Schriftelijke vragen en antwoorden. Questions et réponses écrites CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN QRVA QRVA

QRVA 51 005

QRVA 51 005

CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE

VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

————

————

Questions et réponses écrites

Schriftelijke vragen en antwoorden

BELGISCHE KAMER VAN

20 - 10 - 2003

62 CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE

2003

2004

KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

490

cdH CD&V ECOLO FN MR N-VA PS sp•a - spirit VLAAMS BLOK VLD

: : : : : : : : : :

Centre démocrate Humaniste Christen-Democratisch en Vlaams Ećologistes Confédérés pour l’organisation de luttes originales Front National Mouvement Réformateur Nieuw - Vlaamse Alliantie Parti socialiste Socialistische Partij Anders - Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht. Vlaams Blok Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 : Document parlementaire de la 51e législature, suivi du no de base et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites CRIV : Compte Rendu Intégral, avec à gauche, le compte rendu intégral et, à droite, le compte rendu analytique traduit des interventions (sur papier blanc, avec les annexes) CRIV : Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert) CRABV : Compte Rendu Analytique (sur papier bleu) PLEN : Séance plénière (couverture blanche) COM : Réunion de commission (couverture beige)

DOC 51 0000/000 : Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden CRIV : Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat ook de bijlagen)

CRABV : PLEN : COM :

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail : [email protected]

Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail : [email protected]

CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE

CRIV :

2003

2004

Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier) Beknopt Verslag (op blauw papier) Plenum (witte kaft) Commissievergadering (beige kaft)


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

491

SOMMAIRE

INHOUD

II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. Page/Blz. 495 II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).

Page/Blz. 499

Page Blz. Premier ministre

—

Eerste minister

Vice-première ministre et ministre de la Justice

—

Vice-eerste minister en minister van Justitie

Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères

—

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken

Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques

499

Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven

Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur

500

Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

Ministre de l’Emploi et des Pensions

501

Minister van Werk en Pensioenen

Ministre de la Défense

—

Minister van Landsverdediging

Ministre de la Coopération au développement

—

Minister van Ontwikkelingssamenwerking

Ministre des Finances

503

Minister van Financie¨n

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale

504

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

507

Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid

510

Minister van Mobiliteit en Sociale Economie

Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale et de la Politique des grandes villes

—

Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie en Grootstedenbeleid

Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture

—

Minister van Middenstand en Landbouw

—

Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling

—

Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven

—

Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken

—

Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n

—

Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

—

Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister

—

Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het werk, toegevoegd aan de minister van Werk en Pensioenen

Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Bugdet et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat à l’Organisation du travail et au Bien-être au travail, adjointe au ministre de l’Emploi et des Pensions


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

493

III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.

Page/Blz. 513

Page Blz. Premier ministre Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Ministre de l’Emploi et des Pensions Ministre de la Défense Ministre de la Coopération au développement Ministre des Finances Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale et de la Politique des grandes villes Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Bugdet et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat à l’Organisation du travail et au Bien-être au travail, adjointe au ministre de l’Emploi et des Pensions Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes

— 513 — 518 522 — — — 525 529 544 548 — 554 —

Eerste minister Vice-eerste minister en minister van Justitie Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken Minister van Werk en Pensioenen Minister van Landsverdediging Minister van Ontwikkelingssamenwerking Minister van Financie¨n Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Minister van Mobiliteit en Sociale Economie Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie en Grootstedenbeleid Minister van Middenstand en Landbouw Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling

—

Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken

—


—

—

Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister

—

Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het werk, toegevoegd aan de minister van Werk en Pensioenen

—

Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden

—

Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin

In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt

IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet. IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp.


2003

2004

Page/Blz. 563


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

495

I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. * I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. * Question no Vraag nr.

Date Datum

Auteur

Page Blz.

281011-

Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 1822202021292210-

7-2003 7-2003 8-2003 8-2003 8-2003 8-2003 9-2003 9-2003 9-2003

2 7 22 24 25 29 30 31 33

Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Guido Tastenhoye Daan Schalck Daan Schalck Yves Leterme

9 11 232 232 233 365 366 366 368

Question no Vraag nr.

Date Datum 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

Staf Neel Alfons Borginon

372 373 374 499

Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 299101116-

8-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

41 44 45 47 48

Guido Tastenhoye Yves Leterme Yves Leterme Jos Ansoms Mw. Dalila Douifi

374 376 377 500 500

Ministre de l’Emploi et des Pensions Minister van Werk en Pensioenen

Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken 10 22

Daan Schalck Mw. Inge Vervotte Yves Leterme Mw. Inge Vervotte


Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères

31- 7-2003 5- 9-2003

21 23 24 25

Page Blz.

Auteur

Emploi — Werk

233 370


2930391111-

7-2003 7-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003


3 5 11 12 14 17

Mw. Maggie De Mw. Maggie De Mw. Maggie De Gérard Gobert Mw. Maggie De Mw. Maggie De

Block Block Block Block Block

31 32 378 379 501 502

Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging

Budget — Begroting

21- 8-2003

1

Jan Mortelmans

1- 8-2003

2

Stef Goris

240

236 Ministre des Finances Minister van Financie¨n

Entreprises publiques — Overheidsbedrijven

21- 8-2003

16

Jan Mortelmans

237

31- 7-2003

3

Mw. Dalila Douifi

241

* Liste cloˆturée le 17 octobre 2003 * Lijst afgesloten op 17 oktober 2003


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

496

Date Datum


31- 7-2003 31- 7-2003 31- 7-2003

4 5 6

6- 8-2003

8

202021261111111112-

8-2003 8-2003 8-2003 8-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

9 10 11 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 25

3- 9-2003

26

581016-

9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

27 28 30 31

Auteur Mw. Dalila Douifi Mw. Dalila Douifi Ludo Van Campenhout Mw. Yolande Avontroodt Yves Leterme Mw. Trees Pieters Yves Leterme Geert Bourgeois Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Richard Fournaux Ludo Van Campenhout Ludo Van Campenhout Jacques Chabot Hagen Goyvaerts Mw. Trees Pieters Staf Neel

Page Blz. 242 243 244 246 247 248 250 252 380 380 381 381 382 382 382 383 383

Date Datum 14182149111111111116-

8-2003 8-2003 8-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

7 14 16 18

Jos Ansoms Jan Mortelmans Claude Eerdekens Jo Vandeurzen

Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jos Ansoms Claude Eerdekens Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen

254 255 256 392 393 505 505 506 506 506 507

Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Ećonomie — Economie

3177212999111111-

7-2003 8-2003 8-2003 8-2003 8-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

Affaires sociales — Sociale Zaken

24- 7-2003 21- 8-2003 9- 9-2003 11-10-2003

11 12 14 17 19 20 21 22 23 24 25

Auteur

Page Blz.

Ministre de l’Ećonomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique

384 385 386 386 387 503


3 5 6 7 8 9 10 11 12 13

Mw. Dalila Douifi Yves Leterme Yves Leterme Jan Mortelmans Mw. Els Van Weert Claude Eerdekens Yves Leterme Jo Vandeurzen Mw. Dalila Douifi Jos Ansoms

258 260 261 262 394 395 396 507 508 509

Eńergie — Energie

40 253 390 504

21- 8-2003 10- 9-2003

1 3

Jan Mortelmans Yves Leterme

263 397

Commerce extérieur — Buitenlandse Handel Santé publique — Volksgezondheid

18181831-

7-2003 7-2003 7-2003 7-2003

1 2 5 10

Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens Gerolf Annemans


21- 8-2003 42 42 44 253 2003

2

Jan Mortelmans

264

Politique scientifique — Wetenschapsbeleid

21- 8-2003 2004

1

Jan Mortelmans

265


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

497


Date Datum

Auteur

Page Blz.

Date Datum

Ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale

Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling

Mobilité — Mobiliteit

625241116-

7-2003 7-2003 7-2003 7-2003 8-2003 8-2003 9-2003 9-2003 9-2003 9-2003

3 5 11 12 13 19 21 24 27 29

Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Peeters Ludo Van Campenhout Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Daan Schalck Jos Ansoms Daan Schalck Jos Ansoms

48 49 265 266 268 269 398 399 510 511

Protection de la consommation — Consumentenzaken

9- 9-2003

1

Jan Mortelmans

269

21- 8-2003

Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie

21- 8-2003

3

Staf Neel

402

1

Jan Mortelmans

272

Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

271


Claude Eerdekens


Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale et de la Politique des grandes villes Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie en Grootstedenbeleid

4

Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances

Ećonomie sociale — Sociale Economie

21- 8-2003

Auteur

Page Blz.

Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable


23233131-


Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Minister van Middenstand en Landbouw Agriculture — Landbouw

21- 8-2003

1

Jan Mortelmans


271 2003

21- 8-2003

1

Jan Mortelmans

273

3- 9-2003

2

Yves Leterme

403

2004


63

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

499

(N.) : Question posée en néerlandais. — (Fr.) : Question posée en français. (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. — (Fr.) : In het Frans gestelde vraag. II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).



Entreprises publiques

Overheidsbedrijven

DO 0000200360257

DO 0000200360257

Question no 25 de Mme Inge Vervotte du 11 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :

Vraag nr. 25 van mevrouw Inge Vervotte van 11 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :

La Poste. — Plans d’avenir.

De Post. — Toekomstplannen.

Dans le cadre de la discussion portant sur l’avenir de La Poste, les questions suivantes se posent :

Naar aanleiding van de discussie over de toekomst van De Post rijzen volgende vragen.

1. Existe-t-il un business plan sur la base duquel le management de La Poste dirige l’entreprise et à l’aune duquel sa gestion peut être controˆlée ?

1. Is er een business-plan op basis waarvan het management van De Post het bedrijf aanstuurt en waarop het kan afgerekend worden ?

2. a) Quelles sont les attentes relatives aux revenus et aux couˆts des différents départements de La Poste pour les cinq années à venir ?

2. a) Wat is de verwachting met betrekking tot de inkomsten en de kosten van de onderscheiden afdelingen van De Post voor de komende vijf jaar ?

b) Quelles sont les hypothèses retenues en ce qui concerne l’évolution des tarifs et des frais de personnel ?

b) Met welke hypothesen in verband met de evolutie van de tarieven en de personeelskosten wordt rekening gehouden ?

3. Quelles sont les prévisions en ce qui concerne l’évolution des activités de La Poste dans les différents domaines d’activité (poste financière, poste aux lettres, imprimés publicitaires, communication électronique, etc.) pour les cinq années à venir ?

3. Wat zijn de verwachtingen met betrekking tot de evolutie van de activiteiten van De Post in de diverse activiteitsdomeinen (financie¨le post, brievenpost, reclamedrukwerk, elektronische communicatie, enzovoort) de komende vijf jaar ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

500



DO 0000200360061

DO 0000200360061

Question no 47 de M. Jos Ansoms du 11 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 47 van de heer Jos Ansoms van 11 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Controˆle d’alcoolémie sur les autoroutes et sur les bretelles d’accès et de sortie des autoroutes.

Alcoholcontroles op de autosnelwegen en op de open afritten van autosnelwegen.

Pour que l’impact sur le respect de la réglementation en matière d’alcool par les conducteurs dans la circulation soit réel, il conviendrait de procéder chaque année à au moins un test d’alcoolémie auprès de 10 % des conducteurs. Dans notre pays, cela correspond à environ 600 000 controˆles.

Om een daadwerkelijke impact te hebben op de naleving van de alcoholreglementering door de bestuurders in het verkeer, moet jaarlijks eigenlijk 10 % van de bestuurders éénmaal gecontroleerd worden op alcohol. In ons land komt dat ongeveer neer op 600 000 controles.

Des controˆles doivent bien entendu tout autant eˆtre exercés sur les routes secondaires, qui constituent le champ d’action de la police locale. La police des autoroutes ne peut toutefois échapper à sa part de travail.

Uiteraard moet er evenzeer gecontroleerd worden op de secundaire wegen, die het werkdomein zijn van de lokale politie. Toch mag de autosnelwegenpolitie haar deel in het werk niet ontwijken.

Par ailleurs, les tests d’alcoolémie sont non seulement nécessaires durant les nuits de week-end ou lors de la campagne de fin d’année, mais également tout au long de l’année.

Anderzijds zijn alcoholcontroles niet alleen noodzakelijk tijdens de weekendnachten of tijdens de eindejaarscampagne, maar heel het jaar door.

Afin de permettre un controˆle de la politique menée par la police fédérale en matière de controˆles d’alcoolémie, pouvez-vous communiquer :

Kan u meedelen, teneinde het alcoholcontrolebeleid van de federale politie te controleren :

1. l’évolution annuelle du nombre de controˆles d’alcoolémie sur les autoroutes, de 1999 à 2002 inclus;

1. de evolutie van het aantal alcoholcontroles op de autosnelwegen, jaar per jaar, tussen 1999 en tot en met 2002;

2. la répartition de ces chiffres selon qu’il s’agit de controˆles de nuit et de jour;

2. de opsplitsing van deze cijfers naar nachtelijke controles en controles overdag;

3. la répartition de ces chiffres selon qu’il s’agit de controˆles pendant le week-end et en dehors de celui-ci;

3. de opsplitsing van deze cijfers naar controles tijdens de weekends en daarbuiten;

4. la répartition de ces chiffres selon qu’il s’agit de controˆles pendant la campagne de fin d’année et en dehors de celle-ci ?

4. de opsplitsing van deze cijfers naar controles tijdens en buiten de eindejaarscampagne ?

DO 0000200360259

DO 0000200360259

Question no 48 de Mme Dalila Douifi du 16 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 48 van mevrouw Dalila Douifi van 16 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Personnel CALOG auprès de la police locale. — Contractuels. — Contractuels subventionnés.

CALOG-personeel bij de lokale politie. — Contractuelen. — Gesco’s.

La situation du personnel CALOG n’a pas été oubliée dans le cadre de la réforme des polices fédérale

In de loop van de hervorming van de federale en lokale politie is ook aandacht besteed aan het


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

501

et locale. Le personnel CALOG occupé dans les services de police avant la réforme a eu la possibilité de participer à un examen ouvrant la voie à une nomination dans la nouvelle structure.

CALOG-personeel. Aangezien hier ook al mensen actief waren voor de hervorming was het voor hen mogelijk om deel te nemen aan een examen en zo benoemd te worden in de nieuwe structuur.

Ma question concerne la distinction qui est actuellement établie entre les candidats X (les contractuels) et les candidats Y (notamment les contractuels subventionnés). Force est de constater que dans la procédure de nomination, les contractuels subventionnés, tout en ayant réussi l’examen et disposant de plus d’ancienneté, sont désavantagés par rapport aux agents contractuels ordinaires. Alors qu’il est procédé aux recrutements nécessaires afin de compléter les effectifs, les contractuels subventionnés sont abandonnés à leur sort.

Mijn vraag handelt over het verschil dat momenteel gehanteerd wordt tussen X kandidaten (contractuelen) en Y kandidaten (onder andere gesco’s). Ik merk dat de benoeming van de gesco’s momenteel achterwege blijft ten opzichte van de gewone contractuelen, zelfs al zijn ze geslaagd voor de proeven en beschikken ze over een veel grotere ancie¨nniteit. Ondertussen worden de contingenten opgevuld en blijven de gesubsidieerde contractuelen in de kou staan.

1. Comment expliquez-vous cette discrimination ?

1. Wat is de reden van deze achterstelling ?

2. Eˆtes-vous au courant de cette situation ?

2. Bent u op de hoogte van deze situatie ?

3. Quelle solution entrevoyez-vous, dans un avenir proche ou plus lointain, pour mettre un terme à l’incertitude dans laquelle se trouvent les personnes concernées quant à leur emploi ?

3. Voorziet u op korte of op lange termijn in een oplossing voor deze mensen, die nu toch wel onzeker zijn over hun job ?

Ministre de l’Emploi et des Pensions

Minister van Werk en Pensioenen

Emploi

Werk

DO 0000200360246

DO 0000200360246

Question no 14 de Mme Maggie De Block du 11 septembre 2003 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :

Vraag nr. 14 van mevrouw Maggie De Block van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen :

Nombre de transmissions relatives au refus ou à l’arrêt de formations professionnelles.

Aantal transmissies inzake het weigeren of stopzetten van beroepsopleidingen.

En réponse à une question orale posée le 21 janvier 2003 (no A754), la précédente ministre de l’Emploi a indiqué qu’en chiffres absolus, on observe un écart entre le nombre de transmissions émanant des différents services régionaux de l’emploi et de la formation professionnelle mais que les données ne diffèrent pratiquement pas par rapport au nombre d’offres d’emploi transmises à ces services. Cette affirmation fait toutefois abstraction du nombre de transmissions relatives au refus ou à l’arrêt de formations professionnelles.

In antwoord op een mondelinge vraag van 21 januari 2003 (nr. A754) beweerde de toenmalige minister van Werkgelegenheid dat het aantal transmissies van de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding wel verschillen vertoont in absolute cijfers, maar nagenoeg niet in verhouding tot het aantal vacatures die de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling ontvangen. Bij deze bewering wordt echter abstractie gemaakt van het aantal transmissies inzake het weigeren of stopzetten van beroepsopleidingen.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

502

1. Pouvez-vous, pour la Flandre, la Wallonie et Bruxelles, me fournir un aperçu par trimestre pour la période janvier 2000-juillet 2003 :

1. Kan u, voor de periode januari 2000-juli 2003, per trimester en opgedeeld naar Vlaanderen, Wallonie¨ en Brussel een overzicht geven van :

a) du nombre de transmissions concernant spécifiquement un refus d’emploi;

a) het aantal transmissies specifiek voor werkweigering;

b) du nombre de sanctions effectivement prononcées pour cause de refus d’emploi;

b) het aantal effectief uitgesproken sancties specifiek voor werkweigering;

c) du nombre d’offres d’emploi ?

c) het aantal vacatures ?

2. a) Peut-on observer des différences régionales en ce qui concerne le nombre de transmissions concernant le refus, l’arrêt ou l’abandon d’une formation professionnelle ?

2. a) Zijn er verschillen tussen de regio’s merkbaar inzake het aantal transmissies ten gevolge van het weigeren, stopzetten of verlaten van een beroepsopleiding ?

b) Dans l’affirmative, comment peut-on expliquer ces différences ?

b) Zo ja, op basis waarvan zijn deze verschillen te verklaren ?

DO 0000200360258

DO 0000200360258

Question no 17 de Mme Maggie De Block du 11 septembre 2003 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :

Vraag nr. 17 van mevrouw Maggie De Block van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen :

ONEm. — Choˆmeurs. — Transmission de données par le VDAB, le FOREm et l’ORBEm.

RVA. — Werklozen. — Transmissie van gegevens door VDAB, FOREm en BGDA.

Pour pouvoir traiter les cas de choˆmeurs ouvertement indisponibles pour le marché du travail, l’ONEm est tributaire des données transmises par le VDAB, le FOREm et l’ORBEm. Dans la grande majorité des cas, ces données sont toutefois transmises parce que des choˆmeurs ont refusé de se présenter à une convocation de l’office régional de l’emploi et de la formation professionnelle. Les transmissions de données à la suite d’un manque de collaboration positive, d’un refus d’emploi ou du refus, de l’abandon ou de l’arrêt d’une formation professionnelle sont beaucoup moins fréquentes dans les trois régions. En termes absolus, les écarts entre les régions étaient très importants.

Opdat de RVA gevolg zou kunnen geven aan werklozen die wetens en willens onbeschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt is hij aangewezen op transmissies van de VDAB, FOREm en BGDA. Het leeuwendeel van de transmissies gebeurt echter omwille van afwezigheid van de werklozen op een oproep van de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding. Transmissies omwille van een gebrek aan positieve medewerking, werkweigering of het weigeren, verlaten of stopzetten van een beroepsopleiding zijn in de drie gewesten veel minder frequent. In absolute cijfers waren de intergewestelijke verschillen erg groot.

1. Dans combien de cas, par région, des données ont-elles été transmises mensuellement au premier semestre de 2003 pour cause de :

1. Hoeveel transmissies, opgedeeld per gewest, werden er tijdens het eerste semester van 2003 maandelijks verricht wegens :

a) refus du choˆmeur de répondre à une convocation de l’office régional de l’emploi et de la formation professionnelle;

a) afwezigheid van de werkloze op de oproeping van de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding;

b) manque de collaboration positive;

b) gebrek aan positieve medewerking;

c) refus d’emploi;

c) werkweigering;

d) refus, abandon ou arrêt d’une formation professionnelle ?

d) weigering, verlating of stopzetting van een beroepsopleiding ?

2. Combien de sanctions ont-elles à chaque fois été effectivement prononcées ?

2. Hoeveel sancties werden er telkens effectief uitgesproken ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

503

` quelles dates précises le comité d’évaluation de 3. A l’ONEm s’est-il réuni au cours de la période janvier 2001-juillet 2003 ?

