project:
bestemmingsplan kern Wijlre
gemeente Gulpen – Wittem
reactienota
status:
vastgesteld door Raad
datum:
19 april 2010
projectnummer:
Gulpen – Wittem/Wijlre
auteur:
Rilanna van Nuenen
Inhoud
1 Reacties vooroverleg
1
2 Gemeentelijk standpunt op vooroverlegreacties`
8
3 Eindverslag inspraak
11
4 Beoordeling ingekomen zienswijzen
14
5 Overzicht ambtshalve wijzigingen
23
6 Raadsbesluit
25
1 Reacties vooroverleg
1
2
3
4
5
6
7
2 Gemeentelijk standpunt op vooroverlegreacties 2.0 Overleg ex artikel 3.1.1 Bro Door onderstaande instanties is in het kader van het overleg ex artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (hierna Bro) een schriftelijke dan wel mondeling reactie ingediend inzake het voorontwerp bestemmingsplan kern Wijlre van de gemeente Gulpen-Wittem: 1. Waterschap Roer en Overmaas; 2. Provincie Limburg 3. VROM-Inspectie 2.1. Waterschap Roer en Overmaas Een kopie van het wateradvies is in bijlage 1 opgenomen. Standpunt college Primaire wateren -
Het primaire water Lange Gracht/Truyt zal volledig opgenomen worden op de plankaart.
-
De leegloop van de regenwaterbuffer Elkenraderweg zal als primaire watergang worden aangeduid. Tevens zal de beschermingszone worden opgenomen.
-
De beschermingszone van 10 meter van de Geul ter plaatse van Molengats 1 zal op de plankaart ingetekend worden.
Regenwaterbuffer De beschermingszone van de regenwaterbuffer Pastoor Maessenstraat zal ter hoogte van het perceel Valkenburgerweg 18 op de plankaart worden opgenomen. Meanderzone en inundatiegebied De meanderzone en het inundatiegebied zullen op de plankaart en in de regels verwerkt worden. Planregels Onder artikel 24.4.1 zal aan de bepaling dat normaal agrarisch gebruik, waaronder spit- en ploegwerk binnen de beschermingszone niet is toegestaan binnen 1 meter uit de insteek. Stedelijk waterbeheer In de toelichting en het algemene deel zal daar waar aandacht wordt besteed aan duurzaam stedelijk waterbeheer een directe verwijzing naar de afkoppelkansenkaarten uit en gemeentelijk waterplan worden opgenomen. Tevens zal aangegeven worden op welke wijze de doelen uit het waterplan verwezenlijkt kunnen worden in het kader van het bestemmingsplan.
8
2.2. Provincie Limburg Een kopie van het advies van provincie Limburg is in bijlage 1 opgenomen. Standpunt college 1. Ruimtelijke kwaliteit De bebouwingsmogelijkheden zullen beperkt worden tot de mogelijkheden uit het geldende bestemmingsplan. Daar waar nodig zal het bestemmingsplan hierop aangepast worden. 2. Bodem en milieu Externe veiligheid In de toelichting zal onder paragraaf 6.5 aandacht besteed worden aan het feit dat over de provinciale weg N595 vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Ten aanzien van het plaatsgebonden en groepsrisico van de Brandbierbrouwerij is door TNO een onderzoek uitgevoerd. De resultaten uit dit onderzoek zullen in het bestemmingsplan verwerkt worden. De conclusie uit dit rapport luidt dat als de leidingen en het voorraadvat op het dak omkast worden of inpandig worden gebracht en als tevens de ruimten waarin deze componenten zich bevinden voorzien worden van afzuiging, er geen sprake meer is van een plaatsgebonden risicocontour en groepsrisicocontour. De brouwerij is aangeschreven om deze aanpassingen door te voeren waardoor de installatie ‘BEVI-proof’ is. Hierdoor zijn er dus ook geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten binnen de veiligheidscontouren gelegen. De bierbrouwerij zal in bijlage 2 opgenomen worden. De contour van het plaatsgebonden risico zal worden aangepast conform de resultaten van het onderzoek van TNO. VROM heeft op het onderzoek gereageerd en gevraagd om een tegenreactie. Derhalve is het rapport naar het RIVM gestuurd. Bij vaststelling van het bestemmingsplan zal deze second opion in het bestemmingsplan verwerkt worden. Het tankstation in Wijlre is een tankstation zonder lpg. De toelichting zal hierop worden aangepast.
9
3. Landschap, cultuurhistorie en aardkunde Cultuurhistorie Monumenten vallen onder de Monumentenwet. In deze wet is geregeld dat advies gevraagd moet worden aan de monumentencommissie. Het opnemen van deze bepaling is dus overbodig omdat dit bij wet al anders geregeld is. Het is onwenselijk om dit dan ook nog via het bestemmingsplan te regelen. Binnen de gemeente Gulpen-Wittem zijn geen panden aangewezen als gemeentelijk monument. Derhalve zijn alle in bijlage 2 opgenomen monumenten Rijksmonumenten. 4. Landbouw De oranje arcering betreft de geurcontour van de rioolwaterzuiveringsinstallatie. De legenda op de plankaarten zal hierop worden aangevuld. 5. Voorschriften Uit nadere beoordeling is gebleken dat bij gebruik van de gebiedsaanduiding ‘wrozone – verwerkelijking in de naaste toekomst’ inderdaad de toekomstige bestemmingen aangegeven dienen te worden. Deze aanduiding is bedoeld voor de situatie van 3.4 Wro. Het gaat daarbij om bestemmingen die de gemeente op heel korte termijn wilt verwezenlijken en waarvoor je versneld wilt onteigenen. Daarbij wordt dus de gewenste bestemming die ter plaatse gerealiseerd gaat worden aangeduid. Voor de locaties in het plangebied is dit echter nog onvoldoende concreet om dit nu op te kunnen nemen. Derhalve zal de aanduiding ‘wro-zone – verwerkelijking in de naaste toekomst’ voor de locatie nabij de kerk geschrapt worden en voor de omgeving van de basisschool gewijzigd worden in een wijzigingsbevoegdheid met voorwaarden. 6. Algemeen Daar waar nodig zal de legenda worden aangevuld met aanduidingen die wel op de plankaart staan, maar niet in de legenda zijn opgenomen. 2.3. VROM-Inspectie Een kopie van het advies van VROM-Inspectie is in bijlage 1 opgenomen. De VROM-Inspectie geeft in haar advies aan dat het plan geen aanleiding geeft tot het maken van opmerkingen.
