WOESTIJNEN en verwoestijning
Een informatiepakket voor een werkstuk of spreekbeurt
COLOFON Tekst: Luit van der Glas Illustraties: CMO en zijn licentiegevers, Flickr, Wikipedia
De inhoud is met zorg samengesteld. Mocht u van mening zijn dat inbreuk is gedaan op uw auteursrechten of beeldrechten, dan verzoeken wij u vriendelijk contact met ons op te nemen via
[email protected].
Centrum voor Mondiaal Onderwijs
Postbus 9108 6500 HK Nijmegen tel. 024-3613074 e-mail:
[email protected] http://www.cmo.nl
De Scriptieservice Nieuwe Stijl is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van Kerk en Wereld en door een solidariteitsbijdrage van de gezamenlijke religieuzen in Nederland via de commissie PIN.
© Centrum voor Mondiaal Onderwijs, Nijmegen, 2010
II
INHOUD Heimwee naar de woestijn
pag.
1
Waar vinden we woestijnen?
pag.
2
Waar vinden we welke woestijnen?
pag.
3
Woestijnlandschappen
pag.
4
Klimaat en woestijnen
pag.
5
Woestijnplanten en bomen
pag.
6
Woestijndieren
pag.
8
Mens en woestijn
pag. 11
Nomade gaat boeren
pag. 12
Woestijnvorming is mensenwerk
pag. 14
VN willen actie tegen oprukkende woestijnen
pag. 15
Signalen uit de Gobi-woestijn
pag. 16
Naar school in de woestijn
pag. 19
Tegengaan van verwoestijning
pag. 20
De CooKit, koken op zonne-energie
pag. 22
De Grote Groene Muur
pag. 24
Aantekeningen
pag. 25
Meer op internet
pag. 27
III
IV
HEIMWEE NAAR DE WOESTIJN "Lang heeft het kind van de woestijn in mij geen tijd gehad voor heimwee. Maar geleidelijk ging ik de woestijn meer en meer missen. De sterren, de weidse horizonten, de stilte ... 's Nachts zie ik amper een ster, terwijl in de woestijn duizenden sterren oplichten: het zijn dingen waar ik weer naar snak. Maar klagen zul je me niet horen doen. België is een goed land om te leven. Voor het eerst in mijn leven zag ik het sneeuwen; de eerste keer dat ik hier regendruppels op mijn gezicht voelde, was ik blij als een kind. Maar ik was ook geschokt toen ik de fonteinen in de stad zag: woestijnmensen hebben immers amper drinkwater om te overleven!"
Nachtelijke sterrenhemel in de woestijn
Anana, Toeareg-muzikant, leeft sinds 2006 met vrouw en kind in Brussel. "Ik heb Marie ontmoet in Agadez, Niger. Ik organiseerde er woestijntrips voor toeristen. Van het een kwam het ander en zo ben ik in 2006 in Brussel beland. Toch betekende het leven in de westerse wereld een hele aanpassing. Het heeft me een andere kijk op het Westen gegeven, maar ook een andere kijk op de woestijn, op Afrika."
Anana, Toeareg-muzikant * De Toeareg zijn een Berbervolk van rondtrekkende veetelers in de Sahara en Sahel. Zij noemen zichzelf 'Tamasheq'. De Toeareg beheersten eeuwenlang de karavaanhandel in de Sahara. De meest verhandelde goederen waren zout, goud, zilver, dadels en stoffen.
1
WAAR VINDEN WE WOESTIJNEN? Kijk eerst eens naar de wereldkaart hierboven met de gele kleuren. Hier zie je in een oogopslag de wereldwijde verspreiding van de woestijngebieden. Op de afbeelding beneden zie je dat de meeste woestijnen niet rond de evenaar liggen, maar rond de keerkringen op 30 graden noorder- en zuiderbreedte, waar de temperatuurverschillen tussen dag en nacht groter (kunnen) zijn dan rond de evenaar. Woestijnen zijn gebieden waar, gemeten over een jaar, extreem weinig neerslag valt. Niet meer dan 250 mm per jaar. Vergelijk dat maar eens met Nederland waar jaarlijks zo'n 800 mm aan neerslag valt. Door het gebrek aan neerslag leven er naar verhouding ook weinig dier– en plantensoorten. De soorten die er leven zijn veelal aangepast aan de droogte en de onregelmatige neerslag. Ongeveer 15% van het landoppervlak op aarde bestaat uit woestijnen. Maar de woestijnen rukken op. Dat noemen we verwoestijning. Zie de gele kleuren hieronder. Dit zijn de meestal toch al droge gebieden (vaak halfwoestijnen of woestijnsteppes genoemd) die extra kwetsbaar zijn voor verwoestijning. Waarom lees je verderop.
Zie de gestippelde lijnen: de evenaar (Equator) en de keerkringen. De rode gebieden zijn de echte woestijnen; de gele gebieden zijn de halfwoestijnen die we ook wel droge gebieden noemen. Zij zijn het meest kwetsbaar voor verwoestijning.
2
WAAR VINDEN WE WELKE WOESTIJNEN?
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
Het hangt nogal van de kaart af die je gebruikt hoe de verschillende woestijnen precies onderverdeeld worden. Zo is de Arabische Woestijn (3) weer verder onder te verdelen in de Rub al Khali woestijn, de Nefud Woestijn en de Syrische Woestijn. Kijk eens in de Grote Bosatlas als je je hier verder in wilt verdiepen. Zo zie je dus mogelijk achter één nummer meerdere woestijnnamen staan.
