COORDINATIEPROJECT WONINGBOUW INSTRUMENTEN VAN DE COORDINATOR

VEILIGHEIDSNOTA’S BOUWBEDRIJF

DRIEMAANDELIJKSE PUBLICATIE JULI-AUGUSTUS-SEPTEMBER 2003 AFGIFTEKANTOOR: NAMEN

VADE-MECUM

bundel nummer

van het nationaal actiecomité voor veiligheid en hygiëne in het bouwbedrijf N.A.V.B. Sint-Jansstraat 4 1000 Brussel Telefoon: 02/552 05 00 Fax: 02/552 05 05 E-mail: [email protected]

99

COORDINATIEPROJECT WONINGBOUW INSTRUMENTEN VAN DE COORDINATOR 37

INHOUD V&G-PLAN – ONTWERP ...................................................................................................3 Controlelijst woning............................................................................................................3

ALGEMEEN V&G-PLAN ..................................................................................................12 Globale risicoanalyse .......................................................................................................12

SPECIFIEK V&G-PLAN ...................................................................................................29 Identificatieformulier aannemer / zelfstandige.....................................................................29

COORDINATIEDAGBOEK .............................................................................................32

POSTINTERVENTIEDOSSIER .......................................................................................32

VOORWOORD In de vorige veiligheidsnota van de maand juni 2003 werd een leidraad opgesteld, die kan toegepast worden bij de uitwerking van een veiligheids- en gezondheidsplan, zowel in de ontwerp- als in de verwezenlijkingsfase.

alleenstaande gezinswoning in een verkaveling. De werkzaamheden bestaan in hoofdzaak uit:

In deze nota werd vooral de theoretische kant bestudeerd, zowel qua aanpak, qua werkmethode als qua structuur van dit veiligheids- en gezondheidsplan.

• grondwerken

In dit dossier is het vooral de bedoeling de praktijk te toetsen aan de theorie. Daarom werd een concreet bouwproject uitgewerkt, dat betrekking heeft op de bouw van een

• aanleg van de omgeving

2

• bouwrijp maken van het terrein • voorbereiding en inrichting van de bouwplaats

• funderingswerken • ruwbouwfase • afwerking en speciale technieken

Er moet rekening worden gehouden met de volgende randvoorwaarden: op de bouwplaats zijn er geen

sociale voorzieningen aanwezig en er is geen tijdelijke technische aansluiting voorzien. Er geldt een strikt verbod om afval in kuilen of gaten te storten. Na het beëindigen van de werkzaamheden moet het terrein opgeruimd worden opgeleverd. In deze veiligheidsnota worden slechts delen van het totale project opgenomen. De oefening is een onderdeel van de opleiding tot veiligheidscoördinator, waarvoor het NAVB erkend is als examencentrum Niveau A en B. Verwijzingen in de tekst naar bijlagen van het V&G-plan of het postinterventiedossier (PID) zijn niet noodzakelijk opgenomen in deze veiligheidsnota.

3

Bijkomende verkeersmaatregelen

Recht van doorgang tijdens de werken

Nodige ruimte voor de werfinstallaties

❑

❑

❑

❑

Bodemverontreiniging:

❑

…

2. Contaminatie mogelijk

1. Reeds vastgesteld (rapport)

Opslag brandbare / explosieve stoffen

4. …

3. Afval

2. Materialen

1. Uitgegraven / aangevoerde grond

Nodige ruimte voor opslag

5. Werkplaats en materieel

4. E.H.B.O.-post

3. Werfburelen

2. Gezondheidsinrichtingen

❑

❑

In- en uitritten van de bouwplaats

❑

1. Toegang en parkeerruimte

Afbakening van het bouwplaatsterrein

❑

4. Bijzonder transport

3. Prefabelementen

2. Bouwkranen

1. Heistelling voor funderingen

❏ Aan- en afvoerroute van groot materieel

A. Opvatting en structuur van het ontwerp

Mogelijke risicoposten Is er rekening gehouden met

Ja

Neen

NVT

VASTLEGGEN VAN DE RISICOPOSTEN TIJDENS HET ONTWERP

CONTROLELIJST WONING

V&G-PLAN – ONTWERP

Bestekpost

Te nemen acties / maatregelen

4

…

❑

❑

❑

❑

❑

❑

…

3. …

2. …

1. bouwplaatscirkelzaag

machines en gereedschappen

2. interne transporten

1. bouwplaatsmachines

zwaar transportmaterieel

3. ladders

2. hoogwerkers

1. stellingen

werken in de hoogte

3. hijsvermogen

2. reikwijdte

1. opstellingsplaats

bouwkranen e.a. hijsmaterieel

C. Opstelling bouwplaatsmaterieel

H.S. cabines

2. bewegingsruimte

1. bereikbaarheid

HVAC-ruimtes

2. bewegingsruimte

1. bereikbaarheid

kruipruimtes

3. Tijdens de onderhoudswerkzaamheden

2. Tijdens de bouwwerkzaamheden

1. Tijdens de afbraakwerken

dak, gevels, vensters, afvoerpijpen, …

❑

❑

❑

❑

B. Bereikbaarheid van bouwonderdelen


Ja

Neen

NVT

Bestekpost


5

❑

❑

❑

❑

❑

❑

…

2. verankering voor ladders, stelling, …

1. verharding van toegangswegen

toegankelijkheid van de constructie

3. funderingspalen e.a.

2. opvoeren / verharden

1. bodemonderzoek

toegankelijkheid / draagvermogen bodem

En de nodige vergunningen

4. …

3. gecontamineerde grond

2. PCB’s

1. asbest

verwijdering gevaarlijk materiaal/afval

3. uitvoeringstermijn

2. vergunning vereist?

1. techniek/methode

eventuele bodemverontreiniging

3. uitvoeringstermijn

2. vergunning vereist?

1. techniek/methode

eventuele afbraakwerken

D. Bouwplaatsactiviteiten


Ja

Neen

NVT

Bestekpost


6

Bouwactiviteit 2: Ruwbouwwerken

5. Gebruik geprefabriceerde elementen

4. Bouwwerken in beton

3. Funderingswerken

2. Grond- en graafwerken

1. Inrichting van de bouwplaats

Groenaanleg

Wegeniswerken

Rioleringswerken

Bouwactiviteit 1: Uitrustingswerken

❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product

Risicofactoren

❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product

Risicofactoren

VGM-risico’s?

VGM-risico’s?

RISICOANALYSE EN INTEGRATIE VAN DE PREVENTIEPRINCIPES

Risicoscore

Risicoscore

Te nemen acties / maatregelen (*)


7

Afwerking paalkoppen

Betonneren

Aanbrengen bewapening

Boren verdringingspalen

Bouwactiviteit 3: Paalfunderingen

9. Rioleringen, putten en aansluitingen

8. Metalen constructies

7. Aanbrengen van isolatie

6. Metselwerken en gevelbekledingen

Bouwactiviteit 2: Ruwbouwwerken

❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product

Risicofactoren


Risicofactoren

VGM-risico’s?

VGM-risico’s?

