QRVA 50 025
QRVA 50 025
BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE
————
————
Schriftelijke vragen en antwoorden
Questions et réponses écrites
03 - 04 - 2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
356
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2780
AGALEV-ECOLO CVP FN PRL FDF MCC PS PSC SP VLAAMS BLOK VLD VU&ID
: : : : : : : : : :
Anders gaan leven / E´cologistes (confédérés pour l’organisation de luttes originales) Christelijke Volkspartij Front National Parti Réformateur libéral - Front démocratique des francophones - Mouvement des citoyens pour le changement Parti socialiste Parti social-chrétien Socialistische Partij Vlaams Blok Vlaamse Liberalen en Democraten Volksunie&ID21 (Integrale Democratie voor de 21e eeuw)
Afkortingen bij de nummering van de publicaties : DOC 50 0000/000 : Parlementair document van de 50e zittingsperiode + het nummer en het volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden HA : Handelingen (Integraal Verslag) BV : Beknopt Verslag PLEN : Plenum COM : Commissievergadering
Abréviations dans la numérotation des publications : DOC 50 0000/000 : Document parlementaire de la 50e législature, suivi du no et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites HA : Annales (Compte Rendu Intégral) CRA : Compte rendu analytique PLEN : Séance plénière COM : Réunion de commission
Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail : alg.zaken@de Kamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail :
[email protected]
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2781
Blz. Pages
INHOUD
SOMMAIRE
Eerste minister
2813
Premier ministre
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
2814
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
—
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
—
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
2822
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
2838
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Minister van Binnenlandse Zaken
2857
Ministre de l’Intérieur
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
2869
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen
Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration
—
Minister van Landsverdediging
2874
Ministre de la Défense
Minister van Landbouw en Middenstand
2876
Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes
Minister van Justitie
2883
Ministre de la Justice
—
Ministre des Finances
Minister van Financie¨n Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties
2893
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek
2896
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique
Staatssecretaris voor Buitenlandse Handel
—
Secrétaire d’E´tat au Commerce extérieur
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking
—
Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling
2901
Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden
—
In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2782
Vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 1999. * Questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 1999. * Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 25-11-1999 6-12-1999 11- 1-2000 21- 2-2000 23- 2-2000 1- 3-2000
31 34 50 66 67 75
Jean-Pol Poncelet Jan Mortelmans Yves Leterme Guy D’haeseleer Mw. Frieda Brepoels Paul Timmermans
1295 1443 1903 2641 2641 2789
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale Begroting — Budget
11- 1-2000 29- 2-2000
10 16
Yves Leterme Yves Leterme
1904 2790
Maatschappelijke Integratie — Intégration sociale
11- 1-2000
11
Yves Leterme
1905
Datum Date 12131919212121242791022232424242528282829292911-
1-2000 1-2000 1-2000 1-2000 1-2000 1-2000 1-2000 1-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 3-2000 3-2000
Vraag nr. Question no
Auteur
92 93 101 102 104 105 106 109 115 118 122 124 128 130 133 134 135 136 137 139 140 141 142 143 144 145
Bart Laeremans Mw. Simonne Creyf Yves Leterme Mw. Joke Schauvliege Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme John Spinnewyn Koen Bultinck Joos Wauters Geert Bourgeois Mme Colette Burgeon Jan Mortelmans Mw. Frieda Brepoels Jos Ansoms Tony Smets Koen Bultinck Koen Bultinck Jan Mortelmans Koen Bultinck Koen Bultinck Bart Laeremans Mme Colette Burgeon Mme Colette Burgeon Francis Van den Eynde Luc Sevenhans
Blz. Page 1911 2027 2032 2033 2181 2182 2182 2183 2296 2409 2411 2497 2642 2643 2644 2645 2791 2791 2792 2792 2792 2793 2793 2794 2795 2795
Sociale Economie — E´conomie sociale
11- 1-2000
6
Yves Leterme
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
1905
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
Consumentenzaken — Protection de la consommation
14-12-1999 29-10-1999
55
Mw. Alexandra Colen
974
27
Mw. Kristien Grauwels
1559
* Lijst afgesloten op 31 maart 2000 * Liste cloˆturée le 31 mars 2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2783
Datum Date
Vraag nr. Question no
4- 2-2000
35
Auteur Claude Eerdekens
Blz. Page 2412
Volksgezondheid — Santé publique
10-11-1999 29-11-1999 10-12-1999 13-12-1999
21 28 36 39
14-12-1999
41
14242447222223-
51 60 62 67 69 75 76 77
1-2000 1-2000 1-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000
Mw. Maggie De Block Jan Mortelmans Jean-Pierre Viseur Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Kristien Grauwels Claude Eerdekens Mme Michèle Gilkinet Mw. Alexandra Colen Francis Van den Eynde Jef Valkeniers Jean-Pol Henry Guido Tastenhoye Mw. Annemie Van de Casteele
977 1304 1560 1561 1562 2035 2188 2189 2415 2417 2646 2647 2648
Leefmilieu — Environnement
14-12-1999 29- 2-2000 29- 2-2000
7 12 13
Mw. Kristien Grauwels Mme Colette Burgeon Mme Colette Burgeon
1563 2796 2797
Datum Date
Vraag nr. Question no
10-12-1999 4- 1-2000 12- 1-2000 13- 1-2000 21- 1-2000 28- 1-2000 2- 2-2000 3- 2-2000 4- 2-2000 4- 2-2000
91 98 103 105 109 115 118 119 121 123
49111522222323232424282811-
2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 3-2000 3-2000
Minister van Binnenlandse Zaken
11 21 24 28 42 47 51 55 77 78 85
Peter Vanvelthoven Marcel Hendrickx Guido Tastenhoye Jan Eeman Yves Leterme Bart Laeremans Bart Laeremans Jo Vandeurzen Luc Goutry Mw. Trees Pieters Jozef Van Eetvelt
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Mw. Frieda Brepoels Joos Wauters Bart Laeremans Jean-Pol Poncelet Olivier Maingain Jo Vandeurzen Yves Leterme Paul Timmermans Mme Claudine Drion Ludo Van Campenhout Michel Wauthier Olivier Maingain Tony Smets Yves Leterme Guido Tastenhoye Yves Leterme Francis Van den Eynde Alfons Borginon Mw. Frieda Brepoels Jef Valkeniers Peter Vanvelthoven Jan Peeters Bart Laeremans Guy D’haeseleer Gerolf Annemans
Blz. Page 1564 1810 1913 2039 2192 2299 2301 2419 2420 2421 2422 2424 2499 2499 2649 2651 2651 2652 2652 2653 2653 2798 2798 2799 2799
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre de l’Intérieur 31- 8-1999 10- 9-1999 15- 9-1999 17- 9-1999 19-10-1999 20-10-1999 20-10-1999 27-10-1999 23-11-1999 24-11-1999 7-12-1999
124 127 128 129 131 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142
Auteur
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
19 201 204 300 727 728 731 857 1151 1152 1447
12-10-1999
27
23-11-1999 25-11-1999 24-12-1999 11- 1-2000 18- 1-2000
41 43 61 62 65
1999
2000
Sociale Zaken — Affaires sociales
Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Alexandra Colen Jo Vandeurzen Peter Vanvelthoven Yves Leterme Yves Leterme
640 1154 1312 1710 1914 2041
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2784
Datum Date
Vraag nr. Question no
28- 1-2000
73
3- 2-2000 8- 2-2000 11- 2-2000 1821222528-
2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000
76 77 81 86 87 88 91 92
Auteur
Mme Marie-Thérèse Coenen Mw. Alexandra Colen Filip Anthuenis Mw. Anne-Mie Descheemaeker Filip Anthuenis Hubert Brouns Peter Vanvelthoven Daniel Bacquelaine Mw. Yolande Avontroodt
Blz. Page 2303 2425 2426 2501 2654 2655 2656 2801 2802
Pensioenen — Pensions
1118194-
1-2000 1-2000 1-2000 2-2000
10 13 14 15
Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Joos Wauters
1915 2043 2043 2428
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 11- 1-2000 13- 1-2000
41 43
Francis Van den Eynde 1918 Mw. Simonne Creyf 2044
Minister van Landbouw en Middenstand Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes Landbouw — Agriculture
13- 1-2000
21
Mw. Simonne Creyf
2046
Middenstand — Classes moyennes
13- 1-2000
15
Mw. Simonne Creyf
2048
Minister van Justitie Ministre de la Justice 9- 8-1999
5
Yves Leterme
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
31 1999
Datum Date
Vraag nr. Question no
9- 8-1999 10- 8-1999 12- 8-1999 24- 8-1999 26- 8-1999 7- 9-1999 8- 9-1999 8- 9-1999 16- 9-1999 22- 9-1999 29- 9-1999 1-10-1999 1-10-1999 4-10-1999 15-10-1999 19-10-1999 20-10-1999 20-10-1999 21-10-1999 25-10-1999 25-10-1999 25-10-1999 19-11-1999 22-11-1999 24-11-1999 24-11-1999 25-11-1999 30-11-1999 7-12-1999 7-12-1999 8-12-1999 24-12-1999 19- 1-2000 20- 1-2000 1- 2-2000 2- 2-2000 4- 2-2000 8- 2-2000 9- 2-2000 9- 2-2000
6 9 10 14 16 25 30 31 39 49 56 61 62 63 72 78 81 82 85 87 90 91 106 108 110 111 115 117 122 123 124 132 141 142 149 150 154 155 156 157
2000
Auteur
Yves Leterme Yves Leterme Tony Smets Jan Mortelmans Jo Vandeurzen Jan Mortelmans Geert Bourgeois Geert Bourgeois Yves Leterme Jean-Pierre Viseur Geert Bourgeois Geert Bourgeois Karel Van Hoorebeke Martial Lahaye Jo Vandeurzen Filip De Man Bart Laeremans Bart Laeremans Jan Eeman Mw. Alexandra Colen Peter Vanvelthoven Alfons Borginon Fred Erdman Bert Schoofs Mw. Trees Pieters Fred Erdman Jo Vandeurzen Luc Goutry Mw. Frieda Brepoels Stefaan De Clerck Jos Ansoms Jan Peeters Yves Leterme Bert Schoofs Bart Laeremans Jan Mortelmans Mme Claudine Drion Jan Eeman Mw. Alexandra Colen Mw. Alexandra Colen
Blz. Page 32 34 35 37 38 124 215 216 305 310 422 424 425 426 737 739 739 740 861 861 862 863 1160 1162 1164 1165 1334 1335 1453 1454 1455 1716 2050 2196 2305 2306 2430 2431 2431 2432
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000 Datum Date 910111415152123-
2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000
25- 2-2000
2785
Vraag nr. Question no 158 159 160 161 162 163 164 167 168
Auteur
Mw. Alexandra Colen Servais Verherstraeten Bart Laeremans Yves Leterme Bart Laeremans Yves Leterme Hubert Brouns Mw. Annemie Van de Casteele Jos Ansoms
Blz. Page 2432 2504 2504 2505 2505 2506 2658 2659 2802
Minister van Financie¨n Ministre des Finances 28- 7-1999 9- 8-1999 1- 9-1999 88899101515162323-
9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999
27- 9-1999 29- 9-1999 13-10-1999 13-10-1999 18-10-1999 19-10-1999 19-10-1999 22-10-1999 22-10-1999 22-10-1999 22-10-1999
2 9 13 22 23 24 25 26 31 50 51 52 60 63 64 66 76 77 83 86 88 93 94 95 96
Marcel Hendrickx Peter Vanvelthoven Mw. Annemie Van de Casteele Marcel Hendrickx Jos Ansoms Jo Vandeurzen Geert Bourgeois Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Mw. Trees Pieters Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Mw. Yolande Avontroodt Jan Mortelmans Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Eric van Weddingen Bart Laeremans Mw. Trees Pieters Thierry Giet Karel Van Hoorebeke Karel Van Hoorebeke Karel Van Hoorebeke Karel Van Hoorebeke
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
40 43 44 130 221 222 223 225 228 245 246 311 427 430 431 432 647 648 743 744 746 865 865 866 866 1999
Datum Date
Vraag nr. Question no
22-10-1999 25-10-1999 25-10-1999 25-10-1999 27-10-1999 27-10-1999 3-11-1999 4-11-1999 4-11-1999 4-11-1999 4-11-1999 16-11-1999 16-11-1999 17-11-1999 19-11-1999 22-11-1999 22-11-1999 22-11-1999 23-11-1999 24-11-1999 24-11-1999 25-11-1999 25-11-1999 25-11-1999 26-11-1999 26-11-1999 26-11-1999 3-12-1999 3-12-1999 3-12-1999 6-12-1999 6-12-1999 6-12-1999 6-12-1999 7-12-1999 7-12-1999 7-12-1999 8-12-1999 14-12-1999 14-12-1999
97 99 100 102 104 106 108 109 110 111 112 115 116 118 121 122 124 125 126 131 132 133 134 136 138 139 140 142 143 144 145 146 149 150 151 153 154 156 161 162
2000
Auteur
Karel Van Hoorebeke Karel Van Hoorebeke Mw. Alexandra Colen Alfons Borginon Mw. Alexandra Colen Karel Van Hoorebeke Alfons Borginon Jean-Pierre Viseur Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Daniel Bacquelaine Dirk Pieters Jan Eeman Servais Verherstraeten Karel Pinxten Lode Vanoost Lode Vanoost Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Servais Verherstraeten Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Geert Bourgeois Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Dirk Pieters Yves Leterme Yves Leterme Jacques Chabot Yves Leterme Francis Van den Eynde Jean-Marc Delizée Willy Cortois Willy Cortois Jan Eeman Dirk Pieters Dirk Pieters
Blz. Page 867 868 869 870 871 872 996 997 998 999 999 1082 1082 1084 1170 1171 1173 1174 1175 1182 1186 1337 1338 1340 1343 1345 1346 1456 1456 1457 1458 1459 1462 1463 1463 1465 1465 1466 1570 1570
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2786
Datum Date
Vraag nr. Question no
17-12-1999
163
17-12-1999
164
17-12-1999
165
20-12-1999 20-12-1999 21-12-1999
166 167 170
21-12-1999
171
21-12-1999 23-12-1999 23-12-1999 24-12-1999 28-12-1999 5- 1-2000 10- 1-2000 10- 1-2000 10- 1-2000 11- 1-2000 11- 1-2000 13- 1-2000 18- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 20- 1-2000 21- 1-2000 21- 1-2000 24- 1-2000 25- 1-2000 25- 1-2000 28- 1-2000 28- 1-2000
174 175 176 177 180 181 182 183 184 186 187 190 192 194 196 197 198 199 200 201 202 204 205 208 209 210 211 212
3- 2-2000
214
Auteur
Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Aimé Desimpel Dirk Pieters Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Jan Eeman Jacques Lefevre Claude Eerdekens Eric van Weddingen Eric van Weddingen Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Yves Leterme Yves Leterme Geert Bourgeois Hubert Brouns Mw. Simonne Creyf Yves Leterme Yves Leterme Georges Lenssen Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Jean-Pierre Viseur Jean-Pierre Viseur Mw. Trees Pieters Jean-Pierre Viseur Jean-Pierre Viseur Georges Lenssen Peter Vanvelthoven Claude Eerdekens Georges Lenssen Mme Marie-Thérèse Coenen Mme Claudine Drion
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Blz. Page 1716 1717 1717 1717 1718 1722 1722 1724 1725 1725 1726 1810 1812 1923 1924 1924 1925 1927 2050 2051 2053 2054 2055 2056 2058 2059 2060 2198 2200 2201 2205 2206 2206 2307
Datum Date 3799101010151515151618181821212222222428282828291-
Vraag nr. Question no
2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 3-2000
216 218 221 222 223 224 225 226 227 228 229 230 231 232 233 234 235 236 237 238 240 241 242 243 244 245 246
Auteur Mw. Joke Schauvliege Mme Claudine Drion Olivier Maingain Mw. Els Van Weert Yves Leterme Yves Leterme John Spinnewyn Filip De Man Yves Leterme Yves Leterme Karel Pinxten Yves Leterme Filip Anthuenis Karel Van Hoorebeke Jacques Lefevre Alfons Borginon Hubert Brouns Yves Leterme Claude Eerdekens Michel Wauthier Stef Goris Luc Goutry Koen Bultinck Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Maurice Dehu Luc Sevenhans
Blz. Page 2435 2439 2441 2442 2507 2508 2509 2509 2510 2510 2511 2512 2660 2661 2661 2662 2663 2663 2664 2665 2803 2804 2805 2805 2808 2809 2810
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique Economie — E´conomie
2307 2433
5-10-1999 6-12-1999 19- 1-2000 28- 1-2000 1- 2-2000 2- 2-2000
1999
2000
13 24 42 46 47 49
Mw. Frieda Brepoels Jan Mortelmans Mw. Trees Pieters Jan Peeters Geert Bourgeois Mw. Frieda Brepoels
441 1467 2064 2309 2309 2310
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000 Datum Date
2787
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Wetenschappelijk Onderzoek — Recherche scientifique
Alfons Borginon
Datum Date
Vraag nr. Question no
19- 1-2000
38
Auteur
Yves Leterme
Blz. Page 2067
25-10-1999
9
22-11-1999
14
Lode Vanoost
1188
22-11-1999
18
Lode Vanoost
1191
22-11-1999
21
Lode Vanoost
1192
25-11-1999
26
Jean-Pol Poncelet
1349
5- 1-2000
31
Geert Bourgeois
1812
10- 1-2000
32
Jan Eeman
1929
29- 2-2000
23
Ferdy Willems
2811
13- 1-2000
35
Filip Anthuenis
2066
29- 2-2000
24
Ferdy Willems
2811
1999
2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
873 Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
357
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2789
(Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. (Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. Vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 86 van het reglement van de Kamer). Questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
DO 1999200000828
DO 1999200000828
Vraag nr. 75 van de heer Paul Timmermans van 1 maart 2000 (Fr.) :
Question no 75 de M. Paul Timmermans du 1er mars 2000 (Fr.) :
Schorsing van het recht op werkloosheidsuitkeringen wegens langdurige werkloosheid. — Twee mogelijkheden om beroep in te stellen.
Suppression des allocations sur base de la durée de choˆmage. — Deux possibilités de recours.
Overeenkomstig de artikelen 80 en volgende van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering kan het recht op werkloosheidsuitkeringen wegens langdurige werkloosheid worden opgeschort.
Les articles 80 et suivants de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du choˆmage permettent la suppression des allocations sur base de la durée de choˆmage.
Krachtens diezelfde regelgeving kan bij de gewestelijk RVA-directeur en bij de Nationale Administratieve Commissie beroep worden ingesteld.
Cette même législation permet de déposer un recours au directeur de l’ONEM régional et à la Commission administrative nationale (CAN).
Zo werden in 1998 24 339 rechtmatige beroepen bij de RVA-directeur en 3 107 rechtmatige beroepen bij de Nationale Administratieve Commissie ingesteld (bron : RVA).
Ainsi, on pouvait compter en 1998 24 339 recours fondés auprès du directeur et 3 107 recours fondés auprès de la CAN (source : ONEM).
Kan u voor de jongste drie jaar meedelen voor welke redenen die beroepen gegrond werden verklaard, daarbij een onderscheid makend tussen beide administratieve beroepsmogelijkheden ?
Pourriez-vous communiquer, pour les trois dernières années si possible, le type de motifs pour lesquels les recours ont été accordés, en distinguant les deux types de voie administrative ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2790
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
Begroting
Budget
DO 1999200000815
DO 1999200000815
Vraag nr. 16 van de heer Yves Leterme van 29 februari 2000 (N.) :
Question no 16 de M. Yves Leterme du 29 février 2000 (N.) :
Omzetting rekeningen ESER79 naar het ESR95systeem. — Gevolgen voor de overheidsrekeningen.
Transposition des comptes SEC79 dans le système SECNR95. — Conséquences pour les comptes de l’E´tat.
Tijdens de bespreking van de begroting 2000 hadden we reeds de gelegenheid uitgebreid van gedachten te wisselen over de overschakeling van het ESER79-systeem (het Europese Stelsel van economische rekeningen) naar het ESR95-systeem (het Europese Stelsel van nationale en regionale rekeningen).
Lors de la discussion du budget 2000, nous avons eu l’occasion de procéder à un large échange de vues concernant le passage du système SEC79 (Système européen de comptes intégrés) au système SECNR95 (Système européen de comptes nationaux et régionaux).
Recentelijk werden nog een aantal beleidskeuzes gemaakt. Het ging hier om volgende technische omzetting van een eerder genomen princiepsbeslissing :
Des options ont été prises récemment encore concernant la mise en œuvre technique d’une décision de principe antérieure :
— de opname van financie¨le derivaten als vordering in de aggregaten met betrekking tot de berekening van de overheidsschuld;
— la prise en compte des dérivés financiers pour la comptabilisation des agrégats de la dette publique;
— de afspraak om de rente-uitgaven desgevallend als geconsolideerde rente-uitgaven op te nemen;
— l’acceptation de considérer, le cas échéant, les dépenses d’intérêt comme des dépenses d’intérêt consolidées;
— de afspraak om bij betalingsverplichtingen die in een andere valuta uitgedrukt zijn, de regel aan te houden dat voor de omrekening naar de eigen munt de marktkoers van de laatste dag van het jaar geldt. Hierop komt nu één uitzondering : als er tussen beide partijen een akkoord bestaat over de toe te passen koers moet deze toegepast worden.
— l’accord prévoyant qu’en cas d’obligations de paiement dans une autre monnaie, la transposition en monnaie nationale se fait sur la base du cours en vigueur le dernier jour de l’année. Il n’y a qu’une exception à cette règle : à savoir le cas ou` les deux parties ont préalablement convenu du cours à appliquer.
1. a) Hebben deze omzettingen gevolgen voor de overheidsrekeningen ?
1. a) Ces transpositions ont-elles des conséquences pour les comptes de l’E´tat ?
b) Zo ja, werd daar reeds rekening mee gehouden (onder andere bij de opstelling van de begroting 2000) ?
b) Dans l’affirmative, en a-t-on tenu compte (notamment pour l’établissement du budget 2000) ?
2. a) Indien de aanpassingen nog niet doorgevoerd werden in de rekeningen, wanneer zal dit dan gebeuren ?
2. a) Si les aménagements en question n’ont pas encore été réalisés, quand le seront-ils ?
b) Kan u de cijfermatige gevolgen meedelen voor de ontvangsten, de uitgaven, het overheidstekort en de overheidsschuld ?
b) Pourriez-vous me fournir des données chiffrées sur les conséquences éventuelles pour les recettes, les dépenses, le déficit public et la dette publique ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2791
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
DO 1999200000787
DO 1999200000787
Vraag nr. 135 van de heer Koen Bultinck van 24 februari 2000 (N.) :
Question no 135 de M. Koen Bultinck du 24 février 2000 (N.) :
NMBS. — Aanleg op NMBS-grond van een fietsenstalling op kosten van de gemeente Kalmthout.
SNCB. — Aménagement, sur un terrain de la SNCB, d’un parking pour bicyclettes aux frais de la commune de Kalmthout.
Eerstdaags zal er overgegaan worden tot de aanleg van een fietsenstalling aan het NMBS-station van Heide Kalmthout. Ondanks het feit dat deze stalling wordt geplaatst op grond die eigendom is van de NMBS en het fietsenrek uitsluitend NMBS-klanten ten goede komt, gebeurt de aanleg op kosten van de gemeente Kalmthout.
Il sera procédé prochainement à l’aménagement d’un parking pour bicyclettes à la gare SNCB de Heide-Kalmthout. Malgré le fait que ce parking sera aménagé sur un terrain appartenant à la SNCB et profitera exclusivement à sa clientèle, son installation se fera aux frais de la commune de Kalmthout.
1. Waarom zijn aanlegkosten ten laste van de gemeente Kalmthout, ondanks het feit dat de fietsenstalling geplaatst wordt op NMBS-grond en uitsluitend NMBS-clie¨nteel ten goede komt ?
1. Pourquoi les frais d’aménagement seront-ils supportés par la commune de Kalmthout alors que ce parking sera installé sur un terrain de la SNCB et profitera exclusivement à sa clientèle ?
2. Is voorgaande werkwijze met betrekking tot de betaling door de gemeenten, de normale gang van zaken in zo’n dossier ?
2. Le financement de ce type d’aménagement par les communes est-il usuel ?
3. Zal u er nog trachten voor te zorgen dat de NMBS zelf deze kosten draagt ?
3. Tenterez-vous encore de faire en sorte à ce que la SNCB supporte elle-même ces couˆts ?
DO 1999200000793
DO 1999200000793
Vraag nr. 136 van de heer Koen Bultinck van 25 februari 2000 (N.) :
Question no 136 de M. Koen Bultinck du 25 février 2000 (N.) :
NMBS. — Reservatie van zitplaatsen in de trein tijdens de spitsuren.
SNCB. — Réservation de places assises dans les trains aux heures de pointe.
Af en toe worden treinreizigers in treinstellen geconfronteerd met gereserveerde zitplaatsen voor schoolgroepen of andere verenigingen. Soms gebeurt het dat dit voorvalt tijdens de spitsuren. Het gevolg hiervan is dat ten gevolge van de overvolle treinen pendelaars — vaak zeer trouwe klanten van de NMBS — hun plaatsen dienen af te staan aan groepen die deze zitplaatsen gereserveerd hebben. Dit leidt vaak tot ongenoegen en protest bij de pendelaars.
Il arrive que des voyageurs constatent que toutes les places assises d’une voiture sont occupées par des groupes scolaires ou des associations qui les ont réservées. Cela se produit quelquefois aux heures de pointe. Il en résulte que, les trains étant bondés, les navetteurs, qui sont souvent des clients très fidèles de la SNCB, se voient contraints de céder leur place aux membres de ces groupes, ce qui suscite fréquemment leur mécontentement et leur révolte.
Is het niet mogelijk om de reservatie van zitplaatsen onmogelijk te maken tijdens de spitsuren ?
Ne serait-il pas possible d’interdire toute réservation de places assises aux heures de pointe ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2792
DO 1999200000797
DO 1999200000797
Vraag nr. 137 van de heer Jan Mortelmans van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 137 de M. Jan Mortelmans du 28 février 2000 (N.) :
NMBS. — College van federale ombudsmannen. — Aanbeveling.
SNCB. — Collège des médiateurs fédéraux. — Recommandation.
Het College van de federale ombudsmannen heeft op basis van artikel 3 van het huishoudelijk reglement van het College van de federale ombudsmannen, dat door de Kamer van volksvertegenwoordigers werd goedgekeurd, een officie¨le aanbeveling (CFO, OA 98/ 4) gedaan met betrekking tot de NMBS.
Conformément à l’article 3 du règlement d’ordre intérieur du Collège des médiateurs fédéraux, tel qu’il a été adopté par la Chambre, le Collège des médiateurs fédéraux a formulé une recommandation officielle (CMF, RO 98/4) à propos de la SNCB.
De gedelegeerd bestuurder van de NMBS weigert echter de bevoegdheid te erkennen van het College van de federale ombudsmannen om te beslissen over de juridische gegrondheid van een beslissing van een federale administratieve overheid.
L’administrateur délégué de la SNCB refuse toutefois de reconnaıˆtre que le Collège des médiateurs fédéraux est habilité à apprécier le bien-fondé juridique d’une décision prise par une autorité administrative fédérale.
Volgens het college heeft de minister kennis genomen van deze officie¨le aanbeveling.
Selon le collège, le ministre a pris connaissance de cette recommandation officielle.
Welk gevolg heeft u hieraan gegeven ?
Quelle suite avez-vous donné à cette recommandation ?
DO 1999200000804
DO 1999200000804
Vraag nr. 139 van de heer Koen Bultinck van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 139 de M. Koen Bultinck du 28 février 2000 (N.) :
NMBS. — Aantal « treinzwartrijders ».
SNCB. — Nombre de resquilleurs.
Regelmatig worden treinreizigers en NMBScontroleurs geconfronteerd met treinpassagiers die zonder geldig of zonder vervoerbewijs reizen.
Les voyageurs et les controˆleurs de la SNCB sont régulièrement confrontés à des passagers de train qui voyagent sans titre de transport valable.
1. Kan u het aantal « treinzwartrijders » voor de jaren 1997, 1998 en 1999 meedelen ?
1. Quel a été le nombre de resquilleurs en 1997, 1998 et 1999 ?
2. Kan u een opsplitsing geven tussen zwartrijders zonder geldig vervoerbewijs of zonder enig bewijs en tussen zwartrijdende Belgen en vreemdelingen ?
2. Ces données peuvent-elles être ventilées entre resquilleurs sans titre de transport valable et resquilleurs sans aucun titre de transport, d’une part, et entre resquilleurs belges et resquilleurs étrangers, d’autre part ?
DO 1999200000805
DO 1999200000805
Vraag nr. 140 van de heer Koen Bultinck van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 140 de M. Koen Bultinck du 28 février 2000 (N.) :
NMBS. — Controlebevoegdheid van Nederlandse NScontroleurs op internationale treinen rijdend op Belgisch grondgebied.
SNCB. — Compétence des controˆleurs de la société des chemins de fer néerlandaise sur les trains internationaux circulant sur le territoire belge.
Op de internationale trein Nederland-Belgie¨, « de Amsterdammer », worden treinreizigers, rijdend op
Dans le train international entre la Belgique et les Pays-Bas, les voyageurs circulant sur le territoire belge
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2793
Belgisch grondgebied, regelmatig gecontroleerd door een NMBS-controleur en een Nederlandse controleur van de Nederlandse Spoorwegen (NS).
sont régulièrement controˆlés par un controˆleur de la SNCB et par un controˆleur de la « Nederlandse Spoorwegen » (NS).
1. Bezitten Nederlandse controleurs van de Nederlandse Spoorwegen wel de bevoegdheid om treinreizigers op internationale treinen die rijden op Belgisch grondgebied, te controleren ?
1. Les controˆleurs de la société des chemins de fer néerlandaise sont-ils compétents pour controˆler les voyageurs dans les trains internationaux circulant sur le territoire belge ?
2. Zo ja, waaurit putten ze die bevoegdheid ?
2. Dans l’affirmative, quel est le fondement de cette compétence ?
DO 1999200000812
DO 1999200000812
Vraag nr. 141 van de heer Bart Laeremans van 29 februari 2000 (N.) :
Question no 141 de M. Bart Laeremans du 29 février 2000 (N.) :
NMBS. — Kostprijs woon-werkverkeer.
SNCB. — Couˆt des déplacements entre le domicile et le lieu de travail.
De kostprijs van het woon-werkverkeer tijdens de spitsuren is allicht financieel de grootste verliespost voor de NMBS, omdat voor dit vervoer bijkomend personeel en rollend materieel moet worden ingezet, dat gedurende de rest van de tijd geen gebruik heeft.
Le couˆt des déplacements entre le domicile et le lieu de travail aux heures de pointe est sans nul doute le poste budgétaire le plus déficitaire de la SNCB parce que ces déplacements requièrent du personnel et du matériel roulant supplémentaires qui ne sont pas utilisés le reste du temps.
1. a) Kan u het bedrag van het verlies van dit verkeer voor de NMBS meedelen ?
1. a) Pourriez-vous communiquer le montant du déficit qu’entraıˆnent ces déplacements pour la SNCB ?
b) Werden hieromtrent ooit ramingen gemaakt ?
b) A-t-il jamais été procédé à des estimations visant à en déterminer la hauteur ?
2. Is het juist dat u het woon-werkverkeer voor de ambtenaren gratis wil maken ?
2. Est-il exact que vous voudriez que les fonctionnaires puissent se déplacer gratuitement entre leur domicile et leur lieu de travail ?
3. a) Waarom dan alleen voor de ambtenaren ?
3. a) Pourquoi envisagez-vous d’offrir cette gratuité uniquement aux fonctionnaires ?
b) De ambtenaren van welke overheden ?
b) Des fonctionnaires de quel niveau de pouvoir s’agit-il ?
4. a) Welk niveau en welk departement zal de kostprijs hiervoor op zich nemen ?
4. a) Quel niveau de pouvoir et quel département en supporteront le couˆt ?
b) Werden er terzake al akkoorden gesloten ?
b) Des accords ont-ils déjà été conclus en la matière ?
DO 1999200000818
DO 1999200000818
Vraag nr. 142 van mevrouw Colette Burgeon van 29 februari 2000 (Fr.) :
Question no 142 de Mme Colette Burgeon du 29 février 2000 (Fr.) :
Europese conferentie voor duurzame steden.
Conférence européenne des villes durables.
In februari vond in Hannover de derde Europese conferentie voor duurzame steden plaats. Die confe-
La troisième conférence européenne des villes durables s’est tenue en février dernier à Hanovre. Cette
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2794
rentie genoot de steun van de Europese Commissie en van belangrijke Europese organisaties.
conférence était soutenue par la Commission européenne et d’importantes organisations européennes.
Het doel van die conferentie is de plaatselijke Agenda 21 te steunen en de aldus betrokken Europese gemeentebesturen uit te nodigen.
Le but de cette conférence est de soutenir l’Agenda 21 local et d’inviter les municipalités d’Europe ainsi associées.
De beweging werd in 1994 met het Handvest van Aalborg gelanceerd en sindsdien vonden zes andere conferenties plaats. In Hannover werd beslist de campagne van de duurzame Europese steden (plaatselijke Agenda 21) te steunen en de lokale overheden te vragen het Handvest van Aalborg te ondertekenen.
Le mouvement a été lancé en 1994 par la Charte d’Aalborg et depuis lors six autres conférences ont été organisées. ` Hanovre, décision a été prise de soutenir la A campagne des villes européennes durables (Agenda 21 local) et d’inviter les pouvoirs locaux à signer la Charte d’Aalborg.
De conferentie heeft opgeroepen verscheidene maatregelen waaronder een energietaks te nemen, de exploitatie van duurzame energiebronnen te stimuleren en het rendement ervan te verhogen, een communautaire samenwerkingsstructuur op te zetten om duurzame stadsontwikkeling te bevorderen (COM (1999) — 557), de nodige fondsen te verstrekken om de financiering van duurzame ontwikkeling op internationaal niveau te vergemakkelijken en in het bijzonder een fonds voor duurzame stadsontwikkeling in het kader van de totale milieusteun op te richten.
La conférence a demandé d’introduire différentes mesures dont une taxe sur l’énergie, d’encourager l’exploitation des énergies durables et leur rendement, de créer une structure communautaire pour une coopération ayant pour but de promouvoir le développement urbain durable (COM (1999) — 557 final), de fournir les fonds suffisants pour faciliter au niveau international le financement du développement durable, en particulier d’établir un fonds de développement urbain durable au sein de l’aide globale environnementale.
Naar verluidt was politiek Belgie¨ niet op die conferentie aanwezig terwijl tal van landen ministers, parlementsleden en andere prominenten afvaardigden.
Il me revient que la Belgique politique était absente à cette conférence alors que beaucoup de pays y avaient envoyé des ministres, parlementaires et autres personnalités.
Wat zijn de redenen voor die afwezigheid en wat is uw standpunt terzake ?
Pourriez-vous m’en donner les raisons et préciser votre position en la matière ?
DO 1999200000819
DO 1999200000819
Vraag nr. 143 van mevrouw Colette Burgeon van 29 februari 2000 (Fr.) :
Question no 143 de Mme Colette Burgeon du 29 février 2000 (Fr.) :
Europese Commissie. — Europese dag « In de stad zonder mijn auto ». — Deelname van Belgische steden en gemeenten.
Commission européenne. — Journée européenne « En ville sans ma voiture ». — Participation des villes et communes belges.
In het kader van het « Life-Milieu »-programma heeft de directie-generaal Leefmilieu van de Europese Commissie beslist haar politieke en financie¨le steun toe te zeggen aan de organisatie van een Europese dag « In de stad zonder mijn auto », op vrijdag 22 september 2000.
La Commission européenne, direction générale Environnement, a décidé d’apporter son soutien politique et financier dans le cadre du programme LifeEnvironnement, à l’organisation d’une journée européenne « En ville sans ma voiture » dont la prochaine édition aura lieu le vendredi 22 septembre 2000.
Op woensdag 22 september 1999 namen 66 Franse steden (tweemaal meer dan in 1998), 92 Italiaanse steden en het kanton Genève deel aan de vorige uitgave van de « In de stad zonder mijn auto »-dag.
Le mercredi 22 septembre 1999, 66 villes françaises (deux fois plus qu’en 1998), 92 villes italiennes et le canton de Genève avaient participé à la première édition de la journée « En ville, sans ma voiture ».
In de deelnemende steden werd het autoverkeer beperkt in bepaalde zones die alleen toegankelijk waren voor het openbaar vervoer, schone voertuigen
Toutes ces villes ont réduit la circulation automobile dans certaines zones auxquelles seuls les transports publics, les véhicules propres (fonctionnant au
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2795
(op LPG, aardgas, elektriciteit) en natuurlijk voor voetgangers.
gaz, pétrole liquéfié, au gaz naturel, véhicules à l’électricité) et bien suˆr, les piétons ont été autorisés.
Het is de bedoeling dat stedelingen andere vervoermiddelen ontdekken en die dag beleven zonder hun mobiliteit te beperken, en dat er animatie en debatten over thema’s die verband houden met milieu, stadsvervoer en de toekomst van de stad, worden georganiseerd.
Il s’agit de permettre aux citadins de découvrir d’autres modes de transport et de vivre cette journée sans restreindre leur mobilité, d’ouvrir des animations et débats publics sur les thèmes de l’environnement, des transports urbains et de l’avenir de la ville.
Daar waar de dag werd georganiseerd, verklaarden 80 % van de stedelingen zich tevreden, is het absenteı¨sme niet gestegen, bleef het winkelbezoek stabiel en is de handel zelfs gestegen wanneer de middenstandsverenigingen aan het initiatief meewerkten.
Là où a été organisée une telle journée, 80 % de citadins se sont déclarés satisfaits, l’absentéisme ne s’est pas accru, la fréquentation des commerces a été stable et quand les associations de commerçants se sont intégrées dans le processus, le commerce a même progressé.
Welke maatregelen heeft u al genomen om de Belgische steden en gemeenten tot een maximale deelname aan te zetten ?
Quelles sont les dispositions que vous avez déjà prises afin d’assurer la participation maximale des villes et communes belges par rapport à cette problématique ?
DO 1999200000820
DO 1999200000820
Vraag nr. 144 van de heer Francis Van den Eynde van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 144 de M. Francis Van den Eynde du 1er mars 2000 (N.) :
NMBS. — Spuiten van graffiti. — Herstellingskosten.
SNCB. — Tags. — Frais de remise en état.
In de nacht van zaterdag 26 februari op zondag 27 februari 2000 hebben vandalen een graffiti-raid uitgevoerd op de stations van Zottegem en Oudenaarde.
Dans la nuit du samedi 26 au dimanche 27 février 2000, une bande de tagueurs a pris d’assaut les gares de Zottegem et d’Audenarde. ` Audenarde, ils ont notamment brisé les vitres A extérieures et intérieures de deux rames, vidé un extincteur de son contenu, endommagé et tagué une locomotive diesel, démoli des commutateurs de signal et arraché un téléphone de signalisation.
In Oudenaarde werden onder meer de buiten- en binnenruiten van twee treinstellen stukgeslagen, een brandblusapparaat leeggespoten, een diesellocomotief beschadigd en met graffiti bewerkt, seinkappen vernield en een seintelefoon uitgerukt. De schade is in beide gevallen zeer groot en de omvang van de vernielingen zou in de miljoenen lopen. 1. Hoeveel zullen precies de kosten bedragen in dit geval ?
Dans les deux cas, les déprédations sont énormes et se chiffreraient à plusieurs millions. ` combien s’élèveront exactement les frais cette 1. A fois-ci ?
2. Het spuiten van graffiti op locomotieven, rijtuigen, materiaal en gebouwen van de NMBS zou de jongste tijd een ware plaag geworden zijn.
2. Ces derniers temps, le taguage de locomotives, de voitures, de matériel et de baˆtiments de la SNCB serait devenu un véritable fléau.
Kan u meedelen hoeveel herstellingskosten in dit verband in 1997, 1998 en 1999 gemaakt werden ?
Pourriez-vous faire savoir à combien se sont élevées les réparations effectuées en 1997, 1998 et 1999 ?
DO 1999200000826
DO 1999200000826
Vraag nr. 145 van de heer Luc Sevenhans van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 145 de M. Luc Sevenhans du 1er mars 2000 (N.) :
Files. — Meerverbruik van voertuigen.
Emboutillages. — Surconsommation des véhicules.
Volgens mobiliteitsspecialist Hugo Quadens van de Katholieke Universiteit van Leuven, veroorzaken de
Selon M. Hugo Quadens, spécialiste de la mobilité attaché à la Katholieke Universiteit Leuven, les
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
358
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2796
files een belangrijk meerverbruik van de daarin betrokken voertuigen.
embouteillages sont à l’origine d’une surconsommation importante des véhicules.
Uiteraard een logische vaststelling, maar de heer Quadens heeft berekend dat het gaat over een bedrag van 645 miljard frank. Dit cijfer slaat dan nog enkel maar op Vlaanderen en Brussel.
Le constat est d’une logique implaccable et M. Quadens estime à 645 milliards de francs le couˆt de cette surconsommation. Et encore ce montant ne concerne-t-il que la Flandre et Bruxelles.
Gelet op het enorme bedrag, betekent dit een enorme hoeveelheid aan brandstof die verspild wordt. Dit heeft uiteraard een belangrijke invloed op het milieu, zonder dat daar enige economische winst tegenover staat.
Ce montant extrêmement élevé porte à croire que la quantité de carburant gaspillé est énorme. Et cette surconsommation, qui a évidemment une incidence considérable sur l’environnement, ne génère aucun bénéfice économique.
De minister is begaan met het mobiliteitsprobleem, maar dit geeft toch nog een bijkomende dimensie.
Je n’ignore pas que la ministre se préoccupe du problème de la mobilité, mais j’estime que le phénomène de la surconsommation lui confère encore une dimension supplémentaire. 1. E´tiez-vous informée de cette étude ?
1. Was u op de hoogte van deze studie ? 2. Welk belang zal u eraan geven ?
2. Quelle importance lui accorderez-vous ?
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Leefmilieu
Environnement
DO 1999200000818
DO 1999200000818
Vraag nr. 12 van mevrouw Colette Burgeon van 29 februari 2000 (Fr.) :
Question no 12 de Mme Colette Burgeon du 29 février 2000 (Fr.) :
Europese conferentie voor duurzame steden.
Conférence européenne des villes durables.
In februari vond in Hannover de derde Europese conferentie voor duurzame steden plaats. Die conferentie genoot de steun van de Europese Commissie en van belangrijke Europese organisaties.
La troisième conférence européenne des villes durables s’est tenue en février dernier à Hanovre. Cette conférence était soutenue par la Commission européenne et d’importantes organisations européennes.
Het doel van die conferentie is de plaatselijke Agenda 21 te steunen en de aldus betrokken Europese gemeentebesturen uit te nodigen.
Le but de cette conférence est de soutenir l’Agenda 21 local et d’inviter les municipalités d’Europe ainsi associées.
De beweging werd in 1994 met het Handvest van Aalborg gelanceerd en sindsdien vonden zes andere conferenties plaats. In Hannover werd beslist de campagne van de duurzame Europese steden (plaatselijke Agenda 21) te steunen en de lokale overheden te vragen het Handvest van Aalborg te ondertekenen.
Le mouvement a été lancé en 1994 par la Charte d’Aalborg et depuis lors six autres conférences ont été organisées. ` Hanovre, décision a été prise de soutenir la A campagne des villes européennes durables (Agenda 21 local) et d’inviter les pouvoirs locaux à signer la Charte d’Aalborg.
De conferentie heeft opgeroepen verscheidene maatregelen waaronder een energietaks te nemen, de exploitatie van duurzame energiebronnen te stimule-
La conférence a demandé d’introduire différentes mesures dont une taxe sur l’énergie, d’encourager l’exploitation des énergies durables et leur rendement,
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2797
ren en het rendement ervan te verhogen, een communautaire samenwerkingsstructuur op te zetten om duurzame stadsontwikkeling te bevorderen (COM (1999) — 557), de nodige fondsen te verstrekken om de financiering van duurzame ontwikkeling op internationaal niveau te vergemakkelijken en in het bijzonder een fonds voor duurzame stadsontwikkeling in het kader van de totale milieusteun op te richten.
de créer une structure communautaire pour une coopération ayant pour but de promouvoir le développement urbain durable (COM (1999) — 557 final), de fournir les fonds suffisants pour faciliter au niveau international le financement du développement durable, en particulier d’établir un fonds de développement urbain durable au sein de l’aide globale environnementale.
Naar verluidt was politiek Belgie¨ niet op die conferentie aanwezig terwijl tal van landen ministers, parlementsleden en andere prominenten afvaardigden.
Il me revient que la Belgique politique était absente à cette conférence alors que beaucoup de pays y avaient envoyé des ministres, parlementaires et autres personnalités.
Wat zijn de redenen voor die afwezigheid en wat is uw standpunt terzake ?
Pourriez-vous m’en donner les raisons et préciser votre position en la matière ?
DO 1999200000819
DO 1999200000819
Vraag nr. 13 van mevrouw Colette Burgeon van 29 februari 2000 (Fr.) :
Question no 13 de Mme Colette Burgeon du 29 février 2000 (Fr.) :
Europese Commissie. — Europese dag « In de stad zonder mijn auto ». — Deelname van Belgische steden en gemeenten.
Commission européenne. — Journée européenne « En ville sans ma voiture ». — Participation des villes et communes belges.
In het kader van het « Life-Milieu »-programma heeft de directie-generaal Leefmilieu van de Europese Commissie beslist haar politieke en financie¨le steun toe te zeggen aan de organisatie van een Europese dag « In de stad zonder mijn auto », op vrijdag 22 september 2000.
La Commission européenne, direction générale Environnement, a décidé d’apporter son soutien politique et financier dans le cadre du programme LifeEnvironnement, à l’organisation d’une journée européenne « En ville sans ma voiture » dont la prochaine édition aura lieu le vendredi 22 septembre 2000.
Op woensdag 22 september 1999 namen 66 Franse steden (tweemaal meer dan in 1998), 92 Italiaanse steden en het kanton Genève deel aan de vorige uitgave van de « In de stad zonder mijn auto »-dag.
Le mercredi 22 septembre 1999, 66 villes françaises (deux fois plus qu’en 1998), 92 villes italiennes et le canton de Genève avaient participé à la première édition de la journée « En ville, sans ma voiture ».
In de deelnemende steden werd het autoverkeer beperkt in bepaalde zones die alleen toegankelijk waren voor het openbaar vervoer, schone voertuigen (op LPG, aardgas, elektriciteit) en natuurlijk voor voetgangers.
Toutes ces villes ont réduit la circulation automobile dans certaines zones auxquelles seuls les transports publics, les véhicules propres (fonctionnant au gaz, pétrole liquéfié, au gaz naturel, véhicules à l’électricité) et bien suˆr, les piétons ont été autorisés.
Het is de bedoeling dat stedelingen andere vervoermiddelen ontdekken en die dag beleven zonder hun mobiliteit te beperken, en dat er animatie en debatten over thema’s die verband houden met milieu, stadsvervoer en de toekomst van de stad, worden georganiseerd.
Il s’agit de permettre aux citadins de découvrir d’autres modes de transport et de vivre cette journée sans restreindre leur mobilité, d’ouvrir des animations et débats publics sur les thèmes de l’environnement, des transports urbains et de l’avenir de la ville.
Daar waar de dag werd georganiseerd, verklaarden 80 % van de stedelingen zich tevreden, is het absenteı¨sme niet gestegen, bleef het winkelbezoek stabiel en is de handel zelfs gestegen wanneer de middenstandsverenigingen aan het initiatief meewerkten.
Là où a été organisée une telle journée, 80 % de citadins se sont déclarés satisfaits, l’absentéisme ne s’est pas accru, la fréquentation des commerces a été stable et quand les associations de commerçants se sont intégrées dans le processus, le commerce a même progressé.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2798
Welke maatregelen heeft u al genomen om de Belgische steden en gemeenten tot een maximale deelname aan te zetten ?
Quelles sont les dispositions que vous avez déjà prises afin d’assurer la participation maximale des villes et communes belges par rapport à cette problématique ?
Minister van Binnenlandse Zaken
Ministre de l’Intérieur
DO 1999200000807
DO 1999200000807
Vraag nr. 139 van de heer Jan Peeters van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 139 de M. Jan Peeters du 28 février 2000 (N.) :
Gemeentelijke brandweerdiensten. — Uitoefening van de functie van preventieadviseur van de dienst Welzijn op het werk door in de korpsen aanwezige brandweerofficieren.
Services communaux des pompiers. — Exercice de la fonction de conseiller en prévention auprès du service Bien-être au travail par les officiers des corps des pompiers.
In de organieke reglementen van de brandweerdiensten, opgesteld op basis van het in het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten vermelde model, staat in artikel 3 het volgende : « De brandweerdienst is belast met de taken die hem opgedragen zijn krachtens de wetten en reglementen inzake brand. De leden van de brandweerdienst mogen als dusdanig niet ingezet worden voor andere taken, dan dewelke vastgesteld zijn. »
L’article 3 des règlements organiques des services d’incendie, rédigés sur la base de l’arrêté royal du 6 mai 1971 fixant les types de règlements communaux relatifs à l’organisation des services communaux d’incendie, dispose que « le service d’incendie est chargé d’accomplir les missions qui lui incombent en vertu des lois et règlements en matière d’incendie. Les membres du service d’incendie ne peuvent, comme tels, être affectés à d’autres activités que celles prévues pour ce service ».
Meer en meer duikt in de korpsen het fenomeen op dat bepaalde brandweerofficieren dewelke houder zijn van een diploma veiligheidskunde, door hun werkgever verplicht worden de functie van preventieadviseur waar te nemen. Op het vlak van de brandvoorkoming in gebouwen veroorzaakt deze situatie deontologische onverenigbaarheid tussen de functie van brandweerofficier en preventieadviseur.
L’employeur oblige de plus en plus souvent les officiers des services de pompiers, titulaires d’un diploˆme en sécurité, à assumer la fonction de conseiller en prévention. En matière de prévention des incendies à l’intérieur des baˆtiments, cela conduit à des situations ou` les fonctions d’officier et de conseiller en prévention sont exercées par la même personne, alors qu’elles sont incompatibles du point de vue déontologique.
1. Welke interpretatie dient gegeven te worden aan het bovengenoemde artikel 3 ?
1. Comment faut-il interpréter l’article 3 précité ?
2. Is de functie van preventieadviseur en van brandweerofficier, uitvoerder van brandpreventieopdrachten, cumuleerbaar ?
2. Les fonctions de conseiller en prévention et d’officier pompier sont-elles cumulables ?
DO 1999200000809
DO 1999200000809
Vraag nr. 140 van de heer Bart Laeremans van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 140 de M. Bart Laeremans du 28 février 2000 (N.) :
Federale diensten. — Raden van bestuur. — Taalkundige verdeling.
Services fédéraux. — Conseils d’administration. — Répartition linguistique.
De wetgeving op het gebruik der talen in bestuurszaken regelt het taalgebruik in en door de bestuurlijke
La législation sur l’emploi des langues en matière administrative régle l’emploi des langues au sein des
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2799
diensten. De betrekkingen worden er taalkundig toegewezen in functie van dit opgelegde taalgebruik.
services administratifs. Les emplois y sont attribués conformément aux dispositions de cette législation.
Vele federale diensten worden beheerd door raden van bestuur. Het lijkt me evident dat deze raden ook de bepalingen inzake het taalgebruik moeten naleven. Zo zou bijvoorbeeld elke zaak die gelokaliseerd of lokaliseerbaar is in het Nederlandse taalgebied, ook door deze raden in het Nederlands moeten besproken en afgehandeld worden.
De nombreux services fédéraux sont dirigés par des conseils d’administration. Je considère que ceux-ci se doivent évidemment de respecter la réglementation en matière linguistique. Chaque affaire qui, par exemple, serait localisée ou localisable en zone linguistique néerlandaise devrait être discutée et traitée en néerlandais.
Het lijkt me vanzelfsprekend dat deze raden van bestuur taalkundig moeten worden samengesteld overeenkomstig de bepalingen van de taalwet. Tot nu toe worden deze raden steeds paritair samengesteld.
J’estime que la composition de ces conseils doit être linguistiquement conforme aux dispositions de la loi. Jusqu’à présent, ces conseils sont encore établis sur une base paritaire.
1. Hoe wordt deze paritaire samenstelling juridisch verantwoord ?
1) Comment cette composition paritaire se justifiet-elle sur le plan juridique ?
2. Meent u dat hierop de regel van de paritaire verdeling der directiebetrekkingen, bepaald in artikel 43 van de gecoo¨rdineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken van toepassing is ?
2) Eˆtes-vous d’avis que la règle de répartition paritaire des fonctions de direction mentionnée à l’article 43 des lois coordonnées du 18 juillet 1966 sur l’emploi des langues dans les services dont l’activité s’étend à tout le pays est d’application en la matière ?
DO 1999200000821
DO 1999200000821
Vraag nr. 141 van de heer Guy D’haeseleer van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 141 de M. Guy D’haeseleer du 1er mars 2000 (N.) :
Regularisatieaanvragen vanuit de gevangenissen.
Demandes de régularisation introduites par des illégaux incarcérés.
Vanuit verschillende gevangenissen werden door illegalen aanvragen tot regularisatie ingediend.
Des illégaux détenus dans différentes prisons ont introduit des demandes de régularisation.
Kan u meedelen hoeveel aanvragen er werden binnengestuurd, en dit per gevangenis ?
Pourriez-vous me faire savoir, par prison, combien de demandes ont été introduites ?
DO 1999200000822
DO 1999200000822
Vraag nr. 142 van de heer Gerolf Annemans van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 142 de M. Gerolf Annemans du 1er mars 2000 (N.) :
Gebrekkige werking van de Dienst Vreemdelingenzaken.
Fonctionnement défectueux de l’Office des étrangers.
De woordvoerster van het Antwerps parket, Leen Nuyts, deed in de Gazet van Antwerpen van 28 februari 2000 haar beklag over de onwil van de Dienst Vreemdelingenzaken om illegalen te repatrie¨ren. Naar verluidt, zou de Dienst Vreemdelingenzaken geen enkele beslissing meer nemen. Politie en parket vragen zich af wat de zin nog is van verdere controles
La porte-parole du parquet anversois, Mme Leen Nuyts, s’est plaint dans l’édition de « Gazet van Antwerpen » du 28 février 2000 de la mauvaise volonté dont fait preuve l’Office des étrangers dans le rapatriement des illégaux. L’Office des étrangers ne prendrait plus aucune décision. Constatant que les personnes en séjour illégal ne sont pas renvoyées, la police et le
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2800
op de illegaliteit, als de betrokkenen toch niet worden teruggestuurd.
parquet s’interrogent sur l’utilité de poursuivre les controˆles relatifs au séjour illégal.
Zo wordt het voorbeeld gegeven van de controle op 27 februari 2000 van een juwelenwinkeltje aan de Gemeentestraat 32, uitgevoerd door het team Pelikaan van de politie Centrum van Antwerpen. De winkelier had voor de derde maal geen beroepskaart bij en kreeg voor de derde keer een bevel om het grondgebied te verlaten. De man gaf te kennen dat hij ook nu niet van plan was om dat bevel te gehoorzamen. Hij wou evenmin zijn winkel opgeven. Wie drie keer betrapt wordt op illegale tewerkstelling, riskeert normaal « banbreuk van uitdrijving ». Dit houdt in dat hij gerepatrieerd wordt en dat hij gedurende 10 jaar Belgie¨ niet meer binnenmag. De politie kon echter niet rekenen op de medewerking van de Dienst Vreemdelingenzaken en werd met een kluitje in het riet gestuurd. Het bleek op zondagmiddag immers niet mogelijk om het dossier van de betrokken persoon op te vragen. De politie kon dan ook niet anders dan de man vrijuit te laten gaan.
C’est ainsi qu’est cité l’exemple du controˆle du 27 février 2000 que l’équipe « Pelikaan » de la police d’Anvers a effectué dans une petite bijouterie, située 32, Gemeentestraat. Pour la troisième fois, le bijoutier a été surpris sans carte professionnelle. Pour la troisième fois, il a reçu l’ordre de quitter le territoire. L’individu a indiqué que, cette fois non plus, il n’entendait pas obtempérer. Il n’était pas davantage disposé à renoncer à son commerce. Un étranger qui a été par trois fois pris en flagrant délit de travail illégal devrait normalement faire l’objet d’une mesure d’éloignement. Cela signifie qu’il doit être rapatrié et ne pourra revenir en Belgique pendant 10 ans. La police n’a cependant pas pu compter sur la collaboration de l’Office des étrangers qui s’est contenté de belles paroles. Il s’est avéré impossible d’obtenir le dossier du bijoutier un dimanche. La police n’a dès lors eu d’autre choix que de relaˆcher l’homme.
Volgens politiecommissaris Robert Sas zijn dergelijke toestanden geen uitzondering. Ook in andere dossiers laat de Dienst Vreemdelingenzaken steevast na om dwangmaatregelen te nemen. Ook de illegale prostituees en de illegalen op het Falconplein die door de politie worden aangehouden, worden weer op vrije voeten gesteld. De politie is daardoor volledig gedemotiveerd.
Selon le commissaire de police, M. Robert Sas, de telles situations ne sont pas exceptionnelles. Dans d’autres dossiers également, l’Office des étrangers a systématiquement refusé de prendre des mesures coercitives. Les prostituées illégales et les personnes en séjour illégal que la police avait arrêtées à la « Falconplein » ont également été remises en liberté. Les policiers sont dès lors totalement démotivés.
1. Kan u bevestigen dat de Dienst Vreemdelingenzaken systematisch nalaat om illegale vreemdelingen, ook wanneer zij reeds voor de derde keer een bevel hebben ontvangen om het grondgebied te verlaten, te repatrie¨ren ?
1. Est-il exact que l’Office des étrangers omet systématiquement de rapatrier les étrangers en séjour illégal, même lorsqu’ils ont déjà reçu trois ordres successifs de quitter le territoire ?
2. a) Wat zijn de oorzaken van de malaise bij de Dienst Vreemdelingenzaken ?
2. a) Quels sont les causes du malaise qui règne au sein de l’Office des étrangers ?
b) Hoever staat de hervorming van deze dienst ?
b) Ou` en est la réforme de ce service ?
3. Bent u bereid om ervoor te zorgen dat illegalen die door de politie worden gevat, daadwerkelijk gerepatrieerd worden ?
3. Eˆtes-vous disposé à assurer le rapatriement effectif des personnes en séjour illégal arrêtées par la police ?
4. a) Kan u meedelen hoeveel keer de laatste twaalf maanden « banbreuk van uitdrijving » werd vastgesteld ?
4. a) Pourriez-vous m’indiquer le nombre de « ruptures de ban d’expulsion » constatées au cours des douze derniers mois ?
b) In hoeveel gevallen werd er tot een effectieve repatrie¨ring van de in overtreding gestelde persoon overgegaan ?
b) Dans combien de cas la personne en situation illicite a-t-elle réellement été rapatriée ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2801
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Sociale Zaken
Affaires sociales
DO 1999200000789
DO 1999200000789
Vraag nr. 91 van de heer Daniel Bacquelaine van 25 februari 2000 (Fr.) :
Question no 91 de M. Daniel Bacquelaine du 25 février 2000 (Fr.) :
Pelviperineale revalidatiekinesitherapie.
Kinésithérapie pelvipérinéale de rééducation.
Heelkundige of verloskundige ingrepen in de vesicale, prostaat-, anorectale en urogenitale gebieden leiden soms tot sfincterproblemen zoals ernstig invaliderende incontinentie.
Diverses interventions chirurgicales ou obstétricales des sphères vesicales, prostatiques, anorectales et urogénitales entraıˆnent parfois des séquelles sphinctériennes telles que des incontinences lourdement invalidantes.
Pelviperineale kinesitherapie is het belangrijkste revalidatiemiddel voor dit soort pathologiee¨n.
Ce type de pathologie relève de la kinésithérapie pelvipérinéale, moyen principal de sa rééducation.
Die vorm van therapie vereist echter een bijzondere kwalificatie en een gespecialiseerde opleiding.
Ce mode de thérapie exige une qualification particulière supposant une formation spécialisée.
In de huidige nomenclatuur (artikel 7) beantwoordt geen enkele terugbetaling van de ZIV op adequate wijze aan de specialisatie van de handeling en aan het daarbij vereiste materieel (sondes, PC enz.). Op dit ogenblik is het materieel krachtens artikel 7, § 2, in de kostprijs van de verstrekking inbegrepen.
En l’état actuel de la nomenclature (article 7), aucun remboursement de l’AMI ne paraıˆt répondre de manière adéquate à la spécialisation de l’acte, ni à sa charge en matériel (sondes, PC, etc.). Ce dernier matériel est actuellement inclus dans le couˆt de la prestation en vertu de l’article 7, § 2.
1. Is het niet mogelijk een bijzondere wijziging van dit soort verstrekkingen te overwegen gelet op het pijnlijke karakter van die pathologiee¨n, de specificiteit van de behandelingen en de kostprijs van de apparatuur ?
1. En fonction des pathologies en cause très pénibles, en vertu de la spécificité des séances, du couˆt de l’appareillage, ne peut-on envisager une modification particulière de ce type de prestations ?
