Schriftelijke vragen en antwoorden. Questions et réponses écrites BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS QRVA QRVA

QRVA 50 076

QRVA 50 076

BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE

————

————

Schriftelijke vragen en antwoorden

Questions et réponses écrites

21 - 05 - 2001

KAMER • 3e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE

2000

2001

CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE

1093

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8494

AGALEV-ECOLO CVP FN PRL FDF MCC PS PSC SP VLAAMS BLOK VLD VU&ID

: : : : : : : : : :

Anders gaan leven / Ećologistes (confédérés pour l’organisation de luttes originales) Christelijke Volkspartij Front National Parti Réformateur libéral - Front démocratique des francophones - Mouvement des citoyens pour le changement Parti socialiste Parti social-chrétien Socialistische Partij Vlaams Blok Vlaamse Liberalen en Democraten Volksunie&ID21 (Integrale Democratie voor de 21e eeuw)

Afkortingen bij de nummering van de publicaties : DOC 50 0000/000 : Parlementair document van de 50e zittingsperiode + het nummer en het volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden HA : Handelingen (Integraal Verslag) BV : Beknopt Verslag PLEN : Plenum COM : Commissievergadering

Abréviations dans la numérotation des publications : DOC 50 0000/000 : Document parlementaire de la 50e législature, suivi du no et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites HA : Annales (Compte Rendu Intégral) CRA : Compte rendu analytique PLEN : Séance plénière COM : Réunion de commission

Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail : alg.zaken@de Kamer.be

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail : [email protected]


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8495

INHOUD

SOMMAIRE

II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 1999. II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 1999. Blz./Page 8499 II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 86 van het reglement van de Kamer). II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).

Blz./Page 8507

Blz. Pages Eerste minister

—

Premier ministre

Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid

—

Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer

8507

Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’Ećonomie sociale

— 8508

Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports

Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu

—

Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement

Minister van Binnenlandse Zaken

8509

Ministre de l’Intérieur

Minister van Sociale Zaken en Pensioenen

8513

Ministre des Affaires sociales et des Pensions

Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen

—

Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration

Minister van Landsverdediging

—

Ministre de la Défense

Minister van Landbouw en Middenstand

—

Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes

Minister van Justitie

8515

Ministre de la Justice

Minister van Financie¨n

8517

Ministre des Finances

Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties

8521

Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques

Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid

8522

Ministre de l’Ećonomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes

Staatssecretaris toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken

—

Secrétaire d’E´tat adjoint au ministre des Affaires étrangères

Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking

—

Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement

Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling

—

Secrétaire d’E´tat à l’Eńergie et au Développement durable


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8497

III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres.

Blz./Page 8525

Blz. Pages Eerste minister

—


Premier ministre

8525

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken

Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères

—

Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie

8526

Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’Ećonomie sociale

Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer

8529



8542



8552



8556



8559


Minister van Landsverdediging

—

Ministre de la Défense


—



8564



8576



8591



—



—



8599



8600


8604

Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes

Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt

Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin

IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp. IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet.


2000

2001

Blz./Page 8609


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8499

I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 1999. * I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 1999. * Datum Date

Vraag nr. Question no

Auteur

Blz. Page

Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 4301924131429-

4-2000 5-2000 1-2001 1-2001 2-2001 2-2001 3-2001

86 106 168 171 177 178 191

Francis Van den Eynde Yves Leterme Mme Muriel Gerkens Filip Anthuenis Guido Tastenhoye Jan Mortelmans Gerolf Annemans

3467 4359 7219 7220 7533 7533 8389

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères 11- 4-2001

134

Francis Van den Eynde 8507

Datum Date 101826262929292577142091215263030-

1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001

30- 3-2001 11- 4-2001

Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 25- 9-2000 25- 9-2000 16-10-2000 23-10-2000 7-11-2000 24-11-2000 24-11-2000 15-12-2000 22-12-2000

286 287 296 298 306 316 318 338 341

Bart Laeremans Bart Laeremans André Frédéric Vincent Decroly Jef Valkeniers Bart Somers Francis Van den Eynde Hugo Philtjens Bart Somers

Vraag nr. Question no 346 349 351 352 354 356 357 360 363 366 368 371 377 384 386 387 390 392 394 395 396

Auteur Olivier Chastel Olivier Chastel Olivier Chastel Mw. Els Van Weert Guy Larcier Lode Vanoost Lode Vanoost Martial Lahaye Olivier Maingain Francis Van den Eynde Bart Laeremans Yves Leterme Yves Leterme Jos Ansoms Guy Larcier François Bellot Jef Valkeniers André Schellens Mme Géraldine PelzerSalandra Lode Vanoost Geert Bourgeois

Blz. Page 7124 7223 7373 7374 7375 7376 7377 7450 7451 7453 7453 7535 7702 7967 7968 8201 8308 8389 8390 8391 8508

Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement

5866 5866 6101 6183 6278 6540 6542 6807 6924

29- 3-2001

2000

2001

Consumentenzaken — Protection de la consommation

87

Gerolf Annemans

8392

Volksgezondheid — Santé publique

29- 3-2001

271

Gerolf Annemans

8393

* Lijst afgesloten op 18 mei 2001 * Liste cloˆturée le 18 mai 2001



QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8500

Datum Date


Auteur

Blz. Page

Leefmilieu — Environnement

29- 3-2001

29

Gerolf Annemans

8393

Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 22- 2-2000 2- 5-2000 16- 6-2000 20- 7-2000 18-10-2000

131 172 201 231 252

9-11-2000 23-11-2000 7-12-2000 18-12-2000 19-12-2000 20-12-2000 9- 1-2001 15- 1-2001 15- 1-2001 15- 1-2001 15- 1-2001 18- 1-2001 23- 1-2001 30- 1-2001 7- 2-2001 7- 2-2001 12- 2-2001 14- 2-2001 16- 2-2001 16- 2-2001 16- 2-2001 20- 2-2001 20- 2-2001 27- 2-2001 28- 2-2001 5- 3-2001 6- 3-2001 6- 3-2001

257 260 265 266 267 271 276 277 278 279 280 283 286 289 292 293 296 301 302 303 304 306 307 310 311 312 313 314

Guido Tastenhoye Yves Leterme Peter Vanvelthoven Bart Laeremans Mw. Annemie Van de Casteele Peter Vanvelthoven Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Francis Van den Eynde Yves Leterme Francis Van den Eynde Fred Erdman Claude Eerdekens Guido Tastenhoye Guido Tastenhoye Guido Tastenhoye Mw. Alexandra Colen Georges Clerfayt Geert Bourgeois Francis Van den Eynde Bart Laeremans Olivier Maingain Jo Vandeurzen Guy Larcier Guy Larcier Yves Leterme Thierry Giet Danie¨l Vanpoucke Fred Erdman Martial Lahaye Jan Peeters Gerolf Annemans Jan Peeters


2649 3880 4745 5355 6105 6367 6551 6735 6809 6810 6811 7028 7126 7127 7129 7129 7225 7227 7380 7455 7456 7538 7540 7703 7704 7706 7707 7708 7859 7860 7972 7973 7973 2000

Datum Date 7919202630224111111-

3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001

Vraag nr. Question no 316 319 321 324 327 332 333 334 335 336 337 338

Auteur

Jozef Van Eetvelt Hugo Philtjens Olivier Maingain Danie¨l Vanpoucke Francis Van den Eynde Lode Vanoost Daan Schalck Olivier Maingain Jo Vandeurzen Mw. Trees Pieters Mme Claudine Drion Mme Géraldine PelzerSalandra

Blz. Page 7975 7977 8202 8204 8309 8394 8395 8396 8397 8509 8512 8512

Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions Sociale Zaken — Affaires sociales

301218211723514571627282930-

5-2000 7-2000 7-2000 8-2000 1-2001 1-2001 2-2001 2-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001

30- 3-2001 4- 4-2001 9- 4-2001

2001

143 170 176 186 234 237 242 248 254 256 258 261 262 263 264 266 267 268

Yves Leterme Geert Bourgeois Koen Bultinck Servais Verherstraeten Mme Muriel Gerkens Mme Colette Burgeon Martial Lahaye Jan Mortelmans Mw. Annemie Van de Casteele Stef Goris Jef Valkeniers Jo Vandeurzen Jef Valkeniers Gerolf Annemans Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Jo Vandeurzen Mme Muriel Gerkens

4375 4976 5358 5361 7133 7228 7459 7542 7980 7981 8206 8311 8312 8397 8398 8398 8399 8513


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001 Datum Date


11- 4-2001

269

8501

Auteur

Blz. Page

Mw. Annemie Van de Casteele

25 62

Yves Leterme Gerolf Annemans

4376 8400

Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration Ambtenarenzaken — Fonction publique

16- 2-2001

75

Mw. Simonne Creyf

7709

Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 23- 1-2001 13- 2-2001 21- 2-2001

102 110 117

Stefaan De Clerck Guido Tastenhoye André Schellens

7231 7543 7711

2000

2001

Landbouw — Agriculture

73 74 80 81 83 84

Guido Tastenhoye Jan Mortelmans Martial Lahaye Martial Lahaye Gerolf Annemans Martial Lahaye

7544 7544 8313 8314 8400 8401

Middenstand — Classes moyennes

13- 2-2001 29- 3-2001

45 56

Guido Tastenhoye Gerolf Annemans


10- 8-1999 8- 9-1999 16- 9-1999 29- 9-1999 1-10-1999 15-10-1999 25-10-1999 19-11-1999 22-11-1999 24-11-1999 9- 2-2000 11- 2-2000 21- 2-2000 21- 3-2000 28- 3-2000 3- 5-2000 7- 8-2000 10- 8-2000

7545 8401


2-2001 2-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001

Auteur

Blz. Page


5- 9-2000 15- 9-2000 11-10-2000 16-10-2000 8-11-2000 27-11-2000 5-12-2000 19-12-2000 16- 1-2001 22- 1-2001 12- 2-2001 13- 2-2001 20- 2-2001 28- 2-2001 6- 3-2001 6- 3-2001 8- 3-2001 19- 3-2001 20- 3-2001


131426262930-


Minister van Justitie 8514

Pensioenen — Pensions

30- 5-2000 29- 3-2001

Datum Date

9 31 39 56 61 72 91 106 108 111 158 160 164 183 188 208 244 246 253 261 268 269 277 288 293 299 307 312 316 319 325 330 332 333 334 336 337

Yves Leterme Geert Bourgeois Yves Leterme Geert Bourgeois Geert Bourgeois Jo Vandeurzen Alfons Borginon Fred Erdman Bert Schoofs Fred Erdman Mw. Alexandra Colen Bart Laeremans Hubert Brouns Geert Bourgeois Fred Erdman Gerolf Annemans Olivier Maingain Mw. Kristien Grauwels Pieter De Crem Fred Erdman Maurice Dehu Vincent Decroly Karel Van Hoorebeke Bert Schoofs Gerolf Annemans Ferdy Willems Mw. Alexandra Colen Fred Erdman Gerolf Annemans Mw. Els Van Weert Geert Bourgeois Martial Lahaye Martial Lahaye Fred Erdman Martial Lahaye Richard Fournaux Claude Eerdekens

34 216 305 422 424 737 863 1160 1162 1165 2432 2504 2658 3111 3366 3883 5372 5373 5377 5750 6028 6108 6288 6559 6613 6815 7136 7232 7546 7546 7712 7860 7987 7988 7989 8208 8208


1094

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8502

Datum Date 27272849911-

3-2001 3-2001 3-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001


Auteur

340 341 342 345 346 347 348

Robert Denis Francis Van den Eynde Martial Lahaye Geert Bourgeois Yves Leterme Yves Leterme Geert Bourgeois

Blz. Page 8314 8315 8315 8402 8515 8516 8516

Minister van Financie¨n Ministre des Finances 8- 9-1999 8- 9-1999 9- 9-1999 9- 9-1999 10- 9-1999 15- 9-1999 16- 9-1999 13-10-1999 13-10-1999 18-10-1999 22-10-1999 22-10-1999 27-10-1999 3-11-1999 16-11-1999 16-11-1999 17-11-1999 22-11-1999 24-11-1999 24-11-1999 25-11-1999 3-12-1999 3-12-1999 6-12-1999 7-12-1999 17-12-1999

22 24 25 26 31 50 52 76 77 83 93 97 104 108 115 116 118 124 131 132 136 142 143 146 154 164

17-12-1999

165

20-12-1999

167

Marcel Hendrickx Jo Vandeurzen Geert Bourgeois Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Mw. Trees Pieters Yves Leterme Guy D’haeseleer Eric van Weddingen Bart Laeremans Karel Van Hoorebeke Karel Van Hoorebeke Mw. Alexandra Colen Alfons Borginon Daniel Bacquelaine Dirk Pieters Jan Eeman Lode Vanoost Mw. Trees Pieters Servais Verherstraeten Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Dirk Pieters Jacques Chabot Willy Cortois Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Dirk Pieters


130 222 223 225 228 245 311 647 648 743 865 867 871 996 1082 1082 1084 1173 1182 1186 1340 1456 1456 1459 1465

Datum Date


21-12-1999

171

23-12-1999 10- 1-2000 13- 1-2000 19- 1-2000 24- 1-2000 25- 1-2000 3- 2-2000 9- 2-2000 10- 2-2000 18- 2-2000 18- 2-2000 18- 2-2000 28- 2-2000 28- 2-2000 1- 3-2000 7- 3-2000 8- 3-2000 13- 3-2000 14- 3-2000 20- 3-2000 23- 3-2000 7- 4-2000 14- 4-2000 28- 4-2000 2- 5-2000

1717 1718

41012161823263030318816-

2000

2001

1717

5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 6-2000 6-2000 6-2000

176 184 190 198 208 210 216 221 223 231 232 233 241 243 246 258 259 265 267 278 284 306 307 315 318 321 329 332 335 342 359 365 375 376 381 390 391 398

Auteur

Mw. Annemie Van de Casteele Claude Eerdekens Yves Leterme Mw. Simonne Creyf Mw. Trees Pieters Georges Lenssen Claude Eerdekens Mw. Joke Schauvliege Olivier Maingain Yves Leterme Filip Anthuenis Karel Van Hoorebeke Jacques Lefevre Luc Goutry Mw. Trees Pieters Luc Sevenhans Luc Goutry Yves Leterme Yves Leterme André Frédéric Hubert Brouns Yves Leterme Dirk Pieters Koen Bultinck Mw. Trees Pieters Mw. Annemie Van de Casteele Danny Pieters Robert Denis Francis Van den Eynde Geert Bourgeois Hugo Coveliers Alfons Borginon Jan Peeters Jef Valkeniers Yves Leterme Jean-Pol Poncelet Alfons Borginon Mw. Trees Pieters Geert Bourgeois

Blz. Page

1722 1725 1924 2050 2056 2205 2206 2435 2441 2507 2660 2661 2661 2804 2805 2810 2938 2938 3115 3116 3124 3367 3589 3706 3884 3888 4016 4020 4110 4112 4213 4222 4385 4390 4390 4393 4552 4553 4750


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001 Datum Date 272710111212171931-

6-2000 6-2000 7-2000 7-2000 7-2000 7-2000 7-2000 7-2000 7-2000

3- 8-2000 31- 8-2000 5- 9-2000 11- 9-2000 11- 9-2000 15- 9-2000 18- 9-2000 26- 9-2000 29- 9-2000 6-10-2000 10-10-2000 10-10-2000 10-10-2000 13-10-2000 16-10-2000 16-10-2000 24-10-2000 24-10-2000 30-10-2000 6-11-2000 7-11-2000 7-11-2000 7-11-2000 13-11-2000 17-11-2000 21-11-2000 21-11-2000 29-11-2000 5-12-2000 7-12-2000 12-12-2000

8503

Vraag nr. Question no 408 410 422 424 427 428 432 435 436 438 442 447 448 449 453 454 461 465 473 474 475 476 478 479 482 488 489 490 493 494 495 496 505 509 511 512 524 528 529 537

Auteur

Claude Eerdekens Aimé Desimpel Jo Vandeurzen Jozef Van Eetvelt Aimé Desimpel Aimé Desimpel Luc Goutry Pierre Lano Mw. Yolande Avontroodt Olivier Maingain Olivier Maingain Jo Vandeurzen Jan Eeman Hubert Brouns Yves Leterme Servais Verherstraeten Mw. Simonne Creyf Yves Leterme Claude Eerdekens Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Olivier Maingain Fred Erdman Stefaan De Clerck Karel Pinxten Yves Leterme Georges Lenssen Georges Lenssen Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Lode Vanoost Mw. Fientje Moerman Claude Eerdekens Eric van Weddingen Filip Anthuenis Fred Erdman Claude Eerdekens Yves Leterme


Blz. Page 4879 4880 4987 4988 4989 4990 5378 5380

Datum Date


15-12-2000 15-12-2000 15-12-2000 19-12-2000 20-12-2000 22-12-2000 22-12-2000 22-12-2000 27-12-2000

538 539 540 544 545 546 548 549 550

5382 5385 5388 5391 5514 5515 5752 5753 5872 5931 6032 6033 6035 6036 6110 6110 6113 6199 6201 6202 6289 6290 6292 6292 6377 6453 6454 6455 6566 6615 6739 6740

16- 2-2001

2000

2001

5101111111212151515171719222223262629292925999121313-

1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001

552 554 555 556 557 559 562 563 564 565 567 568 570 572 574 575 576 577 578 579 580 583 584 586 587 588 590 591 592 596

Auteur

Jean-Pierre Grafé Alfons Borginon Alfons Borginon Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mme Josée Lejeune Jef Valkeniers Mw. Maggie De Block Bruno Van Grootenbrulle Yves Leterme Yves Leterme Claude Eerdekens Claude Eerdekens Pierre Lano Claude Eerdekens Pierre Lano Pierre Lano Dirk Pieters André Frédéric Servais Verherstraeten Dirk Pieters Eric van Weddingen Eric van Weddingen Hubert Brouns Jean-Jacques Viseur Aimé Desimpel Jef Valkeniers Jef Tavernier Luc Sevenhans Patrick Moriau Lode Vanoost Hubert Brouns Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Mw. Maggie De Block Guido Tastenhoye Mw. Yolande Avontroodt Yves Leterme

Blz. Page 6815 6816 6816 6819 6819 6933 6935 6935 6937 7030 7139 7140 7141 7142 7143 7145 7146 7147 7147 7149 7150 7233 7235 7236 7237 7384 7385 7386 7387 7387 7467 7467 7547 7548 7548 7549 7550 7550 7713


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8504

Datum Date


16- 2-2001

597

2020232323232626281555667814141416161919192121232326272930304499-

2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 2-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001

599 600 603 604 605 606 607 608 610 611 612 613 614 615 617 619 620 623 624 625 626 627 628 629 630 632 633 635 636 637 638 640 641 642 643 644 645 646

Auteur

Ludo Van Campenhout Claude Eerdekens Arnold Van Aperen Claude Eerdekens Philippe Collard Claude Eerdekens Claude Eerdekens Geert Bourgeois Mw. Trees Pieters Mw. Frieda Brepoels Patrick Lansens Yves Leterme Bart Laeremans Ludo Van Campenhout Claude Eerdekens Georges Clerfayt Yves Leterme Dirk Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Yves Leterme Mw. Trees Pieters Alfons Borginon Eric van Weddingen Geert Bourgeois José Canon Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Hugo Philtjens Mw. Trees Pieters Geert Bourgeois Mw. Trees Pieters Gerolf Annemans Mw. Trees Pieters Marcel Hendrickx Eric van Weddingen Martial Lahaye Aimé Desimpel Jean-Jacques Viseur


Blz. Page 7715 7716 7717 7861 7861 7863 7863 7864 7864 7865 7990 7990 7991

Datum Date


11- 4-2001 11- 4-2001

647 648

Auteur

Blz. Page

Mw. Trees Pieters 8519 Francis Van den Eynde 8521

Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques Telecommunicatie — Télécommunications

13- 2-2001 29- 3-2001

156 169

Guido Tastenhoye Gerolf Annemans

7553 8408

Overheidsbedrijven en Participaties — Entreprises et Participations publiques

7992 7992 7993 7994 7996 7998 8000 8001 8209 8210 8212 8212 8214 8215 8216 8317 8318 8319 8320 8403 8403 8405 8406 8407 8517 8518

132329911-

2-2001 3-2001 3-2001 4-2001 4-2001

2000

2001

55 66 67 69 70

Guido Tastenhoye Martial Lahaye Gerolf Annemans André Schellens Jo Vandeurzen

7555 8323 8408 8521 8522

Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Ministre de l’Ećonomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes Economie — Ećonomie

24-10-2000 12- 1-2001 20- 2-2001 22- 3-2001 22- 3-2001 29- 3-2001 9- 4-2001 9- 4-2001 9- 4-2001

102 116 135 141 142 145 146 147 148

Francis Van den Eynde Mme Claudine Drion Geert Bourgeois Servais Verherstraeten Mme Josée Lejeune Geert Bourgeois Geert Bourgeois Martial Lahaye Martial Lahaye

6207 7155 7720 8324 8324 8410 8522 8523 8524

Wetenschappelijk Onderzoek — Recherche scientifique

25-10-1999

9

Alfons Borginon

873


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8505

Datum Date


25-11-1999

26

Jean-Pol Poncelet

1349

13- 1-2000

35

Filip Anthuenis

2066

27- 6-2000

45

Mw. Kristien Grauwels

4884

Auteur

Blz. Page

Datum Date


4- 4-2001

83

Auteur

Georges Clerfayt

Blz. Page 8411

Grootstedenbeleid — Politique des grandes villes

17- 7-2000

49

Mw. Simonne Creyf

5401

16- 6-2000

3

Geert Bourgeois

4754

18-10-2000

53

Yves Leterme

6117

27- 6-2000

4

Mw. Kristien Grauwels

4885

17-11-2000

64

Mw. Els Van Weert

6467

22-11-2000

69

Mw. Frieda Brepoels

6471

1-12-2000

70

Jan Eeman

6618


26- 1-2001

76


7391


14- 2-2001

80

Mw. Alexandra Colen 7559

30- 3-2001

82

Olivier Maingain


8411

13- 2-2001

2000

2001

23

Guido Tastenhoye

7560


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8507

(Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. (Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 86 van het reglement van de Kamer). II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken

Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères

DO 2000200110935

DO 2000200110935

Vraag nr. 134 van de heer Francis Van den Eynde van 11 april 2001 (N.) :

Question no 134 de M. Francis Van den Eynde du 11 avril 2001 (N.) :

Verwoestingen van het culturele erfgoed op Cyprus door het Turkse leger.

Destruction du patrimoine culturel chypriote par l’armée turque.

Het nieuwe jaarverslag van het ICOMOS (International Council for Monuments and Sites), met als titel « Bedreigde Erfenis », toont de omvang van de verwoestingen van het culturele erfgoed op Cyprus door het Turkse leger aan. In dit verslag dat de bedreiging voor het cultureel werelderfgoed beklemtoont en meer in het bijzonder deze die uitgaat van de aan de gang zijnde conflicten of oorlogen in verschillende landen, is immers een bladzijde gewijd aan de verwoesting van het Cypriotische erfgoed door het Turkse leger in het bezette gedeelte van het eiland. In het verslag staat ook dat de bezetting van de Turkse troepen in 1974 een verschrikkelijke tragedie heeft veroorzaakt voor de rijke erfenis aan monumenten en de culturele identiteit op het bezette gedeelte van het eiland. Het verslag vermeldt ook dat alle Griekse namen die getuigen van de oude Griekse cultuur na de Turkse invasie systematisch gewijzigd werden.

Le nouveau rapport annuel de l’ICOMOS (International Council for Monuments and Sites), relatif aux patrimoines menacés montre l’ampleur de la destruction du patrimoine culturel de Chypre par l’armée turque. Dans ce rapport qui met en évidence les menaces pour le patrimoine culturel mondial et plus particulièrement celles qui résultent de conflits ou de guerres en cours dans différents pays, une page est consacrée au saccage du patrimoine chypriote par l’armée turque dans la partie occupée de l’ıˆle. Le rapport mentionne aussi que l’occupation par les troupes turques en 1974 a représenté une tragédie énorme pour l’héritage riche en monuments et pour l’identité culturelle de la partie occupée de l’ıˆle. Le rapport mentionne que tous les noms grecs qui témoignent de l’ancienne culture grecque ont systématiquement été modifiés après l’invasion turque.

In het verslag wordt ook nog vermeld dat het bezettingsregime een stevige illegale handel in kunstwerken van het Cypriotisch culturele erfgoed op het getouw heeft gezet. Het is bovendien algemeen geweten dat de kerken die een herkenbaar symbool van de culturele identiteit van de regio zijn, regelmatig door vandalen worden aangepakt.

Le rapport précise aussi que le régime d’occupation a mis en place un commerce illégal intense d’œuvres d’art du patrimoine culturel chypriote. Il est en outre de notoriété publique que les églises qui sont un symbole reconnaissable de l’identité culturelle de la région ont été systématiquement saccagées par des vandales.

De kerken Panayia Apsinthiotissa, Agios Yiorgos in Karakoumi, Antifonitis, Ayios Nicolaos, Ayios The-

Les églises de Panayia Apsinthiotissa, Agios Yiorgos à Karakoumi, Antifonitis, Ayios Nicoloaos, Ayios


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8508

monianos, Panagia Afentriha, Acheropiitos, Ayios Filon ton Agridion, Ayios Fotios en vele andere zijn omgevormd tot moskeee¨n, terwijl vijftig andere kerken en kloosters als stapelplaatsen, stallen, herbergen, musea, bioscopen en openbare toiletten dient doen.

Themonianos, Panagia Afentriha, Acheropiitos, Ayios Filon ton Agridion, Ayios Fotios et beaucoup d’autres ont été transformées en mosquées tandis que cinquante autres églises et cloıˆtres servent d’entrepoˆts, d’étables, d’auberges, de musées, de cinémas ou de toilettes publiques.

Uit dit alles blijkt overduidelijk dat Turkije en het onwettige bezettingsregime op Cyprus alle internationale conventies aan hun laars lappen.

Il ressort très clairement de ce qui précède que la Turquie et son régime d’occupation illégal de Chypre foulent au pied toutes les conventions internationales.

Het is al even duidelijk dat de systematische vernietiging van monumenten in dit bezet gebied deel uitmaakt van een doelbewuste en vooraf geplande politiek die er voornamelijk op gericht is alle sporen van de Cypriotische geschiedenis en beschaving te doen verdwijnen en het bezette gedeelte van het eiland op deze wijze tot een Turks departement om te vormen.

Il est tout aussi manifeste que la destruction systématique de monuments dans cette région occupée procède d’une politique délibérée et planifiée, qui vise principalement à faire disparaıˆtre toutes les traces de l’histoire et de la civilisation chypriotes et de transformer ainsi cette partie occupée de l’ıˆle en un département turc.

Het is nog niet zo lang geleden dat de beschaafde wereld en ook onze regering zich ergerden aan de vernietiging van Boeddhabeelden in Afghanistan. Wat op Cyprus gebeurd is, is op zijn minst even erg.

Il n’y a pas si longtemps, le monde civilisé et notre gouvernement se sont émus de la destruction des bouddhas en Afghanistan. Ce qui s’est passé à Chypre est au moins aussi grave.

1. Is de regering van een en ander op de hoogte ?

1. Le gouvernement dispose-t-il d’informations à ce sujet ?

2. Zo ja, welke maatregelen werden er getroffen ?

2. Dans l’affirmative, quelles mesures ont-elles été prises ?

3. Is de regering nog steeds de mening toegedaan dat Turkije dat actief medeplichtig is in deze zaak nog steeds het statuut van kandidaat-lid van de EU verdient ?

3. Le gouvernement estime-t-il toujours que la Turquie, qui est complice et active en l’espèce, mérite encore le statut de candidat à l’adhésion européenne ?



DO 2000200110937

DO 2000200110937

Vraag nr. 396 van de heer Geert Bourgeois van 11 april 2001 (N.) :

Question no 396 de M. Geert Bourgeois du 11 avril 2001 (N.) :

BIVV. — Cursus als probatievoorwaarde uitgesproken door politierechters.

IBSR. — Cours à suivre en tant que condition probatoire prononcée par les juges du tribunal de police.

Volgens een artikel in de krant Het Volk van 5 april 2001 propageert het Belgisch Instituut voor de verkeersveiligheid (BIVV) al meer dan vijf jaar zijn lessencyclus van 20 uur als « alternatieve straf » voor verkeersovertreders. De helft van de cursisten zouden onder invloed van drank gereden hebben, een kwart bezondigde zich aan verkeersagressie en nog een kwart reed te snel. De leeftijd varieert van 18 tot 66 jaar. De cursus zou niet uit bijscholing bestaan maar uit sleu-

Un article du journal « Het Volk » du 5 avril 2001, rapporte l’Institut belge de la sécurité routière (IBSR) organise, depuis plus de cinq ans, un cycle de cours de 20 heures qui sert de peine de substitution pour les auteurs d’infractions au code de la route. La moitié des participants aurait conduit sous l’influence de la boisson, un quart s’est rendu coupable de comportement agressif et un quart encore roulait trop vite. Ils étaient aˆgés de 18 à 66 ans. Il ne s’agit pas tant de leur dispen-


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8509

telen aan de mentaliteit, sensibilisering dus. Er zou nu pas een evaluatie gebeuren van de oud-cursisten. Deze zou pas tegen eind 2001 klaar zijn.

ser une formation complémentaire que de faire évoluer les mentalités et donc, de les sensibiliser. Il ne serait procédé qu’actuellement à évaluation des participants, qui ne devrait être cloˆturée s’achever qu’à la fin 2001.

In Nederland en Duitsland daarentegen zou volgens de verklaring van het BIVV gebleken zijn dat oudcursisten minder vaak hervallen dan wie geen les volgde.

Aux Pays-Bas et en Allemagne en revanche, selon les déclarations de l’IBSR, il semblerait que les anciens participants récidiveraient moins souvent que ceux qui n’ont pas suivi ce cours.

1. Wanneer werd er met deze cursus gestart ?

1. Quand ce cours a-t-il débuté ?

2. Graag opgave per jaar van het aantal cursisten in het kader van een probatiemaatregel, per gewest.

2. J’aurais aimé connaıˆtre, par année et par région, le nombre de participants au cours dans le cadre d’une mesure probaboire.

3. Wordt de cursus individueel of in groep gegeven ?

3. Le cours est-il donné individuellement ou en groupe ?

4. Hoeveel bedraagt de kostprijs ervan ?

4. Quel en est le couˆt ?

5. Hoeveel personeelsleden (voltijdse equivalenten), totaal en uitgesplitst in N-F werken mee aan deze cursussen ?

5. Combien de personnes (nombre d’équivalentstemps plein, total et ventilé N-F) collaborent-elles à ces cours ?

6. a) Hoe wordt er gerapporteerd aan het einde van de cursus ?

6. a) Quel rapport est établi au terme du cours ?

b) Gebeurt er een evaluatie of wordt er aan de probatiecommissie alleen medegedeeld dat de cursus gevolgd werd ?

b) Une évaluation a-t-elle lieu ou informe-t-on seulement la commission de probation que le cours a été suivi ?

7. Waaruit bestaat deze cursus ?

7. Quel est le contenu de ce cours ?

8. Kan u opgave doen van de gegevens waaruit blijkt dat dergelijke cursisten in Nederland en Duitsland minder recidiveren ?

8. Pouvez-vous me fournir les données indiquant que les personnes ayant suivi le cours aux Pays-Bas et en Allemagne récidivent moins souvent ?

9. Hoelang worden dergelijke cursussen reeds als « alternatieve straf » opgelegd in Nederland en Duitsland ?

9. Depuis combien de temps de tels cours sont-ils donnés à titre de peine de substitution aux Pays-Bas et en Allemagne ?

10. Hoe komt het dat er pas nu voor het eerst een evaluatie gebeurt, hoewel de cursus reeds meer dan vijf jaar georganiseerd wordt ?

10. Comment se fait-il qu’il ne soit procédé que maintenant à la première évaluation alors que le cours est donné depuis plus de cinq ans ?



DO 2000200110930

DO 2000200110930

Vraag nr. 336 van mevrouw Trees Pieters van 11 april 2001 (N.) :

Question no 336 de Mme Trees Pieters du 11 avril 2001 (N.) :

Inzagerecht bij bezwaarschriften voortvloeiend uit grondige onderzoeken door de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie.

Droit de regard lors de réclamations découlant d’instructions approfondies menées par l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts.

Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 366 tot 376 WIB 1992 behoort het onderzoek van zowel de

Conformément aux dispositions des articles 366 à 376 du CIR 1992, l’instruction des réclamations, des


2000

2001


1095

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8510

bezwaarschriften, de vragen tot ontheffing als van (de al dan niet ambtshalve) verzoekschriften tot kwijtschelding of vermindering van de door de belastingambtenaren van de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie vastgestelde belastbare grondslagen inzake personenbelasting en inzake vennootschapsbelasting en van de opgelegde belastingverhogingen en/of administratieve geldboeten tot de uitsluitende juridische en territoriale bevoegdheid van de klassieke administratie der Directe Belastingen. De gewestelijke directeurs der Directe Belastingen of de door hen gedelegeerde ambtenaren beschikken daarbij over alle recht tot definitieve beslechting. Het is begrijpelijk dat bij talrijke gevallen de uiteindelijke mening over de gehele of gedeeltelijke inwilliging van alle aangevoerde argumenten, grieven of elementen grondig kan verschillen tussen enerzijds de onderzoekende BBI-ambtenaren en hun directieleden en anderzijds het standpunt van de gedelegeerde inspecteurs-dienstleiders en hun onderzoekende geschillenambtenaren verbonden aan de administratie der Directe Belastingen. Gemeenschappelijk overleg en interne rapportering over iedere afwijkende mening zou in principe moeten leiden tot een niet-arbitraire consensus of minstens aanleiding moeten geven tot aanvullende onderzoeken ten gunste van de belastingplichtigen, zonder uiteraard ook maar de bepalingen van artikel 375, tweede lid, WIB 1992 te schenden. Naar verluidt moet bij ieder in het vooruitzicht gestelde « gunstige » beslissing het bezwaardossier voorafgaandelijk worden onderworpen aan het schriftelijk advies en aan de definitieve stellingneming van de onderzoekende ambtenaren en hun verantwoordelijke BBI-directieleden. Alle notities en correspondentie van de BBI maken deel uit van het bezwaardossier en vormen een bestuurlijk document waarop de wet van 11 april 1994 in principe volledig van toepassing is (dit kan onder meer worden afgeleid uit het nummer 48 van de circulaire van 18 september 2000, gepubliceerd in het laatst uitgegeven Bulletin der belastingen, nr. 807/8.9.2000, blz. 1854). Terzake rijzen evenwel toch de volgende algemene praktische vragen. 1. a) Kadert deze administratieve handelwijze in de toepassing van alle beginselen van behoorlijk bestuur en meer bepaald van het beginsel van de « onpartijdigheid » waarvan onder meer sprake in het nr. 374/4 van de commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en in de nrs. 64 en 65 van voornoemde circulaire van 18 september 2000 ? b) Zo ja, hoe motiveren de beide fiscale administraties hun visie naar genoegen van fiscaal, burgerlijk en grondwettelijk recht ?


2000

demandes de dégrèvement et des requêtes (d’office ou non) en remise ou modération des bases imposables établies par les fonctionnaires de l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts en ce qui concerne l’impoˆt des personnes physiques et l’impoˆt des sociétés, ainsi que des majorations d’impoˆt et/ou amendes administratives imposées, relève de la compétence territoriale et juridique exclusive de l’administration classique des Contributions directes. Les directeurs régionaux des Contributions directes ou les fonctionnaires qu’ils délèguent disposent à cette fin du plein droit de statuer définitivement. On peut comprendre que, dans de nombreux cas, l’opinion finale des fonctionnaires instructeurs de l’ISI et de leur direction quant à la recevabilité totale ou partielle de tous les arguments, griefs ou éléments avancés peut différer fondamentalement du point de vue des inspecteurs-chefs de service délégués et de leurs fonctionnaires instructeurs attachés à l’administration des Contributions directes. Une concertation et l’établissement de rapports internes sur toute opinion divergente devrait en principe aboutir à un consensus non arbitraire ou du moins donner lieu à un complément d’enquête en faveur des contribuables, sans préjudice toutefois des dispositions de l’article 375, alinéa 2, du CIR 1992. Il semblerait qu’il faille, pour toute décision « favorable » envisagée, le dossier de réclamation doit faire l’objet d’un avis écrit et des fonctionnaires instructeurs et des membres responsables de la direction de l’ISI qui doivent adopter une position définitive. Toutes les annotations et la correspondance de l’ISI font partie du dossier de réclamation et constituent un document administratif auquel s’applique en principe intégralement la loi du 11 avril 1994 (c’est ce que l’on peut notamment déduire du numéro 48 de la circulaire du 18 septembre 2000, publiée dans le dernier numéro du Bulletin des contributions, no 807/8.9.2000, p. 1854). Les questions pratiques générales suivantes se posent néanmoins en la matière. 1. a) Ce comportement administratif est-il conforme à l’application de tous les principes de bonne gestion et plus particulièrement du principe d’« impartialité » visé notamment au numéro 374/4 du commentaire du Code des impoˆts sur les revenus 1992 et aux numéros 64 et 65 de la circulaire précitée du 18 septembre 2000 ? b) Dans l’affirmative, comment les deux administrations fiscales motivent-elles leur vision au regard du droit fiscal, civil et constitutionnel ?

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8511

c) Zo neen, welke maatregelen zullen er worden genomen om terstond een andere objectieve of neutrale handelwijze te hanteren ?

c) Dans la négative, quelles mesures seront prises pour définir en la matière une attitude objective ou neutre ?

2. a) Mag aan de belastingplichtige, mits totaal respect voor het beroepsgeheim, « inzage » worden verleend en kopie worden afgeleverd van zowel de BBI-verificatierapporten als van alle aanvankelijke en bijkomende onderzoeksnota’s en van alle interne administratieve briefwisseling opgesteld door de geschillenambtenaren en door de leidinggevende en de onderzoekende BBI-ambtenaren in het kader van de objectieve en « onpartijdige » behandeling van een geldig bezwaarschrift ?

2. a) Peut-on accorder au contribuable, dans le plein respect total du secret professionnel, un « droit de regard » dans les rapports de vérification de l’ISI et dans toutes les notes initiales et complémentaires de l’instruction ainsi que dans toute la correspondance administrative interne rédigée par les fonctionnaire chargés du litige et par les fonctionnaires dirigeants et instructeurs de l’ISI dans le cadre du traitement objectif et « impartial » d’une réclamation valable et lui fournir une copie de tous ces documents ?

b) Zo neen, welke wettelijke of reglementaire beletselen bestaan hiervoor en bij welke instanties kan belastingplichtige terecht voor ieder beklag hieromtrent ?

b) Dans la négative, quelles dispositions légales et réglementaires y font obstacle et à quelles instances le contribuable peut-il s’adresser pour toute plainte en la matière ?

3. a) Heeft de belastingplichtige of zijn gevolmachtigd raadsman het wettelijk recht, kennis, inzage en kopie te nemen van alle interne instructies of onderrichtingen die de uitwisseling van gegevens tussen de BBI en de administratie der Directe Belastingen regelen ?

3. a) Le contribuable ou le conseil qu’il mandate a-t-il légalement le droit de prendre connaissance et de recevoir copie de toutes les instructions internes régissant l’échange de données entre l’ISI et l’administration des Contributions directes ?

b) Zo neen, waarom mogen de rechten van de verdediging terzake blijkbaar worden geschonden ?

b) Dans la négative, pourquoi les droits de la défense peuvent-ils, en l’espèce être manifestement violés en la matière ?

4. a) Geldt bij dergelijke gevallen van meningsverschillen tussen beide belastingadministraties niet veeleer de onmiddellijke toepassing van het fiscaal adagium « in dubio contra fiscum » ?

4. a) L’adage fiscal « in dubio contra fiscum » ne s’applique-t-il pas plutoˆt immédiatement en cas de divergence d’opinion entre les deux administrations fiscales ?

b) Zo neen, waarom wordt aan de belastingplichtige het voordeel van de twijfel niet gegeven ?

b) Dans la négative, pourquoi le contribuable ne bénéficie-t-il pas du bénéfice du doute ?

5. In welke concrete mate kan, gelet op de beginselen van een behoorlijk en klantvriendelijk openbaar bestuur, belastingplichtige of zijn raadsman aan het gemeenschappelijk overleg tussen de BBI en de administratie der Directe Belastingen zelf praktisch deelnemen ?

5. Compte tenu des principes d’une bonne gestion publique axée sur le client, dans quelle mesure concrète le contribuable ou son conseil peut-il prendre concrètement part à la concertation entre l’ISI et l’administration des Contributions directes ?

6. Kan u punt per punt uw algemene ziens- en handelwijze meedelen in het licht van de bepalingen van zowel artikel 32 van de Grondwet en inzonderheid de algemene wet van 11 april 1994 als van alle beginselen van een behoorlijk en onpartijdig openbaar bestuur en de bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ?

6. Pouvez-vous communiquer, point par point, votre point de vue général à la lumière des dispositions de l’article 32 de la Constitution et en particulier de la loi générale du 11 avril 1994 ainsi que de tous les principes d’une bonne et impartiale gestion et des dispositions du Code des impoˆts sur les revenus 1992 ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8512

DO 2000200110932

DO 2000200110932

Vraag nr. 337 van mevrouw Claudine Drion van 11 april 2001 (Fr.) :

Question no 337 de Mme Claudine Drion du 11 avril 2001 (Fr.) :

Belgische kinderen geboren in landen waar de dubbele naam geldt.

Enfants belges nés dans un pays ou` le double nom est en vigueur.

Bij kinderen van Belgische ouders die geboren zijn in landen waar de dubbele naam geldt en er bij de burgerlijke stand zijn ingeschreven (zoals in Bolivie¨, bijvoorbeeld), staat die dubbele naam op hun identiteitskaart vermeld wanneer zij naar Belgie¨ terugkeren.

Les enfants de parents belges nés et inscrits à l’état civil dans certains pays ou` le double nom est en vigueur (c’est le cas pour la Bolivie, par exemple) portent ce double nom sur leur carte d’identité à leur retour en Belgique.

1. Blijven zij die dubbele naam dragen ook wanneer zij meerderjarig zijn ?

1. Le portent-ils au delà de leur majorité ?

2. Zo ja, kunnen zij die op hun kinderen overdragen ?

2. Si oui, peuvent-ils le transmettre à leurs enfants ?

3. Beschikt u over een raming van het aantal kinderen die in dat geval verkeren ?

3. Avez-vous une estimation du nombre d’enfants dans cette situation ?

DO 2000200110939

DO 2000200110939

Vraag nr. 338 van mevrouw Géraldine Pelzer-Salandra van 11 april 2001 (Fr.) :

Question no 338 de Mme Géraldine Pelzer-Salandra du 11 avril 2001 (Fr.) :

Officiersbrevetten van de voormalige gemeentepolitie.

Brevets d’officiers de l’ex-police communale.

In het kader van de hervorming van de politiediensten heerst er op bepaalde punten nog onzekerheid, wat het moreel van diverse categoriee¨n van politiemensen aantast.

Dans le cadre de la réforme des polices, certaines incertitudes pèsent sur le moral de différentes catégories de policiers.

Leden van de gemeentepolitie stellen mij vragen over de toekomst van de brevetten van officier van de gemeentepolitie (koninklijk besluit van 25 juni 1991) in het kader van de hervorming.

Je suis interpellée par des policiers communaux concernant l’avenir des brevets d’officiers (arrêté royal du 25 juin 1991) de la police communale dans le cadre de la réforme.

Volgens de inlichtingen waarover ik beschik zouden leden van de gemeentepolitie die deel uitmaken van het basiskader, in het bezit zijn van een universitair diploma en van een brevet van officier van politie na een basisopleiding van een jaar te hebben gevolgd en die verscheidene dienstjaren tellen, hun titels en verdiensten helemaal niet gevaloriseerd zien.

Selon les informations qui me sont transmises, un fonctionnaire de la police communale faisant partie du cadre de base, nanti d’un diploˆme universitaire, d’un brevet d’officier de police après avoir suivi la formation de base d’un an, et comptant plusieurs années de service n’obtiendrait aucune valorisation de ses titres et mérites.

Tijdens een overgangsperiode van vijf jaar zullen zij bovendien enkel tot het middenkader kunnen toetreden, op voorwaarde dat zij slagen voor een vergelijkend examen.

De plus, pendant une période transitoire de cinq ans, il lui sera uniquement possible d’accéder au cadre moyen, et cela, sous condition de réussite d’un examen concours. ` l’inverse : A

Daartegenover staat echter dat : A) personen die een jaar geleden bij de rijkswacht op grond van een universitair diploma in dienst werden genomen, onmiddellijk officier bij de nieuwe politie worden;


2000

A) une personne engagée il y a un an à la gendarmerie sur base d’un diploˆme universitaire devient directement officier dans la nouvelle police;

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8513

B) personen die een jaar geleden als aspirant-officier op grond van een universitair diploma bij de gemeentepolitie in dienst werden genomen, onmiddellijk officier worden;

B) une personne engagée il y a un an comme aspirant officier à la police communale sur base d’un diploˆme universitaire devient directement officier;

C) personen die een jaar geleden op grond van een graduaat of een universitair diploma bij de gerechtelijke politie in dienst werden genomen, onmiddellijk naar het middenkader van de nieuwe politie overgaan;

C) une personne engagée il y a un an à la police judiciaire sur base d’un graduat ou d’un diploˆme universitaire passe directement dans le cadre moyen de la nouvelle police;

D) bij wijze van overgangsmaatregel zullen de huidige eerstaanwezend inspecteurs 1e klas van de gemeentepolitie (M6), de adjudanten-niet-brigadecommandanten van de rijkswacht (M7) en sommige inspecteurs van de gerechtelijke politie (M7bis), als zij enkele jaren ancie¨nniteit en een positief evaluatierapport hebben maar zonder dat zij enigerlei examen hoeven af te leggen, onmiddellijk tot de graad van officier worden bevorderd.

D) par mesure transitoire, les actuels inspecteurs principaux de 1re classe de la police communale (M6), les adjudants non commandant de brigade de la gendarmerie (M7) et certains inspecteurs de la PJ (M7bis) seront promus directement au grade d’officier moyennant quelques années d’ancienneté et un rapport d’évaluation positif, sans passer aucun examen.

1. Kan u de redenen van die verschillende behandeling en die ernstige benadeling toelichten ?

1. Pouvez-vous expliquer les raisons de ces différences de traitement et de ce préjudice grave ?

2. Welke compenserende maatregelen worden overwogen om het evenwicht tussen die diverse componenten van de nieuwe politie te herstellen ?

2. Quelles sont les mesures compensatoires envisagées afin de rétablir l’équilibre entre ces différentes composantes de la nouvelle police ?



Sociale Zaken

Affaires sociales

DO 2000200110770

DO 2000200110770

Vraag nr. 268 van mevrouw Muriel Gerkens van 9 april 2001 (Fr.) :

Question no 268 de Mme Muriel Gerkens du 9 avril 2001 (Fr.) :

Contracten voor het engageren van podiumkunstenaars.

Contrats d’engagement d’artistes de spectacle.

Podiumkunstenaars die voor een optreden worden gee¨ngageerd, moeten een contract krijgen dat gelijkwaardig is aan een overeenkomst voor een loontrekkende. Dat houdt in dat de organisator de bijbehorende sociale bijdragen moet storten.

Les artistes de spectacle qui sont engagés pour une prestation doivent bénéficier d’un contrat d’équivalent salarié. Il en résulte que l’organisateur doit verser les cotisations sociales correspondantes.

1. Wil dat zeggen dat de organisator-werkgever een verzekering tegen arbeidsongevallen en beroepsziekten moet sluiten ?

1. En résulte-t-il que l’organisateur-employeur doit contracter une assurance accident de travail et maladies professionnelles ?

2. Ik neem aan dat een organisator die de zaken professioneel aanpakt, ervoor zorgt dat zijn artiesten verzekerd zijn. Maar hoe zit het met een organisator die op occasionele basis optredens regelt ?

2. Je suppose que lorsque l’organisateur est un professionnel du spectacle, ces couvertures de l’artiste sont assurées. Mais qu’en est-il pour l’organisateur occasionnel de spectacles ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8514

DO 2000200110933

DO 2000200110933

Vraag nr. 269 van mevrouw Annemie Van de Casteele van 11 april 2001 (N.) :

Question no 269 de Mme Annemie Van de Casteele du 11 avril 2001 (N.) :

CT-scanner in Medisch Centrum Aarschot.

Scanner CT au « Medisch Centrum Aarschot » (Centre médical d’Aerschot).

Het Medisch Centrum Aarschot (MCA) is juridisch een onderdeel van de VZW AZ Heilig Hart Tienen en maakt zowel qua beheer als qua medische raad en organisatie deel uit van het AZ Tienen. Er vinden poliklinische activiteiten plaats en het centrum was van 1990 tot 1998 betrokken in een pilootproject met betrekking tot daghospitalisatie en werd vanaf 1998 erkend voor chirurgische daghospitalisatie.

Juridiquement, le « Medisch Centrum Aarschot » (MCA) fait partie de l’ASBL « AZ Heilig Hart Tienen » et relève de l’« AZ Tienen » tant du point de vue de la gestion que pour le conseil médical et l’organisation. On y développe des activités de polyclinique et de 1990 à 1998, le centre a été associé à un projet pilote relatif à l’hospitalisation de jour et fut reconnu dès 1998 pour l’hospitalistion chirurgicale de jour.

Volgens de bestaande wetgeving kan er per verzorgingsinstelling maar één erkenningsnummer toegekend worden voor één dienst medische beeldvorming.

La législation existante prévoit l’octroi d’un seul numéro d’agrément pour un service d’imagerie médicale par institution de soins.

Bij ministerieel besluit van 13 januari 2000 werd door de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen een erkenning verleend van een dienst medische beeldvorming waarin een transversale axiale tomograaf staat opgesteld in het fusieziekenhuis AZ Heilig Hart voor de periode 1 januari 1998 tot en met 30 juni 2002.

Par arrêté ministériel du 13 janvier 2000, la ministre flamande ayant le Bien-être, la Santé et l’E´galité des chances dans ses attributions a accordé l’agrément d’un service d’imagerie médicale comportant un tomographe axial transverse à l’hoˆpital fusionné « AZ Heilig Hart » pour la période du 1er janvier 1998 au 30 juin 2002 inclus.

In het ministerieel besluit wordt gesteld dat een tomograaf is opgesteld op campus Sint-Jan en op campus Marie¨ndal. Van campus Sint-Elisabeth te Aarschot kon toen geen sprake zijn gezien de officie¨le erkenning van deze campus als chirurgisch dagziekenhuis pas later inging.

L’arrêté ministériel prévoit un tomographe au campus « Sint-Jan » et au campus « Marie¨ndal ». Il ne pouvait alors être question du campus « SintElisabeth » à Aerschot puisque l’agrément comme hoˆpital chirurgical de jour ne lui a été accordé que plus tard.

De beperkte kamer van het RIZIV heeft een inbreuk op artikel 4 van de nationale overeenkomst niet weerhouden in een beslissing van 26 september 2000 omdat het MCA juridisch en organisatorisch een onderdeel vormt van de VZW AZ Heilig Hart Tienen. De beroepskamer anderzijds besliste op 15 februari 2001 tot terugvordering van CT-scanner-prestaties door het MCA omdat het centrum geen identificatienummer heeft.

La chambre restreinte de l’INAMI n’a pas retenu d’infraction à l’article 4 de la convention nationale dans sa décision du 26 septembre 2000 car juridiquement et d’un point de vue organisationnel, le MCA fait partie de l’ASBL « AZ Heilig Hart Tienen ». La chambre de recours a par ailleurs décidé le 15 février 2001 la récupération des prestations de scanner CT du MCA car le centre n’a pas de numéro d’identification.

1. Wat is de juiste interpretatie ?

1. Quelle est l’interprétation exacte ?

2. In antwoord op vroegere vragen van collega’s heeft u gesteld dat volgens het bestuur van de gezondheidszorg er een viertal CT-scanners in een niet-erkende dienst zijn opgesteld.

2. En réponse à des questions antérieures de collègues, vous avez indiqué que selon l’administration des soins de santé, il y aurait quatre scanners CT installés dans des services non agréés.

Worden voor deze vier diensten de prestaties op een zelfde manier door het RIZIV teruggevorderd en geschorst ?

Pour ces quatre services, l’INAMI exige-t-il aussi la récupération et une suspension des prestations ?

3. Hoe kan de situatie in het belang van de patie¨nten worden rechtgetrokken ?

3. Comment peut-on redresser la situation dans l’intérêt des patients ?

4. Heeft u hierover al overlegd met de voor erkenning bevoegde gemeenschapsministers ?

4. Avez-vous entamé une concertation à ce sujet avec les ministres communautaires compétents en matière d’agrément ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8515



DO 2000200110921

DO 2000200110921

Vraag nr. 346 van de heer Yves Leterme van 9 april 2001 (N.) :

Question no 346 de M. Yves Leterme du 9 avril 2001 (N.) :

VZW in vereffening. — Afsluiten van de vereffening.

ASBL en liquidation. — Cloˆture de la liquidation.

In de VZW-wet van 27 juni 1921 stellen we vast (artikel 24) dat bij de vereffening van een VZW slechts van het actief kan gebruik gemaakt worden na de vereffening van het passief en dat de bestemming van de goederen moet worden bekendgemaakt in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad. Zij mag de rechten van derden niet schaden. In de wet werd echter in geen regeling voorzien voor de gevallen er geen actief meer is in de vereniging, maar alleen nog schulden.

Nous constatons que, selon la loi du 27 juin 1921 (article 24), en cas de liquidation d’une ASBL, l’actif ne peut être affecté qu’après l’acquittement du passif et que l’affectation des biens doit être publiée dans les annexes du Moniteur belge. Cette affectation ne peut porter préjudice aux droits de tiers. La loi ne prévoit toutefois rien pour les cas ou` il n’existe plus aucun actif dans l’association mais seulement des dettes.

1. Hoe dienen de formaliteiten aangaande vereffening en publicatie vervuld te worden in de gevallen dat het passief groter blijkt te zijn dan het actief ?

1. Comment remplir les formalités en matière de liquidation et de publication lorsque le passif est supérieur à l’actif ?

2. a) Moet er in het Belgisch Staatsblad een bekendmaking worden gedaan van het feit dat er geen vermogen te bestemmen valt ?

2. a) Faut-il annoncer au Moniteur belge qu’il n’existe pas de patrimoine à affecter ?

b) Zo ja, wanneer kan deze bekendmaking gebeuren ?

b) Dans l’affirmative, quand cette publication doitelle avoir lieu ?

3. Indien de publicatie slechts kan vanaf het ogenblik dat een regeling werd getroffen voor alle schuldeisers, waarbij dus de schuldeisers werden vergoed volgens de regels van de kunst : dit wil zeggen eerst de bevoorrechte schuldeisers en daarna ponds-ponds gewijze verdeling onder de andere schuldeisers, wat dient er dan te gebeuren in volgende situatie ?

3. Si la publication n’est possible qu’à partir du moment ou` un règlement a été trouvé pour tous les créanciers, ceux-ci ayant donc été indemnisés dans les règles (d’abord les créanciers privilégiés puis répartition au marc le franc entre les autres créanciers), que faut-il faire dans la situation suivante ?

De vereffenaar schrijft alle schuldeisers aan met de vraag hun vordering te laten geworden met oog op regeling van de schulden, maar één schuldeiser, waarvan men weet dat die er is, laat zijn vordering niet blijken.

Le liquidateur écrit à tous les créanciers pour les inviter à communiquer leur créance en vue d’un règlement des dettes mais un des créanciers, pourtant connu, ne fait pas valoir sa créance.

a) Is de vereffenaar dan in de onmogelijkheid om de vereffening af te sluiten ?

a) Le liquidateur est-il dans l’impossibilité de cloˆturer la liquidation ?

b) Moet hij de algemene vergadering hiervan op de hoogte stellen ?

b) Doit-il en informer l’assemblée générale ?

c) Kan een schuldeiser de afsluiting van een vereffening dan verhinderen tot zijn schulden verjaard zijn ?

c) Un créancier peut-il empêcher une liquidation jusqu’à ce que ses créances soient prescrites ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8516

DO 2000200110922

DO 2000200110922

Vraag nr. 347 van de heer Yves Leterme van 9 april 2001 (N.) :

Question no 347 de M. Yves Leterme du 9 avril 2001 (N.) :

VZW. — Stemrechtdifferentiatie. — Onvolwaardige stem.

ASBL. — Différenciation du droit de vote. — Voix incomplète.

