QRVA 51 058
QRVA 51 058
CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
————
————
Questions et réponses écrites
Schriftelijke vragen en antwoorden
BELGISCHE KAMER VAN
20 - 12 - 2004
1149 CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9090
cdH CD&V ECOLO FN MR N-VA PS sp•a - spirit VLAAMS BELANG VLD
: : : : : : : : : :
Centre démocrate Humaniste Christen-Democratisch en Vlaams E´cologistes Confédérés pour l’organisation de luttes originales Front National Mouvement Réformateur Nieuw - Vlaamse Alliantie Parti socialiste Socialistische Partij Anders - Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht. Vlaams Belang Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 : Document parlementaire de la 51e législature, suivi du no de base et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites CRIV : Compte Rendu Intégral, avec à gauche, le compte rendu intégral et, à droite, le compte rendu analytique traduit des interventions (sur papier blanc, avec les annexes) CRIV : Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert) CRABV : Compte Rendu Analytique (sur papier bleu) PLEN : Séance plénière (couverture blanche) COM : Réunion de commission (couverture beige)
DOC 51 0000/000 : Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden CRIV : Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat ook de bijlagen)
CRABV : PLEN : COM :
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail :
[email protected]
Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail :
[email protected]
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
CRIV :
2004
2005
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier) Beknopt Verslag (op blauw papier) Plenum (witte kaft) Commissievergadering (beige kaft)
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9091
SOMMAIRE
INHOUD
II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. Page/Blz. 9095 II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Page/Blz. 9105
Page Blz. Premier ministre
—
Eerste minister
Vice-première ministre et ministre de la Justice
9105
Vice-eerste minister en minister van Justitie
Vice-premier ministre et ministre des Finances
9107
Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
9111
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
9113
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
Ministre des Affaires étrangères
9115
Minister van Buitenlandse Zaken
Ministre de la Défense Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
9121
Minister van Landsverdediging
9122
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
9124
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs Ministre de la Coopération au développement Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
—
Minister van Middenstand en Landbouw
9126
Minister van Werk en Consumentenzaken
—
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
9127
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Ministre de la Mobilité
—
Minister van Mobiliteit
Ministre de l’Environnement et des Pensions Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
—
Minister van Leefmilieu en Pensioenen
—
Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
—
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n
—
Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister
—
Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
—
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
—
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9093
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.
Page/Blz. 9129
Page Blz. Premier ministre Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Ministre des Affaires étrangères Ministre de la Défense Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
— 9129 9147 — 9157 — 9178 9185
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs Ministre de la Coopération au développement Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Ministre de la Mobilité Ministre de l’Environnement et des Pensions Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes
9192 9219 9222 — 9234 9242 9245
—
Eerste minister Vice-eerste minister en minister van Justitie Vice-eerste minister en minister van Financie¨n Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken Minister van Buitenlandse Zaken Minister van Landsverdediging Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Minister van Middenstand en Landbouw Minister van Werk en Consumentenzaken Minister van Ontwikkelingssamenwerking Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Minister van Mobiliteit Minister van Leefmilieu en Pensioenen Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
— — —
9248
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
9250
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
—
Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden
Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet. IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
Page/Blz. 9253
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9095
I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. * I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. * Date Datum
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 20- 8-2003 21- 8-2003 21-10-2003 8- 3-2004
22 25 66 203
9513202651013173-
3-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 6-2004
206 229 233 238 249 260 272 277 283 289
9- 6-2004 11- 6-2004 14- 6-2004
291 293 294
1564262691316162122-
303 306 309 327 338 339 342 345 350 352 361 364
7-2004 7-2004 7-2004 8-2004 8-2004 8-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004
Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Guy D’haeseleer François-Xavier de Donnea Bart Laeremans Filip De Man Olivier Maingain Guido De Padt Alfons Borginon Walter Muls Mw. Nahima Lanjri Guido De Padt Alfons Borginon Mw. Yolande Avontroodt Alfons Borginon Gerolf Annemans Mw. Sabien LahayeBattheu Jo Vandeurzen Mme Marie Nagy Alfons Borginon Bart Laeremans Stijn Bex Stijn Bex Roel Deseyn Guido De Padt Guido De Padt Stijn Bex Jo Vandeurzen Mw. Sabien LahayeBattheu
232 233 1091 4254 4255 4878 4880 5039 5312 5457 5614 5827 5969 6112 6114 6312 6313 6598 6599 6601 7179 7181 7182 7511 7512 7685 7685 7691
Date Datum
Question no Vraag nr.
23- 9-2004 24- 9-2004 24- 9-2004 30- 9-2004 30- 9-2004 1-10-2004 1-10-2004 5-10-2004
366 368 369 370 377 378 383 385
6-10-2004
390
7-10-2004 8-10-2004
392 396
15-10-2004 15-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 19-10-2004 20-10-2004 22-10-2004 22-10-2004 26-10-2004 26-10-2004
398 399 400 406 408 410 412 414 416 418
27-10-2004 27-10-2004 3-11-2004 9-11-2004
419 420 422 432
9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 16-11-2004 17-11-2004 17-11-2004
433 435 436 437 439 440
Auteur Geert Lambert André Frédéric Claude Marinower Luk Van Biesen Guido De Padt Bart Laeremans Alfons Borginon Mw. Liesbeth Van der Auwera Mw. Annemie Turtelboom Bart Laeremans Mw. Sabien LahayeBattheu Bart Laeremans Guido De Padt Mme Muriel Gerkens Staf Neel Stijn Bex Stijn Bex Alfons Borginon Walter Muls Dylan Casaer Mw. Sabien LahayeBattheu Stijn Bex Walter Muls Guy D’haeseleer Mw. Liesbeth Van der Auwera Hagen Goyvaerts Francis Van den Eynde Jean-Marc Nollet Mw. Ingrid Meeus Mme Jacqueline Galant Alfons Borginon
Page Blz. 7877 7878 7879 8081 8083 8084 8085 8086 8089 8231 8232 8437 8438 8439 8442 8442 8444 8649 8651 8652 8653 8654 8655 8884 8885 8886 8887 8888 9105 9106 9106
Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
7691
30- 9-2003
2004
2005
45
Geert Lambert
689
* Liste cloˆturée le 17 décembre 2004 * Lijst afgesloten op 17 december 2004
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9096
Date Datum
Question no Vraag nr.
9-10-2003 22-10-2003 6-11-2003 6-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 18-11-2003 20-11-2003 20-11-2003 24-11-2003 8- 1-2004 12- 1-2004 26- 1-2004 3- 2-2004 9- 2-2004 23- 2-2004 8- 3-2004 22- 3-2004 22- 3-2004 13- 4-2004 20- 4-2004 22- 4-2004 27- 4-2004 28- 4-2004 30- 4-2004 5- 5-2004 12- 5-2004 13- 5-2004 24- 5-2004 24- 5-2004 24- 5-2004 27- 5-2004 2- 6-2004 22- 6-2004 23- 6-2004 23- 6-2004 24- 6-2004 28- 6-2004 12- 7-2004 13- 7-2004 27- 7-2004 27- 7-2004 27- 7-2004 27- 7-2004 27- 7-2004
54 66 81 83 97 104 137 138 150 152 158 206 208 236 254 273 274 305 318 320 345 352 353 355 357 366 367 387 389 397 398 399 401 407 420 421 422 423 425 434 435 441 442 443 445 449
Auteur Jean-Jacques Viseur Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Olivier Maingain Mw. Trees Pieters Carl Devlies Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Willy Cortois Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Geert Lambert Geert Lambert Pieter De Crem Alfons Borginon Jean-Jacques Viseur Carl Devlies Carl Devlies Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Guido De Padt Mw. Trees Pieters Geert Versnick Mw. Trees Pieters Pieter De Crem Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Carl Devlies Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Hagen Goyvaerts Bart Tommelein
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Date Datum
Question no Vraag nr.
947 1117 1694 1697 1714 1725 1748 1748 1941 1944 1950 2784 2787 3225 3656 3922 3923 4281 4576 4577 4898 5075 5332 5333 5334 5470 5471 5624 5836 5977 5979 5980 6128 6134 6440 6442 6442 6605 6607 6753 6753 7187 7187 7188 7188 7190
29- 7-2004 10- 9-2004 15- 9-2004 16- 9-2004 21- 9-2004 23- 9-2004 1-10-2004 4-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 6-10-2004 6-10-2004 6-10-2004 7-10-2004 8-10-2004 12-10-2004 15-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 19-10-2004 19-10-2004 20-10-2004 25-10-2004 26-10-2004 27-10-2004 28-10-2004 3-11-2004 3-11-2004 3-11-2004 8-11-2004 9-11-2004 9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 12-11-2004 16-11-2004 17-11-2004
452 471 472 473 483 487 490 492 496 497 499 500 501 503 504 506 509 510 511 512 513 514 517 518 519 522 523 524 525 527 528 529 531 532 533 534 535 536 537
2004
2005
Page Blz.
Auteur Luc Sevenhans Willy Cortois Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Melchior Wathelet Patrick De Groote Carl Devlies Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Olivier Chastel Mw. Trees Pieters Theo Kelchtermans Dylan Casaer Koen Bultinck Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Dylan Casaer Luk Van Biesen Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Dalila Douifi Jean-Jacques Viseur Carl Devlies Jean-Marc Nollet Servais Verherstraeten Richard Fournaux Patrick De Groote Luk Van Biesen Dirk Van der Maelen Ortwin Depoortere Jean-Marc Nollet Mw. Dalila Douifi Ortwin Depoortere Alfons Borginon
Page Blz. 7191 7516 7517 7692 7697 7879 8091 8091 8093 8095 8096 8097 8098 8234 8236 8239 8444 8445 8445 8446 8447 8449 8655 8656 8658 8888 8891 8891 8892 8893 8894 8895 8896 8897 8898 8898 9107 9109 9109
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Budget — Begroting
28- 5-2004
22
Mw. Sabien LahayeBattheu
6117
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 Date Datum
Question no Vraag nr.
28- 6-2004 17- 9-2004 21- 9-2004 15-10-2004 18-10-2004 3-11-2004 9-11-2004 10-11-2004
27 28 29 31 32 33 34 36
9097
Auteur Filip Anthuenis Mme Marie Nagy Bart Laeremans Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Guy D’haeseleer Bart Laeremans Jean-Marc Nollet
Page Blz. 6616 7699 7700 8450 8450 8899 8900 8900
Entreprises publiques — Overheidsbedrijven
242725311112425281256912132627272727272727273011206101017202121-
2-2004 4-2004 5-2004 6-2004 6-2004 6-2004 6-2004 6-2004 6-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 9-2004 8-2004 8-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 8-2004
170 202 214 218 222 224 231 239 240 244 245 247 249 250 252 253 254 255 256 257 259 261 263 264 269 270 271 274 282 283 284 286 288 289 290
Geert Lambert Guido De Padt Jan Mortelmans Guido Tastenhoye Roel Deseyn Mw. Maggie De Block Jan Mortelmans Mw. Maggie De Block Jan Mortelmans Filip De Man Pieter De Crem Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Melchior Wathelet Roel Deseyn Jos Ansoms Bart Tommelein Mme Muriel Gerkens Mw. Annelies Storms Willy Cortois Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mme Muriel Gerkens Guido De Padt Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mme Muriel Gerkens Jan Mortelmans Roel Deseyn Mme Marie Nagy Bart Laeremans Bart Laeremans Carl Devlies
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Date Datum
Question no Vraag nr.
23- 9-2004 24- 9-2004 30- 9-2004 30- 9-2004 5-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 7-10-2004 8-10-2004 8-10-2004 13-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 19-10-2004 20-10-2004 25-10-2004
291 292 294 296 302 303 304 305 306 309 310 312 314 315 318 319 321 323 325 326
26-10-2004 26-10-2004 26-10-2004 26-10-2004 26-10-2004
328 329 330 331 332
4097 5618 5973 6118 6315 6316 6618 6621 6622 6624 6624 6626 6627 6755 6757 6758 7194 7195 7196 7196 7198 7198 7199 7199 7201 7201 7202 7203 7414 7518 7518 7702 7704 7704 7705
27-10-2004 27-10-2004 27-10-2004 3-11-2004 3-11-2004 3-11-2004 3-11-2004 5-11-2004 5-11-2004 8-11-2004 8-11-2004 9-11-2004 9-11-2004 9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 16-11-2004 17-11-2004 17-11-2004
2004
2005
333 334 335 336 337 338 339 340 341 342 343 344 345 346 348 349 350 351 352 353
Auteur Mme Annick Saudoyer Willy Cortois Bart Laeremans Bart Laeremans Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mw. Martine Taelman Jan Mortelmans Guido De Padt Jan Mortelmans Patrick De Groote Mw. Nathalie Muylle Guido De Padt Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Francis Van den Eynde Guido De Padt Mw. Annemie Turtelboom Roel Deseyn Patrick De Groote Roel Deseyn Stijn Bex Mw. Frieda Van Themsche Jan Mortelmans Koen Bultinck Patrick De Groote Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Guy D’haeseleer Francis Van den Eynde Koen T’Sijen Jan Mortelmans Patrick De Groote Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Francis Van den Eynde Dylan Casaer Jean-Marc Nollet Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Luc Sevenhans
Page Blz. 7881 7881 8103 8104 8108 8109 8109 8110 8110 8112 8113 8240 8240 8241 8242 8451 8452 8453 8659 8659 8660 8661 8661 8662 8663 8664 8664 8665 8901 8901 8901 8902 8903 8903 8904 8905 8906 8906 8908 8909 8909 8910 9111 9111 9112
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1150
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9098
Date Datum
Question no Vraag nr.
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
19-10-2004
409
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
20-10-2004 21-10-2004 22-10-2004 25-10-2004 26-10-2004 26-10-2004 27-10-2004 29-10-2004 5-11-2004 5-11-2004 8-11-2004 8-11-2004 9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 16-11-2004 16-11-2004 17-11-2004
411 413 414 415 416 417 420 421 423 424 425 426 427 429 430 431 432 433
Date Datum
17- 5-2004 11- 6-2004 28- 6-2004
Question no Vraag nr.
281 290 298
12- 7-2004 26- 7-2004 27- 7-2004 2- 8-2004 11- 8-2004 12- 6-2004 12- 8-2004 18- 8-2004 20- 8-2004 25- 8-2004 13- 9-2004 13- 9-2004 13- 9-2004 13- 9-2004 16- 9-2004 16- 9-2004 16- 9-2004 17- 9-2004 17- 9-2004 17- 9-2004 23- 9-2004 24- 9-2004 30- 9-2004 30- 9-2004 30- 9-2004 1-10-2004 1-10-2004
314 324 325 331 337 338 339 343 344 346 352 353 355 356 358 360 361 364 365 367 371 373 376 378 379 382 383
1-10-2004 4-10-2004 4-10-2004 12-10-2004 12-10-2004 12-10-2004 12-10-2004 15-10-2004 18-10-2004
385 387 388 394 395 396 398 402 405
Auteur
Dirk Claes Gerolf Annemans Mw. Yolande Avontroodt Willy Cortois Claude Marinower Guido De Padt Guido De Padt Stijn Bex Roel Deseyn Roel Deseyn Stijn Bex Francis Van den Eynde Hagen Goyvaerts Guido De Padt Guido De Padt Filip Anthuenis Guido De Padt Geert Lambert Mme Marie Nagy Patrick De Groote Patrick De Groote Mme Marie Nagy Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Alfons Borginon Bart Laeremans Bart Laeremans Geert Lambert Bart Laeremans Mw. Sabien LahayeBattheu Mme Annick Saudoyer Francis Van den Eynde Guido De Padt Hagen Goyvaerts Melchior Wathelet Melchior Wathelet François Bellot Guido De Padt Bart Laeremans
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz.
5833 6317 6630 6760 7206 7207 7211 7216 7216 7217 7220 7220 7222 7520 7520 7522 7522 7705 7706 7706 7708 7709 7710 7882 7884 8115 8116 8117 8119 8119 8120 8121 8122 8243 8244 8246 8247 8454 8455 2004
Auteur Mw. Sabien LahayeBattheu Stijn Bex Koen T’Sijen Mw. Hilde Vautmans Melchior Wathelet Mw. Nancy Caslo Miguel Chevalier Mw. Nancy Caslo Melchior Wathelet Stijn Bex Roel Deseyn Jan Mortelmans Mme Zoé Genot Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Jean-Marc Nollet Francis Van den Eynde Staf Neel Mme Jacqueline Galant
Page Blz. 8458 8459 8665 8666 8667 8668 8668 8669 8910 8912 8913 8914 8914 8915 8916 8917 9113 9113 9114
Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Zaken 18-11-2003 7- 1-2004 6- 2-2004 17- 2-2004 22- 3-2004 1- 4-2004 14- 7-2004 26- 7-2004 29- 7-2004 13- 9-2004 21- 9-2004 21- 9-2004 12-10-2004 18-10-2004 3-11-2004 3-11-2004 9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 16-11-2004 16-11-2004
2005
38 51 59 61 70 71 102 104 109 115 118 119 121 123 125 126 127 128 129 130 131
Roel Deseyn Mme Marie Nagy Mme Zoé Genot Pieter De Crem Francis Van den Eynde Mme Zoé Genot Karel Pinxten Mme Karine Lalieux Karel Pinxten Dirk Van der Maelen Mme Muriel Gerkens Bart Laeremans Luk Van Biesen Mw. Greet Van Gool Gerolf Annemans Guy D’haeseleer Patrick Moriau Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet Dirk Van der Maelen Ludo Van Campenhout
1674 2582 3641 3804 4563 4881 6766 7223 7228 7523 7713 7714 8248 8461 8917 8918 8919 8921 8921 9115 9117
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 Date Datum
Question no Vraag nr.
16-11-2004
132
16-11-2004
133
9099
Auteur Mohammed Boukourna Mw. Nathalie Muylle
Page Blz. 9119 9120
Date Datum
Question no Vraag nr.
8-11-2004 10-11-2004 10-11-2004
32 33 34
Ministre de la Défense
36 45 126 127 143
Karel Pinxten Luc Sevenhans Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Staf Neel
2091 2359 8462 8463 9121
Ministre de l’E´conomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid E´conomie — Economie
5-10-2004 18-10-2004 3-11-2004 17-11-2004 17-11-2004
156 160 167 173 174
Dirk Van der Maelen Mw. Greet Van Gool Roel Deseyn Jan Mortelmans Mw. Simonne Creyf
8131 8463 8923 9122 9122
E´nergie — Energie
18-10-2004 9-11-2004
69 72
Mw. Greet Van Gool Hagen Goyvaerts
8464 8925
Commerce extérieur — Buitenlandse Handel
3-11-2004 10-11-2004
29 31
Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet
8927 8928
Politique scientifique — Wetenschapsbeleid
17- 9-2004 12-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 3-11-2004
24 27 28 29 31
Mme Marie Nagy Patrick De Groote Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Guy D’haeseleer
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Jean-Marc Nollet Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet
8929 8930 8930
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Landsverdediging 28-11-2003 16-12-2003 15-10-2004 18-10-2004 12-11-2004
Auteur
Page Blz.
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken
24- 7-2003 21- 8-2003 22- 9-2003 23- 9-2003 6-10-2003 3-11-2003 3- 3-2004 3- 3-2004 4- 3-2004 16- 4-2004
7 14 19 20 25 41 83 84 87 100
24111512330-
5-2004 6-2004 6-2004 7-2004 8-2004 8-2004
109 122 123 137 141 144
9- 9-2004 13- 9-2004 16- 9-2004 17- 9-2004 20- 9-2004 21- 9-2004 24- 9-2004 30- 9-2004 4-10-2004
148 151 153 159 160 162 164 165 167
5-10-2004 6-10-2004
168 170
7717 8251 8465 8465 8928
7-10-2004
172
8-10-2004 13-10-2004
173 174
2004
2005
Jos Ansoms Jan Mortelmans Staf Neel Jo Vandeurzen Gerolf Annemans Guy D’haeseleer Mw. Trees Pieters Mw. Maggie De Block Mw. Greet Van Gool Mw. Yolande Avontroodt Jo Vandeurzen Gerolf Annemans Jo Vandeurzen Mw. Maggie De Block Mme Zoé Genot Mw. Annemie Turtelboom Luk Van Biesen Luk Van Biesen Willy Cortois Mw. Maggie De Block Willy Cortois Bart Laeremans Alfons Borginon Philippe De Coene Mw. Annemie Turtelboom Mw. Maggie De Block Mw. Annemie Turtelboom Mw. Sabien LahayeBattheu Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
40 253 601 602 778 1523 4111 4114 4282 5077 5983 6324 6326 6770 7236 7239 7526 7529 7718 7721 7722 7723 7886 8134 8135 8136 8137 8252 8252 8253
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9100
Date Datum
Question no Vraag nr.
13-10-2004 15-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 19-10-2004 19-10-2004 20-10-2004 22-10-2004 25-10-2004 25-10-2004 25-10-2004 25-10-2004 28-10-2004 3-11-2004
175 177 178 181 182 183 184 186 187 188 189 190 191 192
3-11-2004 3-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 17-11-2004
193 194 196 197 198 199
Auteur Guy D’haeseleer Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Guido De Padt Hendrik Daems Mw. Maggie De Block Mw. Maggie De Block Daniel Bacquelaine Luk Van Biesen Luk Van Biesen Patrick De Groote Mw. Maggie De Block Daniel Bacquelaine Mw. Sabien LahayeBattheu Hans Bonte Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Francis Van den Eynde Jean-Marc Nollet David Geerts
Page Blz. 8253 8467 8467 8468 8469 8470 8471 8672 8673 8674 8675 8676 8931
239 242 243 244 246 247 259 260 265 269 270 271 272 274 275 276 277 278 279 284
21- 9-2004 30- 9-2004 1-10-2004 4-10-2004 4-10-2004 6-10-2004
287 290 295 297 298 299
13-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 18-10-2004 19-10-2004 20-10-2004 20-10-2004 22-10-2004 25-10-2004 25-10-2004 25-10-2004
300 301 304 305 306 309 310 312 313 314 316
6652
26-10-2004 26-10-2004 27-10-2004 27-10-2004 27-10-2004 28-10-2004 29-10-2004
317 318 319 320 321 324 325
2004
2005
8932 8933 8934 8935 8935 8936 9124
11 12 14 44 47 66 141 152 158 179 181 182
26- 5-2004 9- 6-2004 9- 6-2004
196 206 217
9- 6-2004 11- 6-2004 21- 6-2004 24- 6-2004
223 224 231 234
Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Guy D’haeseleer Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mme Muriel Gerkens Bart Laeremans Guido De Padt Guido De Padt Mw. Yolande Avontroodt Pierre Lano Mw. Magda De Meyer Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt Gerolf Annemans Mme Colette Burgeon Mw. Yolande Avontroodt
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
254 255 256 1123 1125 2099 4438 4731 5078 5626 5627 5628 5987 6149 6151 6153 6328 6453
68912262644132666777891017-
Question no Vraag nr.
7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 7-2004 8-2004 8-2004 8-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004 9-2004
Santé publique — Volksgezondheid
14- 8-2003 18- 8-2003 21- 8-2003 21-10-2003 21-10-2003 29-10-2003 16- 3-2004 29- 3-2004 19- 4-2004 6- 5-2004 10- 5-2004 10- 5-2004
Date Datum
Auteur Koen Bultinck Filip De Man Guido De Padt Mw. Simonne Creyf Willy Cortois Willy Cortois Guido De Padt Koen Bultinck Koen Bultinck Jo Vandeurzen Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Guido De Padt Mw. Magda De Meyer Jo Vandeurzen Mw. Yolande Avontroodt Bart Laeremans Mme Muriel Gerkens Guido De Padt Mw. Maggie De Block Guido De Padt Mw. Annemie Turtelboom Guido De Padt Luk Van Biesen Mw. Greet Van Gool Koen Bultinck Koen Bultinck Guy D’haeseleer Mw. Magda De Meyer Mark Verhaegen Mme Colette Burgeon Guido De Padt Mw. Frieda Van Themsche Koen Bultinck Mw. Annemie Roppe Mme Jacqueline Galant Mme Jacqueline Galant Mme Jacqueline Galant Jean-Marc Nollet Mw. Annelies Storms
Page Blz. 6655 6771 6772 6773 7239 7240 7249 7249 7251 7429 7430 7430 7431 7433 7433 7434 7435 7529 7531 7726 7727 8138 8140 8142 8143 8143 8254 8472 8474 8474 8475 8477 8478 8677 8679 8679 8680 8681 8681 8683 8684 8684 8936 8937
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9101
Date Datum
Question no Vraag nr.
29-10-2004 3-11-2004 3-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004
326 327 328 329 330 331
10-11-2004 17-11-2004 17-11-2004 17-11-2004
332 333 334 335
Auteur Koen Bultinck Mw. Annelies Storms Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Koen Bultinck Mw. Yolande Avontroodt Jean-Marc Nollet Jo Vandeurzen Alfons Borginon Geert Lambert
Page Blz. 8938 8939 8940 8940 8941 8941 8942 9124 9125 9126
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs
Date Datum
Question no Vraag nr.
9-11-2004 16-11-2004
173 178
2424328-
5-2004 5-2004 6-2004 6-2004
89 90 97 102
12- 7-2004 13- 7-2004 27- 7-2004 10- 9-2004 17- 9-2004 1-10-2004 5-10-2004 5-10-2004 6-10-2004 12-10-2004 15-10-2004 20-10-2004
107 109 112 118 127 134 137 138 142 155 158 161
20-10-2004
163
25-10-2004
167
Filip Anthuenis Mw. Maggie De Block Guido De Padt Mw. Maggie De Block Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Greet Van Gool Mw. Greet Van Gool Mw. Maggie De Block Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Maggie De Block Roel Deseyn Luc Sevenhans Luk Van Biesen Mme Marie Nagy Mw. Maggie De Block Mw. Maggie De Block Bart Laeremans Ortwin Depoortere Mw. Maggie De Block Mme Muriel Gerkens Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
8943 9126
Minister van Ontwikkelingssamenwerking 8- 3-2004 17- 9-2004 15-10-2004 26-10-2004 3-11-2004 10-11-2004 10-11-2004
19 36 38 40 41 42 43
Mme Zoé Genot Mme Marie Nagy Mme Muriel Gerkens Mw. Nathalie Muylle Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet
4270 7733 8484 8688 8945 8946 8946
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
Emploi — Werk
24 55 62 87 88
Bart Laeremans Guy D’haeseleer
Ministre de la Coopération au développement
Minister van Werk en Consumentenzaken
14-10-2003 19- 1-2004 29- 1-2004 7- 5-2004 14- 5-2004
Auteur
Page Blz.
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
946 3028 3419 5621
Fonction publique — Ambtenarenzaken
5835 5975 5976 6124 6659 6775 6776 7254 7532 7730 8147 8148 8149 8153 8260 8479 8480
17- 9-2004
2004
Mme Marie Nagy
7734
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie
223141518232329-
9-2003 3-2004 6-2004 6-2004 6-2004 6-2004 6-2004 7-2004
4- 8-2004 15-10-2004 3-11-2004 10-11-2004 17-11-2004
8481 8687
76
7 37 49 51 52 53 54 57 58 65 69 72 73
Francis Van den Eynde Mw. Annelies Storms Roel Deseyn Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Martine Taelman Mw. Sabien LahayeBattheu Jan Mortelmans Mme Muriel Gerkens Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet Jo Vandeurzen
621 4736 6160 6330 6454 6455 6456 7255 7256 8485 8946 8948 9127
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid
3-11-2004 2005
23
Guy D’haeseleer
8949
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9102
Question no Vraag nr.
Date Datum
Auteur
Page Blz.
Gelijke Kansen — E´galité des chances
30-12-2003 5- 1-2004 5- 1-2004 5- 1-2004 5- 1-2004 14- 1-2004 27- 1-2004 19- 4-2004 11- 6-2004 16- 6-2004 5- 7-2004 7- 7-2004 8- 7-2004 8- 7-2004 8- 7-2004 8- 7-2004 6- 8-2004
4 5 6 7 8 9 11 12 15 16 17 18 19 20 21 22 24
17- 9-2004 26-10-2004 10-11-2004
25 32 35
Mme Zoé Genot Jo Vandeurzen Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Greet Van Gool Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Gerolf Annemans Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Marleen Govaerts Mme Marie Nagy Stijn Bex Jean-Marc Nollet
2480 2612 2613 2613 2614 2829 3245 5087 6331 6332 6665 6665 6777 6778 6778 6779 7257 7736 8689 8950
Ministre de la Mobilité Minister van Mobiliteit 2- 9-2004
143
10- 9-2004 17- 9-2004 21- 9-2004 1-10-2004 7-10-2004 7-10-2004 12-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 22-10-2004 22-10-2004 22-10-2004 25-10-2004
144 146 148 151 152 153 154 157 160 161 162 163 164
25-10-2004 3-11-2004 5-11-2004
165 167 168
Mw. Marleen Govaerts Luk Van Biesen Mme Marie Nagy Jos Ansoms Bart Laeremans Mw. Simonne Creyf Mw. Nathalie Muylle Hagen Goyvaerts Jan Mortelmans Mw. Greet Van Gool Mme Sophie Pécriaux Staf Neel Olivier Maingain Mw. Frieda Van Themsche Filip Anthuenis Guy D’haeseleer Mme Zoé Genot
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
7436 7534 7737 7739 8155 8264 8265 8265 8488 8489 8690 8690 8691
Date Datum
Question no Vraag nr.
5-11-2004 9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004 10-11-2004
169 170 171 172 174 175 176
Auteur Guido De Padt Servais Verherstraeten Guy D’haeseleer Jan Mortelmans Jan Mortelmans Willy Cortois Jean-Marc Nollet
Page Blz. 8952 8953 8953 8954 8954 8955 8956
Ministre de l’Environnement et des Pensions Minister van Leefmilieu en van Pensioenen Environnement — Leefmilieu
21- 9-2004 10-11-2004 10-11-2004
33 37 38
Bart Laeremans Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet
7740 8956 8956
Pensions — Pensioenen
10- 5-2004 5- 7-2004 21- 9-2004 22- 9-2004 15-10-2004 25-10-2004
32 36 45 46 49 54
27-10-2004 3-11-2004 8-11-2004 9-11-2004 10-11-2004 10-11-2004
55 56 57 58 59 60
Mw. Nahima Lanjri Francis Van den Eynde Bart Laeremans Ortwin Depoortere François Bellot Mw. Annemie Turtelboom Mw. Greet Van Gool Guy D’haeseleer Mw. Greet Van Gool Bert Schoofs Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet
6126 6667 7741 7742 8491 8693 8694 8957 8958 8959 8960 8960
Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
8692 8693 8951 8952
27- 4-2004
2004
2005
15
Guido De Padt
5631
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 Date Datum
9103
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances
13 15 16 18 19 20 21 22 23 24 25
Mw. Trees Pieters Mme Muriel Gerkens Mme Marie Nagy Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Mw. Trees Pieters Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n 22- 3-2004 7- 9-2004 17- 9-2004 21- 9-2004 22- 9-2004 7-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 19-10-2004 19-10-2004 26-10-2004
Date Datum
21- 9-2004
18
Bart Laeremans
7745
Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
4595 7437 7743 7743 7744 8267 8493 8494 8494 8496 8695
21- 9-2004 24- 9-2004 29-10-2004 10-11-2004
2004
2005
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid 25 26 31 33
Bart Laeremans Mme Zoé Genot Mw. Greet Van Gool François Bellot
7747 7889 8961 8962
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9105
(Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. (Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
DO 2004200502650
DO 2004200502650
Question no 437 de Mme Ingrid Meeus du 16 novembre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 437 van mevrouw Ingrid Meeus van 16 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Suppression des juridictions militaires. — Conseil de guerre.
Afschaffing van de militaire rechtscolleges. — Krijgsraad.
La loi du 10 avril 2003 réglant la suppression des juridictions militaires en temps de paix ainsi que leur maintien en temps de guerre, entrée en vigueur le 1er janvier 2004, soulève les questions suivantes.
Naar aanleiding van de wet van 10 april 2003 tot regeling van de afschaffing van de militaire rechtscolleges in vredestijd alsmede van het behoud ervan in oorlogstijd, dewelke in werking is getreden op 1 januari 2004 rijzen volgende vragen.
1. Quelle est l’incidence de la suppression du Conseil de guerre sur la charge de travail des parquets civils, déjà surchargés ?
1. Wat is de impact van de afschaffing van de Krijgsraad op de werklast van de nu al overbelaste burgerparketten ?
2. a) Combien d’affaires relevant précédemment de la compétence du Conseil de guerre ont été traitées à ce jour ?
2. a) Hoeveel zaken die vroeger een materie van de Krijgsraad waren zijn er tot op heden behandeld ?
b) Quelles infractions concernaient-elles ?
b) Welke misdrijven ?
c) Par quelles juridictions ont-elles été traitées (première instance, assises, etc.) ?
c) Op welk niveau (eerste aanleg, assisen, enzovoort) ?
3. Qu’en est-il du jugement des infractions militaires proprement dites, prévues dans le Code pénal militaire, telles que la désertion, l’insubordination, l’abandon de poste, etc. ?
3. Wat gebeurt er met de specifieke militaire misdrijven zoals gestipuleerd in het militair Strafwetboek zoals desertie, insubordinatie, postverlating, enzovoort ?
4. a) Qui remplace à présent l’auditeur qui constatait auparavant les infractions civiles et militaires lors de missions à l’étranger ?
4. a) Wie vervangt thans de voormalige auditeur voor de vaststelling van misdrijven en militaire vergrijpen bij operaties in het buitenland ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1151
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9106
b) Quelle évaluation peut provisoirement être faite de la situation pour la période janvier-novembre 2004 ?
b) Wat zijn de voorlopige ervaringen hiervan voor de periode januari-november 2004 ?
DO 2004200502668
DO 2004200502668
Question no 439 de Mme Jacqueline Galant du 17 novembre 2004 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : Détention d’armes. J’ai pris connaissance de votre intention de renforcer la loi du 3 janvier 1933 relative à la fabrication, au commerce et au port des armes et au commerce des munitions afin de diminuer la détention privée d’armes. Je suis persuadée que cette démarche est nécessaire au vu de l’événement tragique qui s’est déroulé dernièrement en France et qui, hélas, est loin d’être isolé. Je m’interroge cependant sur la manière d’enregistrer ces armes. Selon l’UNACT, l’Union syndicale de l’armurerie, de la chasse et du tir, la méthode belge serait loin d’être optimale. Il semble en effet que l’encodage au registre national connaisse quelques ratés. Dès lors, ne serait-il pas essentiel de se pencher sur ce problème au plus vite ?
Vraag nr. 439 van mevrouw Jacqueline Galant van 17 november 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : Wapenbezit. Naar ik heb vernomen is u van plan de wet van 3 januari 1933 op de vervaardiging van, de handel in en het dragen van wapens en op de handel in munitie te verstrengen.
1. Pouvez-vous donner des chiffres quant à la délivrance de permis de port d’arme ? 2. Quelle solution préconisez-vous quant à l’octroi de ces permis ? La Belgique est assez laxiste à ce niveau. Divers reportages l’ont démontré. 3. Ne serait-il pas intéressant aussi de revoir la classification des armes ? 4. Le port d’arme étant soumis à autorisation, ne pourrait-on pas également soumettre la détention d’une arme ? 5. L’acheteur est-il suffisamment sensibilisé aux gestes de sécurité à adopter ?
Ik ben ervan overtuigd dat deze maatregel er dringend moet komen. We hoeven maar te denken aan de tragische gebeurtenis die onlangs Frankrijk opgeschrikt heeft en die jammer genoeg geen alleenstaand geval is. Ik stel me echter vragen bij de manier waarop deze wapens geregistreerd worden. De Union nationale de l’armurerie, de la chasse et du tir (UNACT)is van oordeel dat de Belgische registratiemethode een aantal tekortkomingen vertoont. Naar het schijnt zou er bij de invoering van de gegevens in het nationale register af en toe iets mis gaan. Moet dit probleem bijgevolg niet dringend aangepakt worden ? 1. Kan u me meedelen hoeveel vergunningen voor het dragen van een wapen werden uitgereikt ? 2. Wat stelt u voor om de uitreiking van deze vergunningen sluitend te maken ? Belgie¨ neemt het hiermee niet te nauw, zoals uit diverse reportages blijkt. 3. Is het ook niet aangewezen de classificatie van de wapens te herzien ? 4. Voor het dragen van een wapen is een vergunning nodig. Kan dit niet uitgebreid worden tot het bezit van een wapen ? 5. Wordt de koper van een wapen voldoende geı¨nformeerd over de manier waarop hij veilig met een wapen kan omspringen ?
DO 2004200502671
DO 2004200502671
Question no 440 de M. Alfons Borginon du 17 novembre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : UE. — Proposition de règlement instaurant une procédure européenne d’injonction de payer. — Code judiciaire. La présidence néerlandaise de l’Union européenne a fait une priorité de la proposition de règlement instau-
Vraag nr. 440 van de heer Alfons Borginon van 17 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : EU. — Voorstel van verordening tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure. — Gerechtelijk Wetboek. Het Nederlands voorzitterschap van de Europese Unie heeft van het voorstel van verordening tot invoe-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9107
rant une procédure européenne d’injonction de payer COM(2004)173.
ring van een Europese betalingsbevelprocedure COM(2004)173 een prioriteit gemaakt.
Cette proposition s’applique aux litiges nationaux comme aux litiges transfrontaliers et coexiste avec les procédures nationales d’injonction de payer. Cela signifie que les justiciables pourraient invoquer le règlement européen plutoˆt que la procédure sommaire d’injonction de payer une somme d’argent (articles 1338-1344 du Code judiciaire).
Dit voorstel is zowel van toepassing op interne geschillen, als op grensoverschrijdende geschillen, maar parallel mogen nationale betalingsbevelprocedures blijven voortbestaan. Dit betekent dat rechtzoekenden zich eerder zouden beroepen op de Europese verordening, dan op de summiere rechtspleging om betaling van een geldsom te bevelen (artikelen 13381344 van het Gerechtelijk Wetboek).
1. Pensez-vous qu’il soit indiqué de moderniser le Code judiciaire sur ce point ? En effet, dans la négative, nul n’invoquera plus cette réglementation désuète.
1. Acht u het aangewezen om het Gerechtelijk Wetboek op dit punt te moderniseren ? Zo niet, zal immers niemand zich nog op deze verouderde regeling beroepen.
2. Dans l’affirmative, privilégiez-vous une modernisation comme le préconise le règlement ou allez-vous dans le sens des propositions qui ont été déposées à la Chambre des représentants (cf. Doc. parl., Chambre, 2003-2004, no 1050/1 et no 1215/1) ?
2. Zo ja, verkiest u een modernisering zoals in de verordening, of gaat u in de richting van de voorstellen die in de Kamer van volksvertegenwoordigers werden ingediend (cf. Parl. St., Kamer, 2003-2004, nr. 1050/1 en nr. 1215/1) ?
3. Dans les autres états membres de l’Union européenne, cette procédure est généralement fortement informatisée
3. In andere Europese lidstaten is een dergelijke procedure meestal in hoge mate geı¨nformatiseerd.
Pensez-vous qu’il soit indiqué d’accélérer l’informatisation de cette procédure ?
Acht u het aangewezen de informatisering op dit vlak versneld door te voeren ?
Vice-premier ministre et ministre des Finances
Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
DO 2004200502646
DO 2004200502646
Question no 535 de Mme Dalila Douifi du 12 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 535 van mevrouw Dalila Douifi van 12 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Impoˆts sur les revenus. — Déduction pour investissement. — Jurisprudence de la Cour de cassation.
Inkomstenbelastingen. — Investeringsaftrek. Rechtspraak Hof van Cassatie.
La déduction pour investissement est destinée à inciter les contribuables à investir dans de nouveaux actifs et à contribuer ainsi à la croissance économique.
De investeringsaftrek vormt een incentive voor belastingplichtigen om te investeren in nieuwe activa en om aldus de economische groei te bewerkstelligen.
En vertu de l’article 75, 2o, CIR 1992, la déduction pour investissement n’est pas applicable « aux immobilisations acquises ou constituées en vue de céder à un tiers le droit d’usage en vertu d’un contrat de créditbail ou d’une convention d’emphytéose, de superficie ou de droits immobiliers similaires dans les cas ou` ces immobilisations sont amortissables dans le chef de l’entreprise qui dispose de ces droits ».
Krachtens artikel 75, 2o, WIB 1992, wordt de investeringsaftrek niet verleend op « vaste activa die zijn verkregen of tot stand gebracht met het doel het recht van gebruik ervan bij leasingcontract of bij overeenkomst van erfpacht of opstal, of enig gelijkaardig onroerend recht aan een derde over te dragen, ingeval die vaste activa kunnen worden afgeschreven door de onderneming die het recht heeft verkregen ».
En vertu de l’article 75, 3o, CIR 1992, la déduction pour investissement n’est pas applicable « aux immo-
Krachtens artikel 75, 3o, WIB 1992, wordt de investeringsaftrek niet verleend op « vaste activa indien het
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
—
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9108
bilisations dont le droit d’usage a été cédé à un autre contribuable, selon des modalités différentes de celles visées au 2o, à moins que cette cession n’ait été effectuée à une personne physique qui affecte ces immobilisations en Belgique à la réalisation de bénéfices ou de profits et qui n’en cède pas l’usage à une tierce personne en tout ou en partie ».
recht van gebruik ervan anders dan op de wijze als vermeld sub 2o, is overgedragen aan een andere belastingplichtige, tenzij de overdracht gebeurt aan een natuurlijke persoon die de vaste activa in Belgie¨ gebruikt voor het behalen van winst of baten en die het recht van gebruik daarvan geheel noch gedeeltelijk aan een derde overdraagt ».
Les exclusions visées à l’article 75, 2o, CIR 1992 et à l’article 75, 3o, CIR 1992 avaient été instaurées pour lutter contre les abus de droit constatés à l’époque.
De uitsluitingsbepalingen van artikel 75, 2o, WIB 1992 en artikel 75, 3o, WIB 1992 werden ingevoerd ter bestrijding van indertijd vastgestelde rechtsmisbruiken.
Le premier abus que le législateur a voulu contenir est l’application de la déduction pour investissement, tant par le propriétaire juridique que par l’utilisateur économique, en cas de contrat de crédit-bail dans le cadre duquel l’utilisateur économique acquiert le droit d’amortissement (c’est l’abus visé par l’article 75, 2o, CIR 1992).
Een eerste misbruik dat de wetgever heeft willen beteugelen is de toepassing van de investeringsaftrek door zowel de juridische eigenaar als door de economische gebruiker in het geval van een leasingcontract waarbij de economische gebruiker het recht tot afschrijven bekomt (dit is de reden van huidig artikel 75, 2o, WIB 1992).
Le deuxième abus constaté était l’application de la déduction pour investissement par des filiales belges de sociétés étrangères qui réalisaient des investissements en Belgique, appliquaient la déduction pour investissement, mais cédaient les droits d’usage sur ces investissements à la société-mère étrangère (c’est l’abus visé par l’article 75, 3o, CIR 1992).
Een tweede misbruik dat werd vastgesteld, was de toepassing van de investeringsaftrek door Belgische dochtervennootschappen van buitenlandse vennootschappen die in Belgie¨ investeringen deden, de investeringsaftrek toepasten, maar die de gebruiksrechten op die investeringen aan de buitenlandse moedervennootschap afstonden (dit is de reden van artikel 75, 3o, WIB 1992).
Un troisième abus de droit a par ailleurs été constaté, à savoir que des sociétés belges qui ne répondaient pas aux critères d’application de la déduction pour investissement, contournaient la loi en créant de nouvelles sociétés (filiales) qui fonctionnaient comme des sociétés d’investissement qui revendiquaient la déduction pour investissement et cédaient les droits d’usage de ces investissements à la société-mère qui n’avait elle-même pas droit à la déduction pour investissement, avec pour conséquence que « le groupe » bénéficiait quand même indirectement de l’avantage de la déduction pour investissement.
Bovendien werd nog een derde rechtsmisbruik vastgesteld, namelijk dat Belgische vennootschappen die niet voldeden aan de criteria om investeringsaftrek te kunnen toepassen dit omzeilden door het oprichten van nieuwe (dochter)vennootschappen die fungeerden als investeringsvennootschappen die de investeringsaftrek claimden en de gebruiksrechten op die investeringen afstonden aan de moedervennootschappen die dus zelf geen recht op investeringsaftrek hadden, waardoor « de groep » op onrechtstreekse manier toch het voordeel van de investeringsaftrek genoot.
La Cour de cassation a arrêté le 22 novembre 2001 (FJF 2002/74, TFR) que la déduction pour investissement était applicable aux éléments d’actif donnés en location par une société à des particuliers qui ne les utilisent pas à des fins professionnelles. La Cour ne s’en est pas tenue au texte strict de la loi (dura lex sed lex) mais a in casu tenu compte de la genèse législative (« Attendu qu’il ressort du rapprochement de ces dispositions légales et des travaux préparatoires que ... ») et a arrêté qu’il n’y avait pas de risque d’abus de droit (susdit), de telle sorte que la déduction pour investissement devait être octroyée.
Het Hof van Cassatie heeft op 22 november 2001 (FJF 2002/74, TFR) geoordeeld dat de investeringsaftrek moest toegestaan worden op activa die een vennootschap verhuurde aan particulieren die ze niet beroepsmatig gebruikten. Het Hof heeft zich niet gehouden aan de strikte tekst van de wet (dura lex sed lex) maar heeft in casu de wetsgeschiedenis nagegaan (« Overwegende dat uit de samenhang van voormelde wetsbepalingen en uit hun wetsgeschiedenis blijkt dat ... ») en heeft vastgesteld dat er geen gevaar op (voormeld) rechtsmisbruik was, derwijze dat de investeringsaftrek moest toegestaan worden.
1. L’administration va-t-elle appliquer correctement le jugement de la Cour de cassation et octroyer la déduction pour investissement aux contribuables qui louent des éléments d’actif à des particuliers qui les utilisent à des fins privées ? Le cas échéant, le risque
1. Zal de administratie deze Cassatie-rechtspraak correct toepassen en de investeringsaftrek verlenen aan de belastingplichtigen die activa verhuren aan particulieren die ze niet voor hun beroep gebruiken ? In voorkomend geval is er immers géén sprake van enig
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9109
d’abus de droit que le législateur a voulu contenir n’existe en effet nullement.
gevaar van rechtsmisbruik dat de wetgever heeft willen beteugelen.
2. Dans la négative, n’estimez-vous pas que le fisc abuse de son pouvoir et pousse inutilement le contribuable à la dépense (frais d’avocat) pour préserver le droit fiscal qui lui est reconnu par la plus haute juridiction, en le contraignant à recourir à une procédure devant le tribunal de première instance, qu’il est, le cas échéant, certain de gagner étant donné que le jugement de la plus haute juridiction est respecté par les juridictions inférieures ?
2. Zo neen, vindt u dan niet dat de fiscus misbruik maakt van haar machtspositie en de belastingplichtige onnodig op kosten (verdediging door advocaat) wordt gejaagd om het fiscaal recht dat hem door het hoogste rechtscollege wordt toegestaan, veilig te stellen door zich te moeten beroepen op een procedure voor de rechtbank van eerste aanleg waarbij hij in dergelijk geval zeker is van een overwinning gezien het oordeel van het hoogste rechtscollege wordt gevolgd door de lagere rechtbanken ?
DO 2004200502651
DO 2004200502651
Question no 536 de M. Ortwin Depoortere du 16 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 536 van de heer Ortwin Depoortere van 16 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Taux de TVA applicable aux « tickets combinés ».
Toegepast BTW-tarief voor « combinatie-tickets ».
Des tickets combinés permettant à l’acheteur d’avoir accès au parking, d’une part, et d’assister à des matchs de compétition, d’autre part, sont parfois vendus.
Combinatie-tickets worden soms verkocht waarbij enerzijds de koper toegang heeft tot het parkeren, en anderzijds de koper competitiewedstrijden kan bijwonen.
Le vendeur applique dans ce cadre des taux de TVA différents. Le droit d’accès aux matchs est soumis à un taux de TVA de 6 %. En application de l’article 37 du Code de la TVA, le droit d’accès au parking payant est soumis à un taux de TVA de 21 %.
De verkoper hanteert hiervoor verschillende BTWtarieven. Recht op toegang is onderworpen aan het BTW-tarief van 6 %. Het toegangsrecht voor betalend parkeren is 21 % met toepassing van artikel 37 van het BTW-wetboek.
Votre administration peut-elle me faire savoir si le contribuable peut appliquer un taux de 6 % sur le montant total — étant donné que le montant de la place de parking est minime par rapport à celui du droit d’accès au match de football — ou s’il convient d’appliquer des taux de TVA différents aux montants pour le match (6 %) et pour le parking (21 %) ?
Kan uw administratie meedelen of de belastingplichtige echter op het totaalbedrag 6 % mag toepassen gezien het bedrag voor de parkingplaats miniem is ten opzichte van het recht op toegang voor de voetbalwedstrijd, of moet een uitsplitsing gemaakt worden tussen de bedragen voor de wedstrijd (6 %) en het parkeren (21 %) ?
DO 2004200502676
DO 2004200502676
Question no 537 de M. Alfons Borginon du 17 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 537 van de heer Alfons Borginon van 17 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Fonds « levier ». — Arrêtés d’exécution sur les fonds de placement.
Hefboomfondsen. — Uitvoeringsbesluiten beleggingsfondsen.
Les « Hedge funds » (« fonds levier ») ont beaucoup gagné en popularité ces dernières années parce qu’ils constituent une solution de rechange aux prestations décevantes du marché des actions. Si l’on place de tels fonds sur des marchés peu classiques, tels que celui des
« Hedge funds » (« hefboomfondsen ») wonnen de jongste jaren enorm veel aan populariteit omdat ze een alternatief bieden voor de tegenvallende prestaties van de aandelenmarkt. Dergelijke fondsen beleggen in niet-klassieke markten, zoals grondstoffen of weinig
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9110
matières premières ou des marchés ou` il y a peu d’obligations liquides, ils obtiennent souvent des returns là ou` des placements traditionnels donnent des résultats nettement inférieurs.
liquide obligaties en zo halen ze dikwijls returns waar traditionele beleggingen niet aan kunnen tippen.
La directive UCITS III (Directive européenne relative aux fonds et sicavs) a été transposée en droit belge. Elle est principalement connue pour le passeport européen. Les fonds de placement approuvés dans un E´tat membre de l’Union européenne par l’autorité de controˆle locale peuvent ainsi acquérir ce passeport qui leur permet d’être distribués facilement dans les autres pays. Cette directive a déjà été transposée en juin au Luxembourg.
In Belgie¨ is de richtlijn UCITS III (Europese fondsenrichtlijn) omgezet in de Belgische wetgeving. De richtlijn is vooral bekend om het Europees paspoort. Beleggingsfondsen die in één lidstaat van de Europese Unie worden goedgekeurd door de lokale toezichthouder, kunnen zo een paspoort verwerven waardoor ze ook gemakkelijk in de andere landen van de EU kunnen worden verdeeld. De richtlijn werd in Luxemburg in juni reeds overgenomen.
Un projet d’arrêté royal actualisant le cadre législatif des fonds de placement, prévoit donc la possibilité pour les banques belges de proposer des hedge funds (« fonds levier ») à des investisseurs particuliers. Jusqu’à présent cela n’était possible que par les fonds de la Branche 23 des assureurs. La Commission bancaire, financière et des assurances (CBFA) y lie deux conditions importantes : il doit s’agir de fonds de fonds (« fund of funds ») qui sont en outre à capital garanti.
Een ontwerp van koninklijk besluit dat het wetgevende kader voor beleggingsfondsen actualiseert, voorziet dus in de mogelijkheid voor de Belgische banken om hedge funds (« hefboomfondsen ») aan particuliere beleggers aan te bieden. Tot nog toe ging dit enkel via tak 23 fondsen van verzekeraars. De Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen (CBFA) verbindt er wel twee belangrijke voorwaarden aan : het moet gaan om dakfondsen (« fund of funds ») met bovendien kapitaalgarantie.
L’arrêté royal donnera donc aux banques belges la possibilité de proposer des fonds levier à des particuliers, mais sous une forme très atténuée.
Het koninklijk besluit zal Belgische banken zo de mogelijkheid geven om hedge funds aan particulieren aan te bieden, weliswaar in een fel afgezwakte vorm.
La CBFA veut d’abord opérer une série de modifications par l’intermédiaire d’arrêtés d’exécution. De ce fait, les fonds de placement de droit belge restent toutefois privés de passeport, contrairement aux fonds de droit luxembourgeois. Nous sommes donc moins rapides que le Grand-Duché de Luxembourg.
De CBFA wil eerst nog een aantal aanpassingen doorvoeren via uitvoeringsbesluiten. Hierdoor blijven de beleggingsfondsen naar Belgisch recht echter verstoken van een paspoort, in tegenstelling tot de fondsen naar Luxemburgs recht. Zo zijn we trager dan Luxemburg.
1. L’arrêté royal a-t-il déjà été publié au Moniteur belge ? Dans le cas contraire, pourquoi ?
1. Is het koninklijk besluit over de beleggingsfondsen reeds in het Belgisch Staatsblad verschenen en zo neen, waarom niet ?
2. Pourquoi les arrêtés d’exécution n’ont-ils pas encore été publiés ?
2. Waarom zijn de uitvoeringsbesluiten nog niet gepubliceerd ?
3. Pourquoi la directive européenne sur les fonds de placement n’a-t-elle toujours pas été transposée dans la législation belge ?
3. Waarom werd de Europese richtlijn over beleggingsfondsen nog steeds niet in de Belgische wetgeving geı¨ntegreerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9111
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Entreprises publiques
Overheidsbedrijven
DO 2004200502652
DO 2004200502652
Question no 351 de M. Francis Van den Eynde du 16 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 351 van de heer Francis Van den Eynde van 16 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Membres du personnel. — Agression. — Anticiper les situations difficiles.
NMBS. — Personeelsleden. — Agressie. — Anticiperen op moeilijke situaties.
L’une des méthodes officielles appliquées par la SNCB afin de lutter contre les agressions des membres de son personnel consiste à anticiper les situations difficiles. ` cet effet, il convient, entre autres, de mieux adapA ter le nombre de voitures au nombre de voyageurs.
Een van de officie¨le methodes die door de NMBS toegepast wordt om agressie ten opzichte van haar personeelsleden aan te pakken bestaat uit het anticiperen op moeilijke situaties.
1. Quelles mesures concrètes ont-elles été prises à cet égard et dans combien de cas ont-elles été appliquées ?
1. Welke concrete maatregelen werden in dit verband getroffen en in hoeveel gevallen werd dit toegepast ?
2. Pourriez-vous également communiquer quelles autres mesures sont appliquées afin d’anticiper les situations difficiles et dans quelle mesure elles ont été appliquées ?
2. Is het ook mogelijk mede te delen welke andere maatregelen er gebruikt worden om op moeilijke situaties te anticiperen en in welke mate dit gebeurd is ?
DO 2004200502660
DO 2004200502660
Question no 352 de M. Francis Van den Eynde du 17 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 352 van de heer Francis Van den Eynde van 17 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Personnel de train. — Agressions. — Appel aux responsables politiques.
NMBS. — Treinpersoneel. — Agressie. — Oproep beleidsverantwoordelijken.
La SNCB a déclaré dans le courant de cette année vouloir lancer un appel aux responsables politiques pour l’aider à lutter contre les agressions à l’encontre du personnel de train. Elle souhaitait notamment sensibiliser les bourgmestres et les polices locales au problème afin que priorité soit accordée à cette question.
Om de agressie ten opzichte van haar treinpersoneel tegen te gaan deelde de NMBS in de loop van dit jaar mede dat zij een oproep zou doen aan de beleidsverantwoordelijken en hiervoor onder meer de burgemeesters en de lokale politie-eenheden wou sensibiliseren om aan haar oproepen prioriteit te geven.
Dans quelle mesure cet objectif a-t-il été réalisé ? Dans combien de cas la réponse était-elle positive et s’est-elle accompagnée de résultats concrets ?
In welke mate is dit inmiddels gebeurd en in hoeveel gevallen was het antwoord positief met effectieve gevolgen ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Hieronder wordt onder meer begrepen dat de lengte van de treinen beter op de bezetting ervan moeten afgestemd worden.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9112
DO 2004200502672
DO 2004200502672
Question no 353 de M. Luc Sevenhans du 17 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 353 van de heer Luc Sevenhans van 17 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Lutte contre les rejets d’hydrocarbures en mer.
Strijd tegen de olielozingen op zee.
En décembre 2003, il a été largement question dans la presse des projets du ministre concernant l’intensification de la lutte contre les rejets d’hydrocarbures en mer du Nord. Il serait fait usage à cet effet de petits avions de reconnaissance sans pilote équipés de caméras, de satellites et de radars. Le ministre entendait graˆce à un plan de tolérance zéro éviter les catastrophes et les déversements illégaux en ` l’heure actuelle, un avion militaire mer du Nord. A belge survole la mer du Nord en mission de surveillance pendant 250 heures par an, mais le département de la Défense nationale a décidé d’arrêter ces patrouilles d’ici la fin de l’année pour des raisons d’économies.
In december 2003 haalde de minister uitgebreid de media, omdat hij de strijd tegen de olielozingen op de Noordzee ging opvoeren met onbemande verkenningsvliegtuigjes met camera’s, satellieten en radars. De minister wou met een nultolerantieplan rampen en illegale lozingen op de Noordzee tegengaan. Momenteel houdt een Belgisch militair vliegtuig 250 uur per jaar toezicht boven de Noordzee, maar wegens bezuinigingen stopt Defensie hier mee tegen het einde van het jaar.
Or, le ministre de la Défense a déclaré à mon grand étonnement que les UAV seront probablement opérationnels d’ici au mois de septembre 2005, mais qu’aucun département n’a jusqu’à ce jour exprimé un besoin concret de collaboration.
Tot mijn verbazing verneem ik nochtans van de minister van Defensie dat de UAV’s wellicht tegen september 2005 operationeel zullen zijn maar dat er nog geen concrete behoefte was uitgedrukt door een ander departement ten einde tot samenwerking te komen.
Bref, entre la pratique et les déclarations dans la presse, il y a un abıˆme.
Er is dus een groot verschil tussen de praktijk en de verklaringen in de pers.
1. Quelles initiatives avez-vous prises dans le but de conclure un accord de coopération avec le département de la Défense nationale ?
1. Welke initiatieven heeft u reeds ondernomen om tot een samenwerkingsakkoord met Defensie te komen ?
2. Vous avez également annoncé l’acquisition, avec la participation des autorités flamandes, d’un vaisseau multifonctionnel.
2. U verklaarde ook dat er samen met de Vlaamse overheid een multifunctioneel vaartuig zou worden aangekocht.
Quel est l’état d’avancement de ce dossier ?
Hoever staat dit dossier ?
3. Enfin, vous avez promis la mise en place d’une politique plus efficace et plus sévère en matière de poursuites. Un magistrat spécial serait désigné à cet effet, et la collaboration entre ce magistrat et la police de la navigation, l’inspection de la navigation et l’inspection de l’environnement serait codifiée. Ce dossier est-il aujourd’hui finalisé ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
3. U beloofde ook een beter en strenger vervolgingsbeleid. Er zou daarvoor een speciale magistraat komen en de samenwerking tussen hem met de scheepvaartpolitie, de scheepvaartinspectie en de milieu-inspectie zou worden vastgelegd. Is dit dossier reeds afgerond ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9113
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2004200502653
DO 2004200502653
Question no 431 de M. Francis Van den Eynde du 16 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 431 van de heer Francis Van den Eynde van 16 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Services d’incendie. — Informations sur les pipelines de l’OTAN.
Diensten van de brandweer. — Informatie over de NAVO-pijpleidingen.
L’explosion qui s’est produite à Ghislenghien l’été dernier a mis en évidence le problème de la localisation exacte des 6 600 km de pipelines souterrains.
Naar aanleiding van de ontploffing in Gellingen die zich deze zomer voordeed, doet zich het probleem voor van de juiste ligging van de 6 600 km ondergrondse leidingen.
En réponse à une série de questions et d’interpellations sur la catastrophe de Ghislenghien, le ministre a déclaré que les services d’incendie sont très bien informés de la présence de ces pipelines.
Naar aanleiding van een reeks vragen en interpellaties met betrekking het bovenvermelde ramp deelde de minister mede dat de diensten van de brandweer zeer goed op de hoogte zijn van de aanwezigheid van dergelijke pijpleidingen.
Reste à savoir cependant si cette connaissance concerne également les 810 km de pipelines de l’OTAN, dont la localisation relève par définition du secret militaire.
De vraag rijst echter of dit ook het geval is voor de 810 km NAVO-pijpleidingen, waarvan de ligging per definitie tot het militair geheim behoort.
De quelles informations spécifiques les services de secours disposent-ils à propos de ces conduites souterraines, et quelles mesures de prévention ont été prises à cet égard ?
Kan u meedelen wat er specifiek over deze ondergrondse leidingen bij de hulpdiensten geweten is en welke preventiemaatregelen hieromtrent getroffen werden ?
DO 2003200432289
DO 2003200432289
Question no 432 de M. Staf Neel du 16 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 432 van de heer Staf Neel van 16 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Manœuvres à l’étranger. — Agents de la police fédérale.
Buitenlandse manoeuvres. — Agenten federale politie.
Depuis la suppression de l’auditorat militaire, il semble que des agents de la police fédérale accompagnent les militaires lors de manœuvres à l’étranger.
Sinds de afschaffing van het Krijgsauditoraat gaan er op buitenlandse manoeuvres blijkbaar agenten van de federale politie mee.
1. Ces agents sont-ils habilités à effectuer des devoirs d’instruction, comme l’étaient les membres de l’auditorat militaire par le passé ?
1. Mogen zij onderzoeksdaden verrichten zoals het Krijgsauditoraat in het verleden ?
2. Ces agents sont-ils disponibles 24 heures sur 24, comme l’étaient les membres de l’auditorat militaire par le passé ?
2. Zijn zij, zoals het Krijgsauditoraat in het verleden, 24 uren stand-by ?
3. Disposent-ils des mêmes moyens que l’auditorat militaire ?
3. Beschikken zij over dezelfde mogelijkheden als het Krijgsauditoraat ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1152
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9114
4. ` quelle rémunération ces agents peuvent-ils a) A prétendre ?
4. a) Wat is de verloning voor deze federale agenten ?
b) Cette rémunération est-elle, pour eux aussi, égale au 1/1850e du traitement ?
b) Is dit ook 1/1850ste van het loon ?
5. Sur quel budget ces dépenses sont-elles inscrites ?
5. Op welk budget worden deze kosten ingeschreven ?
6. Sous l’autorité de qui ces agents sont-ils placés pendant les manœuvres ?
6. Onder wiens bevel staan deze federale agenten op manoeuvres ?
DO 2004200502669
DO 2004200502669
Question no 433 de Mme Jacqueline Galant du 17 novembre 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 433 van mevrouw Jacqueline Galant van 17 november 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Port de la ceinture de sécurité chez les policiers.
Dragen van de veiligheidsgordel door politiepersoneel.
En Belgique, comme dans beaucoup de pays d’ailleurs, le port de la ceinture de sécurité est une obligation, tant à l’avant du véhicule qu’à l’arrière. Divers tests et études ont déjà démontré combien de blessures voire de décès avaient pu être évités par cette ceinture. Et, a contrario, combien la gravité d’un accident pouvait être décuplée en cas de non port de la ceinture.
Zoals in vele andere landen is het dragen van de veiligheidsgordel in Belgie¨ zowel voor- als achterin de wagen verplicht. Tal van tests en studies tonen enerzijds aan dat het dragen van de gordel het aantal gewonden en doden bij verkeersongevallen terugdringt en anderzijds dat de gevolgen van een ongeval veel ernstiger zijn wanneer men de gordel niet draagt.
En ce qui concerne les policiers, l’article 35. 2.1 du code de la route dispose que « les conducteurs et passagers des véhicules prioritaires visés à l’article 37 (soit les véhicules « munis d’un ou de plusieurs feux bleus clignotants et d’un avertisseur sonore spécial (...) »), sont dispensés du port obligatoire de la ceinture de sécurité lorsque la nature de leur mission le justifie ».
Wat het politiepersoneel betreft, bepaalt artikel 35. 2.1. van het verkeersreglement dat de bestuurders en de passagiers van de prioritaire voertuigen, bedoeld in artikel 37 (dit zijn voertuigen uitgerust met een of meer blauwe knipperlichten en een speciaal geluidstoestel (...), van de draagplicht van de veiligheidsgordel worden vrijgesteld wanneer de aard van hun opdracht het rechtvaardigt.
Cela me semble assez flou dans la mesure ou` il n’est pas vraiment précisé ce qu’on entend par « leur mission le justifie ».
Die bepaling lijkt me vrij vaag : « wanneer de aard van hun opdracht het rechtvaardigt » wordt immers niet nader omschreven.
Je trouve que cet article est assez étonnant vu la protection que la ceinture offre aux conducteurs comme aux passagers. En outre, les policiers ne sontils pas censés montrer l’exemple ?
Die uitzondering verwondert me, aangezien de gordel de veiligheid van zowel de bestuurders als de passagiers ten goede komt. Moet de politie trouwens niet het goede voorbeeld geven ?
Je crois évident que le port de la ceinture chez les policiers lors de certaines missions de routine a un impact considérable sur le comportement des automobilistes et de leurs passagers. Représentant de l’autorité, il est en effet illogique qu’il procède à des controˆles en matière du port de ceinture et verbalise alors que lui-même ne la porte pas toujours.
Het ligt voor de hand dat het al dan niet dragen van de gordel door de politiebeambten tijdens routineopdrachten een sterke invloed heeft op het gedrag van de automobilisten en hun passagiers. Het is immers niet logisch dat een gezagsdrager, die op de naleving van de draagplicht toeziet en zo nodig proces-verbaal opstelt, zelf niet altijd de gordel draagt.
Plusieurs accidents ont démontré que les occupants des véhicules prioritaires n’étaient nullement à l’abri de blessures, parfois d’une extrême gravité. Les véhicules prioritaires roulent en effet plus vite et le style de conduite est dès lors parfois difficile à cerner par les autres usagers de la route.
Naar aanleiding van verkeersongevallen raakten inzittenden van prioritaire voertuigen trouwens al meermaals gewond, in een aantal gevallen zelfs zeer ernstig. Prioritaire voertuigen rijden doorgaans sneller, zodat de andere weggebruikers de rijstijl van zo’n voertuig niet altijd goed kunnen inschatten.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9115
1. Quels sont les critères qui prévalent à la délivrance d’une dérogation quant au port obligatoire de la ceinture ?
1. Wat zijn de criteria voor de toekenning van een vrijstelling van de draagplicht van de gordel ?
2. De quel type d’amende celui qui ne la porte pas peut-il être redevable ?
2. Met welke geldboete kunnen overtredingen worden bestraft ?
3. N’est-il pas indispensable de préciser les circonstances dans lesquelles le policier ne doit pas porter la ceinture et de déterminer plus précisément les missions pour lesquelles ils peuvent oˆter leur ceinture (je pense par exemple au transfert d’un passager dans un véhicule ou` il n’y a pas de paroi de séparation entre les sièges avant et arrière, vu le risque d’étranglement avec la ceinture justement) ?
3. Moeten de omstandigheden waarin een politiebeambte van de draagplicht wordt vrijgesteld niet worden verduidelijkt, door de opdrachten waarvoor die vrijstelling geldt nader te omschrijven (ik denk bijvoorbeeld aan de overbrenging van een passagier in een voertuig zonder scheidingswand tussen de voor- en de achterbank, aangezien de gordel in dat geval een veiligheidsrisico (mogelijke wurging) voor de agent inhoudt) ?
Ministre des Affaires étrangères
Minister van Buitenlandse Zaken
DO 2004200502647
DO 2004200502647
Question no 130 de M. Dirk Van der Maelen du 16 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 130 van de heer Dirk Van der Maelen van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Proposition d’amendement du Protocole original dans l’Accord d’Association UE-Israe¨l. — Implications juridiques et factuelles graves.
Voorstel tot amenderen van het Oorsprongsprotocol binnen het EU-Israe¨l-Associatieakkoord. — Ernstige juridische en feitelijke implicaties.
Depuis 1976, Israe¨l demande instamment l’autorisation de pouvoir appliquer ses traités commerciaux préférentiels avec la CE dans les territoires qu’il occupe depuis 1967 comme si les territoires occupés et les implantations qu’il y a établies illégalement faisaient partie de sa zone douanière et n’étaient pas des territoires occupés. L’UE est arrivée à la conclusion que la pratique à laquelle se livre Israe¨l et qui consiste à certifier les produits qui ont été fabriqués dans les territoires occupés comme s’ils provenaient de l’E´tat d’Israe¨l constitue une violation de ces accords. Par conséquent, l’importation de ces produits dans l’Union européenne sous le régime préférentiel réservé aux produits qui proviennent d’Israe¨l doit être considérée comme une infraction au droit communautaire.
Sinds 1976 heeft Israe¨l aangedrongen op het mogen toepassen van zijn preferentie¨le handelsverdragen met de EG op de territoria die het sedert 1967 bezet, alsof de bezette gebieden en de nederzettingen die het daarbinnen op illegale wijze oprichtte deel uitmaken van het eigen douanegebied en geen bezet territorium zijn. De EU heeft uitgemaakt dat de praktijk uitgevoerd door Israe¨l — waarbij deze producten die in de bezette gebieden vervaardigd werden, certificeert alsof deze voortkomen uit de Staat Israe¨l — een schending inhoudt van deze akkoorden. Het importeren van dergelijke producten onder het preferentieel regime gereserveerd voor producten die uit Israe¨l zelf komen, moet dan ook beschouwd worden als een inbreuk op het Gemeenschapsrecht.
Plus récemment, l’UE a informé officiellement Israe¨l de ce que l’amendement du Protocole original dans le cadre de l’Accord l’association CE-Israe¨l dans le but d’étendre les avantages du système pan-Européen de commerce préférentiel dépend du « règlement du problème bilatéral lié aux règles originales ».
Meer recentelijk heeft de EU Israe¨l formeel geı¨nformeerd dat het amenderen van het Oorsprongsprotocol binnen de EG-Israe¨l-Associatieakkoord om de voordelen van het pan-Europees systeem van preferentie¨le handel uit te breiden, afhangt van « het oplossen van het bilaterale probleem rond de oorsprongsregels ».
Pendant plusieurs années, les autorités douanières de divers E´tats membres ont combattu pour réduire la
Gedurende verschillende jaren hebben de douaneautoriteiten van verschillende lidstaten gestreden om het
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9116
part des importations préférentielles illégales dans la Communauté, alors qu’Israe¨l persiste à enfreindre ` ce jour, lesdits accords de façon ininterrompue. A aucune démarche n’a été entreprise pour contraindre Israe¨l à cesser de les enfreindre.
aandeel van de illegale preferentie¨le import in de Gemeenschap terug te dringen, terwijl Israe¨l zijn misbruiken van de akkoorden onafgebroken verder zet. Er zijn tot nu toe geen stappen gezet om van Israe¨l af te dwingen dit misbruik te stoppen.
La Commission européenne vient d’approuver un communiqué selon lequel elle accepte un « règlement technique » des problèmes liés à la coopération douanière avec Israe¨l. La Commission s’attend à ce que ce règlement allège les charges administratives des autorités douanières des deux coˆtés, et cela sans poser comme condition préliminaire qu’Israe¨l cesse d’abord d’enfreindre les accords concernés. Dès lors, nous craignons que la Commission adopte une position qui consiste à dire que ce règlement technique neutralise l’obstacle qui rendait impossible d’amender le Protocole d’origine de l’Accord l’association CE-Israe¨l. Elle ` ce recommandera donc un tel amendement. A moment-là, la Belgique — comme tout autre E´tat membre — devra décider si elle entreprend les démarches recommandées par la Commission pour appliquer ce règlement technique. Toutefois, nous devons être conscients de ce que ces démarches donneront finalement à Israe¨l le droit d’appliquer aux territoires occupés ledit traité l’association pendant toute la durée de sa validité.
De Commissie heeft net een communiqué goedgekeurd waaruit blijkt dat ze een « technische regeling » voor douanesamenwerking met Israe¨l aanvaardt. De Commissie verwacht dat deze regeling de administratieve lasten voor de douaneautoriteiten aan beide zijden zal verlichten, en dit zonder voorop te stellen dat Israe¨l eerst het voornoemde misbruik zou staken. Wij vrezen dus dat de Commissie de positie inneemt dat deze regeling het obstakel neutraliseert dat bestond om het Oorsprongsprotocol binnen de EG-Israe¨lAssociatieakkoord te amenderen. Zij zal dus een dergelijke amendering aanbevelen. Op dat moment zal Belgie¨ — net zoals iedere andere lidstaat — moeten beslissen of zij deze stappen die de Commissie aanbeveelt zal zetten om zo deze technische regeling te implementeren. Wij moeten er ons echter rekenschap van geven dat deze stappen uiteindelijk Israe¨l het recht zullen geven om het Associatieverdrag gedurende de volledige loop van de geldigheid ervan toe te passen op de Bezette Gebieden.
1. Le ministre considère-t-il, en sa qualité de membre du Conseil, que l’Union européenne devrait marquer son accord avec l’amendement du Protocole d’origine de l’Accord l’association CE-Israe¨l qui permettrait à Israe¨l de participer au système de cumul d’origines pan-euroméditerranéen, et cela alors qu’Israe¨l continue d’appliquer cet Accord dans les territoires occupés et continue notamment de délivrer des certificats d’origine pour des produits fabriqués dans les implantations ?
1. Is de minister als lid van de Raad van oordeel dat de Europese Unie zou moeten instemmen met het amendement van het Oorsprongsprotocol binnen het EG-Israe¨l-Associatieakkoord dat de participatie van Israe¨l in het systeem van pan-Euro-Mediterrane cumulatie van origine zou toelaten, en dit terwijl Israe¨l dit Akkoord blijft toepassen op bezet gebied, en onder meer oorsprongscertificaten blijft verstrekken voor nederzettingsproducten ?
2. Estime-t-il, en sa qualité de membre du Conseil, que le problème bilatéral lié aux règles d’origine, peut être résolu si Israe¨l applique parfaitement et de façon cohérente le règlement qu’il a promis d’appliquer et qui consiste à mentionner pour chaque produit le lieu ou` il subit son processus de traitement final avant d’être exporté, et s’il remplit de cette manière la condition posée par la CE pour pouvoir amender le Protocole d’origine de l’Accord l’association CE-Israe¨l de telle façon qu’Israe¨l soit autorisé à participer au système de cumul d’origines pan-euroméditerranéen ?
2. Bent u als lid van de Raad van oordeel dat het bilaterale probleem rond de oorsprongsregels kan opgelost worden als Israe¨l de voorgestelde belofte om voor ieder product de plaats te vermelden waar het zijn finaal verwerkingsproces ondergaat vooraleer het gee¨xporteerd wordt, consequent en perfect implementeert, en dat het op die manier de voorwaarde vervult die door de EG naar voren werd geschoven om het Oorsprongsprotocol binnen het EG-Israe¨l-Associatieakkoord te kunnen amenderen op zodanige wijze dat het Israe¨l zou toelaten in het systeem van pan-EuroMediterrane cumulatie van origine te participeren ?
3. Souscrit-il, en sa qualité de membre du Conseil, au point de vue adopté par le gouvernement néerlandais lorsque, le 14 juin 2004, il a informé le Parlement des Pays-Bas de ce que l’application de l’accord l’association conclu entre l’UE et Israe¨l sera imparfaite tant qu’Israe¨l délivrera des certificats d’origine pour des produits provenant en réalité des implantations situées dans les territoires occupés ?
