Aan de leden van de gemeenteraad Hilversum en fractiemedewerkers. J. van Roekel. Geachte leden van de raad,

BURG EMEESTER P. BROERTJ ES G EMEENTE HILVERSUM POSTBUS 9900 1201 GM HILVERSUM

Aan de leden van de gemeenteraad Hilversum en fractiemedewerkers

BEZOEKADRES: RAADHUIS DUDOKPARK 1 TELE FOONNUMMER 1 4035 WWW.HILVERSUM.NL

DATUM ONS

14 juni 2016 254970

KENMERK UW BRIEF VAN UW KENMERK BEHANDELD

J. van Roekel

DOOR TELEFOON

629 2658

(035-) BIJLAG EN BETREFT

2 Voortgangsbericht “Openstelling Oude Haven”

Geachte leden van de raad,

Inleiding. In de vergadering van uw raad van 30 maart 2016 heeft u ingestemd met het geamendeerd (A16-29) voorstel voor de uitvoering van de eerste fase van het plan om de Oude Haven over water beter bereikbaar te maken. Die eerste fase betreft het realiseren van aanlegvoorzieningen in de Oude Haven, waarvan in het raadsvoorstel is aangegeven dat de uitvoering gepland is voor de zomer van 2016. De voorbereiding voor de uitvoering is vrijwel afgerond en de benodigde vergunningen zijn aangevraagd. Naar aanleiding van brieven van bewoners van de Mauritslaan, waarin ze hun bezwaren tegen het plan uit een zetten, heeft de fractie van Groen Links het onderwerp voor bespreking in de commissie Economie en Bestuur van 25 mei jl. geagendeerd. Door het uitlopen van de bespreking van de overige agendapunten is de “Oude Haven” toen helaas verdaagd. Gezien deze ontwikkelingen wil ik u nader te informeren over de stand van zaken. Voorbereiding uitvoering en aanvraag vergunningen. -De voorbereiding voor de uitvoering is vrijwel afgerond. De technische zaken zijn gereed, er is een aannemer geselecteerd, die een offerte voor de uitvoering ingediend heeft. Technisch gezien zijn er geen belemmeringen om de uitvoering te starten. -Er zijn omgevingsvergunningen aangevraagd bij de gemeente Hilversum en bij Waternet. Waternet heeft inmiddels 4 mei jl. een watervergunning verleend. De afhandeling van de bij de gemeente aangevraagde omgevingsvergunning loopt nog. De aanleg van de steigers past niet in het bestemmingsplan. Onderzocht is of er via een binnenplanse of buitenplanse afwijking medewerking kan worden verleend aan de steigers. Conclusie daarvan is dat met toepassing van de reguliere procedure waarbij tijdelijk wordt afgeweken van het bestemmingsplan, het mogelijk is de steigers te vergunnen bij wijze van experiment en de vergunning later (binnen een periode van 10 jaar) mee te nemen, bijvoorbeeld bij de herziening van het bestemmingsplan. De andere optie is dat een reguliere procedure voor wijziging van het bestemmingsplan gevolgd wordt.

VERVOLGBLAD

2 -Op de melding dat er een aanvraag omgevingsvergunning ingediend is, is door de heer S. Wolf en enkele buurtgenoten bezwaar aangetekend tegen de uitvoering van het plan. Dat bezwaar wordt, zoals gebruikelijk, als zienswijze meegenomen bij de beoordeling van de aangevraagde omgevingsvergunning. -Er is opdracht gegeven tot het uitvoeren van een ecologische scan. Bureau Schenkeveld heeft het onderzoek uitgevoerd en 21 april 2016 de rapportage aangeleverd (zie bijlage). De conclusie ( zie par. 6) van bureau Schenkeveld is dat er geen algemene verbodsbepaling (artikel 8 tm. 13) van de Flora- en faunawet worden overtreden, als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan : -er wordt niet in het donker gevaren; -de standplaats van de Gevlekte of Rietorchis wordt nog vastgesteld en bij gebleken aanwezigheid afdoende beschermd tegen golfslag door voor de oever een wand of steenhoop op te richten. De heer Schenkeveld heeft bij de aanbieding van zijn rapport geadviseerd om medio/eind mei nogmaals onderzoek te doen of de Gevlekte of Rietorchis wel of niet in de Oude Haven voorkomt. 2 juni jl. heeft hij dat onderzoek, in aanwezigheid van o.a. de heer S. Wolf en mij uitgevoerd, waarbij geen Gevlekte of Rietorchis aangetroffen is. Het rapport van 21 april 2016 voldoet dus en behoeft geen aanvulling. -Uit het overleg van 2 juni gaven de heren Wolf en een buurtbewoner mij aan dat er onder bewoners veel onrust over de uitvoering van de plannen is. Uit het gesprek bleek ook dat het beeld dat leeft (aanleg jachthaven ten koste van de huidige voorzieningen op de kop van de Oude Haven) niet overeenkomt met het plan waarmee u 30 maart hebt ingestemd. Daarom heb ik besloten om de omwonenden van de Oude Haven nader in te lichten over de uitvoering van het plan. Op 21 juni wordt van 17.00-19.30 uur een informatiebijeenkomst gehouden in het Museum Hilversum waarin het plan aan omwonenden toegelicht wordt en vragen beantwoord kunnen worden. Brieven bewoners. De fractie van Groen Links heeft het onderwerp geagendeerd voor nadere bespreking in de commissie Economie en Bestuur, waarbij 3 brieven van bewoners aan het college (d.d. 3,5 en 8 april) als bijlage bijgevoegd zijn. Daarin wordt het college gevraagd uitgebreid in te gaan op de door de inwoners aangedragen zaken en de commissie gevraagd om zich daarover uit te spreken en zo mogelijk verbetervoorstellen aan te dragen. Het leek mij zinvol u de nu reeds beschikbare informatie te doen toekomen, voorafgaand aan de bespreking in de commissie van 29 juni a.s. Daartoe heb ik de door Groen Links aangedragen zaken beantwoord, dan wel van commentaar voorzien. (zie bijlage 1 met nota Groen Links voor de commissie en mijn beantwoording , cursief). Conclusie. Zoals ik aangegeven heb worden omwonenden 21 juni nader geïnformeerd over de uitvoering van het plan, waardoor we eventueel onjuiste beelden weg kunnen nemen, en daardoor ook mogelijke bezwaren tegen de (te verlenen) omgevingsvergunning kunnen voorkomen. Uitvoering van de werkzaamheden voor de zomervakantie is daardoor niet meer mogelijk. Het doel om voor het vaarseizoen de voorzieningen te realiseren wordt daar door niet behaald. Zoals boven aangegeven zijn er 2 opties om bestemmingsplan technisch de eerste fase te realiseren. De eerste heeft snelheid als voordeel, de tweede is een zekerder optie (geringere risico’s). Nu realisering voor het zomerseizoen niet meer mogelijk is, heb ik besloten de reguliere procedure voor wijziging van het bestemmingsplan te volgen. De aanvraag omgevingsvergunning zal worden ingetrokken en na wijziging van het bestemmingsplan weer worden ingediend.