Dit zou natuurlijk gepaard gaan met een aantal beperkende voorwaarden zoals :
Ceci évidemment serait lié à diverses conditions restrictives, soit :
— « accreditering » na afloop van een gespecialiseerde opleiding;
— la preuve d’une formation spécialisée aboutissant à une « accréditation »;
— strikt bepalen van de door de voorschrijvende arts te bevestigen pathologiee¨n die in aanmerking komen;
— la détermination stricte des pathologies justificatives à certifier par le médecin prescripteur;
— minimumduur zoals reeds bepaald in de Nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen, hetzij dertig minuten (of meer);
— la durée minimale telle que déjà prévue à la Nomenclature des prestations de santé, soit trente minutes (ou plus);
— beperking van het aantal toegestane behandelingen (40) met mogelijkheid tot verlenging na akkoord van de adviserend-geneesheer.
— la limitation du nombre de séances autorisées (40) avec possibilité de prolongation sur accord du médecin conseil.
2. Moet aan de noodzaak van die therapie niet meer aandacht worden besteed, aangezien ze de genezing bevordert of op zijn minst handicaps verzacht, die niet
2. Les nécessités de cette thérapie ne méritent-elles pas notre attention, dès lors que cette thérapie a pour mérite de favoriser la guérison ou à tout le moins
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2802
alleen pijnlijk zijn maar tot ernstige invaliditeit leiden wanneer ze chronisch worden ? 3. Wat is uw standpunt met betrekking tot het bijzonder belang van die therapiee¨n, de erkenning ervan en een mogelijke opwaardering ervan ?
l’amélioration de handicaps qui, outre leur pénibilité, dès qu’ils passent à chronicité se révèlent des plus invalidants ? 3. Que pensez-vous de l’intérêt particulier de ces thérapies, de leur reconnaissance et d’une éventuelle valorisation de leur pratique ?
DO 1999200000808
DO 1999200000808
Vraag nr. 92 van mevrouw Yolande Avontroodt van 28 februari 2000 (N.) : Regeling van de kleine risico’s voor zelfstandigen.
Question no 92 de Mme Yolande Avontroodt du 28 février 2000 (N.) : Réglementation relative aux petits risques pour les indépendants. La loi AMI coordonnée le 14 juillet 1994 (loi sur l’assurance-maladie) s’applique aux personnes qu’elle définit comme ayants droit.
De toepassing van de gecoo¨rdineerde ZIV-wet van 14 juli 1994 (ziekteverzekeringswet) richt zich tot wat omschreven wordt als rechthebbenden en gerechtigden. 1. Is een zelfstandige, die zich via zijn ziekenfonds verzekert tegen de zogenaamde kleine risico’s een rechthebbende in de zin van de ziekteverzekeringswet ten aanzien van deze wettelijke bepaalde kleine risico’s ? 2. a) Is een zelfstandige die zich niet verzekert voor kleine risico’s een rechthebbende in de zin van de ziekteverzekeringswet ? b) Heeft een geconventioneerde arts de vrijheid ten aanzien van die zelfstandige wat betreft de kleine risico’s zijn honorarium vrij te bepalen ? 3. a) Is een patie¨nt uit een land van de Europese Unie, voorzien van een document E111 of E112 een rechthebbende ? b) Kan een arts bij publicatie van het koninklijk besluit inzake honorariumsupplementen toch een afwijkend honorariumsupplement aanrekenen aan betrokkene ? 4. Kan een patie¨nt uit een land buiten de Europese Unie een rechthebbende zijn ?
1. Un indépendant qui s’assure contre les « petits risques » par l’intermédiaire de sa mutuelle est-il, au sens de la loi sur l’assurance-maladie, un ayant droit vis-à-vis de ces petits risques définis légalement ? 2. a) Un indépendant qui ne s’assure pas contre les petits risques est-il un ayant droit au sens de la loi sur l’assurance-maladie ? b) Un médecin conventionné a-t-il le loisir de fixer librement les honoraires qu’il facture à cet indépendant pour ce qui regarde les petits risques ? 3. a) Un patient originaire d’un E´tat membre de l’Union européenne et muni d’un document E111 ou E112 est-il un ayant droit ? b) Un médecin pourrait-il, si l’arrêté royal relatif aux suppléments d’honoraires était publié, facturer à l’intéressé un supplément d’honoraires dérogatoire ? 4. Un patient originaire d’un E´tat non membre de l’Union européenne peut-il être un ayant droit ?
Minister van Justitie
Ministre de la Justice
DO 1999200000794
DO 1999200000794
Vraag nr. 168 van de heer Jos Ansoms van 25 februari 2000 (N.) : Aantal afgewerkte en niet-afgewerkte verkeerszaken die een letselongeval impliceerden.
Question no 168 de M. Jos Ansoms du 25 février 2000 (N.) : Nombre de procès terminés et non terminés relatifs aux accidents de roulage ayant entraıˆné des dommages corporels. Les statistiques constituent le meilleur moyen pour évaluer une politique.
Een beleid kan best gee¨valueerd worden via statistische resultaten.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2803
1. Vanaf welk moment bestaan er in ons land betrouwbare statistieken over verkeerszaken met lichamelijk letsel :
` partir de quand dispose-t-on, pour la Belgique, 1. A de statistiques sur les accidents de la route ayant causé des dommages corporels :
a) bij politierechtbanken;
a) au niveau des tribunaux de police;
b) bij hoven van beroep ?
b) au niveau des cours d’appel ?
2. Wat is het aantal politierechters, jaar per jaar, dat deze zaken behandelde ?
2. Pourriez-vous m’indiquer, par année, le nombre de juges de police affectés au traitement de ce type d’affaires ?
3. Wat is het aantal verkeerszaken met lichamelijk letsel dat sindsdien, jaar per jaar, strafrechtelijk werd afgerond in deze rechtbanken ?
3. Quel est, par année, le nombre de procès relatifs à des accidents de roulage avec dommages corporels cloˆturés par un jugement pénal ?
4. Hoeveel vrijspraken waren er bij deze zaken, jaar per jaar, te noteren ?
4. Pourriez vous m’indiquer, par année, le nombre d’acquittements prononcés dans ce type de procès ?
5. Hoeveel personen werden er veroordeeld tot gevangenisstraffen ?
5. Combien de personnes ont été condamnées à des peines d’emprisonnement ?
6. Hoeveel voertuigen werden er, jaar per jaar, door de rechter geı¨mmobiliseerd ?
6. Combien de voitures le juge a-t-il fait immobiliser par année ?
7. Hoeveel personen werden vervallen verklaard van het recht op sturen als strafmaatregel ?
7. Combien de personnes ont été déclaré déchues du droit de conduire à la suite d’une mesure pénale ?
8. Hoe evolueert het aantal verkeerszaken met lichamelijke letsels dat (nog) niet werd afgerond :
8. Comment le nombre de procès liés à des accidents avec dommages corporels dans lesquels le jugement pénal n’a pas (encore) été prononcé, évolue-t-il :
a) strafrechtelijk;
a) sur le plan pénal;
b) betreffende de vaststelling van de burgerlijke aansprakelijkheid ?
b) en ce qui concerne le constat de la responsabilité civile ?
9. a) Hoe verklaart u deze evolutie ?
9. a) Comment expliquez-vous cette évolution ?
b) In geval van negatieve evolutie, welke maatregelen heeft u genomen of overweegt u te nemen om dat te verhelpen ?
b) S’il s’agit d’une évolution négative, quelles mesures avez-vous prises ou comptez-vous prendre pour y remédier ?
Minister van Financie¨n
Ministre des Finances
DO 1999200000786
DO 1999200000786
Vraag nr. 240 van de heer Stef Goris van 24 februari 2000 (N.) :
Question no 240 de M. Stef Goris du 24 février 2000 (N.) :
Jachttrofeee¨n. — Buitenland. — Berekening invoerrechten.
Trophées de chasse. — Importation. — Calcul des droits de douane.
Wanneer vanuit het buitenland jachttrofeee¨n worden ingevoerd in Belgie¨, zijn er invoerrechten verschuldigd bij de douane. Deze invoerrechten worden volgens de douane berekend op de commercie¨le waarde van de trofeee¨n.
Les droits de douane dus sur les trophées de chasse importés en Belgique sont calculés en fonction de leur valeur commerciale.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
359
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2804
Maar op het ogenblik van het invoeren hebben deze trofeee¨n echter geen commercie¨le waarde. Zij worden ingevoerd in een onafgewerkte staat namelijk onder de vorm van afgekookte schedels en in gezouten ruwe kruiden. Een taxidermist dient nog ingeschakeld te worden om deze trofeee¨n verder af te werken.
Au moment ou` ils sont importés, ces trophées n’ont encore aucune valeur commerciale. En effet, ils sont importés à l’état brut, c’est-à-dire, sous la forme d’un craˆne bouilli recouvert de sel et d’épices. Par la suite, il faut encore faire appel aux services d’un taxidermiste pour finir le travail.
Derhalve zijn deze trofeee¨n niet verkoopbaar in de staat waarin zij toekomen. Meer nog zelfs na een bewerking door een taxidermist is de verkoopwaarde zeer laag aangezien niemand jachttrofeee¨n wil kopen van iemand anders.
Ces trophées ne sont donc pas commercialisables dans l’état ou` ils arrivent en Belgique. Par ailleurs, l’intervention d’un taxidermiste n’augmente en rien la valeur commerciale d’un trophée, puisque personne ne souhaite acquérir les trophées d’autrui.
Op welke basis geschiedt dus de berekening van de invoerrechten op jachttrofeee¨n ?
Quels éléments président dès lors au calcul des droits de douane en matière de trophées de chasse ?
DO 1999200000798
DO 1999200000798
Vraag nr. 241 van de heer Luc Goutry van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 241 de M. Luc Goutry du 28 février 2000 (N.) :
Visserijsector. — Bijzondere nationale belastingregelingen of subsidieregelingen.
Secteur de la pêche. — Régimes fiscaux ou subventionnement spéciaux.
Het is u wel bekend dat er in verschillende Europese landen financie¨le overdrachten van de overheid aan de visserijsector gebeuren met alle gevolgen voor de exploitatie van de visbestanden enerzijds en de internationale concurrentieverhouding anderzijds.
Vous n’ignorez certainement pas que plusieurs pays européens soutiennent financièrement le secteur de la pêche, avec toutes les conséquences que cela implique pour l’exploitation des réserves de pêche, d’une part, et pour la concurrence internationale, d’autre part.
In verschillende Europese landen wordt de visserijsector op een verschillende manier gesubsidieerd. Er zijn Europese programma’s met een Belgische of Vlaamse bijdrage, doch hierop heeft uiteraard de Europese Commissie duidelijk zicht.
Plusieurs pays européens subventionnent de différentes manières le secteur de la pêche. Il existe également des programmes européens auxquels participent la Belgique ou la Flandre, mais qui sont bien connus de la Commission européenne.
Naast deze Europese steunverlening blijken er ook nationale subsidieregelingen en belastingregelingen te bestaan specifiek voor de visserijsector. In sommige Europese landen bestaan er belastingregelingen specifiek voor de vissector, die afwijken van het normale belastingregime. Dit gebeurt niet alleen voor de aanvoersector maar ook voor de visverwerkende industrie en de aquacultuur.
Outre l’aide européenne, il existe également au niveau des E´tats membres des régimes fiscaux et de subventionnement spécifiques au secteur de la pêche. Certains pays européens appliquent des régimes fiscaux spécifiques au secteur de la pêche, lesquels dérogent par conséquent au régime d’imposition ordinaire. L’industrie de la transformation du poisson et le secteur de l’aquaculture bénéficient également de ces régimes spéciaux.
1. Kent ons land bijzondere belastingregelingen of subsidieregelingen die specifiek bedoeld zijn ten voordele van de visserijsector ?
1. Notre pays connaıˆt-il des régimes fiscaux ou de subventionnement spéciaux, spécifiquement destinés au secteur de la pêche ?
2. Zo ja, welke zijn deze ?
2. Dans l’affirmative, quels sont ces régimes ?
3. Zo neen, overweegt ons land om zoals andere Europese landen de visserijsector extra te steunen via belasting- of subsidieregelingen ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
3. Dans la négative, notre pays envisage-t-il — à l’instar d’autres pays européens — d’accorder un soutien particulier au secteur de la pêche par le biais de régimes fiscaux ou de subventionnement spéciaux ? 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2805
DO 1999200000801
DO 1999200000801
Vraag nr. 242 van de heer Koen Bultinck van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 242 de M. Koen Bultinck du 28 février 2000 (N.) :
Diensten BTW, Directe Belastingen en Registratie van het ministerie van Financie¨n te Antwerpen. — Personeelstekort.
Services de la TVA, des Contributions directes et de l’Enregistrement du ministère des Finances à Anvers. — Pénurie de personnel.
Naar verluidt zou er een personeelstekort zijn bij de diensten BTW, Directe Belastingen en Registratie van het ministerie van Financie¨n te Antwerpen. Er zouden gemiddeld vier personeelsleden tekort zijn per BTWkantoor. Op een totaal van 18 BTW-kantoren betekent dit 72 personeelsleden.
Il me revient qu’il y aurait une pénurie de personnel auprès des services de la TVA, des Contributions directes et de l’Enregistrement du ministère des Finances à Anvers. Il manquerait en moyenne quatre membres du personnel par bureau de la TVA. Sur un total de 18 bureaux de la TVA, cela représente donc un total de 72 membres du personnel.
Op de andere belastingdiensten zou er eveneens een personeelsgebrek zijn.
Les autres services des contributions seraient également confrontés à une pénurie de personnel.
1. Klopt het dat er bij de Antwerpse belastingdiensten een tekort is aan personeel ?
1. Est-il exact que les services des contributions à Anvers sont confrontés à une pénurie de personnel ?
2. Is het juist dat er gemiddeld vier personeelsleden tekort zijn per Antwerps BTW-kantoor ?
2. Est-il exact qu’il manque en moyenne quatre membres du personnel par bureau de la TVA ?
3. Worden er nog andere Antwerpse belastingdiensten geplaagd door een personeelsgebrek ?
3. D’autres services des contributions d’Anvers sont-ils également confrontés à une pénurie de personnel ?
4. Hoe is de situatie in de rest van Vlaanderen ?
4. Comment se présente la situation ailleurs en Flandre ?
5. Indien er inderdaad een nijpend personeelsgebrek is bij de Antwerpse belastingdiensten, op welke wijze overweegt u dat te verhelpen en op welke termijn ziet u dan de ganse personeelsoperatie ?
5. Si les services des contributions d’Anvers sont effectivement confrontés à un grave problème de pénurie de personnel, quelles mesures envisagez-vous de prendre pour y remédier ? Dans quel délai ces mesures pourraient-elles être prises ?
DO 1999200000802
DO 1999200000802
Vraag nr. 243 van mevrouw Trees Pieters van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 243 de Mme Trees Pieters du 28 février 2000 (N.) :
Diensten van de Inspecties Geschillen van de klassieke belastingdiensten. — Enorm aantal bezwaarschriften. — Ambtenaren die deze diensten « tijdelijk » moeten versterken.
Services d’inspection du contentieux des services des contributions classiques. — Nombre considérable de réclamations. — Renfort « temporaire » de ces services par des fonctionnaires.
Luidens diverse persartikelen zullen tal van ambtenaren de diensten van de Inspecties Geschillen van de klassieke belastingdiensten « tijdelijk » moeten versterken om de enorme voorraad aan bezwaarschriften snel te helpen onderzoeken of af te handelen.
Selon plusieurs articles parus dans la presse, de nombreux fonctionnaires devront renforcer temporairement les services d’inspection du contentieux des services des contributions classiques pour aider leurs collègues dans les travaux de recherche et de controˆle destinés à permettre la résorption rapide de l’énorme arriéré de réclamations qui s’est accumulé.
Dit is in principe een zeer goede zaak voor de bezorgde en lang wachtende burger.
En principe, cette décision ne peut que réjouir les citoyens soucieux d’une bonne administration et las de se voir imposer des délais d’attente très longs.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2806
Nochtans is de algemene opinie van oordeel dat de regels van de « objectiviteit » en « onpartijdigheid » nooit kunnen worden nageleefd door die gewezen taxatieambtenaren, die samen maar steeds onder de hie¨rarchische leiding van hun respectievelijke diensthoofden, voorheen steeds « in team » of « in controleverband » zelf aan de basis lagen van de betwiste aanslagen zowel bij de Directe Belastingen als bij de AOIF of bij de BBI.
Pourtant, de l’avis général, les règles d’« objectivité » et d’« impartialité » ne pourront jamais être respectées par ces anciens fonctionnaires chargés de la taxation qui, en collaboration avec leurs chefs de service respectifs dont ils dépendent toutefois toujours hiérarchiquement, ont été eux-mêmes, en équipe ou dans le cadre d’un lien de subordination, à la base des impositions contestées, tant auprès des Contributions directes et de l’AFER que de l’ISI.
Het betreft hier zowel alle diensthoofden inspecteurs A van de klassieke diensten of hun ondergeschikten als alle ambtenaren van de afdeling Geschillen verbonden aan de AOIF of de BBI die bij het onderzoek van de blijvende niet-akkoorden zowel rechtstreeks als onrechtstreeks mondelinge en/of schriftelijke adviezen tot taxatie hebben uitgebracht.
Il s’agit en l’espèce de l’ensemble des chefs de services inspecteurs A des services classiques ou de leurs subordonnés comme de l’ensemble des fonctionnaires de la section Contentieux liée à l’AFER ou à l’ISI et qui, en cas de différend persistant entre un contribuable et l’administration, ont rendu — directement ou indirectement et oralement ou par écrit — des avis relatifs aux taxations concernées.
Terzake rijzen meteen de volgende pertinente praktische feitelijke en juridische vragen :
En la matière, se posent d’emblée les questions pratiques — matérielles et juridiques — suivantes :
1. Door wie en op welke wijze of onder welke precieze voorwaarden werden de ambtenaren van de Directe Belastingen vrijwillig aangeduid of meestal volledig verplichtend geselecteerd ?
1. Par qui, selon quelles modalités et à quelles conditions précises les fonctionnaires des Contributions directes ont-ils été sélectionnées, sur une base volontaire ou, comme c’est le plus souvent le cas, de manière contraignante ?
2. Welke « praktische » ervaring inzake behandeling van geschillen en/of dienstancie¨nniteit werd van deze ambtenaren concreet gee¨ist ?
2. Quelle expérience « pratique » en matière d’examen du contentieux et/ou ancienneté de service a(ont) été exigée(s) concrètement de ces fonctionnaires ?
3. Welke afdoende juridische garanties zullen de administratie van de Directe Belastingen, de BBI en van de AOIF bieden zodat zowel het principe van de scheiding der machten als het principe van de onpartijdigheid altijd wordt gerespecteerd ?
3. Quelles garanties suffisantes sur le plan juridique l’administration des Contributions directes, l’ISI et l’AFER offriront-elles pour que le principe de la séparation des pouvoirs et celui de l’impartialité soient toujours respectés ?
4. Welke algemene instructies zullen worden uitgevaardigd om de regels van de objectiviteit en onpartijdigheid en van een eerlijk proces door alle tijdelijk gelaste ambtenaren zorgvuldig te laten opvolgen ?
4. Quelles instructions générales seront données pour que les règles d’objectivité et d’impartialité et la garantie d’un procès honnête soient respectées par l’ensemble des fonctionnaires affectés temporairement à la mission de controˆle ?
Het zou immers onbehoorlijk zijn dat alle nieuw ingeschakelde ambtenaren bij een zelfde betwisting rechtstreeks of onrechtstreeks zowel als administratief rechter en als taxerende partij zouden hebben opgetreden. Luidens cassatierechtspraak is het algemeen rechtsbeginsel volgens hetwelk niemand tegelijkertijd rechter en partij in éénzelfde zaak mag zijn, een principe dat de openbare orde raakt. Dat principe wordt met name gehuldigd in de artikelen 292, 293, 297, 304 en 828, 8o, van het Gerechtelijk Wetboek.
Il serait, en effet, inacceptable que tous les fonctionnaires nouvellement affectés interviennent, directement et indirectement, à la fois comme juge administratif et partie chargée de la taxation pour un même contentieux. Conformément à la jurisprudence de la Cour de cassation, le principe général selon lequel nul ne peut être à la fois juge et partie, touche à l’ordre public. Ce principe est, en effet, mis en avant dans les articles 292, 293, 297, 304 et 828, 8o, du Code judiciaire.
5. Welke algemene maatregelen zullen worden genomen om het recht op een eerlijk fiscaal proces voldoende juridisch te waarborgen zodat het algemeen rechtsbeginsel van de « onafhankelijkheid » en de « onpartijdigheid » niet worden geschonden door de administraties en haar diverse tijdelijke en vaste geschillenambtenaren ?
5. Quelles mesures générales seront prises pour offrir les garanties suffisantes d’un procès fiscal honnête, en ce sens que ni le principe général de droit de l’« indépendance » ni celui de l’« impartialité » ne seront violés par les administrations et ses divers fonctionnaires chargés, sur une base temporaire ou permanente, de l’examen des contentieux ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2807
6. a) Door wie en op welke wijze zullen eventuele meningsverschillen tussen de onderzoekende of behandelende eerstaanwezend inspecteursdiensthoofden (A) en de beslissende gedelegeerde ambtenaren, met op administratief vlak van dezelfde graad (rang 10S3), hie¨rarchisch maar rechtvaardig worden bijgelegd ?
6. a) Par qui et comment des différends éventuels entre inspecteurs-chefs de service enquêteurs ou examinateurs (A) et les fonctionnaires délégués investis du pouvoir de décision, occupant le même grade sur le plan administratif (10S3), seront-ils réglés, dans le respect de la hiérarchie et du principe d’équité ?
b) Welke neutrale rol zal de klassieke gewestelijk directeur der Directe Belastingen hierbij nog nuttig kunnen vervullen en zal hierbij overleg worden gepleegd met de gewestelijk directeurs of directeurs van de controlecentra AOIF of BBI afkomstig van de Directe Belastingen ?
b) Quel roˆle neutre le directeur régional classique des Contributions directes pourra-t-il encore jouer utilement et une concertation sera-t-elle organisée, à cet égard, avec les directeurs régionaux ou les directeurs des centres de controˆle AFER ou ISI, issus des Contributions directes ?
7. Hoe zal de verregaande juridische dualiteit tussen de werkzaamheden van de « voorafgaande geschillen » en de eigenlijke afdeling Geschillen snel en behoorlijk worden opgelost voor alle medewerkers die onder de hie¨rarchische leiding van dezelfde diensthoofden en de AOIF-directie een dubbele activiteit dienen te ontplooien ?
7. Comment la dualité juridique entre les travaux des « contentieux préalables » et de la section Contentieux au sens propre, dont les effets sont importants, pourra-t-elle être résolue rapidement et correctement pour l’ensemble des collaborateurs devant déployer une double activité sous la direction hiérarchique des mêmes chefs de service et la direction de l’AFER ?
8. a) Is het in hoofdzaak binnen de AOIF en de BBI in rechte geoorloofd en getuigt het van een « behoorlijk bestuur » dat een medewerker van de geschillendienst een bezwaarschrift behandelt of onderzoekt waarvoor het diensthoofd eerder een advies heeft verstrekt of ondertekend in het kader van de werkzaamheden van de « voorafgaande geschillen » wetende dat voortaan overal in teamverband wordt gewerkt en veel gezamenlijk overleg wordt gepleegd onder toezicht van het management ?
8. a) En particulier au sein de l’AFER et de l’ISI, est-il admis sur le plan juridique et est-il conforme au principe du bonne administration, qu’un collaborateur du service chargé de l’examen des litiges examine une réclamation à propos de laquelle le chef de service a déjà rendu ou signé préalablement un avis dans le cadre des travaux du service « contentieux préalables », sachant que le travail d’équipe constitue désormais partout la règle et qu’une réelle concertation est organisée sous la direction des supérieurs ?
b) Hoe wordt hierbij de toekomstige houding of reactie van de fiscale rechters en van het College van de federale ombudsmannen nu reeds ingeschat ?
b) Dans quelle mesure est-il d’ores et déjà tenu compte de l’attitude ou de la réaction future des juges fiscaux et du Collège des médiateurs fédéraux ?
9. a) Op welke wijze zal de territoriale bevoegdheid van de tijdelijk betrokken ambtenaren afzonderlijk worden afgebakend binnen de beide fiscale administraties ?
9. a) De quelle manière la compétence territoriale des fonctionnaires temporairement concernés serat-elle délimitée séparément au sein des deux administrations fiscales ?
Door middel van een aanpassing van de wet of door een besluit van de secretaris-generaal gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad om onder meer tegenstelbaar te zijn aan derden ?
Cela se fera-t-il par le biais d’un aménagement de la loi d’une décision du secrétaire général publiée au Moniteur belge, pour garantir l’opposabilité aux tiers ?
b) Hoe zullen zij officieel maar tijdelijk worden aangesteld en worden gemuteerd naar een andere standplaats of plaats van tewerkstelling ?
b) Comment ces fonctionnaires seront-ils désignés officiellement mais temporairement et mutés vers une autre affectation ou vers un autre lieu de travail ?
10. Welke vastbenoemde ambtenaren van niveau 1 zullen bij die twee fiscale administraties tijdelijk instaan voor de rechtsgeldige ondertekening van zowel
10. Quels fonctionnaires nommés à titre définitif de niveau 1 seront responsables temporairement, au sein de ces deux administrations fiscales, de la signature
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2808
alle correspondentie ter gelegenheid van het onderzoek van die kolossale massa aan bezwaarschriften als van alle administratief te nemen beslissingen ?
valable en droit tant de l’ensemble de la correspondance échangée à l’occasion des enquêtes relatives à cette masse gigantesque de réclamations que de l’ensemble des décisions administratives à prendre ?
11. a) Mogen de tijdelijk aangestelde geschillenambtenaren tijdens die periode ook nog taxatiewerkzaamheden uitvoeren bij andere belastingplichtigen ?
11. a) Les fonctionnaires affectés temporairement à l’examen des litiges pourront-ils encore exercer une compétence de taxation à l’égard d’autres contribuables ?
b) Zo ja, waarom ?
b) Dans l’affirmative, pourquoi ?
12. Kan u, puntsgewijze, uw algemene ziens- en handelwijze meedelen in het kader van een behoorlijk en wettelijk fiscaal bestuur ?
12. Pourriez-vous, d’une manière générale, me faire part, point par point, de la philosophie et de la politique que vous défendez dans le cadre d’une administration fiscale soucieuse de correction et de légalité ?
DO 1999200000810
DO 1999200000810
Vraag nr. 244 van mevrouw Trees Pieters van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 244 de Mme Trees Pieters du 28 février 2000 (N.) :
Fiscale geschillen. — Bezwaarschrift. — Administratie. — Administratief beroep.
Contentieux fiscaux. — Réclamation. — Administration. — Recours administratif.
Met de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen heeft de wetgever voortaan gekozen voor de interpretatie dat een bezwaarschrift voor de administratie een louter administratief beroep is.
Depuis l’entrée en vigueur de la loi du 15 mars 1999 relative au contentieux en matière fiscale, une réclamation constitue aux yeux du législateur un recours purement administratif pour l’administration.
Uit de voorbereidende parlementaire werkzaamheden blijkt dat dit administratief beroep niet alleen zal moeten voldoen aan de principes van « behoorlijk bestuur » maar eveneens aan de interne regels van de bestuurlijke « hie¨rarchie ».
Il ressort des travaux préparatoires du Parlement que ce recours administratif doit non seulement répondre aux principes d’une « bonne administration » mais également aux règles propres à la « hiérarchie » administrative.
Terzake rijzen evenwel de volgende algemene praktische vragen.
Cette situaton appelle les questions pratiques suivantes.
1. a) Zijn die beide voorwaarden wel degelijk perfect juridisch met elkaar verenigbaar en/of niet tegenstrijdig wetende dat de regels van behoorlijk bestuur de volgende zeven basisbeginselen omvatten (zie ook de wet van 22 maart 1995 tot instelling van federale ombudsmannen) die soms ook in strijd zijn met de administratieve onderrichtingen vervat in circulaires, instructies en andere interne aanbevelingen of voornamelijk met de persoonlijke opinies van de taxatie- en geschillenambtenaren :
1. a) Les deux conditions sont-elles conciliables et/ou non contradictoires, compte tenu du fait que les règles relatives à la bonne administration comportent les sept principes de base suivants (voir également la loi du 22 mars 1995 instaurant des médiateurs fédéraux) qui sont parfois contraires aux directives administratives contenues dans des circulaires, des instructions et d’autres recommandations internes ou aux points de vue personnels des fonctionnaires taxateurs ou des fonctionnaires chargés du contentieux :
— overeenstemming met de rechtsregels (= legaliteitsbeginsel);
— correspondance avec les règles juridiques (= principe de légalité);
— motivering van de beslissingen;
— motivation des décisions;
— verbod van machtsafwending;
— interdiction de détournement de pouvoir;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2809
— rechtszekerheid en vertrouwen;
— sécurité juridique et confiance;
— redelijkheid en wettelijke billijkheid;
— caractère raisonnable et bien-fondé légal;
— gelijkheid en onpartijdigheid;
— égalité et impartialité;
— zorgvuldigheid inzake dossierbehandeling en administratieve organisatie (met vooral eerbied voor de hoorplicht, redelijke termijn, actieve en passieve informatie en recht op privacy) ?
— minutie dans le traitement des dossiers et l’organisation administrative (en particulier le respect de l’obligation d’audition, du délai raisonnable, de l’information active et passive et du droit à la vie privée) ?
Vermits die beginselen van gelijke waarde zijn, mogen ze normaal niet strijdig zijn met elkaar en moeten ze steeds nauwgezet tegen elkaar worden afgewogen.
Ces principes ayant la même valeur, ils ne devraient pas se contredire. Par ailleurs, il convient de chercher un juste équilibre entre ces principes.
b) Zo neen, wat zijn uw gegronde juridische tegenargumenten tot uitvoerige staving van een gebeurlijk ontkennend antwoord ?
b) Dans la négative, sur quels arguments juridiques vous fondez-vous ?
2. a) Dienen de belastingambtenaren van de administratie van de Directe Belastingen als die van de BBI en de administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit (AOIF) de bepalingen van artikel 170, § 1, en artikel 172, tweede lid, van de Grondwet steeds strikt toe te passen bij het onderzoek van een bezwaarschrift en bij het nemen van een administratieve beslissing ?
2. a) Lors de l’examen d’une réclamation ou de la prise d’une décision administrative, les fonctionnaires de l’administration des Contributions directes, de l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts (ISI) et de l’administration de la Fiscalité des entreprises et des revenus (AFER) sont-ils tenus au respect rigoureux des dispositions de l’article 170, § 1er, et de l’article 172, alinéa 2, de la Constitution ?
Immers, die fiscale administraties beschikken niet over een beleidsvrijheid maar ze zijn in alle omstandigheden strikt gebonden aan de wettelijke bepalingen. Geen enkele overweging kan de correcte toepassing van de belastingwetten trouwens ook milderen.
Les administrations fiscales n’ont aucune liberté quant à la gestion. Au contraire, elles sont en toutes circonstances tenues au strict respect des dispositions légales. Aucune considération ne permet d’appliquer plus souplement les lois fiscales.
b) Zo neen, waarom moet het « legaliteitsbeginsel » niet worden opgevolgd met het ernstig en ree¨el risico hierdoor burgerlijke schade te kunnen veroorzaken ?
b) Dans la négative, comment expliquez-vous que le « principe de légalité » ne doit pas être observé, avec les risques de dommages civils réels et non négligeables qui en résultent ?
3. Kan u, puntsgewijze, uw algemene ziens- en handelwijze in het kader van een behoorlijk en wettelijk fiscaal bestuur meedelen ?
3. Pourriez-vous, sous l’angle d’une bonne et légale administration fiscale, me faire part de votre position pour chacun des points susmentionnés et préciser les mesures que vous envisagez ?
DO 1999200000817
DO 1999200000817
Vraag nr. 245 van de heer Maurice Dehu van 29 februari 2000 (Fr.) :
Question no 245 de M. Maurice Dehu du 29 février 2000 (Fr.) :
Departement. — Tekort aan ontvangers.
Département. — Manque de receveurs.
Uw departement zou heel wat moeite hebben om gegadigden te vinden die bereid zijn de aansprakelijkheid van de ontvangers op zich te nemen.
Il me revient que votre département rencontre de nombreuses difficultés à trouver les candidats qui acceptent d’assurer la responsabilité des receveurs.
1. a) Hoeveel ontvangers zijn er te kort ?
1. a) Quel est le manque de receveurs ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2810
b) Hoeveel ontvangstkantoren worden door een « waarnemend » ambtenaar geleid ?
b) Quel est le nombre de recettes dirigées par un « intérimaire » ?
c) Hoeveel ambtenaren van niveau 2 zijn genoodzaakt een dergelijke functie tijdelijk waar te nemen ?
c) Combien d’agents de niveau 2 sont-ils amenés à effectuer un tel intérim ?
d) Worden zij in hun oorspronkelijke functie vervangen ?
d) Et, sont-il remplacés dans leur fonction d’origine ?
2. a) Moet de aansprakelijkheid van de ontvangers, die bij de wet van 29 oktober 1846 op de inrichting van het Rekenhof wordt geregeld, niet worden herzien ?
2. a) La responsabilité du receveur, définie par la loi du 29 octobre 1846 relative à l’organisation de la Cour des comptes, ne doit-elle pas être revue ?
b) Is die aansprakelijkheid niet overdreven, gelet op de karige materie¨le middelen en het weinige personeel waarover zij beschikken ?
b) En effet, compte tenu des manquements en moyens matériels et humains, cette responsabilité n’est-elle pas exagérée ?
3. Zo neen, moeten hun loonschalen niet worden opgetrokken ?
3. Dans la négative, ne faut-il pas augmenter la situation barémique ?
4. Heeft uw departement een verzekering gesloten om de eventuele tekortkomingen van uw ontvangers te dekken ?
4. Votre département a-t-il souscrit à une assurance pour couvrir les manquements éventuels de vos receveurs ?
DO 1999200000832
DO 1999200000832
Vraag nr. 246 van de heer Luc Sevenhans van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 246 de M. Luc Sevenhans du 1er mars 2000 (N.) :
Meer ontvangsten uit files. — Fiscus. — Extra aftrek voor file-gevoelige zones.
Recettes supplémentaires dues aux embouteillages. — Fisc. — Déduction fiscale supplémentaire dans les zones à embouteillages fréquents.
Volgens mobiliteitsspecialist Hugo Quadens van de Katholieke Universiteit van Leuven, veroorzaken de files een belangrijk meerverbruik van de daarin betrokken voertuigen.
Selon Hugo Quadens, spécialiste de la mobilité, attaché à la Katholieke Universiteit Leuven, les embouteillages sont à l’origine d’une surconsommation importante des véhicules.
Uiteraard een logische vaststelling, maar de heer Quadens heeft berekend dat het gaat over een bedrag van 645 miljard frank. Dit cijfer slaat dan nog enkel maar op Vlaanderen en Brussel.
Le constat est d’une logique implaccable et M. Quadens estime à 645 milliards de francs que ce surplus représente. Et encore ce montant ne concernet-il que la Flandre et Bruxelles.
Aangezien de fiscus geen rekening houdt met het verbruik, maar slechts met de afgelegde kilometers, kan dit voor een grote groep onrechtvaardig zijn.
E´tant donné que le fisc ne tient pas compte de la consommation mais seulement du nombre de kilomètres parcourus, cette situation pénalise un grand nombre de personnes.
1. Was u op de hoogte van dit bedrag ?
1. Avez-vous connaissance de ce montant ?
2. Overweegt u een oplossing voor deze onrechtvaardigheid, eventueel via een extra aftrek voor filegevoelige zones ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2. Avez-vous déjà envisagé des mesures pour mettre fin à cette injustice par l’application éventuelle d’une déduction fiscale supplémentaire dans les zones à embouteillages fréquents ? 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2811
Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking
DO 1999200000813
DO 1999200000813
Vraag nr. 23 van de heer Ferdy Willems van 29 februari 2000 (N.) :
Question no 23 de M. Ferdy Willems du 29 février 2000 (N.) :
Productie van het ontbladeringsmiddel Agent Orange. — Betrokkenheid van Belgische chemische bedrijven.
Production du défoliant Agent Orange. — Participation d’entreprises chimiques belges.
Op 22 februari 2000 heeft de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking in Vie¨tnam verklaard dat Belgie¨ een verantwoordelijkheid draagt tegenover de Vie¨tnamese bevolking wegens het massale gebruik van Agent Orange als chemisch wapen door het Amerikaanse leger. De Belgische scheikundige industrie was volgens u betrokken bij de productie van dit ontbladeringsmiddel in Belgie¨.
Le 22 février 2000, vous avez déclaré, au Vietnam, que la Belgique portait une certaine responsabilité visà-vis du peuple vietnamien, responsabilité due à l’utilisation massive d’Agent Orange comme arme chimique par l’armée américaine. Selon vous, l’industrie chimique belge a participé à la production de ce défoliant, et ce dans notre pays.
1. Wat waren uw exacte bewoordingen op 22 februari 2000 in Vie¨tnam met betrekking tot de verantwoordelijkheid van Belgie¨ voor de betrokkenheid van Belgische chemische bedrijven bij de productie van Agent Orange (letterlijk citaat graag) ?
1. Qu’avez-vous dit exactement le 22 février 2000 au Vietnam au sujet de la responsabilité de la Belgique liée à la participation d’entreprises chimiques belges à la production d’Agent Orange (j’aimerais disposer d’une citation littérale, s’il vous plaıˆt) ?
2. Op welke gegevens en/of rapporten heeft u zich gebaseerd om de betrokkenheid van Belgische scheikundige bedrijven bij de productie van Agent Orange te staven ?
2. Sur quels informations et/ou rapports vous êtesvous basé pour étayer vos affirmations concernant la participation d’entreprises chimiques belges à la production d’Agent Orange ?
3. Welke chemische bedrijven in Belgie¨ hebben volgens u Agent Orange geproduceerd voor het Amerikaanse leger ?
3. Quelles entreprises chimiques belges ont, d’après vous, produit de l’Agent Orange pour le compte de l’armée américaine ?
DO 1999200000814
DO 1999200000814
Vraag nr. 24 van de heer Ferdy Willems van 29 februari 2000 (N.) :
Question no 24 de M. Ferdy Willems du 29 février 2000 (N.) :
Productie van het ontbladeringsmiddel Agent Orange. — Ontkenning van de betrokkenheid van de Belgische scheikundige industrie door Fedichem.
Production du défoliant Agent Orange. — Démenti de la Fedichem concernant la participation de l’industrie chimique belge.
Op 25 februari 2000 heeft de Federatie van de chemieverwerkende nijverheid (Fedichem) formeel de betrokkenheid ontkend van de Belgische scheikundige industrie bij de productie van Agent Orange. Het Amerikaanse leger gebruikte het ontbladeringsmiddel Agent Orange massaal als chemisch wapen in de Vie¨tnamese oorlog. De ontkenning van Fedichem is een reactie op uw verklaring tijdens een werkbezoek aan Vie¨tnam over de betrokkenheid van Belgische bedrijven bij de productie van Agent Orange in Belgie¨.
Le 25 février 2000, la Fédération des industries chimiques de Belgique (Fedichem) a nié catégoriquement toute participation de l’industrie chimique belge à la production d’Agent Orange. L’armée américaine s’était servie massivement du défoliant Agent Orange comme arme chimique dans la guerre du Vietnam. En apportant ce démenti, la Fedichem a voulu réagir à vos déclarations, faites au cours d’une visite de travail au Vietnam, concernant la participation d’entreprises belges à la production d’Agent Orange en Belgique.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
360
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2812
1. Onderschrijft u het standpunt van Fedichem over de betrokkenheid van de Belgische scheikundige industrie bij de productie van Agent Orange ?
1. Vous ralliez-vous à la position adoptée par la Fedichem en ce qui concerne la non-participation de l’industrie chimique belge à la production d’Agent Orange ?
2. Zo ja, heeft u dan op 22 februari 2000 ten onrechte verklaard dat de Belgische scheikundige industrie betrokken was bij de productie van Agent Orange ?
2. Dans l’affirmative, reconnaissez-vous que vous avez eu tort de déclarer, le 22 février 2000, que l’industrie chimique belge a participé à la production d’Agent Orange ?
3. Zo neen, blijft u bij uw verklaring van 22 februari 2000 over de betrokkenheid van de Belgische scheikundige industrie bij de productie van Agent Orange en zal u in dit geval een onderzoek instellen om uw verklaring van 22 februari 2000 over de betrokkenheid van de Belgische scheikundige industrie bij de productie van Agent Orange met bewijzen te staven ?
3. Dans la négative, maintenez-vous vos déclarations, et dans ce cas, ordonnerez-vous une enquête afin de fournir les preuves de ce que vous avez déclaré le 22 février dernier ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2813
Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres.
Eerste minister
Premier ministre
DO 1999200000799
DO 1999200000799
Vraag nr. 35 van de heer Yves Leterme van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 35 de M. Yves Leterme du 28 février 2000 (N.) :
Omzendbrief kabinetten. — Tewerkstelling van een lid van het uitvoerend personeel van niveau 4 in de privé-woning van de regeringscommissaris belast met de dioxineproblematiek en de coo¨rdinatie inzake de toepassing van Europese richtlijnen.
Circulaire cabinets. — Mise au travail d’un membre du personnel exécutif du niveau 4 au domicile privé du commissaire du gouvernement chargé de la problématique de la dioxine et de la coordination en ce qui concerne l’application des directives européennes.
1. Is een lid van het uitvoerend personeel van het kabinet van de regeringscommissaris belast met de dioxineproblematiek en de coo¨rdinatie inzake de toepassing van Europese richtlijnen tewerkgesteld in de privé-woning van de regeringscommissaris ?
1. Un membre du personnel exécutif du cabinet du commissaire du gouvernement chargé de la problématique de la dioxine et de la coordination en ce qui concerne l’application des directives européennes est-il occupé au domicile privé du commissaire du gouvernement ?
2. Wat zijn de opdrachten die aan het bedoelde personeelslid gegeven worden ?
2. Quelles taˆches lui ont été confiées ?
Antwoord : Als antwoord op zijn vraag heb ik de eer het geachte lid volgende elementen mede te delen.
Réponse : En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les éléments suivants.
1. Overeenkomstig de beslissing van de Ministerraad van 17 juli 1999, kan de regeringscommissaris over een half kabinet van een staatssecretaris beschikken. Onder dit personeel wordt in de privé-woning van de regeringscommissaris een lid van het uitvoerend personeel van niveau 4 halftijds tewerkgesteld.
1. Conformément à la décision du Conseil des ministres du 17 juillet 1999, le commissaire du gouvernement peut disposer d’un demi cabinet de secrétaire d’E´tat. Parmi ce personnel, un membre du personnel d’exécution est employé à mi-temps au domicile privé du commissaire du gouvernement.
2. Dit personeelslid is belast met het onderhoud en met elementair secretariaatswerk (beantwoorden telefoon, onthaal van personen).
2. Ce membre du personnel est chargé de l’entretien et de travaux de secrétariat élémentaires (répondre aux appels téléphoniques, l’accueil de personnes).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2814
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
DO 1999200000110
DO 1999200000110
Vraag nr. 20 van mevrouw Kathleen van der Hooft van 25 oktober 1999 (N.) :
Question no 20 de Mme Kathleen van der Hooft du 25 octobre 1999 (N.) :
Aanwerving van pas afgestudeerde jongeren. — Werkgevers. — Vakantiegeld.
Recrutement de jeunes fraıˆchement diploˆmés. — Employeurs. — Pécule de vacances. Dans le cadre de la mise en place de l’E´tat social actif, le gouvernement entend faire en sorte que les jeunes peu qualifiés trouvent un emploi dans les six mois qui suivent la fin de leurs études.
In het kader van de uitbouw van de actieve welvaartstaat, wil de regering voorkomen dat laaggeschoolde jongeren langer dan zes maanden na het bee¨indigen van hun studies werkloos blijven. Pas afgestudeerde jongeren hebben er alle belang bij om snel aan de slag te kunnen. Echter, naar verluidt zou een aantal werkgevers aarzelen om pas afgestudeerde jongeren aan te werven. De reden hiervan zou kunnen liggen in het feit dat de werkgever krachtens de gecoo¨rdineerde wetten van 28 juni 1971 betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers verplicht is om vakantiegeld toe te kennen aan afgestudeerden jonger dan 25 jaar die binnen de vier maanden na het einde van hun studie werkzaam zijn, terwijl hij van deze verplichting ontslagen wordt bij aanwerving van jongeren die langer dan vier maanden afgestudeerd zijn. Vooral de interimsector zou aarzelen om deze jongeren aan de slag te laten gaan als uitzendkracht. Pas afgestudeerde jongeren zouden hierdoor in hun arbeidsbereidheid worden afgeremd.
Il est dans l’intérêt des jeunes fraıˆchement diploˆmés qu’ils intègrent rapidement la vie professionnelle. Il semble toutefois que certains employeurs hésitent à recruter des jeunes qui viennent de terminer leurs études. Cette réticence pourrait s’expliquer par l’obligation qui incombe à l’employeur, en vertu des lois relatives aux vacances annuelles des travailleurs salariés coordonnées le 28 juin 1971, de payer un pécule de vacances aux jeunes de moins de 25 ans occupés pour la première fois au service d’un employeur dans les quatre mois qui suivent la fin de leurs études. Cette obligation échoit après expiration du délai de quatre mois. Le secteur du travail intérimaire, notamment, hésiterait à recruter des jeunes. Il y a là de quoi réfréner l’ardeur au travail des jeunes diploˆmés.
1. Beschikt u over indicaties of de huidige reglementering inzake het vakantiegeld een negatief effect heeft op de aanwerving van pas afgestudeerde jongeren ?
1. Disposez-vous d’indications selon lesquelles la législation actuelle en matière de pécule de vacances exerce quelque effet négatif sur le recrutement de jeunes fraıˆchement diploˆmés ?
2. Zo neen, bent u bereid deze potentie¨le belemmerende factor voor aanwervingen van pas afgestudeerde jongeren te laten onderzoeken ?
2. Dans la négative, comptez-vous faire analyser cet obstacle potentiel au recrutement des jeunes qui viennent de terminer leurs études ?
3. Zo ja, bestaan er hieromtrent duidelijke verschillen tussen aanwervingen van werknemers in tijdelijk of vast dienstverband enerzijds, en uitzendkrachten, anderzijds ?
3. Dans l’affirmative, existe-t-il des différences notables entre les travailleurs recrutés sous contrat de travail à durée déterminée ou indéterminée, d’une part, et les intérimaires, de l’autre ?
4. a) Overweegt u een bijsturing van de huidige regelgeving, teneinde het aanwerven van pas afgestudeerde jongeren te bevorderen ?
4. a) Envisagez-vous une modification de la réglementation actuelle afin de favoriser le recrutement de jeunes fraıˆchement diploˆmés ?
b) Welke maatregelen komen hiervoor in aanmerking ?
b) Quelles mesures peut-on prendre à cet effet ?
Antwoord : De problematiek van het vakantiegeld behoort tot de bevoegdheid van mijn collega de minister van Sociale Zaken en Pensioenen. (Vraag nr. 104 van 28 maart 2000.)
Réponse : La problématique du pécule de vacances relève de la compétence de mon collègue le ministre des Affaires sociales et des Pensions. (Question no 104 du 28 mars 2000.)
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2815
Ik beschik niet over specifieke indicaties die zouden toelaten te zeggen dat de specifieke regeling inzake het vakantiegeld van bepaalde schoolverlaters, als onderdeel van de loonlast, een invloed zou hebben op de aanwerving van de schoolverlaters.
Je ne dispose pas d’indications précises qui permettraient de dire que la réglementation spécifique relative au pécule de vacances de certains jeunes qui ont terminé leurs études, pour autant que ce pécule fasse partie des charges patronales, ait une influence sur l’engagement de ces jeunes.
DO 1999200000527
DO 1999200000527
Vraag nr. 55 van mevrouw Alexandra Colen van 14 januari 2000 (N.) : Vakbondspremies. — Uitbetalingsorganismen. — VZW-wet. — Controleactiviteiten. Gelet op de beschikkingen van artikel 5, § 2, en artikel 6, § 3, van de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de wetten van 2 juli 1981, 22 januari 1985, 7 januari 1987, 6 juli 1989 en 22 juli 1993, waarbij de wet van 27 juni 1921 waarbij aan de verenigingen zonder winstgevend doel en aan de instellingen van openbaar nut rechtspersoonlijkheid wordt verleend (VZW-wet), op de uitbetalingsorganismen in toepassing is gebracht, verzoek ik om een antwoord op de volgende vragen. 1. Daar de wet van 27 juni 1921 integraal (samen met de jurisprudentie) van toepassing is op de uitbetalingsorganismen, met betrekking tot de door deze wet bepaalde publicaties en het neerleggen van onder meer ledenlijsten en/of het opstellen van jaarlijkse balansen en vooruitzichten, welk is de hiertoe aangewezen autoriteit die in dit domein de overeenkomstige controleactiviteiten uitvoert en/of deze oplegt ? 2. Wanneer werden de laatste controleactiviteiten inzake de toepassing van de wet van 27 juni 1921 op de voormelde uitbetalingsorganismen uitgevoerd en wat waren de resultaten van deze controleactiviteiten in dit domein ? Antwoord : Gezien de vraag betrekking heeft op de syndicale premies uitbetaald aan de personeelsleden van de overheidssector behoort deze vraag tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Ambtenarenzaken. (Vraag nr. 38 van 28 maart 2000.)
Question no 55 de Mme Alexandra Colen du 14 janvier 2000 (N.) : Primes syndicales. — Organismes de paiement. — Loi sur les ASBL. — Activités de controˆle. Vu les dispositions des articles 5, § 2, et 6, § 3, de la loi du 1er septembre 1980 relative à l’octroi et au paiement d’une prime syndicale à certains membres du personnel du secteur public, modifiée par les lois du 2 juillet 1981, du 22 janvier 1985, du 7 janvier 1987, du 6 juillet 1989 et du 22 juillet 1993, qui ont eu pour effet d’appliquer aux organismes de paiement la loi du 27 juin 1921 accordant la personnalité civile aux associations sans but lucratif et aux organismes d’utilité publique (loi ASBL), j’aimerais recevoir une réponse aux questions suivantes :
DO 1999200000785
DO 1999200000785
Vraag nr. 68 van de heer Gerolf Annemans van 24 februari 2000 (N.) : Bedrijven actief in de asbestafbraak en asbestverwijdering. — Koninklijk besluit. — Overgangsmaatregelen. Het koninklijk besluit van 4 mei 1999 tot vaststelling van de erkenningsvoorwaarden voor de onderne-
Question no 68 de M. Gerolf Annemans du 24 février 2000 (N.) : Entreprises qui s’occupent de la destruction et de l’enlèvement d’amiante. — Arrêté royal. — Mesures de transition. L’arrêté royal du 4 mai 1999 fixant les conditions d’agrément des entreprises visées à l’article 148decies,
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
1. La loi du 27 juin 1921 étant intégralement (c’està-dire avec la jurisprudence) d’application aux organismes de paiement en ce qui concerne les publications prévues par cette loi et le dépoˆt, entre autres, de listes de membres et/ou la confection de bilans et de perspectives annuels, quelle est l’autorité compétente indiquée qui exerce et/ou impose, dans ce domaine, les activités de controˆle correspondantes ? 2. Quand les derniers controˆles en matière d’application de la loi du 27 juin 1921 relative aux organismes de paiement précités ont-ils été effectués et à quels résultats ont-ils abouti dans ce domaine ? Réponse : Vu que la question concerne les primes syndicales payées aux membres du personnel du secteur public, cette question relève de la compétence de mon collègue, le ministre de la Fonction publique. (Question no 38 du 28 mars 2000.)
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2816
mingen bedoeld in artikel 148decies, 2.5.9.3.4 van het ARAB regelt de criteria voor de erkenning en de verschillende vergunningsklassen van bedrijven actief in de asbestafbraak en asbestverwijdering. Uit een onderhoud op 18 november 1999 tussen een afvaardiging van de Confederatie Bouw en de heer De Coninck, directeur-generaal van de administratie van de Arbeidshygie¨ne en -geneeskunde van het ministerie van Tewerkstelling en Arbeid bleek dat er overgangsmaatregelen bij voornoemd koninklijk besluit van 4 mei 1999 op komst zouden zijn : — startende bedrijven zouden een erkenning krijgen voor maximaal één jaar en dit maximaal in klasse drie; — bedrijven erkend onder het oude regime zouden vanaf 1 januari 2000 gedurende drie maanden de kans krijgen om een dossier in te dienen volgens het voornoemde koninklijk besluit en de belofte om voor de bouwvakantie van 2000 al deze dossiers af te werken; — het gerealiseerde zakencijfer is het gerealiseerde zakencijfer in de asbestverwijdering; — vermindering van het aantal opleidingsuren per jaar voor werknemers. 1. a) Zijn er overgangsmaatregelen bij het bovengenoemde koninklijk besluit van 4 mei 1999 op komst ? b) Zo ja, wanneer worden zij effectief ? 2. a) Wat is de juiste inhoud van deze maatregelen ? b) Kloppen voornoemde maatregelen ? Antwoord : Hierna vindt u het antwoord op de gestelde vragen. Er heeft inderdaad een uitwisseling van standpunten plaatsgehad tussen vertegenwoordigers van de Confederatie Bouw en de heer J.-M. De Coninck, directeurgeneraal van de administratie van de Arbeidshygie¨ne en -geneeskunde en enkele van zijn medewerkers. Tijdens dit onderhoud van 18 november 1999 werden een aantal moeilijkheden betreffende de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 4 mei 1999 opgeworpen. De discussie had ook betrekking op de interpretatie van de tekst van dit koninklijk besluit. Een aantal mogelijkheden tot oplossing werden besproken : — De startende bedrijven zouden hun eerste erkenning krijgen voor bijvoorbeeld één jaar gelet op het feit dat deze ondernemingen nog geen ervaring hebben.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2.5.9.3.4, du Règlement général pour la protection du travail (RGPT) détermine les critères d’agrément et établit une classification des autorisations accordées aux entreprises dont les activités touchent à la destruction et à l’enlèvement d’asbeste. Il ressort de l’entretien qu’ont eu, le 18 novembre 1999, une délégation de la Confédération de la construction avec M. De Coninck, directeur-général de l’administration de l’Hygiène et de la Médecine du travail du ministère de l’Emploi et du Travail, que, dans le cadre de l’arrêté royal du 4 mai 1999, des mesures transitoires seraient bientoˆt prises : — les entreprises nouvelles seraient agréées pour une durée maximale d’un an, valable pour la troisième classe ou toute classe inférieure; — conformément à l’arrêté royal précité, les entreprises agréées sous le régime précédent disposeraient à partir du 1er janvier 2000 d’un délai de trois mois pour introduire un dossier. En outre, l’administration s’engage à cloˆturer tous ces dossiers en 2000, avant le début des vacances du secteur de la construction; — lorsqu’il est question du chiffre d’affaires réalisé, il faut entendre par là le chiffre d’affaires réalisé pour l’enlèvement d’amiante; — réduction du nombre d’heures de formation dont bénéficient annuellement les travailleurs. 1. a) Des mesures transitoires seront-elles bientoˆt prises dans le cadre de l’arrêté royal du 4 mai 1999 ? b) Dans l’affirmative, quand seront-elles d’application ? 2. a) Quel est la portée exacte de ces mesures ? b) S’agit-il des mesures exposées ci-dessus ? Réponse : Vous trouverez ci-dessous la réponse aux questions posées. Un échange de points de vue a effectivement eu lieu entre des représentants de la Confédération de la construction et M. J.-M. De Coninck, directeur général de l’administration de l’Hygiène et de la Médecine du travail, et quelques-uns de ses collaborateurs. Au cours de cet entretien du 18 novembre 1999, un certain nombre de difficultés relatives à la date d’entrée en vigueur de l’arrêté royal du 4 mai 1999 ont été soulevées. La discussion porta également sur l’interprétation du texte de cet arrêté royal. Certaines possibilités de solution ont été discutées : — Les entreprises débutantes recevraient leur premier agrément pour un an, par exemple, étant donné que ces entreprises n’ont pas encore d’expérience.
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2817
— Na onderzoek bleek dat het juridisch niet mogelijk is de klasse te beperken wanneer de onderneming voldoet aan de reglementaire criteria voor een hogere klasse.
— Après examen, il est apparu qu’il n’était pas possible juridiquement de limiter la classe lorsque l’entreprise remplit les critères réglementaires pour une classe supérieure.
1. a) Er zijn geen overgangsmaatregelen op komst. Dit is op het informeel onderhoud van 18 november 1999 ook niet aan de orde geweest.
1. a) Aucune mesure transitoire n’est en vue. Ceci n’a pas été abordé au cours de l’entretien informel du 18 novembre 1999.
b) Zonder voorwerp.
b) Sans objet.
2. a) Zonder voorwerp.
2. a) Sans objet.
b) De aangehaalde maatregelen kloppen niet behalve wat betreft de eerste maatregel (startende bedrijven) die reeds hoger werd besproken, en over het gerealiseerde zakencijfer. Dit is een correcte interpretatie.
b) Les mesures citées ne sont pas exactes sauf en ce qui concerne la première mesure (entreprises débutantes) qui a déjà été discutée ci-dessus et le chiffre d’affaires réalisé. Ceci est une interprétation correcte.
— Voor de tweede maatregel (bedrijven erkend onder het oude regime) werd een omzendbrief gestuurd naar de betrokken bedrijven waarin melding werd gemaakt van de nieuwe reglementering en waarin hen de kans werd geboden een aanvraag in te dienen conform deze nieuwe reglementering alhoewel dit geenszins juridisch een verplichting is voor deze bedrijven.
— Pour la deuxième mesure (entreprises agréées sous l’ancien régime), une circulaire a été envoyée aux entreprises concernées faisant état de la nouvelle réglementation et leur offrant la possibilité d’introduire une demande conformément à cette nouvelle réglementation, bien que ceci ne soit nullement une obligation juridique pour ces entreprises.
— De interpretatie tenslotte over de vermindering van het aantal opleidingsuren per jaar voor werknemers is fout. Er werd op bedoeld onderhoud wel gezegd dat zal worden rekening gehouden met de vroeger reeds genoten opleidingsuren.
— Enfin, l’interprétation sur la réduction du nombre d’heures de formation par an pour les travailleurs est erronée. Lors de l’entretien en question, on a dit qu’il sera tenu compte des heures de formation précédemment suivies.
DO 1999200000791
DO 1999200000791
Vraag nr. 69 van de heer Joos Wauters van 25 februari 2000 (N.) :
Question no 69 de M. Joos Wauters du 25 février 2000 (N.) :
Toename van arbeidsongevallen.
Augmentation du nombre d’accidents du travail.
Er was in 1998 opnieuw een stijging van arbeidsongevallen. Onze aandacht dient te gaan naar preventie op het werk. Zeker nu de sociale verkiezingen voor de deur staan is het niet onbelangrijk om naast de ondernemingsraad het belang te onderlijnen van het comité voor preventie en bescherming op het werk. Risico’s voor specifieke werkzaamheden, voor risicogroepen, voor het woon-werkverkeer dienen ten volle aangepakt te worden.
En 1998, le nombre d’accidents du travail a augmenté de nouveau. Aussi devons-nous assurer une prévention sur le lieu de travail. Les élections sociales étant imminentes, il est d’autant plus important de souligner l’importance, outre le conseil d’entreprise, du comité de prévention et de protection sur le lieu de travail. Il convient de mettre tout en œuvre pour réduire au maximum les risques que présentent certaines activités, auxquels sont exposées certaines catégories de travailleurs et que comportent les déplacements entre le domicile et le lieu du travail.
1. Welke analyse maakt u ten aanzien van de stijging van de arbeidsongevallen ?
1. Quelle est votre analyse quant à l’augmentation du nombre d’accidents du travail ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2818
2. Welke conclusies trekt u daaruit ?
2. Quelles conclusions en tirez-vous ?
3. Welke maatregelen overweegt u op het interprofessioneel, sectoraal en ondernemingsvlak ? 4. Welke campagne stelt u in het vooruitzicht ? Antwoord : Gelieve hierna het antwoord op de gestelde vragen te vinden. 1. Analyse
3. Quelles mesures envisagez-vous sur les plans interprofessionnel et sectoriel et au niveau des entreprises ? 4. Quelle campagne envisagez-vous de mener ? Réponse : Ci-après vous trouverez les réponses aux questions posées. 1. Analyse
De stijging, in absolute cijfers, van het aantal arbeidsongevallen in 1998 in vergelijking met deze van 1997, valt niet direct af te leiden uit het cijfermateriaal dat door de technische inspectie van de administratie van de Arbeidsveiligheid van mijn departement verzameld wordt via de jaarverslagen van de interne diensten voor preventie en bescherming op het werk. Dit is onder meer te wijten aan het feit dat voor 1998 ongeveer 2 600 minder verslagen konden verwerkt worden in vergelijking met het jaar voordien.
L’augmentation, en chiffres absolus, du nombre d’accidents de travail en 1998 en comparaison avec ceux de 1997, n’est pas directement une déduction des chiffres que l’inspection technique de l’administration de la Sécurité du travail de mon département a rassemblé au moyen des rapports annuels des services internes pour la prévention et la protection au travail. Ceci résulte notamment du fait que 2 600 rapports ont été traités en moins en 1998 par rapport à l’année précédente.
De gegevens waarover mijn departement beschikt zijn gebaseerd op de gemiddeld 13 000 verslagen die jaarlijks worden overgemaakt door ondernemingen uit zowel de privé-sector als uit de publieke sector. Zij omvatten ongeveer 2 miljoen werknemers.
