de Vliegende Hollander Maandblad voor de Koninklijke Luchtmacht 65e jaargang - nummer 4 - april 2009
COUGARS IN AFGHANISTAN
MEIVLIEGERS vertellen nog één keer hun verhaal
FORCE PROTECTION moet tweede natuur worden
KANTOOR TESTVLIEGEN voelt F-16 aan de tand
COLOFON UITGAVE Commando Luchtstrijdkrachten Bureau Luchtmachtcommunicatie
4
HOOFDREDACTEUR Luitenant-kolonel Willem Bogaard EINDREDACTEUR Arno Marchand REDACTEUR / ARTDIRECTOR June Smit REDACTIE Ingmar Kooman, Jopke van Lisdonk, Remon de Groot
Foto: Gerben van Es, AVDD
VORMGEVING EN LITHOGRAFIE Ruud Baas, TDS printmaildata DRUK en OPLAGE OBT bv, Den Haag - 28.500 ex.
14
REDACTIE Telefoon 076-544 71 30 Fax 076-544 71 31 INTERNET www.luchtmacht.nl E-MAIL
[email protected] BEZOEKADRES Luchtmachttoren, Luchtmachtplein 1 4822 ZB Breda
‘Wij moesten de Alouette III vervangen, en er antitankhelikopters voor terugkrijgen’
Foto: Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg
POSTADRES Postbus 8762, 4820 BB Breda OMSLAGFOTO De presentatie van het nieuwe toestel van de F-16 Demoteam vond plaats op 2 april. Onderweg vloog het toestel samen met zijn voorganger, waarvan Eric Vorstenbosch van de AVDD deze spectaculaire opname maakte. In een volgend nummer meer over het team
ADRESWIJZIGINGEN Actief dienende militairen, reservisten en burgermedewerkers van de Koninklijke Luchtmacht wordt verzocht de adreswijziging te laten muteren in PeopleSoft. Postactieven, reservisten, veteranen, betalende abonnees en alle overige lezers wordt verzocht de adresdrager met vermelding van het juiste adres op te sturen naar het retouradres: Staf Commando Luchtstrijdkrachten CLSK/Kabinet/Bureau Postactieven Abonnementenadministratie Vliegende Hollander Postbus 8762, 4820 BB Breda Telefoon 076-544 7133 of 544 7136 BOT-militairen en burgermedewerkers die hun contract met Defensie voortijdig beëindigen en BBT-militairen die de dienst verlaten, hebben geen recht op een gratis abonnement horend bij de status van postactieve. Een abonnement op de Vliegende Hollander kost €17,02 per jaar (buitenland €21,55) en kan worden aangevraagd bij: Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Telefoon: 0900-22 65 263 (10 ct per min.) Fax: 0251-31 04 05 www.aboland.nl Opzegtermijn bedraagt zes weken. Aanhaling uit en overname van (delen van) artikelen in dit blad is toegestaan, met toestemming van de redactie en mits de bron wordt vermeld. ISSN 0024-0389
DE VLIEGENDE HOLLANDER
2
‘Het concept om een testvliegtuig ook operationeel inzetbaar te houden, is uniek’
24 Foto: Marco Ferrageau de Saint Amand
4 | Missie boven Afghanistan Sinds september 2008 staan vijf Cougars van het 300 Squadron op Kandahar Airfield. Maar wat maakt een bemanning zoal mee tijdens een missie boven Uruzgan?
14 | Kwart eeuw helikopterwerkgroep In 1984 begint een projectgroep met de vervanging van de Alouette III en de acquisitie van een nieuwe helikoptervloot. Tegenwoordig kan niemand meer om helikopters heen.
10 | Meivliegers Enkele van de laatste vliegers uit de meidagen van 1940 verschijnen voor de camera in de Meivliegers. Filmmaker Hans Vos spreekt over de totstandkoming van deze bijzondere film.
17 | Op alles voorbereid Specialisten van de European Air Group bespraken vele aspecten van Force Protection op een door de KLu georganiseerd FP-symposium. ‘Vooruitdenken is essentieel.’
13 | Huizinga wint persprijs Nooit wijst luchtmachter en voormalig topjudoka Mark Huizinga de pers de deur. Voor die attitude ontving hij een onderscheiding van de Nederlandse Sport Pers.
22 | Werving De luchtmacht steekt met reclamecampagne en interactieve websites zoals Base-X en Hyves in op de belevingswereld van jongeren.
Column
‘Moe, maar voldaan zit na acht en een half uur vliegen de dag erop’
Foto: Arno Marchand
Nieuwe wervingscommercials
Begin deze maand deed zich een bijzondere gebeurtenis voor. Op 3 april heb ik aan prof. mr. Pieter van Vollenhoven op de Vliegbasis Gilze-Rijen het Romeinse cijfer XL uitgereikt, behorend bij het Officierskruis. In het verleden vervulde de heer Van Vollenhoven zijn dienstplicht bij de Juridische Afdeling Staf Bevelhebber der Luchtstrijdkrachten. Tijdens zijn dienstplicht volgt hij op de Vliegbasis GilzeRijen de Vliegeropleiding Klein Militair Brevet, die hij succesvol afrondt. Na zijn afzwaaien wordt hij reserveofficier-vlieger bij het 300 Squadron op de toenmalige Vliegbasis Deelen. Inmiddels is hij dus veertig jaar reserveofficier, en bekleedt hij de rang van kolonel (R). Dit jaar wordt kolonel (R) Van Vollenhoven 70 jaar.
22
Foto: Sjoerd Hilckmann / AVDD
‘Eerst enthousiasmeren en interesseren, daarna start de interactie’
24 | Testvliegen Een kleine, onbekende, maar zeker niet onbelangrijke gebruiker van de F-16 is het Kantoor Testvliegen op de Vliegbasis Leeuwarden. Vaste rubrieken 8 | Een dag op stap met… Eerste luitenant Jack Brummer is als Hoofd Squadron Stafbureau van het DMLO Squadron van vele markten thuis. 20 | Vervlogen Tijden De Fokker S.11 neemt vanaf 1950 de elementaire opleidingsrol over van de Tiger Moth. 28 | Leeswijzer 29 | Journaal 34 | Mensen & Mutaties
April staat ook in het teken van de nieuwe wervingscommercials. Op diverse luchtmachtonderdelen zijn hiervoor opnames gemaakt. Voor onze organisatie is de instroom van nieuw personeel van groot belang. Vanuit de luchtmacht worden mensen op vele manieren geïnteresseerd voor een baan bij het CLSK. Zo vinden informatiebijeenkomsten plaats, en wordt tijdens vele beurzen en manifestaties aandacht besteed aan de vele banen bij de Koninklijke Luchtmacht. Ook worden tv-commercials uitgezonden waarvan in april de nieuwste versies te zien zijn. Voor de opnames van de nieuwste commercials is op een aantal onderdelen behoorlijk wat ondersteuning geleverd. Ik weet dat daarbij veel komt kijken. Alles moet immers kloppen op het moment van de opnamen: de beschikbare mensen, het materieel, het script. Ik dank daarom eenieder die bij de opnamen van de commercials is betrokken. Het resultaat mag er zijn! Ik denk dat de luchtmacht er wederom in is geslaagd een aantal succesvolle wervingsspots te laten maken, mede dankzij de inspanning van velen van u. Realiseert u zich trouwens dat u de belangrijkste ambassadeur bent van onze organisatie? Als geen ander kunt u aan de buitenwereld vertellen over uw werk in onze organisatie. Ik vraag u om een eerlijk en afgewogen verhaal over uw werk bij de luchtmacht te vertellen aan jongeren, die wellicht morgen uw collega’s zijn. Het is tenslotte een gezamenlijk belang om de vacatures in de organisatie zo snel mogelijk te vullen. Een mooi voorbeeld hiervan is de serie Top Gun Holland die de KRO vanaf 19 januari tien weken lang op Nederland 3 uitzond. In deze real-life serie is de opleiding tot F-16 vlieger in beeld gebracht. Niet met acteurs of een voorgeschreven script, maar gewoon een realistische weergave van de werkelijkheid. Alle hoogtepunten en dieptepunten die de aspirant-vliegers tijdens de keuring en opleiding op hun pad kregen, passeerden de revue. Maandag 23 maart heb ik samen met de makers en alle mensen die hebben meegewerkt de laatste aflevering op groot scherm kunnen bekijken. Het is bijzonder om te zien hoe professioneel de kandidaten en leerling-vliegers omgaan met de aanwezigheid van media. En dat terwijl de opleiding zelf al zwaar genoeg is. Dankzij hun flexibiliteit en inzet, is een kijkje in de keuken van de luchtmacht gegeven en het resultaat is zeker iets om trots op te zijn. Indien u wilt reageren verzoek ik u dit per mail te doen. Het adres is:
[email protected]. •
3
DE V VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
Tactisch vliegen maakt risico transportvluchten Cougar zo klein mogelijk
Missie boven Afghanistan Het is 10 voor half vijf in de ochtend. Op het platform staan de vijf Cougars van de 1 (NLD) Air Task Force te wachten op de komende missie. In de Dutch Compound op Kandahar Airfield (KAF) is het nog stil, maar bij Ops loopt de koffie al. De Cougarcrews pakken een vers bakkie en lopen door naar de briefingroom. Zwijgend start de vluchtleider het beeldscherm op. Het is tijd voor de briefing. Tekst: Wilko ter Horst | Foto’s Gerben van Es, AVDD
In verschillende afmetingen liggen de vliegkaarten voor de crew op tafel uitgestald. Voor de briefing staan ze ook op het grote beeldscherm afgebeeld. Blauwe lijnen en cirkels markeren de te vliegen routes en landingspunten, allemaal in Uruzgan. Na de laatste notities begint de vluchtleider de briefing voor de overige crewleden. Hij opent met een uitleg over de missie, de te vliegen routes en de landingzones. Op het scherm toont hij close-ups van de locaties. Vervolgens is het tijd voor een intell-update over de veiligheidssituatie in de gebieden waarlangs de routes lopen en de locaties van de landingszones. Daarna werkt de vluchtleider de hele rij af; welke crew op welke heli vliegt, de beschikbare communicatiemiddelen, de soorten missies, de aantallen passagiers voor
DE VLIEGENDE HOLLANDER
4
R E P O R TA G E
de diverse trajecten en de weersverwachting. Dat laatste is, in combinatie met de hoogte, belangrijk voor het berekenen van de hoeveelheid brandstof en het te vervoeren gewicht. In het laatste gedeelte van de briefing neemt de vluchtleider nog even alle veiligheidsprocedures door, zoals tactisch vliegen, uitwijkmanoeuvres en de noodprocedures. Ook komt ter sprake waar de Cougars ondersteuning van Apaches krijgen en op welke frequentie die zijn te bereiken. Alles bij elkaar is de briefing bondig en duidelijk, zodat er tijdens de vlucht geen misverstanden kunnen ontstaan. De crews zijn van alle gegevens op de hoogte en hebben een vlucht van ruim zeven uur voor de boeg. Checks Bij Intell staat een aantal bakken voor de persoonlijke bezittingen van de bemanning zoals portemonnees, naamlinten, badges; het zogenoemde strippen. Flightcrews, op welk type dan ook, nemen tijdens vluchten namelijk geen persoonlijke bezittingen mee. Bij de mensen van de Vliegveiligheidsuitrusting halen ze hun uitrusting op. De vesten gaan aan, kaarten en helm mee in de daarvoor bestemde tassen. Op het platform aangekomen, lopen de crews eerst nog even bij Ops naar binnen, waar de onderhoudsformulieren van de beide heli’s klaarliggen. De vliegers lezen ze door en tekenen ze ter goedkeuring af en lopen richting de Cougars. Daar is de grondcrew al een tijd bezig met het vliegklaar maken van de toestellen. De heli heeft een pre-flight check gehad en is
‘good to go’. De loadmaster en de doorgunner laden alle tassen in en bereiden zich voor op de eerste passagiers, terwijl de vliegers rondom de kist lopen voor een laatste inspectie. Na het instappen gaat eerst de kogelwerende plaat achter het vest. De heli is goed bepantserd, maar de kevlar-plaat geeft extra bescherming voor de borst. Terwijl de heli opstart, helpt de loadmaster de laatste passagiers aan boord. Daarna trekken loadmaster en doorgunner ook hun scherfvest aan, zetten hun helm op en installeren zich achter hun boordwapen. Als iedereen in de riemen zit, volgt nog een check van de interne communicatiemiddelen. De verkeerstoren geeft toestemming om te taxiën, en de loadmaster en doorgunner laden hun boordwapens door. Kleinkaliberwapens De eerste ‘leg’ of etappe van vandaag bestaat uit een passagiersvlucht naar Kamp Holland in Tarin Kowt (TK).
5
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
Op exact de geplande tijd komen de wielen van de grond. De vlucht gaat laag richting het oosten en draait vervolgens naar het noordoosten af. De zon komt
achter de bergen op en dat geeft een imposant beeld van de Afghaanse bergen. Het is nog wat heiig. Tijdens het laag vliegen scant de hele crew de omgeving. Iedereen let op eventuele stilstaande auto’s, groepjes personen of verdachte bewegingen. Dit om het risico geraakt te worden door kleinkaliberwapens tot een minimum te beperken: een continue dreiging tijdens het vliegen in Afghanistan. Daar passen de Cougars hun vluchtpatroon op aan. Tactisch vliegen is hier een must. De Cougar zet een klim in tot boven de eerste heuvelrug die tussen KAF en TK ligt. Op deze hoogte is de aanblik op de besneeuwde bergtoppen nog spectaculairder. De zon komt nu langzaam boven de bergen uit en vult de cockpit
DE VLIEGENDE HOLLANDER
6
met de eerste zonnestralen. Wat is vliegen dan mooi. Na ruim twintig minuten vliegen over de bergen, begint de daling richting TK om daar de eerste passagiers af te zetten. Iedereen scant tijdens het laagvliegen de omgeving. Kamp Holland is nu in zicht en de verkeersleiding geeft landingstoestemming. Op het landingsterrein staan de nieuwe passagiers klaar voor het volgende deel van de vlucht. De crew loopt routineus de before landing checks door. De landing verloopt vlotjes. Samen met de loadmaster bepalen de vliegers aan de hand van de buitentemperatuur en te vliegen hoogte, hoeveel brandstof nog extra nodig is voor de volgende trip met acht
passagiers. Nadat iedereen is uitgestapt, hoveren de helikopters naar de refueling-locatie en weer terug om de nieuwe passagiers aan boord te nemen. Om half zeven zijn ze weer airborne voor de volgende leg. Beide heli’s gevuld met passagiers en vracht. We vliegen boven Uruzgan en iedereen aan boord is wederom alert. De vlucht gaat laag door een vallei richting het noorden.
Risicolocaties zoals de wadi’s, de groene zones langs de rivieren, worden zoveel als mogelijk gemeden. Waar nodig klimmen de helikopters boven de grens van kleinkaliberwapens uit. Al snel komt de volgende locatie in zicht. De passagier eruit, volgende groep er weer in en naar de volgende locatie. Zo vliegt de ochtend voorbij. Apaches Na een aantal passagiersvluchten op de grotere locaties, nu enkele passagiersvluchten richting de zogenoemde Forward Operating Bases. Omdat deze locaties in gebieden liggen waar verhoogde vijandelijke dreiging is, krijgen de Cougars ondersteuning van twee Apaches. Na de take off laag richting vallei. Iedereen kijkt scherp mee. Ze vliegen zoveel mogelijk langs de wadi’s en quala’s in plaats van er overheen, om de risico’s tot een minimum te beperken. In de buurt van de landingszone verkennen de crews het gebied extra goed voordat ze de uiteindelijke landing inzetten. Dat doen ze pas nadat de vliegers een go van de Apaches krijgen. Terwijl de Cougars
R E P O R TA G E
afdalen, blijven de gevechtshelikopters in de buurt hangen. Na het landen stappen de passagiers direct uit de Cougars, en komen de passagiers meteen aan boord voor de volgende leg. Snelheid is hier van belang om zo kort mogelijk op de landingsplaats te blijven staan. Nog één keer passagiers naar TK brengen, en dan terug naar huis. Eenmaal aangekomen hebben ze er een vlucht van ruim zeven uur op zitten. Re-tasking Vlak voor de take off naar TK krijgen de crews via de radio een re-tasking. Dit zijn vluchten die buiten de geplande routes vallen en prioriteit hebben op de nog te vliegen routes. Na een kleine
tien minuten arriveren beide helikopters hoog boven de landingszone. De Apaches onder ons verkennen de omgeving en we krijgen het teken om te landen. Erin en eruit deze keer. Gelet op het zanderige terrein maken passagiers en bemanning zich op voor een brown-out landing. Enorme stofwolken waaien op rond de heli die het zicht voor de vliegers tot bijna nihil reduce-
ren. Daarom hangt de loadmaster met zijn hoofd buiten de heli en geeft de afstand van de helikopter tot de grond door aan de vliegers. Hij is nu even de
ogen van de crew. De vracht staat klaar en binnen enkele minuten zijn de helikopters weer airborne en gaan onderweg naar TK om de vracht af te leveren. Daar volgt een refueling en nemen ze passagiers aan boord, waarna de laatste leg naar thuisbasis KAF volgt. De re-tasking betekent alles bij elkaar ruim een uur extra vliegtijd. De vlucht terug verloopt zonder noemenswaardige bijzonderheden. Na een kleine veertig minuten checken de Cougars in bij de verkeersleiding en krijgen toestemming om te landen. De loadmaster en de doorgunner ontladen de boordwapens en staan de helikopters eenmaal stil, laden zij de toestellen uit. Nagenoeg de hele vlucht zitten ze op hun knieën om indien noodzakelijk de boordwapens te kunnen bedienen, dus ze zijn blij dat ze eindelijk de benen kunnen strekken. Na de after landing checks verstomt het geluid van de motor en neemt de stilte de overhand. Moe, maar voldaan lopen
de bemanningen na achteneenhalf uur vliegen terug. Al wat rest is de debriefing en tegen drie uur zit deze werkdag van zo’n tien uur erop. • Trainingen Alle crewleden moeten, om inzetgereed te zijn voor uitzending, een aantal Mission Qualification Trainingen of MQT’s met goed gevolg afronden. Dit zijn de trainingen Snow Blaze (vliegen onder winterse omstandigheden), High Blaze (bergvliegen), Hot Blaze (warmweer trainingen) en tenslotte Tac Blaze (vliegen onder tactische scenario’s, gecombineerd met live-firings). Ook het vele laagvliegen in Nederland is en blijft, ondanks het vele exporteren van geluid naar het buitenland, noodzakelijk. Grote oefeningen in midden Nederland zoals Uruzgan Intergration en de diverse Challenges, waarin luchten grondtroepen samen trainen, bewijzen in het uitzendgebied hun nut en zijn van groot belang om de getraindheid van de aircrew te waarborgen.