Burgemeester van Hilversum,

P. Broertjes

VERVOLGBLAD

3

Bijlage 1. Bijlage bij voortgangsbericht “Openstelling Oude Haven” d.d. 6 juni 2016.

Nota voor de commissie Economie Fractie: Datum: Steller: Onderwerp:

GroenLinks 18 mei 2016 Jan Kastje Brieven bewoners over Oude Haven/aanleg vaarroute

Voor de raadsvergadering is zijn brieven van de heren Wolf en Boeyen over de aanleg van een jachthaven in de Oude Haven als ingekomen stuk, rubriek III geagendeerd. Op verzoek van de fractie van GroenLinks wordt deze voor de commissie Economie & Bestuur geagendeerd. In de gemeenteraadsvergadering van 30 maart 2016 is het voorstel voor de Recreatieve vaarroute Oude Haven besproken. Dit voorstel was helaas rechtstreeks geagendeerd voor de raad, dus zonder behandeling in de raadscommissie. Behandeling in de commissie was wijzer geweest, hier is snelheid verkozen boven zorgvuldigheid en dat is jammer. Reactie : De voorzitter van de commissie Economie&Bestuur van 16 maart 2016 heeft de leden van de commissie, i.v.m. uitlopen vorige agendapunten, de keus voor gehouden : extra vergadering inlassen voor niet besproken onderwerp of onderwerp zonder behandeling in de commissie rechtstreeks met debat agenderen voor de raadsvergadering. De commissie heeft het laatste besloten. Ook in de gemeenteraad van 30 maart zijn verschillende zorgen geuit die maar matig serieus zijn genomen. Zo gaf de heer Broertjes zelfs letterlijk aan dat hij het niet nodig vond, zo’n onderzoek vooraf naar de gevolgen voor flora en fauna. Een inhoudelijke onderbouwing waarom niet, hebben we niet gehoord. De Oude Haven is een mooi stadspark geworden met een waardevolle natuur en dat vraagt om zorgvuldige omgang daarmee. Ondertussen hebben zich allerlei inwoners rond de Oude Haven gemeld. Inwoners zijn anders dan ons eerder gemeld, niet tevoren geconsulteerd over het voorstel. Daarnaast hebben inwoners inhoudelijke punten die zouden moeten zijn betrokken bij het voorstel. Uit de brief van de heer Wolf en de brief van de heer Wolf samen met de heer van Boeyen namens het inwonerscomité Oude haven in (her)oprichting, blijken een aantal van deze punten. 1. Omwonenden/inwoners blijken niet te zijn geïnformeerd laat staan vóóraf geconsulteerd over de plannen. De raad heeft in een motie het college gevraagd onderzoek te doen naar de mogelijkheden van kleine recreatievaart van en naar de Oude Haven, met in achtneming van de natuurwaarden van het gebied. Bij dat onderzoek zijn 2 werkateliers gehouden : 1 met Wijdemeerse ondernemers en 1 met Hilversumse ondernemers en bewoners, waarvoor ca. 10 personen zijn uitgenodigd. I.o.m. de buurtcoördinator zijn naast de ondernemers van de Havenstraat/kop Oude Haven bewoners van de Mauritsstraat en de Taludweg benaderd. Ook de ondernemersvereniging en de ONS zijn benaderd, maar die gaven beiden aan niet meer actief te zijn en niet actief deel te willen nemen. Naast de ondernemers hebben toen 3 bewoners van de kop van de Taludweg en 2 van de Mauritsstraat deelgenomen. De emailgroep die aangehaakt was betrof 8 personen. Uit het overleg van 2 juni met o.a. de heren de heren Wolf en Boeyen bleek dat er onder bewoners veel onrust over de uitvoering van de plannen is. Uit het gesprek bleek ook dat het beeld dat leeft niet overeenkomt met het plan waarmee u 30 april hebt ingestemd. Op 21 juni wordt van 17.00-19.30 uur een informatiebijeenkomst gehouden in het Museum Hilversum waarin het plan aan omwonenden toegelicht wordt en vragen beantwoord kunnen worden. Na de vergunningverlening wordt voor de start van de uitvoering een huis-aan-huisbericht verspreid.

VERVOLGBLAD

4

2. Uit de brieven blijken een aantal zorgen, die ook niet in de behandeling door de raad zijn meegenomen, noch waar wij tevoren op zijn gewezen: - zorgen over de kindveiligheid in relatie tot het uitdiepen van de kop van de Oude haven De Oude Haven wordt niet uitgediept. Het peil van de onderwaterbodem is in kaart gebracht en er zijn geen waterdiepten minder dan 50 cm. gemeten. Gezien de hoogte van de drempel van de Zuidersluis is het niet mogelijk dat vaartuigen met een grotere diepgang de Oude Haven kunnen bereiken.

- zorgen over de gevolgen voor flora en fauna in de Oude haven, ook in relatie tot de timing van werkzaamheden i.v.m. het broedseizoen, daarnaast zijn de gevlekte orchis (zie ook bijgeleverde foto) en ijsvogel hier aangetroffen. In het kader van de voorbereiding van het plan is een ecologische scan uitgevoerd (bureau Schenkeveld, d.d. 21 april 2016), waaruit blijkt dat de voorgenomen maatregelen beperkt ecologische gevolgen hebben , en dat er geen algemene verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet worden overtreden, als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan : -niet in het donker varen; -de standplaats van de gevlekte of Rietorchis (die niet is aangetroffen) alsnog wordt vastgesteld en bij gebleken aanwezigheid afdoende beschermd moet worden tegen golfslag door voor de oever een wand of steenhoop op te richten. Dit rapport is, gezien zijn bezwaar tegen de omgevingsvergunning, ook aan de heer Wolf gestuurd. De heer Schenkeveld heeft geadviseerd om medio/eind mei nogmaals onderzoek te doen of de Gevlekte of Rietorchis wel of niet in de Oude Haven voorkomt. 2 juni jl. heeft hij dat onderzoek, in aanwezigheid van o.a. de heren S. Wolf,S. van Boeyen en mij uitgevoerd, waarbij geen Gevlekte of Rietorchis aangetroffen is. Het rapport van 21 april 2016 voldoet en behoeft geen aanvulling.

