GEHANDICAPTEN
Een informatiepakket voor een werkstuk of spreekbeurt
COLOFON Tekst: Jan Bemelmans Illustraties: Flickr, Spacecollective, deLandyn, Funshopgids, Papenmeier, Werkbladmagazine, NVBS, Rode Kruis, Cinekid, CMO en zijn licentiegevers
De inhoud is met zorg samengesteld. Mocht u van mening zijn dat inbreuk is gedaan op uw auteursrechten of beeldrechten, dan verzoeken wij u vriendelijk contact met ons op te nemen via
[email protected].
Centrum voor Mondiaal Onderwijs
Postbus 9108 6500 HK Nijmegen tel. 024-3613074 e-mail:
[email protected] http://www.cmo.nl
De Scriptieservice Nieuwe Stijl is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van Kerk en Wereld en door een solidariteitsbijdrage van de gezamenlijke religieuzen in Nederland via de commissie PIN.
© Centrum voor Mondiaal Onderwijs, Nijmegen, 2011
II
INHOUD Waneer is iemand gehandicapt
pag. 1
Gehandicapten halen (niet) het nieuws
pag. 3
Gehandicapt: is dat gek?
pag. 6
Niet meer gehandicapt: ook gelukkiger?
pag. 9
Beroemde gehandicapten
pag. 12
Niet beroemd, wel zinvol bezig
pag. 15
“Kan ik misschien helpen?”
pag. 18
Gehandicapten op je school
pag. 21
Aantekeningen
pag. 25
Meer op internet
pag. 27
III
IV
WANNEER IS IEMAND GEHANDICAPT? Stel je eens voor: je kunt niet meer lopen na een ernstig verkeersongeluk. Je bent als gehandicapte sporter in Spanje op trainingskamp en krijgt daar opnieuw een verkeersongeluk. Na het herstel van dat ongeluk kun je op wonderbaarlijke wijze weer lopen. Of stel je dit eens voor: je bent een toptalent in het turnen. Op een training kom je bij een paardsprong zo ongelukkig terecht, dat je aan beide benen verlamd raakt. Daardoor kun je niet meer lopen. Niemand denkt dat je dat ooit nog zal kunnen. Maar toch keert de kracht weer terug in je benen. Je kunt na een lange strijd weer lopen. Je kunt zelfs weer deelnemen aan turnwedstrijden. Turnster Imke Glas voor haar ongeluk Dromen die nooit zullen uitkomen? Zeker niet. Top-handbike-atlete Monique van der Vorst en groot turntalent Imke Glas hebben het meegemaakt. Monique heeft na haar eerste verkeersongeluk een indrukwekkende sportcarrière op haar naam staan. Zo neemt ze deel aan de Paralympics van Peking in 2008. Daar wint ze bij het handbiken twee zilveren medailles. Ze is in datzelfde jaar zelfs uitgeroepen tot gehandicapte sportvrouw van het jaar. Dit is met name voor haar prestatie op de Olympische Spelen voor gehandicapten. En dan blijkt dat ze na het herstel van haar tweede ongeluk als door een wonder weer kan lopen.
Monique van der Vorst in actie tijdens de Paralympics in Peking in 2008
1
Turnster Imke Glas krijgt het ernstige ongeluk op een training bij haar club BATO in Haarlem. Door dit ongeluk belandt ze in een rolstoel. Niemand verwacht dat ze ooit weer zal kunnen lopen, laat staan turnen. Maar veel mensen zien met verbazing en vol bewondering dat het haar tóch lukt. Daar zijn wel maanden van herstel voor nodig geweest. Net als bij Monique staan de medische deskundigen voor een raadsel. Hoe kan dit eigenlijk na zo’n ernstig ongeluk? Nu is het wel heel bijzonder wat deze twee sportsters voor elkaar hebben gekregen. Maar heel weinig mensen overkomt zoiets. De meesten blijven hun leven lang niet of slecht zien, horen of lopen. Anderen hebben allerlei beperkingen of blijvende ziektes op geestelijk gebied. Weer anderen kunnen een combinatie van handicaps hebben. Hoe is dat eigenlijk, leven met een handicap? Kan iemand met een beperking volledig meedoen met mensen die zoiets niet hebben? Hoe vinden mensen zonder handicap het als iemand er wel een heeft? Is iemand dan gek, ongewoon of minderwaardig? Zijn bekende personen met een handicap juist bekend geworden door die beperking? Of is het toch iets anders? Hoe help je iemand die door de handicap hulp nodig heeft? Kun je iedereen eigenlijk wel hulp bieden? Of kan alleen iemand dat die het als beroep doet? Hoe sterk staan gehandicapten in de maatschappij in Nederland en andere landen? Waarom halen gehandicapten het nieuws, en is dat goed? Allemaal vragen waarop we in de hoofdstukken die volgen een antwoord proberen te vinden. Dan zul je uiteindelijk misschien zeggen: “Hé, een gehandicapte is ook doodnormaal”.
Imke Glas tijdens haar revalidatie
2
GEHANDICAPTEN HALEN (NIET) HET NIEUWS Misschien ken je de verhalen over Monique van de Vorst en Imke Glas uit de krant of van de tv. Dit zijn twee voorbeelden van mensen die onverwachts van hun handicap afkwamen. Zoiets komt maar een enkele keer voor. Bovendien waren ze al bekend, mede vanwege de handicap. Het is dan ook geen wonder dat ze in het nieuws kwamen. Maar hoe zit het nu met andere mensen met een handicap? Komen die ook in het nieuws? Als dat zo is, op welke manier dan? Een groot evenement waarmee gehandicapte mensen het grote nieuws halen heet Paralympics. Die worden om de vier jaar gehouden. Ze zijn steeds in het land waar ongeveer een maand eerder de Olympische Spelen plaatsvinden. Maar er is een groot verschil. Van de Paralympics zie je op tv geen rechtstreekse uitzendingen van vele uren per dag. Bij de Olympische Spelen is dat wel zo. Ook bestaat er geen Radio Paralympia. De grote landelijke kranten brengen geen extra editie uit over het sportevenement. Misschien heb je toch wel eens van de Paralympics gehoord. Maar wist je dat er ook Deafolympics (voor doven) worden gehouden? Of ken je de Special Olympics (voor geestelijk gehandicapten)? Hoogstwaarschijnlijk niet. Die krijgen nog minder aandacht van radio, tv en kranten dan de Paralympics. Dat neemt niet weg dat Nederlandse gehandicapte sporters met gouden, zilveren of bronzen medailles van de Paralymics terugkeren. Monique van der Vorst is er een van. Nog meer succes heeft Esther Vergeer gehad. Bij het rolstoeltennis heeft ze op de Paralympics in totaal vijf gouden plakken gewonnen. Ook tijdens andere wedstrijden waar ze aan meedoet is ze bijna niet te kloppen. Om die reden is ze al jaren de nummer één van de wereld. Ze is ook meerdere malen uitgeroepen tot gehandicapte sporter van het jaar. Niet alleen is ze dat geweest in Nederland, maar ook internationaal.