3. Wanneer precies vergaderde het evaluatiecomité van de RVA in de periode januari 2001-juli 2003 ?

4. Envisagez-vous de prendre une initiative pour réunir régulièrement le comité d’évaluation, assurer le suivi adéquat du problème des transmissions et y remédier, si besoin est, dans une ou plusieurs régions ?

4. Overweegt u een initiatief te nemen om het evaluatiecomité op gezette tijdstippen te laten samenkomen teneinde de problematiek van transmissies degelijk op te volgen en zonodig bij te sturen in één of meerdere regio’s ?



DO 0000200360261

DO 0000200360261

Question no 31 de M. Staf Neel du 16 septembre 2003 (N.) au ministre des Finances :

Vraag nr. 31 van de heer Staf Neel van 16 september 2003 (N.) aan de minister van Financie¨n :

Douanes et expéditeurs. — Introduction du système NCTS.

Douane en expediteurs. — Invoering NCTS-systeem.

La chaıˆne de télévision locale ATV et la VRT ont consacré une large attention au système NCTS, que les services des douanes et les expéditeurs devront utiliser dans un avenir proche alors que ce système n’est nullement opérationnel. Vous n’avez accordé, par le biais de l’arrêté ministériel du 8 aouˆt 2003, qu’un report jusqu’au 1er octobre 2003 et, à partir de cette date, tout le monde devra utiliser le système NCTS.

De lokale TV-zender ATV en de VRT maakten heel wat ophef omtrent het NCTS-systeem waarmede in de nabije toekomst moet gewerkt worden, zowel door de douane als door de expediteurs, dit ondanks het feit dat dit systeem nog steeds langs geen kanten werkt. Nochtans werd er door u, met het ministerieel besluit van 8 augustus 2003 slechts uitstel gegeven tot 1 oktober 2003 en wordt vanaf die datum iedereen verplicht het NCTS-systeem toe te passen.

Or, de nombreuses entreprises ont subi des pertes importantes au cours de la période de lancement, et ce, à la suite :

Het is echter zo dat heel wat bedrijven tijdens de opstartperiode grote verliezen hebben geleden, dit ten gevolge van :

— de la non-disponibilité du système;

— de niet-beschikbaarheid van het systeem;

— de la longueur du temps de réaction;

— de lange responstijden;

— des codes d’erreur équivoques ou manquants;

— de onduidelijke of ontbrekende foutcodes;

— de la disparition de données dans le système;

— het verdwijnen van gegevens in het systeem;

— du service défaillant du « helpdesk ».

— de gebrekkige service van de helpdesk.

Par conséquent, il a fallu recourir à des procédures d’urgence, et notamment à l’OTS ou à la feuille de route utilisée par les services des douanes comme document d’accompagnement.

Alzo diende gebruik gemaakt te worden van noodprocedures, met name het overschakelen op OTS of het volgbriefje dat door de douane wordt gebruikt als begeleidend document.

Cette situation a engendré des temps d’attente extrêmement longs (des milliers d’heures) pour les transporteurs sur l’ensemble du territoire belge et nécessité la mobilisation de personnel supplémentaire, sans parler de l’incertitude qui subsiste au sujet de l’apurement du document de transit. Les personnes appelées à fournir le document NCTS critiquent vivement le manque de fiabilité et l’instabilité du système qui doit être utilisé à partir du 1er octobre 2003.

Dit alles ressorteerde in extra lange wachttijden (duizenden uren) bij de transporteurs in heel Belgie¨ evenals de extra inzet van personeel en dan bestaat nog de onzekerheid achteraf, over de aanzuivering van het transitdocument. De aangevers van het NCTSdocument hekelen dan ook de onzekerheid en de onstabiliteit van het systeem dat moet ingaan op 1 oktober 2003.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

504

1. Eˆtes-vous en mesure de garantir qu’à partir de son entrée en vigueur au 1er octobre 2003, le système NCTS fonctionnera de manière optimale et fiable ?

1. Kan u garanderen dat vanaf de ingang van 1 oktober 2003, het NCTS-systeem optimaal, feilloos en betrouwbaar zal werken ?

2. Un système NCTS défaillant ne risque-t-il pas de mettre en péril la compétitivité des expéditeurs ?

2. Zal door het gebrekkig NCTS-systeem de concurrentiepositie van de expediteurs niet in het gedrang komen ?

` qui les expéditeurs peuvent-ils demander un 3. A dédommagement pour les pertes subies à la suite du mauvais fonctionnement du système NCTS ?

3. Aan wie mogen de expediteurs de rekening voorleggen voor de eventuele verliezen als gevolg van het slecht functioneren van het NCTS-systeem ?

4. Par ailleurs, 1er octobre 2003 ?

du

4. Blijft u bovendien bij uw datum van 1 oktober 2003 ?

5. Aucune entreprise normale ne se risquerait à prendre des risques aussi inconsidérés. Quel est votre avis à cet égard ?

5. In geen enkel normaal en eigen bedrijf zou men zo onverantwoord en risicovol werken. Wat is hierover de mening van de minister ?

6. Est-il exact qu’aux Pays-Bas l’utilisation de ce système NCTS ne sera obligatoire qu’à partir du 1er janvier 2004 ?

6. Is het juist dat dit NCTS-systeem in Nederland slechts vanaf 1 januari 2004 verplicht ingevoerd wordt ?

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique


Affaires sociales

Sociale Zaken

maintenez-vous

la

date

DO 0000200360247

DO 0000200360247

Question no 18 de M. Jo Vandeurzen du 11 octobre 2003 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 18 van de heer Jo Vandeurzen van 11 oktober 2003 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Conventions en matière de rééducation fonctionnelle.

Revalidatieovereenkomsten.

1. Quelle politique avez-vous l’intention de mettre en œuvre en ce qui concerne les conventions existantes en matière de rééducation fonctionnelle conclues entre l’INAMI et les établissements concernés ?

1. Kan u meedelen welke uw beleidsintenties zijn met betrekking tot de bestaande revalidatieovereenkomsten die gesloten worden tussen het RIZIV en voorzieningen ?

2. Des nouvelles conventions type seront-elles élaborées ? 3. Existe-t-il dans la pratique un moratoire relatif à la conclusion de nouvelles conventions en matière de rééducation fonctionnelle ?


2003

2. Komen er nieuwe typeovereenkomsten ? 3. Bestaat er in de praktijk nog een moratorium wat betreft het sluiten van nieuwe revalidatieovereenkomsten ? 2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

505

Santé publique

Volksgezondheid

DO 0000200360248

DO 0000200360248

Question no 20 de M. Jo Vandeurzen du 11 septembre 2003 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 20 van de heer Jo Vandeurzen van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Hoˆpitaux. — Sociétés professionnelles. — Activité médicale.

Ziekenhuizen. — Professionele vennootschappen. — Medische activiteit.

Il est admis qu’une société professionnelle qui exerce une activité médicale par le biais de son organe, en l’occurrence le médecin spécialiste, puisse l’exercer dans un établissement hospitalier sur la base d’un régime individuel.

Er wordt aanvaard dat een professionele vennootschap die een medische activiteit uitoefent via haar orgaan, in casu een geneesheer-specialist, op basis van een individuele regeling een medische activiteit kan uitoefenen in een ziekenhuis.

1. Dans quelle mesure une telle personne morale peut-elle exercer dans plusieurs hoˆpitaux (par l’entremise de différentes personnes physiques en tant qu’organes) ?

1. In welke mate kan een dergelijke rechtspersoon in meerdere ziekenhuizen actief zijn (via diverse natuurlijke personen als organen) ?

2. a) Comment une telle personne morale doit-elle être considérée en ce qui concerne les agréments et autres ? Doit-elle être considérée comme n’étant pas liée à titre exclusif à un seul hoˆpital) ?

2. a) Hoe moet eventueel zo’n rechtspersoon bij erkenningen en dergelijke beschouwd worden ? Als nietexclusief verbonden aan één ziekenhuis ?

b) Une telle personne morale peut-elle être considérée comme travaillant à temps plein pour un seul hoˆpital alors qu’elle exerce dans différents établissements ?

b) Kan een dergelijke rechtspersoon beschouwd worden als full-time actief in één ziekenhuis als deze in meerdere ziekenhuizen actief is ?

DO 0000200360249

DO 0000200360249



Hoˆpitaux publics. — Attribution de marchés publics.

Openbare ziekenhuizen. — Aanbesteding van overheidsopdrachten.

Il y a quelque temps, le champ d’application de la législation relative à l’attribution de marchés publics a été restreint en ce qui concerne les hoˆpitaux publics. Toutefois, une loi-programme a apporté de nouvelles modifications à ces dispositions.

Enige tijd geleden werd de toepassing van de wetgeving met betrekking tot de aanbesteding van overheidsopdrachten voor openbare ziekenhuizen beperkt. In een programmawet echter werd aan deze bepalingen opnieuw gesleuteld.

Pouvez-vous préciser exactement quelles sont les obligations juridiques des hoˆpitaux publics dans le cadre de l’application des législations relatives à l’attribution des marchés publics ?

Kan u exact meedelen welke de juridische verplichtingen zijn van openbare ziekenhuizen met betrekking tot de toepassing van de wetgevingen betreffende de aanbesteding van overheidsopdrachten ?


2003

2004


64

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

506

DO 0000200360250

DO 0000200360250



Hoˆpitaux. — Réalisation de tests cliniques.

Ziekenhuizen. — Uitvoeren van klinische proeven.

Votre administration peut-elle spécifier sous quelles conditions les hoˆpitaux peuvent prêter leur collaboration à la réalisation de tests cliniques ?

Kan uw administratie specifie¨ren onder welke voorwaarden er in ziekenhuizen medewerking kan verleend worden aan het uitvoeren van klinische proeven ?

DO 0000200360254

DO 0000200360254



Hoˆpitaux. — Soins spécialisés. — Chefs de services médicaux.

Ziekenhuizen. — Specialistische zorgen. — Medische diensthoofden.

L’offre intégrée de soins spécialisés est une caractéristique du milieu hospitalier. Le chef de service médical joue un roˆle majeur dans l’organisation de celle-ci.

Kenmerkend voor het ziekenhuis is het feit dat er specialistische zorg op een geı¨ntegreerde wijze wordt aangeboden. Daarin speelt het medisch diensthoofd een belangrijke organisatorische rol.

1. Quelle est la nature exacte de la relation entre le chef de service médical et le gestionnaire de l’hoˆpital ?

1. Wat is de juiste verhouding tussen een medisch diensthoofd en de ziekenhuisbeheerder ?

2. Y a-t-il des circonstances dans lesquelles le chef de service médical est à considérer comme un organe ou un préposé de l’hoˆpital lors de l’exécution de ses taˆches organisationnelles ?

2. Zijn er omstandigheden waarin het medisch diensthoofd bij het uitvoeren van organisatorische taken beschouwd moet worden als een orgaan of een aangestelde van het ziekenhuis ?

3. Le gestionnaire de l’hoˆpital peut-il être tenu responsable des actes commis (ou, au contraire, de l’absence de traitement) par un chef de service médical dans le cadre de sa fonction de chef de service ?

3. Kan de ziekenhuisbeheerder aansprakelijk worden gesteld voor de handelingen (of het nietbehandelen) van een medisch diensthoofd in zijn opdracht als diensthoofd ?

DO 0000200360255

DO 0000200360255

Question no 24 de M. Jo Vandeurzen du 11 septembre 2003 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : E´tude des besoins en matière de lits dans les maisons de repos et de soins et dans les maisons de repos.


1. Avez-vous connaissance d’une étude relative aux besoins futurs en matière de lits dans les maisons de repos et de soins et dans les maisons de repos ?

1. Bestaat er volgens u een onderzoek naar de behoefte aan RVT-bedden en rustoordbedden in de loop van de volgende jaren ?

2. Cette étude est-elle disponible ?

2. Is dit onderzoek beschikbaar ?

3. Quelles sont les conclusions les plus importantes de l’étude relative aux besoins en matière de capacité


Onderzoek naar behoefte aan RVT-bedden en rustoordbedden.

2003

3. Kan u meedelen welke de belangrijkste conclusies zijn van het onderzoek met betrekking tot de 2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

507

de soins supplémentaire liée au vieillissement de la population ?

behoefte aan bijkomende zorgcapaciteit om de zorgbehoefte van de vergrijzende bevolking op te vangen ?

DO 0000200360262

DO 0000200360262



Infirmiers. — Formations. — « Projet formation 600 ».

Verpleegkundigen. — Opleidingen. « Vormingsproject 600 ».

La Centrale chrétienne des services publics a tiré la sonnette d’alarme à propos du « Projet formation 600 ».

De Christelijke Centrale van de openbare diensten heeft aan de alarmbel getrokken met betrekking tot het project « Vormingsproject 600 ».

Le problème est qu’il apparaıˆt que, pour l’année scolaire 2003-2004, l’ancienneté de service des candidats entrant en ligne de compte a été portée de deux à trois ans.

Het probleem blijkt te zijn dat voor het schooljaar 2003-2004 zichtbaar de dienstancie¨nniteit voor diegenen die in aanmerking komen voor het project van twee jaar op drie jaar werd gebracht.

Il s’en suit que moins de candidats pourront participer à la formation de nouveaux infirmiers. Le syndicat ne comprend dès lors pas pourquoi une telle modification ait été apportée au projet en période de grande pénurie d’infirmiers.

Dit betekent dat er minder kandidaten kunnen meedoen aan deze opleiding van nieuwe verpleegkundigen. De vakbond begrijpt niet waarom deze ingreep werd gedaan nu er zo’n groot tekort is aan verpleegkundigen.

1. Pouvez-vous expliquer ce brusque changement de cap ?

1. Kan u uitleggen waarom deze plotse koerswijziging heeft plaatsgevonden ?

2. Pouvez-vous préciser vos ambitions concernant la mesure inscrite dans l’accord non marchand qui permet aux candidats d’accéder au niveau d’infirmier qualifié par le biais d’une formation ?

2. Kan u ook meedelen welke uw ambities zijn met betrekking tot de maatregel uit het non-profit akkoord waarbij kandidaten via een opleiding op het niveau van gekwalificeerde verpleegkundige kunnen geraken ?

Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique


Ećonomie

Economie

—

Project

DO 0000200360251

DO 0000200360251

Question no 11 de M. Jo Vandeurzen du 11 septembre 2003 (N.) à la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 11 van de heer Jo Vandeurzen van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Hoˆpitaux. — Acquisition de cd-roms. — Taxes.

Ziekenhuizen. — Aanschaf cd-roms. — Taksen.

Les cd-roms acquis par un hoˆpital sont utilisés pour copier des données (images). Conformément à l’arrêté

In een ziekenhuis worden cd-roms aangekocht om kopiee¨n te kunnen maken van data (beelden). Op deze


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

508

royal du 28 mars 1996, ces cd-roms sont soumis à une taxe. Or, ces cd-roms ne sont pas utilisés pour copier des œuvres protégées par des droits d’auteurs. L’établissement hospitalier copie uniquement des images destinées à être utilisées à des fins internes.

cd-roms moet een taks betaald worden dit met toepassing van het koninklijk besluit van 28 maart 1996. De cd-roms worden nochtans niet gebruikt om werken te kopie¨ren die auteursrechtelijk zouden beschermd zijn. Het gaat uitsluitend over het kopie¨ren van beelden die zijn gemaakt voor doeleinden binnen in het ziekenhuis zelf.

1. Pourriez-vous m’expliquer la raison pour laquelle une taxe doit être payée lors de l’acquisition de tels cd-roms ?

1. Kan u verklaren waarom op de aanschaf van dergelijke cd-roms een taks moet betaald worden ?

2. Cette taxe doit-elle être payée alors qu’il est à présent clairement établi qu’il n’est en l’occurrence nullement question de copier des œuvres protégées par des droits d’auteur ?

2. Moet deze taks ook betaald worden nu duidelijk is dat in de gegeven omstandigheden geen sprake is van het kopie¨ren van werken die auteursrechtelijk beschermd kunnen zijn ?

DO 0000200360253

DO 0000200360253

Question no 12 de Mme Dalila Douifi du 11 septembre 2003 (N.) à la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 12 van mevrouw Dalila Douifi van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Impoˆts sur les revenus. — Constitution d’un droit d’usufruit sur un bien immobilier par des sociétés. — Nature du revenu obtenu.

Inkomstenbelastingen. — Vestiging recht van vruchtgebruik op een onroerend goed door vennootschappen. — Aard van het verkregen inkomen.

Lors de la constitution d’un droit d’usufruit sur un bien immobilier, la nature du revenu issu de l’opération prête à controverse.

Bij de vestiging van een recht van vruchtgebruik op een onroerend goed door een vennootschap, bestaat geen eenduidigheid omtrent de aard van het inkomen dat hierdoor wordt verkregen.

D’une part, l’administration estime dans son commentaire no 61/256 que les revenus obtenus lors de la vente de l’usufruit sont imposables, sous déduction des amortissements qui auraient normalement pu être fiscalement admis comme frais professionnels si le droit n’avait pas été accordé. Cette approche fiscale est à mettre en parallèle avec la deuxième méthode de comptabilisation proposée par la CNC dans son avis no 162/2. Vu sous cet angle, l’usufruit n’est donc pas un élément distinct du droit de propriété mais un droit grevant l’immeuble (approche économique). Eu égard au commentaire de l’article définissant la plus-value (commentaire à l’article 24, CIR 1992), on peut avancer en effet qu’il ne peut être question en l’espèce d’une plus-value réalisée. Dans cette optique, aucun élément d’actif n’est remplacé par un équivalent : l’actif reste dans le patrimoine du concédant du droit d’usufruit, bien que sa valeur soit réduite (réduction de la valeur comptable par le biais d’un amortissement exceptionnel, à concurrence du montant qui aurait été comptabilisé en tant qu’amortissement, pour une durée équivalant à celle pour laquelle le droit est octroyé, si le droit n’avait pas été octroyé). J’estime pouvoir en déduire que le montant qui apparaıˆt finalement dans le

Enerzijds stelt de administratie in haar commentaar nr. 61/256 dat belastbaar is de opbrengst bij verkoop van het vruchtgebruik, onder aftrek van de afschrijvingen die normaliter als beroepskost zouden afgetrokken mogen worden indien het recht niet verleend zou geweest zijn. Deze fiscale benadering loopt gelijk met de tweede voorgestelde boekingsmethode van het CBN in haar advies nr. 162/2. Het vruchtgebruik wordt in die optiek dus niet als een afgesplitst onderdeel van het eigendomsrecht beschouwd, doch wel als een recht dat het onroerend goed bezwaart (economische benaderingswijze). Wanneer wij de commentaar op het artikel over de bepaling van wat een meerwaarde is, erop naslaan (commentaar op artikel 24, WIB 1992), dan kan inderdaad gemotiveerd worden dat van een verwezenlijkte meerwaarde geen sprake kan zijn. Er wordt in die optiek immers geen actief bestanddeel vervangen door een tegenwaarde : het actief blijft bestaan in het vermogen van de verlener van het recht van vruchtgebruik, doch dit dan met een lagere waarde (boekwaarde herleid middels een uitzonderlijke afschrijving tot beloop van hetgeen als afschrijving zou geboekt geweest zijn over dezelfde duur als waarvoor het recht verleend wordt, mocht dat


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

509

résultat imposable de la société est qualifié de bénéfice, au sens de l’article 24, 1o, CIR 1992.

recht niet verleend zijn). Ik meen hieruit te mogen afleiden dat het bedrag dat uiteindelijk in het belastbaar resultaat van de vennootschap terecht komt als winst in de zin van artikel 24, 1o, WIB 1992 wordt gekwalificeerd.

D’autre part, la doctrine estime majoritairement que l’usufruit doit être considéré comme la partie isolée de la pleine propriété. Si l’on souscrit à ce raisonnement, la constitution d’un droit d’usufruit équivaut à une réalisation partielle de l’actif et le revenu qui en découle, sous déduction de la valeur d’investissement proportionnelle, doit être qualifié de plus-value, au ` propos de revenus sens de l’article 24, 2o, CIR 1992. A divers (article 90, 8o, CIR 1992), l’administration estime que l’élément de revenu concerne une plusvalue (voir : Comm.IR 97/32 ainsi que votre réponse à la question no 854 du 21 décembre 2001 de M. JeanJacques Viseur, Questions et Réponses, Chambre, 2001-2002, no 134, p. 16829).

Anderzijds is het overgrote deel van de rechtsleer van oordeel dat het vruchtgebruik moet aanzien worden als het afgesplitste deel van de volle eigendom. Indien men die stelling genegen is, is er bij het vestigen van een recht van vruchtgebruik sprake van een gedeeltelijke realisatie van het actief en is het inkomen dat hiervoor wordt verkregen, onder aftrek van de proportionele aanschaffingswaarde te kwalificeren als een meerwaarde in de zin van artikel 24, 2o, WIB 1992. Omtrent diverse inkomsten (artikel 90, 8o, WIB 1992) stelt de administratie dat het inkomenbestanddeel een meerwaarde betreft (zie : Com.IB 97/32 en ook uw antwoord op vraag nr. 854 van 21 december 2001 van de heer Jean-Jacques Viseur, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2001-2002, nr. 134, blz. 16829).

