Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem
2568 Managementreview 08.05/2013
Inhoudsopgave Samenvatting
3
1
Context 1.1 De situatie 1.2 De opgave 1.3 De aanpak 1.4 Status Strategische Huisvestingsvisie
6 6 6 6 7
2
Visie 2.1 2.2 2.3 2.4
op onderwijs Wezenlijke ontwikkelingen Consequenties voor het basisonderwijs Gulpen-Wittem reageert met inhoud De vorm volgt de inhoud 2.4.1 Kwalitatieve positie in keten van kindvoorzieningen 2.4.2 Uitgevoerd op toekomstbestendige locaties 2.4.3 Bereikbaar gespreid over de gemeente 2.5 Visie-uitgangspunten als input voor scenario-ontwikkeling 2.5.1 Klaar voor de Krimp, INNOVO 2.5.2 Strategisch beleidsplan SKO Mergelland 2.6 Naar maatregelen voor huisvesting
8 8 12 14 14 15 16 17 17 17 19 19
3
Huisvestingsplan 3.1 Bestaande situatie 3.1.1 Basisonderwijs en kindfuncties 3.1.2 Consequenties ontgroening Gulpen-Wittem 3.1.3 Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem 3.1.4 Ontwikkelingen onderwijs rondom Gulpen-Wittem 3.2 Mogelijk huisvestingsscenario 3.2.1 Voorkeursscenario uitgelicht 3.2.2 Eindresultaat 3.2.3 Afstemming en reflectie 3.3 Financiële consequenties
20 20 20 20 22 23 24 24 31 32 32
4
Plan ‘hoe verder’ / aanbevelingen vervolg 4.1 Werkagenda 2013-2017 4.2 Risico’s
33 33 33
Bijlagen
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
35
2
Samenvatting In opdracht van de gemeente Gulpen-Wittem heeft in het licht van actuele ontwikkelingen een heroriëntatie plaatsgevonden op de onderwijsvisie zoals die in het huisvestingsplan van 2008 opgesteld is. Met als doel tot keuzes te komen voor toekomstige investeringslocaties in het onderwijs in de gemeente Gulpen-Wittem. Hierbij is een perspectief gehanteerd van 7 jaar. De heroriëntatie is tot stand gekomen in nauwe samenspraak met de gemeente Gulpen-Wittem, de schoolbesturen INNOVO en SKO Mergelland. Deze partijen zijn gedurende het traject bijeengebracht in een ‘projectgroep’ welke vorm en inhoud heeft gegeven aan het Huisvestingsplan. De uitkomsten hiervan zijn voorgelegd aan de bestuurders van de schoolbesturen en de gemeente (bijeengebracht in een ‘stuurgroep’). Gedurende het proces hebben de projectgroepleden ook binnen hun eigen stichtingen afstemming gezocht met locatiedirecteuren van de betrokken scholen. Tevens is de raadscommissie geïnformeerd en geconsulteerd gedurende het proces. De reflectie van de raadscommissie heeft geleid tot een verdieping van een aantal thema’s (o.a. ontwikkelingen in gemeenten rondom Gulpen-Wittem en onderbouwing van onderwijskwaliteit en criteria aangaande sluiting / instandhouding van schoollocaties). Tevens zijn in het kader van de reflectie van de raadscommissie twee informatiebijeenkomsten voor de inwoners van Gulpen-Wittem georganiseerd. Het verslag van deze bijeenkomsten is als bijlage bijgevoegd in dit rapport. Visie op onderwijs De gemeente heeft net als de rest van Zuid-Limburg te maken met demografische krimp en met een terugloop van het aantal leerlingen in het onderwijs. Daarnaast zijn er andere wezenlijke ontwikkelingen die de inhoud, organisatie en huisvesting van het onderwijs beïnvloeden. Deze ontwikkelingen brengen de schoolbesturen en gemeente tot een gezamenlijke visie op onderwijs in Gulpen-Wittem. Zij willen: ‘kinderen van 0-12 jaar maximale ontwikkelingskansen bieden’. Zij willen dat doen door ketensamenwerking te realiseren, zodanig dat een sluitend netwerk bereikt wordt van expertises, activiteiten en voorzieningen voor kinderen en ouders. De vorm om dit te realiseren is een bereikbaar aanbod van voorzieningen voor onderwijs en kindfuncties, gericht op ontwikkelen, zorgen, opvangen en uitdagen van kinderen van 0-12 jaar. Deze visie is vertaald naar uitgangspunten voor de toekomstige onderwijsstructuur in de gemeente: Realiseren van een kwalitatieve positie in de keten van kindvoorzieningen; Uitgevoerd op toekomstbestendige locaties; Bereikbaar gespreid over de gemeente. De schoolbesturen en gemeente hebben commitment over de visie op onderwijs voor Gulpen-Wittem. Naast deze gezamenlijke visie-uitgangspunten zijn ook de eigen beleidslijnen van de schoolbesturen van wezenlijke invloed geweest op de mogelijke huisvestingsscenario’s voor het onderwijs in Gulpen-Wittem.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
3
Visie op huisvesting Verschillende alternatieven zijn gedurende het onderzoek verkend. In het voorkeursscenario van de schoolbesturen en gemeente wordt gekozen voor investering in kwaliteit: investeren in een structuur van sterke, toekomstbestendige Kindcentra en Brede Maatschappelijke Voorzieningen. Vanuit eigen beleid en verantwoordelijkheid hebben de schoolbesturen (uitgaande van de omgevingsstructuur zoals die nu gezien wordt) gekozen voor instandhouding van de bestaande onderwijsstructuur in de periode 2013-2017. Dit betekent dat ondanks de krimp alle scholen in de gemeente Gulpen-Wittem in deze periode verantwoord in stand gehouden kunnen worden (op voorwaarde van behoud huidige leerlingenaantallen en onder handhaving huidige financiering (kleine scholentoeslag) en adequate regeling overdracht onderhoudsverplichting naar schoolbesturen). De schoolbesturen monitoren de kleine schoollocaties in deze periode continu op kwaliteit en levensvatbaarheid. De locaties Op de Tien Bunder (Wijlre), De Triangel/Bernardus (Centrum Jeugd en Gezin Gulpen) en A Gene Wienberg (Mechelen) worden aangewezen als investeringslocaties. Deze locaties worden (door)ontwikkeld tot Brede Maatschappelijke Voorzieningen / Kindcentra. Vanaf 2017 gaan schoolbesturen en gemeente uit van een meer intensieve structuur, waarin alle kernen voorzien worden van onderwijs en kindarrangementen vanuit de drie BMV’s in Wijlre, Gulpen en Mechelen en het Kindcentrum Klavertje Vier in Eys. In de periode 2013-2017 wordt geïnvesteerd in de renovatie / nieuwbouw van de locatie A Gene Wienberg (Mechelen), ten behoeve van de toekomstige centrumfunctie die deze locatie als BMV krijgt in de onderwijsstructuur van de gemeente Gulpen-Wittem. Na 2017 worden de schoollocaties van St. Franciscus, St. Theresia, A Hermkes en De Driesprong opgeheven als zelfstandige schoollocatie (voor deze leerlingen wordt onderwijsruimte voorzien in de BMV in Mechelen). Als de situatie zich in de periode 2013-2017 onverhoopt anders ontwikkelt dan op dit moment door de schoolbesturen wordt verwacht, wordt gestreefd naar een logische intensivering. De BMV-locaties in Wijlre, Gulpen en Mechelen gelden dan als investeringslocaties: als “constanten” in de onderwijsinfrastructuur van gemeente Gulpen-Wittem. De minder toekomstbestendige locaties zullen zich daarbij richten op de BMV-locaties, waarbij op dat moment bekeken wordt of dit invloed heeft voor de betreffende onderwijslocatie(s).
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
4
Werkagenda 2013-2017
Periode 2013-2014 Start planvoorbereiding voor uitbreiding & renovatie / nieuwbouw Mechelen.
2015-2016 Start uitvoering uitbreiding & renovatie / nieuwbouw Mechelen + voorbereiding teams op integraal concept.
Start onderzoek herbestemming locaties Driesprong, St. Franciscus, St. Theresia en A Hermkes.
Start implementatie gezamenlijke investering in structuur Mheer / Reijmerstok / Slenaken.
Start overleg met EijsdenMargraten over planvorming relatie Mheer / Reijmerstok / Slenaken.
Oriëntatie op uitbreiding voorzieningenniveau Wijlre (BMV).
2017 Beoogde oplevering scenariostructuur: in gebruik name BMV Mechelen en uit exploitatie halen locaties Driesprong, St. Franciscus, St. Theresia en A Hermkes.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
5
1
Context
1.1 De situatie De gemeente Gulpen-Wittem heeft momenteel 8 scholen voor regulier basisonderwijs. Deze scholen vallen onder het bevoegd gezag van INNOVO en SKO Mergelland. De gemeente heeft één school voor speciaal basisonderwijs: SBO Bernardus (schoolbestuur INNOVO). De gemeente Gulpen-Wittem heeft ongeveer 14.500 inwoners en zal in de komende decennia te maken krijgen/houden met bevolkingskrimp. Deze demografische ontwikkeling is van invloed op het voorzieningenniveau in de gemeente. Basisscholen maken hier een belangrijk onderdeel van uit. 1.2 De opgave Om op de juiste wijze te kunnen anticiperen op demografische en andere ontwikkelingen, willen de gemeente en schoolbesturen INNOVO en SKO Mergelland een Strategische Huisvestingsvisie opstellen. Deze visie geeft een perspectief op de organisatie van het onderwijs, alsmede op de wijze waarop de onderwijshuisvesting er in de periode 2013-2020 uit moet zien. 1.3 De aanpak In de periode van juni 2012 tot en met januari 2013 hebben de schoolbesturen en de gemeente Gulpen-Wittem samen de Strategische Huisvestingsvisie opgesteld. Dit heeft geresulteerd in: 1. Een visie op onderwijs die kaders geeft voor de wijze waarop het basisonderwijs in de gemeente Gulpen-Wittem toekomstgericht georganiseerd kan worden. Hierbij is aandacht voor de gedeelde visies van schoolbesturen en beleid van de gemeente, alsmede voor ontwikkelingen aan de vraagzijde: ‘wat ouders en kinderen willen’, ‘de manier waarop Gulpen-Wittem en de omringende gemeenten zich ontwikkelen’, ‘waar de toekomstige voedingsgebieden voor onderwijs en kindarrangementen liggen’, ‘wat scholen en kindpartners met elkaar kunnen’ en andere ontwikkelingen. 2. Het huisvestingsplan dat de visie op onderwijs vertaalt in een passende huisvestingsstructuur. Dit plan geeft waarborging en stimulering aan bestaande en toekomstig te initiëren onderwijsactiviteiten en bijbehorende fysieke voorzieningen, aansluitend bij gemeentelijke en maatschappelijke ontwikkelingen en financiële kaders. Het huisvestingsplan formuleert een koers voor de periode 2013 - 2020.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
6
1.4 Status Strategische Huisvestingsvisie De Strategische Huisvestingsvisie verwoordt de strategische ambitie voor de onderwijsvoorzieningen van het basisonderwijs in de gemeente Gulpen-Wittem, gebaseerd op momenteel bekende gegevenheden en ontwikkelingen. De Strategische visie wordt gehanteerd als langdurig ‘commitment’. Een mogelijk huisvestingsscenario is hierin aangegeven in termijnen. Op basis van ontwikkelingen kunnen het scenario en prioriteiten in fasering wijzigen. De Strategische Huisvestingsvisie is als zodanig nadrukkelijk geen blauwdruk met vaststaande meerjaren uitvoeringsplannen; het plan biedt wèl een basis en aanknopingspunt voor te ontwikkelen beleid. Indicatief is het proces van planimplementatie als volgt voorgesteld: Met de Strategische Huisvestingsvisie als richtinggevend instrument wordt de uitvoeringsbehoefte voor de gemeente Gulpen-Wittem elke twee jaar geactualiseerd en bestuurlijk vastgesteld (onder meer bij de gemeente en schoolbesturen). De uitvoeringsbehoefte wordt in een ‘werkagenda’1 beleidsmatig uitgewerkt. Hierin zijn ook de projecten concreet benoemd. Indien prioriteiten naar voren gehaald kunnen / moeten worden, moet dat ook worden gestimuleerd. De ‘werkagenda’ wordt ter finale besluitvorming voorgelegd aan het College van Burgemeester en Wethouders. De uitvoeringsbehoefte wordt hierna omgezet in concrete ontwikkelingsplannen per project. Hierin is ook de wijze van partnerschap en financiering opgenomen. Op basis van de ontwikkelingsplannen worden projecten gerealiseerd. Strategische Huisvestingsvisie visie op onderwijs + huisvestingsplan Actuele werkagenda - uitvoeringsbehoefte-
Ontwikkelingsplan per project
Tweejaarlijks vaststellen door BESTUREN (gemeente, onderwijs, evt. kindpartners)
Planconcretisering; visie, partners, middelen, organisatie
Regulier ontwikkelingstraject per project Programmafase
Ontwikkelingsfase
Realisatiefase
1
De werkagenda is gericht op huisvestingsvraagstukken in het basisonderwijs; hier heeft de gemeente – conform huidige onderwijswetgeving – de verantwoordelijkheid om ‘te voorzien in adequate huisvesting’ en de ‘instandhouding’ hiervan. De gemeente ontvangt vanuit rijkswege hiertoe financiële middelen. De schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor de gebruiksexploitatie van de schoolgebouwen en de (wijze van) onderwijsorganisatie, waarvoor zij direct vanuit het ministerie middelen ontvangen.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
7
2
Visie op onderwijs
De schoolbesturen in Gulpen-Wittem willen uitstekend onderwijs realiseren, passend bij een veranderende samenleving. Hiertoe hebben de schoolbesturen ‘naar buiten gekeken’. De wezenlijk beïnvloedende ontwikkelingen en hun consequenties voor de wijze van onderwijsuitvoering zijn verkend. Op basis van dit inzicht zijn een gedeelde visie op onderwijs geformuleerd en geconcretiseerd in gezamenlijke doelen. De visie op onderwijs levert kaders voor het huisvestingsplan.
