Curriculum Man and mobility hoofd coordinator docenten
Axel Enthoven Karina van Eeten Vic Cautereels Huib Seegers Stefan Van Ouytsel Hilde Den Bieman
inhoud Missie en kwaliteiten Competenties per leerjaar Het programma Doelstellingen Werkvormen Begeleiding Beoordeling Stages Kwaliteitszorg Bijlage voorbeeldopdrachten
Visie en kwaliteiten van Man and Mobility De afdeling Man and Mobility bestudeert creatieve oplossingen voor producten en services die te maken hebben met de mobiliteit van mensen, goederen en data. Studenten onderzoeken de opportuniteiten die door onze mobiele samenleving, de huidige en toekomstige stand van de techniek, kunnen worden gerealiseerd. Mobiliteit is de inspiratiebron om vernieuwende concepten voor mensen te bedenken. De studenten krijgen prikkelende opdrachten die ruime mogelijkheden geven tot het ontwikkelen van vernieuwende mobiliteitsconcepten. Ze ontwerpen vanuit een dynamische balans tussen rationaliteit en emotionaliteit. Aan de ene kant werken ze volgens een eigen, rationeel gestructureerde ontwerpmethodologie en begrijpen ze de economische realiteit waarin ze werken, ze spreken de taal van de industrie. Ze moeten uiteindelijk de vaardigheden en instrumenten beheersen die horen bij industriële communicatie zoals CAD en technisch documenteren, werken met schaalmodellen, renderings, basiskennis van kostprijsanalyse, marketing en ergonomie. Aan de andere kant hanteren ze daarbij een eigen semantiek en esthetiek, aspecten van het ontwerpproces die niet direct kwantificeerbaar zijn, maar die wel het verschil kunnen maken: de originaliteit, de identiteit en de uitstraling van de producten die ze ontwerpen. Tijdloosheid en duurzaamheid zijn belangrijke, inherente kenmerken van Man en Mobility. Deze twee ontwerpprincipes zijn de leidraad in complexe ontwerpprocessen waarin soms noodzakelijke compromissen gesloten moeten worden. Flexibiliteit is daarbij een belangrijke waarde van de afdeling Man en Mobility. De student moet zowel stevig als wendbaar zijn en blijven zoeken naar een oplossing die voor alle partijen bevredigend is. Elk jaar bepaalt de afdeling de inhoud en de opzet van het programma op basis van de inhoudelijke kwaliteit van nieuwe studenten. Het voortdurende zoeken naar de balans tussen rationaliteit en emotionaliteit en de omvang en diversiteit van het docententeam stelt de afdeling in staat het programma waar nodig tussentijds bij te sturen. Of het nu om individuele of groepen studenten gaat. Docenten weten wat er speelt in de professionele ontwerppraktijk en zorgen voor een snelle vertaling ervan in het Mobility programma.
Competenties per leerjaar Hieronder het relatieve gewicht van de verschillende competenties per leerjaar: in de betreffende modules besteedt Mobility vooral aandacht aan de volgende competenties en beoordeelt de resultaten in de verschillende modules/leerjaren vooral daarop.
Module 1 conce ptuee l vermogen
vermogen tot Kritisch e reflectie
creeren d vermogen
vermogen tot samenwerKen
vermogen tot groei en vernie uwing
omgevings-sgeri chtheid
organiseren d vermogen
communi catief vermogen
Module 2 conce ptuee l vermogen
vermogen tot Kritisch e reflectie
creeren d vermogen
vermogen tot samenwerKen
vermogen tot groei en vernie uwing
omgevings-sgeri chtheid
organiseren d vermogen
communi catief vermogen
Het programma De balans tussen rationaliteit en emotionaliteit in de opdrachten, moet gedurende de 4 semesters goed in evenwicht zijn. Daarnaast verschilt het niveau van kennis en vaardigheden dat studenten meebrengen bij de start van hun Mobility opleiding. De uitkomst van de jaarlijkse bezinning op die twee kenmerken van nieuwe studenten en de afweging van de aard van de recent gegeven opdrachten bepaalt uiteindelijk het samenstel van opdrachten die de studenten dat semester krijgen.
