STUDIE 123 BEROEPSPROFIEL Pers en Voorlichting
BEROEPSPROFIEL Pers en Voorlichting sector beroep studiegebied
: : :
opleiding optie
: :
handel - administratie cluster communicatiebeheer handelswetenschappen en bedrijfskunde communicatiebeheer pers en voorlichting
Werkgroep beroepsprofielen van de Vlaamse Hogescholen in opdracht van de Vlaamse Onderwijsraad D/1999/6356/13 De leden van de werkgroep beroepsprofielen zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor het beroepsprofiel. De Vlor heeft enkel ingestaan voor een uniforme en toegankelijke lay-out.
INHOUD BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
I N H O U D
1
INLEIDING
1
2
BEROEPSPROFIEL
3
Socio-economische ontwikkelingen in de sector
3
VASTLEGGEN VAN DE BEROEPENSTRUCTUUR EN DE BEROEPENCLUSTERS
5
3
3.1 3.2 3.3 4
Beroepenlijst Clusters Niveaus
SPECIFIEKE BESCHRIJVING VAN DE BEROEPSACTIVITEITEN
4.1
4.2
5 11 16
19
Specifieke beschrijving van de beroepsactiviteiten op het vlak van voorlichting
19
4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.4 4.1.5
19 21 22 25 32
Beroepsprofiel niveau 1 Beroepsprofiel niveau 2 Beroepsprofiel niveau 3 Beroepsprofiel niveau 4 Beroepsprofiel niveau 5
Specifieke beschrijving van de beroepsactiviteiten op het vlak van journalistiek
35
5
BESLUITEN
42
6
BIBLIOGRAFIE
44
7
LIJST VAN DE MEDEWERKERS
46
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
1
1
INLEIDING
Tussen december 1995 en september 1996 werd door afgevaardigden van de zes betrokken hogescholen nagedacht, vergaderd en geschreven over deze beroepsprofielen. Het contact tussen de hogescholen was prettig en constructief. Al dient gezegd dat er algemene misnoegdheid was dat de redactie van nieuwe beroepsprofielen uitgerekend diende te gebeuren in een academiejaar van bewogen hogeschoolfusies. Bovendien werd het doorkruist door het papierwerk, horende bij de eerste fasen van de doorlichting van de opleidingen Communicatiebeheer door de Onderwijsinspectie. Vele honderden uren werden aan de redactie van deze beroepsprofielen besteed. Ondanks de context waarbinnen de profielen opgemaakt werden, zijn die uren per definitie zinvol besteed omdat ze aanzetten tot reflectie over het wezen en de werkwijze van de opleiding Communicatiebeheer. Heel wat minder zinvol vinden we de ons opgelegde procedure vanwege de Vlor. De handleiding voor de ontwikkeling van Beroepsprofielen, uitgegeven door de Dienst voor Onderwijsontwikkeling (DVO), bleek een draak van een document. Nogal wat elementen daarin zijn niet te enten op de communicatiesector. Het is onmogelijk om via een statische vragenlijst een dynamische sector in te kapselen. Zo zijn er nauwelijks eenduidige beroepsnamen in de sector. Het was een gigantisch werk om te komen tot een eigenlijke beroepenlijst, waarbij de invulling van die respectievelijke beroepsnamen enorm variabel is van bedrijf tot bedrijf. De wijze waarop de DVO-handleiding werkt met deelfuncties, typefuncties, e.d. bleek hoogst artificieel. Bij de totstandkoming van deze beroepsprofielen werd geprobeerd om zoveel als mogelijk te schipperen tussen het stramien van de DVO-handleiding en de realiteit. Die realiteit is zoals Chris Aertsen van het Marketing & Communicatiebureau See You Soon ons omschreef: 'Een opsomming van beroepen als deze is vrij banaal, weinigzeggend en per definitie onvolledig. Waarom? Omdat elkeen die in de communicatiesector werkt een andere job description zal geven aan de opgesomde functies.' Een en ander werd getoetst aan de suggesties en opmerkingen van een representatieve groep van een twintigtal vertegenwoordigers uit het brede werkveld van de communicatiesector. Zij bevestigden ons vermoeden van zinloosheid van de vraag tot het indelen in beroepshokjes, zoals voorzien in de DVO-handleiding. Maar vooral gaven ze een heleboel nuttige informatie over de taken en de invulling daarvan in de domeinen van public relations, commerciële communicatie, pers en voorlichting. We opteerden ervoor om de vertegenwoordigers uit de beroepswereld niet te betrekken bij al onze vergaderingen, aangezien die doorgaans eerder praktisch van aard waren. Voor de inhoudelijke inbreng werden ze wel uitgenodigd voor een vergadering, interview of schriftelijke bijdrage, met een concrete vragenlijst als leidraad. Aangezien er noch voor de brede communicatiesector, noch voor de deeldomeinen hierin, beroepsverenigingen bestaan die als volkomen representatief kunnen worden beschouwd, werd hier met de grootst mogelijke omzichtigheid te werk gegaan.
2
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
Reeds bij de eerste werkvergaderingen bleek dat geen enkele betrokken hogeschool gelukkig was met de opsplitsing van de opleiding Communicatiebeheer in de opties 'Bedrijfscommunicatie', 'Public Relations', 'Pers en Voorlichting'. De opdeling van de communicatiesector - voor zover daar noodzaak toe is - gebeurt bij voorkeur op een meer doordachte wijze. Dit wordt bijgevolg een van onze voornaamste gespreksonderwerpen op het ogenblik dat we de opleidingsprofielen uitwerken. Overigens was er bij aanvang consensus over dat we de term 'Bedrijfscommunicatie' wensen te vervangen door de voor de sector meer profilerende naam 'Commerciële communicatie'. 'Bedrijfscommunicatie' is een in de sector weinig gebruikte naam, waarbij men public relations de ene keer weer bekijkt als een synoniem van bedrijfscommunicatie, de andere keer als louter een onderdeel ervan. We verkiezen de term 'Commerciële communicatie' omdat deze beter de grenzen afbakent met de twee andere opties. Al zal blijken dat die opties altijd wel een stukje overlappend zullen blijven. Alle betrokken hogescholen spreken de hoop uit dat deze beroepsprofielen op generlei manier door minister, kabinet en ministerie van Onderwijs, Vlor of SERV verkeerd geïnterpreteerd worden. Mogen we hen uitdrukkelijk vragen om elk onderdeel van bijgaande beroepsprofielen te bekijken vanuit de brede context van het communicatiewerkveld. Dat niemand zich blind moge staren op de indeling in beroeps-, taken- en functiehokjes (cfr. de hier eerder aangehaalde opmerking van Chris Aertsen). Bovendien wensen we samen met de beroepsmensen - die wij bij deze danken voor hun sterk gewaardeerde inhoudelijke bijdrage- bij elke mogelijke aanzet tot herstructurering van de opleiding betrokken te worden, zodanig dat onze opleiding blijvend bij de beroepspraktijk aansluiten kan. september 1996
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
2
3
BEROEPSPROFIEL
Socio-economische ontwikkelingen in de communicatiesector De communicatiesector is onwaarschijnlijk breed. Het kan niet de bedoeling zijn om in deze beroepsprofielen een grondige wetenschappelijke analyse van de socio-economische ontwikkelingen in de verschillende communicatiesectoren te maken. Wel is het zinvol om voor een beperkte maar representatieve staalkaart van communicatiebranches de voornaamste trends aan te geven. Dat staat toe om de verderop in deze bundel beschreven beroepsprofielen te kaderen binnen de huidige conjunctuur. Audiovisuele sector Het doorbreken van het monopolie van de openbare televisieomroep door nieuwe landelijke zenders enerzijds, en de opkomst van regionale televisies anderzijds, zorgde enkele jaren geleden voor een explosieve groei van deze sector. Niet in het minst door de vele ontstane productiehuizen, satellieten van de nieuwe zenders. Die plotse groei is ondertussen alweer achter de rug. Nu is er eerder sprake van een zekere verzadiging in de sector. Al zoekt men ook hier een nieuwe adem in alles wat naar multimedia ruikt. Op radiovlak blijft de openbare omroep met zijn verschillende doelgroepgerichte zenders het goed doen. De opbloei van de lokale radio’s in de loop der jaren tachtig heeft zijn beste tijd gehad. Al veroverden ze een positie als vaste waarde in het medialandschap, met beperkte bijhorende tewerkstelling. Geschreven pers Het betreft een sector die sinds de oorlog maar blijft evolueren in de richting van concentraties, en regelmatig terugkerende berichten over noodlijdende kranten die bij collegauitgeverijen hun heil gaan zoeken. Het betekent evenwel niet dat de hele perssector zich in een fase van achteruitgang bevindt. Al dan niet geslaagde gerichtheid op doelpublieken met bijhorende inhouden en vormen bepalen sterk de schommelingen in de kranten- en tijdschriftenmarkt. Bovendien zit de sector in een hoogtechnologische stroomversnelling. Er wordt volop geexperimenteerd met de aanmaak en de commercialisering van digitale media. Elke grote uitgeverij heeft zijn multimedia-afdeling. In de States komt één afstuderende journalist op twee terecht bij een 'digitaal medium'. Daarnaast bestaat tevens een groeiende bedrijfspers, met periodieken voor interne en/of externe doeleinden. Reclamesector Volgens het Marketing Book 1996 was in 1994 promotie goed voor 43,36 % van het totale bedrag dat door Belgische bedrijven werd geïnvesteerd in marketing, wat een bedrag van om en bij de 59 miljard voorstelt. Aan marktonderzoek wordt volgens de zelfde bron naar schatting zo’n 3,3 miljard besteed. De investeringen in advertenties en reclamespots lopen in België op tot zo’n slordige 45 miljard. De multinationale groepen hebben daarin een dominerende positie.