Sahara Namibische en Kalahariwoestijn Arabische Woestijn: Rub al Khali Woestijn, de Nefud woestijn en de Syrische Woestijn Grote Zoutwoestijn Woestijn Lut Tharwoestijn Karakoemwoestijn Takla-Makanwoestijn Gobiwoestijn Australie: Grote Zandwoestijn, Gibsonwoestijn, Grote Victoriawoestijn, Stuartwoestijn en Simpsonwoestijn Grote Bekken, Mojavewoestijn, Sonorawoestijn en Chihuahuawoestijn Atacamawoestijn Montewoestijn Patagonische Woestijn Ogadenwoestijn
3
WOESTIJNLANDSCHAPPEN
Afbeelding rechtsboven: de hoge temperaturen in de Grote Zoutwoestijn in Iran zorgen voor extreme verdamping, waardoor de moerassen en modderpoelen bedekt worden met grote zoutkorsten
Veel mensen denken dat woestijnen alleen bestaan uit zand: het tegendeel is waar. Een grote woestijn als de Sahara bestaat misschien voor 30% procent uit puur zandwoestijn. Daarnaast vind je er ook steen- en grindwoestijn (zie de afbeelding linksboven: Sahara te Marokko), en zoutwoestijngebieden. Vaak is het ook een mix van landschappen, zoals je kunt zien op de grote afbeelding van een woestijnexpeditie te Egypte.
Overal ter wereld vind je oasen in de woestijnen, maar dit aantal is met name in de Sahara en de Arabische Woestijn het grootst. Een oase is een plek in de woestijn, waar water aan de oppervlakte komt en waardoor landbouw mogelijk is. Er zijn verschillende soorten oasen: rivier-, grondwater- en bronoasen. Je snapt dat door de schaarste aan water in woestijnen juist rond oases door de eeuwen heen leefgemeenschappen en steden zijn ontstaan. 4
KLIMAAT EN WOESTIJNEN Woestijngebieden liggen grotendeels in de subtropische gebieden. Mede daarom kent een woestijnklimaat een groot temperatuurverschil tussen dag en nacht. De luchtvochtigheid is namelijk veel lager dan in de tropen, dus daarom koelt het 's nachts veel sneller af. Overdag wordt het snel warm, onder andere door het ontbreken van bewolking en aaneensluitende begroeiing. Er zijn ook temperatuursverschillen tussen woestijnen onderling. Er wordt onderscheid gemaakt tussen 'koude' en 'warme' woestijnen. Zie de rode ('warme' woestijnen) en roze ('koude' woestijnen) gekleurde gebieden op dit kaartje. Als een woestijn een gemiddelde jaartemperatuur (dag en nacht) van minder dan 18 graden Celsius heeft noemen we dat een 'koude' woestijn. Ligt dit jaargemiddelde hoger dan 18° Celsius dan noemen we het een 'warme' woestijn. In de rood gekleurde woestijngebieden worden met name de dagtemperaturen hoger dan in de roze gekleurde woestijngebieden. In de roze gekleurde gebieden worden met name de nachttemperaturen lager dan in de 'warme' woestijnen. Dit heeft vooral te maken met ligging, hoogteverschillen en met de invloed van warme en koude golfstromen. Trouwens, de hoogste temperatuur (in de schaduw) ooit gemeten, het zal misschien geen verrassing zijn, werd vlak bij de Saharawoestijn gemeten: in Al Aziziyah in Libië, dat in de Sahel ligt (zie pagina 12), werd op 13 september 1922 een temperatuur van 57,7°C gemeten.
In alle woestijnen valt gemiddeld over het jaar weinig neerslag. Maar in sommige woestijnen valt zelfs helemaal geen neerslag. Zo'n woestijn is de Atacamawoestijn (zie afbeeldingen hierboven). Deze (kust)woestijn staat als de droogste woestijn ter wereld bekend. Het is met name de Koude Golfstroom en de droge koude lucht daarboven die maakt dat er (praktisch) geen neerslag valt. Wel vormt zich 's ochtends af en toe mist die het land op trekt. Daardoor kunnen sommige planten en dieren toch nog overleven. (zie ook pagina's 6 t/m 9)
5
WOESTIJNPLANTEN EN WOESTIJNBOMEN
Overleven in hitte en droogte Woestijnen zijn de meest plant-onvriendelijke gebieden ter wereld. Er valt nauwelijks neerslag. Overdag kunnen de temperaturen er oplopen tot ruim 40°C, 's nachts kan het er vriezen. De bodem is stenig en arm aan voedingsstoffen. Daarom is overleven voor planten alleen mogelijk door zich aan te passen aan deze barre omgeving. We noemen een aantal manieren waarop planten en bomen dit doen. Water opslaan Een aantal planten bewaart een watervoorraad in een deel van zichzelf. Hierdoor kunnen ze droogte verdragen. Deze groep kan echter niet in de allerdroogste omstandigheden overleven. Ze moeten namelijk hun voorraad regelmatig aanvullen. De meest bekende planten van deze groep zijn de cactussen. Water kan opgeslagen worden in verschillende organen, in de stengel of in vlezige bladeren zoals bij aloë's of vetplanten. Sommige soorten slaan water op in hun houtige stengel, deze is dan plaatselijk opgezwollen. Baobabs, flessenbomen en ook de olifantsvoet zijn voorbeelden van planten die water op deze manier bewaren. Baobab
6
Water zoeken Een aantal woestijnplanten hebben zeer lange wortels waardoor ze diep gelegen water kunnen bereiken. Voorbeelden hiervan zijn Acaciasoorten zoals de acacia karoo. Deze bomen komen voor langs de bedding van tijdelijke rivieren. Andere planten zoals cactussen hebben een uitgebreid netwerk van wortels vlak onder het bodemoppervlak. Hierdoor kunnen ze het water onmiddellijk opnemen zo gauw het beschikbaar is. In kustwoestijnen, waar 's ochtends mist kan voorkomen, komen planten voor die water opnemen via hun bladeren. Acacia Karoo
Verstoppertje spelen Voor dieren zijn planten sappige brokjes voedsel én water. Droogteplanten zijn dan ook vaak uitgerust met stekels en doornen om dieren af te schrikken. Heel wat planten ontsnappen aan de aandacht van dieren door te lijken op hun omgeving. Zo lijken de Zuid-Afrikaanse levende steentjes sterk op stenen en zijn bijna onzichtbaar. Als de woestijnbodem uitdroogt, rolt de valse roos van Jericho zijn stengels op tot een strakke bal. Binnenin wordt het laatste water vastgehouden, aan de buitenkant ziet het balletje er uitgedroogd en dood uit. Er is geen groei meer en nauwelijks ademhaling. Zo kunnen jaren overbrugd worden, totdat het weer eens gaat regenen. Binnen een dag is de plant dan weer groen en in de groei. Deze cyclus van oprollen en ontvouwen kan de plant vele malen herhalen.