Les informations dont mon département dispose sont basées sur les 13 000 rapports en moyenne transmis par les entreprises tant du secteur privé que public. Ils concernent environ 2 millions de travailleurs.
De meest volledige gegevens in verband met arbeidsongevallen zijn opgenomen in de gegevensbank van het Fonds voor arbeidsongevallen bij het ministerie van Sociale Zaken. Deze gegevensbank bevat echter enkel data over ondernemingen uit de privé-sector die in totaal 2 267 000 werknemers tewerkstellen. In de nabije toekomst zal ook het fonds de gegevens voor de publieke sector verzamelen en verwerken. De administratie van de Arbeidsveiligheid onderhoudt zeer nauwe contacten met de diensten van het fonds en een voorstel van protocol tot samenwerking, onder meer op het vlak van de exploitatie van de arbeidsongevallenstatistieken en de uitwisseling van gegevens, werd reeds enkele tijd geleden opgesteld.
Les informations les plus complètes se rapportant aux accidents du travail se trouvent dans la banque de données du Fonds des accidents du travail au ministère des Affaires sociales. Cette banque cependant ne contient que les données sur des entreprises du secteur privé occupant au total 2 267 000 travailleurs. Dans un proche avenir, le fonds réunira et traitera aussi les informations pour le secteur public. L’administration de la Sécurité du travail entretient des contacts étroits avec les services du fonds et il y a quelque temps déjà un projet de protocole d’accord, entre autres au niveau de l’exploitation des statistiques des accidents du travail et de l’échange des données, a été proposé.
Uit een vergelijking van de evolutie van het cijfermateriaal van de beide diensten blijkt dat zich dezelfde trend aftekent. Uit de gegevens van mijn departement blijkt dat in 1997 één ongeval per 19,5 werknemers viel te noteren en in 1998 was dit opgelopen tot één ongeval per 19 werknemers. De cijfers van het fonds gewagen van één ongeval per 20 werknemers in 1997 en van één ongeval per 19,5 werknemers in 1998.
Une comparaison de l’évolution des chiffres des deux services laisse apparaıˆtre qu’une même tendance se dessine. Des chiffres de mon département, il s’avère qu’on notait un accident par 19,5 travailleurs en 1997, chiffre qui s’est élevé en 1998 à un accident par 19 travailleurs. Les chiffres du fonds font mention d’un accident par 20 travailleurs en 1997 et un par 19,5 travailleurs en 1998.
Een nadere analyse van het cijfermateriaal van het Fonds voor arbeidsongevallen toont aan dat in de privé-sector het aantal arbeidsongevallen met tijdelijke arbeidsongeschiktheid gestegen is met 5 688 eenheden (dat wil zeggen met 6 %). Van deze ongevallen gaf 52 % aanleiding tot een tijdelijke ongeschiktheid van 1
Une analyse plus détaillée des chiffres du Fonds des accidents de travail démontre que dans le secteur privé le nombre d’accidents de travail avec incapacité de travail temporaire a augmenté de 5 688 unités (c’est-àdire de 6 %). Parmi ces accidents, 52 % ont donné lieu à une incapacité temporaire de 1 à 7 jours; 18,5 % à
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2819
tot 7 dagen en 18,5 % tot een ongeschiktheid van 8 tot 15 dagen; 10,5 % tot een ongeschiktheid van 15 tot 30 dagen.
une incapacité de 8 à 15 jours et 10,5 % à une incapacité de 15 à 30 jours.
Verder stelt men vast dat het aantal ongevallen met tijdelijke ongeschiktheid van 1 tot 3 maanden gestegen is met 9 %, deze van 3 tot 6 maanden met 11 % en deze met een ongeschiktheid van meer dan 6 maanden met 18 %.
On constate de plus une hausse de 9 % du nombre d’accidents avec incapacité temporaire de 1 à 3 mois, de 11 % pour ceux de 3 à 6 mois et de 18 % pour ceux avec incapacité de plus de 6 mois.
De arbeidsongevallen met blijvende ongeschiktheid zijn in absolute cijfers met 454 eenheden gedaald. Deze daling deed zich voornamelijk voor in de categoriee¨n met het laagste percentage van ongeschiktheid (van 1 tot 19 %); bij de categoriee¨n met een hogere blijvende ongeschiktheid van 20-35 %, van 36-65 % en van meer dan 65 % bedraagt de procentuele stijging respectievelijk 4,4 %, 13,2 %, en 34,3 %.
Les accidents de travail avec incapacité permanente ont diminué, en chiffre absolus, de 454 unités. Cette diminution se manifeste principalement dans les catégories avec le plus faible pourcentage d’incapacité (de 1 à 19 %); dans les catégories avec incapacité permanente plus élevée de 20-35 %, de 36-65 % et de plus de 65 %, l’augmentation en pourcentage est respectivement de 4,4 %, 13,2 % et 34,3 %.
2. Conclusie
2. Conclusion
Uit de analyse van de stijging van de arbeidsongevallen gedurende het jaar 1998 kunnen we vaststellen :
De l’analyse de l’accroissement des accidents de travail durant l’année 1998, nous pouvons constater :
a) dat voor de ongevallen met een tijdelijke ongeschiktheid de stijging 6 % bedraagt en dat de procentuele stijging het hoogst is voor de arbeidsongevallen met een tijdelijke ongeschiktheid van 1 maand en meer;
a) que pour les accidents avec incapacité temporaire, l’augmentation est de 6 % et que celle-ci exprimée en pourcentage est la plus élevée pour les accidents avec incapacité permanente de 1 mois et plus;
b) dat voor de ongevallen met blijvende ongeschiktheid de daling 3,5 % bedraagt en dat voor de ongevallen met een blijvende ongeschiktheid van meer dan 20 % de procentuele stijging hoger is dan de procentuele daling voor de ongevallen met een blijvende ongeschiktheid van minder dan 20 %.
b) que pour les accidents avec incapacité permanente, la diminution est de 3,5 % et que pour les accidents avec incapacité permanente de plus de 20 % l’augmentation en pourcentage est plus élevée que la baisse en pourcentage pour les accidents avec incapacité permanente de moins de 20 %.
De stijging van de arbeidsongevallen doet zich voor in bijna alle sectoren behalve de bouwnijverheid, de tabaksnijverheid, de kledingsnijverheid, de papierindustrie, de financie¨le instellingen en het verzekeringswezen.
L’augmentation des accidents de travail se présente dans presque tous les secteurs excepté dans la construction, l’industrie du tabac, de la confection, du papier, les établissements financiers et les compagnies d’assurances.
Vermits de stijging zich voordoet in bijna alle sectoren en gelet op de weinig significante stijging van het aantal ongevallen is de verbeterde economische conjunctuur (een verbeterde economie) zeker niet vreemd aan deze stijging. Uit contacten met de ons omringende landen (Frankrijk en Luxemburg) werd ons verzekerd dat dezelfde tendensen zich ook daar aftekenen. De dalingen in de bouwnijverheid kunnen onder meer toegeschreven worden aan de invoering van het VCA en BeSac systeem, de coo¨rdinatie op de grotere bouwplaatsen (in voorbereiding op de omzetting van de richtlijn tijdelijke of mobiele bouwplaatsen), de invoering van kwaliteitssystemen.
Puisque l’accroissement apparaıˆt dans presque tous les secteurs et étant donné l’augmentation peu significative du nombre d’accidents, l’amélioration de la conjoncture économique n’est pas étrangère à ce fait. Des contacts avec les pays avoisinants (France et Luxembourg) nous ont assuré que les mêmes tendances se dessinent là aussi. Les diminutions dans le secteur de la construction peuvent être attribuées entre autres à l’introduction du système VCA et BeSac, la coordination sur les grands chantiers (en préparation de la transposition de la directive chantiers temporaires ou mobiles), l’introduction des systèmes de qualité.
3. Maatregelen
3. Mesures
Sedert enkele jaren worden door de technische inspectie op jaarbasis ongeveer 2 000 arbeidsongevallen onderzocht. Behalve de ernstige arbeidsongevallen, de
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
Depuis quelques années l’inspection technique examine sur une base annuelle environ 2 000 accidents de travail. En plus des accidents de travail graves, 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
361
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2820
dodelijke arbeidsongevallen en de ongevallen met blijvende ongeschiktheid, worden ook ongevallen met een tijdelijke ongeschiktheid van meerdere weken onderzocht. De nadruk wordt voornamelijk gelegd op deze ongevallen waarvan het casuı¨stisch onderzoek in ruime mate kan bijdragen tot het bevorderen van de preventie ervan. Een verhoging van dit quotum, zonder afbreuk te doen aan de andere opdrachten van de technische inspectie, is onmogelijk met het huidige personeelsbestand. Elk jaar bij de voorbereidende werkzaamheden tot opstelling van de begroting wordt dit door de administratie van de Arbeidsveiligheid beklemtoond. De verhoging van het aantal te onderzoeken arbeidsongevallen met 1 000 eenheden per jaar, betekent een bijkomende inzet van 5 personeelsleden op voorwaarde dat zij zich uitsluitend zouden toespitsen op het onderzoek ervan.
mortels et ceux avec incapacité permanente, les accidents avec incapacité temporaire de plusieurs semaines sont aussi examinés. On insiste particulièrement sur ces accidents dont l’enquête casuistique peut dans une large mesure contribuer à l’amélioration de leur prévention. Avec l’effectif actuel, on ne peut relever ce quota sans porter préjudice aux autres missions de l’inspection technique. Ce fait est souligné chaque année par l’administration lors des travaux préparatoires à l’établissement du budget. Augmenter de 1 000 unités par an le nombre d’accidents à examiner signifie un emploi supplémentaire de 5 membres du personnel à condition qu’ils se consacrent exclusivement à les examiner.
De resultaten van de onderzoeken van de arbeidsongevallen worden via het intern informatieblad van de administratie van de Arbeidsveiligheid verspreid aan de ambtenaren van de administratie. Gedeelten hiervan worden eveneens aan de gespecialiseerde vakpers overgemaakt, hierbij er wel over wakend de privacy van de slachtoffers en de anonimiteit van de bedrijven te waarborgen. Met sommige uitgevers van vakliteratuur heeft het departement een samenwerkingsakkoord ondertekend, namelijk het NAVB (specifiek gericht op de bouwnijverheid) en Prevent (voor alle sectoren) om de informatie op ruime schaal te verspreiden voor alle belangstellenden. Het ligt tevens in de bedoeling om, mits dezelfde zorgvuldigheid aan de dag te leggen, deze informatie in een later stadium ook via de website van het departement ter beschikking te stellen.
Les résultats des enquêtes d’accidents de travail sont diffusés aux fonctionnaires de l’administration par le périodique interne d’information de l’administration de la Sécurité du travail. Des extraits de celle-ci sont également communiqués à la presse professionnelle spécialisée en veillant à préserver la vie privée des victimes et l’anonymat des entreprises. Le département a signé un accord de collaboration avec certains éditeurs de la presse spécialisée notamment le CNAC (spécifiquement orienté sur la construction) et Prevent (pour tous les secteurs) afin de propager l’information à grande échelle pour toutes les personnes intéressées. On a également l’intention dans une prochaine phase de rendre cette information disponible aussi sur le website du département, pour peu qu’on y apporte la même discrétion.
Vermits de kleine en middelgrote ondernemingen meestal vergeten de melding van de arbeidsongevallen over te maken aan de bevoegde technische inspectie en in het licht van een administratieve vereenvoudiging voor de bedrijven, werd in samenwerking met het Fonds voor arbeidsongevallen onderzocht op welke wijze de technische inspectie via het fonds toch op een systematische en voldoende snelle wijze op de hoogte zou kunnen gesteld worden van deze ongevallen. De wet van 10 april 1971 op de arbeidsongevallen werd reeds in die zin aangepast en de uitvoeringsbesluiten ter zake zullen vermoedelijk in de loop van 2000 gepubliceerd worden.
Puisque les petites et moyennes entreprises négligent la plupart du temps de communiquer les accidents de travail à l’inspection technique compétente et à la lumière d’une simplification administrative pour les entreprises, on a examiné en collaboration avec le Fonds des accidents de travail de quelle manière l’inspection technique, par l’intermédiaire du fonds, pourrait quand même être informée de ces accidents de façon systématique et suffisamment rapide. La loi du 10 avril 1971 sur les accidents de travail a déjà été adaptée en ce sens et les arrêtés d’exécution en la matière seront probablement publiés durant cette année.
Op die wijze hopen wij meer informatie te bekomen over de ongevallen in de KMO’s en kunnen we beter het casuı¨stisch ongevallenonderzoek sturen op de noden van deze bedrijven.
Nous espérons ainsi obtenir plus d’informations sur les accidents dans les PME et nous pourrons mieux diriger l’enquête casuistique des accidents sur les besoins de ces entreprises.
Anderzijds vestig ik er de aandacht op dat het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de werking van de interne dienst voor preventie en bescherming voorziet dat de kleine bedrijven (werkgevers van de groep C zonder preventieadviseur met een
D’autre part, je souligne que l’arrêté royal du 27 mars 1998 relatif au fonctionnement du service interne pour la prévention et la protection au travail prévoit que les petites entreprises (employeurs du groupe C sans conseiller en prévention ayant une
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2821
aanvullende vorming en werkgevers van groep D) voor het onderzoek van arbeidsongevallen met een arbeidsongeschiktheid van drie of meer dagen verplicht een beroep moet doen op een erkende externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. De lijst van deze diensten werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 17 februari 2000. 4. Campagnes
formation complémentaire et du groupe D) sont, pour les accidents de travail de trois jours ou plus, obligées de faire appel à un service externe agréé pour la prévention et la protection au travail. La liste de ces services a été publiée au Moniteur belge du 17 février 2000. 4. Campagnes
Vanaf 1 april 2000 wordt op voorstel van onze vertegenwoordigers binnen de schoot van het technisch comité voor de preventie bij het Fonds voor arbeidsongevallen, een actie gestart in de sector van de industrie¨le schoonmaak. Hierbij is het de bedoeling om samen met andere betrokken partijen (arbeidsongevallenverzekeraars, interne en externe preventiediensten, de technische inspectie) zoveel mogelijk arbeidsongevallen te onderzoeken met het oog op het vaststellen van concrete preventiemaatregelen vooral voor de KMO’s uit deze sector.
` partir d’avril 2000, on mettra en route, sur propoA sition de nos représentants au sein du comité technique au Fonds des accidents du travail, une action dans le secteur du nettoyage industriel. On se propose ici avec les autres parties concernées (assureurs accidents de travail, services de prévention internes et externes, inspection technique) d’examiner autant d’accidents que possible de travail en vue de déterminer des mesures de prévention concrètes surtout pour les PME de ce secteur.
De resultaten van deze campagne mogen verwacht worden tegen het einde van 2000.
On peut s’attendre aux résultats de cette campagne vers la fin de 2000.
In samenwerking met het Commissariaat-generaal voor de bevordering van de arbeid en zijn verschillende provinciale comités worden regelmatig studienamiddagen en studieavonden ingericht, hetzij sectorieel hetzij intersectorieel. Voor het ogenblik zijn deze avonden vooral toegespitst op de sociale verkiezingen om later meer inhoudelijk in te gaan op de rol en de opdrachten van het comité preventie en bescherming met een bijzondere aandacht op de medewerking van het comité bij het totstandkomen en in toepassing brengen van het preventiebeleid van de onderneming.
Des après-midi et soirées d’étude, sectorielles ou bien intersectorielles, sont organisées en collaboration avec le Commissariat général à la promotion du travail et ses différents comités provinciaux. Pour l’instant ces soirées sont surtout concentrées sur les élections sociales pour ensuite aborder le roˆle et les missions du comité de prévention et protection davantage sur le plan du contenu, avec une attention particulière à la participation du comité à la réalisation et dans la mise en application de la politique de prévention des entreprises.
Bij de studienamiddagen en -avonden met een sectorie¨le aanpak worden doorgaans checklisten verspreid tot opsporing van aanwezige risico’s in de onderneming. Deze checklisten worden opgesteld in samenwerking met de plaatselijke provinciale directies van de technische en de medische inspectie.
Lors des après-midi et soirées d’étude avec une approche sectorielle, des check-lists pour le dépistage des risques dans l’entreprise ont été souvent diffusées. Ces listes sont établies en collaboration avec les directions provinciales locales de l’inspection technique et de l’inspection médicale.
Als doelgroepen en sectoren werden voor het jaar 2000 voorgesteld :
Comme groupes et secteurs cibles ont été proposés pour l’an 2000 :
— oudere werknemers;
— travailleurs plus aˆgés;
— jonge werknemers;
— jeunes travailleurs;
— het onderwijs;
— l’enseignement;
— KMO’s;
— PME;
— overheidsdiensten;
— services publics;
— havens.
— ports.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2822
DO 1999200000824
DO 1999200000824
Vraag nr. 73 van de heer Guy D’haeseleer van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 73 de M. Guy D’haeseleer du 1er mars 2000 (N.) :
Werkweigeringen wegens filosofische en politieke overtuiging.
Refus d’un emploi pour des motifs politiques ou philosophiques.
U antwoordde op een schriftelijke vraag dat een werkloze een passende dienstbetrekking kan weigeren op grond van filosofische of politieke overwegingen. Het is de werkloosheidsdirecteur die in dergelijke gevallen de uiteindelijke beslissing moet nemen (vraag nr. 48 van 21 december 1999 van de heer Jan Peeters, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 15, blz. 1577).
Vous avez répondu à une question écrite qu’un choˆmeur peut refuser un emploi convenable pour des motifs politiques ou philosophiques. C’est le directeur du bureau du choˆmage qui doit trancher dans de tels cas (question no 48 du 21 décembre 1999 de M. Jan Peeters, Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 15, p 1577).
Kan u meedelen, en dit per werkloosheidsbureau, in hoeveel gevallen de werkloosheidsdirecteurs filosofische of politieke redenen hebben aanvaard als motivatie voor een werkweigering, en dit voor de jaren 1997, 1998 en 1999 ?
Dans combien de cas, par bureau de choˆmage, les directeurs ont-ils accepté des motifs philosophiques ou politiques invoqués pour justifier le refus d’un emploi, et ce pour les années 1997, 1998 et 1999 ?
Antwoord : De Rijksdienst voor arbeidsvoorziening beschikt niet over statistieken betreffende de reden van weigering van een passende dienstbetrekking. Uit navraag bij deze instelling blijkt evenwel dat de directeur van het werkloosheidsbureau zelden geconfronteerd wordt met gevallen waarin de werkzoekende een dienstbetrekking weigert op grond van filosofische of politieke overtuigingen.
Réponse : L’Office national de l’emploi ne dispose pas de statistiques relatives aux motifs de refus d’un emploi convenable. Il ressort cependant d’une interrogation de cet office que le directeur du bureau du choˆmage n’est confronté qu’exceptionnellement avec des dossiers dans lesquels le demandeur d’emploi refuse un emploi sur la base de convictions philosophiques ou politiques.
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
DO 1999200000426
DO 1999200000426
Vraag nr. 77 van de heer Olivier Maingain van 20 december 1999 (Fr.) :
Question no 77 de M. Olivier Maingain du 20 décembre 1999 (Fr.) :
Overheidsdiensten op het grondgebied van de luchthaven Brussel-Nationaal. — Taalrol van het personeel.
Services publics présents sur le territoire de l’aéroport de Bruxelles-National. — Répartition linguistique du personnel.
De overheidsdiensten die zijn gevestigd op het grondgebied van de luchthaven Brussel-Nationaal, hebben enkel Nederlandstalig personeel in dienst omdat ze, in de zin van de gecoo¨rdineerde wetten van 18 juli 1966 op het taalgebruik in bestuurszaken, als plaatselijke diensten gevestigd in Nederlandstalig gebied worden beschouwd en de luchthaven zich in dat gebied bevindt. Dat geldt zowel voor de overheidsdiensten die deel uitmaken van de overheidsbedrijven (Belgacom, NMBS, De Post, Belgocontrol) als voor de
Il appert que les services publics présents sur le territoire de l’aéroport de Bruxelles-National tant ceux relevant des entreprises publiques (Belgacom, SNCB, La Poste, Belgocontrol) que ceux relevant des ministères fédéraux (administration des Douanes et Accises, police aéroportuaire) n’emploieraient que du personnel néerlandophone car ils sont considérés, au sens des lois coordonnées du 18 juillet 1966 sur l’emploi des langues en matière administrative, comme des services locaux établis en région de langue néerlandaise, étant
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2823
overheidsdiensten die bij de federale ministeries behoren (bestuur van Douane en Accijnzen, luchthavenpolitie).
donné que l’aéroport est établi dans cette même région.
Het nationaal karakter van de luchthaven wordt evenwel bevestigd door artikel 6, § 1, X, 7o, van de bijzondere wet tot hervorming van de instellingen van 8 augustus 1980, zodat die openbare diensten dienen te worden beschouwd als centrale diensten in de betekenis van de gecoo¨rdineerde wetten van 18 juli 1966 op het taalgebruik in bestuurszaken.
Or, il n’en demeure pas moins que le caractère national de l’aéroport est attesté par l’article 6, § 1er, X, 7o, de la loi spéciale du 8 aouˆt 1980 de réformes institutionnelles et que dès lors ces services publics devraient être considérés comme des services centraux, au sens des lois coordonnées du 18 juillet 1966 sur l’emploi des langues en matière administrative.
Het gebruik van het Nederlands door het personeel van die diensten is bovendien een probleem, gelet op de massale aanwezigheid van buitenlandse toeristen op het grondgebied van de luchthaven en ook gelet op de Franstalige Belgische toeristen.
De surcroıˆt, l’usage de la langue néerlandaise par le personnel de ces services pose problème au regard de la préséance massive des touristes étrangers sur le territoire de l’aéroport et au regard également des touristes belges d’expression française.
1. Wat is de taalindeling in de voornoemde diensten ?
1. Pourriez-vous communiquer la répartition linguistique du personnel pour chacun des services précités ?
2. Welke maatregelen neemt u om het nationaal karakter van de luchthaven Brussel-Nationaal, als instelling die onder de bevoegdheid van de federale overheid ressorteert, te versterken ?
2. Quelles mesures prenez-vous afin de renforcer le caractère national de l’aéroport de Bruxelles-National, en tant qu’institution qui relève de l’E´tat fédéral ?
Antwoord : De reizigersloketten van het station Brussel-Nationaal-Luchthaven worden bediend door onthaalbedienden van de Nederlandse taalrol. Nochtans zijn deze bedienden meertalig (Nederlands, Engels, Frans en Duits). De reizigers kunnen dus in deze vier talen bediend worden.
Réponse : Les guichets voyageurs de la gare de Bruxelles-National-Aéroport sont desservis par des agents d’accueil du roˆle linguistique néerlandophone. Toutefois, ces agents sont multilingues (néerlandais, anglais, français et allemand). Les voyageurs ont donc la possibilité d’être servis dans ces quatre langues.
DO 1999200000638
DO 1999200000638
Vraag nr. 114 van de heer Koen Bultinck van 2 februari 2000 (N.) :
Question no 114 de M. Koen Bultinck du 2 février 2000 (N.) :
NMBS. — Periodieke controle van treinstellen. — Vandalisme bij het spoor.
SNCB. — Entretien périodique des rames. — Actes de vandalisme.
Op 28 januari 2000 nam ik om 07.54 uur te Antwerpen Centraal de IR-trein Essen-Jambes naar Brussel. Toen ik, gezeten in treinstel nr. 823, merkte dat de verwarming niet werkte, vroeg ik ter hoogte van Kontich aan de kaartjesknipper om in verwarming te voorzien. De vriendelijke conducteur verdween even en verzekerde me vervolgens dat de trein binnen vijf minuten merkelijk warmer zou zijn. Wanneer we echter te Brussel aankwamen — ruim een halfuur later — was het nog altijd even koud in de trein. Heel wat reizigers lieten hun ongenoegen merken.
Le 28 janvier 2000, je suis monté à 07 h 54 à Anverscentral à bord du train IR Essen-Jambes pour me rendre à Bruxelles. Dans ce train no 823, j’ai remarqué ` la hauteur de que le chauffage ne fonctionnait pas. A Kontich, j’ai demandé à l’accompagnateur de faire le nécessaire pour qu’il y ait du chauffage. L’accompagnateur s’est absenté brièvement et m’a ensuite gentiment expliqué que la température serait déjà beaucoup plus agréable dans quelques minutes. Lorsque nous sommes arrivés à Bruxelles une demi-heure plus tard, il faisait cependant toujours aussi froid dans le train. De nombreux voyageurs ont exprimé leur mécontentement.
1. Worden treinstellen en locomotieven systematisch en periodiek nagekeken ?
1. Les voitures et les locomotives sont-elles controˆlées à intervalle régulier ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2824
2. a) Zo ja, welke controles worden er concreet uitgevoerd ?
2. a) Dans l’affirmative, en quoi consiste concrètement ce controˆle ?
b) Wie voert deze controles uit (de NMBS zelf of een onafhankelijk controle-instituut) ?
b) Qui effectue ces controˆles (la SNCB elle-même ou un organisme de controˆle indépendant) ?
3. a) Wordt er in het kader van de nakende winter jaarlijks een vaste controle van de verwarmingsinstallatie in de treinstellen uitgevoerd ?
3. a) Procède-t-on chaque année, à l’approche de l’hiver, à un controˆle de l’installation de chauffage des voitures ?
b) Zal treinstel nr. 823 gecontroleerd en eventueel hersteld worden ?
b) La rame no 823 sera-t-elle controˆlée et procéderat-on aux réparations nécessaires ?
4. a) Hoeveel wasbeurten en poetsbeurten krijgen de passagierstellen per jaar ?
4. a) Combien de fois par an les rames sont-elles lavées et nettoyées ?
b) Om de hoeveel tijd worden de vuilbakjes en de toiletten gereinigd in de treinstellen ?
b) Selon quelle fréquence nettoie-t-on les poubelles et les toilettes des voitures ?
5. a) Wat zijn de kosten in 1997, 1998 en 1999 voor herstellingen aan treinstellen/locomotieven wegens vandalistisch gedrag ?
5. a) Quel a été, pour les années 1997, 1998 et 1999, le couˆt des réparations à effectuer aux voitures et locomotives à la suite d’actes de vandalisme ?
b) Hoeveel daders van vandalisme werden er in dezelfde periode gevat ?
b) Au cours de cette même période, combien d’auteurs d’actes de vandalisme ont été interceptés ?
c) Hoeveel processen-verbaal werden er in dit kader neergelegd ?
c) Combien de procès-verbaux ont été dressés dans ce cadre ?
d) Werden er eventueel kosten gerecupereerd van deze daders ?
d) Certains frais de réparation sont-ils éventuellement récupérés à charge des auteurs ?
6. a) Hoeveel treinstellen/locomotieven werden in 1997, 1998 en 1999 besmeurd met graffiti ?
6. a) Combien de voitures et de locomotives ont été couvertes de graffiti en 1997, 1998 et 1999 ?
b) Waar en wanneer plegen vandalen hun besmeuringen ?
b) Quand et ou` les vandales se livrent-ils à leurs méfaits ?
c) Zijn er vaste patronen van tijd en plaats (bijvoorbeeld ’s nachts of bij het ochtendgloren; bijvoorbeeld in stelplaatsen of stations van de grootsteden) ?
c) Peut-on distinguer certaines constantes en matière de temps et de lieu (par exemple, la nuit ou au petit matin; dans les dépoˆts ou les gares des grandes villes) ?
d) Werden er reeds maatregelen getroffen om mogelijke graffitispuiters de toegang onmogelijk te maken tot bepaalde stelplaatsen en stations ?
d) A-t-on déjà pris des mesures pour empêcher les tagueurs d’avoir accès aux dépoˆts et aux gares ?
Antwoord :
Réponse :
1. Alle voertuigen (diesel- en elektrische locomotieven, motorrijtuigen, rijtuigen) worden systematisch en periodiek gecontroleerd en onderhouden.
1. Tous les véhicules (locomotives diesel et électriques, automotrices, voitures) sont controˆlés et entretenus systématiquement et périodiquement.
2. a) De periodieke controles hebben betrekking op de veiligheid van de voertuigen (bijvoorbeeld wielen, remmen) en op hun werking (bijvoorbeeld onderhoud van de motoren).
2. a) Les controˆles périodiques portent sur l’aspect sécurité des véhicules (par exemple roues, freins) et sur l’aspect fonctionnel (par exemple entretien des moteurs).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2825
b) Ze worden uitgevoerd door NMBS- personeel dat daartoe is opgeleid.
b) Ils sont effectués par du personnel SNCB formé à cet effet.
3. a) Geen enkel voertuig wordt ingelegd als de verwarmingsinstallatie niet werkt. Het is evenwel mogelijk dat er zich tijdens de rit een defect voordoet (meestal zelden op een volledige trein) en het is onmogelijk het defecte voertuig onmiddellijk uit dienst te nemen. Maar zodra het kan, wordt het naar een werkplaats gereden waar men de herstelling uitvoert.
3. a) Aucun véhicule n’est mis en service avec une installation de chauffage qui ne fonctionne pas. Toutefois, il peut arriver qu’une panne survienne en cours de service (en général rarement sur une rame complète) et le véhicule litigieux ne peut pas être retiré immédiatement du service. Mais celui-ci est dirigé dès que possible vers un atelier où l’on y effectue la réparation.
b) Motorrijtuig nr. 823 werd hersteld.
b) L’automotrice no 823 a été réparée.
4. a) Het interieur van het reizigermaterieel wordt één keer per week grondig schoongemaakt. Dagelijks wordt een korte onderhoudsbeurt uitgevoerd.
4. a) Un nettoyage intérieur approfondi du matériel à voyageurs est effectué une fois par semaine. Un nettoyage plus succint est effectué journellement.
b) De asbakken en vuilnisbakken worden één keer per dag leeggemaakt en de toiletten worden ook één keer per dag schoongemaakt.
b) Les cendriers, bacs à déchets sont vidés une fois par jour et les toilettes sont nettoyées également une fois par jour.
5 en 6. Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het antwoord op de vraag nr. 48 van 21 oktober 1999 van de heer Leterme (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 12, blz. 1222).
5 et 6. Je prie l’honorable membre de bien vouloir se référer à la réponse donnée à la question parlementaire no 48 du 21 octobre 1999 de M. Leterme (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 12, p. 1222).
DO 1999200000645
DO 1999200000645
Vraag nr. 116 van de heer Ferdy Willems van 3 februari 2000 (N.) :
Question no 116 de M. Ferdy Willems du 3 février 2000 (N.) :
Aanbod van openbaar vervoer van en naar Ronse.
Offre de transports en commun dans la région de Renaix.
Ronse telt een groot aantal leegstaande huizen. Bovendien bouwt Ronse nog steeds sociale woningen. Dit geeft een temperende invloed op de huisprijzen. Huizen onder de 1 miljoen frank zijn in Ronse geen uitzondering. Ondanks de lage huisprijzen oefent Ronse weinig aantrekkingskracht uit. Steeds meer mensen beslissen in hun zoektocht naar werk Ronse te verlaten. Met andere woorden, Ronse bezit een groot potentieel om zoals Zottegem een slaapstad te worden, tenminste als daar goede voorzieningen worden getroffen voor het woon-werkverkeer.
La ville de Renaix compte un grand nombre de maisons inoccupées. La ville poursuit par ailleurs la construction de logements sociaux. Les prix dans le secteur immobilier sont dès lors plutoˆt modérés à Renaix. Il n’est pas exceptionnel d’y trouver des maisons à vendre pour moins d’un million de francs. Malgré cet avantage, la ville de Renaix n’exerce qu’un faible pouvoir d’attraction. Les personnes qui décident de quitter la ville pour chercher du travail sont de plus en plus nombreuses. Renaix dispose donc du potentiel requis pour devenir une ville dortoir, à l’instar de Zottegem. Toutefois, pour cela, il faudra que l’offre de transports pour les navetteurs soit suffisante.
Een van de redenen van emigratie is juist de zeer beperkte toegankelijkheid van Ronse.
Or, le manque d’accessibilité de la ville est précisément une des raisons pour lesquelles les gens la désertent.
Het traject Ronse-Oudenaarde van ongeveer 12 km duurt 12 minuten. De overstap in Oudenaarde op het traject Ronse-Brussel duurt 7 minuten. Een toenemend aantal reizigers Ronse-Brussel doen daarom het traject
Le trajet Renaix-Audenarde, soit quelque 12 kilomètres, prend 12 minutes. Il faut compter un délai d’attente de 7 minutes à Audenarde pour la correspondance pour Bruxelles. Un nombre croissant de voya-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2826
Ronse-Oudenaarde met de auto om vervolgens de trein te nemen naar Brussel en vice versa. Dit is duidelijk te zien in de stijging van het aantal reizigers te Oudenaarde.
geurs se rendant de Renaix à Bruxelles effectuent dès lors le trajet Renaix-Audenarde en voiture et prennent ensuite le train d’Audenarde à Bruxelles. L’augmentation du nombre de voyageurs à Audenarde le prouve clairement.
Enerzijds doet het verhaal de ronde dat men de lijn Oudenaarde-Ronse wil elektrificeren en nieuwe treinstellen wil inschakelen maar, de bestelling van deze treinstellen zou vertraging hebben opgelopen bij de productie in Spanje. Anderzijds wordt verteld dat men de lijn wil afschaffen.
Selon certaines rumeurs, la SNCB aurait l’intention d’électrifier la ligne Audenarde-Renaix et d’y faire circuler de nouvelles rames. La livraison de ces nouvelles rames, fabriquées en Espagne, aurait cependant pris du retard. Selon d’autres rumeurs, par contre, il serait question de supprimer la ligne. ` court terme, un certain nombre de travaux sont A prévus sur la N60, notamment l’aménagement d’un rond-point à Leupegem et d’un autre rond-point à la ` moyen terme, le limite de Renaix et de Maarkedal. A prolongement de la N60 vers Valenciennes devrait se traduire par un accroissement du trafic automobile sur la route Audenarde-Renaix. Or, aujourd’hui déjà, la N60 est saturée aux heures de pointe. Des investissements judicieux sur la liaison ferroviaire AudenardeRenaix pourraient dès lors permettre de compenser dans une certaine mesure l’augmentation du trafic prévue sur la N60.
Op korte termijn plant men een aantal werken op de N60, namelijk het aanleggen van een rotonde in Leupegem en een rotonde op de grens van Ronse en Maarkedal. Op middellange termijn, mag men met de doortrekking van de N60 naar Valenciennes een toeloop van het autoverkeer verwachten op de route Oudenaarde-Ronse, terwijl men nu al met het fenomeen van het dichtslibben van de autoweg N60 te kampen heeft tijdens de spitsuren. Met andere woorden, door goedgekozen investeringen in het treinverkeer kan de lijn Oudenaarde-Ronse een alternatief vormen voor en een milderende factor uitoefenen op de toenemende verkeersdrukte op de N60. 1. Hoeveel reizigers telt de opstapplaats Ronse nog ?
1. Combien de voyageurs embarquent encore en gare de Renaix ?
2. a) Bestaan er plannen om het station van Ronse af te schaffen ?
2. a) Existe-t-il des projets de fermeture de la gare de Renaix ?
b) Of is er een tijdschema voor de elektrificatie van de lijn Oudenaarde-Ronse en de ingebruikneming van de nieuwe treinstellen ?
b) Dans la négative, quel est le calendrier prévu pour l’électrification de la ligne Audenarde-Renaix et la mise en service des nouvelles rames ?
3. Heeft men de mogelijkheden en het marktpotentieel onderzocht om een rechtstreekse trein RonseBrussel in te voeren ?
3. A-t-on procédé à une étude de marché concernant l’établissement d’une liaison ferroviaire directe entre Renaix et Bruxelles ?
4. a) Is er nog goederenverkeer op de treinlijn Oudenaarde-Ronse die doorloopt naar Wallonie¨ ?
4. a) La ligne ferroviaire Audenarde-Renaix accueillet-elle encore un trafic de marchandises à destination de la Wallonie ?
b) Heeft het goederenverkeer naar Wallonie¨ zich verlegd op andere treinroutes ?
b) Le trafic de marchandises à destination de la Wallonie emprunte-t-il d’autres lignes ferroviaires ?
c) Zijn hiervoor nieuwe lijnen aangelegd ?
c) De nouvelles lignes ont-elles été construites à cet effet ?
d) Wat was de kostprijs voor het verleggen van het traject van het goederenverkeer naar Wallonie¨ die vroeger door Ronse liep ?
d) Combien a couˆté le déplacement vers la Wallonie du trafic de marchandises qui passait autrefois par Renaix ?
Antwoord :
Réponse :
1. Volgens de meest recente tellingen (oktober 1999) werden in Ronse min of meer 1 150 reizigers genoteerd bij vertrek en per werkdag.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
1. D’après les comptages les plus récents (octobre 1999), on dénombre à Renaix plus ou moins 1 150 voyageurs au départ et par jour ouvrable. 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2827
2. Binnen de NMBS bestaan er geen plannen voor de afschaffing van het station Ronse, noch van een mogelijke elektrificatie van de lijn Gent-OudenaardeRonse. Behoudens onvoorziene omstandigheden (bijvoorbeeld laattijdige levering) voorziet de NMBS vanaf omstreeks september 2001 in de inzet van nieuwe moderne motorstellen op deze lijn.
2. Au sein de la SNCB, il n’existe pas de plan en vue de la suppression de la gare de Renaix, ni en vue d’une électrification éventuelle de la ligne Gand-AudenardeRenaix. Sauf circonstances imprévues (par exemple livraison tardive), la SNCB prévoit la mise en service de nouvelles automotrices sur cette ligne plus ou moins à partir de septembre 2001.
3. Tot september 1997 reed er tussen Ronse en Brussel, zowel ’s morgens als ’s avonds, een rechtstreekse piekuurtrein. Deze trein werd evenwel afgeschaft omdat het een met diesellocomotieven gesleepte trein betrof waarbij geen moderne rijtuigen kunnen worden ingezet. De reizigers van Ronse beschikken thans ieder uur over een gekadanseerde treindienst van en naar Brussel. Mits een overstap in Oudenaarde, kunnen ze minstens even vlug als met de vroegere rechtstreekse trein naar Brussel reizen. Vanaf Oudenaarde kunnen zij daarenboven plaatsnemen in moderne en comfortabele rijtuigen.
3. Jusqu’en septembre 1997, un train de pointe direct circulait entre Renaix et Bruxelles, tant le matin que le soir. Ce train a cependant été supprimé parce qu’il n’était pas possible de mettre en service des voitures modernes dans des trains remorqués par des locomotives diesel. Actuellement, les voyageurs au départ de Renaix disposent à toutes les heures d’un service de train cadencé de et vers Bruxelles, qui leur permet, moyennant une correspondance à Audenarde, de voyager au mois aussi rapidement qu’avec le train direct pour Bruxelles. De plus, à partir d’Audenarde, ils peuvent prendre place dans des voitures modernes et confortables.
4. De lijn 86 vanaf Ronse richting Wallonie¨ is sinds 19 december 1997 buiten dienst. De betrokken lijn was geen goederenas. Het verkeer werd dan ook niet verlegd.
4. La ligne 86 de Renaix en direction de la Wallonie a été mise hors service le 19 décembre 1997. La ligne en question n’était pas un axe de marchandises. Le trafic n’a dès lors pas été déplacé.
DO 1999200000646
DO 1999200000646
Vraag nr. 117 van mevrouw Frieda Brepoels van 3 februari 2000 (N.) :
Question no 117 de Mme Frieda Brepoels du 3 février 2000 (N.) :
NMBS. — Onbemande stations. — Informatie over vertragingen.
SNCB. — Gares sans personnel. — Informations sur les retards.
Er zijn verschillende stations in gebruik in ons land die onbemand zijn, waardoor er niemand ter beschikking is die informatie kan geven over vertragingen van treinen. Communicatie van de reizigers met het hoofdstation blijkt ook onmogelijk vermits de aanwezige telefoon officieel alleen kan gebruikt worden door mensen van de NMBS zelf. Afgelopen week deed zich weer een incident voor in het station van Alken waardoor de P-trein van 7.15 uur arriveerde om 7.55 uur, zonder enige verwittiging aan de wachtende reizigers. Het is wat de provincie Limburg betreft dan ook absoluut noodzakelijk dat er zo snel mogelijk een sonorisatie komt van Genk tot Sint-Truiden. Niet alleen Alken, maar ook Diepenbeek is vragende partij voor luidsprekers of een elektronisch informatiepaneel op het perron.
Il existe dans notre pays plusieurs gares sans personnel. Personne n’y est donc en mesure de fournir aux voyageurs des informations sur les retards éventuels. Les voyageurs ne peuvent pas davantage entrer en contact avec la gare principale, étant donné que le téléphone de la gare ne peut être officiellement utilisé que par du personnel de la SNCB. La semaine dernière, un nouvel incident a eu pour conséquence que le train P de 7 h 15 est arrivé en gare d’Alken à 7 h 55. Les voyageurs en attente n’ont eu droit à aucun message. En ce qui concerne la province du Limbourg, il est absolument indispensable de sonoriser le plus rapidement possible les gares de Genk à Saint-Trond. Les voyageurs embarquant à Alken ainsi qu’à Diepenbeek réclament l’installation de haut-parleurs ou d’un panneau d’information électronique sur le quai.
1. Welke beleidsvisie hanteert u ten aanzien van onbemande stations wat de uitrusting betreft ?
1. Quelle est votre politique en matière d’équipement des gares sans personnel ?
2. a) Bent u van mening dat er infrastructuur aanwezig moet zijn om informatie aan de reizigers te verschaffen ?
2. a) Estimez-vous que la gare doit disposer d’équipements permettant d’informer les voyageurs ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
362
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2828
b) Zo ja, onder welke vorm, in welke omstandigheden en over welk traject ?
b) Dans l’affirmative, sous quelle forme, dans quelles conditions et pour quels trajets ?
3. a) Binnen welke termijn zullen de betrokken stations uitgerust worden met de noodzakelijke basisinfrastructuur ?
3. a) Dans quel délai les gares concernées disposerontelles de l’infrastructure nécessaire ?
b) Welke andere maatregelen overweegt u uit te werken om een oplossing te bieden aan de klachten van treingebruikers wegens gebrek aan informatie bij vertragingen ?
b) Quelles autres mesures envisagez-vous de prendre pour répondre aux plaintes des voyageurs à propos du manque d’information en cas de retards ?
Antwoord :
Réponse :
1 et 2. De NMBS is ervan overtuigd dat de klanten die in onbemande stations de trein nemen behoefte hebben aan informatie, zeker bij verstoord treinverkeer. Sonorisatie zal daarom ingericht worden in alle onbemande stopplaatsen. Deze zal bediend worden vanuit een seinhuis.
1 et 2. La SNCB est convaincue de la nécessité de diffuser les informations nécessaires à la clientèle qui prend le train dans les gares non desservies par du personnel, certainement lorsque la circulation des trains est perturbée. Une sonorisation sera ainsi installée dans toutes les gares non desservies par du personnel et sera commandée au départ d’une cabine de signalisation.
3. a) In het kader van het huidige tienjarenplan is de concrete planning momenteel in opmaak.
3. a) Le planning concret est en cours d’élaboration, dans le cadre du plan décennal actuel.
b) Zowel het personeel van de verkeersleidingen als het stations- en treinbegeleidingspersoneel werd gesensibiliseerd om bij ernstige verstoring van het treinverkeer de klanten zo goed mogelijk te informeren. De vermoedelijke vertraging, de reden ervan en eventuele reisalternatieven moeten meegedeeld worden. Nieuwe typeaankondigingen en richtlijnen werden opgesteld zowel voor de speakers als voor de treinbegeleiders. Door middel van opleiding en controles op het terrein zal deze dienstverlening waar nodig bijgestuurd worden.
b) Tant le personnel de la gestion du trafic que le personnel de gare et d’accompagnement ont été sensibilisés à informer au mieux la clientèle en cas de perturbation grave de la circulation des trains. Ils doivent communiquer le retard probable, les causes de celui-ci et les alternatives de voyage éventuelles. De nouvelles directives et annonces types ont été édictées tant pour le personnel qui diffuse les annonces que pour les accompagnateurs de train. Ce service à la clientèle fera l’objet de correctifs par le biais de formations et de controˆles sur le terrain, si cela s’avère nécessaire.
DO 1999200000684
DO 1999200000684
Vraag nr. 119 van de heer Dirk Van der Maelen van 8 februari 2000 (N.) :
Question no 119 de M. Dirk Van der Maelen du 8 février 2000 (N.) :
NMBS. — Investeringsplan. — Aankoop van dieselmotorstellen.
SNCB. — Plan d’investissements. — Achat d’automotrices diesel.
Het investeringsplan 1996-2005 van de NMBS voorziet in de aankoop van 79 dieselmotorstellen vanaf 1998.
Le plan d’investissements 1996-2005 de la SNCB prévoyait l’achat de 79 automotrices diesel à partir de 1998.
1. Wat is de planning voor de levering van deze motorstellen ?
1. Quel calendrier a été fixé pour la fourniture de ces automotrices ?
2. Wat is de planning voor de effectieve ingebruikname van de stellen en op welke spoorverbindingen zullen ze worden ingezet ?
2. Quel calendrier a été fixé pour la mise en service effective de ces automotrices et sur quelles liaisons ferroviaires seront-elles mises en service ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2829
Antwoord :
Réponse :
1. Het eerste dieselmotorstel moest contractueel geleverd worden op 30 juni 1999. Vanaf 31 augustus 1999 moesten er telkens 2 stellen per maand geleverd worden. Het einde van de levering was gepland op 31 december 2002.
1. La première automotrice diesel devait être livrée, ` partir du 31 aouˆt suivant le contrat, le 30 juin 1999. A 1999, deux automotrices devaient être livrées chaque mois. La livraison devait se terminer le 31 décembre 2002.
2. Rekening houdend met enerzijds de vertragingen opgelopen tijdens de constructie en anderzijds de proeven die nog moeten gebeuren na de eerste levering, wordt de effectieve ingebruikname gepland na de zomer 2000.
2. Compte tenu, d’une part, des retards enregistrés durant la construction et, d’autre part, des essais qui doivent encore avoir lieu après la première livraison, la mise en service effective est prévue après l’été 2000.
De inzet gebeurt achtereenvolgens :
La mise en service aura successivement lieu :
— op de dieselverbinding Antwerpen-Mol-Neerpelt/ Hasselt;
— sur la relation diesel Anvers-Mol-Neerpelt/Hasselt;
— ter vervanging van de verouderde dieselmotorwagens op de verbindingen Virton-Bertrix-Dinant/ Libramont en Aalst-Burst;
— en remplacement des automotrices diesel usagées sur les relations Virton-Bertrix-Dinant/Libramont et Alost-Burst;
— op de dieselverbindingen Ronse-Gent-Geraardsbergen en Gent-Eeklo;
— sur les relations diesel Renaix-Gand-Grammont et Gand-Eeklo;
— op de dieselverbinding Charleroi-Couvin.
— sur la relation diesel Charleroi-Couvin.
DO 1999200000694
DO 1999200000694
Vraag nr. 120 van de heer Jan Mortelmans van 9 februari 2000 (N.) :
Question no 120 de M. Jan Mortelmans du 9 février 2000 (N.) : Sint-Katelijne-Waver. — « Stationsberg ». — E´tat lamentable.
Sint-Katelijne-Waver. — Stationsberg. — Erbarmelijke staat. De Stationsberg te Sint-Katelijne-Waver dateert uit de jaren 30 en bevindt zich momenteel in een erbarmelijke staat. Zwaar vervoer is er momenteel trouwens over verboden. Door alsmaar groter wordende voegen, verzakkingen, uit mekaar verschuivende dalstenen en ook doordat er steeds maar nieuwe bestratingen worden opgelegd, liggen de afwateringsgoten er zodanig diep dat het voor fietsers levensgevaarlijk dreigt te worden. 1. Bent u hiervan op de hoogte ?
Le « Stationsberg » à Sint-Katelijne-Waver, qui date des années 30, se trouve actuellement dans un état lamentable. Le trafic lourd y est d’ailleurs interdit. En raison de fissures de plus en plus profondes, d’affaissements, d’écarts de plus en plus importants entre les pavés et des couches successives de revêtement, les égouts sont à ce point dénivelés par rapport à la route que la situation devient extrêmement dangereuse pour les cyclistes. 1. Eˆtes-vous au courant de cette situation ?
2. Behoort de Stationsberg tot de bevoegdheid van de NMBS ?
2. Le « Stationsberg » ressortit-il à la compétence de la SNCB ?
3. Welke stappen werden desgevallend ondernomen (in de richting van de bevoegde overheid) om deze toestand te verhelpen ?
3. Le cas échéant, quelles initiatives ont déjà été prises (auprès des autorités compétentes) pour remédier à cette situation ?
Antwoord : De NMBS is terdege bewust van de problemen qua toegankelijkheid.
Réponse : La SNCB est tout à fait consciente des problèmes qui se posent en matière d’accessibilité.
De verharding van de openbare weg valt echter onder de bevoegdheid van het lokale bestuur.
Le revêtement de la voie publique est toutefois du ressort des autorités locales.
Momenteel wordt bekeken wat dient te worden verbeterd en wat onder de bevoegdheid van de NMBS
Les améliorations à apporter, qui relèvent de la compétence de la SNCB, sont actuellement à l’étude.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2830
valt. Nadien zal met de gemeente worden besproken wat zal worden uitgevoerd en onder wiens toezicht.
Des contacts seront pris ensuite avec la commune pour déterminer les travaux à faire et sous quelle autorité.
DO 1999200000708
DO 1999200000708
Vraag nr. 125 van de heer Geert Bourgeois van 10 februari 2000 (N.) :
Question no 125 de M. Geert Bourgeois du 10 février 2000 (N.) :
NMBS. — Tariefbepaling van de internationale verbindingen.
SNCB. — Tarification des liaisons internationales.
1. De NMBS is in principe vrij haar tarieven voor internationale ritten zelf te bepalen.
1. En principe, la SNCB est libre de fixer les tarifs des trajets internationaux.
Welke evolutie hebben deze tarieven gekend sedert het in dienst stellen van de Thalystreinen op de verbinding Brussel-Parijs in vergelijking met de voorheen toegepaste tarieven ?
Par comparaison avec les tarifs pratiqués antérieurement, comment les tarifs ont-ils évolué depuis la mise en service des trains Thalys sur la ligne BruxellesParis ?
2. Kan u een antwoord geven op dezelfde vraag in verband met de lijnen : Brussel-Amsterdam en BrusselKeulen ?
2. Quelle a été cette évolution pour les lignes Bruxelles-Amsterdam et Bruxelles-Cologne ?
3. Op deze laatste lijnen rijden er ook nog conventionele treinen.
3. Des trains ordinaires circulent encore sur ces deux dernières lignes.
Wordt er voor deze treinen een lager tarief aangerekend dan voor de Thalystreinen ? Een lager tarief zou uiteraard aangewezen zijn, vermits de kostprijs en de aangeboden dienst lager ligt dan voor de hogesnelheidstreinen.
Le tarif appliqué pour ces trains est-il inférieur à celui des trains Thalys ? Il serait évidemment opportun de pratiquer un tarif inférieur pour ces trains, puisque le coût et le service offert sont inférieurs à ceux des trains à grande vitesse.
Antwoord :
Réponse :
1. De NMBS is in principe vrij om voor het internationale verkeer haar tarieven zelf te bepalen, maar slechts voor het eigen gedeelte van het traject, dit wil zeggen tot aan een Belgisch grenspunt. Het prijsaandeel te betalen door de reiziger voor het meestal langere reisgedeelte aan de overzijde van de grens wordt door de andere betrokken spoorwegnetten opgelegd en met deze netten nadien ook afgerekend.
1. En principe, la SNCB est libre de fixer elle-même ses tarifs en trafic international, mais uniquement pour la partie du trajet qui lui est propre, c’est-à-dire jusqu’à un point frontière belge. La partie du prix à payer par le voyageur pour le trajet effectué de l’autre coˆté de la frontière — lequel est en général plus long — est imposée par les autres réseaux de chemins de fer concernés et fait également par la suite l’objet d’un décompte entre ces réseaux.
Een mogelijke variante hierop is dat voor een bepaalde verbinding een globale prijs wordt afgesproken tussen de op de reisweg gelegen spoorwegnetten, waarvan dan een overeengekomen aandeel aan de deelnemende netten wordt toegekend.
Une autre variante possible consiste à ce que — pour une relation déterminée — les réseaux situés sur l’itinéraire fixent de commun accord un prix global, dont une part est allouée également de commun accord à chacun d’entre eux.
— Basisprijs in 2e klas Brussel-Parijs in juni 1995 : 1 390 frank + verplichte toeslag in TEE/TGV van 180 of 360 frank, naargelang de genomen trein;
— Prix de base en 2e classe Bruxelles-Paris en juin 1995 : 1 390 francs + supplément obligatoire TEE/ TGV de 180 ou 360 francs suivant le train emprunté;
— basisprijs in comfort 2 (2e klas) voor Brussel-Parijs met Thalys :
— prix de base en confort 2 (2e classe) pour BruxellesParis en Thalys :
— 2 juni 1996 : 1 750 frank;
— 2 juin 1996 : 1 750 francs;
— huidige prijs : 2 180 frank, waarin verrekend de inkorting van de reistijd tot 1 u 25 sinds 15 december 1997;
— prix actuel : 2 180 francs, incluant la réduction du temps de trajet à 1 h 25 depuis le 15 décembre 1997;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2831
2. — Basisprijs 2e klas Brussel-Amsterdam in juni 1995 : 1 080 frank;
2. — Prix de base en 2e classe Bruxelles-Amsterdam en juin 1995 : 1 080 francs;
— basisprijs in comfort 2 (2e klas) voor BrusselAmsterdam met Thalys :
— prix de base en confort 2 (2e classe) pour BruxellesAmsterdam en Thalys :
— 2 juni 1996 : 1 140 frank;
— 2 juin 1996 : 1 140 francs;
— huidige prijs : 1 310 frank;
— prix actuel : 1 310 francs;
— basisprijs 2e klas Brussel-Keulen in juni 1995 : 1 050 frank;
— prix de base en 2e classe Bruxelles-Cologne en juin 1995 : 1 050 francs;
— basisprijs in comfort 2 (2e klas) voor BrusselKeulen met Thalys :
— prix de base en confort 2 (2e classe) pour BruxellesCologne en Thalys;
— 15 december 1997 : 1 160 frank;
— 15 décembre 1997 : 1 160 francs;
— huidige prijs : 1 230 frank.
— prix actuel : 1 230 francs.
3. — Huidige basisprijzen in 2e klas met conventionele treinen (geldig tot 27 mei 2000) :
3. — Prix de base actuels en 2e classe en trains conventionnels (valables jusqu’au 27 mai 2000) :
— Brussel-Amsterdam : 1 150 frank;
— Bruxelles-Amsterdam : 1 150 francs;
— Brussel-Keulen : 1 150 frank.
— Bruxelles-Cologne : 1 150 francs.
De basisprijzen in de conventionele treinen liggen lager dan deze geldig in Thalys voor dezelfde verbinding, maar in de conventionele treinen is de plaatsreserving (130 frank per enkele rit) niet inbegrepen in de prijs, want ze is niet verplicht. Bij Thalys is de prijs steeds inclusief de verplichte plaatsreservering.
Les prix de base en trains conventionnels sont inférieurs à ceux pratiqués en Thalys, mais, pour les trains conventionnels, la réservation (130 francs par trajet simple) n’est pas comprise dans le prix, car elle n’est pas obligatoire. Avec Thalys, le prix comprend toujours la réservation de place obligatoire.
Voor de bestemmingen Keulen en Amsterdam is het voordeel van de hoge snelheid nog niet bereikt.
Pour les destinations de Cologne et d’Amsterdam l’avantage de la grande vitesse n’est pas encore acquis.
DO 1999200000732
DO 1999200000732
Vraag nr. 127 van mevrouw Annemie Van de Casteele van 16 februari 2000 (N.) :
Question no 127 de Mme Annemie Van de Casteele du 16 février 2000 (N.) :
NMBS. — Automatische kaartenverdelers. — Taalwetgeving.
SNCB. — Distributeurs de billets. — Législation linguistique.
In een aantal grote stations, waaronder bijvoorbeeld Antwerpen-Centraal en Leuven, hebben de reizigers sinds enige tijd de mogelijkheid om een vervoersbewijs op te vragen via een automatische kaartenverdeler. Op die manier worden de loketten minder belast. Dit is een positief initiatief.
Dans certaines gares importantes, comme la gare centrale d’Anvers et la gare de Louvain, les voyageurs peuvent depuis un certain temps déjà obtenir leur billet par l’entremise d’un distributeur de billets. Cette mesure permet de réduire l’afflux aux guichets et doit, à ce titre, être considérée comme positive.
Deze kaartenverdelers geven tekst en uitleg in het Nederlands en in het Frans, ook die verdelers die opgesteld staan in eentalige Vlaamse steden.
Tous les distributeurs, également ceux installés dans des villes flamandes unilingues, sont programmés pour fournir des instructions bilingues.
Onlangs diende mijn Brusselse collega Sven Gatz hiertegen klacht in bij de ombudsman van de NMBS. De algemene tweetaligheid van de kaartenverdelers werd door de ombudsman verdedigd op basis van het
Pour dénoncer cette situation, mon collègue bruxellois, Sven Gatz, a récemment déposé une plainte auprès du médiateur de la SNCB. Ce dernier a justifié le bilinguisme des distributeurs en faisant valoir que
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2832
feit dat ook de loketbedienden in de Vlaamse stations meer dan eens geconfronteerd worden met anderstaligen.
les guichetiers des gares flamandes ont régulièrement à faire à des clients allophones.
Mijns inziens gaat het hier om twee verschillende zaken. Dat een loketbediende zich uit vrije wil in een vreemde taal uitdrukt in relatie tot een anderstalige clie¨nt vormt op zich geen probleem. Het systematisch hanteren van tweetalige operatoren door een overheidsbedrijf in een eentalige regio is van een heel andere orde.
Il s’agit là, à mon estime, de deux choses distinctes. Le guichetier est bien entendu libre de s’adresser à un client allophone dans la langue de ce dernier. L’installation systématique par une entreprise publique de distributeurs bilingues dans une région unilingue est toutefois d’un tout autre ordre. 1. Eˆtes-vous au courant de cette situation ?
1. Bent u op de hoogte van deze situatie ? 2. Is het volgens u verantwoord dat een overheidsbedrijf de taalwetten op zo’n manier overtreedt ?
2. Estimez-vous qu’une telle violation des lois linguistiques par une entreprise publique puisse se justifier ?
3. Overweegt u de NMBS aan te sporen deze overtreding recht te zetten ?
3. Comptez-vous demander à la SNCB de remédier à cette situation ?
Antwoord : De NMBS past de taalwetgeving toe. Echter, in tegenstelling tot de commercie¨le bedienden die alleen documenten afgeven overeenkomstig de taalwetgeving maar mondeling toch de buitenlandse reizigers behelpen in een andere taal, kan de automaat dit niet doen.
Réponse : La SNCB applique les lois linguistiques. Toutefois, contrairement aux agents commerciaux qui ne délivrent des documents que conformément aux lois linguistiques, mais qui sont à même d’aider oralement les voyageurs étrangers dans une autre langue, l’automate de vente n’en est pas capable.
Uit oogpunt van klantvriendelijkheid en dienstverlening werd beslist de biljettenautomaten, zowel in het Franstalig als in het Nederlandstalig gebied met de tweede-taalversie uit te rusten.
D’un point de vue accueil du client et du service offert, il a été décidé de pourvoir les automates de la version deuxième langue, aussi bien dans la région francophone que néerlandophone.
Dat belichaamt niet alleen de klantvriendelijkheid van de NMBS, maar benadrukt ook het internationaal karakter en de verwelkoming van vele buitenlanders en buitenlandse bedrijven in Vlaanderen, Brussel en Wallonie¨.
Cela n’incarne pas seulement le souci de la clientièle de la SNCB, mais met également en relief le caractère international et l’accueil de nombreux étrangers et firmes étrangères en Flandre, à Bruxelles et en Wallonie.
DO 1999200000775
DO 1999200000775
Vraag nr. 131 van mevrouw Frieda Brepoels van 23 februari 2000 (N.) :
Question no 131 de Mme Frieda Brepoels du 23 février 2000 (N.) :
Samenwerking tussen de verschillende controlediensten betrokken bij de controle op het wegtransport.
Coopération entre les différents services de controˆle chargés du controˆle des transports routiers.
Bij de controle op het wegtransport zijn in ons land volgende instanties betrokken : Inspectie van de sociale wetten, bestuur van het Vervoer te land, douane, rijkswacht en politie. Iedereen erkent dat een betere structurele samenwerking tussen deze diverse diensten nodig is. Ook uzelf geeft dit aan in uw beleidsnota. Een betere samenwerking zou de efficie¨ntie van de controles ontegensprekelijk vergroten en zou de transporteurs aanzetten tot meer voorzichtigheid wegens de grotere pakkans.
Dans notre pays, l’Inspection des lois sociales, l’administration des Transports terrestres, les douanes, la gendarmerie et la police sont les services associés au controˆle des transports routiers. Chacun s’accorde sur la nécessité d’améliorer la coopération structurelle entre ces différents services. Vous-même l’avez d’ailleurs indiqué dans votre note de politique. Une meilleure collaboration contribuerait indubitablement à rendre les controˆles plus efficaces et inciterait les transporteurs à faire preuve d’une plus grande prudence par crainte de se faire prendre.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2833
1. a) Zijn er reeds maatregelen genomen of worden deze voorbereid om de samenwerking tussen de diverse controlediensten te bevorderen ?
