Zaterdag 21 maart 2009
De Vier Seizoenen
Krant over het sociale en culturele gebeuren in en rond het Dijlehof en het Hertogenhof 12° jaargang – lente
Klinkende klokken in Leuven: p. 15
Verschijnt ieder seizoen.
Nieuwjaarsconcert: p. 11
Heksen in het Leuvense: p. 18 Verwendag: p. 24
Nieuwjaarsreceptie personeel en vrijwilligers: p. 28
Redactieadres De Vier Seizoenen: secretariaat Hertogenhof/Dijlehof - Minderbroedersstraat 9b 3000 Leuven
2.
De Vier Seizoenen Hekserij of wijsheid? Thema van het voorliggend nummer van de 4 Seizoenen is ‘Heksen’. Alphons Roeck, redacteur van dit tijdschrift, is immers gespecialiseerd in volksverhalen. Uiteraard vormt de hekserij daar een vast ingrediënt van. Hekserij kan men vanuit verschillende standpunten bekijken. Het negatieve en meest gangbare perspectief: dat van het kwade in de wereld, het onbestemde, vooral wat betreft onze gezondheid en ons welzijn, verpersonaliseerd in de heks (die in verbinding staat met de duivel). Als de heks het kwaad voor heeft met ons, dan kan ze ons of onze dierbaren allerlei onheil laten overkomen. U leest het in het artikel.
Maar vandaag wordt de heks in sommige kringen ook gezien als een goede figuur: de wijze vrouw, zij die veel weet, zij die ook kan genezen. Beide beelden laten zien dat de hekserij te maken heeft met ons welzijn en onze gezondheid. In ieder geval zaken die ons zeer nabij liggen. Wijze vrouwen, zij die veel weten en kunnen, en ons helpen in onze gezondheid, die kennen we in het Dijlehof maar al te goed. Kijk maar naar onze personeelsequipe: overwegend vrouwelijk. Gelukkig zitten er ook nog enkele mannen tussen met gelijkwaardige capaciteiten! Dat overwegend vrouwelijk vertoon in huis belet niet dat zij hun mannetje kunnen staan. Vrijdagnacht 6 maart trok onze bijna gehele personeelsploeg de nacht in, voor de tweede dropping. Sinds vorig jaar organiseert Rudi immers een jaarlijkse personeelsdropping. Dit met het oog op de teambuilding. Een geslaagde activiteit. Geen heksenbrouwsel onderweg, maar wel lekkere warme glühwein, en tomatensoep met balletjes. U kan de wisselbeker bewonderen aan het onthaal, dit jaar gewonnen door de ploeg administratie-animatie. Namens de redactie Dirk Demuynck
3.
De Vier Seizoenen HEKS HEKS Jan G.Elburg
Tover jij ? Je leeft zo eenvoudig als duizend anderen binnen een tent van frans katoen met je borsten in twee kleine voorkamers binnen een huisje van dunne kleren zo klein zo klein dat je benen de straat op moeten je droomt zo bescheiden in je ogen je werkt zo eenvoudig met je schouders als duizend en een vrouwen waarom moet mijn stem dan buigen of een prinses voorbijkomt ? ik geef mij over er komt een onmetelijke vredige luchtvloot over beken het maar je (heks heks) doet het, nietwaar, toveren. Een pittig, alleraardigst minneliedje. Dichter Jan is tot over de oren verliefd. Een wonderlijk fenomeen, zo’n verliefdheid. Het overvalt je. Vóór je het goed en wel beseft hang je als een mug in het web. Nu mogen alle psychologen ter wereld het verschijnsel verklaren uit een spel van hormonen dat op een natuurlijke, bijna voorspelbare manier tot stand komt en zich ontwikkelt, de betrokkene ervaart het ánders. Zijn aandacht gaat onverdeeld uit naar de ‘liefelingspersoon’, zoals een Zuid-Afrikaans liedje haar noemt. Zij, en niets of niemand anders, is de geheimzinnige bron waaruit het wonder opwelt. Uit háár stroomt een bekoring die mij onweerstaanbaar in haar ban brengt. Een betovering lijkt het wel. Meteen, ontdekt de dichter, heb ik een aanknopingspunt om haar aan te spreken en haar aandacht op mij te vestigen. Tover jij ? Een schalks verwijt, een verholen bekentenis, een stiekem aandringen om ermee door te gaan. Verliefdheid wordt normaal op gang gebracht door een visuele prikkel : de aanblik van het meisje. Maar de beschrijving die hij van haar geeft is allesbehalve objectief. Je leeft zo eenvoudig als duizend anderen. Een karaktertrek, de eenvoud, gekoppeld aan een neutraliserende gelijkschakeling. Speels erotisch : de fijne lichaamsvormen, speurbaar en voelbaar door het dunne kleedje heen, met vermelding echter van boezem en benen. Nog zijn de borsten binnen, de losse benen zijn al de straat op. De eenvoud, de bescheidenheid, het volstrekt onopvallende van de geliefde, daar borduurt de dichter verder op. Met de bedoeling om het paradoxale en het onwaarschijnlijke van de betovering sterker te laten uitkomen. Waarom dan je behandelen als een prinses, dé prinses ?
4. De Vier Seizoenen Ik geef mij over. Dubbelzinnig. Ten eerste, voor dit raadsel vind ik geen redelijke verklaring. En ten tweede, ik geef me dan maar over aan de betovering, aan de verliefdheid. Een diepe vrede daalt over mij. Natuurlijk betrek ik daar mijn meisje bij, om háár gaat het toch. Wat in de eerste versregel nog klonk als een aftastende vraag, Tover jij ?, hoor ik nu als een bekentenis. Toe, zeg het maar, je kunt het niet loochenen. Het weglaten van een rustpunt na maar laat een aarzelende stem vermoeden. Een vrouw die kan toveren, noemen wij een heks. Heks ! heks ! Hier evident een plagerijtje dat druipt van zalige verliefdheid. Paul Vanderghote sj
Wist je dat? Kris vroeg op een morgen aan dhr Lauwens: “Wil je nog wat koffie?” En hij antwoordde: “Ja, ja, graag! … En doe alsof je thuis bent, want ik doe dat ook …”.
Bieke, een mollige dame van de Hertog van Brabant, was ijverig aardappelen aan het schillen voor de frietjes. Sophie passeerde en zei: “Amai, Bieke, dat is een dikke!”. ”Ja”, zegt Bieke, “Da’s familie van mij”. Kris vertelde deze week over de Dropping tegen onze bezoekers. Ze ging er zo in op en toen zei ze ineens: ”We willen het in team doen!” Terwijl sommige bezoekers begrepen hadden: “We willen het INTIEM doen”. Gelach alom dus …
Redactieraad De medewerkers van onze redactieraad zijn: Ilse Claeys, Dirk Demuynck, Jef De Roeck, Sophie Grobet, Rudi Logist, Véronique Missoul , Alphonse Roeck en Paul Vanderghote. Indien u een artikel over een gebeurtenis in huis, een gedicht, … wilt binnenbrengen voor onze huiskrant, mag u zich steeds tot Véronique (medewerker secretariaat) wenden.
5.
De Vier Seizoenen
Waar het goed is om te leven… De rest is navenant – Wie ook maar een beetje bekend is met ons huis, weet : hier is het goed wonen. Op het geschikte ogenblik krijgen wij ons natje en ons droogje, het is hier smakelijk van ‘tafelinge’, de matrassen voelen niet te hard en niet te zacht aan, en vooral, ons personeel is uitermate vriendelijk en verduldig. Ze sloven zich af om ons op onze wenken te bedienen en zijn verveeld wanneer overmacht ze verhindert dat te doen. Wat de vreugde compleet maakt, is de animatie, waar wij terloops gezegd, geen centiem voor moeten afdokken en die zich beijvert om de lange uren aangenaam en leerzaam te helpen doorbrengen. Deze keer willen wij niet nógmaals melding maken van zoveel dat jaarlijks, maandelijks, wekelijks, ja dagelijks terugkeert. Liever beperken wij ons tot een paar uitschieters, eenmalige evenementen. Verder mogen onze lezers gerust denken : “en de rest was navenant”.