Pouvez-vous fournir des éclaircissements au sujet de la qualification fiscale correcte du revenu résultant de la constitution d’un droit d’usufruit, eu égard aux contradictions du commentaire administratif et à l’imprécision de la doctrine : s’agit-il d’un simple élément de revenu (bénéfice, cf. article 24, 1o, CIR 1992) ou d’une plus-value réalisée (bénéfice, cf. article 24, 2o, CIR 1992) ?

Kan u duidelijkheid verschaffen over de correcte fiscale kwalificatie van het inkomen dat verkregen wordt bij de vestiging van een recht van vruchtgebruik, dit gezien de tegenstrijdige administratieve commentaar en de onduidelijkheid in de rechtsleer : gaat het om een een gewoon inkomenbestanddeel (winst, cf. artikel 24, 1o, WIB 1992) of om een gerealiseerde meerwaarde (winst, cf. artikel 24 , 2o, WIB 1992) ?

DO 0000200360065

DO 0000200360065

Question no 13 de M. Jos Ansoms du 11 septembre 2003 (N.) à la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 13 van de heer Jos Ansoms van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Homologation des caméras Optospeed en vue du remplacement des vétustes appareils Multanova, et de l’extension du matériel de controˆle de la police des autoroutes.

Homologatie van Optospeedcamera’s ter vervanging van de oubollige Multanova’s en ter uitbreiding van het controlemateriaal voor de autosnelwegenpolitie.

Le prédécesseur du ministre a ignoré mes plaidoyers répétés en faveur de l’homologation des caméras Optospeed, comme dans d’autres pays qui nous entourent, en vue du remplacement des vétustes appareils Multanova de la police fédérale.

Niettegenstaande mijn herhaalde pleidooien om, zoals in andere ons omringende landen, over te gaan tot de homologatie van Optospeedcamera’s ter vervanging, van de oubollige Multanova’s bij de federale politie heeft de voorganger van de minister deze vraag weggewuifd.

Le nouveau système de controˆle de la vitesse présente pourtant des avantages évidents :

Nochtans zijn de voordelen van het nieuwe snelheidscontrolesysteem overduidelijk :

a) il rend l’usage de détecteurs de radars (légalement interdits) sans objet car il n’utilise pas de signaux radar;

a) het maakt het gebruik van (wettelijk verboden) radarverklikkers onmogelijk omdat het niet met radarsignalen werkt;


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

510

b) fonctionne simultanément dans deux directions, la probabilité objective pour les automobilistes de se faire prendre étant ainsi doublée sans la mobilisation de personnel de police supplémentaire;

b) het werkt tegelijkertijd in twee richtingen waardoor de objectieve pakkans meteen wordt verdubbeld zonder inzet van meer politiepersoneel;

c) il s’agit d’un instrument de très petite taille qui peut être installé discrètement (à distance du véhicule de police captant les images), ce qui permet d’accroıˆtre l’effet de surprise et donc, la probabilité subjective de se faire prendre.

c) het is een zeer klein instrument en kan zo onopvallend opgesteld worden (ver van de politieauto die de beelden moet capteren) dat het verrassingseffect en dus ook de subjectieve pakkans kan worden opgedreven.

1. a) Un arrêté d’homologation serait-il entre-temps en voie de préparation concernant ces nouveaux appareils ?

1. a) Is er ondertussen misschien toch een homologatiebesluit omtrent deze nieuwe toestellen in voorbereiding ?

b) Dans l’affirmative, dans quel délai le dossier pourrait-il être finalisé ?

b) Zo ja, wanneer mag dan de finalisering daarvan worden verwacht ?

c) Le cas échéant, ne serait-il pas opportun de reprendre tout simplement les normes applicables à l’étranger afin d’éviter toute perte de temps ?

c) Verdient het desgevallend geen aanbeveling om meteen de normen die gelden in het buitenland gewoon over te nemen, waardoor tijdverlies voorkomen kan worden ?

2. Si aucun arrêté d’homologation n’est en voie de préparation, êtes-vous disposé à élaborer rapidement un tel arrêté et à prévoir dans votre politique le remplacement progressif des vétustes appareils Multanova ?

2. Indien er geen homologatiebesluit in voorbereiding is, bent u dan bereid om over te gaan tot de snelle opmaak van zulk besluit en om de geleidelijke vervanging van de oubollige Multanova’s in uw beleid te verdisconteren ?



Mobilité

Mobiliteit

DO 0000200360256

DO 0000200360256

Question no 27 de M. Daan Schalck du 11 septembre 2003 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale :

Vraag nr. 27 van de heer Daan Schalck van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :

Cartes de riverain en zone bleue.

Bewonerskaarten in de blauwe zone.

En zone bleue, la carte autorisant le stationnement illimité n’est pas accordée aux riverains disposant d’un garage.

In blauwe zones krijgen bewoners met een garage geen bewonerskaart voor onbeperkt parkeren.

Or, de nombreux riverains ne rentrent pas à chaque fois leur voiture au garage. S’il est logique de les empêcher d’occuper une place de stationnement, on peut néanmoins se demander s’il ne conviendrait pas de les autoriser à stationner devant leur propre porte sur laquelle serait apposé le numéro de leur plaque miné-

Toch zijn er veel bewoners die niet telkens de wagen in de garage plaatsen. Dat hen wordt belet een parkeerplaats in te nemen is logisch. Men kan zich echter afvragen of het parkeren voor de eigen poort, waar een nummerplaat is op aangebracht, niet kan worden toegelaten. Dit laat de inwoners toe te parke-


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

511

ralogique. Cela permettrait aux riverains de se garer sans occuper une autre place de stationnement sur la voie publique.

ren zonder dat een andere parkeerplaats op de openbare weg wordt weggenomen.

1. Dans le cadre de la réglementation en vigueur, une commune peut-elle accorder une carte de riverain aux personnes disposant d’un garage, tout en limitant l’utilisation de cette carte à l’emplacement situé devant leur propre porte ?

1. Kan een gemeente binnen de huidige regeling een bewonerskaart geven aan bewoners met garage, maar beperkt tot de plaats voor de eigen poort ?

2. Pour quelles raisons fondamentales cette mesure ne peut-elle pas être autorisée ?

2. Wat zijn de inhoudelijke redenen om dergelijke regeling niet toe te laten ?

DO 0000200360260

DO 0000200360260

Question no 29 de M. Jos Ansoms du 16 septembre 2003 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale :

Vraag nr. 29 van de heer Jos Ansoms van 16 september 2003 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :

Controˆle des poids lourds en surcharge.

Controles op overladen vrachtwagens.

1. a) Combien de controˆleurs routiers du SPF Mobilité et Transports sont-ils habilités à controˆler les poids lourds en surcharge à l’aide de ponts de pesée mobiles propres ?

1. a) Hoeveel wegcontroleurs van de FOD Mobiliteit en Vervoer mogen controles doen op overladen vrachtwagens met eigen mobiele weegbruggen ?

b) Depuis quand sont-ils investis de cette compétence ?

b) Sinds wanneer zijn deze ambtenaren bevoegd ?

c) Combien d’entre eux sont-ils réellement actifs dans ce domaine ?

c) Hoevelen van hen zijn er werkelijk actief op dat vlak ?

2. De combien de ponts de pesée ces fonctionnaires disposent-ils ?

2. Over hoeveel weegbruggen beschikken deze ambtenaren ?

3. Combien de constatations ont été faites par ces fonctionnaires depuis 1999, année par année, en ce qui concerne le dépassement de la charge par essieu des poids lourds ?

3. Hoeveel vaststellingen hebben deze ambtenaren sinds 1999, jaar per jaar, gedaan van overladen aslasten ?

4. Pourquoi la « police des autoroutes » effectuet-elle si peu de controˆles dans ce domaine ?

4. Waarom controleert de « autosnelwegpolitie » zo weinig op de overdreven aslasten van vrachtwagens ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

513

III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.

Vice-première ministre et ministre de la Justice

Vice-eerste minister en minister van Justitie

DO 0000200360128

DO 0000200360128

Question no 32 de M. Francis Van den Eynde du 5 septembre 2003 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 32 van de heer Francis Van den Eynde van 5 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

« Corps de sécurité ».

« Veiligheidskorps ».

Le « Corps de sécurité » qui devra, à la fin de cette année, décharger les services de police du transport des détenus et du maintien de l’ordre public dans les baˆtiments de la justice, devrait finalement se traduire par une augmentation bien moindre que prévue de la présence policière en rue.

Het « Veiligheidskorps » dat op het einde van dit jaar de politiediensten zal moeten ontlasten van het vervoer van gevangenen en van de handhaving van de openbare orde in de gerechtsgebouwen, zou uiteindelijk voor veel minder blauw op straat zorgen dan verwacht.

Telle est la conclusion avancée par deux spécialistes dans le domaine du fonctionnement de la police.

Dit is de conclusie van twee specialisten op het gebied van politiewerking.

Voilà ce qui ressort d’un article paru dans Vigiles, la revue du droit de police. Les deux spécialistes, l’un ayant occupé pendant des années la fonction de chef du Service général d’appui policier et l’autre étant à la tête du service Enquêtes du Comité P, affirment que : « les taˆches transférées de la police fédérale au Corps de sécurité absorbent 600 équivalents temps plein, mais on ne prévoit dans un premier temps des moyens « que » pour 152 agents de sécurité ». Il faut préciser en outre que le Corps de sécurité ne reprend pas toutes les missions de la police dans ce secteur : « Il est responsable du transfert des détenus et de l’ordre public et de la sécurité dans les cours et tribunaux. La protection des détenus reste une mission des services de police qui devront d’ailleurs également se tenir prêts à reprendre en charge des personnes arrêtées. » En d’autres termes, la police devra tout de même continuer à assurer une série de missions. Il s’ensuit que le problème de l’insuffisance de la capacité policière, la raison principale de la création du Corps de sécurité, demeure entier.

Een en ander blijkt uit een artikel dat verschenen is in Vigiles, het tijdschrift voor politierecht. De twee specialisten, de ene was jarenlang afdelingshoofd van de Algemene Politiesteundienst en de andere leidt de dienst Enquêtes van het Comité P, stellen dat : « De taken die het Veiligheidskorps overneemt van de lokale politie slorpen 600 voltijdse krachten op, maar men voorziet in een eerste periode slechts middelen voor 152 veiligheidsbeambten. » Het is bovendien zo dat het Veiligheidskorps niet alle taken van de politie in deze sector overgenomen heeft : « Ze staat in voor de overbrenging van de gevangenen en voor de openbare orde en de veiligheid in de hoven en rechtbanken. De bescherming van de gevangenen blijft een opdracht voor de politiediensten, die trouwens ook zullen moeten klaar staan om de (ter zitting) aangehouden personen over te nemen. » Met andere woorden : de politie zal toch nog een aantal opdrachten op zich moeten nemen. Dit brengt met zich mee dat de problematiek van onvoldoende beschikbare capaciteit van de politie, de hoofdreden van de oprichting van het Veiligheidscorps, nochtans blijft bestaan.


2003

2004


65

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

514

Les deux experts estiment que la création du Corps de sécurité posera également des problèmes sur le plan financier. Les taˆches qui seront confiées aux agents de sécurité relevaient jusqu’ici de la compétence de la police. Il s’agit par ailleurs d’un surcouˆt non prévu lorsque fut initiée la réforme des polices.

Ook op financieel vlak zal, volgens de twee deskundigen, de oprichting van het Veiligheidskorps niet echt een succes kunnen genoemd worden. De taken die zullen worden toebedeeld aan de veiligheidsbeambten, behoorden tot nu toe tot het pakket van de politie. Bovendien gaat het ook om een meerkost die bij het begin van de politiehervorming niet voorzien was.

Les deux experts estiment d’autre part que la création du Corps de sécurité entraıˆnera une régression dans le domaine du controˆle du déplacement des détenus. « Les agents de sécurité n’appartiennent pas à un service de police et sont encore moins des agents de gardiennage, de sorte qu’ils échappent au controˆle de l’Inspection générale de la police fédérale et de la police locale et aux mécanismes de controˆle figurant dans la loi sur le gardiennage. »

Verder wordt in het artikel ook nog gesteld dat het Veiligheidskorps een verslechtering op het gebied van de controle op het verplaatsen van gedetineerden zal betekenen. « De veiligheidsbeambten behoren niet tot de politiedienst en zijn evenmin bewakingsagent, zodat ze buiten het toezicht vallen van de algemene inspectie van de federale en de lokale politie of van de controlemechanismen van de bewakingswet. »

Ils ajoutent que si les rapports rédigés par les agents de sécurité sont appelés « procès-verbaux », ils ne constituent nullement des constats de délits et ne sont donc pas transmis aux parquets. Le Comité P ne peut davantage controˆler les agents de sécurité car ceux-ci n’ont pas la qualité d’officier ou d’agent de la police judiciaire et ne sont pas compétents pour rechercher et constater des faits délictueux.

Er wordt aan toegevoegd dat de door de veiligheidsbeambten opgestelde verslagen weliswaar procesverbaal heten, maar geen vaststelling van misdrijven zijn, zodat ze niet naar de parketten worden verstuurd. Het Comité P heeft evenmin controle over de veiligheidsbeambten, omdat ze niet de hoedanigheid van officier of agent van de gerechtelijke politie hebben en ook niet bevoegd zijn om strafbare feiten op te sporen en vast te stellen.

Les auteurs concluent que la création du Corps de sécurité ne fera que vider la fonction de police de son sens.

De auteurs concluderen dat de oprichting van het Veiligheidskorps dan ook maar één ding betekent : een uitholling van de functie van de politie.

1. Avez-vous connaissance de cette prise de position ?

1. Bent u van deze stellingname op de hoogte ?

2. Quelle est votre opinion à ce sujet ?

2. Wat is uw mening hieromtrent ?

3. Quelles mesures ont-elles entre-temps éventuellement été prises pour remédier à ces difficultés ?

3. Welke maatregelen werden er ondertussen eventueel reeds getroffen om de situatie te verhelpen ?

Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 14 octobre 2003, à la question no 32 de M. Francis Van den Eynde du 5 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 14 oktober 2003, op de vraag nr. 32 van de heer Francis Van den Eynde van 5 september 2003 (N.) :

1. Je suis au courant de cette prise de position. Je regrette par ailleurs que M. Berkmoes, chef d’enquête au comité P, n’ai pas usé de sa fontion pour m’adresser préalablement et officiellement ses remarques quant au corps spécial de sécurité. J’aurais pu de la sorte, peutêtre mieux, en tenir compte.

1. Ik ben op de hoogte van deze stelling. Ik betreur wel dat de heer Berkmoes, hoofd van het onderzoek voor het Comité P, geen gebruik heeft gemaakt van zijn functie om mij zijn opmerkingen betreffende het bijzonder veiligheidskorps voorafgaand en officieel mede te delen. Zo had ik er, misschien beter, rekening mee kunnen houden.

2. a) Premier aspect :

2. a) Eerste stelling :

Les questions relatives à la présence policière en rue relèvent de la compétence de mon collègue le ministre de l’Intérieur.


2003

De vragen omtrent meer blauw op straat behoren tot de bevoegdheid van mijn collega minister van Binnenlandse Zaken. 2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

515

b) Deuxième aspect :

b) Tweede stelling :

Les services de police ne relèvent de la compétence du ministre de la Justice que pour le transport de détenus et de mineurs ainsi que pour la police des cours et tribunaux.

De politiediensten staan alleen onder de bevoegdheid van de minister van Justitie voor het vervoer van gevangenen en minderjarigen, en voor de politie van hoven en rechtbanken.

` l’instar des agents pénitentiaires, les agents du A corps de sécurité sont des fonctionnaires du Service public fédéral Justice. Il ne s’agit donc pas d’agents de police. Il doivent observer les mêmes règles déontologiques que les services extérieurs de la Direction générale Exécution des peines et mesures et sont soumis au même controˆle.

Zoals de penitentiair beambten zijn de veiligheidsbeambten van het veiligheidskorps ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Justitie. Ze zijn aldus geen politieagenten. Ze moeten dezelfde deontologische regels dan de buitendiensten van het DirectoraatGeneraal Uitvoering van Straffen en Maatregelen volgen en worden aan dezelfde controle onderworpen.

La loi du 25 février 2003 portant création de la fonction d’agent de sécurité en vue de l’exécution des missions de police des cours et tribunaux et de transfert des détenus n’a pas modifié les compétences et les taˆches des services de police. La loi prévoit toutefois que ces taˆches peuvent être effectuées par le corps de sécurité en vue de porter soutien à la police. L’exposé des motifs de la loi du 25 février 2003 précise que pour les transferts de détenus présentant un risque particulier, il va de soi que les services de police doivent conserver leur compétence propre, tant au niveau de l’évaluation préalable du risque que représente le transfert qu’au niveau de l’exécution même du transfert. Il conviendra dans ce cadre de prévoir des dispositions garantissant une intervention efficace, coordonnée et concertée des agents de sécurité et des services de police lorsque les circonstances l’imposent. La présence des services de police apporte bien entendu davantage de garanties en matière de controˆle et de déontologie.

De wet van 25 februari 2003 houdende de inrichting van de functie van veiligheidsbeambte met het oog op de uitvoering van taken die betrekking hebben op de politie van hoven en rechtbanken en de overbrenging van gevangenen heeft de bevoegdheden en de taken van de politiediensten niet gewijzigd. De wet voorziet evenwel dat deze taken door het veiligheidskorps uitgevoerd kunnen worden ter ondersteuning van de politie. De memorie van toelichting van de wet van 25 februari 2003 stelt dat voor de overbrenging van gedetineerden die een bijzonder gevaar vormen, de politiediensten uiteraard hun eigenlijke bevoegdheid moeten handhaven, zowel met betrekking tot de voorafgaande beoordeling van het gevaar dat de overbrenging meebrengt als met betrekking tot de overbrenging zelf. In dit kader moet worden voorzien in bepalingen die een doeltreffend, gecoo¨rdineerd en in gezamenlijk overleg vastgestelde optreden van de veiligheidsbeambten en van de politiediensten waarborgen ingeval de omstandigheden zulks vereisen. De aanwezigheid van de politiediensten brengt natuurlijk meer garanties met zich mee inzake controle en deontologie.

` terme, une évaluation du travail réalisé par le 3. A corps spécial de sécurité sera prévue. J’ai souhaité qu’une interaction s’installe dans ce sens entre mon administration et les chefs de corps de la police locale chargés d’accueillir le personnel. Les chefs de corps seront impliqués dans la sélection des futurs candidats mais aussi dans la détermination pratique du fonctionnement du corps spécial. En ce qui concerne l’effectif de ce corps, je l’ai fait porter à 318 membres dont 160 agents seront spécifiquement affectés aux zones de police de Bruxelles. Le Selor lancera dans les prochains jours ce recrutement.

3. Op termijn zal een evaluatie van het door het veiligheidskorps verricht werk voorzien worden. Ik verlang naar een interactie in deze zin tussen mijn administratie en de korpschefs van de lokale politie die belast zijn met het onthaal van het personeel. De korpsoversten zullen betrokken worden bij de selectie van de toekomstige kandidaten maar ook bij de praktische regelingen omtrent de werking van het bijzondere korps. Ik heb het personeelsbestand van het korps naar 318 leden verhoogt, waarvan er 160 specifiek aan de Brusselse politiezones zullen worden toegewezen. Selor zal met deze aanwervingen starten binnen enkele dagen.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

516

DO 0000200360298

DO 0000200360298

Question no 37 de Mme Marie Nagy du 23 septembre 2003 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 37 van mevrouw Marie Nagy van 23 september 2003 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Moniteur belge. — Version électronique sur internet.

Belgisch Staatsblad. — Elektronische versie op internet.

Depuis le 1er janvier 2003, le Moniteur belge n’est plus imprimé mais est disponible uniquement en version électronique sur internet.

Sinds 1 januari 2003 wordt het Belgisch Staatsblad niet langer gedrukt, maar is het enkel beschikbaar in elektronische versie op internet.

1. a) Pourriez-vous préciser quels sont les moyens garantissant l’accès en consultation et le retrait de copies du Moniteur belge et de ses annexes aux citoyens ne disposant pas de matériel informatique ni d’accès à internet ?

1. a) Op welke manier kunnen burgers die niet over een computer of een internetaansluiting beschikken het Belgisch Staatsblad en de bijlagen ervan raadplegen of er kopiee¨n van verkrijgen ?

b) Quels sont les tarifs de ces opérations ?

b) Welke tarieven worden terzake gehanteerd ?

