specialisten om bijvoorbeeld bepaalde vragen of casuïstiek aan voor te kunnen leggen.
Facet 3.2
Kwantiteit personeel
Goed
Criterium - Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Per 1 januari 2009 heeft de opleiding 12 personen in dienst met een formatieomvang van 3,00 fte. Elf hiervan behoren tot het onderwijzend personeel met een totaal van 2,67 fte. Negen docenten zijn momenteel direct betrokken bij het onderwijsprogramma. Eén docent die net met pensioen is, verricht nog advieswerkzaamheden ten aanzien van het programma en een docent is projectleider van de ontwikkeling van de nieuwe uitstroom variant van de M-ANP-GGZ. Eén persoon verzorgt het opleidingssecretariaat en is voor 0,35 fte in dienst. De externe medewerkers vanuit het werkveld treden op als gastdocent (0,12 fte) en specialistische docenten (0,2 fte). • De docent-studentratio is 1:10. Daarbij maakt de opleiding gebruik van docenten die als gastspreker optreden binnen specifieke programmaonderdelen en kan zij indien nodig terugvallen op gekwalificeerd personeel van opleidingen binnen de faculteit. • Binnen de faculteit wordt naast een vaste formatie gewerkt met een flexibele schil die bestaat uit onderwijzend personeel dat voor een tijdelijke periode een specifieke rol vervult of invulling geeft aan een specifiek takenpakket. Via deze flexibele schil in de personeelsformatie kunnen eventuele fluctuaties in de studentpopulatie worden
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
29/69
•
• •
opgevangen. Ook biedt de flexibele schil ruimte voor ontwikkeling en employability voor medewerkers. De opleiding sluit zich aan bij het Arbobeleid van de hogeschool (Personeelsplan 2009). Bij kortdurend ziekteverzuim worden lessen van elkaar overgenomen. De streefwaarde voor het percentage ziekteverzuim is om maximaal 0,5% af te wijken van het gemiddelde ziekteverzuim van de hogeschool. In 2008 had de faculteit te maken met een ziekteverzuim van 4,2% versus 3,7% van de hogeschool. Het percentage ziekteverzuim van de faculteit was het gevolg van langdurig zieken binnen de opleiding creatieve therapie. De opleiding geeft aan dat het ziekteverzuim in 2009 ligt op 3,6%. Bij ziekte is onderling vervanging goed mogelijk, omdat bij een module 3 à 4 docenten zijn betrokken. Docenten ervaren werkdruk. Daarbij geven zij aan de werkdruk als goed hanteerbaar te ervaren. Studenten met wie het panel heeft gesproken, geven aan dat zij hun docenten als beschikbaar en goed bereikbaar ervaren.
Facet 3.3
Kwaliteit personeel
Goed
Criterium - Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Uit de cv’s blijkt dat alle docenten academisch geschoold zijn en gekwalificeerd op onderwijskundig gebied. Drie docenten zijn gepromoveerd (waarvan twee leden van kernteam) en één docent promoveert in het najaar 2009. Dit gebeurt via de kenniskringen van de lectoraten die zijn gelieerd aan de opleiding. Drie docenten hebben een aanstelling als universitair docent/onderzoeker bij de Universiteit Maastricht. Tevens heeft de opleiding een Amerikaanse nurse practitioner in de auditrol in dienst die bovendien voor consultatie op de opleiding en andere activiteiten wordt ingezet. Het panel beoordeelt de achtergronden van de docenten als zeer goed en passend voor de M-ANP. • De leermeesters van de studenten zijn meestal medisch specialist. De verpleegkundige leermeesters hebben allemaal een academische opleiding of zijn afgestudeerd nurse practitioner. • De uitgangspunten die de opleiding hanteert voor de ontwikkeling en borging van een kwalitatief goed personeelsbestand zijn vastgelegd in het personeelsplan van de faculteit in Personeelsplan Faculteit Gezondheid en Zorg 2009. In dit plan is de systematiek voor de aansturing en ontwikkeling van personeel uitgewerkt en zijn de daarbij van toepassing zijnde uitgangspunten beschreven. De faculteit en de opleiding gaan uit van een systematiek die bestaat uit een gesprekscyclus waarbinnen jaarlijks beoordelings- en functioneringsgesprekken plaatsvinden. De gevraagde competenties van medewerkers dienen daarbinnen als uitgangspunt voor de beoordeling en ontwikkeling van de medewerker. Operationalisering van de missie van de hogeschool om een kennisinstituut
30/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
•
•
•
•
•
te zijn, is in het personeelsplan uitgewerkt. In dit licht zoekt de opleiding aansluiting bij toegepast onderzoek en evidence based practice. Dit doet zij via de kenniskringen van de lectoraten Autonomie, Participatie en Technologie in de zorg. De opleiding geeft hoge prioriteit aan de participatie van docenten in projecten en onderzoeken die de hogeschool met partners in het werkveld uitvoert. Dit verloopt grotendeels via de kenniskringen van de genoemde lectoraten. RAAKprojecten ‘de Nieuwe Manier van Werken’, ‘Samenwerken in de 1e lijn’, ‘Continuïteit in de zorg voor kwetsbare ouderen’ en het Zorginnovatiecentrum Sevagram zijn hiervan recente voorbeelden. Het onderwijs binnen de faculteit wordt verzorgd door zelfsturende teams. Het kernteam van de M-ANP is een zelfsturend team dat naast het vakgroepoverleg het hart van de organisatie en uitvoering van de opleiding vormt. Het kernteam M-ANP is verantwoordelijk voor de opleiding en draagt zorg voor de ontwikkeling, uitvoering, evaluatie en bijstelling van het onderwijs. De opleidingscommissie adviseert het kernteam. De opleiding maakt gebruik van verschillende middelen om de deskundigheid van het kernteam en de andere vaste docenten op peil te houden en te bevorderen. Voorbeelden hiervan zijn: (inter)nationaal congresbezoek, bestuderen van wetenschappelijke- en vakliteratuur of door het uitvoeren van onderzoek ten behoeve van een kenniskring. Daarnaast organiseert de opleiding aparte bijeenkomsten ten behoeve van deskundigheidsbevordering. De opleiding reserveert van elke docent 10% van de aanstellingsomvang voor deskundigheidsbevordering. Via jaarlijkse functionerings- en beoordelingsgesprekken wordt invulling gegeven aan deskundigheidsbevordering. Conclusies en afspraken naar aanleiding van het functionerings- en beoordelingsgesprek worden schriftelijk vastgelegd en ondertekend door de faculteitsdirecteur en de medewerker. De hogeschool kent een promotiebeleid (Personeelsplan faculteit 2009). Promoties binnen de faculteit worden gestimuleerd en ondersteund in samenwerking met de lectoraten. De hogeschool heeft als streven dat 15% van het onderwijsgevend personeel in 2015 gepromoveerd is. Uit evaluaties blijkt dat studenten tevreden zijn over de inhoudelijke en didactische deskundigheid van docenten. Uit de alumni monitor 2009 blijkt dat alumni de inzet van personeel en de inhoudelijke kwaliteit positief waarderen. Het panel verneemt in het gesprek met studenten en alumni eveneens dat zij tevreden zijn over de kwaliteit van de docenten. De opleiding heeft op dit facet een excellente beoordeling aangevraagd. Het panel heeft cv’s van docenten beoordeeld en constateert dat de kwaliteit van de staf goed is, maar het beschouwt dit niet als excellent zoals bedoeld in het perspectief van de NVAO. De samenstelling van het team wijkt, in de ogen van het panel, niet in positieve zin af van wat panelleden bij andere ANP-opleidingen zien.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
