A VUmc-compas toetsing
Toets
CAT B 3.1 14-15 / Cursus-afhankelijke toets
Cursus
B 3.1 Horen, zien en voelen 14-15
Cursuscoördinator (vice-)
mw. dr. M. Wintzen / drs. K-J Nauta
Gelegenheid
2
Toetsdatum
Vrijdag 1 mei 2015
Tijd
15.15 – 17.15 uur (15.15 – 17.45 uur voor extra-tijd studenten)
Plaats
TenT-hal VU campus
Aantal en type vragen
50 meerkeuzevragen: 2 driekeuzevragen, 46 vierkeuzevragen,
e
2 vijfkeuzevragen Druk
tweezijdig bedrukt, kleurendruk
Toegestane hulpmiddelen
geen
Studentinstructie: Dit tentamen mag niet door studenten worden meegenomen MC-toets: kies het beste (volledig juiste en meest complete) antwoord • • • • • • • • • • •
mobiele telefoons uit en in de tas onder de stoel alléén toetsbenodigdheden op tafel vul je studentnummer en naam duidelijk in op het formulier kras NIET in de barcode rechtsonder; ook GEEN doorhalingen zo nodig foutieve hokjes corrigeren door zeer goed te gummen vragen over de inhoud van de toets worden NIET beantwoord commentaren na afloop naar de JVC van je cursus drinken is toegestaan, eten NIET (opbergen in tas) toiletbezoek is toegestaan anderhalf uur na aanvang van de toets gedurende het laatste half uur van de toets mag de toetsruimte niet worden verlaten fraude wordt bestraft
Succes!
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 1 van 15
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 2 van 15
1
Een 34-jarige man komt in uw huisartsenpraktijk vanwege een mogelijke tekenbeet. Hij heeft vorig weekend in de duinen bij Zandvoort gewandeld en ontdekte een raar bultje. In de knieholte ziet u het volgende:
(Bron: Huid en Haar 2012-2)
Na verwijdering van de teek ontsmet u de huid. Wat is nu het aangewezen beleid? a. Afwachten of er de komende weken huidafwijkingen ontstaan b. Direct behandelen met doxycycline c.
Serologisch onderzoek op antistoffen tegen Borrelia
d. Direct doorverwijzen naar dermatoloog 2
Een vrouw van 23 jaar heeft eczeem aan haar oorlellen rond de insteekopening van haar oorbellen. Bij welk type allergische reactie past dit en hoe is dat te testen? Het past bij een a. type I reactie, die getest wordt middels priktesten b. type I reactie, die getest wordt middels plakproeven c.
type IV reactie, die getest wordt middels priktesten
d. type IV reactie, die getest wordt middels plakproeven
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 3 van 15
3
U ziet de heer van Duits vanwege plekken in het gezicht. Hij heeft er niet echt last van, maar vindt het erg ontsierend. Bij onderzoek ziet u het volgende:
(Bron afbeelding: Dermnet.com)
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? a. Constitutioneel eczeem b. Seborrhoisch eczeem c.
Psoriasis inversa
d. Parapsoriasis 4
Wat is de meest vóórkomende oorzaak van chronische urticaria? a. Idiopathisch b. Geneesmiddelen c.
Koude
d. Voedingsmiddelen 5
U bent huisarts en ziet een 32-jarige gezonde vrouw die 12 weken zwanger is, met nodi aan de onderbenen: u stelt de diagnose erythema nodosum. Wat is het meest aangewezen beleid? a. Antibiotica vanwege mogelijke streptokokken-infectie b. Kuitspierpompoefeningen + steunkousen c.
Rust + steunkousen
d. Afwachten (expectatief)
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 4 van 15
6
U ziet een man van 61 jaar met een wond bij de rechter enkel (zie foto).
Wat is de meest aangewezen behandeling op dit moment? a. Ambulante compressie therapie b. Therapeutisch elastische kousen c.