3. Daarnaast blijkt uit de brieven een paar andere zaken - is de voorgenomen activiteit passend binnen het bestemmingsplan? De aanleg van de steigers past niet in het bestemmingsplan. Onderzocht is of er via een binnenplanse of buitenplanse afwijking medewerking kan worden verleend aan de steigers. Conclusie daarvan is dat met toepassing van de reguliere procedure waarbij tijdelijk wordt afgeweken van het bestemmingsplan, het mogelijk is de steigers te vergunnen bij wijze van experiment en de vergunning later (binnen een periode van 10 jaar) mee te nemen, bijvoorbeeld bij de herziening van het bestemmingsplan, dan wel dat een reguliere procedure voor wijziging van het bestemmingsplan gevolgd wordt. - overlast, mede door een gebrek aan handhaving Uit de ecologische scan bleek dat honden schade veroorzaken aan de oever en dikwijls te water gaan., geadviseerd wordt om de uitrenmogelijkheden voor honden te beperken en een aanlijngebod in te stellen en te handhaven. Uit het werkatelier bleek dat de deelnemers aangaven dat ze verwachten dat de toevoeging van kleine recreatievaart in de Oude Haven de overlast op de kop van de Oude Haven (hangjongeren, etc.) juist zal verminderen. (andere activiteiten en ander publiek). - onaangekondigde werkzaamheden door de gemeente die door het waterschap zijn stil gelegd Waarschijnlijk wordt bedoeld de werkzaamheden eind 2015. Toen is, om de aankomst van Sinterklaas mogelijk te maken, het profiel van de bodem geëgaliseerd, waardoor het slib/zand van te ondiepe plaatsen verplaatst is naar de diepere gedeelten. Daarvoor was geen vergunning van het Waterschap nodig. Na klachten van bewoners, dat er gebaggerd werd, zijn de handhavers van Waternet ter plaatse geweest. De werkzaamheden zijn niet stil gelegd.

VERVOLGBLAD

5

- omwonenden die niet zijn geïnformeerd en geconsulteerd, dat lijkt de fractie GroenLinks niet zoals we met elkaar in Hilversum hebben afgesproken. Zie 1. Het agenderen van deze brief voor de raadscommissie biedt het college én de raad alsnog de mogelijkheid om over enkele inhoudelijke, financiële en procedurele argumenten rond het voorstel Oude haven te kunnen spreken met elkaar. En biedt eveneens inwoners de mogelijkheid om alsnog de gemeente hun gedachten mee te geven en ons daarover te verstaan. Bij de behandeling in de gemeenteraad van 30 maart heeft de fractie GroenLinks gewezen op het belang van gedegen flora en fauna onderzoek, vóóraf. De gevlekte orchis en de ijsvogel zijn aangetroffen in de Oude haven. De ene is een rode lijstersoort, de ander een Natura2000 soort. Gezien hoe de haven zich heeft nu ontwikkeld, zitten er mogelijk andere. Dat rechtvaardigt dat de plannen tevoren hadden moeten zijn getoetst op aanwezigheid en beschermingsmaatregelen in een gedegen flora en fauna onderzoek. Zie 2. Wij vragen het college uitgebreid in te gaan op de door de inwoners aangedragen zaken en de commissie om zich daarover uit te spreken en zo mogelijk verbetervoorstellen aan te dragen. De Oude haven verdient dat.

Oude Haven Hilversum

ecologische scan

colofon

21 april 2016 - tekst

dr. A.J.M. Schenkeveld

- productie

bureau Schenkeveld Visstraat 1, 4101 AC Culemborg Telefoon: 0345- 534245, E: 06-28307831 Email: [email protected]

- opdrachtgever

gemeente Hilversum

- contactpersoon

Jacqueline Greven, gemeente Hilversum

Oude Haven Hilversum – natuurtoets

Inhoudsopgave 1 2 3 4

Inleiding ..............................................................................................3 Methode..............................................................................................5 Gebiedsbeschrijving ...........................................................................5 Flora en fauna ....................................................................................7 Flora en vegetatie ............................................................................................... 7 Vogels ................................................................................................................. 8 Zoogdieren .......................................................................................................... 9 Vissen, amfibieën en reptielen ............................................................................ 9 Ongewervelde dieren .......................................................................................... 9 Conclusie ............................................................................................................ 9

5 Ingreep .............................................................................................10 Initiatief.............................................................................................................. 10 Effecten ............................................................................................................. 10

6 Conclusie..........................................................................................11 7 Bijlage...............................................................................................12

2

bureau Schenkeveld - Culemborg


1

Inleiding Initiatief Er bestaat het initiatief om de Oude Haven te Hilversum beter toegankelijk te maken voor boten. Nadat het Hilversums Kanaal was gegraven en de Nieuwe Haven ingericht, hield in 1938 het gebruik van de Gooise Vaart en Oude Haven als route en overslagplaats op te bestaan. Na jarenlange verwaarlozing zijn de beboste taluds en de oevers in 2001 AD opnieuw ingericht als wandelpark, natuurvriendelijke oever, speelweide en trapveld. Recentelijk is het idee geopperd ook het water een gebruiksfunctie te geven en wel als vaarroute tussen de Loosdrechtse Plassen en het centrum van Hilversum en als aanlegplek voor kleine boten. Ligging De nieuwe vaarroute begint vanaf de Zuidersluis in ‘s-Graveland. Boten schutten hier op van het Hilversums Kanaal naar de ’s-Gravelandse Vaart. Vanaf hier is er een vrije doorvaart naar de Oude Haven. Beperkingen zijn diepgang (plaatselijk niet meer dan 50 cm), breedte (plaatselijk niet meer dan 2,5 m) en hoogte (plaatselijk niet meer dan 1 m). Tenslotte vormt de bediening van de Zuidersluis zelf een probleem (alleen op aanvraag) en zijn er geen aanlegmogelijkheden en op het eindpunt, de Oude Haven beperkt. Om deze beperkingen weg te nemen zijn een aantal maatregelen nodig. In deze toets worden alleen de gevolgen van de maatregelen en het nieuwe gebruik langs het tracé in Hilversum zelf ecologisch beoordeeld. Dit tracé loopt van de Stenenbrug tot aan de Havenstraat en is aangegeven in figuur 1.

figuur 1: nieuwe vaarroute in Hilversum Planologisch kader In het vigerend bestemmingsplan (Herziening Noordwestelijk Villagebied, 2010) heeft de Oude Haven de medebestemming ‘Natuurwaarden’. Hierbinnen is een aanlegvergunning nodig voor o.a. de aantasting van wateren en waterlopen door herprofileren (artikel 7, lid 1, sub k). De gemeente Hilversum ziet de aanleg van de steigers en het nieuwe gebruik ook als ruimtelijke ingreep en wil dat deze getoetst wordt aan de Flora- en faunawet (F&f-wet), de Natuurbeschermingswet en overig relevant natuurbeleid. Voor de gemeente is het belangrijk dat het initiatief geen natuurschade oplevert. Flora- en faunawet De Flora- en faunawet regelt sedert 2002 de bescherming van een groot aantal planten- en diersoorten. Bij een ruimtelijke ingreep moet voor handelingen die strijdig zijn met de verbodsbepalingen betreffende planten op hun groeiplaats of dieren in hun natuurlijke leefomgeving bij de gemeente een vergunning worden aangevraagd. Deze vergunning is onderdeel van de omgevingsvergunning. De onderzoeksplicht rust bij de initiatiefnemer. Als uit het onderzoek blijkt dat er schade optreedt moet de gemeente om de vergunning te kunnen verlenen een verklaring van geen bedenkingen (Vvgb) bij het ministerie EZ ophalen. Er worden 3 categorieën van bescherming (en daarmee toetsingskader) onderscheiden: streng beschermd – beschermd - algemeen. Om vergunning te krijgen in het geval van streng beschermde soorten zal de initiatiefnemer moeten aantonen dat er geen alternatief is en er sprake is van dwingende redenen van groot openbaar belang.