31/69
Onderwerp 4
Facet 4.1
Voorzieningen
Materiële voorzieningen
Goed
Criterium - De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Het onderwijs wordt verzorgd in een modern gebouw aan de Nieuw Eyckholt te Heerlen. Het gebouw wordt gedeeld met diverse andere opleidingen. De opleiding maakt gebruik van de faciliteiten van de faculteit Gezondheid en Zorg. De openingstijden van het gebouw zijn ruim (maandag tot en met donderdag van 07:00 – 21:30 uur en op vrijdag van 07:00 – 18:00 uur). • Docenten hebben een eigen werkplek met faciliteiten, zoals toegang tot Infonet. • Voor de verschillende onderwijsactiviteiten zijn diverse ruimten beschikbaar: groepsruimten met computer/beamer/whiteboard, vaardigheids- en oefenlokalen, skillslab, studielandschap, uitleencentrum gezondheidszorg, mediatheek en collegeruimten (20 – 200 personen). Binnen de hogeschool zijn voldoende computers aanwezig met internettoegang. Ook kunnen studenten gebruik maken van het studielandschap, de bibliotheek en de mediatheek van de Universiteit Maastricht. Tijdens de training fysisch diagnostisch onderzoek maken studenten van de vaardigheidslokalen van het skillslab van de universiteit gebruik. • De opleiding werkt met een elektronische leeromgeving Blackboard. Studenten en docenten kunnen ook buiten de hogeschool inloggen op Blackboard en het infonet raadplegen. Een deel van het onderwijs is via Blackboard vormgegeven/aangeboden, zoals de patiëntencasuïstiek en individuele of gezamenlijk uit te werken opdrachten. Ook het portfolio van de studenten is digitaal vormgegeven en wordt als zodanig ter beoordeling voorgelegd. • Door participatie in het hogeschoolbrede laptopproject, kunnen studenten via de hogeschool voordelig een laptop aanschaffen. • Bij het uitleencentrum Gezondheidszorg kunnen studenten onderwijsmaterialen lenen zoals oefenmaterialen, laptop en beamer. Voor de masterstudenten zijn er speciale voorzieningen. Zij kunnen onder andere een otoscoop of oorspeculum lenen. • Het studielandschap bevat relevant audiovisueel materiaal, tijdschriften en publicaties. In overleg met het kernteam heeft de bibliotheekcommissie de collectie uitgebreid. Studiemateriaal dat niet aanwezig is (zoals boeken en artikelen) kunnen via de bibliotheek besteld worden. De informatiemediair bij de bibliotheek is hiervoor vast aanspreekpunt. • Studenten oordelen positief over de beschikbare voorzieningen. Daarbij melden zij het panel dat zij voor een groot deel gebruik maken van voorzieningen die op hun werkplek beschikbaar zijn en dat wanneer zij andere literatuur of middelen nodig hebben deze van de opleiding gebruiken.
32/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Facet 4.2
Studiebegeleiding
Goed
Criteria - De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op de studievoortgang. - De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten sluiten aan bij de behoefte van studenten. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De studiebegeleiding maakt wezenlijk onderdeel uit van de opzet van het onderwijs. Het vervult een rol in de competentieontwikkeling van de student. Bij de start van de opleiding vult iedere student een studieloopbaanformulier in (zie 2.5 aanmeldinggesprek), dat als start van de studieloopbaanbegeleiding wordt gebruikt en als basis dient voor het COP, dat als leidraad dient bij de competentieontwikkeling van de student. • Vanuit de opleiding wordt de student tijdens de opleiding begeleid door een coach die het totale opleidingstraject van de student volgt. De coach begeleidt de bijeenkomsten van coachgroepen (5 – 8 studenten en een leermeester) waarin wordt gereflecteerd op inhoudelijk casuïstiek uit de beroepspraktijk van studenten. Daarnaast voert de coach voortgangsgesprekken met studenten waarin de studievoortgang van de student meer centraal staat. • Vanuit de werkplek van de student wordt de student begeleid door een leermeester die hij/zij bij aanvang van de opleiding dient te hebben. De leermeester begeleidt en beoordeelt het functioneren van de student op de werkplek door middel van voortgangsgesprekken en fungeert voor de student als rolmodel (OER M-ANP). • Bestudering van het materiaal laat zien dat de opleiding leermeesters informeert via meerdere bijeenkomsten over de inhoud van de begeleiding die zij moeten verzorgen. De rollen en taken worden doorgenomen. Taken zijn: voordoen, faciliteren, coachen en samenwerken. • Uitkomsten van de coachgroepen neemt de student op het portfolio om competentieontwikkeling zichtbaar te maken. Het COP dient daarbij als uitgangspunt. Via feedback en formatieve toetsing monitort de opleiding de ontwikkeling van de student en stuurt deze bij waar nodig. • In het eerste jaar is er drie maal een portfolio assessment; de eerste twee keer heeft het assessment een diagnostisch karakter en het derde assessment een selectief karakter. In het tweede studiejaar is er twee keer een portfolio assessment; de eerste keer is diagnostisch en het tweede assessment is selectief. • Uit het gesprek met de studenten verneemt het panel dat zij voor hun begeleiding op de werkplek veel zelf regelen en dat de opleiding daarbij de gewenste ondersteuning biedt. De opleiding houdt vanaf begin van de opleiding bijeenkomsten met de leermeesters. Vertegenwoordigers van het werkveld geven aan dat bij deze bijeenkomsten in de gaten moet worden gehouden dat leermeesters daadwerkelijk aanwezig zijn. • Naast begeleiding vanuit de opleiding is er locatiebreed specialistische begeleiding mogelijk. Naast de studentdecaan, die studenten informeert over studentenzaken zoals
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
33/69
•
•
•
studiefinanciering, studentenverzekeringen en de rechten en plichten van de student, kunnen studenten terecht bij een ombudsman of een vertrouwenspersoon. Informatievoorziening naar studenten verloopt via e-mail, Blackboard, Infonet en Osiris. Studenten wordt in het begin van de opleiding duidelijk gemaakt welke informatie zij waar kunnen vinden en hoe het allemaal werkt. Studenten uiten zich hierover tevreden tegenover het panel. Via Blackboard en e-mail houdt de opleiding studenten op de hoogte van roosterwijzigingen. Voor potentiële studenten beschikt de opleiding over een voorlichtingsbrochure met daarin informatie over het beroep en het werkveld waarvoor wordt opgeleid, de structuur en de globale inhoud van het curriculum et cetera. Ook organiseert de opleiding tweemaal per jaar een informatieavond voor potentiële studenten. Uit het Resultatenonderzoek feedback leermeesters, 26 mei 2008 blijkt dat studenten tevreden zijn over de rol van de leermeester en de mate van begeleiding. Dit bevestigen studenten in het gesprek met het panel. Uit de Studentenmonitor 2008 blijkt dat studenten tevreden zijn over de studieloopbaanbegeleiding, informatie over de opleiding, toetsing en roostering.
