QRVA 50 117
QRVA 50 117
BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE
————
————
Schriftelijke vragen en antwoorden
Questions et réponses écrites
02 - 04 - 2002
1827 KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14268
AGALEV-ECOLO CD&V FN MR PS PSC sp•a VLAAMS BLOK VLD VU&ID
: : : : : : : : : :
Anders gaan leven / E´cologistes (confédérés pour l’organisation de luttes originales) Christen-Democratisch & Vlaams Front National Mouvement Réformateur Parti socialiste Parti social-chrétien socialistische partij anders Vlaams Blok Vlaamse Liberalen en Democraten Volksunie&ID21 (Integrale Democratie voor de 21e eeuw)
Afkortingen bij de nummering van de publicaties : DOC 50 0000/000 : Parlementair document van de 50e zittingsperiode + het nummer en het volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden HA : Handelingen (Integraal Verslag) BV : Beknopt Verslag PLEN : Plenum COM : Commissievergadering
Abréviations dans la numérotation des publications : DOC 50 0000/000 : Document parlementaire de la 50e législature, suivi du no et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites HA : Annales (Compte Rendu Intégral) CRA : Compte rendu analytique PLEN : Séance plénière COM : Réunion de commission
Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail : alg.zaken@de Kamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail :
[email protected]
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14269
INHOUD
SOMMAIRE
II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 1999. II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 1999. Blz./Page 14273 II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 86 van het reglement van de Kamer). II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).
Blz./Page 14283
Blz. Pages Eerste minister
—
Premier ministre
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
—
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
—
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale 14283 et de l’E´conomie sociale
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre 14284 et ministre de la Mobilité et des Transports
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
—
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Minister van Binnenlandse Zaken
14285 Ministre de l’Intérieur
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales 14288 et des Pensions
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen
—
Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration
Minister van Landsverdediging
14290 Ministre de la Défense
Minister van Justitie
14296 Ministre de la Justice
Minister van Financie¨n
14297 Ministre des Finances
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, 14305 chargé des Classes moyennes
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Minister toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw
—
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes
Ministre adjointe au ministre des Affaires étrangères, 14307 chargée de l’Agriculture
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking
—
Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling
—
Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14271
III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres.
Blz./Page 14311
Blz. Pages Eerste minister
14311 Premier ministre
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
—
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
Vice-premier ministre 14315 et ministre des Affaires étrangères
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale 14327 et de l’E´conomie sociale
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre 14333 et ministre de la Mobilité et des Transports
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Ministre de la Protection de la consommation, 14343 de la Santé publique et de l’Environnement
Minister van Binnenlandse Zaken
14355 Ministre de l’Intérieur
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales 14367 et des Pensions
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen
Ministre de la Fonction publique 14371 et de la Modernisation de l’administration
Minister van Landsverdediging
14379 Ministre de la Défense
Minister van Justitie
14385 Ministre de la Justice
Minister van Financie¨n
—
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand
Ministre des Finances
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, 14387 chargé des Classes moyennes
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid
—
Minister toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes
Ministre adjointe au ministre des Affaires étrangères, 14395 chargée de l’Agriculture
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking
—
Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement
Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie 14396 et au Développement durable
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden
—
In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp. IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
Blz./Page 14401
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14273
I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 1999. * I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 1999. * Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 4- 4-2000 30- 5-2000 19- 1-2001 13- 2-2001 14- 2-2001 29- 3-2001 4-12-2001 4-12-2001 28-12-2001 5- 2-2002 15- 2-2002
86 106 168 177 178 191 305 306 313 317 330
Francis Van den Eynde Yves Leterme Mme Muriel Gerkens Guido Tastenhoye Jan Mortelmans Gerolf Annemans Filip Anthuenis Filip Anthuenis Filip Anthuenis Guy D’haeseleer Servais Verherstraeten
3467 4359 7219 7533 7533 8389 12234 12235 12695 13303 14083
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères 2381920-
7-2001 2-2002 2-2002 2-2002
20- 2-2002
166 227 232 233 234
Mme Claudine Drion Pieter De Crem Francis Van den Eynde Mme Marie-Thérèse Coenen Dirk Van der Maelen
10669 13697 14084 14085 14086
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale Begroting — Budget
27- 7-2001
70
Joos Wauters
10679
Datum Date 27555667777825-
Vraag nr. Question no
8-2001 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
73 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92
Auteur Joos Wauters Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Yves Leterme
Blz. Page 10682 13307 13308 13309 13310 13311 13698 13700 13701 13702 13703 14283
Maatschappelijke Integratie — Intégration sociale
5556677778-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
106 107 108 109 110 111 112 113 114 115
Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy
D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer
13313 13314 13315 13316 13317 13706 13707 13708 13709 13710
Sociale Economie — E´conomie sociale
7- 1-2002
27
5556677778-
29 30 31 32 33 34 35 36 37 38
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
Mme Marie-Thérèse Coenen Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
12835 13319 13321 13321 13322 13323 13713 13714 13715 13716 13717
* Lijst afgesloten op 29 maart 2002 * Liste cloˆturée le 29 mars 2002
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14274
Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 25- 9-2000 24-11-2000 26- 1-2001 18- 7-2001 19- 7-2001 24- 7-2001 27- 7-2001 27- 7-2001 27- 7-2001 10- 8-2001 4- 9-2001
286 316 352 459 460 465 466 467 468 479 488
24-10-2001 3-12-2001 4-12-2001 19-12-2001 4- 1-2002 11- 1-2002 11- 1-2002 15- 1-2002 15- 1-2002 15- 1-2002 17- 1-2002 18- 1-2002 18- 1-2002 24- 1-2002 25- 1-2002 25- 1-2002 25- 1-2002 28- 1-2002 30- 1-2002 30- 1-2002 30- 1-2002 4- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 13- 2-2002 15- 2-2002 15- 2-2002 18- 2-2002 18- 2-2002 18- 2-2002 18- 2-2002 18- 2-2002
519 535 537 551 552 562 564 566 568 569 572 573 574 581 582 583 585 588 589 590 591 593 600 603 604 608 609 610 611 612 613 614 615
Bart Laeremans Bart Somers Mw. Els Van Weert Francis Van den Eynde Hubert Brouns Willy Cortois Yves Leterme Mw. Frieda Brepoels Hagen Goyvaerts Willy Cortois Mw. Annemie Van de Casteele Martial Lahaye Jan Mortelmans Jan Eeman Jan Eeman Geert Bourgeois Joos Wauters Joos Wauters Yves Leterme Yves Leterme Jozef Van Eetvelt Martial Lahaye Jan Eeman Francis Van den Eynde Martial Lahaye Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans François Bellot Koen Bultinck Koen Bultinck Koen Bultinck Geert Bourgeois Jozef Van Eetvelt Yves Leterme Yves Leterme Francis Van den Eynde Mw. Frieda Brepoels Mw. Frieda Brepoels Mw. Frieda Brepoels Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
5866 6540 7374 10043 10683 10685 10686 10687 10688 10693 10698 11625 12242 12243 12589 12836 12839 12840 12841 12843 12844 12988 12989 12990 13128 13129 13130 13132 13132 13133 13134 13134 13325 13721 13724 13725 13729 14086 14087 14088 14089 14089 14090 14090 2001
Datum Date
Vraag nr. Question no
20- 2-2002 21- 2-2002 27- 2-2002
616 617 618
Auteur
Jan Mortelmans Jan Mortelmans Luc Sevenhans
Blz. Page 14091 14284 14284
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement Consumentenzaken — Protection de la consommation
5556677778-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
113 114 115 116 117 118 120 121 122 123
Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy
D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer
13332 13334 13334 13335 13337 13730 13731 13733 13734 13735
Volksgezondheid — Santé publique
5556677778-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
408 410 411 412 415 416 418 419 420 421
Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy
D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer
13338 13340 13341 13342 13344 13737 13738 13740 13741 13742
Leefmilieu — Environnement
5556677778-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
2002
48 49 50 51 52 53 54 55 56 57
Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy Guy
D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer D’haeseleer
13345 13347 13347 13348 13349 13744 13746 13747 13748 13749
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002 Datum Date
14275
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 2- 5-2000 18-10-2000
172 252
9-11-2000 23-11-2000 9- 1-2001 15- 1-2001 15- 1-2001 12- 2-2001 16- 2-2001 16- 2-2001 20- 2-2001 28- 2-2001 5- 3-2001 6- 3-2001 6- 3-2001 9- 3-2001 19- 3-2001 30- 3-2001 20- 4-2001 25- 4-2001 8- 5-2001 14- 5-2001 14- 5-2001 15- 5-2001 29- 5-2001 30- 5-2001 5- 6-2001 6- 6-2001 12- 6-2001 18- 6-2001 27- 6-2001 2- 7-2001 19- 7-2001 20- 7-2001 23- 7-2001 24- 7-2001 1- 8-2001 2- 8-2001 3- 8-2001 8- 8-2001 8- 8-2001 22- 8-2001 5- 9-2001 10- 9-2001 10- 9-2001 12- 9-2001
257 260 276 278 279 296 302 303 307 311 312 313 314 319 321 332 341 344 348 351 353 354 361 363 365 367 371 377 384 385 393 394 395 397 401 403 405 406 407 411 416 417 419 420
Yves Leterme Mw. Annemie Van de Casteele Peter Vanvelthoven Jozef Van Eetvelt Fred Erdman Guido Tastenhoye Guido Tastenhoye Olivier Maingain Guy Larcier Guy Larcier Danie¨l Vanpoucke Martial Lahaye Jan Peeters Gerolf Annemans Jan Peeters Hugo Philtjens Olivier Maingain Lode Vanoost Alfons Borginon Jo Vandeurzen Jan Eeman Bart Somers Bart Somers Maurice Dehu Patrick Moriau Francis Van den Eynde Martial Lahaye Geert Bourgeois Willy Cortois John Spinnewyn Yves Leterme Mw. Frieda Brepoels Filip Anthuenis Jos Ansoms Mw. Simonne Creyf Willy Cortois Mme Zoé Genot Claude Eerdekens Paul Tant Koen Bultinck Filip De Man Filip De Man Danie¨l Vanpoucke Martial Lahaye Martial Lahaye Jozef Van Eetvelt
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
3880 6105 6367 6551 7028 7127 7129 7538 7703 7704 7708 7860 7972 7973 7973 7977 8202 8394 8734 8736 8941 9116 9118 9119 9454 9455 9554 9555 9676 9681 9833 9945 10701 10702 10702 10703 10705 10706 10707 10708 10708 10710 10712 10882 10883 10884
2001
Datum Date
Vraag nr. Question no
17- 9-2001 19- 9-2001 19- 9-2001 21- 9-2001 26- 9-2001 26- 9-2001 1-10-2001
422 424 425 427 433 435 436
4-10-2001 10-10-2001 12-10-2001 22-10-2001 29-10-2001 30-10-2001 5-11-2001 5-11-2001 5-11-2001 12-11-2001 13-11-2001 19-11-2001 20-11-2001 22-11-2001 23-11-2001 23-11-2001 29-11-2001 6-12-2001 7-12-2001 10-12-2001
438 440 441 443 446 447 448 449 450 451 452 454 456 458 460 462 467 469 470 472
18-12-2001 18-12-2001 18-12-2001 21-12-2001 3- 1-2002 15- 1-2002 15- 1-2002 16- 1-2002 16- 1-2002
477 478 479 480 483 488 489 490 491
1721232323232324242525-
493 494 495 496 497 498 499 500 501 502 503
1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002
2002
Auteur
Francis Van den Eynde Danie¨l Vanpoucke Karel Van Hoorebeke Jef Valkeniers Francis Van den Eynde Paul Tant Mw. Yolande Avontroodt Fred Erdman Georges Lenssen Yves Leterme Fred Erdman Mme Zoé Genot Karel Van Hoorebeke Alfons Borginon Jef Valkeniers Peter Vanvelthoven Paul Tant Fred Erdman Dirk Van der Maelen Jan Peeters Bart Somers Bart Somers Bart Somers Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Filip De Man Mme Géraldine PelzerSalandra Bart Somers Georges Lenssen Bart Somers Jan Eeman Dirk Van der Maelen Alfons Borginon John Spinnewyn Martial Lahaye Mw. Annemie Van de Casteele Bart Laeremans Mw. Alexandra Colen Vincent Decroly Jozef Van Eetvelt Mw. Els Van Weert Mw. Els Van Weert Jozef Van Eetvelt Mw. Els Van Weert Mw. Els Van Weert Martial Lahaye Guy Larcier
Blz. Page 11024 11026 11026 11149 11153 11154 11255 11415 11416 11533 11629 11630 11631 11777 11778 11778 12010 12011 12087 12088 12246 12247 12249 12253 12502 12502 12504 12590 12591 12592 12696 12759 12850 12851 12851 12852 12991 12992 12992 12995 12996 12996 12997 13135 13136 13137 13137
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1828
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14276
Datum Date 29303030-
1-2002 1-2002 1-2002 1-2002
Vraag nr. Question no 506 507 509 510
4777778131515191920-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
511 517 518 519 520 521 523 524 526 527 528 530 531
21252526-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
532 533 534 535
Auteur
Gerolf Annemans Martial Lahaye Karel Van Hoorebeke Mw. Annemie Van de Casteele Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Fred Erdman Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Hagen Goyvaerts Bart Laeremans Mw. Trees Pieters Alfons Borginon Mw. Simonne Creyf Bruno Van Grootenbrulle Karel Van Hoorebeke Jan Peeters Bart Somers Martial Lahaye
Blz. Page
Datum Date
Vraag nr. Question no
13139 13140 13142
21- 9-2001 4-10-2001 23-10-2001
393 399 404
13143 13351 13752 13753 13754 13755 13756 13759 13761 14091 14092 14093 14094
26-10-2001 5-11-2001 19-12-2001
407 412 428
28-12-2001 8- 1-2002 10- 1-2002 16- 1-2002 24- 1-2002
430 431 433 434 436
2815556677778192525-
1-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
437 440 442 444 445 446 447 448 449 450 451 452 455 456 457
26- 2-2002
458
14095 14285 14286 14286 14287
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions Sociale Zaken — Affaires sociales
3018212326273162513-
5-2000 7-2000 8-2000 1-2001 4-2001 4-2001 5-2001 5-2001 6-2001 7-2001
143 176 186 237 276 288 296 338 353 359
16- 7-2001
362
9- 8-2001 19- 9-2001
373 388
21- 9-2001
392
Yves Leterme Koen Bultinck Servais Verherstraeten Mme Colette Burgeon Jef Valkeniers Jef Valkeniers Jef Valkeniers Mw. Alexandra Colen Yves Leterme Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Servais Verherstraeten Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
4375 5358 5361 7228 8849 8853 8941 9130 9835 10052 10053 10715 11030 11155
2001
Auteur
Willy Cortois Servais Verherstraeten Mw. Annemie Van de Casteele Danny Pieters Jef Valkeniers Mw. Yolande Avontroodt Mme Colette Burgeon Daan Schalck Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Yolande Avontroodt Joos Wauters Jozef Van Eetvelt Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Jozef Van Eetvelt Guy D’haeseleer Mw. Anne-Mie Descheemaeker Mw. Yolande Avontroodt
Blz. Page 11156 11417 11633 11634 11780 12593 12698 12853 12854 12856 13144 13145 13358 13359 13362 13363 13364 13365 13763 13765 13766 13767 13768 14096 14288 14288 14289
Pensioenen — Pensions
3045556677778-
5-2000 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
2002
25 96 97 98 99 100 102 103 104 105 106 107
Yves Leterme Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
4376 13367 13367 13369 13370 13371 13372 13771 13772 13774 13775 13776
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002 Datum Date
14277
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 8-11-2001 28- 1-2002 30- 1-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 6- 2-2002 6- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 8- 2-2002 21- 2-2002 22- 2-2002 22- 2-2002 25- 2-2002 26- 2-2002 26- 2-2002 27- 2-2002
209 228 229 231 232 233 234 235 236 237 238 240 241 245 246 247 248 252 253 256
André Schellens Martial Lahaye Yves Leterme Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Alfons Borginon Alfons Borginon Alfons Borginon Stef Goris Geert Bourgeois Luc Sevenhans Luc Sevenhans
12014 13146 13147 13373 13375 13376 13377 13378 13779 13781 13782 13783 13784 14290 14291 14291 14292 14294 14295 14296
Minister van Justitie Ministre de la Justice 1-10-1999 19-11-1999 22-11-1999 11- 2-2000 21- 2-2000 28- 3-2000 15- 9-2000 5-12-2000 22- 1-2001 13- 2-2001 18- 4-2001 25- 4-2001 18- 5-2001 11- 6-2001 15- 6-2001 27- 6-2001 6- 7-2001
61 106 108 160 164 188 261 293 312 319 355 360 375 392 400 407 409
162494-
418 427 433 442
7-2001 7-2001 8-2001 9-2001
Geert Bourgeois Fred Erdman Bert Schoofs Bart Laeremans Hubert Brouns Fred Erdman Fred Erdman Gerolf Annemans Fred Erdman Mw. Els Van Weert Martial Lahaye Jo Vandeurzen Daan Schalck Jef Valkeniers Yves Leterme Yves Leterme Mw. Yolande Avontroodt Filip De Man Willy Cortois Servais Verherstraeten Yves Leterme
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
424 1160 1162 2504 2658 3366 5750 6613 7232 7546 8640 8747 9378 9697 9698 9952 9953 10057 10730 10734 10740
2001
Datum Date
Vraag nr. Question no
21- 9-2001
450
21- 9-2001 26- 9-2001 2-10-2001 10-10-2001 22-10-2001 22-10-2001 26-10-2001 30-10-2001 5-11-2001 8-11-2001 20-11-2001 29-11-2001 4-12-2001 7-12-2001
452 456 457 465 471 472 474 477 479 482 487 493 494 500
10-12-2001 12-12-2001 14-12-2001 17-12-2001
502 505 507 509
27-12-2001 18- 1-2002 18- 1-2002 21- 1-2002 21- 1-2002 22- 1-2002 24- 1-2002 4- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 7- 2-2002 8- 2-2002 8- 2-2002 18- 2-2002 19- 2-2002 20- 2-2002 21- 2-2002 26- 2-2002
514 527 529 531 532 533 539 543 544 547 555 557 558 562 564 565 566 567
Auteur
Mw. Yolande Avontroodt Richard Fournaux Francis Van den Eynde Mme Jacqueline Herzet Yves Leterme Fred Erdman Fred Erdman Danny Pieters Yves Leterme Alfons Borginon Jan Mortelmans Daan Schalck Servais Verherstraeten Guy D’haeseleer Mme Géraldine PelzerSalandra Lode Vanoost Bart Laeremans Mw. Trees Pieters Mw. Yolande Avontroodt Dirk Van der Maelen Claude Eerdekens Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Vincent Decroly Martial Lahaye Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Yves Leterme Martial Lahaye Mw. Trees Pieters Fred Erdman Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Gérard Gobert Jean-Jacques Viseur John Spinnewyn
Blz. Page 11159 11160 11162 11260 11423 11640 11641 11642 11643 11783 12015 12091 12262 12263 12511 12512 12513 12595 12598 12701 13003 13003 13005 13005 13006 13148 13379 13380 13381 13787 13787 13788 14098 14099 14100 14296 14297
Minister van Financie¨n Ministre des Finances 8891015-
9-1999 9-1999 9-1999 9-1999 9-1999
2002
22 24 26 31 50
Marcel Hendrickx Jo Vandeurzen Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Mw. Trees Pieters
130 222 225 228 245
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14278
Datum Date
Vraag nr. Question no
16- 9-1999 13-10-1999 13-10-1999 18-10-1999 22-10-1999 22-10-1999 27-10-1999 16-11-1999 16-11-1999 22-11-1999 24-11-1999 24-11-1999 25-11-1999 3-12-1999 3-12-1999 6-12-1999 7-12-1999 17-12-1999
52 76 77 83 93 97 104 115 116 124 131 132 136 142 143 146 154 164
17-12-1999
165
20-12-1999 21-12-1999
167 171
23-12-1999 10- 1-2000 19- 1-2000 25- 1-2000 9- 2-2000 10- 2-2000 18- 2-2000 28- 2-2000 7- 3-2000 8- 3-2000 13- 3-2000 7- 4-2000 14- 4-2000 28- 4-2000 2- 5-2000
176 184 198 210 221 223 233 243 258 259 265 306 307 315 318
4101216303031162727-
321 329 332 335 375 376 381 398 408 410
5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 5-2000 6-2000 6-2000 6-2000
Auteur
Yves Leterme Guy D’haeseleer Eric van Weddingen Bart Laeremans Karel Van Hoorebeke Karel Van Hoorebeke Mw. Alexandra Colen Daniel Bacquelaine Dirk Pieters Lode Vanoost Mw. Trees Pieters Servais Verherstraeten Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Dirk Pieters Jacques Chabot Willy Cortois Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Dirk Pieters Mw. Annemie Van de Casteele Claude Eerdekens Yves Leterme Mw. Trees Pieters Claude Eerdekens Olivier Maingain Yves Leterme Jacques Lefevre Mw. Trees Pieters Luc Goutry Yves Leterme Yves Leterme Dirk Pieters Koen Bultinck Mw. Trees Pieters Mw. Annemie Van de Casteele Danny Pieters Robert Denis Francis Van den Eynde Geert Bourgeois Jef Valkeniers Yves Leterme Jean-Pol Poncelet Geert Bourgeois Claude Eerdekens Aimé Desimpel
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Blz. Page
Datum Date
Vraag nr. Question no
10- 7-2000 12- 7-2000 12- 7-2000 17- 7-2000 19- 7-2000 3- 8-2000 31- 8-2000 18- 9-2000 10-10-2000 10-10-2000 13-10-2000 16-10-2000 30-10-2000 13-11-2000 17-11-2000 21-11-2000 29-11-2000 15-12-2000 15-12-2000 20-12-2000 22-12-2000 22-12-2000 27-12-2000
422 427 428 432 435 438 442 454 474 476 478 482 490 505 509 511 524 538 539 545 546 549 550
5111112151717262991316-
1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 1-2001 2-2001 2-2001 2-2001
552 555 557 559 563 567 568 576 579 588 591 597
3888 4016 4020 4110 4112 4390 4390 4393 4750 4879 4880
23232856721212323291112-
2-2001 2-2001 2-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 3-2001 4-2001 4-2001
603 604 610 613 615 619 632 633 635 636 640 647 649
2001
2002
311 647 648 743 865 867 871 1082 1082 1173 1182 1186 1340 1456 1456 1459 1465 1717 1717 1718 1722 1725 1924 2056 2206 2441 2507 2661 2805 2938 2938 3115 3589 3706 3884
Auteur
Jo Vandeurzen Aimé Desimpel Aimé Desimpel Luc Goutry Pierre Lano Olivier Maingain Olivier Maingain Servais Verherstraeten Mw. Trees Pieters Olivier Maingain Fred Erdman Karel Pinxten Georges Lenssen Lode Vanoost Mw. Fientje Moerman Claude Eerdekens Filip Anthuenis Jean-Pierre Grafé Alfons Borginon Mw. Trees Pieters Mme Josée Lejeune Mw. Maggie De Block Bruno Van Grootenbrulle Yves Leterme Claude Eerdekens Pierre Lano Claude Eerdekens Pierre Lano Servais Verherstraeten Dirk Pieters Aimé Desimpel Luc Sevenhans Claude Eerdekens Guido Tastenhoye Ludo Van Campenhout Claude Eerdekens Philippe Collard Mw. Frieda Brepoels Bart Laeremans Claude Eerdekens Yves Leterme Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Hugo Philtjens Mw. Trees Pieters Gerolf Annemans Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters
Blz. Page 4987 4989 4990 5378 5380 5385 5388 5753 6033 6036 6110 6113 6202 6377 6453 6454 6566 6815 6816 6819 6933 6935 6937 7030 7140 7142 7143 7146 7149 7150 7384 7387 7548 7550 7715 7861 7861 7865 7991 7992 7994 8215 8216 8317 8318 8403 8519 8641
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002 Datum Date 171818182025252525223911-
Vraag nr. Question no
4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 4-2001 5-2001 5-2001 5-2001 5-2001 5-2001
654 655 658 660 665 668 669 670 671 676 677 678 687 688
15- 5-2001 15- 5-2001
691 692
151621223011178151528292231012121212121730311031341818-
695 698 701 703 706 707 708 709 715 717 723 724 737 738 739 740 744 748 751 752 753 755 756 759 769 770 773 774 775 776 788 791
5-2001 5-2001 5-2001 5-2001 5-2001 6-2001 6-2001 6-2001 6-2001 6-2001 6-2001 6-2001 6-2001 6-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 7-2001 8-2001 8-2001 9-2001 9-2001 9-2001 9-2001
14279
Auteur
Guy Larcier Georges Lenssen Martial Lahaye Claude Eerdekens Martial Lahaye Jo Vandeurzen Marcel Hendrickx Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Marcel Hendrickx Jan Eeman Dirk Pieters Dirk Pieters Mme Corinne de Permentier Mw. Magda De Meyer Mw. Kristien Grauwels Marcel Hendrickx Martial Lahaye Mw. Trees Pieters Gérard Gobert Richard Fournaux Gérard Gobert Martial Lahaye Mw. Trees Pieters Yves Leterme Geert Bourgeois Claude Eerdekens Denis D’hondt Marcel Hendrickx Karel Van Hoorebeke Marcel Hendrickx Karel Van Hoorebeke Mw. Trees Pieters Marcel Hendrickx Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Mw. Trees Pieters Mw. Frieda Brepoels Yves Leterme Koen Bultinck Geert Bourgeois Geert Bourgeois Yves Leterme Richard Fournaux Yves Leterme
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Blz. Page 8645 8646 8648 8649 8751 8753 8754 8756 8757 8862 8863 8958 8966 9141 9143 9144 9147 9149 9383 9386 9463 9561 9562 9563 9702 9703 9708 9709 9960 9962 9962 9964 9966 9973 10060 10060 10061 10062 10063 10066 10744 10745 10746 10747 10748 10750 11038 11040 2001
Datum Date
Vraag nr. Question no
20- 9-2001 26- 9-2001 2-10-2001 10-10-2001 17-10-2001 23-10-2001 25-10-2001 26-10-2001 26-10-2001 26-10-2001 29-10-2001 30-10-2001 5-11-2001 6-11-2001 6-11-2001 6-11-2001 6-11-2001 13-11-2001
793 795 799 804 807 809 812 813 814 816 818 821 822 824 825 826 827 830
20-11-2001 20-11-2001 21-11-2001 30-11-2001 4-12-2001 5-12-2001 12-12-2001 14-12-2001 21-12-2001
833 834 836 837 839 840 843 844 853
21-12-2001 3- 1-2002 8- 1-2002 8- 1-2002 10- 1-2002 10- 1-2002 11- 1-2002 11- 1-2002 14- 2-2002 16- 1-2002 16- 1-2002 16- 1-2002 17- 1-2002 17- 1-2002 18- 1-2002 18- 1-2002 21- 1-2002
854 857 858 859 863 864 865 866 869 870 871 872 873 874 875 876 877
21- 1-2002 21- 1-2002
878 879
2002
Auteur
Francis Van den Eynde Yves Leterme Dirk Pieters Mw. Fientje Moerman Claude Eerdekens Peter Vanvelthoven Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Aimé Desimpel Mw. Maggie De Block Alfons Borginon Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Guido Tastenhoye Ludo Van Campenhout Claude Eerdekens Claude Eerdekens Marcel Hendrickx Jan Eeman Jan Eeman Jan Eeman Claude Eerdekens Jean-Jacques Viseur Ludo Van Campenhout Jean-Jacques Viseur Mw. Trees Pieters Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Alexandra Colen Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Hubert Brouns Daniel Bacquelaine Fred Erdman Claude Eerdekens Mw. Trees Pieters Mw. Els Van Weert Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Ludo Van Campenhout Mw. Alexandra Colen Ludo Van Campenhout
Blz. Page 11163 11164 11265 11425 11541 11645 11648 11649 11649 11651 11652 11655 11784 11785 11787 11788 11788 12017 12093 12094 12095 12265 12267 12268 12515 12599 12703 12705 12760 12871 12872 12875 12875 12877 12879 12880 12881 12882 12883 13010 13011 13012 13013 13015 13016 13016
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14280
Datum Date
Vraag nr. Question no
21- 1-2002
880
21- 1-2002
881
2121212122222222232425-
1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002 1-2002
882 883 884 885 886 887 888 889 890 891 892
293030445555666667777788811131313-
1-2002 1-2002 1-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
893 894 895 896 897 898 899 900 901 902 903 904 905 906 907 908 909 910 911 912 913 914 915 916 917 918
13131515181919-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
919 920 921 922 923 924 925
Auteur
Ludo Van Campenhout Ludo Van Campenhout Marcel Hendrickx Claude Eerdekens Claude Eerdekens Marcel Hendrickx Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Martial Lahaye Karel Van Hoorebeke Mw. Yolande Avontroodt Yves Leterme Martial Lahaye Marcel Hendrickx Yves Leterme Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Yves Leterme Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Yves Leterme Yves Leterme Marcel Hendrickx Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Aimé Desimpel Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Dirk Pieters Mw. Trees Pieters Guy D’haeseleer Marcel Hendrickx Martial Lahaye Martial Lahaye Mw. Annemie Van de Casteele Martial Lahaye Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Francis Van den Eynde Yves Leterme Yves Leterme
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Blz. Page 13016 13017 13017 13019 13020 13021 13022 13023 13024 13025 13027 13149 13150 13151 13151 13152 13382 13383 13384 13385 13386 13387 13388 13389 13390 13391 13392 13789 13790 13791 13792 13793 13794 13795 13796 13798 13799 13800 13800 13800 13801 14100 14101 14102 14103 14104 2001
Datum Date 202020202222252525262626262727-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
Vraag nr. Question no 926 927 928 929 930 931 932 933 934 935 936 937 938 939 940
Auteur
Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Marcel Hendrickx Mw. Trees Pieters Mw. Els Van Weert Lode Vanoost Lode Vanoost Marcel Hendrickx Mw. Trees Pieters Martial Lahaye François Bellot Mw. Trees Pieters Luc Sevenhans Luc Sevenhans
Blz. Page 14105 14107 14108 14110 14297 14298 14299 14299 14299 14301 14302 14302 14303 14304 14304
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, chargé des Classes moyennes Telecommunicatie — Télécommunications
4-10-2001 29-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 30-11-2001 7-12-2001 10-12-2001 16- 1-2002 28- 1-2002 4- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002
2002
212 224 226 227 228 229 230 231 232 233 234 235 236 237 238 239 240 244 246 253 260 262 263 265
Yves Leterme Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jozef Van Eetvelt Jan Mortelmans Guy Larcier Daan Schalck Daan Schalck Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
11426 12272 12274 12274 12275 12275 12276 12277 12277 12278 12278 12279 12279 12280 12280 12280 12281 12516 12517 12890 13154 13394 13394 13397
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002 Datum Date 56667777819-
Vraag nr. Question no
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
266 267 268 269 270 271 272 273 274 277
14281
Auteur Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Yves Leterme Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Mw. Joke Schauvliege
Blz. Page 13398 13399 13400 13401 13802 13803 13804 13805 13807 14111
Overheidsbedrijven en Participaties — Entreprises et Participations publiques
14-12-2001 8- 1-2002 8- 1-2002 18- 1-2002 4- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 6- 2-2002 6- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 8- 2-2002 13- 2-2002 15- 2-2002 21- 2-2002
126 128 129 134 135 136 137 138 139 141 142 143 144 145 146 147 148 149
Alfons Borginon Jan Eeman Yves Leterme Jozef Van Eetvelt Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Yves Leterme Servais Verherstraeten Yves Leterme
12601 12891 12892 13030 13402 13402 13404 13405 13406 13407 13809 13811 13812 13813 13814 13817 14112 14305
Middenstand — Classes moyennes
10151645556677778-
1-2002 1-2002 1-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
75 77 78 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 91
Mw. Trees Pieters Alfons Borginon Mw. Trees Pieters Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
12895 12898 12899 13409 13409 13411 13411 13412 13413 13818 13819 13820 13821 13823
2001
Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes Economie — E´conomie
24-10-2000 12- 1-2001 17- 4-2001 21- 6-2001 25- 6-2001 29- 8-2001 3- 9-2001 24- 9-2001 12-11-2001 10- 1-2002 4- 2-2002 6- 2-2002 6- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 8- 2-2002 8- 2-2002 8- 2-2002 19- 2-2002
102 116 150 200 203 211 212 220 234 239 254 259 260 261 262 263 264 265 266 267 269
Francis Van den Eynde Mme Claudine Drion Martial Lahaye Patrick Moriau Yves Leterme Jean-Jacques Viseur Geert Bourgeois Mw. Trees Pieters Alfons Borginon Mw. Trees Pieters Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Mw. Trees Pieters Guy D’haeseleer José Canon Alfons Borginon
6207 7155 8652 9842 9844 10769 10770 11169 12021 12902 13415 13419 13420 13826 13827 13828 13829 13830 13831 13833 14113
Wetenschappelijk Onderzoek — Recherche scientifique
25-10-1999 25-11-1999 27- 6-2000
9 26 45
18-10-2000 17-11-2000 22-11-2000 26- 1-2001
53 64 69 76
14171111313-
80 84 89 90 91 92 93
2-2001 4-2001 6-2001 6-2001 7-2001 8-2001 9-2001
2002
Alfons Borginon Jean-Pol Poncelet Mw. Kristien Grauwels Yves Leterme Mw. Els Van Weert Mw. Frieda Brepoels Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Alexandra Colen Mw. Frieda Brepoels Mw. Els Van Weert Mw. Els Van Weert Jan Eeman Yves Leterme Geert Bourgeois
873 1349 4884 6117 6467 6471 7391 7559 8653 9719 9719 9981 10772 10773
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14282
Datum Date
Vraag nr. Question no
9-10-2001 19-11-2001 24- 1-2002
94 97 98
5556677778-
2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
100 101 102 103 104 105 106 107 108 109
Auteur
Willy Cortois Olivier Maingain Mw. Yolande Avontroodt Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
Blz. Page
Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
11435 12097
Minister toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw
13158 13422 13424 13424 13425 13427 13834 13836 13837 13838 13839
Ministre adjointe au ministre des Affaires étrangères, chargée de l’Agriculture
Blz. Page
Buitenlandse Zaken — Affaires étrangères
4- 2-2002 8- 2-2002 25- 2-2002
37 47 49
Geert Bourgeois Bart Laeremans Alfons Borginon
13434 13849 14307
Landbouw — Agriculture Grootstedenbeleid — Politique des grandes villes
16- 6-2000 28-11-2001 4- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 5- 2-2002 6- 2-2002 6- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 7- 2-2002 8- 2-2002
3 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26
Geert Bourgeois Francis Van den Eynde Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
4754 12286 13428 13428 13430 13431 13432 13433 13842 13843 13844 13845 13846
2001
1429124555667777827-
2-2001 3-2001 4-2001 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002 2-2002
2002
74 83 85 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 118
Jan Mortelmans Gerolf Annemans Bart Laeremans Geert Bourgeois Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Yvon Harmegnies
7544 8400 8638 13435 13435 13437 13437 13438 13439 13849 13851 13852 13853 13854 14308
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14283
(Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. (Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 86 van het reglement van de Kamer). II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
Begroting
Budget
DO 2001200200745
DO 2001200200745
Vraag nr. 92 van de heer Yves Leterme van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 92 de M. Yves Leterme du 25 février 2002 (N.) :
Schadevergoeding van de dioxinecrisis.
Indemnisation à la suite de la crise de la dioxine.
Tijdens de gedachtewisseling in de plenaire zitting van 18 december 2001 heeft u medegedeeld dat de regering beslist heeft om de getroffen landbouwers van de dioxinecrisis « om 100 % uit te betalen aan iedereen » niet goed te keuren.
Au cours de l’échange de vues qui a eu lieu lors de la séance plénière du 18 décembre 2001, vous avez indiqué que le gouvernement avait décidé de ne pas accorder à tous les agriculteurs concernés 100 % du montant de l’indemnité prévue.
Aangezien slechts 80 % wordt uitbetaald voor de directe schade van de vernietigde dieren, stel ik de vraag of er nog mogelijkheden onderzocht worden om alsnog de resterende 20 % schadevergoeding aan de getroffen landbouwers te vergoeden ? 1. Bent u bereid om dit dossier verder te onderzoeken ?
Dans la mesure ou` 80 % seulement du montant total est octroyé pour le dommage direct causé par la destruction des animaux, je souhaiterais vous poser la question suivante : examine-t-on encore la possibilité d’octroyer les 20 % restants du montant de l’indemnisation aux agriculteurs concernés ? 1. Eˆtes-vous disposé à poursuivre l’examen de ce dossier ?
2. Zijn er nieuwe evoluties of aanwijzingen waardoor de resterende 20 % aan de getroffen landbouwers toch nog kunnen uitbetaald worden ?
2. De nouvelles évolutions ou indications permettent-elles de penser que les 20 % restants pourraient tout de même être versés aux agriculteurs concernés ?
3. Wordt er nog een mogelijkheid onderzocht om in een schadevergoeding te voorzien voor voederkosten en waardevermindering van runderen van de geblokkeerde bedrijven ?
3. Envisage-t-on également la possibilité d’allouer une indemnité pour les frais d’alimentation et la perte de valeur des bovins des exploitations bloquées ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1829
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14284
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
DO 2001200200723
DO 2001200200723
Vraag nr. 617 van de heer Jan Mortelmans van 21 februari 2002 (N.) :
Question no 617 de M. Jan Mortelmans du 21 février 2002 (N.) :
NMBS. — Regelgeving met betrekking tot gevaarlijke honden en transport van dieren. — Studie.
SNCB. — Réglementation à l’égard des chiens dangereux et du transport d’animaux. — E´tude.
In antwoord op de schriftelijke vraag nr. 429 van 6 juni 2001 van de heer Van Grootenbrulle antwoordde u dat intern wordt bestudeerd of een aanpassing van de reglementering inzake het transport van dieren in het algemeen en honden in het bijzonder in treinen nodig is, en hoe de voorschriften duidelijk en aan de klant en aan het personeel kunnen gecommuniceerd worden (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2000-2001, nr. 86, blz. 9869).
En réponse à la question écrite no 429 du 6 juin 2001 de M. Van Grootenbrulle, vous avez indiqué qu’une étude interne était en cours afin d’examiner s’il est nécessaire d’adapter la réglementation sur le transport en train d’animaux en général, et de chiens en particulier, et de quelle façon les prescriptions peuvent être communiquées clairement, et au personnel et au client (Questions et Réponses, Chambre, 2000-2001, no 86, p. 9869).
1. Is deze studie afgerond ?
1. Cette étude est-elle terminée ?
2. Wordt er in een aanpassing voorzien van de reglementering ?
2. Envisagez-vous de procéder à l’adaptation de la réglementation ?
3. a) Zo ja, wat zijn deze aanpassingen ?
3. a) Dans l’affirmative, en quoi ces adaptations consistent-elles ?
b) In het bijzonder met betrekking tot honden had ik graag vernomen of deze in de toekomst steeds gemuilkorfd dienen te zijn en waarom.
b) En ce qui concerne plus particulièrement les chiens, j’aurais souhaité savoir si ces derniers devront toujours porter une muselière et pour quelle raison.
4. Hoe worden de voorschriften duidelijk aan de klant en het personeel gecommuniceerd ?
4. Comment les prescriptions sont-elles clairement communiquées, et au personnel et au client ?
DO 2001200200769
DO 2001200200769
Vraag nr. 618 van de heer Luc Sevenhans van 27 februari 2002 (N.) :
Question no 618 de M. Luc Sevenhans du 27 février 2002 (N.) : E´volution de la dette de la SNCB.
Schuldontwikkeling bij de NMBS. De NMBS had eind september 2001 naar verluidt reeds een schuld van 160 miljard frank, wat dus een jaarlijkse intrest betekent van ongeveer 8,6 miljard frank. Deze intresten worden gedragen door de NMBS. Het investeringsplan van de regering voorziet 687,5 miljard over een periode van 12 jaar. Deze gelden zijn dan wel voorzien voor de uitbouw en verbetering van het personenvervoer.
Il me revient qu’à la fin du mois de septembre 2001, la SNCB avait déjà une dette de 160 milliards de francs, ce qui implique une charge d’intérêts annuelle d’environ 8,6 milliards de francs. Ces intérêts sont à charge de la SNCB. Le plan d’investissement du gouvernement prévoit un montant de 687,5 milliards de francs sur une période de 12 ans. Ces crédits doivent cependant être affectés au développement et à l’amélioration du transport des voyageurs.
Als de NMBS wil investeren in goederenvervoer en de HST, zal er niet aan schuldafbouw kunnen worden
Si la SNCB entend investir dans le transport de marchandises et le TGV, elle ne sera pas en mesure de
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14285
gedaan. Ramingen voorspellen een schuld van meer dan 600 miljard tegen 2012.
réduire sa dette. Selon certaines estimations, la dette s’élèvera en 2012 à plus de 600 milliards de francs.
In sommige landen zoals Frankrijk en Duitsland, werden deze schulden overgenomen door de nationale regeringen, zodat hun spoormaatschappijen sterker staan tegenover de liberalisering.
Dans certains pays comme la France et l’Allemagne, les gouvernements nationaux ont repris ces dettes, de sorte que leurs sociétés ferroviaires sont mieux armées pour faire face à la libéralisation.
1. Wat is het standpunt van de minister over deze schuldopbouw bij de NMBS ?
1. Quel est le point de vue de la ministre à propos de l’évolution de la dette de la SNCB ?
2. Wordt er binnen de regering aan gedacht om de schulden van de NMBS over te nemen ?
2. Le gouvernement envisage-t-il de prendre en charge les dettes de la SNCB ?
Minister van Binnenlandse Zaken
Ministre de l’Intérieur
DO 2001200200730
DO 2001200200730
Vraag nr. 532 van de heer Karel Van Hoorebeke van 21 februari 2002 (N.) :
Question no 532 de M. Karel Van Hoorebeke du 21 février 2002 (N.) :
Personeelsleden geı¨ntegreerde politie. — Collectieve verzekeringsovereenkomst.
Membres du personnel de la police intégrée. — Contrat d’assurance collective.
De personeelsleden van de geı¨ntegreerde politie ontvingen een ontwerp-overeenkomst van collectieve verzekering-hospitalisatie, waarbij de Belgische Staat als verzekeringsnemer en « De Vaderlandsche » als verzekeringsonderneming optreden.
Les membres du personnel de la police intégrée ont reçu un projet de contrat d’assurance collective hospitalisation, dans le cadre duquel l’E´tat belge est le preneur d’assurance et « La Patriotique » est l’assureur.
De verzekerden in deze collectieve verzekeringsovereenkomst zijn de personeelsleden van de geı¨ntegreerde politie, evenals de huidige en toekomstig gepensioneerden en de echtgenoten van de personeelsleden van het actief kader. De collectieve verzekeringsovereenkomst zou niet van toepassing zijn op het burgerpersoneel.
Dans le cadre de ce contrat d’assurance collective, sont assurés les membres du personnel de la police intégrée, ainsi que les actuels et futurs pensionnés et les conjoints des membres du personnel du cadre actif. Le contrat ne s’appliquerait pas au personnel civil.
De leden van de politie worden gevraagd om een aansluitingsaanvraag in te dienen en een bijkomende premie te betalen.
Il est demandé aux membres de la police d’introduire une demande d’affiliation et de s’acquitter d’une prime supplémentaire.
Bij heel wat personeelsleden van de geı¨ntegreerde politie zijn diverse vragen gerezen hieromtrent.
De nombreux membres du personnel de la police intégrée se posent des questions à ce sujet.
1. Zijn de personeelsleden van de geı¨ntegreerde politie verplicht om deze aansluitingsaanvraag in te dienen ?
1. Les membres du personnel de la police intégrée sont-ils obligés d’introduire cette demande d’affiliation ?
2. Wat indien de personeelsleden deze verzekering niet wensen af te sluiten ?
2. Qu’en est-il s’ils ne souhaitent pas souscrire à cette assurance ?
3. Werd er door de overheid een premie betaald voor deze collectieve verzekeringsovereenkomst ?
3. Les pouvoirs publics ont-ils payé une prime pour ce contrat d’assurance collective ?
4. Werd hiervoor een openbare aanbesteding uitgeschreven teneinde alle verzekeringsondernemingen in de mogelijkheid te stellen een offerte in te dienen ?
4. Un appel d’offres a-t-il été publié afin de permettre à toutes les compagnies d’assurance de présenter une offre ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14286
DO 2001200200746
DO 2001200200746
Vraag nr. 533 van de heer Jan Peeters van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 533 de M. Jan Peeters du 25 février 2002 (N.) :
Toepassing voorrangsregels bij creatie van nieuwe federale Luchthavenbrigade Deurne.
Application des règles de priorité à la nouvelle Brigade fédérale de police aéroportuaire de Deurne.
In het kader van de recente politiehervorming werd de lokale brigade Deurne van de federale politie een onderdeel van de politiezone Antwerpen en van de lokale politie Antwerpen. In overeenstemming met de voorziene regels (geen gedwongen vertrek vanuit een brigade naar een andere zone) kregen de leden van de brigade Deurne alzo voorrang om in de politiezone te blijven zoals het voor de andere brigades ook het geval is. Maar zij kregen tevens voorrang om over te gaan naar een nieuwe eenheid die door de federale politie werd opgericht namelijk de Luchthavenbrigade Deurne. Leden van de federale politie van buiten de vroegere eenheid Deurne kregen daardoor in de praktijk geen kans om naar de Luchthavenbrigade Deurne te muteren.
Dans le cadre de la récente réforme des services de police, la brigade locale de Deurne de la police fédérale a été intégrée à la zone de police d’Anvers et adjointe à la police locale d’Anvers. Conformément aux règles arrêtées (pas de transferts involontaires d’une brigade vers une autre zone), les membres de la brigade de Deurne se sont vu offrir la possibilité, au même titre que les membres d’autres brigades, d’opter prioritairement en faveur de leur maintien au sein de leur zone de police. Toutefois, les agents concernés ont aussi bénéficié de la priorité en vue de l’obtention de leur transfert vers une nouvelle unité créée par la police fédérale, à savoir la Brigade de police aéroportuaire de Deurne. De ce fait, des agents de la police fédérale issus d’autres unités que l’ancienne unité de Deurne n’ont, dans la pratique, pas eu l’occasion de se faire muter à la Brigade de police aéroportuaire de Deurne.
Op welke juridische regels, koninklijke besluiten of omzendbrieven baseert de Directie Personeel Mobiliteit (DPM) van de federale politie zich om deze voorrangsregels als dusdanig te interpreteren en toe te passen ?
Sur quelles règles de droit, arrêtés royaux ou circulaires la Direction de la mobilité et de la gestion des carrières (DPM) de la police fédérale se base-t-elle pour interpréter et appliquer ces règles de priorité comme elle le fait ?
Dit gaat inderdaad niet om de toepassing van begrijpelijke en niet-betwiste voorrangsregels bij de opname van een brigade in een bestaand politiekorps, maar wel over voorrangsregels die toegepast worden bij de creatie van een nieuwe federale Luchthavenbrigade Deurne.
Il ne s’agit, en effet, plus de l’application de règles claires et non contestées en matière de priorité en cas d’intégration d’une brigade au sein d’un corps de police existant, mais de règles de priorité appliquées à la création d’une nouvelle brigade, en l’occurrence la Brigade fédérale de police aéroportuaire de Deurne.
DO 2001200200751
DO 2001200200751
Vraag nr. 534 van de heer Bart Somers van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 534 de M. Bart Somers du 25 février 2002 (N.) :
Feitelijke blokkering van de implementatie van de veiligheids- en preventiecontracten.
Entrave dans la mise en œuvre des contrats de sécurité et de prévention.
Met het oog op een geı¨ntegreerde aanpak van de lokale veiligheidsproblematiek worden er, nu reeds enkele jaren, contracten gesloten tussen de minister en de steden en gemeenten, met als specifiek doel uitbouwen van de preventie evenals de nazorg binnen het globaal veiligheidsbeleid. Concreet gaat het in 2002 over 73 gemeenten waaraan een budget is verbonden van 33 162 594 miljoen euro. De veiligheids- en preventiecontracten komen tegemoet aan de specifieke noden op het terrein en zijn als dusdanig een sterk
Dans la perspective de l’approche intégrée des problèmes de sécurité sur le plan local, des contrats sont conclus depuis quelques années entre le ministre et les villes et les communes. Ces contrats ont spécifiquement pour objectif de développer la prévention et le souci dans le cadre de la politique de sécurité globale. Concrètement, ce projet concerne, en 2002, 73 communes et 33 162 594 millions d’euros ont été dégagés à cet effet. Les contrats de sécurité et de prévention tiennent compte des besoins spécifiques du
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14287
antwoord op de veiligheids- en samenlevingsproblemen die binnen een stad of gemeente aanwezig zijn. Ze hebben eveneens aandacht voor de betrokkenheid en bezorgdheid van de burger bij het criminaliteitsgebeuren. Ze passen perfect in een langetermijnplanning en integreren zich in een globaal veiligheidsbeleid.
terrain et offrent donc une réponse vigoureuse aux problèmes de sécurité et de société qui se posent dans une ville ou une commune. Ces contrats tiennent également compte de l’intérêt et de l’inquiétude que les citoyens témoignent à l’égard de la criminalité. Ils s’intègrent parfaitement tant dans une planification à long terme que dans une politique de sécurité globale.
Een aanzienlijk voordeel van de nieuwe contracten is dat zij nu een feitelijke looptijd hebben van twee jaar waardoor de continuı¨teit in werking, inzonderheid naar het personeel toe, versterkt wordt. Bijkomend voordeel is dat projecten, binnen de nieuwe contracten, onderweg kunnen worden gee¨valueerd en aangepast. De steden en gemeenten hebben deze contracten tijdig ondertekend. Er was toegezegd dat men de door de minister ondertekende contracten voor 31 december zou ontvangen. Spijtig genoeg moet worden vastgesteld dat dit tot op vandaag niet is gebeurd. Hierdoor wordt de implementatie van de nieuwe projecten vervat in de contracten danig verstoord. Onder meer de noodzakelijke aanwervingen in het kader van nieuwe projecten, kunnen immers niet doorgaan alvorens de gemeenteraad de contracten heeft goedgekeurd.
La durée de validité de deux ans de ces nouveaux contrats représente un avantage significatif dans la mesure ou` elle permet d’en renforcer la continuité, plus particulièrement en ce qui concerne le personnel. La possibilité d’organiser des évaluations intermédiaires et d’adapter les contrats le cas échéant constitue un avantage supplémentaire. Les villes et les communes ont signé ces contrats à temps. L’engagement avait été pris de transmettre les contrats signés par le ministre avant le 31 décembre. Malheureusement, force est de constater que cet engagement n’a toujours pas été respecté, ce qui entrave sensiblement la mise en œuvre des nouveaux projets mentionnés dans les contrats. En effet, il est impossible de procéder aux recrutements nécessaires dans le cadre de nouveaux projets avant l’approbation des contrats par le conseil communal.
1. Hoeveel steden en gemeenten wachten momenteel nog op een ondertekend contract ?
1. Combien de villes et de communes attendent actuellement de recevoir leur contrat signé ?
2. Wat is de reden voor deze vertraging en wanneer zullen de contracten worden overgemaakt ?
2. Comment expliquez-vous ce retard et quand les contrats seront-ils transmis ?
DO 2001200200753
DO 2001200200753
Vraag nr. 535 van de heer Martial Lahaye van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 535 de M. Martial Lahaye du 26 février 2002 (N.) :
Politionele bevoegdheden toegekend aan andere overheidsambtenaren buiten de politiediensten. — Toezicht.
Compétences de police attribuées à des fonctionnaires n’appartenant pas aux services de police. — Controˆle.
Politiediensten vallen onder het toezicht van het Comité P. Soms worden ook politionele bevoegdheden toegekend aan andere overheidsambtenaren, zo onder meer aan ambtenaren van het bestuur Vervoer te land of aan de mensen van Douane en Accijnzen.
Les services de police sont controˆlés par le Comité P. Il arrive que des compétences de police soient également attribuées à d’autres fonctionnaires, relevant par exemple de l’administration Transport par terre ou de l’administration des Douanes et Accises.
1. Vallen de gemotoriseerde brigades van Douane en Accijnzen en de ambtenaren van het bestuur Vervoer te land, die op de openbare weg toch ook voertuigen controleren, onder het toezicht van het Comité P ?
1. Le Comité P controˆle-t-il les brigades motorisées de l’administration des Douanes et Accises ainsi que les fonctionnaires de l’administration Transport par terre, qui controˆlent également des véhicules sur la voie publique ?
2. Indien uw antwoord op deze vraag negatief is, wie houdt dan wel onafhankelijk toezicht op daden gesteld binnen de aan hen toegekende politionele bevoegdheid door de betrokken ambtenaren ?
2. Dans la négative, quelle instance autonome estelle dès lors habilitée à controˆler les actes posés par les fonctionnaires concernés dans le cadre de leurs compétences de police ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14288
3. Mocht dit toezicht totaal onbestaande zijn, kan u dan meedelen binnen welke termijn u dit ziet te organiseren ?
3. Si cette supervision était totalement inexistante dans quel délai comptez-vous organiser ce type de controˆle ?
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Sociale Zaken
Affaires sociales
DO 2001200200739
DO 2001200200739
Vraag nr. 456 van de heer Guy D’haeseleer van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 456 de M. Guy D’haeseleer du 25 février 2002 (N.) :
Achterstand inzake de behandeling van dossiers voor terugbetaling van nieuwe geneesmiddelen.
Arriéré dans le traitement des dossiers de remboursement de nouveaux médicaments.
1. Kan u meedelen hoeveel dossiers inzake terugbetaling van nieuwe geneesmiddelen er in het jaar 2001 werden behandeld ?
1. Pourriez-vous me communiquer le nombre de dossiers concernant le remboursement de nouveaux médicaments qui ont été traités au cours de l’année 2001 ?
2. Voor welke geneesmiddelen werd de terugbetaling goedgekeurd, met vermelding van de ziekte waarop ze betrekking hebben ?
2. Quels sont les médicaments, en indiquant la maladie qu’ils sont censés traiter, dont le remboursement a été accepté ?
3. Hoeveel dossiers werden niet goedgekeurd ?
3. Combien de dossiers ont-ils reçu un avis négatif ?
4. Hoeveel tijd was er gemiddeld nodig om een dossier te behandelen ?
4. Combien de temps a-t-il fallu en moyenne pour examiner un dossier ?
5. Van welke nieuwe geneesmiddelen is het dossier momenteel nog in behandeling ?
5. Quels sont les nouveaux médicaments dont le dossier est encore en cours d’examen ?
DO 2001200200744
DO 2001200200744
Vraag nr. 457 van mevrouw Anne-Mie Descheemaeker van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 457 de Mme Anne-Mie Descheemaeker du 25 février 2002 (N.) :
Navelstrengbloed. — Commercialisering.
Sang prélevé sur le cordon ombilical. — Commercialisation.
Meer dan een jaar geleden heb ik de praktijken van een bepaald bedrijf aangeklaagd. Voor 1 000 euro bewaart dit commercieel bedrijf het navelstrengbloed van een kind op naam, om diens leven te redden (?), mocht er later leukemie of verwante bloedziekten optreden.
J’ai dénoncé les pratiques d’une société déterminée il y a plus d’un an. Moyennant paiement de 1 000 euros, cette société commerciale conserve le sang ombilical d’un nouveau-né au nom de l’enfant, afin que ce sang puisse plus tard permettre de sauver la vie (?) de celui-ci s’il devait être atteint de leucémie ou de quelqu’autre maladie du sang.
Dit ingevroren bloed is rijk aan stamcellen, maar verliest zijn grootste nut — namelijk zoveel mogelijk
Le sang ombilical, qui est congelé, est extrêmement riche en cellules souches, mais il perd son utilité
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14289
levens helpen of redden — als het enkel bewaard wordt voor eventueel eigen gebruik.
première, à savoir sa capacité de sauver des vies ou d’améliorer la qualité de vie de malades, s’il est conservé exclusivement en vue d’un usage personnel éventuel.
De bestaande niet-commercie¨le navelstrengbloedbanken spannen zich al jaren in, via caritatieve acties, om gratis navelstrengbloed in te zamelen en te bewaren, en ze protesteren dan ook met klem tegen de commercialisering van menselijke weefsels.
Les banques de sang ombilical non commerciales existantes s’efforcent, depuis des années et d’une manière non lucrative, de collecter et de conserver du sang de cordon ombilical, sous la forme d’actions de charité; aussi protestent-elles avec vigueur contre la commercialisation des tissus humains.
Intussen pleit ook de Hoge Gezondheidsraad duidelijk voor een verbod op handel in navelstrengbloed.
Quant au Conseil supérieur d’hygiène, il plaide clairement en faveur d’une interdiction pure et simple du commerce de sang ombilical.
1. Welke maatregelen zijn genomen om de commercialisering te verbieden ?
1. Quelles mesures a-t-on prises afin d’interdire cette commercialisation ?
2. Welke normen zijn uitgevaardigd voor navelstrengbloed betreffende :
2. Quelles sont les normes applicables au sang ombilical en ce qui concerne :
a) collecte;
a) sa collecte;
b) transport;
b) son transport;
c) behandeling;
c) son traitement;
d) bewaring;
d) sa conservation;
e) traceerbaarheid;
e) sa traçabilité;
f) databank;
f) une banque de données;
g) controle ?
g) le controˆle ?
3. Ik ben zo vrij te verwijzen naar het wetsvoorstel nr. 1145/1 van 13 maart 2001, dat ertoe strekt « navelstrengbloed » toe te voegen aan de bestaande wet van 13 juni 1986 betreffende het wegnemen en transplanteren van organen, en van de wet van 5 juli 1994 betreffende bloed en bloedderivaten van menselijke oorsprong (Parl. St., Kamer, 2000-2001, nr. 1145/1).
3. Je me permets de me référer à la proposition de loi no 1145/1 du 13 mars 2001, qui tend à insérer la notion de « sang du cordon ombilical » à la loi du 13 juin 1986 sur le prélèvement et la transplantation d’organes, ainsi qu’à la loi du 5 juillet 1994 relative au sang et aux dérivés du sang d’origine humaine (Doc. parl., Chambre, 2000-2001, no 1145/1).
DO 2001200200761
DO 2001200200761
Vraag nr. 458 van mevrouw Yolande Avontroodt van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 458 de Mme Yolande Avontroodt du 26 février 2002 (N.) :
Reumatoı¨de artritis. — Terugbetaling van het geneesmiddel Remicade RA.
Arthrite rhumatismale. — Remboursement du médicament Remicade RA.
2002 is het jaar van de reumatoı¨de artritis. Tijdens de persconferentie van de Vlaamse Reumaliga naar aanleiding van dit jaar werd bevestigd dat reumatoı¨de artritis de meest bekende vorm van chronische artritis is die 0,8 % van de bevolking treft. Voor Vlaanderen betekent dit ongeveer 45 000 patie¨nten. 2 000 à 2 500 patie¨nten zouden in aanmerking komen voor behandeling met Remicade RA.
2002 est l’année de l’arthrite rhumatismale. Lors de la conférence de presse donnée à cette occasion par la Ligue flamande pour la lutte contre le rhumatisme, il a été confirmé que l’arthrite rhumatismale est la forme la plus connue d’arthrite chronique dans la mesure ou` elle touche 0,8 % de la population. Pour la Flandre, cela représente quelque 45 000 patients. Entre 2 000 et 2 500 de ces patients entreraient en ligne de compte pour bénéficier d’un traitement au Remicade RA.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14290
Reumatoı¨de artritis kent een langdurig, progressief verloop met vaak toenemende misvorming van de gewrichten. Het is een pijnlijke en invaliderende aandoening met een belangrijke psychologische en sociale weerslag.
L’arthrite rhumatismale connaıˆt une évolution longue et progressive dont un des symptoˆmes est une déformation souvent croissante des articulations. C’est une maladie douloureuse et invalidante qui a des répercussions graves sur les plans psychologique et social.
Remicade RA is een geneesmiddel voor de behandeling van reumatoı¨de artritis. Een aanvraag tot terugbetaling in Belgie¨ werd ingediend op 21 november 2000. Dit dossier werd voor het eerst besproken op de Technische Raad in februari 2001, na gunstig advies van experten. Sindsdien komt dit product regelmatig op de agenda van de Technische Raad met discussie over mogelijke reglementering voor anti-TNF-preparaten.
Le Remicade RA est un médicament destiné au traitement de l’arthrite rhumatismale. Une demande de remboursement en Belgique a été introduite le 21 novembre 2000. Ce dossier a été examiné pour la première fois par le Conseil technique en février 2001, après un avis favorable des experts. Depuis, le débat sur ce produit est inscrit régulièrement à l’ordre du jour du Conseil technique, de même que celui sur la possibilité de réglementer les préparations anti-TNF.
De producent van Remicade RA, Schering-Plough, heeft sedert twee jaar ongeveer 500 patie¨nten behandeld in het kader van « compassionate use ».
Le fabricant du Remicade RA, Schering-Plough, a traité environ 500 patients depuis deux ans dans le cadre de ce que l’on appelle le « compassionate use ».
1. Waarom is er, ruim meer dan een jaar na de indiening van de aanvraag tot terugbetaling, nog steeds geen beslissing genomen in het dossier van Remicade RA ?
1. Pourquoi aucune décision n’a-t-elle encore été prise dans le dossier du Remicade RA, plus d’un an après l’introduction de la demande de remboursement ?
2. Zal er, meer in het algemeen en rekening houdend met het Vlaams jaar van de reumatoı¨de artritis, een reglementering komen voor de anti-TNFpreparaten ?
2. Les préparations anti-TNF feront-elles, plus généralement et compte tenu de l’année flamande de l’arthrite rhumatismale, l’objet d’une réglementation ?
Minister van Landsverdediging
Ministre de la Défense
DO 2001200200729
DO 2001200200729
Vraag nr. 245 van de heer Alfons Borginon van 21 februari 2002 (N.) :
Question no 245 de M. Alfons Borginon du 21 février 2002 (N.) :
Vliegveld van Melsbroek.
Aéroport de Melsbroek.
Over de eventuele verhuis van de 15e Wing uit Melsbroek zijn er in het Parlement al heel wat woorden gevloeid. In verband met het vliegveld van Melsbroek rijzen de volgende vragen.
La question du déménagement éventuel du 15e Wing, actuellement stationné à Melsbroek, a déjà été fréquemment abordée au Parlement. Les questions suivantes se posent à propos de l’aéroport de Melsbroek.
1. Welke gronden (liefst met kadastrale aanduiding) behoren vandaag tot het militaire vliegveld Melsbroek ?
1. Quels terrains (de préférence avec mention des renseignements cadastraux) font actuellement partie de l’aéroport militaire de Melsbroek ?
2. Wie beheert deze gronden en de installaties ? 3. Op welke wijze is het vliegveld van Melsbroek vandaag qua « luchthavenbeheer » verbonden met Zaventem ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2. Qui gère les terrains et les installations ? 3. En matière de gestion aéroportuaire, quels sont à l’heure actuelle les liens entre l’aéroport de Melsbroek et l’aéroport de Zaventem ?
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14291
DO 2001200200733
DO 2001200200733
Vraag nr. 246 van de heer Alfons Borginon van 22 februari 2002 (N.) :
Question no 246 de M. Alfons Borginon du 22 février 2002 (N.) :
Samenaankoop voor militaire bestellingen. — Oprichting van het bureau « OCCAR ».
Achat commun pour les commandes militaires. — Création du bureau «OCCAR».
In het kader van een samenaankoop van diverse Europese landen voor militaire bestellingen werd door vier landen het bureau « OCCAR » opgericht. Dat gebeurde in een tekst die door de vier oprichtende landen (Frankrijk, de Bondsrepubliek, Italie¨ en het Verenigd Koninkrijk) als een internationaal verdrag werd aanzien.