3



Natuurbeschermingswet Sedert de Natuurschoonwet 1928 zijn gebieden aangewezen ter bescherming van de daar aanwezige natuur. Recentelijk zijn als uitvloeisel van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn zogenaamde Speciale Beschermingszones (SBZ) onderscheiden. Deze gebieden vormen samen het Nederlandse deel van Natura 2000, het Europese netwerk van natuurgebieden. De Europese richtlijnen bepalen dat van elk project of plan dat niet direct verband houdt of nodig is voor het beheer van een SBZ, maar afzonderlijk of in combinatie met andere plannen of projecten significante gevolgen kan hebben voor zo’n gebied een ‘passende’ beoordeling moet worden gemaakt rekening houdend met de instandhoudingsdoelstelling van het hele gebied. Het is de gewoonte om voorafgaand aan deze uitgebreide beoordeling te onderzoeken of er met betrekking tot het initiatief überhaupt broeden wintervogels, andere planten-, diersoorten en habitattypen, waarvoor de SBZ is bedoeld in het geding zijn. Dit verslag is de weergave van een dergelijk verkennend onderzoek ook wel quick scan of voortoets genoemd. Een dergelijke voortoets wordt ook uitgevoerd voor projecten, die buiten de eigenlijke begrenzing liggen, maar wier effecten zich mogelijk wel doen gelden op de verderop gelegen natuurwaarden (‘externe werking’). N.b.

De Europese richtlijnen en de bescherming van de speciale beschermingszones zijn opgenomen in de Natuurbeschermingswet. Deze is sedert oktober 2005 van kracht. Plannen, die van invloed zijn op de natuurlijke gesteldheid van een beschermd natuurmonument zijn vergunningplichtig. Ook de oude beschermde gebieden vallen onder dit nieuwe regiem.

EHS of NNN Inmiddels is ook de begrenzing van de Ecologische Hoofdstructuur van Nederland (EHS) zo goed als afgerond. Na de herijking in 2011 en de naamsverandering in 2014 in Natuurnetwerk Nederland (NNN) ligt het in de bedoeling alle begrensde kavels voor 2027 te verwerven en in te richten en te beheren als beschermd natuurgebied. De verwerving gebeurt vooralsnog op vrijwillige basis. Voor gebieden in de EHS geldt het nee, tenzij...principe. Ingrepen hierin kunnen alleen doorgang vinden, als er geen alternatieven zijn en het initiatief van groot openbaar belang is. Het nee, tenzij-beleid is een getrapte benadering. De basis voor deze stappenbenadering is een goede beschrijving van de in het gebied voorkomende wezenlijke kenmerken en waarden. Uit onderzoek moet vervolgens blijken of deze wezenlijke waarden en kenmerken significante schade ondervinden door de ingreep.

figuur 2: begrenzing NNN en Natura 2000 rond plangebied (rode cirkel) De Gooise Vaart en de Oude Haven en oeverlanden zijn geen onderdeel van Natura 2000 of de ecologische hoofdstructuur van Nederland (EHS/NNN). De dichtstbijzijnde beschermde natuur is het natuurgebied Kortenhoefse Plassen, onderdeel van het Natura 2000-gebied Oostelijke Vechtplassen direct ten westen van de Emmaweg op ca. 50 m van het begin van de Gooise Vaart in ’s-Graveland. Het gebied ten noorden van de Beresteinseweg langs de Gooise Vaart is als Kruiden- en faunarijk grasland en binnen de gemeentegrenzen van Hilversum als Kruiden- en faunarijke akker en Dennen-, eiken- en beukenbos onderdeel van het NNN. Deze houtopstand is onderdeel van het Corversbos van Natuurmonumenten en ligt direct achter de bebouwing aan de Beresteinseweg. De houtwal tussen de Beresteinseweg en de natuurakker meer naar het westen maar nog voor de Stenenbrug is geen onderdeel van het NNN.

4



figuur 3: natuur- en landschapstypen met legenda (Natuurbeheerplan Noord-Holland, 2016) Probleemstelling In deze notitie wordt onderzocht in hoeverre de inrichting en het gebruik van de Gooise Vaart en de Oude Haven in Hilversum als vaarroute voor kleine boten natuurschade oplevert en/of in strijd is met de verbodsbepalingen van de F&f-wet en of er dientengevolge ontheffing (ex artikel 75 van de F&f-wet) van de verbodsbepalingen of een Vvgb (volgens de WABO) voor de omgevingsvergunning (handelingen met gevolgen voor beschermde planten en dieren) moet worden aangevraagd. Toetsing aan de Natuurbeschermingswet (2005) en (voor de EHS) aan de Provinciale Ruimtelijke Verordening 2014 is misschien ook relevant, omdat het dichtstbijzijnde Natura 2000-gebied respectievelijk bestaande en nieuwe natuur binnen de begrenzing van de EHS of NNN dichtbij liggen (< 50 m). Tenslotte wil de gemeente verhinderen dat er überhaupt natuurschade optreedt en de eventuele ecologische randvoorwaarden, die hiervoor nodig zijn, opnemen in de uitwerking van de plannen en wel als onderdeel van de omgevingsvergunning.

2

Methode Op 12 april 2016 is het terrein bezocht om alle beschermde planten en dieren, die het plangebied en directe omgeving bewonen en gebruiken te inventariseren. Daarnaast is in de literatuur en via internet gezocht naar gegevens over de verspreiding van bijzondere soorten in de (wijde) omgeving.

3

Gebiedsbeschrijving De Gooise Vaart is gegraven in de zeventiende eeuw vlak na de aanleg van de ’s-Gravelandse landgoederen, maar pas in de negentiende eeuw helemaal doorgetrokken tot de Havenstraat. In 1938 verloor de Oude Haven zijn functie als overslagplaats van goederen. Het steile talud groeide dicht, de waterloop verzandde. In 2001 is het gebied heringericht. De beplanting op het talud is uitgedund en weer aangevuld. Op de kop van de Oude Haven is een stadspark aangelegd met trapveld, ligweide, skatebaan en een amfitheater rond het water. Later is ook de direct aangrenzende zand- en zoutbunker van Dudok opgeknapt. Het gebouw heeft toen een functie als winkel- en horecagelegenheid gekregen. Stadspark en horecagelegenheid worden druk bezocht. Aan de noordzijde van het water aan de voet van het steile talud is soms met ijzeren plankiers over het water zelf een doorgaande wandelroute gecreëerd. De noordelijke oever is ook natuurvriendelijk ingericht met een flauwe oever, plasberm en vegetatiematten. In de oude zwaaikom is een eiland gemaakt, die ook is ingeplant. Het wandelpad loopt tot net voorbij de kruising met de Loosdrechtseweg. Tussen de Loosdrechtseweg en de Gijsbrecht van Amstelweg zijn de oevers stenig en is het water smal. Langs de Gooise Vaart is ter hoogte van het bedrijventerrein Havenkwartier juist aan de zuidkant een wandelpad aangelegd en zijn de oevers natuurvriendelijk ingericht. Vlakbij de Stenenbrug liggen een aantal woonboten met terrasvlonders in het water. De hoogte van het oorspronkelijk maaiveld loopt vanaf de Stenenbrug naar de Havenstraat op van ca. 0,5 naar 8,5 m NAP, maar bereikt ter hoogte van het eiland in de Couperusweg en Taludweg zijn grootste hoogte, ca. 14,2 m NAP. Het waterpeil van de Oude Haven/Gooise Vaart/’s-Gravelandse Vaart bedraagt -0,2 m NAP. Er is niet of nauwelijks kwel aan de oevers van het water van de Oude Haven/Gooise

