de Vliegende Hollander Jaargang 66 - nummer 11 - november 2010
Tiger Meet zet internationale voetprint op Volkel ‘GEILENKIRCHEN’ HELPT OVERSTROOMD PAKISTAN • VOTC DOCEERT EAG-COLLEGA’S REDDINGSTACTIEKEN
4
Omslagfoto: Eén van de vele speciaal beschilderde toestellen tijdens de Tiger Meet was deze F-16 van het 313 Squadron, hier vastgelegd boven de Noordzee na terugkomst van één van de missies. Foto: Frank Crébas en Erik Coeckelberghs
Foto: Maurice Hendriks, www.afterburner.nl
‘Ondanks de speciale beschilderingen is dit zéker geen airshow maar een echte oefening’
10
4 | TIGER MEET Met deelnemers uit elf landen is de NATO Tiger Meet met recht een internationale oefening te noemen. Het 313 Squadron van de vliegbasis Volkel nam dit jaar de rol van gastheer op zich.
8 | PERSONEELSZAKEN De mens centraal. Dat is het thema dat als rode draad loopt door de komende reorganisatie van P&O. Directeur Personeel en Organisatie commodore Ton Tieland schept een beeld van de veranderingen.
10 | PAKISTAN De Boeing 707 Trainer Carco Aircraft van Geilenkirchen vlogen in oktober diverse keren hulpgoederen naar een overstroomd Pakistan. Daar was het materiaal meer dan welkom. Foto: NATO E-3A Component
‘Op verzoek van de Pakistaanse overheid zet de NAVO luchttransport in’
16
14 | CEPNIC De Nationale Datalink Management Cel vormde de spil in CEPNIC, een samensmelting van drie joint-oefeningen. Verbindingen staan hierin centraal voor de diverse Defensieonderdelen die zij aan zij opereren met NAVO en (semi-)overheidsdiensten.
16 | WAPENMEESTERS Wapeninstructeursvereniging Dianus is al ruim zestig jaar een belangrijk informeel netwerk. De FWIT levert de nieuwste wapenmeesters die toetreden tot dit gezelschap.
19 | WILDCAT CHALLENGE Het Defensie Helikopter Commando en de 11de Luchtmobiele Brigade oefenden deze keer niet op een militair terrein, maar ‘veroverden’ De Bathsebrug in Zeeland. Foto: Christian Schrik
‘Als je blijft schieten met pijl en boog, kom je natuurlijk niet verder’
19
20 | KLU OP DE WEST BANK Luitenant-kolonel Ton van Mastrigt ging als instructeur naar de Westelijke Jordaanoever. Daar leverde de overste van de Staf CLSK een bijdrage aan de professionalisering van de Palestijnse veiligheidsdiensten.
22 | ZOEKEN EN REDDEN Instructeurs van het Vliegveiligheid Oefen- en Test Centrum ondersteunen een grote oefening in Duitsland met hun kennis en kunde op gebied van de zogeheten ‘personnel recovery’.
VASTE RUBRIEKEN 12 | EEN DAG OP STAP MET … Foto: Robert de Jong
‘Leerdoel: het onder chaotische omstandigheden coördineren van de samenwerking’ DE VLIEGENDE HOLLANDER 2
Bankschroeven en boormachines, paneeltjes en het grote plaatwerk, dat is de wereld van sergeant-majoor Bert Tolhuisen. De Volkelse plaatwerker is een nieuwerwetse ambachtsman.
25 | 26 | 28 | 35 |
MENSEN EN MUTATIES LEES- & KIJKWIJZER JOURNAAL FOTOPAGINA
Column van de Commandant Luchtstrijdkrachten
Foto: Dave de Vaal, AVDD
Leden van de nieuwe Vaste Commissie van Defensie van de Tweede Kamer bezochten op maandag 11 oktober het CLSK. Een nadere kennismaking met de operationele commando’s was van belang omdat de commissie nauw betrokken is bij de besluitvorming van defensieaangelegenheden. Het is natuurlijk onmogelijk om alle luchtmachtonderdelen te bezoeken. Daarom heb ik hen ontvangen op vliegbasis Gilze-Rijen en aangegeven welke prestaties u allen heeft geleverd op verzoek van de regering in Nederland of elders in de wereld. Er was ook tijd voor een kennismaking met de medewerkers van het 301 Squadron. Vliegers en technische medewerkers gaven een toelichting op hun werk en vertelden over de mogelijkheden van de Apache gevechtshelikopter. De Kamerleden maakten ook een trainingsvlucht met een transporthelikopter. Tijdens deze vlucht werd een bezoek gebracht aan vliegbasis Volkel, waar zij uitleg kregen over de mogelijkheden van de F-16 en het belang van het jachtvliegtuig voor militaire operaties.
‘Ik heb benadrukt dat uw bescherming van groot belang is bij inzet en dat we daarvoor goed materieel nodig hebben’ Het was goed te horen dat de leden het bezoek waardeerden en dat zij met enkelen van u hebben kunnen spreken. Ik heb tijdens mijn presentatie benadrukt dat uw bescherming van groot belang is bij inzet en dat we daarvoor goed materieel nodig hebben. Daarnaast is goed materieel onmisbaar om met grote precisie doelen te kunnen uitschakelen, om nevenschade zoveel mogelijk te voorkomen en om de troepen op de grond van juiste informatie te voorzien. Daarom is het des te belangrijker te investeren in sensoren. Sensoren die een juist overzicht geven en bijdragen aan veiligheid. Dat doen wij met onze Apaches en F-16’s en daar moet straks bij de opvolger van de F-16 of andere wapensystemen nog nadrukkelijker naar worden gekeken. Onze vliegtuigen en helikopters zullen dan meer en meer als sensorplatform gaan optreden. Verder ben ik uiteraard op de nationale inzet ingegaan. Het is belangrijk dat onze volksvertegenwoordigers weten dat onze wapensystemen en personeel veelvuldig worden ingezet in eigen land. Dat creëert draagvlak voor onze organisatie in de samenleving. Deze inzet is alleen mogelijk door een goed oefen- en trainingsprogramma in zowel Nederland als het buitenland. In Nederland zelf spreiden we de oefeningen en het geluid daar waar mogelijk. We maken daarbij optimaal gebruik van de vliegvelden die we hebben. Geluid is immers een belangrijk aandachtspunt vanwege het maatschappelijk draagvlak. Dat is iets dat we als Defensie en luchtmacht goed moeten blijven bewaken! In november bezocht ook de nieuwe minister van Defensie,
Hans Hillen, de vliegbases Gilze-Rijen en Leeuwarden om zich te oriënteren. De minister heb ik een uitleg gegeven over de inzet en de wapensystemen van de luchtmacht, en natuurlijk over u die ervoor zorgt dat er vrijwel altijd een beroep op het luchtwapen kan worden gedaan. Ondertussen is er veel vraag naar het luchtwapen. De medewerkers van het 301 Squadron kunnen daarover meepraten. Het kabinet heeft vorige maand besloten de aanwezigheid van de gevechtshelikopters in Afghanistan met ruim een maand te verlengen. Ik kon mij voorstellen dat de familieleden van de uitgezondenen onaangenaam waren verrast en ben daarom naar een ingelaste thuisfrontdag op Gilze-Rijen gegaan om het besluit zelf toe te lichten. Het verblijf van de Apaches is verlengd op dringend verzoek van Australië. Het verzoek onderstreept het belang van de Apaches die sinds 2004 actief zijn in Afghanistan. Generaal-majoor John Cantwell, commandant van het Australisch Operationeel Hoofdkwartier in het Midden-Oosten, heeft overigens recent een bezoek gebracht aan het Nederlandse Apache Detachement. Namens de Australische krijgsmacht bedankte hij het huidige en alle voorgaande detachementen voor de bewezen diensten in de afgelopen jaren. Tevens gaf hij bij die gelegenheid te kennen dat niemand van de Australische krijgsmacht zich ook maar enigszins herkent in het beeld dat een voormalige Australische militair onlangs schetste: Nederlandse Apaches zouden zijn eenheid die onder vuur lag in de steek hebben gelaten. ‘Meer dan eens hebben Australische militairen hun leven te danken aan de inzet van Nederlandse Apaches’, aldus Cantwell. De positieve reacties en het verzoek van onze Australische bondgenoten beschouw ik als een groot compliment! Het is belangrijk dat we deze positieve houding meenemen naar de toekomst. Op 2 november bent u allen geïnformeerd over de invulling van de bezuinigingen voor 2011. Defensie heeft in zeer korte tijd voor tweehonderd miljoen euro aan bezuinigingen ingevuld. Dit betekent onder meer dat investeringen worden vertraagd en dat de instroom van nieuw personeel de komende tijd tot het uiterste wordt beperkt. Daarnaast wordt op dit moment gewerkt aan de invulling van de bezuiniging van 635 miljoen euro die voor Defensie in het regeerakkoord is afgesproken. Naar verwachting begin 2011 zult u op de hoogte worden gebracht van de concrete plannen. Ik weet wél dat het hoe dan ook pijn gaat doen. 2011 wordt net als 2010 een zwaar jaar maar ook daarna gaan we het voelen. Ik ben er echter van overtuigd dat met onze inzet en het belang van het luchtwapen voor het optreden van Defensie, er een gezonde toekomst is voor de luchtmacht. En dat biedt perspectief! U kunt reageren per e-mail naar
[email protected].
3 DE VLIEGENDE HOLLANDER
REPORTAGE
NAVO-tijgersquadrons zetten poten neer op vliegbasis Volkel
Tiger Meet Tekst: Arno Marchand
Het zal van tevoren niet zo bedoeld zijn, maar het 313 Squadron had het niet mooier kunnen plannen; in het Chinese jaar van de tijger de NATO Tiger Meet naar Nederland halen. Vliegbasis Volkel vormde in oktober twee weken het ‘Tiger Lair’ van squadrons met een tijger of andere katachtige in het embleem. Het jachtgebied van de roofdieren vormde het Nederlandse en Duitse luchtruim boven de Noordzee, en militaire oefengebieden in en boven Nederland, België, Duitsland en Frankrijk.
NATO Tiger Association
313 is lange tijd een opleidingseenheid, maar transformeert eind jaren tachtig tot een operationeel squadron. Daar past een ander embleem bij: een tijgerkop met bijbehorende leus Scherpgetand. Dit jaar voorzag de organisator de J-055 van een speciale tijgerbeschildering op de staart. Foto: Arnoud Schoor, AVDD
DE VLIEGENDE HOLLANDER 4
De Franse minister van Defensie pleit in 1960 om de onderlinge banden tussen Amerikaanse en Franse vliegende eenheden te versterken. Dit wordt opgepakt door het in Groot-Brittannië gestationeerde Amerikaanse 79th Tactical Fighter Squadron dat in datzelfde jaar net de relatie met het naburige RAF No.74 (Fighter) Squadron nieuw leven inblaast. In 1961 nodigt de Amerikaanse eenheid op RAF Woodbridge zowel de Britten als het Franse Escadron de Chasse 1/12 uit. Alle drie de eenheden hebben een tijger als embleem, en zo ontstaat op 19 juli de eerste – eendaagse – NATO Tiger Meet. Tijdens de tweede ontmoeting in 1962 waaraan al acht tijgersquadrons deelnemen, legt de NTA de doelen vast: samenwerking tussen luchtmachten, verbetering van kennis in lijn met militaire doelen van de NAVO, en interoperabiliteit tussen eenheden. Op dit moment zijn er twintig full (volledige), twee probationary (aspirant) en elf eervolle leden. Ieder jaar organiseert één van de volledige leden de Tiger Meet. In Amerika of Canada vindt tweejaarlijks de Tiger Meet of the Americas plaats.
REPORTAGE
Als organisator nam C-313 Hendriksma de bronzen tijger over van het 31 Smaldeel. Foto: Arno Marchand
Een grote verzameling vliegtuigen en helikopters met tijgerbadges, tijgerstrepen, tijgerstaarten of in sommige gevallen complete tijgerbeschildering bepaalt van 4 tot 15 oktober het beeld op vliegbasis Volkel. Voor het eerst vindt de NATO Tiger Meet (NTM) plaats op een Nederlands veld. Met deze kanttekening dat al eerder in 1992 een kleinschaliger Mini Tiger Meet plaatsvindt op de voormalige vliegbasis Twenthe. Anders dan het kennismaken met elkaars materieel in de vorm gastvluchten, is van een operationele inzet in die dagen veel minder sprake dan tegenwoordig. De NTM is dan nog vooral een sociaal samenzijn. Gezien die historie van de Tiger Meet ligt het voor op de tong van de Commandant 313 Squadron luitenant-kolonel Marten Hendriksma dat de NTM tegenwoordig een hoogwaardige oefening is. ‘Ook al zie veel speciale beschilderingen op vliegtuigen, dit is zeker geen airshow. We versterken hier de band met squadrons uit diverse landen. Zo is de Tiger Meet uiteindelijk ook begonnen (zie kader links, red.). Veel landen waarmee we hier samenwerken, kom je niet elke dag tegen op bijvoorbeeld een oefening of tijdens daadwerkelijke inzet. Met deze major flying exercise, verglijkbaar met een Red of Frisian Flag, bereiden we ons voor op echte wereldoperaties van de toekomst. En dan kan je deze landen in een coalitie wél tegenkomen.’ Intensief trainingsprogramma Daarmee komt de 49–jarige Tiger Meet terug bij de oorspronkelijke doelstelling zoals geformeerd door de NATO Tiger Association (NTA) want achter kleurrijke tradities ligt het echte doel van de Tiger Meet: de serieuze zaak van training. Hendriksma benadrukt dat dit niet alleen geldt voor de tijgereenheden. ‘We hebben de oefening zodanig opgezet dat niet alleen 313 profiteert. Ook F-16’s van andere squadrons doen mee, net als het DHC, een Luchtverdedigings- en Commandofregat van de marine, een AWACS van de NAVO en – heel toepasselijk – de Tijgercompagnie van de 11de Luchtmobiele Brigade. Daarnaast gebruiken we diverse dreigings-
De Tiger Meet kent diverse tradities zoals de vlagceremonie bij de opening (foto) en sluiting. Direct links van spreker Hendriksma de prestigieuze Silver Tiger Trophy, de meest waardevolle onderscheiding van de NTA voor de eenheid met het hoogste professionalisme in combinatie met het grootste ‘tiger spirit’: dit jaar het Tsjechische 211 Squadron dat tevens van probationary, full member werd. Foto: Joyce Stevens, AVDD
Prachtige F-16AM van het Belgische 31 Smaldeel dat de NTM vorig jaar organiseerde. Foto: Frank Crébas en Erik Coeckelberghs
Tijgers in alle soorten en maten. Het exemplaar op de neus lijkt iets gelukkiger dan broer of zus op de stoelzitting. Foto: Arno Marchand
Het Noorse 338 Skvadron nam in 2001 de tijgertradities over van het opgeheven 336 Skvadron. Foto: Kees van der Mark 5 DE VLIEGENDE HOLLANDER
REPORTAGE
Het 192 Filo beschilderde zowel een F-16C als D en kreeg daarvoor de prijs ‘most fancy paint scheme’. Foto: Arno Marchand
Ieder squadron probeert bij de NTM een tweezitter mee te nemen zoals deze Noorse F-16BM. Zo kunnen andere eenheden met zogenoemde ‘backseatrides’ kennismaken met het type. Foto: Maurice Hendriks, www.afterburner.nl Met het behalen van de full member-status en de Silver Tiger Trophy haalde het 211 Squadron in het thuisland het nationale nieuws. Foto: Frank Crébas en Erik Coeckelberghs
Ook voor de SAAB 105Ö trainers kwam de organisatie met passende trainingsvluchten. Foto: Kees van der Mark
DE VLIEGENDE HOLLANDER 6
