Betreft
Stand van zaken decentralisaties sociaal domein
Vergaderdatum
25 juni 2015
Gemeenteblad
2015 /
Agendapunt
Aan de Raad Voorstel De gemeenteraad wordt voorgesteld: 1. Kennis te nemen van de tussenrapportage ter zake van de Decentralisaties. 2. Het tekort in de uitvoeringskosten decentralisaties in 2015 ad afgerond € 481.000,te dekken door een uitname uit de reserve 3 D. 3. In te stemmen met het structureel invullen van formatieplaatsen vanuit het budget uitvoeringskosten decentralisaties 2015 en vervolgens deze kosten opnemen in de begroting 2016.
Inleiding. Sedert 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor de uitvoering van nieuwe taken binnen het sociaal domein. Het gaat om de jeugdhulp als vastgelegd in de Jeugdwet, de zorg aan volwassenen via de aangepaste Wet maatschappelijke ondersteuning en arbeidsparticipatie, werk en inkomen via de Participatiewet. Het betreft een complex veranderproces waarbij gemeenten nauw moeten samenwerken met vele externe partners. In de aanloop naar 1 januari 2015 hebben wij regelmatig met raad en commissie sociaal domein overlegd over het verloop van het implementatieproces. Via de raadsinformatiebrief van 24 december 2014 hebben we u laten weten dat wij onze doelstelling: transitieproof op 1 januari 2015, hadden gerealiseerd. Daarmee was binnen onze gemeente de basis voor de uitvoering van de nieuwe taken gelegd. Via dit voorstel informeren we u over de stand van de uitvoering van de nieuwe taken. Daarnaast hebben we geïnventariseerd welke beleids- en uitvoeringsactiviteiten dit jaar in het kader van de uitvoering van de nieuwe taken uitgevoerd moeten worden en welke capaciteit daarvoor noodzakelijk is. Stand van zaken. Op 1 januari jl. was de organisatie klaar om de nieuwe taken uit te voeren. De raad en het college hadden de voor de uitvoering noodzakelijke kaders bepaald. De structuur van de uitvoeringsorganisatie stond zowel in onze gemeente als intergemeentelijk in de steigers. Onze nieuwe cliënten waren geïnformeerd over de veranderingen die aanstaande waren. We hadden de doelstelling om op 1 januari 2015 transitieproof te zijn gerealiseerd. De praktijk wijst echter uit dat het transitieproces nog niet geheel is afgerond. Als gemeente zijn we immers slechts een van de vele schakels van de nieuwe zorgstructuur. Daarnaast is samenwerking met het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen ( Uwv) en andere
gemeenten bij de uitvoering van de Participatiewet verplicht ( zie artikel 8c Participatiewet) en hebben we besloten om een aantal jeugdzorgtaken en inkoop en contractmanagement met andere gemeenten gezamenlijk uit te voeren. Het inregelen van de uitvoeringsorganisatie moet door alle betrokken partners in de zorgketen elk voor zich maar afgestemd op elkaar gebeuren. We moeten daarbij gebruik maken van voorgeschreven en gestandaardiseerde middelen zoals het Gegevensknooppunt ( GGK) voor digitaal berichtenverkeer en de Collectieve routerings- voorziening ( Corv) voor specifieke jeugdhulpsignalen. Ondanks onze goede en adequate voorbereidingen blijkt de transitie ons bij de uitvoering in de praktijk nog voor problemen te stellen. Dit sluit aan bij het regionale en landelijke beeld: alle bij de decentralisaties betrokken partijen hebben hun organisatie nog niet geheel op orde en cliënten en burgers moeten wennen aan de nieuwe processen en afspraken binnen het sociaal domein. De implementatie van de decentralisaties, het proces om de organisatie uitvoeringsgereed te maken, loopt in 2015 dan ook nog door. We voeren de nieuwe taken uit, processen lopen maar het gaat nog vaak om tijdelijke - en soms noodoplossingen. De kinderombudsman Marc Dullaert constateerde recent in een onderzoek naar de jeugdhulp dat gemeenten nog hard aan het werk zijn met het op orde brengen van de eigen organisatie. Zo is er volgens hem nog onduidelijkheid over de taken, bevoegdheden en aanpak van diverse betrokken instanties en hebben wijkteams nog niet overal de noodzakelijke deskundigheid in huis. Aldus Dullaert: "Er wordt hard gewerkt om de kennis en kunde van de wijkteams op orde te brengen. We zijn aan het verbouwen, maar de winkel is al open." Bij de uitvoering van de nieuwe taken is, ondanks c.q. in het kader van de geconstateerde problemen, steeds gehandeld in het belang van de burger. De burger moet zo min mogelijk last hebben van de veranderingen van 1 januari jl. , de zorgcontinuïteit staat in de startfase centraal. Inmiddels is het accent steeds meer verlegd naar het praktijkgericht inventariseren en structureel oplossen van problemen. Specifieke aandacht heeft daarbij ook de budgetfunctie , het krijgen van overzicht in de kosten. Door de hiervoor beschreven aanloopproblemen bij cliënten en ketenpartners kunnen we momenteel geen integraal beeld geven van de zorgkosten. Samen met deze partners wordt nu hard gewerkt aan het in beeld krijgen daarvan. We richten ons op het op orde brengen van de organisatie, het krijgen van controle op de uitvoering en verantwoording. Deels hebben we dat in eigen hand, maar grotendeels ook in het geheel niet. In het laatste geval worden signalen afgegeven en gesprekken gevoerd om tot verbetering of aanpassingen te komen. Het gaat in grote lijnen om het : •
