Ingekomen stuk Aan
Datum Docbasenummer Projectnummer
15 augustus 2012 259834
algemeen bestuur
Onderwerp Portefeuillehouder Programma Afdeling
19 september 2012
Stand van zaken MJA3 Heemraden B. Vreeswijk en J. Verhoef Waterketen Planvorming
Bijlage(n)
1. Ingekomen stuk D&H Voorgesteld wordt om kennis te nemen van de stand van zaken betreffende de Meerjarenafspraak Energie-efficiency (MJA3) bij de waterschappen Vallei & Eem en Veluwe. In dit voorstel wordt de voortgang van deze afspraken beschreven alsmede de behaalde prestaties tot nu toe en in hoofdlijnen de plannen voor de komende jaren. Deze plannen zullen worden opgenomen in een nieuw op te stellen EEP voor de planperiode 2013–2016. De belangrijkste conclusie is dat het nieuwe waterschap Vallei & Veluwe i.o. op basis van de resultaten van de rechtsvoorgangers tot en met 2011 de energie efficiëntie ten minste met 19% heeft verbeterd (exclusief groene energie inkoop). Rekenen we de groene energie inkoop mee dan heeft het nieuwe waterschap energie efficiëntie verbetering ten minste met 38% verbeterd. Voor de komende planperiode 2013-2016 zal de energie-efficiency verder toenemen als gevolg van de geplande realisatie van de energiefabriek Amersfoort en de verdere optimalisatie van de energiefabriek Apeldoorn. Voor het jaar 2016 als deze twee energiefabrieken zijn gerealiseerd en geoptimaliseerd is de prognose dat de energie-efficiency is verbeterd met 28% exclusief de inkoop van groene energie. Als we de inkoop van groene energie wel meerekenen is de verbetering bijna 40%.
2. Bestuurlijke aanleiding en vraag Inleiding Sinds 2008 zijn alle waterschappen aangesloten bij de Meerjarenafspraak Energieefficiency (MJA3). Het doel van deze afspraak is om als branche over de periode 2005 – 2020 een verbetering van de energie-efficiency te bereiken van 30% of wel 2% per jaar. De landelijke coördinatie van het convenant loopt via de Unie van waterschappen en de Verenging van Zuiveringsbeheerders (VvZB), terwijl het AgentschapNL inhoudelijke en procesmatige ondersteuning geeft, in het bijzonder wat betreft het opstellen van de energie-efficiencyplannen en het monitoren van het energieverbruik. Zowel het waterschap Veluwe als het waterschap Vallei & Eem zijn na de
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 2 van 10
ondertekening op 1 juli 2008 gestart met het opstellen van een energie-efficiencyplan (EEP) voor de periode 2009-2012. Energie-Efficiency Plan 2009-2012 Op basis van de MJA3 afspraken in 2009 is gestart met het opstellen van een EEP voor de planperiode 2009-2012. Voor beide waterschappen was het uitgangspunt om in de planperiode minimaal 8% energie-efficiency te behalen. In de eerste EEP’s is beschreven welke wetgeving en overige verplichtingen van toepassing zijn en hoe de energiezorg binnen het waterschap wordt georganiseerd. Vervolgens zijn de processen beschreven van het zuiveren van afvalwater die van invloed zijn op de energie- en warmtebalans. Aangezien 2005 het startjaar was van de MJA3 afspraken is het energieverbruik en de prestatiematen als referentie vastgelegd. Prestatiematen voor de procesefficiëntie zijn de hoeveelheid getransporteerde afvalwater, de verwijderde vuilvracht in i.e.’s en de hoeveelheid ontwaterde slib. Voor het bepalen van de verbetering van energie efficiëntie wordt gebruik gemaakt van drie factoren: de procesefficiëntie, de duurzaamheid van energie en de efficiëntie in de keten. Als basis voor de energie efficiëntie verbetering over de planperiode is gebruik gemaakt van bestaande investeringsplannen uit 2008. Bij het opstellen van het EEP 2009-2012 is gebruik gemaakt van bestaande (energiebesparende/duurzame energie opwekkende) plannen. Energiebesparing was voor beide waterschappen al een belangrijke doelstelling, waardoor