KINDSOLDATEN
Een informatiepakket voor een werkstuk of spreekbeurt
COLOFON Tekst: Marij Steenbeek en Harry de Ridder Illustraties: CMO en zijn licentiegevers, Flickr, Irrin, Amnesty International, Warchild, Kindsoldaten VZW, Childsoldiers en Unicef.
De inhoud is met zorg samengesteld. Mocht u van mening zijn dat inbreuk is gedaan op uw auteursrechten of beeldrechten, dan verzoeken wij u vriendelijk contact met ons op te nemen via
[email protected].
Centrum voor Mondiaal Onderwijs
Postbus 9108 6500 HK Nijmegen tel. 024-3613074 e-mail:
[email protected] http://www.cmo.nl
U kunt op de website http://www.cmo.nl terecht voor aanvullende informatie bij dit scriptiepakket. U vindt daar onder meer voor gebruik in de klas: een onderzoeksopdracht gebaseerd op de inhoud van het scriptiepakket met een overzicht van de competenties die daarbij worden aangesproken. De gebruikersnaam is: kindsoldaten Het wachtwoord is: project023
De Scriptieservice Nieuwe Stijl is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van Kerk en Wereld en door een solidariteitsbijdrage van de gezamenlijke religieuzen in Nederland via de commissie PIN.
© Centrum voor Mondiaal Onderwijs, Nijmegen, 2008
II
INHOUD Oorlog voeren: geen kinderspel!
pag. 1
‘Een wezen onder de achttien jaar’
pag. 2
Inzet van kindsoldaten wereldwijd
pag. 3
Kindsoldaten: niets nieuws Een Spartaanse opvoeding Kindsoldaten tijdens de Tweede Wereldoorlog
pag. 4 pag. 4 pag. 5
Waarom willen bevelhebbers graag kinderen als soldaat? De voordelen De nadelen Kleine wapens Kindvriendelijke wapens
pag. 6 pag. 6 pag. 7 pag. 7 pag. 7
Waarom word je als kind soldaat? Gedwongen of vrijwillig? Gedwongen door armoede en oorlog Overgehaald door vreemde beloftes Gedreven door wraak Vechten in de oorlog van je ouders Handig om te weten Voorbeeld één: Verzetsleger van de Heer Getuigenissen van ontvoerde kinderen Voorbeeld twee: Ontvoeringen door rebellenlegers in Kongo
pag. 8 pag. 9 pag. 9 pag. 10 pag. 10 pag. 11 pag. 12 pag. 13 pag. 14 pag. 16
Meisjes als kindsoldaat Op weg naar het front Sloofje en slaaf van de commandanten Bush wives
pag. 18 pag. 18 pag. 18 pag. 19
Nee tegen het werven van kindsoldaten! Internationaal Strafhof in Den Haag
pag. 20 Pag. 20
Kindsoldaat geweest? En dan? Hulp aan ex-kindsoldaten Slachtoffer en dader tegelijk Terug naar de schoolbanken Verwerking Terug naar je familie of dorp
pag. 21 pag. 21 pag. 22 pag. 22 pag. 22 pag. 23
Acties tegen inzet van kindsoldaten 12 Februari: Dag van de Rode Handen Warchild
pag. 24 pag. 24 pag. 24
Aantekeningen
pag. 25
Meer op internet
pag. 27
III
IV
OORLOG VOEREN: GEEN KINDERSPEL! Paw, paw, paw! Jij bent dood!” “Nietes, dat was mis, ik ben niet geraakt.” “Welles, ik heb jou geraakt.” “Nietes.” “Welles.” Wie speelt er als kind geen oorlogje? Complete veldslagen vecht je op straat uit met je vriendjes. Zij zijn de slechteriken; wij zijn de goeden. Met een lasergun of een plastic mitrailleur ren je je vriendjes achterna. Het lijkt er soms heet aan toe te gaan, maar als je moeder roept dat het etenstijd is, gaat iedereen weer in vrede uit elkaar. Morgen is er weer een nieuwe oorlog. We spreken af om vier uur, na schooltijd. Dan vechten we verder. Kindsoldaten Voor de meeste kinderen is oorlog maar een spelletje; ze schieten niet met echte kogels en vechten niet in een echte oorlog. Maar voor andere kinderen is oorlog bloedige ernst. Ze vechten in een echte oorlog, met echte wapens. Het zijn dus echte soldaten. Maar omdat ze nog kinderen zijn, worden ze kindsoldaten genoemd. Dit is een spelletje
Niets stoers aan kindsoldaten Het Afrikaanse jongetje kijkt stoer de camera in. Maar de redenen waarom kinderen kindsoldaat worden, zijn helemaal niet stoer. Heel arme kinderen worden soms soldaat om te eten te hebben en een dak boven hun hoofd. Soms zijn hun ouders door vijandige soldaten gedood en willen de kinderen wraak nemen. Het gebeurt ook dat ze door volwassenen worden gedwongen om te vechten. Zelden gaan kinderen echt vrijwillig het leger in.
Dit is bloedserieus
Kindsoldaten zijn hun leven niet zeker. En als ze uit het leger gaan, is het moeilijk weer ‘gewoon’ te doen. Ze hebben vaak zulke verschrikkelijke dingen meegemaakt. En zulke verschrikkelijke dingen moeten doen. Kindsoldaten zijn kinderen van jouw leeftijd. Maar hun leven ziet er totaal anders uit. Hoe anders, dat lees je in dit informatiepakket. 1
‘EEN WEZEN ONDER DE ACHTTIEN JAAR’ Het Verdrag voor de Rechten voor Kinderen Volgens het Verdrag voor de Rechten voor het Kind is een kind ‘een wezen onder de achttien jaar’. Zijn alle kinderen onder achttien jaar in militaire dienst dus kindsoldaten? Nee, want in hetzelfde verdrag staat: “Kinderen jonger dan 15 jaar mogen niet in militaire dienst.” Kinderen van 15 jaar en ouder dus wel! Officieel zijn dus alleen kinderen tot 14 jaar in militaire dienst kindsoldaat. Maar steeds meer mensen vinden kinderen van 15, 16 of 17 jaar te jong voor het leger. Ze willen de grens optrekken naar 18 jaar. In dit informatiepakket sluiten we ons daarbij aan. Een soldaat onder de 18 jaar noemen we een kindsoldaat.