4
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
Direct Marketing is goed voor zo’n 3,7 miljard. Maar de in Direct Marketing geïnvesteerde bedragen blijven alsmaar stijgen in vergelijking met de andere reclamekanalen. De globale reclame-investeringen blijven overigens alsmaar groeien: jaarlijks 6 tot 11%, tussen 1990 en 1995. Public Relations In de Gouden Gids staan een 160-tal ondernemingen die zichzelf PR-specialist noemen. Onderling hebben ze flink wat verschillen. Sommigen bieden een globaal dienstenpakket aan, anderen specialiseren zich in persrelaties, nog anderen werken op het vlak van eventgerichte communicatie en sponsoring. Uit de vakliteratuur bleek het niet mogelijk om hier betrouwbare totaalcijfers te weerhouden van door Belgische bedrijven gehanteerde PRbudgetten. Nochtans beschikken veel Belgische bedrijven over een PR-dienst en PRverantwoordelijken. Vaak verzorgen deze tevens de interne communicatie. Voorlichting Vlaanderen (België) heeft nog een hele weg af te leggen eer overheids- en andere vormen van voorlichting het niveau halen van wat in Nederland gebeurt. Maar de voorlichtingsactiviteiten groeien gestaag. Beleidsmensen ontwikkelen hoe langer hoe meer een besef dat publieksvoorlichting een absolute must is in een open en democratische samenleving. Getuige daarvan de exponentiële groei van het aantal voorlichtingsambtenaren bij steden, gemeenten, intercommunales en heel wat andere non-profitorganisaties. Het is een sector die haar hoogtepunt nog lang niet heeft bereikt. Nieuwe media We haalden die nieuwe media reeds eerder aan binnen dit hoofdstuk. Ze leiden hoe langer hoe meer hun eigen leven, daarin begeleid door groepen mensen die ze technisch en/of inhoudelijk leven inblazen. Er ontstaan nieuwe beroepen zoals 'webmasters' en 'infografici'. Internet had in 1995 50 miljoen abonnees. Voor de eeuwwisseling worden 500 miljoen aansluitingen voorspeld. Vandaar de toenemende belangstelling voor 'cybermarketing'. Ook CD-ROM- en CD-I-producties worden bedacht en begeleid door professionals met een communicatieachtergrond. Alsdusdanig bieden de nieuwe media nieuwe perspectieven voor zowat alles dat met communicatie, al dan niet commercieel, te maken heeft. De voorspellingen van tewerkstelling in deze sector liggen hoog. Samengevat kunnen we zonder meer optimistisch zijn over de toekomst van de communicatiesector en de tewerkstelling daarin. Al is het duidelijk dat de gehanteerde methoden en technologieën er bliksemsnel evolueren.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
5
3 VASTLEGGEN VAN DE BEROEPENSTRUCTUUR EN DE BEROEPENCLUSTERS
3.1
Beroepenlijst
3.1.1
Journalistiek Om het met de woorden van Marc Platel te zeggen wensen we ons niet te bezondigen aan een 'obsessie van het opdelen'. In principe kunnen we overigens alle onderstaande beroepsnamen binnen de noemer 'journalist' onderbrengen. Het beroep 'hoofdredacteur' is niet voorzien: daartoe word je namelijk niet door een hogeschool opgeleid, dit wordt je door ervaring. Redacteur −
medewerker bij een gedrukt of audiovisueel medium, die instaat voor het verzamelen, selecteren, analyseren, synthetiseren en publieksgericht vertalen van informatie in tekst en/of beeld.
Eindredacteur − −
− −
maakt i.s.m. de hoofdredacteur planmatig het journalistieke programma op organiseert, begeleidt, selecteert en herwerkt het door redacteurs, freelance journalisten, fotografen en illustrators aangebrachte materiaal tot opnameklare teksten met bijhorend beeldmateriaal heeft een taakverdelende en inspirerende functie staat in voor de aanmaak van titels.
Journalist −
verzamelt, selecteert, analyseert, synthetiseert en vertaalt op publieksgerichte wijze informatie in tekst en/of beeld.
Redactiesecretaris −
staat in voor de administratieve opvolging van het redactionele werk (verslaggeving redactievergaderingen, betalingen freelancers, archivering...).
Researchmedewerker − −
3.1.2
zoekt nuttige informatie voor redactioneel gebruik hij onderhoudt daartoe contacten met en maakt gebruik van aanbod en diensten van bibliotheken, documentatiecentra, uitgeverijen, aanbieders van digitale informatie, doorverwijzers, enz.
Voorlichting volgens beroepsnaam Hoofd Voorlichting −
leidt de afdeling, en draagt zorg voor de beleidsvoorlichting: adviseert bestuur en medewerkers in voorlichtingsaangelegenheden zoals de contacten met de
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
6
− − −
media, initiatieven m.b.t. promotie van het beleid, het voorbereiden en/of houden van lezingen, voordrachten e.d. en redigeert het jaarverslag coördineert tevens de interne voorlichting ontwikkelt het voorlichtingsbeleid en coördineert de uitvoering ervan eindverantwoordelijkheid voor het functioneren van de afdeling.
Communicatieambtenaar Communicatiemanager Hoofd afdeling Voorlichting en PR Informatieambtenaar Overheidsvoorlichter Senior (beleids)voorlichter Voorlichter Voorlichtingsambtenaar Voorlichtingsverantwoordelijke − − − − − −
− −
informeert het publiek over het gevoerde beleid en de diensten vanuit het beleid aangeboden bepaalt het algemene communicatiebeleid. zorgt voor geïntegreerde communicatie door middel van een centraal communicatieplan bepaalt en organiseert vanuit de instelling gehanteerde media zet informatiecampagnes op rond algemene of specifieke thema's onderhoudt de contacten met geschreven en audiovisuele media adviseert, informeert en ondersteunt het beleid en de diensten op het terrein van voorlichting en interne communicatie, verzorgt de mediacontacten en de publieksvoorlichting, organiseert en begeleidt de inspraak voor de burger treedt op als woordvoerder verzorgt de interne communicatie.
Communicatiemedewerker Communicatieassistent Voorlichtingsmedewerker − − − − − −
werkt als uitvoerder onder de communicatieambtenaar / communicatiemanager tussenpersoon bij de communicatie tussen bestuur, stafdiensten en medewerkers en bij de communicatie met externen (drukkerij, lay-out e.a.) ziet toe op een correcte naleving van de directieven van de communicatieambtenaar staat in voor het zelfstandig beheer van kleinschalige projecten concipieert mee de pers- en publieksvoorlichting: ontwerpen, schrijven en vormgeven van voorlichtings- en informatiemateriaal voert de vastgestelde voorlichtingsnota uit, in het bijzonder met de redactioneel getinte onderdelen. beheert het folder- en documentatiemateriaal.
Manager pers & voorlichting Hoofd persrelaties en voorlichting − − −
staat de communicatiemanager bij geeft leiding aan een afdeling en verzorgt de coördinatie van alle perstaken hij is medewoordvoerder namens de organisatie voor het totale organisatiebeleid, beantwoordt vragen van de pers en adviseert het management inzake perscontacten en extern optreden .
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
7
Medewerker perszaken en voorlichting Redacteur-voorlichter − − −
staat het hoofd persrelaties en voorlichting / voorlichtingsambtenaar / manager bij op het vlak van praktische uitvoering van het beleid terzake onderhoudt de betrekkingen met de binnenlandse en buitenlandse pers, verzorgt de redactie en de productie van voorlichtingsmiddelen contactpersoon naar de drukker, selecteert grafische vormgevers en geeft opdrachten, adviseert met betrekking tot de leesbaarheid en vormgeving van de jaarverslagen. tevens voert hij interne communicatieactiviteiten uit.
Persvoorlichter Mediavoorlichter Medewerker Pers- of Mediavoorlichting − − − − − −
werkt rechtstreeks onder de voorlichtingsverantwoordelijke e.d. formuleert het pers / publiciteitsbeleid en adviseert het management inzake perscontacten en de presentatie van het voorgenomen beleid initieert, organiseert en begeleidt persexcursies beantwoordt vragen van de schrijvende en audiovisuele pers, leidt persconferenties, redigeert persberichten ook is hij woordvoerder, hij schrijft toespraken voor het management of zorgt dat deze geschreven worden en redigeert ze medewerker persvoorlichting: in nauw overleg met collega's, maar met grote mate van zelfstandigheid voert hij mee alle activiteiten uit op het gebied van persvoorlichting.
Publieksvoorlichter Medewerker Publieksvoorlichting −
−
informeert het publiek over het gevoerde beleid: rechtstreeks, o.m. in het informatiecentrum en onrechtstreeks, aan de hand van schriftelijk en audiovisueel voorlichtingsmateriaal zet informatiecampagnes op rond algemene of specifieke thema's.
Woordvoerder − −
treedt op als tussenpersoon tussen beleidsmensen en media brengt mondeling, schriftelijk en via audiovisuele weg, mediainhouden aan voor verschillende doelpublieken en media.
Medewerker beleidspresentatie − − −
adviseert over inhoud en redactie van toespraken, voert de eindredactie of schrijft zelf speechen van beleidsvoerders en ambtelijke top coördineert schriftelijke voorlichting over de beleidsterreinen levert bijdragen aan het voorlichtingsbeleid, vooral op het terrein van de schriftelijke beleidspresentatie en informatievoorziening.
Communicatieadviseur Communicatieconsulent −
adviseert het bestuur en de ambtenaren over beleids- en uitvoeringsaspecten van de communicatie: adviseert over opzet van onderzoek, formuleert onderzoeksopdrachten, is verantwoordelijk voor dit onderzoek en interpreteert onderzoeksgegevens
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
8
Communicatie-onderzoeker − − − −
werkt nauw samen met de voorlichtingsverantwoordelijke staat in voor de uitwerking van onderzoeksopdrachten en van de evaluatie van voorlichtingscampagnes bepaalt het onderzoeksbudget en bewaakt dit budget. selecteert bureaus en is contactpersoon naar de bureaus toe voert onderzoek uit, begeleidt onderzoek en analyseert onderzoeksresultaten.
Inspraakbegeleider Inspraakorganisator − − −
zal in samenwerking met het bestuur de inspraakmogelijkheden voorbereiden, uitwerken, begeleiden en het procesverloop ervan opvolgen begeleiding: administratief, organisatorisch, inhoudelijk statuut: in overheidsdienst of in opdracht van de overheid, als non-profit.
Ombudsfunctionaris − −
−
onafhankelijk ambtenaar. werkt zelfstandig fungeert als draaischijf tussen bevolking(sgroepen) en beleidsmensen, evenals tussen werkgever en werknemers. ontvangt en synthetiseert klachten en opmerkingen en communiceert deze door aan de beleidsmensen treedt op als neutrale bemiddelaar.
Bedrijfsvoorlichter − − −
werkt rechtstreeks onder de communicatieverantwoordelijke zorgt binnen het bedrijf voor de voorlichting van personeelsgroepen over verschillende thema's (veiligheid, personeelsbeleid, ...) verzorgt externe voorlichting aan media en publiek over het bedrijfsbeleid en de bedrijfsactiviteiten.
Bedrijfsjournalist −
−
staat in voor de geschreven interne en/of externe voorlichting (schrijven van artikelen en bedrijfsreportages, bijdragen voor het bedrijfsblad, het onderhouden van contact tussen redactie, vormgever en drukkerij) bepaalt en schrijft mee inhouden in samenspraak met de beleidsmensen.
Verantwoordelijke interne communicatie − −
−
werkt direct onder de communicatieverantwoordelijke contactpersoon tussen de communicatieverantwoordelijke en de interne doelgroepen en assisteert bij het kiezen van de communicatiestrategie en -modaliteit naar de interne doelgroepen schrijft, c.q. voert de redactie over, informatiebulletins, brochures, folders en ander voorlichtingsmateriaal.
Verantwoordelijke externe communicatie − − − −
werkt direct onder de communicatieverantwoordelijke communicatiepersoon tussen de communicatieverantwoordelijke en de externe publieksgroepen bepaalt mede de communicatiestrategieën naar de externe doelgroepen en stelt allerlei schriftelijk voorlichtingsmateriaal op treedt op als woordvoerder voor het bestuur.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
9
Leider/medewerker informatiecentrum − −
vertaalt wat de organisatie wil vertellen naar een breed en divers publiek maar vertaalt ook de informatiebehoefte van de individuele informatiezoeker onder supervisie van de voorlichtings- of communicatieambtenaar.