Een salvo toejuichingen meer dan verdiend – In ons winternummer hadden wij al ons tweevoudig muziekfestijn rond de jaarwende aangekondigd : ons Bellarminokerstconcert op 11 decelmber 2008, en het jaarlijkse grote nieuwjaarsconcert op 18 januari 2009. Het eerste hebben wij intussen gehad, alsook de verslaggeving. Het tweede was toen op komst. Waar is de tijd heen dat wij nog op eigen kracht een luisterrijke toneelopvoering klaar kregen ? De laatste jaren haalden wij hulp van buitenshuis binnen, maar hadden wij nog een eigen aandeel. De vergrijzing brengt mee dat wij nu een ruimer beroep moeten doen op anderen om het hele feest te stofferen. Natuurlijk houdt onze animatieploeg het initiatief en de organisatie van het geheel in handen. Een aanzienlijk deel van ons personeel, zowel logistiek als verplegend, en van ons vrijwillig(st)erskorps is dicht
6. De Vier Seizoenen betrokken bij de concrete uitvoering (administratie, transport, bediening, receptie, enzovoort). Dat alles verrichten zij met hart en ziel. Een massa verborgen werk maakt het uiterlijke succes pas mogelijk. Weer staat de kapel-feestzaal van het naburige jozefietencollege gastvrij ter beschikking. Men heeft het gemengd koor Salvocalee uit Blaasveld bij Willebroek uitgenodigd om ons te vergasten op een aangepast en gevarieerd programma. Wij zijn wel benieuwd. Een vrij uitgebreide bezetting van uitvoerders. Gewoonweg schitterend hoe ze erin slagen, in een sober uniform en met een beperkte instrumentale begeleiding, een zo verscheiden publiek te bekoren, meer nog, tot enthousiaste bijval op te voeren. Hun repertoire is er een om van te snoepen, een lach en een traan, zoals dat hoort. Een procédé in hun optreden vind ik bijzonder boeiend: voor elk nieuw lied wisselen ze van plaats en opstelling, wat verrassende effecten sorteert. Het visuele aspect onderstreept aldus de inhoud van de gebrachte liederen. Is de vreemd aandoende naam Salvocalee soms afgeleid van Wim Salvo, de dirigent ? Ik zou denken : met zo’n naam lok je een salvo toejuichingen uit. Dat dit applaus gemeend en verdiend was, hoef ik er niet aan toe te voegen.
Ons culturele erfgoed – De meesten van ons zijn grootgebracht, wat de Nederlandse letteren betreft, met De Witte van Ernest Claes, de Vlaschaard van Stijn Streuvels, o krinkelende winkelende waterding van Guido Gezelle, Pallieter van Felix Timmermans, en de Vlaamse Filmkes niet vergeten ! Vandaar kunnen wij het appreciëren dat onze vindingrijke animatieploeg af en toe op de weekagenda plaatst “Schrijver in de kijker”. Ja, “dat voelen wij aan ons jeugdig hertje”. Laatst was Timmermans, de jolige en milde Fee, aan bod. Onze huisgenote mevrouw Moortgat had gewezen op het bestaan van een Timmermanskring die desgevraagd voordrachten brengt over het Vlaamse idool. De formule is vrij eenvoudig. De heer Etienne De Smedt doet met verve het levensverhaal van de beroemde inwoner van Lierke Plezierke, en hoe de man aan het schrijven werd gebracht. Zo komt elk werk van hem aan de beurt. In hoge mate boeiend. De uiteenzetting onderbreekt hij af en toe om het woord te laten aan declamator Alfons De Roeck. Welteverstaan, dat woord is niet het zijne, het is dat van … Timmermans. Zijn keuze valt op bepaalde onvergetelijke bladzijden, in hoofdzaak uit wat zijn vriend Etienne als ‘des meesters meesterwerken’ beschouwt, Pallieter en Boerenpsalm. Haarfijn vergelijkt hij de psychologische achtergrond van Pallieter, de dagenmelker, en boer Wortel, verknocht aan zijn grond en aan zijn God. Wat een mensenkenner, naast natuuraanbidder, toch, die Fee ! Diens diepe vroomheid, zwemend zelfs naar mystiek, in de kwade nadagen van zijn aardse bestaan, blijkt overvloedig uit zijn enige, postuum uitgegeven dichtbundel Adagio : “De kern van alle dingen is stil en eindeloos…Ons lied is kort en broos…Ik zeil langs
7. De Vier Seizoenen regenbogen Gods stilte tegemoet” Voor ons, in onze huidige levensfase, voorwaar een kostbare wegwijzer.
Aquatint: een regenboog in huis – Zij zijn met hun vijftienen. Zij schilderen aquarellen en vormen het ‘Open Atelier Aquatint’. Goed gevonden benaming : ‘aqua’ betekent ‘water’ en ‘tint’ betekent ‘kleurnuance, schakering’. Zij noemen zich een ‘Open Atelier’. Atelier of werkplaats gaat in hun geval uitstekend op : wekelijks komen ze samen om te praten over hetgeen ze op stapel hebben staan en zodoende elkaar bij te schaven en te inspireren. Met ’open’ kunnen ze bedoelen : iedereen die het wenst kan toetreden tot onze groep ; ofwel : op zoek naar onderwerpen staan wij open voor de hele werkelijkheid om ons heen. Kunst veredelde weergave van het leven in al zijn facetten, een ruime en gezonde opvatting. Dat alles weerspiegelt zich in de tentoonstelling in Dijlehof van 2 maart tot 30 april. Een eer voor ons huis ! En een gunst : wij hoeven niet eens de deur uit om een pak innemende schoonheid te ontdekken. Ik heb eens iemand die het kon weten, horen zeggen : het aquarel is een bijzonder moeilijke kunst. Bij olieschilderen is het geen ramp als de artiest een fout begaat, een verkeerd getrokken lijn, een niet passende kleur. Hij kan nog altijd retoucheren, corrigeren, bijwerken. Bij waterverfschilderen is dat glad onmogelijk zonder dat iedere een-beetje-kenner dat direct merkt. De artiest moet vanaf het begin de juiste toets op de juiste plaats zetten. Het resultaat van hun inspanningen kunnen wij bezichtigen en bewonderen op onze benedenverdieping : portretten, bloemen en planten, landschappen, marines, een stadsbeeld. Terecht lijkt me de naam ‘tint’, kleurschakering, nuance. Je hebt niet de rechttoe rechtaan aanpak met volle kleuren, wel de tedere, bescheiden en daarom ontroerende indruk van een bijzonder poëtische manier om het ingetogen wonder van de dagelijkse werkelijkheid te ontdekken, behoedzaam en feilloos. Zulke werken zijn méér dan opsmuk voor een interieur, ze brengen een boodschap. In het schriftje dat beschikbaar ligt om je reacties te noteren schrijft een bewoner de zijne neer als volgt : “Lijk waterbellen die van de daken rellen”, zong Heer ende Meester Guido Gezelle. Hij had het over het lied van de nachtegaal. Ook ik hoor muziek, rinkelende bellen, als ik opkijk naar jullie aquarellen. Regenboog van kleuren en water, helder van taal, lafenis als kwade zorgen ons beknellen. Onweerstaanbaar als tranen van opaal die uit het oog van een lentefee wellen. En wat ik vanbinnen in mij voel zwellen kan enkel een engel jullie navertellen.
8.
De Vier Seizoenen Gezelschapsspelen samen met de kinderen van de Jozefieten
9.
