Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Jaarverslag 2011
S F V P Colofon Dit is een uitgave van de Sociale Verzekeringsbank. Eindverantwoordelijk
Directie Corporate Communicatie Ontwerp en infographics
bransoncompany Drukwerk
Mart.Spruijt Grafinoord © SVB mei 2012 Wilt u meer informatie of exemplaren, neem dan contact op met de SVB.
Sociale Verzekeringsbank Directie Corporate Communicatie Postbus 1100 1180 BH Amstelveen 020 656 48 24
[email protected]
Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Jaarverslag 2011
Inhoudsopgave Voorwoord
03
Kerncijfers
05
1 Algemeen
06
1.1 Inleiding 1.2 Instroom gestopt in 2011 1.3 Vermogensbeheer naar Syntrus Achmea
07
08
2
10
Bestuur en organisatie
2.1 Inleiding 2.2 De historie van Stichting FVP 2.3 Missie 2.4 Strategie 2.5 Activiteiten bestuur 2.6 Activiteiten Werkgroep Beleidsvoorbereiding (WBV) 2.7 Activiteiten Beleggingsadviescommissie (BAC) 2.8 Financiële Commissie (FC) 2.9 Organisatie FVP per eind 2011
FVP - Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
11 11 12 12 13 13 13 13 14
3 Uitvoering
16
3.1 Inleiding 3.2 Overleg met UWV 3.3 Communicatie 3.4 Productie 3.5 Grensarbeiders 3.6 Hardheidsbepaling 3.7 Geschillen en klachten 3.8 Toezicht en controle 3.9 Overige controlemaatregelen 3.10 De Nederlandsche Bank (DNB)
17
4
2
07
Financiële ontwikkelingen
4.1 Inleiding 4.2 Macro-economische ontwikkelingen 4.3 Ramingsmodel waardeverloop van de portefeuille 4.4 Ontwikkeling van de verplichtingen 4.5 Vermogensbeheer
5
Jaarrekening en overige gegevens
17 17 17 18 18 19 20 21 21
22 23 23 24 25 30
32
5.1 Jaarrekening 5.2 Overige gegevens
33
6 7
54
Personalia en adresgegevens Verklarende woordenlijst
51
57
Voorwoord Het bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP) biedt u hierbij het jaarverslag 2011 aan. Dit jaarverslag is geschreven om verantwoording af te leggen over de activiteiten van het afgelopen jaar en is bedoeld voor De Nederlandsche Bank (DNB), de pensioenuitvoerders, het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en andere belanghebbenden en geïnteresseerden in de FVP-regeling. Het afgelopen verslagjaar was het eerste jaar waarin geen nieuwe instroom in de FVP-regeling meer kon plaatsvinden. Vanaf 1 januari 2011 worden namelijk geen nieuwe gerechtigden meer tot de FVP-regeling toegelaten. Aan het begin van het jaar stroomden nog veel werkloze werknemers uit 2010 in de regeling, maar dit aantal is in de loop van de eerste helft van 2011 sterk afgenomen. Verder is per 1 april 2011 het beheer van het vermogen van Stichting FVP overgedragen aan Syntrus Achmea. Tot die datum werd het vermogensbeheer uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Meer hierover leest u in de paragraaf Vermogensbeheer naar Syntrus Achmea op pagina 7 en de paragraaf Vermogensbeheer op pagina 28. Het bestuur van Stichting FVP bedankt de medewerkers van Kantoor FVP, de overige medewerkers van de SVB en alle personen en organisaties die bij FVP betrokken zijn voor de getoonde inzet en de prettige samenwerking in 2011. Amstelveen, 24 april 2012 Het bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Jaarverslag 2011
drs. G. Verheij voorzitter
3
Kerncijfers 4
Kerncijfers Het kerncijfer ‘lopende FVP-rechten’ vermeldt het aantal FVP-bijdragerechten dat ultimo 2011 nog niet beëindigd is. De cijfers ‘lopende FVP-rechten’ en ‘beëindigde FVP-rechten’ zijn deels gebaseerd op ramingen die jaarlijks worden bijgesteld. Als gevolg hiervan is er geen aansluiting met de productiecijfers in het hoofdstuk Uitvoering, die alleen realisaties bevatten. De genoemde getallen zijn exclusief REA-gerechtigden. Op de desbetreffende ramingen wordt in het hoofdstuk ‘Financiële ontwikkelingen’ dieper ingegaan. 2011
2010
32.100 56.200 56.900 82.400
131.500 139.000 65.600 89.000
598,4 8,5 570,2 586,6
810,2 8,5 780,0 794,9
13,4 2,2%
21,0 2,4%
7,2 5,6 0,1 0,6
230,2 6,4 0,7
Aantallen tot en met 31 december Geretourneerde aanvragen Lopende FVP-rechten Beëindigde FVP-rechten Betaalde FVP-bijdragen
Balansposten (in miljoenen euro)1 Balanstotaal Stichtingsvermogen Bestemmingsreserves Voorzieningen Marktwaarde beleggingen
Baten (in miljoenen euro)1 Inkomsten uit beleggingen Total return rendement beleggingen (time-weighted)
Uitkeringslasten Bedrijfskosten - uitvoeringskosten Dotatie voorziening beëindiging Kantoor FVP Kosten vermogensbeheer
1
Ten opzichte van het jaarverslag 2010 zijn de cijfers 2010 aangepast in verband met een doorgevoerde stelselwijziging in de jaarrekening. Voor
een nadere toelichting inzake de stelselwijziging wordt verwezen naar hoofdstuk 5 vawn dit jaarverslag.
Jaarverslag 2011
Lasten (in miljoenen euro)
5
Algemeen
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Hoofdstuk 1
6
Algemeen 2011 was het eerste jaar waarin geen nieuwe werkloze werknemers meer konden instromen in de FVP-regeling. Per 1 januari 2011 werd de instroom in de FVPregeling definitief beëindigd. Dit betekende concreet dat werknemers van 40 jaar of ouder die op of na 1 januari 2011 WW-gerechtigd werden, niet meer in aanmerking komen voor een FVP bijdrage.
Instroom gestopt in 2011 Met steeds groter wordende zekerheid ligt de FVPbijdrage voor werkloze werknemers die op of na 1 januari 2010 en vóór 1 januari 2011 in de WW zijn ingestroomd, lager dan 100%. In lijn met eerdere door Stichting FVP uitgebrachte prognoses wordt voor deze groep gerechtigden rekening gehouden met een mogelijke verlaging van het verstrekkingspercentage. Medio 2009 hield het bestuur van Stichting FVP al rekening met deze mogelijke ontwikkeling door de instroom in de regeling te beëindigen per 1 januari 2011. Als voorzorgsmaatregel tegen een eventueel vermogenstekort werd toen besloten om de betaling van de FVP-bijdrage voor werknemers die in 2010 werkloos zouden worden, op te schorten tot uiterlijk 1 januari 2014 in verband met een verstrekkingspercentage lager dan 100. Het beëindigen van de FVP-regeling is ook van invloed op de directe werkvoorraden van Kantoor FVP. In het eerste tertaal van 2011 kwamen nog veel aanvragen uit 2010 binnen, maar deze namen vanaf het tweede tertaal snel af. Uiteindelijk werden in 2011 slechts 32.100 aanvragen ontvangen, terwijl dit er in 2010 nog 131.500 waren. Een daling dus van 99.400, oftewel 75,6%. De daling van de reguliere werkzaamheden maakte het mogelijk dat Kantoor FVP in de tweede helft van 2011 kon beginnen met het uitvoeren van restwerkzaamheden en het afhandelen van langdurig openstaande aanvragen.
Daarnaast werd gestart met de voorbereiding van de affinanciering. Onder affinanciering wordt verstaan dat de aanvragen van gerechtigden die tegen het einde van de FVP-regeling nog niet uit de WW zijn gestroomd administratief worden afgehandeld, op basis van een maximale WW-duur. De huidige planning voorziet erin dat in januari 2013 gestart zal worden met het affinancieren van werkloze werknemers die vóór 1 januari 2010 in de WW zijn ingestroomd. Conform deze planning zal vanaf augustus 2013 begonnen worden met de affinanciering van de werkloze werknemers die op of na 1 januari 2010 en vóór 1 januari 2011 in de WW zijn ingestroomd. Voor deze groep gerechtigden bestaat de mogelijkheid om op basis van de resterende beschikbare middelen in de voorziening premiebijdragen een verlaging van het verstrekkingspercentage toe te passen. Middels besluitvorming van het bestuur zal aan de exacte procedure rondom de affinanciering in de loop van 2012 nader invulling worden gegeven. Voor een beheerste af bouw van Kantoor FVP is reeds enkele jaren geleden een af bouwplan opgesteld. Dit plan wordt jaarlijks herzien op basis van actuele ontwikkelingen, goedkeuring hiervan vindt plaats door het bestuur. Verder is aangevangen met het inventariseren van taken die resteren na het sluiten van Kantoor FVP. Volgens de huidige planning zal de sluiting van het kantoor op 31 december 2013 plaatsvinden. Ten behoeve van de zorgvuldige af bouw van Kantoor FVP is de voorziening beëindiging Kantoor FVP in de jaarrekening opgenomen. Stichting FVP zal na het sluiten van Kantoor FVP nog voor enige tijd blijven bestaan, om zorg te dragen voor een goede afwikkeling van de FVPregeling. Dit betreft onder andere een zorgvuldige
Jaarverslag 2011
In eerdere jaarverslagen werd reeds aangegeven dat de reden voor het stopzetten van de FVP-regeling ligt in de ontwikkeling van het vermogen. Het vermogen van Stichting FVP had een zodanig niveau bereikt dat het continueren van de bijdrageregeling na 1 januari 2011 financieel niet meer verantwoord was. Daarnaast is het vermogensbeheer van Stichting FVP per 1 april 2011 overgegaan van de SVB naar Syntrus Achmea.
7
uitvoering van de liquidatie van de stichting. Over de dan nog resterende werkzaamheden zullen nadere afspraken gemaakt worden met de SVB.
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Door het opnemen van eerdergenoemde voorzieningen (voorziening premiebijdragen en voorziening beëindiging kantoor FVP) is het risico voor gebruikers en crediteuren tot een minimum ingeperkt. Voor de werkloze werknemers die op of na 1 januari 2010 en vóór 1 januari 2011 in de WW zijn ingestroomd zal indien noodzakelijk immers een verstrekkingspercentage lager dan 100 worden toegepast tot het niveau waarop de financiële middelen hiertoe beschikbaar zijn. In het kader van de beheerste af bouw is de assetmix van de beleggingen aangepast naar een lager risicoprofiel.
8
Vermogensbeheer naar Syntrus Achmea Tot 1 april 2011 werd het vermogensbeheer uitgevoerd door de SVB. Sinds die datum is het vermogensbeheer van Stichting FVP ondergebracht bij Syntrus Achmea in De Meern. Daarbij was de overweging dat in de ‘eindfase’ van de FVP-regeling Stichting FVP gebaat is bij een andere inrichting van het vermogensbeheer doorslaggevend. Bij de overgang van het vermogensbeheer is een aantal medewerkers van de afdeling Vermogensbeheer van de SVB overgegaan naar Syntrus Achmea. Deze medewerkers zijn dus nog steeds nauw betrokken bij het vermogensbeheer van Stichting FVP, waardoor de kennis over de FVP-regeling gewaarborgd is. De samenwerking in het eerste jaar is naar volle tevredenheid van het bestuur verlopen.
2011 was het eerste jaar waarin geen nieuwe werkloze werknemers meer konden instromen in de FVP-regeling
9
Jaarverslag 2011
Bestuur en
organisatie
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Hoofdstuk 2
10
Bestuur en organisatie Dit hoofdstuk schetst de ontstaansgeschiedenis van Stichting FVP en beschrijft vervolgens de missie en strategie. Daarnaast worden de activiteiten van het bestuur in 2011 uiteengezet en wordt kort verslag gedaan van de activiteiten van de Werkgroep Beleidsvoorbereiding (WBV) en de Beleggingsadviescommissie (BAC). Aan het einde van dit hoofdstuk is de organisatiestructuur van FVP opgenomen.
De historie van Stichting FVP
Missie
Op 1 januari 1973 werd het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (FVP) opgericht. Het vermogen van dit fonds was bij wet bestemd voor een verplichte aanvullende pensioenverzekering voor werknemers. Toen een algehele pensioenplicht niet meer noodzakelijk bleek, werd met ingang van 1988 de rente van het opgebouwde vermogen gebruikt om de voortzetting van pensioenvoorzieningen van werkloze werknemers van 40 jaar en ouder te financieren.