Wat speelt er?
Wat zijn de gevolgen?
Wat willen we?
Hoe gaan we dat doen?
Wezenlijke ontwikkelingen Consequenties voor onderwijs
‘Visie & doelen op onderwijs’
Visie op onderwijs (reactie) Uitvoering onderwijs (inhoud, huisvesting, spreiding)
2.1 Wezenlijke ontwikkelingen Onderwijs vormt een belangrijke pijler van onze maatschappij. De samenleving verandert en daarmee ook de positie van onderwijs. Verandering start vanuit beïnvloedende ontwikkelingen. Enkele voorbeelden van wezenlijke ontwikkelingen zijn onderstaand kort toegelicht.
Maatschappelijk Veranderd kind Kinderen zijn tegenwoordig ‘anders’. Ze zijn meer bewust van zichzelf en van hun omgeving. Daarbij nemen de mogelijkheden voor kinderen om zich te ontplooien steeds verder toe. Het aantal keuzemogelijkheden groeit en er wordt een assertieve en zelfstandige houding verwacht. Kinderen komen door moderne, interactieve media op steeds jongere leeftijd in aanraking met wat de wereld allemaal te bieden heeft. Het kind krijgt meer impulsen en andere middelen worden gebruikt om te leren en te ervaren. De verandering van kinderen is zo herkenbaar, dat deze ‘nieuwetijdskinderen’ apart getypeerd worden als generatie Y en Z. Deze generatie – die in luxe opgroeit en daardoor grenzeloze ambities kent – is ongeduldig en veeleisend en continu op zoek naar uitdagingen. Deze kinderen kijken door reclame, journalistiek, politiek en films heen, leggen makkelijk verbanden tussen zaken die schijnbaar niets met elkaar te maken hebben en zijn ‘to the point’. In het onderwijs krijgen ze niet alleen informatie van de docent; opgegroeid in een tijd met grote technologische vooruitgang, leren ze ook van internet, van Discovery Channel en van hun brede sociale netwerk. Kinderen zijn buitengewoon visueel en proefondervindelijk ingesteld.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
8
Ouder in de samenleving Ouders en hun kinderen stellen zich richting onderwijs steeds meer op als kritische klant, die niet per definitie kiest voor ‘de school in de buurt’, maar kiest voor goede opvang, zorg en onderwijskwaliteiten die passen bij hun kind en aansluiten bij hun behoeften. Het wordt steeds gangbaarder om grotere afstanden af te leggen om het kind dát onderwijs te laten volgen waar het kind het meest bij gebaat is. Pluriformiteit in het onderwijsaanbod is daarbij belangrijk, inspelend op de verschillen in leerbehoeften. Rollen en verantwoordelijkheden De afgelopen 20 jaar is de arbeidsparticipatie van vrouwen aanzienlijk toegenomen. Dit heeft ertoe geleid dat inmiddels circa 70% van de huishoudens bestaat uit tweeverdieners. Daarnaast worden de werkzaamheden bij het verkrijgen van ouderschap vaak gecontinueerd. Ouderschapstaken en werk moeten dan op een kwalitatief goede manier worden gecombineerd. Daar waar nodig en mogelijk worden taken uitbesteed aan professionals. Resultaatgerichte ketenontwikkeling Kinderen kunnen zich in Nederland onder gunstige omstandigheden ontwikkelen. Er zijn voldoende basisvoorzieningen van voldoende kwaliteit zoals gezondheidszorg, onderwijs en welzijnswerk. Voor de meeste kinderen geldt dat de algemene voorzieningen hen optimaal ten dienst staan bij een goede ontwikkeling naar zelfstandige deelnemers in onze maatschappij. Niet voor alle kinderen verloopt de ontwikkeling echter probleemloos. De moderne samenleving stelt nieuwe eisen aan kinderen en hun ouders. De keuzevrijheid van jongeren en gezinnen neemt toe, maar dit geldt ook voor het beroep dat op hun zelfsturend vermogen wordt gedaan. Dat biedt kansen, maar biedt tegelijkertijd minder houvast. Met name voor kinderen die opgroeien in een zwakke sociaal-economische omgeving brengt dit risico’s met zich mee. Het zijn juist deze kwetsbare kinderen en gezinnen die onvoldoende voordeel halen uit het totaal van voorzieningen dat voorhanden is. Daarnaast werken de ondersteunende instanties relatief autonoom, waarbij zij veelal – gedwongen door regelgeving en gekaderde financieringsstromen – in vaste trajecten handelen. Het geheel van hun losstaande acties wordt daardoor zelden of nooit verbonden met andere instanties om met elkaar een effectief antwoord te vinden. Ketenontwikkeling, de samenwerking tussen zelfstandige maar wederzijds afhankelijke partijen, wordt daarom vanuit overheidsbeleid gestimuleerd.
Wettelijk Wet OKE De rijksoverheid heeft in augustus 2010 de wet OKE (Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) ingevoerd. Deze wet voorziet erin de kwaliteit en de toegankelijkheid van het peuterspeelzaalwerk in overeenstemming te brengen met de kinderopvang. Het doel is dat er toegankelijke voorschoolse voorzieningen ontstaan die voldoen aan de wettelijk vastgestelde basiskwaliteiten en die voor elk kind die dat nodig heeft een voorschools educatief programma aanbieden. Hiertoe probeert de wet de samenwerking tussen peuterspeelzaalwerk en kinderopvang, maar ook met de scholen te stimuleren.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
9
Passend onderwijs Met de invoering van de Wet Passend Onderwijs komt het wettelijke onderscheid tussen regulier en speciaal onderwijs te vervallen. Op dit moment moeten ouders met kinderen die extra aandacht nodig hebben, zoals hoogbegaafde kinderen of kinderen met een handicap, zelf op zoek naar een passende onderwijsplek voor hun kind. Vanaf augustus 2014 moeten scholen ervoor zorgen dat er voor elk kind dat extra ondersteuning nodig heeft een passend plek is (zorgplicht). Dat kan bij voorkeur op de school waar de ouders hun kind hebben aangemeld. Als de school van aanmelding het kind niet zelf kan plaatsen, wordt na overleg met de ouders een passende plek op een andere (speciale) school geboden. De landelijke indicatiestelling en ‘het rugzakje’ verdwijnen. In plaats daarvan organiseren en financieren de samenwerkende scholen rechtstreeks de ondersteuning die een school of kind nodig heeft. Deze wet zorgt ervoor dat er naast inhoudelijk kwalitatieve effecten ook een bijdrage wordt geleverd aan de sociale integratie van leerlingen die met het oog op hun specifieke ontwikkelingsperspectief tot nu toe naar aparte voorzieningen worden verwezen Financiële regelgeving Het ministerie OCW is voornemens om vanaf 1 januari 2015 de verantwoordelijkheid voor het buitenonderhoud in het primair onderwijs (waaronder basisonderwijs) en (voortzet) speciaal onderwijs over te hevelen van de gemeenten naar de schoolbesturen. Deze doordecentralisatie schept ruimte voor schoolbesturen om integraal beleid te voeren. Tegelijkertijd komen mogelijke exploitatierisico’s, bijvoorbeeld bij leegstand, geheel voor rekening van de schoolbesturen (op dit moment is dat risico nog gedeeld met de gemeente). Verder is de verwachting dat onderdelen in de onderwijsbekostigingssystematiek worden herzien. Zo wordt bijvoorbeeld – onder druk vanuit krimpregio’s – de methodiek ‘kleine scholentoeslag’ (een extra vergoeding voor scholen beneden de 145 leerlingen, om kleine scholen de mogelijkheid te bieden naar verhouding meer personeel in dienst te nemen) op termijn mogelijk aangepast. Met de kleine scholentoeslag wordt, zo wordt geopperd, een (onbedoelde) stimulans afgegeven om als school klein te blijven, waar samenvoeging met een andere school omwille van de kwaliteit van het onderwijs mogelijk gepaster zou zijn. De Kamercommissie heeft de minister gevraagd deze aangekondigde maatregel aan te passen. De coalitie overweegt momenteel kleine scholen niet langer een toelage te geven. Wel kunnen ze een bonus verdienen als ze goed samenwerken. Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs wil belemmeringen voor samenwerking in krimpgebieden wegnemen. Welke maatregelen hij wil nemen, worden voor de zomer van 2013 in een Kamerbrief gemeld. In het recent verschenen rapport ‘Grenzen aan kleine scholen’ adviseert de Onderwijsraad aan de staatssecretaris dat – vanuit kwaliteitsoogpunt – de absolute ondergrens (landelijke opheffingsnorm) voor basisscholen van 23 naar 100 leerlingen moet verschuiven. Zowel in het onderwijsveld als bij de politieke partijen blijkt hiervoor geen draagvlak, de coalitie vindt de norm van 100 leerlingen te strikt. Hoe de staatssecretaris om gaat met het advies van de Onderwijsraad wordt in dezelfde Kamerbrief bekend gemaakt. De kleine school komt met dergelijke voorstellen en (mogelijke) maatregelen ter discussie te staan.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
10
Deregulering is tegelijkertijd ook van toepassing. Zo is versoepeling gevraagd voor bijvoorbeeld het stichten en opheffen van scholen, het toepassen van de gemiddelde schoolgrootte-formule (artikel 157 WPO) en de definitie van de samenwerkingsschool. Bovenstaande voornemens aangaande financiële regelgeving kunnen uiteenlopende en soms tegenstrijdige gevolgen hebben voor onderwijs en kindfuncties.
