y Raad van Lelystad
c_siy 2011
N 491
NOTULEN van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Lelystad, gehouden op dinsdag 11 oktober 2011 om 20.45 uur in het Stadhuis van de gemeente Lelystad. Aanwezig zijn:
mevrouw M. Horselenberg, burgemeester/voorzitter; mevrouw J. d’Arnaud-Appelo (PvdA), de heren P.L.W.J. Baaten (InwonersPartij) en J. van de Beek (PvdA), mevrouw D.B.J. Bergman (D66), de heren F. van den Brink (InwonersPartij), R.T. Brouwer (Lelystads Belang), D.W. Bussink (CDA), L.J.J. Caniels (CDA), S.G.J. van Erk (VVD), H.W. Gerritzen (VVD), P.C.W. Hamstra (VVD), E. van der Herberg (PvdA), E. Hers (VVD) en J.M. van den Heuvel (SP), mevrouw J.J.P. van der Hoek-Dubois (Bindend Lokaal), de heren C.J.J. Homan (Bindend Lokaal), J.L. Jonker (VVD), H.P.M. van der Kolk (GroenLinks), E.H.G. Marseille (VVD) en M. El Mhassani (PvdA), mevrouw E.W. Middelkoop-Ferron (PvdA) de heren S. Polman (SP) en W.L.G. Raijmakers (Lelystads Belang), mevrouw A.F.M. van Rijnsoever (InwonersPartij), de heren J. Schoone (Bindend Lokaal) en P.A. Schot (D66), mevrouw K. Senf (InwonersPartij), de heren K.B.P. Slump (ChristenUnie) en H.P. Soomers (PvdA), mevrouw J.W. Sparreboom-van der Spoel (VVD), de heren C. van Veluwen (ChristenUnie) en B.E. Visscher (InwonersPartij) en mevrouw E. van Wageningen (ChristenUnie), leden van de raad; alsmede mevrouw M. Jacobs-Haagen en de heren J.A. Fackeldey, W. de Jager, W. Jansen, en R. Luchtenveld, wethouders; en de heren N. Versteeg, gemeentesecretaris, en J. Woltjer, griffier.
Afwezig zijn:
mevrouw E.C. van der Kleij (PvdA) en mevrouw L.A. KreugerSietses (GroenLinks), leden van de raad.
1.
2011
N 492
Agenda 1 Opening 2 Mondelinge vragen 3 Vaststelling agenda 4 Notulen raadsvergadering 13 september 2011 5 Ingekomen stukken 6 Mededelingen 7 Vaststelling A-stukken 7d Plan van aanpak windpark IJsselmeerdijk 8 Herbenoeming burgemeester
N 492 N 492 N 494 N 495 N 495 N 495 N 495 N 496 N 498
Opening De voorzitter: Dames en heren. Ik open de raadsvergadering. Bericht van verhindering is ontvangen van mevrouw Van der Kleij en mevrouw Kreuger.
2.
Gelegenheid tot het stellen van mondelinge vragen (art. 37 RvO) De heer Van der Herberg: Mevrouw de voorzitter. In het Plan van Aanpak voor het windpark van de Nuon zagen wij een passage staan die niet direct met het Plan van Aanpak te maken had maar met het vliegveld. Daar wil ik een vraag over stellen. Er stond in het Plan van Aanpak dat het gewenst is dat de baan van een vliegveld 5 graden tegen de klok in gaat draaien. Het stond er letterlijk: dat is gewenst. Ik wil het college vragen of dit voornemen bekend is, en of het vanuit Lelystad gewenst is of niet. Wethouder Fackeldey: Mevrouw de voorzitter. Het is niet gewenst, zeker niet vanuit Lelystad en volgens mij ook niet vanuit de provincie. Het is nagevraagd en kennelijk een ongelukkige formulering die betekent dat zij graag die mogelijkheid wilden onderzoeken met het oog op theoretische verstoring en effecten op de windmolens. U zult misschien nog vanavond en anders morgen een brief krijgen van het college, waarin we sowieso de stand van zaken met betrekking tot de luchthaven uiteenzetten. Daarin zult u ook deze mededeling, dat het niet gewenst is, aantreffen.
