Donderdag 21 juni 2012
De Vier Seizoenen
Krant over het sociale en culturele gebeuren in en rond het Dijlehof, het Hertogenhof en de Hertog van Brabant
15° jaargang – zomer
Waar het goed is om te leven: p. 3
Verschijnt ieder seizoen
Feest in de stad: p. 11
2 euro, twee vrouwen (2) p. 5 Vrijwilligers: p. 22 Verhalenbazaar: kinesistes: p. 24
Redactieadres De Vier Seizoenen: secretariaat Hertogenhof/Dijlehof - Minderbroedersstraat 9b 3000 Leuven
2.
De Vier Seizoenen Geluk
Toen de goden de wereld hadden gemaakt met de planten, de dieren en de mensen erin, zaten ze samen aan een feestmaal. Een van de goden zei: “We zijn nog iets vergeten: we moeten het geluk nog ergens planten”. Hij stelde voor om het op een hoge berg of in een diepe zee te verstoppen, zodat de mensheid er veel voor zou moeten doen. Een andere god stelde voor om het geluk in materiële zaken zoals goud en huizen te steken of gewoon altijd aan de andere kant van de heuvel. Toen stond de oudste god op en zei: “Laten we het geluk diep in de mens zelf steken. Daar gaan ze het vast niet zoeken.” Een doordenkertje… Het klopt dat we in ons leven veel materiële zaken najagen maar ik denk dat de meesten van ons al wel weten dat geluk eerder in kleine dingen zit: kunnen genieten van de familie, van een glimlach, van de warmte van de zon, van een goede gezondheid, van een lekker ijsje waardoor je weet, het is bijna zomer! Ons tuinfeest in het eerste weekend van juni was daar weer een mooi voorbeeld van. Een goede voorbereiding, de mooie aankleding, lekkere pasta en aangepaste muziek gaven ons een gevoel van samenhorigheid. Bewoners en hun familie en de medewerkers met hun familie die samen genieten: een gelukkig moment! De foto’s spreken voor zichzelf! Het project rond welbevinden en betrokkenheid waar we met Dijlehof al het tweede jaar aan meewerken, heeft dezelfde doelstelling: als team willen we proberen van elke dag een gelukkige dag te maken. Ervoor zorgen dat de dagdagelijkse routine geen barrière vormt voor de persoonlijke aandacht voor onze bewoners. Als je het interview met onze kiné leest, merk je dat deze individuele aandacht ook de rode draad is doorheen hun behandeling, of men het nu gangrevalidatie heeft of je op de behandeltafel ligt, jouw verhaal, jouw accenten zijn belangrijk. En hierdoor gezien worden, geeft je toch dat kleine gevoel van persoonlijk geluk. Ik eindig dit voorwoord met iedereen een schitterende zomer toe te wensen met veel zonnestralen zodat we buiten kunnen zitten en wandelen; veel bezoek vol aangename en/of interessante gesprekken, boeiende verhalen over reizen en avonturen, lekker zonnig eten en drinken, kinderopvang met leuke activiteiten, warme temperaturen (niet te warm natuurlijk!) en koele nachten, goed gehumeurde medewerkers, Kortom ik wens jullie veel deugddoende momenten van intens geluk! Griet Robberechts
3.
De Vier Seizoenen
Waar het goed is om te leven
Wij hebben genoten van een demonstratie stijldansen en tango!
-
De “Retromuzikanten” brachten ambiance in huis.
4.
De Vier Seizoenen
De lente- en zomercollectie werd voor onze bewoners geshowd.
-
Jellien maakte lekkere witloofsoep met de bewoners op Neerdijle.
Clara en Jellien organiseerden een leuke swingonamiddag vol Franse chansons.
5.
De Vier Seizoenen
Twee vrouwen op een muntstuk van 2 euro Deel II: Marie Popelin Op een muntstuk van 2 euro, in 2011 door de Nationale Bank van België uitgegeven, prijken de beeldenaars van twee vrouwen: links Isala Van Diest en rechts Marie Popelin. Dat vernamen we al in de vorige aflevering van De Vier Seizoenen. Daar ging de aandacht naar het leven van Isala Van Diest. Nu is Marie Popelin aan de beurt. Beide dames zijn boegbeelden in de geschiedenis van de vrouwenbeweging. Isala Van Diest is de eerste vrouwelijke arts in België geweest, Marie Popelin de eerste Belgische vrouw die rechten studeerde. De levens van Isala Van Diest (1842-1916) en Marie Popelin (1846-1913) verlopen parallel. Zij leefden ongeveer even lang. Isala was vier jaar ouder dan Marie en overleed drie jaar na haar. Isala werd 74, Marie bijna 67. Voor geen van de twee was het een vanzelfsprekende zaak een universitair diploma te behalen. Toch slaagden zij daarin. Isala Van Diest was de eerste vrouw in België met een universitair diploma, en wel de eerste met een diploma van arts. Marie Popelin was de eerste Belgische die rechten studeerde om advocaat te worden. Uitoefening van hun beroep verliep voor geen van beiden over rozen. Ten slotte kruisten hun paden in de beweging voor de emancipatie van de vrouw: zij waren beiden betrokken bij de stichting van de Ligue belge du droit des femmes in 1892. Om hun feministisch engagement worden hun namen in ere gehouden.