Droogte ontwijken: rustende zaadjes in het zand Ongeveer de helft van alle soorten planten in droge gebieden ontkiemen, groeien en bloeien in de korte periode vlak na een regenbui. De droge periodes ontwijken ze als rustende zaadjes in het zand. Deze planten zijn verantwoordelijk voor de "bloei van de woestijn". Korte tijd na regenbuien staan de woestijnen van Californië, Australië of zuidelijk Afrika kleurrijk in bloei. Deze planten hebben juist een oppervlakkig wortelstelsel en geen aparte organen die water opslaan. Ze voltooien hun volledige levenscyclus razendsnel. Sommige soorten doen er minder dan dertig dagen over om van zaadje uit te groeien tot volwassen plant met bloemen en nieuwe zaadjes. De zaadjes zijn zeer lang levensvatbaar.
7
WOESTIJNDIEREN Er zijn grofweg drie manieren voor dieren om te overleven op plekken met weinig of geen water en hoge temperaturen.
Zo weinig mogelijk in de hitte actief zijn. 's Nachts is het in de woestijn veel minder warm dan overdag. Daarom zijn veel woestijndieren 's nachts actief. Maar er zijn ook dieren die bijvoorbeeld door een slimme manier van voortbewegen overdag het contact met de hete grond tot een uiterste beperken. Weer andere dieren, zoals kangoeroes, schuilen overdag op de heetste uren onder een struik of boom.
Zuinig omspringen met het schaarse vocht Als er weinig vocht in de leefomgeving ter beschikking is kunnen dieren alleen overleven als ze zo zuinig mogelijk omspringen met elke druppel vocht die hun lichaam kan opnemen. Vooral woestijndieren zijn daar meesters in. We geven verderop een aantal voorbeelden.
In rust gaan: De zomerslaap Als het ontbreken van water een tijdelijke kwestie is, ontlopen sommige dieren dit door een tijdje in een rusttoestand te gaan. Hun levensfuncties komen op een laag pitje te staan. Dit in rust gaan vanwege hitte en droogte noemen we zomerslaap.
De Mongoolse gerbil plast slechts een paar druppeltjes per dag. Zijn nieren kunnen de urine zeer sterk concentreren. Hij krijgt zijn water vooral binnen via voedsel (planten, insecten en zaden) en is er zó zuinig op dat hij nauwelijks hoeft te drinken.
De dwergpofadder heeft een speciale manier van voortbewegen (sidewinding). Slechts twee, steeds wisselende, stukjes van zijn lange slangenlijf raken tijdens het kronkelen de grond. De woestijnzwartlijfkever leeft in de zeer droge woestijn van Namibië. Alleen de ochtendmist is een bron van vocht. Het rugschild van de woestijnzwartlijfkever is een instrument om vocht uit mist te oogsten. De kever gaat tegen de wind in, op zijn kop, op de top van een zandduin staan. Mistdruppels worden gevangen op zijn rugschild. Vanaf een bepaalde grootte beginnen de druppels via waterafstotende groeven naar beneden te rollen, regelrecht in de mond van de kever. Een mistontbijt als waterbron voor de rest van de dag. 8
Vanwege vacht of veren kunnen veel dieren niet zweten. Ze gebruiken de vochtige mondholte als verdampingsplek om daarmee warmte kwijt te raken. Via een versnelde ademhaling, je zou het koel -hijgen kunnen noemen, raken ze hun overtollige warmte kwijt. Dit zie je bijvoorbeeld bij de struisvogel. Deze ademt dan wel tien keer zo snel als normaal. Zomerslaap De zomerslaap is de tegenhanger van de winterslaap. Een dier gaat in winterslaap omdat het te koud wordt en er te weinig voedsel te vinden is. Tijdens hun winterslaap daalt de lichaamstemperatuur sterk. De meeste lichaamsfuncties zijn vertraagd. De hartslag is vertraagd en de hele stofwisseling van het dier staat op een laag pitje. Er zijn dieren die hetzelfde doen maar dan niet omdat het te koud wordt, maar vanwege droogte en/of hitte. Veel schildpadden die in de woestijn leven, houden een zomerslaap tijden de heetste maanden, als de temperatuur stijgt en er weinig voedsel en water is. De Noord-Amerikaanse gopherschildpad komt tijdens het heetste gedeelte van de zomer weken of soms maanden niet uit zijn hol. Slim voortbewegen Sommige dieren kunnen dankzij bepaald gedrag overleven op zeer hete plekken. Bijvoorbeeld door zo weinig mogelijk in aanraking te komen met de gloeiend hete woestijngrond. Een voorbeeld van zo’n dier (naast de dwergpofadder) is de woestijnhagedis: De woestijnhagedis voert een dansje uit als de grond hem te heet onder de voeten wordt. Hij tilt gelijktijdig een tegenovergestelde voor- en achterpoot op om die af te laten koelen. Daarna zijn de andere twee poten aan de beurt. Wordt het zand te heet voor deze truc dan duikt de hagedis onder in het zand en kruipt naar beneden waar het koeler is.