Hydrocolloid verband
d. Kuitspierpomp-oefeningen 7
Een man van 69 jaar is bij u bekend met hypercholesterolemie en rugklachten, waarvoor hij al jaren simvastatine gebruikt en zo nodig ibuprofen. Hij komt op uw spreekuur met erysipelas van het linkerbeen. U start met flucloxacilline, aangevuld met ibuprofen. Twaalf dagen later komt hij terug met een gegeneraliseerd licht-jeukend maculopapuleus exantheem. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak van de huidafwijkingen? a. Simvastatine b. Ibuprofen c.
Flucloxacilline
d. Erysipelas (dus para-infectieus)
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 5 van 15
8
Enkele begrippen en aspecten van immunologische reacties zijn mestcel, T-lymfocyt, Langerhanscel, hapteen, vertraagde reactie, snelle reactie. Welke 3 begrippen behoren bij een type IV allergische reactie? a. Mestcel, T-lymfocyt, vertraagde reactie b. Langerhanscel, hapteen, snelle reactie c.
Langerhanscel, T-lymfocyt, vertraagde reactie
d. Mestcel, hapteen, snelle reactie 9
Op de poli dermatologie komt een jonge kapster met jeukende plekken op haar handen. U ziet onderstaand beeld; de rest van de huid is niet afwijkend.
(Bron afbeelding: Cd-rom bij dermatovenerologie voor de eerste lijn, 2009)
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? a. Acrovesiculeus (= dyshidrotisch) eczeem b. Allergisch contact eczeem c.
Constitutioneel eczeem
d. Tylotisch eczeem 10
Wat zijn voorkeurslocalisaties van constitutioneel eczeem bij pubers? a. Nek, knieholten b. Nek, strekzijde knieën c.
Behaarde hoofd, knieholten
d. Behaarde hoofd, strekzijde knieën
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 6 van 15
11
Welke efflorescentie is op de foto te zien? De afwijking is circa 2 cm groot.
(Bron afbeelding: Dermnet.com)
a. Bulla b. Nodulus c.
Pustel
d. Vesikel
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 7 van 15
12
(Bron: irisenrikroelofs.nl)
Welke afwijking is hier zichtbaar? a. Coloboma b. Microtie c. 13
Microphthalmie
Waar is de grote fontanel gelegen? Tussen de volgende schedelbeenderen: a. os frontale en os temporale b. os frontale en os occipitale c.
os parietale en os frontale
d. os parietale en os occipitale e. os parietale en os temporale 14
Welke structuur verloopt in de vroege ontwikkeling in de zogenoemde sulcus opticus? a. Nervus opticus b. Arteria hyaloidea c.
Nervus ophthalmicus
d. Vena ophthalmica
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 8 van 15
15
Uit welke kieuwboog ontstaan de kauwspieren en de innerverende takken van de nervus trigeminus? a. Eerste kieuwboog b. Tweede kieuwboog c.
Derde kieuwboog
d. Vierde kieuwboog e. Zesde kieuwboog 16
De heer Pietersen, 39 jaar oud, komt zaterdagavond op de huisartsenpost van het ziekenhuis met een pijnlijk rood oog en een geringe visusvermindering. Bij spleetlamponderzoek ziet u, naast een positieve Tyndall, een hypopyon, ook enkele descemet stippen op het endotheel van de cornea; de cornea kleurt niet aan bij het onderzoek met fluoresceïne. Ook valt het je op dat de pupil niet helemaal rond is. Wat is de meest waarschijnlijk diagnose? a. Acuut glaucoom aanval b. Uveïtisanterior c.
Ulcus cornea
d. Intra-oculair corpus alienum 17
Een 23-jarige vrouw komt op uw spreekuur op de HAP. Sinds enkele dagen heeft ze last van een zandkorrelgevoel in haar linker oog. Bij kleuring met fluoresceïne en belichting met blauw licht ziet u een takvormige epitheelbeschadiging van de cornea. Wat is het meest aangewezen beleid? a. Een krachtig corticosteroïd bevattende oogdruppel of oogzalf b. Oxybuprocaïne druppels gedurende 3 dagen c.