3. Gaat u als lid van de Raad akkoord met de positie ingenomen door de Nederlandse regering op het moment dat ze het Nederlandse Parlement op 14 juni 2004 inlichtte dat de implementatie van de associatieovereenkomst tussen de EU en Israe¨l op dit gebied gebreken vertoont, zolang Israe¨l oorsprongscertificaten afgeeft voor producten uit nederzettingen in bezet gebied ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9117
4. Le Conseil a-t-il déjà autorisé la Commission à amener la Communauté européenne à s’engager à amender le Protocole d’origine de l’Accord l’association CE-Israe¨l sur la base d’une application satisfaisante par Israe¨l d’un règlement technique pour une coopération douanière qui soit acceptable pour la Commission ?
4. Heeft de Raad de Commissie al geautoriseerd om de Europese Gemeenschap te verbinden tot het amenderen van het oorsprongsprotocol binnen het EGIsrae¨l-Associatieakkoord dat gebaseerd is op Israe¨ls bevredigende implementatie van een technische regeling voor een douanesamenwerking die aanvaardbaar is voor de Commissie ?
5. Le Conseil a-t-il déjà autorisé la Commission à amener la Communauté européenne à amender le Protocole d’origine de l’Accord l’association CE-Israe¨l sur la base de la conviction de la Commission qu’une solution a été apportée au « problème bilatéral des règles d’origine » ?
5. Heeft de Raad de Commissie al geautoriseerd om de Europese Gemeenschap te verbinden tot het amenderen van het oorsprongsprotocol binnen het EGIsrae¨l-Associatieakkoord gebaseerd op de overtuiging van de Commissie dat een oplossing werd bereikt aangaande het « bilateraal probleem van de oorsprongsregels » ?
6. Le Conseil a-t-il déjà autorisé l’amendement du Protocole d’origine de l’Accord l’association CE-Israe¨l et donné mandat à la Commission d’exécuter cet amendement lorsqu’elle estimera qu’Israe¨l remplit les conditions posées par le Conseil ?
6. Heeft de Raad reeds het amenderen van het oorsprongsprotocol binnen het EG-Israe¨l-Associatieakkoord geautoriseerd en de Commissie het mandaat gegeven dit ook uit te voeren op het moment dat ze oordeelt dat aan de voorwaarden die door de Raad naar voren werden geschoven, voldaan zou zijn ?
7. a) Le ministre est-il d’accord avec la conclusion selon laquelle la raison pour laquelle Israe¨l demande instamment la poursuite de l’application de ses accords bilatéraux avec l’UE dans les territoires occupés est qu’Israe¨l n’accepte pas d’endosser le statut et les obligations d’une puissance occupante dans le cadre du droit international ?
7. a) Bent u het eens met de conclusie dat de reden waarom Israe¨l aandringt op het verder zetten van het toepassen van zijn bilaterale akkoorden met de EU op bezet gebied is dat het de status en verplichtingen van een bezettende macht onder internationaal recht verwerpt ?
b) Peut-il approuver quelque mesure de l’UE que ce soit donnant à Israe¨l le droit de continuer à appliquer ses accords bilatéraux avec l’UE sur cette base ?
b) Kan u zich verzoenen met enige maatregel genomen door de EU die Israe¨l het recht zou geven om zijn bilaterale akkoorden met de EU op deze basis verder te implementeren ?
DO 2004200502648
DO 2004200502648
Question no 131 de M. Ludo Van Campenhout du 16 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 131 van de heer Ludo Van Campenhout van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Ratification des traités sur la navigation et la navigation intérieure.
Ratificatie van scheepvaartverdragen en binnenvaartverdragen.
Pour notre pays, véritable carrefour du transport international de marchandises, une législation moderne et compétitive en matière de navigation et de navigation intérieure est essentielle. Une telle réglementation contribue à la « diplomatie économique » qui permet de lever les entraves que les chefs d’entreprises et les exportateurs rencontrent dans la conquête de nouveaux marchés étrangers.
Voor ons land, dat een centraal knooppunt vormt in het wereldwijde transport van goederen, is een moderne en concurrentie¨le wetgeving wat scheepvaarten binnenvaartwetgeving betreft, essentieel. Zulke regelgeving draagt bij aan de « economische diplomatie » die hindernissen wegwerkt welke ondernemers en exporteurs ondervinden bij het veroveren van de buitenlandse markten.
La Belgique accuse cependant un important retard au niveau de la ratification de traités. Bien que le gouvernement belge ait déjà signé des traités, ceux-ci
Belgie¨ kent echter een aanzienlijke achterstand wat betreft de ratificatie van verdragen. Hoewel de Belgische regering verdragen ondertekend heeft, werden ze
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9118
n’ont pas encore été approuvés par le Parlement. Cet entérinement passe pourtant nécessairement par l’adoption d’un projet de loi.
nog niet goedgekeurd door het parlement. Dergelijke goedkeuring kan echter enkel via een wetsontwerp.
` ce propos, je souhaite attirer l’attention sur A plusieurs traités de navigation et de navigation intérieure. Il s’agit des traités suivants :
Hier wil ik de aandacht vestigen op een aantal verdragen inzake scheepvaart- en binnenvaartrecht. Het gaat over volgende verdragen :
A) Traités de navigation :
A) Verdragen inzake scheepvaartrecht :
(1) traité favorisant le respect, par les bateaux de pêche, des mesures internationales de protection et de gestion en pleine mer, adopté à Rome le 24 novembre 1993 (conférence FAO);
(1) Verdrag ter bevordering van het respect door visserijschepen in volle zee van internationale beschermings- en beheersmaatregelen, aangenomen te Rome op 24 november 1993 (conferentie FAO);
(2) traité relatif aux privilèges et immunités de la Cour Internationale de justice pour le droit maritime, New York, le 23 mai 1997;
(2) Verdrag inzake de voorrechten en immuniteiten van het internationaal gerechtshof voor zeerecht, New York 23 mei 1997;
(3) traité de l’Escaut, Gand, le 3 décembre 2002;
(3) Scheldeverdrag, Gent 3 december 2002;
(4) accord maritime entre la Belgique, le Luxembourg et Chypre, Nicosie, le 10 septembre 2002;
(4) Scheepvaartovereenkomst tussen Belgie¨, Luxemburg en Cyprus, Nicosia 10 september 2002;
(5) accord maritime entre la Belgique, le Luxembourg et la Lituanie, Bruxelles, le 23 avril 2001;
(5) Scheepvaartovereenkomst tussen Belgie¨, Luxemburg en Litouwen, Brussel 23 april 2001;
(6) accord maritime entre l’UEBL et le Maroc, Bruxelles, le 26 juin 2002;
(6) Scheepvaartovereenkomst tussen BLEU en Marokko, Brussel 26 juni 2002;
(7) accord en matière de transport maritime entre l’UE et ses E´tats membres d’une part, et le gouvernement de Chine d’autre part, Bruxelles, le 6 décembre 2002;
(7) Overeenkomst inzake zeevervoer tussen EU en haar lidstaten en de regering van China, Brussel 6 december 2002;
(8) traité international relatif au controˆle des systèmes antisalissure nuisibles sur les navires, Londres, le 5 octobre 2001.
(8) Internationaal verdrag betreffende de controle op schadelijke aangroeiwerende systemen op schepen, Londen 5 oktober 2001.
B) Traités de navigation intérieure :
B) Verdragen inzake de binnenvaart :
(1) traité sur la collecte, le dépoˆt et la réception de déchets survenant en navigation rhénane et intérieure (avec annexes et compléments), signé à Strasbourg le 9 septembre 1996;
(1) Verdrag inzake de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn- en binnenvaart (inclusief bijlagen en aanhangsels) ondertekend te Straatsburg op 9 september 1996;
(2) traité européen relatif à la sécurité sociale des bateliers de la navigation intérieure (y compris les annexes et l’acte de cloˆture), Strasbourg, le 26 mars 1993;
(2) Europees verdrag betreffende de sociale zekerheid van schippers van de binnenvaart (inclusief bijlagen slotakte), Straatsburg 26 maart 1993;
(3) traité de règles uniformes relatif aux collisions en navigation intérieure, Genève, le 15 mars 1960;
(3) Verdrag eenvormige regelen inzake aanvaringen in de binnenvaart, Geneve 15 maart 1960;
(4) traité de Budapest relatif à l’accord sur le transport de marchandises dans les eaux intérieures. (CMNI), Budapest, le 22 juin 2001.
(4) Verdrag Boedapest inzake de overeenkomst vervoer van goederen over binnenwateren. (CMNI), Boedapest 22 juni 2001.
1. Lesquels de ces traités sont encore utiles ?
1. Welke van de aangehaalde verdragen zijn nog relevant ?
2. Quand les projets nécessaires à la ratification de ces traités seront-ils déposés au Parlement fédéral ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. Wanneer mag het federale Parlement de nodige ontwerpen verwachten teneinde deze verdragen te ratificeren ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9119
DO 2004200502649
DO 2004200502649
Question no 132 de M. Mohammed Boukourna du 16 novembre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 132 van de heer Mohammed Boukourna van 16 november 2004 (Fr.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Situation interne du Nigeria. — Tensions interethniques.
Interne situatie van Nigeria. — Interetnische spanningen.
Depuis plusieurs semaines, certains organes de presse relayent les menaces d’une guerre du pétrole proférées contre le Nigeria par un groupe rebelle du delta du Niger, la Force volontaire du peuple du delta du Niger (FVPDN).
Een rebellengroepering van de Nigerdelta, de Niger Delta People’s Volunteer Force (NDPVF), dreigt met een olieoorlog tegen Nigeria, zo berichten bepaalde persorganen al wekenlang.
Le représentant et chef de file de cette mouvance, Mujahid Dokudo Asari, revendique l’autodétermination et le controˆle des ressources pétrolières pour son groupe ethnique, les Ijaw, quatrième communauté du Nigeria, forte de 8 millions de personnes réparties dans cette région productrice en pétrole.
De vertegenwoordiger en leider van die beweging, Mujahid Dokudo Asari, komt op voor het recht op zelfbeschikking voor zijn etnie, de Ijaw, de vierde grootste bevolkingsgroep van Nigeria, die 8 miljoen mensen telt die verspreid leven over de olierijke regio, en wil de controle krijgen over de olierijkdommen.
L’insécurité chronique qui règne dans le delta du Niger trouve sa source dans la pauvreté qui mine la région depuis le début de l’exploitation pétrolière. Pourtant, avec 2,5 millions de barils quotidiens, le Nigeria est le premier producteur africain et le sixième au niveau mondial. Le Nigeria tire donc 98,5 % de ses revenus extérieurs du commerce du brut mais, en quarante ans, l’afflux de capitaux et d’investissements n’a guère profité à cette région productrice de pétrole. Il semble dès lors évident que cette situation est à l’origine de la recommandation du FVPDN selon laquelle les compagnies internationales sont invitées à quitter la région.
De permanente onveiligheid in de Nigerdelta vindt haar oorsprong in de armoede waarmee de regio sinds het begin van de oliewinning te kampen heeft. Met een productie van 2,5 miljoen vaten per dag is Nigeria de belangrijkste olieproducent in Afrika en de op vijf na grootste in de wereld. Nigeria haalt dus 98,5 % van zijn buitenlandse inkomsten uit de handel in ruwe olie, maar over een periode van veertig jaar is al dat geı¨nvesteerd kapitaal die olieproducerende regio nauwelijks ten goede gekomen. Dat lijkt dan ook te verklaren waarom de NDPVF de internationale maatschappijen de raad heeft gegeven de regio te verlaten.
En outre, l’exploitation effrénée des ressources minérales a détruit l’environnement rendant l’air vicié et l’eau impropre à la consommation, ne permettant plus aux agriculteurs et pêcheurs de la région d’assurer leur moyen de subsistance.
De ongebreidelde exploitatie van de minerale rijkdommen heeft zware schade toegebracht aan het milieu : de lucht is vervuild en het water is ongeschikt geworden voor consumptie, waardoor de landbouwers en vissers niet meer in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
Enfin, l’implication de politiciens locaux dans l’essor de groupes armés a été constatée, ce qui pourrait également expliquer le regain de violence et l’insécurité endémique qui secouent cette région depuis le mois d’aouˆt 2004 (selon Amnesty International, 500 personnes sont mortes dans la zone en aouˆt, victimes de cette insécurité). Selon certains analystes, ces gangs ont été armés lors de précédentes élections alors que le controˆle de ces mouvements, assuré initialement par leurs « financiers », s’est progressivement effrité.
Ten slotte is ook gebleken dat plaatselijke politici nauw betrokken zijn bij de opkomst van gewapende groeperingen, wat de heropflakkering van het geweld en de permanente onveiligheid in die regio sinds augustus 2004 (volgens Amnesty International zijn in augustus 500 mensen in die onlusten om het leven gekomen) verklaart. Volgens sommige analisten werden die bendes bij de vorige verkiezingen bewapend, maar hebben de financiers ervan, onder wier controle ze aanvankelijk stonden, geleidelijk hun greep op die bewegingen verloren.
De toute évidence, le cumul de ces événements pourrait être propice à l’émergence d’une guerre civile ouverte lors des élections de 2007, laquelle risquerait d’embraser la région de l’estuaire du fleuve Niger. L’armée gouvernementale, qui avait lancé une grande offensive contre le FVPDN, s’est vue intimée l’ordre de
Die combinatie van gebeurtenissen zou het uitbreken van een open burgeroorlog naar aanleiding van de verkiezingen van 2007 in de hand kunnen werken. Dat zou de lont in het kruit kunnen werpen in het hele gebied van het estuarium van de Niger. Het regeringsleger, dat een groot offensief tegen de NDPVF had
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9120
la stopper, à la suite notamment des pressions étrangères visant à obtenir du brut de pétrole alors que la conjoncture internationale en matière d’hydrocarbures est considérée comme défavorable en raison de la guerre en Irak et des avatars climatiques qui touchent le Mexique.
opgezet, heeft het bevel gekregen dat offensief te staken, met name onder buitenlandse druk die werd uitgeoefend om te voorkomen dat de levering van ruwe aardolie in het gedrang zou komen, nu de situatie op de internationale oliemarkt als ongunstig wordt beschouwd wegens de oorlog in Irak en de klimatologische tegenslagen waarmee Mexico te kampen heeft.
La situation qui prévaut actuellement au Nigeria nous rappelle immanquablement le précédent du Biafra. En effet, à la fin des années 60, la tentative de sécession de cette région, située dans la même zone, avait été le théaˆtre d’un conflit provoquant la mort d’un million de personnes.
De huidige situatie in Nigeria roept onvermijdelijk herinneringen op aan wat er in het verleden in Biafra is gebeurd. Op het einde van de jaren 60 leidde de poging tot afscheiding van die regio, die in hetzelfde gebied ligt, tot een conflict waarbij meer dan een miljoen mensen het leven verloren.
1. a) Dans un souci de prévention, ne serait-il pas opportun de mettre à l’ordre du jour du Conseil Général des Nations Unies cette problématique ?
1. a) Zou het, ter wille van de preventie, niet opportuun zijn die kwestie op de agenda van de Algemene Raad van de Verenigde Naties te plaatsen ?
b) Quelles initiatives pourraient être prises à l’échelle européenne ?
b) Welke initiatieven zouden op Europees niveau kunnen worden genomen ?
2. a) La situation politique et humanitaire qui caractérise la région de l’estuaire du fleuve Niger pourrait-elle avoir des incidences sur nos ressortissants basés au Nigeria ?
2. a) Zou de politieke en humanitaire toestand in het gebied van het estuarium van de Niger een weerslag kunnen hebben op de situatie van de Belgische onderdanen in Nigeria ?
b) Si tel est le cas, quelles seront les dispositions prises en vue d’assurer leur protection ?
b) Zo ja, welke maatregelen zullen worden getroffen om hen te beschermen ?
DO 2004200502654
DO 2004200502654
Question no 133 de Mme Nathalie Muylle du 16 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 133 van mevrouw Nathalie Muylle van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Amendement de l’Accord l’association Israe¨l-UE.
Amenderen van het EG-Israe¨l-Associatieakkoord.
Le conflit israélo-palestinien continue de défrayer la chronique et l’Union européenne est de plus en plus concernée, notamment dans le cadre de l’accord l’association Israe¨l-UE. Le problème de l’appellation d’origine soulève plus précisément les questions suivantes :
Het Palestijns-Israe¨lisch conflict blijft in de actualiteit en ook de Europese Unie wordt meer en meer betrokken partij met name in het kader van het Associatieakkoord EG-Israe¨l. Meer bepaald in het kader van de problematiek van de herkomstbenaming van producten afkomstig uit de bezette gebieden, rijzen volgende vragen.
1. Le gouvernement belge est-il d’accord avec les effets juridiques de l’adoption par le Conseil d’une réglementation technique approuvée par la Commission pour la coopération douanière avec Israe¨l ainsi qu’avec les conséquences juridiques de l’amendement du Protocole d’origine sur la base de cette réglementation ?
1. Gaat de Belgische regering akkoord met de juridische effecten van de goedkeuring door de Raad van een technische regeling die de Commissie aanvaardde voor douanesamenwerking met Israe¨l en inzake de juridische gevolgen van het amenderen van het Oorsprongsprotocol op basis van deze regeling ?
2. Le gouvernement est-il disposé à se rallier à des mesures de l’Union européenne qui, en vertu de l’Accord l’association Israe¨l-UE, donnent à Israe¨l le droit de continuer à délivrer des certificats d’origine
2. Is de regering bereid om maatregelen van de EU te aanvaarden die Israe¨l het recht volgens het EGIsrae¨l-Associatieakkoord geven om zijn praktijk van het verstrekken van oorsprongscertificaten voor neder-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9121
pour des produits coloniaux et qui l’autorisent à continuer d’appliquer l’Accord dans les territoires occupés ?
zettingsproducten verder te zetten en Israe¨l toelaten om het Akkoord op bezet gebied te blijven toepassen ?
3. a) Le gouvernement estime-t-il que la Belgique comme la Communauté européenne sont tenues, en vertu du droit coutumier, de ne prendre aucune mesure permettant le maintien de cette situation illégale qui résulte des violations des normes contraignantes de droit international public commises par Israe¨l en tant que pouvoir occupant ?
3. a) Is de regering van oordeel dat zowel Belgie¨ als de Europese Gemeenschap volgens het gewoonterecht verplicht zijn om geen enkele maatregel te treffen die toelaat dat de illegale situatie, ontstaan door Israe¨ls schendingen als bezettende macht van dwingende normen van het internationaal publiek recht, blijft voortduren ?
b) Dans l’affirmative, le gouvernement estime-t-il que cette obligation de droit coutumier ne serait pas respectée si était prise, dans le cadre du développement des relations commerciales privilégiées des deux parties, une mesure tendant à approuver le maintien de l’application par Israe¨l de ses accords bilatéraux avec l’Union européenne dans les territoires occupés ?
b) Zo ja, meent de regering dat deze gewoonterechterlijke verplichting geschonden wordt indien er, bij het ontwikkelen van de bevoorrechte commercie¨le relaties van beide partijen, een maatregel wordt getroffen die instemt met Israe¨ls blijvende toepassing van zijn bilaterale akkoorden met de EU op bezet gebied ?
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
DO 2004200502645
DO 2004200502645
Question no 143 de M. Staf Neel du 12 novembre 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 143 van de heer Staf Neel van 12 november 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Direction de l’armée.
Legerleiding.
Selon August Van Daele, la direction de l’armée se situe à trois niveaux :
De legerleiding situeert zich, volgens August Van Daele, op drie niveaus :
A) le niveau bilatéral partagé entre le chef de la Défense et le ministre;
A) het bilaterale niveau tussen de chef Defensie en de minister;
B) le Conseil supérieur de la Défense, qui définit la politique à suivre;
B) de Hoge Raad van Defensie, die het beleid stuurt;
C) le niveau opérationnel des composantes.
C) het operationeel niveau van de componenten.
Or, la direction de l’armée se compose de 37 généraux dont 26 francophones et 11 néerlandophones.
Uw legertop bestaat uit 37 generaals; hiervan zouden er 26 Franstalig en 11 Nederlandstalig zijn.
Pourriez-vous fournir une vue d’ensemble de la direction actuelle de l’armée belge en mentionnant :
Kan u een overzicht geven van de huidige legerleiding met vermelding van :
1. le nom;
1. naam;
2. l’aˆge;
2. leeftijd;
3. la fonction actuelle;
3. huidige functie;
4. le groupe linguistique;
4. taalgroep;
5. l’ancienneté;
5. ancie¨nniteit;
6. la carrière militaire;
6. militaire loopbaan;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1153
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9122
7. les missions à l’étranger;
7. buitenlandse missies;
8. le niveau (bilatéral, conseil supérieur, niveau opérationnel) ?
8. welk niveau (bilateraal, hoge raad, operationeel) ?
Ministre de l’E´conomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie
Economie
DO 2004200502663
DO 2004200502663
Question no 173 de M. Jan Mortelmans du 17 novembre 2004 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 173 van de heer Jan Mortelmans van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Utilisation de la vidéo et des techniques numériques en ce qui concerne les caméras automatiques surveillant la circulation. — Arrêté royal.
Gebruik van video en digitale technieken betreffende de onbemande camera’s in het verkeer. — Koninklijk besluit.
En réponse à ma question écrite no 22 du 16 octobre 2003, la ministre compétente de l’époque avait précisé qu’un projet d’arrêté royal relatif à l’utilisation de la vidéo et des techniques numériques en ce qui concerne les caméras automatiques surveillant la circulation était en préparation (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 13, p. 1858).
In antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 22 van 16 oktober 2003 antwoordt de toenmalige minister dat een ontwerp van koninklijk besluit werd voorbereid in verband met het gebruik van video en digitale technieken voor wat de onbemande camera’s in het verkeer betreft (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 13, blz. 1858).
Qu’en est-il de cet arrêté royal ?
Wat is de stand van zaken met betrekking tot bewust koninklijk besluit ?
DO 2004200502664
DO 2004200502664
Question no 174 de Mme Simonne Creyf du 17 novembre 2004 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 174 van mevrouw Simonne Creyf van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Autorisations socioéconomiques.
Socio-economische machtigingen.
La loi du 29 juin 1975 relative aux implantations commerciales a été votée pour répondre à l’évolution sociale et économique de l’époque, qui a vu se multiplier le nombre de grandes surfaces. Le gouvernement fédéral a déposé un projet de loi qui vise à modifier la loi du 29 juin 1975 en prévoyant surtout une représentation plus importante des régions dans le nouvel organe consultatif appelé à exercer un controˆle sur les autorisations socioéconomiques dont bénéficient les
De wet van 29 juni 1975 betreffende de handelsvestigingen werd goedgekeurd als een antwoord op de sociale en economische evolutie van die tijd toen de grote warenhuizen in grote aantallen toenamen. Momenteel ligt in de Kamer een wetsontwerp van de regering tot wijziging van de wet van 29 juni 1975 voor. Belangrijk voor de gewesten is daarbij vooral dat in het verlengde van deze wetswijziging zal voorzien worden in een belangrijker vertegenwoordiging van de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9123
grandes entreprises de distribution. Afin de pouvoir aussi évaluer correctement l’incidence de cette législation dans la Région de Bruxelles-Capitale, il est important de savoir quelles sont les entreprises bruxelloises qui disposent d’une autorisation socioéconomique ou qui en ont fait la demande.
gewesten in het nieuwe adviesorgaan dat zal moeten toezien op de socio-economische machtigingen voor grote distributiebedrijven. Om de impact van deze wetgeving ook in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest terdege te kunnen inschatten is het belangrijk te weten welke bedrijven in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest beschikken over een socio-economische machtiging of daartoe een aanvraag hebben gedaan.
La loi du 29 juin 1975 prévoyait la création de « Commissions provinciales pour la distribution » qui devaient rendre des avis sur l’octroi ou non d’autorisations socioéconomiques sur leur territoire. L’arrondissement administratif de la capitale ne dispose d’une telle commission que depuis l’arrêté royal du 12 juillet 1999. En réponse à une question écrite du 15 juillet 2002, le ministre compétent M. E´ric Tomas précisait que depuis lors 21 entreprises avaient introduit un dossier pour avis auprès de la Commission (Questions et Réponses, Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale, 15 octobre 2002, no 33). Le ministre Tomas ajoutait encore que son administration ne disposait d’aucune donnée avant cette date.
De wet van 29 juni 1975 voorzag in de oprichting van provinciale « Commissies voor de Distributie », welke advies dienen uit te brengen over het al dan niet toekennen van socio-economische machtigingen op haar grondgebied. Het administratief arrondissement van de hoofdstad Brussel beschikt slechts over een dergelijke commissie sinds het koninklijk besluit van 12 juli 1999. In antwoord op een schriftelijke vraag van 15 juli 2002 liet bevoegd minister E´ric Tomas weten dat 21 bedrijven sindsdien een dossier voorlegden ter advies aan de Commissie (Vragen en Antwoorden, Brusselse Hoofdstedelijke Raad, 15 oktober 2002, nr. 33). Gegevens van vo´o´r die datum zegt Brussels minister Tomas op het niveau van zijn administratie niet beschikbaar te hebben.
1. ` quelle instance devaient s’adresser les demana) A deurs d’autorisations socioéconomiques sur le territoire des 19 communes bruxelloises depuis la loi du 19 juin 1975 et avant la création de la commission bruxelloise pour la distribution en 1999 ?
1. a) Tot welke instantie dienden aanvragers van socioeconomische machtigingen op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten zich te wenden sinds de wet van 29 juni 1975 en vo´o´r de oprichting van de Brusselse Commissie voor Distributie in 1999 ?
b) Ou` sont consignées les données relatives aux demandes et aux avis rendus ?
b) Waar werden deze aanvragen en het uitgebrachte advies daarover geregistreerd ?
c) Comment a-t-on réglé la transmission de ces données à la Commission bruxelloise pour la distribution après l’arrêté royal du 12 juillet 1999 ?
c) Hoe werd de overdracht van deze gegevens naar de Brusselse Commissie voor distributie geregeld na het koninklijk besluit van 12 juli 1999 ?
d) Selon quelles modalités ces informations devraient-elles être mises à la disposition de l’administration de la Région de Bruxelles-Capitale ?
d) Op welke wijze is voorzien in het beschikbaar stellen van deze informatie aan de administratie van het Brussels Gewest ?
2. Pouvez-vous me fournir une liste par commune des entreprises qui se sont établies sur le territoire des 19 communes bruxelloises depuis la loi du 29 juin 1975 et jusqu’à l’installation de la Commission bruxelloise pour la distribution en 1999 et qui disposent d’une autorisation socioéconomique légale ?
2. Kan u een lijst meedelen, per gemeente, van de bedrijven die zich sinds de wet van 29 juni 1975 en tot de installatie van de Brusselse Commissie voor distributie in 1999 op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten hebben gevestigd en over een wettelijke socio-economische machtiging beschikken ?
3. Pouvez-vous me préciser pour chaque entreprise si elle se trouve toujours à l’endroit indiqué, si elle a déménagé vers un autre site en Région bruxelloise ou si elle s’est installée hors des limites de la région ?
3. Kan u per bedrijf aangeven of dit hetzij zich nog steeds op de aangegeven plaats bevindt, hetzij verhuisd is naar een andere site in het Brussels Gewest, hetzij zich buiten de gewestgrenzen heeft gevestigd ?
4. Pouvez-vous me communiquer par entreprise la superficie exacte, le siège social et le lieu d’implantation en Région de Bruxelles-Capitale ?
4. Kan u de juiste oppervlakte per bedrijf laten geworden, de maatschappelijke zetel en de vestigingsplaats binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9124
5. Pouvez-vous aussi me communiquer la répartition par secteur des entreprises qui disposent d’une autorisation socioéconomique ?
5. Kan u ook een indeling maken per sector van de bedrijven die over een socio-economische machtiging beschikken ?
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2004200502665
DO 2004200502665
Question no 199 de M. David Geerts du 17 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 199 van de heer David Geerts van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Exonération des cotisations ONSS sur les primes de victoire. — Jugement de la cour d’appel de Gand.
Vrijstelling van RSZ-bijdragen op winstpremies. — Vonnis van het hof van beroep te Gent.
Les sportifs qui gagnent moins que le minimum salarial (7 533 euros) ressortissent à la loi (ordinaire) du 24 février 1978 relative au contrat de travail du sportif rémunéré. Ils travaillent (activités sportives et entraıˆnements) sous l’autorité d’une autre personne moyennant une rémunération.
Sportbeoefenaars die minder dan de loondrempel (7 533 euro) verdienen vallen onder de (gewone) wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars. Zij verrichten onder gezag arbeid (sportactiviteiten en trainingen) en krijgen hiervoor een loon.
Conformément au jugement de la cour d’appel de Gand, lorsque la rémunération est payée sous la forme d’une prime de victoire, elle est exonérée de cotisations ONSS et d’impoˆts.
Door het vonnis van het hof van beroep te Gent dient men wanneer de tegemoetkomingen uitbetaald zijn onder de vorm van winstpremies hierop geen RSZ-bijdragen, noch belastingen op te betalen.
1. Quel est votre avis sur ce jugement ?
1. Wat is uw visie op het vonnis ?
2. Pouvez-vous estimer le montant des cotisations qui pourraient être récupérées auprès de l’ONSS ?
2. Heeft u een schatting van de bijdragen die terugvorderbaar bij de RSZ zijn ?
3. Quel est le manque à gagner annuel pour l’ONSS à la suite de ce jugement ?
3. Wat is ongeveer de jaarlijkse derving aan RSZbijdragen ten gevolge van dit vonnis ?
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2004200502674
DO 2004200502674
Question no 333 de M. Jo Vandeurzen du 17 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 333 van de heer Jo Vandeurzen van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Rééducation fonctionnelle locomotrice. — Nouvel arrêté royal.
Locomotorische revalidatie. — Nieuw koninklijk besluit.
Les centres de rééducation qui travaillent sur la base d’une convention, conclue avec l’INAMI, prévoient
Revalidatiecentra die werken op basis van een conventie, gesloten met het RIZIV, bepalen dat geneeshe-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9125
que des médecins spécialisés en rééducation neurologique et locomotrice doivent être actifs au sein du centre.
ren met een erkenning voor neurologische revalidatie en locomotorische revalidatie actief moeten zijn binnen het centrum.
1. Est-il exact qu’il y a actuellement pénurie de médecins spécialisés en revalidation ?
1. Is het juist dat er op dit ogenblik eigenlijk een tekort is aan erkende revalidatieartsen ?
2. a) Est-il exact que vous envisagez de publier un nouvel arrêté royal prévoyant que des médecins démontrant qu’ils bénéficient d’une expérience de deux ans en rééducation acquise durant leur période ou` ils étaient médecin-assistant pourront recevoir automatiquement la reconnaissance pour la rééducation locomotrice ?
2. a) Is het correct dat u overweegt om een nieuw koninklijk besluit te publiceren waardoor het mogelijk wordt dat specialisten die bewijzen dat ze twee jaar ervaring hebben in de revalidatie tijdens hun periode als geneesheer-assistent de automatische erkenning zouden kunnen krijgen voor locomotorische revalidatie ?
b) Si oui, quand pensez-vous que l’arrêté royal pourrait entrer en vigueur ?
b) Zo ja, wanneer denkt u dat dit koninklijk besluit van kracht zou kunnen zijn ?
DO 2004200502675
DO 2004200502675
Question no 334 de M. Alfons Borginon du 17 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 334 van de heer Alfons Borginon van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Chardons. — Problème de compétence.
Distels. — Bevoegdheidsprobleem.
M. Marc van den Abeelen, député flamand, a interrogé le ministre flamand qui a l’Agriculture dans ses attributions sur la question des chardons (question écrite no 7 du 24 septembre 2004, Parlement flamand).
Vlaams volksvertegenwoordiger Marc van den Abeelen stelde een vraag aan de Vlaamse minister van Landbouw over distels (schriftelijke vraag nr. 7 van 24 september 2004, Vlaams Parlement).
Le ministre flamand de l’Agriculture estime qu’une modification de l’article 43 de l’arrêté royal du 19 novembre 1987 relève de la Santé publique, et qu’il s’agit donc d’une compétence fédérale.
De Vlaamse minister van Landbouw, meende echter dat een wijziging aan artikel 43 van het koninklijk besluit van 19 november 1987 tot de bevoegdheid Volksgezondheid behoorde, en dus een federale aangelegenheid was.
La doctrine quant à elle avait conclu à la régionalisation de la compétence en matière de chardons (cf. Cliquet & De Smedt, 2002; Van Hoorick, 2000).
Eerder kwam de rechtsleer al tot de conclusie dat de bevoegdheid over distels ondertussen naar de gewesten was overgeheveld (cf. Cliquet & De Smedt, 2002; Van Hoorick, 2000).
` la lecture de l’article 6, V, de la loi spéciale du A 8 aouˆt 1980 de réformes institutionnelles, enfin, il apparaıˆt clairement qu’aucune des exceptions fédérales en matière d’agriculture ne peut concerner les chardons.
Een nalezing van artikel 6, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, leert al snel dat distels onder geen enkele van de federale uitzonderingen inzake landbouw kunnen vallen.
1. Pouvez-vous confirmer que la question des chardons relève des autorités régionales compétentes en matière d’agriculture ?
1. Kan u bevestigen dat distels inderdaad onder de gewestelijke landbouwbevoegdheid valt ?
2. Dans la négative, quelle base légale ou réglementaire permettrait de justifier de votre compétence en la matière ?
2. Zo neen, kan u grondig motiveren op basis waarvan u wel bevoegd zou zijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9126
DO 2004200502677
DO 2004200502677
Question no 335 de M. Geert Lambert du 17 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 335 van de heer Geert Lambert van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Région du centre de la Flandre occidentale. — Projet dans le cadre des « soins psychiatriques à domicile ». — E´valuation.
Regio Midden West-Vlaanderen. — Project betreffende « Psychiatrische Zorg in de Thuissituatie ». — Evaluatie.
En réponse à ma question écrite no 26 du 23 septembre 2003, le ministre avait déclaré saisir lui aussi l’importance du projet « soins psychiatriques à domicile » pour la région du centre de la Flandre occidentale (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 13, p. 1847).
In het antwoord op mijn vraag nr. 26 van 23 september 2003 verklaarde de minister dat ook hij het belang inziet van het project « Psychiatrische Zorg in de Thuissituatie » voor de regio midden WestVlaanderen (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20032004, nr. 13, blz. 1847).
1. Pouvez-vous confirmer qu’une évaluation du projet mené dans la région du centre de la Flandre occidentale a effectivement eu lieu ?
1. Kan u bevestigen indien er daadwerkelijk een evaluatie van het project in Midden West-Vlaanderen werd gemaakt ?
2. Pouvez-vous en communiquer les résultats ?
2. Kan u de resultaten van die evaluatie meedelen ?
3. Si l’évaluation était positive, des démarches ontelles déjà été faites afin de conférer un caractère permanent au projet ou d’en prolonger au moins la durée ?
3. Indien de evaluatie gunstig was, zijn er dan al stappen ondernomen om het tijdelijke in een permanentie om te schakelen of tenminste toch het project terug te verlengen ?
4. Pouvez-vous affirmer que de plus amples moyens financiers et matériels pour ce projet peuvent être inscrits au budget de 2005 ?
4. Kan u tevens meedelen of er in de begroting voor volgend jaar ruimte is voorzien voor meer middelen voor dit project, financieel en materieel ?
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs
Minister van Werk en Consumentenzaken
Emploi
Werk
DO 2004200502659
DO 2004200502659
Question no 178 de M. Guy D’haeseleer du 16 novembre 2004 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 178 van de heer Guy D’haeseleer van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Projet de directive européenne relative à la révision du temps de travail maximum. ` la suite d’un arrêt de la cour de Justice du 9 sepA tembre 2003 relatif à la notion de « temps de travail », la Commission européenne propose une réforme de la directive concernée. En réponse à ma question orale du 28 septembre 2004, vous avez déclaré que la proposition serait examinée lors du Conseil du 4 octobre 2004 au Luxembourg et que la nouvelle directive n’aurait, à première vue, que peu d’implications pour
Ontwerp van Europese richtlijn inzake de arbeidstijd.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Als gevolg van een arrest van het hof van Justitie op 9 september 2003 aangaande het begrip « arbeidstijd » wordt door de Europese Commissie een herziening van de desbetreffende richtlijn voorgesteld. In antwoord op mijn mondelinge vraag van 28 september 2004 stelde u dat het voorstel op de Raad van 4 oktober 2004 in Luxemburg zou besproken worden, en dat er door de nieuwe richtlijn voor ons land op het eerste 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9127
notre pays. La ministre a également déclaré que son administration avait été chargée d’examiner les implications éventuelles que le projet de directive pourrait avoir pour notre pays (Question no 3709, Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission des Affaires sociales, 28 septembre 2004, COM 344, p. 15).
zicht niet veel zou veranderen. De minister zei ook dat haar administratie de opdracht had gekregen om het ontwerp van richtlijn te onderzoeken op mogelijke implicaties voor ons land (Vraag nr. 3709, Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor de Sociale Zaken, 28 september 2004, COM 344, blz. 15).
1. a) Le projet de directive a-t-il effectivement été examiné lors du Conseil du 4 octobre 2004 ?
1. a) Werd het ontwerp van richtlijn op de Raad van 4 oktober 2004 effectief besproken ?
b) De nouveaux éléments sont-ils apparus ?
b) Zijn er nieuwe elementen aan het licht gekomen ?
2. Quels sont les résultats de l’examen du projet de directive par votre administration ?
2. Wat zijn de resultaten van het aangekondigde onderzoek van het ontwerp van richtlijn door uw administratie ?
3. La ministre a également déclaré que le gouvernement prendrait officiellement position après la réunion du Conseil.
3. De minister kondigde ook aan dat na de vergadering van de Raad de regering heel formeel haar standpunt zou duidelijk maken.
Quelle est la position du gouvernement en ce qui concerne ce projet de directive ?
Wat is het standpunt van de regering aangaande deze ontwerp-richtlijn ?
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Intégration sociale
Maatschappelijke Integratie
DO 2004200502666
DO 2004200502666
Question no 73 de M. Jo Vandeurzen du 17 novembre 2004 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 73 van de heer Jo Vandeurzen van 17 november 2004 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Fedasil. — Effectifs.
Fedasil. — Aantal personeelsleden.
1. Pourriez-vous me faire savoir quels sont, à l’heure actuelle, les effectifs de Fedasil, l’Agence fédérale d’accueil des demandeurs d’asile ?
1. Kan u meedelen hoeveel personeelsleden er tewerkgesteld zijn bij Fedasil of het Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers ?
2. Combien de personnes sont entrées en service et combien ont quitté l’Agence au cours des quatre dernières années ?
2. Kan u ook meedelen hoeveel personeelsleden er de jongste vier jaar uit dienst zijn getreden en hoeveel in dienst zijn gekomen ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9129
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
DO 2003200432366
DO 2003200432366
Question no 394 de M. Jo Vandeurzen du 7 octobre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 394 van de heer Jo Vandeurzen van 7 oktober 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Délits sexuels. — Peines. — Domicile de la victime.
Seksuele delicten. — Straffen. — Woonomgeving slachtoffer.
Les victimes de délits sexuels vivent souvent dans la peur permanente d’être un jour de nouveau confrontées à l’auteur des faits.
Wanneer iemand het slachtoffer is geweest van een seksueel delict dan leeft het slachtoffer vaak voortdurend met de angst nog ooit geconfronteerd te worden met de dader.
On peut dès lors se demander si la peine prononcée par le juge ne devrait pas être accompagnée automatiquement d’une interdiction pour l’auteur de se rendre à proximité du domicile de la victime.
De vraag rijst dan ook of niet automatisch bij het uitspreken van een straf de rechter verbod moet opleggen om zich te begeven in de buurt waar het slachtoffer woont.
1. Le juge peut-il à l’heure actuelle prononcer une telle mesure ?
1. Kan de rechter op dit ogenblik een dergelijke maatregel uitspreken ?
2. a) Est-il tenu de le faire ?
2. a) Is hij daartoe verplicht ?
b) Dans la négative, n’est-il pas souhaitable d’instaurer une telle obligation ?
b) Indien hij daar niet toe verplicht is, is het niet wenselijk in een dergelijke verplichting te voorzien ?
3. Lorsqu’il prononce une telle interdiction, le juge doit-il nécessairement la limiter dans le temps ?
3. Moet de rechter wanneer hij zo’n maatregel oplegt deze noodzakelijkerwijze beperken in duur ?
4. Cette interdiction peut-elle être prononcée pour une durée indéterminée ?
4. Is het mogelijk een verbod op te leggen van onbepaalde duur ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 394 de M. Jo Vandeurzen du 7 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 394 van de heer Jo Vandeurzen van 7 oktober 2004 (N.) :
1. L’interdiction de se rendre dans le quartier où la victime habite ne constitue pas une peine autonome en ce sens qu’elle n’est pas prévue par l’article 7 du Code pénal. Dans le cadre de la loi du 29 juin 1964 concer-
1. Het verbod om zich te begeven in de buurt waar het slachtoffer woont, is geen autonome straf, in die zin dat het niet voorzien is door het artikel 7 van het Strafwetboek. In het kader van de wet van 29 juni 1964
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1154
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9130
nant la suspension, le sursis et la probation, le juge peut assortir la suspension probatoire ou le sursis probatoire qu’il prononce de la condition pour le condamné de ne pas se rendre dans le quartier où la victime habite. Une telle mesure peut également être imposée dans le cadre de l’exécution de la peine et plus particulièrement lors de l’octroi d’une libération conditionnelle. Le juge d’instruction peut aussi imposer pareille mesure dans le cadre d’une liberté sous conditions.
betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, kan de rechter wanneer hij een probatie-opschorting of een probatie-uitstel uitspreekt hieraan de voorwaarde koppelen dat de veroordeelde zich niet mag begeven in de buurt waar het slachtoffer woont. In het kader van de strafuitvoering en meer bepaald bij het toekennen van een voorwaardelijke invrijheidstelling kan dergelijke maatregel eveneens worden opgelegd. Ook de onderzoeksrechter kan, in het kader van een vrijheid onder voorwaarden, dergelijke maatregel opleggen.
2. a) Le juge n’est pas tenu de prononcer une telle mesure. Il devra en apprécier la nécessité à la lumière du dossier concret qui lui est soumis.
2. a) De rechter is niet verplicht om dergelijke maatregel uit te spreken. Hij zal de noodzaak hiervan dienen te beoordelen in het licht van het concrete voorliggende dossier.
b) Je n’ai pas l’intention de prendre en la matière une initiative prévoyant que le juge doive obligatoirement prononcer une telle mesure en cas de délits à caractère sexuel. Comme il a déjà été indiqué au point a), le juge doit bénéficier du pouvoir d’appréciation nécessaire pour se prononcer en tenant compte de tous les éléments du dossier. Si une peine privative de liberté est prononcée, il me semble également plus souhaitable que la nécessité de prévoir une telle mesure soit évaluée à la lumière de l’évolution du condamné au cours de l’exécution de la peine. Si la personne est libérée conditionnellement, il convient de tenir compte du fait que la victime d’un délit à caractère sexuel peut demander à être entendue par la Commission de libération conditionnelle pour se prononcer sur les conditions qui peuvent être imposées dans son intérêt. En outre, le projet de loi relatif aux tribunaux de l’application des peines, qui sera prochainement déposé, prévoira que la victime pourra, si elle le souhaite, être informée de l’octroi d’une modalité d’exécution de la peine — et donc pas uniquement dans le cadre d’une libération conditionnelle — et qu’elle pourra être entendue concernant l’imposition éventuelle de conditions dans son intérêt, lesquelles pourront notamment contenir l’interdiction pour l’auteur du délit de se rendre dans le quartier où la victime habite.
b) Ik heb niet de intentie om terzake een initiatief te nemen dat voorziet dat de rechter dergelijke maatregel verplicht dient uit te spreken ingeval van seksuele delicten. Zoals reeds werd aangehaald onder het punt a), dient aan de rechter de nodige appreciatiebevoegdheid te worden gelaten om hierover te oordelen rekening houdend met alle elementen van het dossier. Indien een vrijheidsbenemende straf wordt uitgesproken, lijkt het me tevens wenselijk dat de noodzaak om dergelijke maatregel te voorzien wordt gee¨valueerd in het licht van de evolutie van de veroordeelde tijdens de strafuitvoering. Ingeval de persoon voorwaardelijk in vrijheid wordt gesteld dient er rekening mee te worden gehouden dat het slachtoffer van een seksueel delict kan vragen om te worden gehoord door de Commissie voorwaardelijke invrijheidstelling in het kader van de bepaling van slachtoffergerichte voorwaarden. Bovendien zal het wetsontwerp inzake de strafuitvoeringsrechtbanken, dat in de nabije toekomst zal worden ingediend, voorzien dat het slachtoffer, indien het dit wenst, kan worden geı¨nformeerd over de toekenning van een strafuitvoeringsmodaliteit — en dus niet enkel in het kader van een voorwaardelijke invrijheidstelling — en kan worden gehoord over de eventuele oplegging van slachtoffergerichte voorwaarden, die onder meer een verbod kunnen omvatten voor de pleger van het misdrijf om zich in de buurt te begeven waar het slachtoffer woont.
3. Actuellement, lorsqu’une telle mesure est imposée dans le cadre d’une suspension probatoire ou d’un sursis probatoire, la durée de cette mesure se limite à la durée du délai d’épreuve. Lorsque pareille mesure est imposée dans le cadre d’une libération conditionnelle, la durée de la mesure se limite à la durée du délai d’épreuve assorti à la libération conditionnelle.
3. Vandaag is de duur van dergelijke maatregel in het kader van een probatie-opschorting of een probatie-uitstel, beperkt tot de duur van de proeftijd. Wanneer dergelijke maatregel wordt opgelegd in het kader van een voorwaardelijke invrijheidstelling, is de duur ervan beperkt tot de duur van de aan de voorwaardelijke invrijheidstelling verbonden proeftijd.
4. Comme il a déjà été indiqué plus haut, cela n’est pas possible dans l’état actuel de la situation.
4. In de huidige stand van zaken is het, zoals reeds hoger werd aangegeven, niet mogelijk een verbod op te leggen van onbepaalde duur.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9131
DO 2004200502429
DO 2004200502429
Question no 401 de M. Walter Muls du 15 octobre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 401 van de heer Walter Muls van 15 oktober 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Juges de complément dans l’arrondissement de Bruxelles-Hal-Vilvorde.
Toegevoegde rechters in het arrondissement BrusselHalle-Vilvoorde.
Dans le ressort de la cour d’appel, un certain nombre de juges de complément ont été affectés au tribunal de première instance de Bruxelles.
In het ressort van het hof van beroep zijn aan aantal rechters toegevoegd aan de rechtbank van eerste aanleg te Brussel.
1. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais y sont employés ?
1. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters zijn er tewerkgesteld ?
2. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français y sont employés ?
2. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters zijn er tewerkgesteld ?
3. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais ont-ils un diploˆme linguistique de l’ancien régime ?
3. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters hebben een taaldiploma oud regime ?
4. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français ont-ils un diploˆme linguistique de l’ancien régime ?
4. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters hebben een taaldiploma oud regime ?
5. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais ont-ils un diploˆme linguistique de niveau 1 (nouveau régime) ?
5. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters hebben een taaldiploma niveau 1 (nieuw regime) ?
6. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français ont-ils un diploˆme linguistique de niveau 1 (nouveau régime) ?
6. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters hebben een taaldiploma niveau 1 (nieuw regime) ?
7. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais ont-ils un diploˆme linguistique de niveau 2 (nouveau régime) ?
7. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters hebben een taaldiploma niveau 2 (nieuw regime) ?
8. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français ont-ils un diploˆme linguistique de niveau 2 (nouveau régime) ?
8. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters hebben een taaldiploma niveau 2 (nieuw regime) ?
9. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais ayant un diploˆme linguistique de l’ancien régime ont-ils été intégrés dans le cadre depuis leur désignation ?
9. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters met een taaldiploma oud regime werden sedert hun aanstelling ondertussen in het kader opgenomen ?
10. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français ayant un diploˆme linguistique de l’ancien régime ont-ils été intégrés dans le cadre depuis leur désignation ?
10. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters met een taaldiploma oud regime werden sedert hun aanstelling ondertussen in het kader opgenomen ?
11. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais ayant un diploˆme linguistique de niveau 1 (nouveau régime) ont-ils été intégrés dans le cadre depuis leur désignation ?
11. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters met een taaldiploma niveau 1 (nieuw regime) werden sedert hun aanstelling ondertussen in het kader opgenomen ?
12. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français ayant un diploˆme linguistique de niveau 1 (nouveau régime) ont-ils été intégrés dans le cadre depuis leur désignation ?
12. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters met een taaldiploma niveau 1 (nieuw regime) werden sedert hun aanstelling ondertussen in het kader opgenomen ?
13. Combien de juges de complément du roˆle linguistique néerlandais ayant un diploˆme linguistique
13. Hoeveel toegevoegde Nederlandstalige rechters met een taaldiploma niveau 2 (nieuw regime) werden
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9132
de niveau 2 (nouveau régime) ont-ils été intégrés dans le cadre depuis leur désignation ?
sedert hun aanstelling ondertussen in het kader opgenomen ?
14. Combien de juges de complément du roˆle linguistique français ayant un diploˆme linguistique de niveau 2 (nouveau régime) ont-ils été intégrés dans le cadre depuis leur désignation ?
14. Hoeveel toegevoegde Franstalige rechters met een taaldiploma niveau 2 (nieuw regime) werden sedert hun aanstelling ondertussen in het kader opgenomen ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 401 de M. Walter Muls du 15 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 401 van de heer Walter Muls van 15 oktober 2004 (N.) :
1. Six juges, dont un partage ses activités au même degré entre les tribunaux de première instance de Bruxelles et de Louvain.
1. Zes rechters, waarvan er een zijn activiteiten in gelijke mate verdeeld tussen de rechtbanken van eerste aanleg te Brussel en Leuven.
2. Trente-deux juges, dont un partage ses activités entre les tribunaux de première instance de Bruxelles et de Nivelles sur base des trois quarts à Bruxelles et d’un quart à Nivelles.
2. Tweee¨ndertig rechters, waarvan er een zijn activiteiten verdeeld tussen de rechtbanken van eerste aanleg te Brussel en te Nijvel op basis van drie vierde ten gunste van Brussel en een vierde ten gunste van Nijvel.
3. Deux.
3. Twee.
4. Zéro.
4. Nul.
5. Zéro.
5. Nul.
6. Zéro.
6. Nul. 7. E´én.
7. Un. 8. Zéro. 9. Un.
8. Nul 9. E´én.
10. Zéro.
10. Nul.
11. Zéro.
11. Nul
12. Zéro.
12. Nul.
13. Zéro.
13. Nul.
14. Deux.
14. Twee.
DO 2004200502435
DO 2004200502435
Question no 403 de M. Guido De Padt du 15 octobre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 403 van de heer Guido De Padt van 15 oktober 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Vaccination obligatoire des jeunes enfants contre la poliomyélite.
Verplichte inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis.
Dans notre pays, la vaccination des jeunes enfants contre la poliomyélite est toujours obligatoire. Les actes médicaux nécessaires doivent être accomplis pendant le deuxième mois de vie du nourrisson et doivent se terminer à l’aˆge de dix-huit mois. Le certificat de vaccination doit être adressé à l’administration communale du domicile de l’enfant dans les quinze jours après la troisième administration du vaccin. En cas de non-respect de cette obligation, l’inspecteur
In ons land is de inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis nog steeds verplicht. De handelingen die deze inenting omvat nemen een aanvang in de loop van de tweede levensmaand en moeten bee¨indigd zijn op de leeftijd van achttien maanden. Het vaccinatiebewijs moet binnen de vijftien dagen na de derde toediening van het vaccin worden bezorgd aan het gemeentebestuur van de woonplaats van het kind. Bij niet-naleving van deze verplichting moet de gezond-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9133
sanitaire doit être averti et des poursuites judiciaires peuvent être engagées.
heidsinspecteur worden verwittigd en kan er gerechtelijke vervolging worden ingesteld.
Pourriez-vous répondre aux questions suivantes pour les années 2001, 2002 et 2003 ?
Kan u voor de jaren 2001, 2002 en 2003 meedelen :
1. Combien d’enfants ont été vaccinés contre la poliomyélite ?
1. Hoeveel kinderen ontvingen een vaccin tegen poliomyelitis ?
2. Dans combien de cas des parents ont-ils manqué à l’obligation légale de faire vacciner leur(s) enfant(s) contre la poliomyélite ?
2. In hoeveel gevallen bleven de ouders in gebreke zich naar deze wettelijke inentingsverplichting te schikken ?
3. Combien de cas relevant de la question no 2 ont été transmis à l’inspecteur sanitaire ?
3. Hoeveel van de gevallen onder vraag 2 werden overgemaakt aan de gezondheidsinspecteur ?
4. Dans combien de cas relevant de la question no 3 une plainte a-t-elle été déposée au parquet ?
4. In hoeveel van de gevallen onder vraag 3 werd een klacht ingediend bij het parket ?
5. Quelle suite le parquet a-t-il réservée aux dossiers qui lui ont été transmis ?
5. Welk gevolg hield het parket aan de hen overgemaakte dossiers voor ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 403 de M. Guido De Padt du 15 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 403 van de heer Guido De Padt van 15 oktober 2004 (N.) :
1, 2 et 3. Ces questions relèvent de la compétence du ministre de la Santé publique. (Question no 303 du 15 octobre 2004.)
1, 2 en 3. Deze vragen vallen onder de bevoegheid van de minister van Volksgezondheid. (Vraag nr. 303 van 15 oktober 2004.)
4 et 5. II n’est pas possible de fournir une réponse suffisamment précise aux questions posées étant donné que la banque de données des parquets près les tribunaux de première instance ne permet pas de vérifier au niveau des instances verbalisantes quels procèsverbaux ont été transmis par l’inspecteur de la santé visé à cette question.
4 en 5. Het is niet mogelijk om een voldoende verfijnd antwoord te verstrekken op de precies gestelde vragen aangezien de gegevensbank van de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg niet toelaat om op niveau van de verbaliserende instantie na te gaan welke processen-verbaal overgemaakt werden door de in deze vraag geviseerde gezondheidsinspecteur.
Le tableau 1 indique, par année d’entrée, le nombre d’affaires enregistrées avec le code d’imputation utilisé exclusivement dans la pratique pour l’enregistrement des procès-verbaux dressés à la suite du non-respect de l’obligation de vaccination des jeunes enfants contre la poliomyélite. Ces données proviennent du système informatique utilisé par les parquets correctionnels près les tribunaux de première instance. Notons que le parquet d’Eupen n’utilise pas ce système informatique et que cette analyse ne contient donc pas de données d’Eupen.
Tabel 1 geeft per jaar van binnenkomst het aantal zaken weer dat geregistreerd werd met de tenlasteleggingscode die in de praktijk exclusief gebruikt wordt voor het registreren van processen-verbaal opgesteld naar aanleiding van de niet-naleving van de verplichting tot inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis. Deze gegevens zijn afkomstig uit het informaticasysteem dat de correctionele parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg hanteren. Wij vermelden dat het parket te Eupen geen gebruik maakt van dit informaticasysteem en dat deze analyse dus geen gegevens van Eupen bevat.
Comme mentionné ci-dessus, il n’est pas possible d’indiquer combien d’affaires ont été transmises par l’inspecteur de la santé. Le tableau 1 donne une répartition « générale » par instance verbalisante.
Zoals hierboven vermeld, is het niet mogelijk om aan te geven hoeveel zaken overgemaakt werden door de gezondheidsinspecteur. Tabel 1 geeft een « algemene » opsplitsing per verbaliserende instantie weer.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9134
Tableau 1 : nombre d’affaires « vaccination obligatoire des jeunes enfants contre la poliomyélite » par année d’entrée par instance verbalisante (N en %)
Tabel 1 : aantal zaken « verplichte inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis » per jaar van binnenkomst per verbaliserende instantie (N en %)
2001
(1) Services de police. — Algemene politie ........................................... (2) Services d’inspection. — Inspectiediensten ........................................ (3) Plaintes et constitutions de partie civile. — Klachten en burgerlijke partij-stellingen ............................. (4) Autres envois. — Andere zendingen Belgique. — Belgie¨ .............................
2002
N
%
N
147
8,18
1 053
%
N
15
0,87
173
58,63
952
55,38
596
33,18
1 751
1 796
100,00
1 719
Source : banque de données du collège des procureurs généraux. (1) La rubrique « services de police » comprend les services de police locale et fédérale. (2) Les services d’inspection sont des services administratifs ayant une compétence verbalisante limitée. Il s’agit notamment des douanes et accises, du TEC, de la SNCB, de l’inspection aéroportuaire, des gardes forestiers, des administrations régionales de l’environnement, du controˆle de la navigation, du service de la navigation et de différents services publics fédéraux. Concernant la présente question parlementaire, il s’agit sans doute dans la majorité des cas des affaires qui ont été transmises par l’inspecteur de la santé. (3) II s’agit ici des plaintes émanant de particuliers, d’huissiers de justice ou d’organisations particulières ainsi que des constitutions de partie civile. (4) Les envois d’autres parquets (mises à disposition) et tribunaux, ainsi que d’autres sections du même parquet, de parquets/tribunaux étrangers et des tribunaux du même arrondissement judiciaire donnent lieu à la création d’une nouvelle affaire. Cette rubrique est également une catégorie résiduelle pour toutes les affaires qui n’ont pas pu être classées dans les quatre autres rubriques.
Total — Totaal
2003 %
N
%
11,50
335
6,67
1 275
84,77
3 280
65,35
0,06 43,69
1 55
0,07 3,66
2 1 402
0,04 27,93
100,00
1 504
100,00
5 019
100,00
Bron : gegevensbank van het college van procureurs-generaal. (1) De rubriek « algemene politie » omvat de lokale en federale politiediensten. (2) De inspectiediensten zijn de administratieve diensten met beperkte verbaliserende bevoegdheid. Het betreft onder andere Douanen en accijnzen, De Lijn, NMBS, luchthaveninspectie, boswachter, gewestelijke milieuadministratie, scheepvaartcontrole en scheepvaartdienst en verscheidene federale overheidsdiensten. In het geval van deze parlementaire vraag betreft het vermoedelijk in de meerderheid van de gevallen de zaken die overgemaakt werden door de gezondheidsinspecteur. (3) Het gaat hier om klachten van particulieren, evenals klachten van gerechtsdeurwaarders of van particuliere organisaties en burgerlijke partijstellingen. (4) Zendingen van andere parketten (terbeschikkingstellingen) en rechtbanken, ook van andere secties van hetzelfde parket, van buitenlandse parketten/rechtbanken en van de rechtbanken van hetzelfde gerechtelijk arrondissement geven aanleiding tot de creatie van een nieuwe zaak. Deze rubriek is tevens restcategorie voor alle zaken die niet in één van de andere vier rubrieken konden ondergebracht worden.
Examinons ensuite l’état d’avancement de ces affaires au moment de l’extraction des données (le 11 juillet 2004).
We kijken vervolgens naar de vooruitgangsstaat van deze zaken op het moment van de gegevensextractie (11 juli 2004).
Le tableau 2 donne à nouveau une répartition par année d’entrée.
Tabel 2 geeft opnieuw een opsplitsing per jaar van binnenkomst aan.
La loi dispose que le procureur du Roi doit indiquer le motif des décisions de classement sans suite (article 28quater, alinéa 1er, du Code d’Instruction criminelle, inséré par la loi du 12 mars 1998). Une décision de classement sans suite peut être basée sur des motifs techniques ou d’opportunité.
De wet bepaalt dat de procureur des Konings de beslissing tot zonder gevolgstelling dient te motiveren (artikel 28quater, eerste lid, van het Wetboek van strafvordering, ingevoegd door de wet van 12 maart 1998). Een beslissing tot seponering kan gestoeld zijn op technische motieven of op opportuniteitsmotieven.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9135
Tableau 2 : état d’avancement de ces affaires au 11 juillet 2004 par année d’entrée (N et %)
Tabel 2 : vooruitgangstaat van deze zaken op 11 juli 2004 per jaar van binnenkomst (N en %)
2001
2002
Total — Totaal
2003
N
%
N
%
N
%
N
%
(1) Sans suite. — Zonder gevolg ........ (2) Instruction préparatoire. — Vooronderzoek ............................. (3) Jonction. — Voeging .................... (4) Pour disposition. — Ter beschikking ........................................ (5) Transaction. — Minnelijke schikking .............................................. (6) Médiation pénale. — Bemiddeling in strafzaken ................................. (7) Audience. — Zitting ..................... (8) Jugement et suite. — Vonnis en verder ...........................................
1 697
94,49
1 612
93,78
1 247
82,91
4 556
90,78
40 18
2,23 1,00
55 18
3,20 1,05
217 3
14,43 0,20
312 39
6,22 0,78
20
1,11
28
1,63
27
1,80
75
1,49
8
0,45
2
0,12
8
0,53
18
0,36
2
0,11
1
0,06
1 1
0,07 0,07
1 4
0,02 0,08
11
0,62
3
0,17
14
0,28
Belgique. — Belgie¨ .............................
1 796
100,00
1 719
100,00
5 019
100,00
Source : banque de données du collège des procureurs généraux. (1) Cette catégorie contient toutes les affaires classées sans suite au 11 juillet 2004. Le classement sans suite est une décision provisoire de renonciation aux poursuites, mettant fin à l’information. Tant que l’action publique n’est pas éteinte, l’affaire peut être rouverte. (2) Cette catégorie contient toutes les affaires qui sont encore au stade de l’instruction préparatoire au 11 juillet 2004. (3) Cette catégorie contient toutes les affaires qui étaient jointes à une autre affaire au 11 juillet 2004. (4) Cette catégorie contient toutes les affaires qui étaient jointes à une autre affaire au 11 juillet 2004. (5) Le paiement de la transaction éteint l’action publique. L’état d’avancement « transaction » est maintenu. Si la transaction n’aboutit pas, l’affaire reste dans cet état d’avancement tant qu’aucune autre décision n’est rendue. Les dix-huit observations du tableau 2 concernent cependant chacune des affaires qui ont néanmoins bel et bien été cloˆturées après le paiement effectif de la transaction. (6) La rubrique « médiation pénale » contient les affaires dans lesquelles le ministère public décide de proposer une procédure de médiation pénale. Lorsque la médiation pénale est réalisée avec succès, l’action publique s’éteint. Il s’agit dans ce cas d’une affaire pour laquelle une médiation pénale a été proposée sans que davantage d’informations sur le déroulement éventuel de cette procédure ne soit disponible au moment de l’extraction des données. (7) La rubrique « audience » concerne toutes les affaires déjà fixées devant le tribunal correctionnel au 11 juillet 2004 (sans qu’un jugement ait déjà été rendu).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1 504
100,00
Bron : gegevensbank van het college van procureurs-generaal. (1) Deze categorie bevat alle zaken die op 11 juli 2004 zonder gevolg gesteld staan. De zonder gevolgstelling is een voorlopige beslissing om af te zien van vervolging waardoor een einde wordt gesteld aan het opsporingsonderzoek. Zolang de openbare vordering niet is vervallen, kan de zaak opnieuw geopend worden. (2) Deze categorie bevat alle zaken die zich op 11 juli 2004 nog in vooronderzoek bevinden. (3) Deze categorie bevat alle zaken die op 11 juli 2004 gevoegd waren aan een andere zaak. (4) Deze categorie bevat alle zaken die op 11 juli 2004 ter beschikking gesteld stonden aan een ander parket. (5) Door de betaling van de minnelijke schikking vervalt de publieke vordering. De vooruitgangsstaat « minnelijke schikking » blijft dan behouden. Als aan de minnelijke schikking niet wordt voldaan, blijft de zaak in deze vooruitgangsstaat zolang er geen andere beslissing wordt toegekend. De achttien observaties uit tabel 2 betreffen echter stuk voor stuk zaken die wel degelijk werden afgesloten na de effectieve betaling van de minnelijke schikkingen. (6) De rubriek bemiddeling in strafzaken bevat de zaken waarin het openbaar ministerie beslist om een procedure van bemiddeling in stafzaken voor te stellen. Wanneer aan de bemiddeling in strafzaken voldaan wordt, vervalt de publieke vordering. Het betreft in dit ene geval een zaak waarin een bemiddeling in strafzaken is voorgesteld zonder dat er op het moment van de gegevensextractie meer informatie beschikbaar was over de eventuele afloop van deze procedure. (7) De rubriek « zitting » betreft alle zaken die op 11 juli 2004 reeds vastgesteld werden voor de correctionele rechtbank (zonder dat er reeds een vonnis geveld kon worden).
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9136
(8) La rubrique « jugement et suite » concerne toutes les affaires qui ont déjà été jugées au 11 juillet 2004 (que le jugement ait fait l’objet d’un appel ou d’une opposition ou non).
(8) De rubriek « vonnis en verder » betreft alle zaken die op 11 juli 2004 reeds gevonnist werden (los van het feit of er daaropvolgend eventueel verzet of beroep aangetekend werd).
Le tableau 3 donne le détail des chiffres par motif utilisé. Les parquets disposent de cette liste affinée de motifs de classement sans suite, uniforme au niveau national et formalisée à la suite de la réforme Franchimont.
Tabel 3 bevat de gedetailleerde aantallen per gehanteerd motief. De parketten beschikken over deze verfijnde lijst van motieven tot zonder gevolgstelling die uniform is voor het hele land en geformaliseerd is als gevolg van de Franchimont-hervorming.
Tableau 3 : motif de classement sans suite des affaires classées sans suite au 11 juillet 2004 (N et %)
Tabel 3 : motief tot seponering van de op 11 juli 2004 zonder gevolg staande zaken (N en %)
N Répercussion sociale limitée ..................... 45 Situation régularisée ................................. 3 309 Infraction à caractère relationnel .............. 4 Préjudice peu important ........................... 2 Dépassement du délai raisonnable ............ 5 Faits occasionnels — circonstances spécifiques .......................................................... 10 Conséquences disproportionnées-trouble social ........................................................ 12 Comportement de la victime .................... 14 Capacité d’enquête insuffisante ................. 48 Autres priorités ......................................... 198 Absence d’infraction ................................. 745 Charges insuffisantes ................................ 45 Décès de l’auteur ...................................... 1 Incompétence ............................................ 29 Cause d’excuse absolutoire ....................... 1 Auteur(s) inconnu(s) ................................. 10 Probation prétorienne ............................... 2 Signalement de l’auteur ............................ 76 Total ........................................................ 4 556
% 0,99 72,63 0,09 0,04 0,11
N
% 0,99 72,63 0,09 0,04 0,11
0,26 0,31 1,05 4,35 16,35 0,99 0,02 0,64 0,02 0,22 0,04 1,67
Beperkte maatschappelijke weerslag ......... 45 Toestand geregulariseerd .......................... 3 309 Misdrijf van relationele aard .................... 4 Nadeel gering ........................................... 2 Redelijke termijn overschreden ................. 5 Toevallige feiten met oorzaak .................. 10 Wanverhouding strafvorderingenmaatschappelijke verstoring ...................... 12 Houding van het slachtoffer ..................... 14 Te weinig recherche-capaciteit .................. 48 Andere prioriteiten ................................... 198 Geen misdrijf ............................................ 745 Onvoldoende bewijzen ............................. 45 Overlijden van de dader ........................... 1 Onbevoegdheid ......................................... 29 Strafuitsluitende verschoningsgrond .......... 1 Dader(s) onbekend ................................... 10 Pretoriaanse probatie ................................ 2 Seining van de dader ................................ 76
100,00
Totaal ...................................................... 4 556
100,00
0,22
0,22 0,26 0,31 1,05 4,35 16,35 0,99 0,02 0,64 0,02 0,22 0,04 1,67
Source : banque de données du collège des procureurs généraux.
Bron : gegevensbank van het college van procureurs-generaal.
Les différents motifs figurent à l’Annexe 1 de la circulaire COL 12/98 du collège des procureurs généraux concernant l’application de la loi du 12 mars 1998.
De verschillende motieven zijn weergegeven in bijlage 1 van de omzendbrief COL 12/98 van het college van procureurs-generaal betreffende de toepassing van de wet van 12 maart 1998.
Il est à noter que pratiquement trois quarts des classements sans suite (72,63 %) sont la conséquence d’une régularisation de la situation. En outre, dans plus de 16 % des affaires classées sans suite, il a été estimé qu’il ne s’agissait pas d’une infraction.
We merken op dat bijna driekwart van de sepots (72,63 %) het gevolg zijn van een geregulariseerde toestand. Daarnaast werd in meer dan 16 % van de zonder gevolg gestelde zaken geoordeeld dat er geen sprake was van een misdrijf.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9137
DO 2004200502436
DO 2004200502436
Question no 405 de M. Bart Laeremans du 18 octobre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 405 van M. Bart Laeremans van 18 oktober 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Communes bruxelloises et communes de HalVilvorde. — Huissiers de justice.
Brusselse gemeenten en gemeenten Vilvoorde. — Gerechtsdeurwaarders.
1. Pourriez-vous, d’une part pour les dix-neuf communes et d’autre part pour les trente-cinq communes de Hal-Vilvorde, fournir les chiffres suivants :
1. Kan u voor enerzijds de negentien Brusselse gemeenten en anderzijds de vijfendertig gemeenten uit Halle-Vilvoorde de volgende cijfers verstrekken :
a) le nombre actuel d’huissier de justice (à la date du 1er octobre 2004);
a) het huidig aantal gerechtsdeurwaarders (op datum van 1 oktober 2004);
b) le nombre d’huissier de justice porteurs d’un diploˆme en langue néerlandaise;
b) het aantal gerechtsdeurwaarders met een Nederlandstalig diploma;
c) le nombre d’huissier de justice porteurs d’un diploˆme en langue française;
c) het aantal gerechtsdeurwaarders met een Franstalig diploma;
d) le nombre de néerlandophones ayant justifié de leur connaissance du français;
d) het aantal Nederlanstaligen dat bewijs heeft geleverd van kennis van het Frans;
e) le nombre d’huissier de justice francophones ayant justifié de leur connaissance du néerlandais?
e) het aantal Franstalige gerechtsdeurwaarders dat bewijs heeft geleverd van kennis van het Nederlands ?
2. a) Combien de places étaient vacantes à la date du 1er octobre 2004, respectivement dans les communes bruxelloises et dans les communes de HalVilvorde ?
2. a) Hoeveel plaatsen waren er op 1 oktober 2004 vacant in respectievelijk de Brusselse gemeenten en Halle-Vilvoorde ?
b) Combien de néerlandophones et de francophones se sont portés candidats ?
b) Hoeveel Nederlandstalige en hoeveel Franstalige kandidaten zich hebben aangemeld ?
c) Quand espérez-vous que ces places soient conférées ?
c) Tegen wanneer verwacht u dat deze vacatures zijn ingevuld ?
3. La réglementation relative à l’autre langue nationale est-elle la même pour les huissiers des communes bruxelloises que pour les huissiers de Hal-Vilvorde ?
3. Is de regelgeving wat betreft de andere landstaal identiek voor deurwaarders in de Brusselse gemeenten als voor deurwaarders van Halle-Vilvoorde?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 405 de M. Bart Laeremans du 18 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 405 van de heer Bart Laeremans van 18 oktober 2004 (N.) :
1. a) Bruxelles-Capitale : 70 Hal-Vilvorde : 15
1. a) Brussel-Hoofdstad : 70 Halle-Vilvoorde : 15
b) Bruxelles-Capitale : 33 Hal-Vilvorde : 14
b) Brussel-Hoofdstad : 33 Halle-Vilvoorde : 14
c) Bruxelles-Capitale : 37 Hal-Vilvorde : 1
c) Brussel-Hoofdstad : 37 Halle-Vilvoorde : 1
d) 47
d) 47
e) 38
e) 38
2. a) Bruxelles-Capitale : 7 Hal-Vilvorde : 1
2. a) Brussel-Hoofdstad : 7 Halle-Vilvoorde : 1
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
uit
Halle-
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1155
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9138
b) En moyenne 75 % des candidats sont porteurs d’un diploˆme néerlandais, les 25 % restants sont porteurs d’un diploˆme français.
b) Gemiddeld zijn 75 % der kandidaten houder van een Nederlandstalig diploma, de overige 25 % zijn houder van een Franstalig diploma.
c) Je prévois que, d’ici peu, un grand nombre de places vacantes seront pourvues.
c) Ik verwacht dat binnenkort een groot aantal vacatures kunnen worden opgevuld.
3. Tous les candidats à un poste d’huissier de justice dans l’arrondissement judiciaire de Bruxelles doivent justifier de la connaissancce des deux langues nationales. La réglementation est donc identique pour les huissiers de justicse qui ont leur étude à BruxellesCapitale et pour ceux dont l’étude est établie à HalVilvorde.
3. Alle kandidaten voor een ambt van gerechtsdeurwaarder in het gerechtelijk arrondissement Brussel moeten het bewijs leveren van de kennis van de beide landstalen. De regelgeving is dus dezelfde voor gerechtsdeurwaarders die kantoor houden te BrusselHoofdstad en voor deze wiens kantoor gevestigd is in Halle-Vilvoorde.
DO 2004200502512
DO 2004200502512
Question no 415 de M. Hagen Goyvaerts du 25 octobre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 415 van de heer Hagen Goyvaerts van 25 oktober 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Lutte contre les sociétés de liquidités.
Strijd tegen kasgeldvennootschappen.
Dans le cadre de l’enquête portant sur une construction de liquidités frauduleuse auprès d’une chaıˆne de matériel électroménager, le problème de ces pratiques a à nouveau été porté à l’attention du grand public.
Naar aanleiding van het onderzoek naar de kasgeldconstructie bij een bepaalde elektroketen is de problematiek van dergelijke praktijken opnieuw onder de publieke aandacht gekomen.
Il est assez étonnant de constater que peu de dossiers concernant des sociétés de liquidités ont été portés devant le juge ces dernières années. Cette situation s’expliquerait par le fait que les dossiers restent pendants auprès des parquets.
Opvallend is wel dat over de afgelopen jaren in Belgie¨ weinig dossiers over kasgeldvennootschappen voor de rechter worden gebracht. Dit komt naar verluidt vanwege het feit dat alle onderzoeken bij de parketten blijven hangen.
1. Combien de dossiers relatifs à des enquêtes de ce type sont-ils actuellement pendants auprès des parquets ?
1. Hoeveel onderzoeken aangaande kasgeldvennootschappen zijn er momenteel aanhangig bij de parketten ?
2. Comment ce chiffre se répartit-il entre les différents arrondissements judiciaires ?
2. Hoe is de verdeling over de verschillende gerechtelijke arrondissementen ?
3. Combien d’enquêtes ont-elles été cloˆturées au cours des cinq dernières années et les affaires portées devant le tribunal ?
3. Hoeveel onderzoeken werden de afgelopen vijf jaar afgerond en voor de rechtbank gebracht ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 415 de M. Hagen Goyvaerts du 25 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 415 van de heer Hagen Goyvaerts van 25 oktober 2004 (N.) :
Je me permets de fournir à M. le Député les éléments de réponse suivants :
Op de vraag van de heer Volksvertegenwoordiger kan ik volgende elementen van antwoord verstrekken :
1. Il est impossible de répondre de manière précise à la question posée. Les dossiers existants au sein des parquets sont, pour la plupart, repris sous l’indice « 78 » (fraude fiscale). Cet indice est commun à tous les dossiers de fraude fiscale sans qu’il soit possible d’identifier de manière statistique les dossiers relatifs aux sociétés de liquidités et les autres dossiers de fraude fiscale.