De heer Bussink: Mevrouw de voorzitter. Op 30 september is er een persbericht verschenen van het Rijk over de kantorenhuisvesting. Deze wordt geconcentreerd op twaalf locaties. De provincie Flevoland, en dus Lelystad, hoort daar niet bij. In datzelfde persbericht staat dat men verwacht dat in 2020 het merendeel van de rijkskantoren gevestigd is in de concentratiesteden. In het slechtste geval zou dat voor Lelystad een verlies aan arbeidsplaatsen van ongeveer 500 mensen kunnen betekenen. Onze vragen zijn: zijn er in het recente verleden door het Rijk toezeggingen gedaan dat de rijksdiensten zoals we ze nu kennen, hier gehandhaafd blijven en welke stappen gaat het college ondernemen om te zorgen dat de hier gevestigde rijksdiensten ook hier blijven? De voorzitter: Op uw eerste vraag kan ik antwoorden dat er een intentieafspraak ligt van een half jaar geleden met de provincie Flevoland, waarin heel nadrukkelijk is afgesproken met de minister van Binnenlandse Zaken dat werkgelegenheid hier geconcentreerd zou worden, gezien de achterstand die deze nieuwe provincie heeft ten opzichte van andere. Daar heeft onze commissaris van de Koningin ook op gewezen in het overleg met de minister en de minister heeft daar kennis van
2011
N 493
genomen. Het is een onderzoek en de resultaten van dat onderzoek moeten we nog afwachten. Het tweede betreft bijvoorbeeld de rechtbank en het gedeelte van Rijkswaterstaat dat hier zit. Bij de indeling van de gerechtelijke kaart gebeurt er niets met de rechtbank tot op heden. Dat is absoluut toegezegd en dat ligt ook op papier vast op mijn bureau. Ik denk dat dat belangrijk is. Als het om Rijkswaterstaat gaat was eerst de berichtgeving dat het hier zou blijven. Het persbericht dat naar buiten is gegaan doet ons de wenkbrauwen weer fronsen, dus we zullen opnieuw actie ondernemen en contact leggen, dat is inmiddels gebeurt, en kijken wat de effecten daarvan zijn. Men verwacht ongeveer volgend jaar mei de resultaten op tafel te hebben. We zullen onze invloed, en ‘we’ zijn de provincie Flevoland en de gemeente Lelystad, aanwenden om dit onder de aandacht te brengen. De heer Bussink: Dank u wel.
De heer El Mhassani: Mevrouw de voorzitter. Al jaren is het Lelystads beleid dat zaken als eerwraak en meisjesbesnijdenis hier niet getolereerd worden. Maar ook al jaren lukt het ons niet om hierover cijfers te bemachtigen. Hoe vaak komen die zaken in Lelystad voor? En is dat meer of minder dan een paar jaar geleden? Twee weken geleden spraken we in de raad over huiselijk geweld en opnieuw kregen we geen duidelijkheid. De PvdA wil over dit belangrijke onderwerp zijn controlerende taak kunnen uitvoeren. Daarom de volgende twee vragen. Kan de raad alsnog in het bezit worden gesteld van ervaringscijfers over eergerelateerd geweld in Lelystad? Zo nee, is dat dan omdat die gegevens niet verzameld worden, of omdat ze zo geheim zijn dat zelfs de raad ze niet mag hebben? Wethouder Jansen: Mevrouw de voorzitter. We hebben dit ook ter discussie gehad bij de behandeling in de beeldvormende sessie. Toen hebt u te horen gekregen dat daarvan geen registraties plaatsvinden, omdat eergerelateerd geweld onder de vlag gehouden moet worden. Als er vrouwen uitgeplaatst worden, moet dat meestal heel geheim blijven voor de dader van het huiselijk geweld. Er vindt dan ook geen registratie plaats. Het is niet zo dat dat geheim voor u