het opstellen van het EEP eigenlijk niets meer was dan het opschrijven van bestaande investeringsplannen. Tussenstand MJA3 Het MJA resultaat wordt berekend aan de hand van het totale primaire energieverbruik, de geleverde prestatie en het daaruit herleide referentieverbruik op basis van 2005. Het primaire energieverbruik omvat de ingekochte energie (elektriciteit en aardgas) inclusief de inzet van duurzame energie en geleverde energie. Hierbij gaat het zowel om de eigen opwekking als de inkoop van duurzame energie. Het primaire energiegebruik wordt gecorrigeerd met het energiegebruik van maatregelen die uitgevoerd moesten worden als gevolg van invloedsfactoren zoals bijvoorbeeld strengere regelgeving. Elk jaar wordt het energieverbruik aan het Agentschap gerapporteerd door middel van de MJA Monitoring, zie Bijlage 1. De onderbouwing van deze monitoring is het energieoverzicht zoals gegeven in Bijlage 2. Uit de laatste MJA-monitoring 2011 van het Agentschap blijkt dat de beide waterschappen (exclusief groene energie inkoop) ten opzichte van 2005 hun energie efficiency (EEI) als volgt hebben verbeterd: • Vallei & Eem met 11,7% • Veluwe met 27,1%. Gezamenlijk levert dit een energie efficiency besparing op van 19%, zie bijlage 3. Het relatief hoge percentage van waterschap Veluwe wordt vooral veroorzaakt door de eigen opwekking van duurzame energie op de RWZI Apeldoorn. Bij waterschap Veluwe lag de prioriteit bij de efficiency in duurzame energie, terwijl bij het waterschap Vallei&Eem zich vooral op procesefficiency heeft gericht. In bijlage 2 is het energieoverzicht gegeven van de beide waterschappen.
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 3 van 10
De boven genoemde verbeteringen zijn berekend zonder rekening te houden met het verbeteren van de ketenefficiëntie. Beide waterschappen hebben namelijk al verbeteringen in de keten gerealiseerd alleen is het onduidelijk hoe deze meegenomen moeten worden. Daarom kan gesteld worden dat genoemde percentages ten minste aangeven wat de energie efficiëntie verbetering is. Groene energie De inkoop van groene energie staat ter discussie als energiebesparingsmaatregel, maar wordt conform de MJA afspraken vooralsnog wel als besparingsmaatregel binnen de pijler duurzame energie gewaardeerd. Indien de inkoop van groene energie wordt meegeteld zakt voor het MJA de duurzaamheidindex naar 0 en wordt de energie efficiency als volgt: • • •
Vallei & Eem 41,0% Veluwe 35,4%. Vallei&Veluwe samen 38,7%
Voor Vallei & Eem betekent dit een sterke verbetering van het resultaat. Bij Veluwe is de verbetering kleiner omdat het aandeel van de eigen opwekking van duurzame energie niet meer zichtbaar is in de factor duurzame energie. Bijlage 1 zijn de MJA tabellen weergegeven zoals in het elektronisch Meer Jaren Verslag (e-MJV) per waterschap zijn gepresenteerd. Uitgevoerde maatregelen Bij het Waterschap Veluwe is de energiebesparing behalve door het project “slibvergisting externe afvalstromen” tot stand gekomen door de volgende maatregelen: • RWZI Apeldoorn o Deelstroombehandeling (DEMON) o Isoleren navergister. • RWZI Elburg o Bijplaatsen gasmotor • RWZI Epe o Nieuwbouw Nereda als zuiveringsproces o Verbetering (isolatie) bedrijfsgebouw Bij het Waterschap Vallei & Eem zijn de belangrijkste maatregelen die in de afgelopen planperiode zijn uitgevoerd als volgt: • RWZI Amersfoort o Bellenbeluchting o Actief koolfilter biogas o Vervanging slibcentrifuges • RWZI Veenendaal o Aanpassen beluchtingsregeling o Actief koolfilter biogas o Vervanging gasmotor voor HR WKK • RWZI Renkum o Vervanging influentpompen voor HR pomp
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 4 van 10
•
•
RWZI Ede o Uitbreiding analyzers beluchtingscircuit o Aanpassing procesregeling o Mechanische menging slibgisting RWZI Soest o Actief koolfilter