en storingssystemen, zowel op de grond als in de vorm van twee specialistische toestellen in de lucht.’ De NTA slaat deze vorm van intensief trainen twee jaar geleden in als de Tiger Meet plaatsvindt op de Franse marinebasis Landiviseau. De toenmalige C-313 is daar met een kleine delegatie van het squadron aanwezig, en stelt voor de meet van 2010 op Volkel te laten plaatsvinden, weet project- en ops-officier majoor Niels Haarsma. ‘Het jaar erop hebben we hebben bij de NTM in België alles goed in ons opgenomen. Na de Tiger Meet volgde nog een nabespreking met de organisatie van “three-one” en ook daarvan leerden we veel. Hun programma diende als blauwdruk voor onze plannen. Uiteraard is in Nederland kennis aanwezig bij de organisatie van Frisian Flag op Leeuwarden, en ook daar keken we naar de inhoud om te zien wat we konden gebruiken. We hebben er bewust voor gekozen om het – als vliegbasis – op Volkel zelf te regelen. Het is een enorme uitdaging waarvan iedereen erg veel leert.’ Zevenhonderd missies Volkel heeft overigens ervaring met het organiseren van grote oefeningen, maar moet daarvoor vijftien tot twintig jaar terug in de tijd. In 1992 en 1995 vond de oefening Volkit plaats met veel buitenlandse deelnemers. ‘Dat was een fantastische ervaring’, herinnert Haarsma zich. ‘En dat moest Tiger Meet ook worden. Er is dan zoveel “ijzer” aanwezig, daar moeten we iets nuttigs mee doen. Daarom zijn we van begin af aan druk bezig geweest zoveel mogelijk steun te genereren, zowel op de vliegbasis als binnen het gehele CLSK door de NTM op de oefenkalender te krijgen.’ Het resultaat mag er zijn met een indrukwekkend programma van ruim zevenhonderd missies in bijna twee weken. In de ochtend vinden de shadow waves plaats; kleinschalig van opzet, bijvoorbeeld 2V2 of 4V4. Landen kunnen deze onderling afspreken. ’s Middags is het tijd voor Combined Air Operation 1 en 2. De eerste is de zogenoemde large force employment waarbij zoveel mogelijk toestellen betrokken zijn. ‘Iedere COMAO heeft een airboss die ervaren is op gebied van aansturing van grote formaties’, zegt Haarsma. ‘In een steeds stijgende moeilijkheidsgraag stelt hij de oefendoelen. COMAO 2 is kleinschaliger van opzet, maar zeker zo interessant. Dat gaat bijvoorbeeld om het joint optreden van onze helikoptereenheden, Cougars en Apaches van het DHC en de Tijgercompagnie.’ Samenwerking Met een specifiek programma zorgt de organisatie voor adequate trainingsdoelen voor iedere deelnemer. ‘De Oostenrijkse SAAB’s zijn trainingsvliegtuigen en kunnen niet meedoen met de COMAO’, zegt majoor Andries Keijzer, vluchtcommandant 1 van het 311 Squadron. Illustratief voor de samenwerking op Volkel neemt hij een dag de taak van airboss op zich. ‘Voor hen is bijvoorbeeld een slow mover beschermingsmissie opgezet. En bij de Franse luchtmacht is luchtverdediging en het aanvallen van gronddoelen strikt gescheiden. Ook daarmee hou je in de planning rekening.’ Hendriksma kijkt daarom na twee weken tevreden terug op een bijzondere ervaring. ‘Het was best spannend maar het is heel goed verlopen. Dat meet je af aan hoe druk je bent en hoeveel je moet bijsturen. Daarnaast vormen de deelnemers natuurlijk dé thermometer, en iedereen was erg tevreden. Binnen de organisatie bestond nog wel wat spanning over onze tigerspirit die jarenlang op een laag pitje stond. Maar we kregen een groot compliment van Franse “un-douze”, één van de NTA-oprichters. Daar hebben we na afloop toch maar even een “high five” op gedaan.’ •
REPORTAGE
Het 121 Air Refueling Wing van de Ohio Air National Guard is geen tijgereenheid, maar wilde met een KC-135 Stratotanker graag participeren. Het tankvliegtuig opereerde met twee crews vanaf Eindhoven. Foto: Frank Crébas en Erik Coeckelberghs
Vanwege het ‘digitale’ kleurenschema werd deze Duitse afvaardiging van JBG-32 ook wel Lego Tornado genoemd. Foto: Maurice Hendriks, www.afterburner.nl
Deelnemende eenheden NTM 2010: België, 31 Smaldeel, F-16AM Duitsland, Jagdbomberstaffel 321, Tornado ECR Duitsland, Aufklärungsgeschwader 51, Tornado IDS Hongarije, 59/1 Squadron, JAS-39C/D Italië, 21º Gruppo, AB.212 ICO Nederland, 313 Squadron, F-16AM Noorwegen, 338 Skvadron, F-16AM Oostenrijk, Düsentrainerstaffel, SAAB 105Ö Tsjechië, 211 Squadron, JAS-39C/D Tsjechië, 221 Squadron, Mi-35 Hind Turkije, 192 Filo, F-16C/D Frankrijk, EC 01/012, Mirage 2000C Frankrijk, ECE 05/330, Mirage 2000B/D NATO, USAF,
Flying Squadron 1, E-3A Sentry (vanaf Geilenkirchen) 121 ARW Ohio ANG, KC-135R (vanaf Eindhoven, geen lid NTA)
De twee Mirage 2000D’s van ECE 05/330 tanken bij de KC-135 die was uitgerust voor toestellen met het zogenoemde ‘hose and drogue’ systeem. Foto: Arnoud Schoor, AVDD
Zo’n zestig toestellen, inclusief die van het eigen het 313 Squadron, doen mee aan de NTM. Veel werk voor het Volkelse grondpersoneel. Korporaals 1 Michel Liméry (foto) en Sander van der Horst van het 932 Squadron van Gilze-Rijen springen bij en tanken de twee AB.212’s af na een CSAR-missie. Foto: Arno Marchand Combat Search and Rescue- en Casualty Evacuation-missies werden onder andere op het oefengebied Leusderheide uitgevoerd met AB.212’s en – op achtergrond – een Mi-35. De Italianen kregen de prijs voor het beste tijgeruniform. De Tsjechen wonnen de Tiger Games (Foto l. onder: Remco Donselaar). Cougars van het 300 Squadron zetten onder andere de Tijgercompagnie af. (Foto r. onder: Arnoud Schoor, AVDD)
7 DE VLIEGENDE HOLLANDER
PERSONEEL
Foto: Hennie Keeris
Noodzakelijke verzakelijking versus ‘de mens centraal’
Vakgebied P&O in beweging
Het vakgebied personeel en organisatie (P&O) is voortdurend in beweging. Het ene project is nauwelijks begonnen of de volgende reorganisatie staat alweer voor de deur. ‘Een medewerker in het vakgebied die pakweg twintig jaar aan de slag is, kan niet anders dan concluderen dat veel zaken zijn veranderd’, zegt Directeur Personeel & Organisatie commodore Ton Tieland. ‘En wanneer deze functionaris denkt dat er een eind aan de verandering komt, heeft hij het mis.’
Tekst: Afdeling P&O
Foto: Fabienne Wink, AVDD DE VLIEGENDE HOLLANDER 8
‘Defensie en het Commando Luchtstrijdkrachten, het zijn moderne organisaties en aan ontwikkelingen op personeelsgebied doen we zonder meer mee’, steekt commodore Ton Tieland van wal. Hij is sinds begin dit jaar Directeur P&O op de Staf CLSK in Breda. In die hoedanigheid moet hij de veranderingen in goede banen leiden. ‘Want als ik de ontwikkelingen op een rij zet, is de lijst veranderingen indrukwekkend! Tot een aantal jaren terug was de personeelsdienst vooral gericht op personeelsbeheer: het vullen van de organisatie en administratieve ondersteuning. Door de verbeterde automatisering is het
PERSONEEL
Foto: René Ketting, AVDD
Kpl.1 Hielkema links en Kap Jongebreur rechts. Foto Cristain Schrik
Foto: Bart Nijs Fotografie, AVDD
mogelijk geworden veel van die administratieve taken via selfservice bij het personeel te beleggen, waardoor de P&Ofunctionarissen meer tijd hebben voor professioneel advies op een breed scala aan terreinen zoals organisatieverandering, (dis-)functioneren van medewerkers, ondersteuning bij uitzendingen, sociale problematiek et cetera.’ Kansen ‘Een aantal ontwikkelingen grijpt diep in in de manier van werken voor het vakgebied. Het Flexibel Personeelssysteem (FPS, red.) legt de organisatie nieuwe verantwoordelijkheden op: zorgen dat mensen tijdig weten wat hun kansen binnen Defensie zijn en welke stappen ze moeten nemen om die kansen te vergroten. Voor degenen waarvoor er geen mogelijkheden zijn binnen Defensie of die zelf kiezen om de organisatie te verlaten, moet worden gezorgd dat ze goed toegerust de arbeidsmarkt instromen. Dat betekent dat de afgelopen jaren veel tijd is gestopt in de certificering van onze vakopleidingen, zodat onze diploma’s en certificaten ook geldig zijn in de burgermaatschappij. Naast opleiding is het opdoen van ervaring, liefst in verschillende functies, ook van belang. Daarvoor zijn loopbaantrajecten ontwikkeld en zijn loopbaanbegeleiders aangesteld. De trajecten zijn inmiddels in kaart gebracht, maar voordat het zover was, moest het aantal functiebeschrijvingen fors omlaag en worden ingevoerd in PeopleSoft. Dat was tevens van belang voor de nieuwe vacaturebank die begin van november van start is gegaan. Met het nieuwe functiehuis is dit veel beter georganiseerd. Je kunt bij wijze van spreken voor iemand die tien jaar bij ons werkt drie tot vier functies in kaart brengen die betrokkene zal vervullen. Met zijn opleiding en cursussen heeft zo iemand veel kansen op de arbeidsmarkt.’
Verzakelijking ‘Het vakgebied dat zoveel reorganisaties begeleidt, is momenteel ook nog zelf bezig met een reorganisatie. Per honderd medewerkers bij Defensie is één medewerkers uit het vakgebied P&O de norm voor P&O advies. Dit is mogelijk door processen slim in te richten en door helderheid te verschaffen voor welk deel de medewerker zelf – middels self service – of de lijnfunctionaris verantwoordelijk is. Dit proces is momenteel in volle gang. Voor de start van de reorganisatie zijn er veel gesprekken gevoerd met CLSK-medewerkers en commandanten. Daaruit kwam naar voren dat men begrip had voor de noodzakelijke verzakelijking die door bijvoorbeeld de oprichting van een DCHR is bereikt, maar men vroeg aandacht voor de menselijke maat in het P&O werk. Dit commentaar hebben we opgepakt, en het thema “de mens centraal” loopt als een rode draad door de komende reorganisatie van P&O. Dit uit zich door het beter beleggen van case management, family support en nazorg bij uitzendingen in de organisatie alsmede de verdere invulling van loopbaanbegeleiding. Alles overziend, ben ik onder de indruk welke veranderingen op P-gebied onze organisatie heeft doorgemaakt en nog doormaakt. Ik schat in dat dit proces nog niet ten einde is. Ik heb bewondering voor de medewerkers in het P&O-vakgebied, die alle ontwikkelingen met groot enthousiasme en betrokkenheid uitvoeren. We weten allemaal dat er met de afgesproken bezuinigingen grote uitdagingen op ons afkomen, ook op P&O-gebied. Ik ben er van overtuigd dat de nieuwe organisatie en met name de medewerkers in staat zijn die uitdagingen op een professionele manier en met een menselijke maat in te vullen’, besluit Tieland. •
9 DE VLIEGENDE HOLLANDER
REPORTAGE
NAVO voert humanitaire vluchten uit naar Pakistan
Geilenkirchen helpt Pakistan Tekst en foto’s: Wilko ter Horst
Behalve de bekende E-3A Sentry, in de volksmond AWACS genoemd, staat op de NAVO-vliegbasis Geilenkirchen nog een type gebaseerd, de Boeing 707 TCA. Dit Trainer Cargo Aircraft voerde de afgelopen maanden een aantal humanitaire hulpvluchten uit naar Pakistan. Een aantal Nederlandse luchtmachtmilitairen maakte deel uit van de bemanning. Eind september wordt Pakistan getroffen door een watersnoodramp van ongekende omvang. Ruim een derde van het land is ondergelopen, waardoor ruim 16,5 miljoen inwoners niet alleen dakloos zijn geworden, maar ook hun akkers en vee kwijtraken. Op moment van schrijven zijn nog steeds ruim acht miljoen Pakistani afhankelijk van noodhulp. De verwachting is dat de komende periode nog vele duizenden Pakistani omkomen van honger en ziekten. TCA Op verzoek van de Pakistaanse overheid besluit de North Atlantic Council daarom luchttransport in te zetten om de getroffen gebieden zo snel mogelijk te voorzien van hulpmaterialen. Aan het Trainer Cargo Aircraft (TCA) Squadron de taak om de goederen zo snel mogelijk naar de hoofdstad Islamabad te vliegen. De TCA’s, zoals de Boeing 707-302C’s gewoonweg worden aangeduid, vervullen op Geilenkirchen twee hoofdtaken. Enerzijds trainen flightcrews er hun vaardigheid op, zodat het veel duurdere Sentry vliegende radarstation minder belast hoeft te worden. Anderzijds vliegen de toestellen personeel en vracht naar de diverse inzet- en trainingslocaties van de AWACS waar ook ter wereld. De goederen voor Pakistan, gedoneerd door verschillende instanties,
Een van de twee nog operationele Boeing 707TCA’s. Deze vliegen nog tot en met 2012, waarna ze uitgefaseerd worden. Eén TCA staat inmiddels al in de woestijn van Arizona in opslag.
DE VLIEGENDE HOLLANDER 10
arriveren per vrachtwagen op Geilenkirchen en worden vervolgens door de crewchiefs en loadmasters overgezet in de TCA. De 707 wordt voor deze vluchten, afhankelijk van de aangeboden hoeveelheid hulpgoederen, omgebouwd naar een zogenaamde zeven-, acht- of negenpallet configuratie. Hierdoor blijft er nog steeds ruimte over om passagiers mee te nemen. De pallets met gedoneerde goederen bestaan voornamelijk uit transformators, waterpompen, dekens, veldbedden en levensmiddelen zoals sojaolie, water en ingeblikte groenten. Tussenkop Alle vluchten naar Pakistan maken een tussenstop in Konya, in centraal Turkije. Dit is een van de vier Forward Operating Bases (FOB’s), voor de E-3’s. De bemanningen nemen hier een crewrest en het vliegtuig wordt nagekeken en bijgetankt. Deze crewrest op deze locatie is noodzakelijk in verband met de veertien uur durende heen- en terugvlucht naar Pakistan. De volgende morgen vroeg vertrekt de vlucht richting Islamabad waar alle hulpgoederen worden verzameld en gedistribueerd naar de getroffen gebieden. Het hele militaire gedeelte van het civiele vliegveld staat vol met hulpgoederen en het is een komen en gaan van transportvliegtuigen uit verschillende landen, die hulpgoederen afleveren. Het uitladen in Islamabad gebeurt snel en professioneel. Het Pakistaanse grondpersoneel is goed op de taak voorbereid. Vrachtwagens rijden af en aan om de goederen vanaf het vliegveld naar de getroffen gebieden te brengen. Maar omdat veel ondergelopen gebieden niet of slecht begaanbaar zijn voor wegtransport, worden de goederen vanaf verzamelpunten met helikopters het gebied in gevlogen. Binnen onafzienbare tijd is de TCA uitgeladen en weer volgetankt voor de zeven uur durende terugvlucht naar Konya. Daar overnacht de voltallige crew, waarna de volgende morgen de TCA terugvliegt naar de thuisbasis van het NATO Airborne Early Warning & Force Command, Geilenkirchen. •
REPORTAGE
1
2
4
3
6 1. Tientallen veldbedden zijn gedoneerd door Duitse hulpinstanties en worden op Geilenkirchen in de TCA geladen. 2. Naast veldbedden zijn ook vele honderden dekens verzameld. Met passen en meten vindt alles een plek in de TCA. 3. Het uitladen in Pakistan op Islamabad International Airport verliep, mede door de professionele apparatuur ter plaatse, voorspoedig. 4. Het inladen van de hulpgoederen in de TCA op Geilenkirchen. 5. Op Islamabad International Airport is het een komen en gaan van hulpgoederen. Deze worden in grote loodsen opgeslagen voordat ze naar het getroffen gebied worden getransporteerd. 5
6. De hulpgoederen werden door de TCA niet alleen overdag, maar ook ’s nachts afgeleverd. 11 DE VLIEGENDE HOLLANDER
REPORTAGE
Een dag op stap met… plaatwerker Bert Tolhuisen De Koninklijke Luchtmacht kent vele beroepsgroepen. Sommige zijn bekend, andere liggen veel minder voor de hand. Sergeant-majoor Bert Tolhuisen werkt als specialist vliegtuigplaatwerk op vliegbasis
Tekst: Ingmar Kooman | Foto’s: Dave de Vaal, AVDD
‘Wie mag nou boren in een F-16?’ ‘Heel wat onderdelen hè?’ lacht sergeant-majoor Bert Tolhuisen. Vanaf zijn bureau in gebouw 228 kijkt de specialist vliegtuigplaatwerk uit op drie grote schematische tekeningen van de F-16. Alle componenten van enige omvang zijn daarop aangeduid met tientallen, zo niet enkele honderden pijltjes en cijfertjes. Spanten, luiken, paneeltjes, het geheel heeft ergens wel iets weg van de genummerde tekeningen van een varken of koe bij de slagerij. Maar in plaats van hamlap of biefstuk, staat op het schema van de plaatwerkers spanten en panelen gemarkeerd. Met zijn dikke twintig dienstjaren in de plaatwerkerij van vliegbasis Volkel – en in december 37 jaar bij Defensie – komt Tolhuisen ook wel in aanmerking voor het predicaat ambachtsman.