Dans le cadre d’un achat commun effectué par divers pays européens pour des commandes militaires, quatre pays ont créé le bureau « OCCAR ». Cela s’est fait dans le cadre d’un texte considéré par les quatre pays fondateurs (la France, l’Allemagne, l’Italie et le Royaume-Uni) comme un traité international.
Intussentijd is ook Belgie¨ medio 2001 toegetreden tot dit Europees aankoop- en beheersorgaan.
Entre-temps, à la mi-2001, la Belgique a rejoint cet organe d’achat et de gestion européen.
1. Is de toetreding van Belgie¨ tot het verdragrechtelijk opgerichte OCCAR, niet per definitie ook een verdrag en derhalve aan parlementaire goedkeuring onderworpen ?
1. L’adhésion de la Belgique à OCCAR, créé dans le respect des dispositions du droit des traités, ne constitue-t-elle pas également, par définition, un traité qui, de ce fait, doit être soumis à l’approbation du Parlement ?
2. Dreigt niet iedere aankoop van Belgie¨ via dit OCCAR op juridische problemen te stuiten indien niet eerst de toetreding van Belgie¨ tot OCCAR parlementair goedgekeurd is ?
2. Chaque achat effectué par la Belgique via OCCAR ne risque-til pas de soulever des problèmes juridiques, vu que l’adhésion de la Belgique à OCCAR n’a pas été approuvée par le Parlement ?
DO 2001200200734
DO 2001200200734
Vraag nr. 247 van de heer Alfons Borginon van 22 februari 2002 (N.) :
Question no 247 de M. Alfons Borginon du 22 février 2002 (N.) :
Aankoop transportvliegtuigen type A400M.
Achat d’avions de transport du type A400M.
De regering besliste enige tijd geleden om acht militaire transportvliegtuigen van het te ontwikkelen type A400M aan te kopen. Deze zouden pas kunnen geleverd worden in 2018 en intussentijd zouden reeds aanzienlijke financie¨le inspanningen van de federale Staat nodig zijn om de ontwikkelingskosten te dekken. Blijkbaar worden deze vliegtuigen aangekocht via de weg van een samenaankoop van acht Europese landen die hierover een « Memorandum of Understanding Concerning their Co-operation in a Single Phase Programme for Development, Production and Initial Support of the A400M » hebben aangegaan. Die MOU voorziet in een « Programme Board » waarvan de acht ministers van Defensie deel uitmaken waar de praktische afspraken verder worden geregeld. Ambtenaren van de ondergeschikte « Programme Division » zouden zelfs bepaalde voorrechten en immuniteiten gegarandeerd krijgen. Dat en andere zaken staan in de « A400M Decision » van dat Programme Board.
Le gouvernement a décidé il y a quelque temps d’acheter huit avions de transport militaires du type A400M, dont la phase de développement doit seulement commencer. Ces avions ne pourront être livrés qu’en 2018. Entre-temps, des efforts financiers importants devront déjà être supportés par l’E´tat fédéral afin de couvrir les frais de développement. Ces avions seraient achetés dans le cadre d’un achat groupé de huit pays européens, qui ont conclu à cet effet un « Memorandum of Understanding Concerning their Cooperation in a Single Phase Programme for Development, Production and Initial Support of the A400M ». Ce MOU prévoit que les accords pratiques seront réglés au sein d’un « Programme Board » dont font partie les huit ministres de la Défense. Les fonctionnaires de la « Programme Division » qui y est subordonnée se verraient même accorder certaines prérogatives et immunités. Toutes ces dispositions figurent dans la « A400M Decision » du Programme Board.
1. Is dat Memorandum of Understanding geen verdrag dat aan parlementaire goedkeuring onderworpen
1. Ce Memorandum of Understanding ne constituet-il pas un traité soumis à approbation parlementaire ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1830
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14292
is ? Te meer daar men een beroep doet op het verdragrechtelijk opgericht samenaankoopbureau « OCCAR » en voorrechten en immuniteiten voorziet voor ambtenaren van de Programma Divisie.
Cette question est d’autant plus pertinente qu’il est fait appel dans ce cadre au bureau d’achat commun « OCCAR », constitué selon les principes du droit des traités, et que certains privilèges et immunités ont été prévus pour les fonctionnaires de la Division Programme.
2. a) Zijn het geheel van de initie¨le kosten niet onderverdeeld in enerzijds onderzoekskosten en anderzijds economische opstartkosten voor de productieeenheden (welke laatste gecompenseerd worden door de economische return én de eventuele toekomstige royalties) ?
2. a) Les couˆts initiaux sont-ils subdivisés en frais d’étude, d’une part, et en frais de lancement des unités de production (qui seront compensés par les retombées économiques et les éventuelles futures royalties), d’autre part ?
b) Overschrijdt de minister zijn bevoegdheid niet door wat in se economisch beleid is (en dus gewestmaterie) te verpakken als militair programma ?
b) Le ministre n’outrepasse-t-il pas ses compétences en faisant passer ce qui en fait constitue une matière économique (et donc une matière régionalisée) pour un programme militaire ?
3. Beslist het Programme Board in deze, rechtstreeks of onrechtstreeks, over de toewijzing van de aan Belgie¨ contractueel toekomende economische return ?
3. Est-ce le Programme Board qui décide, directement ou indirectement, de l’attribution des retombées économiques revenant à la Belgique ?
4. Kan u meedelen welk concreet standpunt u daar verdedigd heeft met betrekking tot de toewijzing van een return aan Belgische bedrijven ?
4. Pouvez-vous nous dire quel est le point de vue concret que vous avez défendu en ce qui concerne les retombées économiques pour les entreprises belges ?
DO 2001200200747
DO 2001200200747
Vraag nr. 248 van de heer Stef Goris van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 248 de M. Stef Goris du 25 février 2002 (N.) :
Geldelijke vergoeding van militairen belast met informaticataken.
Rémunération des militaires chargés de taˆches informatiques.
Bij koninklijk besluit van 2 juni 2000 werd voor de militairen belast met informaticataken een toelage ingesteld, dit in navolging van het koninklijk besluit van 6 september 1998 voor het personeel van het federaal Openbaar Ambt. Na toepassing van dit besluit diende tientallen benadeelde militairen klacht in.
L’arrêté royal du 2 juin 2000 alloue une allocation aux militaires chargés de taˆches informatiques, à l’image de l’arrêté royal du 6 septembre 1998 en ce qui concerne le personnel de la Fonction publique. Après l’application de cet arrêté, des dizaines de militaires désavantagés ont déposé une plainte.
1. a) Waarom is het koninklijk besluit van 6 september 1998 dat blijkbaar grotendeels werd gekopieerd niet eenvoudigweg overgenomen en toepasselijk verklaard op het militair personeel wat betreft zijn artikelen 2, 3 en 4 ?
1. a) Pourquoi l’arrêté royal du 6 septembre 1998, qui semble avoir été largement copié, n’a-t-il pas tout simplement été repris et déclaré applicable au personnel militaire, en ce qui concerne ses articles 2, 3 et 4 ?
b) Waarom een verschillende behandeling van de militairen ten overstaan van de ambtenaren ?
b) Pourquoi cette différence de traitement entre les militaires et les fonctionnaires ?
2. De geldelijke rechten van het militair personeel werden, gelet op artikel 182 van de Grondwet, vastgesteld bij wet van 20 mei 1994. De uitvoering van deze wet is uitsluitend opgedragen aan de minister van Landsverdediging en valt dus alleen onder uw bevoegdheid en (grond)wettelijke verantwoordelijkheid.
2. Vu l’article 182 de la Constitution, les droits pécuniaires du personnel militaire sont définis par la loi du 20 mai 1994. La mise en œuvre de cette loi est exclusivement confiée au ministre de la Défense nationale et ressortit donc à vos seules compétences et responsabilité légale et constitutionnelle.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14293
Op grond van welke grondwettelijke of wettelijke bepalingen kan, zonder daartoe gemachtigd te zijn door de wet, de minister van Begroting nu de voorwaarden gaan bepalen waaraan het militair personeel moet voldoen om aanspraak te kunnen maken op bepaalde geldelijke rechten (cf. koninklijk besluit 2 juni 2000, artikel 1) ?
Sur la base de quelles dispositions légales ou constitutionnelles le ministre du Budget peut-il dès lors, sans que la loi l’y ait autorisé, arrêter les critères auxquels le personnel militaire doit satisfaire pour pouvoir prétendre à certains droits pécuniaires (cf. l’arrêté royal du 2 juin 2000, article 1er) ?
3. Wat is de wettelijke basis voor het oprichten in een militair reglement van een « Aanvaardingscommissie » en een « Beroepscommissie », welke zijn hun opdrachten en uit wat putten ze de bevoegdheid om van de adviezen van de korpscommandant af te wijken ?
3. Quel est le fondement légal de la création, dans un règlement militaire, d’une commission d’admission et d’une commission d’appel; quelles sont leurs missions et d’ou` viennent les compétences qui permettent de déroger aux avis du commandant de corps ?
4. Wie zetelden in deze commissies en welke zijn de kwalificaties en bevoegdheden vereist om in deze te zetelen ?
4. Qui a siégé au sein de ces commissions et quelles sont les qualifications et compétences requises à cet effet ?
5. Waarom worden dergelijke commissies bij het ministerie van Landsverdediging ingericht terwijl dit niet nodig werd geacht voor het Openbaar Ambt ?
5. Pourquoi le ministère de la Défense nationale at-il institué de telles commissions, alors qu’elles n’avaient pas été jugées utiles pour la Fonction publique ? ` qui — et comment — appartient-il de consta6. A ter, toujours à la différence de ce qui se fait dans la Fonction publique, qu’un militaire consacre 80 % de son temps à des taˆches informatiques, compte tenu des services de garde, des exercices, de l’entraıˆnement et du sport ?
6. Wie stelt vast en hoe, dit eveneens in afwijking van het Openbaar Ambt, of een militair 80 % van de tijd besteedt aan informaticataken, rekening houdend met wachtdiensten, oefeningen, training en sport ?
7. a) In welke eenheden van elke component (Landmacht, Luchtmacht, enz.) bevindt zich een cel of stafsectie bedoeld in artikel 2, § 1, van het ministerieel besluit van 6 juni 2000 ?
7. a) Quelles unités de chaque composante (Force terrestre, Force aérienne, etc.) comportent-elles une cellule ou une section d’état-major visée à l’article 2, § 1er, de l’arrêté ministériel du 6 juin 2000 ?
b) Op grond van welke reglementaire of andere bepalingen zijn die opgericht ?
b) Sur la base de quelles dispositions réglementaires ou autres ont-elles été créées ?
c) Hoeveel personen bevatten die per taalstelsel en per categorie, al dan niet behorend tot een ambt van informaticus ?
c) De combien de personnes par régime linguistique et par catégorie se composent-elles, que ces personnes soient affectées ou pas à la fonction d’informaticien ?
8. a) Impliceert artikel 1, § 2, van het koninklijk besluit van 2 juni 2000 dat, indien aan de eis van 80 % werd voldaan, de militairen die een ambt van informaticus uitoefenen zonder verdere motivering de toelage konden bekomen ?
8. a) L’article 1er, § 2, de l’arrêté royal du 2 juin 2000 implique-t-il que, si la condition des 80 % est remplie, les militaires exerçant un emploi d’informaticien pouvaient sans autre motivation bénéficier de l’allocation ?
b) Wie beslist of hoe stelt men vast dat een militair (officier, onderofficier, BV) een « informaticus » is bedoeld in deze bepaling ?
b) Qui décide ou comment constate-t-on qu’un militaire (officier, sous-officier, VC) répond à la définition d’« informaticien » au sens de cette disposition ?
c) Hoeveel officieren, onderofficieren en BV zijn er per component voorzien in ambten van « informaticus » en hoeveel zijn er werkelijk in dienst ?
c) Combien est-il prévu d’officiers, de sous-officiers et de VC dans chaque composante pour des fonctions d’« informaticien » et combien sont véritablement en service ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14294
d) Zijn er militairen die behoren tot de ambt van informaticus maar dit niet uitoefenen en zo ja, waarom is dit zo en om hoeveel personen gaat het ?
d) Des militaires sont-ils affectés à la fonction d’informaticien sans pour autant l’exercer et, dans l’affirmative, pourquoi et de combien de personnes s’agit-il ?
9. a) Hoeveel aanvragen tot bekomen van de 1e schijf van de toelage werden er per taalstelsel ingediend bij de Aanvaardingscommissie ?
9. a) Combien de demandes d’obtention de la première tranche de l’allocation ont-elles été introduites, par régime linguistique, auprès de la Commission d’admission ? ` combien de personnes cette allocation a-t-elle été b) A accordée ou refusée (par régime linguistique, par unité, par catégorie (officiers, sous-officiers ou VC)), pour des militaires occupant une fonction d’informaticien et des militaires ne l’occupant pas ?
b) Aan hoeveel personen werd dit door deze commissie geweigerd of toegestaan [per taalstelsel, per eenheid, per categorie (officier, onderofficier en BV)], dit voor degenen die een ambt van informaticus bekleden en degenen die geen ambt van informaticus bekleden ? 10. a) Hoeveel personen van wie de aanvraag door de Aanvaardingscommissie werd geweigerd, gingen in berope bij de Beroepscommissie ? b) Aan hoeveel personen werd dit door deze commissie geweigerd of toegestaan [per taalstelsel, per eenheid, per categorie (officier, onderofficier en BV)], dit voor degenen die een ambt van informaticus bekleden en degenen die geen ambt van informaticus bekleden ?
10. a) Combien de personnes dont la demande a été refusée par la Commission d’admission ont-elles introduit un recours auprès de la Commission d’appel ? ` combien de personnes cette commission a-t-elle b) A accordé ou refusé l’allocation (par régime linguistique, par unité, par catégorie (officiers, sousofficiers ou VC)), pour des militaires occupant une fonction d’informaticien et des militaires ne l’occupant pas ?
11. a) Hoeveel beroepen werden ingesteld bij de Raad van State tegen de weigeringsbeslissing van de Beroepscommissie of de Defensiechef ?
11. a) Combien de recours ont-ils été introduits au Conseil d’E´tat contre le refus de la Commission d’appel ou du Chef de la Défense ?
b) Welk gevolg werd aan deze beroepen gehecht ?
b) Quelle suite a été donnée à ces recours ?
c) Wat was de reden, indien de beslissing werd ingetrokken ?
c) Si la décision a été annulée, quelle en était la raison ?
d) Welke nieuwe beslissingen werden genomen ? Hoeveel weigeringen of toekenningen ?
d) Quelles nouvelles décisions ont-elles été prises ? De combien de refus et d’octroi est-il question ?
DO 2001200200762
DO 2001200200762
Vraag nr. 252 van de heer Geert Bourgeois van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 252 de M. Geert Bourgeois du 26 février 2002 (N.) :
Zeemacht. — Nieuwe systemen voor mijnenbestrijding.
Force navale. — Nouveaux systèmes antimines.
Onze Zeemacht heeft internationaal een goede reputatie op het vlak van mijnenbestrijding en mijnenopsporing. Om die positie te behouden en te versterken moet de Zeemacht over de nieuwste middelen beschikken. Zo werd in de voorbije jaren een nieuw mijnenbestrijdingssysteem aangekocht waardoor de zogenaamde « slimme mijnen » vernietigd worden. Het handelt hier om mijnen die ingesteld zijn op een bepaald type schip en enkel dat type schip vernietigen.
Notre Force navale jouit d’une bonne réputation sur le plan international dans le domaine de la lutte contre les mines et de la détection de celles-ci. Pour conserver et consolider cette position, la Force navale doit disposer des équipements les plus modernes. C’est ainsi que ces dernières années, elle a acquis un nouveau système antimines détruisant les « mines intelligentes », c’est-àdire les mines qui sont réglées pour détruire les navires appartenant à une catégorie précise et qui ne détruisent
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14295
Een « slimme mijn » die ingesteld is op een fregat, zal dus enkel fregatten tot ontploffing brengen en geen tankers. Het aangekocht mijnenbestrijdingssysteem is in staat om de kenmerken van verschillende types na te bootsen en zo de « slimme mijnen » tot ontploffing te brengen.
que ceux-là. Une « mine intelligente » réglée pour détruire des frégates ne fera donc exploser que des frégates, laissant indemnes les tankers. Le système antimines acquis par la Force navale est capable d’imiter les caractéristiques de différents types de navires et de faire exploser ainsi les « mines intelligentes ».
1. Hoeveel heeft dit nieuwe mijnenbestrijdingssysteem gekost ?
1. Combien a couˆté ce nouveau système antimines ?
2. a) Klopt het dat het schip dat men zou ontwerpen/ ombouwen om dit mijnenbestrijdingssysteem toe te passen geschrapt wordt van het investeringsprogramma ?
2. a) Est-il vrai que l’on ait rayé du programme d’investissements le navire dont on avait annoncé la conception/transformation pour mettre en œuvre ce système de lutte antimines ?
b) Zo neen, wat is de planning terzake ?
b) Dans la négative, quel calendrier a-t-on fixé en la matière ?
3. Indien dit marineschip geschrapt wordt van het investeringsprogramma, wat zal men dan aanvangen met dit nieuwe type bestrijding dat nu in de loodsen moet bewaard worden wegens niet inzetbaar ?
3. Si ce navire est rayé du programme d’investissements, que fera-t-on de ce nouveau système antimines que l’on doit aujourd’hui conserver dans les entrepoˆts parce qu’il est inutilisable ?
DO 2001200200765
DO 2001200200765
Vraag nr. 253 van de heer Luc Sevenhans van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 253 de M. Luc Sevenhans du 26 février 2002 (N.) :
Gevolgen van de herstructurering voor Brasschaat.
Conséquences de la restructuration pour Brasschaat.
De gemeente Brasschaat staat bekend als een gemeente met een belangrijke historische aanwezigheid van militairen. Op het grondgebied van deze gemeente bevinden zich drie kazernes, namelijk : Brasschaat Westkamp, Brasschaat Noord en Brasschaat Oost. Er is ook een vliegveld en twee schietvelden.
La commune de Brasschaat est réputée pour la présence historique importante de militaires sur son territoire. Ce dernier dénombre trois casernes, à savoir celle de Brasschaat Westkamp, celle de Brasschaat Noord et celle de Brasschaat Oost. S’ajoutent à cela un terrain d’aviation et deux champs de tir.
1. Kan u de juiste weerslag van de herstructurering op deze drie kazernes meedelen en dit per kazerne, zowel op het aantal militairen als op het aanwezige materiaal ?
1. Pouvez-vous communiquer les effets exacts de la restructuration pour chacune de ces trois casernes, et ce tant au niveau des militaires qu’au sujet du matériel disponible ?
2. Welke kosten brengt deze herstructurering mee ?
2. Quels couˆts cette restructuration entraıˆne-t-elle ?
3. Is er reeds bekend of er in Brasschaat militaire terreinen of gebouwen vrijkomen, en zo ja, welke bestemming zal aan deze infrastructuur worden gegeven ?
3. Sait-on déjà si des terrains ou des baˆtiments militaires se libèrent à Brasschaat et, dans l’affirmative, quelle destination cette infrastructure recevra-t-elle ?
4. Is er voor of na deze herstructureringsplannen en de gevolgen hiervan, enig overleg geweest met de plaatselijke burgerlijke overheid ?
4. Une concertation avec les autorités civiles locales a-t-elle eu lieu avant ou après la mise en œuvre de cette restructuration et des conséquences de celle-ci ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14296
DO 2001200200768
DO 2001200200768
Vraag nr. 256 van de heer Luc Sevenhans van 27 februari 2002 (N.) :
Question no 256 de M. Luc Sevenhans du 27 février 2002 (N.) :
Overtollige F16’s.
F16 en surnombre.
Het leger geraakt maar niet af van zijn overtollige F16’s. De toestellen staan in een geklimatiseerde loods in Weelde.
L’armée ne parvient pas à se défaire de ses F16 en surnombre, stationnés dans un hangar climatisé à Weelde.
Logischerwijze kost het stockeren van deze toestellen moeite en geld. Aangezien de minister beweert dat de Belgische Luchtmacht zijn toestellen operationeel kan houden tot 2015, moet er toch nog een markt bestaan. Maar het wordt meer dan dringend om deze toestellen te verkopen zoniet worden ze op termijn waardeloos.
Le stockage de ces appareils requiert évidemment un investissement financier et humain. Puisque le ministre affirme que la Force aérienne belge est en mesure de garantir le fonctionnement de ces appareils jusqu’en 2015, il doit y avoir une demande à ce niveau. Les appareils doivent toutefois être vendus d’urgence, faute de quoi ils perdront à terme toute valeur.
1. Welke procedures gebruiken we om deze toestellen te verkopen ?
1. Quelles procédures sont-elles mises en œuvre pour vendre ces avions ?
2. Zijn er reeds geı¨nteresseerden geweest ?
2. Des clients potentiels se sont-ils déjà manifestés ?
3. Maken we niet meer kans om ze te verkopen als we ze een MLU (Mid Life Update) laten ondergaan ?
3. Les chances de les vendre ne seraient-elles pas meilleures si les appareils faisaient l’objet d’un MLU (Mid Life Update) ?
Minister van Justitie
Ministre de la Justice
DO 2001200200732
DO 2001200200732
Vraag nr. 566 van de heer Jean-Jacques Viseur van 21 februari 2002 (Fr.) :
Question no 566 de M. Jean-Jacques Viseur du 21 février 2002 (Fr.) :
Technische werkingsregels van kansspelen. — Kansspelinrichtingen van klasse 1.
Règles techniques de fonctionnement des jeux de hasard. — E´tablissements de jeux de hasard de classe 1.
Ik heb vernomen dat er over het koninklijk besluit betreffende de technische werkingsregels van kansspelen waarvan de exploitatie is toegelaten in kansspelinrichtingen van klasse 1 een advies zou zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen van 22 november 2001 (blz. C/235/3, nr. 2001/418/B).
Il me revient qu’un arrêté royal relatif aux règles techniques de fonctionnement des jeux de hasard dont l’exploitation est autorisée dans les établissements de jeux de hasard de classe 1 aurait fait l’objet d’un avis publié dans le Journal officiel des Communautés européennes du 22 novembre 2001 (p. C/235/3 sous le no 2001/418/B).
1. Kunt u aantonen of het hoger bedoeld besluit de speler voldoende beschermt wat betreft de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers ?
1. Pourriez-vous indiquer si l’arrêté, dont il est question ci-dessus, protège suffisamment le joueur au regard de la loi du 7 mai 1999 sur les jeux de hasard, les établissements de jeux de hasard et la protection des joueurs ?
2. Denkt u er ook aan om de werking volledig toevallig te maken en een minimaal herverdelingspercentage te waarborgen ?
2. Prévoyez-vous de garantir un fonctionnement totalement hasardeux ainsi qu’un taux de redistribution minimum ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14297
3. Moeten de ingezette bedragen en de winsten ook niet worden beperkt ?
3. Ne conviendrait-il pas de prévoir également une limitation des mises ainsi qu’une limitation des gains ?
DO 2001200200755
DO 2001200200755
Vraag nr. 567 van de heer John Spinnewyn van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 567 de M. John Spinnewyn du 26 février 2002 (N.) :
Jeugdgevangenis van Everberg. — Taalwetgeving.
Prison pour jeunes d’Everberg. — Législation linguistique.
Via de media hebben we kunnen vernemen dat men van de jeugdgevangenis in Everberg een « annex » wil maken van de Brusselse tweetalige gevangenis van Sint-Gillis.
Les médias ont relayé l’information selon laquelle d’aucuns souhaiteraient faire de la prison pour jeunes d’Everberg une « annexe » de la prison bruxelloise bilingue de Saint-Gilles.
1. De vraag rijst dan ook of dit conform is met de huidige taalwetgeving en of een en ander bepaalde repercussies heeft.
1. La question se pose dès lors de savoir si ce projet est conforme à la législation en vigueur et quelles seraient ses implications éventuelles.
2. Is de Vaste Commissie voor taaltoezicht (VCT) geconsulteerd over deze denkpiste en heeft zij reeds een advies uitgebracht ?
2. La Commission permanente de controˆle linguistique a-t-elle été consultée sur ce projet ? Dans l’affirmative, a-t-elle déjà rendu un avis ?
Minister van Financie¨n
Ministre des Finances
DO 2001200200735
DO 2001200200735
Vraag nr. 930 van mevrouw Trees Pieters van 22 februari 2002 (N.) :
Question no 930 de Mme Trees Pieters du 22 février 2002 (N.) :
Schorsing van de nalatigheidsinteresten.
Suspension des intérêts de retard.
Bij het indienen van een bezwaarschrift moet belastingschuldige, in afwachting van de directoriale beslissing, in principe slechts het zogenaamde « onbetwist verschuldigd gedeelte » van de betwiste aanslag betalen.
En cas de réclamation, dans l’attente d’une décision du directeur des contributions, le contribuable ne devra payer en principe que la partie non contestée de l’impoˆt contesté.
Daarnaast worden bij niet-betaling of bij een gedeeltelijke betaling van de gevestigde aanslagen in de personenbelasting en in de vennootschapsbelasting « nalatigheidsinteresten » aangerekend.
Par ailleurs, des intérêts de retard seront réclamés en cas de non-paiement ou de paiement partiel des cotisations établies en matière d’impoˆt des personnes physiques et d’impoˆt des sociétés.
Naar verluidt worden er, al naar gelang het aanslagjaar waarop het bezwaarschrift inzake directe belastingen betrekking heeft thans blijkbaar verschillende berekeningswijzen toegepast omwille van diverse mogelijkheden van schorsing van de nalatigheidsinteresten.
Il me revient que, selon l’exercice d’imposition auquel se rapporte la réclamation en matière de contributions directes, différents modes de calcul sont appliqués en raison des différentes possibilités de suspension du paiement des intérêts de retard.
1. Kan u in het licht van de huidige vigerende fiscale wetgeving op een schematische, beknopte maar duidelijke wijze weergeven hoe die « nalatigheids-
1. Pouvez-vous, sur la base de la législation fiscale en vigueur, expliquer succinctement et clairement de quelle manière ces intérêts de retard sont calculés dans
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14298
interesten » in elk van de drie onderstaande gevallen telkens precies worden becijferd en/of geschorst met inachtneming van het aanslagjaar van de betwisting :
chacun des trois cas repris ci-après et/ou suspendus le cas échéant, compte tenu de l’exercice d’imposition concerné :
a) bij nog hangende geschillen of bezwaarschriften;
a) en cas de litiges ou de réclamations en suspens;
b) bij het indienen van een vordering bij de rechtbank van eerste aanleg wanneer er nog geen directoriale of administratieve beslissing werd getroffen in de zin van artikel 375 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;
b) lors de l’introduction d’une action devant le tribunal de première instance, lorsqu’aucune décision directoriale ou administrative n’a pas encore été prise au sens de l’article 375 du Code des impoˆts sur les revenus 1992;
c) bij het indienen van een verzoekschrift nadat reeds een directoriale of administratieve beslissing werd getroffen in de zin van artikel 375 WIB 1992 ?
c) lors de l’introduction d’une requête, lorsqu’une décision directoriale ou administrative a déjà été prise au sens de l’article 375 CIR 1992 ?
2. Klopt de algemene bewering dat de belastingschuldigen, wat de berekening van de nalatigheidsinteresten betreft, er voor de « oude » bezwaarschriften voortaan tijdelijk en/of definitief financieel belang zouden kunnen bij hebben om een vordering in te stellen bij de bevoegde fiscale kamer van de rechtbank van eerste aanleg ?
2. Est-il exact que les contribuables, en matière de calcul des intérêts de retard, pourraient dorénavant avoir un intérêt financier temporaire et/ou définitif, lorsqu’il s’agit d’« anciennes » réclamations, à introduire une requête devant la chambre fiscale compétente du tribunal de première instance ?
3. Kan u uw algemene ziens- en handelwijze meedelen in het licht van de huidige bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ?
3. Pouvez-vous communiquer votre point de vue et votre façon d’agir générale à la lumière des dispositions actuelles du Code des impoˆts sur les revenus 1992 ?
DO 2001200200737
DO 2001200200737
Vraag nr. 931 van mevrouw Els Van Weert van 22 februari 2002 (N.) :
Question no 931 de Mme Els Van Weert du 22 février 2002 (N.) :
Oprichting van een werkgroep belast met het onderzoek naar de negatieve gevolgen voor de Belgische grensarbeiders in Nederland van het nieuw dubbelbelastingverdrag Belgie¨-Nederland.
Création d’un groupe de travail chargé d’examiner les conséquences négatives de la nouvelle convention de double imposition pour les travailleurs frontaliers belges aux Pays-Bas. ` plusieurs reprises déjà, le ministre s’est déclaré A favorable à la création d’un groupe de travail chargé de se pencher sur les retombées de l’entrée en vigueur de la nouvelle convention entre la Belgique et les PaysBas tendant à éviter la double imposition pour les travailleurs frontaliers belges qui travaillent aux PaysBas. Le ministre a également fait savoir qu’il avait reçu l’autorisation du ministre des Affaires sociales pour ce faire.
De minister had eerder al een aantal malen zijn bereidheid geuit om een werkgroep op te richten die zou moeten nagaan wat de negatieve gevolgen zijn voor de Belgische grensarbeiders in Nederland na het in werking treden van het nieuw dubbelbelastingverdrag Belgie¨-Nederland. Ook werd door de minister bekendgemaakt dat hij de instemming daartoe kreeg van de minister van Sociale Zaken. 1. a) Werd deze groep al opgericht ?
1. a) Ce groupe de travail a-t-il déjà été créé ?
b) Zo ja, sinds wanneer ?
b) Dans l’affirmative, quand a-t-il vu le jour ?
c) Zo neen, wat zijn de belemmeringen die aan de basis liggen van dit laattijdig in werking treden ?
c) Dans la négative, quels sont les obstacles à sa mise en place ?
2. Wie maakt deel uit van deze werkgroep ?
2. Quelle est la composition de ce groupe de travail ?
3. Wie heeft de leiding van deze werkgroep ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
3. Qui en dirige les travaux ?
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14299
4. Aan wie (welke ministers) moet gerapporteerd worden ?
` qui (quels ministres) devra-t-il faire rapport ? 4. A
5. Wat is de precieze opdracht die deze werkgroep heeft meegekregen ?
5. Quelle est la mission exacte de ce groupe de travail ?
6. Wat is de streefdatum waarop de commissie haar werkzaamheden zou moeten afgerond zien en waarop de gepaste conclusies zouden kunnen genomen worden ?
6. Quelle est la date mise en avant pour la cloˆture des travaux de la commission et pour la rédaction de ses conclusions ?
DO 2001200200741
DO 2001200200741
Vraag nr. 932 van de heer Lode Vanoost van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 932 de M. Lode Vanoost du 25 février 2002 (N.) :
Retributies voor het bezetten van openbare domeinen.
Redevances pour l’occupation de domaines publics.
Onder andere het koninklijk besluit van 15 maart 1996 voert een retributie in (per strekkende meter) voor het bezetten van het openbaar domein van de Staat, de provincie en de gemeente, door pijpleidingen voor aardgas, ruwe olie en olieproducten. De ontvangers der domeinen worden geacht deze retributies te innen en door te storten naar de betrokken openbare overheden.
Une redevance (par mètre courant) pour l’occupation de domaines publics appartenant à l’E´tat, la province ou la commune, par des pipelines destinés au transport de gaz naturel, pétrole brut et produits pétroliers est instaurée, entre autres, par l’arrêté royal du 15 mars 1996. Les receveurs des domaines sont chargés de percevoir ces redevances et de les reverser à l’autorité publique concernée.
Wordt dit voornoemd koninklijk besluit van 15 maart 1996 effectief toegepast, sedert wanneer en hoeveel bedroegen per jaar de geı¨nde bedragen voor de jongste vijf jaar ?
L’arrêté royal précité du 15 mars 1996 est-il effectivement appliqué, depuis quand et à combien s’élevaient pour les cinq dernières années les montants perçus par an ?
DO 2001200200742
DO 2001200200742
Vraag nr. 933 van de heer Lode Vanoost van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 933 de M. Lode Vanoost du 25 février 2002 (N.) :
Inningen op brandstof.
Prélèvements sur le carburant.
De automobilisten betalen dagelijks miljoenen euro aan de tankstations als accijns, bijzondere accijns, controleretributie, energiebijdragen en BTW op benzine en diesel.
Les automobilistes dépensent quotidiennement dans les stations-service des millions d’euros en accises, en accises spéciales, en rétribution de controˆle, en taxe sur l’énergie et en TVA sur l’essence et le gasoil.
Hoe functioneert het inningssysteem dat ervoor moet zorgen dat deze sommen terechtkomen in de staatskassen waarvoor zij zijn bestemd ?
Comment fonctionne ce système de prélèvement qui doit garantir le transfert de ces sommes vers les caisses d’E´tat ?
DO 2001200200749
DO 2001200200749
Vraag nr. 934 van de heer Marcel Hendrickx van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 934 de M. Marcel Hendrickx du 25 février 2002 (N.) :
Belastingen algemeen. — Gelijkheidsprincipe. — Verjaringstermijn.
Impoˆts. — Principe d’égalité. — Délai de prescription.
Krachtens artikel 10, tweede lid, van de Grondwet zijn alle Belgen gelijk voor de wet. De artikelen 10 en
L’article 10, alinéa 2, de la Constitution dispose que tous les Belges sont égaux devant la loi. Les articles 10
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1831
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14300
11 van de Grondwet hebben een algemene draagwijdte en verbieden elke discriminatie, ongeacht de oorsprong ervan. Bijgevolg hebben deze artikelen dezelfde uitwerking voor de belastingplichtigen als voor de fiscale ambtenaren. Met andere woorden de ambtenaren zijn niet meer dan gelijk welke burger.
et 11 de la Constitution ont une portée générale et interdisent toute discrimination, quelle que soit son origine. Par conséquent, ces articles s’appliquent de la même façon aux contribuables et aux fonctionnaires de l’administration fiscale. Autrement dit, ces fonctionnaires n’ont pas plus de droits que n’importe quel autre citoyen.
1. Bent u de mening toegedaan dat de belastingadministratie in elk stadium van de procedure (controle, taxatie, ontvangst en beoordeling van de door de belastingplichtige ingediende bezwaren) de beginselen van behoorlijk bestuur moet naleven ?
1. Estimez-vous que l’administration fiscale doit respecter les principes de bonne administration à tous les stades de la procédure (controˆle, imposition, réception et appréciation des réclamations introduites par les contribuables) ?
2. Is de minister van Financie¨n bij zijn handelen niet alleen gebonden aan in wetgeving neergelegde rechtsregels, maar ook aan het ongeschreven recht ?
2. Le ministre des Finances n’est-il pas tenu de respecter non seulement les règles de droit inscrites dans la législation mais également le droit coutumier ?
3. Bent u de mening toegedaan dat bij het ongeschreven recht vooral moet gedacht worden aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur ?
3. Pensez-vous que par « droit coutumier », il faut en particulier entendre les principes généraux de bonne administration ?
4. Bent u de mening toegedaan dat de fiscus bij haar handelen niet alleen gebonden is aan in de wetgeving neergelegde rechtsregels, maar ook aan de beginselen van behoorlijk bestuur ?
4. Estimez-vous que l’administration fiscale doit non seulement se conformer aux règles de droit établies par la loi mais aussi aux principes de bonne administration ? 5. Eˆtes-vous d’avis que les principes de bonne administration ne doivent pas être insérés séparément dans les lois fiscales ?
5. Bent u de mening toegedaan dat de beginselen van behoorlijk bestuur niet afzonderlijk opgenomen dienen te worden in de fiscale wetgevingen ? 6. Bent u de mening toegedaan dat het toepassen van de hardheidsclausule in strijd is met artikel 172, tweede lid, van de Grondwet, dat bepaalt dat geen vrijstelling of vermindering van belasting kan worden ingevoerd dan door een wet ? 7. Bent u de mening toegedaan dat het gelijkheidsbeginsel reeds in artikel 10 van de Grondwet is vervat en dat u daarom niet inziet waarom dit principe in de wet zou moeten worden herhaald ? 8. Indien u de mening is toegedaan dat de principes van behoorlijk bestuur en het gelijkheidsprincipe niet opgenomen dienen te worden in de fiscale wetten, kan u dan verduidelijken waarom de administratie bepaalde termijnen mag toepassen, bijvoorbeeld 3 jaar, 5 jaar, 10 jaar en de belastingplichtigen geen beroep doen op de artikelen 10 en 11 van de Grondwet om ook die verjaringstermijn te gebruiken om hun aangifte te corrigeren ? 9. Zijn de artikelen in onze belastingwetten aangaande de termijnen out of date artikelen die niet aangepast werden aan de nieuwe wetten die van openbare orde zijn en de belastingwetten doorkruisen ? 10. Mag de belastingplichtige de 3-, 5- of 10-jarige termijn toepassen indien bij bezwaar of rechterlijke beslissing blijkt dat de ambtenaar onwettig gehandeld heeft ? 11. Is de ambtenaar een beetje meer burger dan de belastingplichtige ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
6. Estimez-vous que l’application de la clause d’imprévision est contraire à l’article 172, alinéa 2, de la Constitution, qui dispose qu’une exemption ou une modération d’impoˆt ne peut être établie que par une loi ? 7. Le principe d’égalité étant déjà prévu à l’article 10 de la Constitution, estimez-vous dès lors inutile de le répéter dans la législation fiscale ? 8. Si vous estimez que les principes de bonne administration et d’égalité ne doivent pas être inscrits dans les lois fiscales, pouvez-vous expliquer pourquoi, si l’administration fiscale peut appliquer certains délais comme par exemple 3, 5 et 10 ans, les contribuables ne peuvent invoquer les articles 10 et 11 de la Constitution pour pouvoir également bénéficier de ces délais de prescription afin de corriger leur déclaration ? 9. Les articles relatifs aux délais contenus dans nos lois fiscales sont-ils des articles dépassés, n’ayant pas été adaptés aux nouvelles lois d’ordre public portant notamment des dispositions fiscales ? 10. Les contribuables peuvent-ils invoquer ces délais de 3, 5 ou 10 ans s’il s’avère, en cas de réclamation ou de décision judiciaire, que le fonctionnaire de l’administration fiscale a agi illégalement ? 11. Le principe d’égalité vaudrait-il davantage pour les fonctionnaires que pour les contribuables ?
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14301
DO 2001200200757
DO 2001200200757
Vraag nr. 935 van mevrouw Trees Pieters van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 935 de Mme Trees Pieters du 26 février 2002 (N.) :
Vennootschapsbelasting. — Reserves.
Impoˆt des sociétés. — Réserves.
Inzake vennootschapsbelasting wordt de aangroei of de opneming van de belastbare reserves, provisies en voorzieningen in principe jaarlijks bepaald door correcte wiskundige vergelijking van de gegevens van de bij de balanscentrale neergelegde jaarrekening van het einde van het « vorig » boekjaar of het begin van het lopende boekjaar met die van het « einde » van het lopende boekjaar of belastbaar tijdperk.
En ce qui concerne l’impoˆt des sociétés, l’accroissement ou l’incorporation des réserves et provisions imposables est en principe déterminée annuellement par une comparaison mathématique correcte des données des comptes annuels de la fin de l’exercice comptable « passé » ou du début de l’exercice comptable en cours déposés auprès de la centrale des bilans avec ceux de la « fin » de l’exercice comptable en cours ou de la période imposable.
Dit positief of negatief verschil vormt het belastbaar maatschappelijk vermogen van het belastbaar tijdperk dat jaarlijks wordt aangeslagen in een aanslagjaar in de vennootschapsbelasting zoals bepaald in artikel 360 WIB 1992 en de erop betrekking hebbende reglementaire bepalingen.
Cette différence positive ou négative constitue le capital social imposable de la période imposable, taxé annuellement dans le cadre de l’impoˆt des sociétés, comme le stipule l’article 360 du CIR 1992 et les dispositions réglementaires y afférentes.
Ter gelegenheid van grondige verificaties valt het geregeld voor dat alleen de « aanleg » van voorheen — na vroegere fiscale controles — sinds jaren « vrijgestelde » provisies of voorzieningen in de zin van artikel 48 WIB 1992 door de belastingambtenaren in het laatste boekjaar voortaan plots belastbaar wordt gesteld bij toepassing van de artikelen 25, 5o, 183 en 185 WIB 1992, zonder dat daarbij rekening wordt gehouden met de « opnemingen » van datzelfde boekjaar, niettegenstaande de vennootschappen de bepalingen van artikel 26 KB/WIB 1992 wel degelijk strikt hebben gerespecteerd.
Lors de vérifications approfondies, il arrive régulièrement que seule la « constitution » de provisions au sens de l’article 48 du CIR 1992, autrefois « exonérées » (à la suite de controˆles fiscaux antérieurs) depuis des années, soit désormais imposée lors du dernier exercice comptable, par les agents du fisc, en application des articles 25, 5o, 183 et 185 du CIR 1992, sans qu’il soit tenu compte à cette occasion des « prélèvements » effectués au cours de ce même exercice, bien que les sociétés aient scrupuleusement respecté les dispositions de l’article 26 de l’arrêté royal d’exécution du Code des impoˆts sur les revenus 1992.
1. De algemene praktische vraag rijst derhalve hoe de wiskundige berekening van die jaarlijkse fiscale « fluctuatie » van de belastbare reservebestanddelen moet gebeuren wanneer er zich in het laatst onderzochte boekjaar zowel een « afboeking » als een nieuwe « aanleg » van voorheen vrijgestelde voorzieningen of provisies heeft voorgedaan ?
1. Une question générale et pratique concerne donc les modalités du calcul mathématique de cette « fluctuation » fiscale annuelle des éléments de réserve imposables, lorsqu’il a été procédé, au cours du dernier exercice comptable étudié, à une « cloˆture », ainsi qu’à un nouvelle « constitution » de provisions autrefois exonérées.
2. Wordt er voor de bepaling van de jaarlijkse belastbare reservebeweging alleen rekening gehouden met de nieuwe « aanleg » of moet er daarentegen logischerwijze inderdaad uitdrukkelijk rekening worden gehouden met het boekhoudkundig en fiscaal verschil tussen zowel alle af- als alle toenames van die kwestieuze provisierekeningen, vergelijkend te beoordelen op beide eerdergenoemde balansdata ?
2. Les agents du fisc prennent-ils uniquement en considération, pour déterminer le mouvement de réserve imposable annuel, la nouvelle « constitution » ou doivent-ils, conformément à une certaine logique, tenir expressément compte de la différence comptable et fiscale entre toutes les diminutions et toutes les augmentations de ces comptes de réserve litigieux, à comparer sur la base deux dates de bilan susmentionnées ?
3. Kan u uw algemene praktische zienswijze meedelen in het licht van zowel het grondwettelijk eenjarigheidsbeginsel van de belastingen, voornoemde bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 als het vertrouwens- en het legaliteitsbeginsel ?
3. Pouvez-vous communiquer votre point de vue général pratique à la lumière du principe constitutionnel de l’annualité des impoˆts, des dispositions du Code des impoˆts sur les revenus 1992 précités ainsi que des principes de confiance et de légalité ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14302
DO 2001200200758
DO 2001200200758
Vraag nr. 936 van de heer Martial Lahaye van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 936 de M. Martial Lahaye du 26 février 2002 (N.) :
Transparantie beleggingsfondsen.
Transparence des fonds de placement.
Met de transparantie van beleggingsfondsen zou het in Belgie¨ pover gesteld zijn. De informatie is weinig doorzichtig, geeft geen objectieve score omtrent het risico, het objectief evalueren van historische rendementen kan niet en ook op het vlak van de kosten zouden geen objectieve vergelijkingspunten voorhanden zijn.
La transparence des fonds de placement laisserait à désirer en Belgique. L’information est peu transparente, le risque n’est pas chiffré de manière objective, l’évaluation objective des rendements historiques est impossible et au niveau des couˆts également des points de comparaison objectifs feraient défaut.
Om de belegger beter te beschermen wordt gepleit om niet alleen in Belgie¨ maar op Europees vlak een harmonisering van de informatie rond beleggingsfondsen uit te werken, te ijveren voor een gemeenschappelijk risicosysteem en uniforme rapportering terzake, de historische rendementen uit te zetten tegenover een relevante index en een soort kostenratio in het leven te roepen, die de belegger een duidelijk beeld geeft welk gedeelte van het rendement aangetast wordt door alle kosten, die de fondsenbeheerder aanrekent.
Afin de mieux protéger l’investisseur, on plaide, tant au niveau belge qu’au niveau européen, pour une harmonisation de l’information relative aux fonds de placement, pour la mise en place d’un système de risque commun assorti d’une communication uniforme, pour une présentation des rendements historiques sur la base d’un index pertinent et pour la mise en place d’un ratio des couˆts, afin de permettre à l’investisseur d’avoir une idée précise de la part du rendement influencée par les couˆts portés en compte par le gestionnaire des fonds.
1. Overweegt u om dit nu reeds in de Belgische wetgeving in te bouwen ?
1. Avez-vous l’intention de prendre une initiative légale à ce sujet au niveau belge ?
2. Zal u dit op Europees vlak ook bij uw collega’s aankaarten ?
2. Allez-vous aborder ce point avec vos collègues européens ?
DO 2001200200585
DO 2001200200585
Vraag nr. 937 van de heer François Bellot van 26 februari 2002 (Fr.) : Geweigerde muntstukken.
Question no 937 de M. François Bellot du 26 février 2002 (Fr.) : E´coulement des pièces de monnaie.
De invoering van de euro op 1 januari 2002 heeft hier en daar merkwaardige repercussies in het bankwezen, en zelfs tot bij de Nationale Bank.
L’entrée en vigueur de l’euro au 1er janvier 2002 a des conséquences parfois surprenantes dans le secteur bancaire, voire à la Banque nationale.
Vele bedrijven die dranken- en snoepautomaten of parkeermeters beheren, en zelfs beheerders van openbaarvervoermaatschappijen ondervinden de grootste moeilijkheden om hun muntstukken, Belgische franken zowel als euro’s, kwijt te raken.
En effet, de nombreuses entreprises gestionnaires de machines distributrices automatiques de boissons, friandises, gestionnaires d’horodateurs, voire même gestionnaires de sociétés de transports en public, rencontrent des difficultés majeures dans l’écoulement de leurs pièces de monnaie, soit en francs belges, soit en euros.
Naar verluidt weigeren de banken sinds 1 januari 2002 muntstukken aan te nemen met als uitleg dat ze die last per 1 januari 2002 niet langer op zich willen nemen. Ook sommige filialen van de Nationale Bank nemen de muntstukken niet aan, ook al zijn de euro’s en franken netjes gesorteerd op waarde.
Il apparaıˆt que les banques refusent depuis le 1er janvier 2002 d’assurer la reprise de pièces de monnaie indiquant que depuis cette date, elles ne voulaient plus assumer cette charge. Par ailleurs, certaines antennes de la Banque nationale refusent la reprise de ces mêmes pièces de monnaie, bien que triées par catégories de pièces, soit en francs belges, soit en euros.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14303
1. Welke verplichtingen hebben de banken met betrekking tot het aannemen van muntstukken ? 2. En de Nationale Bank ?
1. Quelle est la nature des obligations des institutions bancaires quant à la reprise des pièces de monnaie ? 2. Qu’en est-il pour la Banque nationale ?
3. Sommige bankagentschappen sturen bedrijven die dat soort problemen ondervinden door naar erkende geldtransportbedrijven. Volgens mijn informatiebronnen zouden de geldtransporteurs evenwel een bedrag van bijna 4 % aanrekenen voor beheerskosten en het ophalen van de muntstukken bij de betrokken bedrijven, en voor het herverpakken ervan in plastic kokers, wat neerkomt op ongeveer 50 à 60 % van de nettowinst van de in de dranken- en voedingsmiddelenautomatensector bedrijvige ondernemingen.
3. Certaines agences bancaires incitent les entreprises rencontrant ces difficultés à s’adresser à des sociétés agréées de transport de fonds. Selon mes informations, celles-ci réclameraient une somme avoisinant les 4 % pour la gestion et la reprise des monnaies auprès des entreprises concernées et le reconditionnement sous forme de tube plastifié. Cela représente environ 50 à 60 % du bénéfice net des entreprises du secteur de la distribution automatique de boissons ou de denrées alimentaires.
Vindt u dat de banken en de Nationale Bank zich aan hun opdracht als interface tussen de monetaire actoren en de bedrijfswereld mogen onttrekken ?
Considérez-vous que les banques et la Banque nationale doivent échapper à leur mission d’interface entre les gestionnaires monétaires et le monde économique ?
DO 2001200200763
DO 2001200200763
Vraag nr. 938 van mevrouw Trees Pieters van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 938 de Mme Trees Pieters du 26 février 2002 (N.) : Exemption de la TVA. — E´tudes sur le cancer effectuées par des médecins hospitaliers.
BTW-vrijstellingen. — Kankerstudies uitgevoerd door ziekenhuisgeneesheren.
1. Terzake rijst thans evenwel de onderstaande algemene bijkomende vraag of uw gehele en brede ziens- en handelwijze telkens eveneens geldt voor de twee onderstaande gevallen :
En réponse à ma question orale no 3138 du 14 mars 2001, posée en commission des Finances et du Budget, vous avez déclaré que les études médicales sur le cancer effectuées par des médecins hospitaliers étaient exemptées de la TVA, pour autant que les soins médicaux dispensés soient repris dans la nomenclature de l’INAMI (Compte rendu intégral, Chambre, 20002001, commission des Finances, 14 mars 2001, COM 422, p. 1). ` ce propos se pose cependant la question géné1. A rale de savoir si votre manière générale de voir et d’agir peut également s’appliquer aux deux cas cidessous :
A) Huisdokters of artsen, zowel uitoefenend als « vrij beroep » als onder de vorm van een « éénpersoonsdoktersvennootschap », die meewerken aan gelijkaardige kankerstudies en/of aan alle andere medische studies in nauwe samenwerking met universitaire ziekenhuizen, diverse medische laboratoria en/ of farmaceutische bedrijven.
A) Les médecins généralistes, exerçant leur profession en tant que profession libérale ou dans le cadre d’une société d’une personne, et qui collaborent à de telles études sur le cancer et/ou à toute autre étude médicale en collaboration étroite avec des hoˆpitaux universitaires, divers laboratoires médicaux et/ou sociétés pharmaceutiques.
B) Alle mogelijke en voornoemde medische studies, opgenomen onder de RIZIV-nomenclatuur, uitgevoerd door huisartsen en/of door ziekenhuisgeneesheren, gedeeltelijk werkzaam in alle andere soorten vennootschappen al dan niet geheel of gedeeltelijk ressorterend onder de geneeskundige sector en/of
B) Toutes les études médicales possibles et précitées, reprises dans la nomenclature de l’INAMI, menées par des médecins généralistes et/ou des médecins hospitaliers, qui travaillent partiellement dans d’autres types de sociétés, ressortissant entièrement ou de manière partielle au secteur médical et/ou au secteur général de
In antwoord op mijn mondelinge vraag nr. 3138 van 14 maart 2001 in de commissie voor de Financie¨n en de Begroting stelde u dat medische kankerstudies uitgevoerd door ziekenhuisgeneesheren onder de BTWvrijstelling vallen, voor zover de verleende medische zorgen zijn opgenomen in de RIZIV-nomenclatuur (Integraal Verslag, Kamer, 2000-2001, commissie voor de Financie¨n, 14 maart 2001, COM 422, blz. 1).
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14304
onder de algemene sector van de menselijke gezondheidszorg en waarvan het statutair doel van die vennootschappen al die medische studie-activiteiten wel precies omvat.
la santé publique et dont l’objet statutaire englobe de manière précise toutes ces activités dans le domaine de l’étude médicale.
2. In ontkennend geval om welke gegronde redenen moeten bovenvermelde gevallen eventueel uit administratief en/of uit wettelijk oogpunt van die algemene BTW-vrijstelling waarvan sprake in artikel 44, § 1, 2o, en § 2 van het BTW-Wetboek worden uitgesloten ?
2. Dans la négative, quelles sont les raisons fondées, du point de vue administratif et/ou légal, d’exclure les cas cités ci-dessus de l’exonération générale de la TVA dont question à l’article 44, § 1, 2o, et § 2 du Code de la TVA ?
DO 2001200200770
DO 2001200200770
Vraag nr. 939 van de heer Luc Sevenhans van 27 februari 2002 (N.) :
Question no 939 de M. Luc Sevenhans du 27 février 2002 (N.) :
Regulariseren van successierechten.
Régularisation des droits de succession.
Eind januari 2002 raakte bekend dat ruim 5 000 klanten van de Dexia Bank een brief kregen van de fiscus. Die verzoekt hen om hun aangifte in de successierechten te regulariseren. De belastingambtenaren zeggen over aanwijzingen te beschikken dat ze in de jaren 90 met hulp van het toenmalige Gemeentekrediet hebben gefraudeerd.
Fin janvier 2002, on a appris que plus de 5 000 clients de la Banque Dexia avaient reçu une lettre du fisc leur demandant de régulariser leur déclaration en matière de droits de succession. Les fonctionnaires fiscaux affirment disposer d’indices donnant à penser que, dans les années 90, ces clients de Dexia ont fraudé le fisc avec l’aide de l’ancien Crédit communal.
De klanten die spontaan aangifte doen, mogen rekenen op een welwillende houding en een redelijke aanslag.
L’administration fiscale déclare encore, dans ce courrier, qu’elle s’engage à traiter de manière bienveillante et à imposer raisonnablement les clients qui feraient une déclaration spontanée.
Erfenisrechten liggen extra gevoelig bij de burger, want die stelt dat er op de erfenis reeds vroeger belasting betaald werd. De praktijk die waarschijnlijk bij het Gemeentekrediet gebeurde, zal evengoed bij de andre banken gebeurd zijn. Dat men nu zolang na de feiten de klanten van Dexia viseert schijnt mij onredelijk.
Les citoyens sont particulièrement sensibles à la question des droits de succession parce qu’ils estiment avoir déjà payé antérieurement des impoˆts sur l’héritage qui constitue la source de ces droits. Il est toutefois vraisemblable que les autres institutions bancaires se sont aussi rendues coupables de la pratique à laquelle le Crédit communal s’est sans doute livré. Que l’on prenne aujourd’hui pour cible la clientèle de Dexia si longtemps après les faits me paraıˆt déraisonnable.
1. Kan u deze berichten bevestigen ?
1. Confirmez-vous ces informations ?
2. Zou het niet wenselijker zijn om een objectieve manier uit te werken die minder tot foutieve aangiftes leidt ?
2. Ne serait-il pas préférable de trouver un moyen objectif de réduire le nombre de contribuables adressant des déclarations fautives au fisc ?
DO 2001200200771
DO 2001200200771
Vraag nr. 940 van de heer Luc Sevenhans van 27 februari 2002 (N.) :
Question no 940 de M. Luc Sevenhans du 27 février 2002 (N.) :
Niet-geı¨nde belastingen.
Impoˆts non recouvrés.
Op 24 januari 2002 verscheen in Gazet van Antwerpen het bericht dat er momenteel een bedrag van
Dans son édition du 24 janvier 2002, le quotidien « Gazet van Antwerpen » révélait qu’un montant de
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14305
847 miljard frank of 21 miljard euro strop zit in de administratieve molen.
847 milliards de francs belges, soit 21 milliards d’euros, est actuellement bloqué dans les rouages de l’administration.
1. Kan u dat bevestigen ?
1. Confirmez-vous cette information ?
2. Indien ja :
2. Dans l’affirmative :
a) Wat is de oorzaak en om welke belastingen gaat dit ?
a) Quelle est la cause de ce blocage et de quels impoˆts s’agit-il concrètement ?
b) Welke stappen onderneemt u om dit bedrag te innen ?
b) Quelles démarches allez-vous entreprendre pour procéder au recouvrement de ce montant ?
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, chargé des Classes moyennes
Overheidsbedrijven en Participaties
Entreprises et Participations publiques
DO 2001200200726
DO 2001200200726
Vraag nr. 149 van de heer Yves Leterme van 21 februari 2002 (N.) :
Question no 149 de M. Yves Leterme du 21 février 2002 (N.) :
Internationaal Perscentrum.
Centre de presse international.
Op 10 augustus 2001 stelde ik aan de minister de vraag (vraag nr. 202) mij te informeren over de totale kostprijs van de werken en leveringen met het oog op het uitrusten van het Internationaal Perscentrum (IPC). Het antwoord is zeer volledig met betrekking tot de aanpassingswerken maar u rept met geen woord over de structurele uitrusting van het IPC-gebouw (geluidsinstallaties, beeldopname en -verwerkingsapparatuur) (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20012002, nr. 106, blz. 12422).
Le 10 aouˆt 2001, j’ai demandé au ministre (question no 202) de bien vouloir m’informer au sujet du couˆt total des travaux et des livraisons relatives à l’équipement du Centre de presse international (IPC). En ce qui concerne les travaux d’adaptation, la réponse est très complète, mais rien n’est dit de l’équipement structurel du baˆtiment IPC (installations de sonorisation, de prise d’images et de traitement) (Questions et Réponses, Chambre, 2001-2002, no 106, page 12422).
1. a) Kan u bevestigen dat de inrichting van het IPC met de noodzakelijke structurele uitrusting van een perscentrum is gebeurd in het kader van een concessieovereenkomst ?
1. a) Pouvez-vous confirmer que l’aménagement l’IPC a été réalisé par la mise en œuvre l’équipement structurel nécessaire à un centre presse, dans le cadre d’une convention accord concession ?
b) Wat was in voorkomend geval de inhoud van het advies van de Inspectie van financie¨n met betrekking tot het toch wel manifest omzeilen van de normale procedure voorzien in de wet op de overheidsopdrachten met betrekking tot de levering van goederen en diensten ?
b) Quelle était, dans le cas qui nous occupe, la teneur de l’avis de l’Inspection des finances au sujet du contournement de la procédure normale prévue par la loi pour les marchés publics relatifs à la livraison de biens et de services ?
c) Werd er desgevallend beroep aangetekend tegen een negatief advies van de Inspectie van financie¨n en wanneer werd in voorkomend geval het
c) Le cas échéant, a-t-il été fait appel d’un avis négatif de l’Inspection des finances et, dans l’affirmative, quand l’accord du ministre du Budget a-t-il été
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
de de de de
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14306
akkoord van de minister van Begroting ontvangen ? Was dit voor of na de levering van de betreffende apparatuur ?
obtenu ? Cette autorisation est-elle antérieure ou postérieure à la livraison de l’équipement concerné ?
2. a) Klopt het dat een deel van deze investering in het kader van de concessieovereenkomst vooruit werd betaald ?
2. a) Est-il exact que, dans le cadre de l’accord de concession, une partie de cet investissement a été payée d’avance ?
b) Zo ja, voor welk bedrag ?
b) Dans l’affirmative, montant ?
3. a) Klopt het dat de rest van de investeringskosten terugbetaald wordt met een rentevoet van 10 % ?
3. a) Est-il exact que le solde des frais d’investissement est remboursé à un taux d’intérêt de 10 % ?
b) Is dit de normale rentevoet die gehanteerd wordt door de Regie der Gebouwen ?
b) S’agit-il du taux d’intérêt normal appliqué par la Régie des Baˆtiments ?
4. Welke financie¨le verplichtingen heeft de Regie der Gebouwen op zich genomen in het kader van deze concessieovereenkomst en voor welke periode ?
4. Quelles obligations financières la Régie des Baˆtiments a-t-elle prises en charge dans le cadre de cette convention de concession ? Pour quelle période ?
5. a) Is het de bedoeling dat deze concessieovereenkomst zou overgedragen worden aan de staatsdienst met afzonderlijk beheer IPC-Residence Palace ? Zo ja, wanneer ?
5. a) S’agit-il de transférer cette convention de concession au service de l’E´tat à gestion distincte IPCRésidence Palace ? Dans l’affirmative, quand cela se fera-t-il ?
b) Zullen op dat ogenblik alle verplichtingen gekoppeld aan deze overeenkomst met inbegrip van deze die reeds door de Regie der Gebouwen werden ten laste genomen, overgedragen worden ?
b) Toutes les obligations liées à cet accord, y compris celles déjà prises en charge par la Régie des Baˆtiments, seront-elles transférées ?
c) Kan u mij een overzicht bezorgen van alle door de Regie der Gebouwen werkelijk gedragen kosten in het kader van deze concessieovereenkomst tot het ogenblik van vandaag of tot het moment van de overdracht ?
c) Pouvez-vous me fournir un aperçu des couˆts réellement pris en charge par la Régie des Baˆtiments dans le cadre de cette convention de concession, jusqu’à ce jour ou jusqu’au transfert ?
6. a) Bevatte de concessieovereeenkomst een luik « levering van personeel » en zo ja, welke uitgaven werden hierop betaald in 2001 ?
6. a) La convention de concession comporte-t-elle un volet prévoyant la mise à disposition ? Dans l’affirmative, quelles dépenses ont été effectuées à cet effet en 2001 ?
b) Kan u toelichten hoe een parlementslid in deze omstandigheden zijn controletaak op het personeelsbestand van de overheid kan uitoefenen en in welke mate deze techniek in overeenstemming is met het specialiteitsbeginsel die de begrotingswetgeving oplegt ?
b) Comment un parlementaire peut-il exercer sa fonction de controˆle sur du personnel de l’E´tat dans de telles conditions ? Dans quelle mesure cette technique est-elle conforme aux principes de spécialité imposés par la législation en matière budgétaire ?
7. a) Werden door de Regie der Gebouwen nog andere concessieovereenkomsten gesloten voor rekening van het IPC (bijvoorbeeld voor de catering) en zo ja, dewelke en onder welke voorwaarden ?
7. a) D’autres accords de concession ont-ils été conclus par la Régie des Baˆtiments pour le compte de l’IPC (par exemple pour la restauration). Si tel est le cas, lesquels et à quelles conditions ?
b) Werden ook in dit kader delen of het geheel van de investering ten laste genomen door de Regie der Gebouwen en zo ja, voor welk bedrag ?
b) Dans ce cadre, la Régie des Baˆtiments prend-elle à sa charge une partie ou l’ensemble de l’investissement ? Dans l’affirmative, à hauteur de quel montant ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
à
concurrence
de
quel
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14307
8. a) Wat is het totale bedrag dat door de Regie der Gebouwen (al of niet in afwachting van de oprichting van de staatsdienst met afzonderlijk beheer IPC) werd uitgegeven en waartoe de regie zich engageerde met het oog op de inrichting van dit perscentrum ?
8. a) Quel montant total la Régie des Baˆtiments a-t-elle consacré (dans l’attente ou non de la création du service de l’E´tat à gestion distincte IPC) et auquel la régie s’est engagée en vue de l’aménagement de ce centre de presse ?
b) Wat is de oorzaak van het verschil met het antwoord op mijn voornoemde vraag nr. 202 van 10 augustus 2001 ?
b) Comment s’explique la différence par rapport à la réponse à ma question précitée no 202 du 10 aouˆt 2001 ?
Minister toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw
Ministre adjointe au ministre des Affaires étrangères, chargée de l’Agriculture
Buitenlandse Zaken
Affaires étrangères
DO 2001200200740
DO 2001200200740
Vraag nr. 49 van de heer Alfons Borginon van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 49 de M. Alfons Borginon du 25 février 2002 (N.) :
International Maritime Organisation. — Verruiming bevoegdheden tot de zeehavens.
Organisation maritime internationale. — Extension des compétences aux ports maritimes.
