Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen
Federale dienst noodplanning - gouverneur Oost-Vlaanderen
1 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Inhoudsopgave 1.
Inleiding ................................................................................................................... 5 1.1. Waarom dit noodplan? ...................................................................................... 5 1.2. Doel van het intern noodplan ............................................................................ 5 1.3. Wat is een noodsituatie? ................................................................................... 7 1.4. Risico's .............................................................................................................. 8 1.4.1. Interne risico's .............................................................................................. 8 1.4.2. Externe risico's ............................................................................................. 8 1.5. Crisisstructuur van de overheid (bij externe of grootschalige interne noodsituaties) ............................................................................................................... 9 1.5.1. Fasering ....................................................................................................... 9 1.5.2. Disciplines .................................................................................................... 9 1.5.3. Coördinatie................................................................................................... 9 1.6. Wetgeving – belangrijke bepalingen betreffende noodplanning ...................... 11 2. Informatie ouderenvoorziening ........................................................................... 13 2.1. Algemeen en personeel .................................................................................. 13 2.1.1. Algemeen ................................................................................................... 13 2.1.2. Raad van beheer ....................................................................................... 14 2.1.3. Intern crisisteam......................................................................................... 14 2.1.4. Eerste interventieploeg .............................................................................. 15 2.1.5. Aantal personeelsleden ............................................................................. 15 2.2. De residenten waarvoor de ouderenvoorziening erkend is ............................. 16 2.2.1. Dagverblijf .................................................................................................. 16 2.2.2. Kortverblijf .................................................................................................. 16 2.2.3. Permanent verblijf ...................................................................................... 16 2.3. Activiteiten en bezetting .................................................................................. 18 2.4. De risico's ........................................................................................................ 19 3. Kaartmateriaal ....................................................................................................... 20 3.1. Kaarten ouderenvoorziening ........................................................................... 20 3.1.1. Inplantingsplan ........................................................................................... 20 3.1.2. Plattegrond van de site .............................................................................. 20 3.1.3. Plattegrond van de instelling per verdieping .............................................. 20 4. Noodsituaties ........................................................................................................ 22 4.1. Alarmering ....................................................................................................... 22 4.1.1. Opstart intern noodplan ............................................................................. 22 4.1.2. Hoe alarmeren? ......................................................................................... 22 4.1.3. Wie alarmeren?.......................................................................................... 23 4.1.3.1. Eerste interventieploeg (EIP)............................................................... 23 4.1.3.2. Crisisteam ........................................................................................... 24 4.1.3.3. Bijkomend personeel ........................................................................... 25 4.2. Crisislokalen .................................................................................................... 26 4.2.1. Crisiscentrum van de instelling .................................................................. 26 4.2.2. Bijkomende lokalen .................................................................................... 26 4.3. Communicatie ................................................................................................. 28 4.4. Evacuatie en opvang ....................................................................................... 29 4.4.1. Evacuatie ................................................................................................... 29 4.4.2. Opvang ...................................................................................................... 29 5. Nafase .................................................................................................................... 31 6. Oefenen.................................................................................................................. 33
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
2
6.1. Algemeen – nut – noodzaak ............................................................................ 33 6.2. Soorten oefeningen ......................................................................................... 33 6.3. Aandachtspunten bij oefeningen ..................................................................... 34 7. Actiekaarten .......................................................................................................... 35 7.1. Actiekaarten voor incidenten ........................................................................... 35 7.1.1. Acute noodsituaties.................................................................................... 35 7.1.2. Niet-acute noodsituaties ............................................................................ 44 7.2. Actiekaarten voor personen ............................................................................ 52 8. Bijlagen .................................................................................................................. 60 Bijlage 1: Telefoonrepertorium ................................................................... 61 Bijlage 2: Afkortingenlijst ............................................................................ 63 Bijlage 3: In te vullen infofiche in gemeentelijk algemeen nood- en interventieplan............................................................................................ 64 Bijlage 4: Inventaris gevaarlijke producten ................................................. 66 Bijlage 5: Reisformulier busreizen.............................................................. 67 Bijlage 6: Meldingsformulier oefeningen .................................................... 68 Bijlage 7: Pictogrammen ............................................................................ 70
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
3
Versiebeheer VERSIE
DATUM
GEWIJZIGDE PAGINA('S)
! Aandachtspunt: Het is belangrijk om het intern noodplan regelmatig te actualiseren.
4 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
1. 1.1.
Inleiding Waarom dit noodplan?
Het intern noodplan is een geheel van procedures en structuren die geactiveerd worden bij een noodsituatie
binnen
de
ouderenvoorziening,
in
de
onmiddellijke
omgeving
van
de
ouderenvoorziening of met personen behorend tot de ouderenvoorziening, waarbij het de bedoeling is om de nodige verwittigingen te doen en de hulpverlening op te starten zodat de schade naar mens en omgeving zo beperkt mogelijk blijft.
1.2.
Doel van het intern noodplan
Naast de analyse van de feiten en evaluatie van de toestand heeft een intern noodplan globaal - vijf grote doelstellingen: 1. Alarmeren de alarmering van: directie personeel bewoners bezoekers de alarmering van: hulpdiensten (112) autoriteiten omgeving 2. Bestrijden het bestrijden van de noodsituatie eerste interventieploeg gebruik kleine blusmiddelen EHBO 3. Evacueren, ontruimen de evacuatie van het gebouw of delen ervan het bevel tot evacuatie kan gebeuren door: een verantwoordelijke van de ouderenvoorziening (dringendheid) het crisisteam van de ouderenvoorziening de hulpdiensten (brandweer, ambulance, politie, …) de overheid (burgemeester, gouverneur, …)
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
5
4. Communiceren het geven van informatie aan: personeel en bewoners familie media en dit in samenwerking met de overheid 5. Acties in de nafase informatie: bv: een informatiebijeenkomst mantelzorg: bv: stimulatie hulp uit de directe omgeving rituelen: bv: een herdenkingsbijeenkomst 1 jaar na de ramp erkenning: bv: een opvanggesprek met het personeel
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
6
1.3.
Wat is een noodsituatie?
Noodsituaties kunnen behoren tot één van de volgende categorieën: 1. Crisis binnen de ouderenvoorziening met (gedeeltelijke) evacuatie bv. brand in de keuken geen evacuatie vereist bv. voedselvergiftiging met isolatie (bv. besmettelijke aandoening waarvoor geen therapie is, MRSA) 2. Crisis buiten de ouderenvoorziening met mogelijke dreiging voor de instelling schuilen en ramen/deuren dicht bv. ontsnapping gevaarlijk product uit een naburig bedrijf met evacuatie bv. gaslek 3. Crisis buiten de ouderenvoorziening met betrokkenheid van bewoners en/of personeel bv. busongeval tijdens uitstap
! Aandachtspunt: Er kunnen activiteiten door derden binnen de gebouwen van de ouderenvoorziening georganiseerd worden. Voor deze activiteiten wordt best een overeenkomst gesloten met de verantwoordelijke organisator. Vergeet niet in deze overeenkomst voldoende aandacht te schenken aan preventie-items (bv. Aandachtspunt: ALLE uitgangen en nooduitgangen steeds vrij houden). Denk ook aan verzekeringen.
7 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
1.4.
Risico's
Risico's maken de kans op een noodsituatie in de ouderenvoorziening groter. De directie en verantwoordelijken worden geacht de risico's te kennen. Risico's worden aangeduid op een kaart en kunnen verdeeld worden in interne en externe risico's.
1.4.1.
Interne risico's
Voorbeelden: gas en elektriciteit (kennis van de installatie + plaats hoofdschakelaar) aantal bewoners verdeeld over verschillende gebouwen (bv. op de middag in de refter) opslag gassen keuken liften verwarming (stooklokaal) …
1.4.2.
Externe risico's
Voorbeelden: waterlopen: bv. kans op overstroming bedrijven: bv. kans op ontsnapping van gevaarlijke stoffen na incident grote verkeerswegen …
8 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
1.5.