2. Auparavant, les services du Moniteur belge envoyaient systématiquement copie des actes déposés aux personnes concernées (dépoˆts de statuts, modifications, ...). Il semble que cette pratique n’ait pas été maintenue et soit remplacée par de fastidieuses recherches sur le site du Moniteur belge. Une autre procédure a-t-elle été mise en place, ou est-elle prévue et, si oui, à quel tarif ?

2. Vroeger stuurden de diensten van het Belgisch Staatsblad stelselmatig een kopie van de ingediende akten naar de betrokkenen (indiening van statuten, wijzigingen,...). Zij zouden dat nu niet langer doen en de betrokkenen moeten dus zelf omslachtig opzoekingswerk op de site van het Belgisch Staatsblad verrichten. Werd terzake een andere procedure ingesteld en zo ja, welk tarief wordt daarvoor gehanteerd ?

Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 17 octobre 2003, à la question no 37 de Mme Marie Nagy du 23 septembre 2003 (Fr.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 17 oktober 2003, op de vraag nr. 37 van mevrouw Marie Nagy van 23 september 2003 (Fr.) :

1. a) Je peux répondre à l’honorable membre que je n’estime pas que l’accès au Moniteur belge et à ses annexes ait été rendu plus difficile depuis la suppression de la distribution de ces publications sur papier et leur remplacement par une publication électronique.

1. a) In antwoord op haar vraag kan ik het geachte lid meedelen dat ik niet van oordeel ben dat de toegang tot het Belgisch Staatsblad en haar bijlagen bemoeilijkt werd sinds de afschaffing van de distributie van deze publicaties op papier en de vervanging ervan door een elektronische publicatie.

Selon les chiffres de l’ISPA (Internet Service Providers Association Belgium), la Belgique comptait, à la fin du mois de juin 2003, 1 490 000 connexions Internet privées et 288 000 connexions Internet professionnelles. En comparaison avec les quelques 10 000 abonnements à la version papier du Moniteur belge qui étaient encore distribués en 2002, il s’agit d’un progrès considérable du point de vue de la disponibilité. Il est par conséquent beaucoup plus facile pour un citoyen qui ne possède pas de connexion Internet privée de trouver une connexion dans son environnement immédiat (bibliothèques, cybercafés, famille, amis, ...).

Volgens cijfers van het ISPA (Internet Service Providers Association Belgium) waren er eind juni 2003 1 490 000 residentie¨le internetverbindingen en 288 000 bedrijfsverbindingen in Belgie¨. Vergeleken met de nauwelijks 10 000 papieren abonnementen die in 2002 nog verspreid werden van het Belgisch Staatsblad is dit wat betreft beschikbaarheid een enorme stap voorwaarts. Het is voor een burger die niet over een persoonlijke internetverbinding beschikt derhalve veel gemakkelijker om in zijn directe omgeving een verbinding te vinden (bibliotheken, internetcafés, familie, vrienden, enz.).

b) Par ailleurs, des copies du Moniteur belge peuvent eˆtre consultées aux services du Moniteur belge et eˆtre obtenues par téléphone, télécopie, courrier, email ou au guichet.

b) Daarnaast liggen er in de diensten van het Belgisch Staatsblad kopijen ter inzage en kunnen er ook via telefoon, fax, brief, E-mail of aan het loket kopiee¨n verkregen worden.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

517

Une copie d’un acte d’une ASBL ou d’une entreprise couˆte 1,35 euro + TVA par acte. Pour les copies du Moniteur belge ou du Bulletin des adjudications, le tarif applicable est calculé sur la base du nombre de pages photocopiées. Le prix est de 1,35 euro + TVA pour les dix premières copies et de 0,45 euro + TVA par tranche supplémentaire de 5 copies. Il s’agit des tarifs en vigueur pour 2003.

Voor een kopie van een akte van een VZW of van een onderneming betaalt u hiervoor 1,35 euro + BTW per akte. Als u kopijen wenst uit het Belgisch Staatsblad of uit het Bulletin der Aanbestedingen dan geldt een tarief op basis van het aantal gefotokopieerde bladzijden. Voor de eerste schijf van 10 kopiee¨n betaalt U 1,35 euro + BTW en per bijkomende schijf van 5 kopiee¨n komt daar 0,45 euro + BTW bovenop. Dit zijn de tarieven voor 2003.

2. L’arreˆt de l’envoi de justificatifs est une conséquence directe de la suppression de l’impression des versions papier. En effet, cela s’est fait dans un meˆme mouvement. ` présent, l’utilisateur a le choix de les imprimer A lui-meˆme ou de les commander auprès des services du Moniteur belge au tarif précité.

2. Wat betreft de verzending van bewijsnummers is het stopzetten hiervan een onmiddellijk gevolg van het stopzetten van het drukken van de papieren versies. Dit gebeurde immers in dezelfde beweging.

Plusieurs possibilités s’offrent à l’utilisateur pour les imprimer lui-meˆme à partir du site Internet. Il peut consulter quotidiennement les publications par le biais des actes des personnes morales. Les actes d’une meˆme date y sont classés par ordre alphabétique. Les actes sont publiés entre le sixième et le dixième jour qui suivent leur dépoˆt au greffe du tribunal de commerce. Le nombre de jours à consulter est donc limité.

Om ze zelf af te drukken heeft hij of zij de keuze tussen verschillende mogelijkheden op de website. Via akten van rechtspersonen kan hij dag na dag de publicaties raadplegen. De akten staan hierin alfabetisch geordend per datum. De akten verschijnen tussen de 6 en 10 dagen na neerlegging op de griffie van de rechtbank van koophandel waardoor het aantal dagen dat men moet consulteren beperkt is.

Il est également possible d’effectuer des recherches à partir de différents critères (numéros, dates, dénomination, forme juridique, ...) graˆce aux banques de données (« banque de données de référence des personnes morales » et « banque de données de référence des actes des ASBL jusqu’au 30.06.2003 »).

Opzoeken via diverse criteria (nummers, data, benaming, rechtsvorm, enz.) is dan weer mogelijk via de databanken (« referentie-databank rechtspersonen » en « referentie-databank VZW’s-akten tot 30.06.2003 »).

Ces banques de données sont mises à jour une fois par semaine et, si c’est possible, les références indiquées renvoient vers la publication effective par l’intermédiaire d’un lien.

Deze databanken worden eenmaal in de week geu¨pdatet en indien beschikbaar hebben de getoonde referenties een link naar de effectieve publicatie.

L’accès aux actes publiés est donc relativement aisé, certainement pour les utilisateurs qui ont pris le temps de lire les pages d’aide et les pages contenant des informations supplémentaires disponibles sur le site Internet.

De toegang tot de gepubliceerde akten is dus relatief gemakkelijk, zeker voor die gebruikers die de tijd genomen hebben om kennis te nemen van de help- en de « meer info » pagina’s, beschikbaar op de website.

En outre, chaque déposant d’un acte reçoit une facture du Moniteur belge (sur la base de la fiche de facturation déposée simultanément — volet A du formulaire 1) sur laquelle figure la date de publication.

Daarnaast ontvangt iedere neerlegger van een akte een factuur vanwege het Belgisch Staatsblad (op basis van de samen neergelegde facturatiefiche — luik A van formulier 1) waarop de datum van publicatie vermeld staat.

L’envoi de cette facture est plus rapide que l’envoi des justificatifs dans l’ancien système.

De verzending van deze factuur gebeurt sneller dan de verzending van de bewijsnummers in het oude systeem.

Sur la base de ces données de facturation, il est relativement simple de retrouver les actes publiés sur le site internet du Moniteur belge.

Op basis van deze facturatiegegevens is het relatief eenvoudig om de gepubliceerde akten terug te vinden op de website van het Belgisch Staatsblad.

De plus, j’espère que la suppression de ces justificatifs permettra de convaincre les instances, qui

Bovendien hoop ik dat het afschaffen van deze bewijsnummers een impuls gaat zijn om die instellin-


2003

De gebruiker heeft nu de keuze om ze zelf af te drukken of om ze te bestellen bij de diensten van het Belgisch Staatsblad tegen het bovenvermelde tarief.

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

518

exigeaient toujours dans le passé que les entreprises et les ASBL présentent elles-meˆmes les justificatifs de publication nécessaires, d’utiliser nos banques de données à partir du site Internet. Ainsi, les données peuvent éventuellement faire l’objet d’une vérification plus rapide, plus efficace, plus complète et plus fiable que sur la simple base des photocopies ou des justificatifs soumis.

gen, die in het verleden telkens eisten dat ondernemingen en VZW’s zelf de nodige bewijsstukken van publicatie zouden voorleggen, te overtuigen om in de toekomst zelf gebruik te maken van onze databanken via de website. De eventuele verificatie van de gegevens kan hierdoor sneller, efficie¨nter, meer up to date en betrouwbaarder gebeuren dan op basis van de voorgelegde bewijsnummers of ingediende fotokopijen.



Entreprises publiques

Overheidsbedrijven

DO 0000200360206

DO 0000200360206

Question no 19 de M. Daan Schalck du 2 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :

Vraag nr. 19 van de heer Daan Schalck van 2 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :

SNCB. — Trains de nuit dans le cadre des festivités du 21 juillet.

NMBS. — Nachttreinen naar aanleiding van feestelijkheden op 21 juli.

Dans la nuit du 21 au 22 juillet 2003, la SNCB a ajouté sept trains de nuit pour ramener chez elles en toute sécurité les personnes qui ont assisté au feu d’artifice sur la place des Palais à Bruxelles.

In de nacht van 21 op 22 juli 2003 heeft de NMBS zeven nachttreinen ingelegd om de mensen die het vuurwerk bijwoonden op het Brusselse Paleizenplein veilig thuis te brengen.

Au cours des années écoulées, des discussions ont déjà souvent été menées — notamment avec les organisateurs de festivals de jeunes — sur l’ajout de trains de ` cet égard, la SNCB s’inspire du principe que les nuit. A organisateurs doivent supporter une partie des couˆts.

De afgelopen jaren waren er al dikwijls discussies — onder meer met de organisatoren van jeugdfestivals — over het inleggen van nachttreinen. Uitgangspunt van de NMBS is daarbij dat de organisatoren een deel van de kosten moeten dragen.

1. Qui a pris en charge les couˆts des trains de nuit qui ont été ajoutés durant la nuit du 21 au 22 juillet 2003 ?

1. Wie draaide op voor de kosten van de nachttreinen die in de nacht van 21 op 22 juli 2003 werden ingelegd ?

2. a) La SNCB a-t-elle demandé une intervention ?

2. a) Werd er door de NMBS een tussenkomst gevraagd ?

b) Dans l’affirmative, à qui ?

b) Zo ja, aan wie ?

3. Combien de voyageurs ont-ils emprunté ces trains de nuit ?

3. Hoeveel reizigers hebben van deze nachttreinen gebruik gemaakt ?

4. Quel a été le couˆt de l’opération et à combien les recettes se sont-elles élevées en contrepartie ?

4. Wat was de kostprijs en hoeveel inkomsten stonden daartegenover ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 13 octobre 2003, à la question no 19 de M. Daan Schalck du 2 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 19 van de heer Daan Schalck van 2 september 2003 (N.) :

1. L’année 2003 a été marquée par l’anniversaire ` des 10 ans de règne de Sa Majesté le Roi Albert II. A

1. Het jaar 2003 werd gekenmerkt door de 10e verjaardag van de regeringstijd van Zijne Majesteit


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

519

cette occasion, le gouvernement a jugé opportun d’organiser de grandes festivités dans le cadre de la feˆte nationale.

Koning Albert II. Bij die gelegenheid heeft de regering het nodig geacht bijzondere festiviteiten te organiseren in het kader van de nationale feestdag.

Les festivités dans leur ensemble — et pas seulement le feu d’artifices — représentaient pour la population un poˆle d’attraction important. Un nombre élevé de participants était donc à prévoir.

De festiviteiten in hun geheel, en niet alleen het vuurwerk, vormden een belangrijke aantrekkingskracht voor het publiek. Een grote toeloop van deelnemers was dan ook voorspelbaar.

C’est pour ces raisons que les sociétés de transports en commun en ont été informées afin de pouvoir adapter éventuellement leur offre à cette situation spécifique.

Om deze redenen werden de openbare vervoersmaatschappijen ingelicht teneinde hen in staat te stellen hun aanbod eventueel af te stemmen op deze specifieke toestand.

Comme elle le fait spontanément en certaines occasions, notamment par beau temps pour les trains à destination de la Coˆte ou le jour de la Mobilité à Bruxelles, la SNCB a renforcé d’office son offre de base pendant la nuit du 21 au 22 juillet 2003.

Zoals ze spontaan doet, bijvoorbeeld bij mooi weer naar de kust of op de dag van de Mobiliteit in Brussel, heeft de NMBS ambtshalve haar basisaanbod versterkt tijdens de nacht van 21 op 22 juli 2003.

2. Non.

2. Neen.

3. Dans les trains en question, la SNCB a dénombré 2 507 voyageurs.

3. In de betrokken treinen telde de NMBS 2 507 reizigers.

4. Les titres de transport qui étaient normalement valables le 21 juillet 2003 (billets ordinaires, billet week-end, Pass, cartes train, etc.), étaient également acceptés dans les trains concernés. Il n’est donc pas possible de déterminer avec exactitude les recettes générées par ces trains.

4. De vervoerbewijzen die normaal geldig waren op 21 juli 2003 (normale biljetten, Weekendbiljet, Pass, treinkaarten, enz.) waren ook geldig in de betrokken treinen. Het is dus niet mogelijk de juiste ontvangsten voor deze treinen te bepalen.

DO 0000200360207

DO 0000200360207

Question no 20 de M. Daan Schalck du 2 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :

Vraag nr. 20 van de heer Daan Schalck van 2 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :

SNCB. — Comité ferroviaire Gand-Eeklo.

NMBS. — Spoorwegcomité Gent-Eeklo.

Il existe depuis quelques années un comité ferroviaire pour la ligne de chemin de fer Gand-Eeklo. Ce comité, qui depuis 2003 ne peut plus prétendre à des subventions publiques de la part des autorités fédérales, a pu poursuivre ses activités, notamment graˆce au soutien de la province de Flandre orientale.

Voor de spoorlijn Gent-Eeklo is al een aantal jaren een spoorlijncomité actief. Alhoewel de werking van het comité in 2003 door de overheid niet meer financieel werd ondersteund, werd de werking toch verder gezet, onder meer dankzij de steun van de provincie Oost-Vlaanderen.

Le comité ferroviaire recommande, entre autres, de remettre en service les arrêts d’Evergem et de Schelle.

Eén van de aanbevelingen van het spoorlijncomité is de heropening van stopplaatsen te Evergem en te Schelle.

1. a) La SNCB a-t-elle procédé au calcul du couˆt de l’aménagement et de l’équipement (parking pour vélos, abris, bancs ...) d’un quai à Evergem ?

1. a) Heeft de NMBS reeds becijferd wat de kostprijs te Evergem zou zijn voor de aanleg van een perron en de uitrusting ervan (fietsstalling, schuilhuisjes, zitbanken ...) ?

b) Dans l’affirmative, ce calcul est-il basé sur l’aménagement d’un arrêt fonctionnant avec ou sans personnel ?

b) Zo ja, geldt deze berekening voor de inrichting van een bemande of een onbemande stopplaats ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

520

2. a) La SNCB a-t-elle procédé à ce type de calcul pour l’arrêt de Schelle ?

2. a) Heeft de NMBS reeds becijferd wat de kostprijs te Schelle zou zijn voor de aanleg van een perron en de uitrusting ervan (fietsstalling, schuilhuisjes, zitbanken ...) ?

b) Dans l’affirmative, ce calcul est-il basé sur l’aménagement d’un arrêt fonctionnant avec ou sans personnel ?

b) Zo ja, geldt deze berekening voor de inrichting van een bemande of een onbemande stopplaats ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 13 octobre 2003, à la question no 20 de M. Daan Schalck du 2 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 20 van de heer Daan Schalck van 2 september 2003 (N.) :

1. a) Une étude détaillée et un calcul du prix de revient de l’aménagement d’un quai à Evergem n’ont pas encore été effectués. La SNCB se base sur une estimation budgétaire de 120 000 EUR pour la construction d’un quai équipé et doté d’un escalier d’accès.

1. a) Er is nog geen gedetailleerde studie en kostprijsberekening uitgevoerd voor de aanleg van een perron te Evergem. De NMBS gaat uit van een budgettaire raming van 120 000 EUR voor de aanleg van één perron met uitrusting en toegangstrap.

b) Il s’agit d’un point d’arrêt non gardé.

b) Het betreft een onbemande stopplaats.

2. a) Une étude détaillée et un calcul du prix de revient de l’aménagement de quais à Schelle n’ont pas encore été effectués. La SNCB se base sur une estimation budgétaire de 300 000 EUR pour la construction de deux quais équipés et dotés d’un accès via le passage à niveau.

2. a) Er is nog geen gedetailleerde studie en kostprijsberekening uitgevoerd voor de aanleg van perrons te Schelle. De NMBS gaat uit van een budgettaire raming van 300 000 EUR voor de aanleg van twee perrons met uitrusting, toegankelijk via overweg.

b) Il s’agit d’un point d’arrêt non gardé.

b) Het betreft een onbemande stopplaats.

DO 0000200360222

DO 0000200360222

Question no 22 de Mme Inge Vervotte du 8 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :

Vraag nr. 22 van mevrouw Inge Vervotte van 8 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :

Belgacom. — Plan de dégagement pour le personnel de cadre.

Belgacom. — Afvloeiingsplan kaderpersoneel.

Les médias ont évoqué récemment l’existence d’un plan de dégagement pour le personnel de cadre chez Belgacom.

In de media wordt gewag gemaakt van een afvloeiingsplan voor kaderleden bij Belgacom.

1. La société Belgacom élabore-t-elle actuellement un plan de dégraissage pour les cadres ?

1. Bereidt Belgacom een afvloeiingsplan voor kaderleden voor ?

2. Existerait-il un plan séparé pour les cadres supérieurs et le personnel de niveau 1 en général ?

2. Is er een afzonderlijk plan voor topkader en ander niveau-1-personeel ?

3. a) Ce dégagement de cadres s’inscrit-il dans un projet de réorganisation existant et ayant fait l’objet de négociations avec les syndicats ou s’agit-il d’une nouvelle initiative de la direction ?

3. a) Passen de afvloeiingen van kaderleden in een bestaand en met de vakbonden onderhandeld reorganisatieplan of is dit een nieuw initiatief van de directie ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

521

b) Le cas échéant, le plan de dégraissage pour le personnel de cadre fera-t-il préalablement l’objet de négociations avec les syndicats ?

b) In voorkomend geval, zal het afvloeiingsplan voor kaderleden voorafgaandelijk met de vakbonden onderhandeld worden ?

c) Des possibilités de reclassement au sein de l’entreprise (éventuellement à un niveau inférieur) seront-elles proposées aux intéressés ?

c) Krijgen de betrokkenen alternatieven binnen het bedrijf (eventueel op een lager niveau) ?

d) Cette opération concernera-t-elle également d’anciens membres du personnel statutaire ?

d) Zullen ook voormalig statutaire personeelsleden bij deze operatie betrokken worden ?

4. Quels objectifs Belgacom entend-elle atteindre par le biais de ce plan de dégagement ?

4. Welke doelstellingen beoogt de onderneming met dit afvloeiingsplan ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 17 octobre 2003, à la question no 22 de Mme Inge Vervotte du 8 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 17 oktober 2003, op de vraag nr. 22 van mevrouw Inge Vervotte van 8 september 2003 (N.) :

En réponse aux questions posées par l’honorable membre, la société anonyme de droit public Belgacom me communique ce qui suit.

De naamloze vennootschap van publiek recht Belgacom deelt mij, in antwoord op de door het geachte lid gestelde vragen, het volgende mede.

1. Belgacom procède à une réorganisation de ses cadres. Cette réorganisation, qui vise en premier lieu une optimalisation opérationnelle, entraıˆne la révision de descriptions de fonctions ainsi que la suppression de certaines fonctions.

1. Belgacom werkt aan een reorganisatie van haar kader die in eerste instantie een operationele optimalisatie beoogt. Dit geeft aanleiding tot het herzien van functiebeschrijvingen en het wegvallen van bepaalde functies.

2. La réorganisation des cadres de haut niveau a déjà été réalisée. L’impact pour les cadres concernés a été réglé conformément aux réglementations en la matière en vigueur chez Belgacom.

2. De reorganisatie van het topkader is reeds doorgevoerd. De impact voor de betrokken kaderleden werd geregeld conform de bij Belgacom vigerende regelgeving.

Pour les autres membres du personnel de niveau 1, une étude sera réalisée sur la base d’une série de principes qui doivent encore être déterminés.

Voor het andere personeel van niveau 1 zal er een studie worden uitgevoerd op grond van een reeks principes die nog moeten worden vastgelegd.