Onderwerp 5
Facet 5.1
Interne kwaliteitszorg
Evaluatie resultaten
Voldoende
Criterium - De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De opleiding sluit voor wat betreft haar interne kwaliteitszorg aan bij de systematiek van de Hogeschool Zuyd. Uitgangspunt in de systematiek vormt de Plan-Do-Study-Act-cyclus (PDSA) waarmee via diverse evaluatie-instrumenten continu wordt gereflecteerd op de aanwezige kwaliteitstevredenheid die indien gewenst leiden tot verbetermaatregelen. • De PDSA-cyclus wordt toegepast binnen een vierjarige strategische cyclus waarbij het instellingsplan van de hogeschool en de meerjaren beleidsplannen van de faculteit/opleiding als uitgangspunten dienen. Daarnaast wordt de PDSA-cyclus jaarlijks toegepast op operationeel niveau waarbij het jaarplan en de begroting (managementcontract) van het opleidingsmanagement met de faculteitsdirectie als uitgangspunt dient. In de begroting en het jaarplan staan de belangrijkste doelstellingen, de beoogde resultaten en de gehanteerde normen. De faculteitsdirecteur rapporteert over de voortgang en realisatie van het jaarplan aan het College van Besuur via het jaarverslag en door middel van een bilateraal overleg. • Via verschillende evaluatie-instrumenten wordt de tevredenheid gemeten op de criteria van het NVAO-kader. Op basis daarvan wordt bepaald in hoeverre de geformuleerde doelstellingen zijn behaald of eventueel verder aandacht behoeven. Jaarlijks wordt de
34/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
tevredenheid van het personeel gemeten in de personeelsmonitor. De tevredenheid van studenten wordt jaarlijks gemeten met behulp van de studentenmonitor. Voor beide monitoren geldt een norm van 3,0 op een vijfpuntsschaal. Als uitgangspunt geldt dat iedere module schriftelijk en mondeling onder studenten wordt geëvalueerd. De modulecoördinator (lid van het kernteam) is verantwoordelijk voor een juiste uitvoering van de PDSA-cyclus binnen de opleiding en bespreekt de resultaten in het kernteam. Onder alumni wordt een alumni-enquête gehouden (Alumnimonitor 2009). Andere betrokkenen uit het werkveld (vertegenwoordigers en leermeesters) worden in overleggen met de opleiding geraadpleegd. Het panel heeft hiervan notulen ingezien. De opleiding evalueert jaarlijks de doelen in het jaarplan met de faculteitsdirectie. Daarbij stelt de opleiding dat zij iedere module hiervoor schriftelijke evalueert en de uitvoering van het onderwijs bespreekt met studenten in panelgesprekken. Het panel heeft op grond van het bestudeerde materiaal geconstateerd dat dit niet altijd het geval is. Daarom komt het panel tot het oordeel ´voldoende´.
Facet 5.2
Maatregelen tot verbetering
Goed
Criterium - De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De opleiding verwerkt systematisch in de revisie van de ontwikkeling en uitvoering van het curriculum opmerkingen die voortkomen uit studentevaluaties, opleidingscommissie, kernteam, leermeesteroverleg en werkveldcommissie. • Resultaten van de interne audit, personeel- en studentenmonitor en module-evaluaties worden besproken in het kernteam. De modulecoördinator stelt vast aan welke verbeteracties er wordt gewerkt. De modulecoördinator is verantwoordelijk voor het toewijzen, uitzetten en coördineren van de verbeteracties en het monitoren ervan. • De opleiding geeft in haar Zelfevaluatierapport aan dat de gerealiseerde verbeteringen naar aanleiding van evaluatieresultaten onder andere zijn: het opstellen van richtlijnen om de kwaliteit van schriftelijke producten te verhogen, het aanscherpen van de eisen die aan de masterthesis gesteld worden op het gebied van wetenschappelijk kunnen schrijven en de ontwikkeling en implementatie van een keuzemodule. • Uit bestudering van het materiaal en de gevoerde gesprekken blijkt verder dat bijvoorbeeld naar aanleiding van de module-evaluaties onder studenten de module klinisch expert 5 en farmacologie zijn bijgesteld (Studiegids en Modulehandleidingen). • De opleiding bestaat sinds 2005. Onderliggend visitatierapport beschrijft de bevindingen na de eerste visitatie van de opleiding als bestaande opleiding. • Uit de Alumnimonitor en Studentenmonitor blijkt dat alumni en studenten tevreden zijn over de uitgevoerde verbetermaatregelen.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
35/69
Facet 5.3
Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld
Goed
Criterium - Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Medewerkers zijn op verschillende wijzen betrokken bij de interne kwaliteitszorg. Docenten zijn betrokken vanuit hun functie als docent en hun verantwoordelijkheid ten aanzien van de ontwikkeling en uitvoering van het onderwijs. Via deelname van docenten aan het docententeam, de werkveldcommissie, de examencommissie, de opleidingscommissie, de deelraad en de centrale medezeggenschapsraad brengen docenten inzichten in die de kwaliteit van het onderwijs ten goede komen. Daarnaast zijn medewerkers betrokken bij de interne kwaliteitszorg via de personeelsmonitor die jaarlijks schriftelijk wordt afgenomen en het accreditatieproces waarbij medewerkers een inbreng hebben bij de zelfevaluatie van een opleiding en het visitatiebezoek. Docenten oordelen in het gesprek met het panel tevreden over de bijdrage die zij vervullen in de kwaliteitsverbetering van het onderwijs. • Studenten zijn betrokken bij de interne kwaliteitszorg via de studentenmonitor, de module-evaluaties en deelname aan het visitatiebezoek als onderdeel van het accreditatieproces. Ook zijn studenten via de opleidingscommissie betrokken. Studenten geven in het gesprek met het aan dat zij tevreden zijn over de wijze waarop zij worden geraadpleegd door de opleiding. • Het beroepenveld is vertegenwoordigd in de werkveldcommissie van de opleiding. Deze is breed samengesteld (samenstelling werkveldcommissie) wat het panel positief beoordeeld. De werkveldcommissie heeft een adviserende rol richting de faculteitsdirecteur en de coördinator van de opleiding. Zij adviseert over: - de afstemming tussen beroepskwalificerende eisen en de ontwikkeling en de uitvoering van de opleiding; - relevante veranderingen in de markt; - de taak, functie en positie van de M-ANP binnen instellingen in het algemeen en de aansluiting tussen de M-ANP, Hogeschool Zuyd en de eigen instelling(en); - het te voeren beleid; - de behoefte aan en aansluiting op andere masteropleidingen. • Verder is het relevante beroepsveld bij de opleiding betrokken via de leermeesters met wie de opleiding structureel contacten onderhoud, zowel plenair op de school als individueel op de werkplek van de student, al dan via de student. Verder neemt een werkveldlvertegenwoordiger deel aan de examencommissie. • De tevredenheid van het werkveld over de opleiding wordt gemeten door evaluatieve bijeenkomsten. Vertegenwoordigers van het werkveld, waaronder leermeesters, geven aan tevreden te zijn over de wijze waarop zij bij de opleiding worden betrokken. Zij ervaren het contact met de opleiding als prettig.
36/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
•
Per 2007 hebben de eerste studenten de opleiding als nurse practitioner afgerond, waardoor het alumnibestand van de opleiding nog klein is. De alumni van de opleiding zijn via enquêtes bevraagd over de opleiding. Daarnaast vraagt de opleiding alumni deel te nemen aan bijeenkomsten op de opleiding en de (proef)visitatie.
Onderwerp 6
Facet 6.1
Resultaten
Gerealiseerd niveau
Goed
Criterium - De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • Voor het behalen van het eindniveau van de opleiding stelt de opleiding als eis, dat de student alle modulen met een voldoende (≥ 5,5) moet hebben afgerond en de zeven rollen aantoonbaar beheerst op voldoende niveau. Hiervoor verzamelt de student gedurende de opleiding kritische bewijzen in zijn of haar portfolio welke op verschillende momenten ter beoordeling is voorgelegd. Kritische bewijzen zijn in ieder geval: acht klinisch korte beoordelingen per jaar, afgetekend door een bekwaam clinicus in de beroepspraktijk, reflectieverslagen en twee bewijzen waaruit blijkt dat de student farmacologische interventies kan toepassen (six step’s). • De student rondt de opleiding af middels de masterthesis; een proeve van bekwaamheid waarbij de kerncompetenties van de M-ANP als uitgangspunt dienen, evenals andere criteria zoals vastgelegd in Criterialijst masterthesis en Module voorstel tot masterthesis. • Via de masterthesis laat de student zien dat hij/zij in staat is in de complexe en multidisciplinaire beroepspraktijk als M-ANP te functioneren. Voor de masterthesis voert de student een afstudeeronderzoek uit, waarin een probleem uit de praktijk van de student centraal staat welke hij/zij via een planmatige en methodologische aanpak oppakt.
•
Beoordeling van de masterthesis gebeurt door de docentbegeleider en door een tweede onafhankelijke bekwame beoordelaar van één van de met de opleiding samenwerkende organisaties, zoals het academisch ziekenhuis Maastricht, de Universiteit Maastricht of één van de kenniskringen.