Risicoscore

Risicoscore



8

Aanbrengen afvoerbuizen

Afwerking dakranden

Tapbuizen

Dakisolatie hoeken, damprem

Aanbrengen dakbedekking en grintbelasting

Aanbrengen bitumeuze dakdichting

Aanbrengen dampscherm

Bouwactiviteit 4: Dakbedekking ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product

Risicofactoren

VGM-risico’s?

Risicoscore


9

8. Indienststelling elektrische installatie

7. Plaatsing elektrische installatie

6. Plaatsing sanitaire toestellen en waterpomp

5. Plaatsing gasverdelingsnet

4. Plaatsing waterleiding en afvoerbuizen

3. Aansluiten op elektriciteitsnet en testen

2. Plaatsing radiatoren, kranen en leidingen

1. Plaatsing boilers en verwarmingsketel

Bouwactiviteit 5: Sanitair, C.V. en elektriciteit ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product

Risicofactoren

VGM-risico’s?

Risicoscore


10

3. Trapbekleding

2. Stenen vloer en wandbetegeling

1. Chappe en vloerisolatie

Bouwactiviteit 7: Vloer- & trapbekleding

4. Plaatsing garagepoorten

3. Glaswerk gelijkvloers en op de verdiepingen

2. Buitenschrijnwerk verdiepingen

1. Buitenschrijnwerk gelijkvloers

Bouwactiviteit 6: Buitenschrijnwerk


Risicofactoren


Risicofactoren

VGM-risico’s?

VGM-risico’s?

Risicoscore

Risicoscore



11

❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product ❍ Mensen ❍ Uitrusting ❍ Omgeving ❍ Product

Risicofactoren


Risicofactoren

VGM-risico’s?

VGM-risico’s?

Risicoscore

Risicoscore



(*) De aannemer zal in zijn veiligheids- en gezondheidsplan de risicoanalyses en preventiemaatregelen inlassen van deze en van de bijkomende, door hem uit te voeren werkzaamheden of bouwactiviteiten.

5. Plaatsing trapleuning

4. Plaatsing balustrades

3. Chambranles buitenschrijnwerk verdieping

2. Chambranles buitenschrijnwerk gelijkvloers

1. Binnenschrijnwerk

Bouwactiviteit 9: Binnenschrijnwerk en afwerking

3. Bepeisteren van plafonds

2. Bepleisteren onderzijde trappen

1. Bepleisteren van muren en wanden

Bouwactiviteit 8: Plakwerken en spuitplamuur

12 Onveilige en ongezonde situaties (gevaar voor struikelen, uitglijden...).

Onhygiënische en ongezonde toestanden.

Stresssituaties en demotivatie.

Gebruik van niet-gekeurd materieel. Onveilige handelingen.

Onveilige situaties (val vanaf hoogte, instorting, omkantelen, verzakken).

Ongevallen door toegang van onbevoegdeN op de bouwplaats.

Orde en netheid verzekeren op de werf tijdens uitvoering.

Hygiëne verzekeren op de werf tijdens uitvoering.

Toezien op goed werkklimaat op de werf.

Toezien op goede staat van gebruikte gereedschappen, machines, heftoestellen en heftoebehoren, ...

Toezien op goede staat van gebruikte ladders, stellingen, schoren, dragende delen, ...

Voorzien van collectieve beschermingsmiddelen,...

R.R.: rest risico

Geen interesse en motivatie m.b.t. veiligheid op de werf.

Motiveren van alle betrokkenen: opdrachtgever, werfdirectie, architect, aannemers, werknemers.

*A.R.: Aanwezig risico

Hiërarchie niet duidelijk vastgelegd.

RISICO'S

Organisatie werking op de werf.

VOORBEREIDING WERF

ACTIVITEIT

GLOBALE RISICOANALYSE

ALGEMEEN V&G-PLAN AR* RR*

- Werfafsluiting om onbevoegden buiten te houden. - Nooit verwijderen zonder dat eerst andere beschermingsmaatregelen zijn voorzien in overleg met de coördinator-verwezenlijking.

- Periodieke controle door bevoegd persoon volgens lijst opgenomen in bijlage V&G-plan.

- Gebruik van gekeurd materieel eisen (V&G-plan). - Keuringsattesten opvragen en bijhouden (CD). - Periodieke controle volgens lijst opgenomen in bijlage V&G-plan.

- Goede onderlinge verstandhouding en communicatie bevorderen. - Goed overleg voor specifieke werkzaamheden die in 8 uur moeten uitgevoerd worden met duidelijke afspraken.

- Voldoende sociale voorzieningen voorzien bij werfinrichting (CAO van 05/01/84 - ARAB art. 76 e.v.). - Sociale voorzieningen goed onderhouden tijdens werkzaamheden.

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Verantwoordelijke aanduiden voor onderhoud van de werfinrichtingen en opkuis van de werf. - Frequentie van opkuis vastleggen (bepaling lastenboek).

- Introductiecontact voor de aanvang van de werken. - Informatie en instructie werknemers. - Bijhouden coördinatie-instrumenten (V&G-Plan, CD & PID).

- Werfleider doet technische coördinatie van de werf. - Verantwoordelijkheden vastleggen.

PREVENTIEMAATREGELEN

13

Persoonlijk letsel al of niet met langdurig verlet, kans op beroepsziekte, invaliditeit of dodelijke afloop tot gevolg.

Grotere gevolgen van letsels bij afwezigheid.

Uitbreiding van brand.

Voorzien van eerste hulp en dringende verzorging op de werf.

Voorzien van voldoende en geschikte brandblusmiddelen.

RISICO'S

Gebruik van PBM (helm, aangepaste werkkledij, veiligheidsschoenen, -handschoenen,...).

ACTIVITEIT

AR

RR

-

-

-

-

-

Permanente draagplicht algemene en specifieke PBM. Draagplicht signaleren (pictogrammen). Opleiding en instructie werknemers. Reserve PBM ter beschikking op de werf (bezoekers). Toezicht op gebruik. Aanwezigheid van EHBO-voorzieningen (verbandkoffer, draagberrie, dekens, ...). Noodprocedure opstellen en verantwoordelijkheden vastleggen in bouwplaatsreglement. Opleiding en instructie werknemers. EHBO-verantwoordelijke aanduiden en één hulpverlener per 20 personen (let op met de nieuwe eis uit de bijlagen KB TMB: de werkgever dient ervoor te zorgen dat er op elk moment gekwalificeerd personneel aanwezig is om eerste hulp te verlenen. Er dienen maatregelen te worden getroffen om werknemers die betrokken zijn bij een ongeval of die plotseling onwel worden, te kunnen vervoeren voor medische verzorging).. Noodoproepnummers afficheren bij telefoonpost. Aanwezigheid van voldoende blustoestellen. Signaleren (pictogrammen). Noodprocedure opstellen en verantwoordelijkheden vastleggen in bouwplaatsreglement. Opleiding en instructie werknemers. Noodoproepnummers afficheren bij telefoonpost.


14 - Indienststellingsverslag en trimestriële periodieke keuring door E.D.T.C. - Aangepast hefvermogen. - Instellen veiligheidszone op begane grond rondom werkzone. - Optimaliseren coördinatie tussen kraanman en monteur. - Dragen PBM (helm, veiligheidsschoenen). -

- Onder spanning staande delen uitschakelen en vergrendelen. - Gebruik van isolerend gereedschap. - Dragen PBM (isolerende veiligheidsschoenen).