De Vier Seizoenen Verslag familieraad Dijlehof 06/11/2008 en 23/12/2008
Er werden heel wat thema’s aangesneden tijdens deze vergadering. Ondermeer volgende punten kwamen aan bod: Uit welke medewerkers bestaat een team? Samenwerking met verschillende scholen. Samenwerking met de huisartsen. Het Palliatief team werd voorgesteld. Hoe het zit met de bereikbaarheid van de dienst en het afdelingshoofd? De toekomstplannen voor Neerdijle. Daarnaast werd nog de rusthuisvakantie aan zee van 21/9 tot 25/9/2009 voorgesteld (Inschrijven vanaf maart 2009). Het winkeltje” wordt vervangen door leveringen van Collivery. Afspraken werden gemaakt omtrent de kamerorde, badkamers en kleerkasten. Ook de website en de mogelijkheid om via Picasa door de familie zelf foto’s te downloaden werden teogelicht, evenals het niet-dringend ziekenvervoer voor CM-leden St.Michielsbond. Het Nieuwjaarsconcert van zondag 18/01/2009 werd nog eens aangekondigd. Nog eens herhalen dat hulp tijdens maaltijdgebeuren door familieleden, vrienden, bezoekers altijd welkom is. Graag via het afdelingshoofd gaan hiervoor. We vragen ook om in extra badhanddoeken te voorzien om bewoners te bedekken tijdens de ochtendzorg. Een greep uit de vragen en bedenkingen van de aanwezigen 1. De post “onkosten” op de factuur: vraag naar details! Kan dit in de toekomst toch niet voorzien worden? => Onder deze post vallen de aankopen gebeurd via Collivery. Het is een “extra”service die we bieden aan die bewoners die moeilijk aan producten geraken. Het is niet verplicht. Het opsplitsen van deze rekening is niet haalbaar tenzij tegen bijkomende kosten. Voor alle inlichtingen over de factuur kan u steeds terecht bij het onthaal, telefonisch, maar bij voorkeur via mail:
[email protected] 2. Bij aanpassingen plaza-patio: voorzien in een extra toilet, nu is het vaak aanschuiven. => Een extra toilet is infrastructureel onmogelijk. Wel kunnen de wachttijden beter georganiseerd worden zodat we een spreiding krijgen van het toiletgebeuren. Het team werkt eraan. 3. Tot wie moet familie zich richten tijdens de dag? => Op de eerste plaats tot het afdelingshoofd, bij afwezigheid de dagverantwoordelijke. Dezen zullen herkenbaar zijn aan een rode badge. Daarnaast werken we aan een bord op de afdeling waarop de familie kan aflezen welke collega’s die dag het “wonen” en “zorgen” op zich nemen 4. Na het avondeten is het altijd lang wachten vooraleer je naar de kamer wordt gebracht. => Dit is moeilijk op te lossen. Tussen 17.45 en 19 uur worden alle bewoners naar de kamer gebracht. Maar er zijn 3 mensen voor een late dienst en 26 bewoners die op dat moment wensen geholpen te worden. De bewoners kunnen rustig samen TV kijken, een boekje lezen, een babbel doen…Er is altijd een maaltijdbegeleidster aanwezig waarbij ze terecht kunnen. 5. Wie moet het scheerapparaat reinigen? => Het is de taak van de zorgkundige om na gebruik het scheerapparaat te reinigen. De familie zorgt voor het regelmatig onderhoud waaronder het vernieuwen van de mesjes 6. Is er ’s nachts permanentie en een ‘waakdienst’? =>uitleg gegeven over de nachtdiensten en permanentie van staf en CRA
10.
De Vier Seizoenen 7. Sommige bewoners moeten lang wachten alvorens ze kunnen ontbijten omdat de zorgzwaarte momenteel erg hoog is en het streefdoel om iedere bewoner aan het ontbijt te krijgen voor 10u niet haalbaar is. =>Uitleg i.v.m. de wasschema’s die gehanteerd worden om de bewoners tijdig te wassen zodat elke bewoner zo vroeg mogelijk kan ontbijten. 8. Via welke ingang kan men ’s nachts binnen en buiten =>Uitleg gegeven i.v.m. sluitingsuren van de verschillende ingangen en poorten, aanwezigheid van de parlofoon en belsystemen en contacten met de nachtdiensten. Belangrijk om te weten is dat de bel aan de kant van de Minderbroederstraat ’s avonds niet werkt wegens “belleke trek” van de studenten. Je kan de nachtdienst bereiken via 016/50 95 86 Huis Lessius 87 Neerdijle 88 Hoogdijle Niet via centraal nummer (antwoordapparaat) Mocht je opgebeld worden door de nacht voor een ziek familielid dan zullen ze de poort aan de kant van de Minderbroederstraat voor u openen. 9. Misviering voor overleden bewoners. Kan er een maandelijkse herdenkingsmis opgedragen worden voor de overleden bewoners van de afgelopen maand =>Werd besproken op de pastorale raad. De paters herdenken elke maandag de bewoners overleden in de voorbije week. We opteren voor deze frequentie omdat het beter aansluit bij het effectieve overlijden. Families zijn altijd welkom op onze vieringen op maandagnamiddag. Ze worden uitgenodigd op Allerheiligen voor de gezamenlijke herdenking. 10. Personeelstekort en personeelwissels zijn voelbaar bij bewoners en familieleden en op vlak van de zorg (langer moeten wachten om gewassen te worden, later ontbijten, minder aandacht voor details en orde, sommige nieuwe collega’s komen en gaan, nieuwe collega’s hebben nog veel opleiding nodig, veel nieuwe gezichten en nieuwe namen, teveel wissels, vaak tekorten waardoor spanningen en weinig tijd voor andere zaken) =>Personeelstekort is een reëel en algemeen maatschappelijk probleem: het vinden van geschikte kandidaten, het behouden van mensen. Het aantrekken en houden van personeel is prioriteit nummer één. Het uitwerken van een mobiel team dat kan inspringen bij ziekte zal hiertoe bijdragen
Data familieraden 2009 Februari-maart Mei September Oktober December
Thema-avond: horen, zien en … Lente- Familieraad in de namiddag op de afdeling Thema-avond: “wat is basiszorg?” Kaas- en wijnavond Kerst-Familieraad in de namiddag op de afdeling
Graag jullie mening over onderwerpen die voor u belangrijk zijn, nog niet aan bod gekomen zijn en een bijdrage kunnen leveren tot het verbeteren van het wonen en leven in een woon- en zorgcentrum zoals Dijlehof. U kan ze afgeven aan de receptie zelf of deponeren in de brievenbus vlakbij. Voor uitnodigingen en mededelingen allerhande richten wij ons tot één iemand van de familie nl. de contactpersoon die zich heeft opgegeven bij de opname. Mochten ook andere familieleden rechtstreeks uitgenodigd willen worden kan dit heel eenvoudig door ons je mailadres te bezorgen. Ook via de website www.dijlehof.be kan je op de hoogte blijven enerzijds van wat er nog te gebeuren valt en anderzijds aan de hand van verslagen en foto’s zien wat er voorbij is.
11.
De Vier Seizoenen Nieuwjaarsconcert 18 januari 2009
12.
De Vier Seizoenen ACTIVITEITENOVERZICHT: MAART - JUNI 2009
De huisweekagenda ziet er dan ook als volgt uit Maandag
Dinsdag
bewegen met materiaal 10u30 – 11u00: Voor de bewoners van Nr 11, HVB en Hertogenhof 11u15 - 11u45: Voor de bewoners van Hoogdijle en Neerdijle 10u30 – 11u45: “luisteren in je leunstoel” afwisselend voor bewoners van Hoogdijle, Neerdijle en Lessius
15u misviering
15u culturele activiteit zoals Dreupel poësij, kunstdia’s, film gratuit, voordracht
Woensdag Donderdag 10u45: Koorrepetitie voor het Bellarminokoor – in de feestzaal Vrijdag
Zaterdag Zondag
15u cafetaria 13u45: Uitstapje afwisselend voor bewoners van Dijlehof en Hertogenhof naar een brasserie bewegen op muziek 15u voorzien we in een activiteit met 10u30 – 11u00: Voor de bewoners nadruk op gezellig samenzijn van Nr 11, HVB en Hertogenhof 11u15 - 11u45: Voor de bewoners van Hoogdijle en Neerdijle 15u cafetaria 15u cafetaria
Dit vast weekschema wordt in de komende maanden aangevuld met volgende activiteiten:
Maart Di 24/03: Wo 25/03: Do 26/03: Vr 27/03:
Verweneiland op Neerdijle. Modeshow. Om 15u00 in de feestzaal Bewonersraad voor Hertogenhof. Om 15u in de feestzaal Muzieknamiddag. Om 15u in de feestzaal
April Do 02/04:
Zo 12/04:
Gulden leeftijd “Het Emmaüsverhaal en wij”. Om 15u in de spreekkamer. Vr 03/04: Kookactiviteit. Om 15u in de feestzaal Di 07/04: Biechtviering. Om 15u in de feestzaal Vr 10/04: Goede Vrijdagviering. Om 15u in de feestzaal Pasen. Feestelijke misviering opgeluisterd door het Bellarminokoor. Om 10u30 in de feestzaal
13.