•
Bestudering van het programma laat zien dat gedurende de opleiding de student moet aantonen dat hij/zij bekwaam is in alle zeven rollen van het competentieprofiel. De wijze waarop de opleiding dit heeft geborgd in de opzet van de opleiding beoordeelt het panel als goed. Namelijk in de wijze waarop studenten in het portfolio de aanwezigheid van de zeven rollen moeten aantonen en de eisen die de opleiding aan het portfolio stelt. Het panel heeft masterthesissen van afgestudeerden van de opleiding bestudeerd. Op grond daarvan en op grond van andere producten van studenten die het panel heeft ingezien, beoordeelt het panel het gerealiseerde niveau als goed. Daarbij merkt het panel op dat
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
37/69
•
•
het veranderkundig aspect van de rol van de nurse practitioner minder uit de verf komt dan het methodologisch/statistisch aspect. De opleiding dient wat betreft het panel waakzaam te zijn voor een te wetenschappelijk accent voor de hbo-masteropleiding. Het panel acht het van belang dat in de thesis de kernkwalificaties van de nurse practitioner allemaal evenwichtig tot uitdrukking worden gebracht. De opleiding laat zien dat enkele afgestudeerde nurse practitioners een (inter)nationale publicatie op hun naam hebben staan of dat zij deze aan het voorbereiden zijn, gebaseerd op hun masterthesis. Vertegenwoordigers van het werkveld uiten zich tevreden over het niveau van afgestudeerde nurse practitioners van de ANP-opleiding uit Heerlen.
Facet 6.2
Onderwijsrendement
Goed
Criteria - Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. - Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: • De opleiding gaat uit van een streefpercentage voor haar onderwijsrendement van minimaal 65% na 2 jaar. • In een bijlage van het Zelfevaluatierapport heeft de opleiding een overzicht van het onderwijsrendement toegevoegd. • Van de 18 studenten die in 2005 ingestroomd zijn, hebben na twee jaar 14 studenten (77%) en na drie jaar 15 studenten (83%) de opleiding succesvol afgerond. Twee studenten zijn uitgevallen waarvan 1 student weer gestart is. In 2006 zijn 15 studenten ingestroomd. Na twee jaar hebben elf studenten (73%) de opleiding succesvol afgerond. Twee studenten zijn gestopt en twee studenten studeren in 2009 af.
38/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Deel C: Bijlagen
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
39/69
Bijlage 1:
40/69
Onafhankelijkheidsverklaring panelleden
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
41/69
42/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
43/69
44/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Bijlage 2:
Deskundigheden panelleden
Panellid: De heer drs. A.M. Eliens
Panellid student: Mevrouw J.S.G. van Teeffelen
Relevante werkvelddeskundigheid
X
X
X
Vakdeskundigheid: Vertrouwd met meest recente ontwikkelingen
X
X
X
Vakdeskundigheid: Vertrouwd met lesgeven en beoordeling en toetsing minstens op niveau/oriëntatie te beoordelen opleiding
X
X
Onderwijsdeskundigheid
X
X
X
X
Studentgebonden deskundigheid
Visitatiedeskundigheid
Panellid NQA: Mevrouw M. Snel B HRM
Panellid: De heer drs. B.J.A.M. van Bergen
Deskundigheid cf. Protocol VBI’s
X
X
X
X
De panelleden hebben een onafhankelijkheidsverklaring ondertekend. Nadere informatie over de achtergronden van de panelleden:
De heer drs. B.J.A.M. van Bergen De heer Van Bergen is ingezet vanwege zijn domeindeskundigheid op het gebied van gezondheidszorg, zijn onderwijsdeskundigheid door zijn ervaring in w.o. en het hbo in verschillende functies en zijn auditdeskundigheid, verkregen door betrokkenheid bij visitaties in wo en hbo. De heer Van Bergen beschikt bovendien over relevante werkveld-deskundigheid en internationale deskundigheid op het vakgebied. Voor deze visitatie is hij aanvullend individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
45/69
Opleiding: 1966 – 1972
Sociologie Universiteit van Amsterdam
Werkervaring: o.a. 1987 – 2007 Directiefuncties bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en rechtsvoorgangers. Laatste functie: faculteitsdirecteur bij de faculteit gezondheid, gedrag en maatschappij. Voorzitter sectoraal adviescollege hgzo van de HBO-Raad 1992 – heden bestuursfuncties in de gezondheidszorg. Lid van adviescommissies t.b.v. de overheid. Auteur op gebied van gezondheidszorg. 2009 Lid validatiecommissie kwaliteitszorg onderzoek hbo
Panellid de heer drs. A.M. Eliens De heer Eliens is voornamelijk ingezet vanwege zijn ervaring in de gezondheidszorg en zijn deskundigheid op het gebied van gezondheidzorg-onderwijs. Hij beschikt over auditdeskundigheid door zijn ervaring als panellid bij de visitatie opleiding nurse practitioner te Groningen in 1999 en zijn vice-voorzitterschap van de landelijke visitatiecommissie HBO-V in 2000 – 2001. De heer Eliens heeft vijf jaar ervaring als docent aan de HBO-V van de Hogeschool Alkmaar en vijf jaar als hoofddocent HBO-V van de (voormalige) Hogeschool Holland. Aanvullend was hij gedurende een jaar coördinator van de nurse practitioner opleiding van INHOLLAND te Diemen, sinds 1 januari 2006 is hij docent specialist bij de ANP-opleiding van INHOLLAND. De heer Eliens heeft door opleiding en werkervaring kennis van het accreditatiesysteem, daarnaast is hij voor deze visitatie aanvullend individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding 1973 – 1976 1976 – 1978 1980 – 1984
Opleiding tot A-verpleegkundige Opleiding tot B-verpleegkundige Gezondheidswetenschappen
Werkervaring 1978 – 1979
Verpleegkundige sociowoningen Psychiatrisch Ziekenhuis Duin en Bosch te Castricum 1979 – 1980 Verpleegkundige afdeling neurologie ziekenhuis St. Annadal Maastricht 1982 – 1984 Student assistent Rijksuniversiteit Limburg Maastricht 1983 – 1988 Stafmedewerker psychiatrisch ziekenhuis Duin en Bosch te Castricum 1987 – 1993 Docent verpleegkunde Hogeschool Alkmaar 1993 – 1998 Hoofddocent verpleegkunde Hogeschool Holland 1999 – 2001 Hoofd verpleegkundig programma Kwaliteitsinstituut CBO te Utrecht 2001 – 2002 Coördinator opleiding masters ANP Hogeschool Holland 2002 – heden Programmaleider/Senior beleidsadviseur V&VN 2004 – 2006 Associate lector kenniskring Best practice in de GGZ-verpleegkunde 2006 – heden Docent specialist M-ANP Hogeschool INHOLLAND
46/69
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Mevrouw J.S.G. van Teeffelen Mevrouw Van Teeffelen is ingezet als studentpanellid. Zij heeft onlangs haar master Advanced Nursing Practice aan een andere hogeschool afgerond en werkt als nurse practitioner bij een huisartsenpraktijk. Daarnaast geeft zij voor haar eigen bedrijf trainingen voor ehbo bij een opleidingsinstituut voor BHV en aanverwante trainingen. Mevrouw Van Teeffelen beschikt over studentgebonden deskundigheden met betrekking tot de studielast, de onderwijsaanpak, de voorzieningen en de kwaliteitszorg bij masteropleidingen in de gezondheidszorg. Zij heeft ervaring als studentpanellid van haar hogeschool bij een visitatie. Voor deze visitatie is mevrouw Van Teeffelen aanvullend individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 1967 – 1970 1970 1990 en later 1993 2003 2003 2006 – 2008
Opleiding A verpleegkundige CCU opleiding Docentenopleiding EHBO, BLS, ALS, PBLS Opleiding spoedeisende hulp verpleegkundige SOSA opleiding meldkamerambulance verpl. TNCC opleiding MANP Fontys Eindhoven
Werkervaring: 1970 – 1974 1979 – 2007 1979 – 1994 1998 – 2004 2007 – heden