5



Vaart/’s-Gravelandse Vaart. Het grondwater wordt afgevangen door de Nieuwe Haven. Het peil hiervan is 1 m lager. De Oude Haven is tot 16 m diep uitgegraven in de grofzandige (met grind en plaatselijk leem) stuwwal. Ten westen van de Gijsbrecht van Amstelweg gaat de stuwwal over in de grofzandige smeltwaterwaaier. Beide zijn in het Saalien gevormd. Dit is de een na laatste ijstijd in het Pleistoceen. In de laatste ijstijd, het Weichselien, is over de flauw hellende sandr (smeltwaterwaaier) een dun pakket (< 2 m dik) dekzand afgezet.

De Oude Haven als ravijn

plankiers onder de Loosdrechtseweg

wandelroute ter hoogte van het eiland

stadspark met zout- en zandbunker bij de Havenstraat

Gooise Vaart tussen Corverbos en Havenkwartier

overgang van Oude Haven naar Loswal

6



4

Flora en fauna Flora en vegetatie Bijlage 1 geeft een alfabetische opsomming van alle in het gebied aangetroffen minder algemene en karakteristieke plantensoorten met in de daaropvolgende kolommen of ze een beschermde status hebben (1-3), of ze op de nationale lijst van bedreigde soorten staan (EB, BE,KW,GE), hun natuurwaarde (1-100), hun voorkomen in Nederland (UFK_90 = uurhokfrequentieklasse in 1990,1-9) , hun preferente ecotoop (ectp1, ectp2 en ectp3) en de habitat (grazige vegetatie, oever, straat/muur, talud met houtachtige vegetatie, zoomvegetatie), waarin ze zijn aangetroffen. In de bijlage zijn alleen de soorten met enige natuurwaarde (≥ 3) opgenomen. Dit zijn de zogenaamde aandachtsoorten. Op veel plaatsen bepalen ruderale of competitieve soorten, meestal storingsindicatoren, het aspect van de vegetatie. Hiervan is de natuurwaarde nul of negatief. Ze zijn meestal weinig karakteristiek, hebben een zeer algemeen voorkomen (UFK = 9) en staan daarom niet op de lijst. Er zijn vier wettelijk beschermde plantensoorten in de zin van de Flora- en Faunawet aangetroffen. Dat betreft drie algemeen beschermde (tabel 1) soorten, t.w. Dotterbloem, Gewone vogelmelk en Kleine maagdenpalm en een (tabel 2) beschermde soort, t.w. Daslook. Al deze planten zijn adventief, d.w.z. dat ze ooit, maar waarschijnlijk bij de herinrichting van 2001 als zaad of plant zijn ingebracht. Er is tijdens deze inventarisatie ook rode-lijstsoorten (2004) waargenomen. Rode-lijstsoorten zijn soorten, waarvan het voorkomen in Nederland achteruitgaat. Hun voortbestaan is bedreigd. Deze hebben daarom een natuurwaarde van nationaal niveau. In dit geval betreft het Hangende zegge en Gele kornoelje, beide categorie gevoelig. Ook deze twee soorten zijn adventief. Ook zeldzame soorten (UFK90 ≤ 4) zijn van nationaal belang. Dit betreft hier de eerder genoemde Daslook, Hangende zegge en Gele kornoelje en verder Beemdooievaarsbek, Donkere ooievaarsbek, Overblijvende ossentong, Kerspruim, Prachtframboos, Winterlinde en Taxus. Ook deze soorten zijn adventief, hoewel sommige hiervan aangeduid kunnen worden als stinzenplant, vermoedelijk al veel langer geleden ingebracht, verwilderd en zich handhavend. Er zijn verder nog verschillende plantensoorten met een natuurwaarde van regionaal niveau (natuurwaarde ≥ 10) aangetroffen. Dat zijn buiten de eerder genoemde Bosanemoon, IJle zegge, Lievevrouwebedstro, Muurleeuwenbek, Wilde hyacint, Wintereik, Bosbies, Beekpunge. Hiervan is alleen IJle zegge en Muurleeuwenbek echt wild (= niet ingebracht door mensen). IJle zegge staat aan de oever ter hoogte van de Oude loswal, Muurleeuwenbek groeit hier tussen de stenen. De houtachtige vegetatie op de steile taluds is bijzonder soortenrijk. De meeste hiervan zijn kenmerkend voor bossen en struwelen op vochtige, voedselarme, zwak zure of basische bodem (H42 en H43). De vegetatie heeft kenmerken van het Eiken-Haagbeukenbos subassociatie met Daslook (43 Ab1d), maar is 1 onvolledig ontwikkeld . Verder zijn een aantal kensoorten zoals Haagbeuk, Winterlinde, Zoete kers, Mannetjesvaren, Lievevrouwebedstro en Maagdenpalm niet spontaan gevestigd. Dit bostype wordt in Nederland alleen aan de voet van kalkhellingen in Zuid-Limburg op colluvium aangetroffen. De op het zuiden geëxponeerde helling van de Oude Haven heeft ook nogal last van erosie. Aan de randen en ook tussen de beplanting met name ter hoogte van de Gooise Vaart moet de vegetatie gerekend worden tot de Zevenblad-associatie (33Aa05) met soorten zoals Dagkoekoeksbloem, Fluitenkruid, Geel nagelkruid, Grote brandnetel, Hondsdraf, Kleefkruid, Klimopereprijs, Look-zonder-look, Ridderzuring, Robertskruid, Speenkruid, Stinkende gouwe en de naamgevende Zevenblad. De meeste oeverplanten zijn karakteristiek voor grasland of ruigte op natte, matig voedselrijke bodem (G27 en R27). De oevervegetatie zelf moet gerekend worden tot het verbond van Harig wilgenroosje (32Ba). Grote brandnetel, Harig wilgenroosje, Riet, Liesgras, Haagwinde, Kleefkruid bepalen het aspect. Minder algemene soorten als Beekpunge, Bosbies, Dotterbloem en Moerasspirea zijn ingebracht met vegetatiematten. De oeverzone wordt druk belopen door honden. 2 In 2015 is in de oever ook Gevlekte orchis waargenomen . Het is niet duidelijk precies waar en de soort is d.d. 12 april ook niet aangetroffen. Vermoedelijk gaat het om de eveneens beschermde (tabel 2) maar minder zeldzame en niet-bedreigde Rietorchis. Voorgesteld wordt hier eind mei nog een keer i.s.m. Sjors Wolf naar te zoeken De grazige vegetatie van de speelweide eilanden is soortenarm. Het vegetatietype betreft de Rompgemeenschap van Ruw beemdgras en Engels raaigras (12RG1) Naast genoemde soorten zijn o.a. Brunel, Gestreepte witbol, Gewoon dikkopmos, Fioringras, Kruipende boterbloem, Kraailook, Krulzuring, 1 2

Schaminee, J. e.a., 1995-1999: De vegetatie van Nederland, deel !-V; Opulus Press, Leiden interview met Sjors Wolf in de Gooi- en Eemlander d.d. 7 april 2016.