Bezwijken, instorten en vallen van de kraan.

Vallen van voorwerpen tijdens installeren.

Beklemd raken: tussen mobiel kraangedeelte en vast object.

Blootstelling aan elektrische stroom tijdens montage (laagspanning).

TIjdens montage van de verschillende delen. Afbakenen doorgang (0,80 m) ter hoogte van draaicirkelzone. Optimaliseren coördinatie tussen kraanman en monteur. Dragen PBM (veiligheidsschoenen).

- Stabiele opstelling hefwerktuig.

- Onder spanning staande delen uitschakelen en vergrendelen. - Uitvoering door opgeleid en ervaren personeel. - Dragen PBM (o.a. isolerende veiligheidsschoenen).

Blootstelling aan elektrische stroom.

Grondverzakking.

- Gebruik van gekeurd materieel voorzien van nodige afschermingen. - Dragen PBM (veiligheidsbril, -handschoenen en -schoenen).

Oplopen letsel tijdens aansluiting (zagen, slijpen).

Installeren / gebruik van snelmonteerbare bouwkraan (S.M.B.K.).

- Rekening houden met natuurlijke afschuivinghoek. - Aanbrengen beschoeiing (diepte > 1,20m). - Voldoende afstand bewaren met zwaar verkeer en trillende machines.

Instorten sleuf / grondverzakking.

Opvragen liggingsplannen bij nutsmaatschappijen. Gebruik maken van detectieapparatuur / sonderen. Manueel graven van controlesleuf. Dragen PBM (handschoenen, isolerende veiligheidsschoenen,...).

- Afbakenen werkzone en signalisatie. - Sleuven zo snel mogelijk terug afdichten. - Orde op werkplek (rondslingerend materieel vermijden).

-


Vallen van personen.

RR

Werfaansluiting op nutsvoorzieningen (elektriciteit, telefoon, herleiding riolering).

AR

Veroorzaken lek in waterleiding, gaslek en / of gasontploffing en blootstelling aan elektrische stroom (elektrisering, elektrocutie en verbranding).

RISICO'S

Raken van ondergrondse leidingen.

WERFINRICHTING

ACTIVITEIT

15

Installeren en gebruik van bouwlift.

Levering en opslag van bouwmateriaal en –materieel.

Installeren en gebruik van generator.

ACTIVITEIT

- Speciale aandacht bij achteruitrijden. - Geluidssignaal bij achteruitrijden.

Aanrijding van personen bij achteruitrijden.

- Toegang werkplatform voorzien van afscherming. - Dragen PBM (valbeveiliging). - Bouwlift is niet geschikt voor personenvervoer. - Stabiele opstellingen en funderen met voldoende massa. - Controle voor indienststelling en periodieke trimestriële controle door E.D.T.C. - Mast stevig verankeren op elke verdieping. - Laadplatform voorzien van plint en leuning. - Werkplatform vrij van materieel en materiaal. - Dragen PBM (veiligheidsschoenen). - Genaakbare draaiende delen voorzien van afscherming. - Werkplatform vrij van uitstekende delen. - Dragen PBM (helm).

Vallen van personen vanaf hoogte.

Instorten / omvervallen.

Vallen van voorwerpen tijdens gebruik. Letsel door trappen op voorwerpen. Letsel door contact met genaakbare draaiende delen. Letsel door stoten.

Nooit plaatsnemen onder hangende last. Gebruik van gekeurd hijsmaterieel en aanslagmaterieel. Gebruik van hulpmiddel bij geleiden van zware lasten. Gebruik maken van een goede aanslagtechniek. Dragen van PBM (helm, veiligheidsschoenen).

-

Vallende voorwerpen tijdens lossen.

- Degelijke aarding van chassis. - Keuring indienststelling en 13-maandelijkse keuring door E.D.T.C.

Elektrocutie.

- Goede coördinatie tussen chauffeur, kraanman en helper. - Afstappen van vrachtwagen (niet afspringen).

- Geluidsgedempte generator aanwenden. - Dragen PBM (gehoorbescherming).

Blootstelling aan lawaai.

Vallen van personen vanaf vrachtwagen tijdens lossen.

- Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie.


Fysieke belasting.

RR

- Gebruik van aangepast en gekeurd heftoestel en aanslagmaterieel. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Dragen PBM (helm, veiligheidsschoenen).

AR

Vallen tijdens het plaatsen.

RISICO'S

16

17

- Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Degelijke aarding van chassis. - Minimumspanningsschakelaar tussenschakelen. - Dragen PBM (isolerende veiligheidsschoenen). - Afscherming van genaakbare draaiende delen en terugplaatsen na onderhoud. - Niet met handen of werktuigen in draaiende trommel komen. -

Fysieke belasting.

Elektrocutie.

Letsel door contact met genaakbare draaiende delen (riemschijven trommel, tandwielen, ...). Brandgevaar tijdens bijvullen brandstof.

Inkalven van de uitgraving.

Stoten tegen de machine.

Ingraven van de septische put, waterput en stookolietank.

- Horizontale en stabiele opstelling op onderstoppingen.

Omvallen silo in gebruiksfase.

- Uitgraving in talud.

- Instellen van een afgebakende werkzone voor de machine. - Verbieden van andere werkzaamheden rondom de machine.



Fysieke belasting.


- Gebruik van aangepast en gekeurd heftoestel en aanslagmaterieel. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Dragen PBM (helm, veiligheidsschoenen).


Machine eerst stilleggen. Niet roken en geen open vlam in nabijheid. Steeds een trechter gebruiken (morsen vermijden). ABC-brandblusser (6kg) binnen bereik houden.

- Ingrijppunt tandwielen lokaal afschermen of met beschermband rond tandwielbaan.


Knelling en amputatie vingers.

RR - Gebruik van aangepast en gekeurd heftoestel en aanslagmaterieel. - Nooit plaatsnemen onder hangende last. - Dragen PBM (helm, veiligheidsschoenen).

AR


RISICO'S

Uitgraven van de sleuven voor de riolering.

GRONDWERKEN

Installeren en gebruik van mortelsilo's.

Installeren en gebruik van betonmolens en –mixers.

ACTIVITEIT

18 - Huidcontact vermijden door aangepaste werkkledij en PBM. - Bij contact handen spoelen met water. - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie.

Contact met cement.

Fysieke belasting.

Opgeleid en ervaren personeel. Stabiele opbouw van de gevelstelling. Werkvloer volledig dichtleggen. Leuningen voorzien vanaf hoogte > 2 meter. Zorgen voor voldoende uitsteek werkvloer op dwarsligger (min. 20 cm).

-

Vallen van metserstelling.

Opgeleid en ervaren personeel. Stabiele opbouw van de stelling op schragen. Werkvloer volledig dichtleggen. Leuningen voorzien vanaf hoogte > 2 meter. Zorgen voor voldoende uitsteek werkvloer op schraag (min. 20 cm).

-

Vallen van stelling op schragen.

Bijkomende algemene coördinatiemaatregel: Metserstelling laten staan voor dakwerken, buitenschrijnwerk, voegwerk en gevelpleisterwerken.