1. a) Des mesures ont-elles déjà été prises ou sont-elles en cours de préparation afin de promouvoir la coopération entre les différents services de controˆle ?
b) Welke instanties worden hierbij betrokken ?
b) Quelles instances sont associées à ces travaux ?
c) Hoe is de samenwerking tussen de diverse controlediensten op dit moment geregeld ?
c) Comment la coopération entre les différents services de controˆle est-elle actuellement réglée ?
d) Wordt er overleg gepleegd tussen de controleinstanties, en zo ja, op welke manier ?
d) Y a-t-il concertation entre les instances de controˆle, et dans l’affirmative, quelle en est la procédure ?
2. Welke termijn stelt u in het vooruitzicht voor de ondertekening van het protocolakkoord ?
2. Quel délai envisagez-vous pour la signature du protocole d’accord ?
3. a) Hoever kan deze betere samenwerking volgens u reiken ?
3. a) Jusqu’ou` cette meilleure coopération peut-elle aller ? ` terme, prévoyez-vous uniquement une meilleure b) A coopération ou estimez-vous qu’il sera possible de mettre en place une seule cellule de controˆle pour les transports routiers ?
b) Voorziet u op termijn enkel in een betere samenwerking of acht u één controlecel voor het wegtransport haalbaar ? Antwoord :
Réponse :
1. a) Onder de vorige regering werd onder andere, naar aanleiding van enkele dramatische verkeersongevallen, waarbij ook vrachtwagens betrokken waren, werk gemaakt van het opstellen van een ontwerpprotocol inzake de samenwerking tussen alle diensten bevoegd voor weg- en bedrijfscontroles. Alle betrokken partijen konden instemmen met dit ontwerpprotocol. Het kon echter door de betrokken ministers niet meer goedgekeurd worden.
1. a) Sous le gouvernement précédent et suite à quelques accidents dramatiques auxquels étaient mêlés des camions, l’initiative a été prise de rédiger un projet de protocole concernant la collaboration entre tous les services compétents pour effectuer des controˆles sur route et dans les entreprises. Toutes les parties concernées se sont mises d’accord sur ce projet. Il n’a pu être soumis à l’approbation des ministres concernés.
Dit ontwerp beoogt vooral de reeds bestaande maar niet-gestructureerde samenwerking tussen de verschillende controlediensten te verbeteren en te zorgen voor een betere coo¨rdinatie van de controles. Momenteel zijn besprekingen aan de gang tussen de betrokken partijen om dit project zo spoedig mogelijk te finaliseren. Gedurende vier maanden werden proefcontroles georganiseerd tussen de betrokken controlediensten, die bevredigende resultaten opleverden.
Ce projet a comme but principal d’améliorer la collaboration existante, mais non structurée, entre les différents services de controˆle et d’assurer une meilleure coordination de ceux-ci. Pour l’instant, des pourparlers sont en cours entre les parties concernées pour finaliser au plus vite ce projet. Pendant quatre mois, des controˆles tests ont été organisés entre les différents services; les résultats en sont positifs.
b) De besprekingen worden thans gevoerd tussen ambtenaren van mijn departement, het ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, het ministerie van Justitie, de rijkswacht en de politie.
b) Des fonctionnaires de mon département, du ministère de l’Emploi et du Travail, du ministère de la Justice, de la gendarmerie et de la police tiennent des réunions à ce sujet.
c) De samenwerking tussen de betrokken controlediensten loopt momenteel vlot. Het grootste probleem vormt de werkdruk bij de voornoemde diensten en de vele andere taken waarmee ze permanent belast worden. De actuele samenwerking gebeurt op verzoek van een van bovenvermelde controlediensten en berust meestal op eerder gemaakte afspraken.
c) La collaboration entre les services concernés se passe sans aucun problème. Les obstacles éventuels proviennent de la pression du travail dans les services concernés et le nombre d’autres taˆches qui leur sont confiées en permanence. La collaboration actuelle se fait sur l’initiative d’un des services de controˆle susmentionnés et est surtout fondée sur une collaboration déjà existante.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2834
d) Zie 1, a).
d) Voir 1, a).
2. Momenteel bevinden de besprekingen tussen de verschillende diensten zich in een beslissende fase en weldra zullen initiatieven kunnen genomen worden om het samenwerkingsprotocol door alle betrokken ministers te laten ondertekenen.
2. Les pourparlers entre les différents services se trouvent pour l’instant dans une phase décisive et des initiatives pourront bientoˆt être prises pour soumettre le protocole de collaboration à la signature des ministres concernés.
3. a) In een steeds meer geliberaliseerde Europese vervoersmarkt is nationale en internationale samenwerking tussen de verschillende controlediensten absoluut noodzakelijk om de voorgestelde doelstellingen optimaal te kunnen verwezenlijken, zoals het bevorderen van de verkeersveiligheid, het waarborgen van een eerlijke concurrentie onder alle vervoersondernemingen, het vrijwaren van correcte sociale werkomstandigheden voor de bestuurders van vrachtauto’s en autocars en het bevorderen van de milieubescherming in het wegvervoer.
3. a) Dans un marché européen de plus en plus libéralisé, une collaboration aux niveaux national et international entre les différents services de controˆle est absolument nécessaire pour la réalisation optimale des objectifs fixés, comme la promotion de la sécurité routière, l’assurance d’une concurrence loyale entre toutes les firmes de transport, la garantie de conditions de travail correctes pour les chauffeurs de camions et d’autocars et la promotion de la protection de l’environnement dans le transport routier.
Op 5 oktober 1999 werd te Luxemburg tussen de Transportministers van Benelux en Frankrijk een samenwerkingsakkoord ondertekend, bekend als « Administratieve Regeling ».
Le 5 octobre 1999 un accord de collaboration a été signé à Luxembourg, nommé « Arrangement administratif », entre les ministres des Transports du Benelux et de la France.
Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Spanje werken, in afwachting van een latere toetreding, reeds actief mee aan :
L’Allemagne, le Royaume-Uni, l’Irlande et l’Espagne, participent déjà activement, en attendant leur prochaine adhésion, à :
— de organisatie van gemeenschappelijke controles;
— l’organisation des controˆles communs;
— een systematische uitwisseling van controlegegevens;
— un échange systématique des données de controˆle;
— een grotere coo¨rdinatie van de controleactiviteiten;
— une plus grande coordination des activités de controˆle;
— het opzetten van gezamenlijke opleidings- en uitwisselingsprogramma’s voor de controlebeambten;
— l’organisation de programmes communs de formation et d’échange de controˆleurs;
— voorafgaand overleg inzake nieuwe problemen of ontwikkelingen (bijvoorbeeld het gebruik van buitenlandse chauffeurs op een onwettige manier).
— une consultation préalable sur les nouveaux problèmes et évolutions (par exemple l’emploi de chauffeurs étrangers d’une façon illicite).
b) De samenwerking tussen de verschillende buitenlandse controlediensten die via « Euro Controle Route » zeer bevredigend en op een efficie¨nte manier verloopt, kan als voorbeeld dienen voor een verder doorgedreven en gestructureerde samenwerking tussen de diverse Belgische controlediensten, ieder met hun eigen specificiteit.
b) La collaboration entre les différents services de controˆle étrangers, qui se passe via « Euro Controˆle Route » de façon satisfaisante et efficace, peut être exemplaire pour une collaboration plus intégrée et structurée entre les divers services de controˆle belges, chacun avec sa propre spécificité.
Het afsluiten van een « samenwerkingsprotocol » tussen de verschillende controle-instanties lijkt mij momenteel de meest aangewezen manier om de inbreuken begaan tegen de vervoerswetgeving efficie¨nter te beheersen en voornoemde doelstellingen te realiseren.
La conclusion d’un « protocole de collaboration » entre les différentes instances de controˆle me semble momentanément la meilleure façon de gérer les infractions commises à l’encontre de la législation du transport et pour réaliser les objectifs précités.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2835
DO 1999200000637
DO 1999200000637
Vraag nr. 138 van de heer Francis Van den Eynde van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 138 de M. Francis Van den Eynde du 28 février 2000 (N.) :
Piraterij op zee.
Piraterie en mer.
Volgens de Internationale Maritieme Organisatie en ook voor de internationale verzekeringsmaatschappijen kan er gerust gesproken worden van een forse stijging van het aantal gevallen van piraterij op zee.
Selon l’Organisation maritime internationale et les compagnies d’assurances internationales, il ne fait aucun doute que le nombre de cas de piraterie maritime est en augmentation sensible.
Dit is onder meer het geval in Zuid-Oost Azie¨, op de Oost- en op de Westkust van Afrika, in de Indische Oceaan en in Zuid-Amerika, meer in het bijzonder in de omgeving van de Cariben.
Le phénomène se rencontre surtout dans le Sud-Est asiatique, à proximité des coˆtes occidentales et orientales de l’Afrique, dans l’océan Indien ainsi qu’en Amérique du Sud, et plus particulièrement dans la région des Caraı¨bes.
1. Is de regering van een en ander op de hoogte ?
1. Le gouvernement est-il au courant de ce problème ?
2. Welke maatregelen werden terzake door haar getroffen ?
2. Quelles mesures ont été prises ?
3. Een fregat van de Zeemacht is al geruime tijd permanent aanwezig in de omgeving van de Cariben.
3. Depuis quelque temps déjà, une frégate de la Force navale est présente en permanence dans la région des Caraı¨bes.
Wordt zij dan ook voor de bestrijding van piraterij ingezet ?
Participe-t-elle à des opérations de lutte contre la piraterie maritime ?
Antwoord : In antwoord op de door hem gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Réponse : En réponse à ses questions, j’ai l’honneur d’informer l’honorable membre de ce qui suit.
1. Gezien de grote toename van piraterij en gewapende overvallen aan boord van zeeschepen, heeft men bij de « International Maritime Organisation » (IMO) — en in het bijzonder in het « Maritime Safety Committee » (MSC) — een procedure uitgewerkt om piraterij en gewapende overvallen tegen schepen te voorkomen en te onderdrukken.
1. Vu l’augmentation sensible des actes de piraterie et d’attaques à main armée à bord de navires de mer, une procédure a été élaborée par l’Organisation maritime internationale — en particulier au sein du Comité de la sécurité maritime (MSC) — afin de prévenir et de réprimer lesdits actes de piraterie maritime.
Deze procedures zijn op basis van aanbevelingen uitgewerkt in seminaries en werkgroepen gehouden door de IMO in Brasilia, Singapore en de laatste op 22 maart 2000 in Mumbai, Indie¨.
Lesdites procédures furent élaborées sur base de recommandations faites dans les séminaires et groupes de travaux organisés par l’OMI à Brasilia, Singapour, et le dernier; le 22 mars 2000 à Mumbai, en Inde.
Het zijn vooral de regeringen van landen gelegen in de zones en gebieden waar de meeste overvallen plaatsgrijpen die worden aanbevolen om de nodige voorzieningen en procedures uitgewerkt door de IMO op te volgen en uit te voeren.
Aux gouvernements des pays situés dans les zones et régions où ont eu lieu la plupart des attaques, il a été recommandé de se conformer aux mesures et procédures élaborées par l’OMI.
Aan de regeringen van de andere landen waaronder Belgie¨, wordt aangeraden om de uitgeschreven IMOprocedures inzake piraterij aan de nationale agentschappen, scheepseigenaars, rederijen, kapiteins en bemanning mee te delen.
Aux gouvernements des autres pays, dont la Belgique, il a été recommandé de communiquer les procédures de l’OMI en matière de piraterie aux agences nationales, propriétaires de bateaux, sociétés d’armateurs, capitaines ainsi qu’aux équipages.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
363
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2836
2. Dit laatste werd door Belgie¨, in casu het ministerie van Verkeer en Infrastructuur, bestuur van Maritieme Zaken en Scheepvaart gedaan.
2. Ceci a été fait par la Belgique, en l’occurrence par le ministère des Communications et de l’Infrastructure, administration des Affaires maritimes et de la navigation.
De verschillende IMO-procedures inzake preventie en voorkoming van piraterij en gewapende overvallen op zee werden aan de directeur van de Belgische redersvereniging toegestuurd voor verdere verspreiding onder de scheepseigenaars en de scheepsbemanningen.
Les diverses procédures recommandées par l’OMI en matière de prévention de piraterie et d’attaques à main armée en mer ont par conséquent été envoyées au directeur de l’Union des armateurs belges pour diffusion parmi les propriétaires de bateaux et les équipages.
Verder worden de nodige aanbevelingen gegeven om zoveel mogelijk de procedures te volgen indien een overval zich zou voordoen aan boord van een Belgisch schip.
Des recommandations utiles ont encore été données afin de suivre autant que possible les procédures en cas d’attaque à bord d’un bateau belge.
De Belgische vertegenwoordigers in de MSC volgen deze zaak op en alle wijzigingen worden aan de betrokken instanties overgemaakt.
Les représentants belges auprès du Comité MSC suivent cette affaire, tout changement étant communiqué aux instances concernées.
Een antwoord op de vraag 3 zal worden gegeven door mijn collega van Landsverdediging. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 21, blz. 2361 — vraag nr. 48 van 2 februari 2000.)
Une réponse à la question 3 sera donnée par mon collègue de la Défense nationale. (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 21, p. 2361 — question no 48 du 2 février 2000.)
DO 1999200000831
DO 1999200000831
Vraag nr. 146 van de heer Paul Timmermans van 1 maart 2000 (Fr.) :
Question no 146 de M. Paul Timmermans du 1er mars 2000 (Fr.) :
NMBS. — Stations van Marchienne-au-Pont en Luttre.
SNCB. — Gares de Marchienne-au-Pont et de Luttre.
Al maandenlang stoppen slechts bepaalde treinen op de lijn Charleroi-Brussel in het station van Marchienne-au-Pont. De NMBS-directie besliste om rentabiliteitsredenen de frequenties en stopplaatsen te herzien in het voordeel van het station van Luttre.
La gare de Marchienne-au-Pont n’est plus desservie depuis de nombreux mois par l’ensemble des trains de la ligne de Charleroi-Bruxelles. Pour des raisons de rentabilité, selon la direction de la SNCB, un rééquilibrage des fréquences et des arrêts a été entrepris au profit de la gare de Luttre.
1. Hoeveel keer stoppen de treinen (tijdens de week en in de weekends) dagelijks in elk van beide stations ?
1. Quel est le nombre d’arrêts quotidiens (en semaine et le week-end) des trains dans chacune de ces deux gares ?
2. Wat is het aantal reizigers, abonnementhouders en niet-abonnementhouders, in elk van beide stations ?
2. Quel est le nombre de passagers, abonnés et nonabonnés, fréquentant chacune de ces deux gares ?
3. Wat is de omzet van beide stations, er daarbij op toeziend dat het station van Marchienne niet bij het algeheel blok van Charleroi wordt ingedeeld ?
3. Pourriez-vous communiquer les chiffres d’affaires de ces deux gares en veillant à ne pas intégrer la gare de Marchienne dans la globalité du cantonnement de Charleroi ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2837
Antwoord :
Réponse :
1. Aantal dagelijkse haltes van de treinen in deze twee stations :
1. Nombre d’arrêts quotidiens des trains dans ces deux gares :
Aantal treinen per dag — Nombre de trains/jour
Betrokken relaties — Relations concernées
186 109 110
IR, k, IR n, L 092, L 094, P IC D, IC I, L 092, L 094, P, T IC D, IC I, L 092, L 094, P, T
141 55 56
IC I, IR n, L 092, P IC I, L 092, T IC I, L 092, T
Marchienne-au-pont : Tijdens de week. — En semaine ....................... ’s Zaterdags. — Le samedi ................................ ’s Zondags. — Le dimanche ............................. Luttre : Tijdens de week. — En semaine ....................... ’s Zaterdags. — Le samedi ................................ ’s Zondags. — Le dimanche .............................
2. Aantal reizigers die dagelijks in deze twee stations opstappen :
2. Nombre de voyageurs montés par jour dans ces deux gares :
Aantal opstappende reizigers per dag — Nombre de voyageurs montés par jour Week — Semaine
Zaterdag — Samedi
Zondag — Dimanche
1 463
414
487
1998
1 197
346
314
1999
1 170
286
327
1997
2 360
415
341
1998
2 124
347
232
1999
1 880
459
270
Marchienne-au- pont : 1997
Oorsprong van deze cijfers — Origine des chiffres
Jaarlijkse tellingen van de maand oktober — Comptages annuels d’octobre Jaarlijkse tellingen van de maand oktober — Comptages annuels d’octobre Voorlopige bijzondere tellingen — Comptages particuliers provisoires
Luttre :
3. In 1999, bedroeg het omzetcijfer in :
Jaarlijkse tellingen van de maand oktober — Comptages annuels d’octobre Jaarlijkse tellingen van de maand oktober — Comptages annuels d’octobre Voorlopige bijzondere tellingen — Comptages particuliers provisoires
3. En 1999, le chiffre d’affaires s’élevait à :
— Luttre : 29 657 324 frank;
— Luttre : 29 657 324 francs;
— Marchienne-au-Pont : 38 760 892 frank.
— Marchienne-au-Pont : 38 760 892 francs.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2838
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Consumentenzaken
Protection de la consommation
DO 1999200000376
DO 1999200000376
Vraag nr. 25 van de heer Claude Eerdekens van 13 december 1999 (Fr.) :
Question no 25 de M. Claude Eerdekens du 13 décembre 1999 (Fr.) :
Voorverpakte « hamburgers ».
« Hamburgers » préemballés.
In het nummer van december 1999 brengt Test Aankoop aan het licht dat sommige voorverpakte « hamburgers » helemaal geen rundvlees bevatten maar dat er vooral kip in is verwerkt. De benaming « hamburger » lijkt bijgevolg misleidend : ter wille van de behoorlijke voorlichting van de consument zou men dus de termen « chickenburger » of « kipburger » moeten gebruiken.
Dans son numéro de décembre 1999, Test Achats relève qu’un certain nombre de « hamburgers » préemballés ne contiennent pas du tout de bœuf mais sont plutoˆt composés de poulet. L’appellation « hamburger » semble dès lors abusive : pour la bonne information du consommateur, il conviendrait de parler de « chikenburger » ou de « burger de poulet ».
Overweegt u maatregelen te treffen om een correcte etikettering te bereiken die de koper niet op het verkeerde been zet met betrekking tot de aard van het gekochte product ?
Envisagez-vous des mesures permettant d’obtenir un étiquetage correct, qui ne trompe pas l’acheteur sur la nature du produit choisi ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
Het gebruik van de benaming « hamburger » voor een product op basis van kip is inderdaad misleidend. Het gebruik van deze benaming is vastgelegd in artikel 4, § 1, 2o, van het koninklijk besluit van 8 maart 1985 betreffende de fabricage en de handel in gehakt of gemalen vers vlees. Met toepassing van dit koninklijk besluit mag een product op basis van kip de benaming « hamburger » niet dragen. Het bovengenoemde besluit geeft aan dat de benaming « hamburger » vergezeld moet zijn van « de aanduiding van de diersoort of van de aanduiding in dalende volgorde van het gewicht aan vlees van de diersoorten waarvan het spiervlees en het vetweefsel afkomstig zijn ».
Il est en effet trompeur d’employer le terme « hamburger » pour désigner un produit à base de poulet. L’emploi de cette dénomination est défini dans l’article 4, § 1er, 2o, de l’arreˆté royal du 8 mars 1985 relatif à la fabrication et au commerce de la viande fraıˆche hachée ou moulue. En application de cette arreˆté royal, un produit à base de poulet ne peut recevoir la dénomination de « hamburger ». L’arreˆté précité indique que lors de la mise dans le commerce, la dénomination « hamburger » doit eˆtre « accompagnée de l’indication de l’espèce animale ou de l’indication dans l’ordre décroissant de l’importance pondérale des viandes des espèces animales desquelles la chair musculaire ou les graisses proviennent ».
Het bestuur Economische Inspectie zal belast worden met de behandeling van dit probleem.
L’administration de l’Inspection économique sera chargée de traiter ce problème.
DO 1999200000519
DO 1999200000519
Vraag nr. 32 van mevrouw Simonne Creyf van 13 januari 2000 (N.) :
Question no 32 de Mme Simonne Creyf du 13 janvier 2000 (N.) :
Publieke dienstverlening van de administratie.
Services publics offerts par l’administration.
Wanneer kan het publiek uw administraties voor de publieke dienstverlening bezoeken ?
Quand le public peut-il se rendre dans vos administrations pour y bénéficier des services publics qu’elles offrent ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2839
Het gaat hier om alle administraties, dus ook de openbare instellingen en bedrijven die van u afhangen evenals ook bijvoorbeeld de bibliotheek en/of documentatiecentra van uw administraties.
Je songe en l’espèce à toutes les administrations, c’est-à-dire aussi aux organismes et entreprises publics qui dépendent de vous et de la bibliothèque et/ou des centres de documentation de vos administrations.
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te kunnen meedelen dat de diensten van het ministerie van Economische Zaken, die betrokken zijn bij mijn bevoegdheid als minister van Consumentenzaken, voor het publiek toegankelijk zijn tijdens de kantooruren en op vrijdagavond tot 20 uur na afspraak.
Réponse : J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre que les services du ministère des Affaires économiques qui sont concernés par mes compétences, en tant que ministre pour la Protection de la consommation, sont accessibles au public durant les heures de bureau et le vendredi soir jusqu’à 20 heures, sur rendez-vous.
DO 1999200000676
DO 1999200000676
Vraag nr. 37 van de heer Claude Eerdekens van 7 februari 2000 (Fr.) :
Question no 37 de M. Claude Eerdekens du 7 février 2000 (Fr.) :
Gevaren verbonden aan het gebruik van zoethout.
Risques engendrés par la consommation de réglisse.
Het sap afkomstig van de zoethoutwortel wordt gebruikt om alcoholvrije pastis, thee, snoepjes en kauwgom te parfumeren. Sommigen kauwen op een pijpje zoethout. Zoethoutsap bevat echter glycyrrhizinezuur, dat een bloeddrukverhogend effect kan hebben en bij hypertensiepatie¨nten tot oedeem kan leiden.
Le suc extrait de la racine de réglisse sert à parfumer des pastis sans alcool, des tisanes, des bonbons ainsi que des chewing-gums. Il arrive également à certaines personnes de maˆchouiller un baˆton de réglisse. Or, le suc de réglisse contient de l’acide glycyrrhizique pouvant provoquer une augmentation de la tension artérielle ainsi que des œdèmes chez les personnes atteintes d’hypertension.
Uit een recente medische studie, waarvan Test Gezondheid in zijn jongste nummer de resultaten heeft gepubliceerd, blijkt dat het gebruik van die stof een daling van het testosterongehalte zou veroorzaken. Zoethout zou dus gevaarlijk zijn voor het mannelijk libido en de seksuele prestaties in het algemeen.
En outre, au niveau hormonal, une récente étude médicale, dont le dernier numéro du magazine TestSanté a publié les résultats, a montré que la consommation de cette substance engendrait une chute du taux de testostérone. La réglisse serait donc aussi dangereuse pour la libido masculine et le fonctionnement sexuel en général.
Die studie heeft gelukkig aangetoond dat een occasioneel gebruik van zoethout ongevaarlijk is.
Cette étude a heureusement mis en évidence le fait qu’une consommation occasionnelle de réglisse était sans danger.
1. Zou het desondanks niet opportuun zijn om de bevolking voor de mogelijke gevaren van regelmatig gebruik van zoethout te waarschuwen ?
1. Néanmoins, ne serait-il pas opportun de mettre en garde la population contre les risques potentiels en cas de consommation régulière de réglisse ?
2. Werden daartoe al maatregelen getroffen ?
2. Des mesures ont-elles déjà été prises dans ce sens ?
3. Zo neen, overweegt u maatregelen terzake ?
3. Si non, envisagez-vous de prendre des mesures ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
1. Het Wetenschappelijk Comité voor voedingsmiddelen (SCF) van de Europese Commissie verklaarde in haar advies van 14 september 1984 dat ze alleszins tegen het gebruik van glycyrrhizine als zoetstof is. In haar advies van 11 oktober 1991 stelde dit comité een voorlopig cijfer te hanteren van maximaal 100 mg glycyrrhizine per dag. Dit cijfer werd voorlo-
1. Le Comité scientifique de l’alimentation (CSA) de la Commission européenne a déclaré dans son avis du 14 septembre 1984 qu’il était, de toute manière, opposé à l’utilisation de glycyrrhizine comme édulcorant. Dans son avis du 11 octobre 1991 ce même comité avait déclaré utiliser une valeur provisoire de 100 mg de glycyrrhizine par jour. Ce critère avait été
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2840
pig geadviseerd totdat een Nederlandse studie over de invloed van deze stof op de mens meer informatie opleverde. Deze studie is inmiddels uitgevoerd door het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum. Uit deze studie blijkt dat indien de dagelijkse ingenomen hoeveelheid glycyrrhizine maximaal 200 mg bedraagt er geen nadelige gezondheidseffecten worden waargenomen. Dit zou overeenkomen met een dagelijkse consumptie van 125 gram drop. Indien men niet dagelijks drop eet, zal de bloedspiegel van glycyrrhizine binnen de veilig geachte marge blijven, ook bij gevoelige personen. Ik denk dat de populariteit van drop vooral in Nederland groot is en in mindere mate in Belgie¨.
recommandé à titre provisoire en attendant qu’une étude néerlandaise sur l’impact de cette substance sur l’homme ne donne des informations supplémentaires. Cette étude a entre-temps été réalisée par le « Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum ». Il apparaıˆt de ladite étude qu’avec un apport journalier de glycyrrhizine de 200 mg au maximum, aucun effet négatif sur la santé n’est constaté. Cela équivaudrait à une consommation journalière de 125 g de réglisse. Si la réglisse n’est pas consommée quotidiennement, le taux dans le sang de glycyrrhizine restera dans la marge de sécurité, aussi chez les sujets plus sensibles. Je crois que la réglisse est surtout populaire aux Pays-Bas et dans une moindre mesure en Belgique.
Op basis van bovenstaande wetenschappelijke gegevens met betrekking tot het gebruik van drop of zoethout, lijkt het mij heden niet opportuun maatregelen te nemen om de Belgische bevolking te waarschuwen tegen een overmatig gebruik van deze voedingsmiddelen.
Sur la base des données scientifiques ci-avant relatives à la consommation de réglisse, il ne me semble pas opportun, à l’heure actuelle, de prendre des mesures pour avertir la population belge contre une consommation exagérée des denrées visées.
2 en 3. In haar advies van 11 oktober 1991 stelde het SCF voor het verbruik van glycyrrhizine via voedingsmiddelen te beperken via de richtlijn op de aroma’s (richtlijn 88/388 van de Raad van 22 juni 1988). In de beschikking van de Commissie van 23 februari 1999 tot vaststelling van een repertorium van in levensmiddelen gebruikte aromastoffen, is glycyrrhizine opgenomen met de opmerking 3, dit wil zeggen dat glycyrrhizine voorlopig mag gebruikt worden als aroma, maar dat er prioriteit wordt gesteld voor verdere evaluatie van deze stof door het SCF.
2 et 3. Dans son avis du 11 octobre 1991, le CSA proposait de limiter la consommation de glycyrrhizine par le biais de la directive sur les matières aromatiques (directive 88/388 du Conseil du 22 juin 1988). Dans la décision de la Commission du 23 février 1999 portant adoption d’un répertoire des substances aromatisantes utilisées dans ou sur les denrées alimentaires, la glycyrrhizine est assortie de la remarque 3, ce qui implique que la glycyrrhizine peut provisoirement être utilisée comme substance aromatisante mais doit être évaluée en priorité par le CSA.
Ik stel dan ook voor om geen maatregelen te nemen tot deze evaluatie is afgerond.
Je propose dès lors de ne pas prendre de mesures jusqu’au moment où cette évaluation aura été finalisée.
DO 1999200000686
DO 1999200000686
Vraag nr. 38 van de heer Claude Eerdekens van 8 februari 2000 (Fr.) :
Question no 38 de M. Claude Eerdekens du 8 février 2000 (Fr.) :
« Gezondheidsargument » op etiketten van voedingsmiddelen.
Argument « santé » sur les étiquettes de produits alimentaires.
De voedingssector roept vaak gezonheidsargumenten in om producten te verkopen. Om aan de noden van het organisme tegemoet te komen worden voor bepaalde voedingsmiddelen aan het basisproduct additieven zoals calcium, iodium of vitaminen toegevoegd.
Le marché alimentaire recourt fréquemment à des arguments relatifs à la santé pour vendre ses produits. Pour un certain nombre d’entre eux, des additifs de type calcium, iode ou vitamines sont apportés aux denrées de base, de façon à répondre aux besoins de l’organisme.
Voor zover ze aan een ree¨el gezondheidsprobleem beantwoordt, is die handelwijze op zich niet afkeurenswaardig.
Le procédé, en soi, n’est pas blaˆmable s’il répond à un réel problème de santé.
Er bestaan echter, zoals Test Gezondheid in februari 2000 betreurt, misbruiken. Vaak worden aan de con-
Toutefois, comme le déplore Test-Santé de février 2000, des abus existent. Il arrive souvent que l’on
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2841
sument producten verkocht waarvan de toegevoegde waarde zo gering is dat de hogere prijs, in vergelijking met het basisproduct, absoluut niet is gerechtvaardigd. Onder voorwendsel dat ze tegemoetkomen aan een specifiek tekort, zoals een tekort aan vitamine C, doet men de consument bovendien weinig aanbevelenswaardige producten, zoals limonades en andere gesuikerde dranken, slikken.
vende au consommateur des produits dont le peu de valeur ajoutée ne justifie absolument pas le surcouˆt financier, par rapport à des marchandises ordinaires. Par ailleurs, sous prétexte de combler une carence particulière, par exemple un déficit en vitamines C, on fait avaler des aliments peu recommandables, telles les limonades et autres boissons sucrées.
Een nauwkeurige wetgeving zou dergelijke misbruiken zeker verhinderen en de consument de mogelijkheid bieden om uit de producten die vooral gezondheidsargumenten naar voren schuiven, die producten te kiezen die werkelijk meer bieden.
Manifestement, une législation précise devrait empêcher ces abus et permettre au consommateur de choisir, parmi les produits avançant des arguments centrés sur la santé, ceux qui lui apportent un réel supplément.
Wat moet er volgens de auteurs van de enquête gebeuren ? Een duidelijke omschrijving van de producten, de aanwezigheid van een tekst die het belang van een evenwichtige voeding beklemtoont, uitleg over welke hoeveelheden moeten worden genomen om dat evenwicht te bereiken, en een controle door onafhankelijke wetenschappers.
Que faudrait-il, selon les auteurs de l’enquête ? Une définition claire de ces produits, la présence d’un message insistant sur l’importance d’une alimentation équilibrée, une information quant aux quantités à absorber pour atteindre cet équilibre, et un controˆle par des scientifiques indépendants.
Bent u van plan deze kwestie te onderzoeken en vervolgens de vereiste maatregelen te treffen ?
Envisagez-vous d’étudier cette problématique en vue d’y apporter les réponses nécessaires ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
Réponse : J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre de ce qui suit.
Nutrie¨nten (vitaminen, mineralen, essentie¨le aminozuren en essentie¨le vetzuren) worden niet alleen om nutritionele redenen maar ook om verkoopsredenen aan voedingsmiddelen toegevoegd.
Des nutriments (vitamines, minéraux, acides aminés essentiels et acides gras essentiels) ne sont pas ajoutés à des denrées alimentaires seulement pour des raisons nutritionnelles, mais aussi pour des motifs commerciaux.
Deze toevoeging van nutrie¨nten aan voedingsmiddelen, om welke reden dan ook, is niet verboden mits aan de samenstellingsnormen, die in de Belgische warenwetgeving zijn opgenomen, wordt voldaan zodat een mogelijke overdosering van nutrie¨nten wordt voorkomen.
Cette adjonction de nutriments à des denrées alimentaires, pour quelque raison que ce soit, n’est pas interdite pour autant que les normes de composition visées par la législation alimentaire belge, soient respectées, de façon à éviter un éventuel surdosage de nutriments.
Ook de vermelding van de toevoeging van nutrie¨nten is niet verboden. Het is zelfs volgens de Europese regelgeving verplicht. Bijgevolg is de vermelding « met vitamine C » op limonades, waar vitamine C is aan toegevoegd, verplicht !
Il n’est pas non plus interdit de mentionner l’addition de nutriments. Celle-ci est même obligatoire aux termes de la réglementation européenne. Aussi, la mention « à la vitamine C » indiquée sur des limonades, auxquelles de la vitamine C a été ajoutée, est-elle obligatoire !
Maar op het etiket dient wel een voedingswaardeetikettering te worden aangebracht (gestandaardiseerde lijst met informatie over de voedingswaarde van het product). Dergelijke informatie is bestemd om de consument te informeren en toe te laten een vergelijking met andere producten te maken.
Mais un étiquetage nutritionnel doit être apposé (liste standardisée contenant une information sur la valeur nutritionnelle du produit). Ce genre d’information est destiné à informer le consommateur et à permettre une comparaison avec d’autres produits.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2842
Maar wat wel verbonden is, zijn de gezondheidsbeweringen, die niet conform zijn met het koninklijk besluit van 17 april 1980 betreffende reclame voor voedingsmiddelen. Zo is het in de reclame van voedingsmiddelen verboden te verwijzen naar :
Mais ce qui est interdit, ce sont les allégations de santé qui ne sont pas conformes à l’arrêté royal du 17 avril 1980 concernant la publicité pour les denrées alimentaires. Ainsi, il est interdit de faire référence dans la publicité pour des denrées alimentaires à :
— ziekten (bijvoorbeeld osteoporose), naar organen, bloed, zenuwstelsel en op de uitwerking van het voedingsmiddel daarop;
— des maladies (par exemple l’ostéoporose), à des organes, au sang, au système nerveux et à des effets de la denrée sur ceux-ci;
— vermeldingen die misleidend zijn.
— des mentions susceptibles d’induire en erreur.
Misleidende reclame is niet steeds eenvoudig om juridisch aan te tonen !
La publicité mensongère n’est pas toujours facile à prouver sur le plan juridique.
Bij een dergelijk onderzoek wordt aan de verantwoordelijke het wetenschappelijk bewijs gevraagd. Dit bewijs wordt voor advies aan de Hoge Gezondheidsraad overgemaakt.
Lorsqu’on enquête de la sorte, le responsable est invité à établir la preuve scientifique. Cette preuve est alors transmise pour avis au Conseil supérieur d’hygiène.
Indien de Hoge Gezondheidsraad een negatief advies geeft, wordt door de bevoegde dienst (Eetwareninspectie) opgetreden. Een dergelijke procedure is wel tijdrovend (ongeveer 3 maanden).
Si le Conseil supérieur d’hygiène émet un avis négatif, le service compétent (Inspection des denrées alimentaires) intervient. Mais ce genre de procédure prend du temps (environ 3 mois).
Een harmonisatie van deze reglementering op Europees niveau is noodzakelijk aangezien met het Verdrag van Rome en met de jurisprudentie van het Hof van Justitie inzake de vrije circulatie van producten rekening dient te worden gehouden. Het Witboek van de Commissie betreffende de voedingsveiligheid voorziet dat de Commissie een voorstel van reglementering gedurende het tweede semester van dit jaar zal indienen.
Une harmonisation de la réglementation au niveau européen est essentielle car il faut tenir compte du Traité de Rome et de la jurisprudence de la Cour de justice en matière de libre circulation des produits. Le livre blanc de la Commission sur la sécurité alimentaire prévoit que celle-ci fera des propositions durant le deuxième semestre de cette année.
DO 1999200000706
DO 1999200000706
Vraag nr. 39 van mevrouw Colette Burgeon van 14 maart 2000 (Fr.) :
Question no 39 de Mme Colette Burgeon du 14 mars 2000 (Fr.) :
Euro. — Moeilijkheden.
Euro. — Difficultés.
De euro was bedoeld als een instrument om de integratie te bevorderen, maar zoals uit een in het begin van 1999 in ons land gehouden enquête blijkt, veroorzaakt de invoering van de nieuwe munt bepaalde moeilijkheden, inzonderheid voor een groot aantal slechtzienden. Die moeilijkheden zijn van uiteenlopende aard, maar vooral het zoeken naar nieuwe kenmerken aan de hand waarvan een onderscheid tussen de nieuwe munten en biljetten kan worden gemaakt en naar nieuwe technieken om ze te bezigen, lijkt een moeilijke opgave te zijn.
L’euro a été conçu comme un instrument d’intégration mais comme le confirme une enquête réalisée dans notre pays au début de 1999, le changement de monnaie entraıˆne certaines difficultés en particulier pour bon nombre de personnes déficientes visuelles. Ces difficultés sont de divers ordres mais la principale sera l’établissement de nouveaux critères de discrimination et la recherche de nouvelles techniques pour la manipulation des pièces et de billets nouveaux.
Welke maatregelen heeft u getroffen om dat probleem te verhelpen ?
Quelles mesures avez-vous déjà prises pour rencontrer ce problème ?
Antwoord : Als antwoord op de vraag, gesteld door het geachte lid, heb ik de eer het volgende mee te delen.
Réponse : En réponse à la question posée par l’honorable membre, j’ai l’honneur de lui faire savoir ce qui suit.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2843
Het ministerie van Financie¨n is bevoegd voor het aanmaken van muntstukken en biljetten. De biljetten worden gedrukt door de Nationale Bank en de muntstukken door de Koninklijke Munt.
La fabrication des pièces et billets relève de la compétence du ministre des Finances. Les billets sont imprimés par la Banque nationale et les pièces frappées par la Monnaie royale.
Ik kan er nochtans op wijzen dat het probleem alle aandacht heeft getrokken van de bevoegde autoriteiten in nauwe samenwerking met de Belgische Federatie voor de promotie van blinden en slechtzienden en het Commissariaat-generaal voor de euro.
Néanmoins, je peux préciser que le problème a retenu toute l’attention des autorités compétentes en étroite collaboration avec la Confédération belge pour la promotion des aveugles et malvoyants et le commissariat général à l’euro.
Wat de technische details betreft, verwijs ik graag naar de preciseringen die de minister van Financie¨n zal verstrekken. (Vraag nr. 266 van 14 maart 2000.)
Pour les détails techniques, je m’en réfère aux précisions qui seront fournies par le ministre des Finances. (Question no 266 du 14 mars 2000.)
Volksgezondheid
Santé publique
DO 1999200000070
DO 1999200000070
Vraag nr. 15 van de heer Bart Laeremans van 20 oktober 1999 (N.) :
Question no 15 de M. Bart Laeremans du 20 octobre 1999 (N.) :
Brusselse MUG’s en spoedgevallendiensten. — Taalwantoestanden.
GUM et services d’urgence bruxellois. — Anomalies linguistiques.
Op 22 oktober 1998 heeft de Vaste Commissie voor taaltoezicht (VCT), ingevolge een klacht van het VVO tegen de universitaire klinieken Saint-Luc en E´rasme, geadviseerd dat de MUG en de spoedgevallendienst van een privé-kliniek die door de overheid die bevoegd is inzake medische-urgentiediensten erkend werd, belast is met een opdracht die de grenzen van een privaat bedrijf te buiten gaat, zoals bedoeld in artikel 1, § 1, 2o, van de samengeordende wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken (SWT). Daaruit volgt, stelde de VCT, dat deze diensten in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest derwijze moeten worden georganiseerd dat zij de taal kunnen respecteren van hun Nederlands- en hun Franstalige patie¨nten, die hun door de Dienst 100 worden overgedragen. De VCT heeft gesteld dat tenminste de geneesheren en verplegers die instaan voor de spoedgevallendienst en de MUG van die klinieken, en die in contact moeten treden met de patie¨nt of de familie, tweetalig moeten zijn.
Le 22 octobre 1998, la Commission permanente de controˆle linguistique a rendu, à la suite d’une réclamation du VVO contre les cliniques universitaires SaintLuc et E´rasme, un avis selon lequel le GUM et le service des urgences d’une clinique privée qui a été agréée par l’autorité publique compétente en matière de services d’urgence médicale, sont chargés d’une mission qui excède les limites d’une entreprise privée au sens de l’article 1er, § 1er, 2o, des lois coordonnées sur l’emploi des langues en matière administrative. Il s’ensuit, selon la commission, que dans la Région de Bruxelles-Capitale, ces services doivent être organisés de manière telle à pouvoir respecter la langue des patients francophones et néerlandophones que le Service 100 leur confie. La commission a estimé, dans son avis, qu’à tout le moins les médecins et le personnel infirmier responsables du service des urgences et du GUM de ces cliniques et devant entretenir des contacts avec les patients et leurs familles, doivent être bilingues.
Het is duidelijk dat verschillende door uw diensten erkende MUG’s niet voldoen aan deze vereiste en dus niet in staat zijn een menswaardige behandeling te verlenen aan hun Nederlandstalige patie¨nten.
Il est clair que plusieurs GUM agréés par vos services ne satisfont pas à cette condition et ne sont donc pas en mesure de traiter humainement leurs patients néerlandophones.
Volksvertegenwoordiger D. Lootens interpelleerde minister R. Grijp over de toepassing van deze adviezen in de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brusselse Gewest. Minister Grijp verklaarde zich terzake onbevoegd en verwees de interpellant naar de federale minister van Volksgezondheid. De
Le député D. Lootens a interpellé le ministre R. Grijp sur l’application de ces avis au sein de la Commission communautaire commune de la Région bruxelloise. Le ministre Grijp s’est déclaré incompétent en la matière et a suggéré à l’interpellateur de s’adresser à la ministre fédérale de la Santé publique.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
364
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2844
VCT gaf uw voorganger kennis van deze adviezen op 7 januari 1999. Tot nu toe werd er nog steeds niet het minste gevolg gegeven aan deze adviezen.
La commission a porté ces avis à la connaissance de votre prédécesseur le 7 janvier 1999. Aucune suite n’y a été réservée à ce jour.
1. Werd er naar aanleiding van de standpunten van de VCT eigen onderzoek verricht naar de naleving van de taalwetgeving door de MUG-diensten ?
1. Les positions adoptées par la Commission permanente de controˆle linguistique ont-elles incité les GUM à mener leur propre enquête afin de savoir si la législation linguistique était respectée dans leurs services ?
2. Welke sancties worden er in overweging genomen ?
2. Quelles sanctions sont envisagées ?
3. Overweegt u de erkenning in te trekken van de ziekenhuizen in het tweetalige taalgebied BrusselHoofdstad, waarvan de MUG en de spoedgevallendienst niet voldoet aan de tweetaligheidsvereiste ?
3. Envisagez-vous de retirer l’agrément des hoˆpitaux de la région bilingue de Bruxelles-Capitale dont le GUM et le service d’urgences ne satisfont pas à la condition de bilinguisme ?
Antwoord : Op de vragen die door het geachte lid gesteld worden, kan er het volgende geantwoord worden.
Réponse : Aux questions qui sont posées par l’honorable membre, il peut être répondu ce qui suit.
Het behoort niet tot de federale bevoegdheid om spoedgevallendiensten en MUG’s te erkennen. De erkenning en intrekking van erkenning van ziekenhuisdiensten is een persoonsgebonden aangelegenheid en behoort dus wel degelijk tot de bevoegdheid van de gemeenschappen.
Il n’appartient pas à la compétence fédérale d’agréer des services d’urgence et des SMUR. L’agréation — et le retrait d’agréation des services d’hoˆpital — est une matière personnalisable et appartient donc bien clairement à la compétence des communautés.
Ik zal evenwel contact opnemen met de bevoegde minister en hun de brief van de Vaste Commissie voor taaltoezicht van 17 januari 1999 in herinnering brengen.
Je prendrai cependant contact avec les ministres compétents et leur rappellerai la lettre du 7 janvier 1999 de la Commission permanente de controˆle linguistique.
DO 1999200000292
DO 1999200000292
Vraag nr. 25 van de heer Jo Vandeurzen van 25 november 1999 (N.) :
Question no 25 de M. Jo Vandeurzen du 25 novembre 1999 (N.) :
Verpleegkundig dossier.
Dossier médical.
In het koninklijk besluit van 3 mei 1999 houdende de bepaling van de algemene minimumvoorwaarden waaraan het medisch dossier bedoeld in artikel 15 van de ziekenhuiswet moet voldoen, is in artikel 1, § 1, bepaald dat het medisch dossier samen met het verpleegkundig dossier het patie¨ntendossier vormt.
Aux termes de l’article 1er, § 1er, de l’arrêté royal du 3 mai 1999 déterminant les conditions générales minimales auxquelles est soumis le dossier médical, visé à l’article 15 de la loi sur les hoˆpitaux, le dossier médical et le dossier infirmier constituent ensemble le dossier du patient.
In § 2 wordt beschreven onder welke vorm het medisch dossier mag worden bewaard. In § 3 wordt gesteld dat het minstens dertig jaar moet worden bewaard.
L’article 2 détermine la forme sous laquelle le dossier médical peut être conservé. En vertu du § 3, le dossier médical doit être conservé pendant au moins trente ans.
In het koninklijk besluit wordt geen melding gemaakt van de modaliteiten waaronder het verpleegkundig dossier mag worden bewaard, noch de termijn dewelke dit verpleegkundig dossier beschikbaar moet zijn.
L’arrêté royal ne se prononce pas sur les modalités de conservation du dossier infirmier, ni sur le délai durant lequel l’accès à ce dossier doit être garanti.
1. Kan u meedelen onder welke vorm het verpleegkundig dossier bijgehouden en bewaard mag worden ?
1. Pourriez-vous me dire sous quelle forme le dossier infirmier peut être tenu et conservé ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2845
2. Gedurende welke periode moet het verpleegkundig dossier worden bijgehouden ?
2. Durant combien de temps le dossier infirmier doit-il être conservé ?
3. a) Moet het verpleegkundig dossier op dezelfde wijze behandeld worden als het medisch dossier ?
3. a) Le dossier infirmier doit-il être traité de la même manière que le dossier médical ?
b) Zijn er desgevallend andere regelingen die op het verpleegkundig dossier van toepassing zijn met betrekking tot de bewaring ?
b) Dans la négative, existe-t-il des règles spécifiques pour la conservation du dossier infirmier ?
c) Zo ja, wat is de wettelijke basis waarop u desgevallend uw antwoord baseert ?
c) Si tel est le cas, sur quel texte législatif fondez-vous votre réponse ?
4. Indien er andere modaliteiten zijn voor het bewaren van het verpleegkundig dossier ten opzichte van het medisch dossier, dan rijst de vraag of dit wel opportuun of wenselijk is. In geval er bijvoorbeeld een discussie is over medische aansprakelijkheid, is het meestal toch zo dat in onderzoeken zowel het medisch als het verpleegkundig dossier wordt opgevraagd. Het is duidelijk dat deze discussies zich ook kunnen voordoen na bijvoorbeeld het verstrijken van de periode van vijf jaar. Voor het medisch dossier is er dan geen probleem, vermits het dertig jaar moet worden bewaard.
4. Si les modalités de conservation diffèrent pour le dossier infirmier et pour le dossier médical, il faut s’interroger sur l’opportunité de cette situation. En cas, par exemple, de discussion sur la responsabilité médicale, tant le dossier médical que le dossier infirmier sont réclamés pour l’enquête. Si ce genre de discussion survient après une période de cinq ans, il ne se pose de problème que pour le dossier infirmier, étant donné que le dossier médical est conservé durant trente ans.
De vraag rijst of het mogelijk is dat het verpleegkundig dossier gedurende andere termijnen moet worden bewaard.
Dès lors, il faut se demander si le maintien d’un délai de conservation différent pour le dossier infirmier se justifie.
Antwoord : Artikel 17quater, § 1, van de gecoo¨rdineerde ziekenhuiswet, ingevoegd bij wet van 29 december 1990, bepaalt dat, met het oog op de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit, onder verantwoordelijkheid van het hoofd van het verpleegkundig departement, voor elke patie¨nt een verpleegkundig dossier moet worden aangelegd, dat samen met het medisch dossier het enig patie¨ntendossier vormt en in het ziekenhuis wordt bewaard onder de verantwoordelijkheid van de hoofdgeneesheer.
Réponse : L’article 17quater, § 1er, de la loi coordonnée sur les hoˆpitaux, inséré par la loi du 29 décembre 1990, dispose que l’activité infirmière doit faire l’objet d’une évaluation qualitative et qu’à cet effet, il faut, sous la responsabilité du chef du département infirmier, tenir à jour, pour chaque patient, un dossier infirmier, qui constitue, avec le dossier médical, le dossier unique du patient et qui est conservé à l’hoˆpital sous la responsabilité du médecin en chef. ` l’article 15, § 1er, de la loi coordonnée sur les A hoˆpitaux, une disposition presque identique prévoit l’obligation de tenir à jour un dossier médical.
Een quasi-gelijkaardige bepaling in artikel 15, § 1, van de gecoo¨rdineerde ziekenhuiswet, voorziet in de verplichting tot het bijhouden van een medisch dossier. Met betrekking tot zowel artikel 15, § 1, als artikel 17quater, § 1, is de Koning bevoegd om nadere regelen te bepalen.
En ce qui concerne tant l’article 15, § 1er, que l’article 17quater, § 1er, le Roi est chargé de préciser les règles y afférentes.
Inzake het medisch dossier, werden deze nadere regelen vastgesteld bij koninklijk besluit van 3 mei 1999 houdende vaststelling van de minimumvoorwaarden waaraan het medisch dossier, bedoeld in artikel 15 van de gecoo¨rdineerde wet op de ziekenhuizen, moet voldoen.
Pour ce qui est du dossier médical, ces règles ont été précisées dans l’arrêté royal du 3 mai 1999 déterminant les conditions générales minimales auxquelles le dossier médical, visé à l’article 15 de la loi coordonnée sur les hoˆpitaux, doit répondre.
Voor het verpleegkundig dossier (artikel 17quater, § 1) werd echter nog geen uitvoeringsbesluit genomen. Mijn diensten onderzoeken op dit ogenblik welke elementen in een dergelijk dossier moeten voorkomen.
Pour le dossier infirmier (article 17quater, § 1er) toutefois, aucun arrêté d’exécution n’a encore été pris. Mes services examinent actuellement quels éléments doivent figurer dans un tel dossier.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2846
Anderzijds omvatten de erkenningsnormen voor de ziekenhuizen (bijlage van het koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd) een bepaling welke inhoudt dat op elke verpleegeenheid per patie¨nt een gepersonaliseerd en geı¨ntegreerd verpleegkundig dossier moet worden bijgehouden, dat als basis dient voor het systematisch verpleegkundig handelen, de zorgenplanning en de uitvoering ervan, evenals voor een adequate informatiedoorstroming (bijlage, algemene normen, rubriek II — functionele normen, 9o — ingevoegd bij koninklijk besluit van 14 augustus 1987).
D’autre part, les normes d’agrément pour les hoˆpitaux (annexe à l’arrêté royal du 23 octobre 1964 portant fixation des normes auxquelles les hoˆpitaux et leurs services doivent répondre) comprennent une disposition qui prévoit que chaque unité de soins doit, pour chaque patient, tenir un dossier personnalisé et intégré qui fait partie du dossier du patient et qui sert de base à la démarche systématique en soins infirmiers, au planning des soins et à l’exécution de ceuxci, ainsi qu’à une circulation efficace des informations (annexe, normes générales, rubrique II — normes fonctionnelles, 9o — inséré par l’arrêté royal du 14 août 1987).
Krachtens dit punt 9o uit de bijlage van hoger vermeld normenbesluit, dient het verpleegkundig dossier onder meer de volgende elementen te omvatten :
En vertu du point 9o de l’annexe à l’arrêté susmentionné relatif aux normes, le dossier infirmier doit entre autres comprendre les éléments suivants :
a) de basisgegevens over de patie¨nt en zijn verzorging, onder meer :
a) les données de base sur le patient et sur ses soins, notamment :
— de identificatiegegevens;
— les données d’identification;
— de verzorgingsbehoeften van de patie¨nt;
— les soins que le patient requiert;
— het verzorgingsplan, met aanduiding van de uitvoering ervan;
— le plan de soins et la mention de leur exécution;
— de evaluatie van de verstrekte zorgen;
— l’évaluation des soins dispensés;
b) de gegevens die noodzakelijk zijn om de continuı¨teit van de verzorging te kunnen verzekeren.
b) les données indispensables pour assurer la continuité des soins.
Zonder vooruit te lopen op het onderzoek door mijn diensten met betrekking tot een uitvoering van artikel 17quater van de ziekenhuiswet, en met elk voorbehoud terzake, meen ik nu reeds op basis van hoger vermelde elementen en naar analogie met de regeling voor het medisch dossier, het volgende te kunnen antwoorden op de gestelde vragen.
Sans vouloir anticiper sur l’étude réalisée par mes services en ce qui concerne l’exécution de l’article 17quater de la loi sur les hoˆpitaux, et avec toute la réserve qui s’impose en la matière, je crois pouvoir donner dès à présent, sur la base des éléments susmentionnés et par analogie aux réglementations relatives au dossier médical, les réponses suivantes aux questions posées.
1. Zoals het medisch dossier, kan het verpleegkundig dossier zowel manueel als in elektronische vorm worden bijgehouden.
1. Comme le dossier médical, le dossier infirmier peut être tenu à jour tant manuellement que sous forme électronique.
2. Zoals voor het medisch dossier, is het aangewezen om het principe te hanteren dat het verpleegkundig dossier ook dertig jaar wordt bijgehouden; inzonderheid in geval van gerechtelijke procedures lijkt een periode van vijf jaar mij bijzonder kort; zoals het geachte lid suggereert, bestaan geen motieven om af te wijken van de regeling voor het medisch dossier.
2. Comme pour le dossier médical, il est opportun d’adopter le principe selon lequel le dossier infirmier doit également être conservé pendant trente ans; une période de cinq ans me semble particulièrement courte, notamment en cas de procédures judiciaires; comme l’honorable membre le suggère, il n’y a pas de raison de déroger au règlement relatif au dossier médical.
3. Wat de modaliteiten betreft die voor het verpleegkundig dossier verschillend dienen te zijn ten aanzien van het medisch dossier, kan nu reeds worden verwezen naar de hierboven geciteerde bepalingen uit de bijlage van het koninklijk besluit van 23 oktober 1964. Voor meer bijkomende elementen, wacht ik het
3. Pour ce qui est des modalités spécifiques au dossier infirmier par rapport au dossier médical, on peut d’ores et déjà renvoyer aux dispositions susmentionnées de l’annexe à l’arrêté royal du 23 octobre 1964. Pour des élements complémentaires, j’attends les résultats de l’enquête préparatoire effectuée par mes
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2847
resultaat van het voorbereidend onderzoek van mijn diensten af om hierover uitsluitsel te kunnen geven.
services pour pouvoir fournir des réponses définitives à ce sujet.
DO 1999200000535
DO 1999200000535
Vraag nr. 52 van de heer Jaak Van den Broeck van 14 januari 2000 (N.) :
Question no 52 de M. Jaak Van den Broeck du 14 janvier 2000 (N.) :
Dopingbestrijding in de duivensport.
Lutte antidopage dans le secteur de la colombophilie.
Bij koninklijk besluit van 14 februari 1995 werd een lijst van verboden stoffen voor toediening aan reisduiven die deelnemen aan competitie of er op voorbereid worden, vastgesteld. De Koninklijke Belgische Duivenliefhebbersbond (KBDB) vaardigde hieromtrent zelf een dopingreglement uit. In de loop van 1999 werd aan de lijst, vastgesteld in voornoemd koninklijk besluit, namelijk de corticosteroı¨den, de betaagonisten en de anabolica, door de KBDB de productengroepen niet-steroı¨dale ontstekingsremmers en de maskeringsproducten toegevoegd. Dit betekent dat de lijst van de KBDB ruimer is dan die van het ministerie in kwestie, bepaald bij koninklijk besluit. In de praktijk worden de controles uitgevoerd door geaccrediteerde controleurs, waaronder veeartsen op last van de KBDB, of door de diensten van en op last van het bevoegde ministerie.
L’arrêté royal du 14 février 1995 fixant la liste des produits interdits améliorant les prestations chez les pigeons comportait une liste des substances prohibées ne pouvant être administrées aux pigeons voyageurs qui participent à une compétition ou y sont préparés. La Royale Fédération colombophile belge (RFCB) a même édicté un règlement relatif au dopage. Au cours de 1999, la liste, établie par l’arrêté royal précité, qui se composait des corticostéroı¨des, des bêta-agonistes et des anabolisants, a été complétée par la RFCB, qui y a ajouté les groupes de produits non stéroı¨des antiinflammatoires et les produits de dissimulation. Il en ressort que la liste établie par la RFCB est plus étendue que celle du ministère en question, qui figure dans l’arrêté royal. En pratique, ces controˆles sont exécutés par des controˆleurs accrédités, parmi lesquels des médecins vétérinaires agréés chargés du controˆle par la RFCB, ou par les services désignés par le ministère qui a l’Agriculture dans ses attributions.
1. Over het al dan niet doperend werken van nietsteroı¨dale ontstekingsremmers lopen de meningen uiteen, ook in wetenschappelijke kringen (cf. dr. Vindevogel).
1. Les avis concernant les effets dopants des antiinflammatoires non stéroı¨des divergent, même dans les milieux scientifiques (cf. le dr. Vindevogel).
a) Is hieromtrent reeds een studie uitgevoerd op last van de minister ?
a) Une étude à ce sujet, ordonnée par le ministre, a-t-elle déjà été menée ?
b) Wat zijn de besluiten en worden deze omgezet in een wijziging van het voornoemde koninklijk besluit ?
b) Quelles sont les décisions, et donneront-elles lieu à une modification de l’arrêté royal précité ?
2. Indien niet, wordt er dan niet met twee maten en twee gewichten gewogen bij controles op last van hetzij de KBDB of het bevoegd ministerie ?
2. Dans la négative, n’applique-t-on pas deux poids, deux mesures lors des controˆles ordonnés tant par la RFCB que par le ministère compétent ?
3. a) Hoeveel controles werden er op last van het ministerie uitgevoerd in 1999 en werd daarbij gezocht naar alle in voornoemd koninklijk besluit vermelde stoffen of werd telkens maar naar één of enkele verboden stoffen gezocht ?
3. ` combien de controˆles ordonnés par le ministère a) A a-t-il été procédé en 1999 ? A-t-on cherché à dépister toutes les substances qui figurent dans l’arrêté royal précité ou une seule ou quelques-unes seulement des substances prohibées ?
b) Kan u mij hiervan de gedetailleerde opgave bezorgen ?
b) Pourriez-vous m’en procurer un relevé détaillé ?
4. Hoeveel controles waren er positief en hoeveel negatief ?
4. Combien de controˆles se sont avérés positifs, combien négatifs ?
5. Wat is de kostprijs van een dergelijke controle ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
5. Quel est le couˆt d’un tel controˆle ? 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2848
6. Heeft u weet van het aantal controles op last van de KBDB en de modaliteiten hiervan (alle stoffen opgezocht of maar één of enkele) ?
6. Avez-vous connaissance du nombre de controˆles ordonnés par la RFCB et des modalités de ceux-ci (recherche de toutes les substances ou seulement de quelques-unes) ?
7. In de loop van 1999 is er een vergadering geweest met vertegenwoordigers van het kabinet Landbouw en verantwoordelijken van de KBDB. Tijdens deze vergadering werden een aantal aanbevelingen geformuleerd op organisatorisch en sportief vlak om, met het oog op het dierenwelzijn en het dopinggebruik, de duivensport bij te sturen. Eind 1999 werd, in een brief aan de KBDB, dit lijstje met voorstellen nog uitgebreid.
7. Lors d’une réunion avec les représentants du cabinet du département de l’Agriculture et les responsables de la RFCB au cours de 1999, une série de recommandations ont été formulées, en matière d’organisation et sur le plan sportif, en vue de promouvoir le bien-être des animaux et de combattre le recours à des produits dopants et de redorer de la sorte le blason de la colombophilie. Une lettre adressée à la RFCB à la fin de 1999, comportait encore de nouvelles propositions à cet égard.
a) Is de KBDB op deze aanbevelingen ingegaan ?
a) La RFCB a-t-elle mis en œuvre ces recommandations ?
b) Zo neen, hoe hebben ze dit gerechtvaardigd ?
b) Dans la négative, comment le justifie-t-elle ?
c) Overweegt u deze aanbevelingen of sommige hiervan in de toekomst op te leggen, en zo ja, welke ?
c) Avez-vous l’intention d’imposer ces recommandations, ou du moins certaines d’entre elles, à l’avenir ? Dans l’affirmative, lesquelles ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het antwoord door de minister van Landbouw gegeven op zijn vraag nr. 22 van 14 januari 2000. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 20, blz. 2250.)
Réponse : J’ai l’honneur de renvoyer l’honorable membre à la réponse donnée par le ministre de l’Agriculture à sa question no 22 du 14 janvier 2000. (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 20, p. 2250.)
DO 1999200000651
DO 1999200000651
Vraag nr. 65 van mevrouw Alexandra Colen van 3 februari 2000 (N.) :
Question no 65 de Mme Alexandra Colen du 3 février 2000 (N.) :
Abortussen. — Letsels van vrouwen.
Avortements. — Complications.
Sinds de wet van 3 april 1990 is zwangerschapsafbreking in ons land in bepaalde gevallen toegelaten.
Depuis l’entrée en vigueur de la loi du 3 avril 1990, l’interruption de grossesse est autorisée dans certains cas en Belgique.
1. Is het tijdens de voorbije vier jaar voorgekomen dat vrouwen die hun vrucht lieten aborteren, tijdens de abortusprocedure zelf letsels opliepen ?
1. A-t-on connaissance de cas survenus durant ces quatre dernières années ou` des femmes qui se sont fait avorter ont subi des lésions pendant la procédure d’IVG ?
