Doopsgezinde Gemeente Leeuwarden liturgie Zondag, 11 juli 2010 “Mensen die gaan langs vele wegen..” Voorganger: ds. Tjitske Hiemstra Organist: Gerben Bergstra
* Mededelingen en aansteken van de kaars * Bemoediging en groet * Pelgrimslied op melodie van “Licht dat ons aanstoot in de morgen”
1. Mensen die gaan langs vele wegen, altijd en iedereen op weg. Geen blijvend huis, geen vaste stede: altijd verlaten wat je hebt. Geen vaste koers, geen lichtend baken, altijd vaarwel en naar waarheen? Opstaan en weer opnieuw verlaten wat in de aanvang veilig scheen. 2. Mensen gaan onderweg te samen, spreken en vragen naar elkaar. Zoeken de wegen als ze dwalen, wijzen het spoor de ander aan. Altijd weer nieuwe moed te vinden en delend van elkanders brood. Horen naar wat het hart beminde wat is je diepst gewenste droom? 3. Aankomen wanneer? nooit ten einde. Eens toch de lange weg gegaan. O, mochten wij dan samen delen, ieder vertelt zijn reisverhaal. Het laatste doel vereent de wegen: zal niet herkenning vrede zijn? Over nog meer moet nu gezwegen, meer kan een pelgrimslied niet zijn.
* In Memoriam zr. Jantje Talman-Jongbloed * Gebed
* Psalm 25: 2 * Bijbellezing: Gen 12: 1 “Trek weg uit je land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten, en ga naar het land dat ik je zal wijzen..” * Bijbellezing: Lucas 10: 25 – 37 * Lied 62: 1, 2, 3 Biedt uw naaste de helpende hand
* Gedicht: Camino (Jan de Jongh) Leven is op weg zijn, Bergen beklimmen, waden door rivieren, bloemen plukken bij maanlicht, dwalen door eenzaamheden en woestijnen, een kaars branden tegen de storm, oplopen met de anderen of hen dragen, brood delen en vieren in de nacht.
Leven is pelgrimeren, een tijdlang werken aan de weg, een brug bouwen over het water, rovers en duivels verjagen, waken en bidden met zieken, doden begraven bij de kapel. Maar nooit raken de pelgrims thuis: ‘vreemdelingen’ vestigen niet. Wanneer zij eindelijk aankomen, Weten ze wat ze vermoedden; DE WEG IS HET DOEL
* Lied op Israëlische melodie: Door de wereld gaat een woord en het drijft de mensen voort: Breek uw tent op ga op reis naar het land dat ik u wijs. Refr. Here God, wij zijn vervreemden door te luist’ren naar uw stem. Breng ons saam met uw ontheemden naar het nieuw Jeruzalem. Menigeen ging zelf op pad daar hij thuis geen vrede had Eeuwig heimwee spoort hem aan, laat ook hem het woord verstaan. Refr. Here God, wij zijn vervreemden.. Door de wereld klinkt een lied, tegen angsten en verdriet; Tegen onrecht, tegen dwang richten pelgrims hun gezang. Refr. Here God, wij zijn vervreemden…
* Overdenking * Orgelspel * Open Ruimte; Bauke Visser vertelt van de supermarktactie op 17 juli a.s. * Voorbeden - stil gebed - Onze Vader (NBV) (zie voor of achter in uw liedboek) * Collecte voor de eigen gemeente * Slotlied Tussentijds 115 “Wonen overal nergens thuis”
2. Wonen overal even thuis handel en wandel en huis na huis loven en bieden op waarheid en waan wagen en winnen en verder gaan – mensen veel geluk. 3. Wonen overal bijna thuis aarde mijn hemel mijn vaders huis stijgende sterren de lach van de maan mensen die dromend een stem verstaan – Mensen veel geluk.
* Zegenbede ..Hear, wy freegje no, Jo seine op ús wei Hear, wy freegje Jo, wês mei ús eltse dei …Amen
******
preek Gemeente van Christus, Wij mensen gaan langs vele wegen altijd en iedereen op weg… Ook in deze spannende voetbaltijd; daarover wordt al genoeg gesproken. Vandaar nu even niet. Ik combineer vandaag het pelgrimeren met de vraag “Wie is onze naaste?” op onze levensweg. Nu de kinderen vrij zijn van school lijkt het alsof er weer een volksverhuizing begint. Mensen gaan op weg, verlaten hun huizen, steden, dorpen. Nemen afscheid en vertrekken. Zou iemand daarbij nog denken aan Abraham, die wegtrok naar het land dat God hem zou wijzen? Wij willen graag met enkele weken weer terug zijn.
We hopen in de vakantie, in de vacante tijd onszelf te legen/ te schonen van alles wat is aangekoekt het afgelopen jaar… tijd voor bezinning, het dagelijkse leven loslaten, tot rust komen, innerlijk herstel en nieuwe ervaringen opdoen in andere landen of juist in je eigen zomerse huis, balkon of tuin. Ook daar kom je tot bezinning; omdat vele anderen weggaan. Wat is het fijn als iedereen straks weer terug is. Vakantietijd kan ook een onzekere, kwetsbare tijd zijn…vooral voor ouderen.. Als de gezondheid en portemonnee het toelaten willen mensen vaak onnoemlijk veel reizen. Is het omdat er op de bodem van de ziel een verlangen is, een droom of mysterie? De reis is altijd een belangrijk beeld geweest voor het zoeken naar en het beleven van het Andere, het heilige. De hele bijbel is vol van het motief ‘onderweg zijn’. Er is een voortdurende exodus aan de gang: levenslang zijn we onderweg ‘naar het land, dat ik u wijzen zal’. Pelgrims naar ‘het nieuwe Jeruzalem’ met liederen vol verlangen… In de evangelieverhalen is Jezus steeds onderweg. Hij reist met ontferming bewogen langs de dorpen, hij geneest en leert. Alle evangelisten vertellen uitgebreid het verhaal van zijn laatste pelgrimage naar Jeruzalem. De eerste Christenen worden mensen van de weg genoemd. Geen aanhangers van de leer van Jezus, maar ‘die van de weg’. Het gaan op de weg, de reis van het verlangen, dát verbeeldt in zijn geheel de levensweg van een mens, als één die gaat… Leer mij uw paden te gaan, wijs mij de weg… bidt psalm 25 ons voor… De WEG is beeld van alles wat je overkomt én waar je voor kiest in je leven. De weg is de basis van het werkwoord bewegen…in beweging komen.. Het heeft ook te maken met wagen..het waagstuk van de reis aangaan… Want op de levensweg wordt gewandeld met God, maar ook gedwaald. Bij kruispunten moet gekozen worden en soms treft ons onverwacht het lot. Tegenwoordig wandelen velen over lange afstand wandelpaden (vele pelgrims gaan op weg naar Santiago de Compostella (start bij St. Jacobiparochie)) Anderen doen een pelgrimage met de fiets, zoals mijn oudste broer in zijn studieverlof deed. Hij fietste naar Jeruzalem. Hij schreef daarover het boek “Pelgrim naar Jeruzalem. Dominee op de fiets in 1936 en 1996”. Ik lees daar een gedeelte uit voor, waarbij de barmhartige Samaritanen in moderne versie opnieuw verschijnen (pag. 152 e.v.). De bekendste verhalen van Jezus gaan over mensen die op reis gaan, zoals het verhaal over de verloren zoon en vandaag het verhaal van de Barmhartige Samaritaan… Daar wordt niet gefietst, maar gelopen over een pad van zo’n 27/28 km tussen Jeruzalem en Jericho…dus in één dag te doen als je doorstapt. Het staat bekend als eenzame weg, die van de heuvels van Jeruzalem afdaalt naar Jericho. De weg is berucht vanwege de vele bochten en rotsen die het zicht belemmeren. En ziedaar…iemand reist die weg langs en wordt overvallen door rovers, die hem naakt, mishandeld en halfdood achterlaten. Wat nu… Wat doen de mensen die na hem ook die eenzame weg gaan op diezelfde dag… De priester en de leviet komen waarschijnlijk vanuit de tempeldienst en op weg naar huis lopen ze met een boog om hem heen… Waarom passeren ze zonder hulp te bieden? Angst voor het grote risico dat de rovers nog verstopt zitten achter een rots.? Is het vanwege de zorg om ritueel rein te blijven en geen dode aan te raken…?