10
3 Eindverslag inspraak Eindverslag van de inspraak bestemmingsplan kern Wijlre, gemeente Gulpen-Wittem Inspraakprocedure Het voorontwerp bestemmingsplan kern Wijlre heeft in de periode van 9 juni tot en met 20 juli 2009 (6 weken) in het kader van de inspraak ter inzage gelegen. Gedurende de ter inzage termijn zijn drie inspraakreacties ingediend. De reacties zijn hierna beknopt en zakelijk weergegeven. De inspraakreacties zelf zijn als losse bijlage beschikbaar. 3.1 Achmea rechtsbijstand namens J.H.M. van Mil, Leienhuisweg 12, 6321 AV te Wijlre, postbus 10100, 5000 JC Tilburg d.d. 6 juli 2009, ingekomen 7 juli 2009 onder nr. I0903123 Samenvatting inspraakreactie: 1. Door het bouwplan aan de Parallelweg wordt het woongenot van cliënt aangetast omdat de gronden aan de Parallelweg 3 a 4 meter hoger zijn gelegen dan de tuin van cliënt. 2. Cliënt vreest dat de waarde daalt en zal een planschadeclaim indienen. Standpunt gemeente: 1. Uitgangspunt bij het planvoornemen blijft het opnemen van een bebouwingsmogelijkheid op deze drie kavels aan de Parallelweg. De hoogte van de bouwmogelijkheid zal beperkt worden tot maximaal één bouwlaag met de mogelijkheid van een kap (zadeldak) op die bouwlaag, met de daarbij gebruikelijke bouwhoogten. Daarnaast moet het mogelijk zijn om drive-in woningen of bij afgraving van het bouwvlak tot op het niveau van voorliggende weg (Parallelweg) of dieper te bouwen. Hierdoor ontstaat echter een bouwmogelijkheid voor twee bouwlagen met kap (zadeldak). De bouwhoogte van de woningen is hierdoor vergelijkbaar met de bouwhoogte van woningen in de omgeving en dus of de bouwhoogte van de woning van cliënt. Voor alle situaties gelden wel de volgende voorwaarden: -
nokrichting (in hoofdzaak) evenwijdig aan de lengterichting van de Parallelweg. Hierdoor wordt het aanbrengen van gevelopeningen in de kopgevel op het ‘niveau van de derde bouwlaag’ voorkomen;
-
in beginsel moet het wel mogelijk zijn om dakramen in het naar de Parallelweg toegekeerde dakvlakte plaatsen (dakkapellen zijn niet toegestaan);
-
in beginsel bestaat er wel de mogelijkheid om dakkapellen in het van de Parallelweg afgekeerde dakvlak te plaatsen.
Deze drie punten zijn echter welstandseisen waarvoor in het bestemmingsplan geen regeling opgenomen kan te worden. Het punt van eventuele balkons aan de voorzijde wordt met bovengenoemde opzet impliciet ondervangen. Immers met het uitgangspunt van één bouwlaag
11
met eventueel kap (zadeldak) op die ene bouwlaag op referentiehoogte van huidige maaiveld, is er geen mogelijkheid voor een aanbouw van een balkon, danwel kan er hooguit een balkon op ‘begane-grondsniveau’ (=huidig maaiveld) zijn. Komt er een drive-in woning of wordt afgegraven tot op niveau van de huidige straat, dan kan er in beginsel praktisch gezien eventueel wel een balkon komen, maar dat balkom komt dan nagenoeg op het niveau van het huidige maaiveld. Op de plankaart zal een aanduiding worden opgenomen dat de woningen ter plaatse maximaal 1 bouwlaag boven het huidige maaiveld uit mogen komen. 2. Indien cliënt naar aanleiding van de aanpassingen van mening blijft dat de waarde van zijn woning daalt, staat het cliënt vrij een verzoek tot planschade in te dienen. Deze claim zal te zijner tijd beoordeeld worden. 3.2 H.N. Degens, Brouwerijstraat 15 te Wijlre 10 juli 2009, ingekomen 14 juli 2009 onder nummer I0903243 Samenvatting inspraakreactie: Indiener is geschrokken van het feit dat zijn woning Brouwerijstraat 15 op termijn zou moeten verdwijnen voor herontwikkeling. Indiener is daarvan nooit op de hoogte gesteld en alle financiële gevolgen zullen in rekening worden gebracht. Standpunt gemeente: In het bestemmingsplan is de bestaande situatie opgenomen en geregeld. Dit betekent dat de woning van indiener als zodanig bestemd is (bestemming ‘Wonen’) en dat daaraan ook passende bouwmogelijkheden zijn gekoppeld. Er bestaan plannen om in de toekomst het centrum van Wijlre te herontwikkelen. De woning van indiener is binnen de beoogde centrumontwikkeling gelegen. Echter zijn de plannen nog in een dusdanig vroeg stadium dat dit niet meegenomen kan worden in dit bestemmingsplan. De aanduiding ‘wro-zone – verwerkelijking in de naaste toekomst’ kan voor deze locatie dan ook niet gehandhaafd blijven. De aanduiding zal worden geschrapt. Dit wil echter niet zeggen dat de ontwikkeling van dit gebied niet meer aanstaande is. Hiervoor zal te zijner tijd echter een afzonderlijke planologische procedure gevoerd worden.