Module 3
conce ptuee l vermogen
vermogen tot Kritisch e reflectie
creeren d vermogen
vermogen tot samenwerKen
vermogen tot groei en vernie uwing
omgevings-sgeri chtheid
organiseren d vermogen
communi catief vermogen
Module 4 conce ptuee l vermogen
vermogen tot Kritisch e reflectie
creeren d vermogen
vermogen tot samenwerKen
vermogen tot groei en vernie uwing
omgevings-sgeri chtheid
organiseren d vermogen
communi catief vermogen
Alle opdrachten zijn er onder meer op gericht de student te stimuleren hun eigen expressie te zoeken en hun eigen taal in hun ontwerpen te ontwikkelen. Vooral in de eerste module worden opdrachten die specifiek de ontwikkeling van de emotionaliteit op het oog hebben gegeven, die studenten aanzetten om hun nieuwsgierigheid, hun omgevingsgerichtheid en hun ontvankelijkheid verder te ontwikkelen. Per module krijgen studenten 3 docenten, en daarmee vaak drie visies en invalshoeken op de rol en taak van ontwerper. Het moet studenten aanzetten tot een eigen positiebepaling en standpuntkeuze. Periodiek organiseert Mobility gastlessen op belangrijke vaardigheden als plannen, presenteren , samenwerken en dergelijke. Mobility organiseert jaarlijks excursies naar verschillende soorten bedrijven, zodat studenten kennismaken met verschillende productie- en assemblagetechnieken, marketingvraagstukken, materialen en ontwerpgebieden binnen de mobiliteitssector. Studenten bereiden de bedrijfsbezoeken inhoudelijk voor. Studenten worden daarnaast aangemoedigd op eigen gelegenheid minstens eenmaal per jaar een tentoonstelling of lezing omtrent design, en een museum te bezoeken. Doelstellingen De 4 modulen (2 jaar) als geheel zijn zo opgebouwd dat studenten steeds meer aspecten van het ontwerpproces tegelijkertijd leren hanteren en toepassen. De aandacht in module 1 is vooral gericht is op de rol en mogelijkheden van materialen in een relatief eenvoudige ontwerpopdracht. In module 4 leren studenten technieken om een relatief complex ontwerp met derden te communiceren, om het vervolgens uiteindelijk te gaan maken. De doelen in module 4 richten zich dan op: - basiselementen van het technisch tekenen - het communiceren over en presenteren van het concept - de marketingtechnische onderbouwing van het ontwerp - de consequentheid van het doorlopen van het ontwerpproces, in relatie tot opdrachtgever en gebruiker Lagere modules bevatten materiaaloefeningen, waarbij onderzoek, analyse, ontwerp en presentatie een belangrijke rol spelen. En oefeningen gericht op het ontwikkelen van de kunstzinnige kant van het ontwerpen: de emotionaliteit.