3. a) Le plan de réorganisation pour le niveau 1, appelé MOP ou Management Optimization Program, est une nouvelle initiative de la direction. Ce plan est indépendant du plan BeST.

3. a) Het reorganisatieplan voor niveau 1, MOP of Management Optimization Program genaamd, is een nieuw initiatief van de directie en staat los van het plan BeST.

b) Conformément à la pratique du modèle social chez Belgacom, les principes du plan de réorganisation seront négociés au préalable avec les organisations syndicales représentatives. Les dispositions pertinentes de la loi du 21 mars 1991 relative à certaines entreprises publiques économiques sont rigoureusement respectées.

b) Conform de praktijk van het sociale model bij Belgacom zal over de principes van het reorganisatieplan vooraf met de representatieve vakorganisaties worden overlegd. De relevante bepalingen van de wet van 21 maart 1991 betreffende sommige economische overheidsbedrijven worden strikt nageleefd.

c) Les solutions pour les membres du personnel concernés feront l’objet de négociations avec les organisations syndicales représentatives. Il est impossible de prévoir dès à présent le résultat, sur le plan du contenu, de cette concertation.

c) De oplossingen voor de betrokken personeelsleden zullen het voorwerp uitmaken van onderhandelingen met de representatieve vakorganisaties. Het is onmogelijk nu reeds vooruit te lopen op het inhoudelijk resultaat van dat overleg.

d) L’exercice s’effectue sur la base de fonctions et pas d’individus.

d) De oefening gebeurt op basis van functies en niet van individuen.

Belgacom compte toutefois, dans le niveau 1, des membres du personnel tant statutaires que contractuels. L’entreprise tend vers un traitement tout à fait

Belgacom telt in niveau 1 echter zowel contractuele als statutaire personeelsleden. Het bedrijf streeft naar een absoluut gelijke behandeling van beide gropen,


2003

2004


66

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

522

égal de ces deux catégories, ce qui implique que des membres du personnel statutaires peuvent, dans la même mesure que des membres du personnel contractuels, être occupés dans une fonction concernée par la réorganisation.

hetgeen inhoudt dat statutaire personeelsleden in dezelfde mate als contractuele personeelsleden kunnen tewerkgesteld zijn in een functie die getroffen wordt door de reorganisatie.



DO 0000200360217

DO 0000200360217

Question no 43 de M. Jo Vandeurzen du 4 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 43 van de heer Jo Vandeurzen van 4 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

E´trangers. — Régularisation retardée.

Vreemdelingen. — Uitblijven regularisatie.

Au cours de l’opération de régularisation unique menée par le ministre Antoine Duquesne, un grand nombre de dossiers ont été saisis par la justice. Conséquence : les personnes concernées sont depuis longtemps dans l’incertitude en ce qui concerne le sort qui sera réservé à leur demande de régularisation.

Er zijn tijdens de eenmalige regularisatiecampagne een groot aantal dossiers door het gerecht in beslag genomen. Al deze mensen zijn op dit moment al geruime tijd in het ongewisse over het resultaat van hun aanvraag tot regularisatie.

D’autre part, leur famille séjourne souvent à l’étranger.

Ondertussen verblijft dikwijls hun familie in het buitenland.

1. Est-il permis à ces personnes de demander à leur femme et à leurs enfants, ne fuˆt-ce que temporairement, de venir les rejoindre en Belgique ?

1. Is het aan deze mensen toegelaten om hun vrouw en kinderen, al is het maar tijdelijk, te verzoeken naar Belgie¨ te komen ?

` quelles conditions peuvent-elles entretenir, 2. A raisonnablement, des contacts avec leur famille ?

2. Onder welke voorwaarden kunnen ze toch op een redelijke manier contact hebben met hun familie ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 13 octobre 2003, à la question no 43 de M. Jo Vandeurzen du 4 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 43 van de heer Jo Vandeurzen van 4 september 2003 (N.) :

1. Cela n’est pas autorisé. Les membres de la famille nucléaire ne peuvent invoquer le droit au regroupement familial que lorsque l’étranger est définitivement régularisé. Il n’aurait pas de sens de donner prématurément aux intéressés l’espoir qu’ils pourront s’établir de manière permanente en Belgique.

1. Neen, dit wordt niet toegestaan. Slechts wanneer vreemdelingen definitief geregulariseerd worden, kan het kerngezin zich beroepen op het recht op gezinshereniging. Het heeft geen zin om voorbarig de hoop bij betrokkenen te doen oplaaien dat ze zich permanent in Belgie¨ kunnen gaan vestigen.

2. Dans la mesure où il s’agit d’étrangers dont les dossiers ont été saisis par la justice pour des raisons de fraude, je ne vois pas la raison pour laquelle mon administration devrait chercher une procédure alternative applicable à ces personnes. Les intéressés peuvent également entretenir des contacts par les moyens de communication modernes.

2. Gelet op het feit dat het gaat om de inbeslagname van dossiers door het gerecht wegens fraude, zie ik niet in waarom mijn administratie een alternatieve procedure moet uitwerken dat van toepassing zou zijn op deze personen. Betrokkenen kunnen altijd via de moderne communicatiemiddelen met elkaar in contact treden.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

523

DO 0000200360243

DO 0000200360243

Question no 46 de M. Yves Leterme du 10 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 46 van de heer Yves Leterme van 10 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Réforme des services de sécurité civile.

Hervorming van de civiele veiligheid.

L’accord de gouvernement comprend un chapitre relatif à la réforme des services de sécurité civile. L’objectif semble être de développer le principe de la « gestion intégrale de la sécurité » de façon maximale et sans couˆts supplémentaires.

In het regeerakkoord is een hoofdstuk opgenomen omtrent de hervorming van de civiele veiligheid. Het is blijkbaar de bedoeling om het beginsel van de « integrale veiligheidszorg » maximaal te ontwikkelen zonder bijkomende kost.

Selon toute vraisemblance, ce passage de l’accord s’inspire de votre note qui, bien que destinée à un usage interne, a retenu l’attention des médias.

Vermoedelijk is deze passage in het regeerakkoord gebaseerd op uw nota, waaromtrent een en ander aan bod is gekomen in de media, hoewel het om een interne nota zou gaan.

Pouvez-vous préciser la notion de « principe de gestion intégrale de la sécurité » ?

Kan u meedelen wat bedoeld wordt met « het beginsel van de integrale veiligheidszorg » ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 13 octobre 2003, à la question no 46 de M. Yves Leterme du 10 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 46 van de heer Yves Leterme van 10 september 2003 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.

Het geachte lid kan hieronder het antwoord vinden op zijn vraag.

L’autorité a pour mission de garantir la sécurité de la population. Dans des situations d’urgence, le citoyen doit pouvoir compter sur les services de secours. Les services de secours doivent être organisés de manière à pouvoir aider rapidement et efficacement le ` cette occasion, le citoyen n’a pas à se citoyen. A soucier de la bonne organisation des services de secours. C’est pourquoi on tente de développer au maximum le principe de la sécurité intégrale pour les services d’incendie, la protection civile et l’aide médicale urgente.

Het is de opdracht van de overheid om de veiligheid van haar inwoners te garanderen. De burger moet in noodsituaties kunnen rekenen op de hulpdiensten. De hulpdiensten dienen zodanig georganiseerd te zijn dat zij snel en efficie¨nt de burger ter hulp kunnen komen. De burger mag zich daarbij geen zorgen maken over de goede organisatie van de hulpdiensten. Daarom wordt er voor wat betreft de brandweer, de civiele bescherming getracht het beginsel van de integrale veiligheidszorg maximaal te ontwikkelen.

La sécurité intégrale se caractérise par le fait qu’elle s’étend à différentes compétences. Dans le cadre de la sécurité dont le citoyen bénéficiera finalement, les différentes compétences relatives aux services de secours doivent être intégrées de telle sorte que le citoyen puisse bénéficier d’une sécurité intégrale. La répartition des compétences relatives aux services de secours ne peut pas faire obstacle à la bonne organisation des secours. C’est pourquoi il est œuvré à l’amélioration de la coopération entre les différentes autorités compétentes pour des matières concernant les services d’incendie, la protection civile et l’aide médicale urgente. Ces compétences sont réparties au niveau horizontal entre le service public fédéral Intérieur, le service public fédéral Santé publique et les différentes régions. Au niveau vertical, les compétences sont principalement réparties entre, d’une part, les communes et, d’autre part, l’autorité fédérale et les régions. La coopération entre les divers services

De integrale veiligheidszorg wordt gekenmerkt door haar bevoegdheidsoverschrijdend karakter. Bij de uiteindelijke veiligheidszorg naar de burger toe dienen de verschillende bevoegdheden aangaande de hulpdiensten in elkaar geı¨ntegreerd te zijn zodat de burger kan genieten van een integrale veiligheidszorg. De spreiding van de bevoegdheden met betrekking tot de hulpdiensten mag geen hinderpaal vormen voor de goede organisatie van de hulpverlening. Daarom wordt er gewerkt aan de verbetering van de samenwerking tussen de verschillende overheden die bevoegd zijn voor materies aangaande de brandweer, de civiele bescherming en de dringende medische hulpverlening. Deze bevoegdheden liggen op horizontaal niveau gespreid over de federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken, de federale overheidsdienst Volksgezondheid en de verschillende gewesten. Verticaal liggen de bevoegdheden hoofdzakelijk verdeeld tussen enerzijds de gemeenten en anderzijds de federale overheid en de


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

524

publics sera optimalisée afin d’offrir une aide efficace au citoyen.

gewesten. De samenwerking tussen de verschillende overheidsdiensten zal geoptimaliseerd worden teneinde de burger een efficie¨nte hulpverlening aan te bieden.

DO 0000200360325

DO 0000200360325

Question no 55 de M. Yves Leterme du 25 septembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 55 van de heer Yves Leterme van 25 september 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Intervention d’organisations caritatives lors de catastrophes.

Inschakeling van hulporganisaties bij rampen.

Début juin 2003, à l’occasion des négociations en vue de la formation du gouvernement, la Croix-Rouge de Belgique a organisé une conférence de presse pour attirer l’attention sur plusieurs problèmes importants.

Begin juni 2003 werd er naar aanleiding van de formatiegesprekken door het Belgische Rode Kruis een persconferentie georganiseerd om bij de regeringsvorming aandacht te vragen voor een aantal belangrijke problemen.

L’un des problèmes évoqués par la Croix-Rouge est le roˆle équivoque des organisations caritatives (bénévoles) dans la prévention, la lutte et l’aide lors de catastrophes. Cette organisation dénonce le fait que la réglementation actuelle ne définit pas leur taˆche et que, par voie de conséquence, des différences existent en fonction de l’attitude des autorités locales. En outre, en raison précisément d’un manque de clarté, l’improvisation est très courante et, parfois, il est fait appel aux organisations en deçà ou au-delà de leurs capacités.

Eén van die problemen, die door het Rode Kruis werden aangekaart, is de onduidelijke rol die (vrijwillige) hulporganisaties spelen in de voorkoming en bestrijding van een hulpverlening bij rampen. Deze organisatie klaagt aan dat de huidige regelgeving hun taak niet omschrijft en er bijgevolg verschillen bestaan naargelang de houding van de lokale overheden. Bovendien gebeurt er precies door een gebrek aan duidelijkheid veel improvisatie en wordt er soms boven of beneden de capaciteit van de organisatie op hen beroep gedaan.

Cette situation est considérée à juste titre comme un grave problème de sécurité alors que la Croix-Rouge doit intervenir, selon ses propres déclarations, une cinquantaine de fois par an pour des petites « catastrophes ».

Dit wordt terecht als een ernstig veiligheidsprobleem beschouwd, nu bijvoorbeeld het Rode Kruis naar eigen zeggen een vijftigtal keer per jaar moet uitrukken voor kleinere « rampen ».

1. Le ministre est-il au fait de ce problème ?

1. Is het probleem aan de minister bekend ?

2. Des initiatives spécifiques ont-elles déjà été prises en la matière ?

2. Werden er hieromtrent al bepaalde initiatieven genomen ?

3. a) Que précise la réglementation actuelle concernant l’intervention d’organisations caritatives comme la Croix-Rouge ?

3. a) Wat bepaalt de huidige regelgeving omtrent de inzet van hulporganisaties zoals het Rode Kruis ?

b) En fin de compte, existe-t-il une réglementation ?

b) Bestaat er u¨berhaupt regelgeving ?

4. Qu’impliquent les dispositions — existantes ou non — sur le plan financier ?

4. Wat houdt de — al dan niet bestaande — regeling in op financieel vlak ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 15 octobre 2003, à la question no 55 de M. Yves Leterme du 25 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 15 oktober 2003, op de vraag nr. 55 van de heer Yves Leterme van 25 september 2003 (N.) :

J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre du fait que la Croix-Rouge de Belgique fait partie de la

Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het Rode Kruis van Belgie¨ deel uitmaakt van de medische


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

525

discipline médicale des plans d’urgence et d’intervention élaborés aux niveaux communal, provincial ou fédéral (discipline 2).

discipline van de rampenplannen voor hulpverlening die opgesteld zijn op gemeentelijk, provinciaal of federaal vlak (discipline 2).

E´tant donné que l’organisation de cette discipline relève de la compétence du ministre fédéral des Affaires sociales et de la Santé publique, je lui transmets la question posée, pour réponse. (Question no 30 du 15 octobre 2003.)

Aangezien de organisatie van deze discipline onder de bevoegdheid valt van de Federale minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, stuur ik hem de gestelde vraag door voor antwoord. (Vraag nr. 30 van 15 oktober 2003.)



DO 0000200360137

DO 0000200360137

Question no 7 de M. Carl Devlies du 6 août 2003 (N.) au ministre des Finances :

Vraag nr. 7 van de heer Carl Devlies van 6 augustus 2003 (N.) aan de minister van Financie¨n :

Remboursement des arriérés de centimes additionnels dus aux communes.

Terugbetaling van de achterstallen op de doorstorting van de gemeentelijke opcentiemen.

La cour d’appel de Bruxelles a condamné l’E´tat belge à la suite d’une plainte de la commune de Lennik concernant les arriérés de centimes additionnels dus aux communes.

Het hof van beroep te Brussel heeft de Belgische Staat veroordeeld ingevolge een klacht van de gemeente Lennik inzake de achterstallen in de doorstorting van de gemeentelijke opcentiemen.

L’E´tat belge doit reverser les centimes additionnels dans un délai raisonnable et la cour a également jugé que si l’E´tat ne satisfait pas à cette obligation, la commune a également droit aux intérêts sur le montant duˆ.

Niet alleen moet de Belgische Staat de opcentiemen binnen een redelijke termijn doorstorten aan de gemeente, het hof oordeelde ook dat indien de Staat niet aan deze verplichting voldeed, de gemeente ook het recht heeft op de intresten op dit verschuldigde bedrag.

1. Quand l’E´tat belge remboursera-t-il les intérêts sur les arriérés dus à la commune de Lennik ?

1. Wanneer zal de Belgische Staat de intresten op de achterstallen terugbetalen aan de gemeente Lennik ?

2. Respectera-t-il cette obligation à l’égard de toutes les communes belges à l’avenir ?

2. Zal zij deze verplichting ten opzichte van alle Belgische gemeenten in de toekomst nakomen ?

` combien s’élève le montant total de ces arriérés 3. A dus aux communes belges ?

3. Wat is het totaal van deze achterstallen bij de Belgische gemeenten ?

Réponse du ministre des Finances du 13 octobre 2003, à la question no 7 de M. Carl Devlies du 6 août 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Financie¨n van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 7 van de heer Carl Devlies van 6 augustus 2003 (N.) :

Dès que mon administration m’a communiqué l’arrêt rendu dans l’affaire Lennik, j’ai demandé de procéder à l’examen des conséquences de cet arrêt et d’étudier la position à adopter quant au paiement des intérêts à toutes les communes concernées.

Van zodra mijn administratie mij op de hoogte heeft gebracht van het arrest in de zaak Lennik, heb ik gevraagd te onderzoeken welke de gevolgen ervan zijn en welk standpunt moet worden ingenomen betreffende de uitbetaling van interesten aan alle betrokken gemeenten.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

526

Plusieurs possibilités et problèmes doivent en effet être examinés avant de prendre une décision définitive : — l’arrêt rendu dans l’affaire Lennik doit-il être considéré comme définitif ou peut-on trouver dans le dossier des éléments permettant de se pourvoir en cassation; — en se fondant sur la loi sur la comptabilité de l’E´tat, peut-on décider, le cas échéant, de procéder au paiement des intérêts à toutes les communes concernées sans disposer d’une base légale ou d’une décision judiciaire ou doit-on attendre qu’une condamnation soit prononcée pour chaque paiement, ce qui peut évidemment avoir un certain nombre de conséquences négatives. Mon administration a estimé à 19 millions d’euros la charge totale d’intérêt en cas de paiement à toutes les communes. En raison de l’impact budgétaire, je soumettrai le dossier à la discussion lors du conclave budgétaire d’octobre 2003 afin de pouvoir adopter une position définitive. Je proposerai également au cours de cette concertation, d’instaurer un système d’avances permanentes. Je souhaite enfin attirer votre attention sur le fait que durant la législature précédente, j’ai non seulement décidé d’accélérer le remboursement de la « dette Rosoux » (ce qui a permis une réduction significative de la charge totale des intérêts réclamés), mais que j’ai également pris un certain nombre d’autres mesures en faveur des communes (réduction progressive des frais administratifs de 3 à 1 %, octroi d’avances sans intérêts aux communes, suppression de l’article 25 de la loi du 19 juillet 1930 accordant à Belgacom une exonération des taxes et impoˆts au profit des provinces et communes, et majoration des taxes additionnelles pour les communes frontalières).

Vooraleer een definitieve beslissing kan worden getroffen, moeten immers meerdere mogelijkheden en problemen onderzocht worden : — moet de uitspraak in de zaak Lennik als definitief worden beschouwd of zijn er redenen in het dossier aanwezig om alsnog een voorziening in cassatie in te stellen; — kan, in voorkomend geval, beslist worden om rekeninghoudend met de wetten op de Rijkscomptabiliteit over te gaan tot de uitbetaling van interesten aan alle betrokken gemeenten zonder dat voor die betaling een wettelijke basis of een gerechtelijke uitspraak voor handen is of moet voor iedere betaling een veroordeling worden afgewacht, wat uiteraard ook een aantal nadelige gevolgen heeft. De totale interestlast bij betaling aan alle gemeenten, wordt door mijn administratie geraamd op 19 miljoen euro. Gelet op de budgettaire impact, zal ik het dossier ter sprake brengen tijdens het begrotingsoverleg van oktober 2003 ten einde een definitief standpunt te kunnen innemen. Tijdens dat overleg zal ik ook voorstellen om een permanent voorschottensysteem in te voeren. Tenslotte wens ik er toch nog uw aandacht op te vestigen dat ik tijdens de vorige legislatuur niet alleen beslist heb om de zogenaamde « Rosoux-schuld » versneld terug te betalen (waardoor de totale last van de gevorderde interesten in belangrijke mate beperkt werd), maar dat ik ook nog een aantal andere maatregelen ten gunste van de gemeenten heb getroffen (geleidelijke vermindering van de administratiekosten van 3 naar 1 %, de toekenning van renteloze voorschotten aan de gemeenten, de afschaffing van artikel 25 van de wet 19 juli 1930 op grond waarvan Belgacom genoot van een vrijstelling van de belastingen en taksen ten gunste van de provincies en de gemeenten en de verhoging van de aanvullende belastingen voor grensgemeenten).

DO 0000200360171

DO 0000200360171

Question no 12 de M. Jan Mortelmans du 21 août 2003 (N.) au ministre des Finances :

Vraag nr. 12 van de heer Jan Mortelmans van 21 augustus 2003 (N.) aan de minister van Financie¨n : Kabinetten. — Wagenpark. Het aantreden van een nieuwe regering betekent traditioneel ook een aanpassing van het wagenpark. Tijdens de vorige zittingsperiode stelde ik daaromtrent alle regeringsleden dezelfde vragen. Kan u het volgende meedelen :

Cabinets. — Parc automobile. Traditionnellement, l’entrée en fonction d’un nouveau gouvernement entraıˆne également des changements au niveau du parc automobile des cabinets. Au cours de la législature précédente, j’avais posé à ce sujet les mêmes questions à tous les membres du gouvernement. Pourriez-vous dès lors me fournir les précisions suivantes : 1. Quelles voitures de tourisme circulent pour le compte de votre cabinet ?


2003

1. Welke personenwagens zijn er in dienst van het kabinet ? 2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

527

2. Pourriez-vous m’indiquer, pour chaque véhicule, l’année de construction, le type, la cylindrée et le prix d’acquisition ?