Nog uit te voeren maatregelen: In het EEP van Vallei & Eem staan de volgende 3 maatregelen nog op de planning: 1) Deels bellenbeluchting op de RWZI Veenendaal (in werking gekomen februari 2011). 2) Deels bellenbeluchting RWZI Soest staat op de planning om uitgevoerd te worden in 2012 onder voorbehoud dat het financieel haalbaar is. 3) Deels bellenbeluchting RWZI Woudenberg; deze is komen te vervallen omdat het niet aan de voorwaarde kan doen dat het geïnvesteerde geld binnen 10 jaar terugverdiend kan worden. In het EEP van Veluwe staat voor 2012 nog de optimalisatie van de beluchting op de RWZI Brummen op de planning. Invloedsfactoren De resultaten van alle bovengenoemde maatregelen zijn beïnvloed door een aantal factoren. Deze zijn in de EEP’s beschreven en kunnen een positief (besparend) of negatief (ontsparend) effect hebben. Bijvoorbeeld wanneer er een zandfiltratie wordt gebouwd gaat dit meestal veel extra energie kosten, maar levert het niet veel op in de verwijdering van i.e.’s. Dit surplus aan kWh’s mag dan worden afgetrokken van het totaalverbruik. Invloedsfactoren gaan over het algemeen over ontsparende maatregelen. Hieronder worde de belangrijkste maatregelen en invloedsfactoren per waterschap nader toegelicht. Ws Veluwe Op de RWZI Apeldoorn is in november 2007 de slibontwateringsinstallatie in bedrijf genomen. Hierdoor nam het totaal elektriciteitsverbruik toe. In de periode voor 2007 werd het slib niet ontwaterd maar afgevoerd naar de Vartech installatie. (Dit is een ketenmaatregel waarbij uit onderzoek is gebleken dat de gebruikte verwijderingsmethode via de Vartech installatie energetisch ongunstiger was dan de nieuwe verwijderingsmethode). Op de RWZI Harderwijk is in 2009 de zandfiltratie in bedrijf genomen. Deze installatie was noodzakelijk om te kunnen voldoen aan de strengere effluenteisen. De RWZI Terwolde is sinds 2007 overbelast als gevolg van een externe belasting van een stortplaats. Deze afvalstroom heeft een zeer ongunstige CZV/N verhouding, waardoor er veel energie nodig is bij de zuivering. Ws Vallei & Eem In de periode vanaf 2008 is het waterschap begonnen met de bouw van nabehandelingsinstallaties (o.a. zandfiltratie) om te kunnen voldoen aan de Europese kaderrichtlijn Water. In 2009 zijn er drie installaties gerealiseerd, namelijk op de RWZI’s Nijkerk, Bennekom en Woudenberg. In 2011 zijn er twee bijgekomen op de
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 5 van 10
RWZI’s Amersfoort en Veenendaal, maar die zijn pas op het einde van het jaar in bedrijf genomen en zijn nauwelijks van invloed geweest op het energieverbruik in 2011. Daarnaast zijn er twee nieuwe slibontwateringsinstallaties gebouwd op respectievelijk Ede (november 2007) en Amersfoort 2008. Deze kunnen, net als in Apeldoorn, beide beschouwd worden als keten maatregelen (Amersfoort voert sinds 2008 niet 20% ds maar 24% ds af. De ontwatering op Ede is gebouwd omdat gestopt is met afvoeren naar de Vartech). Vervolg MJA3 door Waterschap Vallei&Veluwe EEP 2013-2016 Voor de volgende planperiode zal door het waterschap Vallei&Veluwe een nieuw Energy Efficiency Plan (EEP) 2013-2016 worden opgesteld. Dit EEP wordt in principe een update van de twee vorige EEP’s. Voor de nieuwe periode geldt binnen het kader van de algemene afspraken als doelstelling een energiebesparing van gemiddeld 2% per jaar met als referentie het jaar 2011. Wel worden er enkele accenten verlegd. In het bijzonder krijgen ketenmaatregelen nadrukkelijker de aandacht. Zij zullen meer in beeld moeten worden gebracht. Maar kern van het EEP vormen de geselecteerde, energiebesparende maatregelen. Hierbij is de context van het EEP van belang, namelijk het bedrijfinterne, strategische afwegingskader en de externe omgeving