Crisisstructuur van de overheid (bij externe of grootschalige interne noodsituaties)
Deze crisisstructuur van de overheid wordt geactiveerd in geval van een noodsituatie De ouderenvoorziening
kan
hierin
betrokken
zijn
wanneer
er
dreiging
is
voor
de
ouderenvoorziening, de bewoners en het personeel of wanneer zich een grootschalig interne noodsituatie in de ouderenvoorziening voordoet. Iedere gemeente heeft een gemeentelijk algemeen nood- en interventieplan (GANIP). Iedere provincie beschikt over een provinciaal algemeen nood- en interventieplan (PANIP).
1.5.1.
Fasering
Bij een noodsituatie kan een fase worden afgekondigd. De gemeentelijke fase wordt afgekondigd door de burgemeester voor noodsituaties die op gemeentelijk niveau kunnen beheerd worden. De provinciale fase wordt afgekondigd door de gouverneur voor noodsituaties die grootschalig en/of gemeentegrensoverschrijdend zijn en extra middelen vergen. De federale fase wordt afgekondigd door de minister van binnenlandse zaken voor noodsituaties die nationaal gecoördineerd moeten worden.
1.5.2.
Disciplines
De hulpdiensten worden gegroepeerd in 5 disciplines: Discipline 1 (D1): brandweer Discipline 2 (D2): medische diensten Discipline 3 (D3): politie Discipline 4 (D4): logistiek (Civiele Bescherming, Defensie, …) Discipline 5 (D5): informatie ! Aandachtspunt: Brandweer- en politie-interventies zijn in principe gratis bij noodsituaties.
1.5.3.
Coördinatie
Bij elke noodsituatie moet er altijd samenwerking tussen de disciplines zijn om de ramp zo beperkt mogelijk te houden. We noemen dit coördinatie. Deze coördinatie gebeurt op 2 niveaus.
9 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Bij iedere noodsituatie is er een operationeel niveau actief: Het gecoördineerd bestrijden van de noodsituatie in de Commandopost-Operaties (CP-Ops). De CP-Ops wordt opgesteld op een veilige plaats, zo dicht mogelijk bij de noodsituatie. Bij bepaalde noodsituaties wordt ook het beleidsniveau opgestart: Bij een grote noodsituatie kan een overkoepelende aanpak door het coördinatiecomité (CC) worden opgestart onder leiding van de burgemeester bij een gemeentelijke fase en/of gouverneur bij een provinciale fase. Het CC zetelt in het gemeentelijk en/of provinciaal crisiscentrum. De locaties van deze crisiscentra staan bepaald in het GANIP van de gemeente en het PANIP van de provincie.
! Aandachtspunt: Het crisisteam van de ouderenvoorziening dient een afgevaardigde te sturen naar de CP-Ops en (wanneer het wordt opgericht) het CC. ! Aandachtspunt: De afgevaardigde van de ouderenvoorziening staat in voor het doorgeven van gegevens van de ouderenvoorziening aan de hulpdiensten, de CP-Ops en/of het CC: de opvang van de hulpdiensten; het aanduiden van de lokalen waar de noodsituatie zich voordoet; het meedelen van het aantal residenten op de verzamelplaats; het melden van eventuele afwezigen of vermiste personen; …
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
10
Wetgeving – belangrijke bepalingen betreffende noodplanning
1.6.
ARAB: Algemeen reglement voor de arbeidsbescherming, TITEL II, Hoofdstuk I, Afdeling V, Artikel 52.1, Artikel 52.10 De werkgever is verplicht om de nodige maatregelen te nemen om noodsituaties te voorkomen. De werkgever is verplicht minstens één maal per jaar oefeningen te organiseren.
Codex over het welzijn op het werk, Hoofdstuk III, Afdeling IV, Art. 22 De werkgever voorziet in een intern noodplan (uit Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk).
Koninklijk besluit van 12 maart 1974 tot vaststelling van de veiligheidsnormen waaraan de rustoorden voor bejaarden moeten voldoen, Bijlage A, hoofdstuk 8.1 en 8.6.3. 8.1: De directie van de instelling neemt alle nodige maatregelen om de bewoners van de instelling te beschermen tegen de gevolgen van brand en paniek. Deze maatregelen staan opgenomen in een huishoudelijk reglement. 8.6.3: De directie van de instelling houdt minstens eens per jaar praktische oefeningen, die tot doel hebben de personeelsleden te onderrichten aangaande hun gedragslijn bij brand.
Koninklijk
besluit
van
16
februari
2006
betreffende
de
nood-
en
interventieplannen. Dit Koninklijk Besluit bepaalt de principes van noodplanning. Wie draagt er welke verantwoordelijkheid en wanneer? Wat zijn de verschillende disciplines? Welke verschillende plannen dienen er opgemaakt te worden? Wanneer en waarom treedt een bepaalde fase in werking? Hoe gebeurt de coördinatie bij een noodsituatie? Dit Koninklijk Besluit bepaalt dat iedere instelling moet beschikken over een intern noodplan. Een intern noodplan is een document op het niveau van het bedrijf en/of instelling, dat erop gericht is de schadelijke gevolgen van een noodsituatie te beperken door het uitwerken van aangepaste materiële en organisatorische noodmaatregelen, opgesteld door het betrokken bedrijf of de betrokken instelling.
Besluit
van
de
Vlaamse
brandveiligheidsnormen
Regering
waaraan
de
tot
vaststelling
woonzorgcentra
van en
de
de
specifieke
centra
voor
11 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
herstelverblijf moeten voldoen en tot bepaling van de procedure voor het uitreiken van het attest inzake de naleving van deze normen. Dit besluit is nog in opmaak.
Art. 418, 419 en 420 Strafwetboek Art. 418 vermeldt dat iemand schuldig is aan onopzettelijk doden of aan onopzettelijk letsel toebrengen wanneer deze persoon dit veroorzaakt heeft door gebrek aan voorzichtigheid of voorzorg, maar zonder het oogmerk om de persoon van een ander aan te randen. Het ontbreken van een intern noodplan in een ouderenvoorziening zou kunnen gezien worden als een gebrek aan voorzorg.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
12
2.
Informatie ouderenvoorziening
2.1.
Algemeen en personeel
2.1.1.
Algemeen
Instelling Naam Adres Tel. Fax. E-mail Website Directeur Naam Tel./GSM Fax E-mail Preventieadviseur Naam Tel./GSM Fax E-mail Contactpersoon permanentie (kan eventueel directeur en/of preventieadviseur zijn) Naam Functie Tel./GSM Fax E-mail
13 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
2.1.2.
Raad van beheer
Directeur: Secretaris: Leden:
Naam
2.1.3.
Functie
GSM
Functie
GSM
Intern crisisteam Naam
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
14
2.1.4.
Eerste interventieploeg Naam
2.1.5.
Functie
GSM
Aantal personeelsleden
gebouw (naam/nummer) SHIFT
AANTAL
dag nacht directie algemeen totaal
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
15
2.2.
De residenten waarvoor de ouderenvoorziening erkend is
2.2.1.
Dagverblijf
gebouw (naam/nummer) AARD
AANTAL
mobiel rolstoel bedlegerig algemeen totaal
2.2.2.
Kortverblijf
gebouw (naam/nummer) AARD
AANTAL
waarvan DEMENTEN
mobiel rolstoel bedlegerig algemeen totaal
2.2.3.
Permanent verblijf
gebouw (naam/nummer) AARD
AANTAL
waarvan DEMENTEN
mobiel rolstoel bedlegerig algemeen totaal
16 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
! Aandachtspunt: Het is belangrijk om de gegevens van alle residenten inclusief hun gegevens van verzorging en medicatie op te nemen in een lijst. Deze lijst wordt best digitaal bewaard op een gekende plaats (bv. usb-stick in een kastje bij de ingang, …). De fiche omvat per resident minimaal: -
Foto, naam, voornaam, te contacteren familie
-
Verzorging
-
Medicatie
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
17
2.3.