Esther Vergeer in actie
3
Maar wie kent Kenny van Weeghel? Of zegt de naam Pieter Gruyters je iets? Toch is Van Weeghel gehandicapte sporter van Nederland in 2004. Gruyters krijgt die titel in 2006. Ze hebben dat te danken aan hun prestaties in de atletiek. Maar ze zijn minder in het nieuws geweest dan Monique van der Vorst en Esther Vergeer. Nu zijn die gehandicapte sporters door hun prestaties in het nieuws gekomen. Komen andere gehandicapten ook weleens in de krant of op tv? Ja, bijvoorbeeld als een nietgehandicapte een tijdje met een gehandicapte optrekt. De AVRO heeft dat in 2010 een aantal bekende Nederlanders laten doen. Er wordt verslag van gedaan in het programma “BN’ers in de zorg”. In deze serie uitzendingen kun je zien hoe een aantal bekende Nederlanders een dag met gehandicapten doorbrengt. Heel af en toe is er nieuws over een gehandicapte dat heel veel mensen schokt. In 1988 staat er een foto in de krant van een gehandicapte vrouw. Ze is naakt en vastgebonden aan de muur van een isoleercel. Haar naam is Jolanda Venema. Ze heeft meerdere verstandelijke handicaps. De krantenfoto van haar brengt heel wat teweeg. Psychologen, psychiaters en andere hulpverleners denken nu anders over de behandeling van gehandicapten zoals Jolanda. Maar toch blijkt die andere behandeling niet altijd mogelijk. In 2011 komt de dan 18-jarige Brandon door een tv-uitzending van de EO in het nieuws. Hij zit dan al drie jaar vastgebonden aan een muur. Ook hij heeft een zware geestelijke handicap. Opnieuw is er veel discussie over de behandeling van mensen als Brandon. Het onderwerp komt zelfs in de Tweede Kamer ter sprake. Maar doorgaans blijven gehandicapten verborgen voor radio, tv en krant. Af en toe komt zo iemand toch in de krant. Bijvoorbeeld omdat hij slachtoffer is geworden van een verkeersongeluk, beroving of mishandeling. Zo wordt op 11 oktober 2010 een gehandicapte man in Apeldoorn thuis overvallen. Twee jongens dringen ‘s avonds zijn huis binnen. Ze slaan en schoppen de man. Vervolgens stelen ze onder andere geld van hem.
Brandon
4
Als groep in de maatschappij halen gehandicapten ook van tijd tot tijd het nieuws. Zo verschijnen er berichten over allerlei bezuinigingen. Daardoor moet deze groep mensen met minder geld zien rond te komen. Ze moeten bijvoorbeeld hulpmiddelen of medicijnen, die ze eerst vergoed krijgen, voortaan zelf betalen. Je leest ook nogal eens hoe moeilijk het is voor mensen met een handicap om aan het werk te komen. Toch is er ook veel positieve berichtgeving. Bijvoorbeeld over de opening van een heel modern sportcentrum spe- Het Ronald MCDonald Centrum in Amsterdam-Noord ciaal voor gehandicapten in Amsterdam. Dan heb je ook nog van die kleine berichtjes uit je eigen stad of dorp. Het gaat vaak om dingen of gebeurtenissen die mensen zonder handicap evengoed kunnen overkomen. Dat kunnen onprettige dingen zijn als een overval, beroving of ongeluk. Maar het kunnen ook leuke dingen zijn. Denk maar eens aan een gehandicapte die een lintje krijgt. Niet alleen bekendheden als tv-presentatrice Lucille Werner hebben een lintje gekregen. Ook mensen die alleen lokale bekendheid genieten worden koninklijk onderscheiden. Neem bijvoorbeeld de verstandelijk gehandicapte André Hondius uit het Gelderse Groesbeek. Hij wordt geëerd Onderwaterverlichting zorgt voor extra voor zijn inzet voor gehandicapten zoals hij. veiligheid in het zwembad van het Ronald We noemen ook de blinde Nora MoerbeekMcDonald Centrum Bartels uit Beverwijk. Zij wordt onderscheiden voor haar werk voor de taal Esperanto. Niet alleen in Nederland, maar ook daarbuiten. Ruime aandacht is er ook voor kinderen met een handicap. Verschillende verenigingen en stichtingen houden zich bezig met gehandicapte kinderen. Ze zoeken van tijd tot tijd de media op om te laten zien wat ze doen. Het Koningin Julianafonds is er een van. Het betaalt hulp aan gehandicapte kinderen in arme landen. Zo zijn mensen met een handicap op allerlei manieren onderwerp van berichtgeving. Waarom halen gehandicapten het nieuws? Is dat vanwege de prestatie op zich? Is de prestatie zonder de handicap ook zo bijzonder? Of geldt misschien beide? Je kunt je afvragen of Ook het Lilianefonds helpt kinderen met een handicap in ontwikkelingslanden. de behandeling in het nieuws van bepaalde gehandicapten wel altijd zo goed is. Zijn de discussies hierover eigenlijk wel terecht? Hebben ze zin? 5
GEHANDICAPT: IS DAT GEK? Stel, je bent in de supermarkt. Je ziet een man in een elektrische rolstoel. Hij heeft een mand voorop z’n rolstoel waarin hij de boodschappen legt. Vind je het knap dat hij dat zo kan? Vind je het gek? Of vind je het zielig dat hij niet kan lopen? Misschien vind je alle mensen met een handicap wel zielig. Maar de meesten van hen vinden dat helemaal niet van zichzelf. Ze vinden dat mensen een vooroordeel hebben en hen niet voor vol aanzien. Een vooroordeel is een negatief oordeel dat mensen al van te voren hebben over bijvoorbeeld een groep mensen in z’n geheel. Zo zeggen nogal wat mensen bijvoorbeeld: “De buitenlanders pikken onze baantjes in”. Moppen hebben vaak vooroordelen in zich. Denk maar eens aan de moppen over het domme blondje. Misschien heb je zelf wel blond haar, maar vinden je vrienden jou juist hartstikke slim! Een vooroordeel klopt dus meestal niet. Mensen met een handicap kunnen vaak nog heel veel. Ze kunnen sommige dingen zelfs beter dan iemand zonder beperking. Een blinde kan meestal braille lezen. Daarvoor heeft die blinde veel moeten oefenen. Vooral als hij op latere leeftijd het brailleschrift is gaan leren. Het zal jou waarschijnlijk niet zomaar lukken. Aan de andere kant heeft zo iemand meer tijd nodig voor veel dingen. Bijvoorbeeld om iets op te zoeken in een tekst of bij het schrijven. Daarom krijgt hij bij een examen vaak extra tijd. Vroeger gingen kinderen met een handicap altijd naar een speciale school. Tegenwoordig gaan ze steeds vaker naar een gewone school. Misschien heb jij ook een of meer klasgenoten met een handicap.