Als we uitgaan van die achttien jaar zijn er heel veel landen die kindsoldaten inzetten. Die landen kun je grofweg in drie groepen verdelen: 1. Landen waar kinderen jonger dan 15 jaar als kindsoldaat actief zijn. 2. Landen waar kinderen op hun 15e, 16e of 17e verplicht in militaire dienst moeten. 3. Landen waar géén militaire dienstplicht bestaat voor kinderen onder de achttien, maar waar kinderen op hun 16e of 17e vrijwillig in militaire dienst kunnen gaan. We hebben het hier over de officiële regeringslegers van deze landen. Maar kindsoldaten worden vaak ingezet door legers die het niet eens zijn met de regering. Daar gaat onder andere het hoofdstuk ‘Waarom willen bevelhebbers graag kinderen als soldaat?’ op pagina zes over. In China hoef je niet in dienst. Maar elke burger –ook kinderenmoet zich beschikbaar stellen voor militaire training.
Zijn er in Nederland ook kindsoldaten? Ja, in Nederland mag je op je zeventiende in militaire dienst. Je begint dan met je opleiding tot soldaat. Op je achttiende mag je worden ingezet in gevechten. 2
INZET VAN KINDSOLDATEN WERELDWIJD De wereldkaart geeft een overzicht van landen waar kindsoldaten worden ingezet om te vechten. Dat kan als soldaat in het regeringsleger zijn of als soldaat in een rebellenleger (het verschil tussen die twee legers vind je op pagina twaalf). De kinderen doen vrijwillig of gedwongen mee. In 2007 vechten volgens Unicef tussen de 250.000 en 300.000 kinderen mee in een oorlog. Bijna de helft daarvan zijn meisjes. Afghanistan Angola Burundi Centraal Afrikaanse Republiek Colombia Democratische Republiek Kongo Eritrea Ethiopië Filippijnen
Guinee India Indonesië Irak Iran Israël/Palestina Ivoorkust Jemen Libanon
3
Liberia Mexico Myanmar (Birma) Nepal Oezbekistan Pakistan Peru Rusland Rwanda
Sierra Leone Soedan Somalië Sri Lanka Tadzjikistan Tsjaad
KINDSOLDATEN: NIETS NIEUWS Dat kinderen meedoen aan echte oorlogen is niet nieuw. Maar ze kregen niet altijd een wapen om te doden. Ze werden erop uitgestuurd om de omgeving te verkennen of om een boodschap over te brengen. In de legers van Napoleon Bonaparte (hier rechts), keizer van Frankrijk van 1804 tot 1815, lopen de kinderen mee als trommelaars in de voorste linies. Op de maat van hun trommel marcheren de soldaten het slagveld op. De trommelaartjes vingen dan wel de eerste klappen op! Tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) hebben de jongens trompetten in plaats van trommels. Maar hun taak is dezelfde.
Een Spartaanse opvoeding Vroeger werd er wel eens gezegd dat een kind ‘flink werd van een pak slaag’. Of het waar is? In ieder geval geloofden de Spartanen er wel in. Lees maar verder: Dit vechtersvolkje leefde in de Griekse stadstaat Sparta, zo’n 500 jaar voor Christus. Het is bij hen gewoonte om alle jongens van zeven jaar bij hun ouders weg te halen. Buiten de stad worden de kinderen opgeleid tot soldaat. Hun diensttijd duurt dertien jaar. Orde en slaag moet hen tot geharde soldaten maken. De opleiding is zó streng dat we daar nog een uitdrukking aan over hebben gehouden. Als iemand heel streng wordt opgevoed, zeggen we dat iemand een Spartaanse opvoeding krijgt. Na zo’n Spartaanse opvoeding zie je er zo uit, een stoere krijger, bereid tot elk gevecht. Althans volgens de filmmakers van ‘300, The Movie’ uit 2007.
Kindsoldaten die in onze tijd in rebellenlegers worden ingelijfd, worden ook vaak hard aangepakt. Ze moeten allerlei verschrikkelijke dingen doen. Zoals een kind in een rebellenleger in Kongo zegt: “to harden our hearts” (“om onze harten van steen te maken”). Over dit kind lees je meer op pagina’s 16 en 17. 4
Kindsoldaten tijdens de Tweede Wereldoorlog Tijdens de Tweede Wereldoorlog zetten allerlei landen kindsoldaten in. Aan het einde van deze oorlog is Duitsland bijna verslagen door de Geallieerden (bondgenoten) Groot-Brittannië, Frankrijk, de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie. Dan laat Hitler, de leider van Duitsland, zijn jeugdkorps bewapenen en meevechten. Er komen heel veel jongens om.
Hitler met leden van de Hitler-Jugend
Ook Nederland zet in de Tweede Wereldoorlog kindsoldaten in. Een groep van 500 tot 800 kinderen van 14 tot 17 jaar vecht dan tegen de Japanse bezetters in NederlandsIndië (het huidige Indonesië). Twee daarvan zijn de kindsoldaten Fricke en De Wijn. Op hun school hangen in die tijd posters van het leger die jonge mannen oproepen om in dienst te gaan. Een aantal van de leerkrachten gaat inderdaad in dienst. En hun voorbeeld doet een aantal leerlingen volgen. De Wijn vertelt: “Onze leraren gingen één voor één in dienst. Toen dacht ik: laat ik ook maar gaan. Ik heb het niet aan mijn vader verteld, want die zou het vast niet goed vinden.” Tijdens de training moeten De Wijn en Fricke schietoefeningen doen. Het is moeilijk om daar de ernst van in te zien. Fricke: “Voor ons was het een spelletje. Wij dachten niet aan een vijand. Als de een negentig punten haalde, wilde de ander honderd punten halen.” Er zijn meer voorbeelden op te noemen van gevechten en oorlogen waar kindsoldaten werden ingezet. Maar hoe is het tegenwoordig? Het blijkt dat steeds meer legerleiders kindsoldaten rekruteren (= in dienst roepen). Waarom? In het volgende hoofdstuk hebben we de voordelen en nadelen voor bevelhebbers op een rijtje gezet. En wist je dat er wapens gemaakt worden die speciaal voor kinderen zijn ontworpen? Ze zijn licht en makkelijk in het gebruik. Net een speelgoedgeweer, maar dan dodelijk echt. Ook hier lees je meer over in het volgende hoofdstuk. 5
WAAROM WILLEN BEVELHEBBERS GRAAG KINDEREN ALS SOLDAAT?