Lokaal Sociale samenhang en participatie De samenleving waarin het kind opgroeit, bepaalt een deel van zijn of haar vorming. Een relatie met die maatschappelijke omgeving is dus evident voor partijen die kinderen helpen ontwikkelen. De positie van scholen en kindfuncties binnen hun maatschappelijke omgeving heeft de afgelopen jaren dan ook geleidelijk steeds meer aandacht gekregen. Dit heeft te maken met een grotere openheid en transparantie van scholen en kindfuncties, zoals die bijvoorbeeld tot uitdrukking komt in de ontwikkeling van Brede Scholen (samenwerkingsverband tussen partijen die zich bezighouden met opgroeiende kinderen). Maar het komt ook voort uit de ontwikkeling van het bestuurlijk denken over het onderwijs, scholen en kindfuncties (governance). De school presenteert zich enerzijds aan haar maatschappelijke omgeving, laat zien hoe zij werkt, wat zij in de afgelopen tijd heeft gedaan, waar zij nu mee bezig is en waar zij in de toekomst mee aan de slag wil. Anderzijds worden aan scholen eigenschappen toegekend die een bepaalde prestatie inhouden, waarvoor verantwoording moet plaatsvinden over de inzet van middelen of het bereiken van resultaten. Het betreft hier aanvullende taken, soms zelf uitgevoerd, soms door andere partners, bijvoorbeeld voor zorgleerlingen, achterstandsbestrijding, verlengde schooldagactiviteiten, wijk-/ouderparticipatie, gezondheid en sport. Dergelijke maatschappelijke interactie vereist een zorgvuldige analyse van wie tot de maatschappelijke omgeving behoort en van hoe de stakeholders binnen deze omgeving betekenisvol kunnen worden aangesproken. Het vereist creativiteit in het bedenken en ontwikkelen van werkwijzen. En het betekent ook dat scholen en andere partners goed moeten reageren op hoe ze gebruik willen maken van de reacties en impulsen die ze krijgen vanuit die maatschappelijke omgeving Demografische krimp Gulpen-Wittem vergrijst en ontgroent, waardoor de bevolking demografisch krimpt. Een daling van het aantal leerlingen in het basisonderwijs is al merkbaar. De gevolgen hiervan voor het onderwijs zijn groot; dalende inkomsten, druk op de organisatie van onderwijs en daarmee de kwaliteit, boventallig onderwijzend personeel, overschot aan ruimte en de exploitatie daarvan. Deze ontwikkeling roept een discussie op over de verhouding tussen kwaliteit van onderwijs en kwantiteit van de kindpopulatie. In die kwaliteit-kwantiteit discussie geldt een bepaalde ondergrens (minimale kritische massa) voor de omvang van onderwijs- en kindvoorzieningen. Deze grens wordt niet uitsluitend bepaald door normeringen (gemeentelijk en ministerieel), maar is mede afhankelijk van de lokale situatie (onder andere de gebouwsituatie en de leerlingenpopulatie). De discussie moet nadrukkelijk ook bezien worden vanuit het perspectief van het kind, ouder en personeel. Bijvoorbeeld: zijn kleine scholen sociaal bezien verantwoord, is het geboden arrangement compleet, is de werkdruk niet te hoog? Het belang van basisonderwijs voor de leefbaarheid in een krimpende samenleving wordt in het algemeen als groot ervaren. Men probeert scholen te behouden om verarming van de omgeving te voorkomen en de regio aantrekkelijk te houden voor Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
11
jong en oud. Ondanks dat niet is aangetoond dat in de huidige tijd een school belangrijk is voor de leefbaarheid, wordt dit standpunt op voorhand wel zo uitgedragen. In de huidige krimpregio’s wordt ingezet op concentratie van voorzieningen en hierdoor versterking van de kwaliteit. Lokaal partnerschap Om, ook in het licht van ontwikkelingen als demografische krimp, voldoende kwaliteit en draagvlak te creëren wordt partnerschap ook buiten de keten nagestreefd. Zo zijn er samenwerkingsverbanden tussen woningcorporaties en schoolbesturen voor de ontwikkeling van Brede Maatschappelijke Voorzieningen. Bezuinigingen en kerntakenfocus Landelijke en gemeentelijke bezuinigingen en gegevens als de demografische krimp en ontgroening in Gulpen-Wittem leiden er toe dat er steeds economischer omgegaan moet worden met de schaarse middelen en de faciliteiten die beschikbaar zijn voor onderwijs. Deze ontwikkeling draagt een uitdaging met zich mee gelet op de veranderende eisen aan onderwijs: er moet geïnvesteerd worden om te kunnen besparen. 2.2 Consequenties voor het basisonderwijs De ontwikkelingen in de samenleving hebben gevolgen voor de inrichting van het basisonderwijs. De belangrijkste consequenties zijn als volgt samengevat: Van onderwijzen naar ontwikkelen van het individuele kind De basisschool is niet langer een plaats waar enkel overdracht van kennis aan groepen kinderen plaatsvindt, maar een plaats waar kinderen ook vaardigheden en talenten ontwikkelen. Onderwijs en kindfuncties bieden meer ontplooiingsmogelijkheden voor kinderen en zijn meer georganiseerd vanuit de vraag c.q. behoefte van het kind. Methodische vernieuwingen en differentiaties Basisscholen bieden differentiatie in het aanbod van onderwijs en andere daarop aansluitende kindfuncties. Verscheidenheid wordt niet enkel geboden in denominatie, maar meer in pedagogisch-didactische concepten en accentverschillen op bijvoorbeeld sport, ICT, internationaal profiel, kunst en/of cultuur. Complete, doorlopende en passende ontwikkelingslijn Een basisschool staat midden in de maatschappij en fungeert steeds vaker als centrale schakel tussen de instellingen die van belang zijn voor de ontwikkeling van een kind. De samenwerkende instellingen bieden voor alle kinderen een samenhangend aanbod van opvang, educatie, zorg, ondersteuning en vrije tijd. Samenwerken met en delegeren naar professionals in de keten Centraal staat de inhoudelijke en functionele ketensamenwerking van onderwijsinstellingen en andere kindpartners. Hoe deze ketensamenwerking vorm krijgt, hangt af van plaatselijke behoeften en omstandigheden. Hoewel dit geen leidend uitgangspunt is, wordt indien mogelijk gestreefd naar gezamenlijke huisvesting van partners. Ketenpartners functioneren daarbij als een netwerk dat signaleert en begeleidt, dat expertise inzet en dat informatie doelgericht met elkaar uitwisselt.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
12
Ouders als belangrijke partner De ouders / verzorgers zijn als eerste verantwoordelijk voor de opvoeding van het kind. Scholen opereren in educatief partnerschap met de ouders. Dit partnerschap is tweeledig. Enerzijds dragen ouders bij aan het educatief programma van het kind, via signalering van specifieke behoeften van hun kind en een bewuste keuze voor een bepaald onderwijsconcept. Anderzijds bieden de scholen begeleiding en ondersteuning aan ouders zodat zij in de thuissituatie optimaal toegerust zijn om hun opvoedkundige taak te vervullen. School krijgt grotere rol in dagbesteding leerling De school is niet alleen de plek waar onderwijs wordt gegeven, maar heeft ook buiten schooltijd een rol in de dagbesteding van de leerling vanuit naschoolse activiteiten (onderwijs gebonden zoals huiswerkbegeleiding, maar ook qua ontplooiing en verrijking, bijvoorbeeld: een schoolorkest, schoolmusical, schaakclub, sportactiviteiten in de gymzaal). Sociaal-maatschappelijke betrokkenheid Het kind participeert in de samenleving en wordt daar ook mede gevormd. Kinderen leren levensbreed, binnen en buiten school. De basisschool gaat om die reden interactie aan met de maatschappelijke omgeving. Dit gebeurt bijvoorbeeld door het verbinden van onderwijs met wijkprogramma’s of samenwerking met het verenigingsleven in het kader van verlengde schooldagactiviteiten, gezondheid en sport. Afname kindpopulatie basisonderwijs Demografische invloeden leiden ertoe dat in Gulpen-Wittem het aantal 0-12 jarigen afneemt. Dit leidt tot afname van leerlingenaantallen op de basisscholen. Tegelijkertijd nemen de inkomsten af, omdat bekostiging (indirect) is gekoppeld aan het aantal leerlingen. Her-allocatie middelen Bij een schaarste van middelen en een afname van de populatie is de juiste allocatie van belang: er moet dáár geïnvesteerd worden waar het nu en in de toekomst zijn waarde opbrengt. Het huisvestingsaanbod moet gesitueerd zijn waar de kinderen wonen, een centrale positie hebben in de wijk (of combinatie van wijken) en zo mogelijk een multifunctioneel karakter hebben. Op andere plekken leidt dit mogelijk tot ingrepen in de huisvestingsstructuur van onderwijs.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
13
2.3 Gulpen-Wittem reageert met inhoud Ontwikkelingen laten zien dat de inhoud van onderwijs en het gebruik van onderwijshuisvesting fundamenteel gaan veranderen. De schoolbesturen en de gemeente Gulpen-Wittem nemen initiatief en denken vooruit, zij plaatsen in hun perspectief op onderwijs de volgende zaken centraal:
‘Kinderen van 0-12 jaar maximale ontwikkelingskansen bieden’ Door Ketensamenwerking te realiseren; diensten in samenhang brengen, zodanig dat een sluitend netwerk bereikt wordt van expertises, activiteiten en voorzieningen, voor kinderen en ouders. Via Een bereikbaar aanbod van voorzieningen voor onderwijs en kindfuncties, gericht op ontwikkelen, zorgen, opvangen en uitdagen van kinderen van 0-12 jaar. 2.4 De vorm volgt de inhoud De schoolbesturen en de gemeente Gulpen-Wittem willen hun gezamenlijk perspectief waarmaken door: Het realiseren van een kwalitatieve positie in keten van kindvoorzieningen Professioneel partnerschap, bij voorkeur in brede educatieve, maatschappelijke kindcentra (waarin functies zijn geïntegreerd), toegerust op passend onderwijs. Uitgevoerd op toekomstbestendige locaties Rekening houden met: ontwikkeling leerlingenaantal, voeding in gebied, aantrekking en onderscheidend vermogen, gebouwomvang, gebouwkwaliteit, flexibiliteit, c.q. locatiekwaliteit, exploitatie. Bereikbaar gespreid over de gemeente Rekening houden met: ligging in voedingsgebied, relaties tussen kernen, fysieke barrières, nabijheid voorzieningen en ontwikkelingen in omliggende gemeenten.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
14
2.4.1 Kwalitatieve positie in keten van kindvoorzieningen We streven naar brede educatieve voorzieningen met maatschappelijke relevantie. Brede Maatschappelijke Voorzieningen die fungeren als centrum van waaruit ontwikkelingsmogelijkheden van kinderen binnen en buiten de school in verband worden gebracht, samen met andere professionele partners. Op deze wijze ontstaat een sluitend netwerk van toegankelijke expertises, activiteiten en faciliteiten gericht op het tot ontwikkeling brengen van alle kinderen. Het concept van Brede Maatschappelijke Voorziening wordt primair gevormd door de basisscholen, inclusief voorschoolse educatie in de vorm van peuterspeelzaalwerk en / of kinderdagopvang. Zij vormen de ‘kern’, gericht op het realiseren van een doorlopende leerlijn van het kind. Deze educatieve kern vormt de basis voor een ‘Kindcentrum’. In de ‘eerste schil’ en ‘tweede schil’ wordt de leerlijn verbreed met opvang, zorg en ondersteuning voor kinderen en ouders. Een netwerk van diensten dat gezamenlijk werkt aan een stabiele intellectuele, persoonlijke en sociale groei van kinderen. In de derde schil bevinden zich activiteiten die een verrijking zijn voor het aanbod op locatie: buurt- en verenigingsleven, sport etc. De samenleving waarin het kind opgroeit, bepaalt een deel van zijn of haar vorming; een relatie met die maatschappelijke omgeving is dus noodzakelijk voor partijen die kinderen helpen ontwikkelen. Kern (basisketen 2-12) - peuterspeelzaalwerk (voorschool) - onderwijs
‘Kindcentrum’
1e schil - kinderopvang (kdo, bso) - prof. leerlingenzorg
‘Brede Maatschappelijke Voorziening’
2e schil - consultatie - jeugdzorg - gezondheidszorg - prof. Welzijnswerk - maatschappelijk werk
3e schil verenigingen, sport bibliotheekwerk, buurtwerk etc.
Sluitend netwerk
Niet elke onderwijslocatie moet gevormd zijn als Brede Maatschappelijke Voorziening. Een Brede Maatschappelijke Voorziening is een organisatorische eenheid, een netwerk van samenwerkende partners, die bij voorkeur dicht nabij de schoollocatie gehuisvest zijn, maar mogelijk ook op meerdere locaties. Als netwerk kan de Brede Maatschappelijke Voorziening meerdere lespunten faciliteren met haar diensten. De schoolbesturen streven ernaar om op alle onderwijslocaties passend onderwijs aan te bieden. Daarmee dragen ze bij aan de sociale integratie van leerlingen die nu vanwege hun specifieke ontwikkelingsperspectief naar een aparte voorziening worden verwezen. In het in ontwikkeling zijnde Centrum voor Jeugd en Gezin wordt al samengewerkt door partners in speciaal basisonderwijs en regulier basisonderwijs. Op dit moment wordt specialistische leerlingenzorg aangeboden vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin en vanuit de regionale expertisecentra buiten de gemeente. Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
15