1. Het is onmogelijk een nauwkeurig antwoord te geven op de vraag. De meeste dossiers bij de parketten worden geregistreerd onder code « 78 » (fiscale fraude). Dit is een gemeenschappelijke code voor alle dossiers inzake fiscale fraude, die niet de mogelijkheid biedt de dossiers betreffende kasgeldvennootschappen en de andere dossiers inzake fiscale fraude in aparte statistieken onder te brengen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9139
Par ailleurs, certains dossiers ont reçu un indice autre que « 78 » alors que les faits dénoncés se sont révélés être des faits de fraude fiscale de type sociétés de liquidités.
Bovendien hebben bepaalde dossiers een andere code gekregen, hoewel de feiten verband houden met fiscale fraude van het type kasgeldvennootschappen.
Selon le Service public fédéral Finances, plus de 150 dossiers de sociétés de liquidités ont été dénoncés aux parquets. Cependant, dans les parquets, des dossiers ont été joints en raison de lien de connexité résultant de l’intervention de mêmes personnes physiques ou morales en tant qu’organisateurs, conseillers ou hommes de paille. Actuellement, selon les cas, un dossier pénal peut concerner une seule société de liquidités ou plusieurs sociétés de liquidités.
Volgens de Federale Overheidsdienst Financie¨n is bij de parketten aangifte gedaan van meer dan 150 dossiers inzake kasgeldvennootschappen. Bij de parketten werden deze dossiers evenwel samengevoegd omdat er sprake is van samenhang wegens het optreden van dezelfde natuurlijke personen of rechtspersonen als organisatoren, adviseurs of stromannen. Naar gelang van het geval kan een strafdossier thans betrekking hebben op een enkele kasgeldvennootschap of op diverse kasgeldvennootschappen.
2. Ressort de la cour d’appel d’Anvers.
2. Rechtsgebied van het hof van beroep te Antwerpen.
— Le parquet d’Anvers traite plusieurs dossiers importants. Les parquets de Turnhout et d’Hasselt traitent chacun deux dossiers. Ressort de la cour d’appel de Gand.
— Het parket te Antwerpen behandelt verscheidene belangrijke dossiers. Het parket te Turnhout en het parket te Hasselt behandelen elk twee dossiers. Rechtsgebied van het hof van beroep te Gent.
Les parquets de Gand et de Bruges ont en charge chacun plusieurs dossiers dont certains sont sur le point d’être communiqués par le juge d’instruction. Ressort de la cour d’appel de Bruxelles.
Het parket te Gent en het parket te Brugge zijn elk belast met verscheidene dossiers, waarvan sommige binnenkort worden overgezonden door de onderzoeksrechter. Rechtsgebied van het hof van beroep te Brussel.
En raison de la position centrale de Bruxelles, un grand nombre de dossiers ont été dénoncés au parquet de Bruxelles. Ces dossiers regroupent pour la plupart de nombreuses sociétés de liquidités.
Wegens de centrale positie van Brussel werd bij het parket te Brussel aangifte gedaan van een groot aantal dossiers. De meeste van deze dossiers hebben betrekking op talrijke kasgeldvennootschappen.
Ressort de la cour d’appel de Mons.
Rechtsgebied van het hof van beroep te Bergen.
Il existe un dossier à Charleroi.
Er bestaat een dossier te Charleroi.
Ressort de la Cour d’appel de Liège.
Rechtsgebied van het hof van beroep te Luik.
II existe deux dossiers à Liège.
Er bestaan twee dossiers te Luik.
3. Ces dossiers sont, en règle, mis à l’instruction. Actuellement, deux jugements ont été prononcés à Bruxelles. Il s’agit dans les deux cas de dossiers concernant chaque fois une société de liquidité.
3. Gewoonlijk wordt ter zake van deze dossiers een gerechtelijk onderzoek ingesteld. Tot dusver werden twee vonnissen uitgesproken te Brussel. In beide gevallen gaat het om dossiers die telkens betrekking hebben op een kasgeldvennootschap.
` Anvers, deux dossiers regroupant plusieurs sociéA tés de liquidités et de nombreux participants sont fixés devant la Chambre du conseil et quatre autres dossiers sont communiqués. ` Gand, un dossier important est sur le point d’être A communiqué, les autres dossiers étant toujours à l’instruction. ` Bruxelles, un dossier francophone est en chambre A du conseil et l’ordonnance est attendue avant la fin de cette année. Quatre autres dossiers sont toujours à l’instruction. Du coˆté néerlandophone, trois dossiers sont communiqués dont un qui a fait l’objet d’un
Te Antwerpen is voor twee dossiers met verscheidene kasgeldvennootschappen en talrijke deelgenoten een rechtsdag bepaald voor de raadkamer. Vier andere dossiers worden overgezonden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Te Gent wordt een belangrijk dossier weldra overgezonden, andere dossiers zijn nog steeds in onderzoek. Te Brussel is een Franstalig dossier aanhangig bij de raadkamer. Een beschikking wordt verwacht voor het einde van dit jaar. Vier andere dossiers zijn nog steeds in onderzoek. Aan Nederlandstalige kant werden drie dossiers overgezonden, een ervan is naar de correctio2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9140
renvoi devant le tribunal correctionnel mais pour lequel les prévenus ont fait appel de sorte que le dossier est pendant devant la chambre des mises en accusation. Les deux autres dossiers sont examinés par le parquet qui devrait rédiger le réquisitoire dans les meilleurs délais. Trois autres dossiers sont toujours à l’instruction. ` Liège et à Mons, les dossiers sont toujours à A l’instruction.
nele rechtbank verwezen. De verdachten hebben evenwel beroep ingesteld, zodat het dossier nog hangende is bij de kamer van inbeschuldigingstelling. De twee andere dossiers worden onderzocht door het parket, dat zo spoedig mogelijk de vordering zou moeten opstellen. Drie andere dossiers zijn nog steeds in onderzoek.
DO 2004200502577
DO 2004200502577
Question no 421 de M. Olivier Maingain du 3 novembre 2004 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 421 van de heer Olivier Maingain van 3 november 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Répartition linguistique des magistrats dans les juridictions bruxelloises. — Tribunal de première instance, parquet du tribunal de première instance, tribunal de commerce, tribunal du travail, cour d’appel et cour du travail.
Taalindeling van de magistraten bij de Brusselse rechtbanken. — Rechtbank van eerste aanleg, parket van de rechtbank van eerste aanleg, rechtbank van koophandel, arbeidsrechtbank, hof van beroep en arbeidshof.
1. Quelle est pour chacune des juridictions susvisées au 1er septembre 2004 :
1. Wat was voor elk van de opgesomde rechtbanken op 1 september 2004 :
a) le nombre de juges conformément au cadre légal;
a) het aantal rechters overeenkomstig de wettelijke formatie;
b) le nombre minimum de juges porteurs d’un diploˆme en langue française, conformément au cadre légal;
b) het minimumaantal rechters met een Franstalig diploma, overeenkomstig de wettelijke formatie;
c) le nombre effectif de juges francophones;
c) het effectieve aantal Franstalige rechters;
d) le nombre effectif de juges francophones porteurs d’un certificat de connaissance du néerlandais (en distinguant selon les types de certificat reconnus);
d) het effectieve aantal Franstalige rechters dat over een taalattest Nederlands beschikt (met een onderscheid op grond van de verschillende erkende attesten);
e) le nombre minimum de juges porteurs d’un diploˆme en langue néerlandaise, conformément au cadre légal;
e) het minimumaantal rechters met een Nederlandstalig diploma, overeenkomstig de wettelijke formatie;
f) le nombre effectif de juges néerlandophones;
f) het effectieve aantal Nederlandstalige rechters;
g) le nombre effectif de juges néerlandophones porteurs d’un certificat de connaissance du français (en distinguant selon les types de certificat reconnus) ?
g) het effectieve aantal Nederlandstalige rechters dat over een taalattest Frans beschikt (met een onderscheid op grond van de verschillende erkende attesten) ?
2. Quel est le nombre total de magistrats bruxellois qui par application de l’article 43, § 5, de la loi du 15 juin 1935 concernant l’emploi des langues en matière judiciaire, doivent être bilingues ?
2. Wat is het totale aantal Brusselse magistraten dat, in toepassing van artikel 43, § 5, van de wet van 15 juni 1935 betreffende het gebruik der talen in gerechtszaken, tweetalig moet zijn ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 421 de M. Olivier Maingain du 3 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 421 van de heer Olivier Maingain van 3 november 2004 (Fr.) :
1. a) — Cour d’appel : 62
1. a) — Hof van beroep : 62
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Te Luik en te Bergen zijn de dossiers nog steeds in onderzoek.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9141
— Cour du travail : 11
— Arbeidshof : 11
— Tribunal de première instance : 105
— Rechtbank van eerste aanleg : 105
— Tribunal du travail : 26
— Arbeidsrechtbank : 26
— Tribunal de commerce : 24
— Rechtbank van koophandel : 24
b) — Cour d’appel : 33
b) — Hof van beroep : 33
— Cour du travail : 6
— Arbeidshof : 6
— Tribunal de première instance : 70
— Rechtbank van eerste aanleg : 70
— Tribunal du travail : 17
— Arbeidsrechtbank : 17
— Tribunal de commerce : 14
— Rechtbank van koophandel : 14
c) — Cour d’appel : 33
c) — Hof van beroep : 33
— Cour du travail : 6
— Arbeidshof : 6
— Tribunal de première instance : 61
— Rechtbank van eerste aanleg : 61
— Tribunal du travail : 16
— Arbeidsrechtbank : 16
— Tribunal de commerce : 14
— Rechtbank van koophandel : 14
d) — Cour d’appel : 12
d) — Hof van beroep : 12
Connaissance approfondie : 10
Grondige kennis : 10
Connaissance suffisante : 2
Voldoende kennis : 2
— Cour du travail : 3
— Arbeidshof : 3
Connaissance approfondie : 3
Grondige kennis : 3
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
— Tribunal de première instance : 32
— Rechtbank van eerste aanleg : 32
Connaissance approfondie : 26
Grondige kennis : 26
Connaissance suffisante : 6
Voldoende kennis : 6
— Tribunal du travail : 10
— Arbeidsrechtbank : 10
Connaissance approfondie : 10
Grondige kennis : 10
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
— Tribunal de commerce : 7
— Rechtbank van koophandel : 7
Connaissance approfondie : 7
Grondige kennis : 7
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
e) — Cour d’appel : 29
e) — Hof van beroep : 29
— Cour du travail : 5
— Arbeidshof : 5
— Tribunal de première instance : 35
— Rechtbank van eerste aanleg : 35
— Tribunal du travail : 9
— Arbeidsrechtbank : 9
— Tribunal de commerce : 10
— Rechtbank van koophandel : 10
f) — Cour d’appel : 28
f) — Hof van beroep : 28
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9142
— Cour du travail : 4
— Arbeidshof : 4
— Tribunal de première instance : 34
— Rechtbank van eerste aanleg : 34
— Tribunal du travail : 9
— Arbeidsrechtbank : 9
— Tribunal de commerce : 10
— Rechtbank van koophandel : 10
g) — Cour d’appel : 18
g) — Hof van beroep : 18
Connaissance approfondie : 18
Grondige kennis : 18
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
— Cour du travail : 3
— Arbeidshof : 3
Connaissance approfondie : 3
Grondige kennis : 3
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
— Tribunal de première instance : 33
— Rechtbank van eerste aanleg : 33
Connaissance approfondie : 30
Grondige kennis : 30
Connaissance suffisante : 3
Voldoende kennis : 3
— Tribunal du travail : 8
— Arbeidsrechtbank : 8
Connaissance approfondie : 8
Grondige kennis : 8
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
— Tribunal de commerce : 10
— Rechtbank van koophandel : 10
Connaissance approfondie : 10
Grondige kennis : 10
Connaissance suffisante : 0
Voldoende kennis : 0
2. De tous les magistrats bruxellois (siège et parquet), 260 doivent être bilingues légaux.
2. Van alle magistraten (zetel en parket) die in Brussel-Hoofdstad tewerkgesteld zijn dienen er 260 wettelijk tweetalig te zijn.
DO 2004200502595
DO 2004200502595
Question no 425 de M. Bart Laeremans du 8 novembre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 425 van de heer Bart Laeremans van 8 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Taille des prisons. — Couˆt par détenu.
Grootte van gevangenissen. — Kostprijs per gevangene.
Il ressort du relevé du nombre de détenus par prison que cinq institutions (Malines, Ypres, Ruislede, Huy et Dinant) ont une capacité inférieure à 100 détenus.
Uit het overzicht van het aantal gedetineerden per gevangenis valt af te leiden dat een vijftal instellingen (Mechelen, Ieper, Ruislede, Hoei en Dinant) een capaciteit hebben die lager ligt dan 100 gevangenen.
Il en est de même pour Hasselt et Tongres, mais ces prisons seront bientoˆt remplacées par la nouvelle prison de Hasselt.
Dit geldt ook voor Hasselt en Tongeren, doch deze gevangenissen worden binnenkort vervangen door de nieuwe gevangenis van Hasselt.
1. Le couˆt par détenu varie-t-il considérablement en fonction de la taille de la prison ?
1. Verschilt de kostprijs per gevangene in belangrijke mate naargelang de grootte van de gevangenis ?
2. Existe-t-il des données comparatives relatives au couˆt d’un détenu à Anvers et à Malines, par exemple ?
2. Bestaan er vergelijkende gegevens over de kostprijs van een gevangene in bijvoorbeeld Antwerpen en in Mechelen ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9143
3. Le couˆt d’un détenu à Andenne diffère-t-il de celui d’un détenu à Dinant ?
3. Is er een verschil tussen de kostprijs van een gedetineerde in Andenne in vergelijking met één in Dinant ?
4. Serait-il possible d’augmenter la capacité des petites prisons dont question ci-dessus ?
4. Bestaat er een mogelijkheid om de capaciteit van bovengenoemde kleine gevangenissen uit te breiden ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 425 de M. Bart Laeremans du 8 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 425 van de heer Bart Laeremans van 8 november 2004 (N.) :
1, 2 et 3. Il convient tout d’abord de signaler que les coûts d’une prison sont répartis entre différents budgets (budget propre, budget de l’administration centrale, etc.). Certains coûts sont également supportés par des acteurs extérieurs à la Justice (par exemple les Finances), voire à l’autorité fédérale (par exemple les Communautés).
1, 2 en 3. Ten eerste dient er opgemerkt te worden dat de kosten in een gevangenis ten laste zijn van verschillende budgetten (eigen budget, budget van het centraal bestuur, enz.). Bepaalde kosten worden eveneens gedragen door andere actoren dan Justitie (bijvoorbeeld Financie¨n) of zelfs dan de Federale overheid (bijvoorbeeld de Gemeenschappen).
Une des possibilités d’obtenir un coût moyen est de diviser le total des dépenses par le nombre de journées d’entretien. Une journée d’entretien correspond à l’hébergement d’un détenu pour une nuit. Pour 2003, le nombre de journées d’entretien a été estimé à 3 371 140 jours.
Een mogelijkheid om een gemiddelde kostprijs te bekomen gebeurt door de totale uitgaven te delen door het aantal onderhoudsdagen. E´én onderhoudsdag komt overeen met een nachtverblijf van een gedetineerde. Voor 2003 werd het aantal onderhoudsdagen op 3 371 140 dagen begroot.
Ceci permet de déduire que le coût moyen d’un détenu s’élève à 110 euros (budget 2003). Ce coût s’entend hors amortissements et entretien des baˆtiments.
Hierdoor kan men aannemen dat de gemiddelde kostprijs van een gedetineerde 110 euro bedraagt (begroting 2003). In deze kostprijs zijn geen afschrijvingen en onderhoud van gebouwen voorzien.
Pour déterminer le coût par détenu dans une prison donnée, il y a lieu de diviser tous les coûts liés à la prison concernée (nombre de membres du personnel, leur salaire respectif, clé de répartition à utiliser pour les frais généraux, frais de fonctionnement, etc.). Ces données ne sont pas systématiquement mises à jours ni calculées.
Om de kostprijs per gedetineerde in één bepaalde gevangenis te bepalen dienen alle kosten gerelateerd aan deze gevangenis te worden opgesplitst (aantal personeelsleden, hun respectievelijke wedden, verdeelsleutel te gebruiken voor de algemene kosten, werkingskosten, enz.). Deze gegevens worden niet systematisch bijgehouden en berekend.
Par le passé, un exercice de ce genre a toutefois été réalisé dans une étude de Tractebel (septembre 1995). L’un des tableaux permet de déduire que le coût moyen d’un grand établissement fermé est d’environ 100 %, celui d’un établissement moyen de 130 % et celui d’un petit établissement, de 137 %.
In het verleden is evenwel een dergelijke oefening gemaakt in een studie van Tractebel (september 1995). Uit een van de tabellen kan men afleiden dat de gemiddelde kost voor een grote gesloten inrichting zo’n 100 %, deze van een middelgrote 130 %, en deze van een kleine 137 % bedraagt.
4. Pour des raisons d’ordre économique et technique, une extension de la capacité de ces prisons n’est pas réalisable.
4. Om economische en technische redenen is een uitbreiding van de capaciteit van deze gevangenissen niet haalbaar.
DO 2004200502624
DO 2004200502624
Question no 434 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 434 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Simplification administrative.
Administratieve vereenvoudiging.
L’accord de gouvernement prévoit notamment une importante simplification administrative.
Het regeerakkoord streeft een belangwekkende administratieve vereenvoudiging na.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9144
1. Quelles mesures avez-vous déjà prises en matière de simplification administrative ?
1. Welke maatregelen heeft u reeds genomen op het vlak van administratieve vereenvoudiging ?
2. Quelles mesures envisagez-vous encore de prendre ou préparez-vous actuellement en matière de simplification administrative ?
2. Welke maatregelen overweegt u nog te nemen op het vlak van de administratieve vereenvoudiging of zijn in voorbereiding ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 434 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 434 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) :
1. Le SPF Justice et la Cellule stratégique ont collaboré à trois réalisations en matière de simplification administrative : la simplification des obligations des ASBL, la prolongation du régime transitoire du Code des sociétés et la suppression de la certification conforme. Cette dernière a été réalisée en collaboration avec les autres SPF et cellules stratégiques. Mes services se sont également occupés de l’échange des données électroniques entre certains services de police et certains parquets de police. Finalement, ils ont contribué à la réalisation de la Banque-carrefour des entreprises.
1. De FOD Justitie en de Cel Beleidsvoorbereiding hebben bijgedragen tot drie realisaties op het vlak van administratieve vereenvoudiging : de vereenvoudiging van de verplichtingen van de VZW’s, de verlenging van de overgangsregeling van het Wetboek Vennootschappen en de afschaffing van de eensluidende verklaring. Deze laatste gebeurde in samenwerking met de andere FOD’s en Beleidscellen. Mijn diensten hebben daarnaast ook gezorgd voor een elektronische uitwisseling van gegevens tussen sommige politiediensten en politieparketten. Ten slotte hebben ze bijgedragen tot de realisatie van de Kruispuntbank voor Ondernemingen.
2. Le SPF Justice et ma cellule stratégique sont impliqués dans certaines des « 12 taˆches » du secrétaire d’E´tat à la simplification administrative. Ainsi, le SPF et ma cellule stratégique ont déjà entrepris des démarches en vue de la suppression du certificat de bonnes vie et mœurs, de l’introduction d’une collecte unique de données pour les citoyens, de l’introduction d’un formulaire « starter » unique, de la réduction des obligations d’archivage, de l’archivage électronique et de l’évaluation de la législation.
2. De FOD Justitie en mijn cel Beleidsvoorbereiding zijn betrokken bij enkele van de « 12 werken » van de staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging. Zo hebben de FOD en mijn Cel Beleidsvoorbereiding al stappen ondernomen voor het afschaffen van het getuigschrift van goed zedelijk gedrag, het invoeren van een unieke gegevensinzameling voor burgers, het invoeren van een uniek starterformulier, het verminderen van archiveringsverplichtingen en elektronische archivering en voor de wetsevaluatie.
En outre, il existe également quelques projets individuels dont moi-même et le SPF Justice sommes à l’origine. La comptabilité électronique, les modalités de paiement modernes pour la publication des personnes morales au Moniteur belge, la simplification de la procédure d’expropriation pour cause d’utilité publique, l’acte de notoriété pour les candidats-réfugiés, la fixation du caractère définitif des légalisations dès qu’elles ont été inscrites dans le registre de l’état civil, la fixation du caractère définitif d’un acte de notoriété, la preuve établissant la naissance rendue définitive par jugement et la diminution des formalités liées à la déclaration de mariage de personnes désireuses de se marier en Belgique en font notamment partie.
Daarnaast zijn er ook enkele individuele projecten van mijzelf en van de FOD Justitie. Zo onder meer de elektronische boekhouding, moderne betaalwijzen voor de publicatie van rechtspersonen in het Belgisch Staatsblad, de vereenvoudiging van de procedure van onteigening voor openbaar nut, de akte van bekendheid voor kandidaat-vluchtelingen, het regelen van het definitief karakter voor legaliseringen eens ze in het register van de burgerlijke stand zijn ingeschreven, regelen van het definitief karakter voor een akte van bekendheid, het bewijs van geboorte via vonnis definitief maken en het verminderen van de formaliteiten verbonden aan de aangifte van een huwelijk voor personen die in Belgie¨ willen trouwen.
Enfin, le SPF Justice prévoit encore quelques initiatives : la simplification du controˆle des dossiers en matière de dons et legs, une codification informatisée, un suivi centralisé de la facturation, sur la base d’une application informatique WEB-BASED, le transfert électronique des actes des entreprises émanant des notaires au Moniteur belge et l’établissement d’une
De FOD Justitie plant ten slotte zelf nog enkele initiatieven : de vereenvoudiging op de controle van de dossiers inzake giften en legaten, geı¨nformatiseerde codificatie, een gecentraliseerde opvolging van de facturatie, gebaseerd op een WEB-BASED informatica toepassing, de elektronische overmaking van de akten van ondernemingen door notarissen aan het Belgisch
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9145
banque de données de ces actes et finalement la réalisation du projet PHENIX.
Staatsblad en de oprichting van een gegevensbank van deze akten en ten slotte de realisatie van het PHENIXproject.
DO 2004200502667
DO 2004200502667
Question no 438 de Mme Jacqueline Galant du 17 novembre 2004 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 438 van mevrouw Jacqueline Galant van 17 november 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Cadre du tribunal de Tournai.
Personeelsformatie van de rechtbank van Doornik.
Le cadre du tribunal de Tournai a été modifié suite à la catastrophe de Ghislenghien. Monsieur Hanard étant amené à travailler sur le dossier de Ghislenghien, le tribunal tournaisien souffre d’un manque d’effectif. Ainsi il apparaıˆt que le problème est bien plus lourd que le report des audiences du mercredi. Ces audiences qui doivent pour l’heure être reportées aux calendes grecques sont particulièrement chargées et les dossiers, pour la plupart complexes, qui y sont fixés le sont de longue date. Outre l’audience du mercredi, une autre audience hebdomadaire a elle aussi duˆ être supprimée, faute de magistrat pour la tenir.
Na de ramp in Gellingen werd de personeelsformatie van de rechtbank van Doornik gewijzigd. Doordat de heer Hanard op het dossier van de ramp in Gellingen gezet werd, kampt de Doornikse rechtbank thans met een personeelstekort. Het probleem blijkt bovendien veel verder te gaan dan de verdaging van de woensdagse zittingen. Die zittingen, die momenteel sine die uitgesteld moeten worden, hebben een overvolle agenda, en de voor het merendeel complexe dossiers die voor die zitting op de rol staan, werden al een hele tijd geleden geagendeerd voor die zittingsdag. Behalve de woensdagse zitting diende ook een andere wekelijkse zitting bij gebrek aan de nodige magistraat afgeschaft te worden.
Je voudrais également attirer votre attention sur le problème causé par une autre juge du tribunal de première instance de Tournai, madame la Juge Thoreau, qui a été détachée à d’autres fonctions voici un an et n’a pas été remplacée.
Voorts zou ik nog een ander probleem onder uw aandacht willen brengen : mevrouw Thoreau, een andere rechter van de rechtbank van eerste aanleg van Doornik, werd een jaar geleden gedetacheerd voor andere functies, en zij werd niet vervangen.
La situation est donc assez tendue et le cordon qui résiste depuis quelques mois risque de se rompre à tout instant si l’on ne remédie pas à cette situation en complétant et renforçant le cadre.
Kortom, de toestand is vrij gespannen, als er niet snel iets gebeurt en de personeelsformatie niet opgevuld en uitgebreid wordt, dreigt de veer, die al enkele maanden standhoudt, nu te breken.
La catastrophe de Ghislenghien est un gros dossier, mais il est évident que ce seul dossier ne doit pas occulter tous les autres.
Hoe lijvig ook, dat ene dossier van de ramp in Gellingen mag alle andere dossiers niet wegdrukken.
1. Quelles mesures envisagez-vous dès lors de prendre pour remplir le cadre tournaisien et permettre ainsi aux autres justiciables de défendre leur cause dans des délais raisonnables ?
1. Welke maatregelen denkt u te nemen om de personeelsformatie in Doornik op te vullen, opdat de andere rechtzoekenden hun zaak ook binnen een redelijke termijn kunnen bepleiten ?
2. Pensez-vous que l’arrivée d’un juge au 1er janvier 2005 comme vous me l’aviez signalé précédemment, suffira pour, d’une part rattraper le retard mais aussi assurer la gestion continue des dossiers ?
2. Zal de komst van een nieuwe rechter per 1 januari 2005, zoals u reeds eerder aankondigde, volgens u genoeg zijn om de achterstand weg te werken én om de dossiers te beheren in het kader van de gewone dagelijkse werking van de rechtbank ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 décembre 2004, à la question no 438 de Mme Jacqueline Galant du 17 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 december 2004, op de vraag nr. 438 van mevrouw Jacqueline Galant van 17 november 2004 (Fr.) :
Je crains, à la lecture de votre question, que vous nous fassiez un amalgame non justifié entre la situa-
Bij het lezen van uw vraag vrees ik dat u onterecht de uitzonderlijke toestand met betrekking tot de ramp
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1156
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9146
tion particulière relative à la catastrophe de Ghislenghien et la situation générale du tribunal de première instance de Tournai.
van Gellingen met de algemene situatie van de rechtbank van eerste aanleg te Doornik mengt.
1. En ce qui concerne les mesures prises dans le cadre de l’instruction judiciaire de l’affaire de Ghislenghien, je vous rappelle qu’il s’agit :
1. Wat betreft de maatregelen die genomen werden in het kader van het gerechtelijk onderzoek in de zaak van Gellingen herinner ik u dat volgende maatregelen werden genomen :
1) de spécialiser un juge d’instruction dans cette affaire qui sera donc déchargé d’autres affaires et se consacrera exclusivement à ce dossier, ainsi que son greffier;
1) Het aanstellen van een onderzoeksrechter in deze zaak. Hij zal dus, evenals zijn griffier, van andere zaken ontlast worden en zich uitsluitend wijden aan dit dossier;
2) de manière à ne pas perturber les autres instructions en cours, un troisième cabinet d’instruction est temporairement créé par le président du tribunal de première instance de Tournai et un employé du greffe sera assumé greffier d’instruction pour assister ce troisième juge d’instruction;
2) Een derde onderzoekskabinet wordt tijdelijk opgericht door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Doornik zodat andere lopende onderzoeken niet worden verstoord. Een beambte van de griffie wordt aangesteld om deze onderzoeksrechter bij te staan;
3) de manière à remplacer ce juge du siège devenu juge d’instruction dans les audiences, un magistrat sera mis à la disposition du tribunal de première instance de Tournai par le premier président de la cour d’appel de Mons dans le cadre de sa capacité de gestionnaire des ressources judiciaires de son ressort.
3) Om de rechter, die is aangesteld als onderzoeksrechter, te vervangen in de zittingen zal, door de eerste voorzitter van het hof van beroep te Bergen, in het kader van zijn bevoegdheden als beheerder van gerechtelijke middelen in zijn rechtsgebied, een magistraat ter beschikking gesteld worden van de rechtbank van eerste aanleg te Doornik
Par cette méthode, les effets de ce dossier exceptionnel sur le fonctionnement du tribunal de première instance de Tournai sont neutralisés.
Op deze manier worden de gevolgen van dit uitzonderlijk dossier op de werking van de rechtbank van eerste aanleg te Doornik geneutraliseerd.
2. En ce qui concerne le magistrat auquel vous vous référez, je puis vous informer qu’elle a présenté sa démission et que son poste est donc vacant. La vacance a été publiée le 11 octobre 2004 et les avis sont demandés au sujet des candidats. Il sera pourvu à cette vacance en respectant la procédure c’est-à-dire à l’intervention du Conseil Supérieur de la Justice.
2. Wat betreft de magistraat naar wie U verwijst kan ik U meedelen dat zij haar ontslag heeft ingediend en dat het ambt vrij is. De vacature werd op 11 oktober 2004 bekendgemaakt en de adviezen omtrent de kandidaten zijn gevraagd. De vacature zal voorzien worden mits naleving van de procedure, dit wil zeggen door tussenkomst van de Hoge Raad voor de Justitie.
La situation actuelle est la suivante :
De huidige situatie is de volgende :
cadre : 16;
kader :16;
présents : 15;
effectieven : 15;
vacance ouverte : 1.
vacature : 1.
Un magistrat est actuellement en congé de maladie pour deux mois ce qui, en soi, n’a rien d’exceptionnel.
Een magistraat is momenteel in ziekteverlof voor twee maanden wat, op zich, niet uitzonderlijk is.
J’estime donc avoir pris les mesures nécessaires pour assurer le bon fonctionnement du tribunal de première instance de Tournai.
Ik ben dus van oordeel de nodige maatregelen te hebben genomen om de goede werking van de rechtbank van eerste aanleg te Doornik te verzekeren.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9147
Vice-premier ministre et ministre des Finances
Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
DO 2003200432170
DO 2003200432170
Question no 478 de Mme Marie Nagy du 17 septembre 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 478 van mevrouw Marie Nagy van 17 september 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Représentation du gouvernement au sein des entreprises, parastataux et autres organismes.
Vertegenwoordiging van de regering in bedrijven, parastatalen en andere organen.
1. Dans quels parastataux, entreprises, organismes, etc., votre département a-t-il désigné un commissaire, un délégué ou représentant du gouvernement ?
1. In welke parastatalen, bedrijven, organen en dergelijke heeft uw departement een commissaris, een afgevaardigde of een vertegenwoordiger van de regering aangesteld ?
2. Quelle est la base légale ou réglementaire de ses compétences ?
2. Wat is de wettelijke of de reglementaire grondslag van zijn bevoegdheden ?
3. Quelle est la base légale ou réglementaire de ses rémunérations et quel en est le montant ?
3. Wat is de wettelijke of de reglementaire grondslag van zijn bezoldiging en hoeveel bedraagt die ?
4. Quelle est la procédure mise en place entre vous et cette personne du point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage, etc. ?
4. Welke praktische afspraken werden tussen uw departement en die afgevaardigde gemaakt in verband met de te volgen onderrichtingen en de bijhorende follow-up, de deelname aan vergaderingen, het opstellen van verslagen, enzovoort ?
5. a) Combien y a-t-il eu de suspensions de décisions par votre commissaire ou représentant du gouvernement depuis le début de la législature ?
5. a) Hoeveel beslissingen heeft uw commissaris of vertegenwoordiger sinds het begin van de regeerperiode geschorst ?
b) Dans quels cas et pourquoi ?
b) In welke gevallen en op grond waarvan ?
c) La suspension a-t-elle été confirmée par vous ?
c) Heeft u die schorsing(en) bekrachtigd ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 13 décembre 2004, à la question no 478 de Mme Marie Nagy du 17 septembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 13 december 2004, op de vraag nr. 478 van mevrouw Marie Nagy van 17 september 2004 (Fr.) :
L’honorable membre voudra bien trouver ci-après, la réponse aux questions posées.
Het geachte lid gelieve hierna een antwoord te vinden op de door hem gestelde vragen.
J’ai désigné un commissaire du gouvernement dans les organismes suivants.
Ik heb een regeringscommissaris aangeduid in de volgende instellingen.
La Société fédérale de participation (SFP)
Federale participatiemaatschappij (FPM)
Sur la base des articles 15 et 16 de la loi coordonnée du 24 décembre 1996 portant organisation du secteur public du crédit et de la détention des participations du secteur public dans certaines sociétés financières de droit privé :
Op basis van de artikelen 15 en 16 van de gecoo¨rdineerde wet van 24 december 1996 tot organisatie van de openbare kredietsector en van het bezit van deelnemingen van de openbare sector in bepaalde privaatrechtelijke financie¨le vennootschappen :
— article 43 des statuts de la SFP;
— artikel 43 van de statuten van de FPM;
— arrêté royal du 28 février 1999 portant nomination du commissaire du gouvernement auprès de la Société fédérale de participation.
— koninklijk besluit van 28 februari 1999 tot benoeming van de regeringscommissaris bij de Federale Participatiemaatschappij.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9148
Les rémunérations en sont déterminées sur base de : — l’article 17 de la loi susmentionnée, — l’article 1 de l’arrêté ministériel du 5 janvier 1993 fixant la rémunération du commissaire du gouvernement auprès de la Caisse générale d’E´pargne et de Retraite-Holding. Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : avant chaque réunion du conseil d’administration, contact est pris avec le membre de la Cellule stratégique afin de déterminer les ` l’issue de chaque réunion, un points d’attention. A rapport est établi à l’attention du ministre, soit écrit, soit oral en cas d’urgence. II n’y a pas eu de suspension des décisions depuis le début de la législature. Le Fonds d’amortissement des emprunts du logement social (FADELS) Base légale ou réglementaire des compétences : — articles 9 et 10 de la loi du 16 mars 1954 relative au controˆle de certains organismes d’intérêt public, — article 4 § 2 de la convention du 1er juin 1994, entre le gouvernement fédéral, le gouvernement flamand, le gouvernement régional wallon et le Gouvernement de la Région Bruxelles-Capitale relative au règlement des dettes du passé et charges s’y rapportant en matière de logement social, entérinée par la loi du 22 mars 1995, — arrêté royal du 8 mars 2004 portant remplacement du commissaire du gouvernement auprès du FADELS. Base légale ou réglementaire des rémunérations : arrêté ministériel du 5 février 1991 fixant la rémunération du commissaire du gouvernement auprès du FADELS. Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : envoi des rapports sur les comptes et le budget au ministre des Finances et au service concerné de l’administration de la Trésorerie. Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant. Crédibé Base légale ou réglementaire des compétences : — article 64 de la loi coordonnée du 24 décembre 1996 portant organisation du secteur public du crédit et de la détention des participations du secteur public dans certaines sociétés financières de droit privé,
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
De vergoedingen zijn bepaald op basis van : — artikel 17 van bovenvermelde wet, — artikel 1 van het ministerieel besluit van 5 januari 1993 tot vaststelling van de vergoeding van de regeringscommissaris bij de Algemene Spaarkas en de Pensioen Holding. Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : voor iedere vergadering van de beheersraad wordt er contact genomen met de strategische cel teneinde de aandachtspunten te bepalen. Na iedere vergadering wordt, hetzij een schriftelijk, hetzij een mondeling, in dringend geval, verslag aan de minister opgemaakt. Er is geen schorsing geweest van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur. Amortisatiefonds voor leningen voor sociale huisvesting (ALESH) Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden : — artikelen 9 en 10 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op de organismen van openbaar nut, — artikel 4, § 2 van de conventie van 1 juni 1994 tussen de federale regering, de Vlaamse regering, de Waalse gewestregering den de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de regeling van de schulden en lasten van het verleden aangaande de sociale huisvesting, bekrachtigd bij wet van 22 maart 1995, — koninklijk besluit van 8 maart 2004 houdende vervanging van de regeringscommissaris bij de ALESH. Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : ministerieel besluit van 5 februari 1991 tot vaststelling van de bezoldiging van de regeringscommissaris bij de ALESH. Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : overmaken van verslagen over rekeningen en begroting aan de minister van Financie¨n en aan de bevoegde betrokken dienst van de administratie van de Thesaurie. Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : geen. Credibe Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden : — artikel 64 van de gecoo¨rdineerde wet van 24 december 1996 tot organisatie van de openbare kredietsector en van het bezit van deelnemingen van de openbare sector in bepaalde privaatrechtelijke financie¨le vennootschappen, 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9149
— arrêté royal du 8 mars 2004 portant nomination du commissaire du gouvernement auprès de la société anonyme de droit public Crédibé.
— koninklijk besluit van 8 maart 2004 tot benoeming van de regeringscommissaris bij de naamloze vennootschap van publiek recht Credibe.
Base légale ou réglementaire des rémunérations :
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen :
— article 64 de la loi coordonnée du 24 décembre 1996 susmentionnée,
— artikel 64 van het de hierbovenvermelde gecoo¨rdineerde wet van 24 december 1996,
— arrêté ministériel du 19 janvier 1996 fixant la rémunération du commissaire du gouvernement auprès de l’office central de crédit hypothécaire.
— ministerieel besluit van 19 januari 1996 tot vaststelling van de vergoeding van de regeringscommissaris bij het centraal bureau voor hypothecair krediet.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : un rapport au ministre des Finances est établi à la suite de chaque réunion du conseil d’administration.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : na iedere vergadering van de raad van bestuur wordt een verslag aan de minister van Financie¨n opgemaakt.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : geen.
Fonds de participation
Participatiefonds
Base légale ou réglementaire des compétences :
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden :
— articles 9 et 10 de la loi du 16 mars 1954 relative au controˆle de certains organismes d’intérêt public,
— artikelen 9 en 10 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op de organismen van openbaar nut;
— article 12 de l’arrêté royal du 22 décembre 1992 réglant l’organisation et le fonctionnement du Fonds de participation,
— artikel 12 van het koninklijk besluit van 22 december 1992 tot regeling van de organisatie en de werking van het Participatiefonds;
— arrêté royal du 20 septembre 2002 portant nomination d’un commissaire du Gouvernement auprès du Fonds de Participation.
— koninklijk besluit van 20 september 2002 tot benoeming van een regeringscommissaris bij het Participatiefonds.
Base légale ou réglementaire des rémunérations :
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen :
— arrêté royal du 20 septembre 2002 susmentionné.
— voormeld koninklijk besluit van 20 september 2002.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : aucune procédure formelle; le commissaire rapporte au ministre les faits importants.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : geen formele procedure; De regeringscommissaris rapporteert aan de minister voor zover er belangrijke zaken mede te delen zijn.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : nihil.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : nihil.
Financière TGV
HST-Fin
Base légale ou réglementaire des compétences :
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden :
— article 12 de la loi du 17 mars 1997 relative au financement du projet TGV,
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
— artikel 12 van de wet van 17 maart 1997 betreffende de financiering van het HST-project, 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9150
— article 1 de l’arrêté royal 21 avril 1997 portant nomination du commissaire du gouvernement auprès de la société anonyme de droit public Financière TGV.
— artikel 1 van het koninklijk besluit van 21 april 1997 tot benoeming van de regeringscommissaris bij de naamloze vennootschap van publiek recht HST-Fin.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : Article 2 de l’arrêté royal du 21 avril 1997 portant nomination du commissaire du gouvernement auprès de la société anonyme de droit public Financière TGV.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : artikel 2 van het koninklijk besluit van 21 april 1997 tot benoeming van de regeringscommissaris bij de naamloze vennootschap van publiek recht HSTFin.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : pas de procédure formelle. Le commissaire du gouvernement élabore un rapport au ministre dès qu’il y a des choses importantes à rapporter.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : geen formele procedure. De regeringscommissaris rapporteert aan de minister voor zover er belangrijke zaken mee te delen zijn.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : nihil.
Banque Nationale de Belgique
Nationale Bank van Belgie¨
Base légale ou réglementaire des compétences :
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden :
— articles 22.1 et 22.2 de la loi du 22 février 1998 fixant le statut organique de la Banque Nationale de Belgique,
— artikelen 22.1 en 22.2 van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van Belgie¨,
— arrêté royal du 23 octobre 1990 portant nomination du commissaire du gouvernement à la Banque nationale de Belgique.
— koninklijk besluit van 23 oktober 1990 tot benoeming van de regeringscommissaris bij de Nationale Bank van Belgie¨.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : article 22.3 de la loi du 22 février 1998 fixant le statut organique de la Banque Nationale de Belgique.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : artikel 22.3 van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van Belgie¨.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : le commissaire du gouvernement exerce sa mission dans le strict respect du principe de droit européen d’indépendance des Banques Centrales de l’ Eurosystème (article 108 et 109 du Traité instituant la Communauté européenne et article 22.1 de la loi organique de la Banque Nationale de Belgique). Dans ce cadre, des contacts directs et réguliers ont lieu avec le ministre des Finances et le Gouverneur de la BNB.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : de regeringscommissaris oefent zijn taak uit in strikte eerbiediging van het Europese principe van onafhankelijkheid van de Centrale Banken van het Eurostelsel (artikelen 108 en 109 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en artikel 22.1 van de organieke wet van de Nationale Bank van Belgie¨). In dat kader zijn er regelmatig contacten met de minister van Financie¨n en de gouverneur van de NBB.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : geen.
Société fédérale d’investissement
Federale Investeringsmaatschappij
Base légale ou réglementaire des compétences :
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden :
— article 1, § 2, de la loi du 2 avril 1962 relative à la Société fédérale d’Investissement et les sociétés régionales d’investissement,
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
— artikel 1, § 2 van de wet van 2 april 1962 betreffende de Federale Investeringsmaatschappij en de gewestelijke investeringsmaatschappijen; 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9151
— arrêté royal du 28 février 1999 portant nomination du commissaire du gouvernement auprès de la Société fédérale d’investissement;
— koninklijk besluit van 28 februari 1999 tot benoeming van de regeringscommissaris bij de Federale Investeringsmaatschappij.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : article 1, § 2, de la loi du 2 avril 1962 susmentionnée.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : artikel 1, § 2, van voormelde wet van 2 april 1962.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : contacts préalables avec le cabinet du ministre des Finances, échanges d’informations périodiques et rapports de réunions.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : voorafgaande contacten met het kabinet van de minister van Financie¨n, uitwisseling van periodieke informatie en verslagen van vergaderingen.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : geen.
Fonds de protection des dépoˆts et des instruments financiers
Beschermingsfonds voor deposito’s en financie¨le instrumenten
Base légale ou réglementaire des compétences :
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden :
— article 12 de la loi du 17 décembre 1998 créant un Fonds de protection des dépoˆts et des instruments financiers et réorganisant les systèmes de protection des dépoˆts et des instruments financiers,
— artikel 12 van de wet van 17 december 1998 tot oprichting van een beschermingsfonds voor deposito’s en financie¨le instrumenten en tot reorganisatie van de beschermingsregelingen voor deposito’s en financie¨le instrumenten;
— article 1 de l’arrêté royal du 23 décembre 1998 portant nomination du commissaire du gouvernement auprès du Fonds de protection des dépoˆts et des instruments financiers.
— artikel 1 van het koninklijk besluit van 23 december 1998 tot benoeming van de regeringscommissaris bij het Beschermingsfonds voor deposito’s en financie¨le instrumenten.
Base légale ou réglementaire des rémunérations :
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen :
— article 12 de la loi du 17 décembre 1998 susmentionnée;
— artikel 12 van voormelde wet van 17 december 1998;
— article 2 de l’arrêté royal du 23 décembre 1998 susmentionné.
— artikel 2 van voormeld koninklijk besluit van 23 december 1998.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : rapportage régulier.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : regelmatige verslaggeving.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : geen.
Conseil d’agrément des agents de change
Erkenningsraad voor effectenmakelaars
Base légale ou réglementaire des compétences :
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden :
— article 21 de la loi du 2 août 2002 relative à la surveillance du secteur financier et aux services financiers,
— artikel 21 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financie¨le sector en de financie¨le diensten;
— article 13, § 1 et 3, de l’arrêté royal du 11 juillet 2003 relatif au conseil d’agrément des agents de change et au titre d’agent de change.
— artikel 13, § 1 en 3, van het koninklijk besluit van 11 juli 2003 betreffende de erkenningsraad voor effectenmakelaars en de titel van effectenmakelaar.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : article 13, § 3, de l’arrêté royal du 11 juillet 2003
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : artikel 13, § 3, van het voormeld koninklijk
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9152
susmentionné et article 2 de l’arrêté ministériel du 12 juillet 2003 relatif à la désignation du commissaire du gouvernement près le conseil d’agrément des agents de change.
besluit van 11 juli 2003 en artikel 2 van het ministerie¨le besluit van 12 juli 2003 houdende benoeming van de regeringscommissaris bij de erkenningsraad voor effectenmakelaars.
Procédure mise en place au point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage : aucune instruction donnée. Le rapportage se fait en principe une fois par année calendrier, avec rapports intérimaires lors d’événements particuliers.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging, de deelneming aan vergaderingen, de verslaggeving : geen enkele onderrichting werd gegeven. De verslaggeving gebeurt in beginsel éénmaal per kalenderjaar met tussentijdse verslagen bij uitzonderlijke voorvallen.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : geen.
Comité Finexpo au sein du Service Public Fédéral Affaires étrangères
Comité Finexpo in de schoot van de FOD Buitenlandse Zaken
Base légale ou réglementaire des compétences : l’arrêté royal du 15 juillet 1997 déterminant la composition et le fonctionnement du Comité de soutien financier à l’exportation prévu par l’arrêté royal du 30 mai 1997 relatif au renforcement de l’efficacité des instruments de soutien financier à l’exportation pris en application de l’article 3, § 1, 1o et 6o, de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l’Union économique et monétaire européenne et fixant certaines modalités en matière de gestion des risques de change et d’intérêt.
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden : het koninklijk besluit van 15 juli 1997 tot vaststelling van de samenstelling en de werkwijze van het Comité voor financie¨le steun aan de export voorgeschreven bij het koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financie¨le steun aan de export genomen met toepassing van artikel 3, § 1, 1o en 6o, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van Belgie¨ aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en tot vaststelling van een aantal nadere regels inzake het beheer van koers- en intrestrisico’s.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : aucune indemnité n’est prévue.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : er is in geen vergoeding voorzien.
Procédure mise en place : des rapports sont établis par le secrétariat, d’une part, et part le rapporteur d’autre part. Parfois contact est pris avec la cellule stratégique. Parfois contact est pris avec la cellule stratégique.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging : verslagen worden opgemaakt door het secretariaat enerzijds en door de verslaggever anderzijds. Soms wordt er contact opgenomen met de strategische cel.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissing sinds het begin van de legislatuur : nihil.
Commission d’avis pour l’octroi de subsides à l’exportation auprès de l’agence pour le commerce extérieur
Adviescommissie voor het toekennen van exportsubsidies van het Agentschap voor buitenlandse handel
Base légale ou réglementaire des compétences : loi du 16 juillet 1993 visant à achever la structure fédérale de l’E´tat.
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden : wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur.
Base légale ou réglementaire des rémunérations :
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen :
— arrêté royal du 27 avril 1971 modifiant l’arrêté royal du 9 avril 1954 portant exécution de la loi du 24 mars 1954 instituant un Fonds du commerce extérieur.
— het koninklijk besluit van 27 april 1971 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 april 1954, houdende uitvoering van de wet van 24 maart 1954 tot instelling van een Fonds voor Buitenlandse Handel.
Procédure mise en place : des rapports sont établis par le secrétariat, d’une part, et part le rapporteur
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging : verslagen worden opgemaakt door het
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9153
d’autre part. Parfois contact est pris avec la cellule stratégique.
secretariaat enerzijds en door de verslaggever anderzijds. Soms wordt er contact opgenomen met de strategische cel.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissing sinds het begin van de legislatuur : nihil.
L’Office national du Ducroire
Nationale Delcrederedienst
Base légale ou réglementaire des compétences : l’arrêté royal no 42 du 31 août 1939, connu sous le nom de loi organique de l’Office national du Ducroire.
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden koninklijk besluit nr. 42 van 31 augustus 1939, gekend onder de naam van de organieke wet op de Nationale Delcrederedienst.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : article 12, § 4, de la loi organique de l’Office national du Ducroire.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : artikel 12, § 4, van de organieke wet op de Nationale Delcrederedienst.
Procédure mise en place : concertation avec des représentants de la cellule stratégique et remise de rapports.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging : samenspraak met de vertegenwoordigers van de strategische cel en indiening van de verslagen.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissingen sinds het begin van de legislatuur : nihil.
La Société belge pour investissements internationaux
De Belgische maatschappij voor internationale investeringen
Base légale ou réglementaire des compétences l’article 12 des statuts.
Wettelijke of reglementaire basis van de bevoegdheden : artikel 12 van de statuten.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : décision prise le 5 février 1985, lors d’une assemblée générale.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : beslissing genomen op 5 februari 1985 bij algemene vergadering.
Procédure mise en place : concertation avec des représentants de la cellule stratégique et remise de rapports.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging : samenspraak met de vertegenwoordigers van de strategische cel en indiening van de verslagen.
Suspension des décisions depuis le début de la législature : néant.
Schorsing van de beslissing sinds het begin van de legislatuur : nihil.
Régie du travail pénitentiaire, service administratif à comptabilité autonome
Regie der gevangenisarbeid, administratieve dienst met autonome boekhouding
Base légale ou réglementaire des compétences : loi du 30 avril 1931 relative à l’organisation autonome de la Régie du travail pénitentiaire et l’arrêté royal organique du 3 novembre 1931
Wettelijke en reglementaire basis van de bevoegdheden : wet van 30 april 1931 met betrekking op de autonome organisatie van de Regie der gevangenisarbeid en het organieke koninklijk besluit van 3 november 1931.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : arrêté ministériel du 18 octobre 1996 portant désignation du délégué du ministre des finances près la Régie du travail pénitentiaire.
Wettelijke en reglementaire basis van de vergoedingen : ministerieel besluit van 18 oktober 1996 houdende aanduiding van de afgevaardigde van de minister van Financie¨n bij de Regie van de gevangenisarbeid.
Procédure mise en place : approbation des comptes et envoi des rapports sur les comptes au ministre des Finances.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging : goedkeuring van de rekeningen en verzending van de verslagen van de rekeningen aan de minister van Financie¨n.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1157
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9154
Suspension des décisions : néant.
Schorsing van de beslissingen : nihil.
Exploitations agricoles dépendant du ministère de la justice
Landbouwexploitaties afhangende van de minister van Justitie
Base légale ou réglementaire des compétences : loi budgétaire du 30 décembre 1921 et arrêté ministériel du 30 décembre 1922 relatif à la comptabilité des exploitations agricoles.
Wettelijke en reglementaire basis van de bevoegdheden : begrotingswet van 30 december 1921 en ministerieel besluit van 30 december 1922 met betrekking op de boekhouding van landbouwexploitaties.
Base légale ou réglementaire des rémunérations : arrêté ministériel du 18 octobre 1996 portant désignation du délégué du ministre des Finances, chargé du controˆle de la comptabilité et de la vérification du bilan des exploitations agricoles dépendant du ministère de la Justice.
Wettelijke of reglementaire basis van de vergoedingen : ministerieel besluit van 18 oktober 1996 houdende aanduiding van de afgevaardigde van de minister van Financie¨n, belast met het toezicht op de comptabiliteit en het nazicht van de balans van de landbouwexploitaties afhangende van het ministerie van Justitie.
Procédure mise en place : approbation des comptes et envoi des rapports sur les comptes au ministre des Finances.
Procedure op het vlak van de gegeven instructies en hun opvolging : goedkeuring van de rekeningen en verzending van de verslagen van de rekeningen aan de minister van Financie¨n.
Suspension des décisions : néant.
Schorsing van de beslissingen : nihil.
DO 2004200502582
DO 2004200502582
Question no 526 de M. Guy D’haeseleer du 3 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 526 van de heer Guy D’haeseleer van 3 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Services publics fédéraux. — Délégués syndicaux permanents.
Federale overheidsdiensten. — Vaste vakbondsafgevaardigden.
L’article 77, § 1er, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités dispose que dès qu’un membre du personnel est agréé en qualité de délégué permanent d’une organisation syndicale, celui-ci est placé en congé syndical de plein droit. Bien qu’un délégué syndical permanent ne soit pas soumis à l’autorité hiérarchique, il est censé être en activité de service. Il conserve, entre autres, son droit au traitement et à l’avancement de traitement et de grade. Conformément à l’article 78 de l’arrêté royal précité du 28 septembre 1984, chaque organisation syndicale doit, avant la fin de chaque trimestre, rembourser à l’autorité une somme égale au montant total des payements effectués au cours du trimestre précédent au délégué permanent ou à ses ayants droit en raison de sa qualité de membre du personnel. Les remboursements ne comprennent toutefois pas, entre autres, les cotisations patronales ainsi qu’un certain
Artikel 77, § 1, van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel bepaalt dat, van zodra een personeelslid als vaste afgevaardigde van een vakorganisatie is erkend, dit personeelslid van rechtswege met vakbondsverlof is. Hoewel een vaste vakbondsafgevaardigde niet onderworpen is aan het hie¨rarchische gezag, wordt hij geacht in actieve dienst te zijn. Het behoudt onder meer zijn recht op wedde en op bevordering tot een hogere wedde en tot een hogere graad. Artikel 78 van het voornoemde koninklijk besluit van 28 september 1984 legt aan de vakorganisatie de verplichting op om vo´o´r het einde van ieder kwartaal aan de overheid een som terug te storten die gelijk is aan het totale bedrag van de betalingen die gedurende het vorige kwartaal werden verricht aan de vaste afgevaardigde of aan zijn rechthebbenden op grond van zijn hoedanigheid van personeelslid. In de terugbetalingen zijn echter onder
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9155
nombre de primes et d’avantages octroyés (cf. article 78, § 2, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984).
meer de werkgeversbijdragen, alsook een aantal premies en toegekende voordelen niet begrepen (cf. artikel 78, § 2, van het koninklijk besluit van 28 september 1984).
1. Combien de délégués syndicaux permanents, au sens précité, comptent votre(vos) Service(s) public(s) fédéral(aux) et les autres services fédéraux relevant de votre compétence ?
1. Kan u meedelen hoeveel vaste vakbondsafgevaardigden in hoger vermelde zin uw Federale Overheidsdienst(en) en in de andere overheidsdiensten die onder uw gezag ressorteren, tellen ?
` combien s’élevaient les dépenses non rembour2. A sées par les syndicats et payées en 2003 par les autorités fédérales pour ces membres du personnel (entre autres les cotisations patronales) ?
2. Hoeveel bedroegen de niet door de vakorganisaties terugbetaalde uitgaven die de federale overheid in 2003 deed voor deze personeelsleden (onder meer werkgeversbijdragen) ?
3. a) De quels comités, créés pour les services publics concernés relevant de votre compétence, les délégués syndicaux font-ils partie ?
3. a) Van welke comités die voor de betreffende onder uw gezag ressorterende overheidsdiensten werden opgericht, maken vakbondsafgevaardigden deel uit ?
b) Quelles indemnités ont-ils reçues à cet effet en 2003 ?
b) Welke vergoedingen ontvingen zij hiervoor in het jaar 2003 ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 15 décembre 2004, à la question no 526 de M. Guy D’haeseleer du 3 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 15 december 2004, op de vraag nr. 526 van de heer Guy D’haeseleer van 3 november 2004 (N.) :
L’honorable membre voudra bien trouver ci-après, la réponse aux questions posées.
Het geachte lid gelieve hierna een antwoord te vinden op de door hem gestelde vragen.
1. Au SPF finances, treize membres du personnel sont, au 1er novembre 2004, agréés en qualité de délégués permanents.
1. Bij de Federale Overheidsdienst Financie¨n zijn er, op 1 november 2004, dertien personeelsleden erkend als vaste afgevaardigde.
2. Pour ce qui concerne le SPF finances, le montant total non remboursé au Service central des dépenses fixes pour l’année 2003 par les organisations syndicales représentatives s’élève à 294 118 euros. Ce montant s’explique par le fait que trois organisations syndicales représentatives ont obtenu, pour au total cinq de leurs délégués permanents, une dispense de remboursement des sommes payées à ceux-ci en application de l’article 4 de l’arrêté royal du 20 avril 1999 (Moniteur belge du 12 mai 1999) portant exécution de l’article 18, alinéa 3, de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités.
2. Wat betreft de Federale Overheidsdienst Financie¨n bedroeg het totale bedrag, voor het jaar 2003, dat niet door de representatieve vakorganisaties aan de Centrale Dienst der Vaste Uitgaven werd teruggestort 294 118 euro. Dit bedrag wordt verklaard door het feit dat de drie representatieve vakorganisaties samen voor vijf van hun vaste afgevaardigden een vrijstelling van terugbetaling hebben bekomen van de aan hun betaalde sommen, door toepassing van artikel 4 van het koninklijk besluit van 20 april 1999 (Belgisch Staatsblad van 12 mei 1999) tot uitvoering van artikel 18, derde lid, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9156
3. a) La question ne concerne que les organisations syndicales représentatives puisque seules celles-ci siègent dans les comités de négociation et de concertation (articles 7 et 8 de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités). Chaque organisation syndicale compose librement sa délégation, par exemple en fonction des points inscrits à l’ordre du jour de la réunion du comité (article 21, § 3 et 43, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974). De plus, la délégation d’une organisation syndicale peut même être composée de personnes étrangères à un service public ou de membres du personnel de quelque service que ce soit (Rapport au Roi, Moniteur belge du 20 octobre 1984, p. 14048). Il n’est donc pas possible de déclarer qu’un délégué permanent « fait partie » d’un ou plusieurs comités de négociation ou de concertation.
3. a) De vraag betreft enkel de representatieve vakorganisaties daar alleen zij zitting hebben in de onderhandelings- en overlegcomités (artikelen 7 en 8 van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel). Elke vakorganisatie stelt vrij haar afvaardiging samen bijvoorbeeld naargelang de punten die op de dagorde van de vergadering van het comité worden vermeld (artikelen 21, § 3 en 43, van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974). Bovendien kan de afvaardiging van een vakorganisatie zelfs worden samengesteld uit personen vreemd aan een overheidsdienst of uit personeelsleden van welke dienst ook (Verslag aan de Koning, Belgisch Staatsblad van 20 oktober 1984, blz. 14048). Het is dus niet mogelijk om te verklaren dat een vaste afgevaardigde « deel uitmaakt » van een of meer onderhandelings- of overlegcomités.
b) Le statut syndical ne prévoit pas l’octroi d’indemnités aux délégués syndicaux.
b) Het vakbondsstatuut voorziet niet in het toekennen van vergoedingen aan de vakbondsafgevaardigden.
DO 2004200502770
DO 2004200502770
Question no 546 de M. Bart Tommelein du 29 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 546 van de heer Bart Tommelein van 29 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Utilité du « zakboekje 292 » (livret individuel 292).
Nut van « zakboekje 292 ».
Certains fonctionnaires de l’administration des Douanes et Accises du Service public fédéral Finances qui travaillent au port d’Anvers, m’ont signalé les faits suivants.
Een aantal werknemers van de federale overheidsdienst Financie¨n, administratie en Accijnzen in de haven van Antwerpen, brachten me op de hoogte van de volgende feiten.
Il s’avère que ces fonctionnaires sont obligés de remplir tous les trois mois un livret, « zakboekje 292 », parfois qualifié de « leugenboekje » (carnet de mensonges), dans lequel ils doivent inscrire — à la minute près — toutes leurs prestations. Les pages paires de ce livret servent à produire une copie au moyen d’un papier carbone, conformément à l’instruction D.I.223.101 du 1er septembre 1967.
De werknemers in kwestie dienen klaarblijkelijk elke drie maanden een boekje, « zakboekje 292 » of ook wel het « leugenboekje » genoemd, in te vullen waarin — tot op de minuut — moet worden genoteerd wat hij of zij heeft gepresteerd. De pare bladen van dit boekje dienen voor een doorslag door middel van carbonpapier, dit in overeenstemming met instructie D.I.223.101 daterend van 1 september 1967.
Ces livrets sont transmis à la direction ou` ils sont classés sans même être lus.
Deze boekjes worden toegezonden aan de directie waarop ze — zonder er enige inhoudelijke aandacht aan te besteden — worden opgeslagen.
Cette pratique appelle un certain nombre de questions, non seulement pour ce qui concerne la nécessité de témoigner d’un minimum de confiance envers les employés (les performances ne l’emportent-t-elles pas sur un relevé chronologique d’activités parfois même
Bij deze praktijk kan men een reeks vragen stellen, niet enkel in termen van de noodzaak van een minimaal vertrouwen in de werknemer (primeert prestatiegerichtheid niet boven een chronologisch overzicht van eventueel soms zelfs « vermeende » activiteit ?)
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9157
« fictives » ?), mais aussi et surtout en termes d’opportunité, de surcharge administrative et d’utilité de cette obligation. 1. Quel est votre avis sur ces obligations ?
maar vooral in termen van wenselijkheid, administratieve overlast en nut van deze verplichting. 1. Hoe ervaart u deze verplichtingen ?
2. Quelle est selon vous l’utilité du « zakbœkje 292 » ?
2. Hoe schat u het nut in van « zakboekje 292 » ?
3. Envisagez-vous de décharger les fonctionnaires concernés de cette obligation en supprimant ce livret ?
3. Overweegt u de werknemers van deze overlast te verlichten ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 13 décembre 2004, à la question no 546 de M. Bart Tommelein du 29 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 13 december 2004, op de vraag nr. 546 van de heer Bart Tommelein van 29 november 2004 (N.) :
Le roˆle essentiel du calepin 292 n’est pas de controˆler mais d’informer périodiquement les chefs hiérarchiques des prestations de leurs agents. Bien que l’instruction en question date de 1967, ce roˆle essentiel est, à ce jour, toujours d’actualité pour la détermination des besoins en personnel.
De essentie¨le rol van het zakboekje 292 is niet om te controleren maar om periodiek de hie¨rarchische meerderen te informeren over de activiteiten van hun ambtenaren. Ook al dateert de genoemde instructie van 1967, de essentie¨le rol ervan is nog steeds actueel ondermeer voor de berekening van de personeelsbehoeften.
Dans le cadre de la réforme Coperfin, il sera examiné comment cette information pourrait être obtenue d’une manière automatisée.
In het kader van de Coperfinhervorming wordt bekeken hoe die informatie op een geautomatiseerde manier kan worden bekomen.
L’utilisation du calepin 292 sera donc abandonnée dès que les nouveaux outils ICT de planification actuellement en développement seront opérationnels et ceci tant pour les controˆles physiques que comptables.
Het gebruik van het zakboekje 292 zal worden opgeheven zodra de nieuwe ICT-planningstools operationeel zijn die zowel voor de fysieke ais de boekhoudkundige controles in ontwikkeling zijn.
L’utilisation de ces outils est prévue dans le courant de 2006.
Het gebruik van die tools is voorzien in de loop van 2006.
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2003200432092
DO 2003200432092
Question no 350 de M. Guido De Padt du 8 septembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 350 van de heer Guido De Padt van 8 september 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Mobilisation de la police locale lors de rencontres de football.
Inzet van de lokale politie bij voetbalwedstrijden.
Il va de soi que la police est présente à proximité de tout grand rassemblement de personnes, de manière à régler la circulation, veiller à la sécurité en général et intervenir en cas d’atteinte à l’ordre public. Certaines manifestations sportives attirent véritablement la foule, aussi me semble-t-il absolument normal que la police y soit présente. Certains événements ont de plus
Het is evident dat de politie zich ophoudt in de nabijheid van elke grote volkstoeloop. De politie moet instaan voor verkeersregeling, veiligheid in het algemeen en zal optreden bij ordeverstoring. Bij bepaalde sportwedstrijden is er werkelijk heel veel volk en het lijkt mij dan ook normaal dat de politie bij die gelegenheden aanwezig is. Sommige evenementen hebben
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9158
un caractère particulièrement prestigieux, aussi importe-t-il de bien les préparer et d’y consacrer des moyens suffisants. S’agissant de football, les choses se passent très souvent d’une tout autre manière. Je constate par exemple que la zone de police de Grammont-Lierde doit fournir régulièrement des effectifs à l’occasion de matchs de football se déroulant à Lokeren ou Beveren. Et je constate aussi, en regardant la télévision, que le cadreur doit se donner beaucoup de peine pour trouver des spectateurs à filmer. En lisant ensuite le journal du lundi, j’apprends souvent que pas plus de 3 000 personnes étaient présentes dans le stade. Bon nombre de policiers ont d’ailleurs coutume de dire que, lors de ce genre de matchs, il y a finalement plus de policiers que de spectateurs. Il me semble qu’on omet trop souvent de soumettre la mobilisation des policiers à une évaluation externe et postérieure à l’événement. Il est fréquent qu’un renfort de police externe soit demandé alors que cela n’était absolument pas nécessaire. L’inutile mobilisation de ce personnel et le gaspillage que cela entraıˆne en termes d’heures de travail, hypothèquent le fonctionnement régulier d’autres corps. La mise en place de la structure CALOG à la police, était censée libérer un grand nombre d’agents de la police fédérale pour réduire l’HYCAP, mais ce n’est pas le cas selon toute évidence. La réalité est que les policiers de la zone Grammont-Lierde, par exemple, n’ont jamais été sollicités autant que ce dernier mois. En aouˆt, du personnel a été mis à disposition pour neuf services d’ordre en dehors de la zone susmentionnée, 21 personnes ayant été mobilisées à cette occasion. Or, les événements (touristiques) se déroulant sur le territoire propre requièrent également des effectifs. Et les policiers ont droit, eux aussi, à des congés. Selon moi, il convient donc de limiter le plus possible le recours à l’HYCAP, de manière à permettre à la police locale d’être active surtout (et, si possible, presque exclusivement) au niveau local. 1. Pourriez-vous m’indiquer pour les années 2002 et 2003, ainsi que pour le premier semestre 2004 : a) le nombre de policiers mobilisés lors de matchs de football de première et deuxième divisions, en opérant si possible une distinction selon le club; b) le nombre de policiers dont la présence a été jugée nécessaire parce qu’un match était qualifié de rencontre « à risques », autrement dit : quels effectifs supplémentaires ont été requis à la suite d’un niveau de risques accru et pour quels stades; c) le nombre de policiers détachés par des zones de police locales à cette occasion; d) l’HYCAP total fourni par la police locale, en précisant le pourcentage d’HYCAP fourni par chaque zone de police;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
trouwens een enorme uitstraling en het is belangrijk die goed voor te bereiden en voldoende middelen in te zetten. Heel dikwijls is voetbal een gans ander verhaal. Ik stel bijvoorbeeld vast dat de politiezone Geraardsbergen-Lierde regelmatig personeel moet leveren voor voetbalmatchen op Lokeren of Beveren. Als ik dan naar televisie kijk stel ik vast dat de cameraman een grote inspanning moet doen om wat toeschouwers in beeld te kunnen brengen. Op maandag lees ik in de krant dat er vaak niet meer dan 3 000 man in het stadion aanwezig was. Vele politiemensen zeggen regelmatig dat er bij manier van spreken meer politiemensen dan toeschouwers aanwezig waren bij dergelijke matchen. Naar mijn mening wordt de inzet van politiemensen veel te weinig extern gee¨valueerd na de gebeurtenis. Het gebeurt frequent dat externe versterking van politiemensen gevraagd wordt maar dat deze versterking helemaal niet nodig was. Het niet efficie¨nt inzetten van personeel en het morsen met uren hypothekeert de reguliere werking van andere korpsen. Gedacht werd dat de calogisering bij de politie een flink aantal politiemensen zou vrijmaken binnen de federale politie om de hycap te verminderen, doch blijkbaar is dit niet het geval. De realiteit is dat bijvoorbeeld de politiemensen van de zone Geraardsbergen-Lierde nooit zoveel werden gesolliciteerd als de laatste maand. In de maand augustus wordt er personeel geleverd voor negen ordediensten buiten voormelde zone waarbij 21 man ingezet wordt. Daartegenover staat dat ook de (toeristische) evenementen op het eigen grondgebied de nodige mankracht vergen. En ook politiemannen hebben recht op verlof. Er moet dus mijns inziens naar gestreefd worden om de hycap zoveel mogelijk te beperken, teneinde de lokale politie in staat te stellen vooral (en liefst bijna uitsluitend) op lokaal niveau actief te zijn. 1. Kan u mij voor de jaren 2002, 2003 en eerste helft 2004 meedelen : a) hoeveel politiemensen werden ingezet bij voetbalwedstrijden in eerste en tweede klasse, met zo mogelijk een onderscheid per club; b) hoeveel politiemensen noodzakelijk waren wegens het categoriseren van een wedstrijd als « risicomatch », het is te zeggen welk was de noodzaak aan bijkomende capaciteit tengevolge van een verhoogde risicograad, en voor welke stadions; c) hoeveel politiemensen er daarbij afgevaardigd werden door lokale politiezones; d) welke de totaal door de lokale politie geleverde hycap was, met de percentages geleverde hycap per politiezone; 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9159
e) le couˆt total estimé de la mobilisation policière lors de matchs de football, en distinguant les frais « normaux » (à savoir le couˆt de la capacité en temps normal) et les frais « exceptionnels » (entraıˆnés par un niveau de risques accru);
e) op hoeveel de totale kostprijs kan worden geraamd voor de inzet van politiemensen bij voetbalwedstrijden, met een opslitsing tussen de « normale » kosten (namelijk de kostprijs van de capaciteit in normale omstandigheden) en de « buitengewone » kosten (gemaakt tengevolge van een verhoogde risicograad);
f) le nombre d’évaluations externes de la mobilisation policière auxquelles il a été procédé ?
f) in hoeveel gevallen er een externe evaluatie gebeurde van de inzet van het politiepersoneel ?
2. a) Comptez-vous prendre des initiatives de manière à moins mobiliser à l’avenir les polices locales en dehors de leur zone propre ?
2. a) Wilt u inspanningen doen om de lokale politie minder te gaan benutten buiten de eigen zone ?
b) Dans l’affirmative, quelles seront ces initiatives ?
b) Zo ja, welke inspanningen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 350 de M. Guido De Padt du 8 septembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 350 van de heer Guido De Padt van 8 september 2004 (N.) :
1. Je voudrais tout d’abord préciser que la collecte de données relatives aux matches de football ne s’effectue pas tant en termes d’années, mais bien en termes de saisons de football. Ainsi, les chiffres figurant en annexe concernent les saisons 2001-2002, 20022003 et 2003-2004 et non les années 2002, 2003 et 2004 (première moitié). En outre, la collecte de données relatives au football a posé des problèmes pendant de nombreuses années. C’est pourquoi un nouveau système d’enregistrement a été mis au point pour la 1re division pour la saison 2003-2004. Seuls les chiffres pour cette saison sont complets et fiables. Pour les autres saisons, ainsi que pour la 2e division, les chiffres sont des plus incomplets, ce qui ne permet pas d’en tirer des conclusions cohérentes. En effet, certains services de police locale n’ont pas fourni de chiffres, d’autres ont donné des chiffres incomplets (concernant uniquement certains matches) ou des chiffres imprécis (impossible d’établir avec certitude si l’on a uniquement inclus les renforts ou son propre déploiement ou alors les deux, soit la mobilisation totale). Seuls les chiffres communiqués et donc enregistrès figurent en annexe.
1. Ik zou er vooreerst willen op wijzen dat de gegevensinzameling rond voetbalwedstrijden gebeurt in termen van voetbalseizoenen en niet zozeer in termen van jaren. De in bijlage opgenomen cijfers betreffen dan ook de seizoenen 2001-2002, 2002-2003 en 20032004, en niet de jaren 2002, 2003 en 2004. Daarnaast heeft de gegevensinzameling rond voetbalwedstrijden jarenlang voor problemen gezorgd. Dit heeft er toe geleid dat er een nieuw registratiesysteem werd ontwikkeld voor eerste klasse voor het seizoen 2003-2004. Het zijn enkel deze cijfers die volledig en betrouwbaar zijn. Voor de andere seizoenen, alsmede voor tweede klasse zijn de cijfers hoogst onvolledig, zodat hieruit geen sluitende conclusies kunnen worden getrokken. Sommige lokale politiediensten hebben immers geen cijfers aangeleverd, andere onvolledige cijfers (slechts voor enkele wedstrijden) of andere onduidelijke cijfers (geen duidelijkheid of men enkel de versterkingen heeft opgenomen, dan wel enkel de eigen inzet dan wel allebei, zijnde de totale inzet). Enkel de gecommuniceerde en dus geregistreerde cijfers zijn in bijlage opgenomen.
E´tant donné son caractère de pure documentation, il n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au greffe de la Chambre des représentants (service des Questions parlementaires).
Gezien het louter documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire vragen).
a) Les chiffres se trouvent à l’annexe 1. Il s’agit du total des chiffres fournis, ce qui ne représente pas nécessairement l’engagement total par saison. Certaines équipes n’ont pas joué pendant une ou plusieurs saisons en deuxième ou troisième division.
a) Deze cijfers vindt men terug in bijlage 1. Het gaat om het totaal van de aangeleverde cijfers, hetgeen niet noodzakelijk de totale inzet is per seizoen. Sommige ploegen speelden gedurende één of meerdere seizoenen niet in tweede of derde klasse;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9160
` la première b) Les chiffres se trouvent à l’annexe 2. A ligne, on trouve, pour chaque équipe, la mobilisation moyenne par match à risque et, à la deuxième ligne, l’engagement moyen pour les autres rencontres. Sont considérés comme matches à risques à l’échelon national depuis la saison 2003-2004, les matches où Anderlecht, le Standard, l’Antwerp et le FC Bruges jouent en déplacement. Seules ces rencontres ont été prises en compte à l’annexe 2. Cela n’empêche pas que, sur le plan local, d’autres critères soient appliqués, avec davantage de matches à risques à la clé. Il n’existe effectivement pas de critère national clairement arrêté pour déterminer un match à risques, puisqu’il s’agit principalement d’une compétence locale. La distinction entre matches à risques et matches qui ne sont pas à risques est opérée à l’échelon national lors de la collecte de données et ce, depuis la saison 2003-2004, ce qui fait qu’il n’y a pas de chiffres disponibles en la matière pour les saisons qui précèdent.
b) Deze cijfers vindt men terug in bijlage 2. Op de eerste lijn vindt men van elke ploeg de gemiddelde inzet per risicowedstrijd en op de tweede lijn de gemiddelde inzet voor de andere wedstrijden. Sinds het seizoen 2003-2004 worden op nationaal vlak als risicowedstrijden beschouwd : de wedstrijden waar Anderlecht, Standard, Antwerp en Club Brugge op verplaatsing spelen. Enkel deze wedstrijden werden in rekening gebracht in bijlage 2. Dit belet niet dat men op lokaal vlak andere criteria hanteert en tot meer risicowedstrijden komt. Er bestaat immers geen nationaal vaststaand criterium om een risicowedstrijd te bepalen, aangezien dit hoofdzakelijk een lokale bevoegdheid betreft. Het onderscheid tussen risicowedstrijden en nietrisicowedstrijden wordt op nationaal vlak bij de gegevensinzameling gemaakt vanaf het seizoen 2003-2004, zodat van de seizoenen ervoor dienaangaande geen cijfers beschikbaar zijn.
c) et d) Les chiffres figurent à l’annexe 3. Il s’agit des renforts apportés par zone pour des matches de football de la saison 2003-2004.
c) en d) Deze cijfers vindt men terug in bijlage 3. Het betreft de aangeleverde versterkingen per zone voor voetbalwedstrijden voor het seizoen 2003-2004.
e) II difficile de faire une estimation exacte du coût du déploiement policier, étant donné que cela dépend également de l’ancienneté des policiers mobilisés, du cadre auxquels ils appartiennent, du moment auquel ils ont été déployés, etc. Normalement, on ne comptabilise que le nombre d’effectifs engagés. Pour les 1re et 2e divisions, le coût total de la mobilisation des services de police s’élevait à 3 023 321,16 euros pour la saison 2003-2004. Ces chiffres sont calculés sur la base des données communiquées et enregistrées, ce qui signifie que le véritable coût est plus élevé. Grosso modo, le coût total (troisième division comprise) se chiffre environ à 7,5 à 8 millions d’euros par an, mais, étant donné que le déploiement policier dans le cadre de matches de football connaıˆt une lente tendance à la baisse, le coût est en train de diminuer lui aussi.
e) Het is moeilijk om exact de totale kostprijs te ramen van de politie-inzet, aangezien dit tevens afhangt van de ancie¨nniteit van de ingezette politiemensen, het kader waartoe ze behoren, het tijdstip waarop ze werden ingezet, etc. Normaal wordt enkel het aantal ingezette manschappen berekend. Voor eerste en tweede klasse samen bedroeg de totale kostprijs voor dé inzet van de politiediensten voor het seizoen 2002-2003 3 023 321,16 euro. Deze cijfers zijn berekend op de meegedeelde en geregistreerde gegevens, hetgeen betekent dat de werkelijke kostprijs hoger ligt. Grosso modo bedraagt de totale kostprijs (ook derde klasse) circa 7,5 à 8 miljoen euro per jaar, doch aangezien de politie-inzet rond voetbalwedstrijden langzaam aan een dalende trend kent, daalt ook de kostprijs.
f) Au cours de la saison 2002-2003, le Comité P a mené une étude sur l’ordre public dans le cadre de matches de football, étude qui concernait également l’engagement policier. Les résultats de cette étude sont repris dans le rapport rédigé par le Comité P.
f) Tijdens het seizoen 2002-2003 werd door het Comité P een studie uitgevoerd naar de openbare ordehandhaving rond voetbalwedstrijden, waarbij eveneens aandacht werd besteed aan de politieinzet. Voor de resultaten hiervan verwijs ik naar het opgestelde verslag door het Comité P.