Deze man is zwaar gehandicapt, maar zeker niet gek. Het is de beroemde natuurkundige Stephen Hawking.
6
Is iemand alleen heel slechtziend, dan kan hij goed samen in de klas zitten met zienden. Ook iemand in een rolstoel die niet geestelijk gehandicapt is heeft meestal niet zo veel problemen. Maar wat te denken van iemand die meer beperkingen tegelijk heeft? Iemand die niet kan lopen, horen en praten? Of iemand die op haar veertiende maar één meter lang is? Deze mensen zitten wel op een speciale school. Toch doen ze het op het Dominicus College in Nijmegen vanaf november 2009 anders. Daar zitten zo’n dertig gehandicapte en ernstig zieke leerlingen op een gewone school. Ze komen vanaf De Monnikskap, een school speciaal voor zwaar gehandicapte, maar wel heel slimme kinderen. Allerlei aanpassingen vanwege de handicaps blijven nodig. Denk maar eens aan extra hoge tafels. Drempels zijn er ook niet. Daarom kun je met de rolstoel goed door het gebouw rijden.
Het Dominicus College in Nijmegen houdt rekening met gehandicapte leerlingen
Zo proberen we in Nederland mensen met een handicap samen te laten leven met mensen zonder een beperking. Tot in de jaren 1960 is dat niet zo. Gebrekkige en invalide mensen worden apart gehouden van anderen. Blinden en slechtzienden gaan naar een internaat. Doven en slechthorenden vergaat het niet veel anders. Vaak zijn er aparte internaten voor jongens en meisjes. Zo zitten er bijvoorbeeld blinde en slechtziende jongens op Henricus in Nijmegen. En blinde en slechtziende meisjes verblijven op De Wijnberg in Grave (Noord-Brabant). Mensen die niet kunnen lopen vormen ook aparte groepen. Een internaat is een kleine, beschermde wereld. De gehandicapte kinderen worden er door speciaal opgeleide mensen grootgebracht. 7
Tegenwoordig gaan veel blinde en slechtziende kinderen naar een gewone school. Ook doven en slechthorenden leren samen met horenden. Toch zijn er nog veel mensen die als aparte groep leven. Dat zijn bijvoorbeeld mensen met een zware verstandelijke handicap. Zij zitten in speciale inrichtingen. Maar ze wonen ook wel in speciale woongroepen. Ze krijgen daar extra hulp. Deze mensen kunnen zich vaak heel behoorlijk redden in het dagelijks leven. Veel mensen met een handicap hebben in ons land een goed leven. Zeker vergeleken met de gehandicapten in een land als China. Daar vindt men iemand met een handicap minderwaardig. Vaak wordt zo iemand door de familie verstoten. Hij of zij kan dan alleen nog maar gaan bedelen. Dan zijn er weer mensen die deze gehandicapten van de straat plukken. Ze moeten onder heel slechte omstandigheden werken in een fabriek. Ze worden voor het werk dat ze doen heel slecht betaald. Meestal mogen ze het fabrieksterrein niet verlaten. Op dat terrein moeten ze onder primitieve omstandigheden “wonen”. Vanwege deze uitbuiting zijn in de loop van de tijd meerdere mensen opgepakt. In 2008 waren de Olympische Spelen en de Paralympics in Peking. Daarom is in die tijd het leven van gehandicapten in China wel wat verbeterd. Maar voor hoe lang? In de Chinese straten zijn er met name nog niet veel verbeteringen te zien.
Een Chinese voetschilder zonder armen probeert op straat vwat geld te verdienen
Bij ons is de toestand veel beter. In veel straten kun je met de rolstoel gemakkelijk het trottoir af en op. Veel gebouwen hebben hellingen speciaal voor rolstoelers. Bussen in het openbaar vervoer hebben geen trappen meer. Bij steeds meer bushaltes zie je geribbelde stroken. Die zijn gemakkelijk te voelen voor blinden. Je ziet ze ook op de perrons van spoorwegstations. Verkeerslichten voor voetgangers hebben steeds vaker een geluidssignaal. Zo kun je als blinde of slechtziende horen wanneer je groen licht hebt. Zo zijn er nog meer dingen op straat die het leven van gehandicapten makkelijker maken. We doen in ons land van alles voor mensen met een handicap. We proberen ze zo gewoon mogelijk te laten leven. Ook al lukt dit nog lang niet altijd. Maar ze “opbergen” in een tehuis of internaat gebeurt wel veel minder. Gehandicapten wonen nu meer zelfstandig thuis of in een woongroep. Op die manier leiden ze een voor hen prettig leven. Gehandicapt zijn is vaak lastig. Maar zeg nou zelf: het is toch niet gek? 8
NIET MEER GEHANDICAPT: OOK GELUKKIGER? We horen het zo nu en dan. Iemand krijgt een ernstig ongeluk en belandt in een rolstoel. Of door een erfelijke spierziekte raakt iemand gehandicapt. Door een ongeluk met vuurwerk wordt iemand blind. Voorbeelden van het oplopen of krijgen van een beperking. Maar kan het ook andersom? Kan iemand van zijn handicap af komen? In het eerste hoofdstuk kun je lezen dat dit wel degelijk kan. Je vraagt je nu misschien af: Hoe dan? Bij de twee sportsters weet niemand het precies. Maar meestal is het wel duidelijk. Een operatie kan iemand van zijn of haar handicap af helpen. Door zo’n operatie kan bijvoorbeeld een dove weer horen. Iemand waarbij dit is gebeurd is Yvonne. In haar jonge jaren krijgt ze een hersenbloeding. Uitwendig en inwendig deel van een cochleair imVan het ene op het andere moment plantaat. wordt ze volledig doof. Na een operatie kan ze weer horen. Bij deze operatie krijgt Yvonne een soort kunstoren binnen in haar eigen oren. Zo’n “oorprothese” noemt men een cochleair implantaat, ofwel CI. Er hoort een speciaal apparaat bij. Dat draag je bij je. Daarmee bedien je het onderdeel dat in de oren is geplaatst. Nu heeft Yvonne 69% van haar oorspronkelijke gehoor teruggekregen. Hoe is het voor haar om na 32 jaar weer te kunnen horen? Dat valt niet altijd mee. Er zijn geluiden die ze opnieuw moet leren kennen. Ze hoort haar eigen stem weer. Die is heel anders dan in haar herinnering. Ze vindt hem helemaal niet mooi klinken. Het verkeersgeluid op straat kan angstaanjagend zijn. Maar om weer met anderen te kunnen praten is soms heel ontroerend. Ze moet ook veel oefenen met haar “nieuwe zintuig”. Daarvoor krijgt ze speciale therapie. Desondanks is Yvonne gelukkig met haar “kunstoren”. 9
Er zijn ook verhalen over blinden die weer kunnen zien. Dat gaat niet altijd, zoals je zou denken, via de ogen. Neem nou de Britse militair Craig Lundberg. Hij neemt deel aan de laatste oorlog in Irak. In 2007 wordt hij blind na een raketaanval. Drie jaar later komt de techniek hem te hulp. Craig krijgt een speciale zonnebril met ingebouwde camera. De camera is verbonden met speciale apparaatjes. Deze zogenaamde “elektroden” maken contact met Craigs tong. De beelden van de camera worden zo op zijn tong overgebracht. Op deze vernuftige, technische manier kan Craig weer iets ‘zien’. Niet met zijn ogen, maar met zijn tong!