Momenteel wordt de wijze van toepassing van passend onderwijs onderzocht in samenspraak met de regiopartners. 2.4.2 Uitgevoerd op toekomstbestendige locaties Investeringen in onderwijs en huisvesting moet plaatsvinden op dié locaties die in de toekomst het meest kansrijk zijn. Toekomstbestendigheid wordt in eerste instantie bepaald door het kindaantal in het gebied, dit aantal vormt de voeding voor de beoogde voorzieningen. Daarnaast is een beoordeling van de kwalitatieve meerwaarde relevant, waaronder de aantrekkelijkheid en het onderscheidend vermogen op inhoud en gebouw. Voor ‘niet toekomstbestendige’ locaties worden oplossingen gezocht door verbindingen aan kansrijke plekken en/of geleidelijke afbouw. Investeren in kansrijke plekken betekent een structuur van: Dekkend netwerk van onderwijslocaties met Kindcentrum concept Doorlopende leerlijn 2-12 jaar: minimaal onderwijs en voorschoolse educatie (peuterspeelzaalwerk en/of kinderdagopvang). Brede Maatschappelijke Voorzieningen als centrale spil Doorlopende leer- en ontwikkelingslijn 0-12 jaar, inclusief zorg- en opvangarrangement, verbinding met expertisecentra en mogelijk voorzien van een wijkarrangement. Een dekkend netwerk van onderwijslocaties met een Kindcentrum-concept houdt in dat op alle levensvatbare locaties geïnvesteerd wordt in een doorlopende leerlijn 2-12 jaar. Bij al deze locaties is naast basisonderwijs ook peuterspeelzaalwerk / kinderopvang aanwezig en wordt op basis van de behoefte in het gebied een aanbod georganiseerd van voor- tussen- en naschoolse arrangementen, zoals dat ook wettelijk voorgeschreven is. Indien reeds andere aanpalende functies op de onderwijslocatie aanwezig zijn, blijven deze in beginsel gehandhaafd; er wordt vanuit de gemeente hier niet additioneel in geïnvesteerd. Voor aanvullende diensten en voorzieningen zijn de onderwijslocaties verbonden aan c.q. aangewezen op de centrale locaties van de Brede Maatschappelijke Voorzieningen. Enkele locaties binnen de structuur zijn / worden ingericht als Brede Maatschappelijke Voorziening. Deze voorzieningen hebben een centrale ligging en hebben een verzorgingsgebied dat meerdere kernen omvat. Op deze plekken wordt naast de doorlopende leerlijn aanvullend geïnvesteerd in zorgarrangementen (specialistische leerlingenzorg, jeugdgezondheidszorg, schoolmaatschappelijk werk etc.), opvangarrangementen (kinderdagopvang en buitenschoolse opvang) en mogelijk wijkarrangementen (ontmoeting, buurtwerk, verenigingswerk etc.) Met dit aanbod bedienen de Brede Maatschappelijke Voorzieningen ook de omliggende scholen / kernen. Investeringen in onderwijslocaties worden vanuit de gemeente bezien in het licht van de hiervoor omschreven toekomstbestendigheid. Wanneer een locatie volgens de leerlingenprognoses onder de opheffingsnorm komt en blijft, zullen investeringen meer kritisch worden bekeken.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
16
2.4.3 Bereikbaar gespreid over de gemeente De toekomstige onderwijsvoorzieningen moeten goed en logisch gespreid zijn over de gemeente, zodat de voorzieningen goed bereikbaar zijn voor alle inwoners van de gemeente Gulpen-Wittem. Een landelijke studie geeft aan dat de geaccepteerde loopafstand die ouders en kinderen naar een basisschool af (willen) leggen 600 meter bedraagt. Bij andere modaliteiten is deze afstand aanzienlijk ruimer. De afstand ten opzichte van het voedingsgebied dient bekeken te worden in het licht van de specifieke situatie; in sommige gebieden zal de actieradius van ouders / kinderen groter of kleiner zijn. 2.5 Visie-uitgangspunten als input voor scenario-ontwikkeling De visie vormt input voor de discussie over de toekomstige organisatie van het basisonderwijs in de gemeente Gulpen-Wittem. Daarnaast geldt ook het beleid van de schoolbesturen aangaande de individuele schoollocaties (vastgelegd in de notities: “Klaar voor de Krimp” van INNOVO en het “Strategisch Beleidsplan 2010-2014 SKO Mergelland”) als uitgangspunt voor de nader te formuleren huisvestingsscenario’s. Deze beleidsnotities (en hun implicaties) worden navolgend nader toegelicht. 2.5.1 Klaar voor de Krimp, INNOVO De notitie “Klaar voor de Krimp” beschrijft dat INNOVO zich in haar beleid met betrekking tot de demografische krimp op drie sporen richt: Het vroegtijdig onderkennen van een duurzaam toekomstperspectief: hierbij wordt gelet op het aantal leerlingen, het deelnamepercentage uit de wijk, de kwaliteit van het onderwijs, de tevredenheid, het werk gerelateerd ziekteverzuim, de financiële zelfredzaamheid, de leegstand en de afstand tot een gelijke denominatie. Een organisatieconcept voor duurzame samenwerking: hierin worden een aantal concepten benoemd: de coöperatie met kleine scholen, gemeenschappen van scholen, zelfstandig functionerende scholen en scholen voor speciaal onderwijs. Een onderwijsconcept voor eigentijds leren: Slim fit. “Klaar voor de Krimp” is het leidende beleidsinstrument voor INNOVO om beslissingen te nemen aangaande het handhaven of sluiten van schoollocaties. De notitie voorziet in een “checklist” van 8 criteria, in te vullen door de locatiedirecteur van een schoollocatie, op basis waarvan de toekomstbestendigheid van de school bepaald wordt voor een periode van 5 jaar. De checklist wordt toegepast bij alle scholen met een leerlingenaantal onder de 145. In de gemeente Gulpen-Wittem zijn dat op dit moment de scholen St. Franciscus, St. Theresia, A Hermkes, De Driesprong en Klavertje Vier. De conclusies vanuit deze checklist voor de genoemde schoollocaties in GulpenWittem zijn door INNOVO als volgt samengevat: De schoolanalyses in Gulpen-Wittem geven geen aanleiding om de status van de scholen in de periode 2013-2017 aan te passen. Het werken met onderwijsconcept Slim Fit en gemeenschappen van scholen maakt de kleinere schoollocaties minder kwetsbaar. Alle schoollocaties worden daarom voor de periode 2013-2017 aangemerkt als toekomstbestendige schoollocaties. Onder voorwaarde dat de bekostigingssystematiek ongewijzigd blijft en overdracht onderhoudsverplichting naar schoolbesturen adequaat geregeld wordt.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
17
De raadscommissie heeft de schoolbesturen in de raadsconferentie van 6 september 2012 gevraagd hoe met name op de kleine schoollocaties de kwaliteit van onderwijs te garanderen is, als deze in stand gehouden worden in de periode 2013-2017. Navolgend is de onderbouwing van INNOVO opgenomen hieromtrent. Voor INNOVO betekent het garanderen van goed onderwijs: zorgdragen voor opbrengstgericht en passend onderwijs, wat zichtbaar is aan de onderwijsresultaten en de kwaliteit van de werkprocessen. Onderwijsresultaten: De tussen- en eindresultaten op het Cito Volgsysteem liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerling(en) verwacht mag worden. Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. Kwaliteit van werkprocessen: De werkprocessen van de scholen zijn op orde. Dat is onder andere zichtbaar aan de volgende indicatoren: De school kent een leer- en werkomgeving waarin leerlingen en leerkrachten zich veilig en prettig voelen. De school voorziet in een breed, eigentijds en passend onderwijsaanbod dat alle leerlingen voorbereidt op het vervolgonderwijs. Leerkrachten stemmen instructie en verwerking af op de verschillen tussen de leerlingen. Het onderwijsleerproces is zodanig ingericht dat de leerlingen bewust met en van elkaar leren en dat leerlingen zelf verantwoordelijkheid leren dragen voor hun eigen leerproces. De leertijd is afgestemd op de onderwijsbehoeften van leerlingen ter bevordering van het bereiken van de streefdoelen. De school evalueert en rapporteert systematisch de voortgang in de ontwikkeling van leerlingen, de resultaten en de werkprocessen. De school heeft ook leerkrachten met een specialisme zoals interne begeleider of een specialist op leergebied of op gedrag. In de gemeenschappen van scholen vindt kennisdeling plaats en worden bepaalde specialismen uitgewisseld. De betreffende scholen in de gemeente Gulpen Wittem hebben bij monde van hun directeuren aangegeven dat zij de kwaliteit van onderwijs in 2013-2017 kunnen borgen, op voorwaarde van behoud huidige leerlingenaantallen en onder handhaving huidige financiering (kleine scholentoeslag) en adequate regeling overdracht onderhoudsverplichting naar schoolbesturen. Na 2017 dienen in het licht van ontwikkelingen die op de gemeente en schoolbesturen afkomen, maatregelen getroffen te worden.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
18
2.5.2 Strategisch beleidsplan SKO Mergelland SKO Mergelland hanteert vergelijkbare criteria bij het bepalen van de levensvatbaarheid van een schoollocatie als INNOVO. Voor de school Op de Tien Bunder in Wijlre is een dergelijke afweging op dit moment niet aan de orde. De school heeft een relatief sterke omvang en ligt met haar leerlingenaantal ver boven de gemeentelijke opheffingsnorm. Momenteel wordt er een nieuw gebouw gerealiseerd te Wijlre, op te leveren in juli 2013. Dit gebouw biedt alle mogelijkheden om de kwaliteit van het onderwijs in Wijlre te borgen en maakt alle door de school gewenste facetten van hedendaags onderwijs uitvoerbaar. 2.6 Naar maatregelen voor huisvesting De ‘visie op onderwijs’ geeft de kaders voor de huisvesting van onderwijs in GulpenWittem. Om de huisvestingssituatie van het basisonderwijs af te stemmen op de ambities van inhoud zijn de volgende maatregelen voorgenomen: Handhaven en versterken kwaliteit (van onderwijs, van voorzieningenpakket, huisvesting en diversiteit in aanbod). Investeren in toekomstbestendigheid (reële omvang van locaties en perspectief op meerwaarde naar de toekomst). Juist gespreid (focus naar bereikbaarheid in plaats van de beschikbaarheid van voorzieningen). Toegerust (locatie en gebouw met potentie). Financieel haalbaar (betaalbaar en financieel rendabel op langere termijn).
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
19
3
Huisvestingsplan
De ‘visie op onderwijs’ wordt in dit hoofdstuk vertaald in een gewenst en realistisch huisvestingsplan voor het basisonderwijs in de gemeente Gulpen-Wittem. Dit plan dient waarborging en stimulering te geven aan bestaande en toekomstig te initiëren onderwijsactiviteiten en bijbehorende fysieke voorzieningen. 3.1 Bestaande situatie2 De gemeente Gulpen-Wittem bestaat uit de acht kernen Gulpen, Wijlre, Eys, PartijWittem (inclusief Wahlwiller-Nijswiller), Mechelen, Epen, Slenaken en Reijmerstok. De gemeente telt momenteel circa 14.500 inwoners. 3.1.1 Basisonderwijs en kindfuncties Momenteel is in elke kern een basisschool aanwezig, in de kern Gulpen is daarnaast ook een school voor speciaal basisonderwijs gevestigd. Alle scholen, met uitzondering van de school in Wijlre, vallen onder het bevoegd gezag van INNOVO. De school in Wijlre valt onder het bevoegd gezag van SKO Mergelland. Spreiding onderwijslocaties Gulpen-Wittem Op de Tien Bunder Klavertje Vier Wijlre Eys
De Triangel
Wittem
Gulpen
Wahlwiller Nijswiller
SBO St. Bernardus
Reijmerstok
De Driesprong
St. Franciscus
Mechelen
A gene Wienberg
À Hermkes
St. Theresia
Slenaken Epen
LEGENDA 2 km
INNOVO SKO Mergelland
In elke kern zijn ook meerdere kindfuncties gehuisvest, al dan niet in de daar gevestigde school. In het factsheet in bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de spreiding van deze voorzieningen. 3.1.2
Consequenties ontgroening Gulpen-Wittem
De gemeente Gulpen-Wittem heeft momenteel te maken met ‘demografische krimp’; de omvang van de bevolking loopt terug. Er is daarnaast ook sprake van ontgroening. Het aantal kinderen in de doelgroep van basisonderwijs (4-12 jaar) daalt in dezelfde periode sneller dan de overige leeftijdsgroepen; er is sprake van een daling van het 2
De bestaande situatie is meer specifiek in ‘fact-sheets’ weergegeven in bijlage 1.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
20
aantal 4-12 jarigen in Gulpen-Wittem van circa 25% in de periode 2013-2020 (en 33% in de periode 2013-2030). Ontwikkeling leerlingenaantallen per schoollocatie Op de Tien Bunder
2012: 140 lln 2020: 124 lln
2012: 100 lln 2020: 73 lln
Wijlre
SBO St. Bernardus
2012: 158 lln 2020: 112 lln
Klavertje Vier
Eys
CJG Heuvelland
De Triangel
2012: 267 lln 2020: 205 lln
Wittem
Gulpen
De Driesprong
2012: 82 lln 2020: 58 lln
Wahlwiller Nijswiller
Reijmerstok St. Franciscus
2012: 53 lln 2020: 41 lln
Mechelen
A gene Wienberg
2012: 142 lln 2020: 124 lln
LEGENDA INNOVO SKO Mergelland
St. Theresia 2012: 44 lln 2020: 27 lln
Opheffingsnorm gemeente Gulpen-Wittem 46
Epen
Slenaken
Leerlingaantallen conform prognoses Pronexus d.d. mei 2012
À Hermkes 2012: 46 lln 2020: 40 lln
2 km
ll aant. 2012 = schooljaar ’12-’13 ll aant. 2020 = schooljaar ‘20-’21
De daling in leerlingenaantallen heeft direct gevolgen voor de ruimtebehoefte in het basisonderwijs. Minder leerlingen betekent dat er minder ruimte c.q. lokalen nodig zijn. Momenteel is de totale ruimtecapaciteit van het basisonderwijs circa 10.000 m2, 68 lokalen. Er is sprake van een normatief overschot van circa 2.700 m2, 17 lokalen. Een deel van deze lokalen wordt verhuurd aan kindpartners of benut binnen het onderwijs. Het normatieve overschot zal in de toekomst toenemen tot circa 3.800 m2, 26 lokalen in 2020. Onderstaand is weergeven hoe de ruimtebehoefte zich, bij ongewijzigd beleid, ontwikkelt ten opzichte van de beschikbare capaciteit in Gulpen-Wittem. Ontwikkeling ruimtebehoefte lok.
Ruimtebehoefte basisonderwijs Gulpen-Wittem Gebouwcapaciteit 68 lokalen (± 10.000 m²) Aantal leerlingen Schooljaar ’12-’13
Ruimtebehoefte m² (normatief)
lok.
lok.
18
19
8
8
42
41
9
Ruimtebehoefte lokalen (normatief)
8
Overschot lokalen (normatief)
Verhuurde lokalen kindpartners
Niet benutte capaciteit in lokalen
1.014
7.274
51
17
8
9
2020
804
6.174
42
26
8*
18
2030
731
5.770
41
27
8*
19
51
Incl. SBO Bernardus * Ervan uitgaande dat het aantal verhuurde lokalen gelijk blijft aan 2012-2013
Toelichting bij tabellen: In 2013 beschikt het basisonderwijs in Gulpen-Wittem over 68 lokalen, daarvan zijn er 51 normatief nodig voor het onderwijs. Van de leegstaande lokalen worden er circa 8 gebruikt door / verhuurd aan kindpartners. In 2020 loopt de normatieve leegstand op van 17 lokalen naar 26 lokalen (= 38% van het huidige lokalenbestand). In 2030 neemt de leegstand bij ongewijzigd beleid toe naar 27 lokalen (40%).