7
DE VLIEGENDE HOLLANDER
INTERVIEW
Een dag op stap met ……………… Dienstbare regelaar Binnen de Koninklijke Luchtmacht zijn veel verschillende banen te vinden. De één meer voor de hand liggend, de ander vrijwel onbekend. Hoe ziet bijvoorbeeld de dag van het hoofd van een squadron stafbureau eruit? De Vliegende Hollander ging een dag op stap met de financieel-administratieve duizendpoot van de Vliegbasis Woensdrecht.
keer regel ik onderdeelsbadges. Of, zoals nu met de uitbreiding van het DMLO, iets simpels als een extra bureau, een stoel of een kastje.’
ATB, EBF, BSF, SMV, BDI, BOTI, OpIB, eML, MOOK. Wie zijn kennis van afkortingen wil beproeven, heeft aan eerste luitenant Jack Brummer een goede sparringpartner. Het Hoofd Squadron Stafbureau (HSSB) van het 132 Didactiek Militair Leiderschap en Opleidingen (DMLO) Squadron op de Vliegbasis Woensdrecht grossiert erin. En met zichtbaar plezier. ‘Vroeger kende ik zelfs alle voorschriften letterlijk uit mijn hoofd’, glundert de goedlachse luitenant. In 1986 komt hij als dienstplichtige bij de luchtmacht binnen en dat is voor de Brabander het begin van een administratieve carrière binnen Defensie. Binnen de personeelsdienst verdient de onderofficier zijn strepen. Door een reorganisatie verruilt de ‘admeur’ de P-dienst eind 2006 voor het Stafbureau van DMLO. Als eerste luitenant geeft hij daar vorm aan een nieuwe functie: die van rechterhand van de squadroncommandant, majoor Elanor Boekholt-De Goede. Plichtsbewust Managementondersteuning is Brummers primaire verantwoordelijkheid. ‘Neem bijvoorbeeld de vijf kunstjes die elke
DE VLIEGENDE HOLLANDER
8
militair moet beheersen: het jaarlijkse functioneringsgesprek, de militaire basisvaardigheden, de sporttest, alle spuiten en het tandartsbezoek. Ik houd bij of alle personeelsleden daar ook aan voldoen en plan het desnoods voor ze in.’ Maar behalve zijn rol in het opstellen van allerhande managementrapportages is Brummer ook de spil in de onderwijsondersteuning. De HSSB vult het roosterprogramma Eduflex zo optimaal mogelijk met lestijden, locaties en mensen. Bovendien vervult hij samen met kamergenote office manager Alexandra de Groot voor ‘zijn club’ ook nog tal van administratieve en secretariële taken. ‘Ik sta ten dienste van 132 Squadron’, verwoordt Brummer plichtsbewust. ‘Het stafbureau is de trechter waar de complete papierstroom van DMLO samenkomt, legt de luitenant uit. ‘Begrotingen, behoeftestellingen en betalingen komen allemaal hier samen. Is er iets nodig, dan regelt het stafbureau dat. Wil iemand in het kader van een training een externe locatie, dan ga ik na waar precies behoefte aan is en zoek ik daarvoor een invulling. Daar, op die datum hebben we dat en dat nodig. De ene keer gaat het om een hotelaccommodatie, de andere
Krabbeltjes Brummer heeft geen carte blanche om zaken aan te kopen. ‘Investeringen boven een bepaald bedrag verliepen vroeger via een behoorlijk omslachtige administratieve procedure’, schetst Brummer. De behoeftestellingsformulieren (BSF’en) gingen toen steeds van de aanvrager naar de Squadron Materieel Voorziening (SMV), naar de deelbudgethouder en dan weer via de SMV terug naar de staf DMLO. ‘Daardoor ging er vaak veel tijd overheen voor een dringende aanvraag was afgehandeld. Nu halen we zelf de handtekeningen bij de desbetreffende deelbudgethouder en de commandant. Heel simpel eigenlijk.’ Zo rijdt de HSSB op gezette tijden langs bij de diverse gebouwen op de vliegbasis om de vereiste krabbeltjes te verzamelen. De ‘handtekeningenjager’ is een graag geziene gast maakt medewerker Opleidingsbeheer majoor Ellen d’Leon-Van der Hoeven duidelijk. ‘Hij is een van de beste administratief onderlegde officieren die ik ken. Het klopt steeds, dus negen van de tien keer hoef ik er niet mee terug. De tiende keer dat ik wel bij hem terugkom, is het puur voor de gezelligheid.’ Die typering als sociaal dier is voor Brummer wel herkenbaar. ‘Ik kom meestal binnen met een grap en een grol. Maar ook het puur administratieve werk vind ik geweldig om te doen. En doordat je het steeds gedegen aanlevert, wek je gewoon vertrouwen bij je collega’s.’
INTERVIEW
……………………………………………… Jack Brummer
Tekst: Ingmar Kooman Foto’s: Jan Schram, AVDD
Representatief ‘Onze deur staat altijd open’, stelt Brummer. Dat kun je zowel letterlijk als figuurlijk opvatten, want de luitenant zit niet snel om werk verlegen. Bij zijn bureau is het een komen en gaan van mensen en de telefoon rinkelt geregeld. In de gangen van het stafgebouw klampt jan en alleman de HSSB aan. Te midden van alle vlekkenpakken bij DMLO is hij dan ook een niet te missen verschijning. ‘Ik loop altijd in dat blauwe pak. Dat past gewoon bij mijn functie. Mijn woodland draag ik praktisch nooit. Hoewel ik het al jaren heb, ziet het er nog als nieuw uit. Dus als ik het dan
eens draag, dan krijg ik de hele dag alleen maar opmerkingen.’ Maar het type uniform is voor hem meer dan een stukje esthetiek. Representativiteit en klantvriendelijkheid staan bij Brummer hoog in het vaandel en dat draagt hij ook graag uit. ‘Ik ben een spin in het web, zondermeer. Een manusje van alles. Behalve administratief onderlegd, moet je hier ook wel een regelaar zijn en openstaan voor simpele klusjes als een keertje dozen sjouwen of koffie serveren als de commandant bezoek heeft. Dienstbaar zijn is heel belangrijk. De klant helpen, mensen van een antwoord voorzien, dat is mijn brood.’ •
9
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGRONDEN
Documentaire over de Mei-vliegers
Vechtend vernuft in de lucht
Tekst: Ingmar Kooman | Foto: Footo: Jan Schram, AVDD
Stilaan verstommen de stemmen die kunnen verhalen over de meidagen van 1940. De tijd waarin de veelal verouderde Nederlandse toestellen het opnamen tegen geavanceerde Messerschmitts. Enkele tientallen vliegers tegen een overmacht van de Luftwaffe. Filmmaker Hans Vos haalde de laatste meivliegers voor de camera en legde hun herinneringen aan de luchtoorlog vast. DE VLIEGENDE HOLLANDER
10
ACHTERGRONDEN
vaartmuseum in Soesterberg, gaat die pagina voor hem leven. ‘Ik raakte in gesprek met een oude suppoost. Hij vertelde me dat Nederlandse vliegers met die in mijn ogen middeleeuwse kisten van hout en linnen in mei 1940 als leeuwen hadden gevochten. Dankzij het Nederlandse vernuft wisten we een sterkere tegenstander toch behoorlijk wat schade toe te brengen.’ Queeste Door het gesprek met de suppoost verandert de verkoolde fotopagina voor Vos in iets veel meer dan een wanddecoratie. Aanvankelijk wil hij proberen te achterhalen wat er over zijn vader bekend is uit de oorlogstijd, maar die zoektocht strandt al snel. Inmiddels is de advocaat en freelance journalist geïntrigeerd geraakt door de geschiedenis van de Nederlandse vliegers in de meidagen. ‘Je kunt het uiteraard niet volledig met elkaar vergelijken, maar in Groot-Brittannië is de Battle of Brittain praktisch elke dag op televisie. De vliegers uit die tijd zijn daar helden. Als je het
Hans Vos: ‘Dubbeldekkers tegen Messerschmitts; verbazingwekkend. Met zes toestellen op naar Rotterdam, terwijl daar zeventig Duitse kisten vliegen. Vliegers deden wat van hen gevraagd werd.’
Al jaren hing de half geblakerde bladzij van een bij een brand bijna verloren gegaan fotoalbum aan de muur bij Hans Vos. ‘Mijn vader naast een vliegtuigje met propeller, veel meer wist ik er eigenlijk niet van’, vertelt de Vos die in het dagelijks leven advocaat is. ‘Stoere foto’s uit de tijd dat hij als monteur bij de luchtmacht werkte, vlak voor de oorlog.’ Pas wanneer hij in 2005 – veel te vroeg voor een afspraak met een cliënt op Kamp Zeist – om de tijd te doden een kijkje neemt in het Militaire Lucht-
iet Fokker D.XXI): ‘Je sch Guus Kiel (jachtvlieger vliegtuig.’ op de man, niet op het
arnemer/boordschutter Hans Hellendoorn (wa p ld. g pee mooi weer ges al ma alle den Fokker C.V): ‘Ze had aan.’ Ze vielen ons vanuit zee
grote werk van Lou de Jong leest over de oorlog in Nederland, dan staat er zoveel als “de Nederlandse luchtmacht hield na één dag op te bestaan.” Dat is het wel zo’n beetje. Maar de historische werken die dat beeld nuanceren zijn bij het grote publiek natuurlijk niet zichtbaar.’ Mede daardoor groeit het veiligstellen van de verhalen uit de begintijd van de Tweede Wereldoorlog voor Vos uit tot een queeste. ‘Ik wilde de geschiedenis recht doen, die rol van de meivliegers duidelijk maken. Dubbeldekkers in gevecht met Messerschmitts: daar moet gewoon een film van komen!’ Bevlogen ‘De liefde voor het vliegen en wat die oorlog met de vliegers deed, dat wilde ik op beeld vangen. Zoiets komt niet over op papier. Je moet die veteranen zién’, legt Vos uit. Hij weet uiteindelijk zes vliegers uit de meidagen op te sporen en benadert ze voor zijn filmproject. ‘Waarom komt u nu pas?’ krijgt Vos tot zijn verbazing vaak te horen. ‘Deze mannen wilden hun verhaal echt heel graag vertellen. Dus ik ben blij dat ik het gedaan heb.’ Vos’ bevlogenheid gaat zelfs zo ver dat hij er een vliegles voor neemt. ‘Als je niet kunt vliegen, dan begrijp je het nooit’, zegt voormalig Fokker D.XXI vlieger Henk Sitter immers tegen hem. Vos: ‘Dus ik met een bevriende piloot de lucht in met een Cessna’tje. En natuurlijk ook zelf achter die stuurknuppel.’
vliegtuig er Fokker D.XXI): ‘Elk Henk Sitter (jachtvlieg d in de hand.’ loo pot een als mij was
11
DE VLIEGEND VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGRONDEN
Respectvol ‘Het vinden van de mensen en het verzamelen van de verhalen is tijdrovend’, vertelt Vos over zijn project. ‘Soms ben je de hele dag bezig met iemand. De veteranen zijn allemaal al in de negentig, dus daar moet je respectvol mee omgaan.’ De goede vijftien uur aan filmmateriaal die het hem oplevert, monteert Vos met oud beeldmateriaal tot een volwaardig beeldverhaal. ‘Boeiend, snel en compact, dat stond me voor ogen. Je moet zien wat ze vertellen. Als ze praten over een Junkers 52, dan zie je een Ju 52 en hoor je dat toestel ook. Soms voelde ik me net een goudzoeker, op zoek naar dat ene beeld dat net mooi in het verhaall past.’ •
Herman John Vermeulen (waarnemer/boordschutter Fokke r C.X): ‘Opeens was was het oorlog. Onwe zenlijk.’
ordschutter Dick Lewis (waarnemer/bo Fokker C.X): ‘Bang? bang te zijn!’ We hadden geen tijd om
Meer meidagen Vaak zijn de verrichtingen van het Wapen der Militaire Luchtvaart tijdens de meidagen niet veel meer dan een voetnoot in de geschiedenisboekjes. De documentaire De Slag om Den Haag (2002, destijds uitgezonden door de EO en TV West) richt zich juist specifiek op de lotgevallen vallen van de Nederlandse militairen tijdens de Duitse inval. Ook enkele meivliegers halen daarin herinneringen op aan de eerste oorlogsdagen. De oorlogsbelevenissen van de meivliegers Jan Linzel, Guus Kiel en Carel Steensma zijn eerder verschenen in het boek De Mei-vliegers - Het persoonlijke verhaal van frontpiloot Jan Linzel geschreven door Peter Gerritse (Baarn 1995). Lezers van de Vliegende Hollander kunnen het
ed vloog Fokker D.XXI): ‘Het blo Jan Linzel (jachtvlieger t goed.’ nie is dit ht: dac Ik door de cockpit.
boek met speciale korting verkrijgen. verkrijgen Maak daarvoor €12,50 €12 50 (inclusief verzendkosten) over naar giro 56 36 81 ten name van P.L. Gerritse, Grootschermer. De rol van het Vliegveld Bergen in Noord-Holland in de oorlogsjaren komt uitvoerig aan bod in het goed gedocumenteerde en rijk geïllustreerde boek van Johan Hendrik Schuurman, Vliegveld Bergen NH 1938-1945 (Nijkerk 2001) ISBN 90-75440-04-9. Te bestellen bij Uitgeverij de Coogh, ‘t Skuitje 33, 1747 TM Tuitjenhorn of via www.decoogh.nl. Kosten bedragen €27,95 (inclusief een korting van 18%), exclusief portokosten.
De Mei-vliegers is op 3 mei te zien om 18.15 uur op Nederland 2 DE VLIEGENDE HOLLANDER
12
R E P O R TA G E
Defensie Topsporter judoka Mark Huizinga wint prijs voor mediaoptreden
‘Wees open, maar geef je strategie niet prijs’ Tekst: Remon de Groot | Foto’s: Joyce Stevens, AVDD
De journalistenvereniging Nederlandse Sport Pers (NSP) reikt – vrijwel – ieder jaar de NSP-prijs uit. Het is een onderscheiding voor profsporters die ‘in goede en slechte tijden altijd tegemoetkomend zijn geweest naar de media.’ Dit jaar mocht voormalig topjudoka en Defensietopsporter kapitein Mark Huizinga hem in ontvangst nemen op de Vliegbasis Volkel.
DTS-paradepaard Huizinga, in KLu-paradepaard, de F16.
‘Defensie is altijd trots geweest op deze founding father van de DTS-organisatie’, memoreerde staatssecretaris van Defensie Jack de Vries in zijn toespraak.
