Curriculum Man and Living hoofd coordinator docenten
Bas van Tol Chantal van Heeswijk Mara Skujeniece Peer de Bruijn Vincent de Rijk Wieki Somers
inhoud Missie en kwaliteiten Competenties per leerjaar Het programma Doelstellingen Werkvormen Begeleiding Beoordeling Stages Kwaliteitszorg Bijlage voorbeeldopdrachten
Missie en kwaliteiten van Man and Living Man and Living houdt zich bezig met het ontwerpen van producten die de woonomgeving bepalen en die bijdragen aan duurzaamheid en kwaliteit van leven. De afdeling benadert de woonomgeving vanuit twee invalshoeken. Enerzijds vanuit de gebouwde ruimte, de architectuur, en de sociale context, hoe mensen bewegen in een ruimte. Anderzijds vanuit de emotionele context die de ‘domestic’ kwaliteit van een product bepaalt. Living past daarbij twee onderzoeksmethodieken toe: de conceptuele en de intuïtieve. De conceptuele benadering doet een beroep op de ratio, de cognitieve kant van het denkvermogen, daar waar de logica zich manifesteert in structuren, modellen en oplossingen. Het intuïtieve onderzoek is vaak nodig om uit de impasse van de logica te geraken. Intuïtief onderzoek drijft op het onverwachte en verrassende. De intuïtieve onderzoeksmethodiek vraagt van studenten authenticiteit. Het gaat niet om ideeën als zodanig, maar om de eigen ideeën van studenten. De kracht van het concept bij Living ligt in de eigenheid en de intuïtie van de student. Living laat studenten het maakproces zintuiglijk ondergaan. Door de fysieke ervaring met materialen leren studenten geleidelijk aan te vertrouwen op hun intuïtie. Afgestudeerde Living studenten kennen hun kwaliteiten en weten wie ze als ontwerper willen zijn. Ze staan open voor hun omgeving en zijn nieuwsgierig naar het dagelijkse leven. Ze zijn in staat analytisch te reageren op dingen die de moeite waard zijn en hun ontwerp om te zetten in bezielde producten. Producten en plekken waar we ons mee verbonden voelen. Competenties per leerjaar Hieronder het relatieve gewicht van de verschillende competenties per leerjaar: in de betreffende modules besteedt Living vooral aandacht aan de volgende competenties en beoordeelt de resultaten in de verschillende modules/leerjaren vooral daarop. Module 1
Module 2 conce Ptuee l verMogen
verMogen tot kritisch e reflectie
creeren d verMogen
verMogen tot saMenwerken
verMogen tot groei en vernie uwing
oMgevings-sgeri chtheid
organiseren d verMogen
coMMuni catief verMogen
Module 3
conce Ptuee l verMogen
verMogen tot kritisch e reflectie
creeren d verMogen
verMogen tot saMenwerken
verMogen tot groei en vernie uwing
oMgevings-sgeri chtheid
organiseren d verMogen
coMMuni catief verMogen
Module 4
conce Ptuee l verMogen
verMogen tot kritisch e reflectie
conce Ptuee l verMogen
verMogen tot kritisch e reflectie
creeren d verMogen
verMogen tot saMenwerken
verMogen tot groei en vernie uwing
oMgevings-sgeri chtheid
organiseren d verMogen
coMMuni catief verMogen
creeren d verMogen
verMogen tot saMenwerken
verMogen tot groei en vernie uwing
oMgevings-sgeri chtheid
organiseren d verMogen
coMMuni catief verMogen
Het programma Tijdens de opleiding bij Living ontwikkelt de student zijn visie op wonen, leert hij te vertrouwen op zijn eigen intuïtie en ontdekt hij zijn authenticiteit als primaire bron voor zijn ideeën en concepten. De vorming van studenten verloopt voor een belangrijk deel via het maakproces en het leren kijken. De aandacht voor de fysieke ervaring van het maken zelf, het waarnemen en gewaarworden van datgene waar je mee bezig bent, stimuleert het intuïtieve vermogen en zorgt voor onverwachte oplossingen. Al doende maakt de student op