Verslag
Vergadering van
De Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie Vergaderdatum
Kenmerk
23 juni 2010
SC MKE
Status verslag
Concept Verslaglegging door
Telefoonnummer
De heer L. Janssen (Notuleerservice Nederland)
070 – 4416494
Verslag van de vergadering van de Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie, gehouden op 23 juni 2010 in het provinciehuis te Den Haag. AANWEZIG: Voorzitter: Commissiegriffier:
de heer Van der Sloot de heer Duizer
PvdA CDA VVD ChristenUnie/SGP D66 GroenLinks SP
de heer Özdemir, de heer Pool, de heer Loose mevrouw Kip, de heer Edel, de heer Verbeek de heer Brill, de heer Waterman de heer Van Dijk, de heer Van Dieren de heer Raap de heer Blokhuizen, mevrouw Chung de heer Hoogendam, mevrouw Van Aelst, de heer Maassen, de heer Van der Nat Leefbaar Zuid-Holland Partij voor de Dieren AFWEZIG MET KENNISGEVING: de heer Heemskerk AANWEZIGE GEDEPUTEERDEN: de heer Van Dijk
AGENDA: 1. Heropening van de vergadering van 9 juni 1a. Regeling van werkzaamheden 1b. Mededelingen 1c. Spreekrecht 2. Kadervorming en kaderstelling 2a. Subsidie sanering glastuinbouw Noordse Buurt 2c. Sociale veiligheid in het openbaar vervoer 1. Bestedingsplan Sociale Veiligheid 2010-2011 2. Uitvoeringsprogramma Sociale Veiligheid 2010-2014 2d. 1. Voortgangsrapportage Zuidvleugelnet 2. Rapportage quickscan regionale ov-verbindingen 2e. Uitvoeringsbesluit buscorridors 2f. Subsidie schone bussen Drechtsteden Pagina 1/25
3. 3a. 3b. 4. 4a. 4b. 4c. 5. 5a. 5b. 6.
Controle en verantwoording Planningsoverzicht/Langetermijnagenda Voortgang moties Afwikkeling vorige vergadering en interne aangelegenheden Rondvraag Conceptverslag van de vergadering van 12 mei 2010 Conceptbesluitenlijst van de vergadering van 12 mei 2010 Stukken ter kennisneming Stukken in het kader van de actieve informatieplicht van GS Van derden ontvangen informatie Sluiting
1.
Heropening
De VOORZITTER heropent om 09.30 uur de vergadering van 11 juni. Hij zal vandaag streng toezien op de naleving van de spreektijden. 1a.
Regeling van werkzaamheden
D66 heeft in de commissie Ruimte en Wonen van 16 juni vragen gesteld over de resultaten van het laatste BO MIRT. GS hebben toegezegd om op dat MIRT vandaag een nadere toelichting te geven. Gedeputeerde Van Dijk zal dat doen bij de mededelingen. Daarna kunnen vanuit de commissie vragen worden gesteld en ten slotte zal de gedeputeerde daarop antwoorden. 1b.
Mededelingen
Er is bericht van verhindering ontvangen van de heer Heemskerk. De volgende stukken zijn ingekomen: - rectificatie over de stand van zaken van het bestedingsplan Kwaliteitsverbetering Openbaar Vervoer; - brief van de minister van Verkeer en Waterstaat aan de Tweede Kamer over de uitkomsten van het BO MIRT mei 2010 (gisteren naar de fractiebakken); - brief van het Reizigersoverleg Midden-Holland (ROM) over de heroverweging van de RijnGouwelijn (vandaag uitgedeeld). De heer VERBEEK merkt op dat hij de brief over de uitkomsten van het MIRT niet heeft ontvangen. De VOORZITTER deelt mee dat de brief voor alle zekerheid vandaag nog een keer wordt uitgedeeld. Gedeputeerde VAN DIJK deelt mee dat de provincie een persbericht heeft uitgegeven naar aanleiding van de brief van de minister over de resultaten van het laatste BO MIRT (mei 2010). De gedeputeerde concentreert zich vandaag op de resultaten voor de Rijnlandroute (RLR) en de RijnGouwelijn (RGL). Dat zijn de grote dossiers in die onderhandelingen. Het voorlaatste BO MIRT was het najaarsoverleg. Voor de RGL was er bij aanvang van het laatste BO MIRT een tekort van 54,5 miljoen euro. De Tweede Kamer had een motie aangenomen waarin werd uitgesproken dat minister en provincie daarvoor samen een oplossing moesten zoeken (elk de helft). Het resultaat van het BO MIRT is dat de minister niet bereid Pagina 2/25
is om een deel van het tekort te financieren. Vandaag staat op de commissieagenda het GS-voorstel voor de financiering van de helft van het tekort (27,25 miljoen euro). De gedeputeerde heeft dit voorstel in het BO MIRT ingebracht. Gisteren hield de nieuwe Tweede Kamer algemeen overleg over het BO MIRT. Vanuit de Tweede Kamer is niet gesproken over de RGL of de gevraagde 27,25 miljoen. Uitzicht op additionele rijksfinanciering is daarom op dit moment afwezig. Voor de RLR was Zoeken naar Balans het resultaat van het BO MIRT in het najaar 2009. Uitgangspunt voor de verwachte kosten was 844 miljoen euro, waarvan 50% te voldoen door rijksfinanciering. Voor de dekking van het resterende tekort van 260 miljoen euro plus risico’s moesten diverse onderzoeken worden verricht. Er zijn onderzoeken gedaan naar pps-constructies, bijdragen uit gebiedsontwikkeling, een bijdrage op grond van de Grondexploitatiewet (grexwet), extra regionale bijdragen, bijdragen van andere ministeries, Europese bijdragen, enzovoorts. Het resultaat van al die onderzoeken was dat er bij lange na geen dekking werd gevonden voor die 260 miljoen euro (exclusief de risico’s). Het onderzoek heeft slechts enkele tientallen miljoen euro’s opgeleverd, zoals 20,2 miljoen grexwetbijdrage welke bijdrage zowel voor de RGL, de RLR als de regio (Regionaal Investeringsfonds, RIF) was bedoeld. Ook de regio was bereid tot een extra bijdrage (van 37,5 miljoen euro), waarvan 10 miljoen afkomstig van de grexwetbijdrage. GS hebben ook in de eigen begroting enige ruimte gevonden. Alles bij elkaar genomen konden GS van de door provincie en regio toegezegde bijdrage van 140 miljoen (dit bedrag is inclusief BTW) 70 miljoen euro leveren. De gedeputeerde heeft de regio gevraagd wat nu te doen. De regio heeft daarop geantwoord dat zij in dat geval de voorkeur geeft aan een gefaseerde aanleg boven het niet aanleggen. Dat heeft uiteindelijk geleid tot variant F. Volgens die variant wordt er wat gedaan aan de Tjalmaweg, komt er een aansluiting op Valkenburg, wordt de knoop Leiden-West aangepakt, wordt met een halve aansluiting onder de Stevenshof doorgegaan, wordt richting Zoeterwoude een aansluiting op de A4 gemaakt, maar met een tweebaansweg in plaats van een vierbaansweg tussen de A4 en de A44. Er is echter sprake van een zodanige voorbereiding van de kunstwerken dat er in het eindbeeld toch een vierbaansweg van kan worden gemaakt. Dit alles is niet ideaal, maar voor GS is het absoluut ondenkbaar dat er een gefaseerde oplossing komt die alleen maar een oplossing biedt voor de knoop Leiden-West, de Lammenschansbrug en de Tjalmaweg. Dat is het geval bij variant A. In die variant gaat namelijk alle verkeer over de Leidse Churchilllaan (de woningbouwplannen voor Valkenburg gaan in deze variant door). Bovendien is voor GS een verbinding tussen A4 en A44 een strategisch minimum. Zonder die verbinding neemt de verkeersdrukte in Wassenaar alleen maar toe. De gedeputeerde is vervolgens het BO MIRT van mei 2010 ingegaan. Aanvankelijk wilde de minister alleen gaan voor variant A. Na verder onderhandelen wilde de minister wel akkoord gaan met F, mits bij het mislukken van F het toch A zou worden. Na weer verder onderhandelen heeft de minister ook daarvan afgezien. De gedeputeerde heeft bovendien bereikt dat de minister bereid is om het aanvankelijk voor beide fasen beschikbaar gestelde bedrag van 422 miljoen euro beschikbaar te stellen voor alleen de eerste fase. Daarvan gaat een bedrag van 65 miljoen euro af dat beschikbaar moet blijven voor de verbreding van de A4. GS zijn blij met die reservering, omdat de provincie
Pagina 3/25