De vastgoedlasten zijn bij ongewijzigd beleid constant en de gebouwgebonden inkomsten zijn gekoppeld aan variabele leerlingenaantallen. Bij de geconstateerde disbalans levert dit een financieel tekort op voor de gemeente (verantwoordelijk voor de exploitatie ‘buitenkant’) én de schoolbesturen (verantwoordelijk voor de exploitatie ‘binnenkant’). Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
21
Kleine scholen Veel basisscholen binnen de gemeente Gulpen-Wittem vallen onder de definitie van ‘kleine school’; de scholen hebben een omvang van minder dan 145 leerlingen. De kleine scholen ontvangen vooralsnog van rijkswege een ‘kleinescholentoeslag’ die een financiële aanvulling geeft op de personeelskosten. De bekostiging van kleine scholen onder de opheffingsnorm eindigt indien de school drie jaar achtereen onder deze norm zit3. De gemeentelijke opheffingsnorm is van rijkswege opgelegd en omvat voor de gemeente Gulpen-Wittem 46 leerlingen. De schoolbesturen met meerdere scholen kunnen de gemiddelde schoolgrootte toepassen, waarbij grotere scholen binnen het bestuur de kleine scholen getalsmatig compenseren. De wettelijke ondergrens voor een school ligt landelijk op 23 leerlingen. Zoals eerder in deze rapportage is aangeduid, staan de kleine scholentoeslag en de wettelijke ondergrens voor basisscholen momenteel ter discussie. Staatssecretaris Dekker van Onderwijs zal voor de zomer van 2013 laten weten hoe voorstellen voor aanpassing van deze maatregelen worden toegepast. Uit landelijk onderzoek blijkt dat, zeker in situaties waar sprake is van 3 leerjaren in een lokaal, het verzorgen van opbrengstgericht werken hoge eisen stelt aan deskundigheid en flexibiliteit van leerkrachten. Daarbij kunnen een aantal didactische werkvormen (o.a. coöperatief werken) in die situatie niet optimaal toegepast worden. In jaargroepen met minder dan 5 leerlingen worden de kansen van kinderen op gevarieerde sociale ervaringen beperkt. Passend onderwijs is in kleine scholen niet effectief implementeerbaar. De financiële exploitatie van kleine scholen is per definitie onrendabel; vanuit totale inkomsten van het grotere schoolbestuur worden tekorten gecompenseerd. Dit zal weer leiden tot afname van het solidariteitsgevoel bij andere scholen die budget moeten inleveren voor behoud van de kleine school. Conform inspectieresultaten zijn de kleine scholen binnen de gemeente GulpenWittem momenteel van voldoende kwaliteit. Kleine scholen zijn echter kwetsbaar voor het duurzaam handhaven van die onderwijskwaliteit. Het handhaven van (kleine) scholen is een primaire verantwoordelijkheid van het betreffende schoolbestuur. Wel moet de gemeente in overleg blijven met de schoolbesturen of vanuit maatschappelijk belang voldoende draagvlak is voor het openhouden van een kleine school. Het meetpunt om het bestaansrecht van de kleine school ter discussie te stellen is indien de school qua leerlingenaantal structureel onder de opheffingsnorm daalt. 3.1.3
Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem
Momenteel verlaten dagelijks circa 60 leerlingen de gemeente Gulpen-Wittem om in een andere gemeente (speciaal) onderwijs te volgen. Daar staat een instroom tegenover van circa 140 leerlingen (waarvan circa 110 leerlingen voor SBO Bernardus). In bijlage 2 is het volledige overzicht van de leerlingenstromen opgenomen.
3
In 2011 is een concept wetsvoorstel aangaande de opheffingsnorm opgesteld, dat pleit voor het oprekken van de termijn van drie naar vijf jaar. Dit voorstel ligt nog steeds in concept voor. In de geldende Wet op primair onderwijs (artikel 153) wordt vooralsnog nog steeds uitgegaan van een termijn van drie jaren.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
22
Opvallend in de leerlingenmigratie zijn de volgende zaken: • De Triangel in Gulpen heeft een aanzuigende werking, ook voor gebieden met een alternatief in eigen kern: Wijlre, Eys, Partij-Wittem, Mechelen, Slenaken, Schin op Geul • Er is een relatief grote uitstroom uit Eys: 19 leerlingen kiezen voor een alternatieve (regulieren) basisschool buiten de gemeente. • Toestroom naar Mechelen uit eigen gemeente: 34 leerlingen uit omliggende kernen kiezen voor de school in Mechelen (o.a. 21 leerlingen uit Partij-Wittem, 10 uit Epen). • De uitstroom uit Epen is relatief groot: 10 leerlingen kiezen voor de school in Mechelen. • Aan de grens met de gemeente Eijsden-Margraten is relatief veel leerlingenmigratie zichtbaar (in beide richtingen). Er is vooral veel migratie tussen Reijmerstok en Noorbeek / Mheer. Inwoners uit deze kernen ervaren de gemeentegrens niet als ‘hard’. Dat heeft waarschijnlijk ook te maken met de samenwerking in met name het (sport)verenigingsleven. • Er is een (relatief beperkte) uitstroom naar scholen in België: in totaal kiezen 24 leerlingen voor het onderwijs in Voeren en De Plank. Het betreft enkele gezinnen. 3.1.4
Ontwikkelingen onderwijs rondom Gulpen-Wittem
Gemeente Gulpen-Wittem wordt omringd door de gemeenten Eijsden-Margraten, Valkenburg a/d Geul, Voerendaal, Simpelveld, Vaals en aan haar zuidkant ligt GulpenWittem tegen de grens met België aan. Onderwijs rondom Gulpen-Wittem St. Theresia
St. Antonius Heilig Hart
Ransdaal 102 lln
Schin op Geul 79 lln
Sibbe 117 lln
Bergop
Gemeente Voerendaal
Opheffingsnorm 81
Ubachsberg 112 lln
Gemeente Valkenburg a/d Geul
Meridiaan Simpelveld 363 lln
Opheffingsnorm 84
Maurice Rose
Wijlre
Margraten 251 lln
Gemeente Simpelveld
Eys
Opheffingsnorm 107
Gulpen
Gemeente Eijsden-Margraten
Wittem
Opheffingsnorm 75
Nijswiller St. Joseph Mheer 127 lln
Bocholtz 393 lln
34 lln
Mechelen Op de Top
Noorbeek 80 lln
Slenaken
Epen
Gemeente Vaals De Kleine
Opheffingsnorm 71
Voeren
LEGENDA
Lemiers
Vijlen 86 lln
St. Brigida
Wereld 177 lln
St. Martens Voeren
Teuven / de Plank
St. Jozef 120 lln
PBS Voeren 325 lln
Bs Bocholtz
Cathabel
Reijmerstok
Private Franstalige school
Provinciale kleuterschool Nevenvestiging in Moelingen
Gemmenich Plombières Ecoles communales de Hombourg, Plombières et Sippenaeken
INNOVO (regulier onderwijs) OBS de Robbedoes 194 lln
Ecoles communales de Gemmenich et Moresnet
Maria-Hilf
SKO Mergelland Movare Nederlandstalig onderwijs in België (Vlaams) Franstalig onderwijs in België (Waals) Leerlingaantallen conform voorlopige cijfers DUO 2012
De omliggende gemeenten zijn, mede op verzoek van de raadscommissie, qua aanbod van basisonderwijs en speciaal (basis)onderwijs nauwgezet in kaart gebracht. Met enkele gemeenten zijn aanvullend gesprekken gevoerd om hun toekomstontwikkelingen te voorzien. In bijlage 3 zijn de ontwikkelingen in de omliggende gemeenten weergegeven.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
23
Samenvattend kan gesteld worden dat de omliggende gemeenten te maken hebben met vergelijkbare ontwikkelingen en uitdagingen (o.a. als gevolg van ontgroening / demografische krimp) en ook vergelijkbare ambities hebben op het gebied van onderwijs als Gulpen-Wittem. Een aantal van de gemeenten heeft de eigen beleidsvisie reeds vertaald in onderwijshuisvestingsplannen en/of gerealiseerd in een gewenste structuur. De overige gemeenten zijn bezig met beleidsontwikkeling op dit gebied. Vanuit de vergelijkbare ambities en uitdagingen waar de gemeenten voor staan wordt gemeente-overstijgende afstemming in beleid en planuitvoering sterk geadviseerd. 3.2
Mogelijk huisvestingsscenario
De ‘visie op onderwijs’ is vertaald in een gewenst en realistisch huisvestingsplan voor het basisonderwijs in de gemeente Gulpen-Wittem. Dit plan dient waarborging en stimulering te geven aan bestaande en toekomstig te initiëren onderwijsactiviteiten en bijbehorende fysieke voorzieningen. Het huisvestingsplan is gebaseerd op een structuur van toekomstbestendige Kindcentra en Brede Maatschappelijke Voorzieningen zoals omschreven in de visie (hoofdstuk 2). Om voorwaarden te creëren voor de uitvoering van de onderwijsinhoudelijke ambitie en om de huisvestingssituatie van het basisonderwijs te REC3 REC4 versterken, is in deze paragraaf een mogelijk huisvestingsplan aangedragen. Dit plan komt REC2 SBO tegemoet aan de noodzaak om te komen tot een goede strategische positionering van de onderwijslocaties in het Bereikbare spreiding van Kindcentra over voedingsgebied Die via Brede Maatschappelijke Voorzieningen voorzien worden van arrangementen voedingsgebied, een passend en Passend onderwijs op alle locaties meer efficiënt gebruik van Expertise-steunpunt (CJG), gekoppeld aan Brede Maatschappelijke Voorziening (binnen gemeente) Expertise-centra voor aandacht skinderen, met ketenpartners (buiten gemeente) ruimte en een reductie van de overmaat. Samen met de projectgroep zijn verschillende varianten onderzocht voor een toekomstige huisvestingsstructuur. Schoolbesturen en gemeente hebben gezamenlijk een voorkeursscenario benoemd. 3.2.1
Voorkeursscenario uitgelicht
Het gepresenteerde scenario geldt voor de periode 2013-2020 als koersdocument, het is géén blauwdruk voor uitvoering. Afhankelijk van de ontwikkeling van de situatie in Gulpen-Wittem kunnen planonderdelen versneld, vertraagd of anderszins gewijzigd worden wanneer daar aanleiding toe is. Hierbij is echter aandacht geboden voor een integrale beschouwing van de planimplicaties; ingrepen / investeringen in een locatie zullen vaak consequenties hebben voor omliggende onderwijslocaties. Scenario: kiezen voor kwaliteit De schoolbesturen en gemeente Gulpen – Wittem kiezen voor kwaliteit: zij willen investeren in kansrijke, toekomstbestendige onderwijslocaties. De ambitie is om een structuur van sterke Kindcentra en Brede Maatschappelijke Voorzieningen te realiseren die in 2017 gereed is. Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
24
In de periode 2013-2017 blijft de huidige onderwijsstructuur gehandhaafd. Vanuit eigen beleid en verantwoordelijkheid achten schoolbesturen dat dit haalbaar is, met behoud van onderwijskwaliteit (onder voorwaarde van behoud huidige leerlingenaantallen en onder handhaving huidige financiering (kleine scholentoeslag) en adequate regeling overdracht onderhoudsverplichting naar schoolbesturen). De schoolbesturen monitoren de kleine schoollocaties in deze periode continu op kwaliteit en levensvatbaarheid. Vanaf 2017 gaan schoolbesturen en gemeente uit van een meer intensieve structuur, waarin alle kernen voorzien worden van onderwijs en kindarrangementen vanuit drie investeringslocaties: in Wijlre, Gulpen en Mechelen. In de periode 2013-2017 wordt daartoe geïnvesteerd in de renovatie / nieuwbouw van de locatie A Gene Wienberg (Mechelen). In Mechelen wordt een Brede Maatschappelijke Voorziening gerealiseerd, die een centrumfunctie vervult voor de omliggende kernen. In Wijlre en Gulpen is reeds geïnvesteerd in de onderwijsstructuur. Zo wordt in Gulpen het Centrum voor Jeugd en Gezin gerealiseerd. Deze voorziening, waarin onder andere de scholen SBO Bernardus en De Triangel gehuisvest worden, heeft het karakter van een Brede Maatschappelijke Voorziening. De oplevering van het nieuwe gebouw van het Centrum voor Jeugd en Gezin in Gulpen is beoogd medio 2013. Basisschool Op de Tien Bunder in Wijlre krijgt momenteel ook nieuwbouw. Aan deze school wordt een aanbod van kindpartners gekoppeld, waardoor de voorziening functioneert als Kindcentrum. Het nieuwe gebouw van Op de Tien Bunder wordt in december 2013 opgeleverd. In de periode 2013-2017 wordt bekeken of in Wijlre voldoende draagvlak en vraag bestaat om het Kindcentrum op termijn door te ontwikkelen tot een Brede Maatschappelijke Voorziening. Klavertje Vier in Eys wordt als Kindcentrum in stand gehouden. Op deze locatie wordt geïnvesteerd in een doorlopende leerlijn voor kinderen van 2 tot 12 jaar. Na 2017 worden de schoollocaties van St. Franciscus, St. Theresia, A Hermkes en De Driesprong opgeheven. Voor deze leerlingen wordt onderwijsruimte voorzien in de BMV in Mechelen. In de gebouwen van St. Franciscus, St. Theresia, A Hermkes en De Driesprong wordt in de periode 2013-2017 daarom alleen het hoogst noodzakelijke geïnvesteerd ten behoeve van de instandhouding. Als de situatie zich in de periode 2013-2017 onverhoopt anders ontwikkelt dan op dit moment door de schoolbesturen wordt verwacht, wordt gestreefd naar een logische intensivering. De (beoogde) BMV-locaties gelden dan als investeringslocaties: als “constanten” in de onderwijsinfrastructuur van gemeente Gulpen-Wittem. De minder toekomstbestendige locaties zullen zich daarbij richten op de BMV-locaties, waarbij op dat moment bekeken wordt of dit invloed heeft voor de betreffende onderwijslocatie(s). Regionaal beleid Vanuit overeenkomsten in kenmerken, ontwikkelingen en vraagstukken in de Heuvelland-gemeenten, streeft Gulpen-Wittem nadrukkelijk naar regionale afstemming ten aanzien van het onderwijsbeleid. Met name voor de kernen die aan andere gemeenten grenzen wordt gestreefd naar het gelijkstemmen van afspraken met omliggende gemeenten op de strategie van Gulpen-Wittem. Zo is vooral de afstemming met de gemeente Eijsden-Margraten relevant, waar het gaat om het creëren van een toekomstbestendige onderwijslocatie in het gebied Eckelrade, St. Geertruid, Mheer, Noorbeek. Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
25
Huisvestingsscenario Gulpen-Wittem periode 2013-2017 2013-2017 Ransdaal Ubachsberg
Schin op Geul
• Investeren in passend onderwijs.
Sibbe Wijlre
Gulpen
Margraten
• In grensregio’s afspraken gelijkstemmen met strategie Gulpen.