Activiteiten en bezetting
Type instelling Bezetting overdag
(van …u … tot …u …)
Aantal personeelsleden Aantal bewoners (mobiel) Aantal bewoners (niet-mobiel) Bezetting 's nachts
(van …u … tot …u …)
Aantal personeelsleden Aantal bewoners (mobiel) Aantal bewoners (niet-mobiel) Speciale afdelingen aanwezig (bv. dementerenden, …)
18 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
2.4.
De risico's
Interne risico's (site) bv.: plaats gevaarlijke stoffen, stookketel, keuken, opslag gasflessen, …
Externe risico's (omgeving) bv.: waterlopen, bedrijven, grote verkeerswegen, …
! Aandachtspunt: Iedere gemeente beschikt over een gemeentelijk algemeen nood- en interventieplan (GANIP). In dit plan kunnen infofiches over de gemeentelijke risico's opgenomen worden, o.a. een fiche per ouderenvoorziening (voorbeeld zie bijlage 3). Stuur de info door naar uw gemeente ter attentie van de ambtenaar noodplanning, bij wie u ook terecht kan voor meer informatie.
19 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
3.
Kaartmateriaal
3.1.
Kaarten ouderenvoorziening
3.1.1.
Inplantingsplan
Dit plan geeft een globaal beeld van de locatie van de ouderenvoorziening met de aanpalende straten.
3.1.2.
Plattegrond van de site
Dit plan omvat de gebouwen van de ouderenvoorziening. Daarnaast worden belangrijke punten op de site aangeduid bv. toegangswegen, verzamelplaatsen, …
3.1.3.
Plattegrond van de instelling per verdieping
Aan te duiden op het plan: Plaatsen: ingangen en (nood)uitgangen aantal gebouwen aantal verdiepingen trappen en liften verzamelplaats bij evacuatie + mogelijke alternatieven brandcentrale lokalen die een specifiek risico aanduiden (deze zijn best in kleur aan te brengen op de kaart):
keuken
refter
opslag medicatie
opslag zuurstofflessen
stookkamer
machinekamer
…
andere lokalen
bewonerskamers
plaats crisislokaal
verpleging
secretariaat
wasruimte
berging
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
20
…
Interventiemiddelen: blusapparaten / axiale muurhaspels / boven- en ondergrondse hydranten waterwinplaatsen (bv. vijver) telefoontoestellen met buitenlijn of via centrale (bij voorkeur met noodbatterij) verloop evacuatietraject drukknoppen alarmsysteem stoelen voor gehandicapten … Diverse: afsluitkranen gas, elektriciteit, water rookkoepels sleutelkastjes bv. voor lift zonnepanelen afvalbeheer … ! Aandachtspunt: Voor de opmaak van deze plannen is het wenselijk dat er overleg gepleegd wordt met de brandweer. Sommige brandweerkorpsen beschikken over voorbeelden van plannen.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
21
4.
Noodsituaties
4.1.
Alarmering
4.1.1.
Opstart intern noodplan Geef volgende gegevens door: Juist adres van de plaats van de noodsituatie + uw naam Juiste locatie van de noodsituatie (bv. zaal, keuken, kamernummer, …) Omschrijving van de noodsituatie Aanwezigheid van mogelijke slachtoffers
Verwittig 112
-
Vaststeller noodsituatie Verwittig secretariaat of verantwoordelijke
Directie start intern noodplan op
Bijeenroepen van het crisisteam
Eerste analyse van de noodsituatie Voorbeelden van acties: Eerste interventieploeg oproepen Verdere alarmering van personeelsleden Opwachten van hulpdiensten Informatie verzamelen en verspreiden
! Aandachtspunt: Dit is een algemeen schema dat afgesteld moet worden op de interne werking van de ouderenvoorziening. Wegens het beperkt aantal aanwezige personeelsleden tijdens de nachtdienst, kan het aangewezen zijn om zowel een dag- als een nachtschema op te stellen. ! Aandachtspunt: Personeelsleden die opgeroepen worden, moeten zich melden. Zorg ervoor dat deze melding de efficiëntie van de verwittigingsketen niet stoort.
4.1.2.
Hoe alarmeren?
Spreek een wijze van alarmeren af met het personeel. De aanwezigen kunnen op verschillende manieren gealarmeerd worden. Beschikbare communicatiemiddelen 1
Zenders-ontvangers
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
22
2
Omroepinstallatie
3
GSM en/of draagbare telefoontoestellen (bv. via codes)
4
Sirenes
5
Luidsprekers
6
Borden
7
! Aandachtspunt: Om paniek te vermijden is het aangewezen om via een stil alarm andere personeelsleden te verwittigen.
4.1.3.
Wie alarmeren?
4.1.3.1.
Eerste interventieploeg (EIP)
Om te helpen met de coördinatie tijdens een noodsituatie is het nuttig een goed opgeleide eerste interventieploeg te hebben die, in afwachting van de komst van de hulpdiensten, de eerste stappen kan zetten naar het beheersen van de situatie toe.
Elk jaar organiseert de preventiedienst opleiding en bijscholing voor de leden van de interventieploeg. Taken: Bij brand, het dichtstbijzijnde blusmiddel nemen en de brand bestrijden met maximaal 1 bluspoging De deuren sluiten van de kamers in het getroffen compartiment indien dit nog niet is gebeurd Helpen met de residenten te evacueren De verzamelplaats organiseren EHBO toepassen Controleren of de branddeuren gesloten blijven Controleren of de 112 al verwittigd is De interventiediensten opvangen
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
23
Ter beschikking blijven van de interventiediensten
Zie titel 2.1.4 voor de contactgegevens van de leden van de EIP. Zie actiekaart 15 voor de taken van de leden van de EIP.
4.1.3.2.
Crisisteam
De directie stelt een crisisteam samen. Het crisisteam bestaat uit vooraf aangeduide personen die de noodsituatie volgen vanuit het crisiscentrum. De vooraf aangeduide medewerkers (afhankelijk van de structuur van de ouderenvoorziening) moeten beslissingen kunnen nemen.
Mogelijke samenstelling: directie coördinator intern noodplan preventieadviseur evacuatieverantwoordelijke verantwoordelijke opvang hulpdiensten communicatieverantwoordelijke media verantwoordelijke communicatie familie van residenten en personeelsleden secretaris (bijhouden van het logboek) externe diensten bv. verzekeringsmaatschappij, … CRA of zijn afgevaardigde … Taken: eerste opvang hulpdiensten en overleg met overheden beslissen over al dan niet (bijkomend) evacueren zo veel mogelijk informatie verzamelen over de noodsituatie zo veel mogelijk informatie verzamelen over eventueel ontbrekende/gekwetste personen informeren van de residenten, personeelsleden en hun familie organiseren van opvang contacten met ziekenhuizen contacten met verzekeringsmaatschappijen beleidsbeslissingen nemen opvang media en persberichten geven
Zie titel 2.1.3 voor de contactgegevens van de leden van het crisisteam. Zie actiekaart 18 voor de taken van de leden van het crisisteam.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
24
! Aandachtspunt: In functie van de structuur van de ouderenvoorziening is het mogelijk dat meerdere functies door één persoon worden uitgevoerd.
4.1.3.3.
Bijkomend personeel
Om de druk op uw ouderenvoorziening tijdens noodsituaties te verlichten, wordt gesuggereerd om de verwittiging van bijkomend personeel te delegeren naar een verantwoordelijke binnen uw eigen instelling.