Recentelijk ontstond nogal wat beroering over een verkeerd geciteerde uitspraak van de minister in verband met het zogezegde Amerikaanse voornemen om nog slechts 10 containerhavens in de wereld als vertrekhavens voor Amerikaanse import te aanvaarden. Intussen blijkt dit op een misverstand te steunen, in die zin dat het een foute interpretatie was van een academische presentatie in verband met de veiligheid van de internationale containertrafiek. Desalniettemin blijken er toch duidelijke signalen te zijn dat de Verenigde Staten aandringen op strengere controlesystemen in de verschillende wereldhavens om terrorisme en andere criminele activiteiten tegen te gaan. Zo dringt de Bushadministratie aan op een uitbreiding van de bevoegdheden van de International Maritime Organisation tot de havens en dus multilateraal genegocieerde veiligheidsmaatregelen. Anderzijds is er ook een initiatief van de Amerikaanse democratische senator Hollings om de veiligheid in havens in regels vast te leggen. En ook daar — met name in sectie 108 — worden maatregelen voorgesteld die onze havens ernstig kunnen raken.
Une déclaration mal interprétée de la ministre a récemment suscité l’émoi : les E´tats-Unis projetteraient de limiter le nombre de ports de départ pour les importations américaines à 10 ports de conteneurs seulement. Dans l’intervalle, il s’est avéré que cette agitation découle d’un malentendu dans la mesure ou` une présentation académique sur la sécurité du trafic international de conteneurs a été interprétée erronément. Néanmoins, il est clair que les E´tats-Unis insistent pour que des systèmes de controˆle plus stricts soient mis en place dans les différents ports mondiaux afin de combattre le terrorisme et les autres activités criminelles. Ainsi, l’administration du président Bush insiste sur l’extension des compétences de l’Organisation maritime internationale aux ports et donc, sur la mise en œuvre de mesures de sécurité négociées sur le plan multilatéral. Parallèlement à cela, le sénateur démocrate américain Hollings a pris une initiative visant à réglementer la sécurité dans les ports. En l’occurrence, les mesures proposées, comme par exemple à la section 108, pourraient gravement toucher nos ports.
1. Wat is het Belgische standpunt inzake het verruimen van de bevoegdheden van de International Maritime Organisation tot de zeehavens ?
1. Quel est le point de vue de la Belgique en ce qui concerne l’extension des compétences de l’Organisation maritime internationale aux ports ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1832
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14308
2. a) Welke instrumenten inzake zeehavenveiligheid zijn voor de Belgische delegatie bespreekbaar ?
2. a) Selon la délégation belge, quels instruments de sécurité portuaire peuvent faire l’objet d’une discussion ?
b) Wordt hierover grondig overleg gepleegd met de diverse zeehavenautoriteiten die ons land rijk is ?
b) Une concertation approfondie a-t-elle été menée à ce sujet avec les autorités portuaires de notre pays ?
c) Is dit overleg gestructureerd ?
c) Cette concertation a-t-elle été structurée ?
3. Zullen onze diplomaten contact nemen met de indieners van het voorstel-Hollings teneinde — eventueel samen met andere Europese delegaties — het belang van een multilateraal genegocieerde oplossing te benadrukken ?
3. Nos diplomates prendront-ils contact avec les auteurs de la proposition Hollings afin de souligner, conjointement peut-être avec les autres délégations européennes, l’importance que revêt la recherche d’une solution négociée sur le plan multilatéral ?
4. Op welke manier zal u het Parlement hieromtrent tijdig informeren ? Normalerwijze kan de wetgevingsprocedure in het Amerikaanse parlement op een jaar afgerond zijn, derhalve is tijdige doorstroming van informatie naar alle betrokkenen cruciaal.
4. Comment informerez-vous le Parlement à ce sujet en temps opportun ? Dans la mesure ou` la procédure législative au Congrès américain pourrait être bouclée en un an, il importe que les informations soient transmises en temps opportun à toutes les parties concernées.
5. Op welke wijze wordt de Vlaamse regering — als overheid bevoegd de Vlaamse zeehavens — hierbij diplomatiek betrokken ?
5. Comment le gouvernement flamand, autorité compétente pour les ports maritimes flamands, serat-il associé aux contacts diplomatiques en la matière ?
Landbouw
Agriculture
DO 2001200200772
DO 2001200200772
Vraag nr. 118 van de heer Yvon Harmegnies van 27 februari 2002 (Fr.) :
Question no 118 de M. Yvon Harmegnies du 27 février 2002 (Fr.) :
Financiering van de dierenasielen in het kader van de verzorging van door de politie in beslag genomen dieren.
Financement des refuges dans le cadre des soins prodigués aux animaux saisis par les services de police.
Overeenkomstig verscheidene artikels van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, gewijzigd door de wet van 26 maart 1993 en de wet van 4 mei 1995 mag de politie dieren « in beslag nemen ». De dieren kunnen dan bijvoorbeeld aan een dierenasiel worden toevertrouwd.
Dans la loi du 14 aouˆt 1986, relative à la protection et au bien-être des animaux, modifiée par la loi du 26 mars 1993 et la loi du 4 mai 1995, plusieurs articles font mention d’intervention de la police pouvant « saisir » des animaux. Ces derniers peuvent — entre autres procédés — être confiés à un refuge.
Wat met name de in beslag genomen en aan een dierenasiel toevertrouwde honden betreft, zijn er in ons land weliswaar grote asielen die over veel hokken beschikken. Kleinere asielen, met een voor hun regio toereikende capaciteit ondervinden daarentegen aanzienlijke problemen als gevolg van die plaatsingen :
En ce qui concerne particulièrement les chiens saisis et confiés à un refuge, s’il existe dans notre pays des refuges importants disposant d’un nombre de cages élevé, d’autres, plus petits mais suffisants pour leur région, connaissent à la suite de ces placements des problèmes importants :
A) Die honden worden namelijk weken- of maandenlang in de hokken ondergebracht, en brengen aldus het rotatiesysteem in het gedrang dat in een asiel voor verloren of verlaten honden moet bestaan.
A) Ces chiens occupent des cages pendant des semaines, voire des mois, bloquant ainsi la rotation qui doit exister au sein d’un refuge pour les chiens perdus ou abandonnés.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14309
B) De honden moeten in de meeste gevallen verzorgd, of in elk geval medisch gevolgd worden, door een dierenarts die moet worden vergoed.
B) Ces chiens doivent dans la plupart des cas être soignés, en tout cas, suivis médicalement par un vétérinaire qui doit être rétribué.
C) Zolang zij in het asiel verblijven moeten deze dieren een onderkomen, verzorging, verwarming en voedsel krijgen.
C) Ces animaux doivent être logés, nettoyés, chauffés et nourris pendant toute la durée de leur présence au refuge.
In de meeste gevallen toont Justitie niet de minste interesse voor het lot dat de honden tijdens hun verblijf in het asiel te beurt valt en hoewel de wet bepaalt dat de door het asiel gemaakte kosten door de rechtbank worden geraamd en deel uitmaken van de gerechtskosten, worden de asielen over het algemeen nooit vergoed voor de diensten die zij aan de gemeenschap hebben bewezen.
Dans la plupart des cas, la Justice se désintéresse totalement du sort de ces chiens pendant leur séjour au refuge et si la loi prévoit que les frais de l’intervention des refuges sont taxés par le tribunal et font partie des frais de Justice, d’une manière générale, les refuges ne sont jamais remboursés pour les services qu’ils ont rendus à la société.
Hoe kan deze situatie worden verholpen ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Comment pourriez-vous remédier à cette situation ?
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14311
III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres.
Eerste minister
Premier ministre
DO 2001200200727
DO 2001200200727
Vraag nr. 160 van de heer Yves Leterme van 21 februari 2002 (N.) :
Question no 160 de M. Yves Leterme du 21 février 2002 (N.) :
« Afspraken » gemaakt met een kabinetslid.
« Accords » conclus avec un membre du cabinet.
In toepassing van mijn inzagerecht als parlementslid bij het Rekenhof heb ik kunnen vaststellen dat de heer Slangen sedert 1 november 1999 als kabinetslid met toepassing van het koninklijk besluit van 4 mei 1999 verbonden is aan uw kabinet en dat deze aanstelling op 1 september 2001 is omgezet in een aanstelling als expert in de beleidsraad van de FOD kanselarij en algemene diensten.
En application de mon droit de regard de parlementaire sur les dossiers de la Cour des comptes, j’ai pu constater que, depuis le 1er novembre 1999, M. Slangen est attaché à votre cabinet en tant que membre du cabinet, en application de l’arrêté royal du 4 mai 1999, et que cette désignation a été convertie le 1er septembre 2001 en une désignation en tant qu’expert au sein du conseil stratégique du SPF chancellerie et services généraux.
In de media hebben uw gewezen kabinetschef en huidig voorzitter van het directiecomité van de FOD kanselarij en algemene diensten en hoger genoemd gewezen kabinetsmedewerker en huidig expert verbonden aan de beleidsraad van de FOD kanselarij en algemene diensten verklaard dat naar aanleiding van de aanwerving van betrokkene op uw kabinet in het najaar van 1999 er afspraken zijn gemaakt tussen de werkgever (kabinet van de eerste minister) en betrokken werknemer met betrekking tot bijkomende diensten die door de firma van betrokken werknemer zouden mogen geleverd worden teneinde hem in staat te stellen zijn opdracht naar behoren te vervullen. Deze bijkomende diensten waren volgens hun eensluidende verklaringen begroot op 10 miljoen frank per jaar voor de duur van de legislatuur.
Votre ancien chef de cabinet et actuel président du comité de direction du SPF chancellerie et services généraux et l’ancien membre de cabinet et actuel expert attaché au conseil stratégique du SPF chancellerie et services généraux précité ont déclaré dans la presse que, dans le cadre de l’engagement de l’intéressé au sein de votre cabinet au cours de l’automne 1999, des accords ont été conclus entre l’employeur (cabinet du premier ministre) et l’employé concerné à propos de services supplémentaires qui pourraient être fournis par l’entreprise de l’employé en question afin de lui permettre de remplir au mieux sa mission. Ces services supplémentaires étaient, selon leurs déclarations concordantes, estimés à 10 millions de francs par an pour la durée de la législature.
1. a) Kan u het bestaan van deze afspraken bevestigen ?
1. a) Pouvez-vous confirmer l’existence de ces accords ?
b) Zo ja, met wie werden afspraken gemaakt ?
b) Dans l’affirmative, avec qui ces accords ont-ils été conclus ?
c) Werden deze afspraken schriftelijk neergelegd ?
c) Ces accords ont-ils été consignés par écrit ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14312
d) Op welke wijze werd/wordt de afspraak gehonoreerd ?
d) De quelle manière cet accord est-il honoré ?
2. a) Kan u de data meedelen waarop door uw kabinet aan de administratie opdracht werd gegeven schikkingen te treffen om uitvoering te geven aan de afspraak ?
2. a) Pouvez-vous me communiquer les dates auxquelles votre cabinet a chargé l’administration de prendre des dispositions pour mettre en œuvre cet accord ?
b) Wat was bij elke opdracht het antwoord van de administratie ?
b) Quelle a été, pour chaque mission, la réponse de l’administration ?
3. Kan u bevestigen dat — zoals door de voorzitter van het directiecomité is verklaard — uiteindelijk geopteerd werd om via een overheidsopdracht « advies en operationele bijstand », bekendgemaakt in het Europees Publicatieblad op 8 februari 2001 uitvoering te geven aan hoger genoemde afspraak ?
3. Pouvez-vous confirmer que, comme l’a déclaré le président du comité de direction, il a finalement été décidé de mettre en œuvre l’accord précité par le biais d’un marché public nommé « conseil et assistance opérationnelle », publié dans le Journal officiel des Communautés européennes du 8 février 2001 ?
4. Waarom werd in mei 2001 niet overgegaan tot de gunning van bedoelde opdracht ? Het dossier was immers klaar, alles liet toen uitschijnen dat met ingang van 1 september 2001 zoals gepland de nieuwe FOD kanselarij en algemene diensten met zijn leiding zou klaar staan !
4. Pourquoi n’a-t-il pas été procédé, en mai 2001, à l’adjudication du marché en question ? Le dossier était pourtant prêt et tout laissait à penser qu’à partir du 1er septembre 2001, la direction du nouveau SPF chancellerie et services généraux serait en place !
5. Waarom werden na 21 september 2001, toen het « arrest-Jadot » geveld was en toen het duidelijk was dat de effectieve benoeming van de directieleden N-1 van de FOD kanselarij en algemene diensten nog een tijdje op zich zou laten wachten alsnog pogingen ondernomen om de opdracht te gunnen (adviesaanvraag bij Inspecteur van financie¨n, beroep bij de minister van Begroting tegen het negatieve advies van de Inspectie van financie¨n) ?
5. Pourquoi des tentatives d’adjudication du marché furent-elles à nouveau entreprises (demande d’avis introduite auprès de l’Inspecteur des finances, recours auprès du ministre du Budget contre l’avis négatif de l’Inspection des finances) après le 21 septembre 2001, lorsque l’« arrêté-Jadot » fut prononcé et qu’il est devenu clair que la nomination effective des membres de la direction N-1 du SPF chancellerie et services généraux se ferait encore attendre pendant un certain temps ?
6. Waarom werd dan op 27 november 2001 alsnog beslist om de opdracht niet te gunnen ?
6. Pourquoi fut-il finalement décidé, le 27 novembre 2001, de ne pas adjuger le marché ?
7. a) Vindt u het normaal dat kabinetsmedewerker Slangen, gelet op de gemaakte afspraken bij zijn aantreden, minstens tot driemaal toe contacten heeft met de eerst gerangschikte kandidaat bij een overheidsopdracht terwijl rond de gunning van deze overheidsopdracht nog geen definitieve beslissing was genomen ?
7. a) Trouvez-vous normal que le collaborateur de cabinet M. Slangen ait, compte tenu des accords conclus lors de son entrée en fonction, à trois reprises eu des contacts avec le candidat le mieux classé pour l’adjudication d’un marché public, alors qu’aucune décision définitive n’avait encore été prise dans le cadre de cette adjudication ?
b) Heeft u uw medewerkers naar aanleiding van deze zaak bepaalde gedragsregels in herinnering gebracht of laten brengen ?
` la suite de cette affaire, avez-vous rappelé ou fait b) A rappeler à vos collaborateurs certaines règles de conduite ?
8. a) Indien u het bestaan van deze afspraken ontkent, werden er dan andere beloften gedaan om de heer Slangen te overhalen in dienst te treden als kabinetsmedewerker ?
8. a) Dans l’hypothèse ou` vous démentiriez l’existence de ces accords, d’autres promesses ont-elles été faites pour convaincre M. Slangen d’entrer en service en tant que collaborateur du cabinet ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14313
b) Indien deze afspraken volgens u niet werden gemaakt, welke is dan de precieze betekenis van de beweringen van de media van de heren Coene en Slangen ?
b) Si, d’après vous, de tels accords n’ont pas été conclus, quelle est donc la signification précise des propos tenus par MM. Coene et Slangen dans la presse ?
c) Indien deze afspraken volgens u niet werden gemaakt, hoe zal u optreden tegenover medewerkers die manifest de publieke opinie hebben voorgelogen ?
c) Si, d’après vous, ces accords n’ont pas été conclus, quelle sera votre attitude envers des collaborateurs qui ont manifestement menti à l’opinion publique ?
Antwoord :
Réponse :
1. a), b), c) en d) Ik verwijs hiervoor naar het antwoord gegeven op de punten 1 en 2 van de parlementaire vraag nr. 144 die het geachte lid heeft gesteld op 23 januari 2002 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2001-2002, nr. 112, blz. 13035).
1. a), b), c) et d) Il est renvoyé à la réponse donnée aux points 1 et 2 de la question parlementaire no 144 posée par l’honorable membre le 23 janvier 2002 (Questions et Réponses, Chambre, 2001-2002, no 112, p. 13035).
De overheidsopdracht voor aanneming van diensten die in februari 2001 werd uitgeschreven, had bijgevolg als voorwerp de uitbouw van de externe communicatie.
Le marché public de services lancé en février 2001 avait par conséquent pour objet le développement de la communication externe.
2. De aanbestedende overheid heeft de procedure officieel opgestart via de bekendmaking van een oproep tot de kandidaten in het Bulletin der aanbestedingen, alsook in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
2. Le pouvoir adjudicateur a entamé officiellement la procédure en publiant un appel aux candidats dans le Bulletin des adjudications et dans le Journal Officiel des Communautés européennes.
Bovendien was er strikt genomen geen sprake van een antwoord « bij elke opdracht », aangezien slechts één enkele procedure werd opgestart.
Par ailleurs, il n’y a pas eu à proprement parler de réponse « pour chaque marché » puisqu’une seule procédure a été entamée.
3. Ik verwijs naar de antwoorden bij 1 en 2.
3. Il est renvoyé aux réponses sous 1 et 2.
4, 5 en 6. Er kan geenszins worden bevestigd dat het dossier volledig klaar was in mei-juni 2001. Er dienden meer bepaald nog enkele vormvereisten te worden vervuld. Bovendien verstreek de geldigheidstermijn van de offertes op 14 juni 2001.
4, 5 et 6. On ne peut affirmer que le dossier était complètement en état en mai-juin 2001. Des formalités devaient notamment encore eˆtre accomplies. De plus, le délai de validité des offres expirait le 14 juin 2001.
Daarenboven stelde de heer Jadot op 3 juli 2001 een beroep tot schorsing of nietigverklaring van bepalingen van de Copernicus-hervorming in. Het arrest van de Raad van State van 7 september 2001 heeft niet het door het geachte lid verwachte automatisch effect gehad. Dit arrest heeft geleid tot een analyse van de verschillende potentie¨le effecten ervan, niet alleen op korte, maar ook op middellange termijn. Wat de procedure van de opdracht voor de externe communicatie betreft, werd de toestemming van de bevoegde instantie inzake administratieve en begrotingscontrole gevraagd bij wijze van conservatoire maatregel. Het arrest van de Raad van State bleek evenwel aanzienlijke gevolgen te hebben voor de opstarting van de
Par ailleurs, un recours en suspension et en annulation de dispositions de la réforme Copernic a été introduit par M. Jadot le 3 juillet 2001. L’arreˆt du Conseil d’E´tat du 7 septembre 2001 n’a pas eu l’effet mécanique imaginé par l’honorable membre. Cet arreˆt a conduit à une analyse de ses différents effets potentiels non seulement à court mais également à moyen terme. En ce qui concerne la procédure du marché relatif à la communication externe, c’est à titre conservatoire que l’accord de l’instance compétente en matière de controˆle administratif et budgétaire a été sollicité. Il est cependant apparu que l’arreˆt du Conseil d’E´tat aurait des conséquences sensibles sur le démarrage du service de communication externe du SPF chancellerie et
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14314
dienst externe communicatie van de FOD kanselarij en algemene diensten, in die mate zelfs dat het gepast werd geacht om de procedure definitief af te sluiten.
services généraux, à tel point qu’il a été jugé opportun de cloˆturer définitivement la procédure.
7. Ik verwijs hiervoor naar het antwoord gegeven op de parlementaire vraag nr. 145 die het geachte lid heeft gesteld op 29 januari 2002.
7. Il est renvoyé à la réponse donnée à la question parlementaire no 145 posée par l’honorable membre le 29 janvier 2002.
8. Ik verwijs naar het antwoord bij 1.
8. Il est renvoyé à la réponse sous 1.
DO 2001200200362
DO 2001200200362
Vraag nr. 161 van mevrouw Simonne Creyf van 11 maart 2002 (N.) :
Question no 161 de Mme Simonne Creyf du 11 mars 2002 (N.) :
Onverenigbaarheden. — Voorzitters directiecomité federale overheidsdienst.
Incompatibilités. — Présidents des comités de direction des services publics fédéraux.
In antwoord op mijn vraag nr. 105 van 19 oktober 2001, punt 2, b), stelt u niet te weten over welke voorzitter van een directiecomité van een federale overheidsdienst het hier gaat (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2001-2002, nr. 103, blz. 12054). Het betreft de enige voorzitter van een directiecomité van een federale overheidsdienst op dit ogenblik in functie, te weten de heer L. Coene.
Dans votre réponse à ma question no 105 du 19 octobre 2001, point 2, b), (Questions et Réponses, Chambre, 2001-2002, no 103, p. 12054), vous indiquez ne pas savoir de quel président de comité de direction d’un service public fédéral il s’agit. Il s’agit du seul président d’un comité de direction d’un service public fédéral actuellement en fonction, M. L. Coene.
1. Kan u dan ook meedelen of betrokkene en desgevallend wanneer, de voorgeschreven cumulaanvragen heeft ingediend en wanneer hem desgevallend een toelating werd verstrekt ?
1. L’intéressé a-t-il fait les demandes requises en matière de cumul ? Le cas échéant, quand les a-t-il introduites et, le cas échéant, quand a-t-il obtenu une autorisation de cumul ?
2. a) Mag een voorzitter van een directiecomité van een federale overheidsdienst het voorzitterschap van de raad van bestuur van een parastatale cumuleren waarop deze federale overheidsdienst toezicht uitoefent ?
2. a) Le président d’un comité de direction d’un service public fédéral peut-il cumuler cette fonction et la présidence du conseil d’administration d’un organisme parastatal placé sous la tutelle dudit service public fédéral ?
b) Is dit volgens de minister in overeenstemming met de regels van een goed en professioneel bestuur die in zijn Copernicus-hervorming worden uitgetekend ?
b) Le ministre juge-t-il ce cumul conforme aux règles de bonne gestion et d’administration professionnelle définies dans le cadre de la réforme Copernic ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende specifieke inlichtingen te verstrekken.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements spécifiques suivants.
1. De heer Luc Coene was voorzitter van de raad van bestuur van de Koninklijke Muntschouwburg vo´o´r de aanduiding als voorzitter van het directiecomité van de Federale Overheidsdienst kanselarij en algemene diensten.
1. M. Luc Coene était président du conseil d’administration du Théaˆtre royal de la Monnaie avant sa désignation comme président du comité de direction du Service public fédéral chancellerie et services généraux.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14315
2. a) Neen.
2. a) Non.
Overeenkomstig artikel 4 van het koninklijk besluit van 15 mei 2001 houdende oprichting van de Federale Overheidsdienst kanselarij en algemene diensten, zal hij de voogdij over de drie federale culturele instellingen (Koninklijke Muntschouwburg, paleis voor Schone Kunsten en Nationaal Orkest van Belgie¨) slechts hernemen op de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit houdende benoeming van de volgende regering.
Conformément à l’article 4 de l’arrêté royal du 15 mai 2001 portant création du Service public fédéral chancellerie et services généraux, il ne reprendra la tutelle sur les trois institutions culturelles fédérales (Théaˆtre royal de la Monnaie, palais des Beaux-Arts et Orchestre national de Belgique) qu’à la date d’entrée en vigueur de l’arrêté royal portant nomination du prochain gouvernement.
b) Gezien het antwoord op punt 2, a), stelt deze vraag zich dus niet.
b) Vu la réponse donnée au point 2, a), la question ne se pose par conséquent plus.
DO 2001200200713
DO 2001200200713
Vraag nr. 162 van de heer Paul Timmermans van 12 maart 2002 (Fr.) : Impact van de beleidsmaatregelen tot vermindering van de werkgeversbijdragen. — Studie. — Taalgebruik.
Question no 162 de M. Paul Timmermans du 12 mars 2002 (Fr.) : Impact des politiques d’alignement des cotisations sociales patronales. — E´tude. — Emploi des langues.
Op 21 januari 2002 publiceerde het Planbureau zijn studie, gemaakt door P. Stockman, over de « gevolgen van verlagingen van de patronale socialezekerheidsbijdragen ». De publicatie kan worden geraadpleegd op de site van het Planbureau, maar alleen in het Engels.
Le 21 janvier 2002, le Bureau du plan a rendu publique son étude réalisée par P. Stockman sur « l’impact des politiques d’alignement des cotisations sociales patronales ». Cette publication est disponible sur le site du Bureau du plan, mais uniquement en version anglaise.
Waarom is deze nota, die volgens het inleidende perscommuniqué een belangrijk document is, niet beschikbaar in de landstalen ?
Pourriez-vous communiquer pourquoi cette note, qui d’après le communiqué de presse qui la présente, semble être d’un grand intérêt, n’est pas disponible dans les langues nationales ?
Antwoord : Ik verwijs naar het antwoord dat gegeven zal worden door de minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek aan wie de vraag eveneens werd gesteld. (Vraag nr. 272 van 12 maart 2002.)
Réponse : Je me réfère à la réponse qui sera donnée par le ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique à qui la question a également été posée. (Question no 272 du 12 mars 2002.)
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
DO 2001200200424
DO 2001200200424
Vraag nr. 208 van de heer Hagen Goyvaerts van 10 januari 2002 (N.) : Financie¨le bijdragen van Belgie¨ tot de internationale organisaties waarvan het lid is.
Question no 208 de M. Hagen Goyvaerts du 10 janvier 2002 (N.) : Contributions financières de la Belgique aux organisations internationales dont elle est membre.
Belgie¨ is lid van heel wat internationale organisaties.
La Belgique est membre de toute une série d’organisations internationales.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1833
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14316
Kunt u, opgesplitst per internationale organisatie waarvan het lid is, meedelen wat de totale financie¨le bijdragen zijn die Belgie¨ betaalt in het kader van zijn lidmaatschap van deze organisaties ?
` combien s’élèvent les contributions payées par la A Belgique dans le cadre de son affiliation à ces organisations, pour chaque organisation séparément ?
Antwoord : Het geachte lid vindt hierbij, de lijst van de financie¨le bijdragen van Belgie¨ aan de internationale organisaties voor het jaar 2001.
Réponse : L’honorable membre trouve, en annexe, la liste des contributions financières de la Belgique en faveur des organisations internationales, au cours de l’année 2001.
Algemeen Secretariaat van de Economische Unie tussen Belgie¨, Luxemburg en Nederland (Benelux) : 2 699 920,19 euro.
Secrétariat général de l’Union économique entre la Belgique, le Luxembourg et les Pays-Bas (Benelux) : 2 699 920,19 euros.
Internationale Unie voor de publicatie der toltarieven : 86 794,96 euro.
Union internationale pour la publication des tarifs douaniers : 86 794,96 euros.
Internationale Organisatie voor energie : 86 888,49 euro.
Organisation de l’énergie : 86 888,49 euros.
Wereldorganisatie voor douane : 105 255,59 euro.
Organisation mondiale des douanes : 105 255,59 euros.
Wereldhandelsorganisatie : 2 395 471,00 euro.
Organisation mondiale du commerce : 2 395 471,00 euros.
Internationale Studiegroep voor lood en zink : 35 550,57 euro.
Groupe d’étude international du plomb et du zinc : 35 550,57 euros.
Internationale Organisatie voor de koffie : 107 072,90 euro.
Organisation internationale du café : 107 072,90 euros.
Internationaal Raadgevend Comité voor katoen : 94 604,35 euro.
Comité consultatif international du coton : 94 604,35 euros.
Internationaal Bureau van de wijnstok en de wijn : 11 270,47 euro.
Office international de la vigne et du vin : 11 270,47 euros.
Internationale Groep voor de studie van de rubber : 41 583,44 euro.
Groupe international d’étude du caoutchouc : 41 583,44 euros.
Internationale Organisatie van de jute : —
Organisation internationale du jute : —
Internationale Organisatie van de cacao : —
Organisation internationale du cacao : —
Internationale Organisatie van de tropische houten : 49 409,94 euro.
Organisation internationale des bois tropicaux : 49 409,94 euros.
Internationale Studiegroep voor koper : 23 453,47 euro.
Groupe international d’étude du cuivre : 23 453,47 euros.
Commissies voor binnenvaart : 344 025,44 euro.
Commissions fluviales : 344 025,44 euros.
Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling (OESO) : 2 827 512,13 euro.
Organisation de coopération et de développement économiques (OCDE) : 2 827 512,13 euros.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14317
Akkoord Wassenaar : 14 237,49 euro.
Accord Wassenaar : 14 237,49 euros.
Burgerlijke Organismen van het Noord-Atlantisch Verdrag : 6 553 624,91 euro.
Organismes civils du Traité de l’Atlantique Nord : 6 553 624,91 euros.
Westeuropese Unie en ruimtesamenwerking : 1 712 982,68 euro.
Union de l’Europe occidentale et coopération spatiale : 1 712 982,68 euros.
Begroting van de Organisatie der Verenigde Naties : 12 490 802,31 euro.
Budget de l’Organisation des Nations unies : 12 490 802,31 euros.
Voedsel- en landbouworganisatie der Verenigde Naties (FAO) : 4 121 757,84 euro.
Organisation des Nations unies pour l’alimentation et l’agriculture (FAO) : 4 121 757,84 euros.
Operaties inzake instandhouding van vrede : 31 901 722,95 euro.
Opérations de maintien de la paix : 31 901 722,95 euros.
Internationaal Tribunaal voor Rwanda : 997 429,94 euro.
Tribunal international du Rwanda : 997 429,94 euros.
Internationaal Tribunaal voor zeerecht en internationaal zeebodemautoriteit : 145 396,25 euro.
Tribunal international du droit de la mer et autorité internationale des fonds marins : 145 396,25 euros.
Internationaal Tribunaal voor ex-Joegoslavie¨ : 1 079 263,50 euro.
Tribunal international pour l’ex-Yougoslavie : 1 079 263,50 euros.
Organisatie voor veiligheid en samenwerking in Europa (OVSE) : 7 509 517,36 euro.
Organisation pour la sécurité et la coopération en Europe (OSCE) : 7 509 517,36 euros.
Raad van Europa : 4 606 284,22 euro.
Conseil de l’Europe : 4 606 284,22 euros.
Verdrag inzake het verbod op kernproeven : 995 145,32 euro.
Traité d’interdiction des essais nucléaires : 995 145,32 euros.
Conventie « Use of Certain Conventional Weapons » : 17 854,32 euro.
Convention « Use Weapons » : 17 854,32 euros.
Organisatie voor het verbod van chemische wapens : 527 329,49 euro.
Traité d’interdiction des armes chimiques : 527 329,49 euros.
Conventie inzake het verbod op biologische wapens : 31 902,17 euro.
Convention au sujet de l’interdiction des armes biologiques : 31 902,17 euros.
Internationaal Bureau van het Permanent Hof van arbitrage : 6 198,59 euro.
Bureau international d’arbitrage : 6 198,59 euros.
Conventie inzake instandhouding van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren (CCAMLR) : 55 566,48 euro.
Convention pour le maintien des richesses vivantes dans les eaux antarctiques (CCAMLR) : 55 566,48 euros.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
of
de
Certain
la
Cour
Conventional
permanente
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14318
« Commission internationale humanitaire des faits » (CHIEF) : 3 454,49 euro.
Commission internationale humanitaire des faits (CHIEF) : 3 454,49 euros.
International Seabed Authority : 90 895,88 euro.
International Seabed Authority : 90 895,88 euros.
Organisatie van de Verenigde Naties voor de industrie¨le ontwikkeling (UNIDO) : 949 858,48 euro.
Organisation des Nations unies pour le développement industriel (ONUDI) : 949 858,48 euros.
Voorlichtingscentrum van de OVN : 59 494,45 euro.
Centre d’information de l’ONU : 59 494,45 euros.
Internationaal Agentschap voor atoomenergie (IAEA) : —
Agence internationale de l’énergie atomique (AIEA) : —
Samenwerkingsfonds : 2 543 474,14 euro.
Fonds de coopération technique : 2 543 474,14 euros.
Fonds voor leefmilieu van de Verenigde Naties : 616 735,09 euro.
Fonds de l’environnement des Nations unies : 616 735,09 euros.
International Hydrographic Organisation (IHO) : 11 723,55 euro.
Organisation internationale hydrographique (OHI) : 11 723,55 euros.
Internationale Organisatie voor migratie : 1 186 287,29 euro.
Organisation internationale pour les migrations : 1 186 287,29 euros.
Haagse Conferentie van internationaal privaat recht : 47 546,14 euro.
Conférence de La Haye de droit international privé : 47 546,14 euros.
DO 2001200200638
DO 2001200200638
Vraag nr. 228 van de heer Pieter De Crem van 8 februari 2002 (N.) :
Question no 228 de M. Pieter De Crem du 8 février 2002 (N.) :
Uitgaven van allerhande aard bestemd ter bevordering van het imago van Belgie¨.
Dépenses de toute nature destinées à promouvoir l’image de la Belgique.
In de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 lees ik dat het krediet ingeschreven op artikel 41.41.1238 sterk fluctueerde de afgelopen drie jaar.
Je constate que dans le budget des Voies et Moyens pour l’année budgétaire 2002, le crédit inscrit à l’article 41.41.1238 a varié sensiblement au cours des trois dernières années.
Zo stel ik vast dat er inzake vastleggingen op dit niet-gesplitst krediet in 2000 2,1 miljoen euro was voorzien terwijl er slechts 432 000 euro werd geordonnanceerd. In 2001 bedroegen de vastleggingen ongeveer 2,067 miljoen euro en inzake ordonnanceringen ook 2,067 miljoen euro. Voor 2002 wordt zowel inzake vastleggingen als inzake ordonnanceringen in een bedrag van 0,566 miljoen euro voorzien.
Je constate ainsi qu’en matière d’engagements pour ce crédit non dissocié un montant de 2,1 millions d’euros avait été prévu en 2000, alors que seulement 432 000 euros avaient été ordonnancés. En 2001, les engagements ainsi que les ordonnancements s’élevaient à environ 2,067 millions d’euros. Pour 2002, et ce tant pour les engagements que pour les ordonnancements, un montant de 0,566 million d’euros est prévu.
1. Kan u een lijst van de initiatieven geven die in 2000 en in 2001 ten laste van deze basisallocatie
1. Pouvez-vous dresser une liste des initiatives qui avaient été engagées en 2000 et en 2001 à charge de
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14319
werden vastgelegd met per vastlegging de wijze van gunnen en de begunstigde ?
cette allocation de base avec, par engagement, le mode d’adjudication ainsi que le bénéficiaire ?
2. Welk deel van het budget werd gebruikt ter ondersteuning van de sectoren geraakt door de dioxinecrisis ?
2. Quelle partie du budget a été utilisée en vue de soutenir les secteurs touchés par la crise de la dioxine ?
3. a) Hoe verklaart u het grote verschil in 2000 (gerealiseerd) tussen de vastleggingen en de ordonnanceringen ?
3. a) Comment expliquez-vous l’important écart, en 2000, entre les engagements et les ordonnancements ?
b) Wat is de stand van zaken op dit ogenblik ?
b) Qu’en est-il de ce dossier à l’heure actuelle ?
c) Wat is in voorkomend geval de oorzaak van deze laattijdige ordonnanceringen ?
c) Quel est, le cas échéant, la cause de ces ordonnancements tardifs ?
4. Bent u van oordeel dat het heden mogelijk is de uitgaven met betrekking tot het imago van ons land op een lager pitje te zetten ?
4. Estimez-vous qu’il est à présent possible de diminuer les dépenses visant à promouvoir l’image de notre pays à l’étranger ?
Antwoord :
Réponse :
1. Voor 2000 :
1. Pour 2000 :
Overzicht imago budget dossier 2000 — Tableau budget image dossier 2000
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
euro
Gunningswijze — Mode d’attribution
Begunstigde — Bénéficaire
Dioxine Korea. — Dioxine Corée ........................................
Ministerie¨le beslissing./Déci- Koreaanse overheid. 8 845 000 219 261,82 219 261,82 sion ministérielle Autorités coréennes
Belgische week Hong Kong (1)*. — Semaine belge Hong Kong (1)* ..................................
Meerdere imago-actoren in Ministerie¨le beslissing./Déci- Belgie¨. — Plusieurs acteurs 4 692 000 116 311,64 103 876,85 sion ministérielle d’image de marque
Belgische week Hong Kong (2)**. — Semaine belge Hong Kong (2)** .........................................
Meerdere imago-actoren in Ministerie¨le beslissing./Déci- Hong Kong. — Plusieurs 7 350 000 182 201,74 113 896,17 sion ministérielle acteurs d’image de marque
European Business Summit .......
4 006 860
99 327,46
Overlord Returns. ....................
1 002 043
24 840
Euro 2000 (stands) .................... Euro 2000 (hostessen). — Euro 2000 (hoˆtesses) .......................... Euro 2000 (VIP plaatsen). — Euro 2000 (places VIP) .............
2 850 688
70 666,71
2 086 464
51 722,09
356 322
8 832,99
Carrousel du Sablon. ................
600 000
14 873,61
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Onderhandelingsprocedure./ 99 327,46 Procédure négociée Onderhandelingsprocedure./ 24 840 Procédure négociée Ministerie¨le beslissing./Déci70 666,71 sion ministérielle Onderhandelingsprocedure./ 51 722,09 Procédure négociée Onderhandelingsprocedure./ 8 832,99 Procédure négociée
—
European Business Forum. Overlord Returns. AB PRO Events. AB PRO Events.
AB PRO Events. Organisatoren Brussel 2000. Ministerie¨le beslissing./Déci- — Organisateurs Bruxelles 14 873,61 sion ministérielle 2000
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14320
Overzicht imago budget dossier 2000 — Tableau budget image dossier 2000
Belgische week New York (09/ 2000). — Semaine belge New York (09/2000) ......................... Restauratie tapijten Academia Belgica te Rome. — Restauration tapis Academia Belgica à Rome
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
euro
776 650
19 252,65
Sponsoring Vertigo-Sony. .........
1 000 000
24 789,35
Renovatie kerk Kinshasa. — Rénovation église Kinshasa ......
478 000
11 849,31
Bezoek Koreaanse journalisten. — Visite journalistes coréens .... Journalisten Argentinie¨-Belgie¨. — Journalistes Argentine-Belgique ...........................................
Werkingsfonds/ Fonds de 7 436,81 roulement
300 000
Opening Kanselarij Berlijn. — Ouverture Chancellerie Berlin ..
600 000
14 873,61
372 011
9 221,91
259 739
6 438,76
10 822
268,27
41 764
1 035,30
Kunstwerk Rahir. — Œuvre d’art Rahir ...............................
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Meerdere imago-actoren. — Plusieurs acteurs d’image de marque
Manufactuur De Wit (Mechelen).— Manufactuur De Wit (Malines) Meerdere actoren organisaMinisterie¨le beslissing./Déci- tie. — Plusieurs spécialistes 12 330,81 sion ministérielle en organisation Ministerie¨le beslissing./Déci24 789,35 sion ministérielle Automobiles Gilet. Ministerie¨le beslissing, op Sint-Annakerk te Kinshasa aanvraag ambassade./Déci- (via ambassade). — E´glise sion ministérielle à la requeˆte Sainte-Anne à Kinshasa (via 7 493,40 de l’ambassade ambassade)
Ministerie¨le beslissing./Déci5 401 474 133 899,04 105 925,56 sion ministérielle. Ministerie¨le beslissing, op aanvraag Persdienst./Décision ministérielle, à la re660 000 16 360,97 11 126,00 queˆte du Service de presse Ministerie¨le beslissing, op aanvraag van de Persdienst./ Décision ministérielle, à la 295 183 7 317,40 3 415,30 requeˆte du Service de presse
Financiering B, school Yakoutie. — Financement école B. Yakoutie .............................................
Euro 2000. ................................ Tentoonstelling Pierre Culot. — Exposition Pierre Culot ............ Publ. Belgisch Staatsblad Campagne PM. — Publ. Moniteur belge Campagne PM ..........
Begunstigde — Bénéficaire
Ministerie¨le beslissing./Déci8 237 261 204 196,37 201 955,78 sion ministérielle Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking./ Procédure négociée sans 4 697 502 116 448,05 116 448,05 publication
Association Groupe international d’étude Caoutchouc. ...........
Belgische week Korea (12/2000). — Semaine belge Corée (12/ 2000) ........................................
Gunningswijze — Mode d’attribution
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag van de ambassade./ Décision ministérielle, à requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing, op aanvraag van de ambassade./ Décision ministérielle, à la 11 156, 65 requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing./Déci9 221,91 sion ministérielle Ministerie¨le beslissing./Déci6 438,76 sion ministérielle
Meerdere imago-actoren. — Plusieurs acteurs d’image de marque Meerdere actoren (hotel, transport, ...). — Plusieurs spécialistes (hoˆtel, transport, ...) Meerdere actoren (hotel, transport, ...). — Plusieurs spécialistes (hoˆtel, transport, ...)
Belgische school Yakoetie. — E´cole belge en Yakoutie
Meerdere actoren. Plusieurs spécialistes Meerdere. — Plusieurs. Meerdere. — Plusieurs.
Ministerie¨le beslissing./Déci- Belgisch Staatsblad. 268,27 sion ministérielle Moniteur belge Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la re1 035,30 queˆte de l’ambassade Meerdere. — Plusieurs
2001
2002
—
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
—
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
Overzicht imago budget dossier 2000 — Tableau budget image dossier 2000
14321
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
euro
Gunningswijze — Mode d’attribution
Begunstigde — Bénéficaire
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag diensten premier. — Décision ministérielle, à la Campagne PM : — Campagne requeˆte des services du PM ........................................... 30 084 754 754 781,57 premier Beperkte offerteaanvraag met bekendmaking. — Appel d’offre restreint avec publica— Media-Campagne. ............... 27 500 000 681 707,19 681 629,91 tion DDB Belgium.
— Trends international. ..........
2 584 754
64 074,38
64 074,38
Totaal. — Total .......................
85 004 537 2 107 207,42 1 964 607,13
Roularta Media Group NV. 85 004 537
Belgische week Hong Kong (1) : vastgelegd bedrag betalingen in Belgie¨.
Semaine belge Hong Kong (1) : montant engagé paiements en Belgique.
Belgische week Hong Kong (2) : vastgelegd bedrag betalingen in Hong Kong.
Semaine belge Hong Kong (2) : montant engagé paiements à Hong Kong.
Voor 2001 : Overzicht imago budget dossier 2001 — Tableau budget image dossier 2001
Prinselijke missie Thailand (02). — Mission princière Thaı¨lande (02) ...........................................
Seminarie European Institute Washington (09). — Séminaire European Institute Washington (09) ............................................
Tentoonstelling Vlaamse kunstenaar Mexico. — Exposition artiste flamand Mexique ...........
Pour 2001 : Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
euro
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Gunningswijze — Mode d’attribution
Begunstigde — Bénéficaire
Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking/ ministerie¨le beslissing. — Procédure négociée sans publication/décision ministé5 381 186 133 396,12 131 509,70 rielle
Tony Houston andere imago Tony Houston autres acteurs marque
Productions/ actoren. — Productions/ d’image de
950 000
Werkingsfonds/ Fonds de 23 549,88 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./ Organisatie seminarie (via Décision ministérielle, à la ambassade). — Organisation requeˆte de l’ambassade du séminaire (via ambassade)
200 000
Werkingsfonds/ Fonds de 4 957,87 roulement
Ministerie¨le beslissing op aanvraag ambassade./ Décision ministérielle, à la Meerdere (via ambassade). requeˆte de l’ambassade — Plusieurs (via ambassade)
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14322
Overzicht imago budget dossier 2001 — Tableau budget image dossier 2001
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
euro
Gunningswijze — Mode d’attribution
Begunstigde — Bénéficaire
390 028
Werkingsfonds/ Fonds de 9 668,54 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./ Décision ministérielle, à la Meerdere (via ambassade). requeˆte de l’ambassade — Plusieurs (via ambassade)
141 000
Werkingsfonds/ Fonds de 3 495,30 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./ Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade
Belgische week Dakar. — Semaine belge Dakar ................
250 000
Werkingsfonds/ Fonds de 6 197,34 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la Meerdere (via ambassade). requeˆte de l’ambassade — Plusieurs (via ambassade)
Conferentie politiechefs. — Conférence chefs de police .......
350 000
8 676,27
Ministerie¨le beslissing./Déci- Cateringbedrijf. — Société 8 004,8 sion ministérielle de « catering »
24 789,35
Festival van de fantastische Ministerie¨le beslissing./Déci- film. — Festival du film 24 789,35 sion ministérielle fantastique
Receptie Biermans-Lapoˆtre Parijs. — Réception BiermansLapoˆtre Paris ............................
Vernissage « Parures-Créations » Barcelona. — Vernissage « Parures-Créations » Barcelone ..........
Cateringbedrijf vernissage (via ambassade). — Société de « catering » vernissage (via ambassade)
Festival fantastische film. — Festival film fantastique ............
1 000 000
Cross-country — wereldkampioenschap te Oostende. — Cross-country-championnat mondial à Ostende ...................
Koninklijke Belgische AtleMinisterie¨le beslissing./Déci- tiekbond. — Ligue royal 4 033 990 100 000,00 100 000,00 sion ministérielle belge d’athlétisme
Vertigo-Gillet. ...........................
2 000 000
Femmes d’Europe — Liefdadigheidsgala. — Femmes d’Europe — Gala caritatif ........................ Prehistorische wetenschap — Wereldcongres te Luik. — Sciences préhistoriques — Congrès mondial à Liège ........................ Missie Marokko. — Mission Maroc ......................................
740 000
2 000 000
655 000
Jeugdfestival Ankara. — Festival de la jeunesse Ankara ............... Missie Moskou. — Mission Moscou ....................................
75 000
556 000
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
49 578,70
Ministerie¨le beslissing./Déci49 578,70 sion ministérielle Automobiles Gillet.
18 344,12
Vereniging « Vrouwen van Ministerie¨le beslissing./Déci- Europa ». — Association 18 344,12 sion ministérielle « Femmes d’Europe »
49 578,70
Universiteit Luik-Congres Ministerie¨le beslissing./Déci- UISPP. — Université de 49 578,70 sion ministérielle Liège-Congres UISPP
16 237,03
Meerdere imago-actoren. — Ministerie¨le beslissing./Déci- Plusieurs acteurs d’image de 15 618,13 sion ministérielle marque
1 859,20
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la re- Meerdere (transport, ...). — 1 522,06 queˆte de l’ambassade Plusieurs (transport, ...)
13 782,88
Meerdere (deels via ambasMinisterie¨le beslissing./Déci- sade). — Plusieurs (en partie 6 210,92 sion ministérielle via ambassade)
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
Overzicht imago budget dossier 2001 — Tableau budget image dossier 2001
14323
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
euro
Werkingsfonds/ Fonds de 5 361,74 roulement
Belgische week Praag. — Semaine belge Prague ...............
216 292
Concert voorzitterschap Den Haag. — Concert présidence La Haye ......
1 652 000
40 952,01
Idem
Dragon Boat Race Hong Kong. ......
35 000
867,63
Idem
Belgium Watching 2001 Tokyo. ......
78 000
1 933,57
Idem
Optreden José Van Dam te San José. — Concert José Van Dam à San José
160 000
3 966,30
Idem
Begunstigde — Bénéficaire
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade
Meerdere (ambassade). — Plusieurs (ambassade)
Meerdere (ambassade). — Plusieurs (ambassade)
Meerdere (ambassade). — Plusieurs (ambassade) Blindman Kwartet (via ambassade). — Blindman Kwartet (requeˆte via l’ambassade)
Meerdere (via ambassade). — Plusieurs (via l’ambassade)
1 642 000
40 704,13
Lopende/ En cours
Gilles de Binche (voorzitterMinisterie¨le beslissing./Déci- schap). — Gilles de Binche sion ministérielle (présidence) Koninklijke Musea voor kunst en geschiedenis. — Ministerie¨le beslissing./Déci- Musées royaux d’art et d’hission ministérielle toire
2 600 000
64 452,32
Lopende/ En cours
Ministerie¨le beslissing./Déci- Generatie Europa. — Génésion ministérielle ration européenne
Nog niet uitbetaald/ Pas encore 11 155,21 liquidé Nog niet uitbetaald/ Pas encore 10 000 liquidé Nog niet uitbetaald/ Pas encore 10 000 liquidé
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Déci- Meerdere (via ambassade). sion ministérielle, à la — Plusieurs (via l’ambasrequeˆte de l’ambassade sade)
Permanente vertegenwoordiging. — Représentation permanente .............
Top EU-China. — Sommet UEChine ........................................ Generatie Europa — Eerste Europese Jeugdtop. — Génération Europe — Premier sommet européen de la jeunesse ............
Nog niet uitbetaald/ Pas encore 991,57 liquidé
Gunningswijze — Mode d’attribution
40 000
Luxemburg. — Luxembourg .... M. Euro op Memorial Van Damme (24/8/2001). — M. Euro au Mémorial Van Damme (24/8/ 2001) ........................................
450 000
403 399
Receptie Euro-tentoonstelling (25/9/2001). — Réception Euroexposition (25/9/2001) ..............
403 399
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
Ministerie¨le beslissing./Décision ministérielle CIB Events.
Ministerie¨le beslissing./Décision ministérielle CIB Events.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1834
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14324
Overzicht imago budget dossier 2001 — Tableau budget image dossier 2001
Productie dossier Belgie¨ tijdschrift Arabies. — Production dossier Belgique revue Arabies .
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé BEF
645 726
euro
16 007,13
Lopende/ En cours
Gunningswijze — Mode d’attribution
Begunstigde — Bénéficaire
Ministerie¨le beslissing./Déci- Tijdschrift Arabies (Parijs). sion ministérielle — Revue Arabies (Paris)
160 000
Nog niet uitbetaald/ Pas encore 3 966,30 liquidé
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la requeˆte de l’ambassade Meerdere. — Plusieurs
200 000
Werkingsfonds/ Fonds de 4 957,87 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Déci- Meerdere (via ambassade). sion ministérielle, à la — Plusieurs (via l’ambasrequeˆte de l’ambassade sade)
256 000
Lopende/ 6 346,07 En cours
Artgroup international Ministerie¨le beslissing./Déci- (Antwerpen). — Artgroup sion ministérielle international (Anvers)
270 000
Werkingsfonds/ Fonds de 6 693,13 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Déci- Aankoop medailles (via sion ministérielle, à la ambassade). — Achat mérequeˆte de l’ambassade dailles (via ambassade)
150 000
Nog niet uitbetaald/ Pas encore 3 718,40 liquidé
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la Vliegticket gastspreker. — requeˆte de l’ambassade Billet d’avion conférencier
Klimaatconferentie Marakech. — Conférence de Marrakech sur le climat ...................................
200 000
Werkingsfonds/ Fonds de 4 957,87 roulement
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Déci- Receptie ambassade (via sion ministérielle, à la ambassade). — Réception requeˆte de l’ambassade ambassade (via l’ambassade)
Kaart Magellan. — Carte Magellan ............................................
502 000
Lopende/ En cours
Ministerie¨le beslissing./Déci- Marketing Services Internasion ministérielle tional.
Mu¨nchen-Ku¨nstlerhaus. ............
30e verjaardag Belgie¨-China. — 30e anniversaire Belgique-Chine Belgische dagen in Rusland. — Journées belges en Russie .........
Great North Run (Addis Abeba).
Chileense alumini. — Alumni chiliens .....................................
Africa-B. — Afrique-B .............. Koninklijk conservatorium Brussel te Madrid. — Conservatoire royale Bruxelles à Madrid ........
Eerste minister 2001. — Premier ministre 2001 ............................ Zendtijd binnenlandcampagne. — Temps d’antenne campagne intérieure ..................................
50 000
12 444,25
Nog niet uitbetaald/ Pas encore 1 239,47 liquidé
Ministerie¨le beslissing, op aanvraag ambassade./Décision ministérielle, à la 1 200 000 requeˆte de l’ambassade Ministerie¨le beslissing, op aanvraag diensten eerste minister./Décision ministérielle, à requeˆte des services 27 406 000 679 376,99 du premier ministre Onderhandeling zonder bekendmaking./Procédure 10 000 000 247 893,52 244 848,50 négociée sans publication
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Nog niet uitbetaald/ Pas encore 29 747,22 liquidé
Ministerie¨le beslissing./Déci- Tijdschrift Afrika-B. sion ministérielle Revue Afrique-B
2001
2002
—
Meerdere (deels via ambassade). — Plusieurs (en partie via l’ambassade)
Carat Chrystal.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
Overzicht imago budget dossier 2001 — Tableau budget image dossier 2001
14325
Uitbetaald bedrag — Montant payé euro
Vastgelegd bedrag — Montant engagé
Trends international.be. ........... 2 Lancering campagne (annulatie). — Lancement campagne (annulation) ....................................... Ballon (voorzitterschap). — Ballon (présidence) ................... Laken (detail zie bijlage). — Laeken (détails voir annexe) ..... 13
BEF
500 000
euro
61 973,38
Contract./Contrat
Lopende/ En cours Lopende/ 600 000 14 873,61 En cours Lopende/ 780 000 341 597,28 En cours
526 000
Gunningswijze — Mode d’attribution
13 039,20
Begunstigde — Bénéficaire
Roularta Media Group.
Meerdere. — Plusieurs Meerdere. — Plusieurs Meerdere bestelbons./Plusieurs bons de commande Meerdere. — Plusieurs
Totaal. — Total ....................... 57 442 020 1 423 950,4 717 927,80
2. Een bedrag van 219 261,82 euro werd vastgelegd op het budget 2000 ter gedeeltelijke compensatie van onderzoekskosten door de Koreaanse overheid ten gevolge van de dioxinecrisis.
2. Un montant de 219 261,82 euros a été engagé au budget 2000 à titre de compensation partielle des frais d’analyse par les autorités coréennes suite à la crise de la dioxine.
Verder worden Belgische voedingswaren aangeboden en gepromoot tijdens diverse evenementen, onder andere tijdens galadiners gedurende de Belgische weken in het buitenland.
En outre, des produits alimentaires belges sont chaque fois offerts et mis en valeur à l’occasion de divers événements, par exemple des dıˆners de gala lors des semaines belges à l’étranger.
3. a) Uit bovenstaande lijst blijkt dat voor 2000 er een verschil is van slechts 142 600,29 euro tussen vastleggingen en ordonnanceringen. Deze restant is voornamelijk te wijten aan de budgettaire marges die men voor sommige dossiers heeft toegepast waardoor de ree¨le onkosten lager waren dan de aanvankelijk goedgekeurde budgetten.
3. a) Il ressort de la liste ci-dessus qu’il n’y a pour 2000 qu’une différence de 142 600,29 euros entre les engagements et les ordonnancements. Cette différence est due principalement aux marges budgétaires appliquées pour certains dossiers où les frais réels ont été moins élevés que les budgets initialement approuvés.
b) Wat het budget 2001 betreft zal een groot deel van de facturen definitief uitbetaald worden in het voorjaar van 2002.
b) Pour ce qui concerne 2001, une grande partie des factures seront définitivement liquidées au printemps 2002.
c) Voor de dossiers « Imago van Belgie¨ » is de formele goedkeuring vereist van het kabinet Begroting. Voor de dossiers voor het budgetjaar 2001 werd het akkoord bekomen op 31 januari 2002.
c) Les dossiers « Image de marque » requièrent l’approbation formelle du cabinet du Budget. Pour les dossiers de l’exercice budgétaire 2001 l’accord définitif a été obtenu le 31 janvier 2002.
4. Vergeleken met vorig budgetjaar (2001), waar een bedrag voorzien was van 83 400 000 frank of 2 067 432 euro, kan men stellen dat het imagobudget voor 2002 met 566 000 euro of 22 832 383 frank aanzienlijk verminderd werd. Het antwoord op uw vraag is derhalve bevestigend.
4. Par comparaison avec l’exercice budgétaire précédent (2001), qui prévoyait un montant de 83 400 000 francs soit 2 067 432 euros, on peut constater que le budget image pour 2002 se situe nettement plus bas avec ses 566 000 euros soit 22 832 383 francs. La réponse à votre question est donc affirmative.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14326
DO 2001200200687
DO 2001200200687
Vraag nr. 231 van de heer Francis Van den Eynde van 18 februari 2002 (N.) :
Question no 231 de M. Francis Van den Eynde du 18 février 2002 (N.) :
Kameroen. — Schending mensenrechten.
Cameroun. — Violations des droits de l’homme.
Het is in Kameroen met de rechten van de mens allesbehalve goed gesteld. Er is sprake van willekeurige aanhoudingen en folteringen zowel ten overstaan van gewone burgers als ten overstaan van politieke opposanten. Bovendien verdwijnen ook regelmatig gevangenen.
La situation des droits de l’homme laisse beaucoup à désirer au Cameroun. On parle d’arrestations arbitraires, de tortures dont sont victimes tant les citoyens ordinaires que les opposants politiques. En outre, des détenus disparaissent régulièrement.
In november 2000 heeft het Comité tegen folteringen van de Verenigde Naties verklaard dat Kameroen een land is waar zeer regelmatig gefolterd wordt.
En novembre 2000, le Comité des Nations unies contre la torture a déclaré que le Cameroun compte parmi les pays ou` la torture est couramment pratiquée.
In mei 2001 heeft het Europees Parlement een resolutie goedgekeurd waarin de folteringen, de verdwijningen en de willekeurige terechtstellingen in Kameroen aan de kaak worden gesteld.
En mai 2001, le Parlement européen a adopté une résolution dénonçant les tortures, les disparitions et les exécutions arbitraires au Cameroun.
1. Is de regering van een en ander op de hoogte ?
1. Le gouvernement est-il informé de ces pratiques ?
2. Welke maatregelen heeft ze ten overstaan van Kameroen getroffen ?
2. Quelles mesures a-t-il prises à l’encontre du Cameroun ?
Antwoord : De regering is wel degelijk op de hoogte van het rapport van november 2000 van het VNComité tegen foltering, waarin Kameroen alsmede tal van andere landen worden aangemerkt als landen waar gevallen van foltering werden vastgesteld.
Réponse : Le gouvernement est bien au fait du rapport de novembre 2000 émanant du Comité contre la torture des Nations unies, dans lequel le Cameroun était, parmi de nombreux autres, répertorié comme un pays où des cas de torture étaient avérés.
Ook aan de resolutie van het Europees Parlement van mei 2000 werd door mijn departement destijds de nodige aandacht besteed.
De meˆme, la résolution du Parlement européen de mai 2001 a retenu en son temps toute l’attention de mon département.
Zo pleiten de in Yaoundé gevestigde EU-zendingshoofden onder het voorzitterschap van de Belgische ambassadeur in augustus 2001 voor een politieke dialoog op grond van artikel 8 van de Akkoorden van Cotonou. Dit artikel is toegespitst op het vraagstuk van de mensenrechten. De EU schaarde zich volledig achter dit voorstel en onder het plaatselijke Belgische voorzitterschap had de troı¨ka op 11 oktober 2001 hierover een onderhoud met de Kameroense eerste minister, de heer Mafany Musonge.
C’est ainsi qu’en aouˆt 2001, sous la présidence de l’ambassadeur de Belgique, les chefs de mission UE basés à Yaoundé ont préconisé un dialogue politique sous l’article 8 des Accords de Cotonou, principalement centré sur la questions des droits de l’homme. L’UE a pleinement souscrit à cette proposition et a effectué à ce sujet une démarche troı¨ka le 11 octobre 2001, sous la présidence locale belge, auprès du premier ministre camerounais, M. Mafany Musonge.
Niet alle toezeggingen van de Kameroense eerste minister werden tot nu toe omgezet in de verwachte juridische en regelgevende beslissingen.
Actuellement, les promesses du premier ministre camerounais n’ont pas encore été suivies de toutes les décisions judiciaires ou réglementaires attendues.
Ik kan hier evenwel bij vermelden dat de Europese Unie alle steun heeft verleend aan een door Costa Rica voorgelegd ontwerp inzake een aanvullend protocol bij de VN-Overeenkomst tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing. Dit ontwerp-protocol zal worden afgerond en wellicht worden goedgekeurd tijdens de 58e zitting van de Commissie voor de mensenrechten wier werkzaamheden in Genève van 18 maart tot 26 april 2002
Je puis cependant ajouter que la Belgique, avec ses partenaires de l’Union européenne, a fortement appuyé un projet présenté par le Costa Rica au sujet d’un protocole additionnel à la Convention des Nations unies contre la torture et autres peines ou traitements cruels, inhumains ou dégradants. Ce projet de protocole sera finalisé et probablement adopté au cours de la 58e session de la Commission des droits de l’homme dont les travaux se dérouleront à Genève du
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14327
plaatshebben. Het bedoelde ontwerp-protocol dat een universele reikwijdte heeft, beoogt met name de toestandbrenging van een systeem dat erin voorziet dat onafhankelijke internationale organen op geregelde tijdstippen toegang krijgen tot plaatsen waar mensen worden vastgehouden teneinde foltering te voorkomen. Het protocol is gebaseerd op het regionale mechanisme in het kader van de Raad van Europa, dat een soortgelijke doelstelling nastreeft in de paneuropese ruimte. Belgie¨ zal alle acties steunen die kunnen bewerkstelligen dat het protocol zo snel mogelijk wordt goedgekeurd en bekrachtigd door zoveel mogelijk lidstaten die, net als Kameroen, het Verdrag inzake foltering hebben ondertekend of bekrachtigd.
18 mars au 26 avril 2002. Ce projet de protocole, conçu à l’échelle universelle, a notamment pour objectif d’établir un système de visites régulières effectuées par des organes internationaux et nationaux indépendants dans des lieux où se trouvent des personnes privées de liberté afin de prévenir les actes de torture. Ce protocole s’inspire du mécanisme régional existant dans le cadre du Conseil de l’Europe qui vise un objectif similaire dans l’espace pan-européen. La Belgique soutiendra toutes les actions qui seront entreprises pour que le protocole puisse eˆtre adopté et ratifié rapidement par le plus grand nombre possible des E´tats membres qui ont, comme le Cameroun, signé ou ratifié la Convention sur la torture.
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
Sociale Economie
E´conomie sociale
DO 2001200200752
DO 2001200200752
Vraag nr. 39 van de heer Paul Timmermans van 25 februari 2002 (Fr.) :
Question no 39 de M. Paul Timmermans du 25 février 2002 (Fr.) : Initiatives en matière d’E´conomie sociale.
Initiatieven inzake Sociale Economie. In zijn beleidsnota kondigde de minister van Sociale Zaken in 2000 al belangrijke maatregelen aan op het stuk van de sociale economie. 1. Er zou een cel Sociale Economie binnen de administratie van Sociale Zaken worden opgericht.
La note de politique générale du ministère des Affaires sociales avait annoncé, dès 2000, d’importantes initiatives en matière d’économie sociale. 1. De la mise en place de la « cellule E´conomie sociale » qui devrait être créée au sein de l’administration des Affaires sociales.
a) Is dat intussen gebeurd ?
a) A-t-elle été mise en place ?
b) Wie zit er in die cel ?
b) Qui la compose ?
c) Welke werkzaamheden staan op stapel ?
c) Quels sont les travaux qui ont été entrepris ?
d) Welke conclusies kunnen er getrokken worden met betrekking tot de organisatie van de acties op dat gebied ?
d) Quelles conclusions peut-on tirer pour l’organisation de l’action ?
2. a) Welke processen werden er inmiddels opgestart met betrekking tot de drie workshops sociale economie, en wat heeft het overleg opgeleverd ?
2. a) Des trois chantiers de l’économie sociale, quels sont les processus qui ont été mis en place et quels sont les résultats de la concertation ?
b) Welke interdepartementale projectgroepen werden er inmiddels ingesteld, en welke vooruitgang hebben ze al geboekt ?
b) Quels sont les groupes de travail interdépartementaux qui ont été constitués et quels sont les avancées obtenues ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14328
c) Wat zijn de bevindingen van het onderzoek van het HIVA ?
c) Quel est le résultat de l’enquête confiée à l’HIVA ?
3. a) Wat zijn tot nu toe de resultaten van het samenwerkingsakkoord ?
3. a) De l’accord de coopération, quels sont les résultats obtenus à ce jour ?
b) Hebben alle overeenkomstsluitende partijen, zoals bepaald in het akkoord, hun jaarverslag over de aanwending van de financie¨le middelen ingediend ?
b) Tous les signataires de l’accord ont-ils, comme celui-ci le prévoit, transmis leur rapport annuel sur l’utilisation des fonds ?
Antwoord : In antwoord op zijn vragen heb ik de eer het geachte lid de volgende elementen ter kennis te brengen.
Réponse : En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de porter les éléments suivants à l’honorable membre.