Onderwijs Marie Popelin werd op 16 september 1846 in Schaarbeek geboren als dochter van Joseph Sébastien Popelin (1808-1888) en Jeanne Leyen (1819-1900). Haar broer Fernand was arts (1842-1912), haar broer Emile (1847-1881) was legerofficier en ontdekkingsreiziger in Afrika waar hij met Stanley contact heeft gehad. Haar zus Marie-Louise (1850-1937) was levenslang haar bondgenoot. De familie Popelin behoorde tot de Franstalige burgerij. De drie meisjes volgden lagere normaalschool, in die tijd voor meisjes het hoogst haalbare niveau van onderwijs, zoals we al in het levensverhaal van Isala lazen. Het volstond wel om als onderwijzeres te mogen werken. In 1867 kreeg Marie daartoe de kans. Isabelle Gatti de Gamond (1839-1905), oprichtster van een Cours d’Education in Brussel, engageerde haar en haar zus Louise als leerkrachten. Deze lager-middelbare school was de eerste
6.
De Vier Seizoenen
meisjesschool in België met hetzelfde leerprogramma als de jongensscholen. Isabelle was een feministische militante die zich inzette voor de emancipatie van de vrouw. Vanwege spanningen met Isabelle nam Marie Popelin - twee madammen met karakter - in 1875 ontslag. In Mons werd haar de leiding van een nieuwe school toevertrouwd. Haar zus Louise stond haar ook daar terzijde. In 1881 stierf hun broer Emile in Congo, het jaar daarop een jongere zus. Om dichter bij haar ouders te zijn, vroeg Marie haar overplaatsing naar Brussel en werd ze directrice van een normaalschool in Laken. Na één jaar moest zij daar weg omdat ze er benoemd was zonder goedkeuring van de gemeentelijke overheid. Een andere betrekking als directrice van een middelbare school in het Brusselse vond ze niet. Zij schreef zich dan in, een vrouw van 37, voor rechtenstudies aan de Université Libre de Bruxelles. Sinds 1880 aanvaardde de ULB meisjesstudenten, de eersten in België die hoger onderwijs volgden. Dat waren Marie’s zus Louise, toen 30 jaar oud, en twee andere jonge vrouwen, Emma Leclercq en Marie Destrée. Zij studeerden natuurwetenschappen en farmacie. Louise behaalde haar diploma en werd apothekeres in Brussel. Haar hele leven bleef zij Marie steunen. Marie behaalde haar doctoraat in 1888. Zij wilde advocaat worden. Om zich aan de balie in te schrijven moest zij de eed afleggen voor het Hof van Beroep. Het Hof verwierp haar verzoek met argumenten over de “zwakke” natuur van de vrouw en haar rol als huisvrouw en moeder, “niet geschikt om het beroep van advocaat uit te oefenen”. Het Hof van Cassatie, waartoe Popelin zich daarna wendde, stelde dat er over de toegang van vrouwen tot het beroep van advocaat geen wettelijke voorzieningen bestonden. De “affaire Popelin” maakte ophef in de pers en bij de publieke opinie, tot in het buitenland toe. Marie deed daarna twee jaar stage in een advocatenkantoor. Zij kon nu wel mensen adviseren, dossiers voorbereiden maar niet zelf voor een rechtbank gaan pleiten.
Liga voor vrouwenrechten Een diploma hebben en haar beroep niet mogen uitoefenen, dat werd Marie Popelin te veel. Aan die situatie en aan al die toestanden waarbij vrouwen als tweederangs burgers beschouwd werden, is het te wijten dat zij een uitgesproken feministe werd. In 1889 woonde zij in Parijs tweemaal een feministisch congres bij. Begin 1892 trad zij met advocaat Louis Frank in verschillende steden op om vrouwen warm te maken voor hun zaak. Frank had in een brochure, La Femme-avocat (1888), verdedigd dat vrouwen wél lid van de balie konden worden. In april 1892 stichtten zij met enkele medestanders de Ligue belge du droit des femmes. Hun medestichters waren
7.
De Vier Seizoenen
o.a. de advocaten Carl Devos en Henri La Fontaine en diens zus Leonie, Hector Denis, rector van de ULB, Louise Popelin en Isala Van Diest die een door haar al in 1890 opgerichte Ligue met de nieuwe stichting samensmolt. Zij beoogden “de verdediging van de rechten en de bescherming van de belangen van de vrouw, door studie en actie”. Louis Frank werd secretaris-generaal van de Ligue, Marie secretaris. Zij zat ook een van de vijf afdelingen voor, namelijk Wetgeving, waar zij talrijke voorstellen voor hervorming van de wetgeving uitwerkte. Allengs ontstonden echter meningsverschillen. Marie trok het laken naar zich toe. Al verbitterd over het onrecht van haar nederlaag bij de Hoven van Beroep en Cassatie, kreeg zij het op de heupen van de rol die de mannen, en met name Louis Frank, in de Ligue meenden te moeten spelen. In de algemene vergaderingen van 1893 en 1895 kwam het tot openlijke ruzie. Uiteindelijk werden de mannen Marie Popelin uitgesloten. Marie werd in 1896 zelf tot algemeen secretaris verkozen. Zij behield de leiding tot 1912, omringd door enkele loyale medewerksters. -
Marie Popelin maakte van de Ligue een drukkingsgroep die bij parlementsleden en regering aandrong op wijziging van de ongelijke wetgeving voor mannen en vrouwen. Zij zat de debatten van de Cercle d’Etudes voor, organiseerde vanaf 1906 zg. Dîners féministes waarop leden van de Ligue tafelden met politici, leidde het driemaandelijks tijdschrift La Ligue. Organe belge du droit des femmes en schreef er zelf artikels voor. Zij gaf ook conferenties in de hoofdstad en daarbuiten. Terugkerende thema’s waren: gelijkberechtiging van man en vrouw, recht van de vrouw om een beroep uit te oefenen, rol van de vrouw in de uitbouw van de samenleving. Marie was een begaafde spreekster. Niet alleen ten opzichte van de wetgeving maar ook ten aanzien van de algemene mentaliteit trad de Ligue in ’t geweer. De meeste vrouwen berustten in hun lot. Tegen die gelatenheid kwamen Marie Popelin en de Ligue in verzet. Zij hielden het wel bij, in hun ogen, gematigde en redelijke eisen die kans op spoedige verwezenlijking maakten. Het was hun allereerst te doen om de bescherming van de vrouwelijke belangen op sociaal en economisch gebied. Voorlopig ging dat voor op politieke rechten als b.v. het stemrecht. Het zou trouwens tot 1948 duren vooraleer in België de vrouwen volledig kiesrecht werd toegekend.