Huizinga krijgt de prijs uitgereikt op één van de rolbanen waar speciaal voor hem twee F-16’s staan opgesteld. ‘Juist twee F-16’s’, spreekt staatssecretaris Jack de Vries de pers en ouders van Mark toe. ‘Want de luchtmacht steunt onze topsporters.’ De KLu zette een overwinning van hun speciale collega vaker op eigen wijze luister bij. Toen Huizinga in 2000 Olympisch kampioen werd, vlogen er op de terugreis drie F-16’s met hem mee. ‘Normaliter doet de luchtmacht dit alleen voor wereldleiders, maar voor ons is Mark een wereldleider’, aldus De Vries voor het uitreiken van de prijs. De nuchtere Defensie Topsporter (DTS’er) Huizinga ziet zichzelf niet als wereldster. Een correcte opstelling naar de pers is in zijn ogen de normaalste zaak van de wereld. ‘Zeker van DTS’ers mag je goed gedrag verwachten, net als een respectvolle presentatie naar journalisten. Dat zit in ons. Ik heb eigenlijk niet hard moeten presteren voor de NSP-prijs.’ Huizinga leeft echter wel in twee werelden: die van een sporter en vertegenwoordiger van Defensie. Is zo’n omslag geen atletische prestatie? De essentie is volgens de luchtmachter hetzelfde: ‘Gevoelige of operationele informatie laat ik altijd achterwege. Immers, ik geef ook niet in een interview mijn strategie prijs. In beide gevallen maak ik de tegenstander die het interview leest of hoort, niet wijzer dan dat hij al is.’ Geen pokerface De kracht van een goed mediaoptreden zit hem volgens Huizinga in het vertellen van een eerlijk verhaal. Het imago van een strakke pokerface mag tegenstanders dan wel manipuleren, toch blijft Huizinga open. ‘Ik heb geen behoefte aan psychologische oorlogsvoering. De kracht zit in het brengen van een oprecht verhaal.’ Als topsporter is hij dus open over zijn emoties. ‘Ik schaam mij nergens voor. Als ik verdrietig ben om een verloren partij, dan vertel ik dat, evenals dat ik stress heb voor een wedstrijd. Ik ben ook blij dat journalisten die openheid waarderen.’ Als de staatssecretaris de persprijs overhandigt, valt op dat daarin de beeltenis van een karper is verwerkt. Dat deed de NSP niet zomaar. ‘Sportvissen is, buiten judo, mijn grote passie, zegt Huizinga. ‘Omdat de prijs zo persoonlijk is, krijgt het een mooi plaatsje op mijn dressoir.’ De luchtmachter is echter niet van plan vanaf nu achter een hengel te verdwijnen. ‘Tot 2010 houd ik een sabbatical, daarna ga ik mij als luchtmachter weer inzetten voor het Bureau Internationale Militaire Sport. Hier ga ik omgang met de pers zeker bespreken met de andere toppers binnen DTS. Het is altijd goed als we van elkaar leren.’ •
13
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGRONDEN
Projectbureau: in 25 jaar metamorfose helikoptervloot tot ‘winning team’ Tekst: Remon de Groot
De Eurocopter Tiger bestond in de tijd dat voor de KLu de antitank-helikopter moest worden besteld alleen nog maar op papier. Pas sinds kort heeft het toestel zijn intrede gedaan bij de Duitse en Franse landmacht. Foto: Eurocopter
De drijvende rotor achter de krijgsmacht De AH-1 Cobra vormt een bewezen concept dat al in de Vietnam-oorlog werd ingezet. Ook tijdens de Golfoorlogen (foto) bewees het toestel zijn nut. Foto: US Marine Corps
De rol van helikopters is de afgelopen 25 jaar erg veranderd voor de Koninklijke Luchtmacht. Midden jaren tachtig vervoerden Nederlandse heli’s slechts enkele personen of voerden onbewapende verkenningen uit. In 2009 kunnen ze precisiewapens inzetten of brengen ze grote aantallen grondtroepen snel naar het inzetgebied. In maart was het een kwart eeuw geleden dat de projectorganisatie die deze metamorfose inluidde van start ging.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
14
ACHTERGRONDEN
Het is 1984. De Koude Oorlog duurt voort, Moskou staat tegenover Washington. Bekend is dat het Warschaupact grote aantallen tanks en pantservoertuigen bezit, waarvan de kwaliteit de laatste jaren verbetert. Als NAVO-partner staat Nederland voor de uitdaging: hoe beschermen we de grenzen van het bondgenootschap tegen die tankmacht? Nederland denkt na over de aanschaf van antitank-helikopters. Die moeten worden ingezet voor verkennings-, opsporings- en aanvalsdoeleinden. Defensie vliegt in de jaren tachtig met twee kleine typen helikopters: de Alouette III en de Bo-105C, of Bölkow. Ze worden vooral gebruikt voor verkenningsmissies of vervoer van personen, maar zijn onbewapend.
Vier kandidaten voor de antitank-helikopter met allemaal dezelfde kenmerken: slanke romp met aan weerszijden ophangpunten voor bewapening, een kanon onder de neus, en een tandem-cockpit. Van boven naar beneden: De Agusta A129 Mangusta (foto: Escercito), de Bell AH-1W Super Cobra (foto: US Marine Corps), nogmaals de Mangusta (foto: Escercito), en tot slot de Denel Rooivalk (foto: SAAF). Ze werden het allemaal niet.
Vliegende tankbusters Om alle mogelijk- en onmogelijkheden voor een gevechtshelikopter te onderzoeken, wordt in maart 1984 – nu 25 jaar geleden – het Projectbureau Vervanging Alouette III opgericht. ‘Onze oorspronkelijke taak was het vervangen van het genoemde type, en er antitank-helikopters voor terug te krijgen’, zegt kolonel Wiek Noldus. Vanaf 1988 is hij verantwoordelijk voor personeel en logistiek bij de aanschaf van de nieuwe en de uitfasering van de oude helikopters. Een zaak van lange adem. Noldus: ‘Oorspronkelijk mogen er van de bewindslieden alleen Europese helikopters in beschouwing worden genomen. Opvallend was dat de Tweede Kamer in 1988 voorstelt dat ook Amerikaanse toestellen moeten worden meegewogen, doelend op vooral de AH-64 Apache.’ Er komt geen overeenstemming, zodat tot de val van de muur in oktober 1989 niets gebeurt. Metamorfose Met het einde van de Koude Oorlog, verdwijnt de Warschaupact-tankdreiging. Vanaf dan richt het projectbureau zich op andersoortige problematiek waarbij helikopters kunnen worden toegepast: reddingsacties op zee, natuurrampen, kleinschalige conflicten en burgeroorlogen. De werkgroep ondergaat een metamorfose en verandert haar naam in Projectbureau Helikopters (PBH). Zij neemt namelijk ook de acquisitie voor een geschikte reddings- en transporthelikopter voor haar rekening, ter vervanging van de vier Alouette III die voor Search and Rescue (SAR) worden gebruikt. Die voldoen eind jaren tachtig niet meer aan de eisen. Daarom start het bureau het SAR-project waarbij ze zoekt naar een maritieme reddingshelikopter. Dat wordt de Agusta-Bell AB-412SP waarvan er tussen 1990 en 1992 drie in dienst komen bij het 303 SAR-Squadron op de Vliegbasis Leeuwarden. Ware revolutie Eind 1992 zet Defensie het grote project ‘Oprichting Luchtmobiele Brigade’ op, waarbij het PBH zich richt op de aanschaf van de meest geschikte helikopters. ‘Dan vindt een ware revolutie plaats’, zegt Noldus. ‘Helikopters moesten er voor zorgen dat onze grondtroepen overal op aarde konden opereren.’ Voor het transport van grondtroepen en goederen, wordt ingezet op een middelzware transporthelikopter waarvoor twee kandidaten bestaan: de CH-47D uit Amerika, of de door Agusta gebouwde CH-47C uit Italië. Als de Italiaanse fabrikant zich terugtrekt, is de Amerikaanse Delta-uitvoering van de Chinook de uitverkorene. ‘Dat het een Chinook moest worden, was van begin af aan al duidelijk’, geeft Noldus aan. ‘En terecht. Als je ziet hoeveel mensen of materieel de Chinook over een grote afstand kan vervoeren, dan is het een heel efficiënt toestel.’ Als eerste neemt Nederland in maart 1993 zeven gebruikte CH-47C’s over van Canada, die vervolgens bij de fabrikant Boeing gemodificeerd worden tot de geavanceerdere CH-47D’s. Van het resterende budget besteedt Defensie een deel om zes fabrieksnieuwe CH-47D’s te kopen. Om het transporttekort dat dan nog bestaat op te vullen, zoekt Defensie een Europese tegenhanger voor het lichte werk. De keuze bestaat uit Italiaanse Agusta AB-412SP, en de Franse Eurocopter AS.532U2 Cougar MK.II en de Europese NH90. Een deal met de Franse helikopterbouwer heeft een interessante bijkomstigheid voor de projectgroep. Noldus: ‘De Fransen hadden een clausule opgesteld waarin ze, bij aanschaf van de Cougar, dertig Alouette III’s van ons terug zouden nemen. Daarmee sloeg het PBH twee vliegen in een klap: enerzijds nieuwe transportcapaciteit en anderzijds afstoting van oud materieel.’
15
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGRONDEN
Van de Cougar MK.II worden in 1993 zeventien stuks besteld. De overgebleven Alouette’s worden enkel voor lichte transport- en VIP-vluchten gebruikt.
evacueert het 298 Squadron met haar Chinooks onder andere internationale waarnemers uit Kosovo, wanneer daar oorlog uitbreekt. De Cougars van het 300 Squadron nemen eveneens deel aan de Stabilisation Force (SFOR)-operaties op de Balkan. ‘Die periode aan het eind van de jaren negentig was een goede leerschool voor de luchtmacht’, aldus commodore Theo ten Haaf, Commandant Defensie Helikopter Commando (DHC). In 1997 is hij commandant van het eerste Apachesquadron. ‘We hebben toen veel met de Luchtmobiele Brigade geoefend, en zodoende veel expertise opgebouwd op gebied van luchtmobiele- en air assault-
Helmand met dertig helikopters worden vervoerd. Ook bij kleinschalige acties is de interoperability met coalitiegenoten bijzonder goed en de helikoptereenheden zijn goed op elkaar ingespeeld. Het is bijvoorbeeld gewoon dat Engelse Gurka Special Forces in Nederlandse Chinooks worden getransporteerd met Amerikaanse Apaches als escorte.
Concurrentiestrijd Naast de zoektocht naar een geschikte transport- en reddingsvloot, leeft de vraag welk toestel de recentelijk opgerichte Luchtmobiele Brigade het best kan beschermen. Defensie heeft in de Tot elkaar komen jaren negentig nog altijd belangstelNederland is ook een vraagbaak voor ling voor de Apache. Maar er zijn meer andere NAVO-lidstaten. Recentelijk fabrikanten die in Nederland lobbyen bracht een Canadees team een bezoek om hun waar te verkopen: het Italiaan Gilze-Rijen om kennis te nemen aanse Agusta met A-129 Mangusta en van de Nederlandse Chinook-ervarinhet Franse Eurocopter met de Tiger (of gen. Na de verkoop aan Nederland in Tigre). Ook de Zuid-Afrikaanse 1993 besloot Canada namelijk Rooivalk en de Amerikaanse AHrecentelijk toch weer Chinooks 1W Super Cobra wordt genoemd. aan te kopen. De Apache heeft zich echter al Deze ‘lijn’ van vooruitgang zet bewezen in het Midden-Oosten volgens Ten Haaf door. ‘Wij en Irak, terwijl de Tiger halververbeteren en moderniseren wege de jaren negentig alleen nog ons product telkens weer, en op papier bestaat. Ook Agusta leunen niet achterover als het verliest de concurrentiestrijd. Opgoed gaat. Ervaringen opgedaan merkelijk is dat onze zuiderburen in Afghanistan verwerken we voor hun landmacht wel voor een direct in oefenprogramma’s. Agusta kiezen, namelijk een beGrondtroepen raken steeds meer wapende versie van de A109. De ingespeeld op helikopterbemanRooivalk en Super Cobra spelen ningen en omgekeerd. Land- en uiteindelijk geen rol, zodat de luchtmacht zullen bij toekomkeus valt op de AH-64D, waarvan stige missies nog meer tot elkaar Defensie op 24 mei 1995 dertig komen. Ook de samenwerking stuks bestelt. met de marine krijgt een kwaliDe KLu kan meteen aan de slag, tatief belangrijke impuls. Over want de VS least vanaf eind 1996 een jaar gaat de het DHC met de twaalf oudere AH-64A’s voor zes geavanceerdere NH90 vliegen jaar aan Nederland om alvast eren wordt de Westland Lynx varing op te doen. De VS bieden geleidelijk uitgefaseerd.’ daarbij de toekomstige ApacheWat begon als een langzaam provliegers opleidingsgelegenheid ces, is door de vele uitzendingen aan op Fort Rucker in de Verenig- Twee opnames van de NH90 bij de Australische marine (boven) en bij de versneld en heeft ervoor gezorgd Duitse landmacht. Bij het Defensie Helikopter Commando doet het toestel in de Staten. Begin 2001 worden de 2010 zijn intrede. Foto’s: NH industries dat niemand binnen de krijgslaatste Alpha’s uitgefaseerd. macht meer om de helikopter heen kan. ‘De Chinooks, Cougars en inzet. Dat opende uiteindelijk alle deuApaches zijn een integraal onderdeel ren voor Nederland om internationaal te Winning team van de Defensieorganisatie’, aldus de opereren met tactische helikopters.’ Na deze investeringen moet de comDHC-commandant. Dat geldt ook voor Een kwart eeuw nadat wordt nagedacht binatie transport- bijgestaan door de overige types binnen het commando. over nieuwe inzet van legerhelikopters aanvalshelikopters, een veelbelovend Volgens hem is dat allemaal niet zo heeft de KLu volgens de commodore, ‘winning team’ worden voor de Nederverwonderlijk. ‘Marine en luchtmacht een bijzondere positie verworven. Zo landse luchtmacht. Aan het einde van hadden vroeger al een gezamenlijke neemt Nederland op volstrekt gelijkhet conflict in het voormalig Joegoslavië, helikoptervliegopleiding op de Vliegwaardige basis met Amerikaanse en staat de nieuwe helikoptervloot voor basis Deelen. En eigenlijk zit integraal Britse helikoptereenheden deel aan de de uitdaging. Om de internationale optreden de KLu in het bloed. Tenslotte planning en uitvoering van de grote troepenmacht te ondersteunen zet de zat ook al in de Bölkow en de Alouette, luchtlandingsoperatie Mar Karardad. KLu tussen juni en september 1998 naast een vlieger van de luchtmacht, een Daarbij moeten vijfhonderd Amerikaaneen detachement AH-64A’s in vanaf verkenner van de landmacht.’ • se militairen in de Afghaanse provincie de Kroatische vliegbasis Tuzla. In 1999
DE VLIEGENDE HOLLANDER
16
R E P O R TA G E
‘Force Protection is geen organisatie, maar een heel andere manier van werken’
Vooruitdenken tweede natuur De man of vrouw aan de poort, dat is toch Force Protection? Nee, benadrukken de kleine veertig specialisten van de European Air Group, Force Protection is zoveel meer. Maar wat het dan precies omvat, daarover verschillen de meningen. Tijdens het door de KLu georganiseerde symposium in Soesterberg van 3 tot en met 5 maart spraken de deskundigen van negen luchtmachten over elkaars aanpak en over hoe ze hun werkwijzen beter op elkaar kunnen afstemmen. Tekst: Ingmar Kooman | Foto’s: Frank van Biemen, AVDD
17
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
bondgenootschap streeft naar standaardisatie, in de vorm van doortimmerde voorschriften, hebben de verschillende krijgsmachten in de praktijk elk hun eigen aanpak. Een multinationale samenwerking op bijvoorbeeld een luchtmachtbasis als het Afghaanse Kandahar Airfield (KAF), vereist dus de nodige afstemming. Met de presentaties en workshops in het driedaagse symposium van de European Air Group (EAG, zie kader) maken de specialisten van de EAG aangevuld met collega’s uit Zweden en Noorwegen nader kennis met elkaars capaciteiten en opvattingen over Force Protection, zodat ze op termijn beter kunnen samenwerken.