Opgaand metselwerk.

STRUCTUUR

Gieten van stortbeton voor de fundering op staal.

- Huidcontact vermijden door aangepaste werkkledij en PBM. - Bij contact handen spoelen met water.

- Stabiel en horizontaal werkvlak. - Opletten voor verkeerde bewegingen bij het verwijderen van kleigronden die verzadigd zijn van water.

Verkeerde beweging tijdens inspanning (werken met schop).

Contact met beton.



FUNDERINGEN

- Nooit werken onder lasten in behandeling (elementaire veiligheidsregel).



Vallen van voorwerpen bij behandeling en werknemers die zich in de draaicirkel van de betrokken machines bevinden.

RR

Uitgraven van de funderingssleuf.

AR


RISICO'S

Terrein gelijk maken en eventueel aanvoeren van grond als woning klaar is.

ACTIVITEIT

19

Leggen van de breedplaatvloeren (predallen).

ACTIVITEIT

- Oordeelkundige plaatsing van schoren. - Gebruik van gekeurd hijsmaterieel en aanslagmaterieel en correct aanbrengen. - Coördinatie tussen machinist en overige werknemers. - Nooit werken onder hangende lasten. - Instellen van veiligheidszone rondom werkzone. - Voldoende betonweerstand van de predal. - Hulpmiddel gebruiken om predal vanop afstand te geleiden. - Coördinatie optimaliseren tussen geleider en kraanman. - Dragen PBM (veiligheidsschoenen).

Vallende voorwerpen bij behandeling tijdens de machinale verplaatsing van de predal.

Beklemd raken tijdens het manueel begeleiden van de predal.


Instorting van de predal tijdens het betonneren.

RR

- Montageplan nazien door een verantwoordelijke vóór de plaatsing van de bewapening. - Minimum drie steunpunten voorzien voor de plaatser van de predallen. - Werkvlak afschermen met een aangepast CBM. - Dragen PBM (veiligheidsharnas).

AR

Vallen van personen vanaf hoogte (door instorten van de predallen ingevolge onvoldoende opleg, door onvoldoende schoring of tijdens plaatsen).

RISICO'S

20

Gordingen, timmerwerk en plaatsen dakplaten.

Uitvoeren van de dakconstructie.

DAKWERKEN

ACTIVITEIT

-

- Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming).

Verkeerd gebruik of opbouw materieel.

Fysieke belasting.

Lawaai.

- Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. - Afstemming van de werkzaamheden op elkaar. - Dragen PBM (helm). - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). -

Elektrocutie.

Vallende voorwerpen onder draaiende kraan. Fysieke belasting.

Lawaai.

Contact met gevaarlijke producten (bv. PUR-schuim,...).

Conforme etikettering (o.a. etiket, R.&S.-zinnen). Veiligheids- en gezondheidssteekkaart (M.S.D.S.) aanwezig. Voorschriften fabrikant respecteren. Opleiding en instructie.

- Werkvlak afschermen met een aangepaste CBM. - Openingen dichtleggen.

Val personen van hoger vlak.

Stabiele opstelling en verankering van de stellingen. Voldoende lange en stabiele ladders. Werkvlak afschermen met een aangepast CBM. Dakopeningen afschermen met leuningen en plint. Risicovolle plaatsing niet bij rukwinden doen. Zorgen voor een optimale bereikbaarheid van het te monteren element vanuit de binnenruimte.

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Werkvloer opgeruimd houden.


Struikelen.

RR

- Werkvlak afschermen met een aangepast CBM. - Openingen dichtleggen.

AR


RISICO'S

21

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Werkvloer opgeruimd houden. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). -

Struikelen.

Elektrocutie.

Fysieke belasting.

Lawaai.

Contact met gevaarlijke producten (bv. siliconen,...).


- Zie deel “Werfinrichting” – gebruik van een bouwlift.

Werkvlak afschermen met een aangepast CBM. Openingen dichtleggen. Aanbrengen van CBM op de stelling. Gebruik maken van vangnet ter aanvulling van de normale CBM. Panlatten voldoende gedimensioneerd en van goede kwaliteit.


Omvallen en kantelen van bouwlift.

RR -

AR


RISICO'S

Buitenschrijnwerk.

BUITENSCHRIJNWERK - Gelijktijdig werken met gevelstelling en dragen PBM (veiligheidsharnas). - Openingen dichtleggen. - Dragen PBM (veiligheidshandschoenen).

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Werkvloer opgeruimd houden. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie.

Val personen van hoger vlak bij het plaatsen van ramen en deuren in gevels (uit het raam vallen). Contact onbeweeglijke voorwerpen door stoten tegen muren. Struikelen.

Elektrocutie.

Bijkomende veiligheidsvoorziening postinterventie: Voorzien van dakhaken en houders voor ladder in dakgoot (type DIMOS).

Leggen van dakpannen.

ACTIVITEIT

22

Waterleiding, riolering en plaatsing uitrusting.

SANITAIR

Beglazing.

BEGLAZING

ACTIVITEIT

- Opslag op aangepaste bokken of in aangepaste houders. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. -

Omvallen van het glas. Elektrocutie.

Fysieke belasting.

Contact met gevaarlijke producten (bv. siliconen, voegkitten,...).

- Openingen dichtleggen. - Juist gebruik en opstelling van correcte ladder of trap (VGS-label). - Dragen PBM (veiligheidshandschoenen). - Draadsnijmachine gebruiken met dodevoetschakelaar. - Coactiviteit met schilder of stofferingswerkzaamheden vermijden. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie.


Snijden. Knellen. Brandrisico. Elektrocutie.


- Dragen PBM (veiligheidshandschoenen).

Snijwonden.

- Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming).


Lawaai.

RR - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie.

AR

Fysieke belasting.

RISICO'S

23

Plaatsen van een boiler of warmwatertoestel.

Plaatsen van de verwarmingselementen.

VERWARMING

ACTIVITEIT

-

Contact met gevaarlijke producten (bv. dichtingsproducten, lijmen, ...).

- Dragen PBM (veiligheidshandschoenen).

- Gebruik van stabiel opgestelde schragen of rolstellingen.

-

Oplopen van snijwonden aan de naakte scherpe koelvinnen en de mantelelementen. Vallen van personen vanaf hoogte tijdens het plaatsen op hoogte. Fysieke belasting.

Contact met gevaarlijke producten (bv. lijmen).

- Gebruik van schragen, rolstelling voorzien van plint en leuning of trapladdersysteem. - Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Voldoende verlichting op de werkplek. - Hulp van werkmakker indien te volumineus element.

Vallen van personen vanaf hoogte in geval van monteren van het toestel op hoogte. Vallen van personen op begane grond tijdens de montage van het toestel / de ketel.


Aangepaste tiltechnieken. Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. Opleiding en instructie. Hulp inroepen van werkmakker bij te volumineuze afmetingen.

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement).

Vallen van personen op begane grond tijdens het aanbrengen van de verwarmingselementen.


- Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming).


Lawaai.

RR - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie.

AR

Fysieke belasting.

RISICO'S

24

Frezen van sleuven.