Elke module is opgebouwd uit een samenstel van 5 invalshoeken die bij het ontwerpen van een Mobility product een rol spelen: 1. Maatschappelijke context: politieke, sociaal - economische, ecologische en culturele vraagstukken. 2. Nadenken over de bijdrage die mobiliteit kan leveren bij de oplossing van dergelijke maatschappelijke problemen. 3. Ontwikkelen van ideeën en concepten. 4. Keuze voor een bepaald product. 5. Realisatie, hoe kan het product in grote getale gemaakt worden? Per module verschilt de nadruk die elk van de invalshoeken krijgt. Werkvormen De opdrachten duren over het algemeen tweemaal 10 weken. Mobility hanteert verschillende vormen van opdrachten; de studenten werken gewoonlijk tegelijkertijd aan 3 of 4 opdrachten van diverse pluimage. Individuele opdrachten waarbij het werk wekelijks individueel of in de groep wordt besproken. Door het bespreken en beoordelen van elkaars werk ontwikkelen studenten hun waarnemingsvermogen en hun vermogen tot kritische reflectie naar elkaar en naar zichzelf. De opzet van samenwerkingsopdrachten in de vorm van projecten kan verschillen. Soms begint zo’n opdracht met een groepsgewijze onderzoeks- , analyse- , en conceptfase, waarna het meest kansrijke idee door individuele studenten wordt uitgewerkt. Een andere keer start een dergelijke opdracht individueel, waarna de concept - en realisatiefase groepsgewijs wordt uitgevoerd. In beide gevallen ervaren studenten aan den lijve dat je met anderen veel meer voor elkaar kan krijgen dan in je eentje. Meestal verschillen opdrachten per modulegroep, maar het komt ook voor dat alle modules tegelijkertijd aan dezelfde opdracht werken. Begeleiding Om de inhoudelijke vorderingen van studenten te volgen hanteert Mobility een checklist van vaardigheden en kennisgebieden die studenten in de loop van hun studie moeten leren beheersen: technisch tekenen, ergonomie, ideeschetsen, de filosofische kant van mobiliteit etc. Bij de overgang van module 3 en 4 maken hoofd en coördinator met elke student de balans op: wat is de stand van zaken en welke ‘gaten’ zijn belangrijke aandachtspunten voor de invulling van de opdrachten voor module 4? Ook voor hoofd en docenten fungeert het overzicht als controlemiddel. De lijst kan aanleiding zijn voor bezinning op de gegeven opdrachten, op de met de student gevolgde methodiek, of op de inhoud van de lessen van docenten. Een van de docenten van Mobility neemt elk jaar de eindexamenbegeleiding voor zijn rekening, waardoor eindexamenkandidaten kunnen rekenen op wekelijkse coaching en begeleiding. Studenten kunnen daarnaast, op afspraak, spreken met een tweede,of derde door henzelf gekozen mentor, die speciaal op de hoogte is van één of meerdere onderwerpen van het afstudeerproject.
Beoordeling Bij elke beoordeling maakt elke student een tentoonstelling van zijn werk die meer moet zijn dan de som van de afzonderlijke ontwerpen samen. Ook al krijgen studenten soms de gelegenheid hun werk kort toe te lichten, tijdens de beoordelingen moet het werk toch vooral voor zichzelf spreken door de manier waarop het wordt tentoongesteld. Hoofd en alle docenten bekijken en beoordelen gezamenlijk het werk. Waar nodig is de student in de buurt om vragen te beantwoorden. Elke docent evalueert en kwantificeert, waarna een gezamenlijk eindoordeel wordt vastgesteld. Aan het eind van de dag krijgt elke modulegroep als geheel de uitslag in de vorm van een cijfer met redenen omkleed te horen. Het is niet ongebruikelijk dat het hoofd studenten vraagt eerst zichzelf een cijfer te geven. Na afloop zijn docenten beschikbaar voor individuele uitleg en toelichting. Tijdens het eindexamen is de gang van zaken grotendeels hetzelfde, zij het dat studenten hun werk dan altijd mondeling en schriftelijk moeten presenteren. Het extra beoordelingspunt heeft dan betrekking op de vraag of de student in staat is zijn visie uit te dragen, zijn werk overtuigend voor het voetlicht te brengen en de aanwezigen te enthousiasmeren voor zijn ontwerp. Alleen dan is er immers sprake van meerwaarde ten opzichte van het tentoongestelde werk. Naast inhoudelijke beoordelingscriteria zijn de volgende punten bij elke beoordeling aan de orde. De student: -is zich bewust van zijn persoonlijke groei in kennis en vaardigheden; -toont inzet en betrokkenheid; -gaat het experiment aan; -toont gevoel voor de belevingskant van zijn ontwerp: -esthetiek en uitstraling; -toont zelfkritisch vermogen.
Stages Mobility heeft een serieuze invloed op de beslissing waar studenten stage gaan lopen. Hoe het ook zij, eerst gaat elke student samen met de coördinerende docent van Mobility bij zichzelf te rade over de vraag welke stage voor hem of haar geëigend is gezien zijn of haar persoonlijk en professioneel profiel. Samen evalueren ze de mogelijkheden en kwaliteiten van de student, de leemtes, de ambities en de uitdagingen om gezamenlijk de eigen keuze voor een bepaald stageadres te bevestigen dan wel af te raden. Aan het begin van de 4e module wordt gewerkt aan het portfolio, CV en eventueel een sollicitatiebrief. Tevens wordt aandacht besteed aan hoe je een bedrijf kunt benaderen. Na het vinden van het stageadres wordt het stageplan (leerdoelen op je stageadres) besproken en geaccordeerd.