SEH / nachthoofd zhs Veghel Seh verpleegkundige (part-time) Ambulance verpleegkundige (part-time) Meldkamerambulance verpleegkundige NP in huisartsenpraktijk
Mevrouw M. Snel B HRM Mevrouw Snel is ingezet als NQA-auditor. Zij is in 2004 begonnen als student panellid bij NQA en heeft sinds 2005 als NQA-auditor ervaring met visiteren van bestaande en nieuwe opleidingen in verschillende sectoren binnen het hbo. Daarnaast verzorgt zij trainingen over het visitatie- en accreditatiestelsel. Door haar ervaring heeft zij tevens deskundigheid in het beoordelen van afstandsonderwijs. Zij heeft als junior personeelsadviseur gewerkt bij een grote zorginstelling voor verstandelijk gehandicapte mensen waar zij de personele zaken behartigde van ongeveer 200 medewerkers. Zij is getraind als auditor Hoger Onderwijs NQA in samenwerking met Lloyd’s Register. Opleiding: 2000 – 2004 2008 – heden
Personeel & Arbeid (bachelor HRM), Saxion Hogeschool Enschede Opleidingskunde (bachelor HRD), Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
Training: Maart 2004 November 2008
Training Auditor Hoger Onderwijs, NQA i.s.m. Lloyd’s Register Training assessor Investors in People, IiP UK Kortrijk (België)
Werkervaring: 2004 – 2005 2005 – heden
junior personeelsadviseur, de Twentse zorgcentra auditor, Netherlands Quality Agency
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
47/69
Bijlage 3:
Bezoekprogramma
Programma visitatie Master Advanced Nursing Practice op 10 juni 2009 Tijdstip Deelnemers 09.00 – 11.00 uur
Ontvangst Materiaalbestudering
(Visitatiepanel)
11.00 – 11.45 uur
Gesprek met docenten: Gerrie Bours Albine Moser Reneé Verwey Rob Feld Herbert Habets Erik van Rossum Magda van Gastel
Alle kernteamdocenten
11.45 – 12.30 uur
Gesprek met studenten: Mike Meeuwissen Ina Schutgens Philip Ulrichs Guusje Vrehen Noraly Groeneveld Els Stouten Wim Henckens
representatieve groep studenten, verspreid over studiejaren
12.30 – 13.15 uur
Lunchpauze
13.15 – 14.00
Gesprek met opleidingsmanagement: Frits Benjamins Gerrie Bours
14.00 – 14.30 uur
Gesprek met lectoren: Sandra Beurskens Luc de Witte Erik van Rossum
14.30 – 15.00 uur
Gesprek met afgestudeerden: Steph Quadvlieg Anne-Marth Lenssen Conny di Bartolomeus Anne Maria Verlaan José Heuts
48/69
Opleidingsmanagement
Recent afgestudeerden (max. 3 jaar)
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Tijdstip 15.00-16.30 uur
Gesprek met werkveld en leermeesters: Dhr. Drs. R. Ruijters Dhr P. van Putten Dhr G. Castermans Dhr. L. Bijnens Mw Prof dr. R. de Wit Mw. Dr E. van Duijnhoven Dhr. Drs.H. Wauters Mw drs. F. Prompers Mw dr. C. Lodewijks
Deelnemers leden werkveldcie. Praktijkopleiders
16.30 – 17.30 uur
Rondleiding (max. 20 min) Eventuele extra gesprekken Materiaal bestuderen Intern paneloverleg
(Visitatiepanel)
17.30 – 18.00 uur
Tweede gesprek met opleidingsmanagement en afronding
Opleidingsmanagement
18.00
Afsluitend paneloverleg
(Visitatiepanel)
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
49/69
Bijlage 4:
Overzichtslijst van door de opleiding ter inzage gelegd materiaal
Documenten Hoofdstuk 0 Nr Naam document Informatiedossier Hogeschool Zuyd, februari 2008 Innovatieplan 2005-2008 (paper-based) Beleidskaderbrief 2009 Organisatieontwerp Faculteit Gezondheid en Zorg 2006 en de bijlage organisatieontwerp Faculteit Gezondheid en Zorg 2008 Personeelsplan Faculteit Gezondheid en zorg Visiedocument M-ANP: uitgangspunten en visie. December 2008 Jaarplan 2008 en Meerjarenbeleid 2008-2011 Faculteit Gezondheid en Zorg Jaarverslag 2008 Faculteit Gezondheid en Zorg (paper-based) OER 2008-2009 Eindrapportage maatwerkproject, 2008 Overzicht instroom – uitstroom studenten M-ANP 2005-2008 Jaarplan 2009 bijlage 3 financiële kaders Faculteit Gezondheid en Zorg Begroting 2009-2013 (paper-based)
50/69
Pagina
Relevante passage
Hele document 2, 3 en 4 Hele document
Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Bijlage 1 van dit rapport 5
M-ANP
Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 1.1 Nr Res. Naam document 1 Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0 Competentieprofiel M-ANP 2007 Landelijk beroepsprofiel Nurse Practitioner & Landelijk beroepsprofiel VS CanMEDS Roles Framework, 2005 www.hszuyd.nl-masteranp Jaarverslagen Kenniskringen ter inzage (paperbased) Alle moduleboeken en lesroosters Literatuurlijst alle modules Afgesloten masterthesis ter inzage (paper-based) Programma symposium module manager 2 Notitie klinisch redeneren 2007 Module ‘klinisch expert 5’ → zie moduleboeken Notulen werkveldcommissie Notulen leermeesteroverleg
3
4
5
Overzicht leermeesters huidige cohorten Module ANP in ontwikkeling → moduleboeken Overzicht werkveldcommissieleden Overzicht contactpersonen instellingen Landelijk beroepsprofiel Nurse Practitioner Competentieprofiel NONPF, 2006 Syllabus studiereis 2008 en 2009 Competentieprofielen diverse opleidingen M-ANP in USA (paperbased) Ingevulde jobshadow framework framework studiereis 2007, 2008 Mailwisseling projectleider Notulen landelijk opleidingsoverleg, 26-4-2006/189-2006/25-6-2007/20-11-2006 en tabel ANPopleidingen VBOC rapport inclusief visie op beroep Nurse Practitioner
Pagina Relevante passage Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Alle notulen werkveldcommissie Alle notulen leermeesteroverleg Hele documenten Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document
Hele document
Besluit College Specialisme Verpleegkunde
Hele document
Projectplan M-ANP/GGZ
Hele document
Studiegids 2008-2010 Module Farmacologie → zie moduleboeken Module Klinisch Expert 1 t/m 5 → moduleboeken Folder Farmacologiecursus Overzicht deskundigheidsbevordering Opleidingsmodules → zie moduleboeken Literatuurlijst → zie vorige pagina Syllabus studiereizen 2008 en 2009 → zie vorige pagina Ingevulde job shadow framework studiereis 2007, 2008 → zie vorige pagina
Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Alle modules Hele document Hele document Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
51/69
Documenten 1.2 Nr Res. Naam document 1
Dublindescriptoren toegepast op opleiding M-ANP Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0 Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 Studentenmonitor 2008
2
Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0 CanMEDS Roles Framework, 2005 → Documenten 1.1 Notulen alumni monitor 2009 Notulen Leermeester overleg januari 2009 Besluit College Specialisme Verpleegkunde → Documenten 1.1 Studentenmonitor najaar 2008 Leermeesteroverleg 2009 Alumnimonitor 2009
52/69
Pag ina 1-3
Relevante passage
Hoofdstuk 3 11 3.5 3 Inhoud opleiding Hele document Hele document 1 Onder punt 2 2 Niveau opleiding Hele document Hele document Hele document Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 1.3 Nr. Res. Document Verschillende nationale en internationale 1 competentieprofielen ( + gedeeltelijk paperbased) Docentenmonitor 2009 Notulen landelijk overleg M-ANP Studiegids M-ANP 2008-2010 → Documenten 1.1 Rapport werkgroep ACVS, 2008 Website CSV (link) Onderzoek Zwijnenberg 2007 en onderzoek 2 Janssen 2008 Notulen Kernteamoverleg 17-2-2009/13-1-2009/ 18-11-2008/21-10-2008 Proeve van bekwaamheid/eindreflecties/portfolio’s Internationale publicatie Jacob Jan Paauwe en Margot Geerts Vakpublicaties diverse studenten Docentenmonitor 2009 Eindreflectieverslagen (ter inzage)
Pagina Relevante passage hele document 4
Accent opleiding n.v.t.