12
3.3 Scheurs Architect AvB, Hunsstraat 13, 6367 JJ Ubachsberg namens de heer Herotte, Marchierstraat 12 te Wijlre 8 juli 2009, ingekomen 10 juli 2009 onder nummer I0903203 Samenvatting inspraakreactie: De hoofdbebouwing van het woonhuis Marchierstraat 8a is niet juist weergegeven. Indiener verzoekt deze conform bijgevoegde tekening aan te passen. Tevens wordt verzocht de bestemmingszone WRC te wijzigen. Standpunt gemeente: Abusievelijk is het bouwvlak niet goed ingetekend. Het bouwvlak zal aangepast worden conform voorstel van indiener. Tevens zal aan dit deel van het bouwvlak de dubbelbestemming Waarde-Cultuurhistorie toegevoegd worden.
13
4 Beoordeling ingekomen zienswijzen Beoordeling van de zienswijzen op het ontwerp bestemmingsplan kern Wijlre, gemeente Gulpen-Wittem Het ontwerpbestemmingsplan kern Wijlre heeft vanaf donderdag 17 december 2009 tot en met donderdag 28 januari 2010 ter inzage gelegen in het gemeentehuis van de gemeente Gulpen-Wittem en elektronisch via de internetsite van de gemeente Gulpen-Wittem. Tijdens de periode dat het bestemmingsplan ter inzage heeft gelegen, heeft eenieder de mogelijkheid gehad om zowel mondeling als schriftelijk zienswijzen in te dienen. Tien personen en instanties hebben gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. De reacties zijn hierna beknopt en zakelijk weergegeven. De zienswijzen zelf zijn als losse bijlage beschikbaar. 4.1 Waterschap Roer en Overmaas d.d. 11 januari 2010, ingekomen 12 januari 2010 onder nr. I1000238 Samenvatting zienswijze Indiener verzoekt de meanderzone die is gelegen over de percelen kadastraal bekend gemeente Wijlre, sectie B, nummer 2425 en 2427 op de kaart op te nemen. Standpunt gemeente Het bestemmingsplan zal aangepast worden zodat ter plaatse de bestemming Waterstaat – Meanderzone is gelegen. Voorgesteld wordt de zienswijze gegrond te verklaren en het bestemmingsplan overeenkomstig aan te passen. 4.2 Kasper en Diane Donners-Rikers, Parallelweg 2, 6321 BB Wijre d.d. 15 januari 2010, ingekomen 19 januari 2010 onder nr. I1000399 Samenvatting zienswijze 1. Bouwvolume comfortwoningen/tweekappers Parallelweg: indiener verzoekt het bestemmingsplan aan te passen zodat het bebouwingsoppervlak of bouwvolume op de eerste verdieping van de genoemde woningen niet uitgebreid kan worden. 2. Bouwhoogte kavels vrije sector Parallelweg: indiener verzoekt om de bouwhoogte van deze woningen te beperken zodat slechts één bouwlaag met kap boven het talud gerealiseerd mag worden.
14
Standpunt gemeente 1. Het bouwvolume en de maximale bouwhoogten van de comfortwoningen aan de Parallelweg zullen overeenkomstig gemaakte afspraken en toezeggingen e
beperkt worden tot hetgeen in de verleende bouwvergunning 1 fase onder bouwvergunnning nr. 2008/75 (BV) d.d. 25 februari 2009 met verzenddatum 5 maart 2009 voor die woningen is vergund. Dit houdt in dat binnen het bouwvlak de woningen gedeeltelijk worden beperkt tot maximaal één bouwlaag. Hiervoor zal aan het bouwvlak de maatvoering ‘maximaal aantal bouwlagen’ worden toegevoegd. De verbeelding zal hierop aangepast worden. 2. De bouwhoogte van de vrije sectorkavels is in het ontwerp bestemmingsplan zoals dat ter inzage heeft gelegen wel degelijk beperkt tot maximaal één bouwlaag (maatvoering ‘maximaal aantal bouwlagen’ op verbeelding). Dit houdt in dat boven op het talud, in deze de hoogte van het peil, maximaal een woning in één bouwlaag met kap mag worden gebouwd. In het talud is een onderbouw, een kelderverdieping, nog wel toegestaan. Het bestemmingsplan hoeft hierop niet te worden aangepast. Voorgesteld wordt de zienswijze op punt 1 gegrond en op punt 2 ongegrond te verklaren. Het bestemmingsplan zal overeenkomstig punt 1 aangepast worden. 4.3 Scheurs architecten vof architect Avb, Hunsstraat 13, 6367 JJ Ubachsberg, names H. Henrotte, Marchierstraat 8a, 6312 AL Wijlre d.d. 22 januari 2010, ingekomen 26 januari 2010 onder nr. I1000531 Samenvatting zienswijze De gewenste uitbreiding zoals aangegeven bij de ter inzage legging van het voorontwerp bestemmingsplan is niet conform het standpunt van de gemeente overgenomen. Indiener verzoekt de uitbreiding van het bouwblok met 5 m alsnog op te nemen. Standpunt gemeente Het bestemmingsplan zal aangepast worden zodat ter plaatse van de Marchierstraat 8a het bouwvlak met 5 m uitgebreid wordt. Een en ander overeenkomstig het standpunt van de gemeente op de eerder ingediende inspraakreactie. Voorgesteld wordt de zienswijze gegrond te verklaren en het bestemmingsplan overeenkomstig aan te passen. 4.4 Provincie Limburg, postbus 5700, 6202 MA Maastricht d.d. 22 januari 2010, ingekomen 25 januari 2010 onder nr. I1000506 Samenvatting zienswijze 1. Ruimtelijke kwaliteit: De rode contour is niet duidelijk op de verbeelding aangegeven. Indiener verzoekt de grijze lijn te vervangen door een rode. 2. Externe veiligheid: Het plan biedt nog onvoldoende duidelijkheid omtrent de externe veiligheid van de bierbrouwerij.