Artikel 7 van de VZW-wet van 27 juni 1921 bepaalt dat alle leden van de algemene vergadering gelijk stemrecht hebben op de algemene vergadering, behalve in de gevallen waarin de statuten of de wet het anders voorzien. Hier kan uit afgeleid worden dat bepaalde leden van de algemene vergadering meer stemmen kunnen uitbrengen over een onderwerp dan andere leden van de algemene vergadering. Vaak probeert men op die manier de leden-oprichters een uitgebreider stemrecht te geven zodat deze mensen meer macht blijven behouden.

L’article 7 de la loi sur les ASBL du 27 juin 1921 prévoit que tous les membres de l’assemblée générale possèdent un même droit de vote à l’assemblée générale, sauf si les statuts ou la loi en disposent autrement. On peut en déduire que certains membres de l’assemblée générale peuvent exprimer plus de votes que d’autres sur un sujet. Souvent, on cherche ainsi à conférer un droit de vote plus large aux membres fondateurs afin qu’ils conservent plus de pouvoir.

1. De VZW-wet van 27 juni 1921 bevat geen uitdrukkelijke bepalingen over de wijze waarop de raad van beheer moet beraadslagen. Indien de statuten terzake evenmin iets preciseren, moeten de algemene beginselen inzake collegiale besluitvorming in principe worden nageleefd.

1. La loi du 27 juin 1921 sur les ASBL ne comporte pas de dispositions explicites sur la manière dont le conseil d’administration doit délibérer. Si les statuts ne prévoient rien non plus à cet égard, les principes généraux relatifs au processus de décision collégial doivent normalement être respectés.

a) Met deze stelling in het achterhoofd rijst de vraag of de stemrechtdifferentiatie kan gebruikt worden voor beslissingen in de raad van beheer ?

a) On peut dès lors se demander si la différenciation du droit de vote s’applique aussi aux décisions du conseil d’administration.

b) Kunnen bijgevolg bepaalde beheerders een groter aantal stemmen bezitten dan andere beheerders ? 2. Situatieschets : In de algemene vergadering en de raad van beheer van een VZW wordt er gebruikt gemaakt van verschillende categoriee¨n waarbinnen de stemgerechtigde leden of beheerders worden onderverdeeld. Elke categorie wordt een maximum aantal stemmen toegekend. Stel dat een categorie recht heeft op vier stemmen maar binnen deze schakel is het aantal stemgerechtigde leden of beheerders hoger dan vier, bijvoorbeeld twaalf.

b) Certains administrateurs peuvent-ils par conséquent disposer de plus de voix que d’autres ? ` l’assemblée générale et au 2. Cas de figure : A conseil d’administration d’une ASBL, on répartit les membres et les administrateurs ayant le droit de vote en différentes catégories. Chaque catégorie dispose d’un nombre de voix maximum. Imaginons qu’une catégorie ait droit à quatre voix mais que, dans ce créneau, le nombre de membres ou d’administrateurs ayant le droit de vote soit supérieur à quatre, par exemple douze.

a) Kan hieruit afgeleid worden dat een stemgerechtigd lid of beheerder minder dan een volwaardige stem heeft, met name 1/3 van een stem ?

a) Peut-on en déduire qu’un membre ou administrateur ayant le droit de vote dispose de moins d’une voix, en l’occurrence 1/3 de voix ?

b) Kan dit zo in de statuten worden voorzien ?

b) Les statuts peuvent-ils le prévoir ?

DO 2000200110929

DO 2000200110929



Brusselse rechtbanken. — Taalwetgeving.

Tribunaux bruxellois. — Législation sur l’emploi des langues.

Bij de Brusselse rechtbanken en parketten moet één derde van de magistraten door het diploma bewijzen

Dans les cours et parquets bruxellois, un tiers des magistrats doit prouver par leur diploˆme qu’ils ont


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8517

dat zij in het Nederlands de licentie in de rechten haalden, een ander derde moet bewijzen dat zij dit in het Frans deden. Twee derde van alle magistraten van de Brusselse rechtbanken en parketten moet bovendien via een taalexamen het bewijs geleverd hebben van de « kennis van de tweede taal ». Dit om hen toe te laten om in taalgemengde zaken anderstalige getuigen te horen en anderstalige documenten te begrijpen. Artikel 43, § 5, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken legt ook het principe vast dat de magistraten uitsluitend recht spreken in de taal van hun diploma. Dit is nodig omdat enkel het diploma en niet het taalexamen hun bevoegdheid daartoe waarborgt. 1. Bent u ervan op de hoogte dat bij Brusselse rechtbanken magistraten recht spreken in een taal die niet de taal is van hun diploma, wat uiteraard in strijd is met het reeds vermelde artikel 43, § 5, van voormelde wet van 15 juni 1935 ? Zeker drie gevallen zijn gekend van magistraten met een Nederlands diploma, die ingeschakeld worden in rechtsplegingen die in het Frans gevoerd worden.

obtenu la licence en droit en néerlandais et un autre tiers doit prouver l’avoir fait en français. Les deux tiers de tous les magistrats des tribunaux et parquets bruxellois doivent en outre, par le biais d’un examen linguistique, apporter la preuve d’une « connaissance de la deuxième langue ». Et ce, pour être autorisés à entendre des témoins parlant l’autre langue et à comprendre des documents rédigés dans l’autre langue dans le cadre d’affaires mixtes sur le plan linguistique. L’article 43, § 5, de la loi du 15 juin 1935 sur l’emploi des langues en matière judiciaire établit également le principe selon lequel les magistrats ne statuent que dans la langue de leur diploˆme. Ce principe est nécessaire car seul le diploˆme et non l’examen linguistique garantit leur compétence en ce domaine. 1. Eˆtes-vous au courant du fait que, dans les tribunaux bruxellois, des magistrats statuent dans une langue qui n’est pas celle de leur diploˆme, ce qui est évidemment contraire à l’article 43, § 5, de la loi du 15 juin 1935 ? Dans au moins trois cas connus, des magistrats porteurs d’un diploˆme établi en néerlandais ont été affectés à des procédures judiciaires menées en français.

2. Hun vonnissen en andere gerechtelijke handelingen zijn dus in strijd met de voormelde wettelijke bepalingen en dus nietig. Wat is het standpunt van de minister van Justitie ?

2. Leurs jugements et d’autres actes judiciaires sont donc contraires aux dispositions légales précitées et sont par conséquent nuls et non avenus. Quelle est la position du ministre de la Justice ?

3. Welke maatregelen denkt u te nemen om de werking van de Brusselse rechtbanken in overeenstemming te brengen met de bepalingen van de taalwetgeving ?

3. Quelles mesures envisagez-vous de prendre pour rendre le fonctionnement des tribunaux bruxellois à nouveau conforme aux dispositions de la législation sur l’emploi des langues ?



DO 2000200110923

DO 2000200110923

Vraag nr. 645 van de heer Aimé Desimpel van 9 april 2001 (N.) :

Question no 645 de M. Aimé Desimpel du 9 avril 2001 (N.) :

BTW. — Heffing. — Plaats. — « Intellectuele » diensten.

TVA. — Prélèvement. « intellectuels ».

Voor heffing van de BTW is van belang de plaats waar de dienst geacht wordt plaats te vinden.

Le lieu ou` le service est censé être offert est important pour le prélèvement de la TVA.

Voor « intellectuele » diensten was dat tot in het verleden steeds daar waar de dienstontvanger is gevestigd.

Jusqu’il y a plus, ce lieu a toujours été, pour les services « intellectuels », l’endroit ou` le bénéficiaire du service était établi.

Neem het voorbeeld van een Belgisch BTWplichtige ondernemer die diensten van beheer presteert voor een in Nederland gevestigde werkvennootschap.

Prenons l’exemple d’un entrepreneur belge assujetti à la TVA qui offre des services de gestion à une société établie aux Pays-Bas. Jusqu’il y a plus, l’adminis-


2000

2001

—

Lieu.

—

Services


1096

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8518

Tot in het recente verleden werd zonder morren door de administratie aanvaardt dat de plaats van de dienst zich in Nederland bevond met als gevolg dat de Belgische ondernemer op zijn facturatie geen Belgische BTW in rekening hoefde te brengen. De BTW werd « verlegd » naar het land van de dienstontvanger.

tration admettait sans réticence que le lieu du service se situait aux Pays-Bas et que, par conséquent, l’entrepreneur belge ne devait facturer aucune TVA belge. La TVA était « déplacée » vers le pays du bénéficaire du service.

Naar aanleiding van een zeer concrete casus maakt de administratie nu een onderscheid tussen diensten van « beheer en leiding » van een onderneming op basis van zaakvoerderschap, bestuurdersmandaat of krachtens overeenkomst (managementdiensten), en diensten van loutere informatieverstrekking en advies.

` la suite d’un cas très concret, l’administration A établit désormais une distinction entre les services de « gestion et de direction » d’une entreprise dans le cadre d’une gérance d’affaires, d’un mandat d’administrateur ou en vertu d’une convention (services de management) et les services consistant simplement en l’offre d’informations et d’avis.

Voor de eerste categorie stelt de administratie dat als plaats van de dienst geldt de vestigingsplaats van de dienstverrichter (dus Belgie¨).

Pour la première catégorie, l’administration considère que le lieu du service est l’endroit ou` est établi le dispensateur du service (en l’occurrence la Belgique).

Gevolg is dat Belgische BTW op de factuur verschuldigd is, een BTW die vervolgens door de buitenlandse BTW-plichtige middels een zeer omslachtige teruggaafprocedure in Brussel kan teruggevorderd worden.

Il en résulte que la TVA belge est due sur le montant de la facture, une TVA qui peut ensuite être réclamée à Bruxelles par le client étranger assujetti à la TVA au moyen d’une procédure de remboursement très complexe.

Slechts voor de tweede categorie van diensten blijft de verleggingsregeling van toepassing.

La règle du « déplacement » de la TVA ne reste applicable qu’à la seconde catégorie de services.

1. Heeft dit standpunt van de administratie een algemene werking of blijft dit beperkt tot deze ene casus ?

1. Ce point de vue de l’administration a-t-il une portée générale ou se limite-t-il à ce cas unique ?

2. Zo het standpunt een algemene werking heeft, acht u het dan opportuun dat het onmiddellijk wordt toegepast met retroactieve werking voor elke belastingplichtige en voor elke facturatie uit het verleden ?

2. Si le point de vue a une portée générale, jugezvous opportun qu’il soit appliqué immédiatement, avec effet rétroactif, à chaque assujetti à la TVA et à chaque facture établie dans le passé ?

3. Zo ja, is het dan opportuun dat bij navordering van Belgische BTW een boete aan de belastingplichtige wordt opgelegd ook al is deze herleid tot het maximum van 10 % ?

3. Dans l’affirmative, est-il opportun, en cas de réclamation ultérieure de la TVA belge, d’imposer une amende au contribuable, même si celle-ci est ramenée à 10 % maximum ?

DO 2000200110924

DO 2000200110924

Vraag nr. 646 van de heer Jean-Jacques Viseur van 9 april 2001 (Fr.) :

Question no 646 de M. Jean-Jacques Viseur du 9 avril 2001 (Fr.) :

Bedrijven die openbare diensten verlenen. — Klanten. — Facturering van de kosten voor de omschakeling naar de euro.

Sociétés fournissant des services publics. — Clients. — Facturation des frais de conversion en euro.

Toen de lidstaten van de Europese Unie beslisten de euro in te voeren, werd afgesproken dat de consument niet voor de financie¨le gevolgen van de overgang naar de euro zou opdraaien. Naar verluidt willen bepaalde bedrijven die openbare diensten verlenen, en in de eerste plaats Belgacom, de consument echter wél de kosten aanrekenen van de overgang van frank naar euro wanneer de standaardfactureringswijze gewijzigd moet worden.

Lors de l’adoption de l’euro par les pays européens, il avait été convenu que les consommateurs ne supporteraient pas de conséquences financières de la conversion en euro. Il semble que certaines sociétés fournissant des services publics, et au premier chef Belgacom, veuillent facturer aux consommateurs le couˆt du passage du franc belge à l’euro lorsqu’il s’agit de modifier la facturation standard.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8519

1. Is dat in overeenstemming met hetgeen waartoe de Staat zich verbonden heeft ?

1. Cette démarche est-elle compatible avec les engagements pris par l’E´tat ?

2. Valt te verwachten dat de overheidsdiensten of bedrijven die een openbare dienst verlenen (elektriciteit, kabeltelevisie, water, enz.) hun klanten de komende maanden omzettingskosten aanrekenen ?

2. Peut-on s’attendre à ce que, dans les mois à venir, les services publics ou les entreprises fournissant un service public (électricité, télédistribution, services des eaux, etc.) facturent à leurs clients des frais de conversion ?

DO 2000200110930

DO 2000200110930



Inzagerecht bij bezwaarschriften voortvloeiend uit grondige onderzoeken door de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie.

Droit de regard lors de réclamations découlant d’instructions approfondies menées par l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts.

Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 366 tot 376 WIB 1992 behoort het onderzoek van zowel de bezwaarschriften, de vragen tot ontheffing als van (de al dan niet ambtshalve) verzoekschriften tot kwijtschelding of vermindering van de door de belastingambtenaren van de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie vastgestelde belastbare grondslagen inzake personenbelasting en inzake vennootschapsbelasting en van de opgelegde belastingverhogingen en/of administratieve geldboeten tot de uitsluitende juridische en territoriale bevoegdheid van de klassieke administratie der Directe Belastingen. De gewestelijke directeurs der Directe Belastingen of de door hen gedelegeerde ambtenaren beschikken daarbij over alle recht tot definitieve beslechting.

Conformément aux dispositions des articles 366 à 376 du CIR 1992, l’instruction des réclamations, des demandes de dégrèvement et des requêtes (d’office ou non) en remise ou modération des bases imposables établies par les fonctionnaires de l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts en ce qui concerne l’impoˆt des personnes physiques et l’impoˆt des sociétés, ainsi que des majorations d’impoˆt et/ou amendes administratives imposées, relève de la compétence territoriale et juridique exclusive de l’administration classique des Contributions directes. Les directeurs régionaux des Contributions directes ou les fonctionnaires qu’ils délèguent disposent à cette fin du plein droit de statuer définitivement.

Het is begrijpelijk dat bij talrijke gevallen de uiteindelijke mening over de gehele of gedeeltelijke inwilliging van alle aangevoerde argumenten, grieven of elementen grondig kan verschillen tussen enerzijds de onderzoekende BBI-ambtenaren en hun directieleden en anderzijds het standpunt van de gedelegeerde inspecteurs-dienstleiders en hun onderzoekende geschillenambtenaren verbonden aan de administratie der Directe Belastingen.

On peut comprendre que, dans de nombreux cas, l’opinion finale des fonctionnaires instructeurs de l’ISI et de leur direction quant à la recevabilité totale ou partielle de tous les arguments, griefs ou éléments avancés peut différer fondamentalement du point de vue des inspecteurs-chefs de service délégués et de leurs fonctionnaires instructeurs attachés à l’administration des Contributions directes.

Gemeenschappelijk overleg en interne rapportering over iedere afwijkende mening zou in principe moeten leiden tot een niet-arbitraire consensus of minstens aanleiding moeten geven tot aanvullende onderzoeken ten gunste van de belastingplichtigen, zonder uiteraard ook maar de bepalingen van artikel 375, tweede lid, WIB 1992 te schenden.

Une concertation et l’établissement de rapports internes sur toute opinion divergente devrait en principe aboutir à un consensus non arbitraire ou du moins donner lieu à un complément d’enquête en faveur des contribuables, sans préjudice toutefois des dispositions de l’article 375, alinéa 2, du CIR 1992.

Naar verluidt moet bij ieder in het vooruitzicht gestelde « gunstige » beslissing het bezwaardossier voorafgaandelijk worden onderworpen aan het schriftelijk advies en aan de definitieve stellingneming van de onderzoekende ambtenaren en hun verantwoordelijke BBI-directieleden. Alle notities en corresponden-

Il semblerait qu’il faille, pour toute décision « favorable » envisagée, le dossier de réclamation doit faire l’objet d’un avis écrit et des fonctionnaires instructeurs et des membres responsables de la direction de l’ISI qui doivent adopter une position définitive. Toutes les annotations et la correspondance de


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8520

tie van de BBI maken deel uit van het bezwaardossier en vormen een bestuurlijk document waarop de wet van 11 april 1994 in principe volledig van toepassing is (dit kan onder meer worden afgeleid uit het nummer 48 van de circulaire van 18 september 2000, gepubliceerd in het laatst uitgegeven Bulletin der belastingen, nr. 807/8.9.2000, blz. 1854). Terzake rijzen evenwel toch de volgende algemene praktische vragen. 1. a) Kadert deze administratieve handelwijze in de toepassing van alle beginselen van behoorlijk bestuur en meer bepaald van het beginsel van de « onpartijdigheid » waarvan onder meer sprake in het nr. 374/4 van de commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en in de nrs. 64 en 65 van voornoemde circulaire van 18 september 2000 ? b) Zo ja, hoe motiveren de beide fiscale administraties hun visie naar genoegen van fiscaal, burgerlijk en grondwettelijk recht ? c) Zo neen, welke maatregelen zullen er worden genomen om terstond een andere objectieve of neutrale handelwijze te hanteren ? 2. a) Mag aan de belastingplichtige, mits totaal respect voor het beroepsgeheim, « inzage » worden verleend en kopie worden afgeleverd van zowel de BBI-verificatierapporten als van alle aanvankelijke en bijkomende onderzoeksnota’s en van alle interne administratieve briefwisseling opgesteld door de geschillenambtenaren en door de leidinggevende en de onderzoekende BBI-ambtenaren in het kader van de objectieve en « onpartijdige » behandeling van een geldig bezwaarschrift ? b) Zo neen, welke wettelijke of reglementaire beletselen bestaan hiervoor en bij welke instanties kan belastingplichtige terecht voor ieder beklag hieromtrent ? 3. a) Heeft de belastingplichtige of zijn gevolmachtigd raadsman het wettelijk recht, kennis, inzage en kopie te nemen van alle interne instructies of onderrichtingen die de uitwisseling van gegevens tussen de BBI en de administratie der Directe Belastingen regelen ? b) Zo neen, waarom mogen de rechten van de verdediging terzake blijkbaar worden geschonden ? 4. a) Geldt bij dergelijke gevallen van meningsverschillen tussen beide belastingadministraties niet veeleer de onmiddellijke toepassing van het fiscaal adagium « in dubio contra fiscum » ?


2000

l’ISI font partie du dossier de réclamation et constituent un document administratif auquel s’applique en principe intégralement la loi du 11 avril 1994 (c’est ce que l’on peut notamment déduire du numéro 48 de la circulaire du 18 septembre 2000, publiée dans le dernier numéro du Bulletin des contributions, no 807/8.9.2000, p. 1854). Les questions pratiques générales suivantes se posent néanmoins en la matière. 1. a) Ce comportement administratif est-il conforme à l’application de tous les principes de bonne gestion et plus particulièrement du principe d’« impartialité » visé notamment au numéro 374/4 du commentaire du Code des impoˆts sur les revenus 1992 et aux numéros 64 et 65 de la circulaire précitée du 18 septembre 2000 ? b) Dans l’affirmative, comment les deux administrations fiscales motivent-elles leur vision au regard du droit fiscal, civil et constitutionnel ? c) Dans la négative, quelles mesures seront prises pour définir en la matière une attitude objective ou neutre ? 2. a) Peut-on accorder au contribuable, dans le plein respect total du secret professionnel, un « droit de regard » dans les rapports de vérification de l’ISI et dans toutes les notes initiales et complémentaires de l’instruction ainsi que dans toute la correspondance administrative interne rédigée par les fonctionnaire chargés du litige et par les fonctionnaires dirigeants et instructeurs de l’ISI dans le cadre du traitement objectif et « impartial » d’une réclamation valable et lui fournir une copie de tous ces documents ? b) Dans la négative, quelles dispositions légales et réglementaires y font obstacle et à quelles instances le contribuable peut-il s’adresser pour toute plainte en la matière ? 3. a) Le contribuable ou le conseil qu’il mandate a-t-il légalement le droit de prendre connaissance et de recevoir copie de toutes les instructions internes régissant l’échange de données entre l’ISI et l’administration des Contributions directes ? b) Dans la négative, pourquoi les droits de la défense peuvent-ils, en l’espèce être manifestement violés en la matière ? 4. a) L’adage fiscal « in dubio contra fiscum » ne s’applique-t-il pas plutoˆt immédiatement en cas de divergence d’opinion entre les deux administrations fiscales ?

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8521

b) Zo neen, waarom wordt aan de belastingplichtige het voordeel van de twijfel niet gegeven ? 5. In welke concrete mate kan, gelet op de beginselen van een behoorlijk en klantvriendelijk openbaar bestuur, belastingplichtige of zijn raadsman aan het gemeenschappelijk overleg tussen de BBI en de administratie der Directe Belastingen zelf praktisch deelnemen ? 6. Kan u punt per punt uw algemene ziens- en handelwijze meedelen in het licht van de bepalingen van zowel artikel 32 van de Grondwet en inzonderheid de algemene wet van 11 april 1994 als van alle beginselen van een behoorlijk en onpartijdig openbaar bestuur en de bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ?

b) Dans la négative, pourquoi le contribuable ne bénéficie-t-il pas du bénéfice du doute ? 5. Compte tenu des principes d’une bonne gestion publique axée sur le client, dans quelle mesure concrète le contribuable ou son conseil peut-il prendre concrètement part à la concertation entre l’ISI et l’administration des Contributions directes ?

DO 2000200110936

DO 2000200110936

Vraag nr. 648 van de heer Francis Van den Eynde van 11 april 2001 (N.) : BTW. — Leasing en aankoop van nieuwe wagens. — Aftrekbaarheid. Een verkoper van nieuwe personenwagens betaalt de aankoop van een nieuwe demonstratiewagen met een leasing (korte termijn — 6 maanden) en licht de optie bij de laatste vervaldag, dus koopt hij het voertuig en verkoopt het onmiddellijk door aan een particuliere koper. 1. Wat met de toepassing van artikel 45, § 2, van het BTW-Wetboek ? 2. Is de leasing van de nieuwe wagen hier slechts gedeeltelijk aftrekbaar ondanks het feit dat de leasing hier moet beschouwd worden als een vorm van financiering tot aankoop ? 3. Is de aankoop van de wagen volledig aftrekbaar bij de lichting van de optie ?

Question no 648 de M. Francis Van den Eynde du 11 avril 2001 (N.) : TVA. — Leasing et achat de nouvelles voitures. — Déductibilité. Un vendeur de voitures neuves paie l’achat d’une nouvelle voiture de démonstration en leasing (court terme — 6 mois) et lève l’option le dernier jour de l’échéance, il achète donc le véhicule et le vend immédiatement à un acheteur particulier.



Overheidsbedrijven en Participaties

Entreprises et Participations publiques

6. Pouvez-vous communiquer, point par point, votre point de général à la lumière des dispositions de l’article 32 de la Constitution et en particulier de la loi générale du 11 avril 1994 ainsi que de tous les principes d’une bonne et impartiale gestion et des dispositions du Code des impoˆts sur les revenus 1992 ?

1. Qu’en est-il de l’application de l’artice 45, § 2, du Code de la TVA ? 2. Le leasing d’une nouvelle voiture n’est-il ici que partiellement déductible en dépit du fait qu’il faut le considérer ici comme une forme de financement de l’achat ? 3. L’achat de la voiture est-il totalement déductible lors de la levée de l’option ?

DO 2000200110925

DO 2000200110925

Vraag nr. 69 van de heer André Schellens van 9 april 2001 (N.) : Rijkswachtkazernes te Aarschot. De voorbereidingen voor de samensmelting van de gemeentepolitie en de rijkswacht verlopen vlot in Aarschot.

Question no 69 de M. André Schellens du 9 avril 2001 (N.) : Caserne de gendarmerie à Aerschot. Les préparatifs en vue de la fusion de la police communale et de la gendarmerie vont bon train à Aerschot.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8522

De manschappen van de vroegere rijkswacht worden in de loop van de maand september 2001 ondergebracht in het nieuw politiegebouw.

Les effectifs de l’ancienne gendarmerie seront transférés dans le nouveau baˆtiment de la police dans le courant du mois de septembre 2001.

Volgens bekomen gegevens zou een gedeelte van de rijkswachtkazerne voor een symbolische frank naar de stad gaan. Het betreft het administratief gebouw en de garages.

Selon des informations que j’ai reçues, une partie de la caserne de gendarmerie serait cédée à la commune pour le franc symbolique. Il s’agit du baˆtiment administratif et des garages.

Wat zal er gebeuren met de huidige logementen van de rijkswachtkazernes ? Het lijkt mij logisch dat de volledige eigendom zou overgedragen worden aan de stad Aarschot.

Qu’adviendra-t-il des logements des casernes de gendarmerie ? Il me semble logique que l’intégralité de la propriété soit transférée à la ville d’Aerschot.

DO 2000200110928

DO 2000200110928

Vraag nr. 70 van de heer Jo Vandeurzen van 11 april 2001 (N.) :

Question no 70 de M. Jo Vandeurzen du 11 avril 2001 (N.) :

Regie der Gebouwen. — Investeringen in Limburg.

Régie des Baˆtiments. — Investissements dans le Limbourg.

1. Welke investeringen plant de Regie der Gebouwen in Limburg ?

1. Quels investissements la Régie des Baˆtiments envisage-t-elle de réaliser dans le Limbourg ?

2. Welke middelen zijn hiervoor vereist ?

2. Quels moyens ces investissements nécessitent-ils ?

3. Hoe verhoudt zich de budgettaire inspanning tot datgene wat voorzien is voor de andere provincies ?

3. Quelle est l’importance de l’effort budgétaire consenti en comparaison avec ce qui est prévu pour les autres provinces ?



Economie

Ećonomie

DO 2000200110919

DO 2000200110919



Vertaling in het Nederlands van Europese normen.

Traduction néerlandaise de normes européennes.

Op 12 februari 2001 schreef het Waalse bedrijf BTG uit Lessines, dat onder andere medische gassen, zoals zuurstof en lachgas levert, aan haar Nederlandstalige klanten volgende in keurig Nederlands opgestelde brief :

Le 12 février 2001, l’entreprise wallonne BTG, établie à Lessines, qui assure notamment la fourniture de gaz à usage médical, comme l’oxygène et le gaz hilarant, a envoyé à ses clients néerlandophones une lettre rédigée dans un néerlandais soigné et dont voici la traduction française :

« Nieuwe reglementering norm EN 737.3-1998.


« Nouvelle réglementation norme EN 737.3-1998.

2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8523

Deze norm, in verband met distributie van medische gassen is reeds het onderwerp geweest van een groot aantal gesprekken en discussies.

Cette norme, relative à la distribution des gaz à usage médical, a déjà fait l’objet de nombreuses discussions.

Ondanks verschillende pogingen bij verschillende instanties om een Nederlandstalige versie te verkrijgen, blijft het gegeven dat deze Europese norm enkel verkrijgbaar is in de Franse, Engelse en Duitse taal.

En dépit de plusieurs tentatives entreprises auprès de différentes instances en vue d’obtenir une version néerlandaise, cette norme européenne n’est toujours disponible qu’en langues française, anglaise et allemande.

Wij willen hier geen taalpolemiek voeren, maar stellen ons toch vragen, gelet op het feit dat het hier gaat over de volksgezondheid. Het « Belgisch Instituut voor normalisatie » beweert evenwel over geen budgetten te beschikken om ook een Nederlandstalige versie uit te brengen. »

Nous ne souhaitons pas engager une polémique linguistique, mais nous nous posons toutefois certaines questions puisqu’il s’agit d’un problème de santé publique. L’Institut belge de normalisation prétend cependant ne pas disposer des budgets nécessaires pour assurer la publication d’une version néerlandaise. »

Het genoemde « Belgisch Instituut voor normalisatie »(VZW BIN) is een erkende instelling van openbaar nut, onder voogdij van het ministerie van Economische Zaken. De belangrijkste taak van het BIN is het uitwerken van normen. Het doel hiervan is « het scheppen van een optimaal maatschappelijk economisch kader, waarbinnen handelsbelemmeringen zijn weggewerkt; producten, diensten en processen zijn geoptimaliseerd en de veiligheid van mens en milieu zijn gewaarborgd ». (Bron : webstek : www.bin.be.)

L’Institut belge de normalisation (l’ASBL IBN) est un établissement d’intérêt publiquc reconnu et placé sous la tutelle du ministère des Affaires économiques. L’institut a pour mission principale « d’élaborer des normes, dans le but de créer un cadre économique et social optimal, à l’intérieur duquel les entraves au commerce sont supprimées; les produits, services et procédés sont optimalisés et la sécurité des personnes et l’environnement est garanti ». (Source : www.ibn.be.)

Veiligheid gewaarborgd, behalve voor de Vlamingen, die blijkbaar minder recht hebben op een veilige medische behandeling dan Frans- of Duitstaligen.

La sécurité est donc garantie, excepté pour les Flamands qui ne disposent apparemment pas des mêmes droits en matière de traitements médicaux suˆrs que les francophones ou les germanophones.

1. Waarom is er van de bovenvermelde norm geen officie¨le Nederlandstalige versie ?

1. Pourquoi la version néerlandaise officielle de la norme susmentionnée n’est-elle pas disponible ?

2. Klopt het dat het Belgisch Instituut voor normalisatie over geen budgetten beschikt om een Nederlandstalige versie uit te brengen van Europese regels en normen ?

2. Est-il exact que l’Institut belge de normalisation ne dispose pas des budgets requis pour publier une version néerlandaise des règles et normes européennes ?

3. a) Zijn er nog andere Europese normen waarvan geen officie¨le Nederlandse vertaling bestaat ?

3. a) Existe-t-il d’autres normes européennes pour lesquelles une traduction néerlandaise fait défaut ?

b) Zo ja, over hoeveel en over welke normen gaat het ?

b) Dans l’affirmative, de quelles normes s’agit-il ?

DO 2000200110920

DO 2000200110920

Vraag nr. 147 van de heer Martial Lahaye van 9 april 2001 (N.) :

Question no 147 de M. Martial Lahaye du 9 avril 2001 (N.) :

Sluiting van een Brits bedrijf. — Procedure van aankondiging.

Fermeture d’une entreprise britannique. — Procédure d’annonce.

Het Franse ministerie van Economische Zaken start een onderzoek naar de procedure die het bedrijf Marks & Spencer volgde bij de aankondiging van de sluiting van haar winkels op het vasteland.

Le ministère français des Affaires économiques a ouvert une enquête sur la procédure suivie par l’entreprise Marks & Spencer pour l’annonce de la fermeture de ses magasins sur le continent.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8524

De Fransen vinden de manier en het tijdstip waarop de werknemers het verlies van hun baan vernamen ongehoord en dreigen met sancties tegen het bedrijf. Ook een 200-tal Belgische werknemers verliezen hun job bij dit bedrijf en ongetwijfeld zullen zij hieromtrent op dezelfde manier geı¨nformeerd zijn.

Les Français jugent inadmissibles la manière dont les travailleurs ont appris la perte de leur emploi et le moment ou` cette information a été communiquée et menacent de prendre des sanctions contre l’entreprise. Quelque 200 travailleurs belges perdent, eux aussi, l’emploi qu’ils occupaient dans cette entreprise et ils en ont sans nul doute été informés de la même manière.

Overweegt u ook, in navolging van wat in Frankrijk gebeurt, een onderzoek en eventuele stappen tegen het Britse bedrijf Marks & Spencer ?

Envisagez-vous également, à l’instar de ce qui se passe en France, de faire procéder à une enquête et d’entreprendre d’éventuelles démarches contre l’entreprise britannique Marks & Spencer ?

DO 2000200110764

DO 2000200110764



Winkelketens en postorderbedrijven. — Kredietopeningen.

Chaıˆnes de magasins et entreprises de vente par correspondance. — Ouvertures de crédit.

In de negatieve risicocentrale van de NBB werden vorig jaar 10 465 nieuwe nalatige kredietnemers geregistreerd. Opvallend hierbij : de toename van kredietschulden via kredietopeningen bij winkelketens en postorderbedrijven.

L’an dernier, la centrale des risques de la BNB a enregistré 10 465 nouveaux débiteurs en défaut de paiement. Ces chiffres montrent une augmentation surprenante des dettes de crédits provenant d’ouvertures de crédits accordées par des chaıˆnes de magasins et des entreprises de vente par correspondance.

Kredietverlening vergt heel wat expertise. Kredietbeslissingen worden het best op een objectieve basis beslist, zonder druk door eventueel te realiseren verkoopcijfers.

Accorder des crédits exige une grande expertise. Une telle décision doit se prendre, de préférence, sur la base de critères objectifs et non pas en subissant la pression de chiffres de ventes éventuels à atteindre.

Zou in dit kader niet kunnen overwogen worden om voor winkelketens en postorderbedrijven — dit zijn niet-professionele kredietverstrekkers — een verbod in te voeren om zich te bedienen van de techniek van de kredietopening bij het aanbieden van verkopen op afbetaling ?

Dans ce contexte, ne pourrait-on pas envisager d’interdire aux chaıˆnes de magasins et aux entreprises de vente par correspondance — qui sont des fournisseurs de crédits non professionnels — de proposer la technique de l’ouverture de crédit pour leurs ventes à tempérament ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8525

III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres.


Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi

DO 2000200110862

DO 2000200110862

Vraag nr. 206 van de heer Paul Timmermans van 26 april 2001 (Fr.) :

Question no 206 de M. Paul Timmermans du 26 avril 2001 (Fr.) :

Maatregelen met het oog op de integratie van bestaansminimumtrekkers op de arbeidsmarkt.

Mesures visant l’insertion professionnelle des minimexés.

Ingevolge het « Lenteprogramma », dat de Ministerraad op 27 maart 2000 goedkeurde, werden twee maatregelen genomen om bestaansminimumtrekkers op te nemen in het arbeidsproces.

Le « programme Printemps », adopté en Conseil des ministres du 27 mars 2000 a permis la mise en place de deux mesures visant à l’insertion professionnelle des minimexés.

Kan u thans, één jaar later, volgende gegevens meedelen :

Pourriez-vous préciser, un an après la décision :

1. het aantal OCMW’s dat een overeenkomst gesloten heeft met de uitzendbranche, en voor zover mogelijk de naam van het bedrijf dat de overeenkomst is aangegaan;

1. le nombre de CPAS ayant conclu une convention avec le secteur de l’intérim et, dans la mesure du possible, la dénomination de l’entreprise qui a conclu cette convention;

2. het aantal bestaansminimumtrekkers dat van de maatregel gebruik heeft kunnen maken, per gewest en per type van overeenkomst (mogelijke evolutie);

2. le nombre de minimexés ayant bénéficié de cette mesure, selon les régions et selon le type d’évolution de ces contrats;

3. het aantal werkgeversgroeperingen dat reeds werd opgericht, of nog in wording is, per gewest;

3. le nombre de groupements d’employeurs qui ont été créés, ou qui sont sur le point de l’être, par régions;

4. de aan de onderscheiden maatregelen reeds bestede middelen ?

4. les masses budgétaires déjà engagées par les différentes mesures ?

Antwoord : Gelieve hierna het antwoord op de gestelde vraag te vinden.

Réponse : Vous trouverez ci-dessous la réponse à la question posée.

Met betrekking tot het derde punt van uw vraag, verwijs ik naar punt 4 van mijn antwoord op de parlementaire vraag nr. 170 van 23 januari 2001 van de heer F. Anthuenis, van 13 januari 2001. Dit antwoord werd gepubliceerd in het bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, 2000-2001, nr. 66, blz. 7395 en volgende.

En ce qui concerne le troisième point de votre question, je vous renvoie au point 4 de ma réponse à la question parlementaire no 170 du 23 janvier 2001 de M. F. Anthuenis. Cette question a été publiée dans le bulletin des Questions et Réponses, Chambre, 20002001, no 66, p. 7395 et suivantes.

Op de overige punten van uw vraag werd reeds een antwoord verstrekt door mijn collega van Begroting,

Les autres points de votre question ont déjà reçu réponse par mon collègue du Budget, de l’Intégration


2000

2001


1097

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8526

Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, tot wie uw parlementaire vraag nr. 70 van 26 maart 2001 werd gericht. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20002001, nr. 73, blz. 8233).

sociale et de l’Ećonomie sociale auquel a été adressée votre question parlementaire no 70 du 26 mars 2001. (Questions et Réponses, Chambre, 2000-2001, no 73, p. 8233).

Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie

Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’Ećonomie sociale

Maatschappelijke Integratie

Intégration sociale

DO 2000200110978

DO 2000200110978

Vraag nr. 73 van de heer Tony Smets van 18 april 2001 (N.) :

Question no 73 de M. Tony Smets du 18 avril 2001 (N.) :

Invoeginterim. — Uitzendkantoren. — Bestaansminimumtrekkers.

Intérim d’insertion. — Agences intérimaires. — Bénéficiaires du minimum de moyens d’existence.

De sociale programmawet van 12 augustus 2000 stelt de mogelijkheid van invoeginterim in. Het doelpubliek van deze maatregel zijn langdurig werklozen, bestaansminimumtrekkers en sociale uitkeringstrekkers. Erkende uitzendkantoren krijgen de mogelijkheid om aan deze categoriee¨n van werkzoekenden een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur aan te bieden. Blijkens persberichten verloopt de invulling van het contingent invoeguitzendkrachten moeizaam. Sommigen leggen de oorzaak bij de bestaanminimumtrekkers. Nochtans blijkt uit een HIVA-studie dat één bestaansminimumtrekker op drie inzetbaar is op de arbeidsmarkt. Naar verluidt zou een aantal OCMW’s een weinig coo¨peratieve houding aannemen naar de uitzendkantoren toe voor de invulling van de vacatures voor invoeginterims.

1. Wat is de huidige stand van zaken betreffende het aantal invoeginterims dat effectief aan de slag is ?

La loi du 12 aouˆt 2000, portant des dispositions sociales, budgétaires et diverses instaure la possibilité de recourir à l’intérim d’insertion. Les demandeurs d’emploi inoccupés de longue durée, les bénéficiaires du minimum de moyens d’existence et les bénéficiaires de l’aide sociale financière constituent le public cible de cette mesure. Les agences intérimaires agréées ont la possibilité d’engager ces catégories de demandeurs d’emploi avec un contrat à durée indéterminée. Selon des informations parues dans la presse, le contingent d’intérimaires d’insertion est difficile à atteindre. Certains pensent que ce problème est lié aux bénéficiaires du minimum de moyens d’existence. Or, une étude menée par l’IST révèle qu’un minimexé sur trois peut être inséré sur le marché du travail. Il me revient qu’un certain nombre de CPAS aurait adopté une attitude peu coopérative à l’égard des agences intérimaires pour remplir les fonctions vacantes des intérims d’insertion. ` l’heure actuelle, combien d’intérimaires 1. A d’insertion travaillent réellement ?

2. Zijn er aanwijzingen dat er onwil bestaat in hoofde van de bestaansminimumtrekkers om in het systeem van invoeginterim te stappen ?

2. Des miniméxés auraient-ils fait preuve de mauvaise volonté pour intégrer le système de l’intérim d’insertion ?

3. a) Klopt de stelling dat een aantal OCMW’s dwars ligt in de samenwerking met de uitzendkantoren om het systeem van invoeginterim operationeel te maken ?

3. a) Est-il exact qu’un certain nombre de CPAS ne collaborent pas de manière correcte avec les agences intérimaires afin de rendre le système de l’intérim d’insertion opérationnel ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8527

b) Op welke manier wordt de samenwerking van de OCMW’s met de uitzendkantoren opgevolgd ?

b) Comment est organisé le suivi de la coopération des CPAS avec les agences intérimaires ?

c) Welke initiatieven overweegt u te nemen om OCMW’s die een samenwerking met de uitzendsector weigeren of belemmeren, in de toekomst een constructieve houding te laten aannemen ?

c) Quelles initiatives envisagez-vous de prendre pour que les CPAS qui refusent ou entravent la coopération avec le secteur intérimaire adoptent à l’avenir une attitude constructive ?

Antwoord : In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.

Réponse : En réponse aux questions posées, j’ai l’honneur de répondre ce qui suit à l’honorable membre.

Zoals aan het geachte lid reeds werd gepreciseerd in antwoord op zijn vorige parlementaire vraag nr. 66 van 23 februari 2001 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2000-2001, nr. 70, blz. 7878) over hetzelfde onderwerp en aan zijn collega volksvertegenwoordiger de heer Timmermans op de vraag nr. 70 van 26 maart 2001 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2000-2001, nr. 73, blz. 8233), zijn verschillende fasen nodig geweest voor de uitvoering van het invoeginterimprogramma.

Comme déjà précisé à l’honorable membre concernant sa question parlementaire précédente no 66 du 23 février 2001 (Questions et Réponses, Chambre, 2000-2001, no 70, p. 7878) relative au même objet, ainsi qu’à son collègue et député, M. Timmermans concernant sa question no 70 du 26 mars 2001 (Questions et Réponses, Chambre, 2000-2001, no 73, p. 8233), la mise en pratique du programme d’intérim d’insertion a nécessité diverses étapes.

De eerste invoeginterimovereenkomsten konden reeds in januari 2001 met de bestaansminimum- en steungerechtigden worden gesloten.

Dès le mois de janvier 2001, les premières conventions d’intérim d’insertion ont pu être signées avec les bénéficiaires du minimex et de l’aide sociale.

Aangezien het om een nieuwe maatregel gaat die moet worden uitgewerkt in de praktijk van de uitzendbureaus en de OCMW’s, werd een eerste evaluatie in maart 2001 voorzien voor de eerste acht uitzendbureaus die een kaderovereenkomst in oktober 2000 hadden gesloten.

Considérant qu’il s’agit d’une nouvelle mesure qui doit s’implémenter dans la pratique des entreprises du travail intérimaire et des CPAS, il a été prévu d’effectuer une première évaluation en mars 2001 pour les huit premières entreprises de travail intérimaire qui avaient signé une convention cadre en octobre 2000.

Deze eerste evaluatie is aan de gang. Zij slaat op de eerste drie maanden van het jaar 2001. Zij zal worden aangevuld met een kwalitatieve evaluatie. De volgende gegevens zijn thans bekend :

Cette première évaluation est en cours. Elle porte sur les trois premiers mois de l’année 2001. Elle sera ` l’heure complétée par une évaluation qualitative. A actuelle, les données suivantes sont connues :

1) Aantal bestaansminimum- en steungerechtigden betrokken in een selectieprocedure met een uitzendbureau : 2 100.

1) Nombre de bénéficiaires du minimex et de l’aide sociale engagés dans la procédure de sélection avec une entreprise de travail intérimaire : 2 100.

2) Aantal bestaansminimum- en steungerechtigden met een arbeidsovereenkomst : 293.

2) Nombre de bénéficiaires du minimex et de l’aide sociale ayant un contrat de travail : 293.

Ik denk daarenboven dat ik reeds tal van initiatieven heb genomen om het systeem aantrekkelijk te maken in een geest van samenwerking, zowel voor de OCMW’s als voor de uitzendbureaus :

Je pense en outre avoir déjà effectué bon nombre d’initiatives de sorte que le système soit attractif à appliquer dans une optique de collaboration, tant pour les CPAS que pour les entreprises de travail intérimaires :

— voor dergelijke activering geldt een systeem van voorlopige financiering van de OCMW’s door middel van het koninklijk besluit van 24 november 2000 (Belgisch Staatsblad van 21 december 2000), een systeem dat reeds in werking is getreden;

— ce type d’activation bénéficie d’un système de préfinancement des CPAS par le biais de l’arrêté royal du 24 novembre 2000 (Moniteur belge du 21 décembre 2000) et est déjà opérationnel;

— begeleidingspersoneel werd specifiek aangeworven voor de opvolging van dit project in de meeste grote uitzendbureaus die een overeenkomst hebben gesloten met de minister van Maatschappelijke Integratie;

— du personnel d’encadrement a été recruté spécifiquement pour suivre ce projet dans la plupart des grandes entreprises de travail intérimaire conventionnées avec le ministre de l’Intégration sociale;

— modelovereenkomsten tussen de uitzendbureaus

— entreprises de travail intérimaire et les CPAS ont


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8528

en de OCMW’s werden door de administratie opgemaakt en bijzondere instructies werden aan de OCMW’s medegedeeld;

été élaborés par l’administration et des instructions particulières adressées aux CPAS;

— dankzij gedecentraliseerde opleidingen die in november en december 2000 zijn doorgegaan hebben zowel de uitzendbureaus als de OCMW’s zich vertrouwd gemaakt met deze nieuwe werkmethode.

— la mise en place de formations décentralisées qui ont été organisées en novembre et décembre 2000 a permis, tant pour les entreprises de travail intérimaire que pour les CPAS de se familiariser à cette nouvelle méthode de travail.

Het feit dat sommige OCMW’s deze nieuwe vorm van activering niet zouden willen toepassen heeft te maken met de keuze van hun herinschakelingsbeleid inzake tewerkstelling, waarbij zij andere reeds bestaande of door het Lenteprogramma gecreeërde vormen van tewerkstelling kunnen verkiezen. Aangezien het hier gaat om een kwestie van lokale autonomie, ben ik niet bevoegd om een OCMW te verplichten een nieuwe vorm van tewerkstelling in de praktijk toe te passen, die voor het centrum een nieuw instrument is met het oog op het vervullen van een van zijn opdrachten, met name de inschakeling in het beroepsleven en de integratie in de samenleving van personen die door hem worden geholpen.

Par conséquent, le fait que certains CPAS ne souhaiteraient pas mettre en pratique cette nouvelle forme d’activation relève du choix de leur politique de réinsertion en matière de mise au travail qui peut les amener à privilégier d’autres formes de mise au travail déjà existantes ou également introduites par le programme printemps. Sur ce point, s’agissant de l’autonomie locale, je ne dispose pas de la compétence d’enjoindre un CPAS d’appliquer dans les faits une nouvelle forme spécifique de mise au travail qui constitue un nouvel instrument en vue d’effectuer une de ses missions, notamment en matière de réinsertion socioprofessionnelle des personnes qu’il aide.

DO 2000200110994

DO 2000200110994

Vraag nr. 74 van de heer Guy D’haeseleer van 18 april 2001 (N.) :

Question no 74 de M. Guy D’haeseleer du 18 avril 2001 (N.) :

OCMW’s. — Mandatarissen. — Geheimhoudingsplicht.

CPAS. — Mandataires tenus au secret.

Artikel 36 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn stelt : « De leden van de raad, alsmede alle andere personen, die krachtens de wet de vergaderingen van de raad, het vast bureau, de bijzondere comités en het beheerscomité van het ziekenhuis bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht. »

L’article 36 de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d’aide sociale stipule que les membres du conseil, ainsi que toutes les personnes qui, en vertu de la loi, assistent aux réunions du conseil, du bureau permanent et des comités spéciaux, sont tenus au secret.

Voor de mandataris van het OCMW kan de schending van de geheimhoudingsplicht gesanctioneerd worden als een zware nalatigheid : het raadslid riskeert hiervoor door de bestendige deputatie te worden geschorst of zelfs afgezet.

Le mandataire du CPAS qui viole ce principe s’expose à des sanctions pour négligence grave : en l’occurrence, le conseiller risque d’être suspendu ou même démis de ses fonctions par la députation permanente.

Kan u, wat betreft de toepassing van bovenstaand artikel, meedelen in hoeverre deze geheimhouding absoluut is ?

En ce qui concerne l’article susmentionné, pourriezvous m’indiquer dans quelle mesure cette obligation de secret constitue une règle absolue ?

1. Mogen individuele raadsleden de raadsbeslissingen aan het publiek kenbaar maken zonder evenwel de inhoud van de besprekingen en de wijze van stemmen mee te delen ?

1. Des conseillers peuvent-ils, à titre individuel, informer le public des décisions prises par le conseil sans pour autant révéler le contenu des débats et l’orientation des votes ?

2. Zijn de individuele raadsleden, na doorsturing van de beslissingen overeenkomstig artikel 111 van de OCMW-wet, nog verder onderworpen aan de geheimhoudingsplicht ?

2. Les conseillers sont-ils encore tenus au secret après que les décisions ont été transmises conformément à l’article 111 de la loi sur les CPAS ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8529

3. Mogen de individuele raadsleden de algemene visie van het OCMW kenbaar maken aan het publiek zonder hiervoor gesanctioneerd te worden ?

3. Les conseillers peuvent-ils, à titre individuel, révéler au public la vision globale du CPAS sans risquer d’être sanctionnés ?

Antwoord : In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.

Réponse : En réponse aux questions posées, j’ai l’honneur de répondre ce qui suit à l’honorable membre.

Overeenkomstig artikel 5, § 1, II, 2o, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij artikel 1 van de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, ressorteren de bepalingen aangaande de werking van de raad voor maatschappelijk welzijn, vervat in hoofdstuk II van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, tot de bevoegdheid van de respectieve gemeenschappen.

Conformément à l’article 5, § 1er, II, 2o, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, modifié par l’article 1er de la loi spéciale du 16 juillet 1993 visant à achever la structure fédérale de l’E´tat, les dispositions relatives au fonctionnement du conseil de l’aide sociale, contenues au chapitre II de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d’aide sociale, relèvent de la compétence des communautés respectives.

Het geachte lid wordt dan ook verzocht zijn vraag tot de bevoegde gemeenschapsministers te richten.

L’honorable membre est dès lors prié d’adresser sa question aux ministres communautaires compétents.



DO 2000200110541

DO 2000200110541

Vraag nr. 358 van de heer Bart Somers van 29 januari 2001 (N.) :

Question no 358 de M. Bart Somers du 29 janvier 2001 (N.) :

Veiligheid Brusselse stations.

Sécurité des gares bruxelloises.

In opdracht van de Europese Commissie werd een onderzoek uitgevoerd naar de brandveiligheid en evacuatiemogelijkheden in Belgische stations. De resultaten van dit rapport zouden alles behalve bemoedigend zijn. Vooral de metrostations van Brussel-Zuid en Brussel-Centraal kregen een slechte beoordeling. De NMBS geeft — bij monde van haar verantwoordelijke patrimoniumbeheer — toe dat de situatie problematisch is. Ook de stad Brussel zou voor een deel verantwoordelijk zijn, evenals de MIVB. De Belgische wetgeving zou, nog steeds volgens de woordvoerder van de NMBS, in deze problematiek schromelijk tekort schieten. De evacuatiecapaciteit van de Brusselse stations zou bij rampen veel te wensen overlaten.

Une étude a été menée, pour le compte de la Commission européenne, sur la sécurité en cas d’incendie et les possibilités d’évacuation dans les gares belges. Les résultats de cette étude seraient tout sauf rassurants. Le rapport donne notamment des notes insuffisantes aux stations de métro de BruxellesMidi et de Bruxelles-Central. Par la voix de son responsable de la gestion du patrimoine, la SNCB admet qu’il y a un problème. Toutefois, une part de responsabilité incomberait aussi à la ville de Bruxelles et à la STIB. Toujours selon le porte-parole de la SNCB, la législation belge présenterait également de graves lacunes sur ce plan. En cas de catastrophe, les possibilités d’évacuation des gares et stations de Bruxelles seraient insuffisantes.

1. a) Hoe evalueert u dit onderzoek ?

1. a) Quelle est votre appréciation à propos de cette étude ?

b) Kan de Commissie een overzicht krijgen van de problemen zoals deze in het rapport geformuleerd werden ?

b) La Commission pourrait-elle être instruite des problèmes formulés dans ce rapport ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8530

c) Werden er reeds maatregelen genomen om de situatie te verbeteren ?

c) A-t-on pris des mesures afin de remédier aux problèmes ?

d) Zo ja, welke ?

d) Dans l’affirmative, lesquelles ?

e) Zo neen, binnen welke termijn overweegt u maatregelen te treffen ?

e) Dans la négative, dans quel délai envisagez-vous de prendre des mesures ?

2. a) Heeft u reeds contact opgenomen wat betreft de mogelijke verantwoordelijkheid van de stad Brussel en de MIVB ?

2. a) Avez-vous déjà eu des contacts à propos de l’éventuelle responsabilité de la ville de Bruxelles et de la STIB ?

b) Zo ja, wat zijn de resultaten ?

b) Dans l’affirmative, quels en sont les résultats ?

3. a) Wat betreft de beperkte wetgeving terzake, deelt u deze visie ?

3. a) Partagez-vous le point de vue selon lequel la législation serait lacunaire en la matière ?

b) Welke maatregelen kunnen genomen worden om de wetgeving te verbeteren ?

b) Quelles mesures peuvent d’améliorer la législation ?

Antwoord :

être

prises

afin

Réponse :

1. a) Het geachte lid verwijst waarschijnlijk naar de enquête die de verbruikersvereniging Test Aankoop heeft gepubliceerd. Deze gedetailleerde enquête met een veel ruimere draagwijdte, is uiteraard niet erg gedetailleerd voor Brussel. Ze brengt evenwel belangrijke punten naar voren. b) De kopie van het artikel is bijgevoegd. Gezien het louter documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).

1. a) L’honorable membre fait probablement référence à l’enquête publiée par l’association de consommateurs Test Achats. Cette enquête détaillée, dont la portée est nettement plus large, n’est par la force des choses pas très détaillée pour Bruxelles. Elle met toutefois le doigt sur des points importants. b) La copie de l’article figure en annexe. E´tant donné son caractère de pure documentation, il n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au greffe de la Chambre des représentants (service des Questions parlementaires).

c), d) en e) Het rapport van Test Aankoop heeft voornamelijk betrekking op de metrostations, veel minder op de treinstations.

c), d) et e) Le rapport de Test Achats concerne principalement les stations de métro, et nettement moins les gares.

Een vernieuwde signaletica werd in Brussel-Zuid aangebracht.

Une nouvelle signalétique a été mise en place en gare de Bruxelles-Midi.

Wat betreft het treinstation BrusselCentraal kan gesteld worden dat in geval van brand en vergeleken met de strengste Amerikaanse norm in verband met metrostations (de norm NFPA 130), de evacuatiecapaciteit voldoende is en de evacuatiecapaciteit van de perrons te gering is. Er bestaat nochtans geen Belgische norm voor de ondergrondse stations en voor de tunnels.

En ce qui concerne la gare de BruxellesCentral, il peut être affirmé qu’en cas d’incendie et comparé à la norme américaine la plus sévère en matière de station de métro (la norme NFPA 130), la capacité d’évacuation du rez-de-chausée et de l’entresol est suffisante et la capacité d’évacuation des quais est trop faible. Il n’existe toutefois aucune norme belge pour les gares en souterrain et pour les tunnels.

De evacuatiecapaciteit van de perrons zal worden opgevoerd na de realisatie van de nieuwe uitgang « Madeleine »; deze studie is volop bezig en de realisatie wordt verwacht tegen 2004-2006. Hierbij moet echter opgemerkt worden dat Brussel-

La capacité d’évacuation des quais sera augmentée après la réalisation de la nouvelle sortie « Madeleine »; cette étude est en cours et sa réalisation est attendue pour 2004-2006. Il faut toutefois remarquer que Bruxelles-Central est un baˆti-


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8531

Centraal een geklasseerd gebouw is en elke ingreep derhalve zeer moeilijk is, gezien het dwingend advies van de « Commissie monumenten en landschappen ». De gang tussen het metrostation en het treinstation te Brussel-Centraal is in beheer van de stad Brussel waarvan de betrokken diensten werden verzocht de signaletica aan te passen en de uitgangen vrij te houden.

ment classé et que toute intervention y est par conséquent très difficile, étant donné l’avis contraignant de la « Commission des monuments et sites ». Le couloir situé entre la station de métro et la gare de Bruxelles-Central est géré par la ville de Bruxelles dont les services concernés ont été priés d’adapter la signalétique et de maintenir les sorties dégagées.

Het evaluatieproject werd verricht in samenwerking met de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor brandweer en dringende medische hulp.

Le projet d’évaluation s’est fait en collaboration avec le Service d’incendies et de l’aide médicale urgente (SIAMU) de la Région de Bruxelles-Capitale.

2. a) en b) Er bestaat geen enkele Belgische norm voor de ondergrondse stations en de tunnels. Er bestaat ook geen ontwerp van geharmoniseerde normen op het Europese niveau. Het schijnt evenwel dat de Internationale Spoorwegunie aan een ontwerp van geharmoniseerde normen werkt. De concretisering van een volledige reglementering op Belgisch vlak van de veiligheidsnormen in de tunnels kan niet op korte termijn in overweging worden genomen. Om maatregelen op korte termijn te nemen, werkt de minister van Binnenlandse Zaken daarom samen met mijn diensten aan een ontwerp van koninklijk besluit die de planning van de tussenkomst van de veiligheidsdiensten zal regelen en de exploitanten zal verantwoordelijk maken, met name voor het onderhoud van de veiligheidsuitrusting, en de evacuatieoefeningen zal reglementeren.