Organisator − −
organiseert bijeenkomsten, evenementen, representatieve en promotionele acties: ontvangsten, bijeenkomsten, rondleidingen, openhuisdagen … werkt met grote zelfstandigheid samen met de voorlichtingsmedewerker.
Projectbegeleider − −
stelt budgetten voor projecten op, bewaakt de budgetten en controleert de kwaliteit van de diensten. werkt (preventie)campagnes en projecten uit en voert thematische acties.
Drukwerkbegeleider − − −
volgt de productie op van drukwerken voor doeleinden op het vlak van marketingcommunicatie, public relations of voorlichting onderhoudt contacten met alle leveranciers en staat in voor kwaliteitscontrole staat rechtstreeks onder de communicatiemanager of voorlichtingsverantwoordelijke.
Productieleider − −
doet voorstellen over producties en organiseert de verschillende fasen in het totstandkomingsproces van AV-producties onderhoudt de contacten met beleidsmensen en opdrachtgevers.
Productieassistent −
staat de productieleider bij in de organisatie van de verschillende fasen in het totstandkomingsproces van AV-producties.
Projectleider Multimedia − − −
organiseert inhoudelijk, praktisch en financieel de verschillende fasen in het totstandkomingsproces van multimediale producties staat in voor kwaliteitscontrole onderhoudt de contacten met opdrachtgevers en leveranciers.
Projectassistent Multimedia −
staat de projectleider multimedia bij in de organisatie van de verschillende totstandkomingsfasen van multimediale producties.
Medewerker campagnebureau − −
op basis van overleg, binnen en buiten de dienst, initiëren, coördineren, realiseren en evalueren van voorlichtingscampagnes ter ondersteuning van een beleid ontwikkelen en uitvoeren van campagnestrategieën.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
10
3.1.3
Voorlichting volgens voorlichtingsterreinen
Vaak krijgt het beroep van voorlichter een heel specifieke invulling, aansluitend op welbepaalde werkterreinen en/of gericht op welbepaalde doelpublieken. Onderstaande lijst geeft hiervan de meest gebruikelijke in Vlaanderen en Nederland. Deze lijst is evenwel helemaal niet limitatief. Wetenschapsvoorlichter − − − −
voorlichting over wetenschapsbeoefening kneedt wetenschappelijke, beleidsmatige en/of technische informatie tot verstaanbare teksten voor allerlei publieksgroepen en media bijdrage aan de beeldvorming van de organisatie terreinen: ziekenhuis, onderwijs, bedrijf, overheid.
Verkeersvoorlichter −
probeert de verkeersveiligheid te bevorderen door mensen te informeren over bestaande en nieuwe verkeerssituaties en -reglementering, en hen te motiveren tot een voorzichtige en veilige opstelling in het verkeer.
Gezondheidsvoorlichter −
GVO (gezondheidsvoorlichting en -opvoeding) probeert de gezondheid van mensen te bevorderen door hen te motiveren tot ander - gezonder - gedrag of tot handhaven van gezond gedrag.
Migrantenvoorlichter − −
houdt zich specifiek bezig met voorlichtingsactiviteiten naar de verschillende migrantendoelgroepen zorgt voor de 'vertaling' (in alle betekenissen van dit woord) van algemene of specifieke op migranten gerichte publieksinformatie.
Milieuvoorlichter −
bevordert het milieubesef en een milieuvriendelijk gedragspatroon van de doelgroep (consument, producent, belangengroeperingen, overheid).
Energievoorlichter −
staat in voor de voorlichting over het zuinig, veilig en milieubewust omgaan met energie en energiebronnen.
Jongerenvoorlichter −
initieert en begeleidt voorlichtingsprojecten voor kinderen en jongeren: ontwerpt en voert het jongerenjaarplan uit, stimuleert de interesse van jongeren voor bepaalde thema's, onderhoudt contacten met jongerengroepen en organisaties, begeleidt en initieert activiteiten met jongeren en jongerenmedia, ontwikkelt voorlichtingsmaterialen voor en over jongeren.
Politievoorlichter −
geeft interne voorlichting: naar de medewerkers en externe voorlichting: naar het publiek (voorkoming van misdrijven) en de pers; tevens woordvoerder.
Patiëntenvoorlichter Stafmedewerker, gespecialiseerd in GVO: ontwikkelt en implementeert een patiëntenvoorlichtingsbeleid,
−
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
− −
3.2
11
advisering daarover aan en ondersteuning van het beleid en het personeel, stelt procedures en richtlijnen op voor voorlichtingsmateriaal, schrijft en redigeert dit.
Clusters Een cluster is een groep van samenhangende activiteiten. Een functie of een beroep bestaat uit een combinatie van diverse delen van clusters, waarbij het accent op twee of drie clusters ligt.
3.2.1
Cluster 1 Communicatiemanagement Adviseren van het bestuur over het communicatiebeleid. Formuleren van het communicatiebeleid. Formuleren van de identiteit van de organisatie en hierover advies uitbrengen bij het bestuur. Jaarverslagen produceren, de inhoud helpen meebepalen en de vormgeving bewaken. − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − communicatieadviseur − communicatieconsulent − ombudsfunctionaris − manager pers & voorlichting − hoofd persrelaties en voorlichting − verantwoordelijke interne communicatie − verantwoordelijke externe communicatie − persvoorlichter / mediavoorlichter − publieksvoorlichter bedrijfsvoorlichter − bedrijfsjournalist / voorlichter − interne voorlichter.
3.2.2
Cluster 2 Voorlichting Bepalen van het algemene communicatiebeleid. Opzetten van informatiecampagnes. Informeren van het publiek over het gevoerde beleid. Bepalen en organiseren van de vanuit de instelling gehanteerde media. Onderhouden van contacten met massamedia, beleidsmensen en leveranciers. Kanaliseren van informatie van de basis naar de beleidsmensen. − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − communicatiemedewerker
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
12
− − − − − − − − − − − − − − −
3.2.3
voorlichtingsambtenaar voorlichtingsverantwoordelijke hoofd afdeling voorlichting en PR communicatieadviseur communicatieconsulent ombudsfunctionaris manager pers & voorlichting hoofd persrelaties en voorlichting verantwoordelijke interne communicatie verantwoordelijke externe communicatie persvoorlichter/ mediavoorlichter publieksvoorlichter bedrijfsvoorlichter bedrijfsjournalist / voorlichter interne voorlichter medewerker informatiecentrum.
Cluster 3 Onderzoek Opstellen van een onderzoeksbeleid. Vaststellen van het budget, adviseren van het bestuur over het onderzoek. Formuleren van een onderzoeksopdracht, onderzoeksbureaus inschakelen voor uitvoering en selectie. Onderzoek laten uitvoeren en onderzoeksresultaten analyseren. − communicatieonderzoeker − researchmedewerker − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − communicatieadviseur − communicatieconsulent.
3.2.4
Cluster 4 Kwaliteitsbewaking en klachtenbehandeling Het opstellen van richtlijnen voor klachtenbehandeling, het verzorgen van klachtenbehandeling en mensen te woord staan. Kwaliteitsprocedures formuleren en de kwaliteit van de aangeboden producten en diensten controleren. − voorlichter − hoofd pers & voorlichting − inspraakbegeleider − inspraakorganisator − ombudsfunctionaris − verantwoordelijke interne communicatie − verantwoordelijke externe communicatie.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
3.2.5
13
Cluster 5 Afdelings-/projectmanagement Budget opstellen voor de afdeling of voor een project, een financieel verslag maken en een evaluatierapport maken. Nieuwe mensen selecteren, de werkzaamheden van de medewerkers beoordelen en functioneringsgesprekken voeren. − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − communicatieadviseur − manager pers & voorlichting − hoofd persrelaties en voorlichting − hoofd voorlichting − project(bege)leider − productieleider.
3.2.6
Cluster 6 Interne communicatie Voorstellen maken voor een optimale interne communicatie en activiteiten uitvoeren, interne communicatiestructuren onderzoeken, het intern communicatiebeleid formuleren en activiteiten uitvoeren. − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − ombudsfunctionaris − verantwoordelijke interne communicatie − bedrijfsvoorlichter − bedrijfsjournalist / voorlichter − interne voorlichter.
3.2.7
Cluster 7 Perscontacten Als officieel woordvoerder optreden en vragen van de pers beantwoorden. Het management adviseren en trainen. Persberichten redigeren en schrijven. Persconferenties organiseren en verzorgen. − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − overheidsvoorlichter
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
14
− − − − − − − − −
3.2.8
voorlichtingsambtenaar voorlichtingsverantwoordelijke hoofd afdeling voorlichting en PR manager pers & voorlichting hoofd persrelaties en voorlichting verantwoordelijke externe communicatie hoofd afdeling voorlichting en PR persvoorlichter / mediavoorlichter woordvoerder.
Cluster 8 Lobbying De overheid, politiek en belangrijke sleutelgroepen in de maatschappij van informatie voorzien over de doelstellingen van de non-profitorganisatie. De besluitvorming van de overheid, de politiek en de sleutelgroepen in de maatschappij beinvloeden. − communicatiemanager − communicatieadviseur − communicatieconsulent − verantwoordelijke externe communicatie − hoofd afdeling voorlichting en PR − persvoorlichter / mediavoorlichter − publieksvoorlichter − inspraakbegeleider − inspraakorganisator.
3.2.9
Cluster 9 Huisstijl Huisstijl initiëren, voorstellen selecteren en opdrachten aan bureaus verstrekken. informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − communicatieadviseur − communicatieconsulent − interne communicatie − verantwoordelijke externe communicatie. −
3.2.10 Cluster 10 Mediaselectie De mediaplanner informeren of zelf een adequate voorlichtingsgerichte mediamix samenstellen. Het mediaplan beoordelen op grond van vooraf opgestelde criteria en evalueren. Het bestuur adviseren bij het maken van het mediaplan en bij het vastleggen van de mediastrategie. − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
− − − − − − − − − − −
15
senior (beleids)voorlichter communicatiemanager overheidsvoorlichter voorlichtingsambtenaar voorlichtingsverantwoordelijke hoofd afdeling voorlichting en PR communicatieadviseur communicatieconsulent verantwoordelijke externe communicatie persvoorlichter / mediavoorlichter publieksvoorlichter.
3.2.11 Cluster 11 Begeleiding Print-AV-Multimediaproducties Inhoudelijk, praktisch, technisch en financieel organiseren van de verschillende fasen in de totstandkoming van Print-AV-Multimediaproducties. Beleid formuleren, het budget voor producties opstellen en het management hierover adviseren. Opdrachten voor grafici, drukkers audiovisuele en multimediale productiehuizen vastleggen, prototypes & druk- en AV-proeven beoordelen en de planning bewaken. Contacten onderhouden met vormgevers en drukkers. AV-middelen selecteren en anderen hierover adviseren. Gedeeltelijk zelf uitvoeren van productieonderdelen. − informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − verantwoordelijke externe communicatie − publieksvoorlichter projectbegeleider − drukwerkbegeleider − productieleider − productieassistent − medewerker campagnebureau.