15
Standpunt gemeente 1. Bij het opstellen van het bestemmingsplan dienen de richtlijnen uit de SVBP2008 gevolgd te worden. In deze SVBP is geen ‘standaard’ gebiedsaanduiding opgenomen waaronder de rode contour van de provincie te scharen is. Derhalve is gebruik gemaakt van de gebiedsaanduiding ‘overig’. Deze gebiedsaanduiding is op de analoge kaarten visueel gezien slecht herkenbaar. Gekeken naar de mogelijkheden binnen de SVBP kan de rode contour ook als wro-zone – rode contour aangeduid worden. De gebiedsaanduiding wro-zone wordt binnen de SVBP gebruikt om gebiedsbeleid c.q. ontwikkelingen te regelen. De rode contour betreft provinciaal beleid en sluit derhalve aan bij hetgeen met de wro-zone geregeld kan worden. Derhalve wordt de rode contour aangeduid als wro-zone – rode contour. Het bestemmingsplan zal hierop aangepast worden. 2. De gemeente Gulpen-Wittem erkent dat ten tijde van de opstelling en de terinzagelegging van het ontwerp-besluit nog niet duidelijk was of en in hoeverre het doorvoeren van technische maatregelen ook in juridische zin betekent dat voldaan wordt aan de ter plaatse van toepassing zijnde veiligheidsafstanden. Bij de opstelling van het ontwerpbesluit was niet duidelijk welke veiligheidsafstand (zoals opgenomen in de tabel 6 van de bijlage 1 behorende tot de Regeling externe veiligheid inrichtingen) moest worden aangehouden van de koelinstallatie of koelinstallatie-onderdelen tot kwetsbare bestemmingen (lees woningen) in de nabije omgeving. Bij de opstelling van het ontwerpbesluit is uitgegaan van de omstandigheid dat alle ammoniakvoerende onderdelen mogen worden gezien als “opstellingsuitvoering 1”, inhoudende dat het plaatsgebonden risico rondom de desbetreffende installatie kleiner is dan 10 -6 per jaar en dat geen in acht te houden veiligheidssafstand geldt tot al dan niet geprojecteerde kwetsbare en beperkt kwetsbare projecten. Wij begrijpen de opmerking van de provincie Limburg in dezen dat ten tijde van de opstelling en de terinzagelegging van het ontwerpbesluit nog niet zeker was of het Ministerie van VROM kan instemmen met onze gemeentelijke opinie dat door het treffen van maatregelen de installatie vanuit zowel een technische optiek, maar zeker ook vanuit een juridische optiek mag of moet worden beschouwd als een “opstellingsuitvoering 1”. Dit wordt (in navraag met de afdeling Vergunningen van uw provincie Limburg) bedoeld met “aannames”. Deze aannames worden weggehaald door een brief van het Ministerie van VROM, ontvangen na de zienswijzetermijn, op 20 januari 2010 (ingeboekt onder kenmerk: 1000451). Het Ministerie van VROM stemt in met onze opinie dat door het treffen van enkele technische maatregelen de gehele installatie mag/moet worden gezien als opstellingsuitvoering 1 en dat derhalve op grond van de tabel 6 van de bijlage 1 van de Regeling externe veiligheid geen sprake is van een in acht te houden veiligheidsafstand van koelinstallatieonderdelen tot kwetsbare bestemmingen. Ten tijde van de terinzagelegging van het ont-
16
werpbesluit was deze visie van het Ministerie van VROM nog niet formeel bekend, vandaar dat inderdaad toentertijd sprake was van een “aanname”. De conclusie is dat geen in acht te houden veiligheidscontour behoeft te worden ingetekend op de bestemmingsplankaart rondom de Brand bierbrouwerij en dat derhalve de bestemming passend is voor de situatie. Voorgesteld wordt de zienswijze op punt 1 gegrond en het bestemmingsplan overeenkomstig aan te passen. Op punt 2 wordt voorgesteld de zienswijze ongegrond te verklaren. 4.5 H.N. Degens, Brouwerijstraat 15, 6321 AG Wijlre d.d. 19 januari 2010, ingekomen 21 januari 2010 onder nr. I1000466 Samenvatting zienswijze Voor de te nemen maatregelen inzake de verandering van de veiligheidscirkel van de Brand Bierbrouwerij zullen eerst nog bouw- en/of milieuvergunningen aangevraagd dienen te worden alvorens de cirkel kan worden aangepast. Standpunt gemeente Indiener geeft aan dat de veiligheidscontour rondom de Brand bierbrouwerij in het ontwerpbesluit ten opzichte van het voorontwerp is veranderd/verplaatst en dat in het ontwerpbesluit onvoldoende duidelijk is gemotiveerd waarop deze wijziging is gebaseerd. Verder wordt