2. Zo ja, in hoeveel gevallen gebeurde dit, van welke aard waren de letsels, en in welke instelling deden zij zich voor ?
2. Dans l’affirmative, combien de cas pareils dénombre-t-on, de quelle nature étaient les lésions et dans quels établissements ces complications se sontelles produites ?
Antwoord : In antwoord op de vraag nr. 65 van het geachte lid, betreffende verwikkelingen die tijdens de zwangerschapsafbreking kunnen optreden, heb ik de eer het volgende mee te delen.
Réponse : En réponse à la question parlementaire no 65 de l’honorable membre relative aux complications pouvant survenir à l’occasion d’une interruption de grossesse, j’ai l’honneur de communiquer ce qui suit.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2849
1. Uit de verslagen van de Nationale Evaluatiecommissie aan het Parlement blijkt dat in de periode 1993-1997 volgende verwikkelingen en/of letsels gemeld werden :
1. Il apparaıˆt de rapports de la Commission nationale d’évaluation au Parlement que dans la période 1993-1997 les complications et ou lésions sont les suivantes :
1993
1994
1995
1996
1997
Geen verwikkelingen. — Pas de complications . Bloedverlies meer dan 500 ml. — Perte de sang plus de 500 ml ................................................... Perforatie. — Perforation .................................. Cervixscheur. — Déchirure du col utérin .......... Andere. — Autre ..............................................
10 088
10 568
11 100
12 485
12 120
38 18 12 61
37 14 12 52
33 19 12 61
40 18 25 53
37 12 23 60
Totaal. — Total ............................................... Geen antwoord. — Pas de réponse ...................
10 217 163
10 683 54
11 225 18
12 621 7
12 252 14
Cijfergegevens met betrekking tot 1998 en 1999 worden pas verwerkt in een volgend verslag aan het Parlement. Dit verslag zal conform artikel 1, § 3, van de wet van 13 augustus 1990 houdende oprichting van de Nationale Evaluatiecommissie voor eind augustus 2000 worden ingediend.
Les données chiffrées relatives aux années 1998 et 1999 seront traitées dans un prochain rapport au Parlement. Ce rapport sera, conformément à l’article 1er, § 3, de la loi du 13 août 1990 visant à créer une Commission nationale d’évaluation, déposé pour fin août 2000.
2. De wet van 13 augustus 1990 houdende oprichting van de Nationale Evaluatiecommissie laat niet toe dat de identiteit van de instellingen voor gezondheidszorg publiek wordt gemaakt (artikel 1 in fine, artikel 2, 1, en artikel 7, van voormelde wet).
2. La loi du 13 août 1990 portant création de la Commission nationale d’évaluation ne permet pas de rendre publique l’identité des établissements de soins (article 1er in fine, article 2, 1, et article 7, de la loi précitée).
DO 1999200000655
DO 1999200000655
Vraag nr. 66 van de heer Luc Paque van 3 februari 2000 (Fr.) :
Question no 66 de M. Luc Paque du 3 février 2000 (Fr.) :
Instituut voor veterinaire keuring (IVK). — Opleiding van dierenartsen.
Institut d’expertise vétérinaire (IEV). — Formation des vétérinaires.
Op de Ministerraad van 27 januari 2000 werden twee ontwerpcontracten goedgekeurd tussen het Instituut voor veterinaire keuring (IVK) en de Universiteiten van Gent en Luik voor de opleiding van IVKdierenartsen.
Lors du Conseil des ministres du 27 janvier 2000, deux projets de contrats ont été approuvés entre l’Institut d’expertise vétérinaire (IEV) et les Universités de Gand et de Liège pour la formation des vétérinaires de l’IEV.
Volgens het perscommuniqué van de regering wordt er voor de financiering van de opleiding voor het jaar 2000 11 670 000 frank uitgetrokken voor de Universiteit van Gent en 3 890 000 frank voor de Universiteit van Luik.
Selon le communiqué de presse du gouvernement, il apparaıˆt que pour l’année 2000, le montant fixé pour la formation s’élève à 11 670 000 francs pour l’Université de Gand et à 3 890 000 francs pour l’Université de Liège.
1. Wat staat er precies in die contracten ?
1. Quel est le contenu exact de ces contrats ?
2. Is de looptijd van de contracten beperkt tot het jaar 2000 ?
2. Ces contrats se limiteront-ils à la seule année 2000 ?
3. Op grond van welk criterium wordt de opleiding van IVK-dierenartsen over de twee universitaire instellingen gespreid ?
3. Sur quel critère la formation des vétérinaires de l’IEV est-elle répartie entre les deux universités ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2850
Antwoord : In antwoord op zijn vraag kan ik het geachte lid meedelen dat ingevolge de beslissing van de Ministerraad van 27 januari 2000 aan de universiteiten van Gent en Luik voor de opleiding van de dierenartsen van het Instituut voor veterinaire keuring een bedrag van 7 780 000 frank respectievelijk 3 890 000 frank wordt toegekend.
Réponse : En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que suite à la décision du Conseil des ministres du 27 janvier 2000, un montant de 7 780 000 francs et un montant de 3 890 000 francs sont respectivement attribués aux universités de Gand et Liège pour la formation des vétérinaires de l’Institut d’expertise vétérinaire.
1. De contracten bevatten het opleidingsprogramma voor 2000. Het betreft algemene, functiegerichte opleiding en praktijkgerichte opleiding voor de dierenartsen, evenals managementstechnieken voor de leidinggevende ambtenaren.
1. Les contrats comportent le programme de formation pour l’an 2000. Il s’agit d’une formation générale et orientée vers la fonction, d’une formation pratique pour les vétérinaires, ainsi que des techniques en management pour les fonctionnaires dirigeants.
2. Ja.
2. Oui.
3. De verdeling van de financie¨le middelen tussen de twee faculteiten is gebaseerd op het aantal Nederlandstalige en Franstalige dierenartsen voor wie de opleiding is bestemd. Het aantal Nederlandstalige dierenartsen bedraagt 70 % van het totaal aantal dierenartsen tewerkgesteld bij het Instituut voor veterinaire keuring.
3. La répartition des moyens financiers entre les deux facultés est basée sur le nombre de vétérinaires francophones et néerlandophones auxquels cette formation est destinée. Le nombre de vétérinaires néerlandophones s’élève à 70 % de la totalité des vétérinaires employés auprès de l’Institut d’expertise vétérinaire.
DO 1999200000681
DO 1999200000681
Vraag nr. 70 van de heer Jo Vandeurzen van 8 februari 2000 (N.) :
Question no 70 de M. Jo Vandeurzen du 8 février 2000 (N.) :
Ziekenhuizen. — Erkenning. — Rechtspersonen.
Hoˆpitaux. — Agrément. — Personnes juridiques.
Op basis van de ziekenhuiswet dient elk ziekenhuis te beschikken over een erkenning. De ziekenhuiswet doet geen uitspraak over het juridisch statuut van diegene die de erkenning wenst te bekomen.
Conformément à la loi sur les hoˆpitaux, tout hoˆpital doit disposer d’un agrément. Mais cette loi ne tranche pas quant au statut juridique de ceux qui souhaitent obtenir cet agrément.
1. a) Zijn er bepaalde types van rechtspersoonlijkheden die geen ziekenhuis kunnen uitbaten ?
1. a) Existe-t-il certains types de personnalité juridique qui ne peuvent exploiter un hoˆpital ?
b) Kan een commercie¨le vennootschap, op basis van de Belgische wetgeving, een ziekenhuis uitbaten ?
b) La législation belge permet-t-elle à une société commerciale d’exploiter un hoˆpital ?
c) Kan een vennootschap met een sociaal oogmerk een ziekenhuis uitbaten ?
c) Une société à but social peut-elle exploiter un hoˆpital ?
2. Kan één rechtspersoon meer dan één erkend ziekenhuis uitbaten, met andere woorden, is het mogelijk dat één rechtspersoon (bijvoorbeeld een OCMW of een VZW) op meerdere plaatsen een erkend ziekenhuis beheert en uitbaat ?
2. Une seule personne juridique peut-elle exploiter plus d’un hoˆpital agréé ? Autrement dit, se peut-il qu’une personne juridique (par exemple un CPAS ou une ASBL) gère et exploite un hoˆpital agréé en plusieurs endroits ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les informations suivantes.
1. a), b) en c) Zoals door u aangehaald, wordt in de wet op de ziekenhuizen, gecoo¨rdineerd op 7 augustus 1987, geen uitspraak gedaan over het juridisch statuut van het zieken-
1. a), b) et c) Comme vous le signalez vous-même, la loi sur les hoˆpitaux, coordonnée le 7 août 1987, ne dispose pas de manière explicite que le statut juridique de l’hoˆpital est une
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2851
huis als voorwaarde voor erkenning. Dus strikt juridisch kan elk type van rechtspersoon een ziekenhuis uitbaten.
condition d’agrément. Dès lors, d’un point de vue strictement juridique, toute personne morale peut exploiter un hoˆpital.
Hierbij wijs ik er wel op dat, wenst men van de Staat door middel van toelagen een tegemoetkoming te bekomen in de kosten voor de bouw en de herconditionering van een ziekenhuis of van een dienst evenals in de kosten van de eerste uitrusting en de eerste aankoop van toestellen, dan dient de opdrachtgever van het werk een lager bestuur, een vereniging zonder winstoogmerk, een instelling van openbaar nut of een universitaire instelling te zijn (artikel 46 van de wet op de ziekenhuizen). De uitdrukkelijke vermelding van bedoelde opdrachtgevers impliceert dat eveneens andere rechtspersonen een ziekenhuis kunnen uitbaten; een betoelaging zoals vermeld kan evenwel niet bekomen worden.
` cet égard, il convient toutefois de signaA ler que si l’on souhaite que l’E´tat intervienne, sous forme de subsides, dans les frais de construction et de reconditionnement d’un hoˆpital ou d’un service, ainsi que dans les frais de premier équipement et de première acquisition d’appareils, alors le maıˆtre de l’ouvrage demandeur doit être soit une administration subordonnée, soit une association sans but lucratif, soit un établissement d’utilité publique (article 46 de la loi sur les hoˆpitaux). En outre, la mention explicite des maıˆtres de l’ouvrage précités implique que d’autres personnes morales peuvent également exploiter un hoˆpital; toutefois, dans ce cas, aucune intervention de l’E´tat ne peut être obtenue.
2. Geen enkele bepaling in de gecoo¨rdineerde wet van 7 augustus 1987 op de ziekenhuizen verbiedt dat eenzelfde rechtspersoon op meerdere plaatsen een erkend ziekenhuis beheert en uitbaat. Volgens artikel 10 van de wet op de ziekenhuizen moet elk ziekenhuis wel over een eigen beheer beschikken.
2. La loi coordonnée du 7 aouˆt 1987 sur les hoˆpitaux ne comporte aucune disposition interdisant à une même personne morale de gérer et d’exploiter un hoˆpital agréé sur plusieurs sites. Toutefois, l’article 10 de la loi sur les hoˆpitaux dispose que chaque hoˆpital doit avoir sa gestion propre.
DO 1999200000753
DO 1999200000753
Vraag nr. 74 van de heer Hubert Brouns van 21 februari 2000 (N.) :
Question no 74 de M. Hubert Brouns du 21 février 2000 (N.) :
Provinciale geneeskundige commissies. — Opsporing van gevallen van onwettige uitoefening van de geneeskunde.
Commissions médicales provinciales. — Recherche de cas d’exercice illégal de l’art de guérir.
Krachtens artikel 37, § 1, 2o, c), van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de geneeskunst, de verpleegkunde, de paramedische beroepen en de geneeskundige commissies hebben de provinciale geneeskundige commissies de opdracht de gevallen van onwettige uitoefening van de geneeskunde, de artsenijbereidkunde, de veeartsenijbereidkunde, de verpleegkunde of een paramedisch beroep op te sporen en aan het parket te melden.
En vertu de l’article 37, § 1er, 2o, c), de l’arrêté royal 78 du 10 novembre 1967 relatif à l’exercice de l’art de guérir, de l’art infirmier, des professions paramédicales et aux commissions médicales, les commissions médicales provinciales ont pour mission de rechercher et de signaler au parquet les cas d’exercice illégal de l’art de guérir, de l’art pharmaceutique, de l’art pharmaceutique à usage vétérinaire, de l’art infirmier ou d’une profession paramédicale.
no
1. a) Op welke manier sporen de geneeskundige commissies gevallen van onwettige uitoefening op ?
1. a) Comment les commissions médicales recherchentelles les cas d’exercice illégal de l’art de guérir ?
b) Gebeurt dit op een actieve wijze of wachten zij klachten van externe personen af ?
b) Cette recherche est-elle active ou est-elle effectuée après le dépoˆt d’une plainte par un tiers ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
365
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2852
2. a) Hoeveel gevallen van onwettige uitoefening werden er in de afgelopen jaren door de geneeskundige commissies opgespoord en hoeveel van deze gevallen werden daadwerkelijk aan het parket gemeld ?
2. a) Combien de cas d’exercice illégal de l’art de guérir les commissions médicales ont-elles découverts ces dernières années, combien de ces cas ont effectivement été portés à la connaissance du parquet ?
b) Kan u in het aantal opgespoorde, respectievelijk aan het parket gemelde gevallen een opdeling maken tussen de « kundes » die onwettig werden uitgeoefend, met andere woorden : in hoeveel gevallen ging het om onwettige uitoefening van de geneeskunde, van de tandheelkunde, van de artsenijbereidkunde, van de kinesitherapie, van de verpleegkunde en van een paramedisch beroep ?
b) Parmi les cas respectivement recherchés et portés à la connaissance du parquet, pourriez-vous me fournir une ventilation selon les « arts » exercés illégalement ? En d’autres termes, dans combien de cas s’agissait-il de l’exercice illégal de l’art de guérir, de la dentisterie, de la pharmacie vétérinaire, de la kinésithérapie de l’art infirmier ou d’une profession paramédicale ?
Antwoord :
Réponse :
1. a) De meeste gevallen van onwettige uitoefening van de geneeskunde worden door de provinciale geneeskundige commissies vastgesteld na aangeving door het RIZIV, de Orde der geneesheren, beroepsverenigingen, ziekenfondsen, de Farmaceutische Inspectie of particulieren.
1. a) La plupart des cas de pratique illégale de la médecine sont constatés par les commissions médicales provinciales suite à une dénonciation de l’INAMI, de l’Ordre des médecins, d’associations professionnelles, de mutuelles, de l’Inspection des pharmaciens ou de particuliers.
b) De provinciale geneeskundige commissies sporen deze gevallen niet stelselmatig op, maar stellen onderzoeken naar particuliere gevallen in op basis van de meegedeelde gegevens.
b) Les commissions médicales provinciales ne procèdent à aucun dépistage systématique mais à des enquêtes particulières sur base des éléments qui leur sont communiqués.
2. a) Voor het hele land hebben de provinciale geneeskundige commissies in 1995 21 gevallen onderzocht, 34 in 1996, 39 in 1997, 28 in 1998 en 29 in 1999, namelijk een totaal van 151 gevallen over de laatste vijf jaar, die op twaalf na aan het parket werden medegedeeld.
2. a) Les commissions médicales provincales ont examiné pour l’ensemble du pays, 21 cas en 1995, 34 en 1996, 39 en 1997, 28 en 1998 et 29 en 1999, soit, pour les cinq dernières années, 151 cas qui, à douze exceptions près, ont tous été transmis au parquet.
b) Onder de aan het parket medegedeelde gevallen, betroffen 87 het onwettig uitoefenen van de geneeskunde, 36 van de artsenijbereidkunde, 11 van de verpleegkunde, 4 van de tandheelkunde en 1 van de kinesitherapie.
b) Parmi les cas transmis au parquet, 87 concernaient l’exercice illégal de la médecine, 36 de la pharmacie, 11 de l’art infirmier, 4 de la dentisterie et 1 de la kinésithérapie.
DO 1999200000811
DO 1999200000811
Vraag nr. 78 van de heer Stef Goris van 29 februari 2000 (N.) :
Question no 78 de M. Stef Goris du 29 février 2000 (N.) :
Besmette producten. — Winkeliers. — Informatie.
Produits contaminés. — Commerçants. — Information.
In een persbericht van 18 februari 2000 deelt de minister van Volksgezondheid via een persmededeling mee dat kaas van rauwe melk « Le Mont d’Or AOCVacherin des Hauts Doubs » verkocht onder de merken « Mont de Joux » en « E´cho des Forêts », lot nr. 025 en met vervaldatum 14 maart, gefabriceerd
Dans un communiqué de presse du 18 février 2000, la ministre de la Santé publique annonce le retrait du commerce du fromage au lait cru « Le Mont d’Or AOC-Vacherin des Hauts Doubs » commercialisé sous les marques « Mont de Joux » et « E´cho des Forêts », lot no 025 et dont la date de validité expire le 14 mars,
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2853
door de firma « Coopérative des Monts de Joux » (Frankrijk) uit de handel wordt genomen.
fabriqué par la société coopérative des Monts de Joux (France).
Deze drastische maatregel gebeurt naar aanleiding van de aanwezigheid van Listeria monocytogenes, een bacterie die de voorbije weken al het leven kostte aan zeven Franse consumenten.
Cette mesure draconienne a été prise à la suite de la découverte de listéria monocytogène, une bactérie ayant déjà entraıˆné la mort de sept consommateurs français au cours des dernières semaines.
In een volgend persbericht van 22 februari 2000 om 16.47 uur wordt gemeld dat diepgevroren varkenstong de oorzaak zou zijn van deze listeriabesmetting. Om 17.49 uur diezelfde dag wordt er dan weer gesproken van varkenstong in gelei als mogelijke boosdoener. De enige manier waarop plaatselijke winkeliers, kleinhandelaars en verkopers van desbetreffende producten op de hoogte kunnen zijn van deze listeriabesmetting, bestaat erin dat zij de juist geı¨nformeerde krant lezen of op het juiste ogenblik naar het radionieuws luisteren. In elk geval gaat er heel wat kostbare tijd verloren tussen de beslissing van de dienst Algemene Eetwareninspectie en het ogenblik waarop deze mogelijk besmette producten uit de rekken verdwijnen, voorzover de winkeliers al op de hoogte zouden zijn van een dergelijke maatregel.
Un communiqué de presse ultérieur, datant du 22 février 2000 à 16 h 47, révèle que la langue de porc congelée à très basse température serait à l’origine de la contamination à la listéria. A 17 h 49, le même jour, la langue de porc en gelée est à nouveau avancée comme agent contaminant. Les seuls moyens d’information dont disposent les commerçants locaux et les détaillants sont de lire les bons journaux et d’écouter les bulletins d’information radiophoniques au bon moment. En tout cas, un temps précieux se perd entre le moment ou` le service d’Inspection des denrées alimentaires décide de retirer ces produits des rayons et leur retrait effectif, à condition que les commerçants soient informés d’une telle mesure.
1. Bestaan er lijsten van winkeliers, zowel groot- als kleinhandelaars, binnen het departement Volksgezondheid ?
1. Le département de la Santé publique dispose-t-il de listes de commerçants, détaillants ou grands distributeurs ?
2. Beschikken de lokale overheden niet over dergelijke lijsten ?
2. Les autorités locales disposent-elles de ce type de listes ?
3. Is het niet aangewezen dat deze winkeliers via fax of e-mail op de hoogte worden gebracht, hetzij rechtstreeks door de dienst Algemene Eetwareninspectie (AEWI), hetzij via het lokaal bestuur ?
3. Ne serait-il pas judicieux d’informer ces commerçants par fax ou courrier, directement via le service d’Inspection des denrées alimentaires ou par le biais des autorités locales ?
4. Heeft u een dergelijk intern « Rapid Alert System » overwogen ?
4. Avez-vous envisagé la possibilité d’un « Rapid Alert System » interne ?
5. Is een dergelijk systeem haalbaar, en zo niet, wat zijn de voornaamste obstakels ?
5. Un tel système est-il envisageable ? Dans la négative, quels sont les obstacles majeurs ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
1. Er bestaan lijsten van de handelaars, die door de Eetwareninspectie reeds gecontroleerd zijn. Deze lijsten zijn echter enerzijds niet volledig en geven anderzijds niet de mogelijkheid om na te gaan welke handelaar welk voedingsmiddel of merk verkoopt.
1. Il existe des listes de commerçants qui ont déjà été controˆlés par l’Inspection des denrées alimentaires. D’une part, ces listes ne sont toutefois pas complètes, d’autre part, elles ne permettent pas de déterminer quel commerçant vend quel produit et quelle marque.
2. Deze lijsten worden door de buitendiensten van de Eetwareninspectie opgesteld naar aanleiding van de ingediende vergunningsaanvragen en van de uitgevoerde controlebezoeken. Het is om deze reden dat deze lijsten niet volledig en niet exhaustief zijn.
2. Ces listes sont dressées par les services extérieurs de l’Inspection des denrées alimentaires, sur base des demandes d’autorisation introduites et des visites de controˆle effectuées. C’est la raison pour laquelle ces listes ne sont ni complètes ni exhaustives.
3 tot 5. Het lijkt thans praktisch niet haalbaar om de winkeliers alleen individueel per fax of per e-mail voor een bepaald probleem te verwittigen : nog afgezien van het feit dat de lijsten niet volledig zijn zou een dergelijke verzending van wellicht enkele tienduizen-
3 à 5. Dans la pratique, il ne semble cependant pas concevable de prévenir individuellement les commerçants, par fax ou par e-mail, sur un problème déterminé : nonobstant le fait que les listes ne soient pas complètes, un tel envoi, représentant peut-être dix
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2854
den faxen of e-mails vele praktische problemen geven (bijvoorbeeld door het blokkeren gedurende enkele dagen van de verzendingsapparatuur) en nog langer kunnen duren dan de verspreiding van een persbericht.
mille fax ou e-mail, occasionnerait de nombreux problèmes pratiques (par exemple, en bloquant les appareils durant plusieurs jours) et prendrait encore plus de temps que la diffusion via un communiqué de presse.
Om deze redenen blijkt het verspreiden van een persbericht nog steeds de meest aangewezen weg : na een paar uren is in principe de ganse Belgische bevolking ingelicht.
Pour toutes ces raisons, la diffusion d’un communiqué de presse demeure la voie la plus indiquée : après quelques heures, toute la population belge est en principe informée.
De persmededeling heeft daarenboven inderdaad nog een tweede doel : niet alleen de handelaars inlichten maar ook de consumenten, die de betrokken producten zouden aangekocht en verbruikt of nog in hun bezit hebben : ook de consumenten moeten ingelicht worden ! De meeste landen gebruiken trouwens een dergelijk verwittigingssysteem.
L’information via la presse poursuit en outre un second objectif : on n’informe pas seulement les commerçants, mais aussi les consommateurs qui auraient acheté et consommé le produit incriminé, ou seraient encore en sa possession. Les consommateurs doivent aussi être informés ! La plupart des pays utilisent d’ailleurs ce système d’avertissement.
Overigens heeft het inlichten van de pers door de overheid voor gevolg dat de pers correcte informatie kan verspreiden in de plaats van door hen bijeengesprokkelde, weinig correcte informatie te geven.
Par ailleurs, le fait que le gouvernement informe directement la presse a pour conséquence que cette presse diffuse des informations correctes en lieu et place d’une information grappillée à gauche et à droite par elle-même.
Tenslotte kan nog vermeld worden dat de betrokken beroepsorganisaties eveneens per fax en/of e-mail ingelicht worden en dat deze de mededeling dan via hun eigen kanalen aan al hun leden-handelaars bezorgen.
Enfin, il faut encore signaler que les organisations professionnelles concernées sont également informées par fax et/ou par e-mail et que celles-ci diffusent à leur tour l’information, via leurs propres canaux, à tous leurs membres-commerçants.
Alleszins zal dit systeem in de toekomst, wanneer het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen, opgericht bij wet van 4 februari 2000, operationeel zal zijn, aan een grondige evaluatie onderworpen worden in het kader van het risicobeheer en de risicocommunicatie als onderdeel van een crisisdraaiboek.
De toute façon, à l’avenir, lorsque l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire, instaurée par la loi du 4 février 2000, sera opérationnelle, ce système fera l’objet d’une évaluation approfondie, et ce dans le cadre de la gestion et de la communication des risques, comme partie d’un scénario de crise.
DO 1999200000816
DO 1999200000816
Vraag nr. 79 van de heer Stefaan De Clerck van 29 februari 2000 (N.) :
Question no 79 de M. Stefaan De Clerck du 29 février 2000 (N.) :
Huisartsgeneeskundige stages en erkenning van stagemeesters. — Eenzijdig opleggen van bijkomende voorwaarden voor erkenning van stagemeesters door Vlaamse regering.
Stages pour médecins généralistes et agrément des maıˆtres de stage. — Conditions supplémentaires imposées unilatéralement par le gouvernement flamand de ce qui est de l’agrément des maıˆtres de stage.
De federale overheid is bevoegd voor de huisartsgeneeskundige stages en de erkenning van de stagemeesters. Heden wordt in Vlaanderen naast de federale erkenning van de stagemeesters ook een aanstelling door een universiteit gevraagd. De Vlaamse regering heeft daartoe een mandaat gegeven aan het Interuniversitair Centrum voor huisartsenopleiding (ICHO). Dit centrum heeft nu de huisartsen aangeschreven om
Les stages de médecine généraliste et l’agrément des maıˆtres de stage ressortissent à la compétence des autorités fédérales. Les autorités flamandes, toutefois, exigent actuellement qu’en plus de l’agrément fédéral, les maıˆtres de stage puissent faire valoir une nomination par une université. Le gouvernement flamand a accordé, à cet effet, un mandat au Centre universitaire pour la formation des médecins généralistes (ICHO).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2855
zich kandidaat te stellen en heeft daarbij een indrukwekkende vragenlijst gevoegd.
Ce centre flamand vient d’envoyer aux médecins généralistes un courrier leur demandant de poser leur candidature et comportant également un questionnaire impressionnant.
1. Werd hierover overleg gepleegd met de federale bevoegde minister ?
1. Ces mesures prises par les autorités flamandes ont-elles fait l’objet d’une concertation avec le ministre fédéral compétent ?
2. Kan de Vlaamse regering deze bijkomende voorwaarde voor erkenning van stagemeesters eenzijdig opleggen en de uitvoering ervan bovendien delegeren naar een privaat organisme ?
2. Le gouvernement flamand est-il habilité à imposer unilatéralement une condition supplémentaire à l’agrément des maıˆtres de stage, voire de déléguer à un organisme privé le travail pratique qui en découle ?
3. Kan het ICHO wel gegevens opvragen bij de huisartsen in het kader van de wetgeving op de privacy ?
3. La législation sur la protection de la vie privée autorise-t-elle l’ICHO à recueillir des données auprès des médecins généralistes ?
Antwoord : De erkenning van de stagemeesters voor de opleiding, zowel van de geneesheren-specialisten als van de huisartsen wordt door de minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, verleend overeenkomstig de artikelen 35, 36, 37, 38 en 39 van het koninklijk besluit van 21 april 1983 tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van geneesheren-specialisten en van huisartsen.
Réponse : L’agrément des maıˆtres de stage en vue de la formation, aussi bien des médecins spécialistes que des médecins généralistes, est conféré par le ministre qui a la Santé publique dans ses attributions, conformément aux articles 35, 36, 37, 38 et 39 de l’arrêté royal du 21 avril 1983 fixant les modalités de l’agréation des médecins spécialistes et des médecins généralistes.
Zo ook kan de erkenning van de stagemeesters voor de opleiding, zowel van de geneesheren-specialisten als van de huisartsen door de minister, die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, ingetrokken worden overeenkomstig artikel 40, § 1, van het koninklijk besluit van 21 april 1983 tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van geneesherenspecialisten en van huisartsen.
De la même façon, l’agrément des maıˆtres de stage pour la formation, aussi bien des médecins spécialistes que des médecins généralistes, peut être retiré par le ministre qui a la Santé publique dans ses attributions, conformément à l’article 40, § 1er, de l’arrêté royal du 21 avril 1983 fixant les modalités de l’agréation des médecins spécialistes et des médecins généralistes.
Overeenkomstig artikel 6 van het ministerieel besluit van 26 november 1997 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van de stagemeesters in de huisartsgeneeskunde leidt de stagemeester, eventueel met de medewerking van andere deskundigen, seminaries voor de kandidaat-huisartsen, georganiseerd door een universitair of interuniversitair centrum voor huisartsenopleiding.
Conformément à l’article 6 de l’arrêté ministériel du 26 novembre 1997 déterminant les critères de l’agrément des maıˆtres de stage en médecine générale, le maıˆtre de stage dirige, éventuellement en collaboration avec d’autres experts, des séminaires pour les candidats généralistes, organisés par un centre universitaire ou interuniversitaire de médecine générale.
Deze seminaries belopen ten minste 40 uren per jaar, overeenkomstig artikel 7 van het ministerieel besluit van 30 april 1993 betreffende de erkenning als huisarts wat de toepassing van de wetgeving inzake de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering, alsmede het voeren van de titel van huisarts betreft, titel die bepaald is door het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de lijst van bijzondere titels voorbehouden aan de beoefenaars van de geneeskunde, met inbegrip van de tandheelkunde.
Ces séminaires comportent au moins 40 heures par année, et ce conformément à l’article 7 de l’arrêté ministériel du 30 avril 1993 relatif à l’agrément comme médecin généraliste en ce qui concerne l’application de la législation en matière d’assurance maladie-invalidité obligatoire, ainsi que le port du titre de médecin généraliste, fixé par l’arrêté royal du 25 novembre 1991 établissant la liste des titres professionnels particuliers réservés aux praticiens de l’art médical, en ce compris l’art dentaire.
Daarvoor ontvangt een universitair of interuniversitair centrum voor huisartsgeneeskunde een toelage, zoals bepaald in het koninklijk besluit van 20 december 1984 tot toekenning van de toelage aan universitaire of interuniversitaire centra voor huisartsgeneeskunde.
Les centres universitaires ou interuniversitaires de médecine générale reçoivent un subside pour le fonctionnement de ces séminaires, comme déterminé dans l’arrêté royal du 20 décembre 1984 accordant un subside aux centres universitaires ou interuniversitaires de médecine générale.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2856
Deze centra zijn erkend bij ministerieel besluit van 21 december 1984 tot erkenning van de universitaire en interuniversitaire centra voor huisartsgeneeskunde met het oog op de toekenning van een toelage.
Ces centres sont reconnus par l’arrêté ministériel du 21 décembre 1984 agréant les centres universitaires ou interuniversitaires de médecine générale en vue de l’octroi d’un subside.
Bovendien worden de stagemeesters vergoed overeenkomstig het koninklijk besluit van 4 september 1985 tot vaststelling van de voorwaarden en de regels volgens dewelke een vergoeding aan de stagemeesters in de huisartsgeneeskunde wordt toegekend.
En outre, les maıˆtres de stage sont rémunérés conformément à l’arrêté royal du 4 septembre 1985 fixant les conditions et règles selon lesquelles une indemnité est accordée aux maıˆtres de stage en médecine générale.
Uit hetgeen voorafgaat, blijkt duidelijk dat alles wat betrekking heeft op stagemeesters afhangt van de minister die de Volkgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, zoals iedere vorm van onderzoek, sanctie of intrekking van de erkenning.
De ce qui précède, il apparaıˆt clairement que tout ce qui concerne les maıˆtres de stage relève de la compétence du ministre qui a la Santé publique dans ses attributions, comme toute forme d’examen, de sanction ou de retrait de l’agrément.
Tot op vandaag is er nog geen enkele sanctie tegenover een huisarts-stagemeester getroffen of werd de erkenning van een huisarts-stagemeester ingetrokken.
Jusqu’à présent, aucune sanction n’a été prise à l’égard d’un maıˆtre de stage en médecine générale, ou aucun agrément de maıˆtre de stage en médecine générale n’a été retiré.
1. Er is geen overleg nodig voor de organisatie van seminaries door de universitaire centra of interuniversitaire centra voor huisartsgeneeskunde voorzover deze centra of universitaire centra zich beperken tot de organisatie van deze seminaries overeenkomstig artikel 6 van het ministerieel besluit van 26 november 1997 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van de stagemeesters in de huisartsgeneeskunde.
1. La concertation n’est pas nécessaire pour l’organisation des séminaires par les centres universitaires ou interuniversitaires de médecine générale pour autant que ces centres universitaires ou interuniversitaires se limitent à l’organisation de ces séminaires, conformément à l’article 6 de l’arrêté ministériel du 26 novembre 1997 déterminant les critères de l’agrément des maıˆtres de stage en médecine générale.
2. De erkenning van de stagemeesters is een exclusieve bevoegdheid van de minister van Volksgezondheid en als zodanig kan er geen sprake van zijn meer voorwaarden op te leggen door het ICHO dan die welke bepaald zijn in het ministerieel besluit van 26 november 1997 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van de stagemeesters in de huisartsgeneeskunde.
2. L’agrément des maıˆtres de stage est une compétence exclusive du ministre qui a la Santé publique dans ses attributions et en tant que tel, il ne peut être question d’imposer par l’ICHO plus de conditions que celles prévues dans l’arrêté ministériel du 26 novembre 1997 déterminant les critères de l’agrément des maıˆtres de stage en médecine générale.
Niettemin kunnen de stagemeesters, die erkend zijn door de minister van Volksgezondheid en aangeduid zijn door de universitaire centra of interuniversitaire centra voor het geven van seminaries, zoals bepaald in artikel 6 van het ministerieel besluit van 26 november 1997 tot vaststeling van de criteria voor de erkenning van de stagemeesters in de huisartsgeneeskunde, in voorkomend geval, het voorwerp uitmaken van bijkomende voorwaarden welke door de universitaire of interuniversitaire centra zijn opgelegd aangezien deze verantwoordelijk zijn voor de organisatie van de seminaries. Vermits het hier dan gaat om een materie die de opleiding betreft, is dit een bevoegdheid welke tot de betrokken gemeenschapsregering behoort, in casu de Vlaamse regering.
Toutefois, les maıˆtres de stage, agréés par le ministre qui a la Santé publique dans ses attributions et qui sont désignés par les centres universitaires ou interuniversitaires pour assurer les séminaires, comme prévu à l’article 6 de l’arrêté ministériel du 26 novembre 1997 déterminant les critères de l’agrément des maıˆtres de stage en médecine générale, peuvent, le cas échéant, faire l’objet de conditions supplémentaires imposées par les centres universitaires ou interuniversitaires étant donné que ceux-ci sont responsables pour l’organisation des séminaires. Comme il s’agit ici d’une matière relative à la formation, elle ressort à la compétence de la communauté concernée, dans le cas présent le gouvernement flamand.
3. Aangezien deze vraag behoort tot de bevoegdheid van de Vlaamse regering en van de Commissie voor bescherming van de persoonlijke levenssfeer alsook van het ministerie van Justitie (vraag nr. 191 van
3. E´tant donné que cette question relève de la compétence du gouvernement flamand et de la Commission pour la protection de la vie privée ainsi que du ministère de la Justice (question no 191 du
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2857
3 april 2000), verwijs ik het geachte lid naar deze instanties.
3 avril 2000), je renvoie l’honorable membre à ces instances.
Minister van Binnenlandse Zaken
Ministre de l’Intérieur
DO 1999200000186
DO 1999200000186
Vraag nr. 65 van mevrouw Annemie Van de Casteele van 5 november 1999 (N.) :
Question no 65 de Mme Annemie Van de Casteele du 5 novembre 1999 (N.) :
Tweetaligheid van artikels in verband met de rijkswacht in het huis-aan-huis-blad « Vlan ».
Bilinguisme des articles concernant la gendarmerie dans le « toutes boıˆtes » Vlan.
In het Franstalig, huis-aan-huis bedeeld, advertentieblad « Vlan » wordt aandacht gehecht aan de activiteiten van de rijkswacht van het arrondissement Brussel-Hoofdstad. Dit gebeurt echter aanhoudend in eentalig Frans.
Vlan, un toutes boıˆtes francophone, comporte des articles consacrés aux activités de la gendarmerie de l’arrondissement de Bruxelles-Capitale. Or, ces articles sont toujours rédigés en français.
Na klachten van Nederlandstalige Brusselaars verzekerde de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken dat deze mededelingen in de toekomst tweetalig zouden gebeuren, hetzij in eenzelfde publicatie hetzij in eentalige publicaties met dezelfde verspreidingsvorm. In de eentaligheid van de artikels is tot op heden nog geen verandering gekomen, op dat ene zinnetje, « Nederlandse tekst op aanvraag », na.
` la suite de plaintes déposées par des Bruxellois A néerlandophones, l’ancien ministre de l’Intérieur avait assuré qu’à l’avenir, ces communications seraient bilingues et paraıˆtraient soit dans une même publication, soit dans des publications unilingues avec le même type de diffusion. ` ce jour, il n’a pas encore été remédié à A l’unilinguisme de ces articles, exception faite de la petite phrase « texte néerlandais sur demande ».
1. Strookt dit met de wetgeving inzake tweetaligheid van de Brusselse rijkswacht ?
1. Cet état de choses est-il conforme à la législation relative au bilinguisme de la gendarmerie bruxelloise ?
2. Zo neen, wat overweegt u om de artikels in « Vlan » conform de wet te laten verschijnen ?
2. Dans la négative, qu’envisagez-vous de faire pour que les articles de Vlan soient désormais conformes à la loi ?
Antwoord : Het geachte lid vindt hieronder het definitief antwoord op zijn vragen.
Réponse : L’honorable membre trouvera ci-après la réponse définitive à ses questions.
1. De in de « Vlan » opgenomen preventie-artikels van het district Brussel werden ook voorgesteld aan de Nederlandstalige kranten Brussel deze week en De Streekkrant. Die kranten toonden er geen belangstelling voor.
1. Les articles de prévention du district de Bruxelles parus dans le Vlan ont été proposés aux journaux de langue néerlandaise, « Brussel deze week » et « De Streekkrant ». Ces journaux n’ont marqué aucun intérêt en la matière.
2. Derhalve werd contact opgenomen met « Vlan » voor een publicatie in de twee talen. De directie, gedwongen door een afspraak met de andere soortgelijke kranten, kon daar niet op ingaan.
2. Contact a été pris avec le Vlan pour une publication dans les deux langues. La direction a marqué son désaccord suite à une convention établie avec les autres journaux du genre.
3. In die context en om zo goed mogelijk aan de wettelijke vereisten te voldoen, wordt momenteel onderaan de artikels die in de « Vlan » verschijnen, vermeld dat de Nederlandstalige versie van het artikel bij de krant kan worden verkregen.
3. Face à cet état de fait et afin de répondre le mieux possible aux exigences légales en la matière, il est fait mention pour l’instant au bas des articles qui paraissent dans le Vlan de la possibilité de recevoir l’article en néerlandais en s’adressant au journal.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2858
4. Vermits « Vlan » geen tweetalige artikels aanvaardt en vermits de rijkswacht geen gelijkaardige Nederlandstalige krant heeft gevonden en de Franstalige lezers niet wil benadelen door de artikels in de « Vlan » te schrappen, zal zij tweetalige fiches over de behandelde onderworpen opstellen en ter beschikking van de bevolking houden in de brigades. Ook de belangstellende kranten zouden die informatie kunnen publiceren als zij dat wensen.
4. N’ayant pas trouvé de journal de même type de langue néerlandaise, le Vlan n’acceptant pas d’articles dans les deux langues et ne voulant pas léser les lecteurs francophones en supprimant les articles du Vlan, la gendarmerie rédigera dans les deux langues des fiches sur les différents sujets traités qui seront mises à disposition de la population dans les brigades. Les journaux intéressés pourraient alors publier ces informations s’ils le désirent.
DO 1999200000477
DO 1999200000477
Vraag nr. 99 van de heer Yves Leterme van 10 januari 2000 (N.) :
Question no 99 de M. Yves Leterme du 10 janvier 2000 (N.) :
Intergemeentelijke samenwerking inzake preventie en hulpverlening. — Aanvraagdossier voor de gemeenten Wervik, Menen en Wevelgem.
Coopération intercommunale en matière de prévention et d’assistance. — Demande des communes de Wervik, de Menin et de Wevelgem.
Sinds bijna één jaar is het aanvraagdossier intergemeentelijke samenwerking inzake preventie en hulpverlening ten aanzien van de drugsproblematiek voor de gemeenten Wervik-Menen-Wevelgem bij uw diensten aanhangig.
Le dossier des communes de Wervik-MeninWevelgem concernant la demande de coopération intercommunale en matière de prévention et d’assistance aux toxicomanes est en souffrance auprès de vos services depuis près d’un an.
De Nationale Evaluatie- en Begeleidingscommissie die inzake aanwervingen in het kader van het « Drugsplan » advies geeft, is goed op de hoogte van het bedoelde aanvraagdossier en van de specifieke, problematische toestand in de regio Zuid-WestVlaanderen. Alle actoren op het terrein van de drugspreventie wachten dan ook met begrijpelijk ongeduld op een hopelijk gunstige eindbeslissing over hun aanvraagdossier.
La Commission nationale d’évaluation et d’assistance, organe consultatif dans le cadre du « Plan drogues », s’est penché sur le dossier et connaıˆt bien la problématique spécifique dans le sud de la Flandre occidentale. Aussi tous les acteurs de la prévention de la toxicomanie attendent-ils avec une impatience parfaitement compréhensible une décision finale positive sur le dossier.
1. Wat is de precieze stand van zaken met betrekking tot bovenvermeld aanvraagdossier ?
1. Quel est l’état d’avancement de ce dossier ?
2. a) Wat zijn de administratieve en procedurele stappen die sinds het indienen van het aanvraagdossier zijn gezet ?
2. a) Quelles démarches administratives et procédurales ont été entreprises depuis l’introduction de la demande ?
b) Kan u de verschillende stappen met datum meedelen ?
b) Pouvez-vous dater ces différentes démarches ?
3. Binnen welke termijn acht u een gunstige afhandeling van het bedoelde aanvraagdossier mogelijk ?
3. Dans quel délai, selon vous, ce dossier pourrait-il aboutir ?
4. Welke initiatieven heeft u genomen of overweegt u te nemen om ervoor te zorgen dat de aanvraagdossiers in het kader van het « Drugsplan » onder uw bevoegdheid en verantwoordelijkheid snel en efficie¨nt worden afgehandeld ?
4. Quelles initiatives avez-vous prises ou comptezvous prendre afin d’assurer un traitement diligent et efficace des demandes introduites dans le cadre du « Plan drogue » et relevant de vos compétences et responsabilités ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid mijn antwoord mede te delen betreffende de stand van zaken van het aanvraagdossier intergemeentelijke samenwerking Wervik-Menen-Wevelgem in het kader van het « Drugsplan ».
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ma réponse concernant l’état d’avancement du dossier de demande de collaboration intercommunale Wervik-Menen-Wevelgem dans le cadre du « Plan drogue ».
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2859
De Nationale Evaluatie- en Begeleidingscommissie, het orgaan dat aan de minister van Binnenlandse Zaken advies geeft inzake de projecten in het kader van het luik drugs van de veiligheids- en samenlevingscontracten en het « drugsplan » buiten deze contracten, komt minstens twee keer per jaar samen : in het najaar ter evaluatie van de luiken drugs in de veiligheids- en samenlevingscontracten en in het voorjaar ter evaluatie van de « Drugsplan » -projecten buiten deze contracten.
La Commission nationale d’évaluation et d’accompagnement, soit l’organe consultatif du ministre de l’Intérieur en ce qui concerne les projets développés dans le cadre du volet toxicomanie des contrats de sécurité et de société et du « Plan drogue » en dehors de ces contrats, se réunit au minimum deux fois par an : à l’automne, afin d’évaluer les volets toxicomanie des contrats de sécurité et de société et au printemps, afin d’évaluer les projets liés au « Plan drogue » développés en dehors de ces contrats.
De laatste bijeenkomst omtrent de « Drugsplan »projecten buiten de veiligheidscontracten vond plaats op 29 april 1999. Naast de evaluatie van de lopende projecten, kwamen tevens enkele aanvraagdossiers aan bod, onder andere het aanvraagdossier van Wervik-Menen-Wevelgem. Om de commissie voldoende te kunnen inlichten, hadden twee medewerkers van het Vast Secretariaat voor het preventiebeleid (VSP) op 25 maart 1999 een vergadering met de coo¨rdinator van het preventiecontract Menen en twee (drugs)preventiewerkers die actief zijn in het voornoemde gebied. De twee medewerkers van het vast secretariaat, in casu de lokale adviseur van het preventiecontract Menen en een medewerker van het drugsteam, stelden vast dat er met een minimum aan middelen reeds zeer professioneel werk geleverd wordt maar dat bijkomende ondersteuning geen overbodige luxe zou zijn. Deze vaststellingen werden samen met het aanvraagdossier aan de commissie overgemaakt.
La dernière réunion relative aux projets du « Plan drogue » développés en dehors des contrats de sécurité a eu lieu le 29 avril 1999. Outre l’évaluation des projets en cours, quelques dossiers de demande ont également été traités, dont entre autres le dossier de demande de Wervik-Menen-Wevelgem. Afin de pouvoir informer suffisamment la commission, deux collaborateurs du Secrétariat permanent à la politique de prévention (SPP) ont eu une réunion le 25 mars 1999 avec le coordinateur du contrat de prévention (de la toxicomanie) actifs dans le domaine précité. Les deux collaborateurs du secrétariat permanent, à savoir le conseiller local du contrat de prévention de Menen et un collaborateur de la cellule toxicomanie, ont constaté qu’un travail professionnel avait déjà été réalisé avec un minimum de moyens mais qu’un soutien supplémentaire ne serait pas un luxe superflu. Ces constatations ainsi que le dossier de demande ont été transmis à la commission.
De nationale commissie adviseerde dan ook om prioriteit te geven aan enkele problematische regio’s, waaronder die van Menen, zodra er nieuwe subsidiemiddelen in het kader van het « Drugsplan » vrijkomen.
La commission nationale conseillait dès lors de donner priorité à quelques régions problématiques dont celle de Menen dès que de nouveaux moyens de subvention pourront être libérés dans le cadre du « Plan drogue ».
De projecten in het kader van het « Drugsplan » werden in drie fasen gelanceerd en het voorziene budget werd steeds ten volle benut zodat nieuwe projecten nog steeds niet gesubsidieerd kunnen worden. Dit werd ook zo meegedeeld aan de gemeenten en steden die een aanvraagdossier indienden.
Les projets développés dans le cadre du « Plan drogue » ont été lancés en trois phases et le budget prévu a toujours été pleinement utilisé de sorte que de nouveaux projets n’ont toujours pas pu être subventionnés. Cela a également été communiqué ainsi aux villes et communes qui ont introduit un dossier de demande.
In het najaar 1999 ging de aandacht van de commissie volledig naar de evaluatie van de luiken drugs in de veiligheids- en samenlevingscontracten. De commissie kwam hiervoor bijeen op datum van 21 september en 1 december 1999.
` l’automne 1999, l’attention de la commission s’est A complètement focalisée sur l’évaluation des volets toxicomanie dans les contrats de sécurité et de société. La commission s’est réunie à cet effet en date du 21 septembre et du 1er décembre 1999.
Aangezien er ondertussen in enkele projecten van het « Drugsplan » wijzigingen werden aangebracht, wordt momenteel door het VSP bekeken of er eventueel subsidies vrijkomen. Het jaar 2000 is trouwens een scharnierjaar voor alle contracten die worden gesubsidieerd in het kader van het veiligheidsfonds. Momenteel wordt een grondige evaluatie uitgevoerd door mijn administratie. In functie daarvan en rekening houdend
E´tant donné qu’entre-temps des modifications ont été apportées dans quelques projets du « Plan drogue », le SPP examine actuellement si des subventions peuvent éventuellement se libérer. L’année 2000 est d’ailleurs considérée comme une année charnière pour tous les contrats qui sont subventionnés dans le cadre du fonds de sécurité. Actuellement, une évaluation approfondie est effectuée par mon administration. En
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
366
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2860
met de na te leven criteria zullen eventueel vrijgekomen middelen opnieuw toegekend worden.
fonction de celle-ci et compte tenu des critères à respecter, de nouveaux moyens libérés seront éventuellement accordés.
DO 1999200000554
DO 1999200000554
Vraag nr. 107 van de heer Yves Leterme van 19 januari 2000 (N.) :
Question no 107 de M. Yves Leterme du 19 janvier 2000 (N.) :
Verwijlinteresten.
Intérêts de retard.
De Vlaamse overheid heeft de voorbije jaren forse inspanningen gedaan om de verwijlinteresten die zij moet betalen sterk te reduceren. Niet zonder resultaat overigens. In 1996 werd nog meer dan 300 miljoen frank betaald, in 1998 was dat al minder dan 200 miljoen frank en voor 1999 zal dat vermoedelijk zo’n 50 miljoen zijn. Ook de federale overheid dient dergelijke onnodige uitgaven te vermijden.
Les efforts majeurs que les pouvoirs publics flamands ont consentis au cours des dernières années leur ont permis de réduire considérablement le montant des intérêts de retard qu’ils doivent payer. Alors qu’en 1996 ils s’élevaient encore à 300 millions de francs, ces intérêts de retard étaient inférieurs à 200 millions en 1998 et ils sont estimés à quelque 50 millions pour 1999. Les pouvoirs publics fédéraux aussi devraient faire le nécessaire pour éviter des dépenses superflues.
1. Kan u een overzicht geven van de verwijlinteresten die in 1997, 1998 en 1999 werden uitbetaald bij de administraties en de andere instellingen die onder uw toezicht staan ?
1. Pourriez-vous me donner un aperçu des intérêts de retard que les administrations et autres institutions sous votre tutelle ont duˆ payer pour les années 1997, 1998 et 1999 ?
2. Wat zijn de oorzaken die leiden tot het betalen van verwijlinteresten ?
2. Comment se fait-il que les pouvoirs publics en arrivent à devoir payer des intérêts de retard ?
3. a) Welke maatregelen heeft de federale overheid uitgewerkt om die betalingen te minimaliseren ?
3. a) Quelles mesures les pouvoirs publics fédéraux ontils prises pour réduire au strict minimum ces paiements ?
b) Welke verdere stappen zullen ondernomen worden ?
b) Quelles autres démarches seront encore entreprises ?
Antwoord : Verwijzend naar het voorlopig antwoord, heb ik de eer het geachte lid de bedragen mee te delen van de verwijlintresten die door het ministerie van Binnenlandse Zaken betaald werden (in frank) :
Réponse : Complémentairement à la réponse provisoire, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les montants des intérêts de retard qui ont été payés par le ministère de l’Intérieur (en francs) :
1997
1998
1999
1997
1998
1999
276 833
704 433
2 229 815
276 833
704 433
2 229 815
Naast een te trage doorstroming van dossiers in een zeer beperkt aantal gevallen, kunnen volgende specifieke redenen hiervoor opgegeven worden :
Outre une circulation trop lente des dossiers dans un nombre très limité de cas, les raisons spécifiques suivantes peuvent être données pour le paiement d’intérêts de retard :
1) weigering van het Rekenhof om het volledig bedrag van de factuur te viseren; dit gaf aanleiding tot het betalen van een bedrag van 591 776 frank in 1999;
1) refus de la Cour des comptes de viser le montant intégral de la facture, ce qui a entraıˆné le paiement d’un montant de 591 776 francs en 1999;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2861
2) een tekort aan ordonnanceringskredieten waardoor de betaling van facturen moet uitgesteld worden; aldus is een bedrag van 1 233 168 frank aan verwijlintresten betaald.
2) un déficit en crédits d’ordonnancement qui a nécessité le report du paiement de factures; un montant de 1 233 168 francs d’intérêts de retard a ainsi été payé.
Zoals eerder gemeld worden op alle niveaus van het ministerie van Binnenlandse Zaken maatregelen genomen om de betaling van verwijlintresten zoveel mogelijk te vermijden.
Comme signalé précédemment, des mesures sont prises à tous les niveaux du ministère de l’Intérieur pour éviter au maximum le paiement d’intérêts de retard.
DO 1999200000622
DO 1999200000622
Vraag nr. 116 van de heer Georges Lenssen van 28 januari 2000 (N.) :
Question no 116 de M. Georges Lenssen du 28 janvier 2000 (N.) :
OCMW’s. — Ontvangen van tegenstrijdige, onvolledige of laattijdige informatie.
CPAS. — Réception d’informations contradictoires, incomplètes ou tardives.
Het gebeurt meer en meer dat OCMW’s tegenstrijdige, onvolledige of laattijdige informatie ontvangen van de bevoegde minister zodat zij niet meer weten welke houding aan te nemen. Ik geef twee voorbeelden :
Les CPAS reçoivent de plus en plus souvent, de la part du ministre compétent, des informations contradictoires, incomplètes ou tardives si bien qu’ils ne savent plus quelle attitude adopter. Je vous donne deux exemples :
A. Een vreemdeling biedt zich aan bij de sociale dienst van het OCMW met een « bijlage 26 » waarop een datum voor een volgend gesprek bij de Dienst vreemdelingen aangegeven wordt (het OCMW is bevoegd om hulp te verlenen). Tegelijkertijd ontvangt het OCMW een gele steekkaart met de vermelding « 26bis » (een bevel aan de vreemdeling om het grondgebied te verlaten).
A. Un étranger se présente au service social du CPAS muni d’une « annexe 26 » ou` est fixée une date pour un nouvel entretien au Service des étrangers (le CPAS est compétent pour accorder de l’aide). En même temps, le CPAS reçoit une fiche jaune portant la mention « 26bis » (un ordre intimé à l’étranger de quitter le territoire).
1. Op welke documenten moet het OCMW zich baseren om zich al dan niet bevoegd te verklaren : deze van de vreemdeling of deze van het ministerie van Binnenlandse Zaken ?
1. Sur quels documents doit se baser le CPAS pour se déclarer compétent ou non : celui produit par l’étranger ou celui envoyé par le ministère de l’Intérieur ?
2. Wat als het OCMW zich bevoegd verklaart, financie¨le hulp verleent en het ministerie weigert het OCMW terug te betalen omdat het een illegale vreemdeling betreft ?
2. Quid si le CPAS se déclare compétent, accorde une aide financière, et si le ministère refuse de rembourser le CPAS parce qu’il s’agit d’un étranger illégal ?
B. Een vreemdeling biedt zich met geldige documenten aan bij het OCMW. Het OCMW verklaart zich bevoegd en verleent gedurende geruime tijd financie¨le hulp. De vreemdeling doorloopt de procedure van asielaanvraag. Het ministerie beslist betrokkene uit te wijzen, maar hij tekent beroep aan. Deze procedure herhaalt zich een tweede keer. Intussen stopt het OCMW de financie¨le hulp. Na maanden blijkt dat betrokkene toch voorlopig in Belgie¨ mag blijven en bijgevolg recht heeft op financie¨le hulp van het OCMW. Het OCMW betaalt de betrokkene met terugwerkende kracht. Het ministerie weigert de terugbetaling omdat het geen aanvraag indiende binnen 45 dagen (toepassing van artikel 9, § 1, 2o, van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door OCMW’s).
B. Un étranger se présente au CPAS muni de documents en règle. Le CPAS se déclare compétent et lui accorde tout un temps une aide financière. L’étranger parcourt la procédure de demande d’asile. Le ministère décide de l’expulser, mais l’intéressé interjette appel. La procédure recommence. Entre-temps, le CPAS cesse de lui accorder une aide financière. Plusieurs mois plus tard, on fait savoir à l’étranger qu’il peut provisoirement rester en Belgique et que, par conséquent, il a droit à l’aide financière du CPAS. Cette aide lui est versée avec effet rétroactif. Le ministère refuse de rembourser le CPAS parce qu’il n’a pas introduit de demande dans les 45 jours (application de l’article 9, § 1er, 2o, de la loi du 2 avril 1965 relative à la prise en charge des secours accordés par les commissions d’assistance publique).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2862
Op welke wijze kan het OCMW zijn uitgaven recupereren bij het ministerie ?
Comment le CPAS peut-il récupérer ses dépenses auprès du ministère ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgende inlichtingen te verstrekken.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements suivants.
A.1. Het OCMW moet zich vanzelfsprekend baseren op het meest recente document. Er zou zich een situatie kunnen voordoen waarbij de vreemdeling zich te kwader trouw met een bijlage 26 bij een OCMW aanbiedt, terwijl hem reeds een bijlage 26bis, een bevel om het grondgebied te verlaten, betekend werd. Hierdoor zou betrokkene onterecht OCMW steun kunnen verkrijgen.
A.1. Il va de soi que le CPAS doit se baser sur le document le plus récent. Il pourrait cependant se produire une situation dans laquelle un étranger, de mauvaise foi, se présente avec une annexe 26 auprès du CPAS, alors qu’il lui a déjà été notifié une annexe 26bis, un ordre de quitter le territoire. De cette façon, cet intéressé pourrait toucher une aide sans y avoir droit.
Om de recente evolutie in de behandeling van de asielaanvraag na te gaan, is het wachtregister het aangewezen middel. Deze informatiebron wordt bij elke fase in de asielprocedure onmiddellijk bijgewerkt en is zodoende volledig en betrouwbaar. Het bevat een historiek van de opeenvolgende stappen in het asieldossier van de betrokken vreemdeling, zoals datum asielaanvraag, vastgestelde datum aanmelding voor interview, beslissing over de ontvankelijkheid, dringend beroep ingesteld bij het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen tegen de beslissing van de Dienst Vreemdelingenzaken, enz.
Mais pour se tenir au courant de la dernière évolution dans le traitement de la demande d’asile, le registre d’attente est l’instrument approprié. Cette source d’information est immédiatement mise à jour à chaque étape de la procédure d’asile et est, de ce fait, complète et fiable. Il comprend un historique de toutes les étapes dans le dossier d’asile du demandeur concerné, comme la date de demande d’asile, la date fixée où l’intéressé doit se présenter à l’entrevue, la décision de recevabilité, le recours urgent introduit auprès du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides (CGRA) contre la décision de l’Office des étrangers, etc.
Hierdoor kan het OCMW uitsluitsel bekomen over het feit dat de vreemdeling zich legaal of illegaal op het Belgisch grondgebied bevindt, waardoor het op een gepaste wijze kan beslissen om al dan niet steun te verlenen.
C’est de cette façon que le CPAS pourra définitivement être fixé sur le fait de savoir si l’étranger se trouve en situation légale ou illégale sur le territoire belge et ainsi il pourra prendre la décision appropriée de savoir si oui ou non il doit allouer une aide.
A.2 en B. Het antwoord op deze vragen behoort tot de bevoegdheid van de minister van Maatschappelijke Integratie. (Vraag nr. 20 van 28 januari 2000, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 21, blz. 2319.)
A.2 et B. La réponse à ces questions relève de la compétence du ministre de l’Intégration sociale. (Question no 20 du 28 janvier 2000, Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 21, p. 2319.)
DO 1999200000667
DO 1999200000667
Vraag nr. 122 van mevrouw Claudine Drion van 4 februari 2000 (Fr.) :
Question no 122 de Mme Claudine Drion du 4 février 2000 (Fr.) :
Houden van gevaarlijke dieren.
Garde des animaux dangereux.
1. Welke maatregelen kunnen gemeentebesturen of politiediensten nemen wanneer een dier in dusdanige omstandigheden gehouden wordt dat het een gevaar kan zijn voor mensen of huisdieren ?
1. Quelles sont les dispositions que peuvent prendre les autorités communales ou policières, lorsqu’un animal est susceptible, compte tenu des modalités de garde, de présenter un danger pour les personnes ou les animaux domestiques ?
2. Indien de eigenaar van het dier de preventieve maatregelen niet uitvoert, kan de overheid het dier dan laten weghalen en elders onderbrengen ?
2. En cas d’inexécution par le propriétaire, de mesures de nature à prévenir le danger, les autorités pourraient-elles prescrire le placement de l’animal ?
Antwoord : In antwoord op haar vraag kan ik het geachte lid het volgende meedelen.
Réponse : En réponse à la question de l’honorable membre, je puis lui communiquer ce qui suit.
1. Overeenkomstig artikel 135, § 2, 6o, van de nieuwe gemeentewet, zijn de gemeenten bevoegd voor
1. Suivant l’article 135, § 2, 6o, de la nouvelle loi communale, les communes sont chargées de remédier
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2863
het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven. De gemeenten kunnen dus bij politiereglement elke maatregel nemen die ten doel heeft het gevaar te voorkomen.
aux événements faˆcheux occasionnés par la divagation d’animaux malfaisants ou féroces. Les communes peuvent donc établir toute mesure visant à prévenir le danger par la voie d’un règlement de police.
Bovendien worden, overeenkomstig artikel 556 van het Strafwetboek, gestraft met een geldboete van vijf frank tot vijftien frank, de personen die woeste dieren laten rondzwerven en die hun honden niet terughouden wanneer deze de voorbijgangers aanvallen of vervolgen.
Par ailleurs, selon l’article 556 du Code pénal, les personnes qui laissent divaguer des animaux féroces et qui ne retiennent pas leurs chiens lorsqu’ils attaquent ou poursuivent les passants, sont punis d’une amende de cinq à quinze francs.
2. Overeenkomstig artikel 30 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt, kunnen de dieren die een gevaar betekenen voor het leven en de lichamelijke integriteit van de personen en de veiligheid van goederen, in een voor het publiek toegankelijke plaats, door een politieambtenaar van bestuurlijke politie, met het oog op de handhaving van de openbare rust, aan de eigenaar, de bezitter of de houder onttrokken worden, die er niet langer vrij over kan beschikken, zolang zulks met het oog op de handhaving van de openbare rust vereist is.
