b l a d v o o r d e r e l at i e s v a n m i t r o s juLi 2010 | jaargang 12 | nummer 2
interview intern toezicht: niet belemmeren, maar wel bewaken de kunst van het wonen halina zalewska achtergrond veelzijdig instrument in buurten: de buurtaanpak artikel mitros en ssh richten jebber op voor starters op krappe utrechtse woningmarkt
inhoud
In deze Mitros Forum
interview
2
intern toezicht: niet belemmeren, maar wel bewaken Corporaties zijn regelmatig negatief in het nieuws vanwege onverantwoorde financiële transacties of oninteger handelen van bestuursleden. De druk op scherp intern toezicht neemt hierdoor toe. Volgens de voorzitter en vice-voorzitter van de Raad van Commissarissen van Mitros, is het intern toezicht bij Mitros goed geregeld, maar blijft het voortdurend zoeken naar een balans.
6
de kunst van het wonen: halina zalewska Halina Zalewska, beeldend kunstenaar in Utrecht, zoekt in haar werk de verbinding tussen kunst en wetenschap, tussen gevoel en ratio.
bij maatschappelijk ondernemers. Bij Mitros ben ik vrij toevallig terechtgekomen, op voordracht van de Ondernemingsraad.”
8
veelzijdig instrument in buurten: de buurtaanpak Elke wijk vraagt om een eigen aanpak. Sommige wijken hebben baat bij een intensieve en integrale aanpak, zoals een buurtaanpak. Om te voorkomen dat er een ware projectencarrousel ontstaat, steken de professionals in de Utrechtse wijken Ondiep en Zuilen de koppen bij elkaar om te komen tot een gezamenlijke buurtaanpak.achterban en nieuwe leden zijn lastig te vinden. Mitros en haar huurdersorganisaties werken aan nieuwe vormen van participatie. Mitros Forum is een blad voor de relaties van Mitros. Het bevat beleidsmatige, achtergrond- en opiniërende artikelen op het gebied van volkshuisvesting, aangevuld met een enkele lichtvoetiger rubriek. Het verschijnt drie keer per jaar en wordt gestuurd aan relaties en andere geïnteresseerden. Een abonnement is gratis. colofon • redactie Yves Vermeulen (hoofdredacteur), saskia flesseman (bladmanager), Arian Boersma, Maureen van Esch, Kim Roetert, JuDY STERKENBURG, Ellen van Vossen, Hans Worm fotografie driejuni, Fotografie Ron Hendriks, de Nationale Beeldbank / HENK VAN HOUWELINGEN, Halina Zalewska ILLUSTRATIE smaak ontwerpers vormgeving Koningsberger & Van Duijnhoven Grafisch Ontwerpers (Utrecht) productie Spijker Drukkerij (Buren) redactie adres Postbus 8217, 3503 RE Utrecht,
[email protected]
2
instrumentenkoffertje
Intern toezicht: niet belemmeren, maar wel bewaken Corporaties zijn regelmatig negatief in het nieuws vanwege onverantwoorde financiële transacties of oninteger handelen van bestuursleden. De druk op scherp intern toezicht neemt hierdoor toe. Volgens Gert-Jan van der Vossen en Jaap de Jong, voorzitter en vice-voorzitter van de Raad van Commissarissen van Mitros, is het intern toezicht bij Mitros goed geregeld, maar blijft het voortdurend zoeken naar een balans. Hoe ver ga je hierin? Je kunt niet achter iedere medewerker een controleur zetten.