9
De Arabische oryx. In de woestijn loopt de lichaamstemperatuur van de oryx op het heetst van de dag op tot 42º C. Dat is ongeveer vier graden hoger dan een normale zoogdiertemperatuur. Door zijn lichaamstemperatuur te verhogen komt deze dichter bij de omgevingstemperatuur. Daardoor hoeft een oryx overdag minder af te koelen, dat spaart water. In de koele nacht raakt hij die extra warmte geleidelijk weer kwijt. Eigenlijk kan een oryx zonder ziek te worden koorts hebben. 's Nachts is het in de woestijn veel minder warm dan overdag. Daarom zijn veel woestijndieren 's nachts actief. Zo jaagt de woestijnvos vooral 's nachts. Met zijn grote oren kan hij het kleinste geluidje van zijn prooien horen. Maar dat is nog niet alles. De woestijnvos zweet niet. Zijn overtollige warmte raakt hij kwijt via zijn oren! Ook krijgt de woestijnvos koeling door te 'koel'hijgen, net als de struisvogel. (zie pag. 9) Kamelen kunnen wekenlang zonder te drinken in leven blijven. Ze verliezen erg weinig water, onder andere omdat ze pas gaan zweten op het moment dat hun lichaamstemperatuur boven de 40° C komt. De nieren zijn in staat om veel water uit de urine te halen en in het bloed terug te nemen. Ook kunnen ze grote uitdroging moeiteloos doorstaan. Als een kameel drinkt, drinkt hij bijzonder veel, meer dan 100 liter achter elkaar. In de bulten wordt vet opgeslagen, dat dient als energiereserve bij voedselgebrek. Als de bulten niet worden aangesproken, staan ze rechtop. Bij voedselschaarste, wanneer de kameel teert op het vet in de bult, gaan de bulten naar een kant hangen. De dikke vacht beschermt de dieren zowel tegen extreme hitte als extreme kou.
10
MENS EN WOESTIJN Leven in woestijnen is voor mensen zo goed als onmogelijk. Een uitzondering vormt het leven rond oasen. Daar is water en begroeiing en de mogelijkheid om landbouw te bedrijven en in de levensbehoeften te voorzien. Daarbuiten kunnen mensen slechts kortere tijd overleven als 'doortrekkers' in de woestijn mits ze voldoende water en voedsel bij zich hebben. Dit zijn tegenwoordig vaak toeristen die onder begeleiding van deskundigen trektochten maken van oase naar oase en van stad naar stad. Ook zijn er nog steeds (traditionele) handelskaravanen met kamelen en dromedarissen, maar lang niet zo veel meer als vroeger. Veel nomaden hebben inmiddels de beschikking over auto's of hebben hun bestaan als nomade opgegeven. Omdat leven in de woestijn bijna niet mogelijk is voor de mens, wonen de meeste mensen sinds jaar en dag vooral in de overgangsgebieden rond woestijnen. Die noemen we vaak halfwoestijnen of woestijnsteppes. We noemen ze ook wel droge gebieden. In deze gebieden is vaak nog (nomadische) veeteelt en akkerbouw mogelijk. Deze droge gebieden, de leefgebieden van honderden miljoenen mensen, worden nu wereldwijd bedreigd door verwoestijning: het onvruchtbaar worden van land door woestijnvorming. Wat dit betekent voor de mensen, wat de oorzaken ervan zijn en wat er gedaan wordt om dit tegen te gaan, lees je in het tweede gedeelte van dit boekje.
11
NOMADE GAAT BOEREN De woestijn rukt op in Mali. Daardoor wordt de traditionele manier van leven van de Toeareg aangetast. Herela Ag Adbaly is hoofdman van het Toearegdorp Tinsinsack. Hij is zeventig jaar oud. Toen hij een jongeman was, leefden er giraffes, olifanten en grote kuddes gazellen rond zijn dorp, zegt hij. Luipaarden jaagden op het wild. In meren en rivieren zwommen nijlpaarden en een overvloed aan vis. Dat is nu wel anders. Herela Ag Adbaly knikt veelbetekenend naar het witte zand. Overal om hem heen schittert en stuift het zachte, hete zand. De zandduinen rukken dreigend op aan de rand van zijn dorp, een verzameling ronde rieten tenten en wat lemen bouwsels. "Ik voel me alsof we van de aardbol afgeduwd worden", zegt hij. De Toeareg-nederzetting Tinsinsack ligt op een steenworp afstand van Timboektoe, de oude karavaanstad in het noorden van Mali. Tinsinsack ligt op de drempel van de Sahara. Veel dorpen in de omgeving zijn al opgeslokt door het zand. De woestijn blijft oprukken. Gemiddeld een kilometer per jaar. De dorpelingen zitten op een grote mat onder een schaduwgevende boom. Vergeleken met de zinderende hitte erbuiten is het een paradijs onder het loof. Iedereen, man, vrouw, jong en oud, is gekomen om te praten en te horen over het probleem van Tinsinsack: hoe houden ze de Sahara buiten de deur?
Zie het rode bolletje: hier ligt Timboektoe in het land Mali. Het dorpje Tinsinsack ligt hier vlakbij. Dit dorpje ligt in de Sahel (zie de kleine afbeelding rechtsonder in de hoek: de bruine strook). De Sahel is het gebied direct ten zuiden van de Sahara. Dit (overgangs)gebied wordt bedreigd door verwoestijning. Regen valt slechts enkele maanden per jaar, in het zomerseizoen, en varieert sterk van jaar tot jaar en van locatie tot locatie. In het droogste, noordelijke deel bestaat het bodemgebruik hoofdzakelijk uit nomadische veeteelt, in het zuidelijke deel is akkerbouw mogelijk. De onbetrouwbaarheid van de neerslag vormt een voortdurend probleem voor de landbouw.