Een spoedverwijzing naar de oogarts
d. Afwachten 18
Om te lezen moet je oog accommoderen. Als leesafstand wordt vaak 33 cm gebruikt. Bij lange Nederlanders is de leesafstand vaak wat verder weg vanwege de lange armen, bijvoorbeeld een leesafstand van 50 cm. Op de poli komt een lange, emmetrope patiënt met een sterkte van de cornea en lens samen van 58 dioptrie. Hoeveel dioptrie moet deze patiënt accommoderen om te lezen op 50 cm afstand? a. 1,16 dioptrie b. 3,33 dioptrie c.
1,5 dioptrie
d. 2 dioptrie
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 9 van 15
19
Bij u op het spreekuur komt de heer K. Hij heeft een voorgeschiedenis van diabetes mellitus type 2 en hypertensie, die beide matig zijn gereguleerd. Sinds gisteren heeft hij een acute visusdaling van het linkeroog (OS). Zijn visus met OS is nu 1/60 na correctie. In fundo van OS zijn multipele bloedingen te zien in alle kwadranten, gedilateerde en tortueuze venen, cotton-wool spots, een onscherp begrensde papil en macula oedeem. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? a. Ischemische opticus neuropathie b. Natte maculadegeneratie c.
Ablatio retinae
d. Centrale veneuze vaatafsluiting 20
De heer P. komt op het 3-maandelijkse diabetes spreekuur bij de huisarts. Hij heeft sinds 5 jaar diabetes mellitus type 2, die sindsdien altijd goed is ingesteld. Daarbij heeft hij een goed gereguleerde bloeddruk en een licht verhoogd cholesterol. Wat is bij de heer P. de belangrijke risicofactor voor het ontstaan van diabetische retinopathie? a. Hypertensie b. Korte diabetesduur c.
Laag HbA1C
d. Licht verhoogd cholesterol 21
Een 80-jarige man met klachten van tranen en een rood rechter oog. Bij inspectie is er sprake van een slap onderooglid met zichtbare rode conjunctiva. Er is geen lagoftalmos. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? a. Ectropion b. Facialisparese c.
Entropion
d. Traanwegstenose 22
De natuurlijke lens kan accomoderen. Hoeveel dioptrieën bedraagt het accomodatievermogen op 30-jarige leeftijd? a. 2,5 D b. 7 D c.
4,5 D
d. 18 D 23
Een verhoogde oogboldruk is een van de belangrijkste risicofactoren voor het ontwikkelen van glaucoom. Welke risicofactor is geassocieerd met chronisch gesloten-kamerhoekglaucoom? a. Een myopie van meer dan 4 D b. Een myopie van meer dan 6 D c.
Een hypermetropie
d. Pseudofakie
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 10 van 15
24
Epitheelerosies zijn over het algemeen pijnlijk en kunnen recidiveren. Wat is een typische klacht hierbij? a. In de loop van de dag een afname van tranen b. Pijn bij wakker worden c.
Branderige ogen
d. Jeukende ogen 25
Er komt een patiëntje van 3 jaar op uw spreekuur, de moeder ziet sinds een aantal maanden het oog soms wegdraaien. U voert de afdektest uit om de oogstand te bepalen. Op het lichtreflex zie je het reflex van het rechter oog verschoven naar temporaal. Bij afdekken van het linker oog zie je een beweging van binnen naar buiten van het rechter oog. Wat is de oogstand van deze patiënt? a. Exoforie b. Esoforie c.
Exotropie OD ( rechter oog)
d. Esotropie OD (rechter oog) 26
Bij welke diagnose komt geen leukocorie voor? a. Cataract b. Myopie c.