2. a) et b) Il n’existe aucune norme belge pour les gares en souterrain et pour les tunnels. Il n’existe pas non plus de projet de normes harmonisées au niveau européen. Il semble cependant que l’Union internationale des chemins de fer travaille sur un projet de normes harmonisées. Cependant, la concrétisation d’une réglementation complète au niveau belge sur les normes de sécurité dans les tunnels ne peut s’envisager dans le court terme. C’est pourquoi afin de prendre des mesures à plus court terme, le ministre de l’Intérieur en collaboration avec mes services prépare un projet d’arrêté royal qui réglementera la planification des interventions des services de secours, responsabilisera les exploitants, notamment en matière d’entretien des équipements de sécurité, et réglementera les exercices d’évacuation.

Zodra de minister van Binnenlandse Zaken het ontwerp van koninklijk besluit heeft voltooid, zal een overlegvergadering met alle betrokkenen georganiseerd worden.

Dès que le ministre de l’Intérieur aura finalisé le projet d’arrêté royal, une réunion de concertation sera organisée avec l’ensemble des acteurs concernés.

DO 2000200110659

DO 2000200110659

Vraag nr. 375 van de heer Jan Mortelmans van 16 februari 2001 (N.) :

Question no 375 de M. Jan Mortelmans du 16 février 2001 (N.) :

NMBS. — Lijn Turnhout-Manage.

SNCB. — Ligne Turnhout-Manage.

De lijn Turnhout-Manage heeft sinds enkele weken weer meermaals en op verschillende uren van de dag en in beide richtingen te kampen met serieuze vertragingen. Op een bepaald ogenblik was het ook onmogelijk om in de achterste treinstellen plaats te nemen.

Depuis quelques semaines, on constate des retards sur la ligne Turnhout-Manage, à différents moments ` un moment de la journée et dans les deux directions. A donné, il était également impossible d’accéder aux dernières voitures du train.

1. Waaraan zijn de recente vertragingen op de lijn Turnhout-Manage te wijten ?

` quoi les récents retards sur la ligne Turnhout1. A Manage sont-ils dus ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8532

2. Waaraan zijn de defecten te wijten aan bepaalde treinstellen ?

` quoi les problèmes techniques de certains 2. A convois sont-ils dus ?

3. Bestaat de mogelijkheid niet om reservematerieel in te zetten ?

3. Est-il possible d’utiliser du matériel de réserve ?

4. Welke maatregelen werden getroffen om deze problematiek te verhelpen ?

4. Quelles mesures ont été prises pour remédier à cette situation ?

Antwoord : De NMBS deelt me het volgende mee : « Uit het onderzoek blijkt dat de vertragingen op de lijn Turnhout-Manage in de periode van 2 januari 2001 tot 16 februari 2001 het gevolg waren van technische storingen aan het materieel en een verlengde immobilisatie van dit materieel in de werkplaats. Hierdoor kon de samenstelling van bepaalde treinen van de IRg-verbinding Turnhout-Manage niet gehandhaafd blijven, waardoor reizigers in de diverse stations meer tijd nodig hadden om op en af te stappen. »

Réponse : La SNCB me communique ce qui suit : « De l’analyse effectuée, il ressort que les retards encourus sur la ligne Turnhout-Manage, durant la période du 2 janvier 2001 au 16 février 2001, ont été occasionnés suite à des avaries techniques survenues au matériel et à une immobilisation prolongée de ce matériel en atelier. De ce fait, la composition de certaines rames de la relation IRg Turnhout-Manage n’a pu eˆtre respectée, ce qui a entraıˆné un ralentissement des mouvements de voyageurs lors de l’embarquement et à la descente du train dans les différentes gares. »

« De NMBS heeft de nodige maatregelen getroffen om het in de werkplaats geı¨mmobiliseerde materieel zo vlug mogelijk opnieuw in dienst te stellen. In de loop van de maand februari is de toestand opnieuw normaal geworden. »

« La SNCB a pris les mesures nécessaires afin de remettre en service, le plus rapidement possible, le matériel immobilisé en atelier. Dans le courant du mois de février, la situation s’est normalisée. »

In het volgende beheerscontract zullen een aantal bepalingen worden opgenomen betreffende de kwaliteit van de dienstverlening van de NMBS en haar aansporing om die zo hoog mogelijk te maken, vooral op grond van studies die werden gemaakt in het kader van het tweede bijvoegsel bij het tweede contract.

Dans le prochain contrat de gestion seront reprises une série de dispositions concernant la qualité des prestations de la SNCB et son incitation à maximiser la qualité de ses prestations, sur la base notamment des études faites dans le cadre du second avenant au deuxième contrat.

DO 2000200110730

DO 2000200110730

Vraag nr. 380 van mevrouw Els Van Weert van 26 februari 2001 (N.) :

Question no 380 de Mme Els Van Weert du 26 février 2001 (N.) :

NMBS. — Brochure voor gehandicapten. — Brailleschrift.

SNCB. — Brochure à l’intention des handicapés. — Ećriture braille.

In uw antwoord op mijn vraag nr. 300 van 23 oktober 2000 inzake aanpassingen bij de spoorwegen voor mensen met een handicap, verwees u onder meer naar de brochure Gids voor de reiziger met beperkte mobiliteit opgesteld door de NMBS (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2000-2001, nr. 59, blz. 6639-6641).

Dans la réponse à ma question no 300 du 23 octobre 2000 relative aux aménagements réalisés par la SNCB pour les personnes handicapées, vous faites notamment référence à la brochure Guide du voyageur à mobilité réduite, rédigée par la SNCB (Questions et Réponses, Chambre, 2000-2001, no 59, pp. 6639-6641).

Dit initiatief is uiteraard toe te juichen : het kan enkel maar bijdragen tot de integratie van mensen met beperkte mobiliteit.

Cette initiative est en effet louable : elle ne peut que contribuer à l’intégration des personnes à mobilité réduite.

Dit neemt niet weg dat dit initiatief maar optimaal van nut kan zijn indien alle doelgroepen van mensen met beperkte mobiliteit (MBM’s) kunnen bereikt worden, wat duidelijk niet het geval is.

Il n’empêche que cette initiative ne peut avoir une utilité optimale que si elle peut toucher tous les groupes cible de personnes à mobilité réduite, ce qui n’est manifestement pas le cas.

Volgens de organisatie « Blindenzorg Licht en Liefde » is er immers reeds meermaals de vraag gesteld om

Selon l’organisation « Blindenzorg Licht en Liefde », on a déjà demandé à plusieurs reprises que cette


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8533

deze brochure in aangepaste leesvorm (braille) voor mensen met een visuele handicap ter beschikking te stellen. Blijkbaar kan dit niet.

brochure soit proposée sous une forme adaptée (braille) aux personnes souffrant d’un handicap visuel. Il semberait que cela ne puisse se faire.

1. Bent u op de hoogte van bovenvermeld verzoek ?

1. Eˆtes-vous au courant de cette demande ?

2. Waarom werd dit verzoek afgewezen ?

2. Pourquoi n’y accède-t-on pas ?

3. Ziet u alsnog een mogelijkheid om betreffende brochure ter beschikking te stellen in braille ?

3. Une solution pourrait-elle être trouvée pour proposer cette brochure en braille ?

Antwoord : De NMBS is op de hoogte van de aanvraag van de organisatie « Blindenzorg Licht en Liefde », maar beschikt zelf niet over een braille-versie van deze brochure. Gezien de organisatie « Blindenzorg Licht en Liefde » verklaarde zelf bereid te zijn tot de omzetting van deze brochure in de aangepaste leesvorm, heeft de NMBS op 28 januari 2000 de volledige versie van de Gids voor de reiziger met beperkte mobiliteit op CD-Rom overgemaakt.

Réponse : La SNCB a connaissance de la demande de l’organisation « Blindenzorg Licht en Liefde », mais elle ne dispose pas elle-même d’une version en braille de cette brochure. E´tant donné que l’organisation « Blindenzorg Licht en Liefde » a signalé qu’elle était disposée à transposer elle-même le contenu de cette brochure dans la forme appropriée, la SNCB lui a adressé le 28 janvier 2000 la version intégrale du Guide du voyageur à mobilité réduite sur CD-Rom.

De Gids voor de reiziger met beperkte mobiliteit werd ook in een groter lettertype gedrukt, teneinde de leesbaarheid voor slechtzienden te bevorderen. Daarenboven, is het niet nodig de volledige versie van de brochure in brailleschrift om te zetten, aangezien de betrokken doelgroep volledig gratis vervoer geniet en dus niet alle tarifaire voordelen waarvan melding in de brochure nuttig zijn voor blinden en slechtzienden.

Le Guide du voyageur à mobilité réduite a également été édité dans des caractères d’imprimerie plus grands, afin d’en améliorer la lisibilité pour les malvoyants. Par ailleurs, il n’est pas nécessaire de transposer l’intégralité de la brochure en braille, vu que le groupe cible bénéficie de la gratuité totale de transport et qu’en conséquence, les avantages tarifaires énumérés dans la brochure ne présentent pas tous un intérêt pour les aveugles et les malvoyants.

DO 2000200110741

DO 2000200110741

Vraag nr. 381 van de heer Francis Van den Eynde van 1 maart 2001 (N.) :

Question no 381 de M. Francis Van den Eynde du 1er mars 2001 (N.) :

NMBS. — Stations. — Loketten. — Verkeerde informatie.

SNCB. — Gares. — Guichets. — Informations erronées.

Treinreizigers die slechts af en toe de trein nemen, betalen vaak te veel ten gevolge van verkeerde informatie die ze aan de loketten van de stations bekomen.

Les voyageurs qui ne prennent le train que de temps à autre paient souvent leur ticket trop cher en raison d’informations erronées qui leur sont fournies aux guichets des gares.

Dit is de conclusie van Test Aankoop op basis van een onderzoek in 123 Belgische stations. De consumentenorganisatie trok naar 123 van de 256 NMBSstations met minstens één loket : 58 in Vlaanderen, 58 in Wallonie¨ en 7 in het Brusselse. Daar werd uitgepakt met zeven scenario’s die allerlei aspecten van informatieverstrekking aan de reiziger moesten toetsen.

Telle est la conclusion à laquelle est parvenue la revue Test Achats à la suite d’une enquête menée dans 123 gares belges. L’organisation de défense des consommateurs a visité 123 des 256 gares comptant au moins un guichet : 58 en Wallonie, 58 en Flandre et 7 dans la région de Bruxelles-Capitale. Elle avait préparé sept scénarios permettant d’évaluer toute une série d’aspects en matière d’information aux voyageurs.

Volgens Test Aankoop ging het om eenvoudige scenario’s waarbij in de meeste gevallen de loketbedienden de informatie maar in de brochures of op de website van de NMBS hoefden op te zoeken.

Selon Test Achats, il s’agissait de scénarios simples ne nécessitant dans la plupart des cas qu’une consultation des brochures ou du site internet de la SNCB par le guichetier.


2000

2001


1098

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8534

In andere gevallen moesten ze alleen maar een vaste prijs of een reisformule uit het courante treinaanbod op een eenvoudig concreet geval toepassen.

Dans d’autres cas, les guichetiers devaient seulement appliquer à un cas concret un prix fixe ou une formule de voyage faisant partie de l’offre couramment disponible.

Volgens het voorgestelde scenario was echter 40 tot 90 % van de antwoorden verkeerd. Slechts in één van de 153 onderzochte stations, dat van Hasselt, werden geen fouten gemaakt. Ook Herentals verstrekte volgens de studie al bij al correcte informatie. 15 andere stations trokken zich nog behoorlijk uit de slag. Ongeveer de helft van de stations behaalde resultaten die Test Aankoop als « onvoldoende » beoordeelt. Een zevental stations deden het zeer slecht en de meest rampzalige resultaten werden opgetekend voor reizen naar het buitenland. Om het even wie enige ervaring heeft in het reizen naar het buitenland per trein, weet dat op dat vlak de loketten van de NMBS ondergeı¨nformeerd zijn.

En fonction du scénario proposé, 40 à 90 % des réponses étaient toutefois erronées. Dans une seule des gares visitées, celle de Hasselt, toutes les réponses étaient exactes. Les informations fournies au guichet de la gare de Herentals étaient également globalement correctes. 15 autres gares s’en tirent honorablement. Environ la moitié des gares ont obtenu des résultats jugés insuffisants par Test Achats. Dans sept gares, les résultats sont franchement mauvais. La situation est particulièrement catastrophique pour les demandes de renseignements pour des voyages à l’étranger. Tout voyageur disposant d’un peu d’expérience en matière de voyages en train à l’étranger sait que sur ce plan l’information aux guichets des gares est de très mauvaise qualité.

Volgens de studie van Test Aankoop zijn in het merendeel van de gevallen de formules die door de loketbediende voorgesteld worden niet aangepast en vooral te duur.

Selon l’enquête de Test Achats, les formules proposées par les guichetiers sont dans la plupart des cas inadaptées et surtout trop chères.

Bijgevolg zijn veel treinreizigers, vooral wie slechts af en toe de trein neemt, bij gebrek aan goede informatie, verplicht meer geld uit te geven dan wat feitelijk zou moeten.

Par conséquent, de nombreux voyageurs, et surtout les voyageurs occasionnels, paient plus cher qu’ils ne le devraient en raison des mauvaises informations qui leur sont communiquées. 1. Eˆtes-vous au courant du problème ?

1. Bent u van een en ander op de hoogte ? 2. Welke maatregelen heeft u terzake getroffen ?

2. Quelles mesures avez-vous prises dans ce cadre ?

Antwoord : Ik ben op de hoogte van de resultaten van de enquête van Test Aankoop.

Réponse : Je suis au courant des résultats de l’enquête de Test Achats.

Ze bevestigt de bekommernis die ik al in overweging nam via het tweede bijvoegsel bij het beheerscontract dat op mijn initiatief werd aangenomen in juni 2000. Artikel 56 preciseert onder meer dat de NMBS zorgt voor een betere informatie van het clie¨nteel.

Elle confirme une préoccupation que j’ai déjà prise en considération, via le second avenant au deuxième contrat de gestion, adopté à mon initiative en juin 2000. L’article 56 précise notamment que la SNCB veille à améliorer l’information de la clientèle.

Het gaat om een eerste fase, waarin de NMBS de initiatieftaak krijgt.

Il s’agit d’une première étape, donnant à la SNCB un devoir d’initiative.

De NMBS is zich trouwens bewust van het probleem. Ze deelt me mee dat er binnen de onderneming een onderzoek aan de gang is dat moet uitmaken of de informatieverspreiding — die thans gebeurt volgens de mogelijkheden van de stations — moet behouden blijven of eenvormig worden gemaakt met gebruik van het hoogste niveau.

Celle-ci est d’ailleurs consciente du problème. Elle me communique qu’une étude est en cours en son sein, qui doit déterminer si la diffusion de l’information telle qu’elle se déroule actuellement — à savoir en fonction des possibilités des gares — doit être maintenue ou doit être uniformisée, mais en ce cas en offrant le niveau le plus élevé.

De enquête van Test Aankoop antwoordt al bevestigend wat het niveau betreft.

L’enquête de Test Achats répond déjà positivement quant au niveau.

Een andere les uit de enquête betreft de noodzaak om de personeelsopleiding te verbeteren, een bekommernis die het personeel trouwens deelt. Het gaat om een bevoegdheid van de NMBS-directie, een autonome onderneming. De rol van het beheerscontract betreft

Un autre enseignement de l’enquête concerne la nécessité d’améliorer la formation du personnel, préoccupation qui est d’ailleurs partagée par celui-ci. Il s’agit d’une compétence de la direction de la SNCB, entreprise autonome, le roˆle du contrat de gestion se


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8535

het niveau van de resultaten. De door de regering besliste interne reorganisatie van de onderneming, vereenvoudigde haar structuren door een verlaging van het aantal afzonderlijke « business units » en zal op dit vlak een positieve rol spelen.

plaçant au niveau des résultats. La réorganisation interne de l’entreprise décidée par le gouvernement, simplifiant ses structures en réduisant le nombre de « business units » séparées, devra à cet égard jouer un roˆle positif.

Anderzijds blijf ik deze problematiek ten volle in overweging nemen in het kader van de voorbereiding van het derde beheerscontract, die binnenkort van start zal gaan. Hierbij zal worden gesproken over de noodzaak van een verbetering op het vlak van de leesbaarheid en van de dienstverlening. Naar het voorbeeld van de denkpistes die de NMBS thans volgt, zullen de klanten werkelijk betrouwbare informatie moeten kunnen vinden naargelang het type station : hoewel het vanzelfsprekend is dat al de stations van het netwerk de klant degelijke informatie moeten bieden, is het ook duidelijk dat de internationale stations zich niet kunnen tevreden stellen met een basisniveau.

Par ailleurs, je continue à prendre la problématique pleinement en considération dans le cadre de la préparation du troisième contrat de gestion, qui va débuter incessamment. La nécessité sera mise sur la table d’une amélioration du niveau et d’une plus grande lisibilité du service à la clientèle. Celle-ci devra pouvoir effectivement — à l’instar des pistes suivies par la SNCB — trouver une information fiable en fonction du type de gare : s’il est évident que toutes les gares du réseau devront offrir au client une information de qualité, il est aussi évident que les gares internationales ne peuvent se contenter d’un niveau de base.

DO 2000200110780

DO 2000200110780

Vraag nr. 383 van de heer Bart Laeremans van 7 maart 2001 (N.) :

Question no 383 de M. Bart Laeremans du 7 mars 2001 (N.) :

Lasten en verplichtingen in hoofde van eigenaars van personenwagens. — Cijfergegevens per gewest.

Charges et obligations pour les propriétaires de voitures. — Données chiffrées par région.

1. Beschikken uw diensten over de cijfers en statistieken per gewest in verband met de diverse lasten en verplichtingen in hoofde van eigenaars van personenwagens ?

1. Vos services disposent-ils de chiffres et de statistiques par région relatifs aux diverses charges et obligations incombant aux propriétaires de voitures ?

2. Zo ja, kan u met name voor de afgelopen vier jaar, per jaar en per gewest, meedelen :

2. Dans l’affirmative, pourriez-vous me préciser pour les quatre dernières années, par année et par région :

a) hoeveel procent van de eigenaars nalaat zijn voertuig te laten keuren;

a) quel pourcentage de propriétaires omettent de soumettre leur véhicule au controˆle technique;

b) hoeveel procent van de eigenaars nalaat het kijken luistergeld te betalen;

b) quel pourcentage de propriétaires omettent de payer la redevance radio-télévision;

c) hoeveel procent van de eigenaars nalaten hun verkeersbelasting te betalen ?

c) quel pourcentage de propriétaires omettent de payer la taxe de circulation ?

3. a) Bestaan er ramingen over het aantal wagens dat effectief is uitgerust met een autoradio ?

3. a) Existe-t-il des estimations du nombre de voitures effectivement équipées d’une autoradio ?

b) Zo ja, hoe hoog ligt dit aantal en het respectievelijke percentage per gewest ? 4. Bestaan er cijfers per gewest met betrekking tot het aantal vaststellingen van onverzekerd rijden ?

b) Dans l’affirmative, quel est ce nombre et quel pourcentage cela représente-t-il par région ? 4. Existe-t-il des données chiffrées par région relatives au nombre de procès-verbaux pour conduite d’un véhicule non assuré ? Réponse : 1. Mes services ne disposent que de chiffres et statistiques se rapportant à l’inspection automobile.

Antwoord : 1. Mijn diensten beschikken enkel over cijfers en statistieken in verband met de keuring van de voertuigen.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8536

2. a) Hieronder vindt u de cijfers in percent per gewest. Deze percentages zijn bekomen op basis van de verstuurde uitnodigingen « herinnering ».

2. a) Vous trouverez ci-dessous les chiffres exprimés en pourcentage et par région. Ces pourcentages ont été obtenus sur base du nombre d’invitations « rappel » envoyées.

Vlaams Gewest : 7 à 8 %;

Région flamande : 7 à 8 %;

Waals Gewest : 11 à 12 %;

Région wallonne : 11 à 12 %;

Brussels Hoofdstedelijk Gewest : 19 à 20 %.

Région de Bruxelles-Capitale : 19 à 20 %.

Deze cijfers zijn de jongste vier jaar stabiel gebleven.

Ces chiffres sont restés stables ces quatre dernières années.

Hierbij dient men eveneens rekening te houden, met de volgende redenen voor niet-aanbieding :

Il y a cependant lieu de tenir compte des motifs suivants pour une non-présentation :

— verandering van adres;

— changement de domicile;

— voertuigen tijdelijk buiten gebruik met behoud van nummerplaat;

— véhicules temporairement hors circulation avec maintien de la plaque d’immatriculation;

— voertuigen uitgevoerd met tijdelijk behoud van nummerplaat;

— véhicules exportés avec maintien temporaire de la plaque d’immatriculation;

— voertuigen die zich bestendig in een vreemd land bevinden;

— véhicules se trouvant en permanence à l’étranger;

— houders die gewoon « vergeten » hun voertuig ter keuring aan te bieden na het verstrijken van de geldigheidsduur van het keuringsbewijs.

— titulaires « oubliant » simplement de présenter leur véhicule à l’inspection automobile à l’expiration du délai de validité du certificat de visite à l’inspection automobile.

2. b) en c)

Wat betreft deze vragen kan u zich wenden tot mijn collega van Financie¨n. (Vraag nr. 690 van 15 mei 2001.)

2. b) et c)

En ce qui concerne ces questions, il vous est possible de vous adresser à mon collègue chargé des Finances. (Question no 690 du 15 mai 2001.)

3. Inlichtingen betreffende het aantal wagens dat effectief is uitgerust met een autoradio zijn niet beschikbaar.

3. Les renseignements relatifs au nombre de véhicules effectivement équipés d’une autoradio ne sont pas disponibles.

4. Cijfers met het aantal vaststellingen van onverzekerd rijden kunnen opgevraagd worden bij mijn collega van Economische Zaken. (Vraag nr. 187 van 15 mei 2001.)

4. Les données chiffrées se rapportant au nombre de constats concernant les véhicules circulant sans assurance peuvent être obtenus auprès de mon collègue chargé des Affaires économiques. (Question no 187 du 15 mai 2001.)

DO 2000200110797

DO 2000200110797

Vraag nr. 385 van de heer Martial Lahaye van 12 maart 2001 (N.) :

Question no 385 de M. Martial Lahaye du 12 mars 2001 (N.) :

NMBS. — Loketbedienden. — Opleiding.

SNCB. — Guichetiers. — Formation.

Naar aanleiding van een onderzoek door het consumentenmagazine Test Aankoop blijkt dat de loketbedienden van de NMBS door het bos de bomen niet meer zien. Zij zijn onvoldoende op de hoogte van alle

Il ressort d’une enquête effectuée par Test Achats, revue de défense des consommateurs, qu’à force de regarder les arbres, les employés de la SNCB ne voient plus la forêt. Ils ne connaissent pas suffisamment


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8537

bestaande tariefformules. Hierdoor betalen treinreizigers vaak meer dan nodig.

toutes les formules tarifaires existantes. Il en résulte que les voyageurs paient souvent leur billet de train trop cher.

Niet alleen de wildgroei aan tariefformules, maar ook aan de opleiding van de loketbedienden en de bezetting van de loketten in kleinere stations schort iets.

Le problème n’est pas seulement duˆ à la multiplication incontroˆlée des formules tarifaires. La formation des guichetiers et un problème d’effectifs dans les petites gares sont également en cause.

1. Nam u reeds kennis van het rapport van Test Aankoop ?

1. Avez-vous déjà pris connaissance des résultats de l’enquête de Test Achats ?

2. Werd dit reeds met de beleidsverantwoordelijken van de NMBS doorgenomen ?

2. Avez-vous déjà examiné ce problème avec les responsables de la SNCB ?

3. Welke maatregelen worden op korte termijn en/ of lange termijn uitgewerkt om dat te verhelpen ?

3. Quelles mesures à court et à long terme seront élaborées afin de remédier au problème ?

Antwoord : Ik ben op de hoogte van de resultaten van de enquête van Test Aankoop.

Réponse : Je suis au courant des résultats de l’enquête de Test Achats.

Ze bevestigt de bekommernis die ik al in overweging nam via het tweede bijvoegsel bij het beheerscontract dat op mijn initiatief werd aangenomen in juni 2000. Artikel 56 preciseert onder meer dat de NMBS zorgt voor een betere informatie van het clie¨nteel.

Elle confirme une préoccupation que j’ai déjà prise en considération, via le second avenant au deuxième contrat de gestion, adopté à mon initiative en juin 2000. L’article 56 précise notamment que la SNCB veille à améliorer l’information de la clientèle.

Het gaat om een eerste fase, waarin de NMBS de initiatieftaak krijgt.

Il s’agit d’une première étape, donnant à la SNCB un devoir d’initiative.

De NMBS is zich trouwens bewust van het probleem. Ze deelt me mee dat er binnen de onderneming een onderzoek aan de gang is dat moet uitmaken of de informatieverspreiding — die thans gebeurt volgens de mogelijkheden van de stations — moet behouden blijven of eenvormig worden gemaakt met gebruik van het hoogste niveau.

Celle-ci est d’ailleurs consciente du problème. Elle me communique qu’une étude est en cours en son sein, qui doit déterminer si la diffusion de l’information telle qu’elle se déroule actuellement — à savoir en fonction des possibilités des gares — doit être maintenue ou doit être uniformisée, mais en ce cas en offrant le niveau le plus élevé.

De enquête van Test Aankoop antwoordt al bevestigend wat het niveau betreft.

L’enquête de Test Achats répond déjà positivement quant au niveau.

Een andere les uit de enquête betreft de noodzaak om de personeelsopleiding te verbeteren, een bekommernis waarin het personeel trouwens deelt. Het gaat om een bevoegdheid van de NMBS-directie, een autonome onderneming. De rol van het beheerscontract betreft het niveau van de resultaten. De door de regering besliste interne reorganisatie van de onderneming, vereenvoudigde haar structuren door een verlaging van het aantal afzonderlijke « business units » en zal op dit vlak een positieve rol spelen.

Un autre enseignement de l’enquête concerne la nécessité d’améliorer la formation du personnel, préoccupation qui est d’ailleurs partagée par celui-ci. Il s’agit d’une compétence de la direction de la SNCB, entreprise autonome, le roˆle du contrat de gestion se plaçant au niveau des résultats. La réorganisation interne de l’entreprise décidée par le gouvernement, simplifiant ses structures en réduisant le nombre de « business units » séparées, devra à cet égard jouer un roˆle positif.

Anderzijds blijf ik deze problematiek ten volle in overweging nemen in het kader van de voorbereiding van het derde beheerscontract, die binnenkort van start zal gaan. Hierbij zal worden gesproken over de noodzaak van een verbetering op het vlak van de leesbaarheid en van de dienstverlening. Naar het voorbeeld van de denkpistes die de NMBS thans volgt, zullen de klanten werkelijk betrouwbare informatie moeten kunnen vinden naargelang het type station : hoewel het vanzelfsprekend is dat al de stations van

Par ailleurs, je continue à prendre la problématique pleinement en considération dans le cadre de la préparation du troisième contrat de gestion, qui va débuter incessamment. La nécessité sera mise sur la table d’une amélioration du niveau et d’une plus grande lisibilité du service à la clientèle. Celle-ci devra pouvoir effectivement — à l’instar des pistes suivies par la SNCB — trouver une information fiable en fonction du type de gare : s’il est évident que toutes les gares du réseau devront offrir au client une information de qualité, il


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8538

het netwerk de klant degelijke informatie moeten bieden, is het ook duidelijk dat de internationale stations zich niet kunnen tevreden stellen met een basisniveau.

est aussi évident que les gares internationales ne peuvent se contenter d’un niveau de base.

DO 2000200110861

DO 2000200110861

Vraag nr. 389 van de heer Lode Vanoost van 26 maart 2001 (N.) :

Question no 389 de M. Lode Vanoost du 26 mars 2001 (N.) :

Veiligheidssituatie op de luchthaven van Zaventem.

Sécurité à l’aéroport de Zaventem.

Op 2 maart 2001 heeft de minister een brief ontvangen van de Association of European Airlines (AEA). In deze brief drukt de AEA haar bezorgdheid uit over verschillende veiligheidsaspecten van de luchthaven van Zaventem. Zo stelt men dat de controle om de toegang tot de airside van de luchthaven te beletten door personen of voertuigen zonder de benodigde toelatingsbewijzen van de luchthaven niet voldoet aan de internationale normen op dit gebied. Diefstal van toegangsbadges blijkt onvoldoende onderzocht te worden. De status van de airside is voor de AEA zo onduidelijk dat zij er aan twijfelen of het hier een afgesloten veilige zone betreft of een openbaar toegankelijke.

Le 2 mars 2001, le ministre a reçu un courrier de l’Association of European Airlines (AEA), l’association des compagnies aériennes européennes, qui exprime par cette voie son inquiétude quant à différents aspects de la sécurité à l’aéroport de Zaventem. Ainsi, le controˆle de l’accès au airside, interdit aux personnes et aux véhicules non munis des autorisations requises, ne satisfait pas aux normes internationales en vigueur en la matière. Les enquêtes sur des vols de badges d’accès sont insuffisantes. Le statut même de la zone airside paraıˆt tellement flou à l’AEA que l’association doute s’il s’agit d’une zone interdite sécurisée ou d’une zone ouverte au public.

In de voorbije jaren werden enkele spectaculaire overvallen gepleegd op de luchthaven. Telkens werd door de minister besloten dat een en ander diende aangepast te worden. Blijkbaar is dit nog niet het geval.

L’aéroport a été le théaˆtre de plusieurs hold-up spec` chaque fois, le mitaculaires ces dernières années. A nistre décida qu’il fallait procéder à des aménagements. Il semble que ceux-ci n’ont toujours pas été réalisés.

De AEA is van plan haar leden in de nabije toekomst op te roepen geen waardevolle goederen (« valuable goods ») meer via Brussel te verhandelen indien in de nabije toekomst geen verbetering merkbaar is.

L’AEA compte bientoˆt lancer un appel à ses membres pour ne plus faire transiter des objets de valeur (« valuable goods ») par Bruxelles si rien ne change dans un proche avenir.

1. Hoe verklaart u dat BIAC er nog steeds niet is in geslaagd de toegang tot de afgesloten gedeeltes van de luchthaven op een degelijke manier te controleren ?

1. Comment expliquez-vous que BIAC n’a toujours pas réussi à organiser un controˆle adéquat de l’accès aux zones interdites de l’aéroport ?

2. Welke maatregelen werden reeds genomen als conclusie van de onderzoeken van de overvallen van de jongste jaren op de luchthaven ?

2. Quelles mesures ont été prises suite aux enquêtes menées sur les hold-up commis à l’aéroport ces dernières années ?

3. Voorziet BIAC in een voldoende verbetering van de veiligheidssituatie in de nabije toekomst ?

3. BIAC prévoit-elle une amélioration satisfaisante de la sécurité à l’aéroport dans un proche avenir ?

4. Wat schikt BIAC te doen om te vermijden dat de AEA haar leden effectief aanzet het verhandelen van waardevolle goederen via Brussel stop te zetten ?

4. Que compte faire BIAC afin d’éviter que l’AEA n’incite ses membres à ne plus passer par Bruxelles pour le transport des objets de valeur ?

Antwoord :

Réponse :

1-3. In antwoord op de vragen 1 tot 3 kan ik het geachte lid mededelen dat ik — onmiddellijk na de overval van 30 oktober 2000 op een waardentransport op de luchthaven Brussel Nationaal — op voorstel van het Nationaal Comité voor de veiligheid van de


2000

1-3. En réponse aux questions 1 à 3, je peux informer l’honorable membre que — immédiatement après le hold-up du 30 octobre 2000 d’un transport de fonds à l’aéroport de Bruxelles-National — sur proposition du Comité national de sûreté de l’aviation civile, j’ai

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8539

burgerlijke luchtvaart, de opdracht gegeven heb tot de uitvoering van 2 audits op de beveiliging van deze luchthaven :

organisé 2 audits des mesures de sûreté mises en place sur cet aéroport :

a) een audit door de Luchtvaartinspectie van het bestuur van de Luchtvaart op het geheel van beveiligingsmaatregelen geldend op de luchthaven;

a) un audit effectué par l’Inspection aéronautique de l’administration de l’Aéronautique sur l’ensemble des dispositions de sûreté en vigueur sur l’aéroport;

b) een externe audit door ECAC, de Europese Conferentie voor de burgerluchtvaart op de beveiliging van deze luchthaven en de kwaliteitscontrolemaatregelen.

b) un audit externe effectué par la CEAC, la Conférence européenne de l’aviation civile, à propos de la sûreté de cet aéroport et des mesures de controˆle de qualité.

De resultaten van deze audits zullen uiterlijk eind mei 2001 bekend zijn, waarna het Nationaal Comité voor veiligheid van de burgerlijke luchtvaart, als adviesorgaan van de regering, eventuele structurele maatregelen dient voor te stellen.

Les résultats de ces audits seront connus au plus tard fin mai 2001, après quoi le Comité national de sûreté de l’aviation civile, en qualité d’organe consultatif du gouvernement, proposera d’éventuelles mesures structurelles.

In afwachting van de resultaten van deze audits werd op mijn verzoek door de Luchtvaartinspectie samen met het Lokaal Veiligheidscomité reeds in november-december 2000 een dringende doorlichting uitgevoerd van de toegangscontroles op de luchthaven Brussel-Nationaal. Deze doorlichting leidde tot 37 aanbevelingen die mij overgemaakt werden en die sedertdien — in overleg met de NV BIAC — in een gefaseerd systeem uitgevoerd worden.

En attendant les résultats de ces audits, sur ma demande, une inspection d’urgence des controˆles d’accès à l’aéroport de Bruxelles-National a déjà été réalisée communément par l’Inspection aéronautique de l’administration de l’Aéronautique et le Comité de sûreté local en novembre-décembre 2000. Cette inspection a donné lieu à 37 recommandations qui m’ont été transmises et qui depuis lors — en concertation avec la SA BIAC — sont appliquées selon un système échelonné.

Daarnaast heb ik tevens besloten een vertegenwoordiging van de Luchtvaartinspectie van het bestuur van de Luchtvaart permanent op de luchthaven BrusselNationaal te vestigen. Deze inspectiedienst is belast met een permanente kwaliteitscontrole op de veiligheid en beveiliging van de luchtvaart.

En outre, j’ai également réalisé la nécessité d’avoir à l’aéroport de Bruxelles-National, et de manière permanente, une antenne de l’Inspection aéronautique de l’administration de l’Aéronautique. Ce service d’inspection est responsable du controˆle continu de la qualité de la sécurité et de la sûreté aéronautiques.

Ik acht het nuttig erop te wijzen dat de overvallen op waardentransporten een bijzondere vorm van gewelddadige criminaliteit betreffen waartegen standaardluchtvaartbeveiligingsmaatregelen niet opgewassen zijn. Deze standaardmaatregelen zijn gebaseerd op de voorschriften vervat in Bijlage 17 tot het Verdrag van Chicago en zijn in de eerste plaats gericht op de voorkoming van kapingen en sabotagedaden. Op mijn vraag werd de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) dan ook dringend aangezocht met deze nieuwe criminaliteitsvormen rekening te houden bij de verdere uitwerking van de internationale luchtvaartbeveiligingsvoorschriften.

J’estime qu’il est utile d’attirer l’attention sur le fait que les attaques de transports de fonds sont une forme particulière de criminalité à caractère violent contre lesquelles les mesures de sûreté aéronautique standard ne sont pas optimisées. Ces mesures standard sont basées sur les prescriptions de l’Annexe 17 de la Convention de Chicago et ont été établies avant tout pour prévenir d’éventuels détournements et actes de sabotage. Suite à ma demande, l’Organisation de l’aviation civile internationale (OACI) est sollicitée à prendre en considération urgente ces nouvelles formes de criminalité dans l’élaboration future de règles internationales de sûreté aéronautique.

Gelet op de hoogdringendheid van deze materie werd binnen het Belgisch Nationaal Veiligheidscomité overigens ook een interdepartementale werkgroep waardentransporten opgericht die nu reeds op Belgisch vlak onderzoekt welke bijkomende maatregelen zich opdringen voor deze nieuwe criminaliteitsvormen. Daarbij dient tevens onderzocht of, en zo ja binnen welke voorwaarden, deze waardentransporten verder kunnen uitgevoerd worden met passagiersvlieg-

Vu l’extreˆme urgence de cette matière, un groupe de travail interdépartemental « transports de fonds » a par ailleurs été fondé au sein du Comité national belge de sûreté. Ce groupe est d’ores et déjà en train d’examiner au niveau de la Belgique les mesures complémentaires qui s’imposent pour contrer ces nouvelles formes de criminalité. Ainsi, il faut aussi examiner si ces transports de fonds peuvent continuer à eˆtre effectués par des avions transportant des passagers, et dans l’affir-


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8540

tuigen. In eerste instantie — en bij wijze van voorlopige maatregel — wordt in samenspraak met mijn collega van Binnenlandse Zaken een verhoogd politietoezicht voorgenomen; in tweede instantie zullen vanaf juni 2001, na voormelde audits, ook structurele maatregelen onderzocht worden.

mative, sous quelles conditions. En première instance — et à titre de mesure provisoire — un controˆle policier accru a été prévu en concertation avec mon collègue des Affaires intérieures; en deuxième instance, des mesures structurelles seront notamment examinées à partir de juin 2001, suite aux audits susmentionnés.

4. Inzake de relaties met AEA kan ik het geachte lid melden dat ik deze vereniging tot een overleg heb uitgenodigd inzake voormelde problematiek, een initiatief dat overigens ook door de NV BIAC naar AEA toe genomen werd.

4. En ce qui concerne les rapports avec l’AEA, je peux informer l’honorable membre que je les ai conviés à cette réunion en vue d’une concertation concernant la problématique susmentionnée, une initiative qui a d’ailleurs été prise par la SA BIAC auprès de l’AEA.

DO 2000200110903

DO 2000200110903

Vraag nr. 393 van de heer Lode Vanoost van 30 maart 2001 (N.) :

Question no 393 de M. Lode Vanoost du 30 mars 2001 (N.) :

Technische controle van wagens met trekhaak.

Controˆle technique des voitures équipées d’un attelage pour remorque.

De trekhaak voor gewone auto’s behoort niet tot de standaarduitrusting. Zij worden door gespecialiseerde bedrijven vervaardigd volgens het type van de wagen. De installatie moet om evidente veiligheidsredenen op een deskundige wijze gebeuren.

L’attelage pour remorque équipant les voitures particulières ne fait pas partie de l’équipement de base. Ces équipements sont fabriqués par des entreprises spécialisées en fonction du type de véhicule. Pour des raisons évidentes de sécurité, l’installation doit être réalisée de manière professionnelle.

Een nieuw voertuig dient zich voor het eerst bij de technische controle aan te bieden na vier jaar. Wanneer de eigenaar echter een trekhaak installeert dient hij dit onmiddellijk en vanaf dan jaarlijks te doen, ook als het voertuig nog geen vier jaar oud is.

Une voiture neuve doit être soumise à un premier controˆle technique après quatre ans. Si le propriétaire a toutefois équipé la voiture d’un attelage, il doit la soumettre immédiatement, et ensuite chaque année, au controˆle technique, même si la voiture a moins de quatre ans.

Om de reeds eerder vermelde veiligheidsredenen lijkt een technische controle van de installatie van de trekhaak aangewezen. De diensten van de technische controle gaan echter over tot een volledige controle van het voertuig en rekenen dit ook zo aan.

Pour les raisons de sécurité évoquées ci-dessus, il semble indiqué de soumettre l’installation de l’attelage a un controˆle technique. Les services de controˆle technique procèdent à un controˆle complet qui est facturé comme tel.

1. Wat zijn de redenen waarom de technische controle nu op deze wijze gebeurt ?

1. Pourquoi le controˆle technique s’effectue-t-il actuellement de cette manière ?

2. Zou het niet beter zijn indien voertuigen, minder dan vier jaar oud, zich slechts eenmaal moeten aanbieden bij de installatie van de trekhaak, enkel op de kwaliteit van deze installatie worden gecontroleerd en ook enkel deze beperkte controle dienen te betalen ?

2. Ne faudrait-il pas limiter le controˆle des véhicules de moins de quatre ans à un seul, effectué lors de l’installation de l’attelage et ne concernant que la qualité de l’installation, et de facturer uniquement ce controˆle restreint ?

Antwoord :

Réponse :

1. Sinds de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 15 december 1998 (Belgisch Staatsblad van 24 december 1998) tot wijziging van het koninklijk


2000

1. Depuis la mise en vigueur de l’arrêté royal du 15 décembre 1998 (Moniteur belge du 24 décembre 1998) portant modification de l’arrêté royal du

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8541

besluit van 15 maart 1968 (technisch reglement) zijn een aantal nieuwe regels van toepassing.

15 mars 1968 (règlement technique), une série de nouvelles règles sont d’application.

Door deze nieuwe reglementering dienen personenauto’s, auto’s voor dubbel gebruik en minibussen, die uitgerust zijn met een trekhaak, wanneer ze nieuw zijn en vervolgens jaarlijks, een technische keuring te ondergaan.

` la suite de cette nouvelle réglementation, les A voitures mixtes et les minibus qui sont pourvus de crochets d’attelage doivent subir un controˆle technique à l’état neuf puis annuellement.

2. Een aanpassing van de desbetreffende reglementering is voorzien en houdt rekening met de beschouwing onder punt 2 van de vraagstelling van het geacht lid.

2. Une modification de la réglementation en cause est prévue et tient compte de la réflexion de l’honorable membre sous le point 2 de la question.

DO 2000200110953

DO 2000200110953

Vraag nr. 398 van de heer Jef Valkeniers van 12 april 2001 (N.) :

Question no 398 de M. Jef Valkeniers du 12 avril 2001 (N.) :

Koninklijk besluit. — Gebruik van de term « mindervalide ».

Arrêté royal. — Utilisation du terme « mindervalide ».

In juni 1990 kenden we de oprichting van een « Vlaams Fonds voor de sociale integratie van personen met een handicap » terwijl het « Rijksfonds voor mindervaliden » werd afgeschaft.

En juin 1990, a été créé le « Vlaams Fonds voor de sociale integratie van personen met een handicap » alors que le « Rijksfonds voor mindervaliden » (Fonds national des handicapés) a été supprimé.

Op 10 januari 1991 besliste de Vlaamse regering bij decreet de « Vlaamse Hoge Raad voor mindervalide personen » te wijzigen naar « Vlaamse Hoge Raad voor personen met een handicap ».

Le 10 janvier 1991, le gouvernement flamand a pris un décret modifiant le « Vlaamse Hoge Raad voor mindervalide personen » en « Vlaamse Hoge Raad voor personen met een handicap ».

De enige plaats waar het woord « mindervalide » nog voorkomt is het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer (zie artikel 27.4).

Le seul texte où figure encore le terme « mindervalide » est l’arrêté royal du 1er décembre 1975 portant règlement général de la police de la route (voir article 27.4).

Overweegt u hier ook het juiste taalgebruik te laten toepassen ?

N’envisagez-vous pas de faire utiliser le terme correct dans ce texte ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat bij een volgende wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer het woord « mindervalide » zal vervangen worden door de woorden « personen met een handicap ».

Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que, lors d’une prochaine modification de l’arreˆté royal du 1er décembre 1975 portant règlement général sur la police de la circulation routière, le terme « mindervalide » sera remplacé par les termes « personen met een handicap ».


2000

2001


1099

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8542



Volksgezondheid

Santé publique

DO 2000200110801

DO 2000200110801

Vraag nr. 265 van de heer Jo Vandeurzen van 12 maart 2001 (N.) :

Question no 265 de M. Jo Vandeurzen du 12 mars 2001 (N.) :

A-bedden in algemene ziekenhuizen.

Lits A dans les hoˆpitaux généraux.

In het kader van de tweede vrijwillige reconversie wordt de mogelijkheid geboden om onder andere bedden van het algemeen ziekenhuis C/D/G/... om te zetten naar A-bedden, eveneens in algemene ziekenhuizen.

Dans le cadre de la deuxième reconversion volontaire, les lits C/D/G/... des hoˆpitaux généraux peuvent être transformés en A, toujours en hoˆpital général.

1. Hoeveel A-bedden zijn er momenteel in de algemene ziekenhuizen in Vlaanderen en Wallonie¨ ?

1. Combien de lits A compte-t-on actuellement dans les hoˆpitaux généraux en Flandre et en Wallonie ?

2. Wat zijn de programmatienormen ?

2. Quelles sont les normes de programmation ?

3. Bestaan er behoeftenstudies over het aantal A-bedden ?

3. Existe-t-il des études relatives aux besoins en lits A ?

4. Vertaalt de stijgende nood naar geestelijke gezondheidszorg zich in een toenemend aantal A-bedden ?

4. Les besoins croissants en matière de soins mentaux se traduisent-ils par une augmentation du nombre de lits A ?

5. Wat is de evolutie van het aantal A-bedden in het algemeen ?

5. Quelle est l’évolution du nombre de lits A en général ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden.

Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements suivants.

1. Rekening houdend met de tweede vrijwillige reconversie zijn er op dit moment in Belgie¨ 2 312 erkende A-bedden in algemene ziekenhuizen (AZ), waarvan 1 194 in Vlaanderen, 310 in Brussel en 808 in Wallonie¨.

1. Si l’on prend en compte la deuxième reconversion volontaire, il y a actuellement 2 312 lits A agréés dans les hoˆpitaux généraux (HG) en Belgique, dont 1 194 en Flandre, 310 à Bruxelles et 808 en Wallonie.

2. De programmatienorm voor A-bedden in algemene ziekenhuizen (AZ) is vastgelegd op 0,15 bedden per 1 000 inwoners. Hierbij dient opgemerkt dat de programmatienorm voor een bepaald type bed een nationale norm is.

2. La norme de programmation pour les lits A en hoˆpital général (HG) est fixée à 0,15 lit par 1 000 habitants. Il convient de faire remarquer à cet égard que la norme de programmation applicable à un type déterminé de lits est une norme nationale.

3. Er bestaan nog geen voltooide behoeftenstudies betreffende het aantal A-bedden in algemene ziekenhuizen (AZ). We kunnen weliswaar vaststellen dat het aantal A-bedden in AZ tussen 1987 en 1997 met meer dan 25 % is toegenomen.

3. Il n’existe pas encore d’études finalisées sur les besoins en matière de lits dans les hoˆpitaux généraux (HG). On peut constater que le nombre des lits A en HG a augmenté de plus de 25 % entre 1987 et 1997.

4. Gezien het antwoord op voorgaande vraag is het niet mogelijk een antwoord te formuleren op deze vraag. Het is voorlopige ook niet mogelijk te onderscheiden of de bestaande behoeften zich voornamelijk voordoen in ambulante, residentie¨le of semiambulante settings.

4. Compte tenu de la réponse à la question précédente, il m’est impossible de fournir une réponse à cette question, ni de dire si les besoins existants se situent principalement au niveau des équipements ambulatoires, résidentiels ou semi-ambulatoires.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8543

5. Wat betreft de evolutie van het aantal A-bedden in het algemeen (dit wil zeggen zowel in AZ als in psychiatrische ziekenhuizen), stellen we vast dat er voor de tweede vrijwillige reconversie 6 535 A-bedden, 867 A-bedden voor daghospitalisatie en 267 A-bedden voor nachthospitalisatie waren. Na de tweede vrijwillige reconversie tellen we 7 061 A-bedden, 980 Abedden voor daghospitalisatie en 262 A-bedden voor nachthospitalisatie.

5. En ce qui concerne l’évolution du nombre de lits A en général (c’est-à-dire tant en HG que dans les hoˆpitaux psychiatriques), on constate que, avant la deuxième reconversion volontaire, il y avait 6 535 lits A, 867 lits A pour hospitalisation de jour et 267 lits A pour hospitalisation de nuit. Après la deuxième reconversion volontaire, il y a 7 061 lits A, 980 lits A pour hospitalisation de jour et 262 lits A pour hospitalisation de nuit.

In de nieuwe beleidsvisie op geestelijke gezondheidszorg verliest het beddenaantal aan belang. De geestelijke gezondheidszorg dient zich in de toekomst te ontwikkelen als een netwerk dat zorgopdrachten vervult. Dergelijke zorgopdracht wordt gezien als een bundeling voor functies zoals bijvoorbeeld indicatiestelling, behandeling, psychosociale begeleiding, enz.

Dans la nouvelle vision politique sur les soins de santé mentale, le nombre de lits est devenu un élement ` l’avenir, les soins de santé mentale moins important. A devront évoluer vers un réseau qui effectue des missions en matière de soins. Une telle mission est considérée comme un ensemble de fonctions, telles que l’établissement de l’indication, le traitement, l’accompagnement psychosocial, etc. ` l’heure actuelle, un groupe d’experts se penche A sur le problème des lits A dans les hoˆpitaux généraux. Les travaux de ce groupe sont principalement axés sur le développement de la fonction de psychiatrie de liaison ainsi que sur la mise en place d’un réseau de psychiatrie d’urgence.

Momenteel werkt een expertengroep aan de problematiek van de A-bedden in de algemene ziekenhuizen. Deze groep werkt vooral rond de uitbouw van de liaisonpsychiatrische functie evenals de totstandkoming van een urgentiepsychiatrisch netwerk. Daarnaast heb ik hierover eveneens een adviesaanvraag geformuleerd aan de Nationale Raad voor ziekenhuisvoorziening (NRZV).

En outre, j’ai transmis à ce propos une demande d’avis au Conseil national des établissements hospitaliers (CNEH).

De NRZV heeft acht denkpistes ontwikkeld die complementair tot een nieuwe omschakelingsfase zouden moeten leiden :

Le CNEH dégage huit pistes qui devraient, complémentairement, être développées dans une nouvelle phase de reconversion :

— De oprichting van urgentiediensten en crisiseenheden en dat zowel in de AZ als in de psychiatrische ziekenhuizen (PZ) via de specialisering van bestaande bedden.

— La mise en place d’unités d’urgence et de crise, tant dans les HG que dans les hoˆpitaux psychiatriques (HP) par la spécialisation de lits existants.

— De inplanting van een functie van liaisonpsychiatrie in alle AZ, gekoppeld aan een versterking van de ambulante opvangmogelijkheden.

— L’implantation d’une fonction de psychiatrie de liaison dans tous les HG, associée à un renforcement des possibilités de prise en charge ambulatoire.

— Stimulansen voor de ontwikkeling van de partie¨le ziekenhuisopname op basis van bestaande ziekenhuisstructuren.

— Des incitants au développement de l’hospitalisation partielle au départ de structures hospitalières existantes.

— Nieuwe marges bestemd voor het cree¨ren van extramurale opvangstructuren die beter aan de behoeften van bepaalde patie¨nten aangepast zijn.

— De nouvelles marges destinées à créer des structures de prise en charge extrahospitalières et mieux adaptées aux besoins de certains patients.

— Maatregelen ter aanpassing van het opnamebeleid aan de behandelingsbehoeften van de patie¨nten om aldus zoveel mogelijk het aantal gevallen te beperken van opvang van psychiatrische patie¨nten in structuren die niet beschikken over de nodige kwalificaties voor de opvang van dat type pathologiee¨n.

— Des mesures visant à adapter la politique d’admission aux besoins de traitement des patients afin de réduire au maximum le nombre de cas de prise en charge de patients psychiatriques dans des structures qui ne disposent pas des qualifications nécessaires pour appréhender ce type de pathologies.

— Bijzondere bepalingen die het mogelijk moeten maken om in het kader van samenwerkingsverbanden bestaande psychiatrische bedden te

— Des dispositions particulières afin de permettre, dans le cadre des associations, de délocaliser des lits psychiatriques existants vers des HG qui se


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8544

verplaatsen naar AZ die geconfronteerd worden met een grote vraag naar psychiatrische zorg en die voor dit type opvang niet over een aangepaste dienst beschikken.

trouvent confrontés à une demande importante de soins psychiatriques et qui ne disposent pas d’un service adapté à ce type de prise en charge.

— De reconversie van bedden naar A-bedden in een strikt beperkt en voorwaardelijk kader.

— La reconversion de lits en nouveaux lits hospitaliers psychiatriques A dans un cadre strictement limité et conditionné.

— Een totale en dynamische toepassing van de programmatieregels waarbij meer met lokale behoeften dan met geografische begrenzingen rekening wordt gehouden.

— Une application globale et dynamique des règles de programmation qui tienne davantage compte des besoins locaux que des délimitations géographiques.

DO 2000200110926

DO 2000200110926



RIZIV. — Relatie tussen minimale klinische gegevens (MKG) en facturatiegegevens.

INAMI. — Relation entre le résumé clinique minimum (RCM) et les données de facturation.

Er werden reeds heel wat inspanningen gedaan om een relatie te leggen tussen MKG-gegevens en facturatiegegevens, beschikbaar in het RIZIV.

De nombreux efforts ont déjà été faits pour établir un lien entre les données du RCM et les données de facturation, disponibles à l’INAMI.

1. Hoever is men hierbij gevorderd ?

1. Ou` en est-on en cette matière ?

2. Zijn er reeds algemene conclusies te trekken uit deze operatie ?

2. Cette opération permet-elle de tirer des conclusions générales ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden.

Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre la réponse suivante.

1. De gekoppelde gegevens « Minimale Klinische Gegevens » en « Minimale Financie¨le Gegevens » zijn vanaf heden beschikbaar op cd-rom. De feedback MKG-MFG 1996 zal eerstdaags aan alle betrokken ziekenhuizen verstuurd worden.

1. Les données couplées « Résumé clinique financier minimum » de l’année 1996 sont désormais disponibles sur un cd-rom. Ce feed-back RCM-RFM 1996 sera envoyé dans quelques jours à tous les hoˆpitaux concernés.

Voor de gegevens van het jaar 1997, is de validatie van de « Minimale Klinische Gegevens » en van de « Facturatiegegevens » beeïndigd. De kruiscontroles MKG-MFG zijn bijna volledig uitgevoerd. De gegevens van de feedback 1997 zijn beschikbaar in de loop van de maand september 2001. Daarna moeten de cdrom’s worden geproduceerd en onder de ziekenhuizen worden verdeeld. De ziekenhuizen zullen dus de feedback MKG-MFG 1997 einde 2001 ontvangen.

Pour les données de l’année 1997, la validation de données « Résumé clinique minimum » et des « données de facturation » est terminée. Les controˆles croisés RCM-RFM sont presque entièrement réalisés. Les données du feed-back 1997 seront disponibles vers le mois de septembre 2001. Il restera ensuite la phase de production et d’envoi vers les hoˆpitaux. Les hoˆpitaux disposeront donc du feed-back RCM-RFM 1997 vers la fin de l’année 2001.

Voor de koppeling van de gegevens van het jaar 1998 en de volgende jaren is het betreffende koninklijk besluit, namelijk het koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 maart 1999 tot uitvoering van artikel 156, § 2, vierde lid, van de wet van 29 april 1996, in voorbereiding. Er wordt gewacht op het advies van de Raad van State.

Pour le couplage des données pour l’année 1998 et les années suivantes, l’arrêté royal y afférent, à savoir l’arrêté royal modifiant l’arrêté royal du 22 mars 1999 portant exécution de l’article 156, § 2, alinéa 4, de la loi du 29 avril 1996, est en cours de préparation, nous attendons l’avis du Conseil d’E´tat.

Voor het jaar 1998, zijn de gegevens « Minimale Klinische Gegevens » reeds gevalideerd, de « Facturatiegegevens », daarentegen zijn nog in de validatiefase.

Pour l’année 1998, les données « Résumé clinique minimum » sont validées et les « données de facturation » sont en cours de validation.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8545

Voor het jaar 1999, zijn de « Minimale Klinische Gegevens » nog in de validatiefase, voor de « Facturatiegegevens » verwachten we de gegevens tegen einde april 2001.

Pour l’année 1999, les données « Résumé clinique minimum » sont en cours de validation tandis que la réception des « données de facturation » est prévue pour fin avril 2001.

2. Algemene conclusies werden er nog niet getrokken. Het maken van « Guidelines » voor het gebruik van antibiotica zal een eerste concrete toepassing zijn.

2. Aucune conclusion générale n’a encore été tirée. L’établissement de « Guidelines » en matière d’utilisation d’antibiotiques constituera une première application concrète.

Er wordt in de volgende specifieke studies en feedbacks voorzien : 1. Antibioticaverbruik in geval van :

Les études et feed-backs suivants sont prévus : 1. La consommation d’antibiotique dans le traitement :

— pyelonefritis;

— pyélonéphrites;

— meningitis;

— méningites;

— pneumonie;

— pneumonies;

— chronische bronchitis.

— bronchites chroniques.

2. Nucleaire geneeskunde in vivo.

2. La médecine nucléaire in vitro.

3. Galwegencomplicaties bij cholecystectomie : laparoscopische versus conventionele. 4. Myocardinfarct.

3. Les complications des voies bilaires après cholécystectomie laparoscopique versus conventionelle. 4. L’infarctus du myocarde.