Craig Lundberg
Mensen als Yvonne en Craig zijn door technische vindingen niet meer gehandicapt. Althans, tot op zekere hoogte. De eigen oren of ogen werken niet en zullen niet meer werken. De techniek neemt het horen of zien bij hen over. Zij zijn daar gelukkig mee. Yvonne weet van vroeger hoe het is om met haar echte oren te horen. Craig weet hoe het is om met zijn echte ogen te zien. Hoe is dat bij iemand die vanaf de geboorte doof is? Of bij iemand die vlak na de geboorte blind wordt? Deze mensen hebben geen herinneringen over horen of zien. Een horende weet hoe ruisen of zoemen klinkt. Maar probeer eens aan iemand, die doof geboren, is uit te leggen wat dat is. Zienden weten hoe geel of blauw eruitziet. Maar kun jij deze kleuren aan een geboren blinde beschrijven? Iemand die doof geboren is kan zich ruisen of zoemen niet voorstellen. Een geboren blinde lukt het niet zich blauw of geel voor de geest te halen. De medische wetenschap maakt steeds meer mogelijk. Al lang kan men het hart of de lever van iemand anders krijgen. Zal zoiets met delen van oren of ogen ook ooit kunnen? Bij bepaalde delen van het oog kan het al. Te denken valt aan het hoornvlies. Bij het netvlies kan het nog niet. Dit deel van het oog is daar veel te ingewikkeld voor. Een beschadigd netvlies is heel vaak de oorzaak van blindheid. Stel nu dat het ooit kan. Een geboren blinde kan door een netvlies van iemand anders gaan zien. Hij kan voor het eerst van zijn leven zien. Hoe is dat? 10
Heel waarschijnlijk zeer ingrijpend. Hij ziet bijvoorbeeld voor het eerst kleuren. Hoe die heten moet hij leren. Hij ziet nu ook de mensen. Voorheen hoorde of voelde hij ze alleen. Hij ziet nu allerlei verschillende voorwerpen. Voorheen vond hij ze op de tast, het gehoor of door hun geur. Op straat ziet hij nu de mensen en het verkeer door elkaar krioelen. Kortom, alles neemt hij op een nieuwe manier waar. Hij moet dat allemaal geestelijk verwerken. Waarschijnlijk kan hij dat alleen met deskundige hulp. De nu ex-blinde moet zijn leven helemaal opnieuw inrichten. De blindenstok heeft hij niet meer nodig. Als blinde heeft hij gesproken boeken en tijdschriften. Of hij leest ze in braille. Deze boeken en tijdschriften kunnen uiteindelijk aan de kant. Maar eerst moet hij leren met zijn ogen te lezen. Hoe het schrift van de zienden eruitziet, weet hij vaak niet. Ook het huishouden moet anders. Hij ziet nu hoe het water kookt of hoe het vlees bruin bakt. Iedereen die hem kent moet nu anders met hem omgaan. Een blinde heeft immers vaak meer hulp nodig dan een ziende. Het soort hulp is vaak ook anders. Dat geldt voor allerlei dingen in de dagelijkse omgang. Daarover later meer. Zal zo’n ex-gehandicapte eigenlijk wel gelukkig kunnen worden? Zal hij prettig kunnen leven zonder handicap? Hoe ingrijpend is al het nieuwe? Hij heeft tenslotte geleerd om met zijn handicap te leven. Veel is daarop ingericht. Of zo iemand ook zonder handicap gelukkig kan leven verschilt waarschijnlijk per persoon. Het is moeilijk voor te stellen. Probeer het toch maar eens.
Wat als je als blinde ineens weer kunt zien?
11
GEHANDICAPTE BEROEMDHEDEN Het zijn er niet zo veel die vandaag de dag bij jong en oud bekend zijn. Maar de naam Lucille Werner zal bij miljoenen Nederlanders bekend zijn. Men kent haar vooral als presentatrice van het tv-programma Lingo. Velen weten dat ze moeilijk loopt. Dat is het gevolg van zuurstofgebrek bij haar geboorte. Daardoor zijn haar hersenen beschadigd. Lucille Werner is niet alleen van Lingo bekend. Ze presenteert ook het programma Lucille Werner “Mis(s)-verkiezing”. Daarin wordt uit de deelneemsters de mooiste gehandicapte vrouw gekozen. Werner heeft verder een boek geschreven. De titel is “Het leven loopt op rolletjes”. In het boek schrijft zeLucille Werner kan nog lopen, al gaat dat moeilijk. Iemand die dat niet meer kan is Koos Alberts. De Amsterdamse zanger van het levenslied krijgt in 1987 een zwaar auto-ongeluk. Op de top van zijn succes belandt hij voorgoed in een rolstoel. Nog maar één van zijn twee stembanden werkt nog. Desondanks blijft hij optreden en albums maken. In 2008 verschijnt het meest recente album over zichzelf en haar handicap. Een bekend persoon met een ander soort handicap is Kim Feenstra. Het fotomodel is slechthorend door een ongeluk in haar jeugd. In 2007 doet ze mee aan “Holland’s Next Top Model”. In het tv-programma maakt ze haar slechthorendheid aan beide oren bekend. Niettemin wint ze uiteindelijk de verkiezing. Nu is ze regelmatig te zien in tijdschriften, bij modeshows en op tv.