hierdoor geen risico’s meer loopt voor het A4-project. Een bedrag van 359 miljoen euro blijft daardoor over voor de RLR. Deze uitkomst van het BO MIRT leidt tot een tekort van 83 miljoen euro op het primaire budget. Immers, de F-variant kost 650 miljoen euro, terwijl er dankzij alle inspanningen in totaal 569 miljoen euro beschikbaar is. Daarbovenop komen een risico van 30% op het project (dus over 650 miljoen euro) en 5,5% projectmanagementkosten (ten behoeve van m.e.r.-studies en ander onderzoek, communicatie met de omgeving, enzovoorts) waarvoor nog geen dekking bestaat. En ten slotte is er nog een BTW-risico. Weliswaar is compensatie via het BTW Compensatie Fonds mogelijk, maar dat leidt in de praktijk niet tot 100% compensatie, omdat daadwerkelijk tussen 80% en 100% wordt gecompenseerd. Daardoor gaat het bij het BTW-risico om een bedrag van enkele miljoenen euro’s. GS zouden nu variant F verder moeten gaan onderzoeken en de heer Ruding opdracht geven om die 83 miljoen euro, die risicotoeslag van 30% en die projectmanagementkosten via pps-constructies en innovatieve marktbenadering bij elkaar te krijgen. GS zijn tot de conclusie gekomen dat deze opdracht onuitvoerbaar is en gedoemd is te mislukken. Het gaat in euro’s om een totaalbedrag van 83 miljoen + 160 miljoen + 35 miljoen + enkele miljoenen voor het BTW-risico. De provinciale begroting kan daarmee niet worden belast. Het is een duivels dilemma, waarvoor de gedeputeerde op dit moment geen oplossing heeft. De gedeputeerde heeft het teruggekoppeld aan de regio en hij koppelt het nu terug aan de commissie. De heer VERBEEK merkt op dat ontwikkelingen op Valkenburg, de economische ontwikkeling en de verkeersontlasting van Wassenaar zonder een RLR inclusief een verbinding tussen de A4 en de A44 onmogelijk zijn. Hij stelt voor om het voor vandaag geagendeerde punt van de RGL van de agenda af te voeren en om in de komende twee weken een extra commissievergadering te organiseren. In de tussentijd kan fractieberaad worden gehouden, kan de regio mogelijkheden aandragen en kunnen RGL en RLR in samenhang worden bekeken. Eerst is nu de regio aan zet om duidelijk te maken wat haar wensen zijn in de nieuwe situatie. De heer BRILL constateert dat de financiering van de RGL niet rond is en dat de financiering van de RLR bij lange na niet rond is. We kijken nu naar een vereenvoudigde vorm van de RLR, waarover de VVD niet enthousiast is. Bovendien blijkt zelfs die vereenvoudigde vorm vooralsnog niet financierbaar. De regio heeft laten weten dat zij verder wil gaan met zowel de RLR als de RGL. De provincie wil dat ook. Hij sluit zich aan bij het voorstel van de heer Verbeek om het agendapunt over de RGL vandaag niet te behandelen, de regio te vragen om aan te geven op welke wijze zij kan bijdragen aan een oplossing en om vervolgens in een extra commissievergadering integraal te filosoferen over de aanpak van de nieuwe situatie, opdat de aanleg van de RLR en de RGL toch doorgang kan vinden. De heer VAN DIJK sluit zich aan bij de opmerkingen van CDA en VVD. Er is een groot probleem ontstaan. Regio en provincie zullen er samen uit moeten komen. Zijn fractie wil de RLR en de RGL blijven koppelen, zoals ook is afgesproken in het coalitieakkoord. Fasering lijkt hem onontkoombaar. De gedeputeerde wordt Pagina 4/25
verzocht om zijn verhaal van vandaag op papier te zetten. Hij sluit zich aan bij het voorstel van CDA en VVD om niet nu een beslissing te nemen, maar dat in een extra vergadering te doen. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat de gang van zaken voorspelbaar was. Volgens de minister loopt de RGL-West (tram) tot Katwijk en van daaruit verder per bus. De minister lijkt er dus van uit te gaan dat de provincie vertramming van het deel tussen Katwijk en Noordwijk heeft laten vallen en dat daardoor voldoende middelen zijn vrijgekomen voor de financiering van het traject tot Katwijk. Het is een onbegaanbare weg om middelen voor de RGL over te hevelen naar de RLR. Men moet geen openbaar vervoer willen uitkleden ten gunste van het autoverkeer. De F-variant (tweebaans en op maaiveld) valt bij enkele partijen helemaal verkeerd, zoals de gemeente Voorschoten en de Stevenshof (deel van Leiden). Daarmee is de consensus in de regio komen te vervallen voor de aanleg van de RLR. Afgesproken was om bij gebrek aan die consensus af te zien van aanleg van de RLR. Verder onderhandelen over de F-variant is daarom zinloos. De minister heeft ook gezegd dat de urgentie vervalt als de provincie niet in december tot een overeenkomst komt. In dat geval gaat de minister verder met de A-variant. De A-variant is eigenlijk niet meer dan aanpassing van de Parallelstructuur A4. De minister heeft ook gezegd dat de rijksoverheid in dit soort projecten meewerkt op 50/50-basis. Het Rijk draagt 422 miljoen euro bij en dus moet de provincie ook 422 miljoen euro bijdragen. Dat bedrag is nu niet beschikbaar. De minister verwacht dat de provincie op termijn wel voldoet aan de 50/50-afspraak. De provincie zal daardoor op termijn het verschil moeten bijpassen. Hoe kan dit volgens de gedeputeerde worden gerealiseerd? De heer LOOSE sluit zich aan bij het voorstel van het CDA om de RGL vandaag van de agenda af te voeren en binnenkort een extra commissievergadering te beleggen. In de tussentijd kan dan alle nieuwe informatie goed worden bestudeerd. In de Tweede Kamer is gisteren weliswaar niet meer gesproken over de 27,4 miljoen euro rijksbijdrage voor de RGL, maar was die afspraak niet al gemaakt? Was het dus eigenlijk wel nodig om er gisteren in de Tweede Kamer over te spreken? De heer VAN DER NAT merkt op dat zijn fractie al lang waarschuwt voor de gevolgen van de situatie die nu is ontstaan. De meerderheid van de commissie stelt uitstel voor, maar als er geen geld is, dan heeft uitstel ook geen zin. Gelet op de landelijke crisis is het de vraag of gemeenten en regio bereid zijn om een grotere financiële bijdrage te leveren. Het is geen goed idee om het ene openbaar vervoer uit te kleden ten gunste van het andere openbare vervoer. Wat gebeurt er als de regio niet wil meebetalen? De SP vindt het kale plan voor de RLR onacceptabel. Aanleg op maaiveldniveau langs de Stevenshof maakt een verdiepte aanleg of ondertunneling in de toekomst illusoir.
Pagina 5/25
De heer RAAP sluit zich aan bij het voorstel van het CDA om in een andere commissievergadering de ontstane situatie van RLR en RGL te bespreken. Beide projecten hebben met elkaar te maken. De VOORZITTER concludeert dat de commissie heeft besloten om de RGL van de agenda te halen en om de RLR en RGL integraal te bespreken in een volgende commissievergadering. Het is de vraag of het zinvol is om voor het zomerreces (over twee weken) een extra vergadering te houden. Daarom stelt de voorzitter voor om hierover op 25 augustus te vergaderen. Dat is de eerste commissievergadering na het zomerreces. In de tussentijd kunnen GS en ambtenaren dan werken aan een notitie aan de hand waarvan op die vergadering discussie mogelijk is. De heer VERBEEK benadrukt dat hij heeft voorgesteld om voor het zomerreces een extra commissievergadering te houden. Dat is dus 7 juli of eerder. Uitstel tot na het zomerreces is onmogelijk, omdat GS anders gedurende het reces niet kunnen werken aan de uitwerking. De regio denkt momenteel na over het doen van een voorstel. Discussie in de commissie is pas mogelijk na bekendmaking van dit voorstel. Het reces duurt te lang om pas daarna te discussiëren. Gedeputeerde VAN DIJK constateert dat de commissie het probleem deelt. Het is nu eenmaal zo dat gisteren in de Tweede Kamer geen voorstel is gedaan om aanvullende financiering beschikbaar te stellen. Geen enkel Kamerlid heeft gezegd dat er 300 miljoen euro moet bijkomen. SGP-Kamerlid Dijkgraaf heeft de minister gevraagd om over de brug te komen met 83 miljoen euro. De minister gaf daarop als antwoord dat hij al veel had gedaan en nu al meer dan de helft inzet en dat voldoen aan het verzoek van de heer Dijkgraaf leidt tot precedentwerking en tot aanpassing van de begroting. De gedeputeerde denkt dat een grotere rijksbijdrage niet mogelijk is vanwege de grote bezuinigingsopgave waar het Rijk voor staat. Volgens de MIRT-afspraken is het in elk geval nodig dat voor eind 2010 overeenstemming met de minister moet zijn bereikt. Die afspraak geeft enigszins de urgentie aan van een extra commissievergadering. De gedeputeerde heeft er begrip voor dat vanuit de commissie wordt aangegeven om niet al vandaag beslissingen te nemen, maar om de nieuwe informatie eerst te laten inwerken. De gedeputeerde zegt toe met een notitie te komen waarin zijn verhaal van vandaag met alle cijfers wordt weergegeven. Het is te laat om hierover op 25 augustus te vergaderen, want het nieuwe MIRT is al weer in oktober en dat MIRT is belangrijk om voor het einde van het jaar met de minister tot overeenstemming te komen. De gedeputeerde is bereid om mee te werken aan een commissievergadering waarin RLR en RGL meer geïntegreerd en gedetailleerder worden bekeken, mede naar aanleiding van de reactie uit de regio Holland Rijnland. Doel van die vergadering is om het probleem helder te krijgen en te kiezen voor een insteek, waarmee GS in het zomerreces hard aan het werk kunnen gaan. De minister heeft in het najaarsoverleg 45 miljoen euro toegezegd voor RGLWest. Formeel is RGL-West een tramverbinding tot Estec en van daaruit verder met een vertrambare busbaan enzovoorts. Daarom sprak de minister in de Tweede Kamer over de tram tot Katwijk.