een andere, meer fysieke manier contact met zichzelf en leert zo zijn kwaliteiten kennen, zijn valkuilen te ontwijken en zijn kracht te benutten. Onderdeel van het programma zijn opdrachten die studenten forceren om in (te) korte tijd veel te maken. Ze dagen studenten uit om niet alleen vanuit hun gedachten en concepten te werken, maar ook vanuit de ervaring met het maakproces zelf. Bij een dergelijk, op het lijf van individuele studenten geschreven programma past geen vaststaand aanbod. Living vraagt veel van studenten: een totaal pakket wat loopt van analyse, ideeën genereren, een concept ontwikkelen tot daadwerkelijk realisatie van producten, die potentieel verkocht kunnen worden. Doelstellingen Module 1 en 2 richten zich op de kennismaking met het designveld, architectuur, de industrie en markt. Daarnaast leren studenten praktische vaardigheden en maken kennis met de meer filosofische kant van wonen. Al doende ontwikkelen ze kennis en inzicht in de verschillende onderdelen van het ontwerpproces, en krijgen ze oog voor hun persoonlijke voorkeursstijlen daarbinnen. Afhankelijk van de docent ligt de nadruk meer op een van de genoemde kennisgebieden. Kenmerkend voor Living is de ruimtelijke component die bij alle kennisgebieden terugkomt. Tijdens module 1 en 2 werken studenten zowel aan in omvang beperkte, individuele opdrachten als aan samenwerkingsopdrachten. In module 3 en 4 integreren studenten kennis, inzicht en praktische vaardigheden uit de eerdere modules binnen volwaardige ontwerpopdrachten, en leren zo het totaal van het ontwerpproces te beheersen. Deze modules zijn vooral gericht op ruimtelijke samenhang en context. Studenten krijgen langere opdrachten die meerdere benaderingen tegelijk vereisen, bijvoorbeeld cultureel, economisch en industrieel. Het is in deze modules dat de student zijn eigen handschrift verdiept en verstevigt. Module 4 dient als resultaat te hebben dat de student klaar is voor het eindexamen. Dat wil zeggen dat hij dan achtereenvolgens de volgende doelen heeft gerealiseerd: -eigen visie op betekenis van wonen -authenticiteit -een eigen handschrift -durf om te maken -persoonlijke expressie -organiserend vermogen -kunnen communiceren en presenteren
Werkvormen Individuele opdrachten, samenwerkingsopdrachten waarin verschillende rollen aan de orde zijn. Groepsbesprekingen waar niet alleen de docent maar ook studenten feedback geven op elkaars werk. Individuele gesprekken en discussies. Begeleiding Coördinator en docenten zijn verantwoordelijk voor de begeleiding van studenten. Bij studieproblemen treedt de coördinator op als mediator. Feedback naar aanleiding van beoordelingen wordt geregistreerd en vormt een van de aandachtspunten bij de volgende beoordeling. Living beschouwt de midterm als een indringend begeleidingsgesprek. Het voltallige docententeam spreekt met elke student afzonderlijk op basis van de presentatie van alles wat de student naar aanleiding van de geldende opdrachten heeft bedacht, geschetst, getekend, gemaakt en gerealiseerd. Met deze opzet leren studenten afstand te nemen van eigen werk, erover van gedachten te wisselen met professionals en zo hun waarneming en kritisch vermogen te scherpen. Aan het begin van het examentraject heeft het hoofd van de afdeling een persoonlijk gesprek met elke examenstudent waarin de eigen opdrachtformulering centraal staat, gebaseerd op de hele academieloopbaan van de student. Tijdens het examensemester krijgt elke student een afstudeerdocent toegewezen, en kan hij of zij regelmatig een beroep doen op het hoofd. Beoordeling Tijdens de beoordeling staat het werk van elke student