Winkelatlas Overijssel Inventarisatie detailhandelsstructuur Overijssel Juli 2012
Winkelatlas Overijssel Inventarisatie detailhandelsstructuur Overijssel Juli 2012
Colofon Uitgave
I&O Research Stationsplein 11 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer
2012/055 Datum
Juli 2012 Opdrachtgever
SER Overijssel Auteurs
Gijs Jan Visser Ruud Esselink Bestellingen
Exemplaren zijn verkrijgbaar bij de opdrachtgever
Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.
Inhoudsopgave 1. Inleiding
pag. 1
1.1 Dynamiek detailhandel
1
1.2 Provinciaal detailhandelsbeleid
1
1.3 Behoefte aan inzicht in detailhandel Overijssel
3
1.4 Onderzoeksvragen en – aanpak
3
1.5 Leeswijzer
4
2. Detailhandelssector Overijssel
6
2.1 Inleiding
6
2.2 Winkelaanbod
7
2.3 Leegstand
20
2.4 Analyse werkgelegenheid
23
2.5 Winkelgebieden
25
2.6 Plannen en ontwikkelingen
30
3. Koopstromen en consumentengedrag
36
3.1 Inleiding
36
3.2 Koopstromen
36
3.3 Economisch functioneren
41
3.4 Consumentengedrag
42
4. Beschouwing
48
4.1 Vanuit landelijk perspectief
48
4.2 Detailhandel Overijssel
50
Begrippenlijst
4
Hoofdstuk
Inleiding
1
Winkelatlas Overijssel • Inleiding
1. Inleiding 1.1 Dynamiek detailhandel Veranderingen beïnvloeden detailhandel Demografische veranderingen vormen de komende jaren in belangrijke mate het vertrekpunt voor nieuw of bijgesteld detailhandelsbeleid. Vergrijzing en ontgroening vertalen zich niet alleen in een kwantitatieve krimp van de bevolking, maar zorgen ook voor een veranderende samenstelling van de bevolking. Dit zal de kwantitatieve en kwalitatieve vraag, behoefte aan en economische houdbaarheid van voorzieningen veranderen. En is daarmee direct van invloed op de leefbaarheid van kleinere dorpskernen als ook van stedelijke wijken. Natuurlijk is demografie niet de enige beïnvloedende factor. Ook technologie (internet), economie (bestedingen), maatschappij (onder andere milieu en mobiliteit) en beleid & wetgeving vormen belangrijke krachtenvelden die van invloed zijn op het voorzieningenniveau, met detailhandel als belangrijke pijler. Geleidelijke accentverschuiving Het aantal winkelmeters is de afgelopen jaren continu gegroeid, onder invloed van een groeiende bevolking, een hogere welvaart en een behoefte aan meer keuze. Beleid was dan ook vooral gericht op uitbreiding en het controleren van deze uitbreiding. Er is echter een transformatie gaande die het winkellandschap de komende decennia sterk zal doen wijzigen. Krimp zal de behoefte aan winkels verkleinen. Vergrijzing zal niet alleen de behoefte aan producten doen veranderen, ook het aantal zelfstandige winkeliers zal door gebrek aan bedrijfsopvolging afnemen. Internet zal het koopgedrag ook verder blijven veranderen. Niet alleen worden meer producten gekocht vanachter de computer en via smartphones en andere nieuw te ontwikkelen digitale gadgets, ook is internet in toenemende mate bepalend voor de kooporiëntatie (wat koop ik waar, wanneer en tegen welke prijs). De verwachting voor de komende jaren is dat het accent, ook in de beleidsvorming en – uitvoering, minder op meer en meer op betere meters zal komen te liggen.
1.2 Provinciaal detailhandelsbeleid Omgevingsvisie Overijssel Met de komst van de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening (nWro) per 1 juli 2008 hebben provincies nieuwe instrumenten tot de beschikking gekregen, zowel op het gebied van beleidsontwikkeling, beleidsuitvoering, beleidsdoorwerking als beleidshandhaving. De rol van de provincie op het gebied van ruimtelijke ordening kan dus meer actief en uitvoeringsgericht zijn. Echter, provincies vullen haar rol en positie ten aanzien detailhandelsbeleid vooralsnog verschillend in. Voor de provincie Overijssel zijn de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening leidend (vastgesteld juli 2009). In de Omgevingsvisie is opgenomen: 'Decentraal wat kan, centraal wat moet', is het motto van de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening. Wij vertrouwen erop dat gemeenten de publieke belangen van de lokale leefgemeenschap zelfstandig behartigen. Ingrepen en bemoeienis door de provincie beperken zich tot het provinciaal belang.
1
Winkelatlas Overijssel • Inleiding
Ruimtelijke ontwikkeling vraagt om een samenhangende afweging van opgaven op het (boven)regionale niveau. De provincie is verantwoordelijk voor deze afweging en voor een integrale aanpak van de ruimtelijke ontwikkeling in de regio. In aanvulling op het basisinstrumentarium van de SER-ladder is in de Omgevingsverordening Overijssel 2009 opgenomen dat grootschalige en perifere detailhandel buiten de bestaande stedelijke omgeving niet kan plaatsvinden. Kortom, geen weidewinkels die de basisvoorzieningen in dorp of binnenstad uithollen. Er worden beperkingen opgelegd aan detailhandel buiten kernen. SER SER-ladder voor ruimtelijk detailhandelsbeleid In het ruimtelijke detailhandelsbeleid kan, in navolging van bedrijventerreinen, het systeem van de SER-ladder worden gehanteerd: eerst wordt in of aan bestaande winkelgebieden ruimte gezocht of gemaakt (herstructurering). Pas als al die mogelijkheden zijn benut, wordt overwogen of nieuwe winkelontwikkelingen in de periferie gewenst zijn.
De provincie Overijssel heeft in 2007 de Detailhandelsvisie Overijssel definitief vastgesteld. Aan de basis van het in deze visie geschetste wensbeeld en toetsingskader ligt een inventarisatie van de detailhandelsstructuur. Deze inventarisatie bestaat voor het overgrote deel uit een beschrijving van het winkelaanbod, aangevuld met een beperkte - op hoofdlijnen weergegeven - analyse van het functioneren van detailhandel en consumentengedrag. Ook is een overzicht opgenomen van de detailhandelsplannen in de provincie. Figuur 1.1 Winkelgebiedstypen in Overijssel.
Bron: Provincie Overijssel, Detailhandelsvisie Overijssel 2007.
2
Winkelatlas Overijssel • Inleiding
1.3 Behoefte aan inzicht in detailhandel Overijssel Landelijk zijn tekenen van stagnatie zichtbaar, met onder meer signalen van toenemende structurele leegstand in de detailhandel, afnemende bezoekersaantallen en winkelsluitingen. Gaat de winkelmarkt de kantorenmarkt achterna? Ter onderbouwing van discussie over de toekomstige positie van de detailhandel en de (provinciale) beleidsvorming heeft SER Overijssel vanuit haar adviestaak richting Gedeputeerde Staten behoefte aan inzicht in de huidig omvang, samenstelling en het functioneren van detailhandel in Overijssel. SER Overijssel krijgt daarmee de ernst van de situatie in Overijssel en in de Overijsselse gemeenten in beeld.
1.4 Onderzoeksvragen en – aanpak In dit onderzoek staat de volgende onderzoeksvragen centraal: Wat is de omvang en samenstelling van het winkelaanbod in Overijsselse gemeenten? Wat zijn ontwikkelingen in het winkelaanbod 2007-2012? Wat is de (ontwikkeling van de) werkgelegenheidsbijdrage van detailhandel in Overijssel? Wat is de verzorgingsfunctie van gemeenten? Welke detailhandelsplannen bestaan er in Overijssel? En wat is het huidig economisch functioneren van detailhandel in Overijssel? Het onderzoek wordt uitgevoerd op basis van desk- en dataresearch. Dit bestaat uit drie onderdelen, die hieronder worden besproken. Kwantitatieve analyse winkelaanbod Deze analyse wordt uitgevoerd op basis van beschikbare data en cijfers van Locatus. De volgende vragen komen onder meer aan bod: Hoe is het winkelaanbod samengesteld en welke branches zijn onder- of oververtegenwoordigd? Wijkt de aanbodstructuur in Overijssel af van andere provincies en het landelijk beeld? Wat gebeurt er met het winkelaanbod op gemeentelijk niveau? En hoeveel leegstand is er Overijssel? Werkgelegenheidsanalyse Door naar de werkgelegenheid in de detailhandel te kijken, ontstaat inzicht in de positie die detailhandel als sector inneemt in de provinciale economische structuur. Hiervoor maken we gebruik van LISA-cijfers. Het provinciaal werkgelegenheidsregister (BIRO) is onderdeel hiervan. We kijken in deze rapportage naar de volgende onderdelen: vergelijking van Overijssel op provincieniveau; de belangrijkste ontwikkelingen naar gemeente; de belangrijkste ontwikkelingen naar branche; de ontwikkelingen op korte (2010-2011) en lange termijn (we gaan in deze rapportage uit van 2000-2011).
3
Winkelatlas Overijssel • Inleiding
Koopstromenonderzoek Op basis van de data van het in 2010 in Oost-Nederland uitgevoerde koopstromenonderzoek is er veel informatie aanwezig over koopstromen in de provincie Overijssel. Naast een hoofdrapport zijn in totaal 76 kernrapportages samengesteld (afhankelijk van de deelname en rapportagewensen van gemeentelijke opdrachtgevers). Voor deze inventarisatie draaien we cijfers uit op gemeenteniveau. Hiermee is het namelijk mogelijk om omzetcijfers te koppelen aan het winkelaanbod waardoor een indicatie ontstaat van het economisch functioneren van de detailhandel in Overijsselse gemeenten. In de koopstromenanalyse komen de volgende punten naar voren: omzet dagelijkse en niet-dagelijkse sector op gemeenteniveau; onderscheid tussen binding en toevloeiing naar gemeente; vloerproductiviteit (omzet per m2 WVO) dagelijkse en niet-dagelijkse sector; de volgende kwalitatieve aspecten: o waardering winkelvoorzieningen; o vervoermiddelgebruik; o aandeel dat minimaal 1 keer per week markt bezoekt, koopzondag bezoekt, aankopen via internet doet.
1.5 Leeswijzer Dit rapport is als volgt opgebouwd: in hoofdstuk 2 wordt uitgebreid ingegaan op de omvang, samenstelling en ontwikkeling van het winkelaanbod. Ook wordt daarbij gekeken naar de leegstand. Voorts brengen we de omvang van de detailhandel in beeld met behulp van de werkgelegenheid. Waar mogelijk vergelijken we Overijssel met Nederland en zoomen we in op gemeenteniveau. Hoofdstuk 3 geeft op basis van het in 2010 uitgevoerde Koopstromenonderzoek Oost-Nederland inzicht in de vraagkant. Hierbij is er zowel aandacht voor de meer kwantitatieve koopstromen en kooporiëntatie in de dagelijkse en niet-dagelijkse sector, als voor kwalitatieve aspecten van consumentengedrag. Ook hier geldt dat cijfers op provincie- en gemeenteniveau worden gepresenteerd. Hoofdstuk 4 bevat een korte reflectie op de in de voorgaande hoofdstukken gepresenteerde cijfers. Tot slot is in de bijlagen een korte begrippenlijst opgenomen.
4
2
Hoofdstuk
Detailhandelssector Overijssel
5
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
2. Detailhandelssector Overijssel 2.1 Inleiding Er is de laatste tijd veel bericht over sterke veranderingen in het winkelaanbod, met winkelsluitingen en toenemende leegstand maar ook schaalvergroting als veel gebruikte ‘trefwoorden’. Over een langere termijn beschouwd, is een drietal structuurwijzigingen zichtbaar in de detailhandel. Van klein naar groot Veel kleine speciaalzaken zijn verdwenen en hebben plaatsgemaakt voor een beperkt aantal formules met grote winkels en een breed, scherp geprijsd assortiment. In alle branches betreden nieuwe formules de Nederlandse winkelmarkt, waartegen de ‘zelfstandige winkelier op de hoek’ steeds moeilijker kan concurreren. Vooral in de levensmiddelensector is het aanbod zelfstandige speciaalzaken fors uitgedund. Gevolg is dat het winkelaanbod in kleine kernen zich steeds vaker beperkt tot een supermarkt. Grotere winkelgebieden zijn eenzijdiger geworden. De sneltreinvaart waarmee de kleinste speciaalzaken de afgelopen jaren zijn verdwenen, leidt tot sombere vooruitzichten over het voortbestaan van de specialist. Van winkel naar web Het aantal fysieke winkels in Nederland is kleiner geworden. Dat het aantal detailhandelsvestigingen desondanks gegroeid is, is te verklaren door een andere transformatie, namelijk die van fysieke winkel naar webwinkel. Het aantal webwinkels in Nederland groeit explosief. De in het straatbeeld gemiste winkeldiversiteit en -variatie is ruimschoots te vinden op internet. In ruimtelijke zin mag het winkelbeeld dan eenzijdiger zijn geworden, in virtuele zin zeker niet. Van massa naar uniek Als een tegenreactie op het verdwijnen van de lokale ondernemer en de schaalvergroting in de afgelopen jaren is er een toenemende waardering voor en behoefte aan kleinschalige speciaalzaken. De klant wil weg uit het (grijze) midden en gaat op zoek naar uniciteit. De nieuwe, kleine winkel gaat hierin mee en zet een unieke winkel neer - met een uniek product en/of een unieke dienstverlening. De aankoop(beleving) krijgt daardoor een toegevoegde waarde, zowel voor de klant als de ondernemer. Er ontstaat een nieuwe generatie zelfstandige detailhandelsondernemers, waarbij de traditionele middenstander plaatsmaakt voor de nieuwe, bewuste kleine zelfstandige ondernemers. De kleine winkel wordt vooral als kansrijk gezien, omdat deze de variatie biedt die de consument zoekt.
De economische crisis heeft de conjunctuurgevoelige detailhandel klappen toegedeeld. Als gevolg van de economische krimp zijn de detailhandelsbestedingen omlaag gegaan, waarbij met name in de nietdagelijkse sector te kampen heeft met teruglopende bestedingen. Veel detaillisten hebben afgelopen jaren te kampen gehad met omzetdalingen, maar hebben zich wel kunnen handhaven. Wel ligt het aantal winkelsluitingen hoger dan in jaren van hoogconjunctuur. De scherpe concurrentie (mede ook door de opkomst van internet) gekoppeld aan het lagere economische tij heeft er toe geleid dat winkeldeuren zijn gesloten. Internet zal het koopgedrag verder blijven veranderen. Niet alleen worden meer producten gekocht vanachter de computer en via smartphones en andere nieuw te ontwikkelen digitale gadgets. Ook is internet in toenemende mate bepalend voor de kooporiëntatie (wat koop ik waar, wanneer en tegen welke prijs).