DO 200020010927

DO 200020010927

Vraag nr. 274 van de heer Jean-Pol Poncelet van 11 april 2001 (Fr.) :

Question no 274 de M. Jean-Pol Poncelet du 11 avril 2001 (Fr.) :

Kernongeval in Tsjernobyl.

Accident nucléaire de Tchernobyl.

In verband met de « Tsjernobyl-wolk » van april 1986 heeft een Frans collectief onlangs gerechtelijke stappen ondernomen ten overstaan van de Franse sanitaire overheid. De betrokkenen verwijten de Franse overheid dat ze hen ten tijde van het kernongeval van Tsjernobyl onvoldoende heeft gewaarschuwd. Zoals bekend ontkende de Franse sanitaire overheid destijds dat de radioactieve neerslag die het ongeluk met zich bracht het Franse grondgebied op enigerlei wijze zou hebben besmet.

Un collectif français vient de prendre une initiative judiciaire à l’égard des autorités sanitaires françaises en relation avec le « nuage de Tchernobyl » en avril 1986. Les personnes concernées reprochent aux autorités françaises des négligences à leur égard au moment de l’accident nucléaire de Tchernobyl. On se souviendra qu’à l’époque les autorités sanitaires françaises avaient nié toute contamination du territoire français par les retombées de cet accident.

Deze controverses brengen mij ertoe terug te komen op de gevolgen van het ongeval in Belgie¨.

Ces controverses m’amènent à revenir sur les conséquences de cet accident en Belgique.

1. Kunt u mij een beknopt overzicht geven van de gevolgen van het ongeval voor de Belgische volksgezondheid ?

1. Pourriez-vous me faire une synthèse des conséquences sanitaires de cet accident pour la population belge ?

2. a) Kunt u epidemiologische gegevens verstrekken inzake de schildklieraandoeningen en met name de eventuele schildklierverwijderingen in de voorbije vijftien jaar ?

2. a) Pourriez-vous fournir des données épidémiologiques sur les affections de la tyroı¨de, tout spécialement l’ablation éventuelle de cette glande, au cours des quinze dernières années ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8546

b) Bent u van oordeel dat het aantal schildklierproblemen en verwijderingen is toegenomen en dat, meer algemeen, in ons land duidelijke gevolgen van dit ongeval vastgesteld zijn ?

b) Considérez-vous qu’il y aurait eu une recrudescence des problèmes liés à cette glande, une augmentation du nombre d’ablations de la tyroı¨de, et d’une manière plus générale que des conséquences sensibles de cet accident aient pu être décelées dans notre pays ?

3. Kunnen de epidemiologische gegevens in kwestie nog verder worden opgesplitst, bijvoorbeeld per provincie ?

3. Les données épidémiologiques en question peuvent-elles être ventilées d’une manière plus fine, par exemple par province ?

4. Als erkend wordt dat naar analogie met situaties in de buurlanden, in Belgie¨ bepaalde personen schade hebben geleden, bestaat er dan een mechanisme om de betrokkenen eventueel te vergoeden ?

4. Dans l’hypothèse d’un préjudice reconnu à l’égard de certaines personnes en Belgique, par comparaison avec des situations dans les pays voisins, existerait-il un mécanisme d’indemnisation éventuel en faveur de ces personnes ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mede te delen.

Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.

1. Naar aanleiding van het ongeluk in Tchernobyl heeft men geen waarneembare gevolgen kunnen vaststellen op de gezondheid van de Belgische bevolking. Dit wordt met de volgende gegevens toegelicht :

1. Suite à l’accident de Tchernobyl, il n’a pas été possible de déceler des répercussions perceptibles sur la santé de la population belge. Cette thèse s’appuie sur les deux ensembles de faits suivants. Cela s’explique par les données suivantes :

a) De mate van contaminatie van partikels in suspensie in de lucht en voedingsmiddelen door iood-131, Cesium-134 en Cesium-137 is gemeten vanaf het ogenblik dat de ramp bekend gemaakt werd. De resultaten van deze surveillance hebben aangetoond dat de normen van radioactieve vervuiling in de lucht en in de voedingsmiddelen niet overschreden werden. Daarentegen heeft men wel een belangrijke stijging waargenomen van radioactieve vervuiling van voedingsmiddelen geı¨mporteerd uit landen uit het oosten en van boschampignons geoogst in ons land. Deze twee fenomenen samen kunnen echter geen belangrijke impact hebben gehad in termen van volksgezondheid.

a) Le degré de contamination des particules en suspension dans l’air et des aliments par l’iode131, le césium-134 et le césium-137 a été mesuré dès que la catastrophe a été connue. Les résultats de cette surveillance ont montré qu’il n’y a pas eu de dépassement des normes de contamination radioactive de l’air et des aliments. On a cependant observé une augmentation importante de la contamination radioactive de produits alimentaires importés des pays de l’Est et des champignons de bois cueillis dans notre pays. Toutefois, ces deux phénomènes marginaux ne peuvent avoir eu un impact sensible en terme de santé publique.

Wat betreft de luchtvervuiling moet het benadrukt worden dat de gunstige meteorologische condities in ons land de neerslag van radioactieve partikels hebben beperkt : 2 mei 1986, de dag dat de radioactieve wolk over ons land passeerde, heeft het immers niet geregend.

En ce qui concerne la pollution de l’air, il faut également souligner que notre pays a bénéficié de conditions météorologiques favorables ayant limité les retombées de particules radioactives : en effet, lors du passage du nuage radioactif sur notre pays, le 2 mai 1986, il n’a pas plu.

b) Ten gevolge van de ramp, werden een groot aantal epidemiologische studies uitgevoerd in verschillende delen van Europa en vooral in de getroffen landen (Scandinavische landen, Griekenland en Oostenrijk) over de frequentie van congenitale misvorming, leukemie en schildklierkanker bij kinderen. De resultaten van deze studies waren het onderwerp van wetenschappelijke publicaties in verschillende gespecialiseerde medische tijdschriften. In het merendeel van de gevallen kon een significante toename van de aandoeningen hierboven vermeld, niet worden aangetoond. Enkel bij Griekse kinderen van minder dan 4 jaar oud, die

b) Suite à la catastrophe, de nombreuses études épidémiologiques portant sur la fréquence des malformations congénitales, la leucémie et le cancer de la thyroı¨de chez l’enfant ont été réalisées dans diverses régions européennes, et notamment dans les pays les plus touchés (pays scandinaves, Grèce et Autriche). Les résultats de ces études ont fait l’objet de publications scientifiques dans diverses revues médicales spécialisées. Dans la majorité des cas, elles n’ont pu mettre en évidence une augmentation significative des pathologies citées ci-dessus. Seule une augmentation transitoire de la fréquence de la leucémie a été observée chez des enfants grecs


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8547

waren blootgesteld in de baarmoeder, werd een tijdelijke verhoging van de frequentie van leukemie waargenomen. Dit resultaat werd echter niet opnieuw bekomen in een meer uitgebreide studie met betrekking tot 23 750 kinderen met leukemie, geı¨nventariseerd door 36 kankerregisters gespreid over 23 Europese landen.

aˆgés de moins de quatre ans ayant été exposé in utero. Ce résultat n’a cependant pu être reproduit dans une étude plus vaste portant sur 23 750 enfants leucémiques recensés, entre 1980 et 1991, par 36 registres du cancer répartit dans 23 pays européens.

Daarnaast dient aangegeven te worden dat een rapport van de Europese Unie daterend uit 1990, de vraag stelde of al deze onderzoeken relevant waren, daar de dosis waaraan de Europese bevolking was blootgesteld geen detecteerbare toename van kankers of congenitale misvorming kon veroorzaken.

Par ailleurs, il faut également signaler qu’un rapport de l’Union européenne, datant de 1990, posait la question de savoir si de telles recherches étaient pertinentes puisque les doses auxquelles les populations européennes avaient été exposées ne pouvaient être la cause d’un excès détectable de cancers ou de malformations congénitales.

2. a) Aandoeningen van de schildklier worden door geen enkele epidemiologische surveillance bestudeerd. Momenteel kan, uitgaande van de beschikbare epidemiologische gegevens de frequentie van de nieuwe gevallen van schildklierkanker (gevallen gecentraliseerd door het Nationaal Kankerregister) en het belang van de sterfte door schildklierkanker (statistieken van overlijden gecentraliseerd door het Nationaal Instituut voor statistiek) bepaald worden. De frequentie van wegneming van de schildklier zou kunnen geschat worden via de gegevens van minimale klinische gegevens. Deze gegevens werden echter pas geregistreerd sinds 1990 en laten niet toe de evolutie van deze pathologie gedurende een voldoende lange periode op een betrouwbare wijze te analyseren.

2. a) Les affections de la thyroı¨de ne font l’objet d’aucune surveillance épidémiologique particulière. Actuellement, les données épidémiologiques disponibles permettent d’évaluer la fréquence des nouveaux cas de cancer de la thyroı¨de (cas centralisés par le registre national du Cancer) et l’importance de la mortalité par cancer de la thyroı¨de (statistiques des décès centralisées par l’Institut national de statistique). La fréquence de l’ablation de la thyroı¨de pourrait être estimée via les données du résumé clinique minimum : toutefois, ces données n’ont été enregistrées qu’à partir de 1990 et ne permettent pas d’analyser, de façon fiable, l’évolution de cette pathologie pendant une période de temps suffisamment longue.

b) Het gemiddeld aantal jaarlijkse sterfgevallen ten gevolge van schildklierkanker bedraagt 80 voor de periode van 1987-1995, met een variatie tussen 54 (in 1992) en 99 in (1989). Er bestaat geen significante tendens in de tijdelijke evolutie van het jaarlijks aantal sterfgevallen in de loop van de periode 1987-1995. Tijdens diezelfde periode werd geen enkel sterfgeval ten gevolge van schildklierkanker geobserveerd bij personen jonger dan 35 jaar.

b) Le nombre moyen de décès annuels par cancer de la thyroı¨de est de 80 pour la période de 1987-1995 avec des variations comprises entre 54 (en 1992) et 99 (en 1989). II n’y pas de tendance significative dans l’évolution temporelle du nombre annuel de décès au cours de la période 1987-1995. Aucun décès par cancer de la thyroı¨de n’a été observé chez des personnes aˆgées de moins de 35 ans au cours de cette même période.

Deze gegevens tonen aan dat er geen toename is van de problemen met betrekking tot schildklierkanker in de loop van de afgelopen vijftien jaar.

Ces données indiquent qu’il n’y a pas eu de recrudescence des problèmes tumoraux de la glande thyroide au cours des quinze dernières années.

3. De epidemiologische gegevens weergegeven in punt 2.a kunnen inderdaad opgesplitst worden per regio, provincie en zelfs per arrondissement. Het is bijgevolg mogelijk deze gegevens te analyseren per geografische eenheid. Gezien de lage frequentie van schildklierkanker (in de orde van 80 voor tien miljoen inwoners), wordt het aantal gevallen geobserveerd per geografische eenheid echter extreem laag en de resultaten van statistische analyse over dergelijke lage aantallen zijn zeer moeilijk te interpreteren.

3. Les données épidémiologiques reprises au point 2.a peuvent, en effet, être ventilées par région, province et même arrondissement. II est donc possible d’analyser ces données par sous-unité géographique. Toutefois, étant donné la faible fréquence des cancers de la glande thyroı¨de (de l’ordre de 80 pour dix millions d’habitants), le nombre d’évènements observé par sous-unité géographique devient extrêmement petit et les résultats des analyses statistiques portant sur de tels nombres posent d’énormes problèmes d’interprétation.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8548

4. De Belgische wetgeving voorziet in geen bijzondere schadevergoeding voor gezondheidsschade die zou kunnen toegeschreven worden aan vervuiling van het leefmilieu door de radioactieve neerslag ten gevolge van de Tchernobylramp.

4. La législation belge ne prévoit pas d’indemnisation particulière pour un préjudice sanitaire qui pourrait être imputable à une contamination radioactive de l’environnement par les retombées de l’accident de Tchernobyl.

DO 2000200110938

DO 2000200110938

Vraag nr. 276 van mevrouw Zoé Genot van 11 april 2001 (Fr.) :

Question no 276 de Mme Zoé Genot du 11 avril 2001 (Fr.) :

Tuberculose. — Screenings- en preventiecampagnes.

Tuberculose. — Campagnes de dépistage et de prévention.

Volgens de medische pers neemt het aantal tuberculosegevallen in Belgie¨ toe. Gespecialiseerde verenigingen stellen momenteel een kadaster van de ziekte op in de diverse regio’s van het land.

La presse médicale signale que les cas de tuberculose en Belgique sont en hausse. Des associations spécialisées sont occupées à effectuer un cadastre de la maladie dans les différentes régions du pays.

Uit die werkzaamheden blijkt dat sommige bevolkingscategoriee¨n, met name Belgische senioren en kinderen en jonge volwassenen van buitenlandse nationaliteit, meer kans maken om die ernstige ziekte op te lopen.

Ces travaux indiquent que des catégories de la population courent davantage de risques de développer cette maladie grave : les personnes aˆgées belges et les enfants et les jeunes adultes de nationalité étrangère, notamment.

Die verenigingen stellen bijgevolg voor om aan die categoriee¨n aangepaste maatregelen te treffen teneinde de screening te verbeteren.

Ces associations suggèrent donc que des stratégies adaptées à ces populations soient mises en place en particulier pour améliorer le dépistage.

1. Welke voorzieningen werden getroffen om de screening van die ziekte mogelijk te maken en het opduiken van nieuwe gevallen te voorkomen ?

1. Quels sont les dispositifs existants mis en place pour permettre le repérage des malades et prévenir l’apparition de nouveaux cas ?

2. Worden personen uit de omgeving van aan longtuberculose lijdende patie¨nten in het kader daarvan onderzocht en zo ja, welk onderzoeksprotocol wordt daarbij toegepast ?

2. Les personnes de l’entourage des malades atteintes de tuberculose pulmonaire sont-elles examinées dans le cadre de ces dispositifs et, dans l’affirmative, quel est le protocole d’examen mis en œuvre ?

3. Zijn de diverse diensten die actief zijn op het gebied van de gezondheidszorg van die screenings- en preventiecampagnes op de hoogte ?

3. Les différents services actifs dans le domaine de la santé sont-ils informés des campagnes de dépistage et de prévention ?

4. Zijn die diverse diensten verplicht elk verdacht geval aan de Gezondheidsinspectie te melden ?

4. Ces différents services sont-ils tenus de signaler tout cas suspect à l’Inspection de l’hygiène ?

Antwoord : Eerst en vooral wens ik het geachte lid eraan te herinneren dat de maatregelen voor de opsporing en de preventie van infectieziekten onder de bevoegdheid van de gemeenschappen vallen. Gezien het belang van de problematiek rond tuberculose, in het bijzonder voor asielzoekers, neemt ook de federale overheid niettemin een aantal taken op zich. In dit kader buigt een interkabinettenwerkgroep zich momenteel over de maatregelen die moeten worden getroffen om de situatie te verbeteren.

Réponse : Je tiens tout d’abord à rappeler à l’honorable membre que les mesures de dépistage et de prévention des maladies infectieuses sont de la compétence des communautés. Cependant, l’importance de la problématique liée à la tuberculose en particulier chez les demandeurs d’asile jusitifie que l’E´tat fédéral y joue également un roˆle. Dans ce cadre un groupe de travail intercabinets se penche actuellement sur les mesures à prendre afin d’améliorer la situation.

De tuberculosebestrijding wordt op gemeenschapsniveau door twee VZW’s gecoo¨rdineerd : de VRGT voor de Vlaamse Gemeenschap en de Fares voor de Franse Gemeenschap.

La lutte antituberculeuse est coordonnée au niveau communautaire par deux ASBL : la Fares pour la Communauté française et la VRGT pour la Communauté flamande.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8549

Hieronder vindt u een specifieker antwoord op uw vragen. 1. Het voorkomen van nieuwe gevallen vereist :

Pour répondre plus précisément à vos questions. 1. Prévenir l’apparition de nouveaux cas demande :

— een vroegtijdige diagnose van de ziekte. Dit betekent dat de zieke onmiddellijk zijn behandelende arts raadpleegt wanneer hij symptomen vertoont die kunnen wijzen op de ziekte (met name al meer dan drie weken een chronische hoest) en dat de geneesheer de diagnose zo snel mogelijk stelt. De maatregelen die hiervoor genomen worden, betreffen een goede informatieverstrekking aan het grote publiek en de artsen. Hiervoor zijn twee verenigingen voor tuberculosebestrijding verantwoordelijk (VRGT en Fares) : zij werken aan documenten voor deze doelgroepen of nemen deel aan informatiesessies.

— un diagnostic précose de la maladie. Ceci implique que le malade consulte sans délai son médecin traitant en présence de symptoˆmes suggestifs de la maladie (notamment une toux chronique depuis plus de trois semaines) et que le médecin pose le diagnostic le plus rapidement possible. Les dispositions prises dans ce but sont une bonne information du grand public et des médecins. Il s’agit d’un roˆle des deux associations de lutte contre la tuberculose (Fares et VRGT) qui élaborent des documents à l’intention de ces publics-cibles ou participent à des séances d’information.

Voor risicogroepen qua tuberculose (asielzoekers, gevangenen, daklozen, ...) is een systematischere aanpak vereist: zo worden er in de Dienst Vreemdelingenzaken screenings georganiseerd in de opvangcentra voor asielzoekers, in de gevangenissen, in de opvangcentra voor daklozen, enz. Sommige van deze acties worden gesteund door de federale ministeries die terzake bevoegd zijn (Maatschappelijke Integratie, Justitie, enz.).

En présence de populations à risque de tuberculose (demandeurs d’asile, prisonniers, sans-abri, ...), il est nécessaire d’avoir une approche plus systématisée : c’est ainsi que des dépistages sont organisés à l’Office des étrangers dans les centres d’accueil pour demandeurs d’asile, dans les prisons, dans les maisons d’accueil pour sans-abri etc. Certaines de ces actions sont supportées par les ministères fédéraux compétents en la matière (Intégration sociale, Justice etc.).

— een aangepaste behandeling van tuberculosepatie¨nten vooral bij besmettingsgevaar.

— un traitement adéquat des malades tuberculeux surtout s’ils sont contagieux.

De geneesmiddelen voor tuberculose worden 100 % terugbetaald na toestemming van de controlerende geneesheren van de ziekenfondsen. De behandeling is dus zo goed als gratis voor de sociaal verzekerden. In het kader van hun opdracht van sociale profylaxe zorgen de verpleegsters van de VRGT en de Fares ervoor dat elk vastgesteld geval van tuberculose aangepakt en behandeld wordt. In bepaalde situaties (illegalen, personen die via de sociale zekerheid tegen « grote risico’s » verzekerd zijn, enz.) kan de toegang tot de behandeling voor problemen zorgen. In dat geval zorgen de twee verenigingen voor een gratis eerstelijnsbehandeling of komen ze gedeeltelijk tegemoet in de kosten indien tweedelijnsgeneesmiddelen voorgeschreven zijn (behandeling minstens 20 keer duurder).

Les médicaments antituberculeux sont remboursés à 100 % après accord des médecins conseils des mutuelles. Le traitement est donc quasi gratuit pour les assurés sociaux. Dans le cadre de leur mission de socioprophylaxie, les infirmières de la Fares et de la VRGT s’assurent que tout cas de tuberculose déclaré est pris en charge et est traité. Dans certaines situations (illégaux, affiliés à la sécurité sociale « gros risques » etc.) l’accès au traitement peut poser problème, les deux associations veillent alors à fournir gratuitement un traitement de première ligne ou assurent une aide financière partielle si des médicaments de deuxième ligne sont prescrits (traitement au moins 20 fois plus cher).

Een aangepaste behandeling impliceert : een behandelingsschema aangepast aan de gevoeligheid van de stam, een dosering van de geneesmiddelen, een voldoende duur (minimum zes maanden) en een correcte inname van de geneesmiddelen door de patie¨nt.

Un traitement adéquat signifie : un schéma thérapeutique adapté à la sensibilité de la souche, un dosage des médicaments, une durée suffisante (minimum six mois), une prise correcte des médicaments par le patient.

De VRGT en de Fares werken aanbevelingen uit voor de therapeutische aanpak van tuberculose en staan op verzoek van de geneesheren in voor de

La Fares et la VRGT élaborent des recommandations pour la prise en charge thérapeutique de la tuberculose et, à la demande des médecins, assu-


2000

2001


1100

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8550

opvolging van de niet-meewerkende patie¨nten (behandeling onder supervisie). 2. Screening van de omgeving

rent le suivi des patients non compliants (traitement supervisé). 2. Dépistage de l’entourage

De verpleegsters van de VRGT en de Fares vergewissen zich ervan dat de omgeving van elk geval van (mogelijk besmettelijke) longtuberculose gescreend werd. Indien de behandelende geneesheer de screening binnen het gezin niet op zich neemt, doen zij dit. Buiten de familiale kring varieert de procedure : ofwel wordt de screening uitgevoerd door de betrokken medische dienst (MST/CLB, arbeidsgeneeskunde), ofwel wordt de screening verricht door de verpleegsters van de VRGT/Fares, eventueel in samenwerking met een ambulante raiologische dienst (rustoorden/ RVT’s, opvangcentra, enz.).

Les infirmières de la Fares et de la VRGT s’assurent que l’entourage de tout cas de tuberculose pulmonaire (potentiellement contagieuse) a été dépisté. Si le médecin traitant ne prend pas en charge le dépistage familial, elles le réalisent. En dehors du cercle familial, la procédure est variable : soit il est réalisé par le service médical concerné (IMS/PMS, médecine travail), soit il est effectué par les infirmières de la Fares/VRGT en collaboration éventuellement avec un service radiologique itinérant (MR/MRS, centres d’accueil etc.).

Er bestaat een welomschreven protocol voor de organisatie van de screening van de contacten. Dat protocol is gebaseerd op het principe van concentrische cirkels (de eerste vertegenwoordigt de dagelijkse contacten, de twee anderen wijzen respectievelijk op de regelmatige en sporadische contacten van het bevestigde geval). De strategie die wordt toegepast hangt af van de besmettelijkheidsgraad van de zieke en de frequentie/beperktheid van de contacten met zijn omgeving. Het aanbevolen onderzoek is de cutireactie. Bij omslag van de huidtest is een preventieve chemotherapie aangewezen.

Il existe un protocole bien défini pour organiser le dépistage des contacts; il est basé sur le principe des cercles concentriques (le premier représentant les contacts journaliers et les deux autres respectivement les contacts réguliers ou sporadiques du cas confirmé). La stratégie appliquée va dépendre du degré de contagiosité du malade et de la fréquence/étroitesse des contacts avec son entourage. L’examen préconisé est l’intradermo-réaction. En cas de virage, une chimiothérapie préventive est recommandée.

3. Informatie van de gezondheidsdiensten

3. Information des services de santé

Alle gezondheidsdiensten die betrokken zijn in de screening van tuberculose worden uiteraard op de hoogte gebracht van de screeningsmodaliteiten. Het gaat hier om een conditio sine qua non met het oog op een coherente screeningsstrategie in ons land. De VRGT en de Fares staan, in het kader van hun coo¨rdinerende en informerende functie, in voor de uitwerking en verspreiding van aanbevelingen voor verschillende doelgroepen : huisartsen, geneesheren-specialisten (en meer in het bijzonder pneumologen en infectiologen), arbeidsgeneesheren, medische schooldiensten, Kind en Gezin/Office de la naissance et de l’enfance, enz. De samenwerking met de betrokken diensten is van erg groot belang zowel voor de uitwerking als voor de verspreiding van de aanbevelingen. 4. Aangifte van gevallen van actieve tuberculose De wetgeving inzake besmettelijke ziektes bepaalt dat iedereen die kennis heeft van een verdacht of vastgesteld geval van tuberculose dit moet aangeven aan de Gezondheidsinspectie van de gemeenschap waarop hij behoort. De laboratoria en de ziekenfondsen werken hier ook aan mee.


2000

Il est clair que tous les services de santé impliqués dans le dépistage de la tuberculose sont informés des modalités de ce dépistage; il s’agit de la condition sine qua non pour que la stratégie de dépistage soit cohérente dans notre pays. La Fares et la VRGT dans le cadre de leur mission de coordination et d’information sont chargées d’élaborer et de diffuser des recommnadations à destination de différents publics cibles : médecins généralistes, médecins spécialistes (plus particulièrement pneumologues et infectiologues), médecins du travail, services de santé scolaire, ONE/ Kind en Gezin etc. La collaboration avec les instances concernées est très importante aussi bien au niveau de la conception et que de la diffusion des recommandations. 4. Déclaration des cas de tuberculose active D’après la législation sur les maladies transmissibles, toute personne ayant connaissance d’un cas suspect ou avéré de tuberculose, doit le déclarer à l’Inspection d’hygiène communautaire de son ressort. Les laboratoires et les mutuelles participent également à cette déclaration.

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8551

DO 2000200111040

DO 2000200111040



Samenwerking tussen de fiscale en de sociale administraties. — Uitwisseling van fiscale gegevens voor loontrekkers en middenstanders. — Uitreiking van fiscale getuigschriften voor sociale doeleinden.

Collaboration entre les administrations fiscales et sociales. — Ećhange de données fiscales relatives aux salariés et aux membres des classes moyennes. — Délivrance d’attestations fiscales à portée sociale.

Het valt zeer geregeld voor dat loontrekkers en middenstanders met jonge of grote gezinnen ongeldige bezwaarschriften of ongeldige verzoekschriften tot ambtshalve ontheffingen indienen en/of dat er bij gebrek aan kohierartikels of positieve en negatieve inkohieringen geen bezwaarschriften of vragen tot ambtshalve ontheffing kunnen worden ingediend.

Il arrive très régulièrement que des salariés et des membres des classes moyennes ayant de jeunes enfants ou appartenant à des familles nombreuses introduisent induˆment des réclamations ou des demandes de dégrèvement d’office et/ou qu’en raison de l’absence des articles de roˆle ou des enroˆlements positifs et négatifs, aucune réclamation ou demande de dégrèvement d’office ne puisse être introduite.

Om redenen dat de belastingwetgeving van openbare orde is, kunnen er derhalve om procedurele redenen geen ontheffingen worden verleend en/of kunnen de principieel belastbare grondslagen niet meer worden verminderd tot de juiste feitelijke toestanden.

Parce que la législation fiscale est d’ordre public, des raisons de procédure font d’ailleurs qu’aucun dégrèvement ne peut être accordé et/ou que les bases en principe imposables ne puissent plus être réduites pour correspondre aux véritables situations de fait.

Evenwel valt het zeer geregeld voor dat door die afwijzende directoriale beslissingen en/of wanneer de basissen beneden de belastbare en/of bestaansminima blijven, die belastingplichtigen hierdoor tal van sociale voordelen, uitkeringen of tegemoetkomingen geheel of gedeeltelijk kunnen gaan verliezen.

Cependant, il arrive très souvent qu’en raison des refus opposés par des directeurs et/ou parce que les bases restent en-deça des minima imposables et/ou de sécurité d’existence, ces contribuables puissent perdre, totalement ou partiellement nombre d’allocations, indemnités et avantages sociaux.

De belastingambtenaren van de Directe Belastingen en de administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit (AOIF) beroepen er zich blijkbaar algemeen op dat er geen « wettelijke » bepalingen zouden bestaan om de principieel belastbare grondslagen in dergelijke gevallen toch te laten herberekenen met het oog op het aanvragen en verkrijgen van alle sociale voordelen waarop de burgers in principe recht zouden hebben.

Il semble que les fonctionnaires de l’Administration des contributions directes et de l’Administration de la fiscalité des entreprises et des revenus (AFER) se basent généralement sur le fait qu’il n’existerait pas de dispositions « légales » permettant de procéder malgré tout à un nouveau calcul des bases en principe imposables en vue de la demande et de l’obtention de tous les avantages sociaux auxquels pourraient normalement prétendre les citoyens.

1. Behoren deze algemene beweringen inderdaad nog steeds tot de huidige administratieve praktijken ?

1. Ces affirmations générales correspondent-elles encore aux pratiques administratives actuelles ?

2. Welke interne instructies, circulaires of samenwerkingsprotocollen regelen in de huidige stand van zaken deze fiscale en parafiscale materie ?

2. Dans l’état actuel de la situation, quelles sont les instructions internes, les circulaires ou les protocoles de coopération qui règlent cette matière fiscale et parafiscale ? ` quels fonctionnaires du fisc, chefs de service ou 3. A instances fiscales compétentes, tant des Contributions directes que de l’AFER les ayants-droit sociaux peuvent-ils s’adresser oralement ou par écrit pour obtenir une attestation fiscale qui tienne compte de ces situations de fait et/ou bases correctes ? Il nous paraıˆt en effet logique qu’en matière sociale également, on tienne systématiquement compte de la « réalité ».

3. Tot welke belastingambtenaren, diensthoofden of bevoegde fiscale instanties van zowel de Directe Belastingen als van de AOIF kunnen de sociaal gerechtigden zich mondeling of schriftelijk richten om een fiscaal getuigschrift of attest te bekomen dat rekening houdt met de correcte feitelijke toestanden en/of grondslagen ? Het lijkt ons immers logisch dat er ook in sociale zaken steeds met de « werkelijkheid » moet worden rekening gehouden. 4. Welke algemene onderrichtingen zullen er weldra worden uitgevaardigd en/of in herinnering worden


2000

4. Quelles instructions générales va-t-on prochainement décréter et/ou rappeler afin de redresser au plus

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8552

gebracht om alle eventueel bestaande distorsies zo spoedig mogelijk sociaal te laten rechtzetten ?

vite, sur le plan social, toutes les distorsions éventuellement présentes ?

5. Kan u uw algemene praktische ziens- en handelwijze meedelen in het licht van een klantvriendelijk, modern en gezamenlijk fiscaal en sociaal rechtvaardig beleid ?

5. Pouvez-vous me faire savoir comment vous réagissez, en pratique, à ce problème, en le situant dans le cadre d’une administration à la fois moderne, fiscalement et socialement équitable pour tous et axée sur le client ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het onderwerp van haar vraag behoort tot de bevoegdheid van mijn collega’s de minister van Financie¨n en de minister van Sociale Zaken, aan wie de vraag eveneens werd gesteld. [Vragen nr. 670 (Financie¨n) en nr. 273 (Sociale Zaken) van 25 april 2001.]

Réponse : J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre que l’objet de sa question relève de la compétence de mes collègues, le ministre des Finances et le ministre des Affaires sociales, à qui la question a également été posée. [Questions no 670 (Finances) et no 273 (Affaires sociales) du 25 avril 2001.]



DO 2000200110836

DO 2000200110836

Vraag nr. 323 van de heer Luc Goutry van 19 maart 2001 (N.) :

Question no 323 de M. Luc Goutry du 19 mars 2001 (N.) :

Uitbating crematoria. — Privé-participatie.

Exploitation d’établissements crématoires. — Participation du secteur privé.

Sedert de wetswijziging van 20 september 1998 bepaalt artikel 1, tweede lid, van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, dat enkel een gemeente of een vereniging van gemeenten een crematorium kan oprichten en beheren.

L’article 1er, alinéa 2, de la loi du 20 juillet 1971 sur les sépultures et funérailles, modifiée le 20 septembre 1998, dispose que seule une commune ou une association de communes peut créer et exploiter un établissement crématoire.

Volgens de memorie van toelichting bij het wetsontwerp kunnen die verenigingen van gemeenten zowel zuiver als gemengd zijn, en ook bij de bespreking in de Kamercommissie werd door de toenmalige minister verklaard dat in de nieuwe regeling intercommunales zich kunnen associe¨ren met een private partner in een gemengde intercommunale. In het licht van die mogelijkheid achtte de toenmalige minister concessies aan private ondernemingen uitgesloten (Parl. St., Kamer, 1996-1997, nrs. 1086/1 en 4).

Selon l’exposé des motifs du projet de loi, ces associations de communes peuvent être soit pures, soit mixtes. De même, à l’occasion de l’examen du projet de loi en commission de la Chambre, le ministre de l’époque avait déclaré que, dans le cadre de la nouvelle réglementation, les intercommunales pouvaient s’associer à un partenaire privé au sein d’une inter` la lueur de cette possibilité, le communale mixte. A ministre de l’époque avait exclu l’octroi de concessions à des entreprises privées (Doc. parl., Chambre, 19961997, nos 1086/1 et 4).

Ondertussen bestaat evenwel op Vlaams niveau het vaste voornemen om, in het kader van een nieuw decreet op de intergemeentelijke samenwerking, in het Vlaamse Gewest gemengde intercommunales in het algemeen niet meer toe te laten.

Dans l’intervalle, les autorités flamandes sont déterminées, dans le cadre d’un nouveau décret en matière de coopération intercommunale, à interdire, d’une manière générale, les intercommunales mixtes en Région flamande.

De mogelijkheid van een gemengde crematoriumintercommunale, die uw voorganger voor ogen stond en die u zelf ook nog aangaf in uw omzendbrief van 27 januari 2000, gaat daardoor in het Vlaamse Gewest krachtens Vlaamse regelgeving wegvallen.

La possibilité d’une intercommunale mixte pour l’exploitation d’un établissement crématoire, envisagée par votre prédécesseur et présentée par vous-même dans votre circulaire du 27 janvier 2000, deviendra caduque en Région flamande, en application de la nouvelle réglementation décrétale.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8553

1. Zal dat, voor de toepassing van de federale regering van de crematoria, tot gevolg hebben dat in Vlaanderen elke vorm van privé-participatie aan de uitbating van een crematorium verboden zal zijn ?

1. Cette situation équivaudra-t-elle, en ce qui concerne l’application de la réglementation fédérale en matière d’établissements crématoires, à l’interdiction, en Flandre, de toute forme de participation privée dans l’exploitation d’un établissement crématoire ?

2. Wordt een operationele concessie terzake vanwege een beherende gemeente of zuivere intercommunale aan een privé-partner alsnog mogelijk en toelaatbaar geacht ?

2. Une concession opérationnelle, par une commune chargée de la gestion d’un établissement crématoire ou une intercommunale pure, à un partenaire privé peut-elle encore être envisagée ou autorisée ?

Antwoord : Het geachte lid gelieve hierbij een antwoord op zijn vragen te willen vinden.

Réponse : L’honorable membre trouvera ci-après une réponse à ses questions :

1. De memorie van toelichting bij het wetsontwerp tot wijziging van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, dat de wet van 20 september 1998 is geworden, voorziet dat de vereniging van gemeenten die een crematorium opricht en beheert ofwel een zuivere ofwel een gemengde intercommunale kan zijn. De Ministerraad heeft in zijn vergadering van 12 juli 1996 immers verzocht om dit in de memorie op te nemen.

1. L’exposé des motifs du projet de loi modifiant la loi du 20 juillet 1971 sur les funérailles et sépultures, devenu la loi du 20 septembre 1998, prévoit que l’association de communes qui crée et gère un établissement crématoire peut être soit une intercommunale pure soit une intercommunale mixte. Le Conseil des ministres a en effet demandé en sa séance du 12 juillet 1996 d’insérer cette disposition dans l’exposé.

Er dient op gewezen te worden dat de federale overheid dit niet in de wettekst zelf kon doen. Met toepassing van artikel 6, § 1, VIII, 1o, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988, behoort de materie van de verenigingen van provincies en van gemeenten tot nut van het algemeen, tot de bevoegdheid van de gewesten. Bijgevolg kon de federale overheid niet afdwingen dat er gemengde intercommunale crematoria moeten zijn. De gewesten, in casu het Vlaamse Gewest, zijn terzake bevoegd.

Il convient de signaler que l’autorité fédérale ne pouvait pas ajouter cette disposition dans le texte de loi même. En application de l’article 6, § 1er, VIII, 1o, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, modifié par la loi spéciale du 8 août 1988, la matière des associations de provinces et de communes dans un but d’utilité publique relève de la compétence des régions. L’autorité fédérale ne pouvait dès lors pas imposer l’existence d’établissements crématoires intercommunaux mixtes. Les régions, en l’occurrence la Région flamande, sont compétentes en la matière.

2. De federale overheid kan zich niet uitspreken over de door het geachte lid voorgestelde beheersvorm. Zoals in punt 1 is meegedeeld, zijn het enkel de gewesten die zich kunnen uitspreken over de intercommunale beheersvorm.

2. L’autorité fédérale ne peut pas se prononcer sur la forme d’exploitation proposée par l’honorable membre. Ainsi qu’il est précisé au point 1, seules les régions sont habilitées à se prononcer sur la forme d’exploitation intercommunale.

DO 2000200110855

DO 2000200110855


Question no 326 de M. Martial Lahaye du 23 mars 2001 (N.) : Élections communales. — Province de Flandre occidentale. — Bureaux principaux de dépouillement. — Indemnités pour le personnel.

Gemeenteraadsverkiezingen. — Provincie WestVlaanderen. — Hoofdtelbureaus. — Vergoedingen personeel. De mensen die tijdens de jongste gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2000 de voorzitters van de hoofdtelbureaus in West-Vlaanderen bijstonden, zijn daar tot op heden nog niet voor betaald. De provincie verschuilt zich achter een verkeerde inschatting van de kosten van de verkiezingen. De thans voorziene streefdatum is mei 2001.


2000

Les assesseurs des bureaux principaux de dépouillement en province de Flandre occidentale n’ont toujours pas été indemnisés depuis les élections communales du 8 octobre 2000. La province argue d’une sous-évaluation des couˆts des élections. La question devrait être réglée d’ici le mois de mai 2001.

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8554

1. Is het verantwoord dat mensen, die zich ingezet hebben om het goede verloop van de verkiezingen te laten plaatsvinden, de basis van ons democratisch bestel, hiervoor nog niet vergoed werden ?

1. Se justifie-t-il que des personnes qui se sont employées à assurer le bon déroulement des opérations de vote, qui constituent le fondement même de notre démocratie, n’aient toujours pas été indemnisées ?

2. Is het niet aangewezen dat u de provinciale overheid op haar verantwoordelijkheden terzake wijst ?

2. Ne faudrait-il pas rappeler les autorités provinciales à leurs devoirs en la matière ?

Antwoord : Artikel 8 van de wet van 19 oktober 1921 tot regeling van de provincieraadsverkiezingen stelt dat in geval van gelijktijdige gemeente- en provincieraadsverkiezingen, volgende verkiezingsuitgaven voor 50 % ten laste zijn van de provincie en voor 50 % ten laste van de gemeente : de presentiegelden van de leden van de kiesbureaus en de reisvergoedingen van de leden van de kiesbureaus en van bepaalde kiezers, evenals de verzekeringspremies om de lichamelijke schade te dekken die voortvloeit uit ongevallen die de leden van de kiesbureaus zijn overkomen in de uitoefening van hun ambt. Alle andere verkiezingsuitgaven, met uitzondering van het stempapier dat ten laste is van de Staat, komen ten laste van de gemeenten.

Réponse : L’article 8 de la loi du 19 octobre 1921 organique des élections provinciales dispose qu’en cas d’élections communales et provinciales simultanées les dépenses suivantes sont pour moitié à la charge des provinces et pour moitié à la charge des communes : le montant des jetons de présence et des indemnités de déplacement des membres des bureaux électoraux, les frais de déplacement de certains électeurs ainsi que les primes d’assurance destinées à couvrir les dommages corporels encourus par les membres des bureaux électoraux dans l’exercice de leurs fonctions. Toutes les autres dépenses sont à la charge des communes, hormis le papier électoral qui est fourni par l’E´tat.

Teneinde de uitbetaling van de betreffende vergoedingen die meerdere of alle gemeenten van de provincie betreffen, te vergemakkelijken, vraagt het merendeel van de provincies aan de gemeenten om voorschotten te storten in een speciaal daartoe opgericht fonds. De provincie betaalt de ingediende facturen met de voorschotgelden en slaat vervolgens deze verkiezingsonkosten om naar de betrokken gemeenten.

Afin de faciliter le paiement des dépenses électorales qui concernent plusieurs communes ou l’ensemble des communes de la province, la plupart des provinces demandent aux communes de verser des avances à un fonds spécialement créé à cet effet. La province effectue le paiement des factures introduites et répartit ensuite les dépenses effectuées entre les communes concernées.

De verkiezingswetgeving voorziet niet in een regeling aangaande de vergoeding van de verkiezingstaken die door de medewerkers van de voorzitters van de hoofdbureaus buiten de normale taken en uren werden gepresteerd. De meeste provincies hebben hieromtrent een eigen specifieke regeling getroffen. Op uitdrukkelijk verzoek van sommige provincies en sommige magistraten bij de laatste verkiezingen van 8 oktober 2000, heeft het departement op 28 september 2000 een omzendbrief uitgevaardigd inzake de vergoeding aan de leden en medewerkers van de hoofdkiesbureaus. Hierin wordt voorgesteld 900 frank per uur uit te betalen voor directietaken en 600 frank per uur voor uitvoeringstaken, de reisvergoeding voor leden van de kiesbureaus wordt vastgesteld op 6 frank per afgelegde kilometer. Bij gebrek aan wettelijke basis, heeft deze omzendbrief geenszins een verplichtend karakter.

La législation électorale ne règle pas l’indemnisation des taˆches supplémentaires prestées par les collaborateurs des présidents des bureaux principaux en dehors de leurs taˆches et heures de travail normales. La plupart des provinces ont toutefois adopté leur propre règlement spécifique en la matière. ` la demande expresse de certaines provinces et de A certains magistrats, lors des dernières élections du 8 octobre 2000, le département a adressé le 28 septembre 2000 une circulaire relative aux indemnités à allouer aux membres et aux collaborateurs des bureaux électoraux principaux. Un montant horaire de 900 francs est proposé pour les taˆches de direction et un montant de 600 francs pour les taˆches d’exécution; l’indemnité de déplacement pour les membres des ` bureaux est fixée à 6 francs par kilomètre parcouru. A défaut de base légale, cette circulaire n’a toutefois pas de caractère obligatoire.

Volgens de bekomen inlichtingen, werd bij ontvangst van de schuldvorderingen in de provincie WestVlaanderen vastgesteld dat de griffies van de rechtbanken alle taken als directietaken beschouwen. Tevens werden de in de omzendbrief van 28 september 2000 vooropgestelde bedragen niet in acht genomen. De griffies in West-Vlaanderen blijken onderling te hebben afgesproken om 1 000 frank per uur voor directietaken, en 10 frank per afgelegde kilometer te

Selon les informations obtenues, lors de la réception des déclarations de créance par la province de Flandre occidentale, il a été constaté que toutes les taˆches étaient considérées comme taˆches de direction par les membres du personnel des greffes des tribunaux. En outre, les montants indiqués dans la circulaire du 28 septembre 2000 n’étaient pas observés. Les greffes de Flandre occidentale semblent avoir convenu entre eux de réclamer un montant de 1 000 francs pour des


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8555

vragen alhoewel andere bedragen waren voorgesteld in de omzendbrief. Er zijn dan ook talloze vorderingen ingediend met deze hogere bedragen. Bovendien heeft de herverkiezing van de provincieraad op 3 december 2000 in het district Veurne bijkomende verkiezingsonkosten met zich meegebracht zodat bepaalde gemeenten in onvoldoende geld hadden voorzien om de verkiezingsuitgaven te dekken, waardoor zij een begrotingswijziging dienden aan te nemen.

taˆches de direction et une indemnisation de 10 francs par kilomètre parcouru bien que la circulaire précitée ait proposé d’autres montants. De nombreuses créances ont été introduites avec ces montants supérieurs. En outre, la nouvelle élection provinciale du 3 décembre 2000 dans le district de Furnes a également entraıˆné des dépenses supplémentaires imprévues de sorte que les montants prévus par les communes se sont avérés insuffisants pour couvrir toutes les dépenses électorales et que ces communes ont été contraintes d’adopter une modification budgétaire.

Ten aanzien van de vorige verkiezingen had de provincie West-Vlaanderen in een bepaald budget voorzien en voorschotten gevraagd aan de gemeenten. Aangezien echter zodanig veel mensen een aanvraag hebben ingediend voor de uitbetaling van de door hun gepresteerde « overuren » en aangezien de door de ministerie¨le omzendbrief voorgestelde bedragen niet werden geeërbiedigd, evenmin als het in het koninklijk besluit van 27 augustus 1982 bepaalde tarief van 6 frank per afgelegde kilometer, is het budget voor de verkiezingsuitgaven onvoldoende gebleken.

Au vu des précédentes élections, la province de Flandre occidentale avait déterminé un budget et demandé des avances aux communes. E´tant donné le nombre de personnes qui ont introduit une demande d’indemnisation des heures supplémentaires prestées et le fait que les montants proposés dans la circulaire ministérielle n’ont pas été respectés, pas plus d’ailleurs que l’indemnité de 6 francs par kilomètre fixée par l’arrêté royal du 27 août 1982, le budget prévu pour les dépenses électorales est apparu insuffisant.

Volgens de provincie West-Vlaanderen zal een gedeelte van de vergoedingen die werden gevraagd door de mensen die werkten in de hoofdbureaus, reeds worden uitbetaald in de maand april 2001. Voor het resterende gedeelte, zal er noodgedwongen moeten worden gewacht op de bijkomende stortingen van de gemeenten.

Selon la province de Flandre occidentale, une partie des indemnités réclamées par les personnes qui ont travaillé dans les bureaux principaux seront déjà liquidées au cours du mois d’avril 2001. Pour le reste, il faut nécessairement attendre les versements supplémentaires des communes.

DO 2000200110889

DO 2000200110889

Vraag nr. 330 van de heer Gerolf Annemans van 29 maart 2001 (N.) :

Question no 330 de M. Gerolf Annemans du 29 mars 2001 (N.) :

Departement. — Kabinet. — Overeenkomsten.

Département. — Cabinet. — Contrats.

1. Kan de minister meedelen of hij op welke wijze dan ook, contractueel, bij onderhandse overeenkomst, bij aanbesteding of welk ander middel ook, gebruik heeft gemaakt, gebruik maakt of in het kader van een op het ogenblik dat deze vraag bij de minister toekomt onderhandelde overeenkomst nog zal gebruik maken van diensten van welke aard ook van de heer Noe¨l Slangen, de ondernemingen Slangen & Partners, Focus & Slangen, SLIM Jobvertising, Netlife of enige andere vennootschap waarachter de heer Slangen schuilgaat of waarin hij als tussenpersoon of anderszins is opgetreden of zal optreden ?

1. Le ministre peut-il faire savoir si, de quelque manière que ce soit, par contrat ou par acte sous seing privé, par adjudication ou par quelque autre voie que ce soit, il a fait appel, fait appel ou fera encore appel, dans le cadre d’un accord négocié au moment de la réception de la présente question, aux services, de quelque nature qu’ils soient, fournis par M. Noe¨l Slangen, les sociétés Slangen & Partners, Focus & Slangen, SLIM Jobvertising, Netlife ou toute autre société derrière laquelle se cacherait M. Slangen ou au nom de laquelle il est intervenu ou interviendra en tant qu’intermédiaire ou d’une autre manière ?

2. Voor welk brutobedrag werden deze diensten in welke begrotingspost ingeschreven ?

2. Sous quel poste budgétaire et pour quels montants bruts ces services ont-ils été comptabilisés ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te antwoorden dat het ministerie van Binnenlandse Zaken geen facturen heeft betaald aan de firma’s die vermeld werden in de parlementaire vraag.

Réponse : J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre que le ministère de l’Intérieur n’a payé aucune facture des firmes mentionnées dans la question parlementaire.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8556



Pensioenen

Pensions

DO 2000200110977

DO 2000200110977



Centraal informatiepunt voor de hele pensioensector.

Information centralisée pour l’ensemble du secteur des pensions.

De ombudsdienst Pensioenen ontving het afgelopen werkingsjaar 2 355 klachten, waarvan bijna de helft gegrond was. Vooral mensen met een gemengde loopbaan als ambtenaar, zelfstandige en werknemer zouden met vragen en problemen blijven zitten. Oorzaak : elke pensioendienst beperkt zich tot informatie over het eigen domein, bijgevolg krijgen voormelde gepensioneerden slechts fragmentarische en vaak onvolledige informatie.

Au cours de la dernière année d’activité, le service de médiation des pensions a reçu 2 355 plaintes dont pratiquement la moitié étaient fondées. La majorité des questions et des problèmes émanent de personnes qui ont eu une carrière mixte, comme fonctionnaire, ` l’origine de ces problèmes se indépendant et salarié. A trouve le fait que chaque service de pension se limite aux informations concernant son propre domaine. Par conséquent, les pensionnés précités ne reçoivent que des informations fragmentaires et souvent incomplètes.

Reeds eerder zou voorgesteld zijn een centraal informatiepunt voor de hele pensioensector op te richten.

Par le passé on aurait déjà proposé de mettre en place un système d’information centralisé pour l’ensemble du secteur des pensions.

Zijn er plannen om dit voorstel ook daadwerkelijk te realiseren ?

Existe-t-il des projets pour concrétiser cette proposition ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te laten weten dat ik natuurlijk voorstander ben van een adequate informatie, zowel voor de gepensioneerden als voor de toekomstig gepensioneerden.

Réponse : J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre que je suis bien entendu partisan d’une information adéquate, tant pour les pensionnés que pour les futurs pensionnés. E´tant donné que l’instauration et le développement d’un point central d’information, éventuellement élargi à toute la sécurité sociale, est une entreprise complexe qui ne peut être réalisée à bref délai, je suis d’avis qu’une alternative satisfaisante réside dans le développement du Service info-pensions.

Aangezien de oprichting en de uitbouw van een centraal informatiepunt voor de pensioenen, eventueel uitgebreid tot de volledige sociale zekerheid, een complexe onderneming is die niet op korte termijn kan worden gerealiseerd, ben ik van mening dat een bevredigend alternatief kan gevonden worden door het uitbouwen van de Infodienst pensioenen. Ik herinner eraan dat de Infodienst pensioenen werd opgericht bij het koninklijk besluit van 25 april 1997 teneinde de toekomstig gepensioneerden een globale raming van hun reeds opgebouwde en in opbouw zijnde pensioenrechten te kunnen geven. Deze infodienst levert momenteel een raming af van het pensioen waarop de betrokkene aanspraak zal kunnen maken uit hoofde van zijn tewerkstelling als werknemer, als zelfstandige, of als ambtenaar.

Je rappelle que le Service info-pensions a été instauré par l’arrêté royal du 25 avril 1997, afin de fournir aux futurs pensionnés une estimation globale de leurs droits à la pension déjà établis ou futurs. Ce service info fournit actuellement une estimation de la pension à laquelle l’intéressé peut prétendre du chef de son activité en tant que salarié, indépendant ou fonctionnaire.

Om aan de betrokkenen toe te laten het einde van hun loopbaan beter te plannen en een duidelijk zicht te krijgen op het pensioen dat zij vormen, onderzoek ik

Afin de permettre aux intéressés de mieux gérer la fin de leur carrière et d’avoir une idée précise de la pension qu’ils se sont constitués, j’examine donc


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8557

nu de mogelijkheid om de Infodienst pensioenen te versterken, eventueel door het toevoegen van informatie-ambtenaren.

actuellement la possibilité d’étoffer le Service infopensions, éventuellement par l’apport de fonctionnaires à l’information.

DO 2000200110998

DO 2000200110998

Vraag nr. 65 van de heer Olivier Maingain van 19 april 2001 (Fr.) :

Question no 65 de M. Olivier Maingain du 19 avril 2001 (Fr.) :

Eerste verslag van de ombudsdienst Pensioenen. — Noodzakelijke verbetering van de informatieverstrekking aan de burgers.

Premier rapport du service de médiation Pensions. — Nécessité d’améliorer l’information aux citoyens.

Het eerste jaarverslag van de ombudsdienst Pensioenen benadrukt de noodzaak van een goede informatieverstrekking aan de gepensioneerden. De ombudsmannen stellen immers vast dat vele gepensioneerden niet weten waar zij met hun vragen en bekommernissen terecht kunnen. Zij stellen daarom voor een centrale informatiebalie op te richten.

Le premier rapport annuel du service de médiation Pensions met l’accent sur la nécessité de bien informer les pensionnés. Les médiateurs constatent en effet que beaucoup de pensionnés ne savent pas ou` adresser leurs questions et préoccupations. Ils proposent dès lors la création d’un point central d’information.

Een dergelijke dienst zou trouwens niet alleen de gepensioneerden moeten informeren. Hij zou ook toegankelijk moeten zijn voor werknemers die zich afvragen hoe hun toekomstig pensioen zal worden berekend.

Un tel service ne devrait d’ailleurs pas se limiter à informer les pensionnés. Il devrait être également accessible aux travailleurs qui s’interrogent sur le calcul de leur pension future.

Dit voorstel lijkt mij tegemoet te komen aan een ree¨le behoefte die gelet op de leeftijdspiramide, de complexiteit van de wetgeving en de flexibiliteit van de arbeidsmarkt alleen maar kan toenemen. Werknemers die gedurende hun hele loopbaan voor dezelfde werkgever werken, behoren tot het verleden. Er wordt alsmaar meer van het ene pensioenstelsel op het andere overgestapt, wat het overzicht over de loopbaan en over haar gevolgen voor de berekening van het pensioen niet vereenvoudigt.

Cette proposition me paraıˆt répondre à un réel besoin, qui ne peut aller qu’en s’amplifiant étant donné la pyramide des aˆges de la population, la complexité de la législation et la flexibilité du marché du travail. Le temps ou` l’on prestait une carrière complète de salarié auprès d’un même employeur est en effet bien révolu. Les passages d’un régime de pension à l’autre se multiplient, ce qui ne facilite pas la vue d’ensemble de la carrière et de ses conséquences sur le calcul de la pension.

De ombudsmannen stellen vast dat een gepensioneerde met een gemengde loopbaan zichzelf tot twee of meer administraties moet richten wier antwoorden zich meestal tot hun bevoegdheidsdomein beperken. De ombudsmannen leiden hieruit af dat de gepensioneerde zelf de onderscheiden elementen moet samenbrengen en hij bijgevolg slechts over gefragmenteerde en onvolledige informatie kan beschikken.

Les médiateurs constatent qu’en cas de carrière mixte, le pensionné doit lui-même s’adresser à deux ou plusieurs administrations, dont les réponses se limitent généralement à leur domaine de compétence. Ils en concluent que de ce fait, c’est le pensionné qui doit mettre en musique les différents éléments de la partition, n’obtenant ainsi qu’une information fractionnée et incomplète.

Ik stel mij derhalve ook vragen bij de moeilijkheden die werknemers die tijdelijk in het buitenland werken, ondervinden.

Ce constat m’amène à m’interroger aussi sur les difficultés que rencontrent les travailleurs qui prestent une partie de leur carrière à l’étranger.

Door het vrije verkeer van personen binnen de Europese Unie en de stijging van het aantal grote internationale groepen die gedeeltelijke loopbaanmogelijkheden in een binnen of buiten de Europese Unie gevestigde buitenlandse dochteronderneming bieden, zijn ook die situaties toegenomen.

Avec la libre circulation des personnes au sein de l’Union européenne et la multiplication des grands groupes internationaux permettant d’offrir des possibilités de carrière partielle dans une filiale étrangère à l’intérieur ou à l’extérieur de l’Union européenne, ces situations se sont aussi multipliées.

Zelfs als de werknemer binnen de Europese Unie blijft, is het niet uitgesloten dat hij wanneer hij met

Or, même si le travailleur reste au sein de l’Union européenne, il risque d’être confronté à un manque


2000

2001


1101

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8558

pensioen gaat over onvoldoende informatie kan beschikken en tegenvallers moet verwerken. Het sociale en fiscale Europa is nog verre van gerealiseerd en hoewel de werknemers die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen in principe hun recht op prestaties behouden, is het mobiliteitsaspect niet geheel geregeld. Hoe kan bijvoorbeeld worden verhinderd dat deze werknemers het recht op bijkomende pensioenen of door sociale partners ingestelde conventionele stelsels verliezen ? Ik ben van oordeel dat het recht op juiste informatie ook in dit geval moet gelden.

d’information et à des déconvenues à l’heure de la pension. L’Europe sociale et fiscale est loin d’être une réalité, et même si en principe les travailleurs qui se déplacent à l’intérieur de la Communauté emportent avec eux leurs droits aux prestations, la question de la mobilité n’est pas entièrement réglée. Comment éviter par exemple que ces travailleurs ne subissent des « pertes » de droit aux pensions complémentaires ou à des régimes conventionnels mis en place par des partenaires sociaux ? Je crois que l’accès à une information correcte s’impose aussi dans ce cas.

1. a) Kan wie nu van plan is zijn loopbaan gedeeltelijk in het buitenland uit te bouwen in Belgie¨ hierover juiste informatie ontvangen ?

1. a) Existe-t-il actuellement une possibilité de recevoir en Belgique une information correcte lorsque l’on envisage de prester une partie de sa carrière à l’étranger ?

b) Kan de RVP tegemoet komen aan dergelijke verzoeken ?

b) L’ONP est-il en mesure de répondre à ce type de demandes ?