Pagina 6/25
Sommigen van de commissieleden vinden de F-variant meer of minder fout, maar helemaal niets doen is volgens de gedeputeerde veel fouter. De F-variant is in elk geval een beetje goed. Bovendien moet bij de keuze voor de F-variant het eindbeeld goed in de gaten worden gehouden. De F-variant is de eerste stap op weg naar dat eindbeeld. De gedeputeerde kan niet zeggen wanneer het eindbeeld wordt gerealiseerd. Dat kan in 2022, 2030 of wanneer dan ook zijn. De tijd zal het leren. De regio roept de provincie op om de regio niet nog verder op te slot te zetten dan de Raad van State al heeft gedaan en vraagt om in elk geval een begin te maken met de doorstroming tussen de A4 en de A44. Vanuit dat perspectief moet creatief worden nagedacht. Een politiek oordeel moet pas na dit creatieve en open proces worden uitgesproken. De vraag vanuit de regio moet serieus onder ogen worden gezien. Natuurlijk ontbreekt de consensus in Voorschoten. Die consensus heeft in Voorschoten namelijk altijd ontbroken. De gemeente Voorschoten voelt ook niets voor Zoeken naar Balans. De gemeenteraad van Voorschoten heeft voorstellen aangenomen voor een bypass en voor andere aanpassingen. De heer MAASSEN merkt op dat volgens het MIRT van november de gedeputeerde moet zorgen voor consensus in de regio. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt ontkennend. De gedeputeerde moet volgens het MIRT niet zorgen voor consensus maar voor draagvlak. Er is een groot verschil tussen consensus en draagvlak. Het budget kan vervallen als er niet voor het eind van het jaar overeenstemming wordt bereikt. De minister heeft gisteren in de Tweede Kamer duidelijk gemaakt dat er mijlpalen moeten worden gesteld. Het is voorbij als de provincie voor het eind van het jaar geen verhaal heeft. Als zij wel een verhaal heeft maar er nog geen overeenstemming is, is verder uitstel van enkele maanden mogelijk. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat de minister heeft gezegd dat de urgentie ontvalt bij het ontbreken van die overeenstemming. Dat is toch iets heel anders? Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat de minister urgentie hier bedoelt in de zin van Randstad Urgent. Dit project is namelijk een Randstad Urgentproject. Urgentie betekent drang en hoog belang voor iedereen, zodat eenieder de agenda ervoor vrijmaakt om tot een oplossing te komen. De minister heeft duidelijk gezegd dat voor het eindbeeld de verhouding 50/50 bestaat. Dat betekent dat in fase twee de regio als eerste aan bod is. De tijd kan een helpende hand bieden. De oude Tweede Kamer heeft de minister opgeroepen om voor het tekort van 54,5 miljoen euro voor de RGL samen met de regio naar dekking te zoeken en voor de bron van die dekking mede te kijken naar de grexwet. De minister heeft echter helaas nimmer de toezegging gedaan om de helft (27,4 miljoen euro) voor zijn rekening te nemen. De punten van de heer Van der Nat moeten in de extra commissievergadering terugkomen. Niemand wil een weg aanleggen die Voorschoten op maaiveld doorsnijdt. In de Fvariant is bij Stevenshof weliswaar op dit moment geen verdiepte aanleg, maar je kunt met elkaar onderhandelen en erover nadenken hoe de overlast door geluid Pagina 7/25
en voor milieu te voorkomen is (met geluidswallen, aarden wallen) uitgaande van de tweebaansweg die het in die variant in de komende jaren is. Dat zal uiteraard binnen de budgettaire voorwaarden moeten worden gerealiseerd. De VOORZITTER concludeert: - dat de commissie besluit om agendapunt 2b te schrappen; - dat de commissie besluit om een extra commissie MKE te houden op vrijdagmiddag 2 juli aansluitend op de PS-vergadering die op die dag wordt gehouden; - dat de commissie besluit dat in die commissievergadering de RGL en de RLR op de agenda staan; - dat de gedeputeerde een notitie heeft toegezegd over de laatste stand van zaken zoals vandaag door hem mondeling weergegeven en op basis waarvan de commissie kan discussiëren. 1c.
Spreekrecht
Er hebben zich twee insprekers gemeld. Beiden hebben vijf minuten spreektijd. Volgens de heer VAN DAM (ROVER Holland Rijnland) bestaat het voorgestelde Zuidvleugelnet (agendapunt 2d) uit een ratjetoe van systemen en tarieven. Daarom zal het net voor de reizigers niet herkenbaar zijn. De RGL speelt geen relevante rol in dit net. In plaats van nadenken over het Zuidvleugelnet zou moeten worden nagedacht over de verbinding tussen dit net en het Noordvleugelnet (dus nadenken op het Randstadniveau). Dat betekent versterking van Stedenbaan en Randstadspoor en aandacht voor de grensstreekstudie van de provincie. De vervoerwaarde van een ov-verbinding tussen Noordwijk en Sassenheim is volgens die studies slechts met veel moeite op te krikken tot een kwartierdienst. Vertramming van de aansluiting tussen beide netten in de Duin- en Bollenstreek is niet nodig. Ook een eventuele verlenging van de Zuidtangent tot Sassenheim is niet te vertrammen. De RGL moet daarom niet verder lopen dan Katwijk en van daaruit per bus. Het hov-tarief voor de RGL zal veel hoger zijn dan voor RandstadRail. Dat tarief zal veel hoger zijn dan voor trein. De quickscan (agendapunt 2d) is zeer matig uitgevoerd. Zo is voor de capaciteitsuitbreiding van het spoor Leiden-Utrecht volgens spreker geen capaciteitsuitbreiding van de stations Leiden of Utrecht nodig. Capaciteitsuitbreiding op het spoor zal volgens spreker alleen nodig zijn tussen Nieuwenbrug en Woerden (deel treinverbinding Alphen aan den Rijn en Utrecht). Een ander voorbeeld is Noordwijk-Sassenheim. Een vrije busbaan en een hogere frequentie leiden hier volgens de scan tot een verdubbeling van het reizigersaantal, maar ook tot vijf keer hogere exploitatiekosten. Volgens spreker is dat niet kosteneffectief. Bovendien is in de quickscan geen rekening gehouden met de grensstreekstudie. Mevrouw VENINGA (wethouder Nieuwkoop) spreekt in over agendapunt 2a. De wethouder spreekt haar waardering uit voor het GS-voorstel. Er wordt midden in de Randstad 135 ha natuurgebied toegevoegd. Het aantal hectares in Nieuwkoop dat daarvoor wordt opgeofferd is beduidend lager. Per saldo is er dus pure winst voor het Groene Hart. Nieuwkoop is de Groene Hartgemeente. De wethouder moet dit in de komende jaren streng bewaken zonder aantasting van de leefbaarheid in de kernen. De wethouder is daarom blij met de scherpe Pagina 8/25
randvoorwaarden die de provincie heeft gesteld aan de woningbouwlocaties (430 woningen). De gemeente heeft aan die voorwaarden kunnen voldoen. Het waterschap heeft de bijdrage van 0,5 miljoen euro zo goed als overgemaakt. De gemeente neemt 1,25 miljoen euro voor haar rekening. Dit zijn belangrijke bijdragen, maar de rijkssubsidiegelden (die via de provincie lopen) zijn uiteraard van doorslaggevend belang. De heer VAN DIEREN vraagt wat de wethouder bedoelt met ‘zo goed als overgemaakt’. Mevrouw VENINGA antwoordt dat het is toegezegd en de deadline bijna is verstreken. De heer VAN DIEREN vraagt op welke wijze de overeenkomst/toezegging is vastgelegd. Mevrouw VENINGA antwoordt dat zij dat aan haar ambtenaren moet vragen. De heer LOOSE merkt op dat in een andere commissie discussie is gevoerd over de extra 10 ha nodig voor de 100 woningen. Heeft de gemeente die 10 ha al aangekocht? Mevrouw VENINGA antwoordt dat de gemeente die 10 ha in optie heeft genomen onder de voorwaarde van goedkeuring door de provincie. Er is dus niets gebeurd wat niet is terug te draaien. 2. 2a.
Kadervorming en kaderstelling Subsidie sanering glastuinbouw Noordse Buurt
De VOORZITTER deelt mee dat de commissie advies moet uitbrengen ten behoeve van besluitvorming in PS op 30 juni of 2 juli. De heer LOOSE merkt op dat over dit onderwerp al veel en vaak is gesproken in de commissie. Hij steunt het voorstel. Waarom heeft de gedeputeerde in een andere commissie gezegd dat de gemeente bovengenoemde 10 ha had gekocht? De heer BRILL steunt het voorstel in principe en sluit zich aan bij de vraag van de heer Loose. De heer EDEL steunt het voorstel. Helaas leidt het tot verlies aan glasareaal, maar er wordt hard gewerkt aan het vinden van alternatieven. Het is niet bezwaarlijk om 10 ha voor woningbouw te onttrekken aan de natuur als daarmee 135 ha aan de natuur wordt toegevoegd. De heer RAAP is nog steeds van mening dat genoemde 10 ha voor woningbouw een nare bijsmaak geeft. Het voorstel wordt niet gesteund. De heer EDEL vraagt of D66 135 ha meer natuur niet interessant genoeg vindt.