waarin het waterschap opereert. Het EEP 2013-2016 dient voor 1 oktober bij het Agentschap.NL te worden ingediend. Energiefabrieken Apeldoorn en Amersfoort In de komende planperiode zullen twee geplande maatregelen zorgen voor een grote energie efficiency besparing, namelijk optimalisatie en realisatie van de energiefabrieken Apeldoorn en Amersfoort, In beide rwzi’s zal door aanpassingen aan het zuiveringsproces en de slibverwerking de biogasproductie enorm toenemen, waarmee extra warmte en elektriciteit zal worden geproduceerd. Daarnaast zal het drogestofgehalte van het ontwaterd slib hoger worden. Dit levert voordeel op in de keten. De prognose is dat met de realisatie van de twee energiefabrieken de energie efficiency verbetering exclusief de inkoop van groene energie 2016 in totaal meer dan 28% zal zijn t.o.v. het jaar 2005. Als de inkoop van groene energie wel wordt meegerekend is dit bijna 40%. Naast deze maatregelen zullen ook op een aantal andere ruzies nog verbeteringen worden aangebracht die voor een verdere energiebesparing zullen zorg dragen. Klimaatakkoord In het voorjaar van 2010 is door de Unie van waterschappen en het Rijk een Klimaatakkoord afgesloten waarin ook de MJA wordt genoemd. Daarnaast is de ambitie vastgesteld om in 2030 voor 40% in eigen energieverbruik te voorzien door eigen duurzame energieproductie (vooral biogas) en om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Op basis van de resultaten van 2011 blijkt dat het waterschap Vallei&Veluwe al meer dan 50% van het energieverbruik zelf opwekt. In 2016 zal dit na optimalisatie en realisering van de energiefabrieken Apeldoorn en Amersfoort naar verwachting oplopen naar ongeveer 69%. Hiermee zal het Waterschap Vallei&Veluwe een grote bijdrage leveren aan het Klimaatakkoord.
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 6 van 10
Andere energiemaatregelen Het waterschap Vallei&Veluwe is niet alleen bezig met energiebesparing in de waterketen, maar ook in het waterbeheer. Sinds 2010 is een waterkrachtcentrale in bedrijf naast de Hezenbergerstuw tussen Hattem en Wapenveld. Het vallende water brengt een vijzel in beweging waardoor elektriciteit wordt opgewekt. De centrale levert circa 150 MWh per jaar wat overeenkomt met het gemiddeld jaarlijks energieverbruik van 43 huishoudens. Voorts zullen op het dak van het waterschapsgebouw in Apeldoorn voor eind september zonnepanelen worden geplaatst. De panelen met een oppervlak van ca 330 m2 zullen gemiddeld een energieproductie van 45 MWh per jaar leveren. Dit is ongeveer 10% van het totale energieverbruik in het kantoor. 3. Bestuurlijke risico’s / positionering / mandatering Het uitvoeren van de MJA3 afspraken is conform het convenant dat door de Unie van waterschappen met het Ministerie van EZ is getekend in 2008. MJA heeft een impuls gegeven aan de verdere professionalisering van de energiezorg binnen het waterschap. Het optimaliseren van het energieverbruik en de opwekking levert naast het realiseren van de klimaatdoelstellingen ook voordelen op met betrekking tot het verminderen van de afhankelijkheid van de prijsontwikkelingen op de energiemarkt. 4. Uitgangspunten / eerdere besluiten Het D&H van Waterschap Vallei & Eem is op 3 juli 2008 akkoord gegaan met het afsluiten van het Meerjaren Energie Efficiency-convenant. Daarna is nog niet gerapporteerd over tussenresultaten. Bij Waterschap Veluwe is in juni 2010 een tussenstand gemeld aan het D&H en aan het AB. 5. Maatschappelijk draagvlak/MVO Het uitvoeren van het MJA3 convenant door het waterschap past naadloos in het MVO beleid. Communicatie De resultaten van de tussenstand van de MJA afspraken kunnen na publicatie een bijdrage leveren aan het imago van het waterschap Vallei&Veluwe als vooruitstrevende en duurzaam gerichte organisatie.