2. Zal worden ingegaan op het voorstel van de ombudsmannen om een informatiedienst in te stellen ?

2. Une suite favorable sera-t-elle donnée à la suggestion formulée par les médiateurs en vue de mettre en place un service d’information ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te laten weten dat ik natuurlijk voorstander ben van een adequate informatie, zowel voor de gepensioneerden als voor de toekomstig gepensioneerden.

Réponse : J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre que je suis bien entendu partisan d’une information adéquate, tant pour les pensionnés que pour les futurs pensionnés.

Aangezien de oprichting en de uitbouw van een centraal informatiepunt voor de pensioenen, eventueel uitgebreid tot de volledige sociale zekerheid, een complexe onderneming is die niet op korte termijn kan worden gerealiseerd, ben ik van mening dat een bevredigend alternatief kan gevonden worden door het uitbouwen van de Infodienst pensioenen.

E´tant donné que l’instauration et le développement d’un point central d’information, éventuellement élargi à toute la sécurité sociale, est une entreprise complexe qui ne peut être réalisée à bref délai, je suis d’avis qu’une alternative satisfaisante réside dans le développement du Service info-pensions.

Ik herinner eraan dat de Infodienst pensioenen werd opgericht bij het koninklijk besluit van 25 april 1997 teneinde de toekomstig gepensioneerden een globale raming van hun reeds opgebouwde en in opbouw zijnde pensioenrechten te kunnen geven. Deze infodienst levert momenteel een raming af van het pensioen waarop de betrokkene aanspraak zal kunnen maken uit hoofde van zijn tewerkstelling als werknemer, als zelfstandige, of als ambtenaar.

Je rappelle que le Service info-pensions a été instauré par l’arrêté royal du 25 avril 1997, afin de fournir aux futurs pensionnés une estimation globale de leurs droits à la pension déjà établis ou futurs. Ce service info fournit actuellement une estimation de la pension à laquelle l’intéressé peut prétendre du chef de son activité en tant que salarié, indépendant ou fonctionnaire.

Om aan de betrokkenen toe te laten het einde van hun loopbaan beter te plannen en een duidelijk zicht te krijgen op het pensioen dat zij vormen, onderzoek ik nu de mogelijkheid om de Infodienst pensioenen te versterken, eventueel door het toevoegen van informatie-ambtenaren.

Afin de permettre aux intéressés de mieux gérer la fin de leur carrière et d’avoir une idée précise de la pension qu’ils se sont constitués, j’examine donc actuellement la possibilité d’étoffer le Service infopensions, éventuellement par l’apport de fonctionnaires à l’information.

Bovendien deel ik het geachte lid mee dat nu reeds degenen die overwegen om een deel van hun loopbaan te werken in het buitenland inlichtingen kunnen verkrijgen zowel bij pensioendiensten als bij de Europese Gemeenschappen. Met het oog hierop heeft de Rijks-

Je signale en outre à l’honorable membre qu’aujourd’hui déjà, ceux qui envisagent de travailler une partie de leur carrière à l’étranger peuvent obtenir des informations tant auprès des services de pension, ` cette intention qu’auprès de l’Union européenne. A


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8559

dienst voor pensioenen de informatiebrochure Werken en/of wonen in het buitenland gepubliceerd.

une brochure d’information Travailler et/ou résider à l’étranger a été publiée par l’Office national des pensions.

Overigens wens ik er aan te herinneren dat de systematische uitwisseling van de pensioengegevens met het buitenland deel uitmaakt van het project SOSENET Build 4 van de Europese Gemeenschappen.

Il convient par ailleurs de rappeler que l’échange systématique de données avec l’étranger en matière de pension fait partie du projet SOSENET Build 4 des Communautés européennes.

Belgie¨ is samen met Duitsland, Italie¨, Nederland, Frankrijk en Groot-Brittannie¨ bij de koplopers in dit project.

La Belgique figure avec l’Allemagne, l’Italie, les Pays-Bas, la France et la Grande-Bretagne parmi les pays les plus avancés dans ce projet.



Ambtenarenzaken

Fonction publique

DO 2000200110934

DO 2000200110934

Vraag nr. 83 van mevrouw Annemie Van de Casteele van 11 april 2001 (N.) :

Question no 83 de Mme Annemie Van de Casteele du 11 avril 2001 (N.) :

Centrale diensten en uitvoeringsdiensten federale overheid. — Hervorming van de taalwetgeving.

Services centraux et services d’exécution des autorités fédérales. — Réforme de la législation linguistique.

Op de Ministerraad van 30 maart 2001 werd door de centrale diensten en de uitvoeringsdiensten van de federale overheid een aanpassing van de taalwetgeving goedgekeurd.

Le Conseil des ministres du 30 mars 2001 a approuvé une adaptation de la législation linguistique pour les services centraux et les services d’exécution des autorités fédérales.

Het meest opvallende daarbij is de verplichte tweetaligheid van de managers.

L’élément le plus frappant de cette réforme est le bilinguisme obligatoire des managers.

Uiteraard juichen wij dit toe, maar die voorwaarde wordt tezelfdertijd afgezwakt naar een « functionele kennis van de tweede taal ».

Nous nous en réjouissons mais cette condition est en même temps affaiblie puisqu’il s’agit d’une « connaissance fonctionnelle de la seconde langue ».

1. Wat moeten wij verstaan onder « functionele kennis » ?

1. Que faut-il entendre par « connaissance fonctionnelle » ?

2. Zal die kennis worden getoetst door Selor ?

2. Cette connaisance sera-t-elle controˆlée par le Selor ?

3. Er zullen 50 % Franstalige en 50 % Nederlandstalige managers zijn. Hetzelfde geldt voor de gelijkwaardige betrekkingen. Wat zijn hier de absolute cijfers ?

Quels sont les chiffres absolus ?

4. In een overgangsfase zullen eentalige managers bijgestaan worden door een tweetalige adjunct. Is er een termijn op die overgangsfase ?

4. Durant la phase transitoire, les managers unilingues seront assistés par un adjoint bilingue. A-t-on prévu un délai pour cette phase transitoire ?

5. Een afwijking van de 50-50 verhouding blijft mogelijk mits een gemotiveerd besluit van de Ministerraad.


3. Il y aura 50 % de managers francophones et 50 % de managers néerlandophones. Il en va de même pour les fonctions de niveau équivalent.

2000

5. Une dérogation à la proportion 50-50 reste possible moyennant un arrêt motivé du conseil des ministres.

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8560

Wat kunnen hierbij de motieven zijn ?

Quels peuvent être les motifs invoqués ?

6. Voor ambtenaren die medewerkers moeten evalueren wordt de « functionele tweetaligheid » gestimuleerd door de toekenning van een soort taalpremie.

6. Pour les fonctionnaires qui doivent évaluer des collaborateurs, le bilinguisme fonctionnel est stimulé par le biais de l’octroi d’une sorte de prime linguistique.

a) Gaat het hier om dezelfde « functionele tweetaligheid » als die van de managers ?

a) S’agit-il ici du même bilinguisme fonctionnel que celui des managers ?

b) In welke financie¨le tegemoetkoming wordt voorzien ?

b) Quelle indemnité financière prévoit-on d’octroyer ?

7. a) Wie kan, in het geval de ambtenaar in kwestie niet tweetalig is, als evaluator worden toegevoegd ?

7. a) Qui peut être adjoint comme évaluateur au cas ou` le fonctionnaire en question ne serait pas bilingue ?

b) Zal er hier geen verschillende behandeling van de medewerkers uit voortvloeien ?

b) N’en découlera-t-il pas un traitement différent pour les collaborateurs ?

8. « Personen die de eenheid van de rechtspraak dienen te verzekeren » moeten bovenop de functionele taalkennis hun kennis van de administratieve en juridische woordenschat bewijzen.

8. Les personnes chargées d’assurer l’unicité de la jurisprudence doivent outre leur connaissance fonctionnelle de la langue, apporter la preuve de leur connaissance du vocabulaire administratif et juridique.

Over welke personen gaat het hier ?

De quelles personnes s’agit-il ?

9. Voorzitters van het directiecomité vallen buiten de taalkaders van hun administratie, maar zouden over het geheel van de federale diensten 50-50 verdeeld moeten zijn. Over hoeveel betrekkingen gaat het hier ?

9. Les présidents du comité de direction ne font pas partie du cadre linguistique de leur administration, mais devraient être répartis sur l’ensemble des services fédéraux selon une clef de 50-50. De combien de postes s’agit-il ?

10. Welke voorbereidingen zijn nog nodig om de functionele taalkennis in te voeren ?

10. Quels préparatifs sont encore nécessaires pour instaurer la connaissance linguistique fonctionnelle ?

11. Zal dit pas gebeuren als alle (managements-) betrekkingen zijn ingenomen ?

11. Cela ne se fera-t-il que lorqu’il aura été pourvu à toutes les fonctions (de management) ?

12. Vindt u niet dat de (functionele) tweetaligheid één van de criteria moest zijn bij de toewijzing van de managementsfuncties ?

12. N’estimez-vous pas que le bilinguisme (fonctionnel) devrait être un des critères dans le cadre de l’attribution de fonctions de management ?

Antwoord : Alvorens de door het geachte lid gestelde vragen te beantwoorden wil ik erop wijzen dat het voorontwerp van wet tot wijziging van de artikelen 43 en 48 van en tot invoeging van de artikelen 43ter, 44bis, 46bis en 69 in de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoo¨rdineerd op 18 juli 1966 zich nog in een voorbereidende fase bevindt en gebeurlijk nog wijzigingen zal ondergaan ingevolge de talrijke door de wet voorgeschreven raadplegingen die nog moeten plaatsvinden vooraleer het aan het Parlement kan worden voorgelegd. Vervolgens zullen talrijke uitvoeringsmaatregelen moeten worden genomen zodat niet altijd een gedetailleerd antwoord op de gestelde vragen mogelijk is.

Réponse : Avant de répondre aux questions posées par l’honorable membre, je veux indiquer que l’avant projet de loi modifiant les articles 43 et 48 et insérant les articles 43ter, 44bis, 46bis et 69 dans les lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966 se trouve encore dans une phase préparatoire et fera encore l’objet de modifications suite aux nombreuses consultations prescrites par la loi qui doivent encore avoir lieu avant de pouvoir le soumettre au Parlement. Par la suite, de nombreuses mesures d’exécution devront être prises de sorte qu’une réponse détaillée aux questions posées n’est pas toujours possible.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8561

1. De functionele taalkennis spitst zich toe op :

1. La connaissance linguistique fonctionnelle se concentre sur :

1o de mondelinge expressie in de tweede taal; dit gedeelte is erop gericht dat de evaluator in staat is om een evaluatiegesprek te voeren in de andere taal met dien verstande dat hij de gesprekspartner begrijpt en door de gesprekspartner wordt begrepen (de vaardigheid om te begrijpen en begrepen te worden);

1o l’expression orale dans la deuxième langue; cette épreuve vise à ce que l’évaluateur soit capable de mener un entretien d’évaluation dans l’autre langue étant entendu qu’il doit comprendre l’interlocuteur et être compris par celui-ci (l’aptitude à comprendre et à se faire comprendre);

2o en vervolgens het begrijpend lezen en de controle van de inhoud van een tekst, opgesteld in die tweede taal. Ook deze kennis van de tweede taal zal mondeling getest worden; de kandidaten zullen zich schriftelijk kunnen voorbereiden. De tekst die in dit verband wordt gebruikt, zal aangepast zijn zowel aan het niveau van de evaluator als aan de managementfunctie in het algemeen en derhalve niet het specifieke functiedomein betreffen.

2o et ensuite, la lecture compréhensive et le controˆle du contenu d’un texte rédigé dans la deuxième langue. Cette connaissance de la deuxième langue sera également testée oralement; les candidats pourront se préparer par écrit. Le texte utilisé à cette fin sera adapté au niveau de l’évaluateur ainsi qu’à la fonction de management en général et ne sera dès lors pas en rapport avec le domaine fonctionnel spécifique.

Om deze vaardigheden te toetsen zal een nieuwe testbatterij worden ontwikkeld.

Pour tester ces aptitudes, un nouvel ensemble de tests sera développé.

2. Ja, zoals wettelijk bepaald in artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoo¨rdineerd op 18 juli 1966.

2. Oui, tel que défini légalement dans l’article 53 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966.

3. Het is voorbarig in absolute cijfers aan te geven over hoeveel betrekkingen het gaat. Wat de managementfuncties betreft, schatten we een vierhonderdtal.

3. II est prématuré de définir en chiffres absolus le nombre d’emplois concernés. En ce qui concerne les fonctions de management, nous évaluons cela à environ quatre cents.

4. Ja, de overgangstermijn is maximaal vijf jaar te rekenen van de bepaling van de datum van inwerkingtreding van de functionele taalkennis, bepaald na beraadslaging in de Ministerraad.

4. Oui, le délai transitoire est de maximum cinq ans à compter de la définition de la date d’entrée en vigueur de la connaissance linguistique fonctionnelle, déterminée après délibération au sein du Conseil des ministres.

5. De motieven zijn dezelfde als op heden, namelijk bijvoorbeeld een onevenwicht in de werklastverdeling.

5. Les motifs sont identiques à ceux d’aujourd’hui, notamment par exemple un déséquilibre dans la répartition de la charge de travail.

6. a) Ja, het gaat hier om dezelfde functionele taalkennis zoals omschreven onder punt 1;

6. a) Oui, il s’agit ici de la même connaissance linguistique fonctionnelle telle que décrite au point 1;

b) Eens de taaltest ontwikkeld en de functionele taalkennis in voege, zal een ruime toegang tot het examen worden gestimuleerd. Aan de evaluatoren, die deze functionele taalkennis effectief nodig hebben, zal een behoorlijke taalpremie worden toegekend. Het is evenwel voorbarig om nu reeds daar een bedrag in absolute cijfers op te plakken.

b) Une fois le test linguistique développpé et la connaissance linguistique fonctionnelle en vigueur, un large accès à l’examen sera stimulé. Une prime linguistique convenable sera attribuée aux évaluateurs qui ont effectivement besoin de cette connaissance linguistique fonctionnelle. II est également prématuré de parler d’un montant en chiffres absolus pour cette prime.

7. a) In ieder geval wordt de ambtenaar in casu bijgestaan door een ambtenaar van de andere taalrol die wel over het vereiste taalbrevet beschikt;

7. a) L’agent sera en tout cas assisté par un agent de l’autre roˆle linguistique qui sera en possession du brevet linguistique exigé;


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8562

b) Neen, het enige doel van de toevoeging van de tweetalige is de communicatie te doen verlopen in de taal van het te evalueren personeelslid.

b) Non, le seul but de l’ajout du bilingue est de faire passer la communication dans la langue de la personne évaluée.

8. Op heden is dit de chef van de dienst. In de federale overheidsdienst wordt de houder van de managementfunctie −1 beschouwd als de chef van de dienst. Mogelijk kan die verantwoordelijkheid na proceshertekening elders worden gelegd.

` ce jour, c’est le chef de service. Dans le service 8. A public fédéral, le titulaire de la fonction de management −1 est considéré comme le chef de service. II est possible que la responsabilité soit mise ailleurs après un processus de redéfinition.

9. Neen, zij kunnen niet meegeteld worden voor de toepassing van de 50-50 verhouding, zo in de eerste taaltrap van hun federale overheidsdienst het aantal betrekkingen oneven is. Er zijn 14 voorzitters van het directiecomité.

9. Non, ils ne peuvent pas compter pour l’application du rapport 50-50, de sorte que dans le premier degré de la hiérarchie de leur service public fédéral, le nombre d’emplois est impair. II y a 14 présidents du comité de direction.

10. Na de wettelijk voorziene procedure, is de belangrijkste noodzakelijke stap het ontwikkelen van een aangepaste testbatterij.

10. Après le procédure légale prévue, le développement d’un ensemble de tests adaptés est une étape importante nécessaire.

11. Neen, uiteraard niet. De voorbereidingen zijn volop bezig.

11. Non, absolument pas. Nous sommes en pleine préparation.

12. Op heden kan overeenkomstig de taalwetgeving geen veralgemeende functionele taalkennis worden geeïst. Een fundamentele en verregaande hervorming zoals Copernicus vereist jammer genoeg talrijke aanpassingen aan het wettelijk en reglementair arsenaal. Dit moet stapsgewijs gebeuren. Wil men eerst al de vereiste wettelijke en reglementaire aanpassingen doen, dan komt er zonder overgangsperiode en retroactiviteit nooit niets van. De functionele taalkennis zal uiterlijk operationeel zijn gelet op de voorziene overgangsperiode van vijf jaar voor het volgende mandaat.

12. Aucune connaissance linguistique fonctionnelle générale ne peut être exigée à ce jour conformément à la législation linguistique. Une réforme fondamentale et extrême telle que Copernic exige malheureusement de nombreuses adaptations de l’arsenal légal et réglementaire. Cela doit se faire étape par étape. Si on veut tout d’abord faire les adaptations légales et réglementaires exigées, alors on n’aboutit à rien sans période transitoire et sans rétroactivité. La connaissance linguistique fonctionnelle sera opérationnelle vu la période transitoire de cinq ans prévue pour le mandat suivant.

DO 2000200110513

DO 2000200110513

Vraag nr. 84 van de heer Olivier Chastel van 17 april 2001 (Fr.) :

Question no 84 de M. Olivier Chastel du 17 avril 2001 (Fr.) :

Ontwikkeling van nieuwe informatietechnologie.

Développement informatique des nouvelles technologies de l’information.

Er tekent zich een nieuwe revolutie af in de ITsector. Na de ontwikkeling van het internet en de nieuwe informatietechnologiee¨n, zit nu de ontwikkeling van information grids of specifieke informatienetwerken in de pijplijn.

Une nouvelle révolution de l’informatique apparaıˆt. Après le développement d’internet et des nouvelles technologies de l’information, le développement des grilles informatiques est en route.

Die informatienetwerken stoelen op het principe van de samenbrenging, via de huidige en toekomstige computernetwerken, van de rekencapaciteit van vele individuele computers in een « metarekenmachine », die zou fungeren als een soort algemeen berekeningenreservoir.

Le principe de ces grilles informatiques est l’unification, via les réseaux informatiques actuels et futurs, de la puissance de calcul informatique en un « méta-calculateur » fonctionnant sous la forme d’un réservoir général à calculs.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8563

Om deze ambitieuze doelstelling te bereiken, zijn er middelen voor onderzoek nodig.

Si l’objectif est ambitieux, des moyens de recherche sont nécessaires.

Wat de rekencapaciteit per land betreft, uitgedrukt in miljarden berekeningen per seconde, draagt Belgie¨ de rode lantaarn in het rijtje Europese landen. Met een capaciteit van 141,6 miljard berekeningen per seconde en 2 supercomputers steekt ons land maar pover af bij onze buurlanden : Nederland haalt bijvoorbeeld 1 169,5 miljard berekeningen per seconde en heeft 14 supercomputers, Frankrijk komt op 2 900 miljard berekeningen per seconde en beschikt over 29 supercomputers. De Verenigde Staten kunnen zelfs 50 690 miljard berekeningen per seconde uitvoeren op hun 273 supercomputers.

Actuellement, la Belgique se situe à la dernière place des pays européens en ce qui concerne la puissance de calcul par pays en milliards d’opérations par seconde. Avec une puissance de 141,6 milliards d’opérations par seconde et 2 supercalculateurs, notre pays fait paˆle figure par rapport à nos voisins puisque les Pays-Bas alignent 1 169,5 milliards d’opérations par seconde et 14 supercalculateurs, ou la France avec 2 900 milliards d’opérations par seconde et 29 supercalculateurs. Les E´tats-Unis, pour leur part, sont capables d’exécuter 50 690 milliards d’opérations par seconde sur leurs 273 supercalculateurs.

Supercomputers zijn evenwel zeer duur in de aanschaf, en de gebruikte technologie veroudert buitengewoon snel. Als alternatief wordt dan ook gedacht aan het werken met een collectieve rekencapaciteit. De snelheid waarmee de informatietechnologie evolueert is genoegzaam bekend.

La recherche du calcul partagé est envisagée comme solution de remplacement aux supercalculateurs dont le couˆt d’acquisition est très élevé mais dont la technologie est rapidement dépassée. La rapidité de l’évolution dans le domaine de l’informatique est connue de tous. Aux E´tats-Unis, des projets tels que SETI@HOME pour la recherche et l’identification de vie extraterrestres, ou les projets GriPhyn (recherche physique) ou NEESgrid (étude des tremblements de terre) sont en développement depuis près de deux ans. L’Europe et la Communauté européenne ne sont pas en reste. Le CERN, inventeur du web, étudie depuis 1999 ce principe, et le projet Eurogrid, soutenu par la Communauté européenne, est en développement.

In de Verenigde Staten wordt er al sinds een jaar of twee gewerkt aan projecten zoals SETI@HOME voor het opsporen en identificeren van buitenaards leven, of GriPhyn (research in de natuurkunde) en NEESgrid (bestuderen van aardbevingen). Ook Europa en de Europese Unie blijven niet achter. Sinds 1999 buigt het CERN, tevens uitvinder van het web, zich over het principe. Het Eurogrid-project, met steun van de Europese Unie, is in voorbereiding. Het principe van een information grid, van een tros computers, is het collectieve gebruik van de rekencapaciteit van een aantal in een snel computernetwerk geschakelde desktops, met parallel uitgevoerde berekeningen en het beheer van de onder die computers verdeelde virtuele geheugencapaciteit. 1. Op welk onderzoeksniveau moeten de Belgische universiteiten op dat gebied gesitueerd worden, en welke middelen worden hiervoor uitgetrokken ?

Le principe d’une grille et d’une grappe d’ordinateurs est l’utilisation partagée de la puissance d’ordinateurs de bureau intégrés dans un réseau informatique rapide, de calculs effectués en parallèle et de la gestion de la mémoire virtuelle distribuée sur ces ordinateurs. ` quel niveau de recherche, dans ce domaine, se 1. A situent les universités belges, et quels moyens y sont consacrés ?

2. Worden er middelen beschikbaar gesteld voor de aanschaf van een computerpark met recente toestellen teneinde research op dat vlak mogelijk te maken ?

2. Des moyens sont-ils prévus pour acquérir des parcs d’ordinateurs récents afin de permettre la recherche dans ce nouveau domaine ?

3. a) Kan het bestaande computerpark van de federale administraties niet voor dergelijk onderzoek worden aangewend ?

3. a) Serait-il possible d’utiliser les parcs informatiques disponibles auprès des administrations fédérales pour ces recherches ?

b) Zo zal het ministerie van Financie¨n bijvoorbeeld in de Financie¨ntoren weldra over een park van enkele honderden computers van de nieuwe generatie beschikken, die onderling verbonden zijn door een snel en goed beveiligd netwerk.

b) Par exemple, le ministère des Finances possèdera prochainement à la Tour des Finances un parc de quelques centaines d’ordinateurs de nouvelle génération reliés par un réseau sécurisé et rapide.

Kunnen die computers buiten de kantooruren ter beschikking gesteld worden voor research ?

Ces ordinateurs pourraient-ils être rendus disponibles en dehors des heures d’utilisation normale par les fonctionnaires (heures de bureau) ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8564

Antwoord : Op vraag 3, a), met betrekking op specifiek de informaticaparken van de federale besturen en in het bijzonder het ministerie van Financie¨n [vraag 3, b)], moet men antwoorden dat hun gebruik wegens de volgende redenen onmogelijk is :

` la question 3, a), visant spécifiquement Réponse : A les parcs informatiques des administrations fédérales et en particulier au ministère des Finance [question 3, b)], il faut répondre que leur utilisation est impossible pour les raisons suivantes :

— De interuniversitaire projecten van berekeningsnetwerken zoals Eurogrid zoeken geen aanvullend berekeningsvermogen maar beproeven de rekenmethodes die over een uitgebreid netwerk worden verdeeld; zij impliceren een actieve deelname aan het project vanwege de plaatselijke informaticabeheerders en een overbelasting van de netwerken; de capaciteit van de informaticamiddelen van de federale administratie stemt net met zijn behoeften overeen; zij beschikt niet over reservecapaciteit.

— Les projets interuniversitaires de réseaux de calcul comme Eurogrid ne cherchent pas de la puissance de calcul supplémentaire mais expérimentent les méthodes de calcul distribué sur un vaste réseau; ils impliquent une participation active au projet de la part des gestionnaires informatiques locaux et une surcharge des réseaux; la capacité des ressources informatiques de l’administration fédérale correspond juste à ses besoins; elle ne dispose pas de réserve de capacité.

Bovendien, is er permanent een tekort in informaticapersoneel dat ons verbiedt om het af te leiden van zijn prioritaire taken.

De plus, il y a en permanence un déficit en personnel informatique qui nous interdit de le détourner de ses taˆches prioritaires.

— De deelname van PC’s aan projecten inzake berekening verdeeld over duizenden PC’s geeft twee problemen :

— La participation de PC à des projets de calcul réparti sur des milliers de PC pose deux problèmes :

1. De software die bij deze projecten wordt gebruikt, geeft geen enkele garantie van veiligheid en vormt aanvullende risico’s die wij niet ons kunnen toelaten te nemen.

1. Les logiciels utilisés dans ces projets n’offrent aucune garantie de sécurité. Ils constituent des risques supplémentaires que nous ne pouvons pas nous permettre de prendre.

2. Het gebruik van PCS van de besturen voor berekeningen buiten de kantooruren zal aanvullende kosten en een premature slijtage van het materiaal door zijn gebruik 24 uur op 24 veroorzaken. Dit is niet aanvaardbaar terwijl wij al onze hulpbronnen moeten bestemmen voor de modernisering van het Openbaar Ambt.

2. L’utilisation des PC des administrations pour des calculs en dehors des heures de bureau engendrera des coûts supplémentaires et une usure prématurée du matériel par son utilisation pendant 24 heures sur 24. Ceci n’est pas admissible alors que nous devons affecter toutes nos ressources à la modernisation de la Fonction publique.



DO 2000200110274

DO 2000200110274

Vraag nr. 290 van de heer Gerolf Annemans van 1 december 2000 (N.) :

Question no 290 de M. Gerolf Annemans du 1er décembre 2000 (N.) :

Vluchtmisdrijven bij verkeersongevallen.

Délits de fuite lors d’accidents de la circulation.

Mijn vraag heeft betrekking op vluchtmisdrijven bij verkeersongevallen.

Ma question concerne les délits de fuite lors d’accidents de la circulation.

1. Hoeveel vluchtmisdrijven grepen plaats in 1998, 1999 en het eerste semester van 2000 ?

1. Combien de délits de fuite a-t-on constatés en 1998, 1999 et pendant le premier semestre de 2000 ?

2. Kunt u voornoemde cijfers rangschikken volgens volgende criteria :

2. Pouvez-vous classer les chiffres demandés en fonction des critères suivants :


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8565

a) vluchtmisdrijven gepleegd door bestuurders van personenwagens;

a) délits de fuite commis par des conducteurs de voitures;

b) vluchtmisdrijven gepleegd door bestuurders van vrachtwagens;

b) délits de fuite commis par des conducteurs de camions;

c) vluchtmisdrijven gepleegd door bestuurders van motors;

c) délits de fuite commis par des conducteurs de motos;

d) voetganger als slachtoffer van het vluchtmisdrijf;

d) la victime du délit de fuite est un piéton;

e) fietser als slachtoffer van het vluchtmisdrijf;

e) la victime du délit de fuite est un cycliste;

f) motorrijder als slachtoffer van het vluchtmisdrijf;

f) la victime du délit de fuite est un motard;

g) bestuurder van een gemotoriseerd voertuig anders dan onder punt f) als slachtoffer;

g) la victime du délit de fuite est le conducteur d’un engin motorisé autre que f);

h) aantal gevallen met dodelijke afloop;

h) le nombre d’accidents mortels;

i) de ophelderingsgraad;

i) le taux d’élucidation;

j) effectieve veroordelingen van personen die vluchtmisdrijf pleegden ?

j) les condamnations effectives des personnes coupables de délit de fuite ?

Antwoord :

Réponse :

1. Het totale aantal vluchtmisdrijven bij verkeersongevallen (met name de overtredingen van artikel 31, eerste en tweede lid, van het koninklijk besluit van 16 maart 1968 houdende coo¨rdinatie van de wet betreffende de politie van het wegverkeer) bedraagt volgens de meest recente cijfers van de politieparketten :

1. Le nombre total de délits de fuite lors d’accidents de la circulation (avec les infractions visées à l’article 31, alinéas 1er et 2, de l’arrêté royal du 16 mars 1968 portant coordination des lois relatives à la police de la circulation routière) s’élève selon les chiffres les plus récents des parquets de police à :

— in 1998 : 12 912;

— 12 912 en 1998;

— in 1999 : 13 971;

— 13 971 en 1999;

— van 1 januari 2000 tot 30 juni 2000 : 6 215.

—

Bij de interpretatie van de cijfers moet rekening worden gehouden met het feit dat het parket van Bergen pas sinds oktober 1998 geı¨nformatiseerd is : gegevens van voor die datum zijn er niet beschikbaar. Bij het parket van Brussel zijn er geen gegevens van 1998 en 1999 beschikbaar, de verkeersongevallen worden er pas sinds begin 2000 in de database ingevoerd.

Dans l’interprétation des chiffres, il convient de tenir compte du fait que le parquet de Mons n’est informatisé que depuis octobre 1998 : les données antérieures à cette date ne sont pas disponibles sur support informatique. Pour le parquet de Bruxelles, aucune donnée n’est disponible pour les années 1998 et 1999 étant donné que les accidents de la circulation ne sont introduits dans la base de données que depuis le début de l’an 2000.

Bij de gegevens met betrekking tot de eerste helft van het jaar 2000 moet rekening worden gehouden met een mogelijke onderschatting : elk dossier dat in 2000 in de database van de parketten wordt ingegeven krijgt als vermelding « jaar 2000 », maar de definitieve toevoeging van de module « soort inbreuk » loopt enige vertraging op. Aldus wordt aan een aantal van deze dossiers pas in de loop van het jaar 2001 de vermelding « vluchtmisdrijf » toegekend.

En ce qui concerne les données relatives au premier semestre de l’an 2000, il convient d’envisager une possible sous-estimation : chaque dossier introduit dans la base de données des parquets en l’an 2000 se voit attribuer la mention « an 2000 », mais l’adjonction définitive du module « type d’infraction » accuse un certain retard. Ainsi, certains de ces dossiers ne reçoivent la mention « délit de fuite » qu’au cours de l’année 2001.

2. De in de punten a) tot g) gevraagde rangschikking van het aantal vluchtmisdrijven naargelang de

2. Le classement demandé aux points a) à g) du nombre de délits de fuite en fonction du conducteur


2000

6 215 pour la période allant du 1er janvier 2000 au 30 juin 2000.

2001


1102

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8566

verantwoordelijke bestuurder enerzijds en het type slachtoffer anderzijds kan met behulp van de beschikbare parketstatistieken niet worden gemaakt. Gelet op het tijdrovende karakter wordt deze informatie door het parketpersoneel niet in de database ingevoerd.

responsable, d’une part, et du type de victime, d’autre part, ne peut pas être réalisé sur la base des statistiques disponibles des parquets. Vu le temps important que cela demande, ces informations ne sont pas introduites dans la base de données par le personnel des parquets.

Algemene cijfergegevens betreffende het aantal vluchtmisdrijven in het verkeer met gewonden zijn wel beschikbaar :

Des données chiffrées générales relatives au nombre de délits de fuite lors d’accidents de la circulation avec blessés sont en revanche disponibles :

— in 1998 : 1 875;

— en 1998 : 1 875;

— in 1999 : 1 914;

— en 1999 : 1 914;

— van 1 januari 2000 tot 30 juni 2000 : 809.

— du 1er janvier 2000 au 30 juin 2000 : 809.

Uit de federale Veiligheidsmonitor (dit is een nationaal en lokaal bevolkingsonderzoek naar onveiligheid, criminaliteit en de kwaliteit van de basispolitiezorg) blijkt dat jaarlijks ongeveer 2 % van de totale bevolking het slachtoffer wordt van een vluchtmisdrijf in het verkeer. Bij dit slachtofferschap zijn verschillen op te merken tussen de bevolkingsgroepen. Dit is niet alleen het geval voor de mannen en de vrouwen, maar ook voor de verschillende leeftijds- en beroepsgroepen. Eerst en vooral wordt vastgesteld dat mannen méér dan vrouwen slachtoffer worden van een vluchtmisdrijf. Wat de verschillende leeftijdsgroepen betreft, is de groep van jongeren tussen 25 en 34 jaar niet alleen de grootste groep van slachtoffers van vluchtmisdrijf in het verkeer maar ook in verhouding met haar aandeel in de totale populatie opmerkelijk het meest slachtoffer van een dergelijk misdrijf. In iets mindere mate geldt dit ook voor de 15-24 jarigen. Ook deze groep is relatief meer slachtoffer van een vluchtmisdrijf dan de andere leeftijdsgroepen. Tenslotte kan worden vastgesteld dat de beroepsactieven meer te maken hebben met vluchtmisdrijven in het verkeer. Er bestaan, nog steeds volgens de Veiligheidsmonitor, geen significante verschillen tussen de slachtofferpercentages van het land, de verschillende gewesten en de gemeentetypen, enerzijds, en de gewesten en de typen van gemeenten onderling, anderzijds. Dit betekent dat waar men ook woont, men evenveel kans loopt om het slachtoffer te worden van een vluchtmisdrijf.

3. Het aantal vluchtmisdrijven in het verkeer met dodelijke afloop bedraagt volgens de cijfers van de politieparketten :

Il ressort du Moniteur fédéral de sécurité (à savoir un sondage effectué auprès de la population à l’échelle nationale et locale sur l’insécurité, la criminalité et la qualité au niveau de la fonction de police de base) qu’environ 2 % de l’ensemble de la population est annuellement victime d’un délit de fuite lors d’accidents de la circulation. Parmi les victimes, des différences sont à noter entre les groupes de population. Ce n’est pas seulement le cas entre les hommes et les femmes, mais également entre les différentes catégories d’aˆge et les différents groupes professionnels. Tout d’abord, on constate que les hommes sont plus souvent victimes d’un délit de fuite que les femmes. En ce qui concerne les différentes catégories d’aˆge, les jeunes aˆgés entre 25 et 34 ans ne constituent pas seulement en chiffres absolus le groupe le plus important de victimes de délits de fuite lors d’accidents de circulation, mais le sont également proportionnellement à leur représentation dans l’ensemble de la population. Cela peut également s’appliquer dans une moindre mesure aux jeunes aˆgés entre 15 et 24 ans. Ce groupe est également plus souvent victime de délits de fuite lors d’accidents de la circulation que les autres catégories d’aˆge. Enfin, on peut constater que la population active est plus souvent concernée par des délits de fuite lots d’accidents de la circulation. Toujours selon le Moniteur fédéral de sécurité, il n’existe pas de différence significative entre les pourcentages relatifs aux victimes au niveau du pays, des différentes régions et des types de communes, d’une part, et au niveau des régions et des types de communes entre elles, d’autre part. Cela signifie que le risque d’être la victime d’un délit de fuite est le même quel que soit le lieu où l’on habite. 3. Le nombre de délits de fuite avec accidents mortels s’élève, selon les chiffres communiqués par les parquets de police, à :

— in 1998 ; 28;

— 28 en 1998;

— in 1999 : 24;

— 24 en 1999;

— van 1 januari 2000 tot 30 juni 2000 : 6.

—


2000

6 pour la période allant du 1er janvier 2000 au 30 juin 2000.

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8567

4. Uit de statistieken van de politieparketten kunnen de volgende cijfers betreffende het aantal effectieve veroordelingen van personen die een vluchtmisdrijf hebben gepleegd worden afgeleid :

4. En ce qui concerne le nombre de condamnations effectives des personnes auteurs de délit de fuite, il peut être déduit des statistiques des parquets de police les chiffres suivants :

— in 1998 : 10 793;

— en 1998 : 10 793;

— in 1999 : 10 339;

— en 1999 : 10 339;

— van 1 januari 2000 tot 30 juni 2000 : 3 212. Hierbij moet evenwel rekening worden gehouden met het feit dat er in een aantal dossiers van vluchtmisdrijf in het verkeer nog moet worden gedagvaard. Het aantal dossiers waarin er nog niet werd gedagvaard bedraagt :

— pour la période allant du 1er janvier 2000 au 30 juin 2000 : 3 212. ` A cet égard, il convient toutefois de tenir compte du fait que des citations doivent encore avoir lieu dans un certain nombre de dossiers de délit de fuite lors d’accidents de la circulation. Le nombre de dossiers dans lesquels il doit encore être cité s’élève à :

— voor 1998 : 625;

— 625 en 1998;

— voor 1999 : 1 215;

— 1 215 en 1999;

— van 1 januari 2000 tot 30 juni 2000 : 1 844.

— 1 844 pour la période allant du 1er janvier 2000 au 30 juin 2000.

DO 2000200110746

DO 2000200110746

Vraag nr. 331 van mevrouw Marie-Thérèse Coenen van 1 maart 2001 (Fr.) :

Question no 331 de Mme Marie-Thérèse Coenen du 1er mars 2001 (Fr.) :

Methoden voor de evaluatie van alimentatievorderingen. — Aantal vonnissen. — Gemiddelde hoegrootheid van een alimentatievordering.

Méthodes d’évaluation des créances alimentaires. — Nombre de jugements. — Montants moyens des créances alimentaires.

Het debat over de oprichting van een fonds voor alimentatievorderingen is aan de gang in het Parlement. De verenigde commissies voor de Justitie en de Sociale Zaken horen een aantal mensen die als aanspreekpunt kunnen optreden. Op sommige punten ontbreken er echter nog gegevens of moeten we gissen. Om het debat met kennis van zaken te kunnen voeren, kreeg ik graag de volgende inlichtingen.

Le débat sur la création d’un fonds de créances est en cours au Parlement. Nous auditionnons une série de personnes ressources lors des séances conjointes des commissions de la Justice et des Affaires sociales. Mais il reste une série de données qui nous manque ou qui font l’objet d’approximation. Pour permettre un débat en toute connaissance de cause, j’aimerais obtenir les informations suivantes.

1. Is er een methode voor de berekening en de evaluatie van het bedrag van de alimentatie die een ouder zijn minderjarige nakomelingen verschuldigd is ?

1. Y a-t-il une méthode de calcul et d’évaluation du montant de la créance alimentaire due par un parent à ses descendants mineurs ?

2. Wordt diezelfde methode ook gebruikt voor de beoordeling van de alimentatie ten gunste van een volwassen echtgenoot in geval van feitelijke scheiding of echtscheiding ?

2. Est-ce la même méthode pour évaluer le montant d’une créance pour un conjoint adulte, en cas de séparation ou de divorce ?

3. Als er geen nauwkeurige methodes zijn, welke criteria hanteren de rechters dan doorgaans om die bedragen te beoordelen ?

3. S’il n’y a pas de méthodes précises, quels sont les critères admis en général par les juges pour évaluer les montants en question ?

4. Kan u, in het kader van de gerechtelijke statistieken, meedelen hoeveel vonnissen betrekking hebben op een alimentatieverplichting ?

4. Dans le cadre des statistiques judiciaires, serait-il possible de connaıˆtre le nombre de jugements qui porte sur la décision de l’obligation de verser une créance alimentaire ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8568

5. a) Hoeveel wordt er gemiddeld per kind geeïst ?

5. a) Pouvons-nous savoir quel est le montant moyen demandé par enfant ?

b) Hoeveel voor een volwassene ?

b) Pour un adulte ?

6. Kan u, bij gebrek aan exacte cijfers, ten minste meedelen in welke orde van grootte die bedragen liggen ?

` defaut de chiffres précis, serait-il possible 6. A d’avoir des ordres de grandeur ?

Antwoord : De ouders moeten, ongeacht of zij samenleven of niet, naar evenredigheid van hun middelen zorgen voor het levensonderhoud en de opvoeding van hun kinderen (artikel 203 van het Burgerlijk Wetboek). In geval zij niet samenleven zal over het algemeen een van de ouders zich van die verplichting kwijten in de vorm van een forfaitaire maandelijkse bijdrage waarvan het bedrag wordt vastgesteld op grond van de behoeften van de kinderen en van de inkomens van de partijen. Voornoemd bedrag kan in de praktijk zeer moeilijk worden geraamd en de rechters doen over het algemeen uitspraak naar billijkheid.

Réponse : Qu’ils vivent ensemble ou pas, les père et mére doivent assumer chacun, proportionnellement à leurs facultés, l’entretien et l’éducation de leurs enfants (article 203 du Code civil). S’ils ne vivent pas ensemble, l’un des parents s’acquittera généralement de cette obligation sous la forme d’une contribution forfaitaire et mensuelle, dont le montant est fixe en fonction des besoins des enfants et des revenus des parties. E´valuer le montant de cette contribution est très difficile en pratique, et les juges statuent généralement en équité.

De heer Renard heeft ingevolge een studie besteld door de Franse Gemeenschap een methode voorgesteld om de kosten voor het kind te berekenen (R. Renard, « Divorce, coût de l’enfant, pension alimentaire et fiscalité », JT, 1986, blz. 101). Deze methode, die noch helemaal wetenschappelijk, noch juridisch is en waarop vanuit verschillende hoeken kritiek is uitgeoefend, heeft niet veel succes gehad. Andere auteurs hebben een berekeningsmethode voorgesteld waarbij werd gepoogd de in aanmerking te nemen inkomens van de ouders vast te stellen (J.-L. Renchon en N. Dopchie, « Les mesures provisoires et conservatoires », in « Le divorce en Belgique : controverses et perspectives », Story-Scientia, 1991, blz. 104; J.-F. Taymans, « La détermination du montant de la contribution alimentaire au profit des enfants », in « Le divorce par consentement mutuel, » Bruxelles, Bruylant, 1993, blz. 193; J. Roodhooft, « De invloed van de mogelijkheden van de onderhoudsplichtige op de bepaling van diens draagkracht », noot Rb. Brussel, 3 maart 1992, TBBR, 1994, blz. 114).

` la suite d’une étude commandée par la CommuA nauté française, M. Renard a proposé une méthode de calcul du coût de l’enfant (R. Renard, « Divorce, coût de l’enfant, pension alimentaire et fiscalité », JT, 1986, p. 101). Cette méthode, qui n’est ni tout à fait scientifique, ni juridique et a fait l’objet de diverses critiques, n’a pas rencontré un grand succès. D’autres auteurs se sont efforcés de proposer une méthode de calcul en tentant d’établir les revenus à prendre en considération dans le chef des parents (J.-L. Renchon et N. Dopchie, « Les mesures provisoires et conservatoires », dans Le divorce en Belgique : controverses et perspectives, Story-Scientia, 1991, p. 104; J.-F. Taymans, « La détermination du montant de la contribution alimentaire au profit des enfants », dans Le divorce par consenternent mutuel, Bruxelles, Bruylant, 1993, p. 193; J. Roodhooft, « De invloed van de mogelijkheden van de onderhoudsplichtige op de bepaling van diens draagkracht », note sous Civ. Bruxelles, 3 mars 1992, RGDC, 1994, p. 114).

Thans wordt evenwel geen uniforme berekeningsmethode toegepast of aanbevolen. Hetzelfde geldt voor de vaststelling van het bedrag van een uitkering tussen (ex-) echtgenoten (voor nadere gegevens omtrent dit vraagstuk, inzonderheid over de evaluatiecriteria, zie A. Duelz, « Le droit du divorce », 2e druk, Brussel, De Boeck, 1996; J. Gerlo, Onderhoudsgelden, 2e druk, Deurne, Kluwer, 1994; J. Roodhooft, De gerechtelijke begroting van onderhoudsuitkeringen tussen ex-echtgenoten, Antwerpen, Kluwer, 1996; S. Brouwers, « De conventionele kwantificering van onderhoudsgelden », Not. Fisc. M., 1998).

` l’heure actuelle, toutefois, il n’existe pas de A méthode de calcul unique qui soit appliquée ou recommandée. Il en est de même pour la fixation du montant d’une pension entre (ex-)conjoints (pour des développements approfondis sur la question, et notamment sur les critères d’évaluation, voyez A. Duelz, Le droit du divorce, 2e édition, Bruxelles, De Boeck, 1996; J. Gerlo, « Onderhoudsgelden », 2e édition, Deurne, Kluwer, 1994; J. Roodhooft, « De gerechtelijke begroting van onderhoudsuitkeringen tussen exechtgenoten », Antwerpen, Kluwer, 1996; S. Brouwers, « De conventionele kwantificering van onderhoudsgelden », Not. Fisc. M., 1998).


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8569

Mijn departement beschikt niet over de gevraagde statistische gegevens. Dergelijke gegevens zouden overigens uitermate moeilijk kunnen worden verzameld aangezien beslissingen houdende veroordeling tot betaling van een bijdrage of van een uitkering tot onderhoud kunnen zijn gewezen na talrijke procedures en door gerechten op verschillende niveaus (door de vrederechter in het kader van een procedure gegrond op artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek; door dezelfde rechter in het kader van zijn algemene bevoegdheid inzake uitkeringen tot onderhoud; door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg die recht spreekt in kort geding op grond van artikel 584 van het Gerechtelijk Wetboek of in het kader van een echtscheidingsprocedure overeenkomstig artikel 1280 van hetzelfde wetboek; door de jeugdrechtbank waarbij krachtens artikel 387bis van het Burgerlijk Wetboek een zaak betreffende het ouderlijk gezag aanhangig is gemaakt; enz.). Het gemiddelde bedrag van een geldelijke bijdrage in de kosten voor levensonderhoud en opvoeding van een kind zou gelet op de variabiliteit van de parameters, vooreerst de leeftijd van het kind, overigens een weinig relevant gegeven zijn. Dat geldt ook voor de uitkeringen tot onderhoud ten behoeve van volwassenen.

Mon département ne dispose pas des données statistiques demandées. Celles-ci seraient d’ailleurs extrêmement difficiles à rassembler dans la mesure où une décision condamnant au paiement d’une contribution ou une pension alimentaire peut être rendue au terme de nombreuses procédures, et par des juridictions de différents niveaux (par le juge de paix, dans une procédure basée sur l’article 223 du Code civil; par ce même juge, dans le cadre de sa compétence générale en matière de pensions alimentaires; par le président du tribunal de première instance, comme juge des référés en vertu de l’article 584 du Code judiciaire, ou dans le cadre d’une procédure de divorce, conformément à l’article 1280 du même code; par le tribunal de la jeunesse, saisi en matière d’autorité parentale sur la base de l’article 387bis du Code civil; etc.). Le montant moyen d’une contribution en espèces aux frais d’entretien et d’éducation d’un enfant serait d’ailleurs une donnée sans beaucoup d’intérêt, tant les paramètres, à commencer par l’aˆge dudit enfant, sont variables. Il en est de même pour les pensions alimentaires au profit d’adultes.

Een orde van grootte valt even moeilijk te bepalen. Met enig voorbehoud kan evenwel worden gesteld dat de overgrote meerderheid van de beslissingen die in het kader van voornoemde procedures zijn gewezen, de verplichting tot betaling van een bijdrage of van een uitkering tot onderhoud inhouden.

Donner un ordre de grandeur s’avère tout aussi malaisé. On peut toutefois se risquer à affirmer que la grande majorité des décisions rendues dans le cadre des procédures précitées contiennent l’obligation de payer une contribution, voire une pension alimentaire.

DO 2000200110940

DO 2000200110940



Doorschuiven van rekeningen tussen gevangenissen.

Transfert de factures entre prisons.

Naar verluidt bestaat de praktijk dat gevangenissen hun rekeningen (bijvoorbeeld voor bepaalde verbruikskosten) doorsturen aan een andere strafinstelling met verzoek de factuur te betalen.

Il me revient que certaines prisons ont coutume d’envoyer leurs factures (par exemple pour certains frais de consommation) à un autre établissement pénitentiaire en l’invitant à payer la facture.

1. a) Bent u op de hoogte van dergelijke praktijken ?

1. a) Eˆtes-vous informé de telles pratiques ?

b) Gebeurt dit met toestemming van de minister, desgevallend met zijn (stilzwijgende) goedkeuring ?

b) Ces transferts se font-ils avec l’assentiment du ministre et, le cas échéant, avec son approbation (tacite) ?

2. a) In het bevestigende geval : op welke wettelijke reglementaire basis steunt deze praktijk ?

2. a) Dans l’affirmative, sur quelle base réglementaire ou légale repose cette pratique ?

b) Kan u verklaren waarom een dergelijke praktijk nodig blijkt te zijn ?

b) Pouvez-vous expliquer pourquoi une telle pratique s’avère nécessaire ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8570

3. Kan u een overzicht geven van dergelijke transfers gedurende de jongste drie jaar, met telkens vermelding van de bedragen, van de soort kosten die worden doorgeschoven, van de gevangenissen die gebruik hebben gemaakt van het vermelde doorschuifsysteem en van deze die uiteindelijk betaald hebben ? Antwoord :

3. Pouvez-vous donner un aperçu de tels transferts effectués au cours des trois dernières années en précisant chaque fois les montants, le type de couˆts transférés, les prisons qui ont recouru à ce système de transfert et celles qui ont finalement acquitté la facture ? Réponse :

1. a) Deze werkwijze werd mij niet gemeld.

1. a) Non, je ne suis pas au courant de cette pratique.

b) De minister komt niet tussen in het dagelijkse financieel en boekhoudkundig beheer van de strafinrichtingen.

b) Le ministre n’intervient pas dans la gestion financière et comptable journalière des établissements pénitentiaires.

2. a) Het directoraat-generaal Strafinrichtingen beschikt over een globaal budget voor de werking van alle strafinrichtingen. Voor sommige basisallocaties worden bij het begin van elk jaar aan elk van de inrichtingen op basis van objectieve criteria budgettaire enveloppes voorbehouden waarbinnen alle uitgaven dienen te gebeuren. Deze enveloppes benaderen zo veel mogelijk de verwachte behoeften maar kunnen omwille van de steeds wijzigende omstandigheden vooraf nooit exact bepaald worden. De uitgaven geschieden — behoudens enkele uitzonderingen — enerzijds door de afdeling Boekhouding van de dienst Begroting, Aankopen en Boekhouding, voor de uitgaven vanaf 100 000 frank, en anderzijds door de rekenplichtigen der gelden van elke inrichting, voor de uitgaven kleiner dan 100 000 frank. Te dien einde wordt aan deze rekenplichtigen driemaandelijks (voor sommige types van uitgaven maandelijks) op basis van ramingsstaten op hun postchequerekening geldmiddelen (« fondsenvoorschotten ») ter beschikking gesteld.

2. a) La direction générale des E´tablissements pénitentiaires dispose d’un budget global destiné au fonctionnement de l’ensemble des établissements pénitentiaires. Pour certaines allocations de base, des enveloppes budgétaires, constituées sur la base de critères objectifs, sont réservées au début de chaque exercice à chacun des établissements. Ces enveloppes se rapprochent le plus possible des besoins escomptés mais ne peuvent pas être déterminées avec exactitude à l’avance compte tenu des changements constants de situation. Les dépenses sont effectuées — à quelques exceptions près — d’une part, par la section Comptabilité du service Budget, Achats et Comptabilité, pour les dépenses d’un montant minimum de 100 000 francs et, d’autre part, par les comptables des deniers de chaque établissement pénitentiaire pour les dépen` cette fin, sur la ses inférieures à 100 000 francs. A base d’états estimatifs, des moyens financiers (« avances de fonds ») sont mis tous les trois mois (tous les mois pour certains types de dépenses) à la disposition de ces comptables sur un compte chèque postal.

b) Het gebeurt — zelden — dat op het einde van een begrotingsjaar sommige rekenplichtigen over een overschot beschikken op hun postchequerekening, terwijl anderen niet meer over voldoende middelen beschikken om facturen te betalen. Het is in die omstandigheden dat de dienst Begroting, Aankopen en Boekhouding dan een rekenplichtige verzoekt het saldo van de hem ter beschikking gestelde fondsenvoorschotten aan te wenden voor de betaling van een factuur voor leveringen aan een inrichting waarvan de geldmiddelen voor de betrokken begrotingspost uitgeput zijn.

` la fin de l’exercice budgétaire, il arrive — mais b) A c’est rarement le cas — que certains comptables disposent d’un excédent sur leur compte chèque postal alors que d’autres n’ont plus les moyens financiers suffisants pour régler les factures. Dans ces circonstances, le service Budget, Achats et Comptabilité demande alors à un comptable d’utiliser le solde des avances de fonds mises à sa disposition pour régler une facture de livraisons à un établissement dont les moyens financiers pour le poste budgétaire concerné sont épuisés.

3. Het is niet mogelijk een overzicht te geven van de gevallen die zich in het verleden hebben voorgedaan; het betreft immers een normaal geachte correctie op de door de dienst Begroting, Aankopen en Boekhouding aan de inrichtingen voorbehouden bedragen. Het doel ervan is de beschikbare middelen zo efficie¨nt mogelijk

3. Il m’est impossible de donner un aperçu des cas qui se sont produits dans le passé; il s’agit en effet d’une correction apportée aux montants réservés aux établissements considérée comme normale par le service Budget, Achats et Comptabilité. Le but est d’utiliser les moyens disponibles de la manière la plus


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8571

aan te wenden, en de leveranciers niet langer dan nodig op de betaling te laten wachten.

efficace possible et de veiller à ce que les fournisseurs ne doivent pas attendre plus longtemps que nécessaire pour leur paiement.

DO 2000200110992

DO 2000200110992

Vraag nr. 357 van de heer Guy D’haeseleer van 18 april 2001 (N.) :

Question no 357 de M. Guy D’haeseleer du 18 avril 2001 (N.) :

Privacy-wet. — OCMW’s.

Loi sur la vie privée. — CPAS.

Sinds 1 maart 1995 is de privacy-wet (tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens) met al de uitvoeringsbesluiten van toepassing.

La loi sur la protection de la vie privée (à l’égard des traitements de données à caractère personnel) et tous ses arrêtés d’exécution sont d’application depuis le 1er mars 1995.

Deze wet is vrijwel geruisloos op het werkterrein van het OCMW neergedaald. Bij de inwerkingtreding was het voor de OCMW’s onduidelijk in hoeverre deze wet een weerslag zou hebben op de werking van de OCMW’s met betrekking tot de verwerking van gegevens door het OCMW.

Il est apparu peu à peu que cette loi aurait une incidence sur le fonctionnement des CPAS. Lors de son entrée en vigueur, les CPAS ne voyaient pas clairement dans quelle mesure cette loi aurait une répercussion sur le plan du traitement des données par les CPAS.

1. Kan u meedelen of er intussen omzendbrieven zijn verschenen waarin een interpretatie aan deze wet wordt gegeven met betrekking tot de verwerking van gegevens door het OCMW ?

1. Des directives interprétant cette loi en ce qui concerne le traitement de données par les CPAS ontelles été publiées entre-temps ?

2. Hebben de OCMW’s een duidelijke regelgeving ontvangen met betrekking tot het bijhouden van dossiers en bestanden ?

2. Les CPAS ont-ils reçu des instructions claires relatives à la gestion des dossiers et de fichiers ?

Antwoord :

Réponse :

1. Hierbij deel ik het geachte lid mee dat ik geen toezicht uitoefen op de gemeenten en op de OCMW’s en dat het bijgevolg niet aan mij is hen circulaires omtrent de interpretatie van de wet voor te schrijven.

1. J’informe l’honorable membre que n’exerçant pas la tutelle sur les communes et les CPAS, il ne m’appartient pas de leur édicter des circulaires sur l’interprétation de la loi.

Ik beperk mij dan ook ertoe een overzicht te geven van de terzake geldende wetsbepalingen.

Je me bornerai juste à rappeler les dispositions légales réglant cette matière.

Met betrekking tot persoonsgegevens ingewonnen door een OCMW met het oog op de verlening of de weigering van maatschappelijke bijstand gelden de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, gewijzigd bij de wet van 11 december 1998.

Les données personnelles recueillies par un CPAS en vue de décider de l’octroi ou du refus de l’aide sociale tombent sous l’application de la loi organique du 8 juillet 1976 des centres publics d’aide sociale ainsi que de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l’égard des traitements de données à caractère personnel, modifiée par la loi du 11 décembre 1998.

De artikelen 4 en 5 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer, die net als de gehele wet op 1 september 2001 in werking treden, voorzien in verscheidene verplichtingen die de verantwoordelijke voor de verwerking, te weten het OCMW, moet nakomen.