zou zijn, er vinden domweg geen registraties plaats, dus kan ik u die ook niet verstrekken. De voorzitter: Vanuit mijn portefeuille. Als er huiselijk geweld plaatsvindt, neemt de politie contact op met de burgemeester, want die bevoegdheid is bij de burgemeester neergelegd. Dan kan ik opleggen dat de echtgenoot, ‘de man’, het huis verlaat. Dat is nieuw in de wetgeving. Een paar jaar geleden was het de vrouw die naar een blijfvan-mijn-lijfhuis ging, nu is bepaald dat de man het huis moet verlaten. Dan wordt meteen ook hulpverlening daaromheen georganiseerd en na 10 dagen wordt bekeken of ik moet overgaan tot verlenging of niet. Die cijfers heb ik wel, dus die kan ik geven. Ik wil nog wel even bespreken in mijn overleg met de politie of daar eerwraak in zit. Ik ben zelf ook benieuwd. Af en toe is het aan de orde, maar harde cijfers heb ik nog niet op mijn bureau gehad. Ik zal het een keer agenderen, zodat we misschien wat meer inzicht daarin kunnen krijgen. Als het gaat om meisjesbesnijdenis dan kijk ik ook even naar de wethouder Volksgezondheid. Zij heeft die cijfers niet, maar het mag natuurlijk niet; het is verboden. Bij constatering betekent het uiteraard dat er strafvervolging gaat plaatsvinden volgens de wetgeving in Nederland. Dat lijkt me logisch. Ik zal het nog een keer bespreken, want het wekt ook mijn nieuwsgierigheid. Als ik iets heb, dan hoort u dat van mij. Het woord is aan wethouder Jacobs. Wethouder Jacobs: Het is een heel belangrijk onderwerp. Ik zal de moeite nemen om de GGD te vragen of zij daarop enig zicht hebben, of waar zij informatie kunnen
2011
N 494
halen. Dan zal ik u daarover informeren. Op dit moment hebben wij geen cijfers, maar ik ga erachteraan voor u.
De heer Polman: Mevrouw de voorzitter. 14 dagen geleden heb ik dezelfde vraag hier in de raad gesteld en dat ging over de Ebstraat. Toen is ons toegezegd dat het binnen 14 dagen mogelijk zou zijn om in de Ebstraat een parkeerverbodsbord te plaatsen. Ik heb even gekeken of hij er nu staat, want we zijn 14 dagen verder, ik kon hem niet vinden. Hij stond er niet. Een tweede vraag daarbij. Wij kregen een brief van Schouw 52. Het is daar al heel lang een rommeltje. Is daar niet eens een eind aan te maken? Dat waren mijn twee vragen. Wethouder Jansen: De Schouw 52 is toentertijd in het kader van openbare orde en veiligheid via de portefeuille van de burgemeester opgepakt. Er is bemiddeld en besloten om daar te handhaven. Ik heb nog geen berichten dat het in Schouw 52 niet ordelijk zou verlopen. Over de Ebstraat heb ik u gezegd dat het vanwege de drukte op de afdeling enigszins is vertraagd. Het ligt nu inderdaad bij de afdeling en er is opdracht gegeven om daadwerkelijk het collegebesluit uit te voeren. Ik weet niet meer of ik binnen 14 dagen heb gezegd. Als ik dat heb gedaan dan mijn excuus daarvoor. Er zal zo snel mogelijk invulling en uitvoering aan gegeven worden. De heer Polman: Ik heb een mail gezien van de Schouw 52. Ik neem aan dat iedereen die mail gekregen heeft. Wethouder Jansen: Die mail is bij mij niet bekend. Ik heb hem ook niet bij de ingekomen stukken gezien in het bandje. Ik zou haast zeggen: vol verwachting klopt mijn hart, want mijn informatie is dat het nu ordelijk zou verlopen; er wordt streng gehandhaafd. Als het anders is, zou u mogelijk het college die brief ter hand kunnen stellen. De heer Polman: We gaan hem doorsturen.
3.