1. a) De cel Sociale Economie werd opgericht binnen het bestuur van de Maatschappelijke Integratie.
1. a) La cellule E´conomie sociale a été créée auprès de l’administration de l’Intégration sociale. b) La cellule E´conomie sociale se compose de 4 experts (niveau 10A) assistés par 2 collaborateurs administratifs (niveau 2). Le premier expert est entré en service le 2 avril 2001.
b) De cel Sociale Economie is samengesteld uit 4 experten (niveau 10A) en ondersteund door 2 administratieve krachten (niveau 2). De eerste expert is in dienst getreden op 2 april 2001. c) De voornaamste werken die ondernomen werden, zijn :
c) Les principales activités menées sont les suivantes :
— Oprichting, opvolging en secretariaat van de interdepartementale projectgroep sociale economie en haar subgroepen : — werkgroep coo¨peratieven; — werkgroep ethisch-financie¨le producten;
— Création, suivi et secrétariat du groupe de travail interdépartemental économie sociale et de ses sous-groupes : — groupe de travail coopératives; — groupe de travail produits éthico-financiers; — groupe de travail fiscalité; — groupe de travail observatoire; — groupe de travail label social; — groupe de travail clauses sociales; — groupe de travail responsabilité sociale des entreprises; — Communication avec les acteurs de l’économie sociale et consultation de ceux-ci, entre autres par les « chantiers » et le site web de la cellule (www.minsoc.fgov.be/socialeconomy); — Constitution d’une banque de données de mesures de soutien pour les entreprises d’économie sociale en collaboration avec IDSSoftware (à consulter sur le site web susmentionné); — Création de l’observatoire de l’économie sociale afin de disposer d’un plus grand nombre d’informations statistiques au sujet de l’économie sociale; — Création et soutien du pavillon de l’économie sociale. Sa première version a été exposée lors de la conférence concernant l’économie sociale les 13 et 14 novembre 2001 à Gand;
— — — — — —
—
—
—
werkgroep fiscaliteit; werkgroep meetpost; werkgroep social labeling; werkgroep sociale clausules; werkgroep maatschappelijk verantwoord ondernemen; Communicatie met en consultatie van de actoren van de sociale economie, onder andere door de « chantiers », de website van de cel (www.minsoc.fgov.be/socialeconomy); Opmaak van een databank van ondersteuningsmaatregelen voor sociale economieondernemingen, in samenwerking met IDSSoftware (te consulteren op de bovengenoemde website); Oprichting van de meetpost van de sociale economie teneinde over meer statistische informatie met betrekking tot de sociale economie te beschikken; Oprichting en ondersteuning van het paviljoen van de sociale economie. De eerste versie ervan werd op de Europese Conferentie over sociale economie op 13 en 14 november 2001 in Gent tentoongesteld;
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14329
— Secretariaat van het overlegcomité, opgericht in het kader van het samenwerkingsakkoord sociale economie, administratieve en inhoudelijke opvolging van de uitvoering van de wet, het koninklijk besluit dat de financiering regelt en de overeenkomsten met de gewesten;
— Secrétariat du comité de concertation créé dans le cadre de l’accord de coopération relatif à l’économie sociale, suivi d’un point de vue administratif et du contenu de l’exécution de la loi, de l’arrêté royal réglant le financement et des conventions avec les régions;
— Opvolging van de vragen en problemen van de actoren van de sociale economie met betrekking tot de BTW-verlaging voor erkende sociale economie-bedrijven;
— Suivi des questions et problèmes des acteurs de l’économie sociale au sujet de la réduction de la TVA pour les entreprises d’économie sociale agréées;
— Opvolging wet op het sociaal label;
— Suivi de la loi concernant le label social;
— Oprichting experimentenfonds buurtdiensten in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting;
— Création d’un fonds expérimental services de proximité en collaboration avec la Fondation Roi Baudouin; — Mise en œuvre de la subvention de l’E´tat majorée pour les personnes mises au travail dans le cadre de l’article 60, § 7, lors d’une mise à disposition d’entreprises d’économie sociale + suivi administratif;
— Realisatie verhoogde staatstoelage voor mensen tewerkgesteld in het kader van artikel 60, § 7, bij een ter beschikkingstelling aan sociale economie ondernemingen + administratieve opvolging; — Opvolging HIVA onderzoek met betrekking tot de statuten van werkgevers en werknemers in de sociale economie. d) De cel Sociale Economie heeft in haar werkzaamheden bewezen dat de rol van de federale overheid inzake de bevoegdheid sociale economie, bijzonder nuttig is. Het betreft een domein dat vele bevoegdheden raakt en coo¨rdinatie van de acties en structurering van het overleg tussen de betrokken overheden is van primordiaal belang.
— Suivi de l’étude du HIVA concernant les statuts des employeurs et des travailleurs en économie sociale. d) La cellule E´conomie sociale a démontré par ses activités que l’autorité fédérale a un roˆle particulièrement utile à jouer dans le domaine de l’économie sociale. Il s’agit d’une matière qui a trait à un grand nombre de compétences et la coordination des actions ainsi que la structuration de la concertation entre les autorités concernées revêtent une importance primordiale.
2. a) Twee werkgroepen hebben plaatsgevonden : één over sociale inschakelingseconomie en één over buurtdiensten. Het overleg met betrekking tot het maatschappelijk verantwoord ondernemen werd schriftelijk georganiseerd. De werkzaamheden mondden uit in een rapport dat op de website van de cel Sociale Economie beschikbaar is. Het rapport over de sociale inschakelingseconomie lag mee aan de basis van de HIVA-studie die momenteel ter discussie is voorgelegd aan een team van experten. Het experimentenfonds buurtdiensten (inclusief het beleidsadvies dat eraan gekoppeld werd) is één van de gevolgen van de werkgroep buurtdiensten.
2. a) Deux groupes de travail ont été organisés : le premier au sujet de l’économie sociale d’insertion et le second en ce qui concerne les services de proximité. La concertation en matière de responsabilité sociale des entreprises s’est déroulée par écrit. Les activités ont débouché sur un rapport disponible sur le site web de la cellule E´conomie sociale. Le rapport concernant l’économie sociale d’insertion a été une des bases de l’étude du HIVA actuellement examinée par une équipe d’experts. Le fonds expérimental services de proximité (y compris l’avis politique qui y est lié) est un des résultats du groupe de travail services de proximité.
b) De « Interdepartementale Projectgroep » staat in voor de ontwikkeling en afstemming van het federale beleid sociale economie. Deze projectgroep geeft eveneens advies inzake het algemene federale beleid met betrekking tot sociale economie. Voor een aantal specifieke thema’s wordt samengewerkt met externe experts, hiervoor werden verscheidene subwerkgroepen opgericht.
b) Le « Groupe de travail interdépartemental » assure le développement et l’harmonisation de la politique fédérale en matière d’économie sociale. Ce groupe de travail formule également des avis au sujet de la politique fédérale générale en matière d’économie sociale. Une série de thèmes spécifiques font l’objet d’une collaboration avec des experts externes, pour lesquels différents sousgroupes de travail ont été créés.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14330
Volgende subwerkgroepen vallen onder « Interdepartementale Projectgroep » :
de
Les sous-groupes de travail suivants relèvent du « Groupe de travail interdépartemental » :
— werkgroep coo¨peratieven : heeft zich tijdens het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie vooral geconcentreerd op de coo¨rdinatie van de activiteiten in de werkgroepen van de Europese Raad, met betrekking tot de besprekingen van het voorstel van richtlijn en verordening voor de Europese coo¨peratieve vennootschappen. Nu bespreekt de werkgroep de opvolging van het dossier tijdens het Spaans voorzitterschap. Tot slot zal men — eens het zover is — zich concentreren op de implementatie van het statuut in Belgie¨;
— groupe de travail coopératives : s’est principalement concentré pendant la présidence belge de l’Union européenne sur la coordination des activités des groupes de travail du Conseil européen, concernant les discussions de la proposition de directive et de règlement pour les sociétés coopératives européennes. Le groupe de travail assure actuellement le suivi du dossier pendant la présidence espagnole. Enfin, les efforts seront axés en temps utile sur la mise en œuvre du statut en Belgique;
— werkgroep ethisch-financie¨le producten : na een brainstorming over de mogelijke pisten die door de overheid inzake ethisch-financie¨le producten kunnen gevolgd worden, werd overgegaan tot de opmaak van een aantal werkpisten in drie categoriee¨n : fiscale stimulansen, visibiliteit en reglementering met betrekking tot ethisch-financie¨le producten en criteria. In de eerste categorie werd een voorstel uitgewerkt om een extra lijn bij de belastingsaangifte toe te voegen, waardoor bepaalde uitgaven recht geven op belastingsvermindering (kapitalen geı¨nvesteerd in duurzame projectfondsen). Dit voorstel wordt momenteel bestudeerd bij het ministerie van Financie¨n. In de tweede categorie werd onder andere een voorstel uitgewerkt om een lid in te voegen in de wet op de pensioenfondsen, waarbij wordt bepaald dat men moet preciseren in welke mate rekening werd gehouden met ethisch, sociale of milieuvriendelijke criteria in de strategiee¨n inzake beleggingen op korte en op lange termijn. Dit voorstel ligt momenteel voor bij het Parlement;
— groupe de travail produits éthico-financiers : après une réflexion portant sur les possibilités d’action des pouvoirs publics en matière de produits éthico-financiers, une série d’activités ont été mises au point dans trois catégories : stimulants fiscaux, visibilité et réglementation en matière de produits et de critères éthicofinanciers. En ce qui concerne la première catégorie, une proposition vise à ajouter une rubrique supplémentaire dans la déclaration fiscale en vue d’octroyer une réduction d’impoˆts pour certaines dépenses (capitaux investis dans des fonds de projets durables). Cette proposition est actuellement examinée par le ministère des Finances. Pour la deuxième catégorie, une proposition vise à ajouter une disposition dans la loi relative aux fonds de pensions, selon laquelle les stratégies de placements à court et à long terme doivent préciser la mesure dans laquelle elles tiennent compte de critères éthiques, sociaux ou environnementaux. Cette proposition est actuellement à l’étude au Parlement;
— werkgroep fiscaliteit : in samenwerking met externe experten en in overleg met de koepelorganisaties van de sociale economie gaat deze werkgroep na, enerzijds, wat de moeilijkheden en mogelijke oplossingen zijn met betrekking tot de BTW-verlaging voor sociale-economiebedrijven en, anderzijds, hoe het statuut van de vennootschappen met sociaal oogmerk meer aantrekkelijk kan gemaakt worden voor sociale-economie-ondernemingen (in vergelijking met het statuut van vereniging zonder winstoogmerk);
— groupe de travail fiscalité : en collaboration avec des experts externes et en concertation avec les organisations de coordination de l’économie sociale, ce groupe de travail examine, d’une part, les difficultés et les possibilités en ce qui concerne la réduction de la TVA pour les entreprises d’économie sociale et, d’autre part, les possibilités de rendre le statut de société à finalité sociale plus attrayant pour les entreprises d’économie sociale (par rapport au statut d’association sans but lucratif);
— werkgroep meetpost : deze werkgroep werkt aan de ontwikkeling van een meetpost voor de sociale economie, die via de ontwikkeling van specifieke indicatoren een betere bepaling toelaat van het feitelijk gewicht van de sociale economie. Deze wordt gerealiseerd in samen-
— groupe de travail observatoire : ce groupe de travail contribue au développement d’un observatoire de l’économie sociale qui, au moyen d’indicateurs spécifiques, permettra de mieux déterminer l’importance réelle de l’économie sociale. Cet observatoire est mis en place en
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14331
werking met het Nationaal Instituut voor de statistiek, de Nationale Bank, het « Centre d’économie sociale » van de Universiteit van Luik en het Interministerieel Overlegcomité sociale economie. De eerste resultaten werden voorgesteld op de Europese Conferentie over sociale economie in november 2001. De werkgroep werkt nu aan een voorstel om de meetpost ook op langere termijn in werking te stellen;
collaboration avec l’Institut national de statistique, la Banque nationale, le Centre d’économie sociale de l’Université de Liège et le Comité de concertation interministériel économie sociale. Les premiers résultats ont été présentés lors de la Conférence européenne concernant l’économie sociale en novembre 2001. Le groupe de travail prépare actuellement une proposition pour les activités de l’observatoire à plus long terme;
— werkgroep sociaal label : deze werkgroep heeft zich tot nog toe vooral gebogen over de wet ter bevordering van sociaal verantwoorde productie. Er zal verder gewerkt worden aan de specifieke uitwerking en ondersteuning van deze wet, onder andere de uitwerking van de uitvoeringsbesluiten en de oprichting van het comité ter bevordering van sociaal verantwoorde productie dat een bindend advies zal verlenen aan de minister van Economie tot het al dan niet toekennen van het sociaal label aan de aanvragende onderneming;
— groupe de travail label social : ce groupe de travail s’est jusqu’à présent surtout concentré sur la loi visant à promouvoir la production socialement responsable. Ses activités futures porteront sur la mise en œuvre et le soutien de cette loi, entre autres par la promulgation des arrêtés d’exécution et la création du comité de promotion de la production socialement responsable qui formulera un avis obligatoire au ministre de l’E´conomie en vue de l’octroi ou non du label social à l’entreprise qui en fait la demande;
— werkgroep sociale clausules : deze werkgroep lag mee aan de basis van het ontwerp van omzendbrief betreffende de invoering van sociale dimensies in de overheidsopdrachten. Deze sociale clausule verplicht de opdrachtnemende onderneming bijkomend personeel in dienst te nemen. In een eerste fase zou ze gelden voor de opdrachten van werken die door de Regie der Gebouwen zijn gesloten voor een bedrag boven de 11 miljoen frank en met een duur van 60 werkdagen. De regering heeft er zich reeds toe verbonden deze omzendbrief goed te keuren. Ten slotte ligt de werkgroep aan de basis van de reflectie over de inlichting/ het informeren van sociale-economieondernemingen op het gebied van overheidsopdrachten. Deze ondernemingen hebben het immers moeilijk om het nodige te doen om op een doeltreffende manier te kunnen deelnemen aan overheidsopdrachten, wat tijdens het hele proces in hun nadeel speelt. Dit heeft onder andere te maken met het gebrek aan praktische informatie over de bestaande opdrachten in hun sector en met het gebrek aan opgeleid personeel en aan technische bijstand voor het voorbereiden van de offertes en het oplossen van bestaande problemen;
— groupe de travail clauses sociales : ce groupe de travail a participé à la rédaction du projet de circulaire concernant l’intégration de dimensions sociales dans les marchés publics. Cette clause sociale oblige l’entreprise adjudicataire à engager du personnel supplémentaire. Dans une première phase, elle s’appliquerait aux marchés de travaux conclus par la Régie des Baˆtiments pour un montant dépassant 11 millions de francs et d’une durée supérieure à 60 jours ouvrables. Le gouvernement s’est déjà engagé à approuver cette circulaire. Enfin, le groupe de travail est à la base de la réflexion au sujet de l’information des entreprises d’économie sociale dans le domaine des marchés publics. En effet, ces entreprises éprouvent des difficultés à participer d’une manière efficace aux marchés publics, ce qui leur est préjudiciable tout au long de la procédure. Cette situation est due entre autres au manque d’informations pratiques au sujet des marchés existants dans leur secteur et à l’absence d’assistance technique pour la préparation des offres et la résolution de problèmes existants;
— werkgroep maatschappelijk verantwoord ondernemen : deze werkgroep werd recentelijk opgericht naar aanleiding van het groenboek Corporate Social Responsibility dat door de Europese Commissie in juli 2001 werd uitgebracht. Het groenboek dat een overzicht geeft van de bestaande initiatieven en instrumenten,
— groupe de travail responsabilité sociale des entreprises : ce groupe de travail a été créé récemment suite à la publication en juillet 2001 du livre vert Corporate Social Responsibility par la Commission européenne. Le livre vert, qui donne un aperçu des initiatives et instruments existants, des problèmes et des questions
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1835
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14332
knelpunten en vragen met betrekking tot maatschappelijk verantwoord ondernemen, roept op tot een brede maatschappelijke discussie over dit onderwerp. De pas opgerichte werkgroep zal in eerste instantie werken aan een standpunt van de Belgische federale overheid met betrekking tot het groenboek om zodoende haar bijdrage te leveren in dit debat. Op termijn zal deze werkgroep zich niet enkel toespitsen op het groenboek, maar moet zij ook uitgroeien tot een interdepartementaal overleg op federaal niveau over de verschillende aspecten van maatschappelijk verantwoord ondernemen, teneinde te komen tot nieuwe beleidsinitaitieven op dit terrein.
en matière de responsabilité sociale des entreprises, invite à mener un large débat social sur ce thème. Le groupe de travail qui vient d’être créé s’attachera d’abord à définir la position de l’autorité fédérale belge à l’égard du livre vert, en tant que contribution personnelle au débat. Les activités ultérieures de ce groupe de travail dépasseront le cadre du livre vert et devront donner lieu à une concertation interdépartementale au niveau fédéral portant sur les différents aspects de la responsabilité sociale des entreprises afin de déboucher sur des nouvelles initiatives politiques en cette matière.
c) Het onderzoek over de statuten van werknemers en werkgevers in de sociale-inschakelingseconomie, resulteerde in een rapport dat op aanvraag bij de cel Sociale Economie verkrijgbaar is. Momenteel werkt een werkgroep van experten uit de cel en experten van het terrein, samen met de onderzoekers een lijst van prioritair te behandelen thema’s uit, alsook de mogelijke oplossingen. Belangrijk is op te merken dat een deel van de problemen die in de studie naar voor komen, reeds werden opgelost in het nieuwe activa-besluit.
c) L’étude des statuts des travailleurs et des employeurs en économie sociale d’insertion a fait l’objet d’un rapport qui peut être obtenu sur demande auprès de la cellule E´conomie sociale. Un groupe de travail d’experts de la cellule et d’experts de terrain prépare actuellement, en collaboration avec les responsables de l’étude, une liste de thèmes prioritaires et de possibilités de solutions. Il importe de signaler que certains problèmes soulevés dans l’étude ont déjà été résolus par le nouvel arrêté d’activation.
3. a) Algemeen kan gesteld worden dat alle overheden vooral vooruitgang geboekt hebben inzake de ontwikkeling van de sociale-inschakelingseconomie. Het experimentenfonds buurtdiensten moet een extra elan geven aan die pijler van het samenwerkingsakkoord, en we verwachten in dat kader effecten in de komende begrotingsjaren. Ook op het vlak van de meerwaardeneconomie worden in de komende jaren meer resultaten verwacht.
3. a) D’un point de vue général, on peut affirmer que toutes les autorités ont surtout progressé dans le développement de l’économie sociale d’insertion. Le fonds expérimental services de proximité doit donner un élan supplémentaire à ce pilier de l’accord de coopération et nous nous attendons à des réalisations dans ce cadre au cours des prochains exercices budgétaires. Des résultats plus importants sont également attendus au cours des prochaines années dans le domaine de l’économie plurielle.
De gedetailleerde resultaten vindt men terug in de rapporten van de regionale overheden, de Duitstalige Gemeenschap én de federale overheid.
Les résultats détaillés sont exposés dans les rapports des autorités régionales, de la Communauté germanophone et de l’autorité fédérale.
Inzake de federale engagementen werden volgende doelstellingen reeds gerealiseerd :
En ce qui concerne les engagements fédéraux, les objectifs suivants ont déjà été atteints :
— artikel 6, §§ 1 en 2 : ontwikkeling van de meetpost, zoals hierboven beschreven;
— article 6, §§ 1er et 2 : développement de l’observatoire, comme décrit plus haut;
— artikel 13, § 2 : invoering van sociale clausules binnen overheidsopdrachten;
— article 13, § 2 : insertion de clauses sociales dans les marchés publics;
— artikel 14, §§ 1 en 3 : activering van de bestaansminimumuitkeringen;
— article 14, §§ 1er et 3 : activation des prestations du minimum de moyens d’existence; — article 14, § 2 : subvention de l’E´tat majorée dans le cadre de la mise de bénéficiaires du minimum de moyens d’existence et de l’aide sociale financière à la disposition d’initiatives d’économie sociale.
— artikel 14, § 2 : verhoogde staatstoelage in het kader van de terbeschikkingstelling van bestaansminimumgerechtigden en financie¨le steuntrekkers aan sociale-economie-initiatieven.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14333
b) Alle partijen hebben een rapport ingediend voor de initiatieven met betrekking tot het begrotingsjaar 2000, behalve de minister van Economie van het Waals Gewest, minister Kubla.
b) Toutes les parties ont présenté un rapport au sujet des initiatives concernant l’exercice budgétaire 2000, sauf le ministre de l’E´conomie de la Région wallonne, à savoir le ministre Kubla.
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
DO 2001200200179
DO 2001200200179
Vraag nr. 530 van de heer Lode Vanoost van 19 november 2001 (N.) :
Question no 530 de M. Lode Vanoost du 19 novembre 2001 (N.) :
Integrale publiciteit op tram en bus.
Publicité intégrale sur les trams et les bus.
Reclame op bus en tram komt steeds meer voor. Ook integrale publiciteit waarbij bus of tram volledig in kleuren en logo’s van één merk worden gezet neemt toe.
La publicité se rencontre de plus en plus souvent dans les bus et les trams. Même la publicité intégrale y est de plus en plus fréquente, le bus ou le tram étant entièrement repeint aux couleurs et logos d’une seule marque.
Meer en meer worden daarbij ook delen van de vensters overschilderd. Hoewel er officieel een verbod op dit soort praktijken bestaat blijkt de regelgeving niet sluitend te zijn.
De plus en plus souvent, des fenêtres sont également partiellement recouvertes de peinture. De telles pratiques sont officiellement interdites mais la réglementation n’est pas sans failles.
1. Hoe staat u tegenover dit gebruik van vensters voor reclame ?
1. Que pensez-vous de l’apposition de publicités sur les fenêtres ?
2. Moet de bestaande reglementering niet verstrengd en verduidelijkt worden ?
2. La réglementation existante ne doit-elle pas être renforcée et précisée ?
Antwoord : Het normenstelsel dat thans van kracht is en door het geachte lid is aangehaald, te weten de koninklijke besluiten van 15 maart 1968 en van 15 september 1976, verbiedt publiciteit aan te brengen op de ramen van bussen en trams, behoudens uitdrukkelijke afwijking door de bevoegde minister en individueel en gemotiveerd verzoek van een exploitant.
Réponse : Le cadre normatif en vigueur et cité par l’honorable membre, à savoir les arrêtés royaux du 15 mars 1968 et du 15 septembre 1976, ne permet pas l’apposition de publicité sur les vitrages des bus et des trams, sauf dérogation expresse du ministre compétent et sur demande individuelle justifiée d’un exploitant.
In de werkelijkheid wordt dit verbod echter duidelijk niet nageleefd.
Cette interdiction n’est cependant manifestement pas suivie dans la pratique.
Evengoed, werd elke afwijkende maatregel daaromtrent geannuleerd.
Aussi, toute directive dérogatoire en la matière a été annulée.
Deze vraag werd overigens op 24 april en 12 juni 2001 voorgelegd aan de Interministerie¨le Conferentie voor mobiliteit, infrastructuur en telecommunicatie (ICMIT), die het principe heeft bevestigd volgens hetwelk er een drastische hervorming van de reglementering inzake publiciteit op de ramen van trams, premetro’s, autobussen en autocars moet plaatsvinden.
Cette question a, par ailleurs, été soumise les 24 avril et 12 juin 2001 à la Conférence interministérielle de la mobilité, de l’infrastructure et des télécommunications (CIMIT), qui a confirmé le principe selon lequel une réforme drastique de la réglementation en matière de publicité sur le vitrage extérieur des trams, pré-métros, bus et autocars doit avoir lieu.
Deze hervorming zal gebeuren rekening houdend met de vier volgende elementen : de weerslag op de
Cette réforme se fera en tenant compte des quatre éléments suivants : l’impact budgétaire pour les socié-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14334
begroting van de maatschappijen voor openbaar vervoer, het advies van de federale politie wat de veiligheidsaspecten betreft, het advies van de gebruikersverenigingen voor het comfort en de opportuniteit en het advies van de maatschappijen voor openbaar vervoer.
tés de transport en commun, l’avis de la police fédérale pour ce qui concerne les aspects de sécurité, l’avis des associations d’usagers pour les aspects de confort et d’acceptabilité et l’avis des sociétés de transport en commun.
Dit beginselbesluit doet geenszins af aan de mogelijkheid tot het aanbrengen van reclame op de nietvensterdelen van de bedoelde voertuigen, die tot de bevoegdheid van de gewestelijke vervoermaatschappijen behoort.
Cette décision de principe n’interfère cependant en rien sur la possibilité d’apposer des publicités sur les parties non vitrées des véhicules de transport visés, qui relève de la compétence des sociétés régionales de transport public.
Ik werd door de ICMIT belast met het wijzigen van de regelgeving ter zake, in overleg met de gewesten. Een werkgroep, opgericht in juni 2001, onderzoekt voor het ogenblik deze problematiek.
J’ai été chargée par la CIMIT d’apporter les adaptations nécessaires aux textes réglementaires ad hoc, en concertation avec les régions. Un groupe de travail, constitué en juin 2001, examine actuellement cette problématique.
DO 2001200200313
DO 2001200200313
Vraag nr. 545 van de heer François Bellot van 11 december 2001 (Fr.) :
Question no 545 de M. François Bellot du 11 décembre 2001 (Fr.) :
Verhoogde inrichtingen. — Verkeersdrempels.
Dispositifs surélevés. — Type ralentisseurs.
Bij het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 worden de vereisten bepaald voor de aanleg van verhoogde inrichtingen op de openbare weg evenals de technische voorschriften waaraan die moeten voldoen.
L’arrêté royal du 9 octobre 1998 fixe les conditions d’implantation des dispositifs surélevés sur la voie publique et les prescriptions techniques auxquelles ceux-ci doivent répondre.
Krachtens artikel 8 van dat koninklijk besluit van 9 oktober 1998 moeten de verhoogde inrichtingen die niet beantwoorden aan de voorschriften van dit besluit, per 1 november 2001 aangepast of verwijderd zijn.
En vertu de l’article 8 de cet arrêté royal du 9 octobre 1998, les dispositifs surélevés ne répondant pas aux dispositions de l’arrêté royal doivent être adaptés à cette réglementation ou enlevés à compter du 1er novembre 2001.
De directeur-generaal van het ministerie van Verkeer en Infrastructuur, bestuur van de Verkeersreglementering en van de Infrastructuur, heeft de meeste gemeenten een brief gestuurd waarin deze gesommeerd worden alle inrichtingen die niet aan de vereisten zoals gesteld in het voormelde koninklijk besluit voldoen, zo spoedig mogelijk af te breken omdat deze nu als illegaal beschouwd worden.
Le directeur général du ministère des Communications et de l’Infrastructure, administration de la Circulation routière, a fait parvenir une lettre à la plupart des communes, indiquant que tous les dispositifs qui ne répondaient pas aux prescriptions de l’arrêté royal précité devaient être démontés au plus vite car considérés comme illégaux.
Vele steden en gemeenten hebben verhoogde inrichtingen van het type « Berliner Kissen » geplaatst, met een verhoogd gedeelte in het midden van de rijweg en aan weerszijden uitgespaarde stroken voor fietsers en andere tweewielers. Auto’s ondervinden hetzelfde remmende effect als bij een verkeersplateau.
De nombreuses villes et communes ont placé des dispositifs surélevés de type « coussins berlinois » qui, par leurs caractéristiques géométriques, suffisent à enjamber la zone surélevée placée au centre de la voie de circulation. Les cyclistes et les deux roues ne sont pas gênés par le dispositif. L’effet sur les voitures est comparable aux plateaux surélevés.
De doeltreffendheid van deze gemakkelijk aan te brengen, relatief goedkope en onderhoudsvriendelijke verkeersremmers staat buiten kijf. Het weghalen ervan, op last van het college van burgemeester en schepenen, zou dan ook op onbegrip stuiten bij de bewoners in de betrokken straten en de wegverkeersautoriteiten.
D’un placement facile, d’un couˆt relativement réduit et d’un entretien peu couˆteux, l’efficacité de ces dispositifs n’est pas à démontrer. Les riverains des voiries concernées et les autorités chargées de la circulation routière ne comprendraient pas le démontage de ces « coussins berlinois » commandés par les collèges des bourgmestre et échevins.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14335
1. Zal u de door de diensten van uw departement gegeven instructies en orders met betrekking tot het weghalen van voornoemde verkeersremmers bevestigen ?
1. Envisagez-vous de confirmer les instructions et les ordres donnés par les services de votre département quant au démontage de ces « coussins berlinois » ?
2. Denkt u het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 te wijzigen teneinde verkeersremmers van het type « Berliner Kissen » toe te staan ?
2. Envisagez-vous adapter l’arrêté royal du 9 octobre 1998 pour y intégrer et autoriser les « coussins berlinois » en qualité de dispositif de ralentissement ?
3. Zal u een vergelijkende studie laten uitvoeren over de doeltreffendheid van als deugdelijk bekend staande verkeersremmers ? Ter informatie : de zogenaamde « Berliner Kissen » werden geı¨mporteerd uit de Scandinavische landen en uit landen waar het aantal verkeersdoden veel lager ligt dan in Belgie¨.
3. Envisagez-vous de procéder à une étude comparative de l’efficacité des dispositifs prouvant leur efficacité ? Pour rappel, les modèles « coussins berlinois » ont été importés des pays nordiques et de pays dont la mortalité sur les routes est bien inférieur au taux de mortalité en Belgique.
Antwoord : Mijn diensten vestigen inderdaad de aandacht van de gemeenten op hun verplichtingen in verband met het naleven van de reglementering, onder meer wat betreft de verhoogde inrichtingen. Het koninklijk besluit hierover is sinds 1 november 2001 ten volle van toepassing.
Réponse : Il est exact que mes services rappellent aux communes leurs obligations en matière de respect de la réglementation et notamment s’agissant des dispositifs surélevés dont l’arrêté royal est pleinement d’application depuis le 1er novembre 2001.
In dit kader is tevens onderstreept dat de inrichtingen, « Berlijnse kussens » geheten, nog niet gereglementeerd zijn.
Dans ce cadre, il a effectivement été souligné que les dispositifs dénommés « coussins berlinois » n’ont pas encore fait l’objet d’une réglementation.
De herwerking van het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 tot bepaling van de vereisten voor de aanleg van verhoogde inrichtingen op de openbare weg en van de technische voorschriften waaraan deze moeten voldoen, is, en ik betreur dit, niet kunnen gebeuren voor die uiterste datum van 1 november 2002; de procedure van de betrokkenheid van de gewesten heeft meer tijd gevergd dan voorzien.
La réforme de l’arrêté royal du 9 octobre 1998 fixant les conditions d’implantation des dispositifs surélevés sur la voie publique et les prescriptions techniques auxquelles ceux-ci doivent satisfaire n’a pu, à mon grand regret, être menée à bien avant la date fatidique du 1er novembre 2001; l’association des régions a pris plus de temps que prévu.
Een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het besluit van 9 oktober 1998 ligt momenteel voor advies bij de Raad van State en zal bijgevolg binnenkort worden gepubliceerd.
Un projet d’arrêté royal modifiant l’arrêté du 9 octobre 1998 se trouve en ce moment pour avis au Conseil d’E´tat et il sera donc d’ici peu publié.
In principe laat het ontwerp van koninklijk besluit, dat strikt beperkt is tot de verhoogde inrichtingen die met een snelheid van maximum 30 km/u mogen overreden worden, toe dat Berlijnse kussens worden aangelegd. Ik ben van plan ter gelegenheid van de publicatie van het nieuwe koninklijk besluit in een omzendbrief richtlijnen te bepalen, zowel met betrekking tot referentiecriteria inzake aanleg van Berlijnse kussens als met betrekking tot de technische normen waaraan ze zouden moeten beantwoorden.
En principe, le projet d’arrêté royal, qui est strictement limité aux dispositifs surélevés qui peuvent être franchis à une vitesse de maximum 30 km/h, permet l’installation des coussins berlinois. Je compte à l’occasion de la publication du nouvel arrêté royal fixer des directives dans une circulaire tant sur les critères de référence de placement des coussins berlinois que sur les normes techniques auxquelles ils devraient répondre.
Deze inrichtingen zullen zowel mogen aangelegd worden op wegen met een snelheidslimiet van 50 km/u als in zones 30.
Ces dispositifs pourront être aménagés tant sur les routes à vitesse limitée à 50 km/h que dans les zones 30.
Om alle misverstanden te vermijden heb ik op 30 januari 2002 aan mijn diensten opgedragen om een koninklijk besluit voor te bereiden dat de Berlijnse kussens opneemt in het verkeersreglement. Een ont-
Afin d’éviter tout malentendu, j’ai demandé à mes services le 30 janvier 2002 de préparer un arrêté royal qui insérera les coussins berlinois dans le code de la route. Un projet de texte est en préparation, il sera
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14336
werptekst is in voorbereiding en zal binnenkort beschikbaar zijn. De normale overlegprocedures kunnen dus worden opgestart.
d’ici peu disponible. Les procédures normales de concertation pourront dès lors démarrer.
DO 2001200200404
DO 2001200200404
Vraag nr. 557 van de heer Francis Van den Eynde van 8 januari 2002 (N.) :
Question no 557 de M. Francis Van den Eynde du 8 janvier 2002 (N.) :
NMBS. — Treinbegeleiders. — Bediening AVG.
SNCB. — Accompagnateurs de train. — Signal OIT.
Heel wat treinbegeleiders maken zich zorgen over het bedienen van de AVG (« Aanwijzer Verrichtingen Gedaan ») als het onweert.
De nombreux accompagnateurs de train s’inquiètent à propos de la mise en œuvre, par temps d’orage, du signal d’information « Indicateurs Opérations terminées » (OIT) via le boıˆtier installé sur le quai.
1. Werd er reeds een risicoanalyse opgesteld ?
1. A-t-on déjà procédé à l’analyse des risques ?
2. Zo ja, welke maatregelen zullen hieruit voortspruiten ?
2. Dans l’affirmative, quelles mesures vont être prises sur la base de cette analyse ?
Antwoord : Ja, een studie werd gedaan voor het plaatsen van de Aanwijzer Verrichtingen Gedaan (AVG) om de veilige werking en het veilig gebruik van deze apparatuur te verzekeren.
Réponse : Oui, une étude a été réalisée préalablement à l’installation des Indicateurs Opérations Terminées (IOT) afin de garantir le fonctionnement et l’utilisation de cet appareillage en toute sécurité.
Overeenkomstig deze studie werd ieder Aanwijzer Verrichtingen Gedaan geaard, om alle risico’s van een blikseminslag of van een breuk van de bovenleiding te vermijden.
Conformément à cette étude, chaque Indicateur Opérations Terminées a été relié à la terre, pour éviter tout risque en cas de foudre ou de bris de caténaire.
DO 2001200200464
DO 2001200200464
Vraag nr. 570 van de heer Martial Lahaye van 16 januari 2002 (N.) :
Question no 570 de M. Martial Lahaye du 16 janvier 2002 (N.) :
NMBS. — Opstapplaats in Bissegem. — Verbeteringswerken.
SNCB. — Arrêt de Bissegem. — Travaux d’amélioration.
Het klein station van Bissegem (bij Kortrijk) werd enkele jaren terug gesloten en gereduceerd tot een opstapplaats. Blijkbaar zijn opstapplaatsen voor de NMBS geen prioriteit en blijven de passagiers in de kou staan, en nu moet dit wel letterlijk genomen worden : de schuilhokjes in Bissegem hebben hun beste tijd gehad en bovendien kunnen slechts een tiental passagiers er gebruik van maken. Ook de perrons liggen er nogal slordig bij.
La petite gare de Bissegem (près de Courtrai) a été fermée voici quelques années et réduite à un arrêt. Les arrêts ne constituent manifestement pas une priorité pour la SNCB qui se désintéresse froidement du sort des passagers. Le mot « froidement » doit actuellement être pris au sens propre : les abris de Bissegem sont en très mauvais état et seuls une dizaine de passagers peuvent y prendre place. Les quais sont, eux aussi, dans un piteux état.
Kan u laten nagaan of mogelijk verbeteringswerken aan de opstapplaats in Bissegem kunnen genomen worden ?
Pouvez-vous vous enquérir de la possibilité d’effectuer d’éventuels travaux d’amélioration à l’arrêt de Bissegem ?
Antwoord : De problematiek van het reizigersonthaal met inbegrip van het onthaal op niet-bewaakte haltes, zal aan bod komen in het derde beheerscontract.
Réponse : La problématique de l’accueil des voyageurs, y compris aux points d’arrêt non gardés, sera traitée dans le troisième contrat de gestion.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14337
In dat contract zal ik met name objectieve normen voorstellen die moeten worden nageleefd inzake wachthokjes, informatie voor de reizigers, bereikbaarheid en fietsstallingen.
J’y proposerai notamment des normes objectives à respecter en matière d’abris, d’informations aux voyageurs, d’accessibilité, de stationnement pour les vélos.
Wat de halte Bissegem betreft, moeten de perrons volgens het ontwerp van meerjarig investeringsplan in 2007 en 2008 worden vernieuwd en verhoogd.
En ce qui concerne plus spécialement le point d’arrêt de Bissegem, suivant le projet de plan d’investissement pluriannuel, les quais doivent être renouvelés et rehaussés en 2007 et 2008.
Overigens kan ik het geachte lid meedelen dat door het ministerieel besluit van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Huisvesting en Ambtenarenzaken, genomen op 14 juni 2001, het spoorwegstation van de NMBS met inbegrip van het wachthokje en de betonnen afsluiting, als monument beschermd werd.
Par ailleurs, j’informe l’honorable membre que la gare SNCB en ce compris l’abri et la cloˆture en béton ont été classés par arrêté ministériel. Cet arrêté a été pris par le ministre flamand de l’Intérieur, du Logement et de la Fonction publique, le 14 juin 2001.
DO 2001200200507
DO 2001200200507
Vraag nr. 575 van de heer Francis Van den Eynde van 21 januari 2002 (N.) :
Question no 575 de M. Francis Van den Eynde du 21 janvier 2002 (N.) : SNCB. — Gare de Termonde. — E´tat des toilettes situées sur le quai.
NMBS. — Station Dendermonde. — Toestand toiletten perron. Ik verneem dat er nogal wat klachten zijn over de toestand van de toiletten op het perron van het station van Dendermonde. 1. Is de NMBS van een en ander op de hoogte ? 2. Welke maatregelen werden er in dit verband getroffen ?
Il me revient que l’état des toilettes situées sur le quai de la gare de Termonde fait l’objet de plaintes. 1. La SNCB est-elle au courant de cette situation ? 2. Quelles mesures ont été prises à cet égard ?
Antwoord : De voorlopige toiletten die geı¨nstalleerd zijn in een container op perron 1, zijn regelmatig het voorwerp van boos opzet. Geregeld wordt het interieur ervan besmeurd met onuitwisbare graffiti. Die lokalen werden bijgevolg al verscheidene malen herschilderd, en de laatste schilderbeurt is van recente datum.
Réponse : Les sanitaires provisoires, installés dans un conteneur sur la voie une, font en effet régulièrement l’objet d’actes de malveillances. Des graffiti indélébiles sont régulièrement apposés à l’intérieur de ceux-ci. Ces locaux ont dès lors dû être repeints à plusieurs reprises et ce fut encore le cas récemment.
Aan de interne bewakingsdienst van de NMBS werd trouwens opgedragen om in te grijpen bij verdachte samenscholingen in die container.
Le service interne de gardiennage de la SNCB a, quant à lui, été chargé d’intervenir en cas d’attroupement suspect dans ce conteneur.
De bouw van de nieuwe toiletten zou in principe nog eind 2002 moeten beginnen.
La construction des nouveaux sanitaires devrait en principe débuter encore fin 2002.
DO 2001200200531
DO 2001200200531
Vraag nr. 578 van mevrouw Frieda Brepoels van 23 januari 2002 (N.) :
Question no 578 de Mme Frieda Brepoels du 23 janvier 2002 (N.) :
NMBS. — « Montzenlijn ». — Goederenvervoer.
SNCB. — Ligne de Montzen. — Transport de marchandises. ` l’heure actuelle, l’ensemble du transport de A marchandises par rail entre le port d’Anvers et
Op dit ogenblik verloopt alle goederenvervoer per spoor tussen de Antwerpse haven en het Duitse hinter-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14338
land via Lier, Hasselt, Montzen en Aachen-West. De spoorlijn is beter bekend onder naam « Montzenlijn ».
l’hinterland allemand passe par Lierre, Hasselt, Montzen et Aix-la-Chapelle Ouest. Cette ligne ferroviaire est plus connue sous le nom de « Ligne de Montzen ».
1. Hoeveel procent van de capaciteit die op deze lijn voor goederenvervoer voorzien is, werd in 2001 effectief benut ? Gelieve het antwoord te specificeren per baanvak : Antwerpen-Aarschot, Aarschot-Tongeren, Tongeren-Montzen, Montzen-Aachen-West.
1. Quel pourcentage de la capacité réservée au transport de marchandises sur cette ligne a-t-il effectivement été utilisé en 2001 ? Pourriez-vous spécifier votre réponse par tronçon : Anvers-Montzen, Aarschot-Tongres, Tongres-Montzen, Montzen-Aix-laChapelle Ouest ?
2. Welke verwachtingen heeft de NMBS in verband met de capaciteit van de « Montzenlijn » de komende tien jaar ?
2. Quelles sont les estimations de la SNCB en ce qui concerne la capacité de la ligne de Montzen pour la prochaine décennie ? ` quels investissements (en francs 2001) la SNCB 3. A a-t-elle procédé en faveur du transport de marchandises sur la ligne de Montzen ? Pourriez-vous spécifier votre réponse par tronçon comme demandé à la première question et en faisant la distinction entre les périodes 1980-1990 et 1990-2000 ?
3. Welke investeringen (in frank 2001) heeft de NMBS ten behoeve van het goederenvervoer gedaan op de « Montzenlijn » ? Gelieve het antwoord te specificeren per baanvak zoals in vraag 1 en opgesplitst voor de perioden 1980-1990 en 1990-2000. 4. In welke investeringen (in euro) voorziet de NMBS ten behoeve van het goederenvervoer op de « Montzenlijn » tussen 2000 en 2010 ? Antwoord :
4. Quels investissements (en euros) la SNCB prévoit-elle de réaliser en faveur du transport de marchandises sur la ligne de Montzen entre 2000 et 2010 ? Réponse :
1 en 2. De heropening van de « IJzeren Rijn » is in de eerste plaats bedoeld om een kortere en snellere reisweg (4 uur winst) te cree¨ren voor de trafieken tussen de Antwerpse haven en het Roergebied plus Noord-Duitsland. De kwestie van al dan niet voldoende capaciteit op de Montzenroute is hierbij slechts van zeer ondergeschikt belang, vermits voor de eerstkomende jaren op deze reisweg geen capaciteitstekort voorzien wordt.
1 et 2. La réouverture du « Rhin de fer » a en premier lieu pour but de mettre en place un itinéraire plus court et plus rapide (avec un gain de 4 heures) pour les trafics entre le port d’Anvers et le bassin de la Ruhr plus l’Allemagne du Nord. Dans cet ordre d’idées, la question de la capacité suffisante ou non de la ligne de Montzen présente un intérêt tout à fait relatif, aucun problème de capacité n’étant prévu sur cet itinéraire dans les prochaines années.
De trafiekevolutie van B-Cargo (de bedrijfseenheid van de NMBS voor het goederentransport) houdt rekening met een aangroei met ongeveer 27 % tussen 2000 en 2010 op vlak van te transporteren tonnen, namelijk van 10,03 miljoen netto ton in 2000 naar 12,81 miljoen netto ton in 2010 (import : van 4,63 naar 4,78 miljoen netto ton, export : van 5,4 naar 7,02 miljoen netto ton). De NMBS verwacht een evenredige jaarlijkse verhoging.
L’évolution du trafic de B-Cargo (le centre d’activités SNCB pour le transport de marchandises) tient compte d’une croissance de quelque 27 % entre 2000 et 2010 sur le plan des tonnages à transporter, soit d’une progression qui passera de 10,03 millions de tonnes nettes en 2000 à 12,81 millions tonnes nettes en 2010 (importations : de 4,63 à 4,78 millions tonnes nettes, exportations : de 5,4 à 7,02 millions tonnes nettes). La SNCB s’attend à une augmentation annuelle en proportion.
3. Daar de infrastructuuruitgaven voor de periode 1980-1990 niet geı¨nformatiseerd zijn, is het onmogelijk cijfers te verstrekken op kort tijdsbestek. In de periode 1991-2000 werden op de beschouwde as werken uitgevoerd voor een totaal bedrag van 3 560 miljoen frank (waarde 2001). Het onderscheid tussen investeringen « goederen » en « reizigers » is hierbij niet te maken. Bovendien voorziet de geı¨nformatiseerde boekhouding met betrekking tot de investeringen niet in een opsplitsing van investeringen per baanvak. Gegevens per
3. Comme les dépenses d’infrastructure pour la période 1980-1990 n’ont pas été informatisées, il n’est pas possible de fournir des chiffres à bref délai. Au cours de la période 1991-2000, des travaux ont été réalisés pour un montant total de 3 560 millions de francs (valeur 2001) sur l’axe en question. Il n’y a pas moyen d’opérer une distinction entre « investissements voyageurs » et « investissements marchandises ». En outre, la comptabilité informatisée en rapport avec les investissements ne prévoit pas de répartition des inves-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14339
baanvak zoals gevraagd kunnen dus niet gegeven worden.
tissements par tronçon. Il n’est donc pas possible de fournir des données par tronçon comme demandé.
4. In het voorgestelde 12-jareninvesteringsplan 2001-2012 is een bedrag ingeschreven van ongeveer 190 miljoen euro voor vernieuwing van de infrastructuur (behoud van de capaciteit) op de beschouwde as. Deze investeringen komen ook het reizigersverkeer ten goede.
4. Dans la proposition de plan pluriannuel d’investissements 2001-2012, un montant d’environ 190 millions d’euros est inscrit en vue du renouvellement de l’infrastructure (maintien de la capacité) sur l’axe visé. Ces investissements profitent également au transport de voyageurs.
DO 2001200200547
DO 2001200200547
Vraag nr. 580 van de heer Joos Wauters van 24 januari 2002 (N.) :
Question no 580 de M. Joos Wauters du 24 janvier 2002 (N.) :
NMBS. — Dienstregelingen op 24 en 31 december 2001.
SNCB. — Horaires des 24 et 31 décembre 2001.
« Wij vernemen dat de NMBS op 24 en 31 december 2001 wil overschakelen op zondagdienstregeling. Wij begrijpen dat er op deze dagen veel minder reizigers zullen zijn. Wij begrijpen ook dat dit voor het personeel kan tegemoetkomen aan hun sociaal en familiaal leven. Wij gunnen ook aan het personeel vrije dagen en momenten op de genoemde data. In vele andere bedrijven zal dit het geval zijn. De zondagregeling lijkt ons een aanvaardbare oplossing ». Dit was onze vaststelling begin december 2001.
«Nous apprenons que la SNCB veut appliquer l’horaire du dimanche les 24 et 31 décembre 2001. Nous sommes conscients que le nombre de voyageurs sera beaucoup moins élevé à ces dates. Nous comprenons également que cette mesure puisse rencontrer les demandes du personnel en matière de vie sociale et familiale. Nous pouvons admettre que le personnel puisse bénéficier de jours de congé ou de certaines facilités aux dates mentionnées. Ce sera le cas dans de nombreuses autres entreprises. L’application de l’horaire du dimanche nous semble constituer une solution acceptable.» Telle était notre position au début décembre 2001.
Er doet zich in dergelijke situaties echter een probleem voor op die lijnen waar er geen zondagregeling en/of weekendregeling is voorzien. Deze lijnen worden dan totaal niet bediend. Onze doelstelling is toch een basismobiliteit te garanderen voor alle personen en in het bijzonder voor hen die aangewezen zijn op het openbaar vervoer. Ook op deze geciteerde momenten moet dit een recht zijn.
L’application d’un tel système pose toutefois problème sur les lignes pour lesquelles aucun horaire du dimanche ou du week-end n’est prévu. Dans ce cas, en effet, les lignes en question ne sont pas du tout desservies. Or, notre objectif consiste à garantir une mobilité de base pour tous et en particulier pour ceux qui dépendent des transports en commun. Ce droit doit continuer à exister aux dates précitées.
1. Was u op de hoogte van de dienstregelingen voor 24 december en 31 december 2001 ?
1. Aviez-vous connaissance des horaires prévus pour les 24 et 31 décembre 2001 ?
2. Op hoeveel lijnen waar geen zondagdienst is voorzien hebben er geen treinen gereden ?
2. Sur combien de lignes ou` aucun service du dimanche n’est prévu les trains n’ont-ils pas roulé ?
3. Zijn er extra voorzieningen getroffen voor sommige lijnen ?
3. Des dispositions spéciales ont-elles été prises pour certaines lignes ?
4. a) Kan de NMBS deze maatregelen nemen op basis van het beheerscontract ?
4. a) Le contrat de gestion de la SNCB lui permet-il de prendre de telles mesures ?
b) Op welke grond ?
b) Le cas échéant, sur la base de quelles dispositions ?
5. Voorziet u in specifieke regelingen voor dergelijke en analoge situaties ?
5. Prévoyez-vous des régimes spécifiques pour de telles situations ou des situations analogues ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1836
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14340
Antwoord :
Réponse :
1. Ik was op de hoogte van de uurregelingen voor 24 en 31 december, net als de reizigers trouwens.
1. J’étais au courant des horaires des 24 et 31 décembre, de même d’ailleurs que la clientèle.
Inderdaad, werd de eindejaarsbediening trouwens aangekondigd in de informatiedocumenten en -dragers van de NMBS (spoorboekje, affiches, folders, ARIdisk, ...).
En effet, le service de fin d’année avait été annoncé dans les documents et brochures d’information de la SNCB (horaire, affiches, brochures, ARIdisk, ...).
2. Het gaat over vier lijnen, namelijk :
2. Il s’agit de quatre lignes, c’est-à-dire :
— 26 Halle-Brussel-Schuman-(Mechelen);
— 26 Halle-Bruxelles-Schuman-(Malines);
— 52 Antwerpen-Boom-Puurs;
— 52 Anvers-Boom-Puurs;
— 82 Aalst-Burst;
— 82 Alost-Burst;
— 144 Jemeppe-Gembloers.
— 144 Jemeppe-Gembloux.
3. Neen.
3. Non.
4. Ik kan de redenen achter deze keuze begrijpen : een lagere vraag in verband met een gewone maandag en naast een eerder marginaal financieel aspect, de mogelijkheid om de prestaties van bepaalde veelgevraagde personeelscategoriee¨n te verlichten, die veel achterstallige verlofdagen hebben.
4. Je peux comprendre les raisons qui ont mené à ce choix : une demande réduite par rapport à un lundi ordinaire et, outre un aspect financier assez marginal, la possibilité de soulager les prestations de certaines catégories de personnel particulièrement sollicité qui accumulent les jours de congés en retard.
In zijn advies 01/11 uitte het Raadgevend Comité van de gebruikers trouwens zijn principieel akkoord over deze doelstellingen.
Dans son avis 01/11, le Comité consultatif des usagers marquait d’ailleurs son accord de principe avec ces objectifs.
Deze bepaling leeft de voorschriften van het beheerscontract niet na en heeft vooral, wat de inhoud betreft, tot gevolg gehad dat een aantal stations en stopplaatsen vier dagen lang niet werden bediend. Hoewel de clie¨nteel tijdig correcte informatie kreeg, is het duidelijk dat een dergelijke toestand indruist tegen de opdracht van openbare dienst waarvoor de NMBS moet zorgen.
Toutefois cette disposition ne respecte pas le prescrit du contrat de gestion, et surtout, sur le fond, a eu pour effet qu’un certain nombre de gares et points d’arrêt n’ont pas été desservis durant quatre jours. Même si une information correcte a été donnée à temps à la clientèle, il est clair qu’une telle situation va à l’encontre de la mission de service public que la SNCB doit assurer.
De voornamelijk sociale doeleinden van deze maatregel zijn voorzeker lofwaardig, maar het gaat om een probleem in verband met het intern beheer van de NMBS, die in geen geval de dienstverlening aan de treingebruikers mag beı¨nvloeden.
Les objectifs essentiellement sociaux poursuivis par cette mesure sont certes louables, mais il s’agit d’un problème de gestion interne à la SNCB, qui ne peut en aucun cas interférer sur le service rendu aux usagers du train.
5. Naast het naleven van de voorschriften maakt de toestand die we beleefden op 24 en 31 december 2001 duidelijk dat het noodzakelijk is het openbare dienst van reizigersvervoer beter te omschrijven, zowel voor het weekend als voor speciale dagen. Daarvoor zijn wel niet de middelen die aangewend worden op gewone weekdagen gerechtvaardigd, maar ook volstaat de door de NMBS bedachte « weekendoplossing » niet. Ik poog dat te doen in het derde beheerscontract.
5. Au-delà du respect du prescrit contractuel, la situation que nous avons vécue les 24 et 31 décembre 2001 met en évidence la nécessité de définir mieux le service public de transport de voyageurs, tant pour le week-end que pour des jours spéciaux qui, sans justifier les moyens à mettre en œuvre les jours normaux de semaine, ne peuvent se satisfaire de la « solution » week-end imaginée par la SNCB. Je m’y emploie dans le troisième contrat de gestion.
In het ontwerp dat ik zal voorleggen zullen alle stopplaatsen van het NMBS-net zeven dagen op zeven moeten bediend worden, wat de problemen van 24 en 31 december 2001 ten gronde zal oplossen (in het huidige contract moet het merendeel van de stopplaatsen
Dans le projet que je présenterai, tous les arrêts du réseau de la SNCB devront être desservis sept jours sur sept, ce qui supprimera le fondement même des problèmes des 24 et 31 décembre 2001 (dans le contrat actuel, la grande majorité des arrêts ne doivent être
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14341
slechts vier maal per dag worden bediend, en dan nog uitsluitend tijdens de week).
desservis que quatre fois par jour en semaine uniquement).
Overigens voorziet het ontwerp van het derde beheerscontract in aanmoedigingen voor iedere verbetering van de dienstverlening die de NMBS zou verwezenlijken en die verder gaat dan de vereiste normen en ook in sancties voor niet-verrichte dienstverlening.
Par ailleurs, le projet de troisième contrat de gestion prévoit des incitants pour toute amélioration du service que la SNCB prendrait au-delà des normes requises, ainsi que des sanctions pour non-exécution du service.
DO 2001200200553
DO 2001200200553
Vraag nr. 584 van de heer Jan Mortelmans van 25 januari 2002 (N.) :
Question no 584 de M. Jan Mortelmans du 25 janvier 2002 (N.) :
NMBS. — Percentage treinen in vertraging.
SNCB. — Pourcentage de trains en retard.
Volgens Antoine Martens reden in 2001 91,4 % van de Belgische treinen op tijd, dit wil zeggen dat ze minder dan vijf minuten vertraging hadden. Bovendien worden treinen die vertraging hadden omwille van overmacht, uitvoering van grote investeringsprojecten of veiligheidsredenen, niet meegeteld.
Selon M. Antoine Martens, 91,4 % des trains belges sont arrivés à l’heure en 2001, c’est-à-dire avec moins de cinq minutes de retard. Les trains en retard pour cause de force majeure, d’exécution de grands projets d’investissement ou pour des raisons de sécurité, ne sont pas pris en compte dans ce calcul.
De Nederlandse Spoorwegen hanteren een 3minuten-norm. Ten tweede zegt het percentage treinen in vertraging niets over het percentage reizigers die te laat toekomen. Zo wegen een vertraagde boemeltrein tijdens een namiddag in de provincie Luxemburg en een vertraagde IC-trein tussen Gent en Brussel tijdens het spitsuur even zwaar door in de huidige cijfers, terwijl het aantal vertraagde treinreizigers in de laatste trein beduidend hoger zal liggen.
Les Nederlandse Spoorwegen quant à eux appliquent une norme de 3 minutes. En outre, le pourcentage de trains en retard ne donne aucune indication sur le pourcentage de voyageurs qui arrivent en retard. Si un train omnibus en retard circulant pendant l’aprèsmidi dans la province du Luxembourg et un train IC en retard reliant Gand à Bruxelles à l’heure de pointe pèsent du même poids dans le calcul du pourcentage de trains en retard, le nombre de voyageurs en retard sera sensiblement plus élevé dans le deuxième train.
1. Wat is het percentage treinen in vertraging in 2001 in Belgie¨ wanneer men zoals in Nederland de 3-minuten-norm hanteert ?
1. Quel serait le pourcentage de trains en retard enregistré en 2001 en Belgique si on appliquait la norme néerlandaise des 3 minutes ?
2. Wat is het percentage treinen in vertraging in 2001 in Belgie¨ wanneer men het Nederlandse berekeningssysteem volledig toepast ?
2. Quel serait le pourcentage de trains en retard enregistré en 2001 en Belgique si on appliquait intégralement le système de calcul néerlandais ?
3. Wat is het percentage van passagiers in 2001 in Belgie¨ die te laat op hun bestemming toekomen ?
3. Quel était, en Belgique, le pourcentage de voyageurs arrivés en retard à destination en 2001 ?
4. Wat is het percentage van passagiers in 2001 in Belgie¨ die te laat op hun bestemming toekomen wanneer men de 3-minuten-norm hanteert ?
4. Quel serait, en Belgique, le pourcentage de voyageurs arrivés en retard à destination en 2001 si on appliquait la norme des 3 minutes ?
Antwoord : Het stiptheidspercentage 91,4 % behaald in 2001, is een cijfer zonder neutralisatie waarin alle treinen meegeteld zijn. Overeenkomstig het beheerscontract gesloten tussen de Staat en de NMBS mogen de vertragingen veroorzaakt door derden of door grote investeringswerken geneutraliseerd worden. Met neutralisatie bedraagt het stiptheidspercentage 94,2 %.
Réponse : Le taux de régularité de 91,4 % atteint en 2001 représente un résultat sans neutralisation et qui englobe tous les trains. D’après le contrat de gestion conclu entre l’E´tat et la SNCB, les retards peuvent être neutralisés lorsqu’ils sont causés par des tiers ou d’importants travaux d’investissement. Après neutralisation, le taux de régularité pour 2001 est de 94,2 %.
Vroeger werden alle treinen manueel geregistreerd. Nu gebeuren deze metingen meer en meer elektro-
Dans le passé, tous les trains étaient répertoriés manuellement. Aujourd’hui, ces comptages se font de
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14342
nisch. Elke trein wordt geregistreerd bij aankomst in zijn eindstation. De treinen die door de Noordzuidverbinding rijden worden ook nog eens gemeten in het eerste station van deze verbinding. Per werkdag zijn er ongeveer 3 650 treinen. Dit komt neer op 115 000 tot 120 000 metingen per maand.
plus en plus par voie électronique. Chaque train est enregistré lorsqu’il arrive à destination. Les trains qui empruntent la jonction Nord-Midi font l’objet d’un pointage supplémentaire dans la première gare de cette relation. Environ 3 650 trains circulent par jour ouvrable. Ce qui porte de 115 000 à 120 000 le nombre de comptages réalisés chaque mois.
1 en 2. Het stiptheidspercentage wordt berekend op basis van alle treinen die met maximaal vijf minuten vertraging hun eindbestemming bereiken. De NMBS beschikt niet over statistieken op basis van drie minuten zoals in Nederland. De vijf-minuten-regel is een op Europees niveau algemeen aanvaarde maatstaf om de stiptheid te meten. De stiptheid van de treinen in Belgie¨ is globaal genomen en in vergelijking met de resultaten in andere landen zoals Frankrijk en Duitsland, zeer behoorlijk.
1 et 2. Le pourcentage de régularité est calculé sur la base de l’ensemble des trains qui atteignent leur destination avec tout au plus cinq minutes de retard. La SNCB ne dispose pas de statistiques basées sur trois minutes comme aux Pays-Bas. La règle des cinq minutes est un critère généralement admis au niveau européen pour le calcul de la régularité. Au vu des résultats dans d’autres pays comme la France et l’Allemagne, la régularité des trains en Belgique est globalement très correcte.
3 en 4. Dit cijfer is niet gekend.
3 et 4. Ce chiffre n’est pas connu.
De vraag is evenwel heel pertinent en is me niet ontgaan.
La question est toutefois très pertinente, et ne m’a pas échappé.
Uiteraard is het niet mogelijk de vertraging van « elke reiziger » te meten. Dit is trouwens niet nuttig als aanwijzing om de kwaliteit van de dienstverlening te kunnen meten om de vergoeding van de NMBS door de overheid te beı¨nvloeden bijvoorbeeld. Dit doet evenwel geen afbreuk aan het individuele recht op schadeloosstelling in geval van vertraging, dat in het derde beheerscontract aan bod zal komen.
Il n’est bien évidemment pas possible de compter le retard de « chaque voyageur ». Ceci n’est d’ailleurs pas utile pour calculer un indice susceptible de servir à évaluer la qualité du service pour, par exemple, influencer la rémunération de la SNCB par l’E´tat. Ceci étant dit sans préjudice de la gestion d’un droit individuel à indemnisation en cas de retard subi, qui sera traitée dans le troisième contrat de gestion.
Daarentegen is het wel degelijk mogelijk een objectiveerbare maatregel op te vatten, die berust op het afwegen van de vertraagde treinen volgens hun type en het tijdstip waarop ze rijden. Dit geeft de gemiddelde bezettingsgraad, zodat de vertragingen van de reizigers statistisch worden weerspiegeld. Het werk in die zin moet nog voortgezet worden om te komen tot werkbare resultaten als het technisch gezien mogelijk zal zijn om, dankzij de automatisering van de telling die aan de gang is, een systeem toe te passen.
Il est par contre bien possible de concevoir une mesure objectivable, basée sur la pondération des trains en retard en fonction de leur type et de la plage horaire de circulation, donnant des taux moyens d’occupation, de manière à refléter statistiquement les retards des voyageurs. Les travaux en ce sens doivent encore être poursuivis, pour produire des résultats opérationnels lorsqu’il sera techniquement possible de mettre en pratique un dispositif, graˆce à l’automatisation des comptages qui est en cours de réalisation.
DO 2001200200564
DO 2001200200564
Vraag nr. 586 van de heer Jan Mortelmans van 28 januari 2002 (N.) :
Question no 586 de M. Jan Mortelmans du 28 janvier 2002 (N.) :
NMBS. — Nieuwe treinstellen. — Rookvrije ruimten.
SNCB. — Nouvelles rames. — Espaces non-fumeurs.
De NMBS is niet geneigd om alle treinstellen rookvrij te maken, met andere woorden om de bestaande rookcompartimenten om te bouwen tot rookvrije ruimten. Aan de andere kant zijn naar verluidt geen rookcompartimenten meer aanwezig in de nieuwe dieselstellen.
La SNCB n’est pas encline à faire de toutes ses rames des rames non-fumeurs, c’est-à-dire à transformer les compartiments fumeurs actuels en compartiments non-fumeurs. D’autre part, selon la rumeur, les nouvelles rames diesel ne posséderaient plus de compartiments fumeurs.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14343
Zullen alle nieuwe treinstellen die reeds besteld zijn of in de toekomst worden besteld, volledig rookvrije stellen zijn ?
Toutes les nouvelles rames déjà commandées ou qui le seront à l’avenir seront-elles des rames entièrement non-fumeurs ?
Antwoord : Het koninklijk besluit van 15 mei 1990 verbiedt het roken op bepaalde openbare plaatsen die zich binnen inrichtingen of gebouwen bevinden. Deze tekst is dus niet van toepassing op het reizigersmaterieel.