8. De Vier Seizoenen Vrouwenraad Bij de tiende verjaardag van de Ligue in 1902 bleef de meerderheid van de vrouwen in België afzijdig. Van feministen uit het buitenland integendeel genoot de Ligue bestendige steun. Zelf nam Marie Popelin deel aan congressen in het buitenland: Parijs in 1896 en 1900, Londen in 1899, Berlijn in 1904. In 1908 hield zij op het Congrès français des Droits civils et de Suffrage des femmes een uiteenzetting over echtscheiding. Tijdens de wereldtentoonstelling van 1897 in Brussel organiseerde zij het eerste internationaal feministisch congres. Er was een talrijke opkomst uit het buitenland maar er kwamen minder Belgische deelneemsters op af dan verhoopt. Afgevaardigden van de in 1888 in de Verenigde Staten opgerichte International Council of Women zetten de Belgische vrouwen ertoe aan hun krachten in een nationaal overlegorgaan te bundelen. Van haar kant zag Marie Popelin in dat samenspanning van de verschillende bestaande feministische verenigingen in België de beweging meer armslag zou geven. In 1900 deed zij daartoe een oproep. De oprichting van L' Union Féministe Belge in 1902 ging in die richting maar kende weinig succes. Uiteindelijk werd op 30 januari 1905 de Conseil national des femmes belges gesticht. Marie Popelin werd de voorzitter. Aanvankelijk had het initiatief niet zoveel succes. Slechts drie organisaties zetten zich erachter: de Ligue belge du droit des femmes, de Société belge pour l’amélioration du sort de la femme en de Union des femmes belges contre l’alcoolisme. Dat waren in principe pluralistische organisaties, in feite eerder vrijzinnig en liberaal van inslag. Socialistische en katholieke organisaties hielden zich op afstand. Tegen 1914 waren toch een twaalftal verenigingen bij de Conseil national aangesloten.
Als spilfiguur en motor van zowel de Ligue als de Conseil maakte Marie Popelin in haar activiteiten Postzegel Marie Popelin (1975) ter gelegenheid van het door niet veel onderscheid tussen de twee. Zij ijverde de Verenigde Naties zowel op nationaal als op internationaal vlak voor uitgeroepen Internationaal de gelijkberechtiging van man en vrouw. Zij Jaar van de Vrouw woonde de vergaderingen van het uitvoerend comité van de International Council bij. Op het congres van de Council in 1909 in Toronto rapporteerde zij over de juridische situatie van de getrouwde vrouwen in België. Haar zus Louise ging als Belgische afgevaardigde mee naar dat congres. Naast die activiteiten was Marie ook voorzitster van
9.
De Vier Seizoenen
Lyceum, de eerste Belgische vrouwenclub. Die verrichtte maatschappelijk werk. Leden waren dames uit wetenschappelijke kringen, kunsten en letteren. Bij de twintigste verjaardag van de Ligue organiseerde Marie haar laatste feministisch congres. Het vond plaats op 28-30 april 1912 in het Paleis der Academiën in Brussel. In een historisch overzicht kon Popelin vaststellen dat een aantal programmapunten van de Ligue door de wetgever ter harte waren genomen. Sinds 1900 waren door het parlement wetten goedgekeurd die sommige oneffenheden tussen de rechten van mannen en vrouwen ten dele uitvlakten. Voortaan mochten vrouwen zonder toestemming van hun man een spaarboekje openen en geld afhalen, arbeidscontracten afsluiten en salarissen innen (1900); mannen met buitenechtelijke kinderen mochten opgespoord worden, wat voorheen niet het geval was, zodat vrouwen met die kinderen niet aan hun lot werden overgelaten (1908); vrouwen mochten in akten van de burgerlijke stand als getuige optreden (1908); vrouwen kregen het recht om voogd te worden en om deel van de familieraad uit te maken (1909); vrouwen mochten bestuurslid worden van de Openbare Onderstand en van liefdadigheidsinstellingen. Toegankelijkheid tot vrije beroepen, een belangrijk actiepunt voor Popelin, was toen nog niet wettelijk geregeld. In 1913 gaf een zieke Marie Popelin de voorzittershamer van de Ligue door aan Marie Parent (1853-1935), die de Alliance des femmes belges contre l’alcoolisme had geleid. Moegestreden overleed Marie op 5 juni 1913 in Brussel, nog geen 67 jaar oud. Door de Eerste Wereldoorlog vielen de activiteiten van de Ligue stil. In 1922 werd een wet gestemd die vrouwen met het diploma van doctor in de rechten toeliet het beroep van advocaat uit te oefenen. Dat heeft Marie Popelin dus niet meer geweten. Zij rust in het familiegraf op het kerkhof van Laken, samen met haar ouders, haar broer Fernand en haar zus Marie-Louise. Op het graf prijkt een bronzen medaille met haar portret en een hommage van de Ligue belge du droit des femmes aan hun stichteres.