! Aandachtspunt: Het is aangewezen om hierbij te werken met een cascadesysteem: Er wordt een persoon van het crisisteam aangesteld die permanent bereikbaar is + een vervanger. Deze persoon wordt als eerste gebeld bij een noodsituatie in de ouderenvoorziening. Deze persoon heeft een geactualiseerde lijst bij met de namen, adressen en GSMnummers van alle personeelsleden van de ouderenvoorziening. Op vraag van de directie zal deze persoon bellen naar de personeelsleden op de lijst met de vraag of hij/zij naar de ouderenvoorziening kan komen om te helpen. Om de extra hulp zo snel mogelijk te kunnen garanderen, is het aan te raden eerst te bellen naar de personeelsleden die het dichtst bij de ouderenvoorziening wonen. Denk er ook aan om eventueel de vrijwilligers verbonden aan de ouderenvoorziening (vertrouwd met de interne structuur) op te roepen. ! Aandachtspunten: wie (nominatief of per functie aanduiden) mag een alarm geven naar de hulpdiensten? is het alarm overal waarneembaar (auditief/visueel) en niet voor interpretatie vatbaar? Voorzie in een systeem om in fasen te alarmeren waarschuwing (bv. stil alarm, …) beperkt (bv. één gebouw van de site, ...) totaal (bv. alle gebouwen, …) maak een intern alarmeringsschema met de te verwittigen personeelsleden (aanstiplijst!) en de 112 hou rekening met dag- en nachtshiften zijn er alternatieven indien uw telefooncentrale uitvalt? (bv. noodtelefoon, wacht GSM, …) hou er rekening mee dat een noodsituatie van buitenaf uw ouderenvoorziening kan bedreigen (bv. gaswolk). Informeer uw personeel (en residenten) over die externe dreiging zodat paniek vermeden wordt.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
25
4.2.
Crisislokalen
4.2.1.
Crisiscentrum van de instelling
Het crisiscentrum is de locatie waar de leden van het crisisteam van de instelling samenkomen om de hulpacties te coördineren. Dit lokaal kan andere functies hebben. Duid de plaats van dit lokaal aan, samen met een alternatief (in het geval dat de eerst aangeduide plaats niet toegankelijk is): 1. …………. 2. Alternatief …………. Het crisiscentrum moet minstens beschikken over: Voldoende ruimte, tafels, stoelen Telefoontoestellen – voldoende in en uit lijnen Lijst met telefoonnummers – leden crisisteam Lijst met telefoonnummers – personeel Lijst met telefoonnummers – familie van bewoners Lijst met de gegevens van de residenten
Het is aangewezen om daarnaast te beschikken over: Veiligheidsverlichting Faxtoestel PC met internetaansluiting Aparte (en voldoende) internetaansluitingen voor externe gebruikers Fotokopieerapparaat GSM’s Magnetisch bord, stiften, magneten Flipchart, papier en stiften Overheadprojector, transparanten, projectiescherm Radio – TV toestel (volgen van berichtgeving)
4.2.2.
Bijkomende lokalen
In sommige noodsituaties zullen er aparte locaties moeten voorzien worden: lokaal opvang familie locatie telefoon fax 26 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
lokaal opvang pers locatie telefoon fax
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
27
4.3.
Communicatie
Communicatie is één van de sleutelbegrippen in de noodplanning. Het is belangrijk om de doelgroepen naar dewelke gecommuniceerd moeten worden, te bepalen. 1. Communicatie residenten 2. Communicatie personeel 3. Communicatie familie – zie actiekaart 19 4. Communicatie met externe diensten -
Communicatie met overheden
-
Communicatie met andere diensten van dezelfde structuur (bv. andere WZC in een overkoepeling)
-
Communicatie met geprivilegieerde partners (bv. systemen van thuiszorg)
-
…
5. Communicatie media – zie actiekaart 20 ! Aandachtspunten: - Denk eraan om deze specifieke taken te laten vervullen door de meest aangewezen personen. - De bewoners zullen bij een noodsituatie trachten om de eigen familieleden te bereiken, of omgekeerd. Besteed daarom in de communicatie voldoende aandacht aan de bewoners en hun families. Het past niet dat de informatie in de media meer en sneller zou zijn dan deze naar de meest betrokken groepen. - Een noodsituatie krijgt veel aandacht van de media. Contacten met de pers zijn niet altijd eenvoudig. Aangeraden wordt om de perscontacten toe te vertrouwen aan 1 persoon die spreekt in opdracht van de instelling. - Licht de residenten en personeelsleden van de ouderenvoorziening zo snel mogelijk in van de noodsituatie. Vermeld wat er gebeurd is en wat de gevolgen zijn. De melding kan gebeuren door bv. een korte brief mee te geven. - Stel eventueel een standaardpersbericht op voorhand op. Op die manier hoeft in een noodsituatie enkel de feitelijke informatie ingevuld te worden. - Let erop dat de communicatie naar de verschillende groepen geen tegenstrijdigheden bevat. Dit betekent dat de inhoud van de communicatie moet goedgekeurd worden. - Vanaf de afkondiging van een gemeentelijke/provinciale fase is het aan te raden eerst overleg te plegen met de gemeente/provincie alvorens er gecommuniceerd wordt met de pers.
28 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
4.4.
Evacuatie en opvang
4.4.1.
Evacuatie
Wanneer er geëvacueerd moet worden omdat de bewoners en/of het personeel in gevaar zijn, bestaan er drie verschillende stappen: Stap 1: De horizontale evacuatie, waarbij de residenten in een ander compartiment binnen het gebouw verzameld worden. Hou er rekening mee dat: o
er best twee branddeuren tussen de plaats van de noodsituatie en de verzamelplaats zitten,
o
de verzamelplaats moet beschikken over voldoende verwarming en elektriciteit,
o
de verzamelplaats gemakkelijk bereikbaar is voor de interventiediensten?
Stap 2: Indien de dreiging blijft, wordt er verticaal geëvacueerd. De residenten worden naar een opvangplaats in een ander gebouw begeleid. Bij absolute voorkeur gebeurt dit in samenwerking met de interventiediensten. Ook hier moet rekening gehouden worden met verwarming en elektriciteit. Stap 3: Wanneer ook dit niet voldoende is, worden de residenten naar buiten gebracht en verzamelen ze op een zo veilig mogelijke plaats. Ook hier is de samenwerking met de interventiediensten ten zeerste aangewezen.
4.4.2.
Opvang
Indien de ouderenvoorziening geheel of gedeeltelijk buiten gebruik is, moet voor opvang gezorgd worden. Zorg ervoor dat er afspraken gemaakt zijn met andere ouderenvoorzieningen uit de omgeving i.v.m. opvang bij een noodsituatie. Indien nodig kan er gebruik gemaakt worden van de website www.oostvlaanderen.be/kortverblijfonline om te zien in welke ouderenvoorzieningen in Vlaanderen bedden vrij zijn. Bij grootschalige noodsituaties zal de overheid via de CP-Ops of het CC in samenwerking met de ouderenvoorziening een tijdelijk gemeentelijk opvangcentrum openen. Dit centrum is opgenomen in het gemeentelijk algemeen nood- en interventieplan (GANIP). Een dergelijke opvang voorziet in principe niet in herberging en is steeds minder optimaal dan een (tijdelijke) opvang in een ander ouderenvoorziening.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
29
! Aandachtspunten: - Probeer afspraken te maken met buren (scholen, restaurants, …) i.v.m. opvang bij een noodsituatie. - Een opvang in een ziekenhuis wordt in principe voorbehouden voor zieke personen. De opvang van bedlegerigen is een laatste mogelijkheid en kan maar ingeroepen worden voor zover ze elders niet terecht kunnen.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
30
5.
Nafase
De nafase gaat over de fase na de noodsituatie. In deze fase worden activiteiten ontplooid waardoor er kan worden teruggekeerd naar de "normale" situatie. Het is de fase waarin de volle omvang van de noodsituatie duidelijk wordt. Het wordt bekend wie na de noodsituatie verdere medische en/of psychosociale hulp nodig heeft. Ook wordt duidelijk welke materiële schade is aangericht en op welke wijze deze al dan niet zal (kunnen) worden hersteld en vergoed. De nafase behoort, net zoals de acute fase, tot de noodplanning. De psychosociale acties worden gebundeld in het luik PSIP (psychosociaal interventieplan) dat deel uitmaakt van de medische discipline (of discipline 2). Indien dit nodig blijkt, zal een apart psychosociaal coördinatiecomité (bemand met overheden en instelling) opgericht worden om de nafase in goede banen te leiden.