ELEKTRICITEIT

ACTIVITEIT

- Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). - Slijpschijf of -frees met stofafzuiging. - Dragen PBM (ademhalingsbescherming – stofmasker).

Elektrocutie. Fysieke belasting.

Lawaai. Inademen slijpstof.

- Dragen PBM (veiligheidsbril).

Letsel door contact beweeglijke voorwerpen (vuil-tje in het oog tijdens het instellen van het toestel).

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement).

- Onder spanning staande delen uitschakelen en vergrendelen. - Dragen PBM (isolerende schoenen, isolerende mat). - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie.

Elektrocutie.

Struikelen.

- Uitvoeren door een erkend technicus / vakman.

Explosie t.g.v. het veroorzaken van een lek in een gasleiding bij montage.

- Juist gebruik en opstelling van correcte ladder of trap (VGS-label).

- Gebruik van specifiek gekeurd hefgereedschap. - Ergonomische tiltechniek en werkhouding. - Hulp van werkmakker.

Inspanning, verkeerde beweging tijdens het verankeren van het toestel op de muur of tijdens het aanvoeren.


- Voldoende werkruimte voorzien tijdens de ontwerpfase. - Indien niet mogelijk herziening van de inplantingsplaats.


Geklemd raken bij montage tussen boiler / steunen / wand.

RR - Gebruik van specifiek hulpgereedschap en / of ankerbouten met voldoende draagkracht. - Voldoende verankeringen voorzien in ontwerpfase en opleggen via lastenboek. - Dragen PBM (veiligheidsschoenen).

AR

Loskomen van toestel / ketel bij onvoldoende verankering tijdens de montagewerkzaamheden.

RISICO'S

25

Pleisterwerk aan muren en plafond.

PLEISTERWERK

Dekvloer uitvoeren in zandcement of anhydriet.

DEKVLOER

ACTIVITEIT

- Opleiding en instructie. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. - Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Opleiding en instructie - Dragen PBM (gehoorbescherming). -

Ondeskundig gebruik pomp. Elektrocutie. Fysieke belasting.

Lawaai. Contact met de producten uit de cementgebonden dekvloer of anhydrietgebonden dekvloer.

- Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. - Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). -

Fysieke belasting.

Elektrocutie. Lawaai. Contact met gevaarlijke producten.


- Openingen dichtleggen. - Juist gebruik en opstelling van correcte ladder of trap (VGS-label).


Conforme etikettering (o.a. etiket, R.&S.-zinnen). Veiligheids- en gezondheidssteekkaart (M.S.D.S.) aanwezig. Voorschriften fabrikant respecteren. Opleiding en instructie. Zie informatieve fiche(s) in veiligheids- en gezondheidsplan.

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Werkvloer opgeruimd houden. - Slangen strak op de vloer houden.


Struikelen.

RR

- Openingen dichtleggen.

AR


RISICO'S

26

Plaatsen van deuren en trap.

BINNENSCHRIJNWERK

Leggen van vloertegels.

VLOERBEKLEDING

ACTIVITEIT

- Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. -

Lawaai.

Elektrocutie.

Contact met gevaarlijke producten (bv. tegellijmen,...).

- Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. -

Fysieke belasting.

Lawaai.

Elektrocutie.

Contact met gevaarlijke producten (bv. siliconen,...).


- Deuren en trap tijdelijk borgen i.c. schoren tegen omvallen.

Letsels door kantelen of omvallen van binnenschrijnwerk.




Fysieke belasting.

RR

- Dragen PBM (kniebescherming).

AR

Knieletsel.

RISICO'S

27

Installeren van keuken met uitrusting.

Installeren van toiletuitrusting, wastafels en douches.

- Stabiel opgestelde trapladder.

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Adequate verlichting van de werkzone. - Dragen PBM (veiligheidsbril).

- Ergonomische tiltechnieken en werkhouding. - Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Overtollig verpakkingsmateriaal buiten werkzone opslaan.

- Indien mogelijk overtollige bescherming pas verwijderen na montage. - Dragen PBM (handschoenen).

- Onder spanning staande delen uitschakelen en vergrendelen. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie.

Vallen van personen op begane grond tijdens het monteren van de uitrusting. Letsel door contact beweeglijke voorwerpen (vuiltje in het oog). Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling (verstuiking tijdens behandelen van zware elementen).

Oplopen van snijwonden aan de randen van te monteren elementen (aanrecht, dampkap... ).

Elektrocutie.

- Dragen PBM (veiligheidsschoenen).

Vallende voorwerpen tijdens behandeling. Vallen van personen vanaf hoogte tijdens het plaatsen van elementen op hoogte.

- Juiste werkhouding en tiltechniek. - Te monteren uitrusting buiten de werkzone opslaan. - Hulp inroepen van een werkmakker.

Inspanning, verkeerde beweging bij het manueel behandelen van de bijhorigheden (bv. verstuiking).


- Dragen PBM (veiligheidsbril).

RR NVT

Letsel door contact beweeglijke voorwerpen (vuiltjes in het oog).

AR

- Orde en netheid (bepaling bouwplaatsreglement). - Optimale verlichting van de werkzone.

RISICO'S

Vallen van personen op begane grond bij het plaatsen van de verschillende uitrustingsgoederen.

KEUKEN- EN BADKAMERINRICHTING

ACTIVITEIT

28

Wandtegelwerk.

VOEGWERK

Plaatsen van muurtegels.

WANDTEGELWERK

ACTIVITEIT

- Opleiding en instructie. - Dragen PBM (gehoorbescherming). - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. -

Lawaai.

Elektrocutie.

Contact met gevaarlijke producten (bv. tegellijm,...).

- Aangepaste tiltechnieken. - Gebruik van aangepaste tilhulpmiddelen. - Opleiding en instructie. - Toepassen van CEBEC-gekeurd of CE-gemarkeerd elektrisch gereedschap met dubbele isolatie. -

Fysieke belasting.

Elektrocutie.

Contact met gevaarlijke producten (bv. voegspecie,...).


-

Vallen van stelling op schragen.

Opgeleid en ervaren personeel. Stabiele opbouw van de stelling op schragen. Werkvloer volledig dichtleggen. Leuningen voorzien vanaf hoogte > 2 meter. Zorgen voor voldoende uitsteek werkvloer op dwarsligger (min. 20 cm).




Fysieke belasting.

RR

- Alle openingen dichtleggen. - Juist gebruik en opstelling van correcte ladder of trap (VGS-label).

AR

Vallen van personen van hoogte.

RISICO'S

SPECIFIEK V&G-PLAN IDENTIFICATIEFORMULIER AANNEMER / ZELFSTANDIGE DATUM

WERF:

AANNEMER:

Naam: .................................................................................................................................................................................. Adres: .................................................................................................................................................................................. Tel.:................................................................. Fax.: .............................................. E-mail: ................................................. R.S.Z.-nr.: ........................................................................................................................................................................... Registratienummer: ............................................................................................................................................................ Erkenning: .......................................................................................................................................................................... NACE-code: .......................................................................... B.T.W: ................................................................................. Certificering/attestering VCA(*) ..............BeSaCC(*).............................ISO(*)........................Andere(*) ............................... Geldig tot: ........................................................................................................... Ondernemingshoofd: ......................................................................................................................................................... Aantal werknemers: ............................................................................................................................................................ Preventieadviseur: ..................................................................................................................................Niveau I, II of III(*) Externe dienst voor preventie en bescherming (E.D.P.B.): ................................................................................................. Externe dienst voor technische controle (E.D.T.C.): ............................................................................................................ Arbeidsongevallenverzekeraar: ..........................................................................................................................................