De missie van Stichting FVP luidt:
Stichting FVP levert een bijdrage aan de beperking van pensioenbreuk als gevolg van werkloosheid
Beperking van pensioenbreuk Stichting FVP kent twee soorten bijdragen om pensioenbreuk als gevolg van werkloosheid te beperken. Dit zijn de voortzettingsbijdrage en de inkoopbijdrage. De voortzettingsbijdrage is bestemd voor de voortzetting van de pensioenvoorziening van werknemers die vóór 1 januari 2011 werkloos zijn geworden, al dan niet vanuit de deeltijd-WW, en op de eerste werkloosheidsdag 40 jaar of ouder zijn. Met de voortzettingsbijdrage wordt de voorziening van levenslang ouderdoms- en partnerpensioen voortgezet, die in de laatste dienstbetrekking voorafgaand aan de werkloosheid van toepassing was. Deze bijdrage wordt vergoed over de periode waarin recht bestaat op een loongerelateerde uitkering op grond van de WW. De voortzettingsbijdrage geldt eveneens voor degene met een (deeltijd-)WW-uitkering die vóór 1 januari 2011 is ingegaan en, in aansluiting hierop, een door UWV vastgesteld recht heeft op een uitkering op grond van de Wet Inkomensvoorziening Oudere Werklozen (IOW, Stb. 2008, 340). Daarnaast geldt een voortzettingsbijdrage over de periode waarin, op grond van de WW, een vervolguitkering wordt verstrekt aan werkloze werknemers. Voorwaarden daarbij zijn wel dat deze werknemers vóór 11 augustus 2003 werkloos moeten zijn geworden en 57,5 jaar of ouder waren op de eerste werkloosheidsdag. De inkoopbijdrage is bestemd voor de inkoop van een direct ingaand partnerpensioen voor partners van werkloze werknemers die tijdens de werkloosheidsperiode zijn overleden. Hierbij geldt geen leeftijdscriterium.
Jaarverslag 2011
In 1998 is besloten het fonds te privatiseren. Daarmee eindigde de betrokkenheid van de overheid. De middelen van het fonds werden overgeheveld naar de rechtsopvolger, Stichting FVP, die op 1 januari 1999 door werknemers- en werkgeversorganisaties werd opgericht. In de Wet privatisering FVP is onder meer bepaald dat ‘alle middelen van de stichting mogen worden gebruikt om te voorzien in aanvullende pensioenvoorzieningen ten behoeve van werknemers of hun nagelaten betrekkingen’. Bij de privatisering stelde FVP het Bijdragereglement 1999 en het Uitvoeringsreglement 1999 vast, als vervanging van de Bijdrageregelen FVP 1995, die vóór de privatisering van toepassing waren. Tenzij anders vermeld, wordt in dit jaarverslag alleen gesproken over het Bijdragereglement 1999, ook wel FVP-regeling of Bijdrageregeling genoemd.
Stichting FVP levert een bijdrage aan de beperking van pensioenbreuk als gevolg van werkloosheid. Daarnaast voorziet FVP in bijdragen ter financiering van onderzoeken en projecten inzake aanvullende pensioenen.
11
Financiering van onderzoeken Op grond van het eerste lid van artikel 2 van de Wet privatisering FVP (Stb. 1998, 457) kan Stichting FVP op verzoek voorzien in bijdragen ter financiering van onderzoeken en projecten inzake aanvullende pensioenen. In 2011 is geen financiering verleend.
Strategie Stichting FVP volgt een heldere strategie om haar missie vorm te geven bij het leveren van een bijdrage aan de beperking van pensioenbreuk als gevolg van werkloosheid. Deze strategie wordt gekenmerkt door:
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Uitbesteding van de uitvoering van de FVPregeling en van het vermogensbeheer Het bestuur van Stichting FVP heeft als opdrachtgever de uitvoering van de FVP-regeling ondergebracht bij de SVB, de opdrachtnemer. Op basis van de Administratieovereenkomst voeren medewerkers van de SVB opdrachten uit. De SVB brengt de loonkosten en andere uitvoeringskosten in rekening bij Stichting FVP. Op basis van de Overeenkomst Vermogensbeheer is het beheer van het stichtingsvermogen sinds 1 april 2011 ondergebracht bij Syntrus Achmea. Stichting FVP heeft zelf geen medewerkers in dienst.
12
Voor de uitvoering van de FVP-regeling heeft de SVB een apart organisatieonderdeel ingericht: Kantoor FVP. In het verslagjaar bedroeg het gemiddelde aantal fulltime-equivalenten (fte’s) van Kantoor FVP 44,9 (exclusief 0,4 fte’s uitzendkrachten). In 2010 waren dit 54,9 fte’s (exclusief 2,2 fte’s uitzendkrachten). Het secretariaat van het stichtingsbestuur is ondergebracht bij de afdeling Juridische Zaken & Beleid (JZ&B) van Kantoor FVP. De FVP-bijdragen worden betaald uit het vermogen van Stichting FVP en de opbrengsten van dit vermogen. Aan het begin van 2011 is de
strategische assetmix gewijzigd. Deze strategische portefeuille bestaat sindsdien uit drie onderdelen. Ten eerste gaat het om een portefeuille ‘staatsleningen’. Deze bestaat uit Nederlandse en Duitse staatsleningen, met een vaste nominale omvang, bestemd voor de financiering van de laatste FVPbijdragen. De verkoop van deze portefeuille is op dit moment voorzien voor begin en medio 2013. Ten tweede betreft het een portefeuille ‘staatsleningen en credits’, die in 2011 en 2012 gefaseerd verkocht is c.q. zal worden verkocht, in een tempo overeenkomend met de maandelijkse uitkeringen (voor zover de benodigde liquiditeiten niet worden verkregen door expiratie van leningen). Ten slotte bestaat de assetmix uit een portefeuille ‘liquiditeiten’, bedoeld om steeds voor circa drie maanden uitkeringen aan liquiditeiten beschikbaar te hebben. Er is daardoor geen sprake meer van een vaste percentuele verhouding tussen de assetclasses. Meer over dit onderwerp leest u in de paragraaf Vermogensbeheer op pagina 28. Optimale automatisering van gegevensuitwisseling met UWV en de pensioenuitvoerders FVP ontvangt haar gegevens over werkloze werknemers van UWV. De pensioenuitvoerders leveren de pensioengegevens aan. Dit proces is dankzij een goede en geautomatiseerde gegevensuitwisseling efficiënt ingericht. Accountantscontrole op werkloosheids- en pensioengegevens Op basis van de gegevens van UWV en de pensioenuitvoerders betaalt FVP de bijdragen voor de pensioenvoortzetting van werkloze werknemers. Dit gebeurt na afloop van de werkloosheidsperiode. FVP keert de bijdragen uit aan de pensioenuitvoerders, die de bijdragen vervolgens omzetten in pensioenaanspraken voor de desbetreffende werkloze werknemers. Om de juistheid van de werkloosheids- en pensioengegevens te garanderen, vraagt FVP van de accountants van UWV en de pensioenuitvoerders zogeheten assurancerapporten.
Activiteiten Bestuur
Reglementswijzigingen In de vergadering van 5 juli 2011 is een wijziging in het vierde lid van artikel 8 van het FVP-Bijdragereglement doorgevoerd. In de nieuwe situatie is de gehanteerde berekeningsmethodiek bij de inkoopbijdrage in geval van een beschikbare premieregeling gewijzigd. De FVP-inkoopbijdrage sluit hierdoor in het vervolg beter aan op de feitelijke situatie.
Activiteiten Werkgroep Beleidsvoorbereiding (WBV) De WBV is een adviserende, beleidsvoorbereidende werkgroep van Stichting FVP. De WBV bestaat uit zes leden: de beide voorzitters van Stichting FVP, drie leden die de pensioenkoepels vertegenwoordigen (de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen, de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen en het Verbond van Verzekeraars) en de directeur van Kantoor FVP. In 2011 is tijdens de WBV-vergaderingen onder andere gesproken over de in de voorgaande paragraaf genoemde reglementswijziging inzake de gehanteerde berekeningsmethodiek bij de inkoopbijdrage in geval van een beschikbare premieregeling. Hierover is door de WBV een positief advies gegeven. Verder is gesproken over de wijze waarop de pensioenuitvoerders de FVP-bijdrage vermelden op het UPO (uniform pensioenoverzicht). Dit heeft niet geleid tot verdere actiepunten.
Activiteiten Beleggingsadviescommissie (BAC) De BAC adviseert het FVP-bestuur over het beleggingsbeleid en de daarmee samenhangende beleidsterreinen. De BAC bestaat uit zes leden: de beide voorzitters van Stichting FVP en vier leden die zijn benoemd door het bestuur van Stichting FVP, op voordracht van werkgevers- en werknemersorganisaties. Bij de vergaderingen van de BAC zijn de voorzitter van de Raad van Bestuur van de SVB en vertegenwoordigers van de afdeling Vermogensbeheer aanwezig (sinds 1 april 2011 zijn dit vertegenwoordigers van Syntrus Achmea). Voorstellen voor beleidswijzigingen omtrent het vermogensbeheer worden, met een advies van de BAC, aan het FVP-bestuur voorgelegd. In 2011 adviseerde de BAC voorts over de overdracht van het vermogensbeheer aan Syntrus Achmea. In 2011 ontstonden vacatures in de BAC door het vertrek van mevrouw Sol en de heren Berendsen en Sanders. Mevrouw Sol werd opgevolgd door de heer Van Oostveen. Besloten werd de andere vacatures vanwege de beperkte looptijd van de FVP-regeling en de vereenvoudigde beleggingsportefeuille niet in te vullen. De BAC bestaat daarom voortaan uit vier leden.
Financiële Commissie (FC) De FC adviseert het bestuur over financiële aangelegenheden, zoals de begroting en het jaarverslag. De commissie bestaat uit de beide voorzitters van Stichting FVP en vertegenwoordigers van de SVB. In het verslagjaar kwam de FC tweemaal bijeen.
Jaarverslag 2011
FVP ontvangt haar gegevens over werkloze werknemers van UWV
13
Organisatie FVP per eind 2011 Bestuur Stichting FVP (opdrachtgever) Geschillencommissie FVP Beleggingsadviescommissie
Financiële Commissie
Werkgroep Beleidsvoorbereiding
Raad van Bestuur SVB (opdrachtnemer)
Corporate Communicatie
Bestuurlijke en Strategische Zaken
Kantoor FVP
Syntrus Achmea (opdrachtnemer) (per 1 april)
Financieel Economische Zaken
Directeur
Interne Accountantsdienst
Informatievoorziening & Onderzoek
Human Resources
Secretariaat
Planning , Rapportage, Consolidatie & Verslaglegging
Interne Operationele Audit
Stafmedewerker Kwaliteit
Vermogensbeheer (tot 1 april)
Juridische Zaken & Beleid / Bestuurssecretariaat Stichting FVP
Manager KB&U, I&A en CEGA
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Klantencontacten, Beoordeling & Uitvoering
14
Informatisering & Automatisering
Manager CFF
Controle Externe Gegevens & Aanspraakverlening
Financiën
Faciliteiten
Stichting FVP heeft voor de uitvoering van de regeling een administratieovereenkomst met de SVB. Kantoor FVP van de SVB verzorgt de administratie van Stichting FVP. Het personeel van Kantoor FVP is in dienst van de SVB. Sinds 1 april 2011 verzorgt Syntrus Achmea het vermogensbeheer van de stichting. Tot die datum was dit een taak van de afdeling Vermogensbeheer van de SVB. De Beleggingsadviescommissie, Financiële Commissie en Werkgroep Beleidsvoorbereiding zijn aan het bestuur verbonden adviesorganen. De Geschillencommissie FVP is een onafhankelijke commissie die, met een bindend advies, uitspraak doet bij geschillen tussen Stichting FVP en (potentiële) FVP-gerechtigden.
Overig SVB
15
Jaarverslag 2011
Uitvoering
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Hoofdstuk 3
16
Uitvoering De uitvoering van de FVP-regeling is in 2011 goed verlopen. Dit hoofdstuk beschrijft de belangrijkste aspecten van de uitvoering van deze regeling en de activiteiten voor het toezicht en de controle hierop. Ook is er aandacht voor de geschillen en klachten in het afgelopen verslagjaar.
Overleg met UWV In 2011 is maandelijks contact geweest met UWV in verband met de uitwisseling van gegevens. Daarnaast is er op verschillende momenten contact geweest in het kader van de af bouw van FVP.