Pagina 9/25
De heer RAAP antwoordt dat de prijs die hiervoor moet worden betaald te hoog is. De heer EDEL merkt op dat er meer groen dan rood wordt gekleurd. De heer RAAP merkt op dat de bouw van 100 woningen ook zonder die extra 10 ha mogelijk is. Er was al 3,2 ha voor beschikbaar en dus was er slechts 6,8 ha extra nodig. De heer HOOGENDAM vindt het een prachtig plan, maar heeft problemen met de gevolgde inspraakprocedure en met de bouw van honderd woningen. De gedeputeerde had zich meer moeten inspannen voor een hogere financiële bijdrage door de gemeente en de provincie, zodat de bouw van de honderd woningen in het Groene Hart niet of niet volledig nodig was geweest. De heer VAN DIEREN merkt op dat PS een eigen afweging kunnen maken na de inspraak en daarbij rekening houden met de gevolgde inspraakprocedure. De heer HOOGENDAM merkt op dat het plan substantieel is gewijzigd. De heer VAN DIEREN merkt op dat het niet mogelijk om na elke planwijziging een nieuwe inspraakprocedure te houden. De heer HOOGENDAM vraagt hoe vaak dergelijke wijzigingen in het verleden zijn voorgekomen. De heer VAN DIEREN antwoordt dat PS bij de vaststelling van streekplannen vaak wijzigingen aanbrachten. Voor die wijzigingen was er geen inspraak geweest. De heer HOOGENDAM vraagt hoe vaak inspraakprocedures vanwege planwijzigingen zijn overgedaan. De heer VAN DIEREN antwoordt dat na gewijzigde vaststelling door PS het streekplan ter visie wordt gelegd. In die periode was het mogelijk om bezwaren in te dienen. Het gebied van 4,6 ha bij Ter Aar is volgens hem geen open ruimte, omdat het een verouderd glasgebied is. Het mag dus niet worden meegeteld als natuur. Zonder dit gebied kom je wel in de buurt van de eerder afgesproken 48 ha. In de uitvoeringsovereenkomst wordt het hoogheemraadschap niet genoemd. Wat is de positie van het hoogheemraadschap in de uiteindelijke vastlegging van de afspraken en welke voorwaarden zijn daarbij in het geding? Mevrouw CHUNG is blij met het plan om 135 ha toe te voegen aan het Groene Hart, maar gaat niet akkoord met de opoffering van 10 ha Groene Hart elders in de gemeente voor de bouw van 100 woningen. Zij twijfelt vanwege de situatie op de woningmarkt aan het nut van die 100 woningen en denkt dat de bouw ervan ook niet nodig is als de gedeputeerde zich meer zou inspannen om de financiering met subsidies en overheidsbijdragen rond te krijgen.
Pagina 10/25
De heer VAN DIEREN merkt op dat het een onjuiste voorstelling van zaken is om te zeggen dat 10 ha wordt opgeofferd, terwijl 4,6 ha daarvan bestaat uit verrommeld kassengebied. Mevrouw CHUNG antwoordt dat ook opoffering van 6 ha Groene Hart te veel is. De provincie wil het Groene Hart uitbreiden. Opoffering van het Groene Hart past daar niet bij. De heer VAN DIEREN merkt op dat met dit GS-voorstel de kwaliteit van het Groene Hart wordt verbeterd. Mevrouw CHUNG merkt op dat in het GS-voorstel eerst groen wordt weggehaald. De heer VAN DIEREN is het daarmee niet eens. Er wordt eerst groen gemaakt en daarna wordt een kleiner stukje groen weggehaald. De heer EDEL merkt op dat er 135 ha wordt gecreëerd ten koste van 6 ha bestaand groen. Dat is een rendement van jewelste in groentermen. Mevrouw CHUNG antwoordt dat de provincie moet staan voor haar principes. Dat betekent dat de provincie in dit geval bereid moet zijn om hierin iets meer te investeren. De heer EDEL is van mening dat de provincie er al genoeg geld in heeft gestopt. Zuid-Holland heeft niet veel geld. De provincie is minder rijk dan Gelderland of Noord-Brabant. Mevrouw CHUNG merkt op dat Zuid-Holland ook niet veel groen heeft. Gedeputeerde VAN DIJK merkt op dat de glassanering niet alleen leidt tot een betere beeldkwaliteit, maar ook tot een betere waterkwaliteit. Het gebied van de Nieuwkoopse Plassen heeft een heel moeilijke waterstructuur. Daarom heeft het hoogheemraadschap ook een financiële bijdrage geleverd. PS hebben de gedeputeerde destijds opgedragen om de rood-voorgroencompensatie zo gering mogelijk te houden. Er is veel geld op tafel gekomen in de vorm van FES-subsidie, provinciale bijdrage, gemeentelijke bijdrage en waterschapsbijdrage. De gedeputeerde is bij de externe partijen tot het gaatje gegaan, maar zij hebben duidelijk aangegeven niet in staat te zijn tot een hogere bijdrage. Ook GS hebben aangegeven niet nog meer te kunnen bijdragen. De genoemde 10 ha bestaat voor 4,6 ha uit oud glas (met huidige bestemming glas, maar ook met transformatiewens). Bovendien heeft de gedeputeerde zich ingespannen voor een indeukoperatie van 2,4 ha in Nieuwveen. De gedeputeerde heeft in PS gezegd dat Nieuwkoop genoemde 10 ha heeft gekocht tegen (rode) verwachtingsverwaarde, omdat de nieuwbouwplannen van algemene bekendheid waren. Als PS destijds niet akkoord waren gegaan, dan had de gemeente moeten verkopen tegen de lagere (groene) verwachtingswaarde. PS moesten daarmee rekening kunnen houden. De gedeputeerde wist destijds niet hoe de koopovereenkomst eruit zag. Nu blijkt uit het inspreken van de wethouder dat de gemeente een koopovereenkomst met ontbindende voorwaarde is aangegaan. Pagina 11/25
De heer LOOSE merkt op dat het feit dat de gedeputeerde destijds niet wist hoe de koop eruit zag enigszins schuurt met een eerdere opdracht van PS dat de gedeputeerde moest voorkomen dat de gemeente iets zou kopen waardoor PS later onder druk zouden worden gezet om ruimtelijk iets toe te staan. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat hij het in die PS-vergadering niet wist. Feit is wel dat de gemeente geen koopovereenkomst (zonder ontbindende voorwaarde) heeft afgesloten waardoor PS later onder druk konden worden gezet. Tweede termijn De heer LOOSE adviseert positief. Zijn advies heeft geen betrekking op genoemde 10 ha, maar zij maken ook geen onderdeel uit van het GS-voorstel. De heer BRILL adviseert positief. Het mag een hamerstuk zijn. De heer EDEL adviseert positief over het integrale stuk. De heer RAAP stelt naar aanleiding van de eerste termijn vast dat er nu nog 2 ha groen resteren die worden opgeofferd aan woningbouw. Hij wil daarom eerst fractieberaad houden. In de PS-vergadering zal een stemverklaring worden gegeven. De heer HOOGENDAM adviseert waarschijnlijk positief, maar zal waarschijnlijk ook een stemverklaring afleggen. Hij merkt op dat de gedeputeerde destijds aan PS had moeten melden dat hij niet wist of het om een koop met of zonder ontbindende voorwaarde ging. In de commissie Ruimte en Wonen is men er op basis van de mededelingen van de gedeputeerde van uitgegaan dat het een koop zonder ontbindende voorwaarde was. De gedeputeerde had voor verzending de brief op juistheid moeten toetsen. De heer VAN DIEREN adviseert positief en het mag een hamerstuk zijn. Hij herhaalt zijn vraag over de voorwaarden waaronder het hoogheemraadschap zijn financiële bijdrage levert. Mevrouw CHUNG merkt op dat handhaving van de rode contour voor de provincie op alle gebieden een speerpunt is, maar in dit GS-voorstel wordt er niet gehandhaafd. De gedeputeerde heeft in zijn eerste termijn uitgelegd dat er nog maar enkele groene hectaren resteren die voor de honderd woningen moeten worden ingezet. Als het om een zo klein gebied gaat, dan is het voor de gedeputeerde des te makkelijker om een alternatief te vinden voor de financiering door de bouw van deze woningen. De heer Loose merkte op dat genoemde 10 ha geen onderdeel uitmaken van het GS-voorstel, maar spreekster begrijpt die opmerking niet, want het gaat om een totaalplaatje. De fractie is blij met 135 ha groen erbij, maar niet met de (10) ha rood voor groen. Als het een hamerstuk wordt in PS, zal GroenLinks een stemverklaring afleggen over die 10 ha. Pagina 12/25
Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat de provincie een overeenkomst met de gemeente aangaat ter uitvoering van de subsidiebeschikking. Die subsidie bestaat uit ILG-gelden, LNV-gelden en uit eigen geld van de provincie. Het dagelijkse bestuur van het hoogheemraadschap heeft het besluit genomen om 0,5 miljoen euro toe te wijzen aan de gemeente. Aan die toewijzing zijn voor zover bekend geen speciale voorwaarden verbonden. De gedeputeerde zal bij de gemeente uitzoeken of er speciale voorwaarden aan zijn verbonden. Als dit toch het geval blijkt te zijn, zal de gedeputeerde PS hiervan op de hoogte brengen. De PSV regelt de ruimtelijke contourenwijziging. In het GS-voorstel gaat het alleen over de subsidiebeschikking. De gedeputeerde heeft in zijn brief aan PS geen uitvoerige uiteenzetting gegeven over de wijze waarop de koopovereenkomst in elkaar stak. Hij heeft alleen gemeld dat het ingewikkelde onderhandelingen waren geweest en wat het bedrag was. De heer HOOGENDAM merkt op dat de gedeputeerde zich had kunnen realiseren dat PS er op basis van zijn informatie van uitgingen dat het om een voldongen feit ging. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat hij zich dat niet heeft gerealiseerd. Hij heeft gewezen op het verschil tussen de rode en de groene verwachtingswaarde. Nu is bekend dat het om een koop met ontbindende voorwaarde gaat. Dat creëert comfort. De VOORZITTER concludeert: - dat de commissie adviseert om het stuk als hamerstuk naar PS door te geleiden; - dat D66 en SP stemverklaringen afleggen, maar een positieve grondhouding hebben, terwijl GroenLinks een stemverklaring aflegt en zijn grondhouding nog onbekend is. Er volgt een pauze van vijf minuten. 2c.
