A VUmc-compas toetsing
Toets
CAT B 2.2 13-14 / Cursus-afhankelijke toets
Cursus
B2.2 13-14 Sekse, seksualiteit en relaties
Cursuscoördinator (vice-)
dr. L. Gijs / dr. W.S. Simonides
Gelegenheid
1e
Toetsdatum
Maandag 17 februari 2014
Tijd
15.15 – 17.15 uur ( 15.15 tot 17.45 uur voor extra-tijd studenten)
Plaats
TenT-hal VU-campus
Aantal en type vragen
50 vierkeuzevragen
Druk
tweezijdig bedrukt, kleurendruk
Toegestane hulpmiddelen
geen
Studentinstructie: MC-toets: kies het beste (volledig juiste en meest complete) antwoord • • • • • • • • •
mobiele telefoons uit en in de tas onder de stoel alléén toetsbenodigdheden op tafel vul je studentnummer en naam duidelijk in op het formulier kras NIET in de barcode rechtsonder; ook GEEN doorhalingen zo nodig foutieve hokjes corrigeren door zeer goed te gummen vragen over de inhoud van de toets worden NIET beantwoord commentaren na afloop naar de JVC van je cursus toiletbezoek NIET toegestaan fraude wordt bestraft.
Succes!
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 1 van 11
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 2 van 11
1
Wat innerveert de n. ilioinguinalis bij de vrouw? a. Het slijmvlies van de vagina b. De huid van de labia majora c.
De m. cremaster
d. De uterus en de adnexen 2
De ………………. behoort NIET tot de structuren die zich in de funiculis spermaticus bevinden. a. arteria crematerica b. arteria iliaca interna c.
arteria ductus deferentis
d. arteria testicularis 3
Van welk orgaan draineren bij de vrouw de lymfevaten op de para-aortale/lumbale lymfeklieren? De a. ovaria b. externe genitalia c.
cervix
d. vagina 4
De epididymis a. staat in verbinding met de ductus deferens b. is verantwoordelijk voor de spermatogenese c.
mondt uit in de ductus ejaculatorius
d. ligt caudaal van de testis
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 3 van 11
5
Bekijk onderstaande afbeelding.
Welke structuur wordt er met de pijl aangeduid? a. Epididymis b. Vesicula seminalis c.
Glandula bulbourethralis (Cowper)
d. Prostaat 6
Bij welk aspect van de seksuele responscyclus speelt het mediale preoptische gebied van de hypothalamus een centrale rol? a. Aseksualiteit b. Het orgasme c.
Seksuele vermijding
d. Seksueel verlangen
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 4 van 11
7
Bekijk onderstaande afbeelding.
Welke structuur wordt aangeduid met nummer 4? De a. vesicula seminalis b. klieren van Cowper c.
prostaat
d. ampulla ductus deferentis 8
Bij een jonge vrouw met hevige jeuk in de wenkbrauwregio vallen alleen enkele schilfertjes op. Op de huid van de onderbuik zijn vlekkige, grijsblauwe verkleuringen te zien. Waardoor worden de verschijnselen waarschijnlijk veroorzaakt? a. Phthirus pubis (schaamluis) b. Sarcoptes scabiei (menselijke schurftmijt) c.
Herpes genitalis
d. Syfilis(Treponema pallidum) 9
Wanneer is suppletie met testosteron bij vrouwen het aangewezen medische beleid?. Wanneer vrouwen a. een bilaterale ovariectomie hebben ondergaan b. in de overgang zijn c.
een premature ovarian failure hebben
d. een te hoog seksueel verlangen hebben 10
Welk voorbehoedsmiddel biedt de sterkste gelijktijdige bescherming tegen zowel een ongewenste zwangerschap als een SOA? a. De pil b. Lactatieamenorroe c.
Het condoom
d. Het IUD
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 5 van 11
11
Waaruit bestaat bij vrouwen het typisch patroon van overgangsverschijnselen? Uit een combinatie van a. een onregelmatig menstruatiepatroon, vasomotore verschijnselen en urogenitale atrofie b. stemmingswisselingen, overmatige menstruatie en hartkloppingen c.
een onregelmatig menstruatiepatroon, stemmingswisselingen en vasomotore verschijnselen
d. urogenitale atrofie, hartkloppingen en stemmingswisselingen 12
De meest voorkomende seksueel overdraagbare virusinfectie in Nederland is a. anogenitale wratten b. herpes genitalis c.
hepatitis B
d. LGV 13
Waarvoor is Persona bruikbaar? Om a. de vruchtbare periode vast te stellen b. de effectiviteit van het progestativum medroxyprogesteronacetaat te meten c.
tubasterilisatie vast te stellen
d. de werking van het Intra Uterine Device te meten 14
Wat is het chromosomenpatroon bij vrouwen met het Turner syndroom? a. 47, XXX b. 45, X0 c.
46, XX
d. 47, XXY 15
Wat produceren sertolicellen? a. Anti-Muller hormoon b. Dihydrotestosteron c.
Testosteron
d. Gonadotrofinen 16
Naar welke conditie verwijst het vulvaire vestibulitis syndroom (VVS), ook genoemd ‘provoked vestibulodynia” ? a. Diepe dyspareunie b. Oppervlakkige dyspareunie c.
Vaginale pijn met een duidelijke somatische oorzaak (zoals vastgesteld met een wattenstaaftest)
d. Vaginale pijn zonder een somatische oorzaak (zoals vastgesteld met een wattenstaaftest)
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 6 van 11
17
Het TDF-gen, dat ligt in het SRY-gebied van het Y-chromosoom, is noodzakelijk voor de a. ontwikkeling van de testis b. productie van het hormoon van Wolff c.
facilitering van de erotische gevoeligheid
d. masculinisatie van de hersenen 18
Conceptie kan voorkomen worden door de progesteron-receptor binnen 72 uur na de coïtus te blokkeren. Wat is een determinerende factor van deze blokkade? a. Atrofie van het endometrium b. Afname van de contracties van eileiders en myometrium c.
Blokkeren van de afgifte van GnRH
d. Stimulatie van dun cervixslijm 19
Een vrouw kan wel een orgasme krijgen tijdens vrijen met haar vriendin, maar niet met haar echtgenoot. De reden daarvoor is dat haar echtgenoot een minder vaardige minnaar is dan haar vriendin. Tijdens masturberen komt ze wel klaar. Zij heeft a. primaire anorgasmie b. secundaire anorgasmie c.
gegeneraliseerde anorgasmie
d. geen seksuele stoornis 20
Wat faciliteren dopaminerge systemen in de hersenen? a. Erecties b. Het seksuele verlangen c.
Klaarkomen
d. De seksuele verzadiging 21
Welke seksuele reactie is gecorreleerd met oxytocine? Seksuele opwinding en a. seksueel verlangen b. orgasme c.
algemene motivationele tevredenheid met seks
d. seksuele aversie 22
Welk effect heeft woede op de seksuele responscyclus van mannen en vrouwen (zonder seksueel geweld in hun voorgeschiedenis)? Deze emotie a. remt het seksuele verlangen en genitale seksuele opwinding b. bevordert het seksuele verlangen en bevordert genitale seksuele opwinding c.
bevordert het seksuele verlangen en remt genitale seksuele opwinding
d. remt het seksuele verlangen en bevordert genitale seksuele opwinding
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 7 van 11
23
Welk aspect van het vrijen leidt gemiddeld het sterkst tot seksuele tevredenheid bij vrouwen na (behandeling van) baarmoederhalskanker: a. seksuele opwinding b. seksueel verlangen c.
veranderde orgastische sensaties
d. intimiteit 24
Waarvoor wordt de Peniele Pharmaco Duplexscanning gebruikt? Ter bepaling van a. de omtrek van de penis bij seksuele opwinding b. de latentietijd tot een ejaculatie c.
de anatomische en functionele afwijkingen van het peniele vasculaire systeem
d. het voorkomen van erecties tijdens de slaap. 25
Westerse kinderen die slachtoffer zijn geweest van seksueel misbruik vertonen psychologische/psychiatrische klachten in…… van de gevallen a. 2-5% b. 10-20% c.
20-50%
d. 60-80% 26
Wat is een gunstige voorspeller voor de verwerking van seksueel geweld door Westerse volwassen vrouwen? a. Betekenisgerichte coping b. Emotiegerichte coping c.
Positieve reacties door anderen
d. Psychiatrische problemen voorafgaand aan het seksuele geweld 27
Naar welke conditie verwijst phimosis? a. Pijn door het uitblijven van een orgasme b. Pijn ten gevolge van te hoge spanning van de bekkenbodemspieren c.
Een stugge vernauwing van de voorhuid van de penis
d. Pijn bij het vrijen door anale krampen 28
Tot welke ontwikkeling leidt een inactiverende mutatie van een androgeen receptor bij een persoon met een normaal XY-chromosomenpatroon? a. Testes in de buikholte en vrouwelijke uitwendige geslachtskenmerken b. Ovaria en vrouwelijke uitwendige geslachtskenmerken c.
Ovaria en mannelijke uitwendige geslachtskenmerken
d. Testes en mannelijke uitwendige geslachtskenmerken 29
Wat is androsteendion? a. Een hormoon dat wordt gevormd in de bijnierschors van de vrouw b. De niet-actieve vorm van testosteron c.
Een androgeen dat gevormd wordt in het corpus luteum
d. Een eiwithormoon
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 8 van 11
30
Sommige vrouwen kunnen tot op hoge leeftijd alle stadia van de seksuele responscyclus doorlopen. Dit impliceert dat voor het doorlopen van de seksuele respons a. progesteron noodzakelijk is b. androgenen niet nodig zijn c.
lage FSH- en LH-spiegels noodzakelijk zijn
d. oestrogenen niet noodzakelijk zijn 31
Bij welke seksuele disfunctie van mannen worden SSRI’s als behandeling van de disfunctie gebruikt? a. Seksuele aversie b. Te snel klaarkomen c.
Erectiefalen
d. Hyposeksueel verlangen 32
Welke van de onderstaande afwijkingen is geen geslachts-differentiatie stoornis? a. Syndroom van Klinefelter b. Syndroom van Turner c.
Syndroom van Kallmann
d. Androgeen ongevoeligheidssyndroom 33
Bij welke van onderstaande ziektes/besmettingen is een partnerwaarschuwing het meest aangewezen in de medische praktijk? a. Herpes genitalis b. Acute hepatitis b c.
Phthiruspubis
d. Condylomata acuminata 34
Hoeveel Nederlandse jongeren gebruikten (in 2009)(volgens Seksuologie) bij hun eerste vrijwillige coitus zowel de pil als het condoom? a. 3% b. 23% c.
43%
d. 63% 35
Bij het inbrengen van het speculum is het aangewezen druk uit te oefenen op de commissura posterio, omdat daardoor a. de bekkenbodemspieren beter ontspannen b. de fornices en portio beter te zien zijn c.
het speculum bij loslaten minder snel zal kantelen
d. aanraking van de urethra vermeden kan worden 36
De meest waarschijnlijke oorzaak van een vaginitis bij een zwangere is een infectie met a. Candida albicans b. Gardnerella vaginalis c.
Chlamydia trachomatis
d. Trichomonas vaginalis
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 9 van 11
37
Wat is een symptoom van syfilis in het eerste stadium van de ziekte? a. Cardiovasculaire schade b. Een sjanker op de infectieplaats c.
Koorts
d. Neurologische schade 38
Van welke ziekte is meestal sprake bij een urethritis van de man? a. Chlamydia infectie b. Gonokokkeninfectieinfectie c.
Syfilis
d. Aids 39
Bij een aminetest wordt een druppel 10% KOH toegevoegd aan de fluor vaginalis. Indien hierbij een rotte-visgeur ontstaat, is de test positief. Dit is kenmerkend voor een a. infectie met Candida albicans b. acteriële vaginose (dysbacteriose) c.
infectie met Trichomonas vaginalis
d. normale vaginale flora 40
Wanneer mag volgens DSM-IV-TR (2000; cfr. Recepten voor een goed gesprek) een seksuele disfunctie niet gediagnosticeerd worden bij een persoon die een seksuele klacht heeft? a. Het samen voorkomen van verschillende disfuncties b. Bij co-morbiditeit met andere stoornissen c.
Wanneer de seksuele klacht een symptoom is van een andere psychiatrische stoornis
d. Wanneer er een somatische oorzaak is van de seksuele disfunctie 41
Welke uitspraak over de sekse-differentiatie is juist? a. De sekse-differentiatie van de hersenen en de genitalia verloopt parallel b. Sekse-verschillen in de hypothalame structuren zijn voltooid bij de geboorte c.
De differentiatie van de uitwendige genitalia gebeurt tussen de 7de en de 16de week van de zwangerschap
d. Tijdens de puberteit worden de hersencircuits aangelegd die bepalend zijn voor seksueel dimorf gedrag 42
Wat is kenmerkend voor de ziekte van Peyronie? a. Een verstoorde werking van de corpora cavernosa b. Een testosterondeficiëntie c.
Een aantasting van de innervatie van de penis
d. Een vasculair lek 43
Met welk middel wordt orgasme hoofdpijn het effectiefst behandeld? a. Een betablokker b. Paracetamol c.
Nitraat
d. Triptaan
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 10 van 11
44
Bij welke van onderstaande condities zijn een Bulbo Cavernosus Reflex-test en een Cremaster-Reflex test geïndiceerd bij een man met een erectieprobleem? a. Depressiviteit b. Partnerrelatieconflicten c.
Diabetes mellitus
d. Hartkwalen 45
Hoeveel vrouwen die behandeld worden voor baarmoederhalskanker rapporteren tevredenheid over hun seksleven (na de behandeling voor deze ziekte)? a. 1/8 b. 1/4 c.
1/2
d. 3/4 46
Stikstofoxide bevordert a. de processen die leiden tot een erectie b. seksuele aversie c.
de genderdifferentiatie
d. de seksedifferentiatie 47
Wat zijn de meest voorkomende seksuele disfuncties bij mannen met diabetes mellitus? a. Hyperseksueel verlangen en seksuele aversie b. Hyposeksueel verlangen en verlangensdiscrepanties c.
Erectieproblemen en retrograde ejaculatie
d. Erectieproblemen en ejaculatio praecox 48
Bij welke seksuele dysfunctie bij vrouwen is partnerelatietherapie geïndiceerd? a. Primaire anorgasmie b. Secundaire anorgasmie c.
Primaire dyspareunie
d. Primaire stoornis in de seksuele opwinding 49
Welke methoden van dataverzameling horen bij kwalitatief onderzoek? a. Interviews, focusgroepen, observatie b. Vragenlijst, interviews, observaties c.
Experiment, vragenlijst, observaties
d. Interventie, vragenlijst, interviews 50
Wat is in vergelijking met andere onderzoeksvormen kenmerkend en essentieel bij kwalitatief onderzoek? De onderzoeker a. leest de gegevens en kruist belangrijke passages aan b. gaat na hoe vaak bepaalde uitspraken voorkomen c.
leest de gegevens en ontwikkelt (inhoudelijke) thema’s en categorieën
d. vergelijkt de gegevens met de literatuur over het onderzoeksonderwerp
CAT Sekse, seksualiteit en relaties / afn. 17-02-2014
Pagina 11 van 11