En outre, à l’issue de chaque saison footballistique et en guise de préparation pour la prochaine saison, chaque zone de police est tenue de procéder à une évaluation approfondie de l’engagement policier. Ce mécanisme est régi par la Circulaire ministérielle OOP 38 du 24 octobre 2002 relative au déploiement efficace des services d’ordre lors de matches de football et relative à la gestion d’informations et aux missions des
Daarnaast dient ook elke politiezone na afloop van elk voetbalseizoen en ter voorbereiding van het nieuwe seizoen een grondige evaluatie te maken van de politieinzet. Dit mechanisme wordt geregeld in de ministerie¨le Omzendbrief OOP 38 van 24 oktober 2002 betreffende de efficie¨nte inzet van de ordediensten naar aanleiding van voetbalwedstrijden en betreffende de informatiehuishouding en de taken van de spotters. De
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9161
spotters. L’évaluation et les leçons qui en sont tirées doivent être communiquées au directeur-coordinateur administratif et à la Direction des Opérations et de l’Information en matière de police administrative de la direction générale de la police administrative de la Police fédérale.
evaluatie en de eruit getrokken lessen moeten overgemaakt worden aan de bestuurlijke directeurcoo¨rdinator en aan de directie Bestuurlijke Operaties en Informatie-huishouding van de algemene directie Bestuurlijke politie van de federale politie.
2. Efforts pour diminuer l’engagement de la police locale en dehors de sa zone
2. Inspanningen om de inzet van de lokale politie buiten haar zone te verminderen
Le gouvernement s’attelle depuis la réforme à effectivement diminuer les renforts qu’une zone doit fournir au profit d’une autre zone dont les moyens s’avèrent insuffisants, après épuisement de la réserve fédérale, pour gérer un événement d’une certaine envergure.
Sinds de hervorming wijdt de regering zich inderdaad aan het verminderen van de inspanningen die een zone moet leveren ten voordele van een andere zone, waarvan de middelen, na uitputting van de federale reserve, ontoereikend blijken te zijn, om een evenement van een bepaalde omvang te beheren. E´én van de eerste initiatieven na de hervorming van de politiediensten was bovendien de oprichting van het Veiligheidskorps teneinde de werkdruk van de lokale politiediensten bij het overbrengen en bewaken van gedetineerden te verminderen.
Une des premières initiatives après la réforme des services de police a d’ailleurs été la création du corps de sécurité afin de diminuer la charge de travail des polices locales dans le transfèrement et la surveillance des détenus. D’autre part, dès sa création en 2003, la Commission d’accompagnement de la réforme au niveau local a été chargée de proposer des mesures dans ce sens.
Anderzijds werd de Commissie ter begeleiding van de politiehervorming op lokaal niveau, vanaf haar oprichting in 2003, belast met het voorstellen van maatregelen hieromtrent.
Le Conseil des ministres extraordinaire des 30 et 31 mars 2004, conscient de l’influence de ces missions sur l’organisation journalière des polices locales, a également pris des décisions qui ont débouché sur une nouvelle directive contraignante (MFO-2) relative à la gestion de la capacité en personnel et à l’octroi de renfort par la police locale lors des missions de police administrative (capacité hypothéquée).
Zich bewust zijnde van de invloed van die opdrachten op de dagelijkse organisatie van de lokale politiediensten, heeft de bijzondere Ministerraad van 30 en 31 maart 2004 eveneens beslissingen genomen die uitliepen op een nieuwe dwingende richtlijn (MFO-2) betreffende het solidariteitsmechanisme tussen de politiezones inzake versterkingen voor opdrachten van bestuurlijke politie (gehypothekeerde capaciteit).
Les vecteurs qui doivent contribuer à une diminution de l’engagement externe des polices locales sont :
De vectoren die moeten bijdragen tot een verminderde externe inzet van de lokale politiediensten zijn :
— Un engagement minimal de la zone directement concernée par l’événement;
— Een minimale bezetting van de zone rechtstreeks bij het evenement is betrokken;
— Une mise en œuvre concentrique des moyens avec le recours à la capacité hypothéquée en dernière instance;
— Een concentrische inzet van middelen met, in laatste instantie, het inroepen van de gehypothekeerde capaciteit;
— Une meilleure évaluation des effectifs à mettre en œuvre avec une procédure concertée de révision en cas de demande ne tenant pas assez compte du principe d’économie des moyens;
— Een betere evaluatie van de effectieven gekoppeld aan een overlegprocedure ter herziening in geval de aanvraag niet voldoende rekening houdt met het principe om middelen te besparen;
— La mise en place d’un système de solidarité entre les zones ayant une équipe de football à risque sur leur territoire;
— De oprichting van een solidariteitssysteem tussen de zones die een risicovoetbalploeg op hun grondgebied hebben;
— Le recours plus systématique et plus souple à la réserve fédérale, notamment par la mise en place d’un corps d’intervention. Ce corps doit compter 300 membres de la police fédérale à la fin de cette année. Suivront 400 agents sur les deux années à venir.
— Het meer systematisch en eenvoudig inroepen van de federale reserve, met name door een Interventiekorps op te richten. Dit korps moet aan het einde van dit jaar 300 leden van de federale politie tellen. In de twee komende jaren zullen er nog 400 agenten volgen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
die
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1158
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9162
Ce corps d’intervention aura comme première mission d’être engagé en lieu et place de la capacité hypothéquée des zones. Cela constituera donc un appui indirect à toutes les zones qui devront moins fournir de renforts à l’extérieur de leur territoire.
De eerste opdracht van dit Interventiekorps bestaat erin taken uit te voeren ter vervanging van de gehypothekeerde capaciteit van de zones. Dit zal dus een onrechtstreekse steun vormen voor alle zones die minder inspanningen zullen moeten leveren buiten hun grondgebied.
Ces mesures ont permis de diminuer depuis juillet dernier le nombre total d’heures que les zones doivent réserver à ce type de missions. Ce plafond, représentant actuellement 1,2 % de la capacité opérationnelle des zones, devrait encore être revu à la baisse, à terme, lorsque les mesures précitées produiront pleinement leurs effets.
Die maatregelen hebben het mogelijk gemaakt om, sinds de afgelopen maand juli, het totale aantal uren dat de zones aan dit soort opdrachten moeten besteden, te verminderen. Dit plafond, dat momenteel overeenkomt met 1,2 % van de operationele capaciteit van de zones, zou op termijn nog moeten dalen, wanneer de voornoemde maatregelen hun resultaten volledig zullen afwerpen.
DO 2003200432170
DO 2003200432170
Question no 363 de Mme Marie Nagy du 17 septembre 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 363 van mevrouw Marie Nagy van 17 september 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Représentation du gouvernement au sein des entreprises, parastataux et autres organismes.
Vertegenwoordiging van de regering in bedrijven, parastatalen en andere organen.
1. Dans quels parastataux, entreprises, organismes, etc., votre département a-t-il désigné un commissaire, un délégué ou représentant du gouvernement ?
1. In welke parastatalen, bedrijven, organen en dergelijke heeft uw departement een commissaris, een afgevaardigde of een vertegenwoordiger van de regering aangesteld ?
2. Quelle est la base légale ou réglementaire de ses compétences ?
2. Wat is de wettelijke of de reglementaire grondslag van zijn bevoegdheden ?
3. Quelle est la base légale ou réglementaire de ses rémunérations et quel en est le montant ?
3. Wat is de wettelijke of de reglementaire grondslag van zijn bezoldiging en hoeveel bedraagt die ?
4. Quelle est la procédure mise en place entre vous et cette personne du point de vue des instructions données et de leur suivi, de la participation aux réunions, du rapportage, etc. ?
4. Welke praktische afspraken werden tussen uw departement en die afgevaardigde gemaakt in verband met de te volgen onderrichtingen en de bijhorende follow-up, de deelname aan vergaderingen, het opstellen van verslagen, enzovoort ?
5. a) Combien y a-t-il eu de suspensions de décisions par votre commissaire ou représentant du gouvernement depuis le début de la législature ?
5. a) Hoeveel beslissingen heeft uw commissaris of vertegenwoordiger sinds het begin van de regeerperiode geschorst ?
b) Dans quels cas et pourquoi ?
b) In welke gevallen en op grond waarvan ?
c) La suspension a-t-elle été confirmée par vous ?
c) Heeft u die schorsing(en) bekrachtigd ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 363 de Mme Marie Nagy du 17 septembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 363 van mevrouw Marie Nagy van 17 september 2004 (Fr.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vraag.
Il est répondu successivement aux questions pour chaque institution.
Voor elke instelling worden achtereenvolgens de vragen beantwoord.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9163
I. 1. Office national de sécurité sociale des administrations provinciales et locales. Un membre du personnel est nommé en qualité de commissaire du gouvernement à l’Office national et me représente également au comité technique relatif au régime des pensions du personnel communal, institué auprès du même Office national.
I. 1. Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten. Een personeelslid is benoemd als regeringscommissaris bij de Rijksdienst en vertegenwoordigt mij eveneens binnen het technisch comité inzake de pensioenregeling van het gemeentepersoneel, ingesteld bij dezelfde Rijksdienst.
2. L’arrêté royal du 14 novembre 2001 réglant les conditions de nomination et l’exercice de la mission des commissaires du gouvernement auprès des institutions publiques de sécurité sociale
2. Koninklijk besluit van 14 november 2001 tot regeling van de benoemingsvoorwaarden en de uitoefening van de opdracht van de regeringscommissarissen bij de openbare instellingen van sociale zekerheid.
3. En sa qualité de commissaire du gouvernement, l’intéressé perçoit un montant mensuel net de 110,03 euros.
3. Als regeringscommissaris ontvangt betrokkene maandelijks een netto bedrag van 110,03 euro.
Article 3 de l’arrêté royal du 14 novembre 2001.
Artikel 3 van het koninklijk besluit van 14 november 2001.
4. En ce qui concerne l’exercice de la fonction de commissaire du gouvernement et afin de lui permettre d’exercer sa mission de représentant du ministre qui l’a proposé, chaque commissaire du gouvernement conclut avec la personne chargée de la gestion journalière de l’institution publique de sécurité sociale signataire du contrat d’administration, un protocole de collaboration en vue de suivre l’exécution dudit contrat, ce en application des articles 6 et suivants de l’arrêté royal du 14 novembre 2001.
4. Wat betreft het uitoefenen van de functie van regeringscommissaris wordt er in toepassing van artikel 6 en volgende van het koninklijk besluit van 14 november 2001 door elke regeringscommissaris — teneinde hem toe te laten zijn opdracht als vertegenwoordiger van de minister die hem heeft voorgedragen, te vervullen — met de persoon belast met het dagelijks beheer van de openbare instelling van sociale zekerheid die de bestuursovereenkomst heeft ondertekend een samenwerkingsprotocol afgesloten om de uitvoering van deze overeenkomst te volgen.
Un protocole de collaboration entre l’administrateur général de l’Office national de sécurité sociale des administrations provinciales et locales et les commissaires du gouvernement a en l’occurrence été signé le 22 décembre 2003. ` ce jour, aucune décision n’a été suspendue. 5. A
In casu werd er een samenwerkingsprotocol tussen de administrateur-generaal van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en de regeringscommissarissen ondertekend op 22 december 2003.
II. 1. Commission des jeux de hasard. Un membre personnel est nommé membre effectif de Commission des jeux de hasard en qualité représentant du ministre de l’Intérieur pour terme de trois ans.
du la de un
2.
5. Tot op heden werden er nog geen beslissingen geschorst. II. 1. Kansspelcommissie. Een personeelslid is benoemd als gewoon lid van de Kansspelcommissie als vertegenwoordiger van de minister van Binnenlandse Zaken voor een termijn van drie jaar. 2.
— Loi du 7 mai 1999 (articles 10 et 23) sur les jeux de hasard, les établissements de jeux de hasard et la protection des joueurs.
— Wet van 7 mei 1999 (artikelen 10 en 23) op kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers.
— arrêté royal du 10 octobre 2003 (article 1er, e)) relatif à la composition, l’organisation et le fonctionnement de la Commission des jeux de hasard, ainsi qu’aux jetons de présence dont leurs membres et suppléants bénéficient (Moniteur belge du 15 octobre 2003).
— Koninklijk besluit van 10 oktober 2003 (artikel 1e) betreffende de samenstelling, de organisatie en de werking van de Kansspelcommissie, alsook betreffende het presentiegeld, waarvan de leden en hun plaatsvervangers genieten (Belgisch Staatsblad van 15 oktober 2003).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9164
3. Conformément à l’article 3 de l’arrêté royal du 10 octobre 2003, les membres et leurs suppléants ont droit à des jetons de présence de 62 euros par demi-journée de réunion de la Commission.
3. Overeenkomstig artikel 3 van het koninklijk besluit van 10 oktober 2003 hebben de leden en hun plaatsvervangers recht op 62 euro presentiegeld per vergadering van een halve dag van de commissie.
4. Pour cette fonction, il n’y a pas d’instructions imposées par la loi. ` ce jour, aucune décision n’a été suspendue. 5. A
4. Voor deze functie zijn er geen wettelijk opgelegde instructies voorhanden.
III. 1. Deux mandats d’administrateurs de la SA IDOC, sont réservés à des fonctionnaires du SPF Intérieur. La SA IDOC est chargée de la fabrication des cartes d’identité Belge.
III. 1. Twee mandaten van bestuurder bij de NV IDOC zijn voorbehouden aan ambtenaren van de FOD Binnenlandse Zaken. De NV IDOC is belast met de vervaardiging van de Belgische identiteitskaarten.
2. La désignation de ces deux administrateurs résulte des statuts de la SA IDOC.
2. De aanwijzing van deze twee bestuurders vloeit voort uit de statuten van de NV IDOC.
3. Ils ne reçoivent aucune rétribution ou tantième.
3. Zij ontvangen geen enkele bezoldiging of geen enkel winstaandeel.
4. Le Conseil d’administration de la S.A. IDOC s’est réuni 6 fois depuis le début de la législature.
4. De Raad van Bestuur van de NV IDOC heeft sinds het begin van de legislatuur 6 keer vergaderd.
5.
5.
5. Tot op heden werden er nog geen beslissingen geschorst.
a) et b) Lors d’une réunion du conseil d’administration en date du 19 juin 2003, un des administrateurs a fait part de son opposition au projet de recours au Conseil d’E´tat contre la décision attribuant le marché des cartes d’identité électroniques à une autre firme concurrente de IDOC.
a) en b) Tijdens een vergadering van de Raad van Bestuur op 19 juni 2003, heeft één van de bestuurders meegedeeld dat hij gekant was tegen het ontwerp van beroep bij de Raad van State tegen de beslissing om de opdracht van de elektronische identiteitskaarten toe te kennen aan een andere firma, die concurrent van IDOC is.
c) Le Conseil d’administration n’a pas tenu compte de la position prise par l’administrateur représentant le SPF Intérieur.
c) De Raad van Bestuur heeft geen rekening gehouden met het standpunt van de bestuurder die de FOD Binnenlandse Zaken vertegenwoordigt.
IV. 1. Le SPF Intérieur participe également au Comité de sécurité et de déontologie instauré par l’arrêté royal du 29 juillet 1985 relatif aux cartes d’identité.
IV. 1. De FOD Binnenlandse Zaken neemt eveneens deel aan het Comité voor veiligheid en deontologie, opgericht bij het koninklijk besluit van 29 juli 1985 betreffende de identiteitskaarten.
2.
2. — Les compétences du Comité de sécurité et de déontologie sont définies à l’article 11 de l’ arrêté royal du 29 juillet 1985 précité.
— De bevoegdheden van het Comité voor veiligheid en deontologie worden bepaald in artikel 11 van het voormelde koninklijk besluit van 29 juli 1985.
— La composition du Comité est fixée par arrêté ministériel du 6 décembre 2001 (Moniteur belge du 12 janvier 2001).
— De samenstelling van het Comité is vastgelegd bij ministerieel besluit van 6 december 2001 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2001).
3. Néant.
3. Nihil.
4. Le Comité de sécurité et de déontologie ne s’est pas encore réuni depuis le début de la législature.
4. Het Comité voor veiligheid en deontologie heeft nog niet vergaderd sinds het begin van de legislatuur.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9165
5. Pas d’objet.
5. Zonder voorwerp.
V. 1. Un membre du personnel du SPF Intérieur participe aux réunions de l’ASBL Association nationale pour la protection contre l’incendie et l’intrusion (ASBL ANPI).
V. 1. Een personeelslid van de FOD Binnenlandse Zaken neemt deel aan de vergaderingen binnen de VZW Nationale Vereniging ter voorkoming van Brand en Binnendringing (VZW NVBB).
2. Cette représentation découle des statuts de l’ASBL ANPI, tels que publiés au Moniteur belge du 17 avril 1975.
2. Deze vertegenwoordiging komt voort uit de statuten van de VZW NVBB, zoals ze in het Belgisch Staatsblad van 17 april 1975 staan vermeld.
3. Les prestations effectuées au sein de l’ASBL ANPI ne sont pas rémunérées.
3. De prestaties binnen de VZW NVBB worden niet vergoed.
4. Les supérieurs hiérarchiques sont informés au moyen de rapports, de notes et de communications orales.
4. Bij wijze van rapporten, nota’s en mondelinge communicatie worden de hie¨rarchische oversten op de hoogte gesteld.
` ce jour, aucune décision n’a été suspendue. 5. A
5. Tot op heden werden er nog geen beslissingen geschorst.
VI. 1. Un membre du personnel du SPF Intérieur participe aux réunions de la Fondation Ghislenghien, créée suite à l’explosion de gaz survenue à Ghislenghien.
VI. 1. Een personeelslid van de FOD Binnenlandse Zaken neemt deel aan de vergaderingen binnen de Stichting Gellingen, opgericht naar aanleiding van de gasexplosie in Gellingen.
2. Cette représentation découle des statuts de la Fondation Ghislenghien, tels que publiés au Moniteur belge du 24 septembre 2004.
2. Deze vertegenwoordiging komt voort uit de statuten van de Stichting Gellingen, zoals ze in het Belgisch Staatsblad van 24 september 2004 staan vermeld.
3. Les prestations effectuées au sein de la Fondation Ghislenghien ne sont pas rémunérées.
3. De prestaties binnen de Stichting Gellingen worden niet vergoed.
4. Les supérieurs hiérarchiques sont informés au moyen de rapports, de notes et de communications orales.
4. Bij wijze van rapporten, nota’s en mondelinge communicatie worden de hie¨rarchische oversten op de hoogte gesteld.
` ce jour, aucune décision n’a été suspendue. 5. A
5. Tot op heden werden er nog geen beslissingen geschorst.
VII. 1. Je suis également représenté au Comité de gestion de l’Institut géographique national, pour une période de quatre ans au plus, à partir du 8 janvier 2004.
VII. 1. Ik ben eveneens vertegenwoordigd in het Beheerscomité van het Nationaal Geografisch Instituut, voor een periode van hoogstens vier jaar, vanaf 8 januari 2004.
2. Arrêté du ministre de la Défense nationale du 10 mars 2004.
2. Besluit van de minister van Landsverdediging van 10 maart 2004.
3. Ce mandat n’est pas rémunéré.
3. Dit mandaat is niet bezoldigd.
4. Les rapports des réunions de ce Comité sont transmis au ministre de la Défense nationale qui exerce la tutelle sur cet institut. Le mandaté fait lui-même rapport à moi lorsque la nécessité le requiert — notamment lorsqu’une démarche est attendue de la part de mon SPF — ce qui ne s’est pas encore produit jusqu’à présent.
4. De verslagen van de vergaderingen van dit Comité worden aan de minister van Landsverdediging bezorgd, die het toezicht op dit instituut uitoefent. De afgevaardigde brengt, indien nodig, zelf verslag uit bij mij — met name wanneer mijn FOD stappen moet ondernemen — wat tot op heden nog niet gebeurd is.
5. Pas d’objet.
5. Zonder voorwerp.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9166
VIII. 1. Un membre du personnel du SPF Intérieur à été désigné en tant qu’expert ayant des connaissances approfondies de la législation électorale et du contentieux s’y rapportant, au mandat de membre (avec voix consultative) de la Commission chargée du renouvellement des organes du culte musulman. 2. — Désignation par arrêté ministérielle du 23 septembre 2004 (ministre de la Justice), publié par extrait au Moniteur belge du 27 septembre 2004. — Loi du 20 juillet 2004 portant création d’une Commission chargée du renouvellement des organes du culte musulman. 3. Ce mandat n’est pas rémunéré, dans la mesure où les réunions de cette commission ont lieu durant les heures de service. 4. La Commission exerce sa mission en toute indépendance et je ne reçois pas des rapports sur la teneur des discussions en son sein. Les procèsverbaux des réunions de la Commission sont communiqués, pour information, à Mme la ministre de la Justice et à l’Exécutif des musulmans de Belgique. 5. Pas d’objet.
VIII. 1. Een personeelslid van de FOD Binnenlandse Zaken werd, als deskundige met een grondige kennis van de kieswetgeving en de desbetreffende geschillen, aangewezen als lid (met raadgevende stem) van de Commissie belast met de hernieuwing van de organen van de islamitische eredienst.
DO 2003200432175
DO 2003200432175
Question no 366 de M. Filip De Man du 17 septembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Emploi des langues dans les services de police. Dans la nuit du samedi 4 septembre 2004, la police a été avertie à 23 h 30 d’un vol en cours sur le site industriel de Haasrode. Le témoin a été mis en communication avec l’unité de circulation du Brabant ou` son interlocuteur comprenait à peine le néerlandais.
L’honorable membre voudra bien trouver ci-après les réponses à sa question.
Vraag nr. 366 van de heer Filip De Man van 17 september 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Taalgebruik bij de politiediensten. In de nacht van zaterdag 4 september 2004 werd de politie om 23.30 uur verwittigd van een aan de gang zijnde diefstal op het industrieterrein van Haasrode. De getuige werd doorverbonden met de verkeerseenheid van Brabant alwaar de persoon die hem te woord stond amper Nederlands begreep. Waarom krijgt een Vlaming die in een Vlaamse gemeente een diefstal opmerkt, een politieman aan de lijn die nauwelijks Nederlands begrijpt ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 366 van de heer Filip De Man van 17 september 2004 (N.) : Het geachte lid kan hierna de antwoorden vinden op de gestelde vraag :
Nature des faits La nuit du samedi 4 septembre 2004 au dimanche 5 septembre 2004, un appel téléphonique est arrivé au
Aard van de feiten In de nacht van zaterdag 4 september 2004 op zondag 5 september 2004, kwam er een telefonische op-
Pourquoi un Flamand qui est témoin d’un vol dans une commune flamande est-il mis en communication avec un policier qui comprend à peine le néerlandais ? Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 366 de M. Filip De Man du 17 septembre 2004 (N.) :
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. — Aanwijzing door ministerieel besluit van 23 september 2004 (minister van Justitie), bekendgemaakt bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad van 27 september 2004. — Wet van 20 juli 2004 tot oprichting van een Commissie belast met de hernieuwing van de organen van de islamitische eredienst. 3. Dit mandaat is niet bezoldigd, aangezien de vergaderingen van deze commissie tijdens de diensturen plaatsvinden. 4. De Commissie oefent haar opdracht onafhankelijk uit en ik ontvang geen verslagen over de inhoud van de discussies binnen de Commissie. De notulen van de vergaderingen van de Commissie worden, ter informatie, meegedeeld aan mevrouw de minister van Justitie en aan het Executief van de Moslims van Belgie¨. 5. Zonder voorwerp.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9167
centre de communications du Service de coordination et d’appui de Bruxelles, qui dispatche entre autres les équipes de la police de la route, concernant des agissements suspects autour de l’autoroute E 40 à Haasrode. Une équipe a été envoyée sur place, mais elle n’a rien trouvé. Peu après l’appelant a téléphoné à nouveau en disant qu’il avait vu passer l’équipe et précisant qu’il ne se trouvait pas sur l’autoroute, mais bien près d’un garage Volvo à coˆté de l’autoroute. L’agent lui a précisé que ce garage ne se trouvait pas sur son territoire de compétence et qu’une autre unité était responsable de ce territoire. Suite à ces propos, l’appelant a raccroché en annonçant qu’il ferait part de cet incident à la presse. Notre agent n’a pas eu le temps d’informer l’appelant qu’il informerait l’unité de police compétente à savoir le Service de coordination et d’appui de Leuven.
Problématique du bilinguisme
roep binnen bij het communicatiecentrum van de Coo¨rdinatie- en Steundienst Brussel, die onder anderen de ploegen van de wegpolitie dispatcht, in verband met verdachte handelingen in de omgeving van de autosnelweg E 40 te Haasrode. Een ploeg werd ter plaatse gestuurd, maar zag de oproeper niet. Nadien belde de oproeper terug met de melding dat hij de ploeg had zien voorbijrijden en met de melding dat hij niet op de autosnelweg staat maar nabij een Volvogarage naast de autosnelweg. De agent deelde hem mee dat deze garage zijn grondgebied niet was, en dat het een ander eenheid is die verantwoordelijk is voor dat grondgebied. Hierop haakte de oproeper kwaad in met de melding dat hij met dit voorval naar de pers gaat stappen. Onze agent heeft zelfs niet de tijd gehad om de oproeper mee te delen dat hij de bevoegde politie-eenheid (Coo¨rdinatie- en Steundienst van Leuven) ging inlichten.
Tweetaligheidsproblematiek
De par l’organisation du service, un agent unilingue francophone a répondu à l’appel, mais d’autres collègues bilingues étaient présents.
Door de organisatie van de dienst heeft een eentalige Franstalige agent de telefoon beantwoord, zelfs als er in de nabijheid tweetalige collega’s aanwezig waren.
La mise en place du Centre d’information et de communication Astrid RBC (Région BruxellesCapitale) est actuellement en cours. Cette mise en œuvre a pour conséquence qu’une partie des opérateurs habituels du centre de communication du CSD Bruxelles a déjà été transférée vers le CIC Astrid Bruxelles. Par ailleurs, d’autres membres du centre de communication du CSD Bruxelles ont fait mutation vers d’autres services de police, conformément à leurs droits statutaires. Le centre de communication du CSD a donc dû être renforcé par du personnel temporaire.
De in werking stelling van het Communicatie- en Informatiecentrum Astrid BHG (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) is momenteel volop bezig. Deze inplaatsstelling heeft als gevolg dat een gedeelte van de gewoonlijke operators van het communicatiecentrum van de CSD Brussel reeds getransfereerd werd naar het CIC Astrid BHG. Daarenboven hebben andere leden van het communicatiecentrum van de CSD Brussel mutatie gedaan naar andere politiediensten, conform aan hun statutaire rechten. Het communicatiecentrum van de CSD moest dus versterkt worden met tijdelijk personeel.
Celui-ci étant recruté sur base volontaire et pour une durée temporaire, il n’est pas toujours bilingue. Cette situation devrait se normaliser à moyen terme par le remplacement progressif des membres unilingues par d’autres bilingues.
Vermits dit personeel op vrijwillige basis en voor beperkte tijd gerekruteerd wordt, is het niet altijd tweetalig. Deze toestand zou zich op middellange termijn moeten normaliseren door de vervanging van de eentalige leden door tweetaligen.
` plus long terme, lorsque le CIC Astrid RBC sera A opérationnel, le problème du bilinguisme sera résolu étant donné que les opérateurs recrutés seront tous bilingues.
Op langere termijn, eens dat het Astrid CIC operationeel zal zijn, zal de problematiek van de tweetaligheid opgelost zijn daar alle aangeworven operatoren tweetalig zullen zijn.
Cela n’est d’application dans l’ancienne province du Brabant que pour le CIC Astrid Bruxelles; le personnel qui sera engagé dans les CIC de Wavre ou de Louvain ne doit pas être légalement bilingue.
Dit geldt in de oude provincie Brabant enkel voor het CIC Astrid Brussel; het personeel dat tewerkgesteld zal zijn in de CIC’s van Leuven of Waver is wettelijk niet verplicht tweetalig te zijn.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9168
DO 2003200432205
DO 2003200432205
Question no 369 de M. Bart Laeremans du 21 septembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 369 van de heer Bart Laeremans van 21 september 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Mandats d’administrateur des membres du gouvernement.
Bestuursmandaten van regeringsleden.
1. Pouvez-vous donner un aperçu de toutes les entreprises et ASBL au sein desquelles vous exercez un mandat d’administrateur ?
1. Kan u een overzicht geven van alle bedrijven en VZW’s waar u een bestuursmandaat uitoefent ?
2. Pouvez-vous indiquer, pour chaque mandat, depuis quand vous exercez ce mandat ?
2. Kan bij elk mandaat worden aangegeven sinds wanneer het werd bekomen ?
3. Pouvez-vous préciser, pour chaque mandat, s’il est rémunéré ou non ?
3. Kan bij elk mandaat worden aangeduid of het bezoldigd is of niet ?
4. Des changements se sont-ils produits dans l’exercice de certains mandats depuis votre prestation de serment ?
4. Waren er wijzigingen in de uitoefening van bepaalde mandaten sinds uw eedaflegging ?
5. a) Le premier ministre a-t-il donné son autorisation pour la poursuite de l’exercice de certains mandats ?
5. a) Werd er voor de eventuele voortzetting van bepaalde mandaten toestemming verleend door de eerste minister ?
b) Dans l’affirmative, pour quels mandats ?
b) Zo ja, voor welke ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 369 de M. Bart Laeremans du 21 septembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 369 van de heer Bart Laeremans van 21 september 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer ce qui suit à l’honorable membre.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
La réponse à cette question sera formulée par la Chancellerie du premier ministre. (Question no 54 du 21 septembre 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 51, p. 7752.)
Het antwoord op deze vraag zal geformuleerd worden door de Kanselarij van de eerste minister. (Vraag nr. 54 van 21 september 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 51, blz. 7752.)
DO 2004200502396
DO 2004200502396
Question no 397 de Mme Trees Pieters du 12 octobre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 397 van mevrouw Trees Pieters van 12 oktober 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Obligation d’autorisation à laquelle les conseillers en sécurité sont soumis.
Vergunningsplicht veiligheidsadviseurs.
La nouvelle loi relative aux conseillers en sécurité rédigée par le ministre de l’Intérieur comporte d’importantes imprécisions.
Aangaande de nieuwe wet in verband met veiligheidsadviseurs die de minister van Binnenlandse Zaken uitgeschreven heeft, bestaan belangrijke onduidelijkheden.
Tout d’abord, la définition du conseiller en sécurité est trop générale, de sorte qu’elle permet différentes interprétations. Le champ d’application n’est pas non plus clairement précisé.
Ten eerste is de definitie van wie als veiligheidsadviseur wordt beschouwd te algemeen zodat er veel ruimte is voor verschillende interpretaties en is ook het toepassingsgebied niet duidelijk.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9169
Deuxièmement, les normes de qualité auxquelles un conseiller en sécurité doit satisfaire n’ont pas encore été fixées. Les entreprises du secteur concerné n’ont donc aucune idée des critères décisifs pour l’obtention de l’autorisation.
Ten tweede zijn de kwaliteitsnormen waaraan een veiligheidsadviseur moet voldoen nog niet uitgewerkt. Dus hebben de bedrijven uit de sector geen idee wat de beslissende criteria zullen zijn om de vergunning tot veiligheidsadviseur te behalen.
Troisièmement, les dispositions transitoires posent problème, aucune procédure n’ayant en effet été prévue pour les entreprises créées après février 2003. Peuvent-elles également exercer leurs activités dans l’attente de l’obtention de leur autorisation définitive ?
Ten derde is er een probleem met de overgangsbepalingen, er is immers geen procedure voor bedrijven die na februari 2003 werden opgericht. Kunnen zij ook hun activiteiten uitoefenen in afwachting van hun definitieve vergunning ?
1. Pourriez-vous résoudre les problèmes susmentionnés afin de mettre un terme à l’insécurité juridique des personnes concernées ?
1. Kan u een antwoord geven op voornoemde problemen opdat een einde komt an de rechtsonzekerheid van de betrokkene ?
2. Dans le cadre des solutions que vous apporterez aux problèmes posés par cette loi, tiendrez-vous également compte de la simplification administrative ?
2. Zal u bij het aanbrengen van oplossingen aangaande deze wet ook rekening houden met de administratieve vereenvoudiging ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 397 de Mme Trees Pieters du 12 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 397 van mevrouw Trees Pieters van 12 oktober 2004 (N.) :
Les problèmes auxquels l’honorable membre fait référence seront prochainement résolus en grande partie par un certain nombre d’adaptations de la loi réglementant la sécurité privée, lesquelles seront apportées au moyen de la loi-programme (voir : Doc. parl., Chambre, 2004-2005, no 1437/1 et suivant).
De knelpunten waarnaar Mevrouw de volksvertegenwoordiger verwijst zullen binnenkort grotendeels worden ontkracht door een aantal bijsturingen van de wet tot regeling van de private veiligheid bij wijze van de programmawet (zie : Parl. St., Kamer, 2004-2005, nr. 1437/1 en volgende).
1. En ce qui concerne la définition des personnes pouvant être considérées comme conseillers en sécurité, je peux vous communiquer que le champ d’application de la réglementation sera plus clairement délimité par le biais de différentes adaptations.
1. Zo kan ik u in verband met de definitie van wie als veiligheidsadviseur wordt beschouwd melden dat door middel van een aantal aanpassingen het toepassingsgebied van de regelgeving duidelijker zal worden afgebakend.
a) Tout d’abord, les entreprises qui fournissent des services de conseils en sécurité relatifs à des systèmes informatiques ne seront plus visées par la loi réglementant la sécurité privée. E´tant donné son caractère international, ce secteur est en effet de plus en plus réglementé par le biais du droit européen. Une suppression de l’obligation d’autorisation pour ces entreprises permet dès lors d’éviter que la réglementation belge n’entre en conflit avec la politique informatique européenne. Cette mesure permettra dès lors de régler la situation de toutes les sociétés d’informatique qui ont introduit une demande d’autorisation (environ 20 % du total de tous les dossiers introduits). Il convient néanmoins de souligner que la suppression de l’obligation d’autorisation n’empêche pas les sociétés d’informatique de demander une autorisation de leur propre gré.
a) Vooreerst zullen de ondernemingen die diensten van veiligheidsadvies verstrekken met betrekking tot informaticasystemen, niet langer worden geviseerd door de wet tot regeling van de private veiligheid. Gezien haar internationale karakter wordt deze sector immers in toenemende mate gereguleerd via het Europese recht. Een afschaffing van de vergunningsplicht voor deze ondernemingen zorgt er dan ook voor dat de Belgische regelgeving niet in conflict komt met het Europese informaticabeleid. Door deze maatregel zal de situatie voor alle informaticabedrijven die een aanvraag tot vergunning indienden (ongeveer 20 % van het totaal van alle ingediende dossiers) dan ook worden uitgeklaard. Er moet evenwel worden opgemerkt dat het afschaffen van de vergunningsplicht de ondernemingen die gespecialiseerd zijn in het beveiligen van informaticatoepassingen, er niet van weerhoudt om op vrijwillige basis een vergunning aan te vragen.
b) Ensuite, la loi réglementant la sécurité privée contiendra une définition précise de la notion de « tiers ». Il n’est en effet pas rare que de grandes
b) Vervolgens zal er in de wet tot regeling van de private veiligheid een precieze omschrijving van de notie « derde » worden opgenomen. Vaak is het
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1159
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9170
entreprises coordonnent leur politique de sécurité pour l’ensemble du groupe à partir d’une seule entreprise. En précisant la notion de « tiers » au sens des articles 11 et 12 du Code des Sociétés, les sociétés associées de grandes entreprises ne seront plus considérées comme des tiers. Aussi ces entreprises auront-elles la possibilité d’exercer, au niveau interne, des activités de conseils en sécurité sans qu’une autorisation ne soit requise. Le champ d’application de la législation ne posera dès lors plus de problème pour ce groupe cible non plus.
immers zo dat grote ondernemingen hun veiligheidsbeleid voor de gehele groep coo¨rdineren vanuit één onderneming. Door de precisering van het begrip « derde », in de zin van de artikelen 11 en 12 van het Wetboek van Vennootschappen, zullen geassocieerde vennootschappen van omvangrijke ondernemingen niet langer als derde worden beschouwd. Zodoende wordt aan deze ondernemingen de mogelijkheid geboden om op intern vlak activiteiten van veiligheidsadvies uit te voeren, zonder dat er een vergunning is vereist. Op deze wijze is het toepassingsgebied van de wetgeving ook voor deze doelgroep niet langer problematisch.
2. En ce qui concerne les normes de qualité auxquelles les entreprises de conseils en sécurité doivent répondre, la loi-programme apporte également une solution. La disposition existante prévoit qu’une autorisation est délivrée après que l’entreprise de conseils en sécurité a démontré sa qualité professionnelle. C’est un organisme de formation désigné qui procède à l’examen de la qualité professionnelle. Ces normes de qualité professionnelle doivent être approuvées par le ministre de l’Intérieur, sur la proposition des organisations professionnelles d’entreprises de conseils en sécurité.
2. Ook in verband met de kwaliteitsnormen waaraan de ondernemingen voor veiligheidsadvies moeten voldoen werd er in de programmawet een oplossing uitgewerkt. De bestaande bepaling voorziet dat een vergunning wordt uitgereikt nadat ook de beroepskwaliteit door de onderneming voor veiligheidsadvies is aangetoond. Dit dient te gebeuren door de toetsing van de beroepskwaliteit door een aangeduid certificatieorganisme. Deze normen van beroepskwaliteit moeten worden goedgekeurd door de minister van Binnenlandse Zaken, op voorstel van de beroepsorganisaties van ondernemingen voor veiligheidsadvies.
L’objectif principal de cette disposition consiste à protéger le consommateur des entreprises qui proposent des services de conseils en sécurité sans disposer d’une connaissance de la matière. E´tant donné que les conseils en sécurité s’inscrivent dans le cadre de la politique globale des autorités en matière de sécurité intégrale et intégrée, il importe de préserver le client des services de moindre qualité.
Het hoofddoel van deze bepaling is het behoeden van de consument voor ondernemingen die zonder kennis van zaken diensten van veiligheidsadvies aanbieden. Gezien dergelijk advies kadert in het globale overheidsbeleid inzake geı¨ntegreerde en integrale veiligheid, is het belangrijk om de klant te beschermen tegen niet-kwaliteitsvolle dienstverlening.
Cet objectif peut toutefois être atteint par l’introduction d’un label de qualité octroyé par le ministre de l’Intérieur, sans que cette exigence de qualité ne constitue une condition d’autorisation. Ce label de qualité peut être octroyé sur la base de certificats de qualité déjà prévus sur le marché et ce, en concertation avec le secteur privé. Ces certificats de qualité peuvent être des normes existantes (comme les normes visant à évaluer le degré de satisfaction des clients ou les normes ISO) ou, pour les entreprises locales par exemple, des évaluations réalisées par les conseillers en technoprévention dans les zones de police locale. Graˆce à ce label, le consommateur peut opérer un choix parmi des entreprises qui conviennent. Cette option s’inscrit par ailleurs dans les dispositions européennes en matière de co-régulation, ainsi que dans le rapport Mandelkern de 2001, reconnu par le Conseil européen en la matière.
Deze doelstelling kan echter worden bereikt door het instellen van een kwaliteitslabel dat toegekend wordt door de minister van Binnenlandse Zaken, zonder dat deze kwaliteitsvereiste ook een vergunningsvoorwaarde uitmaakt. Dit kwaliteitslabel kan worden toegekend op basis van reeds op de markt voorziene kwaliteitscertificaten, en dit in overleg met de private sector. Deze kwaliteitscertificaten kunnen bestaande normen betreffen (zoals normen die de klantbevrediging peilen of ISO-normen) of, bijvoorbeeld voor lokale ondernemingen, evaluaties door technopreventieve adviseurs bij de lokale politiezones. Via dit label kan de consument zijn keuze maken voor geschikte ondernemingen. Deze optie past bovendien ook in hetgeen op Europees vlak is voorzien inzake coregulering en in het door de Europese Raad terzake erkende Mandelkern-rapport uit 2001.
En dissociant le label de qualité des conditions d’autorisation, il est également mis un terme aux imprécisions relatives aux conditions d’obtention d’une autorisation.
Door het kwaliteitslabel los te koppelen van de vergunningsvereisten verdwijnt dan ook de onduidelijkheid omtrent de verplichtingen waaraan met moet voldoen om een vergunning te verkrijgen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9171
3. En ce qui concerne la question de l’honorable membre relative à la disposition transitoire, je peux vous communiquer que cette disposition sera également adaptée par le biais de la loi-programme. Cette dernière stipule en effet que les entreprises de conseils en sécurité peuvent poursuivre leurs activités pendant la période précédant la notification de la décision relative à leur dossier, si elles ont introduit une demande d’autorisation dans les deux mois suivant la date d’entrée en vigueur de la loi-programme.
3. Betreffende de vraag van het geachte lid over de overgangsregeling kan ik u melden dat ook deze bepaling zal worden aangepast door middel van de programmawet. Zo bepaalt de programmawet dat de ondernemingen voor veiligheidsadvies, indien ze een aanvraag tot vergunning hebben ingediend binnen twee maanden na de inwerkingtreding van de programmawet, hun activiteiten kunnen voortzetten gedurende de periode voorafgaand aan de beslissing omtrent hun dossier.
Cette possibilité offre une solution non seulement aux entreprises qui ont été créées entre la date de référence du 1er février 2003 et la date d’entrée en vigueur de la loi, mais aussi à celles qui, en raison de la période de congés, n’étaient pas en mesure d’introduire leur demande à la date du 3 août 2003.
Dit biedt zowel een oplossing voor de ondernemingen die werden opgericht tussen de referentiedatum van 1 februari 2003 en de inwerkingtreding van de wet, als voor de ondernemingen die gezien de verlofperiode niet in staat waren om hun aanvraag op 3 augustus 2003 in te dienen.
4. Je souhaite enfin insister sur le fait qu’il a effectivement été tenu compte de la simplification de l’administration, dans la recherche d’une solution aux problèmes que vous avez soulevés. Ainsi, la loi réglementant la sécurité privée prévoira par exemple une procédure plus souple pour les décisions à caractère peu délicat. De même, le lancement d’un guichet électronique est un exemple concret des efforts consentis en vue de rapprocher davantage l’administration du citoyen. Le guichet électronique permet aux entreprises de transmettre certains documents à la direction sécurité privée par le biais d’internet, ce qui favorise le traitement efficace des dossiers.
4. Ten slotte wens ik te wijzen op het feit dat bij het zoeken naar een oplossing voor de door u opgeworpen problemen, effectief rekening werd gehouden met de vereenvoudiging van de administratie. Zo zal er in de wet tot regeling van de private veiligheid bijvoorbeeld een soepelere procedure worden voorzien voor weinig delicate beslissingen. Ook het opstarten van een eloket is een concreet voorbeeld van de inspanningen die worden geleverd om de administratie op een meer klantvriendelijk niveau te brengen. Het e-loket voorziet de ondernemingen in de mogelijkheid om bepaalde zaken over het internet aan de directie private veiligheid over te maken, wat de efficie¨nte afhandeling van de dossiers bevordert.
Parallèlement, un groupe de travail chargé de se pencher sur la simplification administrative a récemment été mis sur pied au sein de la direction sécurité privée.
Tevens werd er onlangs een werkgroep administratieve vereenvoudiging geı¨nstalleerd binnen de directie private veiligheid.
DO 2004200502442
DO 2004200502442
Question no 407 de M. Melchior Wathelet du 18 octobre 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 407 van de heer Melchior Wathelet van 18 oktober 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Révision du mécanisme global de financement des zones de police locales.
Herziening van het gehele financieringsmechanisme van de lokale politiezones.
Il y a deux ans, le gouvernement et vous-même vous étiez engagés à revoir le mécanisme global de financement des zones de polices locales, et à couler le nouveau mécanisme ainsi révisé dans une loi de financement. ` ce jour, cette révision n’est toujours pas interveA nue. Un groupe de travail serait bien constitué mais ses travaux seraient immobilisés depuis janvier 2004. Les dysfonctionnements déjà dénoncés du Secrétariat social de la police intégrée structurée à deux niveaux
Twee jaar geleden verbonden de regering en uzelf zich ertoe het globale financieringsmechanisme van de lokale politiezones te herzien, en het aldus herwerkte mechanisme in een financieringswet te gieten.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Dat is evenwel nog altijd niet gebeurd. Er zou wel een werkgroep zijn ingesteld, maar die zou sinds januari 2004 weer stilliggen. Reeds eerder aan de kaak gestelde disfuncties bij het Sociaal Secretariaat van de geı¨ntegreerde politie (SSGPI) en de Centrale Dienst der 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9172
(SSGPI) et par le Service central des dépenses fixes (SCDF) seraient à la base de cette carance. L’absence de calculs du Service central des dépenses fixes ne permet pas d’établir les comptes zonaux. Je vous rappelle que ceux de 2003, voir de 2002, sont toujours attendus, et l’absence de chiffres officiels des dépenses zonales empêche la réévaluation du mécanisme de financement.
Vaste Uitgaven (CDVU) zouden aan deze slofheid ten grondslag liggen. Zonder de berekeningen van de Centrale Dienst der Vaste Uitgaven kunnen de zonerekeningen niet worden opgemaakt. Ik breng u in herinnering dat de rekeningen van 2003 en zelfs die van 2002 nog steeds op zich laten wachten, en zonder officie¨le cijfers met betrekking tot de uitgaven van de zones kan het financieringsmechanisme niet opnieuw gee¨valueerd worden.
L’actuel mécanisme de financement des zones de police locales reste donc d’application, et comme ce mécanisme est limité à la situation budgétaire des dites zones sans tenir compte de la situation des communes au sein de celles-ci, l’arrêté royal dit « 60-20-20 » reste nécessaire pour fixer l’intervention communale minimale au sein des zones de polices pluri-communales. En conséquence, certaines de celles-ci, dont la zone 5281 de Basse-Meuse qui regroupe les communes de Bassenge, Visé, Dalhem, Juprelle, Blégny et Oupeye, se débattent tout simplement à l’heure actuelle, pour leur survie financière.
Intussen blijft het bestaande financieringsmechanisme van de lokale politiezones dus van kracht, en omdat dat mechanisme zich beperkt tot de budgettaire toestand van de zones en geen rekening houdt met de situatie van de gemeenten in die zones, moet men op het zogenaamde « 60-20-20 »-koninklijk besluit blijven terugvallen om de minimale gemeentelijke bijdrage in de meergemeentezones te bepalen. Als gevolg daarvan hebben sommige meergemeentezones, waaronder zone 5281 (Basse-Meuse), met de gemeenten Bassenge, Blégny, Dalhem, Juprelle, Oupeye en Wezet, nu de grootste moeite om het hoofd boven water te houden.
Lors du « superconseil » des ministres « Police et Justice » des 30 et 31 mars 2004, le gouvernement et vous-même avez réitéré votre engagement d’instaurer un fonctionnement normal du SSGPI et du SCDF. Vous avez également réitéré votre engagement de revoir, dans les meilleurs délais, le mécanisme global de financement des zones de police locales.
Tijdens de bijzondere ministerraad van 30 en 31 maart 2004 over het thema « Justitie en Politie » herhaalden de regering en uzelf uw belofte om voor een terdege functionerende SSGPI en CDVU te zorgen, en om het globale financieringsmechanisme van de lokale politiezones zo spoedig mogelijk te herzien.
1. Pourriez-vous communiquer l’état actuel des travaux du groupe de travail mis en place dans le contexte de la révision du mécanisme global de financement des zones de police locales ?
1. Wat is de huidige stand van zaken met betrekking tot de werkzaamheden van de werkgroep die opgericht werd met het oog op de herziening van het globale financieringsmechanisme van de lokale politiezones ?
2. Est-il bien exact que les travaux de ce groupe sont immobilisés depuis janvier 2004 et pourriez-vous communiquer si la faute en incombe aux dysfonctionnements du SSGPI et du SCDF ?
2. Klopt het dat die werkgroep sinds januari 2004 stilligt, en is dat inderdaad te wijten aan disfuncties bij het SSGPI en de CDVU ?
3. Dans l’affirmative, avez-vous pris des mesures pour y remédier et si oui, lesquelles ?
3. Zo ja, heeft u de nodige maatregelen genomen om de situatie recht te trekken, en zo ja, welke maatregelen ?
4. Une révision du mécanisme global de financement des zones de police locales pourra-t-elle encore être effective en 2004, alors qu’un nouveau retard aurait incontestablement des conséquences désastreuses sur la viabilité financière de plusieurs zones de police locales du Royaume ?
4. Kan een herziening van het globale financieringsmechanisme van de lokale politiezones nog in 2004 haar beslag krijgen (een nieuw uitstel zou ontegenzeglijk rampzalige gevolgen hebben voor het financie¨le overleven van verscheidene lokale politiezones in ons land) ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 407 de M. Melchior Wathelet du 18 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 407 van de heer Melchior Wathelet van 18 oktober 2004 (Fr.) :
Je peux communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ik kan het geachte lid het volgende meedelen.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9173
Le groupe de travail mis en place afin d’évaluer le mécanisme de financement et le cas échéant, de formuler des recommandations pour corriger l’ensemble, a rempli ses activités. Les points de départ du mécanisme de financement pour la police locale, tels que fixés jadis dans les accords avec les Unions des villes et communes, doivent également être respectés et consolidés et ont été intégrés dans les nouveaux principes. L’intention serait de travailler avec une dotation différenciée en fonction du type de commune afin de s’agréger ensuite vers le niveau de la zone. Ceci éliminera notamment le problème des zones non homogènes, à savoir celles où une ou plusieurs petites communes forment une zone avec une grande ville.
De werkgroep die werd opgericht om het financieringsmechanisme te evalueren, desgevallend aanbevelingen te richten om het geheel bij te sturen, heeft zijn werkzaamheden verricht. De uitgangspunten van het financieringsmechanisme voor de lokale politie, zoals destijds vastgelegd in de akkoorden met de Verenigingen van steden en gemeenten, dienen tevens te worden gerespecteerd en geconsolideerd en zijn verwerkt in de nieuwe principes. Het zou de bedoeling zijn om te werken met een gedifferentieerde dotatie naargelang het type van gemeente, om dan te aggregeren naar het niveau van de zone. Dit zal onder meer het probleem wegwerken van de niet-homogene zones, dat wil zeggen een kleinere gemeente of kleinere gemeenten die een zone vormen met een grootstad.
On a également l’intention de résoudre ainsi la clé de répartition intrazonale entre les différentes communes ou villes appartenant à une zone. Le nouveau concept en la matière sera élaboré davantage à l’aide du soutien scientifique. Les nouveaux calculs techniques se baseront sur la nouvelle masse budgétaire actuelle.
Het is tevens de bedoeling om de intrazonale verdeelsleutel tussen de diverse gemeenten of steden, deel uitmakend van een zone, hierdoor op te lossen. Het nieuw concept terzake zal nu verder worden uitgewerkt met behulp van wetenschappelijke ondersteuning. De nieuwe technische berekeningen zullen vertrekken van de huidige budgettaire massa.
Il est un fait que le SCDF ne fonctionne pas entièrement selon les besoins et les attentes. J’en ai déjà informé plusieurs fois mon collègue et ministre qui a le SCDF sous ses attributions. Lors du Conseil des ministres des 30 et 31 mars 2004, des mesures en vue d’y remédier ont également été prévues. Pour de plus amples informations à ce sujet, je vous renvoie à mon collègue des Finances.
Het is een feit dat het CDVU niet geheel functioneert volgens de noden en verwachtingen. Mijn collega-minister, onder wiens bevoegdheid het CDVU fungeert, werd door mij reeds meermaals in kennis gesteld. Op de Ministerraad van 30 en 31 maart 2004 werden hiervoor ook maatregelen ter remediering voorzien. Voor meer info wat dit betreft dien ik u te verwijzen naar mijn collega van Financie¨n.
Concernant votre question sur la responsabilité des divers partenaires je ne peu que constater :
Met betrekking tot uw vraag over de verantwoordelijkheid van de diverse partners kan ik enkel vaststellen :
— Que la récolte des données près des communes n’a pas été facile.
— Dat de inzameling van de gegevens bij de gemeenten niet makkelijk was.
— Que le SSGPI — pour lequel il est vrai que sa manière de travail était cause de certaines problèmes de démarrage en 2001 et 2002 — s’est manifestement repris et que son fonctionnement (tenant compte de la charge de travail accumulé à travers des différentes régularisations) peut être décrit comme étant de bonne qualité. Afin de permettre au SSGPI de répondre à la grande masse des données qui arrive en ce moment, j’ai demandé à la Police Fédérale de renforcer temporairement le SSGPI et de solliciter une collaboration particulière des responsables des services des ressources humaines des zones de police pour aider a récolter les dernières informations manquantes.
— Dat het SSGPI — waarvan men inderdaad kan stellen dat de gehanteerde werkwijze oorzaak is geweest van een aantal opstartproblemen in 2001 en 2002 — zich duidelijk herpakt heeft en dat haar werking (rekening houdende met de gecumuleerde werklast ingevolge de verschillende regularisaties) als van goede kwaliteit kan omschreven worden. Teneinde het SSGPI toe te laten aan de nu op gang gekomen massale instroom van gegevens te kunnen beantwoorden, heb ik aan de Federale Politie gevraagd het SSGPI tijdelijk te versterken en een bijzondere medewerking te vragen van de lokale personeelsverantwoordelijken van de politiezones teneinde hulp te bieden voor de inzameling van de laatste ontbrekende gegevens.
— Qu’au niveau du SCDF, qui est un service appartenant au SPF Finances travaillant sous la responsabilité de mon collègue le ministre des Finances, il existe toujours des problèmes de capacité et de fonctionnement. Afin de remédier à la problémati-
— Dat zich op het niveau van de CDVU, die een dienst is behorende tot de FOD Financie¨n en dus werkzaam onder de verantwoordelijkheid van mijn collega de minister van Financie¨n, inderdaad nog steeds een probleem qua capaciteit en werking
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9174
que le gouvernement décidé les 30 et 31 mars 2001 de confier une mission d’évaluation des documents et fichiers fournis par le SCDF aux autorités locales à la firme « Deloitte & Touche ». Cette évaluation est actuellement en cours d’exécution.
stelt. Teneinde aan deze problematiek te kunnen verhelpen heeft de regering op 30 en 31 maart 2001 beslist de firma « Deloitte & Touche » te belasten met een evaluatie van de door de CDVU aan de lokale overheden afgeleverde documenten en bestanden. Deze evaluatie is momenteel in uitvoering.
Concernant la révision du mechanisme global de financement :
Betreffende de herziening van het globale financieringsstelsel :
— J’ai l’intention de respecter le timing suivant : pour l’année 2004, le système de financement actuel est immobilisé, à l’exception des zones qui fournissent de la solidarité. Celles-ci seront compensées partiellement pour ce qu’elles mettent à disposition des autres zones. Pour les exercices 2005 et 2006 nous poursuivrons de la même manière, les fournisseurs de solidarité étant chaque fois compensés partiellement. Cette compensation sera prise en charge par le Fonds de solidarité qui sera mis en place tel que prévu dans les accords de mars 2001 avec les Unions des villes et communes.
— Het is daarbij mijn bedoeling om volgend tijdsschema aan te houden : voor 2004 is het huidige financieringssysteem bevroren, met uitzondering voor de zones die solidariteit verstrekken. Deze zullen wel een gedeelte gecompenseerd krijgen van hetgeen ze ter beschikking stellen van de andere zones. Ook voor het dienstjaar 2005 en 2006 zullen we het systeem zo laten verder lopen met dien verstande dat de solidariteitsverstrekkers telkens voor een deel gecompenseerd worden. Die compensatie zal worden verzekerd door het solidariteitsfonds dat zal worden opgestart zoals voorzien in de akkoorden van maart 2001 met de Verenigingen van steden en gemeenten.
— Pour 2007, la loi de financement sera prête, débats politiques inclus. Cette loi tiendra compte de la spécificité et de la diversité mais également des moyens fiscaux de chaque commune ou ville. Indépendamment de la zone de police dans laquelle la commune aboutira, elle sera toujours prise en compte sur base de ces données spécifiques.
— Voor 2007 zullen we dan klaar zijn, inclusief politieke debatten, met een financieringswet. Deze wet zal rekening houden met de specificiteit en diversiteit, maar ook met de fiscale draagkracht, van elke gemeente of stad. Onafgezien in welke politiezone de gemeente dan terechtkomt, zij zal steeds op basis van die specifieke gegevens in aanmerking en in rekening worden genomen.
DO 2004200502443
DO 2004200502443
Question no 408 de M. Melchior Wathelet du 18 octobre 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 408 van de heer Melchior Wathelet van 18 oktober 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Police fédérale. — Suppression de plusieurs actions planifiées durant les nuits et les week-ends. — Raisons budgétaires.
Federale politie. — Afgelasting van verscheidene geplande nachtelijke en weekendacties. — Budgettaire redenen.
Il me revient que plusieurs actions de police planifiées durant les nuits et les week-end ont été supprimées en cette fin d’année 2004 au niveau de la police fédérale, et ce pour des raisons exclusivement budgétaires.
Naar verluidt worden verscheidene nachtelijke en weekendacties die de federale politie voor de eindejaarsperiode 2004 gepland had, om louter budgettaire redenen geschrapt.
1. Confirmez-vous que des raisons exclusivement budgétaires ont amené la police fédérale à devoir supprimer purement et simplement des actions de police durant les nuits et les week-end et, dans l’affirmative, combien et sur quelles matières portaient celles-ci ?
1. Kan u bevestigen dat de federale politie om louter budgettaire redenen een aantal politieacties ’s nachts en tijdens het weekend heeft moeten schrappen, en zo ja, hoeveel politieacties werden er afgelast en wat was het doel van die acties ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9175
2. Confirmez-vous également que le budget de la police fédérale pour l’année 2005 sera déjà entamé en novembre 2004 ?
2. Kan u eveneens bevestigen dat de begroting van de federale politie voor het jaar 2005 al in november 2004 aangesproken zal worden ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 408 de M. Melchior Wathelet du 18 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 408 van de heer Melchior Wathelet van 18 oktober 2004 (Fr.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.
Je me permets de renvoyer l’honorable membre aux explications fournies sur le même sujet au Sénat à Mme Erika Thijs (demande d’explications no 3-372) (Séance plénière du jeudi 28 octobre 2004, Annales, no 3-82).
Ik verwijs het geachte lid naar het antwoord gegeven in de Senaat op de vraag van mevrouw Erika Thijs over hetzelfde onderwerp (vraag om uitleg nr. 3-372) (Plenaire vergadering van donderdag 28 oktober 2004, Handelingen, nr. 3-82).
DO 2004200502582
DO 2004200502582
Question no 422 de M. Guy D’haeseleer du 3 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 422 van de heer Guy D’haeseleer van 3 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Services publics fédéraux. — Délégués syndicaux permanents.
Federale overheidsdiensten. — Vaste vakbondsafgevaardigden.
L’article 77, § 1er, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités dispose que dès qu’un membre du personnel est agréé en qualité de délégué permanent d’une organisation syndicale, celui-ci est placé en congé syndical de plein droit. Bien qu’un délégué syndical permanent ne soit pas soumis à l’autorité hiérarchique, il est censé être en activité de service. Il conserve, entre autres, son droit au traitement et à l’avancement de traitement et de grade. Conformément à l’article 78 de l’arrêté royal précité du 28 septembre 1984, chaque organisation syndicale doit, avant la fin de chaque trimestre, rembourser à l’autorité une somme égale au montant total des payements effectués au cours du trimestre précédent au délégué permanent ou à ses ayants droit en raison de sa qualité de membre du personnel. Les remboursements ne comprennent toutefois pas, entre autres, les cotisations patronales ainsi qu’un certain nombre de primes et d’avantages octroyés (cf. article 78, § 2, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984).
Artikel 77, § 1, van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel bepaalt dat, van zodra een personeelslid als vaste afgevaardigde van een vakorganisatie is erkend, dit personeelslid van rechtswege met vakbondsverlof is. Hoewel een vaste vakbondsafgevaardigde niet onderworpen is aan het hie¨rarchische gezag, wordt hij geacht in actieve dienst te zijn. Het behoudt onder meer zijn recht op wedde en op bevordering tot een hogere wedde en tot een hogere graad. Artikel 78 van het voornoemde koninklijk besluit van 28 september 1984 legt aan de vakorganisatie de verplichting op om vo´o´r het einde van ieder kwartaal aan de overheid een som terug te storten die gelijk is aan het totale bedrag van de betalingen die gedurende het vorige kwartaal werden verricht aan de vaste afgevaardigde of aan zijn rechthebbenden op grond van zijn hoedanigheid van personeelslid. In de terugbetalingen zijn echter onder meer de werkgeversbijdragen, alsook een aantal premies en toegekende voordelen niet begrepen (cf. artikel 78, § 2, van het koninklijk besluit van 28 september 1984).
1. Combien de délégués syndicaux permanents, au sens précité, comptent votre(vos) service(s) public(s) fédéral(aux) et les autres services fédéraux relevant de votre compétence ? ` combien s’élevaient les dépenses non rembour2. A sées par les syndicats et payées en 2003 par les autori-
1. Kan u meedelen hoeveel vaste vakbondsafgevaardigden in hoger vermelde zin uw Federale Overheidsdienst(en) en in de andere overheidsdiensten die onder uw gezag ressorteren, tellen ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. Hoeveel bedroegen de niet door de vakorganisaties terugbetaalde uitgaven die de federale overheid in 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9176
tés fédérales pour ces membres du personnel (entre autres les cotisations patronales) ?
2003 deed voor deze personeelsleden (onder meer werkgeversbijdragen) ?
3. a) De quels comités, créés pour les services publics concernés relevant de votre compétence, les délégués syndicaux font-ils partie ?
3. a) Van welke comités die voor de betreffende onder uw gezag ressorterende overheidsdiensten werden opgericht, maken vakbondsafgevaardigden deel uit ?
b) Quelles indemnités ont-ils reçues à cet effet en 2003 ?
b) Welke vergoedingen ontvingen zij hiervoor in het jaar 2003 ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 422 de M. Guy D’haeseleer du 3 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 422 van de heer Guy D’haeseleer van 3 november 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer ce qui suit à l’honorable membre.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
La réponse à cette question sera formulée par la Chancellerie du premier ministre. (Question no 59 du 3 novembre 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 57.)
Het antwoord op deze vraag zal geformuleerd worden door de Kanselarij van de eerste minister. (Vraag nr. 59 van 3 november 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 57.)
DO 2004200502624
DO 2004200502624
Question no 428 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 428 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Simplification administrative.
Administratieve vereenvoudiging.
L’accord de gouvernement prévoit notamment une importante simplification administrative.
Het regeerakkoord streeft een belangwekkende administratieve vereenvoudiging na.
1. Quelles mesures avez-vous déjà prises en matière de simplification administrative ?
1. Welke maatregelen heeft u reeds genomen op het vlak van administratieve vereenvoudiging ?
2. Quelles mesures envisagez-vous encore de prendre ou préparez-vous actuellement en matière de simplification administrative ?
2. Welke maatregelen overweegt u nog te nemen op het vlak van de administratieve vereenvoudiging of zijn in voorbereiding ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 428 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 428 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer ce qui suit à l’honorable membre.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
La réponse à cette question sera formulée par M. Vincent Van Quickenborne, secrétaire E´tat à la simplification administrative. (Question no 29 du 10 novembre 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 57.)
Het antwoord op deze vraag zal geformuleerd worden door de heer Vincent Van Quickenborne, staatssecretaris van administratieve Vereenvoudiging. (Vraag nr. 29 van 10 november 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 57.)
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9177
DO 2004200502670
DO 2004200502670
Question no 434 de Mme Jacqueline Galant du 17 novembre 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Achat d’uniformes policiers. Dernièrement, un article de presse concernant l’achat d’uniformes policiers m’a interpellée à plus d’un titre. Il s’agissait d’un pari qu’avait fait un malfrat repenti avec ses copains policiers de se procurer rapidement la panoplie du parfait policier. Cet homme s’est donc rendu auprès d’un fournisseur officiel des uniformes. Usant de culot, il s’est ainsi procuré, sans aucune vérification d’identité, la panoplie complète du policier. Si ce défi peut faire sourire certains, je crois pour ma part que les autorités du pays doivent plutoˆt s’en inquiéter. Comment est-il possible que n’importe qui puisse s’habiller de la tête aux pieds en policier et dès lors user de son prétendu statut pour commettre toutes sortes de délits de nature parfois très grave ? Je pense aux détournements de fonds qui pourraient se produire si un faux policier assurait la surveillance d’une banque; au malade qui, paré de la sorte, aurait la possibilité de se rendre dans une crèche et, sous un faux prétexte, d’emmener un enfant; au pédophile qui userait de son faux statut pour enlever un jeune garçon sur le chemin de l’école, etc. Bref, les scénarios que l’on ose imaginer sont loin d’être rassurants.
Vraag nr. 434 van mevrouw Jacqueline Galant van 17 november 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Aankoop van politie-uniformen. Onlangs werd, om verscheidene redenen, mijn aandacht getrokken door een persartikel over de aankoop van politie-uniformen. Een boef die intussen tot betere inzichten was gekomen, wedde met zijn kameradenpolitieagenten dat hij er op korte termijn in zou slagen zich een volledige politie-uitrusting aan te schaffen. De man trok dus naar een officie¨le leverancier en slaagde er, met veel branie, in zich een volledige uitrusting aan te schaffen, zonder dat op enig moment zijn identiteit werd gecontroleerd. Sommige mensen zullen dat misschien grappig vinden, persoonlijk denk ik dat dit voorval de overheid aan het nadenken moet zetten. Hoe is het mogelijk dat de eerste de beste erin slaagt zich van top tot teen als politieman te kleden, zodat hij van die « valse » hoedanigheid misbruik zou kunnen maken om allerlei — soms zeer ernstige — misdrijven te begaan ? Zo zou iemand die zich als politieman voordoet, zich bij het bewaken van een bank aan verduistering schuldig kunnen maken; een geesteszieke in een politie-uniform zou onder een of ander voorwendsel een kind kunnen meenemen uit een kinderdagverblijf; een pedofiel zou van zijn valse hoedanigheid van agent misbruik kunnen maken om een jongetje op weg van of naar school te ontvoeren, enz. De scenario’s die me voor de geest komen, zijn dus verre van geruststellend. 1. a) Is de aankoop van politie-uniformen dan aan geen enkel veiligheidsvoorschrift onderworpen ? b) Is het even gemakkelijk zich een volledige wapenuitrusting aan te schaffen ? c) Overweegt u, in het licht van het gebeurde, maatregelen te nemen ? 2. Artikel 228 van het Strafwetboek straft wie in het openbaar een kledij, een uniform, een ereteken, een lint of andere onderscheidingstekens van een orde draagt, die hem niet toekomen. Waaruit bestaat de strafmaat eigenlijk ? Trouwens, ook al krijgen ze dan een terechte straf, indien ze van het uniform misbruik maakten om misdrijven te plegen, is het hoe dan ook te laat. Hoe denkt u dergelijke ontsporingen te voorkomen ?
1. a) N’existe-t-il donc aucune balise de sécurité quant à l’acquisition d’uniformes policiers ? b) Est-il aussi facile d’acquérir la panoplie d’armement ? c) Au vu de cet exercice que je viens de vous relater, n’envisagez-vous pas de prendre des mesures ? 2. L’article 228 du Code pénal sanctionne ceux qui portent sur la voie publique un uniforme, une décoration, un ruban ou autres insignes d’un ordre qui ne leur appartiennent pas. Mais que risquent-ils précisément ? Et puis même, dans ce cas, s’ils abusent de leur uniforme pour commettre des délits, il sera de toutes façons trop tard ! Dès lors, comment comptez-vous éviter ce genre de débordement ? Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 14 décembre 2004, à la question no 434 de Mme Jacqueline Galant du 17 novembre 2004 (Fr.) : L’honorable membre trouvera ci-dessous la réponse à ses questions.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 14 december 2004, op de vraag nr. 434 van mevrouw Jacqueline Galant van 17 november 2004 (Fr.) : Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1160
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9178
Je tiens à faire savoir à l’honorable membre que je suis très soucieux de cette problématique. ` l’avenir, ce sera principalement l’autorité, et non A plus le policier lui-même, qui sera chargée de l’achat des uniformes et ce via des structures intégrées dans l’organisation des services de police. De plus en plus de zones concluent d’ailleurs des accords concrets avec le magasin d’équipement fédéral. Ce canal interne empêche quasiment toute fraude.
Ik wens het geachte lid ter kennis te brengen dat ik zeer bekommerd ben om deze problematiek.
En tout état de cause, la procédure sera revue de manière à rendre le système hermétique à tout abus. Entre autres, une clause contraignante contractuelle sera fixée pour obliger les fournisseurs à s’assurer que la personne qui se présente est effectivement un membre du corps opérationnel de la police lorsqu’ils vendent de l’équipement spécifique réservé à la police.
In elk geval zal de procedure op dusdanige wijze herzien worden om het systeem voor elk misbruik waterdicht te maken. Er zal, onder andere, een contractuele bepaling vastgelegd worden om de leveranciers te verplichten zich ervan te vergewissen dat de persoon die zich aanbiedt daadwerkelijk een lid is van het operationeel kader van de politie wanneer ze specifiek aan de politiediensten voorbehouden uitrustingsstukken verkopen;
D’un autre coˆté, l’armement policier a toujours été acheté et est toujours acheté globalement par les autorités de la police fédérale et de la police locale. Il est donc exclu qu’un membre du cadre opérationnel des services de police ou qu’un citoyen puisse acheter un armement policier à titre personnel en utilisant le « canal policier ». Une telle acquisition est soumise au droit commun de la législation sur les armes.
Anderzijds werd en wordt de politiebewapening altijd globaal aangekocht door de overheden van de federale politie en van de lokale politie. Het is bijgevolg uitgesloten dat een lid van het operationeel kader van de politiediensten of een burger ten persoonlijken titel politiebewapening kan aankopen via het « politiekanaal ». Een dergelijke aanschaf is onderworpen aan het gemeen recht van de wapenwetgeving.
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
In de toekomst zal het hoofdzakelijk de overheid, en niet meer de politieman zelf, zijn die belast zal zijn met de aankoop van de uniformen en dit via in de organisatie van de politiediensten geı¨ntegreerde structuren. Meer en meer zones sluiten trouwens concrete overeenkomsten af met het federaal toerustingsmagazijn. Dit interne kanaal sluit zo goed als alle fraude uit.
DO 2004200502582
DO 2004200502582
Question no 134 de M. Guy D’haeseleer du 3 novembre 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 134 van de heer Guy D’haeseleer van 3 november 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Services publics fédéraux. — Délégués syndicaux permanents.
Federale overheidsdiensten. — Vaste vakbondsafgevaardigden.
L’article 77, § 1er, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités dispose que dès qu’un membre du personnel est agréé en qualité de délégué permanent d’une organisation syndicale, celui-ci est placé en congé syndical de plein droit. Bien qu’un délégué syndical permanent ne soit pas soumis à l’autorité hiérarchique, il est censé être en activité de service. Il conserve, entre autres, son droit au traitement et à l’avancement de traitement et de grade. Conformément à l’article 78 de l’arrêté royal précité du 28 septembre 1984, chaque organisation
Artikel 77, § 1, van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel bepaalt dat, van zodra een personeelslid als vaste afgevaardigde van een vakorganisatie is erkend, dit personeelslid van rechtswege met vakbondsverlof is. Hoewel een vaste vakbondsafgevaardigde niet onderworpen is aan het hie¨rarchische gezag, wordt hij geacht in actieve dienst te zijn. Het behoudt onder meer zijn recht op wedde en op bevordering tot een hogere wedde en tot een hogere graad. Artikel 78 van het voornoemde koninklijk besluit van 28 september
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9179
syndicale doit, avant la fin de chaque trimestre, rembourser à l’autorité une somme égale au montant total des payements effectués au cours du trimestre précédent au délégué permanent ou à ses ayants droit en raison de sa qualité de membre du personnel. Les remboursements ne comprennent toutefois pas, entre autres, les cotisations patronales ainsi qu’un certain nombre de primes et d’avantages octroyés (cf. article 78, § 2, de l’arrêté royal du 28 septembre 1984).
1984 legt aan de vakorganisatie de verplichting op om vo´o´r het einde van ieder kwartaal aan de overheid een som terug te storten die gelijk is aan het totale bedrag van de betalingen die gedurende het vorige kwartaal werden verricht aan de vaste afgevaardigde of aan zijn rechthebbenden op grond van zijn hoedanigheid van personeelslid. In de terugbetalingen zijn echter onder meer de werkgeversbijdragen, alsook een aantal premies en toegekende voordelen niet begrepen (cf. artikel 78, § 2, van het koninklijk besluit van 28 september 1984).
1. Combien de délégués syndicaux permanents, au sens précité, comptent votre(vos) service(s) public(s) fédéral(aux) et les autres services fédéraux relevant de votre compétence ? ` combien s’élevaient les dépenses non rembour2. A sées par les syndicats et payées en 2003 par les autorités fédérales pour ces membres du personnel (entre autres les cotisations patronales) ?
1. Kan u meedelen hoeveel vaste vakbondsafgevaardigden in hoger vermelde zin uw Federale Overheidsdienst(en) en in de andere overheidsdiensten die onder uw gezag ressorteren, tellen ?
3. a) De quels comités, créés pour les services publics concernés relevant de votre compétence, les délégués syndicaux font-ils partie ?
3. a) Van welke comités die voor de betreffende onder uw gezag ressorterende overheidsdiensten werden opgericht, maken vakbondsafgevaardigden deel uit ?
b) Quelles indemnités ont-ils reçues à cet effet en 2003 ?
b) Welke vergoedingen ontvingen zij hiervoor in het jaar 2003 ?