2. Wat is telkens het bouwjaar, het type, de cilinderinhoud en de aanschafprijs ?

3. De quelles options les voitures ont-elles été équipées ?

3. Welke opties werden er aan de voertuigen toegevoegd ?

4. Quel type de moyen de transport utilisez-vous essentiellement ?

4. Welk type van vervoermiddel gebruikt u hoofdzakelijk ?

Réponse du ministre des Finances du 13 octobre 2003, à la question no 12 de M. Jan Mortelmans du 21 août 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Financie¨n van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 12 van de heer Jan Mortelmans van 21 augustus 2003 (N.) :

En réponse à la question de l’honorable membre, j’ai l’honneur de l’informer que le parc automobile des cabinets du ministre et du secrétaire d’E´tat est composé, actuellement, des véhicules suivants :

In antwoord op de vraag van het geachte lid deel ik mee dat de wagenpark van de kabinetten van de minister en de staatssecretaris tegenwoordig uit volgende voertuigen bestaat:

Type — Type Mercedes S 320 ......................... BMW 525 D ............................. AUDI A6 1.9 TDI .................... AUDI A6 1.9 TDI .................... AUDI A6 1.9 TDI .................... AUDI A4 1.9 TDI .................... VW SHARAN TDI .................. CITROEN C5 HDI ..................

Cylindrée — Cilinderinhoud 3199 2497 1896 1896 1896 1896 1896 1997

cc cc cc cc cc cc cc cc

Acquisition — Aanschafwijze

Année de contruction — Bouwjaar

Leasing Leasing Leasing Leasing Leasing Leasing Leasing Leasing

2002 2001 2002 2002 2002 2002 2001 2001

Le ministre utilise pour ses déplacements le véhicule Mercedes S 320. Le secrétaire d’E´tat utilise pour ses déplacements le véhicule BMW 525 D.

Voor mijn vervoer gebruik ik de functiewagen Mercedes S 320.

DO 0000200360114

DO 0000200360114

Question no 24 de Mme Dalila Douifi du 1er septembre 2003 (N.) au ministre des Finances :

Vraag nr. 24 van mevrouw Dalila Douifi van 1 september 2003 (N.) aan de minister van Financie¨n :

Inspection spéciale des impoˆts de Bruges. — Transfert éventuel vers Gand.

Bijzondere Belastinginspectie van Brugge. — Mogelijke overplaatsing naar Gent.

Ma question concerne la « réforme Copernic », à savoir la réforme de l’administration fédérale. Il semblerait exister des projets visant à transférer l’Inspection spéciale des impoˆts de Bruges vers Gand.

De « Copernicushervorming » die de federale administratie momenteel omvormt is het onderwerp van mijn vraag. Blijkbaar zijn er plannen om de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie van Brugge over te plaatsen naar Gent.

1. Cette information est-elle exacte ?

Voor zijn vervoer gebruikt de staatssecretaris de functiewagen BMW 525 D.

1. Klopt deze informatie ?

2. Le cas échéant, pour quelles raisons une telle décision aurait-elle été prise ?

2. Wat is de eventuele reden hiertoe ?

3. Qu’en est-il du déménagement qui serait éventuellement en cours ?

3. In welke fase zit de eventuele verhuis ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

528

4. Est-il tenu compte du sort des employés qui se sont déjà installés à proximité de leur lieu de travail ?

4. Wordt er hier rekening gehouden met de bedienden die zich al in de buurt van het werk gevestigd hebben ?

Réponse du ministre des Finances du 13 octobre 2003, à la question no 24 de Mme Dalila Douifi du 1er septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Financie¨n van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 24 van mevrouw Dalila Douifi van 1 september 2003 (N.) :

Dans le cadre de la réforme Copernic a été lancé, au sein du SPF Finances, le projet Coperfin. Ce projet, qui vise à offrir un meilleur service au citoyen, comprend également une réorganisation et — là où c’est possible — une informatisation des taˆches des administrations fiscales, tout en preˆtant davantage d’attention aux capacités personnelles et aux aspirations de chaque agent. Afin d’y parvenir, une réforme profonde de tous les rouages du département est nécessaire. Cela signifie que, lors de la réalisation du projet Coperfin, les administrations actuelles seront remplacées par une nouvelle organisation et une nouvelle structure.

In het kader van de Copernicushervorming loopt binnen de FOD Financie¨n het Coperfin-project. Dit project beoogt niet alleen een betere dienstverlening naar de burger toe, maar behelst ook een herdenken en, daar waar mogelijk, informatiseren van de werkprocessen binnen de fiscale administraties, waarbij meer aandacht wordt besteed aan persoonlijke capaciteiten en inzet van iedere ambtenaar. Om dit te realiseren is een diepgaande hervorming van het hele departement in al zijn geledingen nodig. Dit betekent dat bij de uitvoering van het Coperfin-project de huidige administraties zullen worden vervangen door een nieuwe organisatie en structuur.

Depuis septembre 2001, plusieurs groupes de travail, composés de fonctionnaires des Finances, assistés par des consultants externes, ont élaboré des propositions sur la future structure, les méthodes de travail, l’organisation, l’informatique et la gestion du personnel du SPF Finances.

Sinds september 2001 hebben een aantal werkgroepen, samengesteld uit ambtenaren van Financie¨n, bijgestaan door externe consultanten, voorstellen uitgebracht in verband met de toekomstige structuur, de werkmethodes, de organisatie, de informatica en het personeelsbeheer van de FOD Financie¨n.

Plusieurs points concernant les nouvelles entités administratives doivent toutefois encore être finalisés. Parmi ces points, figure, entre autres, le choix de l’implantation des services futurs. Ceci ne vaut pas seulement pour l’inspection spéciale des impoˆts, mais également pour les autres administrations du SPF Finances.

Een reeks punten dient evenwel nog te worden gefinaliseerd met betrekking tot de nieuwe administratieve eenheden. Hiertoe behoort onder meer de keuze van de inplanting van de toekomstige diensten. Zulks geldt niet alleen voor de Bijzondere Belastinginspectie maar eveneens voor de andere administraties van de FOD Financie¨n.

Actuellement, il est donc prématuré d’affirmer, uniquement sur la base de considérations qui doivent encore être examinées de façon approfondie par le Gouvernement, que les services de l’Inspection spéciale des impoˆt à Bruges seraient transférés vers Gand.

Op dit ogenblik is het derhalve voorbarig om te stellen dat de diensten van de bijzondere belastinginspectie te Brugge zouden worden overgebracht naar Gent, enkel op grond van overwegingen die door de Regering nog diepgaand moeten worden onderzocht.

La communication requise à ce sujet sera effectuée dès qu’une option définitive aura été prise.

De nodige communicatie hieromtrent zal worden gevoerd op het ogenblik dat een definitieve optie zal genomen zijn.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

529

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique


Affaires sociales

Sociale Zaken

DO 0000200360060

DO 0000200360060

Question no 9 de M. Jo Vandeurzen du 24 juillet 2003 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 9 van de heer Jo Vandeurzen van 24 juli 2003 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Hoˆpitaux. — Patients aˆgés. — Admission dans un établissement approprié.

Ziekenhuizen. — Patie¨nten op leeftijd. — Opname in aangepaste instelling.

Il arrive de plus en plus fréquemment qu’au terme d’un séjour à l’hoˆpital, les patients aˆgés ne soient plus en mesure de rentrer chez eux et doivent être admis dans un établissement approprié. Toutefois, dans le cas d’un placement en maison de repos ou en MRS, les délais d’attente sont assez importants.

Het komt steeds vaker voor dat de patie¨nten op leeftijd na een ziekenhuisopname niet langer naar huis kunnen, maar dienen te worden opgenomen in een aangepaste instelling. De wachttijden voor de rustoorden en de RVT-instellingen zijn niet gering.

1. Quelle attitude le médecin et le gestionnaire de l’hoˆpital doivent-ils adopter à l’égard d’un patient susceptible de devoir quitter l’hoˆpital pour des raisons strictement médicales, mais qui ne peut trouver de place dans une structure d’accueil adéquate ?

1. Welke houding dient een arts en ook een ziekenhuisbeheerder aan te nemen ten opzichte van een patie¨nt die strikt genomen op basis van zijn of haar medische toestand kan ontslagen worden uit het ziekenhuis maar waarvoor geen gepaste opvang beschikbaar is ?

2. Dans quelle mesure l’admission prolongée d’un tel patient influence-t-elle le financement des hoˆpitaux ?

2. Op welke wijze weegt de langere opname van een dergelijke patie¨nt in de ziekenhuisfinanciering ?

3. Ne devrait-on pas envisager de prévoir un financement spécifique pour les patients contraints de prolonger leur séjour à l’hoˆpital dans de telles circonstances ?

3. Is het niet te overwegen om te voorzien in een aangepaste financiering voor een patie¨nt die in dergelijke omstandigheden nog enige tijd in het ziekenhuis moet verblijven ?

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003, à la question no 9 de M. Jo Vandeurzen du 24 juillet 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 9 van de heer Jo Vandeurzen van 24 juli 2003 (N.) :

J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre qu’il peut en effet exister des problèmes de placement découlant du manque de places disponibles dans les institutions telles que maisons de repos, maisons de repos et des soins, etc.

Hierbij heb ik de eer het geachte lid mee te delen dat er zich inderdaad plaatsingsproblemen kunnen voordoen ingevolge een tekort aan beschikbare plaatsen in instellingen zoals rusthuizen, rust- en verzorgingstehuizen, enz.

Depuis le 1er juillet 2002, il est alloué aux hoˆpitaux aigus deux budgets spécifiques afin de renforcer le service social de l’hoˆpital et notamment afin de développer une politique de gestion des sorties des patients.

Sinds 1 juli 2002 krijgen de acute ziekenhuizen twee specifieke budgetten toegekend om de sociale dienst van het ziekenhuis te versterken, en meer bepaald om een ontslagbeleid voor de patie¨nten te ontwikkelen.

Il appartient donc à l’hoˆpital de mettre en place une politique de gestion des sorties de manière à ce que les difficultés éventuelles soient réduites au minimum.

Het is dus de taak van het ziekenhuis een ontslagbeleid op te zetten teneinde eventuele moeilijkheden tot een minimum te beperken.

Compte tenu de l’état de santé des patients, il importe de gérer de manière optimale toutes les sorties

Gelet op de gezondheidstoestand van de patie¨nten moeten alle ontslagen optimaal worden geregeld zodat


2003

2004


67

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

530

de manière à ce qu’une longue durée de séjour résultant des circonstances décrites ne pèse pas trop lourdement dans le calcul des lits justifiés.

een langere verblijfsduur ten gevolge van de vermelde omstandigheden niet al te zwaar doorweegt in de berekening van de verantwoorde bedden.

Il me semble par ailleurs malaisé de mettre en place un financement adapté pour un tel patient.

Het lijkt me trouwens niet eenvoudig in een aangepaste financiering te voorzien voor een dergelijke patie¨nt.

Pour répondre aux problèmes liés à la prise en charge des personnes aˆgées dépendantes, le gouvernement fédéral a développé plusieurs initiatives. Parmi celles-ci, un protocole d’accord entre l’E´tat fédéral et les communautés et régions a été signé et est entré en vigueur au 1er janvier 2003, avec comme objectif de coordonner les politiques de santé à mener à l’égard des personnes aˆgées. Ce protocole prévoit, outre la coordination des politiques, une programmation du nombre de lits MR, MRS, et en centre de soins de jour, qui tient compte des besoins de la population aˆgée.

Om te antwoorden op de problemen omtrent de ten laste neming van behoeftige bejaarden heeft de federale overheid diverse initiatieven ontwikkeld.

Parmi les initiatives spécifiques visant à améliorer la gestion des sorties de l’hoˆpital, il faut citer le soutien que le gouvernement fédéral a apporté à une série de projets :

Tussen de initiatieven, specifiek voor de verbetering van het beheer van de ontslagen uit het ziekenhuis, moet men de ondersteuning vermelden die de federale overheid gegeven heeft aan en aantal projecten :

— la fonction de référent hospitalier pour la continuité des soins, destiné à mieux gérer les sorties de patients à risque, et particulièrement les patients gériatriques et les malades chroniques.

— de functie van referentieziekenhuis voor de zorgcontinuı¨teit, gericht op het beter beheren van de ontslagen van risicopatie¨nten, en meer bepaald de geriatrische en chronische zieken.

— les projets de protocoles de communication entre hoˆpitaux et médecins généralistes.

— de projecten voor overeenkomsten voor communicatie tussen de ziekenhuizen en de huisartsen.

— la création des services intégrés de soins à domicile, dont l’objetif est de renforcer l’offre des soins à domicile et dont une des missions est la collaboration intensive avec les institutions de soins de santé établies dans la zone de soins.

— de creatie van geı¨ntegreerde diensten voor thuiszorg, waar het doel is om het aanbod van de thuiszorg te versterken en waarvan één van de opdrachten de intensieve samenwerking met de verzorgingsinstituten in de zorgzones is.

Enfin, un programme de soins gériatriques est en préparation. Ce programme de soins accorde une grande place à la gestion des relations entre le service gériatrique et les partenaires extérieurs tels que les médecins généralistes, les MRPA, MRS, services de soins à domicile, via la fonction de liaison externe, qui prévoit de mettre à disposition des partenaires, l’expertise multidisciplinaire spécifique des services G.

Tot slot is een programma voor geriatrische zorg in voorbereiding. Dit zorgprogramma legt een grote nadruk op het beheer van de relaties tussen de geriatrische diensten en de externe partners, zoals de huisdokters, de bejaardenrustoorden, RVT, thuisverzorgingsdiensten, via de externe verbindingsfunctie, die voorziet in het ter beschikking stellen aan de partners van multidisciplinaire kennis specifiek voor de G-diensten.

DO 0000200360225

DO 0000200360225

Question no 15 de M. Claude Eerdekens du 8 septembre 2003 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 15 van de heer Claude Eerdekens van 8 september 2003 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Statines. — Critères de remboursement de l’INAMI.

Statines. — RIZIV-terugbetalingscriteria.

(no

Selon Test Santé 56 d’aouˆt-septembre 2003), les critères de remboursement de l’INAMI des statines seraient dépassés.


2003

Onder deze is er een protocol getekend tussen de federale overheid en de gemeenschappen en gewesten, die in werking treedt op 1 januari 2003, met als bedoeling de te voeren gezondheidszorgpolitiek inzake oudere personen te coo¨rdineren. Dit protocol voorziet, naast de coo¨rdinatie van het beleid, in een programmatie van het aantal bedden voor rusthuizen, PVT en dagverzorgingscentra die rekening houden met de noden van de oudere bevolking.

Volgens Test Gezondheid (nr. 56 van augustusseptember 2003) zijn de RIZIV-criteria voor de terugbetaling van statines voorbijgestreefd. 2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

531

L’INAMI ne rembourse ces médicaments qui font baisser le taux de cholestérol que sur base du seul critère d’un taux supérieur à 250 mg/dl. Mais il existe d’autres facteurs que le cholestérol qui augmentent le risque de maladie cardio-vasculaire. Même avec un taux de cholestérol inférieur à 250 mg/dl, on a parfois intérêt à utiliser ces médicaments, s’il y a d’autres facteurs de risque.

Het RIZIV betaalt die cholesterolverlagende geneesmiddelen alleen terug als het bloed van de patie¨nt een cholesterolgehalte van meer dan 250 mg/dl vertoont. Er zijn echter nog andere factoren dan cholesterol die het risico op hart- en vaatziekten vergroten. Zelfs mensen met een cholesterolgehalte dat lager ligt dan 250 mg/dl kunnen baat hebben bij die geneesmiddelen als er andere risicofactoren aanwezig zijn.

Dans un communiqué de presse du 12 mai 2003, votre prédécesseur affirmait que les conditions de remboursement allaient être adaptées aux toutes dernières connaissances scientifiques.

In een persbericht van 12 mei 2003 stelde uw voorganger dat de terugbetalingsvoorwaarden aan de meest recente wetenschappelijke inzichten zouden worden aangepast.

1. Quelle est la teneur exacte des nouvelles modalités de remboursement annoncées pour ce mois de septembre ?

1. Wat is de precieze strekking van de nieuwe terugbetalingsmodaliteiten die zoals aangekondigd in september van kracht zouden worden ?

2. a) Est-il normal que certains médecins-conseils n’autorisent que des doses de 20 mg (exemple : la pravasine) par jour alors que des médecins spécialistes recommandent des doses journalières de 40 mg à certains de leurs patients ?

2. a) Is het normaal dat sommige adviserende geneesheren slechts een toestemming verlenen voor dagelijkse dosissen van 20 mg (bijvoorbeeld pravasine) terwijl geneesheren-specialisten sommige patie¨nten dagelijkse dosissen van 40 mg aanraden ?

b) Quelle est la règle en la matière ?

b) Welke regel geldt terzake ?

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003, à la question no 15 de M. Claude Eerdekens du 8 septembre 2003 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 15 van de heer Claude Eerdekens van 8 september 2003 (Fr.) :

En réponse à la question posée par l’honorable membre je crois devoir répondre ce qui suit.

In antwoord op de vraag van het geachte lid meen ik het volgende te moeten meedelen.

En effet, une révision du groupe des médicaments hypolipémiants remboursés a été instaurée par mon prédécesseur, M. Vandenbroucke, ministre des Affaires sociales et des Pensions.

Mijn voorganger, de heer Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken en Pensioenen, heeft inderdaad een groepsgewijze herziening van de vergoedbaarheid van de hypolipemie¨rende geneesmiddelen ingesteld.

Le but de cette révision était de deux ordres : (1) une simplification administrative pour le médecin ainsi qu’une aide à la prescription des médicaments hypolipémiants, fréquemment utilisés; (2) une adaptation des conditions de remboursement, en cohérence avec la connaissance scientifique actuelle sur ce plan.

Het doel van deze herziening was tweevoudig : (1) een administratieve vereenvoudiging voor de artsen alsook een hulp bij het voorschrijven van de hypolipemie¨rende geneesmiddelen die een zeer frequent voorgeschreven groep geneesmiddelen omvat; (2) een aanpassing van de vergoedingsvoorwaarden in coherentie met de huidige wetenschappelijke kennis op dit gebied.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

532

1. Cette révision est actuellement dans sa phase finale d’implémentation. Fin septembre 2003, les décisions suivantes ont été prises :

1. Deze herziening is momenteel in zijn finale implementatie fase. Er werden eind september 2003 de volgende beslissingen genomen :

— Tous les médicaments de ce groupe sont traités de la même manière : en principe, ils sont inscrits dans le chapitre IV, dans un nouveau paragraphe, par lequel les conditions de remboursement sont couplées aux indications enregistrées et au consensus médical sur l’usage des médicaments hypolipémiants dans la prévention des affections cardiovasculaires. L’ancienne norme (cholestérol total > 250 mg/dl) n’est donc plus d’application. Dans le nouveau paragraphe, le patient doit soit avoir déjà eu une affection cardiaque ou vasculaire, soit son risque cardiovasculaire individuel absolu doit être supérieur à 20 % sur 10 ans. La méthode de calcul tient compte de l’aˆge, du sexe, du rapport entre le niveau total de cholestérol et de HDL-cholestérol, de la pression artérielle, du tabagisme et d’un éventuel diabète.

— Alle geneesmiddelen van deze groep worden op dezelfde manier behandeld : in principe worden zij ingeschreven in hoofdstuk IV, nieuwe paragraaf, waarbij de terugbetalingsvoorwaarden worden gekoppeld aan de geregistreerde indicaties en aan de gangbare medische consensus omtrent het gebruik van hypolipemie¨rende geneesmiddelen in de preventie van cardiovasculaire aandoeningen. Dit betekent dat de oude norm (totaal cholesterol > 250 mg/dl) niet meer geldig is. In de nieuwe paragraaf dient de patie¨nt ofwel reeds aan een hart- of vaataandoening te lijden, ofwel moet zijn individueel absoluut cardiovasculair risico hoger zijn dan 20 % op 10 jaar. In deze berekening wordt rekening gehouden met de leeftijd, het geslacht, de verhouding tussen het totale cholesterolniveau en het HDL cholesterolgehalte, de bloeddruk, rookgedrag en een eventuele suikerziekte.

— Il est ensuite proposé à toutes les firmes, moyennant baisse de prix conséquente, de passer au chapitre I.

— Er wordt echter aan alle bedrijven voorgesteld dat zij, mits een forse prijsdaling, kunnen worden ingeschreven in hoofdstuk I.

2. a) et b) L’utilisation d’un certain dosage d’un médicament dépend de la pathologie ciblée par le traitement et de l’état du patient. Le choix du dosage est laissé au jugement et à la liberté et responsabilité du médecin traitant.

2. a) en b) Het gebruik van een bepaalde dosering van een geneesmiddel hangt af van de doelpathologie van de behandeling en van de toestand van de patie¨nt. De keuze van de dosering wordt overgelaten aan de beoordeling en de vrijheid en verantwoordelijkheid van de behandelende arts.