Volkel. Een ‘uitzendbaan’ binnen het 900 F-16 Onderhoudssquadron vol met passen en meten, slijpen, frezen en kloppen.
Als plaatwerker kom je overal. Aan, op en in de F-16. Tolhuisen: ‘Als je klein bent, dan heb je geluk. Ik stoot nog vrijwel dagelijks mijn hoofd.’ DE VLIEGENDE HOLLANDER 12
Star Trek Want alle hightech elektronica en software van de F-16 ten spijt, in de wereld van het plaatwerken draait het om het aloude
REPORTAGE
nauw samen. Zo komen we op het hele veld, van de onderhoudshangaars om bij te springen in het reguliere onderhoud tot de shelters om spoedreparaties uit te voeren aan vlieggereedstaande kisten. We runnen de toko met zijn allen.’
Klinknagels, treknagels en de zogeheten ‘nutjes’ – de verdiepte tegenpool van de bouten – zijn vaste klanten van de plaatwerker.
handwerk. De forse bankschroeven, een antiek ogende mechanische ponsmachine, een grote oven – bedoeld om het metaal te bewerken of te harden – en een handaangedreven plaatwals maken duidelijk: dit is het terrein van ‘de mannen van staal’. Tegenover al dat ambachtsmaterieel staat een bijzonder nieuwerwetse materiaallift. Tolhuisen tipt op enkele toetsen en een paar seconden Star Trekachtige geluidjes later presenteert de machine een schuif met een hele waaier aan plaatmateriaal in allerlei maten en vormen. ‘Vroeger hadden we een ruimte helemaal vol staan met stellingkasten’, herinnert de sergeant-majoor zich. ‘Nu zoek je iets en dankzij de materiaallift heb je het binnen een paar seconden vast.’ De futuristische lift maakt het werk weliswaar iets makkelijker, maar voor het eigenlijke werk komt het tot echt aan op de vaardige handen en het technisch inzicht van de plaatwerkers, benadrukt Tolhuisen. ‘We maken een groot deel van het materiaal dat we nodig hebben gewoon zelf. En daarbij hebben we deze oude vertrouwde machines zeker meerdere keren per week nodig.’ Uitzendbureau Met het verouderen van de jachtvliegtuigvloot doen de collega’s van het vliegtuigonderhoud geregeld een beroep op de ambachtskunst van de plaatwerkers, legt Tolhuisen uit. De merendeels kleine beschadigingen van het plaatwerk of vervanging van de kleinere onderdelen van de F-16 houden de mannen continue bezig. ‘Eigenlijk runnen we hier bij de plaatwerkerij een soort uitzendbureau’, merkt hij op. ‘We spelen een rol in zowel het lijn- als het faseonderhoud. Als ze bij vliegtuigonderhoud een beschadiging aan het airframe constateren of ze krijgen een boutje niet los, dan bellen ze ons. Ook brengen we indien nodig beperkte technische modificaties aan. Als specialisten werken we
Rustig In onderhoudshangaar 3 staat de J-003, Tolhuisens laatste reguliere onderhoudsproject. Aan het einde van het jaar verlaat de 57-jarige sergeant-majoor de dienst. Met enige weemoed, want hij geniet nog elke dag van zijn werk. Met een brede glimlach en fonkelende ogen: ‘Wie kan nou zeggen dat ‘ie een boor in een F-16 mag zetten?’ Tolhuisen kan elke centimeter van het jachtvliegtuig inmiddels dan ook dromen. ‘Toch moet ik voor sommige klussen ook nog wel eens de boeken induiken’, relativeert hij. ‘Je kunt natuurlijk niet zomaar iets doen. Daarom staat precies voorgeschreven hoe je een bepaalde reparatie moet uitvoeren. En soms kan het werk nog behoorlijk ingewikkeld zijn, merkt hij op. ‘Alle zichtbare onderdelen van een F-16 zijn verdiept aangebracht zodat het aerodynamisch geheel vormt. Maar als je dan een bepaald verzonken plaatje moet vervangen – liggend op je rug – dan kun je daar als plaatwerker wel een flinke klus aan hebben. De truc is om voorzichtig een stukje uit het plaatje te frezen. Daarna kun je er net met een spateltje bij om het geheel omhoog te wippen. Maar voordat het eindelijk zover is, zijn al heel wat zweetdruppeltjes gevallen!’ Als plaatwerker moet je vooral ‘rustig en niet te impulsief’ zijn, stelt de sergeant-majoor. ‘Je moet weten waar je mee bezig bent. Doe je iets verkeerd, dan is het ook echt mis. Eén ding dien je echt voor ogen te houden: er zit wel een mens in het vliegtuig waar jij mee bezig bent. Dat houdt je scherp.’ •
Een speciale oven maakt het plaatmateriaal geschikt voor verdere bewerking of geeft het de juiste hardheid.
Sommige platen zitten met wel tweehonderd klinknagels vast. Andere zitten weer op lastig bereikbare plekken. Maar het onderhoud móet gebeuren. 13 DE VLIEGENDE HOLLANDER
REPORTAGE
Nationale Datalink Management Cel pakt uit in CEPNIC
Tekst: Evert Brouwer en Jopke Rozenberg-van Lisdonk | Foto’s Peter Wiezoreck, AVDD
Ideetje van de NDMC: combineer de oudste vorm van luchtvaart, een ballon, met de modernste communicatievorm, Link16. De Amerikanen van het bevriende 603 Air Control Squadron van Ramstein Air Base in Duitsland leverden en het computersysteem dat met de Link16-radio praat. Op de foto bereiden medewerkers van Vigilance, De Peel, NDMC en 603 ACS de vlucht van de ballon op MLT Deelen voor. Foto: NDMC
xxx
Link16 verbindt In de omgeving van het oefenterrein Zoutkamp in Groningen kijken ze niet meer zo snel op als een F-16 over de daken jaagt. Zo’n 170 kilometer westelijk in Den Helder volgt majoor Bram Remmelzwaal de twee toestellen met Argusogen om te bezien of de Patriots 220 kilometer ten zuiden van de marinehaven op De Peel in actie komen. De verbindingsoefening CEPNIC is in volle glorie op gang gekomen, met de Nationale Datalink Management Cel als stralend middelpunt. Niet vanuit het vertrouwde AOCS in Nieuw Milligen, maar vanaf marinekazerne Erfprins in de uiterste kop van Noord-Holland. Tijdens CEPNIC participeerde het CLSK met de Groep Geleide Wapens (Patriot), het Air Operations Control Station Nieuw Milligen (MASE), F-16’s, een AS.532 Cougar, en een SH-14D Lynx. De Nationale Datalink Management Cel zette het Link16 Netwerk Management System, het Link16-simulatiesysteem en de Link16-relay met luchtballon in. Andere deelnemende eenheden waren het CLAS, CZSK en NLR, de DMO, Kustwacht, NAVO, Joint CIS Group, openbare orde en veiligheidsdiensten en het bedrijfsleven. DE VLIEGENDE HOLLANDER 14
Technicus van de gevechtsleiding sergeant 1 Rudolf Schuur van het 970 Squadron, houdt zich bezig met het MASE computersysteem van de gevechtleiding.
CEPNIC is een samensmelting van drie oefeningen: Combined Endeavor, Purple NECtar en Integrated Command. Dat schetst meteen het joint karakter en alle krijgsmachtdelen doen mee. CEPNIC staat bekend als een van de belangrijkste verbindingsoefeningen binnen de militaire wereld. Maar niet alleen Defensie profiteert van de synergie die ontstaat. Ook het bedrijfsleven en (semi-)overheidsdiensten op het gebied van openbare orde en veiligheid nemen deel en behalen voordeel. ‘Het mooie van deze oefening is dat ontwerpers en gebruikers bij elkaar in de buurt zitten’, zegt majoor Bram Remmelzwaal, Hoofd Nationale Datalink Management Cel. ‘Je kunt in theorie heel mooie dingen bedenken, maar als het in de praktijk niet werkt, heb je er niets aan. Hier dagen we elkaar continu uit en dat werkt inspirerend. We willen het niveau van netwerkend optreden
REPORTAGE
en verbindingen (oftewel: Network Enabeled Capabilities, de NEC in NECtar) omhoog krikken. Vernieuwend zijn. We zitten daarmee nu in de middenmoot, maar willen zo langzamerhand wel een niveau hoger komen. Informatietechnologie speelt een steeds voornamere rol in Defensieland. Je wilt niet alleen met elkaar kunnen spreken, maar ook bijvoorbeeld weten hoeveel brandstof een toestel nog heeft en welke bewapening aan boord is. Dat kan essentiële informatie zijn tijdens een operatie.’ Luchtballon In totaal zijn tijdens CEPNIC vier plekken al dan niet in een rechte lijn verbonden met marinekazerne Erfprins. De modernste daarvan hangt op driehonderddertig meter hoogte boven Militair Luchtvaartterrein (MLT) Deelen. Een klassiek ogende luchtballon met daaronder een Link16 zender van zo’n kwart NDMC-collega’s marineadjudant Rob Koopmans miljoen euro, weet Remmelen eerste luitenant Casper Miltenburg monitoren zwaal. ‘Daarmee kunnen we vanuit Erfprins het Link16-gebuik. een datarelay tot stand brenFoto: Eva Klijn, AVDD gen, waarmee Hr.Ms. Tromp communiceert met de Patriots op De Peel. Het is een goedkope manier om deze verbinding tot stand te brengen want de Aerostat luchtballon, die eigendom is van Vigilance, hangt er gewoon. De kosten per uur zijn dus minimaal. De terminal gebruiken we van de Groep Geleide Wapens. Met deze constructie die bijvoorbeeld ook in Afghanistan wordt gebruikt, tonen we aan dat voor dit soort communicatie in sommige gevallen een alternatief hebben voor een AWACS.’ Gesmeerd Het experiment met de Aerostat luchtballon was net afgerond toen het mis ging. Door het steeds slechter wordende weer raakte de ballon, bij het binnenhalen van de verbindingskabel, los van de grond. Het veiligheids-
Vigilance-medwerker en voormalig fotoanalist van het 306 Verkenningssquadron Joep Schouren voorziet de UAV-streams van een Kustwachtvaartuig van de juiste gegevens.
mechanisme van de ballon zorgde dat deze ‘gecontroleerd’ neerkwam, waardoor de Link16 radio en antenne onbeschadigd bleven. Deze onverwachte gebeurtenis bleek een perfect voorbeeld van het doel van de oefening. Het Control & Reporting Center stuurde namelijk onmiddellijk twee F-16’s op transit over Deelen om te kijken waar de ballon was, Vigilance reageerde door er een vliegtuig met sensoren op af te sturen, en de neergekomen terminal werd door de Luchtmobiele Brigade gevonden en veilig gesteld. De communicatie tussen de verschillende eenheden liep gesmeerd. Door dit accuraat handelen heeft het hele incident, vanaf het losslaan tot het weer terugvinden van de ballon en het veilig stellen van de terminal, maar een kwartier geduurd. Ideaal plaatje Het heeft er even om gehangen of de oefening wel zou doorgaan. ‘Toch hebben we met een minimum aan voorbereidingstijd een hoogwaardig programma kunnen opstellen’, meldt Remmelzwaal trots. ‘Eerst een week opzetten, en daarna een week oefenen. Twee weken oefenen zou uiteraard nog meer kennis en kunde opleveren. Het ideaal plaatje is een jaarlijkse oefening met nog meer dan nu betrokkenheid van de alle partijen. Dat mag wat mij betreft resulteren in een joint gecoördineerd optreden in 2014. Ik denk dan aan het koppelen van communicatiesystemen en zogenoemde C2-systemen (Command and Control, red.). Want zoals eerder gezegd, streven we naar een hoger maturity level voor de NEC.’ •
Projectofficier van de Staf CLSK gevechtsleider majoor Mario van der Meij (midden) zorgt met een landmacht- en marinecollega op de commandopost in Den Helder voor een common operational picture.
15 DE VLIEGENDE HOLLANDER
INTERVIEW
Wapeninstructeursvereniging Dianus 60 jaar scherp
Gilde van jachtvliegers
De air to air-fase vanaf vliegbasis Leeuwarden is de eerste stap om toe te treden tot de selecte groep van wapeninstructeurs én Dianus. Zes Nederlandse vliegers nemen deel aan deze editie van de FWIT.
Vijftien cursisten uit verschillende NAVO-landen volgen in de periode van 17 mei tot en met 22 november de Fighter Weapons Instructor Training (FWIT). Aan deze opleiding tot wapeninstructeur nemen dit jaar vliegers deel uit vijf landen: Nederland, Noorwegen, België, Denemarken en Portugal. De training bestaat uit een ‘air to air’ en een ‘air to surface’ fase. Vanaf Leeuwarden beoefenen de cursisten eerst alle facetten van luchtverdediging. Daarna bekwamen de vliegers zich op de Cornfield Range op Vlieland in het uitschakelen van gronddoelen. Na een onderbreking drie weken in de zomer, zetten ze deze training voort vanaf het Portugese Monte Real (zie foto links). Daarbij krijgen de studenten nieuwste lasergeleide wapensystemen ‘live onder de knop’. Na zes weken van oefenvluchten boven land en zee volgt de zogeheten Mission Employment-fase. In deze laatste twee weken van realistische, complexe scenario’s komen alle lijntjes van de opleiding samen. ‘Daarbij moeten ze zich echt naar hun doel toe knokken’, legt FWIT-supervisor majoor Pascal Smaal uit. ‘Voor ze hun bommen kunnen gooien, krijgen de vliegers namelijk met zowel lucht- als gronddreiging te maken. De inzet van de nieuwste tactieken en procedures in combinatie met de gevaren van deze air to surface-wapens en andere oefenvijanden geven de studenten de nodige uitdagingen.’
DE VLIEGENDE HOLLANDER 16
INTERVIEW
Tekst: Ingmar Kooman | Foto’s: Cristian Schrik, www.aimhigh.nl
Als jonge sergeant 1 van het Korps Motordienst maakt Jan van Arkel in 1940 de eerste Duitse luchtaanvallen op Londen mee. De aanblik van de felle luchtgevechten boven de Britse hoofdstad wakkeren een heilig vuur aan in de uitgeweken Nederlandse militair. ‘Dát is het, dan kan je pas echt iets doen voor je land’, blikt de nu 91-jarige kolonel buiten dienst terug op die tijd. In januari 1941 begint Van Arkel aan zijn opleiding bij de Royal Air Force. Via de Miles Master en Hurricane komt hij op de Spitfire terecht. Gedurende de oorlog vliegt hij nagenoeg alle operationele uitvoeringen van dat toestel. Die schat aan operationele ervaring maakt dat de ‘flight lieutenant’ eenmaal terug in Nederland de
De meer ervaren jachtvliegers krijgen jaarlijks de kans om wapeninstructeur te worden. De Dutch Weapons Instructors Course (DWIC) en Fighter Weapons Instructor Training (FWIT) zijn pittige opleidingen, maar daarna scharen de vliegers zich in een bijzonder select gezelschap. Wapeninstructeursvereniging Dianus vertegenwoordigt deze elite van de Nederlandse jachtvliegwereld al ruim zestig jaar. Een gesprek over de betekenis van Dianus toen en nu met voorzitter luitenant-kolonel
Een type dat Van Arkel zelf ook vloog, is de Spitfire. Op de foto een L.F. Mk.IX van de Jacht Vlieg School, hier tijdens een van de eerste gunnerys op Leeuwarden in 1949. Foto: uit collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie
Johan van Deventer en erevoorzitter en oprichter kolonel b.d. Jan van Arkel sr.