De voordelen
Als de oorlog voortduurt, en er steeds soldaten in de gevechten omkomen, raakt de ‘voorraad’ volwassen mannen op. Het tekort wordt aangevuld met steeds jongere jongens. Ook met meisjes, daarover lees je meer op pagina’s 18 en 19.
Kinderen zijn goedkoper. Je kunt ze makkelijker voor weinig of geen geld voor je laten vechten.
Ze worden door de tegenstander niet zo snel als soldaat herkend. Daardoor kunnen ze de tegenstander verrassen en doden. Ze zijn dus extra gevaarlijk.
Kinderen zijn klein en lenig en hebben vaak een betere conditie dan volwassenen.
Omdart ze klein zijn, kun je ze goed camoufleren (onzichtbaar of onopvallend maken). Heel handig om te spioneren (stiekem te kijken wat de vijand doet).
Ze gehoorzamen beter dan volwassenen en lopen minder snel weg (vooral omdat ze bang worden gemaakt). Je kunt kinderen makkelijker commanderen.
Kinderen kunnen het gevaar nog niet zo goed inschatten. Ze nemen daardoor grotere risico’s. Legerleiders maken hiervan gebruik, door kinderen extra gevaarlijke taken op te dragen. Bijvoorbeeld het ruimen van landmijnen.
Veel kindsoldaten zijn opgegroeid in oorlogsituaties. Ze zijn gewend aan geweld en vinden het daarom normaal geweld te gebruiken. 6
De nadelen Er zijn ook legerleiders die tegen het gebruik van kindsoldaten zijn. Maar niet omdat ze de rechten van het kind niet willen schenden. Nee, ze voeren veel praktischer bezwaren aan. Namelijk:
Kinderen kun je te makkelijk bang maken. Als ze door de tegenstander gevangen worden genomen, slaan ze tijdens de ondervraging sneller door. Ze zijn banger voor martelingen dan volwassenen.
Kindsoldaten kunnen het gevaar niet goed inschatten. Daardoor nemen ze te grote risico’s. Vooral kinderen die uit zijn op wraak. Daarmee brengen ze de hele groep in gevaar. Zoals je ziet wegen de voordelen voor de bevelhebbers ruimschoots op tegen de nadelen. Kleine wapens Maar er is nog een belangrijke oorzaak waarom er tegenwoordig steeds meer kindsoldaten worden gebruikt. Namelijk de ontwikkeling van nieuwe, lichtere wapens. Die kun je makkelijker meesjouwen, ze zijn goedkoop en gaan niet te snel stuk. Ideaal voor kindsoldaten. Het blijkt een gat in de markt. De wapens -zoals de M16 op de afbeelding- veroveren de markt stormenderhand. Er wordt ook nog een officiële naam voor bedacht: kleine wapens.
Een M16
Kindvriendelijke wapens Een klein wapen weegt zo’n vier kilo (dat is ongeveer zo zwaar als een zakje aardappelen). Ze zijn makkelijk in het gebruik: kinderen leren snel in ze uit en in elkaar te zetten. Handig voor als de wapens schoongemaakt moeten worden. De wapens kunnen overigens tegen een stootje. Regen, modder en ruw gebruik, het maakt niet uit. Kleine wapens zijn geschikt voor snelle aanvallen. Je kunt er twaalf tot vijftien kogels per seconde mee afschieten. Nu nog een beetje training in aanvallen en de kinderen zijn levensgevaarlijke oorlogsmachines. Kindsoldaten leren beter schieten dan lezen en schrijven! 7
WAAROM WORD JE ALS KIND SOLDAAT? Kinderen kennen geen vijanden. Tenminste, jonge kinderen niet. Ze spelen met het kind dat ze leuk vinden. En het maakt niet uit waar dat kind vandaan komt. Of welke kleur het heeft. We zullen niet zeggen dat kinderen altijd lief voor elkaar zijn. Zo zitten mensen niet in elkaar. Maar kinderen die oorlog voeren, zomaar omdat ze dat zelf verzonnen hebben? Nee, dat komt eigenlijk niet voor. Het zijn de volwassenen die het kind leren te haten of lief te hebben. En omdat kinderen naar volwassenen luisteren, kun je als volwassene kinderen bij jouw oorlog betrekken.
Jullie oorlog. Onze levens! Bescherm de rechten van kinderen Vertaling van de tekst op de poster links
Oorlogsspelletjes in het paradijs: kindsoldaten in Sri Lanka
Kinderen groeien op tussen volwassenen met wapens
8
Gedwongen of vrijwillig? Het komt voor dat kinderen vrijwillig soldaat worden. Maar wat heet vrijwillig? Meestal is het zo dat kinderen die vrijwillig kindsoldaat worden in landen leven waar er conflicten zijn. Hun ouders zijn aan het vechten, dus zij ook. Soms worden hun ouders gedood in de strijd en willen de kinderen wraak nemen op de vijand. Ze melden zich dan aan als soldaat. Een andere veel voorkomende reden is armoede. Je ouders hebben geen geld voor eten of onderwijs. Het leger is de enige plek waar je verzekerd bent van een maaltijd en een dak boven je hoofd. Kinderen van arme ouders worden ook ‘lekker gemaakt’ met allerlei beloftes. Je krijgt een mooi geweer en een uniform. Je krijgt een goede opleiding. Kortom, als je in het leger bent, tel je mee. Je bent geen arme sloeber meer. Met echte vrijwilligheid heeft het dus weinig te maken. Op de volgende pagina’s gaan we dieper op een aantal redenen in. Gedwongen door armoede en oorlog Het is niet verwonderlijk dat kindsoldaten vooral worden ingezet in landen waar armoede en oorlog hand in hand gaan. In die landen is alles wat wij normaal vinden (een dak boven je hoofd, voldoende te eten en een kans op onderwijs) niet of nauwelijks aanwezig. De kinderen hebben weinig kans op een goede toekomst. Bovendien leven ze in een onveilige situatie. Dus als je de kans krijgt, wil je best een wapen om jezelf en je familie te kunnen beschermen. Legerleiders maken handig gebruik van de situatie. Ze ronselen kinderen met de belofte dat ze elke dag een maaltijd zullen krijgen en een militaire opleiding. Voor wanhopige ouders kan vooral dat laatste een goede reden zijn om hun kind aan het leger af te staan. Ze hopen op een betere toekomst voor hun kind. Als ze de woorden van de legerleiders mogen geloven, biedt een militaire opleiding zo’n kans: “Als ex-soldaat krijg je later altijd voorrang. Het leger heeft je immers een goede opleiding gegeven.”