Kim Feenstra
Andere beroemdheden worden op latere leeftijd slechthorend of doof. De klassieke componist Ludwig van Beethoven is daarvan een voorbeeld. De laatste paar jaar van zijn leven is hij volledig doof. Toch componeert hij ook dan nog muziek, waaronder zijn negende symfonie. Hij heeft zelf nooit gehoord hoe die compositie precies klinkt. Hij gaat tot vlak voor zijn dood in 1827 door met componeren. Ludwig van Beethoven 12
Onder de mensen die bekend staan zijn ook blinden en slechtzienden. Een van hen is voor vele blinden erg belangrijk. Zijn naam is Louis Braille. De Fransman wordt blind als hij drie jaar is. Dit komt door een ongeluk in de werkplaats van zijn vader. Hij is de bedenker van het brailleschrift. Veel blinden en slechtzienden gebruiken het schrift met de zes puntjes ook nu nog.
Een bronzen beeld van Louis Braille
Er is ook een aantal beroemde visueel gehandicapte zangers. Ken je bijvoorbeeld Andrea Bocelli uit Italië? Hij is vanaf zijn geboorte al slechtziend. Als hij twaalf is wordt hij na een ongeluk bij het voetballen bijna helemaal blind. Zijn handicap staat een grootse carrière echter niet in de weg. Het nummer “Time to say goodbye” ken je misschien wel. Hij zingt het samen met de Britse zangeres Sarah Brightman. Bocelli heeft ook samen met Marco Borsato gezongen. Misschien ken je “Because we believe” wel. Andrea Bocelli
Een blinde zanger met een hele lange loopbaan is de Amerikaan Stevie Wonder. Hij wordt blind doordat hij als baby te veel zuurstof in zijn couveuse krijgt. In de jaren 1970 krijgt hij een auto-ongeluk. Daardoor kan hij ook niet meer proeven en ruiken. Hij is pas dertien als zijn eerste plaatje uitkomt. Hij kan veel instrumenten goed bespelen. Mondharmonica, keyboards en slagwerk liggen hem prima. Wonder is niet alleen actief in de popmuziek. Ook voor de rechten van zwarte Amerikanen zet hij zich in. Mede dankzij hem is 15 januari in de VS een nationale feestdag. De mensen vieren dan de geboortedag van Martin Luther King. Stevie Wonder 13
Nu zijn blinden niet alleen maar goed in muziek. Ook in politiek kunnen ze best meedraaien. Wist je dat Abcoude (provincie Utrecht) een blinde burgemeester heeft gehad? Zijn naam is Ad Bestman. Hij is lid van D’66. Hij zit ook een tijd in Provinciale Staten van de provincie Utrecht. Bestman overlijdt in 1988. Tot nu toe hebben we over beroemdheden met één handicap gesproken. Kun je je voorstellen dat bijvoorbeeld een doofblinde bekend wordt? Toch is zo iemand beroemd geworden. Het is de Amerikaanse Helen Keller (1880-1968). Als peuter wordt ze door een ontsteking aan haar hersenvlies doof en blind. Ondanks haar dubbele handicap leert ze zeven talen. Ze heeft heel veel betekend voor het onderwijs aan blinden en Helen Keller doven. Je hebt nu wat voorbeelden van bekende gehandicapte personen gezien. Je zult ze zelf niet allemaal kennen. Maar bij veel andere mensen zijn ze bekend. Nu wordt iemand niet zomaar beroemd. Vaak heeft zo iemand ergens een groot talent voor. Denk daarbij aan muziek of een bepaalde sport. Het vergt veel wilskracht, werk en doorzettingsvermogen om bij een groot publiek bekend te worden. Dat is bij iemand zonder handicap al zo. Hoe zit dat bij iemand met een beperking? Moet zo’n persoon dubbel zo hard werken? Moet hij dubbel zoveel talent hebben? En hoe belangrijk is zijn of haar omgeving? Kan het ook toeval zijn dat iemand opeens doorbreekt bij het grote publiek? Er zijn maar heel weinig beroemde gehandicapten. Zeker als je weet dat er miljoenen gehandicapten op de wereld zijn. In het volgende hoofdstuk zien we wat deze mensen zoal doen in het dagelijks leven. Afbeelding links: De Zuidafrikaanse atleet Oscar Pistorius striijdt als gehandicaptemet nietgehandicapte atleten. Zo goed is hij!
14
NIET BEROEMD, WEL ZINVOL BEZIG Ook iemand met een handicap moet zinvol de dag door kunnen brengen. Betaald werk is een van de mogelijkheden. Wat voor werk iemand kan doen hangt heel erg van zijn handicap af. Een blinde kan werk doen dat een verstandelijk gehandicapte niet kan verrichten. Een dove moet werk kunnen doen dat bij hem past. Dat geldt ook voor iemand in een rolstoel. Dit aangepaste werk vinden veel gehandicapte mensen in de sociale werkvoorziening. Verschillende gemeenten hebben speciale bedrijven opgezet. Daar vinden veel gehandicapte mensen voor hen aangepast werk. In Nijmegen bijvoorbeeld heet dat bedrijf Breed. Er werken ongeveer 2.000 mensen. Mensen die er werken verzorgen bijvoorbeeld het groen in de stad. Anderen werken als postbezorger. Weer anderen maken computerbestanden van papieren documenten. Er zijn er ook die in een wijkgebouw of buurthuis werken. Veel gehandicapten vinden ook werk bij zorgboerderijen. Ze werken daar samen met bijvoorbeeld ex-gevangenen. Ze bewerken het land en verzorgen het vee. Dit doet men vaak op biologische of alternatieve wijze. De mensen vinden het fijn om buiten op het platteland te werken. Ze doen ook ervaring op door het werken op een zorgboerderij. Met die ervaring komen ze soms bij een “gewoon” bedrijf aan de slag. Een bekende zorgboerderij is de Passiflorahoeve in Harskamp (Gelderland). Ook De Watervliet in Wormer (Noord-Holland) is bekend.