Communicatie
Persberichten In 2011 heeft Stichting FVP drie persberichten uit doen gaan. De eerste twee betroffen het einde van de instroom van nieuwe WW’ers per 1 januari 2011 en de overgang van het vermogensbeheer van de SVB naar Syntrus Achmea. In het derde persbericht heeft Stichting FVP op 5 december 2011 gecommuniceerd dat, met steeds groter wordende zekerheid, verwacht wordt dat de FVPbijdrage voor werknemers die in 2010 in de WW zijn ingestroomd substantieel lager zal uitkomen dan 100%. Daarbij werd opgemerkt dat dit in lijn is met eerdere door Stichting FVP uitgebrachte prognoses. Website Actuele ontwikkelingen rond de FVP-regeling zijn gepubliceerd op www.fvp.nl.
Het aantal toekenningen in 2011 ligt hoger dan het aantal geretourneerde aanvragen (meer dan 100%). Ook dit is een direct gevolg van de beslissing om de instroom per 1 januari 2011 te beëindigen. Hierdoor zijn minder aanvragen verzonden en worden, langzaam maar zeker, alle gevallen waarover nog niet is besloten verder afgerond. 176.500
131.500
29.000 32.100
2010
2011
Verzonden aanvragen Geretourneerde aanvragen
Productie
Het aantal verzonden aanvragen in 2011 is 147.500 lager dan in 2010. Deze daling is een direct gevolg van de beëindiging van de instroom per 1 januari 2011 van WW-gerechtigden voor wie het WW-recht is ingegaan op of na 1 januari 2011. De respons op het aantal verzonden aanvragen ten opzichte van het aantal geretourneerde aanvragen ligt boven de 100%. Dit is ook een direct gevolg van de eindigheid van FVP. Alle in 2011 verzonden aanvragen hadden betrekking op WW-rechten die in of vóór 2010 zijn ingegaan.
Jaarverslag 2011
Werkloze werknemers van 40 jaar of ouder ontvangen ongeveer drie maanden na het intreden van de werkloosheid een aanvraagformulier van FVP. In de volgende tabellen zijn de productieaantallen over 2011 afgezet tegen die van 2010 (afgerond op honderdtallen).
17
Grensarbeiders
114.700
44.600
2010
2011
Aantal toekenningen
Bij het aantal toekenningen in 2011 waren 96 toekenningen voor een inkoopbijdrage voor direct ingaand partnerpensioen inbegrepen. In 2010 was sprake van 82 van deze toekenningen. Er kunnen enkele maanden zitten tussen het verzenden en retourneren van een aanvraag en tussen het retourneren van een aanvraag en het toekennen van een FVP-bijdrage. Genoemde cijfers hebben betrekking op aantallen die tot en met 31 december 2011 zijn gerealiseerd.
Betalingen
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Het aantal betalingen in 2011 nam ten opzichte van 2010 met ruim 6% af van 89.000 in 2010 naar 82.400 in 2011.
18
Ook in het buitenland wonende werkloze grensarbeiders die voorafgaand aan hun werkloosheid een periode in Nederland hebben gewerkt, hebben sinds 1999 onder voorwaarden recht op een FVP-bijdrage. Tot en met 31 december 2011 werden 2.053 aanvragen ontvangen. Daarvan werden 1.928 aanvragen afgehandeld. De resterende 125 aanvragen komen in 2012 en 2013 tot uitbetaling. In 2011 is aan grensarbeiders een bedrag van € 668.684 uitgekeerd aan verschuldigde bijdragen. In totaal werd tot en met 2011 aan deze groep een bedrag van ruim € 11,84 miljoen aan nettobijdragen en ruim € 1,07 miljoen aan rente uitgekeerd. De totaal verschuldigde bijdrage kwam hiermee op ruim € 12,91 miljoen.
Hardheidsbepaling Op grond van het Bijdragereglement kan FVP in bepaalde gevallen tegemoetkomen aan onbillijkheden van overwegende aard die uit de toepassing van het reglement voortvloeien. In 2011 werden zes verzoeken om toepassing van de hardheidsbepaling ontvangen; één verzoek werd gehonoreerd en vijf verzoeken werden afgewezen.
Het aantal betalingen in 2011 nam ten opzichte van 2010 met ruim 6% af
Geschillen en klachten
Voorraad geschillen eerste fase 2011
2010
37
42
Aanhangig gemaakt Subtotaal
291 328
563 605
Afgehandeld - gegrond verklaard - ongegrond verklaard - intrekkingen
321 264 50 7
568 470 76 22
7
37
Voorraad op 1 januari
Voorraad op 31 december
Het totale aantal in 2011 aanhangig gemaakte geschillen (291) lag 272 lager dan het aantal in 2010 (563). De cijfers over 2011 worden echter beïnvloed door de beëindiging van de instroom. Geschillenprocedure tweede fase De tweede fase van de geschillenprocedure biedt een belanghebbende de mogelijkheid om de beslissing van Stichting FVP uit de eerste fase voor te leggen aan een onafhankelijke geschillencommissie. Deze commissie doet uitspraak in de vorm van een bindend advies. Een belanghebbende heeft daarnaast altijd het recht om een geschil voor te leggen aan de kantonrechter, in plaats van aan de Geschillencommissie FVP. Aan het begin van het verslagjaar had de Geschillencommissie FVP vier te behandelen geschillen; deze waren aangehouden in afwachting van nadere gegevens. In de loop van het jaar werden elf nieuwe geschillen ingediend. In totaal werden dus vijftien geschillen afgehandeld. De geschillencommissie deed in twaalf zaken uitspraak; de commissie verklaarde drie geschillen gegrond en negen ongegrond. De drie overige geschillen werden afgehandeld zonder uitspraak, nadat op grond van nieuwe feiten alsnog het recht op FVPbijdrage kon worden toegekend.
Vergeleken met 2010, waarin zestien nieuwe zaken aanhangig werden gemaakt, liet het aantal geschillen in 2011 een daling zien. Gerechtelijke procedures In de verslagperiode werden geen nieuwe rechtsvorderingen aanhangig gemaakt. Er was nog wel sprake van een lopende zaak tegen een pensioenuitvoerder. Deze zaak is destijds door Stichting FVP aanhangig gemaakt en betrof de terugvordering van een onverschuldigd betaald bedrag. In 2010 had de kantonrechter in deze procedure al in het voordeel van de wederpartij beslist, waarbij hij aangaf dat Stichting FVP onvoldoende had aangetoond dat het desbetreffende bedrag daadwerkelijk onverschuldigd was betaald. FVP besloot echter tegen dit vonnis in hoger beroep te gaan. Tijdens deze beroepsprocedure is FVP uiteindelijk een schikking met de wederpartij overeengekomen. Klachten In 2011 werden zeven klachten in de klachtenregistratie opgenomen. Het ging daarbij zowel om telefonische als om schriftelijke klachten. Deze hadden betrekking op het uitblijven van een beslissing over een ingediende aanvraag, de afwijzing van een ingediende aanvraag voor een FVP-bijdrage, de tenaamstelling in correspondentie, klantgerichtheid en de hoogte van de FVP-bijdrage. Ultimo 2011 waren alle klachten afgehandeld. Bij alle afgehandelde klachten heeft FVP uitleg gegeven over de gevolgde procedure en de maatregelen die zijn genomen om de oorzaak van de klacht weg te nemen. Waar nodig, zijn ook maatregelen voor verbeteringen genomen.
Het totale aantal in 2011 aanhangig gemaakte geschillen is aanzienlijk gedaald
Jaarverslag 2011
Geschillenprocedure eerste fase De eerste fase van de geschillenprocedure biedt FVP de mogelijkheid om op verzoek van een belanghebbende de oorspronkelijke beslissing nog eens onder de loep te nemen en een nieuwe, eventueel herziene, beoordeling te geven over het recht op of de hoogte van de FVP-bijdrage.
19
Toezicht en controle FVP betaalt elk jaar FVP-bijdragen uit aan pensioenuitvoerders. Deze betalingen vormen de afronding van het vaststellings- en betalingsproces, waarbij zowel de pensioenuitvoerders als UWV nauw betrokken zijn. Gegevensuitwisseling UWV levert de basis-, inkomens- en beëindiginggegevens en eventuele correcties daarop aan. Aan de hand daarvan weet FVP precies wanneer een WW-periode is ingegaan, wanneer het recht op WW is beëindigd, welk WW-inkomen is genoten en of de aangeleverde gegevens zijn bijgesteld. Pensioenuitvoerders leveren gegevens aan over de pensioenaanspraken, de hoogte van franchises, doorsneepremies en vele andere variabelen die onmisbaar zijn bij de berekening en betaling van FVP-bijdragen.
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Controleprotocollen UWV en de pensioenuitvoerders moeten voldoen aan door FVP opgestelde controle-eisen, die in controleprotocollen zijn vastgelegd. De accountants van UWV en de pensioenuitvoerders geven periodiek, veelal jaarlijks, op basis van het controleprotocol een assurancerapport af. In dit rapport wordt ingegaan op de toereikendheid van de administratieve organisatie en op de interne beheersing van de gegevensaanlevering en toekenning van de pensioenaanspraken.
20
Als een pensioenuitvoerder in gebreke blijft, kan dat uiteindelijk betekenen dat de gegevensuitwisseling en de betaling van FVP-bijdragen worden geblokkeerd. FVP streeft er echter naar om dit te voorkomen. Dit gebeurt door in een vroeg stadium intensief te overleggen met de desbetreffende pensioenuitvoerder, waardoor problemen snel in kaart kunnen worden gebracht en opgelost. Bij de controleprotocollen houdt FVP rekening met de actuele ontwikkelingen in het accountantsberoep.
In het verslagjaar werden in totaal 247 pensioenuitvoerders benaderd voor een assurancerapport over de juistheid en volledigheid van de gegevensuitwisseling en de toekenning van pensioenaanspraken. Deze 247 pensioenuitvoerders vertegenwoordigden 95% van de totale uitbetaalde FVP-bijdragen in 2010. 199 pensioenuitvoerders werden benaderd voor een rapport over de toereikendheid van de administratieve organisatie en de interne beheersing over één jaar (2010); 46 pensioenuitvoerders werden benaderd voor een rapport op basis van een gegevensgericht onderzoek over twee jaren (2009-2010); twee pensioenuitvoerders werden benaderd voor een rapport op basis van een gegevensgericht onderzoek over vijf jaren (2006-2010). Ten tijde van het opmaken van dit jaarverslag heeft FVP alle gevraagde assurancerapporten ontvangen. FVP concludeert dat het externe controlemodel in het verslagjaar zijn waarde heeft bewezen en dat het overgrote deel van de verwerkte pensioengegevens voldoende ‘gedekt’ is door een assurancerapport. Daarnaast werd UWV benaderd voor een assurancerapport. Deze instantie gaf op 12 december 2011 een conceptrapport af. Op het moment van opstellen van dit jaarverslag is het definitieve exemplaar nog niet ontvangen.
Overige controlemaatregelen Het controlemodel van FVP is gericht op kwaliteitsbewaking en gebaseerd op verschillende uitgangspunten. Voorop daarbij staan de eerdergenoemde assurancerapporten. De medewerkers van Kantoor FVP leggen daarnaast bedrijfsbezoeken af bij de pensioenuitvoerders. Tijdens deze bezoeken worden de tijdigheid en de juistheid van de aanlevering van gegevens beoordeeld en vindt controle op de aanspraakverlening plaats. In 2011 vonden vijftig bedrijfsbezoeken en twaalf reviews plaats. Twee van de twaalf reviews hadden betrekking op het voorafgaande jaar en zijn door omstandigheden van december 2010 verplaatst naar 13 januari 2011. De reviews werden uitgevoerd door de Interne Accountantsdienst (IAD) van de SVB, met ondersteuning van Kantoor FVP. In het kader van ‘controle aan de poort’ toetste FVP steekproefsgewijs inkomende cd’s met pensioengegevens, voordat deze werden verwerkt in het FVP-systeem.
Daarnaast onderwierp FVP de bijdrageberekening aan geautomatiseerde controles, bijvoorbeeld op de hoogte van het pensioengevend salaris en de door pensioenuitvoerders opgegeven doorsneepremies.
De Nederlandsche Bank (DNB) Tijdens het verslagjaar deden zich in het kader van het Financieel Toetsingskader geen, voor FVP relevante, wijzigingen voor en heeft FVP alle voor het toezicht van belang zijnde informatie aan DNB gezonden. Dit betrof het jaarverslag 2010 (inclusief jaarrekening met accountantsverklaring), de notities waardeverloop van het vermogen van FVP en de kwartaal- en jaarstaten inzake het vermogensbeheer en de uitbesteding hiervan aan Syntrus Achmea. Daarnaast is DNB bij (nieuwe) ontwikkelingen over de beëindiging van de FVP‑regeling telkens voorzien van de relevante informatie daarover. Ten slotte heeft op 13 juli 2011 het jaarlijks reguliere overleg met DNB plaatsgevonden.