Réponse : L’arrêté royal du 15 mai 1990 interdit de fumer dans certains lieux publics à l’intérieur d’institutions ou de baˆtiments. Ce texte ne s’applique donc pas au matériel voyageurs.
De NMBS is niettemin gevoelig voor de bekommernis van de wetgever aangaande de bescherming van de openbare gezondheid. Haar keuzes worden versterkt door het gegeven dat een zeker aantal rokers zelf niet wenst te roken tijdens een treinrit en op eigen initiatief plaatsneemt in niet-rokers-afdelingen.
La SNCB est néanmoins sensible à la préoccupation du législateur en matière de protection de la santé publique. Ses choix se trouvent confortés par le fait qu’un certain nombre de fumeurs ne souhaitent pas fumer au cours du trajet et prennent spontanément place dans les compartiments non-fumeurs.
Het percentage plaatsen voor rokers zal nog dalen ten opzichte van het huidig materieel.
Le pourcentage de places réservées aux fumeurs continuera dès lors de baisser par rapport au matériel actuel.
Verder is het ook zo dat de goedkeuring van een totaal rookverbod aan de gang is.
Ceci dit, un projet de loi visant à une interdiction totale de fumer est en cours d’adoption.
Het spreekt vanzelf dat de NMBS zich aan de wetgeving zal houden.
Il va de soi que la SNCB se conformera à la législation.
In de nieuwe dubbeldekrijtuigen (M6) die vanaf mei 2002 in dienst worden genomen, is een beperkt aantal plaatsen ingericht voor rokers, namelijk 17 % in eerste klas en 5 % in tweede klas. Ook in het toekomstig materieel (GEN-materieel, ...) zal wellicht een beperkt aantal plaatsen voor rokers worden aangeboden. De nieuwe dieselmotorwagens zijn evenwel volledig rookvrij.
Dans les nouvelles voitures à deux niveaux (M6) qui seront mises en service à partir de mai 2002, un nombre limité de places sont réservées aux fumeurs, à savoir 17 % en première classe et 5 % en deuxième classe. De même, dans le futur matériel (matériel RER, ...), il sera sans doute prévu un nombre limité de places pour les fumeurs. Quant aux nouvelles automotrices diesel, elles sont totalement dépourvues de places fumeurs.
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Volksgezondheid
Santé publique
DO 2001200200724
DO 2001200200724
Vraag nr. 428 van mevrouw Yolande Avontroodt van 21 februari 2002 (N.) :
Question no 428 de Mme Yolande Avontroodt du 21 février 2002 (N.) :
Nationale Commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking.
Commission nationale pour l’évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l’interruption de grossesse.
De Nationale Commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking werd opgericht krachtens de wet van
La commission nationale pour l’évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l’interruption de grossesse a été créée en vertu de la loi du 13 aouˆt 1990 et doit
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14344
13 augustus 1990 en moet tweejaarlijks verslag uitbrengen aan het Federaal Parlement. De nationale commissie werd geı¨nstalleerd in 1991. Momenteel wordt in de commissie voor de Sociale Aangelegenheden van de Senaat het vijfde verslag van de nationale commissie besproken.
présenter tous les deux ans un rapport au Parlement fédéral. La commission nationale a été installée en 1991. Le cinquième rapport de la commission nationale est actuellement examiné en commission des Affaires sociales du Sénat.
De nationale commissie bestaat uit 16 leden die, op grond van hun kennis en ervaring, voor een periode van 4 jaar aangesteld worden. Het lidmaatschap van de commissie is onverenigbaar met het mandaat van lid van één van de wetgevende vergaderingen en met het mandaat van lid van de regering of van een executieve.
La commission nationale se compose de 16 membres qui sont engagés pour une période de 4 ans sur la base de leur connaissance et expérience. La qualité de membre de la commission est incompatible avec un mandat de membre d’une des assemblées législatives et avec un mandat de membre du gouvernement ou d’un exécutif.
Zwangerschapsafbreking is een materie die politiek gezien op twee niveaus wordt geregeld : op federaal niveau wordt het algemeen normerend kader uitgewerkt terwijl de gemeenschappen en de gewesten bevoegd zijn voor de preventie en de praktijk terzake. Er werd in het verleden reeds meermaals voorgesteld om het tweejaarlijks verslag van de nationale commissie niet enkel aan het Federaal Parlement voor te stellen maar ook aan de regionale parlementen.
L’interruption de grossesse constitue une matière qui, sur le plan politique, est réglée à deux niveaux : le cadre normatif général est élaboré au niveau fédéral, tandis que les communautés et les régions sont compétentes en ce qui concerne la prévention et la pratique. Par le passé, il a déjà été suggéré à plusieurs reprises que le rapport bisannuel de la commission nationale ne soit pas uniquement présenté au Parlement fédéral, mais également aux parlements régionaux.
1. Op 25 oktober 2000 was er op initiatief van de minister een interministerie¨le conferentie waarop ook de gemeenschappen uitgenodigd waren. Kan u het resultaat van deze bijeenkomst meedelen ?
1. Une conférence interministérielle a été organisée à l’initiative du ministre le 25 octobre 2000. Les communautés y étaient également conviées. Pouvezvous nous communiquer le résultat de cette réunion ?
2. Is het, gezien de deels geregionaliseerde materie, niet aan te bevelen om de Nationale Commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking uit te breiden met deskundigen uit de gemeenschappen die ervaring hebben op het vlak van preventiecampagnes ?
2. S’agissant d’une matière partiellement régionalisée, ne s’indiquerait-il pas d’élargir la Commission nationale pour l’évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l’interruption de grossesse à des experts des communautés disposant d’une expérience dans le domaine des campagnes de prévention ?
3. Is het niet aan te bevelen om het tweejaarlijks verslag van de nationale commissie niet alleen aan het Federale Parlement maar eveneens aan de regionale parlementen te rapporteren ?
3. Ne s’indiquerait-il pas également de soumettre le rapport bisannuel de la commission nationale non seulement au Parlement fédéral, mais également aux parlements régionaux ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
1. De aanwezige leden (ministers Aelvoet, Vandenbroucke, Vogels, Detienne, Maréchal, Niessens, Chabert en Gosuin) gingen tijdens de interministerie¨le conferentie (IMC) van 25 oktober 2000 akkoord, om, ten gevolge van de aanbevelingen van de Nationale Commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking in haar verslag 2000, een werkgroep op te richten die de problematiek van anticonceptie bij jongeren bestudeert en voorstellen formuleert.
1. Les membres présents (les ministres Aelvoet, Vandenbroucke, Vogels, Detienne, Maréchal, Niessen, Chabert et Gosuin) se sont mis d’accord lors de la conférence interministérielle (CIM) du 25 octobre 2000, suite aux recommandations de la Commission d’évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l’interruption de grossesse dans son rapport 2000, sur la création d’un groupe de travail qui planche sur la problématique de la contraception chez les jeunes et formule des propositions.
De minister van het Waalse Gewest, de heer Detienne, vroeg om de problematiek van de financie¨le toegankelijkheid tot contraceptiva te behandelen in de werkgroep.
Le ministre de la Région wallonne, M. Detienne, avait alors demandé que le problème de l’accès financier aux contraceptifs soit traité par le groupe de travail.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14345
Ondertussen heeft deze werkgroep haar werkzaamheden bee¨indigd. De door haar uitgewerkte voorstellen werden goedgekeurd tijdens de IMC van 11 december 2001. De IMC benadrukt dat alle voorgestelde maatregelen dienen gekadert te worden binnen een globaal strategisch plan dat ongeplande zwangerschappen bij jongeren wil terugdringen. De aanbevelingen hebben betrekking op zowel federale als regionale bevoegdheden. Daarbij wordt de nadruk gelegd op gezondheidszorg, onderwijs, maatschappelijk welzijnswerk en jeugdwerk.
Le groupe de travail a actuellement mis fin à ses réunions. Ses propositions ont été approuvées lors de la CIM du 11 décembre 2001. La CIM insiste pour que toutes les mesures présentées soient encadrées en un plan stratégique global qui aurait pour but de diminuer le nombre des grossesses non désirées chez les jeunes. Les recommandations concernent aussi bien les autorités fédérales que communautaires. De plus, l’accent est mis sur les soins de santé, l’enseignement, l’aide sociale à la santé et l’aide à la jeunesse.
De IMC stelt dat de keuze voor een bepaalde contraceptiemethode in principe bij de jongere zelf ligt. De ministers gaan uit van de visie dat het gebruik van voorbehoedsmiddelen, enerzijds, en middelen om zich te beschermen tegen seksueel overdraagbare aandoeningen en HIV, anderzijds, twee preventieve maatregelen zijn die noodzakelijkerwijs samengaan. De idee van dubbele bescherming (condoom en betrouwbaar voorbehoedmiddel) staat steeds voorop bij de uitwerking van concrete maatregelen.
La CIM propose que le choix d’une contraception revienne en principe au jeune. Les ministres sont d’avis que les moyens contraceptifs, d’une part et, d’autre part, les moyens de se prémunir contre les maladies sexuellement transmissibles et le HIV fassent l’objet de deux réglementations préventives distinctes qui se rejoignent obligatoirement. L’idée d’une double protection (préservatif et contraceptif fiable) devra toujours figurer dans l’élaboration de mesures concrètes.
De interministerie¨le werkgroep zal geregeld bijeenkomen om de voorgestelde maatregelen uit te voeren en indien nodig, protocolakkoorden op te stellen.
Le groupe de travail interministériel se réunira régulièrement afin de mettre à exécution les mesures proposées et, si nécessaire, d’élaborer un protocole d’accord.
2. Ik ben in principe akkoord met een uitbreiding met deskundigen uit gemeenschappen met ervaring op het vlak van preventiecampagnes. Wel moet er voor gezorgd worden dat de Evaluatiecommissie niet té uitgebreid wordt om nog efficie¨nt te kunnen werken.
2. Je suis en principe favorable à un élargissement aux instances communautaires ayant l’expérience des campagnes de prévention. Il faut pourtant veiller à ne pas élargir la Commission d’évaluation afin qu’elle puisse continuer à travailler efficacement.
3. Ik heb er geen bezwaar tegen dat het tweejaarlijks verslag ook aan de regionale parlementen wordt bezorgd.
3. Je ne vois aucune objection à ce que le rapport bisannuel soit adressé aussi aux parlements régionaux.
DO 2001200200744
DO 2001200200744
Vraag nr. 430 van mevrouw Anne-Mie Descheemaeker van 25 februari 2002 (N.) :
Question no 430 de Mme Anne-Mie Descheemaeker du 25 février 2002 (N.) :
Navelstrengbloed. — Commercialisering.
Sang prélevé sur le cordon ombilical. — Commercialisation.
Meer dan een jaar geleden heb ik de praktijken van een bepaald bedrijf aangeklaagd. Voor 1 000 euro bewaart dit commercieel bedrijf het navelstrengbloed van een kind op naam, om diens leven te redden (?), mochten er later leukemie of verwante bloedziekten optreden.
J’ai dénoncé les pratiques d’une société déterminée il y a plus d’un an. Moyennant paiement de 1 000 euros, cette société commerciale conserve le sang ombilical d’un nouveau-né au nom de l’enfant, afin que ce sang puisse plus tard permettre de sauver la vie (?) de celui-ci s’il devait être atteint de leucémie ou de quelqu’autre maladie du sang.
Dit ingevroren bloed is rijk aan stamcellen, maar verliest zijn grootste nut — namelijk zoveel mogelijk levens helpen of redden — als het enkel bewaard wordt voor eventueel eigen gebruik.
Le sang ombilical, qui est congelé, est extrêmement riche en cellules souches, mais il perd son utilité première, à savoir sa capacité de sauver des vies ou d’améliorer la qualité de vie de malades, s’il est conservé exclusivement en vue d’un usage personnel éventuel.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14346
De bestaande niet-commercie¨le navelstrengbloedbanken spannen zich al jaren in, via caritatieve acties, om gratis navelstrengbloed in te zamelen en te bewaren, en ze protesteren dan ook met klem tegen de commercialisering van menselijke weefsels.
Les banques de sang ombilical non commerciales existantes s’efforcent, depuis des années et d’une manière non lucrative, de collecter et de conserver du sang de cordon ombilical, sous la forme d’actions de charité; aussi protestent-elles avec vigueur contre la commercialisation des tissus humains.
Intussen pleit ook de Hoge Gezondheidsraad duidelijk voor een verbod op handel in navelstrengbloed.
Quant au Conseil supérieur d’hygiène, il plaide clairement en faveur d’une interdiction pure et simple du commerce de sang ombilical.
1. Welke maatregelen zijn genomen om de commercialisering te verbieden ?
1. Quelles mesures a-t-on prises afin d’interdire cette commercialisation ?
2. Welke normen zijn uitgevaardigd voor navelstrengbloed betreffende :
2. Quelles sont les normes applicables au sang ombilical en ce qui concerne :
a) collecte;
a) sa collecte;
b) transport;
b) son transport;
c) behandeling;
c) son traitement;
d) bewaring;
d) sa conservation;
e) traceerbaarheid;
e) sa traçabilité;
f) databank;
f) une banque de données;
g) controle ?
g) le controˆle ?
3. Ik ben zo vrij te verwijzen naar het wetsvoorstel nr. 1145/1 van 13 maart 2001, dat ertoe strekt « navelstrengbloed » toe te voegen aan de bestaande wet van 13 juni 1986 betreffende het wegnemen en transplanteren van organen, en van de wet van 5 juli 1994 betreffende bloed en bloedderivaten van menselijke oorsprong (Parl. St., Kamer, 2000-2001, nr. 1145/1).
3. Je me permets de me référer à la proposition de loi no 1145/1 du 13 mars 2001, qui tend à insérer la notion de « sang du cordon ombilical » à la loi du 13 juin 1986 sur le prélèvement et la transplantation d’organes, ainsi qu’à la loi du 5 juillet 1994 relative au sang et aux dérivés du sang d’origine humaine (Doc. parl., Chambre, 2000-2001, no 1145/1).
Antwoord : Op uw vraag betreffende de maatregelen die genomen zijn om de commercialisering te verbieden, meen ik uit uw inleiding te mogen afleiden dat u in het bijzonder de commercialisering van stamcellen afkomstig van navelstrengbloed bedoelt.
` la question de savoir quelles mesures Réponse : A ont été prises pour interdire la commercialisation de sang de cordon, je pense pouvoir déduire de votre préambule, que vous visez en particulier la commercialisation de cellules souches provenant du sang de cordon ombilical.
Het is inderdaad zo dat mijn diensten klacht hebben ingediend in februari 2001 bij de procureur des Konings te Mechelen tegen een firma die stamcellen bewaart afkomstig van navelstrengbloed volgens een overeenkomst met de ouders, waarin duidelijk bepaald staat dat de stamcellen op naam van de eigenaar worden bewaard en te allen tijde eigendom blijven van de eigenaar, uitgezonderd in geval van nietbetaling. Gebruik ten gunste van iedere andere natuurlijke persoon zou, uitgezonderd in geval van nietbetaling, slechts mogelijk zijn na voorafgaand aangetekend verzoek van de eigenaar van de betreffende stamcellen of zijn wettelijke vertegenwoordiger. In de brochure bestemd voor de ouders staat bovendien vermeld dat de diepgevroren stamcellen op elk moment zonder bijkomende kosten kunnen opgevraagd worden door de ouders of voogd bij de kwestieuze firma.
Mes services ont en effet introduit, en février 2001, une plainte auprès du procureur du Roi de Malines, à l’encontre d’une firme qui conserve des cellules souches de sang de cordon dans le cadre d’un accord avec les parents, stipulant clairement que les cellules souches sont conservées au nom du propriétaire et demeurent, quoi qu’il arrive, la propriété exclusive du propriétaire, sauf en cas de non-paiement. Toute autre personne physique ne pourrait bénéficier de ces cellules que sur requête préalable recommandée du propriétaire ou de son représentant légal, sauf en cas de nonpaiement. De plus, dans la brochure destinée aux parents, il est précisé que les parents ou tuteur peuvent à tout moment, sans frais supplémentaires, réclamer les cellules souches congelées auprès de la firme en question.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14347
Mijn diensten en ikzelf namen vooral aanstoot aan het feit dat door betaling een recht zou ontstaan op bezit van stamcellen afkomstig van navelstrengbloed voor een welbepaalde persoon, daar waar stamcellen van navelstrengbloed levensreddend kunnen zijn voor om het even welke persoon die op een bepaald ogenblik een bepaald type stamcellen nodig heeft dat opgeslagen is in een navelstrengbloedbank.
Mes services et moi-même avons surtout été choqués du fait que, moyennant le versement d’une somme d’argent, une personne en particulier puisse avoir le droit de disposer de cellules souches de sang de cordon, là où ces cellules peuvent à un moment donné sauver la vie de toute personne ayant besoin d’un type précis de cellules souches enregistré dans une banque de sang de cordon.
Het solidariteitsprincipe van onze gezondheidszorg wordt bovendien nog op een ander vlak doorbroken : wie kan betalen laat het navelstrengbloed van zijn kind invriezen, anderen blijven in de kou staan. Aldus wordt een geneeskunde met twee snelheden gedoogd (Kamer van volksvertegenwoordigers, 13 maart 2001, wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 13 juni 1986 betreffende het wegnemen en transplanteren van organen en van de wet van 5 juli 1994 betreffende bloed en bloedderivaten van menselijke oorsprong).
Un autre exemple d’atteinte au principe de solidarité sur lequel se fonde notre système de soins de santé, est que ceux qui en ont les moyens font congeler une quantité de sang de cordon de leur enfant, tandis que les autres sont laissés pour compte. En autorisant de telles pratiques, on tolère l’existence d’une médecine à deux vitesses (Chambre des représentants, 13 mars 2001, proposition de loi modifiant la loi du 13 juin 1986 sur le prélèvement et la transplantation d’organes et la loi du 5 juillet 1994 relative au sang et aux dérivés du sang d’origine humaine).
Ik wil hier niet uitweiden over de andere nadelen van een commercie¨le navelstrengbloedbank, omdat een en ander reeds uitvoerig aan bod kwam bij de bespreking van het wetsvoorstel door uzelf, door mevrouw Michèle Gilkinet en de heer Joos Wauters op 13 maart 2001.
Je ne m’étendrai pas ici sur les autres inconvénients d’une banque commerciale de sang de cordon, ceux-ci ayant été largement évoqués par Mme Michèle Gilkinet, M. Joos Wauters et vous-même lors de l’examen de ladite proposition de loi le 13 mars 2001.
Ook heb ik in mijn antwoord van december 2001 op de vraag om uitleg nr. 2-621 van de heer Jan Remans inzake navelstrengbloedbanken (Senaat) reeds aangekondigd dat ik de regelgeving betreffende navelstrengbloedbanken wil onderbrengen in de wetgeving betreffende de weefselbanken.
De même, dans ma réponse à la demande d’explications no 2-621 de M. Jan Remans de décembre 2001 concernant les banques de sang de cordon (Sénat), j’avais déjà annoncé mon intention de grouper la réglementation en matière de banques de sang de cordon sous celle des banques de tissus.
De problematiek van de navelstrengbloedbanken is immers niet nieuw : ik verwees er reeds naar in mijn antwoord op de vraag nr. 241 van mevrouw Burgeon van 23 januari 2001.
En effet, la problématique des banques de sang du cordon ombilical n’est pas neuve : j’y avais déjà fait allusion dans ma réponse à la question no 241 de Mme Burgeon du 23 janvier 2001.
Gezien de voormelde gerechtelijke stappen dient nu vooral de autologe afname, de bereiding en de bewaring van cellen en weefsels voor preventieve doeleinden met uitgesteld karakter met het oog op een eventuele aflevering en een autoloog gebruik indien de op het ogenblik van de afname gezonde donor later een ernstige aandoening of deficie¨ntie zou ontwikkelen, gereglementeerd te worden.
Aujourd’hui, vu les mesures juridiques précitées, il convient avant tout de réglementer le prélèvement autologue, la préparation et la conservation de cellules et tissus à des fins préventives d’intention différée en vue d’une éventuelle délivrance et d’une utilisation autologue dans le cas où le donneur, sain au moment du prélèvement, développerait une affection ou déficience grave.
In het ontwerp van koninklijk besluit dat thans voorbereid wordt binnen mijn diensten moet iedere weefselbank door de minister erkend worden na rapport van de bevoegde dienst en na advies van de Hoge Gezondheidsraad. Deze erkenning moet de weefsels en de activiteiten (het wegnemen, het bereiden — waaronder het verwerken —, het bewaren, het invoeren, het distribueren, het vervoeren en het afleveren) van weefsels vermelden waarvoor een bank specifiek erkend is, met als doel de autologe of allogene transplantatie ervan.
Mes services préparent à l’heure actuelle un projet d’arrêté royal en vertu duquel toute banque de tissus devra être agréée par le ministre après un rapport du service compétent et après l’avis du Conseil supérieur d’hygiène. Cet agrément devra mentionner les tissus ainsi que les activités (le prélèvement, la préparation — y compris la transformation —, la conservation, l’importation, la distribution, le transport et la délivrance) des tissus pour lesquels une banque est spécifiquement agréée, en vue de leur transplantation autologue ou allologue.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1837
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14348
In het voormelde ontwerp staat duidelijk dat elk gebruik van weefsels voor preventieve doeleinden met uitgesteld karakter wordt verboden, alsook elke discriminatie ten voordele van een bepaalde persoon of een bepaalde groep personen in verband met de toegang tot de therapeutische mogelijkheden van weefsels van menselijke oorsprong, elke vorm van publiciteit en het nastreven van een winstoogmerk.
Ce même projet interdit clairement l’utilisation de tissus à des fins préventives d’intention différée, ainsi que toute discrimination visant à avantager une personne ou un groupe de personnes dans l’accès aux possibilités thérapeutiques des tissus d’origine humaine, toute forme de publicité et la poursuite d’un but lucratif.
Wat betreft uw tweede vraag verwijs ik eveneens naar het voornoemde ontwerp, waaruit ik afleid dat :
En réponse à votre deuxième question, je ferai également référence au projet susmentionné, duquel je retiendrai les informations suivantes :
1) de erkenning zal worden verleend aan instellingen zonder winstoogmerk;
1) les organismes sans but lucratif seront agréés;
2) alvorens een beslissing te nemen in verband met de erkenning van een navelstrengbloedbank een controle wordt georganiseerd door de bevoegde dienst en het advies wordt gevraagd van de Hoge Gezondheidsraad;
2) une décision portant sur l’agrément d’une banque de sang de cordon ombilical devra être précédée d’un controˆle de l’organisme organisé par le service compétent, et de l’avis du Conseil supérieur d’hygiène;
3) de minister modaliteiten kan bepalen voor het indienen van de erkenningsaanvraag en van elke wijziging alsook die betreffende het bekendmaken van de beslissing tot het verlenen of het intrekken van een erkenning;
3) le ministre pourra déterminer des modalités d’introduction des demandes d’agréation et de toute modification, de même que celles relatives à la notification de la décision d’octroi ou de retrait d’agréation;
4) de navelstrengbloedbank moet, rekening houdend met de aard van de weefsels, beschikken over voldoende en bevoegd personeel, de nodige lokalen, materialen en apparatuur, over een aangepaste controle van de omgeving, en een systeem van kwaliteitscontrole oprichten, om de kwaliteit en de sanitaire veiligheid van de weefsels te kunnen waarborgen alsook om alle activiteiten vanaf het wegnemen van weefsels tot en met het afleveren met het oog op hun therapeutisch gebruik als allogreffe of autogreffe te kunnen verzekeren;
4) la banque de sang de cordon ombilical devra, en tenant compte de la nature des tissus, disposer du personnel suffisant et compétent, des locaux, du matériel et de l’appareillage nécessaires, d’un controˆle adéquat de l’environnement et mettre en œuvre un système d’assurance qualité, permettant de garantir la qualité et la sécurité sanitaire des tissus et d’assurer l’exécution de toutes les activités depuis le prélèvement des tissus jusques et y compris la délivrance visant à leur usage thérapeutique comme allogreffe ou autogreffe;
5) de navelstrengbloedbank moet ethische voorwaarden opstellen en de eerbiediging ervan kunnen aantonen;
5) la banque de sang de cordon devra mettre en œuvre des conditions éthiques et pouvoir en justifier le respect;
6) de navelstrengbloedbank moet voorwaarden inzake sanitaire veiligheid van de weefsels, waarvoor ze erkend is, opstellen en de eerbiediging ervan kunnen aantonen. De navelstrengbloedbank moet zich onder andere ervan vergewissen dat de weefsels waarover ze beschikt de onontbeerlijke onderzoeken ondergaan hebben om hun klinische bruikbaarheid te bepalen alsook de nodige kwaliteitscontroles vast te stellen dat ze geen kenmerken vertonen waarvan kan worden vermoed dat hun gebruik als allogreffe of autogreffe voor de receptor schadelijk zou kunnen zijn. Tevens moet de navelstrengbloedbank beschikken over een systeem van traceerbaarheid van de weefsels. De navelstrengbloedbank kan activiteiten, die een geavanceerde technologie vereisen in verband met een gedeelte van het bereidings-, verwerkings- en/
6) la banque de sang de cordon devra mettre en œuvre et pouvoir justifier le respect des conditions de sécurité sanitaire des tissus pour lesquels elle a été agréée. La banque de sang de cordon devra notamment s’assurer que les tissus dont elle dispose ont subi les examens indispensables à déterminer leur valeur clinique ainsi que les controˆles de qualité nécessaires permettant d’établir qu’ils ne présentent aucun indice faisant préjuger que leur utilisation comme allogreffe ou autogreffe pourrait nuire au receveur. La banque de sang de cordon devra en outre disposer d’un système de traçabilité des tissus. La banque de sang de cordon ombilical pourra sous-traiter à un autre organisme (banque de tissus agréée ou organisme dûment autorisé) des activités requérant une haute technicité concernant une partie du processus de préparation, de trans-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14349
of bewaringsproces van de weefsels, waarvoor ze toelating gekregen heeft, aan een andere instelling (erkende weefselbank of toegelaten instelling) in onderaanneming geven. Deze in onderaanneming gegeven activiteiten welke nog steeds onder de verantwoordelijkheid van de verantwoordelijke geneesheer van de navelstrengbloedbank vallen, moeten gevalideerd worden en een op zijn minst gelijkwaardige graad van kwaliteitscontrole en veiligheid bieden. Ze moeten bovendien terdege toegelaten worden. De navelstrengbloedbank meldt deze onderaanneming aan de bevoegde diensten, die desgevallend het advies van de Hoge Gezondheidsraad kunnen inwinnen. Voor de evaluatie van de conformiteit met de vereisten die op hen van toepassing zijn, moeten de navelstrengbloedbanken zich houden aan de door de Hoge Gezondheidsraad opgestelde en bijgewerkte kwaliteitsnormen;
formation et/ou de conservation des tissus pour lesquels elle est autorisée. Ces activités soustraitées resteront sous la responsabilité du médecin directeur de la banque de sang de cordon et devront être validées et offrir un degré d’assurance qualité et de sécurité au moins équivalents. Elles devront en outre être dûment autorisées. La banque de sang de cordon ombilical notifiera cette sous-traitance aux services compétents lesquels pourront demander, le cas échéant, l’avis du Conseil supérieur d’hygiène. Pour l’évaluation de la conformité aux exigences qui leur sont applicables, les banques de sang de cordon ombilical devront se conformer aux standards de qualité établis et mis à jour par le Conseil supérieur d’hygiène;
7) de leiding en de organisatie van de navelstrengbloedbank wordt toevertrouwd aan een bij naam aangeduide geneesheer, die verantwoordelijk is voor het algemeen medisch beleid ervan, voor de betrokken procedures alsook voor de uitwerking van een systeem van kwaliteitscontrole, aangepast aan de weefsels. Deze geneesheer moet over de nodige kennis en ervaring beschikken inzake de activiteiten die worden uitgeoefend door de navelstrengbloedbank, waarvoor hij verantwoordelijk is. Hij dient voldoende tijd te besteden aan de werking van de navelstrengbloedbank. Hij houdt zich op de hoogte van de recentste ontwikkelingen in de medische wetenschap met betrekking tot de activiteiten van de navelstrengbloedbank en geeft die informatie door aan de geneesheren die overgaan tot het wegnemen of het gebruiken van de allogreffen of autogreffen, die hij distribueert. De verantwoordelijke geneesheer moet zich ervan vergewissen dat de competentie van het peroneel van de navelstrengbloedbank op peil blijft en zorgt voor een continue opleiding van het personeel. De verantwoordelijke geneesheer moet zich ervan vergewissen dat bij de oprichting van de navelstrengbloedbank waarvoor hij verantwoordelijk is, de procedures uitgevoerd worden met inachtneming van de regels van goede praktijk en van de bepalingen betreffende de in- en uitvoer. Bovendien moet de verantwoordelijke geneesheer nagaan of de weefsels waarover de bank beschikt geen kenmerken vertonen waarvan kan worden vermoed dat ze, bij gebruik ervan als allogreffe of als autogreffe, schadelijk zouden kunnen zijn voor de receptoren.
7) la direction et l’organisation de la banque de sang de cordon seront confiées à un médecin nommément désigné, qui sera responsable de sa politique médicale générale, des procédures qui la concerneront ainsi que de la mise en place d’un système d’assurance de qualité adapté aux tissus. Ce médecin devra avoir les connaissances et l’expérience nécessaires en ce qui concerne les activités exercées par la banque de sang de cordon dont il sera responsable. Il devra consacrer un temps suffisant au fonctionnement de la banque de sang de cordon. Il se tiendra au courant de l’état le plus récent de la science médicale dans les domaines afférents aux activités de la banque de sang de cordon et il en informera les médecins qui procèdent aux prélèvements ou à l’utilisation des allogreffes ou des autogreffes qu’il distribue. Le médecin directeur devra s’assurer du maintien du niveau de compétence du personnel de la banque de sang de cordon et veillera à la formation continue du personnel. Le médecin directeur d’une banque de sang de cordon devra s’assurer que les procédures de mise en œuvre de la banque de sang de cordon dont il est responsable s’exécuteront dans le respect des règles de bonne pratique et des dispositions concernant l’importation et l’exportation. Il devra aussi vérifier que les tissus dont la banque dispose ne présentent aucun indice faisant préjuger que leur utilisation comme allogreffes ou autogreffe pourrait nuire au receveur.
Bijgevolg zal wat betreft collecte, transport, behandeling, bewaring, traceerbaarheid, databank en controle binnenkort een reglementering tot stand gebracht
Par conséquent, en matière de collecte, transport, traitement, conservation, traçabilité, banque de données et controˆle, une réglementation sera mise en place
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14350
worden die ervoor zal zorgen dat stamcellen van navelstrengbloed op een veilige manier beschikbaar kunnen gesteld worden aan al wie daaraan nood heeft.
sous peu et veillera à ce que les cellules souches de sang de cordon ombilical puissent en toute sécurité être mises à la disposition de tous ceux qui en auront besoin.
DO 2001200200750
DO 2001200200750
Vraag nr. 431 van mevrouw Michèle Gilkinet van 25 februari 2002 (Fr.) :
Question no 431 de Mme Michèle Gilkinet du 25 février 2002 (Fr.) :
Nieuwe federale bepalingen tot regeling van de demarches die moeten worden gedaan voor de behandeling met een nieuw, in Belgie¨ nog niet erkend geneesmiddel.
Existence de nouvelles dispositions fédérales régissant les démarches à effectuer pour bénéficier d’un nouveau médicament, pas encore agréé par la Belgique.
Volgens de inlichtingen waarover ik beschik konden patie¨nten die aan een ernstige ziekte lijden tot voor kort worden behandeld met nieuwe nog niet in Belgie¨ erkende geneesmiddelen, op voorwaarde dat die al op een wettige wijze in de buurlanden werden verkocht. Daartoe moest de behandelende arts enkel een dossier ter attentie van het ziekenfonds samenstellen.
D’après mes informations, jusqu’il y a peu, un patient atteint d’une maladie grave, pourrait bénéficier du traitement de nouveaux médicaments pas encore agréés par la Belgique, pour autant que ceux-ci soient déjà vendus légalement dans les pays frontaliers. Pour ce faire, le médecin du malade devrait simplement remplir un dossier destiné à la mutuelle.
Ik heb echter vernomen dat recentelijk nieuwe federale bepalingen zouden zijn aangenomen, krachtens welke dienaangaande thans omslachtige en lastige demarches zouden worden opgelegd, die zoveel tijd in beslag nemen dat het leven van bepaalde patie¨nten, die al in een kritieke toestand verkeren, in gevaar dreigt te komen.
Or, j’ai appris que, récemment, de nouvelles dispositions fédérales auraient été adoptées et imposeraient aujourd’hui de fastidieuses et douloureuses démarches dont la durée risquerait de mettre en danger la vie de certains patients, déjà dans un état critique.
Voortaan zou de patie¨nt, hoe lang ook hij nog te leven heeft, eerst voor een commissie van 4 artsen (twee Nederlandstaligen en twee Franstaligen) moeten verschijnen, terwijl hij vroeger door één enkele arts diende te worden onderzocht.
` savoir que désormais, le malade, quelle que soit la A durée de vie qui lui reste, devrait d’abord être soumis à une commission de 4 médecins (deux francophones et deux flamands), là ou` auparavant il en fallait un.
Bovengenoemde artsen zouden de onderzoeken die al door de behandelende arts werden uitgevoerd nog eens moeten overdoen; in sommige gevallen gaat het om zeer pijnlijke tests, zoals ruggenmergpuncties bij kankerpatie¨nten, bijvoorbeeld.
Ceux-ci seraient chargés de refaire les tests déjà effectués par le médecin traitant; des tests parfois très douloureux à subir, notamment lorsqu’il s’agit de prélèvement de la moelle, lors d’un cancer par exemple.
1. Kan u dat alles bevestigen ?
1. Pouvez-vous confirmer cela ?
Ik heb nog geen officie¨le informatie over die nieuwe procedure ontvangen, maar mochten die inlichtingen kloppen, dan zijn de mogelijke gevolgen ervan zeer onrustwekkend. Sommige patie¨nten zouden verscheidene maanden moeten wachten alvorens de vereiste toestemming te krijgen om met nieuwe geneesmiddelen te worden behandeld, terwijl het in sommige gevallen hun enige kans is om te overleven. Ik twijfel er niet aan dat het voor elk geval belangrijk is na te gaan of het al dan niet noodzakelijk is, bij wijze van uitzondering, een behandeling toe te passen die nog niet in Belgie¨ is erkend. Het mag echter niet zo zijn dat de omslachtige procedure in dringende gevallen de overlevingskansen van de patie¨nt in gevaar brengt ...
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
Jusqu’ici aucune information officielle ne m’est parvenue sur cette nouvelle procédure, mais si ma source était suˆre, je pense qu’il y aurait tout lieu de s’alarmer des conséquences qui pourraient découler de ces dispositions. Certains patients devraient donc attendre plusieurs mois avant d’obtenir l’autorisation adéquate pour utiliser de nouveaux médicaments, alors qu’il s’agit, dans certains cas, de leur seule chance de survie. Je ne doute pas qu’il est important de vérifier, dans chaque cas, la nécessité de recourir exceptionnellement à un traitement qui n’est pas encore agréé en Belgique. Toutefois, il ne faudrait pas que, dans des cas d’urgence, la lourdeur des démarches gaˆche les chances de survie ...
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14351
2. Graag meer inlichtingen over de jongste maatregelen die terzake werden genomen.
2. Pouvez-vous nous renseigner sur les dernières mesures qui ont été prises en la matière ?
3. Is voor dringende gevallen voorzien in uitzonderingen op de regel ?
3. Des exceptions à la règle sont-elles prévues, en cas d’urgence ?
Antwoord :
Réponse :
1. Ik heb de eer het geachte lid eraan te herinneren dat vragen met betrekking tot de tussenkomst van de verplichte verzekering inzake gezondheidszorg en tegemoetkomingen in de kost van geneesmiddelen tot de bevoegdheid behoren van mijn collega, de minister van Sociale Zaken. (Vraag nr. 471 van 26 maart 2002.)
1. J’ai l’honneur de rappeler à l’honorable membre que les questions relatives à l’intervention de l’assurance obligatoire soins de santé et indemnités dans le couˆt des médicaments sont de la compétence de mon collègue, le ministre des Affaires sociales. (Question no 471 du 26 mars 2002.)
2. Wat mij betreft, kan ik het geachte lid enkel melden dat de voorwaarden inzake de aflevering door de officina-apotheker van een geneesmiddel dat niet is goedgekeurd in Belgie¨, gewijzigd zijn sinds 1 januari 2002. Nu mag de officina-apotheker een geneesmiddel dat niet is goedgekeurd in Belgie¨, slechts afleveren indien hij in het bezit is van een verklaring opgesteld door de geneesheer die het voorschrift heeft opgemaakt, waaruit blijkt dat de patie¨nt niet adequaat kan worden behandeld met de op dat ogenblik in Belgie¨ beschikbare geneesmiddelen en dat de behandeling met de beoogde farmaceutische specialiteit noodzakelijk is. Deze verklaring moet worden opgesteld volgens een model opgelegd door de nieuwe wetgeving.
2. En ce qui me concerne, je peux seulement signaler à l’honorable membre que les conditions de délivrance par le pharmacien d’officine d’un médicament non autorisé en Belgique ont été modifiées le 1er janvier 2002. Ainsi, actuellement, le pharmacien d’officine ne peut délivrer une spécialité pharmaceutique non autorisée en Belgique que s’il dispose d’une déclaration rédigée par le médecin ayant établi la prescription d’où il apparaıˆt que le patient ne peut eˆtre adéquatement traité au moyen des médicaments disponibles à ce moment dans notre pays et que le traitement au moyen de la spécialité pharmaceutique en question est nécessaire. Cette déclaration doit eˆtre établie selon un modèle imposé par la nouvelle législation.
3. Er bestaan geen uitzonderingen op deze regel gezien deze verklaring door de arts onmiddellijk en gelijktijdig met het medisch voorschrift kan opgesteld worden.
3. Il n’y a pas d’exception à cette règle car cette déclaration peut eˆtre établie par le médecin dans l’urgence en meˆme temps que la prescription médicale.
DO 2001200200764
DO 2001200200764
Vraag nr. 434 van de heer Luc Sevenhans van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 434 de M. Luc Sevenhans du 26 février 2002 (N.) :
Ritueel slachten.
Abattages rituels.
Tijdens de zitting van de commissie voor de Volksgezondheid van 29 januari 2002 antwoordde u op interpellaties van Ferdy Willems (nrs. 1091 en 1094) en Luc Sevenhans (nr. 1093). Het betrof de interpellaties over de internationale veetransporten (Integraal Verslag, Kamer, 2001-2002, commissie voor de Volksgezondheid, 29 januari 2002, COM 644, blz. 65 en volgende).
Lors de la réunion de la commission de la Santé publique du 29 janvier 2002, la ministre a répondu aux interpellations concernant les transports internationaux de bétail de MM. Ferdy Willems (nos 1091 et 1094) et Luc Sevenhans (no 1093) (Rapport intégral, Chambre, 2001-2002, commission de la Santé publique, 29 janvier 2002, COM 644, p. 65 et suivantes).
De minister antwoordde het volgende : « Ik heb daarover zelfs een gesprek gehad met de moslimexecutieve. Zij wilden zelfs zo ver gaan om tegen de traditie in de dieren te laten verdoven. Dit is een bijkomend element. » (blz. 70).
La ministre a notamment précisé avoir eu un entretien à ce sujet avec l’exécutif des musulmans. L’exécutif était même disposé à permettre l’anesthésie des animaux, une pratique pourtant contraire à la tradition. La ministre a ajouté qu’il s’agissait d’un élément à prendre en considération.
Deze uitspraak van de minister bevestigt mijn stelling dat het onverdoofd ritueel slachten een traditie is
Les propos de la ministre confirment ma thèse selon laquelle l’abattage rituel sans anesthésie relève de la
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14352
en geen godsdienstverplichting. In eigen land zijn er ook reeds tradities verboden omdat ze gepaard gingen met dierenleed. De wet gaat toch boven tradities ? Welke stappen kan u zetten om deze traditie (« onverdoofd kelen ») bij het ritueel slachten te verbieden ? Antwoord : De vrijheid van godsdienst en riten is verankerd in de Belgische Grondwet. Hierdoor is het niet mogelijk om de traditie van het rituele slachten — die door verschillende groepen van islamitische geloofsbelijders en door de belijders van de joodse godsdienst beschouwd wordt als een onderdeel van de geloofsbelevenis — te verbieden. Er worden evenwel op diverse niveaus verschillende initiatieven en acties genomen om het ritueel slachten diervriendelijker te laten verlopen, onder meer door het verfijnen van de bekwaamheidseisen van de slachters, door het onderzoeken van de haalbaarheid van het opleggen van verdoving vo´o´r de rituele keelsnede en door te streven naar een duidelijke vermindering van het aantal dieren dat tijdens het Offerfeest geslacht wordt. Hiervoor wordt regelmatig met de Executieve van de moslims overlegd. De discussie omtrent het rituele slachten wordt momenteel in een aantal landen opnieuw gevoerd en we merken dat bijvoorbeeld Duitsland pas nu de toelating tot ritueel slachten heeft gegeven. Dit omdat anders vlees van dieren die op rituele wijze in het buitenland werden geslacht, maar waar geen toezicht op kon gehouden worden, zou ingevoerd worden. In Zwitserland is het ritueel slachten verboden, maar is de invoer van vlees dat op een dergelijke manier is bekomen, toch toegelaten. De fijne verwijzing van het geachte lid naar het al dan niet afschaffen van bepaalde dieronvriendelijke praktijken omwille van tradities, is in deze absoluut irrelevant. Geen enkele van deze praktijken kadert in een godsdienstbeleving. Hoe verwonderlijk het ook mag klinken, en zonder het slachten zonder verdoven te willen verdedigen, gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat volgens verschillende wetenschappers het lijden van de schapen kort is en vermoedelijk van de grootte-orde van enkele seconden. Verder wetenschappelijk onderzoek moet hier, zo mogelijk, duidelijkheid in brengen.
tradition et non pas des obligations religieuses. Des traditions belges ont aussi été interdites parce qu’elles impliquaient la souffrance d’animaux. J’ose imaginer que la loi l’emporte sur les traditions. Quelles mesures pouvez-vous prendre pour interdire cette pratique traditionnelle (l’égorgement sans anesthésie) lors des abattages rituels ? Réponse : La liberté de religion et de culte est inscrite dans la Constitution belge. C’est pourquoi, il est impossible d’interdire la tradition de l’abattage rituel qui, pour différents groupes de la communauté islamique, fait partie intégrante de la confession.
Plusieurs initiatives et actions sont également prises pour rendre l’abattage rituel plus respectueux de l’animal. Parmi celles-ci, l’on trouve l’amélioration du savoir-faire des personnes responsables de l’abattage; l’imposition de l’étourdissement avant l’abattage rituel et la réduction du nombre d’animaux abattus pendant la feˆte de l’Aıˆd. Des réunions de concertation sont régulièrement organisées à ce sujet avex l’Exécutif musulman. Dans certains pays, la discussion sur les sacrifices rituels est à nouveau ouverte et nous constatons, par exemple, que l’Allemagne vient seulement d’autoriser les abattages rituels. Sans cela, en effet, il y aurait des importations de viande d’animaux abattus à l’étranger dans le respect du rite mais sur laquelle aucun controˆle n’aurait pu eˆtre exercé. En Suisse, l’abattage rituel est interdit mais les importations de viande obtenue de cette manière sont tout de meˆme autorisées. La référence subtile de l’honorable membre à la suppression ou non de certaines pratiques peu respectueuses des animaux en raison de traditions est tout à fait inopportune ici. Aucune de ces pratiques n’entre dans le cadre d’une confession religieuse. Aussi étrange que cela puisse paraıˆtre, et sans vouloir défendre l’abattage sans étourdissement, permettez-moi, en toute honneˆteté, de dire que d’après plusieurs scientifiques, la souffrance des moutons est courte et vraisemblablement de l’ordre de quelques secondes. De plus, la recherche scientifique doit, dans la mesure du possible, apporter une certaine clarté.
DO 2001200200779
DO 2001200200779
Vraag nr. 437 van de heer Claude Eerdekens van 1 maart 2002 (Fr.) : Magistrale bereidingen met fenylpropanolamine.
Question no 437 de M. Claude Eerdekens du 1er mars 2002 (Fr.) : Préparations magistrales à base de phénylpropanolamine. Selon Test Santé (no 47 de février-mars 2002) un arrêté royal du 12 septembre 2001 interdit toute une
In het magazine Test Gezondheid (nr. 47, februarimaart 2002) staat te lezen dat een hele reeks anorexi-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14353
gene geneesmiddelen die bepaalde substanties bevatten, krachtens het koninklijk besluit van 12 september 2001 niet meer verkocht mag worden. Het anorexans fenylpropanolamine mag daarentegen nog steeds voorgeschreven worden, hoewel bekend is dat het gebruik van dit product het risico op hersenbloedingen verhoogt.
série de substances qui étaient utilisées dans les médicaments coupe-faim. Pourtant, la phénylpropanolamine, substance anorexigène, peut encore être prescrite malgré sa dangerosité. En effet, elle augmente le risque d’hémorragie cérébrale.
1. Waarom werd fenylpropanolamine niet verboden ?
1. Pourquoi la phénylpropanolamine n’est-elle pas interdite ?
2. Denkt u maatregelen te treffen om magistrale bereidingen met fenylpropanolamine alsnog te verbieden ?
2. Envisagez-vous de prendre des mesures pour interdire les préparations magistrales à base de phénylpropanolamine ?
Antwoord :
Réponse :
1. Ik heb de eer het geachte lid te informeren dat de Geneesmiddelencommissie tijdens de vergadering van de Kamer voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik van 7 december 2001, opgemerkt heeft dat beschikbare studies wijzen op een risico op cerebrale bloedingen bij gebruik van fenylpropanolamine als anorexigeen. In Belgie¨ werd geen farmaceutische specialiteit met fenylpropanolamine goedgekeurd als anorexigeen. Het Centrum voor geneesmiddelenbewaking ontving geen melding van incidenten bij gebruik van fenylpropanolamine.
1. J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre que la Commission des médicaments, lors de la séance du 7 décembre 2001 de la Chambre pour les médicaments à usage humain, a précisé que les études disponibles ont mis en évidence un risque d’hémorragie cérébrale lors de l’utilisation de la phénylpropanolamine pour ses propriétés anorexigènes. En Belgique, aucune spécialité contenant de la phénylpropanolamine n’est approuvée comme anorexigène; le Centre de pharmacovigilance n’a reçu aucun rapport d’incident lié à la prise de phénylpropanolamine.
Ik wil het geachte lid eraan herinneren dat het Belgisch Centrum voor geneesmiddelenbewaking in mei 2000 en december 2000, via een mededeling in het gratis tijdschrift Folia Pharmacotherapeutica, de Belgische geneesheren en apothekers er op gewezen heeft dat het gebruik van fenylpropanolamine als anorexigeen af te raden is.
Je tiens à rappeler à l’honorable membre que le Centre belge de pharmacovigilance avait averti les médecins et les pharmaciens belges en mai 2000 et en décembre 2000, via un communiqué publié dans la revue gratuite Folia Pharmacotherapeutica, que l’utilisation de la phénylpropanolamine à des fins anorexigènes était à proscrire.
2. Ik wil het geachte lid informeren dat teneinde het gebruik van fenylpropanolamine in magistrale bereidingen te vermijden, mijn diensten een ministerieel besluit voorbereiden om de aflevering van alle geneesmiddelen die fenylpropanolamine bevatten te schorsen.
2. Je tiens à informer l’honorable membre qu’afin d’éviter l’utilisation de la phénylpropanolamine dans des préparations magistrales, mes services préparent un arrêté ministériel prévoyant la suspension de la délivrance de tous les médicaments contenant de la phénylpropanolamine.
DO 2001200200782
DO 2001200200782
Vraag nr. 439 van de heer Claude Eerdekens van 1 maart 2002 (Fr.) :
Question no 439 de M. Claude Eerdekens du 1er mars 2002 (Fr.) :
Geneesmiddelen. — Reclamecampagne. — Inbreuk.
Médicaments. — Campagne publicitaire. — Infraction.
Het magazine Test Gezondheid (nr. 47, februarimaart 2002) bericht over een recente reclamecampagne voor het geneesmiddel Lysomucil, waarin een klein meisje met haar pop doktertje speelt. Dat is een kennelijke inbreuk op het koninklijk besluit van 7 april 1995 betreffende de voorlichting en de reclame inzake geneesmiddelen voor menselijk gebruik.
Selon Test Santé (no 47 de février-mars 2002) une récente campagne publicitaire pour le médicament « Lysomucil » représente une fillette qui joue au docteur avec sa poupée. Il s’agit là d’une infraction manifeste à l’arrêté royal du 7 avril 1995 relatif à l’information et à la publicité concernant les médicaments à usage humain.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14354
1. a) Heeft u al maatregelen getroffen om die reclame, waarmee men vooral kinderen wil aanspreken, te verbieden ?
1. a) Avez-vous déjà pris des mesures pour interdire cette publicité qui s’adresse principalement aux enfants ?
b) Zo neen, waarom niet ?
b) Si non, pourquoi ?
2. Welke straffen staan er op dergelijke inbreuken ? Antwoord :
2. Quelles sont les sanctions qui frappent ce genre d’infraction ? Réponse :
1. a) Ik heb de eer het geachte lid te informeren dat de reclame waarnaar verwezen wordt, niet verboden werd.
1. a) J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre que la publicité à laquelle il fait allusion n’a pas été interdite.
b) Overeenkomstig de wettelijke bepalingen inzake reclame voor geneesmiddelen gericht tot het publiek, werd deze reclame voor Lysomucil 200 granulaat volgens de bestaande reglementering genotificeerd door de registratiehouder bij het secretariaat van de Commissie van toezicht op de reclame voor geneesmiddelen op 20 augustus 2000, dus ten minste 30 dagen voor verspreiding. Lysomucil 200 granulaat is een geneesmiddel dat, overeenkomstig de elementen goedgekeurd bij zijn registratie, mag toegediend worden aan kinderen. De reclame brengt dus een kind in beeld, maar men kan niet stellen dat zij uitsluitend of voornamelijk op kinderen gericht is. De wijzen van verspreiding die de firma heeft vermeld in het kennisgevingsdossier, bevatten trouwens geen publicaties bestemd voor kinderen.
b) Conformément aux dispositions légales en matière de publicité pour les médicaments auprès du public, cette publicité pour le Lysomucil 200 granulés a été dûment notifiée par le titulaire d’enregistrement auprès du secrétariat de la Commission de controˆle de la publicité pour les médicaments le 20 août 2000, soit au moins 30 jours avant sa diffusion. Le Lysomucil 200 granulés est un médicament qui, conformément aux éléments approuvés lors de son enregistrement, peut être administré aux enfants. La publicité met donc en scène un enfant mais on ne peut pas dire qu’elle s’adresse exclusivement ou principalement aux enfants. Les modes de diffusion renseignés par la firme dans son dossier de notification ne comportaient d’ailleurs pas de publications destinées aux enfants.
2. Onverminderd de penale sancties voorzien door de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, kan de minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, indien zou blijken dat de reglementaire bepalingen inzake reclame voor geneesmiddelen gericht tot het publiek niet gerespecteerd zijn, na advies van de Commissie van toezicht op de reclame voor geneesmiddelen, het visum voor radiofonische of televisuele reclames intrekken. Voor reclames verspreid via andere media kan hij :
2. Sans préjudice des sanctions pénales prévues par la loi du 25 mars 1964 sur les médicaments, s’il apparaıˆt que les dispositions réglementaires en matière de publicité pour les médicaments auprès du public ne sont pas respectées, le ministre qui a la Santé publique dans ses attributions, après avis de la Commission de controˆle de la publicité des médicaments, peut retirer le visa pour les publicités radiophoniques ou télévisées et pour les publicités diffusées par les autres médias il peut :
a) de registratiehouder in gebreke stellen om de reclamecampagne te wijzigen;
a) mettre en demeure le titulaire de l’enregistrement de modifier la campagne publicitaire;
b) de voortzetting van de verspreiding verbieden;
b) interdire la poursuite de la diffusion;
c) de verspreiding eisen door dezelfde middelen of door gelijkwaardige middelen van een rechtzetting goedgekeurd door de hierboven genoemde commissie, ofwel het verzenden van brieven die een rechtzetting bevatten aan de bestemmelingen van de reclame en dit op kosten van de registratiehouder.
c) exiger soit la diffusion par les mêmes moyens ou des moyens équivalents d’un rectificatif approuvé par la commission susmentionnée, soit l’envoi de lettres rectificatives aux destinataires de la publicité et ce aux frais du titulaire de l’enregistrement.
De minister kan eveneens de inschrijving van de verantwoordelijke voor de voorlichting op de lijst van de erkende verantwoordelijken voor de voorlichting schorsen.
Le ministre peut aussi suspendre l’inscription du responsable de l’information sur la liste des responsables de l’information agréés.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14355
Minister van Binnenlandse Zaken
Ministre de l’Intérieur
DO 2000200110860
DO 2000200110860
Vraag nr. 327 van de heer Francis Van den Eynde van 26 maart 2001 (N.) :
Question no 327 de M. Francis Van den Eynde du 26 mars 2001 (N.) :
Gent. — Latent conflict tussen Koerdische en Turkse immigranten.
Gand. — Conflit latent entre immigrants turcs et kurdes.
Op vrijdag 16 maart 2001 werd in Gent een man veroordeeld door de correctionele rechtbank wegens verboden wapendracht. De betrokkene was van Turkse afkomst en verklaarde gewapend te zijn met een pistool uit angst voor de Koerdische rebellen van het PKK. Zijn familie zou immers al eerder door leden van de PKK bedreigd zijn.
Le vendredi 16 mars 2001, un homme a été condamné par le tribunal correctionnel de Gand pour port d’armes prohibé. L’intéressé, d’origine turque, a déclaré porter un pistolet par crainte des rebelles kurdes du PKK. Sa famille aurait, en effet, déjà fait l’objet de menaces de la part du PKK.
1. Bestaat er in Gent nog steeds een latent conflict tussen de Koerdische en de Turkse immigranten ?
1. Un conflit latent oppose-t-il toujours les immigrants kurdes et turcs à Gand ?
2. Welke maatregelen werden hiertegen getroffen ?
2. Quelles mesures ont été prises pour remédier à cet état de choses ?
Antwoord :
Réponse :
1. In Gent is er geen grote vertegenwoordiging van de Koerdische gemeenschap. De leden ervan hebben drie herbergen (VZW’s) op de Dendermondsesteenweg. Zij manifesteren zich niet politiek en er doen zich geen uiterlijke tekenen van geweldpleging, agressiviteit of andere intimidaties voor. Er heerst een gematigde vrede tussen de diverse strekkingen binnen de gemeenschappen. Op de Dendermondsesteenweg zijn, behalve de herbergen, hoofdzakelijk bezocht door Koerden, nog VZW’s. Die worden bezocht door leden van andere strekkingen. Het gaat hier om de meer rechtse strekkingen van de Koerdische gemeenschap (onder meer de Grijze Wolven hoewel dit door betrokkenen steeds ten stelligste wordt ontkend). Zelfs ¨ calan, werden er tijdens het proces in Turkije inzake O geen conflicten waargenomen.
1. Il n’existe pas, à Gand, d’importante représentation de la communauté kurde. Ses membres disposent uniquement de trois établissements (ASBL) à la chaussée de Termonde. Ils ne se manifestent pas politiquement et n’y a aucun signe extérieur de violence, d’agressivité ou d’autres intimidations. Un sentiment de paix modérée règne entre les diverses tendances au sein des différentes communautés. Il existe encore, en dehors de ces établissements, d’autres ASBL à la chaussée de Termonde essentiellement fréquentées par des Kurdes. Ces ASBL sont occupées par des membres d’autres tendances. Il s’agit plutoˆt de la tendance de droite de la communauté kurde (entre autres les Loups gris, bien que les intéressés nient avec fermeté cette ¨ calan en affirmation). Même lors du procès d’O Turquie, aucun conflit n’a été enregistré.
2. De steundienst maatschappelijke integratie politie migrantencel en het wijkzorgteam commissariaat Sint-Amandsberg hebben regelmatige contacten in alle VZW’s op de Dendermondsesteenweg. Buiten deze opgebouwde contacten wordt regelmatig door de steundienst contact gehouden met alle « belangrijke » personen binnen de gemeenschap. Dit overleg gebeurt voornamelijk via de gebedshuizen en VZW’s waar jongeren aanwezig zijn.
2. Le service de police assurant une aide sociale pour l’intégration des immigrés et le commissariat du quartier de Sint-Amandsberg ont des contacts réguliers avec toutes les ASBL de la chaussée de Termonde. En dehors de ces contacts, le service d’aide en entretient d’autres régulièrement avec toutes les personnes importantes au sein de la communauté. Cette concertation se déroule principalement par l’intermédiaire des mosquées et des ASBL où les jeunes sont présents.
Het opbouwen van een vertrouwensrelatie tussen de politie en de vertegenwoordigers van de gemeenschappen, laat toe om eventuele signalen te detecteren die zouden kunnen wijzen op spanningen tussen de diverse strekkingen.
La création d’une relation de confiance entre la police et les représentants des communautés, permet de détecter des signaux éventuels qui pourraient révéler des tensions entre les diverses tendances.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1838
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14356
Momenteel heerst er evenwel een vreedzame coe¨xistentie.
Pour le moment il règne cependant une coexistence pacifique.
DO 2001200200603
DO 2001200200603
Vraag nr. 512 van de heer Guy D’haeseleer van 5 februari 2002 (N.) :
Question no 512 de M. Guy D’haeseleer du 5 février 2002 (N.) :
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Internet, eerstelijns infodocumentaire hulpbalie en interne documentatie.
Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Internet, guichet infodocumentaire de première ligne et documentation interne.
1. Enkele vragen in verband met bijkomende organisatorische aspecten die de taken van de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum en andere bibliotheken/documentatiecentra kunnen beı¨nvloeden : internet, eerstelijns infodocumentaire hulpbalie en interne documentatie van uw departement :
1. Quelques questions concernant les aspects organisationnels supplémentaires pouvant influencer les taˆches de la bibliothèque centrale/du centre de documentation central et autres bibliothèques/centres de documentation : internet, guichet infodocumentaire de première ligne et documentation interne de votre département :
1.1. Internet :
1.1. Internet :
a) Is het internet beschikbaar via netwerk voor al de administraties van uw departement ?
a) Toutes les administrations de votre département disposent-elles d’un accès à internet par l’intermédiaire du réseau ?
b) Zo ja, heeft iedereen toegang tot het volledig internet ?
b) Dans l’affirmative, chaque collaborateur(trice) at-il(elle) accès intégral à internet ?
c) Zo niet iedereen toegang heeft tot het volledig internet, wat is het gebruikte criterium om toegang te krijgen ?
c) Si chaque collaborateur(trice) ne bénéficie pas d’un accès intégral à internet, selon quel critère cet accès est-il accordé ?
d) Hebben de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum en andere bibliotheken/documentatiecentra toegang tot het volledige internet ?
d) La bibliothèque centrale/le centre de documentation central et les autres bibliothèques/centres de documentation disposent-ils d’un accès intégral à internet ?
e) Geldt een dergelijk volledige internettoegang voor al de medewerk(st)ers van deze bibliotheken/ documentatiecentra ?
e) Cet accès intégral à internet est-il possible pour tous les collaborateurs(trices) de cette bibliothèque/ce centre de documentation ?
1.2. Eerstelijns infodocumentaire hulpbalie (het opvangen, het identificeren, het beantwoorden of het doorverwijzen; toegang tot het volledig internet) :
1.2. Guichet infodocumentaire de première ligne (réception, identification, réponse ou orientation; accès intégral à internet) :
a) Bestaat er een dergelijke centrale hulpbalie om hogervermelde verzoeken te behandelen die op uw departement toekomen (via telefoon, fax, postbrief, e-post en uw webstek) ?
a) Votre administration dispose-t-elle d’un tel guichet d’information central, chargé de traiter les requêtes précitées qui aboutissent à votre département (par l’intermédiaire du téléphone, du fax, du courrier postal, du courrier électronique et du site internet) ?
b) Zo ja, welke dienst van uw administratie is hiermede belast, uit hoeveel personen bestaat die dienst, wat is hun opleidingsniveau en tijdens welke uren is die dienst operationeel ?
b) Dans l’affirmative, à quel service de votre département cette responsabilité incombe-t-elle, de combien de personnes ce service est-il composé, quel est leur niveau d’études et quel est l’horaire de fonctionnement de ce service ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14357
c) Zo er geen centrale hulpbalie bestaat, hoeveel en welke diensten van uw administratie zijn hiermede belast ?
c) En l’absence d’un guichet d’information central, à quels services de votre administration cette responsabilité incombe-t-elle ?
1.3. Interne documentatie (documentatie die intern wordt aangemaakt op basis van de regelgeving waarvoor uw departement bevoegd is) :
1.3. Documentation interne (documentation préparée au sein du département sur la base de la réglementation pour laquelle le département est compétent) :
A) a) Wordt een dergelijke documentatie aangemaakt ?
A) a) Ce type de documentation existe-t-il ?
b) Zo ja :
b) Dans l’affirmative :
— Bestaat er een centrale dienst die instaat voor de verspreiding van die documentatie ?
— Existe-t-il un service central chargé de la diffusion de cette documentation ?
— Behoort die dienst tot de centrale bibliotheek/ het centrale documentatiecentrum ?
— Ce service est-il attaché à la bibliothèque centrale/au centre de documentation central ?
B) a) Beschikt uw departement over een inforuimte tot de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum ?
B) a) Votre département dispose-t-il d’un espace info facilitant l’accès à la bibliothèque centrale/au centre de documentation central ?
b) Zo ja :
b) Dans l’affirmative :
— Wat zijn haar openingsuren ?
— Quelles sont ses heures d’ouverture ?
— Behoort die inforuimte tot de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum ?
— Cet espace info est-il attaché à la bibliothèque centrale/au centre de documentation central ?
2. a) Beschikken de openbare instellingen die onder de bevoegdheid van uw departement ressorteren over een bibliotheek/documentatiecentrum ?
2. a) Les institutions publiques qui ressortissent à la compétence de votre département disposent-elles d’une bibliothèque/d’un centre de documentation ?
b) Zo ja :
b) Dans l’affirmative, pouvez-vous me communiquer :
— hun benaming;
— leur dénomination;
— hun adres;
— leur adresse;
— het/de rechtstreeks(e) telefoonnummer(s), faxnummer(s) en e-postadres(sen) van de leesza(a)l(en);
— les numéros de téléphone, de fax et les adresses électroniques de la (des) salle(s) de lecture;
— de naam, het rechtstreeks telefoonnummer, faxnummer en e-postadres van de verantwoordelijke van de bibliotheek/het documentatiecentrum.
— le nom, les numéros de téléphone et de fax directs ainsi que l’adresse électronique de la personne responsable de la bibliothèque/du centre de documentation ?
Antwoord :
Réponse :
1.1. a) In principe wel.
1.1. a) En principe oui.
b) Neen.
b) Non.
c) De toegang tot het internet is afhankelijk van de toelating van de dienstchef.
c) L’accès au réseau internet est subordonné à une autorisation du chef de service.
d) Ja.
d) Oui.
e) Ja.
e) Oui.
1.2. a) Neen.
1.2. a) Non.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14358
b) Niet van toepassing.
b) Pas applicable.
c) Niet van toepassing.
c) Pas applicable.
1.3.
1.3.
A) a) Ja.
A) a) Oui.
b) Centrale bibliotheek.
b) Bibliothèque centrale.
B) a) Neen.
B) a) Non.
b) Niet van toepassing.
b) Pas applicable.
2. a) Niet van toepassing.