6
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Concreet betekent dit dat als gevolg van de veranderende kooporiëntatie (meer internet) en minder consumenten (krimp) het draagvlak voor winkels landelijk zal krimpen, wat ruimtelijke consequenties heeft voor de omvang en spreiding van het winkelaanbod en daarmee ook de leefbaarheid in kernen. Hierbij speelt ook het wegvallen van oudere zelfstandige detaillisten, zonder opvolging, een rol. In welke mate is de Overijsselse detailhandel in de afgelopen jaren veranderd? Het eerste hoofdstuk van dit rapport schetst de omvang en samenstelling van de detailhandel in Overijssel. We beginnen met de omvang, samenstelling en ontwikkeling van het winkelaanbod (paragraaf 2.2), uitgesplitst naar aantal winkelmeters en aantal winkels. Daarnaast is er in paragraaf 2.3 specifiek aandacht voor leegstand. Paragraaf 2.4 gaat vervolgens in op de werkgelegenheid in de Overijsselse detailhandel. Voor deze paragrafen geldt dat we enerzijds op provinciaal niveau een vergelijking maken met landelijk en anderzijds ook op gemeenteniveau naar de detailhandel kijken. In de laatste paragraaf van dit hoofdstuk kijken we naar de planvorming in de provincie Overijssel om een inschatting te kunnen maken van hoeveel nieuwe winkelmeters er de komende jaren naar verwachting nog zullen worden toegevoegd aan het Overijsselse winkelaanbod.
2.2 Winkelaanbod 2.2.1
Overijssel en Nederland
In vijf jaar tijd 125.000 winkelmeters erbij in Overijssel Tabel 2.1 laat de ontwikkeling van het winkelaanbod in Overijssel in de dagelijkse en niet-dagelijkse sector zien. Het totale winkelvloeroppervlak is in Overijssel in de periode 2007-2012 toegenomen met 6 procent en bedraagt begin 2012 bijna 2,2 miljoen m2. De grootste toenames zijn zichtbaar in de sectoren mode en luxe en vrije tijd. De overige detailhandel is de enige sector waar het winkelvloeroppervlak is afgenomen. In Nederland nam het winkelvloeroppervlak in dezelfde periode met bijna 1,4 miljoen vierkante meter toe, een toename van 5 procent. Verhoudingsgewijs is het winkelaanbod in Overijssel dus iets sterker gegroeid dan totaal in Nederland. Tabel 2.1 Ontwikkeling winkelaanbod Overijssel (in m2 WVO). 2007
2012
2007-2012 (abs.)
2007-2012 (%)
Ned. 2007-2012 (%)
376.760
397.380
20.630
5%
5%
1.667.880
1.772.180
104.300
6%
5%
- Mode & luxe
407.750
463.070
55.320
14%
10%
- Vrije tijd
108.860
123.710
14.840
14%
2%
1.079.550
1.116.150
36.600
3%
4%
71.720
69.260
-2.460
-3%
2%
2.044.600
2.169.560
124.920
6%
5%
Dagelijks Niet-dagelijks
waarvan
- In en om het huis - Overig totaal
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
7
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Overijssel heeft relatief veel winkelmeters in sector ‘in/om huis’ Vergeleken met het landelijk gemiddelde is de sector in en om het huis in Overijssel qua winkeloppervlak iets sterker vertegenwoordigd in Overijssel. Ten opzichte van 2007 is het aandeel van deze sector overigens wel met 2 procentpunt afgenomen, wat met name veroorzaakt wordt door de relatief sterkere groei van het aantal winkelmeters in de sectoren mode & luxe en vrije tijd. Figuur 2.1 Procentuele verdeling winkelaanbod per sector, Overijssel en Nederland (in m2 WVO, 2012).
Overijssel
18%
Nederland
20%
0% Dagelijks
21%
22%
25% Mode & Luxe
6%
51%
6%
49%
50% Vrije Tijd
75% In/om Huis
3%
3%
100% Detailhandel Overig
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Meer meters, minder winkels Het winkelvloeroppervlak in Overijssel is in 2007-2012 toegenomen. Het aantal verkooppunten is in Overijssel daarentegen duidelijk afgenomen (zie tabel 2.2). In totaal zijn dit er bijna 600 minder, een afname van 7 procent. Absoluut gezien is het aantal verkooppunten het meest gedaald in de sectoren in en om het huis en dagelijks. In de sectoren vrije tijd (-14 procent) en in en om het huis (-11 procent) is de relatieve afname het grootst. Ook landelijk is deze trend zichtbaar: het aantal winkels neemt landelijk gezien met bijna 4 procent af. Deze afname is wel minder sterk dan in Overijssel, waar dit 7 procent is. De groei van het aantal winkelmeters is in de afgelopen jaren in Overijssel dus iets groter geweest dan landelijk gemiddeld, terwijl de afname van het aantal winkels ook relatief sterker is. Dit duidt er op dat het proces van schaalvergroting zich in Overijssel sterker lijkt te hebben doorgezet dan gemiddeld in Nederland. Overigens doet zich dit niet alleen voor in de grootschalige sector in en om het huis, wat laat zien dat hier niet alleen sprake is van het ‘Westermaat-effect’.
8
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Tabel 2.2 Ontwikkeling aantal verkooppunten Overijssel. 2007
2012
2007-2012 (abs.)
2007-2012 (%)
Nl. 2007-2012 (%)
Dagelijks
1.990
1.820
-180
-9%
-4%
Niet-dagelijks
6.010
5.590
-420
-7%
-3%
2.240
2.240
0
0%
2%
770
660
-110
-14%
-12%
waarvan Mode en luxe Vrije tijd In en om het huis
2.550
2.280
-270
-11%
-7%
Overig
450
420
-40
-8%
0%
totaal
8.000
7.410
-600
-7%
-4%
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
De lichte oververtegenwoordiging van de sector in en om het huis zien we niet alleen terug in het aantal winkelmeters. Ook het aantal verkooppunten is vergeleken met het landelijke beeld relatief groot (31 versus 28 procent van het totaal). Doordat in de mode & luxe het aantal verkooppunten de afgelopen jaren in Overijssel niet is teruggelopen, is het aandeel van deze sector in de verdeling van het aantal verkooppunten toegenomen van 28 procent in 2007 tot 30 procent in 2012. De overige sectoren hebben licht ingeleverd. Figuur 2.2 Procentuele verdeling aantal verkooppunten per sector, Overijssel en Nederland (2012).
Overijssel
25%
Nederland
30%
27%
0% Dagelijks
9%
31%
25% Mode & Luxe
31%
9%
50%
28%
75%
Vrije Tijd
In/om Huis
6%
5%
100% Detailhandel Overig
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Meer dagelijks, mode en plant & dier; minder electro en dhz Op brancheniveau is wonen de branche met de meeste winkelmeters in Overijssel. Woninginrichting neemt 24 procent van het winkeloppervlak voor rekening. Daarna volgens levensmiddelen (16 procent), plant & dier (12 procent) en kleding & mode (11 procent).
9
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
In de periode 2007-2012 is met name in de doe-het-zelf branche het aantal vierkante meters winkeloppervlak afgenomen, op enige afstand gevolgd door bruin & witgoed en wonen. De grootste toename in de afgelopen vijf jaar is zichtbaar in de branche plant & dier (met bijna 66.000 m2), gevolgd door huishoudelijke- en luxe artikelen, sport en spel en kleding & mode en levensmiddelen. Vergeleken met landelijk is de procentuele toename in vier branches fors groter dan gemiddeld in Nederland, namelijk warenhuis, huishoudelijke en luxe artikelen, sport & spel en plant & dier. Twee branches hebben juist een relatief grotere afname: bruin- & witgoed en doe-het-zelf. Tabel 2.3 Omvang per branche en procentuele ontwikkeling, Overijssel (2007-2012), met vergelijking Nederland. winkeloppervlak (in m2 WVO)
verkooppunten
% ontw. 2007-2012
% ontw. 2007-2012
Ov. 2012
Ov.
Ned.
Ov. 2012
Ov.
Ned.
343.050
6%
5%
1.450
-9%
-5%
54.330
2%
4%
370
-8%
0%
Warenhuis
56.160
21%
5%
40
54%
43%
Kleding & Mode
236.590
9%
12%
1.290
0%
4%
Schoenen & Lederwaren
66.150
11%
9%
250
-4%
7%
Juwelier & Optiek
18.380
4%
4%
280
3%
1%
Huishoudelijke- & Luxe art.
73.740
41%
23%
300
6%
-4%
Antiek & Kunst
12.050
-19%
-21%
90
-23%
-26%
Sport & Spel
78.300
35%
12%
280
-3%
2%
Hobby
19.320
-11%
-15%
180
-31%
-23%
Media
26.090
-10%
-9%
200
-10%
-17%
Plant & Dier
264.150
33%
13%
530
-1%
-4%
Bruin & Witgoed
58.990
-13%
-6%
350
-24%
-11%
Levensmiddelen Persoonlijke verzorging
Auto & Fiets
67.030
10%
14%
280
0%
4%
Doe-Het-Zelf
204.430
-10%
-2%
320
-20%
-18%
Wonen
521.550
-1%
3%
810
-9%
-5%
Detailhandel Overig
69.260
-3%
2%
420
-8%
0%
2.171.570
6%
5%
7.410
-7%
-4%
totaal NB: cijfers zijn exclusief leegstand.
Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Sterke toename plant & dier vertaalt zich in bovengemiddelde vertegenwoordiging Wanneer we per branche het aandeel in Overijssel vergelijken met het landelijk aandeel van die branche in het totale winkelaanbod ontstaat aanvullend inzicht in de mate waarin detailhandelsbranches relatief over- dan wel ondervertegenwoordigd zijn in Overijssel.
10
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Met name auto & fiets en plant & dier zijn qua winkelmeters relatief sterk vertegenwoordigd in Overijssel. Voor de doe-het-zelf geldt dat het aantal verkooppunten vrij hoog ligt in Overijssel, maar het winkeloppervlak heeft een iets kleiner aandeel in het totale winkelaanbod dan landelijk gemiddeld. Deze branche is in Overijssel kleinschaliger van opzet. Dit geldt ook voor warenhuizen. Het aandeel van deze branche qua verkooppunten is licht bovengemiddeld, terwijl het aantal winkelmeters verhoudingsgewijs klein is (zie verder ook figuur 2.5). Figuur 2.3 Relatieve over- of ondervertegenwoordiging detailhandelsbranches Overijssel (2012). m2 WVO
Verkooppunten Auto & Fiets
133%
Plant & Dier
121%
Auto & Fiets Plant & Dier
Schoenen & Lederwaren
109%
Schoenen & Lederwaren
Huishoudelijke- & Luxe art.
108%
Huishoudelijke- & Luxe art.
Detailhandel Overig
106%
Detailhandel Overig
Hobby
106%
Hobby
Antiek & Kunst
100%
Antiek & Kunst
Wonen
100%
Wonen
Bruin & Witgoed
98%
Kleding & Mode
104% 103% 108% 89% 105% 111% 126%
Kleding & Mode
96% 91%
Juwelier & Optiek
Sport & Spel
91%
Sport & Spel
Levensmiddelen
91%
Levensmiddelen
90%
Persoonlijke Verzorging
Media
85%
Media
Warenhuis
84%
Warenhuis
75%
88%
Doe-Het-Zelf
Juwelier & Optiek
Persoonlijke Verzorging
110%
Bruin & Witgoed
99%
Doe-Het-Zelf
106%
100%
125%
150% 75%
97% 99% 104% 91% 93% 100% 102% 100%
125%
NB: Nederland = 100%. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Gemiddelde winkelomvang in Overijssel kleine 300 m2 De totale gemiddelde winkelgrootte is in 2012 in Overijssel 293 m2 WVO. In 2007 was dit nog 256 m2 WVO, wat neerkomt op een toename van 15 procent. Niet geheel verrassend is de winkelomvang het grootst bij warenhuizen. Ten opzichte van 2007 is het aantal winkelmeters per verkooppunt - als enige branche – wel relatief sterk gedaald (-21 procent). Dit komt vooral doordat in de afgelopen jaren ook in steeds meer kleinere gemeenten Hema’s zich hebben gevestigd, plus de sterke doorgroei van Action. In alle andere branches is de gemiddelde winkelomvang in de periode 2007-2012 toegenomen.
11
150%
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
In de branches sport & spel, plant & dier en huishoudelijke & luxe artikelen is de procentuele groei meer dan 30 procent. Er is dus duidelijk sprake geweest van een schaalvergrotingsproces de afgelopen jaren. Figuur 2.4 Gemiddelde aantal m2 WVO per winkel, per branche, Overijssel (2007 en 2012). 1.306
Warenhuis
1.662
Wonen
647 598
Doe-Het-Zelf
641 564 501
Plant & Dier
371
totaal
293 256
Sport & Spel
281 202
Schoenen & Lederwaren
266 229
Huishoudelijke- & Luxe art.r
249 188
Auto & Fiets
238 215
Levensmiddelen
237 203
Kleding & Mode
184 168
Bruin & Witgoed
170 149
Detailhandel Overig
166 158
Persoonlijke Verzorging
148 133
Antiek & Kunst
137 130
Media
130 129
Hobby
110 86
2012
66 65
Juwelier & Optiek 0
2007 500
1.000
Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
12
1.500
2.000
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Winkelomvang in Overijssel groter dan landelijk gemiddeld De totale gemiddelde winkelgrootte in Overijssel is in 2012 8 procent groter dan landelijk gemiddeld (Overijssel: 293 m2 WVO; Nederland 271 m2 WVO). Dit verschil is vooral te verklaren door de relatief sterke vertegenwoordiging van de grootschalige sector in en om het huis. Maar ook op brancheniveau zien we dat in veel branches de winkelomvang in Overijssel groter is dan gemiddeld in Nederland. Opvallend is dat de doe-het-zelf (bouwmarkten) in Overijssel gemiddeld wat kleiner zijn terwijl bij plant & dier (met name tuincentra) een grotere winkelomvang hebben, vergeleken met de landelijke kengetallen. Mogelijk dat de doe-het-zelf in Overijssel meer lokale verzorgingsfunctie heeft (en mede daardoor minder grootschalig is), terwijl de vaak meer solitair gelegen tuincentra een bovenlokale verzorgingsfunctie hebben.
13
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.5 Gemiddelde aantal m2 WVO per winkel, per branche, Overijssel en Nederland (2012). 1.306
Warenhuis
1.463 647 626
Wonen
641
Doe-Het-Zelf
763 501 420
Plant & Dier totaal
293 271
Sport & Spel
281 296
Schoenen & Lederwaren
266 199
Huishoudelijke- & Luxe Ar
249 223
Auto & Fiets
238 175
Levensmiddelen
237 220
Kleding & Mode
184 172
Bruin & Witgoed
170 176
Detailhandel Overig
166 149
Persoonlijke Verzorging
148 142
Antiek & Kunst
137 112
Media
130 141
Hobby
110 104
Overijssel
66 67
Juwelier & Optiek 0
Nederland 500
1.000
1.500
2.000
Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
In Overijssel is gemiddelde winkelgrootte in de periode 2007-2012 gestegen van 256 naar 293 m2 WVO. Landelijk is de winkelomvang toegenomen van 248 naar 271 m2 WVO, wat een meer bescheiden ontwikkeling is.