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 7 van 10
6.
Ondertekening
ing. P. Spaan secretaris
mr. G.P. Dalhuisen secretaris
ir. G. Verwolf dijkgraaf
dijkgraaf
7.
Besluit Bestuur
drs. J.M.P. Moons
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 8 van 10
Bijlage 1 MJA Monitoring 2011
MJA resultaat Veluwe Totale primaire energiegebruik ( TJ) Referentie energieverbruik (TJ) Correctiefactor (TJ) Eigen opwekking (TJ) Doorgeleverde warmte (TJ)
2005 254,594 254,594
2011 252,534 267,734 1,350 196,578 17,752
MJA resultaat Vallei&Eem Totale primaire energiegebruik ( TJ) Referentie energieverbruik (TJ) Correctiefactor (TJ) Eigen opwekking (TJ) Doorgeleverde warmte (TJ)
2005 298,086 298,086
2011 301,115 382,930 6,250 144,891 -
1 TJ (Terra Joule) = 277778 Kilowattuur (afgerond)
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 9 van 10
Bijlage 2 Energieoverzicht
Referentiejaar 2005 Energieverbruik ve verw. verbruik zandfiltratie opwekking MWh/j MWh/j MWh/j
Inkoop inkoop aardgas Warmte groen grijs inkoop levering MWh/j MWh/j m3/j TJ/j
Vallei&Eem
837000
28817
0
8034 27,9% -
20783 243444
0
Veluwe
652984
23808
0
6468 27,2% -
17340 103364
0
Vallei&Veluwe 1489984
52625
0
14502 27,6% -
38123 346808
0
2011 Energieverbruik ve verw verbruik zandfiltratie opwekking MWh/j MWh/j MWh/j
Inkoop inkoop aardgas Warmte groen grijs inkoop levering MWh/j m3/j TJ/j
Vallei&Eem
972855
27775
860
10028 36,1% 17.747 -
41451
0
Veluwe
714594
25146
150
17146 68,2% 8.000
-
60167
17,8
Vallei&Veluwe 1687449
52921
1010
27174 51,3% 25.747 -
101618
17,8
Prognose 2016 Energieverbruik ve verw verbruik zandfiltratie opwekking MWh/j MWh/j MWh/j
Inkoop inkoop aardgas Warmte groen grijs inkoop levering MWh/j m3/j TJ/j
Vallei&Eem
972855
27775
860
14478 52,1% 13.297 -
41451
0
Veluwe
714594
25146
150
22146 88,1% 3.000
-
60167
17,8
Vallei&Veluwe 1687449
52921
1010
36624 69,2% 16.297 -
101618
17,8
Datum Onderwerp Blad
15 augustus 2012 10 van 10
Bijlage 3 Energie efficiency verbetering EEI verbetering in 2011 EEI verbetering Exclusief inkoop groene energie ( %) Inclusief inkoop groene energie ( %)
V&E 11,7 41,0
VEL 27,1 35,4
V&V 19,0 38,7
Prognose EEI verbetering in 2016 EEI verbetering Exclusief inkoop groene energie ( %) Inclusief inkoop groene energie ( %)
V&V 28,4 39,7
Toelichting EEI
EEI = Energie Efficiency Index: dit is het quotiënt van enerzijds het energiegebruik in het betrokken jaar en anderzijds het energiegebruik dat nodig zou zijn geweest om hetzelfde productievolume te realiseren met het specifiek energiegebruik voor de betreffende producten in het referentiejaar; alsmede de hiermee samenhangende vermeden CO2emissies. Het referentiejaar is 2005.