12
Voor het overleven van Tinsinsack moet het zand worden gestopt. Dat betekent dat de dorpelingen moeten ophouden met houtkap. De Toeareg moeten leren leven van de grond en veevoer verbouwen. Ze moeten voorkomen dat de geiten de jonge spruiten van de bomen opeten. Want de bomen houden het zand vast en de weinige regen die er valt. De dorpelingen van Tinsinsack hoeven niet meer overtuigd te worden van de noodzaak van een grondige ingreep. "We zien met eigen ogen hoe de wereld verandert", zegt chef Herela Ag Adbaly. "Onze kinderen trekken weg naar de stad, naar Bamako. Ze kunnen hier niet meer leven. Ons leven eindigt hier." Hier, in dit land waar de hitte welhaast ondraaglijk is, gaat het savannelandschap van Afrika over in de woestijn, de Sahara. "Elk jaar wordt het droger. De woestijn rukt op, het zand blaast naar het zuiden. Voorheen vruchtbaar land wordt zand. Als we niets doen, dan rukt de woestijn elk jaar een kilometer op, zegt Yorya Cissé, 'milieuchef' in Kondi, een plaatsje dat niet ver van Morikoyra gelegen is. Cissé moet soms praten als Brugman. Besluit het ene dorp te stoppen met het kappen van bomen, gaat het andere dorp onverdroten voort met het verzamelen van brandhout. Cissé begrijpt het best, het hout is nodig om te koken, om voedsel te bereiden, om te overleven dus. Maar het mág niet. "Alle neuzen moeten in één richting staan, wil de bevolking in dit gebied overleven."
Yorya Cissé
Er liggen, in het noorden, waar de woestijn aan haar opmars is begonnen, al genoeg in het zand verdronken dorpen. Dus is het zaak om opnieuw bomen te planten, om nieuwe, houtbesparende oventjes te gaan gebruiken, en om duinen op te werpen tegen het oprukkende woestijnzand. "Vroeger", zegt Ibrahim Allasane, een andere stokoude dorpschef, "hadden we niet eens in de gaten dat het kappen van bomen verwoestijning tot gevolg had. We kapten maar raak, aan het aanplanten van nieuwe bomen dachten we niet eens. Nu weten we wel beter. Je hoeft mij niet meer te motiveren. Alleen als we elkaar de waarheid vertellen, kunnen we hier blijven." Dan ook zullen de jongeren niet langer wegtrekken, naar Libië om te werken, of nog verder pogen te reizen, naar het verre 'paradijs' Europa. 13
WOESTIJNVORMING IS MENSENWERK De oorzaken van de oprukkende woestijn moeten we vooral bij mensen zoeken. De oplossingen moeten we dus ook bij de mens zoeken. We noemen hier kort een aantal oorzaken van verwoestijning. Uiteraard lees je hierover verderop nog meer. Overbegrazing Ieder gebied heeft een bepaald draagvermogen. Dit wil zeggen dat in een gebied een maximaal aantal mensen en dieren kan leven. In een woestijn en de gebieden rond de woestijn hangt dit sterk samen met de plantengroei en de regenval. Over het algemeen is er weinig vegetatie en is er - behalve in oases - weinig water beschikbaar. Dat betekent dat per hectare maar weinig schapen, geiten, kamelen of koeien kunnen leven. Als er naar verhouding te veel dieren leven is het gevolg dat planten zo worden afgevreten dat ze niet meer kunnen herstellen en het gebied kaal wordt. Dit proces noemt men overbeweiding of overbegrazing. Ontbossing Behalve overbegrazing is ontbossing een andere belangrijke oorzaak van woestijnvorming. Bijna 90% van de mensen in de Derde Wereld is voor brand- en timmerhout afhankelijk van de plaatselijke bossen. Brandhout is nodig om op te koken, om warmte te geven tijdens koude nachten, om stenen te bakken. Zie ook pagina 20. Klimaatverandering Bij het verbranden van olie, gas en steenkool, komen zogenoemde broeikasgassen vrij. Die zorgen volgens de meeste deskundigen voor een versterking van de opwarming van de aarde. Gevolgen: de zeespiegel stijgt; de onvoorspelbaarheid van neerslag neemt toe. En niet in de laatste plaats: veel droge gebieden worden wereldwijd nog droger! Om dit proces een halt toe te roepen moet de oplossing gezocht worden in het gebruik van duurzame energiebronnen als zonne-energie, windenergie, waterkrachtenergie en aardwarmte-energie. Een extra reden om op duurzame energiebronnen over te schakelen is dat de voorraden fossiele brandstoffen op aarde eindig zijn. Dit geldt niet voor duurzame energiebronnen. Sommigen zien in kernenergie een oplossing, met name omdat er geen schadelijke verbrandingsgassen uitgestoten worden. Maar naast het grote probleem van het kernafval geldt dat ook de voorraad uranium, die nodig is om kernenergie te verkrijgen, eindig is.