Om een definitie van Force Protection (FP) uit te spreken, heb je aardig wat longcapaciteit nodig. De term omvat hekwerken, bewakingseenheden, ontsmettingsplannen, medisch personeel, brandpreventie, explosievenopruiming en de skills & drills van de individuele militair. Om maar wat te noemen. Maar feitelijk draait het om één ding: continuïteit. Force Protection omvat plannen, maatregelen en procedures die erop gericht zijn de operationele capaciteit van een militaire eenheid of locatie te waarborgen, zowel in vredestijd als op uitzending. Wat er ook gebeurt, het Spee werk moet door‘Als luchtmacht zijn we verantwoordelijk gaan. Of zo snel voor de eigen slagkracht.’ mogelijk worden hervat. Force Protection is dus een breed begrip. Maar wel een term die internationaal verschillend ingevuld wordt. Want hoewel bijvoorbeeld de NAVO binnen het
Noemer ‘Grondbeveiliging, luchtverdediging, politietaken en gezondheidszorg staan bij onze luchtmacht allemaal onder verschillend commando’, legt de Franse majoor Pascal Mainguy uit. ‘Maar het valt allemaal onder de noemer Force Protection. Zo heeft elk land zijn eigen benadering van FP.’ Dat beaamt de Belgische kapitein-commandant Thibaut Mancel. ‘Het principe is het zelfde, onze uitvoering verschilt. We hebben allemaal andere eenheden, dus ook andere werkwijzen.’ Zo opereert de Belgische defensieorganisatie per definitie joint. Uitzending of niet, de militairen van de verschillende zogenoemde componenten delen de verantwoordelijkheid voor Force Protection. Aan het andere eind van het spectrum staan de Britten. ‘Hun organisatie is heel robuust. Ze hebben veel geld en mankracht in FP zitten,’ vertelt majoor John Cuppen, Hoofd Force Protection van het Defensie Helikopter Commando op de Vliegbasis Gilze-Rijen. ‘Waar kleine mogendheden op uitzending ondersteuning leveren aan bondgenoten, opereren de Britten in hun optredens volledig zelfstandig. Bovendien hebben ze ook jarenlang een concrete dreiging gehad in de vorm van de IRA. Militaire instellingen zijn daardoor ook in vredestijd een doelwit.’
De European Air Group (EAG) is een breed samenwerkingsverband van de luchtmachten van België, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Spanje, Italië en Nederland. Het voornaamste doel van de EAG is de ontwikkeling en toepassing van beleid en initiatieven om de operationele capaciteiten van de luchtstrijdkrachten te verbeteren. Afzonderlijk zowel als onderling. Behalve Force Protection zijn bijvoorbeeld ook logistiek, luchtgrondoperaties, communicatie en informatiesystemen aandachtsgebieden. Bovendien fungeert de EAG voor die terreinen ook als een informeel forum waarin de landen kennis kunnen nemen van elkaars organisaties, werkwijzen en culturen. De EAG-staf is gehuisvest op de Royal Air Force basis High Wycombe in Groot-Brittannië. Momenteel is C-LSK luitenantgeneraal Jac Jansen directeur van de EAG, een functie die om de twee jaar wisselt tussen de deelnemende landen.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
18
R E P O R TA G E
´Vroeger was het zo dat je pas in het uitzendgebied handen schudde met collega’s. De kans is niet zo groot dat je dingen voor elkaar krijgt wanneer er een concrete dreiging is. Nu zorgen we van tevoren Mainguy dat we de zaken ´Force Protection is als een autoverzekerond hebben, en ring. Zolang je geen ongeluk begaat, heb gaan we daarna je het niet nodig. Pas als het mis gaat, het theater in.’ merk je hoe belangrijk het is.´ Meedenken ‘Force Protection is altijd van belang’, benadrukt majoor Thom Spee, lid van de EAG-werkgroep over Force Protection en organisator van het FP-symposium. ‘Een Spaanse collega zei het hier heel treffend: “Force Protection is geen organisatie, maar een heel andere manier van werken.” Dat moeten we allemaal voor ogen
Capaciteiten Op uitzending werkt de Koninklijke Luchtmacht op tal van FPterreinen samen met haar internationale partners. In het Joint Defence Operations Centre op KAF stemmen specialisten van verschillende landen tal van aspecten op dit gebied op elkaar af. ‘Je probeert zo complementair mogelijk te werken’, legt Cuppen uit. ‘Logisch nadenken met de mensen en de middelen die je hebt, daar gaat het om.’ Kapitein-commandant Mancel
verwoordt het beeldend. ‘Je hoeft niet zelf het warm water uit te vinden als de ander het al heeft.’ ‘Maar samenwerken vereist wel dat iedereen dezelfde taal spreekt’, vertelt majoor Patrick Teluij, Hoofd Force Protection van de Groep Geleide Wapens (GGW) op Luchtmachtbasis De Peel. ‘Zowel letterlijk als figuurlijk. Het niveau van de Engelse taalvaardigheid verschilt nogal Teluij van het ene tot ‘Force Protection gaat van alle daagse het andere land. hygiëne tot weten hoe je met de Daarnaast doet ieDiemaco omgaat.’ der land FP, maar interpreteert elk land het ook weer anders.’ ‘Juist dat maakt de informele bijeenkomst van FP-specialisten zo waardevol’, stelt Mainguy. ´Het is niet alleen interessant, maar zeker ook nuttig. In de presentaties en doen we kennis op van ieders capaciteiten, elkaars operaties en de verbeteringen die mogelijk zijn. Ook het netwerk dat we hiermee opbouwen, draagt bij tot een betere samenwerking.’ ‘Dat betaalt zich weer terug op uitzending,’ meent Cuppen.
houden. Niet wij, maar heel de KLu doet FP.’ Op De Peel dient het volgens Teluij tweede natuur te zijn. ‘Als GGW moeten we binnen vijf dagen klaar staan om ergens ingezet te worden. Je moet de basis militaire vaardigheden en je calamiteitendrills dan gewoon beheersen. Als individuele militair ben je ervoor verantwoordelijk dat jouw eenheid inzetbaar is en blijft.’ ‘Vooruitdenken is essentieel’, knikt Spee. ‘Je wilt niet aangegrepen worden op je eigen zwakheden, op welk onderdeel je ook zit. Elke militair dient onder andere te weten hoe hij of zij met het wapen moet omgaan, moet kennis hebben van de CBRN-instructies (de te nemen maatregelen bij chemische, biologische, radiologische of nucleaire calamiteiten, red.) en moet weten hoe te handelen bij gewonden. Die skills en drills zijn een must voor iedereen.’ Teluij haakt daarop in. ‘Als er een ongeautoriseerd persoon in de hangaar bij de F-16 rondhangt, kun je als monteur de bewaking bellen. Maar dan is het toch handiger wanneer je zelf weet wat je moet doen.’ ‘Dat besef dringt steeds meer door’, constateert Spee tevreden. ‘Het is een bewustwordingsproces. Op uitzending komen techneuten naar me toe om te vragen of ze een keer extra de schietbaan op kunnen. De mensen denken steeds meer mee.’ •
19
DE VLIEGENDE HOLLANDER
vervlogen tijden Een vriendelijk lesvliegtuig dat je ‘aantrekt’
De S.11 Instructor Als na de Tweede Wereldoorlog de Luchtstrijdkrachten van de grond af moeten worden opgebouwd, gebeurt dat voornamelijk met overtollig materiaal van de Britse RAF. Maar ons land zelf zit ook niet stil, want er start een gigantisch wederopbouwprogramma onder de naam ‘Nederland zal herrijzen’. Daarin krabbelt ook de nationale luchtvaartindustrie overeind, en bouwt Fokker het opleidingsvliegtuig de S.11 Instructor. Het toestel voorziet in de enorme vraag naar opleidingsplaatsen, want de behoefte nieuwe vliegers is navenant. Tekst: Arno Marchand | Foto’s: uit collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Fokker S.11 Instructor Type: Nr. 1 en 5 Instructie Squadron Eenheden: : Dienstperiode 1950-1973 39 Aantal:
Embleem van Nr. 1 Squadron dat jarenlang – afwisselend – vanaf de Vliegbases Woensdrecht en Gilze-Rijen vloog. De spreuk luidt: ‘Door mijn lessen leren ze vliegen’.
waarbij de laatste twee het Fokker-product zelfs in licentie bouwen. In 1950 komen de eerste Instructors op Woensdrecht in dienst bij de Elementaire Vlieger Opleiding (EVO). Daar vervangen ze geleidelijk aan de verouderde Tiger Moths, die nog uit het surplus van de RAF stammen. De Voortgezette Vliegeropleiding (VVO) vliegend met de Harvard, bevindt zich dan op GilzeRijen. Beide eenheden maken deel uit van het Commando Luchtvaartopleidingen, of later Luchtmachtopleidingen. De EVO staat bekend als Nr. 1 Instructie Squadron, de VVO als Nr. 2 Instructie Squadron. Later gaat de EVO samen met enkele andere opleidingen verder als Nr. 5 Instructie Squadron.
Emotioneel De S.11 is een eenvoudig toestel. Van Voorst: ‘In een trainingsvliegtuig wil je alles hebben wat een leerling moet leren, of fout kan doen. Dat zat erin. En verder zat er zoveel mogelijk aan het vliegtuig om het maar zo langzaam mogelijk te maken. Maar je bent als lestoestel niet geïnteresseerd in snelheid. Je probeert een leerling alles uit de grondschool te Naast de EVO, wordt de S.11 ook gebruikt voor de Elementaire Lichte Vliegtuigen Opleiding, dus voor vliegers die op Piper Super Cubs terechtkomen. Wanneer deze twee opleidingen samengaan in 1967, ontstaat Nr. 5 Instructie Squadron.
De S.11 is op een aantal punten niet een doorsnee vliegtuig. Voornamelijk het landingsgestel is opmerkelijk te noemen. De geknikte poten krijgen al snel de bijnaam weekendknieën, refererend aan het gevoel in de benen na een avondje ‘stappen’. Naast de opstelling van leerling en vlieger naast elkaar, bevindt zich achter deze twee ruimte waar een derde, en eventueel zelfs een vierde persoon kan plaatsnemen. De cockpit bezit derhalve flinke afmetingen. ‘Dat was wel even wennen hoor, aan een “smoel” naast je in een vliegtuig’, zegt Lou van Voorst, geboren in 1928. Lange tijd was hij instructeur op de S.11. ‘Je kon nu ineens zweetdruppels zien op het gezicht van de leerling naast je, in plaats van dat je achter elkaar zat zoals in de Tiger Moth.’ In 1946 verschijnt het prototype van de S.11 op de Parijse Luchtvaartsalon, en het jaar erop vliegt het voor het eerst. De luchtmacht toont van begin af aan belangstelling en bestelt 39 exemplaren. Israël, Italië en Brazilië volgen dat voorbeeld,
D E
V L I E G E N D E
20
H O L L A N D E R
vervlogen tijden Na nog een jaar KMA volgt de Voortgezette Vliegeropleiding die Nederland midden jaren zestig samen met België uitvoert met de Fouga Magister op de Belgische vliegbasis Brustem. Daarna kiest Zijlstra voor de Groep Lichte Vliegtuigen waar hij Beaver en Alouette II vliegt. ‘Dat was voor een KMA’er in die tijd een “verrassende keus” te noemen.’ Begin jaren zeventig maakt hij de overstap naar het instructeursvak en komt terecht op de S.11 bij Nr. 1 Instructie Squadron op Gilze-Rijen.
Blikken
Zijlstra, tweede van rechts, op een standaard graduatiefoto zoals die voor de S.11 werd gemaakt. Na 23 jaar werden de toestellen uit dienst genomen, en niet vervangen. De opleiding wordt commercieel voortgezet. laten reproduceren, en de fouten te corrigeren. Als je in een spin terechtkomt, kan het bijvoorbeeld met je gedaan zijn, behalve als je hebt geleerd hoe je eruit moet komen.’ ‘Blijkbaar is het een gewoonte van de mens om met een spin niet naar buiten te kijken, maar naar je instrumenten’, vult oud-instructeur Jan Zijlstra (70) aan. ‘Maar je moet juist naar buiten kijken om het aantal slagen dat je maakt te tellen. Na drie moet je herstellen. Geregeld greep je een leerling met je linkerhand in z’n nek en trok je hem omhoog, zodat hij wel naar buiten móest kijken. Maar een spin is best heftig hoor. Je draait en valt uit de lucht.’ Van Voorst: ‘Leren vliegen ís emotioneel. Je zag het onlangs op bij de serie Top Gun Holland op televisie. Leerlingen rollen van de ene opwinding in de andere.’ Zijlstra: ‘Tegenwoordig is het natuurlijk anders dan vroeger, maar wat er binnen in een persoon gebeurt – de emoties – is vergelijkbaar. Je bent bezig met iets dat je heel graag wilt.’
Verrassend Van Voorst komt uit Den Helder waar hij in WO II de bommenwerpers dagelijks zag overkomen en moest schuilen voor de bombardementen. ‘De volgende keer wil ik daarboven zijn, en niet hier beneden’, bedacht hij zich. Met een gepensioneerde adjudant van het Korps Mariniers als vader, werd die gedachte thuis niet omarmd. Bij de dienstplichtkeuring gaf Van Voorst naast de voorkeur voor de luchtmacht als tweede keus toch ook maar de mariniers door. Het werd echter meteen luchtmacht, waar hij leerde vliegen op de Tiger Moth en vervolgens de Harvard. Na een paar jaar bij 311 Squadron op de F-84E Thunderjet, wil Van Voorst graag instructeur worden; eerst op de Harvard, later op de T-33 was de bedoeling. Hij komt terecht in de Vlieger Instructeur Opleiding op Gilze-Rijen waar hij in de Harvard-tijd ook geregeld S.11 vliegt en instructeur wordt op beide types. Zijlstra wilde altijd al vlieger worden, maar hij had een bril en zag daarmee zijn kansen verkeken. Tijdens zijn diensplicht keek een afdelingsarts nog eens naar zijn ogen en stelde vast ‘het valt best mee’. Zijlstra kwam bij de Rijks Luchtvaartschool terecht. Na een paar jaar ervaring te hebben opgedaan, besloot hij toch te solliciteren bij de KMA. Hij werd aangenomen, maar kon door te lange bovenbenen niet door voor de F-104 Starfighter. Na zijn klein militair brevet in 1965 en gaat hij als cadet-sergeant-vlieger naar 298 Squadron waar hij vele uren maakt op de Piper Cub.
D E
V L I E G E N D E
21
De S.11 vliegt op Gilze-Rijen gewoon vanaf het gras dat tussen de haaks op elkaar liggende banen ligt. Zijlstra: ‘Iedere ochtend sleepten we de toestellen uit de hangar naar het grasveld, waar de verkeersleiding met de zogenoemde caravan – een mobiele verkeerstoren – al klaar stond. De banen werden uitgezet op het gras en aangegeven met strips of grote ballen met ongeveer een meter in doorsnede. Die zaten met een anker aan de grond. Met een vijf à zes stuks legde je zo een baan van zo’n driehonderd meter uit. Dat was genoeg voor de S.11. om te stijgen en te landen.’
11 op 29 augustus 1972 Afscheidsvlucht van de S S.11 1972. Al is de S.11 inmiddels ruim 35 jaar uit dienst, nog dagelijks zijn er Instructors te bewonderen. Niet alleen in musea, maar ook vliegend bij onder andere Fokker Four en de Stichting KLu Historische Vlucht. Landen met de S.11 was en is – vooral voor hen die op de grond staan – een opmerkelijke ervaring. ‘Het klinkt dan alsof er ineens een stapel blikken omvalt’, zegt Van Voorst. ‘Echt een enorm geluid. Ik schrok ervan, de eerste keer dat ik het hoorde. Recht in de wind kon het vliegtuig flinke klappen hebben, maar bij landingen was het gevoelig voor zijwind. Dan kreeg het scheuren op de knieën. Het was een vriendelijk vliegtuig hoor. Je kon er leerlingen in elf tot vijftien uur goed op losmaken.’ Dat deed Van Voorst met de latere Bevelhebber der Luchtstrijdkrachten luitenant-generaal b.d. Ben Droste en Zijlstra. Deze leert het vak weer aan de voormalig Commandant der Strijdkrachten generaal b.d. Dick Berlijn. Zijlstra was begin jaren zeventig kort instructeur op de S.11. Daarna werd hij Commandant Maandvliegvlucht van het 300 Squadron waar hij instructeur was op de Alouette III en de Piper. ‘Dus op een helikopter en een toestel “met planken eraan”. Een unieke combinatie.’ Van Voorst geeft de voorkeur aan het vliegen, boven een carrière, en wordt na vluchtcommandant, later commandant van het Nr. 1 Instructie Squadron. ‘Vliegen met de S.11 was heerlijk. Je trok het toestel gewoon aan, zo lekker zat het om je heen.’