De Vier Seizoenen
Di 14/04: Vr 17/04: Di 21/04: Vr 24/04: Do 30/04:
Dreupel poësij “Enkele mannelijke beroepen in de poëzie”. Om 15u in de spreekkamer Lenteprogramma. Om 15u in de feestzaal Kunstdiavoorstelling, “Passie en Pasen in de schilderkunst”. Om 15u in de feestzaal. Comfortabele schoenen. Om 15u in de feestzaal Ontmoetingsmoment Hertogenhof. Om 15u in de feestzaal.
Mei Di 05/05: Do 07/05: Vr 08/05: Di 12/05:
Vr 15/05: Di 19/05: Vr 22/05: Di 26/05: Do 28/05: Zo 31/05:
Gulden leeftijd “Vrij zijn?”. Om 15u in de spreekkamer Start van de ijskar. Koe komt uit de stal. Een dreupel poësij “Avond en nacht”. Om 15u in spreekkamer Kookactiviteit . Om 15u in de feestzaal. Kunstdiavoorstelling “De kunst van het oude Egypte”. Om 15u in de feestzaal Filmnamiddag. Om 15u in de feestzaal. Literaire middag over A. Nahon. Om 15u in de feestzaal Ontmoetingsmoment Hertogenhof. Om 15u in de feestzaal Pinksteren. Feestelijke misviering. Om 10u30 in de feestzaal
Juni Di 02/06:
Vr 12/06: Vr 19/06:
Gulden leeftijd “Het wonder wijzen” Om 15u in de spreekkamer Vr 05/06: Bedevaart naar Scherpenheuvel. Di 09/06: Een dreupel poësij “Gelaat, hand en voet”. Om 15u in spreekkamer Café chantant. Om 15u in de feestzaal Filmnamiddag. Om 15u in de feestzaal.
14.
De Vier Seizoenen
Pastorale Nieuwsbrief In deze brief wordt het pastorale tijdschema van het lopende kwartaal weergegeven. • Elke maandag: eucharistieviering in de feestzaal om 15 uur • Elke eerste vrijdag van de maand: Stille gebedsdienst om 11u in de kapel op -1 • Biechtviering: dinsdag 7 april om 15u in de feestzaal • Goede Vrijdagviering: vrijdag 10 april om 15u in de feestzaal • Pasen: zondag 12 april - feestelijke misviering om 10u30 in de feestzaal • Rozenhoedje: alle dinsdagen tijdens de maand mei om 16u30 • O.L. Heer Hemelvaart: maandag 25 mei – misviering om 15u in de feestzaal • Pinksteren: zondag 31 mei - feestelijke misviering om 10u30 in de feestzaal • Bedevaart naar Scherpenheuvel: vrijdag 5 juni
Het einde der werkzaamheden is in zicht Neen, nog niet de afwerking van het binnenplein. Door onverwachte hindernissen in de ondergrond moeten de plannen hier immers worden aangepast. Welke werkzaamheden zijn dan voltooid? Vooreerst werd het systeem van de brandalarmen aangepast, waardoor de verpleging bij brandalarm sneller weet vanuit welke flat het alarm komt. Vervolgens werd het oproepsysteem van de flats vernieuwd omdat het vorige in toenemende mate problemen gaf. Dit nieuwe oproepsysteem loopt via de telefonie. We dienden deze keuze te maken om veel kap- en breekwerk voor de vernieuwde bedrading te vermijden. Door deze verbinding met de telefoonlijnen konden we er ook gebruik van maken om de telefonie te vernieuwen. Dit heeft als voordeel dat we betere prijzen konden verkrijgen, en bovendien dat bewoners van het Dijlehof en het Hertogenhof voortaan gratis met elkaar en met de diensten van het huis kunnen bellen. Deze oproepen worden door de centrale behandeld als binnenlijnen. Nadeel is dat men voor buitenshuis voortaan een 0 (nul) dient te drukken, vooraleer het abonneenummer in te toetsen. De huidige bewoners hebben hun nummer kunnen behouden, maar nieuwe bewoners zullen een nummer toegewezen krijgen.
15.
De Vier Seizoenen
Klinkende klokken in Leuven In het verleden, vijftig jaar geleden nog, kon je in het centrum van Leuven, toen op het middaguur het angelus klepte, een klein klokkenconcert horen. Onder de plataan in wat nu de tuin van Dijlehof/Hertogenhof is, werden de klanken opgevangen van de klokken van het studiehuis en de kerk van de jezuïeten die op deze plek stonden, van het JustusLipsiuscollege en het tehuis De Goede Herder in de Minderbroedersstraat, van de Predikherenkerk in de Onze-Lieve-Vrouwstraat, van Paridaens, het Iers College van de Ierse franciskanen en de Sint-Antoniuskapel van de picpussen aan het Damiaanplein. Er was in die tijd in het centrum om zo te zeggen geen straat waar niet een of ander klooster stond. Bij elke kerk, kapel of klooster hoorde ten minste één klok of klokje. En scholen als het Sint-Pieterscollege hadden een roepklok op de speelplaats om het begin van de lessen en het einde van de speeltijd aan te kondigen. Het angelus ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds en de uurslagen markeerden in vroegere tijden de dagindeling van de goegemeente.
De klok aan de toren van de Sint-Jacobskerk slaat het uur al meer dan 500 jaar. (foto jdr)
Veel daarvan is in minder dan een halve eeuw verloren gegaan. Om het huidige Leuvense klokkenbestand te vrijwaren en om de beiaardtraditie in deze stad te bevorderen werd in 1988 de vereniging Campanae Lovanienses opgericht. Zij begon een inventaris van de klokken te maken en publiceerde de resultaten in een Nieuwsbrief. De twintig jaargangen van deze Nieuwsbrief vormen de basis voor het mooi uitgegeven en behoorlijk geïllustreerde boek Campanae Lovanienses, Het klokkenpatrimonium van Groot-Leuven dat in december jl. is verschenen (Leuven,
16. De Vier Seizoenen Peeters, 2008, 340 blz., 55 euro, ISBN 978-90-429-2185-6). De redactie ervan was in de handen van Twan Bearda, Jacques Sergeys en Jef Teugels. Het boek begint met een beknopte geschiedenis van Leuven als “stad van klank”. Volgt een bewerking van artikels van wijlen Francis Elliott s.j. over de religieuze betekenis van de klok en over de paasklokken. Een eerder technisch hoofdstukje bekijkt de samenstelling van het klokgelui in Leuven. Vervolgens krijgt de traditie van de klokkengieters in Leuven bijzondere aandacht. In deze stad hebben veel klokkengieters gewoond en gewerkt. De bekendste namen zijn Vanden Gheyn, Van Aerschodt, Sergeys. Van circa 1500 tot vandaag vormen zij door aanverwantschap vast een dynastie. Jacques Sergeys sloot de rij. Zijn gieterij in de Vesaliusstraat ging in 1980 dicht. Ook klokkengieters van buiten Leuven van wie in de stad klokken hangen, komen aan bod. Inventaris Het grootste deel van het boek is gewijd aan een inventaris van de klokken in GrootLeuven. Binnen de ring worden acht kerken en vijftien kloosters opgesomd, buiten de ring achttien kerken en kloosters tezamen. Daarna volgen tien universiteitsgebouwen en acht burgerlijke gebouwen en “architecturale objecten” met klokken. In drie torens hangt een beiaard: in de Sint-Pieterskerk, de Sint-Geertruikerk en de Universiteitsbibliotheek. Vanaf de kerk van het Groot Begijnhof, vanaf het Arenbergkasteel in Heverlee en vanaf de abdij van Park weerklinkt automatisch klokkenspel. Per kerk, kapel of gebouw wordt de historische context geschetst en elke klok gedetailleerd beschreven. In totaal telt Leuven thans meer dan driehonderd klokken. Op het eerste gezicht vertoont het boek wetenschappelijke ambities. De verwachting wordt gewekt dat het als referentiewerk zal dienen. Het bevat helaas nogal wat onnauwkeurigheden. Bij voorbeeld, een Latijns opschrift op klokken in de SintKwintenskerk wordt vertaald als “A.L.J. Van Aerschodt, de oudste opvolger van…”; dat moet zijn “A.L.J. Van Aerschodt senior, opvolger van…” (blz. 142). In het Campanologisch lexicon achteraan in het boek wordt onder het trefwoord “Roepklok” geen definitie gegeven; alleen de roepklok in kloosters wordt vermeld (blz. 304), terwijl er elders in het boek roepklokken met andere functies worden besproken. Nog in dat lexicon staat het trefwoord “Stemming” tweemaal, met elkaar overlappende verklaringen (blz. 305-306). Een ander voorbeeld van gebrekkigheid: het hoofdstuk over de Predikherenkerk (blz. 114) begint met uitleg over de Sint-Antoniuskapel. De lezer vraagt zich af waarom. Zonder overgang, van de ene zin op de andere, gaat het daarna ineens wel over de Predikherenkerk. Nog een staaltje van tekortschietende zorgvuldigheid: in de overgang van blz. 185 naar 186 ontbreekt een stuk tekst. Dergelijke slordigheden ontsieren een op zich lofwaardig initiatief. Om zijn ambities waar te maken, moet dit werk een grondig herziene uitgave krijgen. Jef De Roeck
17.
De Vier Seizoenen AKTIVITEIT HERTOG VAN BRABANT: Frieten maken
Vele handen maken licht werk!
Daar heb je kracht voor nodig.
Het eindresultaat: Mmmmm…
Er wordt met precisie gewerkt.
En men zag dat het goed was.
18.
De Vier Seizoenen
Heksen in het Leuvense Over heksen worden soms zinnige dingen meegedeeld, maar veel meer onzin. Tekenfilms, Hansje- en Grietje-illustraties enz. zorgen ervoor dat het beeld van de heks bij het grote publiek verkeerd overkomt. Het uit de Verenigde Staten overgewaaide commercieel gedoe dat Halloween (= Allerheiligenavond) heet, heeft dat beeld nog meer vertroebeld. Drie eeuwen lang heeft vooral in West-Europa de heksenwaan gewoed. Niet in de middeleeuwen, maar van de 15de tot het einde van de 18de eeuw.
Wie of wat was een heks? Op deze vraag kunnen wij hier maar zeer beknopt en dus onvoldoende genuanceerd ingaan. In alle culturen, van in de grijze oudheid, heeft men geloofd dat er mensen waren "die meer konden", die "konden toveren". Bij voorbeeld brand stichten op afstand, een kind uit de buurt doden door een steen op de grond te gooien, de oogst vernietigen door een bepaald geheim woord uit te kramen, iemand doden of kwetsen door spelden te steken in een popje dat de persoon voorstelt enz... Men spreekt naast toverij ook van zwarte magie. Voorts geloofde men ook dat die mensen door de lucht konden vliegen, al dan niet op een bezem. Verder was men ervan overtuigd dat ze zich in een bepaald dier konden veranderen (hond, wolf, kat, beer, paard...). Waarom doet men zoiets? Sommige dieren hebben meer kracht, lopen vlugger, kunnen zwemmen, hebben geen kou dankzij hun pels enz. Ook na de evangelisatie, de kerstening van onze voorouders (7de – 9de eeuw), bleef men aan toverij geloof hechten. De kerk heeft alles in het werk gesteld om dit bijgeloof uit te roeien maar slaagde daar niet in. Ketterijen zijn er al in de eerste eeuw geweest, maar vanaf de 12de - 13de eeuw liep het helemaal mis. Denken we maar aan de Katharen in Zuid-Frankrijk. Langzaam rijpte de idee dat ketterij en toverij even slecht waren en dus met de vuurdood moesten worden gestraft. Speciale rechtbanken om ketterij en toverij te beoordelen werden opgericht: de inquisitie. En nog kwam er geen einde aan. In 1484 gaf paus lnnocentius VIII een bulIe uit waarin hij zijn ongerustheid beklemtoonde. Hij gaf twee Duitssprekende inquisiteurs, de dominicanen Kramer en Sprenger, de opdracht een boek te schrijven over magie enz. Het resultaat verscheen in 1487 en heette “Malleus Maleficarum”, “de Heksenhamer”, letterlijk: “de Hamer tegen de Kwaaddoensters”. Dankzij de nieuwe uitvinding, de boekdrukkunst, kende het werk een geweldig succes. De twee schrijvers namen de oude bestanddelen op (toverij, door de lucht vliegen, zich in een dier veranderen...) maar voegden er twee elementen aan toe. Het zijn alleen vrouwen die zoiets doen (“Maleficarum” is vrouwelijk meervoud)
19. De Vier Seizoenen en ze staan in nauw contact met de duivel. Ze vliegen naar een plein om met de duivel te stoeien (= heksensabbat) of dansen om hem heen (=heksenkring). Een heks is dus een vrouw die met de duivel samenwerkt, kwaad berokkent, door de lucht kan vliegen en zich in een bepaald dier kan veranderen. Dan breekt de heksenwaan los. Niet alle betichte vrouwen werden verbrand, vaak kwamen ze weg met een boete of verbanning. Ook is het niet overal even erg geweest. De meesten werden verbrand in Duitsland, Zuid-Zweden, Zuid-Oost Frankrijk, OostEngeland. Bij ons vooral in wat nu West-Vlaanderen is en Zuid-Limburg. In Antwerpen werd in 210 jaar tijd één heks verbrand. In Leuven hadden tussen 1600 en 1612 veertien heksenprocessen plaats. Er dient aangestipt te worden dat de meeste terechtstellingen in Zuid-, West-, Noord- en Centraal-Europa plaatshadden in de 17de eeuw, de tijd van Lessius, Vondel, J.S.Bach. Het laatste proces in onze streken vond plaats in 1684 in Sinaai-Waas, hoewel sommige auteurs Hechtel-Eksel noemen. Zwitserland heeft de treurige faam de laatste heks verbrand te hebben, in 1782. Daarna was het officieel gedaan, maar de volksmensen, zij geloofden voort. Omstreeks 1950 wilden de Vlaamse universiteiten Gent en Leuven aan volksverhaalonderzoek doen door ter plaatse bij de mensen verhalen te noteren naar Duits en Fins voorbeeld. Ik was de eerste student die optrok en heb tussen 1949 en 1994 vijfhonderd verhalen opgetekend in het westen van het Hageland, de Kempen en Antwerpen-Stad. Na mij zijn er tientallen anderen aan het werk geschoten en momenteel beschikken we - voor de K.U.Leuven alleen over ongeveer zeventigduizend verhalen. Een groot deel ervan is door het Davidsfonds in de loop der jaren uitgegeven (Stefaan TOP, Op verhaal komen). Je kan ook een samenvatting van de verhalen (zonder persoonsnamen en adressen) op het internet vinden: www.volksverhalenbank.be. Daar moet je de gemeente aantikken en dan het verhaalmotief (b.v. heksen, weerwolf, duivel, vuurman, lodder met zijn ketting... enz.). Persoonlijk heb ik ook in de onmiddellijke omgeving van Hertogenhof/Dijlehof heksenverhalen opgetekend: in de Predikherenstraat, de Onze-Lieve-Vrouwstraat, de Sint-Annastraat, het Begijnhof… Hieronder volgen vier door mij in 1950 opgetekende verhalen. Alfons Roeck, dr. Litt.
Predikherenparochie (O.L.Vrouwstraat, Sint-Annastraat) Heksen in de kerk “In de Predikherenparochie daar was ook een toveres. De mensen gingen klagen bij de pastoor omdat ze de ziekten altijd weghaalden (altijd ziek werden) aan de communiebank waar dat die één ook zat. Dat waren wel vijf, zes mensen die betoverd waren in de kerk.
20. De Vier Seizoenen “Wijle hebben het recht niet van die buiten te zetten”, zei de pastoor. “De kerk is voor iedereen open. De paus wil dat niet dat wij die buiten zetten.” Een vrouw van de parochie had haar kind verloren. Dat had een heiligdommeke (een scapulier die tegen hekserij moest beschermen) van dat wijf gekregen, maar dat was een vals. Het was eraan gestorven. En als die vrouw naar het kerkhof ging, brak ze haar been. Mijnheer pastoor kendie die vrouwlie (vrouwen). Hij was erover aan ’t preken en ze zaten onder de preekstoel. “Past goed op voor die vrouwlie”, zei hij, “vooral die onder mijn preekstoel”. Ik ging naar de achturenmis en ik zie die één (de heks). Ze wou korter (dichter) bij mij komen. Die loopt daar onder de mis zomaar rond. Ik pak onze sleutel, dat was zo een grote, ge weet wel van die oude huizen. Ik sta voor mijn stoel. Ze draait en keert haar. Ik stond op ’t lest met mijn rug naar de autaar en ik volgde haar zo. Had ze me willen raken. Ik had haar neergeslagen. Ge hebt toch slechte mensen!” (Naaister, 90 jaar)
Heks in de kerk (illustratie Henri Lievens, uit het boek “Belgische sagen en legenden” van Alfons Roeck en Léon Marquet, Antwerpen 1980)
De prikpop “Bij de broer van mijn grootmoeder was er zo een nombro (een nummer, een berucht iemand; in dit geval een heks). Die was alle nachten laat op. Een keer hadden ze die afgespioneerd. Dan haalde ze een zwart manneke uit een kaske en daar was ze altijd
21. De Vier Seizoenen mee bezig. Het schijnt dat ze dat moeten doen. Ze moet dat te weten gekomen zijn en van dan af zagen ze niks meer. Op een nacht hoorden ze een verschrikkelijk lawijt in dat huis. De geburen liepen binnen en hoorden iet boven op de zolder. Zijle (zij) naar boven en de valdeur die openstond was heleganst bewassen met grijs haar. Ze hebben dat haar afgebrand en ze hebben dat wijf nooit meer gezien.” (Naaister, 90 jaar) De heks bezigt een prikpopje, een martelpopje. Als ze daar spelden insteekt, kan ze een persoon doen lijden, ook als hij/zij ver weg woont. Men noemt dat invultatie of envoutement. Denk aan de Voodoo.
De Beriotstraat Het gewonde heksendier “In de Kattestroot (oude Leuvense naam van de huidige de Beriotstraat) was er een betoverd. Zij hadden daar van alles aan gedaan. Maar dat was een kat die daar gedurig aan in de straat doorliep. Dan hebben ze naar die kat geschoten en ’s anderendaags lag er een vrouw uit de geburen in haar bed met haar been af.” (Naaister, 85 jaar) Heksen kunnen zich uit vrije wil in een dier veranderen.Wanneeer zo’n dier verwond wordt, dan draagt de heks in mensengedaante een gelijkaardige wonde en dit op dezelfde plaats van het lichaam waar het dier getroffen werd. Men noemt dit wondoverdracht.
Begijnhof Het gewonde heksendier “In ’t soldatenkwartier (= Spaans kwartier, een gedeelte van het Groot Begijnhof) nietwaar, daar viel van alles voor, de dood was daar gedurig in de stallen van de beesten en de mensen stierven er onverwachts. Daar was daar een zwarte kat en als die gepasseerd was viel er dan zoiets voor. Op ne keer was er weer een koei dood en dat mens zei: “Als ik ze nu nog ne keer zien, werp ik ze dood”. En ze kwam weer en ze smeet er ne steen naar en ze trefte haar aan de schouder. En ‘s anderendaags was er een moeike (vrouwtje) dat daar wat verder woonde, die geblesseerd was en heleganst ingepakt was en zo wisten ze dat ze de toveres (heks) was.” (Huisvrouw 45 jaar, moeder van Alfons Roeck )
22.
De Vier Seizoenen
Paridaens op kerstbezoek
23.
De Vier Seizoenen
Met klopper en deegrol Het koffie-eiland op bezoek in de Hertog
Dinsdag 24 februari 2009 liet Mia, van de dienst animatie, ons kennis maken met het Koffie-eiland. Onze bezoekers waren in de wolken met dit leuk initiatief en konden hun ogen niet geloven toen ze ermee binnen reed! Op het eiland zelf stond een groot, professioneel koffiemachine. Het geluid alleen al van het malen van échte goeie koffiebonen…. En dan de geur er nog eens bij: iedereen begon al te watertanden! De bezoekers konden allen zelf hun eigen ‘tas’ of tasje uitzoeken en dan begon de keuze: met melk? Met slagroom? Met melk én slagroom? Daarbovenop nog chocoladeschilfers? Als dàt geen verwennerij is… Er heerste een leuke, gemoedelijke sfeer: er werd rustig geproefd en vergeleken, ook door het personeel natuurlijk! Het werd een leuke namiddag, een verrassende activiteit, waar nu nog veel over gesproken wordt! “Kan dat niet iedere week?” Dat horen we graag en we kijken al uit naar het verweneiland!
24.
De Vier Seizoenen
Verwendag door de studenten van het St Jozefinstituut (Kessel-Lo)
25.
De Vier Seizoenen Verslag familieraad Lessius 06/11/2008
Transferbeleid Indicaties voor transfer naar andere afdeling. De bewoner woont het best op de afdeling die voor hem/haar de beste zorgen kan verzekeren. In Lessius verblijven bewoners die fysiek nog in orde zijn en overdag geen bedrust nodig hebben. Verblijf op Lessius is niet mogelijk bij te grote gedragsstoornissen of fysieke achteruitgang. Indien verblijf in Lessius niet meer mogelijk is kan de bewoner naar een andere afdeling getransfereerd worden (Hoog- of Neerdijle). Lessius biedt kleinschalig wonen aan voor mensen met toenemende vergeetachtigheid. De samenwerking met de andere afdelingen is belangrijk. Er komt een vraag van een familie over de werking van Hoogen Neerdijle. Rudi licht deze even toe. Aan een familielid van een bewoonster die op de transferlijst staat wordt gevraagd om zijn gevoelens en bedenkingen daarover even toe te lichten. Hij heeft het bericht van transfer met gemengde gevoelens ontvangen. Het is natuurlijk de confrontatie met de achteruitgang van je familielid. Toen mevrouw in het ziekenhuis was met heupfractuur verliep die verzorging niet goed. De verpleging was er niet vertrouwd met het omgaan met dementerenden. In Lessius krijgt mevrouw de beste zorgen en hij vertrouwt erop dat als mevrouw naar een andere afdeling wordt verhuisd, zij daar ook de beste zorgen zal krijgen. Er komt een vraag wat de impact is van een verhuis op de bewoner. Doordat de bewoner zieker is geworden zal hij minder op zijn zorgomgeving reageren. Een verhuis zal weinig effect hebben op de bewoner. Dr.Triau geeft ook aan dat een beslissing voor transfer niet lichtzinnig wordt genomen. Er zijn verschillende momenten van overleg met het team, de sociale dienst, de directie en Dr.Triau voordat de beslissing wordt genomen. Met druk van buitenaf (lange wachtlijst) wordt geen rekening gehouden en hij beïnvloedt niet het transferbeleid. Team Lessius : Probleemgedrag Door mentale ziekte vertonen de bewoners wel eens problematisch gedrag. Wat is onze houding om met storend gedrag om te gaan? Hoe staat het met de tolerantie van de bewoners onderling? Hoe begeleiden we dat? Voorbeelden 1. “brandjes blussen” in de living. Bewoners leven samen, hebben hiervoor zelf niet gekozen. Het kan al eens botsen tussen de bewoners onderling vb. er staat een plantje op de tafel en een van de bewoners beweert dat dit plantje van haar is, terwijl een andere bewoner het heeft gekregen. Je kan dan wel zeggen “Mevr. X heeft dit van haar dochter gekregen”, maar dat komt voor bewoner Y dan wel hard aan omdat je haar of hem ongelijk geeft. Plantje wegnemen bedaart de gemoederen. Bewoners geven elkaar onaardige opmerkingen, waarop soms fel wordt gereageerd. Je kan hierop reageren en bewoners proberen af te leiden door een anekdote te vertellen, of iets voor te lezen of door een van de bewoners even mee te nemen naar andere living, of voor een boodschap naar het secretariaat.
26.
De Vier Seizoenen Tolerantie tussen bewoners is niet 24 uur op 24. Soms irritaties over kleine dingen.
2. Bewoner die herhaaldelijk vraagt om naar toilet te gaan, soms wel 4 of 5 keer op een uur tijd. De bewoner is vergeten dat hij reeds naar toilet ging of het komt ook door onrust. Dit is storend voor andere bewoners en we kunnen daar ook niet altijd op ingaan. Als op dat ogenblik familie van een bewoner bij ons binnenkomt, hoort de familie alleen dat wij weigeren om iemand naar het toilet te begeleiden. De familie hoorde niet wat hieraan vooraf ging, dat de bewoner al een hele namiddag voortdurend vraagt om naar wc te gaan. Het team ervaart dit als onaangenaam en heeft de neiging om zich te verantwoorden waarom geweigerd wordt een bewoner naar het toilet te begeleiden. Als hij “vergeet” dat hij naar wc is geweest en telkens en telkens opnieuw vraagt….. Je kan proberen hem af te leiden en met iets anders bezig te houden vb. samen in een tijdschrift bladeren, of mee laten helpen met afwas of netbroekjes laten opplooien. 3. Sommige bewoners blijven maar rondlopen en rondlopen, zeggen of geven aan dat ze erg moe zijn of rugpijn hebben, maar als je hen naar een zetel begeleidt, dan zijn ze binnen de vijf minuten weer aan het rondlopen. Zo wordt de bewoner oververmoeid, maar heeft niet de reflex om te gaan zitten, de rusteloosheid is te groot. Oververmoeidheid echter geeft meer kans op vallen. Daarom wordt iemand in de relax gezet met een tafeltje ervoor zodat hij een beetje rust zou nemen. Valpreventie: Een tafeltje voorzetten als ze in de relax zitten kan rusteloosheid nog doen toenemen, maar kan ook de bewoner rustiger maken. Dus we moeten steeds evalueren hoe hij erop reageert. Er wordt de opmerking gemaakt dat als een voorzettafeltje op de relax wordt geplaatst, ontneemt die de mogelijkheid tot activiteit aan bewoner. Maar zelfs met voorzettafeltje kan je iemand betrekken bij activiteit (vb. helpen afdrogen, tijdschrift bladeren) 4. Sommige bewoners zijn zeer achterdochtig en beschuldigen andere bewoners of personeel of familieleden ervan persoonlijke dingen weggenomen te hebben vb. ze vinden hun handtas niet en een andere wordt ervan beschuldigd deze te hebben meegenomen. Als het personeel dan op de kamer gaat zoeken, vinden we dikwijls – maar niet altijd – het “verloren” voorwerp terug, goed weggestopt in een doos, in een zak, achteraan of helemaal onderaan in een kast…. Zo worden ook wel dingen definitief kwijtgespeeld. Een andere vorm van paranoia: een bepaalde bewoner denkt dat de anderen over hem of haar roddelen. Ze kunnen zeer boos reageren hierop. Het beste is de persoon proberen af te leiden of even af te zonderen zodat hij/zij tot rust kan komen. 5. Sommigen hebben ook problemen met één bepaalde bewoner. Sommigen van de dames hebben niet graag dat een mannelijke bewoner te dicht in hun buurt komt. Ze zijn bang. Dit uit zich dat de dame in kwestie ofwel helemaal gaat “wegkruipen”, maar kan ook agressief uit de hoek komen, zowel verbaal als fysiek (slaan). Of aversie naar één bepaalde persoon toe misschien omdat deze hem herinnert aan iemand bij wie hij slechte ervaring had. Vb. Wijlen X dacht dat ik zijn dochter was, met wie hij een slechte relatie had, en slingerde verwijten naar mijn hoofd. 6. Ontremd gedrag. Vb. mannelijke bewoners die naar personeel toe seksuele opmerkingen geven. Als hulpverlener moet je in zulke situatie scherp je grenzen stellen. Als dit tussen bewoners gebeurt moeten wij toch alert hierop zijn en er goed op bewaken dat niemand niet gekwetst of geschaad wordt. Nog voorbeeld van ontremd gedrag : een bewoner die constant om aandacht vraagt door voortdurend aan het personeel iets te vragen of commentaar te geven (geef me
27.
De Vier Seizoenen een koekje, je kijkt alweer niet om naar mij, zie hoe die daar zit,…..) Dit is moeilijk om mee om te gaan want bewoner zal toch niet zwijgen omdat wij vragen even rustiger te zijn. Eventueel medicatie geven hiervoor als het echt te storend is.
7. Door apraxie “tafelmanieren” kwijt zijn. Dit uit zich door niet meer met mes en vork te kunnen eten, maar ook door vb. het melkkannetje leeg te drinken of de “bruine stippen” in het bruine brood aan te zien als vuiltjes en deze proberen uit de boterhammen te halen. Dit is soms confronterend voor bewoners die bij deze persoon aan tafel zitten en mentaal nog in staat zijn om wel met mes en vork te eten. Dit kan aanleiding geven tot vele opmerkingen door anderen. Het beste is proberen die mensen aan tafel samen te zetten die nog maar weinig inzicht hebben in het maaltijdgebeuren om zo de confrontatie te beperken. 8. Agressie. Agressie kan ontstaan door iets waar wij “geen reden”voor zien. Vb. iemand ’s avonds uitkleden voor het slapengaan. Bewoner kan agressief worden als je zijn of haar trui wil uitdoen. De bewoner ervaart dit op dat moment helemaal anders dan wat wij bedoelen. Het is natuurlijk ingrijpend en bewoner kan dit ervaren als dat we hem/haar als een kind behandelen (moeder die het kindje uitkleedt). Of hij begrijpt niet wat we vragen. Agressie kan zowel verbaal als fysiek. Reageer niet boos, dit doet de agressie toenemen. Probeer de persoon persoonlijk aan te spreken, oogcontact te houden. Toon dat je luistert. Indien de bewoner niet kalmeert is het beste je te verwijderen en hem/haar even alleen te laten. 9. Wegloopgedrag. Door cijferslotcode proberen we te voorkomen dat bewoners “weglopen”. Dit kan bij sommigen een gevoel geven dat ze opgesloten zijn. Anderzijds geven we de bewoners wel de vrijheid om in het huis rond te lopen en te gaan waar ze willen.. Iemand meldt dat een cijferslotcode voor veiligheid van bewoners toch een opgesloten gevoel geeft. 10. Decorumverlies. vb. kleren uittrekken in de living. Proberen af te leiden. Niet gemakkelijk. 11. Angst. Soms geen oorzaak te achterhalen. Kan door kleine veranderingen veroorzaakt worden vb. veranderingen in dagelijkse routine. Of een bewoonster is ervan overtuigd dat ze de kinderen van school moet halen en merkt dat dit niet lukt. Of als de bewoner inzicht heeft in eigen “falen” vb. apraxie waardoor een handeling niet lukt, of beseft dat hij veel vergeet. Luister, wees empatisch, blijf rustig, probeer voor afleiding te zorgen.
Er worden nog enkele vragen gesteld door de familie. Moeten we de bewoners niet méér stimuleren? Overstimuleren is mentaal te belastend voor de bewoner. Iemand kan wel deugd hebben aan vb. kiné maar overstimulatie is niet nodig. Een bewoner die liever in de fauteuil blijft zitten dan te gaan wandelen in de tuin is normaal: waarschijnlijk voelt deze zich zo veiliger dan in die grote tuin. Er wordt nog opgemerkt dat vroeger een 80-jarige meestal in de fauteuil zat, en dat we nu meer activiteit verwachten van onze vader of moeder, terwijl ze ook 80+ zijn.
28.
De Vier Seizoenen
Nieuwjaarsreceptie voor het personeel en vrijwilligers 05/02/2009
29.
De Vier Seizoenen
Zeg ‘n keer uw gedacht : De Verpleegkundigen De laatste tijd zijn er in Dijlehof toch wat nieuwe verpleegkundigen gestart. Tijd om er eens twee te gaan interviewen. Ingrid Roelens werkt op Neerdijle als verpleegkundige en Bruno Struyf op Hoogdijle. Twee jonge mensen die hun hart en ziel in deze job leggen.
Hoe zijn jullie in Dijlehof terecht gekomen? Bruno: ”Ik heb verpleegkunde gestudeerd aan de St. Franciscusschool voor verpleegkunde hier in Leuven. Ik heb in Dijlehof stage gedaan en het werken met ouderen boeide me.” Ingrid: ”Ik heb dezelfde studie gedaan als Bruno en heb dan eerst twee maanden vakantie genomen, om daarna op zoek te gaan naar een job. Na enkele sollicitaties ben ik terecht gekomen in Dijlehof.” Hoe ziet een doorsnee werkdag er uit voor jullie? Ingrid: “Dit is afhankelijk van welke shift ik heb. Het komt er vooral op neer dat ik medicatie nakijk en uitdeel, hulp biedt in de verzorging en huisartsen opvang wanneer deze langs komen. Er moet ook overleg gepleegd worden met andere collega’s. “ Bruno: “Er zijn ook echt wel specifieke verpleegkundige taken: zoals bloednamen, wondzorg, enz. Je moet ook taken kunnen delegeren naar collega’s toe, naar studenten toe en er is ook een deel administratieve taken.” Waar liggen dan precies de accenten in je taak als verpleegkundige in het woon- en zorgcentrum? Bruno: “Coördineren, delegeren en kwaliteitsvolle zorg aanbieden. Dat zijn toch wel belangrijke pijlers.” Ingrid: “De accenten liggen allemaal rond de gezondheid van de bewoner. Hier komt veel bij kijken: dat men zich goed voelt, gezien worden als mens, maar ook dat men
30.
De Vier Seizoenen
bv. lekker en mooi gepresenteerd eten krijgt. Je moet ook aandacht hebben voor de gevoelens van de bewoner. Sommige bewoners kiezen ervoor om hier te komen wonen, anderen zijn hier toevallig terecht gekomen. Ook daar moet je rekening mee houden.” Waar hecht je persoonlijk veel belang aan in je werk? Ingrid: “Ik vind het belangrijk om stil te staan en tijd te nemen voor de bewoners: hen zien als mens en voldoen aan hun vragen en behoeftes. Het is vaak al genoeg om een goede en gemeende babbel te bieden. Daar is niet altijd tijd voor, maar ik probeer daar zeker bij stil te staan. Je kan ook terwijl je werkt, een aangenaam gesprek voeren. Je ziet dat sommige mensen oprecht genieten van zo’n moment!” Bruno: “Ik hecht persoonlijk veel belang aan orde, goede communicatie met de bewoner en zijn familie, zodat je een vertrouwensband kan opbouwen en er altijd staan voor je bewoner.”
Jullie werken in teamverband. Hoe valt dat mee? Ingrid: “In team werken is niet altijd even gemakkelijk. Je moet goede afspraken maken om je taak tot een goed einde te kunnen brengen. Communicatie binnen een team is dan ook heel belangrijk. Als er iets fout loopt, begint het ook meestal daar. Het voordeel is wel dat je er nooit alleen voor staat. Je kan terug vallen op je collega’s en dat maakt de sfeer op de werkvloer aangenamer en het werk voelt lichter aan.” Zou je zelf ooit nog willen ruilen voor een job in een ziekenhuis? Bruno: “Zeg nooit nooit, maar ik werk te graag met ouderen. Je kan gerichter werken, meer tijd maken en je kan een vertrouwensband opbouwen hier in een woon- en zorgcentrum.” Ingrid: “Ik heb nog niet in een ziekenhuis gewerkt en heb nog veel jaren voor de boeg, dus dat kan ik niet met zekerheid zeggen. Wat ik goed vind aan een woon- en zorgcentrum is dat alles er rustiger aan toe gaat. In een ziekenhuis ligt dat vaak anders. Maar de rust en de tijd die je de bewoners hier kan geven, vind je niet terug in een andere job. Omdat de bewoners hier lange tijd verblijven, kan je ze echt goed leren kennen en graag zien.” Bedenk eens een slagzin om nieuwe verpleegkundigen aan te trekken in Dijlehof. Bruno: “Dijlehof, voor mensen met een hart voor ouderen!”
Mooie slogan om dit artikel mee af te sluiten en waar ik dus ook volledig achter sta! Bedankt Ingrid en Bruno voor jullie interview en nog veel succes in jullie carrière!
Uw vliegende reporter, Sophie Grobet
31.
De Vier Seizoenen
Teambuilding 06/03/2009 De Doorzetters
Het Dreamteam De Dwaallichtjes
De Roadrunners
The winning team: De Mollen
32.
De Vier Seizoenen Lijn 9 – 9a –9b - 11
“Zodra de lente komt in ’t land zien wij elkander weer !” Dat was de afspraak, nietwaar, en hier zijn wij dan. Onze lijnbus heeft een extra poetsbeurt gekregen. Voortaan rijden wij goeddeels op biobrandstof, nog gezonder, nog gezwinder in de bochten, nog comfortabeler voor onze geachte passagiers.
Op Hertogenhof is de heer Albert Albers overleden. Voor al deze lieve doden gaat dit opgetogen kerklied in vervulling : “Eens komt de grote zomer waarin zich ’t hart verblijdt…dan breekt muziek van snaren aan alle kanten uit…dan zijn wij aangezeten in Gods verheven zaal, en zullen met Hem eten het eeuwig avondmaal”.
Kom, wij gaan een kijkje nemen in onze driedubbeldekker. Bomvol, maar met een wisselende bezetting, dat eindigt nooit. Zijn uit het zicht verdwenen : uit Dijlehof de heer Frans Verlinden, de mevrouwen Adeline Meulemans, Maria Paeyeneers, Marie-Thérèse Helsen, Denise Daniels, Greta Schillebeeckx, Maria Jacques. Ieder van hen heeft natuurlijk zijn/haar levensverhaal. Ze allemaal uit de doeken doen zou ons te ver leiden. Van de twee laatst genoemden willen wij toch iets meer vertellen. Greta Schillebeeckx zag de streep van de honderd jaar al in de verte : volgend jaar half augustus zou het zover zijn. Zij was ongehuwd gebleven om zorg te dragen voor haar bejaarde ouders, de Schillebeeckxen worden oud. Wat haar niet belet heeft evenzo buitenshuis prachtig werk te leveren : voorzitster van de K.A.V., later secretaresse van de CVP-studiecommissie. Tussendoor borduurde zij, met de naald konden haar vaardige vingers aardig overweg, ze toverden echte pronkstukken te voorschijn. Zolang het kon leverde zij haar kostbare bijdrage aan de parochiewerking van Kortenberg. - Maria Jacques van haar kant loopt meer in de kijker. Jarenlang hoofdredactrice van het veel gelezen Vrouw en Wereld. Schrijft jeugdboeken, reisverhalen, detectives, science-fiction tot historische en magisch-realistische romans toe, waarvan vele zich in het Leuvense afspelen.-
Aanwinsten op Dijlehof zijn de mevrouwen Paula Baertsoen, Anna Detiège en Marguerite Vogelaers en de heer Jan Van Gijn. De mevrouwen Emilia Swinnen en Marie-Josée Dumortier komen over van Hertogenhof. Daar heten de nieuwe bewoners : de mevrouwen Beatrice Dumoleyn, Lieve Mangelschots en Lina Mertens Over naar ons personeelsbestand. In de sector verpleeg- en zorgkunde gaan weg : Liesbeth Selders (Neerdijle) en, thuis van alle markten, Linda Holsbeek (nacht). Komen erbij : Rachida Assabane (Hoogdijle), Wendy Berthels (Neerdijle), Manlika Sinphasa (Lessius), Anke Schoemaker (Hoogdijle), Sonia Gaudeus (mobiel team), Inge De Poorter (Hoogdijle), kinesiste Katrien Verboomen. In de sector logistiek verdwijnt Vicky Demares, hoelang hier al werkzaam tot eenieders voldoening. Beginnen er aan : Fabienne Coosemans en Bea Durand. Deze keer zorgt Fatou Faye voor onze kinderaanwas : een dochtertje met de naam Kigzzy. Wie weet zal dit kind, eenmaal groot geworden, in mama’s spoor, de na ons komende generatie bewoners met haar liefderijke zorg koesteren.