14
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Megasupermarkten in Nederland Een grootschalige supermarkt wordt gedefinieerd als een supermarkt met meer dan 2.500 m² wvo. In 2004 waren er in Nederland 47 van dergelijke supermarkten met in totaal 146.000 m² verkoopvloeroppervlak. Het gemiddelde winkelvloeroppervlak bedroeg 3.100 m². Tussen 2004 en 2012 zijn er 14 grootschalige supermarkten (+30 procent) bijgekomen, waardoor het totale aantal megasupermarkten nu uitkomt op 61. Het winkelvloeroppervlak in deze supermarkten is met 32 procent toegenomen naar 192.200 m², wat neerkomt op 0,7 procent van het totale winkelvloeroppervlak in Nederland. De gemiddelde omvang is in 2012 3.150 m². Grote supermarkten zijn vooral sterk vertegenwoordigd in Zuid-Holland en NoordHolland. Opvallend is dat Limburg met 6 megasupermarkten ook relatief goed vertegenwoordigd is. In Overijssel zijn er 2, waarvan 1 in Enschede en 1 in Zwolle. Bron: Locatus; bewerking: I&O Research.
2.2.2
Overijssel en andere provincies
Op basis van de Locatus Retail Facts 2012 (peildatum 1 januari 2012) kunnen de cijfers van Overijssel vergeleken worden met de andere Nederlandse provincies1. Bijna 2 m2 winkelvloer per inwoner in Overijssel Om de aanbodcijfers in perspectief te kunnen plaatsen, relateren we het winkeloppervlak aan de bevolkingsomvang. Figuur 2.6 toont het aantal m2 WVO per inwoner per provincie. Deze varieert van 2,1 in Zeeland tot 1,4 in Zuid-Holland. In Overijssel is er per inwoner 1,9 m2 WVO beschikbaar. Alleen in de relatief dunbevolkte provincies Zeeland, Drenthe en Friesland ligt dit cijfer hoger.
1
Deze cijfers wijken licht af van de aanbodcijfers in paragraaf 2.2.1, veroorzaakt door de verschillende peildata.
15
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.6 Dichtheid Overijssel vergeleken: het aantal m2 winkelvloeroppervlak per inwoner (2012). Zeeland Drenthe Friesland Overijssel Limburg Groningen Gelderland Noord-Brabant Nederland Noord-Holland Flevoland Utrecht Zuid-Holland 0,0
0,5
1,0
1,5
2,0
2,5
Bronnen: Locatus, CBS. Bewerking: I&O Research
Het verschil tussen dichtbevolkte en dunner bevolkte gebieden hangt samen met het belang van afstand tussen woning en winkel voor de aankoop van (met name dagelijkse) artikelen. In een stedelijke omgeving met een grote bebouwingsdichtheid wonen veel consumenten op korte afstand. In een minder dicht bevolkt verzorgingsgebied kan het winkelvloeroppervlak niet op dezelfde manier efficiënt gebruikt worden. Dat betekent dat er per inwoner verhoudingsgewijs meer winkelvloeroppervlak nodig is. Het winkelvloeroppervlak per inwoner zal wel dalen als voorzieningen uit kleine kernen verdwijnen en inwoners zijn aangewezen op winkels in grote(re) plaatsen. Theoretisch voorbeeld: voorbeeld: In een gemeente met 1 middelgrote kern en zes kleine kernen heeft elke kern een eigen supermarkt en bedraagt het totale winkeloppervlak 4.800 m2. In een meer stedelijke gemeente met 1 grote, 1 middelgrote en 1 dorpskern kan bij een gelijk inwonertal worden volstaan met 3.900 m2. Voorbeeldillustratie winkelstructuur: Dunbevolkt gebied 600 m2 WVO
600 m2 WVO
Dichtbevolkt gebied 600 m2 WVO
1.200 m2 WVO
600 m2 WVO
600 m2 WVO
2.500 m2 WVO
1.000 m2 WVO 600 m2 WVO
600 m2 WVO
16
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Ruim 6 winkels per 1.000 inwoners in Overijssel Het aantal verkooppunten per 1.000 inwoners is in Overijssel 6,4 per 1.000 inwoners. Alleen in NoordHolland, Limburg, Friesland en Zeeland ligt dit cijfer hoger (zie figuur 2.7). De aantallen lopen uiteen van bijna 8 per 1.000 (Zeeland) tot 4,5 per 1.000 (Flevoland). Figuur 2.7 Dichtheid Overijssel vergeleken: het aantal winkels per 1.000 inwoners (2012). Zeeland Friesland Limburg Noord-Holland Overijssel Drenthe Nederland Gelderland Noord-Brabant Groningen Zuid-Holland Utrecht Flevoland 0
2
4
6
8
10
Bronnen: Locatus, CBS. Bewerking: I&O Research
2.2.3
Gemeenten in Overijssel
Op gemeenteniveau zijn de vijf grote steden in Overijssel gezamenlijk goed voor 45 procent van het totale provinciale winkelaanbod. Qua inwonertal nemen ze 47 procent van de Overijsselse bevolking voor rekening. Het grootste aantal winkelmeters is te vinden in Enschede, terwijl Olst-Wijhe het kleinste winkelaanbod heeft. Tussen de 25 Overijsselse gemeenten zijn aanzienlijke verschillen in de verhouding dagelijks/niet-dagelijks. In Staphorst en Dinkelland is het aandeel van de dagelijkse sector 9 procent. In Haaksbergen en Hof van Twente is dat respectievelijk 26 en 28 procent.
17
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Tabel 2.4 Omvang winkelaanbod per gemeente, Overijssel (2012). winkeloppervlak (in m2 WVO)
verkooppunten
dagelijks
niet-dagelijks
dagelijks
niet-dagelijks
Almelo
27.290
119.350
120
360
Borne
7.020
26.340
30
120
Dalfsen
9.190
43.630
40
130
Deventer
32.670
122.450
160
490
Dinkelland
8.900
86.270
50
130
Enschede
56.510
223.650
250
740
Haaksbergen
12.580
36.030
40
120
Hardenberg
21.560
99.010
100
300
Hellendoorn
14.860
61.810
50
180
Hengelo
28.870
145.580
130
400
Hof Van Twente
15.060
39.310
60
160
Kampen
14.570
53.820
80
230
Losser
7.800
29.320
40
90
Oldenzaal
11.650
84.200
60
220
Olst-Wijhe
4.920
18.160
30
70
Ommen
6.680
24.440
30
100
Raalte
12.560
51.760
50
170
Rijssen-Holten
13.030
71.090
60
210
Staphorst
5.060
48.990
20
70
Steenwijkerland
12.920
62.890
70
230
Tubbergen
5.740
37.750
40
100
Twenterand
13.140
58.640
60
180
Wierden
9.480
31.130
50
100
Zwartewaterland
6.100
24.800
40
100
Zwolle
39.230
171.770
180
610
totaal
397.380
1.772.180
1.820
5.590
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Dinkelland en Staphorst hebben de grootste winkels Wanneer een gemeente beschikt over een of meerdere grootschalige detailhandelsvestigingen beïnvloedt dit het totaalbeeld voor de detailhandel. In Overijssel zien we dit duidelijk terug bij met name Staphorst en Dinkelland. Beide gemeenten hebben een verhoudingsgewijs hoog aantal winkelmeters per 1.000 inwoners, maar ook een gemiddelde winkelgrootte die ver boven het provinciaal gemiddelde ligt. In Dinkelland zijn met name enkele grote tuincentra, waaronder tuincentrum Oosterik in Denekamp, aanwezig. Terwijl in Staphorst de Intratuin en Boer Bouw- en Woonwarenhuis de gemiddelde winkelomvang en de winkeldichtheid omhoog stuwen.
18
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
In de grotere gemeenten zoals Deventer lijken winkels in de regel kleiner te zijn. Uitzondering hierop is Hengelo, waar ook enkele grote ketens gevestigd zijn (zoals Ikea op het Plein Westermaat). Ook in Almelo, Oldenzaal, Haaksbergen en Rijssen-Holten zijn de winkels in verhouding groot (300 tot 350 m2). Figuur 2.8 Aantal m2 WVO per 1.000 inwoners (2012).
Figuur 2.9 Gemiddelde winkelgrootte (2012).
Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Groei winkelaanbod veruit grootst in Dinkelland Ten opzichte van 2007 heeft de gemeente Dinkelland de sterkste toename van het winkelaanbod. Deze groei concentreert zich overwegend in de branche plant en dier. Op ruime afstand volgen Staphorst en Zwolle. In Zwolle is de toename van het winkelaanbod verdeeld over de branches kleding, huishoudelijk en sport & spel. In Staphorst is de groei gevolg van uitbreiding van het aantal winkelmeters in de woninginrichting. Vier gemeenten in Overijssel hebben in 2012 minder winkeloppervlak dan in 2007. Opvallend is dat drie hiervan tot de grote steden behoren. Tegenover een afname van het winkeloppervlak in de nietdagelijkse sector (mede ook door meer leegstand onder andere op de Snipperling) staat in Deventer wel een groei van het dagelijkse winkelaanbod, waardoor per saldo de afname qua winkeloppervlak beperkt is. In Twenterand en Almelo is het winkeloppervlak in 2012 zo’n 4.000 m2 WVO kleiner dan in 2007, veroorzaakt door een kleiner aanbod in de niet-dagelijkse sector. Voor Twenterand geldt dat vooral de woninginrichting een afname van het aantal winkelmeters kent. In Almelo hebben eigenlijk alle grootschalige winkelbranches enig aanbod ingeleverd. Beide gemeenten hebben ook een forse stijging van de leegstand (zie paragraaf 2.3).
19
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.10 Ontwikkeling winkelaanbod 2007-2012 (abs. verandering m2 WVO), dagelijks en niet-dagelijks. Dinkelland Stapho rst Zwo lle Enschede Hellendo o rn Ho f Van Twente Dalfsen Steenwijkerland Rijssen-Ho lten Zwartewaterland Hardenberg B o rne Kampen Haaksbergen Raalte Wierden Tubbergen Oldenzaal Ommen Olst-Wijhe Lo sser Deventer Hengelo Ov Twenterand dagelijks
A lmelo -10.000 -5.000
0
5.000
niet-dagelijks
10.000 15.000 20.000 25.000 30.000 35.000 40.000 45.000 50.000
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
2.3 Leegstand In meeste Overijsselse gemeenten sterke toename leegstand In 2012 staat in de provincie Overijssel in totaal 272.930 m2 winkeloppervlak leeg. In 2007 was dit nog 165.820 m2. Op gemeenteniveau kent de gemeente Enschede de hoogste absolute leegstand, gevolgd door Deventer en Almelo. De grootste toenames ten opzichte van 2007 zijn te zien in Deventer en Almelo. In beide gemeenten is de leegstand meer dan verdubbeld. Borne, Tubbergen en Kampen zijn de enige gemeenten waar in 2012 de leegstand is afgenomen.
20
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.11 Leegstand2 in m2 WVO, 2012 en absolute verandering 2007-2012. Enschede Deventer Almelo Hengelo Twenterand Hardenberg Zwo lle Raalte Rijssen-Ho lten Haaksbergen Hellendo o rn Kampen Oldenzaal Ho f Van Twente Steenwijkerland Wierden Zwartewaterland Dalfsen Bo rne Dinkelland Lo sser Ommen Olst-Wijhe Stapho rst
2012 abs. verandering 2007-2012
Tubbergen -5.000
0
5.000
10.000
15.000
20.000
25.000
30.000
35.000
40.000
45.000
50.000
Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
Leegstandspercentage hoogst in Deventer en laagst in Staphorst In 2012 bedraagt het leegstandspercentage in de detailhandel voor wat betreft winkeloppervlak 7,7 procent. Vijf jaar geleden bedroeg het leegstandspercentage nog 5,1 procent. In 2007 was het verschil met Nederland nog 0,4 procentpunt, in 2012 is het Overijssels leegstandspercentage 1,1 procent boven het landelijk gemiddelde gelegen. Het verschil is dus toegenomen.
2
Hierbij gaat het om (winkel-)panden waarvan het redelijkerwijs te verwachten is dat in het (leegstaande) pand een
verkooppunt in de detailhandel, horeca of consumentgerichte dienstverlening zal terugkomen.
21
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Op gemeenteniveau is veel verschil zichtbaar, zowel qua relatieve omvang van de leegstand als qua ontwikkeling van de leegstand. Bovenaan de lijst staan vooral de grote en middelgrote gemeenten in Overijssel, waarbij Almelo en Deventer met 14 procent ‘koplopers’ zijn. De vijf gemeenten met het hoogste leegstandspercentage hebben in 2012 ten opzichte van 2007 ook een fors hoger leegstandspercentage. Enschede kent vergeleken met 2007 een zelfde leegstandspercentage. Verder valt de ontwikkeling van Borne op, waarbij het leegstandsaandeel in 2007 het hoogste was van alle Overijsselse gemeenten en nu meer passend lijkt. Mogelijk dat in 2007 een of enkele grote winkelunits leegstonden in Borne en daarmee het beeld bepaalden. De drie Twentse gemeenten Dinkelland, Tubbergen en Losser hebben elk minder dan 2 procent leegstand in de detailhandel (zie figuur 2.13). Figuur 2.12 Leegstandspercentage m2 WVO (2007 en 2012). Almelo Deventer Twenterand Haaksbergen Raalte Enschede Hengelo Overijssel Hardenberg Zwartewaterland Rijssen-Ho lten Ho f Van Twente Kampen Hellendo o rn Nederland Wierden Bo rne Oldenzaal Steenwijkerland Olst-Wijhe Zwo lle Dalfsen Lo sser Ommen Dinkelland
2012 2007
Tubbergen Stapho rst 0%
3%
6%
9%
12%
Nota bene: berekening van leegstandspercentage gebaseerd op de rekenformule van Locatus. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
22
15%
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
2.4 Analyse werkgelegenheid Voor de analyse van de werkgelegenheid is gebruik gemaakt van het provinciale werkgelegenheidsregister BIRO en het landelijke werkgelegenheidsregister LISA. 2.4.1
Detailhandelswerkgelegenheid Overijssel
Werkgelegenheid vooral in dagelijkse sector en bij webwinkels gegroeid De ontwikkeling van de werkgelegenheid in de Overijsselse detailhandel in de periode 2007-2011 is positief. Over deze hele periode zijn er ruim 3.000 banen bijgekomen, een groei van 6 procent. Deze groei komt vooral voor rekening van de levensmiddelensector en de webwinkels en postorderbedrijven. In een aantal sectoren is de werkgelegenheid juist afgenomen. Dit is met name het geval in de electronica en vrije tijd en de woon- en woninginrichtingszaken. In zowel 2007 als 2011 is het aandeel van de detailhandel in het totaal aantal banen in Overijssel 10 procent. Tabel 2.5 Ontwikkeling aantal banen in Overijssel (2007-2011, in absolute aantallen) 2007
2011
Dagelijkse sector
25.960
28.740
2.780
11%
- Levensmiddelenzaken
21.500
24.190
2.690
13%
- Winkels in persoonlijke verzorging
4.460
4.550
90
2%
Niet-dagelijkse sector
24.060
23.200
-860
-4%
- Modezaken
7.680
8.030
350
5%
- Woon- en woningrichtingszaken
3.380
3.110
-270
-8%
- Huishoudelijke-artikelenzaken
1.470
1.390
-80
-5%
- Winkels in consumentenelectronica
2.020
1.950
-70
-3%
- Doe-het-zelfzaken
2.060
1.950
-110
-5%
- Educatie- en vrijetijdsartikelen
7.460
6.760
-700
-9%
Detailhandel niet-in-winkel
1.480
1.590
110
7%
Webwinkels en postorderbedrijven totaal
abs. ontw.