Aandachtspunten: Coördinatie en organisatie Schade en financiële voorzieningen (Her)huisvesting, herstel en wederopbouw Milieu Belangenvereniging en zelforganisatie slachtoffers Geneeskundige opvang en verzorging Psychosociale opvang en verzorging Informatievoorziening Externe voorlichting Gezondheidsonderzoek en –monitoring Uitvaart Herdenken (Evaluatie)onderzoek en leren Strafrechtelijk onderzoek Verantwoording afleggen Grensoverschrijdende samenwerking
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
31
Een noodsituatie in een ouderenvoorziening kan een impact hebben op het psychosociaal welzijn van de bewoners, hun familie en de personeelsleden. Het is belangrijk om de getroffenen op te vangen met aandacht voor de volgende aspecten: informatie, mantelzorg, rituelen en erkenning. Op korte termijn kan dit door bv. de bewoners naar een veilige plaats te brengen, een gesprek, het geven van informatie, etc. Op langere termijn dient de situatie opgevolgd te worden, bv. het organiseren van een informatiebijeenkomst een week na het gebeuren en het organiseren van herdenkingen op bijzondere momenten. Het is belangrijk dat de nodige acties in de nafase worden besproken en georganiseerd door het crisisteam.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
32
6. 6.1.
Oefenen Algemeen – nut – noodzaak
Oefenen is verplicht en noodzakelijk. De bedoeling is: Parate kennis van het intern noodplan nagaan De voorgeschreven procedures testen op hun efficiëntie Het materiaal uittesten (bv. gebruik evacuatiestoel) Het personeel trainen en reflexen aanleren Lessen trekken en waar nodig het intern noodplan aanpassen
6.2.
Soorten oefeningen
Een alarmeringsoefening omvat o.a.: Het alarmeringschema uittesten De snelheid van de reactie van het personeel, de eerste interventieploeg, het crisisteam testen en nagaan of iedereen zijn opdracht kent De contactgegevens uittesten … Een tafeloefening omvat o.a.: Een scenario (bv. brand, opsluiting in lift, …) met timing Er is geen terreinontplooiing Alle actoren komen samen (op voorhand of na oproep in real time) en reageren op het scenario Het gebruik van de actiekaarten De oefenleiding kan vragen stellen, problemen opwerpen, … … Een terreinoefening omvat o.a.: Een scenario met timing Een nagebootste crisistoestand (brand, rook, …) of dreiging (gevaarlijke wolk, stroomuitval, …) of crisis op afstand (ongeval met bus op uitstap, …) Simulanten of residenten die in staat zijn mee te werken De alarmering en oproep van personeel, directie en crisisteam, EIP, … Het gebruik van de actiekaarten Eventueel in samenwerking met de hulpdiensten (oprichten CP-Ops) …
33 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
6.3.
Aandachtspunten bij oefeningen
Duid een oefenverantwoordelijke (oefendirectie) aan Werk met eenvoudige scenario's Omschrijf de oefendoelen exact Werk met evaluatoren, noteer wat fout is en beoordeel de genomen acties op juistheid , snelheid … SCENARIO OEFENING
EVALUATIE
INTERN NOODPLAN AANPASSING
! Aandachtspunten: - Er moeten goede afspraken met de hulpdiensten en autoriteiten gemaakt worden. - De oefening moet minimum 2 weken voor datum gemeld worden aan de 112 (zie ook het meldingsformulier in bijlage 6).
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
34
7.
Actiekaarten
7.1.
Actiekaarten voor incidenten
De actiekaarten voor incidenten worden onderverdeeld in actiekaarten voor acute noodsituaties en actiekaarten voor niet-acute noodsituaties. Met een acute noodsituatie wordt bedoeld dat het gaat om een incident waarbij het functioneren van de instelling in het gedrang komt of kan komen.
! Aandachtspunt: Het is een suggestie om alle actiekaarten op gekleurd papier af te drukken.
7.1.1.
Acute noodsituaties
Actiekaart 1: brand en gasalarm (noodsituatie) Actiekaart 2: interne alarmering Actiekaart 3: bluspoging door een lid van de Eerste Interventieploeg Actiekaart 4: evacuatie Actiekaart 5: opvang interventiediensten Actiekaart 6: schuilen Actiekaart 7: langdurige stroomonderbreking (noodgenerator!) Actiekaart 8: bommelding
35 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 1: brand en gasalarm (noodsituatie) EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Verwittig de hulpdiensten: bel 112 Boodschap U spreekt met … (eigen naam) van de ouderenvoorziening …. (naam, adres). Er is brand/gasalarm/andere noodsituatie in kamer … (kamernummer of benaming lokaal) op verdieping …(nummer verdieping) in blok … Er zijn … gewonden (aantal gewonden) Leg niet dicht als u in de wachtrij van de 112 komt te staan. Anders komt u terug achteraan te staan bij een volgende oproep! Blijf aan de lijn voor verdere vragen vanuit de 112!
2. Start het intern alarmeringsschema Volg actiekaart 2 3. Doe één bluspoging Volg actiekaart 3 4. Evacueer wanneer en waar nodig Volg actiekaart 4 5. Vang de interventiediensten op bij hun aankomst Volg actiekaart 5 Tip: Geef de actiekaarten 2 tot 5 indien mogelijk door aan een collega
36 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 2: interne alarmering EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Verwittig de directie Geef volgende gegevens door: uw naam en functie Juiste locatie van de noodsituatie (bv. zaal, keuken, kamernummer, …) Omschrijving van de noodsituatie Aanwezigheid van mogelijke slachtoffers
2. Verwittig andere personeelsleden Opgeroepen personeelsleden moeten zich melden.
3. Help bij de evacuatie Volg actiekaart 4
37 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 3: bluspoging door lid van de Eerste Interventieploeg EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Doe 1 bluspoging met het dichtstbijzijnde brandbestrijdingsmiddel Wanneer de brand na deze poging niet onder controle is: verlaat de plaats van de noodsituatie en help met de evacuatie
2. Help bij de evacuatie
Volg actiekaart 4
38 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 4: evacuatie EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Ga na of de deuren van de kamers van het getroffen compartiment perfect gesloten zijn 2. Evacueer de bedreigde bewoners van het compartiment naar een veilige plaats Start met de meest bedreigde kamers Daarna de rest van het compartiment Laat bij voorkeur twee branddeuren tussen de geëvacueerden en de plaats van de noodsituatie Laat de verlichting branden Laat persoonlijke eigendommen achter Gebruik geen lift Bij rookontwikkeling het hoofd zo dicht mogelijk bij de grond houden Hou rekening met minder mobiele en niet-mobiele residenten
3. Zorg ervoor dat ieder personeelslid dezelfde procedure volgt
39 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 5: opvang interventiediensten EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Doe een fluohesje aan 2. Ga naar de afgesproken plaats en wacht op de interventiediensten 3. Geef de correcte informatie door aan de interventiediensten Aard noodsituatie Voor- of achterzijde van het gebouw Verdieping Kamernummer Kortste weg naar de plaats van de noodsituatie …
4. Blijf eventueel ter plaatse voor de opvang van latere interventiediensten/ Volg de instructies van de interventiediensten 5. Hou de toegang vrij voor de interventiediensten 6. Blijf ter beschikking van de interventiediensten en volg hun instructies op
40 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 6: schuilen EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Breng iedereen zo vlug mogelijk naar binnen of blijf binnen! Het kan aangewezen zijn om iedereen samen te brengen in één specifieke locatie (bv. refter)
2. Sluit ramen en deuren 3. Schakel airconditioning en/of luchtbehandelingsinstallaties uit 4. Verwittig de directie 5. Volg de richtlijnen van de directie, de interventiediensten en/of de overheid
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
41
Actiekaart 7: langdurige stroomonderbreking EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Verwittig de directie 2. Verwittig de andere personeelsleden en de residenten Informeer het personeel (en de residenten) op geregelde tijdstippen rond de evolutie van de situatie
3. Bel de betrokken elektriciteitsmaatschappij 4. Activeer de noodgenerator (indien aanwezig) 5. Bel 112 en geef een overzicht van de situatie 6. Indien het risico bestaat dat de noodsituatie niet opgelost geraakt: Vraag aan de directie om het crisisteam samen te roepen zodat er kan gezocht worden naar opvangcentra voor de residenten
! Aandachtspunten: - Opgelet: Stroomuitval heeft invloed op de bewaring van voedsel en medicatie. - Zorg ervoor dat de hulpdiensten een noodgenerator kunnen aansluiten. - Een aantal ouderenvoorzieningen zijn ook hersteloord, wat betekent dat er een aantal patiënten zijn die een verhoogde medische zorg nodig hebben (bijvoorbeeld aanwezigheid van een baxter met automatische druppelteller, …).