Niet iedereen met een handicap kan of wil werken in de sociale werkvoorziening of op een zorgboerderij. Stel, iemand met een handicap wil een baan krijgen bij een “gewoon” bedrijf. Om zo’n baan te krijgen moet hij eerst naar vacatures zoeken. Heeft hij iets gevonden, dan moet hij solliciteren. Daar komt een heleboel bij kijken. Er zijn bijvoorbeeld handicaps die je van buitenaf niet kunt zien. Moet je die op het gesprek toch noemen? Of zelfs al in de e-mail waarmee je solliciteert? Hoe verloopt het gesprek wanneer je de handicap wel kunt zien? Heeft iemand in een rolstoel dezelfde kansen op die baan? Of krijgt iemand die probleemloos kan lopen die baan sneller? In theorie zou dat niet zo moeten zijn. In de praktijk blijkt het nogal eens te gebeuren. Veel managers denken dat een gehandicapte duurder voor het bedrijf is. Bijvoorbeeld omdat ze denken dat zo iemand vaker ziek is dan anderen. Of omdat een gehandicapte niet snel genoeg zou kunnen werken. Managers weten vaak ook niet zo veel over aanpassingen voor gehandicapten. Dat ze daar bijvoorbeeld extra geld voor kunnen krijgen. 15
Zo valt het voor een gehandicapte niet mee een baan te krijgen. Daarom zetten sommigen zelf een bedrijf op. Een voorbeeld is Blixem in Nijmegen. Gehandicapten uit Groesbeek hebben deze winkel opgezet. Het is ook een lunchcafé. Natuurlijk hebben ze veel hulp gehad van vrienden en andere bedrijven bij het opzetten. Bij het bedrijf werken ongeveer veertig mensen. Ze hebben allemaal een lichamelijke of geestelijke beperking.
Blixem lunchcafé en cadeauwinkel in Nijmegen
In Helmond (Noord-Brabant) is een winkel waar verstandelijk gehandicapte mensen werken. Hij heet “Thuis bij de toffe tantes”. Het is een cadeaushop. Sommige artikelen die de winkel verkoopt hebben de mensen die er werken zelf gemaakt. Denk daarbij aan mozaïeken en schilderijen. De gehandicapten die er werken hebben zo een goede dagbesteding. Bovendien krijgen ze een deel van de winst op de verkochte spulletjes. Anderen beginnen zelf een bedrijfje uit frustratie. Zo wil Lindsy van Uden een hulpmiddel aanvragen vanwege haar handicap. Die heeft ze opgelopen na een val van een trap. De aanvraag blijkt gepaard te gaan met een enorme bureaucratie. Nu heeft ze een eigen bedrijfje. Dat helpt anderen bij het aanvragen van hulpmiddelen. Welke beroepen hebben mensen met een handicap? Of wat voor soort werk doen ze? Bestaan er typische “gehandicapten-beroepen”? We zien dergelijke beroepen vooral in het verleden. Denk daarbij aan het midden van de 20ste eeuw. Er zijn in die jaren veel blinde telefonisten. Ook het beroep van pianostemmer komen we veel tegen bij blinden. Er zijn ook blinde mensen die tolk, vertaler of notulist zijn. Boeken in braille zijn voor blinden belangrijk. Er zijn visueel gehandicapten die helpen bij het maken ervan. Ze controleren de boeken op fouten. Andere gehandicapten doen handwerk. Denk daarbij aan het maken van bezems en borstels. Weer anderen zetten bijvoorbeeld fietszadels in elkaar. Deze werkzaamheden worden veelal door verstandelijk gehandicapten gedaan. 16
Tegenwoordig zijn veel van die beroepen verdwenen. Of ze zijn veel moeilijker geworden voor gehandicapten. Bijvoorbeeld telefoneren als beroep is nu heel anders. Denk maar eens aan een klantenservice, helpdesk of callcenter. Daar gebruiken de mensen bij het telefoneren uitgebreide computersystemen. Voor een blinde zijn die vaak veel te ingewikkeld. Of ze kunnen niet zo snel werken als bij dit soort werk nodig is. Toch kan een blinde dit werk soms doen. Zo is er in Nijmegen een blinde die werkt op een meldkamer van de politie. Brailleboeken worden nu met behulp van de computer gemaakt. Blinden die ze op fouten nakijken zijn er niet meer. Voorwerpen in elkaar zetten wordt nog steeds gedaan door bijvoorbeeld geestelijk gehandicapten. Dit gebeurt vaak in sociale werkplaatsen. Iemand met een handicap heeft vaak aanpassingen nodig op zijn werkplek. Zo leest de computer bijvoorbeeld alles voor wat op het scherm staat. Of de tekst verschijnt in braille op een speciaal apparaat. Zo’n leesregel wordt soms gecombineerd met spraak. Er zijn ook speciale toetsenborden en muizen. Die zijn met name voor mensen die bij het bewegen een handicap hebben. Een speciaal aangepaste bureaustoel is ook vaak nodig. Net als een bureau met aanpassingen. Daardoor kan een rolstoeler er goed aan werken. Zo iemand kan ook veel gemak hebben van een rolstoellift.
Werkplek voor een rolstoeler
Werkplek voor een blinde
Dan heb je nog aanpassingen waar je misschien niet snel op komt. Een dove kan bijvoorbeeld gebruik maken van de diensten van een gebarentolk. Een blinde kan met iemand samenwerken die hem alles voorleest. Zo zou je kunnen zeggen dat die mensen de aanpassingen vormen. Dat gehandicapten het niet altijd makkelijk hebben is misschien wel duidelijk. Ze willen ook zelf hun situatie verbeteren. Dat kan niet ieder voor zich alleen. Daarom richten ze in de loop van de jaren allerlei verenigingen en stichtingen op. Blinden en slechtzienden verenigen zich in de NVBS. De afkorting betekent Nederlandse Vereniging van Blinden en Slechtzienden. Slechthorenden en doven kunnen terecht bij de Nederlandse Vereniging voor Slechthorenden (NVVS). Zo zijn er heel wat manieren waarop mensen met een beperking zinvol bezig kunnen zijn. Ze zijn daar aardig mee geholpen. Maar hoe kun jij iemand met een handicap het beste helpen? Lees verder hoe dat op een prettige manier kan. 17
“KAN IK MISSCHIEN HELPEN?” Herinner je je nog die man in een rolstoel in de supermarkt? Kijk nog maar eens op pagina 6. Hij is nu bij de kassa. Al zijn gekochte spulletjes moet hij op de lopende band leggen. Dat gaat hem niet echt gemakkelijk af. Jij staat vlak achter hem in de rij. Zou je de man in de rolstoel helpen? Durf je hem te vragen: “Kan ik misschien helpen?” Hoe moet dat nu, een gehandicapte helpen? Bij die rolstoeler in de kassa-rij is dat gemakkelijk. Je legt gewoon zijn gekochte spullen op de band. Tenminste, als hij jouw hulpaanbod heeft aangenomen.