tentoongesteld en krijgt hij of zij 2 minuten de tijd om zijn of haar aanpak en het uiteindelijke resultaat toe te lichten. Na vertrek van de studenten beoordeelt het docententeam onder leiding van Bas van Tol vervolgens de resultaten van elke student. Aan het eind van de beoordelingsdag krijgt elke modulegroep van studenten de resultaten te horen, met redenen omkleed. De feedback wordt gedocumenteerd door het hoofd. Bij volgende beoordelingen moet de student blijk geven van het feit dat hij rekening heeft gehouden met de eerdere feedback. De beoordelingscriteria die Living hanteert: -vrij denkend -bewustzijn van eigen kwaliteiten -zelfvertrouwen en vertrouwen in eigen intuïtie -ambitie en vertrouwen om zelf te maken -vermogen om kritisch te kijken /realiteitsbewustzijn -vaardigheid in het overbrengen en communiceren van een idee -eigen visie op de betekenis van wonen en context -gevoel voor ruimte, maat, vorm, kleur, materiaal en smaak oriëntatie in de vakcultuur -beheersen van vaardigheden als model maken, werktekenen, plattegronden, aanzichten en routing Als je niet zelf beoordeeld wordt als student kun je van een beoordeling heel veel leren. Met die gedachte in het achterhoofd wil Living lagere modulestudenten gaan stimuleren mee te lopen met de hogere module beoordelingen.
De stagebeoordeling vindt plaats op basis van een presentatie van 15 minuten door de student. Ten overstaan van alle studenten en enkele docenten vertelt hij: -wat ervan verwachtte -wat er van de verwachting is uitgekomen -wat hij heeft geleerd -bijzondere ervaringen Stages Living wil de studenten vroeger in het studiejaar bewust maken van de belangrijkheid van de stage ervaring. Bij de midterm van module 4 wordt dit onderwerp besproken. Afhankelijk van de student adviseren we naar wat voor soort stagebureau die student zou kunnen gaan. Maar dit alleen in het geval als we denken dat deze student dit persoonlijk advies nodig heeft. We vinden het namelijk erg belangrijk in onze afdeling dat studenten zelf een stagebedrijf zoeken. We willen dat hij/zij zelf nadenkt over zijn stage en zelfstandige keuzes maakt. Daarnaast zijn er stagemappen beschikbaar voor de studenten waarin alle stageadressen en verslagen zitten van de Living studenten van afgelopen jaren. Er zijn een heleboel geschikte stage plaatsen in binnen en buitenland. Nadat de student een keuze heeft gemaakt zal deze keuze nog door ons af- of goedgekeurd worden. Kwaliteitszorg Living hecht aan een zo actueel mogelijk afstudeerprofiel van haar studenten. De centrale vraag: welke studenten leveren we af en voor wie? Daartoe doet ze onderzoek naar haar alumni van de afgelopen 10 jaar: in welke branches zijn ze werkzaam, in welke richtingen, in welke hoedanigheden en op welke posities? Hoe kijken ze terug op hun opleiding? De samenstelling van het docententeam is gebaseerd op de opvatting van het hoofd over de verschillende invalshoeken en disciplines die nodig zijn bij de vorming en opleiding van een volwaardige Living ontwerper. De achtergronden en specialisaties van docenten liggen op het gebied van: -materiaal en techniek, waarbij textiel een belangrijke plaats inneemt -de ruimte en de beleving ervan -de menselijke en poëtische kwaliteit van producten -de industrie als combinatie van mens, techniek, markt en milieu -de betekenis van wonen -kunst en design Curriculumontwikkeling vindt plaats tijdens de beoordelingen. Dat zijn de momenten waarop het Living team zich bezint op de kwaliteit en actualiteit van de opdrachten, de samenhang in het programma en de inhoudelijke ontwikkeling van het vak en wenselijke disciplines.