Simpelveld
Eys
Bocholtz
Wittem Nijswiller
Eckelrade Reijmerstok
St. Geertruid
Mechelen
Vijlen
• Voorbereiding op toekomstige centrumfunctie Mechelen (planvorming). LEGENDA
Mheer Voeren
Handhaven bestaande situatie, met behoud van kwaliteit. Mits regelgeving niet verandert.
Epen
Vaals
Slenaken
Noorbeek
Passend onderwijs Onderwijs 4-12 Kern (basisketen) 2-12
St. Martens Voeren
Kindcentrum 2-12
Gemmenich
Teuven / de Plank
Plombières
2 km
BMV 0-12
Voorkeurseindbeeld Gulpen-Wittem vanaf 2017 2017 Ransdaal Ubachsberg
Schin op Geul
• Uitbreiding en renovatie/nieuwbouw Mechelen.
Sibbe Wijlre Eys
Eckelrade
Simpelveld
Gulpen
Margraten
• Mogelijk uitbreiding aanbod Wijlre.
Bocholtz
Wittem Nijswiller
Reijmerstok
St. Geertruid
Mechelen
Vijlen LEGENDA
Mheer Voeren
Noorbeek
Sterkere omvang Wijlre, Gulpen, Mechelen a.g.v. keuze voor kwaliteit in clustering.
Slenaken
Epen
Vaals
Passend onderwijs Onderwijs 4-12 Kern (basisketen) 2-12
St. Martens Voeren
Teuven / de Plank
Kindcentrum 2-12
Gemmenich Plombières
2 km
BMV 0-12
Navolgend wordt het huisvestingsscenario per kern toegelicht.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
26
Centrum voor Jeugd en Gezin (De Triangel, SBO Bernardus), Gulpen Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
2.655 m2 bvo basisonderwijs (20 lokalen) Triangel: 267 SBO Bernardus: 158 2.822 m2 bvo (21 lokalen) Triangel: 205 SBO Bernardus: 112 2.304 m2 bvo (17) 351 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: De nieuwbouw voor het Centrum voor Jeugd en Gezin wordt opgeleverd medio 2013. Bij oplevering is het gebouw kleiner dan de formele normatieve ruimtebehoefte van de scholen. Dit tekort lost zich op korte termijn op, door de terugloop in leerlingenaantallen in de toekomst. Het CJG vervult een functie als Brede Maatschappelijke Voorziening en kan tevens dienen als expertise-knooppunt voor de inrichting van passend onderwijs in de gemeente. Op de Tien Bunder, Wijlre Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
927 m2 bvo basisonderwijs (6 lokalen) 140 904 m2 bvo (6 lokalen) 124 844 m2 bvo (5 lokalen) 83 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: De nieuwbouw van Op de Tien Bunder wordt opgeleverd in december 2013. De school heeft bij aanvang een functie als Kindcentrum. Later is het voorzieningenniveau op deze locatie uit te breiden tot een Brede Maatschappelijke Voorziening, mits hier behoefte aan bestaat en er voldoende ruimte beschikbaar komt/blijft voor aanpalende functies in het gebouw.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
27
Klavertje Vier, Eys Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
1.275 m2 bvo (9 lokalen) 100 703 m2 bvo (5 lokalen) 73 567 m2 bvo (4 lokalen) 708 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: Eys heeft een relatief geïsoleerde ligging binnen de gemeente. De school heeft een functie als Kindcentrum: in het gebouw zijn naast de school ook peuterspeelzaalwerk en kinderopvang (BSO) aanwezig. Het leerlingenaantal ligt ruim boven de opheffingsnorm, maar onder de grens van 145 leerlingen. De school ontvangt daarom kleine scholentoeslag. Er is sprake van een normatieve leegstand van circa 570 m2 bvo op dit moment (4 lokalen), als gevolg van dalende leerlingenaantallen loopt dit normatieve overschot op tot circa 710 m2 bvo (5 lokalen), circa 55% van de gebouwcapaciteit. Men streeft naar invulling van deze ruimte met partijen uit de omgeving. Het gebouw laat zich door haar structuur relatief eenvoudig compartimenteren. De school blijft als Kindcentrum gehandhaafd in de toekomststructuur van GulpenWittem. Het invullen van de leegstand in de school met functies uit de gemeenschap verdient bijzondere aandacht. A Gene Wienberg, Mechelen Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
1.578 m2 bvo (9 lokalen) 142 914 m2 bvo (6 lokalen) 124 824 m2 bvo (5 lokalen) 754 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: Het gebouw van A Gene Wienberg is een verouderd gebouw. Momenteel wordt een plan ontwikkeld en in uitvoering gebracht voor investering in een nieuwe gemeenschapsvoorziening / gymzaal direct naast de school. Afstemming van deze plannen met de plannen voor het BMV-concept verdient nadrukkelijk aandacht. In Mechelen wordt middels vervangende nieuwbouw op de huidige schoollocatie een Brede Maatschappelijke Voorziening gerealiseerd, conform het concept zoals in de visie beschreven is. In de periode 2013-2014 vindt hiervoor de planvoorbereiding plaats. Investering in gebouw, concept en samenwerking vindt plaats in 2015-2016. De beoogde oplevering en ingebruikname van de nieuwe BMV is in 2017. De BMV zal ook de inwoners van Wahlwiller-Nijswiller, Epen, Slenaken en Reijmerstok voorzien van onderwijs en kindarrangementen. Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
28
De verwachting is dat de BMV in 2017 circa 240 leerlingen huisvest. Hierbij is rekening gehouden met verwachtte leerlingenstromen op basis van huidige leerlingenmigratie in het gebied. De Driesprong, A Hermkes, St. Theresia, St. Franciscus Basisscholen De Driesprong (Wahlwiller-Nijswiller), A Hermkes (Epen), St. Theresia (Slenaken) en St. Franciscus (Reijmerstok) worden tot 2017 gehandhaafd in hun huidige vorm op de huidige locaties, conform de situatie-analyse van INNOVO. Daarna wordt de onderwijsconcepten ondergebracht in de BMV Mechelen, waar een sterke en toekomstbestendige onderwijskwaliteit gerealiseerd wordt voor de kinderen van Mechelen, Wahlwiller-Nijswiller, Epen, Slenaken en Reijmerstok. In Eijsden-Margraten ontwikkelen de gemeente en SKO Mergelland momenteel een plan voor het onderwijs in Noorbeek, Mheer, St. Geertruid en Eckelrade. Het onderwijs daar biedt mogelijk een goed alternatief voor de leerlingen in Slenaken en Reijmerstok. Gemeente Gulpen-Wittem, Gemeente Eijsden-Margraten, SKO Mergelland en INNOVO blijven in overleg om planvorming af te stemmen. Wanneer investeringen in (onderhoud van) de gebouwen aan de orde zijn, zal de gemeente in overleg met het schoolbestuur nagaan of deze investering uitgesteld kan worden c.q. of een goedkoper alternatief afdoende is, rekening houdend met het feit dat de schoollocatie in 2017 afgestoten wordt. Hierna worden de bijzonderheden per locatie toegelicht: De Driesprong, Wahlwiller-Nijswiller Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
940 m2 bvo (begane grond) (4 lokalen) 82 612 m2 bvo (4 lokalen) 58 492 m2 bvo (3 lokalen) 448 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: Het leerlingenaantal van De Driesprong bevindt zich op dit moment boven de opheffingsnorm. Het aantal neemt de komende jaren sterk af. De Driesprong ontvangt kleine scholentoeslag en is in haar toekomstbestendigheid afhankelijk hiervan. De normatieve leegstand in het gebouw bedraagt op dit moment 330 m2 bvo dit heeft met name te maken met de gebouwstructuur van de school. De ruimteovermaat bedraagt op termijn circa 48% van de gebouwcapaciteit.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
29
A Hermkes, Epen Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
1.220 m2 bvo (10 lokalen 46 431 m2 bvo (3 lokalen) 40 401 m2 bvo (3 lokalen) 819 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: Het leerlingenaantal van A Hermkes bevindt zich (blijvend) onder de opheffingsnorm. De school ontvangt de kleine scholentoeslag, en is in haar toekomstbestendigheid sterk afhankelijk hiervan. Er is sprake van een normatieve overmaat aan ruimte in het schoolgebouw. Op termijn bedraagt de ruimteovermaat circa 67% van de gebouwcapaciteit. St. Theresia, Slenaken Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
665 m2 bvo (4 lokalen) 44 421 m2 bvo (3 lokalen) 27 336 m2 bvo (2 lokalen) 329 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Bijzonderheden: Het leerlingenaantal van St. Theresia bevindt zich (blijvend) onder de opheffingsnorm. De school ontvangt de kleine scholentoeslag, en is in haar toekomstbestendigheid sterk afhankelijk hiervan. Normatief gezien heeft de school overmaat aan ruimte. Deze overmaat neemt toe in de komende jaren. Op termijn bedraagt de ruimteovermaat circa 51% van de gebouwcapaciteit. Er is sprake van een beperkte uitstroom (enkele gezinnen) naar de scholen in België. St. Franciscus, Reijmerstok Ontwikkeling van de situatie (bij “niets doen”), doorkijk naar 2020
2012-2013 Ruimtecapaciteit Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) 2020-2021 Leerlingenaantal Ruimtebehoefte (normatief) Normatief overschot
731 m2 bvo (6 lokalen) 53 467 m2 bvo (3 lokalen) 41 406 m2 bvo (3 lokalen) 325 m2 bvo
Gegevens conform leerlingenprognoses Pronexus d.d. mei 2012
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
30
Bijzonderheden: Het leerlingenaantal van St. Franciscus komt op termijn (blijvend) onder de opheffingsnorm. De school ontvangt de kleine scholentoeslag, en is in haar toekomstbestendigheid sterk afhankelijk hiervan. Normatief gezien heeft de school overmaat aan ruimte. Deze overmaat neemt toe in de komende jaren. Op termijn bedraagt de ruimteovermaat circa 44% van de gebouwcapaciteit. Er is leerlingenmigratie zichtbaar naar de scholen in Eijsden-Margraten (tweerichtingsverkeer), ouders en kinderen in het gebied ervaren de gemeentegrens niet als ‘harde grens’. 3.2.2
Eindresultaat
In het voorkeursscenario blijft onderwijs in alle kernen in de periode 2013-2017 beschikbaar, op voorwaarde van ongewijzigde bekostiging t.a.v. met name de kleine scholentoeslag en het buitenonderhoud. Er wordt voor de toekomstbestendige locaties geïnvesteerd in een doorlopende leerlijn voor 0/2-12 jaar. Op basis van behoefte wordt hun dienstenpakket uitgebreid met arrangementen in zorg-, opvang- en wijkactiviteiten. 2017 is ‘het jaar van de omslag’, vanaf dat moment wordt onderwijs aangeboden vanuit 4 toekomstbestendige onderwijslocaties die het karakter hebben van een Kindcentrum of Brede Maatschappelijke Voorziening. Door de investering in een BMV-concept in Mechelen, Gulpen en Wijlre en een Kindcentrum-concept in Eys wordt er een kwaliteitsslag gemaakt voor het onderwijsaanbod in de gemeente. Bij implementatie van het huisvestingsplan is er sprake van een ruimtelijke efficiency voor het totale huisvestingsbestand van basisscholen, gepaard met een inhoudelijke versterking van de positie van de afzonderlijke scholen. Wanneer het huisvestingsplan voor alle onderwijslocaties gerealiseerd is (volgens voorstel in 2017), is de verdeling van de leerlingenaantallen over de schoollocaties in Gulpen-Wittem gewijzigd. Onderstaand is een indicatie van de toekomstige omvang weergegeven. 2017 Ransdaal
ca. 140 lln
Sibbe
Wijlre Eys Gulpen ca. 250 lln
Margraten Eckelrade
ca. 710 leerlingen BO ca. 100 leerlingen SBO in Gulpen-Wittem
Ubachsberg
Schin op Geul
Reijmerstok
St. Geertruid
ca. 80 lln
Simpelveld
Bocholtz
Wittem Nijswiller
SBO ca.
100 lln
Mechelen ca. 240 lln
Vijlen LEGENDA
Mheer Voeren
Noorbeek
Slenaken
Indicatie toekomstige omvang (2017):
Epen
Vaals
Passend onderwijs Onderwijs 4-12 Kern (basisketen) 2-12
St. Martens Voeren
Teuven / de Plank
Kindcentrum 2-12
Gemmenich Plombières
2 km
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
BMV 0-12
31
Daarnaast is de totale gebouwcapaciteit voor basisonderwijs in Gulpen-Wittem teruggebracht van circa 10.000 m2 (2013) tot circa 6.300 m2 (2017). De normatieve overmaat is teruggebracht met circa 3.700 m2. Daarmee is de overmaat nagenoeg volledig afgestoten en is de nieuwe gebouwencapaciteit optimaal afgestemd op de formele ruimtebehoefte (en daaraan gekoppelde bekostiging). 3.2.3
Afstemming en reflectie
Het huisvestingsplan is gedurende het traject en bij afronding van het eindresultaat van de projectgroep afgestemd met de raadscommissie. Na aanleiding van de reflectie van de raadscommissie zijn op 22 en 23 april 2013 twee informatiebijeenkomsten georganiseerd voor de inwoners van Gulpen-Wittem. Tijdens deze bijeenkomsten zijn de ouders / inwoners geïnformeerd over de voorgenomen richting van het huisvestingsplan. Het verslag van deze bijeenkomsten is als bijlage 4 bijgevoegd in dit rapport. Schooldirecties en leerkrachten zijn gedurende het traject steeds geïnformeerd door de schoolbesturen. 3.3
Financiële consequenties
De gemeente draagt verantwoordelijkheid in het voorzien in adequate huisvesting voor basisscholen. Het gaat dan specifiek om de verantwoordelijkheid voor nieuwbouw en uitbreiding, maar ook voor het redelijkerwijs uitvoeren van het het eigenaarbeheer van de gebouwen (inclusief groot onderhoud, ofwel ‘onderhoud buitenkant gebouw en aanpassingen aan de binnenzijde’). De gemeente ontvangt hier (niet geoormerkte) middelen voor van het Ministerie OCW. De schoolbesturen exploiteren de gebouwen (‘onderhoud binnenkant gebouw’), waarvoor zij op basis van leerlingenaantallen van rijkswege middelen ontvangen4. De uitvoering van het voorgesteld huisvestingsscenario heeft financiële consequenties voor zowel de gemeente Gulpen-Wittem als de schoolbesturen. Enerzijds moet worden geïnvesteerd in de kwaliteitsversterking en intensivering van het gebouwbestand, anderzijds worden kosten bespaard door een hierdoor ontstane verbeterde exploitatie. Een investeringsraming voor de realisatie van de gewenste huisvestingsstructuur is separaat door de gemeente Gulpen-Wittem opgesteld.