V
an der Vossen: “Als commissaris kijk je anders tegen een organisatie aan dan als bestuurder. Dat vind ik heel verrijkend. Ik vind toezichthouder zijn een interessante baan, vooral bij maatschappelijk georiënteerde organisaties. Als bestuursadviseur, tijdelijk bestuurder en toezichthouder bij andere organisaties heb ik daar veel mee te maken. Mitros is voor mij extra aantrekkelijk omdat ze werkzaam is in de regio waar ik al 25 jaar woon. De Jong: “Het is inderdaad een interessant vak, waarbij ik het een uitdaging vind om de balans te vinden tussen toezicht houden en betrokken zijn. Van huis uit ben ik zelfstandig adviseur, vooral op het gebied van medezeggenschap. Ik heb een brede toezichthoudende ervaring, wel altijd
Van der Vossen: “Een Raad van Commissarissen heeft een koffer vol instrumenten tot zijn beschikking, die hij gebruikt bij het toezicht houden op het functioneren van het bestuur en op de prestaties van de organisatie. De rode draad is de planning- en controlcyclus. Andere instrumenten zijn audits, de reguliere informatiestroom en gesprekken met bestuur, managers, Ondernemingsraad, huurdersorganisaties en andere stakeholders.” De Jong: “Er zitten verschillende aspecten aan het toezicht houden. Ten eerste het goedkeuren van belangrijke besluiten van het bestuur. De onderwerpen waarvoor dit geldt, zijn in de statuten vastgelegd. Ten tweede het permanent preventief toezicht houden. Natuurlijk hebben wij vertrouwen in het bestuur. Toch moeten wij altijd alert blijven en op het juiste moment kritische vragen te stellen. Ten derde hebben wij ook een adviserende rol.” maatschappelijk klankbord
De Jong: “De RvC houdt namens de samenleving toezicht op Mitros. We zijn het maatschappelijk klankbord voor het bestuur. Daarom volgen wij nieuwe ontwikkelingen in de maatschappij, bijvoorbeeld door gesprekken aan te gaan met stakeholders.” Van der Vossen: “Wij kiezen er dan ook voor om puur uit functioneel oogpunt bij belangrijke momenten van Mitros aanwezig te zijn en niet bij alle sociale gelegenheden.” >>
3
forum kort
Leerwerktraject bij partners Mitros Mitros laat in samenwerking met de stichting Cocon, een initiatief van Jeugdzorg ZO-Brabant, en WerkTeam, onderdeel van Chainworks, kansarme mensen ervaring opdoen in het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. In een leerwerktraject worden mensen die moeilijk werk kunnen vinden, begeleid en opgeleid tot servicemedewerker of allround ondernemer klussenbedrijf. Jaap de jong
Gert-Jan van der vossen
nooit dat iets op een bepaalde manier moet of dat het een verkeerde beslissing is. Dan ga je op de stoel van de bestuurder zitten. Wel reik ik denkkaders aan.”
In Utrecht nemen twaalf mensen deel aan dit leerwerktraject, waarvan vier bij partners van Mitros (aannemingsbedrijven VIOS, Van den Berg en Schreutelkamp). Zij zitten in de laatste maanden van hun opleiding aan het ROC Midden-Nederland. Cocon heeft voor dit project samen met de gemeente Utrecht ook schuldhulpverlening en Nederlandse les ingezet. Verder worden de deelnemers opgeleid in veiligheidsaspecten bij het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. Ook wordt aandacht besteed aan vaardigheden op het gebied van presentatie, motivatie, sollicitatie, communicatie en netwerken/acquisitie.
collectief standpunt
betere kansen
Van der Vossen: “Voordat wij ons collectieve standpunt geven, wisselen de commissarissen eerst onderling hun verschillende standpunten uit. Dat is een waardevolle fase. Uiteindelijk praten wij als collectief, anders is het niet werkbaar voor het bestuur. Wij kunnen ons niet herinneren dat er ooit een minderheidsstandpunt naar buiten is gebracht.”
Inmiddels hebben de deelnemers een flinke dosis werkervaring opgedaan. Op basis hiervan wordt bij hen een Proeve van Bekwaamheid afgenomen die bestaat uit timmeren, metselen, stukadoren, tegelen, schilderen, electro en installatie. Het certificaat Proeve van Bekwaamheid biedt hun betere kansen op de arbeidsmarkt. Door samen te werken met partijen als Cocon en Chainworks geeft Mitros haar maatschappelijke betrokkenheid gestalte.