Huldiging Vorige eeuw was de Conseil National des Femmes Belges, erfgenaam van het werk van Popelin, aanvankelijk een aangelegenheid van Brusselse bourgeoisie. In de jaren ’60 sloten socialistische (VIVA-SVV) en katholieke vrouwenorganisaties (KAV, KVLV) erbij aan en groeide de Conseil National des Femmes Belges/Nationale Vrouwenraad van België uit tot een pluralistische koepel. In 1974 werd die in een Franstalige en een Nederlandstalige afdeling opgesplitst. De Nederlandstalige Vrouwenraad overkoepelt een veertigtal verenigingen. Op zijn initiatief werd een vijfjaarlijkse Marie Popelinprijs gesticht. Die werd achtereenvolgens uitgereikt aan Rita Mulier (1981), Renée Van Mechelen (1986), Paula D'Hondt (ca. 1990), Lily
10.
De Vier Seizoenen
Boeykens (1995), Helima Guerra (2000), Miet Smet (2005) en Anita Purdal (2010). Naar aanleiding van de honderdste verjaardag van de Vrouwenraad werd in 2005 bij de hoofdingang van de senaat in Brussel de Marie Popelinroos geplant en een gedenkplaat onthuld. Deze donderrode, geurige struikroos werd gecreëerd door rozenkweker Daniël Schmitz uit BellevauxMalmédy. Zij wordt 90 cm hoog, bloeit meermaals per jaar en is bestand tegen vorst en ziekten. Sinds 2008 gedijt zij ook in het stadspark in Aalst. Ook de gerechtelijke instanties weten Marie Popelin te huldigen. In 2009 had in het Justitiepaleis in Brussel een eerbetoon plaats, 120 jaar nadat haar de toegang tot de balie was geweigerd. In de plechtige zittingszaal van het Hof van Cassatie werd een academische plechtigheid gehouden. In de wandelgangen was er een expositie van foto’s, karikaturen en illustraties. De Orde van Advocaten onthulde op de eerste verdieping een gedenkplaat. De tijdschriften De Juristenkrant en Justement organiseerden een verkiezing van de “Grootste Belgische jurist aller tijden”. Bij de Vlaamse lezers stond Popelin op de derde plaats, bij de Franstaligen op de tweede plaats. In het gebouw van de Orde van Advocaten aan de Regentschapsstraat 63 te Brussel is een zaal naar Marie Popelin genoemd. In verschillende gemeenten zijn er straten of pleinen die haar naam dragen: in Egenhoven-Heverlee, in Sint-Joost-ten-Node, in Brugge, in Grâce-Hollogne (Luik), Lambermont (Verviers), Visé, Montegnée… In Brussel en in Sankt Vith zelfs een skatepiste. In Jette een standbeeld. Haar naam prijkt ook op een vloertegel in het Brooklyn Museum, New York, te midden van de namen van 999 vrouwen van historische betekenis. Volgend jaar zal het honderd jaar geleden zijn dat Marie Popelin overleed. Dan zal haar gedachtenis ongetwijfeld weer in de schijnwerpers worden geplaatst. Intussen betalen verzamelaars voor het muntstuk van 2 euro met de beeltenis van Isala Van Diest en Marie Popelin al het dubbele. Jef De Roeck
11.
De Vier Seizoenen
Feest in de stad : Italiaanse zomer
倀+
12.
De Vier Seizoenen
-
13.
De Vier Seizoenen
Verslag gebruikersraad Dijlehof 26/04/2012 Agenda: Keuzes
in de laatste levensfase door Dokter Coppens
Johan Aan de hand van een geïmproviseerd levensverhaal hebben we de verdere levensloop van ‘Peeters Emiel’ vorm gegeven en samen gezocht naar de vele keuze’s die er mogelijk zijn in de laatste fase van zijn leven. De toepassing van de wetgeving rond euthanasie en patientenrecht in ons woonzorgcentrum werd verduidelijkt. Stellingen werden genuanceerd. Opvallend was de interesse van elke aanwezige in het onderwerp van de avond. Vele vragen werden beantwoord, anderen bleven open en zullen pas invulling krijgen op het moment dat de situatie zich voordoet. Mededelingen: •
Peter mennes is nieuw afdelingshoofd voor Neerdijle en Valerie vervangt Rita als pedicure
•
Regelmatig komen er mails onbezorgd terug. Om ons mailbestand up to date te houden en aan te vullen vragen wij u om jullie e-mailadressen naar
[email protected] te sturen of binnen te brengen op het secretariaat. Wij gebruiken deze adressen om uitnodigingen van familieraden en feesten en verslagen door te sturen.
•
Vanaf 1 juni starten we met een nieuw poetssysteem, het “voorbevochtigings-systeem” genaamd. In tegenstelling tot vroeger wordt er niet meer gewerkt met emmers water maar met doeken en moppen die op voorhand bevochtigd worden met de juiste dosering water en product. Voor elke kamer een nieuw doek, geen vuil water meer en niet meer sleuren met volle emmers.
•
Ook enkele van onze wasautomaten zijn overgeschakeld op een automatisch doseringssysteem, zo kan er nooit teveel of te weinig product verbruikt worden.
•
Op 16 april starten we voor de tweede maal de campagne “Fietsen/stappen in en naar het Dijlehof”. En U? Ook als bezoeker kan u nog steeds deelnemen.
•
Sinds enkele dagen zijn we een brievenbus rijker. Op vraag – vooral van onze service flat bewoners heeft de Christelijke Mutualiteit deze geplaatst aan de voorbouw in de Minderbroederstraat.De brievenbus is uiteraard ook toegankelijk voor familie en medewerkers van ons huis alsook de andere buurtbewoners.