3.2.12 Cluster 12 Journalistiek Topics uitkiezen, informatie verzamelen, selecteren, analyseren en synthetiseren. Teksten publieksgericht uitschrijven en inspreken. − eindredacteur − journalist − redacteur − bedrijfsjournalist.
3.2.13 Cluster 13 Journalistieke organisatie Organisatie van research, bronnenmateriaal, redactionele activiteiten, fotografen, illustratoren. Planning van redactionele bijdragen. Contacten met interne commer-
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
16
ciële diensten over reclamevolumes en -plaatsen. Beheren van redactionele budgetten. − redactiesecretaris − eindredacteur − journalist − redacteur − bedrijfsjournalist − informatieambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke.
3.2.14 Cluster 14 Journalistieke research Organisatie en beheer van documentatie. Contact opnemen en werken met aanbod & diensten van bibliotheken, documentatiecentra, uitgeverijen, aanbieders van digitale informatie, enzovoort. Organisatie & uitvoeren van voorinterviews. Opzetten en onderhouden van een netwerk van informanten. − researchmedewerker − journalist − redacteur − bedrijfsjournalist − bedrijfsvoorlichter − informatieambtenaar − ombudsman − persvoorlichter − productieassistent − projectassistent multimedia − publieksvoorlichter − wetenschapsvoorlichter − voorlichtingsverantwoordelijke − public affairs & lobbyingverantwoordelijke − documentalist − archivaris.
3.3
Niveaus Enkele opmerkingen: −
in de non-profitsector wordt communicatie / voorlichting steeds vaker een kader- of staffunctie, de organisatie overleeft immers voornamelijk dank zij excellente interne en externe communicatieactiviteiten;
−
opvallend is de snel toenemende professionalisering op het vlak van de voorlichtingsactiviteiten, evengoed in de non-profitsector, als bij de overheid en in het bedrijfsleven;
−
door de recente wetgeving op de openbaarheid van bestuur zijn de overheden op alle niveaus verplicht werk te maken van hun actieve en passieve openbaarheid; daardoor is de communicatieambtenaar / voorlichter / enz. een spilfiguur geworden aan wie een staffunctie toekomt;
−
in kleine gemeenten / organisaties is de voorlichter een doe-het-al met administratieve en technische hulp, in de grotere gemeenten / organisaties en in grote instellingen staat hij aan het hoofd van een dienst met uitvoerende medewerkers;
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
−
17
de beoefenaars van voorlichtingsactiviteiten vinden wij terug op verschillende niveaus: topmanagement, staffuncties, middle-managementfuncties, uitvoerende functies.
Niveau 1 Een kwalificatie die vrij snel kan worden verworven en die betrekkelijk eenvoudig werk omvat. Medewerker op algemeen ondersteunend niveau. Assistentie en uitvoering. Beroepen: onthaalmedewerker informatiecentrum − communicatieassistent... −
Niveau 2 Een kwalificatie die vooral praktisch werk omvat, dat zelfstandig kan worden uitgevoerd binnen de grenzen van de aangeleerde technieken. Medewerker die uitvoerend en praktisch werkt. Beroepen: medewerker informatiecentrum − medewerker campagnebureau… −
Niveau 3 Een kwalificatie die vooral praktisch werk omvat, dat zelfstandig kan worden uitgevoerd of ook andere verantwoordelijkheid omvat, zoals leiding en coördinatie Medewerker die uitvoerend, praktisch en ook reeds voor een stuk intermediair werkt. Beroepen: communicatiemedewerker − communicatieonderzoeker − medewerker beleidspresentatie − medewerker perszaken en voorlichting − medewerker pers-, media- of publieksvoorlichting − voorlichter / PR-functionaris − organisator (van bijeenkomsten, tentoonstellingen, evenementen, representatieve en promotionele acties) − drukwerkbegeleider − productieassistent −
− − − −
redacteur journalist redactiesecretaris researchmedewerker (deze laatste vier kunnen zich evengoed op niveau 4 bevinden).
Niveau 4 Een kwalificatie die het mogelijk maakt op autonome of onafhankelijke manier verantwoordelijkheid op te nemen voor planning en/of leiding en/of beheer. Specialist die vooral beleidsstrategisch werkt. Advies, projectleiding en specialistische staftaken. Beroepen: woordvoerder
−
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
18
− − − − − − − − − − − − − − − −
manager pers & voorlichting hoofd persrelaties en voorlichting hoofd voorlichting verantwoordelijke interne communicatie verantwoordelijke externe communicatie hoofd afdeling voorlichting en PR persvoorlichter / mediavoorlichter publieksvoorlichter bedrijfsvoorlichter bedrijfsjournalist / voorlichter interne voorlichter bedrijfsjournalist inspraakbegeleider / inspraakorganisator productieleider projectleider leider informatiecentrum...
In deze categorie moeten tevens alle specialistische voorlichtingsberoepen ondergebracht worden: − wetenschaps-, verkeers-, gezondheids-, migranten-, milieu-, energie-, jongeren-, politie-, patiëntenvoorlichter − eindredacteur − − − −
redacteur journalist redactiesecretaris researchmedewerker (deze laatste vier kunnen zich evengoed op niveau 3 bevinden).
Niveau 5 Een kwalificatie die het mogelijk maakt op autonome of onafhankelijke manier verantwoordelijkheid op te nemen voor planning en/of leiding en/of beheer met beheersing van wetenschappelijke achtergronden. Specialist met algemene beleidsverantwoordelijkheid. Algemeen communicatiemanagement met overkoepelende taken (communicatiebeleid, planning, beleidsadvisering op topniveau). Beroepen: informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter − senior (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − communicatieadviseur − communicatieconsulent − ombudsfunctionaris... −
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
19
4
SPECIFIEKE BESCHRIJVING VAN DE BEROEPSACTIVITEITEN
4.1
Specifieke beschrijving van de beroepsactiviteiten op het vlak van voorlichting − − − − −
Niveaus Functies Contextgegevens Ondersteunende kennis Beroepshoudingen
Voorafgaande opmerking Het is onbegonnen werk om voor elke functie een uitvoerige afzonderlijke beschrijving van functies, contextgegevens, ondersteunende kennis of beroepshoudingen te maken, wij zouden vervallen in eindeloze detaillistische beschrijvingen. Bovendien zijn er verschillende beroepsbenamingen die in de praktijk gelijkwaardige activiteiten dekken. Om deze redenen hebben wij de contextgegevens, de ondersteunende kennis en de beroepshoudingen bepaald per niveau. En uiteraard: daar waar een 'hij' staat, kan natuurlijk evengoed een 'zij' staan.
4.1.1
Beroepsprofiel NIVEAU 1 Een kwalificatie die vrij snel kan worden verworven en die betrekkelijk eenvoudig werk omvat. Hiertoe leidt de opleiding Communicatiebeheer niet op. Het kan na het afstuderen hooguit een tussenstap zijn naar de andere, door onze opleiding beoogde, niveaus. Medewerker op algemeen ondersteunend niveau. Assistentie en uitvoering. Beroepen: onthaalmedewerker informatiecentrum − communicatieassistent... −
TYPEFUNCTIE Reproductieve informatieverwerking Informatieverstrekking- en begeleiding
DEELFUNCTIE Verslaggeving Opzoeken van informatie Verstrekken van informatie
Onthaal groepen Onthaal pers Animatie Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
TAKEN Registratie van voor het publiek relevante gegevens Actief onderhandelen en informatie uitwisselen met doelpubliek, politiek, overheid Vrijgeven van informatie aan vermelde groepen Begeleiden van beleidsmensen Promotie van onthaalfaciliteiten Helpen opzetten van evenementen Promotie van evenementen Samenwerking met collega's Samenwerking met externe leveranciers Samenwerking met administratieve diensten
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
20
4.1.1.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: voornamelijk administratief werk, aan de balie of in het kantoor.
−
Hulpmiddelen: computer, databank, folders en brochures, audiovisueel documentatiemateriaal, vastgelegde budgetten, briefings, telefoon, fax.
−
Graad van verantwoordelijkheid: ° medewerker op algemeen ondersteunend niveau ° assistentie en uitvoering ° enkel uitvoerende administratieve taken, in opdracht ° geen leiding ° verantwoordelijkheid voor optimale eigen taakuitvoering.
−
Verwachte resultaten: correcte uitvoering van de taken zoals voorgeschreven.
4.1.1.2 Ondersteunende kennis Basiskennis van: grafische technieken − communicatie en massacommunicatie − traditionele informatiekanalen − zicht op de structuur en de werking van instellingen, openbare besturen en diensten op alle niveaus. −
4.1.1.3 Attitudes − − − − − − − − − − − − − − −
aanpassingsvermogen betrokkenheid coöperatieve instelling (vooral in de non-profitsector) dienstbaarheid discretie enthousiasme flexibiliteit (kunnen inspelen op de situatie) kunnen omgaan met kritiek kwaliteitsstreven binnen de functie (resultaatgericht werken) leergierig loyauteit respect voor iedereen stressbestendig verzorgd voorkomen volhardend.
4.1.1.4 Vaardigheden − − − − − − − − −
aanleg voor visuele communicatie contactvaardigheid naar het publiek toe creativiteit correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal (mondeling & schriftelijk) vlotte mondelinge taalvaardigheid in Frans en Engels kunnen omgaan met voornaamste buroticapakketten kunnen samenwerken prettige sociale omgang technische vaardigheden: grafische technieken (+ huisstijl), audiovisuele technieken, fotografie, lay-out...
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
4.1.2
21
Beroepsprofiel NIVEAU 2 Een kwalificatie die vooral praktisch werk omvat, dat zelfstandig kan worden uitgevoerd binnen de grenzen van de aangeleerde technieken Medewerker die uitvoerend en praktisch werkt. Beroepen: medewerker informatiecentrum − medewerker campagnebureau... −
TYPEFUNCTIE Reproductieve informatieverwerking Productieve informatieverwerking
DEELFUNCTIE Verslaggeving Redactie Presentatie
Informatieverstrekking en begeleiding
Opzoeken informatie Verstrekken informatie Onthaal groepen Onthaal pers
Animatie Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
TAKEN Registratie van voor het publiek relevante gegevens Bepalen van adequate informatiekanalen Schrijven van publieksgerichte teksten Opvolgen van grafische en audiovisuele productieprocessen Redactie en eindredactie infobladen Organisatie van onthaalfaciliteiten organisatie van programma Helpen opzetten van evenementen Promotie van evenementen Samenwerking met collega's Samenwerking met externe leveranciers Samenwerking met beleidsmensen Samenwerking met eigen medewerkers Samenwerking met administratieve diensten
4.1.2.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: in het informatiecentrum, op kantoor, op verplaatsing; vooral administratieve en logistieke taken op de communicatieafdeling of aan de infobalie.
−
Hulpmiddelen: computer, databank, folders en brochures, audiovisueel documentatiemateriaal, vastgelegde budgetten, briefings, telefoon, fax.
−
Graad van verantwoordelijkheid: ° medewerker die uitvoerend en praktisch werkt ° geeft geen leiding aan anderen, maar staat met een zekere mate van zelfstandigheid in voor de eigen taken waarvoor hij de opdracht kreeg en zal ook uitbestede opdrachten controleren.
