A VUmc-compas toetsing
Toets
CAT B 3.1 13-14 / Cursus-afhankelijke toets
Cursus
Infectie en inflammatie
Cursuscoördinator (vice-)
dr. M. van Agtmael / Mw. drs. T.A.M. Hekker
Gelegenheid
2
Toetsdatum
2 januari 2014
Tijd
12:00 – 14:00 uur (14:30 uur voor extra-tijd studenten)
Plaats
TenT-hal VU campus
Aantal en type vragen
59 meerkeuzevragen: 1 tweekeuzevraag, 4 driekeuzevragen,
e
50 vierkeuzevragen, 4 vijfkeuzevragen, geen zeskeuzevragen Druk
tweezijdig bedrukt
Toegestane hulpmiddelen
geen
Studentinstructie: MC-toets: kies het beste (volledig juiste en meest complete) antwoord • • • • • • • • •
mobiele telefoons uit en in de tas onder de stoel alléén toetsbenodigdheden op tafel vul je studentnummer en naam duidelijk in op het formulier kras NIET in de barcode rechtsonder; ook GEEN doorhalingen zo nodig foutieve hokjes corrigeren door zeer goed te gummen vragen over de inhoud van de toets worden NIET beantwoord commentaren na afloop naar de JVC van je cursus toiletbezoek NIET toegestaan fraude wordt bestraft.
Succes!
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 1 van 13
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 2 van 13
1
Legionella pneumophila en Streptococcus pneumoniae kunnen beiden een pneumonie veroorzaken. Het verschil tussen beiden zit ‘m voornamelijk in de a. ernst van het ziektebeeld b. uitscheiding van antigenen in de urine c.
afwijkingen op de X-thorax
d. manier van overdracht 2
Een 35-jarige Nederlandse man heeft 3 kopjes helderrood bloed opgehoest (hemoptoë). Hij heeft een voorgeschiedenis van recidiverende luchtweginfecties en als kind heeft hij kinkhoest gehad. Hij heeft nooit gerookt. Uit een eerdere sputumkweek werden Haemophilus influenzae en Pseudomonas aeruginosa gekweekt. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak van de hemoptoë? a. De ziekte van Churg Strauss b. Bronchiëctasieën c.
Tuberculose
d. Astma 3
Wat is het eerste keus tweedelijns anti-rheumaticum voor de behandeling van reumatoïde artritis? a. Prednison b. Goudinjecties c.
Methotrexaat
d. TNF-alfa antagonist 4
Patiënten die een splenectomie hebben ondergaan hebben een verhoogde kans op een a. Staphylococcus aureus sepsis b. pneumokokkenpneumonie c.
gegeneraliseerde Mycobacterium tuberculosis infectie
d. bovenbuiksabces met anaerobe bacteriën 5
Op de eerste hulp zit een patiënt met een pneumonie die al 8 jaar IV drugs gebruikt. Op zijn linkerarm zijn meerdere littekens zichtbaar en er is een spuitabces te zien in de elleboogplooi. Welke bacteriële verwekker van pneumonie overweeg je in relatie tot het spuitabces? a. Streptococcus pyogenes b. Streptococcus pneumoniae c.
Klebsiella pneumoniae
d. Staphylococcus aureus 6
Welke auto-antistoffen zijn het meest specifiek voor systemische lupus erythematosus (SLE)? a. Antistoffen tegen SS-A en SS-B b. Antinucleaire antistoffen (ANA) en antistoffen tegen topo-isomerase-1 c.
Antistoffen tegen dubbelstrengs DNA en tegen het Sm-antigeen
d. Antistoffen tegen trombocyten en tegen CCP (cyclic citrullinated peptide)
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 3 van 13
7
Een vrouw van 75 jaar die haar gehele leven in Nederland gewoond heeft klaagt over hoesten met purulent sputum en de laatste week ook enkele malen hemoptoë (bodem van een kopje). De eetlust is afgenomen en er is gewichtsverlies. De voorgeschiedenis vermeldt depressie en de ziekte van Menière. Op de thoraxfoto zie je een caviterende lesie in de rechterbovenkwab. Je denkt aan tuberculose. Om welke vorm van tuberculose gaat het hier naar alle waarschijnlijkheid? a. Miliaire tuberculose b. Reactivatie van tuberculose c.