>>
De Jong: “Formeel zijn wij de werkgever van het bestuur. Dat betekent dat wij de bestuurders benoemen en – indien nodig – ontslaan. En we houden functionerings- en beoordelingsgesprekken met hen.” Van der Vossen: “Maar wij vertelen ze niet wat zij moeten doen.” eventuele risico’s
De Jong: “Om een goed toezichthouder te zijn, moet je onafhankelijk zijn in je denken en signalen uit de maatschappij opvangen.” Van der Vossen: “En bij alles wat je hoort, kijk je naar het eventuele risico dat het met zich meebrengt. En of het beeld dat je ervan hebt, scherp genoeg is. Is dat niet zo, dan moet je blijven doorvragen tot je alle antwoorden hebt. Binnen een RvC heb je verschillende vaardigheden nodig, zowel aan de harde kant, dus iemand die scherp is op feiten en cijfers, als aan de zachte kant, iemand die mensen goed kan inschatten. De truc is om gezamenlijk productief te zijn op zo’n manier dat de bestuurder er baat bij heeft. Toezicht mag nooit belemmerend werken, maar moet juist helpen bij het leveren van maatschappelijke prestaties.” De Jong: “Wij toetsen besluiten van het bestuur marginaal. Als ze logisch volgen uit de aangevoerde argumenten, dan klopt het.” Van der Vossen: “Maar ook alternatieven moeten meegenomen worden in de afwegingen. Als je aan de gezichten tijdens een vergadering ziet dat niemand echt gelukkig is met een besluit, dan stellen we voor om nog eens te kijken naar mogelijke alternatieven. Ik zeg 4
zelfevaluatie
Van der Vossen: “Het is nooit helemaal uit te sluiten dat er soms dingen fout gaan, zoals bij enkele corporaties is gebeurd. Vaak is dat een teken dat niet alles goed is geregeld. Er zijn normen en waarden rondom goed toezicht houden, maar je moet je hierbij niet alleen richten naar de letter maar ook en vooral naar de inhoud. Daar ben je nooit mee klaar, ook omdat de samenleving steeds blijft veranderen. Het aanwenden van het vermogen van corporaties voor maatschappelijk presteren is in een stroomversnelling gekomen. Maar om hierop toezicht te houden hebben wij weer meer en andere instrumenten nodig in ons instrumentenkoffertje.” De Jong: “De RvC van Mitros doet ook aan zelfevaluatie en blijft continu actief op dit vlak. We onderzoeken waar onze zwakke plekken zitten en op welke gebieden wij ons moeten ontwikkelen.” <
Maatschappelijk oordeel over Mitros
Op dit moment vindt de maatschappelijke visitatie plaats bij Mitros. Een onafhankelijke commissie van geaccrediteerd adviesbureau Ecorys Vastgoed velt een maatschappelijk oordeel, mede aan de hand van de mening van de stakeholders van Mitros. Corporaties hebben afgesproken zich elke vier jaar te laten visiteren. Volgens een vastgestelde methodiek (de versie 3.0) wordt systematisch onderzocht welke maatschappelijke prestaties Mitros levert, afgezet tegen wat er landelijk, regionaal en lokaal nodig is (de opgave), de ambities die Mitros zelf heeft, het vermogen dat Mitros in kan zetten en de mening van de stakeholders. papier en gesprek
De visitatiecommissie werkt zich daartoe eerst door heel veel papier. Daarna praat zij uitvoerig met de stakeholders van Mitros. Uiteindelijk wordt het oordeel vervat in een rapport. Mitros wil dat op de jaarlijkse stakeholdersconferentie in het najaar presenteren. visitatie+
Omdat Mitros ook benieuwd is naar de mening van externen over hoe breed de taakopvatting van corporaties zou moeten zijn en hoe Mitros daarbinnen presteert, heeft zij Godfried Engbersen, hoogleraar algemene sociologie (Erasmus Universiteit) gevraagd dit, als ‘plus op de visitatie’ voor zijn rekening te nemen. Daarmee vernieuwt Mitros ook het visitatie-instrumentarium. < 5
de kunst van het wonen