% ontw.
1.350
2.430
1.080
80%
54.860
57.970
3.090
6%
Bron: BIRO.
2.4.2
Vergelijking op provincieniveau
Detailhandelswerkgelegenheid Overijssel vergelijkbaar met utrecht en Limburg Op basis van de LISA-cijfers is een vergelijking gemaakt tussen het aantal banen en vestigingen in Overijssel en de andere provincies. In 2011 is de detailhandel in Overijssel goed voor bijna 60.000 banen, vergelijkbaar met de aantallen in Limburg en Utrecht. Ten opzichte van 2007 is het aantal banen in de detailhandel in Overijssel vrijwel gelijk gebleven. In vijf provincies is het aantal banen in de detailhandel duidelijk hoger dan in Overijssel. De aantallen lopen uiteen van ruim 145.000 (ZuidHolland) naar ruim 17.000 (Flevoland).
23
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.13 Aantal banen in de detailhandel op provincieniveau (2011). Zuid-Holland Noord-Holland Noord-Brabant Gelderland Utrecht Overijssel Limburg Friesland Groningen Drenthe Zeeland Flevoland 0
30.000
60.000
90.000
120.000
150.000
Bron: LISA.
Detailhandel goed voor 10 procent van de werkgelegenheid Gerelateerd aan de totale werkgelegenheid in Overijssel is de detailhandel goed voor 10,3 procent van het totaal aantal werkzame personen. Hiermee neemt Overijssel in provinciaal opzicht een relatief hoge positie in. Alleen in Zeeland en Friesland is het werkgelegenheidsaandeel van de detailhandel iets groter. In de drie Randstedelijke provincies is het werkgelegenheidsbelang van de detailhandel relatief gezien het kleinst. Zeeland is overigens wel de enige provincie waar de detailhandelswerkgelegenheid in de periode 2007-2012 is gekrompen. Alle overige provincies kennen een groei van de werkgelegenheid in deze sector. Flevoland heeft de sterkste procentuele toename, wat te maken heeft de bevolkingsgroei in deze provincie (detailhandel is meer verzorgende bedrijvigheid waarbij de ontwikkeling mede gerelateerd is aan de bevolkingsontwikkeling). Na Flevoland volgt Overijssel. In de meeste provincies, waaronder ook Overijssel, is de procentuele stijging van de werkgelegenheid in de detailhandel sterker dan de procentuele verandering van de totale werkgelegenheid. Alleen in Groningen en Zeeland is de werkgelegenheidsontwikkeling in de detailhandel relatief minder sterk dan de totale provinciale werkgelegenheidsontwikkeling.
24
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.14 Werkgelegenheidsaandeel detailhandel (2012) en procentuele verandering werkgelegenheid detailhandel (2007-2012). Zeeland
10,7% -1,8%
Friesland
10,4% 1,2% 10,3%
Overijssel
5,9% 10,3%
Limburg Drenthe
3,9% 10,0% 0,6% 9,9%
Flevoland
13,4% 9,5%
Noord-Brabant
3,8% 9,5%
Gelderland
3,9% 9,4%
Nederland
3,9% 9,4%
Groningen
2,3% 9,3%
Zuid-Holland
4,5% 8,9%
Noord-Holland
3,1%
-3%
2012
8,3%
Utrecht
% ontw. 2007-2012
4,5% 0%
3%
6%
9%
12%
15%
Bron: LISA.
2.5 Winkelgebieden Ontwikkeling vloeroppervlak divers In deze paragraaf staan we kort stil bij de ontwikkelingen in de twintig grootste winkelgebieden van Overijssel. Deze zijn ruwweg te verdelen in binnensteden/stads- of dorpscentra en winkelgebieden als woonboulevards, zoals Plein Westermaat in Hengelo en de Woonpromenade Van Gils in Oldenzaal. In absolute zin is de binnenstad van Enschede in 2012 het grootst (qua winkelvloeroppervlakte), gevolgd door de stadscentra van Zwolle en Deventer. Er is geen eenduidig beeld van de ontwikkeling te geven. Wel is het zo dat de centra van de grote steden, op Deventer na, licht in vloeroppervlak afnemen. Het centrum van Deventer heeft in 2012 namelijk 10.000 m2 meer winkeloppervlak dan in 2007 (+22 procent) en passeert daarmee het centrum van Hengelo. De toename van het aantal winkelmeters in de Deventer binnenstad hangt samen met de opening eind 2007 van De Boreel, met grootschalige winkelformules. Voor het overige geldt dat de grootste stijgingen en dalingen vooral bij de grootschalige detailhandelslocaties te vinden zijn.
25
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
De grootste stijging is zichtbaar aan de George Stephensonstraat in Zwolle, dit gebied is in de periode 2007-2012 bijna vier keer zo groot geworden. Ook de Lange Spruit in Hardenberg en de Woonpromenade Van Gils in Oldenzaal stijgen fors in oppervlakte. De grootste dalers in termen van vloeroppervlak zijn ook alledrie meubelpleinen/woonboulevards: Schuttersveld in Enschede, Snipperling in Deventer en de woonboulevard van Almelo. Tabel 2.6 Vloeroppervlak top-20 winkelgebieden Overijssel. 2007
2012
abs. ontw.
% ontw.
86.210
83.760
-2.450
-3%
Centrum Zwolle
67.190
64.830
-2.360
-4%
Centrum Deventer
46.650
56.680
10.030
22%
Centrum Almelo
46.040
43.640
-2.400
-5%
Centrum Hengelo OV
48.490
46.780
-1.710
-4%
Deventer - Snipperling
43.880
31.320
-12.560
-29%
Oldenzaal - Woonpromenade van Gils
27.280
40.020
12.740
47%
Woonboulevard Almelo
38.170
30.350
-7.820
-20%
Centrum Rijssen
34.630
33.690
-940
-3%
Enschede - Schuttersveld
38.180
26.480
-11.700
-31%
Hengelo - Plein Westermaat
35.900
36.770
870
2%
Centrum Nijverdal
24.540
30.810
6.270
26%
Centrum Hardenberg
22.440
26.220
3.780
17%
Centrum Haaksbergen
25.460
23.980
-1.480
-6%
Centrum Kampen
26.050
25.150
-900
-3%
Centrum Oldenzaal
26.450
25.800
-650
-2%
Zwolle - George Stephensonstraat
7.860
27.360
19.500
248%
Centrum Raalte
17.830
24.630
6.800
38%
Hardenberg - Lange Spruit
14.830
22.310
7.480
50%
Zwolle - Diezerpoort
15.250
19.320
4.070
27%
Centrum Enschede
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
In totaal nemen – zowel in 2007 als in 2012 – de twintig winkelgebieden een derde van het totale winkeloppervlak in Overijssel voor rekening. Het provinciaal aandeel van het aantal verkooppunten van de 20 grootste winkelgebieden in Overijssel is wel teruggelopen van 37 naar 33 procent. In veel winkelgebieden minder winkels Het aantal verkooppunten in de twintig grootste winkelgebieden van Overijssel neemt in de regel af. Er zijn drie gebieden waar grote stijgingen te noteren zijn: de woonpromenade Van Gils in Oldenzaal, de George Stephensonstraat in Zwolle en de Lange Spruit in Hardenberg. Bij de ontwikkeling van het aantal verkooppunten is wel de trend zichtbaar dat deze afnemen in binnensteden en hoofdwinkelcentra. Hier kunnen verschillende factoren aan ten grondslag liggen.
26
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Zo geldt dat overige consumentgerichte publieksfuncties ook meer domein vinden in (de aanloopstraten van) binnensteden. Daarnaast zal ook hier het proces van schaalvergroting en samenvoeging waar mogelijk plaatsvinden. Bij historische binnensteden zijn de mogelijkheden hiertoe doorgaans wel beperkter. Verder voelen vooral de binnensteden de opkomst van internet. In binnensteden zijn vooral de meer recreatieve branches zoals kleding en vrijetijdsartikelen vertegenwoordigd. Juist deze artikelgroepen worden steeds vaker via internet aangeschaft. Tabel 2.7 Aantal verkooppunten top-20 winkelgebieden Overijssel. 2007
2012
abs. ontw.
% ontw.
Centrum Enschede
360
350
-10
-3%
Centrum Zwolle
390
340
-50
-13%
Centrum Deventer
330
320
-10
-3%
Centrum Almelo
250
220
-30
-12%
Centrum Hengelo OV
250
220
-30
-12%
Deventer - Snipperling
20
20
0
0%
Oldenzaal - Woonpromenade van Gils
10
30
20
200%
Woonboulevard Almelo
20
20
0
0%
Centrum Rijssen
160
140
-20
-13%
Enschede - Schuttersveld
20
20
0
0%
Hengelo - Plein Westermaat
10
10
0
0%
Centrum Nijverdal
120
120
0
0%
Centrum Hardenberg
130
130
0
0%
Centrum Haaksbergen
120
110
-10
-8%
Centrum Kampen
200
180
-20
-10%
Centrum Oldenzaal
180
160
-20
-11% 100%
Zwolle - George Stephensonstraat Centrum Raalte Hardenberg - Lange Spruit*) Zwolle - Diezerpoort
10
20
10
100
110
10
10%
4
8
4
100%
100
90
-10
-10%
*) Vanwege N<10 zijn hier niet afgeronde cijfers gepresenteerd. NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
27
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Figuur 2.15 Spreidingsbeeld 20 grootste winkelgebieden Overijssel (2007 en 2012).
Figuur 2.16 Spreidingsbeeld 20 grootste winkelgebieden Overijssel, naar sector (2012).
NB: cijfers zijn exclusief leegstand. Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
28
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Meeste grote winkelgebieden hebben oplopende leegstand Van de 20 grootste Overijsselse winkellocaties hebben er 18 in 2012 meer leegstaande winkelmeters dan in 20073. Plein Westermaat in Hengelo is het enige winkelgebied zonder leegstand in 2007 en 2012. Daarnaast kent het centrum van Oldenzaal in 2012 beperkt minder leegstand dan in 2007. De Snipperling in Deventer had in 2007 geen leegstand, maar is nu in 2012 ‘koploper’. Figuur 2.17 Leegstaand winkeloppervlak 20 grootste winkelgebieden Overijssel (2007 en 2012). Snipperling Centrum Enschede Centrum A lmelo Schuttersveld Centrum Deventer Wo o nbo ulevard A lmelo Centrum Hengelo OV Centrum Zwo lle Centrum Haaksbergen Centrum Nijverdal Centrum Rijssen Centrum Kampen Centrum Hardenberg Centrum Oldenzaal Diezerpo o rt Lange Spruit Centrum Raalte Wo o npro menade van Gils Geo rge Stephenso nstraat
2012 2007
P lein Westermaat 0
5.000
10.000
15.000
20.000
Bron: Locatus, bewerking I&O Research.
3
Hierbij gaat het om (winkel-)panden waarvan het redelijkerwijs te verwachten is dat in het (leegstaande) pand een
verkooppunt in de detailhandel, horeca of consumentgerichte dienstverlening zal terugkomen.
29
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
2.6 Plannen en ontwikkelingen Dit rapport beschrijft voornamelijk de huidige stand van de detailhandel in de provincie Overijssel. In deze paragraaf wordt op gemeenteniveau gekeken naar de planvorming in de detailhandel voor de komende jaren. Worden er nog projecten op het gebied van detailhandel gerealiseerd? Hoeveel vierkante meters winkelvloeroppervlak komen er naar schatting bij? En gaat het hierbij om uitbreiding of vervanging van bestaande (te slopen) detailhandel? Er ontstaat inzicht in de mate waarin vernieuwing zal optreden in de Overijsselse detailhandel. Alle Overijsselse gemeenten zijn aangeschreven met de vraag een overzicht te geven van de bekend zijnde detailhandelsplannen en –projecten. Van de meeste gemeenten is een overzicht ontvangen van de geplande toekomstige winkelontwikkelingen. Hoewel er naar gestreefd is een volledig overzicht samen te stellen, kan de lijst mogelijk niet 100 procent dekkend zijn (in een aantal gevallen kan de planvorming nog dermate ‘zacht’ zijn dat nog geen - nauwkeurige - kwantitatieve opgave is te doen van het aantal toe te voegen winkelmeters). Van alle 25 gemeenten in Overijssel heeft een aantal gemeenten aangeven de komende jaren geen projecten of uitbreidingplannen voor detailhandel te hebben. Dit zijn: Hof van Twente, Losser, Oldenzaal, Olst-Wijhe, Hellendoorn, Raalte en Tubbergen. Hierbij is het belangrijk te melden dat veel van deze gemeenten wel - de komende jaren - werken aan een verbetering / versterking van met name de centrumgebieden, maar met vooral een sterk accent op de ruimtelijke inrichting (en zonder concrete, vastgestelde uitbreidingsplannen voor detailhandel) en/of herstructurering van bestaand aanbod, zonder dat dit gepaard gaat met toevoeging van nieuwe winkelmeters. In de resterende gemeenten zijn er de komende jaren wel plannen, voor zowel nieuwbouw als sloop. In Enschede wordt het oude winkelcentrum Miro vervangen door een nieuwe Miro Shopping Centre, met daarbij ook een uitbreiding van tenminste 3.500 m2 BVO (een Albert Heijn XL). Bij een aantal plannen is nog niet bekend hoeveel van het totale planprogramma is bestemd voor detailhandelsruimte. Ook is het soms nog niet exact bekend hoe de verhouding BVO – WVO zal liggen4. Zo breidt de Ikea op Plein Westermaat in Hengelo met 21.000 m2 BVO uit, maar zal dit niet in zijn geheel terug te voeren zijn op detailhandelmeters, omdat een deel ook voor uitbreiding van het restaurant en kantoor- en opslagruimte bedoeld is. Van een aantal plannen is voorts ook nog niet zeker in welke mate deze doorgaan, omdat ze nog in de voorbereidings- of de ontwerpfase zitten. Het aantal vierkante meters dat op dit moment in aanbouw is, of waar sprake is van een (onherroepelijk) bestemmingsplan bedraagt 35.400 m2 BVO. Uitgaande van de standaardverhouding zou het dan ongeveer gaan om 30.000 m2 WVO.
4
BVO: brutovloeroppervlak (alle bebouwde winkelruimte); WVO: winkelvloeroppevlak (alle voor de consument
toegankelijke winkelruimte, dus exclusief magazijn, kantoor, kantine e.d.). De standaardverhouding BVO:WVO is doorgaans 100:85.