9
Overgehaald door vreemde beloftes Van die beloftes om de kindsoldaten goed te eten te geven, komt in de praktijk niet veel terecht. En na de oorlog makkelijker werk krijgen?! Vergeet het maar, het is juist heel moeilijk. Maar de volwassenen doen nog wel meer beloftes die ze niet waar kunnen maken. In Oeganda is jarenlang een rebellenleger actief. De leider, Joseph Kony, ronselt arme kinderen met de belofte dat kogels ze niet kunnen raken. Daarvoor moeten ze eerst een ritueel ondergaan. Ze worden met een soort leem ingesmeerd. Vervolgens worden er allerlei geheimzinnige bezweringen uitgesproken. Nu ben je onkwetsbaar! De kinderen geloven in de toverkracht en gaan vol vertrouwen het gevecht in. Je kunt wel raden wat er gebeurt. Als het bekend wordt dat de spreuken niet werken, meldt geen kind zich vrijwillig meer aan. Kony gaat dan kinderen ontvoeren. Daarover lees je meer op bladzijde dertien en veertien. Gedreven door wraak Kinderen worden ook soldaat om wraak te nemen. Stel, je leeft in land waar een wrede dictator (alleenheerser) aan de macht is. Iedereen die het niet met hem eens is, is zijn of haar leven niet zeker. Mensen worden gevangengezet, gemarteld of vermoord. Op straat worden mensen in elkaar geslagen. De kinderen van de slachtoffers maken dit allemaal mee. Op gegeven moment zijn de mensen het geweld beu. Ze organiseren het verzet en vormen bevrijdingslegers. Heel veel kinderen sluiten zich bij deze legers aan. Zo kunnen ze wraak nemen op het leger of de geheime diensten die hun ouders of familieleden hebben gemarteld of vermoord. En de leiding van de bevrijdingslegers kunnen de kinderen goed gebruiken. De kinderen zitten zo vol wraakgevoelens dat ze keiharde, vechtlustige soldaten zijn. De 17-jarige Alahassan Jaward is een ander voorbeeld hoe kinderen uit wraak bij een leger gaan. Hij woont in Sierra Leone waar van 1992 tot en met 2002 het regeringsleger slaags raakt met een rebellengroep. Als zijn familie door de rebellen wordt vermoord, is hij vastbesloten wraak te nemen: “De rebellen vielen ‘s avonds om half zeven het dorp aan. Ik kwam thuis en zag mijn ouders niet. Later bleek dat ze waren vermoord.” Hij wordt lijfwacht van een kolonel en leert schieten, marcheren en doden. Dat laatste kost hem weinig moeite. “Het zijn rebellen. Ze hebben vernielingen aangericht en onze families vermoord. Het is niet moeilijk om hen te doden.” 10
Vechten in de oorlog van je ouders Stel, je land is in oorlog met het buurland. Je groeit op in een oorlogssituatie. Je ouders vechten en je broers en zussen vechten. Je kunt niet meer gewoon naar school. Of op straat spelen. Al die dingen doen die in een veilig land zo gewoon zijn. Soms wordt je huis gebombardeerd. Je ouders komen om, of je beste vriend of vriendinnetje. Je wordt steeds kwader op de vijand. De volwassenen om je heen ook. En op gegeven moment is het zover: je wilt meevechten tegen de vijand, voor je land en je volk. Het Palestijnse jongetje op de afbeelding hieronder is in zo’n situatie terecht gekomen. De Palestijnen vechten al tientallen jaren tegen de Israëliërs. Ze vinden dat de Israëliërs hun land hebben ingepikt. Maar de Israëliërs vinden dat ze recht hebben op het land. Het is een veel te ingewikkeld conflict om in dit informatiepakket te kunnen uitleggen. Maar over en weer is de strijd steeds harder geworden.
Palestijnse kindsoldaten
Er is een groep Palestijnen, de Hezbollah, die kinderen inzet. En de kinderen willen graag. Haat voor de vijand wordt ze met de paplepel ingegoten. En sterven voor het vaderland -zo wordt de kinderen geleerd- is eervol. Hiervan getuigt bijvoorbeeld een uitspraak van een leider van Hezbollah: “Ook al is de strijd nog zo zwaar, een land waar kinderen bereid zijn martelaar te worden, zal overwinnen.” De kinderen worden ook getraind om te vechten. De zestienjarige Rajab bijvoorbeeld kreeg een militaire opleiding in een van de Palestijnse vluchtelingenkampen. Hij is bereid te sterven in de strijd tegen de vijand. “Als het moet zal ik me vol laten pakken met explosieven tegen de Israëli's.”
11
Tot nu toe hebben we het gehad over kinderen die zelf de stap nemen om in dienst te gaan. Ze doen dat niet echt vrijwillig, maar ze kunnen haast niet anders. Omdat ze arm zijn, of omdat het leger de enige kans op een maaltijd is. Of omdat ze wraak willen nemen, enzovoort, enzovoort. Maar er zijn ook situaties waar kinderen echt worden gedwongen om te vechten. Ze worden ontvoerd en ingelijfd in rebellenlegers. Op de volgende pagina geven we twee voorbeelden, die zich allebei afspelen in Afrika.
Handig om te weten Je kunt legers in twee groepen verdelen: de officiële regeringslegers en legers die tegen het regeringsleger vechten. Groep 1) Regeringslegers. De meeste landen hebben een leger. Dit zijn de officiële regeringslegers. Het regeringsleger dient ter verdediging van een land. Maar het kan ook worden gebruikt om een ander land aan te vallen. Het is dan oorlog tussen die landen. Groep 2) Bevrijdingsleger, verzetsleger, rebellenleger en guerrillaleger. Dit zijn allemaal namen voor een leger dat worden gevormd door mensen die het niet eens zijn met het beleid van de machthebbers in hun land. Ze willen hun volk bevrijden en gaan in verzet. Of ze willen de macht overnemen en zo een graantje meepikken van de rijkdommen van een land. Ze noemen zichzelf bevrijdings– of verzetslegers. De machthebbers willen hun macht natuurlijk niet opgeven. In hun ogen zijn bevrijdings– en verzetslegers gewoon rebellenlegers of guerrillalegers.