Halina Zalewska In deze rubriek laat steeds een andere kunstenaar met een van zijn kunstwerken zien wat wonen voor hem betekent. Schilders, tekenaars, beelhouwers, dichters, schrijvers en fotografen maken ons op deze wijze deelgenoot van de kunst van het wonen. Halina Zalewska (Polen, 1956) volgde een studie beeldhouwen aan de universiteit van Warschau tijdens het communistische regime. De westerse kunstwereld kwam nauwelijks aan bod. Wel leerde ze in die tijd haar huidige Nederlandse man kennen. Gedreven door deze twee factoren vertrok ze naar Nederland. “Daar studeerde ik aan de Rijksacademie te Amsterdam. Niet lang daarna vestigde ik me in een pand in de Utrechtse binnenstad, waar ik inmiddels al weer 25 jaar woon.” kunst en wonen verbonden
Met haar man, ook kunstenaar, heeft Zalewska het huis altijd als woon- én werklocatie gebruikt. “Kunst en wonen waren bij ons dus altijd verbonden. Net als in het
verleden, trouwens; 100 jaar geleden woonde en werkte de Utrechtse schilder en graficus Willem van Leusden in ons huis. Op oude foto’s is te zien dat we de schildersezel op precies dezelfde plek hebben staan.” watertoren, molen en Dom
Zalewska maakt vrije beeldende kunst; voornamelijk voor exposities en musea. De objecten vormen vaak een combinatie van kunst en wetenschap, waarbij de mens centraal staat. “Anatomie van het lichaam en creativiteit van de geest, ratio en gevoel; ik probeer deze twee met elkaar te verbinden. Ook de stad Utrecht heeft een rol gespeeld in mijn werk. Ons dakterras biedt een eigen ‘skyline’: watertoren, molen en Dom zijn goed zichtbaar. Deze gebouwen komen in verschillende van mijn grafische werken terug.” Sinds een jaar hebben beide kunstenaars hun atelier verplaatst naar een antikraakpand in Zeist. Zalewska geniet nu van de leegte om haar heen. “Toen we in Utrechtse binnenstad gingen wonen, wilden we op één verdieping wonen en op twee verdiepingen werken. Mede door ons gezin en alle kunstwerken is dat nooit echt gelukt. Maar in de toekomst gaan we dit oorspronkelijke idee alsnog realiseren.” <
<< Halina Zalewska
6
7
achtergrond
Veelzijdig instrument in buurten: de buurtaanpak De ene wijk is de andere niet en elke wijk vraagt om een eigen aanpak, afgestemd op wat die specifieke wijk op dat moment nodig heeft. Sommige wijken hebben baat bij een intensieve en integrale aanpak. Zoals een buurtaanpak.
8
Er zijn goede wijken en er zijn slechte wijken. En er zijn ook wijken die alles in zich hebben om een goede wijk te worden. De ligging is goed, de woningvoorraad is gevarieerd en er zijn bewoners die zich willen inzetten voor de buurt. Helaas zijn er ook minder mooie kanten: hoge concentratie probleemgezinnen, overlastgevende en criminele jongeren, een negatief imago en fysieke ingrepen die op stapel staan en die bij bewoners veel onrust veroorzaken. Om te voorkomen dat er een ware projectencarrousel ontstaat, steken de professionals uit de wijk de koppen bij elkaar in een buurtaanpak. Ook Mitros is op dit moment bezig met buurtaanpakken in verschillende stadia: twee in Ondiep (Fruitbuurt en Bomenbuurt) en drie in Zuilen (Zwanenvechtplein, Queeckhovenplein en Geuzenwijk). samenspel preventieve en repressieve maatregelen
In Geuzenwijk in Zuilen is sprake van een ‘buurtaanpak avant la lettre’. Een aantal jaren geleden kende de oude Betonbuurt veel problemen als jongerenoverlast, geweld, woninginbraken, vandalisme en autokraken. De kern van het probleem lag in de combinatie van overlast, criminaliteit en sociaaleconomische achterstand. De buurt is inmiddels deels gesloopt en een mooie mix van koop- en huurwoningen is in aanbouw. Al enige jaren geleden werd geconstateerd dat de buurt een extra steun in de rug nodig had. Een samenspel van preventieve maatregelen en repressieve maatregelen had succes. De meest in het oog springende maatregel was de screening. Nieuwe bewoners werden, voordat ze een woning konden huren, ‘gescreend’ op (drugsgerelateerde) veroordelingen, er werd actief gezocht naar fraude in de buurt en alle nieuwe bewoners kregen een intakegesprek over de buurt. Ook is flink ingezet in het wegwerken van vuil op straat. Daarnaast is gestart met de thuis-op-straat-methodiek om een gemoedelijk leefklimaat met duidelijke gedragsnormen te scheppen. Inmiddels is de
overlast in de buurt sterk verminderd en wordt vooral sterk ingezet op de begeleiding van de bewoners tijdens de herstructurering. betere resultaten door focus en samenhang
Ondiep en Zuilen-Oost behoren tot de krachtwijken die door oudminister Vogelaar zijn geïdentificeerd. In de wijkactieprogramma’s is gekozen voor een samenhangende werkwijze voor de Bomenbuurt, Fruitbuurt en Zwanenvechtpleinbuurt: de buurtaanpak. Deze buurtaanpak houdt in dat professionals die in de wijk werken, samen met bewoners sterk sturen op samenhang en effectiviteit. Acties, speerpunten, doelen en resultaten worden niet per project bekeken, maar in onderlinge samenhang met andere projecten in de buurt en met een sterke focus op de speerpunten van de wijkaanpak. Hiermee voorkom je de onsamenhangende projectencarrousel en bereik je betere resultaten op zowel korte als lange termijn. Tekenend voor de buurtaanpak is de integrale benadering door verschillende partijen in de buurt. Allen moeten de wil hebben om samen te werken aan de verbetering van de buurt, en moeten bereid zijn hier extra in te investeren. Het Wijkbureau van de gemeente, welzijnswerk, de woningcorporatie, politie, Stadswerken, Toezicht en Handhaving, zelforganisaties én bewoners. Een voorbeeld hiervan is een buurtaanpak in een heel ander stadium: de buurtaanpak rond het Zwanenvechtplein. Deze is op dit moment in volle gang. Hier was eerst stevige interventie nodig om te kunnen voldoen aan randvoorwaarden als veiligheid. Zo zijn in de Zwanenvechtpleinbuurt in Zuilen, waar op dat moment veel onrust en overlast gaande was, eerst de nodige repressieve maatregelen genomen om de veiligheid terug te brengen naar een aanvaardbaar niveau. >> 9
Kansen voor starters op de woningmarkt Op 3 juni ging Jebber officieel van start. Jebber is een zelfstandig bedrijf, opgericht door Mitros en SSH. Jebber gaat zorgen voor huur- en koopwoningen voor de Utrechtse starters die nu geen kans krijgen op de krappe Utrechtse woningmarkt. Niet te groot, niet te luxe en niet te duur.
>>
drie sporen
Bij deze buurtaanpak wordt in drie sporen gewerkt. Allereerst in een fysiek spoor. Mitros verbetert woningen waar nodig door onderhoud, renovatie of sloop en nieuwbouw, er komen aanpassingen in gezamenlijke ruimtes zoals het afsluiten van achterpaden. Maar ook de aanpak van openbare ruimte, zoals binnenterreinen opknappen of het plaatsen van ondergrondse containers, behoort tot de mogelijkheden. In dit spoor wordt gewerkt aan concrete en duidelijk zichtbare verbeteringen in, aan en om de woningen. Een tweede spoor is een spoor dat zich richt op de individuele bewoners in de wijk. Bijvoorbeeld door criminele jongeren aan te pakken, overlastgevende bewoners aan te pakken, onrechtmatige bewoning terug te dringen of door bewoners die in de problemen zitten, te helpen. Deze activiteiten kosten veel tijd en vragen een lange adem, maar bevinden zich vaak wel bij de wortel van de problemen. Het derde spoor richt zich op groepen bewoners of zelfs alle bewoners. Door de introductie van leefregels (normering) door en voor bewoners kan het woongedrag verbeterd en op elkaar afgestemd worden. Maar ook zorgen voor activiteiten voor jongeren, zorgen voor een plek waar bewoners elkaar kunnen ontmoeten, het afstemmen van het aanbod van welzijnswerk en zorg- of hulpverlening en meer. Met de ‘portiekaanpak’ wil Mitros het woongedrag en de betrokkenheid van bewoners verbeteren. De kern van de portiekaanpak is dat Mitros en het opbouwwerk alle bewoners bezoeken om te inventariseren wat er speelt in elk afzonderlijk portiek. Welke wensen leven er, welke proble10
matiek, wie wil zich inzetten? Tegelijkertijd bedenken de bewoners (met begeleiding) hun eigen portiekregels en wordt ingezet op overlastbestrijding en onrechtmatige bewoning. Zo krijgt elk portiek een passende aanpak op kleinschalig niveau.