14
Verdroogd en onvruchtbaar geworden land in Noord-China. VN willen actie tegen oprukkende woestijnen Grote delen van de wereld worden bedreigd door de oprukkende woestijnen. Slechte landbouwmethodes, slecht waterbeheer, ontbossing en klimaatverandering verergeren het probleem. Dit stellen de Verenigde Naties bij de lancering van een actieplan waarmee de komende tien jaar de uitbreiding van de woestijnen een halt toe moet worden geroepen. "De verslechtering van land is een bedreiging van de voedselveiligheid, leidt tot honger bij de meest ernstig getroffenen en berooft de wereld van productiegrond'', aldus secretaris-generaal Ban Ki-moon. Volgens het VN-ontwikkelingsprogramma UNEP gaat wereldwijd een kwart van het totale landoppervlak van de aarde er op achteruit door droogte. Een miljard mensen wereldwijd is getroffen door het verschijnsel. Elk jaar gaat 120.000 vierkante kilometer landbouwgrond verloren aan woestijnen. Dat is bijna drie maal de opOp de vlucht voor pervlakte van Nederland. hongersnood
Afrika is het continent dat het zwaarst wordt getroffen door de woestijnvorming. In de droge Sahel-zone ten zuiden van de Sahara wordt veel grond snel onvruchtbaar, in een strook van Senegal aan de Atlantische Oceaan tot Somalië aan de Indische Oceaan. In grote delen van de Sahel-zone is er sprake van een voedselcrisis. Vooral in Niger en Tsjaad dreigt voor veel mensen de hongerdood. De VN lanceert programma's waarbij plaatselijke gemeenschappen bomen en andere gewassen planten om de vruchtbare grond beter vast te houden. Ook moet te intensieve begrazing door vee worden tegengegaan. 15
SIGNALEN UIT DE GOBI-WOESTIJN
Zand kleurt Beijing oranje De Chinese hoofdstad Beijing wordt regelmatig geteisterd door zand en stof. Het komt met een constante, harde westelijke wind uit de Gobi-woestijn. Volgens weerdeskundigen is de luchtkwaliteit heel slecht. De huidige stormen zijn het gevolg van het uitzonderlijk warme weer van de voorafgaande maanden, waardoor het zand heel droog is geworden. De komende weken worden nog meer stormen verwacht. De bevolking krijgt het advies zoveel mogelijk binnen te blijven en alleen met een mondkapje en een bril op naar buiten te gaan. Op een gegeven moment heeft het zand ook Taiwan en Hongkong bereikt. Zandstormen zijn in China niet ongewoon, maar de laatste jaren nemen ze vooral in heftigheid toe.
16
Deskundigen wijten de verwoestijning aan ontbossing en het onttrekken van water aan het gebied ten behoeve van de landbouw. Aan de randen van de woestijn graast bovendien veel vee, dat het groen dat bescherming biedt tegen verwoestijning beschadigt. Tot het eind van de twintigste eeuw breidde de woestijn zich jaarlijks met enkele tientallen meters uit. Daarna maakten de Chinese autoriteiten een begin met de herbebossing van het gebied. De droogte wordt volgens veel deskundigen versterkt door klimaatverandering. De hoeveelheid neerslag is daardoor minder voorspelbaar geworden. Soms blijft de regen lange tijd uit. Speciale teams proberen het zand tegen te houden door plaggen van stro te steken in de duinen, en daar droogtebestendige struiken in te planten. Shelterbelts, groene zones rond verdroogde gebieden, moeten verhinderen dat het woestijnzand voortaan door stormen de grote bevolkingscentra bereikt.
Op de foto's zie je de shelterbelts, de groene zones rond verdroogde gebieden
17
Mongolië Dambartsan (55) zit op een krukje bij de kachel in zijn ger, de traditionele schapenwollen hut van de Mongoolse nomaden. Hij wrijft eens in zijn handen, rolt een sigaret. Buiten loeit de wind, een hond blaft. Hier in Arvaicheer, drie uur rijden ten westen van de hoofdstad Ulan Bator, houdt hij zo'n 300 beesten. Wat schapen, wat paarden en een boel geiten. Kasjmierwol is zijn belangrijkste product. Sinds kort hebben de nomaden er een probleem bij: het land verandert in hoog tempo in een zandbak, waardoor er steeds minder groeit en de dieren minder te eten hebben. Volgens sommige wetenschappers wordt die verwoestijning voornamelijk veroorzaakt door het veranderende klimaat. Maar volgens anderen ligt de belangrijkste oorzaak bij de herders zelf. De herders zijn steeds meer dieren gaan houden. Sinds 1991 is het aantal dieren verdubbeld tot circa veertig miljoen, waarvan het merendeel geiten (vanwege de kasjmierwol). Maar juist geiten eten het gras met wortel en al op, waardoor het langzamer teruggroeit. Op die manier werken de herders dus aan hun eigen ondergang. Op dit moment wordt 70 procent van Mongolië bedreigd door verwoestijning. De Gobi-woestijn in het zuiden van het land rukt op. In steden in Zuid-Korea en China ligt zand dat is komen overwaaien uit de Gobi Woestijn. China plant bomen in Mongolië om dit zand buiten de deur te houden. Dambartsan weet dat hij een onderdeel is van het probleem en het doet hem elke dag pijn het land te zien veranderen. Hij verlangt zelfs weer terug naar het communisme, toen alles nog gereguleerd was, zegt hij. "Iedereen denkt tegenwoordig alleen nog maar aan zichzelf. Het land is er slecht aan toe. Toen er nog collectieve boerderijen waren, was alles beter." Zwijgend gooit hij nog maar een koeienvlaai in de haard.