Par contre, le médecin conseil de l’organisme assureur, est obligé de vérifier, avant de donner une autorisation, si la demande de remboursement a été faite conformément aux règles du chapitre IV de l’arrêté royal du 21 décembre 2001, et en même temps si le patient entre dans les conditions de remboursement, décrites dans le paragraphe spécifique pour le médicament concerné.

Daarentegen is de adviserend geneesheer van de verzekeringsinstelling verplicht te controleren, vooraleer een machtiging te geven, of de terugbetalingaanvraag conform de regels van hoofdstuk IV van het koninklijk besluit van 21 december 2001 is, en tegelijkertijd of de patie¨nt voldoet aan de vergoedingsvoorwaarden, beschreven in de specifieke paragraaf voor het betrokken geneesmiddel.

DO 0000200360242

DO 0000200360242



Financement des hoˆpitaux. — Influence du traitement de patients étrangers sur ce financement.

Financiering van de ziekenhuizen. — Invloed hierop van de behandeling van buitenlandse patie¨nten.

Depuis quelque temps, les hoˆpitaux belges sont confrontés au phénomène des patients étrangers. Il est dès lors très important de connaıˆtre précisément les

Sinds enige tijd worden Belgische ziekenhuizen nadrukkelijk geconfronteerd met het fenomeen van de buitenlandse patie¨nten. Het is dan ook van groot


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

533

conséquences de la possibilité qu’ont les patients étrangers de se faire traiter dans des hoˆpitaux belges.

belang dat de gevolgen van het feit dat in Belgische ziekenhuizen buitenlandse patie¨nten kunnen worden behandeld, duidelijk zijn.

a) En vertu de l’arrêté royal du 25 avril 2002 (adapté le 4 juin 2003), le budget des moyens financiers des hoˆpitaux comprend une partie qui concerne l’AMI (assurance maladie invalidité) et une autre qui ne concerne pas l’AMI. Cette scission repose sur la répartition du nombre de journées d’hospitalisation AMI et non-AMI au cours de l’exercice de base (article 86, § 3) :

a) Het budget financie¨le middelen voor de ziekenhuizen wordt krachtens het koninklijk besluit van 25 april 2002 (aangepast op 4 juni 2003) ingedeeld in een ZIV-deel en een niet-ZIV-deel. De basis voor deze indeling is de verdeling van het aantal ZIV- en nietZIV-ligdagen van het basisjaar (artikel 86, § 3) :

— pour le financement de 2002, il s’agissait de l’année 2000;

— voor de financiering van 2002 was dit 2000;

— pour le financement de 2003, on ne sait pas encore si ce sera 2001 ou 2002 (il s’agit en principe du dernier exercice connu, c’est-à-dire, logiquement, 2002 puisque les données de 2002 ont été demandées).

— voor de financiering van 2003 is nog niet bekend of dit 2001 of 2002 zal zijn (in principe laatst bekende dienstjaar en dus is dit, vermits gegevens van 2002 opgevraagd werden, logischerwijze 2002).

Le budget AMI est ensuite divisé en une partie variable (correspondant à 20 % des subdivisions B1 et B2) et une partie fixe (le reste) (article 86, §§ 1er et 2).

Het ZIV-budget wordt vervolgens opgesplitst in een variabel deel (zijnde 20 % van onderdeel B1 en B2) en een vast deel (rest) (artikel 86, §§ 1 en 2).

1. Chaque subdivision est-elle divisée distinctement suivant la répartition des journées d’hospitalisation AMI/non AMI en une partie AMI et une partie non AMI ?

1. Wordt elk onderdeel afzonderlijk volgens de verdeling van de ligdagen ZIV/niet-ZIV opgesplitst in een ZIV-deel en een niet-ZIV-deel ?

2. La réglementation est relativement vague sur ce point. Pouvez-vous apporter des précisions ?

2. De regelgeving is op dat punt nogal vaag. Kan u dit verduidelijken ?

b) La partie fixe du budget AMI est liquidée par le biais des douzièmes budgétaires (article 99, § 2, a), 50 % de la partie variable suivant un montant par admission, 50 % suivant un montant par journée d’hospitalisation (article 99, § 2, b). Pour le budget non AMI, un prix par journée d’hospitalisation est calculé en divisant le budget local par le nombre total de journées d’hospitalisation de l’exercice de référence (article 86, § 3). La distinction entre partie fixe et partie variable n’est donc pas nécessaire, en l’occurrence, pour la suite du calcul.

b) Het vaste deel van het ZIV-budget wordt vereffend via de budgettaire twaalfden (artikel 99, § 2, a), 50 % van het variabele deel volgens een bedrag per opname, 50 % volgens een bedrag per ligdag (artikel 99, § 2, b). Voor het niet-ZIV-budget wordt een prijs per verpleegdag berekend door het lokale budget te delen door het totaal aantal ligdagen van het referentiejaar (artikel 86, § 3). De opsplitsing in vast en variabel is hier dus voor de verdere berekening niet nodig.

Des questions se posent au sujet des patients étrangers.

Er rijzen vragen met betrekking tot de buitenlandse patie¨nten.

1. Dans le cadre de l’exercice concerné, la proportion AMI/non AMI est revue. Eˆtes-vous en mesure de confirmer que :

1. In het betrokken dienstjaar wordt de verhouding ZIV/niet-ZIV herzien.

a) la partie AMI fixe est revue sur la base de la proportion réelle AMI/non AMI de l’exercice;

a) het vaste ZIV-gedeelte herzien wordt op basis van de ree¨le verhouding ZIV/niet-ZIV van het dienstjaar;

b) la partie AMI variable (ou` un prix par admission et par journée d’hospitalisation est facturé) n’est pas revue;

b) het variabele ZIV-deel (waar een prijs per opname en per ligdag aangerekend wordt) niet herzien wordt;

c) la partie non AMI (ou` un prix par journée d’hospitalisation est facturé) n’est pas revue ?

c) het niet-ZIV-deel (waar een prijs per verpleegdag aangerekend wordt) niet herzien wordt ?


2003

Kan u bevestigen dat :

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

534

2. a) Pouvez-vous préciser ce qu’il en est pour 2002 (étant donné que le nouvel arrêté de financement n’entre en vigueur qu’à partir du 1er juillet 2002) ?

2. a) Kan u verduidelijken hoe dit gebeurt voor 2002 (vermits het nieuwe financieringsbesluit pas vanaf 1 juli 2002 van kracht is) ?

b) Plus concrètement, pouvez-vous préciser si, pour la révision, le pourcentage est calculé sur la base de l’ensemble de l’exercice 2002 ou sur la base du deuxième semestre 2002 ?

b) Meer concreet, kan u verduidelijken of het percentage voor de herziening berekend wordt op basis van het totale jaar 2002 of op basis van het tweede semester van 2002 ?

3. a) Pouvez-vous préciser ce qu’il en sera pour les années postérieures à 2002 ?

3. a) Kan u verduidelijken hoe een en ander zal gebeuren voor de jaren na 2002 ?

b) La révision se fera-t-elle sur la base des chiffres totaux de 2003, par exemple, ou sera-t-il également procédé dans ce cas à une scission en semestres (étant donné qu’à chaque semestre correspond un budget distinct, le financement courant à chaque fois du 1 juillet au 30 juin inclus) ?

b) Gebeurt de herziening dan op basis van de totale cijfers van bijvoorbeeld 2003 of gaat men hier ook opsplitsen in semesters (vermits elke semester een apart budget heeft, doordat de financiering telkens van 1 juli tot en met 30 juni loopt) ?

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003 à la question no 17 de M. Jo Vandeurzen du 10 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 17 van de heer Jo Vandeurzen van 10 september 2003 (N.) :

J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre que la répartition AMI/non AMI se fait en effet distinctement pour chaque sous-partie du budget des moyens financiers. Cette répartition s’effectue en fonction du rapport journées AMI/ journées non AMI d’une année de référence déterminée. En ce qui concerne la période budgétaire allant du 1er juillet 2003 au 30 juin 2004, les journées 2001 ont été utilisées à cette fin.

Ik heb de eer het geachte lid mede te delen dat de opsplitsing ZIV/niet-ZIV inderdaad voor elk onderdeel van het budget van financie¨le middelen apart gebeurt. Deze opsplitsing geschiedt volgens de verhouding van ligdagen ZIV/niet-ZIV van een referentiejaar. Voor de budgetperiode lopende van 1 juli 2003 tot 30 juni 2004 werden hiervoor de ligdagen 2001 gebruikt.

Je puis également confirmer qu’en ce qui concerne les patients étrangers :

Ik kan eveneens bevestigen dat met betrekking tot de buitenlandse patie¨nten:

1. La partie AMI est révisable en fonction du rapport journées AMI/journées non AMI de l’exercice en question. La différence entre le budget non AMI et le budget AMI initial est prise en compte via la sous-partie C2 (montants de rattrapge);

1. Het ZIV-gedeelte is herzienbaar volgens de verhouding ZIV/niet-ZIV dagen van het dienstjaar. Het verschil tussen niet en oorspronkelijk ZIVbudget wordt verrekend via onderdeel C2 (inhaalbedragen).

2. Les prix par paramètre (journées d’hospitalisation et admissions) ne sont pas révisables pour ce qui concerne la partie AMI variable;

2. De prijzen per parameter (ligdagen en opnames) voor het variabel gedeelte ZIV zijn niet herzienbaar.

3. Le prix par journée n’est pas davantage révisable pour ce qui concerne la partie non AMI.

3. De prijs per dag voor het niet-ZIV-deel is eveneens niet herzienbaar.

Cela signifie dès lors que les patients étrangers, qui sont à considérer comme patients non AMI, font augmenter la part non AMI, ce qui résulte en une révision de la part AMI fixe dans un sens négatif. En effet, s’il s’avère que la part AMI est inférieure à l’estimation initiale, l’hoˆpital s’est, dans un premier temps, vu octroyer une part AMI trop importante, ce qui donne dès lors lieu à un recouvrement.

Dit houdt dus in dat de buitenlandse patie¨nten, dewelke beschouwd dienen te worden als niet-ZIVpatie¨nten, het aandeel niet-ZIV doen stijgen hetgeen resulteert in een herziening van het vast ZIV-deel in negatieve zin. Immers, indien blijkt dat het aandeel ZIV lager was dan initieel ingeschat heeft het ziekenhuis initieel te veel aan ZIV-aandeel toegekend gekregen, wat dus dient te worden teruggevorderd.

La révision porte sur une période budgétaire complète, c’est-à-dire, du 1er juillet de l’année x au

De herziening gebeurt voor een volledige budgetperiode zijnde deze van 1 juli van jaar x tot 30 juni van


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

535

30 juin de l’année x + 1 et non par semestre (ce qui ` cet égard, l’exercice 2002 serait trop compliqué). A constitue une exception. Pour les six premiers mois (où nous nous trouvons encore dans l’ancien système), il est procédé à une révision conformément à l’arrêté ministériel du 2 aouˆt 1986, sur la base d’une comparai` partir son entre le nombre de journées et le quota. A er du 1 juillet 2002, les révisions sont effectuées pour la période allant du 1er juillet au 30 juin.

jaar X+1 en niet per semester (dit zou te ingewikkeld worden). Het jaar 2002 is hierop een uitzondering. Voor de eerste zes maand (wanneer we dus nog in het oude systeem zitten) wordt een herziening op basis van het ministerieel besluit van 2 augustus 1986 gedaan met vergelijking ligdagen versus quotum. Vanaf 1 juli 2002 worden de herzieningen uitgevoerd voor de periode lopend van 1 juli tot 30 juni.

Santé publique

Volksgezondheid

DO 0000200360020

DO 0000200360020

Question no 3 de M. Claude Eerdekens du 18 juillet 2003 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 3 van de heer Claude Eerdekens van 18 juli 2003 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Controˆles concernant les nitrofuranes et ses métabolites dans notre alimentation.

Controles op de aanwezigheid van nitrofuranen en hun metabolieten in onze voeding.

Selon Test Achats (no 466 de juin 2003), des traces de nitrofuranes ont régulièrement été repérées ces derniers mois dans des produits consommés en Europe. L’utilisation des nitrofuranes est pourtant interdite depuis 1995. La cause de la présence de résidus de nitrofuranes et de ses métabolites (furazolidone, furaltadone, nitrofurantoin, nitrofurazone) dans notre alimentation est à chercher dans leur intérêt financier pour les producteurs. Les nitrofuranes, en effet, sont très efficaces, autant à titre préventif que curatif, contre plusieurs maladies communes aux porcs et aux poulets, comme la salmonellose et certaines infections parasitaires. De plus, ils augmentent la vitesse d’engraissement des animaux traités. Le problème est que ces nitrofuranes sont cancérigènes et génotoxiques.

Volgens Test Aankoop (nr. 466 van juni 2003) worden de jongste maanden regelmatig sporen van nitrofuranen aangetroffen in producten die op Europese tafels komen. Het gebruik van nitrofuranen is echter al sinds 1995 verboden. De aanwezigheid van residuen van nitrofuranen en hun metabolieten (furazolidone, furaltadone, nitrofurantoı¨ne, nitrofurazone) in onze voeding kan worden verklaard door het financieel belang dat de producenten hierbij hebben. Nitrofuranen zijn immers heel doeltreffend om verscheidene veel voorkomende ziekten bij varkens en kippen, zoals salmonellose en bepaalde parasitaire ziekten, zowel te voorkomen als te genezen. Bovendien verloopt de vetmesting van de ermee behandelde dieren veel sneller. Het probleem is dat deze nitrofuranen kankerverwekkend en genotoxisch zijn.

1. a) Existe-t-il des controˆles fiables, systématiques et généralisés concernant les nitrofuranes et ses métabolites dans notre alimentation ?

1. a) Worden er betrouwbare, systematische en algemene controles gehouden op de aanwezigheid van nitrofuranen en hun metabolieten in onze voeding ?

b) Si oui, lesquels ?

b) Zo ja, welke ?

2. a) Pourquoi n’existe-t-il pas en Belgique un système de traçage qui permettrait de retrouver l’origine de tout aliment testé positif et qui assurerait le retrait rapide du marché de tous les produits originaires de la même exploitation ?

2. a) Waarom bestaat er in Belgie¨ geen opsporingssysteem waardoor de herkomst van de geteste en positief bevonden voedingsmiddelen kan worden teruggevonden en dat garandeert dat alle producten die van dezelfde producent afkomstig zijn snel van de markt worden gehaald ?

b) Seriez-vous favorable à un tel système ?

b) Bent u voorstander van een dergelijk systeem ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

536

3. Quels sont les controˆles effectués pour détecter les nitrofuranes et quelles sont les sanctions financières pour que leur emploi perde son coˆté avantageux ?

3. Welke controles worden uitgevoerd om nitrofuranen op te sporen en welke geldboetes worden opgelegd om het voordeel van het gebruik ervan teniet te doen ?

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003, à la question no 3 de M. Claude Eerdekens du 18 juillet 2003 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 3 van de heer Claude Eerdekens van 18 juli 2003 (Fr.) :

1. a) Les controˆles des nitrofuranes existent déjà en Belgique et dans les E´tats membres depuis 1996 en application de la directive 96/23/CEE.

1. a) Er worden in Belgie¨ en in de lidstaten reeds controles op nitrofuranen uitgevoerd sedert 1996, in uitvoering van richtlijn 96/23/EEG.

La possibilité de détection de l’utilisation de ces substances antibiotiques interdites est, depuis deux ans, fortement améliorée par la possibilité de détecter les traces des métabolites de ces molécules.

De mogelijkheid om het gebruik van deze illegale antibiotische stoffen op te sporen is sinds twee jaren fel verbeterd aangezien nu ook sporen van de metabolieten van deze moleculen kunnen worden opgespoord.

La Commission européenne a financé un projet de recherche scientifique pour la mise au point d’une méthode d’analyse en collaboration avec le laboratoire de référence communautaire européen, dont la MS — Spectrométrie de Masse.

De Europese Commissie financierde een wetenschappelijk onderzoeksproject betreffende de ontwikkeling van een analysemethode in samenwerking met het EG-referentielaboratorium, zoals MS (massaspectrometrie).

Après mise au point de cette méthode d’analyse, le Laboratoire communautaire de référence européen a formé les laboratoires nationaux de référence.

Toen deze analysemethode op punt stond, begon het referentielaboratorium van de Europese Gemeenschap met het opleiden van de nationale referentielaboratoria.

Le laboratoire national de référence belge a dès le début participé à ces formations.

Het Belgische nationale referentielaboratorium nam van meet af aan deel aan deze opleidingen.

Trois autres laboratoires belges agréés ont validé cette méthode d’analyse et l’utilisent régulièrement. Ils sont sollicités par l’AFSCA (Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire) mais aussi par les firmes et les autorités d’autres pays.

Drie andere geaccrediteerde Belgische laboratoria hebben deze methode gevalideerd en gebruiken ze regelmatig. Door het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen) maar ook door firma’s en overheden van andere landen wordt op hen beroep gedaan.

b) Les programmes de controˆle mis en œuvre en vue de la détection de ces substances sont :

b) De controleprogramma’s die toegepast worden voor de opsporing van deze substanties zijn de volgende :

— Le programme national de monitoring

— Nationaal monitoringprogramma

Dans le cadre de la directive 96/23/CEE est annuellement mis au point un programme d’échantillonnage et d’analyse relatif à la détection de résidus et de contaminants qui tient compte des expériences acquises au cours de l’année précédente. — Produits importés

In het kader van de richtlijn 96/23/EEG wordt jaarlijks een bemonsterings- en analyseplan voor het opsporen van residuen en contaminanten uitgewerkt, waarbij telkens rekening wordt gehouden met de ervaringen van het voorbije jaar. — Ingevoerde producten

Le controˆle des denrées alimentaires importées ou introduites dans le pays est basé sur les éléments suivants :

De controle op ingevoerde of ingebrachte levensmiddelen wordt door volgende elementen aangestuurd :

Les décisions européennes spécifiques relatives à l’importation de certains produits présentant un risque accru de présence de substances non autorisées à l’intérieur de l’UE.

Specifieke Europese beschikkingen in verband met de import van zekere producten waarvoor een verhoogde kans op de aanwezigheid van in de EU niet toegelaten stoffen bestaat.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

537

— Le RASFF (Rapid Alert System Food Feed) dans le cadre duquel les E´tats membres fournissent des informations quant à la présence constatée de substances interdites.

— Het RASFF (Rapid Alert System Food Feed) waarbij de lidstaten informatie verstrekken omtrent de vastgestelde aanwezigheid van verboden stoffen.

— Certaines analyses ciblées portant sur la présence de résidus et de contaminants dans les produits importés en provenance des pays tiers, basées sur les expériences belges en rapport avec des importations précédentes.

— Gericht onderzoek op residu’s en contaminanten op producten ingevoerd uit derde landen gebaseerd op eigen nationale ervaringen met vorige import.

La fréquence des échantillonnages et des analyses est fonction du volume des importations et des éléments précités.

De omvang van de invoer en de voorvernoemde elementen zijn factoren die hier de frekwentie van de monstername en analyse beı¨nvloeden.

En ce qui concerne les nitrofuranes, le plan pour 2003 prévoit les nombres d’analyses renseignés ciaprès :

Met betrekking tot nitrofuranen zijn in het plan 2003 volgende aantallen analyses voorzien :

Plan d’échantillonnage relatif à la détection des nitrofuranes Catégorie de produit — Soort product

Bemonsteringsplan opsporen nitrofuranen

Lieu d’échantillonnage — Plaats bemonstering

Type

Volailles. — Gevogelte ........ Poules. — Kippen Ferme. — Hoeve Poulets de chair. — Vleeskippen Abattoir. — Slachthuis Poules pondeuses. — Leghennen Abattoir. — Slachthuis Dindes. — Kalkoenen Abattoir. — Slachthuis Autres. — Andere Abattoir. — Slachthuis Viandes de poulets et de dindes. — Poste d’inspection frontalier. — GrensinKippen- en kalkoenenvlees spectiepost Œufs. — Eieren ................... Œufs de poules. — Kippeneieren Œufs de poules. — Kippeneieren

Ferme. — Hoeve Poste d’inspection frontalier. — Grensinspectiepost

Producteur d’ovoproduits. — Eiproductenfabrikant Ovoproduit liquide. — Vloeibaar eipro- Producteur d’ovoproduits. — Eiproducduct tenfabrikant Tous les ovoproduits. — Alle eiproducten Poste d’inspection frontalier. — Grensinspectiepost

Nombre — Aantal 200 200 20 20 6 4 50 50

Ovoproduits. — Eiproducten Blanc d’œuf en poudre. — Eiwitpoeder

Produits de poisson. — Visproducten ............................ De la pêche et de l’aquaculture. — Uit Poste d’inspection frontalier. — Grensinvisvangst en aquacultuur spectiepost Vivier. — Visvijver Crustacés. — Schaaldieren ... Crevettes. — Garnaalsoorten

Poste d’inspection frontalier. — Grensinspectiepost Poste d’inspection frontalier. — Grensinspectiepost

Homards. — Kreeften

75 50 25

3 20 10 3

Bovins. — Runderen ........... Carcasses. — Karkassen

Abattoir. — Slachthuis

50

Porcs. — Varkens ................ Carcasses. — Karkassen


40

Veaux. — Kalveren ............. Carcasses. — Karkassen


20

Lapins. — Konijnen ............ Carcasses. — Karkassen


12


2003

2004


68

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

538

2. a) et b) Lors de la constatation de la présence de substances interdites dans des denrées alimentaires, les autorités procèdent effectivement à un retraçage.