H O L L A N D E R
ACHTERGRONDEN
Wervingscampagne luchtmacht steekt in op belevingswereld jongeren
‘Hoe voelt dat nou om…?’ Tekst: Jopke van Lisdonk | Foto’s: Hennie Keeris
De centrale vraag in de laatste reeks televisiecommercials van de luchtmacht is ‘Hoe voelt het om…?’ Daarmee geeft de krijgsmacht invulling aan het belevingsconcept dat wordt toegepast in de huidige wervingscampagne. Hoe komt zo’n campagne eigenlijk tot stand, en hoe weet je welk concept aanslaat bij de doelgroep? Een kijkje in de keuken van de mensen die hier achter de schermen verantwoordelijk voor zijn. Majoor Maaike Scholtens neemt met haar team het stor yboard van één van de televisiecommercials door. Foto: Dave de Vaal, AVDD
DE VLIEGENDE HOLLANDER
22
ACHTERGRONDEN
‘En wat gebeurt er als je een beetje gas geeft?’ Vliegensvlugge beelden flitsen aan de kijker voorbij. ‘Wow, cool!’, reageert de jonge vragensteller. ‘Wil jij weten hoe het voelt?’, vervolgt een voiceover, ‘Kijk dan op werkenbijdeluchtmacht.nl.’ Eén van de bekendste reclameuitingen van de luchtmacht maakt deel uit van een grote landelijke wervingscampagne. Werkenbijdeluchtmacht.nl, Base-X, Hyves, diverse beurzen, Luchtmachtdagen, informatiedagen en webinars zijn een greep uit het digitale en face-to-face assortiment voorlichtingsmiddelen.
Trendsetter ‘Mensen enthousiasmeren en interesseren voor een baan bij de luchtmacht is het doel van de reclamecampagne’, vertelt Hoofd Arbeidsmarktcommunicatie majoor Maaike Scholtens. ‘De radio en televisie commercials moeten de jonge doelgroep over de streep trekken zelf op zoek te gaan naar informatie op de website.’ In de commercials wordt sinds april 2008 sterk het accent gelegd op beleven en de vragen die bij jongeren leven. Dit jaar staan daarbij ook andere functiegebieden dan vlieger en monteur in de spotlight. ‘Bij de luchtmacht denkt men automatisch aan een baan als vlieger. Da’s logisch. En wie iets verder denkt komt ook nog wel op vliegermonteur, maar verder kijken mensen vaak niet. We hebben juist een tekort aan elektromonteurs en logistiekelingen. Daarom proberen we vanaf de start van het wervingsproces de aandacht hierop te vestigen’, legt Scholtens uit. ‘Als mensen geïnteresseerd raken in een baan bij de luchtmacht gaan zij vaak zelf op zoek naar informatie’, vult Bastiaan Knip aan. ‘En dat is gelijk het punt waarop we de interactie starten’, zegt het Hoofd Werving. ‘De luchtmacht probeert trendsettend te zijn in haar marketing’, vertelt
Knip. ‘Wij proberen ons snel aan te passen aan de veranderende markt. En dat moet ook wel anders ben je weg’, vervolgt hij. Interactief beleven Radio- en televisiecommercials ‘lokken’ samen met de advertenties in verschillende kranten en bladen geïnteresseerden naar de website werkenbijdeluchtmacht.nl. Daarop is allerlei functiespecifieke informatie te vinden, en wordt verwezen naar de interactieve digitale vliegbasis Base-X. Deze won op 2 april de Nederlandse jaarprijs Beste Design voor creativiteit in interactieve communicatie, de zogenoemde SpinAwards. De site biedt ge-
fende webinar. Doelstelling is te laten zien wat men gemist heeft, en te prikkelen om alsnog naar een volgende bijeenkomst te gaan. Later worden de webinars ook voor het grotere publiek via internet toegankelijk. Een ander platform om vragen te stellen is de Hyves-pagina (http://luchtmachtbase-x. hyves.nl), die sinds drie maanden bestaat. Met haar kleine duizend leden blijkt de pagina een regelrechte hit te zijn. Verder spreekt de luchtmacht haar doelgroep ook face-to-face aan op bijvoorbeeld de beurzen waar de luchtmacht vertegenwoordigd is, en natuurlijk op de eigen Luchtmachtdagen. Tijdens dit evenement is er een speciale hangaar of tent ingericht voor wervingsdoeleinden. Ook hier wordt sterk ingespeeld op het thema beleving door bezoekers terplekke te betrekken bij diverse werkzaamheden van luchtmachtpersoneel, en hen tests zoals de vision screener (oogtest) te laten afnemen.
Betrokken ouders Maar niet alleen is er aandacht voor het toekomstig KLu-personeel. ‘Dit jaar zal er meer aandacht uitgaan naar de ouders als doelgroep’, vertelt Knip. ‘Zo komt er op het internetportaal speciale informatie voor ouders te staan en mag een potentieel nieuwe werknemer voortaan twee introducés naar de voorlichtingsbijeenkomsten meenemen interesseerden een kijkje achter de schermen in plaats van één. Hiermee doelen we op het op een operationeel veld. Bezoekers kunnen bezoek van beide ouders.’ Wim Boer bevesdeelnemen aan vliegspellen en binnenkort tigd dat hier vraag naar is. Als Hoofd Sectie zelfs een Fitness Quick Test afleggen met Aanstelling begeleidt hij het keuringstraject. een virtuele coach. Jongeren tussen de 17 en ‘Er bellen regelmatig ouders op met vragen over vooropleiding en uitzendingen’, zegt 29 jaar meten in de test hun fysieke gesteldhij. ‘Vroeger waren er standaardeisen aan dit heid met slechts een meetlint, weegschaal en de toegewezen virtuele coach. Daarbij traject gekoppeld. Tegenwoordig passen we meer maatwerk toe. We zijn niet meer in de worden aan elke functiegroep andere eisen luxe positie dat we uit een grote hoeveelheid gesteld. Ook nieuw is de introductie van de zogenoemde webinars, korte online voorlich- kandidaten kunnen kiezen. Nu kijken we veel tingsfilmpjes. Die zijn bedoeld voor geïntemeer hoe we elkaar tegemoet kunnen komen, maar uiteraard blijven er wel basiseisen resseerden die zich wel hebben opgegeven bestaan.’ ‘Je hoeft echt geen GI Joe of Jane te voor de bijeenkomst, maar uiteindelijk niet (kunnen) komen opdagen. Zij krijgen een zijn om bij Defensie te werken’, besluit Knip. internetlink doorgestuurd naar het betref‘Gezond en sportief zijn is voor de meeste In de coulissen van de commercialopnames ‘In één week tijd schieten we negen reclamecommercials’, vertelt Scholtens die de filmcrew de hele week begeleid. ‘Tijdens de draaiweek zijn er achter de schermen zo’n twintig mensen in touw, van cameraman tot catering. De acteurs in de filmpjes zijn actief dienend luchtmachtpersoneel. Zij worden gescout door de voorlichters op de onderdelen waar de commercials worden opgenomen. We zoeken hierbij een goede diversiteit in gender en culturele afkomst’, legt Scholtens uit. De jongen die de vragen stelt is echter wél een acteur. ‘Met zijn jonge leeftijd en casual uiterlijk is hij een goede representant van de doelgroep. Om de herkenbaarheid van de campagne te bevorderen is hij ook het gezicht van Base-X.’ De nieuwe commercials zullen vanaf medio april gaan meedraaien in de bestaande reeks, en voornamelijk te zien zijn op de muziekzenders TMF en MTV.
23
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
Kantoor Testvliegen heeft grote invloed op mogelijkheden F-16 squadrons
Waarin een klein land groot is
Sinds de eerste vliegbewegingen is het testen en evalueren van vliegtuigen en wapensystemen een belangrijk onderdeel binnen de militaire luchtvaart. Deze taak vereist speciaal getraind en opgeleid personeel. Ook de KLu maakt daarvan gebruik, voornamelijk op het Kantoor Test Vliegen op de Vliegbasis Leeuwarden.
Foto links: Musters vliegt tijdens zijn opleiding veel types zoals de oude Harvard en U-6 Beaver (foto), T-2 en T-38 straaltrainers, en de F/A-18B Hornet. Ook de X-26A zwever en helikopters als de UH-60L Blackhawk en TH-6B zijn onderdeel van het lesprogramma. Foto onder: Het testvliegtuig van de KLu, de F-16B J-066 Orange Jumper in de landing op de thuisbasis Vliegbasis Leeuwarden.
Tekst en foto’s: Marco Ferrageau de Saint Amand en Pieter M. Groenendijk
DE VLIEGENDE HOLLANDER
24
R E P O R TA G E
Anders dan incidentele programma’s test het Kantoor Testvliegen (KTV) niet voor andere F-16 partners binnen de European Participating Air Forces (EPAF),maar hoofdzakelijk voor de KLu. De voornaamste taak het uitvoeren van Developmental Test en Evaluation, ontwikkelingstesten en – evaluaties dus. Opdrachten daarvoor komen van de Afdeling Operationele Research. Daarnaast heeft het KTV de taak om het 323 Squadron op Leeuwarden te ondersteunen met de operationele testen en evaluaties. Het KTV is niet groot. Het Hoofd KTV, majoor Patrick Musters, neemt samen Flight Test Engeneer (FTE) Ir. René de Dooij het merendeel van de missies hun rekening. De Dooij is een burgermedewerker, ingehuurd van het Nationaal Luchten Ruimtevaartlaboratorium (NLR). Samen doen ze vrijwel alles dat nodig is voor het testen en evalueren van F-16 wapensystemen. Naast de FTE, die bedoeld is als specialist vliegtechnische zaken, zijn twee AVT’ers belast zijn met het onderhoud van de testapparatuur aan boord van F-16BM J-066. Orange Jumper Deze F-16, die is ondergebracht in de operationele sterkte van het 323 Tactical Test Evaluation and Standardisation Squadron (TACTESS) is een uniek exemplaar. Nergens binnen de EPAF vliegt een zelfde F-16 als deze Orange Jumper. Die naam komt voort uit de oranje bekabeling (jumpers) voor het scala aan test- en meetapparatuur, die door het hele vliegtuig is aangebracht. De registratieapparatuur is onder andere duidelijk zichtbaar in de achterste cockpit, maar wordt soms ook onder de romp of vleugels meegedragen. In het verleden vloog de eerste test F-16 op Volkel alleen voor de Testgroep KLu, de voorloper van het KTV. Die Block15 F-16B (de J-653 die in oktober 2008 uit de sterkte werd gehaald, zie kader) was operationeel niet inzetbaar. Omdat Leeuwarden als eerste basis overschakelde op de Midlife Update van de F-16, verhuisde het KTV in juni 1999 naar Leeuwarden, en werd ondergebracht bij het 323 Squadron. Musters: ‘Als wij als KTV over de J-066 willen, of moeten beschikken, hebben we de prioriteit en kunnen we de J-066 aan het reguliere vliegprogramma onttrekken. Dat werkt prima in de praktijk. Alleen is de kist geregeld weg voor modificaties maar dat is inherent aan ontwikkelingsprogramma’s. Het concept om de testkist ook operationeel inzetbaar te houden, is uniek en een goede keus. Het voordeel is dat operationele vliegers zo ook sommige testen kunnen doen en hun mening daarover kunnen geven. Dit levert meer meningen op en daardoor dus voordeel.’ Goed opletten Musters begon zijn vliegende carrière binnen de KLu bij het 306 Squadron op Volkel. Hierna vloog hij enige tijd bij 311 Squadron om vervolgens terug te keren bij 306 als instructeur. ‘Binnen de KLu ontstond op een gegeven moment een vacature voor de opleiding tot testvlieger’, vertelt Musters. ‘Door mijn achtergrond met een HTS-natuurkunde had ik al een bijzondere interesse in de technische aspecten van het vliegen. Mijn voorkeur voor de opleiding tot testvlieger ging sterk uit naar een Amerikaanse, met als reden de overdaad aan faciliteiten. De opleiding bij de United States Naval Test Pilot School (USNTPS) zag ik het meest zitten.
Bij de Testgroep KLu doet de J-646 doet vanaf 1984 drie jaar dienst, maar een eenzitter blijkt minder geschikt dan een tweezitter. De J-653, met de J-655 als reserve, doet vanaf 1986 dienst totdat de J-066 alle testtaken overneemt. Foto: Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg
Voormalig flighttestengineer kapitein Bernard Buijs bij de ventral vins van de F-16. Op de plaats van de flare-dispenser is een highspeed-camera aangebracht.
Zij vliegen met toestellen waar ik anders nooit ik zou kunnen vliegen. Bij de USAF Test Pilot School op Edwards AFB gebruiken ze de namelijk ook de F-16 en daar had ik al heel wat ervaring mee. Bij de marine zou ik vliegen in bijvoorbeeld de F/A-18, T-6 en T-38.’ Na zijn selectie bij de KLu werd de opleiding aan de USNTPS op Naval Air Station Patuxent River via de Afdeling Operationele Research geregeld. Met een totaal van 2000 vlieguren is Musters binnen zijn klas behoorlijk ervaren. ‘De gemiddelde Amerikaanse marinevlieger komt de opleiding binnen met circa 1000 vlieguren. Buitenlandse studenten zoals ik, hebben vaak meer ervaring.’ Het vliegen in een groot aantal vliegtuigtypes vond Musters een boeiende ervaring. ‘Na jaren op de F-16 ken je die wel van binnen en buiten. Als je dan op een ander toestel vliegt, zoals een kleine Cessna 172, valt dat in het begin nog helemaal niet mee. Naast het vliegen, leer je erg goed te rapporteren. Dat wat het vliegtuig je vertelt bij bepaalde handelingen is essentieel. Normaal is het zo dat het vliegtuig doet wat jij wilt, maar dat is niet vanzelfsprekend. Dat bleek wel toen we vlogen op de MiG-15, die voor ons werd ingehuurd. Bij een MIG-15 moet je dus echt goed opletten. Dat ding heeft slechte vliegeigenschappen. Zo kun je airborne gaan zonder enige controle over de rolroeren, en dat is natuurlijk levensgevaarlijk.’
25
DE VLIEGENDE HOLLANDER
R E P O R TA G E
Niet eenvoudig De opleiding aan de USNTPS duurt tien maanden. Elke klas bestaat uit 36 studenten, verdeelt over de drie verschillende studieonderdelen: fixed wing, rotary wing en airborne systems. Hoewel helikoptervliegers tijdens de opleiding voornamelijk in helikopters vliegen, krijgen ze ook les in straalvliegtuigen als de T-38 en F/A-18. Omgekeerd vliegt een jet-piloot ook in helikopters. Zo krijgt iedereen met alle aspecten van vliegen te maken. In totaal vliegen USNTPS-studenten tijdens de opleiding zo’n 150 uur, en daar staan nog 550 uur in de collegebanken tegenover. Als eindopdracht vliegt de student een type vliegtuig waarop hij of zij nog nooit heeft gevlogen. De evaluatie daarvan leidt tot een eindrapport, vaak wel 150 pagina’s dik. Zo kan het gebeuren dat een F-16 piloot ter evaluatie de Airbus A319 of A340 vliegt, iets wat ongewoon is voor een straaljagerpiloot. Op Edwards AFB vliegt Musters onder andere in de DG-505 zwever en oude Block 15 F-16B. Verder ook in een ‘vliegende boot’, de HU-16 Albatross, op een meer in de buurt van Las Vegas. Dit uitstapje is onderdeel van het lesprogramma en werd door Musters als
De Orange Jumper tijdens testen in 2004 waarbij met highspeed-camera’s de separatie van een Mk.84 bom van de pylon wordt vastgelegd. Foto: Arnoud Schoor, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg
zeer leerzaam ervaren. Musters vond de opleiding erg zwaar. ‘Moeilijkst was om te gaan met de tijdsdruk, maar het schrijven van de rapporten was niet eenvoudig. Je moet je gedachten over een vliegtuig goed overbrengen op papier. Maar daarop was ook het hele vlieg- en lesprogramma gebaseerd.’ In december 2007 slaagt Musters om zich vanaf januari 2008 bij de staf van KTV aan te sluiten. Het toenmalige H-KTV, majoor Terts van den Berg, voltooide net als Musters zijn opleiding op Patuxent River. Telefoon Door het plotselinge vertrek van Van den Berg naar Engeland om daar zijn
Het voltooien van de opleiding tot testpiloot aan de United States Naval Test Pilot School, wordt door velen gezien als de perfecte opstap naar de Amerikaanse ruimtevaart. Alan Shepard, de eerste Amerikaan in de ruimte, en de nog immer populaire John Glenn zijn enkele van de vele astronauten wiens roots bij de USNTPS liggen. De Klas van Musters maakt dan ook een excursie naar het Johnson Space Centre in Houston, waar ze met open armen door de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA worden ontvangen. Voor de Amerikaanse studenten is dit een soort open sollicitatie naar astronauten opleiding. Primaire taak van de USNTPS is en blijft echter het opleiden van vliegers en flightengineers tot volwaardig testpiloot en testengineer. Ook Nederlandse testpiloten hebben de weg naar de USNTPS gevonden. Zes KLuvliegers voltooiden tot op heden de opleiding in Amerika.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
26
testvliegcarrière voort te zetten, werd Musters onverwacht aangesteld als hoofd. ‘Voor een overdracht was nauwelijks tijd, ongeveer twee weken. En omdat ik ongeveer 95% van de testprogramma’s vloog, was het een drukke tijd. Wat dit alles wel laat zien is dat de opleiding aan de USNTPS een erg goede voorbereiding is op een functie van H-KTV. Ondanks een korte inwerkperiode is de functie prima ingevuld.’ Musters vindt dat het werk van het KTV veel meerwaarde oplevert. ‘Het beoordelen van nieuwe systemen en geschikt maken voor gebruik bij de operationele squadrons, vereist een speciale aanpak. Dat kunnen we hier goed, zoals bewezen is met de Recce-Lite fotopod, of zoals recentelijk met BLOSCOM-Pod.’ Dat staat voor Beyond Line Of Sight Communication. Musters: ‘Oftewel een satelliettelefoon aan de vleugel. We kunnen met deze pod bellen en gebeld worden. We hebben al aardig wat geëxperimenteerd met handheld satelliettelefoons, maar dat leverde nooit een bruikbaar resultaat op. Overzicht van het platform van de USNTPS op Patuxent River met Sea- en Blackhawk en Kiowa helikopters, F/A-18 Hornet en T-38 straaljagers, Learjets, T-6 trainers, en een P-3 Orion. Uiterst rechts staat de Beaver.