Jaarverslag 2011
In 2011 vonden vijftig bedrijfsbezoeken en twaalf reviews plaats
21
Financiële
ontwikkelingen
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Hoofdstuk 4
22
Financiële ontwikkelingen De financiële positie van FVP werd tot nu toe in hoge mate bepaald door de ontwikkeling van de Nederlandse conjunctuur en de ontwikkelingen op de financiële markten. De wijze waarop de portefeuille sinds 1 januari 2011 is ingericht, heeft dit risico sterk gereduceerd.
Macro-economische ontwikkelingen Het in 2010 ingezette herstel nam in de loop van 2011 alweer af. Dit is te zien in een daling van de groei van het Bruto Binnenlands Product (BBP) in de eurozone. In Nederland verwacht het Centraal Planbureau (CPB) dat de werkloosheid toeneemt van 389.000 in 2011 tot 545.000 in 2013. 4 3 2 1 0 -1 -2 -3 -4 -5 -6 2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
BBP-groei eurozone (zeventien landen) op jaarbasis (Bron: ECB)
De uitstroom en de hoogte van de FVP-bijdragen blijven echter onzeker. Het UWV constateert namelijk dat de WW-uitstroomkans tussen eind 2008 en begin 2011 is toegenomen, maar sindsdien weer afneemt. Na beëindiging van de WW-uitkering wordt eerst nog een half jaar afgewacht of het WW-recht herleeft. Hierdoor zit er enkele kwartalen
vertraging tussen het moment dat de uitstroom bij het UWV bekend is en het moment dat Kantoor FVP de voortzettingsbijdrage berekent.
Het in 2010 ingezette herstel nam in de loop van 2011 alweer af
Jaarverslag 2011
Nu de laatste instroomdatum van de WW waarop werkloze werknemers nog aanspraak konden maken op een FVP-bijdrage inmiddels meer dan een jaar achter ons ligt, worden geen grote schommelingen meer in de FVP-instroom verwacht.
23
Ramingsmodel waardeverloop van de portefeuille De ramingen zijn gebaseerd op ontwikkelingen in het aantal FVP-gerechtigden tot en met 31 december 2011, en ramingen van de salarisontwikkeling en pensioenpremies van het CPB uit het concept Centraal Economisch Plan 2012. De raming van de uitstroom is gebaseerd op ervaringscijfers en op inschattingen van UWV.
Marktwaarde van de portefeuille ultimo 1996-2013 bij volledige uitbetaling conform basisscenario ramingsmodel (in miljoenen euro’s)
3000 2500 2000 1500 1000 500 0 -500 1995
1996
1997
1998
1999
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Marktwaarde portefeuille Prognose marktwaarde ultimo 2010
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Prognose marktwaarde ultimo 2011
24
De marktwaarde van de portefeuille bedroeg ultimo 2011 € 586,6 miljoen tegen € 794,9 miljoen ultimo 2010. Exclusief € 6,4 miljoen aan bedrijfskosten werd circa € 218,6 miljoen uitbetaald, in het kader van de FVP-Bijdrageregeling. Het FVP-bestuur zal waarschijnlijk gebruik moeten maken van zijn bevoegdheid om de FVPbijdrage te verlagen voor de groep werknemers die
in 2010 is ingestroomd in de WW. Hierdoor zal het verwachte restvermogen op nul uitkomen. Bij volledige uitbetaling zou de verwachte restwaarde van de portefeuille uitkomen op circa € 80 miljoen negatief. In de raming na afloop van het vierde kwartaal van 2010 werd deze restwaarde nog geschat op € 330 miljoen negatief. Dit komt voornamelijk doordat de instroom in de FVP-regeling lager is dan eind 2010 werd ingeschat.
De marktwaarde van de portefeuille bedroeg ultimo 2011 € 586,6 miljoen
In 2011 was er geen instroom meer in de FVP-regeling Ontwikkeling van de verplichtingen Werkloze werknemers van 40 jaar en ouder met een WW-uitkering kunnen recht hebben op een voortzettingsbijdrage van FVP. Dit leidt tot verplichtingen van Stichting FVP tegenover potentiële FVP-gerechtigden. De ontwikkeling van de verplichtingen bepaalt voor een groot deel de omvang van de portefeuille. Het aantal gerechtigden komt uiteindelijk hoger uit dan het huidige aantal gerechtigden in het FVP-systeem, omdat de aanvragen met een zekere vertraging na het begin van de werkloosheid binnenkomen. Dit geldt vooral voor de meest recente kwartalen. Omdat de voortzettingsbijdragen pas na de beëindiging van het recht op een WW-uitkering worden vastgesteld, betekent dit dat het aantal gerechtigden - en de daarbij behorende lasten - tot het eind van het verslagjaar voor een deel geschat moet worden. Daarnaast komen, naarmate de tijd vordert, steeds nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de ramingen moeten worden geactualiseerd. Dit leidt tot periodieke bijstellingen, waarbij het om
aanzienlijke bedragen gaat. Een relatief geringe afwijking leidt al snel tot een forse bijstelling. De hiernavolgende tabel geeft de verwachting aan van de instroom, het aantal lopende rechten en het aantal beëindigde rechten per eind 2011 en per eind 2010. In 2011 was er geen instroom meer in de FVPregeling. Als gevolg hiervan daalde het aantal beëindigingen met 16%. De instroom over 2010, en daarmee het aantal gerechtigden eind 2010, viel lager uit dan geraamd in het jaarverslag 2010 is opgenomen. De reden hiervan is dat veel WW-gerechtigden die in 2010 instroomden binnen 180 dagen weer bleken uit te stromen en zo niet in aanmerking kwamen voor een FVPbijdrage. Eind 2011 waren er hierdoor nauwelijks meer FVP-gerechtigden met een deeltijd-WWuitkering. Wél nam de opgebouwde uitkeringsduur toe. Hierdoor nam het gemiddeld opgebouwde bedrag toe, tot bijna 5.000.
Instroom en beëindigde rechten in 2011 en 2010 en het aantal lopende rechten ultimo 2011 en 2010 (excl. REA)
139.021 113.098
84.742 69.724 68.004
65.566
56.873 56.224
2.427
2.073 2010
Volgens jaarrekening 2010
2010
Na bijstelling
4.750 0 2011
Instroom Beëindigde rechten Lopende rechten
Jaarverslag 2011
Gemiddeld opgebouwd bedrag (1 = €1)
25
voortzettingsbijdragen, voorziet het Bijdragereglement 1999 in inkoopbijdragen voor partners van werklozen. Een overzicht van de voorziening premiebijdragen staat in de hiernavolgende tabel. Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen voorzieningen vóór en na aftrek van rentestandskorting.
Naast verplichtingen voor beëindigde rechten en de voorziening voor lopende gevallen, wordt in het lopende jaar een vooruitbetaling gedaan voor de voortzettingsbijdrage voor gerechtigden die binnen een halfjaar na afloop van het verslagjaar 65 jaar worden. Ook voor REA-gerechtigden is hiervoor een voorziening getroffen. Naast
Voorziening premiebijdragen vóór en na aftrek van rentestandskorting (RSK) ultimo 2011 en 2010 Na aftrek RSK
Vóór aftrek RSK
(1 = € 1.000)
2011
Voortzettingsbijdragen: Verplichtingen voor beëindigde uitkeringen Opgebouwde rechten nog niet beëindigde uitkeringen Vooruitbetalingen beëindigingen Voorziening REA-gerechtigden Totaal voorzieningen voortzettingsbijdragen
2010
2010
(na
(volgens jaar-
2011
2010
2010
(na
(volgens jaar-
bijstelling) rekening 2010, na
bijstelling) rekening 2010, na
stelselwijziging
stelselwijziging
2011)
2011)
117.580
88.911
75.445
117.734
88.949
75.584
267.082
274.493
288.218
267.082
274.493
288.218
-33 42
-197 47
-197 75
-33 42
-197 47
-197 75
384.671
363.254
363.541
384.825
363.292
363.680
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Voorziening nog op te bouwen rechten Voorziening inkoopbijdragen Voorziening interestvergoeding
26
Totaal voorziening premiebijdragen
173.480 1.750 1.706
402.939 2.857 1.576
401.527 2.943 1.576
561.607
770.626
769.587
Voortzettingsbijdrage De betaling van deze bijdrage wordt opgeschort tot 2013 voor FVP-gerechtigden die in 2010 werkloos zijn geworden en inmiddels zijn uitgestroomd uit de WW. Door deze opschorting zijn de geschatte verplichtingen voor rechthebbenden van wie de loongerelateerde werkloosheidsperiode is beëindigd met bijna € 29 miljoen toegenomen tot € 117,6 miljoen (na aftrek van rentestandskorting). Hiervan heeft 14% betrekking op FVP-gerechtigden van wie de WW-uitkering in 2010 of
173.480 1.804 1.706 561.815
402.939 2.913 1.576 770.720
401.527 2.996 1.576 769.780
eerder is beëindigd. De opgebouwde voortzettingsbijdragen voor de op balansdatum nog niet beëindigde werkloosheidsuitkeringen bedroegen € 267,1 miljoen. De overige onderdelen (vooruitbetaalde beëindigingen en REA-gerechtigden) waren lager dan € 0,1 miljoen. De totale voorziening voortzettingsbijdragen kwam (na aftrek van rentestandskorting) uit op € 384,7 miljoen per eind 2011, tegen € 363,3 miljoen per eind 2010 (na bijstelling).
Overige voorzieningen premiebijdragen De voorziening inkoopbijdragen is voor partners van FVP-gerechtigden die tijdens hun WW-duur overlijden. Deze voorziening is naar beneden bijgesteld en werd per eind 2011 verder verlaagd naar € 1,75 miljoen. De voorziening interestvergoeding, voor betalingen achteraf, werd verhoogd naar € 1,7 miljoen. Grensarbeiders Naast de voorziening premiebijdragen voor het Bijdragereglement 1999, zijn er voorzieningen voor grensarbeiders. Deze voorzieningen werden per ultimo 2011 verlaagd ten opzichte van de bijgestelde voorziening 2010. Dit komt doordat zowel de gemiddelde bijdrage per grensarbeider als het aantal grensarbeiders dat bij FVP bekend is, zijn gedaald.
Voorzieningen grensarbeiders ultimo 2011 en 2010 (1 = € 1.000) 3.220 20 3.200 2.181 15 2.166 1.510 10 1.500
2010
Volgens jaarrekening 2010
2010
Na bijstelling
2011
Voorziening voortzettingsbijdragen Voorziening interestvergoeding
Uitkeringslasten De uitkeringslasten bestaan uit bijstellingen van de beginstand van de voorziening, de uitkeringen en interestvergoedingen die gedurende het jaar zijn vastgesteld en het verschil tussen de bijgestelde beginstand en de eindstand van de voorziening. Er is een verschuiving te zien van nog op te bouwen rechten naar voortzettingsbijdragen. In het jaarverslag 2010 was voor het eerst een voorziening opgenomen voor deze rechten. Hierdoor worden alle rechten die worden opgebouwd over de totale WW-periode, meegenomen in de uitkeringslasten op het moment dat een gerechtigde is ingestroomd in de WW. In 2011 was er weliswaar geen instroom meer, maar is de voorziening premiebijdragen toch gewijzigd, omdat er door waardeverandering van de beleggingen een groter deel van de voortzettingsbijdragen kon worden uitgekeerd.
De totale voorziening voortzettingsbijdragen kwam uit op € 384,7 miljoen per eind 2011
Jaarverslag 2011
Nog op te bouwen rechten Naast de rechten die zijn opgebouwd aan voortzettingsbijdragen, bouwen FVP-gerechtigden ook na balansdatum rechten op. De hoogte van deze voorziening wordt beperkt door de omvang van het stichtingsvermogen. Bij volledige betaling van de rechten van het instroomjaar 2010 worden de totale nog niet betaalde rechten over alle instroomjaren ingeschat op € 652,8 miljoen. Rekening houdend met de activa, kortlopende schulden, bestemmingsreserves en voorziening grensarbeiders is € 561,6 miljoen beschikbaar voor de voorzieningen voor het Bijdragereglement 1999. Na aftrek van de voorziening voortzettingsbijdragen en overige voorzieningen is nog € 173,5 miljoen beschikbaar voor nog op te bouwen rechten van reeds ingestroomde werkloze werknemers. Deze rechten komen lager uit dan eind 2010, omdat een deel hiervan in 2011 is opgebouwd.