Vaststelling agenda De heer Soomers: Mevrouw de voorzitter. Mijn voorstel heeft betrekking op agendapunt 7b, Voorstel inzake afhandeling Motie halfjaarrapportage Rekeningresultaat. Ik wil u voorstellen dit agendapunt op te schorten en dus vandaag van de agenda af te voeren. Een argumentatie daarvoor is dat er interferentie zit tussen dit voorstel en het meerjarenperspectief Grondbedrijf. Mocht er in de besluitvorming rond het meerjarenperspectief Grondbedrijf een wijziging plaatsvinden, dan kan daarmee de reactie van het college over de halfjaarrapportage mogelijk niet meer realistisch zijn. Wij stellen u dus voor het op te schorten tot besluitvorming over het meerjarenperspectief Grondbedrijf heeft plaatsgevonden en onmiddellijk daarna dit voorstel in bespreking te brengen. De voorzitter: Dit voorstel wordt ondersteund vanuit de raad? Dat is het geval. Dan gaat het punt van de agenda af. Dat betekent dat na de besluitvorming over de grondexploitaties dit in behandeling komt. Dat is de juiste volgorde. De heer Van der Herberg: Mevrouw de voorzitter. Van het hamerstuk betreffende het windpark IJsselmeerdijk willen wij graag een bespreekstuk maken, omdat wij daarbij een amendement willen indienen namens een aantal partijen.
2011
N 495
De voorzitter: Dan gaat agendapunt 7d naar de B-agenda. Met inachtneming van bovengenoemde wijzigingen wordt de agenda vastgesteld.
4.
Notulen van de raadsvergadering van 13 september 2011 De notulen van de op 13 september 2011 gehouden openbare raadsvergadering worden conform ontwerp vastgesteld.
5.
Ingekomen stukken (stuk nr. A11-03485) -1 -2 -3 -4
Voor Voor Voor Voor
kennisgeving kennisgeving kennisgeving kennisgeving
aangenomen. aangenomen. aangenomen. aangenomen.
-5 De heer Van der Herberg: Mevrouw de voorzitter. In deze brief worden een aantal specifieke, duidelijke vragen gesteld aan de raad. Wij vinden het wel zo netjes dat deze bewoners daar een antwoord op krijgen, dus wij zouden graag het behandelingsvoorstel willen aanpassen naar: ter afdoening in handen stellen van het college. De voorzitter: Akkoord. Dan spreken we dat hierbij af. Kan de raad zich daarin vinden? Dat is het geval. Ter afdoening in handen van het college gesteld, het antwoord wordt voor de raad ter inzage gelegd.
6.
Mededelingen Er zijn geen mededelingen.
7.
Vaststelling A-stukken a.
Voorstel tot vaststelling fractievergoedingen 2010 (stuk nr. A 11-03487)
Zonder beraadslagingen en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van het presidium besloten.
b.
Voorstel inzake afhandeling Motie Halfjaarrapportage Rekeningresultaat (stuk nr. B11-17535)
Van de agenda afgehaald.
c.
Uitvoeringsparagraaf Structuurplan (stuk nr. B11-11915)
Zonder beraadslagingen en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van het college besloten.
2011
N 496
B-stukken: 7 d.
Plan van aanpak windpark IJsselmeerdijk (stuk nr. B11-16836) Amendement De fracties van PvdA, VVD, Lelystads Belang, CDA, SP, InwonersPartij en Bindend Lokaal stellen het volgende amendement voor. "Aan besluitpunt 2b wordt toegevoegd: ", met dien verstande dat het perceel open water tussen IJsselmeerdijk en Markerwaarddijk niet als zoekgebied dient te worden opgevat.”” De voorzitter: Ik heb liggen een amendement van de PvdA en een motie van GroenLinks. Ik geef als eerste de PvdA het woord en daarna GroenLinks. De heer Van der Herberg: Mevrouw de voorzitter. Ik wil beginnen met een opmerking vooraf, als u mij toestaat. In de provincie wordt op dit moment druk gelobbyd om windmolens van Urk naar Lelystad te verplaatsen. De provinciale fractievoorzitter van de VVD verklaarde dit weekend trots dat hij hierover nauw contact onderhoudt met burgemeester en wethouders van de gemeente Urk. Blijkbaar is het niet nodig om datzelfde te doen met burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad. De PvdA-fractie vindt het in wezen onfatsoenlijk dat in deze discussie zodanig de belangen