7



Kluwenzuring, Madelief, Paardenbloem, Rood zwenkgras, Smalle weegbree, Vogelmuur, Witte klaver karakteristiek. Er waren d.d. 12 april 2016 geen waterplanten anders dan wieren zichtbaar. Het water was wel mooi helder.

oevervegetatie met Dotterbloem, Braam, Scherpe zegge

en met Gele lis, Oeverzegge, Japanse duizendknoop

bosvegetatie met Prachtframboos

en Daslook, Speenkruid, Hulst en Geel nagelkruid.

Vogels Tijdens het veldbezoek zijn de volgende vogelsoorten gehoord of gezien: Blauwe reiger, Ekster, Fitis, Gaai, Grote bonte specht, Heggenmus, Houtduif, Huismus, Kauw, Koolmees, Meerkoet, Merel, Pimpelmees, Roodborst, Soepeend, Spreeuw, Tjiftjaf, Turkse tortel, Vink, Waterhoen, Wilde eend, Zwarte kraai. De meeste van deze vogels hebben een nest in het plangebied, vooral in de bomen. De enig broedvogels van de oeverzone zijn Meerkoet, Waterhoen en Soepeend. Deze zijn weinig gevoelig voor verstoring. Alle vogels zijn op het nest met eieren of jongen streng beschermd. Van de waargenomen soorten zijn van Blauwe reiger (categorie 5), Ekster (categorie 5), Grote bonte specht (categorie 5), Huismus (categorie 2), Koolmees (categorie 5), Pimpelmees (categorie 5) Spreeuw (categorie 5) en Zwarte kraai (categorie 5) de nesten zelfs jaarrond beschermd. Overigens wordt van categorie 5-soorten verondersteld, dat exemplaren weliswaar vaak terugkeren naar het oude nest, maar dat ze ook over voldoende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. Van deze soorten broeden alleen Ekster, Grote bonte specht, Koolmees, Pimpelmees in de bomen van het beboste talud, beide meessoorten vooral in de opgehangen nestkasten. IJsvogel is een regelmatige bezoeker van de Oude Haven (zie www.waarneming.nl). Deze vist vanaf de overhangende takken. Een andere minder algemene watervogel is Grote gele kwikstaart. Deze foerageert graag op de door honden open gehouden modderige waterkant (zie foto hierboven).

8



Blauwe reiger in Boswilg boven water

Meerkoet op nest in oever Gooise Vaart

Zoogdieren Er zijn in het plangebied zelf alleen sporen van Bruine rat gezien. Deze soort is niet beschermd. Er zijn van het plangebied, t.w. de Oude Haven en omringend bos, waarnemingen van Gewone 3 dwergvleermuis, Laatvlieger en Watervleermuis bekend . Vleermuizen zijn streng beschermd (tabel 3). Gewone dwergvleermuis en Laatvlieger zijn gebouwbewonend. Ze hebben kraamkolonies op zolders, in spouwmuren en achter boeiborden. Ze verblijven soms tijdelijk achter luiken en onder scheef liggende pannen. Watervleermuis is boombewonend. De meeste bomen in het plangebied zijn nog relatief jong, maar de dikkere hebben wel al gaten en spleten. Er zijn geen verblijfplaatsen bekend. Het plangebied is wel (belangrijk) foerageergebied. Het water, de bosstroken met de mantel/zoomvegetatie bieden voedsel, beschutting en geleiding. Vissen, amfibieën en reptielen Het water is d.d. 12 april 2016 met een groot schepnet afgezocht. Er zijn alleen enkele exemplaren Bastaardkikker gehoord tussen het Liesgras van de natuurvriendelijke oever van de Gooise Vaart ter hoogte van Beresteinseweg 40. Er zijn verder geen amfibieën gevangen of gezien. De afgelopen 10 jaar zijn er in de Oude Haven ook geen waarnemingen van algemene soorten, die je hier mag verwachten als Gewone pad en Bruine kikker gedaan. Een en ander is wel wonderlijk. Vissen? Ongewervelde dieren D.d. 12 april 2016 zijn alleen Aardhommel, Bont zandoogje, Citroenvlinder en Oranjetipje gezien. Van het waarnemingsgebied Oude Haven zijn veel dagvlinder- en libellensoorten bekend. De meeste hiervan zijn algemeen. Minder algemene soorten betreffen de dagvlindersoort Eikenpage en de bedreigde libellensoorten Bruine korenbout, Bruine winterjuffer en Glassnijder. Conclusie Het bos en de oeverlanden van de Oude Haven en in mindere mate de Gooise Vaart hebben een grote natuurwaarde zeker voor stedelijk gebied. De vegetatie is divers en herbergt naast veel storingsindicatoren ook zeldzame, bedreigde en beschermde plantensoorten. De meeste hiervan zoals Bosanemoon, Daslook, Dotterbloem, Gele kornoelje, Hangende zegge zijn overigens 15 jaar geleden bij de herinrichting ingebracht, maar kunnen zich goed handhaven. Ook de insectenfauna is heel divers. Vooral de libellensamenstelling is bijzonder met enkele rodelijstsoorten, t.w. Bruine korenbout, Bruine winterjuffer en Glassnijder. Bijzondere grotere diersoorten, die het gebied niet bewonen maar wel bezoeken om te foerageren zijn Watervleermuis, Grote gele kwikstaart en IJsvogel.