Bij de situatie in de supermarkt weet je wel hoe je moet helpen. Maar dat zal niet altijd zo zijn. Zo kun je iets goed bedoelen, maar pakt het niet echt goed uit. Misschien doe je wel wat verkeerd. Toch is het niet moeilijk om op een goede manier te helpen. Vraag het altijd eerst aan de gehandicapte. Het kan zijn dat iemand hem vergezelt, bijvoorbeeld een familielid. Praat ook dan met de gehandicapte zelf. Of als dat nodig is met allebei. Een rolstoeler zit vaak lager met zijn hoofd dan jij. Het is prettiger als de rolstoeler je recht kan aankijken. Een rolstoeler kan vaak niet gemakkelijk bij iets komen. Denk bijvoorbeeld aan een glas frisdrank op een hoge tafel. Geef hem dan het glas in de hand. 18
Hoe kun je een blinde het beste helpen? Daar komt toch wel het een en ander bij kijken. Ook hier geldt dat je eerst vraagt of hulp nodig is. Hulp kan bijvoorbeeld handig zijn bij het oversteken. Maar hoe help je zo iemand eigenlijk de weg over? Heel veel mensen pakken de blinde dan vast. Maar je kunt het beter andersom doen. Laat de blinde jou vastpakken. Dat kan zijn door zijn hand op je schouder te leggen. Hij kan je ook bij de arm nemen. Zelfs hand-in-hand lopen zou kunnen. Het is maar net wat de visueel gehandicapte zelf het prettigst vindt. Een blinde kan je ook de weg vragen. Natuurlijk wijs je hem die graag. Bij een ziende wijs je een kant op en zegt: “U moet die kant op lopen”. Maar een blinde kan je niet zien wijzen. Hij heeft geen idee welke “die kant” is. Dus moet je bijvoorbeeld zeggen: “Nog 100 meter rechtdoor”.
Niet-blinde leerlingen kijken hoe het is om als blinde over te steken
Niet alleen op straat kan een blinde hulp gebruiken. Wat bijvoorbeeld te denken van een restaurant? De blinde krijgt de maaltijd geserveerd die hij heeft besteld. Voor hem staat nu een bord met van alles erop. Een flink stuk vlees, groente en aardappelen vormen de maaltijd. De blinde ziet echter niet waar wat op het bord ligt. Er is een handige manier om hem dat te vertellen. Je doet net alsof het bord een klok is. Je zegt dan bijvoorbeeld: “Op 3 uur ligt de spinazie. Op zes uur liggen de aardappels. Op 9 uur ligt het vlees. En op twaalf uur ligt de salade”. Nu is het stuk vlees wel behoorlijk groot. Het is veel prettiger als het in stukjes is gesneden. Dat vind jij waarschijnlijk ook. Vlees snijden is voor een blinde heel lastig. Dat gaat zeker fout, omdat van alles van zijn bord af schuift. Hij zal dat niet altijd meteen merken. Daarom is het heel prettig als een ziende het Op welk tijdstip ligt mijn vlees? vlees voor hem snijdt. 19
Je vraagt je nu misschien af: Hoe help ik dan een dove? Daar kom je weer heel andere problemen tegen. Meteen al rijst de vraag hoe je met een dove contact kunt maken. Is dat wel altijd mogelijk? Dat hangt heel erg van de dove zelf af. Kan hij liplezen en praten, dan kan het wel. Heel belangrijk is dan dat je hem recht aankijkt. Hij moet immers zien wat je zegt.
Veel doven maken gebruik van gebarentaal
Het lukt niet alle gehandicapten een min of meer zelfstandig leven te leiden. Er zijn er heel wat die een zware handicap hebben. Er zijn mensen die meerdere handicaps tegelijk hebben. Denk bijvoorbeeld aan doofblinden. Je kunt ook denken aan zwaar verstandelijk gehandicapten. Veel van deze mensen wonen in speciale instellingen. Een instelling voor doofblinden is bijvoorbeeld Kalorama in Beek, bij Nijmegen. Het personeel dat daar werkt kan ze goed helpen. Het heeft daarvoor speciale opleidingen en trainingen gehad. Zo weten ze hoe je met doofblinden kunt communiceren. Ze kennen de manieren waarop doofblinden zich kunnen uiten. Dat kan met behulp van gezichtsuitdrukkingen of door geluiden. Sommigen van hen kunnen ook een beetje praten. De omgang met verstandelijk gehandicapten vraagt van verplegers weer een andere aanpak. Er zijn gehandicapten die niet kunnen praten. Anderen kunnen agressief zijn of moeilijk hanteerbaar. Weer anderen vertonen een onvoorspelbaar gedrag. Daar moet je als verpleger goed mee om kunnen gaan.
20
GEHANDICAPTEN BIJ JOU OP SCHOOL In dit hoofdstuk komen eerst kinderen zelf aan het woord. Hoe vinden zij het om een gehandicapte klasgenoot te hebben? Dit zegt Isabel van De Tuimelaar: “We hebben iemand in een rolstoel in de klas, Kawtar. Toen we gingen gymmen, mochten we in de rolstoel. We hebben gehockeyd en gevoetbald in de rolstoel. Dat was heel leuk!” Hoe is het met een slechtziende in de klas? Lees dit maar eens: “Wij zijn met de klas naar de donkere belevingsruimte geweest. Want Sam die slechtziend is, zit bij ons in de klas. Het leukste vonden we het drinken inschenken met de pieper en de donkere ruimte. We moesten een brief posten en mochten belletje lellen. Er zat ook een bruggetje in met echt water. Van Mick viel de stok erin, dat was grappig. Sam was als eerste bij alles. Je kon wel merken dat hij altijd het niet goed kan zien. Sam vond het grappig dat iedereen het spannend vond en dat iedereen dingen aan hem ging vragen. Groetjes Mick, Sam en Fenna namens groep 6B van De Vlinder.” Meestal zit er geen gehandicapte in de klas. Soms komt er in zo’n klas bezoek van mensen met een beperking. Zo schrijft Thijs bijvoorbeeld: “Vandaag kregen we gehandicapten op bezoek. Het was een leuke dag. Juf had vier groepjes gemaakt, om met die groepjes spelletjes te doen. Ik zat in groepje één en ik moest in de klas beginnen. In de klas zat Esther. Esther was blind. In de klas had zij braille gedaan en een stukje voorgelezen uit Harry Potter en de steen der wijzen.