42 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 8: bommelding EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR! 1. Verzamel maximaal informatie Onthoud zo goed mogelijk de tekst van de ontvangen melding! Vraag: Wanneer zal het gebeuren? Waar zal het gebeuren? Waar bent u? Wie bent u? Wat is uw reden?
Luister en onthoud: De oproeper Stem van de oproeper (man, vrouw, kind) Taal – accent Uitspraak – spraakgebreken Snelheid (snel, traag, hortend, buiten adem,…) De achtergrondgeluiden Muziek? Machines? Verkeer? Vliegtuiglawaai? Gesprekken? Kindergeluiden?
2. Verwittig de hulpdiensten: bel 112 3. Start het intern alarmeringsschema
Volg actiekaart 2 4. Evacueer wanneer nodig
Volg actiekaart 4 5. Vang de interventiediensten op bij hun aankomst
Volg actiekaart 5 43 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
7.1.2.
Niet-acute noodsituaties
Een niet acute noodsituatie is een crisissituatie die een georganiseerde aanpak vraagt van de instelling maar de continuïteit van de werking niet bedreigt. Actiekaart 9: defecte lift Actiekaart 10: verdwijning resident Actiekaart 11: voedselvergiftiging Actiekaart 12: busongeval (directie) Actiekaart 13: busongeval (begeleiders) Actiekaart 14: checklist busreizen
Deze lijst kan aangevuld worden met nog andere actiekaarten.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
44
Actiekaart 9: defecte lift Indien de leden van de eerste interventieploeg of de technische dienst opgeleid zijn om dit probleem op te lossen, schakel hen in!
1. Verwittig de directie 2. Verwittig de hersteldienst van de liften en vraag hun interventietijd 3. Bel 112 Geef volgende gegevens door Juist adres van de noodsituatie Juiste positionering van de geblokkeerde lift Uw naam Aanwezigheid van mogelijke slachtoffers Beantwoord de vragen van de hulpverlener aan de andere kant van de lijn Tips Tracht de personen in de lift te bereiken om hen te informeren en blijf in contact met hen Wacht de hersteldienst van de lift en eventueel de hulpdiensten op Volg de verdere instructies van de hersteldienst en de hulpdiensten
45 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 10: verdwijning resident 1. Verwittig de directie en de andere personeelsleden 2. Verzamel gegevens over de vermiste persoon Waar is hij/zij laatst gezien? Wie had als laatste contact met hem/haar? Wat is zijn/haar normaal dagschema? Hoe was zijn/haar recente (gemoeds)toestand? Heeft deze persoon een bepaald ziektebeeld of allergieën? Wat is de gezinssituatie van de persoon? Zijn er nog persoonlijke bezittingen van hem/haar aanwezig in de ouderenvoorziening? …
3. Zoek op de terreinen van de ouderenvoorziening 4. Doe navraag bij familie en vrienden van de vermiste 5. Wanneer de interventiediensten zouden worden opgeroepen: leg volgende documenten klaar Recente foto Medisch dossier Persoonlijke documenten ! Aandachtspunten: - Het kan belangrijk zijn een automatisch alarmsysteem (bv. in de kledij) in te bouwen bij personen die kunnen weglopen - Bij zorgwekkende verdwijning, bel 112.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
46
Actiekaart 11: voedselvergiftiging 1. Verwittig de directie of het secretariaat van de ouderenvoorziening 2. Indien meerdere personen zich tegelijk ziek voelen verwittig de hulpdiensten: bel 112
3. De directie zal: Contact nemen met een arts, deze zal een beslissing nemen rond de verdere aanpak Het crisisteam samenroepen De Provinciale Controle-Eenheid (PCE) verwittigen.
4. Zoek naar symptomen en de oorzaak van de voedselvergiftiging 5. Tref maatregelen om verdere vergiftiging te voorkomen
Gegevens Provinciale Controle Eenheden Provincie Antwerpen
Brussel
Italiëlei 124 Bus 92
Kruidtuinlaan 55
2000 Antwerpen
1000 Brussel
Tel: 03 202 27 11 - Fax: 03 202 28 11
Tel: 02 211 92 00 - Fax: 02 211 91 85
GSM: 0478 87 62 19 (Enkel in uiterst dringende gevallen
GSM: 0478 87 62 22 (Enkel in uiterst dringende gevallen
buiten de diensturen)
buiten de diensturen)
[email protected]
[email protected]
Provincie Limburg
Provincie Oost-Vlaanderen
Kempische Steenweg 297 bus 4
Zuiderpoort blok B, 10e verdieping
3500 Hasselt
Gaston Crommenlaan 6 / 1000
Tel: 011 26 39 84 - Fax: 011 26 39 85
9050 Gent
GSM: 0478 87 62 18 (Enkel in uiterst dringende gevallen
Tel: 09 210 13 00 - Fax: 09 210 13 13
buiten de diensturen)
GSM: 0478 87 62 20 (Enkel in uiterst dringende gevallen
[email protected]
buiten de diensturen)
[email protected] Provincie Vlaams Brabant
Provincie West-Vlaanderen
Greenhill Campus
AIPM
Interleuvenlaan 15 blok E
Koning Albert I laan 122
Researchpark Haasrode 1515
8200 Brugge
3001 Leuven
Tel: 050 30 37 10 - Fax: 050 30 37 12
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
47
Tel: 016 39 01 11 - Fax: 016 39 01 05
GSM: 0478 87 62 21 (Enkel in uiterst dringende gevallen
GSM: 0478 87 62 17 (Enkel in uiterst dringende gevallen
buiten de diensturen)
buiten de diensturen)
[email protected]
[email protected] ! Aandachtspunt: De directie volgt de instructies van de arts of CRA op. Hij zal op basis van de symptomen beslissen of de gezondheidsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap of de PCE wordt verwittigd.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
48
Actiekaart 12: busongeval met residenten: taken directie 1. Roep het crisisteam samen 2. Informeer u maximaal bij de begeleider op de plaats van het ongeval en de busmaatschappij
3. Beslis of iemand van het crisisteam ter plaatse gaat 4. Verwittig de familie van de betrokkenen met de juiste info 5. Zorg voor de opvang van familie in de ouderenvoorziening 6. In geval van een ernstig incident: overleg met de gemeente Overleg met de gemeente kan via: Burgemeester Ambtenaar noodplanning Politie ! Aandachtspunt: Indien nodig kan het psychosociaal nood- en interventieplan (PSIP) worden opgestart.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
49
Actiekaart 13: busongeval met residenten: taken begeleiders 1. Blijf kalm, verlaat de bus en zorg voor voldoende afstand 2. Bel 112 Vermeld Adres van de plaats van de noodsituatie + uw naam Omschrijving van de noodsituatie Aanwezigheid van mogelijke slachtoffers Verloop van de reddingsacties
3. Verwittig de verantwoordelijken in de ouderenvoorziening via het nummer…………………………………………………………………………........
50 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 14: checklist busreizen 1. Maak twee reismappen klaar met: Reisformulier busreizen (zie bijlage 5) Nominatieve lijst van de deelnemers Lijst met telefoonnummers Ongeval-aangifteformulieren Eventuele andere documenten, bv. info over de bestemming
Geef één exemplaar af bij het secretariaat Het tweede exemplaar wordt meegenomen en bijgehouden door de begeleider(s)
2. Neem minstens mee: GSM met lader (zorg ervoor dat het nummer gekend is door de ouderenvoorziening) EHBO koffer Identiteitskaart van alle residenten en personeelsleden SIS kaart van alle residenten en personeelsleden
3. Zorg ervoor dat volgende instructies tijdens de volledige reis nageleefd worden: Tassen in de bagageruimte Handbagage onder of boven de zetels Hou het gangpad vrij Draag de autogordel
Tips: De begeleiders nemen plaats vooraan in de bus (eventueel één begeleider bij de achterste deur). Bewoners die moeilijk kunnen lopen of een gipsverband hebben moeten vooraan zitten. Spreek eventueel onderling af hoe men gaat evacueren indien dit nodig zou zijn. Vraag aan de chauffeur voor het vertrek hoe de deuren van de bus manueel geopend kunnen worden. Vraag de plaats van de nooduitgangen en blusmiddelen in de autocar.