van de gemeente Urk boven de belangen van de gemeente Lelystad worden gesteld. Ook provinciale politici hebben een zuivere afweging te maken. Provinciale politici hebben alle gemeenten in de provincie even lief te hebben en ook provinciale politici hebben zich breed te informeren. Vanaf deze plek wil ik tegen die provinciale politici van vooral VVD, CDA en Christenunie zeggen: Flevoland bestaat niet alleen uit Urk; tenminste, nog niet. Nu het voorstel zelf. De PvdA is voorstander van duurzame energieopwekking. Daarom hebben we dit plan vanuit een zeer positieve grondhouding benaderd en beoordeeld. Ik kan niet anders zeggen: complimenten. Het is een prima plan en de PvdA ziet duidelijk de Lelystadse belangen in het plan terugkomen. Maar op één punt is dat Lelystadse belang niet doorvertaald naar de besluittekst, die daar ook bij staat, en dat is op het punt van de waterzijdige toegang naar het IJsselmeer. Voor de huidige en toekomstige recreatieve ontwikkeling van Lelystad is dat een gebied dat van groot belang kan zijn. Het is van groot belang om die toegang zo open mogelijk te houden. Dan gaat het er niet eens zozeer om dat we die windmolens daar niet willen zien, maar vooral omdat we de recreanten en ondernemers niet willen verplichten om er in een grote boog omheen te moeten varen. Als wij naar het kaartje van het zoekgebied kijken, dan is het mogelijk dat er straks een compact windpark komt precies in dat stuk open water. Niemand zal het wensen of zelfs waarschijnlijk vinden, maar het is wel mogelijk en aangezien we nu de kaders vaststellen, willen we daar nu helder over zijn. Wij willen voorstellen om dat kleine stukje open water uit het zoekgebied te schrappen. Dan houdt de Nuon nog tientallen kilometers aan zoekdijken over. Dat is ons voorstel. De voorzitter: Dank u wel. Het amendement maakt onderdeel uit van beraadslagingen. Zijn er al reacties vanuit de raad? Dat is niet het geval. De heer Van der Herberg is nog een punt vergeten; gaat uw gang.
de
De heer Van der Herberg: Mevrouw de voorzitter, excuus. Het amendement is verspreid met een aantal logo’s erboven, maar inmiddels moet ik melden dat het
2011 amendement wordt ingediend door de PvdA, VVD, Socialistische Partij, InwonersPartij en Bindend Lokaal.
N 497 Lelystads Belang, CDA,
De heer Van der Kolk: Mevrouw de voorzitter. Over de motie van GroenLinks kan ik heel kort zijn. Ik heb bij de vorige sessie vernomen dat hetgeen wij het college zouden willen opdragen al staand beleid is van de provincie. Ten tweede heeft ook de Nuon verzekerd dat ze bij het slopen van windmolens alleen de onrendabele molens slopen en niet de nog werkende en nog niet afgeschreven molens. Hiermee is onze motie overbodig geworden, dus ik trek hem in. De voorzitter: Officieel had u de motie nog niet ingediend, dus dat is makkelijk. Hij maakt geen onderdeel uit van de beraadslagingen. De heer Van Veluwen: Mevrouw de voorzitter. De heer Van der Herberg heeft het al genoemd, een aantal fracties ondersteunen zijn amendement. Wij hebben dat al in een vroegtijdig stadium gedaan. Wij gaan er dan ook niet over in debat. Het voorstel zoals het voorligt betreft een van onze speerpunten in ons verkiezingsprogramma. We zijn in wezen een beetje trots dat het gebeurt, het is een goede slag die we gaan maken op deze manier. We zullen het amendement van harte ondersteunen. De heer Schot: Mevrouw de voorzitter. Ik zit te wachten op de reactie van het college, of dit inderdaad per amendement noodzakelijk is of dat het al in de stukken zit. Blijft de discussie dat het er niet staat, maar ik wil eerst het college horen voordat wij daarover een besluit nemen. De heer Homan: Mevrouw de voorzitter. Min of meer dezelfde woorden. In wezen zou dit amendement niet nodig moeten zijn. Er wordt verwarring gezaaid waar duidelijkheid voorop had moeten staan. Ik denk dat iedereen van harte met dit amendement zal willen instemmen. De heer