• •
nader afstemmen van de samenwerking met externe partners zoals zorgaanbieders, het zorgkantoor, de Sociale verzekeringsbank, het Uwv, het Centraal Administratie kantoor, de centrumgemeenten Maastricht en Sittard-Geleen en het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG); inregelen van inkoop en contractmanagement Wmo met Sittard-Geleen; inregelen van de administratieve organisatie, de monitoring, de budgetbewaking en de planning- en control-cyclus;
2
• • • • • •
inregelen van de toegang / dienstverlening: nieuwe taken, nieuwe processen, nieuwe medewerkers, afstemming met overige toegangen zoals het werkplein in SittardGeleen, de huisartsen en het CJG; beschrijven van werkprocessen en indien nodig protocollen; inregelen van de informatievoorziening zoals het gebruik van landelijke voorzieningen ( gegevensknooppunt, CORV ), de gemeentelijke vakapplicaties en informatiearchitectuur; het ontwikkelen van kennis binnen de ambtelijke organisatie; verbeteren en actueel houden van informatie op de website; uitvoeren van circa 600 herindicaties i.v.m. het overgangsrecht; corrigeren van “weeffouten” zoals de afspraken in het kader van de samenwerking binnen de centrumregeling jeugdhulp Westelijke Mijnstreek m.b.t. Pgb’s en inkoop.
Naast het hiervoor beschreven transitieproces zijn we ook gestart met het inhoudelijk veranderen van de zorg conform de door de raad vastgestelde visie en wettelijke kaders. Daar ligt de komende jaren de werkelijk uitdaging. 2015 is het eerste jaar van het proces van transformatie van onze samenleving, waarbij we als gemeente de aansluiting zoeken bij de eigen kracht en zelfredzaamheid die overal in onze samenleving te vinden is. Hoe die transformatie er precies uitziet, is ook voor de gemeente een zoektocht. We zijn met alle stakeholders in het proces op reis, een lange reis waarbij we ons gezamenlijke doelen gesteld hebben, maar de weg waarlangs die doelen bereikt worden nog niet helder is. Het proces is vergelijkbaar met wat in de fysieke wereld van de aanneming van werk ook wel ‘design and construct’ wordt genoemd. Wel weten we dat er vernieuwing nodig is, dat mensen nodig zijn met vernieuwende ideeën en initiatieven en dat wij als gemeente samen met inwoners, bedrijven, het onderwijsveld en andere maatschappelijke partners op zoek willen naar nieuwe verbindingen en samenwerkingsverbanden. We zijn bezig om met elkaar het sociale domein anders vorm en inhoud te geven. Het gaat dit jaar in grote lijnen om het: • • • • • •
• • • •
evalueren van intergemeentelijke samenwerking jeugdhulp met de centrumgemeente Sittard-Geleen; (doen) innoveren van de zorg met aanbieders, cliënten, inwoners en kennispartners; verder ontwikkelen van de dorpsontwikkelingsplannen, burgerkracht en co-creatie; mogelijk omvormen van de Hulp bij het huishouden ( uitvoering subsidieregeling hbh ); doorontwikkelen van de toegang tot werk, inkomen en zorg ( integraliteit binnen het sociaal domein, 1 gezin, 1 plan , 1 regisseur, dienstverlening verbeteren ); verbreden van de decentralisaties naar het gehele sociaal domein. De scope van de decentralisaties moet - zowel beleidsmatig als financieel- z.s.m. verbreed worden naar het totale sociaal domein. Het min of meer loskoppelen van de decentralisaties van andere aspecten binnen het sociaal domein is strijdig met de bedoeling daarvan en bemoeilijkt de vernieuwing en het integraal denken en handelen binnen het (gehele) sociaal domein; onderzoeken en mogelijk creëren van een duurzaam financieel perspectief voor Vixia en onze gemeente; ontwikkelen en uitvoeren van een minimabeleid op maat; verder ontwikkelen van de gemeentelijke bestuurskracht zowel lokaal als middels samenwerking; tijdig in positie brengen van de commissie sociaal domein en de raad ; in het proces van transitie en transformatie hebben we de commissie sociaal domein en de raad
3
steeds tijdig in positie gebracht en we blijven dat doen. Zo mogelijk werken we daarbij samen met de gemeenten in de Westelijke Mijnstreek.
Benodigde personele capaciteit en uitvoeringskosten decentralisaties in 2015. Vorenstaand hebben we in grote lijnen beschreven welke uitdagingen in 2015 op de ambtelijke en bestuurlijke organisatie afkomen. We hebben deze uitgewerkt in een planning van de noodzakelijke activiteiten en de daarvoor benodigde capaciteit. Binnen de bestaande structurele personeelsformatie (die als gevolg van het rapport Berenschot ook een ontwikkeling ondergaat) is er momenteel onvoldoende ruimte om de noodzakelijke activiteiten uit te voeren. Er is daarom aanvullende capaciteit nodig. De benodigde extra personele capaciteit alsmede de kosten daarvan zijn in onderstaande tabel inzichtelijk gemaakt.
Wat (werkzaamheden) Beleid Wmo en jeugd Beleid participatie Uitvoeringsbeleid participatie Juridische zaken / bezwaar
Benodigde capaciteit in uren 3.025 240 544
Kosten in € 257.520,22.000 32.640,-
822
57.500,-
Werkprocessen beschrijven Communicatie Informatievoorziening Consulenten Wmo/jeugd ( toegang) Administratieve ondersteuning Consulenten werk en inkomen (toegang) Projectleiding / coördinatie
240 160 752 3.420
16.800,8.000 50.560,198.480,-
1.140
45.480,-
2.484
129.300,-
832
83.200,-
Totaal
13.659
901.480
De benodigde extra capaciteit in 2015 is fors. Een groot gedeelte is incidenteel. Deze kan door externe inhuur ingevuld worden. Daarnaast is er deels sprake van een structurele , meerjarige behoefte. De exacte omvang is momenteel niet tot achter de komma te bepalen. Zoals hiervoor omschreven is er veel tijd gaan zitten en zit er in 2015 nog veel tijd in het oplossen van problemen die zich in de praktijk ten aanzien van de transitie voordoen. De transformatie komt hiermee langzamer op gang dan gewenst. Wij verwachten bij het vaststellen van de kadernota 2017, medio mei 2016 een reële verwachting te kunnen geven van de benodigde structurele capaciteit. Ook in 2016 zal dus nog sprake zijn van een overgangssituatie.
4
Een alternatief om alleen te werken met externe capaciteit is al over te gaan tot het invullen van enkele structurele functies. Deze methode heeft twee grote voordelen. De kosten voor inhuur worden substantieel lager, de kosten van vaste formatie t.o.v. inhuur zijn veelal lager. En als tweede, de stappen die nu worden gezet in de transformatie worden beter geborgd in de bestaande organisatie. Wij zullen, na het accorderen door uw raad, passend binnen het transitieproces van de gehele gemeentelijke organisatie een aantal functies zo snel mogelijk structureel invullen. Dit levert waarschijnlijk een financieel voordeel op ten opzichte van de raming in de hiervoor opgenomen kolom. De raad wordt voorgesteld om dat waarschijnlijke voordeel ten gunste te laten komen van de reserve 3 D ( zie het voorstel met betrekking tot de dekking onder het kopje “financiën”). Voor een deel vindt de uitvoering van de nieuwe taken plaats via intergemeentelijke samenwerking. We hebben de volgende samenwerkingsafspraken gemaakt:
Wat Centrumregeling jeugd Maastricht Centrumregeling jeugdhulp Westelijke Mijnstreek Samenwerking Wmo inkoop, contractmanagement
Kosten per jaar in € 40.000, 158.000, 140.000, -
Totaal
338.000, -
De totale uitvoeringskosten bedragen in 2015: Personele capaciteit Samenwerking Totaal:
€ 901.480, € 338.000, € 1.239.480, -
5
Financiële onderbouwing Kosten
€ 1.239.480, -
Dekking Doorgeschoven posten 2014
€
Uitvoeringskosten decentralisaties 5% budget Wmo en Jeugd
€ 483.000, -
Uitvoeringskosten participatie
€ 125.000,-
Taakstelling samenwerking Sittard-Geleen / incidenteel “voordeel” 2015
€
Totaal dekking
€ 758.000,-
Tekort
€ 481.480,-
90.000, -
60.000, -
Wij stellen u voor om het tekort ad afgerond € 481.000,- te dekken door een uitname uit de reserve 3 D. De stand van de reserve bedraagt per 1 januari 2015 € 1.857.000,- . Alle budgettaire voor- en nadelen die zich dit jaar binnen de decentralisaties voordoen worden verrekend via deze reserve. In de commissie sociaal domein van juni zullen we de op dat moment beschikbare financiële informatie met u delen. Relevante beschikbare achtergrondinformatie
Burgemeester en Wethouders, de Secretaris,
de Burgemeester,
Dict. fv
6