51 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
7.2.
Actiekaarten voor personen Actiekaart 15: taken eerste interventieploeg Actiekaart 16: taken verantwoordelijke namenlijsten Actiekaart 17: taken directie Actiekaart 18: taken crisisteam en plaats crisislokalen Actiekaart 19: taken verantwoordelijke communicatie familie van residenten of personeelsleden Actiekaart 20: taken verantwoordelijke communicatie media
Deze lijst kan aangevuld worden met andere actiekaarten.
52 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 15: taken eerste interventieploeg EIGEN VEILIGHEID PRIMEERT!/BRENG UZELF NIET IN GEVAAR!
1. Staak onmiddellijk het werk 2. Informeer naar de plaats en de aard van de noodsituatie 3. Bij brand, sluit de deuren van de kamers in het getroffen compartiment, neem het dichtstbijzijnde blusmiddel en bestrijd de brand met maximaal 1 bluspoging
4. Help de bewoners te evacueren Volg actiekaart 4 Tips Hou de branddeuren gesloten Controleer of 112 al dan niet verwittigd is Blijf ter beschikking van de bevoegde hulpdiensten In functie van de opleiding en de opdrachten van de eerste interventieploeg kunnen andere taken worden toegevoegd, bv. Bevrijden van personen uit de lift Opstarten van de noodgenerator bij langdurige stroomonderbreking …
53 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 16: taken verantwoordelijke namenlijsten 1. Doe een fluohesje aan 2. Neem de namenlijsten mee Zij bevinden zich in: ………………………………………………………………………………………
3. Ga naar de verzamelplaats 4. Verzamel de gegevens op de verzamelplaats 5. Geef de informatie door aan de hulpdiensten en de directie
54 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 17: taken directie 1. Roep indien noodzakelijk het crisisteam samen 2. Coördineer als voorzitter van het crisisteam de hulpacties 3. Controleer of de 112 verwittigd is 4. Zorg ervoor dat de ouderenvoorziening vertegenwoordigd is in de CP-Ops en het CC (wanneer deze zijn opgericht)
5. Zorg ervoor dat de familie verwittigd wordt 6. Sta de media en de gerechtelijke diensten te woord 7. Hou contact met de verantwoordelijke ter plaatse indien de noodsituatie niet in de ouderenvoorziening is gebeurd
8. Denk aan de begeleiding van prominenten 9. Bespreek de acties van de nafase (voor residenten, personeel, familie)
55 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 18: taken crisisteam en plaats crisislokalen 1. Samenstelling en taken van het crisisteam (te bepalen in functie van de noodsituatie) Directeur-voorzitter of plaatsvervanger-voorzitter coördinator Directieleden of aangeduide personeelsleden contact met de familie contact met de media praktische organisatie crisiscentrum Ondersteunend personeel telefoons opnemen noteren van alle acties die ondernomen worden en het uur erbij vermelden logistieke ondersteuning (eten voorzien, praktische regeling voor de opvang) Preventieadviseur onderzoek naar het ongeval Sociaal assistent verwittigen familie Extern psycholoog Arts Vertegenwoordiger Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk (EDPB) Vertegenwoordiger verzekeringsmaatschappij logistieke ondersteuning Vertegenwoordiger autobusmaatschappij contact met de chauffeur nieuwe bus voorzien?
56 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
2. Plaats voor het crisiscentrum ………………………………………………………………………………………………………. Uitrusting aanwezig of in de nabije omgeving: De ruimte die u voorziet moet minstens beschikken over: Telefoontoestellen – voldoende in en uit lijnen (indien mogelijk 2 lijnen die niet gekoppeld zijn aan de interne telefooncentrale) Lijst met telefoonnummers – leden crisisteam Lijst met telefoonnummers – personeel Lijst met telefoonnummers – familie van bewoners Lijst met namen van residenten Het is aangewezen om daarnaast te beschikken over: Veiligheidsverlichting Faxtoestel PC met internetaansluiting Fotokopieerapparaat GSM’s Magnetisch bord, stiften, magneten Flipchart, papier en stiften Overheadprojector, transparanten, projectiescherm Radio – TV toestel (volgen van berichtgeving) Drank en eten voor de leden van het crisisteam
3. Plaats voor opvang familieleden …………………………………………………………………………………………………………… Gescheiden van plaats voor opvang media Drank en eten voor de getroffenen
4. Plaats voor opvang media …………………………………………………………………………………………………………… Gescheiden van plaats voor opvang familieleden
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
57
Actiekaart 19: taken verantwoordelijke communicatie familie van residenten of personeelsleden 1. Gegevens verantwoordelijke Verantwoordelijke (+ vervanger) ……………………………………………………………………………………………………….
GSM ……………………………………………………………………………………………………….
Plaats opvang ……………………………………………………………………………………………………….
2. Begeef u naar het crisiscentrum in ……………………………………………………………………………………………………………
3. Zorg dat u op de hoogte bent van de situatie en de evolutie van de situatie Bv. Wie zijn de slachtoffers? Naar welk ziekenhuis zijn ze gebracht? …
4. Maak een overzichtelijk bericht met de beschikbare informatie, gericht aan de familie
5. Contacteer het gezin of de familie van de residenten of de personeelsleden van de betrokkene(n) Wees het aanspreekpunt voor familieleden met vragen Toon bezorgdheid en betrokkenheid
6. Bepaal in het crisisteam of in het coördinatiecomité in samenspraak met de burgemeester: een noodnummer waar de familie terecht kan met vragen een lokaal waar familieleden terecht kunnen voor opvang (sanitair, catering)
58 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Actiekaart 20: taken communicatieverantwoordelijke media 1. Gegevens verantwoordelijke Communicatieverantwoordelijke (+ vervanger) ……………………………………………………………………………………………………….
GSM ……………………………………………………………………………………………………….
Plaats opvang ……………………………………………………………………………………………………….
2. Begeef u naar het crisiscentrum in ……………………………………………………………………………………………………………
3. Zorg dat u op de hoogte bent van de situatie en de evolutie van de situatie
4. Verzamel alle verschillende berichten en zorg voor één bondig persbericht met juiste informatie. Stuur dat bericht door
5. Nodig in samenspraak met de directie eventueel de media uit in de ouderenvoorziening
6. Beleg een persconferentie indien nodig Tips voor de woordvoerder GEEN SPECULATIE! Tracht eerst en vooral duidelijkheid te scheppen over wat er gebeurd is. Vermeld geen zaken waarover geen zekerheid bestaat! Toon bezorgdheid en betrokkenheid Gebruik eenvoudige en duidelijke taal Zeg niets over wat niet in de openbaarheid mag komen. Er bestaan geen "gesprekjes onder ons" met een journalist! Doe niet aan schuldduiding Wees voorzichtig met vragen als "had u dit niet kunnen zien aankomen?" Gebruik eventueel op voorhand opgestelde modelantwoorden
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen - november 2011
59
8.