2. a) Pas applicable.
DO 2001200200609
DO 2001200200609
Vraag nr. 513 van de heer Guy D’haeseleer van 5 februari 2002 (N.) :
Question no 513 de M. Guy D’haeseleer du 5 février 2002 (N.) :
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Inhoud collectiebeleid voor boeken en periodieken.
Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Politique de gestion des collections de livres et de périodiques.
1. In het geval van bezit van een centrale bibliotheek/centraal documentatiecentrum, enkele vragen in verband met de inhoud van het collectiebeleid voor boeken en periodieken van de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum :
1. En cas de présence d’une bibliothèque centrale/ centre de documentation central, quelques questions concernant la politique de gestion des collections de livres et de périodiques de la bibliothèque centrale/ centre de documentation central :
a) Welke zijn de domeinen of wetenschappelijke disciplines die onder het collectiebeleid vallen ?
a) Quels sont les domaines ou les disciplines scientifiques qui relèvent de cette politique de gestion des collections ?
b) Zijn er (oudere) boeken en/of tijdschriften aanwezig die inhoudelijk niet meer samenvallen met de inhoud van het huidige collectiebeleid en zo ja, over welke domeinen of wetenschappelijke disciplines gaat het ?
b) Existe-t-il des livres et/ou des périodiques (plus anciens) dont le contenu ne correspond plus à la politique de gestion des collections actuelle ? Dans l’affirmative, de quels domaines ou disciplines scientifiques s’agit-il ?
2. In het geval van bezit van een andere bibliotheek/ een ander documentatiecentrum, enkele vragen in verband met de inhoud van het collectiebeleid voor boeken en periodieken van andere bibliotheken/ andere documentatiecentra dan de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum (verzoek om deze gegevens afzonderlijk te verstrekken per bibliotheek/documentatiecentrum) :
2. En cas de présence d’une autre bibliothèque/un autre centre de documentation, quelques questions concernant la politique de gestion des livres et des périodiques d’autres bibliothèques/centres de documentation que la bibliothèque centrale/le centre de documentation central (prière de ventiler ces données par bibliothèque/centre de documentation) :
a) Welke zijn de domeinen of wetenschappelijke disciplines die onder het collectiebeleid vallen ?
a) Quels sont les domaines ou les disciplines scientifiques qui relèvent de cette politique de gestion des collections ?
b) Zijn er (oudere) boeken en/of tijdschriften aanwezig die inhoudelijk niet meer samenvallen met de inhoud van het huidige collectiebeleid en zo ja, over welke domeinen of wetenschappelijke disciplines gaat het ?
b) Existe-t-il des livres et/ou des périodiques (plus anciens) dont le contenu ne correspond plus à la politique de gestion des collections actuelle ? Dans l’affirmative, de quels domaines ou disciplines scientifiques s’agit-il ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14359
Antwoord :
Réponse :
1. a) Onder het collectiebeleid vallen in hoofdzaak het administratief recht, het grondwettelijk recht en de wetten op de staatshervorming.
1. a) Les collections comportent principalement des ouvrages relatifs au droit administratif, au droit constitutionnel et aux lois de réformes institutionnelles.
b) Neen.
b) Non.
2. Voor het documentatiecentrum van de Algemene Rijkspolitie geldt volgend antwoord :
2. En ce qui concerne le centre de documentation de la Police générale du Royaume, il peut être répondu ce qui suit :
a) Dit centrum verzamelt alle documentatie in verband met de politie en de veiligheid. De wetgeving, de reglementering, de rechtspraak, de parlementaire stukken, evenals de organisatorische aspecten, het wetenschappelijk onderzoek en de gespecialiseerde literatuur in verband met de politie vormen de belangrijkste aandachtspunten van dit centrum.
a) Ce centre collecte toute documentation relative à la police et à la sécurité. La législation, la réglementation, la jurisprudence, les documents parlementaires ainsi que les aspects organisationnels, la recherche scientifique et la littérature spécialisée, orientés vers le milieu policier, constituent ses principaux poˆles d’intérêt.
b) Neen.
b) Non.
Voor de diensten Vreemdelingenzaken, het Commissariaat-generaal voor vluchtelingen en staatlozen en de Vaste Beroepscommissie is er een bibliotheek die Cedoca genoemd wordt. Hier luidt het antwoord als volgt :
Quant aux services de l’Office des étrangers, du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides et de la Commission permanente de recours des réfugiés, il existe une bibliothèque appelée Cedoca. La réponse est en l’occurrence la suivante :
a) Alle documentatie in verband met politieke, sociale en culturele aspecten van emigratielanden alsook de nationale en internationale wetgeving inzake asiel en migratie.
a) Toute documentation concernant les aspects politiques, sociaux et culturels des pays d’émigration ainsi que la législation nationale et internationale en matière d’asile et de migration.
b) Neen.
b) Non.
DO 2001200200613
DO 2001200200613
Vraag nr. 514 van de heer Guy D’haeseleer van 5 februari 2002 (N.) :
Question no 514 de M. Guy D’haeseleer du 5 février 2002 (N.) :
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement.
Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel.
In het geval van bezit van een centrale bibliotheek/ een centraal documentatiecentrum :
En cas de présence d’une bibliothèque centrale/un centre de documentation central :
1. Beheert de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum de volledige externe documentatie (boeken en abonnementen) ten behoeve van gans uw departement of beheert deze enkele haar/zijn eigen collectie ?
1. La bibliothèque centrale/le centre de documentation central gère-t-elle(il) l’ensemble de la documentation externe (livres et abonnements) destinée à votre département ou ne gère-t-elle(il) que sa propre collection ?
2. a) Sinds wanneer bestaat de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum ?
2. a) Quand la bibliothèque centrale/le centre de documentation central fut-elle(il) créé(e) ?
b) Idem wat betreft de andere bibliotheken/documentatiecentrum thans toegankelijk voor een extern publiek ?
b) Même question pour les autres bibliothèques/ centres de documentation accessibles actuellement au public.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14360
3. Is de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum thans toegankelijk voor een extern publiek ? 3.1. Zo neen :
3. La bibliothèque centrale/centre de documentation central est-elle(il) actuellement accessible au public ? 3.1. Dans l’affirmative :
a) Was die voorheen toegankelijk voor een extern publiek en tot wanneer ?
a) A-t-elle(il) déjà été accessible au public et jusqu’à quand ?
b) Waarom werd er toe besloten deze toegankelijkheid af te schaffen ?
b) Pourquoi avoir décidé d’en supprimer l’accès ?
3.2. Zo ja :
3.2. Dans l’affirmative :
a) Voor iedereen of voor een bepaald segment van de bevolking ?
a) Est-elle(il) accessible à tous les citoyens ou uniquement à une catégorie déterminée de la population ?
b) Wat zijn de toegangsvoorwaarden ?
b) Quelles sont les conditions d’accès ?
c) Is deze toegang gratis of tegen betaling ?
c) L’accès est-il gratuit ou payant ?
d) Wat zijn de openingsuren van de leeszaal ?
d) Quelles sont les heures d’ouverture de la salle de lecture ?
e) Uit wat bestaat de dienstverlening (gratis of tegen betaling) ?
e) En quoi consiste le service fourni (gratuitement ou moyennant paiement) ?
f) Stelt men een mogelijke uitsluiting voor een extern publiek in het vooruitzicht ?
f) Envisage-t-on à l’avenir de supprimer l’accès du public ?
Zo ja, waarom ?
Dans l’affirmative, pourquoi ?
4. a) Zo er nog andere bibliotheken/documentatiecentra in uw departement werkzaam zijn, zijn deze allen toegankelijk voor een extern publiek ?
4. a) En cas de présence d’autres bibliothèques/centres de documentation dans votre département, sontelles(ils) tous(toutes) accessibles au public ?
b) Zo neen, welke zijn dan niet toegankelijk voor een extern publiek ?
b) Dans la négative, lesquel(le)s ne sont pas accessibles au public ?
Antwoord :
Réponse :
1. De centrale bibliotheek beheert niet alleen haar eigen collectie maar ook een aantal collecties van de andere directies.
1. La bibliothèque centrale ne gère pas seulement ses propres collections mais aussi un certain nombre de collections des autres directions.
2. a) De centrale bibliotheek bestaat sinds 1831.
2. a) La bibliothèque centrale existe depuis 1831.
b) Het documentatiecentrum van de algemene rijkspolitie bestaat sinds het midden van de jaren 80, maar is voor het publiek slechts toegankelijk sinds het begin van de jaren 90.
b) Le centre de documentation de la police générale du Royaume existe depuis la moitié des années 1980 mais n’est accessible au public que depuis le début des années 1990.
De Cedoca, een gemeenschappelijke bibliotheek voor de Diensten Vreemdelingenzaken, het Commissariaat-generaal voor vluchtelingen en staatlozen en de Vaste Beroepscommissie, bestaat sind 2000. Deze bibliotheek is niet toegankelijk voor het publiek.
Le Cedoca, une bibliothèque commune aux services de l’Office des étrangers, du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides et de la Commission permanente de recours des réfugiés, existe depuis 2000. Cette bibliothèque n’est pas accessible au public.
3. De centrale bibliotheek is toegankelijk voor het publiek.
3. La bibliothèque centrale est accessible au public.
3.1. Niet toepassing.
3.1. Pas applicable.
3.2. a) Voor iedereen.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
3.2. a) Pour tous.
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14361
b) Nihil.
b) Néant.
c) Gratis.
c) Gratuit.
d) Van 9 uur tot 12 uur en van 14 uur tot 16 uur.
d) De 9 heures à 12 heures et de 14 heures à 16 heures.
e) Gratis.
e) Gratuit.
f) Neen.
f) Non.
4. a) en b), zie punt 2, b).
4. a) et b), voir point 2, b).
DO 2001200200614
DO 2001200200614
Vraag nr. 515 van de heer Guy D’haeseleer van 6 februari 2002 (N.) :
Question no 515 de M. Guy D’haeseleer du 6 février 2002 (N.) :
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Financie¨le middelen aankoop van of abonnementen op externe documentatie.
Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Moyens financiers pour l’achat de documentation extérieure ou l’abonnement à celle-ci.
1. In het geval van bezit van een centrale bibliotheek/een centraal documentatiecentrum, enkele vragen in verband met de totale financie¨le middelen voor de aankoop van of abonnementen op externe documentatie in hoofde van de centrale bibliotheek/ het centraal documentatiecentrum (met inbegrip van de dito financie¨le middelen ten behoeve van andere bibliotheken/documentatiecentra binnen het departement zo deze middelen één geheel uitmaken met de financie¨le middelen van de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum) :
1. En cas de présence d’une bibliothèque centrale/ un centre de documentation central, quelques questions concernant les moyens financiers globaux alloués à l’achat de documentation externe ou à l’abonnement à celle-ci par la bibliothèque centrale/le centre de documentation central (en y incluant les moyens financiers destinés aux autres bibliothèques/centres de documentation du département si ces moyens forment un tout avec les moyens financiers alloués à la bibliothèque centrale/au centre de documentation central) :
1.1. Structuur of al dan niet bestaan van een eigen organisatie-afdeling :
1.1. Structure ou existence éventuelle d’une division organique propre :
a) Situeren deze middelen zich binnen een eigen organisatie-afdeling met een eigen begrotingsenveloppe ?
a) Ces moyens sont-ils octroyés dans le cadre d’une division organique propre disposant d’une enveloppe budgétaire distincte ?
b) Of situeren zich deze middelen buiten de eigen organisatie-afdeling ? Zo ja, binnen welke organisatie-afdeling ?
b) Dans la négative, dans le cadre de quelle division organique ces moyens sont-ils octroyés ?
1.2. Bedrag in 2002 :
1.2. Montant en 2002 :
a) Hoeveel voorziet de eigen begrotingsenveloppe ?
a) Quel est le montant prévu par l’enveloppe budgétaire propre ?
b) Mochten de financie¨le middelen opgenomen zijn in een groter geheel buiten de eigen organisatieafdeling, welk is het aandeel — in absolute cijfers — waarover de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum in 2002 zal beschikken ?
b) Si les moyens financiers sont issus d’un budget plus large dépassant la propre division organique, quelle est la part, en termes absolus, dont disposeront les bibliothèques centrales/le centre de documentation central en 2002 ?
1.3. Bedragen in 1999, 2000 en 2001 :
1.3. Montants en 1999, 2000, 2001 :
a) In geval van eigen begrotingsenveloppe ?
a) En cas d’enveloppe budgétaire propre ?
b) Aandeel centrale bibliotheek/centraal documentatiecentrum in absolute cijfers ?
b) Part de la bibliothèque centrale/du centre de documentation central, en termes absolus ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14362
2. In geval van bezit van andere bibliotheken/ documentatiecentra, enkele vragen in verband met de totale financie¨le middelen voor de aankoop van of abonnementen op externe documentatie en verdeeld over de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum en andere bibliotheken/documentatiecentra binnen het departement (dus ingeval de financie¨le middelen van laatstgenoemden geen geheel uitmaken met de financie¨le middelen van de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum) :
2. En cas de présence d’autres bibliothèques/centres de documentation, quelques questions concernant les moyens financiers globaux alloués à l’achat de documentation externe ou à l’abonnement à celle-ci et répartis sur la bibliothèque centrale/centre de documentation central et les autres bibliothèques/centres de documentation du département (donc si les moyens financiers alloués à ces dernier(e)s ne forment pas un tout avec les moyens financiers alloués à la bibliothèque centrale/au centre de documentation central) :
a) Totaal bedrag in 1999, 2000, 2001 en 2002 ?
a) Montant total en 1999, 2000, 2001 et 2002 ?
b) Bedragen in 1999, 2000, 2001 en 2002, verdeeld over de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum en, nominatum, de andere bibliotheken/documentatiecentra binnen het departement ?
b) Montants en 1999, 2000, 2001 et 2002, répartis sur la bibliothèque centrale/centre de documentation central et, nominatim, les autres bibliothèques/ centres de documentation ?
Antwoord :
Réponse :
1.1. a) De centrale bibliotheek beschikt over een eigen begrotingsenveloppe.
1.1. a) La bibliothèque centrale dispose de sa propre enveloppe budgétaire.
b) Neen.
b) Non.
1.2. a) 103 371,59 euro.
1.2. a) 103 371,59 euros.
b) Niet van toepassing.
b) Pas applicable.
1.3. a) In 1999, 2000 en 2001 : 103 371,59 euro.
1.3. a) En 1999, 2000 et 2001 : 103 371,59 euros.
b) —
b) —
3. a) Het documentatiecentrum van de algemene rijkspolitie :
3. a) Le centre de documentation de la police générale du Royaume :
1999 : 37 184,03 euro;
1999 : 37 184,03 euros;
2000 : 37 630,24 euro;
2000 : 37 630,24 euros;
2001 : 39 662,96 euro;
2001 : 39 662,96 euros;
2002 : 40 006,00 euro.
2002 : 40 006,00 euros.
b) De Cedoca, gemeenschappelijke bibliotheek voor de diensten van de Dienst Vreemdelingenzaken, het Commissariaat-generaal voor vluchtelingen en staatlozen en de Vaste Beroepscommissie :
b) Le Cedoca, bibliothèque commune aux services de l’Office des étrangers, du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides et de la Commission permanente de recours des réfugiés :
1999 : nog niet opgericht;
1999 : pas encore créé;
2000 : ongeveer 37 184 euro;
2000 : environ 37 184 euros;
2001 : ongeveer 64 452 euro;
2001 : environ 64 452 euros;
2002 : ongeveer 39 662 euro.
2002 : environ 39 662 euros.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14363
DO 2001200200623
DO 2001200200623
Vraag nr. 516 van de heer Guy D’haeseleer van 6 februari 2002 (N.) :
Question no 516 de M. Guy D’haeseleer du 6 février 2002 (N.) :
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Personeelsformatie en personeelsbezetting.
Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Cadre du personnel et effectifs.
1. In het geval van het bezit van een centrale bibliotheek/een centraal documentatiecentrum, enkele vragen in verband met de personeelsformatie en personeelsbezetting per 1 januari 2002 van de centrale bibliotheek/centraal documentatiecentrum :
1. En cas de présence d’une bibliothèque centrale/ d’un centre de documentation central, quelques questions concernant le cadre du personnel et les effectifs de la bibliothèque centrale/du centre de documentation central au 1er janvier 2002 :
a) Welke graad heeft het hoofd van de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum ?
a) Quel est le grade du responsable de la bibliothèque centrale/du centre de documentation central ?
b) Wat is de personeelsformatie, onderverdeeld per niveau ?
b) Quel est le cadre, ventilé par niveau ?
c) Wat is de effectieve personeelsbezetting, onderverdeeld per niveau, volgens aard van tewerkstelling (statutair of contractueel) en volgens taalrol ?
c) Quels sont les effectifs réels, ventilés par niveau, par type d’emploi (statutaire ou contractuel) et par roˆle linguistique ?
d) Wat is de kostprijs van deze effectieve personeelsbezetting, totaal en onderverdeeld per niveau ?
d) Quel est le couˆt total de ces effectifs réels et le couˆt ventilé par niveau ?
2. In het geval van het bezit van andere bibliotheken/documentatiecentra, enkele vragen in verband met de personeelsformatie en personeelsbezetting per 1 januari 2002 van andere bibliotheken/documentatiecentra dan de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum (verzoek om deze gegevens afzonderlijk te verstrekken per bibliotheek/documentatiecentrum) :
2. En cas de présence d’autres bibliothèques centrales/centres de documentation centraux, quelques questions concernant le cadre du personnel et les effectifs des autres bibliothèques centrales/centres de documentation centraux que la bibliothèque centrale/le centre de documentation central au 1er janvier 2002 (prière de fournir ces données individuellement par bibliothèque centrale/centre de documentation central) :
a) Welke graad heeft het hoofd van deze andere bibliotheken/documentatiecentra ?
a) Quel est le grade du responsable de ces autres bibliothèques centrales/centres de documentation centraux ?
b) Wat is de personeelsformatie, onderverdeeld per niveau ?
b) Quel est le cadre, ventilé par niveau ?
c) Wat is de effectieve personeelsbezetting, onderverdeeld per niveau, volgens aard van tewerkstelling (statutair of contractueel) en volgens taalrol ?
c) Quels sont les effectifs réels, ventilés par niveau, par type d’emploi (statutaire ou contractuel) et par roˆle linguistique ?
d) Wat is de kostprijs van deze effectieve personeelsbezetting, totaal en onderverdeeld per niveau ?
d) Quel est le couˆt total de ces effectifs réels et le couˆt ventilé par niveau ?
3. In het geval van bezit van een centrale bibliotheek/een centraal documentatiecentrum, enkele vragen in verband met het organigram van de centrale bibliotheek/centraal documentatiecentrum : a) Tot welke administratie/afdeling behoort de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum ?
3. En cas de présence d’une bibliothèque centrale/ d’un centre de documentation central, quelques questions concernant l’organigramme de la bibliothèque centrale/du centre de documentation central : ` quelle administration/département est attaché(e) a) A la bibliothèque/le centre de documentation central ?
b) Waar zal de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum zich in het departement situeren na de Copernicushervorming ?
b) Ou` la bibliothèque centrale/le centre de documentation central se situera-t-elle/il dans le département, au terme de la réforme Copernic ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1839
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14364
4. In geval van bezit van andere bibliotheken/ documentatiecentra, enkele vragen in verband met het organigram van andere bibliotheken/documentatiecentra dan de centrale bibliotheek/het centraal documentatiecentrum (verzoek om deze gegevens afzonderlijk te verstrekken per bibliotheek/documentatiecentrum) :
4. En cas de présence d’autres bibliothèques centrales/centres de documentation centraux, quelques questions concernant les autres bibliothèques centrales/ centres de documentation centraux (prière de fournir ces données individuellement par bibliothèque centrale/centre de documentation central) :
a) Tot welke administratie/afdeling behoren deze andere bibliotheken/documentatiecentra ?
` quelle administration ou à quel département a) A sont attachés ces autres bibliothèques/centres de documentation ?
b) Waar zullen deze andere bibliotheken/documentatiecentra zich in het departement situeren na de Copernicushervorming ?
b) Ou` ces autres bibliothèques/centres de documentation se situeront-t-elles/ils dans le département, au terme de la réforme Copernic ?
Antwoord :
Réponse :
1. a) Adviseur.
1. a) Conseiller.
b) 1 adviseur — niveau 1 — statutair — N.
b) 1 conseiller — niveau 1 — statutaire — N.
2 bestuursassistenten — niveau 2 — contractueel — N. + Fr.
2 assistants administratifs — niveau 2 — contractuels — N. + Fr.
1 klerk — niveau 3 — contractueel — N.
1 commis — niveau 3 — contractuel — N.
1 beambte — niveau 4 — contractueel — N.
1 agent administratif — niveau 4 — contractuel — N.
c) Zie b).
c) Voir b).
d) Totale kostprijs personeelsbezetting : 167 476,91 euro.
d) Couˆt total du personnel : 167 476,91 euros.
Kostprijs onderverdeeld per niveau :
Couˆt ventilé par niveau :
niveau 1 : 67 673,78 euro;
niveau 1 : 67 673,78 euros;
niveau 2 : 52 983,20 euro;
niveau 2 : 52 983,20 euros;
niveau 3 : 25 077,93 euro;
niveau 3 : 25 077,93 euros;
niveau 4 : 21 742,00 euro.
niveau 4 : 21 742,00 euros.
2. Documentatiecentrum van de Algemene Rijkspolitie :
2. Centre de documentation de la Police générale du Royaume :
a) Adjunct-adviseur.
a) Conseiller adjoint.
b) Geen.
b) Aucun.
c) 1 niveau 1, contractueel, Fr.
c) 1 agent du niveau 1, contractuel, Fr.
2 niveau 2, contractueel, Fr.
2 agents du niveau 2, contractuels, Fr.
1 niveau 2, statutair, N.
1 agent du niveau 2, statutaire, N.
1 niveau 2, contractueel, N.
1 agent du niveau 2, contractuel, N.
d) Totale kostprijs personeelsbezetting : 139 429,68 euro.
d) Couˆt total du personnel : 139 429,68 euros.
Kostprijs onderverdeeld per niveau :
Couˆt ventilé par niveau :
niveau 1 : 38 199,70 euro;
niveau 1 : 38 199,70 euros;
niveau 2 : 101 229,98 euro.
niveau 2 : 101 229,98 euros.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14365
De Cedoca, gemeenschappelijke bibliotheek voor de diensten Vreemdelingenzaken, het Commissariaatgeneraal voor vluchtelingen en staatlozen en de Vaste Beroepscommissie :
Le Cedoca, bibliothèque commune aux services de l’Office des étrangers, du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides et de la Commission permanente de recours des réfugiés :
a) Adjunct-adviseur.
a) Conseiller adjoint.
b) 8 personen niveau 2, N., waarvan 2 4/5 werken en 1 in loopbaanonderbreking is.
b) 8 agents du niveau 2, N., dont 2 travaillent à 4/5 et 1 est en interruption de carrière.
3 personen niveau 3, N., waarvan 1 halftime werkt.
3 agents du niveau 3, N., dont 1 travaille à mitemps.
1 persoon niveau 1, N.
1 agent du niveau 1, N.
1 persoon niveau 2, Fr., werkt 4/5.
1 agent du niveau 2, Fr., travaille à 4/5.
2 personen niveau 3, Fr.
2 agents du niveau 3, Fr.
c) Per niveau :
c) Par niveau :
niveau 1 : 1;
niveau 1 : 1;
niveau 2 : 9;
niveau 2 : 9;
niveau 3 : 5.
niveau 3 : 5.
Volgens de aard van de tewerkstelling (= contractueel of statutair) :
En fonction de la nature de l’occupation (= contractuel ou statutaire) :
contractueel : 2;
contractuel : 2;
statutair : 13.
statutaire : 13.
Volgens de taalrol (Fr. of N.) :
En fonction du roˆle linguistique (Fr. ou N.) :
N. : 12;
N. : 12;
Fr. : 3.
Fr. : 3.
d) Er kan geen precies antwoord op gegeven worden omdat dit deel uitmaakt van de begroting van het Commissariaat generaal voor vluchtelingen en staatlozen.
d) Il ne nous est pas possible de répondre à cette question car ce couˆt est supporté par le budget du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides.
3. a) Secretariaat-generaal.
3. a) Secrétariat général.
b) Dit is nog niet beslist.
b) Pas encore décidé.
4. a) Het documentatiecentrum behoort tot de directie van de Algemene Rijkspolitie. Het Cedoca is een gemeenschappelijke bibliotheek voor de diensten Vreemdelingenzaken, het Commissariaat-generaal voor vluchtelingen en staatlozen en de Vaste Beroepscommissie.
4. a) Le centre de documentation relève de la direction de la Police générale du Royaume. Le Cedoca est une bibliothèque commune aux services de l’Office des étrangers, du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides et de la Commission permanente de recours des réfugiés.
DO 2001200200671
DO 2001200200671
Vraag nr. 525 van mevrouw Trees Pieters van 13 februari 2002 (N.) :
Question no 525 de Mme Trees Pieters du 13 février 2002 (N.) :
Taalpremies fiscale ambtenaren.
Primes de bilinguisme pour les fonctionnaires de l’administration fiscale.
Nederlandstalige fiscale ambtenaren die zowel geslaagd zijn in het schriftelijk als in het mondeling
Les fonctionnaires néerlandophones de l’administration fiscale ayant réussi à la fois la partie écrite et la
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14366
gedeelte van de taalexamens Frans voorheen ingericht door het Vast Wervingssecretariaat (thans Selor) kunnen in principe aanspraak maken op een tweetaligheidpremie.
partie orale des examens linguistiques français organisés jadis par le Secrétariat permanent de recrutement (aujourd’hui Selor), peuvent en principe prétendre à une prime de bilinguisme.
De algemene vraag rijst of de ambtenaren van alle fiscale administraties die enkel geslaagd zijn in het eerste « schriftelijk » gedeelte van het taalexamen Frans eveneens aanspraak kunnen maken op die tweetaligheidpremie wanneer zij tewerkgesteld zijn in een ambtsgebied dat in principe uitsluitend eentalig Nederlands is.
La question suivante se pose de façon générale : les fonctionnaires de toutes les administrations fiscales ayant seulement réussi la première partie « écrite » de l’examen linguistique en français, peuvent-ils également revendiquer la prime de bilinguisme lorsqu’ils travaillent dans une circonscription ou` le néerlandais est en principe la seule langue utilisée ?
Het merendeel van die bereidwillige in feite « functioneel » toch tweetalige fiscale ambtenaren hebben immers toch geregeld zowel schriftelijk als telefonisch contact met hun Franstalige collega’s en met Franstalige belastingplichtigen of belastingschuldigen en verlenen spontaan onder andere ook hun niet-beperkende medewerking aan vertalingen van administratieve aard voor het uitwerken van barema’s, instructies en handleidingen en bij het uitreiken van getuigschriften, machtigingen of vergunningen ten behoeve van het Franstalig publiek.
La majorité de ces fonctionnaires de bonne volonté qui sont en fait des bilingues « fonctionnels », ont en effet des contacts écrits ou téléphoniques avec leurs collègues francophones ainsi qu’avec des contribuables francophones ou des francophones ayant des dettes fiscales. Par ailleurs, ces fonctionnaires contribuent activement à la réalisation de traductions administratives pour des barèmes, des instructions et des notices explicatives ainsi que pour la délivrance d’attestations, de procurations ou d’autorisations destinées au public francophone.
1. Op welke wijze, bij welke hie¨rarchische overheid en binnen welke termijnen kunnen alle betrokken fiscale ambtenaren, ongeacht hun niveau, rang, graad en/of administratie, een aanvraag indienen om de nodige achterstallen en regularisaties aan taalpremies te bekomen overeenkomstig de thans nog vigerende wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoo¨rdineerd op 18 juli 1966 ?
1. Selon quelles modalités, auprès de quelle autorité hiérarchique et dans quels délais, tous les fonctionnaires fiscaux concernés, peuvent-ils, quel que soit leur niveau, rang, grade et/ou administration, introduire une demande afin de recouvrer les arriérés et d’obtenir les régularisations dues en ce qui concerne la prime de bilinguisme, et ce, conformément aux lois en vigueur sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966 ?
2. Graag een sensibilisering van uw ambtenarenkorps en uw algemene praktische en uniforme ziensen handelwijze zowel in het licht van een personeelsvriendelijk beleid als van voornoemde taalwetten, de gecoo¨rdineerde Grondwet en van de jurisprudentie van de Vaste Commissie voor taaltoezicht.
2. Nous vous demandons dès lors de sensibiliser vos fonctionnaires et de nous faire part de vos conceptions et manière d’agir générales, tant à la lumière d’une politique favorable au personnel, des lois linguistiques précitées, de la Constitution coordonnée et de la jurisprudence de la Commission permanente de controˆle linguistique.
Antwoord : Het geachte lid zal hierna het antwoord op de door haar gestelde vragen vinden.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à ses questions.
Artikel 5 van het koninklijk besluit van 30 april 1991 tot toekenning van een premie voor tweetaligheid aan het personeel van de rijksbesturen bepaalt dat de voor het Openbaar Ambt bevoegde minister de moeilijkheden van administratieve aard die ten gevolge van de toepassing van de voorgaande bepalingen kunnen ontstaan, regelt na adie¨ring door de minister onder wiens gezag het personeelslid staat.
L’article 5 de l’arrêté royal du 30 avril 1991 accordant une prime de bilinguisme au personnel des administrations de l’E´tat dispose que le ministre qui a la Fonction publique dans ses attributions saisi par le ministre à l’autorité duquel l’agent est soumis, règle les difficultés d’ordre administratif que pourrait entraıˆner l’application des dispositions qui précèdent.
De personeelsleden in kwestie staan niet onder het gezag van de minister van Binnenlandse Zaken. Deze problematiek valt bijgevolg niet onder de bevoegdheid van de minister van Binnenlandse Zaken.
Les agents en cause ne relèvent pas de l’autorité du ministre de l’Intérieur. Cette problématique n’est donc pas de la compétence du ministre de l’Intérieur.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14367
DO 2001200200700
DO 2001200200700
Vraag nr. 529 van de heer Alfons Borginon van 19 februari 2002 (N.) :
Question no 529 de M. Alfons Borginon du 19 février 2002 (N.) :
Dienst Vreemdelingenzaken. — Wervingsreserve.
Office des étrangers. — Réserve de recrutement.
In het Belgisch Staatsblad van 17 augustus 1999 werd een wervingsreserve samengesteld voor Nederlandstalige adjunct-adviseurs voor de Dienst Vreemdelingenzaken. Deze reserve is geldig tot 25 mei 2003 (ANG98817).
Le Moniteur belge du 17 aouˆt 1999 a fait état de la constitution d’une réserve de recrutement de conseillers adjoints d’expression néerlandaise pour l’Office des étrangers. Cette réserve est valable jusqu’au 25 mai 2003 (ANG98817).
1. Hoeveel personen werden er effectief aangeworven uit die reserve ?
1. Combien de personnes issues de cette réserve ont-elles effectivement été engagées ?
2. Wordt die reserve ook aangewend voor het opvullen van plaatsen van tijdelijke regularisatieambtenaren ?
2. A-t-on également recours à cette réserve pour pourvoir les postes de fonctionnaires temporaires attachés au service de la régularisation ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgende inlichtingen te verstrekken.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements suivants.
1. Op basis van dit examen werden tot nu toe 19 personen aangeworven als statutair adjunct-adviseur voor de Dienst Vreemdelingenzaken.
1. Sur base de cet examen, 19 personnes ont été engagées jusqu’à présent comme conseiller adjoint statutaire pour l’Office des étrangers.
2. De reserve werd niet gebruikt om tijdelijke contractuelen aan te werven voor de Dienst Vreemdelingenzaken, noch voor de Commissie voor regularisatie.
2. La réserve n’a été utilisée pour engager des contractuels temporaires ni pour l’Office des étrangers ni pour la Commission de régularisation.
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Sociale Zaken
Affaires sociales
DO 2001200200605
DO 2001200200605
Vraag nr. 443 van mevrouw Yolande Avontroodt van 5 februari 2002 (N.) :
Question no 443 de Mme Yolande Avontroodt du 5 février 2002 (N.) :
Sociale identiteitskaart. — Betalingsverplichting. — Opname in een verplegingsinrichting.
Carte d’identité sociale. — Obligation de paiement. — Admission dans un établissement hospitalier.
U zei in verband met mogelijke fraude met SISkaarten, dat u instructies zou geven aan de ziekenhuizen en apothekers opdat de conformiteit van de SISkaart met de ree¨le verzekeringstoestand van de patie¨nt zou gecontroleerd worden.
Au sujet de la possibilité de fraude au moyen des cartes SIS, vous avez déclaré que vous donneriez des instructions aux hoˆpitaux et aux pharmaciens de manière à ce que la conformité de la carte SIS avec la véritable situation d’assurance du patient soit controˆlée.
Krachtens artikel 37 van het koninklijk besluit van 22 februari 1998 houdende uitvoeringsmaatregelen inzake de sociale identiteitskaart moeten verplegings-
Conformément à l’article 37 de l’arrêté royal du 22 février 1998 portant des mesures d’exécution de la carte d’identité sociale, les établissements hospitaliers
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14368
inrichtingen en apothekers voor het vervullen van hun verplichtingen in de derdebetalersregeling, bij geneeskundige verstrekkingen die onder de derdebetalersregeling vallen, gebruik maken van de sociale identiteitskaart van de sociaal verzekerden met wie zij in contact komen en alle gegevens gebruiken die erop voorkomen.
et les pharmaciens doivent, pour l’accomplissement de leurs obligations dans le régime du tiers-payant, faire usage de la carte d’identité sociale des assurés sociaux avec lesquels ils sont en rapport et utiliser toutes les données y figurant, lors des prestations de santé relevant du régime du tiers-payant.
Artikel 52 van voornoemd koninklijk besluit van 22 februari 1998 bepaalt dat het leveren door een zorgverlener, met uitzondering van de verplegingsinrichtingen wat de opname in een verplegingsinrichting betreft, van het elektronische bewijs van het gebruik van de sociale identiteitskaart overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 december 1996 en de toepassing van de derdebetalersregeling overeenkomstig de verzekerbaarheidsgegevens die op de sociale identiteitskaart voorkomen geldt als betalingsverplichting door de verzekeringsinstelling van het gedeelte dat niet ten laste valt van de sociaal verzekerde, wat de geneeskundige verstrekking betreft die werd betaald volgens de derdebetalersregeling.
L’article 52 du même arrêté royal du 22 février 1998 dispose que le fait pour un dispensateur de soins, à l’exception des établissements hospitaliers en ce qui concerne l’admission hospitalière, d’apporter la preuve électronique de l’utilisation de la carte d’identité sociale conformément aux dispositions de l’arrêté royal du 18 décembre 1996, et l’application du régime du tiers-payant selon les données d’assurabilité figurant dans la carte d’identité sociale vaut obligation de paiement par l’organisme assureur de la partie non à charge de l’assuré social, pour la prestation de santé payée selon le régime du tiers-payant.
Dit betekent dus dat de SIS-kaart verplicht moet gelezen worden voor alle sociaal verzekerden en dit zowel voor de ambulante als voor de opgenomen patie¨nten maar dat de hieruit voortvloeiende betalingsverbintenis enkel geldt voor de ambulante en de daghospitalisatiepatie¨nten.
Cela signifie que la carte SIS doit obligatoirement être lue pour tous les assurés sociaux, aussi bien pour les ambulants que pour les patients hospitalisés, mais que l’obligation de paiement qui en découle ne vaut que pour les patients ambulants et hospitalisés durant un jour.
1. Waarom wordt voor de betalingsverplichting bij gebruik van de sociale identiteitskaart een uitzondering gemaakt voor de opname in een verplegingsinrichting ?
1. Pourquoi a-t-on créé une exception à l’obligation de paiement en cas d’utilisation de la carte d’identité sociale pour l’admission dans un établissement hospitalier ?
2. Welke instructies heeft u gegeven om de identiteit van de houder van de SIS-kaart te controleren ?
2. Quelles instructions avez-vous données afin de controˆler l’identité du porteur de la carte SIS ?
Antwoord : De huidige wetgeving verplicht de verplegingsinrichtingen om de sociale identiteitskaart van de sociale verzekerden met wie ze in contact komen te gebruiken. De betalingsverplichting bij een ziekenhuisopname dient echter door de verzekeringsinstelling krachtens het koninklijk besluit van 24 december 1963 verstrekt te worden door middel van het document nr. 721bis.
Réponse : La législation actuelle oblige les établissements hospitaliers à utiliser la carte d’identité des assurés sociaux avec qui ils entrent en contact. L’obligation de paiement en cas d’hospitalisation doit cependant eˆtre délivrée par l’établissement hospitalier conformément à l’arreˆté royal du 24 décembre 1963 au moyen du document no 721bis.
In antwoord op de vraag van het geachte lid kan ik evenwel meedelen dat het Verzekeringscomité van het RIZIV op 17 december 2001 het principe heeft goedgekeurd dat in de gevallen waarbij de SIS-kaart wordt gelezen en er wordt gefactureerd via de derdebetalersregeling met gebruik van magnetische drager, er automatisch een betalingsverbintenis is.
En réponse à la question posée par l’honorable membre, je signale toutefois qu’en sa séance du 17 décembre 2001, le Comité de l’assurance de l’INAMI a approuvé le principe selon lequel un engagement de paiement devient automatique au cas où il y aurait lecture de la carte SIS et où la facturation s’effectuerait sur support magnétique par l’intermédiaire du régime du tiers payant. ` cet effet, les services de l’INAMI préparent un A projet d’arreˆté royal qui doit pouvoir entrer en vigueur dès que l’ensemble des dispensateurs de soins pourront disposer de la carte professionnelle (carte SAM). Entre-temps, un projet de brochure d’informations a
De diensten van het RIZIV bereiden hiertoe een ontwerp van koninklijk besluit voor dat in voege moet kunnen treden van zodra alle zorgverstrekkers kunnen beschikken over de beroepskaart (SAM-kaart). Ondertussen werd aan elke overeenkomsten- en akkoorden-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14369
commissie, voor eventuele aanvulling, een ontwerp van informatiebrochure overgemaakt. De bedoeling is om deze brochure te versturen naar alle verstrekkers.
été transmis à chaque commission de conventions ou d’accords afin de la compléter le cas échéant. Le but est que cette brochure soit envoyée à tous les dispensateurs de soins.
Wat de vraag naar de controle van de identiteit betreft, verwijs ik naar de informatiebrochure die reeds in september 1998 werd verstuurd aan de ziekenhuizen en aan de apothekers. Daarin staat dat de zorgverstrekker de identiteitsgegevens van de rechthebbende moet vergelijken met de voorgelegde SIS-kaart; als deze niet overeenstemmen moet de zorgverstrekker de SIS-kaart weigeren. Dezelfde formulering staat in de informatiebrochure die zal worden gestuurd naar alle andere zorgverstrekkers.
En ce qui concerne le controˆle de l’identité, je me réfèr à la brochure d’informations déjà envoyée en septembre 1998 aux hoˆpitaux et aux pharmaciens. Il y est dit que le dispensateur de soins doit comparer les données d’identité du bénéficiaire à celles de la carte SIS soumise; en cas de non-conformité, le dispensateur de soins est obligé de refuser la carte SIS. La meˆme formulation figure dans la brochure d’informations qui sera envoyée à tous les autres dispensateurs de soins.
Pensioenen
Pensions
DO 2001200200673
DO 2001200200673
Vraag nr. 108 van de heer Jo Vandeurzen van 15 februari 2002 (N.) :
Question no 108 de M. Jo Vandeurzen du 15 février 2002 (N.) :
Afschaffing Nationaal Pensioenfonds voor mijnwerkers. — Toestand personeel.
Suppression du Fonds national de retraite des ouvriers mineurs. — Situation du personnel.
Het Nationaal Pensioenfonds voor mijnwerkers werd afgeschaft met uitwerking op 1 januari 1999. U heeft bij herhaling geantwoord op vragen met betrekking tot de toestand van het personeel dat tewerkgesteld was, enerzijds, in het hoog bestuur in Brussel en, anderzijds, in de voorzorgskassen van Luik, Charleroi en de Kempen.
Le Fonds national de retraite des ouvriers mineurs (FNROM) a été supprimé au 1er janvier 1999. ` plusieurs reprises, vous avez répondu à des quesA tions concernant la situation du personnel occupé, d’une part, à la haute administration à Bruxelles et, d’autre part, dans les caisses de prévoyance de Liège, Charleroi et en Campine.
1. Kan u de actuele situatie van dit personeel schetsen ?
1. Pouvez-vous esquisser la situation actuelle de ce personnel ?
2. Zijn er nog reorganisaties die in uitvoering zijn ?
2. Des réorganisations sont-elles toujours en cours ?
Antwoord : Ik kan het geachte lid het volgende meedelen.
Réponse : Je peux communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
1. Ingevolge de wet van 14 januari 2002 houdende maatregelen inzake gezondheidszorg die werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 22 februari 2002 wordt de administratieve cel van de mijnwerkers opgeheven en worden de voorzorgskassen geı¨ntegreerd binnen de Dienst voor uitkeringen van het RIZIV. Alle personeelsleden van de voorzorgskassen behouden hun actuele plaats van tewerkstelling. Waar deze maatregelen uitwerking hebben vanaf 1 juni 2001, werden reeds geruime tijd geleden de nodige maatregelen genomen zodat de voorzorgskassen hun taken verder kunnen uitvoeren.
1. Conformément à la loi du 14 janvier 2002 portant des mesures en matière de soins de santé qui a été publiée au Moniteur belge du 22 février 2002, la cellule administrative des ouvriers mineurs est supprimée et les caisses de prévoyance sont intégrées dans le Service des indemnités de l’INAMI. Tous les membres du personnel de ces caisses de prévoyance conservent leur poste actuel de travail. Puisque ces mesures produisent leurs effets depuis le 1er juin 2001, les mesures nécessaires ont été prises depuis un certain temps déjà afin que les caisses de prévoyance puissent continuer à exécuter leurs taˆches.
2. De Dienst voor uitkeringen neemt de taken over van de administratieve cel en wordt belast met de toe-
2. Le Service des indemnités reprend les taˆches de la cellule administrative et est chargé de l’application de
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14370
passing van de wetgeving inzake de invaliditeitspensioenen voor mijnwerkers. In functie van een geleidelijke vermindering van het volume van deze activiteiten, gelet op het stijgend aantal invalide mijnwerkers die hun pensioenrechten zullen kunnen laten gelden, zullen op termijn andere activiteiten toevertrouwd kunnen worden aan de voorzorgskassen. Dit zal in samenspraak gebeuren met de verantwoordelijken (en de personeelsleden) van de voorzorgskassen, met het oog op een efficie¨nte overschakeling.
la réglementation en matière des pensions d’invalidité pour les ouvriers mineurs. En fonction de la diminution progressive du volume de ces activités, compte tenu du nombre croissant d’ouvriers mineurs invalides qui pourront faire valoir leur droit à la pension, d’autres activités pourront à terme eˆtre confiées aux caisses de prévoyance. Cela se fera en concertation avec les responsables (et les membres du personnel) des caisses de prévoyance, en vue d’une reconversion efficace.
DO 2001200200702
DO 2001200200702
Vraag nr. 109 van de heer Jozef Van Eetvelt van 19 februari 2002 (N.) :
Question no 109 de M. Jozef Van Eetvelt du 19 février 2002 (N.) :
Pensioenregime zelfstandigen. — Tweede rapport « werkgroep-Cantillon ».
Régime de pensions des indépendants. — Deuxième rapport de la « commission Cantillon ».
Om de pensioenen van de zelfstandigen in de toekomst veilig te stellen is het noodzakelijk dat de minima worden opgetrokken en dat de financieringsbasis van de stelsels (eerste en tweede pijler) wordt verbreed.
Pour assurer la pérennité des pensions des indépendants, il est nécessaire d’augmenter les minimas et d’élargir la base de financement des régimes (premier et deuxième piliers).
Dat zijn de belangrijkste conclusies uit het tweede rapport van de werkgroep-Cantillon. Het is een publiek geheim dat het pensioenregime van de zelfstandigen met een aantal structurele problemen geconfronteerd wordt. Het wettelijk minimumpensioen is te laag, heel wat zelfstandigen moeten noodgedwongen een beroep doen op het gewaarborgd inkomen voor bejaarden. Het gaat om 10 % bij de zelfstandigen, tegenover 4 % bij de werknemers.
Telles sont les conclusions majeures du deuxième rapport de la commission Cantillon. Que le régime des pensions des indépendants est confronté à une série de problèmes structurels est un secret de polichinelle. La pension légale minimum est trop basse, ce qui oblige de nombreux indépendants à recourir au revenu garanti pour personnes aˆgées (10 % des indépendants contre 4 % des travailleurs salariés).
De verhouding tussen bijdragen en uitkeringen is niet evenredig. De regelgeving is ondoorzichtig.
Le rapport entre cotisations et allocations n’est pas proportionnel. La réglementation manque de transparence.
De werkgroep stelt voor om de pensioenminima voor de toekomst gelijk te stellen met die voor werknemers, maar met een hogere bijdragedrempel.
La commission Cantillon propose d’assimiler les pensions minimales des indépendants aux minimas applicables aux travailleurs salariés en prévoyant toutefois un seuil de cotisations plus élevé pour les indépendants.
1. Deelt u de conclusies van de werkgroepCantillon ?
1. Partagez-vous les conclusions de la commission Cantillon ?
2. Welke beleidsconclusies trekt u of heeft u reeds getrokken om de aanbevelingen van de werkgroep in concrete realisaties om te zetten ?
2. Quels enseignements politiques tirez-vous ou avez-vous déjà tirés dans le sens d’une mise en œuvre des recommandations de la commission Cantillon ?
3. Wat zal de financie¨le impact zijn voor de actieve zelfstandige; of, anders gezegd, zullen de pensioenbijdragen voor zelfstandigen worden aangepast (verhoogd ?) en, in bevestigend geval, wanneer en met hoeveel ?
3. Quelle serait l’incidence financière de cette réforme pour les indépendants actifs ? Autrement dit, les cotisations des indépendants dans le secteur des pensions seraient-elles adaptées (augmentées ?) et, dans l’affirmative, quand et dans quelle proportion ?
Antwoord : In antwoord op zijn vragen, deel ik het geachte lid mee dat de werkgroep onder leiding van
Réponse : En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que le groupe
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14371
professor Cantillon in haar tweede rapport voorstellen formuleert voor de hervorming van het pensioenregime van de zelfstandigen. De Rondetafel over het sociaal statuut van de zelfstandigen, die geı¨nstalleerd werd op 19 maart 2002, zal op basis van de rapporten opgesteld door de werkgroep Cantillon een grondig debat voeren over de ontwikkeling van de sociale bescherming voor deze beroepscategorie. Aan de sociale organisaties die deel uitmaken van de rondetafel is gevraagd zich uit te spreken over de verbeteringen die zich opdringen binnen de verschillende sectoren van het sociaal statuut van de zelfstandigen, zo ook op het vlak van de pensioenproblematiek. Het onderzoek naar de noodzaak van een grondige hervorming van het pensioenstelsel, van een uitbreiding van de financieringsbasis en van de deugdelijkheid van het huidig bijdragestelsel, zal in september 2002 ter discussie voorliggen binnen de schoot van de rondetafel. Voor het uitdiepen van deze problemen is het nuttig te beschikken over een gedetailleerde cijfermatige analyse. Hiervoor worden de diensten van het Planbureau onmiddellijk verzocht een vooruitberekening te maken van de financieringsbehoeften van het wettelijk pensioenstelsel en van de respectievelijke opbrengsten op middellange termijn van verschillende financieringswijzen. De regering verwacht van de rondetafel een tussentijds rapport voor 1 oktober 2002, op basis waarvan de regering — tijdens de bespreking van het budget 2003 — zal kunnen beslissen over de maatregelen die reeds op korte termijn zouden kunnen ingevoerd worden. Een eindrapport, dat de maatregelen op langere termijn herneemt, wordt verwacht tegen uiterlijk 28 februari 2003.
de travail sous la présidence du professeur Cantillon, formule dans son deuxième rapport, des propositions pour la réforme du régime de pension des travailleurs indépendants. La Table ronde sur le statut social des indépendants, qui a été installée le 19 mars 2002, mènera, sur base des rapports établis par le groupe de travail, un débat approfondi sur l’évolution de la protection sociale de cette catégorie de travailleurs. Il a été demandé aux organisations sociales qui font partie de la table ronde de se prononcer sur les améliorations qui s’imposent au sein des différents secteurs du statut social des indépendants. Et également au niveau de la problématique des pensions. L’examen sur la nécessité d’une réforme fondamentale du régime de pension, d’une extension de la base de financement et de la pertinence du système actuel de cotisations, sera soumis en septembre 2002 à la discussion au sein de la table ronde. Pour approfondir ces problèmes il est utile de disposer d’une analyse chiffrée détaillée. Pour ce faire, les services du Bureau du plan ont immédiatement été chargés d’un calcul prévisionnel des besoins de financement du régime légal des pensions et des rapports respectifs à moyen terme des différents modes de financement. Le gouvernement attend de la part de la table ronde un rapport intermédiaire pour le 1er octobre 2002, sur base duquel il pourra décider lors de la discussion du budget 2003 des mesures qui pourront être instaurées à court terme. Un rapport final reprenant les mesures à long terme est attendu pour le 28 février 2003 au plus tard.
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen
Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration
Ambtenarenzaken
Fonction publique
DO 2001200200671
DO 2001200200671
Vraag nr. 136 van mevrouw Trees Pieters van 13 februari 2002 (N.) : Taalpremies fiscale ambtenaren.
Question no 136 de Mme Trees Pieters du 13 février 2002 (N.) : Primes de bilinguisme pour les fonctionnaires de l’administration fiscale. Les fonctionnaires néerlandophones de l’administration fiscale ayant réussi à la fois la partie écrite et la
Nederlandstalige fiscale ambtenaren die zowel geslaagd zijn in het schriftelijk als in het mondeling
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1840
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14372
gedeelte van de taalexamens Frans voorheen ingericht door het Vast Wervingssecretariaat (thans Selor) kunnen in principe aanspraak maken op een tweetaligheidpremie.
partie orale des examens linguistiques français organisés jadis par le Secrétariat permanent de recrutement (aujourd’hui Selor), peuvent en principe prétendre à une prime de bilinguisme.
De algemene vraag rijst of de ambtenaren van alle fiscale administraties die enkel geslaagd zijn in het eerste « schriftelijk » gedeelte van het taalexamen Frans eveneens aanspraak kunnen maken op die tweetaligheidpremie wanneer zij tewerkgesteld zijn in een ambtsgebied dat in principe uitsluitend eentalig Nederlands is.
La question suivante se pose de façon générale : les fonctionnaires de toutes les administrations fiscales ayant seulement réussi la première partie « écrite » de l’examen linguistique en français, peuvent-ils également revendiquer la prime de bilinguisme lorsqu’ils travaillent dans une circonscription ou` le néerlandais est en principe la seule langue utilisée ?
Het merendeel van die bereidwillige in feite « functioneel » toch tweetalige fiscale ambtenaren hebben immers toch geregeld zowel schriftelijk als telefonisch contact met hun Franstalige collega’s en met Franstalige belastingplichtigen of belastingschuldigen en verlenen spontaan onder andere ook hun niet-beperkende medewerking aan vertalingen van administratieve aard voor het uitwerken van barema’s, instructies en handleidingen en bij het uitreiken van getuigschriften, machtigingen of vergunningen ten behoeve van het Franstalig publiek.
La majorité de ces fonctionnaires de bonne volonté qui sont en fait des bilingues « fonctionnels », ont en effet des contacts écrits ou téléphoniques avec leurs collègues francophones ainsi qu’avec des contribuables francophones ou des francophones ayant des dettes fiscales. Par ailleurs, ces fonctionnaires contribuent activement à la réalisation de traductions administratives pour des barèmes, des instructions et des notices explicatives ainsi que pour la délivrance d’attestations, de procurations ou d’autorisations destinées au public francophone.
1. Op welke wijze, bij welke hie¨rarchische overheid en binnen welke termijnen kunnen alle betrokken fiscale ambtenaren, ongeacht hun niveau, rang, graad en/of administratie, een aanvraag indienen om de nodige achterstallen en regularisaties aan taalpremies te bekomen overeenkomstig de thans nog vigerende wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoo¨rdineerd op 18 juli 1966 ?
1. Selon quelles modalités, auprès de quelle autorité hiérarchique et dans quels délais, tous les fonctionnaires fiscaux concernés, peuvent-ils, quel que soit leur niveau, rang, grade et/ou administration, introduire une demande afin de recouvrer les arriérés et d’obtenir les régularisations dues en ce qui concerne la prime de bilinguisme, et ce, conformément aux lois en vigueur sur l’emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966 ?
2. Graag een sensibilisering van uw ambtenarenkorps en uw algemene praktische en uniforme ziensen handelwijze zowel in het licht van een personeelsvriendelijk beleid als van voornoemde taalwetten, de gecoo¨rdineerde Grondwet en van de jurisprudentie van de Vaste Commissie voor taaltoezicht.
2. Nous vous demandons dès lors de sensibiliser vos fonctionnaires et de nous faire part de vos conceptions et manière d’agir générales, tant à la lumière d’une politique favorable au personnel, des lois linguistiques précitées, de la Constitution coordonnée et de la jurisprudence de la Commission permanente de controˆle linguistique.
Antwoord : Het koninklijk besluit van 30 april 1991 tot toekenning van een premie voor tweetaligheid aan het personeel van de rijksbesturen is van toepassing op de vastbenoemde ambtenaren en contractuele personeelsleden van het ministerie van Financie¨n op voorwaarde dat zij tewerkgesteld zijn met een contract van onbepaalde duur, die
Réponse : L’arrêté royal du 30 avril 1991 accordant une prime de bilinguisme au personnel des administrations de l’E´tat s’applique aux fonctionnaires nommés à titre définitif et aux membres du personnel contractuels du ministère des Finances à la condition qu’ils soient employés au moyen d’un contrat à durée indéterminée, et
1. voor een examencommissie, samengesteld door de afgevaardigd bestuurder van Selor — Selectiebureau van de federale overheid —, het bewijs hebben geleverd dat zij de tweede landstaal kennen, of op grond van hun diploma van dit examen zijn vrijgesteld, en dat het uitgereikte bewijs omtrent de taalkennis overeenstemt met het niveau van hun graad; men heeft in casu de keuze tussen de diverse taalexamens voorzien in het koninklijk besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken
1. qu’ils aient prouvé devant une commission d’examen, composée de l’administrateur délégué du Selor — Bureau de sélection de l’administration fédérale — qu’ils connaissent la deuxième langue nationale, ou, que, sur la base de leur diploˆme, ils soient dispensés de cet examen, et que la délivrance du certificat de connaissances linguistiques corresponde au niveau de leur grade; on a en l’espèce le choix entre les divers examens linguistiques prévus dans l’arrêté royal du 8 mars 2001 fixant les conditions de délivrance des
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14373
van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966;
certificats de connaissances linguistiques prévus à l’article 53 des lois sur l’emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966;
2. hun administratieve standplaats gevestigd hebben in het tweetalige Brusselse Hoofdstedelijk Gewest of dat zij aangewezen zijn voor een dienst waar de tweetaligheid van het personeel wordt opgelegd of toegestaan door een wettelijke bepaling;
2. qu’ils aient établi leur poste administratif dans la Région bilingue de Bruxelles-Capitale ou qu’ils aient été affectés à un service où le bilinguisme du personnel est imposé ou permis par une disposition légale;
3. in dienstactiviteit zijn en een wedde genieten.
3. qu’ils soient en activité de service et qu’ils bénéficient d’un traitement.
Derhalve kan op heden geen tweetaligheidspremie worden toegekend aan ambtenaren die tewerkgesteld zijn in eentalig Nederlandstalig ambtsgebied indien aan hun dienst de tweetaligheid van het personeel niet wordt opgelegd of toegestaan door een wettelijke bepaling, met andere woorden indien in hun dienst het Frans als tweede taal mag of moet worden gebruikt. In een eentalig Nederlandstalig ambtsgebied worden de ambtenaren niet geacht de burger te woord te staan in het Frans; dit is eigenlijk zelfs wettelijk niet toegestaan; zij dienen in hun betrekkingen met de burger het Nederlands te gebruiken.
Dès lors, aucune prime de bilinguisme ne peut actuellement être accordée aux fonctionnaires employés dans une circonscription administrative unilingue néerlandophone si, dans leur service, le bilinguisme du personnel n’est pas imposé ou permis par une disposition légale, en d’autres termes si, dans leur service, le français peut ou doit être utilisé comme deuxième langue. Dans une circonscription administrative unilingue néerlandophone, les fonctionnaires ne sont pas censés recevoir le citoyen en français; en fait, cela est même interdit légalement; ils doivent utiliser le néerlandais dans leurs relations avec le citoyen.
Personeelsleden van het ministerie van Financie¨n die aan voornoemde voorwaarden voldoen, dienen hun bewijs van slagen in het taalexamen over te maken aan hun personeelsdienst die de nodige formaliteiten ter uitbetaling van de tweetaligheidspremie dient te vervullen.
Les membres du personnel du ministre des Finances qui remplissent les conditions précitées doivent transmettre leur certificat de réussite de l’examen linguistique au service du personnel qui est tenu de remplir les formalités nécessaires en vue du paiement de la prime de bilinguisme.
DO 2001200200731
DO 2001200200731
Vraag nr. 137 van de heer Jean-Jacques Viseur van 21 februari 2002 (Fr.) :
Question no 137 de M. Jean-Jacques Viseur du 21 février 2002 (Fr.) :
Benaming van functies in het kader van bepaalde betrekkingen die aan ambtenaren van niveau 2 kunnen worden toegekend.
Dénomination de fonctions à l’égard de certains postes pouvant être attribués à des niveaux 2.
Naar verluidt zouden alle ambtenaren van de niveaus 1 en 2+ op 14 juni 2001 een schrijven hebben ontvangen waarin ze worden uitgenodigd zich als « consultant » kandidaat te stellen voor het P&0 traject.
Il me revient qu’en date du 14 juin 2001, chaque agent de niveaux 1 et 2+ a reçu un courrier l’invitant à poser sa candidature au trajet P&O en tant que « consultant ».
Tijdens de door Selor georganiseerde geautomatiseerde selectieproef zou de vertegenwoordiger van de minister van Ambtenarenzaken gepreciseerd hebben dat de betrekkingen evengoed aan ambtenaren van niveau 1 als van niveau 2+ kunnen worden toegewezen.
Lors de l’épreuve de sélection informatique organisée par Selor, le représentant du ministre de la Fonction publique aurait précisé que ces postes seraient attribués aussi bien à des agents du niveau 2+ que du niveau 1.
Het koninklijk besluit van 11 juli 2001 betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten en tot vaststelling van hun wedde omschrijft kennis van universitair niveau of
L’arrêté royal du 11 juillet 2001 relatif à la pondération des fonctions de management et d’encadrement dans les services publics fédéraux et fixant leur traitement, décrit les connaissances de base comme étant
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14374
door ervaring opgedane kennis van vergelijkbaar niveau als vereiste basiskennis. In dit kader wordt van een functie van « attaché » gesproken.
celles de niveau universitaire ou d’un niveau de connaissance comparable obtenu par expérience. Dans ce cadre, la dénomination de la fonction est celle d’« attaché ».
Het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de oprichting en de samenstelling van de gemeenschappelijke organen van de verscheidene federale overheidsdiensten bepaalt dat om aan de vergelijkende selectieproeven voor de functies N-2 en N-3 te mogen deelnemen de kandidaat ten minste gedurende zes jaar een functie van niveau 1 moet hebben uitgeoefend. Ook hier geldt de benaming van « attaché ».
L’arrêté royal du 29 octobre 2001 relatif à la création et la composition des organes communs aux différents services publics fédéraux, prévoit qu’il faut avoir effectué des fonctions de niveau 1 depuis au moins six ans pour participer aux sélections comparatives pour les fonctions N-2 et N-3. La dénomination est également celle d’« attaché ».
1. Is de bovenvermelde functie van « consultant » identiek aan die van « attaché » ?
1. La fonction de « consultant » mentionnée cidessus est-elle identique à celle d’« attaché » ?
2. Zo ja, is het voormelde koninklijk besluit van 29 oktober 2001 niet onvolledig ten opzichte van het op 14 juni 2001 naar de ambtenaren van de niveaus 1 en 2+ verstuurde schrijven en van het voormelde koninklijk besluit van 11 juli 2001 ?
2. Dans l’affirmative, l’arrêté royal précité du 29 octobre 2001 n’est-il pas incomplet par rapport à la note adressée le 14 juin 2001 aux agents des niveaux 1 et 2+ ainsi que par rapport à l’arrêté royal précité du 11 juillet 2001 ?
3. Welke loonschalen gelden voor de functie van « consultant » indien deze niet met de functie van « attaché » overeenstemt ?
3. Quels sont les barèmes applicables à la fonction de « consultant » si elle diffère de celle d’« attaché » ?
4. Welk koninklijk besluit reglementeert de functie van « consultant » ?
4. Quel est l’arrêté royal réglementant la fonction de « consultant » ?
Antwoord :
Réponse :
1. Neen, de functie van attaché in human resources is een graad van niveau 1 met rang 10C. Deze graad werd gecree¨erd bij koninklijk besluit van 22 mei 2000 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de human resources cellen in de federale ministeries.
1. Non, la fonction d’attaché aux ressources humaines est un grade de niveau 1 de rang 10C. Ce grade a été créé par l’arreˆté royal du 22 mai 2000 portant diverses mesures en vue de la mise en place des cellules des ressources humaines dans les ministères fédéraux.
Deze graad is een graad van niveau 1 en vraagt naast de vereiste van een universitair diploma of de uitoefening van een functie van niveau 1, vijf jaar nuttige professionele ervaring.
Ce grade est un grade de niveau 1 et demande, outre l’exigence d’un diploˆme universitaire ou de l’exercice d’une fonction de niveau 1, cinq années d’expérience professionnelle utile.
Het koninklijk besluit van 11 juli 2001 betreffende de weging van de management- en staffuncties in de federale overheidsdiensten, bepaalt de wijze van de vaststelling van de wedde van de management- en staffuncties. De managementfuncties zijn functies van niveau 1 en worden aangesteld overeenkomstig het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten. De reglementering betreffende de invulling van de staffuncties is op heden in opmaak.
L’arreˆté royal du 11 juillet 2001 relatif à la pondération des fonctions de management et d’encadrement dans les services publics fédéraux détermine le mode de fixation du traitement des fonctions de management et d’encadrement. Les fonctions de management sont des fonctions de niveau 1 et sont affectées conformément à l’arreˆté royal du 29 octobre 2001 relatif à la désignation et à l’exercice des fonctions de management dans les services publics fédéraux. La réglementation relative à l’occupation des fonctions d’encadrement est actuellement en cours d’élaboration.
De opleiding tot « interne consultant P&O » leidt niet tot de functie van attaché in human resources noch tot een management- of staffunctie.
La formation de « consultant interne P&O » ne mène ni à la fonction d’attaché aux ressources humaines ni à une fonction de management ou d’encadrement.
2. Neen.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2. Non.
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14375
3. De personen die een opleiding tot « interne consultant P&O » genoten hebben, zullen na een intern selectie-interview de kans krijgen, onder leiding van de functioneel directeur van de stafdienst P&O om deel uit te maken van de nieuwe stafdienst P&O die in hun federale overheidsdienst wordt opgericht. Zij behouden hun graad en rang. Er is a priori geen extra verloning gekoppeld aan deze functies. De loopbaanhervorming verzekert hun een marktconforme verloning.