30
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Als alle winkelmeters van alle bekend zijnde projectplannen in Overijssel ongeacht projectstatus worden opgeteld, komt dit uit op een totaal van om en nabij 190.000-195.000 m2 BVO. Daar staat – op basis van opgegeven en bekend zijnde cijfers - zo’n 50.000 m2 BVO onttrekking door sloop tegenover, wat neerkomt op een mogelijk uitbreiding van het winkelaanbod met zo’n 135.000-140.000 m2 BVO (±115.000-120.000 m2 WVO). Ter vergelijking: in de periode 2007-2012 is het winkelaanbod in Overijssel toegenomen met ongeveer 125.000 m2 WVO. Op de volgende pagina’s is een overzicht opgenomen van de aan de hand van de uitgevoerde inventarisatie ontvangen projectgegevens.
31
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Tabel 2.8 Overzicht gemeentelijke detailhandelsplannen.
Gemeente
Projectnaam
Almelo
Almelo Nouveau
Almelo
Binnenstad
Totale metrage
waarvan
bestaande
project (BVO)
m2 winkel (BVO)
m2 winkel gesloopt
(Verwachte)
(Verwachte)
Startdatum bouw
Eindoplevering
20.000
7.500
0
Voorbereidingsfase
nb
nb
Wijkwinkelcentrum en PDV
nb
nb
nb
Ontwerpfase
nb
nb
Binnenstad
25.000-35.000
11.750
6.000-8.000
nb
nb
Ontwerpfase
nb
nb
Anders
3.500
Ontwerpfase
nb
nb
Wijkwinkelcentrum
okt. 2010
medio juli 2012
Binnenstad
feb-11
Binnenstad
2014
Dorpskern
Planfase
Winkellocatie
Almelo
Nieuw Stadion Heracles
Almelo
Winkelcentrum Windmolenbroek
Borne
Atria
2.300
1.920
Realisatie / oplevering
Borne
Bornse Hoven
±1.800
1.300
Opgeleverd
Dalfsen
Waterfront
13.000
2.900
Deventer
Winkelcentrum Borgele
1.400
1.400
1.100
Ontwerpfase
2012
2014
Buurtwinkelcentrum
Deventer
Winkelcentrum Keizerslanden
15.200
nntb
6.300
Ontwerpfase
2012
2014
Wijkwinkelcentrum
18.000
60
Bestemmingsplan
eind 2012
Deventer
Winkelcentrum Colmschate
nntb
11.000
Initaitief voor herstructuring
2013
2015
Wijkwinkelcentrum
Deventer
Binnenstad/Boreel fase 2
4.000
0
Realisatie
2009
2011
Binnenstad
Deventer
Binnenstad/Boreel fase 3
2.000
0
Realisatie
2011
2013
Binnenstad
Deventer
Runshopping centrum Snipperling
0
Initaitief voor herstructuring
2013
2014
PDV
Deventer
WC Deltaplein
1.550
1.000
Initaitief voor herstructuring
Dinkelland
Denekamp Eurowerft
1.250
1.250
Bestemmingsplan
nb
nb
Centrumontwikkeling
Dinkelland
Ootmarsum
nb
1.000
Bestemmingsplan
nb
nb
Centrumontwikkeling
Dinkelland
Ootmarsum
nb
1.500
Dinkelland
Weerselo
Enschede
Miro
12.000
12.000
12.000
Enschede
Miro pdv
3.500
3.500
0
1.250
32
Orientatie
nb
nb
Bestemmingsplan
nb
nb
Sloop en nieuwbouw gestart
gestart
2013
Wijkwinkelcentrum
In aanbouw
gestart
2012
PDV
Centrumontwikkeling
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel Totale metrage
waarvan 2
bestaande 2
(Verwachte)
(Verwachte)
Gemeente
Projectnaam
project (BVO)
m winkel (BVO)
m winkel gesloopt
Planfase
Startdatum bouw
Eindoplevering
Enschede
Op de Brouwerij
5.800
5.800
2.000
Afronding
gestart
2012
Wijkwinkelcentrum
Enschede
Winkelcentrum Zuid
5.800
5.800
1.000
Wijkwinkelcentrum
Enschede
Zara
1.200
1.200
600
Enschede
Stokhorst
6.000
6.000
3.400
Haaksbergen
Marktplan
Hardenberg
Oosteinde/Stationsstraat
2.000
1.600
700
Planaanpassingen DO
2015
2016
Hardenberg
Boumanplein
1.025
850
500
DO gereed
2017
2018
Binnenstad
Hardenberg
Mulderij (fase 1 en 2)
2.000
Procedures fase 2 : 2012
2013
2014
Binnenstad
Hardenberg
Noordzijde Markt
1.404
1.404
Procedure
2013
2014
Binnenstad
Hardenberg
Westzijde Markt
3.543
3.543
Procedure
2013
2014
Binnenstad
Hardenberg
Alzijdig blok
472
472
Centrumplan
2014
2015
Binnenstad
Hardenberg
Julianastraat Noord
1.525
825
700
2016
2017
Binnenstad
Hengelo
Lange Wemen
9.260 commercieel
8.160
5160 sloop/verbouw
Start sloop 2012
2012
2014
Binnenstad
Hengelo
Hart van Zuid
5.000
5.000
0
Vaststellen uitwerkingsplan
2013
2015
Wijkwinkelcentrum
Hengelo
Veldwijk Noord
3.000
3.000
1300+
Bestemmingsplanprocedure
2013
nb
Buurtwinkelcentrum
Hengelo
Plein Westermaat Fase III
21.000
21.000
0
Uitvoering
2012
nb
PDV
Kampen
Hanzewijk
Kampen
Hanzestation
Kampen
Binnenstad
450
Kampen
IJsselmuiden-Centrum
650
Ommen
Westflank
1.250
1.250
700
Onherroepelijk bestemmingsplan
2012
2013
Binnenstad
Ommen
Westflank
850
850
0
Onherroepelijk bestemmingsplan
2012
2013
Binnenstad
Ommen
Westflank
Ommen
Albert Heijn
2.550/1500
Voorbereiding In aanbouw Voorbereiding
nb
nb
gestart
2013
nb
nb
Haalbaarheidsstudie vastgesteld
2.000
Winkellocatie
Binnenstad Wijkwinkelcentrum
Binnenstad
tenminste 1.550
Geaccordeerd plan
2013
3.000
Geaccordeerd plan
2015
Uitbreiding niet gepland, wel gefaciliteerd
Binnenstad
Wijkwinkelcentrum Wijkwinkelcentrum
nb
Hoofdwinkelcentrum
nb
Wijkwinkelcentrum
450
450
0
Onherroepelijk bestemmingsplan
2012
2013
Binnenstad
2.850
2.000
0
Onherroepelijk bestemmingsplan
2011
2012
PDV
33
Winkelatlas Overijssel • Detailhandelssector Overijssel
Totale metrage
waarvan
bestaande
project (BVO)
m2 winkel (BVO)
m2 winkel gesloopt
Tusveld
1.000
900
500
Rijssen-Holten
Locatie Schuppert
3.000
3.000
3.200
Staphorst
Meestersweg
3.500
1.200
600
Steenwijkerland
Gedempte Steenwijkerdiep Steenwijk
nb
nb
Steenwijkerland
Retailpark Eeserwold Steenwijk
nb
25.000
Steenwijkerland
Voorpoort Vollenhove
nb
2.500
Gemeente
Projectnaam
Rijssen-Holten
(Verwachte)
(Verwachte)
Startdatum bouw
Eindoplevering
Definitief ontwerp fase
1-1-2013
1-1-2014
Binnenstad
Voorontwerp fase
1-1-2013
1-1-2014
Binnenstad dorp
Intentieovereenkomst
nb
nb
Voorbereiding
nb
nb
Planfase
Winkellocatie
Centrumwinkelgebied
'Mogelijke komst'' nb
Kernontwikkelingsplan WesterhaarTwenterand
Vriezenveenswijk
480
Wierden
Van Buuren
845
845
850
Uitvoering
4e kw 2011
1e kw 2013
Dorpscentrum
Wierden
Van Buuren
186
186
240
Uitvoering
3e kw 2011
2e kw 2012
Dorpscentrum
Wierden
Het Middenplein
5.000
2.200
Wierden
Modeplein
370
370
0
Voorlopig ontwerp
0
Ontwerp
1-3-2013
1-3-2015
1e helft 2013
Eind 2013
Voorbereiding
2013
2014
Centrum Enter
Supermarkten Klaas Fuitestraat Zwartewaterland
Genemuiden
7200
2300
Anders
Zwolle
Hessenpoort
30.000
onbekend
0
Opstellen projectomgevings besluit
2013
2014
Zwolle
Melkmarkt
3.000
3.000
beperkt
Planologische procedure is afgerond
nb
nb
Binnenstad
Zwolle
Katwolderplein
10.000
7.500
beperkt
bestemmingsplan opgesteld
nb
nb
Rand-Binnenstad
Zwolle
Voorsterpoort
onbekend
25.000
Ontwikkelkader is gereed
nb
nb
PDV/GDV
PDV/GDV
Op dit moment wordt het
34
3
Hoofdstuk
Koopstromen en consumentengedrag
35
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
3. Koopstromen en consumentengedrag 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt het winkelaanbod in de Overijsselse gemeenten onderling vergeleken. Welke gemeenten realiseren de hoogste binding voor dagelijkse en niet-dagelijkse artikelen? Waar is het winkelvloeroppervlak het grootst? De gegevens die de basis vormen voor dit hoofdstuk zijn met name afkomstig uit het Koopstromenonderzoek Oost-Nederland. Dit onderzoek heeft I&O Research in de zomer van 2010 uitgevoerd onder alle gemeenten in Overijssel en een groot deel van Gelderland. Omdat er in dit onderzoek voornamelijk op kernniveau werd gerapporteerd zijn de resultaten speciaal voor dit onderzoek bewerkt en opnieuw uitgedraaid. De gegevens worden onder meer aan de hand van kaarten gepresenteerd.
3.2 Koopstromen In deze paragraaf worden een paar typische koopstroombegrippen gepresenteerd. De koopkrachtbinding is het percentage inwoners van een bepaald gebied (in dit geval de gemeente) dat boodschappen vooral in dit gebied zelf doet. Binding en toevloeiing (het percentage consumenten dat vanuit andere gebieden naar het koopgebied toe ‘vloeit’) vormen samen het draagvlak van een gemeente. Bestedingen die buiten de eigen plaats worden gedaan, noemen we koopkrachtafvloeiing. In deze paragraaf wordt er net als in de voorgaande hoofdstukken onderscheid gemaakt in dagelijkse en niet-dagelijkse artikelen. Hierbij is gebruik gemaakt van onderzoeksgegevens van het in 2010 uitgevoerde Koopstromenonderzoek Oost-Nederland, gecombineerd met beschikbare gemiddelde jaarlijkse detailhandelsbestedingen voor de dagelijkse en niet-dagelijkse sector: dagelijkse sector € 2.510 per hoofd van de bevolking en in niet-dagelijkse sector € 2.460 (bron: Hoofdbedrijfschap Detailhandel, jaarcijfers 2010, bijgewerkt 2011). Nota bene: het betreft hier de totale consumentenbestedingen in individuele winkelgebieden, gemeenten en regio’s, afkomstig van bestedingen van bewoners en bezoekers. In het rapport wordt ook wel gesproken over de gerealiseerde detailhandelsomzet. Belangrijk hierbij is dat het dan gaat om de totale som van consumentenbestedingen, inclusief BTW en exclusief bestedingen van bedrijven en instellingen in de detailhandel.
Detailhandelsomzet Overijssel € 5-6 miljard De totale detailhandelsomzet in Overijssel, afkomstig van bestedingen van bewoners en bezoekers, bedraagt ongeveer € 5,5 miljard , waarbij 52 procent is uitgegeven in de dagelijkse sector (zie tabel 3.1). De totale bestedingen in de Nederlandse detailhandel bedragen volgens het HBD € 83 miljard. Op basis hiervan wordt 7 procent van de totale bestedingen in de detailhandel in Nederland besteed in winkels in Overijssel. Ter vergelijking: in het in 2011 uitgevoerde Randstad Koopstromenonderzoek is de detailhandelsomzet becijferd op € 11,9 miljard in Noord-Holland, € 15,5 miljard in Zuid-Holland en € 5,7 miljard in Utrecht.
36
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Tabel 3.1 Detailhandelsomzet Overijssel, dagelijks en niet-dagelijks (milj. €). binding toevloeiing totaal afvloeiing
dagelijks
niet-dagelijks
totaal
€ 2.719
€ 2.390
€ 5.109
€ 58
€ 203
€ 262
€ 2.777
€ 2.594
€ 5.371
€ 104
€ 377
€ 481
Berekend o.b.v. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010.
Op provinciaal niveau is de binding hoog. Vooral voor de dagelijkse sector geldt dat het overgrote deel van de inwoners (96 procent) deze in de eigen provincie doet. Bij de niet-dagelijkse sector zijn inwoners ook overwegend georiënteerd op aankoopplaatsen in de eigen provincie (86 procent binding). Vergeleken met de drie Randstadprovincies, waar in 2011 ook koopstromenonderzoek is uitgevoerd, is de provinciale binding in de dagelijkse sector vergelijkbaar. In de niet-dagelijkse sector is de provinciale binding in Overijssel enkele procentpunten hoger. Het koopgedrag is dus relatief sterk op de eigen provincie georiënteerd. Als we kijken naar de top 10 van gemeenten met de meeste omzet afkomstig van inwoners uit Overijssel dan zijn dit vooral gemeenten die aan de rand van Overijssel gelegen zijn. Uitzondering hierop vormt Amsterdam. Daarnaast laat tabel 3.2 zien dat internet en postorder ook belangrijke ‘aankooplocaties’ zijn waar veel omzet naar toe vloeit. Tabel 3.2 Top 10 afvloeiing omzet naar buiten Overijssel. omzet (milj. €) Meppel
€ 46
Zutphen
€ 16
Noordoostpolder
€ 16
Weststellingwerf
€ 16
Apeldoorn
€ 15
Gronau (Westf.), Stadt
€ 15
Voorst
€ 15
Hoogeveen
€ 14
Nordhorn, Stadt
€ 11
Amsterdam
€8
internet
€ 93
postorder
€ 29
Berekend o.b.v. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010.
37
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Haaksbergen en Rijssen-Holten binden veel dagelijkse klanten Het gros van de consumenten doet de dagelijkse aankopen nog steeds in winkels dicht bij huis. Dit blijkt ook wanneer we naar de gemeentelijke binding (het aantal inwoners dat in de eigen gemeente aankopen) in de dagelijkse sector kijken. In acht gemeenten is de binding in de dagelijkse sector meer dan 90 procent (zie figuur 3.1). Alleen in Tubbergen en Dinkelland ligt dit percentage onder de 70 procent. Niet-dagelijkse binding hoogst in G5 Het bindingspercentage voor niet-dagelijkse artikelen ligt doorgaans hoger in grotere gemeenten. Deze gemeenten hebben op het gebied van detailhandel een verzorgingsfunctie voor de omliggende regio. De vier grootste Overijsselse gemeenten laten dan ook de hoogste bindingspercentages zien. Almelo heeft een wat lagere binding. Losser, Hof van Twente, Borne, Wierden, Olst-Wijhe, Ommen en Zwartewaterland hebben binnen Overijssel de laagste binding in de niet-dagelijkse sector (maximaal 40 procent). De mate waarin inwoners aankopen doen in de eigen woonplaats neemt toe naarmate het inwonertal stijgt. De omvang en samenstelling van het winkelaanbod staat aan de basis van deze keuze. Grote steden zijn met hun winkelaanbod het best in staat inwoners aan zich te binden. Dit zien we niet alleen bij de niet-dagelijkse sector maar ook bij de dagelijkse sector. Figuur 3.1 Binding dagelijkse artikelen (2010).