4
Het Ministerie OCW is voornemens de wetgeving te veranderen waardoor de schoolbesturen ook verantwoordelijk worden voor ‘buitenonderhoud en aanpassingen aan de binnenzijde van de gebouwen’. Het streven is om deze maatregel in te voeren op 1 januari 2014. Zie ook hoofdstuk 2.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
32
4
Plan ‘hoe verder’ / aanbevelingen vervolg
In dit hoofdstuk is een doorkijk gemaakt naar het vervolgtraject. Tevens zijn de mogelijke risico’s samengevat, waarmee bij de implementatie van het huisvestingsplan rekening moet worden gehouden. 4.1
Werkagenda 2013-2017
Onderstaand zijn de belangrijkste activiteiten vermeld die in de periode 2013-2017 nodig zijn om te komen tot de gewenste huisvestingsstructuur. Werkagenda 2013-2017
Periode 2013-2014 Start planvoorbereiding voor uitbreiding & renovatie / nieuwbouw Mechelen.
2015-2016 Start uitvoering uitbreiding & renovatie / nieuwbouw Mechelen + voorbereiding teams op integraal concept.
Start onderzoek herbestemming locaties Driesprong, St. Franciscus, St. Theresia en A Hermkes.
Start implementatie gezamenlijke investering in structuur Mheer / Reijmerstok / Slenaken.
Start overleg met EijsdenMargraten over planvorming relatie Mheer / Reijmerstok / Slenaken.
Oriëntatie op uitbreiding voorzieningenniveau Wijlre (BMV).
4.2
2017 Beoogde oplevering scenariostructuur: in gebruik name BMV Mechelen en uit exploitatie halen locaties Driesprong, St. Franciscus, St. Theresia en A Hermkes.
Risico’s
Het voorliggend huisvestingsplan is opgesteld als strategische richting. Bij de planvorming is rekening gehouden met mogelijke ontwikkelingen, geldende beleidsrichtingen en in te schatten risico’s. De volgende aandachtpunten blijven in de implementatiefase van kracht: Zuid-Limburg en daarmee ook de gemeente Gulpen-Wittem heeft te maken met een aanzienlijke demografische krimp. Dit heeft ook invloed op de leerlingenpopulatie van de basisscholen, waardoor inhoudelijke en ruimtelijke behoeften op termijn kunnen wijzigen. In de Huisvestingsvisie is rekening gehouden met de demografische krimp, waarbij door de schoolbesturen en de gemeente geaccepteerde prognoses zijn gehanteerd. Ontwikkelingen in de leerlingenaantallen dienen continu te worden gemonitord. Het voorliggende plan is in constateringen vooral gericht op het ruimtelijke huisvestingsscenario. De in de visie benoemde concepten ‘Kindcentrum’ en ‘Brede Maatschappelijke Voorziening’ (zie hoofdstuk 2) en het hierbij behorende beleid zijn belangrijke voorwaarden bij de haalbaarheid van het huisvestingsplan. Een nadere vertaling van deze aspecten naar organisatiebeleid is daartoe evident.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
33
Van rijkswege zijn verschillende wetwijzigingen voorgesteld en in voorbereiding, die veelal gekoppeld zijn aan bezuinigingen. Hierin passen initiatieven als het overhevelen van de verantwoordelijkheden van buitenonderhoud in het primair onderwijs, veranderen van de kleinescholentoeslag en de wettelijke ondergrens voor basisscholen, de invoering van passend onderwijs, maar ook maatregelen als bijvoorbeeld het verhogen van het btw tarief. Dergelijke wijzigingen zijn van invloed op analyses en constateringen in de voorliggende Huisvestingsvisie. Aanpassing dient plaats te vinden indien meer duidelijkheid bestaat in de consequenties.
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
34
Bijlagen Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1: 2: 3: 4:
Factsheet bestaande situatie onderwijs Gulpen-Wittem Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem Ontwikkelingen onderwijs in regio rondom Gulpen-Wittem Verslag informatiebijeenkomsten ouders en inwoners Gulpen-Wittem
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
35
Bijlage 1:
Factsheet bestaande situatie onderwijs Gulpen-Wittem
Spreiding voorzieningenaanbod Gulpen-Wittem Op de Tien Bunder
SBO St. Bernardus
Klavertje vier Inpandig
Inpandig
Inpandig
In de kern
In de kern
In de kern
Wijlre
Vanaf 2013 CJG
Eys
CJG Heuvelland
De Driesprong Inpandig
In de kern
In de kern
Inpandig
De Triangel
Gulpen
Inpandig
Partij - Wittem
In de kern
Reijmerstok
Wahlwiller Nijswiller
A Gene Wienberg
St. Franciscus Inpandig
À Hermkes
Inpandig
Mechelen
In de kern
Inpandig
In de kern
In de kern
St. Theresia
Gemeenschapshuis Sportvoorziening Binnen
Epen
In de Kern
Kinderdagopvang Peuterspeelzaal Bibliotheek BSO Tovertuin Verenigingsgebouw
Slenaken
Inpandig
LEGENDA Basisonderwijs
2 km
Sportvoorziening Buiten INNOVO SKO Mergelland
Ontwikkeling leerlingenaantallen Gulpen-Wittem Op de Tien Bunder
SBO St. Bernardus
Daling aantal 4-12 jarigen in de gemeente:
Klavertje Vier
2012: 140 lln 2020: 124 lln
2012: 100 lln 2020: 73 lln
2012: 158 lln 2020: 112 lln
Tot 2020: - 25% Tot 2030: - 33%
Wijlre
(t.o.v. huidig) Eys
CJG Heuvelland
Vanaf 2013 CJG De Triangel
2012: 267 lln 2020: 205 lln
De Driesprong
2012: 82 lln 2020: 58 lln
Wittem
Gulpen
Wahlwiller Nijswiller
Reijmerstok Mechelen
St. Franciscus
À Hermkes
2012: 53 lln 2020: 41 lln
2012: 46 lln 2020: 40 lln
A gene Wienberg
2012: 142 lln 2020: 124 lln
LEGENDA INNOVO SKO Mergelland
St. Theresia 2012: 44 lln 2020: 27 lln
Opheffingsnorm gemeente Gulpen-Wittem 54
Slenaken Epen 2 km
Leerlingaantallen conform prognoses Pronexus d.d. mei 2012 ll aant. 2012 = schooljaar ’12-’13 ll aant. 2020 = schooljaar ‘20-’21
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
36
Bijlage 2:
Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem
Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem Regulier basisonderwijs Gulpen School tot.
A gene Wienberg Mechelen 152
SBO Gulpen Basisscholen Belgie
A Hermkes De Driesprong Klavertje Vier Op de Tien Bunder St. Franciscus Epen Wahlwiller-Nijswiller Eys Wijlre Reijmerstok 45 75 109 135 49
St. Theresia Slenaken 39
De Triangel Gulpen 282
SBO St Bernardus Gulpen 154
PBS Voeren
(Vlaams) De Plank De Planck
Basisscholen in omliggende gemeenten St. Antonius Schin op Geul
Maurice Rose Margraten
St. Joseph Mheer
Sint Brigida Noorbeek
De Kleine Wereld Basisschool BocholtzDe Meridiaan Vaals Bocholtz Simpelveld
Bergop Ubachsberg
St. Theresia Ransdaal
Woonplaats leerling Gemeente Gulpen-Wittem Beutenaken Elkenrade Epen Eys Gulpen Heijenrath Ingber Mechelen Reijmerstok Slenaken Wijlre Nijswiller Wahlwiller Wittem/Partij
3 6 61 139 286 21 19 131 48 32 160 120
2 1 10
3
42 1
106
2
4
115
1 2
2 13
21 129 23 24 23
1 6 2 3
6
1
3 5 3 13 7 9 3 2 1
Overige gemeenten Eijsden-Margraten Banholt Cadier en Keer Eckelrade Eijsden Gronsveld Margraten Mheer Noorbeek Scheulder
2
1 7
Valkenburg aan de Geul Berg en Terblijt Schin op Geul Valkenburg
1
Simpelveld Bocholtz Simpelveld Vaals Lemiers Vaals Vijlen
3
2
1
1
3 7 3
3
Voerendaal Voerendaal Overige gemeenten Beek Deventer Heerlen Kerkrade Landgraaf Maastricht Sittard Someren Tegelen
6 6 29
1
1
1
1 2
1 1 3
1 4 1 2 2 Leerling aantallen bepaald aan de hand van gegevens bureau leerplicht en leerlinglijsten van de basisscholen. Teldatum 18-12-2012
3 1 2 1
2 4
7
1
4
6
4 7 1 1 8
35
1
2 19
248 1 15 1
2 8 6 5
1 1 4
4
4 2
1
1
1
4
2
Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem (vervolg) Leerlingenmigratie Gulpen-Wittem Basisscholen in omliggende gemeenten School
Sint Aloysius Maastricht
Speciaal (basis)onderwijs in omliggende gemeenten
De VlinderboomBernard LievegoedOBS De SpiegelDe Poort MontesoriTarcisiusschool Maastricht Maastricht Maastricht Maastricht Heerlen
Vrijeschool Heerlen
De Heyster Adelante Mytylschool Tytylschool de Maasgouw Don Bosco Heerlen Valkenburg Maastricht Maastricht
Jan Baptist ZMLK Mgr. Hanssenschool De Zonnewijzer REC4 De Buitenhof ZMOK Catharina ZMLK Maastricht Heerlen Heerlen Heerlen Heerlen
tot.
Woonplaats leerling Gemeente Gulpen-Wittem Beutenaken Elkenrade Epen Eys Gulpen Heijenrath Ingber Mechelen Reijmerstok Slenaken Wijlre Nijswiller Wahlwiller Wittem/Partij
3 6 61 139 286 21 19 131 48 32 160
1 1
1 1 3
2 2
1 2
2
1 2
2 1
3 2 2
1
1
1
2
2
1
2
2
2
Overige gemeenten Eijsden-Margraten Banholt Cadier en Keer Eckelrade Eijsden Gronsveld Margraten Mheer Noorbeek Scheulder Valkenburg aan de Geul Berg en Terblijt Schin op Geul Valkenburg Simpelveld Bocholtz Simpelveld Vaals Lemiers Vaals Vijlen Voerendaal Voerendaal Overige gemeenten Beek Deventer Heerlen Kerkrade Landgraaf Maastricht Sittard Someren Tegelen
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
38
2
1
1 2
2
1
1
1
2
1
2 1
1
120 1
1 1
Bijlage 3:
Ontwikkelingen onderwijs in regio rondom Gulpen-Wittem
Onderwijsaanbod rondom Gulpen-Wittem – aanbod en gebouwen St. Theresia
St. Antonius Heilig Hart RK 117 lln
RK 102 lln
RK Slimfit 79 lln
Bergop
Gemeente Voerendaal
RK 112 lln
Gemeente Valkenburg a/d Geul
Meridiaan Brede school RK 363 lln
Maurice Rose
Wijlre
RK nieuwbouw gepland 251 lln
Gemeente Simpelveld
Eys Gulpen
Gemeente Eijsden-Margraten
Wittem
LEGENDA
Nijswiller St. Joseph RK 127 lln
BS Bocholtz Brede school RK 393 lln
Reijmerstok Mechelen
RK 80 lln
Slenaken
86 lln
Epen
Voeren
PBS Voeren 325 lln PO 320 llln VO Campus
Gemeente Vaals De Kleine De Wereld Robbedoes
Cathabel
RK Brede school 177 lln
34 lln
St. Martens Voeren Private Franstalige school
Teuven / de St. Jozef Plank Vrije school
Gemmenich
Uitbreiding gepland 120 lln
Provinciale kleuterschool
Ecoles communales de Hombourg, Plombières et Sippenaeken
Openbaar Brede school 194 lln
Ecoles communales de Gemmenich et Moresnet
Plombières
Nevenvestiging in Moelingen
SKO Mergelland Movare
Op de Top St. Brigida
INNOVO (regulier onderwijs)
Maria-Hilf
Nederlandstalig onderwijs in België (Vlaams) Franstalig onderwijs in België (Waals) Leerlingaantallen conform voorlopige cijfers DUO 2012 Nieuw schoolgebouw (jonger dan 10 jaar) Nieuwbouw gepland / in ontwikkeling
Onderwijsaanbod rondom Gulpen-Wittem – kindpartners in school St. Theresia
St. Antonius
Gemeente Voerendaal
Bergop
Heilig Hart
Gemeente Valkenburg a/d Geul
Meridiaan Brede school
Wijlre
Maurice Rose
Gemeente Simpelveld
Eys Gulpen
Gemeente Eijsden-Margraten
Wittem Nijswiller
St. Joseph
Bs Bocholtz Brede school
Reijmerstok
LEGENDA
Mechelen
INNOVO (regulier onderwijs)
Op de Top Gemeente Vaals
St. Brigida
Slenaken
Epen Cathabel
Voeren
PBS Voeren PO-VOopvang
SKO Mergelland Movare
De Kleine OBS de Wereld Robbedoes Brede school
St. Martens Voeren Private Franstalige school
Teuven / de Plank St. Jozef Provinciale kleuterschool Nevenvestiging in Moelingen
Vrije school Uitbreiding gepland
Gemmenich Plombières Ecoles communales de Hombourg, Plombières et Sippenaeken
Maria-Hilf
Brede school
Nederlandstalig onderwijs in België (Vlaams) Franstalig onderwijs in België (Waals)
Ecoles communales de Gemmenich et Moresnet
Kinderdagopvang Peuterspeelzaal Sportvoorziening
Ontwikkelingen onderwijs in regio
Strategische Huisvestingsvisie Gulpen-Wittem Onderwijsontwikkelingen omgeving – Regio
Ontwikkelingen regio •
Gemeente Valkenburg: – –
•
Gemeente Voerendaal: – –
•
Structuur gereed in huisvestingsplan (gemeente, schoolbesturen). BMV Valkenburg Centrum wordt gerealiseerd als ‘gekoppeld schoolconcept’ voor de scholen St. Joseph (Valkenburg), De Plenkert (Valkenburg), St. Antonius (Schin op Geul) en St. Gerlachus (Houthem).