Réponse du ministre de la Défense du 17 décembre 2004, à la question no 134 de M. Guy D’haeseleer du 3 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 17 december 2004, op de vraag nr. 134 van de heer Guy D’haeseleer van 3 november 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. Pour le département de la Défense et les services de l’E´tat sous ma tutelle, il y a deux délégués syndicaux permanents du personnel civil et huit du personnel militaire.
1. Voor het departement van Landsverdediging en de overheidsdiensten onder mijn voogdij zijn er twee vaste vakbondsafgevaardigden van het burgerpersoneel en acht van het militair personeel.
2. Les dépenses non remboursées par les organisations syndicales pour ces membres du personnel en 2003 s’élevaient au total à 33 016,75 euros.
2. De uitgaven voor deze personeelsleden die niet door de syndicale organisaties in 2003 terugbetaald werden, bedroegen in totaal 33 016,75 euro.
3. a) Comités dont ces membres du personnel font partie :
3. a) Comités waar deze personeelsleden deel van uitmaken :
— Civils : le comité de négociation Secteur XIV, le comité supérieur de concertation correspondant au Secteur XIV, les comités de concertation de base, le comité de gestion du Service Social Civil.
— Burgers : het onderhandelingscomité Sector XIV, het hoog overlegcomité overeenstemmend met Sector XIV, de basisoverlegcomités, het beheerscomité van de Burgerlijke Sociale Dienst.
— Militaires : le comité de négociation, le haut comité de concertation, le comité de gestion de l’Institut des Vétérans — Institut national des invalides de guerre, anciens combattants et victimes de guerre, le Comité de gestion de
— Militairen : het onderhandelingscomité, het hoog overlegcomité, het beheerscomité van het Instituut voor veteranen — Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachtoffers, het beheerscomité van de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. Hoeveel bedroegen de niet door de vakorganisaties terugbetaalde uitgaven die de federale overheid in 2003 deed voor deze personeelsleden (onder meer werkgeversbijdragen) ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9180
l’Office central d’action sociale et culturelle, les comités de concertation de base.
Centrale Dienst voor sociale en culturele actie, de basisoverlegcomités.
b) En 2003, pour leur participation au comité de gestion de l’Institut des Vétérans — Institut national des invalides de guerre, anciens combattants et victimes de guerre, un montant total net de 105,92 euros de jetons de présence à été payé à ces membres du personnel.
b) In 2003 werden er voor hun deelname aan het beheerscomité van het Instituut voor Veteranen — Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachtoffers aan deze personeelsleden presentiegelden uitbetaald ten bedrage van netto in totaal 105,92 euro.
DO 2004200502607
DO 2004200502607
Question no 136 de M. Staf Neel du 9 novembre 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 136 van de heer Staf Neel van 9 november 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Voyage au Congo (Kinshasa).
Buitenlandse reis naar Congo (Kinshasa).
Selon un article paru dans le journal « De Standaard » du 3 novembre 2004 sous le titre « Tous au Congo », le ministre Flahaut s’est rendu à Kinshasa à bord de l’avion du gouvernement, ce qui avait permis à M. Di Rupo d’envoyer avec lui quelques collaborateurs et sénateurs PS. Le président du PS, qui était à Kinshasa au même moment, a ainsi pu s’entourer d’une importante délégation.
In De Standaard van 3 november 2004 lazen wij in het artikel « Congo, Allen daarheen », « dat Flahaut met dat regeringsvliegtuig naar Kinshasa vloog, had voor Di Rupo dan weer als voordeel dat hij wat medewerkers en PS-senatoren kon sturen met zijn minister. Zo had ook de PS-voorzitter een stevige delegatie rond zich. (Di Rupo die ook op dat ogenblik ter plekke was) ».
1. a) Quels sénateurs ont pris part à ce voyage ?
1. a) Welke senatoren namen deel aan deze reis ?
b) Y avait-il des sénateurs autres que ceux du PS ?
b) Waren er nog andere senatoren bij, die niet van PSsignatuur waren ?
c) Si oui, lesquels ?
c) Zo ja, welke ?
2. Qui sont les collaborateurs de M. Di Rupo qui ont participé à ce voyage et qui ont accompagné le ministre ?
2. Wie waren de medewerkers van PS-voorzitter Di Rupo die deelnamen aan dit bezoek en meevlogen met de minister ?
3. a) Quel a été le couˆt total de ce voyage ?
3. a) Wat is de totale kostprijs van deze reis ?
b) Quelle est, en l’espèce, la nature des dépenses ?
b) Over welke kosten gaat het hier ?
4. a) Y avait-il des collaborateurs de cabinet ?
4. a) Waren er kabinetsmedewerkers bij ?
b) Si oui, lesquels ?
b) Zo ja, dewelke ?
5. Quel était le but de ce voyage ? ` quel poste budgétaire ces frais sont-ils impu6. A tés ? Je souhaiterais une liste détaillée.
6. Op welke begrotingspost worden deze kosten geboekt ? Graag een detail van deze kosten.
Réponse du ministre de la Défense du 17 décembre 2004, à la question no 136 de M. Staf Neel du 9 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 17 december 2004, op de vraag nr. 136 van de heer Staf Neel van 9 november 2004 (N.) :
Le but de la mission était de rencontrer les autorités congolaises dans le cadre de l’appui du gouvernement belge au processus de transition en RDC, en particulier la constitution d’une armée congolaise unifiée et
Het doel van de zending bestond erin de Congolese overheden te ontmoeten in het kader van de ondersteuning door de Belgische regering van het transitieproces in de DRC, in het bijzonder de oprichting van een
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
5. Welk was het doel van deze reis ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9181
intégrée. De l’avis de tous, il s’agit là d’un élément crucial pour la réussite du processus de transition.
eengemaakt en geı¨ntegreerd Congolees leger. Iedereen is het erover eens dat dit een cruciaal element is om het transitieproces te doen slagen.
Outre des membres de l’état-major, trois collaborateurs du cabinet m’accompagnaient pour cette mission officielle en RDC : le Lieutenant-Général Aviateur Buyse ainsi que messieurs Pierre Grega et Nick Van Haver.
Naast de leden van de generale staf werd ik vergezeld door drie kabinetsmedewerkers op deze officie¨le zending naar de DRC : Luitenant-Generaal Vlieger Buyse en de heren Pierre Grega en Nick Van Haver.
Pour pareille mission, tous les frais relatifs aux membres de mon cabinet sont facturés au cabinet. Le coût des heures de vol est imputé à l’allocation de base 50.12.1235 de la section 16 du Budget Général de Dépenses.
Voor een dergelijke zending worden de kosten met betrekking tot de leden van mijn kabinet gefactureerd aan het kabinet. De kost van de vlieguren wordt opgevoerd bij de basistoelage 50.12.1235 van Sectie 16 van de Algemene Uitgavenbegroting.
Par ailleurs, les 31 octobre et 1er novembre 2004, les fondations De Brouckère (Belgique) et Jean Jaurès (France) ont organise à Kinshasa un séminaire d’appui au processus de transition. Pour évoquer le thème principal du séminaire, la décentralisation, des personnes ressources de Belgique, de France et du Mali avaient été invitées. Ce séminaire a bénéficié d’un soutien financier de la part du SPF Affaires étrangères dans le cadre de la prévention des conflits.
Verder hebben de stichtingen De Brouckère (Belgie¨) en Jean Jaurès (Frankrijk) op 31 oktober en 1 november 2004 in Kinshasa een seminarie georganiseerd ter ondersteuning van het transitieproces. Om het kernthema van het seminarie, de decentralisatie, toe te lichten, waren deskundigen uit Belgie¨, Frankrijk en Mali uitgenodigd. Dit seminarie werd financieel gesteund door de FOD Buitenlandse Zaken in het kader van de conflictpreventie.
Quatre participants belges au séminaire ont sollicité l’autorisation de prendre place à bord de l’avion militaire qui m’emmenait en mission officielle en RDC au même moment : les sénateurs Mahoux et Galand, ainsi que MM. E´tienne Godin et Arnaud Hermesse. Leur présence à bord n’a entraıˆné aucun coût supplémentaire, à l’exception des frais de catering qui leur ont été facturés.
Vier Belgische deelnemers aan het seminarie hebben toestemming gevraagd om plaats te nemen aan boord van het vliegtuig dat mij op hetzelfde moment op officie¨le zending naar de DRC bracht : de senatoren Mahoux en Galand en de heren E´tienne Godin en Arnaud Hermesse. Hun aanwezigheid aan boord heeft geen meerkosten met zich gebracht, met uitzondering van de cateringkosten die hen werden aangerekend.
DO 2004200502655
DO 2004200502655
Question no 144 de M. Ortwin Depoortere du 16 novembre 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 144 van de heer Ortwin Depoortere van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Avions F16 survolant Oostakker à basse altitude.
Laagvliegende F16-vliegtuigen boven Oostakker.
Le 20 octobre 2004, dans l’après-midi, deux avions de type F16 ayant décollé de la base aérienne de Kleine Brogel ont survolé la commune d’Oostakker à environ 50 m d’altitude lors d’un vol d’instruction.
Op 20 oktober 2004, in de namiddag, vlogen twee F16-vliegtuigen van de basis Kleine Brogel tijdens een oefenvlucht op een hoogte van ongeveer 50 meter boven Oostakker.
L’habitation d’au moins un habitant de la commune a subi des dégaˆts.
Tenminste één inwoner had schade aan zijn woning.
1. a) Une enquête a-t-elle été ouverte sur cette infraction aux directives en matière d’orientations des vols ?
1. a) Werd een onderzoek ingesteld naar de inbreuk op de luchtvaartorie¨ntering ?
b) Dans l’affirmative, quelles sont les conclusions de cette enquête ?
b) Wat waren de conclusies ?
3. L’habitant lésé sera-t-il dédommagé ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2. Zal de inwoner, die hiervan schade ondervond, vergoed worden ? 2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9182
Réponse du ministre de la Défense du 16 décembre 2004, à la question no 144 de M. Ortwin Depoortere du 16 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 16 december 2004, op de vraag nr. 144 van de heer Ortwin Depoortere van 16 november 2004 (N.) :
Je prie l’honorable membre de trouver ci-après les réponses aux questions posées.
Ik verzoek het geachte lid hierna het antwoord op de gestelde vragen te willen vinden.
1. a) Une enquête a été ouverte par la Défense le lundi 22 novembre 2004. Cette enquête est basée sur 3 analyses :
1. a) Een onderzoek werd gestart door Defensie op maandag 22 november 2004. Dit onderzoek is gebaseerd op 3 analyses :
— Détection radar;
— Radardetectie;
— Plans de vol;
— Vluchtplannen;
— Déclaration des pilotes F-16 concernés.
— Verklaring van de betrokken F-16 piloten.
b) De cette enquête il résulte que :
b) Uit dit onderzoek blijkt dat :
— Aucun avion militaire n’a été détecté à basse, moyenne ou haute altitude au-dessus de la ville de Gand/Oostakker le 20 octobre 2004 entre 15 h 25 et 15 h 55 heures locales (Ref. PV Police Gand/Oostakker Nr GE.50LA 181657/2004 — Survol de 02 F-16 à 15.35 heures locales).
— Er geen enkel militair vliegtuig werd gedetecteerd op lage, middelmatige of grote hoogte boven de stad Gent /Oostakker op 20 oktober 2004 tussen 15.25 en 15.55 uur lokale tijd (Ref PV Politie Gent/Oostakker Nr GE.50LA 181657/2004 — Overvlucht van 02 F-16 om 15.35 uur lokale tijd).
— Aucun plan de vol de F-16 ne décrit une route au-dessus de la ville de Gand/Oostakker le 20 octobre 2004 entre 15 h 25 et 15 h 55 heures locales.
— Er geen enkel F-16 vluchtplan een route beschrijft boven de stad Gent/Oostakker op 20 oktober 2004 tussen 15.25 en 15.55 uur lokale tijd.
— Les pilotes F-16, en vol au moment des faits repris dans le PV déclarent ne jamais avoir survolé à basse altitude Gand/Oostakker.
— De F-16 piloten, in vlucht op het in het PV vermelde tijdstip van de feiten verklaren nooit op lage hoogte boven Gent/Oostakker gevlogen te hebben.
2. E´tant donné que les faits ne peuvent pas être prouvés par l’enquête, il n’existe aucun rapport avec les dégaˆts et aucun dédommagement ne peut être prévu.
2. Aangezien de feiten door het onderzoek niet bewezen kunnen worden, bestaat er geen enkel verband met de schade en kan er in geen vergoeding voorzien worden.
DO 2004200502656
DO 2004200502656
Question no 145 de Mme Ingrid Meeus du 16 novembre 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 145 van mevrouw Ingrid Meeus van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Extension du port du pays de Waas. — Implantation d’une base logistique.
Uitbreiding van Waaslandhaven. — Inplanting van een logistieke basis.
Le gouvernement flamand travaille actuellement à l’extension du port du pays de Waas, sur la rive gauche d’Anvers, notamment le bassin Deurganck. Le port du pays de Waas offre pour l’avenir un potentiel énorme d’activités logistiques notamment en matière de transbordement de conteneurs, de centre de distribution, etc.
Momenteel werkt de Vlaamse regering aan de uitbreiding van de Waaslandhaven op de linkeroever van Antwerpen, waaronder het Deurganckdok. De Waaslandhaven biedt in de toekomst een enorm potentieel voor logistieke activiteiten zoals container-overslag, distributiecentrum, enzovoort.
Le plan stratégique préconise une Défense plus flexible, plus mobile, mieux équipée et pouvant être mise
In het kader van een flexibeler, mobieler, beter uitgerust en sneller inzetbare Defensie, zoals voorgesteld
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9183
en œuvre plus rapidement. Dans cette optique, le port du pays de Waas présente pour la Défense un grand nombre de potentialités fonctionnelles.
in de doelstellingen van het strategisch plan, biedt de Waaslandhaven voor Defensie een groot aantal functionele opportuniteiten.
1. Envisagez-vous l’implantation d’une base logistique dans le port du pays de Waas ou à proximité immédiate de celui-ci afin d’anticiper sur les énormes qu’il renferme ?
1. Overweegt u de inplanting van een logistieke basis in de Waaslandhaven of in de onmiddellijke omgeving ervan teneinde te anticiperen op het enorm potentieel hiervan ?
2. a) Le potentiel du port du pays de Waas pour la Défense a-t-il déjà été examiné au sein du département et, dans l’affirmative, quelles conclusions ont été tirées ?
2. a) Werd het potentieel van de Waaslandhaven voor Defensie reeds onderzocht binnen het departement en zo ja, wat waren de besluiten terzake ?
b) Dans la négative, pourrait-on étudier la création d’un centre logistique à proximité immédiate du port mondial d’Anvers ?
b) Zo neen, kan een onderzoek naar de noodzaak van een logistiek centrum in de onmiddellijke nabijheid van de Antwerpse wereldhaven uitgevoerd worden ?
Réponse du ministre de la Défense du 16 décembre 2004, à la question no 145 de Mme Ingrid Meeus du 16 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 16 december 2004, op de vraag nr. 145 van mevrouw Ingrid Meeus van 16 november 2004 (N.) :
Je prie l’honorable membre de trouver ci-après la réponse à ses questions.
Ik vraag het geachte lid hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. Les installations existantes de la Défense sont en concordance avec le Plan stratégique + ainsi qu’avec le Plan Directeur 2003 de la Défense et sont réparties géographiquement sur tout le territoire belge. Dans le cadre de ces plans, la réalisation de nouvelles installations logistiques n’est pas nécessaire.
1. De bestaande installaties van Defensie beantwoorden aan het Strategisch plan + en aan het Stuurplan van Defensie van 2003 en zijn geografisch gespreid over het Belgische grondgebied. In het kader van deze plannen is er geen behoefte aan de oprichting van nieuwe logistieke installaties.
2. a) et b) Pour le déploiement et l’appui logistique d’unités dans le cadre des opérations à l’étranger, la Défense fait usage tant d’aéroports que de ports de mer, en fonction du théaˆtre d’opérations. L’infrastructure disponible des aéroports civils et militaires et des ports de mer d’Anvers, Gand et Zeebrugge suffit largement aux besoins de transport de la Défense. L’implantation d’une base logistique dans ou près du Waaslandhaven n’est donc pas jugée opportune.
2. a) et b) Voor de ontplooiing en de logistieke ondersteuning van eenheden in het kader van operaties in het buitenland maakt Defensie gebruik van zowel luchthavens als zeehavens in functie van het operatietoneel. De beschikbare infrastructuur van de burgerlijke en militaire luchthavens en van de zeehavens van Antwerpen, Gent en Zeebrugge voldoet ruimschoots aan de transportbehoeften van Defensie. Het inplanten van een logistieke basis in of nabij de Waaslandhaven wordt bijgevolg niet opportuun geacht.
DO 2004200502657
DO 2004200502657
Question no 146 de Mme Ingrid Meeus du 16 novembre 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 146 van mevrouw Ingrid Meeus van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Recettes supplémentaires provenant de la vente de matériel excédentaire. ` la suite des restrictions budgétaires imposées par A le gouvernement fédéral, le département de la Défense doit également réaliser des économies. Des moyens
Extra opbrengst door verkoop van overtollige goederen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ingevolge de budgettaire beperkingen opgelegd door de Federale regering ontsnapt ook Landsverdediging niet aan bezuinigingen. Om een optimale inzetbaar2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9184
supplémentaires sont toutefois nécessaires pour pouvoir continuer à garantir une capacité opérationnelle optimale de nos forces armées. Une partie de ces moyens peut être obtenue par le biais des recettes supplémentaires provenant de la vente de matériel excédentaire. La loi-programme du 19 juillet 2001 (cf. article 41) prévoit en effet la création d’un Fonds de remploi des recettes provenant de l’aliénation de matériel confié à la gestion du ministre de la Défense.
heid van onze strijdkrachten te kunnen blijven verzekeren zijn er niettemin extra middelen noodzakelijk. Een deel van deze financie¨le middelen kunnen verkregen worden via de extra opbrengsten door verkoop van overtollige goederen. Immers, via de programmawet van 19 juli 2001 (cf. artikel 41) werd er een fonds voor wedergebruik van de ontvangsten voortvloeiend uit de vervreemding van overtollig geworden materieel aan het beheer van de minister van Landsverdediging toevertrouwd.
1. Quel a été le montant des recettes supplémentaires provenant de la vente de matériel excédentaire en 2001, 2002, 2003 et 2004 ?
1. Hoeveel bedroeg de extra opbrengst door verkoop van overtollige goederen in respectievelijk 2001, 2002, 2003 en 2004 ?
2. Quels frais ces ventes ont-elles entraıˆnés (frais de personnel SDV, frais d’annonce, autres, etc.) ?
2. Wat waren de kosten verbonden aan deze verkopen (personeelskosten SDV, roepgeld, andere, enzovoort) ?
` combien sont estimées les recettes supplémen3. A taires pour 2005 ?
3. Wat zijn de geraamde meeropbrengsten voor het jaar 2005 ?
Réponse du ministre de la Défense du 16 décembre 2004, à la question no 146 de Mme Ingrid Meeus du 16 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 16 december 2004, op de vraag nr. 146 van mevrouw Ingrid Meeus van 16 november 2004 (N.) :
Je prie l’honorable membre de trouver ci-après la réponse à ses questions.
De vraag het geachte lid hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. Le montant des recettes provenant de la vente du matériel excédentaire confié à la gestion du ministre de la Défense, s’établit comme suit :
1. De ontvangsten ten gevolge van de verkoop van overtollig materieel van het ministerie van Defensie vertegenwoordigen de volgende bedragen :
2001 : 2002 : 2003 : 2004 :
2001 : 2002 : 2003 : 2004 :
1 266 265 euros; 1 049 632 euros; 4 612 390 euros; 2 666 167 euros, reçu à la date du 1 octobre.
1 266 265 euro; 1 049 632 euro; 4 612 390 euro; 2 666 167 euro, ontvangen tot op 1 oktober.
2. Les coûts liés aux ventes s’élèvent, en moyenne et par année, à 741 000 euros. De ce montant 497 000 euros constituent des dépenses de personnel (Service des Ventes-SDV), 91 000 euros des dépenses de publicité et 100 000 euros des frais d’enregistrement.
2. De kosten verbonden aan de verkopen komen gemiddeld per jaar op 741 000 euro, waarvan 497 000 euro te beschouwen als personeelsuitgaven (Dienst der Verkoop-SDV), 91 000 euro als publiciteitskosten en 100 000 euro als kosten ten gevolge van registratierechten.
3. Les revenus de l’année 2005 sont estimés à 5 000 000 euros, montant à augmenter des recettes liées à la vente éventuelle des systèmes d’arme supplémentairement mis hors service dans le cadre de l’exécution du Plan directeur de décembre 2003. Dans ce cadre, une déclaration d’intention a récemment été signée pour la vente de la frégate « De Wandelaar ».
3. De geraamde meeropbrengsten voor het jaar 2005 bedragen 5 000 000 euro, te vermeerderen met de ontvangsten verbonden aan de eventuele verkoop van de bijkomende uit gebruik genomen wapensystemen in het kader van de uitvoering van het Stuurplan van december 2003. In dit kader werd recentelijk een intentieverklaring ondertekend voor de verkoop van het fregat « De Wandelaar ».
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9185
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie
Economie
DO 2004200502624
DO 2004200502624
Question no 170 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 170 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Simplification administrative.
Administratieve vereenvoudiging.
L’accord de gouvernement prévoit notamment une importante simplification administrative.
Het regeerakkoord streeft een belangwekkende administratieve vereenvoudiging na.
1. Quelles mesures avez-vous déjà prises en matière de simplification administrative ?
1. Welke maatregelen heeft u reeds genomen op het vlak van administratieve vereenvoudiging ?
2. Quelles mesures envisagez-vous encore de prendre ou préparez-vous actuellement en matière de simplification administrative ? Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 14 décembre 2004, à la question no 170 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) :
2. Welke maatregelen overweegt u nog te nemen op het vlak van de administratieve vereenvoudiging of zijn in voorbereiding ?
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que le Plan fédéral pour la simplification administrative, approuvé par le gouvernement le 7 mai 2004, est exécuté dans mon département dans le cadre de mes compétences.
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het Federaal plan voor de administratieve vereenvoudiging, dat op 7 mei 2004 werd goedgekeurd door de regering, binnen mijn departement wordt uitgevoerd in het kader van mijn bevoegdheden.
Ce plan fédéral est coordonné par mon collègue, le secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, qui répondra donc en détail à l’honorable membre au nom de tous les membres du gouvernement fédéral. (Question no 29 du 10 novembre 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 57.)
Dit federaal plan wordt gecoo¨rdineerd door mijn collega, de staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, die het geachte lid in detail zal antwoorden, in naam van al de leden van de federale regering. (Vraag nr. 29 du 10 november 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 57.)
DO 2004200502644
DO 2004200502644
Question no 172 de M. Jean-Marc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 172 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes.
Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
1. Pourriez-vous communiquer pour les entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, paras-
1. Hebben de bedrijfsrevisoren belast met de controle van de rekeningen 2003 van de economische
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 14 december 2004, op de vraag nr. 170 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) :
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1161
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9186
tatales et autres organismes qui relèvent de votre compétence et pour lesquels un réviseur se prononce sur les comptes, si le réviseur a émis des remarques sur les comptes de l’année 2003 ?
overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen die onder uw bevoegdheid vallen, over deze rekeningen opmerkingen gemaakt ?
2. Si oui, dans quel sens et quelles suites ont été données à ces remarques ?
2. Zo ja, wat is de inhoud van die opmerkingen en welk gevolg werd eraan gegeven ?
Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 13 décembre 2004, à la question no 172 de M. JeanMarc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 13 december 2004, op de vraag nr. 172 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre qu’aucune remarque émise par les réviseurs, sur les comptes de l’année 2003 des organismes qui relèvent de ma compétence, ne m’a été transmise.
In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte lid te melden dat ik van de revisoren geen enkele opmerking heb ontvangen over de rekeningen van het jaar 2003 van de instellingen waarvoor ik bevoegd ben.
DO 2004200502714
DO 2004200502714
Question no 177 de Mme Annick Saudoyer du 23 novembre 2004 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 177 van mevrouw Annick Saudoyer van 23 november 2004 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Sports de combat. — Sport « Pieds-Poings ».
Vuist/voetvechtsporten.
Il me revient que de nouveaux clubs sportifs de Full Contact, Boxe américaine, Kick Boxing, Ultimate Fighting, Free Fight, etc. s’ouvrent tant en Wallonie qu’en Région flamande.
Naar verluidt openen zowel in Wallonie¨ als in Vlaanderen nieuwe sportclubs, waar aan vechtsporten als full contact, Amerikaans boksen, kickboksen, ultimate fighting, free fight, enz. wordt gedaan, de deuren.
Or, la pratique de ce sport est particulièrement violente ...
Het beoefenen van dergelijke vechtsporten is bijzonder gewelddadig ...
C’est ainsi qu’on a enregistré un décès lors d’un entraıˆnement de boxe Thai à Charleroi et un accident mortel lors d’une compétition d’ultimate fighting qui se déroulait à Anvers.
In Charleroi is iemand tijdens een training taiboksen om het leven gekomen en tijdens een wedstrijd ultimate fighting in Antwerpen deed zich een dodelijk ongeval voor.
1. La pratique de ce sport et l’organisation de compétitions doivent-elles répondre à certaines règles précises ?
1. Moeten bij het beoefenen van vechtsporten en bij de organisatie van wedstrijden bepaalde regels worden gevolgd ?
2. Dans l’affirmative, lesquelles ?
2. Zo ja, welke ?
3. Dans la négative, pourquoi ?
3. Zo neen, waarom niet ?
Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 13 décembre 2004, à la question no 177 de Mme Annick Saudoyer du 23 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 13 december 2004, op de vraag nr. 177 van mevrouw Annick Saudoyer van 23 november 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de répondre à l’honorable membre qu’à ce sujet, il n’existe aucune réglementation relevant de mes compétences.
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat er over dit onderwerp geen reglementering bestaat binnen mijn bevoegdheden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9187
E´nergie
Energie
DO 2004200502504
DO 2004200502504
Question no 70 de Mme Muriel Gerkens du 25 octobre 2004 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 70 van mevrouw Muriel Gerkens van 25 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Prix de l’électricité en lien avec les indices Nc et Ne.
Verband tussen de elektriciteitsprijs en de parameters Nc en Ne.
Le prix de l’électricité des clients captifs est lié à deux paramètres, à savoir le Nc (couˆt du combustible) et le Ne (autres couˆts). Le ministre a récemment modifié les définitions de ces deux paramètres.
De elektriciteitsprijs van de gebonden afnemers is gekoppeld aan twee parameters, namelijk Nc (brandstofprijs) en Ne (andere kosten). De minister heeft onlangs de definities van deze parameters gewijzigd.
1. Pourriez-vous communiquer l’évolution du prix de l’électricité des clients captifs : ménages, catégories des clients type Eurostat, depuis le 1er juillet 2003 mois par mois ?
1. Kan u me meedelen hoe de elektriciteitsprijs van de gebonden afnemers (huishoudens en andere categoriee¨n van afnemers zoals gedefinieerd door Eurostat) sinds 1 juli 2003 maand per maand gee¨volueerd is ?
2. Pourriez-vous mettre en évidence quelle partie de l’augmentation (ou de la diminution) est due au paramètre Nc, au paramètre Ne et aux autres facteurs ? Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 13 décembre 2004, à la question no 70 de Mme Muriel Gerkens du 25 octobre 2004 (Fr.) :
2. Kan u aangeven voor welk gedeelte van de verhoging (of daling) de parameters Nc en Ne of andere factoren verantwoordelijk zijn ?
Les prix de l’électricité applicables aux clients qui n’ont pas la qualité de client éligible, c’est-à-dire les clients résidentiels dont les points de prélèvement sont situés en Région wallonne et en Région de BruxellesCapitale, sont réglementés par un arrêté ministériel du 12 décembre 2001, qui instaure un régime de prix maxima pour ce type de fourniture.
De elektriciteitsprijzen die van toepassing zijn voor niet in aanmerking komende afnemers, dit wil zeggen residentie¨le afnemers wier afnamepunt gelegen is in het Waalse Gewest en in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest zijn gereglementeerd door een ministerieel besluit van 12 december 2001 dat een stelsel van maximumprijzen invoert voor dat soort leveringen.
L’arrêté ministériel en question a établi deux paramètres de révision de prix, les paramètres Nc et Ne, qui ont pour objet d’assurer une couverture correcte des coûts supportés par les opérateurs du secteur de l’électricité. Le paramètre Nc assure la transparence entre les coûts des combustibles fossiles et nucléaires utilisés dans les centrales et la facturation de ces coûts via les termes correspondants de la tarification. Le paramètre Ne reflète l’évolution des autres composants du prix de revient (amortissements, frais d’exploitation et d’entretien).
Het ministerieel besluit in kwestie heeft twee parameters voor prijsherziening bepaald, namelijk Nc en Ne, die tot doel hebben ervoor te zorgen dat de kosten die gedragen worden door de operatoren van de elektriciteitssector correct in rekening worden gebracht. Parameter Nc zorgt voor de transparantie tussen de kosten voor fossiele brandstoffen en kernenergie die in de centrales aangewend worden en voor de facturatie van die kosten via de overeenstemmende tarieftermen. Parameter Ne weerspiegelt de evolutie van de andere componenten van de kostprijs (afschrijvingen, uitbatings- en onderhoudskosten).
Les paramètres d’indexation susvisés varient mensuellement. Les prix publiés par Eurostat pour les cinq catégories de consommateurs types résidentiels sont établis le 1er janvier et le 1er juillet de chaque année, avec prise en considération des paramètres Nc et Ne du mois concerné. Le client résidentiel bénéfi-
Hoger genoemde indexeringsparameters varie¨ren maandelijks. De prijzen die Eurostat publiceert voor de vijf categoriee¨n van residentie¨le verbruikers worden elk jaar op 1 januari en op 1 juli vastgesteld; daarbij wordt rekening gehouden met de parameters Nc en Ne van de betrokken maand. De factuur van de residen-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 13 december 2004, op de vraag nr. 70 van mevrouw Muriel Gerkens van 25 oktober 2004 (Fr.) :
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9188
ciant de l’application de l’arrêté ministériel du 12 décembre 2001 est quant à lui facturé annuellement avec des indices moyens couvrant l’évolution des paramètres Nc et Ne pendant les douze mois précédant la facturation. L’effet de l’augmentation des paramètres précités sera donc lissé dans le temps pour ces clients résidentiels. L’évolution des prix de l’électricité pour les clients résidentiels qui n’ont pas la qualité de client éligible et dont les caractéristiques de consommations sont similaires à celles des clients-type retenus par Eurostat, se présente, pour les mois de janvier 2004 et juillet 2004 comparés à juillet 2003, de la manière décrite dans les 2 tableaux annexés ci-après. Il y est procédé également à la détermination de l’impact des paramètres d’indexation et autres facteurs sur le prix final. E´volution des prix — janvier 2004 versus juillet 2003
tie¨le afnemers die genieten van de toepassing van het ministerieel besluit van 12 december 2001 wordt jaarlijks berekend met gemiddelde indexen die rekening houden met de evolutie van de parameters Nc en Ne gedurende de twaalf maanden die aan de facturatie voorafgaan. De stijging van hoger genoemde parameters wordt voor die residentie¨le afnemers dus gelijkmatig verdeeld over de tijd. Hiernavolgende tabellen geven, voor de maanden januari 2004 en juli 2004 in vergelijking met juli 2003, een beeld van de evolutie van de elektriciteitsprijzen voor niet in aanmerking komende residentie¨le afnemers met een soortgelijk verbruik als dat van de typeafnemers die Eurostat hanteert. Daarbij wordt ook melding gemaakt van de invloed van de indexeringsparameters en van andere factoren op de uiteindelijke prijs. Prijsevolutie — januari 2004 versus juli 2003
E´volution E´volution imputable E´volution du E´volution Clients aux taxes et prix toutes imputable au imputable au type NC prélèvements taxes comprises NE — — — — — Evolutie toe Prijsevolutie Typeklanten Evolutie toe te Prijsevolutie te schrijven toete schrijven schrijven aan taksen Eurostat alle taksen aanNE aan NC en afhoudingen inbegrepen 600 1 200 3 500 1 300 7 500 2 500 20 000 15 000
kWh/an-jaar ............................ kWh/an-jaar ............................ kWh/an-jaar excl. Nuit/uitsl. nacht ............. kWh/an-jaar excl. nuit/uitsl. nacht .............. kWh/an-jaar excl. nuit/uitsl. nacht ..............
DA DB
2,3 % 2,4 %
0,1 % 0,1 %
1,7 % 1,8 %
0,5 % 0,5 %
DC
2,8 %
0,0 %
2,2 %
0,6 %
DD
2,8 %
0,0 %
2,1 %
0,7 %
DE
3,7 %
- 0,3 %
3,1 %
0,9 %
E´volution des prix — juillet 2004 versus juillet 2003
Prijsevolutie — juli 2004 versus juli 2003
E´volution E´volution imputable E´volution du E´volution Clients aux taxes et prix toutes imputable au imputable au type NC prélèvements taxes comprises NE — — — — — Evolutie toe Prijsevolutie Typeklanten Evolutie toe te Prijsevolutie teschrijven toete schrijven schrijven aan taksen Eurostat alle taksen aanNE aan NC en afhoudingen inbegrepen 600 1 200 3 500 1 300 7 500 2 500 20 000 15 000
kWh/an-jaar ............................ kWh/an-jaar ............................ kWh/an-jaar excl. Nuit/uitsl. nacht ............. kWh/an-jaar excl. nuit/uitsl. nacht .............. kWh/an-jaar excl. nuit/uitsl. nacht ..............
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
DA DB
6,1 % 6,5 %
1,8 % 1,7 %
3,8 % 4,1 %
0,5 % 0,6 %
DC
7,1 %
1,5 %
4,8 %
0,7 %
DD
7,3 %
1,5 %
4,9 %
0,8 %
DE
9,0 %
1,1 %
6,9 %
1,0 %
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9189
DO 2004200502624
DO 2004200502624
Question no 73 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 73 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Simplification administrative.
Administratieve vereenvoudiging.
L’accord de gouvernement prévoit notamment une importante simplification administrative.
Het regeerakkoord streeft een belangwekkende administratieve vereenvoudiging na.
1. Quelles mesures avez-vous déjà prises en matière de simplification administrative ?
1. Welke maatregelen heeft u reeds genomen op het vlak van administratieve vereenvoudiging ?
2. Quelles mesures envisagez-vous encore de prendre ou préparez-vous actuellement en matière de simplification administrative ?
2. Welke maatregelen overweegt u nog te nemen op het vlak van de administratieve vereenvoudiging of zijn in voorbereiding ?
Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 14 décembre 2004, à la question no 73 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 14 december 2004, op de vraag nr. 73 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que le Plan fédéral pour la simplification administrative, approuvé par le gouvernement le 7 mai 2004, est exécuté dans mon département dans le cadre de mes compétences.
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het Federaal plan voor de administratieve vereenvoudiging, dat op 7 mei 2004 werd goedgekeurd door de regering, binnen mijn departement wordt uitgevoerd in het kader van mijn bevoegdheden.
Ce plan fédéral est coordonné par mon collègue, le secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, qui répondra donc en détail à l’honorable membre au nom de tous les membres du gouvernement fédéral. (Question no 29 du 10 novembre 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 57.)
Dit federaal plan wordt gecoo¨rdineerd door mijn collega, de staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, die het geachte lid in detail zal antwoorden, in naam van al de leden van de federale regering. (Vraag nr. 29 van 10 november 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 57.)
DO 2004200502644
DO 2004200502644
Question no 74 de M. Jean-Marc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 74 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes.
Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
1. Pourriez-vous communiquer pour les entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes qui relèvent de votre compétence et pour lesquels un réviseur se prononce sur les comptes, si le réviseur a émis des remarques sur les comptes de l’année 2003 ?
1. Hebben de bedrijfsrevisoren belast met de controle van de rekeningen 2003 van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen die onder uw bevoegdheid vallen, over deze rekeningen opmerkingen gemaakt ?
2. Si oui, dans quel sens et quelles suites ont été données à ces remarques ?
2. Zo ja, wat is de inhoud van die opmerkingen en welk gevolg werd eraan gegeven ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9190
Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 13 décembre 2004, à la question no 74 de M. JeanMarc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 13 december 2004, op de vraag nr. 74 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre qu’aucune remarque émise par les réviseurs, sur les comptes de l’année 2003 des organismes qui relèvent de ma compétence, ne m’a été transmise.
In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte lid te melden dat ik van de revisoren geen enkele opmerking heb ontvangen over de rekeningen van het jaar 2003 van de instellingen waarvoor ik bevoegd ben.
Politique scientifique
Wetenschapsbeleid
DO 2004200502557
DO 2004200502557
Question no 30 de M. Mark Verhaegen du 27 octobre 2004 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 30 van de heer Mark Verhaegen van 27 oktober 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Diffusion sur internet d’informations provenant des Archives de l’E´tat. Les Archives de l’E´tat sont une institution scientifique fédérale chargée de prendre soin et de gérer le patrimoine archivistique belge. Les Archives de l’E´tat développent des activités dans les domaines suivants : surveillance des producteurs publics d’archives, acquisition d’archives des pouvoirs publics et d’archives privées, conservation et préservation du patrimoine archivistique, ouverture du patrimoine archivistique, service au public et recherche scientifique.
Verspreiding van informatie uit het Rijksarchief via internet.
Les archives sont acquises, conservées et ouvertes en vue de leur consultation. Aux termes de la loi du 24 juin 1955 relative aux archives, tous les documents datant de plus de 100 ans versés aux Archives de l’E´tat par une administration sont en principe publics. Tout est cependant mis en œuvre pour garantir la consultation d’archives plus récentes.
Archieven worden verworven, bewaard en ontsloten om te kunnen worden geraadpleegd. Volgens de archiefwet van 24 juni 1955 zijn in principe alle archieven van meer dan 100 jaar die door een overheidsorgaan aan het Rijksarchief zijn overgedragen, openbaar. Evenwel wordt alles in het werk gesteld om ook de raadpleging van archieven van jongere datum te waarborgen.
Outre la protection du caractère privé, la consultation doit parfois aussi être limitée pour éviter la détérioration matérielle du document. La consultation est de toute façon refusée lorsqu’il pourrait en résulter des dommages irréparables au document demandé.
Behalve omwille van de privacybescherming, moet de vrije raadpleging soms ook beperkt worden ter vrijwaring van de archiefstukken zelf. Raadpleging wordt alleszins afgewezen als het gevraagde document daardoor onherstelbare schade dreigt op te lopen.
Les groupes cibles qui utilisent les archives sont très variés. Lors de votre première visite, vous serez accueilli par le président de la salle de lecture qui vous mettra sur la bonne voie. En raison du manque de personnel dont souffrent les Archives de l’E´tat, les agents des salles de lecture doivent se limiter au premier accueil. Les visiteurs doivent donc toujours effectuer eux-mêmes leurs recherches.
De doelgroepen voor de benutting van archieven zijn zeer verscheiden. Bij uw eerste bezoek wordt u opgevangen door het hoofd van de leeszaal die u op het goede spoor zal zetten. Omwille van personeelstekort waarmee het Rijksarchief te kampen heeft, moet het leeszaalpersoneel zich beperken tot de eerste opvang. De opzoekingen moeten dus steeds door de bezoekers worden verricht.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Het Rijksarchief is een federale wetenschappelijke instelling belast met de zorg voor en het beheer van het Belgisch archivalisch erfgoed. Het Rijksarchief ontwikkelt activiteiten binnen de volgende taakgebieden : uitoefenen van toezicht op openbare archiefvormers, verwerving van archieven van overheden en van particulieren, bewaring en conservering van het archivalisch erfgoed, ontsluiting van het archivalisch erfgoed, publieke dienstverlening en wetenschappelijk onderzoek.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9191
Nos historiens doivent ainsi se rendre régulièrement aux Archives de l’E´tat pour copier des documents d’archives suivant un tarif assez élevé. Les membres des cercles d’historiens apprécieraient que les services des Archives de l’E´tat développent un système de digitalisation des documents à copier, qui seraient mis en ligne sur le site web et seraient ainsi plus facilement consultables. Il ne fait aucun doute que ce système ouvrirait les portes d’un monde nouveau et transformerait les Archives de l’E´tat en véritable musée virtuel et espace scientifique.
Zo moeten onze heemkundigen geregeld naar het Rijksarchief om archiefstukken te kopie¨ren, zij het tegen een fikse vergoeding. De leden van de heemkundige kringen zouden het op prijs stellen mocht een systeem worden gevonden om de te kopie¨ren stukken in te scannen door de diensten van het Rijksarchief om zo via de website bij de heemkundigen te kunnen belanden. Ongetwijfeld opent dit systeem een nieuwe wereld en wordt het Rijksarchief echt een virtueel museum en een wetenschappelijke ruimte.
Cette digitalisation à grande échelle est surtout essentielle pour la diffusion des connaissances. Elle permettrait aussi au grand public d’accéder par internet aux Archives de l’E´tat.
Deze grootschalige digitalisering is in de eerste plaats belangrijk voor de verspreiding van kennis. Ook zal het grote publiek via de computer toegang hebben tot het Rijksarchief.
Je suis convaincu que les spécialistes et les historiens sont prêts à se réunir autour d’une table pour développer un système aussi efficace que possible.
Ik ben ervan overtuigd dat specialisten en heemkundigen bereid zijn om mee rond de tafel te gaan zitten om een zo goed mogelijk systeem uit te werken.
Ne serait-il pas possible de prévoir un système dans lequel les Archives de l’E´tat digitaliseraient les documents à copier et les publieraient ensuite sur internet pour les mettre à la disposition des historiens ?
Is het niet mogelijk om een systeem te ontwikkelen waarbij de te kopie¨ren stukken zouden ingescand worden door het Rijksarchief om zo via het internet ter beschikking van de heemkundigen te kunnen worden gesteld ?
Réponse de la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 14 décembre 2004, à la question no 30 de M. Mark Verhaegen du 27 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 14 december 2004, op de vraag nr. 30 van de heer Mark Verhaegen van 27 oktober 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vraag te vinden.
La digitalisation constitue une des priorités absolues des Archives du Royaume pour les années et décennies à venir. Le degré de difficulté de ce projet ne peut cependant pas être sous-estimé. ` titre expérimental, un premier projet-pilote de A grande envergure a été mis en chantier avec la digitalisation des registres patrimoniaux de l’ensemble des communes de la province d’Anvers.
Voor het Algemeen Rijksarchief is het digitaliseren één van de topprioriteiten voor de eerstvolgende jaren en decennia. De moeilijkheidsgraad van dit plan mag echter niet onderschat worden.
Ce projet concernait environ 1 950 rouleaux, soit un total de 70 mètres courants d’archives des XVIIe et XVIIIe siècles; quelque 700 cd-rom pour le stockage après la digitalisation; 170 unités temps plein.
Dit project had betrekking op ongeveer 1 950 banden of in het totaal 70 strekkende meter archief uit de 17e en 18e eeuw; circa 700 cd-roms voor de opslag na digitalisering; 170 voltijdse eenheden.
Par cette entreprise, on a pu constater qu’une digitalisation de qualité des archives originelles reçuerrait non seulement un effort financier fort important mais dépendrait également d’une préparation et d’un encadrement compétents.
Door deze onderneming kon worden vastgesteld dat een kwaliteitsvolle digitalisering van origineel archiefmateriaal niet alleen een forse financie¨le inspanning vergt maar ook afhankelijk is van een deskundige voorbereiding en begeleiding.
En ce qui concerne l’ensemble du patrimoine archivistique (qui comprend environ 200 000 mètres courants d’archives), les Archives du Royaume ont opté pour une approche approfondie scindée en trois phases.
Wat betreft het totaal archiefbezit (dat ongeveer 200 000 strekkende meter archief omvat) heeft het Rijksarchief voor een grondige aanpak in drie fasen gekozen.
Une première phase a débuté il y a à peu près dix ans et, est en voie d’achèvement. Un relevé complet de
De eerste fase, waarin op het Internet een volledig overzicht wordt geboden van alle archiefbestanden
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Als experiment werd met de digitalisering van de parochieregisters van alle gemeenten van de provincie Antwerpen een eerste grootschalig proefproject op het getouw gezet.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9192
tous les fichiers d’archives des dix-huit dépoˆts y a été mis sur Internet.
van de achttien depots, werd een tiental jaren geleden ingezet en nadert zijn voltooiing.
La deuxième phase a pour but de mettre sur réseau, sous forme numérique, tous les accès détaillés, appelés inventaires d’archives. Depuis le démarrage, il y a deux ans, des centaines de milliers de descriptions d’archives ont déjà été reprises dans la banque de données. En ce moment, tous les inventaires d’archives notariales, archives familiales, archives industrielles et archives des anciens bancs échevinaux et des communes y sont intégrés.
De tweede fase heeft tot doel alle gedetailleerde toegangen, de zogenaamde archief inventarissen, in een digitale vorm op het net te brengen. Sedert zijn start, twee jaar geleden, werden reeds honderdduizenden archiefbeschrijvingen opgenomen in de databank. Op dit ogenblik worden alle inventarissen van het notarieel archief, de familiearchieven, de bedrijfsarchieven en de archieven van de oude schepenbanken en gemeenten toegevoegd.
La digitalisation proprement dite des documents originaux constitue la troisième phase qui a commencé avec le projet expérimental précité des registres paroissiaux de la province d’Anvers.
Het digitaliseren van de originele documenten zelf vormt de derde fase, die werd ingeluid met het voornoemde proefproject met de parochieregisters van de provincie Antwerpen.
Hormis l’approche systématique esquissée, les Archives du Royaume ont également mis en chantier un programme de scanning sur demande.
Behalve de systematische aanpak die hiervoor werd geschetst, heeft het Rijksarchief ook een programma voor scanning op aanvraag op het getouw gezet.
Ces scanners doivent à court terme rendre superflue la photocopie. Les premiers achats sont prévus pour la fin de 2004. En raison de leur coût élevé, ceux-ci seront étalés pour l’ensemble des Archives du Royaume sur quatre à cinq ans. Les lecteurs pourront alors disposer d’une image scannée de qualité photographique, sous forme digitale ou imprimée.
Deze scanners moeten op korte termijn het fotokopie¨ren overbodig maken. De eerste aankopen zijn gepland voor eind 2004. Omwille van de hoge kostprijs zullen deze voor alle Rijksarchieven gespreid worden over de volgende vier à vijf jaar. De lezers zullen dan kunnen beschikken over een gescand beeld van fotokwaliteit als een afdruk of in digitale vorm.
Les Archives générales du Royaume sont ouvertes à toute suggestion des spécialistes en histoire locale et leurs organisations pour définir de concert les priorités et pour discuter des formes de collaboration concrète entre les Archives du Royaume et ces organisations d’histoire locale.
De Algemeen Rijksarchivaris staat open voor elk aanbod van heemkundigen en hun organisaties om in gemeen overleg prioriteiten uit te stippelen en vormen van concrete samenwerking tussen Rijksarchief en heemkundige kringen te bespreken.
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2003200432141
DO 2003200432141
Question no 154 de Mme Maggie De Block du 16 septembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 154 van mevrouw Maggie De Block van 16 september 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Reprise progressive du travail. — Assurance indemnités pour les travailleurs indépendants.
Progressieve werkhervatting. — Uitkeringsverzekering voor zelfstandigen.
En réponse à ma question sur la reprise progressive du travail, le ministre a répondu que, dans le cadre de l’assurance indemnités pour les travailleurs indépen-
In antwoord op mijn vraag over de progressieve werkhervatting, stelt de minister dat in het kader van de uitkeringsverzekering voor zelfstandigen de ar-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9193
dants, l’ayant droit reconnu inapte au travail souhaite souvent reprendre sa précédente activité indépendante à temps partiel en vue de son reclassement (question no 114 du 4 juin 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 43, p. 6678-6679). Il estime dès lors que l’on pourrait, sur le plan de la gestion, se demander s’il ne conviendrait pas d’étendre cette possibilité. 1. Eˆtes-vous favorable à une telle extension ? 2. Combien de personnes confrontées à ce problème ?
1. Bent u gewonnen voor bovengenoemde uitbreiding ?
actuellement
2. Hoeveel personen worden op dit ogenblik geconfronteerd met dit probleem ?
3. a) Envisagez-vous de faire examiner cette question ?
3. a) Overweegt u de opdracht te geven om deze aangelegenheid te laten onderzoeken ?
b) Dans l’affirmative, qui s’en chargera ?
b) Zo ja, wie zal deze onderzoeksopdracht uitvoeren ?
4. Dans quel délai tirerez-vous les conclusions appropriées ?
4. Op welke termijn zal u tot een gepaste conclusie komen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 15 décembre 2004, à la question no 154 de Mme Maggie De Block du 16 septembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 december 2004, op de vraag nr. 154 van mevrouw Maggie De Block van 16 september 2004 (N.) :
1, 3 et 4. Je peux vous communiquer que le Comité de gestion de l’assurance indemnités des travailleurs indépendants du Service des Indemnités de l’INAMI a constitué, à ma demande, un groupe de travail en vue d’examiner la problématique de la réintégration socioprofessionnelle des indépendants reconnus incapables de travailler. Des réunions ont eu lieu en juin, septembre, octobre. La situation du titulaire en incapacité de travail qui souhaite reprendre partiellement son activité comme indépendant (avec l’autorisation préalable du médecin-conseil de la mutualité) y est examinée à cette occasion.
1, 3 en 4. Hierbij kan ik u meedelen dat het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering voor zelfstandigen van de Dienst voor uitkeringen van het RIZIV, op mijn vraag, een werkgroep heeft samengesteld met het oog op het onderzoek van de problematiek van de socio-professionele reı¨ntegratie van de arbeidsongeschikt erkende zelfstandigen. Vergaderingen vonden plaats in juni, september en oktober. De situatie van de arbeidsongeschikt erkende gerechtigde die zijn vroegere beroepsactiviteit als zelfstandige deeltijds wenst te hervatten (met de voorafgaandelijke toestemming van de adviserend geneesheer van het ziekenfonds) zal hierbij ook aan bod komen.
2. J’ai demandé que des propositions me soient transmises pour la fin de cette année. Sur base de ces propositions, il faudra déterminer les mesures éventuelles à prendre. Il faudra également tenir compte du contexte budgétaire.
2. Ik heb gevraagd dat de voorstellen me worden overgemaakt tegen het einde van dit jaar. Op basis van deze voorstellen moet dan bepaald worden welke maatregelen aangewezen kunnen zijn. Hierbij zal eveneens rekening gehouden moeten worden met de budgettaire context.
Le nombre de titulaires reconnus en incapacité de travail, qui ont repris partiellement leur activité comme indépendant avec l’autorisation préalable du médecin-conseil, s’élève environ à 1 200 (reprise pendant la période d’incapacité primaire et en invalidité).
Het aantal gerechtigden dat arbeidsongeschikt is erkend en hun zelfstandige beroepsbezigheid gedeeltelijk hervat hebben met de toestemming van de adviserend geneesheer, bedraagt ongeveer 1 200 (hervatting tijdens het tijdvak van primaire ongeschiktheid en invaliditeit).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
sont
beidsongeschikt erkende gerechtigde veelal zijn vroegere zelfstandige activiteit deeltijds wil hervatten met het oog op zijn reklassering (vraag nr. 114 van 4 juni 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 43, blz. 6678-6680). Daarom is hij van oordeel dat op beleidsvlak nader onderzocht zou kunnen worden of de mogelijkheid hiertoe niet uitgebreid zou moeten worden.
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1162
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9194
DO 2004200502420
DO 2004200502420
Question no 176 de Mme Anne Barzin du 15 octobre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 176 van mevrouw Anne Barzin van 15 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Allocations de naissance octroyées pour des enfants mort-nés.
Toekenning van kraamgeld voor doodgeboren kinderen.
L’article 73bis, § 1er, alinéa 2, des lois coordonnées du 19 décembre 1939 relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés prévoit que « l’allocation de naissance est également accordée s’il n’existe aucun droit aux allocations familiales en vertu des présentes lois, à condition qu’il s’agisse d’un enfant à propos duquel un acte de déclaration d’enfant sans vie a été établi par l’officier de l’état civil ».
Artikel 73bis, § 1, tweede lid van de samengeordende wetten van 19 december 1939 betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders bepaalt : « het kraamgeld wordt ook verleend indien geen recht op kinderbijslag krachtens deze wetten bestaat, op voorwaarde dat het een kind betreft waarvoor een akte van aangifte van een levenloos kind werd opgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand ».
1. Disposez-vous de données statistiques concernant l’octroi de ces allocations de naissance pour des enfants mort-nés ?
1. Beschikt u over statistische gegevens met betrekking tot de toekenning van kraamgeld voor doodgeboren kinderen ?
2. Pourriez-vous évaluer la proportion des demandes d’allocation pour ce type de naissance par rapport au nombre effectif des enfants mort-nés ?
2. Kan u een raming geven van het aantal aanvragen voor kraamgeld voor doodgeboren kinderen in verhouding tot het effectief aantal doodgeboren kinderen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 176 de Mme Anne Barzin du 15 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 176 van mevrouw Anne Barzin van 15 oktober 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de communiquer la réponse suivante à Mme la Députée. L’Office national d’allocations familiales pour travailleurs salariés ne dispose pas de données statistiques concernant le nombre d’enfants morts-né pour lesquels l’allocation de naissance a été accordée.
Ik heb de eer mevrouw de volksvertegenwoordiger het volgende antwoord mede te delen. De Rijksdienst voor kinderbijlag voor werknemers beschikt niet over statistische gegevens omtrent het aantal doodgeboren kinderen waarvoor het kraamgeld uitgekeerd werd.
L’institut National de statistique m’a comuniqué qu’en 2002, 468 enfants nés morts en Belgique. Ceci est un chiffre provisoire. Des données plus récentes ne sont pas disponibles.
Het Nationaal Instituut voor de statistiek deelde mij mede dat er in 2002 468 kinderen dood geboren zijn in Belgie¨. Het betreft een voorlopig cijfer. Recentere gegevens zijn niet beschikbaar.
DO 2004200502608
DO 2004200502608
Question no 195 de M. Bart Laeremans du 9 novembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 195 van de heer Bart Laeremans van 9 november 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Fonds mazout. — CPAS.
Stookoliefonds. — OCMW’s.
Le gouvernement fédéral a décidé d’allouer une indemnité aux familles aux revenus limités qui se chauffent au mazout, afin de compenser quelque peu la hausse du prix de ce combustible. La procédure retenue est complexe dans la mesure ou` elle dépend de divers facteurs.
De federale regering besliste tot het uitkeren van een vergoeding aan de gezinnen met een beperkt inkomen die verwarmen met stookolie teneinde de meerkost van deze brandstof enigszins te compenseren. De weerhouden procedure is omslachtig, daar ze van diverse factoren afhangt.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9195
Les indemnités seront allouées par les CPAS, ce qui entraıˆnera pour ceux-ci un surcroıˆt de travail.
De vergoedingen zullen worden uitgekeerd door de OCMW’s, die daardoor heel wat meer werk te verrichten zullen hebben.
Les CPAS seront-ils indemnisés ou assistés pour ce travail supplémentaire ou le gouvernement leur impose-t-il, ainsi dès lors qu’aux communes, une nouvelle charge ?
Zullen de OCMW’s voor dit extra werk worden vergoed of bijgestaan of schuift de regering weer een nieuwe last af op de schouders van de OCMW’s en dus van de gemeenten ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 195 de M. Bart Laeremans du 9 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 195 van de heer Bart Laeremans van 9 november 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre que la question posée relève de la compétence du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances, M. Dupont. (Question no 79 du 16 décembre 2004.)
Ik heb de eer het geachte lid te informeren dat de gestelde vraag tot de bevoegdheid behoort van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen, de heer Dupont. (Vraag nr. 79 van 16 december 2004.)
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2003200431952
DO 2003200431952
Question no 253 de Mme Hilde Dierickx du 27 juillet 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 253 van mevrouw Hilde Dierickx van 27 juli 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Substances dangereuses contenues dans les chaussures d’été « flip-flops ».
Gevaarlijke stoffen in de zomerschoenen « flip-flops ».
Les flip-flops sont les chaussures à la mode de cet été. De nombreuses personnes chaussent ces tongs multicolores presque tout au long de la saison estivale.
« Flip-flops » zijn één van de grote rages die deze zomer doorgebroken zijn. Deze veelkleurige teenslippers worden door velen bijna de hele zomer door gedragen.
Une étude du Service allemand de la protection de l’environnement a révélé que le port de ces chaussures d’été n’est pas sans risque pour la santé.
Uit onderzoek van de Duitse dienst voor milieubescherming blijkt dat bepaalde gezondheidsrisico’s vasthangen aan het dragen van deze zomerschoenen.
Dans 14 des 25 tongs examinées, des substances dangereuses ont été détectées. Il s’agit de quantités importantes de plomb, de zinc et d’autres substances chimiques qui sont présentes dans ces sandales.
Bij 14 van de 25 onderzochte « teenslippers » werden gevaarlijke stoffen teruggevonden. Het gaat om grote hoeveelheden lood, zink en andere chemische stoffen die verwerkt zijn in deze slippers.
1. Eˆtes-vous au courant des résultats de cette étude ?
1. Bent u op de hoogte van de resultaten van deze studie ?
2. Les autorités fédérales lanceront-t-elles un avertissement officiel et procéderont-elles elles-mêmes à une étude sur les risques pour la santé liés au port de ces flip-flops ?
2. Komt er een officie¨le waarschuwing van de federale overheid, of gaat men zelf een onderzoek doen naar de gezondheidsrisico’s die inherent zijn aan het dragen van deze « flip-flops » ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9196
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 15 décembre 2004, à la question no 253 de Mme Hilde Dierickx du 27 juillet 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 december 2004, op de vraag nr. 253 van mevrouw Hilde Dierickx van 27 juli 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
1. L’étude réalisée en Allemagne, commentée par le Deutsche Forschungsgemeinschaft nous révèle en effet la présence de substances dangereuses dans les flipflops (sandales en plastique portées surtout en été, à la plage). Il s’agirait de plomb, de zinc et surtout de phtalate en particulier le diethylhexylphtalate (DEHP). Le dernier, utilisé comme plastifiant est particulièrement dangereux pour la santé et est cause d’infertilité chez l’homme. C’est une substance qui peut induire l’effet hormonal (EDC endocrinedisrupting compounds).
1. Uit een Duitse studie blijkt de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen in flip-flops (plastic sandalen die hoofdzakelijk tijdens de zomer op het strand worden gedragen). Deze studie werd besproken door de Deutsche Forschungsgemeinschaft. Het betreft de aanwezigheid van lood, zink en hoofdzakelijk ftalaten, meer bepaald di-ethylftalaat (DEHP). Deze laatste wordt gebruikt als weekmaker en is bijzonder gevaarlijk voor de gezondheid en een oorzaak van onvruchtbaarheid bij de man. Het is een substantie die hormonale effecten kan veroorzaken (EDC, endocrinedisrupting compounds).
Le Deutsche Forschungsgemeinschaft a lancé un projet à l’Université de Erlangen-Nu¨rnberg pour savoir comment les phtalates présents dans l’environnement peuvent pénêtrer le corps humain.
De Deutsche Forschungsgemeinschaft heeft een studie opgestart aan de universiteit van ErlangenNu¨rnberg om na te gaan of ftalaten die in het milieu aanwezig zijn, in het lichaam kunnen binnendringen.
Les résultats ont montré que les teneurs absorbées sont nettement plus importantes que prévues surtout chez les jeunes enfants.
De resultaten hebben aangetoond dat de geabsorbeerde hoeveelheden aanzienlijk hoger lagen dan verwacht, en dit vooral bij jonge kinderen.
2. Concernant les flip-flops, il s’agit en effet d’une source de contamination, qui est cependant minime par rapport à ce que l’on peut retrouver dans l’environnement.
2. Wat de flip-flops betreft, gaat het wel degelijk over een contaminatiebron, die echter minimiem is in vergelijking met wat men in het milieu aantreft.
Deux millions de tonnes de DEHP sont produits chaque année, 90 % sont utilisés comme plastifiant dans les matières plastiques, entre autre le chlorure de polyvinyle (PVC). Ce dernier peut contenir jusque 40 % de phtalate. Les phtalates sont également utilisés dans les produits de toilettes, les textiles, les revêtements de sol, les papiers peints plastifiés, les colles et les jouets (dernièrement on a constaté la présence de DEHP dans les scoubidous, jouet très répandu chez les enfants).
Elk jaar worden er twee miljoen ton DEHP geproduceerd, 90 % daarvan wordt gebruikt in plastic materiaal onder andere in polyvinylchloride (PVC). PVC kan tot 40 % ftalaat bevatten. Bovendien worden ftalaten ook gebruikt in toiletartikelen, textiel, vloerbekleding, geplastifieerd behangpapier, lijmen en speelgoed (recent werd DEHP vastgesteld in scoobiedoo’s, speelgoed dat erg verspreid is bij kinderen). De ftalaten kunnen gemakkelijk vrijkomen uit het plastic materiaal, dit verklaart waarom men ze terug vindt in lucht, water en voeding.
Les phtalates peuvent facilement quitter la matière plastique, c’est pour cela que on les retrouve dans l’air, l’eau et les denrées alimentaires.
De mens is blootgesteld aan ftalaten door opname via voeding en water en door inademing.
L’être humain est exposé aux phtalates par ingestion de denrées et d’eau et par inhalation. Dans le corps humain la présence de phtalates perturbe la balance hormonale. Les chercheurs et les experts internationaux ont fait le lien entre d’une part, l’absorption et d’autre part, la diminution de spermatozoı¨des dans le liquide séminal, et donc la diminution de la fertilité masculine.
In het menselijk lichaam verstoort de aanwezigheid van phtalaat het hormonale evenwicht. Wetenschappers en internationale experten hebben een verband vastgesteld tussen enerzijds de absorbtie en anderzijds de vermindering van het aantal spermacellen en dus de vermindering van de mannelijke vruchtbaarheid.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9197
Le Scientific Committee on Toxicity, Ecotoxicity and Environment a accepté les résultats de ErlangenNu¨rnberg.
Het Scientific Committee on Toxicity, Ecotoxicity and Environment heeft de resultaten van ErlangenNu¨rnberg aanvaard.
Les risques liés au DEHP doivent être réévalués, surtout en ce qui concerne les enfants, qui sont particulièrement sensibles du point de vue hormonal.
Het risico verbonden aan DEHP moet opnieuw gee¨valueerd worden, vooral voor kinderen die vanuit een hormonaal standpunt uitzonderlijk gevoelig zijn.
Actuellement, il existe une proposition de modification de la directive de la 76-769 CEE relative à la limitation de la mise sur le marché et de l’emploi de certaines substances et de préparations dangereuses. Celle-ci prévoit l’interdiction du DEHP, dibuthylphtalate (DBP) et du benzylbuthylphtalate (BBP).
Op dit ogenblik bestaat er een voorstel tot wijziging van richtlijn 76-769 EEG om de commercialisering en het gebruik van een aantal gevaarlijke verbindingen te beperken. Hierin is in een verbod op DEHP, dibutylftalaat (DBP) en benzylbuthylftalaat (BBP) voorzien.
Au laboratoire de l’Institut de santé publique (ISP) une identification des plastifiants dans les flip-flops peut être réalisée.
In het laboratorium van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) kan een identificatie van weekmakers in flip-flops uitgevoerd worden.
Une étude de la migration de phtalates dans l’air ou l’eau ne relève pas des compétences fédérales; l’infrastructure nécessaire pour ce genre d’étude n’est pas disponible à l’ISP.
De studie van de migratie van deze stoffen in water en lucht behoort niet tot de federale bevoegdheid; de noodzakelijke infrastructuur voor dergelijke studies is niet beschikbaar in het WIV.
Actuellement, des analyses sur les scoubidous sont réalisées, de manière à étudier la migration des phtalates en milieu salivaire. Ceci afin de controˆler ce que l’enfant est susceptible d’ingérer réellement.
Op dit ogenblik worden wel analyses uitgevoerd van scoobiedoo’s om de migratie van deze substanties in speekselsimulant na te gaan. Het is de bedoeling om na te gaan of kinderen via dit speelgoed ftalaten kunnen inslikken.
DO 2003200431972
DO 2003200431972
Question no 258 de Mme Zoé Genot du 3 août 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 258 van mevrouw Zoé Genot van 3 augustus 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Impact de la directive Bolkestein sur les législations et réglementations.
Weerslag van de richtlijn-Bolkestein op de wetgevingen en reglementeringen.
Le 8 juin 2004, Mme Moerman, alors ministre de l’E´conomie, a déclaré en commission de la Chambre que « sans pouvoir certifier le caractère parfaitement exhaustif de l’examen mené à ce jour par l’ensemble des administrations et sans entrer dans le détail des compétences qui sont parfois partagées, voici pour le fédéral les domaines concernés par la proposition de directive. Je vous ai dit, à vous ou à vos collègues d’ailleurs, la semaine dernière, que l’examen du SPF concernait aussi les administrations à d’autres niveaux de compétence. Cette réponse vaut ici pour le fédéral.
Op 8 juni 2004 verklaarde de toenmalige minister van Economie, mevrouw Moerman, in de Kamercommissie : « zonder aanspraak te maken op volledigheid van het onderzoek dat alle administraties tot heden gevoerd hebben en zonder in detail te treden van de soms gedeelde bevoegdheden, kan ik u een overzicht geven van de domeinen die op federaal vlak onder de toepassing van de richtlijn-Bolkestein vallen. Vorige week heb ik u, aan uzelf of aan uw collega’s trouwens, gezegd dat het onderzoek van de FOD ook de besturen op andere bevoegdheidsniveaus omvatte. Mijn antwoord heeft betrekking op het federale niveau.
Le SPF E´conomie, PME, Classes moyennes et E´nergie prévoit des conséquences dans les réglementations qui organisent l’entreprise indépendante, les professions intellectuelles et autres professions réglementées, les autorisations économiques, la métrologie, l’accréditation, la sécurité des services, les implantations commerciales voire dans le domaine des services
De FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie is van oordeel dat de richtlijn gevolgen zal hebben voor de reglementeringen die van toepassing zijn op de organisatie van de zelfstandige ondernemingen, de intellectuele beroepen en andere gereglementeerde beroepen, de economische vergunningen, de metrologie, de accreditatie, de veiligheid van de diensten, de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9198
de distribution de gaz et de l’électricité ou encore sur le fonctionnement de la Banque-Carrefour des entreprises. Il faut y ajouter l’impact de la directive sur le controˆle des sociétés de gestion des droits d’auteur ou droits voisins, et sur la protection des consommateurs : contrats de voyage, vente de time-sharing, contrats de courtage matrimonial, pratique du commerce et information du consommateur, médiation des dettes. L’IBPT doit pour sa part rester attentif à l’impact de la directive sur l’offre de certains services postaux. Le SPF Emploi, Travail et Concertation sociale est directement visé au titre du controˆle qu’il exerce en matière de détachement des travailleurs. Le SPF Santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Environnement craint la perte de maıˆtrise dans la définition des choix fondamentaux portant sur l’organisation des soins de santé.
handelsvestigingen, en verder zelfs voor de diensten voor de gas- en elektriciteitsdistributie of nog voor de werking van de Kruispuntbank van ondernemingen. De richtlijn heeft tevens gevolgen voor de controle van de beheersvennootschappen van auteursrechten en van naburige rechten en voor de consumentenbescherming : reiscontracten, time-sharing, contracten van huwelijksbemiddeling, handelspraktijken en consumentenvoorlichting, schuldbemiddeling. Het BIPT dient aandachtig toe te zien op de invloed die de richtlijn op het aanbod van sommige postdiensten kan hebben. De richtlijn heeft rechtstreeks betrekking op de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, met name wat het toezicht op de detachering van de werknemers betreft. De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu vreest dat hij niet langer vrij zal zijn om fundamentele keuzes inzake de organisatie van de gezondheidszorg te maken.
Le SPF Sécurité sociale exprime la crainte de voir les secrétariats sociaux être couverts par la directive et note son impact futur sur l’enregistrement des entrepreneurs dans le secteur de la construction.
De FOD Sociale Zekerheid vreest dat de sociale secretariaten onder de richtlijn zullen vallen en merkt op dat laatstgenoemde gevolgen zal hebben voor de registratie van de ondernemers in de bouwsector.
Le SPF Intérieur est préoccupé par la problématique de la sécurité privée.
De FOD Binnenlandse Zaken maakt zich zorgen over het probleem van de private veiligheid.
Enfin, la vigilance du SPF Finances est acquise en raison de ses doutes quant à la portée réelle de l’article 2 selon lequel la directive ne s’applique pas au domaine de la fiscalité. » (Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission de l’E´conomie, no 289 du 8 juin 2004, p. 10).
Tot slot heeft de FOD Financie¨n zijn twijfels over de werkelijke draagwijdte van artikel 2 dat bepaalt dat de richtlijn niet van toepassing is op de belastingen. » (Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor de Economie, nr. 289 van 8 juni 2004, blz. 10).
Quelles sont toutes les législations et réglementations dépendant de vos compétences, qui vont être touchées par la proposition de directive Bolkestein de libéralisation des services ?
Kan u een exhaustief overzicht geven van de wetgevingen en reglementeringen waarvoor u bevoegd is en die door het ontwerp van richtlijn-Bolkestein inzake de liberalisering der diensten getroffen worden ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 258 de Mme Zoé Genot du 3 août 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 258 van mevrouw Zoé Genot van 3 augustus 2004 (Fr.) :
En réponse à la question de l’honorable membre, je suis communiquer ce qui suit.
In antwoord op haar vraag kan ik het geachte lid het volgende meedelen.
La proposition de directive relative aux services dans le marché intérieur (COM(2004) 2 final), du 13 janvier 2004, a pour but de faciliter l’exercice de la liberté d’établissement des prestataires de services ainsi que la libre circulation des services.
Het voorstel voor een richtlijn betreffende diensten op de interne markt (COM(2004) 2 definitief) van 13 januari 2004 heeft de vergemakkelijking van de uitoefening van de vrijheid van vestiging van dienstverrichters en het vrije verkeer van diensten tot doel.
Elle s’applique aux servies fournis pas les prestataires ayant leur établissement dans un E´tat membre de l’Espace économique européen; la notion de « service » visant « toute activité économique non salariée visée à l’article 50 du traité CEE consistant à fournir une présentation qui fait l’objet d’une présentation qui fait l’objet d’une contrepartie économique ».
De voorgestelde richtlijn is van toepassing op de diensten van dienstverrichters die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gevestigd; onder het begrip « dienst » wordt verstaan : « elke economische activiteit, anders dan in loondienst, zoals bedoeld in artikel 50 van het EEG-Verdrag, die bestaat in een dienstverrichting waarvoor een economische tegenprestatie wordt ontvangen ».
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9199
Elle vise ainsi tous les services, en ce compris, sauf exception les services économiques qui accomplissent une mission d’intérêt général.
Ze bedoelt alle diensten daar in begrepen, met uitzondering van de economische activiteiten die een doel van algemeen belang hebben.
Comme évoquée dans votre question, mon département craint que la proposition de la directive entraıˆne la perte de la maıˆtrise dans la définition des choix fondamentaux portant sur l’organisation des soins de santé. Ce point est particulièrement sensible en ce qui concerne les établissements de soins.
Zoals beschreven in uw vraag, vreest mijn departement dat het voorstel tot maatregel het verlies betekent van de beheersing in de definitie van fundamentele keuzes die gaan over gezondheidszorgen. Dit is een heel gevoelig punt wat de zorginstellingen betreft.
Je tiens, enfin à vous rappeler qu’au niveau politique, comme ministre de la Santé, j’ai parlé à plusieurs reprises notament au niveau Européen pour le retrait total des soins de santé de la directive sur les services.
Ik wens u eraan te herinneren dat ik als minister van Volksgezondheid heb ik verschillende keren gepleit voor het schrappen van de gezondheidszorg uit de richtlijnen over de diensten.
En effet, les soins de santé en Belgique sont traditionnelement organisés à l’aide de trois instruments : la programmation, l’agrément et le financement.
De Belgische gezondheidszorg wordt traditioneel georganiseerd aan de hand van drie instrumenten : programmatie, erkenning en financiering.
Si la directive devient réalité, la réglementation belge des soins de santé devra être revue en profondeur.
Als de maatregel realiteit wordt, zal de Belgische reglementering van de gezondheidszorgen moeten herzien worden.
Il faudra entre autre modifier :
Het volgende zou moeten aangepast worden :
1. La loi sur les hoˆpitaux, coordonnée le 7 août 1987, ainsi qu’un très grand nombre de ses arrêtés d’exécution, dont : en matière de normes de programmation :
1. de wet op de ziekenhuizen, gecoo¨rdineerd op 7 augustus 1987 evenals heel wat van haar uitvoeringsbesluiten, waaronder : inzake erkenningsnormen :
— l’arrêté royal du 23 octobre 1964 portant fixation des normes auxquelles les hoˆpitaux et leurs services doivent répondre;
— het koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd;
— l’arrêté royal du 30 janvier 1989 fixant les normes complémentaires d’agrément des hoˆpitaux et des services hospitaliers et précisant la définition des groupements d’hoˆpitaux et les normes particulières qu’ils doivent respecter;
— het koninklijk besluit van 30 januari 1989 houdende vaststelling van aanvullende normen voor de erkenning van ziekenhuizen en ziekenhuisdiensten alsmede tot nadere omschrijving van de ziekenhuisgroeperingen en van de bijzondere normen waaraan deze moeten voldoen;
— l’arrêté royal du 10 août 1998 portant fixation des normes auxquelles doit répondre une fonction « service mobile d’urgence « (SMUR) pour être agréée;
— het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie « mobiele urgentiegroep » (MUG) moet voldoen om te worden erkend;
— ...
— ...
en matière de critères de programmation :
inzake programmatiecriteria :
— l’arrêté royal du 21 mars 1977 fixant les critères qui sont d’application pour la programmation des différents types de services hospitaliers;
— het koninklijk besluit van 21 maart 1977 tot vaststelling van de criteria die van toepassing zijn voor de programmatie van verschillende soorten ziekenhuisdiensten;
— l’arrêté royal du 3 août 1976 fixant les critères de programmation pour les services psychiatriques hospitaliers;
— het koninklijk besluit van 3 augustus 1976 houdende vaststelling van de programmatiecriteria voor de psychiatrische ziekenhuisdiensten;
— l’arrêté royal du 24 décembre 1980 fixant le nombre maximum de lits qui est d’application pour la programmation des hoˆpitaux universitaires;
— het koninklijk besluit van 24 december 1980 tot vaststelling van het maximum aantal bedden dat van toepassing is voor de programmatie van universitaire ziekenhuizen;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9200
— ...
— ...
en matière de financement :
inzake financiering :
— l’arrêté royal du 25 avril 2002 relatif à la fixation et à la liquidation du budget des moyens financiers des hoˆpitaux.
— het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financie¨le middelen van de ziekenhuizen.
2. La loi du 8 juillet 1964 sur l’aide médicale urgente.
2. De wet van 8 juli 1964 op de dringende geneeskundige hulpverlening.
La proposition de directive relative aux services dans le marché intérieur touche dans une moindre mesure aux modalités d’exercice des professions des soins de santé dans notre pays.
Het voorstel van richtlijn betreffende de diensten op de interne markt raakt slechts in geringe mate aan de wijze waarop de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen in ons land wordt geregeld.
Le problème majeur concerne les articles 14 et 15 de la proposition; si celle-ci est transposée en directive, c’est principalement l’arrêté royal no 78 du 10 novembre 1967 relatif à l’exercice des professions des soins de santé qui devra être modifié.
Het voornaamste probleem betreft de artikelen 14 en 15 van de richtlijn; indien voorafgaande wordt omgezet in een richtlijn zal hoofdzakelijk het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen moeten worden gewijzigd.
DO 2003200431999
DO 2003200431999
Question no 285 de M. Stijn Bex du 20 septembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 285 van de heer Stijn Bex van 20 september 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Interdiction de la publicité pour le tabac. — Dérogations.
Verbod op tabaksreclame. — Toegestane uitzonderingen.
Dans son édition du 3 aouˆt 2004, le quotidien « De Morgen » signale que Philip Morris utilise de grandes affiches pour faire de la publicité pour le Grand Prix de Formule 1 et la marque de cigarettes Marlboro. Or, le Grand Prix de Belgique ne se tiendra pas avant les 27, 28 et 29 aouˆt 2004. Manifestement, Philip Morris estime que la dérogation prévue par la loi du 26 aouˆt 2003 pour les « événements et activités organisés au niveau mondial » s’applique déjà durant tout le mois qui précède l’événement ou l’activité en question. Il s’agit là, me semble-t-il, d’une erreur d’appréciation.
Op 3 augustus 2004 meldde De Morgen dat Philip Morris grote affiches gebruikt met reclame voor de Grote Prijs Formule 1 en het sigarettenmerk Marlboro. De Grote Prijs van Belgie¨ vindt pas plaats op 27, 28 en 29 augustus 2004. Dit betekent dat Philip Morris van oordeel is dat de uitzondering waarin de wet van 26 augustus 2003 voorziet voor « evenementen en activiteiten die op mondiaal niveau georganiseerd worden » ook de volle maand voordien al geldt. Mij lijkt dit een verkeerde beoordeling.
1. Avez-vous connaissance de cette campagne publicitaire ?
1. Bent u op de hoogte van deze reclamecampagne ?
2. De combien d’affiches s’agit-il ?
2. Om hoeveel reclameaffiches gaat het ?
3. Quelles mesures comptez-vous prendre ou avezvous déjà prises dans le cadre de cette affaire ?
3. Welke stappen wilt u zetten in deze zaak of heeft u al genomen ?
4. Comptez-vous user de votre droit d’injonction positif ?
4. Zal u gebruik maken van uw positief injunctierecht ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 285 de M. Stijn Bex du 20 septembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 285 van de heer Stijn Bex van 20 september 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9201
1, 2 et 3. Voir ma réponse à la question no 264 du 9 août 2004 posée par M. Bex, membre de la Chambre des représentants. (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 50, p. 7620.)
1., 2. en 3. Zie mijn antwoord op de vraag nr. 264 van 9 augustus 2004 gesteld door de heer Bex, lid van de Kamer van volksvertegenwoordigers. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 50, blz. 7620.)
3. Le droit d’injonction permet uniquement au ministre de la Justice de donner l’ordre d’instituer une poursuite. Je ne peux par conséquent pas en faire usage.
3. Het injunctierecht laat enkel de minister van Justitie toe om bevel te geven om een vervolging in te stellen. Ik kan bijgevolg hiervan geen gebruik maken.
DO 2003200432241
DO 2003200432241
Question no 289 de M. Guido De Padt du 24 septembre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 289 van de heer Guido De Padt van 24 september 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Maladies liées à l’alimentation. — Mesures proposées par le Nederlandse Consumentenbond.
Voedingsgerelateerde ziekten. — Maatregelen voorgesteld door de Nederlandse Consumentenbond.
Le nombre de personnes atteintes de maladies liées à l’alimentation, telles que le diabète, les maladies cardio-vasculaires et le cancer de l’intestin, ne cesse d’augmenter. Aux Pays-Bas, le gouvernement et les entreprises se proposent de lutter contre l’énorme menace qui pèse ainsi sur la santé publique en informant davantage la population. Or, le Nederlandse Consumentenbond estime que cette initiative ne donnera pas de résultat et demande des mesures (législatives) strictes qui doivent permettre aux consommateurs de disposer d’un choix plus large de produits sains à un prix raisonnable dans les magasins, les cantines des écoles, les cafétérias des clubs sportifs, les gares, etc. De même, les consommateurs doivent pouvoir reconnaıˆtre d’emblée un produit sain. Le Nederlandse Consumentenbond demande en outre d’interdire la publicité pour des produits alimentaires malsains destinée aux enfants, de veiller à ce que les fabricants ne mettent pas trop de graisses ou de sucre dans leurs produits, d’interdire l’apposition de références à des effets bénéfiques sur la santé sur des produits malsains, de faciliter le choix en faveur de produits sains dans les grandes surfaces. Le Consumentenbond veut définir des objectifs concrets et quantifiables, comme la diminution de 20 %, dans les cinq prochaines années, du nombre d’enfants affectés d’une surcharge pondérale.
Steeds meer mensen lijden aan voedingsgerelateerde ziekten zoals diabetes, hart- en vaatziekten en darmkanker. In Nederland willen de overheid en het bedrijfsleven de enorme bedreiging voor de volksgezondheid aanpakken met meer voorlichting, maar de Nederlandse Consumentenbond verwacht hiervan geen resultaat en eist harde (wettelijke) maatregelen. De maatregelen moeten ertoe leiden dat consumenten kunnen kiezen uit een ruimer aanbod van betaalbare gezonde producten in winkels, in school- en sportkantines, stations enzovoort. Ook moeten consumenten in een oogopslag kunnen zien of ze te maken hebben met een gezond product. De eisen van de Nederlandse Consumentenbond zijn onder meer een reclameverbod voor ongezonde voedingsmiddelen gericht op kinderen, ervoor waken dat fabrikanten geen onnodig vet en suiker in hun producten stoppen, gezondheidsclaims op ongezonde producten verbieden, de gezonde keuze in supermarkten makkelijker maken. De Consumentenbond wil concrete, meetbare doelstellingen vaststellen zoals binnen vijf jaar het aantal kinderen met overgewicht doen dalen met 20 %.
Je sais que le ministre s’intéresse lui aussi à ce problème. Jusqu’à présent, il n’a toutefois pas encore pris de mesures législatives dont on peut se demander si elles sont bien nécessaires.
Het is mij bekend dat de minister ook veel belangstelling betoont voor deze problematiek, doch wettelijke maatregelen zijn mijns inziens tot nu toe niet genomen. De vraag rijst trouwens of dit u¨berhaupt noodzakelijk is.
1. Pouvez-vous acquiescer aux demandes formulées par le Nederlandse Consumentenbond ?
1. Kan u zich vinden in de eisen zoals geformuleerd door de Nederlandse Consumentenbond ?
2. Quelle demande est suffisamment importante pour être éventuellement insérée dans le système juridique belge ?
2. Welke van deze eisen vindt u als belangrijk genoeg om deze eventueel in ons Belgisch rechtssysteem in te voeren ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1163
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9202
3. Le cas échéant, quelles autres mesures comptezvous prendre ?
3. Welke andere maatregelen wenst u in voorkomend geval te nemen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 289 de M. Guido De Padt du 24 septembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 289 van de heer Guido De Padt van 24 september 2004 (N.) :
1, 2 et 3. L’intérêt que vous manifestez vis-à-vis de problématiques liées à nos habitudes alimentaires constitue comme vous l’aurez constaté une de mes priorités politiques. Comme vous le savez, j’ai invité, lors de la Conférence interministérielle du 14 mai 2004, mes collègues des régions et des communautés à participer à l’élaboration d’un Plan National de nutrition santé en Belgique.
1, 2 en 3. De belangstelling die u aan de dag legt voor problemen die verband houden met onze voedingsgewoonten is zoals u hebt kunnen merken één van mijn prioriteiten. Zoals u weet heb ik tijdens de Interministerie¨le Conferentie van 14 mei 2004 mijn collega’s van de gewesten en gemeenschappen verzocht om mee te werken aan het uitwerken van een Nationaal Plan voeding en gezondheid in Belgie¨.
Un groupe d’experts a été mandaté pour élaborer les grands axes de ce plan avec un expert de chaque région et communauté et des experts de l’administration fédérale. Ce groupe s’attèle pour le moment à la définition de ces grands axes que je vous communiquerai sous peu. Après quoi, différents groupes de travail seront constitués avec les différents acteurs concernés (diététiciens, médecins, associations de consommateurs, milieu associatif, mutuelles, industries agroalimentaires ...). Ceux-ci seront chargés d’aborder les différents aspects liés à ces problématiques et de dégager des pistes et des actions concrètes à mettre en œuvre pour y remédier. Ces actions pourraient correspondre notamment, à la mise en place de nouvelles législations. Cependant, il ne faut pas écarter le fait que l’établissement de nouvelles normes dépend de l’approbation de la Commission européenne. Et qu’à ce titre, les initiatives nationales doivent être considérées sous cet angle.
Een team van experts werd aangesteld om de grote lijnen van dit plan uit te stippelen samen met een expert van elk gewest en experts van de federale administratie. Deze groep is momenteel bezig met het uittekenen van die grote lijnen die ik u weldra zal meedelen. Daarna zullen verschillende werkgroepen worden opgericht met de betrokken actoren (die¨tisten, artsen, consumentenverenigingen, mensen uit het veld, ziekenfondsen, agro-voedingsindustrie ...). Deze werkgroepen zullen de verschillende aspecten van deze problematiek bestuderen en concrete pistes en acties uitstippelen om tot een oplossing te komen. Deze acties zouden met name kunnen overeenstemmen met het invoeren van nieuwe wetgevingen. We mogen echter niet vergeten dat het opstellen van nieuwe normen afhangt van de goedkeuring van de Europese Commissie en dat in dit opzicht de nationale initiatieven vanuit die invalshoek moeten worden bekeken.
Dans le cas que vous évoquez, à savoir les allégations de santé destinées aux enfants, il est précisément question d’une matière réglementée par la Commission. Vous n’êtes probablement pas sans savoir que la DG Sanco a remis en juillet 2003 un projet de règlement européen sur les allégations nutritionnelles et de santé. Ce dossier est actuellement à l’étude au niveau du groupe d’experts du Conseil et du Parlement européen. Il nous semble dès lors difficile d’élaborer des normes alors que cela est déjà entrepris au niveau européen.
In het geval dat u aanhaalt, met name de gezondheidsclaims bestemd voor kinderen, gaat het precies over een door de Commissie gereglementeerde aangelegenheid. U weet ongetwijfeld dat het DG Sanco in juli 2003 een ontwerp van Europese verordening over voedings-en gezondheidsclaims heeft ingediend. Dit dossier ligt momenteel ter studie bij het expertteam van de Raad en het Europees Parlement. Het lijkt ons derhalve moeilijk om normen op te stellen, terwijl dit reeds op Europees niveau gebeurt.
D’autre part, il n’est pas inutile de rappeler la différence qui existe entre une allégation et une publicité. Faire de la publicité pour des denrées alimentaires directement ciblée sur les enfants peut leur être préjudiciable. Par contre, en théorie, une allégation, qu’elle soit nutritionnelle ou de santé, est une source d’information pour les consommateurs et doit toujours être fondée sur des bases scientifiques (ce principe fondamental se retrouve dans le projet de règlement européen).
Anderzijds is het niet nutteloos om te herinneren aan het verschil tussen een claim en een reclameboodschap. Reclame maken voor voedingswaren die rechtstreeks op kinderen gericht is kan voor hen schadelijk zijn. Een claim daarentegen, zowel een voedings- als een gezondheidsclaim, is in theorie een bron van informatie voor de consumenten en moet altijd wetenschappelijk gegrond zijn (dit basisprincipe is terug te vinden in het ontwerp van Europese Verordening).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9203
Néanmoins, j’admets que dans la pratique, beaucoup d’abus sont constatés et que souvent une allégation constitue un argument marketing supplémentaire.
Niettemin geef ik toe dat er in de praktijk tal van misbruiken worden vastgesteld en dat een claim vaak een bijkomend marketingargument vormt.
D’autre part, je tiens à vous informer de l’existence d’initiatives d’auto-controˆle qui émanent du secteur agro-alimentaire comme le code de publicité pour les denrées alimentaires de la Fevia qui vient d’être publié.
Anderzijds wens ik u op de hoogte te brengen van het bestaan van initiatieven inzake zelfcontrole uitgaande van de agro-voedingsector, zoals de zopas gepubliceerde reclamecode voor voedingsmiddelen van Fevia.
Je terminerai en insistant sur la nécessité de concerter tous les acteurs impliqués dans les problématiques liées à nos habitudes alimentaires pour que notre Plan National de nutrition santé soit une véritable réussite.
Tot besluit wil ik de nadruk leggen op de noodzaak van overleg tussen alle actoren die betrokken zijn bij de problemen die verband houden met onze voedingsgewoonten, zodat ons Nationaal Plan voeding en gezondheid een echt succes wordt.
L’enjeu est difficile mais indéniablement passionnant à condition que chacun, à son échelon de compétences, travaille pour améliorer l’état de santé des Belges.
De inzet is moeilijk, maar ontegenzeglijk boeiend, op voorwaarde dat elkeen, op zijn bevoegdheidsniveau, werkt aan een verbetering van de gezondheidstoestand van de Belgen.
DO 2003200432294
DO 2003200432294
Question no 296 de M. Stijn Bex du 1er octobre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 296 van de heer Stijn Bex van 1 oktober 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Tests VIH gratuits et anonymes.
Gratis en anonieme HIV-testing.
Depuis 1988, le Centre Elisa de Médecins Sans Frontières, situé au cœur de Bruxelles, propose des tests gratuits et anonymes de dépistage du virus VIH. Le groupe démographique qui s’adresse à un centre réalisant des tests VIH anonymes et gratuits s’expose souvent à des risques de contamination plus importants que le groupe généralement soumis au test. L’anonymat et la gratuité peuvent inciter ces personnes à faire le test et permettent donc de dépister le virus VIH dans le groupe le plus exposé.
Sinds 1988 kan men zich in het Elisa Centrum van Artsen Zonder Grenzen, gelegen in het centrum van Brussel, gratis en anoniem laten testen op het HIVvirus. De bevolkingsgroep die kiest voor een centrum met gratis en anonieme HIV-test loopt vaak een groter risico op besmetting dan de groep die men algemeen test. Het bestaan van een gratis en anonieme test kan deze personen aanmoedigen om een test te laten afnemen en laat toe om HIV bij de groep die het grootste risico loopt, op te sporen.
Chaque test réalisé au Centre Elisa s’accompagne de conseils dans le cadre desquels on attire l’attention sur la nécessité d’utiliser des préservatifs, qui offrent une protection. Le test VIH est pratiqué avec l’accord explicite du patient et le respect de sa vie privée est garanti.
Alle tests in het Elisa Centrum gaan gepaard met counseling, waarbij het gebruik van beschermende voorbehoedmiddelen gepromoot wordt. De HIV-test wordt met uitdrukkelijke toestemming van de patie¨nt afgenomen, waarbij zijn recht op privacy wordt gewaarborgd.
Dans d’autres cas, les résultats de tests pratiqués sur des mineurs d’aˆge ou des étudiants sont communiqués à des tiers, par exemple aux parents. Ces derniers peuvent également est informé, au vu du décompte de leur mutualité, que leur enfant s’est soumis à un test VIH. Les étudiants majeurs qui restent affiliés à la mutualité de leurs parents, sont également confrontés à ce problème. En effet, l’affiliation à une mutualité n’est obligatoire qu’à partir de 25 ans ou lors de l’entrée dans la vie active.
Bij andere testen worden de resultaten van een minderjarige of student aan andere personen — zoals aan zijn ouders — meegedeeld of komen deze laatsten via de ziektefactuur te weten dat hun kind een HIVtest heeft laten nemen. Ook meerderjarige studenten die nog onder de mutualiteit van hun ouders vallen, kennen dit probleem. Pas wanneer men de leeftijd van 25 jaar bereikt moet men zich aansluiten bij een mutualiteit, tenzij men vroeger begint te werken.
Plusieurs études ont démontré la valeur, la pertinence et l’efficacité des tests gratuits et anonymes.
De waarde, de pertinentie en de doeltreffendheid van het gratis en anonieme testen werden aangetoond
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9204
Aussi l’Institut scientifique de la Santé publique a-t-il estimé en juillet 2002, après la XIVe Conférence Internationale sur le sida, que le test anonyme et gratuit devait rester une solution de remplacement accessible dans le cadre de programmes de dépistage du virus VIH.
in verschillende studies. In juli 2002 besloot het Wetenschappelijk Instituut voor de Volksgezondheid na de XIVe Internationale Conferentie over aids dan ook dat de gratis en anonieme test een toegankelijk alternatief moet blijven in het kader van HIVtestprogramma’s.
1. En France, les centres de dépistage gratuit et anonyme ont prouvé leur efficacité. Ils font partie intégrante de la « Stratégie de prévention de l’infection VIH/sida en France ». Quelle est la politique du ministre à l’égard du virus VIH ? ` Namur, un centre réalise des tests VIH gratuits 2. A et anonymes. Ce centre est subventionné par la Ville et par la province de Namur.
1. In Frankrijk bestaan er anonieme en gratis testcentra die hun doeltreffendheid hebben aangetoond. Ze maken integraal deel uit van de « Preventiestrategie voor de infectie van HIV/aids in Frankrijk ». Wat is het beleid van de minister ten aanzien van HIV ?
Outre ce centre et le projet Elisa de MSF, quelles sont en Belgique les autres possibilités de dépistage anonyme et gratuit du virus VIH ?
Afgezien van dit centrum en het Elisa-project van AZG, welke mogelijkheden bestaan er dan nog in Belgie¨ voor een gratis en anonieme HIV-testing ?
3. En tant qu’organisation « de crise », MSF n’a pas comme vocation d’assumer cette taˆche à long terme. Le projet fonctionne graˆce à des bénévoles. Le loyer des locaux, le couˆt du test et les honoraires du psychologue qui coordonne le projet, sont financés par des dons à MSF. Le lancement d’un tel centre avec de nouvelles structures couˆterait 150 000 euros, alors que son intégration dans des structures existantes reviendrait à quelque 25 000 euros.
3. AZG is een crisisorganisatie. Het is dus niet hun taak om nog veel langer deze taak op zich te nemen. Het project draait op vrijwilligers. Het geld voor de huur van de lokalen, de kost van de test en het loon van de psycholoog die het project coo¨rdineert, wordt betaald door schenkingen aan AZG. Het opzetten van dergelijk centrum met nieuwe structuren zou 150 000 euro bedragen, terwijl de integratie in bestaande structuren geraamd wordt op zo’n 25 000 euro.
Si les structures sanitaires se disent prêtes à pratiquer des tests VIH si le gouvernement libérait les fonds nécessaires, seriez-vous enclin à envisager l’organisation, dans certaines grandes villes, de consultations dans le cadre desquelles seraient pratiqués des tests VIH gratuits et anonymes ? 4. Eˆtes-vous disposé à étudier l’éventuelle répartition des couˆts entre les niveaux communautaire (pour la réalisation du test) et fédéral (pour le test lui-même), comme pour le cancer du sein ?
Als gezondheidsstructuren zich bereid verklaren om HIV-tests te organiseren indien de overheid hiervoor de nodige fondsen vrijmaakt, overweegt u dan om te onderzoeken of in bepaalde grote steden dergelijke consultaties kunnen worden geı¨nstalleerd waar men gratis en anoniem een HIV-test kan laten afnemen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 296 de M. Stijn Bex du 1er octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 296 van de heer Stijn Bex van 1 oktober 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
Votre question concerne l’organisation de tests HIV gratuits et anonymes.
Uw vraag betreft het organiseren van gratis en anonieme HIV testen.
Vous faites référence à l’exemple français, où cette approche relève depuis quelque temps de la politique nationale de lutte contre le sida, ainsi qu’au centre tenu par MSF depuis 1988 à Bruxelles et à un centre similaire à Namur.
U verwijst naar het Franse voorbeeld waar deze benadering sinds enige tijd tot de nationale aidspolitiek behoort, en tevens naar het centrum dat AZG sinds 1988 te Brussel openhoudt en een gelijkaardig centrum te Namen.
En Belgique, depuis plusieurs années, entre 500 000 et 600 000 tests de dépistage (technique Elisa) du virus
Er worden in Belgie¨ sinds verscheidene jaren tussen 500 000 en 600 000 screeningtesten (Elisa-techniek)
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. In Namen bestaat een centrum waar men gratis en anoniem een HIV-test kan laten afnemen. Dit centrum wordt gesubsidieerd door de stad en de provincie Namen.
4. Bent u bereid te onderzoeken of de kosten verdeeld kunnen worden over het gemeenschapsniveau (voor het afnemen van de test) en het federale niveau (voor de test zelf), zoals gebeurt voor borstkanker ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9205
HIV sont réalisés dans quelque 300 à 350 laboratoires dispersés sur l’ensemble du territoire national. Les personnes faisant l’objet de ce dépistage sont des patients de médecins généralistes ou spécialistes, hospitalisés ou non, et les visiteurs de consultations spécialisées (prénatales, planning familial, sans oublier les consultations pour patients MST et toxicomanes). Un nombre plus ou moins égal de tests est également effectué au profit des banques du sang. La première catégorie de tests est presque toujours intégralement remboursée par l’INAMI, pour autant évidemment que la personne concernée y ait droit. Ce n’est que lorsqu’un nombre important de tests laboratoire différents est prescrit simultanément, que le patient doit s’acquitter d’un ticket modérateur modeste (aux alentours de 2,5 euro). Un exemple : le dépistage simultané du HIV et de l’hépatite C est une pratique courante à l’heure actuelle et gratuite pour le patient. Le coût d’un test Elisa HIV pour l’INAMI est en moyenne d’environ 22 euro. Le montant du dépistage (en dehors des donneurs sanguins) s’élève d’année en année pour l’INAMI entre 11 000 000 et 13 000 000 euros, auxquels viennent s’ajouter les frais d’honoraires des médecins consultés.
voor HIV uitgevoerd in ongeveer 300 tot 350 laboratoria die over het hele land verspreid zijn. De personen die gescreend worden, zijn patie¨nten van huisartsen of van specialisten, al of niet gehospitaliseerd, en bezoekers van gespecialiseerde consultaties (prenatale raadplegingen, geboorteplanning, maar ook consultaties voor drugsgebruikers en soa-consultaties). Nog eens ongeveer een gelijk aantal testen wordt uitgevoerd ten behoeve van de bloedbanken. De eerste groep testen wordt bijna steeds volledig terugbetaald door het RIZIV, op voorwaarde uiteraard dat het om een persoon gaat die rechthebbende is. Alleen wanneer een groot aantal verschillende laboratoriumtesten gelijktijdig wordt voorgeschreven, is er een bescheiden remgeld (grootteorde 2,5 euro) ten laste van de patie¨nt. Het gelijktijdig screenen op HIV en hepatitis C bijvoorbeeld, wat tegenwoordig courant gebeurt, blijft voor de patie¨nt gratis. De gemiddelde kostprijs voor het RIZIV van één Elisa-HIV-test is ongeveer 22 euro. De screening (buiten bloeddonoren) kost aan het RIZIV jaar in jaar uit tussen 11 000 000 en 13 000 000 euro. Bovenop komen de kosten van de erelonen van de consulterende artsen.
Les sept laboratoires de référence qui pratiquent le test de confirmation (technique du Western Blot) sur les échantillons de sang Elisa positifs, ont conclu depuis une dizaine d’années une convention avec l’INAMI adaptée tous les deux ans. Ces sept laboratoires perçoivent, pour le service réalisé, un montant forfaitaire annuel de l’INAMI. Le test de confirmation ne coûte par conséquent rien au patient.
De zeven referentielaboratoria die de confirmatietest uitvoeren (Western-blot techniek) op Elisapositieve bloedstalen, hebben sinds een tiental jaren een conventie gesloten met het RIZIV die tweejaarlijks wordt aangepast. Deze zeven laboratoria krijgen voor de dienstverlening een jaarlijks forfaitair bedrag van het RIZIV. De confirmatietest is bijgevolg voor de patie¨nt volledig kosteloos.
Le traitement statistique des données de laboratoire est totalement anonyme.
De statistische verwerking van de laboratoriumgegevens is volstrekt anoniem.
En 2001, sur les 572 102 tests Elisa (hors dons de sang), 4 516 s’étaient révélés « positifs ». La technique du Western Blot a permis de montrer que plus ou moins la moitié des échantillons positifs étaient de « faux positifs » : les patients n’étaient pas contaminés par le virus HIV. Cela ne signifie toutefois pas que les tests Elisa sont de mauvaise qualité. Bien au contraire, la sensibilité (soit le pourcentage de « vrais positifs » par rapport au total des personnes contaminées par le HIV et dépistées) est d’environ 100 %, et la spécificité (soit le pourcentage de « vrais négatifs » par rapport au total des personnes non contaminées par le HIV et dépistées) est supérieure à 99 %. Un test Elisa négatif signifie dès lors, avec un risque infime d’erreur, que la personne n’a pas été contaminée par le HIV (la « valeur prédictive d’un test négatif » avoisine les 100 %). Cependant, comme les cas de contamination HIV se manifestent très peu dans la population belge (faible prévalence), la « valeur prédictive d’un test positif » n’est que de plus ou moins 50 %. Un test de confirmation à partir d’une autre technique s’impose donc pour tout résultat positif avec la technique Elisa.
In 2001 waren op de 572 102 Elisa-testen (buiten bloeddonoren) er 4 516 « positief ». Ongeveer de helft van de Elisa-positieve stalen blijkt na onderzoek met de Western-blot-techniek « vals positief »: de patie¨nten zijn niet besmet met het HIV. Dit betekent niet dat de Elisa-test van slechte kwaliteit zou zijn, wel integendeel : de sensibiliteit (% « echt positieven » op het totaal aantal door HIV besmette personen dat gescreend wordt) is ongeveer 100 % en de specificiteit (% « echt negatieven » op het totaal aantal niet door HIV besmette personen dat gescreend wordt) is hoger dan 99 %. Een negatieve Elisa-test betekent dan ook met een uiterst hoge graad van waarschijnlijkheid dat de persoon inderdaad niet door het HIV besmet is (de « predicatieve waarde van een negatieve test » grenst aan 100 %). Wegens het zeer laag voorkomen (lage prevalentie) van HIV besmetting in de Belgische bevolking, is de « predicatieve waarde van een « positieve test » echter slechts ongeveer 50 %. Een confirmatietest met een andere techniek is dus noodzakelijk voor elke positieve uitslag met de Elisa-techniek.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9206
2001 Nombre remarques Tests Elisa ........................................... Elisa+ 0,79 % de 572 102 ................................ Western Blot ........................................ WB− Faux positifs ........................................ WB+ Vrais positifs ....................................... Nouvelles contaminations HIV ............ 0,19 % de 572 102 Nouveaux patients SIDA .....................
2001 Aantal opmerkingen 572 102 4 516 4 516 environ 2 258 environ 2 258 962 129
Elisa-testen .......................................... Elisa+ 0,79 % van 572 102 .............................. Western-blot ........................................ WB− Vals positief ......................................... WB+ Echt positief ........................................ Nieuwe HIV-besmetting ...................... 0,19 % van 572 102 .............................. Nieuwe Aids-patie¨nten ........................
572 102 4 516 4 516 ongeveer 2 258 ongeveer 2 258 962 129
Les échantillons de sang positifs tant avec la technique Elisa qu’avec celle du Western Blot montrent qu’environ la moitié concerne des échantillons de patients HIV déjà précédemment confirmés. Les nouveaux cas HIV ou sidéens ne représentent finalement que plus ou moins 0,20 % des personnes dépistées (hors donneurs sanguins).
Van de bloedstalen die positief aanduiden zowel bij de Elisa-techniek als de Westem-blot-techniek blijkt dat ongeveer de helft bloedstalen betreft van reeds eerder bevestigde HIV-patie¨nten. Uiteindelijk is slechts ongeveer 0,20 % van de gescreende personen (buiten de bloeddonoren) een nieuwe HIV- of aids-patie¨nt.
Le centre MSF de Bruxelles et le centre provincial de Namur qui offrent des consultations et tests gratuits sans intervention de l’INAMI, ont procédé en 2003 à quelque 2 000 tests Elisa HIV, sur les 564 789 tests rapportés cette année-là à l’ISSP. Ces deux centres ont ensemble diagnostiqué 23 nouveaux cas de patients HIV confirmés, sur 1 032 (2,2 %). Ils attirent une frange de la population plus fréquemment confrontée au virus HIV (toxicomanes, patients MST, jeunes, populations immigrées). Il existe toutefois aussi d’autres centres qui s’adressent à ces catégories de personnes sans systématiquement recourir à l’anonymat et à la gratuité de l’intervention. Cela se fait de manière ponctuelle, et les frais sont récupérés via un mode de financement alternatif (CPAS, dons, volontariat).
Het centrum van AZG in Brussel en het provinciaal centrum in Namen die gratis consultaties en testen aanbieden zonder tussenkomst van het RIZIV, voerden in 2003 ongeveer 2 000 HIV-Elisa-testen uit, op 564 789 testen die dat jaar aan het WIV werden gerapporteerd. Tezamen hebben die twee centra 23 bevestigde nieuwe HIV-patie¨nten gediagnosticeerd, op 1 032 (2,2 %). Die twee centra trekken een bevolkingsdeel aan waarin HIV frequenter voorkomt (drugsgebruikers, soa-patie¨nten, jongeren, migranten). Er zijn echter ook andere centra die zich tot deze bevolkingsgroepen richten zonder systematisch anonimiteit en kosteloosheid aan te wenden. Punctueel wordt dit wel toegepast, en worden de kosten via alternatieve financiering gerecupereerd (OCMW, giften, vrijwilligers).
2003 Nombre remarques
2003 Aantal opmerkingen
Tests Elisa sur patients ambulatoires ... Tests Elisa sur patients hospitalisés ..... Total tests Elisa ................................... Nouvelles contaminations HIV ............ 0,20 % de 564 789 ................................ Nouveaux patients SIDA (Chiffre provisoire) ..............................
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
469 414
469 414
95 375
Elisa-testen op ambulante patie¨nten .... Elisa-testen op gehospitaliseerde patie¨nten .......................................................
564 789
Totaal Elisa-testen ...............................
564 789
1 032 88
2004
Nieuwe HIV-besmetting ...................... 0,20 % van 564 789 .............................. Nieuwe aids-patie¨nten (voorlopig getal) ..................................
2005
95 375
1 032 88
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9207
Tests Elisa au centre Elisa de MSF
Elisa-test in Elisa-centrum van AZG
ˆ ge 15-19 ans A 1,67 % de 1 794 ................................... ˆ ge plus de 20 ans .............................. A
30 1 764
Leeftijd 15-19 jaar 1,67 % van 1 794 ................................. Leeftijd meer dan 20 jaar .....................
30 1 764
Total tests Elisa 2001 0,32 % de 564 789 ................................
1 794
Totaal Elisa-testen 2001 0,32 % van 564 789 ..............................
1 794
HIV+ (Western Blot) 1,17 % de 1 794 ................................... 2,03 % de (1 032+88)
21
HIV+ (Western-blot) 1,17 % van 1 794 ................................. 2,03 % van (1 032+88)
Cellule provinciale sida-toxicomanie Namur
21
« Cellule provinciale sida-toxicomanie » Namen
ˆ ge 15-19 ans A 5,33 % de 225 ...................................... ˆ ge plus de 20 ans .............................. A
12 213
Leeftijd 15-19 jaar 5,33 % van 225 .................................... Leeftijd meer dan 20 jaar .....................
12 213
Total tests Elisa en 2001 0,04 % de 564 789 ................................
225
Totaal Elisa-testen 2001 0,04 % van 564 789 ..............................
225
HIV+ (Western Blot) 0,89 % de 225 .............................................. 0,19 % de (1 032+88)
2
HIV+ (Western-blot) 0,89 % van 225 ............................................ 0,19 % van (1 032+88)
2
1. Les mesures de prévention et d’information ont conduit au début des années 90 à une diminution du nombre de nouvelles contaminations. Le nombre le plus bas enregistré jusqu’à présent est de 694 en 1997. Le nombre de nouvelles contaminations augmente en effet régulièrement depuis le second semestre de 1997. Au cours de ces trois dernières années, nous avons respectivement observé 965, 987 et 1 032 nouveaux cas de contamination. Graˆce à une mise à disposition et une utilisation généralisées de la trithérapie, le nombre de ces contaminations qui évoluent au stade de SIDA continue de régresser légèrement, du moins en ce qui concerne les patients de nationalité belge (environ 2/3 du nombre annuel de nouveaux cas de contamination HIV déclarés). ` ma connaissance, aucun autre centre n’offre ce 2. A service gratuit et anonyme de façon structurelle.
1. De preventie- en voorlichtingsmaatregelen hebben in het begin van de negentiger jaren tot een daling van het aantal nieuwe besmettingen geleid, die in 1997 met 694 het totnogtoe laagste geregistreerde cijfer heeft getoond. Inderdaad is het aantal nieuwe besmettingen sinds het tweede semester van 1997 regelmatig aan het stijgen. De laatste drie jaren noteerde men 965, 987 en 1 032 nieuwe besmettingen. Dankzij de veralgemening van de beschikbaarheid en het gebruik van de tritherapie blijft het aantal van deze besmettingen dat tot aids evolueert, lichtjes dalen, althans wat de patie¨nten betreft die de Belgische nationaliteit hebben (ongeveer 2/3 van het jaarlijks aantal aangegeven nieuwe HlV-besmettingen).
Selon le cas, des centres pour toxicomanes et autres groupes sociaux plus vulnérables ne répercutent pas toujours les frais d’examen et de consultation sur le patient. Ces centres procèdent aux actes de recherche également de manière « anonyme », à la demande expresse du patient.
Er zijn centra voor drugsgebruikers en andere sociaal zwakkere groepen die naar gelang van het geval de kosten van het onderzoek en de consultatie niet steeds aan de patie¨nt doorrekenen. Op uitdrukkelijk verzoek van de patie¨nt doen deze centra de onderzoekshandelingen ook « anoniem ».
3. Mes services sont ouverts aux suggestions susceptibles d’améliorer l’efficacité du service fourni. Comme déjà dit dans mon introduction, les frais de
3. Mijn diensten staan open voor suggesties die de dienstverlening meer efficie¨nt en effectief kunnen maken. Zoals ik in mijn inleiding heb uiteengezet
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. Bij mijn weten zijn er geen andere centra die de dienstverlening op een structurele wijze gratis en anoniem aanbieden.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9208
dépistage HIV sont actuellement déjà assumés en grande partie par l’INAMI. Une approche efficace nécessite une collaboration entre le niveau fédéral et les communautés, étant donné que ces dernières sont chargées de donner forme aux aspects préventifs.
worden de kosten van de HIV-screening nu reeds grotendeels door het RIZIV gedragen. Een efficie¨nte aanpak maakt samenwerking tussen het federale niveau en de gemeenschappen noodzakelijk, vermits het deze laatste zijn die de preventie moeten gestalte geven.
4. Si les communautés jugent nécessaire d’organiser ce type de dépistage anonyme pour les contaminations HIV, je suis disposé à en discuter dans le cadre d’une conférence interministérielle adaptée en fonction de ce thème.
4. Als de gemeenschappen het noodzakelijk zouden achten een dergelijke anonieme screening naar HIVbesmetting te organiseren, sta ik open om erover te discussie¨ren in een aan het onderwerp aangepaste interministerie¨le vergadering.
DO 2004200502428
DO 2004200502428
Question no 302 de Mme Muriel Gerkens du 15 octobre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 302 van mevrouw Muriel Gerkens van 15 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Cabinets et administrations. — Consommations issues du commerce équitable. ` l’occasion de la semaine internationale du A commerce équitable ayant lieu du 6 au 16 octobre 2004, je vous signale que sous la précédente législature, les ministres E´colo et Agalev consommaient des produits du « commerce e´quitable ».
Kabinetten en administraties. — « Fair trade »-aankopen. Naar aanleiding van de internationale week van de Eerlijke Handel (« fair trade »), van 6 tot 16 oktober 2004, breng ik u in herinnering dat de E´colo- en Agalev-ministers tijdens de vorige regeerperiode « fair trade »-producten kochten.
1. Qu’en est-il au sein de votre cabinet et de votre administration ?
1. Wat doen uw kabinet en uw administratie op dat vlak ?
2. Au cas ou` les produits du commerce équitable n’y seraient pas consommés, quelle en est la raison ?
2. Waarom worden er in voorkomend geval geen « fair trade »-producten aangekocht ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 302 de Mme Muriel Gerkens du 15 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 302 van mevrouw Muriel Gerkens van 15 oktober 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
Au sein du SPF, le service social qui gère entre autre les achats des restaurants, tient uniquement compte avec la relation prix/qualité le plus favorable. Jusqu’à ce moment le SPF ne s’est pas procuré des produits du commerce équitable, vu leur prix plus élevé.
In de schoot van de FOD beheert de sociale dienst onder meer de aankopen voor de restaurants. Hierbij wordt enkel rekening gehouden met de meest gunstige prijs/kwaliteit verhouding. Tot op heden werden nog geen producten in verband met duurzame ontwikkeling aangekocht, gezien hun hogere prijs.
DO 2004200502435
DO 2004200502435
Question no 303 de M. Guido De Padt du 15 octobre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 303 van de heer Guido De Padt van 15 oktober 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Vaccination obligatoire des jeunes enfants contre la poliomyélite.
Verplichte inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis.
Dans notre pays, la vaccination des jeunes enfants contre la poliomyélite est toujours obligatoire. Les
In ons land is de inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis nog steeds verplicht. De handelingen die
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9209
actes médicaux nécessaires doivent être accomplis pendant le deuxième mois de vie du nourrisson et doivent se terminer à l’aˆge de dix-huit mois. Le certificat de vaccination doit être adressé à l’administration communale du domicile de l’enfant dans les quinze jours après la troisième administration du vaccin. En cas de non-respect de cette obligation, l’inspecteur sanitaire doit être averti et des poursuites judiciaires peuvent être engagées.
deze inenting omvat nemen een aanvang in de loop van de tweede levensmaand en moeten bee¨indigd zijn op de leeftijd van achttien maanden. Het vaccinatiebewijs moet binnen de vijftien dagen na de derde toediening van het vaccin worden bezorgd aan het gemeentebestuur van de woonplaats van het kind. Bij niet-naleving van deze verplichting moet de gezondheidsinspecteur worden verwittigd en kan er gerechtelijke vervolging worden ingesteld.
Pourriez-vous répondre aux questions suivantes pour les années 2001, 2002 et 2003 :
Kan u voor de jaren 2001, 2002 en 2003 meedelen :
1. Combien d’enfants ont été vaccinés contre la poliomyélite ?
1. Hoeveel kinderen ontvingen een vaccin tegen poliomyelitis ?
2. Dans combien de cas des parents ont-ils manqué à l’obligation légale de faire vacciner leur(s) enfant(s) contre la poliomyélite ?
2. In hoeveel gevallen bleven de ouders in gebreke zich naar deze wettelijke inentingsverplichting te schikken ?
3. Combien de cas relevant de la question no 2 ont été transmis à l’inspecteur sanitaire ?
3. Hoeveel van de gevallen onder vraag 2 werden overgemaakt aan de gezondheidsinspecteur ?
4. Dans combien de cas relevant de la question no 3 une plainte a-t-elle été déposée au parquet ?
4. In hoeveel van de gevallen onder vraag 3 werd een klacht ingediend bij het parket ?
5. Quelle suite le parquet a-t-il réservée aux dossiers qui lui ont été transmis ?
5. Welk gevolg hield het parket aan de hen overgemaakte dossiers voor ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 303 de M. Guido De Padt du 15 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 303 van de heer Guido De Padt van 15 oktober 2004 (N.) :
Les réponses aux questions posées sont les suivantes :
Het antwoord op de gestelde vragen is :
1. Le nombre global d’enfants vaccinés contre la polio en Belgique pour les années 2001, 2002 et 2003 est similaire. Un total de 99 % du groupe cible a été atteint. Environ 98 % des enfants sont vaccinés chaque année à l’aide du vaccin combiné (essentiellement Hexavac), et 1 % au moyen du vaccin monovalent (Imovax polio). Les deux communautés présentent les mêmes chiffres en ce sens que la politique de vaccination antipoliomyélitique est la même.
1. Het globaal aantal gevaccineerde kinderen voor poliomyelitis in Belgie¨ in 2001, 2002 en 2003 is gelijklopend. Een totaal van 99 % van de doelgroep werd bereikt. Ongeveer 98 % van de kinderen worden elk jaar ingee¨nt met het gecombineerd vaccin (voornamelijk Hexavac) en 1 % met het monovalent vaccin (Imovax polio). De cijfers zijn gelijklopend in de beide gemeenschappen aangezien het vaccinatiebeleid inzake poliomyelitis hetzelfde is.
2. La vaccination antipoliomyélitique est obligatoire, ce qui explique également le nombre important de vaccinations. Certains parents manquent à leurs devoirs. Les instances communales se chargent du controˆle. Dans un cas sur deux, les parents donnent suite à l’avertissement.
2. Vaccinatie tegen poliomyelitis is een verplichte vaccinatie. Het is ook de reden van het hoog aantal vaccinaties. Een aantal ouders blijven in gebreke. De gemeentelijke diensten gaan dit na. In een op twee van de gevallen geven de ouders gevolg aan de verwittiging.
3. L’inspecteur d’hygiène réceptionne les cas de négligence parentale communiqués par les autorités communales, et prend acte du manquement des parents.
3. De gezondheidsinspecteur ontvangt de door de gemeenten angegeven gevallen van nalatigheid van de ouders. Hij/zij neemt akte van het in gebreke blijven van de ouders.
La prévention est une matière relevant des communautés et concerne également les vaccinations.
Preventie is een gemeenschapsmaterie. Dit betreft eveneens de vaccinaties.
4. Le parquet traite les dossiers transmis par l’inspecteur d’hygiène. Aucun dossier n’a été porté à notre connaissance.
4. Het parket behandelt de dossiers die door de gezondheidsinspecteur worden overgemaakt. Ons zijn geen dossiers bekend.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1164
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9210
5. Il n’a été fait état d’aucune procédure en justice.
5. Er zijn geen gerechtelijke procedures aangegeven.
En matière de santé publique, la couverture vaccinale réalisée est considérée comme très bonne. La population belge, et principalement les jeunes enfants, présente un degré d’immunité élevé face à la poliomyélite, rendant quasiment impossible la propagation du virus virulent de la maladie. La vaccination polyvalente permet une protection élevée de la population.
Op het vlak van de volksgezondheid wordt de bereikte dekkingsgraad als zeer goed beschouwd. De Belgische bevolking en voornamelijk de jonge kinderen heeft een hoge immuniteitsgraad voor polio waardoor de verspreiding van het virulent poliovirus praktisch onmogelijk wordt. De polyvalente vaccinatie laat toe een hoge bescherming te bereiken van onze bevolking.
DO 2004200502448
DO 2004200502448
Question no 307 de M. Patrick Cocriamont du 19 octobre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 307 van de heer Patrick Cocriamont van 19 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Enlèvement des pacemakers sur les personnes décédées.
Verwijdering van pacemakers bij overledenen.
Un fait divers suscite mon attention. Il s’agit de l’explosion d’un pacemaker lors de l’incinération d’un corps, explosion qui a provoqué des dégaˆts au four. Au-delà de cet incident regrettable, il est apparu que l’organisme des pompes funèbres n’a pas osé pratiquer l’enlèvement dans le corps du défunt du pacemaker par manque d’instruction, d’autorisation.
Een fait divers heeft mijn aandacht getrokken. Bij de crematie van het lichaam van een overledene is diens pacemaker ontploft, met een beschadiging van de oven tot gevolg. Naar aanleiding van dat betreurenswaardig incident is gebleken dat de begrafenisondernemer de pacemaker van de betrokkene niet heeft durven verwijderen bij gebrek aan instructies terzake of de nodige toestemming.
1. Qui est effectivement chargé de l’enlèvement des pacemakers du corps des personnes décédées, opération qui n’est pas sans risque ?
1. Wie is effectief belast met de verwijdering van pacemakers uit het lichaam van overledenen, een ingreep die niet zonder risico is ?
2. Avez-vous donné des instructions en ce sens ?
2. Heeft u dienaangaande instructies gegeven ?
3. Cette nécessité d’enlèvement des pacemakers avant l’incinération, l’inhumation d’un corps humain est-elle réglée par une directive européenne ?
3. Wordt die noodzakelijke verwijdering van pacemakers vo´o´r de crematie of de teraardebestelling van een menselijk lichaam geregeld bij een Europese richtlijn ?
4. Y-a-t-il une harmonisation en ce domaine au niveau de l’Union européenne pour les 15 ou pour les 25 pays ?
4. Er is terzake sprake van een harmonisatie op het niveau van de Europese Unie voor de 15 of 25 landen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 307 de M. Patrick Cocriamont du 19 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 307 van de heer Patrick Cocriamont van 19 oktober 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
1. Les modalités pratiques relatives aux funérailles et sépultures sont de la compétence des communes. Depuis la loi spéciale du 13 juillet 2001, la tutelle des communes est compétence régionale. La loi du 20 juillet 1971 confie la police des inhumations aux communes. Chaque commune qui délivre une autorisation d’incinération doit au préalable exiger un certificat
1. De praktische regels met betrekking tot begrafenissen en teraardebestellingen vallen onder de bevoegdheid van de gemeenten. Sinds de bijzondere wet van 13 juli 2001 is het toezicht op de gemeenten een gewestmaterie. Overeenkomstig de wet van 20 juli 1971 wordt het beleid inzake begrafenissen toevertrouwd aan de gemeenten. Elke gemeente die een toe-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9211
médical attestant l’absence de pile dans un corps pour lequel le permis est sollicité. En Belgique, c’est en principe un médecin qui est chargé d’enlever ces appareils.
lating tot verassing aflevert, dient op voorhand een medisch getuigschrift te eisen waaruit blijkt dat er geen batterij aanwezig is in het lichaam waarvoor de toelating wordt aangevraagd. In Belgie¨ is het in principe een arts die deze apparaten dient te verwijderen.
2. Le niveau fédéral n’a pas émis d’instruction en la matière. La loi du 20 juillet 1971 confie aux communes la police des inhumations, c’est donc un règlement de police communal qui règle cette problématique. Depuis la loi spéciale du 13 juillet 2001 les Régions n’ont, à ma connaissance et à l’heure actuelle, pas modifié cette compétence.
2. De federale overheid heeft geen richtlijnen gegeven terzake. De wet van 20 juli 1971 vertrouwt het beleid inzake begrafenissen toe aan de gemeenten, waardoor het dus een gemeentelijke politieverordening is die deze problematiek regelt. Sinds de bijzondere wet van 13 juli 2001 hebben de Gewesten deze bevoegdheid naar mijn weten tot op heden niet gewijzigd.
3. Je n’ai pas connaissance d’une directive européenne en cette matière. Il n’y a au demeurant aucune objection à l’inhumation d’un corps qui contient une pile d’un pacemaker ou autre appareil médical.
3. Ik heb geen weet van een Europese richtlijn terzake. Afgezien daarvan is er geen enkel bezwaar tegen de begrafenis van een lichaam die een batterij van een pacemaker of een ander medisch apparaat bevat.
4. Les couˆtumes funéraires sont encore assez diffé` ma connaissance il rentes entre les pays de l’Union. A n’y a pas encore de tentative d’harmonisation de la législation des E´tats membres en cette matière.
4. De gewoontes met betrekking tot begrafenissen verschillen nog sterk van land tot land binnen de Unie. Naar mijn weten hebben de lidstaten nog geen poging ondernomen om hun wetgeving terzake te harmoniseren.
DO 2004200502484
DO 2004200502484
Question no 311 de Mme Ingrid Meeus du 21 octobre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 311 van mevrouw Ingrid Meeus van 21 oktober 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Zones inondables le long de l’Escaut et de la Durme. — Pollution au cadmium.
Overstromingsgebieden langsheen Schelde en Durme. — Cadmiumvervuiling.
Le laboratoire du Provinciaal Centrum voor Milieuonderzoek a procédé en 2000 à l’analyse qualitative de la couche supérieure du sol dans les zones inondables Tielrodebroek, Klein Broek et Groot Broek à Tamise. Les auteurs de cette étude ont conclu à une importante pollution, causée par des métaux lourds, de la couche supérieure du sol dans les zones inondables précitées. Il s’agit essentiellement de cadmium et de chrome mais aussi, quoique dans une moindre mesure, d’arsenic et de zinc. Une analyse des risques a également été menée sur la base de ces données, avec comme conclusion ce qui suit : « La pollution de la couche supérieure du sol aux endroits analysés ne génère pas de risques inacceptables. L’exposition calculée est en effet inférieure, pour chacun des métaux lourds analysés, à l’absorption quotidienne autorisée par les normes existantes. Toutefois, la culture de légumes et la mise en paˆturage de bêtes laitières dans cette zone restent formellement déconseillées en raison d’éventuels effets nocifs ».
In 2000 werd door het Provinciaal Centrum voor Milieuonderzoek een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de bovenste bodemlaag in de overstromingsgebieden Tielrodebroek, Klein Broek en Groot Broek te Temse. De conclusie luidde dat de bovenste bodemlaag van voormelde overstromingsgebieden zwaar verontreinigd is met zware metalen. Het gaat voornamelijk om een verontreiniging van cadmium en chroom, en in mindere mate ook met arseen en zink. Op basis van deze gegevens werd aansluitend een risico-analyse uitgevoerd. In de besluiten van deze analyse lezen we dat : « De verontreiniging van de bovenste bodemlaag op de onderzochte locaties geeft geen aanleiding tot onaanvaardbare risico’s. De berekende blootstelling ligt voor elk van de onderzochte zware metalen namelijk beneden de volgens de bestaande normering toelaatbare dagelijkse inname. Het telen van groenten en het laten grazen van melkvee in het gebied blijft echter ten stelligste af te raden omdat er sprake kan zijn van een kans op ernstige nadelige effecten ».
La récente décision de l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire (AFSCA) de soumet-
Met de recente beslissing van het Federaal Voedselagentschap (FAVV) om een onderzoek te starten naar
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9212
tre dans toute la Belgique le bétail aˆgé à une étude de dépistage de traces de pollution au cadmium, fait craindre aux agriculteurs de Tamise qu’ils ne soient soumis, eux aussi, à une interdiction d’exporter les bovidés.
sporen van cadmiumvervuiling bij oudere dieren in heel Belgie¨ vrezen de lokale landbouwers van Temse dat ook zij getroffen zullen worden door een exportverbod op runderen.
1. L’AFSCA recherche-t-elle aussi des traces de pollution au cadmium dans le polder de Tamise ?
1. Wordt ook in de polder van Temse door het FAVV onderzoek gedaan naar cadmiumvervuiling ?
2. Puisqu’une pollution similaire touche plus que probablement toutes les zones inondables situées le long de la Durme et de l’Escaut, cette étude sera-t-elle élargie à l’ensemble de cette région ?
2. Aangezien gelijkaardige verontreinigingen meer dan waarschijnlijk aanwezig zijn in alle overstromingsgebieden langsheen Durme en Schelde, wordt dit onderzoek uitgebreid naar de hele Durme- en Schelde regio ?
` l’heure actuelle, il est formellement déconseillé 3. A de cultiver des fruits et légumes ou de mettre des bêtes laitières en paˆture dans les zones de polders de Tamise. Si une interdiction d’exportation du bétail aˆgé devait venir s’ajouter à cela, les agriculteurs de la région seraient une fois de plus les victimes de la situation. Une quelconque compensation financière est-elle prévue, le cas échéant ?
3. Momenteel wordt het telen van groenten en fruit evenals het grazen van melkvee ten stelligste afgeraden in de Temsese poldergebieden. Indien voor deze gebieden daarenboven nog een exportverbod van oudere dieren zou gelden, dreigt andermaal de landbouwer in deze gebieden de dupe te zijn. Is er in voorkomend geval in enige vorm van financie¨le compensatie voorzien ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 311 de Mme Ingrid Meeus du 21 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 311 van mevrouw Ingrid Meeus van 21 oktober 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
L’étude actuellement effectuée par l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire à laquelle vous faites référence vise les objectifs suivants.
Het onderzoek dat momenteel door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen gevoerd wordt en waarnaar u refereert heeft volgende doelstellingen.
Premièrement on étudie l’influence des métaux lourds dans l’environnement, sur la qualité de produits animaux et végétaux, destinés à la chaıˆne alimentaire. En ce moment, cette étude se limite aux abords de quatre sites industriels en Flandre : la région d’Hoboken, Olen, Balen et Overpelt. Nous vérifions l’accumulation des métaux lourds plomb et cadmium dans les organes (rognons et foies) et dans les viandes de bovins et de végétaux (légumes et plantes fourragères). Cette étude a été menée sur base d’une étude, effectuée par l’OVAM sur la contamination historique des sols dans les régions citées. Sur base de cette étude de l’OVAM. des recommandations ont été diffusées aux populations locales par les services de la Communauté flamande en collaboration avec les administrations communales, e.a. en ce qui concerne la culture de légumes pour la consommation privée.
In de eerste plaats wordt onderzoek gevoerd naar de invloed van zware metalen in het leefmilieu op de kwaliteit van dierlijke en plantaardige producten, bestemd voor de voedselketen. Dit onderzoek beperkt zich momenteel tot de omgeving van vier industrie¨le sites in Vlaanderen : de regio Hoboken, Olen, Balen en Overpelt. Hierbij wordt de opstapeling van de zware metalen lood en cadmium nagegaan in organen (nieren en levers) en vlees van runderen en van gewassen (groenten en voedergewassen). Dit onderzoek is tot stand gekomen op basis van een onderzoek uitgevoerd door OVAM naar de historische contaminatie van de bodems in de genoemde gebieden. Op basis van dit OVAM-onderzoek werden overigens door de diensten van de Vlaamse Gemeenschap in samenwerking met gemeentebesturen aanbevelingen verspreid aan de lokale bevolking, onder meer voor wat de teelt van groenten voor de particuliere consumptie betreft.
Une deuxième étude effectuée par le Centre universitaire du Limbourg en collaboration avec l’AFSCA sur l’accumulation de cadmium dans les rognons et les viandes de bovins provenant des communes de Balen, Lommel, Overpelt et Neerpelt a démontré que les
Een tweede onderzoek uitgevoerd door het Limburgs Universitair Centrum in samenwerking met het FAVV naar de opstapeling van cadmium in nieren en vlees van runderen afkomstig uit de gemeenten Balen, Lommel, Overpelt en Neerpelt, toonde aan dat
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9213
normes pour le cadmium dans les rognons ont été dépassées pour tous les bovins analysés.
bij alle van de onderzochte runderen de normen voor cadmium in de nieren werden overschreden.
Sur la base des deux études susmentionnées, j’ai décidé d’appliquer le principe de précaution dans l’attente d’un examen plus précis et, pour tous les bovins ayant séjourné plus de 18 mois dans une des quatre communes susmentionnées de Campine du nord, de soustraire systématiquement les rognons de la chaıˆne alimentaire humaine et, en vue de l’application correcte de cette mesure, de prévoir en outre une interdiction d’exportation pour ces bovins. La Commission européenne a bien entendu été informée de ces mesures.
Op basis van de twee hoger genoemde studies heb ik beslist in afwachting van nader onderzoek het voorzorgsprincipe toe te passen en voor alle runderen die langer dan 18 maanden in één van de vier hoger genoemde gemeenten in de Noorderkempen hadden verbleven systematisch de nieren aan de menselijke voedselketen te onttrekken en met het oog op een correcte toepassing van deze maatregel, tevens te voorzien in een exportverbod voor deze runderen. Uiteraard werd de Europese Commissie geı¨nformeerd over deze maatregelen.
L’enquête de l’AFSCA progresse à tel point que l’ensemble des résultats d’analyse peut être transmis au Comité scientifique pour avis définitif. Lors d’une évalutation intermédiaire le 11 octobre 2004, le Comité scientifique a jugé que les mesures prises dans le cadre du principe de précaution étaient en tout cas fondées. Un avis définitif pour l’ensemble de l’enquête de l’AFSCA est attendu dans les semaines à venir et sera communiqué via le site web de l’AFSCA. L’AFSCA soumettra naturellement les résultats au Comité consultatif et se concertera avec les organisations sectorielles concernées quant aux éventuelles mesures à prendre.
Het onderzoek door het FAVV is nu in die mate gevorderd dat het geheel der onderzoeksresultaten aan het Wetenschappelijk Comité voor een defintief advies kan worden overgemaakt. Bij een tussentijdse evaluatie van 11 oktober 2004 was het Wetenschappelijk Comité van oordeel dat de maatregelen genomen in het kader van het voorzorgsbeginsel, in elk geval verantwoord waren. Een definitief advies over het geheel van het FAVV-onderzoek mag in de komende weken worden verwacht. Uiteraard zal het FAVV de resulaten aan het Raadgevend Comité voorleggen en met de betrokken sectororganisaties overleg plegen over eventueel te nemen maatregelen.
En ce qui concerne la problématique de la pollution de Temse, je puis donner les éléments de réponse suivants :
Wat de problematiek van de vervuiling in Temse betreft kan ik volgende elementen van antwoord geven :
1. Les zones en question ne font actuellement pas l’objet de l’enquête de l’AFSCA susmentionnée. L’AFSCA utilise bien entendu, lors de son évaluation des risques, toutes les informations possibles pouvant influencer la sécurité de la chaıˆne alimentaire. L’Agence alimentaire travaille à ce sujet en étroite collaboration avec les services environnementaux régionaux compétents.
1. De bedoelde gebieden maken momenteel geen voorwerp uit van voornoemd onderzoek van het FAVV. Uiteraard maakt het FAVV bij haar risicoevaluatie gebruik van alle mogelijke inlichtingen die de veiligheid van de voedselketen kunnen beı¨nvloeden. Het Voedselagentschap werkt hierbij zeer nauw samen met de bevoegde gewestelijke leefmilieudiensten.
2. L’enquête de l’AFSCA ne s’oriente pas sur l’étude des sols mais bien sur la qualité des produits animaux et végétaux. Le controˆle de la qualité du sol est de compétence régionale.
2. Het onderzoek door het FAVV richt zich niet op het onderzoek van bodems maar op de kwaliteit van de dierlijke en plantaardige producten. De controle van de bodemkwaliteit is van gewestelijke bevoegdheid.
3. Si, suite à la contamination par le cadmium, une interdiction d’exportation devait être prise pour les bovins les plus aˆgés de la région des polders de Temse, aucune compensation financière n’est prévue pour les agriculteurs concernés. En effet, la restriction à l’exportation de bovins, suite à une contamination environnementale, n’est pas une mesure donnant lieu à une indemnisation des agriculteurs par le Fonds budgétaire pour la Santé et la Qualité des Animaux et des Produits animaux. Celui-ci n’indemnise que les animaux qui, en application de la législation européenne ou nationale, sont abattus ou mis à mort dans le cadre de la lutte contre les maladies des animaux.
3. Indien, ten gevolge van de cadmiumvervuiling, een exportverbod van oudere dieren van de Temsese poldergebieden zou moeten genomen worden, wordt voor de betrokken landbouwers in geen financie¨le compensatie voorzien. Inderdaad is de exportbeperking ten gevolge van een milieuvervuiling geen maatregel die aanleiding geeft tot een schadeloosstelling van de landbouwers door het Begrotingsfonds voor de Gezondheid en de Kwaliteit van de Dieren en de Dierlijke Producten. Dit stelt enkel schadeloos voor dieren die in toepassing van de Europese of de nationale wetgeving in het kader van de dierenziektenbestrijding geslacht of afgemaakt worden. Het geven van teeltad-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9214
Donner des avis pour les cultures ainsi que l’encadrement économique de l’activité agricole sont à présent des compétences régionales. Je ne puis, par conséquent, pas me prononcer sur d’éventuelles compensations à caractère économique. Néanmoins un échange d’idées à ce point de vue a déjà eu lieu, à mon initiative, au début de cette année avec les représentants des gouvernements régionaux.
viezen evenals de economische omkadering van de landbouwbedrijvigheid zijn nu van gewestelijke bevoegdheid. Over eventuele compensaties van economisch karakter kan ik mij bijgevolg niet uitspreken. Weliswaar vond op mijn initiatief reeds begin van dit jaar een gedachtenwisseling hierover plaats met de vertegenwoordigers van de gewestregeringen.
DO 2004200502509
DO 2004200502509
Question no 315 de M. Guy D’haeseleer du 25 octobre 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 315 van de heer Guy D’haeseleer van 25 oktober 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Cas de maltraitance dans un manège de Nederhasselt.
Mistoestanden in een manege te Nederhasselt.
Fin septembre 2004, des inspecteurs du SPF, compétents en matière de bien-être des animaux, ont inspecté un manège de Nederhasselt et y ont constaté plusieurs cas de maltraitance. Cette inspection est intervenue après le dépoˆt de plusieurs plaintes auprès de l’association de protection des animaux BLID. Un nombre anormalement élevé de chevaux seraient morts au cours des deux dernières années et des faits de négligence à l’égard des animaux ont été constatés sur place.
Eind september 2004 brachten inspecteurs van de FOD, bevoegd voor het dierenwelzijn, een bezoek aan een manege in Nederhasselt waar verschillende misstanden werden vastgesteld. Deze inspectie had plaats na melding van verschillende klachten die binnengekomen waren bij de dierenrechtenorganisatie BLID. Zo zouden de jongste twee jaar ongewoon veel paarden zijn overleden en kon men de dierenverwaarlozing ter plaatse vaststellen.
1. a) Quelles infractions à la législation ont été constatées par les services d’inspection compétents ?
1. a) Welke inbreuken op de wetgeving werden door de bevoegde inspectiediensten vastgesteld ?
b) A-t-on dressé un procès-verbal ?
b) Werd er proces-verbaal opgesteld ?
2. Quelles mesures ont été prises à l’égard des animaux négligés ?
2. Welke maatregelen werden er genomen ten overstaan van de verwaarloosde dieren ?
3. Le manège a-t-il été fermé à la suite de ces infractions ?
3. Werd de manege gesloten als gevolg van deze inbreuken ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 315 de M. Guy D’haeseleer du 25 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 315 van de heer Guy D’haeseleer van 25 oktober 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
1 et 2. Les constatations faites au manège de Nederhasselt ont été consignées par mon service dans un procès-verbal.
1 en 2. Er werd van de vaststellingen gedaan in de manège in Nederhasselt proces-verbaal opgesteld door mijn dienst.
Les mesures prises pour garantir le bien-être des animaux y ont également été mentionnées.
Daarin zijn tevens de maatregelen vermeld die opgelegd werden om het welzijn van de dieren te waarborgen.
Les détails du contenu d’un procès-verbal ne peuvent pas être communiqués.
Details over de inhoud van een proces-verbaal kunnen niet meegedeeld worden.
3. Pour l’exploitation d’un manège, aucune autorisation n’est exigée par mes services. Par conséquent, la
3. Voor de uitbating van een manège is geen toelating vanwege mijn diensten vereist, en bijgevolg kan de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9215
fermeture ne peut pas être ordonnée en tant que mesure administrative.
sluiting niet als een administratieve maatregel bevolen worden.
Seul le juge peut interdire à quelqu’un, par une condamnation basée sur la législation du bien-être animal, le droit de détenir des animaux.
Alleen de rechter kan bij veroordeling op grond van de dierenwelzijnswetgeving iemand het recht ontzeggen nog dieren te houden.
DO 2004200502554
DO 2004200502554
Question no 322 de Mme Jacqueline Galant du 27 octobre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 322 van mevrouw Jacqueline Galant van 27 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Réorganisation des soins fournis aux patients comateux.
Reorganisatie van de zorgverlening aan comapatie¨nten.
En juin 2004, M. Jean-Luc Crucke, vous avait demandé par écrit quelles dispositions vous aviez prises en faveur des patients comateux. Cette question faisait suite à une visite que vous aviez effectuée au Centre hospitalier régional du Tournaisis en date du 17 mai 2004 et au cours de laquelle vous aviez expliqué que la nouvelle organisation qui est divisée en trois phases qui ont une continuité entre elles, permettait de délivrer « des soins adéquats au bon patient, au bon moment, dans le bon endroit et avec les bons moyens ».
In juni 2004 vroeg de heer Jean-Luc Crucke u welke maatregelen u ten gunste van de comapatie¨nten had genomen. Zijn schriftelijke vraag volgde op uw bezoek aan het Centre hospitalier régional du Tournaisis van 17 mei 2004. Bij die gelegenheid verklaarde u dat de reorganisatie in drie opeenvolgende fasen het mogelijk zou maken « de juiste patie¨nt op de juiste plaats en het juiste ogenblik, op de juiste manier en met de juiste middelen te verzorgen ».
En son temps, vous aviez expliqué à M. Crucke que les critères pour la sélection des centres hospitaliers d’expertise avaient été établis par le groupe de travail ad hoc créé par la Conférence interministérielle Santé publique.
Toentertijd legde u aan de heer Crucke uit dat de selectiecriteria voor de beroepsdeskundige ziekenhuiscentra waren opgesteld door de ad hoc werkgroep die door de Interministerie¨le Conferentie Volksgezondheid in het leven was geroepen.
1. Pourriez-vous communiquer l’identité des hoˆpitaux qui n’ont pas été repris dans la liste que vous avez déterminée mais aussi les raisons qui vous ont poussé à les rayer de la liste ?
1. Kan u meedelen welke ziekenhuizen niet op uw lijst staan en waarom zij werden geschrapt ?
2. Est-il possible que ces hoˆpitaux qui ne sont pour l’heure pas repris dans la liste le soient à l’avenir ?
2. Kunnen de ziekenhuizen die vandaag niet op de lijst staan, in de toekomst wel nog worden geselecteerd ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 15 décembre 2004, à la question no 322 de Mme Jacqueline Galant du 27 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 december 2004, op de vraag nr. 322 van mevrouw Jacqueline Galant van 27 oktober 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden.
1. Les critères utilisés pour la sélection des centres hospitaliers d’expertise ont été établis par le groupe de travail ad hoc créé par la Conférence interministérielle Santé Publique.
1. De criteria die worden gebruikt voor de selectie van de deskundige ziekenhuiscentra zijn vastgesteld door de ad hoc werkgroep van de Interministerie¨le Conferentie Volksgezondheid.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9216
Dans la circulaire d’appel aux hoˆpitaux volontaires dans le cadre du projet-pilote visant la création de centres hospitaliers d’expertise pour les patients en état neurovégatatif persistant (ENVP) ou en état pauci relationnels (EPR), il était noté que les services hospitaliers devaient répondre aux conditions suivantes et remettre un dossier circonstancié en vue d’être sélectionnés comme centre d’expertise pilote :
In de oproepingsbrief aan de ziekenhuizen die wensen deel te nemen aan het proefproject met het oog op de oprichting van deskundige ziekenhuiscentra voor patie¨nten in een persisterende neurovegetatieve status (PNVS) of een minimaal responsieve status (MRS) stond aangegeven dat de ziekenhuisdiensten aan de volgende voorwaarden moeten beantwoorden en een gedetailleerd dossier moeten indienen om als proefexpertisecentrum te worden geselecteerd :
1) disposer d’un minimum de 5 lits (4 pour la Région de Bruxelles-Capitale) de revalidation neurologique (Sp affections neurologiques ou de lits hospitaliers spécialisés en revalidation qui répondent au moins aux normes des services S3) pouvant être consacrés exclusivement aux patients ENVP ou EPR;
1) beschikken over ten minste 5 bedden (4 voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) voor neurologische revalidatie (Sp neurologische aandoeningen of ziekenhuisbedden die in revalidatie zijn gespecialiseerd en minstens aan de normen voor S3diensten beantwoorden) die exclusief aan PNVSof MRS- patie¨nten kunnen worden gewijd;
2) assurer une permanence médicale;
2) een medische permanentie garanderen;
3) répondre strictement aux normes d’agrément de cet indice;
3) strikt beantwoorden aan de erkenningsnormen voor die kenletter;
4) faire la preuve qu’une équipe multidisciplinaire suffisante qualitativement et quantitativement peut être directement disponible pour le groupe cible (kinésithérapeute, ergothéra-peute, logopède, diététicien psychologue, travailleur social);
4) aantonen dat een multidisciplinair team dat zowel kwalitatief als kwantitatief voldoet, onmiddellijk beschikbaar kan zijn voor de doelgroep (kinesitherapeut, ergotherapeut, logopedist, die¨tist, psycholoog, maatschappelijk werker);
5) disposer d’un réfèrent hospitalier pour la continuité des soins dont le fonctionnement peut être évalué sur base d’un rapport annuel. Ce réfèrent doit être disponible pour assurer la continuité des soins du groupe cible;
5) beschikken over een ontslagmanager, wiens werking kan worden beoordeeld op basis van een jaarverslag. Die manager moet beschikbaar zijn om de zorgcontinuı¨teit voor de doelgroep te waarborgen;
6) disposer d’un service de revalidation avec physiothérapeute ou neurologue avec un agrément de revalidation;
6) beschikken over een revalidatiedienst met een fysiotherapeut of een neuroloog met een revalidatie-erkenning;
7) faire la preuve d’une expertise dans les soins aux patients ENVP/EPR sur base d’un rapport d’activité basé sur un modèle type;
7) expertise aantonen op het gebied van verzorging van PNVS/MRS-patie¨nten aan de hand van een jaarverslag dat op het standaardmodel is gebaseerd;
8) disposer de collaborations fonctionnelles écrites avec des institutions pour soins chroniques (MRS, nursing home, institutions « AWIPH », SISD, ...);
8) beschikken over geschreven functionele samenwerkingsovereenkomsten met instellingen voor chronische verzorging (RVT’s, verpleegtehuizen, « AWIPH »-instellingen, GDT’s, ...);
9) disposer du matériel de soins en suffisance : soulèves personnes — saturomètres, matelas de prévention des plaies de décubitus de typealternating, baignoires à hauteur variable, fauteuils roulants, lits à hauteur variable, matériel d’aspiration bronchique, matériel de revalidation (standing bar, ...);
9) beschikken over voldoende verzorgingsmateriaal : patie¨ntenlift saturatiemeters, matrassen van het type « alternating » ter preventie van doorligwonden, badkuipen met variabele hoogte, rolstoelen, bedden met variabele hoogte, materiaal voor branchiale aspiratie, revalidatiemateriaal (standing bar, ...);
10) au niveau architectural : remettre le plan de l’unité ou du service proposé comme centre d’expertise;
10) op architectonisch vlak : de plattegrond van de eenheid of dienst overhandigen die als expertisecentrum wordt voorgesteld;
11) apporter un projet d’institution cohérent.
11) een coherent instellingsproject naar voor brengen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9217
Les centres pilotes ont été sélectionnés sur base de ces 11 critères. Le critère déterminant étant l’expertise démontrée par les hoˆpitaux candidats. Les entités fédérées ont été associées à cette sélection et celle-ci a été confirmée par un protocole d’accord daté du 24 mai 2004 (protocole conclu entre le gouvernement fédéral et les autorités visées aux articles 128, 130 et 135 de la Constitution, concernant la politique de la santé à mener à l’égard des patients en état neurovégétatif persistant).
De proefcentra zijn op basis van die 11 criteria geselecteerd. Het doorslaggevend criterium is de door de kandidaat-ziekenhuizen aangetoonde expertise. De deelgebieden werden bij die selectie betrokken, wat door het protocolakkoord van 24 mei 2004 is bevestigd (protocol gesloten tussen de federale overheid en de overheden bedoeld in de artikelen 128, 130 en 135 van de Grondwet betreffende de te voeren gezondheidspolitiek naar de patie¨nten in een persisterende neurovegetatieve toestand).
Dans le choix opéré, une attention particulière à été portée à la dispersion géographique des centres afin de couvrir l’ensemble du territoire belge et de favoriser une accessibilité maximale.
Bij de gedane keuze ging de bijzondere aandacht uit naar de geografische spreiding van de centra teneinde het hele Belgische grondgebied te bestrijken en een maximale toegankelijkheid te bevorderen.
Les hoˆpitaux non sélectionnés sont les suivants :
De niet-geselecteerde ziekenhuizen zijn :
En Région wallonne :
In het Waalse Gewest :
1) Le centre hospitalier Jolimont-Lobbes à HaineSaint-Paul
1) Le centre hospitalier Jolimont-Lobbes te HaineSaint-Paul
2) Réseau hospitalier de Médecine sociale — Unité de réadaption locomotrice et neurologique RHMS : sites de Baudour, Beloeil et Péruwelz à Baudour
2) Réseau hospitalier de Médecine sociale — Unité de réadaption locomotrice et neurologique RHMS : sites de Baudour, Beloeil et Péruwelz te Baudour
3) Centre hospitalier universitaire de Liège — domaine universitaire du Sart-Tilman
3) Centre hospitalier universitaire te Luik — domaine universitaire du Sart-Tilman
4) Clinique du Champ Sainte-Anne à Wavre
4) Clinique du Champ Sainte-Anne te Waver
5) Centre Princesse Astrid à La Gleize
5) Centre Princesse Astrid te La Gleize
6) Cliniques universitaires UCL de Mont-Godinne à Yvoir.
6) Cliniques universitaires UCL de Mont-Godinne te Yvoir.
En Région flamande :
In het Vlaamse Gewest :
1) Nationaal Multiple Sclerose Centrum VZW à Melsbroek
1) Nationaal Multiple Sclerose Centrum VZW te Melsbroek
2) AZ Sint-Josef à Malle
2) AZ Sint-Josef te Malle
3) AZ Sint-Maarten à Malines
3) AZ Sint-Maarten te Mechelen
4) MS & Revalidatiecentrum Overpelt à Overpelt
4) MS & Revalidatiecentrum Overpelt te Overpelt
5) VZW Gezondheidszorg Oostkust à Knokke-Heist
5) VZW Gezondheidszorg Oostkust te Knokke-Heist
6) Elisabeth Ziekenhuis à Sijsele-Damme
6) Elisabeth Ziekenhuis te Sijsele-Damme
7) AZ Groeningen à Courtrai
7) AZ Groeningen te Kortrijk
8) Elisabeth Ziekenhuis — Heilig Hartkliniek à Gand
8) Elisabeth Ziekenhuis — Heilig Hartkliniek te Gent
9) AZ Zusters van Barmhartigheid à Renaix.
9) AZ Zusters van Barmhartigheid te Ronse.
2. Il n’est pas prévu, en ce moment, de reconnaıˆtre de nouveaux centres hospitaliers d’expertise. Cependant, la plate-forme d’expert fédérale, mise en place dans le cadre du protocole, a dans ses missions l’évaluation annuelle des offres de soins en rapport avec les besoins en soins. Sur la base de cette évaluation, il pourrait être décidé, le cas échéant, d’une programmation hospitalière spécifique supérieure aux 80 lits actuels.
2. Er wordt voor het ogenblik niet voorzien in de erkenning van nieuwe deskundige ziekenhuiscentra. Het in het kader van het protocol opgerichte federale deskundigenplatform heeft onder meer tot opdracht het zorgaanbod in verhouding tot de zorgbehoeften jaarlijks te evalueren. Op basis van die evaluatie kan er eventueel beslist worden te voorzien in een specifieke ziekenhuisprogrammatie die hoger ligt dan de huidige 80 bedden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1165
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9218
DO 2004200502555
DO 2004200502555
Question no 323 de Mme Jacqueline Galant du 27 octobre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 323 van mevrouw Jacqueline Galant van 27 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Reconnaissance accordée à l’optométrie.
Erkenning van de optometrie.