Van Arkel (tweede van links) in zijn tijd als actief dienend militair temidden van zijn collega-wapeninstructeurs met de zogenoemde ‘schietbeker’. Elke wapeninstructeur ontvangt deze tinnen pul bij toetreding tot Dianus. Foto: uit collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie
schietopleiding aan de Jacht Vlieg School op vliegbasis Twenthe mag gaan verzorgen. Van Arkel brengt de jonge Spitfire-vliegers van het 322 Squadron vitale kennis bij. ‘Deze jongens zouden namelijk op korte termijn uitgezonden worden naar Indië’, vertelt Van Arkel. ‘Daarom wilden wij ze als schietinstructeurs alles meegeven wat ze als operationeel jachtvlieger nodig konden hebben.’ Maar de klok tikt niet in het voordeel van de instructeurs. ‘De opleidingstijd die ons ter beschikking stond, was beperkt. Tijd om de vlieger op te leiden tot volwaardig “gunneryman” was er gewoonweg niet’, verzucht Van Arkel. Wapenmeesters Ondanks de relatief bescheiden schietopleiding van de jachtvliegers, laat de commandant van het uitgezonden squadron zich vanuit NederlandsIndië lovend uit over de schietvaardigheid van zijn mannen. Om deze vaardigheden ook op een adequaat peil te houden, is niettemin meer nodig. Mede door de positieve ervaringen in Indië beschouwt de luchtmachtleiding ‘live firing’ niet langer alleen als ‘gevaarlijk’ en ‘duur’. Daarom komt er groen licht voor een specifieke schietopleiding die de wapentechnische kennis en kunde van de vliegers scherp moet houden. Van Arkel krijgt het commando over dit 323 Schietsquadron. Met twee collega-schietinstructeurs zet hij in 1950 de eerste cursus op voor een nieuwe lichting schietinstructeurs. Deze kleine, hechte groep van wapenmeesters verenigt zich nog datzelfde jaar tot een ‘Club van Schietinstructeurs’. Hun specifieke taak brengt bijzondere verantwoordelijkheden en risico’s met zich mee. Dat schept een band, verklaart Van Arkel. ‘Operationeel jachtvliegen was in mijn tijd een gevaarlijk vak, dat deed je niet zomaar.’ Dat sterke saamhorigheidsgevoel vertaalt zich niet alleen in het delen van sterke vliegerverhalen onder het genot van één of meer biertjes. De Schietinstructeursvereniging, later Wapeninstructeursvereniging Dianus (een verwijzing naar Diana, de Griekse godin van de jacht en symbool van het 323 Squadron) maakt zich ook hard voor de overdracht en verfijning van de wapentechnische expertise en tactieken binnen de jachtvlieggemeenschap, benadrukt Van Arkel. ‘Als je blijft steken in het schieten met pijl en boog, kom je als luchtmacht natuurlijk niet verder.’ 17 DE VLIEGENDE HOLLANDER
INTERVIEW
Van Deventer: ‘Binnen Dianus hebben we allemaal hetzelfde doel voor ogen: de luchtmacht op een hoger niveau brengen.’ Foto: 1(NLD) ATF
De eindfase van de FWIT vindt plaats in het buitenland. Vliegers hebben hier niet alleen meer oefenruimte tot hun beschikking, tevens exporteert de KLu hiermee geluid. Voorheen streek de FWIT neer in Noorwegen, maar vanwege het sluiten van de vertrouwde Hjerkinn Range is uitgeweken naar Monte Real. Dit nieuwe ‘leslokaal’ heeft de beschikking over luchtruim boven zee, biedt mogelijkheden voor nachtvliegen en door de betere weersomstandigheden optimaal gebruik van de beschikbare vlieguren.
Merites Naarmate haar ledental groeit en wapeninstructeurs ook meer beleidsbepalende posities gaan bekleden, ontpopt Dianus zich dan steeds nadrukkelijker als belangengroep. Van boordkanon tot brandstofkoppeling en van lucht-luchtraket tot slimme bom; als praktijkdeskundigen geven de wapeninstructeurs de luchtmachtstaf door de jaren heen gevraagd en ongevraagd advies. ‘Wij waren als gebruikers immers het beste in staat het nieuwste van het nieuwste op zijn merites te beoordelen’, stelt Van Arkel. Ondermeer in de invoering van de AIM-9L Sidewinder is de hand van Dianus merkbaar. Eind jaren ’90 voert de luchtmacht op voorspraak van Dianusleden de LANTIRN-doelaanwijspod versneld in. Toch werkt ook de luchtmacht zelf aan borging van haar tactische kennis en ervaring. Zoals met de oprichting van het 323 TACTESS (TACtische Training, Evaluatie en Standaardisatie Squadron, red.) in 1992. Dianus hoeft zijn stem niet langer te verheffen als belangenbehartiger van de operationele luchtmacht. Maar als ‘old boys network’ behoudt het zeggingskracht. Meesterproef In die zin is Dianus ‘uniek in zijn soort’, onderstreept de huidige voorzitter van Dianus en Commandant 323 TACTESS luitenant-kolonel Johan van Deventer. ‘Ons ledenbestand van zo’n honderdvijftig wapeninstructeurs loopt uiteen van jonge kapiteins tot Ops officieren, oud-bevelhebbers, de Commandant Luchtstrijdkrachten en veteranen uit de Tweede Wereldoorlog en Nederlands Nieuw-Guinea. Of je nu bd’er bent of actief jachtvlieger, het respect is wederzijds. Als jonge wapeninstructeur kun je via Dianus bovendien makkelijker contact leggen met mensen hoger in de organisatie.’ Als gilde van jachtvliegers – los van rang, operationele ervaring of vliegtuigtype – vervult Dianus een waardevolle informele rol, met de opleiding tot wapeninstructeur als gemeenschappelijke meesterproef. Dat heeft al meer dan eens zijn nut bewezen, weet de overste. ‘Ervaren vliegers leren tijdens hun opleiding tot wapeninstructeurs alles over wapens, tactieken en procedures. Maar daarna houdt het niet op. Het gaat er niet om de individuele vlieger beter te maken, maar om de hele gemeenschap van jachtvliegers vooruit te brengen. De kracht van de opleiding tot wapeninstructeur is juist dat ze hun ervaring ten dienste stellen van de rest van het squadron. En dat doen ze, al decennia lang. Dianus heeft zo de basis gelegd voor de manier waarop Nederlandse jachtvliegers vandaag de dag opereren in Afghanistan.’ • DE VLIEGENDE HOLLANDER 18
De aspirant-wapeninstructeurs leren tijdens de opleiding hun wapensystemen tot in de finesses beheersen, vertelt Smaal: ‘De studenten worden opgeleid voor alle denkbare wapensystemen voor de F-16, van de nieuwste laser- en GPS-geleide wapens tot het boordkanon en de Advanced Targeting Pod.’
Een Belgische, Noorse en Deense F-16 op de Leeuwarder flightline. Een primeur dit jaar is de inzet van de nieuwste M5.2 software. Om hun toestel en de sensoren zo effectief mogelijk in te zetten, beproeven de FWIT-studenten bestaande procedures en tactieken en ontwikkelen ze – indien nodig – nieuwe werkwijzen.
REPORTAGE
DHC en Luchtmobiel overmeesteren Zeeuwse brug
Tekstbewerking: Jopke Rozenberg-Van Lisdonk
Rode baretten nemen de Bathsebrug in. Foto: Gerben van Es, AVDD
Wildcat Challenge
Dit scenario speelt zich op de avond van 31 augustus en 1 september af onder de noemer Wildcat Challenge. Individuele vaardigheden zoals het afdalen uit een helikopter met zware bepakking en het onder chaotische omstandigheden coördineren van de samenwerking tussen Apaches en oprukkende grondeenheden vormen de leerdoelen. Om dit mogelijk te maken worden de brug en de directe omgeving tijdelijk afgesloten voor toeschouwers. Apaches voeren verkenningen uit en sporen gronddoelen op en schakelen ze uit. Vervolgens zetten Cougars de rode baretten af in de nabijheid van de brug. Behalve honderd militairen en zes helikopters zette Defensie ook zo’n twintig voertuigen in, waaronder een Russisch infanteriegevechtsvoertuig BMP 2. •
In de vroege avond onder een nog hemelsblauwe lucht, zetten vier Cougars van het 300 Squadron hun verrassingsaanval in. Op de achtergrond domineert een dreigend donkergrijs wolkendek. Nabij de Bathsebrug over het Schelde-Rijnkanaal in het Zeeuwse Rilland, verlaten militairen van 11de Luchtmobiele Brigade de transporthelikopters onder dekking van rookgranaten en twee Apaches. Doel is het veiligstellen van de door vijandelijke troepen bezette brug.
Het DHC oefent deze keer niet op een militaire locatie, maar een – afgesloten – publiek terrein in Zeeland. Foto: Gerben van Es, AVDD
Cougars zetten de luchtmobiele infanteristen af in de nabijheid van de brug. Foto: Marco Ferrageau.
19 DE VLIEGENDE HOLLANDER
INTERVIEW
Drie-eenheid Elke lichting van de ILC bestaat uit vijftig cursisten. De cursus duurde vier weken, maar vanaf volgend jaar zes. De cursisten zijn onderverdeeld in vijf syndicaten (zeg klassen), met een goede spreiding van de acht veiligheidsdiensten. Elk syndicaat heeft een buitenlandse en een Palestijnse instructeur en een tolk. ‘Een drie-eenheid’, volgens Van Mastrigt. ‘We vullen elkaar erg goed aan, dus het is heel prettig samenwerken.’ Het zogenoemde veiligheidshek dat de Israëli’s bouwden in de Palestijnse gebieden.
Leiderschapstraining Palestijnse veiligheidsdiensten
‘Steuntje in de rug’ Nederland levert sinds afgelopen januari een bijdrage aan de training van de Palestijnse veiligheidsdiensten. Op verzoek van Buitenlandse Zaken levert Defensie twee officieren voor de United States Security Coordinator, een missie die het functioneren van de veiligheidsdiensten in de Palestijnse gebieden naar een hoger niveau moet tillen. Luitenant-kolonel Ton van Mastrigt leverde als luchtmachtofficier op deze plek zijn ‘bescheiden’ bijdrage.
Tekst: Ingmar Kooman | Foto’s: uit collectie Ton van Mastrigt
DE VLIEGENDE HOLLANDER 20
Het Israëlisch-Palestijnse vredesproces verloopt met bescheiden stapjes en over moeilijk begaanbare bergpaadjes. Een autonome of zelfstandige Palestijnse staat lijkt nog ver weg, maar Nederland biedt als ‘wegenwacht’ een helpende hand op het traject. Of eigenlijk twee paar helpende handen, want twee officieren uit ons land staan de United States Security Coordinator (USSC) bij. Dit multinationale programma verzorgt basisopleidingen, specialistische trainingen en leiderschapscursussen voor Palestijnse officieren. Het doel daarvan is om te bouwen aan een professioneel en goed functionerend veiligheidsapparaat in de Palestijnse gebieden – één van de voorwaarden voor Israël om in te kunnen stemmen met een Palestijnse staat. Middenkader De internationale ondersteuning aan de Palestijnse veiligheidsdiensten gaat van soldaat tot hoofdofficier (zie kader). Binnen de USSC boekt een leiderschapstraining voor Palestijnse majoors en (luitenant-)kolonels al een aantal jaren aansprekende resultaten. Reden om in 2010 een soortgelijke cursus op te starten voor het middenkader. Luitenant-kolonel Ton van Mastrigt was van mei tot midden augustus – samen met een landmachtcollega – één van de buitenlandse instructeurs voor deze Intermediate Leadership Course (ILC) op de Westelijke Jordaanoever.
INTERVIEW
is dan ook één van de speerpunten van deze cursus.’ De andere taakstelling is om de officieren praktische kennis en vaardigheden mee te geven die ze in de aansturing van hun mensen en verderop in hun eigen carrière kunnen gebruiken, geeft Van Mastrigt aan. ‘In de kazerne van de Palestijnse Presidentiële Garde in Jericho gaven we les in ondermeer internationale betrekkingen, management en leiderschap, commandovoering en het operationele planningsproces. Maar ook zaken als presentaties verzorgen, passeren de revue.’
Ton van Mastrigt, staand in het midden, omringd door de cursisten uit een van zijn syndicaten. Van 1986-1988 maakte hij als VN-waarnemer onder meer het begin van de eerste Intifada (1987) mee, de massale volksopstand in de Palestijnse gebieden. Die ervaring kwam hem in deze uitzending goed van pas, vertelt hij. ‘Omdat ik me een beetje kon verplaatsen in de situatie van het leven van de Palestijnen onder de bezetting, kon ik veel meer doen dan alleen leerstof overbrengen en had ik – ondanks de taalbarrière – echt interactie met mijn leerlingen. Ook was het fantastisch om te werken met en te leven tussen de mensen waar het om draait.’
Gesneden koek ‘De cursisten vormen een bont gezelschap. Ze zijn afkomstig uit acht verschillende diensten: nationale veiligheidstroepen, civiele en militaire politie, militaire inlichtingendienst, algemene inlichtingendienst, burgerbescherming, preventieve veiligheidsdienst en Presidentiële Garde’, somt Van Mastrigt op. Hoewel hij te maken heeft met ervaren luitenants en kapiteins loopt de kennis en kunde van hen sterk uiteen. ‘Troepen aansturen is bijvoorbeeld voor officieren uit de Presidentiële Garde gesneden koek, maar die hebben op hun beurt weer geen kaas gegeten van de wereld van de ambulance en de brandweer, het expertisegebied van de civiele verdediging. In de praktijk blijken de diensten vaak nog langs elkaar heen te werken. Joint denken en samenwerken
Steuntje ‘Je kunt de ILC wel zien als een kleine Middelbare Defensie Vorming’, stelt Van Mastrigt. ‘Zo zien de cursisten het in elk geval wel. Je merkt dan ook dat sommigen extreem ambitieus zijn. Van een zesjescultuur is zeker geen sprake. Een eigen staat schept verplichtingen en die verantwoordelijkheid willen ze graag nemen.’ De saamhorigheid tussen ‘zijn’ leerlingen ervaart de overste ook als bijzonder. ‘Het Palestijn zijn geeft ze een heel sterke band. Ze zijn heel erg gedreven om die Palestijnse staat op te bouwen en te werken aan een beter leven voor hun landgenoten. Mijn rol daarin is uiterst bescheiden. Ik geef ze alleen een klein steuntje in de rug.’ Tegelijkertijd staat dat symbool voor zoveel meer, geeft hij aan. ‘De Palestijnen merken nu dat de internationale gemeenschap er ook voor hen is en dat die ze kan en wil helpen. Dat sterkt ze in hun ambitie om een toekomst voor zichzelf en hun land op te bouwen.’ •
Nederlandse bijdragen De bevordering van vrede en stabiliteit in Israël en de Palestijnse gebieden is een van de speerpunt in het buitenlands beleid van Nederland. Behalve de USSC zijn Nederlandse militairen ook actief in twee andere missies. Zo observeert de United Nations Truce Supervision Organization (UNTSO) de bestandslijnen tussen Israël, Libanon en Syrië. Daarnaast levert de EU Police Coordinating Office for Palestinian Police Support (EUPOL COPPS) een bijdrage aan de opbouw van de Palestijnse civiele veiligheidssector.
Een sfeerbeeld van de buitengebieden op de Westelijke Jordaanoever.
Kaart van Israël met de twee Palestijnse gebieden: de Gazastrook (linksonder) en de Westelijke Jordaanoever (rechts). Afbeelding: www.globalsecurity.org
21 DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGROND
Luchtmachters instrueren EAG-collega’s in reddingstactieken
‘Niet ophalen is geen optie’ Zoeken, vinden, redden, op papier lijkt de taak voor de diverse vliegbemanningen van landen uit de European Air Group overzichtelijk. Maar in de praktijk moet een multinationaal team heel wat uitdagingen overkomen om ‘neergestorte’ collega’s uit de klauwen van een jagende vijand te redden. Vier luchtmachters van het Vliegveiligheid Oefen- en Test Centrum leveren eind september in Duitsland hun expertise aan een cursus van de European Air Group in ‘personnel recovery’.
Als de radio het laat afweten, kun je altijd nog terugvallen op de seinspiegel. DE VLIEGENDE HOLLANDER 22
Tekst: Ingmar Kooman | Foto’s: VOTC
Verwacht het onverwachte, dat zou het motto kunnen zijn van het Vliegveiligheid Oefen- en Test Centrum (VOTC). De kleine eenheid, gestationeerd op vliegbasis Gilze-Rijen, specialiseert zich in wat-als-scenario’s. Hun trainingen brengen vliegtuigbemanningen en andere militairen de essentiële vaardigheden bij voor noodsituaties, zoals survivaltechnieken en dinghy drills (ontsnappingsprocedures voor bemanningen van te water geraakte vliegtuigen, red.). Maar ook verzorgen ze instructie op het gebied van ‘personnel recovery’, de tak van sport die ervoor zorgt dat een van zijn eenheid geïsoleerde militair weer in veiligheid kan worden gebracht. Van 15 tot en met 30 september is de omgeving van de Duitse vliegbasis Lechfeld hiervoor één groot leslokaal. Samen met enkele buitenlandse collega’s brengen vier VOTC’ers Duitse, Franse, Italiaanse en Zweedse militairen de fijne kneepjes bij.