•
Om onze inkom en tuin netjes te houden hebben we aan elke ingang van ons huis een asbak voorzien waar rokers hun ‘peuken’ in kwijt kunnen.
14.
De Vier Seizoenen •
Sinds een paar weken hebben we nieuwe dispensers in ons woon-en zorgcentrum. In elke badkamer van de bewoners zijn nieuwe vuilbakjes, nieuwe handdoekjes en zeepdispensers geplaatst.
•
In het hele huis werden op de gemeenschappelijke toiletten en badkamers extra wandsteunen geplaatst.
•
Om het gebruik van de parking maximaal te laten renderen maakten we onderstaande afspraken. Parking achteraan • Bezoekers van Dijlehof, Hertogenhof en alle medewerkers • Firma’s voor herstellingen • Laden en lossen: paaltjes verwijderen Parking vooraan • Beide busjes • Directie en verantwoordelijke bewonerszorg • Ziekenwagens • Familielid ophalen of brengen
•
Maand van de valpreventie in het Dijlehof. We ondernemen enkele acties in huis zoals valkwis, inventariseren van situaties met verhoogd valrisico, informeren medewerkers i.v.m. valregistratie …
•
Sinds 1 januari werken we met electronische zorgdossiers. Vandaar het gebruik van laptops op de verzorgingskarren gedurende ochtend- en avondzorg.
Eerstvolgende gebruikersraad op de afdeling: 26 juni 2012. Een uitnodiging volgt.
Wist je dat? Let op uw centen! Vreemde munten lijken soms erg op euro's. Al een hele tijd is het bekend dat er een Turks muntstuk in omloop is dat precies even groot is als een stuk van 2 euro. Het is niet eens de helft daarvan waard. Onlangs is er ook een muntstuk uit Kenia opgedoken dat net zo groot is als een stuk van 1 euro. Het is alleen iets dunner. Het is minder waard dan 1 eurocent. Let dus op wanneer u in winkel en café wisselgeld terugkrijgt.
15.
De Vier Seizoenen ACTIVITEITENOVERZICHT: JUNI – SEPTEMBER 2012
De huisweekagenda ziet er als volgt uit Maandag
Dinsdag
Bewegen met materiaal 10u30 – 11u00: Voor de bewoners van Nr 11, HVB en Hertogenhof 11u15 - 11u45: Voor de bewoners van Hoogdijle en Neerdijle 10u30 – 11u45: “Luisteren in je leunstoel” afwisselend voor bewoners van Hoogdijle, Neerdijle en Lessius
Woensdag Donderdag 10u45: Koorrepetitie voor het Bellarminokoor – in de feestzaal
Vrijdag
Bewegen op muziek 10u30 – 11u00: Voor de bewoners van Nr 11, HVB en Hertogenhof 11u15 - 11u45: Voor de bewoners van Hoogdijle en Neerdijle
Zaterdag Zondag
15u Misviering
15u Cafetaria 13u45: Uitstapje naar een brasserie afwisselend voor bewoners van Dijlehof en Hertogenhof 15u We voorzien een activiteit met nadruk op gezellig samenzijn
15u Cafetaria 15u Cafetaria
Dit vaste weekschema wordt in de komende maanden aangevuld met volgende activiteiten:
Juni Di 26/06: Vr 29/06:
Gebruikersraad voor het Dijlehof. Vanaf 14u op de afdelingen. Franse chansons met Chantal De Waele. Om 15u in de feestzaal.
16.
De Vier Seizoenen Juli Van 02/07 tot en met 13/07: kinderopvang voor de kinderen van het personeel. Di 10/07: Optreden van een Engelse jongerenband. Om 16u in de tuin. Do 26/07: Barbecue voor de bewoners van het Hertogenhof en de paters.
Augustus Vr 03/08:
Dansdemonstratie “disco” door jongeren. Om 15u in de feestzaal. Ma 13/08: OL Vrouw Hemelvaart: misviering om 15u in de feestzaal Do 16/08: Samenzang “Marialiederen”. Om 15u in de feestzaal.
September
Vr 07/09:
Leuven kermis. Appelbeignets en fanfare. Vanaf 14u
Pastorale Nieuwsbrief In deze brief wordt het pastorale tijdschema van het lopende kwartaal weergegeven. • •
Elke maandag: eucharistieviering in de feestzaal om 15 uur Elke eerste vrijdag van de maand: Stille gebedsdienst om 11u in de kapel op -1
• O.L. Vrouw Hemelvaart: maandag 13 augustus – misviering om 15u in de feestzaal
17.
De Vier Seizoenen
Op Neerdijle genieten ze van de eerste zonnestralen
-
18.
De Vier Seizoenen
Privé-domein Een reeks artikelen over herinneringen om zelf door geïnspireerd te raken, om over te denken, om voor te lezen, om over te praten, om zelf aan het schrijven te gaan. Vroege herinnering 5 Terug naar toen… Er bestaan veel manieren om herinneringen op te roepen: proeven van een cakeje, een vleugje parfum ruiken, muziek van weleer horen, dromen of hypnose. Er bestaan ook meer drastische middelen als elektronische hersenstimulatie of verdrinking. Ook plaatsen van toen opnieuw bezoeken is een manier om herinneringen terug te vinden. Illustratie (1865) van John Tennel uit Alice in Wonderland van Lewis Caroll
-
Mijn zus en ik bezochten onlangs het dorp van onze jeugd. We logeerden een paar nachten in een hotel op een hoog duin in een klein dorp aan de Nederlandse kust. We wandelden door alle straten en paden van Wijk aan Zee. Elke plek leverde herinneringen op. Het werden dagen vol verhalen over toen. Ik was tien jaar toen ons gezin van de stad naar het dorp verhuisde. Mijn zus was vier jaar jonger dan ik. Ik bracht twee jaren op de dorpsschool door. Daarna vervolgde ik mijn verdere studies in de stad. Toen de kinderen het huis uit waren, verhuisden mijn ouders. Wijk aan zee werd voor ons hele gezin verleden tijd. Sinds onze jeugd waren wij er niet meer terug geweest. Ik betrad, na ruim een halve eeuw, weer een deel van mijn kinderwereld. Mijn eerste ontdekking is er een van de veranderde dimensie. Alles is gekrompen. Hoe kort zijn de afstanden! Hoe smal is de hoofdstraat! Hoe klein zijn de huizen! Hoe laag is het Hoge Duin! Ik kan nu over de hagen die de achtertuinen omringden heenkijken. Het is niet alleen een psychische ervaring, ik beleef het ook fysiek. Ik voel me groot, te groot. Ik kijk rond uit ogen die werken als een omgekeerde verrekijker. Het maakt me bijna
19.
