Doopsgezinde Gemeente Leeuwarden Zondag, mei 2010 Weeskindzondag “Als je mij liefhebt, houd je dan aan mijn geboden. Dan zal ik de Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te geven, die altijd bij je zal zijn: de Geest van de waarheid. De wereld kan hem niet ontvangen, want ze ziet hem niet en kent hem niet. Jullie kennen hem wel, want hij woont in jullie en zal in jullie blijven. Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug” (Joh. 14: 15-18) Voorganger: ds. Tjitske Hiemstra Organist: Gerben Bergstra * Mededelingen en aansteken van de kaars * Bemoediging en groet * Lied 313: 1 (Ned.), 3 en 5 (Frysk)
3. Nim, Hear, ús ferdieldens wei, dat der iendracht komme mei. Goede Hoeder, bring ienkear Jo fersille keppel gear. Erbarmje Jo! 5. Jou jo tsjinners, rûnom stjoerd, leauwe-en leafde, krêft en moed. Skik har rike risping ta dêr’t se-yn triennen siedde ha. Erbarmje Jo!
* Gesprek met de kinderen (tekst van Ype Kingma) De hemel is dichtbij Wanneer verloren mensen worden gevonden De hemel is dichtbij Wanneer hopelozen toekomst krijgen De hemel is dichtbij Wanneer mensen doen wat nodig is De hemel is dichtbij Wanneer mensen samen zingen De hemel is dichtbij Wanneer helende en troostende woorden gesproken worden De hemel is dichtbij Wanneer pijn geheeld wordt De hemel is dichtbij Wanneer mensen naasten zijn.
De hemel is nabij wanneer God waarheid wordt in het geloof van gewone mensen. * Lied 234:1 “Al heeft Hij ons verlaten, Hij laat ons nooit alleen” * Gebed * 1e Bijbellezing Lucas 24: 49-53
‘Ik zal ervoor zorgen dat de belofte van mijn Vader aan jullie wordt ingelost. Blijf in de stad tot jullie met kracht uit de hemel zijn bekleed.’ Hij nam hen mee de stad uit, tot bij Betanië. Daar hief hij zijn handen op en zegende hen. Terwijl hij hen zegende, ging hij van hen heen en werd opgenomen in de hemel. Ze brachten hem hulde en keerden in grote vreugde terug naar Jeruzalem, Waar ze voortdurend in de tempel waren en God loofden.
* 2e Bijbellezing: Handelingen 1: 8 – 14 Maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde.’ Toen hij dit gezegd had, werd hij voor hun ogen omhoog geheven en opgenomen in een wolk, zodat ze hem niet meer zagen. Terwijl hij zo van hen wegging en zij nog steeds naar de hemel staarden, stonden er opeens twee mannen in witte gewaden bij hen. Ze zeiden: ‘Galileeërs, wat staan jullie naar de hemel te kijken? Jezus, die uit jullie midden in de hemel is opgenomen, zal op dezelfde wijze terugkomen als jullie hem naar de hemel hebben zien gaan.’ Daarop keerden de apostelen van de Olijfberg terug naar Jeruzalem. Deze berg ligt vlak bij de stad, op een sabbatsreis afstand. Toen ze in de stad waren aangekomen, gingen ze naar het bovenvertrek waar ze verblijf hielden: Petrus en Johannes, Jakobus en Andreas, Filippus en Tomas, Bartolomeüs en Matteüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Simon de IJveraar en Judas, de zoon van Jakobus. Vurig en eensgezind wijdden ze zich aan het gebed, samen met de vrouwen en met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broers.
* Lied 13 uit de 2e Iona-bundel Opstaan! “Jezus kom in ons midden”: 1 en 2 * Gelijkenis uit “Verhalen voor de zevende dag” Jan van Opbergen “De paradijsvogel, de pinguïn en de postduif”
Het paradijsvogeltje rilde van de kou. Het was lang geleden dat hij zijn vlucht begonnen was, weg uit de streken rondom de evenaar waar hij zijn thuis had. Al verder was hij weggewiekt en eindelijk neergestreken waar het wel anders
maar niet beter was. En hij had het koud daar in het poolgebied. De pinguïn zei in het voorbijgaan: je moet er maar aan wennen; de tijd heelt alle pijn en ook het heimwee naar de warmte. Het leven is heus niet zo kwaad, als je maar wat harder wordt. En na dat gezegd te hebben liep hij deftig verder. De postduif zag hem rillen en begreep zijn diep verlangen. Hij sprak: Ik ben de vogel Gods! Moet je horen: eens toen de aarde geheel met water is bedekt geweest, heb ik als eerste weer vaste grond gevonden. Ik ruik het altijd uit de verte en ik voel het aan de wind waar leven is te vinden, en weet de richting feilloos te bepalen. Zou je het durven met me mee te vliegen en op zoek te gaan naar waar je thuishoort? Misschien kom je dan eindelijk terecht aan je bestemming, weer in de warmte, in je element: een vogel van Gods paradijs!
* Lied “Jezus kom in ons midden” vers 3 en 4 * Overdenking (Gen. 5: 24, Deut 34: 5-6,10, 2 Koningen 2: 11 Hemelvaart OT) * Orgelspel * Open Ruimte * Voorbeden - stil gebed - Onze Vader (NBV) (zie voor of achter in uw liedboek) * Collecte voor Menno’s Pleats in Nijhuizum Centrum van en voor DGhulpwerk, activiteiten op kerkelijk, cultureel en maatschappelijk gebied. Uitvalbasis voor zeilkampen en thuisfront voor diverse AKC-activiteiten. ‘Herberg’ voor vele andere (kerkelijk georiënteerde)activiteiten.
* Slotlied 7 “…vlak vóór u ligt de weg ten leven’ * Zegenbede ..Hear, wy freegje no, Jo seine op ús wei Hear, wy freegje Jo, wês mei ús eltse dei …Amen
Lena Steakman (DG, 23 jaar) zoekt kamer in Leeuwarden per augustus. Ze gaat de Hogere Agrarische School doen ( tel. 0343-562292)
preek Gemeente van Christus, Er bestaat een oude legende over de terugkeer van Jezus naar de hemel. Er wordt gezegd dat de engel Gabriël hem ontmoette in de poort van de hemelstad. “Heer, er is een grote redding door u geschiedt” zo zei de engel. Jezus zei enkel: Ja “Welke plannen hebt u gemaakt wat betreft het doorgaan van dit werk? Hoe zal men weten wat u gedaan heeft?”vroeg Gabriël Ik liet Petrus en Jacobus en Johannes en Martha en Maria achter om ervan te vertellen aan hun vrienden, en zij vertellen ervan aan hun vrienden, tot heel de wereld ervan weet. Maar Jezus, zei Gabriël, stel dat Petrus te druk is met de netten, of Martha met haar werk in huis, of de vrienden die ze hiervan vertellen hebben het te druk en vergeten het door te vertellen aan hun vrienden – wat dan?” Jezus antwoordde niet meteen, maar zei toen met zijn eigen wonderlijk rustige stem: “Ik heb geen andere plannen gemaakt, ik reken op hen” Jezus rekent op ons; dat de verhalen van God doorverteld worden; dat zijn reddingswerk in ons doorgaat; zeg maar…dat de hemel dichtbij blijft… Op deze wijze is het feest van hemelvaart een praktisch en aards feest..
Het gaat immers niet om de hemel, maar om deze aarde; waar we soms even de hemel op aarde mogen ervaren. Uitspraken over de hemel zijn gelóófsuitspraken… Het is nooit een geografische plaats van God geweest; maar meer een verlegenheidsoplossing van de verteller, die iets wil zeggen over het heel anders zijn van God. God is anders dan wij mensen. God is van boven in de hemel, wij zijn van beneden op de aarde. Met de hemel bedoelen we dan niet onze blauwe lucht met haar zon en wolken of de nachtelijke sterrenhemel en haar maan. De hemel verbeeldt meer ons verlangen, het geeft de verborgenheid in ons bestaan weer – het mysterie van het leven – het geeft iets aan en is tegelijk verhullend. God woont in de hemel is een basis om aan te geven, waar vanuit God ziet, spreekt, hoort en handelt…en ook dat is een manier van spreken in de taal vanuit ónze zintuigen. Hemel en aarde, God en mensen zijn verbonden met elkaar in de liefde. “God is liefde”, zegt Johannes.. “wie in de liefde blijft, blijft in God en God in hem/haar”. Hemelvaart en Pasen: het zijn twee kanten van dezelfde medaille: Jezus gaat binnen in de totaal andere werkelijkheid bij God. Maar Jezus’ hemelvaart is niet iets nieuws onder de zon…. Jezus staat in de traditie van het eerste testament met 3 voorgangers: Henoch, Mozes en Elia Henoch wandelde met God, en hij was niet meer, want God had hem opgenomen.. (daarbij denk ik aan mijn moeder, die in haar slaap overleed en in haar droom, vast met God uit wandelen is gegaan en dacht…ik blijf maar in het hemelse..) In de nieuwe vertaling wandelt Henoch niet meer met God… maar staat er.. Henoch leefde in nauwe verbondenheid met God, aan zijn leven kwam een einde, doordat God hem wegnam. Het geeft dezelfde inhoud weer, maar is minder beeldend.. Ook van Mozes is geen graf te vinden; God zelf heeft hem begraven lezen we in het slot van Deuteronomium. “Nooit meer heeft Israël een profeet gekend als Mozes, met wie de Heer zo vertrouwelijk omging” staat er bij….dus opnieuw die nauwe verbondenheid.. En in het 2e boek Koningen wandelde en sprak Elia met zijn opvolger Elisa en zie een vurige wagen en vurige paarden. Zij maakten scheiding tussen hen beiden en Elia werd in een stormwind meegevoerd naar de hemel. Het verhaal van Jezus’ hemelvaart vertelt ons, dat Jezus minstens van ditzelfde kaliber is. Van hem kennen we zijn nauwe, zeg maar intieme verbondenheid met God, die hij aansprak als zijn Vader in de hemel… Vaak trok hij zich terug op een eenzame plek voor gebed. Jezus was als de nieuwe Mozes met zijn bergrede en Jezus leek op de nieuwe Elia, die komen zou… Allemaal beelden, waar je een hele ochtend bijbelkring mee kunt vullen… En om dit verhaal in een nog breder perspectief te zetten… ook Griekse lezers werden met dit verhaal bereikt want in de Griekse mythologie betekent zo’n hemelvaart dat de gestorvene opgenomen wordt in de rangen van de goden… Vaste motieven zijn daarbij de berg, de wolk, zegen en belofte… Naast het verhaal van hemelvaart, heb ik een aardse gelijkenis gekozen rond drie verschillende vogels…. En ik denk dat wij allen bij tijd en wijle het rillend koude paradijsvogeltje zijn, of de deftige, kille pinguïn, of de helpende vogel Gods, de postduif. In ons hemelvaartverhaal lijken de discipelen wel paradijsvogels, die koud en verweesd naar de hemel staren. Twee mannen staan ineens bij hen…en we denken aan Mozes en Elia. Ze halen de apostelen terug naar de aarde en vragen: “wat staan jullie naar de hemel te kijken?”
De 2 mannen zijn als postduiven, die het diepe verlangen van de achterblijvers zien. De apostelen gaan nu zoeken naar waar ze thuishoren….in eerste instantie is dat Jeruzalem en daar bidden ze samen: vurig en eensgezind. Deze tijd zal hen verwarmen en kracht geven om hun ogen en hart te openen voor de toekomst; wanneer zij bekleed zullen worden met kracht uit de hemel. Jezus zal hen niet als wezen achterlaten, maar de Geest van de waarheid geven die in hen zal blijven wonen; anders gezegd… de heilige Geest…de vogel Gods… Met deze Geest, deze vogel Gods komen ook wij bij onze bestemming, in ons element. Is dat diepe verlangen niet hetgeen wij delen als vogels van Gods paradijs…? Soms rillen we hier van de kou, als we elkaar niet begrijpen, elkaar pijn doen, geen woorden kunnen vinden om het goede te zeggen, verbijsterd zijn vanwege alle verongelukte reizigers; waardoor zovele vaders, moeders, kinderen, vrienden, familie getroffen zijn.. Velen staan te rillen in de kou van dit symbolisch poolgebied. Nog kouder krijg je het van de pinguïns onderweg…ik weet niet of je bepaalde journalistiek daaronder kunt rekenen …maar wel de mensen, die bij tijd en wijle ons aller pad kruisen in het voorbijgaan… Mensen, die niet proberen om te begrijpen; maar dooddoeners plaatsen. Zoals “De tijd die alle wonden heelt” …maar heb je ook gezien hoe diep de wonde was… heb je geluisterd naar het persoonlijke verhaal, heb je de gekwetste blik in zijn of haar ogen gezien. “Wordt maar wat harder”…maar hoe doe je dat, zonder jezelf te verliezen en je eigen authentieke zijn te verloochenen, hoe kun je levend aan de oppervlakte je diepste bestemming vinden? Er zijn vele deftige pinguïns die in het voorbijgaan ons vertellen, dat het allemaal wel went… en soms behoren we daar zelf toe, zonder het op te merken … Misschien helpt het dan om de ander ‘een pinguïn’ te noemen en deze gelijkenis te geven.. Waar we als koude paradijsvogels allen naar verlangen is een postduif te ontmoeten…, die begrijpt en die de richting ruikt waar leven is te vinden, zodat we ons in de warmte van ons element weer vogel van Gods paradijs gaan voelen. We kunnen allen blijven wachten op deze postduif…en wachten tot we een ons wegen.. Uit de oude legende … hoorden we dat Jezus rekent op Petrus, op Martha, zeg maar op ons als broeder of zuster van deze gemeente. Met Pinksteren ontvangen we de Geest van de waarheid - volgende week vieren we dat – en we delen de opdracht om als postduiven met mensen op zoek te gaan naar waar ze thuishoren… bij hun bestemming in warmte, begrip, erbarmen, liefde en vertrouwen… en dat kost tijd, veel tijd om nieuw evenwicht te vinden, nieuwe balans opdat de hemel opengaat…hier en nu, soms even de hemel dichtbij. Het hangt niet van ons af, zei ooit iemand, maar het komt wel op ons aan .. of in deze wereld koude paradijsvogeltjes uitgroeien naar vogels van Gods paradijs. Wat wens ik dat toe aan bijvoorbeeld het weesjongetje Ruben, dat deze enige overlevende mag uitgroeien tot een vrolijke vogel van Gods paradijs. Nadat ik gister de liturgie inleverde bij de koster kwam de post met het Doopsgezind nl. Tot mijn verwondering kwam daarop een postduif aanvliegen met een tak met 7 blaadjes, waarop 7 Geestrijke woorden staan, die de bedding en stroom aangeven van de vrijzinnigchristelijk doperse spiritualiteit: “Zeven woorden met een V om te leven” een boodschap van Pinksteren. Het lijkt me goed hiermee vandaag te besluiten: Vertrouwen, verwondering, veerkracht, verbondenheid, vrijheid, verantwoordelijkheid, Vredelievendheid.
Zeven woorden om mee te leven Vertrouwen, verwondering, veerkracht, verbondenheid, vrijheid, verantwoordelijkheid, Vredelievendheid. Woorden tot zegen van ons leven en de wereld om ons heen Amen