Van Erk: Mevrouw de voorzitter. Ook wij dienen dit amendement mee in. Maar onze motivering, en dat zal de raad niet verrassen, is enigszins anders dan die van de heer Van der Herberg. Ons beeld met betrekking tot het acteren van de Staten is positief. Ik heb de overtuiging dat de Staten probeert voor zoveel mogelijk problemen die aan de plaatsing van deze windmolens in het IJsselmeergebied kleven zo goed mogelijke oplossingen voor alle gemeenten te bewerkstelligen. Ik kan u verzekeren dat er intensieve contacten zijn geweest in ieder geval van de VVDfracties met elkaar over wat zich daar afspeelt. Ik ben er ook van overtuigd dat de VVD-fractie er alles aan zal doen om de zaken zo goed mogelijk te organiseren. In ieder geval hebben wij de indiening mee ondertekend van dit amendement, met name vanwege het element dat de heer Van der Herberg noemde, dat we willen voorkomen dat juist in de passage tussen de IJsselmeerdijk en de Markerwaarddijk dingen gebeuren die ons minder goed passen als gemeente als het gaat om de belangen van de recreatie en de ondernemers in het gebied rondom Lelystad, en met name de Baai van Van Eesteren. We vinden dat de toegang richting de baai vanaf het IJsselmeer niet het effect moet hebben dat ergens een wand, een muur van palen - een soort hekwerk schijnt het effect te kunnen zijn, hebben we vanavond in een sessie van de kant van de Hiswa mogen vernemen - ontstaat, welke ondoordringbaar lijkt op de plek waar juist onze belangrijke waterrecreatiezone zich bevindt. Dus wij vinden dat dat visuele effect vanaf het IJsselmeer niet passend is in die zone. Daarom ondersteunen wij van harte en dienen wij mee in dit amendement. De heer Van der Herberg: Mevrouw de voorzitter. Even kort een misverstand ophelderen. Mijn opmerkingen over de provinciale bemoeienis met dit onderwerp
2011
N 498
maakte geen onderdeel uit van de motivering van dit amendement. Wij zitten wat dat betreft helemaal op één lijn qua motivering van dit amendement. De heer Van Erk: Ik ben heel gelukkig met deze constatering. De voorzitter: Nog anderen vanuit de raad? Dat is niet het geval. Het woord is aan wethouder Jansen. Wethouder Jansen: Mevrouw de voorzitter. Ik zat rustig voor de televisie en was verrast door de uitspraak van de heer De Reus over het feit dat hij 32 molens naar het grondgebied van Lelystad wenst te verplaatsen. Dan worden twee zaken door elkaar gehaald. Dat was namelijk het Inpassingsplan Windkoepel en dat is absoluut niet te vermengen met de nieuwe aanvraag van Nuon zoals deze hier voorligt. De gedeputeerde en Dronten en Lelystad en het Rijk waren het volstrekt met elkaar eens over de uitgangspunten in het Plan van Aanpak zoals dat aan u is aangeboden. Dan beperk ik me verder tot het amendement dat ingediend is. Ik ben namens het college in het overleg binnen dat Plan van Aanpak ervan uitgegaan dat Nuon de wens heeft om de molens in lijnopstelling te plaatsen, een lijnopstelling langs de dijk. Dat houdt in dat het zeer onwaarschijnlijk is dat deze windmolens in de door u genoemde knik geplaatst zullen worden. Vervolgens hebben we in dat plan opgenomen, dat het op geen enkele manier een belemmering mag zijn voor de verdere ontwikkeling van Lelystad, maar ook niet voor bestaande activiteiten; zeilen, enzovoort. Desalniettemin gaat u daarover nog besluiten in het projectplan, maar het amendement dat u hier neerlegt zien we min of meer als een ondersteuning, waarbij u zegt: we vinden het prima dat daar het zoekgebied in ontwikkeling gebracht wordt, maar daar willen we het absoluut niet. Dan kunt u daarop terugkomen als binnenkort het projectplan aan u wordt voorgelegd. Het college heeft er geen enkel probleem mee om dit amendement over te nemen. De voorzitter: Dank u wel. Ik breng het amendement in stemming. Het amendement wordt unaniem aangenomen. Met voorgestelde besluit, waarvan het amendement onderdeel uitmaakt, wordt unaniem aangenomen.