3

www.waarneming.nl

9



5

Ingreep Initiatief De ruimtelijke ingreep betreft de aanleg van twee steigers in de kom van de Oude Haven bij de Havenstraat (zie figuur 4) . 0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Vervangen bestaand steigerdek door Angelim Vermello, 138x34mm voorzien van antislip

83,94

31,11

Aanlegsteiger 1 A

16ft

16ft

21ft

21ft

16ft

16ft

21ft

16ft

16ft

21ft

16ft

21ft

16ft

16ft

21ft

16ft

1, 93

21ft

A

n e l a ep d l i h c s e og i mb a ac n a i z e o l C 0m 5 , g4 n a 0 mm l 3 1 / 0 2 d1 n o ,r g n i t me Af

C

C

B

B

2 r e g i e t s g e l n a A

43 1,

00 7,

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

t 21f

43 8,

2 4 , 0

0 0 , 3 5

gas

udweg Tal

25

27

29

21

23

15

17

19

11

9

13

figuur 4: twee nieuwe aanlegsteigers in de Oude Haven Situatie 1:500

De noordelijke aanlegsteiger is direct gekoppeld aan de stalen damwand en is bedoeld voor passanten, die een dagtocht maken naar Hilversum. Er is plaats voor zeventien boten. De zuidelijke steiger staat los van de oever. De boten liggen hier met de neus naar de steiger zelf afgemeerd. Het betreft hier dertien vaste ligplaatsen voor kleine boten (5 tot 8 m lang, 2 tot 3 m breed en 30 tot 70 cm hoog) met een lichte (elektro)motor (tot 5 pk?). In eerste instantie is dat naast het wegnemen van de vlonders van de woonboten bij de Stenenbrug de enige maatregel, die het hergebruik van de haven mogelijk moet maken. Voorlopig worden 800 vaarbewegingen (heen en weer) tussen de Stenenbrug en de Havenstraat of vice versa verwacht. Op drukke dagen betekent dit dat tweemaal veertig boten de brug van de Loosdrechtseweg passeren. Gelijk aan detail B - B, enig verschil:

Steigerdek, Angelim Vermello, dikte 34 mm v.v. antislip

Verlichting spot aan paal

Paal 100 x 100 mm, ca 50 mm verlengd. H.o.h. 3960 mm

Open ruimte

mm

Doorlopende balken, 170 x 50 mm

Paal, 200 x 100 mm, h.o.h. 1980 mm

0. 5

Ligger, 140 x 50 mm

Waterlijn (indicatief)




Effecten De belangrijkste ecologische gevolgen van het initiatief hangen samen met de aanleg van de steigers zelf (1), het gebruik van de haven (2) en de vaarbewegingen (3). Ad 1)

Bij de aanleg van de steigers zullen ca. 100 houten (?) palen van 2 m lang de waterbodem ingedrukt worden. Hieraan en –op zullen de dwarsliggers en het dek bevestigd worden. Hierbij zullen geen beschermde plantensoorten worden vernietigd of beschermde diersoorten worden gedood of verstoord. Deze zijn hier niet vastgesteld. In en aan de oevers van de havenkom broeden ook geen vogels zoals Wilde eend of Meerkoet. Tijdens de bouw treedt door lawaai, bouwlampen en het verspreiden van vervuilende stoffen B -omgeving B Doorsnede C - C verstoring van de Doorsnede natuur in de op. De omvang hiervan is beperkt (in zwaarte en tijd) en Alternatief reikt niet tot de beschermde natuurgebieden in de omgeving. Bodemlijn (indicatief)

Bodemlijn (indicatief)

1.43

Ad 2)

0,42

Schaal 1:20 Door het gebruik alsSchaal haven 1:20 zal de hoeveelheid verstoring door licht, geluid en bewegingen in de havenkom/stadspark Oude Haven toenemen. Deze lichte toename heeft in een stedelijke omgeving, het stadspark Oude Haven in het bijzonder geen betekenis. Het huidig jaarlijks bezoekersaantal wordt geschat op meer dan 80.000 (200/dag). De toename van het aantal Voorbereiding en Uitvoering bezoekers bedraagt dan 1 tot 2 %. Dit geeft dus nauwelijks extra verstoring en heeft geen betekenis voor de natuur in het gebied rond de havenkom. 16ft sloep: 5,10m x 2,00m x 0,30m

16ft

21ft

21ft sloep: 6,50m x 2,40m x 0,60m

Openbare Ruimte

25ft sloep: 7,80m x 2,80m x 0,65m

25ft

GEMEENTE HILVERSUM

DUDOKPARK 1 1217 JE HILVERSUM - POSTBUS 9900 1201 GM HILVERSUM

PROJECT:

Ad 3)

10

Oude Haven, aanlegsteigers

Het gebruik van de wandelroute tussen het stadspark en de Loosdrechtseweg en verder door naar de Stenenbrug is extensiever dan van het stadspark, maar ook hier wandelen per dag toch

msu

11-4-2016

SITUERING:

Zijde Havenstraat

TEK.NR.:

1605.30

BLADNR.:

1 VAN 1

ONDERWERP:

Vergunning

FORMAAT:

A 1

CATEGORIE:

Aanvraag

SCHAAL:

1 : 500 / 20

GETEKEND:

M. Schurink

INITIALEN Tekenaar:

DATUM:

UITGIFTE:

MSU

11-04-2016

WIJZ. 1

-

-

WIJZ. 2

-

-

WIJZ. 3

-

-

AKKOORD CHEF :


G:\DS\IB\Projecten\2016\1605\CAD\plot-1605-30_vergunning_1-500.dgn Default


zeker meer dan honderd mensen meestal met hond. De honden belopen ook de oever en gaan dikwijls te water. Er broeden dan ook alleen watervogels op een enkele door bramen of riet afgeschermd stuk. De boten betekenen extra verstoring, maar ook hier is het cumulatief effect beperkt. De dieren zijn overdag al veel verstoring gewend. Uitgangspunt is dat er niet in het donker wordt gevaren, omdat er dan meer verstoringsgevoelige dieren zoals de streng beschermde Watervleermuis in het plangebied aanwezig zijn. Een ander aspect is de golfslag. Verwacht wordt dat de boten langzaam varen. Officieel geldt een maximumsnelheid van 20 km/uur, maar de boten zullen zelden sneller dan 10 km/uur gaan. De hierdoor veroorzaakte golfslag wordt ingeschat op maximaal 30 cm (hoger en lager). De meeste oeverplanten zoals Dotterbloem en Hangende zegge en ook drijvende nesten van Meerkoet kunnen dit wel aan. De eventueel aanwezige Gevlekte of Rietorchis is kwetsbaarder en ook strenger beschermd. Het is daarom belangrijk dat de standplaats wordt vastgesteld. Hiervoor zijn nog 1 of 2 onderzoekrondes in de periode 15 mei tot 15 juni 2016 nodig. Als deze soort inderdaad aanwezig blijkt kan worden vastgesteld in hoeverre mitigerende maatregelen gewenst zijn. Als de standplaats voldoende beschermd is, is het niet nodig ontheffing of vergunning aan te vragen. Bovengenoemde gevolgen worden hieronder alleen aan de Flora- en faunawet getoetst. Omdat de kwetsbare natuur onderdeel van Natura 2000 en/of NNN niet beïnvloed wordt, hoeft het initiatief niet getoetst te worden aan de bepalingen in de Natuurbeschermingswet of de Provinciale Ruimtelijke Verordening Noord-Holland (2014). Flora –en faunawet Als aan de hierboven genoemde randvoorwaarden wordt voldaan, worden er door de ingreep niet aantoonbaar verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet overtreden. Deze randvoorwaarden worden hieronder nog een keer samengevat. Ook worden vanuit de eveneens in de Flora- en faunawet opgenomen zorgplicht en de wens van de gemeente ook geen andere natuurschade te veroorzaken of juist natuurwinst te halen enkele aanbevelingen gedaan.