Latente tuberculose
d. Progressieve primaire tuberculose 8
Op de eerste hulp meldt zich een 73-jarige patiënt met een ernstige COPD exacerbatie. Hij is bekend met COPD GOLD stadium IV en is niet gestopt met roken. Hij heeft van de ambulanceverpleegkundige een masker met 100% zuurstof gekregen. Hij is verminderd aanspreekbaar (doet ogen open, maar reageert verder niet). Je doet een arteriële bloedgasanalyse. Wat is de te verwachten uitslag? a. Een respiratoire acidose en een hoog O2 gehalte b. Een hypercapnie en een metabole acidose c.
Een hypoxemie en een respiratoire alkalose
d. Een metabole alkalose en een hypocapnie 9
Welke van onderstaande aandoeningen, veroorzaakt door Staphylococcus aureus, is het kortst van duur? a. Furunkel b. Longabces c.
Voedselintoxicatie
d. Septische artritis 10
Welk van de volgende geneesmiddelen heeft GEEN direct bronchodilaterend effect? a. Salbutamol b. Theofylline c.
Ipratropium
d. Omalizumab 11
Een in Suriname opgegroeide, vanaf zijn 20
ste
in Nederland wonende 55-jarige man heeft
al jaren intermitterende buikpijn en diarree. Hij meldt zich nu bij de huisarts met toename van de buikpijn. Bij lichamelijk onderzoek vind je hepatosplenomegalie. Je denkt aan schistosomiasis. De klachten bij deze patiënt ontstaan door de a. zuigworm Schistosoma mansoni zelf b. granuloomvorming rond de eieren c.
door het lichaam migrerende larven
d. cercariën uit de zoetwaterslak
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 4 van 13
12
6
3
Alveoli zijn heel klein met een volume van circa 4.2 x 10 µm (ongeveer 170 alveoli per 3
mm ). Hoe komt het dat deze kleine blaasje niet samenvallen? a. Alveoli hebben een wand, die samenvallen verhindert b. Alveoli worden door de starre structuur van de long open gehouden c.
Alveoli bevatten surfactans, wat de oppervlaktespanning verlaagt
d. Alveoli blijven open door de continue positieve eind expiratoire druk (PEEP) 13
Een 54-jarige mevrouw komt op het longspreekuur met vermoeidheid en dyspnoe. Daarnaast klaagt zij over een verminderde visus. Zij heeft in haar studententijd gerookt, maar daarna niet meer. Het laboratoriumonderzoek laat een hypercalciëmie zien en een milde leverfunctiestoornis. Een CT-scan toont bihilaire en mediastinale lymfadenopathie en interstitiële longafwijkingen. Welke ziekte dient bovenaan de differentiële diagnose te staan? a. Idiopatische pulmonale fibrose b. De ziekte van Wegener (granulomateuze polyangiitis) c.
Sarcoïdose
d. Lymfangio-leiomyomatose 14
Welke van de onderstaande komt NIET voor als presentatie van een primaire afweerstoornis? a. Langdurige, ernstige diarree b. Abcesvorming van interne organen of subcutis c.
Terugkerende bacteriële infecties
d. Uveïtis (ontsteking van het regenboogvlies) 15
Wat is een veelvoorkomende interactie van ciprofloxacine? a. Verkorting van de APTT (geactiveerde partiële tromboplastine tijd) bij gelijktijdig gebruik van vitamine K–antagonisten b. Verhoging van de resorptie bij gelijktijdig gebruik van metaalverbindingen (zoals magnesiumzouten) c.