Les articles 4 et 5 de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée qui entreront en vigueur comme l’ensemble de la loi au 1er septembre 2001, énoncent diverses obligations à respecter par le responsable du traitement, à savoir les CPAS.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8572

Het gaat hierbij om volgende verplichtingen : — de persoonsgegevens verwerken;

eerlijk

rechtmatig

— traiter loyalement et licitement les données à caractère personnel;

— de persoonsgegevens verzamelen voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden en ze niet verder verwerken op een wijze die onverenigbaar is met die doeleinden;

— collecter les données à caractère personnel pour des finalités déterminées, explicites et légitimes et ne pas les traiter ultérieurement de manière incompatible avec ces finalités;

— zich ervan vergewissen dat de persoonsgegevens toereikend, terzake dienend en niet overmatig zijn ten opzichte van de doeleinden waarvoor zij worden verkregen en verder worden verwerkt, alsook dat zij nauwkeurig zijn en indien nodig worden bijgewerkt;

— s’assurer que les données à caractère personnel soient adéquates, pertinentes et non excessives au regard des finalités pour lesquelles elles sont collectées et pour lesquelles elles sont traitées ultérieurement; qu’elles soient, en outre, exactes et, si nécessaire, mises à jour;

— de persoonsgegevens bewaren in een vorm die het mogelijk maakt de betrokkenen te identificeren, maar niet langer dan nodig voor de verwezenlijking van de doeleinden waarvoor zij worden verkregen of verder worden verwerkt;

— conserver les données à caractère personnel sous une forme permettant l’identification des personnes concernées pendant une durée n’excédant pas celle nécessaire à la réalisation des finalités pour lesquelles elles sont collectées ou pour lesquelles elles sont traitées ultérieurement;

— zich ervan vergewissen dat de persoon op wie de gegevens betrekking hebben, zijn ondubbelzinnige toestemming heeft verleend;

— s’assurer que la personne concernée par le traitement de données à caractère personnel a indubitablement donné son consentement;

— zich ervan vergewissen dat de verwerking van persoonsgegevens noodzakelijk is voor de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de OCMW’s, voor zover het belang of de fundamentele rechten en vrijheden van de betrokkene die op grond van deze wet aanspraak maakt op bescherming, niet zwaarder doorwegen.

— s’assurer que le traitement de données à caractère personnel est nécessaire à la réalisation de l’intérêt légitime qu’ils poursuivent, à condition que ne prévalent pas l’intérêt ou les droits et libertés fondamentaux de la personne concernée, qui appellent une protection au titre de la présente loi.

Voor het overige is de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid van toepassing op de uitwisseling van maatschappelijke gegevens tussen de OCMW’s en andere maatschappelijke databanken.

D’autre part, en ce qui concerne les échanges de données sociales qui se dérouleront entre les CPAS et les autres banques de données sociales, la loi du 15 janvier 1990 relative à l’institution et à l’organisation d’une Banque carrefour de la sécurité sociale sera d’application.

2. Aangezien ik, zoals reeds gesteld, geen toezicht uitoefen op de gemeenten en op de OCMW’s, kan ik deze vraag niet beantwoorden.

2. Comme je l’ai mentionné plus haut, je n’exerçe pas la tutelle sur les communes et les CPAS et je ne suis donc pas en mesure de répondre à cette question.

DO 2000200111041

DO 2000200111041



« Taxatie-ambtenaren ». — Zelf toelichten betwiste visie bij rechtbanken.

« Fonctionnaires taxateurs ». — Obligation d’exposer soi-même sa vision contestée devant les tribunaux.

Het is terecht de bedoeling van de regering en van uw kabinet dat de fiscale ambtenaren van de administraties van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit, de Bijzondere Belastinginspectie, de BTW en van de Directe Belastingen er recentelijk toe werden aangezet

Le gouvernement et votre cabinet ont, à juste titre, souhaité que les fonctionnaires fiscaux de l’administration de la Fiscalité des entreprises et des revenus, de l’Inspection spéciale des impoˆts, de la TVA et des Contributions directes soient, depuis peu, amenés à


en

Celles-ci se rattachent à l’obligation de :

2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8573

hun volle persoonlijke verantwoordelijkheid op te nemen en om voortaan steeds op een klantvriendelijke wijze naar een wettelijke oplossing van een betwisting te streven, zodat er nog weinig mogelijke conflicten voor de rechtbank zouden worden uitgevochten.

assumer pleinement leurs responsabilités personnelles et à désormais toujours rechercher une solution légale aux contestations dans le respect du contribuable, afin que le moins de conflits possible soient encore portés devant les tribunaux.

Volgens recente persberichten zou één van die doortastende maatregelen erin bestaan dat de « taxatieambtenaren » voortaan hun betwiste visie bij de rechtbank zelf zouden moeten gaan toelichten. Alleen nog bij procedureel complexe en belangrijke dossiers zou — mits ministerie¨le goedkeuring — een gespecialiseerd advocaat worden ingehuurd.

Selon de récents communiqués de presse, une de ces mesures énergiques consisterait à obliger désormais les « fonctionnaires taxateurs » à exposer eux-mêmes leur vision contestée devant le tribunal. Il ne pourrait plus être fait appel à un avocat spécialisé que dans des dossiers importants et complexes sur le plan de la procédure, moyennant l’accord du ministre.

Terzake rijzen zowel voor de belastingplichtigen, de fiscale ambtenaren als voor de advocaten evenwel de volgende pertinente vragen.

Cette situation appelle les questions suivantes, tant pour le contribuable et les fonctionnaires du fisc que pour les avocats.

1. Welke van de onderstaande BTW- en belastingambtenaren van de buitendiensten zullen in principe als partij en/of als getuige precies worden opgeroepen ?

1. Quels sont précisément, parmi les fonctionnaires mentionnés ci-après des services extérieurs de la TVA ou des Contributions, ceux qui seront en principe appelés à intervenir comme partie et/ou témoin ?

In geval van een blijvende betwisting komen bij de taxatieprocedure immers achtereenvolgens meestal de onderstaande fiscale ambtenaren tussen :

En cas de contestation durable, les fonctionnaires fiscaux suivants interviennent en effet en général successivement dans la procédure de taxation :

a) de gezamenlijk onderzoekende taxatie-ambtenaren van de BTW en de Directe Belastingen;

a) les fonctionnaires taxateurs de la TVA et des Contributions directes qui instruisent ensemble la réclamation;

b) de teamchefs bekleed met de graad van eerstaanwezend inspecteur-diensthoofd bij een fiscaal bestuur, van welke origine ook, die alle wijzigingsberichten (DB) en/of BTW-regularisatie-opgaven hebben ondertekend;

b) les chefs d’équipe revêtus du grade d’inspecteur principal-chef de service dans une administration fiscale, de quelque origine qu’ils soient, qui ont signé tous les avis de rectification et/ou avis de régularisation de TVA;

c) de adviserende ambtenaren van de afdeling prégeschillen;

c) les fonctionnaires de la section « prélitiges » chargés de rendre un avis;

d) de beslissende gewestelijke directeurs of directeurs of « managers » van de controle- of Copernicuscentra;

d) les directeurs régionaux ou directeurs ou « managers » des centres de controˆle ou Copernic appelés à statuer;

e) de onderzoekende of behandelende geschillenambtenaren (cf. onder andere artikel 374 van het WIB 1992);

e) les fonctionnaires chargés d’instruire les litiges ou de les traiter (cf. notamment l’article 374 du CIR 1992);

f) de al dan niet gedelegeerde ambtenaren waarvan onder meer sprake in artikel 375 van het WIB 1992.

f) les fonctionnaires délégués ou non, visés notamment à l’article 375 du CIR 1992.

Naar verluidt deelden velen meteen de mening dat voornamelijk de taxerende en « beslissende managers » op hun volle verantwoordelijkheid moeten worden gewezen en het lijkt dan ook ten zeerste aangewezen dat zij zich ten overstaan van de rechtbank persoonlijk als leidinggevend ambtenaar zouden gaan verrechtvaardigen over de doorgevoerde en betwiste taxaties.

Beaucoup auraient d’emblée estimé que ce sont surtout les « managers » taxateurs et les « managers qui statuent » qui doivent être placés face à leurs pleines responsabilités et il semble dès lors tout à fait indiqué qu’ils se justifient personnellement, en tant que fonctionnaires dirigeants, à propos des taxations opérées et contestées.

2. Welke leidinggevende ambtenaren van de hoofdbesturen en/of van de toezichthoudende overheden

2. Quels fonctionnaires dirigeants des administrations principales et/ou des autorités de controˆle seront


2000

2001


1103

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8574

zullen eventueel ook voor de rechtbank worden opgeroepen wanneer de taxatie-ambtenaren uitsluitend hebben gehandeld overeenkomstig de voorgeschreven instructies, circulaires en/of permanente administratieve onderrichtingen, terwijl zij het daarin vooropgestelde standpunt van de hogere overheden soms persoonlijk niet volledig konden bijtreden ?

éventuellement appelés, eux aussi, devant le tribunal lorsque les fonctionaires taxateurs n’auront agi que conformément aux instructions, circulaires et/ou prescriptions administratives permanentes, même si, personnellement, ils ne partageaient pas toujours intégralement le point de vue des autorités supérieures ?

3. a) Door wie en op welke objectieve wijze zullen de departementsadvocaten voortaan worden ingehuurd ?

3. a) Qui fera désormais appel aux avocats du département et sur la base de quels critères objectifs ?

b) Wie en onder welke praktische en theoretische voorwaarden kunnen die nieuwe departementsadvocaten zich kandidaat stellen om als pleitend advocaat te worden ingehuurd of te worden aangesteld ?

` quelles conditions pratiques et théoriques ces b) A nouveaux avocats du département pourront-ils poser leur candidature pour la désignation comme avocat plaideur ?

c) Tot wie en binnen welke termijn kunnen de gegadigden hun kandidatuur dan ook geldig richten ?

c) A qui et dans quels délais les avocats intéressés peuvent-ils valablement adresser leur candidature ?

4. Mogen de voor de rechtbank opgeroepen fiscale ambtenaren zich eventueel ook op hun kosten laten bijstaan door een eigen advocaat, indien zij aansprakelijk zouden worden gesteld en/of wanneer van hen en/ of van de Staat bijvoorbeeld burgerlijke schade zou worden gevorderd ?

4. Le cas échéant, les fonctionnaires fiscaux appelés devant le tribunal peuvent-ils se faire assister, à leurs frais, par leur propre avocat s’ils sont reconnus responsables et/ou si, par exemple, des dommages civils sont réclamés à ces fonctionnaires et/ou à l’E´tat ?

5. Op welke concrete en afdoende opleiding en begeleiding, hulp en bijstand van hun werkgever zullen de opgeroepen « taxatie-ambtenaren » of taxerende managers steeds tijdig kunnen rekenen ?

5. Sur quels formation, accompagnement, aide et assistance concrets et efficaces de leur employeur les « fonctionaires taxateurs » ou managers taxateurs appelés à comparaıˆtre pourront-ils toujours compter au moment opportun ?

6. Kan u uw algemene praktische ziens- en handelwijze meedelen in het licht van de wettelijke en reglementaire bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, het BTW-Wetboek, de bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek, alle beginselen van een behoorlijk en klantvriendelijk bestuur en van het fiscale luik van het Copernicusplan ?

6. Pouvez-vous nous communiquer votre opinion et l’attitude que vous comptez adopter, à la lumière des dispositions légales et réglementaires du Code des impoˆts sur les revenus 1992, du Code de la TVA, des dispositions du Code judiciaire, des principes d’une bonne administration, soucieuse du client, et du volet fiscal du plan Copernic ?

Antwoord : Ik verwijs het geachte lid naar het antwoord dat zal gegeven worden door de minister van Financie¨n. (Vraag nr. 671 van 25 april 2001.)

Réponse : Je renvoie l’honorable membre à la réponse qui sera donnée par le ministre des Finances. (Question no 671 du 25 avril 2001.)

DO 2000200111209

DO 2000200111209

Vraag nr. 370 van de heer Richard Fournaux van 14 mei 2001 (Fr.) :

Question no 370 de M. Richard Fournaux du 14 mai 2001 (Fr.) :

Wapenbezit. — Wetsontwerp.

Détention d’armes. — Projet de loi.

1. Wat dient er te gebeuren met de wapens die aan een niet-jager of een minderjarige worden nagelaten ?

1. Que deviendront les armes reçues en héritage par un non-chasseur ou par un mineur d’aˆge ?

2. Welke financie¨le waarde zullen die wapens nog hebben ?

2. Quelles seront encore leurs valeurs financières ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8575

3. Hoe zullen landbouwers die geen jager zijn hun gronden en hun dieren kunnen verdedigen (houtduiven, everzwijnen, vossen) als zij geen wapens meer mogen bezitten ?

3. Comment les agriculteurs non-chasseurs pourront-ils défendre leurs terres et leurs élevages (ramiers, sangliers, renards) s’ils ne peuvent plus détenir d’armes ?

4. Hoe zal men met de nieuwe regelgeving nog wedstrijden kleiduifschieten ten bate van een liefdadig doel kunnen organiseren ?

4. Comment, avec la nouvelle réglementation, pourrait-on encore organiser un tir aux clays pour une œuvre caritative ?

5. Bij hoeveel overvallen werden wapens met een jachtkaliber gebruikt ?

5. Combien d’agressions peut-on imputer aux armes de calibre de chasse ?

Antwoord :

Réponse :

1. De situatie van erfgenamen van een wapen zal niet worden gewijzigd door het ontwerp van wapenwet. Zoals reeds het geval is, zullen de niet-jagers een bezitsvergunning moeten aanvragen voor de betrokken wapens. Als ze de wapens niet wensen te gebruiken en ze alleen als herinnering wensen te bewaren, kunnen ze een vereenvoudigde procedure volgen om een vergunning te bekomen, die het recht om munitie te bezitten uitsluit. Een minderjarige kan alleen de eigendom van een wapen erven en moet het laten bijhouden door een meerderjarige persoon die houder is van een vergunning, en dit tot zijn meerderjarigheid. Dan zal hij een vergunning op zijn naam kunnen aanvragen.

1. La situation des héritiers d’une arme ne sera pas modifiée par le projet de loi sur les armes. Comme c’est déjà le cas, les non-chasseurs devront demander une autorisation de détention pour les armes concernées. S’ils ne souhaitent pas utiliser les armes et les conserver seulement comme souvenir, ils pourront suivre une procédure simplifiée afin d’obtenir une autorisation qui exclue le droit de détenir des munitions. Un mineur peut seulement hériter de la propriété d’une arme et doit la faire détenir par une personne majeure, titulaire d’une autorisation, jusqu’à sa majorité. Il pourra alors demander une autorisation à son nom.

2. De geldelijke waarde van de wapens zal niet worden veranderd door een wetswijziging.

2. La valeur financière des armes ne sera pas changée par une modification de la loi.

3. Er bestaan andere en betere manieren om schadelijke dieren te bestrijden dan het gebruik van vuurwapens.

3. Il y a d’autres et de meilleurs moyens de détruire des animaux nuisibles que l’utilisation d’armes à feu.

4. Het organiseren van kleischietingen of andere evenementen voor een goed doel zal zeker mogelijk blijven. De schutters zullen de bestaande voorlopige vergunning, die wordt afgeleverd volgens een snelle en vereenvoudigde procedure, moeten aanvragen, of een beroep doen op de sportschutterslicentie in te voeren door de gemeenschappen om met wapens te mogen schieten die hen niet persoonlijk toebehoren.

4. L’organisation de tirs aux clays ou d’autres événements caritatifs restera tout à fait possible. Les tireurs devront demander l’autorisation provisoire existante, qui est délivrée selon une procédure rapide et simplifiée, ou ils pourront recourir à la licence de tireur sportif à créer par les communautés afin de pouvoir tirer avec des armes ne leur appartenant pas à titre personnel.

5. Er zijn geen cijfers beschikbaar over de agressie met wapens met jachtkaliber, of zelfs met vuurwapens in het algemeen. Jachtwapens zijn overigens niet minder gevaarlijk dan andere vuurwapens, en ze worden vaak gebruikt bij ongevallen en zelfmoorden.

5. Des chiffres concernant les agressions avec des armes au calibre de chasse, ou même avec des armes à feu en général, ne sont pas disponibles. Par ailleurs, les armes de chasse ne sont pas moins dangereuses que les autres armes à feu, et elles sont souvent utilisées lors d’accidents et de suicides.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8576



DO 1999200000498

DO 1999200000498

Vraag nr. 186 van de heer Geert Bourgeois van 11 januari 2000 (N.) :

Question no 186 de M. Geert Bourgeois du 11 janvier 2000 (N.) :

Circulaire. — Gevolgen voor de textielindustrie.

Circulaire. — Conséquences pour le secteur du textile.

De fiscale administratie heeft een korte circulaire aan de controlediensten aangeschreven die zware fiscale gevolgen heeft voor de textielwereld. Deze circulaire van 17 november 1999 nr. Ci.RH.4211/ 527.546 wijzigt de voorraadwaardering van de natuurlijke textielvezels namelijk katoen, wol, jute, vlas en sisal.

L’administration fiscale a fait parvenir aux services de controˆle une courte circulaire qui a des conséquences fiscales importantes pour le secteur du textile. Cette circulaire du 17 novembre 1999 no Ci.RH.4211/ 527.546 a pour objet de modifier les estimations de stock de fibres textiles naturelles, à savoir le coton, la laine, la jute, le lin et le sisal.

Volgens de bepaling opgenomen sedert een halve eeuw in de commentaar op de wet op de inkomstenbelastingen onder nr. 24/112 mochten de voorraden ruwe katoen, wol, jute, vlas en sisal zo worden gewaardeerd dat de netto-boekwaarde ofwel minstens 67 % bedroeg van de op de jaarafsluitdatum geldende herbevoorradingsprijs ofwel overeenkwam met de laagste herbevoorradingsprijs op de wereldmarkt tijdens de vijf jaren voó´r die afsluitdatum.

La disposition figurant depuis 50 ans sous le no 24/112 dans le commentaire de la loi relative aux impoˆts sur les revenus, stipule que les stocks de coton, de laine, de jute, de lin et de sisal bruts peuvent être déterminés de façon à ce que la valeur comptable nette s’élève soit à 67 % au minimum du prix de réapprovisionnement en vigueur à la date de cloˆture de l’exercice, soit au prix de réapprovisionnement le plus bas constaté sur le marché mondial au cours des cinq années précédant la date de cloˆture de l’exercice.

De oorsprong van deze bepaling was het feit dat de prijs van deze grondstoffen aan zeer grote schommelingen onderhevig is ingevolge de gunstige of ongunstige weersomstandigheden die de oogst beı¨nvloeden en aan modeverschijnselen. De prijs op de wereldmarkt blijft zeer onstabiel. Deze bepaling kwam tegemoet aan het vermijden van te grote schommelingen van de resultaten. Zo werden ups en downs genivelleerd. De betrokken ondernemingen vermeden aldus het ene jaar exorbitante winsten te boeken en de daarop slaande belastingen te betalen en het andere jaar reusachtige verliezen wegens prijsschommelingen op de voorraden. Noch deze winsten noch deze verliezen waren effectief gerealiseerd op de voorraden.

Cette disposition trouvait son origine dans le fait que le prix de ces matières premières était sujet à de très fortes fluctuations dues aux conditions climatiques tantoˆt favorables, tantoˆt défavorables, d’une part, et aux phénomènes de mode, d’autre part. Le prix sur le marché mondial est toujours très instable. La disposition permettait d’éviter des fluctuations trop importantes des résultats et de niveler des hauts et des bas. Les entreprises concernées ont ainsi pu éviter d’enregistrer une année des bénéfices exorbitants et de devoir payer les impoˆts y afférents et de subir, l’année suivante, des pertes énormes en raison des fluctuations de prix sur les stocks. Ni ces bénéfices ni ces pertes n’ont effectivement été réalisés sur les stocks.

De nieuw uitgeschreven aanschrijving heft de bepaling van nr. 24/112 op vanaf 1 januari 2000. De voorraden van de ondernemingen die hun boekjaar afsluiten op 31 december 1999 mogen dus nog gewaardeerd worden op het oude stelsel. Alle afsluitingen na 31 december 1999 moeten de waardering doen volgens de fiscale regels namelijk first in first out, voortschrijdend gemiddelde, of individuele waardering.

La nouvelle notification annoncée supprime la disposition no 24/112 à partir du 1er janvier 2000. Les stocks des entreprises qui cloˆturent leur exercice au 31 décembre 1999 peuvent, par conséquent, encore être évalués conformément à l’ancienne réglementation. Toutes les cloˆtures postérieures au 31 décembre 1999 doivent procéder à l’estimation selon les règles fiscales, à savoir l’évaluation selon le premier entré premier sorti, la moyenne progressive ou l’évaluation individuelle.

Deze aanschrijving heeft zware gevolgen :

La nouvelle circulaire a des conséquences graves :

A) Fiscaal : de ondernemingen die toepassing maakten van nr. 24/112 zullen een aanzienlijke meerwaarde


2000

A) Du point de vue fiscal : les entreprises ayant appliqué la disposition no 24/112 vont enregistrer une

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8577

boeken op de voorraad die de belastbare winst en de belasting zelf aanzienlijk zullen verhogen. B) Boekhoudkundig :

plus-value considérable sur le stock, ce qui aura pour effet d’augmenter considérablement les bénéfices imposables et l’impoˆt en tant que tel. B) Du point de vue comptable :

a) De raad van bestuur zal de beslissing moeten nemen de waarderingsregels van de voorraad te wijzigen.

a) Le conseil d’administration devra prendre la décision de modifier les règles concernant l’évaluation des stocks.

b) In de jaarrekening moet een berekening gemaakt worden van de invloed van deze waarderingswijziging op het resultaat.

b) Il faut faire une estimation, en cours d’exercice, de l’influence de cette modification sur le résultat.

c) Financieel : deze nieuwe waardering zal ongetwijfeld een merkbare verhoging van de belasting met zich brengen. De reeds niet schitterende liquiditeitspositie van de textielondernemingen zal aangevreten worden. De ondernemingen zullen met deze fictieve winst moeten rekening houden bij het berekenen van de voorafbetalingen.

c) Du point de vue financier : cette nouvelle évaluation risque de provoquer une hausse considérable de l’impoˆt et mettra à mal la position de liquidité des entreprises de textile, qui est déjà peu brillante. Les entreprises devront tenir compte de ces bénéfices fictifs lors du calcul des paiements anticipés.

Volgend voorbeeld werd mij verstrekt :

L’exemple suivant m’a été soumis :

Een onderneming heeft normaal een voorraad van 150 000 000 frank gewaardeerd aan 67 % is 100 500 000 frank. De jaarlijkse winst is 25 000 000 frank.

Une entreprise dispose normalement d’un stock de 150 000 000 de francs évalués au taux de 67 %, soit 100 500 000 francs. Le bénéfice annuel est de 25 000 000 de francs.

Belasting 1999 :

Impoˆt 1999 :

25 000 000 frank aan 40,17 % = 10 042 500 frank

25 000 000 de francs au taux de 40,17 % = 10 042 500 francs.

Belasting 2000 :

Impoˆt 2000 :

normale winst 25 000 000 frank

bénéfice normal 25 000 000 de francs

voorraadwinst 49 500 000 frank

bénéfice prévisionnel 49 500 000 francs

Belastbaar 74 500 000 frank aan 40,17 % = 29 926 650 frank. Verschil : 19 884 150 frank

Imposable 74 500 000 francs au taux de 40,17 % = 29 926 650 francs. Différence : 19 884 150 francs.

1. Is deze praktijk vanwege Financie¨n in overeenstemming met het principe van behoorlijk bestuur ?

1. Cette pratique du département des Finances estelle conforme au principe d’une bonne administration ?

2. a) Moeten de betrokken belastingplichtigen niet individueel aangeschreven worden gezien het hier gaat om een speciaal akkoord uitgedrukt in de commentaar WIB ?

2. a) Les contribuables concernés ne doivent-ils pas être informés individuellement, étant donné qu’il s’agit, en l’occurrence, d’un accord spécial qui figure dans le commentaire du CIR ?

b) Men kan toch niet veronderstellen dat de belastingplichtigen de interne circulaires van Financie¨n lezen ?

b) On peut tout de même supposer raisonnablement que les contribuables ne lisent pas les circulaires internes des Finances.

3. Als de administratie toch de bestaande waardering wil wijzigen, gaat u er dan mee akkoord om de fiscale gevolgen te spreiden over een periode van ongeveer 3 jaar ? Dit zou een deel van de liquiditeitsproblemen verhelpen en de ondernemingen toelaten zich aan te passen.

3. Si l’administration voulait malgré tout modifier le mode d’évaluation en vigueur, acceptez-vous d’étaler les conséquences fiscales sur une période d’environ 3 ans ? Cela permettrait de remédier à une partie des problèmes de liquidité et donnerait aux entreprises le temps de s’adapter.

Antwoord : De bepalingen van het nr. 24/112 van de administratieve commentaar op het Wetboek van de

Réponse : Les directives tracées au no 24/112 du commentaire administratif du Code des impoˆts sur les


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8578

inkomstenbelastingen 1992 (Com.IB 92) met betrekking tot waardeverminderingen inzake ruwe katoen, wol, jute, vlas en sisal worden, in tegenstelling met het vermelde in de administratieve circulaire van 17 november 1999, nr. Ci.RH.421/527.546, opgeheven met ingang van het aanslagjaar 2004.

revenus 1992 (Com.IR 92) concernant les réductions de valeur relatives au coton, à la laine, au jute, au lin et au sisal bruts sont, contrairement à ce qui est stipulé dans la circulaire administrative du 17 novembre 1999, no Ci.RH.421/527.546, supprimées à partir de l’exercice d’imposition 2004.

Evenwel zal het percentage van 67 % opgenomen in hetzelfde nr. 24/112, Com.IB 92, respectievelijk worden verhoogd tot :

Néanmoins, le pourcentage de 67 % repris, dans ce même no 24/112, Com.IR 92, sera relevé respectivement à :

— 73 % voor het aanslagjaar 2001;

— 73 % pour l’exercice d’imposition 2001;



— 91 % voor het aanslagjaar 2003.

— 91 % pour l’exercice d’imposition 2003.

DO 1999200000712

DO 1999200000712

Vraag nr. 224 van de heer Yves Leterme van 10 februari 2000 (N.) :

Question no 224 de M. Yves Leterme du 10 février 2000 (N.) :

Voorraadwaardering in vlas en textiel. — Nieuwe circulaire.

Estimation des stocks de lin et de textile. — Nouvelle circulaire.

De textiel- en vlasondernemingen, die het economisch al niet gemakkelijk hebben, moeten vanaf 1 januari 2000 hun voorraden katoen, vlas, wol, jute en sisal volgens de normale waarderingsregels waarderen (Ci.RH.421/527.546). De waarderingsmethode die meer dan een halve eeuw werd toegepast, wordt nu dus vrij abrupt afgeschaft. De financie¨le gevolgen voor de betrokken sectoren zijn enorm, want plots dienen er grote belastbare meerwaarden op voorraden geboekt te worden.

Les entreprises productrices de textile et de lin, qui rencontrent déjà des difficultés économiques à l’heure actuelle, sont tenues, depuis le 1er janvier 2000, d’estimer leurs stocks de coton, de lin, de laine, de jute et de sisal conformément aux règles d’estimation normales (Ci.RH.421/527.546). La méthode d’estimation appliquée depuis plus d’un demi-siècle est donc brutalement supprimée. Cette suppression entraıˆne des conséquences financières énormes pour les secteurs concernés, car elles ont l’obligation, du jour au lendemain, de comptabiliser d’énormes plus-values imposables sur leurs stocks.

Vroeger mochten textielondernemingen hun grondstofvoorraden zo waarderen dat ze de modegrillen konden ondervangen. Vlasondernemingen konden door de specifieke waarderingsmethode voor hun grondstofvoorraden het effect van de weersomstandigheden milderen. Met andere woorden, door deze waarderingsmethode konden de vlas- en textielondernemingen meer normale bedrijfsresultaten behalen. Dit is wenselijk, aangezien sterk uiteenlopende bedrijfsresultaten een nefast effect hebben op het financieel beleid van een onderneming.

Autrefois, les entreprises textiles pouvaient estimer leurs stocks de matières premières de façon à pouvoir s’adapter aux caprices de la mode. Graˆce à la méthode d’estimation spécifique qu’elles utilisent pour leurs stocks de matières premières, les entreprises productrices de lin pouvaient tempérer l’effet des conditions météorologiques. En d’autres termes, cette méthode d’estimation permettait aux entreprises productrices de lin et de textile d’atteindre des résultats d’exploitation normaux. C’est souhaitable dès lors que des résultats d’exploitation très variables ont un effet néfaste sur la politique financière de toute entreprise.

Vanaf boekjaar 2000 en zonder overgangsperiode zullen voornoemde ondernemingen hun voorraden op een traditionele wijze moeten waarderen, bijvoorbeeld volgens FIFO « first in first out ». Fiscalisten verwachten dat vele ondernemingen grote meerwaarden op voorraden zullen moeten boeken. De winsten op voorraden worden immers ook onderworpen aan de vennootschapsbelasting en moeten nu al in de voorafbetalingen verrekend worden.

Depuis l’exercice 2000, et sans période transitoire, les entreprises précitées doivent estimer leurs stocks de façon traditionnelle, par exemple selon le principe FIFO « first in first out ». Les fiscalistes s’attendent à ce que nombre d’entreprises doivent comptabiliser des plus-values importantes sur leurs stocks. En effet, les bénéfices réalisés sur les stocks sont également soumis à l’impoˆt des sociétés et doivent déjà, actuellement, être utilisés pour financer les paiements anticipés.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8579

1. Waarom werd deze nieuwe circulaire uitgevaardigd ? 2. Wat is de wettelijke grondslag van deze nieuwe circulaire ?

1. Pourquoi cette nouvelle circulaire a-t-elle été prise ? 2. Quel est son fondement légal ?

3. Is er overleg geweest met de betrokken sectoren ?

3. Y a-t-il eu une concertation avec les secteurs concernés ?

4. Hoe werd of wordt deze nieuwe maatregel medegedeeld aan de geviseerde sectoren ?

4. Comment cette nouvelle mesure a-t-elle été ou sera-t-elle communiquée aux secteurs visés ?

5. Waarom heeft u niet in een overgangsperiode voorzien ?

5. Pourquoi n’avez-vous pas prévu de période transitoire ?

6. Welke effecten verwacht u van deze maatregel op de voorafbetalingen ?

6. Quels seront, à votre estime, les effets de cette mesure sur les paiements anticipés ?

Antwoord : De bepalingen van het nr. 24/112 van de administratieve commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (Com.IB 92) met betrekking tot waardeverminderingen inzake ruwe katoen, wol, jute, vlas en sisal worden, in tegenstelling met het vermelde in de Administratieve circulaire van 17 november 1999, nr. Ci.RH.421/527.546, opgeheven met ingang van het aanslagjaar 2004.

Réponse : Les directives tracées au no 24/112 du commentaire administratif du Code des impoˆts sur les revenus 1992 (Com.IR 92) concernant les réductions de valeur relatives au coton, à la laine, au jute, au lin et au sisal bruts sont, contrairement à ce qui est stipulé dans la Circulaire administrative du 17 novembre 1999, no Ci.RH.421/527.546, supprimées à partir de l’exercice d’imposition 2004.

Evenwel zal het percentage van 67 % opgenomen in hetzelfde nr. 24/112, Com.IB 92, respectievelijk worden verhoogd tot :

Néanmoins, le pourcentage de 67 % repris dans ce même no 24/112, Com.IR 92, sera relevé respectivement à :





— 91 % voor het aanslagjaar 2003.

— 91 % pour l’exercice d’imposition 2003.

DO 2000200110166

DO 2000200110166

Vraag nr. 506 van mevrouw Claudine Drion van 16 november 2000 (Fr.) :

Question no 506 de Mme Claudine Drion du 16 novembre 2000 (Fr.) :

BTW-plichtige beroepsgroepen.

Professions assujetties à la TVA.

Sommige beoefenaars van vrije beroepen zijn BTWplichtig, andere niet.

Certaines professions libérales sont obligées d’être assujetties et d’autres pas.

1. Op welke criteria stoelt dat onderscheid ?

1. Quels sont les critères qui justifient cette distinction ?

2. Geldt dat onderscheid ook binnen de paramedische beroepen en de opleidingssector ?

2. Dans les domaines du paramédical et de la formation, cette distinction est-elle aussi d’application ?

3. Voor sommige van die activiteiten hoeven maar af en toe aankopen gedaan te worden. Personen die de BTW kunnen aftrekken van grote uitgaande aankoopfacturen zijn derhalve bevoordeeld.

3. Certaines de ces activités ne donnent lieu qu’à de très faibles achats et il s’ensuit une injustice entre les personnes pouvant déduire la TVA des factures d’achats importants et les autres.

Kan er geen regeling gevonden worden om die ongelijkheid, en onrechtvaardigheid, op te vangen ?

Serait-il possible d’imaginer une péréquation pour prendre cette inégalité en compte ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8580

Antwoord :

Réponse :

1 en 2. Krachtens artikel 4, § 1, van het BTWWetboek is belastingplichtige eenieder die in de uitoefening van een economische activiteit geregeld en zelfstandig, met of zonder winstoogmerk, hoofdzakelijk of aanvullend, leveringen van goederen of diensten verricht die in dit wetboek zijn omschreven, ongeacht op welke plaats de economische activiteit wordt uitgeoefend.

1 et 2. En vertu de l’article 4, § 1er, du Code de la TVA, est un assujetti quiconque effectue, dans l’exercice d’une activité économique, d’une manière habituelle et indépendante, à titre principal ou à titre d’appoint, avec ou sans esprit de lucre, des livraisons de biens ou des prestations de services visées par ce code, quel que soit le lieu où s’exerce l’activité économique.

Zodra ze voldoen aan de hogeromschreven voorwaarden, zijn de beoefenaars van vrije beroepen BTW-belastingplichtigen.

Dès lors qu’ils remplissent les conditions prédécrites, les titulaires de professions libérales sont des assujettis à la TVA.

Artikel 44 van het voormeld wetboek vestigt evenwel een zeker aantal vrijstellingen. De belastingplichtige die, in de uitoefening van zijn economische activiteit, handelingen verricht die beoogd zijn door deze bepaling, dient geen BTW in rekening te brengen en heeft, voor deze werkzaamheid, de hoedanigheid van belastingplichtige zonder recht op aftrek.

L’article 44 dudit code établit toutefois un certain nombre d’exemptions. L’assujetti qui effectue, dans l’exercice de son activité économique, des opérations qui sont visées par cette disposition ne porte aucune TVA en compte et il a, pour cette activité, la qualité d’assujetti sans droit à déduction.

De vrijstellingen bedoeld in artikel 44 van het BTWWetboek komen voornamelijk voort uit de omzetting in de Belgische wetgeving van artikel 13 van de zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad, van 17 mei 1977.

Les exemptions prévues par l’article 44 du Code de la TVA procèdent, pour l’essentiel, de la transposition dans la législation belge, de l’article 13 de la sixième directive 77/388/CEE du Conseil, du 17 mei 1977.

Ze baseren zich, al naargelang het geval, op de hoedanigheid van de dienstverrichter (artikel 44, § 1), op sociale of culturele redenen (artikel 44, § 2) of nog op de aard van de verrichte handelingen (artikel 44, § 3, van het wetboek dat met name de verhuringen en leveringen van onroerende goederen, de handelingen van verzekering alsook het merendeel van de banken financie¨le verrichtingen beoogt).

Elles s’appuient, selon le cas, sur la qualité du prestataire (article 44, § 1er), sur des raisons sociales ou culturelles (article 44, § 2) ou encore sur la nature des opérations effectuées (article 44, § 3, du code, qui vise notamment les locations et livraisons immobilières, les opérations d’assurance ainsi que la plupart des opérations bancaires et financières).

De BTW-handleiding bespreekt in hoofdstuk X (blz. 697-746) de draagwijdte van de vrijstellingen bedoeld in artikel 44 van het wetboek. Ik nodig het geachte lid uit om, meer in het bijzonder, de nrs. 315 en 321 van deze handleiding, die de vrijstellingen voorzien ten gunste van de paramedische verrichtingen en het onderwijs behandelen, te raadplegen.

Le manuel de la TVA commente en son chapitre X (pp. 654 à 700), la portée des exemptions prévues par l’article 44 du code. J’invite plus particulièrement l’honorable membre à consulter les nos 315 et 321 de ce manuel, qui traitent des exemptions prévues en faveur des activités paramédicales et de la formation.

3. Het antwoord op deze vraag is negatief. Het geachte lid verliest het eigenlijke mechanisme van de belasting over de toegevoegde waarde uit het oog. Door de gelijkstelling die zij in overweging neemt, zou dit mechanisme onvermijdelijk worden ontwricht.

3. La réponse à cette question est négative. L’honorable membre perd de vue le mécanisme même de la taxe sur la valeur ajoutée, que la péréquation qu’elle envisage fausserait inévitablement.

Ik herinner haar er namelijk aan dat het bedrag van de belastingen dat een belastingplichtige met recht op aftrek mag aftrekken, hem in rekening werd gebracht door zijn leverancier of dienstverrichter. Het is dus normaal dat hoe geringer het bedrag van de betaalde belasting is, hoe kleiner het bedrag van de aftrek is waarop de belastingplichtige aanspraak kan maken.

Je lui rappelle en effet que le montant des taxes qu’un assujetti avec droit à déduction est autorisé à déduire lui a été porté en compte par son fournisseur ou son prestataire de services. Il est dès lors normal que, plus le montant des taxes acquittées en amont est faible, plus le montant de la déduction auquel l’assujetti peut prétendre est réduit.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8581

DO 2000200110774

DO 2000200110774



Voorstel om banken en verzekeraars onder te brengen onder één enkele controlekoepel.

Proposition visant à placer les banques et les assureurs sous le controˆle d’un organisme unique. ` l’heure actuelle, le secteur des assurances relève de A la compétence de l’Office de controˆle des assurances (OCA) et donc du ministère des Affaires économiques, alors que les banques sont soumises au controˆle de la Commission bancaire et financière (CBF), qui dépend du ministère des Finances.

Momenteel ressorteert de verzekeringssector onder de bevoegdheid van de Controledienst voor de verzekeringen (CDV) en dus onder het ministerie van Economische Zaken, terwijl de banken daarentegen verantwoording moeten afleggen aan de Commissie voor het banken financiewezen (CBF), die afhangt van het ministerie van Financie¨n. Via de pers konden wij vernemen dat de minister van Financie¨n werkt aan een plan om de controletaken van de CBF bij de Nationale Bank van Belgie¨ te groeperen en dat hij daar ook graag de verzekeringscontroleurs van de CDV zou willen bij betrekken.

Nous avons pu apprendre par la presse que le ministre des Finances prépare un projet visant à regrouper les missions de controˆle de la CBF au sein de la Banque nationale de Belgique et qu’il souhaiterait y associer les controˆleurs de l’OCA.

De verzekeraars verkopen sedert enkele jaren immers meer en meer financie¨le producten, zoals levensverzekeringen gekoppeld aan een beleggingsfonds en de banken bieden verzekeringspolissen aan.

En effet, depuis quelques années, les assureurs vendent de plus en plus de produits financiers, comme des assurances-vie liées à un fonds de placement, tandis que les banques proposent des polices d’assurance.

De Belgische Vereniging van de verzekeringsondernemingen (BVVO) pleit nochtans voor het behoud van een specifiek toezichtsorgaan voor de verzekeringssector. Volgens de vereniging vertonen de verzekeraars toch een aantal specifieke kenmerken en kunnen zij omwille van een aantal technische redenen niet onder hetzelfde toezichtsorgaan als de banken worden geplaatst. Volgens de vereniging vereist de verzekeringssector een specifieke en eigen controle.

L’Union professionnelle des entreprises d’assurances opérant en Belgique (UPEA) plaide pourtant pour le maintien d’un organe spécifique de controˆle pour le secteur des assurances. Selon l’UPEA, les assureurs présentent certaines caractéristiques spécifiques et ne peuvent, pour des raisons techniques, être placés sous le même organe de controˆle que les banques. L’UPEA estime que le secteur des assurances exige un controˆle propre et spécifique.

1. Wat is de stand van zaken van uw voorstel om banken en verzekeraars onder één enkele controlekoepel onder te brengen ?

1. Qu’en est-il de votre proposition de placer les banques et les assureurs sous le controˆle unique ?

2. Wat is uw houding tegenover het standpunt van de BVVO dat stelt dat de verzekeringssector een eigen en specifieke controle vereist ?

2. Que pensez-vous de la position de l’UPEA qui considère que le secteur des assurances requiert un controˆle propre et spécifique ?

Antwoord :

Réponse :

1. De vraag die uw bedenking ondersteunt, moet gezien worden in het kader van de komende herziening van de opbouw van de controle van de Belgische gereglementeerde markten.

1. La question qui sous-tend votre réflexion doit être replacée dans le cadre de la réforme à venir de l’architecture du controˆle des marchés réglementés belges.

Ik heb die problemen in verband met dergelijke definitie van de wettelijke omkadering aangesneden op de laatste vergadering van de Task Force, belast zich te bezinnen over de toekomst van de Belgische financie¨le markten. De agenda van die vergadering bevatte met name de voorstelling van mijn « Discussion Paper » gewijd aan vier denkpistes over de mogelijkheden tot ontwikkeling van de opbouw van het toezicht op de verschillende Belgische financie¨le sectoren.

J’ai abordé ces problèmes concernant une telle redéfinition de l’encadrement légal lors de la dernière réunion en date de la Task Force, chargée de se pencher sur l’avenir des marchés financiers belges. L’ordre du jour de cette réunion comportait notamment la présentation de mon « Discussion Paper » consacré à quatre pistes de réflexion portant sur des possibilités d’évolution de l’architecture de la surveillance de différents secteurs financiers belges.


2000

2001


1104

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8582

De Belgische context is bijzonder geschikt voor dergelijke bezinning. Het Parlement heeft inderdaad de wet van 12 augustus 2000 houdende diverse bepalingen betreffende de organisatie van Euronext aangenomen. Behalve beperkte punten, werden de aspecten in verband met de organisatie van de controle van de beurzen die in de structuur van Euronext zullen geı¨ntegreerd worden, opzettelijk niet beslecht in het kader van deze hervorming.

Le contexte belge s’avère particulièrement propice pour une telle réflexion. En effet, le Parlement a adopté la loi du 12 aouˆt 2000 portant diverses dispositions relatives à l’organisation d’Euronext. Sous réserve de points limités, les aspects ayant trait à l’organisation du controˆle des marchés boursiers appelés à être intégrés dans la structure Euronext n’ont volontairement pas été tranchés dans le cadre de cette réforme.

Het tweede luik van de hervorming van de regeling van de Belgische financie¨le markten zal dus gaan over de organisatie van de controle ervan, overeenkomstig wat ik herhaaldelijk aangekondigd heb tijdens de voorbereidende werkzaamheden op de « Euronext »wet.

Le deuxième volet de la réforme de la régulation des marchés financiers belges portera dès lors sur l’organisation du controˆle de ceux-ci, conformément à ce que j’ai annoncé à de nombreuses reprises lors des travaux préparatoires à la loi « Euronext ».

Die tweede hervorming zal voor Belgie¨ ook de gelegenheid zijn toe te zien op de aanpassing van haar regelgeving aan de beste internationale standaarden, op de harmonisatie van de controlestructuren van de verschillende secundaire effectenmarkten (zij het Euronext Brussels, Nasdaq Europe of het Rentefonds), met behoud van de naleving van de op haar van toepassing zijnde verplichtingen die voortvloeien uit de toepasselijke Europese richtlijnen.

Cette seconde réforme constituera également l’occasion pour la Belgique de veiller à adapter sa réglementation aux meilleurs standards internationaux, à harmoniser les structures de controˆle des différents marchés secondaires en instruments financiers (qu’il s’agisse d’Euronext Brussels, de Nasdaq Europe ou encore du Fonds de rentes), tout en continuant à satisfaire aux obligations découlant pour elle des directives européennes applicables en la matière.

Evenzoveel redenen die samen pleiten voor een hervorming van de controle van de markten en van de verschillende operatoren van de Belgische banksector. Die hervorming zal steunen op vier belangrijke pijlers die voorgesteld worden in chronologische orde van tussenkomst van een regulateur van de banksector en van de effectenbeurzen.

Autant d’éléments qui plaident de manière complémentaire en faveur d’une réforme du controˆle des marchés et des différents opérateurs du secteur bancaire en Belgique. Cette réforme s’articulera en quatre axes majeurs présentés dans l’ordre chronologique d’intervention d’un régulateur des secteurs de la banque et des valeurs mobilières.

Herschikking van de bevoegdheden tussen de overheden die belast zijn met verschillende aspecten van de marktcontrole. Terwijl de naleving van de contractuele en privé-regels zal toekomen aan de betrokken marktondernemingen en aan aangepaste bemiddelingsstructuren, zal de naleving van de nietcontractuele en openbare regels toevertrouwd worden aan de Commissie voor het banken financiewezen, dat aldus haar interventiekracht ziet toenemen.

Réaménagement des compétences entre autorités chargées de différents aspects du controˆle des marchés. Tandis que le respect des règles contractuelles et d’ordre privé reviendra aux entreprises de marché concernées et à des structures d’arbitrage adéquates, le respect des règles non contractuelles ou d’ordre public sera confié à la Commission bancaire et financière, qui se verra, ainsi, renforcer son pouvoir d’intervention.

Veranderingen in verband met de beslissingsmethode binnen de Commissie voor het banken financiewezen. De « explosie » van het aantal verrichtingen en entiteiten die onder de controle vallen van de CBF kan niet anders dan leiden tot de oprichting van een doeltreffend « decision making process » binnen de CBF, met name het onderscheid tussen het beheer en het toezicht op het beheer van de instelling.

Changements afférents au mode de prise de décision au sein de la Commission bancaire et financière. L’« explosion » du nombre d’opérations et d’entités soumises au controˆle de la CBF ne peut que conduire à la mise en place d’un « decision making process » adéquat au sein de la CBF, à savoir la distinction entre la gestion et la surveillance de la gestion de l’institution.

Beroep tegen de beslissingen van de CBF. Het is inderdaad nodig de beroepsprocedures te vereenvoudigen.

Recours contre les décisions de la CBF. Il convient en effet de simplifier les procédures de recours.

Institutionele samenwerking met de centrale bank (de modaliteiten hiervan moeten nog vastgelegd worden en zullen zich niet beperken tot één enkele

Collaboration institutionnelle avec la banque centrale (dont les modalités sont encore très largement à définir et qui ne se limitent pas à une seule forme de


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8583

vorm van institutionele toenadering tussen de berokken instellingen). Dergelijke toenadering zal het onder meer mogelijk maken het beheer te optimaliseren van de menselijke middelen die bij dergelijke controletaken ingezet worden.

rapprochement institutionnel entre les institutions concernées). Un tel rapprochement permettra notamment d’optimaliser la gestion des ressources humaines affectées à de telles taˆches de controˆle.

Deze vier krachtlijnen zullen opgenomen worden in een voorontwerp van wet dat momenteel onder meer voorbereid wordt en dat tot een brede « consultation de place » aanleiding zal geven.

Ces quatre grands axes seront repris dans un avantprojet de loi actuellement en préparations et qui donnera lieu à une large « consultation de place ».

U hebt het probleem van de organisatie van het toezicht op de gereglementeerde markten niet alleen in een Europese context maar ook met betrekking tot het verzekeringswezen aangekaart. Het is wellicht omwille van de bijzondere eigenschappen die het verzekeringswezen nog altijd van de banksector scheiden, dat wij voor deze hervorming niet gedacht hebben aan een ééngemaakte structuur voor de prudentie¨le controle van banken en verzekeringen samen. Het blijft trouwens zo dat niet ikzelf maar de minister van Economische Zaken voogdijminister is voor deze sector.

Vous avez abordé le problème de l’organisation du controˆle des marchés réglementés non seulement dans un contexte européen mais également par rapport au monde de l’assurance. Peut-être est-ce en raison des caractéristiques particulières qui continuent de faire la distinction entre le secteur des assurances et le secteur bancaire que nous n’avons pas songé avant cette réforme à une structure unifiée pour le controˆle prudentiel des banques et des entreprises d’assurances. Il convient à cet égard de souligner que ce n’est pas moi qui ai la tutelle de ce secteur mais le ministre des Affaires économiques.

Toch stel ik met u vast dat de jongste jaren de financie¨le convergentie tussen beide sectoren steeds tastbaarder vormen aanneemt, het weze op het vlak van de producten waar sommige verzekeringspolissen, met name op het vlak van de levensverzekeringen, sterke gelijkenissen vertonen met producten van het langetermijnsparen die door banken worden aangeboden, het weze op het vlak van de distributiekanalen waar het bankverzekeren gemeengoed is geworden en waar internationale groepen synergiee¨n en schaalvoordelen zoeken door beide activiteiten in één enkele onderneming onder te brengen.

Néanmoins, je constate avec vous que la convergence financière entre ces deux secteurs a pris des formes de plus en plus tangibles au cours des dernières années, qu’il s’agisse des produits où certaines polices d’assurance, notamment en matière d’assurance-vie, montrent de fortes ressemblances avec des produits d’épargne à long terme proposés par les banques, ou qu’il s’agisse des canaux de distribution où la banque assurance est devenue chose courante et où les groupes internationaux cherchent des synergies et des économies d’échelle en regroupant les deux activités en une seule entreprise.

Tegen deze achtergrond, en indien mijn collega van Economische Zaken dat wenst, zal ik ervoor zorgen dat de definitie van samenwerking tussen de Nationale Bank van Belgie¨ en de Commissie voor banken financiewezen niet belet (desgevallend) dat in de toekomst de Controledienst der verzekeringen geassocieerd zou worden aan een multidisciplinair toezicht van financie¨le conglomeraties. Daartoe zal natuurlijk ook een « consultation de place » plaatsvinden om onder meer de standpunten van het verzekeringswezen te vernemen.

En conséquence, et si mon collègue des Affaires économiques le souhaite, je veillerai à ce que la définition de la collaboration entre la Banque nationale de Belgique et la Commission bancaire et financière n’empêche pas (le cas échéant) que l’Office de controˆle des assurances soit associé à l’avenir à un controˆle multidisciplinaire des conglomérats financiers. Il va de soi qu’une « consultation de place » sera également organisée à cet effet afin de prendre connaissance, entre autres, des positions des compagnies d’assurances.

Tegelijk deel ik uw mening dat in deze de Europese dimensie van deze problematiek niet uit het oog mag verloren worden. De hervorming van onze financie¨le markten werd ingezet met de wet van 12 augustus 2000 houdende diverse bepalingen voor de organisatie van Euronext, een transnationale beurs die vermoedelijk in de loop van de maand september 2001 volledig operationeel zal zijn. De hervorming van het prudentieel toezicht en zijn institutionele architectuur stelt zich met name tot doel aan onze regelgeving een betere Europese en zelfs internationale zichtbaarheid te

En même temps, je partage votre opinion selon laquelle on ne peut perdre de vue la dimension européenne de ce problème. La réforme de nos marchés financiers a été introduite par la loi du 12 aouˆt 2000 portant diverses dispositions relatives à l’organisation d’Euronext, une bourse transnationale qui sera probablement entièrement opérationnelle dans le courant du mois de septembre 2001. La réforme du controˆle prudentiel et de son architecture institutionnelle s’assigne notamment comme but de doter notre réglementation d’une meilleure visibilité européenne et même


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8584

geven, aldus een « level playing field » verzekerend voor onze Belgische ondernemers.

internationale, et donc d’assurer un « level playing field » rassurant pour nos entrepreneurs belges.

De steeds verdergaande Europes integratie zal ongetwijfeld ook in de toekomst tot nieuwe initiatieven nopen inzake de gereglementeerde markten. Bij de recente voorstelling van het eindrapport van de groep van wijzen, benadrukte voorzitter baron Alexandre Lamfalussy dat de aanpassing van het Europese institutionele kader aan de snel wijzigende kapitaalmarkten aanzienlijke middelen zal vergen en liefst snel moet gebeuren. Daarbij dient een zekere integratie van de ongeveer 40 overheidsorganen die zich momenteel in Europa met de regelgeving en het toezicht op de effectenmarkten bezighouden, nagestreefd te worden.

La poursuite de l’intégration européenne incitera sans aucun doute à prendre de nouvelles initiatives à l’avenir en matière de marchés réglementés. Lors de la récente présentation du rapport final du groupe des sages, son président, le baron Alexandre Lamfalussy, a insisté sur le fait que l’adaptation du cadre institutionnel européen aux marchés des capitaux, caractérisés par la rapidité de leurs modifications, exigera des moyens considérables et devra s’effectuer rapidement, de préférence. Dans cette optique, il faudra réaliser une certaine intégration des quelque 40 organes publics chargés actuellement en Europe de la réglementation et du controˆle des marchés de valeurs mobilières.

Vanuit ditzelfde oogpunt heb ik er in het bijzonder op toegezien dat de onderliggende filosofie van de uitwerking van het voorontwerp van wet, houdende de organisatie van de controle van de financie¨le sector, volledig in overeenstemming is met de aanbevelingen van het verslag « Lamfalussy » zoals ze heel onlangs goedgekeurd werden op de Top van Stockholm.

Dans cette même perspective, j’ai tout particulièrement veillé à ce que la philosophie sous-jacente à l’élaboration de l’avant-projet de loi organisant le controˆle du secteur financier cadre parfaitement avec les recommandations du rapport « Lamfalussy » telles qu’elles viennent d’être approuvées par le tout récent Sommet de Stockholm.

Tot besluit ben ik van mening dat de invoering van een jurisprudentieel toezicht, dat met name aangepast is aan de ontwikkeling van sommige financie¨le instellingen en verzekeringsondernemingen die actief zijn binnen een groep of binnen intersectorie¨le conglomeraten en veelal met transnationale activiteiten, moet aangemoedigd worden.

En conclusion, je considère qu’il faut encourager la mise en œuvre d’un controˆle prudentiel adapté notamment à l’évolution de certaines institutions financières et entreprises d’assurance actives au sein de groupes ou de conglomérats intersectoriels et ayant le plus souvent des activités transnationales.

DO 2000200110842

DO 2000200110842

Vraag nr. 631 van de heer Yves Leterme van 20 maart 2001 (N.) :

Question no 631 de M. Yves Leterme du 20 mars 2001 (N.) :

Vrees voor een « euro-inflatie ».

Crainte d’une « euro-inflation ».

De voorbereidingen voor de euro bereiken een eindfase. De NBB heeft al ontzaglijk veel werk verzet om de overgang van de frank naar de euro probleemloos te laten gebeuren. De NBB staat in voor de aanmaak van de biljetten en de muntstukken en coo¨rdineert het hele euro-gebeuren. Momenteel worden de eurobiljetten volop gedrukt en mogen de leveranciers van automaten, die werken met munten, de euromuntstukken onder (te ?) strenge voorwaarden testen.

Les préparatifs pour la mise en circulation de l’euro arrivent à leur terme. La BNB a déjà réalisé un travail énorme pour assurer un passage sans problèmes du franc à l’euro. La BNB est chargée de la confection des billets et des pièces de monnaie et elle coordonne ` toutes les opérations pour l’introduction de l’euro. A l’heure actuelle, l’impression des billets est en cours et les fournisseurs d’appareils automatiques fonctionnant avec des pièces de monnaie sont autorisés à tester les nouvelles pièces à des conditions (trop ?) sévères.

De laatste tijd heerst er tevens een toegenomen vrees voor een euro-inflatie, ten gevolge van de europrijsconversies. Dergelijke conversies dienen ook door de overheid doorgevoerd te worden. Er werden reeds aanpassingen bekendgemaakt met betrekking tot de bedragen in het WIB 1992 en de bedragen van de penale boetes.

Ces derniers temps, la crainte d’une inflation liée à l’euro augmente en raison des conversions de prix. De telles conversions doivent aussi être réalisées par les pouvoirs publics. Une série d’adaptations des montants figurant dans le CIR 1992 et des montants des amendes pénales ont déjà été rendues publiques.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8585

1. a) Welke maatregelen zullen de NBB en het ministerie van Financie¨n nemen om de vrees van een euroinflatie in te dijken ?

1. a) Quelles mesures la BNB et le ministère des Finances prendront-ils pour endiguer les craintes d’une inflation liée à l’introduction de l’euro ?

b) Zal het ministerie van Financie¨n hierbij het goede voorbeeld geven ?

b) Le ministère des Finances donnera-t-il le bon exemple en cette matière ?

2. a) Is onze informatie juist dat de NBB momenteel helpt bij het drukken van biljetten van andere eurolanden ?

2. a) Est-il exact que la BNB aide à assurer l’impression de billets d’autres pays de la zone euro ?

b) Zo ja, welke landen betreft het hier en wordt hiervoor een prijs betaald ?

b) Dans l’affirmative, de quels pays s’agit-il et quel est le prix payé pour ce service ?

3. Verloopt de overgang van frank naar euro binnen uw administratie zoals gepland ?

3. Le passage du franc à l’euro se déroule-t-il comme prévu dans votre administration ?

Antwoord : Als antwoord op zijn vraag kan het geachte lid over de volgende informatie beschikken.

Réponse : En réponse à sa question, l’honorable membre voudra bien trouver les informations suivantes.

1. a) Wat betreft de vrees inzake een « euro-inflatie », kan ik het geachte lid verzekeren dat de overgang op de euro, op zich, geen inflatie, dient te veroorzaken, aangezien de omzettingen van de frank naar de euro op een wiskundige manier moeten uitgevoerd worden. De diensten van het ministerie van Financie¨n zullen erop toezien dat de prijsomzettingen correct zullen verlopen. Daarenboven zullen de diensten van het ministerie van Economische Zaken dezelfde doelstelling nastreven dank zij de Economische Inspectie belast met het toezicht op de prijzen. Op dit punt verzoek ik het geachte lid om zijn vraag eveneens te richten aan mijn collega belast met Economische Zaken. Ten slotte dient er op gewezen te worden dat omzettingen met zogenoemde « transparantie »-afrondingen enkel door wettelijke bepalingen toegelaten worden.

1. a) Concernant la crainte exprimée d’une « euroinflation », je puis assurer l’honorable membre que le passage à l’euro ne doit pas, en soi, entraıˆner d’inflation, les conversions du franc vers l’euro devant être faites de façon mathématique. Les services du ministère des Finances veilleront à ce que les conversions de prix se fassent correctement. En outre, les services du ministère des Affaires économiques viseront le même objectif graˆce à l’Inspection économique chargée de la surveillance des prix. Sur ce point, j’invite l’honorable membre à adresser aussi sa question à mon collègue en charge des Affaires économiques. Enfin, il est à noter que les conversions avec arrondis dits « de transparence » ne sont autorisées que par des dispositions légales.

b) Binnen het ministerie van Financie¨n zullen doeltreffende maatregelen genomen worden om erop toe te zien dat de prijsomzettingen correct worden uitgevoerd. Aanpassingen van bedragen omgezet van frank naar euro werden reeds langs wettelijke weg gepubliceerd.

b) Au sein du ministère des Finances, des mesures adéquates seront prises en vue de s’assurer que les conversions de prix sont faites correctement. Des adaptations de montants convertis du franc en euro ont déjà été publiées par voie légale.

2. a) Het klopt dat de Nationale Bank van Belgie¨ voor andere landen die lid zijn van de eurozone eurobiljetten drukt.

2. a) Il est exact que la Banque nationale de Belgique imprime des billets en euro pour d’autres pays membres de la zone euro.

b) De inlichtingen, met inbegrip van de kosten betreffende het drukken hiervan, zijn vertrouwelijk.

b) Les informations, y compris les frais, relatifs à cette impression, sont confidentiels.

3. Binnen mijn departement verloopt de overgang op de euro volgens het geplande schema. Een technisch eurocomité van Financie¨n dat de vertegenwoordigers

3. Au sein de mon département, le passage à l’euro se prépare selon le planning prévu. Un comité technique euro des Finances regroupant des représentants de


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8586

van alle overheidsdiensten van Financie¨n groepeert, vergadert regelmatig om de verwezenlijkte vooruitgang inzake de euro wat betreft bijvoorbeeld de formulieren, computerprogramma’s, wettelijke bepalingen, opleiding en informatieverstrekking, te coo¨rdineren. De werkzaamheden van mijn departement worden eveneens opgevolgd en geverifieerd door de groep Admi-euro, één van de groepen van het Commissariaat-generaal voor de euro belast met het coo¨rdineren van de aanpassingswerken van de diensten van de federale overheid, van de gemeenschappen en de gewesten. Een rapport dat de evolutie van de voorbereidingen beschrijft, wordt trouwens regelmatig aan de regering overgelegd.

toutes les administrations des Finances se réunit régulièrement pour coordonner les progrès faits dans la préparation à l’euro en matière par exemple de formulaires, programmes informatiques, dispositions légales, formation et information. Les travaux de mon département sont aussi suivis et vérifiés par le groupe Admi-euro, un des groupes du Commissariat général à l’euro chargé de coordonner les travaux d’adaptation des administrations du pouvoir fédéral, des communautés et des régions. Un rapport décrivant l’évolution des préparatifs est d’ailleurs soumis régulièrement au gouvernement.

DO 2000200110876

DO 2000200110876



Bazelcomité voor banktoezicht. — Nieuw ontwerp van richtlijn voor de financie¨le sector.

Comité de Baˆle pour le controˆle bancaire. — Nouveau projet de directive pour le secteur financier. ` la mi-janvier 2001, le Comité de Baˆle pour le A controˆle bancaire a publié son nouveau projet de directive pour le secteur financier concernant la couverture des risques de crédit, des risques du marché et des risques opérationnels. La réserve de capital ou le taux minimum de solvabilité ne seraient plus uniquement calculés sur la base du portefeuille de crédit pondéré en fonction des risques mais dorénavant, il faudrait également tenir compte du risque du marché ou opérationnel. Le champ d’application serait également élargi. Le Comité de Baˆle attend les réactions du secteur financier au sujet du projet de nouvelle directive pour la fin mai 2001. En fonction de ces réactions, la version définitive de la directive serait élaborée pour la fin 2001 et celle-ci entrerait vraisemblablement définitivement en vigueur dans le courant de 2004, après une période transitoire de trois ans.

Het « Bazelcomité voor banktoezicht » publiceerde midden januari 2001 haar nieuw ontwerp van richtlijn voor de financie¨le sector met betrekking tot de indekking van krediet-, markten operationele risico’s. De kapitaalsbuffer of de minimale solvabiliteitsgraad zou niet enkel meer berekend worden op basis van de risicogewogen krediet-portefeuille maar voortaan zou ook rekening worden gehouden met het markt- of operationeel risico. Ook het toepassingsgebied zou worden verruimd. Tegen eind mei 2001 verwacht het Bazelcomité commentaren betreffende het ontwerp van nieuwe richtlijn vanuit de financie¨le sector. Op basis hiervan zou tegen eind 2001 de definitieve versie van de richtlijn worden geformuleerd, die na een overgangsperiode van drie jaar, wellicht in de loop van 2004, definitief van kracht zou worden. 1. In hoeverre werd u door de Commissie voor het banken financiewezen hieromtrent al geı¨nformeerd ?

1. Dans quelle mesure la Commission bancaire et financière vous a-t-elle déjà informé à ce sujet ?

2. Wat is het standpunt terzake van de Belgische overheid ?

2. Quelle est la position des autorités belges en la matière ?

3. Kan in Belgie¨ een snellere invoering van de nieuwe richtlijn worden nagestreefd ?

3. Serait-il possible d’introduire plus rapidement la nouvelle directive en Belgique ?

Antwoord : Ik heb de eer aan het geachte lid wat volgt te antwoorden.

Réponse : J’ai l’honneur de répondre à l’honorable membre ce qui suit.

1. Het Bazelcomité voor het banktoezicht werd in 1975 opgericht door de gouverneurs van de centrale banken van de G-10 om de samenwerking tussen de prudentie¨le autoriteiten en de centrale banken van de landen van de G-10 inzake prudentieel toezicht op de kredietinstellingen te versterken.

1. Le Comité de Baˆle sur le controˆle bancaire a été créé en 1975 par les gouverneurs des banques centrales du G-10 en vue de renforcer la coopération entre autorités prudentielles et banques centrales des pays du G-10 en matière de controˆle prudentiel des établissements de crédit.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8587

Dit comité, dat gewoonlijk samenkomt in de gebouwen van de Bank voor internationale betalingen (BIB) te Bazel, heeft in de loop der jaren een reeks aanbevelingen uitgevaardigd die, ondanks hun juridisch niet-bindend karakter, geleidelijk het statuut hebben verworven van internationale normen op het gebied van prudentieel toezicht op de banken.

Ce comité, qui se réunit généralement dans les locaux de la Banque des règlements internationaux (BRI) à Baˆle, a édicté au fil des ans un ensemble de recommandations qui ont progressivement acquis, malgré leur caractère juridiquement non contraignant, le statut de standards internationaux en matière de controˆle prudentiel des banques.

Het is in 1988 dat de aanbeveling werd gepubliceerd die bij het grote publiek het meest bekend is, namelijk het Baselakkoord over het eigen vermogen, in de wandeling ook « Cooke-ratio » genoemd, naar de naam van zijn toenmalige voorzitter.

C’est en 1988 qu’a été rendue publique la recommandation la plus connue du grand public, à savoir l’Accord de Baˆle sur les fonds propres, plus communément appelée « ratio Cooke » du nom de son président de l’époque.

Deze aanbeveling werd omgezet in twee Europese richtlijnen die in 1989 werden aangenomen, en die vervolgens op hun beurt werden omgezet in Belgische wetgeving via een reglementering van de Commissie voor het banken financiewezen, die werd goedgekeurd door de ministers van Financie¨n en Economische Zaken.

Cette recommandation a été transposée dans deux directives européennes adoptées en 1989 qui ont ellesmeˆmes ensuite été transposées en droit belge via un règlement de la Commission bancaire et financière approuvé par les ministres des Finances et des Affaires économiques.

Het is dit akkoord dat het Bazelcomité van plan is te wijzigen, om het aan te passen aan de ontwikkelingen die zich intussen hebben voorgedaan op de financie¨le markten.

C’est cet accord que le Comité de Baˆle a entrepris de modifier pour l’adapter aux évolutions intervenues entre-temps sur les marchés financiers.

Het Bazelcomité voor het banktoezicht, waarin Belgie¨ vertegenwoordigd is door de Commissie voor het banken financiewezen (CBF) en de Nationale Bank van Belgie¨ (NBB), bereidt momenteel een grondige hervorming voor van de kapitaalvereisten waaraan de kredietinstellingen zijn onderworpen. Deze nieuwe kapitaalvereisten voor kredietinstellingen vervolledigen de bestaande normen uit 1988 en moeten deze normen aanpassen aan de ontwikkelingen van het afgelopen decennium in de financie¨le wereld. De nieuwe voorstellen van het Bazelcomité hebben tot doel de kapitaalvereisten van de kredietinstellingen dichter te doen aansluiten bij het risicoprofiel van elke kredietinstelling. In januari 2001 heeft het Bazelcomité een consultatiedocument gepubliceerd waarin de voorstellen zijn opgenomen. Het gehele document, samen met zijn bijlagen, telt ongeveer 600 blz. en is op een aantal vlakken bijzonder technisch van aard. De financie¨le sector in het binnen- en buitenland heeft nu tot einde mei 2001 de gelegenheid om te reageren op de voorstellen van het Bazelcomité. Deze laatste zal, rekening houdend met de resultaten van het overleg met de sector, tegen eind 2001 de definitieve tekst van de nieuwe kapitaalvereisten bekend maken.

Le Comité de Baˆle sur le controˆle bancaire, au sein duquel la Belgique est représentée par la Commission bancaire et financière (CBF) et la Banque nationale de Belgique (BNB), prépare actuellement une réforme approfondie des exigences en fonds propres imposées aux établissements de crédit. Les nouvelles exigences de capital pour les établissements de crédit compléteront les normes existantes, qui datent de 1988, pour adapter le cadre normatif aux évolutions constatées dans le monde financier au cours de la décennie écoulée. La finalité des propositions du Comité de Baˆle est que les exigences en fonds propres des établissements de crédit soient plus adaptées au profil de risque de chaque établissement de crédit. En janvier 2001, le Comité de Baˆle a publié un document de consultation qui reprend ces propositions. L’ensemble du document, en ce compris les annexes, compte quelque 600 pages et reveˆt sur certains points un caractère particulièrement technique. Le secteur financier, tant en Belgique qu’à l’étranger, a maintenant l’occasion jusqu’à la fin mai 2001 pour réagir aux propositions du Comité de Baˆle. Ce dernier, après avoir tenu compte des résultats de la concertation prochaine avec le secteur, publiera avant la fin 2001 le texte définitif des nouvelles exigences en fonds propres.

Gelijktijdig met het proces in het Bazelcomité werken ook de diensten van de Europese Commissie met de hulp van het Raadgevend Comité voor het bankwezen, waarvan de vertegenwoordigers van de Commissie voor het banken financiewezen, van de Nationale Bank van Belgie¨ en van de administratie der Thesaurie deel uitmaken, aan teksten tot aanpassing van de

Parallèlement au processus en cours au sein du Comité de Baˆle, les services de la Commission européenne travaillent également, avec l’assistance du Comité consultatif bancaire, dont font partie des représentants de la Commission bancaire et financière, de la Banque nationale de Belgique et de l’administration de la Trésorerie, à des textes visant à modifier les


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8588

Europese richtlijnen inzake eigen vermogen en kapitaaltoereikendheid voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen. Inhoudelijk zullen de Europese richtlijnen in beginsel de principes aangenomen door het Bazelcomité overnemen. Het is dan ook het voornemen van de Europese Commissie om korte tijd nadat het Bazelcomité haar definitieve tekst heeft gepubliceerd, ontwerprichtlijnen aan het Europees Parlement en de Europese Raad over te leggen houdende de omzetting in Europees recht van de teksten van het Bazelcomité. De nieuwe kapitaalvereisten (zowel de Bazelteksten als de Europese richtlijnen) zullen in de loop van 2004 toepasselijk worden.

directives européennes en matière de fonds propres et d’adéquation du capital des établissements de crédit et des entreprises d’investissement. Sur le plan du contenu, les directives européennes reprendront vraisemblablement les principes adoptés par le Comité de Baˆle. Il est dès lors dans l’intention de la Commission européenne de soumettre au Parlement européen et au Conseil européen, peu après la publication par le Comité de Baˆle de son exte définitif, des propositions de directives visant à transposer en droit européen les textes du Comité de Baˆle. Les nouvelles exigences en fonds propres (tant les textes de Baˆle que les directives européennes) entreront en vigueur au cours de l’année 2004.

Gelijktijdig met het consultatieproces wordt een grootscheepse « quantitative impact study » ondernomen door het Bazelcomité. Deze oefening dient een vrij precies beeld te geven van de impact van de voorstellen van het Bazelcomité op de kapitaalvereisten van de banken, hetgeen tot nu toe ontbrak in de Bazelvoorstellen. De Belgische banken werden gevraagd eveneens deel te nemen aan deze « impact study ».

Simultanément au processus de consultation, le Comité de Baˆle a entrepris une étude d’impact quantitatif (quantitative impact study) de grande envergure. Cet exercice consiste à se faire une idée relativement précise de l’impact des propositions du Comité de Baˆle sur les fonds propres des banques, ce qui jusqu’à présent faisait défaut dans les propositions du Comité de Baˆle. Les banques belges ont également été invitées à participer à cette étude d’impact.

Zowel de resultaten van deze « impact study » als het overleg met de diverse actoren in de financie¨le wereld (zowel nationaal als internationaal), zouden de huidige ontwerpteksten tot aanpassing van het kapitaalakkoord nog kunnen beı¨nvloeden.

Tant les résultats de l’étude d’impact que la concertation avec les différents acteurs du monde financier (à l’échelon national et international) pourraient encore influencer les projets de textes actuels destinés à adapter l’accord sur les fonds propres.

De CBF heeft in haar recente jaarverslagen omstandig gerapporteerd over het proces tot herziening van het kapitaalakkoord van 1988 (zie de jaarverslagen van de CBF van 1997-1998, blz. 92; 1998-1999, blz. 84 en volgende, 1999-2000, blz. 135 en volgende). Ik verwijs dan ook naar deze jaarverslagen voor een overzicht van de krachtlijnen tot aanpassing van het kapitaalakkoord. Op de website van de Bank for International Settlements te Bazel (http://www.bis.org) zijn de verschillende documenten terug te vinden die de voorstellen tot herziening van het kapitaalakkoord bevatten. Ook het consultatiedocument van de Europese Commissie, dat niet als zodanig de Bazelprincipes herneemt maar slechts specifieke aandachtspunten behandelt die in de Europese context van belang zijn, is terug te vinden op de website van de Europese Unie (http://www.europa.eu.int/comm/internal_market/en /finances/capitaladequacy/index.htm).

Dans ces derniers rapports annuels, la CBF a rendu compte de manière circonstanciée du processus de révision de l’accord sur les fonds propres de 1988 (voir les rapports annuels de la CBF de 1997-1998, p. 91-92; 1998-1999, p. 84 et suivantes; 1999-2000, p. 135 et suivantes). Je renvoie dès lors auxdits rapports annuels pour un aperçu des lignes de force des adaptations à l’accord sur les fonds propres. Les différents documents qui contiennent les propositions de révision de l’accord sur les fonds propres sont disponibles sur le site Internet de la Banque des règlements internationaux (http://www.bis.org). Le document de consultation de la Commission européenne, qui ne reprend pas tels quels les principes de Baˆle, mais ne traite que de points spécifiques qui reveˆtent de l’importance dans le contexte européen, peut eˆtre consulté sur le site Internet de l’Union européenne (http://www.europa.eu.int/ comm/internal_market/en/finances/capitaladequacy/ index.htm).

De Belgische overheid wenst zich uitdrukkelijk in te schrijven en actief deel te nemen in het proces tot aanpassing van het bestaande kapitaalakkoord. Belgie¨ is dan ook, via de CBF en de NBB, aanwezig in de beslissingsorganen en is betrokken bij de werkzaamheden van de diverse subgroepen die technisch voorbereidend werk leveren tot herziening van het kapitaalakkoord.

Les pouvoirs publics belges désirent prendre une part active au processus d’adaptation de l’accord sur les fonds propres. La Belgique, par l’intermédiaire de la CBF et de la BNB, est dès lors présente dans les organes de décision, et participe aux activités des différents sous-groupes qui accomplissent les travaux techniques préparatoires à la révision de l’accord sur les fonds propres.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8589

2. De eigen-vermogensvereisten die uit het nieuwe Bazelakkoord en uit de gelijktijdige herziening van de Europese richtlijnen zullen voortvloeien, zullen door hun grotere complexiteit in vergelijking met de huidige regels een aanzienlijke uitdaging vormen, niet alleen voor de banken, maar ook voor de prudentie¨le autoriteiten.

2. Les exigences de fonds propres qui résulteront du nouvel accord de Baˆle, ainsi que de la modification parallèle des directives européennes, impliqueront, par leur sophistication plus grande que les règles actuelles, un défi considérable, non seulement pour les banques, mais également pour les autorités prudentielles.

Terwijl de huidige regels een grotendeels forfaitair karakter vertonen en bijgevolg een zekere eenvoud en standaardisering vooropstellen, beoogt de in het nieuwe akkoord gevolgde benadering daarentegen een fijnere risicobeheersing, die geval per geval een evaluatie zal vergen van het risicoprofiel van de banken.

Alors que les règles actuelles présentent un caractère largement forfaitaire et privilégient dès lors une certaine simplicité et une certaine standardisation, l’approche poursuivie dans le nouvel accord vise au contraire à privilégier une approche plus fine des risques qui nécessitera une évaluation au cas par cas du profil de risque des banques.

Sommige buitenlandse toezichthouders hebben reeds getracht het effect van de nieuwe regels te meten op de benodigde middelen, onder meer in termen van human resources. Hoewel het moeilijk is dit effect precies te berekenen zolang de nieuwe regels niet definitief zijn vastgelegd, maken de in Duitsland gemaakte ramingen gewag van de noodzaak om het aantal toezichthouders uit te breiden met verschillende honderden personen, voor een bancaire populatie die weliswaar groter is dan in Belgie¨.

Certains superviseurs étrangers ont dès à présent tenté d’évaluer l’impact des nouvelles règles sur les ressources, y compris humaines, nécessaires. Bien qu’il soit difficile de chiffrer cet impact avec précision tant que les nouvelles règles n’auront pas été arreˆtées de manière définitive, les estimations faites en Allemagne font état de la nécessité de renforcer les effectifs de controˆle de plusieurs centaines de personnes, pour une population bancaire il est vrai bien plus nombreuse qu’en Belgique.

Een precieze evaluatie van de noden werd in Belgie¨ nog niet gemaakt. Het leidt echter geen enkele twijfel dat ook in Belgie¨ de menselijke en materie¨le hulpmiddelen bestemd voor het prudentie¨le toezicht aanzienlijk zullen moeten worden versterkt.

Une évaluation précise des besoins n’a pas encore pu eˆtre faite en Belgique. Il ne fait toutefois pas de doute qu’en Belgique, également, les moyens humains et matériels affectés au controˆle prudentiel devront été sensiblement renforcés.

Rekening houdend met de budgettaire verplichtingen die aan de Commissie voor het banken financiewezen worden opgelegd, en waarvan de kosten worden gefinancierd door de aan het toezicht onderworpen ondernemingen, zou deze onvermijdelijke verhoging van de menselijke en materie¨le middelen bestemd voor het prudentie¨le toezicht kunnen worden vergemakkelijkt door de institutionele toenadering tussen de Commissie voor het banken financiewezen en de Nationale Bank van Belgie¨, één van de vier denkpistes die ik in december 2000 heb bekendgemaakt.

Compte tenu des contraintes budgétaires imposées à la Commission bancaire et financière, dont les dépenses sont financées par les entreprises soumises à son controˆle, cette indispensable augmentation des moyens humains et matériels affectés au controˆle prudentiel pourrait eˆtre facilitée par le rapprochement institutionnel entre la Commission bancaire et financière et la Banque nationale de Belgique qui constitue une des quatre pistes de réflexion que j’ai rendues publiques en décembre 2000.

Zoals ik destijds reeds heb benadrukt, zal deze institutionele toenadering toelaten talrijke synergiee¨n te verwezenlijken door de menselijke en logistieke hulpmiddelen van de twee instellingen samen te voegen, vooral op het gebied van onderzoek, juridische studies, internationale samenwerking en macroprudentieel toezicht.

Ainsi que je le soulignais déjà à l’époque, ce rapprochement institutionnel permettra de réaliser de nombreuses synergies en mettant en commun les ressources humaines et logistiques des deux institutions, principalement en matière d’activités de recherche, d’études juridiques, de coopération internationale et de surveillance macro-prudentielle.

Ik stel vast dat de Europese Centrale Bank dezelfde richting lijkt uit te gaan.

Je constate que la Banque centrale européenne semble aller dans la meˆme voie.

3. Zoals ik aangegeven heb in het antwoord op de eerste vraag, is de Europese Commissie — naar aanleiding van de werkzaamheden van het Bazelcomité — gestart met een herziening van de Europese richtlijnen inzake eigen vermogen en solvabiliteitsratio. De werk-

3. Comme je l’ai indiqué dans la réponse à la première question, la Commission européenne a entrepris, parallèlement aux travaux du Comité de Baˆle, une révision des directives européennes en matière de fonds propres et de ratio de solvabilité. Les travaux du


2000

2001


1105

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8590

zaamheden van de groep van wijzen onder leiding van baron Lamfalussy hebben echter nog recentelijk de aandacht gevestigd op de traagheid van het communautaire wetgevingsproces.

groupe des sages présidé par le baron Lamfalussy viennent toutefois encore de rappeler la lenteur du processus législatif communautaire.

Het is overigens de Commissie die er heeft op aangestuurd dat het nieuwe Bazelakkoord in de loop van 2004 toepasselijk zou worden.

C’est d’ailleurs cette dernière qui a amené à fixer dans le courant de 2004, la mise en vigueur du nouvel accord de Baˆle.

Vermits Belgie¨ verplicht is de communautaire wetgeving na te leven, kan het bijgevolg bezwaarlijk de invoering van deze nieuwe verplichtingen vervroegen.

La Belgique étant tenue de respecter la législation communautaire, il semble difficile pour elle d’anticiper la mise en œuvre de ces nouvelles exigences.

DO 2000200111107

DO 2000200111107

Vraag nr. 685 van mevrouw Marie-Thérèse Coenen van 8 mei 2001 (Fr.) :

Question no 685 de Mme Marie-Thérèse Coenen du 8 mai 2001 (Fr.) :

Onderzoek inzake fiscale discriminatie.

Travail sur les discriminations fiscales.

Het Adviescomite voor maatschappelijke emancipatie heeft een advies uitgebracht over de directe en indirecte fiscale discriminaties tussen mannen en vrouwen. Het advies heeft in de pers de nodige aandacht gekregen.

Le Comité d’avis pour l’émancipation a remis un avis portant sur les discriminations fiscales directes et indirectes entre les hommes et les femmes. La presse en a fait écho.

De auteur van het artikel was vrij pessimistisch en onderstreepte in de conclusies dat de werkgroepen die werden ingesteld om de fiscale hervorming voor te bereiden hun werkzaamheden haast voltooid hebben terwijl de werkgroep die de discriminaties onderzoekt zijn werkzaamheden nog niet echt heeft aangevat.

L’auteur de l’article était relativement pessimiste et soulignait dans ses conclusions que les groupes de travail mis en œuvre pour préparer la réforme fiscale avaient quasiment terminé leurs travaux tandis que celui portant sur l’analyse des discriminations n’avait pas encore véritablement commencé les siens.

In ons advies vroegen wij dat er bij de samenstelling van de werkgroepen aandacht zou besteed worden aan het gemengd karakter ervan en dat er deskundigen van beide geslachten zouden worden aangesteld die reeds met de problematiek van het genderanalyse-onderzoek inzake fiscaliteit vertrouwd zijn. Dat is niet eenvoudig gelet op het gebrek aan statistieken terzake.

Nous demandions dans notre avis, d’être attentif à la mixité dans la composition de ces groupes de travail et de nommer des experts et des expertes qui s’étaient déjà penchés sur cette problématique d’analyse de genre dans le domaine de la fiscalité. Ce qui n’est pas chose aisée vu la pauvreté des statistiques en la matière.

1. In welke mate zijn de werkgroepen reeds samengesteld en wat is hun agenda ?

1. Qu’en est-il exactement de la composition des groupes de travail et de leur agenda de travail ?

2. a) Is de werkgroep « discriminatie » inmiddels operationeel ?

2. a) Qu’en est-il du groupe de travail « discriminations » ?

b) Is deze werkgroep reeds samengekomen ?

b) S’est-il réuni ?

c) Heeft hij zijn conclusies al ingediend ?

c) A-t-il déposé des conclusions ?

d) Is het mogelijk van deze conclusies kennis te nemen ?

d) Serait-il possible d’en avoir connaissance ?

Antwoord : De werkgroep die belast is met de belastinghervorming is samengesteld uit zowel mannelijke als vrouwelijke leden van de verschillende kabinetten. Ik wil eraan herinneren dat het ontwerp van belastinghervormingen een aantal maatregelen bevat die een

Réponse : Le groupe de travail chargé de la réforme fiscale est composé de membres tant masculins que féminins des différents cabinets. Je tiens à rappeler que le projet de réforme fiscale contient l’une ou l’autre mesure destinée à mettre fin aux discriminations entre


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8591

einde moeten stellen aan de discriminaties tussen mannen en vrouwen. In principe zou die groep nog deze week de werken moeten afronden.

les hommes et les femmes. En principe, ce groupe devrait terminer ses travaux cette semaine encore.

De werkgroep die specifiek belast is met de discriminaties, is samengesteld uit ambtenaren van verschillende fiscale administraties en personen van buitenaf. Een grote meerderheid van vrouwen maakt er trouwens deel van uit. Aangezien die werkgroep nog maar net is opgericht, is het voorbarig zich nu reeds uit te spreken over de besluiten waartoe die werkgroep zal komen. Ik zal niet nalaten het geachte lid in te lichten zodra de besluiten van genoemde groep gekend zijn.

Quant au groupe de travail chargé spécifiquement des discriminations, il se compose de fonctionnaires de diverses administrations fiscales et de personnes externes. Une grande majorité de femmes en fait d’ailleurs partie. Comme ce groupe n’en est qu’à ses débuts, il apparaıˆt prématuré de se prononcer sur les conclusions auxquelles il aboutira. Je ne manquerai pas d’en informer l’honorable membre dès que les conclusions dudit groupe seront connues.



Telecommunicatie

Télécommunications

DO 2000200110824

DO 2000200110824

Vraag nr. 163 van de heer Philippe Seghin van 16 maart 2001 (Fr.) :

Question no 163 de M. Philippe Seghin du 16 mars 2001 (Fr.) :

De Post. — Postzegelautomaten.

La Poste. — Appareils distributeurs de timbres.

Aangezien De Post heeft beslist aan haar loketten niet langer postzegels per stuk te verkopen, zouden postzegelautomaten een oplossing kunnen bieden voor personen die niet wensen postzegels per reeks van tien aan te kopen. Als dergelijke automaten in sommige postkantoren zouden worden geı¨nstalleerd, zouden de loketbedienden meer tijd kunnen uittrekken voor de dienstverlening aan de clie¨nten.

Depuis que La Poste a décidé de ne plus vendre à ses guichets de timbres-poste à l’unité, les appareils distributeurs de timbres présentent un intérêt particulier pour les personnes qui ne souhaitent pas acheter une dizaine de timbres. L’installation de tels appareils à l’intérieur de certains bureaux de poste permettrait aux guichetiers de consacrer plus de temps pour le service à la clientèle.

1. Hoeveel kost de installatie van een postzegelautomaat in een postkantoor ?

1. Quel est le couˆt de l’installation d’un appareil distributeur de timbres à l’intérieur d’un bureau de poste ?

2. a) Welk beleid voert De Post terzake ?

2. a) Quelle est la politique de La Poste en la matière ?

b) Overweegt De Post die automaten elders dan in postkantoren, zoals bijvoorbeeld in commercie¨le centra, te installeren ?

b) La Poste envisage-t-elle l’installation de ces distributeurs ailleurs que dans des bureaux de poste, par exemple dans des centres commerciaux ?

Antwoord : De naamloze vennootschap van publiek recht De Post deelt mij het volgende mee.

Réponse : La société anonyme de droit public La Poste me communique ce qui suit.

1. De Post zal een Europese aanbesteding uitschrijven voor de aankoop van nieuwe, modernere en klantvriendelijke verdeelautomaten die de verouderde zullen vervangen (vooral diegene die niet kunnen aangepast worden aan de euro).

1. La Poste procédera à une mise en adjudication européenne pour l’achat de nouveaux distributeurs modernes et conviviaux qui remplaceront les anciens (surtout ceux que l’on ne peut pas adapter à l’euro).


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8592

2. In tweede instantie zal er een studie gebeuren rond mogelijke andere locaties dan postkantoren en een eventuele uitbreiding van het aantal toestellen. Het is in elke geval de bedoeling de nieuwe toestellen aan de buitenkant van het postkantoor te plaatsen.

2. En deuxième instance, une étude sera effectuée quant à d’autres locations possibles que les bureaux de poste et quant à une extension du nombre d’appareils. L’on a, en tout cas, l’intention de placer les nouveaux appareils à l’extérieur du bureau de poste.

DO 2000200110827

DO 2000200110827

Vraag nr. 164 van mevrouw Yolande Avontroodt van 16 maart 2001 (N.) :

Question no 164 de Mme Yolande Avontroodt du 16 mars 2001 (N.) :

De Post. — Veilinghuis. — Veiling van specifieke soort postzegels. — Misbruik van overheidseigendom.

La Poste. — Hoˆtel des ventes. — Mise aux enchères de timbres postes spécifiques. — Abus de biens publics.

Tijdens een veiling in een bekend veilinghuis in Antwerpen werden een specifieke soort postzegels geveild, terwijl dit in principe verboden zou moeten zijn. Het betrof volledige vellen met de opdruk « specimen » gebruikt in de postschool, die normaal gezien de school enkel mogen verlaten ter vernietiging.

Lors d’une vente aux enchères organisée à Anvers par un hoˆtel des ventes connu, un genre bien précis de timbres a été mis aux enchères, bien qu’en principe cela soit interdit. Il s’agissait de feuilles complètes avec la mention « spécimen » en surcharge. Ces feuilles sont utilisées à l’école de La Poste et ne peuvent quitter celle-ci qu’à des fins de destruction.

Bovendien zouden tijdens dergelijke veilingen ook regelmatig misdrukken (bijvoorbeeld verkeerde of verschoven tanding) van postzegels worden geveild. Ook dat mag in feite niet want misdrukken mogen de zegeldrukkerij niet verlaten.

Par ailleurs, lors de telles ventes, on mettrait souvent aux enchères des maculatures (par exemple mauvaise dentelure ou dentelure décalée). Cela n’est pas davantage autorisé car les maculatures ne doivent pas quitter l’imprimerie.

Het feit dat ze toch aanwezig zijn op dergelijke veilingen, betekent dat hier sprake is van misbruik van overheidseigendom. Wegens het zeldzaam karakter worden dergelijke stukken bovendien tegen hoge prijzen geveild, wat dus inhoudt dat dit voor een aantal mensen serieuze winsten oplevert.

Le fait qu’ils apparaissent dans ces ventes aux enchères signifie qu’on est en présence d’un cas d’abus de biens publics. En raison de leur rareté, ces pièces sont l’objet d’enchères élevées, ce qui implique que certaines personnes en tirent un profit considérable.

1. Bent u op de hoogte van dergelijke praktijken en zo ja, wat overweegt u er dan tegen te doen ?

1. Eˆtes-vous au courant de telles pratiques et, si oui, que comptez-vous faire ?

2. Is dit een alleenstaand geval of worden meermaals dergelijke stukken « ontvreemd » bij De Post ?

2. S’agit-il d’un cas isolé ou est-il fréquent que de telles pièces soient « détournées » de La Poste ?

3. Indien het geen alleenstaand geval is : welke maatregelen zal De Post dan nemen om dit in de toekomst te voorkomen ?

3. Au cas ou` il s’agirait d’un cas isolé, quelles mesures La Poste entend-elle prendre pour éviter que de tels faits se reproduisent ?

Antwoord : Misdrukken mogen inderdaad de drukkerij niet verlaten en moeten via een speciale procedure vernietigd worden. De naamloze vennootschap van publiek recht De Post deelt mij mee dat zij niet op de hoogte was van het feit dat er misdrukken aangeboden worden. De interne veiligheidsdienst heeft van de gedelegeerd bestuurder dan ook de opdracht gekregen dit te onderzoeken en desnoods klacht in te dienen wegens vervreemding van eigendom.

Réponse : De mauvaises impressions ne peuvent, en effet, pas sortir de l’imprimerie et sont détruites selon une procédure spéciale. La société anonyme de droit public La Poste me communique qu’elle n’était pas au courant du fait que l’on offre de mauvaises impressions. L’administrateur délégué a donc chargé le service de sécurité interne d’examiner ce fait et, s’il y a lieu, de porter plainte pour aliénation de propriété.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8593

DO 2000200110839

DO 2000200110839

Vraag nr. 165 van de heer Daan Schalck van 20 maart 2001 (N.) :

Question no 165 de M. Daan Schalck du 20 mars 2001 (N.) :

De Post. — Geplande heropening van een aantal postkantoren.

La Poste. — Projets de réouverture d’un certain nombre de bureaux de poste.

De afgelopen weken was er heel wat beroering over de mogelijke sluiting van een aantal postkantoren, in de toekomst.

L’éventualité d’une future fermeture de plusieurs bureaux de poste suscite un vif émoi depuis plusieurs semaines.

De afgelopen jaren is het echter veelvuldig voorgevallen dat postkantoren werden gesloten met het oog op een herlocalisatie. Zo werd bekend dat voor het postkantoor te Peutie een nieuwe locatie werd gevonden. Op andere plaatsen ligt het blijkbaar moeilijker.

Ces dernières années, des bureaux de poste ont été fermés en vue d’une délocalisation. C’est ainsi, par exemple, que le bureau de poste de Peutie a été relocalisé. Mais, dans d’autres localités, les difficultés semblent plus importantes.

In september 1999 werd bijvoorbeeld het postkantoor op het Valaar (een wijk van Wilrijk met ca. 10 000 inwoners) gesloten met dezelfde belofte van de postdiensten dat naar een nieuwe locatie zou worden gezocht.

Lors de la fermeture du bureau de poste du Valaar (un quartier de Wilrijk, près d’Anvers, qui compte environ 10 000 habitants), en septembre 1999, les services des postes avaient fait cette même promesse de relocalisation.

Anderhalf jaar later is in dit dossier blijkbaar nog geen vooruitgang geboekt.

Un an plus tard, ce dossier ne semble pas avoir avancé.

1. Is er binnen De Post een tendens om dossiers om kantoren te heropenen stelselmatig te bevriezen ?

1. Existe-t-il à La Poste une tendance à geler tous les dossiers de réouverture de bureaux de poste ?

2. Zijn er een groot aantal dossiers uit het verleden van heropening of herlocalisatie die op uitvoering wachten ?

2. Y a-t-il beaucoup de dossiers de réouverture ou de relocalisation en souffrance ?

3. Wat zijn de specifieke plannen met het kantoor op het Valaar te Wilrijk ?

3. Quels sont, plus particulièrement, les projets pour le bureau de poste du Valaar à Wilrijk ?



1. Zeker niet, de dossiers van de kantoren, die tijdelijk werden gesloten, worden momenteel herbekeken vooraleer een definitieve beslissing te nemen. De bestaande toestand wordt opnieuw bekeken en waar nodig worden er regularisaties doorgevoerd in de organisaties van de aangrenzende kantoren. Bovendien wijst de onderneming er op dat De Post haar verplichtingen terzake steeds naleeft.

1. Certainement pas, les dossiers des bureaux qui ont été fermé provisoirement sont, en ce moment, revus avant de prendre une décision définitive. L’on réexamine la situation existante et, là où cela s’avère nécessaire, l’on procède à des régularisations dans l’organisation des bureaux limitrophes. L’entreprise souligne, en outre, que La Poste fait toujours face à ses obligations en cette matière.

2. Op dit ogenblik zijn er twee dossiers van een tijdelijke sluiting in onderzoek. Voor het overige loopt er momenteel een studie over de structuur, inplanting en lokalisatie van postkantoren. De resultaten zijn hiervan nog niet bekend.

2. En ce moment, l’on examine deux dossiers d’une fermeture temporaire. Pour le reste, il y a momentanément une étude en cours sur la structure, l’implantation et la localisation des bureaux de poste. Les résultats de cette étude ne sont pas encore connus.

3. Het kantoor Valaar werd in 1999 voorlopig gesloten omdat de huurceel ten einde liep. De Post is nog steeds op zoek naar een nieuwe locatie die voldoet aan de vereisten.

3. Le bureau Valaar a été fermé temporairement en 1999 puisque le bail expirait. La Poste est encore en train de chercher une nouvelle location qui satisfait aux exigences.

4. De activiteiten van Valaar werden gehergroepeerd in het kantoor Wilrijk 1, dat zich op 1,5 km bevindt en voor een deel in het kantoor Hoboken 2, dat 800 meter verder gelegen is.

4. Les activités de Valaar ont été regroupées dans le bureau Wilrijk 1, qui se situe à 1,5 km et, pour une partie, dans le bureau Hoboken 2, qui se trouve 800 mètres plus loin.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8594

DO 2000200110872

DO 2000200110872

Vraag nr. 166 van de heer André Schellens van 27 maart 2001 (N.) :

Question no 166 de M. André Schellens du 27 mars 2001 (N.) :

De Post. — Personeel. — Politiek verlof.

La Poste. — Personnel. — Congé politique.

Voor de raadsleden, schepenen en burgemeesters werkzaam in overheidsdiensten, heeft de wet van 18 september 1986 tot instelling van het politiek verlof voor de personeelsleden van de overheidssector, een wettelijke regeling uitgewerkt die hen toelaat van de dienst afwezig te blijven voor de uitoefening van het politiek mandaat.

La loi du 18 septembre 1986 instaurant le congé politique pour les membres du personnel des services publics, a élaboré une réglementation légale qui permet aux conseillers communaux, aux échevins et aux bourgmestres membres des services publics de bénéficier d’une dispense de service pour l’exercice d’un mandat politique.

Het door deze wet ingestelde politiek verlof is voor de betrokken personeelsleden een recht.

Ce congé politique institué par la loi est un droit des membres du personnel concernés.

Door de raad van beheer van De Post werd beslist om vanaf 1 januari 2001 de wet van 18 september 1986 tot instelling van het politiek verlof voor de personeelsleden van de overheidsdiensten niet meer toe te passen bij De Post.

Le conseil d’administration de La Poste a décidé de ne plus appliquer la loi du 18 septembre 1986 instaurant le congé politique pour les membres du personnel des services publics à partir du 1er janvier 2001.

1. Werden de syndicale organisaties gecontacteerd vooraleer het reglement werd aangepast ?

1. Les organisations syndicales ont-elles été consultées avant l’aménagement du règlement ?

2. Overweegt u ook voor de andere overheidsbedrijven onder uw bevoegdheid een aanpassing te laten doordrukken ?

2. Envisagez-vous d’accepter une même adaptation pour les autres entreprises publiques qui ressortissent à votre compétence ?

Antwoord : De naamloze vennootschap van publiek recht De Post deelt mij terzake het volgende mee.


1. De wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, heeft De Post haar autonomie verleend, met inbegrip van autonomie inzake vastlegging van het statuut sensu lato van het personeel van de onderneming. Vervolgens heeft deze wet De Post ook onttrokken aan het toepassingsgebied van de openbare sector, vermits door toepassing van zijn artikel 1, § 4, autonomie aan De Post werd toevertrouwd tenzij voor de materies die door deze wet niet zouden zijn geregeld (cf. artikel 32 van de wet). Uit hoofde daarvan was er voor de naamloze vennootschap van publiek recht De Post de mogelijkheid, na de vastlegging van het eerste statuut, een verschillend verlofstelsel aan te wenden.

1. La loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques a conféré à La Poste son autonomie, en ce compris quant à la fixation du statut sensu lato du personnel de l’entreprise. Subséquemment, cette loi a retiré La Poste du champ d’application du secteur public en consacrant son autonomie par l’application de son article 1er, § 4, sauf pour les matières qui n’auraient pas été réglées par celle-ci (cf. article 32 de la loi). Cela étant, rien n’empêchait la société anonyme de droit public La Poste de prendre, ultérieurement à la fixation du premier statut, un régime de congés différent.

Op grond van artikel 34, § 2, a), 5o, van de voormelde wet van 21 maart 1991 is de naamloze vennootschap van publiek recht De Post derhalve gemachtigd tot het treffen van haar eigen maatregelen inzake verlof, met inbegrip van politiek verlof. Bedoelde beslissing werd, overeenkomstig artikel 30, § 2, 1o, van de wet, na overleg in de schoot van het bevoegde orgaan, met name het paritair comité, genomen.

En vertu de l’article 34, § 2, a), 5o, de la loi précitée du 21 mars 1991, la société anonyme de droit public La Poste est habilitée à prendre des mesures qui lui sont propres en matière de congés, en ce compris pour ce qui est des congés politiques. Conformément à l’article 30, § 2, 1o, de la loi, la décision a été prises après concertation dans l’organe compétent, c’est-à-dire la commission paritaire.

2. Zoals uit het voorgaande overduidelijk blijkt, behoort het verlofstelsel tot de wettelijke autonomie van de betrokken economische overheidsbedrijven.

2. Le régime de congé fait partie, comme indiqué clairement ci-avant, de l’autonomie légale des entreprises publiques économiques concernées.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8595

DO 2000200110880

DO 2000200110880

Vraag nr. 167 van de heer François Bellot van 27 maart 2001 (Fr.) :

Question no 167 de M. François Bellot du 27 mars 2001 (Fr.) :

De Post. — Dochtermaatschappijen. — Strategiee¨n.

La Poste. — Filiales. — Stratégies.

De Post heeft aangekondigd dat een van haar dochtermaatschappijen, Vicindo, net de uitgeverij ArtisHistoria heeft overgenomen in het kader van een diversificatieplan van haar activiteiten.

La Poste a annoncé qu’une de ses filiales, Vicindo, venait de reprendre l’éditeur Artis-Historia dans le cadre d’un plan de diversification de ses activités.

1. Waaruit bestaat het diversificatieplan van De Post en haar dochtermaatschappijen voor de andere sectoren dan die van de postbestelling ?

1. Quel est le plan de diversification de La Poste et de ses filiales dans les secteurs autres que la distribution du courrier ?

2. In welk strategisch kader van De Post-groep past dit diversificatieplan ?

2. Dans quel cadre stratégique du groupe de La Poste s’intègre ce plan de diversification ?



1. De raad van bestuur van De Post heeft in 2000 de acquisitiestrategie goedgekeurd waarbij de bedrijvengroep van De Post (Mail, retail, Vicindo, Laterio, Alteris, Exbo ...), wordt gemachtigd acquisities te doen met het oog op de uitbouw en integratie van activiteiten in Belgie¨, Frankrijk en Nederland.

1. En 2000, le conseil d’administration de La Poste a approuvé une stratégie d’acquisition qui permet au groupe d’entreprises de La Poste (Mail, retail, Vicindo, Laterio, Alteris, Exbo ...) de faire des acquisitions en vue de développer et intégrer des activités en Belgique, en France et aux Pays-Bas.

De Post wenst hierbij te benadrukken dat zij zich niet uitsluitend bezighoudt met het verdelen van brieven maar dat de bedrijvengroep van De Post (Belgische Postgroep) zich toespitst op de ontwikkeling en integratie van activiteiten met toegevoegde waarde op het vlak van de evolutie van de communicatiemarkt.

La Poste veut souligner qu’elle ne s’occupe pas uniquement de la distribution du courrier mais que le groupe d’entreprises de La Poste (Groupe de La Poste belge) se concentre sur le développement et l’intégration des activités à valeur ajoutée sur le plan de l’évolution du marché des communications.

2. Omwille van de forse toename van de concurrentie in diverse markten, is deze acquisitiestrategie niet voor publicatie vatbaar en maakt ze onlosbaar deel uit van het strategisch plan dat door alle betrokken instanties goedgekeurd werd.

2. Vu la forte croissance de la concurrence dans divers marchés, cette stratégie d’acquisition n’est pas susceptible d’être publiée et constitue une partie indissoluble du plan stratégique qui a été approuvé par toutes les instances concernées.

DO 2000200110881

DO 2000200110881

Vraag nr. 168 van de heer François Bellot van 27 maart 2001 (Fr.) :

Question no 168 de M. François Bellot du 27 mars 2001 (Fr.) :

Belgacom. — Activiteiten in Azie¨.

Belgacom. — Activités en Asie.

Belgacom sloot onlangs een akkoord met Singapore Telecom (privé-aandeelhouder van het autonome overheidsbedrijf) met het oog op de gezamenlijke exploitatie van de telecommunicatiemarkten in Azie¨ en Europa. Volgens het communiqué van Belgacom zou het akkoord handelen over een samenwerking inzake transitotelecommunicatieverkeer, uitwisseling van capaciteit op hun internationale netwerken en wederzijdse steun bij de verkrijging van exploitatielicenties.

Belgacom a récemment conclu un accord avec Singapore Telecom (actionnaire privé de l’entreprise publique autonome) en vue de l’exploitation conjointe des marchés de télécommunication en Asie et en Europe. Selon le communiqué de Belgacom, l’accord porterait sur une collaboration en matière de transit de trafic de télécommunication, d’échange de capacité sur leurs réseaux internationaux et de support mutuel lors de l’obtention des licences d’exploitation.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8596

1. Hoe luidt het contract ?

1. Quels sont les termes de cet accord ?

2. Welk financieel engagement gaat Belgacom met dit partnerschap aan ?

2. Quel est l’engagement financier de Belgacom dans ce partenariat ?

Antwoord : De naamloze vennootschap van publiek recht Belgacom deelt mij, in antwoord op de door het geachte lid gestelde vragen het volgende mee.

Réponse : En réponse aux questions posées par l’honorable membre, la société anonyme de droit public Belgacom me communique ce qui suit.

Op 22 maart 2001 hebben Belgacom en SingTel bekendgemaakt dat zij een protocolakkoord hebben gesloten inzake de gezamenlijke exploitatie van het aangroeipotentieel op de telecommarkten in Azie¨ en Europa.

Belgacom et SingTel ont annoncé le 22 mars 2001 qu’ils avaient conclu un protocole d’accord afin d’explorer conjointement le potentiel de croissance des marchés de télécommunication en Asie et en Europe.

Dit niet-exclusieve akkoord voorziet in samenwerking op drie belangrijke gebieden :

L’accord non exclusif conclu prévoit la collaboration dans trois domaines principaux :

— de transit van « wholesale » -telecomverkeer, wat kan leiden tot de invoering van commercie¨le uitwisselingen inzake verkeersminuten en/of brandbreedte;

— le transit de trafic de télécommunication « wholesale » pouvant conduire à l’instauration d’échanges commerciaux en matière de minutes de trafic et/ou de largeur de bande;

— de uitwisseling van capaciteit op de respectievelijke internationale netwerken van beide ondernemingen opdat SingTel haar aanwezigheid in Europa kan uitbreiden en Belgacom in Azie¨;

— l’échange de capacité sur leurs réseaux internationaux respectifs, pour permettre à SingTel d’étendre sa présence en Europe et à Belgacom d’accroıˆtre la sienne en Asie;

— het uitwisselen van informatie en het verlenen van wederzijdse steun met betrekking tot het verwerven van de nodige licenties voor de exploitatie van diensten op de Aziatische en Europese markten, buiten Singapore en Belgie¨.

— le partage d’informations et le support mutuel dans le cadre de l’obtention des licences nécessaires à l’exploitation de services sur les marchés asiatiques et européens, en dehors de Singapour et de la Belgique.

Belgacom en SingTel hebben in dit akkoord een evenwicht nagestreefd om te vermijden dat één van beide partijen aan de andere partij betalingen verschuldigd zou zijn. De waarde die één van beide partijen van de andere partij ontvangt, dient equivalent te zijn met hetgeen aan deze andere partij ter beschikking wordt gesteld.

Belgacom et SingTel ont veillé à équilibrer cet accord afin que celui-ci ne donne pas lieu à paiement par l’une ou l’autre partie; la valeur de ce qu’une des parties reçoit de l’autre étant équivalente à ce qu’elle lui met à disposition.

Het gaat dus om een akkoord dat voor geen enkele partij een financie¨le verbintenis creeërt.

Il s’agit donc d’un accord ne créant aucun engagement financier dans le chef des deux parties.

Overheidsbedrijven en Participaties

Entreprises et Participations publiques

DO 2000200110843

DO 2000200110843

Vraag nr. 65 van mevrouw Pierrette Cahay-André van 20 maart 2001 (Fr.) :

Question no 65 de Mme Pierrette Cahay-André du 20 mars 2001 (Fr.) :

Vrijstelling van het kijken luistergeld.

Exonération des redevances radio et télévision.

Personen die voor 66 % invalide werden verklaard, kunnen aanspraak maken op aanvullende kinderbijslag, een verlaging van de inkomstenbelasting, het sociaal telefoontarief, enz.

L’octroi d’un complément d’allocations familiales, de la réduction de l’impoˆt sur les revenus, du tarif social pour le téléphone, etc., est appliqué aux personnes présentant un pourcentage d’invalidité de 66 %.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8597

De vrijstelling van het kijken luistergeld geldt echter enkel voor personen met een invaliditeitspercentage van 80 %.

Cependant, l’exonération des redevances radio et télévision ne bénéficie qu’aux personnes présentant un pourcentage d’invalidité de 80 %.

Zou men er met het oog op een uniformering van de regelgeving niet kunnen voor zorgen, afgezien van het feit dat daarover een akkoord met de gemeenschapsregeringen moet worden gesloten, dat ook personen die voor 66 % invalide werden verklaard recht hebben op een volledige vrijstelling van het kijken luistergeld ?

Sans négliger le fait qu’un accord des gouvernements des communautés doit être obtenu, ne serait-il pas envisageable, dans un souci d’uniformisation de la réglementation, de ramener à 66 %, le pourcentage d’invalidité donnant lieu à une exonération complète des redevances radio et TV ?

Antwoord : Het geachte lid gelieve hieronder het antwoord op de gestelde vraag te willen vinden.

Réponse : En réponse à la question posée par l’honorable membre, j’ai l’honneur de lui communiquer ce qui suit.

De bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, zoals gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993, bepaalt dat het kijken luistergeld een belasting voor de gemeenschappen is.

La loi spéciale du 16 janvier 1989, relative au financement des communautés et des régions, modifiée par la loi spéciale du 16 juillet 1993, dispose que les recevances radio et télévision sont un impoˆt destiné aux communautés.

De federale wetgever blijft inderdaad, overeenkomstig § 2 van artikel 5bis van diezelfde wet, bevoegd voor het vaststellen van de aanslagvoet, de heffingsgrondslag en de vrijstellingen van deze belasting.

Conformément au § 2 de l’article 5bis de cette même loi, le législateur fédéral reste en effet compétent pour la fixation du taux d’imposition, de la base du prélèvement et des exonérations de cet impoˆt.

Ik moet u evenwel preciseren dat artikel 5bis, § 2, in fine, voorziet dat elke wijziging van één van bovenvermelde elementen slechts kan uitgevoerd worden mits het akkoord van de gemeenschapsregeringen.

Je dois cependant préciser que l’article 5bis, § 2, in fine, prévoit que toute modification d’un des éléments précités ne peut être exécutée que moyennant l’accord des gouvernements des communautés.

Dit betekent dat de voor deze materie bevoegde federale minister niet zomaar op eigen initiatief kan beslissen om nieuwe belastingsvrijstellingen in het leven te roepen.

Ceci signifie que le ministre fédéral compétent en cette matière ne peut décider de sa propre initiative de créer de nouvelles exonérations.

Overigens moet verder opgemerkt worden dat een gelijkschakeling van het invaliditeitspercentage niet zonder meer aanleiding zal geven tot een uniformisering van de geldende reglementering.

Il convient d’ailleurs de remarquer qu’un alignement du pourcentage d’invalidité n’entraıˆnera pas automatiquement une uniformisation de la réglementation en vigueur.

De toekenning van het sociaal telefoontarief bijvoorbeeld komt neer op een vermindering van de normaal verschuldigde bijdragen. De bijzondere regeling voor de personen met een invaliditeit of arbeidsongeschiktheid van ten minste 80 % in het kader van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijken luistergeld, heeft daarentegen het karakter van een volledige vrijstelling van de verschuldigde bijdragen.

L’octroi du tarif téléphonique social par exemple, équivaut à une diminution des redevances dues normalement. La réglementation spéciale pour les personnes présentant un pourcentage d’invalidité ou d’incapacité de travail d’au moins 80 % dans le cadre de la loi du 13 juillet 1987 relative aux redevances radio et télévision, contient par contre une exonération complète des redevances dues.

Een verlaging van deze laatste drempel tot 66 % zal een aanzienlijke financie¨le impact hebben zonder dat dit noodzakelijkerwijze gepaard gaat met een fiscale harmonisatie.

Une diminution de ce seuil à 66 % aura un impact financier considérable sans que cela ne s’accompagne automatiquement d’une harmonisation fiscale.


2000

2001


1106

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8598

DO 2000200110175

DO 2000200110175

Vraag nr. 68 van mevrouw Frieda Brepoels van 30 maart 2001 (N.) :

Question no 68 de Mme Frieda Brepoels du 30 mars 2001 (N.) : Discrimination des Archives de l’E´tat dans les provinces.

Achterstelling van de Rijksarchieven in de provincies. In verband met de achterstelling van de Rijksarchieven in de provincies ten opzichte van de andere wetenschappelijke instellingen zou ik uw aandacht willen vestigen op het feit dat het niet de bevoegdheid is van de algemene rijksarchivaris om ter uitvoering van het koninklijk besluit van 28 november 1963 overeenkomsten met de gemeenten te sluiten voor de oprichting van arrondissementele Rijksarchieven. Zover ik hierover kan oordelen is dit de exclusieve bevoegdheid van de minister zelf. De ervaring leert dat voor minstens twee van de vijf bestaande overeenkomsten de steden niet gezorgd hebben voor geschikte gebouwen. Daar de minister de overeenkomsten getekend heeft ga ik ervan uit dat het ook uw taak is om deze twee steden (Hoei en Doornik) te wijzen op hun verplichtingen. 1. Heeft u dit uitgevoerd ?

En ce qui concerne la discrimination des Archives de l’E´tat dans les provinces par rapport aux autres institutions scientifiques, je voudrais attirer votre attention sur le fait qu’il n’appartient pas à l’archiviste général du Royaume de conclure, en exécution de l’arrêté royal du 28 novembre 1963, des conventions avec les communes en vue de la création d’Archives de l’E´tat par arrondissement. Pour autant que je puisse en juger, le ministre a en la matière une compétence exclusive. Nous savons par expérience que dans le cadre d’au moins deux des cinq conventions existantes, les villes n’ont pas veillé à mettre des baˆtiments adéquats à la disposition des Archives. Le ministre ayant signé les conventions concernées, je pense qu’il vous appartient de rappeler leurs obligations à ces deux villes (Huy et Tournai). 1. Avez-vous rappelé leurs obligations aux villes de Huy et Tournai ?

2. Zo ja, wat was hun antwoord ?

2. Dans l’affirmative, comment ont-elles réagi ?

3. Vanuit het oogpunt van een goede publieke dienstverlening is het verdedigbaar dat in elk gerechtelijk arrondissement een Rijksarchief zou worden opgericht. Maar dit kan mijns inziens enkel als er hiervoor door de Belgische Staat gebouwen ter beschikking worden gesteld, met andere woorden als de steden hiervoor niet moeten opdraaien.