Het voorzitterschap wordt overgedragen aan de heer Van Erk. 8.
Herbenoeming burgemeester De voorzitter: Dames en heren. Het eerste wat wij moeten regelen is de commissie voor de stemming. Het voorstel is om daartoe te benoemen mevrouw d’Arnoud samen met de heer Polman. Zijn zij daartoe bereid? Dat is het geval. De stembriefjes vindt u op uw tafel. Als u ze wilt invullen, dan zullen ze dadelijk worden ingezameld. Mevrouw d'Arnoud, u rapporteert namens de commissie, begrijp ik. Gaat uw gang. Mevrouw d'Arnaud: Mijnheer de voorzitter. Bij de stemming voor de herbenoeming van de burgemeester zijn 33 geldige stemmen uitgebracht, waarvan 30 voor en 3 tegen.
2011
N 499
De voorzitter: Dank u wel. Dan stel ik vast dat wij de burgemeester mogen feliciteren. Ik zou willen vragen aan de voorzitter van de vertrouwenscommissie om daarvoor naar voren te komen, en de burgemeester om haar plaats weer in te nemen. De heer Marseille: Mevrouw Horselenberg, beste Margreet. Het is mij een hele eer dat ik als eerste jou mag feliciteren met het feit dat de raad besloten heeft om jou opnieuw voor te dragen voor herbenoeming. Over de herbenoeming zelf, dat weet je, gaan wij niet. Daar gaat de minister over. Maar wij hebben er het volste vertrouwen in dat de minister nu doet wat de raad van Lelystad graag wil. Er zullen momenten zijn dat we daar minder vertrouwen in hebben. Wij vertrouwen erop dat jij ook in de komende jaren vol enthousiasme en met veel vuur deze taak op je zult nemen. En vooral daar waar Lelystad door allerlei bedreigingen misschien een heel moeilijke tijd tegemoet gaat als het boegbeeld zult zorgen, dat Lelystad op de kaart blijft en dat daarmee voor Lelystad het beste zal worden bereikt. Van harte gefeliciteerd. Ik mag je namens de raad deze bloemen overhandigen. Burgemeester Horselenberg: Lieve raadsleden. Daar sta je dan met een bos bloemen en voor je het weet is de hele procedure snel afgerond in deze gemeente. Mijn compliment daarvoor. Soms kun je ontzettend verliefd worden. Ik denk dat iedereen dat wel eens heeft ondervonden, of misschien nog dagelijks meemaakt. Ik heb dat absoluut met deze prachtige gemeente, waarvoor ik mijn steentje mag bijdragen. Ik vind het een hele eer dat u mij opnieuw hebt voorgedragen en zal absoluut mijn schouders eronder zetten, ook in zwaar weer. Want ik reken erop dat we zeker zwaar weer krijgen. Dat betekent dat we heel veel energie eraan moeten besteden om onze gemeente in het vizier te houden van de rijksoverheid. Eén ding is wel belangrijk, want met uw voordracht moet ik zeker op bezoek bij de minister van Binnenlandse Zaken. Ik heb twee punten die ik daar wil bespreken; dat zal u wel duidelijk zijn. Dat is ten eerste de ICL waar deze minister over gaat en ten tweede natuurlijk de rijksgebouwen die in onze gemeente zitting hebben en waarvoor destijds is gekozen voor Lelystad als vestigingsplaats. Daar ligt een voorgeschiedenis aan ten grondslag. Ik hoop dat ik het geheugen van de minister mag opfrissen en dat hij er op een andere manier naar gaat kijken, indien deze minister er nog zit, want ik hoor van alles in de wandelgangen. Maar goed, er komt altijd een nieuwe minister. De koning is dood, leve de koning; zo gaat het ook in de politiek. Mijn dank ik groot. Er is nog een lange weg te gaan, met allerlei stappen. Ik wil in het bijzonder de vertrouwenscommissie bedanken voor het prettige gesprek dat ik heb gehad en voor al de tijd die u erin hebt gestoken. We gaan weer op voor Lelystad! Dank u wel.
De voorzitter sluit de vergadering om 21.25 uur.
Vastgesteld op 15 november 2011.
De raad van de gemeente Lelystad, De voorzitter, De griffier,