Depuis quelques années, l’optométrie se pratique de plus en plus dans notre pays. L’optométrie est la science qui a pour objet l’étude des techniques et méthodes d’évaluation et d’amélioration de la fonction visuelle.
De optometrie maakt sinds enkele jaren opgang in ons land. De optometrie is de wetenschap die bestaat in de studie van de technieken en methodes om het visuele vermogen te beoordelen en te verbeteren.
Couramment pratiquée en Amérique du Nord et dans les pays anglo-saxons, cette pratique est encore fort peu connue chez nous. Le « World Council of Optometry » vient pourtant d’être admis au rang des relations officielles de l’Organisation mondiale de la Santé (OMS). Dans le cadre de cette reconnaissance, l’OMS a accepté l’optométrie sans aucune restriction et a reconnu le roˆle de l’optométriste comme prestataire autonome de soins de santé visuelle et oculaire de première ligne.
Al is deze wetenschap wijdverbreid in NoordAmerika en de Angelsaksische landen, toch is zij in ons land nog niet zo bekend. Nochtans werd de « World Council of Optometry » onlangs door de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) als één van haar officie¨le partners erkend. Daarbij aanvaardde de WGO de optometrie zonder enige beperking en erkende zij de rol van de optometrist als zelfstandige eerstelijnszorgverlener op het stuk van de visuele en oculaire gezondheidszorg.
Si, en Belgique, l’optométrie ne dispose pas encore de la reconnaissance légale comme profession prestataire de soins visuels et oculaires de première ligne, du moins sur le terrain l’optométriste exerce bien un roˆle, qui est d’assurer le bien-être visuel du public face aux exigences de la société actuelle. L’optométrie y est en effet depuis de nombreuses années « reconnue » par une partie non négligeable des amétropes qui consultent l’optométriste pour leurs problèmes de vision.
In Belgie¨ is de optometrie nog niet wettelijk erkend als beroep in het vakgebied van de visuele en oculaire eerstelijnszorg. Toch speelt de optometrist in de praktijk wel degelijk een belangrijke rol, omdat hij het visuele welzijn van zijn patie¨nten verzekert zodat zij aan de verwachtingen van de hedendaagse samenleving kunnen voldoen. De optometrie wordt inderdaad al jarenlang « erkend » door een groot aantal ametropen die met hun gezichtsstoornissen bij de optometrist te rade gaan.
Cette reconnaissance par le public doit être confirmée par une reconnaissance légale de l’optométrie (l’article 190 de la loi-programme du 9 juillet 2004 en prévoit la possibilité), tout comme l’ont été l’élaboration et l’organisation de l’enseignement au niveau du graduat et du post-graduat, organisation qui a établi la reconnaissance pédagogique de l’optométrie. Dans les pays qui ont obtenu la réglementation officielle de l’optométrie, l’enseignement y est dispensé au niveau de « Bac + 3, + 4 ou + 5 ». Tous les autres types et niveaux de formation sont appelés à disparaıˆtre car ils ne forment pas des professionnels suffisamment compétents pour répondre à l’ensemble des besoins du public.
Die erkenning door het publiek moet door een wettelijke erkenning worden bevestigd; artikel 190 van de programmawet van 9 juli 2004 voorziet in die mogelijkheid. Zo hebben de ontwikkeling en de organisatie van het onderwijs op graduaats- en postgraduaatsniveau reeds tot de pedagogische erkenning van de optometrie geleid. In de landen waar de optometrie officieel is gereglementeerd, wordt een opleiding op het niveau van de zogenaamde « Bac + 3, + 4 of + 5 » aangeboden. Alle andere opleidingsvormen en -niveaus zullen verdwijnen omdat zij geen professionele zorgverleners afleveren die voldoende bekwaam zijn om aan alle noden van de patie¨nt tegemoet te komen.
L’optométrie couvre un champ très large des besoins visuels et compte bon nombre de spécialités.
De optometrie heeft betrekking op de meest uiteenlopende visuele problemen en omvat een brede waaier aan specialiteiten.
1. Pourriez-vous communiquer le nombre exact d’optométristes qui exercent dans notre pays et sous quel statut ils travaillent ?
1. Kan u meedelen hoeveel optometristen in ons land aan de slag zijn en onder welk statuut zij werken ?
2. Ne serait-il pas possible de publier une brochure relative à cette profession méconnue qui me semble utile aux citoyens ?
2. Ware het niet mogelijk een brochure uit te geven over dit miskende beroep dat voor de burger nochtans nuttig kan zijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9219
3. Qu’en est-il des formations à ce niveau ? Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 16 décembre 2004, à la question no 323 de Mme Jacqueline Galant du 27 octobre 2004 (Fr.) : J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre. Le domaine dévolu à l’optométrie relève d’une profession paramédicale déjà réglementée qu’est l’orthoptie. L’arrêté royal du 24 novembre 1997 relatif au titre professionnel et aux conditions de qualification requises pour l’exercice de la profession d’orthoptiste et portant fixation de la liste des prestations techniques et de la liste des actes dont l’orthoptiste peut être chargé par un médecin, fixe à la fois la formation requise et le champ des actes autorisés, ainsi que les conditions de leur exécution. L’arrêté royal du 30 octobre 1964 instaurant des conditions d’exercice de l’activité professionnelle d’opticien-lunetier dans les petites et moyennes entreprises du commerce et de l’artisanat, fixe à son tour les prestations qui peuvent être exécutées par l’opticien. Il n’existe par conséquent aucun besoin de reconnaıˆtre, à coˆté de deux activités professionnelles réglementées, une profession qui ferait double emploi avec des professions pré-existantes. 1. L’optométrie n’étant pas reconnue comme une profession distincte, aucune donnée chiffrée n’est disponible concernant le nombre d’optométristes. 2. E´tant donné les dispositions légales précitées, il ne paraıˆt pas opportun à l’heure actuelle de publier semblable brochure. 3. Pour ces mêmes raisons, il semble tout aussi peu indiqué de créer de nouvelles formations en plus de celles déjà existantes. Ceci relève d’ailleurs des communautés.
3. Hoe staat het met de opleidingen terzake ? Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 16 december 2004, op de vraag nr. 323 van mevrouw Jacqueline Galant van 27 oktober 2004 (Fr.) : Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden. Het domein dat aan de optometrie wordt toegeschreven behoort tot een reeds gereglementeerd paramedisch beroep, namelijk de orthoptie. Het koninklijk besluit van 24 november 1997 betreffende de beroepstitel en de kwalificatievereisten voor de uitoefening van het beroep van orthoptist en houdende vaststelling van de lijst van de technische prestaties en van de lijst van handelingen waarmee de orthoptist door een arts kan worden belast, bepaalt zowel op vereiste opleiding als het veld van de toegestane handelingen, evenals de voorwaarden waaronder deze mogen worden uitgevoerd. Anderzijds bepaalt het koninklijk besluit van 30 oktober 1964 tot bepaling van de voorwaarden tot uitoefening van het beroep van opticien-brillenmaker in de ambachts-, de kleine en middelgrote handels-en de kleine nijverheidsondernemingen, de prestaties die door een opticien mogen worden uitgevoerd. Er bestaat dan ook geen behoefte om naast twee gereglementeerde beroepen een beroep te erkennen dat reeds bestaande beroepen volledig zou overlappen. 1. Aangezien de optometrie als afzonderlijk beroep niet erkend is, bestaan er ook geen cijfers over het aantal optometristen. 2. Gezien voornoemde wettelijke regelingen lijkt het op dit ogenblik niet opportuun zulk een brochure uit te geven. 3. Om dezelfde redenen lijkt het evenmin opportuun om naast de bestaande opleidingen nieuwe opleidingen te cree¨ren, wat trouwens tot de bevoegdheid van de gemeenschappen behoort.
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
Minister van Middenstand en Landbouw
Agriculture
Landbouw
DO 2004200502658
DO 2004200502658
Question no 47 de Mme Marleen Govaerts du 16 novembre 2004 (N.) à la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture : Plan européen relatif à l’industrie sucrière. Les réformes que le commissaire européen à l’Agriculture M. Fischler envisage pour l’industrie
Vraag nr. 47 van mevrouw Marleen Govaerts van 16 november 2004 (N.) aan de minister van Middenstand en Landbouw : Europees suikerplan. De hervormingen die Europees landbouwcommissaris Fischler voor de suikerindustrie in petto heeft, zijn
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9220
sucrière sont néfastes pour les cultivateurs de betteraves sucrières limbourgeois. Le prix des betteraves sucrières serait même presque réduit de moitié. La culture de la betterave sucrière représente près de la moitié de l’ensemble des cultures agricoles du Limbourg. En raison de la réforme proposée, le revenu du travail diminue de 390 euros par hectare. En tout, les cultivateurs de betteraves limbourgeois vont subir une perte de 2,4 millions d’euros. Les cultivateurs de betteraves sucrières et leurs familles ne seront pas les seules victimes des plans de réforme : toutes les personnes actives dans le secteur des produits dérivés de la betterave sucrière en seront également victimes.
nefast voor de Limburgse suikerbietentelers. De prijs van suikerbieten zou zelfs bijna gehalveerd worden. De suikerbietenteelt vertegenwoordigt bijna de heft van de totale akkerbouw in Limburg. Door de voorgestelde hervorming daalt het arbeidsinkomen met 390 euro per hectare. In totaal gaat het om een verlies van 2,4 miljoen euro voor de Limburgse bietenteelt. Niet alleen de suikerbietenplanters en hun gezinnen, maar ook alle betrokken afgeleiden zijn slachtoffer van de hervormingsplannen.
1. Allez-vous approuver les propositions de réforme lors du Conseil européen des ministres de l’agriculture du 22 novembre 2004 ?
1. Gaat u op 22 november 2004 tijdens de Europese landbouwministerraad de hervormingsvoorstellen goedkeuren ?
2. Que comptez-vous faire pour que ces réformes ne soient pas opérées ?
2. Wat overweegt u hiertegen te ondernemen ?
3. Une concertation est-elle prévue avec vos collègues des gouvernements flamand et wallon ?
3. Is er overleg gepland met de collega’s uit de Vlaamse en Waalse regering ?
4. Allez-vous faire en sorte que la perte de revenu soit intégralement compensée ?
4. Gaat u zorgen voor een volledige compensatie van het inkomensverlies ?
5. Allez-vous plaider pour un étalement de la réduction de la production européenne sur une période plus longue ?
5. Gaat u pleiten voor een spreiding van de inkrimping van de Europese productie over een langere periode ?
6. Que pensez-vous de l’élaboration d’un cadre européen pour la production d’énergie renouvelable comme solution de remplacement aux exportations européennes de sucre ?
6. Wat denkt u van een Europees kader voor de productie van hernieuwbare energie als alternatief voor Europese suikerexport ?
7. Que pensez-vous d’un système de quotas pour les importations de sucre en provenance des pays en voie de développement ?
7. Wat vindt u van een quotaregeling voor de import van suiker uit de ontwikkelingslanden ?
Réponse de la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture du 16 décembre 2004, à la question no 47 de Mme Marleen Govaerts du 16 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Middenstand en Landbouw van 16 december 2004, op de vraag nr. 47 van mevrouw Marleen Govaerts van 16 november 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer ce qui suit à l’honorable membre, dans l’ordre de la numérotation des questions posées. ` titre d’introduction, je peux informer l’honorable A membre que la Commission européenne a présenté le 14 Juillet 2004 les grandes lignes de sa politique pour la réforme de l’Organisation commune du marché (OCM) du sucre. Il n’est pas question jusqu’à présent d’une proposition définitive. Celle-ci est seulement attendue pour le premier semestre de l’année prochaine.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen, in volgorde van de nummering van de gestelde vragen.
Une approbation des propositions de réforme n’a évidemment pas encore été à l’ordre du jour.
Een goedkeuring van de hervormingsvoorstellen is uiteraard nog niet ter spraak gekomen.
Lors du Conseil Agriculture du 19 juillet 2004, les ministres de l’Agriculture des E´tats membres ont eu un premier tour de table sur cette communication.
Tijdens de Landbouwraad van 19 juli 2004 is er een eerste tafelronde over deze mededeling gehouden onder de ministers van Landbouw van de lidstaten.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ter inleiding kan ik het geachte lid informeren dat de Europese Commissie op 14 juli 2004 in een mededeling in grote lijnen haar beleid voor een hervorming van de Gemeenschappelijke Marktordening (GMO) voor suiker heeft voorgesteld. Van een definitief voorstel is vooralsnog geen spraak. Dit wordt pas verwacht in de loop van het eerste semester volgend jaar.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9221
Le 22 Novembre 2004, cette réforme a été mise une deuxième fois au programme du Conseil des ministres de l’Agriculture. Les positions prises par les E´tats membres sur la communication de la Commission européenne sont très divergentes.
Op 22 november 2004 stond deze hervorming een tweede maal op het programma van de Raad van Landbouwministers.
1. En tant que ministre belge de l’Agriculture, j’ai expliqué que notre pays est ouvert au principe d’une réforme de l’OCM du sucre. Cette réforme devra en premier lieu satisfaire aux engagements de l’UE au plan international. La Belgique reste attachée aux éléments clés de l’actuelle OCM à savoir la gestion (et la maıˆtrise) de l’offre de sucre, les mécanismes de marché et des prix rémunérateurs. Des aspects importants, qui demandent une attention particulière, sont l’arrangement EBA — (everything but arms) — avec les pays les moins avancés (PMA), l’adaptation des niveaux des quotas et des prix, les compensations, les transferts de quotas, etc.
1. Als Belgisch minister van Landbouw heb ik uiteengezet dat ons land openstaat voor het principe van een herziening van de GMO voor suiker. Deze hervorming zal in de eerste plaats moeten voldoen aan de verbintenissen van de EU in internationaal verband. Belgie¨ blijft gehecht aan de sleutelelementen van de huidige GMO, te weten het beheer (en de beheersing) van het suikeraanbod, de marktmechanismen en gewaarborgde prijzen. Belangrijke aspecten die speciale aandacht vragen zijn de EBA (everything but arms)-regeling met de minst ontwikkelde landen (MOL), de aanpassing van quota- en prijsniveaus, compensaties, quotatransfers, enz.
2. Pour faire valoir les intérêts belges lors des discussions sur la réforme du secteur du sucre, on utilisera les enceintes appropriées au niveau du Conseil et de la Commission. En outre, pour autant que leurs compétences le permettent, d’autres instances belges seront invitées à défendre les souhaits de la Belgique.
2. Om de Belgische belangen bij de hervorming van de suikersector te doen gelden, zal er gebruik worden gemaakt van de gee¨igende fora op Raad- en Commissieniveau. Daarenboven zullen ook andere Belgische overheden worden ingeschakeld om binnen hun bevoegdheden bepaalde Belgische wensen te verdedigen.
3. La position belge est la synthèse de la concertation permanente qui a été organisée depuis 2003 entre les régions, les autorités fédérales et les principaux intéressés. Au niveau ministériel, cette concertation a lieu au sein de la Conférence interministérielle pour la Politique agricole (CIPA).
3. Het Belgisch standpunt is de synthese van het permanent overleg dat werd georganiseerd vanaf 2003 tussen de gewesten, de federale overheid en de voornaamste belanghebbenden. Op ministerieel niveau vindt dit overleg plaats binnen de Interministerie¨le Conferentie van het Landbouwbeleid (ICLB).
4. Je plaide pour une compensation maximale, tout en étant compatible avec le contexte budgétaire.
4. Ik pleit voor een maximale compensatie terwijl dit te verzoenen valt met de begrotingscontext.
5. Un des éléments de la position belge va dans le sens d’un étalement dans le temps de la réforme, comme vous le suggérez. La Belgique propose d’atteindre un équilibre de marché par le biais d’un mécanisme de prix décroissants et d’aides de reconversion adaptées, sans directement s’attaquer au niveau des quotas. Le quota mentionné par la Commission (14,6 millions de tonnes) doit être un minimum absolu pour l’offre européenne de sucre de betteraves.
5. Eén van de elementen in het Belgisch standpunt gaat in de richting van een spreiding in de tijd van de hervorming, zoals u aanhaalt. Belgie¨ stelt voor om tot marktevenwicht te komen via een mechanisme van dalende prijzen en aangepaste reconversiesteun, zonder dadelijk het niveau van de quota aan te pakken. Het quotum waaraan de Commissie denkt (14,6 miljoen ton) moet een absoluut minimum zijn voor het Europese bietsuikeraanbod.
6. Un cadre européen pour la production d’énergie renouvelable existe déjà : il s’agit des directives concernant les biocarburants et leurs accises (2003/30 et 2003/96). Elles préconisent d’atteindre en 2010, à titre indicatif pour la production et l’utilisation de biocarburants dans la Communauté, un volume égal à 5,75 % des carburants utilisés pour le transport; cela représente 140 millions d’hectolitres, à répartir principalement entre le bioéthanol et le biodiesel.
6. Een Europees kader voor de productie van hernieuwbare energie bestaat reeds : het betreft de richtlijnen over biobrandstoffen en hun accijnzen (2003/30 en 2003/96). Als streefcijfer geven deze voor de productie en het gebruik van biobrandstoffen in de Gemeenschap een volume aan dat gelijk is aan 5,75 % van de gebruikte brandstoffen voor vervoer in 2010; dit betekent 140 miljoen hectoliter, te verdelen over hoofdzakelijk bio-ethanol en bio-diesel.
Lors du Conseil du 22 novembre 2004, j’ai déjà plaidé en faveur d’une reconversion vers les biocarbu-
Op de Raadvergadering van 22 november 2004 heb ik reeds gepleit voor het belang voor de suikersector
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
De standpunten die de lidstaten innemen over de mededeling van de Europese Commissie zijn erg uiteenlopend.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9222
rants dans l’intérêt du secteur sucrier. Je consacrerai beaucoup de mon attention à cette utilisation à l’avenir.
van een reconversie naar biobrandstoffen. Dit gebruik zal in de toekomst ook veel aandacht van mij krijgen.
7. L’importation préférentielle actuelle de sucre se compose en grande partie de sucres originaires des pays ACP, des Balkans occidentaux, et des pays les moins avancés (PMA). Pour ce dernier groupe de pays, l’importation sera entièrement libre à partir de 2009. ` cause de cela, je m’attends à une pression imporA tante sur le prix du sucre. C’est la raison pour laquelle les PMA sont eux-mêmes demandeurs d’une période de transition plus longue et d’un contingentement pour l’exportation vers l’UE.
7. De huidige preferentie¨le invoer van suiker bestaat voornamelijk uit suiker afkomstig van de ACSlanden, de westelijke Balkan, en de minst ontwikkelde landen (MOL). Voor deze laatste landengroep zal de invoer volledig vrij zijn vanaf 2009. Ik verwacht hierdoor een grote prijsdruk op de suiker. Daarom zijn de MOL zelf vragende partij voor een langere overgangsperiode en een contingentering van de suikerexport naar de EU.
Tenant compte des éléments mentionnés ci-dessus, la Belgique demande que cette question de la gestion de l’offre des PMA soit examinée par la Commission européenne.
Wegens de hierboven aangehaalde redenen vraagt Belgie¨ dat deze kwestie van het beheer van het aanbod van de MOL door de Europese Commissie onderzocht zou worden.
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs
Minister van Werk en Consumentenzaken
Emploi
Werk
DO 2003200432380
DO 2003200432380
Question no 150 de M. Guy D’haeseleer du 8 octobre 2004 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 150 van de heer Guy D’haeseleer van 8 oktober 2004 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Lutte contre la fraude sociale. — Personnel supplémentaire pour les services d’inspection.
Strijd tegen de sociale fraude. — Bijkomend personeel voor de inspectiediensten.
Lors du conclave budgétaire d’octobre 2003, le Conseil des ministres a approuvé, en exécution des mesures décidées lors de la conférence sur l’emploi et dans le cadre d’une politique plus efficace visant à assurer le respect de la législation en matière sociale, une série de recrutements indispensables.
Tijdens het begrotingsconclaaf van oktober 2003 heeft de Ministerraad in uitvoering van de werkgelegenheidsconferentie en in het kader van een efficie¨nter sociaal handhavingsbeleid een aantal noodzakelijke aanwervingen goedgekeurd.
Ainsi, l’Inspection des lois sociales serait renforcée graˆce au recrutement de 29 controˆleurs sociaux et 8 inspecteurs sociaux.
De Inspectie Sociale Wetten zou versterkt worden met 29 sociaal controleurs en 8 sociaal inspecteurs.
Deux juristes chargés du traitement des dossiers en cours seraient également engagés au sein du service d’étude du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale.
Voor de verdere afhandeling van de dossiers in de handhavingsketen werden er 2 bijkomende juristen voorzien bij de studiedienst van de FOD Werkgelegenheid.
Les recrutements suivants sont prévus au sein de l’Inspection médicale et technique du SPF Emploi, Travail et Concertation sociale : 5 médecins, 2 ingénieurs, 3 ingénieurs industriels, 2 licenciés en chimie et 2 psychologues.
Bij de Medische en Technische Inspectie van de FOD Werkgelegenheid werden volgende versterkingen voorzien : 5 artsen, 2 Ingenieurs, 3 industrieel ingenieurs, 2 licentiaten scheikunde en 2 psychologen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9223
1. Ou` en est le recrutement de ces agents ?
1. Hoever staat het met de aanwerving van deze personeelsleden ?
2. Qu’en est-il de ce problème en général ?
2. Wat is de stand van zaken ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 17 décembre 2004, à la question no 150 de M. Guy D’haeseleer du 8 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 17 december 2004, op de vraag nr. 150 van de heer Guy D’haeseleer van 8 oktober 2004 (N.) :
Vous trouverez ci-dessousla réponse à la question posée.
Hieronder gelieve u het antwoord op de gestelde vraag te vinden.
Le tableau ci-dessous synthétisé l’état de la question concernant les recrutements pour les services d’inspection en vue de lutter contre la fraude sociale.
De hieronder tabel geeft een overzicht van de stand van zaken betreffende de aanwervingen voor de inspectiediensten in verband met de strijd tegen de sociale fraude.
Statutaires
Statutairen
Conclave : 53
Conclaaf : 53
Controˆleur social. — Sociaal controleur .......... NL
17
F
12
Controˆleur social. — Sociaal controleur ..........
Inspecteur social. — Sociaal inspecteur ..........
NL bilingue. — tweetalig F bilingue. — tweetalig
Inspecteur social. — Sociaal inspecteur ..........
(4 inspecteurs sociaux par concours d’accession). — (4 sociaal inspecteurs door overgangsexamen) . Conseiller adjoint (juriste). — Adjunctadviseur (jurist) .............
Conseiller adjoint (juriste). — Adjunctadviseur (jurist) .............
1
1
Examen achevé — courrier adressé aux lauréats. Entrées en service prévues le 1e janvier 2005 ou le 1er février 2005. — Examen afgerond — laureaten aangeschreven. Aanwerving voorzien op 1 januari 2005 of 1 februari 2005. Examen achevé — 5 lauréats entrés en service au 1er décembre 2004, 6 entreront en service le 1er janvier 2005 et 1 entrera en service le 1er février 2005. — Examen afgerond — 5 laureaten in dienst op 1 december 2004, 6 voorzien op 1 januari 2005 en 1 voorzien op 1 februari 2005. Pas de lauréats examen linguistique. — Geen laureaten taalexamen.
Examen linguistique en janvier. — Taalexamen in januari.
Nommés le 1er juillet 2004. — Benoemd op 1 juli 2004.
(controˆle des lois sociales). — (toezicht sociale wetten)
(relations individuelles de travail). — (toezicht sociale wetten)
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
NL
1
NL
1
2004
2005
E´preuve complémentaire acceptée. Base : réserve générale juriste — candidats consultés. Une dizaine de candidats. CV demandés. Une épreuve a eu lieu le 22 novembre 2004 : 1 lauréat. Celui-ci entrera en service le 1er janvier 2005. — Bijkomende proef aanvaard. Basis : algemene reserve jurist — kandidaten werden geraadpleegd. Een tiental kandidaten. CV werd opgevraagd. Er vond een proef plaats 22 november 2004. Er is 1 laureaat. Deze komt in dienst op 1 januari 2005. E´preuve complémentaire acceptée. Base : réserve générale jurisite — candidats consultés (deuxième appel). — Bijkomende proef aanvaard. Basis : algemene reserve jurist — kandidaten werden geraadpleegd. (tweede oproep)
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9224
Conseiller adjoint (juriste). — Adjunctadviseur (jurist) .............
(service d’études). — (individuele arbeidsbetrekkingen)
Conseiller adjoint (juriste). — Adjunctadviseur (jurist) ............. Médecin. — Geneesheer
(service d’études). — (individuele arbeidsbetrekkingen) Anvers. — Antwerpen
Médecin. — Geneesheer
Médecin. — Geneesheer
Bruxelles. — Brussel
Ingénieur. — Ingenieur ..
Hainaut ouest (auparavant Bruxelles). — Henegouwen-west (vroeger Brussel) Anvers. — Antwerpen
Ingénieur. — Ingenieur ..
Bruxelles. — Brussel
Ingénieur industriel. — Industrieel ingenieur ......
Ingénieur industriel. — Industrieel ingenieur ......
Ingénieur industriel chimiste. — Industrieel ingenieur scheikunde ..... Psychologue-pédagogue. — Psycholoog-pedagoog
Psychologue-pédagogue. — Psycholoog-pedagoog
NL
1
NL
1
NL
3
NL bilingue. — tweetalig
1
F
1
NL
1
NL bilingue. — tweetalig
1
NL
2
NL
1
F
2
Anvers. — Antwerpen
Anvers. — Antwerpen
laboratoire. — labo
Anvers. — Antwerpen
Bruxelles. — Brussel
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
NL
1
NL bilingue. — tweetalig
1
2004
2005
Réserve générale juristes : candidats sont consultés. — Bijkomende proef aanvaard. Basis : algemene reserve jurist — kandidaten werden geraadpleegd. (tweede oproep) Mobilité. Procédure lancée. — Algemene reserve jurist. Kandidaten worden geraadpleegd Examen en demande à Selor. Rappel envoyé. Contact avec Selor. — Examen in aanvraag Selor. Rappel gestuurd. Contact met Selor. Examen en demande à Selor. Rappel envoyé. Contact avec Selor. — Examen in aanvraag Selor. Rappel gestuurd. Contact met Selor. 1 lauréat de la coopération au développement : l’intéressé entrera en service le 1er janvier 2005. — 1 laureaat ontwikkelingssamenwerking : betrokkene komt in dienst op 1 januari 2005. Entrée en service le 1er juillet 2005. — In dienst getreden op 1 juli 2004. Pas de candidats dans notre réserve. Examen demandé à Selor. Examen général a été lancé par Selor. — Geen kandidaten in onze reserve. Examen in aanvraag Selor. Algemeen examen door Selor gestart. Réserve consultée. 1 candidat. Il est entré en service le 1er juillet 2004. Second emploi : réserve générale consultée avec épreuve complémentaire. Plusieurs candidats. CV demandés. E´preuve le 14 et 15 octobre. L’intéressé entrera en service le 1er janvier 2005. — Reserve geraadpleegd. 1 kandidaat. Deze is in dienst getreden op 1 juli 2004. Tweede betrekking : algemeen reserve geraadpleegd met bijkomende proef. Verschillende kandidaten. CV is opgevraagd. Proef georganiseerd op 14 en 15 oktober 2004. Betrokkene komt indienst op 1 januari 2005. Réserve générale consultée avec épreuve générale. Plusieurs candidats. CV demandés. E´preuve le 14 et 15 octobre. L’intéressé entrera en service le 1er janvier 2005. — Algemeen reserve geraadpleegd met bijkomende proef. Verschillende kandidaten. CV is opgevraagd. Proef georganiseerd op 14 en 15 oktober 2004. Betrokkene komt in dienst op 1 januari 2005. Entrés en service le 1er juin 2004. — In dienst getreden op 1 juni 2004. Mobilité consultée. 7 candidats. E´preuve complémentaire le 17 septembre. L’intéressé est entrée en service le 1er ocotbre 2004. — Mobiliteit geraadpleegd. 7 kandidaten. Bijkomende proef wordt ingericht 17 september. Betrokkene is in dienst getreden op 1 oktober 2004. Entrée en service le 1er septembre 2004. — In dienst getreden op 1 september 2004.
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9225
DO 2004200502474
DO 2004200502474
Question no 164 de Mme Maggie De Block du 20 octobre 2004 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 164 van mevrouw Maggie De Block van 20 oktober 2004 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Refinancement de la sécurité sociale.
Herfinanciering van de sociale zekerheid.
Dans une interview accordée aux quotidiens de la maison d’édition « Regionale Uitgeversgroep (RUG) » les 16 et 17 octobre 2004, la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs déclare que nous ne pouvons plus rester sans réagir en matière de refinancement de la sécurité sociale. Le temps presse et il conviendrait, au printemps prochain, de mener un large débat sur le refinancement de la sécurité sociale. Il faut éviter selon la ministre qu’un trou ne se creuse dans le système de sécurité sociale.
Blijkens een interview in de RUG-kranten op 16 en 17 oktober 2004 stelt de minister van Werk en Consumentenzaken dat inzake de herfinanciering van de sociale zekerheid we ons niet langer kunnen verstoppen. De tijd begint te dringen, in de lente van volgend jaar moeten we een groot debat voeren over de herfinanciering van de sociale zekerheid. De minister waarschuwt dat we moeten voorkomen dat er een gat wordt geslagen in de sociale zekerheid.
Dans une interview accordée au quotidien « De Tijd » le 18 octobre 2004, le ministre des Affaires sociales et de la Santé publique déclare par contre que le budget de la sécurité sociale devrait afficher un excédent de 218 millions d’euros en 2005. En outre, il attribue aux partenaires sociaux la responsabilité de formuler des propositions pour un refinancement structurel de la sécurité sociale. Pour couronner le tout, le ministre ajoute encore qu’il ne croit pas que de nouvelles décisions seront encore prises durant cette législature. Selon lui, le refinancement de la sécurité sociale pourrait figurer dans l’accord de gouvernement d’une prochaine législature.
De minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid daarentegen stelt in een interview met De Tijd op 18 oktober 2004 dat de sociale zekerheid afstevent op een overschot van 218 miljoen euro in 2005. Daarenboven legt hij de verantwoordelijkheid voor het formuleren van voorstellen over een structurele herfinanciering van de sociale zekerheid bij de sociale partners. Als klap op de vuurpijl voegt de minister eraan toe dat hij niet gelooft dat er in deze legislatuur nog beslissingen zullen worden genomen. « In een volgende regeerperiode kan de herfinanciering van de sociale zekerheid dan in het regeerakkoord worden opgenomen », luidt het.
1. Estimez-vous que des mesures doivent encore être prises au cours de la présente législature pour mettre en œuvre le refinancement de la sécurité sociale ?
1. Bent u van oordeel dat er in deze legislatuur nog maatregelen moeten worden genomen om de herfinanciering van de sociale zekerheid te bewerkstelligen ?
2. Quel est à votre avis le roˆle précis dévolu aux partenaires sociaux dans ce cadre ?
2. Welke precieze rol is er volgens u weggelegd voor de sociale partners ?
3. Sur quelles données chiffrées vous basez-vous pour affirmer qu’un trou risque de se creuser dans le domaine de la sécurité sociale ?
3. Op basis van welke cijfergegevens komt u ertoe te stellen dat er een gat in de sociale zekerheid dreigt geslagen te worden ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 15 décembre 2004, à la question no 164 de Mme Maggie De Block du 20 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 15 december 2004, op de vraag nr. 164 van mevrouw Maggie De Block van 20 oktober 2004 (N.) :
1. Avant la rédaction du budget 2005, mon collègue, le ministre des Affaires sociales, et moi-même avons adressé un courrier au Conseil national du Travail afin de demander de réfléchir, dans une période de six mois et au plus tard pour le 1er juin 2005, sur le financement structurel de la sécurité sociale.
1. Vo´o´r de opmaak van de begroting 2005 hebben mijn collega, de minister voor Sociale Zaken, en ik aan de Nationale Arbeidsraad een schrijven gericht met de vraag om binnen een periode van zes maanden, en uiterlijk tegen 1 juni 2005, een reflectie te doen over een structurele financiering van de sociale zekerheid.
Il a été pris acte de cette demande au sein du gouvernement. Dès que les résultats seront disponibles, le gouvernement en débattra avec les partenaires sociaux.
Binnen de regering is akte genomen van deze aanvraag en zodra de resultaten beschikbaar zijn, zal de regering hierover een debat voeren met de sociale partners.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1166
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9226
Je ne veux pas anticiper sur ce débat et il m’est donc impossible de me prononcer sur les mesures concrètes qui en résulteraient éventuellement au cours de cette législature.
Ik wil niet vooruitlopen op dit debat en kan dus niet zeggen in hoeverre er terzake nog tijdens deze legislatuur concrete maatregelen zullen uit voortvloeien.
Il est vrai en tout cas que le montant du financement alternatif des régimes de sécurité sociale a fort augmenté au cours des dernières années : de 4 882 065 000 euros en 2003 à 8 640 996 000 euros en 2005.
Het is alleszins wel zo dat het bedrag van de alternatieve financiering aan de sociale zekerheidsstelsels tijdens de jongste jaren sterk is gestegen : van 4 882 065 000 euro in 2003 naar 8 640 996 000 euro in 2005.
Le régime des travailleurs est financé en 2005 pour 15,5 % (financement alternatif/total des recettes propres) par le financement alternatif. En 2003, ce taux n’était que de 9,9 %.
Het stelsel van de werknemers wordt in 2005 voor 15,5 % gefinancierd (alternatieve financiering/totaal eigen ontvangsten) uit alternatieve financiering. In 2003 was dat nog 9,9 %.
Cette augmentation est due à un nombre accru de missions attribuées à la sécurité sociale d’une part (par exemple le financement intégral du prix journalier des lits d’hoˆpitaux par l’INAMI, le financement de l’accord de coopération économie sociale par l’ONEM. le financement d’une partie du coût des titres-services par l’ONEM, ...) et à l’engagement pris par le gouvernement afin de garantir l’équilibre financier de la sécurité sociale d’autre part.
Die stijging is enerzijds het gevolg van een aantal nieuwe opdrachten voor de sociale zekerheid (bijvoorbeeld integrale financiering ligdagprijzen door RIZIV, financiering samenwerkingsakkoord sociale economie door RVA, financiering van een gedeelte van de kostprijs dienstencheques door RVA, ...) en anderzijds doordat de regering er zich toe verbonden heeft het financieel evenwicht van de sociale zekerheid te waarborgen.
En raison, d’une part, de l’augmentation du montant des réductions de contributions sociales et de la diminution des contributions suite à une évolution moins favorable de l’emploi et, d’autre part, un taux de croissance élevé des dépenses dans certaines branches de la sécurité sociale, l’intervention enprovenance du financement alternatif a constamment augmenté.
Omwille van, enerzijds, de toename van het bedrag van de sociale bijdrageverminderingen en de dalende bijdragen ingevolge een minder gunstige evolutie van de werkgelegenheid en, anderzijds, een hoge groeivoet van de uitgaven in een aantal takken van de sociale zekerheid, is de tussenkomst uit alternatieve financiering gestaag verhoogd.
Le « 28e Rapport au gouvernement » que l’ONSS Gestion globale a remis au gouvernement en septembre 2004, établit que le taux de croissance des recettes en provenance des cotisations perçues (recettes journalières) serait de 2,96 % en 2005, alors que le taux de croissance des dépenses serait de 4,10 %. En 2004, le taux de croissance des recettes en provenance des cotisations perçues était de 1,83 % et celui des dépenses était de 4,22 %.
In het « 28e Verslag aan de regering » dat de RSZ Globaal Beheer in september 2004 aan de regering overmaakte, staat te lezen dat de groeivoet van de inkomsten uit bijdragen (dagontvangsten) voor 2005 zou komen op 2,96 %, terwijl de groeivoet van de uitgaven, 4,10 % zou bedragen. In 2004 bedroeg de groeivoet van de ontvangsten uit bijdragen 1,83 % en die van de uitgaven 4,22 %.
Ce décalage entre le taux de croissance des recettes en provenance des cotisations perçues d’une part et celui des dépenses d’autre part s’explique par le jeu des facteurs auxquels je me suis référée ci-dessus.
Dit onderscheid tussen de groeivoet van, enerzijds, de inkomsten uit bijdragen en, anderzijds, de uitgaven is te verklaren door het samenspel van factoren waarnaar ik hiervoor refereerde.
En 2004, ce problème a été résolu par une augmentation substantielle du financement alternatif (de plus de 1,5 milliard d’euros). En 2005, l’équilibre est garanti par un paquet d’économies et de nouvelles recettes.
In 2004 werd dit ondervangen door een substantie¨le verhoging van de alternatieve financiering (met ruim 1,5 miljard euro). In 2005 wordt het evenwicht gegarandeerd door een pakket van besparingen en nieuwe inkomsten.
Nous nous devons de constater que la technique actuelle du financement alternatif — par laquelle une partie des recettes de TVA est transférée aux régimes de sécurité sociale — touche à ses limites.
We kunnen er niet naast dat de huidige techniek van alternatieve financiering — waarbij een gedeelte van de BTW-opbrengsten wordt overgedragen aan de sociale zekerheidsstelsels — zijn limieten bereikt.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9227
Pour certains mois, les recettes de TVA sont même inférieures au montant à transférer, ce qui provoque des problèmes de trèsorerie.
In die mate zelfs dat voor sommige maanden de BTW-opbrengsten lager zijn dan het over te dragen bedrag, wat resulteert in thesaurieproblemen.
Afin de pouvoir garantir un financement structurel des régimes sociaux, il faut donc réfléchir sur de nouvelles sources de recettes qui reviennent à la sécurité sociale par le biais d’attributions directes. Cette question devient d’autant plus pertinente dans la mesure où les régimes sociaux accusent le coup du vieillissement de la population et que la politique de réduction des cotisations sur le travail serait maintenue.
Teneinde een structurele financiering van de sociale stelsels te kunnen waarborgen, moet er dus nagedacht worden aan nieuwe inkomstenbronnen die via rechtstreekse toewijzingen een de sociale zekerheid toekomen. Dit vraagstuk wordt des te pertinenter naarmate de sociale stelsels de gevolgen van de veroudering van de bevolking beginnen te voelen en het beleid van vermindering van de heffingen op arbeid zou worden verder gezet.
2. Vu la gestion paritaire de la sécurité sociale, il me semble logique d’inviter les partenaires sociaux à réfléchir, ensemble avec le gouvernement, sur le financement structurel de la sécurité sociale. Cette idée était aussi reprise dans la lettre que mon collègue des Affaires sociales et moi-même avons adressée au CNT en octobre. Ce sont d’ailleurs les partenaires sociaux qui ont demandé, lors de la rédaction du Rapport annuel 2004 du Conseil supérieur de l’emploi, de consacrer un chapitre au financement des régimes sociaux et à une comparaison avec le reste de l’Europe. Ils ont également commandé une étude à ce sujet au Bureau du Plan. Cette étude vient d’être achevée sous le titre « Variantes de réduction des cotisations sociales et de modalités de financement alternatif.
2. Gelet op het paritair beheer van de sociale zekerheid, lijkt het mij logisch dat de sociale partners worden uitgenodigd om samen met de regering na te denken over een structurele financiering ervan. Dat is ook de inhoud van de brief die ik met mijn collega van Sociale Zaken in oktober aan de NAR heb gericht. De sociale partners hebben trouwens bij de opmaak van het Jaarverslag 2004 van de Hoge Raad voor Werkgelegenheid gevraagd een hoofdstuk te wijden aan de financiering van de sociale stelsels en een vergelijking met de rest van Europa. Tevens hebben zij aan het Planbureau een studie gevraagd over dit thema. Deze is, onder de titel « Simulaties betreffende een vermindering van de socialezekerheidsbijdragen en vormen van alternatieve financiering », recent werd voltooid.
3. Dans le cadre de la préparation de la rédaction du budget 2005, la Gestion globale a fait état dans le « 28e Rapport au gouvernement » précité d’un déficit de 855 352 000 à 976 404 000 euros que le régime risquait d’accuser en 2005.
3. Ter voorbereiding van de opmaak van de begroting 2005 maakte het Globaal Beheer in voormeld « 28e Verslag aan de Regering » melding van een tekort van 855 352 000 tot 976 404 000 euro waarop het stelsel in 2005 dreigde af te stevenen.
Comme on l’a déjà dit, le gouvernement a réussi à inverser la tendance et à réaliser un solde budgétaire positif prévu de 188 431 000 euros.
Zoals gezegd heeft de regering dit kunnen omdraaien naar een verwacht batig budgettair saldo van 188 431 000 euro.
` cet effet, il a cependant fallu prendre des mesures A tant du coˆté des recettes (élargissement de la base de financement par l’attribution au régime des cotisations des travailleurs sur le pécule de vacances des contractuels employés par les services publics, une meilleure perception des cotisations sociales sur l’utilisation des véhicules de société, la retenue des cotisations des employeurs sur le pécule de vacances de départ des employés qui n’ont pas de nouvel employeur, ...) que du coˆté des dépenses (une gestion plus efficace des dotations aux fonds du maribel social, un vaste paquet d’économies dans le système d’assurance-maladie).
Hiervoor dienden echter zowel aan de inkomstenzijde (verruiming financieringsbasis door toewijzing van de werknemersbijdragen op het vakantiegeld van contractuelen bij de overheden aan het stelsel, een betere inning van de sociale bijdragen op het gebruik van bedrijfswagens, de inhouding van werkgeversbijdragen op het vertrekvakantiegeld van bedienden die geen nieuwe werkgever hebben ...) als aan de uitgavenzijde (efficie¨nter beheer van de dotaties aan de sociale maribelfondsen, een zwaar pakket besparingen in de ziekteverzekering) genomen te worden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9228
DO 2004200502510
DO 2004200502510
Question no 166 de M. Guy D’haeseleer du 25 octobre 2004 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 166 van de heer Guy D’haeseleer van 25 oktober 2004 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
ONEM. — Arrêt de la Cour de cassation concernant les « réglementations Canada Dry ».
RVA. — Arrest van het Hof van Cassatie in verband met de « Canada Dry-regelingen ».
Dans le cas d’une prépension « Canada Dry », l’employeur et le travailleur (employés supérieurs) conviennent souvent d’un délai ou d’une indemnité de préavis qui se limite pratiquement au minimum légal. Dans de tels cas, l’ONEM estime souvent que les deux parties n’ont pas fixé un délai de préavis acceptable et le travailleur se voit imposer une sanction proportionnelle à la différence entre le nombre de mois de délai de préavis qu’il aurait duˆ obtenir et le nombre de mois effectivement convenu.
In het geval van een Canada Dry-brugpensioen komen werkgever en werknemer (hogere bedienden) vaak een opzegtermijn of -vergoeding overeen dat zo goed als beperkt is tot het wettelijk minimum. In dergelijke gevallen vindt de RVA vaak dat de partijen geen aanvaardbare opzeggingstermijn zijn overeengekomen en wordt aan de werknemer een sanctie opgelegd ten bedrage van het verschil tussen het aantal maanden opzeg die de werknemer had moeten krijgen en het aantal maanden dat effectief werd overeengekomen.
Dans son arrêt du 24 mai 2004, la Cour de cassation a dénoncé la position de l’ONEM. La cour a estimé que la fixation d’un délai de préavis pour les « employés supérieurs » était une décision qui devait incomber aux parties concernées.
In zijn arrest van 24 mei 2004 heeft het Hof van Cassatie dit standpunt van de RVA aan de kaak gesteld. Het Hof vond immers dat de vaststelling van een opzegtermijn voor « hogere bedienden » aan de betrokken partijen moet worden overgelaten.
1. Dans combien de cas similaires, ventilé par région, l’ONEM a-t-il imposé une sanction durant les années 2001, 2002 et 2003 ?
1. In hoeveel van dergelijke gevallen werd door de RVA in de jaren 2001, 2002 en 2003 een sanctie opgelegd, opgesplitst per gewest ?
2. Quel sera, à l’avenir, la position de l’ONEM dans de tels cas ?
2. Welk standpunt zal de RVA ten opzichte van dergelijke gevallen in de toekomst innemen ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 15 décembre 2004, à la question no 166 de M. Guy D’haeseleer du 25 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 15 december 2004, op de vraag nr. 166 van de heer Guy D’haeseleer van 25 oktober 2004 (N.) :
Les articles 44 et 46 de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du choˆmage disposent qu’aucune allocation ne peut être octroyée pour des périodes couvertes par une indemnité à laquelle le travailleur peut prétendre pour la rupture du contrat de travail, à l’exception de l’indemnité pour dommage moral et l’avantage extra-légal (l’indemnité octroyée en complément de l’allocation de choˆmage).
De artikelen 44 en 46 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering stellen dat geen uitkering toegekend kan worden voor periodes die gedekt zijn door een vergoeding waarop een werknemer aanspraak kan maken uit hoofde van de bee¨indiging van de arbeidsovereenkomst, met uitzondering van de vergoeding wegens morele schade en van het extra legaal voordeel (de vergoeding die toegekend wordt ter aanvulling van de werkloosheidsuitkering).
Il ressort de l’article 46 que par « avantage extralégal », il faut entendre l’avantage octroyé suite à un désengagement involontaire d’un cadre si l’indemnité ou une partie de celle-ci ... « ne peut se substituer aux avantages octroyés dans le cadre d’un régime normal de licenciement, étant donné que ces derniers avantages ont été réellement accordés ».
Uit artikel 46 blijkt dat als « extralegaal voordeel » moet worden beschouwd, het voordeel dat toegekend wordt ingevolge een onvrijwillige uitdiensttreding van een hogere bediende, indien de vergoeding of het gedeelte van de vergoeding ... « niet in de plaats kan treden van de voordelen toegekend in het kader van een normale ontslagregeling, aangezien deze laatste voordelen daadwerkelijk werden toegekend ».
Reste à savoir concrètement si, lorsque l’employeur et le cadre conviennent de limiter la période de préavis
De concrete vraag is dus of een overeenkomst waarbij de werkgever en de hogere bediende overeenkomen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9229
(et l’indemnité de préavis y afférente) au minimum prévu légalement, cet accord doit être considéré comme un « régime normal de licenciement » pour l’application de l’article 45. Jusqu’à présent, l’ONEM a répondu à cette question par la négative. L’ONEM partait donc du principe qu’un avantage ne peut être considéré comme « extra-légal » que si la période de préavis octroyée correspond à la durée prévue habituellement par la jurisprudence (en tenant compte de la rémunération, de l’ancienneté, de l’aˆge, du degré de responsabilité ...). Il ressort toutefois des arrêts de la Cour de Cassation du 24 mai 2004, que la Cour estime que la période de préavis minimale peut également être considérée comme un « régime normal de licenciement ». Ce point de vue paraıˆt contraire à la ratio legis de la réglementation précitée. Cette position peut en effet avoir pour conséquence qu’une période de préavis minimale soit systématiquement convenue et que les sommes dépassant l’indemnité minimale soient considérées comme avantage extra-légal. Il va de soi qu’une telle méthode entraıˆne des revenus moins élevés pour la sécurité sociale (absence de cotisations et retenues ONSS habituelles) et des dépenses supplémentaires dans l’assurance choˆmage (octroi d’allocations après la période de préavis minimale au lieu de l’octroi après la période de préavis d’usage). La problématique précitée a donc été soumise à l’avis du Comité de gestion. Je proposerai si nécessaire les mesures adaptées, compte tenu de cet avis et des conclusions présentées à l’issue des discussions dans le cadre de la problématique de la fin de carrière. L’ONEM a constaté par le passé que l’octroi d’avantages extra-légaux avait généralement lieu en respectant la période de préavis habituelle. Le nombre de dossiers qui ont fait l’objet d’une décision de refus temporaire du droit aux allocations, en raison de la perception d’une indemnité non cumulable, est par conséquent très limité. Il n’y a pas de données statistiques en la matière étant donné que ces décisions ne peuvent pas être distinguées d’autres décisions où le droit est refusé en raison d’un cumul avec salaire.
dat de opzegperiode (en de daarmee overeenstemmende opzeggingsvergoeding) wordt beperkt tot het wettelijke voorziene minimum voor de toepassing van artikel 45 beschouwd moet worden als een « normale ontslagregeling ». Tot dusver heeft de RVA deze vraag negatief beantwoord. De RVA ging er dus van uit dat een voordeel slechts als « extralegaal » kan beschouwd worden indien een opzegperiode werd toegekend die overeenstemt met de duurtijd die gebruikelijk door de rechtspraak wordt toegekend (rekening houdend met bezoldiging, ancie¨nniteit, leeftijd, graad van verantwoordelijkheid ...). Uit de arresten van het Hof van Cassatie van 24 mei 2004 blijkt evenwel dat het Hof van mening is dat de minimale opzegperiode ook als « normale ontslagregeling » kan worden beschouwd. Dit standpunt lijkt in te gaan tegen de ratio legis van de voormelde regelgeving. De stellingsname kan er inderdaad toe leiden dat stelselmatig een minimumopzegperiode wordt overeengekomen en dat de overschrijdende sommen gekwalifceerd worden als extralegaal voordeel. Dergelijke werkwijze leidt uiteraard tot lagere inkomsten voor de sociale zekerheid (afwezigheid van de gebruikelijke RSZ-bijdragen en inhoudingen) en tot bijkomende uitgaven in de werkloosheidsverzekering (toekenning van uitkeringen na de minimumopzegperiode in plaats van toekenning na de gebruikelijke opzegperiode). De voormelde problematiek werd dan ook voor advies aan het beheerscomité van de RVA voorgelegd. Ik zal rekening houdende met dit advies en met de conclusies van de besprekingen in het kader van de eindeloopbaanproblematiek, zonodig de passende maatregelen voorstellen. De RVA heeft in het verleden vastgesteld dat de toekenning van extralegale voordelen doorgaans gebeurde met respect van de gebruikelijke opzegperiode. Het aantal dossiers waarin een beslissing genomen werd tot tijdelijke ontzegging van het recht op uitkeringen ingevolge het ontvangen van een niet cumuleerbare vergoeding is dan ook zeer beperkt. Er zijn ter zake geen statistische gegevens beschikbaar, aangezien deze beslissingen niet onderscheiden kunnen worden van andere beslissingen waarbij het recht ontzegd wordt ingevolge cumulatie met loon.
DO 2004200502584
DO 2004200502584
Question no 171 de M. Guy D’haeseleer du 5 novembre 2004 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs : Remboursement des frais d’administration aux organismes de paiement constitués par les organisations de travailleurs. Conformément à l’arrêté royal du 16 septembre 1991, l’Office national de l’emploi procède au
Vraag nr. 171 van de heer Guy D’haeseleer van 5 november 2004 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken : Vergoeding van de administratiekosten aan de door de werknemersorganisaties opgerichte uitbetalingsinstellingen. Conform het koninklijk besluit van 16 september 1991 kent de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening een
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9230
remboursement des frais d’administration consentis par les organismes de paiement chargés du versement des allocations de choˆmage et des prépensions. Dans le rapport annuel 2003 de l’ONEm, le tableau 7.3.V de la page 298 illustre l’évolution de ce remboursement des frais d’administration aux divers organismes de paiement au cours des années 2001, 2002 et 2003.
vergoeding voor administratiekosten toe aan de uitbetalingsinstellingen belast met de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen en brugpensioenen. In het jaarverslag over 2003 van de RVA kan men op bladzijde 298 uit tabel 7.3.V de evolutie aflezen van deze vergoeding van de administratiekosten aan de diverse uitbetalingsinstellingen voor de jaren 2001, 2002 en 2003.
1. Pouvez-vous ventiler ces montants pour 2001, 2002 et 2003 selon le type d’allocations (choˆmage, prépension, etc.) ?
1. Kan u deze bedragen voor de jaren 2001, 2002 en 2003 opsplitsen volgens de diverse uitkeringen (werkloosheidsuitkeringen, brugpensioenen, enz.) ?
2. Comment ce remboursement est-il calculé ?
2. Hoe wordt deze vergoeding berekend ?
3. Comment l’ONEm controˆle-t-il les données fournies par les organismes de paiement ?
3. Op welke wijze word er door de RVA controle uitgeoefend op de door de uitbetalingsinstellingen verschafte gegevens ?
4. Ces dernières années, des malversations ont-elles été découvertes et quelle suite y a-t-elle été réservée ?
4. Werden er de jongste jaren malversaties ontdekt en welk gevolg werd daaraan gegeven ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 15 décembre 2004, à la question no 171 de M. Guy D’haeseleer du 5 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 15 december 2004, op de vraag nr. 171 van de heer Guy D’haeseleer van 5 november 2004 (N.) :
1. Ventilation des frais d’administration selon la nature de l’allocation
1. Splitsing van de administratiekosten volgens de aard van de uitkering
Exercice 2001
Dienstjaar 2001 Choˆmage
FGTB .................................... 48 598 225,82 CSC ...................................... 55 893 252,03 CGSLB .................................. 7 833 444,63 CAPAC ................................. 15 269 683,83
Prépensions 6 666 759,00 8 907 978,04 828 920,56 2 285 967,86
Total ..................................... 127 594 606,31 18 689 625,46
Exercice 2002
Werkloosheid Brugpensioenen ABVV ................................... 48 598 225,82 ACV ..................................... 55 893 252,03 ACLVB ................................. 7 833 444,63 HVW .................................... 15 269 683,83
6 666 759,00 8 907 978,04 828 920,56 2 285 967,86
Totaal ................................... 127 594 606,31 18 689 625,46
Dienstjaar 2002 Choˆmage
FGTB .................................... 48 731 356,97 CSC ...................................... 55 404 293,77 CGSLB .................................. 7 912 586,60 CAPAC ................................. 15 546 368,97
Prépensions 6 626 013,67 8 937 732,88 848 715,09 2 277 163,82
Total ..................................... 137 502 159,63 18 016 440,74
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Werkloosheid Brugpensioenen ABVV ................................... 48 731 356,97 ACV ..................................... 55 404 293,77 ACLVB ................................. 7 912 586,60 HVW .................................... 15 546 368,97
6 626 013,67 8 937 732,88 848 715,09 2 277 163,82
Totaal ................................... 137 502 159,63 18 016 440,74
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9231
Exercice 2003
Dienstjaar 2003 Choˆmage
FGTB .................................... 48 836 410,31 CSC ...................................... 54 971 813,92 CGSLB .................................. 7 824 922,04 CAPAC ................................. 15 961 460,03
Prépensions
Werkloosheid Brugpensioenen
6 561 682,93 8 953 770,95 857 496,15 2 316 675,43
ABVV ................................... 48 836 410,31 ACV ..................................... 54 971 813,92 ACLVB ................................. 7 824 922,04 HVW .................................... 15 961 460,03
6 561 682,93 8 953 770,95 857 496,15 2 316 675,43
Total ..................................... 143 385 933,97 17 917 061,03
Totaal ................................... 143 385 933,97 17 917 061,03
Les indemnités susmentionnées ont été indiquées par exercice auquel elles se rapportent. Cette ventilation peut éventuellement s’écarter des montants repris dans le rapport annuel de l’ONEM où l’imputation budgétaire est déterminante. Le regroupement budgétaire annuel peut comporter des sommes qui proviennent de décomptes d’années précédentes, ce qui explique l’éventuelle différence.
De hiervoor vermelde vergoedingen werden weergegeven per dienstjaar waarop zij betrekking hebben. Deze verdeling kan eventueel afwijken van de bedragen opgenomen in het jaarverslag van de RVA waar de budgettaire aanrekening bepalend is. De budgettaire jaarindeling kan sommen bevatten die voortkomen uit afrekeningen van vorige jaren, vandaar het mogelijke verschil.
2. L’indemnité des frais d’administration des organismes de paiement est déterminée sur base d’une formule fixée par l’arrêté royal du 16 septembre 1991 portant fixation des indemnités pour les frais d’administration des organismes de paiement des allocations de choˆmage.
2. De vergoeding van de administratiekosten van de uitbetalingsinstellingen wordt vastgesteld op basis van een bij het koninklijk besluit van 16 september 1991 tot vaststelling van de vergoedingen voor administratiekosten van de uitbetalingsinstellingen belast met de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen vastgelegde formule.
Formule à appliquer en cas de diminution du nombre de cas par rapport à l’année de base (1991) :
Formule toe te passen bij daling van het aantal gevallen ten opzichte van het basisjaar (1991) :
[104 764 761 euros − (1,2395 euros × Xo) (104 764 761 euros × 0,065 × Y)] × k1 × k2
[104 764 761 euro − (1,2395 euro × (104 764 761 euro × 0,065 × Y)] × k1 × k2
−
Xo)
−
Formule à appliquer en cas d’augmentation du nombre de cas par rapport à l’année de base (1991) :
Formule toe te passen bij stijging van het aantal gevallen ten opzichte van het basisjaar (1991) :
[104 764 761 euros + (2,4800 euros × Xo) + (104 764 761 euros × 0,065 × Y)] × k1 × k2
[104 764 761 euro + (2,4800 euro × (104 764 761 euro × 0,065 × Y)l × k1 × k2
La composition de cette formule permet de tenir compte des facteurs suivants :
De samenstelling van deze formule laat toe rekening te houden met de volgende factoren :
— la variation du nombre de cas payés (facteur X)
— de variatie van het aantal betaalde gevallen (factor X)
— le caractère structurel ou non de l’évolution susvisée (facteur Y)
— het al dan niet structureel karakter van voornoemde evolutie (factor Y)
— l’évolution du coût salarial dans des secteurs analogues (facteur k1)
— de evolutie van de loonkosten in analoge sectoren (factor k1 )
— l’évolution de la complexité des cas introduits et le changement annuel de la productivité (facteur k2).
— de evolutie van de complexiteit van de ingediende gevallen en de jaarlijkse productiviteitswijziging (factor k2).
Le résultat de ce calcul est ensuite réparti proportionnellement entre les quatre organismes de paiement. Les deux plus petits organismes de paiement reçoivent un complément pour compenser l’effet d’échelle qui leur est défavorable.
Het resultaat van deze berekening wordt vervolgens proportioneel verdeeld over de vier uitbetalingsinstellingen. De twee kleinste uitbetalingsinstellingen krijgen ter compensatie van het voor hen nadelige schaaleffect een toeslag.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
Xo)
+
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9232
3. Le volume de travail réalisé par les organismes de paiement comme les dépenses introduites font l’objet d’une vérification rigoureuse. Seuls les cas approuvés par l’ONEM sont pris en considération pour la fixation de l’indemnité administrative. Les autres facteurs de la formule proviennent de publications officielles, telles que le rapport annuel de la Banque nationale de Belgique et autres. Par ailleurs, les organismes de paiement doivent tenir une comptabilité séparée de leurs frais de fonctionnement, laquelle est l’objet chaque année d’une analyse minutieuse effectuée par les services d’inspection de l’ONEM.
3. Het door de uitbetalingsinstellingen gerealiseerde werkvolume wordt samen met de ingediende uitgaven onderworpen aan een stringente verificatie.Alleen door de RVA aanvaarde gevallen worden in aanmerking genomen voor de bepaling van de bestuursvergoeding. De overige factoren van de formule worden ontleend aan openbare publicaties zoals het jaarverslag van de Nationale Bank van Belgie¨ en andere. Verder dienen de uitbetalingsinstellingen hun werkingskosten bij te houden in een afzonderlijke boekhouding die jaarlijks grondig geanalyseerd wordt door de RVA-inspectiediensten.
4. Des malversations n’ont pas encore été constatées dans le cadre des frais d’administration des organismes de paiement.
4. Er werden nog geen malversaties ontdekt in het kader van de administratiekosten van de uitbetalingsinstellingen.
DO 2004200502632
DO 2004200502632
Question no 176 de M. Jo Vandeurzen du 10 novembre 2004 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 176 van de heer Jo Vandeurzen van 10 november 2004 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
ONSS. — Faux indépendants.
RSZ. — Schijnzelfstandigheid.
En tant qu’organisme public, l’Office national de sécurité sociale (ONSS) est soumis à l’obligation de motiver ses décisions. L’Office est notamment amené à décider s’il y a lieu de contester le statut de certaines personnes et de procéder, le cas échéant, à la perception des cotisations ONSS, comme c’est fréquemment le cas dans les contentieux relatifs au statut d’indépendant.
De Rijksdienst voor sociale zekerheid (RSZ) is uiteraard als publieke instelling onderworpen aan de motivatieplicht bij het nemen van beslissingen. Eén van die beslissingen bestaat erin te beoordelen of er in een bepaalde situatie het statuut van iemand wordt betwist en desgevallend wordt overgegaan tot invordering van de sociale zekerheidsbijdrage. Dit komt vaak voor in situaties waar er sprake kan zijn van schijnzelfstandigheid.
Pourriez-vous me faire savoir sur quels critères l’ONSS se base pour considérer que les activités de journalisme relèvent du statut d’indépendant ou du statut de travailleur salarié ?
Kan u meedelen op basis van welke criteria de RSZ beslist om de activiteiten van iemand te beoordelen als zijnde activiteiten van een zelfstandige of een werknemer wanneer het gaat over iemand die als journalist actief is ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 15 décembre 2004, à la question no 176 de M. Jo Vandeurzen du 10 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 15 december 2004, op de vraag nr. 176 van de heer Jo Vandeurzen van 10 november 2004 (N.) :
Afin de pouvoir conclure à l’existence d’un contrat de travail, l’ONSS doit démontrer que le travail d’une personne déterminée se caractérise par un lien de subordination envers celui pour qui la personne en question effectue des prestations.
Om tot het bestaan van een arbeidsovereenkomst te kunnen besluiten dient de RSZ aan te tonen dat de tewerkstelling van een bepaalde persoon wordt gekenmerkt door een band van ondergeschiktheid ten overstaan van diegene voor wie deze persoon prestaties verricht.
Pour l’administration de la preuve, l’Office National se base sur une analyse approfondie des éléments factuels relatifs à ce travail qu’il a rassemblés.
Voor deze bewijsvoering steunt de Rijksdienst zich op een doorgedreven analyse van de door hem verzamelde feitelijke elementen die op deze tewerkstelling betrekking hebben.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9233
Afin de déterminer si un journaliste est actif en tant que travailleur ou non, il est procédé de la même manière.
Of een journalist al dan niet actief is als werknemer wordt op dezelfde wijze beoordeeld.
Par souci d’exhaustivité, il convient de souligner qu’une certaine liberté dont peut jouir un journaliste n’exclut pas en soi l’existence éventuelle d’un lien de subordination.
Hierbij dient volledigheidshalve opgemerkt te worden dat de zekere vrijheid die een journalist kan hebben op zichzelf het bestaan van een band van ondergeschiktheid niet uitsluit.
D’ailleurs, il en va de même pour un certain nombre d’autres professions comme par exemple les médecins qui jouissent d’une certaine liberté dans l’exercice de leurs activités en raison de la nature de leur profession.
Dit geldt overigens ook voor een aantal andere beroepen, zoals artsen, die in de uitoefening van hun activiteiten omwille van de aard van het beroep over een bepaalde vrijheid beschikken.
DO 2004200502644
DO 2004200502644
Question no 177 de M. Jean-Marc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 177 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes.
Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
1. Pourriez-vous communiquer pour les entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes qui relèvent de votre compétence et pour lesquels un réviseur se prononce sur les comptes, si le réviseur a émis des remarques sur les comptes de l’année 2003 ?
1. Hebben de bedrijfsrevisoren belast met de controle van de rekeningen 2003 van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen die onder uw bevoegdheid vallen, over deze rekeningen opmerkingen gemaakt ?
2. Si oui, dans quel sens et quelles suites ont été données à ces remarques ?
2. Zo ja, wat is de inhoud van die opmerkingen en welk gevolg werd eraan gegeven ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 15 décembre 2004, à la question no 177 de M. Jean-Marc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 15 december 2004, op de vraag nr. 177 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) :
` la mi-novembre 2004, les comptes 2003 des 1. A organismes de sécurité sociale suivants ont déjà fait l’objet d’un controˆle par le(s) réviseur(s) désigné(s) : Fonds des accidents du travail, Fonds des maladies professionnelles, Office de sécurité sociale d’outre-mer et Office national de sécurité sociale pour les administrations provinciales et locales.
1. Midden november 2004 werden de rekeningen 2003 van de volgende instellingen van sociale zekerheid nagezien door de aangewezen revisor(en) : Fonds voor arbeidsongevallen, Fonds voor de beroepsziekten, Dienst voor overzeese sociale zekerheid en Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten.
2. Les remarques portent principalement sur :
2. De opmerkingen hebben vooral betrekking op :
a) la régularité des documents justificatifs des opérations enregistrées;
a) de juistheid van de verantwoordingsbescheiden der geboekte verrichtingen;
b) l’imputation correcte de ces opérations en conformité avec le budget et les dispositions qui régissent la comptabilité des institutions publiques de sécurité sociale;
b) de juiste aanrekening van deze verrichtingen overeenkomstig de begroting en de bepalingen, ter regeling van de boekhouding van de openbare instellingen van sociale zekerheid;
c) la ponctualité dans le recouvrement des créances et l’apurement des dettes.
c) de stiptheid in het innen van de schuldvorderingen en het aanzuiveren van de schulden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1167
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9234
De plus, les réviseurs procèdent périodiquement à la vérification de la consistance des biens et des valeurs appartenant aux institutions publiques de sécurité sociale ou dont celles-ci ont l’usage ou la gestion, ainsi que de leurs engagements généralement quelconques. Les vérifications, dont les résultats sont consignés dans un procès-verbal, portent sur les biens et droits mobiliers et immobiliers et plus spécialement financiers; a) les avoirs en caisse et sur des comptes auprès d’organismes financiers; b) les stocks, le portefeuille, les créances; c) les réviseurs s’assurent, en outre, que les inventaires sont bien tenus et que les évaluations sont faites conformément aux règles préalablement établies. La mission des réviseurs auprès des institutions publiques de sécurité sociale est régie par l’arrêté royal du 14 novembre 2001. 3. Les réviseurs exercent leur controˆle a posteriori. Par conséquent les institutions publiques de sécurité sociale ne modifieront pas leur comptes 2003 suite aux remarques des réviseurs. Cependant, ces remarques doivent être prises en compte en principe dès l’exercice suivant. Nonobstant celles-ci, tous les comptes qui ont fait l’objet d’un controˆle ont été certifiés conformes aux écritures comptables et à la législation en vigueur. Les comptes accompagnés du rapport des réviseurs sont par la suite transmis à la Cour des Comptes.
Bovendien gaan de revisoren periodisch de werkelijkheid na van de goederen en de waarden die aan de openbare instellingen van sociale zekerheid behoren of waarvan deze het gebruik of het beheer hebben en van, over het algemeen, eender welke verbintenissen. Dit nazicht, waarvan de uitslagen in een proces-verbaal opgenomen worden, slaat op de roerende en onroerende goederen en rechten en meer bepaald op : a) het tegoed in kas en op rekeningen bij financie¨le instellingen; b) de voorraden, de portefeuille, de schuldvorderingen; c) daarenboven vergewissen de revisoren zich ervan dat de inventarissen goed bijgehouden worden en dat de ramingen geschieden overeenkomstig de voorafgaandelijk vastgestelde regelen. De opdracht van de revisoren bij de openbare instellingen van sociale zekerheid wordt geregeld door het koninklijk besluit van 14 november 2001. 3. De revisoren oefenen hun toezicht a posteriori uit. De openbare instellingen van sociale zekerheid zullen hun rekeningen 2003 bijgevolg niet wijzigen naar aanleiding van de opmerkingen van de revisoren. Er moet wel rekening worden gehouden met deze opmerkingen in principe vanaf het volgende boekjaar. Niettegenstaande deze opmerkingen werden de gecontroleerde rekeningen in overeenstemming met de boekingen en de geldende wetgeving verklaard. De rekeningen worden vervolgens samen met het verslag van de revisoren aan het Rekenhof bezorgd.
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Fonction publique
Ambtenarenzaken
DO 2003200432149
DO 2003200432149
Question no 86 de Mme Marie Nagy du 15 octobre 2004 (Fr.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances : Rapport annuel sur le chiffrage des résultats de la loi relative à la redistribution du travail dans le secteur public et l’impact de la loi sur les recettes et les dépenses de la sécurité sociale.
Vraag nr. 86 van mevrouw Marie Nagy van 15 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen : Jaarverslag over de raming met cijfergegevens van de resultaten van de wet betreffende de herverdeling van de arbeid in de openbare sector en de weerslag van de wet op de inkomsten en uitgaven van de sociale zekerheid. Artikel 26 van de wet van 10 april 1995 betreffende de herverdeling van de arbeid in de openbare sector
L’article 26 de la loi du 10 avril 1995 relative à la redistribution du travail dans le scteur public, prévoit
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9235
que « le ministre qui a la Fonction publique dans ses attributions remettra tous les ans un rapport aux Chambres fédérales portant :
bepaalt dat « de voor Ambtenarenzaken bevoegde minister elk jaar bij de Federale Kamers een verslag indient dat betrekking heeft op :
— sur le chiffrage des résultats de la présente loi;
— de raming met cijfergegevens van de resultaten van deze wet;
— sur son impact sur les recettes et les dépenses de la sécurité sociale. » ` quelle date le dernier rapport a-t-il été transmis 1. A à la Chambre et quelle année concernait-il ?
— de weerslag ervan op de inkomsten en uitgaven van de sociale zekerheid. »
2. En cas de retard, comment expliquez-vous celuici ?
1. Wanneer werd het laatste verslag aan de Kamer overgezonden en op welk jaar heeft het betrekking ? 2. Hoe verklaart u een mogelijke achterstand ?
3. Quelles mesures ont-elles été prises pour éviter ce type de retard dans l’avenir ?
3. Welke maatregelen werden getroffen om een dergelijke achterstand in de toekomst te voorkomen ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 15 décembre 2004, à la question no 86 de Mme Marie Nagy du 15 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 15 december 2004, op de vraag nr. 86 van mevrouw Marie Nagy van 15 oktober 2004 (Fr.) :
Ainsi que l’honorable membre le mentionne à juste titre, l’article 26 de la loi du 10 avril 1995 prévoit que le ministre qui a la Fonction publique dans ses attributions remettra tous les ans un rapport aux Chambres fédérales portant :
Zoals het geachte lid terecht vermeldt, bepaalt artikel 26 van de wet van 10 april 1995 dat de voor Ambtenarenzaken bevoegde minister elk jaar voor de Federale Kamers een verslag dient voor te leggen dat betrekking heeft op :
— sur le chiffrage des résultats de cette loi;
— de raming met cijfergegevens van de resultaten van deze wet;
— sur son impact sur les recettes et les dépenses de la sécurité sociale.
— de weerslag ervan op de inkomsten en uitgaven van de sociale zekerheid.
En exécution de cet article, deux rapports portant sur les données des années 1996 et 1997 ont autrefois été rédigés et remis à la Chambre.
Ter uitvoering van dit artikel werden in het verleden twee verslagen opgemaakt en aan de Kamer toegestuurd en dit namelijk met de gegevens voor de jaren 1996 en 1997.
La lecture de ces rapports montre qu’ils n’ont pu être élaborés que par l’intermédiaire de sondages complexes auprès des différents services. Je rappelle aussi que le champ d’application de la loi est beaucoup plus vaste que la seule fonction publique administrative fédérale. Ceci explique qu’il n’ait pas été simple d’obtenir des données statistiques pertinentes sur les résultats de cette loi.
Uit de lezing van deze verslagen blijkt dat ze enkel konden uitgewerkt worden mits gebruikmaking van ingewikkelde peilingen bij de verschillende diensten. Ik herinner er ook aan dat het toepassingsgebied van de wet veel ruimer is dan het louter federaal administratief openbaar ambt. Dit verklaart dat het niet eenvoudig was om statistisch relevante gegevens te bekomen op het vlak van de resultaten van deze wet.
Ainsi qu’il ressort clairement du volet B des deux rapports mentionnés, il n’a pas été possible, en raison de la complexité de la matière, d’obtenir des résultats scientifiquement justifiés en ce qui concerne l’influence de ces deux régimes de travail, à savoir la semaine volontaire de quatre jours et le départ anticipé à mitemps, sur les recettes et les dépenses de la sécurité sociale.
Zoals duidelijk blijkt uit het luik B van de twee vermelde verslagen was het door de complexiteit van de materie niet mogelijk om wetenschappelijk verantwoorde resultaten te bekomen in verband met de invloed van deze twee arbeidsstelsels, namelijk de vrijwillige vierdagenweek en de halftijdse vervroegde uittreding, op de inkomsten en uitgaven van de sociale zekerheid.
En outre, la loi-programme du 30 décembre 2001 a supprimé tant pour les régimes d’interruption de la carrière que pour la semaine volontaire de quatre jours et le départ anticipé à mi-temps, le remplacement obli-
Daarenboven heeft de programmawet van 30 december 2001 zowel voor de stelsels van loopbaanonderbreking als voor de vrijwillige vierdagenweek en de halftijdse vervroegde uittreding, de verplichte vervan-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9236
gatoire par des choˆmeurs indemnisés et n’a plus prévu à la place que la possibilité d’emploi de remplacement. Ainsi, est-il devenu encore plus difficile de vérifier au sein des services quels membres du personnel contractuels avaient été effectivement engagés en remplacement de travailleurs à temps partiel.
ging door uitkeringsgerechtigde werklozen afgeschaft en in de plaats daarvan enkel nog in de mogelijkheid tot vervangende tewerkstelling voorzien. Hierdoor werd het nog moeilijker om binnen de diensten na te gaan welke contractuele personeelsleden effectief in dienst werden genomen ter vervanging van deeltijds werkenden.
Ayant interrogé mon administration, je n’ai pu que constater que suite à une décision non équivoque d’un de mes prédécesseurs, les données n’avaient plus été ni systématiquement collectées, ni analysées. Seul un nombre restreint de services ont continué à fournir les renseignements requis par la loi.
Na mijn administratie hierover gehoord te hebben, heb ik enkel kunnen vaststellen dat tengevolge van een niet mis te verstane beslissing van een van mijn voorgangers, de gegevens niet meer systematisch werden verzameld, noch geanalyseerd. Enkel een beperkt aantal diensten zijn voortgegaan met het verschaffen van de inlichtingen vereist door de wet.
Il n’en demeure pas moins qu’une loi doit être respectée. J’ai donc fait publier au Moniteur belge une circulaire rappelant à toutes les autorités l’obligation légale.
Ik blijf erbij dat een wet moet gee¨erbiedigd worden. Ik heb bijgevolg een omzendbrief in het Belgisch Staatsblad doen bekendmaken waarbij alle overheden aan deze wettelijke verplichting worden herinnerd.
Intégration sociale
Maatschappelijke Integratie
DO 2004200502642
DO 2004200502642
Question no 71 de Mme Liesbeth Van der Auwera du 10 novembre 2004 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 71 van mevrouw Liesbeth Van der Auwera van 10 november 2004 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Analyse et évaluation du Fonds pour une politique sociale en matière d’énergie.
Analyse en evaluatie van het Fonds voor een sociaal energiebeleid.
Le SPP Intégration sociale a confié l’analyse et l’évaluation du Fonds pour une politique sociale en matière d’énergie à deux ASBL associées en partenariat : l’ASBL « L’Observatoire du crédit et de l’endettement » et l’ASBL Grepa et « Verbruikersateljee » (atelier de consommateurs).
De programmatorische overheidsdienst voor Maatschappelijke Integratie heeft de analyse en de evaluatie van het Fonds voor een sociaal energiebeleid toevertrouwd aan de VZW « L’Observatoire du crédit et de l’endettement » in partnerschap met de VZW Grepa en Verbruikersateljee.