De Vier Seizoenen
duizelig. Ik voel me als Alice in Wonderland die een hapje had genomen van het koekje waarop “Eet mij’ stond. Mijn kinderwereld past me niet meer. Mijn zus en ik hadden ons ingesteld op een ‘sentimental journey’, maar ons uitstapje bleek meer op te leveren dan nostalgie. Het werd een tocht naar meer inzicht in ons ouderlijk gezin, in elkaar en in onszelf. We keken bepaald niet door een roze bril naar onze kindertijd. We wreven ons de ogen uit en zagen de dingen in een ander licht. Wat in onze herinnering zwart/wit was, kreeg door het op elkaar afstemmen van de verhalen veel nuances. De verhalen van vroeger borrelden natuurlijk op, de stroom was niet te stelpen. Wat diep verstopt lag en vergeten leek, kwam plotseling terug. Hier op deze stoep knikkerden we. We zagen en voelden de stuiterzak in onze vingers en wisten we weer de namen van de knikkers en de stuiters. Daar was het muurtje waarover we altijd balanceerden. Was dat niet de tuin met die grote, boze hond? Hier was de snoepwinkel van Mankiyo. Mankiyo? Welnee: Manke Jo! Natuurlijk, ze mankte! Weet je nog hoe je, wakker in bed, het licht van de vuurtoren door de donkere kamer zag draaien? En hoe droef het loeien van de misthoorn ’s nachts klonk? Lag jij ook zo vaak wakker? Maar hoe anders hadden we dezelfde dingen beleefd. Die ontdekking was soms confronterend. Natuurlijk was er het leeftijdsverschil tussen ons beiden, maar vooral verschilden onze persoonlijkheden. De eindeloze zomers aan het strand waren voor haar gezelligheid, voor mij een kwelling. Ik hield niet van zonnebaden, ik hield niet van zwemmen, ik kon niet tegen zoveel mensen. De kleurloze schooljuf was ook een groot vogelkenner. Zelfs de autoritaire papa en de weifelende vader waren één en dezelfde persoon. Inderdaad het middel tot oproepen van herinneringen werkte. Vergeten namen en feiten schoten ons opeens te binnen. Wijk aan Zee, het dorp van, onze jeugd was, in de loop der jaren, weinig veranderd en bood ons royaal sleuteltjes tot al die herinneringen. Maar tijd staat niet overal stil. De wereld verandert. Soms maakt de vooruitgang de herbeleving van jeugdherinneringen in de weg. Dan is het sleuteltje zoek, voorgoed.
Tijdens een andere herinneringsuitstap blijft een deurtje in mijn geheugen voorgoed op slot. Ik weet het alleen nog maar, ik kan het niet opnieuw beleven. Ligt het aan de veranderde buitenwereld of aan mij?
20.
De Vier Seizoenen
Ik ben zeven jaar. Ons gezin bezoekt de grotten van Han sur Lesse. Zo’n kleine vijftig jaar later bezoek ik de grotten opnieuw. Kan ik terug vinden wat ik daar toen, als kind, meemaakte? Het kleine treintje erheen is zoals toen. Ik herken ook hoe ik, in de groep, weer braaf achter de gids aan sjok, volgzaam, maar eigenlijk wil ik ontsnappen. Ik herken mijn behoefte om paadjes buiten het parcours te volgen. Ik wil de dingen zelf ontdekken. De grotten zijn even indrukwekkend en onwerkelijk als toen ik klein was. Maar ik ben vooral nieuwsgierig naar het eind van de rondleiding, toen had ik als kind een wonderlijke gewaarwording. Opnieuw stap ik in het bootje dat mij via de onderaardse rivier naar de uitgang van de grot moet voeren. Het is geen roeiboot meer zoals toen, het is nu een motorboot. Mijn herinnering als kind: We stappen in de roeiboot. Het is heel donker. Ik kruip voorin bij de boeg. Mijn ouders en mijn broer en zus, laat ik achter me. Ik ben omringd door vreemden. Maar ik weet dat wij alle vijf aan boord zijn. Ik steek mijn hand in het zwart- blauwe water. Mijn hand wordt spookachtig bleek. Het water is ijskoud. Een vreemd onwerkelijk gevoel overvalt me. Het is heel stil, niemand zegt iets. Ik hoor alleen het knarsen van de riemen en het geklots van het water. We varen het zwart in. Dan doemt er in de donkere verte een lichtende vlek op, die groter en groter wordt. Het wordt een lichtblond eiland met een berg en bomen. Wij varen erheen. Ik voel me opeens heel gelukkig: sprookjes bestaan. Er klinkt een kanonschot. Dan klapt het beeld om. Weg is het eiland. Het is de uitgang, we varen naar buiten, de werkelijkheid in. Dit is België. Mijn broertje jengelt om een ijsje. Mijn moeder poetst met haar zakdoeken de modder van haar schoenen. Later begreep ik dat wat ik als kind in een flits zag, een optische illusie heette. Een verwarring van voorgrond en achtergrond . Maar die illusie kan ik niet meer oproepen, want de roeiboot blijkt vervangen door een motorboot. De snelheid van de overtocht nu maakt de vergissing, de vorming van het droombeeld, onmogelijk. Of ben ik gewoon te groot, te volwassen geworden? Het geloof te boven? En heb ik zo de sleutel voorgoed verloren? optische illusie Meisje of oude vrouw? Marie-José Balm
21.