3. Les personnes qui ont suivi une formation de « consultant interne P&O » auront l’occasion, après un entretien de sélection interne, de faire partie, sous la direction du directeur fonctionnel du service d’encadrement P&O, du nouveau service d’encadrement P&O qui sera créé dans leur service public fédéral. Ils conservent leurs grade et rang. A priori, aucune rémunération supplémentaire n’est liée à ces fonctions. La réforme des carrières assure une rémunération conforme au marché.
DO 2001200200884
DO 2001200200884
Vraag nr. 142 van mevrouw Els Haegeman van 20 maart 2002 (N.) :
Question no 142 de Mme Els Haegeman du 20 mars 2002 (N.) :
Criteria bij selectieprocedures.
Critères utilisés dans les procédures de sélection.
Ik merk op dat heel wat vragen rijzen, onder meer in de pers, rond de parallelle procedures voor Nederlandstalige en Franstalige kandidaten. Zo zijn er geruchten dat de ene commissie veel zwaardere eisen zou stellen dan de andere. Dezelfde kandidaat wordt niet altijd door de Nederlandstalige of Franstalige commissie op eenzelfde niveau gerangschikt. Ik verwijs, bij wijze van voorbeeld, naar het geval van een vrouwelijke kandidate die voor de selectie van de FOD budget en beheer slechter scoorde voor de F-commissie dan voor de N-commissie. Dat doet het vermoeden van willekeur rijzen en ondergraaft de zogenaamde « objectieve selecties » van de Copernicus-hervorming.
J’observe que beaucoup s’interrogent, notamment dans la presse, sur les procédures divergentes qui seraient suivies selon qu’il s’agisse de candidats néerlandophones ou francophones. Ainsi, selon certaines rumeurs, un jury se montrerait beaucoup plus exigeant que l’autre. On a constaté que les jurys néerlandophone et francophone n’attribuent pas toujours le même classement aux mêmes candidats. Je citerai à titre d’exemple le cas d’une candidate qui, à l’issue de l’épreuve de sélection des SPF budget et gestion, a été moins bien notée par le jury francophone que par le jury néerlandophone. Cela porte à croire à l’existence d’un certain arbitraire et à décrédibiliser les « sélections objectives » voulues dans le cadre de la réforme Copernic.
Hoe kunnen zulke merkwaardige uitslagen verklaard worden ?
Comment curieux ?
Antwoord :
expliquez-vous
des
résultats
aussi
Réponse :
1. Inleidende beginselen van de taalwet. Op heden bepaalt artikel 43, § 2, van de taalwet in bestuurszaken dat de ambtenaren worden verdeeld over taalkaders. Er zijn drie taalkaders : een Nederlands en Frans en, voor ambtenaren met een graad van rang 13 of hoger of met een graad die daarmee gelijkwaardig is, een tweetalig.
1. Principes introductifs de la loi sur l’emploi des langues. Actuellement, l’article 43, § 2, de la loi sur l’emploi des langues en matière administrative précise que les fonctionnaires sont répartis en cadres linguistiques. Il existe trois cadres linguistiques : un néerlandais et un français et, pour les fonctionnaires d’un grade de rang 13 ou supérieur ou d’un grade qui y est assimilé, un bilingue.
Alle ambtenaren worden ingeschreven op een taalrol. Er zijn twee taalrollen : de Nederlandse en de Franse.
Tous les fonctionnaires sont inscrits sur un roˆle linguistique. Il existe deux roˆles linguistiques : le néerlandais et le français.
Artikel 43, § 4, van de taalwet in bestuurszaken bepaalt dat het taalregime van het toelatingsexamen de taalrol bepaalt waarbij de ambtenaren worden ingedeeld.
L’article 43, § 4, de la loi sur l’emploi des langues en matière administrative précise que le régime linguistique de l’examen d’admission détermine le roˆle linguistique auquel les fonctionnaires sont affectés.
Wanneer een toelatingsexamen voorgeschreven is, leggen de ambtenaren hun toelatingsexamen af in het
Si un examen est imposé, les fonctionnaires subissent leur examen d’admission en français ou en
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14376
Nederlands of in het Frans naar gelang van de taal waarin zij, naar luid van het opgelegde diploma, het vereiste getuigschrift of de verklaring van het schoolhoofd hun onderwijs hebben genoten, tenzij zij vooraf aan de hand van een examen het bewijs leveren dat zij de andere taal even goed kennen.
néerlandais suivant que le diploˆme exigé, le certificat d’études requis ou la déclaration du directeur d’école atteste qu’ils ont fait leurs études dans l’une ou l’autre de ces langues. Ils peuvent prouver par un examen préalable qu’ils connaissent l’autre langue.
Bij ontstentenis van zulk examen, is het taalregime van het genoten onderwijs, zoals dat blijkt uit het opgelegde diploma, het vereiste getuigschrift of de verklaring van het schoolhoofd bepalend.
` défaut de semblable examen, l’affectation est A déterminée par la langue qui d’après le diploˆme exigé, le certificat d’études requis ou la déclaration du directeur d’école, a été la langue véhiculaire des études faites.
De overgang van de ene taalrol naar de andere is verboden, behoudens klaarblijkelijke vergissing bij de indeling.
Le passage d’un roˆle à l’autre est interdit, sauf en cas d’erreur manifeste lors de l’affectation.
2. Dezelfde kans wordt geboden aan Frans- en Nederlandstaligen. Elke managementbetrekking is dan ook toegankelijk voor zowel Nederlands- en Franstalige kandidaten onverminderd — uiteraard — de verplichting om de door de huidige (of gebeurlijk toekomstige gewijzigde) taalwet in artikel 43, § 3, eerste en tweede lid, uitgewerkte evenwichtige en billijke verdeling van de betrekkingen per FOD te garanderen.
2. La même chance est offerte aux francophones et aux néerlandophones. Chaque emploi de management est donc accessible aussi bien à des candidats néerlandophones que francophones indépendamment — bien suˆr — de l’obligation de garantir l’équilibre et la répartition équitable des emplois par SPF prévue à l’article 43, § 3, premier et deuxième alinéas, de l’actuelle (ou éventuellement future modifiée) loi sur l’emploi des langues.
De functie, ook de voorzittersfunctie is dus niet a priori aan een taalkader toebedeeld juist om zowel Nederlandstalige en Franstalige één kans te bieden.
La fonction, y compris la fonction de président n’est donc pas a priori attribuée à un cadre linguistique, justement pour offrir une chance tant aux néerlandophones qu’aux francophones.
Beginsel van de Copernicushervorming is immers dat de te begeven managementfunctie moet toekomen aan de meest geschikte kandidaat waarbij zowel Frans- als Nederlandstalige kandidaten aan de aan de werving voorafgaande selectie voor die managementfunctie kunnen deelnemen.
Un des principes de la réforme Copernic prévoit en effet que la fonction de management à attribuer doit revenir au candidat le plus apte et que tant des candidats francophones que néerlandophones peuvent participer à la sélection préalable au recrutement pour cette fonction de management.
Van dit beginsel kan in fine enkel worden afgeweken wanneer zulks noodzakelijk is om te voldoen aan de dwingende bepalingen van de taalwetgeving.
On ne peut in fine déroger à ce principe que lorsque c’est nécessaire pour satisfaire aux dispositions contraignantes de la législation linguistique. ` présent, comment se déroule la procédure de 3. A sélection ? Chaque commission de sélection est, par fonction de management à attribuer, constituée pour chaque service public fédéral par roˆle linguistique. On entend par « chaque commission de sélection » la commission de sélection néerlandophone et francophone constituée par fonction à attribuer pour chaque service public fédéral. ` ce propos, le Conseil d’E´tat a fait remarquer, dans A son avis figurant dans l’arrêté royal du 29 octobre 2001 relatif à la désignation et à l’exercice des fonctions de management dans les services publics fédéraux, que, concernant les sélections distinctes, la question se pose de savoir si le système d’une sélection parallèle, d’une part, de candidats francophones et, d’autre part, de candidats néerlandophones permet effectivement à l’autorité investie du pouvoir de nomination de mettre en balance les titres et mérites des
3. Hoe verloopt nu concreet de selectieprocedure ? Elke selectiecommissie wordt, per te begeven managementfunctie, voor elke federale overheidsdienst samengesteld per taalrol. Met de woorden « elke selectiecommissie » wordt derhalve bedoeld de Nederlandstalige én Franstalige selectiecommissie die per te begeven functie voor elke federale overheidsdienst wordt samengesteld. In dat verband heeft de Raad van State in zijn advies bij het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten inzake de afzonderlijke selecties opgemerkt dat de vraag rijst of het systeem van een parallelle selectie van enerzijds, Nederlandstalige kandidaten en, anderzijds, Franstalige kandidaten aan de benoemende overheid wel toelaat om, in de gevallen waar de keuze tussen de kandidaten niet wordt bepaald door de vereisten van de
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14377
taalwetgeving, op een volledige objectieve en gelijke basis de titels en verdiensten van de onderscheiden kandidaten tegenover elkaar af te wegen. De andere samenstelling van de twee commissies draagt onvermijdelijk de mogelijkheid in zich dat nuances in de maatstaven en verschillen in appreciatie bij de beoordeling zelf voorkomen, terwijl het gegeven dat slechts een rangschikking binnen elke taalgroep wordt opgemaakt een vergelijking tussen kandidaten van verschillende taalgroepen bemoeilijkt. In dat verband wijst de Raad van State er (nog) op dat in het arrest nr. 98.735 de afwezigheid van een rangschikking tussen de kandidaten mee in aanmerking werd genomen om te besluiten tot een schending van het beginsel van de gelijkheid inzake de toegang tot openbare ambten. De Raad van State preciseert terzake nog dat er te dien aanzien op moet worden gewezen dat de selectie per taalgroep niet kan worden verantwoord door de zorg voor een evenwichtige vertegenwoordiging van de betrokken taalgroep binnen het bestuur. Immers, aan die zorg voor een evenwichtige vertegenwoordiging wordt tegemoet gekomen door de taalwetgeving zelf. Het is enkel in het geval waarin een bepaalde functie zowel door een Nederlandstalige als door een Franstalige kandidaat kan worden bezet — en bijgevolg het vrijwaren van het door de taalwetgeving beoogde evenwicht niet noodzaakt tot de aanwijzing van een kandidaat die tot een vooraf bepaalde taalgroep behoort — dat het aan de orde gestelde gelijkheidsprobleem zich kan voordoen. 4. In dit opzicht is inderdaad te herhalen dat de verschillende functies van voorzitter van het directiecomité niet a priori zijn toegewezen aan het Nederlandse of het Franse taalkader. De selectieprocedure test de competenties en vaardigheden van de kandidaten en wenst aan alle kandidaten, Nederlandstalige en Franstalige, dezelfde slaagkansen te bieden. Om die redenen is dan ook rekening gehouden met de opmerkingen van de Raad van State en werd het oorspronkelijke ontwerp aangepast om aan de geuite bekommernissen tegemoet te komen. 5. Aldus zijn de hiernavolgende waarborgen in het besluit betreffende de aanduiding van de managers opgenomen : — elke selectiecommissie wordt samengesteld door de afgevaardigd bestuurder van Selor of zijn gemachtigde; — de profielen van de leden van de selectiecommissie worden bovendien in samenspraak gemaakt met de betrokken functionele minister voor de voorzitter en met de betrokken functionele minister op voorstel van de voorzitter, voor de andere functies. De selectiecommissie is samengesteld uit een meerderheid van experts tewerkgesteld bij een overheid
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
différents candidats d’une manière tout à fait objective et égale dans les cas où le choix entre les candidats n’est pas fixé par les exigences de la législation linguistique. La composition différente des deux commissions de sélection comporte inévitablement l’éventualité qu’il y aura des nuances dans les critères d’évaluation et des différences d’appréciation lors de l’évaluation elle-même, alors que l’établissement d’un classement dans chaque groupe linguistique seulement rend plus difficile la comparaison entre les candidats ` cet égard, le des différents groupes linguistiques. A ´ Conseil d’Etat rappelle (encore) que dans l’arrêt no 98.735, l’absence de classement entre les candidats a également été prise en considération pour conclure à une violation du principe de l’égalité en matière d’accès aux emplois publics. Le Conseil d’E´tat précise encore en la matière qu’à cet égard, il faut souligner que la sélection par groupe linguistique ne peut se justifier par le souci d’une représentation équilibrée du groupe linguistique concerné au sein de l’administration. En effet, la législation linguistique elle-même apporte la réponse à cette préoccupation. Ce n’est que lorsqu’une fonction donnée peut être occupée tant par un francophone que par un néerlandophone — et par conséquent, que le maintien de l’équilibre visé par la législation linguistique ne nécessite pas la désignation d’un candidat appartenant à un groupe linguistique déterminé au préalable — que le problème d’égalité évoqué peut se poser. ` cet égard, il convient en effet de répéter que les 4. A différentes fonctions de président du comité de direction ne sont pas a priori attribuées au cadre linguistique néerlandophone ou francophone. La procédure de sélection teste les compétences et aptitudes des candidats et souhaite offrir à tous les candidats, néerlandophones et francophones, les mêmes chances de réussite. Pour ces raisons, il a aussi été tenu compte des remarques du Conseil d’E´tat et le projet initial a été adapté pour tenir compte des inquiétudes exprimées. 5. Ainsi, les garanties suivantes ont été intégrées dans l’arrêté relatif à la désignation des managers : — chaque commission de sélection est composée de l’administrateur délégué du Selor ou de son mandataire; — les profils des membres de la commission de sélection sont en outre déterminés en concertation avec le ministre fonctionnel concerné pour le président et avec le ministre fonctionnel concerné sur proposition du président, pour les autres fonctions. La commission de sélection se compose d’une majorité d’experts employés dans une administration
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14378
— —
—
—
—
of in de « non profit »-sector. Het is de taak van de afgevaardigd-bestuurder van Selor of zijn gemachtigde om bij de (personele) samenstelling van elke selectiecommissie, namelijk de Nederlandstalige en Franstalige, rekening te houden met de functiespecifieke elementen die voorkomen in de functiebeschrijving en het competentieprofiel teneinde er zorg voor te dragen dat de competenties van de leden van elke selectiecommissie van die aard zijn dat ze de aanwezigheid van de functiespecifieke elementen in het profiel van de kandidaat kunnen evalueren; Selor beslist of de kandidaten voldoen aan de algemene en bijzondere toelaatbaarheidsvereisten; de selectiecommissies worden voorgezeten door een afgevaardigde van Selor. Dit houdt meteen in dat Selor als organisator, coo¨rdinator en voorzitter van de jury er over waakt dat een gelijke norm wordt gehanteerd voor beide taalrollen. De voorzitters van de selectiecommissies worden aangeduid door Selor — selectiebureau van de federale overheid — en plegen te dien einde overleg. Beide selectiecommissies steunen zich overigens voor het afnemen van de proeven op dezelfde — dat wil zeggen uiteraard identieke — functiebeschrijving, hetzelfde competentieprofiel en hetzelfde daaruit voortvloeiende competentieraster en dus identieke criteria; het « assessment » wordt afgelegd voor externe expert-evaluatoren aangeduid door Selor in het bijzijn — als observator — van twee leden van de selectiecommissie die daartoe uitdrukkelijk worden uitgenodigd; aan het eind van de procedure vindt een onderhoud plaats van de kandidaten gerangschikt in groep A (en bij uitputting van A met de kandidaten gerangschikt in groep B) met de bevoegde minister voor de voorzitter en met de voorzitter voor de andere managementfuncties. Dit onderhoud heeft tot doel de Nederlandstalige én de Franstalige kandidaten te vergelijken wat betreft hun competenties, relationele en managementvaardigheden zoals bepaald in de functiebeschrijving en het competentieprofiel. Van elk onderhoud wordt een (gemotiveerd) verslag opgemaakt houdende het resultaat van deze vergelijking. Dat verslag wordt bij het aanstellingsdossier gevoegd; ten slotte geschiedt de aanstelling, wat de voorzitters betreft, op voorstel van de betrokken minister, bij koninklijk besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad. Het aanstellingsdossier ligt ter inzage van de in raad vergaderde ministers. De naleving van deze substantie¨le vormvereiste, inzonderheid de paritaire samenstelling van de Ministerraad, is een bijkomende waarborg voor de behandeling op voet van gelijkheid van de Nederlandstalige en Franstalige kandidaten.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
— —
—
—
—
ou dans le secteur non marchand. Il appartient à l’administrateur délégué du Selor ou à son mandataire de tenir compte, lors de la composition (personnelle) de chaque commission de sélection, à savoir la néerlandophone et la francophone, des éléments spécifiques à la fonction figurant dans la description de fonction et le profil des compétences afin de faire en sorte que les compétences des membres de chaque commission de sélection soient de nature à pouvoir évaluer la présence des éléments spécifiques à la fonction dans le profil du candidat; le Selor décide si les candidats satisfont aux exigences d’admissibilité générales et particulières; les commissions de sélection sont présidées par un délégué du Selor. Cela implique d’emblée que le Selor, en tant qu’organisateur, coordinateur et président du jury, veille à ce qu’une norme sérieuse soit utilisée pour les deux roˆles linguistiques. Les présidents des commissions de sélection sont désignés par le Selor — bureau de sélection de l’administration fédérale — et se concertent à cette fin. Les deux commissions de sélection se basent d’ailleurs pour faire passer les épreuves sur la même — c’est-à-dire évidemment identique — description de fonction, le même profil des compétences et la même définition de compétences qui en découle et donc des critères identiques; l’« assessment » a lieu pour des experts externesévaluateurs désignés par le Selor en présence — en tant qu’observateurs — de deux membres de la commission de sélection qui sont expressément invités à cette fin; à la fin de la procédure a lieu un entretien des candidats classés dans le groupe A (et, en cas d’épuisement de A, des candidats classés dans le groupe B) avec le ministre compétent pour le président et avec le président pour les autres fonctions de management. Cet entretien a pour but de comparer les candidats néerlandophones et francophones en ce qui concerne leurs compétences, aptitudes relationnelles et de management comme déterminées dans la description de fonction et le profil des compétences. De chaque entretien est établi un rapport (motivé) comportant le résultat de cette comparaison. Ce rapport est joint au dossier de désignation; enfin, la désignation a lieu, en ce qui concerne les présidents, sur proposition du ministre concerné, par arrêté royal délibéré au Conseil des ministres. Le dossier de désignation se trouve chez les ministres réunis en conseil à des fins de consultation. Le respect de cette exigence de forme substantielle, en particulier la composition paritaire du Conseil des ministres, est une garantie supplémentaire pour le traitement égalitaire de près des candidats néerlandophones et francophones.
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14379
Conclusie. Dergelijke waarborgen strekken er onbetwistbaar toe een objectieve selectie te organiseren conform het gelijkheidsbeginsel, inzonderheid het vergelijken van titels, verdiensten en vaardigheden en garandeert een onderlinge vergelijking van de Nederlandstalige en Franstalige kandidaten. Het enkele feit dat er twee selectiecommissies (N en F) bestaan, volstaat dus niet om te concluderen tot een ongelijke behandeling van de kandidaten. 6. De parallelle selectie van mevrouw Nuyens voor de FOD budget en beheer. Wat de selectie van mevrouw Nuyens betreft voor het voorzitterschap van de FOD budget en beheer is vast te stellen dat ze op grond van haar diploma heeft deelgenomen aan de Nederlandstalige selectie en na een examen als bedoeld in artikel 43, § 4, eerste lid, van de taalwet in bestuurszaken. In de Nederlandstalige selectie behaalde zij in het « assessment » een A-vermelding en in de functiespecifieke proef een « A » met als eindvermelding in die selectie een « A ». In de Franstalige selectie behaalde zij in het « assessment » een « A »-vermelding en een « C » voor de functiespecifieke proef hetgeen leidde tot een eindvermelding « B ». De « C »-vermelding wordt verklaard door het gegeven dat, niettegenstaande het door haar behaalde taalbewijs, mevrouw Nuyens ook zelf verklaard heeft in die taal minder de specifieke vaktermen te beheersen zodat dit het verwoorden van de gedachten niet ten goede kwam. Ook de selectiecommissie heeft dit moeten vaststellen met name dat de lagere vertrouwdheid met de specifieke vaktermen eigen aan het overheidsgebeuren uiteindelijk leidde tot een minder vlot en goed afleggen van de functiespecifieke proef terwijl er andere kandidaten waren die op dat stuk veel beter scoorden. Er is dus een objectieve én functionele en begrijpbare uitleg voor het verschil in het door haar behaalde resultaat, inzonderheid op die functiespecifieke proeven. Die lagere score voor het functiespecifieke deel heeft dan uiteindelijk ook, uiteraard, invloed gehad op het eindresultaat voor de Franstalige selectie.
Conclusion. Ces garanties ont incontestablement pour objectif d’organiser une sélection objective conformément au principe d’égalité, en particulier la comparaison de titres, mérites et aptitudes, et permettent une comparaison mutuelle des candidats néerlandophones et francophones. Le seul fait que deux commissions de sélection (N et F) existent ne suffit donc pas pour conclure à un traitement inégal des candidats. 6. La sélection parallèle de Mme Nuyens pour le SPF budget et controˆle de la gestion. En ce qui concerne la sélection de Mme Nuyens pour la présidence du SPF budget et controˆle de la gestion, il faut constater que, sur la base de son diploˆme, et, après un examen comme visé à l’article 43, § 4, alinéa premier, de la loi sur l’emploi des langues en matière administrative, elle a participé à la sélection néerlandophone. Dans la sélection néerlandophone, elle a obtenu une mention « A » pour l’« assessment », un A pour l’épreuve spécifique à la fonction, et un « A » comme mention finale pour cette sélection. Dans la sélection francophone, elle a obtenu une mention « A » pour l’« assessment » et un « C » pour l’épreuve spécifique à la fonction, ce qui a mené à une mention finale « B ». La mention « C » s’explique par le fait que, indépendamment de la preuve linguistique fournie par elle, Mme Nuyens a aussi expliqué elle-même de moins maıˆtriser les termes professionnels spécifiques dans cette langue de sorte que cela n’a pas été bénéfique pour la formulation des pensées. La commission de sélection a aussi duˆ constater cela, à savoir que l’aisance moindre avec les termes professionnels spécifiques propres à l’administration a finalement fait en sorte qu’elle a passé l’épreuve spécifique à la fonction moins aisément et moins bien tandis que d’autres candidats avaient obtenu des résultats bien meilleurs sur ce plan. Il existe donc une explication compréhensible objective et fonctionnelle concernant la différence du résultat obtenu par elle, en particulier lors de ces épreuves spécifiques à la fonction. Ce résultat inférieur pour la partie spécifique à la fonction a, bien suˆr, finalement aussi influencé le résultat final pour la sélection francophone.
Minister van Landsverdediging
Ministre de la Défense
DO 2001200200748
DO 2001200200748
Vraag nr. 249 van de heer Stef Goris van 25 februari 2002 (N.) : Eventuele mogelijkheid op het verderbestaan van MK 22 Landen als logistieke steuneenheid. Volgens het Moderniseringsplan 2000-2015 heeft de minister besloten dat de mobilisatiekern MK 22 te
Question no 249 de M. Stef Goris du 25 février 2002 (N.) : Reconversion éventuelle du noyau mobilisateur NM 22 de Landen en unité d’appui logistique. Selon le Plan de modernisation 2000-2015, le noyau mobilisateur NM 22 de Landen serait fermé en 2011 et
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1841
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14380
Landen per 2011 gesloten zal worden en zal verhuizen naar het kwartier Westakker in Sint-Niklaas. Nochtans zijn er aantal argumenten die aangebracht kunnen worden om MK 22 Landen om te vormen tot logistieke steuneenheid.
transféré à la caserne du quartier Westakker de SaintNicolas. Or, un certain nombre d’arguments plaident en faveur de la reconversion du noyau mobilisateur NM 22 de Landen en unité d’appui logistique.
Vooreerst werden er de voorbije jaren zowel in het stafgebouw als in depot 1 en depot 2 werken uitgevoerd voor een bedrag van 5 000 000 euro, wat maakt dat deze mobilisatiekern voldoet aan de normen voorzien voor een moderne steuneenheid. Ten tweede, vanuit geografisch oogpunt, is MK 22 centraal gelegen om de omringende eenheden, met name Leopoldsburg, Marche-en-Famenne en Heverlee, op efficie¨nte wijze logistiek te ondersteunen. Vanuit sociaal perspectief moet men er zich vervolgens rekenschap van geven dat het grootste deel van de manschappen die actueel tewerk zijn gesteld in de MK 22, wonen in de regio Landen en er volledig zijn ingeburgerd, met het gevolg dat een verhuis naar Sint-Niklaas zowel op menselijk als financieel vlak zeer nadelig zou zijn voor deze mensen. Bovendien zou een verhuis van deze kern een flinke stap achteruit betekenen voor de middenstand te Landen. Ten slotte betekent de sluiting van MK 22 op personeelsvlak hooguit een besparing van tien personen, met name het schrappen van de post van de nachtwakers.
Premièrement, des travaux ont été réalisés dans le baˆtiment abritant l’état-major et dans les dépoˆts 1 et 2 pour un montant de 5 000 000 d’euros, de sorte que ce noyau mobilisateur satisfait aux normes prévues pour une unité d’appui moderne. Deuxièmement, le NM 22 occupe d’un point de vue géographique une position centrale pour offrir un appui logistique efficace aux unités environnantes comme Bourg-Léopold, Marcheen-Famenne et Heverlee. Ensuite, d’un point de vue social il ne faut pas oublier que la majorité des effectifs qui travaillent actuellement au sein du noyau mobilisateur NM 22, habitent dans la région de Landen et y sont totalement intégrés. Un déménagement vers SaintNicolas serait préjudiciable à ces personnes, tant sur le plan financier qu’humain. De surcroıˆt, le déménagement de ce noyau constituerait un coup dur pour les commerçants de Landen. Enfin, l’économie en personnel réalisée par la fermeture de NM 22 ne représente que dix personnes au maximum, ce qui correspond à la suppression du poste des gardes de nuit.
1. Heeft u reeds wijzigingen aangebracht aan uw plannen voor de sluiting van MK 22 Landen ?
1. Avez-vous déjà apporté des modifications à votre projet de fermeture du noyau mobilisateur NM 22 de Landen ?
2. Overweegt u op basis van bovenvermelde argumenten uw plannen voor de sluiting van MK 22 Landen te wijzigen ?
2. Sur la base des arguments susmentionnés, envisagez-vous de modifier votre projet de fermeture du noyau mobilisateur NM 22 de Landen ?
3. Bestaat er voor de minister de mogelijkheid tot het omvormen van MK 22 Landen tot logistieke steuneenheid ?
3. Existe-t-il une possibilité de reconvertir le noyau mobilisateur NM 22 en unité d’appui logistique ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vraag te willen vinden.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à sa question.
De situatie van mobilisatiekern 22 van Landen moet bekeken worden in het globaal kader van de reorganisatie 2000-2015 en van de modernisering van Defensie.
Le cas du noyau mobilisateur 22 de Landen doit eˆtre étudié dans le cadre global de la restructuration 20002015 et de la modernisation de la Défense.
Het betreft hier de drastische rationalisatie van het aantal militaire kwartieren :
Il s’agit de rationaliser drastiquement le nombre de quartiers militaires, tout en
•
waarbij een territoriale verdeling, noodzakelijk voor de rekrutering, gerespecteerd wordt;
•
respectant une distribution territoriale favorisant le recrutement;
•
waarbij rekening gehouden wordt met het federaal en regionaal evenwicht;
•
tenant compte des équilibres fédéraux et régionaux;
•
waarin de behoefte van de eenheden geı¨ntegreerd wordt;
•
intégrant les besoins des unités;
•
waardoor het gebruik van de bestaande infrastructuur geoptimaliseerd wordt;
•
optimalisant l’emploi de l’infrastructure existante;
•
waarbij de veranderingen gespreid worden in de tijd (15 jaar).
•
inscrivant les changements dans la durée (15 ans).
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14381
Het handelt eveneens over :
Il s’agit encore :
•
de functionele hergroepering teneinde de synergiee¨n te realiseren die synoniem zijn voor een economisering;
•
d’assurer les regroupements fonctionnels en vue de réaliser les synergies, synonymes d’économie;
•
een evenwichtige territoriale verdeling;
•
d’assumer une répartition territoriale équilibrée;
•
het optimaal gebruik maken van het patrimonium dat in goede staat is;
•
d’exploiter au mieux le patrimoine en bon état;
•
het bijdragen aan de ecomobiliteit.
•
Het is daarom dat de Elementen van de medische interventie (EMI) van Landen en Destelbergen, Haasdonk zullen vervoegen na 2010. Momenteel overwegen wij om MK 22 te laten bezetten door de depots van het Koninklijk Legermuseum dat vandaag gelokaliseerd is te Kapellen en te Vissenaken.
de controˆler à l’écomobilité. C’est ainsi que les E´léments médicaux d’intervention (EMI) de Landen et Destelbergen rejoindront ` l’heure actuelle, nous enviHaasdonck après 2010. A sageons de faire occuper le noyau mobilisateur 22 de Landen par les dépoˆts du Musée royal de l’armée actuellement localisés à Kapellen et Vissenaeken.
DO 2001200200754
DO 2001200200754
Vraag nr. 250 van de heer John Spinnewyn van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 250 de M. John Spinnewyn du 26 février 2002 (N.) :
Wettelijke bepalingen waarin de opdrachten van het leger worden gedefinieerd.
Dispositions légales définissant les missions de l’armée.
In het verslag van het Rekenhof handelend over de prestaties die het leger uitvoert voor derden wordt sterk aangedrongen op wettelijke bepalingen.
Le rapport de la Cour des comptes relatif aux prestations exécutées par l’armée au bénéfice de tiers insiste fortement sur la nécessité de régler cette matière par la loi.
In deze wettelijke bepalingen zou het recht tot opvordering van het leger door de burgerlijke overheid in geval van schadegevallen moeten worden vastgelegd. Ook zou daarin moeten worden gepreciseerd of die prestaties worden gedekt door kredieten van Landsverdediging, dan wel of ze worden uitgevoerd tegen betaling.
Ces dispositions devraient régler le droit de réquisition de l’armée par les autorités civiles en cas de sinistre. Elles devraient également préciser si ces prestations sont couvertes par des crédits de la Défense nationale ou si elles sont exécutées contre rémunération.
Wanneer zal het voorontwerp dat sedert 1993 op stapel staat met betrekking tot de prestaties van de Strijdkrachten ten voordele van derden worden gefinaliseerd ?
Quand finalisera-t-on l’avant-projet relatif aux prestations des Forces armées au bénéfice de tiers, en chantier depuis 1993 ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
Réponse : L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het beoogd voorontwerp van wet betreffende de prestaties van de Krijgsmacht ten voordele van derden werd door de Ministerraad goedgekeurd op 9 november 1993 onder de voorwaarde dat het ontwerp zou aangevuld worden met een bepaling, en dat de memorie van toelichting zou aangepast worden. Het voorontwerp van wet is onlosmakelijk verbonden met het uitvoeringsbesluit vermits dit kan aanleiding geven tot aanpassingen aan het ontwerp en/of memorie van toelichting.
L’avant-projet de loi visé concernant les prestations des Forces armées au profit de tiers a été approuvé par le Conseil des ministres le 9 novembre 1993 à la condition que le projet soit complété par une disposition et que l’exposé des motifs soit adapté. L’avant-projet de loi est lié de façon indissociable à l’arrêté royal d’exécution puisque ceci peut donner lieu à des adaptations au projet et/ou exposé des motifs.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14382
Het voorontwerp van wet, dat in 1999 samen met het uitvoeringsbesluit werd gefinaliseerd, werd toen echter nog niet ingediend omwille van de op stapel staande herstructurering van de Krijgsmacht, onder andere inhoudend het herdefinie¨ren van de opdrachten en taken van de Krijgsmacht, zoals werd vastgelegd in het Strategisch Plan voor de modernisering van het Belgisch leger 2000-2015 van 12 mei 2000.
L’avant-projet de loi, qui a été finalisé avec l’arrêté royal d’exécution en 1999, n’a pas été déposé à l’époque, vu la restructuration imminente des Forces armées, qui comprend entre autres la redéfinition des missions et des taˆches assignées aux Forces armées comme stipulé dans le Plan stratégique pour la modernisation de l’armée belge 2000-2015 du 12 mai 2000.
Op te merken valt dat in de huidige stand van de wetgeving, de prestaties van de Krijgsmacht uitgevoerd ten voordele van derden, steunen op een begrotingsbijbepaling die sedert 1991 ieder jaar opnieuw in de Algemene Uitgavenbegroting wordt opgenomen. In de praktijk worden die prestaties eveneens uitgevoerd krachtens algemene orders, reglementen en richtlijnen die intern zijn aan de Krijgsmacht.
Il est à remarquer qu’au stade actuel de la législation, les prestations des Forces armées au profit de tiers sont basées sur un cavalier budgétaire qui depuis 1991 est repris systématiquement dans le budget général des Dépenses. Dans la pratique, ces prestations sont également exécutées en vertu d’ordres généraux, de règlements et de directives propres aux Forces armées.
Ondertussen leidde een door het Rekenhof uitgevoerde audit inzake de prestaties van de Strijdkrachten ten voordele van derden, tot een aantal aanbevelingen. Het auditverslag van het Rekenhof werd op 4 mei 2001 aan de minister van Landsverdediging overgemaakt en in september 2001 aan de Kamer van volksvertegenwoordigers toegezonden. De audit verliep trouwens in perfecte samenwerking en werd als zeer positief bestempeld. In een brief van 25 juni 2001 laat de minister weten dat de administratie reeds gevolg gaf aan verschillende aanbevelingen geformuleerd door het Rekenhof. Onderrichtingen werden gegeven opdat de andere aanbevelingen in aanmerking zouden worden genomen bij het bestuderen van de overgang naar de nieuwe éénheidsstructuur van de Defensiestaf. In dit kader werd een werkgroep « prestaties voor derden » opgericht.
Entre-temps un audit conduit par la Cour des comptes sur les prestations des Forces armées au profit de tiers a abouti à un certain nombre de recommandations. Le rapport d’audit a été transmis au ministre de la Défense le 4 mai 2001 et à la Chambre des représentants en septembre 2001. L’audit s’est déroulé en parfaite collaboration et a été évalué comme très positif. Le ministre a communiqué dans une lettre du 25 juin 2001 que son administration a déjà donné suite à plusieurs recommandations formulées par la Cour des comptes. Des instructions ont été données pour que les autres recommandations soient prises en compte lors de l’étude du passage vers la structure unique de l’état-major de Défense. Un groupe de travail « prestations pour tiers » a été mis sur pied à cet effet.
Actueel dient het uitvoeringsbesluit tegemoet te komen aan de aanbevelingen van het Rekenhof, alsook aan de inwerkingstelling van de nieuwe Defensiestaf. Na actualisatie van het ontwerp van uitvoeringsbesluit, zou het ontwerp van wet ingediend kunnen worden.
Actuellement l’arrêté royal d’exécution doit tenir compte des recommandations de la Cour des comptes ainsi que de la mise en place du nouvel état-major de la Défense. Après finalisation du projet d’arrêté royal, le projet de loi pourra être déposé.
DO 2001200200766
DO 2001200200766
Vraag nr. 254 van de heer Luc Sevenhans van 26 februari 2002 (N.) :
Question no 254 de M. Luc Sevenhans du 26 février 2002 (N.) :
Toekomst van het militaire vliegveld van Brasschaat. Volgens de herstructureringsplannen zou de School van het licht vliegwezen te Brasschaat verhuizen naar Wallonie¨. Indien er geen herziening komt, verdwijnt hiermee wellicht een van de oudste militaire vliegvelden van het land.
Avenir du terrain d’aviation militaire de Brasschaat. Conformément aux plans de restructuration, l’E´cole d’aviation légère de Brasschaat déménagerait vers la Wallonie. Si les plans restent tels quels, c’est l’un des plus anciens terrains d’aviation militaires du pays qui disparaıˆtra probablement.
Het blijkt dat er in de toekomst nieuwe transporthelikopters zullen komen voor de paracommando’s.
Les paracommandos devraient disposer prochainement de nouveaux hélicoptères de transport. Un
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14383
Aangezien er een belangrijke aanwezigheid van para’s te Brasschaat is voorzien, schijnt het toch logisch dat gezien de huidige situatie en aanbod van infrastructuur, de School van het licht vliegwezen te Brasschaat blijft.
important contingent de paracommandos étant prévu à Brasschaat, il semble logique que, compte tenu de la situation existante et de l’infrastructure présente, l’E´cole d’aviation légère soit maintenue à Brasschaat.
Kan u daarom specifiek voor het vliegveld en de bijhorende school de juiste motivatie meedelen voor deze geplande verhuis ?
Pourriez-vous me préciser, en ce qui concerne le terrain d’aviation et l’école qui y est installée, quels sont les motifs précis du déménagement prévu ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
Réponse : L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het strategisch plan voor de modernisering van het Belgisch leger 2000-2015 heeft als ambitie de doeltreffendheid van de Krijgsmacht te verhogen. In hoofdstuk IV, § 1, d), is er geschreven dat « elke activiteit zoveel mogelijk eenmalig zal zijn ten voordele van de verschillende componenten van de Krijgsmacht ».
Le plan stratégique pour la modernisation de l’armée belge 2000-2015 a pour ambition d’améliorer l’efficacité des Forces armées. Au chapitre IV, § 1er, d), il y est mentionné que « dans la mesure du possible, chaque activité sera unique et servira les différentes composantes des Forces armées. »
Inzake de opleiding van de piloten werd beslist om de basisopleiding te centraliseren op één vliegveld, dit van Bevekom. Dit vliegveld heeft als voordeel dat het in het centrum van het land gelegen is, en reeds de andere instructiemiddelen, de Marchetti, komende uit Goetsenhoven en de Alpha Jet, komende uit Brustem, heeft gegroepeerd.
En ce qui concerne la formation des pilotes, il a été décidé de centraliser la formation de base sur un seul aéroport, en l’occurrence, celui de Beauvechain. Cet aéroport présente l’avantage d’eˆtre situé au centre du pays et d’avoir déjà regroupé les moyens d’instruction, les Marchetti qui venaient de Gossoncourt et les Alpha Jet qui venaient de Brustem.
Deze maatregel moet toelaten om in de nabije toekomst gevoelige besparingen inzake personeel te realiseren. De 232 militairen die vandaag tewerkgesteld zijn in de School van het licht vliegwezen te Brasschaat zullen in de nieuwe organisatie teruggebracht worden tot 111 militairen.
Cette mesure devra permettre dans un avenir proche de réaliser des économies sensibles en personnel. Les 232 militaires qui sont occupés aujourd’hui à l’E´cole de l’aviation légère à Brasschaat seront ramenés dans la nouvelle organisation à 111 militaires.
Inzake het programma transporthelikopters werd, om dezelfde redenen van efficie¨ntie, beslist dat er één intermachtenprogramma zal gerealiseerd worden voor alle componenten. Dit programma moet zich vertalen in de aankoop van één type helikopter die zal tewerkgesteld worden vanuit één enkele vliegbasis met één enkele exploitatieeenheid.
En ce qui concerne le programme d’hélicoptères de transport, il a été décidé pour les meˆmes raisons d’efficacité, qu’un programme interarmées sera réalisé pour toutes les composantes. Ce programme devrait se traduire par l’acquisition d’un seul type d’hélicoptère qui sera mis en œuvre sur une seule base aérienne avec une seule unité d’exploitation.
Aangezien de opdracht opzoeking en redding (SAR) één van de toegewezen opdrachten blijft voor de Krijgsmacht, alsook het feit dat de basis van Koksijde centraal gelegen is langsheen de kustlijn in vergelijking met de Europese partners die eveneens deze SARopdracht uitvoeren, en ook de maritieme component opereert vanuit Koksijde, werd beslist om deze basis te verkiezen voor de nieuwe gemeenschappelijke activiteiten.
Vu que la mission de recherche et de sauvetage (SAR) reste une des missions dévolues aux Forces armées, que la base de Coxyde est centrale sur la coˆte par rapport aux partenaires européens qui effectuent également cette mission SAR et que la composante maritime mène ses opérations aussi au départ de Coxyde, il a été décidé de préférer cette dernière pour mener les nouvelles activités communes.
In het kader van de oprichting van deze nieuwe eenheid, zal het 16e Bataljon Heli omgevormd worden en overgebracht van Bierset naar Koksijde.
Dans le cadre de la création de cette nouvelle unité, le 16e Bataillon Heli sera converti et transféré de Bierset à Coxyde.
De beweging van het personneel van Brasschaat naar Bevekom en van Bierset naar Koksijde zullen gepaard gaan teneinde een zekere keuze tussen beide nieuwe affectaties te bieden aan het personeel.
Le mouvement du personnel de Brasschaat à Beauvechain et de Bierset à Coxyde sera organisé de concert de manière à offrir au personnel un certain choix entre les deux nouvelles affectations.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14384
DO 2001200200767
DO 2001200200767
Vraag nr. 255 van de heer Luc Sevenhans van 27 februari 2002 (N.) :
Question no 255 de M. Luc Sevenhans du 27 février 2002 (N.) :
Centrum voor het evalueren en testen van materiaal te Brasschaat.
Centre d’évaluation et de test du matériel de Brasschaat.
Het Centrum voor het testen en evalueren van materiaal (CEM) kwam eind 2001 in de belangstelling, wegens het veroorzaken van geluidoverlast. De CEM organiseerde daarom op 18 december 2001 een informatiedag voor de betrokken gemeentebesturen (Brasschaat en Wuustwezel) en de buurtbewoners.
Le Centre d’évaluation et de test du matériel (CEM) a fait la une de l’actualité à la fin de 2001 en raison des nuisances sonores qu’il provoque. Aussi a-t-il organisé le 18 décembre 2001 une journée d’information à l’intention des administrations communales concernées (Brasschaat et Wuustwezel) et des riverains.
Naar aanleiding van deze vergadering verklaarde burgemeester Bertels van Brasschaat aan de pers dat de door de minister beloofde maatregelen uit de begroting zouden zijn geschrapt. Naar men mij had meegedeeld waren er in december 2001 nog geen concrete voorstellen en kon men ze dus moeilijk voorzien in de begroting.
` l’occasion de cette réunion, le bourgmestre de A Brasschaat, M. Bertels, a fait savoir à la presse que les mesures promises par le ministre auraient été rayées du budget. Or, d’après ce qui m’avait été communiqué, aucune proposition n’avait encore été formulée en décembre 2001 et, par conséquent, on pouvait difficilement les prévoir au budget.
1. Welke visie is de juiste ?
1. Quel point de vue est conforme à la vérité ?
2. Welke maatregelen had u desgevallend beloofd en wanneer worden die uitgevoerd ?
2. Quelles mesures aviez-vous promises le cas échéant et quand seront-elles exécutées ?
3. Wat is de weerslag van de herstructureringsplannen op de CEM ?
3. Quelle incidence auront les projets de restructuration sur le Centre d’essai aéronautique de Brasschaat ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
Réponse : L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.
1. Het is inderdaad correct dat de studie in verband met de geluidsproblematiek in 2001 gestopt werd omwille van een tekort aan budget. De studie is voor 2002 echter reeds aanvaard en het Centrum voor het evalueren en testen van materiaal (CEM) begint een nieuwe procedure voor het aanwerven van een ingenieur belast met de studie. Er kan aldus gehoopt worden dat er binnen twee jaar concrete voorstellen zullen worden gedaan teneinde structurele wijzigingen voor te stellen die definitief de geluidsproblematiek moeten oplossen.
1. Il est exact qu’en 2001, l’étude concernant les nuisances de bruit a été suspendue faute de budgets. Cependant, cette étude a été acceptée à nouveau pour 2002 et le Centre d’évaluation et de test du matériel (CEM) a déjà commencé une nouvelle procédure de recrutement d’un ingénieur qui sera chargé de cette étude. Il est dès lors raisonnable d’espérer que d’ici deux ans, des propositions concrètes pourront eˆtre faites afin d’apporter des modifications structurelles, capables de résoudre de façon définitive la problématique des nuisances sonores.
2. De enige weerslag van het herstructureringsplan op het CEM is tot nu toe de verhuis van de divisie producten en materialen van Brasschaat naar Peutie. Een definitieve weerslag zal slechts gekend zijn als er een beslissing genomen wordt in verband met het al of niet vernieuwen van de infrastructuur van het centrum. De herstructurering zal hoe dan ook geen invloed hebben op de opdrachten van het centrum en er zal bijgevolg blijven geschoten worden.
2. La seule répercussion du plan de restructuration sur le CEM concerne actuellement le déménagement de la division produits et matériaux de Brasschaat vers Peutie. Une répercussion définitive ne pourra eˆtre connue que lorsqu’une décision sera prise quant au renouvellement ou pas de l’infrastructure du centre. La restructuration n’aura de toute façon pas d’influence sur les missions du centre; ainsi les tirs continueront à eˆtre effectués.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14385
Minister van Justitie
Ministre de la Justice
DO 2001200200879
DO 2001200200879
Vraag nr. 582 van mevrouw Trees Pieters van 19 maart 2002 (N.) :
Question no 582 de Mme Trees Pieters du 19 mars 2002 (N.) :
BTW en directe belastingen. — Afsluiting fiscale onderzoeken.
TVA et impoˆts directs. — Cloˆture d’enquêtes fiscales.
Gemakshalve worden er bij de afsluiting van fiscale onderzoeken zowel inzake BTW als inzake directe belastingen door de bevoegde ambtenaren ten kantore of ter plaatse akkoordverklaringen, minnelijke schikkingen, dadingen, naheffings-, correctie- en/of regularisatieopgaven opgesteld die naderhand ter ondertekening aan de belastingplichtigen worden voorgelegd.
Pour plus de commodité, lors de la cloˆture d’enquêtes fiscales, tant en matière de TVA que d’impoˆts directs, les fonctionnaires compétents établissent, au bureau ou sur place, des déclarations d’accord, des transactions, des actes, des relevés de régularisation et/ou de rectification, qui sont par la suite soumis au contribuable pour signature.
Terzake rijzen evenwel de volgende algemene juridische praktische vragen met betrekking tot de BTW en tot de directe belastingen (vennootschapsbelasting en personenbelasting).
Dans ce contexte, on peut se poser les questions juridiques d’ordre général suivantes, en matière de TVA et d’impoˆts directs (impoˆts des sociétés et des personnes physiques).
1. Door welke bepalingen van het BTW-Wetboek, het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en richtlijnen vervat in administratieve aanschrijvingen, circulaires en instructies wordt deze aangelegenheid zowel in rechte als in feite voortaan precies beheerst ?
1. Quelles dispositions du Code de la TVA, du Code des impoˆts sur les revenus 1992 et des circulaires citées dans les notifications, circulaires et instructions administratives régissent désormais précisément cette matière, de droit ou de fait ?
2. a) Moeten dergelijke administratieve documenten, vermits hier de bepalingen van artikel 346 WIB 1992 niet worden toegepast, materieel en formeel worden gemotiveerd in de zin van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen ?
2. a) Attendu que les dispositions de l’article 346 du CIR 1992 ne sont pas appliquées en l’espèce, ces documents administratifs doivent-ils être motivés matériellement et formellement, dans le sens de la loi du 29 juillet 1991 relative à la motivation formelle des actes administratifs ?
b) Zo neen, waarom niet ?
b) Dans la négative, pourquoi ?
3. a) Kunnen de belastingplichtigen, zowel rechtspersonen als natuurlijke personen (particulieren, gepensioneerden, loontrekkers, handelaars en vrije beroepen) daadwerkelijk worden verplicht dergelijke « overeenkomsten » meteen te ondertekenen ?
3. a) Les contribuables, qu’ils s’agisse de personnes morales ou de personnes physiques (particuliers, retraités, salariés, commerçants et professions libérales), sont-ils véritablement obligés de signer immédiatement ces « conventions » ?
b) Zo ja, op grond van welke concrete wettelijke en reglementaire bepalingen kunnen belastingplichtigen hiertoe onmiddellijk worden gedwongen ?
b) Dans l’affirmative, sur la base de quelles dispositions concrètes, légales et réglementaires, les contribuables peuvent-ils y être immédiatement contraints ?
c) Over welke eventuele behoorlijke bedenktijden en reactie- of antwoordtermijnen beschikken de belastingplichtigen ?
c) De quels délais raisonnables de réflexion et de réaction ou de réponse éventuels les contribuables disposent-ils ?
d) Zo neen, welke wettelijke procedures inzake BTW en inzake directe belastingen moeten er met naleving van alle bestaande democratische rechtsregels door de bevoegde fiscale administraties strikt en stipt worden nageleefd ?
d) Dans la négative, quelles procédures légales en matière de TVA et d’impoˆts directs les administrations fiscales doivent-elles observer strictement, sans perdre de vue toutes les normes de droit démocratiques existantes ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14386
e) Welke wettelijke en administratieve sancties kunnen er door de bevoegde fiscale ambtenaren telkens worden opgelegd wanneer de belastingplichtigen ofwel weigeren dergelijke al dan niet gemotiveerde voorstellen direct te ondertekenen ofwel wanneer naderhand blijkt dat er een wilsgebrek bestond en de belastingplichtigen inmiddels administratief beroep aantekenden ?
e) Quelles sanctions légales et administratives les fonctionnaires fiscaux compétents peuvent-ils imposer lorsque les contribuables refusent de signer immédiatement ces propositions, qu’elles soient motivées ou non, ou lorsqu’il apparaıˆt ultérieurement qu’il y a eu un vice de consentement et que le contribuable a entre-temps introduit un recours administratif ?
f) Moeten zowel inzake directe als inzake indirecte belastingen bij de ondertekening van dergelijke overeenkomsten de bepalingen van artikel 1326 van het Burgerlijk Wetboek in alle gevallen integraal worden gerespecteerd voor en door alle mogelijke fiscale (sub)categoriee¨n van belastingplichtigen en/of toekomstige belastingschuldigen (cf. formule « gelezen en goedgekeurd » en bedragen voluit in letters en cijfers) ?
f) Lors de la signature de ces conventions, les dispositions de l’article 1326 du Code civil doivent-elles être intégralement respectées, tant en matière d’impoˆts directs que d’impoˆts indirects, par et pour toutes les (sous-)catégories fiscales possibles de contribuables et/ou futurs contribuables (cf. la formule « lu et approuvé » et les montants écrits en chiffres et en toutes lettres) ?
g) Moeten al die akkoorden door de belastingambtenaren of hun hie¨rarchische oversten worden mede ondertekend ? Zo neen, waarom niet ? Of worden dergelijke akkoordverklaringen in het licht van het Burgerlijk Wetboek niet als « overeenkomsten » aangemerkt ?
g) Tous ces accords doivent-ils être cosignés par les fonctionnaires fiscaux ou leurs supérieurs hiérarchiques ? Dans la négative, pourquoi ? De telles déclarations d’accord ne sont-elles pas plutoˆt considérées comme des « conventions », au sens du Code civil ?
h) Moeten inzake personenbelasting alle kwestieuze overeenkomsten, al dan niet met verplichte inachtneming van de bepalingen van artikel 1326 van het Burgerlijk Wetboek, door de beide echtgenoten steeds niet veeleer worden (mede) ondertekend wanneer er bij de uiteindelijke « belastingberekening » van de andere echtgenoot (bijvoorbeeld gewijzigd meewerkinkomen, huwelijksquotie¨nt en aangepaste belastingverminderingen, enzovoort) effectief financie¨le gevolgen kunnen uit voortvloeien ? Ook het aangifteformulier moet immers door beide echtgenoten worden ondertekend.
h) Dans le cadre de l’impoˆt des personnes physiques, toutes les conventions en question ne doivent-elles pas toujours être (co)signées par les deux conjoints, dans le respect obligatoire on non des dispositions de l’article 1326 du Code civil, lorsque le « calcul de l’impoˆt » final de l’autre conjoint (par exemple une modification de la quote-part attribuée au conjoint aidant, une modification du quotient conjugal et une adaptation de la réduction d’impoˆt, etc.) peut avoir des conséquences financières ? En effet, le formulaire de déclaration requiert lui aussi la signature des deux conjoints.
i) Zijn met betrekking tot soortgelijke overeenkomsten, akten, contracten, of verbintenissen zowel voor de fiscale administraties als voor de belastingplichtigen en belastingschuldigen ook de bepalingen van de artikelen 6, 1133, 1134 en 1135 van het Burgerlijk Wetboek toepasselijk ?
i) Les articles 6, 1133, 1134 et 1135 du Code civil s’appliquent-ils également à ces catégories de conventions, d’actes, de contrats ou conventions, tant pour les administrations fiscales que pour les contribuables ?
4. Kan u, punt per punt, uw huidige algemene praktische ziens- en handelwijze meedelen zowel in het licht van onder andere de bepalingen van het BTWWetboek, de bepalingen van de artikelen 333 en 340 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 als van alle bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van vennootschappen (7 mei 1999) en het Wetboek van koophandel ?
4. Pouvez-vous, pour chaque élément ci-dessus, me faire part de vos points de vue à la lumière des dispositions du Code de la TVA, des dispositions des articles 333 et 340 du Code des impoˆts sur les revenus 1992, notamment, ainsi que de toutes les dispositions du Code civil, du Code des sociétés (7 mai 1999) et du Code de commerce ?
Antwoord : De vraag van het geachte lid valt onder de bevoegdheid van de minister van Financie¨n. (Vraag nr. 956 van 19 maart 2002.)
Réponse : La question de l’honorable membre relève de la compétence du ministre des Finances. (Question no 956 du 19 mars 2002.)
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14387
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, chargé des Classes moyennes
Telecommunicatie
Télécommunications
DO 2001200200653
DO 2001200200653
Vraag nr. 275 van de heer José Canon van 11 februari 2002 (Fr.) :
Question no 275 de M. José Canon du 11 février 2002 (Fr.) :
Reactivering GSM’s.
Remise en activité de GSM.
Sommige telefoonwinkels maken reclame voor een dienstverlening die ze aanbieden, namelijk het reactiveren van geblokkeerde GSM-toestellen.
Certaines boutiques spécialisées dans la téléphonie proposent, via la publicité notamment, la remise en activité de GSM bloqués.
Met die assistentie wil men de klant van dienst zijn — het is de bedoeling fouten bij het invoeren van toegangscodes te herstellen of technische problemen met defecte toestellen op te lossen — maar tegelijk zou het hierdoor ook mogelijk worden gestolen en geblokkeerde GSM’s weer bedrijfsklaar te maken.
Si cette aide se veut un service à la clientèle afin de répondre à toute erreur de manipulation dans l’introduction des codes d’accès ou apporter une solution technique aux appareils défectueux, il semblerait qu’elle soit néanmoins susceptible d’offrir la remise en fonction de certains appareils volés et bloqués.
Een controle op het ogenblik van de overhandiging van het toestel aan de klant lijkt dan ook wenselijk, om te voorkomen dat die reactivering van geblokkeerde toestellen uiteindelijk neerkomt op het feitelijk gedogen van de diefstal en verduistering van illegale toestellen.
Il semblerait dès lors souhaitable qu’un controˆle soit effectué au moment de la remise de l’appareil afin d’éviter de cautionner, par la réparation d’un matériel bloqué, le vol et le détournement d’appareils illicites.
1. Werd er een dergelijke controle ingevoerd, gezien de dubbelzinnige situatie ?
1. Face à cette situation équivoque, un tel controˆle a-t-il été prévu ?
2. Zo neen, welke oplossingen zijn er ?
2. Dans la négative, quelles solutions sont envisagées ?
Antwoord : De problematiek die in deze parlementaire vraag aan bod komt is zeer complex en bevat verschillende facetten. A priori kan de kwestie, die tamelijk vaag gesteld is, gaan over vier onderscheiden problemen van blokkering :
Réponse : La problématique soulevée dans cette question parlementaire est fort complexe et comporte plusieurs facettes. A priori, la question, qui est posée de manière relativement vague, peut porter sur quatre problèmes distincts de blocage :
1. de deblokkering van de vergrendelcode van het eindtoestel zelf;
1. le déblocage du code de verrouillage du terminal lui-même;
2. het gebruik van de PIN-code (« Personal Identification Number ») om de SIM-kaart (« Subscriber Identity Module ») te beschermen en eventueel de deblokkering ervan met de PUK-code (« PIN Unblocking Number »);
2. l’utilisation du code PIN (« Personal Identification Number ») de protection de la carte SIM (« Subscriber Identity Module ») et le cas échéant son déblocage avec le code PUK (« PIN Unblocking Number »);
3. de opheffing van de vergrendeling van de SIMkaart (« SIM-locking »);
3. l’enlèvement du verrouillage de la carte SIM (« SIM-locking »);
4. de vervalsing van het identificatienummer van de IMEI-terminal (« International Mobile Equipment Identity ») voor een toestel dat als gestolen opgegeven is in het EIR-systeem (« Equipement Identity Register »).
4. la falsification du numéro d’identification du terminal IMEI (« International Mobile Equipment Identity ») pour un appareil signalé volé dans le système EIR (« Equipement Identity Register »).
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1842
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14388
Volgens de drie mobiele operatoren hebben de meest voorkomende ongeoorloofde praktijken betrekking op de hierboven vermelde problemen 3 en 4. Geval 1 valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de fabrikanten van eindtoestellen terwijl geval 2 zich niet voordoet als de gebruiker alle gebruiksvoorzorgen heeft genomen om zijn vertrouwelijke PINnummer te beveiligen.
Selon les trois opérateurs de téléphonie mobile, les pratiques illicites les plus courantes concernent les problèmes 3 et 4 ci-dessus. Le cas 1 relève entièrement de la responsabilité des fabricants de terminaux tandis que le cas 2 ne se produit pas si l’utilisateur a pris toutes les précautions d’usage pour sécuriser son numéro confidentiel PIN.
Er wordt aangenomen dat de parlementaire vraag eerder betrekking heeft op de gevallen 3 en 4 betreffende de wijzigingen van het IMEI-identificatienummer van het eindtoestel. In het eerste van die twee gevallen beoogt men het gebruik in Belgie¨ van een toestel dat in het buitenland verkocht is en dat een « SIMlocking » ondergaan heeft waardoor het gebruik van dat eindtoestel met een SIM-kaart van een andere operator dan de oorspronkelijke belemmerd wordt (die handelwijze komt vaak voor in landen waar de subsidie¨ring van eindtoestellen toegestaan is, maar wat in Belgie¨ door de wet op de handelspraktijken verboden is) : in dat geval, wat volgens sommige operatoren het meest voorkomt inzake « deblokkering » van GSMeindtoestellen door winkels van telecommunicatiemateriaal, gaat het dus strikt genomen niet om gestolen toestellen. In geval 4 daarentegen is de verandering van het IMEI-nummer van het eindtoestel bedoeld om het hergebruik van een toestel mogelijk te maken dat in het EIR-systeem van een operator als gestolen opgegeven is : er dient te worden opgemerkt dat momenteel enkel de ondernemingen Belgacom Mobile (Proximus) en KPN Orange Belgium een dergelijk EIR-systeem aanwenden.
Il est supposé que la question parlementaire concerne d’ailleurs plutoˆt les deux autres cas 3 et 4 qui sont relatifs aux modifications du numéro IMEI d’identification du terminal. Dans le premier de ces deux cas, le but poursuivi est de permettre l’utilisation en Belgique d’un appareil vendu à l’étranger et qui a fait l’objet d’un « SIM-locking » empêchant l’emploi de ce terminal avec une carte SIM d’un autre opérateur que celui d’origine (cette pratique est courante dans les pays qui autorisent la subsidiation des terminaux, laquelle est interdite en Belgique par la loi sur les pratiques du commerce) : dans ce cas, qui selon certains opérateurs est le plus fréquent en matière de « déblocage » de terminaux GSM par des boutiques de matériel de télécommunications, il ne s’agit donc pas à proprement parler d’appareils volés. Par contre, dans le cas 4, l’altération du numéro IMEI du terminal est destinée à permettre la réutilisation d’un appareil signalé comme étant volé dans le système EIR d’un opérateur : il faut noter qu’à l’heure actuelle, seules les sociétés Belgacom Mobile (Proximus) et KPN Orange Belgium ont mis en œuvre un tel système EIR.
Welnu, de geharmoniseerde norm die op GSM terzake toepasselijk is, die is gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschap, verplicht de fabrikanten de nodige maatregelen te nemen om zich ervan te vergewissen dat de technische kennis om de IMEI te wijzigen onder hun toezicht blijft en dat de kennis van die werkwijzen beperkt blijft tot de vertegenwoordigers die behoorlijk gemachtigd zijn door de fabrikanten. Bijgevolg zou de wijziging van dat IMEInummer door een derde die daartoe niet gerechtigd is door de fabrikant van het eindtoestel beschouwd kunnen worden als een verandering van de voorwaarden waaronder de fabrikant zijn « Verklaring van overeenstemming » met de essentie¨le eisen van de hieronder vermelde richtlijnen heeft vastgelegd : het toestel in kwestie zou dus niet meer conform zijn. De problemen die verband houden met de gevallen 3 en 4 zouden geleidelijk aan moeten verdwijnen met de invoering van de eindtoestellen op de markt waarbij aan veel strengere specificaties wordt voldaan inzake integriteit van het IMEI-nummer.
Or, la norme harmonisée applicable au GSM en la matière, qui a été publiée au Journal officiel des Communautés européennes, impose aux fabricants de prendre les mesures nécessaires pour s’assurer que les connaissances techniques permettant de changer l’IMEI restent sous son controˆle et que la connaissance de ces procédés soit limitée aux représentants duˆment mandatés des fabricants. Par conséquent, la modification de ce numéro IMEI par un tiers non habilité par le fabricant du terminal pourrait être considérée comme une altération des conditions selon lesquelles le fabricant a établi sa « Déclaration de conformité » avec les exigences essentielles de la directive mentionnée ciaprès : l’appareil en question ne serait dès lors plus conforme. Les problèmes liés aux cas 3 et 4 devraient disparaıˆtre progressivement avec l’introduction sur le marché d’appareils terminaux satisfaisant à des spécifications beaucoup plus sévères en matière d’intégrité du numéro IMEI.
Het Europees regelgevend kader evolueert overigens in de richting van een grotere liberalisering van alle activiteiten die verband houden met de commercialise-
L’évolution du cadre réglementaire européen va dans le sens d’une libéralisation accrue de toutes les activités liées à la commercialisation des équipements
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14389
ring van telecommunicatieapparatuur aangezien het concept van voorafgaande goedkeuring van die toestellen in de Europese richtlijn 1999/05/EG (« RTT&E-richtlijn ») vervangen is door een eenvoudige verklaring van overeenstemming door de fabrikant.
de télécommunications puisque le concept d’agrément préalable de ces appareils a été remplacé par la directive européenne 1999/05/CE (« Directive RTT&E ») par une simple déclaration de conformité par le fabricant.
De activiteit van de verkopers van telecommuncatieeindtoestellen is in Belgie¨, zoals in de overige landen, aan geen enkele voorafgaande bijzondere voorwaarde vanwege de overheid onderworpen, dan diegene die over het algemeen worden toegepast op de handelsactiviteiten. Die handel kan echter het voorwerp uit van niet-systematische controles vanwege het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie, als nationale reguleringsinstantie van de telecommunicatiesector, in het kader van 21 maart 1991 houdende hervorming van sommige economische overheidsbedrijven : het BIPT kan dan ook eventuele inbreuken op de overeenstemmingsverklaring van de fabrikant vaststellen.
L’activité de vendeurs d’équipements terminaux de télécommunications n’est en Belgique, comme dans d’autres pays, soumise à aucune condition particulière préalable de la part des autorités publiques, autres que celles qui sont applicables de manière générale aux activités commerciales. Toutefois, ces commerces peuvent faire l’objet de controˆles non systématiques de la part de l’Institut belge des services postaux et des télécommunications, en tant qu’autorité nationale de régulation du secteur des télécommunications, dans le cadre de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques : l’IBPT peut être ainsi amené à constater d’éventuelles infractions à la déclaration de conformité du fabricant.