27
Uitkeringslasten 2011 en 2010
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Vóór aftrek RSK
2011
2010
2011
2010
Lasten premiebijdragen Bijstelling voortzettingsbijdragen werknemers Bijstelling voortzettingsbijdragen REA Onttrekking voortzettingsbijdragen Onttrekking vooruitbetalingen Onttrekking voortzettingsbijdragen REA Mutatie voorziening voortzettingsbijdragen
-259 -28 209.706 33 4 21.417
14.976 -10 203.201 197 39 50.548
-360 -28 209.590 33 4 21.533
14.948 -10 203.054 197 39 50.695
Totaal lasten voortzettingsbijdragen
230.873
268.951
Bijstelling nog op te bouwen rechten Mutatie voorziening nog op te bouwen rechten
1.412 -229.459
-20.000 -28.473
230.772 1.412 -229.459
268.923 -20.000 -28.473
Totaal lasten nog op te bouwen rechten
-228.047
-48.473
Bijstelling inkoopbijdragen Onttrekking inkoopbijdragen Mutatie voorziening inkoopbijdragen
-86 4.961 -1.107
104 5.234 516
-228.047 -83 4.963 -1.109
-48.473 123 5.264 486
Totaal lasten inkoopbijdragen
3.768
5.854
Onttrekking interestvergoeding Mutatie voorziening interestvergoeding
1.466 130
1.876 528
3.771 1.466 130
5.873 1.876 528
Totaal lasten interestvergoeding
1.596
2.404
Lasten grensarbeiders: Bijstelling voortzettingsbijdragen Bijstelling interestvergoeding
-1.034 -5
1.499 7
1.596 -1.034 -5
2.404 1.499 7
Totaal lasten grensarbeiders
-1.039
1.506
-1.039
1.506
7.151
230.242
(1 = € 1.000)
28
Na aftrek RSK
Totaal uitkeringslasten
Betaalde FVP-bijdragen en bedrijfskosten Door de periode die verstrijkt in de administratieve verwerking bij de pensioenuitvoerders en bij FVP wijken de betaalde FVP-bijdragen af van de uitkeringslasten. De betaalde FVP-bijdragen laten in de loop van de tijd een grillig verloop zien, dat voornamelijk samenhangt met de ontwikkelingen in de conjunctuur. Hiermee wordt rekening gehouden bij het vermogensbeheer, onder meer door het aanhouden van voldoende liquiditeiten, die belegd worden met (zoveel mogelijk) inachtneming van het vermoedelijke patroon van de maandelijkse uitkeringen.
7.053
230.233
(Prognose) betaalde FVP-bijdragen, inclusief bedrijfskosten (in miljoenen euro)
500
400
300
200
100
0 1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Uitkeringen op kasbasis en gebaseerd op de cijfers van David Purmer Prognose uitkeringen gebaseerd op de cijfers van Lambrecht van Eekelen
De meeste uitkeringen worden ruim een halfjaar na het moment van uitstroom uit de WW betaald. Tijdens de periode van laagconjunctuur (van 2001 tot en met 2003) was sprake van een hoge instroom van gerechtigden in de FVP-regeling, waarvan velen na een aantal jaren weer uitstroomden. De piek in de betaalde FVPbijdragen lag in 2007. Voor gerechtigden die sinds het derde kwartaal van 2006 instroomden, werd de maximale WW-duur verkort.
Sinds 2008 zijn de betaalde FVP-bijdragen geleidelijk afgenomen. Na het besluit van het FVP-bestuur in december 2008 om de instroom in de FVP-regeling te verlengen, konden werklozen nog tot en met 2010 instromen. Uitbetaling van de FVP-bijdragen aan deze laatste groep werklozen wordt opgeschort tot medio 2013. Naar verwachting zal de te betalen FVP-bijdrage in 2013 lager uitkomen voor degenen die op of na 1 januari 2010 werkloos zijn geworden, omdat de waarde van de opgebouwde rechten de waarde van de FVP-portefeuille overstijgt.
Jaarverslag 2011
Naar verwachting zal de te betalen FVP-bijdrage in 2013 lager uitkomen voor degenen die op of na 1 januari 2010 werkloos zijn geworden
29
Vermogensbeheer Bij de inrichting van het vermogensbeheer wordt zo goed mogelijk geprobeerd aansluiting te vinden bij het vermoedelijke patroon van de uitkeringen. De assetmix is daartoe per 1 januari 2011 gewijzigd. De beleggingsportefeuille is vanaf die datum opgedeeld in drie onderdelen. De portefeuille ‘staatsleningen’ bestaat uit Nederlandse en Duitse staatsleningen, die aflopen in januari en juli 2013. De opbrengsten uit de verkoop van deze portefeuille zijn bestemd voor de financiering van de laatste uitkeringen. Deze verkoop is op dit moment voorzien voor begin en medio 2013. Deze portefeuille heeft een vaste nominale omvang. De relatieve performance van deze portefeuille is met 0,92% wél vrij hoog. Deze performance is vrijwel volledig tot stand gekomen in het eerste kwartaal van 2011, toen deze portefeuille werd aangepast aan de nieuwe benchmark. Sinds het tweede kwartaal van 2011 was nauwelijks sprake meer van outperformance, en dit is ook voor de toekomst niet te verwachten.
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Uit het tweede onderdeel, de portefeuille ‘credits en staatsleningen’, zijn in 2011 de nodige verkopen gedaan voor de financiering van uitkeringen. De waarde van deze portefeuille is daardoor geleidelijk afgenomen. Door de maandelijkse uitbetalingen die werden gefinancierd uit deze portefeuille veranderde de onderlinge verhouding tussen de
30
assetclasses uiteraard iedere maand. De rendementen op deze portefeuille zijn, gezien de korte resterende looptijden, de lage renteniveaus en het prevaleren van de verplichting om maandelijks betalingen te doen, inmiddels van ondergeschikt belang geworden. De portefeuille kent daarnaast geen benchmark, waardoor geen relatieve performance berekend kan worden. Om toch op totaalniveau de relatieve performance te kunnen berekenen, wordt het benchmarkrendement van deze portefeuille gelijkgesteld aan het portefeuillerendement, zoals ook blijkt uit de tabel aan het einde van deze paragraaf. De portefeuille ‘liquiditeiten’ vormt het derde onderdeel van de assetmix. Deze is bedoeld als ‘buffer’. Deze buffer wordt normaliter op circa € 60 miljoen gehouden, maar kan zich bevinden tussen € 20 miljoen en € 80 miljoen. Van deze mogelijkheid tot fluctuatie is in 2011 gebruikgemaakt. De relatieve performance van deze portefeuille ligt lager dan die van de portefeuille ‘staatsleningen’. Ook hiervoor is de verwachting dat er vrijwel geen outperformance meer zal worden gegenereerd. In de hiernavolgende tabel staan de rendementen, exclusief de beheerskosten en exclusief de opbrengsten van securities lending. De opbrengsten uit securities lending staan vermeld in hoofdstuk 5 onder punt ‘o. Securities lending’.
Marktwaarde (in Markt- Portefeuille miljoenen euro’s) waarde incl. rendement opgelopen rente (in miljoenen euro’s)
Benchmark rendement
Outperformance
Staatsleningen Credits en Staatsleningen Liquiditeiten
344,7 182,2 59,7
352,5 185,8 59,8
2,06% 2,35% 1,15%
1,14% 2,35% 0,87%
0,92% 0,00% 0,28%
Totaal
586,6
598,1
2,17%
1,72%
0,45%
Jaarverslag 2011
Marktwaarde ultimo 2011 en rendementen portefeuille en benchmark 2011
31
Jaarrekening &
overige gegevens
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Hoofdstuk 5
32
Balans van Stichting FVP per 31 december 2011 (na bestemming van het saldo van baten en lasten) 1= € 1.000
Activa Financiële vaste activa a. beleggingen Vlottende activa b. overlopende interest c. overige vorderingen d. rekening-courant SVB e. liquide middelen
Totaal activa
31-12-2011
31-12-2010
586.604
794.853
11.401 205 53 108
14.820 555
11.767
15.375
598.371
810.228
8.500
8.500
8.500
8.500
561.607 1.510 7.100
769.587 3.220 7.127
570.217
779.934
19.176 478
21.261 145 388
19.654
21.794
598.371
810.228
Eigen vermogen f1. stichtingsvermogen f2. bestemmingsreserves
Voorzieningen g. voorziening premiebijdragen h. voorziening premiebijdragen grensarbeiders i. voorziening beëindiging Kantoor FVP
Kortlopende schulden j. pensioenuitvoerders k. rekening-courant SVB l. overige schulden
Totaal passiva
Jaarverslag 2011
Passiva
33
Rekening van baten en lasten van Stichting FVP over 2011 1= € 1.000
Baten Opbrengsten uit beleggingen m. dividend n. interest o. securities lending p1. ongerealiseerde koersverschillen p2. overige koersverschillen
q. Bijzondere baten vrijval voorziening beëindiging FVP Totaal baten
2011
2010
3 22.367 189 -4.918 -4.219 13.422
2.255 28.221 146 67.091 -23.507 74.206
-
1
13.422
74.207
-98 7.151 98
-3.433 233.666 9
7.151
230.242
4.982 454 174
5.674 580 185
5.610
6.439
605
700
6.215
7.139
56
-
13.422
237.381
-
-163.174
Lasten Uitkeringslasten r1. bijstelling voorziening premiebijdragen r2. dotatie voorziening premiebijdragen2 r3. mutaties rentestandkorting
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Bedrijfskosten s. uitvoeringskosten t.b.v. FVP t. overige uitvoeringskosten u. algemene kosten t.b.v. het fondsbeheer
34
v. Kosten vermogensbeheer
w. Bijzondere lasten dotatie voorziening beëindiging FVP Totaal lasten Saldo van baten en lasten2
2
Het saldo van baten en lasten is nihil, omdat de dotatie voorziening premiebijdragen tot het maximaal beschikbare bedrag gedoteerd is
aan de voorziening premiebijdragen.
Kasstroomoverzicht van Stichting FVP
Het kasstroomoverzicht van Stichting FVP is opgesteld volgens de directe methode 1= € 1.000
Kasstroom uit operationele activiteiten Uitgaven Premiebijdragen Uitvoerings- en beheerkosten
2010
2011
-218.564 -6.406
Kasstroom uit operationele activiteiten
-206.014 -7.717 -224.970
-213.731
-224.970
-213.731
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten
-508.267 707.378
-2.533.175 2.721.550 199.111
Resultaten uit financiële activa Rente- en dividendontvangsten Valutatermijncontracten
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Netto-kasstroom
25.966 -
188.375
32.177 -8.500 25.966
23.677
225.078
212.052
108
-1.679
Jaarverslag 2011
Investeringen uit financiële activa Beleggingen aankopen Beleggingen verkopen
35
Toelichting op de jaarrekening van Stichting FVP
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Grondslagen voor de waardering en resultaatbepaling De Wet Privatisering FVP geeft aan dat De Nederlandsche Bank richting kan geven aan de inrichting van de verslaglegging van Stichting FVP. De Nederlandsche Bank heeft ingestemd met de door het bestuur van Stichting FVP gekozen inrichting. Het bestuur van Stichting FVP hanteert daarbij de Richtlijn voor het jaarverslag RJ 640 voor Organisaties zonder Winststreven. In de jaarrekening is geen begroting opgenomen, omdat de begroting niet op het niveau van de staat van baten en lasten wordt opgesteld en niet als sturingsinstrument door het bestuur van Stichting FVP wordt gebruikt. Dit wordt veroorzaakt doordat de uitkeringslasten naar aard (moment uitstroom WW is leidend voor uitstroom van middelen) moeilijk te begroten zijn.
36
Beëindiging van de activiteiten van de uitvoeringsorganisatie Stichting FVP heeft besloten haar activiteiten te beëindigen en het Kantoor FVP te sluiten. Dit besluit tot beheerste af bouw betekent dat de uitvoeringsorganisatie, volgens de huidige planning, op 31 december 2013 op zal houden te bestaan. Aangezien de activiteiten worden gestaakt is de continuïteitsveronderstelling niet meer valide. In de jaarrekening zijn activa en passiva gewaardeerd op basis van directe opbrengst waarde, waarbij de directe opbrengst waarde niet afwijkt van de nominale waarde. Juist vanwege de aard van de posten in de jaarrekening en het beheerste af bouwscenario (en de mogelijkheid om dit vooraf te managen) is er geen impact op vermogen en resultaat.