ACHTERGROND
Een aanzienlijke luchtvloot was beschikbaar voor de oefening. Op de foto een deel van de helikoptervloot: AW-101 Merlin, AB.212, SA-330B Puma, UH-1D Huey (v.l.n.r.).
Inhaalslag ‘Daar hadden ze een aardige dobber aan’, vertelt Commandant VOTC majoor Bart Holewijn. ‘Nagenoeg elk land binnen de European Air Group hanteert namelijk zijn eigen procedures rondom het veiligstellen van in vijandig gebied gestrande collega’s. En aan het begin van de cursus merkten we zelfs dat een enkele krijgsmacht op dit operationele terrein helemaal geen standaarden heeft. Sommige cursisten begonnen dus echt vanaf nulniveau.’ De doelstelling van de Combined Joint Personnel Recovery Standardisation Course om binnen de European Air Group (EAG) te komen tot een meer uniforme werkwijze leek daarmee te hoog gegrepen. ‘Tijdens de theoretische cursus moesten we echt een inhaalslag maken’, geeft eerste luitenant Jos aan. Wat is personnel recovery? Hoe voer je een ‘search’ uit en met welke middelen en procedures? Allemaal basale vragen waarin Jos en zijn collegainstructeurs zoveel mogelijk helderheid verschaffen. Daarbij hadden ze niet alleen te maken met verschillende kennisniveau’s, maar ook met de diverse rollen van de deelnemers. Behalve fixed wing en heli-bemanningen krijgen namelijk ook de leden van de zogeheten extractieteams tekst en uitleg over de personnel recovery procedures. ‘Aan het begin zie je heel wat vraagtekens oppoppen’, merkt de luitenant op. ‘Geleidelijk merk je dat de informatie landt en ben je klaar om het ook in de praktijk te brengen.’ Vastbijten Voor dat praktijkgedeelte staat de cursisten een kleine vloot van vliegtuigen ter beschikking: een Franse Puma en Caracal (CSAR-versie van Cougar), uit Italië een Sea King, Merlin en twee Pelikans, en diverse Duitse Hueys. Deze nemen de transporttaken voor hun rekening, daarbij begeleid door een Italiaanse
De pick up is aanstaande, maar voorzichtigheid blijft nog altijd geboden.
AB-212 en twee Franse Gazelles. Bovendien verlenen vier Duitse Tornado’s en twee Italiaanse AMX’en ondersteuning aan de ‘extraction vehicles’, samen met een en een NAVO AWACS die het overall plaatje in de gaten houdt. Zes dagen achtereen bijten de cursisten zich in multinationaal verband vast in de diverse reddingsscenario’s, van missieplanning en zoekpatronen tot aan de daadwerkelijke ‘pick up’. Aanvankelijk zijn die scenario’s nog betrekkelijk eenvoudig, schetst Holewijn. ‘De “overlevende” doet alles volgens het boekje, geeft zijn positie op de juiste manier door en de vijandelijke dreiging is gering. De cursisten kunnen zo wennen aan het daadwerkelijk multinationaal optreden. Gaandeweg voeren we de druk op: meerdere en gewonde slachtoffers op verschillende locaties, gesimuleerde luchtverdediging of “rules of engagement” waarmee we de extractie zelf compliceren.’ 23 DE VLIEGENDE HOLLANDER
ACHTERGROND
Spraakverwarring Voordat je als European Air Group gezamenlijke procedures en standaarden kunt ontwikkelen, is het van belang dat je ook weet waarover je praat. Het Joint Air Power Competence Centre (JAPCC) in het Duitse Kalkar streeft ernaar de Babylonische spraakverwarring te doorbreken. ‘Personnel recovery’, afgekort als PR, is de som van alle militaire, diplomatieke en civiele inspanningen om geïsoleerd personeel te op te sporen, op te pikken en te reïntegreren en is van toepassing op zowel eenlingen als complete eenheden. De veelgebruikte term Combat Search and Rescue (CSAR) slaat op een betrekkelijk kleinschalige extractie van vliegtuigbemanningen onder oorlogs- of gevechtssituaties. Survival, Evasion, Resistance and Extraction (SERE) heeft betrekking op alle technische middelen en vaardigheden die een militair moet hebben om niet alleen te overleven, maar ook om de eigen kansen op redding te maximaliseren.
weten precies hoe het hoort en kunnen dan ook bewust fouten maken. Daar moeten de zoekende vliegtuigbemanningen weer op inspelen. Op die manier haal je het maximale uit je training.’ Gaandeweg de scenario’s blijkt nog maar eens hoe belangrijk standaardisatie binnen dit werkveld is, vertelt Pim. ‘Sommige mensen vallen toch terug op hun eigen procedures wanneer het lastig wordt. Bovendien is de beheersing van het Engels echt cruciaal om in een multinationaal team goed te kunnen optreden.’ Bij enkele collega’s bleek de taalvaardigheid een zwak punt,
Op de grond beoefenen de ‘survivors’ de radioprocedures om zowel zichzelf als de zoekende vliegers te trainen.
Prooi Die oplopende druk voelen ook de ‘leidende voorwerpen’ tijdens deze oefening. Een team van minimaal één instructeur en één cursist moeten zich in de wijde omgeving rondom Lechfeld tactisch een weg zien te banen naar de landingslocatie. Want eenmaal gedropt, zijn deze ‘survivors’ een prooi voor de patrouillerende Duitse en Italiaanse infanterie-eenheden. Voor ieder zo zijn uitdagingen, legt VOTC-instructeur sergeant-majoor Pim uit. ‘Het infanterie- en survivalgebeuren is voor de buitenlandse collega’s – variërend van Duitse Fallschirmjäger tot Franse mariniers – natuurlijk gesneden koek, maar de combinatie met personnel recovery blijkt voor velen toch nieuw. Dan moet je plots met heel andere dingen rekening houden. In plaats van je hightech GPS, moet je weer gewoon terugvallen op je ouderwetse kompas en je kaart.’ ‘Zolang je kunt vertrouwen op je apparatuur is het nog relatief makkelijk’, vult Jos aan. ‘Maar wat doe je wanneer je niet het juiste systeem hebt? Dan moet je bijvoorbeeld een jachtvlieger naar jouw positie gaan praten. Hoe doe je dat precies? En wat als je dat niet over een versluierde verbinding kan doen, zodat de vijand kan meeluisteren? Een recovery onder gevechtsomstandigheden is nóg lastiger, maar níet ophalen is geen optie.’ Bewustwording ‘De waarde van gespecialiseerde instructeurs zie je hierin heel duidelijk terug’, vindt Holewijn. ‘Onze drie VOTC-instructeurs
DE VLIEGENDE HOLLANDER 24
Het extractieteam houdt de omgeving in de gaten terwijl een Duitse Huey boven de landingsplaats hangt. Foto: Bundeswehr
Ook de ‘pick up’ van een overlevende door een extractieteam verloopt volgens specifieke procedures.
erkent Holewijn. ‘Maar juist ook de wederzijdse bewustwording van deze beperkingen is een waardevol resultaat. Als EAG hebben we nu duidelijk tussen de oren dat standaardisatie van groot belang is.’ ‘Waar het om gaat is dat iedereen op gebied van personnel recovery letterlijk en figuurlijk dezelfde taal spreekt’, onderstreept ook Jos. Wat dat betreft hebben ze in Lechfeld belangrijke stappen gezet, meent hij. ‘Zo zag ik die Duitse Tornadovliegers aan het begin van de theorielessen nogal eens glazig kijken, maar in de scenario’s zetten ze het wél neer. En op die ervaring bouwen ze thuis voort.’ •
Mensen & Mutaties Bevorderingen militairen Luitenant-kolonel Boer P de - LSK: AFD GW & FORCE PROT. OPS.; Pothoven GB - DCIOD: DARS-Nieuw Milligen; Stoeten NA - DCIOD: NPC GLONS; Wekking PTGH - LSK: STAFGR. BESTUURSONDERST. Majoor Benthem h RA van - LSK: SIE KLU LIAISON 11 LMB; Bommer MPAG - LSK: SIE LOGISTIEK; Hagting W - CML: ONDERSTEUNENDE STAF; Hendriks HAM DCIOD: EATC; Jong CAJ de - AFD B&TH ME TRANSP HELI; Vorstenbosch LHJ - LSK: SIE IV-BEHEER Kapitein Aaron MR - LSK: SIE OPERATIONEEL RECHT; Dierkx R - OKLU: AG NIVEAU-OPLEIDING; Koch B - DHC: 301 OPS COGP; Kuipers RH - LSKBOE: SPEER DATA; Oitmann WFD - GGW: PVE ONDERHOUD 951; Perton R - LW: OPERATIECENTRUM OPS; Schruijer A - LSK: BUR ONDH. PROCES. & REGEL; Vries JW de - DCIOD: EATC Eerste luitenant Bergen HJW van - LMG: AFD LUMA METEO CENTR; Beukers JH - LW: VLUCHT 1 322; Broers AJM - OKLU: BUR OPLEIDINGSCOORDINATIE; Eijk JHF van der - EHV: STAF VOORLICHTING; Emst C van - EHV: PVE LUCHTVERKBEVEIL.; Ernste TEP - GGW: KANT OPER. INLICHTINGEN; Garos TEGM - LSK: SIE LOOPBAANMANAGEMENT; Gaus SH - VKL: PVE LUCHTVERKEERSLEIDING; Harder D de - LW: VLUCHT 4 323; Hoop M de - NLDA: Staf LO/S-groep; Joustra G - LW: PVE VLIEGDIENST; Kanters SGI Afdeling; Koolhaas M - LW: SQN MISSION SUPPORT 322; Kuiper T - VKL: PVE OPS 312; Logchies JA - AOCS: AFMU; Meenhuis JHBL - LOKKMAR/ KERN/SIE MATLOG; Molen EW van der - LW: SQN MISSION SUPPORT 323; Serton JM - GGW: P&O ADVISEURS&ONDERST P&O; Werff THKK - EHV: BUR MANAGEMENT CONTROL; Westra A - LW: VLUCHT 4 323 Tweede luitenant Bruggen AM van der - AOCS: OPERATIEN LVL SIE E; Bruxvoort J van - GGW: KANT OPER. INLICHTINGEN; Burgers MD - AOCS: OPS GL SIE D VLUCHT A; Kammen R van - GGW: BUR INFRASTUCTUURBEHRSING; Kartodikromo V - LMG: AFD LUMA METEO CENTR; Lagarde K AOCS: OPERATIEN LVL SIE E; Quik IFA - AOCS: OPERATIEN LVL SIE A; Schreiber J - OKLU: BUR INFRASTRUCTUUR; Schuit R - EHV: BUR INFRASTRUCTUUR BEHEERS; Uden PPG van - EHV: PVE LUCHTVERKBEVEIL.; Wit R de - LMG: AFD LUMA METEO CENTR Adjudant-onderofficier Altenburg l b W - LW: WBE ONDERST. SYSTEMEN; Bakker EH - BG IVENT: JCG Sie OST TEL BDRB; Bemmel AI van - OKLU: AG NIVEAU-OPLEIDING; Hecker PJM - DHC: 301 G&O VLUCHT 3; Spits JH - DCIOD: EATC; Spruit A - VKL: LEERDOCK; Timmermans WJAM - OKLU: VG VLIEGTUIGEN; Voorst HJ van - AOCS: WERKCENTRUM C2SYSTEMEN Sergeant-majoor Baens DJWM - VKL: CIS MAINTENANCE; Degen AJ - BG IVENT: JCG Sie OST CIS KP; Fiers PGJ - EHV: HONDENSECTIE; Gras R - DHC: STAF P&C BUR BV IV; Heiden C van der - LCW ON EQMT BDFBUR; Hoogerwerf B - LCW ON EQMT BDFBUR; Hui WL - DHC: 300 OPS VLUCHT 3; Indelicato JC - EODD/ SCHOOL; Koopmans M - OKLU: OA IMO; Loermans PJW - EHV: CIS MAINTENANCE; Michels MWF OKLU: VG GRONDTECHNIEK; Mol MM - OKLU: OA IMO; Pisarahu JOR - DHC: 932 COGP; Schuring MTJ - DHC: 930 WE BASE CHINOOK; Toorn D van den VKL: PVE OPS 311
Sergeant 1 B d lf MP - DHC: 930 WE BASE CHINOOK; Brefeld Bardolf REJ - AOCS: BUREAU OAI; Cornelissen BAW - VKL: SIE EXPEDITIE; Dekker JJ - LCW COMPO CL MECH SYSN; Diederiks B - DHC: 930 WE BASE COUGAR; Klink RJ van - DHC: 300 G&O VLUCHT 1; Kwakernaak M - DHC: 298 G&O VLUCHT 4; Lichtleitner DMA GGW: VOORRAADBEHEER 951; Lummel A van - DHC: 931 PVE LVL; Melenhorst WRM - DHC: 300 G&O VLUCHT 1; Mosselaar DWC van den - DHC: 930 WE WAPENTECHNIEK; Notenboom MJGA - LCW ON EQMT CL HELIKOPTERS; Rijen MPA van - DHC: 932 MAT VERZENDING; Roosz HR de - DHC: 300 G&O VLUCHT 3; Scheeringa RN - LW: VLUCHT AIRCRAFT MAINT 322; Sonnevelt S - DHC: 298 G&O COGP; Stam A - LW: REGIO MAT. VOORZ VERZORGING; Tol JM - LW: WE VLIEGT. ONDERHOUD; Vlist AC van der - DHC: 930 WE BASE CHINOOK; Vloet CTM - GGW: ME LOKALE VERWERVING 951 Sergeant Oosten WEJ - OKLU: CIS MAINTENANCE Korporaal 1 B kk F - LW: SIE WEGTRANSPORT; Bijlard WS Bakker DHC: 931 SIE BEWAKING DEELEN; Deurman ST - DHC: 930 WE VLIEGTUIGMECHANICA; Eweg SJ - DHC: 300 G&O COGP; Extel SCJ van - VKL: SIE MAGAZIJNEN; Fabias GA - DHC: 932 WE LOG OPSLAG POLCA; Hallatu LC - DHC: 932 MAT OPSLAGMAGAZIJN ALG; Huijbrechts FRJA - OKLU: BEWAKINGSPELOTON 3; Jaeggi E - DHC: 932 WE LOG OPSLAG POLCA; Kreeft ES van der - VKL: SIE MAGAZIJNEN; Mourik S van - OKLU: BEWAKINGSPELOTON 1; Procee BS - EHV: GROUPAGEPUNT AIR; Remkes FA - VKL: SIE EXPEDITIE; Roulleau E - VKL: SIE EXPEDITIE; Velde HC van de - OKLU: AFD DISTRIBUTIE; Vossen R LCW FYSDISTR ONTV, OPSL&DISTR Korporaal Doorn E van - GGW: GW PATRIOT CREW 2 FP 3 803; Verstegen T - VKL: SIE BRANDSTOFFEN Soldaat 1 Schoonhoven A - OKLU: BEWAKINGSPELOTON 2
september
Adjudant-onderofficier P Popping i A - AFD B&TH ME STGP; Waarts FA - DCIOD: AIR CC-HQ Ramstein Sergeant-majoor Blox JGCA - GGW: GW PATRIOT CREW 1 FP 2 802; Bout J van den - EODD/GRONDGEBONDEN EODCIE/3PEL; Laat PM de - DHC: 931 SIE BEWAKING Sergeant 1 Bruijn MJ de - LW: WE AVIONICATECHNIEK; Dekker R den - CML: GOTC; Jansen A - DHC: 300 G&O VLUCHT 2; Jansen RA - OKLU: SIE POL & CHEMISCH AFVAL; Kiezebrink CH - AOCS: PVE LOGISTIEK; Stoep LJ van der - LCW ON EQMT CL HELIKOPTERS Sergeant Lenders d AAG - DHC: 931 PVE GZHC DHC GILZE Korporaal 1 Ahlers SA - LW: SIE MUNITIEASS. & TRANSP.; Lindeboom M - LW: GZHC VLIEGBASIS LEEUWARDEN; Plass YH - GGW: SIE ONDERH ONDERSTSYST 803; Rijkers RAW - LSKBOE: DRUMFANFARE; Starreveld DA - EHV: SHIFT B VRACHTAFHANDELING Korporaal Diepen MJ van - OKLU: RESSORT LEERLINGEN; Hakeboom M - OKLU: RESSORT LEERLINGEN; Peters DL - OKLU: RESSORT LEERLINGEN; Slabbekoorn CEP - OKLU: PVE LUCHTVERKEERSLEIDING; Woesthoff DR OKLU: RESSORT LEERLINGEN Soldaat 1 Noij RJR - OKLU: RESSORT LEERLINGEN Soldaat 2 Coskun Y - OKLU: RESSORT LEERLINGEN Soldaat 3 Booijink SJM - LSKBOE: OPL NLDA LANG MODEL MWO; Bouman BJ - OKLU: RESSORT LEERLINGEN; Hollatz NJ - LSKBOE: OPL NLDA KRT MODEL KOO; Laarhoven T van - LSKBOE: OPL NLDA KRT MODEL KOO; Struijs JKJ - OKLU: RESSORT LEERLINGEN; Waarden MHMC van der - OKLU: RESSORT LEERLINGEN
Bevorderingen burgers Dienst verlaten burgers Schaal 07 Kenter MJ - LSK: BURO PERSONEELSONTWIKKELING
Schaal 12 Gebhardt RA - LSK: SECTIE PUBLICATIES
Dienst verlaten militairen Luitenant-generaal Godderij PJM - Stafgroep MD Commodore Bezemer A - Stafgroep MD Kolonel Banse CEM - LSK: P&O ADVIES; Dam JAJ van - DCIOD: DARS-Nieuw Milligen Luitenant-kolonel B h Berghuis RJ - DCIOD: SHAPE; Giesen WFC van - DIR P&C SIE PROJCONTROL; Watering JAL van de - DCIOD: AIR CC-HQ Ramstein Majoor Haar BJM ter - DCIOD: AIR CC-HQ Ramstein; Stroethoff HCR - DCIOD: AIR CC-HQ Ramstein; Wilthuis CA Sectie Indiv Besch. & Alg. Log Eerste luitenant Jong J de - GGW: STAF KAM; Manuputty BR - NLDA: VTO CIE; Verkruissen CH - DHC: 300 OPS VLUCHT 3
Schaal 07 Belloni LJC - LSK: BUR COMMANDANT LSK Schaal 06 Bijl GM - LSK: BUR COMMANDANT LSK; Oers RJF van - DHC: STAF P&C BUR MC FC; Wijn RJ - DHC: PH O&L BUR CERT&OPL Schaal 05 Op Heij ALM - GGW: P&O ADVISEURS&ONDERST P&O; Lieverloo RWJ van - LSKBOE: DRUMFANFARE; Portier KEI - LSK: SECRETARIAAT DIR OPERAT.; Smaak KJ - VKL: BUR FACILITAIR MANAGEMENT Schaal 04 Sterken MAT - GGW: GZHC GGW DE PEEL Overplaatsing militairen Sergeant Kruit H van der van KLu naar KM Korporaal 1 Raes PCJF van KLu naar KL
Vaandrig Bruijn R de - LSKBOE: OPL NLDA KRT MODEL KOO; Lugt D van der - LSKBOE: OPL NLDA KRT MODEL KOO
25 DE VLIEGENDE HOLLANDER
LEESWIJZER Say chocks away Het duo Martin Leeuwis en Ton van Andel brengen opnieuw een honderdzestig pagina’s tellend Engels cartoonboek uit vol met luchtvaarthumor. Waar in vorige edities meerdere tekenaars de pen ter hand namen, is ditmaal alles van Van Andel. De bonte verzameling stripjes nemen zowel de militaire als de burgerluchtvaart op de hak. Het boek is de dertiende uitgave in de serie sinds 1982. De mix van korte anekdotes en cartoons spreken een groot lezerspubliek over de hele wereld aan. Ruim 85% van de boeken verkopen de Nederlandse makers namelijk buiten hun eigen land. Leeuwis Publications domineert dan ook wereldwijd de kleine markt die bestaat voor boeken met luchtvaarthumor. Van de meeste uitgaven zijn reeds enkele herdrukken verschenen. Voor wie de serie nog niet kent of zijn collectie compleet wil maken, zijn de vorige publicaties dus ook na te bestellen. (Jopke Rozenberg-van Lisdonk) ‘Say chocks away’ met ISBN 978 94 90008 03 1 telt 160 pagina’s op A5-formaat. Het boek kost €12,50 (exclusief verzendkosten) en is verkrijgbaar bij Martin Leeuwis Publications, Postbus 192, 5250 AD Vlijmen, of via www.humor.aero.