aangegeven dat voor de realisatie van de technische maatregelen een bouw- en milieuvergunning benodigd is en dat technische maatregelen pas kunnen en mogen worden gerealiseerd nadat de vereiste vergunningen onherroepelijk zijn. Ons college erkent dat de veiligheidscontour rondom de brouwerij in juridische zin is veranderd. Dit heeft alles te maken met de interpretatie van de tabel 6, behorende bij de bijlage 1 van de Regeling externe veiligheid inrichtingen. De gemeente heeft aan de hand van de tabel 6 in eerste instantie (bij de totstandkoming van het voor-ontwerp) geredeneerd dat de koelinstallatietanks moeten worden geschouwd als opstellingsuitvoering 3, inhoudende dat de leidingen naar en van de verdamper en het vloeistofvat zijn opgesteld in de buitenlucht. Naar aanleiding echter van een uitgevoerde kwantitatieve Risico Analyse (QRA) door TNO in opdracht van onze gemeente is vast komen te staan dat door het inkapselen van leidingen en het inpandig maken van het vloeistofvat gesproken mag worden van een “opstellingsuitvoering 1”, waarbij conform het gestelde in de Regeling geen sprake meer is van een aan te houden veiligheidsafstand tot zogenoemde “kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten”, (lees: woningen), omdat bij een eventueel lek in de leiding of vat te allen tijde sprake is van een tweede beschermzone met afzuiging, zodat zich feitelijk geen ammoniak kan verspreiden naar de omgeving toe.
17
Het Ministerie van VROM kan zich vinden in deze (gewijzigde) opstelling van ons college ten aanzien van het daadwerkelijke veiligheidsrisico ter plaatse. Per brief d.d. 20 januari ( ingeboekt onder kenmerk: 1000451) heeft het Ministerie aangegeven dat kan worden ingestemd met onze redenatie, dat de koelinstallatie en koelinstallatie-onderdelen mogen worden beschouwd als “opstellingsuitvoering 1” en dat derhalve op grond van de tabel 6 van de bijlage 1 van de Regeling externe veiligheid geen sprake (meer) is van een in acht te houden veiligheidsafstand van koelinstallatie-onderdelen tot kwetsbare bestemmingen. Er hoeft en is derhalve geen veiligheidscontour (meer) getekend rondom de bierbrouwerij. Het is op dit moment nog niet in te schatten of en in hoeverre de door te voeren technische wijzigingen in de vorm van het inkapselen en het overkappen van het vloeistofvat vergunningplichtig zullen zijn in het kader van de Woningwet of Wet milieubeheer. Wellicht kan worden volstaan met een melding conform het artikel 8.19 Wet milieubeheer. Momenteel wordt hieromtrent vooroverleg gevoerd. In aanvulling op het voornoemde dient opgemerkt te worden dat de ook in de veiligheidscontour rondom de koeltanks (bij een inschaling in de tabel als opstellingsuitvoering 3) ook geen kwetsbare objecten zijn/waren gelegen in de veiligheidscontour en derhalve ook geen nadere beperkingen golden en/of maatregelen zouden moeten worden getroffen door de brouwerij om een acceptabel veiligheidsniveau te waarborgen. De voorgestelde maatregelen zijn bedoeld om de best mogelijke technieken te willen implementeren om op deze manier het risico naar de omgeving toe daadwerkelijk te kunnen minimaliseren. Voorgesteld wordt de zienswijze ongegrond te verklaren. 4.6 mw. mr. drs. M. Braakensiek p/a C.G.J. Teerink en N.E.P. Derks, Knipstraat 18, 6321 AP Wijlre d.d. 19 januari 2010, ingekomen 22 januari 2010 onder nr. I1000479 Samenvatting zienswijze 1. Indiener maakt bezwaar tegen de bestemming ‘Recreatie-Verblijfsrecreatie’ met de aanduiding ‘specifieke vorm van recreatie-groepsaccommodatie’ die is toegekend aan de kampeerboerderij ’t Leienhoes met alle bijbehorende gronden. Met name op het punt van de geluidhinder wordt overlast ondervonden. Indiener verzoekt derhalve om inperking van de gebruiksmogelijkheden van met name de omliggende gronden bij de kampeerboerderij en wel zodanig dat voor cliënten een aanvaardbaar woon- en leefklimaat ontstaat en voor de kampeerboerderij een normale, rendabele exploitatie mogelijk blijft. 2. Indiener verzoekt de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde te beperken tot 2,5 m. 3. Indiener verzoekt om bijgebouwen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘bijgebouwen’ toe te staan.