R E P O R TA G E
Uiteindelijk is een Amerikaanse fabrikant benaderd om er een te maken. Dat resulteerde in een pod aan de vleugel. De Amerikanen hebben er al een maar met veel minder mogelijkheden. Het is dus een geheel nieuw product maar al wel een bestaand concept. We kunnen deze inzetten in gebieden waar geen radiodekking is. Bijvoorbeeld tijdens ferryvluchten over de oceaan maar ook in het inzetgebied. Je hebt dan altijd contact met vitale communicatiestations. Het mooie is dat we bedrading in het vliegtuig hoeven aan te leggen. Het is dus zo te gebruiken.’ Beproeving Recentelijk stond de J-066 weer bij het Logistiek Centrum Woensdrecht voor een aantal modificaties, en binnenkort gaat de Orange Jumper voor een maand naar de Noorse vliegbasis Ørland. Daar voert de KLu met de andere EPAFpartners de Operational Test and Evaluation van de volgende versie van de MLU, de M5, uit. ‘Dat en het testen van nieuwe wapen- en afweersystemen, beloofd weer een flinke beproeving voor de Orange Jumper te worden, zegt Musters. ‘Het KTV is slechts een klein onderdeel binnen het CLSK, maar door
De F-16B J-653 was één van de testvliegtuigen van de Koninklijke Luchtmacht. Op donderdag 16 oktober vond de laatste vlucht met dit toestel plaats vanaf de Vliegbasis Volkel. Veel betrokken (oud-) testvliegers, flighttestengineers en personeel van ondersteunende laboratoria waren aanwezig om deze F-16 een laatste groet te brengen. De toestellen zijn door het NLR van instrumenten voorzien waarmee tijdens testvluchten een groot aantal gegevens kunnen worden verzameld zoals hoogte, snelheid en versnelling, maar ook trillingen, stuurkrachten, kerosinegebruik en de standen van de stuurvlakken. Toen MLU zijn intrede deed, werd besloten het vliegtuig weer tot de standaard MLU configuratie terug te bouwen. Foto: Leonie van Helmond, AVDD
de hoge mate van professionaliteit zijn de resultaten van de uitgevoerde tests van grote invloed op het werk van alle
F-16 gebruikers binnen de KLu. En zoals met de M5-tests ook daarbuiten. Iets waarin een klein land groot is.’ •
Twee systemen uit het recente verleden van het Kantoor Testvliegen. Links de BLOSCOM-pod, onder de RecceLite-fotopod waarmee in 2007 getest werd. Foto links: Maurits Kraak
27
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Leeswijzer
DIENENDE DIEREN
‘Oorlogsdieren. Over boodschappers, bommendragers en troosthonden’, geschreven door Bibi Dumon Tak, ISBN 978 90 253 6399 / NUR 320, uitgegeven door Atheneum – Polak & Van Gennep. De paperback telt 192 pagina’s met 19 zwart-wit foto’s, en kost € 17,50. Kijk voor meer informatie op www.boekboek.nl of www.uitgeverijathenaeum.nl.
De actualiteitenrubriek NOVA filmt op 27 februari de ‘oorlogsdieren’ van de Vliegbasis Woensdrecht. Hondengeleider adjudant Willy Stevens is een van de informanten van schrijfster Bibi Dumon Tak. De uitzending, vlak voor de Boekenweek met als thema ‘dieren’, zoomt ondermeer in op de rol van de diensthond in de krijgsmacht. Wanneer de Britse bommenwerper waarin de duif Winky in 1942 meevliegt crasht op de Noordzee, weet ze te ontsnappen uit haar transportblik. Hoewel doorweekt en besmeurd met olie slaagt de duif erin de tweehonderd kilometer terug naar haar hok in Engeland te overbruggen. Hierop zet de Royal Air Force een reddingsactie op touw en brengt ze de hele crew van Winky’s toestel veilig thuis. Hiervoor ontvangt ze, als eerste, de zogenoemde Dickin Medal. Na Winky krijgen nog 61 andere dappere dieren deze militaire decoratie – met als motto ‘We also serve’ – die is gelijkgesteld aan het Victoria Cross, de hoogste Britse dapperheidsonderscheiding. Bibi Dumon Tak verzamelde in haar boek ‘Oorlogsdieren. Over boodschappers, bommendragers en troosthonden’ talloze verhalen van dergelijke dienende dieren. Van de duif tot de diensthond en van het vuurvliegje tot de vleermuis. Mascotte, koerier, bewaker, muizenvanger of lastdier, het is slechts een kleine greep uit de taken die dieren uitvoeren onder vijandelijk vuur, gifgasaanvallen en andere ontberingen.
mendragende, bierdrinkende, peukenrokende Poolse beer Wojtek. Maar soms blijken moed, doorzettingsvermogen en loyaliteit niet voorbehouden aan mensen en groeien dieren uit tot ware helden. De Canadese Newfoundlander Gander bijvoorbeeld. In 1941 redt deze mascotte zijn manschappen het leven door een vijandelijke granaat in de bek te nemen en weg te rennen. Gander is slechts een van vele dieren die hun eigen leven riskeren om dat van hun baas te redden. Direct of indirect. Want zelfs als mascotte is een dier vaak van grote waarde, vertelt een veteraan: ‘He was like an oasis of friendship in a desert of sadness.’ Dumon Tak zegt ‘de’ historie van oorlogsdieren te beschrijven, maar haar boek is vooral een bundeling anekdotes. Toch is Oorlogsdieren een sympathiek boekje over de blaffende, hinnikende, koerende, mekkerende en miauwende kameraden die de mens bijstaan ondanks verwondingen, vermoeidheid en andere ontberingen. (I.K.) •
Hondenbaan De hond is het meest veelzijdige oorlogsdier. Als ‘parapup’ of kamikaze tankbuster, maar natuurlijk vooral als bewakings- en explosievenspeurhond, onder andere in de twee verhalen over de KLu-hondensecties. Ook figureert de trouwe viervoeter als geleidehond. Zoals Roselle, die in 2001 haar blinde baas en zijn collega’s uit een van de brandende torens van het World Trade Centre redde. En in de nieuwe rol van troosthond. Boe en Budge staan als ‘stresssponzen’ gewonde en getraumatiseerde Amerikaanse militairen bij in hun herstel. Om te voorkomen dat manschappen de kwispelende krachten beledigen of mishandelen, dragen de labradors de rang van sergeant 1. Vaak zijn ‘oorlogsdieren’ niet meer dan gebruiksvoorwerpen. Zwermen vuurvliegjes stierven in de loopgraven tussen de vingers van soldaten zodat deze zichzelf even konden bijlichten. Hele schaapskudden werden in Korea opgeofferd om mijnenvelden te ruimen. Andere keren zijn de dieren vooral markante voetnoten, zoals de bomEen indruk druk uk k
DE VLIEGENDE HOLLANDER
28
JOURNAAL Russen verkennen Open Skies boven Benelux
Een Russische Antonov An-30B voerde begin maart observatievluchten uit boven Nederland. Deze vonden plaats in het kader van het Open Skies-verdrag, waarbij waarnemingsvluchten boven 35 NAVOlanden en het voormalige Warschaupact worden toegelaten. Deze inspecties over
bijvoorbeeld militaire installaties en wapencomplexen, bevorderen het vertrouwen met de landen uit het voormalige Warschaupact. Sinds 2002 maakt ieder jaar een verkenningvliegtuig een observatievlucht plaats boven de Benelux. Onderdeel van de observatievluchten is een landing op de Vliegbasis Volkel voor het uitladen van personeel en filmmaterieel. Foto’s: Eric Vorstenbosch, AVDD
KLu ingezet bij Afghanistan-Top
Vakbonden en staatssecretaris ondertekenen nieuwe Defensie-CAO Staatssecretaris van Defensie Jack de Vries en de defensievakbonden hebben op 31 maart het akkoord over de Defensie Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) ondertekend. In de nieuwe eenjarige CAO stijgen de lonen met 1 procent. Zoals vastgelegd in het vorige akkoord wordt verder gewerkt aan de totstandkoming van een dertiende maand door de eindejaarsuitkering met 1,5 procent te verhogen. De arbeidsvoorwaarden bevatten daarnaast afspraken over acute knelpunten op gebied van vergoedingen, waaronder buitenlandvergoedingen en afspraken over levensfase- en loopbaanbeleid.
VOOR ADRESWIJZIGINGEN: ZIE COLOFON OP PAGINA 2. VRAGEN AAN – BEHALVE OVER ADRESWIJZIGINGEN – OF BIJDRAGEN VOOR DE VLIEGENDE HOLLANDER? Mail naar
[email protected] Deadline: iedere eerste maandag van de maand.
Betaaldata salarissen 2009
Net als alle operationele commando’s leverde ook de luchtmacht haar bijdrage aan de internationale Afghanistan-Top op 31 maart in Den Haag. Verschillende toestellen van de KLu zijn hiervoor ingezet, waaronder de Gulfstream van het 334 Squadron. Deze vloog secretaris-generaal van de Verenigde Naties Ban Ki-Moon over van een conferentie van de Arabische Liga in Qatar naar Rotterdam Airport. Natuurlijk stonden ook de twee F-16’s paraat voor de Quick Reaction Alert. Uiteraard werden alle vliegende elementen gemonitord op het AOCS Nieuw Milligen. Foto: Staf Voorlichting AOCS NM
In 2009 wordt het salaris uiterlijk de volgende werkdag na de onderstaande betaaldatum op uw rekening bijgeschreven: 24 april, 22 mei, 24 juni, 24 juli, 24 augustus, 24 september, 23 oktober, 24 november en 22 december. Meer informatie is verkrijgbaar bij het Dienstencentrum Human Resources (DCHR) op *06-733 of 0800 – 2255733
29
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Overdracht Contingents Commando Afghanistan Commodore Geert Bergsma droeg op 14 maart op Kandahar Airfield het commando over van het 1 (NLD) Contingents Commando (ContCo) aan commandeur Jelle Snoek. Daarmee krijgt na drie luchtmachters een marine-militair de leiding over het ContCo. Ter ere van de nieuwe marine-ContCo liet Bergsma tijdens het aantreden zowel de marine als de KLumars ten gehore brengen. De ceremonie werd afgesloten met de defensiemars om de paarse samenstelling te benadrukken. Foto: Gerben van Es, AVDD
Herinneringsmedaille voor Afghanistangangers Ruim 1.500 militairen en hun civiele collega’s van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking ontvingen op 5 maart de Herinneringsmedaille Vredesoperaties voor hun inzet in Afghanistan. De Commandant der Strijdkrachten, generaal Peter van Uhm, stond tijdens de uitreiking in het Arnhemse Gelredome uitvoerig stil bij de in Afghanistan geleverde prestaties en gedane offers. Ook sprak hij over de cruciale rol van het thuisfront en het toenemende belang van de civiele inbreng in de missie in Afghanistan.
Kandahar Airfield viert Internationale Vrouwendag Twee dagen voor de Internationale Vrouwendag werden de naar Afghanistan uitgezonden vrouwen in het zonnetje gezet. Op Kandahar Airfield was er op 6 maart namelijk een speciale barbecue. Daar hield contingents commandant Geert Bergsma een toespraak waarin hij inging op de plaats die vrouwen innemen binnen Defensie. ‘Defensie kampt met een groot personeelstekort en is al enige tijd op zoek naar meer vrouwelijk personeel. Daarom is deze Defensievrouwendag ook bedoeld om te laten zien dat vrouwen op hun plek zijn binnen Defensie, maar zeker ook in het uitzendgebied.’ Hij sloot zijn toespraak af met de treffende woorden: ‘Vrouwen zijn niet gelijk aan mannen. Vrouwen zijn wél gelijkwaardig aan mannen.’ Foto: 1 (NLD) ATF
Opening Defensie Paraschool Alle parachuteopleidingen van Defensie zijn sinds 2 maart onder één dak gebracht binnen de Defensie Para School (DPS). Kolonel Rob Querido, commandant van het Korps Commandotroepen, opende de nieuwe school op de Seeligkazerne in Breda. De kazerne bood al onderdak aan de paraopleiding van het Korps Commandotroepen. Daar komen nu de instructeurs van andere krijgsmachtdelen bij. Deze samenvoeging verbetert de efficiëntie, kwaliteit en veiligheid van de opleiding. De nieuwe school is vernoemd naar ex-commando en kapitein b.d. Cees Sisselaar, die vlak voor het einde van de Tweede Wereldoorlog als spion per parachute achter de vijandelijke linies in Nederlands-Indië werd gedropt. Hij was eregast bij de openingsceremonie, waaraan een parachutedemonstratie door de vier deelnemende krijgsmachtdelen vooraf ging.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
30
Commando-overdracht Joint Support Detachement Majoor Gilbert de Winkel droeg op 12 maart het commando van het achtste Joint Support Detachement (JSD-8) op Kandahar Airfield over aan majoor Ad Verbeek. In zijn toespraak was De Winkel lovend over de manier waarop JSD-8 de afgelopen vier maanden heeft gefunctioneerd. ‘Ik heb vele complimenten gehoord vanuit Tarin Kowt en Kandahar Airfield, maar ook vanuit Nederland.’ Foto: Wilko ter Horst
JOURNAAL
Werkbezoek FSE Mirage door PC-LSK
Commandant USAFE bezoekt Nederland
De Plaatsvervangend Commandant Luchtstrijdkrachten, generaal-majoor Erik Oliemans, bracht op 19 en 20 maart een kort werkbezoek aan 1 (NLD) FSE Mirage. De PC-LSK zag een volledige rotatiedag in bedrijf en kreeg uitleg over de werkzaamheden op dit Forward Support Element. Ook ontvingen 24 leden van het detachement uit zijn handen de ISAFmedaille. Foto: 1 (NLD) FSE Mirage
Opening lesgebouw voor NH90-training Commodore Theo ten Haaf, commandant van het Defensie Helikopter Commando (DHC), opende op 24 februari officieel het vernieuwde lesgebouw van Squadron 7 op Maritiem Vliegkamp De Kooy. Ook droeg kapitein-luitenant-terzee Ruud Petterson het Learning Management System over aan het DHC. Voor de nieuwe NH90-trainingen wordt intensief gebruik gemaakt van dit systeem dat ondersteuning biedt aan diverse digitale en interactieve onderwijsmaterialen. Foto: Michael van Koten
Nieuw Hoofdkrijgsmachtaalmoezenier Met een plechtige vesperviering in de kathedrale Basiliek Sint Bavo in Haarlem nam kolonel Jan van Lieverloo op 11 maart de functie van Hoofdkrijgsmachtaalmoezenier (HKA) bij de Dienst Rooms Katholieke Geestelijke Verzorging (RKGV) over van kolonel Geert Hoes. Van Lieverloo werd hiermee hoofd van dienst van de aalmoezeniers van alle vier de krijgsmachtdelen geworden. De RKGV bestaat uit 54 aalmoezeniers die werkzaam zijn bij de Koninklijke Landmacht, Luchtmacht, Marine, Marechaussee en het Commando Dienstencentra. Foto: Arief Rorimpandey, AVDD
Koninklijke onderscheiding Gerard Casius Gerard Casius is op 28 maart in het Militaire Luchtvaart Museum in Soesterberg benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Casius is ondermeer onderscheiden vanwege zijn werkzaamheden als vrijwilliger voor de Stichting Vrienden van het Militaire Luchtvaart Museum en zijn activiteiten op luchtvaarthistorisch gebied. Behalve het schrijven van artikelen en boeken over luchtvaartgerelateerde zaken fungeert Casius ook veelvuldig als vraagbaak voor instanties als de Oorlogsgravenstichting, het Verzetsmuseum en het Nederlands Instituut voor Militaire Historie.