16
Verlaging van de resorptie bij gelijktijdig gebruik van met mineralen verrijkte antacida
Een kind van één jaar oud met een blanco voorgeschiedenis heeft twee dagen last van o
hoge koorts (rond 39,5 C). Het hoest veel, net als alle andere kinderen op de crèche. Bij lichamelijk onderzoek maakt het kind geen zieke indruk, er is geen piepen of tachypnoe, KNO-gebied en longen laten geen afwijkingen zien. Welk belangrijk risico loopt dit kind als gevolg van de koorts? a. Gewichtsverlies b. Dehydratie c.
Hartfalen
d. Respiratoire insufficiëntie
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 5 van 13
17
Een man van 35 jaar oud presenteert zich op de spoedeisende hulp met een aanhoudende droge hoest en kortademigheid en koorts. Vijf jaar geleden is bij hem hiv gediagnosticeerd. In de afgelopen jaren heeft hij geen infecties doorgemaakt. Hij gebruikt geen antiretrovirale therapie. Hij heeft subfebriele temperatuur. De X-thorax laat bilateraal 9
een fijnvlekkig, interstitieel en deels alveolair beeld zien. Het CD4 getal nu is 200 x 10 /l. Welke infectie is het meest waarschijnlijk? a. Streptococcus pneumoniae b. Pneumocytis jiroveci c.
Cryptococcus neoformans
d. Mycobacterium tuberculosis 18
Wat is de doorslaggevende factor bij de keuze van een antibioticum voor een patiënt met een prostatitis? a. Farmacogenetica b. Urine-concentratie c.
Halfwaardetijd
d. Nierfunctie e. Weefselpenetratie 19
Welke micro-organismen behoren bij de meeste gezonde mensen in Nederland tot de normale, commensale flora van de luchtwegen? a. Pneumokokken en Mycoplasma pneumoniae b. Aspergillus fumigatus en herpes simplexvirus c.
Vergroenende streptokokken en Neisseria species
d. Escherichia coli en Staphylococcus aureus 20
Theofylline, een fosfodiësteraseremmer, staat bekend om zijn smalle therapeutische breedte. Wat betekent dat? a. Het risico op over- of onderdosering is groot b. Het heeft alleen een plaats in de behandeling van acuut astma c.
Het heeft een zeer korte halfwaardetijd
d. Het heeft veel interacties met andere geneesmiddelen 21
Een nosocomiale infectie is een infectie a. van neus en bijholten b. die in het ziekenhuis behandeld dient te worden c.
22
opgelopen in het ziekenhuis
Astma wordt NIET gekenmerkt door a. inflammatie van de luchtwegen b. bronchiale hyperreactiviteit c.
verlies van longparenchym
d. reversibele luchtwegobstructie
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 6 van 13
23
Wat is de aangewezen behandeling voor een Giardia lamblia infectie? a. Ciprofloxacine b. Claritromycine c.
Mebendazol
d. Metronidazol 24
De meest effectieve manier om de combinatie amoxicilline met gentamicine te doseren is a. amoxicilline en gentamicine beiden 1 x daags b. amoxicilline en gentamicine beiden 3 x daags c.
amoxicilline continu en gentamicine 1 x daags
d. amoxicilline 3 x daags en gentamicine continu 25
Welke van onderstaande aandoeningen van het bewegingsapparaat is geassocieerd met diabetes mellitus? a. Sclerodactylie b. Polyartritis c.
Cheirarthropathie
d. Calcinosis 26
Een kind van vier maanden heeft twee dagen koorts zonder klachten passend bij een luchtweginfectie of gastro-intestinale infectie. Er zijn geen tekenen van meningeale prikkeling. Onderzoek van KNO-gebied en longen levert geen afwijkingen op. Welk onderzoek is nu als eerste noodzakelijk en waarvoor? a. X-thorax voor aanwezigheid van een infiltraat b. Urine-onderzoek voor tekenen van infectie c.