2 e.v. 2
Samenstelling Leden CSV Hele document
Alle notulen Paperbased Paperbased Paperbased 4 2.31 Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
53/69
Documenten 2.1 Nr. Res. Naam document 1.
2
Modules → Documenten 1.1 OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0 Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 Literatuurlijst M-ANP → Documenten 1.1 Module Wetenschapper 1 → Documenten 1.1 Literatuurbronnen via blackboard (ter plekke) Modules → Documenten 1.1
Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0
3
4
54/69
Module ‘ANP in ontwikkeling’ → Documenten 1.1 Samenwerking met Skillslab UM, blijkend uit notulen overleg UM – Hogeschool Zuyd en offerte trainingen Modules Klinisch Expert 1 t/m 5 → Documenten 1.1 Module voorstel voor masterthesis → Doc. 1.1 Modules → Documenten 1.1 Personeelsmonitor 2008 Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2 Alumnimonitor 2009 → Documenten 1.2 Leermeestermonitor 2009 → Documenten 1.2
Pagina
Relevante passage Alle modules
Hele document Onderdeel proeve van bekwaamheid Alle modules
Bijlage 1, competentiematrix Ter inzage Hele document
Hele document Hele document Hele document Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 2.2 Nr. Res Naam document 1 Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1
2
3
Curriculummatrix; omschrijving niveau Masteropleiding ANP, bijlage 1 www.hszuyd.nl/masteranp OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0 Modules → Documenten 1.1 Uitslagen assessments (ter inzage) Projectvoorstel (ter inzage) Masterthesis (ter inzage) Modules → Documenten 1.1 Studiegids → Documenten 1.1 Notulen kernteamoverleg 21-10-2008 / 9-9-2008 / 17-6-2008 Studentevaluaties individuele modules Notulen kernteamoverleg 21-10-2008 / 9-9-2008 / 17-6-2008 → zie hierboven Studentmonitior 2008 → Documenten 1.2 Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Leermeesteroverleg 2009 → Documenten 1.2
Pagina
Relevante passage Onderdeel programma
Bijlage 1
Hele document Alle modules Hele document Hele document Hele document Alle modules Opleidingsprogramma M-ANP Alle notulen Hele document Alle notulen 1 3 4 2
Inhoud opleiding dl 2 Inhoud opleiding 2.32 Niveau opleiding
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
55/69
Documenten 2.3 Nr. Res. Naam document 1
Competentieprofiel M-ANP → Documenten 1.1 Curriculummatrix; omschrijving niveau Masteropleiding ANP, bijlage 1 → Documenten 2.2 CanMEDS Roles Framework → Documenten 1.1 Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 Visiedocument M-ANP → Documenten 1.1 Module voorstel voor masterthesis → Doc. 1.1 www.hszuyd.nl/masteranp
2
Modules onderwijsprogramma → Doc. 1.1 Notulen werkveldcommissie, oktober 2008 en 2009 Overall evaluaties modules en bijlagen Alle modules → Documenten 1.1 Ingevuld jobshadow framework → Doc. 1.1 Syllabus studiereis → Documenten 1.1 Module ANP in ontwikkeling → Documenten 1.1 OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0 Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2
56/69
Pagina
Relevante passage Hele document Bijlage 1
16 / 20
4.2
Programmaopbouw Alle modules Alle notulen nvt Hele document Hele document Hele document Overzicht studieprogramma 4 2.32 Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 2.4 Nr. Res. Naam document 1 en Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 2 OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0
pagina
Studentmonitor 2008 → Documenten 1.2 Alumnimonitor 2009 → Documenten 1.2
3
4
Over-all evaluatie → Documenten 2.3 Registratie CROHO (www.ib-groep.nl) Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0 Modules Klinisch Expert 5 en wetenschapper 2 en module voor masterthesis → Doc. 1.1 Student evaluatie modules → Documenten 2.2 Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2 Alumnimonitor 2009 → Documenten 1.2
1-4
relevante passage Onderdeel programma Onderdeel programma EC-verdeling, bijlage 3 studielast Zwaarte opleiding / studiebelasting Onderdeel bestede tijd Registratienummer:49246
Hele module
1 2 en 5 2
Gemiddelde bestede uren aan studie Inhoud opleiding dl 1 studielast Is het programma studeerbaar?
Routeplanner, paragraaf 4.1. http://functiebeperking.hszuyd.nl Onderwijsprogramma → Documenten 1.1 Notulen kernteam 17-03-2009 / 07-11-2006
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
57/69
Documenten 2.5 Nr. Res Naam document Voorlichtingsbrochure 1 Website www.hszuyd.nl/masteranp PPT presentatie informatieavonden Aanmeldingsformulier ten behoeve van intakegesprek SLB-formulier ten behoeve van intakegesprek Overzicht werkveldcontacten Assessment criteria en verslagen (ter inzage) 2 Landelijke standaard landelijk opleidingsoverleg, inclusief uitgangspunten EVC, instroom(assessment) en aansluiting. OER 2008-2009 → Hoofdstuk 1 Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1
Documenten 2.6 Nr. Res. Naam document 1 www.hszuyd.nl/masteranp Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0
58/69
pagina relevante passage Hele brochure PPT
Hele document Hele document Onderdeel vrijstellingen 2.27
4
Pagina
Relevante passage
2 en 3
duur van de opleiding Bijlage 2 en 3
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 2.7 Nr. Res Naam document 1
Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 Informatiefolder → Documenten 2.5 Website www.hszuyd.nl/masteranp
2 3 4
CanMEDS Roles Framework, 2005 → Doc. 1.2 Modules Klinisch Expert 5 en Wetenschapper 2 → 1.1 Competentieontwikkelplan (ter inzage) Modules → Documenten 1.1 Portfolio’s studenten (ter inzage) Visiedocument M-ANP → Documenten 1.1 Modules Klinisch Expert 3, 4 en 5 → Documenten 1.1 Module ANP in ontwikkeling → Documenten 1.1 Ppt info M-ANP → Documenten 2.5
Pagina
Relevante passage didactisch concept didactisch concept didactisch concept Hele document Hele document Hele document gehanteerde werkvorm
Hele module
Elektronisch portfolio (ter inzage)
Studentmonitor 2008 → Documenten 1.2
1 3
Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Module-evaluaties → Documenten 2.2 Alumnimonitor 2009 → Documenten 1.2
2
Onderdeel didactisch concept Onderdeel competentieontwikkelplan Inhoud opleiding dl 2 Inhoud opleiding Onderdeel werkvormen Welke andere werkvormen zijn er? Wijze van opleiden
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
59/69
Documenten 2.8 Nr. Res. Naam document Modules → Documenten 1.1 1
OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0
2
3
4
Visiedocument M-ANP → Documenten 1.1 Voorbeelden van beoordelingslijsten (self, peer en 360 ˚ feedback) → Documenten 1.1 Voorbeeld van kennistoets Farmacologie (paperbased) Voorbeelden van portfolio-assessment (paperbased) OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0 0 Strategie, uitvoering & financiën/Documenten 0.3/Visiedocument M-ANP 2009.docVisiedocument M-ANP → Documenten 1.1 Modules → Documenten 1.1 Verslaglegging intercollegiale bijeenkomsten Leerovereenkomst Overall evaluatie modules → Documenten 2.3 Portfolio’s (ter inzage) IJkpunten op een rij (Bax, e.a.,2005) IJkpunten op een rij (M-ANP, 2008) Kwaliteitscriteria Baartman 2006 Jaarverslag examencommissie (paperbased) Notulen leermeesterbijeenkomsten → 1.1 Notulen kernteam Notulen deelraad OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0 Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2