Sociale veiligheid in het openbaar vervoer
De VOORZITTER deelt mee dat de discussie plaatsvindt aan de hand van het Bestedingsplan Sociale Veiligheid 2010-2011 en het Uitvoeringsprogramma Sociale Veiligheid 2010-2014. De commissie wordt gevraagd advies uit te brengen ten behoeve van de besluitvorming in PS op 30 juni of 2 juli. Hij vraagt de fracties om een voorkeur uit te spreken voor het preventieve of het repressieve maatregelenpakket. De heer RAAP heeft geen inhoudelijke opmerkingen over het bestedingsplan en het uitvoeringsprogramma, maar wel over het budget. D66 maakt bezwaar tegen het schuiven met potjes, zoals bij het budget voor de realisatie van de eenmalige kwaliteitsverbetering van het ov (3,3 miljoen euro). Zij zouden worden bekostigd uit de post tariefacties ov 2009, maar dat bedrag wordt nu uit een ander potje gehaald, omdat de post tariefacties ov 2009 aan de RGL wordt besteed. Spreker heeft een voorkeur voor het preventieve pakket.
Pagina 13/25
Ook mevrouw VAN AELST is kritisch over het schuiven met potjes. Er wordt 3,3 miljoen euro van de post voor tariefacties (later bestemd voor kwaliteitsverbetering) naar het zwarte gat (tekort) van de drie grote projecten geschoven. Het is een slechte zaak om alle middelen die vrijgemaakt kunnen worden aan de RGL en de RLR te besteden. Spreekster heeft een voorkeur voor het preventieve pakket met uitzondering van de workshop straatcultuur. De heer ÖZDEMIR spreekt zijn waardering uit voor het bespreekstuk. Spreker heeft een voorkeur voor het preventieve pakket (met uitzondering van de graffitiverwijdering) in combinatie met de inzet van extra toezichthouders uit het repressieve pakket, want er is ook behoefte aan de inzet van extra toezichthouders. Inzet moet zijn om het (reizigers)waarderingscijfer van 8,4 te verhogen. De heer BLOKHUIZEN deelt de kritische opmerking van SP en D66 over het schuiven met potjes. Graffiti is een bedrijfsrisico, hoewel het veiligheidsgevoel erdoor wordt aangetast en het anderen aanzet tot het berokkenen van schade (‘broken window syndrome’). Hij verbaast zich over de vele technische middelen in het preventieve pakket. De chauffeur wordt gemaakt tot een Sherlock Holmes die na te zijn bespuugd het speeksel moet verzamelen in potjes. De Waterbus krijgt het waarderingscijfer 8,4 en dus is volgens spreker camerabeveiliging niet nodig en zonde van het geld. Registratie van zwartrijders gebeurt al. Hij stelt voor om het geld gemoeid met de technische middelen in te zetten voor de extra inzet van menselijk toezicht (servicemedewerkers ter plekke). Mevrouw VAN AELST geeft ook de voorkeur aan toezichthouders boven cameratoezicht, maar het nut van spuugkit en DNA-spray is voldoende aangetoond. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat er juridische regels zijn voor het verzamelen en bewaren van DNA-materiaal. De provincie moet het strafrecht niet willen oprekken. In de Tweede Kamer trekken SP en GroenLinks gezamenlijk op als pleitbezorgers van zorgvuldige registratie en privacybescherming. Voor een chauffeur is bespuugd worden heel vervelend, maar het is een te klein vergrijp om aan de eisen te voldoen die zijn gesteld voor het verzamelen en bewaren van het DNA (uit speeksel). De heer VAN DIJK is blij dat er middelen worden vrijgemaakt voor een betere sociale veiligheid. Het gebrek aan voldoende veiligheid is een groot maatschappelijk probleem. Spreker heeft een voorkeur voor een mix van het preventieve en het repressieve pakket. Zowel voorlichting als inzet van beschikbare technische middelen (bijvoorbeeld de spuugkit) is nodig. Hoe kan Arriva een veel lager jaarlijks schadebedrag hanteren dan vorige exploitanten in concessiegebied HWGO (zie bladzijde 15 van het uitvoeringsprogramma)? Is er sprake van camouflage?
Pagina 14/25
Mevrouw VAN AELST merkt op dat Arriva zijn treinen van een laagje voorziet waardoor graffiti niet meer mogelijk is. Arriva neemt dus preventieve maatregelen. De heer VAN DIJK verbaast zich over het cijfer 6 of lager voor de MWL (zie bladzijde 16 van het uitvoeringsprogramma). De MWL krijgt toch altijd een hoge waardering? Het reizigersoordeel is overwegend positief, ook wat betreft de sociale veiligheid, maar blijvende aandacht van de provincie is nodig. De heer BRILL is niet blij met het schuiven met budgetten, maar voegt eraan toe dat dit onontkoombaar is. Hij hecht aan sociale veiligheid in het openbaar vervoer en dat kost geld dat ergens vandaan moet komen. Het GS-voorstel wordt dan ook gesteund. Spreker is voorstander van een preventief pakket in combinatie met onderdelen uit het repressieve pakket. Registratie is belangrijk, net als technische middelen (bijvoorbeeld gebruikmaken van DNA-materiaal), maar alleen ter ondersteuning van toezichthouders. Mevrouw KIP steunt het aparte programma voor sociale veiligheid, omdat is gebleken dat onvoldoende sociale veiligheid een reden is om geen gebruik van het ov te maken. Spreekster heeft een voorkeur voor het preventieve pakket. 400.000 euro voor ‘voorlichting’ en ‘communicatie’ lijkt volgens spreekster erg veel en kan beter aan concrete projecten worden besteed. Er zijn maatregelen die zowel in het preventieve als in het repressieve pakket voorkomen, zoals Live View. Live View is een voorbeeld van een concreet project, waarvan het effect gemakkelijk meetbaar is. Het effect van voorlichting en communicatie is juist moeilijk te meten en het is de vraag of zij wel effect sorteren. Het nemen van repressieve maatregelen klinkt heel zwaar, maar van menselijk toezicht gaat een preventieve werking uit. Het geeft de reiziger een veiliger gevoel. Nader onderzoek is nodig om te bepalen welke maatregelen (repressief of preventief) effect hebben op het (gevoel van) sociale veiligheid. De voorkeur gaat uit naar het nemen van concrete maatregelen in plaats van het ondersteunen van organisaties en de ontwikkeling van programma’s. Gedeputeerde VAN DIJK deelt mee dat het uitvoeringsprogramma op initiatief van de PvdA naar voren is gehaald. De provincie scoort bij sociale veiligheid bovengemiddeld. Een groter gevoel van sociale veiligheid bij de reiziger kan leiden tot meer gebruik van het ov. Onbekend is of er een grens is waarboven een grotere klantwaardering (door een hoger gevoel van sociale veiligheid) niet leidt tot meer gebruik van het ov. Het nemen van de voorgestelde maatregelen kan daarover wellicht meer duidelijkheid verschaffen. Preventieve maatregelen zijn voor de reiziger minder zichtbaar dan repressieve maatregelen. De gedeputeerde heeft een lichte voorkeur voor het preventieve pakket. De heer POOL merkt op dat het gevoel van sociale veiligheid groeit als over bereikte resultaten op het gebied van de sociale veiligheid goed wordt gecommuniceerd met de reiziger. Goede communicatie over de bestaande hoge
Pagina 15/25
reizigerstevredenheid leidt op zich ook tot een groter gevoel van sociale veiligheid. Gaat de gedeputeerde daarover communiceren? Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat in de communicatie met de reizigers wordt teruggekoppeld hoe succesvol het gebruik van bijvoorbeeld de spuugkit en de DNA-spray is geweest. Van die communicatie gaat bovendien een preventieve werking uit op de daders. Communicatie is dus belangrijk. Uiteraard worden alle regels voor het verzamelen en bewaren in acht genomen. De gedeputeerde is niet bereid om een nadere studie uit te voeren over de te nemen maatregelen. De tijd is aangebroken om tot handelen over te gaan. Naar aanleiding van de discussie moet het preventieve pakket tot uitgangspunt worden genomen. De gedeputeerde is bereid om het budget voor het graffititeam, de camera’s op de Waterbus en een klein deel van het voorlichtingsbudget – in totaal 500.000 euro – in te zetten voor de flying teams (toezichthouders). In Engeland zijn goede ervaringen opgedaan met de DNA-spray en de spuugkit. In Nederland wordt de DNA-spray met succes gebruikt in warenhuizen. Gebruik is verenigbaar met de wettelijke regels. De provincie zal zorgen voor communicatie over deze middelen met de reiziger. Het veel lagere schadebedrag van Arriva heeft te maken met inzet van preventieve maatregelen en het onderhoudscontract dat Arriva heeft gesloten. Veel schade valt daardoor onder dit onderhoudscontract. De bussen en de Waterbus hebben een hoger veiligheidsgevoel dan de treinen. Het grotere gevoel van onveiligheid in de trein heeft met de treinstations te maken, vooral ’s morgens vroeg en ’s avonds laat. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat dit gevoel er is ondanks alle op de stations aanwezige camera’s. De gedeputeerde bevestigt daarmee dat het gevoel van sociale veiligheid niet wordt verbeterd door de inzet van technische middelen. Die inzet is dus zonde van het geld. Het geld kan veel beter worden besteed aan flying teams en meer aanwezigheid van mensen. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat de camera’s nodig zijn voor de bewijslevering. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat de gedeputeerde heeft gezegd dat preventie veel beter werkt dan repressie. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat dit niet waar is. Hij pleit voor een mix van preventieve en repressieve maatregelen. Zonder de videobeelden van de camera’s in sommige bussen in Gouda zouden de daders niet kunnen worden aangesproken. Die camera’s zorgen er ook voor dat het voor de chauffeurs zichtbaar wordt dat er iets wordt gedaan aan de problemen. De workshop straatcultuur is op de chauffeurs in het ov gericht. De workshop probeert hen weerbaar te maken en te leren omgaan met jongeren die hebben gedronken of drugs hebben gebruikt. De workshop behelst onder andere het leren van gesprekstechnieken. De chauffeur is de eerste persoon om wie het draait. Het gaat niet alleen om de reiziger. De sector zelf vraagt om dergelijke workshops. De gedeputeerde vindt het daarom een belangrijke maatregel. De VOORZITTER concludeert: Pagina 16/25
-
dat de commissie unaniem de voorkeur geeft aan het preventieve pakket; waarin de menselijke inzet een belangrijke component moet zijn; dat de gedeputeerde bereid is om 500.000 euro bestemd voor graffititeam, camera op de Waterbus en Live View vrij te maken voor extra menselijke inzet (dat wil zeggen toezichthouders).