Figuur 3.2 Binding niet-dagelijkse artikelen (2010).
Berekend o.b.v. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010.
38
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Figuur 3.3 Binding dagelijks en niet-dagelijkse artikelen, per gemeente Overijssel (gesorteerd). Zwolle Deventer Hengelo Ov Enschede Rijssen-Holten Kampen Haaksbergen Almelo Oldenzaal Raalte Twenterand Hellendoorn Hardenberg Borne Hof van Twente Dalfsen Staphorst Wierden Steenwijkerland Zwartewaterland Ommen Olst-Wijhe Losser Dinkelland Tubbergen 0%
95% 95% 93% 93% 92% 92% 90% 90% 89% 89% 88% 87% 87% 86% 86% 83% 79% 79% 76% 75% 73% 73% 70% 68% 66%
20%
40%
60%
80%
Zwolle Enschede Deventer Hengelo Ov Almelo Hardenberg Rijssen-Holten Kampen Oldenzaal Raalte Haaksbergen Hellendoorn Twenterand Dalfsen Steenwijkerland Tubbergen Staphorst Dinkelland Ommen Hof van Twente Borne Olst-Wijhe Zwartewaterland Wierden Losser
100%
0%
80% 76% 73% 71% 67% 66% 64% 61% 61% 58% 57% 56% 53% 52% 49% 47% 45% 41% 39% 39% 39% 37% 35% 34% 31%
20%
40%
60%
80%
100%
Berekend o.b.v. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010.
Koopstromen tussen Overijsselse gemeenten In de tabellen 3.3 en 3.4 zijn op gemeenteniveau de koopstromen tussen de Overijsselse gemeenten weergegeven. Hierin is bijvoorbeeld te zien dat de relatief lage binding in de dagelijkse sector voor Tubbergen onder meer samenhangt met afvloeiing naar Almelo, terwijl vanuit Dinkelland inwoners ook naar Oldenzaal en Hengelo gaan voor de dagelijkse aankopen. Voor de niet-dagelijkse sector zien we in de matrix terug dat inwoners van Losser – naast de eigen gemeente - met name op Enschede en Oldenzaal georiënteerd zijn. Vanuit Wierden vloeit er in de nietdagelijkse sector onder andere omzet weg naar Almelo en Rijssen-Holten. Onder ‘overige aankoopkanalen’ vallen internet, ambulante handel, postorder en groothandel/fabriekswinkel verkoop.
39
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Kampen
Oldenzaal
Ommen
Raalte
Staphorst
Wierden
Zwolle
Twenterand
Steenwijker Steenwijker-land
Rijssen Rijssen--Holten
Olst Olst--Wijhe
Dinkelland
Zwart Zwartewater ewater ewater-land
Duitsland
overig buitenland
ov. aankoop aankoop-kanalen
totaal
0,0
0,3
1,7
0,0
0,1
0,1
0,0
0,0
0,0
5,2
0,0
3,1
0,0
0,4
1,0
0,0
0,2
0,0
1,2
1,0
0,0
0,8
181,6
0,0
0,0
0,0
4,1
0,0
0,0
0,3
0,0
0,0
0,0
0,2
0,1
0,0
0,0
0,0
0,7
0,0
0,0
0,0
0,0
0,3
0,0
0,0
0,0
53,0
0,0
0,1
0,5
0,2
0,0
0,1
0,0
0,0
1,7
4,2
0,2
0,0
0,0
3,3
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,7
0,0
0,1
0,1
67,9
Deventer
0,2
0,0
0,0
232,5
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
1,2
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,4
2,2
0,3
0,0
0,0
7,7
0,2
0,0
0,5
245,7
0,0
0,0
1,8
391,7
4,4
0,5
overig Nederland
Hengelo Ov
0,0
0,5
0,0
Tubbergen
Hardenberg
1,0
0,0
0,0 56,6
Losser
Haaksbergen
0,1
0,0
0,1
163,4
Hellendoorn
Enschede
0,0
0,8 45,8
Dalfsen
Deventer
Dalfsen
1,5
Borne
naar van Almelo
Almelo
Borne
Hof van Twente
Tabel 3.3 Van-naar tabel detailhandelsomzet dagelijkse sector (milj. €).
Enschede
0,6
0,2
0,0
0,0 362,6
6,7
0,0
1,1
1,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,2
0,1
0,0
0,2
0,0
2,9
9,4
0,1
Haaksbergen
0,0
0,0
0,0
0,0
2,3
55,6
0,0
0,1
1,1
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,6
0,0
0,0
0,0
0,0
0,7
0,9
0,0
0,1
61,5
Hardenberg
0,2
0,0
1,6
0,0
0,1
0,0
127,4
0,0
0,1
0,0
0,0
0,1
1,5
0,0
0,2
0,0
0,0
0,9
7,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
6,8
0,7
0,0
0,5
147,2
Hellendoorn
1,1
0,1
0,2
0,0
0,2
0,0
0,0 78,0
0,2
0,0
0,0
0,0
0,1
1,5
0,0
0,0
1,0
0,2
4,7
0,0
0,0
2,0
0,0
0,0
0,0
0,5
0,0
0,0
0,2
90,0
Hengelo Ov
0,4
2,4
0,0
0,2
2,6
1,3
0,1
0,3 188,3
0,0
0,0
1,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,2
0,2
0,0
0,0
2,6
0,1
0,0
0,2
0,0
0,9
1,4
0,0
1,1
203,1
Kampen
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0 114,7
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
3,6
0,0
0,0
0,0
0,0
0,3
0,0
0,1
4,8
0,1
0,0
1,0
124,8
Losser
0,0
0,0
0,0
0,0
3,5
0,2
0,0
0,0
0,2
0,0 39,9
7,7
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
2,4
0,0
0,0
2,6
0,0
0,1
56,7
Oldenzaal
0,1
0,2
0,0
0,1
2,7
0,0
0,0
0,0
2,0
0,0
0,2
70,4
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
0,2
0,1
0,0
0,0
0,8
0,0
0,0
1,7
0,0
0,4
79,2
Ommen
0,0
0,0
2,1
0,0
0,0
0,0
3,9
1,0
0,1
0,0
0,0
0,0
32,2
0,5
0,0
0,0
0,0
0,6
2,7
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,7
0,0
0,0
0,0
43,8
Raalte
0,0
0,0
0,3
1,6
0,0
0,0
0,0
2,6
0,0
0,2
0,0
0,0
0,0
81,9
0,0
0,0
0,0
2,3
0,0
0,0
0,0
1,4
0,8
0,0
0,0
0,8
0,1
0,0
0,5
92,4
Staphorst
0,0
0,0
2,9
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
31,9
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,4
4,6
0,0
0,0
0,1
40,1
Tubbergen
9,7
0,2
0,0
0,0
0,2
0,0
0,2
0,0
0,1
0,0
0,0
0,4
0,0
0,0
0,0 34,7
0,0
0,0
3,2
0,0
0,0
0,0
0,0
3,2
0,0
0,2
0,4
0,0
0,1
Wierden
2,1
0,0
0,0
0,0
0,2
0,0
0,0
0,8
0,3
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0 46,7
0,0
1,0
0,0
0,5
6,6
0,0
0,0
0,0
0,1
0,1
0,0
0,4
58,9
Zwolle
0,1
0,0
2,9
0,3
0,3
0,0
0,2
0,1
0,1
0,2
0,0
0,0
0,1
1,2
0,1
0,0
0,0 280,3
0,0
0,0
0,0
0,1
1,3
0,0
0,4
5,6
0,5
0,3
1,4
295,4
Twenterand
4,4
0,0
0,0
0,1
0,1
0,0
0,7
0,5
0,2
0,0
0,0
0,0
0,9
0,0
0,0
0,1
2,2
0,0
74,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,2
0,4
0,0
0,1
84,1
Steenwijkerland
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,2
0,0
0,0
0,3
0,0 82,0
0,0
0,0
0,0
0,0
1,8
22,8
0,0
0,0
0,8
108,2
Hof van Twente
0,2
1,6
0,0
0,0
0,5
1,3
0,0
0,0
3,2
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,2
0,0
0,0
0,0 75,4
3,4
0,0
0,1
0,0
1,3
0,1
0,0
0,2
87,6
Rijssen-Holten
0,2
0,0
0,1
1,0
0,1
0,0
0,0
2,3
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
1,2
0,1
0,1
0,0
1,1
84,9
0,0
0,0
0,0
0,7
0,1
0,0
0,3
Olst-Wijhe
0,0
0,0
0,0
3,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
6,0
0,0
0,0
0,0
0,6
0,0
0,0
0,1
0,0 32,0
0,0
0,0
1,9
0,0
0,0
0,0
43,9
Dinkelland
0,3
2,7
0,0
0,0
0,4
0,0
0,0
0,0
4,5
0,0
0,0
8,6
0,0
0,0
0,0
0,7
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0 44,6
0,2
0,7
2,6
0,0
0,5
65,9
0,0
0,0
0,3
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
2,9
0,0
0,0
0,0
0,0
1,2
0,0
0,0
5,4
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
41,8
3,5
0,0
0,0
0,1
55,4
377,3 62,9 133,0
86,2
213,1
118,1
41,5
89,9 36,6 96,5 33,8 36,2 56,8 298,1
96,3
51,7 44,7 70,0 22,6
0,5
Zwartewaterland totaal
183,9 54,6
67,2 239,2
82,5 82,3 102,0 34,8
0,0
52,7
92,4
11,1 2.823,2
Losser
Ommen
Raalte
Staphorst
Twenterand
Steenwijker Steenwijker-land
Rijssen Rijssen--Holten
Olst Olst--Wijhe
Dinkelland
Zwartewater Zwartewater-land
overig buitenland
ov. aankoop aankoop-kanalen
totaal
18,1
0,0
0,0
2,2
0,1
0,0
0,0
1,7
3,2
0,3
2,7
0,0
0,7
1,9
0,0
1,0
0,0
1,8
0,1
9,5
178,0
0,0
18,1
0,0
0,0
1,5
0,0
0,0
0,0
0,2
0,4
0,0
0,4
0,0
0,8
0,3
0,0
1,4
0,0
1,6
0,1
0,0
1,4
1,4
0,4
0,3
0,1
0,0
0,0
1,9
3,6
0,5
0,1
0,1
15,4
0,2
0,1
0,0
0,1
0,0
0,0
0,1
4,6
0,0
0,2
2,5
66,5
Deventer
0,3
0,1
0,1
175,2
1,0
0,1
0,1
0,1
5,1
0,0
0,0
0,2
0,0
3,9
0,0
0,0
0,8
1,1
0,1
0,0
0,2
1,9
0,9
0,1
0,0
38,1
0,8
0,4
10,3
240,8
Enschede
0,9
0,4
0,0
0,3 293,4
3,3
0,1
0,0
27,4
0,0
1,4
13,1
0,0
0,0
0,0
0,3
1,3
0,2
0,2
0,0
0,3
0,5
0,0
2,3
0,0
12,7
6,2
0,8
18,7
383,9
Haaksbergen
0,3
0,0
0,0
0,0
11,3
34,1
0,0
0,0
7,3
0,0
0,0
1,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,7
0,0
0,2
0,0
0,4
0,1
0,0
0,3
0,0
2,2
0,5
0,0
1,7
60,2
Hardenberg
2,6
0,0
1,1
0,1
0,6
0,0
94,6
0,0
2,2
0,0
0,0
0,2
1,2
0,0
0,2
0,5
0,2
6,9
5,2
0,1
0,0
0,1
0,0
0,4
0,0
21,7
0,5
0,1
5,6
144,3
0,0
2,5
Hellendoorn
0,1
0,5
0,5
3,0
0,0
0,1
49,1
4,2
0,0
0,3
0,3
1,7
0,0
5,5
0,0
4,7
0,0
0,1
0,0
0,4
0,1
3,3
88,2
1,2
1,4
0,0
0,1
16,9
0,7
0,1
0,1
142,2
0,0
0,1
8,0
0,0
0,0
0,0
0,2
1,0
0,1
0,3
0,0
1,3
0,4
0,0
8,2
0,0
4,9
2,2
0,3
9,0
199,1
Kampen
0,0
0,0
0,1
0,1
0,0
0,0
0,1
0,0
0,1
75,0
0,0
0,1
0,0
0,1
0,1
0,0
0,0
25,3
0,0
0,0
0,0
0,0
0,2
0,0
1,0
15,3
0,1
0,1
4,6
122,3
Losser
0,1
0,0
0,0
0,0
13,5
0,1
0,0
0,0
4,0
0,0
17,0
12,5
0,0
0,0
0,0
0,2
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,1
0,0
2,3
0,0
0,9
2,5
0,1
2,0
55,5
Oldenzaal
0,4
0,1
0,0
0,1
8,5
0,0
0,0
0,0
11,3
0,0
0,2
47,2
0,0
0,0
0,0
0,3
0,1
0,0
0,1
0,0
0,1
0,1
0,0
3,2
0,0
1,4
1,4
0,1
2,9
77,6
0,0
0,0
0,1
0,1
1,2
1,5
0,1
0,4
0,0
1,6
0,1
0,0
6,0
1,0
0,0
16,8
0,7
0,1
0,1
0,1
7,2
2,8
0,0
0,0
0,0
0,0
3,0
0,1
0,0
1,9
42,9
Raalte
0,6
0,0
2,8
7,3
0,3
0,0
0,0
2,3
1,4
0,0
0,1
0,1
0,4
52,5
0,0
0,0
0,1
12,2
0,1
0,0
0,0
0,8
0,5
0,1
0,0
4,8
0,1
0,1
3,9
90,6
Staphorst
0,0
0,0
1,9
0,0
0,0
0,0
0,2
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
17,7
0,0
0,0
4,4
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,2
13,4
0,1
0,0
1,2
39,3
Tubbergen
10,5
0,4
0,0
0,0
1,7
0,0
0,5
0,1
4,6
0,0
0,0
2,4
0,0
0,0
0,0 24,4
0,3
0,1
1,9
0,0
0,0
0,2
0,0
2,2
0,0
0,9
0,3
0,1
1,0
51,6
Wierden
11,3
0,1
0,0
0,0
1,6
0,0
0,1
1,6
4,7
0,0
0,0
0,4
0,0
0,0
0,0
0,1
19,4
0,1
1,6
0,0
0,4
11,5
0,0
0,1
0,0
2,3
0,2
0,0
2,0
57,7
Zwolle
0,0
0,0
2,1
0,8
0,3
0,0
0,6
0,0
1,2
0,9
0,0
0,0
0,8
1,1
0,4
0,0
0,1
231,6
0,1
0,1
0,0
0,1
0,6
0,0
0,9
30,9
0,4
0,7
15,8
289,5
4,2
Twenterand
0,1
0,7
0,1
51,9
Hengelo Ov
Ommen
8,6
4,7
Duitsland
Kampen
0,6
0,0
0,0
overig Nederland
Hengelo Ov
0,0
0,0
0,0
Zwolle
Hellendoorn
0,1
2,8
0,1
Wierden
Hardenberg
8,0
0,1
0,0 34,8
Tubbergen
Haaksbergen
0,3
0,0
0,1
119,4
Ol Oldenzaal denzaal
Deventer
0,0
2,5 20,0
Dalfsen
Almelo
Enschede
Dalfsen
1,3
Borne
naar van
Almelo
Borne
Hof van Twente
Tabel 3.4 Van-naar tabel detailhandelsomzet niet-dagelijkse sector (milj. €).