12
Voorbeeld één: Verzetsleger van de Heer Een berucht voorbeeld is het Verzetsleger van de Heer (The Lord’s Resistance Army) onder leiding van Joseph Kony. Kony noemt zijn leger een verzetsleger en zijn doel is om Oeganda te regeren op basis van de Tien Geboden uit de Bijbel. Jarenlang probeert het Oegandese leger Kony en zijn rebellen te pakken te krijgen. Maar dat lukt niet. Kony vlucht steeds terug naar Soedan, waar hij zijn basis heeft. De eerste jaren heeft Kony nog wel de steun van de bevolking in het noorden. Er melden zich genoeg mannen aan om met hem mee te vechten. Maar geleidelijk aan groeit het wantrouwen tegen Kony en zijn doelstellingen. Als er zich geen nieuwe soldaten meer aanmelden, gaat hij over op het ontvoeren van kinderen. Die moeten tegen de regeringstroepen vechten, maar ook tegen hun eigen volk. Tienduizenden kinderen worden ontvoerd en gedwongen de meest verschrikkelijke dingen te doen. Pas eind 2006 -na zo’n twintig jaar oorlog- wordt er een wapenstilstand gesloten. In 2007 werden er nog 10.000 kinderen vermist.
Democratische Republiek van Kongo Soedan Burundi Oeganda Rwanda
13
Getuigenissen van ontvoerde kinderen Er zijn verschillende organisaties die zich inzetten voor de opvang van kindsoldaten die –vaak na jaren- wisten te ontsnappen uit het Verzetsleger van de Heer. Ze vertellen hun verhaal over hoe ze werden ontvoerd en wat ze moesten doen om in leven te blijven. Deze verhalen worden getuigenissen genoemd. We hebben een paar getuigenissen overgenomen van onder andere de Belgische organisatie Kindsoldaten VZW. Christine Christine wordt in 1995 ontvoerd, samen met haar vader en oom. Ze is dan twaalf jaar. Ze worden meegenomen naar het buurland Soedan, een tocht van honderden kilometers. Onderweg wordt haar vader bewusteloos geslagen omdat hij niet meer mee kan komen. Hij overlijdt later aan zijn verwondingen. In Soedan wordt ze als vrouw gegeven aan één van de commandanten. Ze krijgt ook een militaire opleiding van drie dagen. Daarna wordt ze het gevecht in gestuurd. Ze ziet ontelbare lotgenootjes sneuvelen in het strijdperk of omkomen van honger en dorst. In 1998 wordt Christine samen met een groep rebellen naar Oeganda gestuurd om dorpen te plunderen en kinderen te ontvoeren. Ze moet ook deelnemen aan het vermoorden en verminken van burgers. Tijdens een gevecht met het regeringsleger van Oeganda weet ze te ontsnappen. Ze komt uiteindelijk in een opvangcentrum terecht. Daar blijkt dat ze zwanger is. Ze is vijftien jaar als haar baby'tje wordt geboren. Colline Colline wordt in 1999 ontvoerd, samen met zijn broer. Hij is dan vijf jaar. Zijn broer probeert te ontsnappen. Hij wordt voor de ogen van Colline doodgehakt. Colline wordt meegenomen naar het buurland Soedan, waar hij meer dan een jaar verblijft. Hij moet allerlei taken opknappen: water en hout halen, gewassen telen. Hij moet ook meedoen aan plunderingen en aan gevechten. Hij lijdt erg veel honger en dorst. Hij moet bladeren van de bomen eten en urine drinken om te overleven. Op een dag wordt hij teruggestuurd naar Oeganda om te vechten. Tijdens een aanval van het regeringsleger slaagt hij erin te ontsnappen. Bij zijn thuiskomst hoort hij dat zijn vader is overleden. Enkele maanden later vallen de rebellen opnieuw zijn dorp aan. Als straf omdat hij ontsnapt was, doodden ze zijn moeder . Joe Joe wordt ontvoerd in 2001. Hij is dan 13 jaar. De rebellen vallen ’s nachts zijn huis binnen, slaan hem, binden hem vast en nemen hem mee, samen met zijn vader. Joe wordt meegenomen op lange tochten. Hij moet allerlei zware vrachten dragen. Kinderen die niet meer kunnen lopen of proberen te ontsnappen worden zonder pardon gedood. De andere kinderen moeten deelnemen aan deze moorden. Ook Joe wordt gedwongen drie kinderen dood te slaan. In 2002 weet hij te ontsnappen. 14
Richard Richard is elf als hij door Kony wordt ontvoerd. Hij leert schieten en –omdat het lijkt alsof hij graag wil vechtenvaak ingezet in gevechten aan het front. Daar blijkt hij inderdaad een strijdlustige soldaat. Maar Richard heeft daar zijn eigen redenen voor: “Ik heb veel mensen doodgeschoten. Omdat ik wilde ontsnappen, deed ik net alsof ik het vechten leuk vond.” Maar proberen te ontsnappen blijkt levensgevaarlijk. Richard: “Nadat er een paar kinderen waren ontsnapt, werden de rebellen woest. Sommige kinderen werden opgehangen. Ik moest ook een jongen doodslaan.” De meisjes van Aboke Een van de meest beruchte ontvoeringen is die van 139 leerlingen van het St. Mary’s College in Aboke, in NoordOeganda. Na onderhandelingen tussen de rebellen en Zuster Rachele worden 109 meisjes vrijgelaten. Dertig meisjes blijven bij de rebellen achter. Ze worden aan commandanten uitgehuwelijkt. Palma Achieng, hier op de foto met haar kindje, is één van hen. Na zeven jaar weet ze uiteindelijk te ontsnappen. Het is voor haar moeilijk om over die vreselijke periode in haar leven te praten. Hier volgt een stukje van haar verhaal. Palma Achieng, een meisje van Aboke “Het was midden in de nacht. Ik was 14 jaar toen de rebellen de school aanvielen. Ze sloegen het venster in, drongen onze slaapzaal binnen en bonden onze armen vast. In een lange rij werden we door de schoolpoort geleid. We waren pas vertrokken toen er een gevecht ontstond tussen de rebellen en de regeringstroepen. De rebellen wisten het regeringsleger af te slaan. We liepen de hele dag door, tot laat in de nacht. De volgende ochtend bereikten we de heuvel van Atoo. Hier voltrokken de rebellen een rituele daad*. Ze trokken onze bloesjes uit. Met een ei, gemengd met water en as, schreven ze woorden op onze rug, sprenkelden water op onze borsten en tekenden een hart, terwijl ze geheime woorden uitspraken. We moesten drie dagen met bloot bovenlijf rondlopen en mochten ons zelf niet wassen.” * Rituelen zijn bepaalde handelingen die bij een plechtigheid horen. Denk maar eens aan het dopen van een kindje. Kony’s rituelen dienen om de meisjes in te wijden in zijn leger. Hij voert ook rituelen uit die de kinderen onkwetsbaar voor kogels moeten maken.