Tweede termijn De heer RAAP steunt de extra middelen voor toezichthouders, mits dat wordt gecombineerd met de inzet van bestaande technische middelen. Mevrouw VAN AELST steunt de extra middelen voor toezichthouders. Het is goed om gelden voor camera’s en communicatie gedeeltelijk in te zetten voor meer toezichthouders. De heer ÖZDEMIR bedankt de gedeputeerde voor zijn toezegging. Live View moet worden gehandhaafd. Het biedt ondersteuning aan de toezichthouders. De camera’s op de Waterbus mogen vervallen, net als de graffititeams. Hij benadrukt het belang van continuïteit bij de provinciale inzet op sociale veiligheid. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat video-opnamen die niet worden bewaard geen zin hebben. Hij vraagt zich af welke maatschappij men tegemoet gaat als steeds meer technische middelen worden ingezet en als zelfs een (reizigers)waardering van 8,4 voor sociale veiligheid niet voldoende is. De provincie en de vervoerders moeten met de burgers communiceren over het bestaande grote gevoel van sociale veiligheid en over alle maatregelen die er al zijn genomen. Daarom moet veel meer worden ingezet op de communicatie. GroenLinks verschilt daarin van het CDA. Camera’s kunnen het gevoel van sociale veiligheid zelfs verlagen, omdat passagiers dan denken dat er wel wat mis zal zijn. De heer VAN DIJK merkt op dat voorlichting belangrijk is voor de ontwikkeling van waarden en normen. Hij steunt de extra middelen voor toezichthouders. Ook de continuïteit waarover de heer Özdemir sprak, is voor hem belangrijk. CU-SGP steunt het voorstel van GS. De heer BRILL kan volledig instemmen met het GS-voorstel en met de toelichting van de gedeputeerde daarop. Mevrouw KIP kan instemmen met het GS-voorstel, omdat de gedeputeerde heeft toegezegd om 500.000 euro vrij te maken in het preventieve pakket voor de inzet van toezichthouders (flying teams). In het preventieve pakket zijn die middelen afkomstig van het graffititeam, camera’s op de Waterbus en communicatie. Vanwege de grote ergernis en het gevoel van sociale onveiligheid door graffiti zou het graffititeam niet mogen worden geschrapt. Het zou beter zijn om in plaats daarvan middelen vrij te maken bij de workshop straatcultuur. De VOORZITTER concludeert: Pagina 17/25
-
dat de commissie adviseert om het preventieve pakket tot uitgangspunt te nemen; en daarbij ten laste van het budget van het graffititeam en de camera’s op de Waterbus 450.000 euro vrij te maken voor de flying teams; dat het stuk als hamerstuk naar PS kan worden doorgeleid.
De heer BLOKHUIZEN merkt op dat hij behoefte heeft aan intern fractieberaad. Pas daarna kan zijn fractie een standpunt innemen. Gedeputeerde VAN DIJK deelt mee dat de gevraagde continuïteit niet vanzelfsprekend is, omdat het gaat om een eenmalige financiering uit coalitiemiddelen. De nieuwe coalitie zal over voortzetting een nieuw besluit moeten nemen. 2d.
1. Voortgangsrapportage Zuidvleugelnet 2. Rapportage quickscan regionale ov-verbindingen
De VOORZITTER deelt mee dat de commissie wordt gevraagd om van gedachten te wisselen over beide stukken en om advies uit te brengen over motie 186 (Özdemir) quickscan ov-projecten, ten behoeve van besluitvorming in PS van 30 juni of 2 juli. De heer ÖZDEMIR bedankt de gedeputeerde en ambtenaren voor de tijdige aanlevering van de stukken. Hij ziet diverse kansen voor een hogere score van het ov in Zuid-Holland. Pluspunten die naar voren springen, zijn de lijnen Leiden-Zoetermeer, Den HaagLeiden (via Wassenaar) en Noordwijk-Sassenheim. De lijn Zoetermeer-Bleiswijk heeft een score van 1,5. Deze lage score is onbegrijpelijk, omdat HTM bezig is om de lijn te introduceren en het stadsgewest dat heeft opgepakt en er geld voor heeft gereserveerd. Hebben provincie en stadsgewest verschillende normen of uitgangspunten gehanteerd? De ambitie is uitgesproken om de Olympische Spelen van 2028 naar Nederland te halen. Daarom moet er voortaan anders worden nagedacht en zullen er – in deze tijden van crisis – keuzes moeten worden gemaakt. Ov-projecten hebben ruimtelijke aspecten. De PSV loopt tot 2020. De ovprojecten hebben een langere looptijd en lopen tot 2030. Hoe verhoudt dat zich tot elkaar? De motie kan worden beschouwd als afgedaan, mits er vervolgstappen worden ondernomen op basis van de quickscan. De heer BLOKHUIZEN vraagt of het woningbouwprogramma nog haalbaar is (bladzijde 15 voortgangsrapportage). Ten onrechte is geen rekening gehouden met het kunnen meenemen van de fiets op tram en lightrail, zoals op de WestlandRail (quickscan). Die service leidt tot intensiever gebruik van de lijn. De mogelijkheid van de vrachttram is niet meegenomen voor de WestlandRail. De heer VAN DIJK pleit voor de komst van één vervoerautoriteit. Samenwerking tussen de drie bestaande vervoerautoriteiten is onvoldoende. De heer BRILL steunt het GS-voorstel. Pagina 18/25
De heer EDEL kwalificeert de voortgangsrapportage als ambities die werkelijkheid worden. Duidelijk blijkt dat Zuid-Holland niet alleen voor asfalt gaat, maar ook voor ov. Er zijn al grote stappen voorwaarts gezet en andere grote stappen voorwaarts staan op stapel. Dat leidt tot minder files, lagere CO2-uitstoot en een samenhangende ov-metrool. Ook het CDA pleit voor de komst van één vervoerautoriteit. De heer RAAP heeft waardering voor de voortgangsrapportage. Uit de quickscan blijkt dat Leiden-Zoetermeer, Den Haag-Leiden (via Wassenaar) en Noordwijk-Sassenheim de grootste kans hebben om naar een hoger niveau te worden getild. De integrale benadering uit de voortgangsrapportage is beter dan de benadering van de quickscan, omdat de quickscan alleen kijkt naar de mogelijkheden om bestaande lijnen te upgraden. Beide stukken geven zinvolle informatie. De heer MAASSEN vraagt de gedeputeerde om een reactie te geven op de opmerkingen van inspreker de heer Van Dam over de kosten van de lijn Noordwijk-Sassenheim. Opvallend is dat vertramming van busbanen volgens de quickscan in alle beschreven lijnen niet kosteneffectief is. De verschillen tussen de scores zijn onverklaarbaar. Een voorbeeld is de vergelijking van de lijn Leidschendam-Leiden Lammenschansplein met de lijn Den Haag-Leiden. Beide lijnen scoren een 2, maar de vervoerwaarde stijgt bij de een met 36% en bij de ander met slechts 10%. Een ander voorbeeld. De lijnen Leiden-Leiderdorp en Wassenaar-Voorschoten scoren beide een 1, terwijl de een wel een witte vlek invult en de ander niet. De tabellen zijn onbegrijpelijk. De waarde van het document is gelegen in de beschrijving van de lijnen. De SP pleit voor het geven van prioriteit aan een reguliere buslijn WassenaarVoorschoten. Wanneer komt deze lijn tot stand? Gedeputeerde VAN DIJK constateert dat beide stukken een positief onthaal hebben gekregen in de commissie. Alle betrokkenen – niet in de laatste plaats de stadsregio’s – hebben gezamenlijk hard gewerkt aan de totstandkoming ervan. De provincie gaat niet over de wens om tot één vervoerautoriteit te komen. Bovendien vraagt de gedeputeerde zich af of die ene vervoerautoriteit zich wel zou moeten beperken tot het Zuidvleugelnet in plaats van over de hele Randstad zou moeten gaan. Alle vervoerautoriteiten in de Randstad zijn enkele keren bijeengeweest om te kijken naar de voorwaarden voor een goed ov-net in de Randstad, met als stip aan de horizon de OS2028. De gedeputeerde is met de minister trekker hiervan. De bijeenkomsten zullen resulteren in een notitie die volgens verwachting na het zomerreces klaar is en dan zal worden aangeboden aan de betrokken representatieve organen. Daarmee wordt beoogd om eendrachtig de agenda voor het ov te bepalen. Het concept wordt ook aan de kabinetsformateur aangeboden. In de notitie is niet alleen een stand van zaken opgenomen, maar ook een visie en er wordt een relatie gelegd met de ruimtelijke ordening.