18
Standpunt gemeente 1. De gebruiksmogelijkheden zoals die in het vigerende bestemmingsplan zijn opgenomen, zijn één op één overgenomen. Daarbij is de kampeerboerderij meldingsplichtig op basis het activiteitenbesluit. Aan de voorwaarden zoals daarin opgenomen, zal de voorziening moeten voldoen. Bij overtreding dient op basis hiervan handhavend opgetreden worden. Inperking van de gebruiksmogelijkheden van het bestemmingsplan is geen optie omdat vigerende rechten daarbij ongedaan gemaakt zouden worden. Ten aanzien van de geluidsoverlast zijn er afspraken gemaakt met de kampeerboerderij. De gemeente heeft indieners bij schrijven van 25 januari 2010 hiervan op de hoogte gebracht. 2. Op basis van het vigerende plan zou de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde maximaal 5 meter mogen bedragen. In dit bestemmingsplan is deze hoogte beperkt tot 4 meter. De gemeente wil voor de gehele kern hetzelfde beleid voeren derhalve zal de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde beperkt blijven tot 4 meter. De uitzondering voor palen, masten en verlichting is binnen alle bestemmingen en dus voor de hele kern Wijlre vastgesteld op 8 m. en zal dan ook gehandhaafd blijven. Concluderend kan dus gesteld worden dat een verdere inperking van alle bouwwerken, geen gebouwen zijnde tot 2,5 meter wordt niet overgenomen. 3. In het bestemmingsplan is onder artikel 16.2.3 bepaald dat bijgebouwen ter plaatse van de aanduiding ‘bijgebouwen’ gerealiseerd mogen worden. Ter plaatse van de groepsaccommodatie is geen aanduiding ‘bijgebouwen’ opgenomen. De arcering heeft betrekking op de aanduiding ‘specifieke vorm van recreatie-groepsaccommodatie’. Voor de groepsaccommodatie betekent dit dat buiten
het
bouwvlak,
waarin
het
hoofdgebouw
is
toegestaan,
geen
(bij)gebouwen gerealiseerd mogen worden. Voorgesteld wordt de zienswijze ongegrond te verklaren. 4.7 Andrea Bertram, Valkenburgerweg 106a, 6321 GH Wijlre d.d. 23 januari 2010, ingekomen 27 januari 2010 onder nr. I1000565 Samenvatting zienswijze Indiener is voornemens om bij het agrarisch bedrijf aan de Valkenburgerweg 106 een zorgboerderij op te zetten. Gelieve in het bestemmingsplan hier rekening mee te houden. Standpunt gemeente Binnen het bestemmingsplan is hiervoor een ontheffingsmogelijkheid opgenomen (artikel 4.6.1). Wanneer de plannen daadwerkelijk tot uitvoering gebracht zullen
19
worden, kan van deze ontheffingsbevoegdheid gebruik gemaakt worden. Daarbij dient aangetoond te worden dat aan de in dit artikel opgenomen voorwaarden voldaan kan worden. Indien dit het geval is, zal Burgemeester en Wethouders overgaan tot het verlenen van de ontheffing en de activiteiten ter plaatse toestaan. Voorgesteld wordt de zienswijze ongegrond te verklaren. 4.8 Achmea rechtsbijstand, namens mevrouw M.B.J.O. van Mill, p/a postbus 10100, 5000 JC Tilburg d.d. 27 januari 2010, ingekomen 27 januari 2010 onder nr. I1000576 Samenvatting zienswijze 1. Indiener verzoekt het aantal bouwlagen van het nieuw te bouwen appartementencomplex te beperken tot drie. Een en ander overeenkomstig hetgeen in de artikel 19, lid 2 WRO procedure is opgenomen. 2. Indiener heeft beroep aangetekend bij de rechtbank. Gelieve het bezwaarschrift dat ongegrond is verklaard en het beroep als herhaald en ingelast te beschouwen. Standpunt gemeente 1. Het aantal bouwlagen van het appartementencomplex zal beperkt worden van vier bouwlagen naar drie. 2. De gemeente blijft bij haar standpunt zoals vermeld in de reactie op haar bezwaar in de brief van d.d. 20 mei 2009 . Derhalve wordt het bestemmingsplan hierop niet aangepast. Voorgesteld wordt de zienswijze op punt 1 gegrond en het bestemmingsplan overeenkomstig aan te passen. Op punt 2 wordt voorgesteld de zienswijze ongegrond te verklaren. 4.9 Achmea rechtsbijstand, namens de heer J.H.M. van Mil, p/a postbus 10100, 5000 JC Tilburg d.d. 27 januari 2010, ingekomen 28 januari 2010 onder nr. I1000577 Samenvatting zienswijze 1. Indiener verzoekt om bij de drie woningen in het bouwplan aan de Parallelweg geen 2 bouwlagen toe te staan, gemeten vanaf het maaiveld van de Parallelweg omdat dit het woongenot ernstig aantast. De woonlaag van deze woningen komt hierdoor 3 meter hoger te liggen dan de woning van indiener. 2. Indiener verzoekt geen dakramen toe te staan aan de zijde van de Parallelweg. 3. Indiener verzoekt om ter plaatse polshoogte te komen nemen. 4. Indiener zal een planschadeclaim indienen bij de gemeente.