18
NAAR SCHOOL IN DE WOESTIJN We zijn in Marokko - in de Saharawoestijn. Hier wonen Mohammed en zijn zusje Zohra. Mohamed en zijn familie zijn nomaden. Zij hebben geen vaste woonplaats en trekken rond in de woestijn. Ze zijn op zoek naar weidegebieden voor de geiten. Hun huis is een tent, daar eet en slaapt de hele familie. 's Ochtends gaan Mohammed en zijn zusje naar school. Zij moeten een uur door de woestijn lopen om op school te komen. Mohammed gaat graag naar school. Hier kan hij rustig leren en met zijn klasgenoten spelen. Als hij van school terugkomt moet hij zijn vader helpen. Samen met zijn zusje zorgt hij voor de geiten en haalt hij iedere dag water. Een hele klus want de waterbron van de familie ligt kilometers verderop achter de bergen. De winter is aangebroken. Mohammeds familie heeft de tent op een beschutte plek bij een berg opgezet. Er nadert een zandstorm. Mohammeds vader houdt zijn kudde goed in de gaten. Hij wil niet dat de dieren verdwalen. Het wordt steeds moeilijker voor Mohammed en zijn familie om in de woestijn te leven. Door de droogte is er vaak niet genoeg eten voor de kudde. Veel nomaden wonen daarom nu in dorpen en steden. Mohammed houdt van de woestijn maar ziet zijn toekomst ergens anders. Hij zal waarschijnlijk in een stenen huis gaan wonen. Toekomst in een stenen huis Veel nomadenfamilies wonen tegenwoordig al in stenen huizen. In dorpjes gebouwd rond een oase. In de dorpen rond zo'n oase zijn waterleidingen aangelegd. Zo heeft het hele dorp altijd water bij huis. De nomaden hoeven zo dus niet meer rond te trekken op zoek naar water en gras, en kunnen gewoon in hun dorp blijven wonen. Toch hebben veel families in de oasedorpen nog steeds een tent in hun tuin staan. Gewoon, uit een soort heimwee. En ook hebben ze nog steeds dromedarissen. In zo'n oasedorp staat meestal ook een school. Dus de kinderen hoeven nu niet meer zo ver te lopen. 19
TEGENGAAN VAN VERWOESTIJNING Een derde van al het akkerland en weiland op aarde loopt gevaar woestijn te worden, het bestaan van een miljard mensen komt hierdoor in gevaar. Om verwoestijning tegen te gaan moeten vaak verschillende maatregelen gelijktijdig worden uitgevoerd. We zetten de belangrijkste maatregelen en mogelijkheden die je in de verhalen tegenkwam nog even voor je op een rijtje: 1) Stoppen met overbegrazing Belangrijk is dat het aantal dieren niet teveel is voor de beschikbare hoeveelheid gras. Andere mogelijkheden zijn: - Het aanleggen van 'kralen': 'Kralen' zijn weilanden met een hek erom heen. De dieren kunnen niet meer vrij rondlopen. Op zo'n manier voorkomt men dat jonge plantjes en boompjes al worden opgegeten voor ze groot zijn. Ook kan op deze manier het gras herstellen en wordt het land niet volkomen kaalgevreten. Het vee in de kraal moet indien nodig worden bijgevoederd. - De kwaliteit van de planten en grassen verbeteren De kwaliteit van de planten en grassen kan verbeterd worden door soorten te gebruiken die goed tegen de droogte kunnen en beter voedsel voor de dieren leveren. 2) Het tegengaan van ontbossing Eerder in dit pakket heb je kunnen lezen hoe belangrijk bossen zijn in de strijd tegen de verwoestijning. Maar ook is duidelijk dat de mensen in deze droge gebieden de bomen gebruiken als brandhout en stukken bos omkappen voor landbouwgrond. Het verbieden van houtkap is geen oplossing. Mensen hebben het hout nodig voor hun levensonderhoud. De oplossing moet gevonden worden in het aanplanten van nieuwe bossen.
20
Over de hele wereld is men in gebieden die door woestijnvorming bedreigd worden bezig met herbeplanting. Het planten van bomen heeft verschillende functies. Boomgordels breken de wind waardoor de winderosie vermindert. Ze houden met hun wortels de grond langer vochtig en voorkomen met diezelfde wortels dat de grond wegwaait. Ze leveren voedsel voor mens en dier. Houtbesparende technieken zoals een houtbesparende kachel of houtvervangend kooktoestel zorgen ook voor minder houtkap. Lees meer over de CooKit op de volgende pagina.
Sorghum
Lima bonen
3) Het verbeteren van landbouwgrond Een andere manier om de woestijnvorming tegen te gaan, is het verbeteren van de landbouwgrond. Betere opslagmogelijkheden: Het is belangrijk dat men graanvoorraden heeft voor droge jaren. Door goede graansilo's te bouwen kunnen voorraden voor langere tijd bewaard worden. Meststoffen: De opbrengst van gierst en sorghum, allebei graangewassen, kan met de juiste meststoffen verdubbelen. Meststoffen zijn echter duur en boeren moeten vaak leningen afsluiten om ze te kunnen betalen. Betere landbouwmethodes: Door het toepassen van traditionele landbouwmethodes als wisselbouw (= om beurten stukken grond een jaar lang onbebouwd laten) krijgt de grond meer tijd te herstellen. De kans op roofbouw wordt dan een stuk kleiner. Nieuwe gewassen: Gewassen zoals bepaalde graansoorten, limabonen en pompoenen blijken goed tegen de droogte te kunnen. Door het verbouwen van verschillende gewassen is de kans op een totale misoogst veel kleiner. Verbeteren van de landbouwgewassen: Verbeterde rassen van de traditionele gewassen zoals sorghum en gierst kunnen de opbrengst vergroten. Sorghum en gierst zijn beide planten die goed tegen de droogte kunnen en meer kans op overleven hebben. 21
KOKEN OP ZONNEWARMTE Er zijn steeds meer nieuwe ontwikkelingen op het gebied van houtvervangend en houtbesparend koken. We besteden hier apart aandacht aan omdat het gaat om materialen die makkelijk te gebruiken zijn en heel goed kunnen werken tegen ontbossing. Lees bijvoorbeeld meer over de COOKIT. De CooKit is een uitvinding waarmee eten kan worden gekookt, zonder daarvoor brandhout te gebruiken. Hierdoor wordt niet alleen het bos gespaard, maar ook hoeven vrouwen en kinderen geen uren meer te lopen voor hout of koeienmest.
Zonnekooktoestel Een mogelijkheid is voedsel (en veilig drinkwater) bereiden met een zonnekooktoestel in combinatie met het gebruik van een hooimand en een plastic buisje met vet. De COOKIT is een goedkope zonnekoker waarmee o.a. rijst, pasta, linzen, groenten, kip, geit, babyvoeding en vooral gepasteuriseerd water bereid kan worden. Bij helder schijnende zon is voedsel (en water) in 2 tot 3 uur klaar.