3. Du point de vue de l’importance d’assurer des services publics de qualité, l’idée de créer des Archives de l’E´tat dans chaque arrondissement judiciaire est défendable. Mais à mon sens, cela ne pourrait se faire que si l’E´tat belge mettait les baˆtiments requis à la disposition des Archives, en d’autres termes si les villes ne devaient pas en supporter le couˆt.

a) Hoe staat u tegenover beide voorstellen ?

a) Quelle position adoptez-vous à l’égard de ces deux propositions ?

b) Wat heeft u geantwoord op het verzoek van de stad Eupen om het gebouw dat deze stad ter beschikking stelt, te doen aankopen door de Regie der Gebouwen ?

b) Qu’avez-vous répondu à la demande de la ville d’Eupen visant à faire acheter par la Régie des Baˆtiments l’immeuble que cette ville met à la disposition des Archives ?

Antwoord : Aansluitend bij het antwoord van mijn collega, heb ik de eer het geachte lid volgende informatie te geven.

Réponse : En complément à la réponse fournie par mon collègue, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre l’information suivante.

Eupen :

Eupen :

De archieven zijn in de lokalen van een gebouw ondergebracht, dat toebehoort aan de gemeente en gelegen is aan de Kaperberg nr. 2/4.

Les archives sont entreposées dans des locaux d’un immeuble communal sis Kaperberg 2/4.

De overeenkomst van 28 november 1989 (in uitvoering van het koninklijk besluit van 28 november 1963) geldt als bezettingsgrond. Deze situatie wordt als tijdelijk beschouwd.

Le titre d’occupation est la convention passée le 28 novembre 1989 (en vertu de l’arrêté royal du 28 novembre 1963). La situation est considérée être transitoire.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8599

De inhuurneming van de lokalen gelegen Kaperberg 2/4 door de Regie der Gebouwen werd op 1 april 2001 bepaald, met ongeveer 4 miljoen frank als jaarlijkse huurvergoeding. Zodra het huurcontract door de bevoegde instanties van de stad Eupen wordt ondertekend, zal het mij overgemaakt worden zodat ik het op mijn beurt voor definitieve goedkeuring kan voorleggen aan de Ministerraad.

La prise en location par la Régie des Baˆtiments des locaux sis Kaperberg 2/4 a été fixée au 1er avril 2001, au loyer annuel prévisible d’environ 4 millions de francs. Dès que le contrat de location soumis à l’assentiment des autorités communales de la ville d’Eupen aura été signé par ces instances, le contrat me sera transmis afin que je puisse le présenter pour approbation finale devant le Conseil des ministres.



DO 2000200111098

DO 2000200111098

Vraag nr. 48 van de heer Guido Tastenhoye van 7 mei 2001 (N.) :

Question no 48 de M. Guido Tastenhoye du 7 mai 2001 (N.) :

NGO’s. — Projecten. — Euthanasie.

ONG. — Projets. — Euthanasie.

1. Welke Belgische niet-gouvernementele organisaties (NGO’s), actief in het domein van de ontwikkelingssamenwerking en/of de humanitaire hulpverlening, werken in het buitenland mee aan projecten of programma’s die euthanasie in de praktijk (helpen) brengen en/of propageren ?

1. Quelles organisations non gouvernementales belges (ONG) actives dans le domaine de la coopération au développement et/ou de l’aide humanitaire coopèrent à l’étranger à certains projets ou programmes dans le cadre desquels l’euthanasie est pratiquée ou encouragée (ou qui y contribuent) ?

2. Kan u concreet de namen van de Belgische NGO’s meedelen die aan dergelijke projecten of programma’s meewerken met ook een beschrijving van deze projecten of programma’s en de subsidie¨ring hiervan door de Belgische overheid ?

2. Quelles ONG belges coopèrent à de tels projets ou programmes, comment ceux-ci peuvent-ils être définis et quelles subventions leur sont accordées par les pouvoirs publics belges ?

Antwoord : Het geachte lid gelieve hierbij de antwoorden te vinden.

Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver, ci-après, les réponses.

Er is ons geen enkel NGO-dossier bekend waarin sprake is van euthanasie.

Jusqu’à présent nous n’avons pris connaissance d’aucun dossier ONG qui traiterait de la problématique de l’euthanasie.

DO 2000200111099

DO 2000200111099

Vraag nr. 49 van de heer Guido Tastenhoye van 7 mei 2001 (N.) :

Question no 49 de M. Guido Tastenhoye du 7 mai 2001 (N.) :

NGO’s. — Projecten. — Abortus.

ONG. — Projets. — Avortement.

1. Welke Belgische niet-gouvernementele organisaties (NGO’s), actief in het domein van de ontwikkelingssamenwerking en/of de humanitaire hulpverlening, werken in het buitenland mee aan projecten of programma’s die abortus in de praktijk (helpen) brengen en/of propageren, bijvoorbeeld als middel tot

1. Quelles organisations non gouvernementales belges (ONG) actives dans le domaine de la coopération au développement et/ou de l’aide humanitaire coopèrent à l’étranger à certains projets ou programmes dans le cadre desquels l’avortement est pratiqué ou encouragé (ou qui y contribuent), par exemple en


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8600

gezinsplanning, of als een middel in de strijd tegen aids ?

tant qu’instrument de planning familial ou de lutte contre le sida ?

2. Kan u concreet de namen van de Belgische NGO’s meedelen die aan dergelijke projecten of programma’s meewerken met ook een beschrijving van deze projecten of programma’s en de subsidie¨ring hiervan door de Belgische overheid ?

2. Quelles ONG belges coopèrent à de tels projets ou programmes, comment ceux-ci peuvent-ils être définis et quelles subventions leur sont accordées par les pouvoirs publics belges ?

Antwoord : Het geachte lid gelieve hierbij de antwoorden te vinden.

Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver, ci-après, les réponses.

Er is ons geen enkel NGO-dossier bekend waarin sprake is van abortus.

Jusqu’à présent nous n’avons pris connaissance d’aucun dossier ONG qui traiterait de la problématique de l’avortement.



Energie

Eńergie

DO 2000200111038

DO 2000200111038



Departementen. — Toekenning bevoegdheden aan het provinciaal bestuursniveau.

Départements. — Attribution de compétences aux provinces.

Het zal u wellicht bekend zijn dat in Vlaanderen een debat wordt gevoerd over de kernopdrachten van het provinciaal bestuursniveau.

Nous n’êtes sans doute pas sans savoir qu’en Flandre, on débat actuellement des missions essentielles des provinces.

Om dit debat behoorlijk te kunnen voeren is het natuurlijk ook nodig te weten welke taken op het provinciaal bestuursniveau worden uitgeoefend op basis van de federale regelgeving of vanuit de federale beleidsopties.

Afin de pouvoir débattre valablement de ce thème, il faut évidemment savoir, entre autres choses, quelles missions remplissent les provinces conformément à la réglementation fédérale ou en fonction des options politiques fédérales.

Kan u voor de beleidsdomeinen waarvoor u bevoegd bent aangeven :

Pourriez-vous me fournir les informations suivantes pour les domaines politiques qui relèvent de vos attributions :

1. a) Welke wettelijke bevoegdheden zijn toegekend aan het provinciaal bestuursniveau (gouverneur, bestendige deputatie, provincieraad, enzovoort) ?

1. a) Quelles compétences légales ont été octroyées aux instances provinciales (gouverneur, députation permanente, conseil provincial, etc.) ?

b) Kan hieromtrent enige verduidelijking worden gegeven ?

b) Pourriez-vous fournir quelques éclaircissements à ce propos ?

2. a) Zijn bepaalde administraties gedeconcentreerd tot op het provinciaal niveau ?

2. a) Des administrations ont-elles été déconcentrées jusqu’au niveau provincial ?


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8601

b) Zo ja, welke en met welke bevoegdheden ?

b) Dans l’affirmative, de quelles administrations s’agit-il et de quelles compétences leur déconcentration provinciale s’est-elle accompagnée ?

3. a) Zijn er specifiek aan de gouverneur een aantal bevoegdheden toegekend ?

3. a) Des compétences ont-elles été attribuées spécifiquement au gouverneur ?

b) Kan hieromtrent worden ?

b) Pourriez-vous fournir des précisions à ce sujet ?

enige

specificatie

gegeven

Antwoord :

Réponse :

1. a) en b) De provincie wordt geconsulteerd bij de adviesprocedure voor het verlenen van vergunningen en toelatingen van vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen. Zij wordt geconsulteerd indien de leiding over het grondgebied van meer dan één gemeente loopt én als beheerder van openbaar domein (provinciewegen, provinciale domeinen, ...).

1. a) et b) La province est consultée lors de la procédure d’avis pour l’octroi des concessions et permissions de transport de produits gazeux et autres par canalisations. Elle est consultée si la canalisation traverse le territoire de plus d’une commune et en qualité de gestionnaire du domaine public relevant de sa compétence (routes provinciales, domaines provinciaux, ...).

Inzake wegvergunningen voor elektriciteitsleidingen met een vermogen gelijk aan of meer dan 70 kV, is de provincie de bevoegde overheid die de wegvergunning verleent indien het tracé van de leiding over meer dan één gemeente loopt, op zijn grondgebied. Het besluit waarin de vergunning wordt verleend, wordt later goedgekeurd door de Koning.

En ce qui concerne les permissions de voirie pour la pose des lignes électriques d’une puissance égale ou supérieure à 70 kV, la province est l’autorité compétente qui accorde la permission de voirie si le tracé d’une ligne traverse plus d’une commune sur son territoire. L’arrêté accordant la permission, fait l’objet d’une approbation royale ultérieure.

2. a) en b) Geen enkele administratie is gedeconcentreerd tot op provinciaal niveau.

2. a) et b) Aucune administration n’est déconcentrée jusqu’au niveau provincial.

3. a) De besluiten van de Regent van 29 januari 1949, houdende reglementering van de voortbrenging, de verdeling en het verbruik van de elektrische energie in geval van tekort aan vermogen en/of elektrische energie ten gevolge van sociale geschillen en houdende reglementering van de voortbrenging, de verdeling en het verbruik van het gas in geval van tekort ten gevolge van sociale geschillen (Belgisch Staatsblad van 30 januari 1949) geven specifieke bevoegdheden aan de provinciegouverneurs.

3. a) Les arrêtés du Régent du 29 janvier 1949, réglementant la production, la distribution et la consommation de l’énergie électrique en cas de pénurie de puissance et/ou d’énergie électrique par suite de conflit social et réglementant, en cas de pénurie par suite de conflit social, la production, la distribution et la consommation de gaz (Moniteur belge du 30 janvier 1949) donnent des compétences spécifiques aux gouverneurs de provincie.

b) De gouverneur dient ingeval de bevoorrading in het gedrang komt, zo snel mogelijk op de hoogte te worden gebracht, zodat hij (zij) de nodige maatregelen kan treffen om aan de noodzakelijke energiebehoeften te voldoen van een aantal categoriee¨n afnemers, gerangschikt volgens prioriteit, zoals ziekenhuizen, continu werkende ondernemingen, enz. Alle beschikbare energie dient verdeeld te worden volgens deze prioriteit.

b) Le gouverneur doit, en cas de pénurie, être averti immédiatement, afin de prendre les mesures pour satisfaire aux besoins d’énergie primordiaux de certaines catégories de clients, classés par priorité, tels les hoˆpitaux, entreprises travaillant en continu, etc. Toute l’énergie disponible doit être repartie suivant cette priorité.

De gouverneur brengt de minister van Economische Zaken op de hoogte van deze maatregelen, deze laatste is bevoegd om ze te wijzigen of ze in te trekken.

Le gouverneur met le ministre des Affaires économiques au courant de ces mesures, ce dernier ayant le pouvoir de les rapporter ou de les modifier.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8602

Duurzame Ontwikkeling

Développement durable

DO 2000200111038

DO 2000200111038



Departementen. — Toekenning bevoegdheden aan het provinciaal bestuursniveau.

Départements. — Attribution de compétences aux provinces.

Het zal u wellicht bekend zijn dat in Vlaanderen een debat wordt gevoerd over de kernopdrachten van het provinciaal bestuursniveau.

Nous n’êtes sans doute pas sans savoir qu’en Flandre, on débat actuellement des missions essentielles des provinces.

Om dit debat behoorlijk te kunnen voeren is het natuurlijk ook nodig te weten welke taken op het provinciaal bestuursniveau worden uitgeoefend op basis van de federale regelgeving of vanuit de federale beleidsopties.

Afin de pouvoir débattre valablement de ce thème, il faut évidemment savoir, entre autres choses, quelles missions remplissent les provinces conformément à la réglementation fédérale ou en fonction des options politiques fédérales.

Kan u voor de beleidsdomeinen waarvoor u bevoegd bent aangeven :

Pourriez-vous me fournir les informations suivantes pour les domaines politiques qui relèvent de vos attributions :

1. a) Welke wettelijke bevoegdheden zijn toegekend aan het provinciaal bestuursniveau (gouverneur, bestendige deputatie, provincieraad, enzovoort) ?

1. a) Quelles compétences légales ont été octroyées aux instances provinciales (gouverneur, députation permanente, conseil provincial, etc.) ?

b) Kan hieromtrent enige verduidelijking worden gegeven ?

b) Pourriez-vous fournir quelques éclaircissements à ce propos ?

2. a) Zijn bepaalde administraties gedeconcentreerd tot op het provinciaal niveau ?

2. a) Des administrations ont-elles été déconcentrées jusqu’au niveau provincial ?

b) Zo ja, welke en met welke bevoegdheden ?

b) Dans l’affirmative, de quelles administrations s’agit-il et de quelles compétences leur déconcentration provinciale s’est-elle accompagnée ?

3. a) Zijn er specifiek aan de gouverneur een aantal bevoegdheden toegekend ?

3. a) Des compétences ont-elles été attribuées spécifiquement au gouverneur ?

b) Kan hieromtrent worden ?

b) Pourriez-vous fournir des précisions à ce sujet ?

enige

specificatie

gegeven

Antwoord :

Réponse :

1. a) en b) De provincie wordt geconsulteerd bij de adviesprocedure voor het verlenen van vergunningen en toelatingen van vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen. Zij wordt geconsulteerd indien de leiding over het grondgebied van meer dan één gemeente loopt én als beheerder van openbaar domein (provinciewegen, provinciale domeinen, ...).

1. a) et b) La province est consultée lors de la procédure d’avis pour l’octroi des concessions et permissions de transport de produits gazeux et autres par canalisations. Elle est consultée si la canalisation traverse le territoire de plus d’une commune et en qualité de gestionnaire du domaine public relevant de sa compétence (routes provinciales, domaines provinciaux, ...).

Inzake wegvergunningen voor elektriciteitsleidingen met een vermogen gelijk aan of meer dan 70 kV, is de provincie de bevoegde

En ce qui concerne les permissions de voirie pour la pose des lignes électriques d’une puissance égale ou supérieure à 70 kV, la province


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8603

overheid die de wegvergunning verleent indien het tracé van de leiding over meer dan één gemeente loopt, op zijn grondgebied. Het besluit waarin de vergunning wordt verleend, wordt later goedgekeurd door de Koning.

est l’autorité compétente qui accorde la permission de voirie si le tracé d’une ligne traverse plus d’une commune sur son territoire. L’arrêté accordant la permission, fait l’objet d’une approbation royale ultérieure.

2. a) en b) Geen enkele administratie is gedeconcentreerd tot op provinciaal niveau.

2. a) et b) Aucune administration n’est déconcentrée jusqu’au niveau provincial.

3. a) De besluiten van de Regent van 29 januari 1949, houdende reglementering van de voortbrenging, de verdeling en het verbruik van de elektrische energie in geval van tekort aan vermogen en/of elektrische energie ten gevolge van sociale geschillen en houdende reglementering van de voortbrenging, de verdeling en het verbruik van het gas in geval van tekort ten gevolge van sociale geschillen (Belgisch Staatsblad van 30 januari 1949) geven specifieke bevoegdheden aan de provinciegouverneurs.

3. a) Les arrêtés du Régent du 29 janvier 1949, réglementant la production, la distribution et la consommation de l’énergie électrique en cas de pénurie de puissance et/ou d’énergie électrique par suite de conflit social et réglementant, en cas de pénurie par suite de conflit social, la production, la distribution et la consommation de gaz (Moniteur belge du 30 janvier 1949) donnent des compétences spécifiques aux gouverneurs de provincie.

b) De gouverneur dient ingeval de bevoorrading in het gedrang komt, zo snel mogelijk op de hoogte te worden gebracht, zodat hij (zij) de nodige maatregelen kan treffen om aan de noodzakelijke energiebehoeften te voldoen van een aantal categoriee¨n afnemers, gerangschikt volgens prioriteit, zoals ziekenhuizen, continu werkende ondernemingen, enz. Alle beschikbare energie dient verdeeld te worden volgens deze prioriteit.

b) Le gouverneur doit, en cas de pénurie, être averti immédiatement, afin de prendre les mesures pour satisfaire aux besoins d’énergie primordiaux de certaines catégories de clients, classés par priorité, tels les hoˆpitaux, entreprises travaillant en continu, etc. Toute l’énergie disponible doit être répartie suivant cette priorité.

De gouverneur brengt de minister van Economische Zaken op de hoogte van deze maatregelen, deze laatste is bevoegd om ze te wijzigen of ze in te trekken.

Le gouverneur met le ministre des Affaires économiques au courant de ces mesures, ce dernier ayant le pouvoir de les rapporter ou de les modifier.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8604

Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden

Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes

Minister van Buitenlandse Zaken

Ministre des Affaires étrangères

In het kader van de toepassing van de aanbeveling van 12 juli 1990 betreffende de versterking van de parlementaire controle op de Europese integratie (Parl. St., Kamer, 20-1251/1-1989/1990) heeft de heer Bart Staes, lid van het Europees Parlement, volgende vraag gesteld via het adviescomité, op 28 februari 2001.

Dans le cadre de l’application de la recommandation du 12 juillet 1990 relative au renforcement du controˆle parlementaire de l’intégration européenne (Doc. parl., Chambre, 20-1251/1-1989/1990), M. Bart Staes, membre du Parlement européen, a posé le 28 février 2001 via le comité d’avis, la question suivante.

Betreft : Vorming van een regeringscoalitie met extreem-rechtse partijen in Italie¨.

Concerne : Formation d’une coalition gouvernementale incluant un parti d’extreˆme droite en Italie.

Indien Forza Italia-voorman en EVP-europarlementslid Silvio Berlusconi wordt verkozen tot de nieuwe premier van Italie¨, zal blijken of de Europese Unie consequent is in haar houding tegenover lidstaten. De Europese Unie dreigt een dubbele standaard te hanteren. Het begint erop te lijken dat er een reeks regels bestaat voor de grote lidstaten en een andere voor de kleine. De komende maanden zal blijken of dat klopt.

Si M. Silvio Berlusconi, chef de file du parti Forza Italia et membre du PPE au Parlement européen devient le nouveau premier ministre italien, il apparaıˆtra si l’Union européenne est conséquente dans son attitude à l’égard des pays membres. Il risque en effet d’y avoir deux poids et deux mesures dans le chef de l’Union européenne. Il semble qu’une série de règles s’appliquent aux grands pays tandis que d’autres règles s’appliquent aux petits pays. Nous verrons dans les mois à venir si cette tendance se vérifie.

De Forza Italia kan enkel aan de macht komen met twee coalitiepartners die allebei belangrijke elementen ¨ van Jo¨rg gemeen hebben met de Oostenrijkse FPO Haider. Eén van hen is de Lega Nord van Umberto Bossi. In de marge van de NAVO-top van woensdag 28 februari 2001 noemde de federale minister van Buitenlandse Zaken de Lega-leider « een fascist ».

Forza Italia ne peut accéder au pouvoir qu’en formant une coalition avec deux partis qui présentent ¨ autrichien d’importants points communs avec le FPO de Jo¨rg Haider. L’un de ces partis est le parti Lega Nord d’Umberto Bossi. En marge du sommet de l’OTAN du mercredi 28 février 2001, le ministre fédéral des Affaires étrangères avait qualifié le dirigeant du parti Lega Nord de « fasciste ».

Europa staat binnenkort dus voor een politiek dilemma : is de Unie bereid dezelfde maatstaven te hanteren voor middelgrote en grote lidstaten ? In 2000 ¨ een coalitie met de convormde de Oostenrijkse FPO ¨ VP. De vaststelling dat een populistische servatieve O partij, met een xenofobe reputatie, aan de macht kwam in een EU-lidstaat veroorzaakte opschudding bij de overige 14 lidstaten. Oostenrijk werd onderworpen aan een politiek sanctieregime met opschorting van de bilaterale diplomatieke contacten.

L’Europe sera donc confrontée d’ici peu à un dilemme politique : l’Union européenne va-t-elle appliquer les meˆmes normes pour les moyens et grands ¨ autrichien avait E´tats membres ? En 2000, le FPO ¨ VP. formé une coalition avec le parti conservateur O La constatation qu’un parti populiste à la réputation xénophobe accédait au pouvoir dans un E´tat membre de l’UE avait suscité l’émoi dans les 14 autres E´tats membres. L’Autriche a été soumise à un régime de sanctions politiques entraıˆnant la suspension des contacts diplomatiques bilatéraux.

Zal de minister de overige EU-lidstaten tijdens de eerstvolgende Raad Algemene Zaken verzoeken « een scenario op zijn Oostenrijks (te) overwegen » vermits hij Umberto Bossi, de leider van één van de mogelijke Italiaanse regeringspartijen, « een fascist » heeft genoemd in de marge van de NAVO-top van woensdag 28 februari 2001 ? Zo neen, waarom weigert de minister een « scenario op zijn Oostenrijks » over te leggen aan de eerstvolgende Raad Algemene Zaken

Le ministre demandera-t-il lors du prochain Conseil des affaires générales aux autres E´tats membres de l’UE d’envisager un scénario à l’autrichienne puisqu’il a qualifié de « fasciste » Umberto Bossi, le dirigeant de l’un des partis qui pourraient former une coalition en Italie, en marge du sommet de l’OTAN du mercredi 28 février 2001 ? Dans la négative, pourquoi le ministre refuse-t-il de proposer un « scénario à l’autrichienne » lors du prochain Conseil des affaires générales,


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8605

ondanks z’n omschrijving van de leider van één van de mogelijke Italiaanse regeringspartijen als « een facist » ?

puisqu’il a qualifié de « fasciste » le dirigeant de l’un des partis pouvant faire partie de la future coalition gouvernementale en Italie ?

Antwoord : De Europese Unie is gestoeld op de principes van democratie, respect voor de rechten van de mensen en de fundamentele vrijheden.

Réponse : L’Union européenne est fondée sur les principes de la démocratie et du respect des droits de l’homme et des libertés fondamentales.

Deze principes werden onlangs nog verstevigd. De Europese Raad te Nice heeft het Handvest der grondrechten plechtig afgekondigd. Het Verdrag van Nice heeft ook in een mechanisme voorzien dat het de Raad zal toelaten vast te stellen of er een dreiging voor een zware schending van de rechten van de mens door een lidstaat bestaat.

Ces principes ont été récemment renforcés. Le Conseil européen de Nice a proclamé la Charte des droits fondamentaux. Le Traité de Nice a par ailleurs prévu un mécanisme qui permettra au Conseil de constater qu’il existe un risque de violation grave des droits de l’homme par un E´tat membre.

Belgie¨ is zeer verknocht aan de eerbiediging van deze basiswaarden door de lidstaten en de Unie en zal dit ook in de toekomst blijven.

La Belgique est particulièrement soucieuse du respect par les E´tat membres et par l’Union de ces principes fondamentaux. Elle le demeurera.

De verklaringen van de voorzitter van de « Lega Nord » zijn inderdaad verontrustwekkend. Deze kunnen evenwel niet aan de « Allianza Nationale » toegeschreven worden die in haar nieuwe statuten elke vorm van racisme afgezworen heeft.

Les déclarations du président de la « Lega Nord » sont évidemment préoccupantes. Elles ne sauraient toutefois eˆtre imputées à « l’Allianza Nationale » dont les nouveaux statuts rejettent toute forme de racisme.

Op dit ogenblik is overigens noch de samenstelling van de Italiaanse regering na afloop van de wetgevende verkiezingen van 13 mei 2001, noch het programma van deze regering gekend.

On ne connaıˆt en outre pas, à ce stade, quelles seront les composantes du gouvernement italien au terme des élections législatives de ce 13 mai 2001 ni quel en sera le programme.

Het lijkt mij in deze omstandigheden niet raadzaam voor Belgie¨ om een initatief te nemen dat de toekomstige situatie voorbarig zou beoordelen.

Dans ces conditions, il me paraıˆt inopportun pour la Belgique de prendre une initiative qui préjugerait de la situation future.

Minister van Volksgezondheid

Ministre de la Santé publique

In het kader van de toepassing van de aanbeveling van 12 juli 1990 betreffende de versterking van de parlementaire controle op de Europese integratie (Parl. St., Kamer, 20-1251/1-1989/1990) heeft de heer Bart Staes, lid van het Europees Parlement, volgende vraag gesteld via het adviescomité, op 5 maart 2001.

Dans le cadre de l’application de la recommandation du 12 juillet 1990 relative au renforcement du controˆle parlementaire de l’intégration européenne (Doc. parl., Chambre, 20-1251/1-1989/1990), M. Bart Staes, membre du Parlement européen, a posé le 5 mars 2001 via le comité d’avis, la question suivante.

Betreft : Residuen van geneesmiddelen in dieren bestemd voor voedselproductie.

Concerne : Résidus de médicaments trouvés chez les animaux destinés à la production alimentaire

Op basis van gegevens verstrekt door de farmaceutische sector bepaalt het CVMP in Londen de maximaal toelaatbare residuen voor de actieve bestanddelen van geneesmiddelen voor dieren die bestemd zijn voor de voedselproductie.

Sur la base de données fournies par le secteur pharmaceutique, le CVMP à Londres détermine la quantité maximale autorisée de résidus de principes actifs de médicaments pour les animaux destinés à la production alimentaire. Les quinze E´tats membres de l’UE sont dans l’obligation de soumettre à la Commission leur programme en matière de surveillance des résidus alimentaires pour l’année à venir ainsi que les résultats de l’année précédente. Ces résultats montrent quels sont les résidus de médicaments à usage vétérinaire trouvés dans des échantillons de produits alimentaires dans l’ensemble de l’Union européenne.

De vijftien EU-lidstaten zijn wettelijk verplicht hun programma voor het toezicht op voedselresiduen voor het komende jaar alsmede de resultaten van het voorgaande jaar aan de Commissie over te leggen. De resultaten tonen aan welke residuen uit diergeneesmiddelen zijn terug te vinden in voedselmonsters uit de Europese Unie.


2000

2001


1107

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8606

Slechts één EU-lidstaat, met name het Verenigd Koninkrijk, publiceert driemaandelijks dergelijke gedetailleerde resultaten. De overige lidstaten blijven in gebreke of beperken zich tot onvolledige informatie, al dan niet op internet. Nochtans zou een volledige en transparante publicatie van dergelijke residuenresultaten door alle EU-lidstaten kunnen bijdragen tot het consumentenvertrouwen. Kan de minister bevestigen dat slechts één EUlidstaat, met name het Verenigd Koninkrijk, driemaandelijks een gedetailleerd overzicht publiceert van residuen uit diergeneesmiddelen die werden teruggevonden in voedselmonsters ? Zo neen, publiceert de Belgische federatie dan op dezelfde wijze (periodiek én gedetailleerd) welke hoeveelheden residuen werden teruggevonden in voedselmonsters ?

Un seul E´tat membre de l’UE, à savoir le RoyaumeUni, publie des résultats détaillés, et ce tous les trois mois. Les autres E´tats membres ne remplissent pas leurs obligations ou se contentent de publier des informations incomplètes, éventuellement sur internet. Une publication complète et transparente des résultats concernant les résidus par l’ensemble des E´tats membres pourrait pourtant contribuer à renforcer la confiance du consommateur. La ministre peut-elle confirmer qu’un seul E´tat membre de l’UE, à savoir le Royaume-Uni, publie tous les trois mois la liste détaillée des résidus provenant de médicaments à usage vétérinaire trouvés dans les échantillons de produits alimentaires ? Dans la négative, la fédération belge publie-t-elle de la meˆme façon (périodiquement et en détail) les résultats quant aux quantités de résidus trouvés dans des échantillons de produits alimentaires ?

Antwoord : Op de eerste vraag — omtrent het unieke karakter van de publicatie vanuit het Verenigd Koninkrijk, over de resultaten der analyses op gebied van residuen van diergeneesmiddelen in eetwaren, op trimestrie¨le basis, en dit in vergelijking met de andere lidstaten — kan niet éénduidig en bevestigend geantwoord worden.

Réponse : Aucune réponse affirmative et sans équivoque ne peut eˆtre apportée à la première question concernant le caractère unique de la publication du Royaume-Uni relative aux résultats des analyses dans le domaine des résidus de médicaments vétérinaires dans les denrées alimentaires, sur une base trimestrielle, par comparaison avec les autres E´tats membres.

In antwoord op de tweede vraag — omtrent de publicaties met betrekking tot in de vraag geschetst onderwerp van de « Belgische federatie » —, kan men, samengevat, stellen dat de Belgische overheid rapporteert volgens de regelgeving in de terzake van kracht zijnde EG-reglementering (richtlijn aan de Raad 96/23/EG; specifiek in hoofdstuk 2, artikel 4, lid 1 d); en artikel 8, leden 2, 3, 4 en 5), waarin gesteld wordt dat de lidstaat jaarlijks de rapportering verzorgt naar de Commissie — met eventueel een tussentijds opvolgingsrapport na zes maanden van het « lopende bemonsteringsplan » — en dat de Commissie op haar beurt rapporteert aan het Europees Parlement en de Raad.

En réponse à la deuxième question concernant les publications relatives à la « fédération belge », on peut affirmer en résumé que l’E´tat belge établit des rapports conformément à la réglementation CE en vigueur à ce sujet (directive 96/23/CE du Conseil; spécifiquement chapitre 2, article 4, alinéa 1, d); et article 8, alinéas 2, 3, 4 et 5), dans laquelle il est indiqué que l’E´tat membre fait rapport annuellement à la Commission — et transmet éventuellement un rapport de suivi intermédiaire six mois après la mise en œuvre du « plan d’échantillonnage en cours » — et que la Commission fait rapport à son tour au Parlement européen et au Conseil.

De concrete betekenis en invulling van deze regelgeving wordt hierna uitgebreider geschetst :

La signification et le complément concrets de cette réglementation sont présentés ci-dessous de façon plus approfondie :

— De regelgeving met betrekking tot het opstellen der « plannen voor toezicht op de opschorting van residuen of stoffen » en meer specifiek de wijze van rapportering werden vastgelegd in het hoofdstuk 2 van de richtlijn 96/23/EG van de Raad. — In artikel 4, tweede lid, d), wordt bepaald dat de lidstaten jaarlijks en voor 31 maart de resultaten van de plannen moeten overmaken aan de Commissie.

— La réglementation concernant la rédaction des « plans de surveillance pour la recherche des résidus ou substances » et plus spécifiquement la façon d’établir des rapports ont été définis au chapitre 2 de la directive 96/23/CE du Conseil. — L’article 4, alinéa 2, d), prévoit que les E´tats membres doivent transmettre les résultats des plans à la Commission annuellement et avant le 31 mars.

— In artikel 5, eerste lid, wordt verder bepaald dat de aanpassingen aan de plannen van het voorbije jaar, met het oog op de uitvoering van de plannen voor

— L’article 5, alinéa 1er, stipule en outre que les adaptations aux plans de l’année précédente doivent eˆtre basées sur l’expérience acquise lors des années


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8607

het komende jaar, dienen gebaseerd te worden op de ervaring opgedaan tijdens de voorgaande jaren, en dat deze aanpassingen dienen meegedeeld aan de Commissie uiterlijk op 31 maart van het jaar waarop deze aanpassingen betrekking hebben.

précédentes en vue de l’exécution des plans pour l’année suivante, et que ces adaptations doivent eˆtre communiquées à la Commission au plus tard le 31 mars de l’année à laquelle ces adaptations se rapportent.

— In artikel 8, leden 4 en 5, wordt bepaald dat de commissie jaarlijks, of telkens zij dit om redenen van volksgezondheid nodig acht, de resultaten der lidstaten rapporteert in het permanent veterinair comité, aan het Europees Parlement en aan de Raad.

— L’article 8, alinéas 4 et 5, prévoit que la commission fait rapport chaque année, ou chaque fois qu’elle l’estime nécessaire pour des motifs de santé publique, au Parlement européen et au Conseil, sur les résultats des E´tats membres au sein du comité vétérinaire permanent.

— Uit deze regelgeving blijkt duidelijk dat er in geen trimestrie¨le rapportering door de lidstaten voorzien is. De waarde welk dient gehecht aan nationale initiatieven door één of meer lidstaten dient dan ook beoordeeld te worden in de juiste context.

— Il ressort clairement de cette réglementation qu’il n’est pas prévu que les E´tats membres établissent un rapport trimestriel. La valeur qui doit eˆtre accordée aux initiatives nationales de un ou plusieurs E´tats membres doit ainsi eˆtre jugée selon le contexte.

— De plannen voor Belgie¨ met betrekking tot het jaar 2001 werden overgemaakt, tijdens de vergadering van de commissie van experten der lidstaten, op 22 februari 2001, waar bleek dat Belgie¨ de eerste lidstaat was die zijn planning voor 2001 overlegde. Deze plannen werden eveneens overgemaakt, per postzending, aan de Commissie op 26 februari 2001.

— Les plans pour la Belgique concernant l’année 2001 ont été transmis lors de la réunion de la commission des experts des E´tats membres le 22 février 2001, où il est apparu que la Belgique était le premier E´tat membre à présenter son plan pour 2001. Ces plans ont également été transmis par courrier postal à la Commission le 26 février 2001.

Het « overzicht der resultaten » van het jaar 2000 werd overgemaakt aan de Commissie, per postzending en per e-mail, op 30 maart 2001.

L’« aperçu des résultats » de l’année 2000 a été transmis à la Commission par courrier postal et électronique le 30 mars 2001.

Het rapporteren van de details der resultaten zou veel efficie¨nter kunnen verlopen indien de Europese Commissie haar voorstel kon finaliseren omtrent een uniforme voorstelling van deze gedetailleerde resultaten voor alle lidstaten, naar analogie van de tabellen die reeds uitgewerkt werden voor de rapportering van het « overzicht der resultaten ».

Le rapport des détails des résultats pourrait eˆtre réalisé de façon beaucoup plus efficace si la Commission européenne pouvait finaliser sa proposition concernant une présentation uniforme de ces résultats détaillés pour tous les E´tats membres, par analogie aux tableaux qui ont déjà été élaborés pour le rapportage de l’« aperçu des résultats ».

Naast de jaarlijkse rapportering naar de Europese overheid, zoals « wettelijk » verplicht, worden de resultaten van de onderzoeken naar residuen en contaminanten in eetwaren van dierlijke oorsprong door het Instituut voor veterinaire keuring (IVK) gepubliceerd in het jaarlijks rapport.

Outre le rapport annuel transmis à l’administration européenne, comme il se doit « légalement », les résultats des recherches de résidus et de contaminants dans les denrées alimentaires d’origine animale sont publiés par l’Institut d’expertise vétérinaire (IEV) dans le rapport annuel.

Thans is het opstellen en het uitvoeren van het residuplan, evenals het verzamelen der resultaten, in Belgie¨ nog verspreid over verschillende departementen en diensten, — zoals het ministerie van Volksgezondheid met de Algemene Eetwareninpsectie en het Instituut voor veterinaire keuring, en het ministerie van Landbouw met DG5 of het bestuur voor de Dierengezondheid en de Kwaliteit van de dierlijke producten —, waarbij het Instituut voor veterinaire keuring als coo¨rdinator optreedt. In de zeer nabije toekomst zullen deze taken gecentraliseerd worden door het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voed-

Actuellement, la rédaction et l’exécution du plan résidus ainsi que le recueil des résultats sont encore effectués dans différents départements et services comme le ministère de la Santé publique avec l’Inspection générale des denrées alimentaires et l’Institut d’expertise vétérinaire, et le ministère de l’Agriculture avec la DG5 ou l’administration de la Santé animale et de la Qualité des produits animaux, où l’Institut d’expertise vétérinaire assure la fonction de coordinateur. Dans un avenir très proche, ces taˆches seront centralisées par l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire, où la « base de


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8608

selketen, waarbij de reeds bestaande « Consumdatabank » omgevormd wordt tot een nationale, centrale gegevensbank.

données Consum » existante est transformée en une base de données nationale et centrale.

Informatie naar het publiek toe omtrent mogelijke residuen en contaminanten in eetwaren is uiteraard zeer belangrijk. Het is minstens even belangrijk te voldoen aan de belangrijkste verwachting van de consument, namelijk dat de overheid maatregelen neemt welke hem kunnen beschermen tegen de nadelige invloed van dergelijke stoffen. Het belang van de controle- en preventietaak vastgelegd in hierboven vermelde richtlijn, lijkt dan ook te primeren. Nochtans moet men vaststellen dat een aantal hulpmiddelen, destijds terecht door de EG geregeld, voor het uitvoeren van deze taken thans enigszins verwaarloosd worden door de Europese overheid, men denkt hierbij onder meer aan :

Il est évidemment très important d’informer le public en ce qui concerne les résidus et contaminants éventuels dans les denrées alimentaires. Il est au moins aussi important de répondre aux principales attentes du consommateur, à savoir que l’E´tat prenne les mesures permettant de protéger le consommateur des effets nocifs de ces substances. La taˆche de controˆle et de prévention définie dans la directive susmentionnée est dès lors primordiale. Il faut toutefois constater qu’un certain nombre de moyens, autrefois fournis à juste titre par la CE, sont actuellement quelque peu négligés par l’administration européenne pour l’exécution de ces taˆches. On pense entre autres aux points suivants :

— de tekortkomingen op gebied van validatie der analysemethodes op de aanwezigheid van residuen van diergeneesmiddelen in eetwaren, welke door het CVMP in Londen aanvaard worden op voorstel van de fabrikanten der diergeneesmiddelen;

— carences au niveau de la validation des méthodes d’analyse de la présence de résidus de médicaments vétérinaires dans les denrées alimentaires, qui sont acceptées par le CVMP à Londres sur la proposition des fabricants de médicaments vétérinaires;

— het uitblijven van de herziening van de beschikking van de Commissie 93/256/EEG tot vaststelling van de methoden voor het opsporen van residuen van stoffen met hormonale werking en van stoffen met thyreostatische werking, welke volgens artikel 4 van deze beschikking voorzien was voor 1 januari 1996.

— retard de la révision de la décision de la Commission 93/256/CEE arreˆtant les méthodes à utiliser pour la recherche de résidus de substances à effet hormonal et de substances à effet thyréostatique, qui, conformément à l’article 4 de cette décision, était prévue pour le 1er janvier 1996.

Een blokkering binnen de Europese Commissie tussen DG Sanco en DG Entreprise maakt dat een tekst, die zowel door de analytici als door de residu-experten is goedgekeurd, in het administratieve moeras blijft steken.

En raison d’un blocage au sein de la Commission européenne entre la DG Sanco et la DG Entreprise, un texte approuvé par les analystes et les experts en résidus, reste empeˆtré dans les marécages de l’administration.

Gebaseerd op de ervaringen uit het verleden, de beschikbare kennis, met in acht nemen der Europese regelgeving, uit voorzorgsoverwegingen, heeft de Belgische overheid immers een aantal regelgevingen en structuren ingevoerd, met het doel een maximaal mogelijke bescherming van de consument te realiseren, het « H »- en het « R »-statuut, en binnenkort ook het in voorbereiding zijnde « C »-statuut, zijn hiervan praktische voorbeelden.

Sur base des expériences acquises dans le passé, des connaissances disponibles, compte tenu de la réglementation européenne, par mesure de précaution, l’E´tat belge a en effet introduit un certain nombre de réglementations et de structures dans le but d’assurer une protection maximale du consommateur. Les statuts « H » et « R », et incessamment aussi le statut « C » en cours de préparation, en sont des exemples pratiques.


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8609

IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet CA

DO

Datum Date


Voorwerp Objet

Auteur

* Vraag zonder antwoord

Blz. Page

* Question sans réponse

Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 1

2000200110862 26- 4-2001

206

Paul Timmermans

Maatregelen met het oog op de integratie van bestaansminimumtrekkers op de arbeidsmarkt. Mesures visant l’insertion professionnelle des minimexés.

8525

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères 8

2000200110935 11- 4-2001

134

Francis Van den Eynde

* Verwoestingen van het culturele erfgoed op Cyprus door het Turkse leger. Destruction du patrimoine culturel chypriote par l’armée turque.

8507

Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’Ećonomie sociale

Maatschappelijke Integratie — Intégration sociale 1

2000200110978 18- 4-2001

73

Tony Smets

Invoeginterim. — Uitzendkantoren. — Bestaansminimumtrekkers. Intérim d’insertion. — Agences intérimaires. — Bénéficiaires du minimum de moyens d’existence.

8526

1

2000200110994 18- 4-2001

74

Guy D’haeseleer

OCMW’s. — Mandatarissen. — Geheimhoudingsplicht. CPAS. — Mandataires tenus au secret.

8528

Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 1

2000200110541 29- 1-2001

358

Bart Somers

Veiligheid Brusselse stations. Sécurité des gares bruxelloises.

8529

1

2000200110659 16- 2-2001

375

Jan Mortelmans

NMBS. — Lijn Turnhout-Manage. SNCB. — Ligne Turnhout-Manage.

8531

1

2000200110730 26- 2-2001

380

Mw. Els Van Weert

NMBS. — Brochure voor gehandicapten. — Brailleschrift. SNCB. — Brochure à l’intention des handicapés. — Ećriture braille.

8532


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8610

CA

DO

Datum Date


Voorwerp Objet

Auteur


Blz. Page


1

2000200110741

1- 3-2001

381


NMBS. — Stations. — Loketten. — Verkeerde informatie. SNCB. — Gares. — Guichets. — Informations erronées.

8533

1

2000200110780

7- 3-2001

383

Bart Laeremans

Lasten en verplichtingen in hoofde van eigenaars van personenwagens. — Cijfergegevens per gewest. Charges et obligations pour les propriétaires de voitures. — Données chiffrées par région.

8535

1

2000200110797 12- 3-2001

385

Martial Lahaye

NMBS. — Loketbedienden. — Opleiding. SNCB. — Guichetiers. — Formation.

8536

1

2000200110861 26- 3-2001

389

Lode Vanoost

Veiligheidssituatie op de luchthaven van Zaventem. Sécurité à l’aéroport de Zaventem.

8538

1

2000200110903 30- 3-2001

393

Lode Vanoost

Technische controle van wagens met trekhaak. Controˆle technique des voitures équipées d’un attelage pour remorque.

8540

8

2000200110937 11- 4-2001

396

Geert Bourgeois

* BIVV. — Cursus als probatievoorwaarde uitgesproken door politierechters. IBSR. — Cours à suivre en tant que condition probatoire prononcée par les juges du tribunal de police.

8508

1

2000200110953 12- 4-2001

398

Jef Valkeniers

Koninklijk besluit. — Gebruik van de term « minder-valide ». Arrêté royal. — Utilisation du terme « mindervalide ».

8541

Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement

Volksgezondheid — Santé publique 1

2000200110801 12- 3-2001

265

Jo Vandeurzen

A-bedden in algemene ziekenhuizen. Lits A dans les hoˆpitaux généraux.

8542

1

2000200110926 11- 4-2001

273

Jo Vandeurzen

RIZIV. — Relatie tussen minimale klinische gegevens (MKG) en facturatiegegevens. INAMI. — Relation entre le résumé clinique minimum (RCM) et les données de facturation.

8544

1

200020010927 11- 4-2001

274

Jean-Pol Poncelet

Kernongeval in Tsjernobyl. Accident nucléaire de Tchernobyl.

8545

1

2000200110938 11- 4-2001

276

Mme Zoé Genot

Tuberculose. — Screenings- en preventiecampagnes. Tuberculose. — Campagnes de dépistage et de prévention.

8548


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

CA

DO

8611

Datum Date


Voorwerp Objet

Auteur

* Vraag zonder antwoord 1

2000200111040 25- 4-2001

Blz. Page

* Question sans réponse 281

Mw. Trees Pieters

Samenwerking tussen de fiscale en de sociale administraties. — Uitwisseling van fiscale gegevens voor loontrekkers en middenstanders. — Uitreiking van fiscale getuigschriften voor sociale doeleinden. Collaboration entre les administrations fiscales et sociales. — Ećhange de données fiscales relatives aux salariés et aux membres des classes moyennes. — Délivrance d’attestations fiscales à portée sociale.

8551

Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 1

2000200110836 19- 3-2001

323

Luc Goutry

Uitbating crematoria. — Privé-participatie. Exploitation d’établissements crématoires. — Participation du secteur privé.

8552

1

2000200110855 23- 3-2001

326

Martial Lahaye

Gemeenteraadsverkiezingen. — Provincie WestVlaanderen. — Hoofdtelbureaus. — Vergoedingen personeel. E´lections communales. — Province de Flandre occidentale. — Bureaux principaux de dépouillement. — Indemnités pour le personnel.

8553

1

2000200110889 29- 3-2001

330

Gerolf Annemans

Departement. — Kabinet. — Overeenkomsten. Département. — Cabinet. — Contrats.

8555

8

2000200110930 11- 4-2001

336

Mw. Trees Pieters

* Inzagerecht bij bezwaarschriften voortvloeiend uit grondige onderzoeken door de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie. Droit de regard lors de réclamations découlant d’instructions approfondies menées par l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts.

8509

8

2000200110932 11- 4-2001

337

Mme Claudine Drion * Belgische kinderen geboren in landen waar de dubbele naam geldt. Enfants belges nés dans un pays ou` le double nom est en vigueur.

8512

8

2000200110939 11- 4-2001

338

Mme Géraldine Pelzer-Salandra

8512

* Officiersbrevetten van de voormalige gemeentepolitie. Brevets d’officiers de l’ex-police communale.

Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions Sociale Zaken — Affaires sociales 8

2000200110770

9- 4-2001

268

Mme Muriel Gerkens * Contracten voor het engageren van podiumkunstenaars. Contrats d’engagement d’artistes de spectacle.

8513

8

2000200110933 11- 4-2001

269

Mw. Annemie Van * CT-scanner in Medisch Centrum Aarschot. de Casteele Scanner CT au Medisch Centrum Aarschot (Centre médical d’Aerschot).

8514


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8612

CA

Datum Date

DO


Voorwerp Objet

Auteur


Blz. Page

* Question sans réponse Pensioenen — Pensions

1

2000200110977 18- 4-2001

64

Martial Lahaye

Centraal informatiepunt voor de hele pensioensector. Information centralisée pour l’ensemble du secteur des pensions.

8556

1

2000200110998 19- 4-2001

65

Olivier Maingain

Eerste verslag van de ombudsdienst Pensioenen. — Noodzakelijke verbetering van de informatieverstrekking aan de burgers. Premier rapport du service de médiation Pensions. — Nécessité d’améliorer l’information aux citoyens.

8557

Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration Ambtenarenzaken — Fonction publique 1

2000200110934 11- 4-2001

83


Centrale diensten en uitvoeringsdiensten federale overheid. — Hervorming van de taalwetgeving. Services centraux et services d’exécution des autorités fédérales. — Réforme de la législation linguistique.

8559

1

2000200110513 17- 4-2001

84

Olivier Chastel

Ontwikkeling van nieuwe informatietechnologie. Développement informatique des nouvelles technologies de l’information.

8562

Minister van Justitie — Ministre de la Justice 1

2000200110274

1-12-2000

290

Gerolf Annemans

Vluchtmisdrijven bij verkeersongevallen. Délits de fuite lors d’accidents de la circulation.

8564

1

2000200110746

1- 3-2001

331

Mme Marie-Thérèse Coenen

Methoden voor de evaluatie van alimentatievorderingen. — Aantal vonnissen. — Gemiddelde hoegrootheid van een alimentatievordering. Méthodes d’évaluation des créances alimentaires. — Nombre de jugements. — Montants moyens des créances alimentaires.

8567

8

2000200110921

9- 4-2001

346

Yves Leterme

* VZW in vereffening. — Afsluiten van de vereffening. ASBL en liquidation. — Cloˆture de la liquidation.

8515

8

2000200110922

9- 4-2001

347

Yves Leterme

* VZW. — Stemrechtdifferentiatie. — Onvolwaardige stem. ASBL. — Différenciation du droit de vote. — Voix incomplète.

8516

8

2000200110929 11- 4-2001

348

Geert Bourgeois

* Brusselse rechtbanken. — Taalwetgeving. Tribunaux bruxellois. — Législation sur l’emploi des langues.

8516

1

2000200110940 11- 4-2001

349

Geert Bourgeois

Doorschuiven van rekeningen tussen gevangenissen. Transfert de factures entre prisons.

8569


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

CA

DO

8613

Datum Date


Voorwerp Objet

Auteur


Blz. Page


1

2000200110992 18- 4-2001

357

Guy D’haeseleer

Privacy-wet. — OCMW’s. Loi sur la vie privée. — CPAS.

8571

1

2000200111041 25- 4-2001

361

Mw. Trees Pieters

« Taxatie-ambtenaren ». — Zelf toelichten betwiste visie bij rechtbanken. « Fonctionnaires taxateurs ». — Obligation d’exposer soi-même sa vision contestée devant les tribunaux.

8572

1

2000200111209 14- 5-2001

370

Richard Fournaux

Wapenbezit. — Wetsontwerp. Détention d’armes. — Projet de loi.

8574

Minister van Financie¨n Ministre des Finances 1

1999200000498 11- 1-2000

186

Geert Bourgeois

Circulaire. — Gevolgen voor de textielindustrie. Circulaire. — Conséquences pour le secteur du textile.

8576

1

1999200000712 10- 2-2000

224

Yves Leterme

Voorraadwaardering in vlas en textiel. — Nieuwe circulaire. Estimation des stocks de lin et de textile. — Nouvelle circulaire.

8578

1

2000200110166 16-11-2000

506

Mme Claudine Drion

BTW-plichtige beroepsgroepen. Professions assujetties à la TVA.

8579

1

2000200110774

7- 3-2001

618

Martial Lahaye

Voorstel om banken en verzekeraars onder te brengen onder één enkele controlekoepel. Proposition visant à placer les banques et les assureurs sous le controˆle d’un organisme unique.

8581

1

2000200110842 20- 3-2001

631

Yves Leterme

Vrees voor een « euro-inflatie ». Crainte d’une « euro-inflation ».

8584

1

2000200110876 27- 3-2001

639

Martial Lahaye

Bazelcomité voor banktoezicht. — Nieuw ontwerp van richtlijn voor de financie¨le sector. Comité de Baˆle pour le controˆle bancaire. — Nouveau projet de directive pour le secteur financier.

8586

8

2000200110923

9- 4-2001

645

Aimé Desimpel

* BTW. — Heffing. — Plaats. — « Intellectuele » diensten. TVA. — Prélèvement. — Lieu. — Services « intellectuels ».

8517

8

2000200110924

9- 4-2001

646

Jean-Jacques Viseur * Bedrijven die openbare diensten verlenen. — Klanten. — Facturering van de kosten voor de omschakeling naar de euro. Sociétés fournissant des services publics. — Clients. — Facturation des frais de conversion en euro.

8518

8

2000200110930 11- 4-2001

647

Mw. Trees Pieters

* Inzagerecht bij bezwaarschriften voortvloeiend uit grondige onderzoeken door de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie. Droit de regard lors de réclamations découlant d’instructions approfondies menées par l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts.

8519

8

2000200110936 11- 4-2001

648


* BTW. — Leasing en aankoop van nieuwe wagens. — Aftrekbaarheid. TVA. — Leasing et achat de nouvelles voitures. — Déductibilité.

8521


2000

2001


1108

QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8614

CA

Datum Date

DO


Voorwerp Objet

Auteur

* Vraag zonder antwoord 1

2000200111107

8- 5-2001

Blz. Page

* Question sans réponse 685

Mme Marie-Thérèse Coenen

Onderzoek inzake fiscale discriminatie. Travail sur les discriminations fiscales.

8590

Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques

Telecommunicatie — Télécommunications 1

2000200110824 16- 3-2001

163

Philippe Seghin

De Post. — Postzegelautomaten. La Poste. — Appareils distributeurs de timbres.

8591

1

2000200110827 16- 3-2001

164

Mw. Yolande Avontroodt

De Post. — Veilinghuis. — Veiling van specifieke soort postzegels. — Misbruik van overheidseigendom. La Poste. — Hoˆtel des ventes. — Mise aux enchères de timbres postes spécifiques. — Abus de biens publics.

8592

1

2000200110839 20- 3-2001

165

Daan Schalck

De Post. — Geplande heropening van een aantal postkantoren. La Poste. — Projets de réouverture d’un certain nombre de bureaux de poste.

8593

1

2000200110872 27- 3-2001

166

André Schellens

De Post. — Personeel. — Politiek verlof. La Poste. — Personnel. — Congé politique.

8594

1

2000200110880 27- 3-2001

167

François Bellot

De Post. — Dochtermaatschappijen. — Strategiee¨n. La Poste. — Filiales. — Stratégies.

8595

1

2000200110881 27- 3-2001

168

François Bellot

Belgacom. — Activiteiten in Azie¨. Belgacom. — Activités en Asie.

8595

Overheidsbedrijven en Participaties — Entreprises et Participations publiques 1

2000200110843 20- 3-2001

65

Mme Pierrette Cahay-André

Vrijstelling van het kijken luistergeld. Exonération des redevances radio et télévision.

8596

1

2000200110175 30- 3-2001

68

Mw. Frieda Brepoels

Achterstelling van de Rijksarchieven in de provincies. Discrimination des Archives de l’E´tat dans les provinces.

8598

8

2000200110925

9- 4-2001

69

André Schellens

* Rijkswachtkazernes te Aarschot. Caserne de gendarmerie à Aerschot.

8521

8

2000200110928 11- 4-2001

70

Jo Vandeurzen

* Regie der Gebouwen. — Investeringen in Limburg. Régie des Baˆtiments. — Investissements dans le Limbourg.

8522


2000

2001


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

CA

DO

8615

Datum Date


Voorwerp Objet

Auteur


Blz. Page


Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Ministre de l’Ećonomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes

Economie — Ećonomie 8

2000200110919

9- 4-2001

146

Geert Bourgeois

* Vertaling in het Nederlands van Europese normen. Traduction néerlandaise de normes européennes.

8522

8

2000200110920

9- 4-2001

147

Martial Lahaye

* Sluiting van een Brits bedrijf. — Procedure van aankondiging. Fermeture d’une entreprise britannique. — Procédure d’annonce.

8523

8

2000200110764

9- 4-2001

148

Martial Lahaye

* Winkelketens en postorderbedrijven. — Kredietopeningen. Chaıˆnes de magasins et entreprises de vente par correspondance. — Ouvertures de crédit.

8524

Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement 1

2000200111098

7- 5-2001

48

Guido Tastenhoye

NGO’s. — Projecten. — Euthanasie. ONG. — Projets. — Euthanasie.

8599

1

2000200111099

7- 5-2001

49

Guido Tastenhoye

NGO’s. — Projecten. — Abortus. ONG. — Projets. — Avortement.

8599

Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling Secrétaire d’E´tat à l’Eńergie et au Développement durable

Energie — Eńergie 1

2000200111038 25- 4-2001

32

Jo Vandeurzen

Departementen. — Toekenning bevoegdheden aan het provinciaal bestuursniveau. Départements. — Attribution de compétences aux provinces.

8600

Duurzame Ontwikkeling — Développement durable 1

2000200111038 25- 4-2001

18


Jo Vandeurzen

2000

Departementen. — Toekenning bevoegdheden aan het provinciaal bestuursniveau. Départements. — Attribution de compétences aux provinces.

2001

8602


QRVA 50 076 21 - 05 - 2001

8616

CA

DO

Datum Date


Voorwerp Objet

Auteur


Blz. Page


Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes Vraag van de heer Bart Staes aan de minister van Buitenlandse Zaken. Question de M. Bart Staes au ministre des Affaires étrangères.

8604

Betreft : Vorming van een coalitie met extreem-rechtse partijen in Italie¨. Concerne : Formation d’une coalition gouvernementale incluant un parti d’extrême droite en Italie. Vraag van de heer Bart Staes aan de minister van Volksgezondheid. Question de M. Bart Staes au ministre de la Santé publique.

8605

Betreft : Residuen van geneesmiddelen in dieren bestemd voor voedselproductie. Concerne : Résidus de médicaments trouvés chez les animaux destinés à la production alimentaire.


2000

2001


Schriftelijke vragen en antwoorden. Questions et réponses écrites BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS QRVA QRVA

Recommend Documents