Tot slot is het over het algemeen in het commercieel belang van de operatoren zelf om erover te waken dat hun verschillende verkooppunten en andere handelsagenten alle nodige maatregelen nemen om misbruik op dat gebied te vermijden, meer bepaald door de identiteit behoorlijk na te gaan van de persoon die een deblokkering van een GSM-toestel vraagt. Er dient ook te worden opgemerkt dat men op internet gemakkelijk een groot aantal praktische inlichtingen kan verkrijgen over de middelen om een GSM te deblokkeren.
Enfin, de manière générale, il est de l’intérêt commercial des opérateurs eux-mêmes de veiller à ce que leurs différents points de vente et autres agents commerciaux prennent toutes les mesures requises pour éviter des abus dans ce domaine, notamment en vérifiant convenablement l’identité de personnes sollicitant un déblocage d’un appareil GSM. Il faut aussi noter qu’il est facile d’obtenir sur l’internet un grand nombre d’informations pratiques sur les dispositifs de déblocage de GSM.
DO 2001200200718
DO 2001200200718
Vraag nr. 279 van de heer Francis Van den Eynde van 20 februari 2002 (N.) :
Question no 279 de M. Francis Van den Eynde du 20 février 2002 (N.) :
Telefoonoperators. — Gemeenschappelijke dienst voor opstellen zwarte lijst van wanbetalers. — VZW.
Opérateurs téléphoniques. — Service commun pour l’élaboration d’une liste noire des mauvais payeurs. — ASBL.
De telefoonoperators in dit land zouden via een VZW een gemeenschappelijke dienst voor het opstellen van een zwarte lijst van wanbetalers oprichten.
Les opérateurs téléphoniques auraient créé, dans le cadre d’une ASBL, un service commun chargé d’élaborer une liste noire des mauvais payeurs.
1. Is een en ander in overeenstemming met de wetgeving op de privacy ?
1. Une telle pratique est-elle conforme à la législation sur la protection de la vie privée ?
2. Is het bovendien niet zo dat dit gezamenlijk initiatief als neveneffect heeft dat bedrijven die later op de markt zouden komen en dus niet bij de VZW betrokken zijn, hierdoor van concurrentievervalsing het slachtoffer kunnen zijn ?
2. De plus, cette initiative commune ne risque-t-elle pas d’avoir pour effet que les sociétés faisant ultérieurement leur apparition sur le marché, et qui ne feraient donc pas partie de l’ASBL, pourraient être victimes d’une concurrence déloyale ?
Zij zouden immers niet kunnen beschikken over de informatie die door de VZW werd ingezameld.
Les sociétés en question ne pourraient en effet pas disposer des informations récoltées par l’ASBL.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14390
Antwoord : Het antwoord op de parlementaire vraag nr. 279 van de heer van den Eynde kan niet gegeven worden door de minister van Telecommunicatie.
Réponse : La question parlementaire no 279 de M. Van den Eynde n’appelle pas une réponse de la part du ministre des Télécommunications.
Het eerste gedeelte van de vraag heeft betrekking op de bevoegdheden van de minister van Justitie. (Vraag nr. 592 van 28 maart 2002.)
La première partie de la question concerne une matière relevant des compétences du ministre de la Justice. (Question no 592 du 28 mars 2002.)
Het tweede gedeelte van de vraag heeft betrekking op de bevoegdheden van de minister van Economische Zaken. (Vraag nr. 279 van 28 maart 2002.)
La deuxième partie de la question concerne une matière des compétences du ministre des Affaires économiques. (Question no 279 du 28 mars 2002.)
DO 2001200200703
DO 2001200200703
Vraag nr. 280 van de heer Jozef Van Eetvelt van 1 maart 2002 (N.) :
Question no 280 de M. Jozef Van Eetvelt du 1er mars 2002 (N.) :
Telefoonterreur.
Harcèlement téléphonique.
Het aantal klachten over kwaadwillige telefoonoproepen bij de ombudsdienst voor telecommunicatie is in 2001 met een vijfde gestegen, naar ruim 2 200 klachten.
En 2001, le nombre de plaintes relatives à des appels téléphoniques malveillants dont a été saisi le service de médiation a augmenté de 20 pour cent, pour atteindre le chiffre de 2 200.
Het probleem verschuift van vaste naar mobiele telefoons. Opmerkelijk : bij Belgacom is het aantal klachten over telefoonterreur op een vaste telefoonlijn al twee jaar na elkaar met 20 procent gedaald. Dat schrijft de maatschappij toe aan een aantal nieuwe diensten zoals weigering anonieme oproep en nummeridentificatie (« ken je beller »).
On observe un déplacement du problème des téléphones fixes vers les téléphones mobiles. Fait remarquable, Belgacom enregistre depuis deux années de suite une diminution de 20 pour cent du nombre de plaintes pour harcèlement sur une ligne fixe. La société explique cette évolution par l’instauration d’une série de nouveaux services tels que le refus des appels anonymes et l’identification du numéro de l’appelant.
En toch is bij de ombudsdienst voor telecommunicatie, een beroepsinstantie voor abonnees die bij hun telecomoperator geen oplossing vinden, het aantal klachten over kwaadwillige oproepen nog maar eens met een vijfde gestegen.
Néanmoins, le service de médiation pour les télécommunications, une instance de recours pour les abonnés qui n’ont pu résoudre leur problème avec leur opérateur de télécommunications, a vu augmenter de 20 pour cent le nombre de plaintes relatives à des appels malveillants.
Een nijpend probleem is stalking via een gsm met voorafbetaalde kaarten. Zo’n oproep valt moeilijker te traceren. De Stichting Antistalking en AntiMobbing (Sasam) stelt dat telefoonterreur vaak een eerste stap is bij stalking of pesten op het werk.
Le harcèlement par l’entremise de gsm équipé d’une carte prépayée constitue un problème aigu. Dans ce cas, il est difficile de déterminer l’origine des appels. Selon la Stichting AntiStalking AntiMobbing (Sasam), le harcèlement téléphonique est souvent le prélude au harcèlement moral sur le lieu de travail.
Uit de cijfers voor 2001 van de ombudsdienst voor telecommunicatie blijkt voorts dat geschillen over telefoonfacturen op nummer één van de klachtenlijst staan.
Il ressort, par ailleurs, des chiffres du service de médiation pour les télécommunications relatifs à 2001 que les contentieux relatifs à des factures téléphoniques constituent le principal objet des plaintes.
1. Overweegt u maatregelen om de zogenaamde « telefoonterreur » aan te pakken en, zo ja, welke ?
1. Envisagez-vous de prendre des mesures pour réprimer le harcèlement téléphonique ? Dans l’affirmative, lesquelles ?
2. Welke maatregelen overwegen Belgacom en eventuele andere telefoonoperatoren (of hebben deze genomen) om het hardnekkige probleem van klachten over telefoonfacturen te remedie¨ren ?
2. Quelles mesures Belgacom et d’autres opérateurs téléphoniques envisagent-ils éventuellement (ou ont-ils déjà prises) pour remédier au problème persistant des plaintes relatives aux factures de téléphone ?
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14391
Antwoord : Het antwoord op deze vraag werd gegeven in de commissies voor de Infrastructuur, het Verkeer en de Overheidsbedrijven op 13 maart 2002.
Réponse : Cette réponse a été donnée dans la commission de l’Infrastructure, des Communications et des Entreprises publiques le 13 mars 2002.
Overheidsbedrijven en Participaties
Entreprises et Participations publiques
DO 2001200200441
DO 2001200200441
Vraag nr. 131 van de heer Jef Valkeniers van 14 januari 2002 (N.) :
Question no 131 de M. Jef Valkeniers du 14 janvier 2002 (N.) : E´limination de l’amiante dans le baˆtiment du Berlaymont.
Wegnemen van asbest in het Berlaymontgebouw. 1. Is het juist dat het wegnemen van asbest in het Berlaymontgebouw 1,2 miljard euro of zelfs meer gaat kosten ?
1. Est-il exact que le désamiantage du baˆtiment du Berlaymont va couˆter 1,2 milliard d’euros, voire plus ?
2. Is deze inspanning voor de gemeenschap om de werknemers te behoeden tegen kanker wel verantwoord als men weet dat na het opnieuw in gebruik nemen van dit gebouw door EU-werknemers een groot percentage onder hen onmiddellijk aan het roken gaat en we weten dat roken nog meer cancerogeen werkt dan asbest ?
2. Cet effort de la collectivité pour protéger les travailleurs contre le cancer est-il bien justifié quand on sait que, dès qu’ils réintègreront ce baˆtiment, un grand pourcentage des eurocrates va immédiatement y fumer et que le tabac est plus cancérigène que l’amiante ?
3. Kan u derhalve meedelen hoeveel EU-werknemers overleden aan longkanker door asbestose vo´o´r dit gebouw ontruimd werd ?
3. Pouvez-vous nous indiquer combien de fonctionnaires européens sont décédés d’asbestose avant l’évacuation de ce baˆtiment ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hieronder het antwoord op de gestelde vraag te willen vinden.
Réponse : En réponse à la question posée par l’honorable membre, j’ai l’honneur de lui communiquer ce qui suit.
Ter herinnering dient gezegd dat de grove asbestverwijdering voltooid werd op 5 juni 1998. De fijne asbestverwijdering werd op 1 juni 1999 bee¨indigd.
Rappelons que le désamiantage grossier s’est achevé le 5 juin 1998. Le désamiantage fin a été terminé le 1er juin 1999.
1. Het certificaat van definitieve asbestverwijdering werd afgeleverd op 28 maart 2000. Door het afleveren van dit certificaat van de definitieve asbestverwijdering werd de goede afloop van de asbestverwijderingswerken ten opzichte van de Europese Commissie en de Belgische Staat geofficialiseerd. De totale kostprijs van het wegnemen van asbest in het Berlaymontgebouw zal 128 160 952,31 euro (of 5,17 miljard frank) bedragen, onder voorbehoud van een mogelijke wijziging van de tussentijdse intrestvoeten.
1. Le certificat de décontamination définitive fut délivré le 28 mars 2000. La délivrance de ce certificat de décontamination définitive a permis d’officialiser vis-à-vis de la Commission européenne et de l’E´tat belge la réussite des travaux de désamiantage. Le coût total de l’enlèvement de l’amiante dans le baˆtiment Berlaymont s’élèvera à 128 160 952,31 euros (ou 5,17 milliards de francs), sous réserve d’une modification éventuelle des taux d’intérêts intercalaires.
De aandacht dient gevestigd te worden op het feit dat onafgezien het cancerogeen effect van het roken, de bepalingen van het Protocolakkoord ondertekend tussen de Europese Commissie, de Belgische Staat en de NV Berlaymont 2000, op 8 juli 1997, stipuleerden dat de NV Berlaymont 2000 zich engageerde om het asbest uit het gebouw te verwijderen en deze werken tot een goed einde te brengen, conditio sine qua non voor de Commissie van de Europese Gemeenschap om het gebouw opnieuw te betrekken.
Il faut attirer l’attention sur le fait que nonobstant les effets cancérigènes du tabac, les clauses du Protocole d’accord signé entre la Commission européenne, l’E´tat belge et la SA Berlaymont 2000, le 8 juillet 1997, stipulaient que la SA Berlaymont s’engageait à enlever l’amiante du baˆtiment et à mener à bonne fin ces travaux, condition sine qua non de la réintégration du baˆtiment par la Commission de la Communauté européenne.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14392
2. Wat betreft de keuze te roken of niet, werd door de NV Berlaymont 2000 aan de bevoegde diensten van de Commissie van de Europese Gemeenschap hun standpunt terzake gevraagd.
2. En ce qui concerne le choix de fumer ou non, la SA Berlaymont 2000 a demandé aux services compétents de la Commission de la Communauté européenne leur point de vue en la matière.
Deze hebben geantwoord dat elk individu hier vrij is te kiezen. Nochtans is het in de gebouwen van de Commissie verboden te roken behalve in het eigen kantoor en in de rokerszones die daarvoor bestemd zijn.
Ceux-ci ont répondu que concernant cette problématique, la commission estime que chaque individu est libre de choisir personnellement. Cependant, il est interdit de fumer dans les baˆtiments de la Commission sauf dans son propre bureau et dans les zones fumeurs prévues pour cela.
3. Door de NV Berlaymont 2000 werd aan de bevoegde diensten van de Commissie van de Europese Gemeenschap hun standpunt terzake gevraagd.
3. La SA Berlaymont 2000 a demandé aux services compétents de la Commission de la Communauté européenne leur point de vue en la matière.
Deze hebben geantwoord dat het geneeskundig dossier als vertrouwelijk en geheim dient te worden beschouwd, en dat de Commissie geen enkele inlichting over de gezondheidstoestand of de oorzaken van overlijden van haar ambtenaren meedeelt.
Ceux-ci ont répondu que le dossier médical est considéré comme confidentiel et secret, et que la Commission ne fournit aucun renseignement sur l’état de santé ou sur la cause de décès de ses fonctionnaires.
DO 2001200200445
DO 2001200200445
Vraag nr. 132 van de heer Dirk Van der Maelen van 14 januari 2002 (N.) :
De aanbesteding van een rijksadministratief centrum was gepland naar het einde van het jaar 1985, met de bedoeling de werken te kunnen starten in het eerste semester van 1986. Deze werken werden evenwel steeds maar op de lange baan geschoven, dan eens om budgettaire redenen, dan eens om programmawijzigingen van het ministerie van Financie¨n.
Question no 132 de M. Dirk Van der Maelen du 14 janvier 2002 (N.) : Construction d’un centre administratif de l’E´tat à Zottegem. L’adjudication d’un centre administratif de l’E´tat avait été prévue pour la fin de l’année 1985, afin que les travaux puissent être entamés au cours du premier semestre de 1986. Ces travaux ont toutefois été constamment reportés, que ce soit pour des motifs budgétaires ou en raison de changements de programmes décidés par le ministère des Finances.
1. Overweegt u nog een rijksadministratief centrum op te richten op de staatsterreinen langs de Lyceumstraat te Zottegem ?
1. Envisagez-vous encore d’ériger un centre administratif de l’E´tat sur les terrains de l’E´tat longeant la Lyceumstraat à Zottegem ?
2. Zo ja, welke diensten van Financie¨n en van Justitie zullen er worden in ondergebracht ?
2. Dans l’affirmative, quels services des Finances et de la Justice y seront-ils abrités ?
3. Is het de bedoeling van sommige diensten van het departement Financie¨n die thans in Zottegem zijn gehuisvest te transfereren naar Geraardsbergen, Herzele of Oudenaarde ?
3. L’objectif est-il de transférer à Grammont, Herzele ou Audenaerde certains services du département des Finances qui sont actuellement hébergés à Zottegem ?
4. Wanneer zullen de gebeurlijke werken voor de oprichting van een administratief centrum worden aangevat ?
4. Quand les travaux éventuels de construction d’un centre administratif débuteront-ils ?
5. Wanneer mag de gebeurlijke effectieve ingebruikname van dit rijksadministratief centrum worden verwacht ?
5. Quand est prévue la mise en service effective de ce centre administratif de l’E´tat ?
6. Hoeveel jaarlijks huurgeld wordt thans betaald voor het huisvesten van de diensten van het departement Financie¨n en Justitie ?
6. Quel est le loyer annuel payé actuellement pour héberger les services du département des Finances et de la Justice ?
Oprichting rijksadministratief centrum te Zottegem.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14393
Antwoord : In antwoord op de vermelde vragen kan ik het geachte lid volgende antwoorden verstrekken. 1. De noodzaak om de diensten van het ministerie van Financie¨n te Zottegem te centraliseren in een nieuw op te richten gebouw blijft bestaan. Gelet op het beperkte budget en het feit dat momenteel andere projecten als meer urgent te beschouwen zijn, is de realisatie van een nieuw administratief centrum niet haalbaar binnen de eerstvolgende jaren. 2. In het rijksadministratief centrum zouden enkel diensten van het ministerie van Financie¨n ondergebracht worden. Met uitzondering van het vredegerecht, ingevolge de gemeentewet gehuisvest in een gebouw van de stad, zijn er te Zottegem geen diensten van Justitie gehuisvest. 3. Aan de administratie van de Invordering (ministerie van Financie¨n) zijn de volgende transfers voorgesteld : — het ontvangkantoor van de Directe Belastingen (220 m2 netto Heilig-Hartplein) wordt overgeplaatst naar de leegstaande kantoorruimte van het rijksadministratief centrum van Herzele (staatseigendom); — de comptabiliteitsinspectie (twee personen) te Wetteren wordt overgeplaatst naar de vrijgekomen ruimte in het ingehuurde gebouw op het HeiligHartplein. De resterende vrijgekomen ruimte kan in gebruik genomen worden door diensten die in dit gebouw thans kampen met een acuut plaatsgebrek; — een transfer naar Geraardsbergen of Oudenaarde wordt niet overwogen. De beslissing terzake ligt bij de administratie van de Invordering. 4 en 5. Gelet op het antwoord onder punt 1 kunnen hier geen data vooropgesteld worden. 6. Jaarlijks wordt voor de huur van de huisvesting van de diensten van het ministerie van Financie¨n te Zottegem 83 572,62 euro betaald.
Réponse : En réponse aux questions précitées, j’ai l’honneur de fournir à l’honorable membre les réponses suivantes. 1. La nécessité de centraliser les services du ministère des Finances à Zottegem dans un nouveau baˆtiment à ériger, demeure. Vu le budget limité et le fait que d’autres projets doivent pour l’instant être considérés comme plus urgents, la réalisation d’une nouvelle cité administrative ne sera pas possible dans les prochaines années. 2. Dans la cité administrative de l’E´tat ne seront ` hébergés que des services du ministère des Finances. A l’exception de la justice de paix, logée dans un baˆtiment de la ville en vertu de la loi communale, aucun service de la Justice n’est établi à Zottegem. ` l’administration du Recouvrement (ministère 3. A des Finances) ont été proposés les transferts suivants : — le bureau des recettes des Contributions directes (220 m2 nets, Heilig-Hartplein) est transféré dans les espaces de bureaux vides de la cité administrative de l’E´tat de Herzele (domaine de l’E´tat); — l’inspection comptable établie à Wetteren (deux personnes) est transférée dans les locaux qui se sont libérés dans le baˆtiment loué sur la HeiligHartplein. Les locaux libres restants pourront être occupés par des services qui, dans ce baˆtiment, sont confrontés actuellement à un cruel manque de place; — un transfert à Grammont ou Audenaerde n’est pas envisagé. La décision en la matière est du ressort de l’administration du Recouvrement. 4 et 5. E´tant donné la réponse donnée au point 1, aucune date ne peut être prévue ici. 6. Une somme de 83 572,62 euros est payée chaque année pour le loyer relatif à l’hébergement des services du ministère des Finances à Zottegem.
Middenstand
Classes moyennes
DO 2001200200643
DO 2001200200643
Vraag nr. 90 van de heer Alfons Borginon van 8 februari 2002 (N.) : Uitoefening activiteiten inzake vrije beroepen. — Europese regelgeving. In het recente verleden zijn er een aantal voorbeelden van discussie tussen een Belgische beroepsgroep en
Question no 90 de M. Alfons Borginon du 8 février 2002 (N.) : Exercice des activités relevant des professions libérales. — Réglementation européenne. Le passé récent nous donne des exemples de discussions entre un groupe professionnel belge et des
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14394
beroepsbeoefenaars die zich op de Europese regelgeving beroepen over de vraag welke activiteit inzake vrije beroepen men in Belgie¨ mag uitoefenen onder welke voorwaarden.
personnes exerçant certaines professions qui se réfèrent à la réglementation européenne à propos de la question de savoir quelles activités relevant des professions libérales peuvent être exercées en Belgique et à quelles conditions.
Concreet gaat het bijvoorbeeld over het stationsplein van Berchem waarvan de afwerking maandenlang geblokkeerd blijft omwille van een geschil tussen een Nederlandse architect en de Orde van architecten over het al dan niet in Belgie¨ kunnen optreden.
Concrètement, je citerai l’exemple de la place de la gare de Berchem dont l’achèvement est bloqué depuis plusieurs mois en raison d’un litige opposant un architecte néerlandais et l’Ordre des architectes sur la possibilité, pour le premier, d’exercer ses activités en Belgique.
Idem over het toestaan van Belgische advocaten om samen te werken met internationale accountantbureaus. Inzake de advocatuur bestaat er enige wetgeving terzake (artikel 477 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek) maar blijkbaar belet dit niet dat er in de praktijk nog altijd belangrijke discussies bestaan over de uitoefening van vrije beroepen in samenwerking met andere Europese beoefenaars.
Il en va de même pour des avocats belges qui sont autorisés à collaborer avec des bureaux internationaux. Pour les avocats, il existe quelques dispositions législatives en la matière (l’article 477 et suivants du Code judiciaire) mais cela n’empêche manifestement pas que, dans la pratique, l’exercice de professions libérales en collaboration avec d’autres professionnels européens provoque toujours d’importantes discussions.
1. Welke Europese regels gelden terzake ?
1. Quelles règles européennes sont applicables en la matière ?
2. a) Over welke beroepen gaat het dan in concreto ?
2. a) De quelles professions s’agit-il concrètement ?
b) Is er met name een verschil tussen officieel gereglementeerde beroepen en andere dienstverleners ?
b) Existe-t-il une différence entre des professions réglementées officiellement et d’autres fournisseurs de services ?
3. Welke initiatieven denkt u te nemen om met in acht name van legitieme nationale belangen, maar wars van ieder coo¨peratisme deze problematiek aan te pakken ?
3. Quelles initiatives envisagez-vous de prendre pour traiter cette question dans le respect des intérêts nationaux légitimes mais en dehors de tout corporatisme ?
Antwoord : Het vrije verkeer van intellectuele dienstverlenende beroepen binnen de Europese Gemeenschap is geregeld door sectorie¨le en intersectorie¨le richtlijnen.
Réponse : La libre circulation des professions intellectuelles prestataires de services à l’intérieur de l’Union européenne est réglée par des directives sectorielles et intersectorielles.
Wat betreft de activiteiten die onder mijn bevoegdheid vallen, is de situatie als volgt :
Pour les activités qui sont de ma compétence, la situation est la suivante :
— architecten : richtlijn 85/384/EEG van 10 juni 1985 inzake de onderlinge erkenning van de diploma’s, certificaten en andere titels op het gebied van de architectuur, tevens houdende maatregelen tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening van het recht van vestiging en vrij verrichten van diensten.
— architectes : directives 85/384/CEE du 10 juin 1985 visant à la reconnaissance mutuelle des diploˆmes, certificats et autres titres du domaine de l’architecture et comportant des mesures destinées à faciliter l’exercice effectif du droit d’établissement et de libre prestation de services.
— boekhouders, expert-boekhouders, psychologen, vastgoedmakelaars en landmeters : richtlijn 89/48/ EEG van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van diploma’s hoger onderwijs waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten.
— comptables, experts-comptables, psychologues, agents immobiliers et géomètres : directive 89/48/ CEE du 21 décembre 1988 relative à un système général de reconnaissance des diploˆmes d’enseignement supérieur qui sanctionnent des formations professionnelles d’une durée minimale de trois ans.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14395
Minister toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw
Ministre adjointe au ministre des Affaires étrangères, chargée de l’Agriculture
Landbouw
Agriculture
DO 2001200200669
DO 2001200200669
Vraag nr. 119 van de heer Yves Leterme van 28 februari 2002 (N.) :
Question no 119 de M. Yves Leterme du 28 février 2002 (N.) :
Vergoeding voor de afgifte van fytosanitaire certificaten.
Rétribution pour la délivrance de certificats phytosanitaires.
Het koninklijk besluit van 18 januari 1999 regelt de vaststelling van de vergoedingen voor de afgifte van fytosanitaire certificaten. In de bijlage bij het besluit wordt melding gemaakt van het veranderlijk gedeelte van de vergoeding.
L’arrêté royal du 18 janvier 1999 régit la fixation des rétributions dues pour la délivrance de certificats phytosanitaires. La partie variable de la rétribution est mentionnée à l’annexe dudit arrêté royal.
Voor hop is dit veranderlijk gedeelte bepaald op 30 frank per 100 kg of breuk van 100 kg. Voor tabak is de breuk bepaald op 30 frank per 1 000 kg of een breuk van 1 000 kg.
Pour le houblon, cette partie variable a été fixée à 30 francs par 100 kg ou fraction de 100 kg, pour le tabac à 30 francs par 1 000 kg ou fraction de 1 000 kg.
1. Bent u bereid voor hop hetzelfde tarief als voor tabak vast te stellen ?
1. Eˆtes-vous disposée à aligner le tarif pour le houblon sur celui pour le tabac ?
2. Indien niet, waarom niet ?
2. Dans la négative, pourquoi ?
Antwoord :
Réponse :
1. De door het geachte lid aangehaalde vergoedingen voor de afgifte van fytosanitaire certificaten (koninklijk besluit van 18 januari 1999) werden op 4 december 1997 door de Raad van het begrotingsfonds voor de productie en de bescherming van planten en plantaardige producten gunstig geadviseerd.
1. Les rétributions pour la délivrance de certificats phytosanitaires (arrêté royal du 18 janvier 1999), citées par l’honorable membre, ont reçu un avis favorable du Conseil du fonds budgétaire pour la production et la protection des végétaux et des produits végétaux, en date du 4 décembre 1997.
Op 4 augustus 1998 heeft ook de Commissie van de Europese Gemeenschappen haar akkoord gegeven.
Le 4 août 1998, la Commission des Communautés européennes a également donné son accord.
2. Momenteel worden omtrent deze vergoedingen, met het oog op een verdere harmonisatie van deze tarieven in de 15 lidstaten, in een werkgroep van de Raad van de Europese Unie besprekingen gevoerd. Die moeten leiden tot een aanvulling van de Europese richtlijn nr. 2000/29 van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen.
2. Actuellement, des discussions sont en cours au sujet de ces rétributions au sein d’un groupe de travail du Conseil de l’Union européenne, en vue de poursuivre l’harmonisation de ces tarifs dans les 15 E´tats membres. Celles-ci ont pour but de compléter la directive européenne no 2000/29 du 8 mai 2000 concernant les mesures de protection contre l’introduction dans la Communauté d’organismes nuisibles aux végétaux et aux produits végétaux et contre leur propagation à l’intérieur de la Communauté.
Op basis van die gewijzigde richtlijn zullen de huidige Belgische vergoedingen voor de afgifte van fytosanitaire certificaten herzien en ter concertatie aan de betrokken beroepssectoren voorgelegd worden.
Sur la base de cette directive modifiée, les rétributions belges actuelles pour la délivrance de certificats phytosanitaires seront revues et soumises à la concertation avec les secteurs professionnels concernés.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1843
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14396
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling
Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
Energie
E´nergie
DO 2001200200774
DO 2001200200774
Vraag nr. 55 van de heer Aimé Desimpel van 28 februari 2002 (N.) :
Question no 55 de M. Aimé Desimpel du 28 février 2002 (N.) :
Bouwen van windmolens in zee.
Construction d’éoliennes en mer.
Het concept van de alternatieve energie-aanmaak in Vlaanderen, gelanceerd door minister Stevaert, heeft zijn weg gevonden in het Vlaams regeerakkoord van juli 1999. Hierin is opgenomen dat 3 % van de energie uit alternatieve bronnen moet komen. De uitvoering hiervan is verankerd in het « Elektriciteitsdecreet » dat de elektriciteitsproducenten verplicht om 3 % energie te winnen uit alternatieve bronnen, zo niet betalen zij boetes !
Le concept de production alternative d’énergie en Flandre, lancé par le ministre Stevaert, se retrouve dans l’accord du gouvernement flamand de juillet 1999. Celui-ci précise que 3 % de l’énergie doivent provenir de sources alternatives. L’application de cette décision est ancrée dans le « décret électricité » qui oblige les producteurs d’électricité à produire 3 % de l’énergie à partir de sources alternatives, sous peine d’amende !
Ter uitvoering van dit decreet wordt de Vlaamse kust bedreigd door windturbineparken in open zee. De eerste twee projecten komen vlak vo´o´r de kust; de eerste op 11 tot 12 kilometer in zee voor Knokke-Heist en Zeebrugge, en de tweede op 6 kilometer van de kustlijn voor Bredene-De Haan. Voor het laatste heeft staatssecretaris Deleuze een domeinconcessie verleend aan een consortium van bedrijven.
En conséquence de l’application de ce décret, la coˆte flamande est menacée par la construction d’éoliennes en mer. Les deux premiers projets sont situés juste en face de la coˆte, le premier à 11 ou 12 kilomètres au large de Knokke-Heist et Zeebrugge et le second à 6 kilomètres au large de Bredene-Le Coq. Pour ce dernier projet, le secrétaire d’E´tat Olivier Deleuze a accordé une concession domaniale à un consortium d’entreprises.
Het eerste windturbinepark zal ongeveer 15 km2 in beslag nemen met ongeveer 50 windturbines van elk 105 meter hoogte. De twee windparken gecombineerd zullen slechts een vermogen van 200 megawatt produceren, zijnde 0,6 % van de jaarlijkse Belgische elektriciteitsbehoefte.
Le premier parc d’éoliennes occupera environ 15 km2 et comptera environ 50 éoliennes hautes de 105 mètres. La puissance totale des deux parcs ne sera que de 200 mégawatts, ce qui représente 0,6 % des besoins annuels de la Belgique en électricité.
Dergelijke parken betekenen de « doodsteek » voor de Kust omwille van volgende redenen :
Ces parcs signifient la mort de la coˆte pour les raisons suivantes :
A) De windmolenparken zullen een visuele vervuiling betekenen, waardoor de toeristische sector enorme verliezen zal lijden.
A) Les champs d’éoliennes constitueront une pollution visuelle qui entraıˆnera des pertes énormes pour le secteur du tourisme.
B) De visserijsector zal zware schade ondervinden, omdat belangrijke visgronden verloren zullen gaan.
B) Le secteur de la pêche sera gravement préjudicié à cause de la disparition d’importantes pêcheries.
C) Bovendien betekenen deze reuzenpylonen een gevaar voor de scheepvaart, die rampen kan veroorzaken.
C) Ces pyloˆnes géants constituent en outre un danger pour la navigation et pourraient causer des catastrophes.
D) Het inplanten van deze windparken zal zeer veel geld kosten. Het eerste park zal minimaal 225 miljoen euro kosten. Je kan je afvragen of een investering van dergelijke omvang met een opbrengst van slechts 200 megawatt renderend kan worden genoemd.
D) L’implantation de ces parcs d’éoliennes couˆtera énormément d’argent. Le premier parc couˆtera au moins 225 millions d’euros. On est en droit de se demander si un investissement d’une telle importance peut être qualifié de rentable lorsqu’on sait qu’il ne produira que 200 mégawatts.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14397
1. Is het niet beter een bepaalde hoeveelheid groene energie aan te kopen bij één van onze buurlanden ?
1. Ne vaudrait-il pas mieux acheter une certaine quantité d’énergie verte à l’un de nos pays voisins ?
2. Een ander alternatief is de hydro-elektriciteit. De Ardennen met zijn mooie heuvels en gebergten lenen zich zeer goed voor deze groene vorm van energie.
2. L’hydroélectricité constitue une solution de rechange. Les Ardennes et leurs belles collines et montagnes se prêtent très bien à cette forme d’énergie.
Waarom wordt er geen werk gemaakt van een betere ondersteuning van de zonne-energie en investeringen om broeikasgassen te verminderen ?
Pourquoi ne soutient-on pas plus l’énergie solaire et les investissements visant à diminuer l’effet de serre ?
3. a) Vindt u het nog verantwoord om verder te gaan met het bouwen van windmolens in zee, gezien de vele negatieve gevolgen van deze parken voor de kust en haar bewoners ?
3. a) Estimez-vous encore qu’il est sage de poursuivre la construction d’éoliennes en mer étant donné les nombreuses répercussions négatives de ces parcs sur la coˆte et ses habitants ?
b) Zullen de negatieve gevolgen op enige wijze gecompenseerd worden voor de kust en haar bewoners ?
b) La coˆte et ses habitants bénéficieront-ils de compensations quelconques ?
c) Zo ja, welke compensaties ?
c) Dans l’affirmative, quelles seront ces compensations ?
Antwoord :
Réponse :
1. De ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen is één van de middelen om onze Kyoto-verbintenissen na te leven. Alle lidstaten van de Europese Unie hebben zich ambitieuze doelstellingen gesteld met het oog op het bereiken in 2010 van een aandeel van 22 % elektriciteit geproduceerd uit hernieuwbare energiebronnen in het totale elektriciteitsverbruik van de EU. Om een dergelijke doelstelling na te leven, betekent dit dat elke Staat aan de te leveren inspanning moet bijdragen. In de Europese richtlijn betreffende de bevordering van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen wordt de doelstelling te behalen in 2010 vastgelegd op 6 % voor Belgie¨, terwijl dit aandeel nu maar 1 % bedraagt. Men moet er dus op toezien dat al het potentieel dat beschikbaar is, zowel in de gewesten als in de Noordzee, gevaloriseerd wordt. De regering heeft trouwens op 5 april 2000 in haar beslissing betreffende de liberalisatie van de elektriciteitsmarkt beslist om tot elektriciteitsproductie uit hernieuwbare energiebronnen aan te sporen.
1. Le développement des énergies renouvelables constitue un des moyens de respecter nos engagements de Kyoto. Tous les E´tats de l’Union européenne se sont engagés sur des objectifs ambitieux visant à atteindre 22 % d’électricité d’origine renouvelable dans la consommation totale de l’Union européenne en 2010. Le respect d’un tel objectif signifie que chaque pays doit contribuer aux efforts à fournir. L’objectif qui figure dans la directive européenne relative à la promotion de l’électricité produite à partir de sources d’énergie renouvelables pour la Belgique est de 6 % en 2010, alors que nous sommes à 1 % actuellement. Il convient donc de valoriser tout le potentiel disponible que ce soit dans les régions ou dans la mer du Nord. Le gouvernement a d’ailleurs décidé le 5 avril 2000 de stimuler la production d’électricité d’origine renouvelable dans sa décision concernant la mise en œuvre de la libéralisation du marché de l’électricité.
2. Zowel de gewesten als de federale regering stellen systemen van groenestroomcertificaten in om de ontwikkeling van alle hernieuwbare energiebronnen te bevorderen, met inbegrip van zonne-energie, hoewel het niet zeker is dat deze energiebron in Belgie¨ het grootste potentieel heeft.
2. Les régions comme le gouvernement fédéral mettent en place des systèmes de certificats verts destinés à soutenir le développement de toutes les sources d’énergie renouvelables, y compris l’énergie solaire, encore qu’en Belgique il ne soit pas certain que ce soit la source qui dispose du plus grand potentiel.
3. Op dit moment heb ik enkel beslist om een domeinconcessie toe te kennen voor twee windmolenparken in de Noordzee. De openbare raadplegingen georganiseerd op mijn initiatief in de meest betrokken gemeenten hebben aangetoond dat er, buiten de kwestie van de visserij, geen belangrijke negatieve gevolgen waren voor de kustbewoners. Wat de vissers betreft, beschik ik niet over de wettelijke basis die nodig is om
3. Pour le moment j’ai seulement décidé d’octroyer une concession domaniale à deux parcs d’éoliennes en mer du Nord et les consultations publiques qui ont été organisées à mon initiative dans les communes les plus directement concernées n’ont pas montré de conséquences négatives importantes pour les habitants de la coˆte, en dehors de la question des pêcheurs. Pour ceuxci, je ne dispose pas de base légale de nature à permet-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14398
in een vergoeding te voorzien voor eventuele verliezen. Maar de bedrijven aan wie ik een domeinconcessie heb toegekend zijn echter bereid om een akkoord in deze zin te onderhandelen.
tre une indemnisation des pertes éventuelles qu’ils pourraient subir mais les sociétés à qui j’ai octroyé une concession domaniale sont prêtes à négocier un accord en ce sens.
DO 2000200121685
DO 2000200121685
Vraag nr. 56 van de heer Yves Leterme van 28 februari 2002 (N.) :
Question no 56 de M. Yves Leterme du 28 février 2002 (N.) :
CO2-taks. — Aankondiging invoering.
Zeer recent kondigde staatssecretaris Deleuze de invoering van een zogenaamde energietaks aan. (Het Nieuwsblad van 27 juli 2001). Volgens de verklaringen van de heer Deleuze is de energietaks een belasting op het energieverbruik in functie van de uitstoot van CO2. De nieuwe belasting zal volgens de staatssecretaris komen naast de gunstmaatregelen ten voordele van milieuvriendelijke brandstoffen.
Taxe CO2. — Annonce d’instauration. ` l’instar d’autres membres du gouvernement, vous A avez fait au cours des derniers mois de nombreuses déclarations au sujet de l’instauration éventuelle, envisagée au sein du gouvernement, de nouveaux impoˆts. Je songe en l’espèce à l’impoˆt européen ou à la taxe Tobin, pour ne citer que ces exemples. Très récemment, le secrétaire d’E´tat Deleuze a annoncé l’instauration d’une taxe sur l’énergie (« Het Nieuwsblad » du 27 juillet 2001). Selon les déclarations de M. Deleuze, la taxe sur l’énergie est un impoˆt sur la consommation de l’énergie en fonction des émissions de CO2. Le nouvel impoˆt viendrait s’ajouter aux mesures prises en faveur des carburants qui respectent l’environnement.
De heer Deleuze stelt in het geciteerde vraaggesprek dat er in een eerste fase wel voorzien zal worden in overgangsmaatregelen ten voordele van het bedrijfsleven en ten voordele van mensen die beroepshalve veel met de wagen op de baan (sic) zijn.
Dans cette interview, M. Deleuze affirme que les entreprises ainsi que les personnes utilisant souvent leur voiture pour des raisons professionnelles (sic) bénéficieraient dans un premier temps d’une série de mesures de transition.
1. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de invoering van de door staatssecretaris Deleuze aangekondigde nieuwe belasting ?
1. Où en est l’instauration de ce nouvel impoˆt, annoncé par le secrétaire d’E´tat Deleuze ?
2. a) Bevestigt of weerlegt u de aankondiging van de heer Deleuze van de invoering tijdens deze legislatuur van een CO2-taks ?
2. a) Confirmez-vous ou démentez-vous l’annonce faite par M. Deleuze concernant l’instauration d’une taxe CO2 sous la législature actuelle ?
b) Sprak de heer Deleuze namens de regering in deze materie, energievraagstuk bij uitstek ?
b) S’agissant d’une matière énergétique par excellence, M. Deleuze a-t-il fait ces déclarations au nom du gouvernement lors de ces déclarations ?
3. Door welke instantie, dienst, lid van de regering worden de voorbereidingen voor de invoering van bedoelde nieuwe taks getroffen ?
3. Quelles instances, services, membres du gouvernement s’occupent d’ores et déjà des préparatifs visant à instaurer cette nouvelle taxe ?
4. Welke is het bedrag van de belasting per eenheid energie of per eenheid CO2-uitstoot die in overweging wordt genomen tijdens de voorbereidende werkzaamheden ?
4. Quel montant d’impoˆt par unité d’énergie ou par unité d’émission de CO2 est-il pris en considération dans le cadre de ces travaux préparatoires ?
5. Wordt er in internationaal verband overlegd over de door staatssecretaris aangekondigde invoering van de nieuwe CO2-taks ?
5. L’instauration de la nouvelle taxe CO2 annoncée par le secrétaire d’E´tat fait-elle l’objet d’une concertation sur le plan international ?
De voorbije maanden zijn door uzelf en andere regeringsleden nogal wat uitspraken gedaan over plannen binnen de regering om nieuwe belastingen in te voeren. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan de Europese belasting of nog de zogenaamde Tobin-taks.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14399
Antwoord :
Réponse :
1. Een voorstel voor een richtlijn inzake energiebelasting werd neergelegd bij de Europese Commissie in maart 1997. Het voorstel is echter geblokkeerd op het niveau van de Ecofin Raad wegens een gebrek aan politieke wil vanwege sommige lidstaten en vanwege de unanimiteitsregel die geldt op het gebied van fiscaliteit.
1. Une proposition de directive européenne en matière de taxation de l’énergie a été déposée par la Commission européenne en mars 1997. La proposition est toutefois bloquée au niveau du Conseil Ecofin en raison du manque de volonté politique de certains E´tats membres et de la règle de l’unanimité qui prévaut dans les matières fiscales.
Het Federaal Plan inzake duurzame ontwikkeling voorziet dat éénzijdige maatregelen in Belgie¨ genomen zullen worden indien, na afloop van het voorzitterschap van de Europese Unie, geen akkoord werd bereikt over het voorstel voor een Europese richtlijn.
Le Plan fédéral de développement durable prévoit que des mesures unilatérales seront prises en Belgique si, à l’issue de la présidence de l’Union européenne, aucun accord n’a pu être obtenu en ce qui concerne la proposition de directive européenne.
2. In voorbereiding op de invoering van een dergelijke belasting, heeft de regering op 20 september 2001 beslist om een drie-stappen-studie uit te voeren. De eerste stap betreft de modaliteiten voor de vrijstelling van energie-intensieve bedrijven die met de gewestelijke overheden convenanten sluiten betreffende de verbetering van hun energie-efficie¨ntie en/of van hun specifieke CO2-emissies. Deze modaliteiten werden bepaald in hoofdstuk 2.4 van het Nationaal Klimaatplan, goedgekeurd door de uitgebreide Interministerie¨le Conferentie leefmilieu van 6 maart 2002.
2. Afin de préparer l’instauration d’une telle taxation, le gouvernement a décidé le 20 septembre 2001 de procéder à une étude en trois étapes. La première concerne les modalités d’exonération des entreprises grandes consommatrices d’énergie qui concluent avec les autorités régionales des accords de branche concernant l’amélioration de leur efficacité énergétique et/ou de leurs émissions spécifiques de CO2. Ces modalités ont été fixées au chapitre 2.4 du Plan national climat, approuvé par la Conférence interministérielle de l’environnement élargie le 6 mars 2002.
De tweede stap betreft het overwegen van de gevolgen van de verschillende belastingscenario’s op gezinnen, inzonderheid die met een laag inkomen. Deze evaluatie moet ook leiden tot voorstellen van compensatiemaatregelen. De evaluatie van deze impact zou in de komende weken afgerond moeten zijn.
La seconde étape consiste à évaluer l’impact de différents scénarios de taxation sur les ménages et plus précisément sur ceux à bas revenus. Cette évaluation doit aussi déboucher sur des propositions de mesures de compensation. L’évaluation de cet impact devrait être terminée dans les prochaines semaines.
De laatste stap van de studie uitgevoerd naar aanleiding van de Ministerraad van 20 september 2001 betreft de macro- en micro-economische impact van een scenario waarbij de invoering van een energietaks geen schade toebrengt aan de concurrentiekracht en werkgelegenheid. Dit laatste luik, dat toevertrouwd zal worden aan het Federaal Planbureau, zou vo´o´r de zomervakantie afgerond moeten zijn.
La dernière étape de l’étude décidée par le Conseil des ministres du 20 septembre 2001 est relative à l’impact macro- et microéconomique d’un scénario de taxation de l’énergie qui ne porte pas atteinte à la compétitivité et à l’emploi. Ce dernier volet, qui sera confié au Bureau fédéral du plan, devrait être cloˆturé avant les vacances d’été.
Op basis van de resultaten van deze uitgebreide studie, zal de regering over alle elementen beschikken om, met kennis van zaken, een beslissing te nemen in overeenstemming met de regeringsverklaring.
Sur la base des résultats de cette vaste étude, le gouvernement disposera de tous les éléments pour prendre en connaissance de cause une décision dans le respect de l’accord du gouvernement. ` ce stade, des représentants des ministres des 3. A Finances; du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale; de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement; de la Mobilité et des Transports; de l’Emploi; des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques; de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes ont été impliqués dans les préparatifs visant à instaurer une telle taxation.
3. In dit stadium werden de vertegenwoordigers van de ministers van Financie¨n; Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie; Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu; Mobiliteit en Vervoer; Tewerkstelling; Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties en Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid, bij de voorbereidingen tot invoering van een dergelijke belasting betrokken. 4. De voorbereidende werkzaamheden zijn gebaseerd op de hypothese dat, ongeacht het belastingsce-
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
4. Les travaux préparatoires partent du postulat de base que dans n’importe quel scénario de taxation, les
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14400
nario, de inkomsten van nieuwe energiebelastingen integraal gecompenseerd zullen worden door een verlaging van de lasten op de arbeid.
recettes des nouvelles taxes sur l’énergie seront intégralement compensées par une baisse des charges qui pèsent sur le travail.
In het kader van het tweede luik van bovenvermelde studie, werden drie scenario’s voorzien. Ten eerste de aanpassing van de energiebelastingen aan de gemiddelde van de belastingen van kracht bij onze drie belangrijkste commercie¨le partners. Ten tweede, de omzetting in Belgie¨ van de belastingniveaus voorzien in het voorstel van Europese richtlijn. Ten derde, een verhoging van de bijdrage op energie ingevoerd bij de wet van 22 juli 1993.
Trois scénarios ont été prévus dans le cadre du second volet de l’étude précitée. Premièrement un alignement des taxes sur l’énergie sur la moyenne des taxes en vigueur auprès de nos trois principaux partenaires commerciaux. Deuxièmement la transposition en Belgique des niveaux de taxation prévus dans la proposition de directive européenne. Troisièmement une augmentation de la cotisation sur l’énergie introduite par la loi du 22 juillet 1993.
5. Zoals vermeld in punt 1, maakt de invoering van de energiebelasting het onderwerp uit van een overleg op Europees niveau.
5. Comme précisé au point 1, l’instauration de la taxation de l’énergie fait l’objet d’une concertation au niveau européen.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14401
IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Eerste minister Premier ministre 1
2001200200727 21- 2-2002
160
Yves Leterme
« Afspraken » gemaakt met een kabinetslid. « Accords » conclus avec un membre du cabinet.
14311
1
2001200200362 11- 3-2002
161
Mw. Simonne Creyf
Onverenigbaarheden. — Voorzitters directiecomité federale overheidsdienst. Incompatibilités. — Présidents des comités de direction des services publics fédéraux.
14314
1
2001200200713 12- 3-2002
162
Paul Timmermans
Impact van de beleidsmaatregelen tot vermindering van de werkgeversbijdragen. — Studie. — Taalgebruik. Impact des politiques d’alignement des cotisations sociales patronales. — E´tude. — Emploi des langues.
14315
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères 1
2001200200424 10- 1-2002
208
Hagen Goyvaerts
Financie¨le bijdragen van Belgie¨ tot de internationale organisaties waarvan het lid is. Contributions financières de la Belgique aux organisations internationales dont elle est membre.
14315
1
2001200200638
8- 2-2002
228
Pieter De Crem
Uitgaven van allerhande aard bestemd ter bevordering van het imago van Belgie¨. Dépenses de toute nature destinées à promouvoir l’image de la Belgique.
14318
1
2001200200687 18- 2-2002
231
Francis Van den Eynde
Kameroen. — Schending mensenrechten. Cameroun. — Violations des droits de l’homme.
14326
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
Begroting — Budget 8
2001200200745 25- 2-2002
92
Yves Leterme
* Schadevergoeding van de dioxinecrisis. Indemnisation à la suite de la crise de la dioxine.
14283
Sociale Economie — E´conomie sociale 1
2001200200752 25- 2-2002
39
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Paul Timmermans
2001
Initiatieven inzake Sociale Economie. Initiatives en matière d’E´conomie sociale.
2002
14327
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14402
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 1
2001200200179 19-11-2001
530
Lode Vanoost
Integrale publiciteit op tram en bus. Publicité intégrale sur les trams et les bus.
14333
1
2001200200313 11-12-2001
545
François Bellot
Verhoogde inrichtingen. — Verkeersdrempels. Dispositifs surélevés. — Type ralentisseurs.
14334
1
2001200200404
8- 1-2002
557
Francis Van den Eynde
NMBS. — Treinbegeleiders. — Bediening AVG. SNCB. — Accompagnateurs de train. — Signal OIT.
14336
1
2001200200464 16- 1-2002
570
Martial Lahaye
NMBS. — Opstapplaats in Bissegem. — Verbeteringswerken. SNCB. — Arrêt de Bissegem. — Travaux d’amélioration.
14336
1
2001200200507 21- 1-2002
575
Francis Van den Eynde
NMBS. — Station Dendermonde. — Toestand toiletten perron. SNCB. — Gare de Termonde. — E´tat des toilettes situées sur le quai.
14337
1
2001200200531 23- 1-2002
578
Mw. Frieda Brepoels NMBS. — « Montzenlijn ». — Goederenvervoer. SNCB. — Ligne de Montzen. — Transport de marchandises.
14337
1
2001200200547 24- 1-2002
580
Joos Wauters
NMBS. — Dienstregelingen op 24 en 31 december 2001. SNCB. — Horaires des 24 et 31 décembre 2001.
14339
1
2001200200553 25- 1-2002
584
Jan Mortelmans
NMBS. — Percentage treinen in vertraging. SNCB. — Pourcentage de trains en retard.
14341
1
2001200200564 28- 1-2002
586
Jan Mortelmans
NMBS. — Nieuwe treinstellen. — Rookvrije ruimten. SNCB. — Nouvelles rames. — Espaces nonfumeurs.
14342
8
2001200200723 21- 2-2002
617
Jan Mortelmans
* NMBS. — Regelgeving met betrekking tot gevaarlijke honden en transport van dieren. — Studie. SNCB. — Réglementation à l’égard des chiens dangereux et du transport d’animaux. — E´tude.
14284
8
2001200200769 27- 2-2002
618
Luc Sevenhans
* Schuldontwikkeling bij de NMBS. E´volution de la dette de la SNCB.
14284
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement Volksgezondheid — Santé publique 1
2001200200724 21- 2-2002
428
Mw. Yolande Avontroodt
Nationale Commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking. Commission nationale pour l’évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l’interruption de grossesse.
14343
1
2001200200744 25- 2-2002
430
Mw. Anne-Mie Descheemaeker
Navelstrengbloed. — Commercialisering. Sang prélevé sur le cordon ombilical. — Commercialisation.
14345
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
CA
DO
14403
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
1
2001200200750 25- 2-2002
431
Mme Michèle Gilkinet
Nieuwe federale bepalingen tot regeling van de demarches die moeten worden gedaan voor de behandeling met een nieuw, in Belgie¨ nog niet erkend geneesmiddel. Existence de nouvelles dispositions fédérales régissant les démarches à effectuer pour bénéficier d’un nouveau médicament, pas encore agréé par la Belgique.
14350
1
2001200200764 26- 2-2002
434
Luc Sevenhans
Ritueel slachten. Abattages rituels.
14351
1
2001200200779
1- 3-2002
437
Claude Eerdekens
Magistrale bereidingen met fenylpropanolamine. Préparations magistrales à base de phénylpropanolamine.
14352
1
2001200200782
1- 3-2002
439
Claude Eerdekens
Geneesmiddelen. — Reclamecampagne. — Inbreuk. Médicaments. — Campagne publicitaire. — Infraction.
14353
Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 1
2000200110860 26- 3-2001
327
Francis Van den Eynde
Gent. — Latent conflict tussen Koerdische en Turkse immigranten. Gand. — Conflit latent entre immigrants turcs et kurdes.
14355
1
2001200200603
5- 2-2002
512
Guy D’haeseleer
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Internet, eerstelijns infodocumentaire hulpbalie en interne documentatie. Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Internet, guichet infodocumentaire de première ligne et documentation interne.
14356
1
2001200200609
5- 2-2002
513
Guy D’haeseleer
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Inhoud collectiebeleid voor boeken en periodieken. Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Politique de gestion des collections de livres et de périodiques.
14358
1
2001200200613
5- 2-2002
514
Guy D’haeseleer
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel.
14359
1
2001200200614
6- 2-2002
515
Guy D’haeseleer
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Financie¨le middelen aankoop van of abonnementen op externe documentatie. Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Moyens financiers pour l’achat de documentation extérieure ou l’abonnement à celle-ci.
14361
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
1844
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14404
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
1
2001200200623
6- 2-2002
516
Guy D’haeseleer
Bibliotheek en/of documentatiecentrum van het ministerie¨le departement. — Personeelsformatie en personeelsbezetting. Bibliothèque et/ou centre de documentation du département ministériel. — Cadre du personnel et effectifs.
14363
1
2001200200671 13- 2-2002
525
Mw. Trees Pieters
Taalpremies fiscale ambtenaren. Primes de bilinguisme pour les fonctionnaires de l’administration fiscale.
14365
1
2001200200700 19- 2-2002
529
Alfons Borginon
Dienst Vreemdelingenzaken. — Wervingsreserve. Office des étrangers. — Réserve de recrutement.
14367
8
2001200200730 21- 2-2002
532
Karel Van Hoorebeke
* Personeelsleden geı¨ntegreerde politie. — Collectieve verzekeringsovereenkomst. Membres du personnel de la police intégrée. — Contrat d’assurance collective.
14285
8
2001200200746 25- 2-2002
533
Jan Peeters
* Toepassing voorrangsregels bij creatie van nieuwe federale Luchthavenbrigade Deurne. Application des règles de priorité à la nouvelle Brigade fédérale de police aéroportuaire de Deurne.
14286
8
2001200200751 25- 2-2002
534
Bart Somers
* Feitelijke blokkering van de implementatie van de veiligheids- en preventiecontracten. Entrave dans la mise en œuvre des contrats de sécurité et de prévention.
14286
8
2001200200753 26- 2-2002
535
Martial Lahaye
* Politionele bevoegdheden toegekend aan andere overheidsambtenaren buiten de politiediensten. — Toezicht. Compétences de police attribuées à des fonctionnaires n’appartenant pas aux services de police. — Controˆle.
14287
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions Sociale Zaken — Affaires sociales 1
2001200200605
5- 2-2002
443
Mw. Yolande Avontroodt
Sociale identiteitskaart. — Betalingsverplichting. — Opname in een verplegingsinrichting. Carte d’identité sociale. — Obligation de paiement. — Admission dans un établissement hospitalier.
14367
8
2001200200739 25- 2-2002
456
Guy D’haeseleer
* Achterstand inzake de behandeling van dossiers voor terugbetaling van nieuwe geneesmiddelen. Arriéré dans le traitement des dossiers de remboursement de nouveaux médicaments.
14288
8
2001200200744 25- 2-2002
457
Mw. Anne-Mie Descheemaeker
* Navelstrengbloed. — Commercialisering. Sang prélevé sur le cordon ombilical. — Commercialisation.
14288
8
2001200200761 26- 2-2002
458
Mw. Yolande Avontroodt
* Reumatoı¨de artritis. — Terugbetaling van het geneesmiddel Remicade RA. Arthrite rhumatismale. — Remboursement du médicament Remicade RA.
14289
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
CA
DO
14405
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse Pensioenen — Pensions
1
2001200200673 15- 2-2002
108
Jo Vandeurzen
Afschaffing Nationaal Pensioenfonds voor mijnwerkers. — Toestand personeel. Suppression du Fonds national de retraite des ouvriers mineurs. — Situation du personnel.
14369
1
2001200200702 19- 2-2002
109
Jozef Van Eetvelt
Pensioenregime zelfstandigen. — Tweede rapport « werkgroep-Cantillon ». Régime de pensions des indépendants. — Deuxième rapport de la « commission Cantillon ».
14370
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration Ambtenarenzaken — Fonction publique 1
2001200200671 13- 2-2002
136
Mw. Trees Pieters
Taalpremies fiscale ambtenaren. Primes de bilinguisme pour les fonctionnaires de l’administration fiscale.
14371
1
2001200200731 21- 2-2002
137
Jean-Jacques Viseur
Benaming van functies in het kader van bepaalde betrekkingen die aan ambtenaren van niveau 2 kunnen worden toegekend. Dénomination de fonctions à l’égard de certains postes pouvant être attribués à des niveaux 2.
14373
1
2001200200884 20- 3-2002
142
Mw. Els Haegeman
Criteria bij selectieprocedures. Critères utilisés dans les procédures de sélection.
14375
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 8
2001200200729 21- 2-2002
245
Alfons Borginon
* Vliegveld van Melsbroek. Aéroport de Melsbroek.
14290
8
2001200200733 22- 2-2002
246
Alfons Borginon
* Samenaankoop voor militaire bestellingen. — Oprichting van het bureau « OCCAR ». Achat commun pour les commandes militaires. — Création du bureau «OCCAR».
14291
8
2001200200734 22- 2-2002
247
Alfons Borginon
* Aankoop transportvliegtuigen type A400M. Achat d’avions de transport du type A400M.
14291
8
2001200200747 25- 2-2002
248
Stef Goris
* Geldelijke vergoeding van militairen belast met informaticataken. Rémunération des militaires chargés de taˆches informatiques.
14292
1
2001200200748 25- 2-2002
249
Stef Goris
Eventuele mogelijkheid op het verderbestaan van MK 22 Landen als logistieke steuneenheid. Reconversion éventuelle du noyau mobilisateur NM 22 de Landen en unité d’appui logistique.
14379
1
2001200200754 26- 2-2002
250
John Spinnewyn
Wettelijke bepalingen waarin de opdrachten van het leger worden gedefinieerd. Dispositions légales définissant les missions de l’armée.
14381
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14406
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
8
2001200200762 26- 2-2002
252
Geert Bourgeois
* Zeemacht. — Nieuwe systemen voor mijnenbestrijding. Force navale. — Nouveaux systèmes antimines.
14294
8
2001200200765 26- 2-2002
253
Luc Sevenhans
* Gevolgen van de herstructurering voor Brasschaat. Conséquences de la restructuration pour Brasschaat.
14295
1
2001200200766 26- 2-2002
254
Luc Sevenhans
Toekomst van het militaire vliegveld van Brasschaat. Avenir du terrain d’aviation militaire de Brasschaat.
14382
1
2001200200767 27- 2-2002
255
Luc Sevenhans
Centrum voor het evalueren en testen van materiaal te Brasschaat. Centre d’évaluation et de test du matériel de Brasschaat.
14384
8
2001200200768 27- 2-2002
256
Luc Sevenhans
* Overtollige F16’s. F16 en surnombre.
14296
Minister van Justitie — Ministre de la Justice 8
2001200200732 21- 2-2002
566
Jean-Jacques Viseur * Technische werkingsregels van kansspelen. — Kansspelinrichtingen van klasse 1. Règles techniques de fonctionnement des jeux de hasard. — E´tablissements de jeux de hasard de classe 1.
14296
8
2001200200755 26- 2-2002
567
John Spinnewyn
* Jeugdgevangenis van Everberg. — Taalwetgeving. Prison pour jeunes d’Everberg. — Législation linguistique.
14297
1
2001200200879 19- 3-2002
582
Mw. Trees Pieters
BTW en directe belastingen. — Afsluiting fiscale onderzoeken. TVA et impoˆts directs. — Cloˆture d’enquêtes fiscales.
14385
Minister van Financie¨n Ministre des Finances 8
2001200200735 22- 2-2002
930
Mw. Trees Pieters
8
2001200200737 22- 2-2002
931
Mw. Els Van Weert * Oprichting van een werkgroep belast met het onderzoek naar de negatieve gevolgen voor de Belgische grensarbeiders in Nederland van het nieuw dubbelbelastingverdrag Belgie¨-Nederland. Création d’un groupe de travail chargé d’examiner les conséquences négatives de la nouvelle convention de double imposition pour les travailleurs frontaliers belges aux Pays-Bas.
14298
8
2001200200741 25- 2-2002
932
Lode Vanoost
* Retributies voor het bezetten van openbare domeinen. Redevances pour l’occupation de domaines publics.
14299
8
2001200200742 25- 2-2002
933
Lode Vanoost
* Inningen op brandstof. Prélèvements sur le carburant.
14299
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
* Schorsing van de nalatigheidsinteresten. Suspension des intérêts de retard.
2002
14297
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
CA
DO
14407
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
8
2001200200749 25- 2-2002
934
Marcel Hendrickx
* Belastingen algemeen. — Gelijkheidsprincipe. — Verjaringstermijn. Impoˆts. — Principe d’égalité. — Délai de prescription.
14299
8
2001200200757 26- 2-2002
935
Mw. Trees Pieters
* Vennootschapsbelasting. — Reserves. Impoˆt des sociétés. — Réserves.
14301
8
2001200200758 26- 2-2002
936
Martial Lahaye
* Transparantie beleggingsfondsen. Transparence des fonds de placement.
14302
8
2001200200585 26- 2-2002
937
François Bellot
* Geweigerde muntstukken. E´coulement des pièces de monnaie.
14302
8
2001200200763 26- 2-2002
938
Mw. Trees Pieters
* BTW-vrijstellingen. — Kankerstudies uitgevoerd door ziekenhuisgeneesheren. Exemption de la TVA. — E´tudes sur le cancer effectuées par des médecins hospitaliers.
14303
8
2001200200770 27- 2-2002
939
Luc Sevenhans
* Regulariseren van successierechten. Régularisation des droits de succession.
14304
8
2001200200771 27- 2-2002
940
Luc Sevenhans
* Niet-geı¨nde belastingen. Impoˆts non recouvrés.
14304
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, chargé des Classes moyennes
Telecommunicatie — Télécommunications 1
2001200200653 11- 2-2002
275
José Canon
Reactivering GSM’s. Remise en activité de GSM.
14387
6
2001200200718 20- 2-2002
279
Francis Van den Eynde
Telefoonoperators. — Gemeenschappelijke dienst voor opstellen zwarte lijst van wanbetalers. — VZW. Opérateurs téléphoniques. — Service commun pour l’élaboration d’une liste noire des mauvais payeurs. — ASBL.
14389
1
2001200200703
280
Jozef Van Eetvelt
Telefoonterreur. Harcèlement téléphonique.
14390
1- 3-2002
Overheidsbedrijven en Participaties — Entreprises et Participations publiques 1
2001200200441 14- 1-2002
131
Jef Valkeniers
Wegnemen van asbest in het Berlaymontgebouw. E´limination de l’amiante dans le baˆtiment du Berlaymont.
14391
1
2001200200445 14- 1-2002
132
Dirk Van der Maelen
Oprichting rijksadministratief centrum te Zottegem. Construction d’un centre administratif de l’E´tat à Zottegem.
14392
8
2001200200726 21- 2-2002
149
Yves Leterme
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
* Internationaal Perscentrum. Centre de presse international.
2002
14305
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 117 02 - 04 - 2002
14408
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse Middenstand — Classes moyennes
1
2001200200643
8- 2-2002
90
Alfons Borginon
Uitoefening activiteiten inzake vrije beroepen. — Europese regelgeving. Exercice des activités relevant des professions libérales. — Réglementation européenne.
14393
Minister toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw Ministre adjointe au ministre des Affaires étrangères, chargée de l’Agriculture
Buitenlandse Zaken — Affaires étrangères 8
2001200200740 25- 2-2002
49
Alfons Borginon
* International Maritime Organisation. — Verruiming bevoegdheden tot de zeehavens. Organisation maritime internationale. — Extension des compétences aux ports maritimes.
14307
Landbouw — Agriculture 8
2001200200772 27- 2-2002
118
Yvon Harmegnies
1
2001200200669 28- 2-2002
119
Yves Leterme
* Financiering van de dierenasielen in het kader van de verzorging van door de politie in beslag genomen dieren. Financement des refuges dans le cadre des soins prodigués aux animaux saisis par les services de police.
14308
Vergoeding voor de afgifte van fytosanitaire certificaten. Rétribution pour la délivrance de certificats phytosanitaires.
14395
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
Energie — E´nergie 1
2001200200774 28- 2-2002
55
Aimé Desimpel
Bouwen van windmolens in zee. Construction d’éoliennes en mer.
14396
1
2000200121685 28- 2-2002
56
Yves Leterme
CO2-taks. — Aankondiging invoering. Taxe CO2. — Annonce d’instauration.
14398
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE