gemeente
Haarlemmermeer
Nota van B&W onderwerp Stand van zaken programma sociaal domein 'Meer voor elkaar' Portefeuilehouder dr. Tom Horn, John Nederstigt, drs. Ap Reinders, dr. Derk Reneman Collegevergadering
25 november
2014
inlichtingen Edwin Bak (023-5676549) Registratienummer
2014.0053664
Inleiding Op 23 januari 2014 heeft de gemeenteraad het raadsvoorstel (2013.0079591) 'Meer voor elkaar: de koers voor het sociaal domein in Haarlemmermeer' (vanaf nu: de koers) met algemene stemmen vastgesteld. Op 4 november hebben wij een raadsvoorstel 'Uitwerking van de koers' vastgesteld dat we ter besluitvorming aan de gemeenteraad hebben aangeboden. Op 20 november heeft de raad gedebatteerd over het voorstel. Conform onze toezegging informeren wij de raad, naast regelmatige informatieve bijeenkomsten en een periodieke nieuwsbrief, eens per kwartaal schriftelijk over de voortgang in het programma sociaal domein. De laatste voortgangsnota hebben wij in augustus aan de raad verzonden (2014.0036117). Daarin hebben wij aangegeven dat wij ervoor zorgen dat op 1 januari 2015: • Er In 2015 continuïteit van zorg Is; • De toegang tot ondersteuning Is geregeld; • Inwoners die weten te vinden; • Onze organisatie voldoende Is 'Ingeregeld' om in 2015 de taken uit te voeren. In deze nota Stand van zaken programma sociaal domein geven wij kort de actualiteit weer rondom de activiteiten die wij ondernemen om uitvoering te geven aan de koers én bovenstaande resultaten te behalen. Achtereenvolgens Informeren wij u over: • De inkoop • Uitkomsten van de stresstest • De toegang per 1 januari • Overgangsperiode • De communicatie • De Interne organisatie • De mljlpalenplannlng
Stand van zaken inkoop Het inkoopproces is nu grotendeels afgerond: • Op 21 oktober 2014 hebben wij besloten met welke Instellingen wij raamcontracten sluiten voor de levering van voorzieningen in het sociaal domein per 1 januari 2015 (2014.0026242). Wij hebben ons besluit ter informatie naar de gemeenteraad gestuurd. • Op 27 en 31 oktober hebben wij het merendeel van de contracten getekend op het gebied van Wmo en Jeugdhulp. De ondertekening van de contracten voor het Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK, ook wel "Veilig Thuis") vindt in december plaats.
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 2
Op 27 november hebben wij een samenwerkingsprotocol ('Terughoudend waar kan, tijdig doorpakken waar nodig') ondertekend met acht andere gemeenten (IJmondgemeenten en Zuid-Kennemerland), de Raad voor de Kinderbescherming, en instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering. Binnen de markt voor de jeugd GGZ, hebben we veel te maken met vrij gevestigden. Met hen sluiten we een contract af vla een digitale portal, die eveneens door de gemeenten in de Stadsregio Amsterdam en de veiligheidsreglo Kennemerland worden gebruikt. Deze manier van inkopen verlaagt de administratieve last en geeft het Midden Klein Bedrijf de ruimte zaken te doen met de gemeente. De landelijke, zeer specialistische jeugdhulp is Ingekocht door de VNG. Alle gemeenten sluiten aan bij de landelijke raamovereenkomsten en voonvaarden. De partijen zijn bij ons bekend. Op aandringen van de Tweede Kamer is op het laatste moment het overgangsrecht van de Wet langdurige zorg (Wlz) van toepassing verklaard op een groep van 14.000 cliënten (de zogenaamde Wlz-lndlceerbaren). Het gaat doorgaans om zwaardere vormen van ondersteuning. In de Rijksmiddelen zijn ook middelen opgenomen voor de ondersteuning van deze cliënten en gemeenten hebben hiervoor reeds contracten gesloten. Volgens een overzicht van het Centraal Indicatieorgaan Zorg gaat het in Haarlemmermeer om honderd cliënten. Het Rijk zal onze gemeente vermoedelijk in de meiclrculalre korten op basis van dit aantal. Het Is echter niet nodig om onze contracten open te breken, omdat wij raamovereenkomsten hebben gesloten. Dat betekent dat deze cliënten wel door de zorgaanbieders ondersteund worden, maar dat de financiering verloopt via de zorgkantoren. De VNG heeft een brief gestuurd aan de staatssecretaris over de gevolgen voor gemeenten van de wijzigingen in de besluitvorming door het Rijk, zo vlak voor 1 januari 2015.
Uitkomsten van de stresstest Op vrijdag 24 oktober vond de zogenaamde 'stresstest' plaats. De test is gemaakt en uitgevoerd door Deloitte, in opdracht van de VNG en het Ministerie van VWS, om duidelijk te maken of gemeenten en partners op 1 januari 2015 klaar zijn voor de decentralisaties, zoals de toegang en In het bijzonder de jeugdhulp. Opzet van de stresstest De test bestond uit drie onderdelen: 1. Verkenning: a. documentstudie (inzicht In het gemeentelijke beleid en stelsel) b. Vragenlijst (Inzicht in ondersteunende processen) c. Interview (verduidelijking op a en b) 2.
Ontwerp stresstest a. Op basis van verkenning is een stresstest op maat gemaakt b. Het ontwerp is zodanig vormgegeven dat de verschillende onderdelen In de keten terugkomen
3. Stresstestdag (inzicht in het primaire proces) a. Er zijn verschillende klantreizen in het nieuwe jeugdstelsel nagebootst. De cliënten doorliepen het gehele stelsel zoals ingericht door de gemeente, van melding of signalering tot normalisering
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 3
b.
De deelnemers van de Stresstest waren gemandateerde professionals, leden van de Meer-teams en Beschermingstafel, professionals van de zorgaanbieders en de gemeente zelf.
Conclusie en aanbevelingen stresstest Deloitte concludeert dat veel processen en kaders goed in kaart zijn gebracht door de gemeente. Het Haarlemmermeerse model Is een logisch concept, waarbij we op eigen wijze zaken anders Inrichten dan anderen dat doen. De gemeente is consequent en ver in het doorvoeren van het model. We bieden veel gelegenheid en ondersteuning aan de professionals om vanaf januari hun werk goed uit te kunnen voeren door middel van trainingen, bijeenkomsten, het ondersteuningsteam en een helpdesk/interventieteam (In de Uitwerking van de koers ook wel de 'vliegende brigade' genoemd). Er wordt veel initiatief getoond vanuit de gemeente om diverse partijen samen te brengen en contact te bevorderen tussen professionals en zorgaanbieders. Dit creëert vertrouwen en een positieve sfeer. Er is enthousiasme en gedrevenheid van professionals om de ondersteuning voor de cliënt goed te regelen en als de nood aan de man Is weten de professionals in het veld elkaar, ongeacht formele procedures, altijd wel te vinden. De meeste ondersteunende processen zijn goed ingeregeld. Denk aan zaken als strategie en beleid, werkprocessen, financiën, Inkoop en sturing. Deloitte heeft ook een aantal aandachtspunten geformuleerd. Op het moment van de test was er behoefte aan meer duidelijkheid omtrent de inrichting van de toegang, kaders en werkprocessen en een goed overzicht van wie wat doet. De meeste van deze aandachtspunten zijn, conform planning, vóór 1 januari opgevolgd door het vastleggen van de werkprocessen, kaders, communicatieroutes en afspraken. Op basis daarvan vinden in november, december en januari trainingen plaats van de gemandateerde professionals, de Meer-teams, de medewerkers van Sociale Dienstverlening en het Ondersteuningsteam. Vanaf 1 januari zijn er een helpdesk en Interventieteam beschikbaar. Een ander aandachtspunt is het monitoren van zorggebruik en de beheersbaarheid van budgetten. Wij verplichten de opdrachtnemers, door middel van de raamcontracten, om maandelijks een financieel overzicht op te leveren. Daaruit is op te maken hoeveel cliënten de komende twaalf maanden In zorg zijn, wat de gemiddelde duur Is van trajecten en welk budget daaraan wordt besteed. Met deze Informatie kan al vroeg in het jaar bezien worden hoeveel inwoners ondersteuning ontvangen, hoe lang dit gemiddeld duurt en of het totaal budget toereikend Is of niet. Vervolgens wordt er maandelijks gemonitord op instroom en uitstroom van cliënten. Daar waar het beschikbare budget overschreden wordt, wachttijden te lang zijn of trajecten te intensief, wordt met de aanbieders(s) gezocht naar een passende oplossing. We krijgen daarnaast Inzicht in de doorverwijspatronen door gemandateerde professionals, Meer-teams, Ondersteuningsteam en huisartsen. Opvallende zaken worden besproken met de professionals om zo ook meer gevoel voor en grip te krijgen op de instroom. Een specifiek vraagstuk in de jeugdzorg is de aandacht voor jongeren tussen de 18 en 23 jaar en jeugdigen met een beperking. Tijdens de test Is gesproken over hoe moeilijk het momenteel Is om jongeren tussen 18 en 23 van de juiste zorg te voorzien. Jongeren zijn soms niet meer gemotiveerd om hulp te ontvangen. Dit zal met de transitie niet meteen anders zijn. We willen dat met jongeren die jeugdhulp ontvangen en die de leeftijd van 18 jaar naderen, tijdig een plan wordt gemaakt over het vervolg. Hierbij kunnen de Meer-teams of het Ondersteuningsteam ondersteunen. Ook maken wij met de zorgverzekeraar afspraken over het doorlopen van zorg. Dat doen we ook (in regionaal verband) wat betreft
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 4
crisisopnamen voor de jeugdigen met een beperking. De verwachting is dat er voldoende volume Is.
De toegang per 1 januari In de Uitwerking van de koers is het Haarlemmermeerse model van toegang tot de hulp en ondersteuning uitgebreid beschreven. Hieronder Informeren wij u over actuele stand van zaken in de voorbereidingen: • Haarlemmermeer krijgt één integrale toegangsverordening voor het sociaal domein. In de verordening legt de raad vast welke ondersteuning vrij toegankelijk Is en voor welke ondersteuning een beslissing nodig is van de gemeente. • De beslissingsbevoegdheid om namens het college toegang te verlenen wordt door ons gemandateerd aan professionals die nabij onze inwoners staan, alsmede aan de Meer-teams en aan het Ondersteuningsteam (zie onder). Het formele besluit tot mandatering hebben wij genomen op 25 november. • De bemensing en huisvesting van de Meer-teams is per 1 januari geregeld. Zowel de gemandateerde professionals als de Meer-teams worden in november en december (verder) opgeleid en getraind. Toegang Jeugd • Kinderen en hun ouders kunnen zich vanaf 1 januari (net als nu) melden bij de hulsarts, de jeugdgezondheidszorg of bij de zorgprofessionals rondom de school. De hulsarts en de jeugdarts hebben op grond van de Jeugdwet de bevoegdheid om door te verwijzen naar jeugdhulp. Daarnaast mandateren wij de jeugdgezondheidsverpleegkundlgen, schoolhulpverleners en leerplichtambtenaren om toegang te verlenen tot tweedelijns jeugdhulp. • De Samenwerkingsverbanden van het Primair en Voortgezet Onderwijs hebben ingestemd met de wijze, waarop de samenwerking tussen passend onderwijs en de jeugdhulp is ingericht. • Met de huisartsen en jeugdgezondheidszorg is een werkwijze ontwikkeld voor de toegang tot jeugd. In november worden de huisartsen, praktijkondersteuners, jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen in drie bijeenkomsten geïnstrueerd over deze werkwijze. Samen met de zorgverzekeraar vormen wij met de huisartsen een stuurgroep, waarin we de samenwerking en onderlinge afstemming verder vormgeven. Toegang Wmo • In het Haarlemmermeerse model hebben professionals met extra mandaat een centrale rol. Voor volwassenen willen wij de professionals rondom de huisartsenpraktijk, voornamelijk de praktijkondersteuners en de wijkverpleegkundigen, in de toekomst mandateren voor de nieuwe Wmo-taken. Het mandateren en voorbereiden van deze professionals is nog niet gereed op 1 januari 2015. Het vergt nauwe samenwerking en afstemming met hulsartsen en zorgverzekeraar. •
In de vorige voortgangsnota meldden wij dat de toegang tot de nieuwe WMO-taken In 2015 daarom tijdelijk verleend wordt door de Meer-teams. Voortschrijdend inzicht heeft ertoe geleid dat wij een specifiek team samengesteld hebben om deze taak uit te voeren. Dat team is het Ondersteuningsteam, dat bestaat uit deskundige professionals op het gebied van begeleiding en uit gemeentelijke medewerkers die al ervaring hebben opgedaan met de uitvoering van de AWBZ-pakketmaatregel (lichte vormen van begeleiding). Dit team is per 1 januari operationeel.
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 5
•
•
Het Ondersteuningsteam voert taken uit voor Inwoners die leven met een beperking - ook jeugdigen - en waar de noodzaak voor ondersteuning In de vorm van begeleiding bij het dagelijkse leven (van licht tot zeer intensief) de aanleiding is voor de hulpvraag. Het gaat om de doelgroep die tot 1 januari binnen de AWBZ valt. Daarnaast had de gemeente in dezelfde doelgroep al enkele taken: de AWBZpakketmaatregel, OB-psychosoclaal en maatschappelijke opvang. In 2015 bereiden we ons - samen met de zorgverzekeraar - voor om wijkverpleegkundigen en praktijkondersteuners vanaf 2016 te mandateren om deze toegangstaak uit te voeren. Parallel daaraan oefenen we In 2015 in een pilot In Nieuw-Vennep met een sluitende keten voor ouderenzorg.
Toegang Participatiewet • In de eerste helft van 2014 Is een verkenning uitgevoerd om te komen tot een efficiëntere en effectievere uitvoeringsstructuur voor de Participatiewet. Aan de hand van een business case is onderzocht of de beoogde Haarlemmermeer Werkorganisatie, die verantwoordelijk zal worden voor de regie op het aan het werk en/of participeren krijgen van Inwoners, kostenbesparend Is. Uit de opgeleverde business case blijkt dat dit het geval Is, terwijl de kwaliteit van de dienstverlening geborgd wordt. De opbouw van een Haarlemmermeer Werkorganisatie zien wij In lijn met de toekomst van onze Sociale werkvoorziening (de gemeenschappelijke regeling met de AM Groep). • De gemeenteraad debatteert op 11 december over beide onderwerpen. De besluitvorming over zowel de oprichting van een Haarlemmermeer Werkorganisatie als over de toekomst van de GR AM Groep, zal dan naar verwachting begin 2015 plaatsvinden.
Overgangsperiode In de Jeugdwet en In de Wmo 2015 staat, dat cliënten die in zorg zijn op 31 december 2014 of een Indicatie voor zorg hebben, maximaal een jaar dit recht op zorg houden bij de aanbieder waar zij in zorg zijn. Bij de pleegzorg heeft de wetgever geen termijn gesteld. In de wet is geregeld dat jongeren niet zonder inhoudelijke redenen geconfronteerd mogen worden met een verandering van pleegouders. Met de ondertekening van de raamcontracten, zorgen wij voor een contract met alle huidige aanbieders en realiseren we continuïteit van zorg voor cliënten. Wij hebben met de zorgaanbieders afgesproken dat alle cliënten worden geïnformeerd over hun persoonlijk situatie en de overgangsperiode. Hieronder schetsen wij de hoofdlijnen van deze overgangsperiode in relatie tot de bestaande en aflopende Indicaties van de gemeente (Hulp bij het huishouden), het Centrum Indicatiestelling Zorg (huidige ABWZ) en Bureau Jeugdzorg (huidige jeugdzorg). Hulp bij de huishouding •
In de media zijn berichten verschenen over gemeenten die massaal de wet zouden overtreden door het zonder meer stopzetten of versoberen van de huishoudelijke hulp. De kritiek gaat over het gegeven dat er door gemeenten geen onderzoek wordt gedaan, geen keukentafelgesprek wordt gevoerd en dat er geen intrekking- of wijzigingsbeschikking met bezwaarmogelijkheid wordt afgegeven.
•
Wij gaan de huishoudelijke hulp vanaf 2015 versoberen en doen dit door schoonmaakhulp niet meer als gemeentelijke voorziening te beschouwen. Wij hebben een zorgvuldige werkwijze opgezet, waarmee wij voldoen aan de wettelijke
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 6
•
•
•
•
• •
vereisten. Wij zien het jaar 2015 als een overgangsjaar waarin mensen hun huidige Indicatie behouden. Wij hebben een plan ingediend bij VWS dat op 20 november Is goedgekeurd door het ministerie. Haarlemmermeer krijgt een toelage die wij inzetten voor inwoners die nu nog een indicatie hebben voor hulp bij het huishouden, maar onder de nieuwe regeling voor schoonmaakhulp worden venwezen naar de particuliere markt. Deze inwoners ontvangen een voucher waarmee schoonmaakhulp kan worden Ingekocht bij een zorgaanbieder in plaats van bij een particuliere schoonmaker of schoonmaakbedrijf. De voucher is bedoeld om het verschil tussen de kosten van een zorgaanbieder en de particuliere markt te dekken. Daarmee kan een deel van de huidige klanten bij de zorgaanbieders blijven. De zorgaanbieders kunnen daardoor een groot deel van de huidige medewerkers In dienst te houden. We spreken met de aanbieders af dat zij in 2015 en 2016 de thuiszorgmedewerkers omscholen naar functie en niveau van verzorgenden die In de zorg aan huls nodig zijn. Hierbij kan aangesloten worden bij het sectorplan arbeidsmarkt zorg. Voor de inwoners geldt dat met het vouchersysteem zij In staat worden gesteld de schoonmaak te blijven ontvangen van hun huidige zorgaanbieder. Alle mensen die nu een indicatie hebben zijn geïnformeerd over de wijzigingen en de mogelijkheden om met de gemeente In gesprek te komen wanneer er - na afloop van de indicatie - nog ondersteuning nodig is. Indien een Indicatie afloopt in 2015, is verlenging alleen mogelijk als ondersteuning nodig Is bij het voeren van een gestructureerd huishouden. De cliënt kan de ondersteuningsbehoefte bespreken met zijn of haar hulpverlener, die de cliënt dan In contact brengt met het Ondersteuningsteam. Een hulpverlener kan ook zelf bij het Ondersteuningsteam aangeven dat een cliënt aanvullende ondersteuning nodig heeft. Met alle mensen van wie de indicatie na het overgangsjaar 2015 afloopt, gaan wij in 2015 een keukentafelgesprek voeren. Uit het gesprek en het onderzoek moet blijken of Iemand gebruik kan maken van schoonmaakhulp of dat er ondersteuning nodig is bij het voeren van een gestructureerd huishouden. Dit gesprek wordt gevoerd door het Ondersteuningsteam (zie: toegang). Persoonsgebondenbudget-houders kunnen zich vanaf 1 januari via een gemeentelijke portal melden bij het Ondersteuningsteam. Indien uit het gesprek en het onderzoek blijkt dat er sprake Is van uitsluitend schoonmaakhulp krijgt de inwoner een intrekkingsbeschikking. Deze beschikking is voorzien van een motivatie en een bezwaarmogelijkheid.
Jeugdzorg (nu nog) gefinancierd door de Stadreqio Amsterdam (SRA) ('provinciaal gefinancierde jeugdzorg') • Provinciale jeugdzorg (bij ons: SRA) bestaat onder andere uit ambulante hulp, residentiële hulp en pleegzorg. • In de meeste gevallen Is er na afloop van de Indicatie geen verlenging nodig. Het aantal langlopende indicaties Is beperkt. Het gaat vaak om gezinnen met meen/oudige problemen. Het Meer-team levert in dat geval de ondersteuning. • Informatie over cliënten (voor zover nodig) vragen wij op bij de instellingen, er is geen sprake van een overdracht door het Rijk.
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 7
Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg (IGGZ) In de meeste gevallen Is geen sprake van indicaties maar verwijzingen (veelal door huisartsen en medisch specialisten). Er Is dus ook geen sprake van her-indicaties en de doorverwljsroutes blijven na 1 januari 2015 gelijk. Wel kunnen ook de (andere) gemandateerde professionals straks doorverwijzen naar de jGGZ. Half november verwachten wij de eerste oplevering van gegevens vanuit het Rijk. Begeleidlngstaken voor jeugdigen (nu nog AWBZ) Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en Bureau Jeugdzorg behandelen aanvragen tot 1 januari en geven nu kortdurende Indicaties af. Veelal Is er echter sprake van langlopende indicaties (vijftien of dertig jaar). Als een indicatie afloopt is er meestal verlenging nodig. Er Is een grote groep cliënten van wie de huidige indicatie doorloopt na 1 januari 2016. We hebben gegevens ontvangen van cliënten met een PGB-jeugd, zij hebben van ons een brief ontvangen. Cliënten met Zorg in Natura hebben wij via de aanbieders geïnformeerd. Bij het aflopen van indicaties worden deze cliënten door de Instelling in contact gebracht met het Ondersteuningsteam (zie: toegang). PGB-houders kunnen zich vanaf 1 januari via een gemeentelijke portal melden bij het Ondersteuningsteam. Begeleidlngstaken voor volwassenen (nu nog AWBZ) Het CIZ behandelt aanvragen tot 1 januari en geeft nu kortdurende indicaties af. Veelal is er sprake van langlopende indicaties (vijftien of dertig jaar). Als een Indicatie afloopt is er meestal verlenging nodig. Er is een grote groep cliënten van wie de huidige Indicatie doorloopt na 1 januari 2016. Per 1 januari 2016 komen alle Indicaties van rijkswege te vervallen. De gemeente moet over al deze indicaties opnieuw besluiten nemen. We hebben gegevens ontvangen van cliënten met een PGB, zij hebben van ons een brief ontvangen. Cliënten met Zorg In Natura hebben wij vla de aanbieders geïnformeerd. Bij het aflopen van indicaties worden deze cliënten door de instelling in contact gebracht met het Ondersteuningsteam (zie: toegang). PGB-houders kunnen zich vanaf 1 januari via een gemeentelijke portal melden bij het Ondersteuningsteam. Beschermd wonen • De verantwoordelijkheid voor beschermd wonen is vanaf 1 januari 2015 een gemeentelijke verantwoordelijkheid, die door de centrumgemeenten uitgevoerd moet worden. Het gaat echter om inwoners van onze gemeente en wij willen de voorzieningen optimaal aan laten sluiten op de lokale Infrastructuur. • Wij vinden het van belang dat de toegang tot deze vorm van ondersteuning past in het Haarlemmermeerse model. We zijn daarom In gesprek met de centrumgemeente (Haarlem) om te zorgen dat de toegang In de praktijk via het Ondersteuningsteam of Meer-team verloopt. Dit team geeft een (bindend) advies aan de centrumgemeente, die vervolgens het formele indicatiebesluit neemt. • Deze werkwijze geldt ook In geval een lopende indicatie van een inwoner van Haarlemmermeer afloopt.
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 8
De communicatie Hieronder geven wij de actuele stand van zaken weer omtrent de communicatie. Brieven aan cliënten en telefonische bereikbaarheid Wij hebben met de zorgaanbieders afgesproken dat alle cliënten worden geïnformeerd over hun persoonlijke situatie. De Wmo-raad heeft de gemeente over de leesbaarheid en begrijpelijkheid van de brieven geadviseerd. • Cliënten met dagbesteding, kortdurend verblijf, individuele begeleiding of hulp bij het huishouden, hebben rond 1 november één gezamenlijke brief ontvangen van de gemeente en de betreffende zorgaanbieder. • Met de jeugdzorg-aanbieders is afgesproken dat zij zelf hun cliënten informeren. Hiervoor hebben wij een voorbeeldbrief aangereikt. • Cliënten van beschermd wonen zijn In november geïnformeerd door de centrumgemeente (Haarlem). • Cliënten met een bijstandsuitkering hebben wij in de eerste week van november per brief geïnformeerd over de wijzigingen op hoofdlijnen als gevolg van de nieuwe Participatiewet. • Cliënten met een PGB (jeugd of Wmo) hebben van de gemeente een brief ontvangen waarin is aangegeven welke gegevens wij hebben ontvangen over hun situatie en over de overgangssituatie. • De komende weken ontvangen wij gegevens van cliënten (kinderen) die op de wachtlijst staan. Hun indicaties voor zorg blijven geldig. Wij nemen telefonisch contact op met deze cliënten om na te gaan wat hun situatie Is. In veel gevallen zijn cliënten doorverwezen naar hun eigen zorgaanbieders voor nadere informatie of vragen. Tegelijkertijd hebben we de telefonische bereikbaarheid per 3 november georganiseerd. Dat geldt zowel voor vragen over de bestaande taken van de gemeente (Wmo en WWB) als over de nieuwe taken (nieuwe Wmo, jeugd en Participatiewet). Vragen komen binnen bij het Klant Contact Centrum. De medewerkers daar kunnen de meeste vragen goed afhandelen. Lukt dat niet, dan kunnen zij meteen doorschakelen naar deskundigen. Voorlichtingsbijeenkomsten • Zo'n veertig inwoners waren op 7 oktober aanwezig bij de inspraakavond over de Uitwerking van de koers en de verordening sociaal domein. Van de gelegenheid om online te reageren is zeer beperkt gebruik gemaakt. Deze inwoners zijn in de eerste week van november bedankt voor hun bijdrage en ontvingen informatie over wat er met de reacties is gedaan. Zie hiervoor het consultatieverslag dat als bijlage is meegestuurd met het raadsvoorstel Uitwerking van de koers. •
•
Op 17, 19 en 25 november hebben wij drie brede informatieavonden georganiseerd over zorg en ondersteuning vanaf 2015. Speciale aandacht is er voor vrijwilligersorganisaties die hun achterban ondersteunen. Wij zorgen ervoor dat ook zij goed geïnformeerd zijn en hun rol als Informele verwljzer kunnen vervullen. Tijdens het kernenoverleg in september zijn de dorps- en wijkraden geïnformeerd over het Haarlemmermeers model.
Huis-aan-huis special In december brengt de gemeente een informatieve krant uit voor alle inwoners met een overzicht van veranderingen en waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Daarbij Informeren wij Inwoners over de inzet van (vrijwilligers)organlsaties om te laten zien dat er
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 9
veel organisaties en initiatieven zijn die inwoners ondersteunen. Hiermee sluiten we aan op de Koers voor het sociaal domein 'Meer voor elkaar'. Professionals Afhankelijk van de doelgroep zet de gemeente diverse instrumenten in om de professionals goed te informeren. Voor hulsartsen zijn drie bijeenkomsten georganiseerd, waarbij ook de praktijkondersteuners en jeugdartsen aanwezig zijn. In november Is een themamiddag voor professionals, er Is een wegwijzer ontwikkeld voor de professionals met mandaat en een whlteboard story met één boodschap voor leerkrachten over Passend Onderwijs en de Jeugdwet. Uit reacties van o.a. zorgaanbieders blijkt dat de proactieve houding van de gemeente zeer wordt gewaardeerd. Ondernemers/werkgevers Ondernemers en werkgevers informeren wij eind 2014 over de rol die werkgevers en ondernemers hebben om de uitvoering van de Participatiewet samen tot een succes te maken. Overige communicatiemiddelen De digitale nieuwsbrief 'Meer voor elkaar', de websites en Facebookpagina met praktijkvoorbeelden, trekken nog steeds de aandacht. Ook via InforMeer informeren wij onze inwoners. Eind 2014 zorgen wij ervoor dat de gemeentelijke website geactualiseerd is voor de nieuwe situatie In 2015.
Stand van zaken interne organisatie De laatste weken van 2014 (en ook de eerste weken van 2015) staan In het teken van het (verder) voorbereiden van de interne organisatie. Dat richt zich vooral op het inrichten en testen van werkprocessen, systemen en koppelingen, en het organiseren van opleidingen en instructies. Onderwerpen die 'ingeregeld' worden zijn het verkrijgen van sturingsinformatie, het versterken van contractbeheer en -management, klachtencoördinatie. Informatisering, facturering, archivering en andere administratieve processen. Ook het Klant Contact Center is (en wordt) voorbereid op het afhandelen van vragen van Inwoners. Dan gaat het bijvoorbeeld om het opstellen van vraag- en antwoordcombinatles voor het callcenter en het aanpassen van de website. We zijn goed voorbereid op onze nieuwe taken. Maar we bereiden ons ook voor op onvoorziene vragen en situaties die zullen gaan optreden. In de eerste maanden van 2015 staat er een 'vliegende brigade' klaar om knelpunten te signaleren en snel op te pakken. We maken daartoe ook afspraken met onze partners. Naast de gemandateerde professionals, huisartsen en Meerwaarde, gaat het om de dorps- en wijkraden, de nieuwe Participatieraad (nu nog: Wmo-raad en WWB Cliëntenraad) en andere organisaties als de ouderenbonden en cliëntvertegenwoordigers. De voorbereidingen worden op dit moment getroffen.
Stand van zaken financieel In de programmabegroting 2015-2018 heeft de raad € 41,87 min. beschikbaar gesteld voor de diensten binnen de Jeugdwet en (nieuwe) Wmo 2015, conform de te ontvangen decentralisatie-uitkering van het Rijk. Het nieuwe participatiebudget In 2015 bedraagt € 9,3 min. In de nota Ondertekening contracten sociaal domein (2014.0026242) hebben wij aangegeven dat wij, in geval van honderd procent geprognosticeerde omzet door de instellingen, verwachten dat de uitgaven over 2015 voor onze gemeente € 700.000,- hoger uit zullen vallen dan begroot. Dit tekort kan in de praktijk hoger of lager uitvallen. Gegevens
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 10
van het Rijk over aantallen cliënten en uitgaven zijn tot op heden regelmatig bijgesteld. Een recent voorbeeld is het besluit van het Rijk om een aantal cliënten alsnog onder te brengen onder de Wet langdurige zorg (zie bij 'inkoop' aan het begin van deze nota). We gaan er van uit dat we In 2015 tegen onverwachte zaken zullen aanlopen. Zo kan het voorkomen dat, soms mede op last van de Kinderrechter, hulp nodig Is, die niet onder contract staat. Hoe vaak dit voor zal komen, is op dit moment niet vast te stellen. Ook doordat meer mensen langer thuis blijven wonen (extramuralisering) is de ontwikkeling van het volume voor 2015 niet volledig te voorzien. Als er In individuele gevallen geen ondersteuningsmogelijkheden In het eigen netwerk of met algemene voorzieningen beschikbaar zijn, zullen wij aan inwoners maatwerkvoorzieningen toekennen. Dit geldt zowel voor de bestaande als nieuwe taken In het sociaal domein. Het Rijk heeft In de decentralisatie-uitkering middelen beschikbaar gesteld om de gevolgen van extramuralisering op te vangen. Zoals aangegeven Is echter niet geheel te voorspellen hoe de vraag naar hulp en ondersteuning zich ontwikkelt. Het toegekende budget voor Jeugd en Wmo Is berekend met behulp van een verdeelmodel op basis van historische kosten. Het Rijk ontwikkelt op dit moment een objectief verdeelmodel. Het nieuwe verdeelmodel voorspelt per gemeente de verwachte uitgaven die samenhangen met de extra verantwoordelijkheden die gemeenten krijgen. De middelen die wij van het Rijk ontvangen kunnen nog wijzigen. De nieuwe verdeelmodellen worden per 1 januari 2016 van toepassing. De transitie van het sociaal domein is voor alle gemeenten, Haarlemmermeer niet uitgezonderd. Inhoudelijk als financieel een grote opgave. In ons collegeprogramma hebben wij aangegeven dat wij ervan uit gaan dat de ontvangen rijksbijdragen en de gemeentelijke uitgaven voor het sociaal domein in 2018 In evenwicht zijn. Intussen zetten wij - Indien noodzakelijk - de behoedzaamheidsreserve in ten behoeve van een zachte landing en om de benodigde innovatie te realiseren. Om de uitgaven in 2015 optimaal te monitoren, verplichten wij de opdrachtnemers, in de raamcontracten, om maandelijks een financieel overzicht op te leveren, waaruit is op te maken hoeveel cliënten de komende twaalf maanden In zorg zijn en welk budget daaraan wordt besteed. Daar waar gezien wordt dat beschikbaar budget overschreden wordt, zal gezocht worden naar een passende oplossing.
Mljlpalenplannlng Wat Raadsvoorstel Minimabeleid Raadsvoorstel: * Uitwerking van de koers * Verordening sociaal domein * Verordening Participatieraad Mandaatbesluit Beleidsregels en financieel besluit Financieel besluit
B&W 4 november 2014 4 november 2014
25 november 2014 9 december 2014 9 december 2014
Raad 4 december 4 december
ionderwerp Volgvel
Stand van zaken programma sociaal domein 11
Conclusie Wij stellen vast dat onze gemeente goed voorbereid Is voor de transitie. De Inkoopcontracten zijn gesloten, cliënten en andere Inwoners zijn geïnformeerd, het toegangsmodel is gereed en de Interne organisatie is opgetuigd. We zijn er klaar voor, maar zeker niet klaar mee. In 2015 begint het pas echt. Wij monitoren de transitie, zowel Inhoudelijk als financieel en sturen tegelijkertijd op de benodigde transformatie. Wij informeren komend jaar de gemeenteraad halfjaarlijks via een voortgangsrapportage en twee keer via een voortgangsbrief. Ook In 2015 sturen wij periodiek een nieuwsbrief aan de gemeenteraad, waarin de laatste actualiteiten en ontwikkelingen aan de orde komen.
Besluit Op grond van het voorgaande hebben wij besloten om: 1. 2.
Kennis te nemen van de stand van zaken van het programma Sociaal Domein Deze nota ter Informatie te zenden aan de raad.
Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, de secretaris, de burgemeester.