Tims papa is soldaat ‘Ik heb een brief van mijn baas. Hij wil dat ik met mijn soldaten naar een ver land ga. We moeten daar een paar maanden blijven.’
‘Tims papa is soldaat’, geschreven door Petra Messelink met illustraties van Helen van Vliet heeft ISBN 978 90 8543 137 4, en is uitgegeven door Uitgeverij Columbus in Heerenveen. Het boek is iets groter dan A5-formaat en telt 45 pagina’s. Prijs: €6,95. Te koop in de boekhandel of te bestellen via Uitgeversgroep Jongbloed BV. Kijk voor meer informatie op www.jongbloed.com. DE VLIEGENDE HOLLANDER 26
Jaarlijks spreken vele jonge militaire ouders zinnen van soortgelijke strekking uit naar hun kinderen. Petra Messelink vond het dan ook tijd worden voor een herkenbaar boekverhaal voor jonge kinderen van 6 tot 8 jaar en bracht daarom eerder dit jaar ‘Tims papa is soldaat’ uit. Tim uit groep vier staat centraal in het verhaal. De jonge lezers beleven door zijn ogen hoe het is als je vader op uitzending gaat. Hoe ga je daar als kind mee om? Messelink weet dit op een toegankelijke manier neer te zetten in haar boek. Een realistisch verhaal, zonder schokkend te zijn voor jonge kinderen. Het verhult niets, maar legt wel steeds uit waarom dingen (kunnen) gebeuren. Dit wekt een bepaalde geruststelling en begrip op voor de situaties zoals ze zijn. Bovendien gebruikt Messeling zo nu en dan militaire termen, die de herkenbaarheid en echtheid van het verhaal vergroten. Voor degenen die minder bedreven zijn met deze termen, worden ze op eenvoudige wijze toegelicht. De vijftien hoofdstukken zijn logisch ingedeeld en zoomen allen in op een specifiek onderwerp van de periode tijdens en rondom de uitzending. Zo komen ‘de vreselijke brief’ en ‘het afscheid’ aan bod, maar ook ‘kaarten voor papa’ die Tim met zijn klasgenoten voor zijn vader maakt, een nieuwsuitzending over de missie op televisie, de terugkomst en de medaille-uitreiking. De hoofdstukken hebben korte, gemakkelijke zinnen, een prettige pagina-indeling en een groot lettertype. Het boek is een echt (voor-)leesverhaal en loopt dan ook niet over van de illustraties. Bij een nipte meerderheid van de hoofdstukken staat een zwart-wit tekening. (Jopke Rozenberg-van Lisdonk)
LEESWIJZER Luchtvaartkalender 2011 - 60 jaar helikopters bij Defensie 1951–2011
‘Luchtvaartkalender 2011 – 60 jaar helikopters bij Defensie 1951–2011’ op formaat 25x36 cm is samengesteld door Peter Korbee. De dertien pagina’s tellen één zwart-wit en 26 kleurenfoto’s. De kalender is voor € 16,- verkrijgbaar bij de Luchtvaart Hobby Shop, Flash Luchtvaartwinkel, Aviodrome, Militaire Luchtvaart Museum, WZZ-shop Gilze-Rijen en Traditiekamer MLD. Voor hetzelfde bedrag wordt de kalender opgestuurd. Maak het bedrag dan over op postgiro nr. 2567434 t.n.v. Korbee-promotie: MLD te Rijnsburg, onder vermelding Kalender 2011 en uw adresgegevens.
In basisvorm lijken helikopters van vandaag de dag nog op die van vijf decennia geleden, maar qua mogelijkheden is er veel veranderd. Dat heeft samensteller en uitgever van de jaarlijkse luchtvaartkalender in beeld gebracht in de editie van 2011. De Koninklijke Marine was het eerste krijgsmachtdeel dat het nut van een hefschroefvliegtuig inzag. Op achttien december 1951 nam de Marineluchtvaartdienst (MLD) de Sikorsky S-51 in dienst. Het donkerblauwe toestel kreeg registratie 8-1 en de bijnaam Jezebel. Tijdens de watersnoodramp in 1953 speelde het toestel een belangrijke rol. De Koninklijke Luchtmacht moest nog tot juni 1955 wachten voordat de eerste helikopter, de Hiller OH-23B Raven, in gebruik kon worden genomen. Sinds 4 juli 2008 zijn de helikopters van marine en luchtmacht ondergebracht bij het Defensie Helikopter Commando. Alle helikoptertypes die bij de krijgsmacht dienstdeden of anno 2010 nog dienstdoen, passeren in deze kalender de revue: AS.532U2 Cougar Mk.II, AB-412SP, S-51, S-55, Bo-105CB, NH90, AB-204B, Alouette II, UH-23B/C Raven, Alouette III, S-58 Seabat, AH-12 Wasp, AH-64 Apache, CH-47D Chinook, SH-14D Lynx. (A.M.)
Tango Blue – Pictorial overview of European Union Air Power ‘Europa moet op Defensiegebied meer samenwerken, is vandaag de dag een veel gehoorde uitspraak’
‘Tango Blue – Pictorial overview of European Union Air Power’ op liggend A4-formaat telt 159 zijdeglans pagina’s. De hardback, met ISBN 978 90788 78148, is gemaakt door Peter Stams en Johan Wolfs en uitgegeven door Flying Pencil in België. Voor € 36,- is het te koop bij de Flash Luchtvaartwinkel in Eindhoven (bij verzending komt er € 3,64 bij), of bij de uitgever. Kijk voor informatie op www.flyingpencil.be.
Het is een behoorlijke klus om de gehele militaire luchtvloot van de Europese Unie in beeld te brengen. Toch zijn Peter Stams en Johan Wolfs daar in Tango Blue behoorlijk in geslaagd, zij het dat ze af en toe een uitstap maken naar types die niet meer in dienst zijn. Resultaat is een boek boordevol foto’s van alle mogelijke types uit 27 lidstaten. Aan Nederland worden acht pagina’s besteed. In het voorwoord pleiten de auteurs voor ‘samenwerking tussen de Europese landen maar ook behoud van nationale defensiemiddelen’. Die worden voorgesteld middels een mozaïek van ruim vierhonderd foto’s, en daarin zit hem net de crux. Het grootste minpunt van dit boek is dat er geregeld teveel foto’s op één pagina staan, met als maximum zelfs zeven. Daarbij komen (grotere) formaties niet zelden voor op de kleinste foto. Zonder verder afbreuk te doen aan het prachtige fotoboek nog enkele kanttekeningen: een handvol foto’s stamt uit het analoge tijdperk, en zijn na scannen kwalitatief duidelijk minder dan de digitale opnames. Ook komt een enkele digitale afdruk voor met onvoldoende pixels. Tot slot komen de bijschriften lang niet altijd overeen met wat op de pagina’s is te zien. Details van een verder bijzonder fotoboek dat aantoont dat je voor spectaculaire foto’s ook prima op de grond terecht kan. Het boek is voorzien van Nederlandse, Franse en Engelse tekst. De opbrengst van Tango Blue komt ten goede van Fonavibel, het Nationaal Hulpfonds voor slachtoffers van het Belgische Vliegwezen. (A.M.) 27 DE VLIEGENDE HOLLANDER
JO U R NAA L Propeller Halifax bommenwerper naar Groot-Brittannië Een Britse AW-101 Merlin kwam vrijdag 15 oktober naar vliegbasis Woensdrecht voor een bijzondere vracht. Aanleiding was een propeller van een in WO II gecrashte Halifax bommenwerper die de bergingsdienst van het Logistiek Centrum Woensdrecht sinds de vondst in beheer had. Zaterdag 16 oktober is de op 25 mei 1944 gesneuvelde bemanning herdacht met een korte ceremonie en kranslegging op de plek van de crash in Hank. De propeller is vervolgens door de Britse bemanning terug naar Engeland gebracht en zal als monument in het voorjaar van 2011 bij het 78 Squadron in Wallingford onthuld worden. Foto: Inge van Megen Foto: Eric Vorstenbosch, AVDD
Hillen nieuwe minister van Defensie De CDA-politicus Hans Hillen is sinds donderdag 14 oktober de nieuwe minister van Defensie. Hij volgde Eimert van Middelkoop op die ruim 3,5 jaar de scepter zwaaide op het departement. Secretaris-generaal Ton Annink verwelkomde de nieuwe bewindsman op het bordes van Plein 4, muzikaal opgeluisterd door de luchtmachtkapel. De nieuwe bewindsman moet het doen zonder staatssecretaris, want die functie komt bij Defensie in het kabinet Rutte-Verhagen niet terug. Dat betekent dat Hillen ook de portefeuilles materieel en personeel voor zijn rekening neemt. Hillen ziet zich geconfronteerd met nieuwe bezuinigingen op Defensie, maar hij wil de komende jaren benutten om politiek en samenleving te overtuigen dat verder bezuinigen niet in het belang is van de Nederlandse bevolking. ‘Defensie is een verzekering en als je je premie niet of onvoldoende betaalt, dan kun je ook geen goede uitkering verwachten als je echt brand hebt. Defensie, daar moet je heel zuinig op zijn!’, aldus de nieuwe minister. Ook gaf hij aan groot respect te hebben voor het werk en inzet van onze militairen. ‘Hun taak is van groot belang voor samenleving en rechtsstaat. Het is mijn werk en inzet ervoor te zorgen dat ze dat kunnen blijven doen. Ik wil de komende jaren benutten om politiek en samenleving te motiveren hiervoor meer steun, in breedste zin van het woord, te genereren. Tevens zet ik me ervoor in dat de organisatie door de samenleving en de politiek wordt begrepen en ga ik op zoek een duurzame budgettaire steun voor de activiteiten van de krijgsmacht. Een steun die niet de hele tijd maar min is, maar geleidelijk aan ook kan worden omgebogen naar plus.’ Dinsdagmiddag 19 oktober bracht de nieuwe minister zijn eerste bezoek aan de luchtmacht. C-LSK luitenant-generaal Jac Jansen ontving hem op vliegbasis Gilze-Rijen (foto) en praatte hem bij over de luchtmacht. Ook bracht hij lokale thema’s zoals geluidsoverlast onder de aandacht. Hillen was voorheen onder meer leraar, journalist, voorlichter en Tweede Kamerlid. In de periode 2003-2007 leidde hij het College voor Zorgverzekeringen. Aansluitend werd hij lid van de Eerste Kamer. Zowel als parlementariër als senator had Hillen Defensie in zijn portefeuille.
4500ste reddingsvlucht voor SAR De AB-412 303 SAR-Squadron voerde maandagavond 18 oktober de 4500ste reddingsvlucht uit sinds de oprichting van de SAR-vlucht in 1959. Een man met medische problemen moest met spoed van Vlieland naar het Medisch Centrum Leeuwarden worden gebracht. Het 303 squadron heeft als primaire taak het redden van vliegers uit zee. De AB-412 staat stand-by op Vlieland tijdens oefeningen op schietrange de Vliehors en bij vliegoefeningen boven de Noordzee. Daarnaast vervoert de helikopter patiënten naar ziekenhuizen op het vasteland vanaf de Waddeneilanden of boorplatformen. DE VLIEGENDE HOLLANDER 28
Foto-expositie ‘Vertrek uit Afghanistan’ In het Legermuseum is vanaf 15 november de foto-expositie te zien ‘Vertrek uit Afghanistan: Een missie op zich’. De fotoreportage van de Audiovisuele Dienst Defensie is grotendeels gemaakt door fotograaf Richard Frigge die sinds 22 juli in Afghanistan verblijft. Zijn foto’s brengen het vertrek uit Afghanistan van mens en materieel in beeld: hoe gaat dat logistiek en operationeel in zijn werk? De fototentoonstelling is tot en met 12 juni 2011 te zien. In de afgelopen vier jaar heeft het museum in samenwerking met de AVDD, diverse fotoreportages over het werk en leven in Afghanistan vertoond. Met Vertrek uit Afghanistan wordt deze reeks afgesloten. Kijk voor meer informatie op www.legermuseum.nl.
Goud voor topjudoka Elmont Luchtmachtkapitein Guillaume Elmont veroverde op zaterdag 16 oktober in de gewichtsklasse tot 81 kilo goud tijdens de internationale Judo Grand Prix in Rotterdam. Elmont, klinisch psycholoog op het Centrum voor Mens en Luchtvaart in Soesterberg, versloeg in de finale de Japanner Takahiro Nakai, waarvan hij op een eerder toernooi in Parijs verloor.
VRAGEN AAN – BEHALVE OVER ADRESWIJZIGINGEN – OF BIJDRAGEN VOOR DE VLIEGENDE HOLLANDER? Mail naar vliegendehollander@ mindef.nl. Stuur foto’s naar
[email protected]. Deadline: iedere eerste maandag van de maand. ADRESWIJZIGINGEN: ZIE COLOFON OP PAGINA 34
Betaaldata salarissen 2010 De betaaldata voor 2010 zijn: 24 november en 22 december. In 2011 wordt het salaris uiterlijk bijgeschreven op 24 januari, 24 februari, 24 maart, 21 april, 24 mei, 24 juni, 22 juli, 24 augustus, 23 september, 24 oktober, 24 november en 21 december. Meer informatie is verkrijgbaar bij het Dienstencentrum Human Resources (DCHR) op *06-733 of 0800–2255733, bereikbaar op werkdagen van 8.00 tot 12.00 uur.
JOURNAAL
Laatste grote thuisfrontdag Gilze-Rijen Op vliegbasis GilzeRijen vond op zondag 3 oktober de laatste ‘grote’ thuisfrontdag plaats voor familieleden van uitgezonden luchtmachtpersoneel. Commandant der Strijdkrachten generaal Peter van Uhm was bij deze bijzondere 79e thuisfrontdag aanwezig. Hij reikte aan eerste luitenant Ruud Maas het zilveren Ereteken voor Verdienste uit als dank voor zijn inzet in de organisatie. Alle 79 dagen was Maas de drijvende kracht in de organisatie. Maas droeg die dag gelijk het stokje over aan kapitein Frank Portier. De kersverse organisator zal de traditie voortzetten, weliswaar met een kleinere opzet. Met het einde van de missie in Afghanistan blijft er namelijk een kleiner percentage militairen over dat op uitzending is. Foto: Cor Buser
Bokser Danny Roelofs getroffen door beroerte De 24-jarige bokser Danny Roelofs, werkzaam bij het CLSK, werd op vrijdag 1 oktober getroffen door een beroerte. Tijdens een looptraining in Duitsland met het Nederlands militair team, in voorbereiding op het WK voor militairen, klaagde hij over duizeligheid en stortte kort daarna in. De tweevoudig Nederlands kampioen is meteen overgebracht naar een ziekenhuis in Münster. Hij werd eerst geopereerd, waarbij zijn schedel gelicht is om de druk van zijn hersenen te halen. Daarna is hij is door de artsen in Duitsland acht dagen kunstmatig in coma gehouden. Vanaf maandag 11 oktober ontwaakte hij langzaam uit zijn coma. De superzwaargewicht (klasse boven 91 kilogram) maakte half september zijn rentree in de ring, nadat hij vanwege een blessure, werk en een verhuizing een jaar niet in actie was gekomen. Bij zijn rentree in Duitsland won hij meteen twee partijen, waardoor Roelofs alsnog werd opgenomen in de WK-selectie van Defensie.
Lynx haalt patiënt van boorplatform
F-16’s volgen Russische Bears Twee Nederlandse F-16’s onderschepten 19 oktober boven de Noordzee twee Russische bommenwerpers. Het duo TU-95MS’en vlogen Nederlands verantwoordelijkheidsgebied in zonder hun identiteit bekend te maken. De bommenwerpers werden enige tijd begeleid door de Quick Reaction Alert van Leeuwarden voordat ze het Engelse luchtruim invlogen en de Royal Air Force de begeleidingstaak overnam. Het is de tweede keer in ruim een maand dat de langeafstandsbommenwerpers in Europees luchtruim worden gesignaleerd. In de nacht van 16 september volgden Britse, Deense en Duitse toestellen ook twee Russische vliegtuigen. De Vliegende Hollander besteedde in het januarinummer van dit jaar een uitgebreid artikel aan het fenomeen Quick Reaction Alert naar aanleiding van eenzelfde voorval op 24 november 2009.
KLu winnaar beginners en gevorderde klasse kaartlezen Het Defensie Kampioenschap Kaartlezen vond op vrijdag 1 en zaterdag 2 oktober plaats vanaf het terrein van de Johannes Post Kazerne in Havelte. De 18-uursrit georganiseerd door de Militaire Commissie voor Automobiel- en Motorwedstrijden (MCAM), bestond voor zowel beginners als gevorderden uit drie trajecten van elk twee delen. In beide categorieën wist een luchtmachtequipe de eerste plaatst te behalen: bij de gevorderden majoor Alex Raggers en majoor Bibi Schmitz, in de beginnersklasse kolonel Martin Polak en majoor Erik Staudt. De gevorderde equipes die eerder dit jaar in april deelnamen aan de oefenrit dongen tevens mee voor de titel Defensie Kampioen Kaartlezen. Het luchtmachtteam van luitenantkolonel Patrick Patrick Bolder en korporaal 1 Peter Gouwentak, sleepte hier de derde plaats in de wacht. De complete uitslagen van alle ritten, foto’s en verdere informatie over de ritten, de hints en de data van de ritten in 2011 is te vinden op website www.mcam.info.
Een Lynx van het Maritiem Vliegkamp De Kooy vervoerde op 4 oktober met spoed een patiënt van een productieplatform op de Noordzee naar het vaste land. Het Kustwachtcentrum in Den Helder dat de melding binnenkreeg, verzocht het operatiecentrum van MVKK om een reddingshelikopter in te zetten. Een Lynx met medisch personeel vloog direct richting het betreffende productieplatform van de firma Wintershell, op 175 mijl ten noorden van Den Helder. Na onderzoek door de arts vervoerde de Lynx de patiënt naar De Kooy waar een ambulance klaarstond om de patiënt naar het ziekenhuis te brengen. Foto: Wintershell
KAF Ladies Run voor Pink Ribbon Maar liefst 275 dames liepen op zondag 10 oktober de vijf kilometer lange sponsorloop voor Pink Ribbon op Kandahar Airfield in Afghanistan. Deze Ladies Run, georganiseerd door het Nederlandse National Support Element, was opengesteld voor alle dames werkzaam op de NAVO-basis. Samen met de baromzet van de feestavond voor Nederlandse militairen bracht de hardloopwedstrijd een bedrag van $ 12.600 op. Pink Ribbon ondersteunt onderzoeken die erop gericht zijn de kans op borstkanker te verkleinen en borstkanker zo vroeg mogelijk te ontdekken. Ook gebruiken zij ingezameld geld voor het verbeteren van de zorg voor borstkankerpatiënten en hun naasten. Foto: 1 (NLD) ATF 29 DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
CLSK/KMA wint KLu Onderdeel- Overdracht reddingstaak De Kooy sportcompetitie 2010 Eindstand KLu Onderdeelsportcompetitie 2010 luidt als volgt: 1. CLSK/KMA 23 pnt. 2. DHC 25 pnt. 3. VLB VKL 28 pnt. 4. LMB DE PEEL 30 pnt. 5. VLB WDT 44 pnt. 6. VLB EHV 49 pnt. 7. AOCS/LDR 51 pnt. 8. VLB LW 56 pnt. Volgens traditie organiseert de winnaar het openingskampioenschap in 2011, de cross-country. Deze zal op 14 januari in Breda plaatsvinden, met de prijsuitreiking op Het Kasteel van Breda.
Market Garden
Ook dit jaar waren de historische landingsplaatsen en de opmarsroute via Nijmegen naar Arnhem toneel van de herdenkingen van operatie Market Garden. Defensie ondersteunde van 17 tot en met 20 september een groot deel van deze herdenkingsdiensten en kransleggingen. Zo verzorgden Nederlandse, Britse, Amerikaanse en voor het eerst ook Duitse parachutisten op 18 september een luchtlanding op de Ginkelse Heide bij Ede. Deze internationale luchtvloot vertrok voor de luchtlandingsoperatie vanaf de vliegbasis Eindhoven. Op 19 september legden de C-LAS luitenant-generaal Rob Bertholee, C-LSK luitenant-generaal Jac Jansen en de Britse ambassadeur Paul Arkwright een krans bij het Airborne-monument op de begraafplaats in Oosterbeek. Foto: Joris van Boven, www.sentry.hangar1.net
Op de foto in de traditiekamer van De Kooy (v.l.n.r.) C-DHC commodore Theo ten Haaf, Willy Sangster-Los, kltz bd Taco Mulder, C-860 Squadron kltz Jaco de Bruijn, en Commandant 7 Squadron ltz 1 Erik Albers. Foto: Defensie
De taken van het 7 en 860 Squadron op Maritiem Vliegkamp De Kooy zijn op 27 september tijdens een ceremonie officieel herverdeeld. Het 7 Squadron voert niet langer de Search and Rescue-taak uit, maar richt zich volledig op opleidingen en expertise van zowel vliegend als technisch personeel van de Lynx en NH-90. Het 860 Squadron neemt de zogenoemde waltaken over, naast de taken aan boord van schepen die het squadron al uitvoerde. 860 heeft van oudsher als primaire taak het leveren van vluchteenheden aan schepen van de KM. De belangrijkste taken van het 7 Squadron waren de zogenoemde waltaken, zoals opleidingen, transport, ondersteuning van bijzondere operaties en SAR of Opsporings- en Reddingsdienst (OSRD) zoals het bij de marine bekend stond. Sinds de oprichting in 1962 redde het squadron zo’n dertienhonderd mensen, variërend van drenkelingen, opvarenden van vissersschepen tot personeel van boorplatforms. Bij de ceremonie waren als bijzondere gasten Willy Sangster-Los en kapitein-luitenant-ter-zee (kltz) bd Taco Mulder aanwezig. Sangster-Los is drie weken na de watersnoodramp van 1953 geboren. Haar hoogzwangere moeder werd tijdens de overstroming gered door een helikopter met daarin luitenant-ter-zee (ltz) Taco Mulder als Hoist Operator.
Apachedetachement klokt 7000ste vlieguur Het tiende Apache Detachement op Tarin Kowt, bereikte op 30 september het 7000ste vlieguur. Deze mijlpaal werd gerealiseerd tijdens een QRF-missie ter ondersteuning van de grondeenheden van een coalitiegenoot. De gevechtshelikopters zijn, met een korte onderbreking, sinds 2004 ingezet voor de ISAF-missie. Foto: Richard Frigge, AVDD
DE VLIEGENDE HOLLANDER 30
JOURNAAL
Bezoek NL ambassadeur Libanon De Nederlandse Ambassadeur in Libanon Hero de Boer (l.) en de Defensie Attaché in Syrië, Libanon & Iran kapiteinluitenant-ter-zee Paul Flos (r.) bezochten op woensdag 22 september de Nederlandse VN-militairen in UNTSO in het zuiden van Libanon. Tijdens het bezoek kregen zij uitleg over de dagelijkse werkzaamheden van de militairen. Als voorbeeld reden zij een patrouille door een deel van het gebied dat zich kenmerkt door regelmatige incidenten tussen Israëlische en Libanese troepen. Het hele bezoek werd georganiseerd door luchtmachtkapitein Jeroen Koenraadt (tweede van links). UNTSO staat voor United Nations Truce Supervision Organisation. De in 1948 opgerichte organisatie is opgericht om het eerste vredesverdrag rond Israël te monitoren en doet dit nog steeds in Libanon, Syrië en Israël zelf. Ongeveer twaalf van de 153 United Nations Military Observers of UNMO’s zijn Nederlands. Foto: via Paul Flos
Commando-overdracht Apache Detachement TK Op de Multinational Base Tarin Kowt (TK) droeg luitenant-kolonel Jeroen van Bruchem op zondag 19 september het commando over het Apache Detachement in TK over aan luitenant-kolonel Giliam Bresser. Het AHDet TK-10 is het laatste detachement dat steun levert aan de lopende operaties. Naar verwachting medio november gaan de Apaches terug naar Nederland, waarna het detachement start met de afbouw van het AHDet kampement. Foto: 1 (NLD) ATF
GGW schiet PATRIOT op Kreta De Groep Geleide Wapens onderschepte met succes een doelvliegtuig tijdens de NAVO Tactical Firing Evaluation (TFE) op dinsdag 12 oktober. Deze live firing-oefening vond plaatst op het Griekse eiland Kreta en werd gehouden om aan de NAVO-certificering te voldoen. Een internationaal evaluatieteam bestaande uit Grieken, Duitsers en Nederlanders, bekeek of de juiste procedures werden gevolgd. De Nederlandse ambassadeur in Griekenland drs. Kees van Rij, de defensieattachee kolonel Eric Linssen en de Commandant Landstrijdkrachten woonden de oefening bij. Foto: Rinus ten Brücke
Artillerie Veteranen Associatie Veteranen, jong en oud, van de Korpsen van het Wapen der Artillerie kunnen sinds medio 2009 terecht bij de Artillerie Veteranen Associatie. De AVA is aangesloten bij het Veteranenplatform en speelt als zodanig een rol in de centrale belangenbehartiging, maar biedt ook mogelijkheden voor een goed gesprek met andere veteranen. Meer informatie: www.artillerieveteranen.nl.
Bijzondere beëdiging op vliegbasis Woensdrecht Eenendertig officieren zijn op 17 september op vliegbasis Woensdrecht beëdigd door de Commandant Luchtstrijdkrachten, luitenant-generaal Jac Jansen. Alle officieren waren al langere tijd tewerkgesteld op verschillende onderdelen binnen de luchtmacht, maar zijn tijdens een gezamenlijke ceremonie beëdigd. Vliegbasis Eindhoven en Woensdrecht en luchtmachtbases GGW en AOCS NM leverden de ceremoniële ondersteuning zoals de gewapende troepen, de vaandelwacht en begeleiding. De drumfanfare van de Koninklijke Luchtmacht luisterde de ceremonie muzikaal op. Foto: Arnoud Schoor, AVDD
In memoriam • Op 25 september overleed adjudant Marco Stoel. Hij was werkzaam bij de productie-eenheid Componenten/Mechanische systemen van het Logistiek Centrum Woensdrecht als coördinator productiegroep Wapentechniek & Zuurstof. Stoel laat een echtgenote en drie kinderen na. Hij is 43 jaar geworden. • Op 8 oktober overleed sergeant Thijmen van Buuren. Hij was werkzaam bij de technicus B1-1 F-16 werkzaam bij het 900 Squadron op vliegbasis Volkel. Van Buuren was ongehuwd. Hij is 23 jaar geworden. • Op 18 oktober overleed reserve korporaal der eerste klasse Pieter van Duuren. Hij was als bewaker werkzaam bij het 602 Squadron van de Groep Luchtmacht Reserve. Van Duuren laat een echtgenote en twee zoons na. Hij is 59 jaar geworden. 31 DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Medailleuitreikingen Tien Nederlandse militairen ontvingen op 9 september op Kandahar Airfield (KAF) een NAVOmedaille of certificaat ontvangen. Deze militairen, die deel uitmaken van het Commando Kandahar Airfield (COMKAF) kregen hun onderscheiding overhandigd door Nederlandse Chef Staf, kolonel Henk Bank. Hij werd zelf gedecoreerd door air commodore Gordon Moulds, de commandant van de Afghaanse vliegbasis. KAF en is de grootste NAVO-basis in Afghanistan en wordt geleid door een hoofdkwartier van honderdveertig militairen afkomstig uit Australië, België, Bulgarije, Canada, Frankrijk, Groot-Brittannië, Nederland, Roemenië en de Verenigde Staten. Foto: 1(NLD)ATF Bijna achttienhonderd militairen ontvingen op vrijdag 1 oktober de Herinneringsmedaille Vredesoperaties voor hun inzet tijdens de ISAFmissie in de Afghaanse provincies Uruzgan en Kandahar. Een aantal van hen kreeg de onderscheiding tijdens de ceremoniële uitreiking in de Brabanthallen in Den Bosch uit handen van koningin Beatrix. Aan twaalf militairen reikte zij tevens het Draaginsigne Gewonden uit. De gedecoreerden behoren tot recent afgeloste Air Task Force, enkele ondersteunende eenheden en de laatste lichting van de Task Force Uruzgan. Sergeant-majoor Remco Boerma, Cougar loadmaster van het 300 Squadron, nam tijdens de ceremonie zijn achtste uitzendmedaille in ontvangst. Alle keren werd hij uitgezonden naar Afghanistan. De ceremonie markeerde behalve het einde van de missie voor de aangetreden militairen tevens het einde van vier jaar Nederlandse inzet als lead nation in Uruzgan. Desondanks is nog een groot aantal Nederlandse militairen actief is in Afghanistan. Foto: Peter Wiezoreck, AVDD Sergeant-majoor Robert de Wit, werkzaam in LOT-huis Livno, kreeg op 29 september de Gouden Medaille opgespeld voor 36 jaar eerlijke en trouwe dienst. Tegelijkertijd ontving adjudant Gilliam Timmermans, werkzaam in LOT-huis Mrkonjic Grad de Zilveren Medaille, voor 24 jaar eerlijke en trouwe dienst. De twee luchtmachtmedewerkers ontvingen de medaille uit handen van de Nederlandse ambassadeur in Bosnië en Herzegovina Sweder van Voorst tot Voorst. De uitreiking vond plaats op de ambassade in Sarajevo in aanwezigheid van defensieattaché luitenant-kolonel Freek Besselink, een afvaardiging van het HQ/National Support Element, RCC-1 en collega’s uit de LOT-huizen. Foto: EUFOR
ISO-certificaat voor CML Het Centrum voor Mens en Luchtvaart mag zich sinds 20 september officieel ISO-gecertificeerd noemen. De directeur van CML, kolonel John van der Hoorn, nam op die dag het zogenoemde ISO 9001-2008 certificaat in ontvangst. Dit is een norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie en de manier waarop de organisatie met het kwaliteitsbeleid omgaat. De certificering is het symbolische eindpunt van een lang en ingewikkeld traject van kwaliteitsdenken, -doen en -schrijven, een mijlpaal voor het CML. Foto: Angelique Arends-Oudenes DE VLIEGENDE HOLLANDER 32
Hollandse Hunter doet ‘Bern’ over
‘Zijn jullie die Nederlanders van de Dutch Hunter? Wij waren erbij hoor, in Bern! Onvergetelijk, die zee van Oranje! En nu hebben jullie een oranje Hunter meegenomen!’ De Dutch Hawker Hunter Foundation (DHHF) kreeg dergelijke liefdesverklaringen regelmatig te horen tijdens het vliegevenement op het Zwitserse vliegveldje St. Stephan op 21 augustus. Het Oranjegevoel na het EK voetbal in Zwitserland van 2008 zit er bij de Zwitsers nog goed in en het werd door deze klassieke straaljager in luchtmachtkleuren nog eens aangewakkerd. Het bijwonen van het zogenoemde Hunterfest op deze voormalige Zwitserse luchtmachtbasis was jarenlang een droom voor de DHHF die als thuisbasis de vliegbasis Leeuwarden heeft. Enkele Zwitserse Hunters en Vampires komen samen voor een lang weekeind vliegen in een idyllisch Alpendecor, het Obersimmental. De dorpelingen dragen de sierlijke straaljager een warm hart toe. Zo zijn ze samen eigenaar van hun eigen Hunter, de zogenoemde ‘Papyrus’ die beschilderd is als een tot vliegtuig gevouwen krant. De Nederlanders, onder wie divers oud- en actief dienend luchtmachtpersoneel, werden met hun zilveren en oranje Hunter door de Zwitsers met open armen ontvangen. Het vliegen tussen de bergen was voor de piloten een behoorlijke ervaring: ‘dit lijkt niet echt op Friesland...’ DHHFvoorzitter Age Offringa vat het mooi samen: ‘we hebben er tienduizend vrienden bij. Dit was een schitterend uithangbord voor onze club, in bredere zin voor de Koninklijke Luchtmacht en de BV Nederland!’ Tekst en foto: Richard Nels, www.goednieuwsuitrotterdam.nl
JOURNAAL
Scriptieprijs naar luchtmachtcadet Tweede luitenant Jesper Geelen kreeg op 1 september tijdens de opening van het academisch jaar van de NLDA de Hein Sabelisprijs overhandigd. Van vijftien genomineerde bachelorscripties was de jury het meest onder de indruk van zijn ‘Op zoek naar de wolven in schaapskleren – Een analyse naar toekomstige conflictlanden op basis van economische, demografische en staatkundige kenmerken’. De luchtmachtcadet beschrijft in zijn scriptie de factoren die van belang zijn om te kunnen voorspellen of in een land in de naaste toekomst een gewapend conflict zal uitbreken. Een tweede luchtmachter kreeg een eervolle vermelding. Tweede luitenant Mark Schraven ontving lof voor zijn onderzoek naar de zogenoemde ‘GPS disciplined oscillator’. Foto: Fabienne Wink, AVDD
Universitaire status lonkt voor NLDA
F-16 motoren testen straks volledig op LCW De uitbreiding van de motorentestfaciliteit van het Logistiek Centrum Woensdrecht startte op 27 augustus. Met de centralisatie van het motorenonderhoud van de vliegbasis Leeuwarden en Volkel naar Woensdrecht zijn de taken van het onderhoud aan niet-geïnstalleerde F100 motoren bij het LCW komen te liggen. Dit zogenoemde intermediate-level vindt plaats naast de al aanwezige taken voor het depot-level, ingrijpend onderhoud zoals modificaties, preventief en correctief onderhoud. Om de F100 motoren te testen voordat ze weer in gebruik worden genomen door de luchtmacht is het LCW-personeel nog steeds aangewezen op de proefbank van de vliegbasis Volkel. Door de centralisatie verhuist de F100 proefbank van Leeuwarden naar Woensdrecht en krijgt die faciliteit uitbreiding. De motorentestfaciliteit heeft straks een oppervlakte van 200m2 en krijgt een railsysteem waarop de F100 motor van de preparationroom naar de testhal wordt getransporteerd. De proefbank op Volkel fungeert straks als back-up voor het testen van de motoren. De nieuwe motorentestfaciliteit zal naar verwachting in mei 2011 in gebruik worden genomen. Hiermee kan het gehele F100 onderhoudsproces bij het LCW worden uitgevoerd.
De opleiding Krijgswetenschappen van de Faculteit Militaire Wetenschappen (FMW) in Breda voldoet aan alle eisen die aan een opleiding op universitair niveau worden gesteld. Daarmee is de faculteit, die onderdeel is van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA), weer een stap dichterbij een officiële universitaire status. De opleiding Krijgswetenschappen kreeg in augustus een positieve beoordeling van de Quality Assurance Netherlands Universities (QANU). Daarmee voldoet het opleidingstraject aan alle eisen die aan een studie op universitair niveau worden gesteld. Vorig jaar oordeelde QANU al positief over de opleidingen Militaire Bedrijfswetenschappen en Militaire Systemen & Technologie. De faculteit hoopt met deze positieve beoordelingen van haar drie opleidingen op zak, dit jaar officieel erkend te worden als aangewezen universiteit. Vanaf dan mag zij civiel erkende bachelordiploma’s uitreiken. De FMW verzorgt het wetenschappelijk onderwijs aan toekomstig officieren van de krijgsmacht en verricht militair onderzoek in het belang van Defensie.
Eigen insigne voor gevechtsleiding Zo’n zeventig luchtgevechtsleiders ontvingen op 23 september op het Air Operations Control Station Nieuw Milligen het gevechtsleidersinsigne. De gevechtsleiders van zowel het 711 Air Control Squadron als daarbuiten geplaatst mochten hun wing opspelden. Het vakgebied luchtgevechtsleiding voert belangrijke taken uit binnen de defensieorganisatie. Degenen die slagen vormen een bijzondere groep luchtmachters, met een evenzo bijzondere taak. Tot op heden was dat niet zichtbaar. Met de instelling en het uitreiken van het insigne zijn alle fighter controllers als zodanig herkenbaar. Gevechtsleiders zijn ondermeer werkzaam op het AOCS NM, aan boord van E-3A Sentrys (AWACS) en op de Staf CLSK. Foto: Martin Tennekes
Natuur, cultuurhistorie en recreatie op voormalige vliegbasis Soesterberg Het natuurgebied op voormalige vliegbasis Soesterberg wordt stukje bij beetje toegankelijk voor het publiek. Tijdens de Week van het Landschap in het laatste weekend van september, werd een groot gedeelte van het terrein voor het eerst opengesteld. Tienduizenden mensen waren aanwezig bij een culturele voorstelling in de diverse shelters waar tot 1994 Amerikaanse gevechtsvliegtuigen waren ondergebracht. Volgens vele bezoekers hing de oude nostalgisch militaire sfeer nog op het terrein. De Provincie Utrecht die de vliegbasis kocht van het Rijk, ontwikkelt er momenteel een gebied voor natuur, cultuurhistorie en recreatie. Dit in het kader van het project ‘Hart van de Heuvelrug’. De verwachting is dat de deuren op 1 oktober 2014 worden geopend. Het militaire kamp in het zuidwesten van de vliegbasis, Camp New Amsterdam, blijft eigendom van defensie. In het noordoostelijke deel zullen het Militair Luchtvaart Museum en het nu nog in Delft gevestigde Legermuseum worden ondergebracht in een nieuw te vormen defensiemuseum. 33 DE VLIEGENDE HOLLANDER
COLOFON
JOURNAAL
De Vliegende Hollander is een uitgave van de Koninklijke Luchtmacht, geproduceerd door het Dienstencentrum Defensie Media
Bij de fotopagina De laatste Chinookvlucht ter ondersteuning van de ISAF missie in Afghanistan vond plaats op 29 september. Nog geen twee weken later, op 12 oktober, bracht een Antonov AN-124 twee transporthelikopters uit Afghanistan terug naar vliegbasis Gilze-Rijen. Vier Chinooks zijn van april 2005 tot april 2006 ingezet ter ondersteuning van Operation Enduring Foto: Maartje Roos, AVDD Freedom. Sinds april 2006 staan op roulatiebasis drie Chinooks en vijf Cougars op Kandahar Airfield in het kader van ISAF. Doorgaans werden de Chinooks van het 298 Squadron vanaf mei tot september uitgezonden. In de tussenliggende periode namen de Cougars van het 300 Squadron de taken over. De hoofdtaak van de transporthelikopters was het vervoeren van personeel en materieel. In totaal maakten de Chinooks van het 298 Squadron tijdens de missie ruim drieduizend vlieguren. De AN-124 is ’s werelds op één na grootste transportvliegtuig en één van de weinige toestellen waarin de Chinook past zonder al te veel afbouw. Een AN-124 kan tachtig tot honderd ton lading vervoeren; een Chinook weegt circa achttien ton. Op 11 oktober werd de AN-124 geladen op KAF (foto’s rechts). Voor transport worden door een team van het DHC de rotorbladen en gearbox achter op het toestel verwijderd, en op een pallet respectievelijk in speciale kisten op dezelfde vlucht vervoerd. De Antonov wordt verder gevuld met containers met dezelfde bestemming. Na acht tot negen uur vliegen kan de AN-124 op Gilze worden ontladen (foto boven). Voor de transporthelikoptervloot kwam met de terugvlucht een einde aan de ISAF-missie. Foto’s fotopagina: Richard Frigge, AVDD
Missing man formatie boven Indiëmonument
Luchtmachtorkest presenteert Children of the World
Nederland herdacht op 4 september haar omgekomen militairen bij het Indië-monument in Roermond. Tijdens de jaarlijkse herdenking, georganiseerd door Defensie en de Stichting Nationaal Indië-monument, waren zo’n twintigduizend oud-Indiëmilitairen, familieleden en nabestaanden bijeen komen om hun dierbaren te eren. Vier F-16’s van de vliegbasis Leeuwarden vlogen tijdens de herdenking over het Indië-monument in een missing man formatie. Ook legden vertegenwoordigers van veteranenorganisaties en van de toenmalige krijgsmachtonderdelen ruim honderd kransen.
Het Orkest van de Koninklijke Luchtmacht presenteert in november de nieuwe concertreeks Children of the World. Aanleiding voor dit thema zijn de concerten die het orkest al ruim tien jaar geeft voor de donateurs van het Lilianefonds dat hulp geeft aan kinderen met een handicap in Azië, Afrika en Zuid-Amerika. Hierop geïnspireerd speelt het orkest volwassen muziek over kinderen en kindermuziek voor volwassenen. Ga voor de tourlijst en verkoopadressen naar www.luchtmachtkapel.nl/agenda.
Agenda Militaire Luchtvaart Museum Museumtour Gratis rondleidingen van ongeveer één uur door het museum. Reserveren niet nodig. Iedere tweede zondag van de maand. Virtueel vliegen Leden van de flightsimulatorclub Virtual Royal Netherlands Air Force (VRNLAF) begeleiden op de laatste zondag van de maand in het Flying Centre virtuele vluchten in een F-16 simulator. Het is dit jaar nog mogelijk een simulator te reserveren voor 28 november. Verder iedere laatste zondag van de maand. Meer informatie, aanmeldingen en reserveringen op www.militaireluchtvaartmuseum.nl. Openingstijden dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 tot 16.30 uur, zondag van 12.00 tot 16.30 uur. Gesloten op maandag, zaterdag, Nieuwjaarsdag, Eerste Paasdag, Koninginnedag, Eerste Pinksterdag en beide Kerstdagen (zaterdagopening is na 9 oktober vervallen). Het museum is gratis toegankelijk. Bezoekadres: Kampweg 120, 3769 DJ Soesterberg, telefoon 0346-356000. E-mail:
[email protected].
DE VLIEGENDE HOLLANDER 34
HOOFDREDACTIE Luitenant-kolonel Willem Bogaard EINDREDACTIE Arno Marchand VORMGEVING TDS printmaildata, Schiedam DRUK en OPLAGE OBT bv, Den Haag - 28.500 ex. INTERNET www.defensie.nl/luchtmacht REDACTIEADRES (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) De Vliegende Hollander Kamer 14A01 Postbus 8762, 4820 BB Breda, MPC-92A Telefoon: 076 - 544 71 30 C2VN: (450) 47130 Fax: 076 - 544 71 31 E-mail kopij:
[email protected] E-mail foto’s:
[email protected] ADRESWIJZIGINGEN Actief dienende militairen, reservisten en burgermedewerkers van de Koninklijke Luchtmacht dienen de adreswijziging te muteren in PeopleSoft of door te geven bij de P&O-functionaris. Postactieven, veteranen, betalende abonnees en alle overige lezers dienen de adresdrager met gecorrigeerde gegevens op te sturen naar het retouradres: Staf Commando Luchtstrijdkrachten CLSK/Kabinet/Bureau Postactieven, Abonnementenadministratie de Vliegende Hollander, Postbus 8762, 4820 BB Breda. Per mail naar
[email protected] kan uitsluitend mits voorzien van de code boven de naam op de adresdrager. Zonder code wordt mail niet behandeling genomen. BOT-militairen en burgermedewerkers die hun contract met Defensie voortijdig beëindigen en BBT-militairen die de dienst verlaten, hebben geen recht op een gratis abonnement behorend bij de status van postactieve. Een abonnement op de Vliegende Hollander kost € 17,02 per jaar (buitenland € 21,55) en kan worden aangevraagd bij: Abonnementenland, Postbus 20, 1910 AA Uitgeest, telefoon: 0900-22 65 263 (10 cent per minuut), fax: 0251-31 04 05, www.aboland.nl. Opzegtermijn bedraagt zes weken. Aanhaling uit en overname van (delen van) artikelen in dit blad is toegestaan, mits met toestemming van de redactie en bronvermelding. ISSN 0024-0389
WIL JIJ WETEN HOE HET VOELT OM IN EEN HECHT TEAM TE WERKEN? B i j d e K o n i n k l i j k e L u c h t m a c h t d ra a i t h e t o m A i r p o w e r e n m e n s e n : s l a g k ra c h t i n d e l u c h t e n d e m e n s e n d i e d a t m o g e l i j k m a k e n . W e w o r d e n i n g e z e t v o o r v r e d e e n v e i l i g h e i d, w a a r o o k t e r w e r e l d . H i e r v o o r h e b b e n w e zeer geavanceerd materiaal en professionele militaire specialisten tot onze beschikking. Zie jij jezelf een p r o f e s s i o n e e l t e a m l e i d e n? J e c o n t i n u l a t e n b i j s c h o l e n i n d e n i e u w s t e t e c h n i e k? V e ra n t w o o r d e l i j k h e i d n e m e n v o o r d e v e i l i g h e i d o p d e w e r k v l o e r? A l s t e c h n i e k j e fa s c i n e e r t, d a n i s d e L u c h t m a c h t i n j o u g eïn t e r e s s e e r d . K i j k v o o r m e e r i n f o r m a t i e o p w e r k e n b i j d e l u c h t m a c h t . n l of bel 0800-0016.
WERKENBIJDELUCHTMACHT.NL
DE LUCHTMACHT. ÉÉN TEAM. ÉÉN TAAK