Pagina 19/25
De heer POOL geeft aan dat een fundamentele verandering nodig is van de wijze waarop in Nederland, de Randstad en Zuid-Holland wordt omgegaan met verkeer en vervoer om het ov op een olympisch niveau te krijgen. Die verandering heeft zowel op de inzet van de middelen als op de financieringswijze betrekking. Is de gedeputeerde het daarmee eens? Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat het wellicht een slag te ver is om in vijftien jaar de ov-kwaliteit van Parijs te evenaren in de Randstad. Inzet is wel om wat op Zuidvleugelniveau is bereikt ook op Randstadniveau tot stand te brengen, maar zelfs daarvoor is een heel andere financieringssystematiek noodzakelijk. De verkeersproblemen in Rotterdam vergen een miljardeninvestering. Dat is op het niveau van de Zuidvleugel bijna niet te financieren. Als je daarvoor wel kiest, liggen alle claims in de Zuidvleugel in de komende zeven jaar vast. In de komende jaren zal erover worden gediscussieerd welke overheid waarvoor verantwoordelijk en hoe de geldstromen worden georganiseerd (eigen belastinggebied of andere heffingsgrondslag?). De uitkomst van dit proces is onbekend. PS hebben zelf gevraagd om de quickscan en hebben vanuit de eigen geledingen aangereikt welke lijnen moeten worden onderzocht. Een doel van de quickscan is om de politieke partijen bij de volgende verkiezingen de mogelijkheid te bieden om zich inhoudelijk van elkaar te onderscheiden en om hen behulpzaam te zijn bij de volgende coalitievorming. Daarom heeft de gedeputeerde geen conclusies verbonden aan de gemaakte analyse. Het is aan de volgende coalitie om te bepalen of de lijn Wassenaar-Voorschoten er komt en wanneer dat het geval zal zijn. Deze GS hebben daarvoor geen geld uitgetrokken. De heer MAASSEN merkt op dat in de quickscan staat dat het ‘aanbeveling verdient om te kijken of een reguliere buslijn Wassenaar-Voorschoten kan worden toegevoegd’. Hij verzoekt om die aanbeveling over te nemen. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat het aan de volgende coalitie is om daarover te beslissen. De gedeputeerde kan op basis van de quickscan niet beoordelen of het mogen meenemen van de fiets op de WestlandRail leidt tot een substantiële en significante toename van het gebruik van die lijn. GS delen de opvatting dat het meenemen van de fiets op veel lijnen mogelijk moet zijn. Bestuurlijk is in Zuid-Holland afgesproken om in Holland Rijnland vanuit de netwerkgedachte te opereren. De lijn Noordwijk-Sassenheim maakt onderdeel uit van het netwerk dat de RGL verbindt met de Stedenbaan en met Schiphol. Dat is ook toegezegd aan de regio. Er is nog geen keuze gemaakt voor bus of tram. De lijn komt positief uit de quickscan en is in het Zuidvleugelnet opgenomen als een traject dat in de komende jaren wordt gerealiseerd. Zoals eerder vandaag bleek, is het op dit moment zelfs moeilijk om de RGL rond te breien. Realisatie van het netwerk moet stap voor stap en consequent vorm krijgen. Realisatie van de lijn Noordwijk-Sassenheim is op korte termijn alleen mogelijk als de nieuwe coalitie bereid is om daarvoor geld uit te trekken. Vertramming van busbanen is effectief zodra je eraan toe bent. De gedeputeerde verwijst in dit verband naar ontwikkelingen in Utrecht en bij de Zuidtangent. Het grotere aantal reizigers en bussen op de Zuidtangent maakt het mogelijk dat de Pagina 20/25
Zuidtangent op korte termijn wordt vertramd tot in Nieuw Vennep/Hoofddorp. Vertramming is mogelijk vanaf 25.000 reizigers. De heer MAASSEN begrijpt niet hoe de conclusie kan worden getrokken in de quickscan over de kosten van de lijn Leidschendam-Leiden Lammenschansplein (bladzijde 8), namelijk dat vertramming van deze lijn niet kosteneffectief is. De heer ÖZDEMIR steunt de heer Maassen hierin en merkt op dat er meer voorbeelden zijn te geven. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat het oordeel over de kosteneffectiviteit een bedrijfseconomisch oordeel is. Cijfers zijn voor dat oordeel bepalend. Niet een politieke afweging. De gedeputeerde roept de commissie op om aan de quickscan vast te houden en om geen nieuwe zaken te willen toevoegen. In de quickscantekening van het Zuidvleugelnet is een kort blauwe stukje opgenomen dat geen deel uitmaakt van het Zuidvleugelnet. Dat stukje is niet de ZoRo-lijn. De ZoRo-lijn is een belangrijke lijn en deze lijn is wel in het Zuidvleugelnet opgenomen. De heer LIEMBURG (ambtenaar bij de provincie) merkt op dat het ingetekende stukje gaat over een hov-verbinding tussen Zoetermeer en Bleiswijk die parallel loopt aan de A12. De ZoRo-lijn loopt anders en staat niet op de tekening in de quickscan. De heer ÖZDEMIR merkt op dat Haaglanden geld heef gereserveerd voor het doortrekken van RandstadRail4 tussen Zoetermeer en Bleiswijk. Dit is niet de ZoRo-verbinding. Gedeputeerde VAN DIJK merkt op dat RandstadRail4 niet wordt doorgetrokken naar Bleiswijk, maar naar het nieuwe station Bleizo. De heer LIEMBURG verduidelijkt dat deze lijn daar eindigt en niet verder gaat ten zuiden van de A12. Gedeputeerde VAN DIJK merkt op dat deze lijn het bedrijvenpark Prisma en de bloemenveiling gaat ontsluiten. Mogelijk gaat er ook goederenvervoer overheen. Bleizo is een hoge prioriteit voor de Stedenbaanstations en daarom wordt RandstadRail4 doorgetrokken. De heer Maassen heeft gezegd dat de scores in de quickscan niet kloppen. Het staat iedereen vrij om op basis van de analyses in de quickscan anders te oordelen en een andere score te geven. De quickscan is in die zin transparant. De heer BLOKHUIZEN vraagt om de vertramming van buscorridors voortvarender aan te pakken dan de quickscan voorstaat. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat buscorridors worden aangelegd, omdat vertramming nog niet mogelijk en te duur is (bijvoorbeeld Alphen aan den RijnSchiphol). De aanleg van buscorridors betekent het verwijderen van drempels,
Pagina 21/25
vri’s en kruispunten en soms de aanleg van aparte doorgangen of een vrije busbaan. Het antwoord op de vraag luidt dus ontkennend. De VOORZITTER concludeert: - dat de commissie complimenteert voor het verrichte werk en voor de stand van zaken bij de ov-projecten; - dat er vanuit de commissie kritische noten worden gekraakt bij de toedeling van scores in de quickscan; - dat motie 186 als afgedaan kan worden beschouwd. Er volgt een pauze van vijf minuten. 2e.