2. Selon l’article 30 de la loi du 5 aouˆt 1992 sur la fonction de police, les animaux qui présentent un danger pour la vie et l’intégrité physique des personnes et la sécurité des biens, peuvent, dans les lieux accessibles au public, être soustraits à la libre disposition du propriétaire, du possesseur ou du détenteur par un fonctionnaire de police administrative pour les nécessités de la tranquillité publique et aussi longtemps que les nécessités du maintien de la tranquillité publique l’exigent.
Bovendien wordt, overeenkomstig artikel 24 van dezelfde wet, de zorg toevertrouwd aan de gemeentepolitie (alsook aan de rijkswacht) om alle nodige veiligheidsmaatregelen te nemen om een einde te maken aan het rondzwerven van gevaarlijk dieren.
En outre, l’article 24 de ladite loi confie à la police communale (ainsi qu’à la gendarmerie) le soin de prendre toutes les mesures de suˆreté nécessaires en vue de mettre fin à la divaguation des animaux dangereux.
De door de wet bedoelde veiligheidsmaatregelen zijn hoofdzakelijk van tweee¨rlei aard : de plaatsing in een dierenasiel of, in geval van overmacht of noodzaak, de doding.
Les mesures de suˆreté visées par la loi sont essentiellement de deux ordres : le placement dans un refuge ou, en cas de force majeure ou de nécessité, la mise à mort.
DO 1999200000689
DO 1999200000689
Vraag nr. 125 van de heer Fred Erdman van 8 februari 2000 (N.) :
Question no 125 de M. Fred Erdman du 8 février 2000 (N.) :
Autonome gemeentebedrijven.
Entreprises communales autonomes.
Bij wet van 28 maart 1995 werd de oprichting van autonome gemeentebedrijven mogelijk, zoals bepaald in hoofdstuk V van titel VI van de nieuwe gemeentewet.
Une loi du 28 mars 1995 a permis la création d’entreprises communales autonomes au sens du chapitre V du titre VI de la nouvelle loi communale.
1. In welke steden en gemeenten werd daadwerkelijk overgegaan tot oprichting van autonome gemeentebedrijven met rechtspersoonlijkheid (en met betrekking tot welke activiteiten) ?
1. Dans quelles villes et communes des entreprises communales autonomes jouissant de la personnalité juridique ont-elles été créées (et pour quelles activités) ?
2. Krachtens artikel 263bis van de nieuwe gemeentewet zou de Koning de activiteiten van commercie¨le en industrie¨le aard bepalen waarvoor een autonoom gemeentebedrijf kan worden opgericht.
2. En vertu de l’article 263bis de la nouvelle loi communale, le Roi fixe les activités de nature commerciale et industrielle pour lesquelles peut être créée une entreprise communale autonome.
In hoeverre werden, behalve het koninklijk besluit van 10 april 1995, nog andere koninklijke besluiten met dit doel genomen ?
Hormis celui du 10 avril 1995, d’autres arrêtés royaux ont-ils été pris dans le même but ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2864
3. a) Rekening houdend met de bepalingen van de artikelen 263ter en 263quater van de nieuwe gemeentewet, zijn er aan uw departement, door de betrokken steden en gemeenten moeilijkheden gesignaleerd met betrekking tot het daadwerkelijk opvolgen en de werking van de bedoelde autonome bedrijven ?
3. a) Compte tenu des dispositions des articles 263ter et 263quater de la nouvelle loi communale, les villes et communes concernées ont-elles signalé à votre département des difficultés concernant le suivi effectif et le fonctionnement des entreprises autonomes visées ?
b) Welke eventuele suggesties en/of correcties worden in die zin overwogen ?
b) Quelles suggestions et/ou corrections éventuelles sont envisagées dans ce sens ?
Antwoord : Het geachte lid vindt hierna het antwoord op de gestelde vragen.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse aux questions posées.
1. Het ministerie van Binnenlandse Zaken wordt niet in kennis gesteld van de gemeenteraadsbeslissingen waarbij autonome gemeentebedrijven worden opgericht.
1. Le ministère de l’Intérieur n’est pas informé des délibérations des conseils communaux portant création de régies communales autonomes.
De wet van 28 maart 1995 tot wijziging van titel VI, hoofdstuk V, van de nieuwe gemeentewet, gewijzigd bij de wet van 22 februari 1998 heeft de regelgeving met betrekking tot het administratief toezicht niet gewijzigd (Parl. St., Kamer van volksvertegenwoordigers, 1994-1995, verslag nr. 1677/4, blz. 5). Hieruit vloeit voort dat de autonome gemeentebedrijven, inzonderheid de beslissingen van de gemeenteraad tot oprichting van een autonoom gemeentebedriijf, onder het administratief toezicht van de gewesten vallen (artikel 7, eerste lid, a), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988 en 19 maart 1999).
La loi du 28 mars 1995 modifiant le titre VI, chapitre V, de la nouvelle loi communale, modifiée par la loi du 22 février 1998, n’a pas modifié la réglementation relative à la tutelle administrative (Doc. parl., Chambre des représentants, 1994-1995, rapport no 1677/4, p. 5). Il en résulte que les régies communales autonomes, notamment les délibérations du conseil communal portant création d’une régie communale autonome, relèvent de la tutelle administrative des régions (article 7, alinéa 1er, a), de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, tel que modifié par les lois spéciales des 8 août 1988 et 19 mars 1999).
Met uitzondering van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen, heb ik geen kennis van de autonome gemeentebedrijven die werden opgericht.
` l’exception de la régie communale du port A d’Anvers, je n’ai pas connaissance des régies communales autonomes qui ont été créées.
2. Het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot bepaling van de activiteiten van industrie¨le of commercie¨le aard waarvoor de gemeenteraad een autonoom gemeentebedrijf met rechtspersoonlijkheid kan oprichten, werd gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 maart 1999 (Belgisch Staatsblad van 15 juni 1999). Het koninklijk besluit van 9 maart 1999 heeft de activiteitengebieden waarvoor een autonoom gemeentebedrijf met rechtspersoonlijkheid kan worden opgericht uitgebreid, tot onder meer :
2. L’arrêté royal du 10 avril 1995 déterminant les activités à caractère industriel ou commercial pour lesquelles le conseil communal peut créer une régie communale autonome dotée de la personnalité juridique a été modifié par l’arrêté royal du 9 mars 1999 (Moniteur belge du 15 juin 1999). L’arrêté royal du 9 mars 1999 a étendu les domaines d’activités pour lesquels une régie communale autonome dotée de la personnalité juridique peut être créée notamment à :
— het beheer van het onroerend vermogen van de gemeente (artikel 1, 15o);
— la gestion du patrimoine immobilier de la commune (article 1er, 15o);
— het onthaal, de integratie, de heropneming, de tewerkstelling en de hertewerkstelling van personen zonder werk of van werkzoekenden (artikel 1, 16o).
— l’accueil, l’intégration, la réintégration, la mise et la remise au travail de personnes sans emploi ou à la recherche d’un emploi (article 1er, 16o).
3. a) Het antwoord op deze vraag moet negatief worden beantwoord.
3. a) Cette question appelle une réponse négative.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2865
Wel werd door een gemeente een interpretatievraag gesteld, met name of het mandaat van gemeenteraadslid verenigbaar is met de functie van afgevaardigde bestuurder of bestuursdirecteur van het directiecomité en met de hoedanigheid van personeelslid van een autonoom gemeentebedrijf. Op deze vragen werd bevestigend geantwoord.
Une question d’interprétation a effectivement été posée par une commune, à savoir si le mandat de conseiller communal est compatible avec la fonction d’administrateur délégué ou de directeur d’administration du comité de direction et avec la qualité de membre du personnel d’une régie communale autonome. Il a été répondu par l’affirmative à ces questions.
Ik vestig er evenwel de aandacht van het geachte lid op dat de beslissingen die ter uitvoering van de artikelen 263ter en 263quater van de nieuwe gemeentewet, ingevoegd bij de wet van 28 maart 1995, worden genomen, onder het administratief toezicht vallen van de gewesten. Het Vlaamse Gewest heeft het administratief toezicht over de autonome gemeentebedrijven, inzonderheid met betrekking tot de materie bepaald in de artikelen 263ter en 263quater van de nieuwe gemeentewet, geregeld bij de artikelen 33bis tot 33quinquies van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten, ingevoegd bij het decreet van 17 maart 1998.
Je signale toutefois à l’honorable membre que les décisions prises en exécution des articles 263ter et 263quater de la nouvelle loi communale, insérés par la loi du 28 mars 1995, relèvent de la tutelle administrative des régions. La Région flamande a organisé la tutelle administrative sur les régies communales autonomes, notamment en ce qui concerne la matière visée aux articles 263ter et 263quater de la nouvelle loi communale, par les articles 33bis à 33quinquies du décret du 28 avril 1993 portant réglementation, pour la Région flamande, de la tutelle administrative des communes, insérés par le décret du 17 mars 1998.
b) Gezien mijn antwoord op punt a) is deze vraag zonder voorwerp.
b) Compte tenu de ma réponse au point a), cette question est sans objet.
DO 1999200000736
DO 1999200000736
Vraag nr. 130 van de heer Yves Leterme van 16 februari 2000 (N.) :
Question no 130 de M. Yves Leterme du 16 février 2000 (N.) :
Bijzondere Opsporingsbrigade. — Informaticamateriaal.
Brigade spéciale de recherche. — Matériel informatique.
In maart 1999 voerde het personeel van de Bijzondere Opsporingsbrigade (BOB) actie om het gebrek aan voldoende informaticamateriaal aan te klagen.
En mars 1999, le personnel de la Brigade spéciale de recherche (BSR) menait une action pour dénoncer la manque de matériel informatique mis à sa disposition.
1. a) Hoeveel bijkomende personal computers werden sinds maart 1999 aan de Bijzondere Opsporingsbrigade toebedeeld ?
1. a) Combien d’ordinateurs personnels supplémentaires ont été mis à la disposition de la BSR depuis mars 1999 ?
b) Kan u de cijfers per district meedelen ?
b) Pourriez-vous me communiquer ces chiffres par district ?
2. Wat zijn de financie¨le bedragen die in respectievelijk 1999 en 2000 gespendeerd werden en worden aan de informatica-uitrusting van de Bijzondere Opsporingsbrigade ?
2. Quels crédits ont été affectés en 1999 et seront affectés en 2000 à l’équipement informatique de la Brigade spéciale de recherche ?
Antwoord : Het geachte lid vindt hieronder de antwoorden op zijn vragen.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après les réponses à ses différentes questions.
1. 1o Sedert maart 1999 werden 109 bijkomende PC’s toegewezen aan bewakings- en opsporingsbrigades (BOB).
1. 1o Depuis mars 1999, 109 PC supplémentaires ont été attribués à des brigades de surveillance et de recherches (BSR).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2866
2o De verdeling per district staat in de tabel gevoegd als bijlage. 2. Geı¨nvesteerde bedragen in 1999 :
2o La répartition par district se trouve dans le tableau annexé. 2. Montants financiers investi en 1999 :
— 33 draagbare PC’s
= 4 290 000 BTW incl.
— 33 PC portables intégrés
= 4 290 000 TVAC
— 76 Desktop PC’s
= 4 560 000 BTW incl.
— 76 PC Desktop
= 4 560 000 TVAC
——————————
——————————
8 850 000 BTW incl.
8 850 000 TVAC
Bedragen die in 2000 geı¨nvesteerd zullen worden :
Montants financiers qui seront investis en 2000 :
— 26 draagbare PC’s
= 4 000 000 BTW incl.
— 26 PC portables
= 4 000 000 TVAC
— 90 Desktop PC’s
= 5 400 000 BTW incl.
— 90 PC Desktop
= 5 400 000 TVAC
——————————
——————————
9 400 000 BTW incl.
9 400 000 TVAC
Samenvattende tabel BOB 29 februari 2000
District
Tableau récapitulatif BSR 29 février 2000
Personeel — Personnel
Brigade
BOB Antwerpen + Brasschaat/BSR Anvers + Brasschaat ........................... Aarlen. — Arlon : BOB Aarlen/BSR Arlon ...................... Dendermonde. — Termonde : BOB Dendermonde/BSR Termonde ... BOB Aalst/BSR Alost ......................... BOB Sint-Niklaas/BSR Saint-Nicolas . Asse : BOB Asse/BSR Asse ........................... BOB Halle/BSR Hal ........................... BOB Vilvoorde/BSR Vilvorde ............. Brugge. — Bruges : BOB Brugge/BSR Bruges .................... BOB Oostende/BSR Ostende .............. Brussel. — Bruxelles : BOB Brussel/BSR Bruxelles ................ Charleroi : BOB Charleroi/BSR Charleroi ............ BOB Thuin/BSR Thuin ...................... Dinant : BOB Dinant/BSR Dinant .................... BOB Ciney/BSR Ciney ....................... BOB Philippeville/BSR Philippeville ... Eupen : BOB Eupen/BSR Eupen ...................... Genk BOB Genk/BSR Genk ........................ BOB Maaseik/BSR Maaseik ............... BOB Tongeren/BSR Tongres .............. Gent. — Gand : BOB Gent/BSR Gand ......................... BOB Eeklo/BSR Eeklo ........................ Hasselt : BOB Hasselt/BSR Hasselt .................. BOB Leopoldsburg/BSR BourgLéopold .............................................. Hoei. — Huy : BOB Hoei/BSR Huy ........................... Ieper. — Ypres : BOB Ieper/BSR Ypres ........................ BOB Veurne/BSR Furnes ....................
Geleverde PC’s sinds maart 1999 — PC livrés depuis mars 1999
Aantal PC’s — Nombre de PC
Antwerpen. — Anvers :
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
73 12 18 25 16 15 11 17 21 16 182 50 9 6 6 8 18 20 10 10 43 10 21 10 14 13 14
7
4 1 2
28 6 7 8 8 8 7 9 8 7 67 15 4 4 4 4 6 7 3 3 22 4 7
1 1 1 1
3 4 5 5
1 1 2 3 3 4 1 2 26 5 2 1 1 1 1 1
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2867
Geleverde PC’s sinds maart 1999 — PC livrés depuis mars 1999
Brigade
Personeel — Personnel
Kortrijk. — Courtrai
BOB Kortrijk/BSR Courtrai ............... BOB Roeselare/BSR Roulers ..............
18 17
2 2
8 7
Leuven. — Louvain :
BOB Leuven/BSR Louvain ................. BOB Tienen/BSR Tirlemont ...............
30 13
2 2
16 4
Luik. — Liège :
BOB Luik/BSR Liège .......................... BOB Seraing/BSR Seraing ...................
53 27
1
22 9
Marche :
BOB Marche/BSR Marche ................. BOB Bastenaken/BSR Bastogne .......... BOB Neufchaˆteau/BSR Neufchaˆteau ..
6 6 6
1
5 4 2
Bergen. — Mons :
BOB Bergen/BSR Mons ...................... BOB La Louvière/BSR La Louvière .... BOB Zinnik/BSR Soignies ..................
36 27 10
7 4 1
16 11 4
Namen. — Namur :
BOB Namen/BSR Namur ...................
25
Oudenaarde. — Audenarde :
BOB Oudenaarde/BSR Audenarde .....
15
1
8
Doornik. — Tournai :
BOB Doornik/BSR Tournai ............... BOB Aat/BSR Ath .............................. BOB Moeskroen/BSR Mouscron ........
14 7 12
2 2 2
5 5 7
Verviers :
BOB Verviers + Spa/BSR Verviers + Spa .....................................................
23
1
9
Waver. — Wavre :
BOB Waver/BSR Wavre ..................... BOB Nijvel/BSR Nivelles ...................
18 15
1 1
11 8
Turnhout :
BOB Turnhout/BSR Turnhout ........... BOB Geel/BSR Geel ...........................
18 14
1 1
8 6
Mechelen. — Malines :
BOB Mechelen/BSR Malines ..............
22
District
Totaal. — Total ......................
2
Aantal PC’s — Nombre de PC
10
7 109 waarvan/dont 26 Laptop 81 Desktop
DO 1999200000762
DO 1999200000762
Vraag nr. 132 van de heer Yves Leterme van 22 februari 2000 (N.) :
Question no 132 de M. Yves Leterme du 22 février 2000 (N.) :
Instelling van een verlof voor de uitoefening van een politiek mandaat. — Koninklijk besluit. — Ongelijke toepassing.
Instauration d’un congé pour l’exercice d’un mandat politique. — Arrêté royal. — Application inégale.
De effectieve terugvordering door een politieke instelling jegens verkozen mandatarissen van de terugbetaling aan werkgevers van de lonen en werkgeversbijdragen die overeenstemmen met de periode van politiek verlof die de betrokken mandatarissen hebben opgenomen hangt, zoals bepaald in het koninklijk besluit van 31 mei 1977 tot uitvoering van artikel 4 van
Comme le prévoit l’arrêté royal du 31 mai 1976 d’exécution de l’article 4 de la loi du 19 juillet 1976 instituant un congé pour l’exercice d’un mandat politique, la réclamation effective par une institution politique à charge des mandataires élus du remboursement aux employeurs des rémunérations et cotisations patronales correspondant à la période de congé politi-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
367
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2868
de wet van 19 juli 1976 tot instelling van een verlof voor de uitoefening van een politiek mandaat, af van een beslissing van de betrokken instelling.
que des mandataires concernés dépend d’une décision de l’institution en question.
Dit zet mijns inziens de deur open voor een ongelijke toepassing van dit koninklijk besluit op basis van politieke willekeur.
Cette disposition permet, à mon sens, une application inégale de cet arrêté royal, fondée sur l’arbitraire politique.
1. a) Is de toepassing van het bovengenoemd koninklijk besluit van 31 mei 1977 ooit gee¨valueerd ?
1. a) A-t-il jamais été procédé à l’évaluation de l’application de l’arrêté royal précité ?
b) Zo ja, wat zijn de opgedane bevindingen ?
b) Dans l’affirmative, que peut-on en déduire ?
2. Bent u niet van oordeel dat de terugvordering bepaald in dit koninklijk besluit van 31 mei 1977 minstens jegens de politieke mandatarissen die enkel een vergoeding bij wege van presentiegeld ontvangen zou moeten opgeheven worden ?
2. N’estimez-vous pas que la réclamation prévue dans cet arrêté royal du 31 mai 1977 devrait être suspendue à tout le moins pour les mandataires politiques dont l’indemnité perçue ne consiste qu’en des jetons de présence ?
Antwoord : Mijn collega, de minister van Tewerkstelling en Arbeid, is bevoegd om het antwoord te verstrekken op deze vraag.
Réponse : Ma collègue, la ministre de l’Emploi et du Travail, est compétente pour fournir une réponse à cette question.
Ik heb de vraag daarom aan mijn collega overgezonden. (Vraag nr. 84 van 29 maart 2000.)
Je lui ai dès lors transmis la question. (Question no 84 du 29 mars 2000.)
DO 1999200000857
DO 1999200000857
Vraag nr. 145 van de heer Olivier Maingain van 7 maart 2000 (Fr.) :
Question no 145 de M. Olivier Maingain du 7 mars 2000 (Fr.) :
Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten. — Hernieuwing van het mandaat van de leden.
Commission d’accès aux documents administratifs. — Renouvellement du mandat des membres. ` la page 27 du rapport annuel 1997-1998 de la A commission d’accès aux documents administratifs (CADA), il est précisé que « Les membres actuels de la commission ont été nommés par arrêté royal du 27 juin 1994. L’article 1er de l’arrêté royal du 27 juin 1994 réglant la composition et le fonctionnement de la commission dispose que la nomination vaut pour un terme de trois ans. Dans sa composition actuelle, la commission est donc démissionnaire depuis l’été 1997 mais elle poursuit depuis lors ses activités sur la base du principe de la continuité de l’administration. Compte tenu de la législation actuelle, le mandat des membres en place vient, même en cas de renouvellement de leur désignation, à expiration au 1er juillet 2000. »
Het jaarverslag 1997-1998 van de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten (CTB) vermeldt op blz. 27 dat : « De huidige leden van de commissie werden benoemd door het koninklijk besluit van 27 juni 1994. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 juni 1994 tot regeling van de samenstelling en de werkwijze van de commissie bepaalt dat de benoeming geldt voor een termijn van 3 jaar. In haar huidige samenstelling is de commissie dus sedert de zomer van 1997 ontslagnemend maar zij werkt sindsdien verder op basis van het beginsel van de continuı¨teit van het bestuur. Rekening houdend met de huidige wetgeving loopt het mandaat van de huidige leden, zelfs bij een hernieuwing van hun aanstelling, af op 1 juli 2000. » 1. Welke argumenten kunnen worden ingeroepen ter rechtvaardiging van de huidige samenstelling van de CTB ? 2. Wanneer wordt de commissie hernieuwd ?
2. Quand envisagez-vous de procéder au renouvellement de la CADA ?
Antwoord :
Réponse :
1. De huidige leden van de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten werden benoemd bij het
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1. Quelles sont les justifications liées à la situation actuelle de la CADA quant à sa composition ?
1999
1. Les membres actuels de la Commission d’accès aux documents administratifs ont été nommés par 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2869
koninklijk besluit van 22 maart 1999 houdende benoemingen bij de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten (Belgisch staatsblad van 15 april 1999, blz. 12493). Na het bee¨indigen van hun eerste termijn van drie jaar hebben de leden van de commissie die benoemd werden bij het koninklijk besluit van 27 juni 1994 houdende de benoemingen bij de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten verder gewerkt op grond van het principe van de continuı¨teit van de openbare diensten zodat er zich in de praktijk geen moeilijkheden hebben voorgedaan.
l’arrêté royal du 22 mars 1999 portant les nominations à la Commission d’accès aux documents administratifs ` la fin de (Moniteur belge du 15 avril 1999, p. 12493). A leur premier terme de trois ans, les membres de la commission nommés par l’arrêté royal du 27 juin 1994 portant les nominations à la Commission d’accès aux documents administratifs ont poursuivi leurs activités sur la base du principe de la continuité des services publics de sorte qu’en pratique, il n’y a pas eu de difficultés.
2. De Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten houdt in haar huidige samenstelling op te bestaan op 30 juni 2000. Ik zal zo spoedig mogelijk de nodige stappen zetten om de samenstelling van de commissie te hernieuwen.
2. La Commission d’accès aux documents administratifs cessera d’exister dans sa composition actuelle à la date du 30 juin 2000. Je prendrai le plus rapidement possible les mesures nécessaires en vue de renouveler la composition de la commission.
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Sociale Zaken
Affaires sociales
DO 1999200000574
DO 1999200000574
Vraag nr. 69 van mevrouw Anne-Mie Descheemaeker van 21 januari 2000 (N.) :
Question no 69 de Mme Anne-Mie Descheemaeker du 21 janvier 2000 (N.) :
Palliatieve zorgen.
Soins palliatifs.
In het kader van de debatten rond euthanasie, wordt het groot belang van de palliatieve zorgen benadrukt.
Dans le cadre du débat sur l’euthanasie, on ne manque pas de souligner l’importance des soins palliatifs.
1. Er bestaan « federale samenwerkingsverbanden palliatieve zorg » en er bestaan « Vlaamse palliatieve netwerken ». Wat zijn hun respectievelijke bevoegdheden, wat is hun samenhang, hoe is de samenwerking georganiseerd en hoe gebeurt de subsidie¨ring ?
1. Il existe des associations fédérales de soins palliatifs ainsi que des réseaux palliatifs flamands. Quelles sont leurs compétences respectives, quels liens entretiennent-ils, de quelle manière est organisée la collaboration et quels critères président à leur subventionnement ?
2. Er worden ook palliatieve bedden erkend, al dan niet binnen een palliatieve eenheid. Hoe gebeurt de programmatie en hoeveel effectieve bedden zijn er momenteel ?
2. Des lits pour soins palliatifs sont également agréés, au sein ou en dehors d’une entité de soins palliatifs. Sur quelles bases la programmation est-elle établie et quel est actuellement le nombre effectif de lits ?
3. Wat is de ligdagprijs en welk deel daarvan is ten laste van de patie¨nt en ten laste van het RIZIV ?
3. Quel est le prix de la journée d’hospitalisation et quelle est la partie à charge respectivement du patient et de l’INAMI ?
4. Hoe wordt de toegankelijkheid tot palliatieve zorgen gegarandeerd voor alle patie¨nten ?
4. De quelle manière l’accès aux soins palliatifs estil garanti à tous les patients ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2870
5. Wordt er een beperking in de tijd gehanteerd ? Antwoord : Hierbij heb ik de eer het geachte lid de hieronder vermelde antwoorden ter kennis te brengen : 1. Het besluit van de Vlaamse regering van 3 mei 1995 houdende erkenning en subsidie¨ring van palliatieve netwerken en het koninklijk besluit van 19 juni 1997 houdende vaststelling van de normen waaraan een samenwerkingsverband inzake palliatieve zorg moet voldoen om te worden erkend, gaan in feite over hetzelfde, namelijk het coo¨rdineren van de verschillende handelingen met betrekking tot het verzorgen en het geven van raad aan patie¨nten. Hieruit volgt dat de op federaal vlak erkende samenwerkingsverbanden dezelfde zijn als die welke door de Vlaamse Gemeenschap erkend worden. Voor het subsidie¨ringssysteem (waar op federaal vlak in een bedrag van 1 250 000 frank voor 300 000 inwoners voorzien wordt) werden er maatregelen getroffen om te vermijden dat die activiteiten tweemaal gesubsidieerd worden. Hiertoe moeten de samenwerkingsverbanden inzake palliatieve zorg aan de minister die de vaststelling van het budget van financie¨le middelen van de samenwerkingsverbanden voor palliatieve zorg onder zijn bevoegdheid heeft, bewijsstukken bezorgen waaruit blijkt dat het totale percentage van de door de verschillende overheden of instellingen toegekende subsidies niet hoger ligt dan 100 % van de totale kosten terzake alsmede kopiee¨n van de aanwervingscontracten van het personeel gesubsidieerd voor een aantal full-time eenheden dat overeenstemt met de subsidie die op basis van het aantal inwoners toegekend wordt. 2. Om erkend te worden moet de functie palliatieve zorg een functionele band hebben met een gespecialiseerde dienst voor behandeling en revalidatie (Sp) van patie¨nten die palliatieve zorg nodig hebben, ingeval het ziekenhuis waarin die functie palliatieve zorg zich bevindt, niet zelf over een dergelijke dienst beschikt. Het programmatiecijfer voor de palliatieve Spbedden wordt voor het hele Rijk op 360 bedden bepaald. Voor het ogenblik zijn er 323 erkende Spbedden voor palliatieve zorg. 3. Onderdeel B1 (kosten voor de gemeenschappelijke diensten) van de erkende Sp-diensten voor palliatieve zorg werd op 1 januari 1998 op 2 262 frank per dag (indexcijfer van 1 januari 1998) bepaald. Onderdeel B2 (kosten voor de klinische diensten) van de erkende Sp-diensten voor palliatieve zorg werd op 1 januari 1998 op 8 284 frank per dag (indexcijfer van 1 januari 1998) bepaald. Het persoonlijk aandeel van een patie¨nt in geval van een ziekenhuisopname varieert van 166 frank tot 468 frank per dag, de eerste dag te verhogen met 1 100 frank.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
5. Y a-t-il une limitation dans le temps ? Réponse : J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre les réponses ci-dessous : 1. L’arrêté du gouvernement flamand du 2 mai 1995 portant agrément et subventionnement des réseaux palliatifs et l’arrêté royal du 19 juin 1997 fixant les normes auxquelles une association en matière de soins palliatifs doit répondre pour être agréée ont, en fait, le même objet qui est, en résumé, de coordonner les diverses actions de soins et de conseil aux patients.
Il en résulte que les associations agréées au niveau fédéral sont les mêmes que celles agréées au niveau de la Communauté flamande. Pour le système de subventions qui, au niveau fédéral, prévoit un montant de 1 250 000 francs pour 300 000 habitants, des mesures ont été prises pour ` cet éviter de subventionner deux fois ces activités. A effet, les associations doivent fournir au ministre qui a la fixation du budget des moyens financiers des associations en matière de soins palliatifs dans ses attributions, des justificatifs laissant apparaıˆtre que le pourcentage global des subsides octroyés par les divers pouvoirs ou institutions intervenants n’excède pas 100 % de la charge totale couverte par ces subsides ainsi que copies des contrats d’engagement du personnel subsidié pour un nombre équivalent temps plein correspondant au subside octroyé, sur base du rapport d’habitants.
2. Pour être agréée, la fonction de soins palliatifs doit avoir un lien fonctionnel avec un service spécialisé de traitement et de réadaptation (Sp) destiné aux patients qui nécessitent des soins palliatifs, lorsqu’il s’agit d’un hoˆpital qui ne dispose pas lui-même d’un tel service. Le chiffre de programmation des lits Sp de soins palliatifs est fixé à 360 lits pour le Royaume. Il existe actuellement 323 lits Sp de soins palliatifs agréés. 3. La sous-partie B1 (couˆts des services communs) des sercices agréés SP — soins palliatifs est fixée au 1er janvier 1998 à 2 262 francs (index 1er janvier 1998) par jour. La sous-partie B2 (couˆts des services cliniques) des services agréés Sp — soins palliatifs est fixée au 1ee janvier 1998 à 8 284 francs (index 1er janvier 1998) par jour. L’intervention personnelle d’un patient en cas d’hospitalisation, varie de 166 francs à 468 francs par jour, à majorer de 1 100 francs le premier jour.
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2871
4. Vanzelfsprekend dienen alle terminale patie¨nten die nood hebben aan palliatieve verzorging ook effectief palliatieve verzorging te kunnen krijgen en dit zolang dat nodig is. Of een terminale patie¨nt zijn laatste levensfase doorbrengt in een ziekenhuis of in zijn thuismilieu of eventueel in een rustoord voor bejaarden of een rust- en verzorgingstehuis, mag op dit vlak geen enkel verschil maken.
4. Il va de soi que tous les patients terminaux qui nécessitent des soins palliatifs, doivent effectivement pouvoir bénéficier de ces soins palliatifs et ce, aussi ` ce sujet, le fait qu’un longtemps que nécessaire. A patient terminal passe les derniers jours de sa vie dans un hoˆpital ou dans son milieu familial ou éventuellement dans une maison de repos pour personnes aˆgées ou une maison de repos et de soins, ne peut engendrer aucune différence.
Een misverstand dat in deze context zou kunnen rijzen is dat alleen ziekenhuispatie¨nten die in een specifieke palliatieve afdeling zijn opgenomen, kunnen aanspraak maken op palliatieve verzoring. Uit het feit dat het aantal erkende palliatieve ziekenhuisbedden vrij laag ligt in verhouding tot het aantal personen dat jaarlijks in een ziekenhuis overlijdt, zou de verkeerde conclusie kunnen worden getrokken dat alleen de patie¨nten die in het « juiste bed » liggen, kunnen aanspraak maken op palliatieve verzorging in een ziekenhuis. Ieder ziekenhuis en iedere ziekenhuisdienst waarin mensen sterven moet er echter voor waken dat zijn terminale patie¨nten in zo optimaal mogelijke omstandigheden hun laatste levensfase kunnen doorbrengen (en dat is toch het doel van de palliatieve verzorging). Door de minister van Volksgezondheid zijn er in het verleden reeds maatregelen genomen om de palliatieve functie van ieder ziekenhuis te ondersteunen en de kwaliteit van de palliatieve zorgverlening voor alle terminale ziekenhuispatie¨nten te verhogen.
Dans ce contexte, un malentendu pourrait laisser croire que seuls les patients hospitalisés dans une section palliative spécifique peuvent prétendre à des soins palliatifs. Du fait que le nombre de lits d’hoˆpitaux palliatifs agréés est relativement peu élevé en comparaison avec le nombre de personnes qui décèdent annuellement dans un hoˆpital, on pourrait conclure erronément que seuls les patients qui occupent le « bon lit » peuvent prétendre aux soins palliatifs dans un hoˆpital. Chaque hoˆpital et chaque service hospitalier où des patients meurent, doivent toutefois veiller à ce que les patients terminaux puissent passer la dernière phase de leur vie dans des circonstances optimales (soit le but des soins palliatifs). Le ministre de la Santé publique a, par le passé, déjà pris des mesures afin de soutenir la fonction palliative de chaque hoˆpital et d’augmenter la qualité des soins palliatifs pour tous les patients terminaux hospitaliers.
Wat de terminale patie¨nten betreft die hun laatste levensfase thuis doorbrengen (eventueel in een thuisvervangend milieu zoals de rustoorden voor bejaarden), zijn het in de eerste plaats de met de patie¨nt vertrouwde verzorgingsverstrekkers van de eerste lijn (de eigen huisarts, thuisverpleegkundige en kinesitherapeut van de patie¨nt) die instaan voor de verzorging van die patie¨nt. In dat opzicht doet zich hier zeker geen probleem voor van toegankelijkheid van palliatieve verzorging. Voor terminale patie¨nten bij wie de palliatieve verzorging en begeleiding bijzondere problemen stelt (en dat zijn zeker niet alle terminale patie¨nten), kunnen de verzorgingsverstrekkers van de eerste lijn worden bijgestaan door een in palliatieve thuisverzorging gespecialiseerde « multidisciplinaire begeleidingsequipe voor palliatieve verzorging ». Om voor alle patie¨nten de toegankelijkheid van palliatieve verzorging te garanderen, is het gehele land opgedeeld in verschillende zones die ieder over zulke gespecialiseerde equipe beschikken. De tussenkomsten van die gespecialiseerde equipes worden integraal ten laste genomen door de verzekering voor geneeskundige verzorging.
En ce qui concerne les patients terminaux qui passent la dernière phase de leur vie à domicile (éventuellement dans un milieu remplaçant le milieu familial comme les maisons de repos pour personnes aˆgées), ce sont en premier lieu les dispensateurs de première ligne de confiance du patient (le propre médecin de famille, le praticien de l’art infirmier à domicile et le kinésithérapeute du patient) qui sont responsables des soins du patient. Dans cette optique, il ne se pose ici aucun problème d’accès aux soins palliatifs. Chez les patients terminaux pour qui les soins palliatifs et l’accompagnement posent des problèmes particuliers (il ne s’agit ici que d’une partie de tous les patients terminaux), les dispensateurs de soins de première ligne peuvent se faire assister par une « équipe d’accompagnement multidisciplinaire de soins palliatifs » spécialisée dans les soins palliatifs à domicile. Afin de garantir à tous les patients l’accès aux soins palliatifs, l’ensemble du pays a été divisé en différentes zones disposant toutes de telles équipes spécialisées. Les interventions de ces équipes spécialisées sont intégralement prises en charge par l’assurance soins de santé.
Zoals het geachte lid weet is de aandacht voor palliatieve zorgverlening nog relatief nieuw. Alle verzorgingsverstrekkers die met palliatieve patie¨nten te maken hebben moeten hiervoor worden gesensibili-
Comme l’honorable membre le sait, l’attention consacrée aux soins palliatifs est encore relativement recente. Tous les dispensateurs de soins qui sont confrontés à des patients palliatifs doivent être sensibi-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2872
seerd en moeten zich op dit vlak bijscholen. Waarschijnlijk verloopt de palliatieve zorgverlening op dit ogenblik dan ook nog niet overal perfect. In de mate dat bijkomende maatregelen nodig zouden blijken te zijn om de kwaliteit van de palliatieve zorgverlening verder te verbeteren, zullen deze in de toekomst zeker worden genomen. Dat er in de huidige organisatie van de palliatieve zorgverlening ook al rekening is gehouden met de toegankelijkheid van deze zorgverlening voor alle patie¨nten, staat echter buiten kijf.
lisés à cette matière et doivent se recycler dans ce domaine. Dès lors actuellement, les soins palliatifs ne sont probablement pas encore dispensés partout de façon parfaite. Si des mesures complémentaires devaient s’avérer nécessaires afin de poursuivre l’amélioration des soins palliatifs, elles seront suˆrement prises à l’avenir. Toutefois, il ne fait aucun doute que dans l’organisation actuelle des soins palliatifs, il a déjà été tenu compte de l’accessibilité de ces soins à tous les patients.
5. Een veel voorkomende misvatting is dat de palliatieve verzorging in de huidige reglementering strikt beperkt wordt in de tijd. Zoals hierboven al vermeld moeten alle palliatieve patie¨nten vanzelfsprekend palliatieve verzorging kunnen krijgen zolang dat nodig is. De huidige reglementering houdt hiermee voldoende rekening.
5. Un malentendu largement répandu consiste à croire que dans la réglementation actuelle, les soins palliatifs sont strictement limités dans le temps. Comme il a déjà été mentionné ci-dessus, tous les patients palliatifs doivent évidemment pouvoir prétendre à des soins palliatifs aussi longtemps que nécessaire. La réglementation actuelle en tient suffisamment compte.
Toch is er in de huidige reglementering enkele keren sprake van beperkingen in de tijd, wat waarschijnlijk aan de bron ligt van voormeld misverstand. Zo is in de financieringsregeling voor de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging opgenomen dat de periode tijdens welke een palliatieve patie¨nt door de equipe ondersteund wordt, gemiddeld één maand bedraagt. Deze vermelding heeft louter een indicatieve waarde en past in de context dat een equipe slechts een aanvullende rol heeft in de palliatieve thuisverzorging van de patie¨nt en geen taken op zich mag nemen die de verzorgingsverstrekkers van de eerste lijn ook kunnen vervullen. De gespecialiseerde equipes zullen dan ook zoveel mogelijk hun kennis inzake palliatieve verzorging en begeleiding overdragen aan de verzorgingsverstrekkers van de eerste lijn waarmee ze in contact komen zodat deze zelf zoveel mogelijk kunnen instaan voor de palliatieve verzorging van een concrete patie¨nt. Dat een equipe uiteindelijk voor een welbepaalde patie¨nt langer dan één maand tussenkomt, is echter niet formeel verboden. Er zijn ook geen sancties aan verbonden als het gemiddelde voor een equipe uiteindelijk hoger zou komen te liggen dan één maand, al zal voor zulke equipes dat aspect zeker betrokken worden in een toekomstige evaluatie van de werking van de equipes.
Pourtant, dans la réglementation actuelle, il est quelquefois question de limitations dans le temps, ce qui est probablement à l’origine de ce malentendu. Ainsi, dans le régime de financement pour des équipes d’accompagnement multidisciplinaires de soins palliatifs, il est stipulé que la durée de la période au cours de laquelle un patient palliatif est accompagné par une équipe, s’élève en moyenne à un mois. Cette mention n’a qu’une valeur purement indicative et s’inscrit dans le contexte selon lequel une équipe n’a qu’un roˆle complémentaire dans les soins à domicile dispensés au patient palliatif et ne peut jamais prendre en charge les taˆches que les dispensateurs de soins de première ligne peuvent aussi accomplir. Dès lors, les équipes spécialisées transmettront autant que possible leurs connaissances en matière de soins et d’accompagnement palliatifs aux dispensateurs de soins de première ligne qu’elles sont appelées à rencontrer afin que ces derniers puissent administer les meilleurs soins palliatifs à un patient spécifique. Il n’est cependant pas interdit formellement qu’une équipe prenne en charge un patient bien déterminé pendant plus d’un mois. Des sanctions ne sont pas davantage prévues si l’intervention moyenne d’une équipe devait finalement être supérieure à un mois, même si cet aspect sera certainement pris en compte pour l’évaluation future du fonctionnement des équipes.
Ook in de zeer recent ingevoerde reglementering (koninklijk besluit van 2 december 1999) met betrekking tot de mogelijkheid van een forfaitaire tegemoetkoming van 19 500 frank voor palliatieve thuiszorgpatie¨nten is er sprake van een beperking in de tijd : zo heeft deze forfaitaire tegemoetkoming betrekking op een periode van 30 dagen en kan ze hoogstens voor een tweede periode van 30 dagen worden toegekend. Zoals het geachte lid weet, is deze forfaitaire tegemoetkoming bedoeld om de kosten van de palliatieve thuisverzorging, die voor sommige palliatieve thuiszorgpa-
La réglementation très récemment instaurée (arrêté royal du 2 décembre 1999) et qui a trait à la possibilité d’une intervention forfaitaire de 19 500 francs pour les patients palliatifs soignés à domicile, fait également état d’une limitation dans le temps : ainsi, cette intervention forfaitaire se rapporte à une période de 30 jours et ne peut être octroyée au maximum que pour une seconde période de 30 jours. Comme l’honorable membre le sait, cette intervention forfaitaire est destinée à limiter les couˆts des soins palliatifs à domicile, qui, pour certains patients dans la dernière phase
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2873
tie¨nten in hun laatste levensfase zeer hoog kunnen oplopen, te beperken. Om te vermijden dat vele thuiszorgpatie¨nten die aan een levensbedreigende ziekte lijden, ten onrechte gedurende maanden of jaren als palliatieve thuiszorgpatie¨nten zouden worden beschouwd teneinde in aanmerking te kunnen komen voor de toch niet onaanzienlijke forfaitaire tegemoetkoming, is deze tegemoetkoming wel beperkt in de tijd. Dit betekent echter niet dat de palliatieve thuiszorg zelf voor die patie¨nten moet worden stopgezet in de gevallen waarin de forfaitaire tegemoetkoming vroegtijdig is aangevraagd geweest.
de leur vie, peuvent être très élevés. Afin d’éviter qu’un grand nombre de patients soignés à domicile atteints d’une maladie mettant leur vie en péril, ne soient considérés à tort pendant des mois ou des années comme des patients palliatifs à domicile dans le but de leur permettre d’entrer en ligne de compte pour cette intervention forfaitaire non négligeable, celle-ci est limitée dans le temps. Cela ne signifie pas pour autant qu’il faille mettre un terme aux soins palliatifs dispensés à domicile à ces patients dans les cas où l’intervention forfaitaire a été demandée prématurément.
DO 1999200000772
DO 1999200000772
Vraag nr. 90 van de heer Jean-Jacques Viseur van 23 februari 2000 (Fr.) :
Question no 90 de M. Jean-Jacques Viseur du 23 février 2000 (Fr.) :
Verhoogde kinderbijslag. — Toekenning. — Gezinsinkomen.
Allocations familiales majorées. — Attribution. — Revenus du ménage.
Of een gezin in aanmerking komt voor verhoogde kinderbijslag, hangt af van het gezinsinkomen.
L’attribution d’allocations familiales majorées dépend des revenus du ménage.
1. Wordt dat inkomen op jaar- of op maandbasis berekend ?
1. Ces revenus sont-ils calculés sur une base annuelle ou une base mensuelle ?
2. Wanneer het ziekenfonds personen op maandbasis 27 uitkeringsdagen vergoedt (zesdagenweek), wordt het plafond voor de verhoogde kinderbijslagen soms met enkele franken overschreden. In de maanden waarin die personen minder dan 27 uitkeringsdagen hebben, overschrijden ze het plafond echter niet. Bijgevolg, vind ik het niet normaal dat het plafond op maandbasis wordt vastgesteld.
2. Il apparaıˆt, en effet, que, dans certains cas, les allocations d’indemnisation payées par une mutuelle pourraient dépasser le plafond de quelques francs lorsqu’il y a 27 jours indemnisés (régime 6 jours) alors que le plafond n’est pas dépassé pour les mois inférieurs à 27 jours indemnisés. Cette situation, si elle est calculée par mois, me paraıˆt anormale.
Wat is uw standpunt daaromtrent ?
Quel est votre point de vue à ce sujet ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord mee te delen.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre la réponse suivante.
Overeenkomstig artikel 56, § 2, van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders (gecoo¨rdineerde wetten), kan de arbeidsongeschikte werknemer, onder bepaalde voorwaarden, een recht openen op kinderbijslag verhoogd met bijkomende kinderbijslag bedoeld in artikel 50ter van de gecoo¨rdineerde wetten.
Conformément à l’article 56, § 2, des lois coordonnées relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés (lois coordonnées), le travailleur en incapacité de travail peut, sous certaines conditions, ouvrir un droit aux allocations familiales majorées des suppléments visés à l’article 50ter des lois coordonnées.
Onder deze voorwaarden bepaalt het koninklijk besluit van 12 april 1984 tot uitvoering van de artikelen 42bis en 56, § 2, van de gecoo¨rdineerde wetten, inzonderheid het maximum bedrag van de vervangingsinkomens van de rechthebbende en/of van zijn (gewezen) echtgenoot, of van de rechthebbende en de persoon met wie hij een gezin vormt, boven welke de rechthebbende ophoudt de verhoogde kinderbijslag te genieten.
Parmi ces conditions, l’arrêté royal du 12 avril 1984 portant exécution des articles 42bis et 56, § 2, des lois coordonnées, détermine notamment le montant maximum des revenus de remplacement de l’attributaire et/ ou de son (ex-)conjoint, ou de l’attributaire et de la personne avec laquelle il forme un ménage, au-delà duquel l’attributaire cesse de bénéficier de ces suppléments.
Het betreft een maandelijks bedrag dat wordt bekomen door het maximum dagbedrag van de invalidi-
Il s’agit d’un montant mensuel obtenu en multipliant par 27 le montant journalier maximum de
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2874
teitsuitkering voor een werknemer met personen ten laste, te vermenigvuldigen met 27, namelijk 27 × 2 263 frank = 61 101 frank (artikel 1, zesde lid, van voormeld koninklijk besluit). Bovendien wordt bij toepassing van artikel 54, § 3, van de gecoo¨rdineerde wetten, het recht op de bijkomende kinderbijslag voor een arbeidsongeschikte werknemer geopend voor een maand, voor zover deze rechthebbende in de loop van de desbetreffende maand de vereiste voorwaarden vervult. De berekening van de vervangingsinkomens op maandelijkse basis is het logisch gevolg van de maandelijkse opening van het recht op de bijkomende kinderbijslag. Doordat de berekening van het bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering geschiedt op basis van het aantal vergoedbare werkdagen tijdens de betrokken maand, kan dit bedrag varie¨ren van maand tot maand. Voor een arbeidsongeschikt gezinshoofd kan de maandgrens nooit overschreden worden aangezien het gaat over het maximum dagbedrag van 2 263 frank vermenigvuldigd met het maximaal aantal vergoede dagen (27). Wanneer het gaat over twee arbeidsongeschikte ouders binnen hetzelfde gezin, is het theoretisch mogelijk dat dit grensbedrag tijdens sommige maanden overschreden wordt (maanden met veel vergoede arbeidsdagen) en tijdens sommige maanden niet (maanden met minder vergoede arbeidsdagen). Daardoor is het theoretisch mogelijk dat de verhoogde kinderbijslag tijdens bepaalde maanden wel wordt toegekend en niet tijdens andere maanden (waarin het grensbedrag overschreden wordt). In uitvoering van het akkoord dat de sociale partners op 20 december 1999 hebben overgemaakt aan de regering, zal bij het Parlement een wetsontwerp worden ingediend dat tot doel heeft het recht op sociale toeslagen bij de kinderbijslagen te trimesterialiseren. Hierdoor zal er meer stabiliteit gewaarborgd worden bij de toekenning van de verhoogde kinderbijslagen.
l’indemnité d’invalidité pour le travailleur ayant personne à charge, soit 27 × 2 263 francs = 61 101 francs (article 1er, alinéa 6, de l’arrêté royal précité). Par ailleurs, en application de l’article 54, § 3, des lois coordonnées, le droit aux suppléments d’allocations familiales pour un travailleur en incapacité de travail est ouvert pour un mois pour autant que cet attributaire remplisse les conditions requises au cours du mois concerné. Le calcul sur une base mensuelle des revenus de remplacement est la conséquence logique de l’ouverture mensuelle du droit à ces suppléments d’allocations familiales. E´tant donné que le calcul du montant de l’indemnité d’incapacité de travail se fait sur la base du nombre de jours ouvrables indemnisables au cours du mois en question, ce montant peut varier d’un mois à l’autre. Pour un chef de famille en incapacité de travail, le plafond mensuel ne peut jamais être dépassé puisqu’il s’agit du montant journalier maximum de 2 263 francs multiplié par le nombre maximal de journées indemnisées (27). Lorsqu’il s’agit de deux parents en incapacité de travail dans le même ménage, il est théoriquement possible que ce plafond soit dépassé pendant certains mois (mois comptant beaucoup de journées de travail indemnisées) et pas pendant certains autres mois (mois comptant moins de journées de travail indemnisées). Par conséquent, il est théoriquement possible que les allocations familiales majorées soient octroyées pour certains mois et pas pour d’autres (pendant lesquels le plafond est dépassé). En exécution de l’accord que les partenaires sociaux ont transmis le 20 décembre 1999 au gouvernement, il sera déposé au Parlement un projet de loi qui a pour but de trimestrialiser le droit aux suppléments sociaux aux allocations familiales. Ainsi, l’octroi des allocations familiales majorées se verra assurer une plus grande stabilité.
Minister van Landsverdediging
Ministre de la Défense
DO 1999200000263
DO 1999200000263
Vraag nr. 27 van mevrouw Muriel Gerkens van 23 november 1999 (Fr.) : « Société de développement et de promotion de l’aéroport de Liège-Bierset » (SAB). — Domaniale ontvangsten. Het business plan van de SAB, de maatschappij die de luchthaven van Bierset exploiteert, omvat een post
Question no 27 de Mme Muriel Gerkens du 23 novembre 1999 (Fr.) : Société de développement et de promotion de l’aéroport de Liège-Bierset (SAB). — Recettes domaniales. Lorsqu’on consulte le « business plan » de la SAB, qui exploite l’aéroport de Bierset, l’on constate la
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2875
« domaniale retributies » waarop voor 1998 een bedrag van 32,2 miljoen frank ingeschreven stond.
présence d’un poste « redevance domaniale » ou` figure, pour 1998, un montant de 32,2 millions de francs.
De luchthaven van Bierset is eigendom van het ministerie van Landsverdediging. Het is dan ook verwonderlijk dat de SAB domaniale retributies ontvangt voor gronden waarover de maatschappij kan beschikken zonder dat zij de federale Staat hiervoor vergoedt.
Pourtant, l’aéroport de Bierset est une propriété du ministère de la Défense nationale. On est en droit de s’étonner de ce que des terrains mis à disposition de la SAB sans que l’E´tat fédéral en perçoive de recette, fassent l’objet du paiement de redevances domaniales au profit de la SAB.
1. Zijn uw diensten hiervan op de hoogte ?
1. Vos services sont-ils informés des faits évoqués ci-dessus ?
2. Hoe komt het dat de SAB domaniale retributies kan innen voor gronden die eigendom zijn van de federale Staat ?
2. Comment expliquer que des redevances domaniales puissent être perçues par la SAB des propriétés de l’E´tat fédéral ?
3. Is dit wel conform de overeenkomst betreffende het gebruik van de luchthaven van Bierset voor meer burgerdoeleinden ?
3. Ceci est-il conforme à la convention relative à l’utilisation de l’aéroport de Bierset à des fins plus civiles ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
Réponse : Je prie l’honorable membre de bien vouloir trouver ci-après la réponse à ses questions.
1. Het samenwerkingsakkoord betreffende het gemeenschappelijk gebruik van de luchthaven van Bierset (Graˆce-Hollogne) voor zowel militaire als burgeractiviteiten, gesloten tussen de Belgische Staat en het Waalse Gewest op 8 maart 1997, bepaalt in artikel 3 dat de minister van Landsverdediging zich ertoe verbindt een domaniale vergunning te verlenen voor een gedeelte van de militaire luchthaven van Bierset aan de maatschappij die door het Waalse Gewest belast werd met het beheer van de luchthaven van Luik en dit volgens voorwaarden die niet afwijken van de principes vastgesteld in voornoemd akkoord. Deze maatschappij is de « Société de développement et de promotion de l’aéroport de Liège-Bierset » (SAB) aan wie het Waalse Gewest op 4 januari 1991 het beheer van de burgerluchthaven van Luik-Bierset heeft toevertrouwd voor de infrastructuur die grenst aan de militaire luchthaven van Bierset.
1. L’accord de coopération portant sur l’utilisation en commun de l’aérodrome de Bierset (Graˆce-Hollogne) tant pour les activités militaires que pour les activités liées à l’aviation civile conclu le 8 mars 1997 entre l’E´tat belge et la Région wallonne dispose en son article 3 que : « Le ministre de la Défense nationale s’engage à accorder une autorisation domaniale sur une partie de l’aérodrome militaire de Bierset à la société à laquelle la Région wallonne aura confié la gestion de l’aéroport de Liège, aux conditions ne dérogeant pas aux principes définis dans ledit accord. » Cette société est la Société de développement et de promotion de l’aéroport de Liège-Bierset (SAB) à laquelle la Région wallonne avait concédé le 4 janvier 1991 la gestion de l’aéroport civil de Liège-Bierset et ce sur des infrastructures qui jouxtent l’aérodrome militaire de Bierset.
Volgens de informatie van het Waalse Gewest, die mij werd overgemaakt op mijn aanvraag, blijkt dat op basis van de boekhoudkundige inlichtingen ingewonnen uit de boekhouding van 1998 de door SAB ontvangen bijdragen 32 457 508 frank bedragen.
Selon les informations communiquées à ma demande par la Région wallonne, il apparaıˆt que, sur base des renseignements comptables relevés dans la comptabilité de 1998, les redevances domaniales perçues par la SAB s’élèvent à 32 457 508 francs.
Deze hebben betrekking op het volgende :
Ces redevances concernent les éléments suivants :
a) Onderconcessies van terreinen ten bedrage van 17 800 000 frank. Op te merken valt dat SAB geen enkel militair terrein in onderconcessie heeft gegeven. Het zijn allemaal terreinen die eigendom van het Waalse Gewest zijn en waarvoor het Waalse Gewest aan SAB concessie heeft verleend. b) Concessiebijdragen voor loodsen ten bedrage van 4 600 000 frank.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
a) Sous-concessions de terrains pour un montant de 17 800 000 francs. ` noter qu’aucun terrain militaire n’est sousA concédé par la SAB. Ce sont tous des terrains appartenant à la Région wallonne que la Région wallonne a concédés à la SAB. b) Redevances de concessions pour des hangars pour un montant de 4 600 000 francs. 2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
368
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2876
Het betreft bijdragen die SAB heeft ontvangen in het kader van onderconcessies van loodsen welke gelegen zijn op terreinen die eigendom van het Waalse Gewest zijn en waarvoor aan SAB concessie is verleend.
Il s’agit de redevances perçues par la SAB dans le cadre de sous-concessions de hangars situés sur des terrains appartenant à la Région wallonne et concédés à la SAB.
c) Onderconcessies van lokalen ten bedrage van 9 900 000 frank met betrekking tot onderconcessies van kantoren die zich bevinden in gebouwen welke eigendom van het Waalse Gewest zijn en waarvoor aan SAB concessie is verleend, en die gelegen zijn op terreinen welke eigendom van het Waalse Gewest zijn en waarvoor aan SAB concessie is verleend.
c) Sous-concessions de locaux pour un montant de 9 900 000 francs correspondant à des sousconcessions de bureaux situés dans des baˆtiments appartenant à la Région wallonne et concédés à la SAB et situés sur des terrains appartenant à la Région wallonne et concédés à la SAB.
Bijgevolg, geen enkele van de door SAB ontvangen bijdragen betreft militaire domeinen.
En conséquence, aucune des redevances perçues par la SAB ne concerne des domaines militaires.
2 en 3. Voormelde domaniale vergunning werd verleend op 16 mei 1997 aan de SAB en in artikel 2 wordt bepaald : « De huidige vergunning wordt gratis toegestaan. Ze wordt verleend ten titel van eenvoudige gunst, steeds herroepbaar en zonder vergoeding. De regels van het burgerlijk recht betreffende het verhuren van onroerende goederen zijn hierop niet van toepassing. Ze is niet overdraagbaar en kan niet afgestaan worden, noch geheel, noch gedeeltelijk, zelfs niet gratis. »
2 et 3. L’autorisation domaniale précitée a été accordée le 16 mai 1997 à la SAB et son article 2 dispose que : « La présente autorisation est accordée à titre gratuit. Elle ne consiste qu’en une simple tolérance révocable à tout moment et sans indemnité. Les normes de droit civil relatives au louage des biens immeubles ne lui sont pas applicables. Elle n’est pas transmissible et ne peut être cédée, en tout ou en partie, même à titre gratuit. »
De huidige toestand is dus wel conform aan de schikkingen van de domaniale vergunningen, gezien geen enkele retributie wordt geı¨nd op het gedeelte van het openbaar domein van de Staat dat aan de SAB in concessie gegeven is.
La situation existante est donc bien conforme aux dispositions de l’autorisation domaniale puisqu’aucune redevance n’est perçue sur la partie du domaine public de l’E´tat donnée en autorisation domaniale à la SAB.
Minister van Landbouw en Middenstand
Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes
Landbouw
Agriculture
DO 1999200000481
DO 1999200000481
Vraag nr. 18 van de heer Jean-Pierre Viseur van 10 januari 2000 (Fr.) :
Question no 18 de M. Jean-Pierre Viseur du 10 janvier 2000 (Fr.) :
« Geregistreerd » zaaigoed en biodiversiteit.
Semences « enregistrées » et bio-diversité.
Uit de in andere Europese landen bestaande situatie leid ik af dat zaden voor verkoop goedgekeurd en als het ware « geregistreerd » moeten worden vooraleer ze in de handel kunnen worden gebracht. Het is bijgevolg illegaal zaden van heel oude soorten die niet in de « catalogus » voorkomen, te verkopen.
Si je me réfère à la situation existante dans d’autres pays européens, pour qu’une semence puisse être commercialisée, il faut qu’elle soit autorisée à la vente et être en quelque sorte « enregistrée ». Ceci met dans l’illégalité la vente de semences de variétés pourtant très anciennes mais qui ne sont pas reprises au « catalogue ».
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2877
1. a) Welke vergunningen moet een handelaar in granen hebben om zijn product op de markt te mogen brengen ?
1. a) De quelles autorisations doit disposer un négociant en graines pour pouvoir mettre son produit sur le marché ?
b) Wordt een onderscheid gemaakt tussen zaden voor voedingsmiddelen (vooral groenten) en andere zaden (bijvoorbeeld bloemen) ?
b) Y a-t-il une différence entre semences de denrées alimentaires (légumes principalement) et autres semences (fleurs par exemple) ?
c) Wat is de wettelijke grondslag van die vergunningen ?
c) Sur quelle base légale ces autorisations sont-elles requises ?
2. Kan de verkoop van oude zaden die nergens geregistreerd zijn, als een onwettige handeling worden beschouwd ?
2. La vente de semences anciennes pour lesquelles aucun enregistrement n’existerait, représenterait-elle un acte illégal ?
3. Zijn in die context wettelijke maatregelen ter bescherming van de biodiversiteit genomen ?
3. Dans ce contexte, des mesures légales de protection de la bio-diversité ont-elles été prises ?
4. a) Kan het niet interessant zijn de zaden van zeldzame gewassen niet alleen te beschermen maar ook zo ruim mogelijk te verspreiden ?
4. a) Ne croyez-vous pas qu’il serait intéressant non seulement de sauvegarder mais aussi de diffuser le plus largement possible les semences de végétaux dont les spécimens sont devenus rares ?
b) Is het niet aangewezen die oude soorten bij beroeps- en amateurtuiniers aan te bevelen ?
b) N’y a-t-il pas lieu d’envisager des campagnes de promotion de ces espèces anciennes tant auprès des professionnels qu’auprès des jardiniers amateurs ?
Antwoord : In antwoord op zijn parlementaire vraag, kan ik het geachte lid de volgende gegevens verstrekken.
Réponse : En réponse à sa question parlementaire, je peux faire part à l’honorable membre des éléments suivants.
De richtlijnen 66/400/EEG, 6/401/EEG, 66/402/ EEG, 66/403/EEG, 69/208/EEG, 70/457/EEG en 70/ 458/EEG betreffende het in de handel brengen van bietenzaad, van zaaizaad van groenvoedergewassen, van zaaigranen, van aardappelpootgoed, van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen, en groentezaad alsmede de richtlijn betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen vormen de basis van de reglementering betreffende de toelating van de landbouw- en groentevarie¨teiten tot een officie¨le catalogus, van de controle van de zaaizaadproductie en het in de handel brengen van de betrokken zaden in de Europese Unie.
Les directives 66/400/CEE, 6/401/CEE, 66/402/ CEE, 66/403/CEE, 69/208/CEE, 70/457/CEE et 70/ 458/CEE concernant la commercialisation des semences de betteraves, des semences de plantes fourragères, des semences de céréales, des plants de pommes de terre, des semances de légumes ainsi que le catalogue commun des espèces de plantes agricoles constituent la base de la réglementation de l’admission des variétés agricoles et des légumes à un catalogue officiel et du controˆle de la production et de la commercialisation des semences concernées dans l’Union européenne.
Deze richtlijnen zijn omgezet in nationale wetgeving door verschillende koninklijke en ministerie¨le besluiten.
Ces directives sont transposées en droit national par plusieurs arrêtés royaux et ministériels.
1. a) Een handelaar-bereider die zaaizaden voortbrengt van de gereglementeerde soorten moet erkend zijn en zijn productie wordt gecontroleerd door de dienst Teeltmateriaal alvorens tot de markt te worden toegelaten.
1. a) Un négociant-préparateur qui produit des semences d’espèces réglementées doit être agréé et sa production est controˆlée par le service Matériel de reproduction avant d’être autorisée sur le marché.
b) Onder de reglementeringen vallen de voornaamste landbouwgewassen en groenten. Zaaizaden van siergewassen vallen niet onder de reglementering.
b) Sont réglementées les espèces principales agricoles et les légumes. Les semences des espèces ornementales ne sont pas réglementées.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2878
c) De wettelijke basis bestaat uit de diverse EEG richtlijnen, in nationale wetgeving omgezet door meerdere koninklijke besluiten gesteund op de wet van 11 juli 1969 betreffende de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw en bosbouw.
c) La base légale est constituée par diverses directives CEE, transposées en droit national par plusieurs arreˆtés royaux, basés sur la loi du 11 juillet 1969 relatives aux matières premières pour l’agriculture, l’horticulture et la sylviculture.
2. In deze context is de verhandeling van zaaizaden van oude varie¨teiten waarvoor geen opname in de nationale of gemeenschappelijke catalogus bestaat, een onwettelijke daad.
2. Dans ce contexte, la vente de semences de variétés anciennes pour lesquelles aucun enregistrement n’existerait constitue un acte illégal.
3. Door een recente herziening van de EG richtlijn betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen en de EG richtlijn betreffende het in de handel brengen van groentezaad is een mogelijkheid geopend om rekening te houden met de evolutie in de toestand betreffende de bewaring in situ en het duurzaam gebruik van de genetische hulpbronnen van plantensoorten, door de teelt en de verhandeling van zaaizaden van landrassen en varie¨teiten die van nature aangepast zijn aan lokale en regionale omstandigheden en met genetische erosie zijn bedreigd.
3. Une révision récente de la directive CE concernant le catalogue commun des variétés des espèces de plantes agricoles et de la directive CE concernant la commercialisation des semences de légumes a ouvert une possibilité de tenir compte de l’évolution de la situation en ce qui concerne la conservation in situ et l’utilisation durable des ressources génétiques des plantes graˆce à la culture et à la commercialisation de semences de races primitives et de varitétés qui sont naturellement adaptées aux conditions locales et régionales et menacées d’érosion génétique.
De bijzondere voorwaarden die onder meer slaan op de voorschriften en procedures voor de officie¨le toelating alsmede de beperkingen van de aangepaste hoeveelheden moeten nog communautair op EU niveau worden vastgelegd.
Les conditions particulières qui comprennent notamment les dispositions et les procédures d’admission officielle ainsi que les restrictions quantitatives appropriées doivent encore être fixées communautairement au niveau de l’UE.
4. Een bredere verspreiding kan worden voorzien maar moet binnen de perken blijven die communautair op EU niveau zullen worden vastgelegd.
4. Une diffusion plus large peut être envisagée mais devra rester dans les limites qui seront fixées communautairement au niveau de l’UE.
In het kader van de plantenveredeling is het onderzoek gericht op de bevordering van de genetische verscheidenheid met het doel rassen ter beschikking te stellen die een goede weerstand tegen ziekten doen samengaan met de kwaliteit en de opbrengst.
Dans le cadre de l’amélioration des plantes, des recherches s’appuyent sur la valorisation de la diversité génétique dans le but de fournir des variétés qui associent une bonne résistance aux maladies, la qualité et le rendement.
Op het niveau van het Centrum voor landbouwkundig onderzoek te Gembloux is het voorbeeld van de oude rassen van fruitgewassen welbekend en sommige ervan worden door Belgische boomkwekers verspreid.
Au niveau du Centre de recherche agronomique de Gembloux, l’exemple des anciennes variétés fruitières est connu et certaines sont diffusées par les pépiniéristes belges.
DO 1999200000790
DO 1999200000790
Vraag nr. 25 van de heer Luc Goutry van 25 februari 2000 (N.) :
Question no 25 de M. Luc Goutry du 25 février 2000 (N.) :
Europese regelgeving in verband met het gemeenschappelijk visserijbeleid door de verschillende lidstaten van de Europese Unie.
Réglementation européenne relative à la politique commune de la pêche des différents E´tats membres de l’Union européenne.
Op 8 december 1998 stelde de heer Ghesquière een schriftelijke vraag (nr. 271) aan de toenmalige minister van Landbouw in verband met de controle op de naleving van het Europees visserijbeleid (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1998-1999, nr. 159, blz. 21467).
Le 8 décembre 1998, M. Ghesquière avait posé une question écrite (no 271) au ministre de l’Agriculture en fonction alors sur le controˆle du respect de la politique européenne en matière de pêche (Questions et Réponses, Chambre, 1998-1999, no 159, page 21467).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2879
Zijn antwoord luidde toen dat « er inderdaad kan gesteld worden dat de Europese regelgeving in verband met het gemeenschappelijk visserijbeleid door de verschillende lidstaten van de Europese Unie niet uniform wordt toegepast ». Verder luidde het : « De vloten van het Verenigd Koninkrijk en vooral van Nederland hebben een capaciteitsverhoging gekend » waar een capaciteitsvermindering was voorzien en ook dat « Dezelfde formulering kan herhaald worden wat betreft de naleving van het conserveringsbeleid in het algemeen en het respecteren van de quota in het bijzonder ».
Il avait répondu ceci : « On peut dire, en effet, que la réglementation européenne relative à la politique commune de la pêche n’est pas appliquée de manière uniforme par les différents E´tats membres de l’Union européenne. » Et : « Les flottes du Royaume-Uni et surtout des Pays-Bas ont présenté une augmentation de capacité », alors qu’une réduction de capacité avait été prévue. Enfin : « On peut répéter la même formulation en ce qui concerne le respect des principes de la politique de conservation en général et le respect des quotas en particulier. »
Uitwisselingen van controleurs tussen de lidstaten heeft weinig zin wanneer er geen gevolg wordt gegeven aan de vastgestelde overtredingen enerzijds en als er geen sancties worden genomen anderzijds (bijvoorbeeld een intrekking van de visvergunning, een uitvoerverbod of dergelijke).
Cela n’a pas beaucoup de sens de procéder à des échanges de controˆleurs entre les E´tats membres s’il n’est réservé aucune suite aux infractions constatées et si aucune sanction n’est prise (par exemple retrait du permis de pêche, interdiction d’exportation, etc.).
Ondertussen heeft u reeds enkele bijeenkomsten bijgewoond op Europees niveau.
Entre-temps, vous avez déjà assisté à quelques réunions au niveau européen.
Welke maatregelen werden er sedert 1998 genomen om het gemeenschappelijk visserijbeleid uniform toe te passen in alle landen van de Europese Unie ?
Quelles mesures ont été prises depuis 1998 pour que la politique commune de la pêche soit appliquée de façon uniforme dans tous les pays de l’Union européenne ?
Antwoord : Toezicht op het naleven van het verdrag in het algemeen en op het visserijbeleid in het bijzonder is een opdracht van de Europese Commissie.
De uitwisseling van controleurs tussen de lidstaten heeft tot doel de transparantie in de naleving van het Europees visserijbeleid te verhogen.
Réponse : Le controˆle du respect du traité en général, et de la politique de la pêche en particulier, est une mission de la Commission européenne. ` cette fin, la Commission dispose d’une vingtaine A d’inspecteurs européens qui vérifient dans tous les E´tats membres le respect de la politique commune de la pêche. Les E´tats membres qui ne respectent pas le programme d’orientation pluriannuel, ne peuvent prétendre à une aide européenne à la nouvelle construction et à la modernisation de navires de pêche. C’est la seule « sanction » qui est prévue pour l’instant. L’échange de controˆleurs entre les E´tats membres a pour but d’augmenter la transparence dans le respect de la politique européenne de la pêche.
Sedert 1998 zijn volgende reglementaire aanpassingen gebeurd die moeten bijdragen tot het uniform toepassen van het gemeenschappelijk visserijbeleid binnen de Europese Unie.
Depuis 1998, les adaptations réglementaires suivantes ont été apportées, qui doivent contribuer à une application uniforme de la politique commune de la pêche au sein de l’Union européenne.
Vanaf juli 1998 is een systeem van permanente positiebepaling van vissersvaartuigen aan de hand van satelliettechnologie, in werking getreden. Vanaf 1 januari 2000 dienen alle communautaire vissersvaartuigen met een lengte tussen de loodlijnen groter dan 20 m, uitgerust te zijn met dergelijk satellietvolgapparatuur.
Depuis juillet 1998, un système de détermination permanente de la position des navires de pêche à l’aide des satellites est entré en vigueur. Depuis le 1er janvier 2000, tous les navires de pêche communautaires d’une longueur supérieure à 20 m entre les perpendiculaires doivent être équipés d’un tel appareillage de détection par satellite.
Het is duidelijk dat de veralgemening van het VMS (Vessel Monitoring System) op de communautaire
Il est évident que la généralisation du VMS (Vessel Monitoring System) sur les navires de pêche commu-
Tot dit doel beschikt de Commissie over een twintigtal Europese inspecteurs die in alle lidstaten de naleving van het gemeenschappelijk visserijbeleid nagaan. Lidstaten die het meerjarig orie¨ntatieprogramma niet respecteren zoals bijvoorbeeld Nederland, kunnen geen aanspraak maken op Europese steun bij nieuwbouw en modernisering van vissersvaartuigen. Dit is de enige « straf » die op dit ogenblik voorzien is.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2880
vissersvaartuigen zal bijdragen tot een verhoogde transparantie van de controle.
nautaires contribuera à une transparence accrue du controˆle.
Op 1 juli 1999 trad de gewijzigde controleverordening in werking. De hierin opgenomen wijzigingen hebben tot doel bij te dragen tot een gelijkheid in behandeling en een grotere transparantie in het globale controlegebeuren.
Au 1er juillet 1999, le règlement modifié relatif au controˆle est entré en vigueur. Les modifications qui y figurent ont pour but de contribuer à une égalité de traitement et à une plus grande transparence de l’ensemble des processus de controˆle.
Verder kwam op 1 januari 2000 de nieuwe verordening met betrekking tot de technische maatregelen, van kracht. Bepaalde maatregelen in verband met de bijvangsten die voor onze vissers moeilijkheden met de controlediensten opleverden, werden versoepeld.
De plus, le 1er janvier 2000, le nouveau règlement relatif aux mesures techniques est entré en vigueur. Certaines mesures concernant les captures accessoires, qui ont été pour nos pêcheurs source de difficultés avec les services de controˆle, ont été assouplies.
Ik wens hier nogmaals te herhalen dat de eigenlijke controle op de naleving door de nationale visserijsectoren, van de bepalingen vervat in het gemeenschappelijk visserijbeleid door de controleautoriteiten van de lidstaten dient te gebeuren. Het is echter de bevoegdheid van de Europese Commissie om het toezicht op die controle uit te oefenen en in het bijzonder, om de uniformiteit van de uitvoering ervan door de verschillende lidstaten, te controleren.
Je souhaite rappeler à nouveau que le controˆle proprement dit du respect par les secteurs nationaux de la pêche des dispositions comprises dans la politique communautaire de la pêche, doit être réalisé par les instances de controˆle des E´tats membres. Il est toutefois de la compétence de la Commission européenne d’exercer la surveillance sur ce controˆle, et en particulier de controˆler l’uniformité de sa réalisation par les différents E´tats membres.
DO 1999200000798
DO 1999200000798
Vraag nr. 26 van de heer Luc Goutry van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 26 de M. Luc Goutry du 28 février 2000 (N.) :
Visserijsector. — Bijzondere nationale belastingregelingen of subsidieregelingen.
Secteur de la pêche. — Régimes fiscaux ou subventionnement spéciaux.
Het is u wel bekend dat er in verschillende Europese landen financie¨le overdrachten van de overheid aan de visserijsector gebeuren met alle gevolgen voor de exploitatie van de visbestanden enerzijds en de internationale concurrentieverhouding anderzijds.
Vous n’ignorez certainement pas que plusieurs pays européens soutiennent financièrement le secteur de la pêche, avec toutes les conséquences que cela implique pour l’exploitation des réserves de pêche, d’une part, et pour la concurrence internationale, d’autre part.
In verschillende Europese landen wordt de visserijsector op een verschillende manier gesubsidieerd. Er zijn Europese programma’s met een Belgische of Vlaamse bijdrage, doch hierop heeft uiteraard de Europese Commissie duidelijk zicht.
Plusieurs pays européens subventionnent de différentes manières le secteur de la pêche. Il existe également des programmes européens auxquels participent la Belgique ou la Flandre, mais qui sont bien connus de la Commission européenne.
Naast deze Europese steunverlening blijken er ook nationale subsidieregelingen en belastingregelingen te bestaan specifiek voor de visserijsector. In sommige Europese landen bestaan er belastingregelingen specifiek voor de vissector, die afwijken van het normale belastingregime. Dit gebeurt niet alleen voor de aanvoersector maar ook voor de visverwerkende industrie en de aquacultuur.
Outre l’aide européenne, il existe également au niveau des E´tats membres des régimes fiscaux et de subventionnement spécifiques au secteur de la pêche. Certains pays européens appliquent des régimes fiscaux spécifiques au secteur de la pêche, lesquels dérogent par conséquent au régime d’imposition ordinaire. L’industrie de la transformation du poisson et le secteur de l’aquaculture bénéficient également de ces régimes spéciaux.
1. Kent ons land bijzondere belastingregelingen of subsidieregelingen die specifiek bedoeld zijn ten voordele van de visserijsector ?
1. Notre pays connaıˆt-il des régimes fiscaux ou de subventionnement spéciaux, spécifiquement destinés au secteur de la pêche ?
2. Zo ja, welke zijn deze ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2. Dans l’affirmative, quels sont ces régimes ? 1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2881
3. Zo neen, overweegt ons land om zoals andere Europese landen de visserijsector extra te steunen via belasting- of subsidieregelingen ?
3. Dans la négative, notre pays envisage-t-il — à l’instar d’autres pays européens — d’accorder un soutien particulier au secteur de la pêche par le biais de régimes fiscaux ou de subventionnement spéciaux ?
Antwoord : Wat betreft specifieke belastingregelingen met betrekking tot de visserijsector verwijs ik u naar het antwoord dat mijn collega van Financie¨n zal geven. (Vraag nr. 241 van 28 februari 2000.)
Réponse : En ce qui concerne les régimes d’imposition spécifiques au secteur de la pêche, je vous renvoie à la réponse qui sera donnée par mon collègue des Finances. (Question no 241 du 28 février 2000.)
Wat de subsidieregelingen ten voordele van de visserijsector betreft, kan ik het volgende melden.
Pour ce qui est des régimes de subsides au profit du secteur de la pêche, je peux signaler ce qui suit.
Het nationale visserijbeleid kadert in het visserijbeleid van de Europese Gemeenschap. De maatregelen ten gunste van het prijs- en marktbeleid worden volledig gesteund door de Gemeenschap terwijl het structuurbeleid medegefinancierd wordt door de Gemeenschap. Binnen dit structuurbeleid behoren in ons land de subsidieregelingen aan de bedrijven ten voordele van de visserijsector tot de bevoegdheid van de gewesten.
La politique nationale de la pêche s’inscrit dans le cadre de la politique de la pêche de la Communauté européenne. Les mesures en faveur de la politique des prix et des marchés sont entièrement subsidiées par la Communauté, tandis que la politique des structures est ` l’intérieur de cette cofinancée par la Communauté. A politique des structures, les régimes de subsides aux entreprises du secteur de la pêche relèvent, dans notre pays, de la compétence des régions.
Op federaal vlak wordt de visserijsector gesteund via :
Au niveau fédéral, le secteur de la pêche est aidé via :
— het koninklijk besluit van 5 mei 1973 houdende maatregelen ter aanpassing van de Belgische zeevisserij aan de evolutie van het internationaal visserijgebeuren;
— l’arrêté royal du 5 mai 1973 prévoyant des mesures en vue de l’adaptation de la pêche maritime belge à l’évolution qui caractérise cette pêche sur le plan international;
— het koninklijk besluit van 1 maart 1958 tot regeling van de toekenning van premies om het boekhouden door de reders ter zeevisserij aan te moedigen;
— l’arrêté royal du 1er mars 1958 réglant l’octroi de primes pour l’encouragement de la tenue de comptabilité par les armateurs à la pêche maritime;
— het besluit van de Regent van 11 april 1950 betreffende de toekenning van een toelage aan de bedienden van de vismijn belast met het opmaken van statistische tabellen inzake zeevisserij, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 september 1989;
— l’arrêté du Régent du 11 avril 1950 relatif à l’octroi d’une allocation aux agents de minques à poisson, chargés de la confection de tableaux statistiques en matière de pêche maritime, modifié par l’arrêté royal du 18 septembre 1989;
— de wet van 23 september 1931 betreffende de aanwerving van personeel ter zeevisserij, gewijzigd bij de wet van 20 november 1974. Bij de wet van 20 november 1974 werd het « Fonds voor scheepsjongens » opgericht;
— la loi du 23 septembre 1931 sur le recrutement du personnel de la pêche maritime, modifié par la loi du 20 novembre 1974. La loi du 20 novembre 1974 a institué le « Fonds des mousses »;
— het ministerieel besluit van 6 mei 1997 betreffende de structurele bijstand in de zeevisserij, in het kader van een tijdelijk samenwerkingsverband, inrichting van mariene zones langs de kust en tijdelijke stillegging van visserij-activiteiten.
— l’arrêté ministériel du 6 mai 1997 relatif aux interventions à finalité structurelle dans la pêche maritime, dans le cadre d’une association temporaire d’entreprises, de l’aménagement de zones marines coˆtières et de l’arrêt temporaire des activités de pêche.
Deze laatste maatregel geniet eveneens van cofinanciering van de Europese Gemeenschap.
Cette dernière mesure bénéficie également d’un cofinancement de la Communauté européenne.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2882
Middenstand
Classes moyennes
DO 1999200000869
DO 1999200000869
Vraag nr. 20 van de heer Yves Leterme van 8 maart 2000 (N.) :
Question no 20 de M. Yves Leterme du 8 mars 2000 (N.) :
Werking van de provinciale kamers voor ambachten en neringen.
Fonctionnement des chambres provinciales des métiers et négoces.
Krachtens de wetgeving betreffende de bevordering van het zelfstandig ondernemerschap worden door de provinciale kamers voor ambachten en neringen attesten van kennis van bedrijfsbeheer uitgereikt. Deze attesten zijn nodig voor het aanvragen van een handelsregister.
Conformément à la législation relative à la promotion de l’entreprise indépendante, les chambres provinciales de métiers et négoces délivrent des attestations relatives à la connaissance de la gestion d’entreprise. Ces attestations sont nécessaires pour l’obtention d’un registre de commerce.
Deze attesten kunnen ook worden aangevraagd op naam van een vennootschap, waarvan de wet vereist dat de zaakvoerder van de vennootschap zijn functie ook daadwerkelijk uitoefent.
Les attestations en question peuvent également être demandées au nom d’une entreprise. La loi exige alors que le gérant de l’entreprise exerce réellement cette fonction.
De voorzitter en leden van deze kamers stellen vaak bijkomende vragen en zouden vaak ook bijkomende voorwaarden stellen vooraleer er een attest wordt uitgereikt.
Le président et les membres des chambres de métiers et négoces posent souvent des questions supplémentaires ou imposent des conditions supplémentaires avant de délivrer l’attestation.
1. a) Heeft u kennis van de toepassing van de betreffende reglementering ?
1. a) Eˆtes-vous au courant de l’application de cette réglementation ?
b) Hoe wordt deze reglementering in het algemeen toegepast ?
b) Comment la réglementation est-elle généralement appliquée ?
c) Wordt deze reglementering verschillend toegepast in de provincies ?
c) La réglementation est-elle appliquée différemment selon les provinces ?
2. Is het de voorzitter en de leden van deze kamers voor ambachten en neringen toegestaan om bijkomende niet door de wet opgelegde voorwaarden te stellen ?
2. Le président et les membres des chambres des métiers et négoces sont-ils autorisés à imposer des conditions supplémentaires qui ne sont pas prévues par la loi ?
3. a) Is het in concreto toegestaan dat de kamers bij aanvragen door een vennootschap vereisen dat er een bewijs van bezoldiging van de zaakvoerder wordt voorgelegd, daar waar de wet enkel een daadwerkelijke uitvoering van het mandaat vereist ?
3. a) Plus concrètement, en cas de demande émanant d’une société, les chambres sont-elles autorisées à exiger la présentation d’une preuve de rémunération du gérant alors que la loi n’exige qu’une preuve de l’exercice effectif du mandat ?
b) Wat kunnen dergelijke bewijzen van bezoldiging zijn ?
b) Quelle forme ces preuves de rémunération peuvent-elles prendre ?
Antwoord : Ik ben zo vrij het geachte lid te wijzen op de bepalingen van artikel 9, § 3, van het koninklijk besluit van 21 oktober 1998 tot uitvoering van hoofdstuk I van titel II van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap.
Réponse : Je me permets de rappeler à l’honorable membre les dispositions de l’article 9, § 3, de l’arrêté royal du 21 octobre 1998, portant exécution du chapitre Ier du titre II de la loi-programme du 10 février 1998 pour la promotion de l’entreprise indépendante.
Aangezien deze bepalingen het bureau van de kamer van ambachten en neringen opdragen, na te gaan of
E´tant donné que ces dispositions imposent au bureau de la chambre des métiers et négoces de vérifier
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2883
degene die de vaardigheid bewijst, daadwerkelijk het dagelijks bestuur van de onderneming uitoefent, is het legitiem dat het bureau zich daarvan vergewist met alle mogelijke bewijsmiddelen om zijn beslissing te staven (belang van de deelneming in de vennootschap, arbeidscontract, enz.) Deze bepalingen hebben dus essentieel tot doel het gebruik van stromannen tegen te gaan.
si la personne apportant la preuve des compétences exercera effectivement la gestion journalière de l’entreprise, il est légitime que le bureau s’en assure par tous moyens de preuve qu’il juge utile pour fonder sa décision (hauteur de la participation dans la société, contrat d’emploi suffisant avec cette dernière, etc.) Ces dispositions tendent essentiellement à éviter le recours à un prête-nom.
Zowel de verschillende kamers van ambachten en neringen als de Vestingsraad, dit is het administratief rechtscollege dat in beroep beslist, hebben een zekere jurisprudentie terzake doen ontstaan.
Tant les différentes chambres des métiers et négoces que le Conseil d’établissement, juridiction administrative statuant en instance d’appel, ont adopté une certaine jurisprudence en la matière.
Minister van Justitie
Ministre de la Justice
DO 0000199950255
DO 0000199950255
Vraag nr. 47 van de heer Alfons Borginon van 22 september 1999 (N.) :
Question no 47 de M. Alfons Borginon du 22 septembre 1999 (N.) :
Aalmoezeniersdiensten in strafinrichtingen.
Services pour les aumoˆniers dans les établissements pénitentiaires.
In het Belgisch Staatsblad van 5 augustus 1999 werd het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende oprichting van een dienst voor aalmoezeniers behorende tot één van de erkende erediensten en morele consulenten bij de strafinrichtingen en tot vaststelling van hun administratief en geldelijk statuut gepubliceerd. Uit de aanhef valt op te maken dat het hier gaat om een overheveling van de personeelsformatie van het aalmoezeniersschap van de « Buitendiensten » van het directoraat-generaal Strafinrichtingen naar een nieuwe Dienst voor aalmoezeniers. Het verzoek tot deze overheveling is afkomstig van de ministers van Begroting en van Ambtenarenzaken.
Le Moniteur belge du 5 aouˆt 1999 a publié l’arrêté royal du 13 juin 1999 portant création d’un service pour les aumoˆniers appartenant à un des cultes reconnus et pour les conseillers moraux auprès des établissements pénitentiaires et fixant leur statut administratif et pécuniaire. On peut inférer du préambule que cet arrêté vise en fait à transférer le cadre organique de l’aumoˆnerie des « Services extérieurs », qui relève de la direction générale des E´tablissements pénitentiaires, vers un nouveau Service pour les aumoˆniers. Il est procédé à ce transfert à la demande des ministres du Budget et de la Fonction publique.
Uit dit koninklijk besluit valt ook op te maken dat deze diensten voortaan 72 betrekkingen omvatten, waarvan 37 voor de roomskatholieke eredienst, 13 voor de vrijzinnige gemeenschap, 12 voor de islamitische, 7 voor de protestantse, 2 voor de orthodoxe en 1 voor de Israe¨lische eredienst.
Il ressort aussi de cet arrêté royal que ces services comprendront dorénavant 72 emplois dont 37 pour le culte catholique romain, 13 pour la laı¨cité, 12 pour la communauté islamique, 7 pour la communauté protestante, 2 pour la communauté orthodoxe et 1 pour la communauté israélite.
Dit lijkt erop te wijzen dat het koninklijk besluit meer beoogt dan alleen het realiseren van de in de aanhef genoemde overheveling naar een eigen dienst.
Cela porte à croire que la finalité de cet arrêté royal ne se limite pas à réaliser le transfert dont il est question dans son préambule.
1. In verband met de bestuurlijke structuur : welke motieven zijn er voor deze overheveling van de « Buitendiensten » naar een eigen dienst ?
1. Concernant la structure administrative du service concerné, puis-je vous demander ce qui justifie ce transfert ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
369
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2884
2. In verband met de omvang van de dienst :
2. Concernant l’importance de ce service :
a) Hoe groot was het bezoldigde kader per eredienst voorheen (tot op het in werking treden van de nieuwe reglementering) ?
a) Quelle était auparavant la taille du cadre rémunéré par culte (jusqu’à l’entrée en vigueur de la nouvelle réglementation) ?
b) Welke criteria zijn gehanteerd bij het vaststellen van het totaal aantal bezoldigde aalmoezeniers op 72 plaatsen ?
b) Quels critères a-t-on utilisés pour fixer à 72 postes le nombre total d’aumoˆniers rémunérés ?
c) Welke criteria zijn gehanteerd bij het vaststellen van de verschillende contingenten per erkende godsdienst/levensbeschouwing ?
c) Quels critères a-t-on utilisés pour fixer les différents contingents par religion/conception philosophique ?
3. In verband met de financiering van de aalmoezeniersschappen :
3. Concernant le financement des aumoˆneries :
a) Welke budgettaire weerslag op jaarbasis heeft het voorheen geldende systeem van aalmoezeniers in strafinrichtingen en hoe is de verdeling per erkende godsdienst/levensbeschouwing ?
a) Quelle incidence budgétaire avait annuellement l’ancien système des aumoˆniers dans les établissements pénitentiaires et comment se répartissait cette incidence entre religions et conceptions philosophiques reconnues ?
b) Welke budgettaire weerslag op jaarbasis heeft het per 1 september 1999 in te voeren systeem van bezoldigde ambtenaren ?
b) Quelle incidence budgétaire annuelle a le système des fonctionnaires rémunérés qui a été instauré le 1er septembre 1999 ?
Welke weerslag heeft het in artikel 1, 2o, van het bovengenoemde koninklijk besluit van 13 juni 1999 bedoelde vervangingssysteem op basis van vakantievergoedingen (alle erediensten/levensbeschouwingen) ?
Quelle incidence a le système de remplacement sur la base d’indemnités de congé (toutes religions/ conceptions philosophiques confondues) prévu à l’article 1er, 2o, de l’arrêté royal du 13 juin 1999 ?
c) Indien er sprake is van een kadervergroting, wordt er dan bezuinigd aan niet-bezoldigde aalmoezeniers en in welke omvang ?
c) S’il y a eu extension de cadre, réalise-t-on des économies avec des aumoˆniers non rémunérés et quelle est l’importance de ces économies ?
Antwoord : Het is de bedoeling de zes erkende erediensten en de vrijzinnige gemeenschap op een gelijkwaardige en evenredige manier te laten vertegenwoordigen binnen de strafinrichtingen. Om de functionele autonomie van de aalmoezeniers en de morele consulenten tegenover de gevangenishie¨rarchie te benadrukken werd geopteerd voor een afzonderlijke dienst.
Réponse : L’intention est d’accorder aux six cultes reconnus et à la communauté laı¨que une représentation équivalente et proportionnelle au sein des établissements pénitentiaires. Afin d’insister sur l’indépendance fonctionnelle des aumoˆniers et des conseillers moraux à l’égard de la hiérarchie pénitentiaire, l’on a opté pour un service distinct.
In het systeem dat tot op heden nog steeds van kracht is, worden enkel katholieke aalmoezeniers (31 voltijdse + 9 deeltijdse betrekkingen) en één (voltijdse) protestantse hoofdaalmoezenier bezoldigd. Anderen worden betaald per vacatie. In het begrotingsjaar 1998 werd 30,5 miljoen frank aan salarissen uitbetaald, en 3,2 miljoen frank aan vacatiegelden.
Dans le système toujours en vigueur jusqu’à présent, seuls les aumoˆniers catholiques (31 postes à temps plein + 9 à temps partiel) et un aumoˆnier en chef protestant (à temps plein) sont appointés. D’autres sont payés à la vacation. Durant l’exercice budgétaire 1998, 30,5 millions de francs ont été affectés au paiement des salaires et 3,2 millions de francs à celui des vacations.
De nieuwe regeling zoals uitgewerkt door mijn voorganger voldoet bij de betrokken partijen niet aan de verwachtingen.
La nouvelle réglementation telle qu’élaborée par mon prédécesseur ne répond pas aux attentes des parties concernées.
Daarom heb ik besloten deze reglementering volledig opnieuw te bekijken.
Dès lors, j’ai décidé de revoir entièrement cette réglementation.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2885
DO 0000199950263
DO 0000199950263
Vraag nr. 50 van de heer Geert Bourgeois van 23 september 1999 (N.) :
Question no 50 de M. Geert Bourgeois du 23 septembre 1999 (N.) :
Maatschappelijke enquêtes. — Achterstand en kwaliteitsbewaking.
Enquêtes sociales. — Arriéré et controˆles de qualité.
In antwoord op vragen van mezelf en mijn collega Karel Van Hoorebeke verklaarde de vorige minister werk te zullen maken van de wegwerking van de achterstand inzake maatschappelijke enquêtes door het aanwerven van meer justitie-assistenten.
En réponse à des questions posées par mon collègue Karel Van Hoorebeke et par moi-même, le précédent ministre a exprimé son intention de recruter un plus grand nombre d’assistants de justice en vue de résorber le retard en matière d’enquêtes sociales.
Het probleem is echter complexer. Er is het gegeven van ongrondwettelijkheid van het inschakelen van de federale justitieassistenten voor burgerrechtelijke enquêtes, maar er zijn ook vragen bij de doelmatigheid van de organisatie en de sturing van de onderzoeken evenals bij de kwaliteit van een aantal enquêtes.
Le problème est cependant plus complexe. Ainsi, le recours à des assistants de justice fédéraux pour des enquêtes civiles est anticonstitutionnel. On peut par ailleurs également s’interroger sur l’efficacité de l’organisation et de la coordination des enquêtes ainsi que sur la qualité d’un certain nombre d’enquêtes.
Inzake doelmatigheid zijn er klachten over het tijdsverloop zowel tussen het moment van het vonnis van de rechter en de ontvangst van de opdracht door de assistent als van het maatschappelijk onderzoek zelf.
Sur le plan de l’efficacité, le délai entre le jugement et la signification de la mission à l’assistant et ensuite la réalisation de l’enquête sociale proprement dite suscitent des doléances.
Er zijn ook klachten over de kwaliteit van de enquêtes (onder andere : foute informatie, onzorgvuldige of niet-neutrale weergave van feiten, onvolledige informatie, subjectieve of « van horen zeggen » informatiebronnen).
La qualité des enquêtes fait également l’objet de plaintes (informations erronées, compte rendu approximatif ou tendancieux des faits, informations incomplètes, sources d’information subjectives ou « par ouı¨dire »).
1. a) Heeft u weet van vertraging in het doorgeven van de opdracht van de (vrede)rechter door het parket aan de dienst van de justitie-assistenten ?
1. a) Eˆtes-vous au courant de retards dans la transmission de la mission du juge (de paix) par le parquet au service des assistants de justice ?
b) Zo ja, overweegt u terzake maatregelen te nemen en instructies te geven om hieraan een einde te maken ?
b) Dans l’affirmative, avez-vous l’intention de prendre des mesures et de donner des instructions pour mettre un terme à cette situation ?
2. a) Heeft u weet van vertraging in de uitvoering van de opdracht (onder andere : lang wachten om de opdracht aan te vatten, lange tussenperiodes tussen de verschillende gesprekken en enquêtes, ...) ?
2. a) Eˆtes-vous au courant de retards dans l’exécution de la mission (retards dans l’ouverture de l’enquête, longs « temps morts » entre les différents entretiens, etc.) ?
b) Zo ja, overweegt u terzake maatregelen te nemen en instructies te geven om hieraan een einde te maken ?
b) Dans l’affirmative, avez-vous l’intention de prendre des mesures et de donner des instructions pour mettre un terme à cette situation ?
3. a) Eenmaal de opdracht gegeven is, is er dan voldoende sturing en controle van het onderzoek ?
3. a) Lorsque la mission a été confiée, a-t-on prévu une coordination et un controˆle suffisants de l’enquête ?
b) Zo ja, door wie ?
b) Dans l’affirmative, qui s’en charge ?
c) Overweegt u hier bijkomende maatregelen ?
c) Envisagez-vous des mesures complémentaires dans ce cadre ?
4. Hoe wordt er voorzien in de kwaliteitsbewaking van de maatschappelijke onderzoeken ?
4. Qu’en est-il des controˆles de qualité en ce qui concerne les enquêtes sociales ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2886
Antwoord :
Réponse :
1. a) en b) Ik vestig er de aandacht op dat door de vrederechters geen burgerrechtelijke opdrachten kunnen worden overgemaakt aan de justitieassistenten. Er zijn mij evenwel geen algemeen voorkomende vertragingen bekend in het doorgeven van de opdrachten door het parket aan de justitieassistenten. Instructies terzake zijn bijgevolg overbodig.
1. a) et b) J’attire l’attention sur le fait qu’aucune mission civile ne peut être transmise par les juges de paix aux assistants de justice. Dans l’ensemble cependant, il n’y a pas de retard connu dans la transmission des missions par le parquet aux assistants de justice. Des instructions en cette matière sont par conséquent superflues.
2. a) Er werden in 1999 2 450 nieuwe burgerlijke opdrachten ontvangen in de justitiehuizen en er werden 2 477 opdrachten volledig afgewerkt. Ondanks dit positief saldo, bedroeg op 31 december 1999 het aantal niet-uitgevoerde opdrachten nog steeds 1 009, een niet onaanzienlijk aantal dat maar kan worden weggewerkt door de blijvende inschakeling van justitieassistenten uit andere sectoren. Het probleem van de achterstand is destijds ontstaan omdat Justitie voor deze materie werd bevoegd gemaakt zonder dat het nodige personeel op het terrein aanwezig was of de noodzakelijke opleiding had genoten.
2. a) En 1999, 2 450 nouvelles missions civiles ont été envoyées dans les maisons de justice et 2 477 missions ont été complètement cloˆturées. Malgré ce solde positif, le nombre de missions non exécutées s’élevait encore, le 31 décembre 1999, à 1 009, nombre considérable qui ne peut être résorbé que par la mise en service permanente d’assistants de justice provenant d’autres secteurs. Le problème de l’arriéré résulte en fait que la compétence en cette matière a été attribuée à la Justice sans que le personnel indispensable soit présent sur le terrain ou ait reçu la formation nécessaire.
De uitvoeringstermijn van een maatschappelijke enquête verschilt niet van degene die destijds door de gemeenschappen werd gehanteerd. Op een enkele individuele klacht na, zijn er over de kwaliteit van de uitgevoerde opdrachten geen algemeen geldende klachten, wel integendeel.
Le délai d’exécution d’une enquête sociale ne diffère pas de celui qui était auparavant appliqué ` part quelques plaintes par les communautés. A individuelles, il n’y a pas de réclamations générales sur la qualité des missions exécutées, bien au contraire.
b) Momenteel zijn er in deze sector van de burgerlijke opdrachten 77 justitieassistenten tewerkgesteld, terwijl er slechts 54 zijn aangeworven : 46 in 1998 en 8 in 1999 als tijdelijke versterking gedurende 18 maanden. Er werden dus reeds maatregelen genomen om de achterstand weg te werken. In een aantal gerechtelijke arrondissementen is de achterstand inmiddels al weggewerkt. In andere zoals Antwerpen, Brussel, Turnhout, Gent, Brugge, Kortrijk, Charleroi, Hoei, Luik, Verviers en Dinant zullen de noodmaatregelen nog moeten worden volgehouden en indien mogelijk zelfs worden versterkt.
b) 77 assistants de justice sont actuellement employés dans ce secteur des missions civiles, alors que 54 seulement avaient été engagés : 46 en 1998 et 8 en 1999, comme renfort temporaire pour une durée de 18 mois. Des dispositions ont donc déjà été prises en vue de résorber l’arriéré. Entre-temps, l’arriéré a déjà été résorbé dans certains arrondissements judiciaires. Dans d’autres, comme Anvers, Bruxelles, Turnhout, Gand, Bruges, Courtrai, Charleroi, Huy, Liège et Dinant, les mesures devront encore être maintenues et même, si possible, être renforcées.
3 en 4. Er werden grote inspanningen geleverd, zowel op het vlak van de omkadering van de justitieassistenten als op het vlak van de werkorganisatie met het doel om de toevertrouwde opdracht zo goed mogelijk uit te voeren. Op het vlak van de omkadering, werden talrijke specifieke opleidingen georganiseerd door de adjunct-adviseurs verantwoordelijk voor de opleiding. In het Vlaamse landsgedeelte kon hiervoor zelfs worden gerekend op de medewerking van maatschappelijk assistenten bij de Vlaamse Gemeenschap die over praktijkervaring in dit werk beschikken. Ook supervisie en functioneringsgesprekken met
3 et 4. De gros efforts ont été fournis, aussi bien sur le plan de l’encadrement des assistants de justice que sur celui de l’organisation du travail, dans le but d’exécuter au mieux les missions confiées. Sur le plan de l’encadrement, de nombreuses formations spécifiques ont été organisées par les conseillers adjoints responsables de la formation. Dans la partie flamande du pays, on a même pu compter à cet effet sur la collaboration des assistants sociaux de la Communauté flamande, qui possèdent l’expérience pratique de ce travail. En outre, des supervisions et des entretiens de fonctionnement avec les assistants de justice concernés
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2887
de betrokken justitieassistenten worden regelmatig voorzien. Op het vlak van de werkorganisatie werden initiatieven genomen zoals de verhoging van het aantal bureelgesprekken, vergaderingen met de magistraten, een verbetering van het tijdsgebruik, een verbetering van de methodologie van het werk, enz. Inmiddels hebben de justitieassistenten in deze sector zelf ook al enige praktijkervaring opgedaan hetgeen naar de toekomst toe de kwaliteit van het geleverd werk ten goede zal komen.
sont régulièrement prévus. Sur le plan de l’organisation du travail, des initiatives ont été prises, comme l’augmentation du nombre des entretiens du bureau, des réunions avec les magistrats, une meilleure gestion du temps, l’amélioration de la méthodologie du travail, etc. Entre-temps, les assistants de justice actifs dans ce secteur ont eux-mêmes acquis une expérience pratique, ce qui influencera positivement la qualité du travail fourni.
De inspanningen terzake zullen worden voortgezet en zelfs worden opgevoerd in sommige arrondissementen. Het budget voor de opleiding van het personeel in de justitiehuizen werd opgetrokken van 8 miljoen in 1999 naar 20,6 miljoen frank in 2000.
Les efforts consentis en cette matière seront poursuivis et même intensifiés dans certains arrondissements. Le budget consacré à la formation du personnel des maisons de justice est passé de 8 millions en 1999 à 20,6 millions de francs en 2000.
DO 1999200000428
DO 1999200000428
Vraag nr. 128 van de heer Luc Goutry van 20 december 1999 (N.) :
Question no 128 de M. Luc Goutry du 20 décembre 1999 (N.) :
Wet betreffende de collectieve schuldenregeling. — Aantal aanvragen en dossiers.
Loi relative au règlement collectif de dettes. — Nombre de demandes et de dossiers.
De wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling trad in werking op 1 januari 1999. Na enkele maanden blijkt in de praktijk dat de toepassing van deze wet een enorme administratie met zich mee brengt.
La loi du 5 juillet 1998 relative au règlement collectif de dettes est entrée en vigueur le 1er janvier 1999. Quelques mois plus tard, il s’avère en pratique que l’application de cette loi engendre un volume énorme de formalités administratives.
1. Hoeveel aanvragen zijn er tot op heden reeds ingediend ?
1. Combien de demandes ont déjà été introduites à ce jour ?
2. Hoeveel dossiers zijn er lopende ?
2. Combien de dossiers sont en cours ?
3. a) Klopt het dat deze wet een enorme administratie met zich meebrengt ?
3. a) Est-il exact que cette loi engendre un volume énorme de formalités administratives ?
b) Zo ja, wat denkt u daaraan te doen ?
b) Dans l’affirmative, comment envisagez-vous d’y remédier ?
Antwoord : Ik moet het geachte lid meedelen dat mijn administratie slechts vanaf 1 januari 2000 systematisch statistische informatie verzamelt over de procedure van de collectieve schuldenregeling.
Réponse : Je dois informer l’honorable membre que mon administration ne récolte systématiquement des informations statistiques sur la procédure de règlement collectif de dettes que depuis le 1er janvier 2000.
Vanaf deze datum werden op het statistisch formulier voor de burgerlijke griffiers van de rechtbanken van eerste aanleg de volgende rubrieken toegevoegd :
Depuis cette date, les rubriques suivantes ont été ajoutées dans le formulaire statistique destiné aux greffes civils des tribunaux de première instance :
— aantal toelaatbare vorderingen;
— nombre de demandes admissibles;
— aantal minnelijke regelingen;
— nombre de règlements amiables;
— aantal gerechtelijke regelingen;
— nombre de règlements judiciaires;
— aantal schuldeisers per verzoeker.
— nombre de créanciers par requérant.
Deze informatie zal beschikbaar zijn omstreeks midden april 2000. Het is pas vanaf dan dat men over
Ces informations seront disponibles vers la mi-avril 2000. Ce n’est qu’alors qu’on disposera de données
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2888
betrouwbare cijfergegevens zal beschikken — en slechts voor het eerste trimester van het lopende jaar.
chiffrées fiables — et uniquement pour le premier trimestre de l’année en cours.
In verband met het derde luik van zijn vraag, kan ik aan het geachte lid meedelen dat de minister van Economie aan het « Observatoire du crédit et de l’endettement » opdracht heeft gegeven de wet te beoordelen op haar kwalitatieve aspecten (toepasbaarheid en doeltreffendheid). Het eindverslag van deze evaluatie zal in de komende maanden beschikbaar zijn.
Pour ce qui est du troisième volet de sa question, je puis informer l’honorable membre que le ministre de l’E´conomie a chargé l’Observatoire du crédit et de l’endettement d’évaluer la loi dans ses aspects qualitatifs (applicabilité et efficacité). Le rapport final de cette évaluation sera disponible dans les mois à venir.
DO 1999200000626
DO 1999200000626
Vraag nr. 147 van mevrouw Alexandra Colen van 31 januari 2000 (N.) :
Question no 147 de Mme Alexandra Colen du 31 janvier 2000 (N.) :
Criminaliteit te Brussel.
Criminalité à Bruxelles.
Naar verluidt werden in Brussel gedurende het jaar 1999 250 000 misdrijven genoteerd.
Il me revient qu’au cours de l’année 1999, on a enregistré, à Bruxelles, 250 000 délits.
Wat was het aantal misdrijven over 1998 en hoeveel daarvan hebben tot heden tot een sanctie geleid ?
Quel était le nombre enregistré en 1998 et combien de délits ont déjà donné lieu à une sanction ?
Antwoord : De statistische gegevens aangaande de inbreuken die gepleegd zijn in Brussel zijn gebaseerd ofwel op de processen-verbaal die door de politiediensten werden genoteerd en overgemaakt aan het parket, ofwel op deze zaken die door het parket ambtshalve werden geregistreerd. Hoewel er een onderscheid dient gemaakt te worden tussen het parket bij de correctionele rechtbank en de afdelingen van de politierechtbank van het gerechtelijk arrondissement Brussel worden in dit antwoord de algemene cijfers weergegeven die door het parket van Brussel middels het jaarlijkse activiteitenverslag werden meegedeeld.
Réponse : Les données statistiques relatives aux infractions commises à Bruxelles sont basées soit sur les procès-verbaux dressés par les services de police et transmis au parquet, soit sur les affaires enregistrées d’office par le parquet. Quoiqu’il faille faire une distinction entre le parquet près le tribunal correctionnel et les sections du tribunal de police de l’arrondissement judiciaire de Bruxelles, la présente réponse tient compte des chiffres communiqués par le parquet de Bruxelles dans le rapport d’activités annuel.
Hierbij spreekt het voor zich dat men zich moet beperken tot de geregistreerde als misdrijf omschreven feiten. Het ware ideaal om over gegevens te kunnen beschikken inzake alle misdrijven vanaf het moment van het plegen van de feiten tot en met de strafuitvoering van de personen die ervoor worden berecht. Het verwezenlijken van dit kwantitatieve luik kadert in een geı¨ntegreerde criminele statistiek, die moet toelaten de strafrechtelijke instellingen, hun werking en hun producten te beschrijven. Naast de informatisering van alle betrokken diensten en het homogeniseren van de gebruikte nomenclatuur en methodes van dataverwerking is dit een cruciale stap in de richting naar een geı¨ntegreerde statistiek.
Il va de soi qu’il convient de se limiter aux faits enregistrés comme infractions. L’idéal serait de pouvoir disposer de chiffres relatifs à toutes les infractions à partir du moment où les faits ont été commis jusqu’au moment de l’exécution de la peine par les personnes jugées pour ces faits. La réalisation de ce volet quantitatif s’inscrit dans le cadre d’une statistique criminelle intégrée qui doit permettre de décrire les institutions pénales, leur fonctionnement et leurs produits. Outre l’information de tous les services concernés et l’homogénéisation de la nomenclature et des méthodes de traitement de données utilisées, il s’agit d’une étape cruciale vers une statistique intégrée.
Heden is deze integratie in volle ontwikkeling maar kan er thans nog niet over beschikt worden. Om een zicht te krijgen op het aantal veroordelingen dat gedurende een bepaald jaar (per gerechtelijk arrondissement) werden uitgesproken dient men zich te baseren op de gegevens van het centraal strafregister, op basis
` ce jour, cette intégration est en phase de dévelopA pement intensif, mais il n’est pas encore possible de disposer de l’outil. Afin de pouvoir se faire une idée du nombre de condamnations prononcées au cours d’une année déterminée (par arrondissement judiciaire), il convient de se baser sur les données du casier judi-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2889
waarvan de dienst voor het Strafrechtelijk Beleid de rapporten opstelt aangaande de veroordelingen, opschortingen en interneringen. Deze laatste gegevens zijn evenwel nog maar beschikbaar aangaande de jaren 1993-1994 en 1995. Daarbij dient men ook te weten dat het niet mogelijk zal zijn om exhaustief uit te maken of de veroordelingsberichten van een bepaald jaar ook overeenkomen met het aantal vorderingen (zowel op het niveau van personen als zaken) die door de respectievelijke parketten werden gedaan.
ciaire central, sur la base desquelles le service de Politique criminelle rédige les rapports concernant les condamnations, les sursis et les internements. Cependant, ces dernières données ne sont encore disponibles que pour les années 1993-1994 et 1995. Dans ce contexte, il faut également savoir qu’il ne sera pas possible de savoir avec certitude si les avis de condamnation d’une année déterminée correspondent également au nombre d’actions (tant au niveau des personnes que des dossiers) mises en mouvement par les parquets respectifs.
Hierna worden de gegevens meegedeeld die reeds bekend zijn op parketniveau.
Ci-dessous figurent les données déjà connues au niveau du parquet.
In 1998 kwamen 215 623 strafzaken binnen en werden 285 517 zaken behandeld. Het gevolg dat hieraan gegeven werd kan als volgt onderverdeeld worden :
En 1998, 215 623 dossiers répressifs ont été constitués et 285 517 affaires ont été traitées. Les suites y réservées peuvent être réparties comme suit :
Rechtstreekse dagvaarding voor correctionele rechtbank .......................................... Naar onderzoeksrechter verwezen ............ Minnelijke schikkingen (voorgesteld) ........ Geseponeerde zaken (*) ............................ Naar andere overheid verwezen ................ Hangende zaken op 31 december 1998 .....
Citation directe devant le tribunal correctionnel ...................................................... Renvoi devant le juge d’instruction .......... Transactions (proposées) .......................... Affaires classées sans suite (*) .................. Renvoyées à une autre autorité ................ Affaires en cours au 31 décembre 1998 .....
4 3 1 182 31 64
008 443 022 277 894 205
4 3 1 182 31 64
008 443 022 277 894 205
(*) Het aantal geseponeerde zaken kan verder onderverdeeld worden als volgt :
(*) Le nombre d’affaires classées sans suite peut encore être subdivisé en :
Misdrijf niet bewezen ............................... Onbekende dader ..................................... Wegens opportuniteitsbeginsel .................. Onbestaand misdrijf ................................. Dader voortvluchtig .................................. Andere redenen ........................................
Infraction non prouvée ............................. Auteur inconnu ........................................ Application du principe d’opportunité ...... Infraction inexistante ................................ Auteur fugitif ............................................ Autres motifs ............................................
10 105 52 10 3
226 052 783 350 775 51
10 105 52 10 3
226 052 783 350 775 51
Verhoudingsgewijs uitgedrukt, heeft het parket van Brussel in 1998 :
En pourcentage, le parquet de Bruxelles a, en 1998 :
— in 1,7 % van de zaken vervolgd of minnelijke schikking voorgesteld;
— entamé des poursuites ou proposé une transaction dans 1,7 % des affaires;
— 6,8 % der zaken gevoegd bij andere dossiers;
— joint 6,8 % des affaires à d’autres dossiers;
— 3,3 % naar andere rechtsmachten verwezen wegens bevoegdheidsprincipe;
— renvoyé 3,3 % des affaires devant d’autres instances en raison du principe de compétence;
— 0,92 % van de gevallen doorverwezen naar de jeugdrechter of het jeugdbeschermingscomité;
— renvoyé 0,92 des affaires devant le juge de la jeunesse ou le comité de proctection de la jeunesse;
— 63,8 % der behandelde zaken geseponeerd.
— classé sans suite 63,8 % des affaires traitées.
Eind 1998 waren er in totaal nog 22,4 % van de zaken niet afgehandeld.
Fin 1998, 22,4 % des affaires n’étaient pas encore cloˆturées.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2890
DO 1999200000653
DO 1999200000653
Vraag nr. 152 van mevrouw Alexandra Colen van 3 februari 2000 (N.) : Gerechtelijke achterstand te Brussel. — Rechtsweigering. Er zijn mij gevallen bekend waar een ernstig verkeersongeval tien jaar ( !) geleden te Brussel nog tot geen enkele vergoeding heeft geleid omdat de griffie beweert dat er geen data op de rol beschikbaar zijn.
Question no 152 de Mme Alexandra Colen du 3 février 2000 (N.) : Arriéré judiciaire à Bruxelles. — Déni de justice.
Mijns inziens gaat het hier om rechtsweigering om de wijziging van het taalstatuut en taalexamen te verkrijgen. Wat overweegt u te doen om deze weigering te doen ophouden ? Antwoord : De griffie stelt de zaak niet vast omdat er geen data op de rol beschikbaar zijn. Strikt juridisch-technisch heeft dit niets met rechtsweigering te maken. Volgens artikel 5 van het Gerechtelijk Wetboek houdt rechtsweigering in dat een rechter weigert recht te spreken, wat duidelijk niet het geval is. Dit gezegd zijnde, kan niet worden ontkend dat er zich in Brussel problemen voordoen met de rechtsbedeling. Die vloeien gedeeltelijk voort uit het feit dat de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken het moeilijk maakt om de kaders op te vullen. De gevolgen van dergelijke onderbezetting laten zich op termijn gevoelen in het aantal dossiers dat op behandeling wacht. Teneinde dit probleem aan te pakken werd op de Ministerraad van 23 december 1999 een akkoord bereikt over een aantal te nemen maatregelen zijnde : — de aanwerving van vier bijkomende rechters voor de politierechtbank te Brussel; — het uitbreiden van de personeelsformatie van de plaatsvervangende raadsheren in het hof van beroep te Brussel met twaalf eenheden; — het aanwerven van bijkomende contractuele juristen op het parket; — binnen de grenzen van de actuele taalwetgeving het koninklijk besluit inzake de organisatie van de taalexamens herzien.
J’ai connaissance de certains cas dans lesquels un accident grave de la circulation survenu il y a dix ans ( !) à Bruxelles n’a encore donné lieu à aucune indemnisation parce que le greffe prétend qu’aucune date n’est disponible sur le roˆle. ` mon sens, cet état de choses revient à un déni de A justice délibéré dans le but d’obtenir une modification du statut et de l’examen linguistiques. Que comptez-vous faire pour mettre un terme à ce déni de justice ? Réponse : Le greffe ne fixe pas l’affaire parce qu’il n’y a pas de date disponible au roˆle. Sur un plan strictement juridico-technique, cela n’a rien à voir avec le déni de justice. D’après l’article 5 du Code judiciaire, le déni de justice consiste en ce qu’un juge refuse de dire le droit, ce qui n’est manifestement pas le cas. Cela étant dit, on ne peut nier que des problèmes se posent à Bruxelles en ce qui concerne l’administration de la Justice. Ceux-ci découlent en partie du fait que la loi du 15 juin 1935 sur l’emploi des langues en matière ` judiciaire rend difficile le complètement des cadres. A terme, les conséquences d’un tel manque de personnel se font sentir dans le nombre de dossiers en attente d’être traités. Dans le but de s’attaquer à ce problème, un accord a été obtenu, lors du Conseil des ministres du 23 décembre 1999, sur une série de mesures à prendre, à savoir : — l’engagement de quatre juges supplémentaires au tribunal de police de Bruxelles; — l’extension — douze unités — du cadre des conseillers suppléants à la cour d’appel de Bruxelles; — l’engagement de juristes contractuels supplémentaires au parquet; — la révision, dans les limites de l’actuelle législation linguistique, de l’arrêté royal concernant l’organisation des examens linguistiques.
DO 1999200000654
DO 1999200000654
Vraag nr. 153 van de heer Francis Van den Eynde van 3 februari 2000 (N.) : De Haan. — Duitse staatsburgers. — Banden met extreemlinkse organisaties. Op 25 januari 2000 zouden twee pelotons van het speciale interventie-eskadron van de rijkswacht zeer
Question no 153 de M. Francis Van den Eynde du 3 février 2000 (N.) : De Haan. — Ressortissants allemands. — Liens avec des organisations d’extrême gauche. Le 20 janvier 2000, deux pelotons de l’escadron spécial d’intervention de la gendarmerie auraient fait
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2891
vroeg in de morgen binnengevallen zijn in een flatwoning die zich op de dijk in De Haan bevindt.
irruption, aux petites heures, dans un appartement situé à De Haan, sur la digue.
Deze operatie waarvan lokale politie noch lokale rijkswacht werden geı¨nformeerd, zou uitgevoerd geweest zijn op verzoek van de Duitse gerechtelijke overheid. Alles had te maken met de aanwezigheid in het betrokken appartement van acht Duitse staatsburgers die er niet alleen van verdacht worden nauwe banden met de Koerdische PKK te onderhouden, maar bovendien nog lid geweest zouden zijn van de extreemlinkse Duitse terreurorganisatie « Rote Armee Fraction ».
Cette opération, dont ni la police ni la gendarmerie locales n’avaient été informées, aurait eu lieu à la demande des autorités judiciaires allemandes et était liée à la présence, dans l’appartement en question, de huit ressortissants allemands suspectés non seulement d’entretenir des liens étroits avec l’organisation kurde « PKK », mais également d’avoir été membres de l’organisation terroriste allemande « Fraction Armée Rouge ».
Voor zover ik goed geı¨nformeerd ben, werd er niets compromitterends in de flatwoning gevonden zodat de acht Duitsers, tot grote ontgoocheling van de aanwezige Duitse politieagenten, dienden vrijgelaten te worden.
Si je suis bien informé, aucune découverte compromettante n’ayant été effectuée dans l’appartement — à la grande déception des agents de la police allemande présents sur les lieux —, les huit Allemands ont duˆ être laissés en liberté.
1. Kan u deze lezing der feiten bevestigen ?
1. Pouvez-vous confirmer les faits tels que décrits ci-dessus ?
2. Kan u mededelen of er banden bestaan tussen de betrokken Duitsers en de extreemlinkse organisaties bij ons ?
2. Pouvez-vous indiquer s’il existe des liens entre les Allemands concernés et les organisations d’extrême gauche actives dans notre pays ?
3. Wordt er nog steeds niet overwogen de activiteiten van de PKK op ons grondgebied enigszins aan banden te leggen ?
3. N’envisage-t-on toujours pas de soumettre les activités du PKK sur notre territoire à des mesures de restriction ?
Antwoord : Op grond van de inlichtingen die mij door de gerechtelijke overheden zijn bezorgd, deel ik het geachte lid het volgende mee.
Réponse : Sur la base des renseignements qui m’ont été communiqués par les autorités judiciaires, je porte à la connaissance de l’honorable membre ce qui suit.
1. Op 24 januari 2000 ontvingen de gerechtelijke overheden een rechtshulpverzoek uitgaande van de Duitse overheden inzake een aantal personen verdacht van lidmaatschap van een terroristische vereniging, overeenkomstig het Duitse Strafwetboek. Het rechtshulpverzoek strekte er enkel toe een huiszoeking uit te voeren in een vakantiewoning in De Haan, de aldaar aanwezige personen te identificeren en aangetroffen documenten, nuttig voor het Duitse onderzoek, in beslag te nemen. Acht Duitse onderdanen werden in de woning aangetroffen en voor de duur van het onderzoek weerhouden. Diverse documenten werden in beslag genomen en aan de Duitse autoriteiten overgemaakt.
1. Le 24 janvier 2000, les autorités judiciaires ont reçu des autorités allemandes une demande d’entraide judiciaire concernant certaines personnes soupçonnées d’appartenir à une organisation terroriste, fait punissable conformément au Code pénal allemand. La demande d’entraide judiciaire ne visait qu’à effectuer une perquisition dans une maison de vacances au Coq, à identifier les personnes présentes sur place et à saisir, pour les besoins de l’enquête allemande, les documents découverts. Huit ressortissants allemands ont été découverts dans la maison et retenus pour la durée des investigations. Divers documents ont été saisis et transmis aux autorités allemandes.
2. Op basis van de inlichtingen bekomen van de gerechtelijke overheden kunnen geen banden tussen de betrokken Duitsers en extreemlinkse organisaties alhier worden aangetoond.
2. Sur la base des informations obtenues des autorités judiciaires, aucun lien ne peut être établi entre les ressortissants allemands concernés et des organisations d’extrême gauche actives dans notre pays.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
370
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2892
DO 1999200000823
DO 1999200000823
Vraag nr. 170 van de heer Francis Van den Eynde van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 170 de M. Francis Van den Eynde du 1er mars 2000 (N.) :
Gevangenis van Gent. — Gedetineerden van Turkse oorsprong. — Speciale maaltijden.
Prison de Gand. — Détenus d’origine turque. — Repas spéciaux.
Naar verluidt is het zo dat gedetineerden van Turkse oorsprong die in de gevangenis van Gent opgesloten zitten voor hun maaltijden speciaal Turks brood opgediend krijgen dat dan vanzelfsprekend bij een gespecialiseerde Turkse bakker besteld wordt.
Les détenus d’origine turque à la prison de Gand se verraient servir à l’occasion des repas du pain turc spécial commandé auprès d’un boulanger turc.
1. Kan u dit bevestigen ?
1. Confirmez-vous cette information ?
2. Zo ja, kan u deze bijzondere behandeling verantwoorden ?
2. Dans l’affirmative, comment ce traitement spécial se justifie-t-il ?
Antwoord : Het Turks brood is opgenomen in de lijst van de vele artikelen die wekelijks in de kantine van de inrichting te koop worden aangeboden.
Réponse : Le pain turc est repris dans la liste des nombreux articles proposés hebdomadairement à la vente par la cantine de l’établissement.
Dit product wordt besteld bij en geleverd door een Turkse bakker.
Ce produit est commandé à et livré par un boulanger turc.
DO 1999200000847
DO 1999200000847
Vraag nr. 173 van de heer Claude Desmedt van 3 maart 2000 (Fr.) :
Question no 173 de M. Claude Desmedt du 3 mars 2000 (Fr.) :
Bestuur. — Samenstelling van de tweetalige personeelsformatie.
Administration. — Composition du cadre bilingue.
1. Wat is de samenstelling van de tweetalige personeelsformatie van uw bestuur ?
1. Quelle est la composition du cadre bilingue de votre administration ?
2. Wat is de huidige concrete situatie, met vermelding van het aantal momenteel in functie zijnde tweetalige ambtenaren van elke taalrol en hun precieze functie ?
2. Pourriez-vous préciser quelle est actuellement la situation concrète en indiquant le nombre et la fonction exacte des fonctionnaires bilingues de chaque roˆle linguistique actuellement en fonction ?
Antwoord :
Réponse : Occupation dans le 1er degré linguistique
Bezetting in de eerste taaltrap
Graad (kader)
Kader Kader F N (tweetalig) (tweetalig) 2 2
Secretaris-generaal (1) ...................... Directeur-generaal (5) ...................... Adviseur-generaal (12) ..................... Bezetting .........................................
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1
Secrétaire général (1) ....................... Directeur général (5) ........................ Conseiller général (12) ..................... Occupation .....................................
1 1
Cadre F (bilingue) 2
Grade (cadre)
1
1999
2000
Cadre N (bilingue) 2 1
1 1
1
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2893
Occupation dans le 2e degré linguistique
Bezetting in de tweede taaltrap
Graad (kader)
Kader Kader F N (tweetalig) (tweetalig) 5 5
Informaticus-directeur (7) ...............
