de Vliegende Hollander Maandblad voor de Koninklijke Luchtmacht 64e jaargang - nummer 2 - februari 2008
AFGHAANS SPUITWERK OP WOENSDRECHT DUO DORNIERS AAN DE SLAG Kustwachtvliegtuigen ingelijfd bij CLSK NIEUWE KLEUREN VOOR COUGAR Transporthelikopter is ‘toned down’
COLOFON UITGAVE Commando Luchtstrijdkrachten, Bureau Luchtmachtcommunicatie HOOFDREDACTIE Luitenant-kolonel Hans Breemans EINDREDACTIE Luc Haen REDACTIE Arno Marchand, June Smit VORMGEVING EN LITHOGRAFIE TDS printmaildata DRUK en OPLAGE OBT bv, Den Haag - 29.000 ex. REDACTIESECRETARIAAT Telefoon 076-544 71 30 Fax 076-544 71 31 INTERNET www.luchtmacht.nl E-MAIL
[email protected] BEZOEKADRES Luchtmachttoren, Luchtmachtplein 1, 4822 ZB Breda
Foto: Mark Brouwer
POSTADRES Postbus 8762, 4820 BB Breda COVERFOTO Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie LCW
ADRESWIJZIGINGEN Actief dienende militairen, reservisten en burgermedewerkers van de Koninklijke Luchtmacht wordt verzocht de adreswijziging te laten muteren in PeopleSoft.
‘Klein, hanteerbaar en zeer geschikt voor z’n taak.’
Postactieven, reservisten, veteranen, betalende abonnees en alle overige lezers wordt verzocht de adresdrager met vermelding van het juiste adres op te sturen naar het retouradres: Staf Commando Luchtstrijdkrachten CLSK/Kabinet/Bureau Postactieven Abonnementenadministratie Vliegende Hollander Postbus 8762, 4820 BB Breda Telefoon 076-544 7133 of 544 7136
12
Foto: Arnoud Schoor, Fotovucht Vliegbas
BOT-militairen en burgermedewerkers die hun contract met Defensie voortijdig beëindigen en BBT-militairen die de dienst verlaten, hebben geen recht op een gratis abonnement horend bij de status van postactieve. Een abonnement op de Vliegende Hollander kost €17,02 per jaar (buitenland €21,55) en kan worden aangevraagd bij: Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Telefoon: 0900-22 65 263 (10 ct per min.) Fax: 0251-31 04 05 www.aboland.nl Opzegtermijn bedraagt zes weken.
16 Foto: Ron Geurts
22
Aanhaling uit en overname van (delen van) artikelen in dit blad is toegestaan, met toestemming van de redactie en mits de bron wordt vermeld. ISSN 0024-0389
DE VLIEGENDE HOLLANDER
2
Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie Logistiek Centrum Woensdrecht
‘Vooral het weer bleek een indrukwekkende factor.’
4
4
Nederlanders helpen Noren Het personeel van het 336 Squadron heeft inmiddels flink wat van de wereld gezien. Heel bijzonder waren de vluchten afgelopen half jaar naar het voormalig Nederlandse, en inmiddels Noorse eiland Jan Mayen dat ver boven de Poolcirkel ligt.
7
Hardlopen door het mulle zand Een groep van zeventig fanatieke luchtmachters waagden zich op 10 januari aan het pittige crosscountry parcours dat was uitgezet in de bossen bij Soest. Daarmee openden ze het nieuwe sportseizoen. Het oude werd dezelfde dag afgesloten.
12
Nieuwe Kustwachtvliegtuigen Een bijzondere toevoeging aan de reeds gemêleerde luchtvloot van het CLSK vormen twee Dornier Do-228’en. Zij behoren tot de Kustwachtvliegtuigeenheid die vanaf eind 2007 valt onder de Afdeling Luchttransport- en Tankeroperaties.
16
Hollywood in Den Haag Het Orkest van de Koninklijke Luchtmacht staat met de ondersteuning van een aantal solisten, een ensemble en twee special guests ook dit jaar weer met een bijzondere en zeer geslaagde show in de theaters. De première vond plaats in het Haagse World Forum Theatre.
20
Eerste grijze Cougar In navolging van de Hercules heeft nu ook de eerste Cougar een grijze tint gekregen. Naast dat dit de meest tactische kleuren zijn, voldoet dit nieuwe verfsysteem ook aan de milieueisen van deze tijd.
22
Afghanen op Vliegbasis Woensdrecht Luchtmachters hielden zich de afgelopen maanden bezig met een tastbaar stukje wederopbouw van Afghanistan. Zij trainden 27 Afghaanse brandweermannen op de Vliegbasis Woensdrecht, zodat zij voldoen aan de eisen voor civiele brandbestrijding in Afghanistan.
sis Soesterberg
Vaste rubrieken In den vreemde 10 In den vreemde
Hollywoodsfeer in een Hollands Theater.
In gesprek met kolonel Jaap Reijling. Hij vormt als luchtmachtattachee in Washington DC een belangrijke schakel in de versterking van de militaire samenwerking tussen de Amerikaanse en de Nederlandse luchtmacht.
18 Vervlogen tijden De introductie van de Bölkow in het midden jaren zeventig betekende een enorme stap voorwaarts in de mogelijkheden van de helikopter. Vlieger Daan Rietkerk vertelt waar
26 27 34
Leeswijzer Journaal Mensen & Mutaties
‘Door deze training kunnen we levens redden.’
3
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
336 helpt Noren op eiland Jan Mayen
Hercules op de Noordpool De C-130’s van het 336 Squadron worden overal in de wereld ingezet. Zo zijn in het verleden al vele bijzondere bestemmingen aangedaan, maar in 2007 kwam daar een nieuwe bij, namelijk Jan Mayen. Dit kleine eiland van slechts 54 kilometer lang, hoort bij Noorwegen en ligt grofweg halverwege Spitsbergen en IJsland, op ongeveer negenhonderd kilometer van laatstgenoemde. Tekst: Mark Brouwer en Ellen Bosch-Scholten
DE VLIEGENDE HOLLANDER
4
R E P O R TA G E
Maar opvallend genoeg heeft dit eiland met z’n zwarte lavakust een Nederlandse historie. Nadat de Britse zeevaarder en Poolonderzoeker Henry Hudson het waarschijnlijk al ontdekt in 1607, zijn het in 1612 de Nederlanders Jan Jansz. Kerckhof en Jan Jacobsz. May van Schellickhout die het ‘herontdekken’. Vernoemd naar de laatste wordt het eiland Jan Mayen gedoopt. Nederlandse vissers gebruiken het eiland in de zeventiende eeuw als tussenstation voor de walvisvaart. In de zomermaanden worden de gevangen walvissen en op het strand gesleept, waar ze worden ontleed en het vet tot traan gekookt. Op het hoogtepunt zijn er ’s zomers duizend arbeidskrachten werkzaam. Er verschijnen diverse bouwwerken, en zelfs een klein fort om deze te beschermen. Een poging van Nederland om in de winter van 1633 op 1634 de bezittingen met zeven man te beschermen tegen rivaliserende walvisvaarders, moeten allen door de erbarmelijke omstandigheden, extreme kou en scheurbuik, met de dood bekopen. Bevoorrading Nadat tussen 1640 en 1650 de walvisvaart eindigt door het bijna uitsterven van de Groenlandse Walvis, blijft het eeuwenlang stil op het vulkaaneiland. Totdat Noorwegen in 1921 er een weerstation plaatst. Een jaar later wordt het eiland geannexeerd en in 1930 wordt het tot grondgebied van het Koninkrijk Noorwegen uitgeroepen. Vaste bewoners kent het eiland niet, maar ook nu Het – door de Nederlanders – meest gefotografeerde bord op Jan Mayen. ‘Hier rusten dappere Hollandse mannen’, luidt de tekst op de herdenkingssteen die in 1930 werd geplaatst door de Nederlandse Regering. Het verwijst naar de groep van zeven mannen die in de winter van 1633-1634 om het leven kwamen. Foto: Gaby van der Pal
Landing van een van de twee KLu C-130’s op kleine de vlakke strook tussen het noordelijk en het zuidelijk deel van het eiland. Het noordelijke wordt gedomineerd door de 2277 meter hoge Beerenberg, de noordelijkste - en tevens actieve - vulkaan ter wereld. Foto: Frank Nergård, Fotofil
5
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
nog steeds is er een weerstation geplaatst, net als een Long Range Navigation Station. Om die te bemannen, verblijven achttien Noorse overheidsfunctionarissen er voor een periode van zes maanden tot een jaar. Die moeten natuurlijk bevoorraad worden en daarvoor zorgen - naast een sporadisch schip - vliegtuigen. Aangezien er een korte onverharde landingsbaan ligt, zijn vooral C-130’s geschikt voor deze vluchten. De Noorse luchtmacht heeft er zelf een aantal, maar deze staan in 2007 allemaal in groot langdurig onderhoud vanwege verouderingsproblemen van de vleugels. Hierdoor heeft Noorwegen al langere tijd geen eigen capaciteit meer om Jan Mayen te bevoorraden, of gasten over te brengen die daar ‘regelmatig’ naartoe gaan om hun partner of familielid te ontmoeten. Daarom diende Noorwegen een verzoek in bij het Movement Coordination Centre Europe op de Vliegbasis Eindhoven om deze vluchten in te vullen.
In december wordt het bijna niet meer licht op Jan Mayen. Het hoogste punt van de zon is dan net onder de horizon. Het eiland en ook de landingsbaan zijn bedekt met sneeuw en ijs, zoals te zien is bij het uitladen van vracht op 5 december. Foto: Victor van Wulfen
Kaartje van Jan Mayen, waarop een aantal Nederlandse namen nog te herkennen zijn. De uitbarsting van de Beerenberg in 1970 maakte het eiland drie vierkante kilometer groter.
Geen straf Regelmaat is overigens een relatief begrip. Door het extreme klimaat kunnen de weinige vluchten per jaar, zo maar twee tot drie weken, of zelfs tot twee maanden worden uitgesteld. Naast België en Denemarken voerde Nederland vanaf augustus tot en met december vijf reguliere vluchten uit. ‘Zeer bijzonder’, vat gezagvoerder majoor Mark Brouwer ze samen. ‘Vooral het weer bleek een indrukwekkende factor. Weer en vooral de wind kunnen verraderlijk snel veranderen en verslechteren. Door gebrek aan luchtvaartnavigatiebakens en verkeersleidingsondersteuning, vinden alle naderingen en landingen op zicht plaats.’ Tijdens de missies is gepland om maximaal vijf uur op het eiland te blijven om nog diezelfde dag terug te vliegen naar Bodø op het vaste land van Noorwegen, op ongeveer duizend kilometer afstand. Een keer had de C-130 bij het opstarten een technisch probleem. Het reserve-onderdeel was niet aan boord waardoor de andere KLu Hercules de volgende dag naar Jan Mayen kwam om het reserve-onderdeel te brengen. Een uniek moment: de gehele Nederlandse Herculesvloot zich bevond op Jan Mayen. Wellicht krijgt 336 ook in 2008 de opdracht om een aantal vluchten uit te voeren naar dit voormalig Nederlandse eiland. Het personeel van het 336 Squadron zou dit in ieder geval geen straf vinden. •
De volledige Nederlandse C-130 vloot op Jan Mayen. Op 5 oktober is er een tweede Herculesvlucht nodig om een reserveonderdeel te brengen voor de C-130 die een dag eerder vanaf Bodø naar het eiland vloog. Onder vleugeltip van het rechtse toestel, is nog net de heuse, maar zeer eenvoudig uitgeruste verkeerstoren van ‘Jan Mayensfield’ te zien. Foto: Gaby van der Pal
DE VLIEGENDE HOLLANDER
6
R E P O R TA G E
Een vliegende start, waarbij zo’n zestig mannen uit de gehele luchtmacht de startlijn overgaan.
Opening sportseizoen met crosscountry op Soesterberg
Eén team één taak betekent óók sporten in teams Vliegbasis Soesterberg had dit jaar voor het eerst, maar meteen ook voor het laatst de eer de jaarlijkse sportcross te organiseren. Ruim zeventig luchtmachters worstelden zich door het pittige parcours, onder toeziend oog van onder meer de Commandant Luchtstrijdkrachten die het sportseizoen 2007 afsloot en 2008 weer opende. Tekst: June Smit I Foto’s: Paul Böcker, Fotodienst Vliegbasis Soesterberg
Een frisse wind trekt door het Soesterbergse bos als de deelnemers van de sportcross zich alvast warmlopen. De meesten hebben zich gehuld in lange hardloopbroeken, een enkeling durft het aan in een korte outfit. Met op de achtergrond het contrasterende lied ´why is my life so boring’, verzamelen de mannelijke deelnemers zich aan de start. Met geconcentreerde gezichten wachten ze het startschot van luitenant-generaal Hans de Jong af, waarna ze de eerste helling opstuiven om vervolgens
vijf rondes van de in totaal negen kilometer af te leggen. Terwijl ze voor de start de steile helling aanschouwt zegt een van de dames een minuut later: ‘Mogen we niet alvast? We doen er minstens een minuut over om boven te komen!’. Als ook hun startschot geklonken heeft passeren de eerste vier mannen al na enkele minuten de startlijn. De rest volgt hen op de voet. Kapitein Annelies Homma, de vrouwelijke crossrunner die voorop ligt, stuift al na enkele minuten een deel van
de mannen voorbij. Kolonel Theo Rikken, voorzitter van de sportraad en deelnemer zegt later: ‘Annelies kwam op een gegeven moment langs stuiven. Ik weet niet of daar meer mannen last van hadden, maar ik zal die naam niet snel vergeten.’ Eer Langs de kant staan naast de CLSK, collega’s die de deelnemers een hart onder de riem steken, waaronder sportinstructeurs. Op de vraag wanneer de sportcross
7
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
voor het eerst gehouden is, kan niemand echt antwoord geven. Vragend kijkt Hoof Bureau Wedstrijdsport adjudant Pim Schijven het Hoofd Sectie Militaire Sport majoor Dennis Brouwer aan. ‘Weet jij dat?’ Brouwer haalt zijn schouders op en probeert het bij vaste deelnemers, maar ook die moeten hem het antwoord schuldig blijven. Ze zijn het er in ieder geval over eens dat het meer al meer dan dertig keer gehouden is. Ook is duidelijk dat de sportcross al sinds jaar en dag wordt georganiseerd door het veld dat het jaar daarvoor de sportcompetitie won. En dat het een eer is. Nakijken De onderdeesportcompetitie die het hele jaar door binnen de luchtmacht wordt gehouden, bestaat uit tien sporten: atletiek, basketbal, cross, volleybal, mountainbike, tennis, schieten, veldvoetbal, zaalvoetbal en zwemmen. Daar kan iedereen aan deelnemen. ‘In principe moet je met het onderdeelteam aan alle onderdelen meedoen’, zegt majoor Brouwer. ‘Nu heeft het gecombineerde team van de Vliegbasis Soesterberg en de Logistieke Divisie Rhenen gewonnen en dat gebeurde nooit eer-
der! Nu de sluiting van Soesterberg bijna een feit is, is dit dus de eerste en de laatste keer dat de cross hier wordt gehouden.’ Vliegbasis Volkel en de Groep Geleide Wapens hadden dit jaar het nakijken met respectievelijk de vierde en de vijfde plek. ‘Je moet lang teruggaan dat zij niet in de prijzen vallen. Dat heeft nu ook te maken met uitzenddruk’, verklaart Brouwer. Groot verschil Hoewel de cross al meer dan dertig keer is gehouden, is er een hoop veranderd door de jaren heen. ‘In het verleden had je meer deelnemende onderdelen’, zegt Schijven. ‘Nu zijn het er zes, maar het waren er negen, destijds allemaal met tien lopers. Dan had je een veld van 150 man. Nu hebben we ongeveer de helft, waarvan veertien vrouwen, die 3,6 kilometer hardlopen. Dit in tegenstelling tot de mannen die negen kilometer door hetzelfde terrein afleggen.’ Op de vraag of dat niet een groot verschil tussen de afstanden is, antwoord Rikken: ‘Ik denk dat je anders nog minder vrouwelijke deelnemers krijgt.’ Homma beaamt dat: ‘Een korte vrouwencross is tussen twee en drie kilometer, een lange tussen de zes en de zeven kilometer. Ik denk als
Het parcours dat dwars door de bossen van Soest liep, was dan weer vlak en dan weer heuvelig.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
8
je de afstand vergroot, de meeste vrouwen niet meer durven.’ Zwaar Homma gaat met 15:22 minuten als eerste vrouwelijke deelnemer over de streep. Bij de mannen wint overste Van der Kaaij met 34:41 minuten in de categorie veteranen 2, cadetsergeant Van Griensven met 35:43 minuten in de categorie senioren en sergeant Van Helmond met 34:53 minuten in de categorie veteranen 1. Omdat de telling per onderdeel gaat, wint het team CLSK/ KMA. Ondanks dat Homma even op adem moet komen, glundert ze van plezier. ‘Het is een mooi parcours, lekker pittig. Ik loop wel vaker crosscountry en je kunt de parcours niet met elkaar vergelijken. De ene keer is het opgevroren, de andere keer is het nat, maar altijd een uitdaging.’ Cadetsergeant Pauline Beeks, derdejaars op de KMA, is minder ervaren, maar geniet net zo veel. ‘Het was zwaar, vooral die heuvel op. Vorig jaar waren er minder hoogteverschillen, dat was gemakkelijker. Na deze helling gaat het parcours de hoek om en nog verder omhoog, dan naar beneden en dan wéér omhoog. Vervolgens krijg je mul zand. Ik doe nu voor de tweede keer mee,
R E P O R TA G E
zwaar te zijn, dan krijg je ook een winnaar die met dit soort omstandigheden om kan gaan. Je hoort nu al: “het is zwaar”, maar tien minuten later zeggen de meesten: “hij was toch wel mooi”.’