Kwaliteitszorg Het docententeam van Mobility is afkomstig uit het netwerk van het hoofd en van de docenten. Design Academy Eindhoven is een gewilde werkplek, het aanbod van docenten is daarom altijd groter dan de vraag. Het team is zo samengesteld dat de verschillende professionele kwaliteiten van een Mobility ontwerper vertegenwoordigd zijn: -ontwerpproces; aanpak en planning -kennis van consumenten en gebruikers -techniek -marketing -industriële productie en productrealisatie -communicatie -reflectie en beschouwing
De kwaliteit van de stages is gegarandeerd doordat veel adressen behoren tot het netwerk van hoofd en docenten. Bovendien hebben het hoofd en een aantal docenten eigen bureaus waar studenten eventueel stage kunnen lopen. De stage als professionele ontgroening is in de ogen van Mobility een ongelooflijk belangrijke ervaring voor studenten. Vaak komen studenten terug met nieuwe ambities om bij te studeren of leemtes op te vullen De beoordeling van de stage vindt plaats aan de hand van de onderstaande punten. Voorafgaand aan de stage schrijft de student op wat hij of zij wil leren in de stageperiode. Tijdens de stage schrijft een student een verslag waarin de volgende punten duidelijk naar voren komen: - Evaluatie van de oorspronkelijke doelstellingen die de student met de stage had. - Een beschrijving van de werkzaamheden. - Een evaluatie van de werkzaamheden in het licht van de doelstellingen voor de stage: waren alle aspecten vertegenwoordigd in de stage?
In de zomerperiode komt het team een dag bij elkaar om het volgende studiejaar voor te bereiden. Aan de hand van de eerder beschreven systematiek voor de module invulling komen de volgende punten aan de orde: -kwaliteit van de instromende studenten -evaluatie van het afgelopen semester -vragen van studenten naar bepaalde onderwerpen -doelen en ambities -niveau -inhoud en opbouw van het programma -opdrachten en projecten -gastlessen en bedrijfsbezoeken
De coördinator beoordeelt de stageverslagen. Tevens geven de studenten een presentatie van hun stage ten overstaan van staf en medestudenten. Mobility heeft de ervaring dat haar studenten zeer gewaardeerd worden om hun ‘directe bruikbaarheid’ in de designbureaus waar ze stage lopen.
De afdeling Man en Mobility heeft gedurende de laatste jaren altijd veel projecten met externe opdrachtgevers gedaan: een project met Objet (samenwerking met Kompasrichting LAB,3D printing) , KLM Inflight Service, Air France Check-in en Boarding Service (samenwerking met de Ontwerpafdeling Living) en het Catharina ziekenhuis in Eindhoven. Het is de taak en de rol van de coördinerend docent van Mobility om regelmatig individuele gesprekken met studenten te houden en hun te vragen naar hun mening over alle aspecten van de opleiding: hun ambities, het niveau, de inhoud, de opzet, de docenten, de opdrachten, de begeleiding, en het functioneren van het geheel.
Bijlage Voorbeeldopdrachten
3. Concept sketches / sketch renderings explain the materials and styling details > more detailed sketching and rendering
Stacking/nesting assignment/ Module 1 Design a stackable/nested product while improving overall sketching skills
Stackability or nestability is a way to improve the mobility of a product. In this assignment students will research the possibility to stack / nest a simple product from their environment to make it more mobile and transportable. The focus of the assignment is on using sketching and sketch models in the design process. We will start with basic sketch lessons and apply different types of sketching in the different phases of the design process.