Algemeen Voor zover niet anders is aangegeven, worden activa en passiva gewaardeerd op nominale waarde. Stelselwijziging In deze jaarrekening is een stelselwijziging verwerkt ten aanzien van de beleggingen. In voorgaande jaren zijn de beleggingen gewaardeerd tegen gecorrigeerde aanschafwaarde. Vanaf deze jaarrekening worden de beleggingen gewaardeerd tegen marktwaarde. De vergelijkende cijfers over het jaar 2010 zijn aangepast naar deze stelselwijziging. Het effect van deze stelselwijziging komt bij een aantal jaarrekeningposten tot uiting. De beleggingen zijn ultimo 2010 door deze beleggingen verhoogd met € 41.952. De voorziening premiebijdragen is daardoor ultimo 2010 ook verhoogd met € 41.952. De post ‘ongerealiseerde koersverschillen’ in de staat van baten en lasten over 2010 is als gevolg van deze stelselwijziging gewijzigd van € 25.139 naar € 67.091 en de post ‘uitkeringslasten’ van € 188.290 naar € 230.242. Beleggingen De obligaties en onderhandse leningen worden opgenomen tegen de marktwaarde. Stichtingsvermogen Het stichtingsvermogen wordt aangewend voor de uitvoering van de Bijdrageregeling en de financiering van onderzoeken naar aanvullende pensioenen. Het saldo van baten en lasten wordt verwerkt in het stichtingsvermogen van Stichting FVP.
Deze voorziening wordt bepaald op grond van een raming, waarbij gebruik is gemaakt van gerealiseerde cijfers (vanaf 1993 tot en met het eerste kwartaal van het verslagjaar) uit het systeem van Stichting FVP. Deze gegevens hebben betrekking op het aantal rechthebbenden, het aantal beëindigingen, de duur van de uitkeringen en de berekende FVP-bijdrage. Voor de nog niet beëindigde gevallen zijn de duur en de FVP-bijdrage geraamd op basis van ervaringscijfers. Met deze berekeningssystematiek kunnen, op basis van de werkelijke ontwikkeling, bijstellingen plaatsvinden. De voorziening voor premiebijdragen is opgebouwd uit voorzieningen voor: 1) voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999; 2) inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999; 3) interestvergoeding Bijdragereglement 1999. ad 1) voorziening voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999 Bij de bepaling van de voorziening voor voortzettingsbijdragen van de Bijdrageregeling wordt onderscheid gemaakt tussen de door Stichting FVP gehanteerde standaardkoopsomtarieven en doorsneepremies. De bijdragen aan een deel van de pensioenuitvoerders vinden namelijk deels plaats op basis van standaardkoopsomtarieven, terwijl de bijdragen aan de overige
pensioenuitvoerders berekend worden tegen een doorsneepremie. Als sprake is van standaardkoopsomtarieven, wordt een rentestandkorting toegepast. Als een pensioenuitvoerder echter heeft gekozen voor vaststelling op basis van de door sneepremie, stelt Stichting FVP de bijdrage vast op basis van de premie zoals die van toepassing was voorafgaand aan de eerste WW-dag. ad 2) voorziening inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999 De voorziening voor inkoopbijdragen betreft de geschatte verplichting voor partners van overleden WW-gerechtigden. Ongeacht de leeftijd van een overleden WW-gerechtigde, kunnen partners aanspraak maken op een inkoopbijdrage voor het nog niet opgebouwde deel van het partnerpensioen. Dit geldt echter niet voor WW-gerechtigden die ouder zijn dan 40 jaar en van wie de pensioenuitvoerder heeft gekozen voor vaststelling op basis van de doorsneepremie. In dat geval is het risico van overlijden al bij deze premie inbegrepen. ad 3) voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999 Stichting FVP vergoedt interest over de periode die ligt tussen de datum van beëindiging van de werkloosheidsuitkering en de datum van de bijdragebetaling.
Jaarverslag 2011
Voorziening premiebijdragen De voorziening voor premiebijdragen betreft de geschatte verplichtingen op grond van de Bijdrageregeling, waarover Stichting FVP de bijdrage nog niet heeft vastgesteld, inclusief de hiermee verband houdende interestvergoeding.
37
Voorziening premiebijdragen grensarbeiders De voorziening voor premiebijdragen voor grensarbeiders is opgebouwd uit voorzieningen voor: 1) voortzettingsbijdragen grensarbeiders; 2) interestvergoeding grensarbeiders. ad 1) voorziening voortzettingsbijdragen grensarbeiders De voorziening heeft betrekking op grensarbeiders die als gevolg van de Europese regelgeving met terugwerkende kracht tot 1988 (het startjaar van de FVP-regeling) aanspraak kunnen maken op een FVP-bijdrage. ad 2) voorziening interestvergoeding grensarbeiders Stichting FVP vergoedt interest over de te vergoeden premiebijdragen voor grensarbeiders. Voorziening beëindiging Kantoor FVP Het FVP-bestuur heeft besloten de instroom in de FVP-regeling per WW-ingangsdatum 1 januari 2011 te beëindigen. Voor de hieruit voortvloeiende af bouw van de organisatie is een voorziening gevormd.
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Kortlopende schulden pensioenuitvoerders Deze post omvat: de rekening-courant met de pensioenuitvoerders, oftewel de per balansdatum vastgestelde premiebijdragen die nog niet zijn uitbetaald; de te betalen interestvergoeding, oftewel de te betalen interest over de per balansdatum nog te betalen vastgestelde premiebijdragen.
38
Bepaling van het saldo van baten en lasten Het saldo van baten en lasten wordt bepaald als de opbrengst uit beleggingen, verminderd met: de uitkeringslasten; de bedrijfskosten; de kosten vermogensbeheer. Dit saldo wordt toegevoegd aan of komt ten laste van het stichtingsvermogen. Indien het verstrekkingspercentage van de voorziening premiebijdragen minder is dan 100%, wordt de mutatie aan de voorziening premiebijdragen gelijkgesteld aan het saldo van de rekening van baten en lasten. Hierdoor is het saldo van baten en lasten nihil. Toerekening van baten en lasten Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop deze baten en lasten betrekking hebben. Ongerealiseerde en overige koersverschillen De post koersverschillen omvat: de koersverschillen bij verkoop van beleggingen, met uitzondering van die verkopen die in het kader van een ruiltransactie worden gerealiseerd; de koersresultaten (zowel gerealiseerd als ongerealiseerd) op aandelen; de koersresultaten (zowel gerealiseerd als ongerealiseerd) op valutatermijncontracten; incidentele en bijzondere resultaten, waaronder opbrengsten van schadeclaims. Koersverschillen die optreden bij de afwikkeling dan wel omrekening in vreemde valuta worden verwerkt in de rekening van baten en lasten, in de periode waarin deze verschillen zich voordoen.
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans van Stichting FVP per 31 december 2011 1= € 1.000
Activa Financiële vaste activa
31 dec. 2011
31 dec. 2010
526.536 364 59.704 586.604
700.135 718 94.000 794.853
a. Beleggingen Obligaties Onderhandse leningen Kasgeldleningen Geldmarktfonds Totaal
Van de financiële vaste activa dient een bedrag van € 180 miljoen (ten opzichte van € 208 miljoen in 2010) als kortlopend te worden beschouwd.
Obligaties
Onderhandse leningen
Marktwaarde primo jaar Aankopen en stortingen Verkopen en aflossingen Gerealiseerde koersverschillen Ongerealiseerde koersverschillen
700.135 119.366 -283.344 -4.197
718
Kasgeld- Geldmarktleningen fonds
Totaal 2011
Totaal 2010
-325 -22
94.000 236.700 -330.700 -
152.200 -93.009
794.853 508.266 -707.378 -4.219
986.575 2.533.174 -2.721.550 -23.788
-5.424
-7
-
513
-4.918
20.442
Marktwaarde ultimo jaar
526.536
364
-
59.704
586.604
794.853
Nominale waarde
508.000
347
-
n.v.t.
Jaarverslag 2011
Mutatieoverzicht beleggingen
39
Vlottende Activa 2011
2010
b. Overlopende interest inzake beleggingen Obligaties Onderhandse leningen u/g Kasgeldleningen u/g
11.395 6 -
14.694 12 114
Totaal
11.401
14.820
c. Overige vorderingen Vorderingen op pensioenuitvoerders Overige
171 34
532 23
Totaal
205
555
2011
2010
f1. Stichtingsvermogen Stichtingsvermogen per 1 januari Saldo van baten en lasten
-
171.674 -171.674
Stichtingsvermogen per 31 december
-
-
f2. Bestemmingsreserves Bestemmingsreserve onderzoek Bestemmingsreserve uitvoering
5.000 3.500
5.000 3.500
Totaal
8.500
8.500
1= € 1.000
d. Rekening-courant SVB Over de rekening-courantverhouding van de SVB met Stichting FVP vindt interestverrekening plaats. Het hierbij gehanteerde gemiddelde maandpercentage is gelijk aan het twaalfmaands Euribor voor debetsaldi en het eenmaands Euribor voor creditsaldi. e. Liquide middelen De liquide middelen staan ter vrije beschikking aan Stichting FVP.
Passiva 1= € 1.000
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
eigen vermogen
40
De gelden in de Bestemmingsreserve onderzoek zijn bedoeld ter financiering van toekomstige onderzoeken inzake aanvullende pensioenen. De omvang van deze bestemmingsreserve bedraagt maximaal € 5 miljoen. De gelden in de Bestemmingsreserve uitvoering zijn bedoeld ter financiering van de toekomstige uitvoeringskosten, voor zover deze toekomstige uitvoeringskosten niet door andere bronnen kunnen worden gefinancierd.
Voorzieningen 2011
2010
g. Voorziening premiebijdragen g1. Voorziening voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999 g2. Voorziening nog op te bouwen rechten Bijdragereglement 1999 g3. Voorziening inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999 g4. Voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999
384.671 173.480 1.750 1.706
363.541 401.527 2.943 1.576
Totaal
561.607
769.587
1= € 1.000
Daarom wordt deze voorziening sinds 2006 elk kwartaal opnieuw berekend. Daarnaast worden de gevolgen voor de verplichtingen tot het eind van de looptijd van de regeling voorgelegd aan de BAC en het FVP-bestuur. Vanaf de jaarrekening 2010 worden de verwachte toekomstige bijdragen verwerkt in de voorziening premiebijdragen. In voorgaande jaren waren de verwachte toekomstige bijdragen verwerkt in de ‘Niet in de balans opgenomen verplichtingen’. 2011
2010
g1. Voorziening voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999 Voorziening per 1 januari (na aftrek rentestandkorting) Berekende rentestandkorting per 1 januari
363.541 139
298.027 20
Voorziening per 1 januari (voor aftrek rentestandkorting)
363.680
298.047
-388
14.938
Voorziening per 1 januari na bijstelling
363.292
312.985
Dotatie i.v.m. bijdrage m.b.t. boekjaar Onttrekking voortzettingsbijdragen
231.160 -209.627
253.985 -203.290
Voorziening per 31 december (voor aftrek rentestandkorting)
384.825
363.680
-154
-139
384.671
363.541
Bijstelling voorziening per 1 januari
Berekende rentestandkorting Voorziening per 31 december (na aftrek rentestandkorting)
2011
2010
g2. Voorziening nog op te bouwen rechten Bijdragereglement 1999 Voorziening per 1 januari Bijstelling voorziening per 1 januari
401.527 1.412
450.000 -20.000
Voorziening per 1 januari na bijstelling
402.939
430.000
Vrijval/dotatie i.v.m. bijdrage m.b.t. boekjaar
-229.459
-28.473
Voorziening per 31 december
173.480
401.527
Jaarverslag 2011
De voorziening premiebijdragen is berekend op basis van de factoren die bepalend zijn voor de hoogte van de per ultimo verslagjaar verschuldigde FVP-bijdragen. Een belangrijk deel van deze informatie komt echter pas achteraf beschikbaar. Daarom maakt FVP hierbij gebruik van inschattingen, die zijn gebaseerd op informatie van FVP en van derden. De werkelijke uitkomsten kunnen dus afwijken van de gemaakte inschattingen. Deze afwijkingen kunnen, mede gezien de hoeveelheid deelnemers, van materieel belang zijn.
41
1= € 1.000
2011
2010
g3. Voorziening inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999 Voorziening per 1 januari (na aftrek rentestandkorting) Berekende rentestandkorting per 1 januari
2.943 53
2.323 64
Voorziening per 1 januari (voor aftrek rentestandkorting)
2.996
2.387
-83
123
Voorziening per 1 januari na bijstelling
2.913
2.510
Dotatie i.v.m. bijdrage m.b.t. boekjaar Onttrekking inkoopbijdragen
3.854 -4.963
5.750 -5.264
Voorziening per 31 december (voor aftrek rentestandkorting)
1.804
2.996
-54
-53
Voorziening per 31 december (na aftrek rentestandkorting)
1.750
2.943
g4. Voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999 Voorziening per 1 januari Dotatie i.v.m. bijdrage m.b.t. boekjaar Onttrekking interestvergoeding
1.576 1.596 -1.466
1.048 2.404 -1.876
Voorziening per 31 december
1.706
1.576
Bijstelling voorziening per 1 januari
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Berekende rentestandkorting
42
Vastgestelde premiebijdragen Onder deze post worden opgenomen: -- voor het Bijdragereglement 1999: de bijdragen waarvoor Stichting FVP de definitieve vaststelling heeft gedaan. De datum van de vaststellingsbeslissing ligt later dan de beëindigingdatum van het recht op een FVP-bijdrage. Dit houdt verband met de termijn van 26 weken waarin het WW-recht nog kan herleven. Na afloop van die termijn vindt definitieve vaststelling plaats; -- voor de grensarbeiders: de bijdragen die gedurende het verslagjaar door Stichting FVP berekend en betaalbaar gesteld zijn. Onder het Bijdragereglement 1999 wordt de voortzettingsbijdrage pas na beëindig ing van het recht op een (loongerelateerde) WW-uitkering vastgesteld. In aansluiting op deze systematiek is bij het ramen van de lasten uitgegaan van het aantal beëindigde gevallen, vermenigvuldigd met een schatting van de te verstrekken voortzettingsbijdrage. Op
dezelfde wijze is voor werkloze werknemers van wie het recht op een voortzettingsbijdrage nog niet is beëindigd, een schatting gemaakt van de tot de balansdatum opgebouwde rechten op deze voortzettingsbijdrage. De bijdrage wordt tegen de standaardtarieven van Stichting FVP bepaald, waarop de geldende rentestandkorting in mindering wordt gebracht. Voor beëindigde gevallen is dit de rentestandkorting op het moment van beëindiging van de WW-uitkering. Voor lopende gevallen is dit de per ultimo 2011 geldende rentestandkorting van 0,00%. Deze korting was hetzelfde als in 2010. Als het T-rendement namelijk lager is dan 4,0%, is de rentestandkorting nihil. De rentestandkorting is in mindering gebracht op het deel van de brutovoorziening dat is berekend voor bijdragen die op basis van standaardkoopsommen met de pensioenuitvoerders worden afgerekend. Dit deel van de voorziening
De bijdrage in het kader van de doorsneepremie is bepaald tegen het geldende tarief van de pensioenuitvoerders die hebben gekozen voor een berekening van de bijdrage op basis van een doorsneepremie (42% van de gehele voorziening vóór aftrek van de rentestandkorting). Voortschrijdend inzicht leidde tot een bijstelling van de voorziening primo 2011 van € 1,8 miljoen (ten opzichte van € 14,9 miljoen primo 2010). Deze bijstelling werd ten gunste van het resultaat gebracht.
De dotatie in verband met voortzettingsbijdragen 2011 bevat voortzettingsbijdragen van nieuwe en lopende gevallen in 2011, inclusief oprenting over 2011. Voor de berekening van de voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999 wordt een interest vergoed tegen het gemiddelde eurodeposito twaalfmaandstariefpercentage per de eerste werkdag van het kalenderjaar, met een opslag van 0,25%. Het rentepercentage voor 2011 werd vastgesteld op 1,7% (tegen 1,5% in 2010).
1= € 1.000
2011
2010
h. Voorziening premiebijdragen grensarbeiders h1. Voorziening voortzettingsbijdragen grensarbeiders h2. Voorziening interestvergoeding grensarbeiders
1.500 10
3.200 20
Totaal
1.510
3.220
h1. Voorziening voortzettingsbijdragen grensarbeiders Voorziening per 1 januari Bijstelling voorziening per 1 januari
3.200 -1.034
3.000 1.499
Voorziening per 1 januari na bijstelling Onttrekking voortzettingsbijdragen grensarbeiders
2.166 666
4.499 1.299
Voorziening per 31 december
1.500
3.200
h2. Voorziening interestvergoeding grensarbeiders Voorziening per 1 januari Bijstelling voorziening per 1 januari
20 -5
20 7
Voorziening per 1 januari na bijstelling Onttrekking interestvergoeding grensarbeiders
15 5
27 7
Voorziening per 31 december
10
20
i. Voorziening beëindiging Kantoor FVP Voorziening per 1 januari Dotatie/vrijval Onttrekking
7.127 56 -83
7.195 -1 -67
Voorziening per 31 december
7.100
7.127
Jaarverslag 2011
bedroeg per ultimo 2011 ongeveer 58% van de gehele voorziening vóór aftrek van de rentestandkorting, net als per ultimo 2010.
43
In november 2005 besloot het bestuur van Stichting FVP dat werknemers die op of na 1 januari 2008 WW-gerechtigd zouden worden, niet meer in aanmerking zouden komen voor een bijdrage uit de FVP-regeling. In december 2006 heeft het FVP-bestuur de instroom in de regeling echter met een jaar verlengd tot 1 januari 2009. In december 2007 vond opnieuw een verlenging van de instroom plaats met een jaar en in december 2008 werd besloten om de regeling tot 1 januari 2011 te laten doorlopen. Voor de kosten die voortvloeien uit de
afbouw van de FVP-organisatie is een voorziening gevormd. De voorziening beëindiging Kantoor FVP is afgenomen van € 7.127.000 naar € 7.100.000. Deze afname wordt enerzijds veroorzaakt door het afnemen van het aantal toekomstige gerechtigden en het aanpassen van de indexatie. Anderzijds is de bemiddelbaarheid van de huidige medewerkers sterk afgenomen, door vergrijzing en de situatie op de arbeidsmarkt.
Kortlopende schulden (1= € 1.000) 31-12-2011
31-12-2010
Rekening-courant met de pensioenuitvoerders Te betalen interestvergoeding
19.056 120
21.145 116
Totaal
19.176
21.261
j. Rekening-courant met de pensioenuitvoerders
De rekening-courant met de pensioenuitvoerders betreft de in december 2011 vastgestelde premiebijdragen, die in januari 2012 zijn betaald. De te betalen interestvergoeding betreft de nog te betalen interest over de per balansdatum, onder rekening-courant met pensioenuitvoerders, nog te betalen premiebijdragen. Bij de berekening
van de voorziening interestvergoeding wordt een interest vergoed tegen het gemiddelde eurodeposito twaalfmaandstariefpercentage per de eerste werkdag van het kalenderjaar, met een opslag van 0,25%. Het rentepercentage voor 2011 werd vastgesteld op 1,7% (tegen 1,5% in 2010).
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
k. Rekening-courant SVB Over de rekening-courantverhouding van de SVB met Stichting FVP vindt interestverrekening plaats. Het hierbij gehanteerde gemiddelde maandpercentage is gelijk aan het twaalfmaands Euribor voor debetsaldi en het eenmaands Euribor voor creditsaldi.
44
1= € 1.000
l. Overige schulden Te betalen declaraties van diverse instanties Overige Totaal
31-12-2011
31-12-2010
478
384
-
4
478
388
Toelichting op de onderscheiden posten van de rekening van baten en lasten van Stichting FVP over 2011 (1= € 1.000)
Opbrengsten uit beleggingen
2011
2010
m. Dividend Aandelen Claims Niet-verrekenbare dividendbelasting Kosten voorfinanciering dividendbelasting
4 -1
2.521 37 -301 -2
Totaal dividend
3
2.255
2011
2010
n. Interest Obligaties Onderhandse leningen u/g Kasgeldleningen u/g Kasgeldleningen o/g Rekening-courant SVB Diversen
22.094 41 168 -3 -1 68
27.089 62 1.043 -14 10 31
Totaal interest
22.367
28.221
Jaarverslag 2011
Baten
45
o. Securities lending FVP maakt gebruik van securities lending. Dit houdt in dat effecten in verbruikleen worden gegeven aan Kas Bank. Tijdens deze verbruikleenperiode heeft Kas Bank het juridisch eigendom en FVP het economisch eigendom van de effecten. Na deze periode (dit is veelal enkele dagen) krijgt FVP de effecten weer terug. Desgewenst kunnen de effecten ook direct op afroep terugkomen. Tijdens de uitleenperiode ontvangt FVP onderpand. 2011
2010
p. Koersverschillen p1. Ongerealiseerde koersverschillen Ongerealiseerde koersverschillen aandelen Ongerealiseerde koersverschillen valutatermijncontracten Ongerealiseerde koersverschillen obligaties Ongerealiseerde koersverschillen geldleningen Ongerealiseerde koersverschillen geldmarktfonds
-5.424 -7 513
22.926 2.213 41.902 50 -
Subtotaal
-4.918
67.091
p2. Overige koersverschillen Gerealiseerde koersverschillen aandelen Koersverschillen obligaties Koersverschillen onderhandse leningen/geldleningen Gerealiseerde koersverschillen valutatermijncontracten Bedongen korting Loyalis
-4.197 -22 -
-21.634 6.617 5 -8.500 5
Subtotaal
-4.219
-23.507
Totaal koersverschillen
-9.137
43.584
1= € 1.000
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
q. Bijzondere baten De vrijval voorziening beëindiging FVP wordt onder de voorziening beëindiging Kantoor FVP (i) toegelicht.
46
Lasten (1=€ 1.000) r. Uitkeringslasten Totaaloverzicht lasten uit voorzieningen premiebijdragen Bijstelling (vóór rentestandskorting)
Rentestandskorting inzake bijstelling
Dotatie/vrijval (vóór rentestandskorting)
Totaal 2011
Totaal 2010
-1.422 1.412 -83 -5
101 -3 -
231.160 -229.459 3.854 1.596
229.839 -228.047 3.768 1.591
270.450 -48.473 5.854 2.411
-98
98
7.151
7.151
230.242
Bijstelling (vóór rentestandskorting)
Rentestandskorting inzake bijstelling
Dotatie/vrijval (vóór rentestandskorting)
Totaal 2011
Totaal 2010
-388 1.412 -83 -
101 -3 -
231.160 -229.459 3.854 1.596
230.873 -228.047 3.768 1.596
268.951 -48.473 5.854 2.404
941
98
7.151
8.190
228.736
Bijstelling (vóór rentestandskorting)
Rentestandskorting inzake bijstelling
Dotatie/vrijval (vóór rentestandskorting)
Totaal 2011
Totaal 2010
Voorziening a. voortzettingsbijdragen b. nog op te bouwen rechten c. inkoopbijdragen d. interestvergoeding
-1.034 -5
-
-
-1.034 -5
1.499 7
Totaal
-1.039
-
-
-1.039
1.506
Voorziening a. voortzettingsbijdragen b. nog op te bouwen rechten c. inkoopbijdragen d. interestvergoeding Totaal
Overzicht lasten uit voorziening premiebijdragen
Voorziening a. voortzettingsbijdragen b. nog op te bouwen rechten c. inkoopbijdragen d. interestvergoeding Totaal
Jaarverslag 2011
Overzicht lasten uit voorziening grensarbeiders
47
Bedrijfskosten s. Uitvoeringskosten ten behoeve van FVP
De kosten voor de uitvoering van de Bijdrageregeling bestaan, naast kosten van Kantoor FVP, uit kosten die door de ondersteunende afdelingen van het hoofdkantoor van de SVB aan Stichting FVP worden toegerekend. De kosten voor deze uitvoering bedragen € 5,0 miljoen. Het grootste deel hiervan wordt gevormd door personeelskosten van Kantoor FVP, met een realisatie van € 2,7 miljoen. Deze personeelskosten bestaan uit salariskosten, kosten van externe deskundigen, opleidingskosten en overige personeelskosten. De kosten voor de uitvoering van de Bijdrageregeling bestaan daarnaast uit toegerekende kosten SVB (€ 1,3 miljoen), huisvestingskosten (€ 0,4 miljoen), automatiseringskosten (€ 0,3 miljoen), bureaukosten (€ 0,2 miljoen) en kosten voor diensten en diversen (€ 0,1 miljoen). In totaal was hiermee in 2011 een bedrag van € 2,3 miljoen gemoeid. In 2010 was dit € 2,4 miljoen.
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
De personeelsbezetting van Kantoor FVP bedroeg in 2011 gemiddeld 44,9 fte’s (in 2010 waren dit 54,9 fte’s). Deze aantallen zijn exclusief uitzendkrachten en de fte’s van de ondersteuning door medewerkers van het hoofdkantoor van de SVB.
48
t. Overige uitvoeringskosten
De overige uitvoeringskosten, de zogeheten ‘niet-SVB-kosten’, zijn niet direct gerelateerd aan de kosten die de SVB maakt voor de uitvoering van de Bijdrageregeling. Deze kostenpost bedroeg over 2011 € 0,5 miljoen. In 2010 was dit € 0,6 miljoen. De overige kosten bestaan uit: -- de toezichtkosten van DNB en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Dit betreft kosten die ten laste komen van Stichting FVP in verband met de activiteiten of maatregelen van DNB en AFM die voortvloeien uit het toezicht; -- de bestuurskosten. Dit zijn de vacatievergoedingen en vergoedingen voor reis- en verblijfkosten van leden en plaatsvervangende leden van het bestuur van Stichting FVP (€ 34.096 ten opzichte van € 20.574 in 2010), de BAC, de WBV en de Geschillencommissie; -- de uitvoeringskosten van de UWV-administratie. Dit zijn de vergoedingen die Stichting FVP aan UWV verstrekt voor de kosten die voortvloeien uit activiteiten die de medewerkers van de administratie verrichten in het kader van het Uitvoeringsreglement 1999. De uitvoeringskosten UWV worden bepaald aan de hand van een opgave door UWV van de geraamde lasten die gedurende het boekjaar bij Stichting FVP in rekening gebracht worden. Daarnaast bevatten deze kosten de van UWV ontvangen aanpassingen op basis van de definitieve afrekeningen over voorgaande jaren; -- kosten voor een aansprakelijkheidsverzekering voor het FVP-bestuur (de BCA (Bestuurders- en Commissarissen Aansprakelijkheids)-polis).
u. Algemene kosten ten behoeve van het fondsbeheer
Voor het fondsbeheer worden, door toerekening en doorbelasting, algemene kosten in rekening gebracht voor de dienstverlening van het hoofdkantoor van de SVB. Het gaat hierbij onder andere om kosten die zijn verbonden aan de financiële administratie, de accountantscontrole en het jaarverslag. 2011
2010
Controle jaarrekening Overige controlewerkzaamheden (verslagstaten DNB) Overige diensten
45 2
37 1
-
-
Totaal
47
38
Accountantskosten (1= € 1.000)
De accountantskosten maken onderdeel uit van de uitvoeringskosten (s) en de algemene kosten (u) en zijn inclusief BTW. v. Kosten vermogensbeheer
De kosten van het vermogensbeheer houden verband met het beheer van de beleggingsportefeuille. Tot 1 april 2011 werd het vermogensbeheer uitgevoerd door de SVB. Sinds 1 april 2011 is de uitvoering van het vermogensbeheer extern ondergebracht bij Syntrus Achmea. De kosten voor het vermogensbeheer bestaan sinds die datum uit de kosten voor het externe vermogensbeheer bij Syntrus Achmea en de kosten van Kas Bank voor het bewaren van de effecten. De kosten van het vermogensbeheer over 2011 bedroegen € 0,6 miljoen en waren daarmee lager dan de vermogensbeheerkosten in 2010 (€ 0,7 miljoen). w. Bijzondere lasten
Jaarverslag 2011
De dotatie voorziening beëindiging FVP wordt onder de voorziening beëindiging Kantoor FVP (i) toegelicht.
49
Bestuur Stichting FVP Amstelveen, 24 april 2012
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
drs. G. Verheij (voorzitter in 2012) drs. C.C.H.J. Driessen (voorzitter in 2011) drs. J. Boersma mw. H.A.N. Geboers mr. drs. J.J. van de Velde drs. J. Visser drs. E.J. Slootweg mr. M.J. de Heer
50
Overige gegevens Accountantsverklaring
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan het bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in hoofdstuk 5 van dit jaarverslag opgenomen jaarrekening van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2011 en de rekening van baten en lasten over 2011, met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en saldo van baten en lasten getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaaverslag, beide in overeenstemming met de eisen voor financiële verslaggeving, zoals uiteengezet in de bepalingen in de richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 voor organisaties zonder winststreven. Het bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijking van materieel belang bevat.
Jaarverslag 2011
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van
51
de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de entiteit gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering per 31 december 2011 en van het saldo van baten en lasten over 2011 in overeenstemming met de bepalingen in de richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 voor organisaties zonder winststreven.
Benadrukking van beëindiging van de activiteiten Wij vestigen de aandacht op bladzijde 27 van de toelichting op de jaarrekening, waarin uiteengezet is dat Stichting FVP heeft besloten haar activiteiten te beëindigen en voornemens is het kantoor te sluiten op 31 december 2013. Dit besluit tot beheerste afbouw betekent dat de uitvoeringsorganisatie naar verwachting op 31 december 2013 zal ophouden te bestaan. Per 31 december 2011 zijn de activa en passiva daarom gewaardeerd tegen de directe opbrengstwaarde. Deze situatie doet geen afbreuk aan ons oordeel.
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Den Haag, 24 april 2012 Deloitte Accountants B.V.
52
Was getekend drs. V.W.J.A. van Stijn RA MGA
Statutaire bepalingen inzake de bestemming van het saldo van baten en lasten
In artikel 3 van de statuten is opgenomen dat Stichting FVP met haar middelen voorziet in: a. aanvullende pensioenvoorzieningen ten behoeve van werknemers of hun nagelaten betrekkingen; b. bijdragen ter financiering van projecten en onderzoeken inzake aanvullende pensioenen. Bestemming van het saldo van baten en lasten Mutatie stichtingsvermogen Mutatie bestemmingsreserve onderzoek Mutatie bestemmingsreserve uitvoering
2011
2010
-
-171.674 5.000 3.500
-
-163.174
Jaarverslag 2011
Het saldo van baten en lasten bedraagt € nihil, omdat de dotatie voorziening premiebijdragen tot het maximaal beschikbare bedrag gedoteerd is aan de voorziening premiebijdragen.
53
Personalia en adresgegevens Bestuur Stichting FVP
Per 31 december 2011 Aangewezen door de Raad van de Centrale Ondernemingsorganisaties (RCO): Leden Plaatsvervangende leden
drs. G. Verheij (voorzitter in 2012) drs. J. Boersma mw. H.A.N. Geboers mr. drs. J.J. van de Velde
S.A.H. Lauwers drs. A.W. Hokken mr. drs. M.B.A. Keim RA mr. R.J.J. Kragten
Aangewezen door de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV): Leden Plaatsvervangende leden
drs. C.C.H.J. Driessen (voorzitter in 2011) vacature 1 drs. J. Visser vacature 2 Aangewezen door het Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV): Lid Plaatsvervangend lid
drs. E.J. Slootweg
drs. P. Kroon
Aangewezen door de Vakcentrale voor middengroepen en hoger personeel (MHP): Lid Plaatsvervangend lid
mr. M.J. de Heer
mw. mr. C.C. de Boer
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
De werkgeversvoorzitter treedt in de even jaren op als voorzitter, de werknemersvoorzitter in de oneven jaren.
54
1
Deze vacature is medio 2010 ontstaan en was ultimo 2011 nog niet ingevuld.
2
Deze vacature is medio 2004 ontstaan en was ultimo 2011 nog niet ingevuld.
Uitvoering van de FVP-regeling
Sociale Verzekeringsbank Van Heuven Goedhartlaan 1 1181 KJ Amstelveen Raad van Bestuur SVB
drs. E.F. Stoové Voorzitter M.J. Kemp MSM Lid mw. drs. N.A. Vermeulen Lid Kantoor FVP/SVB
Bezoekadres: Postadres: Van Heuven Goedhartlaan 1 Postbus 8016 1181 KJ Amstelveen 1180 LA Amstelveen mr. H.J.F.M. Kas Directeur en manager Juridische Zaken & Beleid E.P. Harmsen MBA Manager Klantencontacten, Beoordeling & Uitvoering en manager Informatisering & Automatisering en manager Controle Externe Gegevens & Aanspraakverlening J.S.L.M. Kamps Manager Control, Finance & Facilities
Het bestuurssecretariaat van Stichting FVP werd uitgevoerd door de heren mr. F.B. Neyndorff en mr. L.B. Veldjesgraaf en de dames drs. M. Pérez Rubal en mr. D.P. Visser, van de afdeling Juridische Zaken & Beleid van Kantoor FVP. Vermogensbeheer Syntrus Achmea Rijnzathe 10 3454 PV De Meern
Jaarverslag 2011
Namens Syntrus Achmea zijn de heren drs. F.M.R. Zwikstra en mr. M.J. van Dalen RBA aanwezig geweest bij de vergaderingen van het bestuur van Stichting FVP.
55
Geschillencommissie
G.A. Hansum RA Voorzitter W.F.M. Jansen Lid H. Muller Lid mw. drs. M. Pérez Rubal SVB/Kantoor FVP (secretariaat) Beleggingsadviescommissie (BAC) 3
drs. G. Verheij Werkgeversvoorzitter drs. C.C.H.J. Driessen Werknemersvoorzitter drs. J.W.G. van Oostveen RBA Lid C.S.M. Molenaar RBA Lid mr. M.J. van Dalen RBA Syntrus Achmea (secretariaat) Financiële Commissie (FC)
Drs. G. Verheij Werkgeversvoorzitter Drs. C.C.H.J. Driessen Werknemersvoorzitter Verder nemen aan de FC diverse vertegenwoordigers van de SVB deel. Werkgroep Beleidsvoorbereiding FVP (WBV)
drs. G. Verheij drs. C.C.H.J. Driessen mr. T. Uçar S.A.H. Lauwers mw. mr. A.M.C. Roth-Verweij mr. H.J.F.M. Kas mw. mr. D.P. Visser, mr. L.B. Veldjesgraaf en mr. F.B. Neyndorff
VNO-NCW (werkgeversvoorzitter) FNV (werknemersvoorzitter) Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen Verbond van Verzekeraars SVB/Kantoor FVP
SVB/Kantoor FVP (secretariaat)
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
Voor zowel de BAC, de FC als de WBV geldt dat de werkgeversvoorzitter in de oneven jaren optreedt als voorzitter en de werknemersvoorzitter in de even jaren.
3
Mevrouw drs. G.M. Sol en de heren A.H. Berendsen MBA en drs. M.B.A. Sanders RBA maken sinds respectievelijk 1 april 2011, 1 juli 2011
en 1 december 2011 geen deel meer uit van de BAC. Mevrouw Sol is opgevolgd door de heer J.W.G. van Oostveen RBA. Besloten is beide overige vacatures niet in te vullen. De BAC bestaat daarom voortaan uit vier leden.
56
Verklarende woordenlijst Deeltijd-WW
Besluit deeltijd-WW tot behoud van vakkrachten. Dit besluit biedt werkgevers de mogelijkheid om bij een tijdelijke substantiële vermindering van bedrijfsactiviteiten ontslag te voorkomen van werknemers die weer nodig zijn bij het verwachte toekomstige aantrekken van de bedrijvigheid. Op basis van de regeling kan de werktijd van werknemers verkort worden. Euribor
De Euribor (Euro Interbank Offered Rate) is het rentetarief dat gehanteerd wordt in het interbancaire circuit in het eurogebied.
met scholing of opleiding, dan wel met het op proef verrichten van onbeloonde werkzaamheden bij een werkgever (proefplaatsing). Rentestandkorting
De rentestandkorting (ook wel ‘TL-korting’ genoemd) is een rentekorting die wordt toegepast op actuarieel bepaalde bijdragen. De tarieven van actuarieel bepaalde bijdragen zijn gebaseerd op een vaste rekenrente van 4%. Als de werkelijke rente hoger is, wordt een korting toegepast. De hoogte van deze korting is afhankelijk van het T‑rendement. Securities lending
Financieel Toetsingskader
Stelsel van regelgeving van DNB voor het bewaken van de financiële soliditeit van Nederlandse pensioenfondsen.
Het uitlenen van effecten in ruil voor een vergoeding. Stichtingsvermogen
Het eigen vermogen van Stichting FVP. IOW
Inkomensvoorziening Oudere Werklozen: een uitkering die wordt verstrekt na afloop van de WW-periode aan mensen die tussen 1 oktober 2006 en 1 juli 2011 werkloos zijn geworden en op dat moment 60 jaar of ouder waren. Ook moet de werkloze werknemer meer dan drie maanden recht hebben gehad op een WW-uitkering.
T-rendement
REA
UPO
Wet op de (Re)integratie Arbeidsgehandicapten.
Uniform Pensioenoverzicht. Dit is een overzicht dat een pensioenuitvoerder dient te verstrekken aan de deelnemers van de door hem beheerde pensioenregelingen.
Arbeidsgehandicapte van 40 jaar of ouder (dit leeftijdscriterium betreft een FVP-criterium), aan wie door het UWV op grond van artikel 23 van de Wet REA een uitkering is toegekend in verband
WW
Werkloosheidswet.
Jaarverslag 2011
REA-gerechtigde
Het gemiddelde rendement van een geselecteerd pakket staatsleningen. Het belangrijkste kenmerk van deze staatsleningen is dat de resterende looptijd minimaal zeven jaar bedraagt. De hoogte van het T-rendement wordt maandelijks gepubliceerd door het Verbond van Verzekeraars.
57
FVP – Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering – Jaarverslag 2011