Uitvoeringsbesluit buscorridors
De VOORZITTER deelt mee dat de commissie wordt gevraagd advies uit te brengen ten behoeve van besluitvorming in PS op 30 juni of 2 juli. Bij de bespreking kan ook de Bereikbaarheidsstudie Grensstreek worden betrokken. De heer BLOKHUIZEN vindt het een prima stuk met inachtneming van zijn opmerkingen gemaakt bij het vorige agendapunt over dit onderwerp. De heer VAN DIJK vindt het een goed stuk, maar wat is voor de provincie nut en noodzaak om 115.000 euro te betalen aan Rotterdam? Ook de heer BRILL stemt in met het GS-voorstel. De heer EDEL vindt het logisch dat provincie en Rotterdam samenwerken om gemeenschappelijke doelen te realiseren, maar beide partijen hebben elk een eigen budget. Hij begrijpt daarom niet waarom de provincie een subsidie van 115.000 euro zou moeten geven aan Rotterdam. Overigens is die subsidie voor hem geen halszaak. Hij vraagt of de buscorridor over de N207 (Alphen aan den Rijn-Schiphol) ook kan worden gebruikt voor het vrachtverkeer zonder dat dit ten koste gaat van het ov. Vrachtauto’s zijn mede verantwoordelijk voor de verkeerscongestie op de N207. De heer BLOKHUIZEN vreest dat dit laatste voorstel van de heer Edel leidt tot verkeerscongestie op de buscorridor. De heer EDEL merkt op dat hij de gedeputeerde heeft gevraagd of zijn voorstel leidt tot vertraging voor het ov. Alleen als dat niet het geval is, verzoekt hij om medegebruik door vrachtverkeer. Dat medegebruik zal leiden tot afname van de verkeerscongestie voor het andere verkeer op de N207. De heer RAAP vraagt ten laste van welk programma de subsidie wordt verstrekt. De heer MAASSEN steunt het GS-voorstel. Zijn partij maakt zich al jaren sterk voor een busbaan bij de N207. De heer ÖZDEMIR is blij dat de commissie bij meerderheid voorstander is van één vervoerautoriteit. Dat was enkele jaren geleden heel anders. Als er één
Pagina 22/25
vervoerautoriteit was geweest, dan hoefde de provincie geen subsidie te verlenen aan Rotterdam en daarvoor dus ook geen overheadkosten te maken. Waar in het MPI is het bedrag van 3,5 miljoen euro opgenomen (ten behoeve van subsidie aan Teylingen voor de busontsluitingen van station Sassenheim)? Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat de subsidie van 115.000 euro aan Rotterdam is bedoeld voor de optimalisatie van de vri’s, zodat voor de bus een groene golf wordt gecreëerd. GS stellen voor om deze subsidie te verlenen, omdat de groene golf nodig is voor de bussen die rijden met een provinciale concessie (bijvoorbeeld de bussen naar Rozenburg en Goeree-Overflakkee). De corridor leidt tot een reistijdwinst van vijf minuten. Het is belangrijk dat de corridor zo snel mogelijk wordt aangelegd. Momenteel wordt onderzocht of de extra busstrook langs de N207 ook door andere doelgroepen kan worden gebruikt. Het is wenselijk om een deel van het verkeer af te halen van de N207. Op de korte termijn komt er de extra busstrook. Op de lange termijn komt er wellicht een 2 x 2 baan. Voor het gebruik van de busbaan door vrachtauto’s moeten procedures worden doorlopen, zoals een m.e.r. De wens van de heer Edel is begrijpelijk en wordt meegenomen. In het MPI is het bedrag van 3,5 miljoen euro opgenomen onder het budget voor de buscorridors. Het bedrag is niet apart genoemd in het MPI. De VOORZITTER concludeert dat de GS-voorstellen als hamerstukken kunnen worden doorgeleid naar PS. 2f.
Subsidie schone bussen Drechtsteden
De VOORZITTER concludeert dat het GS-voorstel als hamerstuk kan worden doorgeleid naar PS. De heer VAN DIJK vraagt of er een regeling is getroffen voor het eventueel moeten terugbetalen van de subsidie door Arriva. Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat advies is ingewonnen bij de landsadvocaat. Het is een ingewikkelde materie, omdat er behalve staatssteunaspecten ook aanbestedingsrechtelijke aspecten aan kleven. In het Nationale Programma Schone Lucht (NSL-programma) is de verplichting aangegaan om dit soort investeringen te doen. Zonder die investeringen komen de ruimtelijke ordening en de bouwopgaven in de Drechtsteden vanwege geldende milieunormen op slot te zitten. Als die investeringen niet europroof blijken, moet Arriva de subsidie terugbetalen. Die verplichting zal in de subsidieovereenkomst worden geregeld. Advocaten en het bureau van het Ministerie van Binnenlandse Zaken dat overheden begeleidt bij staatssteunverlening hebben naar die regeling gekeken. De verwachting is dat de constructie uit het GS-voorstel europroof is, maar helemaal zeker is dat niet. In elk geval zijn de (externe) kosten voor alle juridisch hulp hoog. Bij concurrent Connexxion zijn 24 schone bussen geïntroduceerd in het kader van de verlenging van de concessie met 2 jaar. 3. 3a.
Controle en verantwoording Langetermijnagenda Pagina 23/25
De langetermijnagenda wordt vastgesteld. 3b.
Voortgang moties
Het advies van de commissie is om motie 186 als afgedaan te beschouwen. 4. 4a.
Afwikkeling vorige vergadering en interne aangelegenheden Rondvraag
De heer VERBEEK heeft een vraag over de ontsluitingsweg langs de Oostkade en de Westkade in Midden-Delfland. Voor die weg is een vervoerverbod voor vrachtauto’s van meer dan 20 ton van kracht. De vrachtauto’s die zorgen voor aanvoer en afvoer ten behoeve van de veehouderijproducten in het gebied komen net boven die 20 ton uit. Opeens is de politie nu overgegaan tot handhaving van het verbod. De boeren uit de streek zijn daardoor in de problemen gekomen. Is de gedeputeerde bereid om na te denken over het maken van een andere verbodsregeling (met een maximaal gewicht per as) en over het maken van verschillende regelingen voor intern en doorgaand verkeer? Gedeputeerde VAN DIJK antwoordt dat controle ook in het verleden heeft plaatsgevonden. De recente controle is mede uitgevoerd op instigatie van de provincie, omdat was geconstateerd dat er vanwege de nieuwbouw van het gemeentehuis meer zwaarder verkeer over de dijk ging (met aanvoer en afvoer van bouwmaterialen). De dijk heeft een waterkerende functie en is volgens het waterschap niet berekend op een hoger gewicht dan 20 ton. Zwaarder vrachtverkeer leidt tot verzakkingen, overbelasting en scheuren in de dijk. Er is nu al sprake van verzakkingen en schade aan het wegdek op de dijk. Dat leidt tot extra schade door te zware vrachtauto’s. Een alternatieve route is beschikbaar door een omweg te volgen. Het is vanuit (waterhuishoudkundige) veiligheidsoverwegingen onverantwoord om nu niet te handhaven. De heer VERBEEK merkt op dat voor de agrariërs in het gebied geen alternatieve weg bestaat, hun voertuigen het maximumgewicht slechts een klein beetje overschrijden (met een paar ton), door hun vrachtauto’s de schade nauwelijks tot stand kan worden gebracht, de agrariërs het al financieel heel moeilijk hebben en nu ook nog worden verplicht om andere vrachtauto’s te gaan gebruiken voor de aanvoer en afvoer van hun producten. Is het mogelijk om voor lokaal verkeer een uitzondering te maken bij een overschrijding van 10 of 20% van het maximumgewicht? Is het mogelijk om het externe verkeer wel tegen te houden en het interne verkeer niet? De bouw van een nieuw gemeentehuis zou de agrariërs in het gebied niet in financiële problemen mogen brengen. Mevrouw CHUNG merkt op dat de boeren er volgens haar informatie vooral over klagen dat de weg vol staat op momenten dat zij er gebruik van zouden willen maken. Handhaving van het huidige verbod is ook vanwege het feit dat het dijkverkeer door de dorpskern van Maasland rijdt een goede zaak. Zware vrachtauto’s zorgen voor overlast voor de bewoners. Kan er niet beter iets worden gedaan aan het sluipverkeer over de dijk?
Pagina 24/25
De heer ÖZDEMIR merkt op dat veiligheid voorop dient te staan. De heer VERBEEK is het daarmee eens. Punt is alleen dat het externe verkeer verantwoordelijk is voor de schade, terwijl de landbouwbedrijven (intern verkeer) daarvan de dupe dreigen te worden. Is het mogelijk om daarvoor een oplossing te vinden? De heer MAASSEN merkt op dat er volgens de gedeputeerde een goede reden bestaat voor het stellen van een maximum van 20 ton. Het CDA vraagt nu om enkele tonnen hoger toe te laten. Sinds wanneer is het CDA voorstander van een gedoogbeleid? De heer VERBEEK antwoordt dat het CDA geen voorstander is van een gedoogbeleid. 4b.
Conceptverslag van de vergadering van 12 mei 2010
Het verslag wordt vastgesteld. 4c.
Conceptbesluitenlijst van de vergadering van 12 mei 2010
De besluitenlijst wordt vastgesteld. 5. 5a.
Stukken ter kennisneming Stukken in het kader van de actieve informatieplicht van GS
Van de stukken wordt kennisgenomen. 5b.
Van derden ontvangen informatie
Van de informatie wordt kennisgenomen. 6.
Sluiting
De VOORZITTER sluit de vergadering om 12.40 uur. De op 2 juli geplande extra vergadering is een nieuwe vergadering en geen uitloop van de vergadering van vandaag. .
Pagina 25/25