Objet – Connex/ Module 2,3, en 4 How to apply the Connex Polyjet Matrixtechnology in the design process Subject Objet has developed the innovative Connex technology for rapid prototyping and rapid manufacturing machines. With this Polyjet technology, different colours and several polymer-blends can be printed within one object. To investigate the possibilities and the implications on the design process, THE SHOE is chosen as the subject of research.
Sketch phases in the design process
Parties involved LAB (DAE), Mobility (DAE), Objet, Paracloud, …
1. analyzing / configuration sketches analyzing positioning of components, dimensions and configuration 2. Idea sketches
focus on explaining the idea and how it works > basic volumes, no details
Project goals To investigate the relevance of the new Connex-technology with regards to the design process: how can a designer use this technology to his full benefit? To educate DAE-students in using CAD-technology in their design process. Results will be CAD-drawings and 3D-models of innovative (shoe) designs. Research and the outcomes will be presented in a book. Planning Running time 6 September 2010 – 1 February 2011; 20 weeks. Group: ±30 students (Phase A: 6 groups of 5); NB: three kind of students: Mobility/Lab (‘Comb.’); double hours) – Mobility/Other (‘Mob.’) – Other/Lab (‘Lab.’) Lessons Tuesday: Jelle Zijlstra for Mobility-students In the Mobility lessons, there will be a focus on the technological side of the shoe, materials, production, and a solid design process. Friday: Allard Roeterink for Lab3-students In the Lab lessons, the emphasis will be more on the ‘soft’ side of the shoe, the user’s experience, sociological aspects, etc.
Subjects for initial research (Phase A, 1st five weeks) Each group will handle one of these subjects: 1. History and culture of the shoe (Lab) 2. The (foot of the) user; the medical side of foot + shoe (Lab) 3. Markets, brands, trends and strategies (Comb.) 4. Shoe-sustainability (People-Planet-Profit / EquityEcology-Economy) (Comb.) 5. Technology of the shoe and production technology (Mob.) 6. Application areas of shoes (sports, work, leisure, …) (Mob.) Road Map / Project Planning ………………………………………………………………… A: Research (in groups of five students) Week 1 • 6-10 September 6 groups of ±5 students research the 6 main subjects of the project. Movie: How it’s made (shoes) Week 2 • 13-17 September Wed 15 Sept.: Kickoff (15.30u - before White Lady Lecture)
C: Embodiement + CAD + Proto-production (individual) Week 11 • 22-26 November Wed 24 Nov.: Interim presentation: individual designs (Poster A0? + powerpoint) Week 12 • 29 November – 3 December Week 13 • 6-10 December Week 14 • 13-17 December (Holiday) 20-24 December (Holiday) 27-31 December Week 15 • 3-7 January Final Design proposals: CAD-file + ppt ………………………………………………………………… D: Presentation – towards the book (small groups / one team) Week 16 • 10-14 January Week 17 • 17-21 January Week 18 • 24-28 January Week 19 • 31 January – 4 February Week 20 • 7-11 February Final Book Presentation (at Design Academy?)
Week 3 • 20-24 September Date to be set: Visit to the Nike Centre in Hilversum and/or to the Shoe Museum in Waalwijk
…………………………………………………………………
Week 4 • 27 September – 1 October Tue 28 + Thu 30 Sept.: Workshop CAD-software (SolidWorks/Rhino/Paracloud ?)
1. History and culture of the shoe (Lab) Laurentius Ruiter? (Lab+Leis.) - one student Mobility+Lab (teamleader) - 3 or 4 students Lab Robin Baas (Lab+Living)
Week 5 • 4-8 October Tue 5 + Thus 7 Oct.: Interim presentation: written report + powerpoint of the 6 studies (‘template’ for report!) ………………………………………………………………… B: Design (individual) Week 6 • 11-15 October Dates to be set (Tue + Thu?): Visit/Invite shoe designer: Jan Jansen/Charles Bergman/ Floris van Bommel Week 7 • 18-22 October Wed 20 Oct.: Workshop CAD-software (SolidWorks/Rhino/Paracloud ?) (Holiday) 25-29 October Week 8 • 1-5 November Week 9 • 8-12 November Week 10 • 15-19 November …………………………………………………………………
Groups: (Each group min. 4, max. 6 students)
2. The (foot of the) user; the medical side of foot + shoe (Lab) Flip Vossen (Lab+Mob.3) - one student Mobility+Lab (teamleader) - 3 or 4 students Lab Tijmen Dekker (Lab+PS) 3. Markets, brands, trends and strategies (Comb.) Ries Geurts? (Mob.4; heeft Lab gedaan) - one student Mobility+Lab (teamleader) 1 or 2 students Lab Inge Kuipers (Lab+WB) 1 or 2 students Mobility Ritchie Soerodiwongso (Mob.3) Pieter-Jan Pieters (Mob.4) 4. Shoe-sustainability (People-Planet-Profit / EquityEcology-Economy) (Comb.) Camiel Janssen? (Mob.4; heeft Lab gedaan) - one student Mobility+Lab (teamleader) 1 or 2 students Lab Shirley van Piere (Lab+Comm.)) 1 or 2 students Mobility Heinrich Gade (Mob.3) Zoë Piper (Mob.4)
5. Technology of the shoe and production technology (Mob.) Carina van den Bergh? (Mob.4) - one student Mobility+Lab (teamleader) - 3 or 4 students Mobility Annika de Boer (Mob.2) Natascha Holwedel (Mob.3) Maayan Pesach (Mob.3) Bastiaan Rutgers (Mob.4) 6. Application areas of shoes (sports, work, leisure, …) (Mob.) Robin Dohmen? (Mob.4) - one student Mobility+Lab (teamleader) - 3 or 4 students Mobility Pascal de Boer (Mob.2) Martijn Lemmens (Mob.3) Sebastiaan Sennema (Mob.3) MOBILE HOME APPLIANCES Module 3&4 Assignment rethink a wired (eg. electric) home appliance of choice, supposing that it will keep its full functionality, even after it has been unplugged. Use the opportunities that arise, by making the device truly mobile. Background Most of the wired (eg. Electric) home appliances we know today have been introduced in Europe in the post-WW II period, more than half a century ago. Interestingly enough, very few appliances, with “really new” functions have been marketed in the period after that time. Designers and manufacturers have mainly been working on estetics, convenience & ergonomics. Since their introduction, these home appliances have been hugely characterised by the fact that they are all wired, and as a consequence, connected to a wall. Details During this semester, you will need to completely rethink the concept of an excisting (or completely new) appliance. Our starting point is the assumption that technology will develop further into the direction of smaller, but more powerfull batteries. To avoid that you need to spent a lot of time on engineering matters, it is allowed to take a big step forward with technology development in the area of energysupply. It is however not allowed to challenge the essence of todays’ fysics. (water boils at 100°, it takes bread a few minutes to toast, coffee is made from coffee beans, etc…) It is not the idea that you develop a new technology that eg. boils water in 2 seconds. Our focus for this assignement is the user. This means that you will need to imagine new opportunities for the new appliance, and evaluate how the user can benefit from the newly created functionalities. It must be clear that our goal is to create these innovations for mobility situations. An interesting example of an unplugged appliance is the telephone. For a very long time the telephone was wired, or connected to a wall and thus not-mobile. During those decades the design of the object changed in a normal way,
mainly driven by technology developments ( eg from dial to buttons). It is only after the object has been unplugged, that a completely new range of opportunities arised for the user. (even if we exclude things like texting, sms, photo, video, mail,etc.) Delivery - expectations (especially for module 4) The objective is to come up with one concept for a mobile appliance, worked out as a fully detailed product(or product family). Esthetics and functionality need to be shown and explained. The new object will be shown at the END term, in form of a nicely finished, prefferably painted prototype. The presentation also includes a profound analysis of usability, created benefits and a full definition of the materials used and the required production process. Deliverables: 1. Sketches of a design process 2. Experiments of different sketch styles Essentials: 1. Understanding the different communication needs in different phases of a project 2. Know the difference between different sketch styles in different phases of a project 3. Study sketch techniques for visualization of ideas 4. experiment with different sketch tools: pen, pencil, marker 5. Don’t let sketch techniques get in the way of creativity