Informaticien-directeur (7) .............. Traducteur-réviseur-directeur (NC) (1) .......................................... Conseiller (41) 13B (10) .................. 13A (31) .......................................... 13A-13B (1) Ingénieur industrieldirecteur ......................................... Occupation .....................................
Vertaler-revisor-directeur (NL) (1) .. Adviseur (41) 13B (10) .................... 13A (31) .......................................... 13A-13B (1) Industrieel ingenieurdirecteur ......................................... Bezetting .........................................
1
4
1
4
Grade (cadre)
Cadre F (bilingue) 5
Cadre N (bilingue) 5
1
4
1
4
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques
Telecommunicatie
Télécommunications
DO 1999200000806
DO 1999200000806
Vraag nr. 58 van mevrouw Els Van Weert van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 58 de Mme Els Van Weert du 28 février 2000 (N.) :
De Post. — Bedeling van niet-geadresseerd reclamedrukwerk.
La Poste. — Distribution d’imprimés publicitaires non nominatifs.
Sinds 1993 heeft het stadsbestuur van Gent een « gentlemen’s agreement » gesloten met de belangrijkste verdelers van reclamedrukwerk. In deze overeenkomst engageren de verdelers er zich toe om woningen waarvan op de brievenbus « geen reclamedrukwerk aub » hangt, niet te voorzien van ongeadresseerd reclamedrukwerk.
La ville de Gand a conclu en 1993 un « gentlemen’s agreement » avec les principaux distributeurs de publicités. Aux termes de cet accord, les distributeurs s’engagent à ne pas faire déposer de publicités dans les habitations dont la boıˆte-aux-lettres porte la mention : « pas de publicités svp ».
Regelmatig ontvangt het stadsbestuur echter brieven van mensen die vragen waarom De Post niet meewerkt aan dit initiatief.
Néanmoins, la ville reçoit régulièrement des lettres d’habitants qui se demandent pourquoi La Poste ne participe pas à cette initiative ?
Via deze overeenkomst wordt er niet alleen tegemoet gekomen aan de bewoners van een gemeente of stad maar deze heeft ook nog andere voordelen : de vervuiling van de straat wordt ingetoomd omdat er geen drukwerk wordt gedeponeerd op stoepen en de afvalberg wordt verminderd.
Cet accord permet de répondre aux préoccupations des habitants mais aussi de limiter la pollution urbaine, dans la mesure ou` les imprimés ne sont plus déposés sur les trottoirs, et de diminuer la quantité des déchets.
Reeds in maart 1997 is aan De Post de vraag gesteld, waarom zij deze overeenkomst niet mee kunnen ondertekenen. Zij schrijven dat zij in essentie enkel ver-
L’absence de participation de La Poste à ce type d’initiative avait déjà fait l’objet d’une question au mois de mars 1997. La Poste avait répondu que sa
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2894
voerder zijn maar dat er wel een werkgroep opgericht is rond de problematiek van ongewenste reclame in brievenbussen. 1. Heeft u weet van voornoemde werkgroep ?
mission se limitait à la distribution mais qu’elle avait néanmoins créé un groupe de travail chargé d’analyser le problème des publicités indésirables dans certaines boıˆtes-aux-lettres. 1. Avez-vous connaissance de l’existence de ce groupe de travail ?
2. Hoever staat het met de besprekingen in deze werkgroep ?
2. Ou` en sont les travaux de ce groupe ?
3. Zijn er reeds initiatieven genomen en zo ja, welke ?
3. Des initiatives ont-elles déjà été adoptées ? Dans l’affirmative, lesquelles ?
Antwoord : Het autonoom overheidsbedrijf De Post wenst er vooreerst op te wijzen dat de bedeling van niet-geadresseerde zendingen tot de concurrentiegevoelige werkzaamheden behoren.
Réponse : L’entreprise autonome La Poste tient tout d’abord à préciser que la distribution des envois non adressés fait partie des activités concernées par la concurrence.
Het bedrijf kan derhalve geen inlichtingen verspreiden die een concurrentienadeel zouden kunnen teweeg brengen.
L’entreprise ne peut dès lors pas révéler d’information susceptible de causer un désavantage concurrentiel.
1. Binnen De Post is er inderdaad een werkgroep opgericht met het doel de algemene problemen omtrent de zendingen zonder adres en onder meer aangaande het al dan niet bedelen van reclamedrukwerken in brievenbussen met een sticker « geen reclamedrukwerk aub ».
1. Un groupe de travail a en effet été mis en place au sein de La Poste, dont l’objectif est de traiter des problèmes généraux concernant les envois non adressés et, entre autres, la question de la distribution d’imprimés publicitaires dans les boıˆtes aux lettres pourvues d’un autocollant « pas de publicités svp ».
2. De vergaderingen van deze werkgroep zijn nog steeds aan de gang.
2. Les réunions de ce groupe de travail continuent encore.
3. Wat betreft de initiatieven die reeds genomen zijn kan gemeld worden dat deze zich tot het operationele vlak beperken en dientengevolge, gelet op de aanhef van dit antwoord, niet kenbaar worden gemaakt.
3. Les initiatives qui ont déjà été prises touchent essentiellement le niveau opérationnel. Vu l’avertissement au début de cette réponse, cette information ne sera par conséquent pas communiquée.
De Post zal in de eerstkomende tijd het initiatief nemen voor een rondetafel met alle actoren op de markt teneinde door autoregulatie tot een afdoende regeling te komen.
La Poste prendra prochainement l’initative d’organiser une table ronde réunissant tous les acteurs présents sur le marché afin d’aboutir à une règle commune par la voie de l’autorégulation.
Overheidsbedrijven en Participaties
Entreprises et Participations publiques
DO 1999200000788
DO 1999200000788
Vraag nr. 23 van de heer Jozef Van Eetvelt van 24 februari 2000 (N.) :
Question no 23 de M. Jozef Van Eetvelt du 24 février 2000 (N.) :
Vrijstelling van gemeente- en provinciebelastingen voor overheidsbedrijven.
Exonération de taxes communales et provinciales accordée aux entreprises publiques.
Bij de oprichting als of omvorming tot overheidsbedrijf werd meestal voorzien dat deze bedrijven (verder) vrijgesteld bleven van alle belastingen ten gunste van onder andere de gemeenten en provincies.
Les entreprises publiques et les entreprises transformées en entreprises publiques bénéficient ou continuent à bénéficier généralement de l’exonération fiscale pour l’ensemble des taxes, redevables entre autres aux communes et aux provinces.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2895
Voor Belgacom werd dit bepaald in de wet van 19 juli 1930 tot oprichting van de Regie van telegrafie en telefonie.
Pour Belgacom, cette exonération était prévue par la loi du 19 juillet 1930 instituant la Régie des télégraphes et des téléphones.
Voor De Post was een dergelijke regeling in het verleden nog min of meer aanvaardbaar aangezien er voor de gemeente speciale posttarieven waren voorzien.
Pour La Poste, une telle réglementation était, par le passé, encore plus ou moins défendable, dans la mesure ou` les communes bénéficiaient de tarifs particuliers.
Ondertussen oefent een groot deel van de overheidsbedrijven activiteiten uit die concurrentieel zijn met de privé-sector. De vrijstelling van belastingen kan dus ook gezien worden als een concurrentievervalsing.
Actuellement, nombre d’entreprises publiques exercent des activités pour lesquelles elles entrent en concurrence avec le secteur privé. L’exonération fiscale dont elles bénéficient peut dès lors être considérée comme une forme de concurrence déloyale.
1. Voor welke overheidsbedrijven die onder uw toezicht staan, bestaat er vrijstelling van belasting in het algemeen en van gemeente- en provincietaksen in het bijzonder ?
1. Parmi les entreprises publiques sous votre tutelle, quelles sont celles qui bénéficient d’une exonération des taxes communales et provinciales, voire d’une exonération globale ?
2. Overweegt u een initiatief om deze vrijstelling op te heffen, inzonderheid wat betreft de gemeenten en provincies ?
2. Envisagez-vous de prendre une initiative pour supprimer cette exonération, et plus particulièrement l’exonération des taxes communales et provinciales ?
Antwoord :
Réponse :
De Post
La Poste
1. Het fiscaal statuut van De Post valt nog steeds onder toepassing van artikel 15 van de wet van 6 juli 1971 houdende oprichting van de Regie der posterijen. Dit artikel bepaalt dat : « De Post is met de Staat gelijkgesteld voor de toepassing van de wetten betreffende de taksen, rechten, retributies en belastingen ten bate van de Staat, de provincie¨n en de gemeenten. ».
1. Le statut fiscal de La Poste est toujours régi par l’article 15 de la loi du 6 juillet 1971 portant création de la Régie des postes. Cet article dispose que : « La Poste est assimilée à l’E´tat pour l’application des lois relatives aux taxes, droits, redevances et impoˆts au profit de l’E´tat, des provinces et des communes. ».
2. Wat betreft De Post, dient allereerst te worden opgemerkt dat de activiteiten in concurrentie nog steeds activiteiten in de marge van de openbare dienst zijn. De opdrachten die in dit laatste kader vallen zijn dus nog in ruime mate predominant.
2. En ce qui concerne La Poste, il faut tout d’abord remarquer que les activités en concurrence constituent toujours actuellement des activités en marge du service public. Les missions rentrant dans ce dernier cadre sont donc encore largement prédominantes.
Niettemin is de openstelling van de postsector een realiteit die op het Europese vlak aan de gang is. Wanneer de volgende fasen van de liberalisering van deze sector zullen gekend zijn, zal de fiscale weerslag ervan op de situatie van De Post moeten geanalyseerd worden. Indien daartoe aanleiding bestaat, dient dit te gebeuren in het licht van de afwijking bepaald door artikel 86, § 2 (ex-artikel 90, § 2), van het EG-Verdrag, ten gunste van de overheidsbedrijven die belast zijn met het beheer van een dienst van algemeen economisch belang.
Cela étant, l’ouverture du secteur postal qui est en cours au niveau européen est une réalité. Lorsque les prochaines étapes de la libéralisation de ce secteur seront connues, il y aura lieu d’en analyser les répercussions sur la situation de La Poste sur le plan fiscal. Et ce, s’il y a lieu, à la lumière de la dérogation prévue par l’article 86, § 2 (ex-article 90, § 2), du Traité CE en faveur des entreprises publiques chargées de la gestion d’un service d’intérêt économique général.
Dit heronderzoek zal uiteraard gebeuren in overleg met de bevoegde diensten van de Europese Commissie, met inachtneming van het Europese concurrentierecht. Maar dit, en ik leg er de nadruk op, houdt niet ipso facto in dat de met opdrachten van openbare dienst belaste bedrijven strikt moeten worden onderworpen aan hetzelfde fiscale stelsel als dat van de bedrijven die niet met deze opdrachten belast zijn.
Ce réexamen se fera bien entendu en concertation avec les services compétents de la Commission européenne, dans le respect du droit européen de la concurrence. Mais ceci, je le souligne, n’implique pas ipso facto que les entreprises chargées de missions de service public doivent être strictement soumises au même régime fiscal que les entreprises qui n’ont pas cette charge.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2896
Belgacom 1. De wetgever heeft in 1930 Belgacom vrijgesteld van de betaling van gemeentelijke belastingen (artikel 25 van de wet van 19 juli 1930). Deze vrijstelling is niet herroepen door de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven en is dus nog steeds van toepassing. 2. In de huidige omstandigheden blijft deze vrijstelling gerechtvaardigd, rekening houdend met de toepassing, op Belgacom, van talrijke dwingende regels van publiek recht en het voortbestaan van de opdrachten van openbare dienst waarmee zij is belast en waarmee zij in de toekomst zou kunnen belast worden. Belgocontrol 1. De wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven (titel VI) is op Belgocontrol van toepassing. Artikel 177 van deze wet bepaalt uitdrukkelijk dat het statuut van de Regie der Luchtwegen opgeheven wordt behalve in de artikelen 12 en 20 van het koninklijk besluit van 5 oktober 1970 (gewijzigd bij verschillende koninklijke besluiten in 1981, 1983 en 1986). Artikel 20 bepaalt : « De RLW wordt met de Staat gelijkgesteld voor de toepassing van de wetten op de directe belastingen. Zij is vrijgesteld van alle belastingen of taksen ten bate van de provincie¨n en de gemeenten, met inbegrip van de taksen voor verstrekte diensten. » 2. In de huidige omstandigheden blijft deze vrijstelling gerechtvaardigd.
Belgacom 1. Le législateur avait en 1930 exempté Belgacom du paiement des taxes locales (article 25 de la loi du 19 juillet 1930). Cette exemption n’a pas été abrogée par la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques, et est toujours d’application ce jour. 2. Dans les circonstances actuelles, cette exemption demeure justifiée eu égard à l’application, à Belgacom, de multiples règles contraignantes de droit public et la persistance de missions de service public dont elle est chargée et dont elle pourrait être chargée à l’avenir.
Belgocontrol 1. La loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques (titre VI) est applicable à Belgocontrol. L’article 177 de cette loi dispose expressément que le statut de la Régie des Voies aériennes est abrogé à l’exception des articles 12 et 20 de l’arrêté royal du 5 octobre 1970 (modifié par divers arrêtés royaux en 1981, 1983 et 1986). L’article 20 dispose : « La RVA est assimilée à l’E´tat pour l’application des lois sur les impoˆts directs. Elle est exempte de tous impoˆts ou taxes au profit des provinces et des communes, y compris les taxes rémunératoires. » 2. Dans les circonstances actuelles, cette exemption demeure justifiée.
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique
Economie
E´conomie
DO 1999200000633
DO 1999200000633
Vraag nr. 48 van de heer Yves Leterme van 2 februari 2000 (N.) : Bioscoopzalen. — Jaarstatistiek van de exploitatie.
Question no 48 de M. Yves Leterme du 2 février 2000 (N.) : Salles de cinéma. — Statistiques annuelles de l’exploitation. ` votre initiative, l’arrêté royal du 14 décembre A 1999 prescrivant une statistique annuelle de l’exploitation des salles de cinéma, a été promulgué.
Op uw voordracht werd het koninklijk besluit van 14 december 1999 getroffen waarbij een jaarstatistiek van de exploitatie van de bioscoopzalen wordt voorgeschreven. Kan u omtrent dit koninklijk besluit en de erin opgenomen voorschriften en behandelde materie het volgende meedelen :
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2897
1. Wat is de precieze inhoudelijke beweegreden voor het treffen van dit koninklijk besluit ?
1. Quelle est la motivation précise qui a mené à la promulgation de cet arrêté royal ?
2. a) Voor welke doeleinden worden de gegevens die via deze jaarstatistieken worden ingezameld, gebruikt ?
2. a) Quel usage a-t-on fait des données recueillies par le biais de ces statistiques annuelles ?
b) Welke beleidsdaden worden erdoor geı¨nspireerd ?
b) Pour quelles décisions politiques s’en est-on inspiré ?
3. Op welke wijze worden de ingezamelde statistische gegevens openbaar gemaakt ?
3. Par quel canal les données statistiques collectées de la sorte sont-elles rendues publiques ?
4. Wat is de evolutie van het aantal bioscoopbezoekers in ons land in de periode 1988-1998 ?
4. Quelle a été l’évolution de la fréquentation des salles de cinéma dans notre pays pour la période de 1988 à 1998 ?
Antwoord : Als antwoord op zijn vraag heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Réponse : En réponse à sa question, j’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre ce qui suit.
1. Het koninklijk besluit van 14 december 1999 waarbij een jaarstatistiek van de exploitatie van bioscoopzalen wordt voorgeschreven vervangt het ministerieel besluit van 12 december 1960 waarbij een jaarstatistiek van de exploitatie van bioscoopzalen wordt voorgeschreven en het koninklijk besluit van 25 januari 1963 tot instandhouding van het ministerieel besluit van 12 december 1960 waarbij een jaarlijkse statistiek van de exploitatie van bioscoopzalen wordt voorgeschreven.
1. L’arrêté royal du 14 décembre 1999 prescrivant une statistique annuelle de l’exploitation des salles de cinéma remplace l’arrêté ministériel du 12 décembre 1960 prescrivant une statistique annuelle de l’exploitation des salles de cinéma et l’arrêté royal du 25 janvier 1963 maintenant en vigueur l’arrêté ministériel du 12 décembre 1960 prescrivant une statistique annuelle de l’exploitation des salles de cinéma.
Op drie punten verschilt dit koninklijk besluit van 14 december 1999 (Belgisch Staatsblad van 27 januari 2000, blz. 2806 tot en met 2811) van de twee bepalingen die het opheft.
L’arrêté royal du 14 décembre 1999 (Moniteur Belge du 27 janvier 2000, pp. 2806 à 2811) diffère en trois points des deux dispositions qu’il abroge.
Ten eerste kan de statistiekaangever, met name het hoofd, de zaakvoerder, de directeur of de daartoe behoorlijk gemachtigde aangestelde van elke inrichting die een zaal voor cinematografische voorstellingen in exploitatie heeft, in een overgangsfase voor de referentiejaren 1999 tot 2001 voor de aangifte van geldbedragen Belgische frank of euro gebruiken als munteenheid, voorzover hij dat in heel de aangifte in dezelfde munteenheid doet.
En premier lieu, le déclarant, c’est-à-dire le chef, le gérant, le directeur ou le préposé dûment délégué à cette fin, de tout établissement exploitant une salle de projection cinématographique, a la possibilité, dans une phase transitoire couvrant les années de référence 1999 à 2001, d’effectuer sa déclaration en francs belges ou en euros pour autant qu’il se tienne à la même unité de compte.
Ten tweede : de individuele gegevens die het Nationaal Instituut voor de statistiek verkrijgt mogen door het Nationaal Instituut voor de statistiek niet meer ter beschikking worden gesteld van een andere administratie of overheid voor controledoeleinden omdat dit strijdig is met de bepalingen van de verordening 322/ 97 van 17 februari 1997 van de Raad van de Europese Unie betreffende de communautaire statistiek, die rechtstreeks bindend is ten opzichte van Belgie¨ en die verbiedt dat individuele statistiekgegevens worden meegedeeld voor een ander dan statistisch gebruik.
Deuxièmement, les données individuelles que l’Institut national de statistique obtient ne peuvent plus être mises à la disposition, à des fins de controˆle, d’autres administrations ou autorités au motif que ce faire est en contradiction avec les dispositions du règlement 322/97 du 17 février 1997 du Conseil de l’Union européenne, qui est contraignant à l’égard de la Belgique et interdit de communiquer des données statistiques individuelles à un usage autre que statistique.
Ten derde worden de overtredingen van de bepalingen van het koninklijk besluit van 14 december 1999 opgespoord, vastgesteld, vervolgd en gestraft overeen-
En troisième lieu, les infractions aux dispositions de l’arrêté royal du 14 décembre 1999 sont recherchées, constatées, poursuivies et punies conformément aux
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2898
komstig het bepaalde in de artikelen 19 tot 23 van de wet van 4 juli 1962 betreffende de openbare statistiek.
articles 19 à 23 de la loi du 14 juillet 1962 relative à la statistique publique.
2. a) De ingezamelde gegevens worden gebruikt door de filmsector om het succes van de vertoonde films te kennen, door bioscoopeigenaars om de vestiging van nieuwe filmzalen te overwegen en om een totaalbeeld te krijgen van de inkomsten uit deze binnenlandse economische bedrijvigheid. De gegevens bieden eveneens een inzicht in het culturele bestedingspatroon van de consument. Gezien de uitgaven van de Belgische consument voor bioscoopbezoek tamelijk hoog zijn, is de prijs van een bioscoopticket opgenomen in de Europese Geharmoniseerde Index en de Belgische index van de consumptieprijzen.
2. a) Si le secteur cinématographique utilise les données collectées pour estimer le succès des films projetés, les exploitants les utilisent pour envisager la création de nouvelles salles et avoir une vue d’ensemble des recettes que génère cette activité économique intérieure. Ces données permettent également de se former une idée du modèle de dépenses du consommateur belge en matière culturelle. Comme celui-ci dépense plutoˆt beaucoup pour aller au cinéma, le prix du ticket de cinéma est repris à l’Indice européen harmonisé et à l’indice belge des prix à la consommation.
De gegevens worden eveneens doorgestuurd naar Eurostat, het Europees Statistisch Bureau te Luxemburg, naar de gewesten en gemeenschappen, en voor studiedoeleinden. Men kan dus stellen dat de gegevens nuttig zijn voor de drie klassieke gebruikers en bestemmelingen van statistische informatie in het algemeen, met name :
Les données sont transmises à Eurostat, l’Office statistique de l’Union européenne à Luxembourg, aux régions et communautés et à des fins d’étude. L’on peut donc affirmer que les données sont utiles aux trois utilisateurs et destinataires classiques de l’information statistique en général, à savoir :
— de overheid, zowel internationaal als in Belgie¨. Voor de bioscoopstatistieken is dat in concreto : de Europese Unie, Eurostat en, in Belgie¨, de gemeenschappen, de gewesten en de provincies;
— les pouvoirs publics, tant internationaux que belges. Concrètement, en ce qui concerne les statistiques de salles de cinéma, il s’agit de l’Union européenne, d’Eurostat et, en Belgique, des communautés, des régions et des provinces;
— de bedrijven : in casu de bioscoopuitbaters zelf en hun belangenvereniging;
— les entreprises : en l’espèce, les exploitants et leur association professionnelle;
— de gemeenschap in het algemeen : een statistiek dient in het algemeen alle materies te bestrijken die de interesse van de burgers, de belangengroepen en de wetenschappelijke wereld wegdragen. De vestiging van een bioscoop kan als buurtproject eventueel bijdragen om een bepaalde wijk te revaloriseren.
— la société civile en général : une statistique doit ordinairement couvrir toutes les matières sur lesquelles se porte l’intérêt des citoyens, des groupes de pression et du monde scientifique. La création d’un cinéma dans un quartier peut contribuer à revaloriser celui-ci.
b) De onderzoekresultaten kunnen bijdragen tot onder meer volgende beleidsdaden :
b) Les résultats de l’enquête permettent aux décideurs d’acquérir, entre autres,
— een inzicht te krijgen in de binnenlandse economische activiteit in de bedrijfstak van de bioscopen of in de opleving of uitdoving van een economische activiteit in een bepaalde regio;
— une meilleure perception de l’activité économique intérieure dans le secteur professionnel des salles de cinéma, ou de la reprise ou du ralentissement d’une activité économique dans une région précise;
— een inzicht te krijgen in het bestedingspatroon van de Belgische consument naar cultuurgoederen en -diensten en een parameter te verkrijgen voor de berekening van de kosten voor levensonderhoud en de koopkracht van de bevolking.
— une meilleure perception du modèle de dépenses du consommateur belge en matière de biens et de services culturels. On obtient un paramètre pour le calcul du coût de la vie et du pouvoir d’achat de la population.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2899
Die inzichten worden verkregen tegen een relatief kleine last die wordt opgelegd aan de bioscoopuitbaters, aan wie vragen worden gesteld over het aantal vertoonde films, het aantal zalen, het aantal plaatsen, de activiteitsperiode, de gegenereerde inkomsten en het aantal toeschouwers.
Ces connaissances sont obtenues en ne faisant supporter aux exploitants qu’une charge minime. Ils n’ont à répondre qu’à quelques questions sur le nombre de films projetés, le nombre de salles, le nombre de places, la période d’activité, les recettes perçues et le nombre de spectateurs.
3. De gegevens worden onder meer verspreid via de maandbrochure Binnenlandse handel en vervoer, het Statistisch Jaarboek van Belgie¨, het Statistisch Zakjaarboek, Kerncijfers en op de website van het NIS : http://www.statbel.fgov.be
3. Les données sont diffusées, notamment, dans les Statistiques du commerce intérieur et des transports, l’Annuaire statistique de la Belgique, l’Annuaire statistique de poche et les Chiffres-clés, ainsi que sur le site Internet de l’INS : http://www.statbel.fgov.be
4. Het geachte lid vindt hierna per jaar het totale aantal bioscoopbezoekers in Belgie¨ wat de periode 1988-1998 betreft :
4. L’honorable membre trouvera, ci-après, année par année, de 1988 à 1998, le nombre total de spectateurs ayant assisté en Belgique à des séances de cinéma :
1988 : 15 659 315;
1988 : 15 659 315;
1989 : 16 639 379;
1989 : 16 639 379;
1990 : 17 594 876;
1990 : 17 594 876;
1991 : 16 843 485;
1991 : 16 843 485;
1992 : 17 017 673;
1992 : 17 017 673;
1993 : 19 546 383;
1993 : 19 546 383;
1994 : 21 473 045;
1994 : 21 473 045;
1995 : 19 451 408;
1995 : 19 451 408;
1996 : 21 468 525;
1996 : 21 468 525;
1997 : 22 342 435;
1997 : 22 342 435;
1998 : 25 623 498.
1998 : 25 623 498.
Wetenschappelijk Onderzoek
Recherche scientifique
DO 1999200000670
DO 1999200000670
Vraag nr. 39 van de heer Tony Smets van 4 februari 2000 (N.) :
Question no 39 de M. Tony Smets du 4 février 2000 (N.) : ´Etablissements scientifiques. — Recrutement d’agents statutaires.
Wetenschappelijke instellingen. — Werving van statutaire ambtenaren. Bij de werving van statutaire ambtenaren wordt door de bevoegde adviescommissie een rangorde van de ingediende kandidaturen vastgesteld.
Lors du recrutement d’agents statutaires, la commission d’avis compétente classe les candidatures.
Bestaat in dit verband, mede in het kader van de openbaarheid van bestuur, recht van inzage voor de betrokken kandidaten inzake :
Les candidats concernés peuvent-ils, dans le cadre notamment de la publicité de l’administration, prendre connaissance :
1. het verslag van de commissie inzake rangschikking van de kandidaten;
1. du rapport de la commission relatif au classement des candidats;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
371
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2900
2. de desbetreffende motivering;
2. de la motivation en question;
3. de dossiers van andere kandidaten ?
3. des dossiers des autres candidats ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vraag te willen vinden.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à sa question.
De leden van het toegevoegd vorsingspersoneel en beheerspersoneel van de wetenschappelijke instellingen van de Staat worden via het SELOR (Selectiebureau van de federale overheid) aangeworven.
Les membres du personnel adjoint à la recherche et le personnel de gestion des établissements scientifiques de l’E´tat sont recrutés par le SELOR (Bureau de sélection de l’autorité fédérale).
Voor de wervingen van het statutair wetenschappelijk personeel der wetenschappelijke instellingen van de Staat wordt, bij middel van een bericht in het Belgisch Staatsblad, een oproep tot de gegadigden gericht.
En ce qui concerne les recrutements du personnel scientifique statutaire des établissements scientifiques de l’E´tat, il est fait appel aux candidats par un avis publié au Moniteur belge.
Na onderzoek van de ontvankelijkheid van de ingediende kandidaturen, wordt een rangschikking van de gegadigden volgens hun titels en wetenschappelijke verdiensten vastgesteld door de Commissie voor werving en bevordering der betrokken wetenschappelijke intelling.
Après avoir examiné la recevabilité des candidatures introduites, le jury de recrutement et de promotion de l’établissement scientifique concerné établit un classement des candidats sur base de leurs titres et mérites scientifiques.
De rangschikking wordt gemotiveerd en schriftelijk betekend aan elke kandidaat. De gegadigde die zich benadeeld acht kan een geschreven klacht indienen bij de voorzitter van de commissie, volgens de voorziene procedure bij artikel 9 van het koninlijk besluit van 21 april 1965 tot vaststelling van het statuut van het wetenschappelijk personeel der wetenschappelijke instellingen van de Staat. De rangschikking wordt pas definitief na onderzoek der klachten.
Le classement est motivé et notifié par écrit à chaque candidat. Le candidat qui s’estime lésé peut introduire une réclamation écrite au président du jury, selon la procédure prévue à l’article 9 de l’arrêté royal du 21 avril 1965 fixant le statut du personnel scientifique des établissements scientifiques de l’E´tat. Le classement ne devient définitif qu’après examen des plaintes.
Deze rangschikking is mijns inziens een bestuurdocument zoals bedoeld in artikel 1 van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur, meer in het bijzonder een document van persoonlijke aard dat een beoordeling der kandidaten bevat.
Ce classement est à mon avis un document administratif au sens de l’article 1er de la loi du 11 avril 1994 relative à la publicité de l’administration, et plus particulièrement un document à caractère personnel comportant une appréciation des candidats.
Daarentegen dient de Commissie voor werving en bevordering niet te worden beschouwd als administratieve overheid in de zin van voormelde wet, aangezien :
Par contre, le jury de recrutement et de promotion ne doit pas être considéré comme l’autorité administrative au sens de la loi précitée, étant donné :
— deze over geen beslissingsbevoegdheid beschikt in de uitoefening van het openbaar gezag;
— que celui-ci ne dispose pas d’un pouvoir de décision dans l’exercice de l’autorité publique;
— haar opdracht zich uitsluitend situeert op het vlak van de voorbereiding der eigenlijke beslissingen tot benoeming;
— que sa mission se situe uniquement au niveau de la préparation des décisions de nomination proprement dites;
— ze haar adviserende opdracht vervult zonder dat de overheid daarbij beschikt over een controlerende bevoegdheid.
— qu’il remplit son roˆle consultatif sans que l’autorité dispose d’un pouvoir de controˆle.
Aangezien geen wervingsreserve wordt aangelegd, meen ik dat aan elke kandidaat — op zijn verzoek — kennis dient te worden gegeven van het dossier, ingediend door de voor benoeming voorgedragen kandidaat, althans van het gedeelte met betrekking tot diens titels en wetenschappelijke verdiensten. De gegevens
E´tant donné qu’aucune réserve de recrutement n’est constituée, j’estime que chaque candidat doit pouvoir — à sa demande — prendre connaissance du dossier introduit par le candidat proposé à la nomination, du moins de la partie relative aux titres et mérites scientifiques de ce dernier. Les données relatives à la sphère
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2901
betreffende de persoonlijke levenssfeer welke in dit dossier kunnen voorkomen, dienen uiteraard niet ter raadpleging te worden gegeven.
de la vie privée qui peuvent figurer dans ce dossier ne doivent pas bien entendu être données pour consultation.
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling
Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
Energie
E´nergie
DO 1999200000385
DO 1999200000385
Vraag nr. 7 van mevrouw Kristien Grauwels van 14 december 1999 (N.) :
Question no 7 de Mme Kristien Grauwels du 14 décembre 1999 (N.) :
Reiskosten van kabinetsleden.
Frais de déplacement des membres de cabinet.
1. Kan u meedelen of de kosten van reizen van mensen op de loonrol van het kabinet (leden van het kabinet, experts, enzovoort) gedragen worden door het budget van het kabinet of door de administratie ?
1. Pourriez-vous me faire savoir si les frais de déplacement des personnes rémunérées par le cabinet (membres du cabinet, experts, etcetera) sont imputés au budget du cabinet ou s’ils sont à charge de l’administration ?
2. Wat is de rechtsgrond voor de wijze van budgettering ?
2. Quel est le fondement juridique de cette budgétisation ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op de door haar gestelde vraag.
Réponse : Je prie l’honorable membre de trouver ciaprès la réponse à sa question.
1. De bedoelde kosten worden aangerekend op de kredieten van het kabinet.
1. Les frais concernés sont imputés sur les crédits attribués au cabinet.
2. De begroting wordt, rekening houdend met het principe van de specialiteit van de kredieten, onderverdeeld in organisatieafdelingen die op hun beurt onderverdeeld worden in programma’s die een reeks basisallocaties bevatten.
2. Compte tenu du principe de la spécialité des crédits, le budget se subdivise en divisions organiques, elles-mêmes réparties en programmes comprenant une série d’allocations de base.
Het bestaansmiddelenprogramma bevat de personeelskosten en de werkingskosten waaronder deze voor zendingen naar het buitenland.
Le programme de subsistance comprend les frais de personnel et les frais de fonctionnement dont ceux des missions à l’étranger.
DO 1999200000545
DO 1999200000545
Vraag nr. 11 van de heer Yves Leterme van 18 januari 2000 (N.) :
Question no 11 de M. Yves Leterme du 18 janvier 2000 (N.) :
Kabinetten. — Gebouwen. — Toegankelijkheid voor rolstoelgebruikers.
Cabinets. — Baˆtiments. — Accessibilité pour les utilisateurs de chaise roulante.
De toegankelijkheid van overheidsgebouwen voor personen met een motorische handicap (onder meer rolstoelgebruikers) is sinds enige tijd ook via regelgeving afdwingbaar geregeld.
Il existe depuis quelque temps une réglementation prévoyant que les baˆtiments publics doivent être accessibles aux handicapés moteurs (notamment les utilisateurs de chaise roulante).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2902
Het spreekt voor zich dat onder meer de gebouwen waarin de kabinetten van de ministers en staatssecretarissen gevestigd zijn terzake een voorbeeldfunctie hebben.
Les baˆtiments abritant les cabinets des ministres et des secrétaires d’E´tat devraient évidemment donner l’exemple à cet égard.
1. a) Is uw kabinet toegankelijk voor rolstoelgebruikers ?
1. a) Votre cabinet est-il accessible aux utilisateurs d’une chaise roulante ?
b) Moet daarbij gebruik gemaakt worden van specifieke voorzieningen zoals bijvoorbeeld een hellend vlak of een lift om een drempel of trappen te overschrijden ?
b) Dans l’affirmative, y a-t-on prévu des plans inclinés, des ascenseurs ou d’autres équipements appropriés afin que les utilisateurs d’une chaise roulante puissent éviter les seuils et les marches ?
2. Is de toegankelijkheid verzekerd langs dezelfde normale hoofdingang die ook door de niet-rolstoelgebruikers wordt gebruikt ?
2. L’entrée principale est-elle accessible aux utilisateurs de chaise roulante ?
3. Zijn alle kantoorruimten binnen uw kabinet toegankelijk voor rolstoelgebruikers ?
3. Tous les bureaux de votre cabinet sont-ils accessibles aux utilisateurs de chaise roulante ?
4. Zijn er op uw kabinet rolstoelgebruikers tewerkgesteld ?
4. Y a-t-il des utilisateurs de chaise roulante parmi le personnel de votre cabinet ?
Antwoord : Volgens het ministerie voor Sociale Zaken, Volksgezondheid en Milieu is de wetgeving in voege betreffende de toegang tot openbare gebouwen voor personen met een beperkte mobiliteit de volgende :
Réponse : Selon le ministère des Affaires sociales, de la Santé publique et de l’Environnement, les législations en vigueur concernant l’accessibilité des lieux publics aux personnes à mobilité reduite sont :
— in ons geval :
— dans notre cas :
het koninklijk besluit van 9 mei 1977 genomen ter uitvoering van de wet van 17 juli 1975 titel XIX van de Reglementering op gebouwen van de agglomeratie Brussel;
l’arrêté royal du 9 mai 1977 pris en exécution de la loi du 17 juillet 1975 titre XIX du Règlement des baˆtisses de l’agglomération de Bruxelles;
— in geval van een nieuwe aanvraag tot bouwvergunning :
— dans le cas d’une nouvelle demande de permis de baˆtir :
het besluit van de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest houdende het voorstel Gewestelijk Stedenbouwkundig Reglement van 23 september 1999 gewijzigd bij het besluit van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 3 juni 1999 beslissende dat titels I tot VII van het Gewestelijk Brussels Stedebouwkundig Reglement van toepassing zijn op het ganse grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
l’arrêté du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale portant sur le projet de Règlement régional d’urbanisme du 23 septembre 1999, modifié par l’arrêté de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 juin 1999 arrêtant les titres I à VII du Règlement régional d’urbanisme applicable à tout le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale.
Luidens het advies van de juridische dienst van het ministerie voor Sociale Zaken, van Volksgezondheid en Milieu, vormt het kabinet van een minister of van een staatssecretaris een goed dat deel uitmaakt van het privé Staatsdomein waarvan de toegang afhankelijk is van de algemene beginselen van het administratief recht, van de rechtspraak terzake, de gebruiksregels en de individuele vrijheid. Die beginselen hebben als gevolg dat het koninklijk besluit van 9 mei 1977 genomen ter uitvoering van de wet van 17 juli 1975 titel XIX van het Gebouwenreglement van de Brusselse agglomeratie niet van toepassing is voor het kabinet.
Selon l’avis obtenu du service juridique du ministère des Affaires sociales, de la Santé publique et de l’Environnement, un cabinet de ministre ou de secrétaire d’E´tat est un bien du domaine privé de l’E´tat dont l’accessibilité depend des principes généraux du droit administratif, de la jurisprudence en la matière, des règles d’usage et de la liberté individuelle. Principes qui entraıˆnent que l’arrêté royal du 9 mai 1977 pris en exécution de la loi du 17 juillet 1975 titre XIX du Règlement des baˆtisses de l’agglomération de Bruxelles n’est pas appliquable au cabinet.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2903
Er moet nochtans aan toegevoegd worden dat onze gebouwen toegankelijk zijn voor personen met beperkte mobiliteit tot aan het onthaal. De toegang langs de gemeenschappelijke hoofdingang van het gebouw is toegankelijk voor rolstoelgebruikers. Binnen de kring van onze medewerkers is er geen enkele rolstoelgebruiker.
Cependant, les lieux que nous occupons sont susceptibles de permettre l’accès des personnes à mobilité réduites jusqu’à l’accueil. L’accessibilité par l’entrée principale commune du baˆtiment étant praticable pour les utilisateurs de chaises roulantes. Nous ne comptons aucun utilisateur de chaise roulante parmi nos collaborateurs.
Duurzame Ontwikkeling
Développement durable
DO 1999200000492
DO 1999200000492
Vraag nr. 5 van de heer Yves Leterme van 11 januari 2000 (N.) :
Question no 5 de M. Yves Leterme du 11 janvier 2000 (N.) :
Kabinetten. — Uitvoerend personeel niveau 4. — Tewerkstelling in privé-woning.
Cabinets. — Personnel d’exécution de niveau 4. — Emploi dans le domicile privé.
Luidens punt A.2 in fine van de omzendbrief van 1 oktober 1999 mag u één lid van het uitvoerend personeel niveau 4 van uw kabinet in uw privé-woning tewerkstellen.
Conformément au point A.2 in fine de la circulaire du 1er octobre 1999, vous êtes autorisé à employer un membre du personnel d’exécution de niveau 4 de votre cabinet dans votre domicile privé.
1. a) Is een lid van het uitvoerend personeel van uw kabinet effectief in uw privé-woning tewerkgesteld ?
1. a) Employez-vous effectivement un membre du personnel d’exécution de votre cabinet dans votre domicile privé ?
b) Gaat het om een man of een vrouw ?
b) S’agit-il d’un homme ou d’une femme ?
c) Gaat het om een gedetacheerd personeelslid van een openbare dienst ?
c) S’agit-il d’un agent détaché d’un service public ?
2. Wat zijn, nauwkeurig omschreven, de opdrachten die aan het betrokken personeelslid zijn toebedeeld ?
2. Quelles sont, en détail, les missions confiées au membre du personnel concerné ?
Antwoord :
Réponse :
1. a) Ja, halftijds.
1. a) Oui, à mi-temps.
b) Een vrouw.
b) Une femme.
c) Neen.
c) Non.
2. Administratief bediende.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2. Agent administratif. 1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2905
INHOUDSOPGAVE — SOMMAIRE PAR OBJET CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Eerste minister Premier ministre 1
1999200000799 28- 2-2000
35
Yves Leterme
Omzendbrief kabinetten. — Tewerkstelling van een lid van het uitvoerend personeel van niveau 4 in de privé-woning van de regeringscommissaris belast met de dioxineproblematiek en de coo¨rdinatie inzake de toepassing van Europese richtlijnen. Circulaire cabinets. — Mise au travail d’un membre du personnel exécutif du niveau 4 au domicile privé du commissaire du gouvernement chargé de la problématique de la dioxine et de la coordination en ce qui concerne l’application des directives européennes.
2813
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 1
1999200000110 25-10-1999
20
Mw. Kathleen van der Hooft
Aanwerving van pas afgestudeerde jongeren. — Werkgevers. — Vakantiegeld. Recrutement de jeunes fraıˆchement diploˆmés. — Employeurs. — Pécule de vacances.
2814
6
1999200000527 14- 1-2000
55
Mw. Alexandra Colen
Vakbondspremies. — Uitbetalingsorganismen. — VZW-wet. — Controleactiviteiten. Primes syndicales. — Organismes de paiement. — Loi sur les ASBL. — Activités de controˆle.
2815
1
1999200000785 24- 2-2000
68
Gerolf Annemans
Bedrijven actief in de asbestafbraak en asbestverwijdering. — Koninklijk besluit. — Overgangsmaatregelen. Entreprises qui s’occupent de la destruction et de l’enlèvement d’amiante. — Arrêté royal. — Mesures de transition.
2815
1
1999200000791 25- 2-2000
69
Joos Wauters
Toename van arbeidsongevallen. Augmentation du nombre d’accidents du travail.
2817
1
1999200000824
1- 3-2000
73
Guy D’haeseleer
Werkweigeringen wegens filosofische en politieke overtuiging. Refus d’un emploi pour des motifs politiques ou philosophiques.
2822
8
1999200000828
1- 3-2000
75
Paul Timmermans
* Schorsing van het recht op werkloosheidsuitkeringen wegens langdurige werkloosheid. — Twee mogelijkheden om beroep in te stellen. Suppression des allocations sur base de la durée de choˆmage. — Deux possibilités de recours.
2789
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2906
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale Begroting — Budget 8
1999200000815 29- 2-2000
16
Yves Leterme
* Omzetting rekeningen ESER79 naar het ESR95systeem. — Gevolgen voor de overheidsrekeningen. Transposition des comptes SEC79 dans le système SECNR95. — Conséquences pour les comptes de l’E´tat.
2790
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 2
1999200000426 20-12-1999
77
Olivier Maingain
Overheidsdiensten op het grondgebied van de luchthaven Brussel-Nationaal. — Taalrol van het personeel. Services publics présents sur le territoire de l’aéroport de Bruxelles-National. — Répartition linguistique du personnel.
2822
1
1999200000638
2- 2-2000
114
Koen Bultinck
NMBS. — Periodieke controle van treinstellen. — Vandalisme bij het spoor. SNCB. — Entretien périodique des rames. — Actes de vandalisme.
2823
1
1999200000645
3- 2-2000
116
Ferdy Willems
Aanbod van openbaar vervoer van en naar Ronse. Offre de transports en commun dans la région de Renaix.
2825
1
1999200000646
3- 2-2000
117
Mw. Frieda Brepoels
NMBS. — Onbemande stations. — Informatie over vertragingen. SNCB. — Gares sans personnel. — Informations sur les retards.
2827
1
1999200000684
8- 2-2000
119
Dirk Van der Maelen
NMBS. — Investeringsplan. — Aankoop van dieselmotorstellen. SNCB. — Plan d’investissements. — Achat d’automotrices diesel.
2828
1
1999200000694
9- 2-2000
120
Jan Mortelmans
Sint-Katelijne-Waver. — Stationsberg. — Erbarmelijke staat. Sint-Katelijne-Waver. — « Stationsberg ». — E´tat lamentable.
2829
1
1999200000708 10- 2-2000
125
Geert Bourgeois
NMBS. — Tariefbepaling van de internationale verbindingen. SNCB. — Tarification des liaisons internationales.
2830
1
1999200000732 16- 2-2000
127
Mw. Annemie Van de Casteele
NMBS. — Automatische kaartenverdelers. — Taalwetgeving. SNCB. — Distributeurs de billets. — Législation linguistique.
2831
1
1999200000775 23- 2-2000
131
Mw. Frieda Brepoels
Samenwerking tussen de verschillende controlediensten betrokken bij de controle op het wegtransport. Coopération entre les différents services de controˆle chargés du controˆle des transports routiers.
2832
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
CA
DO
2907
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
8
1999200000787 24- 2-2000
135
Koen Bultinck
* NMBS. — Aanleg op NMBS-grond van een fietsenstalling op kosten van de gemeente Kalmthout. SNCB. — Aménagement, sur un terrain de la SNCB, d’un parking pour bicyclettes aux frais de la commune de Kalmthout.
2791
8
1999200000793 25- 2-2000
136
Koen Bultinck
* NMBS. — Reservatie van zitplaatsen in de trein tijdens de spitsuren. SNCB. — Réservation de places assises dans les trains aux heures de pointe.
2791
8
1999200000797 28- 2-2000
137
Jan Mortelmans
* NMBS. — College van federale ombudsmannen. — Aanbeveling. SNCB. — Collège des médiateurs fédéraux. — Recommandation.
2792
1
1999200000637 28- 2-2000
138
Francis Van den Eynde
8
1999200000804 28- 2-2000
139
Koen Bultinck
* NMBS. — Aantal « treinzwartrijders ». SNCB. — Nombre de resquilleurs.
2792
8
1999200000805 28- 2-2000
140
Koen Bultinck
* NMBS. — Controlebevoegdheid van Nederlandse NS-controleurs op internationale treinen rijdend op Belgisch grondgebied. SNCB. — Compétence des controˆleurs de la société des chemins de fer néerlandaise sur les trains internationaux circulant sur le territoire belge.
2792
8
1999200000812 29- 2-2000
141
Bart Laeremans
* NMBS. — Kostprijs woon-werkverkeer. SNCB. — Couˆt des déplacements entre le domicile et le lieu de travail.
2793
8
1999200000818 29- 2-2000
142
Mme Colette Burgeon
* Europese conferentie voor duurzame steden. Conférence européenne des villes durables.
2793
8
1999200000819 29- 2-2000
143
Mme Colette Burgeon
* Europese Commissie. — Europese dag « In de stad zonder mijn auto ». — Deelname van Belgische steden en gemeenten. Commission européenne. — Journée européenne « En ville sans ma voiture ». — Participation des villes et communes belges.
2794
8
1999200000820
1- 3-2000
144
Francis Van den Eynde
* NMBS. — Spuiten van graffiti. — Herstellingskosten. SNCB. — Tags. — Frais de remise en état.
2795
8
1999200000826
1- 3-2000
145
Luc Sevenhans
* Files. — Meerverbruik van voertuigen. Emboutillages. — Surconsommation des véhicules.
2795
1
1999200000831
1- 3-2000
146
Paul Timmermans
NMBS. — Stations van Marchienne-au-Pont en Luttre. SNCB. — Gares de Marchienne-au-Pont et de Luttre.
2836
Piraterij op zee. Piraterie en mer.
2835
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement Consumentenzaken — Protection de la consommation 1
1999200000376 13-12-1999
25
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Claude Eerdekens
1999
Voorverpakte « hamburgers ». « Hamburgers » préemballés.
2000
2838
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
372
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2908
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
1
1999200000519 13- 1-2000
32
Mw. Simonne Creyf
Publieke dienstverlening van de administratie. Services publics offerts par l’administration.
2838
1
1999200000676
7- 2-2000
37
Claude Eerdekens
Gevaren verbonden aan het gebruik van zoethout. Risques engendrés par la consommation de réglisse.
2839
1
1999200000686
8- 2-2000
38
Claude Eerdekens
« Gezondheidsargument » op etiketten van voedingsmiddelen. Argument « santé » sur les étiquettes de produits alimentaires.
2840
1
1999200000706 14- 3-2000
39
Mme Colette Burgeon
Euro. — Moeilijkheden. Euro. — Difficultés.
2842
Volksgezondheid — Santé publique 1
1999200000070 20-10-1999
15
Bart Laeremans
Brusselse MUG’s en spoedgevallendiensten. — Taalwantoestanden. GUM et services d’urgence bruxellois. — Anomalies linguistiques.
2843
1
1999200000292 25-11-1999
25
Jo Vandeurzen
Verpleegkundig dossier. Dossier médical.
2844
1
1999200000535 14- 1-2000
52
Jaak Van den Broeck Dopingbestrijding in de duivensport. Lutte antidopage dans le secteur de la colombophilie.
2847
1
1999200000651
3- 2-2000
65
Mw. Alexandra Colen
Abortussen. — Letsels van vrouwen. Avortements. — Complications.
2848
1
1999200000655
3- 2-2000
66
Luc Paque
Instituut voor veterinaire keuring (IVK). — Opleiding van dierenartsen. Institut d’expertise vétérinaire (IEV). — Formation des vétérinaires.
2849
1
1999200000681
8- 2-2000
70
Jo Vandeurzen
Ziekenhuizen. — Erkenning. — Rechtspersonen. Hoˆpitaux. — Agrément. — Personnes juridiques.
2850
1
1999200000753 21- 2-2000
74
Hubert Brouns
Provinciale geneeskundige commissies. — Opsporing van gevallen van onwettige uitoefening van de geneeskunde. Commissions médicales provinciales. — Recherche de cas d’exercice illégal de l’art de guérir.
2851
1
1999200000811 29- 2-2000
78
Stef Goris
Besmette producten. — Winkeliers. — Informatie. Produits contaminés. — Commerçants. — Information.
2852
1
1999200000816 29- 2-2000
79
Stefaan De Clerck
Huisartsgeneeskundige stages en erkenning van stagemeesters. — Eenzijdig opleggen van bijkomende voorwaarden voor erkenning van stagemeesters door Vlaamse regering. Stages pour médecins généralistes et agrément des maıˆtres de stage. — Conditions supplémentaires imposées unilatéralement par le gouvernement flamand pour de l’agrément des maıˆtres de stage.
2854
12
Mme
Leefmilieu — Environnement 8
1999200000818 29- 2-2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Colette Burgeon
* Europese conferentie voor duurzame steden. Conférence européenne des villes durables.
1999
2000
2796
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
CA
DO
2909
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord 8
1999200000819 29- 2-2000
Blz. Page
* Question sans réponse 13
Mme Colette Burgeon
* Europese Commissie. — Europese dag « In de stad zonder mijn auto ». — Deelname van Belgische steden en gemeenten. Commission européenne. — Journée européenne « En ville sans ma voiture ». — Participation des villes et communes belges.
2797
Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 1
1999200000186
5-11-1999
65
Mw. Annemie Van de Casteele
Tweetaligheid van artikels in verband met de rijkswacht in het huis-aan-huis-blad « Vlan ». Bilinguisme des articles concernant la gendarmerie dans le « toutes boıˆtes » Vlan.
2857
1
1999200000477 10- 1-2000
99
Yves Leterme
Intergemeentelijke samenwerking inzake preventie en hulpverlening. — Aanvraagdossier voor de gemeenten Wervik, Menen en Wevelgem. Coopération intercommunale en matière de prévention et d’assistance. — Demande des communes de Wervik, de Menin et de Wevelgem.
2858
2
1999200000554 19- 1-2000
107
Yves Leterme
Verwijlinteresten. Intérêts de retard.
2860
1
1999200000622 28- 1-2000
116
Georges Lenssen
OCMW’s. — Ontvangen van tegenstrijdige, onvolledige of laattijdige informatie. CPAS. — Réception d’informations contradictoires, incomplètes ou tardives.
2861
1
1999200000667
4- 2-2000
122
Mme Claudine Drion
Houden van gevaarlijke dieren. Garde des animaux dangereux.
2862
1
1999200000689
8- 2-2000
125
Fred Erdman
Autonome gemeentebedrijven. Entreprises communales autonomes.
2863
1
1999200000736 16- 2-2000
130
Yves Leterme
Bijzondere Opsporingsbrigade. — Informaticamateriaal. Brigade spéciale de recherche. — Matériel informatique.
2865
6
1999200000762 22- 2-2000
132
Yves Leterme
Instelling van een verlof voor de uitoefening van een politiek mandaat. — Koninklijk besluit. — Ongelijke toepassing. Instauration d’un congé pour l’exercice d’un mandat politique. — Arrêté royal. — Application inégale.
2867
8
1999200000807 28- 2-2000
139
Jan Peeters
* Gemeentelijke brandweerdiensten. — Uitoefening van de functie van preventieadviseur van de dienst Welzijn op het werk door in de korpsen aanwezige brandweerofficieren. Services communaux des pompiers. — Exercice de la fonction de conseiller en prévention auprès du service Bien-être au travail par les officiers des corps des pompiers.
2798
8
1999200000809 28- 2-2000
140
Bart Laeremans
* Federale diensten. — Raden van bestuur. — Taalkundige verdeling. Services fédéraux. — Conseils d’administration. — Répartition linguistique.
2798
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2910
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
8
1999200000821
1- 3-2000
141
Guy D’haeseleer
* Regularisatieaanvragen vanuit de gevangenissen. Demandes de régularisation introduites par des illégaux incarcérés.
2799
8
1999200000822
1- 3-2000
142
Gerolf Annemans
* Gebrekkige werking van de Dienst Vreemdelingenzaken. Fonctionnement défectueux de l’Office des étrangers.
2799
1
1999200000857
7- 3-2000
145
Olivier Maingain
Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten. — Hernieuwing van het mandaat van de leden. Commission d’accès aux documents administratifs. — Renouvellement du mandat des membres.
2868
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions Sociale Zaken — Affaires sociales 1
1999200000574 21- 1-2000
69
Mw. Anne-Mie Descheemaeker
Palliatieve zorgen. Soins palliatifs.
2869
1
1999200000772 23- 2-2000
90
Jean-Jacques Viseur
Verhoogde kinderbijslag. — Toekenning. — Gezinsinkomen. Allocations familiales majorées. — Attribution. — Revenus du ménage.
2873
8
1999200000789 25- 2-2000
91
Daniel Bacquelaine * Pelviperineale revalidatiekinesitherapie. Kinésithérapie pelvipérinéale de rééducation.
2801
8
1999200000808 28- 2-2000
92
Mw. Yolande Avontroodt
2802
* Regeling van de kleine risico’s voor zelfstandigen. Réglementation relative aux petits risques pour les indépendants.
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 1
1999200000263 23-11-1999
27
Mme Muriel Gerkens
« Société de développement et de promotion de l’aéroport de Liège-Bierset » (SAB). — Domaniale ontvangsten. Société de développement et de promotion de l’aéroport de Liège-Bierset (SAB). — Recettes domaniales.
2874
Minister van Landbouw en Middenstand Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes Landbouw — Agriculture 1
1999200000481 10- 1-2000
18
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Jean-Pierre Viseur
1999
« Geregistreerd » zaaigoed en biodiversiteit. Semences « enregistrées » et bio-diversité.
2000
2876
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
CA
DO
2911
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
1
1999200000790 25- 2-2000
25
Luc Goutry
Europese regelgeving in verband met het gemeenschappelijk visserijbeleid door de verschillende lidstaten van de Europese Unie. Réglementation européenne relative à la politique commune de la pêche des différents E´tats membres de l’Union européenne.
2878
1
1999200000798 28- 2-2000
26
Luc Goutry
Visserijsector. — Bijzondere nationale belastingregelingen of subsidieregelingen. Secteur de la pêche. — Régimes fiscaux ou subventionnement spéciaux.
2880
Middenstand — Classes moyennes 1
1999200000869
8- 3-2000
20
Yves Leterme
Werking van de provinciale kamers voor ambachten en neringen. Fonctionnement des chambres provinciales des métiers et négoces.
2882
Minister van Justitie — Ministre de la Justice 1
0000199950255 22- 9-1999
47
Alfons Borginon
Aalmoezeniersdiensten in strafinrichtingen. Services pour les aumoˆniers dans les établissements pénitentiaires.
2883
1
0000199950263 23- 9-1999
50
Geert Bourgeois
Maatschappelijke enquêtes. — Achterstand en kwaliteitsbewaking. Enquêtes sociales. — Arriéré et controˆles de qualité.
2885
1
1999200000428 20-12-1999
128
Luc Goutry
Wet betreffende de collectieve schuldenregeling. — Aantal aanvragen en dossiers. Loi relative au règlement collectif de dettes. — Nombre de demandes et de dossiers.
2887
1
1999200000626 31- 1-2000
147
Mw. Alexandra Colen
Criminaliteit te Brussel. Criminalité à Bruxelles.
2888
1
1999200000653
3- 2-2000
152
Mw. Alexandra Colen
Gerechtelijke achterstand te Brussel. — Rechtsweigering. Arriéré judiciaire à Bruxelles. — Déni de justice.
2890
1
1999200000654
3- 2-2000
153
Francis Van den Eynde
De Haan. — Duitse staatsburgers. — Banden met extreemlinkse organisaties. De Haan. — Ressortissants allemands. — Liens avec des organisations d’extrême gauche.
2890
8
1999200000794 25- 2-2000
168
Jos Ansoms
* Aantal afgewerkte en niet-afgewerkte verkeerszaken die een letselongeval impliceerden. Nombre de procès terminés et non terminés relatifs aux accidents de roulage ayant entraıˆné des dommages corporels.
2802
1
1999200000823
1- 3-2000
170
Francis Van den Eynde
Gevangenis van Gent. — Gedetineerden van Turkse oorsprong. — Speciale maaltijden. Prison de Gand. — Détenus d’origine turque. — Repas spéciaux.
2892
1
1999200000847
3- 3-2000
173
Claude Desmedt
Bestuur. — Samenstelling van de tweetalige personeelsformatie. Administration. — Composition du cadre bilingue.
2892
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2912
CA
Datum Date
DO
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Minister van Financie¨n Ministre des Finances 8
1999200000786 24- 2-2000
240
Stef Goris
* Jachttrofeee¨n. — Buitenland. — Berekening invoerrechten. Trophées de chasse. — Importation. — Calcul des droits de douane.
2803
8
1999200000798 28- 2-2000
241
Luc Goutry
* Visserijsector. — Bijzondere nationale belastingregelingen of subsidieregelingen. Secteur de la pêche. — Régimes fiscaux ou subventionnement spéciaux.
2804
8
1999200000801 28- 2-2000
242
Koen Bultinck
* Diensten BTW, Directe Belastingen en Registratie van het ministerie van Financie¨n te Antwerpen. — Personeelstekort. Services de la TVA, des Contributions directes et de l’Enregistrement du ministère des Finances à Anvers. — Pénurie de personnel.
2805
8
1999200000802 28- 2-2000
243
Mw. Trees Pieters
* Diensten van de Inspecties Geschillen van de klassieke belastingdiensten. — Enorm aantal bezwaarschriften. — Ambtenaren die deze diensten « tijdelijk » moeten versterken. Services d’inspection du contentieux des services des contributions classiques. — Nombre considérable de réclamations. — Renfort « temporaire » de ces services par des fonctionnaires.
2805
8
1999200000810 28- 2-2000
244
Mw. Trees Pieters
* Fiscale geschillen. — Bezwaarschrift. — Administratie. — Administratief beroep. Contentieux fiscaux. — Réclamation. — Administration. — Recours administratif.
2808
8
1999200000817 29- 2-2000
245
Maurice Dehu
* Departement. — Tekort aan ontvangers. Département. — Manque de receveurs.
2809
8
1999200000832
246
Luc Sevenhans
* Meer ontvangsten uit files. — Fiscus. — Extra aftrek voor file-gevoelige zones. Recettes supplémentaires dues aux embouteillages. — Fisc. — Déduction fiscale supplémentaire dans les zones à embouteillages fréquents.
2810
1- 3-2000
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques
Telecommunicatie — Télécommunications 1
1999200000806 28- 2-2000
58
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Mw. Els Van Weert
1999
De Post. — Bedeling van niet-geadresseerd reclamedrukwerk. La Poste. — Distribution d’imprimés publicitaires non nominatifs.
2000
2893
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
CA
DO
2913
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Overheidsbedrijven en Participaties — Entreprises et Participations publiques 1
1999200000788 24- 2-2000
23
Jozef Van Eetvelt
Vrijstelling van gemeente- en provinciebelastingen voor overheidsbedrijven. Exonération de taxes communales et provinciales accordée aux entreprises publiques.
2894
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique Economie — E´conomie 1
1999200000633
2- 2-2000
48
Yves Leterme
Bioscoopzalen. — Jaarstatistiek van de exploitatie. Salles de cinéma. — Statistiques annuelles de l’exploitation.
2896
Wetenschappelijk Onderzoek — Recherche scientifique 1
1999200000670
4- 2-2000
39
Tony Smets
Wetenschappelijke instellingen. — Werving van statutaire ambtenaren. E´tablissements scientifiques. — Recrutement d’agents statutaires.
2899
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement 8
1999200000813 29- 2-2000
23
Ferdy Willems
* Productie van het ontbladeringsmiddel Agent Orange. — Betrokkenheid van Belgische chemische bedrijven. Production du défoliant Agent Orange. — Participation d’entreprises chimiques belges.
2811
8
1999200000814 29- 2-2000
24
Ferdy Willems
* Productie van het ontbladeringsmiddel Agent Orange. — Ontkenning van de betrokkenheid van de Belgische scheikundige industrie door Fedichem. Production du défoliant Agent Orange. — Démenti de la Fedichem concernant la participation de l’industrie chimique belge.
2811
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
Energie — E´nergie 1
1999200000385 14-12-1999
7
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Mw. Kristien Grauwels
1999
Reiskosten van kabinetsleden. Frais de déplacement des membres de cabinet.
2000
2901
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 025 03 - 04 - 2000
2914
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord 1
1999200000545 18- 1-2000
Blz. Page
* Question sans réponse 11
Yves Leterme
Kabinetten. — Gebouwen. — Toegankelijkheid voor rolstoelgebruikers. Cabinets. — Baˆtiments. — Accessibilité pour les utilisateurs de chaise roulante.
2901
Duurzame Ontwikkeling — Développement durable
1
1999200000492 11- 1-2000
5
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Yves Leterme
1999
Kabinetten. — Uitvoerend personeel niveau 4. — Tewerkstelling in privé-woning. Cabinets. — Personnel d’exécution de niveau 4. — Emploi dans le domicile privé.
2000
2903
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE