de Vliegende Hollander Maandblad voor de Koninklijke Luchtmacht 64e jaargang - nummer 3 - maart 2008
JACHTVLIEGEN BLIJFT IN ONTWIKKELING INTEL MAAKT HET VERSCHIL Informatie blijft belangrijkste wapen PRODUCTIVITEIT DOOR DIVERSITEIT Oog voor meerwaarde van minderheden
COLOFON UITGAVE Commando Luchtstrijdkrachten, Bureau Luchtmachtcommunicatie HOOFDREDACTIE Luitenant-kolonel Hans Breemans EINDREDACTIE Luc Haen REDACTIE Arno Marchand, June Smit VORMGEVING EN LITHOGRAFIE TDS printmaildata DRUK en OPLAGE OBT bv, Den Haag - 29.000 ex. REDACTIESECRETARIAAT Telefoon 076-544 71 30 Fax 076-544 71 31 INTERNET www.luchtmacht.nl E-MAIL
[email protected] BEZOEKADRES Luchtmachttoren, Luchtmachtplein 1, 4822 ZB Breda
Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
POSTADRES Postbus 8762, 4820 BB Breda COVERFOTO Foto: Ingrid van der Henne, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
ADRESWIJZIGINGEN Actief dienende militairen, reservisten en burgermedewerkers van de Koninklijke Luchtmacht wordt verzocht de adreswijziging te laten muteren in PeopleSoft.
‘Het is een belangrijke bron van ongebruikte talenten.’
14
Postactieven, reservisten, veteranen, betalende abonnees en alle overige lezers wordt verzocht de adresdrager met vermelding van het juiste adres op te sturen naar het retouradres: Staf Commando Luchtstrijdkrachten CLSK/Kabinet/Bureau Postactieven Abonnementenadministratie Vliegende Hollander Postbus 8762, 4820 BB Breda Telefoon 076-544 7133 of 544 7136
Foto: : Arno Marchand
BOT-militairen en burgermedewerkers die hun contract met Defensie voortijdig beëindigen en BBT-militairen die de dienst verlaten, hebben geen recht op een gratis abonnement horend bij de status van postactieve. Een abonnement op de Vliegende Hollander kost €17,02 per jaar (buitenland €21,55) en kan worden aangevraagd bij: Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Telefoon: 0900-22 65 263 (10 ct per min.) Fax: 0251-31 04 05 www.aboland.nl Opzegtermijn bedraagt zes weken.
20 Foto: Arno Marchand
24
Aanhaling uit en overname van (delen van) artikelen in dit blad is toegestaan, met toestemming van de redactie en mits de bron wordt vermeld. ISSN 0024-0389
Foto: Jan-Kees de Meester, Werkeenheid Grondfotografie Vliegbasis Gilze-Rijen
4
Intel onmisbaar Iedere tactiek is afhankelijk van de juiste informatie. Daarom leert ervaren inlichtingenpersoneel tijdens de jaarlijkse ATTIC cursus op Vliegbasis Leeuwarden om op een diepgaander niveau te briefen aan vliegers.
‘Alles gaat nog een stap verder.’
10
10
Updates voor F-16 Terwijl hard wordt nagedacht over de opvolger, staat de ontwikkeling van de F-16 niet stil. De Nederlandse jachtvliegers gaan nog dit jaar gebruik maken van een hypermoderne helm en een nieuwe doelaanwijspod.
14
Gender & Diversiteit Werken in een traditionele organisatie als de krijgsmacht is voor vrouwen, homoseksuelen of allochtonen niet altijd even makkelijk. Tanja Heringa wil als nieuwe Gender en Diversiteitsadviseur de positie van deze groepen verbeteren en daarmee de inzetbaarheid vergroten.
20
Van A tot Z met KDC-10 Flexibiliteit is een belangrijk begrip binnen luchttransport. Daar dienen niet alleen de bemanningen van de KDC-10 rekening mee te houden, maar ook de passagiers. Het is namelijk zelden een kwestie van simpelweg van A naar B.
24
Uitleenbasis op nieuwe locatie Jarenlang was Soestduinen de thuisbasis voor clamshelters en andere projectvoorraden. Onlangs verhuisde de Sectie Opslag Mobilisatie en Projectvoorraden (SOMP) naar een ‘paarse’ locatie, waarmee een einde kwam aan een lange luchtmachtgeschiedenis in Soestduinen.
Vaste rubrieken In den vreemde 8 In den vreemde In gesprek met sergeant-majoor Niko Hazelhoff, onderofficier toegevoegd Medium Power Radar bij Radar Post Noord in het Friese Wier.
18 Vervlogen tijden Lou van Voorst, vlieger van de Tiger Moth, vertelt over zijn ervaringen met dit toestel, dat na WOII werd gebruikt voor de vliegeropleiding.
‘De uitzending begint al op Eindhoven.’
‘We blijven een onderdeel ter ondersteuning van missies.’
27 28 34
Leeswijzer Journaal Mensen & Mutaties
R E P O R TA G E
ATTIC: Intelcursus op hoog niveau
Intel is een lifesaver Intel is de spil van oorlogsvoering. Hoewel je er in vredestijd nauwelijks iets van merkt, is Intel tijdens een missie van onmisbaar belang. Daarom organiseert het 323 TACTESS jaarlijks een Advanced Tactical and Technological Intelligence Course (ATTIC). Tijdens deze pittige cursus, die ook internationaal aanzien geniet, leert ervaren inlichtingenpersoneel haar informatie nog beter te delen met de vliegers. Tekst: June Smit
Een intelmedewerker toont fotoapparatuur aan een vlieger. Foto: Liepke Plancke, Fotodienst Vliegbasis Volkel
DE VLIEGENDE HOLLANDER
4
R E P O R TA G E
Zonder Intel kan de KLu niet vliegen. Een boute uitspraak, maar wel een die wordt bevestigd door de lange bestaansgeschiedenis van het vakgebied Intelligence binnen de KLu. Intel is namelijk al zo oud als de luchtmacht zelf. ‘Het is een apart vakgebied’, vertelt kapitein Marije Willigenburg, hoofd Intel 323 Squadron. ‘Toen ik op de KMA zat, wist ik al dat ik officier inlichtingen en veiligheid werd, alleen niet waar. Intel zit door de gehele luchtmacht: je vindt het bij F-16’s, helikopters, geleide wapens, de transportvloot, op het Air Operations and Control Station Nieuw Millligen, bij de Directie Operaties, nationale en internationale staven, het Tactical Leadership Programme, op Combined Air Operations Centres en bij de Militaire Inlichtingen en Veiligheid Dienst (MIVD). In totaal gaat het om meer dan honderd personen bij de luchtmacht exclusief MIVD. Inlichtingen en veiligheid is binnen de luchtmacht uniek. En in tegenstelling tot bijvoorbeeld de KL is het bij de KLu ook echt een apart vakgebied.’ Overlevingskans vergroten Omdat vooral de moderne technieken en actuele ontwikkelingen elkaar snel opvolgen, hoort daar een gedegen opleidingsprogramma bij, dat gebruikt maakt van de lessons learned. De Advanced Tactical and Technological Inteligence Course (ATTIC), die sinds 1999 een aanvulling is op de zes maanden basiscursus die Intelpersoneel initieel krijgt, biedt die verdieping. ‘De missie in Kosovo is de aanleiding geweest voor de ATTIC’, zegt sergeant-majoor André Friederich. ‘Het bleek toen dat er te weinig kennis over de inzet van de F-16 als wapenplatform was. De ATTIC biedt een uitbreiding van kennis, lesstof voor een betere briefing en debriefing en meer inzicht.’ ‘De ATTIC gaat verder waar de basis is gestopt’, gaat Willigenburg verder. ‘De cursus is specifiek gericht op fighter aircraft, en er wordt lesgegeven over geavanceerde technieken zoals de werking van radar en infrarood, maar ook Electronic Counter Measures* zoals jamming* en Electronic Protective Measures* zoals chaff* en flares*.’ Friederich vult aan: ‘Je moet bij Intel niet alleen weten dat een missile onder de F-16 hangt, maar ook wat de precieze capaciteiten van die missile zijn en wat het aanricht tegen een vijandelijk wapensyteem. De ATTIC wordt
* Uitleg begrippen: Jamming: storen van vijandelijke communicatiemiddelen. Chaff: metaalstrookjes die een vliegtuig uitwerpt om een grotere radaroppervlakte te creëren, waardoor radar geleide raketten worden misleid. Flares: hittefakkels waardoor warmte geleide raketten worden misleid. Electronic Counter Measures: onderdeel van elektronische oorlogsvoering ontworpen om radar, sonar of andere detectiesytemen te misleiden. EPAF-landen: European Participating Air Forces, oftewel Europese luchtmachten die vliegen met de F-16 te weten België, Denemarken, Nederland, Noorwegen en Portugal. Man-portable air-defense systems: vanaf de schouder gelanceerde grond-luchtraketten. Deze maken gebruik van infrarood geleiding en vormen een bedreiging voor laag vliegende toestellen, zoals helikopters.
Tijdens de ATTIC krijgen de cursisten onder andere les van wapeninstructeurs. Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden.
extra interessant als je al deze diepgaande kennis kunt delen met de vliegers. Op die manier kan een Intelfunctionaris een overlevingskans vergroten.’ Kwaliteitsborging De ATTIC begon als een algemene gevorderde Inlichtingencursus. Naast F-16 werden in eerste instantie ook helikopteroperaties en Surface to Surface Missiles behandeld. Later is ervoor gekozen om specifiek in te gaan op de F-16. Vier jaar na de oprichting van de cursus, werd deze ook opgesteld voor andere EPAF*-landen. Friederich: ‘Daardoor krijg je meer kruisbestuiving. Elk land heeft zijn eigen werkwijze. Natuurlijk praten ze daar niet in detail over, maar wel over de praktische zaken. Uiteindelijk is het doel van de cursus om bekend te raken met technieken en tactieken om voor het vliegen een betere briefing te geven en na het vliegen een betere
debriefing te houden. Het uiteindelijke doel is een beter eindproduct af te leveren. Normaal wordt je na de basisopleiding geplaatst op een onderdeel. Daarna bestonden er geen cursussen die voorzagen in specifieke kennis van de F-16 als wapenplatform. Er was dus onvoldoende kwaliteitsborging.’ Willigenburg: ‘Je had te weinig inzicht om te begrijpen wat de F-16 vliegers in de lucht deden. Om de tactieken van de vijand te begrijpen en te weten hoe vliegende wapensystemen in elkaar zitten, is het belangrijk om meer kennis te hebben.’ Belang Intel En dat is van groot belang voor missies, want goede operationele informatie kan levens redden. Friederich: ‘Intel in vredestijd is moeilijker te definiëren. Tijdens operaties is het een lifesaver, omdat je de vlieger informatie verschaft over het dreigingplaatje op de grond en in de lucht. In
5
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
‘Betere analyse door systeemkennis’ Luitenant Bram**, België ‘Ik kende deze cursus via collega’s, die hem al gevolgd hadden. Ik zit nu een jaar bij Intel, daarvoor was ik leerling-vlieger. Helaas viel ik af tijdens de opleiding, maar op deze manier kan ik alsnog met vliegtuigen en operaties werken. De opleiding die ik in België kreeg duurde zes maanden, maar was gecombineerd met missie planning. De ATTIC is heel gedetailleerd en technisch, met veel uitleg over radars en systemen. Erg interessant en gevarieerd. We moeten wel vrij veel studeren en de informatie over specifieke systemen is niet gemakkelijk. Maar Intel is ook heel belangrijk, zeker in oorlogsomstandigheden. De vlieger moet goed ingelicht zijn over de capaciteiten van de vijand en hoe ze daarop moeten reageren. Ik denk ook dat ik na deze cursus een betere analyse kan maken door de systeemkennis, die ik hier heb opgedaan. En ik ga het zeker halen.’
Volgens kapitein Marije Willigenburg en sergeant-majoor Andre Friederich is de ATTIC een must voor elke intelmedewerker. Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden.
vredestijd vergaren we steeds kennis, waarbij we op de hoogte proberen te blijven van actuele ontwikkelingen op politiek en militair gebied. In oorlogsgebied is het echter direct meetbaar wat je doet. We houden ons dan bezig met planning, uitvoering, briefings en debriefings. Een KLu zonder Intel bestaat niet, want je moet de vlieger in het inzetgebied op de hoogte stellen van het dreigingplaatje. Je geeft aan waar vijandelijke wapensystemen zich bevinden en wat de capaciteiten zijn. Iemand die de ATTIC heeft gedaan kan op een diepgaander niveau briefen en zich beter verplaatsen in de operationele intelbehoefte van de vlieger. Je kunt een vlieger dan beter briefen over tegenmaatregelen waardoor de kans op overleven groter is.’ Willigenburg: ‘Daarnaast fungeer je als aanspreekpunt voor de commandant, die continu op de hoogte wil zijn van het dreigingplaatje in uitzendgebied. Ook de rest van het detachement wordt op regelmatige basis geïnformeerd over de actuele situatie.’
DE VLIEGENDE HOLLANDER
6
Informatiebronnen Intel maakt gebruik van verschillende middelen om informatie te verzamelen. Een van de bronnen in missiegebied zijn de vliegers zelf. Na het vliegen van een missie vertellen zij wat ze hebben gedaan, waarom en wat voor situatie ze aantroffen. Deze gegevens worden weer verwerkt.
Willigenburg: ‘Als de vlieger terugkomt, vertelt hij tijdens de missie debrief heel gedetailleerd over het verloop van de missie. De uitgebreide mission reports, die wij aan de hand daarvan maken, sturen wij naar het hoofdkwartier. Zij maken daar vervolgens samenvattingen van, die weer terug komen in de lijn. Daarnaast halen we onze informatie uit diverse nationale inlichtingendocumenten. In onze inlichtingensectie hebben we Ground Liaison Officers (GLO) zitten, die direct contact hebben met de Forward Air Controllers van de KL. Bij een missiebriefing neemt de GLO ook een deel voor zijn rekening. We krijgen ook veel informatie van de MIVD. Die maken rapportages in uitzendgebied en ook in ISAF-structuren wordt veel informatie gedeeld.’ Friederich: ‘Als intelfunctionaris lever je dus een belangrijke bijdrage in de inlichtingenketen van de missie. Hoe beter de kwaliteit van de bijdrage, hoe beter de kwaliteit van de inlichtingenproducten die door meerdere landen worden gedeeld tijdens een missie. Op die manier is het cirkeltje rond.’ Stiekem ‘Omdat veel wat wij doen niet naar buiten komt, krijgt je het idee dat we stiekeme dingen doen’, vervolgt Friederich, ‘maar dat is voornamelijk bedoeld om onszelf te beschermen tegen slechte bedoelingen van de vijand. Het is soms jammer dat je niet meer openheid kunt geven aan andere collega’s dan Intel of vliegers. Je kunt altijd een algemene versie vertellen zonder teveel details. Een deel komt overigens altijd naar buiten. Iedereen kan zien dat als een vliegtuig terugkomt, de bommen er niet meer onder hangen. Maar waar, wanneer en waarom de vlieger die heeft afgewor-
‘Bij Intel zijn fouten uit den boze’ Eerste luitenant Roderick**, Vliegbasis Leeuwarden ‘De ATTIC is echt een verdieping voor ons vakgebied, je leert zo ontzettend veel. De eerste week kregen we vooral theorie zoals radar basics en infrarood. We gaan in op ons eigen systeem, onze radar, air tot air-missiles en zelfbeschermingsmaatregelen. Omdat je hier dieper op technieken en systemen ingaat, leer je de sterke punten kennen. Daardoor kun je een dreiging beter inschatten, wat de tegenmaatregelen zijn en uiteindelijk de vliegers echt een goed advies geven. En dat is prettig, want voor een missie kan Intel bepalend zijn. Je mag absoluut geen fouten maken. Als je tijdens een missie een vlieger vergeet te melden dat er ergens een gevaarlijk wapensysteem staat, kan dat fataal zijn. Het geeft voldoening om achteraf te horen dat de vliegers er ook iets aan hadden. De ATTIC is best zwaar, je moet veel leren in drie weken, maar het is vooral erg leuk omdat je alle ins en outs van het wapensysteem leert. Als je er veel tijd instopt, valt de druk ook wel weer mee.’
R E P O R TA G E
‘Je moet vliegers iets kunnen verzekeren’ Sergeant-majoor Joaquim**, Portugal ‘Ik zit als sinds 1996 bij Intel, maar bij ons is Intel gecombineerd met Ops en missie planning. Het is geen specialistisch vakgebied. We hebben ook een heel korte basisopleiding gehad, met twee weken les en een week praktijk. Daarentegen moeten we wel de vliegers zo goed mogelijk adviseren. Daarom is de ATTIC echt super, hier leren we van experts. We leren ook veel van andere landen en vertellen elkaar wat wij zouden doen in zo’n situatie. Je kunt vliegers niet vertellen dat je niet zeker weet of iets goed of fout is, je moet ze iets kunnen verzekeren. Ik had het alleen niet zo moeilijk verwacht, we moeten erg veel studeren. De radar basics in de eerste week vond ik erg moeilijk, omdat we zoiets nog nooit gehad hadden. Ondanks dat denk ik dat ik het wel ga halen.’
Intel maakt onder andere gebruik van gerubriceerde informatie om de missies niet in gevaar te brengen. Foto: Liepke Plancke, Fotodienst Vliegbasis Volkel.
pen, komt niet naar buiten. Als we dat soort operationele gegevens aan iedereen prijsgeven, brengen we ons zelf en bondgenoten in gevaar. De ATTIC is daarom ook tot en met het niveau NATO-secret. Overigens maken we in ons werk ook gebruik van open bronnen, om nog sneller in te spelen op actuele ontwikkelingen.’ Willigenburg: ‘De validatie van informatiebronnen kost nu eenmaal wat meer tijd, terwijl door de aanwezigheid van de media in het uitzendgebied informatie soms zeer snel beschikbaar is. Enige tijd later volgen dan gevalideerde inlichtingenproducten met gedetailleerd gerubriceerde informatie. Alle bronnen waar je uit brieft, krijgen een waardering van betrouwbaarheid.’ Worst case scenario’s Hoewel de ATTIC zich toespitst op worst case scenario’s is op dit moment dreiging voor F-16 operaties in Afghanistan relatief laag. ‘De vliegers vliegen op relatief grote hoogte en de Taliban heeft geen geavanceerde radargeleide raketsystemen, waar we rekening mee moeten houden’, zegt
Willigenburg. ‘Ondanks een lage dreiging, richten we ons tijdens de ATTIC wel op worst case scenario’s. Je ziet ook dat soort scenario’s bij internationale oefeningen als Maple Flag, Red Flag en Frisian Flag terugkomen. Ook proberen we elk jaar in te spelen op actuele ontwikkelingen. Dit jaar hebben we bijvoorbeeld een uitgebreide les geïntroduceerd over Man-portable air-defense systems*. Dat wapensysteem komt relatief veel voor in Afghanistan en het is daarom voor ons extra relevant om op de hoogte te zijn van de precieze werking en tegenmaatregelen. Wij geven de cursus dan ook bij het 323 Squadron, omdat dit squadron door de TACTESS taak ene kenniscentrum vormt voor de F-16. Daarnaast staat de ATTIC open voor gastdocenten. Friederich: ‘Dit jaar hadden we een instructeur uit België, die hier speciaal heen vloog met een F-16 om een college te geven. Door het aantal instructeurs uit EPAF-landen te vergroten, krijg je ook die wisselwerking.’ Willigenburg: ‘We hebben ook gastdocenten van de MIVD, de School Grond Lucht Samenwerking en het Intelligence Surveillance Targeting and Reconnaissance bataljon. Daarnaast hebben we een dagexcursie naar de Air Defence School van de marine gedaan. Maar het overgrote deel van de lessen wordt
verzorgd door vlieger wapeninstructeurs en het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium.’ Felbegeerde badge Omdat de ATTIC slechts drie weken duurt, is het programma erg intensief. Van de veertien studenten die afkomstig zijn uit alle EPAF-landen, wordt verwacht dat ze drie uur per dag studeren per dag en een keer per week een examen doen. ‘Dat is voor sommigen niet zo gemakkelijk’, zegt Willigenburg. ‘De meeste buitenlanders krijgen niet zo’n uitgebreide Intelopleiding als wij. Wij vragen ook dat de deelnemers minimaal een Electronic Warfare-cursus hebben gedaan. Voor Nederlanders geldt dat ze minimaal een jaar squadron ervaring moeten hebben, voordat ze de cursus mogen volgen. Als je zakt voor een examen, mag je de cursus blijven volgen, maar slaag je niet. Je moet echt bewijzen dat je de kennis begrepen hebt.’ ‘Bovendien krijg je als je slaagt de felbegeerde ATTIC-badge’, vult Friederich aan. ‘Dat doen we ook om mensen te motiveren. Als de Portugezen het hier halen, zien ook andere Portugese collega’s die badge en we hopen dat die dan vervolgens ook graag de ATTIC doen.’ Naast de ATTIC, die nu dus al voor het negende jaar gegeven wordt, is dit jaar voor het eerst een HATTIC gegeven op de Vliegbasis GilzeRijen voor Intelpersoneel van de Apache, de Cougar en de Chinook. ‘De organisator van die cursus heeft vorig jaar de ATTIC gevolgd’, zegt Willigenburg. ‘We hebben samen gebrainstormd over het programma. Nu is de HATTIC nog nationaal, maar er zijn ook plannen om daar een internationaal karakter aan te geven. Er is nu alleen nog geen specifieke cursus voor transportvliegtuigen en geleide wapens, maar wie weet komt dat in de toekomst ook nog.’ • ** De achternamen zijn weggelaten vanwege veiligheidsredenen.
De ATTIC bestaat dit jaar uit veertien cursisten. Naast KLu-ers zijn er ook deelnemers uit Portugal, België, Denemarken en Noorwegen. Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden.
7
DE VLIEGENDE HOLLANDER
TITEL
Naam: Rang: Functie: Leeftijd: Locatie:
Niko Hazelhoff sergeant-majoor onderofficier toegevoegd Medium Power Radar 45 jaar Wier, Friesland
Radar Post Noord: Een heel andere luchtmacht Tekst: June Smit | Foto’s: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden.
Niet iedere luchtmachter werkt op een vliegbasis of een stafgebouw in Nederland. Sergeant-majoor Niko Hazelhoff is onderofficier toegevoegd Medium Power Radar bij de Radar Post Noord in Wier, waar hij een van de belangrijkste objecten van de luchtruimbewaking in Nederland draaiende houdt. Een witte enorme bol doemt op temidden de Friese Weilanden nabij Leeuwarden. Het is de Radar Post Noord (RPN), een belangrijke speler in de luchtruimbewaking van het Nederlandse luchtruim. Deze vooruitgeschoven post van het Air Operations Control Station Nieuw Milligen (AOCS NM), dat hier zo’n twee uur rijden vandaan is, lijkt compleet geïsoleerd van de luchtmacht. Sergeant-majoor Niko Hazelhoff beaamt dat: ‘Ik voel me bijna geen luchtmachter meer. Het is dat je hier nog in militaire kleding zit, maar ik had hier net zo goed in burger kunnen lopen. We zijn dan ook een heel apart groepje. Iedereen is erg sociaal, problemen lossen we altijd intern op. Maar het kan hier soms ook best eenzaam zijn. Ik zit hier nu zeven jaar en ik ben altijd heel blij als ik weer op een Een keer per maand staat de RPN stil voor onderhoud. Verder draait de radar 24 uur per dag, 365 dagen per jaar.
onderdeel ben. Je ziet weer andere gezichten en de lijnen zijn veel korter. Toch is het hier goed toeven en leer je iedere dag wel weer wat bij.’ Self supporting ‘Ik ben in 2000 op de RPN gekomen vanaf de Vliegbasis Leeuwarden. Jarenlang was ik daar Flycatcher-engineer, maar in 1999 gingen de zes Flycatchers eruit, waardoor ik op zoek moest naar een andere baan. Ik had twee keuzes, waaronder de RPN. Dat kende ik al van een collega die daar had gezeten. Bovendien sprak de apparatuur mij erg aan. Wij zorgen ervoor dat de radar 24 uur per dag, zeven dagen in de week en 365 dagen per jaar draait. Daar horen ook avond- en weekenddiensten bij, die we in vier ploegen van drie personen draaien. Omdat we helemaal self supporting zijn, regelen we hier hier ookk andere and dere dingen, dingen, zoals zoalls het h bestellen bestelllen van eten en materialen. Omdat we in kleine groepjes groep pje j s werken,, ben je j heel zelfstandig en moet je zelf beslissingen nemen. Dat is niet ale tijd even gemakkelijk. Over alles wat je hier doet, moet tijd eve en ge gema makk ma k el kk e ijijk. k Ove k. verr al alle le es wa w t hie ierr do oet, et moet et et je je heel heel el goed nadenken. Je werkt toch met hoogspanning en uiteindego oed n lijk lijkk ben ben je je bezig bezi be ziig met me et het hett verdedigen he verd ve erd ded dig i en van an de de landsgrenzen. l nd la dsg sgre renz re n en nz e . Dat D t Da realiseer je je extra als er een vliegtuig wordt onderschept.’ realise eer Slijtage ‘Elke dag nemen we, onder onde er het koffiedrinken, het systeem over van de vorige v rige ploeg. Tijdens die overname horen we vo hoe de dienst is verlopen en of er nog reparaties nodig zijn. Vandaag is toevallig het maandelijkse onderhoud, dan zijn hier
Vliegende gende Hollander 008 +++ DE VLIEGENDE HOLLANDER
8
IN DEN VREEMDE EEMDE
TITEL
twee motoren, gaat deze naar reflector, oftewel de antenne. Dit is een ontvanger en zender ineen, waarin het vergelijkingssignaal van wat je uitzendt en terugkrijgt, bij elkaar komt. Dat gaat dwars door de witte bol heen, net als dat ze in het ziekenhuis iemands inwendige kunnen bekijken met röntgenstralen.’
De radar van binnenuit en onderaf gezien.
altijd veel mensen over de vloer. Collega’s van gronduitrusting van AOCS NM doen dan onderhoud aan de motoren, de dieselgeneratoren en de compressors. Op dat moment staat de radar ook stil. Dat is heerlijk, want normaal lopen we met gehoorbescherming rond. Het geluid dat het systeem produceert, is namelijk tachtig decibel, iets minder dan een auto met 4200 toeren. Als er geen onderhoud is, houden we ons vaak bezig met reparaties. Het systeem is al 32 jaar oud en daardoor aan slijtage onderhevig.’ Uniek punt ‘Omdat het systeem zo complex is, hebben ze er 25 jaar over gedaan om het te ontwikkelen. Het is ook niet zomaar een zender, een antenne en een ontvanger. We hebben hier drie systemen: de Search Radar, de Second Search Radar en de Robin, een vogeltrekprogramma. Deze geven een beeld af, waarop alle vliegbewegingen te zien zijn binnen een range van 250 mijl. Dat beeld gaat naar het AOCS NM, dat het gebruikt bij luchtruimbewaking. Er zit hier ook niemand achter de schermen, dat doen ze in de bunker op Milligen. Mocht het signaal niet goed overkomen, worden we gebeld. Ondanks dat ze op het AOCS NM ook een radar hebben, heeft deze wel degelijk een toegevoegde waarde. Wij zijn bijvoorbeeld 24 uur per dag bezet en die op Milligen niet. Daarnaast staat deze radar op een uniek punt, waardoor wij in de Koude Oorlog precies het gat vulden tussen Scandinavië en Engeland. Dat was toen de aanvliegroute van de Russische Bear bommenwerpers, die gemonitord moest worden. Milligen neemt ons over als wij in onderhoud zijn en andersom.’
Confidentieel ‘Qua werk en informatie denk ik dat de KLu niet zonder deze radar kan. Door de ligging tussen de weilanden heb je hier weinig ruis. Er zijn hier geen hoge gebouwen. Wij zien alles wat er vliegt vanaf de onderkant van Parijs tot in Denemarken. Uiteindelijk kijken wij natuurlijk oneindig. Naast ons dagelijkse werk doen wij als radarpost ook mee als er een jammingoefening is. Op zo’n moment proberen ze met een storing ons signaal te beïnvloeden. In samenwerking met de gevechtsleiding op het AOCS NM kijken we wat voor tegenmaatregelen we kunnen nemen. Welke dat zijn, is confidentieel. Zo’n oefening duurt meestal een aantal dagen. Je bent er dan heftig mee bezig, maar dat is ontzettend leuk. Als iemand mij probeert te pakken, dan pak ik hem graag terug. Je geeft de ‘vijand’ dan het idee dat het misgaat, terwijl het eigenlijk goed opgepakt wordt.’ Lach en traan ‘Dit is echt een wereld in den vreemde. Ik ken ook mensen die hier graag zouden zitten, maar je moet een stuk voorkennis hebben om hier te kunnen werken. Je hebt een zeven maanden lange opleiding in de detectietechniek nodig en pas drie jaar later snap je het systeem een beetje. Het leuke is dat je hier heel collegiaal kunt zijn in een kleine groep. Omdat je ook avonden en weekenden werkt, heb je een lach en een traan met elkaar. Dit werk is ook heel langzaam met me vergroeid. Je hebt elke dag uitdaging en die is altijd weer anders. De planning is echter dat Radar Post Noord in 2013 dichtgaat en dan moeten we om ons heen gaan kijken. Ik denk dat ik het hier dan best ga missen. Die sfeer, rust en vrijheid zijn echt uniek. Dat vind je niet zomaar terug.’ • Een van de vier ploegen voor de RPN.
Rollades ‘De RPN is een pulseradar en geen continuous waveradar. Die laatste zendt continu uit, waardoor je steeds energie hebt in de omgeving. Als je dat doet, lopen hier geen koeien, maar alleen rollades rond. Een pulse op bepaalde hoogte kan daarentegen geen kwaad. De radar werd ooit gebouwd zonder bol, maar deze hebben ze erop geplaatst vanwege de zee die hier hemelsbreed zo’n twee à drie kilometer vanaf is. Op die manier kun je hem beter behouden. De antenne zelf is vijftien meter in doorsnee en vijf meter hoog. In de zenderruimte wekken we vermogen op om een zuiver signaal te krijgen. De spark gab, een soort bobine met groot vermogen, boost de power omhoog naar zestigduizend volt. Via de spanningsregelaar en
Vliegende Hollander 009 +++
IN DEN VREEMDE 9
DE VLIEGENDE HOLLANDER
T IETPEOL R T A G E R
Vlieger met JHMCS in de cockpit van een F-16. Op de rail aan de rechterkant van de canopy is een magnetische sensor aangebracht die de exacte positie van het hoofd registreert. Foto: Ingrid van der Henne, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
Nieuwe helm en doelaanwijspod geven F-16 ongekende capaciteiten
MLU evolueert door Een landelijk dagblad noemde het al een ‘Robocop-helm’. De vliegers van het 323 Squadron gaat dat zelf wat ver, maar feit is wel dat het nieuwe ‘Joint Helmet Mounted Cueing System’, hen capaciteiten geeft die tot nu toe met de F-16 onmogelijk, en een decennium geleden ondenkbaar waren. Naast de nieuwe helm, maakt dit jaar een andere noviteit zijn operationele opwachting: de doelaanwijspod Litening AT. Tekst: Arno Marchand
DE VLIEGENDE HOLLANDER
10
R E P O R TA G E
Om de F-16’s van de KLu operationeel inzetbaar te houden, is hun modernisering een continu proces. De verbouwing tot Midlife Update (MLU) die ongeveer een decennium geleden startte, vormde pas het begin. De eerste modificatie M1 genaamd - betrof hard- en software, en bezorgde de F-16 onder andere de vier kenmerkende antennes voor de canopy, de Identification Friend or Foe Interrogators. Daarna volgde M2, alleen software, en M3 met wederom hard- en software. De software-update M4 is inmiddels in een groot deel van de vloot ingevoerd, terwijl voor M5 medio dit jaar al een zogenoemde Early Operational Assessment, dus een vroege operationele test op het programma staat. Aanwijsstok Tegelijk met M4 volgt de implementatie van de Joint Helmet Mounted Cueing System (JHMCS, maar uitgesproken als “hemmiks”) en de doelaanwijspod Litening AT. Tijdens Allied Force in 1999, besluit de KLu versneld de LANTIRN-targetingpod (TGP) aan te schaffen. Deze doelaanwijspod van de tweede generatie straalt doelen op de grond aan met behulp van een voor het oog onzichtbare laser. Lasergeleide bommen, of kortweg LGB’s, zien dat punt op de grond en glijden op die manier feilloos naar hun doel. Nog tijdens die Kosovo-oorlog leent de KLu twee TGP’s van de USAF, en later krijgt de KLu eigen exemplaren die inmiddels tot de standaarduitrusting van een F-16 horen. Maar techniek staat niet stil. De vervanger is de Advanced Targetingpod (ATP), die net als de LANTIRN aan de luchtinlaat wordt opgehangen. ‘Door een aantal technische snufjes wordt de communicatietijd met de Forward Air Controllers op de grond aanzienlijk verkort’, zegt vlieger majoor Maurice Schonk van het 323 TACTESS. ‘Dat komt onder andere door de Laser Spot Tracker. Wanneer een FAC’er op de grond een doel aanwijst met een laserstraal, pakt de ATP dat punt automatisch op in plaats van dat de vlieger dat zelf moet doen zoals bij de LANTIRN. De tweede mogelijkheid van de ATP is om met de infrarood- of IR-pointer vanuit de kist een doel aan te wijzen ter verificatie door een FAC’er. Zeg maar een soort aanwijsstok. “Ik zie dit doel vanuit de lucht. Is dat ook het doel dat
Schonk (l.) met JHMCS op de knie en Burgers bij de Litening AT die hangt aan station 5A, aan de rechterzijde van de luchtinlaat. Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
Take off van een F-16 van 323 TACTESS, voorzien van de Litening AT targetingpod. Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
jij ziet?” Als je met deze IR-Pointer je doel aanwijst, gaat dat stukken sneller en accurater en daarmee veiliger, dan wanneer je een doel mondeling moet omschrijven zoals we tot nu deden.’ Randvoorwaarde Die mondelinge vorm van communicatie kan in een urban area in Afghanistan – waar alles op elkaar lijkt en dezelfde kleur heeft – een heel lastige klus zijn. Schonk: ‘Dan bestaat het gevaar van miscommunicatie, en daarmee van blue on blue fire. Met de ATP kunnen we tot 99 procent zekerheid garanderen. Dat is op zich niet anders dan met het vorige systeem, alleen betekent dit veel
minder workload voor de vlieger. Wij zijn niet de enigen die deze stap zetten, andere landen zijn ook bezig met doorontwikkelingen. De Noren bijvoorbeeld beschikken al sinds 2004 over deze mogelijkheid met hun Pantera targetingpod.’ In een gebied als Afghanistan is de ATP dus ideaal, maar de pod heeft nog meer mogelijkheden. Door middel van de datalink ROVER kan de vlieger beelden die hij in de cockpit ziet naar de laptop van de FAC’er sturen in vrijwel realtime. Schonk: ‘Tot nu toe vlogen we in Afghanistan met de LANTIRN die deze mogelijk dus niet heeft. We hebben tijdens een aantal missies een re-tasking
11
DE VLIEGENDE HOLLANDER
we dat kunnen trainen.’ Burgers: ‘Voor training blijven overigens ook de oudere LANTIRNS in gebruik. Daarmee zijn de basisvaardigheden namelijk prima te trainen. En als je de oude goed kunt bedienen, kun je met de nieuwe alleen maar beter werken.’
Crewchief sergeant 1 Martijn wijst een F-16 van de KLu, nog voorzien van een ´oude´ LANTIRN-targettingpod, de weg op Kandahar Airfield. Foto: Arno Marchand.
Links de standaarduitvoering en rechts de helm met JHMCS-vizier. Foto’s: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
aangevraagd, omdat wij niet de beschikking hadden over ROVER. Amerikaanse Super Hornets namen de ondersteuning van grondtroepen toen over. Het is dus niet zomaar een fancy toevoeging, maar simpelweg een randvoorwaarde om in internationaal verband te kunnen en mogen opereren.’ Noodzaak ‘De behoefte aan ROVER komt voort uit de samenwerking tussen de KLu en de KL die steeds intensiever wordt’, zegt vlieger majoor Robert-Jan Burgers, eveneens van het 323 TACTESS. ‘Dat komt door onze dagelijkse training in Nederland, het face-to-face debriefen, en de ground-liaison officer van de KL die bij ons is geplaatst. Zo kom je bijvoorbeeld op de behoefte aan de IR-pointer, maar ook op ROVER die zowel bij ons als de
DE VLIEGENDE HOLLANDER
12
KL op korte termijn is aangeschaft. De noodzaak was evident.’ Schonk: ‘Na de behoeftestelling door de Bestuursstaf volgde een evaluatie waarin we drie kandidaten testten: voldoen ze aan de behoefte, wat is de prijs en wat kunnen ze eventueel nog meer? De ATP kan bijvoorbeeld zelf coördinaten genereren om een JDAM satellietgestuurde bom te gooien. In juli 2007 volgde de eerste proeven, in oktober gevolgd door de Operational Test and Evaluation (OT&E, red.). Omdat het een nieuw middel is, kijk je in de praktijk hoe het toepasbaar is in de huidige tactieken, en in combinatie met de wapens die we nu gebruiken. Dat testten we bijvoorbeeld in Noorwegen met de GBU-10 en 12 LGB’s, en in Groot-Brittannië met JDAM’s. Wapens kunnen steeds verder vliegen, en we moeten wel een plek hebben waar
Om de hoek schieten Daar waar Litening AT een vervanging betreft, is de JHMCS een geheel nieuw systeem. In een verdikking die ter hoogte van het voorhoofd op een standaard vliegerhelm wordt gezet, zitten onder andere twee cameraatjes en één beamer die gekoppeld is aan de radar, Link-16, ATP en andere wapensystemen. De cameraatjes zien waarnaar de vlieger kijkt, en de beamer projecteert essentiele vlucht- en doelgegevens aan de binnenzijde van een speciaal vizier voor het rechter oog. Dus, waar de vlieger ook kijkt, die informatie gaat met hem mee, in plaats van dat hij terug moet kijken naar zijn Head-up Display (HUD), of de neus van het vliegtuig naar het doel moet sturen. Burgers: ‘Het is eigenlijk bedoeld voor zogenoemde high off-boresight missiles; raketten die je afschiet op doelen die zich verder dan negentig graden links en rechts, en dus eigenlijk achter je bevinden. De KLu ontbeert raketten die dat kunnen, maar met de juiste projectielen - bijvoorbeeld IRIS-T die de Duitsers en de Noren gebruiken, of de AIM-9X Sidewinder van de Denen - kun je dan om de hoek schieten.’ Vanwege de geringe luchtdreiging in de laatste conflicten bestond er bij de KLu initieel geen behoefte aan de JHMCS. Maar uit ervaringen van anderen blijkt de JHMCS, naast deze air-to-air mode, het ook erg goed air-to-ground te doen. Burgers: ‘Dat krijgen we bijvoorbeeld door van het F-16 System Program Office in Amerika en van testvliegers, maar ook vanuit onze eigen opleiding voor wapeninstructeurs FWIT, waar we onder andere kijken naar ontwikkelingen. Bovendien zien we de voordelen bij de Noren die al met de JHMCS vliegen.’ HUD op je hoofd Daarin zit volgens Schonk dus het voordeel van EPAF, waarin je als vijf kleine landen (België, Denemarken, Nederland, Noorwegen en Portugal) samen traint en ontwikkelt. ‘Al in 2004 zijn de wapeninstructies geschreven en
R E P O R TA G E
ingevoerd. Nu wij de JHMCS invoeren, is er dus al een protocol én expertise. Ik heb er - onder andere bij de Denen - al veel mee gevlogen en zou echt niet meer zonder willen. Dat voelt écht als een gemis. Dan moet je bijvoorbeeld wanneer je boven een FAC’er hangt, eerst je HUD op het doel krijgen. Nu heb je een HUD op je hoofd geplakt en neemt je hoofd als het ware de beweging van het vliegtuig over. Daarmee krijg je dus een veel snellere situational awareness.’ ‘Dat klopt’, vindt Burgers, ‘en JHMCS vergroot daarmee zeker ook de veiligheid. Via Link-16 wordt met een
ATP en JHMCS goed binnen de KLu in te voeren. De cockpit moest bijvoorbeeld worden aangepast met een magnetische sensor, die registreert hoe je hoofd staat en dat doorgeeft aan de systemen. Het plaatsen van die sensor, het zogeheten mappen, is een zeer nauwkeurig werkje. Dat gebeurt op de basis en betreft een eenmalige actie. Er is natuurlijk ook aandacht voor het praktische deel, want voor de vlieger is het instrappen bijvoorbeeld anders geworden. De JHMCS-kabel moet aan je harnas worden vastgemaakt, zodanig dat wanneer je tijdens de vlucht moet
“uitstappen”, niet je hoofd nog aan de cockpit blijft vastzitten. En een kostbare JHMCS-helm leg je niet zomaar even op de cockpitrand. In de praktijk duurt het twee tot drie trips voordat je aan JHMCS gewend bent. Dan weet je niet meer wat je met je linker en met je rechter oog ziet. Je hersens maken er één plaatje van. Deze hardware toevoegingen zijn zéker een voorbereiding op de sensoren zoals die in de JSF terechtkomen. Daarin gaat alles nog een stap verder, maar als ik de ATP en JHMCS nu in één woord moet samenvatten, dan is het fantastisch.’ •
Een van de 22 ATP’s wordt door crewchiefs gehangen aan station 5A. Daarvoor is geen bewapeningspersoneel nodig, want er zitten geen explosieven – bijvoorbeeld voor het tijdens de vlucht afwerpen – in deze gondel. Foto: René Ketting, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
Het JHMCS is op de ze foto goed zichtbaar, evenals de kabel aan de zijkant van de helm, die separaat op het harnas van de vlieger wordt vastgezet. Initieel bedoeld voor air-to-air, blijkt de JHMCS zich zeer goed te bewijzen in de air-to-ground mode. Foto: Frank Visser
dusdanig hoge snelheid de positie van ieder bevriend toestel weergegeven, dat hun exacte positie duidelijk is. Je weet dus altijd waar je collega’s zijn. Vroeger was het je zorg om je wingman of je flightlead niet uit het oog te verliezen, nu moet je je best doen om ‘m kwijt te raken want hij staat continue zichtbaar met een octagram geprojecteerd op je vizier. Je zou bijna zin in krijgen om er nu meteen mee te gaan vliegen’, zegt hij met een lach. Burgers vervolgt: ‘We krijgen er dus steeds nieuwe sensoren bij. Dat moet wel getraind worden en daar zorgt 323 TACTESS voor. Het is niet meer zo dat nieuwe apparatuur alleen maar naar binnen wordt gegooid.’ Eén plaatje Schonk beaamt dat. ‘Er wordt echt gekeken naar wat er nodig is om de
Het slimme JHMCS-pakket dat boven op de helm wordt gezet, en waarin de grote groene projectielens opvalt. Die projecteert de essentiële vluchtgegevens op het vizier voor het rechter oog van de vlieger, waarmee deze veel sneller situational awareness genereert. Foto: Frank Visser
13
DE VLIEGENDE HOLLANDER
INTERVIEW
Ze koos voor de Koninklijke Luchtmacht omdat ze houdt van actie en een bijdrage wil leveren aan het maatschappelijke belang. Daarnaast kan ze er zichzelf zijn. ‘Mannen zijn nuchter’, zegt ze. ‘Ze hebben minder last van de concurrentiestrijd die onder vrouwen kan heersen.’ Tanja Heringa, de nieuwe Gender en Diversiteitsadviseur LSK gelooft niet in papieren beleid, maar in concrete acties.
Tanja Heringa nieuwe Gender en Diversiteitsadviseur LSK
‘Diversiteit moet een gezicht krijgen.’ Tekst: Annelies Homma
Foto: Arno Marchand
DE VLIEGENDE HOLLANDER
14
INTERVIEW
Tot voor kort kende Defensie een doelgroepenbeleid waarin specifiek aandacht uitging naar de positie van vrouwen, homoseksuelen en etnische minderheden. Daarbij had vooral de positie van vrouwen binnen de krijgsmacht extra aandacht. Het nadeel daarvan was dat een overkoepelende visie, die de samenhang en de synergie van de beleidsmaatregelen waarborgt, ontbrak. Om het wegwerken van de achterstandspositie, het voorkomen van discriminatie en het vergroten van de acceptatie van alle doelgroepen op een gestructureerde en doelmatige wijze aan te pakken, is daarom gekozen voor het bredere diversiteitsbeleid. Heringa formuleert het als volgt: ‘We moeten de verschillende achtergronden en talenten van onze medewerkers zo managen dat dit het bedrijfsresultaat ten goede komt.’ Ze heeft het nadrukkelijk niet over cultuurverschillen, maar over de inzetbaarheid van het personeel. ‘Ieder mens is verschillend, dus voor ieder mens moet een passende oplossing worden gezocht. Die oplossing moet natuurlijk wel passen binnen de structuur en de regels van de organisatie.’
moet het zelf kunnen regelen’, zegt ze. Ze ziet het dan ook vooral als een taak voor iedere leidinggevende om ervoor te zorgen dat medewerkers kunnen functioneren als een team van op elkaar afgestemde individuen. Het is ook de direct leidinggevende die in eerste instantie verantwoordelijk is voor het zoeken naar een oplossing bij een aan diversiteit gerelateerd conflict. ‘Pas als men er op het eigen onderdeel niet uitkomt, word ik
Sergeant 1 Badr Barri (34), Specialist Automonteur ‘Ik heb het stik naar mijn zin bij Defensie en ga nog iedere dag met plezier naar mijn werk. Ik heb gevonden wat ik miste bij het garagebedrijf waar ik hiervoor werkte: de saamhorigheid en gemeende collegialiteit. Natuurlijk is het niet allemaal rozengeur en maneschijn bij onze werkgever. En als je een vraag hebt, moet het over zoveel verschillende schijven heen voor je een antwoord krijgt. Dat gaat in een burgerbedrijf veel sneller. Als Defensie zou moeten concurreren met burgerbedrijven, denk ik dat we het niet lang vol houden. In mijn
Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie Logistiek Centrum Woensdrecht
Burgermedewerker Heringa is inmiddels ruim twaalf jaar werkzaam als P&O-adviseur bij de Koninklijke Luchtmacht en kent de organisatie van haver tot gort. Ook met de regelgeving op het gebied van arbeid en zorg is ze meer dan bekend. ‘Voor mijn vakoudste, kolonel Van den Heuvel, was dit onder meer de reden om mij voor te stellen voor deze functie. Dat ik mee heb gedaan aan het mentorproject Gender en onlangs een bedrijfskundige studie heb afgerond, speelde daarin ook mee.’ Dat ze, na het beëindigen van haar BBT-contract, werkzaam werd als burgermedewerker ziet ze niet als een probleem. Integendeel. Heringa: ‘In deze functie geeft het me juist meer armslag om zaken te kunnen oplossen. Ik ben als burger wat minder gebonden aan de hiërarchieke lijn. En ik ben toegankelijker voor Jan Soldaat, juist omdat ik geen rang heb, en ze niet naar me hoeven op te kijken.’ Zelf regelen Heringa’s streven is om het draagvlak en de bewustwording rond diversiteit binnen de organisatie te vergroten, zodat het beleid onderdeel wordt van het normale proces. ‘Het bedrijf
naaste omgeving heeft niemand er problemen mee dat ik bij Defensie werk. Er zijn wel eens mensen die het een vreemde gewaarwording vinden – ik loop toch met die Nederlandse vlag op mijn pak-, maar zelf heb ik er helemaal geen problemen mee. Mijn collega’s trouwens ook niet. Ik ben gewoon militair en heb nog nooit een stomme opmerking gehoord. Ik hoop dat ik nog verder kan groeien binnen Defensie. Zowel geestelijk als binnen mijn functiegebied. Ik wil op het hoogste van mijn kunnen presteren. Misschien dat ik in de toekomst nog eens een andere functie kan bekleden binnen de afdeling waar ik nu werk. Ik merk dat ik nog iedere dag leer.’ ingeschakeld. Het is dan mijn taak op een klantvriendelijke wijze de wensen en belangen van de betrokken partijen in kaart te brengen.’ Daarbij heeft Heringa het mandaat om op eigen initiatief de onderdeelscommandanten te benaderen. Als ook Heringa vastloopt, is zij degene die in het uiterste geval naar de PC-LSK stapt. Heringa streeft bovenal naar een toename van de kwaliteit binnen de organisatie. ‘Als ik het goed doe, kan mijn functie over drie jaar worden weggeschreven. Dan is diversiteit
15
DE VLIEGENDE HOLLANDER
INTERVIEW
Sergeant Patricia Coeling (34), hulp verkeersleiding ‘Dat ik als vrouw tussen vooral veel mannen werk, vind ik alleen maar leuk. Mijn ervaring met vrouwen onderling is dat ze nog wel eens wat klagen en roddelen. Mannen laten je in je waarde en respecteren je om wat je doet. Ik heb dan ook bewust gekozen voor een baan bij Defensie. De mensen in mijn omgeving stonden achter die keuze. Enerzijds omdat ik er kon leren wat beter van me af te bijten, maar ook omdat ze vinden dat ik goed werk doe hier. De uitzendingen, en het gevaar dat daar bij komt kijken, vinden ze wel wat minder. Ik
vind het goed dat er genderbeleid is. Daar zou Defensie nog wel wat meer aan mogen doen. Aan de andere kant moeten we vrouwen ook niet teveel op de voorgrond zetten. Dat leidt tot scheve gezichten. Ik heb zelf ook moeite met vrouwen die misbruik maken van de situatie. Vooral omdat zij op die manier ook andere vrouwen in een kwaad daglicht stellen. Ik denk dat mannen en vrouwen heel goed kunnen samenwerken en elkaar kunnen aanvullen. Volgend jaar loopt mijn contract af en ik wil heel graag blijven. Ik hoop dan ook dat het nieuwe FPS daarvoor meer mogelijkheden geeft.’
Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie Logistiek Centrum Woensdrecht
twee fulltime medewerkers voort. Ik denk dat de organisatie zich met het huidige vacatureprobleem ook moet realiseren dat soms een halve vacature beter is dan een hele.’ Heringa is dan ook blij met de recente maatregel die werken in deeltijd voor iedere medewerker mogelijk maakt, tenzij de commandant expliciet aannemelijk kan maken dat de dienst het niet toelaat. Heringa: ‘Ik heb het idee dat de PC-CLSK, als Gender- en Diversiteitsam-
routine bedrijfsvoering geworden.’ Tot het zover is moet er nog wel wat gebeuren. Heringa: ‘Er heerst nog een machocultuur binnen Defensie. Mijn grootste zorg is echter dat de verschillende minderheidsgroepen elkaar onderling niet accepteren. Zo zijn er geloofsovertuigingen die vrouwen en homoseksuelen nog als tweederangsburgers zien. Er is dus nog verdeeldheid binnen de diversiteit, terwijl die minderheidsgroepen juist een gezamenlijk blok moeten vormen. Daarom is nu vooral belangrijk dat diversiteit een gezicht krijgt.’
Kapitein Daniëlle Messing (31), Meteorologe
Actieplan Om dat te bereiken heeft Heringa een actieplan opgesteld. Zo richt ze zich op het beter in beeld brengen van vrouwen en allochtonen binnen de krijgsmacht. ‘Dat heeft niet alleen een intern effect, het straalt ook uit naar buiten. Op die manier kunnen we instroom van minderheidsgroepen bevorderen’, aldus Heringa. Ook wil ze het stagebeleid beter afstemmen op deze minderheidsgroepen. ‘Gebleken is dat stagiaires vaak kiezen voor de organisatie waar ze stage liepen. Daar valt voor ons dus nog winst te behalen.’ Heringa vertelt daarnaast mee te willen gaan lopen met de ontwikkeling van het nieuwe FPS (Flexibel Personeels Systeem). ‘Uit de exitgesprekken blijkt dat veel medewerkers vertrekken omdat ze geen zicht hebben op hun verdere hun loopbaan binnen Defensie. In het FPS kunnen juist daarover heldere afspraken worden gemaakt.’ Heringa ziet daarnaast heil in het verder uitwerken van deeltijdbanen en duobanen. ‘Het voordeel van een duobaan is dat bij ziekte van een van de medewerkers de werkzaamheden toch door kunnen gaan. En mogelijk komen uit een duobaan uiteindelijk toch weer
‘Toen ik opkwam, was mijn ambitie om altijd bij Defensie te blijven. Dat is nu, na mijn huwelijk en met in de toekomst misschien een gezinnetje, anders. Daar komt bij dat mijn carrièremogelijkheden binnen Defensie wellicht groter zijn buiten mijn vakgebied. Maar ik zoek nog niet actief. Het belangrijkste is dat ik mijn werk leuk vind. Ik heb niet het idee als ik als vrouw een vreemde eend in de bijt ben. Er is wel een tijd geweest dat veel vrouwen hun BBT-contract konden omzetten in een BOT-contract. Jammer was toen dat sommige mannen het idee kregen dat je het als vrouw in je schoot geworpen kreeg, terwijl je er gewoon hard voor gewerkt had. Ik heb zelf overigens altijd een BOT-contract gehad en heb ook wel het gevoel dat je binnen deze organisatie vooral gewaardeerd wordt om wie je bent en wat je kunt. Dat niet alle vrouwen geschikt zijn voor een baan bij Defensie ligt toch wel in het mannelijke van de organisatie. Mannen communiceren anders, houden minder rekening met andermans gevoelens. Dat betekent overigens niet dat je je vrouwelijkheid hoeft op te geven, wel moet je je mannetje kunnen staan. Je moet zeker zijn van jezelf, en weten wat je wilt. Dat maakt het makkelijker.’
DE VLIEGENDE HOLLANDER
16
INTERVIEW
Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie Logistiek Centrum Woensdrecht
Eerste luitenant Jos Jansen (47), Hoofd Bureau Adjudant ‘Ik ben als dienstplichtige binnengekomen bij de Koninklijke Landmacht. Voor mij was het ideaal: ik had net de Middelbare Hotelschool afgerond en werkte nog veel in het weekend. Bij de KL kreeg ik meteen salaris en was in de weekeinden vrij. In die tijd was voor mij ook belangrijk dat ik bij Defensie de zekerheid van een baan had. Aan het einde van mijn BBT-contract ben ik overgestapt naar de KLu. Daar kon ik Chef Hofmeester worden. Toen ik twaalf jaar geleden Hoofd Horeca werd, heb ik in een persoonlijk gesprek aan al mijn collega’s verteld dat ik homoseksueel
ben. Daar heb ik niemand meer over gehoord. Ook op de KMA is nooit een onvertogen woord gevallen. Volgens mij heeft dat vooral te maken met hoe je jezelf opstelt. Ik ben gewoon gehuwd en neem mijn echtgenoot mee naar de gezamenlijke uitjes en diners. Maar ik profileer mezelf niet nadrukkelijk als homoseksueel. Ik heb wel eens overwogen om me wat meer op de voorgrond te plaatsen, om op de bres te springen voor anderen. Maar dat zit niet in me. Ik ben geen haantje de voorste. Wel hoop ik nog officier toegevoegd bij een commandant of directeur te worden. Chef Kabinet, zoiets, in de buurt van Den Haag waar ik woon. Dan heb ik genoeg bereikt.’
bassadeur, echt luistert naar de wensen van het personeel. In de top van de LSK wordt erkend dat zeker in deze krappe arbeidsmarkt vrouwen, homoseksuelen en etnische minderheden
belangrijk zijn voor de organisatie. Het is een belangrijke bron van ongebruikte talenten. De erkenning is er, nu de stap nog naar de praktijk.’ •
Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografie Logistiek Centrum Woensdrecht
17
DE VLIEGENDE HOLLANDER
vervlogen tijden ‘Houtje-touwtje-vliegtuig’ nog steeds ‘Splendid Old Lady’ bij KLu Historische Vlucht
De ‘Tiger’ Als de Luchtstrijdkrachten na de Tweede Wereldoorlog worden opgebouwd, bestaat het vliegend materieel voor het overgrote deel uit toestellen die door het Britse luchtvaartministerie zijn geleverd. Zo ook bij de vliegeropleiding. Deze maakt gebruik van een ontwerp van de Britse vliegtuigbouwer Geoffrey de Havilland, namelijk de Tiger Moth. Daarvan vliegt het eerste model al op 25 oktober 1931. Tekst: Arno Marchand | Foto’s: Uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie
marineman aan het hoofd op Toen ik p Gilze en omgekeerd. g opkwam voor de Luchtstrijdkrachten, zag ik in eerste eerst instantie alleen maar MLD’ers lopen. Ik dacht, ik zit hier hartstikke hart fout.’
Vissen
Type:
Eenheden:
Dienstperiode: Aantal:
De Havilland Aircraft Company Ltd. DH82A Tiger Moth Selectie en Elementaire Vlieger Opleiding (SVO en EVO), basisvluchten 1946-1961 56
Daar waar de bakermat voor de militaire luchtvaart in Nederland Soesterberg is, vormen Woensdrecht en vooral Gilze-Rijen de bakermat voor de naoorlogse militaire luchtvaart. Dat is tenminste de mening van Lou van Voorst. ‘Hier vond de opleiding plaats’, zegt hij. ‘De twaalf uur durende Selectie Vlieger Opleiding (SVO, red.) fungeerde als grote zeef, maar gooide ook heel wat kinderen met het badwater weg. Daarna leerde je in zestig uur zelf vliegen bij de Elementaire Vlieger Opleiding (EVO, red.). Zowel de SVO als EVO vlogen met de Tiger Moth. Daarna ging je verder op Harvard van de Voortgezette Vlieger Opleiding op Gilze-Rijen.’ De SVO en EVO verhuisden een aantal keer tussen de twee vliegbases, en leidde behalve vliegers voor de luchtmacht, ook vliegers voor de Marine Luchtvaartdienst (MLD) op. Van Voorst: ‘Als Woensdrecht een luchtmachtcommandant had, stond er een
V L I E G E N DE
‘Ik wilde bij de luchtmacht omdat ik van vissen hield…’, hield zegt Van Voorst met een glimlach. ‘Als kind woonde ik in Den Helder, en tijdens het vissen in de gracht rond het vliegveld vl De Kooy kwamen lesvliegtuigen soms zo laag over, dat d ik de vliegers met elkaar kon horen praten. Tijdens de Tweede T Wereldoorlog werden we nogal eens gebombardeerd. gebombardeerd Toen besloot ik, de volgende keer wil ik niet op de grond maar in de lucht zitten. Veel veiliger.’ Al op 10 april 1948 beleeft de bel inmiddels tachtigjarige Van Voorst zijn doopvlucht op de o Tiger. ‘Een fragiel ogend lestoestel. Ik weet nog dat we T w eens trainingsvluchten vanaf vliegveld Hilversum maakten, trainingsvluchten maakten waarbij ook kersverse leerlingvliegers hun luchtdoop kregen. o kregen Een van hen zei bij de aanblik op de Tiger, “Moet ik daarin vliegen? No h vl way!”. Ik wilde bij mijn eerste vlucht eigenlijk ook weglopen, w w maar m durfde dat natuurlijk niet uit te spreken. Ik vond von het een ontzaglijke ervaring: wind om de oren en steenkoud.’ o steenkoud
IIn je oor schreeuwen W hoewel er ook uitvoeringen bestaan met een gesloten Want ge cockpit, zijn de Nederlandse Tigers voorzien van een open c cockpit. Van Voorst: ‘Je had daarom een heel pakket kleren c aan. Eerst vliegerondergoed, daarna een binnenoverall a binnenovera – een soort gewatteerde deken – en een buitenoverall van canvas, s c tegen de wind. Dan nog bontgevoerde vliegerlaarzen, t vliegerlaarzen en drie paar handschoenen – dunne witte, zeemleren en leren lere tot aan de elleboog – en tot slot natuurlijk de parachute. Nou No joh, je kon echt niet meer bewegen. Maar goed, dat hoefde ook niet, behalve dan je handen een beetje. Je maten hielpen je in het vliegtuig. De instructeurs hadden van die luxe leren Irvinvliegerjacks met een bontkraag. Wat wij hadden, was kou. Meer niet. En je hoorde een vent in je oor schreeuwen. Dat Da was je instructeur. Een intercom hadden wij nog niet. Je had ha een soort trechter waarin je moest praten, en dat ging via een slangen s buizensysteem rechtstreeks naar het oor van je instructeur. instr Maar die tuut was je altijd kwijt.’ Eenmaal in de stoel moet je uiteraard vastgegespt worden. ‘Als wo je eenmaal “goed” zat, kon je na verloop van tijd de riemen r wat strakker zetten. Soms snoerde je de riemen sowieso niet sowi
18
H O L L A N D E R
vervlogen tijden weer een Tiger Moth te vinden. Niet eentje met Hollandse Ti Tig roots, want het h toestel vloog nooit bij de Nederlandse Luchtstrijdkrachten. Het vliegtuig behoort tot de Stichting Luchtstrijdk KLu Historische Vlucht (SKHV) die voortkomt uit de Histori Stichting Vliegsport Gilze-Rijen, waarvan Van Voorst een Vli van de oprichters is. ‘Die is ontstaan om sportvliegers opric training te geven, en vliegtuigen van de KLu en de MLD in g vliegende staat te bewaren. Inmiddels is het zelfs een erkend sta vliegtuigonderhoudsbedrijf, dat is gecertifi ceerd door de vliegtuigond Inspectie Verkeer en Waterstaat. We zijn een professionele Ve organisatie, gevuld met vrijwilligers.’
Foto uit de opleidingstijd van Van Voorst (zittend links). Staand rechts (in witte bloes) de latere Bevelhebber der Luchtstrijdkrachten Cas Baas (1981-1985). Volgens Van Voorst is vliegen in de Tiger Moth zeer snel bij te brengen. Zelf ging hij na zo’n acht uur solo. Foto: uit collectie Van Voorst zo heel erg aan. Comfort had je toch al niet, en dat scheelde net iets. Maar ik heb ondersteboven wel eens zó ver uit de kist gehangen’, zegt Van Voorst terwijl hij halve meter boven de stoelzitting aanwijst. ‘Mijn instructeur dacht eens, ik ga ondersteboven vliegen, maar ik wist van niets. Ik dacht ineens, ik zie m’n instrumenten niet meer. Dat klopte, want ik hing half uit de kist. Ik ben me het lazarus geschrokken.’
Bij aankomst in Nederland waren de Tigers voorzien van standaard RAF-camouflagekleuren. Zo vloog het toestel van de SKHV, met nepregistratie A-12, in eerst instantie ook rond. Later werden ze ‘trainer yellow’, zoals op de foto. Ook de SKHV-Tiger Moth – nu A-57 gedoopt, maar officieel de PH-TYG – ziet er nu zo uit.
Bijbel B
De Tiger Moth, op de foto met achterin Van Voorst, heeft geen staartwiel, maar een ski en moet derhalve vanaf gras opereren. Tot aan de restauratie van de SKHV-Tiger, vloog Van Voorst er geregeld mee. Volgens Van Voorst een ideaal lesvliegtuig waarmee je alles ervaart, wat je in theorie leert. Foto: uit collectie Van Voorst
Lege bikken Na zijn leerlingtijd wordt Van Voorst vlieger op onder andere de Gloster Meteor en de F-84E Thunderjet. Een carrière ziet hij niet zitten, want liever vliegt hij. Daarom komt hij terug naar de opleidingsbasis Gilze. De Tiger Moth heeft dan sinds 1951 al plaatsgemaakt voor de Fokker S.11. ‘Als die landde, klonk het alsof er een heel berg lege blikken omviel’, zegt Van Voorst, die in 1983 als majoor de dienst verlaat. Maar sinds midden jaren tachtig is er op Gilze-Rijen toch
V L I E GEN DE
V Volgens één van SKHV’ers, Ad van Oers, is de Tiger een echt houtje-touwtjesvliegtuig. e houtje-touwtjesvliegtuig. ‘Het toestel heeft de laatste zeven jaar niet z niiet gevlogen. Al die tijd stond het in restauratie. Ik deed dat samen met de drijfveer achter dit project Jan de I s Jong, die ervaring had als botenbouwer en dat hielp. Aan een J di boot is namelijk niets recht. Eerst is de “jas” van de Tiger b uitgetrokken. Daarna haalden we het boutje voor boutje uit u elkaar, controleerden minutieus en vervingen wat nodig was; e een zeer tijdrovend karwei. En de stelregel bij de Tiger is: als e je iets tegenkomt dat niet logisch is, laat het dan zo, want zo j moet het juist zijn. Niet vragen waarom, maar gewoon doen. m Ondertussen ken ik iedere millimeter van het vliegtuig. Ik O beschreef en fotografeerde iedere handeling, maakte daarvan de b Tiger Moth-bijbel, en als je dat boek achterstevoren leest, kan je T het toestel zo weer in elkaar zetten.’ h Daarbij waren Van Voorst en oud-MLD’er Ton Hendriks de D klusjesmannen, en Van Oers de altijd aanwezige uitvoerende. k Van Oers had als oud-belastingdeurwaarder geen enkele V ervaring op grondwerktuigkundig (GWK)-gebied. ‘Daarom e wordt er hier zo mogelijk een vak geleerd, zoals bekleder. w Kennisoverdracht staat bij de SKHV hoog in het vaandel. K Het was voor mij, en voor de hele SKHV natuurlijk, dan ook H een schitterend moment toen-ie klaar was. Nu is hij beter als e nieuw. Ik heb voorin meegevlogen, en het is dan net of je zelf n vliegt. De voorzitter noemde de Tiger een splendid old lady. v En dat is het. Ik voelde me bevoorrecht dat ik dit project heb E mogen doen.’ • m
19
H O L L A N D ER
ACHTERGROND
Transportvluchten KDC-10 naar Afghanistan verlangen andere instelling van reiziger
‘Strategisch luchttransport is geen ABC-tje’ Eind december 2007 heeft Defensie een probleem: ruim driehonderd militairen staan op Kandahar Air Field klaar voor de reis naar Nederland. Maar een gebrek aan toch al schaarse NAVO-transportmiddelen door technische problemen, en onderhoud van de eveneens schaarse eigen KLu-vliegtuigen, dreigt die thuiskomst vlak voor kerst te dwarsbomen. Met man en macht werkt Defensie aan een oplossing. Die wordt gevonden in de KDC-10 die bij wijze van hoge uitzondering de militairen oppikt op KAF. Tekst en foto’s: Arno Marchand
Afkomstig van een tussenstop in het Midden-Oosten, en net geland op Kabul, even na zonsopkomst. Voor de militairen aan boord van de KDC-10 begint hun uitzending niet hier, maar is die op Eindhoven al begonnen.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
20
ACHTERGROND
Een zeer bijzondere vlucht, want de KDC-10 wordt normaliter alleen ingezet voor strategisch transport, dus vanuit Nederland naar een grotere internationale luchthaven aan de rand van het inzetgebied. Zo vliegt de KDC-10 tot medio 2007 zo’n twee jaar lang met grote regelmaat vanaf thuisbasis Eindhoven naar een tussenstop op een civiel vliegveld in het Midden-Oosten. Daar vindt bevoorrading en een crewchange plaats, waarna de KDC-10 naar Kabul International Airport (KAIA) vliegt. Hier stappen de nieuwe ISAF-militairen uit om met tactisch transport, meestal uitgevoerd met C-130’s, binnen één of enkele dagen naar hun eindbestemming door te reizen. Diezelfde
is minder waar. Het betreft een zeer complex geheel van aanvragen, mogelijkheden, regels en wetten. ‘Bovendien zijn we sterk afhankelijk zijn van de medewerking van andere landen’, zegt luitenant-kolonel Hans van de Ven. Hij is senior medewerker verplaatsingen van de afdeling Logistiek (J4) van de Directie Operaties van de Defensiestaf. ‘De perceptie bij militairen is dat ze te maken hebben met een KLM-lijndienst, compleet met een hapje en een drankje. Alles moet stipt op tijd gaan, anders is er onmiddellijk sprake van onrust bij de militairen en hun relaties in Nederland. We proberen uitgezonden militairen natuurlijk zo comfortabel mogelijk, en
krijgt de familie een paar uur voor tijd een telefoontje dat ze onderweg zijn. Nederland geeft graag duidelijkheid, maar daar moet door omstandigheden wel eens van afgeweken worden. Strategisch luchttransport is geen Abc-tje. De instelling lijkt te zijn “we gaan op reis”, in plaats van “we reizen als militair”. De reis vormt echter geen separaat deel van de missie. Je kunt onderweg situaties meemaken, die je niet tegenkomt als je civiel reist. De uitzending begint en eindigt dus niet in Afghanistan, maar al op Eindhoven.’ Schakel Maar hoe komen dergelijke vluchten eigenlijk tot stand? Het is namelijk
Wachten in een lange rij op instappen in de KDC-10 op de Airport of Debarkation Kabul, een aantal maanden geleden nog de toegangspoort van Afghanistan.
tactische vliegtuigen hebben in de dagen voorafgaand aan de komst van de KDC-10, militairen vanuit hun inzetgebied elders in Afghanistan naar KAIA toegevlogen. Deze KDC-10 en crew nemen die militairen zo spoedig mogelijk aan boord, en vertrekken weer naar het Arabisch schiereiland voor wederom bevoorrading en een crewwisseling. Daarna gaat de reis naar Kreta en vervolgens naar Nederland. Hapje en drankje Bovenstaande lijkt alles weg te hebben van een eenvoudige cyclus, maar niets
vooral ook op tijd te vervoeren. Maar je hebt met militair transport altijd te maken met beperkingen van vliegtuig, bemanning en omgeving. Zo kan het weer, maar ook de medewerking van landen in de regio invloed hebben op de vluchtuitvoering. Daarom kiezen andere landen vaak voor een andere systematiek. In Amerika bijvoorbeeld krijgen militairen te horen dat ze ergens in week X heen gaan, en in week Y terugkomen. Wanneer precies, dat merken ze vanzelf en is afhankelijk van vele factoren. Een reis kan tussen de twee dagen en een week duren. Bij terugkomst
niet de KLu als uitvoerende instantie die deze vluchten initieert, alhoewel dat wel vaak zo wordt gezien door de militaire reizigers. Het 334 Squadron is slechts uitvoerder. ‘De eerste tweeënhalf jaar van de ISAF-operatie was het CLSK leading’, zegt Peter van Bebberen, Hoofd Luchttransport bij het Operatiecentrum KLu op de Staf CLSK. ‘Toen was er een ISAF-cel op de Binckhorsthof die in nauwe samenwerking met DVVO de vluchten voorbereidde. Nu is het CLAS coördinerend operationeel commando. Dat neemt de
21
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGROND
eindbeslissing en is daarvoor verantwoordelijk.’ ‘Het Movement Coordination Center van het CLAS - geeft de transportbehoefte bij ons aan’, legt adjudant Erik Draaijer uit, planner bij het Cluster Luchtvervoer van de Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie (DVVO) op Soesterberg. ‘Wij zetten de vervoersbehoefte om in een aanvraag, en zijn dus schakel tussen klant en uitvoerder. Als daar luchttransport bij komt kijken, zowel voor vracht als pax, leggen wij dit verzoek neer bij het Operatiecentrum CLSK. Die zet het vervolgens uit bij de Planning en Control Cell (PCC, red.) op de Vliegbasis Eind-
bestemd voor Afghanistan’, zegt adjudant Rob van ’t Hul, bureaucollega van Draaijer. ‘Dat kunnen in vier weken wel zo’n tweehonderd vluchten zijn.’ Indien er bij Nederland en de MCCE-partners daarvoor geen capaciteit beschikbaar is, gaat de opdracht terug naar DVVO die dan civiel luchttransport inhuurt. Dat wil zeggen, voor zover dat beschikbaar is, want veel maatschappijen vliegen niet naar landen als Afghanistan. De PCC zoekt uit of een vlucht, bijvoorbeeld in verband met openstellingstijden, vanaf of naar Eindhoven kan plaatsvinden. Als dat zo is, wordt met behulp van de afdelingen flightplanning, load- en
voorlichtingsbijeenkomsten waarin de vluchten worden uitgelegd. Bovendien is er de Reis en Meldingsinstructie waarin alles staat beschreven.’ Werk en rusttijden ‘334 handelt via de wet van de Inspectie Verkeer en Waterstaat: de gezagvoerder is dus hoofdelijk aansprakelijk voor passagiers, bemanning en toestel’, verklaart luitenant-kolonel Peter Louwerse, Commandant 334 Squadron. ‘De veiligheid is aan regels gebonden, en dat hebben wij omarmd. Het liefst zouden we militairen direct op de eindlocatie in Afghanistan afzetten, maar dat gaat nou eenmaal niet.
Bijzondere kijk op het ‘kantoor’ van de flightcrew van de KDC-10 van het 334 Squadron. Foto: Eric Vorstenbosch, Fotovlucht vliegbasis Soesterberg
hoven. Kunnen zij met de beschikbare KLu-airframes niet aan de vraag voldoen, dan zetten wij het uit bij het Movement Co-ordination Centre Europe (MCCE) eveneens op Eindhoven.’ Onbegrip en ergernis Het MCCE is een samenwerkingsverband van de luchtmachten van België, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Nederland Noorwegen en Spanje, bedoeld om de schaarse luchttransportmiddelen zo efficiënt mogelijk in te zetten. Volgens afspraak met het ministerie van Defensie komt het verzoek voor Nederlands transport zoveel mogelijk terecht bij de PCC van het 941 Squadron. ‘Vijftig procent van alle luchtvervoersaanvragen die we hier binnenkrijgen, is
DE VLIEGENDE HOLLANDER
22
facilityplanning tot in detail uitgewerkt hoe die er gaan uitzien. Belangrijk punt daarin zijn de overvliegklaringen die worden uitgezet bij Buitenlandse Zaken en landingsvergunningen, die wel tien tot vijftien dagen op zich kunnen laten wachten. Ook mogen bepaalde goederen zoals munitie volgens luchtvaartwetten niet in combinatie met passagiers worden vervoerd. Crewplanning zorgt ervoor dat op ieder traject van de route voldoende flight- en cabincrew aanwezig is. Dat klinkt heel logisch, maar met de wettelijk verplichte Werk- en Rusttijdenregeling (WRR) is dat een enorme puzzel. En tevens iets dat bij de reizigers tot onbegrip of zelfs ergernis kan leiden. Van Bebberen: ‘Maar voorafgaand aan een uitzending zijn er als het goed is
Het probleem zat ‘m in KAIA. Daar is weinig ruimte om een groot vliegtuig als de KDC-10 te parkeren, waardoor we zeer strakke en zelfs dwingende slottijden hadden waarbinnen we moesten landen en vertrekken. En Nederland had een vroeg slot. Bovendien zijn er beperkte mogelijkheden tot servicen zoals de-icing, en wil je een kostbaar platform als de KDC-10 zo kort mogelijk aan de grond houden op een vliegveld als Kabul. Daarnaast dien je rekening te houden met de WRR die na een werkdag minimaal elf uur rust voorschrijft. Hou dan wel in gedachte dat een dienst van de flightcrew al twee uur voor vertrek begint met de vluchtvoorbereiding, en doorgaat tot een uur na de landing. De technische dienst is zelfs al drie uur voor
ACHTERGROND
vertrek druk in de weer met het servicen van het vliegtuig.’ Wachten Om deze redenen is de beste optie een tussenstop maken, en die wordt gevonden in het Midden-Oosten. Louwerse: ‘Voor deze vluchtopzet waren dan twee volledige crews nodig. Eentje vloog de KDC-10 van Eindhoven naar het Midden-Oosten. Daar werd tevens de bemanning gewisseld en het toestel geserviced. Voor de passagiers betekende dat uitstappen, een paar uur wachten op de luchthaven, weer instappen, en op weg naar KAIA met de tweede en zogenoemde slipcrew die soms al dagen van tevoren was ingevlogen. Die paar uur wachten was geen overbodige tijd. De vlucht naar KAIA, de grondtijd daar, en de vlucht weer terug naar het MiddenOosten, duurden bij elkaar korter dan de minimaal elf uur rust die bemanning uit Nederland wettelijk gezien moet nemen. Ook de passagiers die uit Afghanistan kwamen, moesten in het Midden-Oosten nog een paar uur wachten voordat de eerste crew weer terugvloog naar eerst Kreta, en vervolgens Nederland.’ Nieuwe route ‘Maar van het ene op het andere moment wilde men op civiele vliegvelden geen militaire vluchten meer’, zegt Van de Ven. ‘Dat is dus typisch een geval van overmacht. Maar wij zijn in dit soort gevallen gebonden aan wat anderen voor ons bepalen.’ Dus werd er een nieuwe route opgesteld. Louwerse: ‘Daarbij vlogen we rechtstreeks naar Kabul, en daarvandaan door naar het Midden-Oosten. Omdat we dan langer dan de standaard uren vlogen, kon dat alleen met een dubbele, ofwel versterkte bemanning. In het MiddenOosten vond dan de volgende crewchange plaats, die de KDC-10 weer mee terugnam naar Nederland. Maar dat kost dus wel drie bemanningen in plaats van twee.’ ‘Inmiddels vliegt de KDC-10 al een aantal maanden, in wederom een nieuwe route, rechtstreeks naar een ander vliegveld in het Midden-Oosten’, verduidelijkt Van de Ven. ‘Daar stappen de passagiers over op tactisch luchttransport dat ze in de regel rechtstreeks naar KAF of Tarin Kowt brengt.’ Maar nood breekt wet, zoals eind december bleek. Hij besluit: ‘Maar het is en blijft een puzzel, een hele grote puzzel.’ •
In het ochtendgloren hangt de – voor KAIA-begrippen – grote KDC-10 ineens voor de baan van Kabul.
Na een paar uur op de grond vertrekt de KDC-10 weer vanaf KAIA, volgeladen met militairen en vracht. Op weg naar een tussenstop in het Midden-Oosten.
Voor het eerst sinds maanden weer op Westerse bodem. Land- en luchtmachtmilitairen komen per KDC-10 voor een adaptatie aan op de luchthaven van Chania op Kreta. Foto: Jan-Kees de Meester, Werkeenheid Grondfotografie Vliegbasis Gilze-Rijen
23
DE VLIEGENDE HOLLANDER
T IETPEOL R T A G E R
Luchtmachteenheid SOMP naar paarse organisatie DUO
Missies logistiek mogelijk maken Wat hebben een kok, een Chinooktechneut en een douchende militair in Uruzgan met elkaar gemeen? Ze maken allemaal gebruik van materiaal van de Defensie Uitleen Organisatie, waarin de voormalige Sectie Opslag Mobilisatie en Projectvoorraden van de luchtmacht is samengevoegd met AS84, de evenknie van de landmacht. De overgang van SOMP naar een paarse organisatie betekende ook het einde aan een lange luchtmachtgeschiedenis op Jessurunkamp in Soestduinen. Tekst: Luc Haen
De clamshelter was één van de paradepaardjes van de SOMP, die inmiddels is overgegaan naar de Defensie Uitleen Organisatie. Foto: Jan-Kees de Meester, Werkeenheid Grondfotografie Vliegbasis Gilze-Rijen
DE VLIEGENDE HOLLANDER
24
R E P O R TA G E
Beschermd tegen de brandende Afghaanse zon werken de Chinook-techneuten in de grote clamshelter. Deze schelpvormige onderhoudstent maakt het mogelijk om ook in de extreme weersomstandigheden in Uruzgan het werk te kunnen doen. Het opzetten van die tent wordt sinds kort gedaan door de mannen en vrouwen van de paarse Defensie Uitleen Organisatie. Voor die tijd was het de taak van Sectie Opslag Mobilisatie en Projectvoorraden, binnen de luchtmacht beter bekend als SOMP. ‘De naam SOMP zegt het al, het ging om spul wat bij ons was opgeslagen en werd gebruikt voor oefeningen en missies’, zegt adjudant Arend van Zessen, productiebestuurder techniek. ‘Onze paradepaardjes waren de sunshades (grote zonneschermen voor toestellen, red.)
gingen spelen binnen Defensie. Van Zessen: ‘Bij SOMP zijn we constant aan het rennen geweest in het kader van de uitzendingen. Mede door het feit dat we ook de expertise kregen om de spullen te bouwen en te onderhouden. We deden elk half jaar preventief onderhoud en correctief onderhoud als iets kapot was. Maar we hebben ook genoeg prio-klussen gehad. Toen de SFIR-missie (Stabilisation Force Irak, red.) in 2005 ophield voor Nederland, is een groep van ons naar Irak gegaan voor de twee clamshelters die daar stonden. Die zijn afgebroken, prio één naar SOMP gevlogen voor onderhoud en vervolgens weer prio 1 naar een andere SOMP groep in Kandahar gevlogen om neer te zetten. Bij de opbouw krijgen we trouwens altijd hulp van de mastenploeg van Logistiek Centrum Woensdrecht, die expertise heeft met het werken op hoogte. Die klimmen normaalgesproken in masten om communicatielijnen aan te leggen, maar wij maken ook nog steeds dankbaar gebruik van ze.’ Sprungtent Eind 2006 werden de mannen en vrouwen van SOMP geconfronteerd met de verhuizing van de Apaches naar Tarin Kowt. Van Zessen: ‘Er was daar een onderhoudshangaar nodig, maar we hebben maar drie clamshelters in ons assortiment en die waren al elders ingezet: één op Kaboel en twee op Kandahar. Toen heeft de DMO een verwervingsprocedure opgestart, wat heeft geresulteerd in de aanschaf van de Sprungtent. Eigenlijk is “tent” volgens de Canadese fabrikant niet de juiste benaming, het is namelijk een “flexible building”. Toegegeven: als die eenmaal staat, is het een plaatje. Heel strak allemaal. Maar het
Het Jessurunkamp ligt er al verlaten bij. Binnenkort gaan alle gebouwen tegen de vlakte en wordt het terrein teruggegeven aan de natuur. Foto: Fred Hendriks
en de clamshelters. Die zetten wij neer en we repareerden ze ook. Dat doen we overigens nog steeds. Maar we hebben ook keukencontainers, voedselvoorbereidingssystemen, doucheaanhangwagens, mobiele vaatwassers, koelvriescontainers en niet te vergeten de troepenverzorgingstent, oftewel het Holland House.’
De mobilisatie- en projectvoorraden van de SOMP zijn al overgebracht naar hun nieuwe locatie de Majoor Mulderkazerne in Stroe, thuisbasis van de Defensie Uitleen Organisatie. Foto: Fred Hendriks
DATIM ‘Op 1 januari 2007 zijn we als luchtmachteenheid al administratief overgegaan naar de paarse organisatie DUO op de Majoor Mulderkazerne in Stroe’, vervolgt Van Zessen. ‘Voorheen zaten we op Jessurunkamp in Soestduinen, maar dat wordt binnenkort gesloopt. De naam SOMP dateert overigens uit 1996, want voor die tijd heette het DATIM: Depot Algemeen Technisch en Intendance Materieel. Dat bestond al sinds 1946. Als depot hielden we de centrale voorraad in stand voor de KLu en deden we als grossier direct zaken met leveranciers. Het grote verschil met DATIM was dat de spullen van SOMP in bruikleen werden gegeven. Als de uitzending achter de rug was, gingen de spullen dus terug naar SOMP. Dat geldt overigens ook nu voor de DUO.’ ‘Aanleiding voor het ontstaan van SOMP was het besluit om het beheer van schaarse units, zoals keukenunits te centraliseren’, zegt sergeant-majoor Fred Hendriks, productiebestuurder logistiek. ‘In die tijd is besloten dat alle spullen op de vliegbases zoals tafels, stoelen, legeringstenten, tentkachels, et cetera allemaal naar SOMP gingen. Dat kostte namelijk veel minder geld dan wanneer je die spullen apart op elk onderdeel beheerde. Nu had je maar klein clubje nodig.’ Uitzendingen De naam SOMP kreeg vrij snel naamsbekendheid dankzij de uitzendingen, die eind jaren negentig een steeds grotere rol 25
DE VLIEGENDE HOLLANDER
T IETPEOL R T A G E R
is een heidens karwei om hem neer te zetten. Het grote verschil met de clamshelter is dat deze echte hangaardeuren heeft, maar dan van zeil. Het is ook een groot ding, je kunt er makkelijk drie Apaches in onderhouden. Het enige nadeel is dat het wel op een heel glad oppervlak moet staan. Bij de clamshelters komt dat niet zo nauw, daar heb je ook geen kranen nodig. Maar goed, in oktober waren we nog bezig met de deur van de Sprungtent, terwijl de Apaches er al in moesten. Het eerste toestel stond er dus in, toen we nog aan het bouwen waren. Is uiteindelijk wel mooi gelukt.’ Stekker eruit Van Zessen en zijn luchtmachtcollega´s vallen inmiddels onder DMO, voorheen DMKLu. ‘Daarin is eigenlijk qua aanspreekpunten niks veranderd’, aldus Van Zessen. ‘Qua locatie zijn we natuurlijk wel veranderd, maar door C-LSK zijn we zo weggeschreven dat de KLu voorraden zijn blijven behouden.’ Het Jessurunkamp is inmiddels overgedragen aan Vliegbasis Soesterberg, die de infrabeheer in handen heeft. Uiteindelijk wordt alles afgebroken. ‘Eind maart gaat de stekker eruit voor de elektra en daarna komen de sloopbedrijven’, zegt Hendriks. ‘Alles gaat tegen de vlakte. Het is een waterwingebied en ze gaan het gebied herstellen, rekening houdend met de trek van de dieren. Ook zijn er stuifduinen bij Soest. Die verplaatsen zich normaalgesproken, dus ze willen het zand weer de vrije hand geven. Over vijftig jaar moet het zijn zoals ze het voor ogen hebben.’
De Nederlandse F-16’s op Kandahar Airfield staan onder de sunshades van de Defensie Uitleen Organisatie. Gezien de extreme weersomstandigheden in Uruzgan is dat geen overbodige luxe. Foto: Arno Marchand
DE VLIEGENDE HOLLANDER
26
Weemoed Tegen die tijd zal Het Jessurunkamp niet meer zijn dan een vage herinnering aan het luchtmachtverleden in Soestduinen. Hendriks en zijn collega´s kijken dan ook met enige weemoed terug op hun periode op het kamp. ‘Ik denk dat ik namens iedereen van SOMP spreek als ik zeg dat het wel vreemd voelt’, zegt hij. ‘Ik had vanmorgen nog de neiging om rechtsaf te slaan in plaats van rechtdoor. Ik heb toch dertien jaar op dat kamp mogen vertoeven en ik vond het geweldig. Daar zat je echt middenin de natuur, je zag de andere gebouwen gewoon niet door de bebossing. Hier zie je enkele bomen staan tussen alle gebouwen. Soestduinen ligt ook centraal in het land, dicht bij Vliegbasis Soesterberg, dus met goede aan- en afvoerroutes. Bovendien stond je ergens voor als clubje. Het logistiek mogelijk maken van missies, dat je daaraan mag meewerken is prachtig. Het was ook een kleinschalige groep, met nauwe contacten met de leiding. Nu zijn het langere, paarse lijnen. Gelukkig is de SOMP-club in zijn geheel overgegaan naar DUO. En we doen nog steeds waar we goed in zijn, want ook als DUO zijn we een logistiek onderdeel ter ondersteuning van missies.’ • Voor meer informatie over producten van de Defensie Uitleen Organisatie, zie intranet: http://intranet.mindef.nl/dmo/lbb/publicaties/ logistiek_onderhoud/Materieel_Logistieke_Publicaties/ Materieel_Logistieke_Publicaties_(AGB).aspx
Leeswijzer
ALLE PAARDEN VAN APOLLO
‘Alle paarden van Apollo’ telt 1432 pagina’s op 135 grams houtvrij papier, en staat op naam van Van Wijks eigen uitgeverij Eques Nubium. Bestellen van het boek is mogelijk door een bedrag van €160,- (dat is inclusief portokosten binnen Nederland) over te maken op rekeningnummer 412697963, ten name van Eques Nubium in Uithoorn, onder vermelding de titel. De resterende exemplaren van het ‘Het paard van Phaëthon’ (ISBN 90-73304-51-2) dat oorspronkelijk door Bonneville te Bergen is uitgegeven, zijn nu ook bij Van Wijk verkrijgbaar via www.glostermeteor.nl.
Nadat samensteller mr. dr. drs. Aart van Wijk in 1999 het boek ‘Het paard van Phaëthon – Herinneringen aan de Gloster Meteor in Nederland 1948-1959’ uitbracht, bleven nog vele verhalen ongepubliceerd. Ook de vrijwel totale afwezigheid van foto’s in dit eerste Meteor-boek heeft Van Wijk steeds als een gemis ervaren. Daarom heeft hij de tussenliggende acht jaar gebruikt voor het samenstellen van liefst vier boeken, gebundeld in een cassette, over de eerste straaljager van de Koninklijke Luchtmacht. De presentatie vond plaats op 13 december (Zie Journaal de Vliegende Hollander, januari 2008, pagina 34). Het is een ongekend zwaar boekwerk geworden van liefst zeven kilo. Deel 1 (232 pagina’s) bevat algemene gegevens over de straaljager, deel twee (424 pagina’s) handelt over Meteor F.Mk.IV en de T.Mk.VII, deel drie (464 pagina’s) over de F.Mk. VIII, en deel vier (312 pagina’s) tenslotte is een reproductie van het dagboek van Jan Tolido. Hij is een van de vliegers die de dood vond tijdens een vlucht met de Gloster. De sergeant-vliegers Tolido en Kraayeveld ver-
ongelukten met Meteor I-7 van 325 squadron op 16 november 1954 op Leeuwarden. In ‘Het paard van Phaëthon’ werd al een lijst opgenomen van alle 52 personen die met of door een Gloster Meteor het leven lieten, en aan hen werd in 1999 dat boek opgedragen. In de delen twee en drie worden alle 266 Meteors van de KLu en hun levensloop tot in detail beschreven. ‘Alle paarden van Apollo’ bevat naast talloze verhalen, vele honderden foto’s – waarvan sommigen zelfs in kleur – en afbeeldingen. En juist niet alleen de overbekende foto’s, maar ook allerlei foto’s uit privé albums zien nu voor het eerst het daglicht. Bovendien kwam in oktober 2006 een van de belangrijkste toestemmingen om dit boek te kunnen maken, toen H.M. koningin Beatrix Van Wijk het recht gaf om fotokopieën van de Meteorbladzijden uit de logboeken van haar vader, prins Bernhard, in het boek op te nemen. Gezien de betrekkelijk hoge prijs van het vierluik (€160,-) heeft Van Wijk besloten een beperkte oplage te verzorgen.
Een indruk
27
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL Laagvliegoefeningen voor heli’s in Maas en Waalgebied hervat De noodzakelijke laagvliegoefeningen met helikopters in het Maas en Waalgebied zijn met ingang van 18 februari onder beperkende voorwaarden hervat. Reden hiervoor is dat er geen aanwijzingen zijn dat er een structurele oorzaak is voor het ongeval van 12 december waarbij een Apache gevechtshelikopter tegen een hoogspanningskabel vloog. Staatssecretaris van Defensie Jack de Vries lichtte zijn besluit toe in de Gasthuiskapel in Zaltbommel tijdens een bijeenkomst met de burgemeesters van de Maas en Waal regio en de klankbordgroep Laagvlieggebied Maas en Waal. De laagvliegtrainingen die voor een beperkt deel in Nederland worden uitgevoerd zijn voor de vliegers ter voorbereiding op daadwerkelijke inzet onmisbaar. Ondanks het feit dat er geen verhoogd veiligheidsrisico bestaat voor de bevolking en de vliegers, gelden voor het laagvliegen wel tijdelijk beperkende voorwaarden. In afwachting van de lopende onderzoeken dienen helikopters in het gehele laagvlieggebied Maas en Waal de hoogspanningsmasten
In memoriam Op zaterdag 9 februari is majoor Ron Peereboom overleden. Peereboom trad vijf jaar op als majoor-adjudant van de huidige C-LSK en was sinds juli 2007 werkzaam bij het OPCENKLu. Peereboom is 47 jaar oud geworden. Hij laat een partner na. Op 28 januari 2008 overleed kapitein Peter A. Feenstra in de leeftijd van 51 jaar. Hij was werkzaam als reservist bij de Groep Luchtmacht Reserve bij het Bureau Open Dagen. Hij laat een echtgenote en zoon van 15 jaar en een dochter van 17 jaar na.
en -kabels op een hoogte van ten minste 30 meter te passeren. Tevens moeten de helikopters aan weerszijden van hoogspanningsmasten en -kabels ten minste 100 meter afstand bewaren. Ook vliegen helikopters niet onder hoogspanningskabels door. Deze tijdelijke beperkingen worden in het oefenprogramma voor het
Maas en Waalgebied verwerkt. Om de veiligheidsrisico´s structureel nog verder te verkleinen past Defensie de vliegkaarten voor het hele land aan, waardoor hoge obstakels nog duidelijker herkenbaar zijn voor de vliegers. Foto: Jan-Kees de Meester, Werkeenheid Grondfotografie Vliegbasis Gilze-Rijen
Brand geblust op Tarin Kowt Op 23 januari j.l. vond een brand plaats in Tarin Kout en wel op het Australische deel van het kamp in de opslag van de keuken/eetzaal. Aanvankelijk probeerden Australische militairen de brand te blussen met handbrandblusapparatuur en zijn ANA militairen gestart met het weghalen van gasflessen uit een aangrenzend gebouwtje dat ook al gedeeltelijk in de brand stond. Direct is de aanwezige KLu brandweer uitgerukt naar de brand. Aanvankelijk is begonnen met het voorkomen van overslag van de brand met name naar de eetzaal. Dit lukte voorspoedig en vervolgens is gestart met het definitief blussen van de
brand in de opslag. De blussing verliep moeizaam vanwege de aanwezigheid van blikken olie en veel plastic bestek. Na het uit elkaar trekken van de brandende massa was het mogelijk het vuur uiteindelijk definitief te blussen. Door de langdurige inzet was de toevoer van water en de beschikbaarheid van adembescherming een probleem evenals het bevriezen van waterslangen. Door de effectieve inzet van de brandweer is voorkomen dat de brand zich over het kamp heeft kunnen verspreiden en door het moedige optreden van onder andere de ANA militairen zijn persoonlijke ongelukken voorkomen.
JOURNAAL
Kolonel De Bok Defensie attaché in Washington Kolonel Tom de Bok zal in juni 2008 worden belast met de functie van Defensieattaché in Washington (VS) onder gelijktijdige bevordering tot commodore. Hij neemt de functie over van commandeur Michiel Hijmans die wordt belast met de functie van Souschef Internationale Samenwerking op de Defensiestaf. De Bok is sinds februari 2005 werkzaam als Commandant Groep Geleide Wapens. Daaraan voorafgaande vervulde hij de functie van Hoofd Conceptuele Zaken bij de Defensiestaf. Op dit moment is hij tevens voorzitter van een panel van het NAVO Air Defence Committee, betrokken bij de herstructurering van het Luchtverdedigingsbeleid van de NAVO.
Cougar ingezet bij bedrijfsbrand in Venlo
Alumni HDV ontvangen alsnog graad Waar de klas van de Hogere Defensie Vorming 03 in 2007 hen al voorging, ontvingen nu ook HDV klassen 02 (2005) en 03 (2006) hun ‘Executive Master of Security & Defence’- graad. De graad is de civiele erkenning voor de opleiding van het Instituut Defensie Leergangen. De commandant van de Nederlandse Defensie Academie, generaal-majoor Siem van Groningen, overhandigde op 1 februari jongstleden op het Instituut Defensie Leergangen (IDL) de alumni alsnog het getuigschrift. Met het accrediteren van de opleiding in januari 2007 dreigden voorgaande jaargangen buiten de boot te vallen. Het IDL was van mening dat het leerplan en het curriculum van HDV 01 en HDV 02 in grote lijnen gelijk is met dat van de geaccrediteerde opleiding. Dit bleek na onderzoek ook zo te zijn. De accreditatie van de HDV past in het bredere defensiebeleid om waar mogelijk civiele erkenning te krijgen voor interne defensieopleidingen. Dit geldt dus ook voor de opleidingen van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA), waar het IDL deel van uitmaakt. Foto: Sonja de Gids-Ilgun
Een Cougar transporthelikopter van de Koninklijke Luchtmacht heeft geholpen bij het blussen van de bedrijfsbrand in Venlo. De brandweer vroeg om een helikopter, omdat met de blusmiddelen van de brandweer de vuurhaard niet voldoende kon worden bereikt. Onder de machine werd een zogeheten bambi-bucket bevestigd, waarmee per keer 2.500 liter water over een brand kan worden uitgestort. Er zijn diverse manieren om een brand vanuit een helikopter te bestrijden: slepen of storten. Met de eerste manier wordt het water over de vuurhaard gesleept. In het tweede geval leegt de heli de waterzak in één
keer op een punt. Ook kan een watergordijn worden gelegd om uitbreiding van de brand te voorkomen en kunnen zo objecten worden afgeschermd. Luchtmachthelikopters zijn al meerdere malen ingezet bij het blussen van branden. Afgelopen jaar werden drie helikopters ingezet in Griekenland bij het bestrijden van grote bosbranden. In 2005 gebeurde dit met twee toestellen in Portugal. Ook in Nederland zijn de heli´s eerder ingezet voor het blussen van branden. Zo assisteerden ze op Terschelling (mei 2004) en bij vuren bij Heemskerk (augustus 2004). Foto: Eric Vorstenbosch, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg.
29
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Tweede en laatste Dash 8 overgedragen aan kustwacht
Het project Luchtverkenningscapaciteit voor de Kustwacht Nederlandse Antillen en Aruba (LVC KWNA&A) is afgerond. Souschef Projecten van de Defensie Materieel Organisatie brigadegeneraal Peter Dohmen droeg onlangs op Curaçao het tweede en tevens laatste Havilland Dash 8-vliegtuig over aan Commandant Kustwacht commandeur Peter Lenselink. Het eerste toestel is eind 2007 overgenomen. Met de overdracht van het tweede gemodificeerde passagiersvliegtuig komt een einde aan een periode van tussenoplossingen voor de maritieme luchtverkenningstaken in het Caribische gebied. Het civiele Canadese bedrijf Provincial Airlines voert nu met beide vliegtuigen de verkenningstaken voor de Kustwacht uit.
Tot het verkenningsgebied behoren de territoriale wateren en de exclusieve visserijzone. Maar ook search and rescue en de samenwerking met de Amerikanen voor wat betreft drugsbestrijding behoort tot het takenpakket. De luchtverkenningstaken voor de Kustwacht Nederlandse Antillen en Aruba worden al vanaf 15 oktober uitgevoerd door Provincial Airlines. Deze bijzondere samenwerking ontstond doordat Defensie in 2004 besloot de P-3C Orion patrouillevliegtuigen van de marine af te stoten. Tot 2005 voerden de Orions de verkenningen uit. Na het afstoten van deze vliegtuigen namen twee gemodificeerde F-60’s van de luchtmacht tot vorig jaar de taak over. Een Canadese Beechcraft King Air vulde tot aan de overdracht de plek van de tweede Dash 8 op. Foto: Arno Marchand
Servicemedaille uitgereikt aan luchtmachtoverste Op den Kamp Luitenant-kolonel Emile Op den Kamp heeft op 14 december 2007 de COS Commendation for Exceptional Service ontvangen. Tijdens deze bijeenkomst werd aan 5 SHAPE medewerkers een Commendation uitgereikt. Op den Kamp is binnen de SHAPE organisatie werkzaam binnen J3 als Staff Officer Nuclear Operations verantwoordelijk voor Nuclear Surety. Foto: Claude van Bever
DE VLIEGENDE HOLLANDER
30
Open dagen voor aspirant-bewoners op Bronbeek Het Koninklijk Tehuis voor OudMilitairen en Museum (KTOMM) Bronbeek te Arnhem organiseert voor gepensioneerde, vrijwillig gediend hebbende militairen van alle krijgsmachtdelen (m/v) die opgenomen willen worden in het militair verzorgingshuis Bronbeek dit jaar Open Dagen op maandag 10 maart, 16 juni, 1 september en 1 december 2008. Tijdens deze Open Dagen maakt u tussen 12.00 uur en 16.00 uur kennis met de leiding van Bronbeek en met andere bewoners en krijgt u, inclusief rondleiding en lunch, een compleet beeld van het leven op het Landgoed Bronbeek. Ook wordt u uitgebreid geïnformeerd over de (in vergelijking tot andere verzorgingshuizen) gunstige bijdrage in de verzorgingskosten. U komt in aanmerking voor opname in het militair verzorgingshuis Bronbeek, indien u: - 65 jaar of ouder bent, alleenstaand en nog in staat bent om de algemene dagelijkse handelingen zoals wassen/ douchen en aankleden zelf uit te voeren en niet behoort tot de categorie officieren; - onder oorlogsomstandigheden of andere, naar het oordeel van de Minister van Defensie daarmee vergelijkbare omstandigheden heeft gediend; - in krijgsgevangenschap heeft verkeerd of heeft deelgenomen aan het verzet, dan wel buiten Nederland heeft gediend bij een eenheid die door de Nederlandse regering is uitgezonden of ter beschikking is gesteld van de Verenigde Naties of van andere internationale organisaties; - beschikt over minimaal 15 pensioenjaren als militair (tropenjaren tellen dubbel). De Minister van Defensie heeft persoonlijk in november 2007 toestemming gegeven tot het laten vervallen van de eis van minimaal 15 pensioenjaren als militair voor ouddienstplichtigen en Kort Verband Vrijwilligers uit de periode 1940-1962. Aanmelding voor deelname aan de Open Dagen kan telefonisch (0263763518, b.g.g. 026-3763555) of schriftelijk. Adres: KTOMM Bronbeek, Velperweg 147, 6824 MB Arnhem.
JOURNAAL
Agenda Militaire Luchtvaartmuseum * Expositie ‘Een vliegklas zwermt uit’ In 2007 was het tachtig jaar geleden dat de Vliegklas 1926 van de legendarische ‘Vliegschool van Versteegh’ zijn opleiding voltooide. Al spoedig bleek het om een bijzondere lichting te gaan, die na afronding van haar opleiding in de meest brede zin van het woord bijdroeg aan de ontwikkeling van de Nederlandse luchtvaart. Niet alleen in de jaren voor WO II, maar ook tijdens en daarna, drukten zij mede hun stempel op de grote veranderingen die de luchtvaart onderging. De expositie is gewijd aan de levensloop van deze vliegers en schetst daarmee tegelijkertijd een boeiend beeld van de betekenis van Soesterberg voor de Nederlandse luchtvaart in het midden van de vorige eeuw. Dagelijks tot 31 augustus * Theatervoorstelling ‘Dutchie, met Bob van Staeveren naar Engeland’ De voorstelling gaat over een Nederlandse vlieger in dienst van de RAF tijdens WOII, opgevoerd door Pandemonia. Dagelijks tijdens de voorjaarsvakantie van 20 tot en met 27 februari * Filmdagen Op iedere eerste zondag van de maand worden er in de twee filmzalen van het MLM luchtvaartfilms en –documentaires getoond. Voor meer informatie: www.militaireluchtvaart museum.nl. Openingstijden: dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 tot 16.30 uur, zondag van 12.00 tot 16.30 uur. Op paasen pinkste zondag, Koninginnedag, beide kerstdagen en nieuwjaarsdag is het MLM gesloten. De expositie en het museum zijn gratis te bezoeke Adres: Kamp van Zeist 2-4, Soesterberg, telefoon 0346-356000. E-mail: info@mlm af.dnet.mindef.nl.
Commandant Luchtstrijdkrachten directeur European Air Group C-LSK Luitenant-generaal Hans de Jong is sinds maandag 28 januari, naast Commandant Luchtstrijdkrachten, ook directeur van de European Air Group (EAG). Generaal De Jong neemt deze functie over van zijn Belgische ambtgenoot, luitenant-generaal Gerard van Caelenberge. De functie van directeur van de EAG wordt elke twee jaar door een ander land ingevuld. Nederland wil de komende twee jaar het belang van de EAG en de samenwerking verder vergroten door de nadruk te leggen op het tactische niveau en de multinationale interoperabiliteit. Innovatieve toepassingen moeten dit ondersteunen. De EAG is in 1995 ontstaan als samenwerkingsverband tussen Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. In juni 1999 traden Nederland, België, Duitsland, Italië en Spanje toe tot deze Intergovernmental Agreement. Het voornaamste doel van de EAG is het ontwikkelen en implementeren van beleid, aanwijzingen en initiatieven om
Angelien Eijsink bezoekt Vliegbasis Volkel
Betaaldata salarissen 2007 / 2008 In 2008 wordt het salaris uiterlijk de volgende werkdag na de onderstaande betaaldatum op uw rekening bijge -schreven: donderdag 20 maart 2008, donderdag 24 april 2008, vrijdag 23 mei 2008 (incl.vakantiegeld), dinsdag 24 juni 2008, donderdag 24 juli 2008, vrijdag 22 augustus 2008, woensdag 24 september 2008, vrijdag 24 oktober 2008, maandag 24 november 2008, maandag 22 december 2008. Meer informatie is verkrijgbaar bij de Directie Arbeidsvoorwaardenbeleid van het ministerie van Defensie, tel. 070-3187493.
de operationele capaciteiten van de EAG luchtstrijdkrachten te verbeteren. De EAG wordt tevens gebruikt voor onderzoek naar de rendabiliteit en effectiviteit van projecten waarover binnen de EAGlanden verschil van mening bestaat. Zo voert de EAG momenteel onderzoek uit naar de meest geschikte locatie voor het European Air Transport Centre, waarvoor vliegbasis Eindhoven kandidaat is. Ten slotte is de EAG een forum waarin de landen informeel kennis kunnen nemen van de organisatie, werkwijzen en culturen van de diverse luchtmachten, die de samenwerking ten goede komt. De EAG-staf is gehuisvest in het Verenigd Koninkrijk op de Royal Air Force basis High Wycombe en bestaat uit 28 personen. Na de commando-wisseling bij het Commando Luchtstrijdkrachten op 29 mei wordt de functie van directeur European Air Group automatisch overgenomen door luitenant-generaal Jac Janssen, de opvolger van luitenant-generaal Hans de Jong.
Angelien Eijsink, lid van de Tweede Kamer fractie van de PvdA, was op maandag 25 februari te gast op Vliegbasis Volkel. ‘Ik vond het een heel prettig bezoek, voornamelijk de openheid viel mij het meest op’, aldus Eijsink. Angelien Eijsink heeft als kamerlid Defensie in haar portefeuille. Zij maakt deel uit van de Vaste Tweede- Kamer commissie en voert overleg met de bewindslieden van
defensie over hun beleid. De commissie bereidt ook wetsvoorstellen voor op het gebied van defensie. Dit betreft onder andere het materieelbeleid, het personeelsbeleid en het veiligheidsbeleid. Na aankomst op de vliegbasis bezocht Eijsink het Geneeskundig Centrum voor een vliegmedische keuring. De flightsimulator stond vervolgens op het programma en aansluitend een bezoek aan de hangaar waar het fase onderhoud aan de F-16’s plaatsvindt. De knelpunten rond materieel en het kritische personeelsplaatje die door Commandant Vliegbasis Volkel kolonel Sander Schnitger, commandant van vliegbasis Volkel worden geschetst, leveren veel vragen op van Eijsink. De laatste briefing geeft een overzicht van de taken en inzet van de F-16’s in Afghanistan. Veel is herkenbaar voor Eijsink omdat zij zelf al meerdere keren naar Afghanistan is geweest. Ze vraagt hoe militairen zo’n missie nu eigenlijk ervaren. ‘Het lijkt misschien niet zo, maar ook voor ons is het heel wat om mensen naar conflictgebieden te sturen’, zegt ze. ‘Ook wij vragen ons regelmatig af wat het met mensen doet.’ Foto: Leonie van Helmond, AVDD
31
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Turkse bevelhebber bezoekt Commando Luchtstrijdkrachten c
c
De bevelhebber van de Turkse Luchtmacht, Generaal Aydogan Babaoglu, bracht op woensdag 5 februari een bezoek aan Staf CLSK in Breda. Ook bracht de Turkse generaal een bezoek aan Luchtmachtbasis De Peel en de vliegbases Volkel, Leeuwarden en Gilze-Rijen. Het bezoek aan de Vlieg-
basis Leeuwarden stond in het teken van het informeren over F-16 operatiën en de Fighter Weapons Instructor Training. Foto onderschrift: Kolonel Anton den Drijver, Commandant Vliegbasis Leeuwarden, ontvangt de Turkse Bevelhebber. Foto: Ingrid van der Henne, Fotodienst Vliegbasis Leeuwarden
Kaartleesrit MCAM vanaf Woensdrecht De Militaire Commissie voor Automobiel- & Motorwedstrijden (MCAM) houden op zaterdag 19 april 2008 een oefenrit kaartlezen voor al het burgeren militair personeel (inclusief Reserve en NatRes) van alle krijgsmachtdelen. De rit heeft een lengte van ongeveer 105 kilometer en voert in zijn geheel over verharde wegen. De oefenrit start om 10.00 uur vanaf Vliegbasis Woensdrecht te Hoogerheide. Deelname is in teamverband (een chauffeur en een kaartlezer) in een gevorderden- of beginnersklasse mogelijk. De kosten voor deelname aan de oefenrit bedragen €7,50 per equipe. Een inschrijfformulier voor de oefenrit kan per e-mail of telefonisch (alleen maandag en dinsdag) worden aangevraagd bij het secretariaat van de MCAM, e-mailadres:
[email protected] , telefoon MDTN *06-497-8661 / PTT 0346-338661
Nieuwe simulators voor luchtverkeersleiders Het Engelse bedrijf Micronav levert de nieuwe Air Traffic Control Radar and Tower Simulator (ART-Sim) voor het Air Operations Control Station (AOCS) Nieuw Milligen. Hoofd afdeling Verwerving Systemen DMO kapitein ter zee Ludger Brummelaar heeft daarvoor het contract ondertekend met algemeen directeur Micronav, Mike Male. De radarsimulator wordt eind 2008 geleverd, de torensimulator begin 2009. De twee nieuwe simulators zijn bestemd voor opleidings- en trainingsdoeleinden voor luchtverkeersleiders voor de luchtmacht en de marine. De radarsimulator is aangeschaft ter vervanging van een verouderd systeem. De torensimulator is een nieuwe aanwinst voor Defensie. Op het AOCS Nieuw Milligen is in een speciaal nieuw gebouwd pand een verkeerstoren nagebouwd, waarin op beeldschermen een volledig 3d-omgevingsbeeld van een vliegveld kan worden geprojecteerd. Door de realistische beeldprojectie heeft de cursist het idee dat hij in een echte luchtverkeerstoren zit. De instructeurs kunnen de meest uiteenlopende scena-
DE VLIEGENDE HOLLANDER
32
rio’s afspelen met de naderende (militaire) vliegtuigen. Ook kunnen zij de klimatologische en geografische omstandigheden beïnvloeden. Zo bestaat de mogelijkheid om nieuwe omgevingsbeel-
den (bijvoorbeeld uit Afghanistan) aan de simulator toe te voegen. Met behulp van computersystemen analyseren de instructeurs het gedrag en alle handelingen van de cursist.
JOURNAAL
Dennis Bekkers naar Olympische Spelen Taekwondoka Dennis Bekkers heeft zich tijdens het Europees Olympisch kwalificatie toernooi te Istanbul geplaatst voor de Olympische Spelen. ‘Ik ben hier enorm blij mee’, aldus Bekkers. ‘Hier heb ik al die jaren voor getraind en geleefd en heb ik ook de mogelijkheden gekregen van de bond en Defensie. Vanaf nu kan ik me samen met onze nieuwe coach optimaal voorbereiden op Peking.’
Defensie Open Bowlingkampioenschap Op vrijdag 18 april 2008 wordt voor de 21e keer Defensie Open bowlingkampioenschap georganiseerd. Er wordt in vier klasses gespeeld, namelijk: A-klasse heren 170 en hoger, dames 160 en hoger, B-klasse heren 160 t/m 169.9, dames 150 t/m 159.9, C-klasse heren t/m 159, dames t/m 149.9 en D-klasse heren en dames alleen recreanten. Dit bowlingtoernooi wordt gehouden in Bowling en Partycentrum “De Schelmse Brug” te Arnhem. Het is voor iedere dienende, v.u.t., gepensioneerde militair en burgerpersoneel van alle krijgsmachtdelen. De kosten van dit toernooi bedragen €25 inclusief een herinnering. Sluitingsdatum inschrijving is 9 april 2008. U kunt u opgeven bij Martin en Corry Bosman, Dwarsakker 20, 6691 DK Gendt. Telefoon 0481-424011 of fax 0031 (0)84 723 5547, of e-mail
[email protected].
Commando-overdrachten op Kandahar Airfield Op Kandahar Airfield (KAF) hebben onlangs enkele commando-overdrachten plaatsgevonden. Op RC(S) heeft de Canadese generaal-majoor Lessard het commando op 2 februari overgenomen van de Engelse generaal-majoor Page. Tevens is op RC(S) als plaatsvervangend commandant de Nederlandse brigadegeneraal De Jonge aangetreden als opvolger van de Engelse brigadegeneraal Haines. Als commandant KAF is de Engelse air commodore Stevenson afgelost door de eveneens Britse air commodore Judson. Daarnaast is het Chinook Det III afgelost door Det IV. Ook op Tarin Kowt (TK) vond een commando overdracht plaats. Kolonel Nico Geertsen (TFU 3) gaf het commando over aan kolonel Richard van Harskamp (TFU 4).
REÜNIES EN HERDENKINGEN UNPROFOR/UNPF Datum en tijd: vrijdag 28 maart 2008, van 10.00 tot 16.00 uur Locatie: Generaal Spoor kazerne te Ermelo. Info en aanmelding: Allen die hebben deelgenomen aan deze operatie en zijn opgenomen in het adresbestand, zullen persoonlijk medio januari 2008 een uitnodiging ontvangen. Partners ook van harte welkom. Betrokkenen die onverhoopt niet zijn uitgenodigd worden verzocht dit z.s.m. kenbaar te maken via:
[email protected]. Of bij de secretaris van de Identiteitsgroep Vredesmachten: Frank Kluiters, Albert Schweitzerlaan 10, 2641 ZT Pijnacker Bijzonderheden: Kijk voor verdere inlichtingen betreffende de Identiteitsgroep Vredesmachten op: www.vredesmachten.nl Lustrum 930 Squadron Datum: 10 april Locatie: Vliegbasis Gilze-Rijen Het is al weer bijna 10 jaar geleden dat er voor het 930 Squadron een squadronembleem werd ingevoerd: de DAS. Om dit lustrum niet zomaar voorbij te laten gaan is er een lustrumviering op de Vliegbasis Gilze-Rijen. Alle oud en huidige 930 leden welke gedurende de tijd van de DAS werkzaam zijn geweest worden uitgenodigd. Alle ons bekende adressen krijgen automatisch bericht. Dit lustrum zal plaatsvinden op donderdag 10 april 2008. Uitnodiging niet ontvangen en toch deelnemen? Aanmelden en/of info bij: www.lustrum930.nl of via eerste luitenant Ruud Maas (tel: 0161-296207) en adjudant Hans Tavenier (tel: 0161-296202). 315 Squadron Datum en tijd: 16 april, vanaf 17.00 uur Locatie: Officierscasino aan de Kampweg te Soesterberg. Info en aanmelding: Op
[email protected]. De bijdrage van 35 euro per persoon graag overmaken op rekeningnummer 3311.806.697 t.n.v. C.J. Stoutjesdijk te Amersfoort, o.v.v. RIP 2008. Vermeldt ook e-mailadres en/of telefoonnummer. Bijzonderheden: Alweer voor de vierde maal wordt de reünie van het 315 Squadron gehouden. Alle oud 315-vliegers zijn welkom. Betaling uiterlijk 1 maart. Er kan niet aan de deur worden betaald! Verhindering tijdig doorgeven via e-mail (
[email protected]), waarna het bedrag wordt teruggestort. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Bart Woortman, tel. 053 - 56 96 112. Reünie Blomberg Hollandparty Datum en tijd: zaterdag 10 mei, vanaf 11.00 uur tot einde open Locatie: Blomberg Marktplaats. Info en aanmelding:
[email protected] of onder 00495235503940, gratis Bijzonderheden: Alle militairen met hun families die vroeger op 3GGW gestationeerd waren. 65-jarig bestaan van VGSQ 860 Vliegtuigsquadron 860 is opgericht op 15 juni 1943 en bestaat dit jaar 65 jaar. De viering van dit heugelijke feit is op vrijdag 13 juni 2008 en bestaat o.a. uit een reünie. Als oudmedewerker van VGSQ 860 kunt u voor opgave en informatie bellen: 0223-658551 of mailen:
[email protected]
Lezingen en expositie in Bronbeek Van 20 januari t/m 19 oktober 2008 is in museum Bronbeek in Arnhem de expositie ‘De laatste Batakkoning’ te zien. Hoofdpersoon is Si Singamangaraja XII, koning van het Toba Batakvolk op Sumatra in het voormalige Nederlands-Indië, die jarenlang een guerrillaoorlog voerde tegen het Nederlandse koloniale leger. Het verhaal komt in de expositie tot leven met foto’s, film, documenten en voorwerpen. Toegangsprijs: volwassenen €2,30, kinderen 6 t/m 12 jaar €1,15. Indische Nederlanders bestaan niet, zegt Amis Boersma in haar lezing ‘Indivation. De Indische identiteit van de derde generatie’ in het Arnhemse museum Bronbeek op zondag 9 maart 2008 om 14.00 uur. Toegangsprijs incl. museumentree: €9,- . Inschrijving is noodzake-
lijk: Volksuniversiteit Arnhem, telefoon 026 4422363 of www.volksuniversiteit. nl/arnhem. Kinderen t/m 12 jaar kunnen op 20 & 22 februari en 19 maart 2008 genieten van splinternieuwe vertelvoorstellingen en een workshop in het Arnhemse museum Bronbeek. Woensdag 19 maart: vertelvoorstelling Haas tamboer. Haas Tamboer was een heel bijzonder dier! Hij kon iets wat geen enkele andere haas kon. Dat had hij geleerd van de oude soldaten die op Bronbeek woonden. Leeftijd: 4 t/m 9 jaar, tijd: 13.30-14.30 uur. Reserveren is voor elke activiteit gewenst: T (026) 376 35 55. Info: www.bronbeek.nl. Adres: Museum Bronbeek, Velperweg 147 Arnhem - www. bronbeek.nl
33
DE VLIEGENDE HOLLANDER
&
Mensen
Mutaties
Bevorderingen militairen Co Commodore Ha Haaf, THW ten per 1/24/2008 (Afd. Planintegratie en Invest.) Ko Kolonel