15
Voorbeeld twee: ontvoeringen door rebellenlegers in Kongo Het volgende voorbeeld speelt zich af in de Democratische Republiek van Kongo. Het is een reusachtig land vol met grondstoffen. Goud, kobalt, coltan (een grondstof die in mobieltjes wordt gebruikt), hardhout, noem maar op. Iedereen wil daar een graantje van meepikken. In Kongo wonen verschillende volken. Die worden door de lokale leiders tegen elkaar opgehitst. Het is er al jaren heel onveilig. De buurlanden Rwanda en Oeganda hebben ook een oogje op de rijkdommen van Kongo en helpen met de bewapening van de verschillende groepen. Op een gegeven moment zijn er vijf gewapende groepen tegen elkaar aan het vechten. Dit mannetje links vertegenwoordigt het regeringsleger. Daarin mogen kinderen vanaf vijftien jaar ingezet worden. De andere mannetjes vertegenwoordigen rebellenlegers. Zij maken allemaal gebruik van kindsoldaten, vaak jonger dan 15 jaar. De rode mannetjes vertegenwoordigen de Mai-Mai, een rebellengroep die berucht is voor het ontvoeren van kinderen. Daar gaat de volgende tekst over: Ik woonde met mijn familie en vrienden in een dorp. We gingen naar school, we speelden en hadden plezier samen. Ik was gewoon een kind…… Op een kwade dag werd ik ontvoerd. Ik werd in een auto gestopt. Daar zaten nog veel meer kinderen in. We waren bang en huilden. We werden geschoren. We kregen een wapen en moesten leren schieten. We werden geslagen. ‘s Nachts kwamen de soldaten, ze sloegen ons, ze verkrachtten ons. We werden gedwongen om dorpen aan te vallen en de huizen te verbranden. We werden gedwongen om vrouwen en kinderen te doden. Ze maakten onze harten van steen. Ze stalen onze zielen om soldaat te worden in hun oorlog. Ik heb zoveel kinderen zien lijden en doodgaan. Ik ben zo bang. Ik kan niet lezen. Ik weet niet waar mijn dorp is. Ik heb geen toekomst. Ik heb niets om voor te leven.
16
In het tekstvak op pagina 16 vertelt een Kongolees kind hoe het op een kwade dag werd ontvoerd en gedwongen werd te vechten. Het verhaal hoort bij een flashfilmpje van Amnesty-USA over een ontvoering. Het is Engelstalig, maar de beelden spreken voor zich. Je kunt het filmpje gratis downloaden op www.amnestyusa.org. De afbeeldingen hieronder geven in het kort het verhaal weer.
17
MEISJES ALS KINDSOLDAAT Een op de drie kindsoldaten is meisje. En alles wijst er op dat er steeds meer komen. Meisjes worden om dezelfde redenen als de jongens kindsoldaat. En net als de jongens worden ze getraind om te vechten en naar de frontlinies gestuurd. Op weg naar het front Het meisje op deze afbeelding bijvoorbeeld is soldaat bij een speciale vrouweneenheid. Ze is op weg naar het front, ergens in Sri Lanka, een land in Azië. Daar zijn het regeringsleger en de Bevrijdingstijgers van Tamil Eelam al jaren met elkaar slaags. Beide legers gebruiken kindsoldaten. Volgens de regering zijn de Tamil Tijgers van plan nog eens 60.000 kinderen in hun leger op te nemen. Gedwongen, één Tamil-kind per gezin. Ook in de gevechten tussen de regeringslegers en rebellenlegers in Sierra Leone en Liberia (in Afrika) en Colombo (in Zuid-Amerika) worden duizenden meisjes ingezet.
Colombia
Liberia
Sierra Leone
Sloofje en slaaf van de commandanten Meisjes moeten ook net als jongens allerlei klusjes voor de legerleiders doen. Water halen, kleren wassen en laarzen uittrekken, wapens schoonmaken en dergelijke. In het leger van Kony (Verzetsleger van de Heer — Oeganda) worden de kleine meisjes (van zo’n acht jaar) gebruikt als bediendes. Ze worden de ting tings genoemd. Ze moeten de hele dag hard werken. Ze worden vaak geslagen. Lees het verhaal van Brenda, een meisje dat door Kony werd ontvoerd en ting ting werd. Ze kwam na een paar jaar vrij. “De commandant behandelde me slecht. Hij liet mij en twee andere ting tings elke dag door de jonge soldaten (de andere kindsoldaten) afranselen. We moesten languit op onze buik gaan liggen. En dan vroeg hij: “Weten jullie waarom jullie een pak slaag krijgen?” Dat wisten we niet. Dus begonnen ze ons met een stok te slaan. Vijftig slagen, elke dag. Ze sloegen ons op ons achterwerk. Maar als je begon te huilen, sloe(Bron: Human Rights Watch) gen ze op je hele lijf.” 18
Bush wives Als ting ting heb je het slecht, maar het kan nog erger. De iets oudere meisjes in het rebellenleger van Kony en de milities worden regelmatig verkracht. Het is een van de manieren waarop de soldaten laten zien dat ze de baas zijn. Als je ‘geluk’ hebt, wordt je uitgehuwelijkt aan een soldaat met een hoge rang, de commandant. Omdat je dan van hem bent, moeten de andere mannen je wel met rust laten. De meisjes die zo worden uitgehuwelijkt, worden de bush wives genoemd. Bush betekend zoiets als wildernis. Het verhaal gaat dat Kony wel zestig bush wives had. Soms hoef je als bush wife minder hard te werken of krijg je beter te eten. Maar daar kun je nooit zeker van zijn. Zo verteld Pamela, een Oegandees meisje dat een paar jaar gedwongen bush wife was: “Ook als echtgenote werd ik geslagen en verkracht. Toen ik nog ting ting was, kreeg ik twee maal per dag slaag. Als echtgenote werd ik zo vaak geslagen dat ik de tel ben krijtgeraakt.” De getuigenissen op bladzijden 14 en 15 maken duidelijk dat de kindsoldaten van alles moeten doen om te overleven. Maar meisjes worden bovendien vrijwel altijd slachtoffer van verkrachting. Ze lopen geslachtsziektes op en worden vaak zwanger. Ze krijgen hun baby’s in de bush, zonder enige medische begeleiding. En als ze de kans krijgen naar hun dorp terug te gaan, worden ze lang niet altijd met open armen ontvangen. Je ouders schamen zich voor je. Je hebt immers seks gehad, en een baby van een vreemde man, een rebel?! Ook de meisjes schamen zich, ook al kunnen ze er zelf niets aan doen. Ze kunnen zich soms zó onwelkom en onbegrepen voelen, dat ze weer teruggaan naar hun rebellenmannen in de bush.