0,0
0,1
17,8
0,1
0,1
2,2
0,0
2,6
1,2
0,0
0,0
0,4
0,7
0,1
0,0
0,7
1,2
0,5
43,4
0,0
1,2
0,0
0,2
0,0
1,9
0,3
0,0
3,3
82,5
Steenwijkerland
0,0
0,0
0,1
0,1
0,1
0,0
0,1
0,0
0,1
0,2
0,0
0,0
0,0
0,0
0,4
0,0
0,0
8,2
0,0
51,6
0,0
0,0
0,0
0,0
0,4
39,7
0,2
0,1
4,7
106,1
Hof van Twente
1,2
0,8
0,0
0,5
3,8
2,1
0,0
0,3
20,5
0,0
0,0
1,2
0,0
0,1
0,0
0,2
1,4
0,1
0,3
0,0
33,3
10,3
0,0
0,4
0,0
6,0
0,5
0,1
2,7
85,9 90,5
Rijssen-Holten
5,8
0,1
0,0
3,4
1,5
0,1
0,0
3,0
5,2
0,0
0,0
0,2
0,0
0,4
0,0
0,0
2,1
0,3
0,4
0,0
0,2
57,7
0,0
0,1
0,0
5,7
0,3
0,0
4,0
Olst-Wijhe
0,0
0,0
0,4
8,1
0,0
0,0
0,0
0,2
0,5
0,0
0,0
0,0
0,0
7,3
0,0
0,0
0,1
4,8
0,0
0,0
0,0
0,1
15,8
0,0
0,0
4,4
0,0
0,0
1,2
43,0
Dinkelland
0,8
1,1
0,0
0,1
4,0
0,0
0,0
0,0
8,3
0,0
0,1
15,0
0,0
0,0
0,0
3,1
0,2
0,2
0,4
0,0
0,0
0,1
0,0
26,2
0,0
1,5
2,0
0,0
1,6
64,6
Zwartewaterland
0,0
0,0
0,8
0,0
0,0
0,0
0,1
0,0
0,0
3,9
0,0
0,0
0,0
0,0
0,7
0,0
0,0
17,1
0,0
0,2
0,0
0,1
0,0
0,0
18,9
10,2
0,1
0,1
1,9
54,3
26,1 46,5 197,4 375,0 40,7 106,7 59,9
292,2
80,3 19,0 106,2
22,4
32,3 34,0
337,7
66,2
52,3 38,2
92,3
21,4 235,1
21,2
totaal
184,8
Berekend o.b.v. Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010.
40
71,7 20,1
18,2 48,8
3,6 116,8 2.766,9
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
3.3 Economisch functioneren In de afgelopen jaren is het winkelaanbod toegenomen. De detailhandelsuitgaven zijn in de dagelijkse sector gegroeid, maar in de niet-dagelijkse sector houden consumenten meer de hand op de knip. De omzettaart wordt verdeeld over meer winkelmeters. Om meer zicht te krijgen in hoe de gerealiseerde omzet, afkomstig uit consumentenbestedingen van bewoners en bezoekers, zich verhoudt tot het winkeloppervlak brengen we de vloerproductiviteit in beeld. De vloerproductiviteit, berekend door de detailhandelsomzet te delen door het aantal m2 winkelvloeroppervlak (WVO, exclusief leegstand), vormt een indicatie voor het functioneren van winkelvoorzieningen. Een lage vloerproductiviteit duidt er op dat de bewinkelingssituatie niet in balans is, waarbij sprake kan zijn van overbewinkeling of juist te weinig oriëntatie op de ‘eigen’ winkelvoorzieningen. Gemiddeld is in Overijssel de vloerproductiviteit voor de dagelijkse sector € 7.040 en voor de niet-dagelijkse sector € 1.4805. Omzet per winkelmeter in dagelijkse en niet-dagelijkse sector Zoals uit figuur 3.4 blijkt, is de vloerproductiviteit in de dagelijkse sector in gemeenten aan de westkant van Overijssel in veel gevallen hoger dan aan de oostkant (Borne en Oldenzaal uitgezonderd). Van de Overijsselse G5 scoort Zwolle het hoogst. Verder zijn het vooral middelgrote gemeenten als Kampen, Rijssen-Holten, Oldenzaal en Raalte die een hoge vloerproductiviteit in de dagelijkse sector laten zien. Van de kleinere gemeenten (qua inwonertal) heeft Staphorst een hoge vloerproductiviteit. Figuur 3.4 Vloerproductiviteit dagelijkse artikelen .
Figuur 3.5 Vloerproductiviteit niet-dagelijkse artikelen.
Bron: Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010, bewerking I&O Research.
5
Nota bene: cijfers gebaseerd op winkelaanbodgegevens van Locatus (2012), koopstroomgegevens van
Koopstromenonderzoek Oost-Nederland (2010) en HBD-bestedingscijfers (2010; bijgewerkt 2011).
41
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
De vloerproductiviteit in de niet-dagelijkse sector ligt wel het hoogst in de vier grootste Overijsselse gemeenten (zie figuur 3.5). Staphorst heeft samen met Dinkelland en Losser de laagste omzet per m2 WVO in de niet-dagelijkse sector, wat mede verband zal houden met de relatief sterke vertegenwoordiging van grootschalige winkelbranches in deze kleinere gemeenten.
3.4 Consumentengedrag Naast de kwantitatieve koopstromen zijn in het Koopstromenonderzoek Oost-Nederland ook meer ‘kwalitatieve’ aspecten van het koopgedrag van consumenten aan bod gekomen. In deze paragraaf is een aantal aspecten uitgelicht. Naast boodschappen doen en winkelen in winkels, de zogenaamde gevestigde detailhandel, zijn er ook andere aankoopkanalen waar de consumenten inkopen kan doen. De belangrijkste niet-winkelaankoopkanalen waar consumenten kopen zijn internet en de warenmarkt. Vooral in Twentse grote steden sterke oriëntatie op warenmarkt Inwoners van Enschede, Hengelo en Almelo bezoeken het vaakst een warenmarkt (80 procent of meer). In het noordoosten van de provincie ligt een strook gemeenten (van Dalfsen tot Dinkelland) waar het marktbezoek relatief laag ligt (maximaal 60 procent geeft aan wel eens naar de markt te gaan). Figuur 3.6 Percentage dat wel eens een warenmarkt bezoekt, Overijsselse gemeenten (2010).
Bron: Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010, bewerking I&O Research.
Veel internetaankopen in Rijssen-Holten De grootste gemeenten qua inwonertal laten het hoogste percentage internetaankopen zien. Daarnaast valt het hoge percentage in Rijssen-Holten op. Verder laten de gemeenten om Hengelo en Enschede heen (Losser, Dinkelland, Tubbergen, Borne en Hof van Twente) een relatief laag percentage internetaankopen zien. Dat het online winkelen vooral in de grote gemeenten relatief populair is, zal mede ook met de leeftijdssamenstelling te maken hebben. In grote steden wonen doorgaans meer jongeren en zij zijn grotere internetkopers dan ouderen.
42
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Figuur 3.7 Percentage dat wel eens aankopen via internet doet, Overijsselse gemeenten (2010).
Bron: Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010, bewerking I&O Research.
Inwoners van Enschede, Hengelo en Deventer bezoeken het vaakst koopzondagen Over het algemeen geldt dat de meningen verdeeld zijn over de waarde van de koopzondag. Een deel van de consumenten ervaart de zondagopenstelling van winkels als uitermate praktisch en prettig, terwijl anderen winkelbezoek op zondag niet vindt passen in de zondag als rust- en ontspandag. In Overijssel is Ootmarsum (gemeente Dinkelland) de enige plaats waar wekelijks op zondag de winkels geopend zijn. In de meeste grotere gemeenten zijn er acht of 12 winkelzondagen, daarnaast hebben diverse Overijsselse gemeenten ook geen koopzondagen. Het bezoekpercentage ligt het hoogst in de gemeenten Enschede, Hengelo en Deventer. In deze gemeenten is de eerste of laatste zondag van de maand koopzondag. In Staphorst hebben de minste mensen wel eens een koopzondag bezocht (minder dan 15 procent). Koopzondagbezoekers in gemeenten zonder koopzondag zijn hiervoor aangewezen op andere gemeenten en gaan dan vooral naar de grote Overijsselse steden. Naarmate het inwonertal toeneemt, stijgt het aandeel dat minimaal 1 keer per maand op zondag winkels bezoekt. In de grote steden zijn de mogelijkheden om op zondag te winkelen groter (aanbod creëert vraag). Ook sociaal-culturele factoren spelen een rol waarbij in een aantal gemeenten winkelopenstelling op zondag minder past bij de beleving van de zondag als rustdag.
43
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Figuur 3.8 Percentage dat wel eens een koopzondag bezoekt, Overijsselse gemeenten (2010).
Bron: Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010, bewerking I&O Research.
Gemiddelde goede waardering voor winkelaanbod Overijsselse gemeenten Het functioneren van winkelgebieden hangt samen met de waardering die consumenten hebben voor verschillende aspecten van een winkelgebied. Waarderingscijfers bieden inzicht in de sterke en zwakke punten vanuit de beleving van de consument. Aan consumenten is gevraagd om de aankoopplaats die men het vaakst bezoekt voor de dagelijkse boodschappen of voor het winkelen te beoordelen op de onderstaande negen criteria: compleetheid winkelaanbod; kwaliteit winkelaanbod; sfeer/ambiance winkelgebied; veiligheid winkelomgeving; parkeermogelijkheden auto; parkeermogelijkheden fiets; inrichting/aankleding winkelstraten; aanbod van daghoreca; bereikbaarheid winkelgebied. Over het algemeen geldt dat bezoekers van winkelgebieden voor het doen van dagelijkse/wekelijkse boodschappen of voor het winkelen gemiddeld genomen over veel aspecten tevreden zijn. Voor alle Overijsselse gemeenten dat de winkelvoorzieningen met minimaal een zeven worden beoordeeld (zie figuur 3.9). Staphorst krijgt hierbij gemiddeld het hoogste waarderingscijfer (7,8) en Zwartewaterland het laagste waarderingscijfer (7,0).
44
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
Figuur 3.9 Gemiddelde waardering aankooplocaties, Overijsselse gemeenten (2010). Staphorst
7,8
Rijssen-Holten
7,7
Tubbergen
7,6
Dinkelland
7,6
Raalte
7,6
Olst-Wijhe
7,6
Borne
7,5
Dalfsen
7,5
Oldenzaal
7,5
Haaksbergen
7,4
Hardenberg
7,4
Twenterand
7,4
Wierden
7,4
Kampen
7,3
Losser
7,3
Deventer
7,3
Overijssel
7,3
Hof van Twente
7,3
Enschede
7,2
Hellendoorn
7,2
Zwolle
7,2
Ommen
7,2
Steenwijkerland
7,2
Hengelo
7,2
Almelo
7,1
Zwartewaterland
7,0
5
6
7
8
9
10
Nota bene: rekenkundig gemiddelde van alle negen waarderingsaspecten. Bron: Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010, bewerking I&O Research.
Uitgesplitst naar te waarderen aspect is de goede waardering voor Staphorst terug te zien: op zeven van de negen aspecten is het rapportcijfer het hoogst van alle Overijsselse gemeenten (zie tabel 3.5). Tubbergen krijgt het hoogste cijfer voor veiligheid van de winkelomgeving, terwijl Dinkelland hoge cijfers krijgt voor het aanbod van daghoreca. Aan de andere kant heeft Zwartewaterland op vier van de negen aspecten de laagste score, namelijk voor compleetheid en kwaliteit van het winkelaanbod (al is dat laatste aspect nog wel met een ruime voldoende beoordeeld), parkeermogelijkheden voor de auto en bereikbaarheid. Almelo heeft vergeleken met de andere gemeenten een lagere beoordeling op sfeer/ambiance en veiligheid.
45
Winkelatlas Overijssel • Koopstromen en consumentengedrag
sfeer/ambiance
veiligheid
parkeermogelijkheid auto
parkeermogelijkheid iets
inrichting/aankleding
daghoreca
bereikbaarheid
Almelo
7,1
7,3
6,8
7,0
7,1
7,6
6,7
6,4
7,6
Borne
7,5
7,8
7,5
7,8
7,6
8,1
7,0
6,6
7,8
Dalfsen
7,3
7,8
7,7
7,8
7,6
8,1
7,1
6,5
7,8
Deventer
7,4
7,6
7,4
7,3
6,9
7,7
7,1
6,8
7,7
Enschede
7,4
7,5
7,1
7,2
7,1
7,7
6,8
6,8
7,7
Haaksbergen
7,4
7,7
7,4
7,8
7,6
8,0
6,8
6,6
7,7
Hardenberg
7,4
7,7
7,5
7,7
7,1
8,0
7,1
7,0
7,5
Hellendoorn
7,2
7,5
7,3
7,5
7,0
8,0
6,8
6,7
7,2
compleetheid
kwaliteit
Tabel 3.5 Waardering aankooplocaties per aspect, Overijsselse gemeenten (2010).
Hengelo
7,2
7,5
6,9
7,4
7,1
7,6
6,7
6,5
7,6
Kampen
7,4
7,6
7,5
7,7
6,7
7,8
7,2
6,7
7,5
Losser
7,2
7,6
7,4
7,7
7,3
8,1
6,8
6,2
7,7
Oldenzaal
7,5
7,6
7,5
7,7
7,3
7,8
7,0
7,0
7,7
Ommen
6,5
7,4
7,1
7,7
7,6
7,8
6,4
6,6
7,4
Raalte
7,5
7,8
7,6
7,8
7,3
8,0
7,2
7,2
7,8
Staphorst
7,8
8,0
7,9
7,9
8,2
8,4
7,5
6,6
8,1
Tubbergen
7,2
7,9
7,8
8,0
7,6
7,9
7,3
7,1
7,9
Wierden
7,4
7,7
7,4
7,6
7,4
7,8
6,8
6,6
7,4
Zwolle
7,4
7,6
7,2
7,3
6,9
7,2
6,9
6,7
7,5
Twenterand
7,2
7,7
7,4
7,8
7,9
8,1
6,8
5,8
7,8
Steenwijkerland
6,8
7,4
7,3
7,6
7,1
7,5
6,7
6,6
7,5
Hof van Twente
7,0
7,5
7,2
7,5
7,4
7,9
6,8
6,7
7,6
Rijssen-Holten
7,7
7,9
7,6
7,8
7,9
7,9
7,4
7,1
7,8
Olst-Wijhe
7,1
7,7
7,6
7,7
7,8
8,1
7,2
6,9
7,9
Dinkelland
7,0
7,7
7,6
7,9
7,9
8,1
7,3
7,3
7,8
Zwartewaterland
6,3
7,4
7,4
7,6
6,3
7,7
6,7
6,4
7,1
Overijssel
7,3
7,6
7,3
7,4
7,2
7,7
6,9
6,7
7,6
Nota bene: groen is hoogste beoordeling, rood is laagste beoordeling. Bron: Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2010, bewerking I&O Research.