−
Verwachte resultaten: alle taken zijn correct en tijdig uitgevoerd.
4.1.2.2 Ondersteunende kennis Basiskennis van: communicatie en massacommunicatie − structuur en werking van de massamedia en nieuwsvoorziening in eigen land −
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
22
− − − −
traditionele informatiekanalen zicht op de structuur en de werking van instellingen, openbare besturen en diensten op alle niveaus psychologische en sociale aspecten van communicatie boekhouding.
4.1.2.3 Attitudes − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
aanpassingsvermogen assertiviteit betrokkenheid brede maatschappelijke interesse coöperatieve instelling (vooral in de non-profitsector) dienstbaarheid diplomatie discretie enthousiasme flexibiliteit (kunnen inspelen op de situatie) klantgerichte houding kunnen omgaan met kritiek kwaliteitsstreven binnen de functie (resultaatgericht werken) leergierig open respect voor iedereen stressbestendig verzorgd voorkomen volhardend.
4.1.2.4 Vaardigheden − − − − − − − − − − −
4.1.3
aanleg voor visuele communicatie communicatieve vaardigheden: grote contactvaardigheid naar het publiek en naar medewerkers toe creativiteit correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte mondelinge taalvaardigheid in Frans en Engels kunnen omgaan met voornaamste buroticapakketten kunnen organiseren kunnen samenwerken prettige sociale omgang technische vaardigheden: grafische technieken (+huisstijl), audiovisuele technieken, fotografie, lay-out, correcte en heldere pen.
Beroepsprofiel NIVEAU 3 Een kwalificatie die vooral praktisch werk omvat, dat zelfstandig kan worden uitgevoerd of ook andere verantwoordelijkheid omvat, zoals leiding en coördinatie. Medewerker die uitvoerend, ambachtelijk en ook reeds voor een stuk intermediair werkt. Beroepen: − −
communicatiemedewerker communicatieonderzoeker
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
− − − − − − −
23
medewerker beleidspresentatie medewerker perszaken en voorlichting medewerker pers-, media- of publieksvoorlichting voorlichter / PR-functionaris organisator (van bijeenkomsten, tentoonstellingen, evenementen, representatieve - en promotionele acties) drukwerkbegeleider productieassistent... DEELFUNCTIE
TAKEN
Creatie
Ontwerp, realisatie, uitvoering van een werk
Communicatie
Interne communicatie Externe communicatie
Analyse
Gegevensverzameling Diagnose
Reproductieve informatieverwerking Productieve informatieverwerking
Verslaggeving
Uitdenken beperkte voorlichtingscampagnes Zelfstandig of in team uitwerken van deze campagnes Doorgeven van doelstellingen en het beleid Formuleren van de eigenheid van de organisatie Coördineren van perscontacten Analyseren publieksgroepen Analyseren maatschappelijke evoluties Formuleren probleemstellingen Vertalen van trends naar het beleid Registratie van voor het publiek relevante gegevens Bepalen van adequate informatiekanalen Schrijven van publieksgerichte teksten Begeleiden van grafische en audiovisuele productieprocessen Actief onderhandelen en informatie uitwisselen met doelpublieken, politiek, overheid Vrijgeven van informatie aan vermelde groepen Informeren van perscontacten Organisatie infobladen Redactie en eindredactie infobladen Organisatie van onthaalfaciliteiten Organisatie van programma Doorgeven van beleidsbeslissingen Informeren externe doelgroepen Helpen opzetten van evenementen Promotie van evenementen Samenwerking met pers, externe leveranciers, beleidsmensen, eigen medewerkers, collega's, administratieve diensten
TYPEFUNCTIE
Redactie Presentatie
Informatieverstrekking en begeleiding
Opzoeken informatie Verstrekken informatie Onthaal groepen Onthaal pers
Educatie
Interne educatie Externe educatie
Animatie Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
24
4.1.3.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: op kantoor, in het informatiecentrum, op verplaatsing, intermediair tussen de staf en de praktische medewerkers,
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, databank, software, audiovisueel en schriftelijk voorlichtingsmateriaal, vastgelegde budgetten, briefings, ...
−
Graad van verantwoordelijkheid: ° medewerker die uitvoerend, praktisch en ook reeds voor een stuk intermediair werkt ° kan een kleinschalig communicatieplan uitvoeren, een eenvoudig evenement organiseren en voorstellen maken voor de aan te wenden strategieën en technieken ° kan een budget bewaken, een verzoek tot offerte formuleren, een informatieve presentatie geven voor een publiek dat basale informatie wenst ° kan een onderzoeksrapport interpreteren en relevante informatie eruit halen, ° verzorgt de contacten met de vertegenwoordigers van de media ° heeft controlerende en coördinerende verantwoordelijkheid bij de uitvoering van de taken ° heeft beperkte eigen verantwoordelijkheid voor het opzetten van kleinschalige communicatieprojecten en -onderzoeken.
−
Verwachte resultaten: ° correcte en stipte uitvoering van de taken ° verzorgde eindredactie van teksten ° activiteiten binnen de grenzen van het opgelegde budget.
4.1.3.2 Ondersteunende kennis Grondige kennis van: communicatie en massacommunicatie − structuur en werking van de massamedia en nieuwsvoorziening in eigen land − traditionele informatiekanalen − kennis van de nieuwe communicatietechnieken (videotex, teletekst, internet...) − de actualiteit − semiotiek en esthetiek. −
Basiskennis van: het overheids- / bestuursapparaat, zowel de administratie als het beleid − zicht op de structuur en de werking van instellingen, openbare besturen en diensten op alle niveaus − management en openbaar bestuur − marketing in de non-profitsector − reclame, PR, propaganda − psychologische en sociale aspecten van communicatie − enquêtering en statistiek − vergadertechniek − documentaire en bibliotheektechnieken − financieel beheer (begroting, balans lezen). −
4.1.3.3 Attitudes − −
aanpassingsvermogen assertiviteit
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
− − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
25
betrokkenheid brede maatschappelijke interesse coöperatieve instelling (vooral in de non-profitsector) dienstbaarheid diplomatie discretie enthousiasme flexibiliteit (kunnen inspelen op de situatie) geloofwaardigheid klantgerichte houding kunnen omgaan met kritiek kwaliteitsstreven binnen de functie (resultaatgericht werken) leergierig milieubewustheid niet vooringenomen open politieke neutraliteit respect voor iedereen stressbestendig toegankelijk verzorgd voorkomen volhardend zin voor initiatief.
4.1.3.4 Vaardigheden − − − − − − − − − − − − − − − − −
4.1.4
aanleg voor visuele communicatie communicatieve vaardigheden: grote contactvaardigheid naar het publiek en naar medewerkers toe creativiteit correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte mondelinge en bij voorkeur ook schriftelijke taalvaardigheid in Frans, Engels en Duits kunnen omgaan met voornaamste buroticapakketten vaardig met informatie- en documentatiebronnen kunnen organiseren, coördineren, vergaderingen leiden kunnen samenwerken prettige sociale omgang redactionele vaardigheden sociale vaardigheden: delegeren, argumenteren, luisteren, motiveren technische vaardigheden: grafische technieken (+ huisstijl), audiovisuele technieken, fotografie, lay-out vermogen tot synthetiseren en vulgariseren vlot kunnen verwoorden van moeilijke administratieve problemen vlotte, heldere, correcte en creatieve pen zelfstandig kunnen werken.
Beroepsprofiel NIVEAU 4 Een kwalificatie die het mogelijk maakt op autonome of onafhankelijke manier verantwoordelijkheid op te nemen voor planning en/of leiding en/of beheer. Communicatiespecialist die vooral beleidsstrategisch maar ook ten dele praktisch werkt. Communicatieadvisering, projectleiding en specialistische staftaken.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
26
Beroepen 1: − − − − − − − − − − − − − − −
manager pers & voorlichting hoofd persrelaties en voorlichting hoofd voorlichting verantwoordelijke interne communicatie verantwoordelijke externe communicatie hoofd afdeling voorlichting en PR persvoorlichter / mediavoorlichter publieksvoorlichter bedrijfsvoorlichter bedrijfsjournalist / voorlichter interne voorlichter bedrijfsjournalist productieleider projectleider leider informatiecentrum. In deze categorie moeten tevens alle specialistische voorlichtingsberoepen ondergebracht worden: wetenschaps-, verkeers-, gezondheids-, migranten-, milieu-, energie-, jongeren-, politie-, patiëntenvoorlichter.
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
Creatie
Ontwerp Realisatie Uitvoering van een werk
Communicatie
Interne communicatie Externe communicatie Crisiscommunicatie
Advies
Opsporen trends Vertalen trends Gegevensverzameling Diagnose
Analyse
Productieve informatieverwerking
Redactie Presentatie
Informatieverstrekking & begeleiding
Opzoeken informatie Verstrekken informatie Onthaal groepen Onthaal pers
TAKEN Uitdenken voorlichtingscampagnes Zelfstandig of in team uitwerken van deze campagnes Doorgeven van doelstellingen en het beleid Formuleren van de eigenheid van de organisatie Opstellen interne & externe communicatieplanning Coördineren van perscontacten Opstellen communicatiebudget Opstellen communicatiebeleid Opstellen richtlijnen corporate communicationsbeleid Formuleren van adviezen naar het beleid toe Analyseren publieksgroepen Analyseren maatschappelijke evoluties Formuleren probleemstellingen Vertalen van trends naar het beleid Bepalen van adequate informatiekanalen Schrijven van publieksgerichte teksten Begeleiden van grafische en audiovisuele productieprocessen Actief onderhandelen en informatie uitwisselen met doelpublieken, politiek, overheid. Vrijgeven van informatie aan vermelde groepen Informeren van perscontacten Organisatie infobladen
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
TYPEFUNCTIE
Educatie
DEELFUNCTIE
Interne educatie Externe educatie
Animatie Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
Controle
Toezicht Coördinatie
27
TAKEN Redactie & eindredactie infobladen Begeleiden van beleidsmensen Organisatie van programma Doorgeven van beleidsbeslissingen Informeren externe doelgroepen Opzetten van evenementen Promotie van evenementen Samenwerking met pers Samenwerking met externe leveranciers Samenwerking met beleidsmensen Samenwerking met eigen medewerkers Samenwerking met collega's Samenwerking met administratieve diensten Toezien op de uitvoering van taken Coördinatie van interne en externe opdrachten
4.1.4.1 Contextgegevens (beroepen 1) −
Werkomstandigheden: ° diensthoofd, afdelingshoofd, verantwoordelijke deelmanagement, verantwoordelijkheid deelspecialiteit ° binnen de communicatie / voorlichtingsafdeling van de instelling, in het informatiecentrum, in de redactielokalen, in het perscentrum (-huis).
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, databank, tijdschema's, beleidsdoelstellingen, vastgelegde budgetten, briefings, vakliteratuur...
−
Graad van verantwoordelijkheid: ° communicatiespecialist die vooral beleidsstrategisch werkt ° communicatieadvies, projectleiding en specialistische staftaken ° zorgt voor de realisatie van de beleidsdoelstellingen door de uitvoering van de communicatieplannen te verzekeren ° bij gebrek aan eigen medewerkers: praktische, uitvoerende voorlichtingstaken.