Ex-kindsoldaten in een opvangcentrum in Oeganda met hun ‘bush babies’, kinderen van rebellenvaders.
19
NEE TEGEN HET WERVEN VAN KINDSOLDATEN! We hebben gezien dat er steeds vaker kinderen als soldaat worden ingezet. De Verenigde Naties maken zich daar grote zorgen over. Er bestaat al een verdrag dat het ronselen* en inzetten van kindsoldaten onder de vijftien jaar verbiedt. Maar dat is niet genoeg. In 2002 –op 12 februari- wordt het verdrag uitgebreid. Voortaan is het verboden dat kinderen tot achttien jaar meevechten in een oorlog. De helft van alle landen (dus zo’n honderd) heeft het verdrag getekend. Internationaal Strafhof in Den Haag Dankzij het verdrag is het mogelijk legerleiders op het matje te roepen als ze kindsoldaten inzetten. Dat gebeurt door het Internationale Strafhof in Den Haag. Dit hof berecht mensen die oorlogsmisdaden hebben begaan. Het inzetten van kindsoldaten is zo’n misdrijf. In 2006 verschijnt de eerste verdachte voor dit strafhof. Het is Thomas Lubanga, leider van een van de rebellenlegers in de Democratische Republiek van Kongo. Hij wordt beschuldigd van massamoorden en het ronselen van kindsoldaten. Hij zit -anno 2007- in de speciale gevangenis van de VN in Scheveningen opgesloten. Op de afbeelding zie je Lubanga als rebellenleider in een dorpje in Kongo. Het lijkt erop dat hij populair is. Maar in feite zijn de mensen gewoon bang voor hem en zijn zwaarbewapende rebellensoldaten.
*
Ronselen is het werven van kinderen voor het leger met ‘list en geweld’. List is bijvoorbeeld de belofte aan een arm kind op een lekkere maaltijd elke dag. In het echt komt daar vaak niets van terecht! Geweld is hoe het bij ontvoeringen toegaat.
20
KINDSOLDAAT GEWEEST, EN DAN? Het mag dus niet, maar het gebeurt toch. Je bent geronseld en jarenlang jaren kindsoldaat geweest. Je hebt de verschrikkelijkste dingen gezien en meegemaakt. Je bent er aan gewend geraakt. Je moest wel, wilde je overleven. Je hebt geweld gezien en geweld uitgeoefend. Niet één keer. Maar wel honderden keren. Het is gewoon geworden, een manier van leven. En ook: je bent gewend geraakt aan de macht van het geweer. De veiligheid ervan. Dat mensen bang voor je zijn en doen wat je zegt. En dan is de oorlog voorbij. Daar loop je dan, zoals deze jongen op de afbeelding. Stoer met een wapen om je schouders. Maar het enige ‘vak’ dat je kent is kindsoldaat zijn. Wat blijft er van je over, als je je wapen inlevert? Je kunt niet lezen en schrijven. Je weet niet of je ouders nog leven, of je naar je dorp terug kunt. Ben je er welkom? Hoe pak je de draad van het gewone leven weer op? Hulp aan ex-kindsoldaten Het is dus heel belangrijk dat exkindsoldaten worden geholpen. Ze moeten worden opgevangen, zo mogelijk weer naar school gaan, een vak leren. En heel belangrijk, ze moeten kunnen praten over wat hen is overkomen. Unicef, het kinderfonds van de Verenigde Naties, heeft samen met onder andere de organisatie Save the Children (Red de kinderen) zulke programma’s opgestart. Daarover gaan de volgende twee pagina’s. Op het spandoek staat: ‘Stop het gebruik van kindsoldaten’
21
Slachtoffer en dader tegelijk Als je als kind wordt gedwongen te vechten, ben je slachtoffer. Maar als je als kindsoldaat mensen hebt gedood, ben je ook dader. In de getuigenissen heb je gelezen dat kinderen ook hun eigen familie hebben moeten vermoorden. Of hun oude dorp platbranden. Daarom kunnen de kinderen als ze uit de oorlog komen, niet zomaar terug naar hun dorp of familie. De kinderen schamen zich vaak voor wat ze hebben gedaan. En ze zijn bang dat ze niet meer tussen ‘gewone’ mensen passen. Zoals een exkindsoldaat vertelt: ‘’Ik heb zoveel mensen gedood. Ik ben bang voor mezelf geworden.” Daarom richten de programma’s zich op de opvang van deze kinderen in speciale centra. Daar maken ze de eerste stappen op weg naar het gewone leven. Terug naar de schoolbanken Een zo’n stap is onderwijs. Peter (hier met een blij gezicht op de foto) is 14 jaar als hij in het Soedanese leger wordt gerekruteerd. Drie jaar vecht hij mee tegen rebellenlegers. Hij heeft nog geluk, want hij mag tussen de gevechten door naar de basisschool. Daar maakt hij de eerste en tweede klas af. Hij is achttien als hij door bemiddeling van Unicef het leger kan verlaten. Een half jaar later zit Peter in de derde klas van de basisschool. Hij heeft veel plezier en gaat graag naar de lessen. Spontaan vertelt hij: "Ik was zo blij toen ik hoorde dat ik het leger uit kon en dat ik weer naar school kon gaan." Verwerking Een andere belangrijke stap is de verwerking van wat ze hebben meegemaakt. Als de kinderen in de opvangcentra aankomen, zijn ze er lichamelijk vaak slecht aan toe. Ze zijn ziek of gewond. Maar ook hun ziel is gewond. Ze hebben hun vertrouwen in de wereld van de volwassenen verloren. De meeste kinderen lijden aan slapeloosheid en hebben nachtmerries. 22
In de opvangcentra worden ze aangemoedigd over hun ervaringen te praten. Voor veel kinderen is dat heel moeilijk. Dan wordt geprobeerd de kinderen hun verhaal te laten tekenen. Soms helpt dat om een begin te maken van een gesprek. Wil je meer van zulke tekeningen zien? Neem dan eens een kijkje op www.amnestyusa.org.