Bijlage Voorbeeldopdrachten ‘de minimale woning’ Voor module 1 en 2 van Peer de Bruin Voor de eerste les (ma.19/9/05) moeten jullie je eigen kamer opgemeten, getekend en gefotografeerd hebben. Ook moet je daarbij de meubilering intekenen en inmeten. De tekeningen moeten nauwkeurig en op schaal zijn 1:20 (mag met computer of traditioneel met liniaal driehoek en potlood) HOTEL For module 1,2,3 en 4 Peer de Bruijn Kies een stad, Kies een gebouw, of situatie (omstandigheid) in die stad, Bedenk voor het gebouw of de situatie een concept om te overnachten. Ontwerp met het concept inrichtingen (meubilering) voor de overnachtingruimten. Maak voor de beoordeling in de week van 17 tot 21 april een compleet dossier, bestaande uit: model op schaal van het gebouw of situatie. Modellen en voorstellingen van de inrichting/meubilering op schaal. Presentatie tekeningen van de diverse inrichtingen. Voer een stuk van de inrichting 1 op 1 uit NB! Ben je er van bewust dat de keuze van het soort of type hotel tevens ook een keuze is voor het ontwerpen van klein serie, groot serie, of speciaal meubilaire. Heel veel succes en plezier toe gewenst. Peer Designers for clients Clients for designers Miriam van der Lubbe Module 1 and 2 Design a thing about light for a client Ask a designer to design something with light for you In the upcoming weeks, you will design a product about light for a client, and you will also act like a client for another designer… This module, there a 2 groups- group 1 and group 2. Please take a good look at the schedule below. The first meeting, September 26th (whole day) In the first meeting, you will all get a name from a designer, as well as from a client. Then, in the next meeting (26th of September) you will present to the whole group in a short PowerPoint presentation in 5 minutes the following: About the designer: - in 2 short sentences who he/she is and what he/she does - 5 points you think is good about the work - 5 points you think is not so good about the work
- 5 wishes of what you think the designer would love to do in the future. These 5 wishes you put on an A3 paper, in blue About the client (this will be a producer, manufacturer, distributor, or other): - in 2 short sentences who he/she is and what he/she does - 5 points you think is good about the work - 5 points you think is not so good about the work - 5 wishes of what you think the client would love to produce in the future. These 5 wishes you put on an A3 paper, in red Also- bring a little drawing-book with you September 26th. After the presentations of the 26th of September, we will do some matchmaking; the designers from group 1 find a client from group 2 with whom their wishes match with. Then, the designers from group 2 find a client from group 1 with whom their wishes match with. Be careful in selecting your partners- you will have to work together the upcoming weeks! Now, you will all have to design something that has to do with light for your client. Meetings from October 3rd All students will have to be in school every week. All other meetings will be as following: 09.00: start for everybody. Be in time! If you are late, you will not be able to join the classes. 09.00- 9.15: introduction to all students about interesting exhibitions, fairs etc going on 09.15-9.30: designers from group 1 meet with clients from group 2 09.30-9.45: Designers from group 2 meet with clients from group 1 In your drawing book you will have to write how your meetings went and what you discussed. This will be a working-diary which you will have to update every week. 09.45-11.00: meeting with half of the students about the designs from group 1 or group 2 (this changes every week) 11.00-12.15: meeting with the other half of the students about the designs from group 1 or group 2. The students who will not have to talk about their designs that week will have to work on during class, at school. For everybody, be sure you bring your materials every week. 12.15-12.30: the students who did not talk about their designs that week will put everything they did so far on the table before 12.15. We will have a general talk about it. The end of the module and what you will have to present … As in real design-life, often the client will make the first prototype of the design. We will do the same thing! 4 weeks before the presentation-date, everybody will have to show a fully technical drawing to his/her client. You have been communicating about it the whole time, so the design will
not be new to you. Then, the client will make a prototype of the design from the designer. So, designers be aware that your design has to be clear and well designed. And clients: be aware that during the meetings you really understand the design so that you know what you have to make and how you have to make it.