Retinoblastoom
d. Toxoplasmose 27
Een 56-jarige myope patiënt heeft een ablatio retinae. Welke factor is bepalend voor een spoedindicatie voor een operatie? a. De macula ligt aan b. De visus is minder dan 2/60 c.
Er is sprake van meerdere retinale defecten
d. Er is een groot defect 28
Op je spreekuur zie je een jongen van 5 jaar oud, je wilt de visus opnemen. Welk visusonderzoek is het meest aangewezen? a. Letters b. Teller acuity cards (TAC) c.
E’Haken
d. Amsterdamse plaatjes kaart (APK) 29
Welk criterium hoort niet bij de cognitieve opvatting van wilsbekwaamheid? Het vermogen om a. informatie te begrijpen b. informatie waarderen c.
waarden te begrijpen
d. een keuze te maken
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 11 van 15
30
Mevrouw Pietersen is 83 jaar oud en woont samen met haar man. Zij is de laatste tijd ´s nachts ernstig in de war en ze hallucineert. Na een paar dagen wordt ze opgenomen op afdeling Geriatrie, thuis is de situatie onhoudbaar geworden. In het ziekenhuis wordt geconstateerd dat mevrouw Pietersen een blaasontsteking heeft en waarschijnlijk een delier. Er wordt antibiotica voorgeschreven maar dit weigert mevrouw en zegt: “Ik moet die troep niet!” De geriater geeft aan dat mevrouw Pietersen wilsonbekwaam is en de verpleegkundige vraagt waarom. Wat is de juiste beschrijving van wilsonbekwaamheid? Mevrouw Pietersen is wilsonbekwaam omdat ze a. delirant is b. een onverstandige beslissing neemt c.
het niet eens kan worden met de arts
d. de informatie niet begrijpt 31
U bent huisarts en ziet een jongetje van 1,5 jaar met jeukende huidafwijkingen in het gelaat. U stelt de diagnose matig constitutioneel eczeem. U wilt dit kind zo snel mogelijk van de klacht afhelpen. Naast een indifferent middel start u met a. hydrocortison crème 1 keer daags b. hydrocortison crème 2 keer daags c.
triamcinolon crème 2 keer daags
d. koolteerzalf 2 keer daags 32
Bij een operatie aan de gl. parotis bestaat een klein risico op een tijdelijke of blijvende functievermindering van een hersenzenuw. Wat is dan de post-operatieve klacht? a. Sensibiliteitsverlies van de wang aan de geopereerde kant b. Slikklachten c.
Minder bewegelijkheid van de tong
d. Hangende mondhoek aan geopereerde kant 33
Op het spreekuur van de huisarts wordt een kind van 3 jaar gezien met sinds 3 weken aanwezige enkelzijdige rinorrhoe. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? a. Corpus alienum in de neus b. Vergroot adenoid c.
Afweerstoornis
d. Choaneatresie 34
Welke hersenzenuw is onderdeel van de cervicale vaatzenuw streng? a. n. IX b. n. X c.
n. XI
d. n. XII
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 12 van 15
35
Na een halsklierdissectie kan een patiënt de arm niet hoger heffen dan 90 graden. Welke hersenzenuw is meest waarschijnlijk beschadigd? a. n. IX b. n. X c.
n. XI
d. n. XII 36
De heer Kramer is een 64-jarige patiënt die verwezen is voor heesheidklachten, sinds ruim 3 maanden bestaand. Met welk onderzoek kan de functie van de stembanden het best worden beoordeeld? a. Fonetogram b. MRI c.
Stroboscopie
d. Laryngoscopie 37
Een halsklierdissectie is het verwijderen van aangedane lymfeklieren bij een primaire tumor in het hoofd/halsgebied met metastasen in de cervicale lymfeklieren. Als deze operatie zodanig wordt uitgevoerd dat bewust andere structuren worden opgeofferd, wordt dit een radicale halsklierdissectie genoemd. Welke anatomische structuur wordt bij een radicale halsklierdissectie gespaard? a. n. accessorius b. n. hypoglossus c.
v. jugularis
d. m. sternocleidomastoideus 38
Welk orgaan is doorgaans niet betrokken bij een Epstein Barr virusinfectie? a. Tonsillen b. Nier c.