Ex-kindsoldaat Omara Geoffrey (12) voor en na de hulp van de organisatie Kindsoldaten VZW
Terug naar je familie of dorp Als de kinderen weer een beetje opgeknapt zijn, wordt geprobeerd ze weer met hun familie te herenigen. Je zou denken dat die heel blij zijn als hun kind na jaren weer terug zien. Maar zo eenvoudig is dat niet. Stel je maar eens voor: je bent immers kindsoldaat geweest, je hebt gemoord en geplunderd... misschien wel bij familieleden of buren. Het kan zijn dat je familie is omgekomen. En de rest schaamt zich voor je. En kunnen ze je vergeven? Ze zijn ook een beetje bang voor je. Je wordt bij de andere kinderen weggehouden. Je kunt wel eens een verkeerde invloed op ze hebben. Je wordt behandeld alsof je een besmettelijke ziekte hebt... Dat is het lot van veel ex-kindsoldaten. Het kan zo erg zijn, dat ze weer weglopen. Naar de grote stad gaan om werk te zoeken of weer terug naar het rebellenleger. Of de kinderen gaan zwerven. Men schat dat er in Noord-Oeganda duizenden exkindsoldaten rondzwerven. Ze zijn nergens welkom. Voor meisjes is de hereniging met de familie extra moeilijk. Zeker als je een kind van een rebellensoldaat hebt, zoals je op pagina 16 hebt kunnen lezen. Je kans om te trouwen is klein, maar weinig mannen willen een ex-bush wife. Bovendien zijn de mensen in het dorp bang dat de vader van het kind naar het dorp zal komen en wraak zal nemen. Het probleem is ook dat de jongens eerder in de opvanghuizen terecht komen dan meisjes. Meisjes gaan vaker ‘gewoon’ terug naar hun dorp of familie. Daar lopen ze tegen veel onbegrip op. Zo worden ze voorbeeld uitgescholden voor ‘rebellenvrouw’. Omdat ze geen middelen van bestaan hebben, gaan de meisjes soms in de prostitutie. Hulporganisaties pleiten dan ook voor speciale opvangprogramma’s voor meisjes. 23
Deze jonge vrouw was bush wife. In haar dorp werd ze niet meer geaccepteerd. Ze werd prostituee in de stad.
ACTIES TEGEN INZET KINDSOLDATEN Kinderen die soldaat worden? Dat moeten we eigenlijk voorkomen. Kinderen hebben recht op onderwijs, een dak boven hun hoofd en voldoende eten. Ze hebben recht op een veilige omgeving. Er zijn verschillende organisaties die daarvoor actie voeren. We noemen er twee.
12 Februari: de Dag van de Rode Handen De Coalition to Stop the Use of Child Soldiers (Coalitie tegen de inzet van kindsoldaten) probeert de mensen bewust te maken van het lot van kindsoldaten. Ieder jaar op 12 februari organiseert ze de Dag van de Rode Handen (Red Hand Day). Daar kan iedereen aan meedoen. Ook in Kongo, waar anno 2008 nog steeds kinderen als soldaten worden geronseld, wordt deze dag gevierd. Op de foto zie je een groep ex-kindsoldaten. Ze vierden de dag in 2007 in hun opvangcentrum. Warchild Een andere organisatie die programma’s voor ex-kindsoldaten ondersteunt, is Warchild (Engels voor oorlogskind). Hun slogan is je vast wel bekend: Je kunt een kind wel uit de oorlog halen, maar hoe haal je de oorlog uit een kind? Warchild organiseert acties om geld in te zamelen. Dat geld wordt dan weer aan plaatselijke organisaties gegeven, die exkindsoldaten opvangen. 24
AANTEKENINGEN
25
26
MEER OP INTERNET Op de website van het Centrum voor Mondiaal Onderwijs vind je nog meer informatie die je kan helpen bij je werkstuk of spreekbeurt. Je vindt daar tips over hoe je het beste een werkstuk kunt opzetten of hoe je het beste je spreekbeurt kunt inkleden. Ook vind je daar een website met nuttige links die horen bij dit scriptiepakket. Ga naar www.cmo.nl of www.maak-een-werkstuk.nl.
27
SCRIPTIESERVICE De Scriptieservice Mondiaal Onderwijs richt zich op leerlingen vanaf 10 jaar. In de reeks zijn meer dan 85 onderwerpen opgenomen over Derde Wereld, Vrede, Milieu en Mensenrechten. Elk pakket bestaat uit 24 pagina's tekst, foto's, tekeningen, strips en/of cartoons. Op de website van het CMO staat een handleiding voor het maken van een scriptie/ werkstuk en bij dit pakket is er een website met aanvullende informatie, nuttige links en voor de leerkrachten een (groeps-)opdracht voor in de klas.
De versie op papier is te bestellen bij: Centrum voor Mondiaal Onderwijs Postbus 9108 6500 HK Nijmegen tel. 024-3613074 e-mail:
[email protected] http://www.cmo.nl
Schoolmediatheken, (jeugd)bibliotheken en documentatiecentra kunnen een abonnement op de scriptieservice nemen en ontvangen dan per jaar vijf nieuwe titels.