Luitenant-generaal Hans de Jong overhandigt de beker voor de tweede prijs van de onderdeelcompetitie aan generaal-majoor Siem van Groningen.
Van de dames won achtereenvolgend kapitein Homma (OKLu), majoor Hunting-van Zuilen (KMA) en sergeant1 Hilferink (Lmb de Peel).
een collega haalde me over. Ik heb er niet speciaal voor getraind, maar als luchtmachter sport je altijd wel. Maar ik heb geprobeerd me erin vast te bijten, je wilt toch niet als laatste eindigen.’
53-jarige ben ik nu een van de laatste uit de oude garde, maar ik doe dit graag. Ik zal niet zeggen dat het een verslaving is, maar je moet het wel fanatiek doen. Ik train dan ook drie a vier keer per week.’
Reünie Niet alle deelnemers komen puur voor de cross. Vaste deelnemer Claudia Evers: ‘Hardlopen is mijn ding, maar ik kom ook voor de sfeer. Winnen zit er op mijn leeftijd toch niet meer in, het is meer een soort reünie.’ Cees Voetsenik sluit zich daarbij aan, terwijl de zweetdruppels nog in straaltjes van zijn hoofd afrollen. ‘Dit is zwaar, maar het is leuk en een goede manier om aan je lijf te denken. Ik doe al dertig jaar mee en het aantal KLu-ers loopt jammer genoeg steeds verder terug. Als
Mooi parcours Sportinstructeur en parcoursmaker sergeant-majoor Jan van de Heuvel lacht als hij de reacties op de toch wel pittige starthelling hoort. ‘Waarom die helling?’, herhaalt hij de vraag. ‘Een praktische reden was de wedstrijdwagen, daar heb je een verharde ondergrond voor nodig. We hadden ook liever gekozen voor een parcours dat geheel op spikes te lopen was geweest, maar toen ik dit eenmaal had uitgezet en had gelopen, vond ik het ook wel een mooi parcours. Een cross hoort
Voorbeeldfunctie Hoewel hij nu als toeschouwer aanwezig is, is de cross ook luitenant-generaal De Jong niet vreemd. ‘Ik liep zelf mee in 1973 in Gilze-Rijen. Ik kon toen goed lopen en bovendien deed de KMA ook mee. Daar kon ik niet bij achterblijven. Ik heb overigens toen niet gewonnen’, herinnert hij zich. ‘Het feit dat ik hier ben, zegt veel. Ik heb een voorbeeldfunctie, het is goed om te bewegen. We komen er steeds meer achter dat we mensen gezonder moeten houden, omdat je dan beter presteert.’ Ook generaal-majoor Siem van Groningen, commandant NLDA, beaamt het belang van sport: ‘Ik ben hier omdat er luchtmachtcadetten meelopen en als het goed is hoog eindigen. Sport is belangrijk en als cadet is het zelfs extra belangrijk om een goede fysieke gezondheid te hebben. Dat stimuleer ik ook. Zelf doe ik aan golf en ook al vinden sommige mensen dat geen sport, je bent soms wel acht kilometer aan het lopen!’ Zware eisen Als iedereen binnen is, rijdt het veld richting het Officierscasino waar de prijzen van dit jaar en vorig jaar worden uitgereikt. Hier zegt luitenant-generaal De Jong: ‘Het doet me weer goed om in het begin van het jaar de sportprijzen uit te reiken. Allereerst aan die mensen die vandaag de cross liepen en ook aan de onderdelen die de sportcompetitie wonnen. Het is toch wel een bijzondere aangelegenheid.’ Hij benadrukt nog een keer het belang van sport, waarbij hij aanhaalt dat er zware eisen worden gesteld aan luchtmachters door onder niet de minste omstandigheden te moeten functioneren. ‘Als we praten over één team één taak denk ik dat het hartstikke goed is om af en toe in teams tegen elkaar te sporten. Mijn filosofie is dat sporten belangrijk is om af en toe iets anders te doen dan alleen sleutelen aan een vliegtuig of een ronde met de hond. Mijn bewondering voor vandaag, hulde.’ Als Rikken vervolgens de dames complimenteert met hun opkomst, worden na een luid applaus de bekers uitgereikt. Daarmee is het oude seizoen voorbij en het nieuwe officieel geopend. • Voor uitslagen zie intranet. 9
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Naam: Jaap Reijling Rang: kolonel Functie: luchtmachtattachee Leeftijd: 52 jaar Locatie: Washington DC
Kennis en kennissen opdoen Tekst: June Smit | Foto’s: Jaap Reijling
Niet iedere luchtmachter werkt op een vliegbasis of een stafgebouw in Nederland. Kolonel Jaap Reijling is op dit moment luchtmachtattachee in Washington DC, waar hij een belangrijke schakel is in de versterking van de militaire samenwerking tussen de Amerikaanse en de Nederlandse Luchtmacht. ‘In juli 2004 ging ik met mijn vrouw Ricky en twee van mijn drie zoons naar Washington DC. Tim was toen in de leeftijd van vijftien jaar en Mark was achttien jaar. Mijn derde zoon Bart, bleef achter in ons huis in Breda in Nederland. Hij werkt op Vliegbasis Gilze-Rijen als meteobriefer. Als je voor Amerika kiest, klinkt dat in de eerste instantie allemaal geweldig. Toch was alles behoorlijk wennen. De jongens misten al snel hun vriendenkring en omdat je hier onder de 21 geen alcohol mag drinken in openbare gelegenheden, was een biertje voor hen
Reijling (2e van links) in Edwards met het Nederlandse F-16 demoteam.
Vliegende gende Hollander 0010 +++
uit den boze. Dat was toch even omschakelen. Ook het schoolsysteem is helemaal anders. Het duurde zeker driekwart jaar voordat alles op zijn plek viel en dat was een hele uitdaging voor ons gezin. Inmiddels zijn de jongens helemaal om en hebben ze er toch profijt van dat ze buiten het Bredase verkeren.’ Vriendschappen ‘Zonder echtgenote is de functie van luchtmachtattachee niet doen. Als attachee heb je veel representatieve verplichte doe tingen en een vrouw neemt daarbij een centrale ting plek pl p lekk in. De doelstelling van mijn functie is kennis en kennissen opdoen die belangrijk zijn voor de KLu en ken Defensie. Netwerken vindt voornamelijk plaats tijdens recepties en diners, die Ricky en ik ook regelmatig thuis geven. Soms koken we daarbij zelf, een volgende keer regelen we een cateraar. In die huiselijke sfeer worden vriendschappen gesmeed, waar je later profijt van hebt. Je hoort wel eens de kritiek dat een attachee alleen maar feesten en partijen afloopt, maar het gaat om het uitdragen van belangen. Het ziet er allemaal lollig uit, maar je bent toch voortdurend met Defensie bezig.’ Broodnodig ‘De Amerikaanse luchtmacht is met 700.000 mensen enorm groot en complex en lijkt geenszins op de veel simpelere organisatiestructuren die wij in Nederland hebben. Het is mijn vak dat ik daar kennis van heb en
IN DEN VREEMDE EEMDE
doen do oen met oefeningen. Dan kom ik in het verweer, want het he et gaat erom dat die vlieger iets leert. Daarvoor leg ik werkbezoeken af en probeer eens in de twee a drie alle luchtmachtlocaties bezocht. jaar ja ar a llle lu lle luch chtm ch tmac tm acht ac htlo ht loca lo catitities ca es tte e he hebben e b bez e oc ocht. Dat zijn j er een stuk of achttien, verspreid door het hele land. Daarnaast e-mailcontant met die KLu-ers, Da aar arna naas na astt ho as houd ud d iik ke e-ma aililco co ont ntan a t me an et di ie KL K Luu-er ue s, er s vvoor oorr oo als er problemen zijn.’
Een echtgenote speelt een belangrijke rol in het vervullen van de functie als luchtmachtattachee.
dat ik een kennissenkring opbouw waar de luchtmacht iets aan heeft. Hierdoor kun je invloed uitoefenen op de concrete samenwerking tussen de KLu en USAF. Netwerken is gericht op het opzuigen van ontwikkelingen in Amerika en is een belangrijke manier om het politieke klimaat te beïnvloeden. En dat is broodnodig, want zonder dat land kunnen wij gewoonweg niet vliegen. Daarbij spelen politieke vraagstukken als ‘kan de opleidingsbehoefte van de KLu voor de lange termijn worden zeker gesteld?’, ‘krijgt de instandhouding en ontwikkeling van onze huidige en nieuwe wapensystemen voldoende prioriteit?’, ‘wat is het belang of de rol van de USAF bij de verkoop van onze MLU-F-16’s aan derden?’ en ‘wordt onze wens tot uitwisseling van informatie wel ondersteund door de Amerikanen?’. Het is handig om als attachee op een ambassade te zitten, want dan kun je van het interne netwerk gebruik maken, zoals de daar gevestigde politieke afdeling. Hierdoor kun je soms bepaalde problemen bespreekbaar maken op een hoger niveau. Dat was bijvoorbeeld erg handig bij de komst van onze vliegers naar Springfield Ohio. Ook spelen er altijd zaken rond de JSF in de Amerikaanse defensietop.´ Betrokkenheid ‘Naast mijzelf als luchtmachtattachee zitten hier nog attachees voor de marine, de landmacht en materieelsamenwerking. Wij worden ondersteund door officemanagers en drie verwervingsofficieren in de rang luitenant-kolonel die ook optreden als assistentattachee. Verder staat de defensieafdeling van de ambassade onder leiding van een defensieattachee, afwisselend een marinecommandeur of luchtmachtcommodore. Vroeger hield de lucht machtattachee zich voornamelijk bezig met vliegeropleidingen, nu is dat palet veel breder. Daar waar in Nederland de KLu-velden steeds meer inkrimpen, wordt Amerika steeds belangrijker als operationele en logistieke uitvalsbasis. Ik vind het belangrijk dat de luchtmachters in Amerika hun werk kunnen doen, denk aan exchange vliegers. Het is scheer en inslag dat ze door de Amerikaanse regelgeving niet mee mogen
Vliegende Hollander 0011 +++ +
Achterhalen ‘Meestal begin ik de dag door met het groepje attachees planning door Daarbij altijd ch hee e s de p la ann nin ng do d oor or tte e sp sspreken. r ke re ken. n. D a rb aa r ijj kkomt omtt al om a tit jd jd het nieuws aan de orde, waarvan we kennis nemen allerlei bronnen. was err la laatst een via vi a al a le erl r ei e b ronn ro n en nn en. Zo Zo w ass e aat atst s e st en kkrantenartira ant n en enar artitit ar kel waarin stond dat wij niet goed zouden zijn toegerust voor Afghanistan. Wij proberen dan te achterhalen e waar zoiets vandaan komt om het vervolgens recht te zetten. De rest van de dag zijn er briefings op het Pentagon of symposia bijvoorbeeld met betrekking tot onderwerpen als ´network centric warfare´. Verder komt er regelmatig hoog bezoek vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken of onze eigen Bestuursstaf en Operationele Commando´s. Ook maken we regelmatig uitgebreide reportages, die we de wereld insturen. Vaak hebben we ook nog intern overleg, waarin we onder meer contact hebben met de politieke en economische afdeling. ’s Avonds hebben we vervolgens twee tot drie keer per week een receptie of we geven zelf een diner. Meestal is zo’n dag dan rond een uur of 21.30 a 22.00 afgelopen.’ Mooi geweest ‘Mijn tijd hier als luchtmachtattachee zit er bijna op. Medio juli, augustus word ik opgevolgd door vlieger Rob de Rave. Ik weet nog niet welke baan in Nederland ik dan krijg. Als ik terugkom ben ik 53 jaar, dan heb ik nog 3,5 jaar tegoed. Omdat we zelf in Breda wonen, waar we ons huis hebben aangehouden, zou het mooi zijn als ik in de toren van Breda een mooie job krijg. Voor mijn jongste zoon zal het wel weer even wennen zijn in Nederland, hij is nu wel een beetje verkocht aan Amerika. Maar mijn vrouw en ik vinden het wel mooi geweest. Je hebt ook familiedingetjes en als je er zesduizend kilometer vanaf zit, gaat dat toch lastiger. We hebben echt een geweldige tijd gehad, maar op een gegeven moment is het mooi geweest.’ •
IN DEN VREEMDE EMDE
ACHTERGROND
Defensie met duo Dorniers twee bont gekleurde vogels rijker
Kustwachtvliegtuigen onder luchtmachtvleugels Met het overhandigen van een afbeelding van een Dornier Do-228, droeg staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat Tineke HuizingaHeringa op 11 december de verantwoordelijkheid voor twee kustwachtvliegtuigen over aan de minister van Defensie Eimert van Middelkoop. Het duo wordt ondergebracht bij het Commando Luchtstrijdkrachten en krijgt als standplaats de luchthaven Schiphol. Tekst en foto’s: Arno Marchand
DE VLIEGENDE HOLLANDER
12
ACHTERGROND
Onder een afwisselend strakblauwe en dan weer zwaarbewolkte hemel maken de bewindslieden, vergezeld door onder andere de Commandant Luchtstrijdkrachten luitenant-generaal Hans de Jong en Plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten schout-bij-nacht Wim Nagtegaal, op de dag van de overdracht een vlucht met beide nieuwe defensieaanwinsten. De twee kleine en lichte tweemotorige patrouillevliegtuigen, zijn geschilderd in de (internationale) huisstijl van de kustwacht: veel wit met diagonale oranjerode en blauwe banen, en gecompleteerd met de zwarte letters Kustwacht aan weerszijde van de romp. Van Middelkoop meldt achteraf dat hij met het laagvliegen tot zo’n dertig tot twintig meter boven de Noordzee eerder dacht aan zijn zwemdiploma en het welbekende spuugzakje, dan aan een vliegbrevet. Maar weer terug op Schiphol-Oost toont hij zich tijdens de overdracht uitermate tevreden over de Dorniers. Hybride constructie De twee Do-228’en vervangen één exemplaar van hetzelfde type dat met veel minder technische hoogstandjes is uitgerust. Meer dan vijftien jaar lang werd deze Dornier geleast, tot op 1 oktober 2007 dat contract afliep. Het nieuwe duo van de Kustwachtvliegtuigeenheid zorgt voor een verdubbeling van de capaciteit, waardoor meer (milieu)handhaving boven zee mogelijk is. De Kustwacht nieuwe stijl, waarvan de vliegtuigeenheid deel uitmaakt, bestaat sinds 1 januari 2007. Het is een zelfstandige overheidsorganisatie waarin liefst zeven ministeries participeren en voor de financiën zorgdragen: Verkeer en Waterstaat (V en W), Defensie (CLSK, CZSK en KMAR), Justitie, Financiën, Economische Zaken, Binnenlandse Zaken en tenslotte Landbouw Natuurbeheer en Voedselkwaliteit. De Kustwacht krijgt eigen middelen zoals schepen en vliegtuigen. ‘Net als de schepen die bij een rederij zijn ondergebracht, wilde V en W die het verwervingstraject voor haar rekening nam, ook voor de nieuwe luchtvloot een onderkomen’, zegt het Hoofd Afdeling Luchttransport- en Tankeroperaties (H-ALTO) kolonel Bas Pellemans. Bij zijn afdeling wordt de Kustwachtvliegtuigeenheid organisatorisch ondergebracht Maar zo eenvoudig als de overdracht op Schiphol overkomt, zo veelomvattend is de inbedding van de twee vliegtuigen in de luchtmachtorganisatie. Pellemans: ‘Een civiele taakuitvoering in een militaire organisatie binnenhalen, is bepaald geen sinecure. Het is een hybride constructie geworden met civiel-militaire samenwerking. Daarbij zorgt het Kustwachtcentrum, dat onder leiding staat van het CZSK, voor de planning en de alarmering, en het CLSK voor de uitvoering van de operaties en opleiding van personeel. Die taak hebben we sinds 1 januari 2008 overgenomen van het CZSK. Daarnaast is de logistieke poot – de gereedstelling en het klein onderhoud van de beide Dorniers – ondergebracht bij de firma Jet Support op Schiphol-Oost, en het groot onderhoud bij RUAG Aerospace in Oberpfaffenhofen in Duitsland. Tenslotte ontfermt de afdeling Maritieme en Overige Luchtvaartuigen van de Defensie Materieel Organisatie (DMO, red.) zich over de verwerving, het contractbeheer en het toezicht. Om te zorgen dat iedereen doet wat hij of zij moet doen, zijn er twee instanties die toezien op de luchtwaardigheid. De Militaire Luchtvaart Authoriteit (MLA, red.) richt zich op het CLSK, want de vluchtuitvoering van maritieme patrouilles zijn nog niet in de civiele luchtvaart beschreven. De Inspectie Verkeer en Waterstaat houdt toezicht op de logistieke
Beide Dorniers hebben er al een leven in Venezuela, de Filippijnen en Nepal op zitten. Bij de fabriek zijn ze compleet gestript, technisch op nul uren gezet, en daarna volgebouwd moderne apparatuur als de Sideways Looking Airborne Radar (SLAR, zwartgele balk onder de cockpit) en de Forward Looking Infra Red (FLIR, bol net voor het hoofdlandingsgestel).
Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat Huizinga-Heringa (r.) legt aan minister van Defensie Van Middelkoop nog even uit wat ze even daarvoor boven de Noordzee ervoer.
Bij Jet Support op Schiphol-Oost vinden de twee Dorniers onderdak. De flight- en missioncrews krijgen hier kantoor- en briefingruimte, een woonkamer en slaapvertrekken.
13
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGROND
poot omdat het om civiel geregistreerde toestellen gaat.’
De vraag of de buitendienst gestelde Fokker 60 Maritime Patrol Aircraft (MPA) de kustwachttaak op zich hadden kunnen nemen, is gemakkelijk te beantwoorden. Afgezien van de aanschaf van de DO-228 die al plaatsvond voor er sprake was een F-60 MPA, heeft de Dornier veel meer apparatuur aan boord, en is veel goedkoper in de exploitatie.
Huisman (l.) maakte de overstap naar de Dornier. Keijl kijkt bewonderend naar de moderne, grotendeels digitale cockpit van het nieuwe kustwachtvliegtuig.
De Dorniers Do-228-212’s zijn in het civiele luchtvaartregister ingeschreven als PH-CGN (Coast Guard Netherlands) en, op de foto, PH-CGC (Coast Guard Centre).
Onderdak Volgens majoor Willem Bogaard, Hoofd Officier Toegevoegd van de afdeling Bestuursondersteuning CLSK, is er veel voorbereidingstijd gestoken in de komst van de toestellen. ‘Een overeenkomst in 2004 tussen de ministers Peijs van Verkeer en Waterstaat en Kamp van Defensie, legde al vast dat Defensie eigenaar zou worden van de kustwachtvliegtuigen. Met dat gegeven is een projectorganisatie aan de slag gegaan, onder voorzitterschap van Pellemans en onder verantwoording van de Directeur Directie Operationeel Beleid, Behoeftestellingen en Plannen van de Defensiestaf.’ Om de vliegtuigen zo soepel mogelijk in de CLSK-organisatie te laten instromen, is een aantal keuzes gemaakt. De belangrijkste zijn de registratie en de thuisbasis van de Dorniers. Voor de laatstgenoemde golden twee opties: het Marinevliegkamp De Kooy en de Luchthaven Schiphol. Het Helderse vliegveld was al thuisbasis van het oude kustwachttoestel, maar kende een groot operationeel nadeel. De baan ligt zuidoost–noordwest en met een overwegend zuidwesten wind kan de kleine en zijwindgevoelige Dornier niet opstijgen. ‘Kortom, een niet wenselijke situatie’, verduidelijkt Bogaard. ‘Schiphol beschikt over diverse banen, waardoor de Dornier vrijwel altijd kan vertrekken en landen. Daarom krijgen beide toestellen bij Jet Support op Schiphol-Oost – letterlijk – onderdak.’ Ook bij de registratie waren er twee mogelijkheden: militair of civiel. Pellemans: ‘We hebben overwogen van de Kustwachtvliegtuigeenheid een volledig militaire organisatie te maken. Maar dan moest alles bij het CLSK worden ondergebracht en dat legt een groot beslag op de eigen organisatie omdat je minder kunt uitbesteden. Met een civiele registratie is de keuze gemaakt voor zo min mogelijk personele toevoegingen vanuit Defensie. Bovendien kunnen we een groter aantal zaken commercieel beleggen, dan met een militaire had gekund.’ Overstappen De vliegtuigen zijn de ogen en oren van de Kustwacht boven het water. Ze leveren een bijdrage aan handhaving – het opsporen van milieumisdrijven – en ondersteuning, onder andere het zoeken
DE VLIEGENDE HOLLANDER
14
ACHTERGROND
naar drenkelingen. In de vliegtuigen bevinden zich bijvoorbeeld vlotten die tijdens de vlucht kunnen worden uitgeworpen. Pellemans: ‘Voor de eerste taak is dus altijd een handhaver aan boord. Dat kan iemand zijn van de KMAR, Douane, Justitie, KLPD of Algemene Inspectie Dienst.’ Een belangrijke deel in de operationele taakuitvoering, is de levering en opleiding van personeel. Ook die rol kwam per 1 januari over van het CZSK. Bogaard: ‘Het CLSK dient in totaal zeven flightcrews te leveren zodat één van beide Dorniers zeven dagen per week en 24 uur per dag op één uur notice to move staat. Dat betekent zoveel dat de tijd tussen alarmering en wegtaxiën één uur bedraagt.’ ‘Vacaturevulling is een lastige taak’, zegt luitenant-kolonel Rien Keij, Hoofd Sectie Luchtvarenden bij ALTO. ‘Het is sowieso moeilijk om voldoende luchtvarenden binnen het CLSK te krijgen en te houden. De burgerluchtvaart trekt, en daar hebben wij als luchtmacht last van. Naast het marinepersoneel dat uit de “oude” Kustwachtorganisatie kwam, hebben we tot nu toe twee stoelen ingevuld. Dat is nog niet genoeg, dus bekijken we momenteel naar de mogelijkheid om vliegers uit de burgerluchtvaart te laten overstappen, en naar FLO’ers om hen opnieuw in dienst van Defensie te nemen. Dat is er al met twee gelukt die samen één functie gaan bekleden.’ Leuk klein vliegtuig Een van de vliegers die de overstap naar de Kustwacht wel zag zitten, is majoor Ruud Huisman. Per 1 november is hij
de omscholing op de Do-228 in gegaan. ‘Het conversietraject bestaat uit twee delen. Allereerst krijg je de typerating op de simulator op het vliegveld van Braunschweig. Dat is de typekwalificatie in een zeer gecomprimeerde vorm. Daarna volgt de vlieg- en operationele training vanaf Schiphol.’ De keuze voor de Kustwacht was voor Huisman voor een deel toeval. ‘Dit kruiste toevallig m’n pad. Je bent vlieger, en dat vliegen wil je graag blijven doen. Die mogelijkheid heb ik hier. Het is ook weer een persoonlijke ontwikkeling. Je vliegt weer eens op een ander type. Het is een leuk vliegtuig; klein, hanteerbaar en zeer geschikt voor z’n taak want goed en compleet uitgerust. Het zijn oudere airframes die compleet zijn overhauled, waarbij ze technisch op nul uren zijn gezet. De Kustwacht is voor een deel een andere wereld, maar ook hier draait het om een vliegend bedrijf. Ik blijf overigens gewoon in dienst van het CLSK hoor.’ Pellemans besluit met het benadrukken dat de inbedding van de twee Dorniers een flinke impact heeft op de CLSK-organisatie. ‘Realiseer je dat er een compleet wapensysteem bijkomt en dat is een behoorlijke opgave. Daarvoor komt er bij ALTO één persoon bij, en DMO ook. Bij de MLA is het een deeltijdfunctie. De taken die de Kustwacht in het verleden kreeg, waren door een tekort aan capaciteit niet allemaal uit te voeren. Met twee Dorniers is die verdubbeld en kan de reactietijd omlaag tot één uur. Gaat dit concept werken? Jazeker, want het werkte al met het geleasde toestel.’ •
Formatievlucht boven Scheveningen van de oude – linksachter – en de twee nieuwe Do-228’en. Foto: Arnoud Schoor, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg
15
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
Kapel Koninklijke Luchtmacht brengt Broadway tot leven Een rode loper omzoomd met bühnelicht, galajurken, flitsende camera´s en een Rolls-Royce voor de deur. Het was een Oscaruitreiking waardig, op zondag 20 januari in het Haagse World Forum Theatre. Maar de Oscars bleven beperkt tot grote decorstukken. De spotlights zijn voor het Luchtmachtorkest, dat haar nieuwste show Hollywood in Concert in première laat gaan. Tekst: Robert van Loon I Foto´s: Ron Geurts
Hollywood in Concert betekent ook de reünie van showpartners Lee Towers en Anita Meyer.
Het ensemble in het geel met daartussen (v.l.n.r.) de solisten Madelon van der Poel, Erica Yong, Danny Yanga en Hans Lemmen.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
16
R E P O R TA G E
Hoe schep je de sfeer van Hollywood in een oer-Nederlands theater? Een vraag waarop het Orkest van de Koninklijke Luchtmacht een passend antwoord geeft. Geassisteerd door een cast aan vocalisten, dansers en een tomeloos enthousiasme, waant iedere bezoeker zich in het hart van de filmwereld. Een wereld van sterren, die om de beurt aan de Scheveningse hemel mogen stralen. Erica Yong valt op door haar krachtige stem en sterke voorkomen. Met onder meer het nummer One night only maakt ze een onvergetelijke indruk. Andere hoogtepunten worden gevormd door Hans Lemmen, Danny Janga en Madelon van der Poel. Stuk voor stuk getalenteerde zangers, die ook het showelement weten toe te voegen dat Hollywood van haar sterren verlangt. Mineur De avond begint niettemin in mineur. Dat had alles te maken met het overlijden van korporaal Aldert Poortema en soldaat 1 Wesley Schol in Uruzgan. Ter nagedachtenis aan beide collega´s begint het optreden met een indrukwek-
Het ensemble in cabareteske pose, gadegeslagen door sergeant-majoor Marcel Salomon die tevens een prachtige klarinet-solo ten besten gaf.
kende versie van de Nationale Taptoe hymne. De informele bijeenkomst na afloop is vanwege deze tragische gebeurtenis sterk versoberd en voor Commandant der Strijdkrachten generaal Dick Berlijn en zijn plaatsvervanger luitenant-generaal Rob Bertholee vormt het aanleiding om de première aan zich voorbij te laten gaan.
Showpartners Hollywood in Concert betekent ook de reünie van de showpartners Anita Meyer en Lee Towers. Meyer bewijst nog steeds te kunnen zingen als een diva met nummers als I want to spend my lifetime loving you en One night only. Lee Towers ondervindt last van een jetlag en een opkomende verkoudheid, waardoor hij niet tot grote hoogte kan stijgen. De absolute topper van de avond komt uit eigen gelederen. Sergeantmajoor Marcel Salomon, die de show steelt met een opzwepende versie van het joods-Russische drinklied To life uit de musical Fiddler on the roof, verovert de harten in de zaal. Zijn optreden staat eigenlijk symbool voor het hele orkest van dirigent Jos Pommer, dat tijdens deze première boven zichzelf uitstijgt. Majoor Theo Bremer, sinds deze maand directeur van de Luchtmachtkapel, laat alles over zich heenkomen. ‘Er komt enorm veel kijken om een show als deze neer te zetten. Wat dat betreft val ik met mijn neus in de boter. Het ziet er erg goed uit.’ •
Hollywood in Concert is naast een muzikaal genot, ook een zinderend schouwspel.
17
DE VLIEGENDE HOLLANDER
vervlogen tijden Kleine krachtige Bölkow was zijn tijd ver vooruit
De Bo De naam Groep Lichte Vliegtuigen was bij oprichting in 1950 een logische vanwege het gebruikte type vliegtuig, de Auster. Dit ‘lichte vliegtuig’ krijgt al snel aanvulling van de Piper Super Cub en de Beaver. Alledrie vastvleugelige toestellen, tot de introductie van de helikopter het begin van het einde van deze vliegtuigen inluidt. Na eerst de Hiller en vervolgens de Alouette II en III, bestaat de GPLV vanaf 1976 alleen nog uit helikopers. Dan verlaten de laatste Piper Super Cubs het toneel, door de komst van de Bölkow. Tekst: Arno Marchand | Foto’s: : Uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie
augustus arriveren de eerste dienste staan van de KL. Op 12 au Één ervan wordt gevlogen door twee toestellen op Soesterberg. É getogen op Curaçao waar hij in Daan Rietkerk; geboren en getog verdienen met zijn broers muziek zijn tienerjaren om wat bij te verd de luchthaven. Betaling krijgt speelt in het KLM-restaurant op d hij in de vorm van rondvluchten een hij weet al snel dat hij vlieNederland, treedt hij direct in ger wil worden. Na de HBS in Ne kreeg de keuring voor verkeersdienst van de luchtmacht. ‘Ik kree leider’, zegt Rietkerk. ‘Dat was in die tijd dezelfde als voor vlieger. Ik vroeg “kan ik dan ook vlieger worden?”, en dat kon. Als onderofficier-vlieger vloog ik op de Meteor en nog even op de Hunter totdat ik door de vele ongelukken die er in die tijd gebeurden, een soort vliegangst binnen de gehele luchtmacht geb naar de helikopters, want ik gaf kreeg. Toen ben ik overgestapt n vliegen. Ik ben daarin goed geholaan toch wel graag te blijven vlie het 299 Squadron op Ypenburg.’ pen door de commandant van he
Veel mogelijkheden V Type:
Messerschmitt-BölkowBlohm Bo-105 Eenheden: GPLV: 298 en 299 Squadron Dienstperiode: 1975- 2003 Aantal: 30 Bo-105C/CB, 1 Bo-105D/DB De Bo-105D (B-83) wordt in 1982 overgenomen van de KLM, in eerst instantie voor proeven met nachtzichtapparatuur. Na modificatie, midden jaren tachtig, staan Bo’s als CB en DB te boek.
Ter vervanging van de Piper had de luchtmacht een aantal types op de korrel, waarbij levensduur en operationele standaardisatie belangrijke selectiecriteria waren. Door de keus van de Duitse Heeresflieger – de legerluchtmacht – voor de Bo-105 van het Duitse consortium Messerschmitt-Bölkow-Blohm (MBB), was die mogelijkheid tot standaardisatie binnen de NAVO er inderdaad. Dus schaft ook de Koninklijke Landmacht de vijfpersoons helikopters aan, die gevlogen en onderhouden werden door de luchtmacht. Dat is gebruikelijk binnen de GPLV die uiteindelijk uit drie KLu-squadrons bestaat, die ten
V L I E G E N DE
D vliegt hij op de Piper en de H Daar Hiller, en vervolgens op de collega’s een aantal exemplaren Alouette III, waarvan hij met colleg A ophaalt bij de fabriek in Marignane bij Marseille. In 1963 wordt o hij officier-vlieger en daarna al snel instructeur. Rietkerk: ‘Begin h eind van z’n carrière, en de keuze jjaren aren zeventig is de Piper aan het ei vvoor de Bo is vrij snel gemaakt. In jjuli 1975 ben ik met nog drie ccollega’s naar de fabriek in Ottobrunn Ottobru nabij München gegaan, conversietraining. We hebben daar echt vvoor een intensieve conversietrainin het toestel uitgeprobeerd. En aalle – legale – mogelijkheden van he namelijk de vaste rotor ontwikkeld, dat waren er veel! MBB had nameli d mast-bump meer kon krijgen. Bij waarmee je geen zogenoemde mast w wachten totdat de helikopter eeen niet-vaste rotor moet je eerst w volgt. Doe je dat niet en maak je de door jou ingezette beweging vol d rotorhub tegen de as aan, en dan tte snelle beweging, dan komt de ro iis het einde verhaal. Met de Bo kon je vliegen zoals daarvoor nog onmogelijk was. Separaat van ons vvliegers, kreeg ook een aantal opleiding waarin ze echt alle ins en monteurs een zeer intensieve opleid nog drie ander vliegers na de outs leerden.’ Rietkerk neemt met n twee Bo’s mee naar Nederland, opleiding in Duitland, de eerste twe Twenthe, op Soesterberg worden waar ze na een tussenstop op Twen Rietkerk: ‘Vanaf dat moment afgeleverd bij het 298 Squadron. Ri hielden we ons onder andere bezig met het schrijven van een syllabus voor dit type, gebaseerd op die van de Hiller. Maar de Bo waarmee je veel meer mogelijkheden was een tweemotorig toestel waarm
18
H O L L A N D E R
vervlogen tijden vooral het rotorsysteem.’ De operaties van de Bölkow vooruit, vo eigenlijk hetzelfde als voor de Alouette III, laagvliegen en waren eigen verkennen. ‘Zo dicht mogelijk de vijand naderen, zonder gezien te worden. Maar met de Bo kon dat net even wat makkelijker én lager’, zegt Rietkerk. ‘Het maakte met de Bo niet zo heel veel uit of je een tak raakte. De rotorbladen waren sterk genoeg om dat weerstaan. Dat moest je met de Alouette niet proberen te kunnen w had holle rotorbladen met weliswaar een stalen voorlijst, want die ha steentje kon al teveel zijn. De Bo bezat glasfiber bladen maar een st door de bomen konden gaan. Dat was op zich die als een tondeuze t bedoeling, maar als het gebeurde, was dat geen probleem.’ niet de bed
Een van de grote oefeningen waaraan de Bölkows (op de foto naast een Amerikaanse OH-58 Kiowa en Nederlandse Alouette III’s) deelnamen, was ‘Inter Action’. Liefst dertienduizend militairen participeerden in deze Amerikaans-DuitsNederlandse oefening in september 1977. hebt. Wij moesten met de eenmotorige Hiller en Alouettes goed kunnen autoroteren. MBB vond dat niet nodig, want de Bo was immers een tweemotorig type. De kans dat beide zouden uitvallen, achtte de fabriek nihil. Uitval van één motor wel, dus dat werd wel getraind. Normaliter draaiden beide motoren op ongeveer 35 procent. Met uitval van één ging je naar zeventig procent, en dan nog had de Bo meer dan voldoende vermogen over.’
De B-75 was een van de laatste Bo’s die werd afgeleverd. De laatste waren de B-79 en 80 op 5 augustus 1976. Na eerst bij 298 en 299 Squadron te hebben gediend, worden om logistieke redenen in 1979 alle Bo’s bij 299 op Deelen ondergebracht.
Sluipvliegen Sluipvl S liegen
Bij de aankomst van de eerste twee, toont Rietkerk aan prins Bernhard – op dat moment Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht – de nieuwe aanwinst voor de Groep Lichte Vliegtuigen. Foto: Uit collectie Daan Rietkerk.
Tondeuze Na het opzetten van de Bölkow-opleiding in Nederland gaat Rietkerk naar het Heeresfliegerversuchsstaffel in Celle om daar in operationele zin de fijne kneepjes van de Bölkow te leren. ‘Ik vloog daar onder andere met de latere wereldkampioen demonstratievliegen Charlie Zimmermann. Hij heeft me de échte limieten van de Bo laten zien, dus wat nét wel, en nét niet kon. En ik stond daarvan te kijken. De snelheid van positiewisseling was indrukwekkend. Ik was daar haast letterlijk ondersteboven van. Je kon ‘m zo op z’n neus of z’n staart zetten, en zelfs over de kop gaan. Die kist kon gewoon alles. Eigenlijk waren er geen beperkingen. Het toestel was op dat moment z’n tijd eigenlijk ver
V L I E G E N DE
Z Zodoende kon de Bo lager vliegen dan de gebruikelijke voet, honderd vo h oet, zo’n dertig meter. Rietkerk: ‘Dat was gezien de dreigingg vanuit het oosten ook écht nodig. Hoe lager, hoe d vveiliger, eiliger, want waant dan was je niet te raken door SAM’s. Op een moment ggegeven egeven m oment werd dat sluipvliegen, dus we vlogen niet meer over hoogspanningskabels heen, maar er onderdoor. De m Duitsers en Belgen deden dat al op die manier, en wij namen D dat over.’ d Na zijn ervaring bij 298 Squadron gaat Rietkerk als Senior N National Representative/instructeur naar Fort Rucker in N Alabama. ‘Je merkte daar heel duidelijk dat hun Kiowa veel A minder mogelijkheden had als onze Bo. Die kon bijvoorbeeld m nog een mast-bump krijgen. De enige handicap van de Bo ten n opzichte van andere types was het geluid. Dat was bijvoorbeeld o vveel eel meer dan dat van de Kiowa, ondanks dat die maar twee rotorbladen ro otorbladen had die veel meer “klapten”.’ Bij terugkomst uit de USA gaat Rietkerk, die dan inmiddels B kapitein is, een blauwe maandag naar het 334 squadron k om F-27 te vliegen. Toch komt hij al weer snel terug op de o Bölkow. Eerst bij wing ops op Deelen, na verloop van tijd als B commandant van de Voortgezette Tactische Helikopter Cursus, co en tenslotte als ops-officier bij 300 Squadron. Daarna krijgt hij wederom de mogelijkheid om naar Amerika te gaan als h Liaison Officer. Daar gaat hij in 1992 als majoor de dienst uit, L en aansluitend terug naar de Antillen en vervolgens Nederland. Met veel plezier kijkt hij nu nog terug naar zijn ervaring met de M Bölkow. ‘Ja, het was een goed kistje. Voor mijn gevoel was het B een betrouwbaar type.’ • ee
19
H O L L A N D E R
R E P O R TA G E
Eerste verfbeurt voor transporthelikopter
Grijze Cougar bijt spits af De Hercules kreeg vorig jaar al een grijze tint. Op 4 januari landde de eerste grijze Cougar op Vliegbasis Soesterberg. Naast een ander kleurenschema, waren ook de letters Koninklijke Luchtmacht verdwenen en de roundel in toned downtinten aangebracht. De Cougar bijt het spits af, want uiteindelijk zullen alle transporthelikopters deze metamorfose ondergaan. Tekst: June Smit I Foto’s: Arnoud Schoor, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg
Naast een ander kleurenschema zijn bij de Cougar ook de letters Koninklijke Luchtmacht verdwenen en is de roundel in grijstinten aangebracht.
Een egaal grijze Cougar. Het was even wennen voor degenen die op vrijdag 4 januari de eerste overgespoten transporthelikopter op Vliegbasis Soesterberg zagen landen. De verf van zowel de Cougars als de Chinooks, die in 1995 werden aangekocht door de Koninklijke Luchtmacht, was na ruim tien jaar aan vervanging toe. ‘De meeste verfsystemen worden regulier elke zeven tot tien jaar vernieuwd’, zegt kapitein Eric Claassens, projectleider. ‘Op termijn gaan dan ook alle transporthelikopters grijs door het leven. De Cougar met tailnummer 454 is een proefkonijn.’ DE VLIEGENDE HOLLANDER
20
Chromaatarm ‘We moeten tegenwoordig bij het overspuiten van materieel rekening houden met de nieuwe regelgeving’, vervolgt Claassens. ‘De vorige verfsystemen die we gebruikten bevatten chromaten. Die verf heeft de langste levensduur, maar is niet milieuvriendelijk en ook niet echt gezond voor de schilders. Bovendien moet je op dit moment allerlei maatregelen nemen om chromaatverf te verwijderen. We hebben nu gekozen voor een verfsysteem van Mankiewicz, hetzelfde verfsysteem dat twee jaar geleden is toegepast op de Alouette. Het verschil is echter dat de Alouette
geheel van aluminium is, terwijl bij de Cougar composiet onderdelen bevat, een soort kunststof. Tevens is het verschil dat de Cougar in andere gebieden en onder andere omstandigheden ingezet wordt dan de Alouette helikopter. Daarom was het even de vraag of deze coating hier op kon. Dat bleek echter geen probleem.’ De opdracht om de Cougar over te spuiten is aanbesteed aan de Duitse vestiging van Eurocopter, het moederbedrijf van de Cougar. Dit heeft een subcontract met Ruag in het Duitse Oberpfaffenhofen voor het overschilderen van de helikopter. ‘We hebben al begin 2005 gekeken wie het kan
overspuiten’, zegt Claassens. ‘Voor ons was het een probleem wie het technisch onderhoud zou doen. Je praat toch over het op- en afbouwen van rotorbladen en de ramen. Je moet een bedrijf vinden dat geautoriseerd is om te werken volgens Militaire/civiele Luchtvaart Eisen. Je hebt meerdere bedrijven die schilderwerk aanbieden, maar slechts een klein aantal van die bedrijven mag onderhoud verrichten aan de helikopter. Grijs Naast een nieuwe verflaag is ook gekozen voor een nieuwe kleur, grijs. De KDC-10 en de Hercules gingen de Cougar in deze kleur al voor. Ook de NH-90, de transporthelikopter die in de nabije toekomst de Lynx van de marine vervangt, is grijskleurig. ‘Deze is iets lichter van kleur en in hoogglans’, zegt Claassens. ‘Dat is over het algemeen duurzamer en dus belangrijk voor een helikopter die constant boven zee zit. Hoogglans heeft als nadeel dat je beter zichtbaar bent en daarom hebben wij daar niet voor gekozen.’ Uiteindelijk zal de hele vloot van zowel Cougars als Chinooks in grijs worden overgespoten. ‘Grijs is een kleur die in de meeste tactische situaties is te gebruiken’, zegt overste John Niessen, hoofd sectie transporthelikopters DMO. ‘De omgeving waarin we opereren kan nog al variëren. Van bovenaf is het camouflagesysteem wel interessant als het passend is, maar van onderaf niet en dat is toch vaak waar de vijand zit en deze kleur steekt dan duidelijk minder af tegen de helblauwe lucht.’ Woestijnpatroon Maar met de grijze kleur is de kist niet af. Het is de bedoeling op deze laag desgewenst een tijdelijke topverflaag aan te brengen. Claassens: ‘Grijs is de
De deur van de Cougar is van composiet, waardoor deze op een andere manier behandeld werd dan de aluminium delen.
De Cougar met tailnummer 454 gaat dit jaar als proefkonijn met het nieuwe kleurenschema door het leven. Als het bevalt, zullen volgend jaar ook de overige Cougars en Chinooks volgen.
basiskleur. De tijdelijke coating zou voor Afghanistan een woestijnkleur kunnen zijn of voor de VN egaal wit. De technische levensduur van de tijdelijke topverflaag is ongeveer zes maanden tot een jaar. De coating kan met een licht oplosmiddel verwijderd worden. We moeten nog gaan beoordelen hoe lang het duurt om een dergelijke toplaag aan te brengen. De Engelsen hebben al veel ervaring met dergelijke coatings, die ervaring kunnen we gebruiken. Onze eigen ervaring is afkomstig van de KL die de voertuigen ook tijdelijke coatings geven. Zij maken gebruik van een soort afpelbare vorm, maar bij een heli wil je dat niet. Die geeft zoveel trillingen en wrijving dat die coating los kan komen.’ Niessen: ‘We moeten natuurlijk ook nog beoordelen of een tijdelijke topcoating in de praktijk werkt. Dat staat los van de kwaliteitsproeven die we op de basisverf doen. Je bent dan wel een of twee weken je helikopter kwijt voor het aanbrengen en later weer verwijderen van de tijdelijke topcoating.’ Kerstboom Bij het nieuwe kleurenschema is zoveel mogelijk rekening gehouden met de civiele eisen. ‘We hebben te maken met het Cabin Safety Improvement Programme (CSIMP) dat gericht is op het vergroten van de veiligheid voor inzittenden , zegt Niessen. ‘Hierbij spelen ook externe markeringen een rol. Hoewel we zoveel mogelijk tegemoet willen komen aan de civiele eisen, moet je hem wel zo goed mogelijk camoufleren. Je wilt natuurlijk niet met een kerstboom rondvliegen. Daarom hebben we nu gradaties aangebracht in de grijsschakeringen. De kist moet zo min mogelijk opvallen, maar de nooduitgangen moeten wel vanaf buiten zichtbaar zijn. De band rond de nooduitgangen moet volgens NATO-eisen één inch zijn
en volgens civiele eisen twee inch. Nu is deze rood, maar hij wordt grijs en zeker als ie twee inch is, is deze toch een stuk opzichtiger.’ Niessen: ‘We moeten dus serieus kijken of dat niet te opzichtig is. Of de markeringen daadwerkelijk goed te vinden zijn, moet het gebruik dit jaar uitwijzen.’ Ook het onderscheid tussen de verschillende Operationele Commando’s verdwijnt. Zo is de kreet Koninklijke Luchtmacht verdwenen en zijn de roundels niet meer rood-wit-blauw, maar in toned down grijstinten. ‘Alleen het tailnummer en de roundel blijven’, vult Claassens aan. Schildershangaar ‘Voor de Cougar wordt overwogen de overspuitbeurt samen te laten vallen met de 15-jaarlijkse inspectie’, zegt Niessen. ‘Op die manier leggen we zo min mogelijk druk op de beschikbaarheid va de helikopters. De 15-jaarsinspectie vindt plaats op Woensdrecht. We hebben nu het overspuiten uitbesteed, maar het schilderen van de kisten zouden we graag in eigen huis willen doen. Op dit moment wordt overigens ook op Vliegbasis Gilze-Rijen een nieuwe schildershangaar gebouwd.’ Claassens: ‘In principe werkt het aanbrengen van dit systeem hetzelfde als huidige systeem, dus daar verandert niets aan, behalve dat dit chromaatarme verf is.’ Het komende jaar moet uitwijzen of alle markeringen goed te zien zijn en de verf zich goed houdt. De voorlopige planning is dat de grijze Cougar dit jaar niet naar Afghanistan gaat, maar wel meegaat met oefeningen om te kijken hoe het verfsysteem en in bepaalde gevallen de topcoating, zich houdt. Als het positief is, wordt de rest van de transporthelikoptervloot in 2009 aangepakt. De zes extra bestelde Chinooks worden dan meteen in het nieuwe kleurenschema afgeleverd. •
21
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
Een tastbaar stukje opbouw van Afghanistan vond van november tot eind januari plaats op Vliegbasis Woensdrecht. Hier werden zeventwintig Afghaanse brandweermannen getraind als brandbestrijders. Een uniek project, waar de luchtmacht maar al te graag haar schouders onder zette.
KLu leidt Afghaanse brandweer op
Trainen voor de poort van Afghanistan Tekst: June Smit I Foto’s: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie LCW
DE VLIEGENDE HOLLANDER
22
R E P O R TA G E
Een club frisse jongens luistert aandachtig naar de debriefing van hun laatste oefening. Ze zijn allemaal keurig geschoren, hebben hun haren kortgeknipt en in model gebracht met gel. Niet echt wat je zou verwachten van Afghaanse brandweermannen. ‘Dat was voor ons best een verrassing toen we eind vorig jaar naar KAIA gingen om te kijken hoe de brandweer daar functioneerde’, zegt majoor EriK de Laat, Hoofd Brandweeropleidingen op Vliegbasis Woensdrecht. ‘Je hebt al snel een stereo typering, dat Afghanen mannen zijn met lange baarden, lange gewaden en geen Engels spreken, waardoor je alles met tolken moet doen. Toen we daar in september kwamen, troffen we echter het tegenovergestelde: keurig
de grootste met de meeste ervaring, dan komt de civiele brandweer die in feite net begonnen is en brandbestrijders van Afghan National Army. Uiteindelijk moeten deze instanties samensmelten tot één brandweerorganisatie. Het vliegveld KAIA heeft daarom ook behoefte om brandweermensen beter op te leiden. De afgelopen jaren kreeg ze les van verschillende ISAF-partners, waaronder de Denen, Duitsers, IJslanders, Amerikanen. Allemaal hielden ze er andere tactieken op na, waardoor de mannen om de zoveel tijd een andere training kregen. Dit kwam terecht in ISAF-kanalen. Hierop stelde generaal-majoor Freek Meulman, Deputy Commander Air, voor om de brandweer onder onze hoede te nemen op Vliegbasis
ook een standaardisatie in brandbestrijding. Wij kunnen in dat laatste voorzien door ze een International Aviation and Fire Rescue Course volgens ICAO standaard te bieden. Bij afleggen met goed gevolg ontvangen ze een certificaat met een stempel van het OKLu. Daarnaast staat er ook op dat dit volgens ICAO standaard is.’ Gigantische uitdaging De deal werd gesloten en er moest snel water uit de kraan. Maar voordat de brandweermannen hierheen kwamen, moest eerst een programma op maat worden geschreven. Want hoewel internationale luchtmachten als de Belgische, Duitse en Zwitserse luchtmacht bijna da-
De training is niet helemaal zonder gevaar voor de Afghanen, brandweer is dan ook geen vooraanstaand beroep in Afghanistan. Desondanks voeren ze hun taak met passie uit.
gekapte jonge mannen, met drie tot vier jaar ervaring, allemaal goed uitgerust en door trainingen van de ISAF spraken ze allen goed Engels. Bovendien bleken ze gemotiveerd om te leren, beschikten over genoeg zelfreflectie en wilden erg graag het papiertje halen volgens ICAO standaard.’ Ultiem doel En dat is waar het allemaal om draait. De brandweer in Afghanistan krabbelt na jaren van afwezigheid langzaam op uit een dal met als ultiem doel om haar moederland weer veilig te maken. ‘Je hebt op dit moment drie clubjes op Kabul International Airport (KAIA,red.) die zich bezighouden met brandbestrijding’, zegt majoor Fred Tempels. ‘ISAF is daarvan
Woensdrecht, waar we een geavanceerd brandweeroefenterrein hebben. Ons vroegen ze of wij dat wilden accommoderen.’ Commerciële vluchten Met vier man sterk ging een afvaardiging van de luchtmacht daarom in september naar KAIA. ‘We wilden een goed beeld krijgen wat ze van ons wilden en wat wij ze konden bieden’, zegt Tempels. ‘Als je als vliegveld een ICAO-status krijgt, kun je rekenen op meer commerciële vluchten. Kabul is immers de poort tot Afghanistan en het is dus heel belangrijk dat ze die status krijgen. Een ICAO-status bereik je onder meer met een gecertificeerde verkeersleiding, beveiliging voor passagiers, een goede bagage afhandeling, correcte brandstofvoorziening, maar
gelijks gebruik maken van de trainingsfaciliteiten op Vliegbasis Woensdrecht, was het trainen van Afghanen nooit eerder gebeurd. ‘De uitdaging was gigantisch’, zegt adjudant Peter Harts. ‘We wilden eerst weten wat ze konden en wilden. Dat kon ik samenvatten door een korporaalscursus uit te kleden. Ze leren hier puur brandbestrijding.’ Uiteindelijk werd besloten de Afghanen in drie shifts van maximaal tien man te trainen. De eerste shift arriveerde op 7 november. De cursus startte met een week theorie, waarna ze verschillende praktijkoefeningen kregen. ‘De eerste paar testen deden we in een betrekkelijke veilige ruimte’, zegt Harts. ‘Iedereen moet namelijk de basisoefeningen kunnen, zoals vloeistofbranden blussen, maar ook een motorbrand en
23
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
een vliegtuigbinnenbrand. En dat zowel bij een verkeersvliegtuig, helikopter als gevechtsvliegtuig. In week twee doen we uitrukoefeningen, met een uitrukbericht op zijn Kabuls, en een dito crashmelding. Vervolgens leren wij ze volgens een bepaald protocol te werk te gaan met een minimum aan commando’s.’ ‘Dat laatste is van belang omdat teveel communicatie kan leiden tot onbegrip’, vult De Laat aan. ‘Als de ontvanger niet begrijpt wat de zender zegt, bestaat de kans dat het uit de hand loopt.’ ‘En dat proberen we zo ook tussen de oren te krijgen’, zegt Tempels, ‘ze moeten snel handelen bij een crash, anders kunnen er mensen doodgaan.’ Iets betekenen En dit scenario komt nog aan bod in de laatste oefening van de dag. De negen Afghaanse brandweermannen verspreiden zich over de twee aanwezige crashtenders en een karretje dat dienst doet als een reserve. Als de auto’s staan opgesteld in een uithoek van het oefenterrein, schalt het
uitrukbericht door de intercom. ‘All stations emergency, een transportvliegtuig is gecrasht met twee personen aan boord en vrachtruim met bagage. Vliegtuigneus wijst naar het zuiden en het heeft maar een deur linksvoor.’ Een van de Afghaanse brandweermannen in de auto herhaalt voor zichzelf lachend de info. Dit vinden ze mooi, hier willen ze voor gaan. De sirene gaat aan, de mannen zetten hun helmen op en sluiten de hieraan hangende flappen om hun hals. Vlakbij de plek des onheil aangekomen, wordt de oefening afgebroken. Verbaasde blikken. ‘Dit is niet normaal’, zegt sergeant-majoor Sven Marchal, een van de instructeurs die de crashtender bestuurt. ‘Het hele oefenterrein werkt op propaangas, blijkbaar is er een technische fout ingeslopen. Waarschijnlijk gaan ze hem resetten en weer opnieuw proberen.’ Eigen rol Als enkele minuten later de oefening wordt hervat, gaat de sirene weer aan en
Foto: Jan van Kraanen
Omdat de Afghaanse brandweer gebruik maakt van voormalige Deense E-Ones, heeft de KLu voor de training een Deense E-One (voorste wagen) over laten komen. Op die manier kunnen ze trainen met materieel dat dicht bij dat van hun ligt.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
24
doen de mannen hun helmen op, die ze even hadden afgezet. Een oranjerode gloed komt hen tegemoet, van de plek waar het vliegtuig in lichterlaaie staat. Het is een van de vier mock-ups die op de Vliegbasis Woensdrecht staan en desgewenst met een druk op de knop kunnen ontvlammen. Op aanwijzing van de shiftleader stellen de wagens zich op in een driehoek, waarna ze de grootste vuren doven met het dakkanon om vervolgens hun gegeven taak uit te voeren. Een heel nieuw fenomeen voor ze, want in Afghanistan genoten ze een stuk minder verantwoordelijkheid. ‘Ze hadden al wel een goede theoretische kennis’, zegt De Laat, ‘maar je zag dat ze niet gewend waren met vuur om te gaan. Ze oefenden op KAIA met een personenauto die een brand voorstelde en waar ze tijdens het blussen zo’n honderd meter vanaf stonden. Dat is te gek, want als je weet dat een bluskanon maar zeventig meter spuit, bereik je de brand dus niet eens.’ ‘Bovendien rolden ze hun slang uit, waarna ze bleven wachten op commando’s zonder iets te doen’, gaat Tempels verder. ‘Hier krijgen ze een rol toebedeeld en als er niets wordt gezegd, voer je die dus uit.’ Trots En dat blijkt, want iedereen voert zijn taak naar behoren uit. Als er nog slechts plukjes vuur te zien zijn, gaan de deuren open en springen de twee Afghaanse brandweermannen op de fireground. ‘Wij zijn het eerst aankomende voertuig en hebben daarmee de taak om met een lagedrukslang kleine vuren te blussen en de romp nat te houden,’ zegt Marchal. ’Daar zitten immers de mensen in en die moeten we in tact houden. We simuleren hier kerosinebranden, die je normaal niet met water blust, maar verstikt met schuim. Dit propaansysteem is echter computergestuurd, waardoor het vuur dooft op het moment dat het met schuim uit zou gaan.’ Terwijl een team van vier man met een zelfgebrachte trap het toestel in klautert, proberen drie andere brandweermannen de laatste plukjes vuurt te doven. Iedereen gaat recht op zijn doel af, niemand wacht af. Als de oefening voltooid is, vindt er ter plekke een debriefing plaats. Ondanks dat iedereen aandachtig luistert, is dit een precieze aangelegenheid. ‘Als ze iets fout doen, moet je dat tactisch inkleden’, zegt Marchal. ‘Afghanen zijn heel trots. Bij een Nederlandse collega zeggen we gewoon:
R E P O R TA G E
“luister vriend, zoals je nu handelde, bracht je collega’s in gevaar”. Als je dat hier doet, zijn ze daar een week ziek van.’ De Laat: ‘Ze willen wel zelfreflectie, maar niet voor de groep. Zeker de eerste paar keren was het geven van feedback daardoor een tijdvergende praktijk. Dat verandert echter, want ze zien natuurlijk ook hoe wij met onze jongens omgaan.’ Na de oefening, die overigens nummer zes op rij is van vandaag, zit het er op voor de mannen, die ’s avonds nog een keer de oefening herkauwen om zeker te weten dat ze het goed hebben begrepen. De brandweer op Woensdrecht is namelijk niet coulant. De meeste aanwezige Afghanen zijn bijzonder ambitieus en hopen na deze training in aanmerking te komen voor een opleiding commandant op eigen bodem.
De Afghanen zitten tijdens de training drie weken intern op de basis, op twee culturele uitstapjes na.
Tijdens de verschillende oefeningen leren de Afghaanse brandweermannen besluiten te nemen. Elk oefenobject biedt hierbij weer andere uitdagingen.
Levens redden ‘Wij hebben afgesproken dat we het certificaat niet weggeven’, zegt Tempels. ‘We werken met een toetskaart met achttien competenties, die moeten allemaal afgevinkt worden. Ze krijgen wel de kans voor een herhaling. Als alles voldoende is gedaan krijgen ze pas het certificaat.’ Maar de mannen zijn erg serieus en laten deze kans niet zomaar aan zich voorbij gaan. ‘Voor de oorlog, zo’n dertig jaar geleden, hadden we op KAIA ook een brandweerafdeling’, zegt een van de Afghaanse brandweermannen. ‘De kennis daarvan is door de jaren heen verdwenen. Hier krijgen we de mogelijkheid gebruik te maken van faciliteiten, tactieken te leren en samen te werken met goede brandbestrijders, dus daar ga je voor. Vooral de technieken hoe je personen uit een vliegtuig redt of om met militaire en burgervliegtuigen om te gaan vind ik persoonlijk erg belangrijk. Maar ook hoe je de brandweerauto moet positioneren ten opzichte van het vliegtuig en om meer te weten over de plichten en verantwoordelijkheden.’ Ondanks dat hij regelrecht uit een onstabiel gebied komt, verbaast hij zich niet bijzonder over Nederland. ‘Het is anders, je hebt hier meer comfort en luxe, maar dat hadden we natuurlijk wel verwacht. Uiteindelijk komen we hier voor de training, zodat we levens kunnen redden.’ Zijn collega’s beamen dat: ‘we hopen dat we uiteindelijk iets voor ons land kunnen betekenen. Natuurlijk is het soms gevaarlijk, maar vooral belangrijk. Daarnaast is het leuk.’ Goede resultaten Maar niet alleen de Afghanen doen de drieweekse training met erg veel plezier. Ook de instructeurs dragen graag hun steentje aan dit unieke project bij. Harts: ‘Het is een
leuk, leergierig en hardwerkend volk, daardoor heb ik hier mateloos veel schik in. Ze behalen ook goede resultaten, zo blijkt uit de berichten die wij uit Kabul ontvangen. Ze gedragen zich positief en willen aanpakken en dat maakt het leuk.’ Ook Tempels zet graag zijn schouders eronder. ‘Er zijn zoveel mensen bij dit project betrokken. Denk aan Paresto, schoonmakers, begeleiders, de MT, materieel voorziening. ‘Nee’ is nergens verkocht en dat is heel positief. Wij krijgen een beetje het idee van de Afghanen en zij van ons.’ ‘Dit is echt uniek’, gaat de Laat verder. ‘Het is een stuk wederopbouw uit een hoek waar je het niet verwacht, maar we timmeren ook als vliegbasis aan de weg. Een aantal jaren geleden heeft hier de Irakese politie getraind, maar voor hen was Woensdrecht een hostingonderdeel, want opleiding kwam vanuit de KMAR. Deze opleiding daarentegen is speciaal voor de mannen in elkaar gezet, waardoor ze een stuk praktijk met grote vlammen kunnen beoefenen. En dat is toch bijzonder.’ En de training werpt daadwerkelijk vruchten af, want op 27 januari is deze groep geslaagd. Daarmee heeft de KLu zevenentwintig Afghaanse brandweermannen klaargestoomd voor hun nieuwe uitdaging. • * Namen van Afghanen zijn uit veiligheidsoverwegingen niet genoemd
Uniek brandweeroefenterrein op Vliegbasis Woensdrecht Het brandweeroefenterrein op Vliegbasis Woensdrecht is uniek in de wereld. Door een ingenieus propaansysteem, dat onder het hele terrein loopt, kunnen bij de vier verschillende oefenobjecten verschillende branden gesimuleerd worden die met een druk op de knop doven. Ook vlamhoogte kan worden ingesteld. Om water te besparen wordt gebruik gemaakt van gerecycled regenwater dat via een drainagesysteem terugkomt in een reservoir. Het water dat ze tekortkomen wordt aangevuld met regenwater van de start- en landingsbanen. Daarnaast heeft het vier oefenobjecten: een F-16, een Apache, een vastvleugelig toestel en de mogelijkheid tot het creëren van een vloeistofbrand. Deze laatste is 520 vierkante meter met vlammen van 15 tot 20 meter hoog.
25
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Leeswijzer
DUTCH PROFILE: DUTCHIES IN DE FAA
‘Dutchies in de FAA, History, camouflage and markings’, is tweetalig (Nederlands en Engels), telt twaalf pagina’s, en inclusief de cover zestien, voorzien van één kleuren, en zeventien zwartwit foto’s. Bestellen kan door 12,95 over te maken op giro 3127421 of bankrekening 892710551 ten name van L.H. Boerman, Kerkstraat 2, 2471 AP Zwammerdam. Meer informatie – ook over de decal-set – via 0172-615372, info@ dutch-profile.nl of www.dutchprofile.nl. Het boekje is tevens verkrijgbaar in de Museumshop van het MLM, de Luchtvaart Hobby Shop in Aalsmeerderbrug, Flash Aviation in Eindhoven, en bij de Traditiekamer Marine Luchtvaartdienst op Marinevliegkamp De Kooy. (A.M.)
Wellicht wat minder bekend is dat in de Tweede Wereldoorlog, naast de dienst in de Royal Air Force, een aantal Nederlandse vliegers bij de Fleet Air Arm (FAA, Britse marine luchtvaartdienst) vloog. In 1943 treedt een selecte groep Nederlandse vliegers in dienst van de Royal Navy om bij de FAA dienst te gaan doen op één van de Britste vliegdekschepen. Vanaf daar participeren zij onder andere
in een aanval op het Duitse slagschip Tirpitz, en voeren ze luchtacties uit boven de Middellandse Zee en de Pacific. Ze vlogen onder andere op de Seafire, Hurricane, Corsair maar voornamelijk de Hellcat. In ‘Dutchies in de FAA’ beschrijft Nico Geldhof op bijna driehonderd pagina’s de lotgevallen van 35 marinevliegers, waarvan er liefst veertien omkwamen. Een zeer beknopte uitvoering van dit boek is ‘Dutch Profile: Dutchies in de FAA’ van Nico Geldhof en Luuk Boerman, waarin zes vliegers en hun vliegtuigen kort worden beschreven. Hierin staan op acht pagina’s in kleur zij- en bovenaanzichten van de toestellen waarmee de Nederlanders vlogen. Daarmee onderscheid deze uitgave zich van het ‘grote’ boek, waarin alleen zijaanzichten te vinden zijn. Tegelijk met deze uitgave heeft Boerman tevens een aparte decal-set gemaakt in de schalen 1:72, 1:48 en 1:32.
Een indruk
DE VLIEGENDE HOLLANDER
26
LEESWIJZER
JOURNAAL Een recordjaar voor de SAR heli’s De Search and Rescue-helikoptereenheid van de Vliegbasis Leeuwarden is in 2007 vaker dan ooit ingezet voor één van haar taken, namelijk het uitvoeren van patiëntenvluchten. Dit werd hetzelfde jaar ook nog bekroond met de Europese prijs voor SAR-eenheden en een succesvolle MLE-audit. Op 30 december vloog de SAR om 23.00 uur haar laatste patiëntenvlucht van het jaar. Deze vlucht betrof een zwangere vrouw die met spoed van Terschelling naar Sneek gebracht moest worden. Met deze vlucht kwam het totaal op 169 vluchten, 32 meer dan het jaar daarvoor. Naast de patiëntenvluchten, bestonden de spoedeisende vluchten uit zes zoekacties en één scramble. Daarnaast won een bemanning van het Leeuwarder squadron in Koksijde (België) de eerste prijs tijdens een wedstrijd met verschillende Europese SAR eenheden. Tijdens de ontmoeting van 7 teams uit 5 verschillende landen werd er gestreden op allerlei fronten waaronder het precisie vliegen, hijsen en een navigatietrip. Ook is er in begin december door de Militaire Luchtvaart Autoriteit (MLA) een goedkeuringsaudit MLE-
145 uitgevoerd binnen de SAR AB-412 onderhoudsorganisatie. De SAR heeft tijdens deze audit een goed resultaat behaald en een conditionele goedkeuring (goedkeuring onder voorwaarden) mogen ontvangen. Op 30 november werd er een mijlpaal behaald: tijdens een oefenvlucht door Duitsland wordt het 12.500ste vlieguur gevlogen met de – in 1993 in gebruik
Generaal-majoor Jac Jansen wordt nieuwe C-LSK Generaal-majoor Jac Jansen volgt op 29 mei luitenant-generaal Hans de Jong op als Commandant Luchtstrijdkrachten. Hij wordt gelijktijdig bevorderd tot luitenant-generaal. Jansen is op dit moment werkzaam als Chef Staf op het NAVO Air Component Command te Ramstein. Hij begon in 1975 op de KMA en startte zijn carrière als vlieger op de NF-5 en later op de F-16. Naast diverse functies op het Hoofdkwartier Koninklijke Luchtmacht en het ministerie van Defensie, was hij Commandant 306 Squadron op de Vliegbasis Volkel. Ook was hij Commandant Vliegbasis Twenthe. Generaal-majoor Jansen is gehuwd en heeft twee dochters en een zoon.
genomen - Agusta Bell helikopter. De eerste mijlpaal stond nog vers in het geheugen toen op 5 januari de tweede mijlpaal in de boeken werd genoteerd: de SAR vliegt op deze dag haar 4.000 ste reddingsvlucht waarbij een patiënt met hartklachten met spoed naar het Medisch Centrum in Leeuwarden moet worden gebracht. Foto: Eric Vorstenbosch, Fotovlucht Soesterberg
Wisseling commandant TFU Kolonel Richard van Harskamp is de nieuwe commandant Task Force Uruzgan (TFU). Hij nam het commando over van de huidige commandant kolonel Nico Geerts. Begin februari neemt de vierde lichting van de staf TFU voor een periode van zes maanden de taken in Uruzgan over. Zowel de huidige Air Task Force onder leiding van kolonel Chris Lorraine, als de Battle Group, onder leiding van luitenant-kolonel Tjerk Hogeveen en het Provinciaal Reconstructie Team, onder leiding van luitenant-kolonel Wilfred Rietdijk roteren niet in deze periode. Dit komt door afwijkende rotatietermijnen van deze eenheden.
27
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Opnieuw topdrukte op Vliegbasis Eindhoven
De Vliegbasis Eindhoven maakte in 2007 wederom een zeer druk jaar mee qua hoeveelheid vracht en passagiers. In totaal is bijna 6.000.000 kg vracht vervoerd van en naar Vliegbasis Eindhoven. Daarnaast zijn ruim 23.000 personen vervoerd. De grote hoeveelheid heeft vooral te maken met de Nederlandse deelname aan de missie International Security Assistance Force (ISAF) in Afghanistan. Voor het vervoer van materieel, maar ook mens, werden niet alleen de elf transportvliegtuigen van de Koninklijke Luchtmacht ingezet. Naast de inhuur van vliegtuigen zijn ook transporttoestellen van NAVO-partners ingezet. De enorme behoefte aan luchttransportcapaciteit heeft
ertoe geleid dat de luchttransportvloot uitgebreid wordt met twee extra C-130 Hercules toestellen en een DC-10. Ook vonden in 2007 45 ambulance- en transplantatievluchten plaats. In het kader van algemeen maatschappelijk belang is de Vliegbasis Eindhoven beschikbaar voor medegebruik voor ambulance- en transplantatievluchten. Opvallend in 2007 waren de zeer ruime openstellingtijden waarin gewerkt is. Omdat over grote afstanden geopereerd wordt, waarbij bovendien rekening gehouden moet worden met het missiegebied, waren late aankomsttijden en zeer vroege vertrektijden noodzakelijk. In december is hierdoor vrijwel 24 uur rond de klok gewerkt op de vliegbasis. Foto: Eric Vorstenbosch, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg
Benoeming Commandant der Strijdkrachten De ministerraad heeft op voorstel van minister Van Middelkoop van Defensie ingestemd om luitenant-generaal Peter van Uhm voor te dragen voor benoeming tot Commandant der Strijdkrachten (CDS). De benoeming gaat in op 17 april 2008. Van Uhm neemt die dag het commando over van generaal Dick Berlijn, en wordt bij die gelegenheid bevorderd tot generaal. Hij voert vanaf dan het bevel over de Nederlandse krijgsmacht. Daarmee bepaalt Van Uhm het operationeel beleid en is hij verantwoordelijk voor de operationele planning, aansturing en inzet van de krijgsmacht. Momenteel is Van Uhm Commandant Landstrijdkrachten. Berlijn verlaat op 17 april 2008 de actieve dienst. Hij vervulde de functie van CDS sinds de zomer van 2004. Foto: Remco Schoonderwoert, AVDD.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
28
IDEM dag voor individueel uitgezonden militairen Sinds 1997 organiseert het CLSK jaarlijks een bijeenkomst voor Individuele Deelnemers Eerdere Missies (IDEM), om ervaringen uit te wisselen over individuele uitzendingen. Wanneer militairen als lid van een eenheid worden uitgezonden is er na terugkomst meestal iemand op de werkplek met wie over de uitzending kan worden gesproken. Voor militairen die ´individueel´ worden uitgezonden – als een van de weinige Nederlanders bij een missie of als liaison bij een ander krijgsmachtdeel – is dat luisterend oor op de werkplek soms niet aanwezig. Ook in 2008 wordt de IDEM dag weer georganiseerd. Traditiegetrouw wordt op Witte Donderdag, dit jaar op 20 maart, de elfde IDEM dag georganiseerd. Het thema van dit jaar is ´Impact!?´. Naast diverse sprekers, die ingaan op hun eigen ervaringen, spreekt luitenant-kolonel Drs. J. Ambaum, directeur MGGZ over de impact van uitzendingen. De dag vindt plaats in de Basis (voorheen het veteraneninstituut in Doorn). De voorzitter van de Werkgroep IDEM, kolonel Chris Lorraine, nodigt de luchtmachters, die in het (recente) verleden individueel uitgezonden zijn geweest en diegenen die reeds aangewezen zijn voor een individuele uitzending (beide groepen met partner) uit voor de IDEM dag 2008. Daarnaast zijn de partners en de buddies van luchtmachters uitgenodigd, die tijdens de IDEM dag daadwerkelijk zijn uitgezonden. Opgave voor deze dag bij de secretaris van de Werkgroep IDEM Majoor Ron van Vugt, of per e-mail (
[email protected]) of per telefoon (tot 1 februari: 0164-692812 en na 1 februari 06-22101536).
JOURNAAL
Aanvraagprocedure plaagdierbeheersing Voor klachten over ongedierte kunt u zich melden bij de facilitaire dienst. Deze dienst verzamelt alle klachten en melden de klachten aan bureau Pestmanagement. Het bureau Pestmanagement richt zich krijgsmachtbreed op de bestrijding van plaagdieren (insecten, knaagdieren), (micro)biologisch en ontsmettingen van verblijfs- en werkruimtes en de ongediertepreventie binnen voedingsverzorgende afdelingen. Locaties worden binnen tien werkdagen bezocht (spoedgevallen binnen 48 uur) door een medewerker van bureau Pestmanagement of een erkend civiel plaagdiermanagementbedrijf. Email: CEMGCDC/BGGZ/CEMG/
[email protected], tel.: 030-236 54 44 of fax: 030-236 54 41. Meer informatie op intranet: http://intranet.mindef.nl/portaal/pp/gezondheidszorg_defensie/preventievezorg/pestmanagement.aspx.
Kaartleesrit MCAM De Militaire Commissie voor Automobiel& Motorwedstrijden (MCAM) houdt op zaterdag 19 april 2008 een oefenrit kaartlezen voor al het burger- en militair personeel (inclusief Reserve en NatRes) van alle krijgsmachtdelen. De rit heeft een lengte van ongeveer 105 kilometer en voert in zijn geheel over verharde wegen. De oefenrit start om 10.00 uur vanaf de Vliegbasis Woensdrecht te Hoogerheide. Deelname is in teamverband (een chauffeur en een kaartlezer) in een gevorderden- of beginnersklasse mogelijk. De kosten voor deelname aan de oefenrit bedragen € 7,50 per equipe. Een inschrijfformulier voor de oefenrit kan per e-mail of telefonisch (alleen maandag en dinsdag) worden aangevraagd bij het secretariaat van de MCAM, e-mailadres:
[email protected] , telefoon MDTN *06-497-8661 / PTT 0346-338661
Oproep In verband met een reünie ben ik op zoek naar cursisten van klas EMO/HKO 88/1a (olv instrs. Jongeneel en Krajewski). Wie helpt me de complete klas na 20 jaar weer bij elkaar te krijgen? Korporaal1 Jeanine Scherrenburg-Dalebout:
[email protected]
Unieke bewegingssimulator voor desoriëntatieonderzoek
Om meer inzicht te krijgen in desoriëntatie van vliegtuigbemanning, is op 24 januari de bewegingsimulator DESDEMONA gepresenteerd door TNO Soesterberg. Deze simulator kan vliegbewegingen die voorheen onmogelijk waren simuleren en is daarmee uniek in de wereld. Hierdoor kan de KLu adequaat onderzoek doen naar onder meer desorientatie bij brownouts en nachtvliegen. DESDEMONA is een cabine die cardanisch is opgehangen, waardoor het in staat is onbeperkt langs iedere as te tollen. Daarbij kan de cabine acht meter heen en weer schuiven en twee meter op en neer. Vervolgens kan dit geheel ook nog worden rondgedraaid, zodat ook centrifugeren tot 3G mogelijk is. Door de juiste aansturing van deze bewegingen en in combinatie met buitenbeeldprojectie is het mogelijk de complexe bewegingen van allerlei soorten voertuigen na
te bootsen. In de cabine kunnen diverse ‘cockpits’ van vlieg-, voer- en vaartuigen worden geplaatst. Het onderzoek met DESDEMONA wordt gebruikt in nauwe samenwerking met het Centrum voor Mens en Luchtvaart en personele ondersteuning vanuit het CLSK. Dit is nodig voor toekomstige ontwikkelingen op het terrein desoriëntatietrainingen en om te verkennen wat de kracht is van missiesimulatie voor gevechtstraining. Maar DESDEMONA is ook in te zetten voor rijden op de weg (civiel) en in het terrein (bijvoorbeeld tanks), en ten behoeve van de ruimtevaart en de burgerluchtvaart. Een paar feitjes: Accelereren in DESDEMONA kan drie maal zo snel als in een ferrari, zelfs bijna zo snel als tijdens een katapultstart van een vliegtuigmoederdekschip. Maximale snelheid is 50 km/u. Dimensies: 9 meter hoog x 12 meter lang x 8 meter breed. Totaalgewicht 22.000 kg. Foto: TNO.