46
Hoofdstuk
Beschouwing
4
Winkelatlas Overijssel • Beschouwing
4. Beschouwing 4.1 Vanuit landelijk perspectief Internet en economie De ongekende groei van met name het aantal vierkante meters winkelvloeroppervlak lijkt zijn langste tijd te hebben gehad. In veel gemeenten is de leegstand in de detailhandel vanaf 2007 behoorlijk gestegen. De economische crisis en aankopen via internet zijn hier de voornaamste oorzaken voor. De dynamiek in de detailhandel wordt echter gevoed door sterke ontwikkelingen aan zowel de aanbodals de vraagkant. Aan de aanbodkant heeft de doorbraak van internet als aankoopplaats de winkelstructuur sterk veranderd. Niet alleen zijn er nieuwe winkelvormen ontstaan en is een nieuwe generatie ‘winkeliers’ opgestaan, ook de keuze voor de consument is bijna onbeperkt geworden. Daarnaast stonden de afgelopen jaren toch wel in teken van aanhoudende nieuwbouw ambities waarbij groei het uitgangspunt was, gekoppeld aan een verdere schaalvergroting (met lagere omzet per winkelmeter). Aan de vraagkant speelt de efficiencyvraag, de toegenomen mobiliteit, de ‘strijd’ tussen beleven en consuminderen (‘shop till you drop’ vs ‘het kan wel een onsje minder’), voorzichtige krimp in delen van Overijssel en de laatste jaren ook koopkrachtverlies een rol. Er is dus meer aan de hand dan ‘alleen de crisis’. Al duiden recente cijfers van het CBS wederom op een verdere omzetdaling van 4 procent in april 2012 ten opzichte van 2011. Deze daling komt volledig voor rekening van de non-food. De omzet van de food is namelijk 2 procent hoger. Voorts onderscheiden de internetwinkels zich met 5 procent meer omzet dan in april vorig jaar. Internet blijft de komende jaren de grote accelerator in het consumentengedrag en daarmee ook voor het winkellandschap. Figuur 4.1 Geïndexeerde ontwikkeling omzet detailhandel1) en economische groei, Nederland (2000=100). 135
130 125
Detailhandel totaal Winkels in voedingsmiddelen Winkels in non-foodartikelen Economische groei
120 115 110 105 100 95 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Bron: CBS; bewerking: I&O Research.
48
2011
Winkelatlas Overijssel • Beschouwing
Verdere verschraling van het winkelaanbod in kleinere plaatsen zal de oriëntatie op internet als aankoopkanaal vergroten. Hier zal het minder ruime en volledige winkelaanbod er toe bijdragen dat er vaker voor het gemak van online winkel wordt gekozen in plaats van af te reizen naar een winkel in een andere gemeente. Die processen zouden elkaar wel eens kunnen gaan versterken als dat nu niet al het geval is. Dit geldt natuurlijk vooral in de niet-dagelijkse sector. Dagelijks heeft vooralsnog beperkt concurrentie van internet en is de enige branche die in toekomst toeloop naar winkels garandeert. Al zijn ook hier in toenemende mate initiatieven en ontwikkelingen te vinden die inspelen op een toename van het gebruik van internet als aankoopkanaal voor de dagelijkse boodschappen (bijvoorbeeld virtuele supermarkt en afhaalpunten voor dagelijkse boodschappen). Demografie geeft ook richting Demografische ontwikkelingen hebben direct invloed op het draagvlak voor detailhandel, simpelweg doordat het totale aantal potentiële klanten (inwoners) toe- of afneemt. Daarnaast hebben veranderingen in de bevolkingssamenstelling ook invloed op de kooporiëntatie en consumentengedrag. Door vergrijzing vormen de senioren als consument een doelgroep met een belangrijk toekomstperspectief. De senioren wonen in toenemende mate zelfstandig, zijn actiever en beschikken voor een deel over meer geld en vrije tijd. Daarnaast zal ook het kleiner worden van de huishoudens – met name door een groei van het aantal eenpersoonshuishoudens – van invloed zijn op de detailhandel. Figuur 4.2 Bevolkingsontwikkeling Nederlandse gemeenten 2008-2040
Bron: CBS/PBL; bewerking I&O Research.
49
Winkelatlas Overijssel • Beschouwing
Van meer naar beter Vanuit consumentenperspectief beschouwend is het onwaarschijnlijk dat de trend van verdere groei van winkelaanbod nog lang doorzet. De in aanbouw maar ook de in de planfase bevindende nieuwbouwprojecten zullen er echter toe bijdragen dat groei niet vandaag of morgen gekanteld is naar krimp van het winkelaanbod. De behoefte aan winkelruimte zal natuurlijk niet verdwijnen maar zal wel anders ingevuld worden. Steeds breder lijkt dan ook het besef door te dringen dat de winkelmarkt een transformatiemarkt moet worden (of deels al is geworden). Een vergelijkbaar proces heeft zich het afgelopen decennium afgespeeld op de markt van bedrijventerreinen en meer recentelijk kantoren. De notie daarbij is dat er altijd een deelbehoefte zal zijn aan vernieuwende meters voor bijvoorbeeld nieuwe formules en nichespelers, maar dat voor het overige nieuwe ‘betere’ meters alleen maar kunnen worden toegevoegd als ze bestaande en ‘slechte’ meters vervangen. Het kan betekenen dat die laatste meters goedkoper moeten worden (afwaardering en lagere huren) of eventueel proactief aan de markt moeten worden onttrokken. Dat vergt net als bij de kantoren en bedrijventerreinen dat er afspraken moeten worden gemaakt om het transformatieproces in goede banen te leiden, bijvoorbeeld dat duurzame verdichting gebaseerd op de SER-ladder voor het inpassen van ruimtebehoefte plaatsvindt. Dat vraagt om meer en meer intensieve afstemming tussen overheden onderling en tussen overheden en marktpartijen waarbij ambities en realiteit in evenwicht moeten zijn.
4.2 Detailhandel Overijssel Overijssel heeft relatief sterke detailhandelsdynamiek Het winkelaanbod in Overijssel is in vijf jaar tijd met zo’n 125.000 m2 WVO gegroeid. Het overgrote deel van de groei komt voor rekening van de niet-dagelijkse sector (ruim 80 procent). Vergeleken met landelijk is het aantal winkelmeters in Overijssel verhoudingsgewijs iets harder gestegen. Met name in het modische segment is er sprake van bovengemiddelde groei geweest, wat mogelijk samenhangt met de investeringen in binnensteden en hoofdwinkelgebieden. Ten opzichte van Nederland heeft Overijssel iets groter aandeel detailhandel in de in/om huis-branches. Naast meubel- en woonboulevards dragen ook vaak meer solitair gelegen ‘lokale helden’ (tuincentra en woninginrichtingzaken) hieraan bij.
50
Winkelatlas Overijssel • Beschouwing
De gemiddelde winkelomvang is in Overijssel ook groter dan gemiddeld in Nederland, maar dit geldt overigens voor zowel de dagelijkse als de niet-dagelijkse sector. De leegstand is de laatste jaren sterk opgelopen. Er staat begin 2012 ruim 100.000 m2 winkelruimte leeg. Daarbij is het opvallend dat de leegstandstoename duidelijk sterker is dan landelijk gemiddeld. Ten opzichte van 2007 is met name de leegstand op een aantal grootschalige detailhandelslocaties fors opgelopen. Tabel 4.1 Ontwikkeling winkelaanbod Overijssel vergeleken met landelijk. Kengetal Ontwikkeling m2 WVO
Overijssel 2007-2012 (abs.)
Nederland
2007-2012 (%)
2007-2012 (%)
dagelijks
20.630
5%
5%
niet-dagelijks
104.300
6%
5%
Totaal
124.920
6%
5%
2007-2012 (abs.)
2007-2012 (%)
2007-2012 (%)
dagelijks
-180
-9%
-4%
niet-dagelijks
-420
-7%
-3%
Ontwikkeling verkooppunten
Totaal Winkelomvang (abs.)
-600
-7%
-4%
2007
2012
2007
2012
dagelijks
189
219
186
204
niet-dagelijks
277
317
271
295
256
293
248
271
Totaal Ontwikkeling leegstand m2 WVO verkooppunten Ontwikkeling werkzame personen
2007-2012 (abs.)
2007-2012 (%)
2007-2012 (%)
107.120
64%
52%
350
46%
35% 2007-2012 (%)
2007-2012 (abs.)
2007-2012 (%)
dagelijks
2.780
11%
8%
niet-dagelijks
-860
-4%
-4%
niet-winkel (m.n. webwinkels )
1.190
42%
32%
totaal
3.090
6%
4%
Kooporiëntatie: verschil tussen groot en klein Kijkende naar het koopgedrag dan zijn er sterke verschillen zichtbaar naar gemeentegrootte. De mate waarin inwoners aankopen doen in de eigen gemeente neemt toe naarmate het inwonertal stijgt. Grote steden zijn met hun winkelaanbod het best in staat inwoners aan zich te binden. Dit verschil is vooral goed zichtbaar in de niet-dagelijkse sector. In de dagelijkse sector hebben ook middelgrote gemeenten als Rijssen-Holten, Kampen en Haaksbergen een hoge koopkrachtbinding. Dit betekent overigens niet automatisch ook een hoge omzet per winkelmeter. In de dagelijkse sector hebben zowel kleine als grote gemeenten een hoge vloerproductiviteit. Hier speelt de balans tussen vraag en aanbod een belangrijke rol.
51
Winkelatlas Overijssel • Beschouwing
In tegenstelling tot de dagelijkse sector loopt in de niet-dagelijkse sector de vloerproductiviteit op naarmate het inwonertal van gemeenten toeneemt. De omzet per m2 winkeloppervlak is in de vier grootste steden ongeveer het dubbele van de behaalde vloerproductiviteit in kleinere gemeenten. Oppervlak, ligging, prijs-kwaliteit segmentering en branchering zijn belangrijke factoren die van invloed zijn op de omzet per winkelmeter. Kleinschalige winkels gevestigd op een centrumlocatie in een grote stad hebben een hogere omzet per meter (nodig) dan grootschalig winkelaanbod op perifere locaties. In enkele Overijsselse gemeenten met een relatief groot aandeel grootschalig winkelaanbod zoals Staphorst en Dinkelland is de omzet per winkelmeter in de niet-dagelijkse sector ook aanzienlijk lager dan het Overijssels gemiddelde. Toekomst: meer aanbod en meer markt? Uit de gemeentelijke inventarisatie van detailhandelsplannen blijkt dat er de komende jaren naar verwachting nog ruim 100.000 nieuwe winkelmeters - netto - zullen worden toegevoegd aan het winkelaanbod in Overijssel (ongeveer 5 procent van het huidige winkeloppervlak). Hierbij gaat het zowel om binnenstedelijke toevoegingen als PDV-locaties, met IKEA Zwolle en Plein Westermaat fase II qua m2 als grootste projecten. De keuze voor grootschalige detailhandel past in het beeld van verdergaande schaalvergroting maar zal ook het spanningsveld tussen binnensteden en PDV, tussen grootschalig en menselijke maat, en tussen stad en ommeland versterken. Uitbreiding van het winkelaanbod zonder onttrekking van winkelaanbod zal op basis van de huidige trends van toenemende internetoriëntatie en afnemende detailhandelsbestedingen er toe zorgen dat de ‘omzettaart’ verdeeld zal worden over meer winkelmeters, hetgeen de omzet per winkelmeter verder onder druk kan zetten. Overigens zal een deel van de meters die nu nog ingeboekt staan als leegstand geleidelijk aan uit de markt verdwijnen doordat deze wordt onttrokken en bestemd voor andere al dan niet andere consumentgerichte functies. Net als de kantoren- en bedrijfsterreinenmarkt geldt ook voor de winkelmarkt dat er een spanningsveld blijft tussen het op gemeentelijk niveau versterken van de verzorgingspositie en de regionale en provinciale balans tussen vraag en aanbod. De nieuwe Europese dienstenrichtlijn biedt ook provincies aanknopingspunten voor herijking van uitgangspunten, regels en beleid ten aanzien van detailhandel.
52
bijlagen
3
Begrippenlijst Begrip
Omschrijving
Afvloeiing (koopkrachtafvloeiing)
De mate waarin de bevolking buiten de eigen gemeente of regio koopt. Wordt in dit onderzoek uitgedrukt als de totale bestedingen die inwoners buiten hun eigen gemeente of regio doen of als percentage van het totale bestedingspotentieel.
Binding (koopkrachtbinding)
De mate waarin de bevolking in de eigen gemeente of regio koopt. Wordt in dit onderzoek uitgedrukt als de totale bestedingen die inwoners in de eigen gemeente of regio doen of als percentage van het bestedingspotentieel.
Detailhandelsomzet
Totaal aan gerealiseerde winkelomzet gegenereerd door het aantal klanten van een aankoopplaats, bestaande uit consumentenbestedingen van bewoners en van bezoekers. Berekend door het aantal klanten te vermenigvuldigen met gemiddelde (landelijke) besteding per hoofd van de bevolking, gecorrigeerd naar inkomenssituatie in het betreffende gebied (incl. BTW).
Leegstand
Hierbij gaat het om (winkel-)panden waarvan het redelijkerwijs te verwachten is dat in het (leegstaande) pand een verkooppunt in de detailhandel, horeca of consumentgerichte dienstverlening zal terugkomen.
Toevloeiing (koopkrachttoevloeiing)
De mate waarin een aankoopplaats koopstromen aantrekt vanuit een andere plaats. Wordt in dit onderzoek uitgedrukt als de totale bestedingen die bezoekers van buiten een gemeente of regio doen of als percentage van de totale bestedingen door bewoners en bezoekers in een aankooplocatie, gemeente of regio draagvlak.
Vloerproductiviteit
Gemiddelde detailhandelsomzet (inclusief BTW) per vierkante meter winkeloppervlak.
Winkelvloeroppervlak (WVO)
De effectieve verkoopruimte in een winkel, uitgedrukt in vierkante meters. In het rapport wordt gesproken over winkelaanbod. Hierbij gaat het om het aantal winkels en aantal m2 WVO exclusief leegstand.
4