De commandant van de United States Air Force in Europe (USAFE), generaal Roger Brady, bezocht op 4 maart de Vliegbasis Eindhoven. Daar kreeg hij uitleg over air-to-air refueling en boomoperations met de KDC-10. Na ontvangst werd Brady gebriefd door de C-LSK luitenant-generaal Jac Jansen, en de Commandant Vliegbasis kolonel Henk van der Vlies. Na het korte programma deed de generaal ook de Vliegbasis Gilze-Rijen nog aan. Foto: Leonie van Helmond, AVDD
Eeuwfeesten gemotoriseerde luchtvaart In 2009 vinden er diverse festiviteiten plaats om het eeuwoude luchtvaartjubileum te vieren. Op 19 en 20 juni wordt tijdens de Luchtmachtdagen op de Vliegbasis Volkel naar verwachting een demonstratievlucht gemaakt met een replica van de Amerikaanse Wright Flyer uit 1903. Van 21 tot 24 juni vindt in Etten-Leur de herdenkingsweek van de 100-jarige gemotoriseerde luchtvaart in Nederland plaats. Van 24 tot en met 28 juni vormt vliegveld Seppe het decor met een spectaculair ‘flying en static display’ met ruim honderd historische vliegtuigen, rondvluchten en openluchtbioscoop in de avonduren. Op het Aviodrome bij vliegveld Lelystad wordt van juni tot januari een speciale ‘100 jaar Vliegen Voorbij’ expositie gehouden. Details zijn bij het ter perse gaan van dit nummer nog niet bekend.
Veteranendagen Militaire Luchtvaart op Eindhoven De Veteranendagen Militaire Luchtvaart zullen in verband met de sluiting van de Vliegbasis Soesterberg dit jaar voor de eerste maal worden gehouden op de Vliegbasis Eindhoven en wel op 16 en 17 september. Alle bij het Bureau Veteranen/CLSK geregistreerde veteranen ontvangen rond juni/juli nadere informatie.
31
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Actiedag voor kankerpatiëntjes
Het luchtmachtteam voor de Roparun, Wings for Life, zette op 28 maart een speciale dag op poten voor kankerpatiëntjes. Vijftig zieke kinderen waren gedurende deze dag op de Vliegbasis Gilze-Rijen V.I.C., Very Important Children. Met een Fokker 50 werden ze vanaf Rotterdam Airport ingevlogen om eens flink in het zonnetje gezet te worden. Ook konden sporters uit de regio tegen een kleine donatie aan het goede doel deelnemen aan judo-, taekwondo- en atletiekclinics verzorgd door sporters van de Defensie Topsport Selectie. Verder waren er onder andere demonstraties van de Stichting Koninklijke Luchtmacht Historische Vlucht, de brandweer en de hondensectie. Foto: Leonie van Helmond, AVDD
Brewster replica voor Militaire Luchtvaart Museum Het MLM ontving op 28 maart een replica van de Brewster B-339C van de Stichting Vrienden van het Militaire Luchtvaart Museum. Dit toestel, dat in Britse dienst de naam Buffalo meekreeg, is een kopie van het type jachtvliegtuig dat dienst deed voor de Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlands Indisch leger. Deze bijzondere aanwinst voor de collectie herinnert aan de inzet van de Nederlandse vliegers in strijd tegen de Japanners in 1941-1942. De Brewster Buffalo is geschilderd in de kleuren van de vliegtuigen waarmee sergeant-vlieger Gerardus Meinardus Bruggink samen met kapitein-vlieger-waarnemer Van Helsdingen, luitenant Deibel en vaandrig Scheffer, op 7 maart 1942 de laatste gevechtsactie in Nederlands-Indië tegen de Japanners hebben
Vliegbasis Volkel opent deuren voor omwonenden De dorpsraden van Odiliapeel en Volkel brachten op 19 maart een bezoek aan de Vliegbasis Volkel om een training van het F-16 demonstratieteam bij te wonen. Voor zowel de vliegbasis als de omwonenden een goede manier om informeel met elkaar in contact te treden. De dorpsraadleden zagen hoe kapitein Ralph Aarts zijn F-16 door de lucht manoeuvreerde. Uitleg naderhand bij het toestel door de vlieger en de Commandant Vliegbasis kolonel Wido van de Mast en de debriefing van de coach bood de ‘buren’ een kijkje in de keuken van een zorgvuldig opgezette F-16 demonstratie. De dorpsraadsleden toonden zich erg enthousiast over het bezoek en de demonstratie.
Reünies Charlie Compagnie Dutchbat-3 Datum: 9 en 10 mei Locatie: De Basis in Doorn Informatie en aanmelding: Bestuur van Reünieverband Dutchbat-3 (kring 07 van de Bond van Oud-Stoottroepers en Stoottroepers). E-mail:
[email protected] of kijk op http://www.dutchbat3.nl Bijzonderheden: Kosten € 7,50 pp exclusief consumpties. Geen partners OO-mess ‘de G.O.O.T.’ Datum: 5 juni Locatie: Vliegbasis Leeuwarden Informatie en aanmelding: Onderofficiersmess ‘de G.O.O.T.’ E-mail:
[email protected] o.v.v. reünie Bijzonderheden: Voor iedereen die tussen 1948 en 2009 lid was van de Onderofficiersmess. Het programma duurt van 14.30 uur tot 23.00 uur Reünietoernooi Cadetten Hockey Club Datum: 22 mei, 14.00-17.00 uur Locatie: KMA Breda Informatie en aanmelding: tot 11 mei bij kapitein Liz Marquart Scholtz.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
32
ondernomen. Bruggink en de andere vliegers zijn daarvoor onderscheiden met de Militaire Willems-orde. Een van de doelstellingen van de Vrienden is het completeren van de collectie van het MLM. Zij stelde dan ook het geld beschikbaar om de Brewster te laten bouwen bij het Cradle of Aviation Museum op Long Island, New York. De overdracht vond plaats op de voormalige Vliegbasis Soesterberg in aanwezigheid van familieleden van een aantal vliegers van weleer, vertegenwoordigers van de Koninklijke Vereniging van Ridders der Militaire Willems-Orde, oud Indië-militairen en veteranenorganisaties uit Nederland, de Verenigde Staten en Australië. Meer informatie over de Brewster staat in de Leeswijzer van het januarinummer van de Vliegende Hollander.
E-mail:
[email protected] of 076-5273502 Bijzonderheden: Geen kosten. Aansluitend BBQ met de Vereniging Oud Leden Cadetten. Bravo Compagnie Dutchbat-3 Datum: 13 en 14 juni Locatie: De Basis in Doorn Informatie en aanmelding: Bestuur van Reünieverband Dutchbat-3 (kring 07 van de Bond van Oud-Stoottroepers en Stoottroepers). E-mail:
[email protected] of kijk op http://www.dutchbat3.nl Bijzonderheden: Kosten € 7,50 pp exclusief consumpties. Partners welkom. Programma begint om 10.00 uur op het ereveld in Loenen. Promotie ’69 Datum: 7 november, 11.00 tot 17.00 uur Locatie: Kasteel van Breda Informatie en aanmelding: allen die in de periode september 1965 tot en met 1969 op enige wijze zijn verbonden (geweest) met deze promotie. Bijzonderheden: In 2009 gedenkt de promotie ‘soixanteneuf’ het verblijf op de KMA dat in 1969 eindigde. Partners van harte welkom. Nadere gegevens zoals kosten en inschrijving volgen medio mei.
JOURNAAL
Live-registratie van Rockopera in Concert Rockopera in Concert, uitgevoerd door het Orkest van de Koninklijke Luchtmacht, is nu op cd verkrijgbaar via hun webwinkel. Op de cd staat ruim een uur aan hoogtepunten van de rockopera. Zo kan de liefhebber weer genieten van songs uit Evita, The Wall, Rent, Tommy, Jesus Christ Superstar en Hair. De cd kost € 15,- en is te bestellen via www.luchtmachtkapel.nl/shop
Inschrijving Tweedaagse Militaire Prestatietocht De 61ste Tweedaagse Militaire Prestatie Tocht (TMPT) vindt dit jaar plaats op 19 en 20 mei in de omgeving van Harskamp. De TMPT is een veelzijdige sportieve tocht voor alle beroeps- en reservemilitairen van alle krijgsmachtdelen en bestaat uit twaalf onderdelen, variërend van verplaatsing per kajak, hindernisbanen, kaartlezen en een schietproef. Het behalen van deze prestatie geeft recht op het dragen van het TMPT-kruis. Maximaal 240 tweetallen kunnen in twee leeftijdscategorieën deelnemen. De uiterste inschrijfdatum is 5 mei 2009. Nadere informatie en inschrijving via www.tmpt.nl.
Agenda Militaire Luchtvaartmuseum The Pilot Experience Bezoekers kunnen plaatsnemen in een aantal cockpits en hun vliegcapaciteiten testen tijdens een virtuele vlucht in een F-16 simulator. Ook zoomt het MLM in op de activiteiten van het F-16 Solo Display Team. Verder kunnen bezoekers in de Luchtmacht Experience ontdekken of zij echt aanleg hebben voor vliegen. Tenslotte informeert Centrum voor Mens en Luchtvaart de bezoekers over de fysieke en psychologische keuringen die men ondergaat voordat men toegelaten wordt tot de vliegeropleiding. Wie tijdens deze week meedoet aan de prijsvraag dingt mee naar een ballonvaart in de luchtballon van de Koninklijke Luchtmacht. Dagelijks van 26 april tot 4 mei. Flying Center Een nieuwe groep vrijwilligers geeft vlieginstructies aan de hand van twee F-16 simulators. Iedere zondag.
Agenda Bronbeek Indonesische krijgskunst Museum Bronbeek houdt op zondag 3 mei in het congrescentrum Kumpulan een middag in het teken van de traditionele Indonesische krijgskunst. Vanaf 13.00 tot 17.00 uur maken bezoekers niet alleen demonstraties en schijngevechten mee, maar krijgen ze ook uitleg over de Indonesische krijgskunst, ceremoniële plechtigheden en wapens. Deelname bedraagt € 22,50 inclusief Indisch buffet. Inschrijven kan tot 27 april en uitsluitend per formulier verkrijgbaar via 026-3763578 of e-mail:
[email protected]. Wayang Revolusi - Kunst in dienst van de vrijheid’ Zestig jaar geleden verkreeg de republiek Indonesië haar soevereiniteit. Ter gelegenheid hiervan heeft Bronbeek de Indonesische wajangpoppenmaker Ki Ledjar Soebroto vijfentwintig poppen laten maken die het verhaal van de onafhankelijkheidsstrijd vertellen. Ze zijn nu te zien in ‘Wayang Revolusi’, waaruit blijkt hoe de Indonesische nationalisten in hun onafhankelijkheidsstrijd de traditionele kunstvorm wajang gebruikten als propagandamiddel. Bel voor meer informatie over het Koninklijk Tehuis voor Oud-Militairen en Museum Bronbeek met 026-3763555 of kijk op www.bronbeek.nl.
Expositie schilderwerk van Bernhard Nijssen In het museumcafé is een expositie ingericht met aquarellen van Bernard Nijssen. De tentoonstelling omvat schilderijen van historische vliegtuigen. Nijssen werkt aan de hand van fotomateriaal en slaagt er zo in om de vliegtuigen die hij schildert op een correcte manier weer te geven. Dagelijks tot eind augustus. Workshops ‘Ready for take off!’, ‘Start your engines’ en ‘Code S.O.S.’ Tijdens ‘Ready for Take-off!’ leren kinderen hoe vliegtuigen kunnen vliegen. Na een uitleg testen ze zelf een vliegtuig. In ‘Start your Engines’ ontdekken ze hoe een straalmotor werkt. ‘Code S.O.S.’ gaat over communicatie in de lucht via morse. Ze maken en testen zelf een morseapparaatje. Voor de workshops moeten kinderen van tevoren reserveren via de website. Kosten bedragen € 6,- p.p. Iedere woensdag van 14.00-15.30 uur. Museumtour Gratis rondleidingen door het museum. Iedere tweede zondag van de maand.
Meer informatie en aanmeldingen op www.militaireluchtvaartmuseum.nl. Openingstijden: dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 tot 16.30 uur, zondag van 12.00 tot 16.30 uur. Op pinksterzondag en Koninginnedag is het MLM gesloten. De exposities en het museum zijn gratis te bezoeken. Adres: Kampweg 120, 3769 DJ Soesterberg, telefoon 0346-356000. E-mail:
[email protected].