Een ervaringsdeskundige geeft voorlichting in de klas
21
Daarna ging groepje één naar de zeshoek. Daar moesten we vragen beantwoorden en een blind balspel doen. Ik heb daarmee veel geleerd hoe moeilijk het is om blind een bal te vinden. Daarna moesten we op het schoolplein een rolstoelbaan doen. Tussen paaltjes door opstapjes op. Het was wel irritant lastig om op de weg te blijven. Daarna moesten we met een stok een blindegeleidebaan doen. Het was wel mooi, ik heb veel geleerd vandaag.” Maks de Boer vertelt over een bezoeker met een andere handicap: “We moesten naar binnen en toen kwam een man in een rolstoel. Hij was van School on Wheels. Hij vertelde hoe het was in een rolstoel. Hij had een auto-ongeluk gehad en nu kan hij zijn benen niet meer bewegen. Als hij zijn been naar voren deed bewoog zijn been vanzelf. In de gymzaal moesten we in een rolstoel zitten. Het was leuk om in de rolstoel te zitten. We moesten ook vooruit en achteruit in de rolstoel rijden. Daarna moesten we een wedstrijd doen. We waren in groepen van vijf, vier, en vijf verdeeld. Ik zat bij: Jesse, Kor, Dietmer en Jesper. We gingen ook basketballen in de rolstoel. Maks, Rory, Dietmer, Kor en Sigri, in die groep zat ik. En we moesten tegen: Joris, Dennis, Jesper, Jitzen en Rimmer. We hadden met 10-0 verloren maar het was een leuke gymles!”
Niet-gehandicapte kinderen ervaren door een partijtje rolstoelbasketbal wat het betekent om je in een rolstoel te verplaatsen.
22
Nog een voorbeeld van bezoekers met een handicap. Een aantal kinderen vertelt erover: “Maandag 1 november kwamen er drie gehandicapte mensen bij ons in de klas. Eén iemand was blind, een andere zat in een rolstoel en de derde was een beetje verlamd aan haar arm. Eerst vertelden ze iets over hun handicap. Voordat we mochten beginnen mochten we ook heel veel vragen stellen. Daarna werden we in drie groepen verdeeld en moesten we eigenlijk proberen ons voor te stellen hoe het was om met die handicap te leven. Henk was de man die blind was. Vroeger was hij niet blind. Hij was aan zijn achterhoofd geopereerd en daarbij werden zijn hersenen verlamd of zoiets. We moesten geblinddoekt met een stok achter Henk aan. Dat was wel moeilijk omdat we achter zijn stem gingen. Henk liep wel een beetje snel en wij gingen heel langzaam en toen hoorden we zijn stem niet meer. Toen we waren gestopt deed ik de blinddoek af en keek ik even om me heen. Toen ging ik even snel achter hem aan. En we moesten met een bal op de grond zitten en onze ogen dicht doen. Er zaten een soort belletjes in de bal, dan konden we horen waar de bal was.
Goed luisteren waar de bal is!
Janet was aan haar arm verlamd. Zij had speciale lepels en messen en vorken. Met een dikke buitenkant. Dat was wel een beetje raar. En we moesten een soort vasthoudding pakken. Als je op zo een ding drukt dan grijpt het alles en dat moesten we doen met een stijve rug en dan spullen pakken die we op de grond hadden gegooid. En er was een dambord dat van magneet was gemaakt. 23
Victor zat in een rolstoel. Bij Victor moesten we in een rolstoel zitten en proberen een deur te openen en er dan door te rijden. Het was heel moeilijk om de deur te openen. En het duurde ook wel lang. En het was wel moeilijk dat we in een rolstoel moesten zitten omdat het leek dat we echt op een rolstoel zaten. Ook moesten we draaien en dat was wel lastig om te doen, omdat de rolstoel vanzelf naar links en rechts ging. Het was heel indrukwekkend allemaal want zo weet je hoe die mensen soms leven. Het was allemaal heel moeilijk, maar ook leuk van hen dat ze zoiets doen. Dat ze scholen langs gaan om voorlichting te geven. En na afloop mochten we ook vragen aan hen stellen. Ik heb uiteindelijk geleerd dat een handicap hebben niet leuk is en dat het heel moeilijk is om dingen te doen zoals een deur openen.” Je hebt nu heel wat gelezen over en rondom mensen met een handicap. Hoe kijk je nu tegen zo iemand aan? Ben je dingen tegen gekomen waar je nooit zelf op zou komen? Je zegt nu misschien wel: “Ja, een gehandicapte is net zo gewoon als ikzelf ben”.
Nik en Rino zijn broers. Rino (11) is een stille en sportieve jongen die van zwemmen houdt. Nik (9) zit in een rolstoel. Ook al is zijn lichaam zwak, zijn geest is sterk. Er is een documentaire over de broers gemaakt over de bijzondere relatie tussen de twee broers, hoe ze met elkaar kibbelen en hoe ze elkaar helpen.
24
AANTEKENINGEN
25
26
MEER OP INTERNET Op de website van het Centrum voor Mondiaal Onderwijs vind je nog meer informatie die je kan helpen bij je werkstuk of spreekbeurt. Je vindt daar tips over hoe je het beste een werkstuk kunt opzetten of hoe je het beste je spreekbeurt kunt inkleden. Ga naar www.cmo.nl of www.maak-een-werkstuk.nl.
27
SCRIPTIESERVICE De Scriptieservice Mondiaal Onderwijs richt zich op leerlingen vanaf 10 jaar. In de reeks zijn meer dan 85 onderwerpen opgenomen over Derde Wereld, Vrede, Milieu en Mensenrechten. Elk pakket bestaat uit 24 pagina's tekst, foto's, tekeningen, strips en/of cartoons. Op de website van het CMO staat een handleiding voor het maken van een scriptie/ werkstuk.
De versie op papier is te bestellen bij: Centrum voor Mondiaal Onderwijs Postbus 9108 6500 HK Nijmegen tel. 024-3613074 e-mail:
[email protected] http://www.cmo.nl Schoolmediatheken, (jeugd)bibliotheken en documentatiecentra kunnen een abonnement op de scriptieservice nemen en ontvangen dan per jaar vijf nieuwe titels