pagina
relevante passage eisen aan proeve van bekwaamheid, competentiekaarte n sixstep Toekenning van EC klinisch werken fase Hele document Competentiekaart
Alle modules Gehele verslaglegging Onderdeel proeve van bekwaamheid
Alle notulen Alle notulen Onderdeel bespreking OER MANP 1 4
Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Docentenmonitor en leermeestermonitor 2009 → Documenten 1.3 en documenten 1.2 Bewaken kwaliteit toetsen en beoordelen 2009
60/69
4 3
Toetsen en beoordelen Toetsen en beoordelen 2.26 Docentenmonitor Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 3.1 Nr. Res Naam document 1 Personeelsplan Faculteit Gezondheid en Zorg 2009 → Hoofdstuk 0 Cv’s van docenten M-ANP en ‘kern’ gastdocenten Notulen stuurgroep Alumnibijeenkomst 2 Cv’s van docenten M-ANP en ‘kern’ gastdocenten Overzicht gastdocenten Overzicht leermeesters → Documenten 1.1 Personeelsplan Faculteit Gezondheid en Zorg, 2009 → Hoofdstuk 0 Notitie Functionerings- en beoordelingsgesprekken van de faculteit Faculteit Gezondheid en zorg en M-ANP Module ‘klinisch expert 2’ en ‘communicator’ → Documenten 1.1 Overzicht leermeesters huidige cohorten → Documenten 1.1 Jaarverslagen kenniskringen 2008 (paper-based) 3 → Documenten 1.1 Moduleboeken minoren Science en ICT Zorg Rapportage werkgroep EVC CV’s docenten Onderzoeksbeleidsplan platform Gezondheidszorg en verpleegkunde 2006 Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1
Documenten 3.2 Nr. Res. Naam document 1 Takenplanning M-ANP, 2008-2009 Takenplanning Faculteit Gezondheid en Zorg 2
ARBO-beleid HsZuyd (zie bijgevoegde CD-ROM) Docentenmonitor M-ANP 2009 → Documenten 1.3 Takenplanning M-ANP 2008-2009 Normuren M-ANP Personeelsmonitor M-ANP 2008 → Documenten 2.1
Pagina Relevante passage Hele document
Alle cv’s Alle notulen Alle cv’s Hele document Hele document Hele document
Hele document
Hele document Hele document Onderdeel lopende projecten Hele document 2 Paragraaf samenstelling publicatielijsten Hele document Afstemming curriculum op beroepsdomein
Pagina Relevante passage Hele document Onderdeel verpleegkunde en M-ANP 6
Eigen inzet Bij langdurige ziekte Hele document Hele document 1 1f taakbelasting 3 2.02 3 2.04
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
61/69
Documenten 3.3 Nr. Res. Naam document 1 Keuzegids (paperbased) CV’s docenten + gastdocenten → Documenten 3.1 Takenplanning M-ANP 2008-2009 → Documenten 3.2 Overzicht leermeesters huidige cohorten → Documenten 1.1 Samenwerkingsdocumenten met RINO (paperbased) en Skillslab → Documenten 2.1 Projectdocumentatie verkort maatwerktraject MANP Lijst van publicaties medewerkers → Documenten 3.1 Jaarverslag 2008 (paperbased) Kenniskring Autonomie en Participatie en Technologie en de Zorg (paper-based) → Documenten 1.1 2 Evaluatie gegevens per module 2009 → Documenten 2.2 Faculteitsorganisatiebesluit 2008 → Hoofdstuk 0 Notulen kernteam 21-10-2008 / 17-06-2008 Takenplanning Master-ANP → Documenten 3.2 Literatuurlijst M-ANP → Documenten 1.1 www.hszuyd.nl/masteranp 3 Functionerings- en beoordelingsgesprekken Faculteit Gezondheid en zorg en M-ANP → Documenten 3.1 Overzicht deskundigheidsbevorderingtijd Notitie klinisch redeneren Vacaturetekst seniordocent M-ANP 2008 Overall evaluatie modules → Documenten 2.3 Personeelsbeleidsplan 2009 faculteit Gezondheid en Zorg → Hoofdstuk 0 Studentenmonitor M-ANP 2008 → Documenten 1.2 Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Alumni monitor 2009 → Documenten 1.2
62/69
Pagina
Relevante passage
Hele cv’s 1
Verdeling modules onder teamleden Hele document Hele documenten
Onderdeel medewerkers kenniskring Vraag over kwaliteit docenten Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document
Hele document Hele document Hele document Hele document
1
docenten
3 3
2.09 Inzet personeel Inhoudelijke kwaliteit personeel
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 4.1 Nr. Res. Naam document Personeelsplan 2009 → Hoofdstuk 0 1 Risico inventarisatie en evaluatie Plan van Aanpak risico inventarisatie en evaluatie Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2
2
http://functiebeperking.hszuyd.nl Studiegids 2008-2010 → Documenten 1.1 Handleiding Blackboard leeromgeving en eportfolio M-ANP Infonet HSZuyd http://infonet.hszuyd.nl Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Studentenmonitor M-ANP 2008 → Documenten 1.2 Keuzegids (paperbased)
Pagina
Relevante passage Arbo-beleid Hele document Hele document Bereikbaarheid docenten en secretariaat 5 Onderwijslocaties Hele document
3 2
2.15 faciliteiten
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
63/69
Documenten 4.2 Nr. Res. Naam document Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0 1 Module ANP in ontwikkeling 2009-2010 → Documenten 1.1 Pp presentatie rol van de leermeester Pp feedback op leermeesters en landelijke vergelijking Infonet HsZuyd http://infonet.hszuyd.nl 2
Module ANP in ontwikkeling → Documenten 1.1 Pp presentatie Introductiecollege digitaal portfolio Verslagen competentieontwikkelplannen van studenten tijdens coachingsgesprekken en voortgangsgesprekken (ter inzage) paper-based Anonieme portfolio’s van enkele studenten (ter inzage) OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0
Notulen examencommissie 3
Voorlichtingsbrochure → Documenten 2.5 OER 2008-2009 → Hoofdstuk 0 Studiegids → Documenten 1.1 Jaarrooster 2008-2009 Pp Presentatie t.b.v. voorlichting M-ANP → Documenten 2.5 Verslagen examencommissie ( zie boven) en studentbesprekingen Moduleboeken → Documenten 1.1
Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2 Resultatenonderzoek feedback leermeesters → Zie Pp- presentatie feedback op leermeesters Verslagen voortgangsgesprekken (ter inzage) Notulen coachgroepbijeenkomsten (ter inzage) Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1
64/69
Pagina
Relevante passage studiebegeleiding 9 Onderdeel begeleiding Hele document Hele document decanaat Hoofdstuk 1 en 2 Hele document
26
Organisatie van examens en tentamens Inzake studievoortgang Hele document 11 Hoofdstuk 14 toelating Hele document Hele document Hele document Hele document Onderdeel leerdoelen, literatuur, werkvormen, uitleg proeve 1 inhoud opleiding deel 1 en 2 en ‘docenten’ Hele document
Registreren en communiceren van studieresultaten
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 5.1 Nr. Res. Naam document Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 1
1+2
Evaluatie per module via blackboard (zie vragenlijst en weergave resultaten) 2009 → Documenten 2.2 Studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2 Evaluatie modules en voorstellen voor verbetering → Documenten 2.2 Notulen diverse kernteamvergaderingen waarin PDSA onderwijsproces verankerd is → Documenten 2.8 Overall evaluatie → Documenten 2.3 Diverse notulen examencommissie o.a. 27-12006 / 29-6-2007 Studentenmonitor M-ANP 2008 → Documenten 1.2 Pp presentatie Feedbacklijsten leermeester door studenten inclusief landelijke vergelijking → Documenten 4.2 Diverse notulen werkveldcommissie Diverse notulen leermeesteroverleg Alumnimonitor 2009 → Documenten 1.2 Visiedocument M-ANP → Hoofdstuk 0
Pagina 3 4
Relevante passage 2.06 4.01 t/m 4.08
Hele document Agendapunt evaluatie Hele document Reactie cijfertoekenning; kwaliteitscontrole 3 ’inhoud opleiding Hele document
Hele document Hele document Hele document 22 Hoofdstuk 5
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
65/69
Documenten 5.2 Nr. Res. Naam document 1 Bijgestelde modules (wijzigingen zijn niet expliciet vermeld in nieuwe module)
Bijgesteld curriculum o.a. klinisch expert 5 en farmacologie blijkend uit b.v. studiegids en modules Diverse notulen kernteamvergadering → Documenten 2.8 Richtlijn voor werkstukken Modules en specifiek ‘klinisch expert 5’ → Documenten 1.1 Notitie klinisch redeneren → Doc. 1.1 Alumni monitor 2009 → Documenten 1.2
Personeelsmonitor 2008 → Documenten 2.1 Docentenmonitor 2009 → Documenten 1.3
Jaarverslag examencommissie (ter inzage) paper-based → Documenten 2.8
Documenten 5.3 Nr. Res. Naam document 1 Diverse notulen deelraad → Documenten 2.8
Notulen opleidingscommissie ‘Reglement’ werkveldcommissie Diverse notulen werkveldcommissie → Doc. 1.1 Notitie alumnibeleid Diverse notulen bijeenkomsten alumni Stuurgroep alumni Diverse notulen kernteam →Documenten 2.8 Reglement opleidingscommissie Overzicht werkveldcommissie Monitors docenten (1.3), leermeesters (1.2) en alumni januari 2009 (1.2) Notulen studentenmonitor 2008 → Documenten 1.2
66/69
Pagina
Relevante passage Vergelijking modules 2005 vs 2008 b.v klinisch expert 2 b.v. Vergelijking studiegids 2005 en studiegids 2008 Agenda punt: evaluatie Hele document Hele document Hele document 3 Interne kwaliteitszorg Wat is met feedback gedaan? 4 2.30 2 Communicatie werkveld 4 Ontwikkeling modules Hele document
Pagina
Relevante passage M-ANP OER bespreking in deelraad Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Documenten 6.1 Nr. Res. Naam document 1 Koppeling competentieprofiel en modules Rapport Jansen, 2008 → Documenten 1.3 Rapport Zwijnenberg, 2007 → Documenten 1.3 Notulen werkveldcommissie 2008 →Documenten 1.1 Module ANP in ontwikkeling – met daarin criteria, procedure, rollen etc. → Documenten 1.1 Beoordelingsformulieren KKB’s sixstep’s (ter inzage) Portfolio met kritische bewijzen per student (ter inzage) Advies beoordeling door leermeester (ter inzage) Overall reflectie door student (ter inzage) Module voorstel tot masterthesis → Documenten 1.1 Eindoordeel masterthesis verschillende beoordelaars (ter inzage) Competentiekaarten diverse modules → Documenten 1.1 Competentie ontwikkelplan per student (ter inzage) Notulen leermeesteroverleg 2009 → Documenten 1.2 Diverse publicaties studenten (ter inzage) Voorstel portfolio CSV Besluit college specialisme verpleegkunde → Documenten 1.1 Docentenmonitor 2009 → Documenten 1.3
Documenten 6.2 Nr. Res. Naam document 1 Resultaten rendement inclusief landelijke vergelijking Informatiedossier Hogeschool Zuyd 2008 → Hoofdstuk 0 Bewaken kwaliteit toetsen en beoordelen 2009
Pagina
Relevante passage Zie tabel 4 facet 2.2. 13 Voorschrijven van medicijnen 4, 24 Abstract, results Onderdeel verwachte niveau Hele document
Hele document Hele document Hele document Hele document Criteria masterthesis
Competentiekaart Hele document Niveau opleiding Hele document Hele document Hele document Onderdeel niveau opleiding
Pagina Relevante passage Hele document 6. resultaten Hele document
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
67/69
Bijlage 5:
Domeinspecifieke referentiekader en opleidingscompetenties
Het domeinspecifieke referentiekader is te vinden op de website van de HBO-raad: www.hbo-raad.nl Opleidingscompetenties in termen van kerncompetenties gerelateerd aan de zeven CanMEDS-rollen: Rollen Klinisch expert
Communicator
Kerncompetenties De nurse practitioner dient de volgende competenties te hebben: • doelmatig te functioneren als specialisten, waarbij ze alle CanMEDS-rollen combineren om optimale, ethische en patiëntgerichte zorg te verlenen; of geïntegreerde zorg (medisch en verpleegkundig) • de klinische kennis, vaardigheden en attitudes die relevant zijn voor de beroepsuitoefening te verwerven en op peil te houden; • een volledig en relevant patiëntonderzoek uit te voeren; • preventieve en therapeutische interventies doelmatig uit te voeren; • op deskundige wijze de juiste procedurele vaardigheden toe te passen, zowel diagnostisch als therapeutisch; • waar nodig advies te vragen van andere zorgprofessionals, waarbij ze de grenzen van de eigen deskundigheid onderkennen. • • • •
•
een vertrouwelijke en ethisch-therapeutische verstandhouding op te bouwen met patiënten en hun familieleden; relevante gegevens en inzichten te verkrijgen van patiënten, hun familieleden, collega’s en andere professionals en deze tot een zinvol geheel samen te voegen; accurate en relevante gegevens en inzichten mee te delen aan patiënten, hun familieleden, collega’s en andere professionals; samen met patiënten, hun familieleden, collega’s en andere professionals een visie te ontwikkelen op vraagstukken, problemen en plannen om te komen tot een breed gedragen zorgplan; doelmatig mondeling en schriftelijk te communiceren over een verpleegkundig/medisch consult.
Teamwerker
• •
effectief samen te werken in een interprofessioneel zorgteam; effectief samen te werken met andere zorgprofessionals om interprofessionele conflicten te voorkomen, te bespreken en op te lossen.
Manager
•
deel te nemen aan activiteiten die een bijdrage leveren aan de doelmatigheid van de zorgorganisaties en -systemen waarvan zij deel uitmaken; hun werk en carrière doelmatig te managen; de beperkte middelen binnen de gezondheidszorg adequaat te verdelen; waar nodig administratieve en leiderschapstaken op zich te nemen.
• • • Belangenbehartiger
• • • •
68/69
in te spelen op de gezondheidsbehoeften van individuele patiënten als onderdeel van de patiëntenzorg; in te spelen op de gezondheidsbehoeften van de gemeenschappen waarin zij werken; de gezondheidsdeterminanten van de gemeenschappen waarin zij werken te onderkennen; de gezondheid van individuele patiënten, gemeenschappen en bevolkingsgroepen te bevorderen.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
Rollen Wetenschapper
Professional
Kerncompetenties De nurse practitioner dient de volgende competenties te hebben: • de kwaliteit van hun werk op peil te houden en te verbeteren door voortdurend te blijven leren; • informatie en de bronnen daarvan kritisch te beschouwen en op de juiste wijze toe te passen in hun werk; • waar nodig het leren van patiënten, hun familieleden, studenten, co-assistenten, andere zorgprofessionals, het publiek en anderen te faciliteren; • bij te dragen aan de vorming, verspreiding, toepassing en vertaling van nieuwe verpleegkundige en medische kennis en procedures. • • •
blijk te geven van hun toewijding aan hun patiënten, het beroep en de maatschappij door een ethische beroepsuitoefening; blijk te geven van hun toewijding aan hun patiënten, het beroep en de maatschappij door deel te nemen aan zelfregulering; blijk te geven van hun toewijding aan de gezondheid van de nurse practitioner en een duurzame beroepsuitoefening.
© NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, hbo-masteropleiding Advanced Nursing Practice (duaal)
69/69