Ambitie: in elke kern een brede school. Eventuele mutaties zijn door geografische structuur van weinig invloed op Gulpen-Wittem
Gemeente Simpelveld: – –
Beleid en structuur gereed: twee sterke brede scholen in nieuwbouw. Mogelijke aantrekkingskracht op leerlingen uit Eys, Wahlwiller-Nijswiller (momenteel beperkt).
Strategische Huisvestingsvisie Gulpen-Wittem Onderwijsontwikkelingen omgeving – Regio
Ontwikkelingen regio •
Gemeente Vaals: –
–
•
Beleid en structuur grotendeels uitgevoerd: nieuwbouw De Tamboerijn (brede school voor OBS De Robbedoes en De Kleine Wereld), nieuwbouw Op de Top (2004), gezamenlijke aansturing Innovo-scholen. Fusie basisscholen Cathabel en Op de Top, uiterlijk per augustus 2014.
Gemeente Eijsden-Margraten: – – – –
Beleid en structuur in voorbereiding (gemeente, schoolbestuur) Nieuwbouw Maurice Rose gereed in december 2013. Vergelijkbare problematiek aan gemeentegrens (toekomstbestendigheid kleine locaties, migratie over gemeente- en landsgrenzen) Advies: integrale planvorming: huisvestingsplan Eijsden-Margraten verbinden aan visie Gulpen-Wittem voor grensscholen
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
40
Bijlage 4:
Verslag informatiebijeenkomsten ouders en inwoners Gulpen-Wittem
Strategische Huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem 13020001
41
Verslag informatiebijeenkomst ouders Epen 22 april 2013 en Wijlre 23 april 2013. Aanwezigen: Schoolbestuur INNOVO: de heer B. Nelissen : voorzitter college van bestuur mevr. H. Bessems : medewerkster communicatie (bijeenkomst Epen) Schoolbestuur SKOM : de heer J. Linckens : algemeen directeur SKOM (aanwezig bijeenkomst Epen) de heer J. Janssens : directielid SKOM (aanwezig Epen en Wijlre) Gemeente: de heer W. Herberichs: gespreksleider de heer J. Bormans : wethouder de heer J. Martens : beleidsmedewerker onderwijs Adviesbureau RO groep Maastricht: de heer J. Vernaus/ mevr. V. Buteijn. De gespreksleider opent de bijeenkomst en geeft vervolgens het woord aan de wethouder. Deze schetst in het kort het proces waarop onderwijshuisvestingsvisie tot stand is gekomen Hij benadrukt de goede en constructieve samenwerking tussen de schoolbesturen en de gemeente in dit traject en gaat in op ieders verantwoordelijkheid. Kort samengevat: het schoolbestuur is verantwoordelijk voor de onderwijsinhoudelijke zaken en de exploitatie van het gebouw. De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting en groot onderhoud van het schoolgebouw. De visie die nu voorligt is een conceptvisie en dient nog door de raad te worden vastgesteld. Gepland is dat de raad op 27 juni hierover een besluit zal nemen. De heer J. Vernaus( 22 april)/ mevr. V. Buteijn(23 april) van de RO groep presenteert de strategische huisvestingsvisie 2013-2020 Gulpen-Wittem. Na de presentatie geeft de heer Nelissen een korte toelichting op een aantal aspecten van de presentatie en dan met name de rijksregelgeving. De rijksregelgeving ten aanzien van het onderhoud van de basisscholen alsmede met de ontwikkelingen rondom de kleine scholen toeslag en passend onderwijs hebben een aanzienlijke invloed op het onderwijs, zowel inhoudelijk als op de gebouwen. De heer Nelissen legt het accent op grotere schooleenheden waarin een volledig aanbod kan worden gedaan op gebied van onderwijs, zorg en opvang om mede hierdoor de kwaliteit van het onderwijs te garanderen. De heer Nelissen benadrukt dat het schoolbestuur INNOVO garandeert dat gedurende de periode van heden tot schooljaar 2017-2018 geen locaties in Gulpen-Wittem worden gesloten. De heer Linckens schets de ontwikkelingen in de gemeente Eijsden-Margraten ten aanzien van de onderwijshuisvesting. Er loopt in deze gemeente een gelijkluidend traject. Na de inleiding en toelichting worden de aanwezigen uitgenodigd tot het stellen van vragen. De vragen zijn in dit verslag samengevat tot een aantal hoofdthema’s. 1. Onderwijssysteem. De vraag wordt gesteld of het onderwijssysteem van de basisscholen in de gemeente op elkaar wordt afgestemd. De heer Nelissen deelt mede dat hiermee reeds gestart is door de invoering van het zogenaamde Slim Fit systeem en dat de komende periode dit systeem bij alle basisscholen wordt ingevoerd. Hanteren van dit systeem betekent dat leerlingen makkelijk kunnen overstappen van de ene naar de andere basisschool.
Met het schoolbestuur SKOM wordt hierover afstemming gezocht. De heer Linckens deelt in dit kader mede dat de basisschool in Wijlre een soortgelijk systeem hanteert. 2. Onderwijskwaliteit. Het schoolbestuur is verantwoordelijk voor de onderwijskwaliteit. In de gemeente GulpenWittem is deze goed gezien de resultaten van de Cito- toetsen . Hierop moeten we ons echter niet blind staren betogen de heren Nelissen en Linckens. Dit zijn momentopnames. Om het nivo te handhaven dienen de schoolbesturen in te spelen op de toekomstige ontwikkelingen zoals reeds genoemd. De heer Linckens deelt mede dat SKOM een enquête heeft gehouden onder de ouders en dat uit deze enquête de kwaliteit van het onderwijs hoog in het vaandel staat. (84%). De heer Janssens geeft in Wijlre aan dat de mogelijkheden van een gebouw wel degelijk meespelen in het realiseren van de kwaliteit en de werkwijze en mogelijkheden met betrekking tot de onderwijsvernieuwingen. 3. Wat levert concentreren van schoollocaties op. Gestreefd wordt om een diversiteit van aanbod bij de scholen te handhaven cq. te realiseren. Scholen gaan in de toekomst keuzes maken in specifiek specialisaties. Hiervoor heb je wel een bepaald volume nodig (lees aantal kinderen) om dit aanbod kwalitatief hoog te houden en toekomst bestendig te maken. 4. Vervoer. De vraag wordt gesteld of de gemeente nadat de concentratie van scholen heeft plaatsgevonden zorg draagt voor het vervoer van de leerlingen. Het antwoord op deze vraag is dat hierover nog geen besluit is genomen. Wel zal in de overgangsperiode tot 2017 daar waar dat noodzakelijk is vervoer worden geregeld. Het argument van leefbaarheid in de kleine kernen wordt aangehaald om toch te kiezen voor een vervoersregeling met als argument dat ouders met kinderen dan makkelijker kiezen om te gaan wonen in deze kern. 5. Leefbaarheid kernen. De aanwezigen spreken de zorg uit dat de leefbaarheid van de met name de kleine kernen wordt aangetast bij sluiting van de scholen. Bij het thema vervoer is dit onderwerp reeds aan de orde geweest. De wethouder deelt deze zorg.De gemeente hanteert zoveel als mogelijk het beleid om alle voorzieningen in de kernen te handhaven, ook onderwijs voorzieningen. Hierbij wordt de zogenaamde drietrapsbenadering gevolgd. Dit betekent dat alleen voor beleidsonderdelen waarvoor geldt dat spreiding over de tien kernen organisatorisch, ruimtelijk en/of financieel (op termijn) niet verantwoord is, wordt gekozen voor een spreiding over een beperkt aantal kernen. Er moeten op dit moment op gebied van de onderwijshuisvesting keuzes worden gemaakt en volgens ons (gemeente en schoolbesturen) is datgene wat nu wordt gepresenteerd de beste keuze voor de toekomst. 6. Kosten onderwijs. De vraag wordt gesteld wat de kosten zijn van het onderwijs. De heer Nelissen geeft in het kort een indicatie van de kosten. Schoolbesturen ontvangen een vergoeding per leerling voor de zogenaamde personele en materiële instandhouding (incl. exploitatie van het gebouw) De kosten per leerling zijn in hoge mate afhankelijk van de omvang van een school.(lees aantal leerlingen)
Een school met gemiddeld 250 leerlingen kost € 5.000,00 per leerling per jaar. De kosten per leerling bij een schoolomvang van minder dan 150 leerlingen zijn gemiddeld hoger. Bij 23 leerlingen is de bijdrage € 11.000,00 per kind per jaar. Hieruit is al op te maken dat een wijzing in de regelgeving ten aanzien van de kleine scholen toeslag grote gevolgen kan hebben. De onderwijsraad heeft voorgesteld de ondergrens van 23 leerlingen voor het opheffen van scholen naar boven bij te stellen. Er wordt een leerlingenaantal genoemd van 100. Dit heeft uiteraard ook gevolgen voor de bekostiging. 7. Aansluiting Nederlands en Belgisch onderwijs. De vraag wordt gesteld of er aansluiting wordt gezocht tussen het Nederlands en Belgisch onderwijs. Het antwoord op deze vraag is dat er geen aansluiting wordt gezocht en er ook niet is. 8. Veilige route verkeerssituatie rondom scholen. De vraag wordt gesteld of de route tussen Epen en Mechelen verkeerstechnisch wordt aangepast. De wethouder beantwoord deze vraag ja. Met de aanvang van de werkzaamheden wordt gestart voorjaar 2014. Bij iedere wijziging van een locatie wordt een verkeersplan opgesteld. Met de veiligheid rondom scholen wordt terdege rekening gehouden. 9. Leerlingenstroom Wat doet het schoolbestuur en de gemeente als er ongewenste leerlingenstromen ontstaan. Het antwoord van de heer Nelissen op deze vraag is dat ouders gelukkig de vrijheid hebben een eigen keuze te maken welke school het kind gaat bezoeken of reeds bezoekt. Deze keuze kan alleen worden beïnvloed door zoveel als mogelijk een gelijke kwaliteit te garanderen bij alle schoollocaties.De gemeente kan een ongewenste leerlingenstroom alleen beïnvloeden door het scheppen van bepaalde randvoorwaarde zoals gericht schoolvervoer en veilige schoolroute. 10. Personele consequenties. De vraag wordt gesteld of het sluiten van scholen personele consequenties heeft De heer Nelissen deelt mede dat de leerkrachten een arbeidsovereenkomst hebben met het schoolbestuur en dat geen sprake is van ontslag. Het is vanzelfsprekend dat in overleg tussen het personeel en het schoolbestuur naar een passende oplossing wordt gezocht voor een herplaatsing bij het sluiten van een schoollocatie. 10. Peuterspeelzaalwerk. De vraag wordt gesteld of het peuterspeelzaalwerk betrokken is bij de het opstellen van de visie en wat vervolgens de sluiting van de schoollocaties betekent voor de peuterspeelzalen. De heer Vernaus deelt mede dat de sluiting van scholen mogelijk betekent dat de betreffende peuterspeelzalen ook worden gesloten. De aanbieder van het peuterspeelzaalwerk is vrij hierin zijn eigen beleid tevolgen. Het peuterspeelzaalwerk is niet betrokken bij het opstellen van de onderwijsvisie, maar is wel volledig geïnformeerd en op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen rondom de visie.
De informatieavonden worden gesloten onder dankzegging van de wethouder aan alle aanwezigen voor de constructieve bijdrage aan deze avond.
RO groep Zuid
RO groep Midden Oost
Postbus 3086, 6202 NB Maastricht
Postbus 5183, 6802 ED Arnhem
Wilhelminasingel 58, 6221 BK Maastricht
Eusebiusbuitensingel 28, 6828 HW Arnhem
T 043 – 350 00 50, F 043 – 325 72 12
T 026 – 37 00 111, F 026 – 44 29 100
[email protected], www.rogroep.nl
[email protected], www.rogroep.nl