De eerste ontwikkellocatie maakte Monique van Loon, directeur van Jebber, tijdens de opening bekend: het bedrijventerrein De Boo aan de Briljantlaan in Utrecht. harrie bosch, marien de langen, monique van loon en ton jochems
In de Ondiepse Fruitbuurt en Bomenbuurt staan de buurtaanpakken nog aan het begin. Iedereen is het erover eens dat er iets moet gebeuren. De buurten hebben een matig tot slecht imago en er zijn problemen die aangepakt moeten worden om de wijken om te buigen naar prettige wijken voor gezinnen. De potentie hiervoor is aanwezig door ligging en woningtypologie. Hier begint de buurtaanpak met het opbouwen van een gedegen beeld van wat er precies speelt, wie er precies wonen en waar de kern van het probleem ligt. Daarna start ook hier het creëren van een gemeenschappelijke focus om zo activiteiten en maatregelen op elkaar af te stemmen en elkaar te laten versterken. kansen krijgen én pakken
Welke methodiek er ook wordt gekozen, aanwezigheid en zichtbaarheid in de wijk lijken de grote gemene deler. Bewoners moeten het gevoel hebben dat er aandacht is voor hen, hun wijk en zowel de problemen als de talenten van de wijk. Ze moeten laagdrempelig hun vragen kunnen stellen en hun invloed kunnen laten gelden zonder daarvoor van de ene organisatie naar de andere te worden gestuurd. Als bewoners zien dat anderen hun wijk en welbevinden belangrijk vinden, dan is de kans groter dat zijzelf ook een actieve rol willen spelen in hun wijk. Het einddoel is eenvoudig: een veilige buurt waar verschillende bevolkingsgroepen graag willen (blijven) wonen. Een buurt met betrokken bewoners die kansen krijgen – én pakken – in hun leven. <
De vraag naar starterswoningen in de regio Utrecht is en blijft groot. Dit jaar bedraagt het woningtekort voor deze doelgroep 10.000. De prognose voor 2015 is een tekort van 17.500 woningen. Veel starters die op zoek zijn naar een woning, wonen op dit moment in een goedkope sociale huurwoning (‘scheefwonen’), of blijven noodgedwongen hangen in hun studentenkamer. Het duurt jaren voordat zij een woning vinden in Utrecht, áls ze al zo lang willen wachten. speciale woningen voor starters
Jebber richt zich op personen in de leeftijdscategorie van circa 20 tot 30 jaar, met een bruto jaarinkomen tussen € 30.000 en € 50.000 per huishouden. Het concept bestaat niet alleen uit woningen, maar ook uit buurtvoorzieningen (dagelijkse boodschappen, horeca, bedrijvigheid etc.) en gemaksdiensten, nodig voor een startersomgeving. Per locatie verschilt het concept, afhankelijk van de behoeften van de starters. Jebber richt zich op twee soorten producten. Enerzijds twee- of driekamerappartementen in het centrum van circa 60 m2, met een huur van € 500 - € 800 per maand of een koopsom tussen € 150.000 - € 220.000 v.o.n. Anderzijds kleine eengezinswoningen
buiten het centrum van circa 85 m2, met een huur tussen € 600 - € 800 per maand of een koopsom tussen € 170.000 - € 225.000 v.o.n. afspraken over toewijzing
Niet alleen gaat Jebber zorgen voor het aankopen en realiseren van woningen voor starters, maar er komen ook afspraken over de toewijzing hiervan. In de Utrechtse gemeenten worden woningen toegewezen via Woningnet op woonduur. De persoon met de meeste woonduur komt als eerste aan de beurt. Helaas zijn dit zelden starters. Jebber spreekt per project en per gemeente voorrangsregels af, zodat het gros van die woningen beschikbaar komt voor starters. initiatief van mitros en ssh