33
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Mensen
Mutaties
Bevorderingen militairen Luitenant-kolonel L Schmieman, S per 2/1/2009 (DVVO: Cdogrp S Pdgrp Wegvervoer), Velp, RHM van, Ing. per 1/1/2009 (POOL PROJN PROJ ACCS/LINK16), Welsch, JJ per 1/5/2009 (DIR WPSN NAVO C2COE STGP) M Majoor Brits, HJMJ per 2/1/2009 (KD:Kabinet B defensiestaf), Driesen, AL, Ing. per 2/1/2009 (DC IOD: VERVANGING F-16), Heuvel, RC van den per 11/26/2006 (LSK:SECTIE PUBLICATIES), Lageveen, WK per 11/1/2008 (LW:PVE LVB), Roem, JW per 2/16/2009 (AFD B&THELI SYSMGMT), Walter, TJ per 2/2/2009 (OKLU:PVE CIS) K Kapitein Dongen, TTCF van per 2/12/2009 (LSK:AFD D PERSONEELSZAKEN), Habets, RGJE, Ing. per 1/5/2009 (LSKBOE:PROJ. INFRA GILZE RIJEN), Hellings, JMA per 1/27/2009 (LW:PVE BRANDWEER), Jacobs, E per 2/1/2009 (DC IOD: NAEW), Jong, K de per 2/23/2009 (DHC:P&O ADVISEURS), Koning, MAW de per 1/19/2009 (DHC:BUR OEF EN INZET VOORBER), Koopman, MK per 2/2/2009 (OKLU:OA IMO), Lautenbach, SM per 2/1/2009 (DC IOD: NAEW), Matser, FA, Ir. per 10/31/2008 (VKL:VLUCHT 1 312), Neervoort, HW per 2/1/2009 (DC IOD: NAEW), Odijk, R per 1/1/2009 (LMG:AFD LUMA METEO CENTR), Troquete, DGW per 2/2/2009 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 312), Verweij, DC per 1/1/2009 (LSK:BUR ONDH. PROCES. & REGEL), Wijgerse, EA, Ing. per 2/16/2009 (LSK:BUR INFRA. & JUR. BEHEER), Zee, E de per 2/2/2009 (OTCLOG/ST/ OTK/PO SPEER/OSTGP) Eerste luitenant E Aarts, W per 2/1/2009 (VKL:CHEF STAF), Berkel, A AJJM van per 2/2/2009 (DHC:PVE G&O COGP 298SQ), Bie, A de per 2/1/2009 (DC IOD: Heavy Airlift Wing), Bouman, M per 3/2/2008 (NLDA: VTO CIE), Hulst, GW, Ing. per 2/16/2009 (LCW LOGMGMT HELIKOPTERS), Koole, PC per 8/31/2008 (LMG:AFD LUMA METEO CENTR), Martens, JJPJ per 2/16/2009 (LCW LOGMGMT HELIKOPTERS), Molleman, RB per 1/1/2009 (Afdeling), Oitmann, WFD, Ing. per 2/8/2009 (GGW:BUR TECH&BEDR.RATION.), Ommen, PWH van per 2/16/2009 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 313), Postema, MW per 2/27/2009 (LCW LOGMGMT PLFMGEB SYSN), Ramos, J per 2/16/2009 (LSKBOE:PROJ.SPEER TBV SMILE), Rossen, C per 2/1/2009 (GGW:BUR ONDERZ INT BEHEERSING), Valks, A per 3/2/2008 (NLDA: VTO CIE), Verstegen, JGMA per 2/16/2009 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 312), Vlist, D van der, Ing. per 2/16/2009 (LSK:BUR OVERIGE MIDDELEN), Vollering, GJAL per 6/14/2008 (AOCS:STAF OPER.&ONDERST.), Voorbach, J per 2/1/2009 (DC PV: Sie Aanstelling KLu), Vredenburg, SA, Ing. per 2/16/2009 (LCW LOGMGMT J&LVTGN)
DE VLIEGENDE HOLLANDER
34
Tweede luitenant T Bayens, B per 1/29/2009 (EHV:P&O B ADVISEURS&ONDERST P&O), Burg, AEAG per 1/27/2009 (AOCS:BUR MANAGEMENT CONTROL), Hoop, M de per 1/27/2009 (NLDA: Staf LO/Sgroep), Mulder, AM per 1/27/2009 (AOCS:STAF GEZONDHEIDSZORG), Serton, JM per 1/27/2009 (GGW:P&O ADVISEURS&ONDERST P&O), Werff, THKK per 1/27/2009 (EHV:BUR MANAGEMENT CONTROL), Zwart, RHA per 8/17/2007 (NLDA: Bedrijfsbureau KOB) Adjudant A Bosch, C per 2/5/2009 (DC HR: Team 2), B Brouwer, MW per 2/6/2009 (AOCS:OPS CREW B), Buurman, ME per 1/27/2009 (VKL:OPERATIECENTRUM OPERATIEN), Cleveringa, R per 1/22/2009 (VKL:KANT STANDAARD. & EVAL.), Dreesen, PJD per 12/1/2008 (DHC:LEERDOCK), Heide, J van der per 1/23/2009 (LW:WE MATERIEELVOORZ BESTELP), Heijer, HA den per 1/1/2009 (OKLU:OA IMO), Jager, RM per 2/4/2009 (EHV:BUR BEDRIJFSANALYSE), Jansen, H per 2/1/2009 (VKL:SIE VLIEGVEIL. UITRUSTING), Meijer, SG per 2/16/2009 (DIVI/O&TRG/MILGEO), Paans, CJP per 2/9/2009 (DHCBOE:AL-lll VLUCHT 300), Simon, C per 2/2/2009 (OKLU:BACKOFFICE LEERLINGENBEH), Wijngaard, A van den per 2/6/2009 (AOCS:OPS CREW A), Willemsen, A per 2/1/2009 (LCW COMPO CL AVIONICA), Winkel, JN de per 2/1/2009 (OKLU:WC ONDERHOUD), Wolff, RPF per 2/9/2009 (VKL:PLANNINGCELL OPS) Sergeant-majoor S Bruin, P de per 2/9/2009 (LCW FYSDISTR B ONTV, OPSL&DISTR), Caspers, BF per 1/23/2009 (DHC:KANTOOR FP TRAINING 299 SQ), Deen, JMA per 1/14/2009 (DHC:BUREAU OCC), Feijnenbuik, R per 2/1/2009 (DHC:CIS MAINTENANCE 931 SQ), Kamoen, EW per 2/1/2009 (OKLU:AFD OPSLAG), Kats, LH per 2/2/2009 (AOCS:EOV INSTRUCTIETEAM), Loon, MPJ van per 2/1/2009 (LSK:SIE BEVEIL. COORDINATIE), Neuteboom Spijker, H per 1/1/2009 (VKL:WE AVIONICATECHNIEK), Schollen, HP per 2/9/2009 (EHV:BEDRIJFSVOERING & ONDERST), Siemonsma, M per 1/1/2009 (LSK:SIE LUCHTVARENDEN), Tellier, JEJ per 2/26/2009 (DHC:BUR ADMIN BEHEER O&L), Verkuijlen, RJM per 2/1/2009 (OKLU:VG CAMS), Weiden, AGM van per 1/1/2009 (VKL:WE AVIONICATECHNIEK), Westerveld, DR per 2/9/2009 (DHCBOE:AL-lll VLUCHT 300), Willemen, HWM per 2/2/2009 (VOTC:WE VLIEGVEILIGHUITRUST.) Sergeant der eerste klasse S Deuten, R per 2/1/2009 (DC HR: Bur Vord, Ontv D & Beta), Gokoelsing, ES per 2/16/2009 (VKL:WE MOTOREN), Leter, OAC per 2/25/2009 (DHC:SIE BEWAKING DEELEN 932SQ), Seraus, GA per 2/16/2009 (LCW COMPO MOT&MODULES),
Simons, PJJ per 2/17/2009 (LCW COMPO MOT&MODULES) Sergeant S Agterbos, T per 10/10/2008 (DHC:PVE OPS A VLUCHT 2 298 SQ), Aldenhoven, RLJ per 12/22/2008 (EHV:AFDELING TRANSPORT), Blom, BM per 12/1/2008 (EHV:DOCK 1 C-130), Boerema, R per 12/15/2008 (DHC:PVE OPS VLUCHT 1 300 SQ), Breugel, ATM van per 1/22/2009 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 312), Carta, R per 1/22/2009 (EHV:DOCK 2 KDC-10), Direks, BJHM per 2/9/2009 (EHV:BUR MILITAIRE SPORT), Douma, J per 2/13/2009 (LW:WE AVIONICATECHNIEK (AVT)), Eijken, AM van den per 10/17/2008 (DHC:PVE OPS VLUCHT 4 298 SQ), Geest, PM van der per 12/18/2008 (LW:CIS MAINTENANCE), Gerard, QS per 12/1/2008 (EHV:DOCK 2 C-130), Hardeman, J per 1/30/2009 (EHV:DOCK 1 KDC-10), Hest, JW van per 1/22/2009 (VKL:WE VLIEGTUIGONDERHOUD), Hooff, SA van per 12/1/2008 (EHV:DOCK 3 C-130), Jellesma, J per 1/23/2009 (LW:WE POO F-16), Keizer, CC per 1/22/2009 (LW:SQN MISSION SUPPORT 322), Kremers, EJ per 1/22/2009 (VKL:WE POO F-16), Maarif, M per 1/26/2009 (DHC:CIS COORDINATIE CENTRE 931), Meegen, RLP van per 1/22/2009 (EHV:DOCK 3 KDC-10), Memel, B per 1/5/2009 (VKL:ONDERST. MATERIEELVOORZ.), Mourik, HR van per 11/13/2008 (LW:WE WAPENTECHN (WT)), Nieuwenburg, R per 12/15/2008 (LW:CIS OPERATIONS), Özuymaz, MS per 12/1/2008 (EHV:TECHN VLUCHT KDC-10), Saalmink, L per 12/10/2007 (GGW:STNGRTM 7 PELB TVS BEW 650), Santvoort-Reijnaars, AGM van per 2/1/2009 (DHC:CIS OPERATIONS 931 SQ), Slieker, RJ per 12/1/2008 (LCW PACER AMSTEL PROJECT), Spunda, MB per 1/22/2009 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 312), Star, AE per 2/3/2009 (VKL:BUR MILITAIRE SPORT), Tijssen, JES per 12/1/2008 (EHV:DOCK 3 C-130), Tilkema, T per 2/6/2009 (LW:WE VLIEGTUIGHULPAPP.), Toor, KWG van per 2/9/2009 (GGW:MOTORTRANSPORT VLUCHT 951), Velde, DJH van der per 1/30/2009 (DHC:PVE G&O VLUCHT 2 298 SQ), Veldhoven, PGM van per 11/11/2008 (DHC:PVE OPS VLUCHT 1 298 SQ), Vogelaar, AC per 12/1/2008 (EHV:DOCK 3 C-130), Volkerink, JGB per 2/18/2009 (DHC:PVE G&O VLUCHT 2 300 SQ), Voskamp, I per 12/1/2008 (EHV:TECHN VLUCHT KDC-10), Wijk, CCAM van per 2/9/2009 (OKLU:BUR MILITAIRE SPORT) Korporaal der eerste klasse K Auteri, FJ per 2/10/2009 (LW:SIE A VLIEGVEILIGHEIDSUITR.), Avoird, LJM van der per 2/9/2009 (DHC:MAT VERW ADMIN ONDERS 932), Bale, R van per 2/12/2009 (DHC:WE ASSY EN MOTOREN 930 SQ), Bocken, RJH per 2/8/2009 (VKL:SIE VLIEGVEIL. UITRUSTING), Bosgraaf, WA per 2/1/2009 (LW:PVE BEWAKING), Bussel, TA van per 2/6/2009 (EHV:PVE BRANDWEER), Buter, J per 2/2/2009 (AOCS:BEWAKING
M E N S E N & M U TAT I E S
Dienst verlaten SIE), Dijkhuizen, K van per 2/14/2009 (GGW:ME MATERIEELVOORZIENNG 951), Graaf, D de per 2/8/2009 (VKL:SIE VLIEGVEIL. UITRUSTING), Holtrop, SA per 2/9/2009 (LW:SIE WEGTRANSPORT), Joosten, BL per 2/8/2009 (EHV:AFDELING BRANDSTOFFEN), Koomen, CCN per 2/6/2009 (DHC:PVE BRANDWEER 931 SQ), Lubben, H per 2/2/2009 (LW:631 OGRV PEL), Maat, RB de per 2/2/2009 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Meijer, PJ per 2/21/2009 (LW:SIE VOERTUIGONDERHOUD), Ploeg, SB van der per 2/19/2009 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Postma, KJ per 2/19/2009 (LW:SIE WAPENTECHN), Raes, DHJ per 2/2/2009 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Starink, S per 2/8/2009 (DHC:PVE G&O VLUCHT 2 300 SQ), Swart, BL per 2/21/2009 (DHC:MATERIEEL VERZENDING 932SQ), Thiel, RJM van per 2/6/2009 (VKL:PVE BRANDWEER), Zessen, MJ van per 2/23/2009 (EHV:CIS OPERATIONS) K Korporaal Bertholet, SW per 10/27/2008 (EHV:PVE B BRANDWEER), Nijenhuis, M te per 12/15/2008 (GGW:GW PATRIOT CREW 1 FP 3 803), Sande, FH van de per 12/22/2008 (EHV:PVE BRANDWEER), Straten, RJP per 2/2/2009 (GGW:GW PATRIOT CREW 3 FP 4 803), Tunnissen, JJAM per 12/22/2008 (VKL:641 OGRV PELOTON) Bevorderingen burgerambtenaren
Bevorderingen burgerambtenaren Schaal 12 Emmen, S per 2/16/2009 (Afdeling Personeelsmanagement) Schaal 11 Alderden, PEJM per 12/1/2008 (LW:PVE OPER. LOGISTIEK) Schaal 4 Folker, TWJ per 8/1/2008 (OKLU:WC ONDERHOUD)
Luitenant-kolonel L Valk, RWP van der, (2/1/2009), ACCTMNGR PGS V SR Majoor M EEijkelkamp, RJJ, Ing., (2/1/2009), STOFF WPNSYS TECH, Romijn, MA, (2/1/2009), HOT Onderhoudsprocessen Kapitein K EEssen, S van, Drs. ing., (2/1/2009), MDW BUR MGMT CONTR SR, Sijtsma, WF, (2/1/2009), KLu Herplaatsing Intern, Velsen, AJ van, (2/1/2009), HFD BUR ADMINISTRATIEF BEHEER, Willemen, LCA, (2/1/2009), Liaison Officier Eerste luitenant E IIng, JS van den, (2/28/2009), KLU Herplaatsing Intern Adjudant A Braak, RA te, (2/1/2009), KLU Herplaatsing B Intern, Eijkens, JJAF, (2/1/2009), Hoofd Sie Vliegveiligheidsuitr, Konings, JA, (2/1/2009), MDW OST&ANL TECH NIVO 1, Kuijk, MA van, (2/1/2009), MDW NETW & SYSBEH 1E, Rijnvis, CD, (2/1/2009), ENGR OST&ANL TECH NIVO 2 Sergeant-majoor S Gulik, WE van, (2/1/2009), Ass Arrival/Rap G Controller, Hakkenbroek, MC, (2/1/2009), PURSER/INSTRUCTEUR, Werf, G van der, (2/1/2009), KLU Herplaatsing Intern
Soldaat der tweede klasse S SLD2; Kater, MHG, (2/1/2009), Nivo 3 Ooff OGRV, S SLD3; Geesing, THA, (2/26/2009), Off Vlieger Aspirant Soldaat der derde klasse S SLD3; Klaver, F, (2/6/2009), Off Vlieger Aspirant S
Dienst verlaten burgerambtenaren Schaal 10 Janssen, JGJ, (2/1/2009), Arrival Controller Schaal 9 Bersselaar, YELM van den, (2/4/2009), Proj Mdw Ontwikk Opleidingen Schaal 6 Makaay, RJA, (2/1/2009), KLU Herplaatsing Extern, Raemaekers-van Driel, ACM, (2/1/2009), P&O ADVISEURS EN OST P&O Schaal 5 Kasteren, MPA van, (2/1/2009), Mdw Ondersteuning P&O advies Schaal 4 Eshuis, VV, (2/2/2009), Instr Militaire Sport Schaal 3 Dragtstra, JK, (2/1/2009), KLU Herplaatsing Exter
Sergeant der eerste klasse S Cappelle, RA, (2/1/2009), SGT TECHNICIAN B1-1 C F16 CB, Os, HL van, (2/1/2009), Mdw Magazijn, Smit, GL, (2/1/2009), Onderbrandmeester, Stam, JC, (2/1/2009), KLU Herplaatsing Intern, Tongeren, HG van, (2/1/2009), SGT TECHNICIAN B2 F16, Zijlstra, PS, Ing., (2/1/2009), SGT TECHNICIAN B1-1 F16 Korporaal der eerste klasse K Boelaarts, RBR, (2/21/2009), Ass B Wapentechn F16, Clarke, JFA, (2/20/2009), Kpl Hondengeleider, Hoogland, A, (2/1/2009), Overtollig BBT SBK, Huisjes, E, (2/9/2009), Kpl Ogrv, Jong, D de, (2/1/2009), SGT TECHNICIAN B2 F16, Keulen, A van, (2/5/2009), Overtollig BBT SBK, Klop, D, (2/28/2009), Overtollig BBT SBK, Koelewijn, R, (2/1/2009), Brandwacht, Oukes, GJ, (2/1/2009), Overtollig BBT SBK, Westerman, TWJR, (2/24/2009), Overtollig BBT SBK Korporaal K Groot, JMS de, (2/1/2009), Nivo 2 Kpl Voeding G Soldaat der eerste klasse S Mikes, B, (2/1/2009), Sld Bewaker, Moerkens, M, M (2/1/2009), Sld Bewaker
Deze gegevens zijn afkomstig uit PeopleSoft en zijn aangeleverd door het DienstenCentrum Human Resources (DCHR). Indien gegevens niet correct in deze rubriek staan vermeld, wendt u zich dan tot het DCHR, telefoon *06-733 of 0800-2255733. Deze kan mutaties verwerken in PeopleSoft.
35
DE VLIEGENDE HOLLANDER
W W W.WE R KE N B IJ DE LUCHTMACHT.N L
Margreet Rietdijk, onderofficier verpleegkunde:
‘In een ziekenhuis werken kan altijd nog’ ‘Ik was bijna klaar met mijn opleiding tot verpleegkundige toen ik een advertentie voor de luchtmacht zag en besloot voor het avontuur te gaan. In een ziekenhuis werken kan altijd nog. Na het militaire traject heb ik de opleiding voor Geneeskundige Verzorging gevolgd. Hier ga je dieper in op het ambulanceprotocol en huisartsondersteunende taken, en leer je diagnoses stellen. Daarnaast deed ik een cursus Medische Evacuatie (MedEvac) per helikopter. Vervolgens werd ik op Vliegbasis Soesterberg geplaatst, waar ik vijf jaar werkte. In die tijd ging ik twee keer op uitgezending. Eerst naar Bosnië, later naar Irak. Daar draaide ik MedEvac-diensten en hielp ik mee op een huisartsenpost.’ Afwisselend ‘Momenteel werk ik in het Centraal Militair Hospitaal in Utrecht. Mijn patiënten zijn niet alleen luchtmachtpersoneel, maar ook dat van de landmacht en de marine. Hier kom ik in aanraking met verpleegkundige zorg in de breedste zin: basiszorg, visites lopen, medicijnen geven, enzovoort. Dat maakt het werk heel afwisselend. Op de vliegbasis hield ik me vooral bezig met keuringen, huisartsenondersteuning en vaccinaties. In het hospitaal is de zorg complexer en kom je veel verschillende patienten tegen.’
Collega’s gezocht! De luchtmacht is op zoek naar nieuwe collega’s voor de functie van onder meer verpleegkundige. • Instromen met een MBO-V of HBO-V • Start met opleiding aan de Koninklijke Militaire School in Woensdrecht • In 2009 nog meerdere opleidingsplaatsen beschikbaar
Ben jij of ken je iemand met interesse voor deze functie? Kijk dan op www.werkenbijdeluchtmacht.nl voor meer informatie over deze en al onze andere vacatures.
Echt ‘‘luchtmachter’’ ‘Ik ben een echte “luchtmachter”, Het is een omgeving waarin ik me thuis voel. We lopen een stukje harder voor elkaar, zeker op uitzending. Er wordt ook veel van je verwacht, zowel op uitzending als in Nederland. Doorzettingsvermogen heb je wel nodig en je moet positief blijven. Fysiek is het militair zijn soms behoorlijk zwaar, maar het is zeker te doen.’ ‘Vanuit de luchtmacht krijg ik een goede begeleiding én mooie kansen om verder te komen in mijn carrière. Mijn huidige werk vormt een mooie overgang naar een baan buiten Defensie. De ervaring die ik bij de luchtmacht opdoe, kan ik in een ziekenhuis goed gebruiken. Hoe mijn toekomst eruitziet? Ik blijf in de verzorging werken, of dat nu bij Defensie is of daarbuiten. Mijn hart ligt echt bij de zorg!’