De Vier Seizoenen
Met klopper en deegrol
Appelflappen We gingen in Hertog Van Brabant aan de slag met een variant op de traditionele appelflappen. Onze studente Stephanie had een hele resem aan ingrediënten mee om een lekker tussendoortje te maken.
亀П
Ingrediënten - Bladerdeeg - Vulling: bv. jam, appelmoes, bananen, krieken, choco, speculaaspasta, enz.…. Bereiding Neem een uitsteekvorm of een plastiek doosje om een ronde vorm uit het bladerdeeg te steken. Leg op de helft van de ronde een beetje vulling. Plooi het geheel dicht en druk de randen wat aan met een vork. Leg de gebakjes in de oven en laat ongeveer 20 à 30 min bakken op 200°C. TIP: Met de overschot van het bladerdeeg kan je nog kleine worstenbroodjes maken: draai sliertjes deeg rond TV-worstjes en laat ze mee bakken in de oven.
22.
De Vier Seizoenen We zetten onze vrijwilligers in de bloemetjes met een uitgebreid dessertenbuffet
亀П
23.
De Vier Seizoenen
亀П
Redactieraad De medewerkers van onze redactieraad zijn: Ilse Claeys, Jef De Roeck, Sophie Grobet, Rudi Logist, Véronique Missoul , Griet Robberechts, Alphonse Roeck, Clara Schurmans.
Indien u een artikel over een gebeurtenis in huis, een gedicht, … wilt binnenbrengen voor onze huiskrant, mag u zich steeds tot Véronique (medewerker secretariaat) wenden.
24.
De Vier Seizoenen
VERHALENBAZAAR: KINESITHERAPIE Vorige editie werd de ergotherapie in de kijker gezet. Voor dit artikel ben ik een kijkje gaan nemen bij een tweede paramedische dienst in huis, namelijk de kinesitherapie. Ouder worden gaat vaak gepaard met tal van aanpassingen, zowel op lichamelijk als geestelijk vlak. Veroudering is geen ziekte, maar kan wel lichamelijke ongemakken geven: zoals gewrichten die verstijven, een verminderde hart- en longfunctie waardoor de uithouding sterk afneemt, evenals een verminderde spierkracht en een verminderd evenwicht. De zelfredzaamheid verhogen, herstellen of behouden, is een doel van kinesitherapie bij ouderen. Onder zelfredzaamheid verstaan we: de mogelijkheid van de patiënt om voor zichzelf te zorgen. Maar onze kinesisten in huis doen meer dan dat. In Woon- en zorgcentrum Dijlehof zijn er drie vaste kinesistes: Veerle Ven, Katrien Verboomen en Nore Ramakers. Er werkt ook nog een zelfstandige kinesiste in huis, Vicky Van Kerckhoven. Zij komt ook al verschillende jaren hier de mensen behandelen, die niet onder het RVT-statuut vallen. 亀П
Hoe zijn jullie in Dijlehof terecht gekomen? Wat zijn jullie studies, specialisaties en waar hebben jullie nog gewerkt? Veerle: “Ik deed mijn studies aan het sportkot hier in Leuven. Toen ik afstudeerde, was ik nog niet helemaal klaar om aan het werk te gaan. Daarom koos ik ervoor me nog een jaartje extra te verdiepen in kine bij neurologische aandoeningen: MS, ziekte van Parkinson, CVA enzovoort. Mijn eerste job was een interim op de geriatrische afdeling in het St Pieter ziekenhuis te Leuven. Dit beviel me zo goed, dat ik uiteindelijk in de geriatrische kine ben gebleven. Na nog eens twee tijdelijk contracten in andere woon-en zorgcentra, waarvan eentje bij ons bevriend WZC Ter Meeren, vond ik hier ongeveer 13 jaar geleden een vaste stek.” Nore: “Na mijn studies in Mechelen heb ik 6 jaar in een zelfstandige praktijk gewerkt. In die jaren heb ik verschillende specialisaties gevolgd, o.a. manuele lymfedrainage volgens Vodder, manuele therapie, MTT-training (medische training therapie), gepulseerde relaxatie, enz.…Tussendoor deed ik deeltijdse interims in verschillende woon-en zorgcentra. Zo ben ik hier 11 jaar geleden ook begonnen. Geleidelijk aan kon ik hier loontrekkende uren opbouwen, om hier nu al 6 jaar voltijds te werken.” Katrien: ”Mijn studentenjaren heb ik in Gent beleefd. Nadien kon ik deeltijds van start gaan als zelfstandige in een praktijk. Gedurende 4.5 jaar combineerde ik deze job
25.
De Vier Seizoenen
met interims in andere praktijken. Omwille van het vele avondwerk stopte ik als zelfstandige toen mijn oudste zoon geboren werd. De volgende twee jaar heb ik dan een kribbe uitgebaat, waarin ik het ouderschap perfect kon combineren met een job. Toch miste ik de kinesitherapie en ben dan terug begonnen met interims, ook hier in Dijlehof tijdens het bevallingsverlof van Veerle, maar dan als loontrekkende en specifiek in de geriatrie. Sinds 3.5 jaar werk ik nu 60% in het Dijlehof.”