Ca Campo, JM à per 1/10/2008 (LSK:BUR ATT. PA PARIJS), Ravensbergen, C, Drs. per 1/1/2008 (Afd.Onderzoeken Int.Beheersing) Luitenant-kolonel L Lu
Ba Bakker, KJ per 1/1/2008 (ACO:AIRSOUTH A3 FORCE PROT.), Boven, JWS van, Ing. per 1/1/2008 (LSK:SIE INFRA. & JUR. BEHEER), Dijkstra, M per 1/1/2008 (DGV: Bur Krijgsmachtpredikant), Haar, J van der per 1/1/2008 (LSK:SIE PERSONEELSBEHEER & FTW)
per 1/26/2008 (LW:WE VLIEGT. ONDERHOUD (VO)), Kruit, FS per 1/12/2008 (LW:WE VLIEGT. ONDERHOUD (VO)), Lagemaat, J van de per 1/29/2008 (AOCS:WE MPR/GU), Leusen, RBA van per 1/16/2008 (GGW:CIS MAINTENANCE 800), Lodewijk, R per 1/19/2008 (LW:WE VLIEGTUIGHULPAPP.), Meulen, P van der per 1/26/2008 (VKL:WE POO F-16), Peeters, MJAM per 1/6/2008 (GZRY:WE MECH. OH /VRTGOH), Peters, JHA per 1/1/2008 (ACT:JAPCC ADM BRANCH), Putten, NJP van per 1/27/2008 (AOCS:KNT WAPENDIR OPL), Wal, AP van der per 1/26/2008 (LW:WE VLIEGT. ONDERHOUD (VO)), Wall, MFEM van de per 1/9/2008 (VKL:WE WAPENTECHNIEK) Sergeant S Se
Majoor M
Gr Groothuis, EH per 1/2/2008 (SSB:PVE SQN OP OPERATIEN 300), Wens, G per 1/1/2008 (LSK:SIE IV-BESTURING)
Be Bergers, HL per 1/1/2008 (VKL:PVE BRANDW WEER), Pas, M te per 1/7/2008 (SSB:PVE SQN OPERATIEN 298) Korporaal der eerste klasse Ko
Be Bernards, PJM, Ing. per 1/1/2008 (LCW AC ACCTMGMT CLAS & OVR SYSN), Hurkens, T per 1/1/2008 (AOCS:CAPP SIE B), Hurkens, T per 1/1/2008 (AOCS:CAPP SIE B), Hussen, NPJ van per 1/1/2008 (VKL:VLUCHT 1 311), Letteboer, EJH per 1/1/2008 (GZRY:BUR RECHTSP&ADMIN)
Be J.L.C. de per 1/2/2008 (LW:PVE BEWABeer, KI KING), Dekker, W per 1/22/2008 (LW:SIE WEGTRANSPORT), Lamers, TTM per 1/23/2008 (GGW:STNGRTM 2 PELB TVS BEW 650), Tjaäroeme, M per 1/23/2008 (GGW:STNGRTM 4 PELA TVS BEW 650), Wal, A van der per 1/23/2008 (GGW:STNGR TM1 PELA TVS BEW 650)
Vaandrig V a
Korporaal Ko
Ro Roelevink, L.H., Ing. per 1/1/2008 (LCW GSM CL LU VKBEV)
Do Dominici, F per 1/11/2008 (SSB:HELIKOPTER ON ONDERHOUD 298), Weide, R van der per 1/11/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298)
Kapitein Ka
Adjudant Ad
Aa Aalzum, RF van per 1/1/2008 (LCW FYSDISTR BA BACKOFFICE), Ekkelboom, R per 1/1/2008 (LSK:SIE OPERATIONELE LOGISTIEK), Evenhuis, PJ per 1/1/2008 (LW:KANT STANDAARD & EVAL), Hamans, WH per 1/1/2008 (LSK:ORKEST), Laseur, FA per 1/1/2008 (DCIVB: Resourcepool Matlog), Nouwens, CH per 1/1/2008 (GGW:SIE ONDERH. WAPENSYST. 802), Pol, J van den per 1/1/2008 (SSB:ME POL/OPSL&DISTR), Smits, HJ per 1/1/2008 (VKL:PVE LUCHTVERKEERSBEVEIL.), Smits, HJ per 1/1/2008 (VKL:PVE LUCHTVERKEERSBEVEIL.), Teije, JW ten per 1/30/2008 (AOCS:BUR ONDERZ INT BEHEERSING) Sergeant-majoor Se
Bo MPA de per 1/2/2008 (OKLU:VG Boer, VL VLIEGTUIGMECHANICA), Dalloyaux, CKJ per 1/1/2008 (OKLU:VG OUT OF AREA), Darson, TAMJ per 1/1/2008 (OKLU:CIS COORDINATION CENTRE), Gadir, RFM per 1/1/2008 (EHV:CIS MAINTENANCE), Grygiel, AM per 1/21/2008 (LCW GSM CL LU VKBEV), Hagen, JJHTWM per 1/14/2008 (OKLU:BEWAKINGSPELOTON 3), Hendriks, MHA per 1/2/2008 (VKL:PVE LUCHTVERKEERSBEVEIL.), Hendriks, MHA per 1/2/2008 (VKL:PVE LUCHTVERKEERSBEVEIL.), Maree, R de per 1/7/2008 (EHV:SMV OPS), Peeters, FLG per 1/2/2008 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 311), Piek, HA, Ing. per 1/14/2008 (GZRY:CIS MAINTENANCE), Veldhuis, PM per 1/1/2008 (LSK:ORKEST), Vleeming, MJGJ per 1/1/2008 (NSU RAMSTEIN/COGP) Sergeant der eerste klasse Se
Be Beus, MW de per 1/26/2008 (A (AOCS:HONDENSECTIE), Corstens, RJM per 1/29/2008 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 311), Damen, P per 1/28/2008 (VKL:WE WAPENTECHNIEK), Dikkers, MWJ per 1/30/2008 (SSB:HONDENSECTIE), Eijsink, GH per 1/15/2008 (AOCS:CAPP SIE A), Eijsink, GH per 1/15/2008 (AOCS:CAPP SIE A), Huiges, WH
DE VLIEGENDE HOLLANDER
34
Schaal 12
Jansen, F.M. per 1/1/2008 (LSK:AFD OIB), Koijen, PHJM, Drs. per 1/2/2008 (LSK:SIE BEDRIJFSVOERING) Schaal 07
Kuipers, T per 1/1/2008 (LW:P&O ADVISEURS SPECIALISTEN) Schaal 06 Habermehl, A per 1/7/2008 (LSK:AFD PERS. ONTWIK. & OPL.),
M E N S E N & M U TAT I E S
Actieve dienst verlaten Ko Kolonel Ru Ruijs, BAF, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern Luitenant-kolonel Lu Ca Carbo, MM, (per 1/1/2008) Hfd Sie Infra, Verstr straeten, MMAJ, (per 1/1/2008) Hfd Defensie Wapenbeheersing M Majoor Ho Hout, H van der, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing IIntern t Ka Kapitein De Derickx, P, (per 1/1/2008) Vlchtcdt Ops Vlieg SSqn, Francken, RJ, (per 1/1/2008) Ot Bur Projen Milatcc, Hovens, FA, (per 1/14/2008) OT BOD Movem&Transportation, Nijland, S, (per 1/23/2008) OT 3 OC Ops, Rooijen, RL van, (per 1/1/2008) Off Wapendir(A2) Ee Eerste luitenant Ak Akse, TJ, Drs., (per 1/1/2008) Jr Mdw OIB, Al Almekinders, J, (per 1/1/2008) Arrival Controller, Jansen, J, (per 1/1/2008) Flight Engineer/Instr Kdc10, Lutkenhaus, SWF, Ing., (per 1/1/2008) Hfd Cis Maint, Pots, WL, (per 1/1/2008) Hfd Material Mngmnt Info, Vermeulen, PJ, (per 1/1/2008) Ot Integrale Kwal Zorg T w Tweede luitenant Ka a Kaspers, SE, (per 1/1/2008) Cursisten VTO KLu V a Vaandrig Ac Achthoven, GMH, (per 1/1/2008) Cursisten VTO KL KLu Ad Adjudant Be Berg, HBP van den, (per 1/1/2008) Hfdopzichter Cis Operations, Bergman, J, (per 1/1/2008) Hfd Vogelwacht, Blokhuis, HJM, (per 1/1/2008) Instr/Coord Militaire Sport, Bonvanie, HM, (per 1/1/2008) Mdw Passieve Verdediging, Bruin, APM de, (per 1/1/2008) Mdw Voorlicht & Comm, Buwalda, J, (per 1/1/2008) Supervisor Pve Meteo, Dam, BB, (per 1/1/2008) Mdw Admin, Delzen, K van, (per 1/1/2008) Adj Muzikant, Feddes, MA, (per 1/1/2008) Ass Pers Consulent, Jamin, AM, (per 1/1/2008) Flight Engineer C130, Joode, RP de, (per 1/1/2008) TECHNICUS WAPEN, Kohl, JAA, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern, Lubbers, JM, (per 1/1/2008) Admin, Murawski, EJ, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern, Post Uiterweer, NEE, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern, Ruijters, H, (per 1/1/2008) Hfd Bedr Bur, Sterling, B, (per 1/1/2008) 1e Mdw Avt Bedr Bur, Veldt, F van der, (per 1/1/2008) Hopz Cis Resour Configmngmnt Sergeant-majoor Se e B Bo Bot, AMP, (per 1/1/2008) Mdw Admin Zkn, B Bovenmars, AHM, (per 1/1/2008) Oot Vot F16 Syst, Diepenbroek, RGHM, (per 1/1/2008) Hfd Bur Fac Mngmnt, Elfrink, H, (per 1/1/2008) Oot Vo F16 Motoren, Engelen, J, (per 1/1/2008) Materieel Logistiek Alg Ntb, Haar, H van der, (per 1/1/2008) Jr Mdw Bur Mngmnt Control, Hagen, CE, (per 1/1/2008) Techn Avt Apache, Heuver, T, (per 1/1/2008) Squadron Sergeant-majoor, Kempers, AHM, (per 1/1/2008) HFD PREVENTIE, Kloppenborg, GJ, (per 1/1/2008) Hfd/Plv Hfd Tech/ Intend Magaz, Meerenburgh, JW, (per 1/1/2008) Mdw Mat Voorz/Bestelposten, Stoffels, JGM, (per 1/1/2008) Pel Cdt Bewak, Weinans, BJG, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern S e Sergeant der eerste klasse A m Amels, JH, (per 1/1/2008) Spec Cis Maint, Berg, CJ CJH van den, (per 1/21/2008) Spec Wapentechn F16, Bezemer, DCA, (per 1/1/2008) Loadmaster Cougar, Bijker, MC, (per 1/1/2008) Onderbrandmeester, Bogers, MFML, (per 1/1/2008) Rij-instr,
Braak, AWJA van den, (per 1/1/2008) Onderbrandmeester, Brouwer, DJ, (per 1/23/2008) Mdw Magazijn, Everdingen, WHM van, (per 1/1/2008) Mdw Schilderen, Ferwerda, MJ, (per 1/1/2008) Mdw Vliegveiligheidsuitrusting, Fitters, HM, (per 1/1/2008) 1e Mont Voertuigtech, Fortuijn, KB, (per 1/1/2008) Oot Metaalbewerking, Gast, P de, (per 1/1/2008) Oot Belading/Verkenning, Geefhuizen, B, (per 1/1/2008) Behrdr Pol/Ca/Chauf Brst Vrtg, Giele, M, (per 1/1/2008) Groeps-/Wacht-/Plv Pelcdt, Griendt, B van de, (per 1/1/2008) Teamcdt Stinger/Groeps Cdt, Groen, P, (per 1/1/2008) Oot Metaalbewerking, Hogeweg, J, (per 1/1/2008) Mat Behrdr, Hoveling, M, (per 1/1/2008) Monteur Wc Gronduitr Platf, Ignatia, RH, (per 1/1/2008) Jr Medewerker V&B, Kariem, RMN, (per 1/1/2008) Waarnemer, Kleij, H ten, (per 1/1/2008) Techn Vot F16 Syst, Kromjongh, S, (per 1/1/2008) Specialist Lvb, Leertouwer, BO, (per 1/1/2008) Mdw Administratie P&o, Lubkemann, R, (per 1/1/2008) Monteur Wc Gronduitr Platf, Mollink, M, (per 1/1/2008) Groeps-/Wacht-/Plv Pelcdt, Most, J van der, (per 1/1/2008) Techn Vo F16 Mot On/ Off Equip, Nagtegaal, AC, (per 1/1/2008) Spec Cis Maint, Nijenhuis, HJ, (per 1/1/2008) Techn Vltg Plaatwerk, Roes, PJE, (per 1/1/2008) Techn Wapentech Apache, Schipper, R, (per 1/1/2008) TECHN GASTURBINES, Spalburg, RR, (per 1/1/2008) Mat Behrdr, Straatman, BP, (per 1/31/2008) Mdw Vliegops Ondersteuning, Toevank, M, (per 1/3/2008) Techn Vot F16 Gereedstelling, Verbeten, M, (per 1/1/2008) Spec Cis Maint, Versleijen, M, (per 1/8/2008) Monteur Wc Gronduitr Platf, Waardenburg, TJ van, (per 1/1/2008) Ass Sqn Inl, Weustink, D, (per 1/1/2008) Specialist Lvb, Wijgerink, WBM, (per 1/1/2008) Mat Behrdr, Wit, B de, (per 1/1/2008) Mat Beheerder, Witteveen, Í, (per 1/1/2008) Transportldr, Zanden, M.L.B. van der, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern
SHGF, (per 1/31/2008) Hondengeldr, Pikkaart, B, (per 1/29/2008) Brandwacht, Pilage, M, (per 1/1/2008) Ass Mat Behrdr Dic/Chauff Bce, Radsma, MJ, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Reurling, E, (per 1/15/2008) Ass Behrdr Pol/Ca/Chf Brst Vr, Schenker, PH, (per 1/1/2008) Brandwacht, Schipper, R, (per 1/1/2008) Ass Mont Gronduitr, Schleich, B, (per 1/1/2008) Ass Mat Behrdr Dic/Chauff Bce, Schlosser, R, (per 1/1/2008) Brandwacht, Smallenbroek, E, (per 1/1/2008) Chauf, Soijo, EM, (per 1/1/2008) Hondengeldr, Steen, I van der, (per 1/1/2008) Overtollig BBT SBK, Talen, D, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Tel, M, (per 1/1/2008) Hondengeldr, Veen, TY van der, (per 1/24/2008) Kpl Ogrv, Velde, WE van de, (per 1/1/2008) Techn Vot F16 Syst, Verrijzer, MS, (per 1/1/2008) Hondengeldr, Visch, MS, (per 1/1/2008) Ass Gl Alg, Visscher, FR, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Wachtmeester, M, (per 1/2/2008) Overtollig BBT SBK, Wiersma, DA, (per 1/1/2008) Chauf
Se Sergeant Aa Aa, L van der, (per 1/1/2008) Specialist Lvb, Dam, H van, (per 1/1/2008) Transportldr, Moehamadsaleh, HR, (per 1/1/2008) KLU Herplaatsing Intern, Wijering, MKH, (per 1/1/2008) Specialist Lvb
Schaal 09 Burgers, WJ, (per 1/1/2008) Co-pilot Kdc10, Jonker, J, (per 1/15/2008) Bedrijfsfysiotherapeut, Kremers, GM, (per 1/1/2008) Mdw Werving
Ko Korporaal der eerste klasse Ad Adriaansen, MHW, (per 1/18/2008) Kpl Bewake ker, Akyurek, B, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Bergsma, M, (per 1/1/2008) Chauf, Boer, S de, (per 1/1/2008) Ass Monteur Voertuigtech, Buuts, AHJG, (per 1/4/2008) KLU Herplaatsing Intern, Dekker, M, (per 1/1/2008) Overtollig BBT SBK, Demir, M, (per 1/1/2008) Brandwacht, Denissen, B M M, (per 1/2/2008) Kpl Bewaker, Dobos, P, (per 1/13/2008) Overtollig BBT SBK, Dolman, P, (per 1/1/2008) Brandwacht, Drabe, MF, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Ensink op Kemna, PAJ, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Giesbergen, C van, (per 1/1/2008) Brandwacht, Haan, B de, (per 1/26/2008) Chauf/ Pol, Haasdijk, E, (per 1/10/2008) Chauf, Hardeveld, M van, (per 1/1/2008) Ass Cis Maint, Heij, R, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Hendriks, MJA, (per 1/30/2008) Sld Bewaker, Herijgers, JAM, (per 1/1/2008) Chauf/Pol, Hoeflaak, R, (per 1/1/2008) Brandwacht, Hoen, B, (per 1/1/2008) Overtollig BBT SBK, Holsboer, R., (per 1/1/2008) Nivo 2 Kpl Brandweer, Hooymans, BR, (per 1/1/2008) Hondengeldr, Jong, BM de, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Jongh, EBW, (per 1/1/2008) Brandwacht, Kamphorst, ID, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Kaspers, M, (per 1/1/2008) Overtollig BBT SBK, Kok, S, (per 1/1/2008) Ass Mat Behrdr Dic/ Chauff Bce, Kooi, S, (per 1/31/2008) Chauf/Pol, Korn, E, (per 1/1/2008) Chauf, Lieshout, GM van, (per 1/1/2008) Hondengeldr, Lisle, MG de, (per 1/1/2008) Kpl Bewaker, Mantiri, J, (per 1/1/2008) Brandwacht, Mensink, JH, (per 1/1/2008) Chauf, Nijzink, B, (per 1/1/2008) Overtollig BBT SBK, Ooms, AM, (per 1/1/2008) Brandwacht, Otto,
Ko Korporaal Be Beij, IA, (per 1/1/2008) Individueel begelpel KLu, Do Dongelmans, M, (per 1/1/2008) Kpl Ogrv So Soldaat der derde klasse Co Coumans, C.L., (per 1/11/2008) Nivo 3 Ooff M Materieel, Retera, K.A.J., (per 1/18/2008) Nivo 2 Kpl Bewaking, Spanje, M van, (per 1/4/2008) Cursisten 2 KLu Schaal 14 Folkers, MJ, Drs., (per 1/1/2008) Tandarts Schaal 10 Bakker, HO, (per 1/1/2008) Instr Radar Oplen, Gerwen, WJM van, (per 1/1/2008) Arts, Keuls, AG, (per 1/1/2008) Co-pilot Kdc10, Marcellis, NGW, (per 1/1/2008) Hfd Bur Persvoorziening
Schaal 08 Eertwegh, PAC van den, (per 1/1/2008) Opz Cis Maint, Schroeyers-Pijnen, MA, (per 1/1/2008) Mdw Bur Management Control Schaal 07
Heezen, D, (per 1/1/2008) Mdw Stagebegeleiding, Roelofs, AM, (per 1/1/2008) Mdw Personele Rechtspositie, Vreekamp, PC, (per 1/1/2008) T A&p F50/F60/A P Giv/Eng Run Schaal 06
Cuylenborg, GM van, (per 1/1/2008) KLu Herplaatsing Extern, Nieuwenhof, JP van de, (per 1/1/2008) Dockchf Kdc10, Walraven, H, (per 1/1/2008) Instr CIS Maintenance, Willemse, R.C., (per 1/1/2008) Spec Cis Operations Schaal 04
Barsi, A, (per 1/1/2008) KLu Herplaatsing Extern, Greunsven, JWJM, (per 1/1/2008) Chauf, Groen, MFM, (per 1/1/2008) Mdw Gnk Verz, Molenaar, AC, (per 1/1/2008) Medew Bur Fac Mngmnt, Willemsen, JRR, (per 1/1/2008) Hopz Cis Hlpdsk Schaal 03
Busscher-Matser, R, (per 1/1/2008) Ass Cis Operations, Tandarts; Kim, W, Drs., (per 1/1/2008) Tandarts
35
DE VLIEGENDE HOLLANDER