Project: Omschrijving van de uit te voeren werken: ........................................................................................................................ Projectleider: ....................................................................................................................................................................... Werfleider: .......................................................................................................................................................................... Veiligheidsverantwoordelijke op de bouwplaats: ............................................................................................................... E.H.B.O.-hulpverlener: ....................................................................................................................................................... Maximum aantal werknemers die op de werf zullen tewerkgesteld worden ...................................................................... Verwezenlijkingsperiode van: ………/………/……… tot ………/………/………

VERKLARING VAN ONTVANGST Ondergetekende verklaart het bouwplaatsreglement ontvangen te hebben en verbindt zich ertoe al zijn werknemers en onderaannemers die voor zijn rekening werken, te informeren over de inhoud. Eveneens bevestigt ondergetekende de voorschriften van het bouwplaatsreglement duidelijk begrepen te hebben. Gelezen en goedgekeurd, Handtekening: .................................................................................................................................................................... Naam: ................................................................................................................................................................................. Functie: ............................................................................................................................................................................... (*)schrappen wat niet past

29

DATUM

WERF:

AANNEMER:

1. Worden er stellingen gebruikt?

(J/N)

2. Worden heftoestellen gebruikt?

(J/N)

• • • • • • • • • •

❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

Elektrische takels Gevellift Hanglift Heftruck Hoogtewerkers Mobiele kraan Schaarliften Tirfor Verreiker Andere

Opmerking: Voor veiligheidsfuncties is medische keuring vereist

3. Zijn deze heftoestellen / aanslagmateriaal gekeurd door een Externe Dienst voor Technische Controle (EDTC), vroeger ‘erkend organisme’ genoemd?

(J/N)

Indien ja: kopie keuringsverslag bezorgen aan de werfleiding / coördinator-verwezenlijking

4. Welke toestellen / middelen worden gebruikt? • • • • • • • • •

❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

Boorhamer(s) / -machine(s) Compressor(s) Elektrische afkortza(a)g(en) Elektrische groep(en) Decoupeerza(a)g(en) Schiethamer(s) / patronen Slijpschij(f)(ven) Tafelza(a)g(en) Andere

5. Wordt er gebruik gemaakt van: • Butaan- / propaanbranders? Indien JA: - terugslagklep voorzien? - brandblustoestel voorzien? - opslagplaats flessen voorzien? - flessen geïdentificeerd? • Oxyacetyleenbrander? Indien JA: - terugslagklep voorzien? - brandblustoestel voorzien? - opslagplaats flessen voorzien? - manometers gekeurd (keuringsverslag)? - flessen geïdentificeerd? • Ketels (dakdekkers)? Indien JA: - terugslagklep voorzien? - brandblustoestel voorzien? - opslagplaats flessen voorzien? - flessen geïdentificeerd? - opvangkuip voorzien? - instructies aan het personeel?

30

(J/N)

❏ ❏ ❏ ❏

: Ja : Ja : Ja : Ja

❏ ❏ ❏ ❏

: Neen : Neen : Neen : Neen

(J/N)

❏ ❏ ❏ ❏ ❏

: Ja : Ja : Ja : Ja : Ja

❏ ❏ ❏ ❏ ❏

: Neen : Neen : Neen : Neen : Neen

(J/N)

❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

: Ja : Ja : Ja : Ja : Ja : Ja

❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏

: Neen : Neen : Neen : Neen : Neen : Neen

DATUM

WERF:

AANNEMER:

6. Van welke producten wordt gebruik gemaakt? • Opgave brandgevaarlijke producten en voorziene maximale hoeveelheden op de werf (White spirit, oplosmiddelen, benzine, …) Welke?

.......................................................

Hoeveelheid: ................................................

.......................................................

Hoeveelheid: ................................................

• Chemische producten en maximale hoeveelheid op de werf (Methyl-ethyl-keton (MEK), lijmen… ) Welke?

.......................................................

Hoeveelheid: ................................................

.......................................................

Hoeveelheid: ................................................

7. Elektrische uitrusting • Gebruik van verlengkabels? (J/N): ❏ Type H07RN-F? ❏ Type H05RN-F? ❏ Zijn ze geïdentificeerd? (naam van de firma vermeld op de kabel of kleurcode)

❏ : Ja ❏ : Ja ❏ : Ja

❏ : Neen ❏ : Neen ❏ : Neen

• Contactdozen spatwaterdicht? slagvast?

❏ : Ja ❏ : Ja

❏ : Neen ❏ : Neen

• Gebruikt men verdeelkasten? Zijn deze 5-jaarlijks gekeurd?

❏ : Ja ❏ : Ja


• Gebruikt men generatoren? Zijn de generatoren 13-maandelijks gekeurd?

❏ : Ja ❏ : Ja


8. Wordt er gebruik gemaakt van ander (hierboven niet vermeld) materieel?

(J/N)

Indien JA, welke? ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................................................... (Valt het hierboven vermelde materieel onder de wetgeving rond de indienststelling en periodieke keuring door externe diensten voor preventie en bescherming (EDPB), dan moeten deze verslagen eveneens voorgelegd kunnen worden.)

31

COORDINATIEDAGBOEK Het coördinatiedagboek is het document of geheel van documenten dat door de coördinator wordt bijgehouden en dat, op genummerde bladzijden, de gegevens en aantekeningen vermeldt betreffende de coördinatie en gebeurtenissen op de bouwplaats. Het coördinatiedagboek is verplicht op alle bouwplaatsen waar coördinatie moet worden georganiseerd. Het coördinatiedagboek vermeldt de volgende elementen: 1.de namen en adressen van de tussenkomende partijen, het ogenblik van hun tussenkomst op de bouwplaats en voor ieder van hen, het voorziene aantal op de bouwplaats

tewerk te stellen werknemers evenals de voorziene duur van de werken 2.de beslissingen, vaststellingen en gebeurtenissen die voor het ontwerp en de verwezenlijking van het bouwwerk van belang zijn 3.de opmerkingen gemaakt aan de tussenkomende partijen en de gevolgen die ze eraan gegeven hebben 4.de opmerkingen van de aannemers, aangevuld met het visum van de betrokken partijen 5.de gevolgen gegeven aan de opmerkingen van de tussenkomende partijen en van de werkne-

mersvertegenwoordigers die van belang zijn voor het ontwerp van het project en de verwezenlijking van het bouwwerk 6.de tekortkomingen van de tussenkomende partijen ten opzichte van de algemene preventiebeginselen, de toepasselijke regels en de concrete maatregelen aangepast aan de specifieke kenmerken van de tijdelijke of mobiele bouwplaats, of ten opzichte van het veiligheids- en gezondheidsplan 7.de verslagen van de vergaderingen van de coördinatiestructuur bedoeld in artikel 37 van het K.B. Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen 8. de ongevallen.