6

Conclusie De aanleg van de havenfaciliteiten, het varen van en naar de nieuwe haven over Hilversums’ grondgebied, het aanmeren zelf en het korte verblijf in het stadspark Oude Haven hebben beperkt ecologische gevolgen. Er zullen bij de aanlegwerkzaamheden, het gebruik als haven en het varen zelf geen algemene verbodsbepalingen (artikel 8 t.m.13) van de Flora- en faunawet worden overtreden, als aan onderstaande voorwaarde wordt voldaan: - De standplaats van Gevlekte of Rietorchis wordt nog vastgesteld en bij gebleken aanwezigheid afdoende beschermd tegen golfslag door voor de oever een wand of steenhoop op te richten. - Er wordt niet in het donker gevaren. Verder wordt aanbevolen: - Een maximale vaarsnelheid van 10 km/uur in te stellen. - Het gebruik van elektrische motoren te stimuleren. - De uitrenmogelijkheid voor honden te beperken tot het oostelijk deel van de Oude Haven en vanaf de brug over de Oude Haven naar het westen een aanlijngebod in te stellen. Een en ander kan nog afhankelijk gesteld worden van de eventuele groeiplaats van de orchidee. - Alleen rond de haven zelf verlichting aan te brengen. - De lampen naar boven af te schermen. - In het rustiger westelijk deel van de Oude Haven op de zuidelijke oever of op de zuidelijke oever van het eiland een eenvoudige ijsvogelwand op te richten. Hoe die aan te leggen is goed 4 verwoord in een brochure van Landschap Noord-Holland .

4

https://www.knnv.nl/sites/www.knnv.nl/files/IJsvogelwanden%20brochure%20LNH,%20auteur%20Jelle%20Harder_0.pdf

11



7

Bijlage Bijlage 1: bijzondere en karakteristieke vaatplantensoorten van de Oude Haven en de Gooise Vaart te Hilversum d.d. 12 april 2016 Soort nr. Wetenschappelijke naam 34 56 60 119 140 2338 212 250 258 270 362 1422 355 366 741 1140 419 421 480 489 513 526 110 572 573 576 579 598 1151 658 736 763 813 837 896 1871 956 981 1017 1018 1841 1019 1021 1036 530 1071 5133 1099

12

Allium ursinum Anemone nemorosa Angelica sylvestris Athyrium filix-femina Betula pendula Caltha palustris Carex acutiformis Carex pendula Carex remota Carpinus betulus Ceratocapnos claviculata Cornus mas Cornus sanguinea Corylus avellana Cymbalaria muralis Cytisus scoparius Dryopteris dilatata Dryopteris filix-mas Erodium cicutarium cicutarium Euonymus europaeus Fagus sylvatica Filipendula ulmaria Galium oderatum Geranium phaeum Geranium pratense Geranium robertianum Geum urbanum Hedera helix Hyacinthoides non-scripta Ilex aquifolium Ligustrum vulgare Lotus pedunculatus Mentha aquatica Muscari botryoides Ornithogalum umbellatum Pentaglottis sempervirens Poa nemoralis Populus x canescens Prunella vulgaris Prunus avium Prunus cerasifera Prunus padus Prunus spinosa Quercus petraea Rhamnus frangula Ribes rubrum Rubus spectabilis Rumex hydrolapathum

Nederlandse naam Daslook Bosanemoon Gewone engelwortel Wijfjesvaren Ruwe berk Dotterbloem Moeraszegge Hangende zegge IJle zegge Haagbeuk Rankende helmbloem Gele kornoelje Rode kornoelje Hazelaar Muurleeuwenbek Brem Brede stekelvaren Mannetjesvaren Gewone reigersbek Wilde kardinaalsmuts Beuk Moerasspirea Lievevrouwebedstro Donkere ooievaarsbek Beemdooievaarsbek Robertskruid Geel nagelkruid Klimop Wilde hyacint Hulst Wilde liguster Moerasrolklaver Watermunt Blauwe druifjes Gewone vogelmelk Overblijvende ossentong Schaduwgras Grauwe abeel Gewone brunel Zoete kers Kerspruim Vogelkers Sleedoorn Wintereik Sporkehout Aalbes Prachtframboos Waterzuring

F&fwet

Rd lst Natwrd UFK90

2

1 GE

GE

1

20 15 3 8 4 15 3 40 10 5 4 10 4 4 18 6 4 6 3 4 6 4 15 15 16 5 8 4 20 6 5 6 3 8 5 8 4 4 4 3 5 2 3 12 6 5 5 4

4 7 9 8 8 8 8 2 7 7 7 1 7 8 6 8 7 8 7 7 8 8 5 3 4 8 8 8 5 7 7 9 9 4 8 3 7 6 9 7 2 8 8 6 8 8 3 9

Ectp1 Ectp2 Ectp3 Habitat H43 H42 R27 H42 H41 G27 R27 H22 H27 H43 H21 H43 H42 H42 P40m H61 H21 H42 P67 H63 H42 G27 H43 H47 G47k H47 H43 H42 H42 H42 H63 G27 G23 G47 G47 H47 H62 H62 G47 H42 H47 H42 H42 H42 H21 H27 H47 V17

H47 R47 H47 H42 H28 H27

H47 H41 H47 H47 H43 H62 H22 H43 G67 H43 R27 H47

H69 H47 H47 H47

G27

H27 H47

H61

H47

H27 H47

H47 H27

H63

bG20

H47 H69 H63

H69

H43

H47

H47 H43 H62 H22 H28

H47 H41 H42

V18


t t o t t o o o o t t t t t s z t t s t t o t z z t t t t t t o o t t t t t g t t t t t t t t o


1134 1160 2358 2290 1227 1267 1258 1333 1349 1367 1377

Sambucus racemosa Scirpus sylvaticus Sedum telephium Senecio jacobaea Sorbus aucuparia Taxus baccata Tilia cordata Valeriana officinalis Veronica beccapunga Viburnum opulus Vinca minor

Trosvlier Bosbies Hemelsleutel Jakobskruiskruid s.l. Wilde lijsterbes Taxus Winterlinde Echte valeriaan Beekpunge Gelderse roos Kleine maagdenpalm

1

6 15 4 3 4 14 7 3 10 3 15

6 6 7 8 9 4 4 9 7 8 5

H62 G27 G47 P47k H22 H41 H43 R27 P27 H27 H43

H69 R27 H47 P63 H27 H42 H47 R28 P28 H47 H47

H27 P67 H41 H47 H27

t o t s t t t o o t t

g = grasland o = oever s = straat t = houtig talud z = zoom

13


Aan de leden van de gemeenteraad Hilversum en fractiemedewerkers. J. van Roekel. Geachte leden van de raad,

Recommend Documents