−
Verwachte resultaten: een correcte en stipte realisatie van het beleids- en communicatieplan.
4.1.4.2 Ondersteunende kennis (beroepen 1) Grondige kennis van: − − −
communicatie en massacommunicatie, het overheids- / bestuursapparaat, zowel de administratie als het beleid gemeenterecht, administratief recht, grondwettelijk recht, bestuurskunde, auteursrecht
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
28
− − − − −
zicht op de structuur en de werking van instellingen, openbare besturen en diensten op alle niveaus structuur en werking van de massamedia en nieuwsvoorziening in eigen land traditionele informatiekanalen kennis van de nieuwe communicatietechnieken (videotex, teletekst, internet...) de actualiteit.
Basiskennis van: management en openbaar bestuur − marketing in de non-profitsector − reclame, PR, propaganda − psychologische en sociale aspecten van communicatie − burgerlijk recht − enquêtering en statistiek − agogiek en volwassenenvorming − vergadertechniek − documentaire en bibliotheektechnieken − semiotiek en esthetiek − organisatieleer − financieel beheer (begroting, balans lezen). −
4.1.4.3 Attitudes (beroepen 1) − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
aanpassingsvermogen assertiviteit brede maatschappelijke interesse, coöperatieve instelling (vooral in de non-profitsector) diplomatie discretie enthousiasme flexibiliteit (kunnen inspelen op de situatie) geloofwaardig klantgerichte houding kwaliteitsstreven binnen de functie (resultaatgericht werken) leergierig milieubewustheid niet vooringenomen open respect voor iedereen stressbestendig kunnen omgaan met kritiek onderhandelingsbekwaam toegankelijk verzorgd voorkomen volhardend.
4.1.4.4 Attitudes, specifiek voor de overheidsvoorlichter (beroepen 1) Attitudes t.o.v. de bevolking: − − − − − − −
empathisch geduldig en discreet in dienst van de bevolking maatschappelijke belangstelling respect voor de burger sociaal vaardig zo weinig mogelijk administratief.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
29
Attitudes t.o.v. het bestuur: − − − −
betrokkenheid dienstbaarheid politieke neutraliteit zin voor initiatief.
Attitudes t.o.v. de ambtenaren: − −
loyale samenwerking gezag.
4.1.4.5 Vaardigheden (beroepen 1) − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
aanleg voor visuele communicatie communicatieve vaardigheden: grote contactvaardigheid naar het publiek en naar medewerkers toe creatief en innoverend zijn creativiteit correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte mondelinge en bij voorkeur ook schriftelijke taalvaardigheid in Frans, Engels en Duits kunnen omgaan met voornaamste buroticapakketten vaardig met informatie- en documentatiebronnen inspraaktechnieken kunnen toepassen kunnen organiseren, coördineren, vergaderingen leiden kunnen samenwerken prettige sociale omgang projectmatig werken (planning: doelstelling tot en met evaluatie) redactionele vaardigheden sociale vaardigheden: delegeren, argumenteren, luisteren, motiveren technische vaardigheden: grafische technieken (+ huisstijl), audiovisuele technieken, fotografie, lay-out vermogen tot synthetiseren en vulgariseren vlot kunnen verwoorden van moeilijke administratieve problemen vlotte, heldere, correcte en creatieve pen zelfstandig kunnen werken.
Beroepen 2: woordvoerder − inspraakbegeleider − ombudsfunctionaris (ook niveau 5). −
TYPEFUNCTIE Communicatie
DEELFUNCTIE Interne communicatie Externe communicatie Crisiscommunicatie
Advies Analyse
Opsporen trends Vertalen trends Gegevensverzameling Diagnose
TAKEN Doorgeven van doelstellingen en het beleid Formuleren van de eigenheid van de organisatie Opstellen interne & externe communicatieplanning Coördineren van perscontacten Formuleren van adviezen naar het beleid toe Analyseren publieksgroepen analyseren maatschappelijke evoluties Formuleren probleemstellingen Vertalen van trends naar het
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
30
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
Reproductieve informatieverwerking Productieve informatieverwerking
Verslaggeving
Informatieverstrekking
Opzoeken informatie Verstrekken informatie
Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
Controle
Toezicht
Redactie Presentatie
TAKEN beleid Registratie van voor het publiek relevante gegevens Bepalen van adequate informatiekanalen Schrijven van publieksgerichte teksten Actief onderhandelen en informatie uitwisselen met doelpublieken, politiek, overheid Vrijgeven van informatie aan vermelde groepen Informeren van perscontacten Samenwerking met pers Samenwerking met beleidsmensen Samenwerking met eigen medewerkers Samenwerking met collega's Samenwerking met administratieve diensten Toezien op de uitvoering van taken
4.1.4.1 Contextgegevens (beroepen 2) −
Werkomstandigheden: kantooromgeving en aanwezigheid op externe topiclocaties.
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, databank, algemene en sectorbeleidsdoelstellingen, tijdschema's, onderzoeksgegevens, vaktijdschriften...
−
Graad van verantwoordelijkheid: ° afhankelijk van precies beroep en grootte van de organisatie: zelfstandig en/of in teamverband ° onafhankelijk of onder het gezag van mandatarissen en/of administratieve oversten.
−
Verwachte resultaten: professionalisme en kwaliteit bij de uitvoering der verschillende taken.
4.1.4.2 Ondersteunende kennis (beroepen 2) Grondige kennis van: − − − − − − − − − − −
communicatie en massacommunicatie, sociale psychologie groepsdynamica organisatieleer het overheids- / bestuursapparaat, zowel de administratie als het beleid gemeenterecht, administratief recht, grondwettelijk recht, bestuurskunde, auteursrecht zicht op de structuur en de werking van instellingen, openbare besturen en diensten op alle niveaus structuur en werking van de massamedia en nieuwsvoorziening in eigen land traditionele informatiekanalen kennis van de nieuwe communicatietechnieken (videotex, teletekst, internet...) de actualiteit.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
Basiskennis van: − − − − − − − − −
management en openbaar bestuur marketing in de non-profitsector reclame, PR, propaganda psychologische en sociale aspecten van communicatie burgerlijk recht agogiek en volwassenenvorming vergadertechniek documentaire en bibliotheektechnieken financieel beheer (begroting, balans lezen).
4.1.4.3 Attitudes (beroepen 2) − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
aanpassingsvermogen assertiviteit brede maatschappelijke interesse coöperatieve instelling (vooral in de non-profitsector) diplomatie discretie enthousiasme empathisch flexibiliteit (kunnen inspelen op de situatie) geduldig en discreet geloofwaardig in dienst van de bevolking klantgerichte houding kunnen omgaan met kritiek kwaliteitsstreven binnen de functie (resultaatgericht werken) leergierig maatschappelijke belangstelling niet vooringenomen onderhandelingsbekwaam open respect voor iedereen sociaal vaardig stressbestendig toegankelijk vertrouwenwekkend verzorgd voorkomen volhardend zin voor initiatief zo weinig mogelijk administratief gezag.
4.1.4.4 Vaardigheden (beroepen 2) − − − − − − − − − −
communicatieve vaardigheden: grote contactvaardigheid naar het publiek correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte taalvaardigheid in Frans, Engels en Duits inspraaktechnieken kunnen toepassen kunnen omgaan met voornaamste buroticapakketten kunnen organiseren en coördineren kunnen samenwerken prettige sociale omgang projectmatig werken (planning: doelstelling tot en met evaluatie) sociale vaardigheden: delegeren, argumenteren, luisteren, motiveren
31
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
32
− − − − − − −
4.1.5
vaardig met informatie- en documentatiebronnen vergadertechnische vaardigheden vermogen tot synthetiseren en vulgariseren vlot kunnen verwoorden van moeilijke administratieve problemen vlot mondeling taalgebruik vlotte, heldere, correcte en creatieve pen zelfstandig kunnen werken.
Beroepsprofiel NIVEAU 5 Een kwalificatie die het mogelijk maakt op autonome of onafhankelijke manier verantwoordelijkheid op te nemen voor planning en/of leiding en/of beheer met beheersing van wetenschappelijke achtergronden. Specialist met algemene beleidsverantwoordelijkheid. Algemeen communicatiemanagement met overkoepelende taken (communicatiebeleid, planning, beleidsadvisering op topniveau). Beroepen: informatieambtenaar − communicatieambtenaar − hoofd voorlichting − voorlichter, senior − (beleids)voorlichter − communicatiemanager − overheidsvoorlichter − voorlichtingsambtenaar − voorlichtingsverantwoordelijke − hoofd afdeling voorlichting en PR − communicatieadviseur − communicatieconsulent − ombudsfunctionaris ... −
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
Creatie
Ontwerp
Communicatie
Interne communicatie Externe communicatie Crisiscommunicatie
Advies Analyse
Productieve informatieverwerking
Opsporen trends Vertalen trends Gegevensverzameling Diagnose
Redactie Presentatie
TAKEN Uitdenken voorlichtingscampagnes Doorgeven van doelstellingen en het beleid Formuleren van de eigenheid van de organisatie opstellen interne & externe communicatieplanning Coördineren van perscontacten Opstellen communicatiebudget Opstellen communicatiebeleid Opstellen richtlijnen corporate communicationsbeleid Formuleren van adviezen naar het beleid toe Analyseren publieksgroepen Analyseren maatschappelijke evoluties Formuleren probleemstellingen Vertalen van trends naar het beleid Bepalen van adequate informatiekanalen
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
Informatieverstrekking
Opzoeken informatie Verstrekken informatie
Onthaal
Onthaal groepen Onthaal pers
Educatie
Interne educatie Externe educatie
Animatie Samenwerking
Controle
Samenwerking intern Samenwerking extern
Toezicht Coördinatie
33
TAKEN Schrijven van publieksgerichte teksten Begeleiden van grafische en audiovisuele productieprocessen Actief onderhandelen en informatie uitwisselen met doelpublieken, politiek, overheid Vrijgeven van informatie aan vermelde groepen Informeren van perscontacten Organisatie infobladen Redactie & eindredactie infobladen Informeren van de brancheorganisatie Begeleiden van beleidsmensen Organisatie van programma Organisatie van onthaalfaciliteiten Doorgeven van beleidsbeslissingen Informeren externe doelgroepen Organisatie van evenementen Samenwerking met pers Samenwerking met externe leveranciers Samenwerking met beleidsmensen Samenwerking met eigen medewerkers Samenwerking met collega's Samenwerking met administratieve diensten Toezien op de uitvoering van taken Coördinatie van interne en externe opdrachten
4.1.5.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: in de communicatieafdeling van de instelling of organisatie, in nauwe samenwerking met het topmanagement.
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, databank, algemene en sectorbeleidsdoelstellingen, tijdschema's, onderzoeksgegevens, vaktijdschriften...
−
Graad van verantwoordelijkheid: ° specialist met algemene beleidsverantwoordelijkheid, ° algemeen communicatiemanagement met overkoepelende taken (communicatiebeleid, planning, beleidsadvisering op topniveau) ° bij gebrek aan eigen medewerkers: praktische, uitvoerende voorlichtingstaken.