Biedt je naaste de helpende hand… zongen we… Maar is deze gewonde man dan hun naaste??? Wie is dat eig. onze naaste…de persoon die letterlijk naast u zit? Familie of mensen die u het meest naast zijn, De spelers van ons eigen voetbalteam, mensen van eigen partij, geloof, kleur, ras etc? Of is het juist iedereen? Jezus houdt geen leerrede, maar laat in dit pakkende verhaal het naaste-zijn gebeuren. Van de tempel/kerk zouden we hulp verwachten, maar als schokkende climax werd het een Samaritaan die hulp verleende. Hij krijgt medelijden als hij de gewonde ziet /wordt met ontferming bewogen/ is innerlijk geraakt. Jezus vertelt uitgebreid wat hij allemaal doet: Hij reinigt en verzacht de wond met olie, hij desinfecteert met wijn en verbindt de wond. Hij brengt hem op zijn ezel naar de herberg en betaalt extra voor de komende tijd. Hij doet zelfs veel meer dan het gewone, dat je kan verwachten van een helper op je pad. Wat wil Jezus ons hiermee vertellen voor onze levensweg… Vaak zoeken wij de mensen uit, die we willen helpen en die we als onze naaste zien. Wij bieden hulp aan…WIJ staan centraal… Je hoort het in de vraag: Wie is MIJN naaste? Maar Jezus keert het helemaal om: De naaste is niet de mens over wie IK mij ontferm, maar die zich over MIJ ontfermt. Jezus keert de wijze van kijken compleet om… Jij of ik zijn daar komen te liggen, halfdood langs de weg.. En ik denk dat ieder van ons op z’n tijd wel eens gewond is geraakt en een naaste nodig heeft om verder te kunnen!! (gelukkig niet allen zo letterlijk als mijn broer) De vraag is of wij ons dan willen laten verzorgen en meenemen naar de ‘herberg’ om te genezen van onze wonden, de trauma’s die we opgelopen hebben op onze levensweg. Het blijkt soms maar een smalle streep te zijn, die ons scheidt om zelf hulpbehoevend te worden, verslaafd, uit je werk en je huis te moeten, naar de voedselbank voor eten, overvallen door een willekeurige ‘rover’, ziekte, ongeluk, in paniek of in pure nood te raken op wat voor manier dan ook. Zonder te weten hoe smal die rand is overheersen in ons naaste-zijn zo snel de gevoelens van superieur-zijn, je meer voelen dan de ander – kijk mij eens helpen! Of aan de andere kant – je voelt je de mindere: Wie ben ik, dat mijn hulp nodig is? Als je erbij stilstaat of hebt ervaren, dat je zelf net zo kwetsbaar bent als je naaste, dan kun je helpen vanuit een zuivere wederkerigheid… Je bent werkelijk ten diepste betrokken op het leed van de ander die op onze levensweg mens is zoals jij bent. Je neemt de tijd om beschikbaar te zijn voor wie je weg kruist. Uiteindelijk brengt de Samaritaan hem naar de herberg… Laatste vraag om bij stil te staan: Is onze gemeente een goede herberg om een gewonde, om iemand die geestelijke of maatschappelijke hulp zoekt naar toe te brengen? Iemand die meer zoekt in het leven dan enkel de horizontale laag? Zou u hier iemand mee naar toe nemen die zoekt naar verdieping, naar bezinning en bezieling, naar nieuwe inspiratie in haar/zijn leven? Zijn we hier een plaats waar we niet meteen vragen “Wie is MIJN Naaste”, maar “Kan ik iemands Naaste worden”. Een plek waar we erkennen, dat de ander is, zoals ik zelf ben?
Als kwetsbare pelgrim ervaar je dat dagelijks… Het is tegelijk voor ons allen een levenslange weg om Naaste te worden. Een weg waarop God met ons gaat… Amen