Dans le rapport publié entre-temps à l’occasion de cette analyse et de cette évaluation sont mentionnés une série de problèmes, outre les commentaires positifs suivant lesquels la loi représente pour les CPAS une contribution positive parce qu’elle leur permet, d’une part, de mettre à contribution des membres du personnel supplémentaires dans le cadre de la lutte contre le surendettement et, d’autre part, de créer de nouveaux services qui s’occupent spécifiquement du problème de la dette.
In het intussen bekende rapport naar aanleiding van deze analyse en evaluatie staan naast de positieve commentaar dat de wet voor de OCMW’s een positieve bijdrage is omdat deze hen toelaat extra mensen in te zetten voor de bestrijding van de schuldoverlast en nieuwe diensten op te richten die zich specifiek inzetten voor de schuldproblematiek, ook een aantal knelpunten vermeld.
1. Il n’est pas fait obligation aux CPAS qui reçoivent des subsides de recruter du personnel supplémentaire.
1. Er geldt geen verplichting tot aanwerving van bijkomend personeel voor OCMW’s die subsidies ontvangen.
L’obligation faite aux CPAS de recruter du personnel ne doit-elle pas être imposée lorsque les CPAS
Moet de verplichting tot aanwerving van personeel niet worden opgelegd daar waar de opdracht die gege-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9237
n’honorent pas suffisamment le mandat que leur confère la loi ? ` partir du 1er janvier 2005, le CPAS devra, pour 2. A obtenir les subsides destinés à couvrir les frais de personnel, être reconnu comme médiateur de dettes ou avoir conclu un contrat avec un médiateur de dettes reconnu.
ven is door de wet, niet voldoende kan worden opgenomen ?
Ne convient-il pas, pour les petits CPAS, de prévoir qu’une collaboration avec d’autres CPAS ou services reconnus est suffisante ?
Moet voor kleinere OCMW’s niet worden voorzien dat een samenwerking met andere erkende OCMW’s of diensten voldoende is ?
3. Souvent, les CPAS ne savent pas ce qu’il faut entendre par « mesures dans le cadre d’une politique sociale préventive ».
3. Het is vaak voor de OCMW’s niet duidelijk wat dient te worden verstaan onder « maatregelen in het kader van een preventief sociaal beleid ».
Pourriez-vous préciser cette disposition, sachant que dans la plupart des CPAS, les connaissances nécessaires à des analyses techniques et financières font défaut ? 4. Eˆtes-vous disposé à examiner la façon dont les charges administratives incombant aux CPAS pourraient être réduites, non seulement dans le cadre de la loi mais aussi dans un contexte plus large ?
Kunt u dit specifie¨ren wetende dat er voor technische en financie¨le onderzoeken bij de meeste OCMW’s de kennis niet aanwezig is ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 14 décembre 2004, à la question no 71 de Mme Liesbeth Van der Auwera du 10 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 14 december 2004, op de vraag nr. 71 van mevrouw Liesbeth Van der Auwera van 10 november 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op zijn vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
1. La loi du 4 septembre 2002 prévoit que la plus grande partie des moyens disponibles est affectée aux frais de personnel. Il s’agit d’environ 750 équivalents temps plein en 2004. Cela signifie en pratique que le plus petit CPAS reçoit lui aussi les moyens lui permettant de financer au moins un emploi mi-temps.
1. De wet van 4 september 2002 bepaalt dat het grootste deel van de beschikbare middelen naar personeelskosten gaat. Omgerekend gaat het in 2004 om ongeveer 750 voltijds equivalenten. Dat betekent in de praktijk dat ook het kleinste OCMW middelen krijgt om ten minste een halftijdse functie te betalen.
Il n’y a pas d’obligation d’embauché, et ce pour les raisons suivantes : de nombreux CPAS n’ont pas attendu l’instauration de la mesure pour prendre des initiatives en vue de lutter contre l’endettement, y compris le recours à du personnel formé spécifiquement à cet effet. Le législateur a voulu récompenser ces efforts en laissant la liberté d’affecter les moyens en matière de personnel. L’ambition manifeste est évidemment d’encore accroıˆtre les efforts.
De verplichting om aan te werven is er niet. En wel om de volgende reden : veel OCMW’s hebben niet gewacht op de invoering van de maatregel om initiatief te nemen om de schuldoverlast tegen te gaan. Met inbegrip van de inzet van specifiek daartoe opgeleid personeel. De wetgever heeft deze inspanningen willen honoreren door de inzet van de middelen voor personeel vrij te laten.
Lorsqu’un besoin d’accompagnement s’est fait ressentir, du personnel supplémentaire y a été affecté en conséquence.
Dit uiteraard met de uitdrukkelijke ambitie om de inspanningen nog te versterken. Waar er dus nood was aan meer begeleiding is ook meer personeel ingezet.
Nous estimons donc que les moyens sont suffisants pour accomplir la mission. Lorsqu’il y a un manque de personnel, les moyens doivent donc être utilisés pour le renforcer.
We gaan er dus van uit dat er voldoende middelen zijn om de opdracht op te nemen. Waar het personeel nog niet aanwezig is, moeten de middelen daar ook voor gebruikt worden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. Vanaf 1 januari 2005 moet het OCMW erkend zijn als schuldbemiddelaar of een overeenkomst hebben gesloten met een erkende schuldbemiddelaar om de subsidies ter dekking van de personeelskosten te bekomen.
4. Bent u bereid te onderzoeken hoe in het kader van de wet en ook ruimer, de administratieve lasten voor de OCMW’s kunnen worden verminderd ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9238
2. La collaboration entre les CPAS est certainement bénéfique pour les CPAS de plus petite taille. La loi n’exclut pas cette collaboration, ni la réglementation en matière de CPAS. Ainsi, une collaboration est possible dans le cadre des dispositions de l’article 61 de la loi organique. La réglementation concernant les services de règlement de dettes permet également des agréments régionaux. Un CPAS peut donc aussi collaborer avec un service bénéficiant d’un agrément régional.
2. Samenwerking tussen OCMW’s is zeker voor kleinere OCMW’s een goede oplossing. De wet sluit die samenwerking niet uit. De regelgeving rond OCMW’s evenmin. Binnen de bepalingen van artikel 61 van de organieke wet zijn bijvoorbeeld mogelijkheden voorzien om samen te werken. De regelgeving van deschuldbemiddelingsdiensten laat ook regionale erkenningen toe. Een OCMW kan dus ook samenwerken met een regionaal erkende dienst.
3. Il est exact que la loi prévoit également la possibilité d’éviter d’une manière plus préventive que les frais énergétiques augmentent (ou continuent d’augmenter).
3. Het klopt dat in de wet ook de mogelijkheid voorziet om op een meer preventieve manier te voorkomen dat kosten voor energie (blijven) oplopen.
Ainsi, les CPAS qui souhaitent par exemple intervenir dans les frais liés à la fourniture minimale d’énergie ou au placement d’appareils sûrs et de moindre consommation ou qui souhaitent mettre en place des plans d’action individuels par des visites à domicile, peuvent utiliser les moyens prévus
Dat betekent dat OCMW’s die bij voorbeeld willen tussenkomen in kosten die verbonden zijn aan de minimale levering van energie of de plaatsing van veilige, energievriendelijke toestellen of die via huisbezoeken individuele actieplannen willen opstarten, kunnen gebruik maken van de voorziene middelen.
Nous constatons dans la pratique que les CPAS accordent aussi de l’importance à la formation et à l’information, dans le cadre d’une politique de prévention, par exemple en organisant des ateliers de consommateurs ou même en éditant une bande dessinée.
In de praktijk stellen we vast dat OCMW’s in het kader van een preventiebeleid ook aandacht geven aan vorming en informatie, door bijvoorbeeld verbruikersateliers in te richten of zelfs een strip uit te geven.
4. Les CPAS ont en effet fait remarquer que la charge administrative est non négligeable. Je chargerai dès lors mon administration de mettre en place un groupe de travail qui doit faire l’inventaire des problèmes rencontrès et formuler des propositions d’amélioration, et ce en étroite collaboration avec les CPAS eux-mêmes.
4. Inderdaad is door OCMW’s opgemerkt dat de administratieve last niet onaanzienlijk is. Ik zal dan ook mijn administratie de opdracht geven een werkgroep op te starten die de pijnpunten in kaart moet brengen en voorstellen ter verbetering formuleren. Dit in nauwe samenwerking en overleg met de OCMW’s zelf.
Politique des grandes villes
Grootstedenbeleid
DO 2004200502428
DO 2004200502428
Question no 21 de Mme Muriel Gerkens du 15 octobre 2004 (Fr.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 21 van mevrouw Muriel Gerkens van 15 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Cabinets et administrations. — Consommations issues du commerce équitable. ` l’occasion de la semaine internationale du A commerce équitable ayant lieu du 6 au 16 octobre 2004, je vous signale que sous la précédente législature, les ministres E´colo et Agalev consommaient des produits du « commerce e´quitable ».
Kabinetten en administraties. — « Fair trade »aankopen. Naar aanleiding van de internationale week van de Eerlijke Handel (« fair trade »), van 6 tot 16 oktober 2004, breng ik u in herinnering dat de E´colo- en Agalev-ministers tijdens de vorige regeerperiode « fair trade »-producten kochten.
1. Qu’en est-il au sein de votre cabinet et de votre administration ?
1. Wat doen uw kabinet en uw administratie op dat vlak ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9239
2. Au cas ou` les produits du commerce équitable n’y seraient pas consommés, quelle en est la raison ?
2. Waarom worden er in voorkomend geval geen « fair trade »-producten aangekocht ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 17 décembre 2004, à la question no 21 de Mme Muriel Gerkens du 15 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 17 december 2004, op de vraag nr. 21 van mevrouw Muriel Gerkens van 15 oktober 2004 (Fr.) :
En réponse à votre question, je peux vous informer que le SPP Intégration sociale, dont fait partie la Cellule « Politique des grandes villes », offre du « café équitable » lors de toutes les réunions. Par contre, aucun en-cas, quelle que soit son origine, n’est proposé en réunion.
In antwoord op uw vraag kan ik u meedelen dat de POD-maatschappelijke integratie, waarvan de cel « Grootstedenbeleid » deel uitmaakt, « eerlijke koffie » schenkt tijdens alle vergaderingen. Er worden daarentegen helemaal geen snacks aangeboden tijdens de vergaderingen.
Dans le cadre du remplacement des quelques machines à café destinées au personnel de l’administration, il est actuellement examiné dans quelle mesure ellees peuvent être remplacées par des automates proposant des produits équitables. Il s’agit d’automates à café et (éventuellement) à en-cas. ` l’avenir, j’espère pouvoir contribuer à la diffusion A d’une offre la plus complète possible de produits du commerce équitable au personnel de l’administration.
In het kader van de vervanging van enkele koffieautomaten op de administratie bestemd voor het personeel, wordt op dit moment nagegaan of deze kunnen worden vervangen door automaten met « eerlijke producten ». Het gaat hier om automaten voor de verdeling van koffie en (eventueel) snacks.
DO 2004200502445
DO 2004200502445
Question no 22 de Mme Greet Van Gool du 18 octobre 2004 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 22 van mevrouw Greet Van Gool van 18 oktober 2004 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Accessibilité des baˆtiments publics pour les personnes à mobilité réduite.
Toegankelijkheid van overheidsgebouwen voor personen met beperkte mobiliteit.
Des personnes handicapées attirent régulièrement mon attention sur le fait que l’accessibilité des baˆtiments publics pour les personnes moins valides est parfois aléatoire. Cette situation est contraire à la loi anti-discrimination et complique l’intégration des personnes à mobilité réduite qui ne peuvent ainsi occuper une place à part entière dans notre société. Une bonne accessibilité des baˆtiments publics est évidemment importante pour les personnes présentant un handicap mais également pour les personnes ayant des difficultés à se déplacer, pour les personnes conduisant des voitures d’enfants, pour les personnes aˆgées, etc.
Regelmatig krijg ik reacties binnen van personen met een handicap waaruit blijkt dat de toegankelijkheid van openbare gebouwen niet altijd aangepast is aan hun beperkingen. Niet alleen is dit strijdig met de antidiscriminatiewet, het is ook nefast voor de integratie van onze minder mobiele medemens en maakt dat deze niet optimaal kan participeren in onze samenleving. Bovendien is een goede toegankelijkheid van publieke gebouwen niet alleen belangrijk voor personen met een handicap, ook minder mobiele personen, gezinnen met kinderwagens, senioren, enzovoort, hebben hier belang bij.
1. a) Qu’en est-il de l’accessibilité pour les personnes à mobilité réduite des services et baˆtiments relevant de votre compétence ?
1. a) Hoe zit het met de toegankelijkheid voor personen met een beperkte mobiliteit van de diensten en gebouwen die onder uw bevoegdheid vallen ?
b) Les services régionaux sont-ils également accessibles aux personnes à mobilité réduite ?
b) Zijn ook de gewestelijke diensten toegankelijk voor personen met beperkte mobiliteit ?
2. Des emplacements de parking réservés ont-ils été aménagés à proximité immédiate des baˆtiments concernés ?
2. Zijn er speciale parkeerplaatsen voorzien in de onmiddellijke nabijheid van het gebouw ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
In de toekomst hoop ik een zo volledig mogelijk aanbod van eerlijke handelsproducten te kunnen aanbieden aan het personeel van de administratie.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9240
3. Qu’en est-il des personnes présentant un handicap visuel ou auditif ?
3. Wordt er aandacht geschonken aan mensen met een visuele of auditieve handicap ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 17 décembre 2004, à la question no 22 de Mme Greet Van Gool du 18 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 17 december 2004, op de vraag nr. 22 van mevrouw Greet Van Gool van 18 oktober 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op haar vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
1. Le service public fédéral de programmation Intégration sociale, qui comprend également la Politique des grandes villes, est établi dans un immeuble qui est co-loué par plusieurs firmes privées.
1. De programmatorische federale overheidsdienst Maatschappelijke Integratie, waaronder ook het Grootstedenbeleid valt, is gehuisvest in een gebouw dat medegehuurd wordt door verschillende privéfirma’s.
Il est accessible pour les personnes en chaise roulante et un ascenseur a été équipé à cet effet.
Het is toegankelijk voor rolstoelgebruikers en er is een voorziening aangebracht in een lift.
2. Il y a des possibilités de parking dans la proximité immédiate du baˆtiment.
2. Er is parkeergelegenheid in de onmiddellijke nabijheid van het gebouw.
3. Il y a pas d’équipement prévu pour ces personnes.
3. Er zijn geen bijzondere voorzieningen voor deze mensen.
DO 2004200502644
DO 2004200502644
Question no 25 de M. Jean-Marc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 25 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes.
Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
1. Pourriez-vous communiquer pour les entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes qui relèvent de votre compétence et pour lesquels un réviseur se prononce sur les comptes, si le réviseur a émis des remarques sur les comptes de l’année 2003 ?
1. Hebben de bedrijfsrevisoren belast met de controle van de rekeningen 2003 van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastalen en andere organismen die onder uw bevoegdheid vallen, over deze rekeningen opmerkingen gemaakt ?
2. Si oui, dans quel sens et quelles suites ont été données à ces remarques ?
2. Zo ja, wat is de inhoud van die opmerkingen en welk gevolg werd eraan gegeven ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 15 décembre 2004, à la question no 25 de M. Jean-Marc Nollet du 10 novembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 15 december 2004, op de vraag nr. 25 van de heer Jean-Marc Nollet van 10 november 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op zijn vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
Le SPP Intégration sociale, Lutte contre la Pauvreté et E´conomie sociale, qui comprend également la Politi-
De POD Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie, waaronder het Groot-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9241
que des grandes villes, n’est pas concerné par les questions posées.
stedenbeleid valt, is niet betrokken bij de gestelde vragen.
E´galité des chances
Gelijke Kansen
DO 2003200432382
DO 2003200432382
Question no 28 de M. Francis Van den Eynde du 8 octobre 2004 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances : Centre pour l’E´galité des chances et la lutte contre le racisme. — STIB. — Problèmes de racisme.
Vraag nr. 28 van de heer Francis Van den Eynde van 8 oktober 2004 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
En mai 1998, le président du conseil d’administration de la Société des transports intercommunaux bruxellois (STIB) faisait savoir que la société était confrontée à ce qu’il a appelé un « grave problème de racisme ».
In mei 1998 deelde de voorzitter van de raad van bestuur van de Brusselse intercommunale van openbaar vervoer MIVB mee dat de maatschappij te kampen had met wat hij een « ernstig probleem van racisme » noemde.
Des accusations de racisme avaient été portées à l’encontre du chef de la sécurité de la STIB de l’époque.
Het was de toenmalige veiligheidschef van de MIVB die hiervan beschuldigd werd.
Elles étaient basées sur une plainte pour des faits de racisme qui avait déjà été déposée contre l’intéressé par le Centre pour l’E´galité des chances et la lutte contre le racisme en 1996.
E´én en ander steunde op een klacht die het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding al in 1996 tegen de betrokkene wegens racisme had ingediend.
Il en a résulté le licenciement de l’intéressé par la STIB. Un de ses collègues, chef de patrouille, a subi le ` la suite de la plainte du centre, le parquet même sort. A décidait d’entamer une procédure judiciaire. Le tribunal a acquitté en première instance les anciens collaborateurs de la STIB. Le parquet décidait d’interjeter appel. La cour d’appel francophone de Bruxelles confirmait néanmoins l’arrêt du tribunal correctionnel le 30 septembre 2004.
Tengevolge van een en ander werd de betrokkene door de MIVB ontslagen. E´én van zijn collega’s, een chef-patrouilleur, deelde zijn lot. Tengevolge van de klacht van het Centrum besloot het parket tot een strafrechtelijke procedure. In eerste instantie werden de voormalige MIVB-medewerkers door de rechtbank vrijgesproken. Het parket besliste beroep aan te tekenen. Het Franstalig hof van beroep van Brussel bevestigde echter op 30 september 2004 het vonnis van de correctionele rechtbank.
En outre, l’arrêt mentionnait incidemment que l’intéressé avait été le promoteur de plusieurs initiatives positives au bénéfice des allochtones.
In het arrest werd bovendien terloops vermeld dat de betrokkene aan de basis lag van verscheidene positieve initiatieven ten voordele van allochtonen.
Il n’empêche que les intéressés ont perdu leur emploi à la suite de déclarations sans fondement émanant du Centre.
Dit alles neemt niet weg dat de betrokkenen, ten gevolge van de beschuldigingen van het Centrum die op niets bleken gesteund te zijn, hun baan verloren zijn.
Ils ont dès lors subi un lourd dommage moral et financier.
Ze hebben dus zeer hartige morele en financie¨le schade geleden.
1. Le centre prendra-t-il les mesures nécessaires pour les dédommager ?
1. Zal het Centrum het nodige doen om ze hiervoor te vergoeden ?
2. Dans l’affirmative, de quelle manière ?
2. Hoe zal dit gebeuren ?
3. N’estimez-vous pas qu’à l’avenir le centre devrait faire preuve d’une plus grande prudence en ce qui concerne les plaintes et accusations pour racisme ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding. — MIVB. — Racismeproblemen.
2004
3. Bent u niet van mening dat het Centrum voortaan veel voorzichtiger moet omspringen met klachten en beschuldigingen wegens racisme ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1168
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9242
4. a) A-t-on déjà donné les instructions nécessaires à ce sujet ?
4. a) Werden hieromtrent de nodige instructie gegeven ?
b) Dans l’affirmative, lesquelles ?
b) Zo ja, dewelke ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 16 décembre 2004, à la question no 28 de M. Francis Van den Eynde du 8 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 16 december 2004, op de vraag nr. 28 van de heer Francis Van den Eynde van 8 oktober 2004 (N.) :
1. Le Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme n’intervient pas dans des relations employeur-employé, sauf en cas de discrimination.
1. Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding mengt zich niet in relaties werkgever-werknemer behalve in het geval van discriminatie.
2. Non pertinent.
2. Irrelevant.
3. Conformément à l’article 3 de la loi du 15 février 1993 créant un Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme, le Centre exerce ses missions, dont celle d’ester en justice, en toute indépendance. Dans des dossiers judiciaires la décision finale revient au pouvoir judiciaire. 4. Sans objet.
3. Overeenkomstig artikel 3 van de wet van 15 februari 1993 tot oprichting van een Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding is het Centrum volkomen onafhankelijk in de uitoefening van zijn opdracht, onder meer om in rechte op te treden. In gerechtelijke dossiers komt de uiteindelijke beslissing de rechterlijke macht toe. 4. Zonder voorwerp.
Ministre de la Mobilité
Minister van Mobiliteit
DO 2004200502403
DO 2004200502403
Question no 156 de Mme Frieda Van Themsche du 12 octobre 2004 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 156 van mevrouw Frieda Van Themsche van 12 oktober 2004 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Facilités de stationnement pour les détenteurs d’une carte spéciale de parking pour handicapés.
Parkeerfaciliteiten voor houders van een speciale parkeerkaart voor gehandicapten.
1. Le détenteur d’une carte spéciale de parking pour handicapés peut-il solliciter à son usage exclusif une place de stationnement sur la voie publique à proximité de son domicile ?
1. Kan de houder van een speciale parkeerkaart voor gehandicapten een parkeerplaats op de openbare weg aanvragen in de nabijheid van zijn woning en die enkel voor hem bestemd is ?
2. a) Dans l’affirmative, sur la base de quelle réglementation ? ` qui la personne handicapée doit-elle s’adresser ? b) A
2. a) Indien dit het geval is, op basis van welke reglementering is dit gestoeld ?
3. Qui décide de l’endroit des places de stationnement, et de leur nombre, à attribuer exclusivement aux détenteurs d’une carte spéciale de parking pour handicapés ?
3. Wie beslist waar en hoeveel parkeerplaatsen er komen die enkel voor houders van een speciale parkeerkaart voor gehandicapten zijn bestemd ?
4. Est-il exact que le symbole des handicapés seul, peint au sol sur l’emplacement de parking, ne suffit
4. Klopt het dat louter het teken voor mindervaliden, binnen het parkeervak met verf aangebracht op
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
b) Tot wie moet de mindervalide zich wenden ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9243
pas pour réserver celui-ci aux détenteurs d’une carte spéciale de parking pour handicapés et qu’à cet effet, le panneau E9a et le sous-panneau affichant le symbole des handicapés doivent également être apposés ?
het grondoppervlak, niet voldoende is om de parkeerplaats te reserveren voor houders van een speciale parkeerkaart voor gehandicapten en dat bijkomend het bord E9a met het onderbord met het symbool voor mindervaliden nodig is om het parkeren voor te behouden voor voertuigen van mindervaliden ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 15 décembre 2004, à la question no 156 de Mme Frieda Van Themsche du 12 octobre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van 15 december 2004, op de vraag nr. 156 van mevrouw Frieda Van Themsche van 12 oktober 2004 (N.) :
1. Le titulaire d’une carte spéciale de stationnement pour personnes handicapées peut solliciter un emplacement réservé à hauteur ou à proximité de son domicile.
1. De houder van een speciale parkeerkaart voor mensen met een handicap kan om een voorbehouden parkeerplaats aan of nabij zijn woning, verzoeken.
Toutefois, cet emplacement n’est pas « personnel » dans le sens où il lui serait exclusivement réservé. Toute personne titulaire (en tant que conducteur ou personne transportée) d’une carte spéciale de stationnement peut en faire usage.
De voorbehouden parkeerplaats is echter niet « persoonlijk » in de zin dat ze uitsluitend voor die houder bestemd is. Elke persoon die houder is (als bestuurder of vervoerde persoon) van een speciale parkeerkaart mag er gebruik van maken.
2. La demande doit être adressée à l’administration communale qui est habilitée à aménager l’(les) emplacement(s).
2. De aanvraag moet gericht worden aan het gemeentebestuur dat bevoegd is om de parkeerplaats(en) in te richten.
Les autorités communales ont reçu une circulaire à ce sujet datant du 16 février 2001 et actualisée au 31 mars 2003. Il s’agit de directives et de recommandations résultant de la réglementation en vigueur, à savoir les articles 27.4.3 et 27bis du règlement général sur la police de la circulation routière et de l’usage de la voie publique.
De gemeenteoverheid heeft hieromtrent een omzendbrief gekregen van 16 februari 2001, geactualiseerd op 31 maart 2003 door een nieuwe. Het gaat om richtlijnen en aanbevelingen die voortvloeien uit de geldende regelgeving, namelijk de artikelen 27.4.3 en 27bis van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
3. Les demandes de réservation d’un emplacement à proximité du domicile d’une personne handicapée doivent être examinées en tenant compte des éléments suivants :
3. Aanvragen tot het voorbehouden van een parkeerplaats in de nabijheid van de woning van een persoon met een handicap moeten worden onderzocht, rekening houdend met de volgende aandachtspunten :
a) le domicile ne comporte pas de garage permettant une accessibilité aisée;
a) bij de woonplaats is er geen garage die een vlotte toegankelijkheid waarborgt;
b) le demandeur possède un véhicule ou est conduit par une personne habitant chez lui. Dans le cas contraire, il est possible d’envisager une interdiction de stationnement sur une courte distance à hauteur de la maison de la personne handicapée pour lui permettre un embarquement ou un débarquement plus aisé.
b) de aanvrager bezit een voertuig of wordt vervoerd door iemand die bij hem inwoont. Wanneer dit niet het geval is, kan trouwens een deugdelijk alternatief worden overwogen, namelijk invoering van parkeerverbod over een korte afstand ter hoogte van de woning, om het in- en uitstappen gemakkelijker te maken voor de persoon met een handicap.
La mesure doit faire l’objet d’un règlement complémentaire arrêté par le conseil communal et auquel s’applique la procédure d’approbation.
De maatregel moet het voorwerp uitmaken van een aanvullend verkeersreglement dat door de gemeenteraad wordt vastgesteld en waarop de goedkeuringsprocedure van toepassing is.
` supposer que la question relative au nombre A d’emplacements réservés qui sont (doivent être) aménagés, concerne les parkings publics, je renvoie à la recommandation de la circulaire du 25 avril 2003 qui mentionne trois places de parking sur cinquante.
Aangenomen dat met de vraag hoeveel voorbehouden parkeerplaatsen aangelegd (moeten) worden, de openbare parkeerterreinen bedoeld zijn, verwijs ik naar de aanbeveling uit de omzendbrief van 25 april 2003 die drie parkeerplaatsen op vijftig naar voor schuift.
4. Les emplacements réservés sont signalés par le signal E9a (panneau « P ») complété par le panneau
De voorbehouden parkeerplaatsen worden gesignaleerd door middel van een verkeersbord E9a (« P »-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9244
additionnel comportant le symbole international de la personne handicapée. Celui-ci peut être reproduit au bas du signal proprement dit.
bord) met een onderbord waarop het internationaal symbool van de persoon met een handicap is afgebeeld. Dit symbool mag op het verkeersbord zelf (onderaan) afgebeeld zijn.
E´tant donné son caractère de pure documentation, il n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au Greffe de la Chambre des représentants (service des Questions parlementaires).
Gezien het louter documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).
Le marquage symbolique au sol est facultatif.
De symboolmarkering op de grond is facultatief.
De l’autre coˆté, selon l’article 11.3.4o (Règlement du gestionnaire de la voirie) l’usage du signal E9a n’est pas obligatoire aux endroits où des marques au sol délimitent des emplacements de stationnement. Dans ce cas la lisibilité du caractère réservé pour les personnes handicapées reste primordiale pour les usagers de la route.
Maar anderzijds is, conform artikel 11.3.4o (Reglement van de Wegbeheerder), het gebruik van het E9abord niet verplicht op de plaatsen waar markeringen op de grond parkeerplaatsen afbakenen. Duidelijkheid omtrent het voorbehouden karakter voor personen met een handicap dient dan voorop te staan voor de weggebruikers.
DO 2004200502634
DO 2004200502634
Question no 173 de M. Jan Mortelmans du 10 novembre 2004 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 173 van de heer Jan Mortelmans van 10 november 2004 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Fonds des amendes routières. — Financement des conventions de sécurité routière.
Verkeersboetefonds. — Financiering van verkeersveiligheidsovereenkomsten.
Lors de sa conférence de presse du 11 octobre 2004, le ministre a indiqué qu’un montant de 41 837 740 euros a été dégagé du Fonds des amendes routières pour le financement des conventions de sécurité routière.
Uit de tekst van de persconferentie van de minister van 11 oktober 2004 blijkt dat 41 837 740 euro werd vrijgemaakt vanuit het verkeersboetefonds bestemd voor de financiering van de verkeersveiligheidsovereenkomsten.
1. Comment ce montant sera-t-il réparti entre les régions ?
1. Hoeveel bedraagt uiteindelijk de verdeling per gewest ?
2. Tous les montants ont-ils déjà été versés à ce jour ?
2. Werden alle bedragen ondertussen uitgekeerd ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 13 décembre 2004, à la question no 173 de M. Jan Mortelmans du 10 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van 13 december 2004, op de vraag nr. 173 van de heer Jan Mortelmans van 10 november 2004 (N.) :
1. En ce qui concerne la répartition par région des montants attribués aux zones de police, sur base des conventions conclues pour l’année 2004, les données suivantes sont disponibles :
1. Wat de verdeling betreft per Gewest van de aan de politiezones waarmee een overeenkomst werd gesloten voor 2004 toegekende bedragen, zijn de volgende cijfers beschikbaar :
Région wallonne :
Waals Gewest :
— 69 zones de police concernées sur 72 zones;
— 69 betrokken politiezones op 72 zones;
— 13 181 074 euros.
— 13 181 074 euro.
Région flamande :
Vlaams Gewest :
— 118 zones de police concernées (toutes);
— 118 betrokken politiezones (allen);
— 23 606 188 euros.
— 23 606 188 euro.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9245
Région de Bruxelles-Capitale :
Brussels Hoofdstedelijk Gewest :
— 6 zones de police concernées (toutes);
— 6 betrokken politiezones (allen);
— 1 951 763 euros.
— 1 951 763 euro.
2. Le versement des montants se déroulera en deux phases : une première tranche de 50 % et le solde ensuite au 1er janvier 2005.
2. De storting van de bedragen zal in twee fasen gebeuren : een eerste schijf van 50 % en vervolgens het saldo op 1 januari 2005.
J’ai communiqué aux ministres des Finances et du Budget les renseignements nécessaires pour paiement des zones de police.
Ik heb de ministers van Financie¨n en Begroting de nodige inlichtingen verstrekt voor uitbetaling van de politiezones.
Ministre de l’Environnement et des Pensions
Minister van Leefmilieu en van Pensioenen
Environnement
Leefmilieu
DO 2004200502428
DO 2004200502428
Question no 34 de Mme Muriel Gerkens du 15 octobre 2004 (Fr.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 34 van mevrouw Muriel Gerkens van 15 oktober 2004 (Fr.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Cabinets et administrations. — Consommations issues du commerce équitable. ` l’occasion de la semaine internationale du A commerce équitable ayant lieu du 6 au 16 octobre 2004, je vous signale que sous la précédente législature, les ministres E´colo et Agalev consommaient des produits du « commerce e´quitable ».
Kabinetten en administraties. — « Fair trade »-aankopen. Naar aanleiding van de internationale week van de eerlijke handel (« Fair trade »), van 6 tot 16 oktober 2004, breng ik u in herinnering dat de E´colo- en Agalev-ministers tijdens de vorige regeerperiode « fair trade »-producten kochten.
1. Qu’en est-il au sein de votre cabinet et de votre administration ?
1. Wat doen uw kabinet en uw administratie op dat vlak ?
2. Au cas ou` les produits du commerce équitable n’y seraient pas consommés, quelle en est la raison ?
2. Waarom worden er in voorkomend geval geen « fair trade »-producten aangekocht ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des Pensions du 14 décembre 2004, à la question no 34 de Mme Muriel Gerkens du 15 octobre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en Pensioenen van 14 december 2004, op de vraag nr. 34 van mevrouw Muriel Gerkens van 15 oktober 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
Au sein du SPF, le service social qui gère entre autre les achats des restaurants, tient uniquement compte avec la relation prix/qualité le plus favorable. Jusqu’à ce moment le SPF ne s’est pas procuré des produits du commerce équitable, vu leur prix plus élevé.
In de schoot van de FOD beheert de sociale dienst onder meer de aankopen voor de restaurants. Hierbij wordt enkel rekening gehouden met de meest gunstige prijs/kwaliteit verhouding. Tot op heden werden nog geen producten in verband met duurzame ontwikkeling aangekocht, gezien hun hogere prijs.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9246
Lorsque nous effectuons des achats dans ma Cellule stratégique, nous optons, dans la mesure du possible, pour des produits « bio », comme :
Wat betreft de aankopen van mijn Beleidscel, wordt zoveel als mogelijk geopteerd voor de aankoop van biologische producten zoals :
— des produits Ecover;
— Ecover-producten;
— des produits alimentaires biologiques;
— biologische voedingswaren;
— du papier recyclé;
— gerecycleerd papier;
— du café et des boissons des Magasins du monde.
— koffie en dranken Wereldwinkel.
Lors de l’achat des produits susmentionnés, il est bien évidemment tenu compte du rapport qualité/prix.
Bij de aankoop van bovenvermelde producten wordt er vanzelfsprekend rekening gehouden met de verhouding prijs/kwaliteit.
Pensions
Pensioenen
DO 2003200421253
DO 2003200421253
Question no 24 de Mme Greta D’hondt du 13 avril 2004 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 24 van mevrouw Greta D’hondt van 13 april 2004 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Pensions complémentaires.
Aanvullende pensioenen.
Ma question concerne la situation sur le plan de la constitution de « pensions complémentaires » pour les travailleurs.
Mijn vraag betreft de stand van zaken rond de opbouw van « aanvullende pensioenen » voor werknemers.
1. a) Combien de secteurs ou d’entreprises ont conclu jusqu’à présent une CCT « pension complémentaire » ?
1. a) Hoeveel sectoren of ondernemingen sloten er tot op heden een CAO « aanvullend pensioen » af ?
b) Combien de secteurs ou entreprises sont concernés ?
b) Over hoeveel sectoren of ondernemingen gaat het ?
2. a) Combien de travailleurs, respectivement employés et ouvriers, bénéficient déjà d’une allocation « pension complémentaire » ?
2. a) Hoeveel werknemers, hoeveel bedienden en hoeveel arbeiders, genieten nu reeds van een uitkering « aanvullend pensioen » ?
b) Leur pension complémentaire est-elle versée sous forme de capital ou de rente ?
b) In welke mate wordt hun aanvullend pensioen uitgekeerd in kapitaal of rente ?
c) Quel pourcentage des actuels pensionnés ou prépensionnés bénéficient d’une allocation « pension complémentaire » ?
c) Welk percentage van de huidige gepensioneerden of bruggepensioneerden ontvangt een uitkering « aanvullend pensioen » ?
3. a) Combien de travailleurs actifs, respectivement employés et ouvriers, sont actuellement concernés par la constitution d’une « pension complémentaire » ?
3. a) Hoeveel werknemers op actieve leeftijd, hoeveel bedienden en hoeveel arbeiders, zijn op dit ogenblik betrokken bij de opbouw van een « aanvullend pensioen » ?
b) S’agit-il de pensions complémentaires qui seront versées sous forme de capital ou sous forme de rente ?
b) In welke mate is er sprake van een aanvullend pensioen uitgekeerd in kapitaal of rente ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9247
c) Quel pourcentage de travailleurs actifs, respectivement employés et ouvriers, sont concernés par une CCT « pension complémentaire » ?
c) Welk percentage van de werknemers op actieve leeftijd, percentage bedienden en percentage arbeiders, zijn gevat door een CAO « aanvullend pensioen » ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des Pensions du 13 décembre 2004, à la question no 24 de Mme Greta D’hondt du 13 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en Pensioenen van 13 december 2004, op de vraag nr. 24 van mevrouw Greta D’hondt van 13 april 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de renvoyer l’honorable membre à la réponse à la question orale no 4450, donnée dans la commission des Affaires sociales du 7 décembre 2004.
Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het antwoord op mondelinge vraag nr. 4450, gegeven in de commissie voor Sociale Zaken van 7 december 2004.
DO 2004200502460
DO 2004200502460
Question no 53 de Mme Trees Pieters du 19 octobre 2004 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 53 van mevrouw Trees Pieters van 19 oktober 2004 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Pension complémentaire libre pour les indépendants. Depuis le 1er janvier 2004, les indépendants peuvent conclure une pension complémentaire libre « sociale ». Ils ne doivent plus obligatoirement s’adresser à cet effet à leur caisse d’assurances sociales. Bon nombre de compagnies d’assurances privées se sont lancées sur ce marché. D’un point de vue politique, il est important de pouvoir continuer à observer précisément l’évolution des piliers de pension. En ce qui concerne la pension légale obligatoire ainsi que la pension complémentaire constituées auprès des caisses sociales pour travailleurs indépendants, les chiffres sont disponibles via les statistiques de l’Institut national d’assurances sociales pour travailleurs indépendants (INASTI) et celles des caisses. Cela ne semble par contre pas être le cas pour les polices conclues via les compagnies d’assurances ou les banques. 1. N’estimez-vous pas nécessaire de pouvoir disposer de chiffres fiables concernant le nombre total d’indépendant qui désirent se constituer une pension complémentaire ainsi que concernant les montants versés ? 2. Le secteur concerné ne peut-il fournir périodiquement ces chiffres, sans que des études « approximatives » ne doivent à nouveau être commandées afin de pouvoir disposer de chiffres « un tant soit peu » acceptables ? 3. N’était-ce pas le souci de ce gouvernement de pouvoir fonder sa politique sur des données maıˆtrisables ?
Vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen. Sinds 1 januari 2004 kunnen zelfstandigen een « sociaal » vrij aanvullend pensioen afsluiten waarvoor ze niet langer alleen bij hun sociale verzekeringskas terecht kunnen. Tal van privé-verzekeringsinstellingen hebben zich op deze markt gegooid.
Réponse du ministre de l’Environnement et des Pensions du 13 décembre 2004, à la question no 53 de Mme Trees Pieters du 19 octobre 2004 (N.) : J’ai l’honneur de renvoyer l’honorable membre à la réponse qui a été donnée par mon collègue, la ministre
Antwoord van de minister van Leefmilieu en Pensioenen van 13 december 2004, op de vraag nr. 53 van mevrouw Trees Pieters van 19 oktober 2004 (N.) : Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het antwoord dat werd gegeven door mijn collega, de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Vanuit beleidsperspectief is het belangrijk een nauwkeurig zicht te kunnen blijven hebben op de evolutie van de pensioenpijlers. Voor de wettelijk verplichte pensioenen en ook voor de vrij aanvullende pensioencontracten die bij de kassen voor zelfstandigen zijn aangegaan, zijn de cijfers beschikbaar via de statistieken van het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen van de zelfstandigen (RSVZ) en deze van de kassen. Dit is, naar vernomen, niet het geval voor de polissen die aangegaan zijn via bijvoorbeeld verzekeringsmaatschappijen en banken. 1. Vindt u het niet noodzakelijk ook over betrouwbare cijfers te kunnen beschikken van het aantal zelfstandigen dat in het hele circuit een complementaire pensioeninspanning heeft verricht, alsmede over de gestorte bijdragen die hiertegenover staan ? 2. Kan de desbetreffende sector deze cijfers niet periodiek aanleveren, zonder dat straks weer « benaderende » studies moeten besteld worden om over « enigszins » aanneembare cijfers te kunnen beschikken ? 3. Was het niet de bekommernis van deze regering om het beleid initieel zoveel mogelijk te laten stoelen op beheersbare gegevens ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9248
des Classes moyennes, à qui la question a également été posée. (Question no 33 du 19 octobre 2004. Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 54, p. 8396.)
minister van Middenstand, aan wie deze vraag eveneens gesteld werd. (Vraag nr. 33 van 19 oktober 2004. Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 54, blz. 8396.)
Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
E´conomie sociale
Sociale Economie
DO 2004200502662
DO 2004200502662
Question no 34 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 17 novembre 2004 (N.) à la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 34 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 17 november 2004 (N.) aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Fonds de l’économie sociale et durable.
Kringloopfonds.
Il ressort de la note de la ministre flamande, Mme Kathleen Van Brempt, que les bailleurs de fonds de l’économie sociale peuvent compter, depuis le début de cette année, sur la collaboration du fonds de l’économie sociale et durable. Plus particulièrement, cette note signale que le fonds de l’économie sociale et durable a pris une participation de 350 000 euros dans Trividend, fonds de participation flamand pour l’économie sociale. Le fonds de l’économie sociale et durable est censé mobiliser 75 millions d’euros. 70 % de ce montant doivent être investis dans l’économie sociale.
Uit de beleidsnota van Vlaams minister Kathleen Van Brempt blijkt dat de financiers van de sociale economie sinds begin dit jaar kunnen rekenen op samenwerking met het Kringloopfonds. Meer bepaald wordt gesteld dat het Kringloopfonds een participatie heeft genomen binnen Trividend, het Vlaams Participatiefonds voor de sociale economie, van 350 000 euro. Het Kringloopfonds wordt geacht 75 miljoen euro te mobiliseren. 70 % daarvan moet het investeren in de sociale economie.
1. ` l’heure actuelle, le Fonds de l’économie sociale a) A et durable a-t-il déjà engrangé les 75 millions d’euros prévus ?
1. a) Heeft het Kringloopfonds op dit ogenblik de vooropgestelde 75 miljoen euro reeds binnen gehaald ?
b) Dans la négative, à combien s’élève le solde ?
b) Zo neen, hoeveel bedraagt het voorlopige saldo ?
c) Dans combien de projets et pour quels montants concrets, ventilés par région, le fonds de l’économie sociale et durable a-t-il prévu d’investir ?
c) Voor hoeveel projecten en welke concrete bedragen opgedeeld per regio, heeft het Kringloopfonds momenteel middelen voorzien ?
2. Est-il exact que le Fonds de l’économie sociale et durable a pris une participation de 350 000 euros dans Trividend ?
2. Klopt het dat het Kringloopfonds een participatie heeft genomen van 350 000 euro in Trividend ?
3. Dans l’affirmative, pourquoi le Fonds de l’économie sociale et durable a-t-il préféré cette participation à l’injection des moyens financiers collectés dans des projets concrets d’économie sociale ?
3. Zo ja, waarom verkoos het Kringloopfonds dergelijke participatie boven de besteding van de ingezamelde financie¨le middelen aan concrete projecten die kaderen in de sociale economie ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9249
4. Quelle est la plus-value de ce type de participations pour l’économie sociale ?
4. Wat is de meerwaarde van dergelijke participaties van het Kringloopfonds voor de sociale economie ?
5. La participation du Fonds de l’économie sociale et durable dans Trividend est-elle comprise dans les 70 % que le fonds doit allouer à des projets d’économie sociale ?
5. Valt de participatie van het Kringloopfonds in Trividend binnen de 70 % van de middelen die het fonds moet besteden aan sociale economieprojecten ?
6. a) Le Fonds de l’économie sociale et durable a-t-il également pris des participations dans d’éventuelles structures analogues à Trividend en Wallonie ou à Bruxelles ?
6. a) Heeft het Kringloopfonds ook participaties genomen in eventuele analoge structuren als Trividend in Wallonie¨ of Brussel ?
b) Le cas échéant, à quelle hauteur ?
b) Zo ja, hoeveel bedragen die participaties ?
Réponse de la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 15 décembre 2004, à la question no 34 de Mme Sabien LahayeBattheu du 17 novembre 2004 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 15 december 2004, op de vraag nr. 34 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 17 november 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de porter les éléments suivants à la connaissance de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid te antwoorden.
1. a) Le Fonds de l’économie sociale et développement durable a d’ores et déjà engrangé les 75 millions d’euros prévus.
1. a) Het Kringloopfonds heeft op dit moment reeds de vooropgestelde 75 miljoen euro binnen gehaald.
` ce jour (25 novembre 2004), le Fonds de c) A l’économie sociale et développement durable a accordé 24 prêts en faveur d’entreprises d’économie sociale, pour un montant total de 4 588 138 euros. La répartition régionale se présente comme suit : 1 759 638 euros pour 14 prêts en Région flamande (38 %); 2 028 500 euros pour 9 prêts en Région wallonne (44 %); 800 000 euros pour 1 prêt en Région bruxelloise (17 %). En outré, le Fonds de l’économie sociale et développement durable a pris 2 participations directes et financé 3 participations par le biais de ses partenaires, pour un montant total de 1 466 250 euros. Il s’agit au total de 5 dossiers pour un montant de 1 466 250 euros dont 2 dossiers en Région flamande, 2 en Région wallonne et 1 en Région bruxelloise. Au total, le Fonds de l’économie sociale et développement durable a dès lors affecté 6 054 388 euros au financement de l’économie sociale.
c) Tot op vandaag (25 november 2004) heeft het Kringloopfonds 24 leningen toegestaan ten gunste van sociale economiebedrijven voor een totaal bedrag van 4 588 138 euro. De regionale verdeling is als volgt : 1 759 638 euro voor 14 leningen in het Vlaams Gewest (38 %); 2 028 500 euro voor 9 leningen in het Waals Gewest (44 %); 800 000 euro voor 1 lening in het Brussels Gewest (17 %). Daarnaast heeft het Kringloopfonds 2 rechtstreekse kapitaalparticipaties genomen en 3 participaties via haar partners gefinancierd, voor een totaalbedrag van 1 466 250 euro. Dit betreft in totaal 5 dossiers voor een bedrag van 1 466 250 euro, waarvan 2 dossiers in het Vlaams Gewest, 2 in het Waals Gewest en 1 in het Brussels Gewest. In totaal heeft het Kringloopfonds dus voor 6 054 388 euro besteed aan de financiering van de sociale economie.
2. Il est exact que le Fonds de l’économie sociale et développement durable a pris une participation de 350 000 euros dans Trividend.
2. Het klopt dat het Kringloopfonds een participatie heeft genomen van 350 000 euro in Trividend.
3. Le Fonds de l’économie sociale et développement durable opte pour travailler, dans la mesure du possible, via les institutions de financement et de participation existantes. Ces organisations — dont Trividend — disposent du savoir-faire requis et des ressources humaines nécessaires pour investir ces moyens le plus
3. Het Kringloopfonds kiest ervoor om in de mate van het mogelijke zoveel mogelijk te werken via de reeds bestaande alternatieve financierings-en participatieinstellingen. Deze organisaties — waaronder Trividend — beschikken over de nodige know-how en mankracht om deze middelen op de meest efficie¨nte
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1169
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9250
efficacement possible dans des projets concrets d’économie sociale.
wijze te investeren in concrete sociale economie projecten.
4. La plus-value de telles participations du Fonds de de l’économie sociale et développement durable se situe dans la garantie que, moyennant un effort minimal, les moyens mis en œuvre seront utilisés de la manière la plus efficace dans des projets d’économie sociale.
4. De meerwaarde van dergelijke participaties van het Kringloopfonds ligt in de garantie dat met een minimale inspanning de ingezette middelen op de meest efficie¨nte manier worden aangewend in sociale economie projecten.
5. La participation du Fonds de l’économie sociale et développement durable dans Trividend s’inscrit dans le cadre des 70 % des moyens que le Fonds est tenu de consacrer à des projets d’économie sociale, étant donné que ces moyens seront intégralement investis par Trividend dans des projets concrets d’économie sociale.
5. De participatie van het Kringloopfonds in Trividend valt binnen de 70 % van de middelen die het fonds moet besteden aan sociale economie projecten, aangezien deze middelen door Trividend integraal geı¨nvesteerd zullen worden in concrete sociale economie projecten.
6. Le Fonds de l’économie sociale et développment durable finance deux participations que Sowescom (Société wallonne d’économie sociale marchande) a prises dans des entreprises d’économie sociale en Wallonie. Ce financement représente 41 250 euros.
6. Het Kringloopfonds financiert twee participaties die Sowecsom (Société wallonne d’économie sociale marchande) genomen heeft in sociale economiebedrijven in Wallonie¨. Deze financiering bedraagt 41 250 euro.
Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
DO 2004200502624
DO 2004200502624
Question no 32 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) à la secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 32 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) aan de staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Simplification administrative. L’accord de gouvernement prévoit notamment une importante simplification administrative.
Administratieve vereenvoudiging. Het regeerakkoord streeft een belangwekkende administratieve vereenvoudiging na.
1. Quelles mesures avez-vous déjà prises en matière de simplification administrative ?
1. Welke maatregelen heeft u reeds genomen op het vlak van administratieve vereenvoudiging ?
2. Quelles mesures envisagez-vous encore de prendre ou préparez-vous actuellement en matière de simplification administrative ? Réponse de la secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 décembre 2004, à la question no 32 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2004 (N.) :
2. Welke maatregelen overweegt u nog te nemen op het vlak van de administratieve vereenvoudiging of zijn in voorbereiding ?
J’ai l’honneur de signaler à l’honorable membre que la direction générale Personnes handicapées a initié
Ik heb de eer het geachte lid er op te wijzen dat de directie-generaal Personen met een handicap een hele
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Antwoord van de staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 december 2004, op de vraag nr. 32 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november 2004 (N.) :
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9251
toute une série de projets destinés à simplifier les procédures et à améliorer la circulation de l’information.
reeks projecten heeft uitgewerkt om de procedures te vereenvoudigen en om de uitwisseling van de informatie te verbeteren.
Depuis le 1er novembre 2004, le travail des administrations communales dans le cadre des demandes d’allocations aux personnes handicapées a été simplifié.
Sinds 1 november 2004 werd het werk van de gemeentebesturen in het kader van de aanvragen om tegemoetkomingen aan personen met een handicap vereenvoudigd.
Dorénavant, seul le formulaire de demande (formule 1) est complété par le bourgmestre ou son délégué.
Voortaan wordt enkel nog het aanvraagformulier (formulier 1) ingevuld door de burgemeester of zijn afgevaardigde.
Ce document est alors envoyé dans les cinq jours à la direction générale qui se charge de faire parvenir, à la personne handicapée, les autres documents nécessaires à l’examen de la demande (Formules médicales, formulaire de déclaration de ressources).
Dit document wordt nadien binnen de vijf dagen naar de directie-generaal gestuurd die zich ermee belast om de andere documenten nodig voor het onderzoek (medische formulieren, formulier voor de verklaring van inkomsten) toe te sturen aan de persoon met een handicap.
Cette nouvelle méthode de travail présente l’avantage de faciliter grandement l’intervention des employés communaux.
Deze nieuwe werkmethode biedt het voordeel om in hoge mate de tussenkomst van de gemeentelijke bedienden te vergemakkelijken.
De plus, cela lève toute équivoque quant à l’expéditeur des documents lorsque la personne handicapée les renvoie.
Bovendien sluit het elke betwisting uit wat de afzender van de documenten betreft als de persoon met een handicap ze terugstuurt.
En effet, maintenant, les documents envoyés à l’assuré social portent la mention du numéro de dossier qui est attribué lors de l’enregistrement de la demande au sein de la direction générale personnes handicapées.
De documenten opgestuurd aan de persoon met een handicap bevatten nu inderdaad de vermelding van het dossiernummer dat werd toegekend bij de registratie van de aanvraag binnen de directie-generaal personen met een handicap.
Auparavant, ces documents étaient remis vierges au demandeur qui devait y compléter ses coordonnées de manière manuscrite, avec les risques liés à la nécessaire interprétation lorsque l’écriture était peu soignée.
Voorheen werden deze documenten zonder enige vermelding overhandigd aan de aanvrager die hierop handgeschreven zijn persoonsgegevens diende in te vullen met de risico’s verbonden aan de noodzakelijke interpretatie wanneer het handschrift niet zeer verzorgd was.
Cela pouvait avoir pour conséquence que :
Dit kon tot gevolg hebben dat :
— Les documents étaient renvoyés pour faire établir une demande, parce que la demande originelle n’avait pas été identifiée;
— De documenten werden teruggestuurd om een aanvraag te laten opmaken omdat de oorspronkelijke aanvraag niet kon worden geı¨dentificeerd;
— Certaines demandes étaient rejetées parce que les renseignements nécessaires à l’instruction, bien qu’envoyés, n’avaient pas été joints au dossier, faute d’identification;
— Bepaalde aanvragen werden verworpen omdat de inlichtingen noodzakelijk voor de behandeling, alhoewel opgestuurd, niet bij het dossier werden gevoegd, bij gebrek aan identificatie;
— Les échanges d’informations et de courriers entre le service et le demandeur à propos de documents envoyés mais « non reçus » pouvaient jeter la confusion dans l’esprit des deux parties.
— De uitwisseling van informatie en de briefwisseling tussen de dienst en de aanvrager met betrekking tot de opgestuurde maar « niet ontvangen » documenten kon verwarring stichten in de geest van beide partijen.
Mais les efforts de simplification ne s’arrêteront pas là, puisqu’en 2005, une procédure de demande électronique va être testée pour être introduite définitivement au 1er janvier 2006.
Maar de inspanningen tot vereenvoudiging houden daar niet op want, in 2005, zal een elektronische aanvraagprocedure worden uitgetest om definitief ingevoerd te worden op 1 januari 2006.
Le Projet Communit-e, initié par l’administration, vise avant tout à faciliter et à accélérer le traitement
Het project Communit-e, uitgewerkt door de administratie, streeft er in de eerste plaats naar om de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9252
des demandes en permettant, au Bourgmestre, à la personne qu’il désigne, d’introduire directement, par l’internet et via un accès sécurisé, les demandes d’allocations aux personnes handicapées dans la base de données du système informatique de la direction générale.
behandeling van de dossiers te vergemakkelijken en te versnellen, door aan de burgemeester of de persoon die hij aanwijst toe te laten, de aanvragen tot tegemoetkoming rechtstreeks in te dienen, via internet en een beveiligde toegang, in het databestand van het informaticasysteem van de directie-generaal.
En retour et en ligne, seront envoyés à la fois l’accusé de réception de la demande et les formulaires administratifs et médicaux précomplétés avec le numéro de dossier et les données signalétiques de la personne handicapée.
De ontvangstmelding van de aanvraag en de administratieve en medische formulieren, vooraf ingevuld met het dossiernummer en de kenmerkende gegevens van de persoon met een handicap zullen on line worden teruggestuurd.
L’employé communal imprimera alors les documents et les remettra à la personne handicapée, afin que celle-ci les renvoie, complétés, à la direction générale personnes handicapées pour la suite du traitement de sa demande.
De gemeentelijke bediende zal dan de documenten afdrukken en ze ter beschikking stellen van de persoon met een handicap opdat deze ze, ingevuld, terug zou sturen naar de directie-generaal Personen met een handicap voor de verdere behandeling van zijn dossier.
Enfin, afin de faciliter l’échange des informations et l’accessibilité du service, tant pour les personnes handicapées que pour les intervenants du secteur, un Contact Center sera inauguré au début de l’année 2005.
Ten slotte zal tijdens het begin van het jaar 2005 een contact center worden geopend teneinde de uitwisseling van informatie en de toegankelijkheid van de dienst te vergemakkelijken en dit zowel voor de personen met een handicap als voor de tussenkomenden uit de sector.
Graˆce au Contact Center, la personne handicapée, via un seul numéro de téléphone et une adresse e-mail par roˆle linguistique, aura un point de contact pour obtenir toute l’information orale et écrite concernant les allocations aux personnes handicapées et leurs droits éventuels.
Met dit contact center zal de persoon met een handicap via één centraal telefoonnummer en één emailadres per taalrol voortaan nog slechts een aanspreekpunt hebben voor mondelinge en schriftelijke informatie inzake uitkeringen aan personen met een handicap en hun eventuele rechten.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9253
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 1
2003200432366
7-10-2004
394
Jo Vandeurzen
Délits sexuels. — Peines. — Domicile de la victime. Seksuele delicten. — Straffen. — Woonomgeving slachtoffer.
9129
1
2004200502429 15-10-2004
401
Walter Muls
Juges de complément dans l’arrondissement de Bruxelles-Hal-Vilvorde. Toegevoegde rechters in het arrondissement BrusselHalle-Vilvoorde.
9131
1
2004200502435 15-10-2004
403
Guido De Padt
Vaccination obligatoire des jeunes enfants contre la poliomyélite. Verplichte inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis.
9132
1
2004200502436 18-10-2004
405
Bart Laeremans
Communes bruxelloises et communes de HalVilvorde. — Huissiers de justice. Brusselse gemeenten en gemeenten uit HalleVilvoorde. — Gerechtsdeurwaarders.
9137
1
2004200502512 25-10-2004
415
Hagen Goyvaerts
Lutte contre les sociétés de liquidités. Strijd tegen kasgeldvennootschappen.
9138
1
2004200502577
3-11-2004
421
Olivier Maingain
Répartition linguistique des magistrats dans les juridictions bruxelloises. — Tribunal de première instance, parquet du tribunal de première instance, tribunal de commerce, tribunal du travail, cour d’appel et cour du travail. Taalindeling van de magistraten bij de Brusselse rechtbanken. — Rechtbank van eerste aanleg, parket van de rechtbank van eerste aanleg, rechtbank van koophandel, arbeidsrechtbank, hof van beroep en arbeidshof.
9140
1
2004200502595
8-11-2004
425
Bart Laeremans
Taille des prisons. — Couˆt par détenu. Grootte van gevangenissen. — Kostprijs per gevangene.
9142
1
2004200502624 10-11-2004
434
Guy D’haeseleer
Simplification administrative. Administratieve vereenvoudiging.
9143
8
2004200502650 16-11-2004
437
Mw. Ingrid Meeus
1
2004200502667 17-11-2004
438
Mme Jacqueline Galant
8
2004200502668 17-11-2004
439
Mme Jacqueline Galant
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
* Suppression des juridictions militaires. — Conseil de guerre. Afschaffing van de militaire rechtscolleges. — Krijgsraad.
9105
Cadre du tribunal de Tournai. Personeelsformatie van de rechtbank van Doornik.
9145
* Détention d’armes. Wapenbezit.
2005
9106
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9254
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse 8
2004200502671 17-11-2004
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord 440
Alfons Borginon
* UE. — Proposition de règlement instaurant une procédure européenne d’injonction de payer. — Code judiciaire. EU. — Voorstel van verordening tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure. — Gerechtelijk Wetboek.
9106
Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-eerste minister en minister van Financie¨n 1
2003200432170 17- 9-2004
478
Mme Marie Nagy
Représentation du gouvernement au sein des entreprises, parastataux et autres organismes. Vertegenwoordiging van de regering in bedrijven, parastatalen en andere organen.
9147
1
2004200502582
3-11-2004
526
Guy D’haeseleer
Services publics fédéraux. — Délégués syndicaux permanents. Federale overheidsdiensten. — Vaste vakbondsafgevaardigden.
9154
8
2004200502646 12-11-2004
535
Mw. Dalila Douifi
* Impoˆts sur les revenus. — Déduction pour investissement. — Jurisprudence de la Cour de cassation. Inkomstenbelastingen. — Investeringsaftrek. — Rechtspraak Hof van Cassatie.
9107
8
2004200502651 16-11-2004
536
Ortwin Depoortere * Taux de TVA applicable aux « tickets combinés ». Toegepast BTW-tarief voor « combinatie-tickets ».
9109
8
2004200502676 17-11-2004
537
Alfons Borginon
* Fonds « levier ». — Arrêtés d’exécution sur les fonds de placement. Hefboomfondsen. — Uitvoeringsbesluiten beleggingsfondsen.
9109
1
2004200502770 29-11-2004
546
Bart Tommelein
Utilité du « zakboekje 292 » (livret individuel 292). Nut van « zakboekje 292 ».
9156
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Entreprises publiques — Overheidsbedrijven 8
2004200502652 16-11-2004
351
Francis Van den Eynde
* SNCB. — Membres du personnel. — Agression. — Anticiper les situations difficiles. NMBS. — Personeelsleden. — Agressie. — Anticiperen op moeilijke situaties.
9111
8
2004200502660 17-11-2004
352
Francis Van den Eynde
* SNCB. — Personnel de train. — Agressions. — Appel aux responsables politiques. NMBS. — Treinpersoneel. — Agressie. — Oproep beleidsverantwoordelijken.
9111
8
2004200502672 17-11-2004
353
Luc Sevenhans
* Lutte contre les rejets d’hydrocarbures en mer. Strijd tegen de olielozingen op zee.
9112
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 CA
DO
9255
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 1
2003200432092
8- 9-2004
350
Guido De Padt
Mobilisation de la police locale lors de rencontres de football. Inzet van de lokale politie bij voetbalwedstrijden.
9157
1
2003200432170 17- 9-2004
363
Mme Marie Nagy
Représentation du gouvernement au sein des entreprises, parastataux et autres organismes. Vertegenwoordiging van de regering in bedrijven, parastatalen en andere organen.
9162
1
2003200432175 17- 9-2004
366
Filip De Man
Emploi des langues dans les services de police. Taalgebruik bij de politiediensten.
9166
1
2003200432205 21- 9-2004
369
Bart Laeremans
Mandats d’administrateur des membres du gouvernement. Bestuursmandaten van regeringsleden.
9168
1
2004200502396 12-10-2004
397
Mw. Trees Pieters
Obligation d’autorisation à laquelle les conseillers en sécurité sont soumis. Vergunningsplicht veiligheidsadviseurs.
9168
1
2004200502442 18-10-2004
407
Melchior Wathelet
Révision du mécanisme global de financement des zones de police locales. Herziening van het gehele financieringsmechanisme van de lokale politiezones.
9171
1
2004200502443 18-10-2004
408
Melchior Wathelet
Police fédérale. — Suppression de plusieurs actions planifiées durant les nuits et les week-ends. — Raisons budgétaires. Federale politie. — Afgelasting van verscheidene geplande nachtelijke en weekendacties. — Budgettaire redenen.
9174
1
2004200502582
3-11-2004
422
Guy D’haeseleer
Services publics fédéraux. — Délégués syndicaux permanents. Federale overheidsdiensten. — Vaste vakbondsafgevaardigden.
9175
1
2004200502624 10-11-2004
428
Guy D’haeseleer
Simplification administrative. Administratieve vereenvoudiging.
9176
8
2004200502653 16-11-2004
431
Francis Van den Eynde
* Services d’incendie. — Informations sur les pipelines de l’OTAN. Diensten van de brandweer. — Informatie over de NAVO-pijpleidingen.
9113
8
2003200432289 16-11-2004
432
Staf Neel
* Manœuvres à l’étranger. — Agents de la police fédérale. Buitenlandse manoeuvres. — Agenten federale politie.
9113
8
2004200502669 17-11-2004
433
Mme Jacqueline Galant
* Port de la ceinture de sécurité chez les policiers. Dragen van de veiligheidsgordel door politiepersoneel.
9114
1
2004200502670 17-11-2004
434
Mme Jacqueline Galant
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Achat d’uniformes policiers. Aankoop van politie-uniformen.
2005
9177
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9256
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Zaken 8
2004200502647 16-11-2004
130
Dirk Van der Maelen
* Proposition d’amendement du Protocole original dans l’Accord d’Association UE-Israe¨l. — Implications juridiques et factuelles graves. Voorstel tot amenderen van het Oorsprongsprotocol binnen het EU-Israe¨lAssociatieakkoord. — Ernstige juridische en feitelijke implicaties.
9115
8
2004200502648 16-11-2004
131
Ludo Van Campenhout
* Ratification des traités sur la navigation et la navigation intérieure. Ratificatie van scheepvaartverdragen en binnenvaartverdragen.
9117
8
2004200502649 16-11-2004
132
Mohammed Boukourna
* Situation interne du Nigeria. — Tensions interethniques. Interne situatie van Nigeria. — Interetnische spanningen.
9119
8
2004200502654 16-11-2004
133
Mw. Nathalie Muylle
* Amendement de l’Accord l’association Israe¨l-UE. Amenderen van het EG-Israe¨l-Associatieakkoord.
9120
Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 1
2004200502582
3-11-2004
134
Guy D’haeseleer
Services publics fédéraux. — Délégués syndicaux permanents. Federale overheidsdiensten. — Vaste vakbondsafgevaardigden.
9178
1
2004200502607
9-11-2004
136
Staf Neel
Voyage au Congo (Kinshasa). Buitenlandse reis naar Congo (Kinshasa).
9180
8
2004200502645 12-11-2004
143
Staf Neel
1
2004200502655 16-11-2004
144
Ortwin Depoortere
Avions F16 survolant Oostakker à basse altitude. Laagvliegende F16-vliegtuigen boven Oostakker.
9181
1
2004200502656 16-11-2004
145
Mw. Ingrid Meeus
Extension du port du pays de Waas. — Implantation d’une base logistique. Uitbreiding van Waaslandhaven. — Inplanting van een logistieke basis.
9182
1
2004200502657 16-11-2004
146
Mw. Ingrid Meeus
Recettes supplémentaires provenant de la vente de matériel excédentaire. Extra opbrengst door verkoop van overtollige goederen.
9183
* Direction de l’armée. Legerleiding.
9121
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid E´conomie — Economie 1
2004200502624 10-11-2004
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
170
Guy D’haeseleer
2004
Simplification administrative. Administratieve vereenvoudiging.
2005
9185
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 CA
DO
Date Datum
9257
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200502644 10-11-2004
172
Jean-Marc Nollet
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes. Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
9185
8
2004200502663 17-11-2004
173
Jan Mortelmans
* Utilisation de la vidéo et des techniques numériques en ce qui concerne les caméras automatiques surveillant la circulation. — Arrêté royal. Gebruik van video en digitale technieken betreffende de onbemande camera’s in het verkeer. — Koninklijk besluit.
9122
8
2004200502664 17-11-2004
174
Mw. Simonne Creyf * Autorisations socioéconomiques. Socio-economische machtigingen.
9122
1
2004200502714 23-11-2004
177
Mme Annick Saudoyer
9186
Sports de combat. — Sport « Pieds-Poings ». Vuist/voetvechtsporten.
E´nergie — Energie 1
2004200502504 25-10-2004
70
Mme Muriel Gerkens
Prix de l’électricité en lien avec les indices Nc et Ne. Verband tussen de elektriciteitsprijs en de parameters Nc en Ne.
9187
1
2004200502624 10-11-2004
73
Guy D’haeseleer
Simplification administrative. Administratieve vereenvoudiging.
9189
1
2004200502644 10-11-2004
74
Jean-Marc Nollet
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes. Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
9189
Politique scientifique — Wetenschapsbeleid 1
2004200502557 27-10-2004
30
Mark Verhaegen
Diffusion sur internet d’informations provenant des Archives de l’E´tat. Verspreiding van informatie uit het Rijksarchief via internet.
9190
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken 1
2003200432141 16- 9-2004
154
Mw. Maggie De Block
Reprise progressive du travail. — Assurance indemnités pour les travailleurs indépendants. Progressieve werkhervatting. — Uitkeringsverzekering voor zelfstandigen.
9192
1
2004200502420 15-10-2004
176
Mme Anne Barzin
Allocations de naissance octroyées pour des enfants mort-nés. Toekenning van kraamgeld voor doodgeboren kinderen.
9194
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
1170
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9258
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
6
2004200502608
9-11-2004
195
Bart Laeremans
8
2004200502665 17-11-2004
199
David Geerts
Fonds mazout. — CPAS. Stookoliefonds. — OCMW’s. * Exonération des cotisations ONSS sur les primes de victoire. — Jugement de la cour d’appel de Gand. Vrijstelling van RSZ-bijdragen op winstpremies. — Vonnis van het hof van beroep te Gent.
9194 9124
Santé publique — Volksgezondheid 1
2003200431952 27- 7-2004
253
Mw. Hilde Dierickx
Substances dangereuses contenues dans les chaussures d’été « flip-flops ». Gevaarlijke stoffen in de zomerschoenen « flipflops ».
9195
1
2003200431972
3- 8-2004
258
Mme Zoé Genot
Impact de la directive Bolkestein sur les législations et réglementations. Weerslag van de richtlijn-Bolkestein op de wetgevingen en reglementeringen.
9197
1
2003200431999 20- 9-2004
285
Stijn Bex
Interdiction de la publicité pour le tabac. — Dérogations. Verbod op tabaksreclame. — Toegestane uitzonderingen.
9200
1
2003200432241 24- 9-2004
289
Guido De Padt
Maladies liées à l’alimentation. — Mesures proposées par le Nederlandse Consumentenbond. Voedingsgerelateerde ziekten. — Maatregelen voorgesteld door de Nederlandse Consumentenbond.
9201
1
2003200432294
1-10-2004
296
Stijn Bex
Tests VIH gratuits et anonymes. Gratis en anonieme HIV-testing.
9203
1
2004200502428 15-10-2004
302
Mme Muriel Gerkens
Cabinets et administrations. — Consommations issues du commerce équitable. Kabinetten en administraties. — « Fair trade »-aankopen.
9208
1
2004200502435 15-10-2004
303
Guido De Padt
Vaccination obligatoire des jeunes enfants contre la poliomyélite. Verplichte inenting van jonge kinderen tegen poliomyelitis.
9208
1
2004200502448 19-10-2004
307
Patrick Cocriamont
Enlèvement des pacemakers sur les personnes décédées. Verwijdering van pacemakers bij overledenen.
9210
1
2004200502484 21-10-2004
311
Mw. Ingrid Meeus
Zones inondables le long de l’Escaut et de la Durme. — Pollution au cadmium. Overstromingsgebieden langsheen Schelde en Durme. — Cadmiumvervuiling.
9211
1
2004200502509 25-10-2004
315
Guy D’haeseleer
Cas de maltraitance dans un manège de Nederhasselt. Mistoestanden in een manege te Nederhasselt.
9214
1
2004200502554 27-10-2004
322
Mme Jacqueline Galant
Réorganisation des soins fournis aux patients comateux. Reorganisatie van de zorgverlening aan comapatie¨nten.
9215
1
2004200502555 27-10-2004
323
Mme Jacqueline Galant
Reconnaissance accordée à l’optométrie. Erkenning van de optometrie.
9218
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 CA
DO
9259
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2004200502674 17-11-2004
333
Jo Vandeurzen
* Rééducation fonctionnelle locomotrice. — Nouvel arrêté royal. Locomotorische revalidatie. — Nieuw koninklijk besluit.
9124
8
2004200502675 17-11-2004
334
Alfons Borginon
* Chardons. — Problème de compétence. Distels. — Bevoegdheidsprobleem.
9125
8
2004200502677 17-11-2004
335
Geert Lambert
* Région du centre de la Flandre occidentale. — Projet dans le cadre des « soins psychiatriques à domicile ». — E´valuation. Regio Midden West-Vlaanderen. — Project betreffende « Psychiatrische Zorg in de Thuissituatie ». — Evaluatie.
9126
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Minister van Middenstand en Landbouw Agriculture — Landbouw 1
2004200502658 16-11-2004
47
Mw. Marleen Govaerts
Plan européen relatif à l’industrie sucrière. Europees suikerplan.
9219
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs Minister van Werk en Consumentenzaken Emploi — Werk 1
2003200432380
8-10-2004
150
Guy D’haeseleer
Lutte contre la fraude sociale. — Personnel supplémentaire pour les services d’inspection. Strijd tegen de sociale fraude. — Bijkomend personeel voor de inspectiediensten.
9222
1
2004200502474 20-10-2004
164
Mw. Maggie De Block
Refinancement de la sécurité sociale. Herfinanciering van de sociale zekerheid.
9225
1
2004200502510 25-10-2004
166
Guy D’haeseleer
ONEM. — Arrêt de la Cour de cassation concernant les « réglementations Canada Dry ». RVA. — Arrest van het Hof van Cassatie in verband met de « Canada Dry-regelingen ».
9228
1
2004200502584
5-11-2004
171
Guy D’haeseleer
Remboursement des frais d’administration aux organismes de paiement constitués par les organisations de travailleurs. Vergoeding van de administratiekosten aan de door de werknemersorganisaties opgerichte uitbetalingsinstellingen.
9229
1
2004200502632 10-11-2004
176
Jo Vandeurzen
ONSS. — Faux indépendants. RSZ. — Schijnzelfstandigheid.
9232
1
2004200502644 10-11-2004
177
Jean-Marc Nollet
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes. Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
9233
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004
9260
CA
DO
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse 8
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
2004200502659 16-11-2004
178
Guy D’haeseleer
* Projet de directive européenne relative à la révision du temps de travail maximum. Ontwerp van Europese richtlijn inzake de arbeidstijd.
9126
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Fonction publique — Ambtenarenzaken 1
2003200432149 15-10-2004
86
Mme Marie Nagy
Rapport annuel sur le chiffrage des résultats de la loi relative à la redistribution du travail dans le secteur public et l’impact de la loi sur les recettes et les dépenses de la sécurité sociale. Jaarverslag over de raming met cijfergegevens van de resultaten van de wet betreffende de herverdeling van de arbeid in de openbare sector en de weerslag van de wet op de inkomsten en uitgaven van de sociale zekerheid.
9234
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie 1
2004200502642 10-11-2004
71
Mw. Liesbeth Van der Auwera
8
2004200502666 17-11-2004
73
Jo Vandeurzen
Analyse et évaluation du Fonds pour une politique sociale en matière d’énergie. Analyse en evaluatie van het Fonds voor een sociaal energiebeleid. * Fedasil. — Effectifs. Fedasil. — Aantal personeelsleden.
9236
9127
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid 1
2004200502428 15-10-2004
21
Mme Muriel Gerkens
Cabinets et administrations. — Consommations issues du commerce équitable. Kabinetten en administraties. — « Fair trade »aankopen.
9238
1
2004200502445 18-10-2004
22
Mw. Greet Van Gool
Accessibilité des baˆtiments publics pour les personnes à mobilité réduite. Toegankelijkheid van overheidsgebouwen voor personen met beperkte mobiliteit.
9239
1
2004200502644 10-11-2004
25
Jean-Marc Nollet
Comptes des entreprises publiques économiques, les sociétés anonymes, parastatales et autres organismes. Rekeningen van de economische overheidsbedrijven, de naamloze vennootschappen, de parastatalen en andere organismen.
9240
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 058 20 - 12 - 2004 CA
DO
9261
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord Gelijke Kansen — E´galité des chances
1
2003200432382
8-10-2004
28
Francis Van den Eynde
Centre pour l’E´galité des chances et la lutte contre le racisme. — STIB. — Problèmes de racisme. Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding. — MIVB. — Racismeproblemen.
9241
Ministre de la Mobilité Minister van Mobiliteit 1
2004200502403 12-10-2004
156
Mw. Frieda Van Themsche
1
2004200502634 10-11-2004
173
Jan Mortelmans
Facilités de stationnement pour les détenteurs d’une carte spéciale de parking pour handicapés. Parkeerfaciliteiten voor houders van een speciale parkeerkaart voor gehandicapten. Fonds des amendes routières. — Financement des conventions de sécurité routière. Verkeersboetefonds. — Financiering van verkeersveiligheidsovereenkomsten.
9242
9244
Ministre de l’Environnement et des Pensions Minister van Leefmilieu en van Pensioenen Environnement — Leefmilieu 1
2004200502428 15-10-2004
34
Mme Muriel Gerkens
Cabinets et administrations. — Consommations issues du commerce équitable. Kabinetten en administraties. — « Fair trade »-aankopen.
9245
Pensions — Pensioenen 1
2003200421253 13- 4-2004
24
Mw. Greta D’hondt
1
2004200502460 19-10-2004
53
Mw. Trees Pieters
Pensions complémentaires. Aanvullende pensioenen. Pension complémentaire libre pour les indépendants. Vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen.
9246 9247
Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven E´conomie sociale — Sociale Economie 1
2004200502662 17-11-2004
34
Mw. Sabien Lahaye-Battheu
Fonds de l’économie sociale et durable. Kringloopfonds.
9248
Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid 1
2004200502624 10-11-2004
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Composition — Zetwerk: TMP S.A.
32
Guy D’haeseleer
2004
Simplification administrative. Administratieve vereenvoudiging.
2005
9250
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
Impression — Drukwerk: Chambre des représentants — Kamer van volksvertegenwoordigers
993