20
Standpunt gemeente 1. Woningbouw betekent een intensivering van het huidige en voormalige grondgebruik, behorende tot de voormalige palletfabriek en voor opslag, moesen
siertuin e.d. Vigerende bestemmingen zijn ‘Handelsterrein (met bebou-
wingsmogelijkheden) met voorlangs ‘Tuin/Open erf’. In de planopzet is het steeds de bedoeling geweest om ter plaatse van de eigenbouwkavels woningen te realiseren die bestaan uit één bouwlaag met een kap, waarbij onder die kap verblijfsruimten ondergebracht kunnen worden. Dakkapellen worden in het dakvlak aan de voorzijde (naar de Parallelweg toegekeerd) niet toegestaan. In die zin wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de privacybelangen van indiener. De afstand van de geplande woningen tot aan de tuin van indiener bedraagt minimaal 10 meter. Gezien de ligging van het perceel van indiener in het bebouwde gebied van de kern Wijlre en binnen de door de provincie vastgestelde contour waarbinnen ‘rode’ ontwikkelingen zijn toegestaan, is dit aanvaardbare afstand. Redelijkerwijs is er dan ook geen dusdanige verslechtering van het woon- en leefklimaat van indiener te verwachten waaraan een groter gewicht moet worden toegekend dan aan de belangen die zijn gediend bij de beoogde ruimtelijke ontwikkeling, de realisatie van de drie woningen (en de overige woningen binnen dit inbreidingsgebied binnen de bebouwde kom van Wijlre). Vanuit milieukundig opzicht is hierdoor zelf sprake van een aanzienlijke verbetering van het leefmilieu (wonen in vergelijking tot bedrijvigheid in de vorm van handel, ambacht en nijverheid, geen detailhandel zijnde). 2. Voor het aanbrengen van dakramen is op basis van de artikel 43, eerste lid, van
de
Woningwet
en
het
‘Besluit
bouwvergunningsvrije
en
licht-
bouwvergunningplichtige bouwwerken’ geen bouwvergunning vereist. Hierdoor is het niet mogelijk om hiervoor in het bestemmingsplan nadere bouwregels vast te leggen. Derhalve kunnen dakramen aan de zijde van de Parallelweg niet uitgesloten worden. Dakkapellen worden aan de voorzijde in de kap niet toegestaan. 3. De gemeente heeft het gebied waar het planvoornemen wordt gerealiseerd meermaals bezocht. De gemeente is dan ook goed op de hoogte van de situatie ter plaatse. 4. Het staat indiener vrij om bij doorgang van het plan een planschadevergoeding aan te vragen. Te zijner tijd zal beoordeeld worden of indiener op basis van zijn aanvraag hierop ook daadwerkelijk recht heeft. Voorgesteld wordt de zienswijze ongegrond te verklaren.
21
4.10 A. Beckers, van Mil, Leienhuisweg 12, 6321 AV Wijlre d.d. 22 januari 2010, ingekomen 29 januari 2010 onder nr. I1000603 Samenvatting zienswijze 1. Indiener maakt bezwaar tegen woningbouw op het stuk grond tussen de spoorlijn en Parallelweg. 2. Het veranderen van de gasleiding is onveilig. 3. Indiener maakt bezwaar tegen het versmallen van de Parallelweg. Deze weg zou eerder verbreed moeten worden voor de veiligheid. Standpunt gemeente 1. Het stuk grond is gelegen binnen de door de provincie vastgestelde contour waar ‘rode’ ontwikkelingen, dus woningbouw, nog zijn toegestaan. Het betreft een van de weinige locaties binnen de kern en directe omgeving van Wijlre waar woningbouw mogelijk is. Redelijkerwijs is geen dusdanige verslechtering van het woon- en leefklimaat van indiener te verwachten waaraan een groter gewicht moet worden toegekend dan aan de belangen die zijn gediend bij de beoogde ruimtelijke ontwikkeling, de realisatie van woningen binnen de bebouwde kom van Wijlre. Vanuit milieukundig opzicht is hierdoor zelf sprake van een aanzienlijke verbetering van het leefmilieu (wonen in vergelijking tot bedrijvigheid in de vorm van handel, ambacht en nijverheid, geen detailhandel zijnde). 2. De gasleiding ligt thans boven in of langs het talud en moet naar de voet van dat talud verlegd worden. De gemeente ziet geen redenen of aanleiding waarom bij veranderingen aan de gasleiding de veiligheid in het geding zou komen. De werkzaamheden zullen volgens geldende voorschriften en met gebruikelijke voorzorgsmaatregelen worden uitgevoerd. Echter heeft dit geen verband met het bestemmingsplan en hoeft hiermee in het bestemmingsplan geen rekening gehouden te worden. Het betreft geen leiding die planologisch beschermd moet worden. 3 Het is inderdaad de bedoeling dat de rijbreedte binnen het dwarsprofiel wat smaller wordt ten gunste van een trottoir of leidingstrook. Echter de breedte van de bestemming Verkeer blijft gelijk. De reconstructie zal binnen deze bestemming worden uitgevoerd. De breedte van de Parallelweg voldoet nadien nog steeds aan de daarvoor geldende minimale breedte van 5,4 m (rijbaan voor gemengd verkeer, zonder parkeren, gebaseerd op ontwerpvoertuig personenauto (bron ASVV2004)). Verbreding van de weg is gezien de verwachte verkeerafwikkeling en voor verkeerveiligheid ter plaatse niet aan de orde c.q. niet nodig. Het bestemmingsplan hoeft hierop niet aangepast te worden. Voorgesteld wordt de zienswijze ongegrond te verklaren.