27
Bloedonderzoek voor vaststellen van ontstekingsparameters
Welke bevindingen bij gewrichtsonderzoek worden beschouwd als alarmsignalen? a. Sterke zwelling en pijn in tenminste vier gewrichten b. Koorts in combinatie met een warm, rood gewricht c.
Koorts in combinatie met pijn in meerdere gewrichten
d. Hevige pijn in alle gewrichten 28
Welke lokalisatie van gordelroos is het meest besmettelijk? a. Mond b. Romp c.
Ledematen
d. Rond het oog 29
Mazelen is een zeer besmettelijke virusinfectie. De besmetting vindt normaal gesproken plaats via a. de huid b. de lucht c.
het bloed
d. oppervlakken
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 7 van 13
30
Welke metabole of endocriene aandoening leidt niet alleen tot gewrichtsklachten maar ook tot osteoporose? a. Syndroom van Cushing b. Hypothyreoidie c.
Acromegalie
d. Hemochromatose 31
Welke factor bepaalt de initiële keuze voor een antibioticum voor een patiënt met een pneumonie? a. De ernst van de ziekte (gemeten met bijvoorbeeld een AMBU-score) b. De afwijking op de X-thorax (bijvoorbeeld een lobair infiltraat) c.
32
De hoogte van de temperatuur ( bijvoorbeeld >39º C)
Het antibacterieel effect van de tetracyclines (bijvoorbeeld doxycycline) is gebaseerd op verstoring van a. de eiwitsynthese b. de celwandsynthese c.
de DNA synthese
d. het RNA polymerase 33
Orgaancomplicaties zijn bij sclerodermie van invloed op de prognose. Bij aantasting van welk orgaan is de prognose het gunstigst? a. Nier b. Huid c.
Long
d. Darm 34
Een Escherichia coli die van het perineum “omhoog kruipt” de urethra in en zo uiteindelijk een cystitis veroorzaakt gebruikt daarbij zijn a. flagellen b. cilia c.
pseudopodiën
d. fimbriae 35
Welke van de onderstaande primaire afweerstoornissen is een T-cel defect? a. Wiskott-Aldrichsyndroom b. IgA-deficiëntie c.
X-linked agammaglobulinemie (Bruton)
d. Common variable immunodeficiency (cvid) 36
Wat is de eerste keus behandeling voor een volwassene met lyme artritis, veroorzaakt door Borrelia burgdorferi? a. Amoxicilline b. Doxycycline c.
Ceftriaxon
d. Cotrimoxazol
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 8 van 13
37
Welke afwijkingen worden meestal gevonden bij het longfunctieonderzoek van patiënten met longfibrose? TLC=totale longcapaciteit, TLCO=diffusie capaciteit voor CO, FEV1=forced expiratory volume in one second. a. De TLC is verhoogd en de TLCO is verlaagd b. De TLC is verlaagd en de TLCO is normaal c.
De TLC en de TLCO zijn beide verlaagd
d. De TLC en de FEV1 zijn beide verhoogd e. De TLC is verhoogd en de FEV1 is verlaagd 38
Welk subcutaan toe te dienen ‘biological’ (biofarmaceutisch middel) is geschikt voor de behandeling van reumatoïde artritis? a. Etanercept b. Cyclosporine c.
Infliximab
d. Tacrolimus 39
De term ‘epidemisch’ wordt gebruikt om het gedrag van een infectieziekte-uitbraak te beschrijven, die een groot deel van de humane populatie aandoet. Hoe noemen we infectieziekten die zich beperken tot een specifieke regio? a. Endemisch b. Epizoönotisch c.
Pandemisch
d. Sporadisch 40
Bij vasculitissyndromen kunnen verschillende histologische beelden gezien worden. Welke vorm van vasculitis wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van reuscellen in het biopt? a. Ziekte van Wegener b. Allergische vasculitis van Churg-Strauss c.
Klassieke polyarteriitis nodosa
d. Arteriitis temporalis 41
Bij welke van de volgende infecties is het hoogste percentage positieve bloedkweken te verwachten? a. Impetigo door Staphylococcus aureus b. Nasofaryngitis door Streptococcus pyogenes c.
Otitis media door Haemophilus influenzae
d. Pneumonie door Streptococcus pneumoniae 42
Piepende ademhaling op peuterleeftijd komt meestal door a. astma bronchiale b. virale bronchitis c.
respiratoire bronchiolitis
d. epiglottitis
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 9 van 13
43
Onderstaande larven worden gevonden in de feces van een patiënt met buikklachten na een reis door Zuidoost-Azië. Wat heeft deze patiënt waarschijnlijk gedaan om deze infectie op te lopen?
Foto: lab MMI; 400x vergroot
a. Geen beschermende maatregelen tegen muggenbeten genomen b. Water uit de kraan gedronken c.
Met slippers over vochtige aarde gelopen
d. Onvoldoende verhit vlees gegeten 44
Een opvallend kenmerk in de farmacokinetiek van azitromycine is de a. slechte orale absorptie b. extracellulaire werking c.
lange halfwaardetijd
d. lage weefselconcentratie 45
Tijdens de polymerase kettingreactie (PCR) wordt een klein fragment van het DNA van het micro-organisme (bijvoorbeeld Mycobacterium tuberculosis) exponentieel vermenigvuldigd (er ontstaan miljarden fragmenten). Wat is de beste manier om contaminatie van een volgende PCR door die fragmenten te voorkomen? a. Werken in gescheiden ruimtes b. Werken in een laminaire flowkast c.
De labtafels reinigen met chloor
d. Handschoenen dragen tijdens de gehele procedure 46
Condylomata lata zijn verheven lesies aan anus en/of genitalia als uiting van a. een humaan papillomavirusinfectie b. een hiv-infectie c.
herpes genitalis
d. syfilis
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 10 van 13
47
Virussen kunnen oncogene eigenschappen hebben, dat wil zeggen aanleiding geven tot tumoren. Welk virus is geassocieerd met het nasofarynxcarcinoom? a. Hepatitis B b. Humaan papillomavirus c.
Epstein-Barrvirus
d. Parvovirus B19 e. Humaan T-cel leukemievirus 48
Een 14-jarig meisje heeft koorts, faryngitis en pijnlijke submandibulaire lymfklieren. De door de huisarts ingezette keelkweek laat bètahemolyse zien op de schapenbloedagarplaat. De katalase test van deze kolonies is a. positief b. negatief
49
Een hiv-patiënt met een CD4-getal van 20/μl loopt door deze lage cellulaire afweer meer risico op een colitis door a. rota virus b. Campylobacter jejuni c.
Cryptococcus neoformans
d. cytomegalovirus 50
Een 60-jarige man komt bij de huisarts 1 week na een wondje aan zijn voet, opgelopen tijdens zijn kampeervakantie op de Veluwe. Hij heeft pijn in zijn voet en in zijn kaakspieren met een strak gevoel rond de mond. Wat is het meest waarschijnlijke micro-organisme dat deze infectie veroorzaakt? a. Clostridium perfringens b. Streptococcus pyogenes (groep A) c.
Staphylococcus aureus
d. Clostridium tetani 51
Een 25-jarige vrouw krijgt een paar dagen na een vakantie op Bali algehele malaise, koorts, sufheid en een droge hoest. De huisarts denkt aan buiktyfus. Na lichamelijk onderzoek laat hij laboratoriumonderzoek doen. Met welk onderzoek stelt hij de diagnose? a. Sputumkweek b. Feceskweek c.
Urinekweek
d. Urine-antigeentest e. Bloedkweek
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 11 van 13
52
Een 34-jarige vrachtwagenchauffeur met diabetes mellitus type 1 wordt ziek tijdens een rit naar Italië. In verband met een ontregeling van zijn diabetes wordt hij in Milaan in het ziekenhuis opgenomen. Vier dagen later krijgt hij koorts tot 39ºC, pijn aan zijn voet en een gezwollen rechterbeen bij een wondje tussen de eerste en tweede teen van zijn rechtervoet. Uit de wondkweek komt Staphylococcus aureus. De Italiaanse arts start met flucloxacilline oraal en patiënt mag hiermee naar Nederland. Thuisgekomen zie jij de patiënt die na 4 dagen behandeling nog steeds koorts en een rood been heeft. Wat is in dit geval het grootste risico op een falende behandeling met flucloxacilline? a. Flucloxacilline werkt niet bij hyperglykemie b. Flucloxacilline moet intraveneus gegeven worden bij cellulitis c.
De S. aureus is resistent voor flucloxacilline
d. De S. aureus is niet de oorzaak van deze infectie 53
Karakteristiek voor arbovirussen is dat ze a. worden overgedragen door insectvectoren b. alleen in de tropen voorkomen c.
met antivirale therapie behandeld kunnen worden
d. in mensen meestal symptomatisch verlopen 54
Clostridium difficile kan bij patiënten met antibioticumgebruik Clostridium difficile geassocieerde ziekte (CDAD) geven. De in het najaar van 2013 in het VUmc circulerende stam 027 is klinisch virulenter dan andere types. Wat is hiervoor de meest waarschijnlijke verklaring? a. De patiënten die dit oplopen zijn ernstiger immuungecompromitteerd b. De patiënten die het oplopen gebruiken protonpompremmers c.
De stam is resistent tegen meer antibiotica
d. De stam produceert meer cytotoxine 55
Een 60-jarige man werkt als belastingadviseur, maar heeft nu moeite met fulltime werken omdat hij vermoeid is. Bij het oplopen van 2 trappen is hij buitenadem en hij hoest al een e
paar jaar, waarbij hij iedere ochtend sputum opgeeft. Hij rookt sinds zijn 16 zo’n 20 sigaretten per dag. Je laat spirometrisch onderzoek verrichten en constateert een obstructieve longfunctiestoornis. Je stelt de diagnose COPD. Van welke behandeling is bewezen dat deze de achteruitgang van longfunctie remt en mortaliteit verlaagt? a. Luchtwegverwijders b. Inhalatiecorticosteroïden c.
Stoppen met roken
d. Fysiotherapie
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 12 van 13
56
Dit plaatje geeft het verloop van het antigeen (Ag) niveau en/of de antistofrespons tegen een micro-organisme weer. Welke indeling past het beste bij de nummers 1, 2 en 3? a. 1= IgM, 2=Ag, 3=IgG b. 1= IgA, 2=IgM, 3=IgG c.
1= IgM, 2=IgG, 3=IgA
d. 1= Ag, 2=IgG, 3=IgA 57
Wat is de beste methode om de tijd boven de minimale remmende concentratie (MIC) van penicilline te verlengen bij een patiënt met een endocarditis? a. Dosering per keer verhogen b. Doseerinterval verlengen c.
Retard toediening gebruiken
d. Continu toedienen 58
Een 42-jarige man heeft sinds 6 jaar progressieve lage rugpijn. De pijn neemt toe na belasten van de rug. Daarnaast heeft hij last van startstijfheid na rust, die verdwijnt na enkele minuten bewegen. Aan wat voor aandoening lijdt deze man waarschijnlijk? a. Een traumatische aandoening van het bewegingsapparaat b. Een inflammatoire aandoening van het bewegingsapparaat c.
Een degeneratieve aandoening van het bewegingsapparaat
d. Weke delen reuma 59
Malaria door Plasmodium falciparum wordt ‘malaria tropica’ of ‘maligne malaria’ genoemd. Wat is in het kader van de prognose het belangrijkste verschil tussen deze vorm van malaria en ‘benigne malaria’ veroorzaakt door P. vivax? a. De duur van de exo-erytrocytaire fase b. De duur van de erytrocytaire fase c.
Het aantal aangedane erytrocyten
d. Het sequestreren van de erytrocyten
herCAT Infectie en inflammatie / afname 2 januari 2014
Pagina 13 van 13