Bijlagen
Bijlage 1
Telefoonrepertorium
Bijlage 2
Afkortingenlijst
Bijlage 3
In te vullen infofiche in gemeentelijk algemeen nood- en interventieplan
Bijlage 4
Inventaris gevaarlijke producten
Bijlage 5
Reisformulier busreizen
Bijlage 6
Meldingsformulier oefeningen
Bijlage 7
Pictogrammen
60 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Bijlage 1: Telefoonrepertorium
Brand Algemeen noodnummer
100 - 112
Brandweer ………….. Politie Algemeen noodnummer
101 - 112
Lokale politie Federale politie EHBO Europees noodnummer
112
Rode Kruis
105
Dichtstbijzijnde ziekenhuis Antigifcentrum
02/245 245
Brandwondencentrum UZ Gent
09/240 34 90
Gemeente Burgemeester Ambtenaar noodplanning Dokters
Interne
dienst
voor
preventie
en
61 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
bescherming op het werk Huisbewaarder Dienst Slachtofferhulp van het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Andere
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
62
Bijlage 2: Afkortingenlijst ARAB
Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming
CC
Coördinatiecomité
CP-Ops
Commandopost Operaties
CRA
Coördinerend en Raadgevend Arts
Dir-BW
Directeur Brandweer
Dir-CP-Ops
Directeur Commandopost Operaties
Dir-Info
Directeur Informatie
Dir-Med
Directeur Medisch
Dir-Log
Directeur Logistiek
Dir-Pol
Directeur Politie
EDPB
Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk
EIP
Eerste Interventieploeg
FAVV
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
FOD
Federale Overheidsdienst
GANIP
Gemeentelijk Algemeen Nood- en Interventieplan
MRSA
Methicilline-Resistente Staphylococcus Aureus
PANIP
Provinciaal Algemeen Nood- en Interventieplan
PCE
Provinciale Controle Eenheid
PSIP
Psychosociaal Interventieplan
63 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Bijlage 3: In te vullen infofiche in gemeentelijk algemeen nood- en interventieplan Deze infofiche wordt ingevuld in samenwerking met de ambtenaar noodplanning van uw gemeente.
INFOFICHE OUDERENVOORZIENING [naam] CONTACTGEGEVENS
Instelling Naam Adres Tel. Fax. E-mail Website Verantwoordelijke (directie van de instelling) Naam Functie Tel./gsm Contactpersoon permanentie (vb. preventieadviseur, directieassistent, …) Naam Functie Tel./gsm ACTIVITEITEN EN BEZETTING
Type instelling Bezetting overdag
(van …u … tot …u …)
Aantal personeelsleden Aantal bewoners (mobiel) Aantal bewoners (niet-mobiel) Bezetting 's nachts
(van …u … tot …u …)
Aantal personeelsleden
64 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Aantal bewoners (mobiel) Aantal bewoners (niet-mobiel) Speciale afdelingen aanwezig (vb. dementerenden, …)
RISICO'S
Interne risico's (site) vb.: gevaarlijke stoffen, laboratoria, stookketel, keuken, …
Externe
risico's
(omgeving)
vb.:
waterlopen,
verkeersassen,
opslagplaatsen,
industriezone, …
NOODPLANNING
Terrein Noodplanningszone Way in – Way out Verzamelplaatsen Mogelijke opvangcentra Aandachtspunten Intern noodplan
ja / nee
Laatste update: … / … / ……
OPMERKINGEN
Extra informatie die van belang kan zijn voor of tijdens een noodsituatie?
Liggingsplan toevoegen
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
65
Bijlage 4: Inventaris gevaarlijke producten PRODUCT
LOCATIE
OPMERKINGEN
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
66
Bijlage 5: Reisformulier busreizen
REISFORMULIER in tweevoud in te vullen voor vertrek Bij het reisformulier worden de lijsten gevoegd met de DEELNEMERS. De formulieren worden bij vertrek afgegeven op het secretariaat. Datum : ……………………………………………………………………………………………………… Verantwoordelijke : ………………………………………………………………………………………… Deelnemers - Ouderenvoorziening: ……………………………………………………………………………… - Begeleiders: ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………... - Beschikbaar GSM-nummer: ………………………………………………………………………. - Tijdstip van vertrek: ………………………………………………………………………………... - Totaal aantal bewoners: …………………………………………………………………………… - Totaal aantal begeleiders: ………………………………………………………………………… Bestemming - Plaatsbepaling: …………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………... - Adres: ……………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………... ………………………………………………………………………………………………………... - Telefoon: ……………………………………………………………………………………………. - Contactpersoon: ……………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………... Gegevens autobus - Firma: ……………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………... ………………………………………………………………………………………………………... - Nummerplaat bus: …………………………………………………………………………………. - GSM van de chauffeur: ……………………………………………………………………………. Voorziene terugkomst - Datum: ……………………………………………………………………………….……………… - Uur: …………………………………………………………………………………….……………. Vergeet niet mee te nemen - EHBO koffer + ongevalaangifteformulieren - GSM van de ouderenvoorziening of een persoonlijke GSM - Lijst met telefoonnummers - Lijst met daarop vermeld de aanwezigen
67 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
Bijlage 6: Meldingsformulier oefeningen MELDINGSFORMULIER BRAND, EVACUATIE EN ANDERE OEFENINGEN Ten laatste twee weken voor de oefening overmaken aan het Hulpcentrum 100/112
NAAM:
LOCATIE VAN DE OEFENING: …/…/…
Datum en uur oefening Type oefening:
brand
evacuatie
Verwacht aantal deelnemers:
van: …:…
tot: …:…
Andere: Impact:
CONTACTPERSOON: (moet bereikbaar zijn tijdens de oefening)
GSM-NUMMER: Zal er een effectieve oproep naar het nummer 100/112 zijn?
ja
neen
Welke diensten zijn op de hoogte? Middel
Aantal
Medische middelen/100-middelen
ja
neen
Brandweer bevoegd
ja
neen
Brandweer SAH
ja
neen
Politie
ja
neen
Medische middelen akkoord FGI
ja
neen
Brandweermiddelen akkoord dienstchef
ja
neen
Wie
Indien u verwacht dat het Hulpcentrum 100/112 middelen gaat alarmeren gelieve dan telefonisch contact op te nemen met de verantwoordelijke van het HC 100/112 om concrete afspraken te maken.
INSTRUCTIES VOOR DE ORGANISATOR Indien het gaat om een oefening met luid alarm/rookontwikkeling of een melding via noodoproep naar het nummer 100/112 1. Is de verantwoordelijke verplicht de oefening 15 minuten voor de start aan te melden op het nummer 112. 2. Elke oproep die op het HC 100/112 binnenkomt tussen de aanmelding en afmelding op de locatie van de oefening behandelt het HC 100/112 als deel van de oefening.
68 Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
3.Bij twijfel wordt de verantwoordelijke van de oefening gecontacteerd. 4. Na het einde van de oefening moet de verantwoordelijke de oefening opnieuw afgemeld. 5. Als de oefening niet aangemeld is gaat het HC 100/112 er van uit dat het een reële noodoproep betreft en worden de diensten gealarmeerd. Deze aanvraag wordt u bevestigd voor akkoord binnen de vijf werkdagen.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
69
Bijlage 7: Pictogrammen
Plaats of richting van een uitgang die gewoonlijk door de in de inrichting aanwezige personen gebruikt wordt; dit pictogram mag slechts gebruikt worden voor uitgangen die ook aan de eisen voor nooduitgangen voldoen (te plaatsen boven, of boven een doorgang naar, een uitgang)
Te volgen richting (wordt in combinatie met de hiernavolgende groene borden gebruikt)
Plaats of richting van een nooduitgang (te plaatsen boven, of boven een doorgang naar een nooduitgang)
Richting van een nooduitgang
Eerste hulp
Ogen spoelen
Draagberrie
Telefoon voor redding en eerste hulp
Veiligheidsdouche
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
70
Brandslang
Te volgen richting naar brandbestrijdingsmaterieel (wordt in combinatie met de hiernavolgende rode borden gebruikt)
Telefoon voor brandbestrijding
Ladder
Blusapparaat
Dit is een selectie van pictogrammen afkomstig uit het Koninklijk Besluit van 17 juni 1997 betreffende de veiligheids- en gezondheidssignalering op het werk.
Canvas intern noodplan ouderenvoorzieningen – november 2011
71