22
5. Overzicht ambtshalve wijzigingen Overzicht ambtshalve wijzigingen Toelichting 1. Op pagina 39 dient de eerste alinea aangepast te worden in: Daarnaast is er aan de Brouwerijstraat 2-8 de Brand Bierbrouwerij gelegen. Deze valst onder de categorie ‘Ammoniak’. Voor de locatie is een PR- en GRcontour van toepassing. TNO heeft een rapport geschreven over de risicosituatie. Het rapport beveelt aan om de leidingen en het voorraadvat op het dak inpandig te brengen en tevens de ruimten waarin deze componenten zich bevinden te voorzien van een afzuiging. Met deze aanpassing is er geen sprake meer van een PR-contour. Berekeningen van de GR-contour laten zien dat met of zonder aanpassing van de installatie geen sprake is van een overschrijding van het groepsrisico. De Brand Bierbrouwerij is voornemens deze aanpassing door te voeren. Het TNO-rapport ‘Risicoanalyse Brand Bierbrouwerij te Wijlre’ d.d. 29 augustus 2009 is als losse bijlage beschikbaar. 2. Aan paragraaf 6.13 zal toegevoegd worden dat bij nieuwe ontwikkelingen de uitvoerbaarheid anderszins gewaarborgd is. 3. Op basis de Wet bescherming persoonsgegevens mogen persoonsgegevens bij digitale publicatie niet worden verwerkt. Derhalve worden de vooroverlegreacties, inspraakreacties en zienswijzen in een losse bijlage beschikbaar gesteld. Indien gewenst kan deze bijlage op het gemeentehuis ingezien worden. Hoofdstuk 8 en de bijlagen zullen hierop aangepast worden. Regels 4. Binnen artikel 10 ‘Centrum’ en artikel 20 ‘Wonen-1’ wordt de regeling onder 10.2.2 onder c respectievelijk 20.2.2 onder b zodanig aangepast dat de realisatie van woningen volgens nieuwbouwplannen mogelijk is. 5. Aan artikel 10.2.2 onder h. toevoegen dat een andere dekhelling is toegestaan mits dit voldoet aan redelijke eisen van welstand. 6. Aan artikel 10.5.2 toevoegen dat het gebruik van de zolder als afzonderlijke woonlaag is toegestaan. 7. Aan artikel 20.2.2 onder c toevoegen of tot maximum het aangeduide percentage; 8. Aan artikel 20.2.2 onder f.1 dient toegevoegd te worden ‘of gedeelte van bouwlagen’. 9. Aan artikel 20 moet toegevoegd worden dat dakkapellen aan de voorzijde ter plaatse van de drie eigenbouw-woningen aan de Parallelweg uitgesloten zijn. 10. Aan artikel 30.3 dient een verwijzing naar de gebiedsvisie (d.d. 8-2-2010) voor dat gebied opgenomen te worden. 11. In artikel 30.3 onder d. dient toegevoegd te worden ‘vaardbaar woon- en leefklimaat gegarandeerd is. 12. Daar waar voor de procedure van een wijziging wordt verwezen naar 3.6 Wro dient dit gewijzigd te worden in 3.9a Wro. 13. Aan de bestemming Centrum dient een ontheffingsbevoegdheid toegevoegd te worden waardoor binnen het hoofdgebouw een extra woning is toegestaan (bijvoorbeeld een woning onder de kap).
23
14. Opnemen algemene wijzigingsbevoegdheid in relatie tot VORm of het Limburgs Kwaliteitsmenu. 15.’dit naar oordeel van de Welstandscommissie of daarvoor in plaats tredende instantie esthetisch verantwoord is wijzigen in ‘mits dit voldoet aan redelijke eisen van welstand’. 16. Aan 21.1 onder b toevoegen ‘onder de voorwaarde dat op het bouwperceel onverkort een woning aanwezig is’. 17.In 30.3 onder a de naam van de gebiedsvisie opnemen, te weten ‘Gebiedsvisie basisschool Op de Tien Bunder en omgeving, Wijlre d.d. 8-2-2010’. 18. Enkele ondergeschikte tekstuele aanpassingen. Verbeelding 19. Aan de Parallelweg dient ter plaatse van het nieuwbouwplan het aantal van 4 bouwlagen gewijzigd te worden in 3 bouwlagen. 20. De aanduiding huisnummer 5 ter plaatse van het nieuwbouwplan aan de Parallelweg dient te vervallen. 21. In de woning ten noorden van Leienhuisweg 14 dient het huisnummer 16 opgenomen te worden. 22. Binnen het nieuwbouwplan dient voor de vier projectwoningen aan de Parallelweg een nuancering in hoogte aangebracht te worden. Gedeelten mogen maximaal 1 bouwlaag hoog worden. 23. Binnen het nieuwbouwplan dient voor de drie eigenbouw-woningen aan de Parallelweg: a. de bouwdiepte 15 meter te bedragen; b. de breedte 14 meter te bedragen; c. het bouwoppervlakte beperkt te worden tot 75%; d. een onderlinge afstand van 6 meter en afstand tot de projectwoningen van 4 meter aangehouden te worden; e. op het hoekpunt Parallelweg-Leienhuisweg dient het bouwvlak beperkt te worden tot de kruin van het bestaande talud. 24. Ter plaatse van de Brouwerijstraat 5 dient de aanduiding ‘caravanstalling’ vergroot te worden. 25. Op het perceel 3588 aan de Brouwerijstraat dient de aanduiding ‘caravanstalling’ toegevoegd te worden. 26. De bestemming Verkeer-Railverkeer ter plaatse van de parkeerplaats bij het station dient gewijzigd te worden in Verkeer (de bestemming VerkeerRailverkeer komt binnen de planregels niet voor). 27. Aanduiding ‘bg’ verwijderen van perceel 3860. 28. Aanduiding ‘bijgebouwen’ in overeenstemming brengen met feitelijke situatie ter plaatse van Kandelgats 28. 29. De legenda dient in overeenstemming gebracht te worden met hetgeen op de kaart is opgenomen. 30. Het ID-nummer van het bestemmingsplan dient in overeenstemming gebracht te worden met het ID-nummer zoals opgenomen in het gemeentelijke handboek ruimtelijke plannen en besluiten.
24
6. Raadsbesluit
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34