䈐͂
Hoe ziet jullie doorsnee werkdag er in het kort uit? “We beginnen rond 8u met wat we noemen ‘de ochtendkine’. Dit zijn actieve en/of passieve mobilisaties die gebeuren op de kamer, in het bed. Vaak gaat het hier om bewoners die moeilijker uit de rolstoel kunnen komen en daardoor niet comfortabel op de kine-tafel zouden kunnen plaatsnemen. Wanneer we daarmee klaar zijn, begeven we ons terug naar de kine-zaal. Hier behandelen we de rest van de bewoners. Sommigen komen zelf tot bij ons, anderen worden opgehaald op de afdeling. Deze behandelingen kunnen bestaan uit mobilisaties van stijve gewrichten, massages van pijnlijke plaatsen, versterken van verzwakte spieren, verbeteren van moeilijke stappatronen, enz.… Op maandag- en vrijdagvoormiddag geeft één van ons drie de turnles, de ‘gymenasse’ zoals het soms ook wordt genoemd. Tijdens deze les, die ongeveer een half uurtje duurt, proberen we alle gewrichten eens goed los te maken, de doorbloeding te stimuleren en zoveel mogelijk spieren aan het werk te zetten. Het gaat hier om eenvoudige oefeningen die zittend op een stoel worden uitgevoerd. We proberen ze zo op te stellen dat praktisch iedere bewoner zou moeten kunnen deelnemen. Ieder met zijn of haar mogelijkheden en beperkingen.
26.
De Vier Seizoenen
Tussen de behandelingen door nemen we deel aan vergaderingen in het kader van de multidisciplinaire benadering van onze bewoners. De dag eindigt meestal rond 16u.”
Waar liggen dan precies de specifieke accenten in jullie taak als kinesitherapeut in het woon- en zorgcentrum? “Als we onze job bekijken kunnen we deze opsplitsen in 2 grote delen: enerzijds onze taak gericht naar de bewoners en bezoekers van het dagcentrum. Hierbij doen we naast de eerder lichamelijke zorg die we tijdens onze behandelingen toedienen, ook aan preventie. Door iedere bewoner te voorzien van het meest aangepaste loophulpmiddel en door een zo veilig mogelijke omgeving te creëren, proberen we het valrisico tot een minimum te herleiden. Wanneer stappen te moeilijk of soms zelf onmogelijk is geworden, is het onze taak om de meest aangepaste rolstoel of zitschelp ter beschikking te stellen. Ook het comfort in bed is onze zorg. Welk soort kussen is er nodig om een bewoner zo comfortabel mogelijk te positioneren en het risico op doorligwonden zo laag mogelijk te houden. Wanneer positioneren alleen niet meer voldoende is, kijkt de ergotherapeute dan weer naar de meest geschikte matras. Anderzijds bestaat onze taak er ook uit aandacht te hebben voor onze collega’s: gebruiken zij rug sparende technieken? Kunnen we de zorg voor hen verlichten door op een andere manier te werken? Maken ze gebruik van de juiste specifieke hulpmiddelen zoals vb. de passieve tillift? Hieromtrent geven we hen adviezen en 蚀С als voor het personeel een pluspunt dat bijscholingen. Het is zowel voor de bewoner iedereen dezelfde technieken hanteert.”
Wat maakt het aanbieden van kinesitherapie een meerwaarde in het woon- en zorgcentrum? “ We trachten iedere bewoner te ondersteunen om zo comfortabel en actief mogelijk te blijven. Dit zorgt ervoor dat ze een zo groot mogelijk zelfstandigheid behouden. De bewoners krijgen van ons alle drie behandelingen, afhankelijk hoe het loopt in de dag planning. Dit heeft als meerwaarde dat er afwisseling is in de behandelingen, we elk onze specialisaties kunnen toepassen en dat we continuïteit kunnen bieden als iemand van ons niet aanwezig is. Wanneer bewoners passiever worden, proberen we ze zoveel mogelijk comfort aan te bieden en pijn dempend te werken. Dit kan door gebruik te maken van specifieke behandelingen of bij het positioneren gebruik te maken van verschillende hulpmiddelen zoals de korrelkussens, positioneringskussens, slides enz. ….Ook in palliatieve situaties proberen we zo goed mogelijk te ondersteunen in de zorg.” Dankjewel dames voor deze zéér interessante toelichting van jullie noodzakelijke taak hier in Dijlehof. Ik wens jullie nog veel succes en werkplezier! Uw vliegende reporter, Sophie Grobet
27.
De Vier Seizoenen Feestelijke opening afdeling Neerdijle
-
28.
De Vier Seizoenen
-
We verwelkomen 2 nieuwe bewoners in het Dijlehof: mevrouw Clothilde Coopmans en de heer Jozef Wauters. In het Hertogenhof verwelkomen we de mevrouwen Antoinette Davans, Monique Jagers en Simonne De Wandelaer. We namen afscheid en deelden in het verlies van de familie van mevrouw Marie Fias.
Volgende personeelsleden zijn vertrokken: Evelien Van Hercke en Bernadette Mellaerts. Onze nieuwe starters zijn: Heidi Vanbesien, Marcus Lamens, Davina Petzel en Hilde Goffin. Heuglijk nieuws. Lieve Goethuys kreeg een dochtertje “Khloé”. Ook Jessie Van Gestel kreeg een dochtertje “Amelia”.