Maak een keuze uit een van de onderdelen en creëer voor jezelf een concept zodat het onderwerp bestudeerbaar wordt.
At the presentation you will have to present the following items: your sketchbook with all ideas, sketches, models etc of the development of the design your working-diary about the meetings the technical drawing of your design the prototype (made by your client)
02-10-2006 bespreking idee en concept met Philips 30-10-2006 ontwerpbespreking met Philips 06-11-2006 midterm presentatie van tastbaar of visueel gemaakte concept
Periode 2 :
planning in overleg met participanten
Good luck and have fun!
Peer de Bruijn / Philips licht.
Miriam
(Peter Verschuuren en Thomas Baas zijn studenten)
Opdracht module 3 + 4 Laat je inspireren door een natuurkundige of wiskundige wet*, en maak behulp hiervan een product voor in huis. *bv. fibonacci reeks, fractaal, 3d spiegel (parabool), molecuulsysteem, magnetische velden, etc etc
Beste Studenten,
Planning Periode 1 :
veel plezier en succes gewenst.
Bij een groenlicht (nu 20 november van af 9.30 uur!) presentatie wordt er dit van jullie verwacht; Voor beide opdrachten een voorlopig ontwerp of voor één een definitief ontwerp en voor één een schetsontwerp.
Opdracht eerste les 19 september; Zoek alvast naar voorbeelden..
Schetsontwerp houdt in: - Werktitel. - Beschrijving en visualisatie van concept. - Beschrijving en visualisatie van je analyse d.m.v. schetsen, foto’s, schetsmodellen. - Plan van aanpak. * Met een schetsontwerp zou een opdrachtgever inzicht moeten krijgen in je oorspronkelijke idee en uitgangspunten. Hierop moet de opdrachtgever zijn vertrouwen kunnen baseren en al een idee krijgen van het mogelijke resultaat.
Succes, Wieki ONTWERPSTUDIES module 3 en 4 Begeleider: Peer de Bruijn samenwerking met Philips licht : Drs. Esther Roijackers – application manager licht Bart van Gils - Lidac ontwerper Ruud Bagen - Lidac ontwerper KUNST - licht
Voorlopig ontwerp houdt in: - Schetsontwerp - Werktekeningen. - Modellen. - Techniek en materiaalkeuze. - Materiaal en kleur zijn als opties gepresenteerd. * Opdrachtgever krijgt een (totaal) inzicht in het ontwerp en kan zich het resultaat al globaal voorstellen.
Opgave Met de komst van AmbiScene heeft Philips licht een doel bereikt. Beter als voorheen kan men de kwaliteit van het kunstlicht sturen. Kunstlicht is hierdoor nog veel meer een kneedbaar en vormbaar materiaal geworden, vergelijkbaar met brons of beton wat zich immers ook in elke vorm laat dwingen. Doordat het licht zoveel vormen en kwaliteiten aan kan nemen, kunnen we nu ook met recht spreken over kunstmatig gemaakt licht. Om dit materiaal (licht) te vormen hebben we gedachten over toepassingen en gebruiken van ontwerpers en vormgevers nodig. Je kunt je richten op: - een toepassing binnen een segment ( recreatie, woonomgeving, zorg, musea, kantoren, winkels.) , - een toepassing voor een bepaalde omstandigheid of situatie -een toepassing in samenhang met een materiaal
Definitief ontwerp houdt in: - Voorlopig ontwerp - Definitieve werktekening. - Model – model op ware grootte. - Materiaal en kleur gegevens. -Toegepaste technieken.
Een opdrachtgever kan met deze gegevens (definitief ontwerp) het product laten maken.