Betaaldata salarissen 2007 / 2008 In 2008 wordt het salaris uiterlijk de volgende werkdag na de onderstaande betaaldatum op uw rekening bijgeschreven: vrijdag 22 februari 2008, donderdag 20 maart 2008, donderdag 24 april 2008, vrijdag 23 mei 2008 (incl.vakantiegeld), dinsdag 24 juni 2008, donderdag 24 juli 2008, vrijdag 22 augustus 2008, woensdag 24 september 2008, vrijdag 24 oktober 2008, maandag 24 november 2008, maandag 22 december 2008. Meer informatie is verkrijgbaar bij de Directie Arbeidsvoorwaardenbeleid van het ministerie van Defensie, tel. 070-3187493.
29
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Vervroegde commando-overdracht ATF6 Oefenen tijdens Op 10 januari droeg commandant Air Task Force 6 in Afghanistan, kolonel Theo ten Haaf het commando over aan kolonel Chris Lorraine. Het vertrek van ten Haaf viel ruim anderhalve maand eerder dan gepland. Symbolisch werd voor het front van de troepen het vaandel overgedragen en het Wilhelmus gespeeld. Bij de ceremonie was een delegatie hoge buitenlandse militairen aanwezig als afvaardiging van ISAF. Het vervroegde vertrek heeft alles te maken met de oprichting van het Defensie Helikopter Commando te Gilze-Rijen. Besprekingen hierover zijn in Nederland
in een cruciaal stadium gekomen en de aanwezigheid van Ten Haaf is, vanwege zijn expertise op het gebied van helikopteroperaties, van groot belang. Om die reden heeft de Commandant Luchtstrijdkrachten, luitenant-generaal Hans de Jong, besloten hem terug te halen en het commando over de eenheid in Afghanistan vervroegd over te dragen. Lorraine neemt het bevel over de 255 militairen van Air Task Force 6 over tot begin maart 2008, het moment waarop volgens de planning Air Task Force -7 de taken gaat overnemen. Foto: Liepke Plancke, Fotografie Vliegbasis Volkel.
Uruzgan Integration Eenheden die in maart en april naar Uruzgan vertrekken, bereidden zich onlangs voor tijdens Uruzgan Integration. De oefening werd van 21 januari tot en met 8 februari gehouden in de vierhoek Kampen, Nijmegen, Utrecht en Huizen. Uruzgan Integration is een integratieoefening om het optreden van verschillende eenheden nader op elkaar af te stemmen. Hieraan deden ruim vijftienhonderd militairen mee. De grootste groep militairen was afkomstig van de landmacht. De Apache gevechtshelikopters en F-16 jachtvliegtuigen van de luchtmacht verleenden luchtsteun aan de grondtroepen. Daarnaast nam de luchtmacht ook deel met Cougar transporthelikopters. De helikopters voerden verkenningen en landingen uit.
Agenda Militaire Luchtvaartmuseum
Minister reikt NAVOmedailles uit in Afghanistan Minister Eimert van Middelkoop bracht de jaarwisseling door in Afghanistan. De bewindsman maakte een rondgang langs de Nederlandse troepen in het land. Van Middelkoop sprak de troepen toe op de internationale ISAF-basis in Kandahar en op Kamp Holland in Tarin Kowt en bij Deh Rawod (Uruzgan). De bewindsman sprak zijn waardering uit voor hun werkzaamheden in moeilijke omstandigheden. De minister zei door de indrukken die hij heeft opgedaan zeer hoopvol te zijn gestemd over de opbouw van het Afghaanse leger. Zondag arriveerde hij al op Kandahar. Daar reikte Van Middelkoop op het vliegveld de NAVO-medaille uit aan Nederlandse militairen. Het betreft 160 militairen van de Air Task Force, de Nederlandse
DE VLIEGENDE HOLLANDER
30
luchtmachteenheid die vanaf het vliegveld luchtsteun levert aan ISAF-troepen. Daarnaast ging het om tachting militairen van het Joint Support Detachement, de eenheid die logistieke ondersteuning biedt aan alle Nederlandse troepen in Afghanistan. Foto: Liepke Plancke, Fotografie Vliegbasis Volkel.
* Expositie ‘Een vliegklas zwermt uit’ In 2007 was het tachtig jaar geleden dat de Vliegklas 1926 van de legendarische ‘Vliegschool van Versteegh’ zijn opleiding voltooide. Al spoedig bleek het om een bijzondere lichting te gaan, die na afronding van haar opleiding in de meest brede zin van het woord bijdroeg aan de ontwikkeling van de Nederlandse luchtvaart. Niet alleen in de jaren voor WO II, maar ook tijdens en daarna, drukten zij mede hun stempel op de grote veranderingen die de luchtvaart onderging. De expositie is gewijd aan de levensloop van deze vliegers en schetst daarmee tegelijkertijd een boeiend beeld van de betekenis van Soesterberg voor de Nederlandse luchtvaart in het midden van de vorige eeuw. Dagelijks tot 31 augustus * Theatervoorstelling ‘Dutchie, met Bob van Staeveren naar Engeland’ De voorstelling gaat over een Nederlandse vlieger in dienst van de RAF tijdens WOII, opgevoerd door Pandemonia. Dagelijks tijdens de voorjaarsvakantie van 20 tot en met 27 februari * Filmdagen Op iedere eerste zondag van de maand worden er in de twee filmzalen van het MLM luchtvaartfilms en –documentaires getoond. Voor meer informatie: www.militaireluchtvaartmuseum.nl. Openingstijden: dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 tot 16.30 uur, zondag van 12.00 tot 16.30 uur. Op paasen pinksterzondag, Koninginnedag, beide kerstdagen en nieuwjaarsdag is het MLM gesloten. De expositie en het museum zijn gratis te bezoeken. Adres: Kamp van Zeist 2-4, Soesterberg, telefoon 0346-356000. E-mail:
[email protected].
JOURNAAL
Technisch personeel gezocht voor vliegtuigtechniek Lufthansa Technical Training en de KLu waren zaterdag 26 januari aanwezig bij de Open Dag van het Regionaal Opleiding Centrum van Amsterdam Airport om kandidaten te werven voor de instroomopleiding vliegtuigtechniek (niveau 2). De opleiding vliegtuigtechniek duurt achttien maanden en wordt door de Koninklijke Luchtmacht betaald. Lufthansa Technical Training draagt zorg voor de opleiding van de deelnemers. Als de leerlingen de opleiding succesvol afronden, is het de bedoeling dat de vliegtuigtechnici bij een onderdeel van de luchtmacht komen te werken. Bij de luchtmacht speelt hoogwaardige en gespecialiseerde techniek een prominente rol. Zij is dan ook voortdurend op zoek naar jonge mensen die het een uitdaging vinden om een baan in de techniek te combineren met het militaire beroep. In dat kader sloot de luchtmacht 20 maart 2007 een meerjarige overeenkomst af met Lufthansa Technical Training en het Vaktechnisch Opleidingscentrum “Fokker” voor het werven en opleiden van vliegtuigtechnisch personeel. Meer informatie over de opleiding is te vinden op: www.werkenbijdeluchtmacht.nl.
Van Weerden Poelman Fonds schenkt historische plaquette Het Militair luchtvaart Museum heeft een unieke plaquette ontvangen. Deze gedenkplaat ontving de toenmalige eerste luitenant Hendrik van Weerden Poelman in 1925 van de ANWB Toeristenbond voor Nederland. Dit vanwege zijn aandeel in de legendarische eerste vliegtocht naar Nederlands-Indië. De plaquette werd op 9 januari overhandigt door de Voorzitter van de Raad van Beheer van het Van Weerden Poelman Fonds generaal-majoor b.d. Henny Melker aan de Directeur van het Militaire Luchtvaart Museum Dr. Jan Janssen. Hendrik van Weerden Poelman was destijds als vlieger verbonden aan de Luchtvaartafdeeling op Soesterberg, maar was voor de duur van de vliegtocht tijdelijk
van zijn militaire verplichtingen vrijgesteld. Hij was tijdens de vlucht tweede vlieger. De directie van het MLM is zeer ingenomen met de geste van het fonds. De plaquette illustreert de bijzondere betekenis van de Luchtvaartafdeeling op Soesterberg voor de ontwikkeling van de Nederlandse luchtvaart in de jaren tussen de beide wereldoorlogen en vormt om die reden een belangrijke aanwinst voor het museum. Foto: van rechts naar links: Dr. Jan Janssen, generaal-majoor b.d. Henny Melker, kapitein R.B. Sonder (secretaris), generaal-majoor b.d. M.W. Geutjes (oudvoorzitter) en sergeant-majoor b.d. O. de Vries (1e Penningmeester). Foto: Ireen Mast.
Alfa’s te bewonderen bij Militaire Luchtvaartmuseum Op zondag 20 januari waren ongeveer 35 auto’s van het merk Alfa Romeo 166 te bewonderen op het buitenterrein van het Militaire Luchtvaart Museum (MLM). Zondag 27 januari was het de beurt aan de Citroën CX Club om het MLM aan te doen tijdens hun Nieuwjaarsrit. Regelmatig zijn autoclubs van verschillende merken auto´s te gast in het Militaire Luchtvaart Museum. Leden van autoclubs kunnen deelnemen aan tourritten georganiseerd door de club. Een geliefde pitstop tijdens deze ritten is dan het buitenterrein van het Militaire Luchtvaart Museum. De trotse eigenaren kunnen hun auto´s showen aan bezoekers van het museum, een foto maken naast een F-27 of een Dakota, zelf de museumcollectie gaan bewonderen en even een kopje koffie drinken in het Museumcafé. Foto: Herman Kamphorst.
31
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Commando-overdracht Vliegbasis Gilze-Rijen Kolonel Ron Hagemeijer droeg op 24 januari het commando over de Vliegbasis Gilze-Rijen over aan commodore Theo ten Haaf. Uitgezonden personeel in Afghanistan volgde de ceremonie via een live-verbinding. Kolonel Hagemeijer heeft gedurende drie jaar het commando over Vliegbasis Gilze-Rijen gevoerd. Kenmerkend voor de periode van zijn commando zijn de uitzendingen naar Irak en Afghanistan en de invoering van de Militaire Luchtvaart Eisen. Hagemeijer start binnenkort met een stafopleiding aan het NATO Defence College in Rome. De nieuwe commandant
is geen onbekende op de vliegbasis. Eerder vervulde hij de functie van commandant 301 Squadron. Ten Haaf is net teruggekeerd uit Afghanistan waar hij commandant was van de Air Task Force. De formele oprichting van het Defensie Helikopter Commando, waarbinnen alle helikopters van de krijgsmacht worden samengebracht, wordt dit voorjaar verwacht. Het DHC wordt ondergebracht bij het Commando Luchtstrijdkrachten. Foto: Jan-Kees de Meester, Werkeenheid Grondfotografie Vliegbasis Gilze-Rijen.
Lezingen en expositie in Bronbeek Van 20 januari t/m 19 oktober 2008 is in museum Bronbeek in Arnhem de expositie ‘De laatste Batakkoning’ te zien. Hoofdpersoon is Si Singamangaraja XII, koning van het Toba Batakvolk op Sumatra in het voormalige Nederlands-Indië, die jarenlang een guerrillaoorlog voerde tegen het Nederlandse koloniale leger. Het verhaal komt in de expositie tot leven met foto’s, film, documenten en voorwerpen. Toegangsprijs: volwassenen €2,30, kinderen 6 t/m 12 jaar €1,15. Indische Nederlanders bestaan niet, zegt Amis Boersma in haar lezing ‘Indivation. De Indische identiteit van de derde generatie’ in het Arnhemse museum Bronbeek op zondag 9 maart 2008 om 14.00 uur. Toegangsprijs incl. museumentree: €9,- .
DE VLIEGENDE HOLLANDER
32
Inschrijving is noodzakelijk: Volksuniversiteit Arnhem, telefoon 026 4422363 of www.volksuniversiteit.nl/arnhem. Kinderen t/m 12 jaar kunnen op 20 & 22 februari en 19 maart 2008 genieten van splinternieuwe vertelvoorstellingen en een workshop in het Arnhemse museum Bronbeek. Woensdag 20 februari: vertelvoorstelling Kanonnen nog-an-toe!, een mooi verhaal over oude kanonnen. Daarbij zie je op kleurige platen hoe groot die kanonnen waren en hoe de soldaten ze gebruikten. Daarna samen liedjes zingen en leren marcheren zoals de soldaten toen ook deden. Leeftijd: 4 t/m 9 jaar, tijd: 13.30-15.00 uur. Vrijdag 22 februari 2008: workshop Oude
Ansichten. Buiten met z’n allen het park van Bronbeek verkennen. Daar kom je grote ansichtkaarten tegen, waarop je kan ontdekken hoe het er lang geleden uitzag op Bronbeek. Daarna samen zelf kaarten maken. Leeftijd: 6 t/m 12 jaar, tijd: 13.30-15.00 uur. Woensdag 19 maart: vertelvoorstelling Haas tamboer. Haas Tamboer was een heel bijzonder dier! Hij kon iets wat geen enkele andere haas kon. Dat had hij geleerd van de oude soldaten die op Bronbeek woonden. Leeftijd: 4 t/m 9 jaar, tijd: 13.30-14.30 uur. Reserveren is voor elke activiteit gewenst: T (026) 376 35 55. Info: www.bronbeek.nl. Adres: Museum Bronbeek, Velperweg 147 Arnhem - www. bronbeek.nl
JOURNAAL
Wegwijzer P&O REÜNIES EN HERDENKINGEN Defensie werkt sinds 2004 aan een nieuw model voor P&O-dienstverlening. Een van de veranderingen is dat u als medewerker personeelszaken meer zelfstandig regelt, dus zonder tussenkomst van uw eigen personeelsdienst. De Wegwijzer P&O biedt u een overzicht van aanvragen/verzoeken die u via de link op het intranet ‘Startpagina P&O-selfservice’ regelt of via defensieformulieren per post bij het DienstenCentrum Human Resources indient. Tot eind 2008 worden meer veranderingen in de P&O-dienstverlening ingevoerd. De meest actuele Wegwijzer P&O staat op het intranet: Defensie Portaal > Startpagina P&O-selfservice.