−
Verwachte resultaten: uitwerking van het communicatiebeleid op basis van de algemene of sectorbeleidsdoelstellingen.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
34
4.1.5.2 Ondersteunende kennis Grondige kennis van: − − − − − − − − − − − −
communicatie en massacommunicatie, sociale psychologie groepsdynamica het overheids- / bestuursapparaat, zowel de administratie als het beleid gemeenterecht, administratief recht, grondwettelijk recht, bestuurskunde, auteursrecht zicht op de structuur en de werking van instellingen, openbare besturen en diensten op alle niveaus structuur en werking van de massamedia en nieuwsvoorziening in eigen land traditionele en nieuwe informatiekanalen de actualiteit financieel beheer (begroting, balans lezen) management en openbaar bestuur vergadertechniek.
Basiskennis van: − − − −
marketing in de non-profitsector reclame, PR, propaganda psychologische en sociale aspecten van communicatie burgerlijk recht.
4.1.5.3 Attitudes − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
aanpassingsvermogen assertiviteit brede maatschappelijke interesse coöperatieve instelling (vooral in de non-profitsector) diplomatie discretie enthousiasme empathisch flexibiliteit (kunnen inspelen op de situatie) geduldig en discreet geloofwaardig in dienst van de bevolking kunnen omgaan met kritiek kwaliteitsstreven binnen de functie (resultaatgericht werken) leergierig maatschappelijke belangstelling niet vooringenomen onderhandelingsbekwaam open respect voor iedereen sociaal vaardig stressbestendig toegankelijk vertrouwenwekkend verzorgd voorkomen volhardend zin voor initiatief zo weinig mogelijk administratief gezag.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
35
4.1.5.4 Vaardigheden − − − − − − − − − − − − −
4.2
communicatieve vaardigheden: grote contactvaardigheid naar het publiek en naar medewerkers toe correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte taalvaardigheid in Frans, Engels en Duits inspraaktechnieken kunnen toepassen kunnen omgaan met voornaamste buroticapakketten kunnen organiseren en coördineren kunnen samenwerken projectmatig werken (planning: doelstelling tot en met evaluatie) sociale vaardigheden: delegeren, argumenteren, luisteren, motiveren vergadertechnische vaardigheden vermogen tot synthetiseren en vulgariseren vlot kunnen verwoorden van moeilijke administratieve problemen vlotte en heldere pen.
Specifieke beschrijving van de beroepsactiviteiten op het vlak van journalistiek − − − − −
Niveaus Functies Contextgegevens Ondersteunende kennis Beroepshoudingen
Het betreft beroepen die zich op verschillende 'niveaus' kunnen bevinden. Een precieze opsplitsing wordt niet opportuun geacht, noch door de beroepswereld noch door de onderwijsmensen.
4.2.1
Beroepen: − − −
redacteur eindredacteur journalist.
TYPEFUNCTIE Communicatie
DEELFUNCTIE Externe communicatie Interne communicatie
Research & informatieverzameling
Desk research Field research
Advies
Opsporen trends Vertalen trends
Reproductieve informatiever-
Verslaggeving
TAKEN Deelname aan persconferenties Afname van interviews Deelname aan debatten Contacten met lezers / kijkers / luisteraars Zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen Zoeken, vinden, selecteren en contacteren van relevante informanten Natrekken van informatie uit tweede hand Doornemen van informatiebronnen Formuleren van adviezen naar hoofdredactie en beleid Inspireren van artikels Registratie van voor het pu-
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
36
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
werking Productieve informatieverwerking en informatieverstrekking
Redactie Eindredactie
Organisatie
Planning Redactiesecretariaat
Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
TAKEN bliek relevante gegevens Synthetiseren van topics Voorbereiden van dossiers Journalistiek vertalen van anderstalige artikels Inhoudelijke specialisering Taal-, spellings- en stijlcontrole Duiding Uitvoering reportages Organisatie redactionele planning Organisatie pool freelancers Organisatie redactiearchief Organisatie reportages Administratieve opvolging externe leveranciers Onderhouden van contacten met sleutelfiguren Onderhouden van contacten met beroepsverenigingen Onderhouden van contacten met correspondenten Samenwerking met fotografen, illustrators, cameraploeg Samenwerking met collega's in redactie Samenwerking met collega's in prepress, regie, montage
4.2.1.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: kantooromgeving en aanwezigheid op externe topiclocaties (binnen- & buitenshuis).
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, journalistiek publicatieplan, gedrukte en digitale informatiebronnen.
−
Graad van verantwoordelijkheid (hiërarchisch): ° afhankelijk van precies beroep en grootte van de organisatie: zelfstandig en in teamverband ° onder het gezag van hoofdredactie en directie.
−
Verwachte resultaten: professionalisme en kwaliteit bij de uitvoering der verschillende taken.
4.2.1.2 Ondersteunende kennis Grondige kennis van: − − − − − −
talen (Nederlands perfect, Frans en Engels uitstekend) gespecialiseerde kennis van één of meer afgebakende terreinen het medialandschap in binnen- en buitenland deontologie inzicht in beeldcultuur gedrukte en digitale bronnen.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
Basiskennis van: − − − − − −
psychologie sociologie politiek economie geschiedenis recht.
4.2.1.3 Attitudes opgesteld aan de hand van interviews met vijf toonaangevende journalisten door Marcel Verdickt − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
assertiviteit bescheidenheid collegialiteit contactvaardigheid correctheid creativiteit discretie doorzettingsvermogen durf dynamiek flexibiliteit geduld incasseringsvermogen integriteit kritische zin mensenkennis mobiliteit nieuwsgierigheid objectiviteit onkreukbaarheid openheid originaliteit prestatiegericht rechtvaardigheidsgevoel relativeringsvermogen snelheid stressbestendig teamspirit verantwoordelijkheidsgevoel zelfvertrouwen.
4.2.1.4 Vaardigheden − − − − − − − − − −
correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte taalvaardigheid in Frans, Engels, Duits redactionele vaardigheden communicatieve vaardigheden kennis van tekstverwerking kunnen samenwerken zelfstandig kunnen werken vergadertechnische vaardigheden beheersing van interviewtechnieken vermogen tot synthetiseren en vulgariseren.
37
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
38
4.2.2
Beroep: −
redactiesecretaris
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
Research & informatieverzameling
Desk research
Organisatie
Planning Redactiesecretariaat Archivering
Reproductieve informatieverwerking
Verslaggeving
Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
TAKEN Zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen Zoeken, vinden, selecteren en contacteren van relevante informanten Natrekken van informatie uit tweede hand Begeleiden redactionele planning Opvolging pool freelancers Organisatie redactiearchief Administratieve opvolging externe leveranciers Dispatching correspondentie Voorbereiding redactievergaderingen Verslaggeving en opvolgen redactievergaderingen Onderhouden van contacten met collega's in redactie Onderhouden van contacten met fotografen, illustrators, prepress, regie, montage, e.a.
4.2.2.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: kantooromgeving
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, journalistiek publicatieplan, gedrukte en digitale informatiebronnen.
−
Graad van verantwoordelijkheid (hiërarchisch): ° zelfstandig en in teamverband ° onder het gezag van hoofdredactie en directie.
−
Verwachte resultaten: stiptheid, accuraatheid en kwaliteit bij de uitvoering der verschillende taken.
4.2.2.2 Ondersteunende kennis Grondige kennis van: − − − − − − − − −
talen (Nederlands perfect, Frans en Engels uitstekend) gespecialiseerde kennis van één of meer afgebakende terreinen het medialandschap in binnen- en buitenland inzicht in beeldcultuur gedrukte en digitale bronnen organisatieleer archiveringstechnieken financieel beheer groepsdynamica.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
Basiskennis van: deontologie − psychologie − sociologie − politiek − economie − geschiedenis − recht. −
4.2.2.3 Attitudes − − − − − − − − − − − − − − − − − −
assertiviteit bescheidenheid collegialiteit contactvaardigheid correctheid discretie doorzettingsvermogen flexibiliteit incasseringsvermogen integriteit mensenkennis rechtvaardigheidsgevoel relativeringsvermogen snelheid stressbestendig teamspirit verantwoordelijkheidsgevoel zelfvertrouwen.
4.2.2.4 Vaardigheden − − − − − − − − −
correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal vlotte taalvaardigheid in Frans, Engels, Duits basisredactionele vaardigheden communicatieve vaardigheden kennis van tekstverwerking kunnen samenwerken zelfstandig kunnen werken vergadertechnische vaardigheden vermogen tot synthetiseren en vulgariseren.
39
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
40
4.2.3
Beroepen: − −
researchmedewerker documentalist
TYPEFUNCTIE
DEELFUNCTIE
Research & informatieverzameling
Desk research Field research
Advies
Opsporen trends Vertalen trends
Reproductieve informatieverwerking
Verslaggeving
Productieve informatieverwerking Organisatie
Redactie
Samenwerking
Samenwerking intern Samenwerking extern
Archivering Organisatie infobronnen
TAKEN Zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen Zoeken, vinden, selecteren en contacteren van relevante informanten Natrekken van informatie uit tweede hand Doornemen van informatiebronnen Formuleren van adviezen naar hoofdredactie en beleid Inspireren van artikels Registratie van voor de redactie relevante gegevens Synthetiseren van topics Voorbereiden van dossiers Organisatie redactiearchief Organisatie digitale en gedrukte infobronnen Samenwerking met journalisten Onderhouden van contacten met externe leveranciers van informatie (bibliotheken, documentatiecentra, externe gegevensbanken...) Onderhouden van contacten met interessante doorverwijzers en bevoorrechte getuigen
4.2.3.1 Contextgegevens −
Werkomstandigheden: kantooromgeving en aanwezigheid op externe topiclocaties (binnen- & buitenshuis).
−
Hulpmiddelen: telefoon, fax, computer, journalistiek publicatieplan, gedrukte en digitale informatiebronnen.
−
Graad van verantwoordelijkheid (hiërarchisch): ° afhankelijk van precies beroep en grootte van de organisatie: zelfstandig en in teamverband ° onder het gezag van hoofdredactie en directie.
−
Verwachte resultaten: professionalisme, zin voor initiatief, en kwaliteit bij de uitvoering der verschillende taken.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
4.2.3.2 Ondersteunende kennis Grondige kennis van: − − − − −
talen (Nederlands perfect, Frans en Engels uitstekend) informatie- en documentatiewetenschappen gedrukte en digitale bronnen het medialandschap in binnen- en buitenland deontologie.
Basiskennis van: psychologie − sociologie − politiek − economie − geschiedenis − recht − archiveringstechnieken. −
4.2.3.3 Attitudes − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − − −
assertiviteit bescheidenheid collegialiteit contactvaardigheid correctheid creativiteit discretie doorzettingsvermogen durf flexibiliteit geduld integriteit kritische zin mensenkennis mobiliteit nieuwsgierigheid objectiviteit onkreukbaarheid originaliteit prestatiegericht rechtvaardigheidsgevoel relativeringsvermogen snelheid stressbestendig teamspirit verantwoordelijkheidsgevoel.