Jebber is een zelfstandig bedrijf, opgericht door Mitros en SSH. Starters vormen een specifieke doelgroep met specifieke wensen, waarvoor een nieuw product nodig is. Met Jebber krijgt deze doelgroep de volledige aandacht die zij verdient, terwijl Jebber als nieuw bedrijf twee grote, betrouwbare en deskundige organisaties achter zich heeft staan. <
Meer informatie is te vinden op www.jebber.com
11
Wijktelevisie verhoogt leesbaarheid van de wijk In 2009 heeft Mitros, samen met RTV Utrecht en de Gemeente Utrecht, het initiatief
waardering
genomen om U in de Wijk van de grond te krijgen. Wetenschappelijk onderzoek toont
De onderzoekers hebben veel wijkbewoners gesproken. Velen kennen de uitzendingen, velen waarderen ze ook. Wel vinden ze dat er nog meer verschillende bewoners aan bod kunnen komen. En dat er meer reclame voor U in de Wijk moet komen. Het is het zeker waard, zo stellen zij! <
aan dat wijktelevisie in Utrecht het begrip over en het thuisgevoel in de wijk vergroot. Op 16 juni 2010 presenteerde hoogleraar Irene Costera Meijer (Vrije Universiteit Amsterdam, Hogeschool Windesheim Zwolle) haar onderzoeksrapport De leesbare wijk: een onderzoek naar de impact van wijktelevisie. Samen met haar (assistent) onderzoekers bracht zij in kaart hoe het nieuwe medium wijktv bijdraagt aan een versterking van het thuisgevoel van wijkbewoners, omdat die meer inzicht krijgen in wat er speelt in een wijk, maar ook in wat de diverse leefstijlen, alledaagse rituelen en gewoontes en culturele waarden van medebewoners zijn. voor en door bewoners
U in de Wijk is de naam van de televisie die voor en door bewoners van de wijken Kanaleneiland en Overvecht wordt gemaakt. Redacties van vrijwilligers, ondersteund door professionele televisiemakers, brengen hun vragen in beeld en registeren zelf wat er speelt in hun wijk. Elke week maken zij een
12
kwartier televisie per wijk, dat door RTV Utrecht op de stadszender wordt uitgezonden dinsdag en woensdag om 18.00 uur. De redacties zijn gemengd van samenstelling en zijn ook gehuisvest in de wijken. realistisch
Daar waar de reguliere journalistiek nog wel eens eenzijdig en negatief, en daarmee stigmatiserend, bericht over de problemen in de wijken, proberen de wijkjournalisten de realistische verhalen uit de wijk naar boven te brengen, zonder problemen overigens te verdoezelen. Daarmee leren bewoners de wijk en elkaar kennen en zo ook het menselijke en persoonlijke zien van probleemgroepen (daklozen, hangjongeren, verslaafden), maar ook van bekende wijkfiguren (postbode, dierenarts, straatveger). Problemen worden wel in beeld gebracht, maar bij voorkeur inclusief de oplossing. Bijvoorbeeld wat je kunt doen tegen zakkenrollen op de markt. De items leiden tot gesprek met en over elkaar.
U in de Wijk wordt door RTV Utrecht op UStad (kanaal 12/224,25Mhz) uitgezonden: dinsdag (Overvecht) en woensdag (Kanaleneiland) om 18.00 u. In juli zijn er geen uitzendingen. De items staan ook allemaal op www.uindewijk.nl Het onderzoeksrapport De leesbare wijk is te downloaden van http://vu.mediaandcivilsociety.nl