Hooimand
De CooKit is gemaakt van karton beplakt met aluminium folie. Het werkt eenvoudig: door weerkaatsing van zonlicht ontstaat er warmte. Deze warmte wordt opgevangen in een hittebestendige plastic zak. Zowel het karton als de hittebestendige plastic zak kunnen steeds opnieuw gebruikt worden. Wat je verder nog nodig hebt is een zwartgeverfde pan (voor voedsel) of een ketel (voor veilig drinkwater). Zwart houdt namelijk van alle kleuren het makkelijkst warmte vast. 22
Hoe gaat het in zijn werk? Kijk naar de afbeeldingen rechts van boven naar beneden. Je vouwt het karton met aluminiumfolie uit en zorgt dat het karton stevig op de bodem staat (hiertoe plaats je wat platte stenen op de bodem van het karton). Bij het bereiden van voedsel: bij het bereiden van bijvoorbeeld groente doe je fijngesneden groente met een beetje water in de pan en stopt deze pan in de hittebestendige zak. De zak met de pan daarin wordt in het karton geplaatst. Het geheel moet zoveel mogelijk in de zon worden gezet. Na 2 tot 3 uur haal je de pan uit de hittebestendige zak en vervolgens controleer je op de groenten gaar zijn. Als dit zo is stop je de pan in de hooimand: deze houdt de warmte vast (net als een theemuts) Veilig drinkwater Per jaar gaan er 2 miljoen kinderen dood door het drinken van vervuild water. Wereldwijd hebben 1,3 miljard mensen onveilig drinkwater. In veel landen met vervuild water is er voldoende zonne-energie om er water mee te verwarmen tot een temperatuur die schadelijke bacteriën doodt, waardoor veilig drinkwater ontstaat.
Stap 1: uitvouwen van karton met folie
Stap 2: de pan (of ketel) wordt in de hittebestendige zak gestopt. Het geheel wordt in het karton geplaatst.
Meerdere pannen of ketels tegelijk die staan te koken.
Door koken (100 graden Celsius) kan water veilig gemaakt worden, maar ook met een veel lagere temperatuur is dat mogelijk. Melk en water kunnen worden veilig gemaakt worden door te verwarmen tot op ongeveer 71ºC gedurende 15 seconden. De Cookit gebruiken voor het maken van veilig drinkwater: je stopt het water in een ketel. De ketel gaat in de hittebestendige zak. Na een aantal uur haal je de ketel eruit en vervolgens stop je het plastic buisje met vet in het water. Na 5 minuten moet het vet dat bovenin het buisje zit, naar beneden zijn gezakt: pas als dit zo is weet je dat het water heet genoeg is geweest om schadelijke bacteriën te doden: nu is het veilig drinkwater. 23
Handig hulpmiddel: een plastic buisje met vet: Na het verwarmen van water stop je dit buisje met vet in de ketel. Als na 5 minuten het vet naar beneden is gezakt is het water veilig
DE GROTE GROENE MUUR
Op de afbeelding zie je de aaneengesloten groene zone (de kronkelende groene streep, op de kaart enkele millimeters dik) die men wil gaan aanleggen van de westkust tot de oostkust.
The Great Green Wall Je hebt het al eerder kunnen lezen: verwoestijning teistert Afrika. Vooral in de Sahel, de overgangszone tussen de Sahara en de Afrikaanse savanne, zijn bomen en gras de afgelopen tientallen jaren op veel plaatsen zo goed als verdwenen. Om de oprukkende woestijn tegen te houden willen de staatshoofden in de regio een muur van bomen planten. Dwars door Afrika, van Senegal in West-Afrika tot Djibouti in het oosten van Afrika. Meer dan 7000 kilometer lang en 15 kilometer breed. De Senegalese president Abdoulaye Wade is degene die de aanzet heeft gegeven tot het aanleggen van deze Great Green Wall, oftewel de Grote Groene Muur. De bomen moeten de bodemerosie vertragen, windsnelheden verminderen en regenwater in de bodem opnemen.
In Senegal is het werk aan de Grote Groene Muur al begonnen. De overheid steekt veel energie in het inschakelen van de bevolking. Studenten van de Cheikh Anta Diop Universiteit helpen mee. Honderden studenten trokken als vrijwilliger naar het platteland. Sinds 2007 is zo in Senegal al 10.000 hectare bos aangeplant. Wat nieuw en voor velen hoopgevend is, is dat zoveel Afrikaanse landen het eens zijn geworden over het belang om iets te doen tegen de verdergaande verwoestijning. Meestal werd namelijk tot nu toe naar het Westen gekeken en afgewacht. Dit keer komt het voorstel van de elf betrokken landen zelf. (zie afbeelding hieronder)
24
AANTEKENINGEN
25
26
MEER OP INTERNET Op de website van het Centrum voor Mondiaal Onderwijs vind je nog meer onderwerpen die je kunnen helpen bij je werkstuk of spreekbeurt. Je vindt daar tips over hoe je het beste een werkstuk kunt opzetten of hoe je het beste je spreekbeurt kunt inkleden. Ga naar www.cmo.nl of www.maak-een-werkstuk.nl.
27
SCRIPTIESERVICE De Scriptieservice Mondiaal Onderwijs richt zich op leerlingen vanaf 10 jaar. In de reeks zijn meer dan 85 onderwerpen opgenomen over Derde Wereld, Vrede, Milieu en Mensenrechten. Elk pakket bestaat uit 24 pagina's tekst, foto's, tekeningen, strips en/of cartoons. Op de website van het CMO staat een handleiding voor het maken van een scriptie/ werkstuk.
De versie op papier is te bestellen bij: Centrum voor Mondiaal Onderwijs Postbus 9108 6500 HK Nijmegen tel. 024-3613074 e-mail:
[email protected] http://www.cmo.nl Schoolmediatheken, (jeugd)bibliotheken en documentatiecentra kunnen een abonnement op de scriptieservice nemen en ontvangen dan per jaar vijf pakketten.