4.2.3.4 Vaardigheden − − − − − − − −
beheersing van interviewtechnieken communicatieve vaardigheden correct en vlot gebruik van de Nederlandse taal kennis van tekstverwerking vaardig met nieuwe media vermogen tot synthetiseren en vulgariseren vlotte taalvaardigheid in Frans, Engels, Duits zelfstandig kunnen werken.
41
42
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
5 BESLUITEN
Communicate Develop Empower Lead Reward Tot zover een fragment van een personeelsadvertentie. Staat communicatie hier op de eerste rang omdat het een alfabetische ordening is? Zeker. Maar niet alleen daarom. De opeenvolging onderstreept dat communicatie steeds meer de spil wordt waarrond het socio-economische leven draait. Communicatie leidt naar ontwikkeling, kracht, leiderschap, beloning. Dat is een op het eerste gezicht wat té gebalde formulering die de vaardigheid communicatie echter op haar juiste waarde inschat. De vaardigheid om op alle niveaus vlot en efficiënt te communiceren komt steeds meer op het verlanglijstje te staan van profit- en non-profitsector. De omgeving bepaalt steeds sterker het reilen en zeilen van bedrijf of organisatie. Toenemende mondialisering van activiteiten, stijgende aandacht voor kwaliteitszorg, de hyperconcurrerende sfeer waarin bedrijven en organisaties zich bewegen, de toenemende mate van privatisering, de revolutionaire ontwikkeling van de media, ... oefenen invloed uit op de ontwikkelingen binnen de communicatiesector. De juiste boodschap moet onder de aandacht gebracht worden van de juiste publieksgroep, vaak in hectische omstandigheden. Gevolg? Wie gezien wil worden, moet zich tonen. Bij voorkeur efficiënt, to the point, professioneel. Zowel intern als extern. Het is de uitdaging voor de hogeschoolopleidingen Communicatiebeheer in Vlaanderen om op deze onomkeerbare trend krachtig in te spelen, met een aanpak die direct aanleunt bij de dagelijkse praktijk, met een onderwijspakket dat studenten de juiste troeven in handen geeft. Troeven om de beoogde reward te bereiken, letterlijk en figuurlijk. Steeds duidelijker blijkt dat er nood is aan diverse communicatiespecialisten om efficiënt en effectief de boodschap te kunnen overbrengen bij de doelgroep. Hun domeinen? Diverse vormen van journalistiek, relaties met de pers, financiële en beurscommunicatie, crisis-PR, lobbying, internetcommunicatie, evenementencommunicatie, ... . U vond ze allemaal terug in de voorgaande bladzijden. Er is zowel nood aan betrouwbare, efficiënte, snel inzetbare medewerkers op uitvoerend niveau binnen één deelcommunicatiespecialisme als aan strategisch gevormde medewerkers, die de ingezette communicatie-instrumenten geïntegreerd kunnen kaderen binnen de doelstellingen van een bedrijf of organisatie. Het gaat om communicatoren die heel verscheiden kunnen ingezet worden. De afbakening van beroeps- en opleidingsprofielen wil hierop inspelen. Daarom is er behoefte aan een communicatieopleiding met afstudeervarianten, een opleiding met een afstudeertraject dat modulair van opbouw is. Een communicatieopleiding moet ruime aandacht schenken aan praktijkcases die ontwikkeld kunnen worden in samenwerking met het bedrijfsleven.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
43
Communicatie in organisaties evenals communicatie naar verschillende doelgroepen en publieksgroepen toe, vormt een complex proces waaraan verschillende interne en externe partijen deelnemen. Om de communicatieprocessen te beheersen, wordt bij voorkeur gewerkt met professionals die een praktijkgerichte communicatieopleiding gevolgd hebben. Net zoals in de inleiding bij deze beroepsprofielen herhalen we evenwel ook hier de zinloosheid om de communicatieberoepen, hun inhoud en hun methoden rigoureus in te delen in hokjes. Dit is de relativerende noot bij uitstek bij deze profielen. Waarom gingen we dan toch min of meer over tot een zekere indeling? Omdat het uiteindelijk een manier is tot inventarisering en relatieve operationalisering van de jobs binnen de communicatiesector. Die veelheid aan beroepsnamen en de invulling ervan mondt uit in deze dikke bundel. Die veelheid is terdege representatief voor de breedte van de communicatiebranche en de ambigue invulling van de functies in deze dynamische sector. Het gaat hem dus niet om de door ons individueel beschreven 'bomen', die gezien de aangegeven ambiguïteit individueel soms voor discussie vatbaar zijn. Het gaat er eerder om doorheen de bomen het 'bos' te zien, een bijzonder kleurrijk bos met vaak hele vreemde en eigenzinnige vogels. De dynamiek van dit beroepenveld dient zich evenzeer te weerspiegelen in de nog aan te maken opleidingsprofielen. Een vooraf bepaald keurslijf is daar uit den boze, willen we de volgende jaren mee evolueren in de explosieve sector van 'de communicatie'.
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
44
6 BIBLIOGRAFIE
Aertsen Chris. Nota beroepsprofielen vanwege See You Soon. Brussel, april 1996 Argus. Kluwer, jaargangen 1994-96 Bachot Marc. Functiebeschrijvingen Communicatieambtenaar en Administratief Medewerker. Gemeentebestuur Zoersel, november 1995 Borremans T. , en Fauconnier G. Journalistenopleiding in Vlaanderen en buurlanden. Leuven, KUL-dpt Communicatiewetenschappen, 1994 Centrum innovatie beroepsonderwijs bedrijfsleven. Eindrapport Communicatie Beroepsprofielen, Ontwikkelingen en Trends. November 1991 De Coster Francis. Het profiel van de voorlichtingsambtenaar. Praktijkgids Management Lokale Besturen, afl. 1 (juli 1990), p. COM Ext 3510/1-14 Galjaard J.M. De gemeente, het publiek, de gemeente: contacten, communicatie relaties. ‘s Gravenhage, VNG, 1992 Handleiding voor het schrijven van beroepsprofielen. Dienst voor Onderwijsontwikkeling, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Onderwijs, 1995 Informatie. Gemeentebeleid in de praktijk. Antwerpen, De Wakkere Burger, Kluwer, 1987 Lambrechts Chris. Functiebeschrijvingen bij het Aidsteam. Antwerpen, april1996 Marketing Book 1996. Brussel, Media Marketing, 1996 Mediagids, Kluwer, jaargangen 1994-96 Smet Jan. Taakomschrijving voorlichtingsambtenaar. Gemeentebestuur Sint-Niklaas, april 1996 Suykens Mark. Gemeente en communicatie. Een visie over communicatiebeleid van de gemeentebesturen in de jaren ‘90. Brussel, VBSG, 1991 Trends Top 30 000. Zellik, Roularta 1996 Suykens M. en Janssen L. Inspraak. Gemeentebeleid in de praktijk. Antwerpen, De Wakkere Burger, Kluwer, 1988. Verdickt Marcel. Interviews met journalisten Marcel Grauls, Jaak Smeets, Paul Daenen, Johan Op de Beeck. Interne nota vanwege Hogeschool Limburg voor de Vlor-Werkgroep. Verder gesprekken gedurende de Vlor-vergaderingen met: Guido Ardeel, Communicatiedienst NMBS
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
Marc Bachot, Dienst Communicatie & Voorlichting Zoersel Willy Bogaerts, externe relaties Bank Brussel Lambert Danny Jacobs, Bond Beter Leefmilieu Robert Madrena, Sales Promotion Consultants Association Marc Platel, Het Belang van Limburg Francine Robbens, Manager Bauchez PR - afgevaardigde Belgisch Centrum voor Public Relations Guy Van Den Broeck, Bates Communication Bea Vanhove, Rode Kruis Vlaanderen Flip Voets, BRTN Louis Weenen, Belgische Vereniging voor de Periodieke Pers. Informatie uit tientallen personeelsadvertenties.
45
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
46
7 LIJST VAN DE MEDEWERKERS
EGON-Hogeschool Departement Communicatiebeheer Rik Adriaens, departementshoofd Jean-Marie De Smet, lector Els Van Betsbrugge, lector Erasmushogeschool Brussel Departement Communicatiebeheer Luk Laermans, departementshoofd Frank Boeva, optieverantwoordelijke Bedrijfscommunicatie Lieve Kauwenberghs, optieverantwoordelijke Pers & Voorlichting Liliane Priem, optieverantwoordelijke Public Relations Hogeschool Limburg Opleiding Communicatiebeheer Marcel Verdickt, opleidingshoofd Bruno Hoebers, lector Hogeschool Provincie Antwerpen Departement Communicatiebeheer Corinne De Vocht, departementshoofd Walter De Schampheleire, lector Erik De Winter, lector Guy Freiermuth, lector Marianne Geeroms, lector Bert Goevaerts, lector Patrick Herroelen, lector Katholieke Hogeschool Mechelen Departement De Ham - Opleiding Communicatiebeheer Eric Goubin, opleidingsverantwoordelijke Pers & Voorlichting - Voorzitter Bruno Neuville, opleidingsverantwoordelijke Public Relations Nora Van Espen, opleidingsverantwoordelijke Bedrijfscommunicatie VAH West-Vlaanderen Opleiding Communicatiebeheer Roland Dauwe, optiecoördinator Public Relations Michèle Nolf, optiecoördinator Journalistiek & Voorlichting Myriam Van Nuffel, lector
BEROEPSPROFIEL PERS EN VOORLICHTING
47
Geconsulteerde vertegenwoordigers uit het beroepenveld: ♦
Chris Aertsen, See You Soon
♦
Guido Ardeel, PR-verantwoordelijke NMBS
♦
Mark Bachot, dienst Communicatie & Voorlichting Gemeente Zoersel
♦
Willy Bogaerts, dienst Externe Relaties Bank Brussel Lambert
♦
Paul Daenen, co-hoofdredacteur Het Laatste Nieuws
♦
J.Cl. Dastot, Raad voor de Reclame
♦
Marcel Grauls, chef-eindredacteur Het Belang Van Limburg
♦
Danny Jacobs, verantwoordelijke pers & PR Bond Beter Leefmilieu
♦
Chris Lambrechts, directeur & verantwoordelijke communicatie Aidsteam
♦
Gerrit Luts, ondervoorzitter Algemene Vereniging van Belgische Beroepsjournalisten
♦
Robert Madrena, Sales Promotion Consultants Association
♦
Johan Op de Beeck, hoofdredacteur TV-Limburg
♦
Marc Platel, hoofdredacteur Het Belang Van Limburg
♦
Francine Robbens, Belgisch Centrum voor Public Relations
♦
Jaak Smeets, co-hoofdredacteur Het Laatste Nieuws
♦
Jan Smet, voorlichtingsambtenaar Stad Sint-Niklaas
♦
Guy Van Den Broeck, Bates Communication
♦
Bea Vanhove, verantwoordelijke communicatie Rode Kruis Vlaanderen
♦
Filip Voets, journalist BRTN
♦
Louis Weenen, Vereniging voor de Periodieke Pers