POSTINTERVENTIEDOSSIER ARCHITECTURALE, TECHNISCHE EN ORGANISATORISCHE ELEMENTEN Aanvullingen, plannen en documenten Aanvraagformulieren vergunningen en kopijen bekomen vergunningen: • Bouwaanvraag – bouwvergunning met bijzondere aantekeningen of goedgekeurde wijzigingen, • Aanvraagformulieren en antwoorden ligging nutsleidingen en –voorzieningen: - Elektriciteit, - Telefoon, - Teledistributie, - Water, - Gas, - Riolering(en), - Militaire leidingen, - ...

• Bodemattest (Vlaanderen)

• Legplan van de welfsels, • Detailplannen inrichting,

Architecturale en technische plannen.

• Aanvullingen met situatiefoto’s leidingen e.d.

• (As-built)-plannen woning,

• ...

• Elektriciteitsdossier (*),

(*) Elektriciteitsdossier moet door elke eigenaar van een woning kunnen voorgelegd worden en bevat: • keuringsverslag (dat installatie conform AREI gebeurd is), • eendraadsschema, • situatieschema. Situatieschema: Geeft weer waar in huis zich welk type stopcontacten, lichtpunten,... bevinden. Eendraadsschema: Geeft de verdeling van de stroombanen weer m.b.v. een reeks conventionele symbolen.

32

RELEVANTE VERANTWOORDING

• Maakt gebruik van de speciaal voor beveiligingstoepassingen gereserveerde 868 MHz frequentie.

heidsplan) werd in overleg met de architect en de bouwheer geopteerd voor de FP Roofhook van Gevaco B.V.

Algemeen

• In totaal kunnen er 8 keyfob handzenders en 29 supervised draadloze PIR detectoren, rookmelders, glasbreukmelders, zenders en magneetcontacten op het systeem worden aangesloten.

De FP Roofhook is een roestvast stalen dakborgpunt welke geplaatst wordt op hellende daken. FP Roofhook is een dakhaak welke een combinatie is van dakborgpunt, ladderhaak en loopplankbeveiliging voor bevestiging van industriële veiligheidsgordels en voor de beveiliging van ladders op daken, loop-planken, werkplatforms en dergelijke.

Dit deel van het postinterventiedossier kan het best ingevuld worden door de architect. Hij is degene die in samenspraak met zijn bouwheer bepaalde materiaal- en uitvoeringskeuzes heeft gemaakt. Dit deel van het postinterventiedossier kan (moet) ook gebruikt worden om bepaalde keuzebeslissingen te verantwoorden. Het kan ook gaan om een verantwoording waarom NIET voor een bepaald materiaal werd gekozen.

Dakhaken Ondanks de eerdere optie genomen voor de dakhaken van de firma DIMOS (zie veiligheids- en gezond-

Tevens voldoet hij aan alle eisen opgelegd in de Europese normalisa-

Voorbeeld: “In samenspraak met de bouwheer werd besloten geen ringterras rond de woning aan te leggen”. Branddetectieapparatuur / inbraakbeveiligingsinstallatie Bij de keuze van de branddetectieapparatuur werd geopteerd voor de B-Secure centrale. Deze centrale biedt vele voordelen op beveiligingsgebied. Tevens kan hij gecombineerd worden met de inbraakbeveiligingsinstallatie: • Hak- en breekwerk wordt tot een minimum beperkt met dit handzame draadloze systeem. • Bij verhuizing kan men de installatie eenvoudig demonteren en herplaatsen in de nieuwe woning. • Een overzichtelijke display in combinatie met spraakteksten maakt de centrale eenvoudig in bediening en gebruik. • Alle draadloze PowerCode producten bestaande uit standaard en diervriendelijke PIR detectoren, magneetcontacten, handzenders en rook-/glasbreukmelders kunnen op het centrale systeem worden toegepast. • Dankzij de wisselende codering (CodeSecure) van de transmissie is de communicatie tussen handzender en centrale optimaal beveiligd. 33

tie voor verankeringspunten voor persoonlijke valbeveiliging.

Technische gegevens: • Materiaal: Roestvast staal 304 • Hoogte vanaf dak: 270 mm • CE-gemarkeerd EN 795 klasse B • Getest met minimaal 500 kg na montage • Periodieke inspectie: 5-jaarlijks aanbevolen door fabrikant • (De)montagevoorschriften leverbaar (zie bijgevoegde fiche in PID) Attest: zie hierna.

INFORMATIE VOOR UITVOERDERS VOOR LATERE INTERVENTIES Veiligheidsinformatie Algemeen Het lijkt vanzelfsprekend dat je je splinternieuwe of verbouwde woning, eens je ze betrokken hebt, goed onderhoudt. Wat echter enigszins over het hoofd gezien wordt, is dat de huidige graad van ingewikkeldheid van de bouwtechniek en de uitrustingssystemen vaak de pet van de leek te boven gaat. Het moderne bouwproces stopt niet nadat ontwerpers samen met uitvoerders je droomwoning realiseerden, maar gaat door met een gewetensvol en bedachtzaam onderhoud van alle onderdelen, wat een comfortabele woonervaring op lange termijn garandeert. Het als bijlage aan deze tekst beschreven ‘onderhoudsschema woning’ kan ver-geleken worden met het onderhoudsboekje van je wagen en kan je overdreven lijken, maar het geeft een goede indicatie van waar problemen kunnen optreden en hoe ze te voorkomen. 34

Je beslist natuurlijk zelf wat je er mee doet; of je je banden, bij wijze van spreken, vervangt na een klapband, dan wel of je hun slijtagegraad voortdurend in de gaten houdt en ze preventief vervangt.

Onderhoudsschema woning Om het huis Ingangen, stoepen en terrassen Houd toegangswegen, stoepen en terrassen steeds goed beloopbaar en veilig.

Bij het uitvoeren van het onderhoud aan de diverse onderdelen van de woning moet ten volle gebruik gemaakt worden van alle specifieke voorzieningen inzake veiligheid zoals eerder in dit postinterventie dossier beschreven werd.

Dit betekent dat je gevaarlijke takken en wortels verwijdert, in de winter sneeuw en ijs ruimt (wettelijk verplicht) en de algemene gezondheidstoestand van de toegangen rondom je huis in de gaten houdt.

Voor het onderhoud van een huis werden onderstaande arbeidsmiddelen weerhouden als de meest courant gebruikte, nl.:

Controleer jaarlijks de zich om je huis bevindende muren op loszittende voegen en/of muurafdekkingen en de diverse buitenleidingen.

• de mobiele ladder of trapladder;

LPG-tanks en -leidingen moeten na iedere herstelling en om de 5 jaar gecontroleerd worden door een erkend externe dienst voor technische controle (E.D.T.C.), vroeger ‘erkend organisme’ genoemd.

Hierbij hoort een fiche met veiligheidsinformatie voor de postinterventieperiode i.v.m. het gebruik van ladders. • de rolstelling. Hierbij hoort een fiche met veiligheidsinformatie voor de postinterventieperiode i.v.m. het gebruik van rolstelling.

Buitenverlichting, buitentoestellen en –meubilair Geef alles jaarlijks een schoonmaakbeurt en controleer de dichtheid van lichtarmaturen. Kijk ook jaarlijks de bevestigingen en isolatie van buitenleidingen na.