Milt
d. Lever 39
Welk onderzoek is het meest geschikt om de ernst van een obstructief slaap apneu syndroom te beoordelen? a. Laryngoscopie b. MRI c.
Polysomnografie
d. Somnoscopie 40
Een tracheotomie maakt ademen mogelijk bij een obstructie in de farynx of larynx. Waar wordt een trachea-incisie normaliter gezet? a. Tussen cartilago thyroidea en cartilago cricoidea b. Onder het hyoid c.
e
e
Tussen 2 en 3 trachering
d. Tussen cartilago thyroidea en eerste trachearing
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 13 van 15
41
Een reële complicatie van een tracheotomie die lege artis uitgevoerd wordt, is een bloeding van de a. carotis externa b. infrahyoidale spieren c.
schildklieristmus
d. v. jugularis 42
Een patiënt van 65 jaar heeft slikklachten die tijdens het eten toenemen en soms tot regurgitatie van etensresten na een maaltijd leiden. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? a. Zenker divertikel b. Hypofarynxcarcinoom c.
Mediane halscyste
d. Valleculacyste 43
U bent huisarts en bezoekt een vrouw van 79 jaar in het verpleeghuis. Zij is bekend met met Lewy Body Dementie en volledig ADL afhankelijk. Volgens de verpleging is zij sinds enkele dagen meer verward, en zakt zij soms weg waarbij ze nauwelijks meer reageert. De verpleging vertelt ook dat zij koorts heeft, als gevolg van een gediagnosticeerde urineweginfectie. Bij onderzoek ziet u een verwarde vrouw, die gedesoriënteerd is in tijd, plaats en persoon. Welk symptoom levert de belangrijkste aanwijzing dat er, naast de dementie, ook sprake is van een delier? a. De verwardheid b. De desoriëntatie c.
De koorts
d. De bewustzijnsstoornis 44
Welke combinatie van symptomen past het beste bij een benzodiazepineonthoudingsdelier? a. Somberheid, overgevoeligheid voor licht en tremoren b. Angst, slapeloosheid en psychomotore vertraging c.
Angst, overgevoeligheid voor licht en tremoren
d. Somberheid, slapeloosheid en psychomotore vertraging 45
Welke middel geeft bij acuut stoppen geen onthoudingsdelier? a. Alcohol b. Cocaïne c.
Benzodiazepinen
d. GHB 46
Welk middel geeft bij overdosering de meest verhoogde kans op een psychose? a. Cannabis b. Nicotine c.
Heroine
d. Alcohol
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 14 van 15
47
Wat is de meest voorkomende psychiatrische stoornis bij een patiënt opgenomen in het algemeen ziekenhuis? a. Delier b. Psychose c.
Angststoornis
d. Dementie 48
Het IDIS (Integraal en Diagnostisch Interventie Schema) kent vier dimensies, waaronder: biologisch, psychologisch en sociaal. Welke dimensie is ook onderdeel van het IDIS-schema? a. Hulpverlening b. Cognitie c.
Funktioneren
d. Hulpvraag 49
Welke histologische parameter bepaalt mede de prognose van een melanoom? a. Hoeveelheid pigmentproductie door de melanoomcellen b. Dikte van het melanoom c.
Mate van opstijging van melanoomcellen in de epidermis
d. Vorm van de melanoomcellen 50
Door welk mechanisme wordt de blaarvorming van pemphigus vulgaris en pemphigus foliaceus veroorzaakt? a. Autoimmuniteit b. Genmutaties c.
Inwerking van epidermotoxische stoffen
herCAT Horen, zien en voelen / afname 1 mei 2015
Pagina 15 van 15