65 jaar 322 Op vrijdag 13 juni 2008 bestaat het 322 Squadron van de Vliegbasis Leeuwarden 65 jaar. Alle (oud) 322 leden worden uitgenodigd om op deze dag het feest bij te wonen op de Vliegbasis Leeuwarden. Aanmelden voor deze dag kan op de website www.322RFsquadron.nl waar u ook meer informatie vindt.
UNPROFOR/UNPF Datum en tijd: vrijdag 28 maart 2008, van 10.00 tot 16.00 uur Locatie: Generaal Spoor kazerne te Ermelo. Info en aanmelding: Allen die hebben deelgenomen aan deze operatie en zijn opgenomen in het adresbestand, zullen persoonlijk medio januari 2008 een uitnodiging ontvangen. Partners ook van harte welkom. Betrokkenen die onverhoopt niet zijn uitgenodigd worden verzocht dit z.s.m. kenbaar te maken via:
[email protected]. Of bij de secretaris van de Identiteitsgroep Vredesmachten: Frank Kluiters, Albert Schweitzerlaan 10, 2641 ZT Pijnacker Bijzonderheden: Kijk voor verdere inlichtingen betreffende de Identiteitsgroep Vredesmachten op: www.vredesmachten.nl Lustrum 930 Squadron Datum: 10 april 2008 Locatie: Vliegbasis Gilze-Rijen Het is al weer bijna 10 jaar geleden dat er voor het 930 Squadron een squadronembleem werd ingevoerd: de DAS. Alle oud en huidige 930 leden welke gedurende de tijd van de DAS werkzaam zijn geweest worden uitgenodigd. Alle ons bekende adressen krijgen automatisch bericht. Uitnodiging niet ontvangen en toch deelnemen? Aanmelden en/of info bij: www.lustrum930.nl of via eerste luitenant Ruud Maas (tel: 0161-296207) en adjudant Hans Tavenier (tel: 0161-296202). 315 Squadron Datum en tijd: 16 april, vanaf 17.00 uur Locatie: Officierscasino aan de Kampweg te Soesterberg. Info en aanmelding: Op
[email protected]. De bijdrage van 35 euro per persoon graag overmaken op rekeningnummer 3311.806.697 t.n.v. C.J. Stoutjesdijk te Amersfoort, o.v.v. RIP 2008. Vermeldt ook e-mailadres en/of telefoonnummer. Bijzonderheden: Alle oud 315-vliegers zijn welkom. Betaling uiterlijk 1 maart. Er kan niet aan de deur worden betaald! Verhindering tijdig doorgeven via e-mail (
[email protected]), waarna het bedrag wordt teruggestort. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Bart Woortman, tel. 053 - 56 96 112. Reünie Blomberg Hollandparty Datum en tijd: zaterdag 10 mei, vanaf 11.00 uur tot einde open Locatie: Blomberg Marktplaats. Info en aanmelding:
[email protected] of onder 00495235503940, gratis Bijzonderheden: Alle militairen met hun families die vroeger op 3GGW gestationeerd waren.
Heli’s oefenen tijdens Redskin Challenge Om geïntegreerd optreden van grond- en luchteenheden te bevorderen, namen helikopterbemanningen van 14 tot en met 18 januari deel aan de oefening Redskin Challenge. In deze periode was er een speciaal oefengebied in de gemeenten Goirle en Alphen-Chaam. Grondeenheden van de Koninklijke Landmacht werden in dit scenario ondersteund door helikopters. Naast de samenwerking met grondtroepen werd de samenwerking
tussen helikopters en gevechtsvliegtuigen beoefend. Ook voerden de helikopters verkenningen uit en werden eenheden door transporthelikopters opgehaald vanaf verschillende locaties op de grond. Er werd gevlogen volgens een zo realistisch mogelijk scenario. Ook werd gebruik gemaakt van oefenmunitie. Foto: Jan-Kees de Meester, Werkeenheid Grondfotografie Gilze-Rijen
33
DE VLIEGENDE HOLLANDER
M E N S E N & M U TAT I E S
&
Mensen
Mutaties
Bevorderingen militairen Lu Luitenant-kolonel Helten, CPE van, Drs. per 12/1/2007 He (MGGZ: RcGGZ Midden) Ka Kapitein Haitsma, MR per 9/1/2007 (AOCS: Ha RADAR OPLEIDINGEN SIE), Hattem, P van per 8/15/2007 (AOCS:VLUCHT B2), Rebers, TJ per 10/15/2007 (LSK:SIE IV-OPERATIEN), Smits, P per 8/27/2007 (THG:VLUCHT 3 301), Swerissen, M per 10/4/2007 (LW:VLUCHT 2 322), Velde, J van der per 11/5/2007 (LW:BUR BEDR. VOERING/INFOVOORZ.) Ee Eerste luitenant He Heij, R per 10/31/2007 (THG:PVE GEREEDSTEL&ONDERH301), Postma, S per 9/17/2007 (LW:SQN STAFBUR LOGISTIEK SQN) A Adjudant-onderofficier Kr Kruijsbergen, RAB van per 11/16/2007 (O (OKLU:AG NIVEAU-OPLEIDING), Lint, EJ van per 10/1/2007 (SSB:CIS COORDINATION CENTRE), Loo, MAGM van der per 10/16/2007 (SSB:BUR BEDRVRNG & ANALYSE), Piekartz, ALJ von per 11/21/2007 (LCW COMPO CL AVIONICA), Timmermans, PLH per 11/19/2007 (LCW LOGMGMT HELIKOPTERS), Tongeren, BPM van per 11/1/2007 (VKL:CIS COORDINATION CENTRE), Viegen, M van per 8/1/2007 (SSB:BEDR BUR 298), Westra, AJZ per 12/1/2007 (LW:PVE OPS 322) Se Sergeant-majoor A Altenburg, W per 10/25/2007 (LW:WE PLATFORMONDERSTEUNING), Everts, WM per 10/1/2007 (JCG: Bureau Materieel), Hovius, S per 3/7/2007 (Afdeling), Kramer, JC per 6/12/2007 (AOCS: WE RPN), Onderdijk, M per 11/21/2007 (OKLU:BUR MANAGEMENTINFORMATIE), Ton, E per 12/1/2007 (GGW:SIE ONDERH ONDERSTSYST 802) Se Sergeant der eerste klasse Bo AM per 12/3/2007 (SSB:WE Bos, FASE ONDERHOUD), Gadir, RFM per 12/31/2007 (EHV:CIS MAINTENANCE), Kamp, J te per 12/1/2007 (SSB:BEWAKING DET MLT DEELEN), Majouri, M per 12/4/2007 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Mathijssen, MWC per 12/9/2007 (SSB:WE FASE ONDERHOUD), Roos, MB de per 12/9/2007 (SSB:WE FASE ONDERHOUD) Se Sergeant Bergman, B e R. per 10/26/2007 (LW:PVE LVB), Bergman, R. per 10/26/2007 (LW: PVE LVB), Blom, B.A.F. per 10/1/2007
DE VLIEGENDE HOLLANDER
34
(LCW PACER AMSTEL PROJECT), Goffau, J.M. de per 9/21/2007 (LCW ON EQMT CL HELIKOPTERS), Heuvel, M.M.P. van den per 12/3/2007 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Pastora, R. per 7/13/2007 (EHV:CIS MAINTENANCE), Schaft, L. van de per 10/5/2007 (SSB: DISTRIBUTIECENTRUM), Veen, K van der per 11/20/2007 (LW:CIS OPERATIONS), Verboom, P.O.S. per 10/31/2007 (LCW ON EQMT BDFBUR), Verstegen, D per 11/2/2007 (VKL:SIE MAGAZIJNEN) Korporaal der eerste klasse Ko Boogaard, M van den per 12/8/2007 Bo (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Koenders, A J M per 11/29/2007 (PARESTO/ZO:GGW de Peel), Lopes Delgado, E.E. per 12/16/2007 (SSB:PVE BEWAKING), Reep, MJH per 12/22/2007 (NLDA: Transportgroep), Vilsterman, MV per 12/12/2007 (SSB:PVE BEWAKING) Korporaal Ko Aben, J.W.F. per 11/19/2007 (VKL:641 Ab OGRV PELOTON), Heijnen, M per 11/19/2007 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 311), Hofman, D. per 11/12/2007 (LW:631 OGRV PEL), Jansen, T per 11/5/2007 (GZRY:ME POL/OPSL&DISTR), Koetzier, C per 11/12/2007 (SSB:HONDENSECTIE), Lebbing, I. per 11/19/2007 (AOCS:ME OPSLAG EN DISTRIBUTIE), Scherphof, D. per 11/2/2007 (SSB:DISTRIBUTIECENTRUM), Slagter, J.P. per 11/12/2007 (LW:631 OGRV PEL), Weidner, A. per 10/15/2007 (#EHV:ME POL EN CHEMISCH AFVAL), Zon, B. van per 11/23/2007 (LW:621 OGRV PEL), Zuidwind, W.A. van de per 11/19/2007 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 311) Soldaat der eerste klasse So Chan-A-Hung, K.L. per 12/25/2007 (SSB: Ch PVE BEWAKING) Soldaat der tweede klasse So Budding, G per 9/25/2007 (AOCS:BEWABu KING SIE) Schaal 10 Kollenburg, CM van, Drs. per 11/1/2007 (LSK:SIE GEZONDHEIDSZORG)
M E N S E N & M U TAT I E S
Actieve dienst verlaten M Majoor Corssmit, HP, (per 12/1/2007) Hfd OpeCo ratien Lutra K a Kapitein Ier Iersel, PAHLM van, (per 12/1/2007) Ot Occ Ops, Vink, NJ, Ing., (per 12/14/2007) Vlchtcdt Ops Vlieg Sqn
Ee Eerste luitenant As Assen, JG, (per 12/1/2007) Co-pilot F50/F60 Tw Tweede luitenant Tij Tijssenraad, K, (per 12/1/2007) Wachtrijpeloton KLu Ad Adjudant-onderofficier Ar Arem, RHJ van, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Bartels, JM, (per 12/1/2007) Adj Muzikant, Eilander, S, (per 12/1/2007) Klassecdt IMO, Laning, R.D., (per 12/1/2007) STOO DOCTR&VSN LOG, Oosten, BE van, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Post, HLJ, (per 12/1/2007) Jr systeemontwikkelaar, Schep, AC, (per 12/1/2007) Herplaatser (intern), Weer, GBA van de, (per 12/1/2007) Hfd F16 Deelsyst, Se Sergeant-majoor Bl Blok, TT, (per 12/1/2007) TECHN AVIONICA 1E, Gabriëlse, GA, (per 12/3/2007) Hfd Werkbelast & Mat Behr/Osc, Hendriks, MH, (per 12/1/2007) Instr CIS Maintenance, Huls, HEG, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Meijer, HT, (per 12/1/2007) Opz Cis Change Mngmnt, Peusens, RGPJ, (per 12/1/2007) Opz Cis Operations, Renema, BJF, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern Se Sergeant der eerste klasse B Be Bekker, I, (per 12/22/2007) TECHN AVIONICA, Bilt, MAG van de, (per 12/1/2007) 1e Mont Voertuigtech, Brender A Brandis, RE, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Coenradie, MPA, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Dieten, RH van, (per 12/9/2007) Techn Vot F16 Syst, Eilyo-Akcay, J, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Folkertsma, GAW, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Hellenbrand, AHJ, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Intern, Lieshout, A van, (per 12/3/2007) Techn Avt Chinook, Meijer, JP, (per 12/1/2007) Overtollig BBT SBK, Poelman, R, (per 12/1/2007) Spec Cis Operations, Streefland-Lammerts van Bueren, LS, (per 12/1/2007) Administratief Medewerker
Alg., Teggeler, R, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Theunissen, SJH, (per 12/10/2007) Mdw Admin Zkn, Vermeer, R, (per 12/1/2007) Cdt Transportgroep7/Distributi, Zwanenburg, RJG, (per 12/1/2007) Mdw Gnk Verz, Leeuwen, D van, (per 12/1/2007) Mat Behrdr Sergeant Se Maertzdorf, M K, (per 12/11/2007) Mdw Gnk Verz, Peters, KJ, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Versteegen, J.J.G., (per 12/1/2007) Mat Behrdr Korporaal Ko der eerste klasse Audenaert, Au PLW, (per 12/1/2007) Brandwacht, Bilsen, M van, (per 12/14/2007) Kpl Bewaker, Bos, S, (per 12/2/2007) Chauf/Baanveger, Dek, D, (per 12/1/2007) Chauffeur Dvvo, Duijvis, JJ, (per 12/8/2007) Hondengeldr, Efferen, E van, (per 12/10/2007) Brandwacht, Gobardhan, JM, (per 12/16/2007) Sld Ogrv, Goudzwaard, P, (per 12/1/2007) Hondengeldr, Hapers, MHAM, (per 12/16/2007) Ass Mat Behrdr, Heide, AR van der, (per 12/1/2007) Ass Wapentechn F16, Henderson, J, (per 12/15/2007) Brandwacht, Ilario, SL, (per 12/13/2007) Ass Mat Behrdr, Joosen, B, (per 12/12/2007) Brandwacht, Kampman, H, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Kloet, EWD, (per 12/27/2007) Hondengeldr, Laan, SJ, (per 12/1/2007) Kpl Bewaker, Landkroon-Velthuis, JA, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Maat, AJ, (per 12/17/2007) Nivo 3 Ooff VO Chinook, Norel, CA van, (per 12/20/2007) Hondengeldr, Ouirini, M, (per 12/22/2007) Kpl Bewaker, Pakvis, M, (per 12/1/2007) Ass Mont Gronduitr, Postma, T, (per 12/28/2007) Brandwacht, Riemersma, G, (per 12/3/2007) Chauffeur Dvvo, Roskam, EH, (per 12/22/2007) Brandwacht, Schaijk, V van, (per 12/23/2007) Ass Techn Vot F16 Syst, Verkuylen, JCM, (per 12/1/2007) Chauf, Visser, DJ, (per 12/13/2007) Kpl Bewaker
12/21/2007) Nivo 3 Ooff Materieel, Heikoop, V, (per 12/12/2007) Cursisten 1 KLu, Hendrikx, A.A.M., (per 12/3/2007) Nivo 2 Kpl Transport, Mechelen, R van, (per 12/21/2007) Nivo 3 Ooff Loadmaster Chinook, Ven, ATA van de, (per 12/22/2007) Cursisten 1 KLu, Vos, RPWJL, (per 12/19/2007) Cursisten 1 KLu Schaal 10 Bijker, JP, (per 12/1/2007) KLu Herplaatsing Extern, Schouten, R.P., (per 12/1/2007) P&O adviseur Schaal 5 Ebbink-Landman, A, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern Schaal 4 Koopmans-Klein Kranenburg, GG, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Linderman, EM, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Schuurman, J, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Vries, K de, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Intern Schaal 3 Diepens, L, (per 12/31/2007) KLU Herplaatsing Intern, Vries, B de, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern, Vries, J de, (per 12/1/2007) KLU Herplaatsing Extern
S o Soldaat der eerste klasse Br Brouer, N., (per 12/21/2007) Nivo 3 Ooff Loadmaster Cougar, Pots, N, (per 12/24/2007) Sld Bewaker, Stolk, MG, (per 12/1/2007) Sld Bewaker So Soldaat der tweede klasse Ka Kamp, D., (per 12/16/2007) Nivo 2 Kpl Bewaking So Soldaat der derde klasse Ba M, (per 12/14/2007) Nivo 3 Ooff Bais, AVT B F-16, Bloem, A, (per 12/1/2007) Cursisten 4 KLu, Caaij, I van der, (per
35
DE VLIEGENDE HOLLANDER