Elektriciteit Een automatische differentieelstroominrichting of verliesstroomschakelaar neemt fouten waar die naar de aarde vloeien. Dit apparaat biedt dus een uitstekende bescherming tegen elektrocutie, tegen brandgevaar en tegen energieverspilling te wijten aan lekstromen. Er is één differentieelschakelaar van 300 mA en 30 mA in het elektrisch net ingebouwd. Verder voldoet het ganse elektrische net aan de AIBnota “Veiligheid en betrouwbaarheid van de huishoudelijke installaties Elektriciteit”.

Het dak Platte daken • Dakafdichting Verwijder jaarlijks na de winter alle dode bladeren, slib en ander afval dat zich zou kunnen ophopen. Verwijder eveneens alle voorwerpen, afval, mos en plantengroei die de waterdichte bedekking zouden kunnen beschadigen, de belasting erop verhogen en de waterafvoeropeningen verstoppen. Bij meerlaagse bedekkingen moet om de 5 jaar de laatste afdichtingslaag herdaan worden. Dit is vooral van belang indien de waterdichte bedekking op thermisch isolatiemateriaal is aangebracht.

Gasinstallatie De gasinstallatie draagt het BENOR-logo. Tevens voldoet de ganse installatie aan de AIB-nota “Veiligheid en betrouwbaarheid van de huishoudelijke installaties aardgas, LPG en stookolie”.

• Dakkolken De goede werking van de afvoerleidingen voor het regenwater moet eigenlijk constant in de gaten worden gehouden en de waterdichtheid van de dakkolken controleer je best 2 keer per jaar.

Andere veiligheidsinformatie

• Verluchtingspijpen, dakrandprofielen en slabben Nazicht, eventuele reiniging of herstel van verluchtingspijpen, dakrandprofielen en slabben gebeuren best jaarlijks. • Dakballast en lichte beschermingen De toestand van de dakballast en lichte beschermingslagen als weerkaatsende verven en leislagbeschermingen dient continu in orde te zijn opdat de gehele dakbedekking niet aan doeltreffendheid zou inboeten. Deze onderhoudsrichtlijnen voor asfaltbedekkingen gelden ook voor niet-traditionele membranen. Raadpleeg voor alle zekerheid de richtlijnen van de fabrikant. Hellende daken • Dakbedekking (Natuur- en kunstleien, gebakken aardepannen, betonpannen, metalen pannen, dakstro, metalen dakbedekkingen, kunststof of asbestcementen golfplaten.) Voor al deze dakbedekkingen geldt dat je permanent in de gaten houdt of er een goede verluchting is aan de onderzijde van de bedekking, eventuele poedersneeuw van de zolder verwijdert en ontbrekende, beschadigde of verplaatste elementen vervangt en/of terugplaatst. Eén of twee keer per jaar verwijder je mos, plantengroei en ander afval die de goede werking van de dakbedekking kan schaden en kijk je regenafvoerleidingen, bijhorende elementen en allerhande bevestigingspunten (voegen, lassen,...) na. Bij een metalen dakbedekking die beschermd is door een coating, moet deze vervangen

worden wanneer ze niet langer doeltreffend is. • Hanggoten, dakgoten, afloopbakken Jaarlijks moeten deze elementen gereinigd en alle bevestigingspunten, lassen en voegen nagekeken worden. Op en rond het dak • Glasramen, lichtkoepels, klapramen, hellende vensters Eventuele automatische openingssystemen moeten continu in orde zijn met het oog op de brandveiligheid. Voegen kijk je 2 maal per jaar na en jaarlijks doe je een volledige check-up: reinigen van de ruiten en het buitengeraamte, herstelling of vervanging van gescheurde elementen, nazicht van de bevestigingen en smeren van het beslag en/of de beweegbare delen. Bijwerken of vernieuwen van schilderwerk doe je om de 2 jaar. Kijk ook jaarlijks eventuele uitrustingen als brandtrappen en speciale daktoegangen na. • Houten kapconstructies Kijk jaarlijks de staat van het hout na, evenals de kopeinden van de balken, het metselwerk in de inklemmingszone, de verbindingen en de goede staat van het geheel. Volg, afhankelijk van de gebruikte materialen, het onderhoudsschema met schimmelwerende of brandwerende producten. Om de 2 jaar moet de corrossiewerende bescherming van verbindingselementen, verankeringen, enz... nagekeken en bijgewerkt worden. • Metalen kapconstructies Jaarlijks moeten beweegbare steunelementen gesmeerd worden

en bevestigingen, verankeringen en verbindingen nagekeken worden. De corrosiewerende bescherming van de volledige constructie moet om de 2 jaar nagekeken worden en eventueel heruitgevoerd. • Dakterrassen De waterdichting en de goede werking van regenwaterafvoerleidingen moeten altijd in orde zijn. De terrasbekleding moet 2 maal per jaar gereinigd worden en losgekomen delen moeten hersteld of vervangen worden. Kijk jaarlijks de staat van randprofielen en slabben, de afdichting, muurafdekkingen en borstweringen na en herstel waar nodig. • Schoorstenen en andere kanalen Controleer en herstel eventueel jaarlijks de buitenbepleisteringen en bekledingen. Kijk ook de slabben en hun voegen na, evenals de bevestigingen en de staat van schoorsteenkappen en -dekplaten en de corrosiewerende bescherming van metalen verankeringen en bevestigingen. Laat je schoorsteen om het jaar vegen. • Antennes en collectoren Spankabels en verankeringspunten moeten altijd in goede staat zijn en minstens 1 maal per jaar en zeker na iedere storm gecontroleerd worden. • Bliksemafleiders De doeltreffendheid van de opvangers en van de aarding moet altijd in orde zijn en minstens om de 5 jaar en zeker na iedere ontlading nagezien worden. Aansluitingen, steunen, bevestigingen en geleiders moeten jaarlijks gecontroleerd worden.

35

Overname toegestaan mits toelating van het N.A.V.B. Deze bundels worden in het Frans gepubliceerd onder de titel «NOTES DE SECURITE CONSTRUCTION» De raadgevingen gepubliceerd door het N.A.V.B. binden enkel het Actiecomité rekening houdend met de huidige stand van de wetgeving en de techniek, en onttrekken de lezer niet aan de verplichting om informatie in te winnen en de geldende wetgeving na te leven. • Verschijnt 4 maal per jaar. • De syndicaal afgevaardigden van de bouwondernemingen krijgen rechtstreeks één exemplaar toegestuurd in bijlage bij Veilig Bouwen. • Individuele bouwvakkers kunnen een gratis exemplaar aanvragen via hun syndicale organisatie en dit zolang de voorraad strekt. • Bijkomende bestellingen = 2,48 € (bouwsector) en 3,72 € (andere sectoren).

Verantwoordelijke uitgever: C. HEYRMAN, St-Jansstraat 4 - 1000 BRUSSEL - Inschrijvingsnummer bij de Koninklijke Bibliotheek (wettelijk depot) 2515

COORDINATIEPROJECT WONINGBOUW INSTRUMENTEN VAN DE COORDINATOR

Recommend Documents