2. a) en b) Bij vaststelling van de aanwezigheid van verboden stoffen in levensmiddelen wordt er door de overheid wel degelijk retracering doorgevoerd.

Cette procédure implique qu’en premier lieu tous les produits ayant été soumis aux mêmes conditions de production que le produit contaminé font l’objet d’une saisie conservatoire chez le fabricant ou chez le distributeur.

Hierbij wordt in de eerste plaats bij fabrikant of verdeler alle producten, die in vergelijkbare omstandigheden als het gecontamineerde product werden voortgebracht, onder bewarend beslag geplaatst.

Si la contamination est confirmée, les produits devront être détruits ou la réutilisation de ceux-ci à des fins non alimentaires sera autorisée.

Als de contaminatie bevestigd wordt, dienen de producten vernietigd te worden of wordt een niet-voedingshergebruik toegelaten.

Afin d’améliorer encore les possibilités de traçabilité, un « arrêté royal relatif à l’autocontroˆle, à la notification obligatoire et à la traçabilité dans la chaıˆne alimentaire » a été rédigé par l’AFSCA. Il devrait être adopté et publié bientoˆt. En application de cet arrêté royal, toutes les entreprises du secteur des denrées alimentaires seront obligées de mettre au point une stratégie de traçabilité fiable.

Om de mogelijkheden van retracering nog te verbeteren werd door het FAVV een « koninklijk besluit betreffende autocontrole, meldingsplicht en traceerbaarheid in de voedselketen » opgesteld. Het zal eerlang aangenomen en gepubliceerd worden. In uitvoering van dit koninklijk besluit wordt aan alle bedrijven in de levensmiddelensector de verplichting opgelegd om een degelijk traceerbaarheidsbeleid uit te werken.

Ceci démontre bien l’engagement de l’autorité compétente en vue d’instaurer rapidement un système de traçabilité fiable pour toutes la chaıˆne alimentaire.

Dit bewijst duidelijk het engagement van de bevoegde overheid om er snel voor te zorgen dat in de gehele voedselketen een betrouwbaar traceringssysteem beschikbaar komt.

3. En ce qui concerne les controˆles réalisés dans le but de détecter les nitrofuranes, voir le point 1 cidessus.

3. Omtrent de controles uitgevoerd om nitrofuranen op te sporen. Dit werd onder punt 1 reeds behandeld.

En ce qui concerne les mesures destinées à décourager l’utilisation de ces substances, on peut préciser ce qui suit :

Betreffende de maatregelen ter ontmoediging van het gebruik kan het volgende gesteld worden :

— en cas de constatation de la présence de nitrofuranes chez des animaux destinés à l’alimentation humaine ou dans des produits d’origine animale, un traçage est exécuté vers l’exploitation d’origine et celle-ci est mise sous saisie conservatoire. Des échantillons complémentaires sont prélevés. Les analyses et les couˆts éventuels qui en découlent sont à charge du responsable ou du détenteur.

— bij een vaststelling van nitrofuranen bij dieren bestemd voor de menselijke voeding of bij producten van dierlijke oorsprong wordt een tracering uitgevoerd naar het bedrijf van oorsprong en wordt dit onder bewarend beslag geplaatst. Er worden bijkomende stalen genomen. De analyses en de eventuele bijkomende kosten die hieruit voortvloeien zijn op kosten van de verantwoordelijke of houder.

— par analogie avec les substances hormonales, en cas de constatation de la présence de nitrofuranes dans des exploitations porcines ou bovines, le statut H est attribué à l’exploitation d’élevage en question (l’utilisation de cette substance est interdite chez les animaux de rente).

— analoog als voor hormonale stoffen wordt bij de vaststelling van de aanwezigheid van nitrofuranen bij varkens- en rundveebedrijven, een H-statuut toegekend (gebruik van deze stof verboden bij nutsdieren).

L’impact financier de cette décision peut être très important (commercialisation d’animaux interdite pendant 52 semaines; les animaux peuvent uniquement être transférés à un abattoir belge où, au moins

De financie¨le gevolgen hiervan zijn zeer zwaar (verhandeling van dieren verboden gedurende 52 weken, dieren kunnen enkel terecht in een Belgisch slachthuis waar, minstens 10 % van de aangevoerde dieren op


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

539

10 % des animaux sont testés sur la présence du contaminant aux frais de l’éleveur; suspension des aides européennes pour la durée d’un an et les animaux abattus sont exclus de l’attribution d’un label de qualité).

kosten van de exploitant van het veebedrijf onderzocht worden op de aanwezigheid van de contaminant, het toekennen van Europese steun vervalt voor één jaar en de geslachte dieren komen niet meer in aanmerking voor het toekennen van een kwaliteitslabel).

— Comme indiqué ci-dessus, la détection dans des denrées alimentaires a pour conséquence que les produits en question sont saisis et qu’il y a lieu d’organiser un rappel.

— De vaststelling in levensmiddelen heeft, zoals hoger vermeld, tot gevolg dat deze producten in beslag worden genomen en dat een recall dient te gebeuren.

L’impact financier de ces mesures ne peut pas non plus être sous-estimé et l’arsenal juridique dont nous disposons paraıˆt suffisamment dissuasif. La présence de nitrofuranes dans les produits alimentaires en Belgique est d’ailleurs presque exclusivement liée aux produit importés.

De financie¨le impact van dergelijke maatregelen mag evenmin onderschat worden en de beschikbare juridische middelen lijken voldoende af te schrikken. De aanwezigheid van nitrofuranen in levensmiddelen in Belgie¨ heeft anderzijds bijna uitsluitend betrekking op ingevoerde producten.

DO 0000200360023

DO 0000200360023

Question no 6 de M. Francis Van den Eynde du 18 juillet 2003 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 6 van de heer Francis Van den Eynde van 18 juli 2003 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Drogues. — Augmentation de la consommation de drogues.

Drugs. — Stijging druggebruik.

` l’occasion de la journée mondiale de lutte contre A la drogue, un commissaire divisionnaire spécialisé de la police fédérale a déclaré que la consommation de drogues dans notre pays représente annuellement près de 2,5 milliards d’euros. Il a parlé d’une crise et a déclaré : « Nous perdons le controˆle. L’évolution récente de la consommation des drogues synthétiques est inédite. Les trafiquants s’appuient sur un marketing très agressif et sont sans cesse en quête de nouveaux produits afin de favoriser la vente. »

Naar aanleiding van de « werelddrugdag » van eind juni 2003 verklaarde een gespecialiseerde hoofdcommissaris van de federale politie dat in dit land voor ongeveer 2,5 miljard euro per jaar aan drugs gebruikt wordt. Hij had het over een crisis en verklaarde letterlijk : « Er is geen houden meer aan. Nooit hebben we een evolutie gezien zoals met de synthetische drugs. Verkopers gebruiken een zeer agressieve marketing. Ze zoeken voortdurend naar nieuwe producten om toch maar te kunnen verkopen. »

Au hit-parade des drogues on trouve ensuite le cannabis. Dans notre pays l’on note par ailleurs une consommation annuelle de 3,8 tonnes de cocaı¨ne et le nombre d’héroı¨nomanes peut être estimé à 30 000.

Daarna blijft cannabis de meest gebruikte drug. Maar bovendien consumeert dit land jaarlijks ook 3,8 ton cocaı¨ne en leven er naar schatting 30 000 heroı¨neverslaafden.

1. Le gouvernement est-il au courant de cette situation de plus en plus épineuse ?

1. Is de regering van deze toestand die steeds hachelijker wordt, op de hoogte ?

2. Le gouvernement est-il conscient des dangers que cet état de choses représente pour la santé publique ?

2. Mag ik aannemen dat de regering ook beseft welk gevaar voor de volksgezondheid een en ander inhoudt ?

3. a) Des mesures particulières ont-elles été prises pour remédier à cette situation ?

3. a) Werden er bijzondere maatregelen in dit verband door de minister getroffen ?

b) Dans l’affirmative, lesquelles ?

b) Zo ja, welke ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

540

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003, à la question no 6 de M. Francis Van den Eynde du 18 juillet 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 6 van de heer Francis Van den Eynde van 18 juli 2003 (N.) :

1. Le gouvernement en est parfaitement conscient et, plus particulièrement le département de la Santé publique, qui est tenu régulièrement au courant par le Point focal belge reitox, institué au sein de l’Institut de la santé publique — Louis Pasteur, des incidents survenus à cause de l’usage de drogues illicites autres que le cannabis, et en particulier dans le cadre de l’usage de nouvelles drogues de synthèse.

1. De regering en in het bijzonder het departement Volksgezondheid dat regelmatig op de hoogte wordt gehouden door de Belgische Reitox Focal Point, opgericht in de schoot van het Wetenschappelijk Instituut van volksgezondheid, is zich terdege bewust van de incidenten die zich hebben voorgedaan ten gevolge van het gebruik van illegale drugs, andere dan cannabis, en in het bijzonder in het kader van het gebruik van nieuwe synthetische drugs.

2. Le gouvernement est parfaitement conscient du danger de ces substances pour la santé publique. C’est pourquoi, suite à un Conseil des ministres qui a eu lieu consécutivement à l’affaire du PMA (aouˆt 2001), il a été décidé, par le biais de l’arreˆté royal du 29 juin 2003 (ci-joint), d’officialiser l’existence du Point focal belge reitox qui fait partie du réseau européen d’information sur les drogues et les toxicomanies.

2. De regering is zich perfect bewust van het gevaar van deze substanties voor de volksgezondheid. Daarom, in antwoord op een Ministerraad die tengevolge van de PMA-zaak (augustus 2001) heeft plaatsgehad, werd besloten, door middel van het Belgische Reitox « Focal Point » dat deel uitmaakt van het Europese informatienetwerk over drugs en toxicomanie of drugverslaafdheid, officieel te bekrachtigen.

3. Tout laboratoire et toxicologique est tenu de signaler quotidiennement au Point focal belge reitox les résultats d’analyse d’échantillons qui se sont révélés positifs pour les drogues illicites autres que le cannabis et ce meˆme si l’analyse est faite dans le cadre d’une instruction judiciaire ou d’une enqueˆte judiciaire. Les données que doit communiquer le laboratoire visé sont anonymes et reprennent (pour autant que cela soit connu) :

3. Elk medisch en toxicologisch laboratorium moet dagelijks aan het Belgisch Reitox Focal Point de analyseresultaten van de stalen meedelen die positief bleken voor de illegale drugs en andere dan de cannabis en dit zelfs indien de analyse in het kader van een gerechtelijke instructie of van een gerechtelijk onderzoek werd uitgevoerd. De gegevens die het bedoelde labo moet doorgeven, zijn anoniem en hernemen (voor zover bekend) :

— le lieu ou la drogue a été découverte (arrondissement et type d’endroit);

— de plaats waar de drugs werden ontdekt (arrondissement en aard van de plaats);

— le moment de l’incident;

— de aard van het biologische staal of van de drugstaal, alsook hoe het drugstaal eruit ziet (vorm, afmeting, kleur, gewicht en logo);

— la nature de l’échantillon de drogue biologique ou de l’échantillon de drogue de meˆme que l’aspect de l’échantillon de drogue (forme, dimension, couleur, poids, logo);

— de samenstelling van het ontdekte product (actieve substanties, concentratie, versneden producten);

— la composition du produit découvert (substances actives, concentration, produits de coupe) l’aˆge et le sexe du patient en cas d’intoxication aigue¨.

— de leeftijd en het geslacht van de patie¨nt in het geval van zware intoxicatie.

Le Point focal belge reitox communique ces informations aux hoˆpitaux, s’il s’agit d’une nouvelle drogue de synthèse, d’une drogue particulièrement dangereuse ou d’un acte malintentionné. Il a également le pouvoir légal de faire un communiqué de presse.

Als het over een nieuwe synthetische drug, een buiten gewoon gevaarlijke drug of een kwaadwillige daad gaat, deelt het Belgische Reitox Focal Point deze informatie mee aan de ziekenhuizen. Het punt heeft eveneens het wettelijk recht om een persmededeling op te stellen.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

541

DO 0000200360017

DO 0000200360017

Question no 15 de M. Claude Eerdekens du 25 août 2003 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Substituts de repas. — E´tiquetage. — Mode d’emploi.

Vraag nr. 15 van de heer Claude Eerdekens van 25 augustus 2003 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Selon Test Santé (no 55 de juin-juillet 2003), les substituts de repas ont un étiquetage et un mode d’emploi qui sont presque laissés à l’appréciation des fabricants. Selon la législation, il s’agit de produits d’alimentation particulière, mais dans les faits, tout se passe comme s’il s’agissait de simples yaourts, milkshakes ou soupes lyophilisées. Le consommateur devrait pourtant être averti de la catégorie d’aliments qu’il a en main et de l’usage qu’il peut en faire sans danger pour sa santé.

Volgens Test Gezondheid (nr. 55 van juni-juli 2003) hebben de fabrikanten zo goed als vrij spel in de etikettering en de gebruiksaanwijzing van maaltijdvervangers. Volgens de wetgeving zijn maaltijdvervangers bijzondere voedingsproducten, maar in de praktijk zou men denken dat het gewone yoghurtjes, milkshakes of oplossoepjes zijn. De consument zou echter gewaarschuwd moeten worden voor het product dat hij in handen krijgt en hij zou op de hoogte moeten worden gebracht van de manier waarop hij het product zonder gevaar voor zijn gezondheid kan gebruiken.

Pour la loi, les substituts de repas sont considérés comme des « aliments diététiques destinés aux régimes hypocaloriques destinés au controˆle du poids ». Mais, les contraintes en matière d’étiquetage sont à peine plus importantes que celles liées aux denrées alimentaires préemballées habituelles.

Volgens de wet worden maaltijdvervangers als « dieetproducten voor caloriearme vermageringskuren » beschouwd, maar de regelgeving voor de etikettering ervan is nauwelijks strenger dan die voor de gewone voorverpakte voedingswaren.

1. Pourquoi n’existe-t-il pas de réglementation sévère en matière d’étiquetage des substituts pour repas ?

1. Waarom bestaat er geen strenge regelgeving voor de etikettering van maaltijdvervangers ?

2. Pourquoi toutes les réserves (concernant les femmes enceintes allaitantes, un emploi sur une longue durée ou à titre d’alimentation exclusive) ne sont-elles pas clairement mentionnées ?

2. Waarom wordt het gemaakte voorbehoud (voor zwangere en zogende vrouwen, bij langdurig gebruik, als enig voedingsmiddel) niet duidelijk vermeld ?

3. Quels sont les controˆles effectués pour vérifier la conformité de ces produits à la législation ?

3. Welke controles worden uitgevoerd om na te gaan of deze producten in overeenstemming met de wetgeving zijn ?

4. Quelles mesures ont déjà été prises pour rassurer le consommateur en cette matière ?

4. Welke maatregelen werden reeds genomen om de consument hieromtrent gerust te stellen ?

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003 à la question no 15 de M. Claude Eerdekens du 25 août 2003 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 15 van de heer Claude Eerdekens van 25 augustus 2003 (Fr.) :

J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre de ce qui suit.

Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.

1. Les aliments diététiques destinés à être utilisés dans les régimes hypocaloriques destinés à la perte de poids (repas de substitution) sont soumis aux normes de la directive européenne 96/8/CE. Cette directive a été transposée en droit belge par l’arrêté royal du 11 octobre 1997 modifiant l’arrêté royal du 18 février 1991 relatif aux denrées alimentaires destinées à une alimentation particulière.

1. Dieetvoedingsmiddelen bestemd om in energiebeperkte die¨ten te worden verbruikt voor gewichtsbeheersing (vervangmaaltijden) zijn onderworpen aan de normen van de Europese richtlijn 96/8/EG. Deze richtlijn is omgezet in Belgische recht bij het koninklijk besluit van 11 oktober 1997 tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 februari 1991 betreffende voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding.


2003

Maaltijdvervangers. — Etikettering. — Gebruiksaanwijzing.

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

542

Aucune initiative n’a été prise à ce jour par la Commission européenne pour revoir ces normes européennes. 2. Avant l’existence de ces normes européennes, la Belgique disposait pour ce genre de produits d’un système d’enregistrement (système d’autorisaton). Le Conseil Supérieur d’Hygiène traitait les dossiers et fixait fréquemment des critères supplémentaires d’étiquetage (par exemple pour les femmes enceintes). Seul le respect de ces critères conditionnait l’octroi des autorisations par arrêté ministériel. Lors des discussions autour de la directive européenne, la Belgique a encore tenté de maintenir ce système mais elle s’est heurtée à des oppositions pour cause d’entraves au commerce. 3. et 4. En général, peu de problèmes ont été constatés en matière de composition des produits concernés. L’étiquetage de ces produits fait l’objet de controˆles de routine. Comme indiqué aux points 1 et 2, l’alimentation particulière est soumise à une réglementation européenne. De nombreux repas de substitution sont produits dans d’autres E´tats membres, principalement en France. ` noter cependant que les produits mentionnés A (milk-shakes, soupes, etc.) ne relèvent pas toujours des repas de substitution. Un certain nombre de ces produits sont considérés comme des denrées alimentaires/des snacks enrichis et doivent répondre aux dispositions de l’arrêté royal du 3 mars 1992 concernant la mise dans le commerce de nutriments et de denrées alimentaires auxquelles des nutriments ont été ajoutés. Avant leur mise sur le marché, ces produits doivent donc être notifiés auprès des services compétents, après quoi un numéro de notification peut éventuellement leur être attribué. C’est l’administration du SPF Santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Santé publique qui gère ces dossiers, dont le controˆle est exercé par l’Agence Fédérale pour la Sécurité de la Chaıˆne Alimentaire.

Er zijn heden geen initiatieven van de Europese Commissie om deze Europese normen te herzien.

Le consommateur peut toujours poser des questions spécifiques au point de contact de l’Agence Fédérale pour la Sécurité de la Chaıˆne Alimentaire ou aux fonctionnaires des services concernés.

2. Voor het bestaan van deze Europese normen beschikte Belgie¨ voor dergelijke producten over een systeem van registratie (vergunningssysteem). De Hoge Gezondheidsraad behandelde de dossiers en frequent werden bijkomende (zoals voor zwangere vrouwen) eisen gesteld voor de etikettering. Enkel bij het opvolgen van deze eisen werden de vergunningen bij ministerieel besluit gegeven. Belgie¨ heeft bij de bespreking van de Europese richtlijn nog getracht om een dergelijk systeem te behouden maar dit stuitte op verzet wegens handelsbelemmeringen. 3. en 4. Algemeen worden weinig problemen vastgesteld in verband met de samenstelling van de betreffende producten. De etikettering van de producten worden bij routinecontroles nagekeken. Zoals vermeld in punten 1 en 2, is bijzondere voeding onderworpen aan een Europese regelgeving. Veel van de vervangmaaltijden worden in andere Lidstaten, voornamelijk in Frankrijk geproduceerd. Er dient echter opgemerkt te worden dat de vermelde producten (milkshakes, soepen, enz.) niet altijd binnen het toepassingsgebied van de vervangmaaltijden vallen. Een aantal van deze producten worden beschouwd als verrijkte voedingsmiddelen/snacks en dienen te voldoen aan het koninklijk besluit van 3 maart 1992 betreffende het in de handel brengen van nutrie¨nten en van voedingsmiddelen waaraan nutrie¨nten werden toegevoegd. Deze producten dienen aldus voorafgaand aan het in de handel brengen genotificeerd te worden bij de bevoegde diensten, waarna een eventueel notificatienummer kan toegekend worden. Het beheer van deze dossiers gebeurt door de administratie van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid Voedselketen en Leefmilieu en de controle wordt uitgevoerd door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen. Specifieke vragen van de consument kunnen steeds gesteld worden aan het meldpunt van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen of aan de ambtenaren van de betrokken diensten.

DO 0000200360231

DO 0000200360231

Question no 18 de M. Claude Eerdekens du 9 septembre 2003 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Suppléments alimentaires anti-aˆge. Test Santé (no 56 d’aouˆt-septembre 2003) se montre très prudent par rapport aux suppléments alimentaires anti-aˆge.

Vraag nr. 18 van de heer Claude Eerdekens van 9 september 2003 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : Voedingssupplementen tegen veroudering. Test Gezondheid (nr. 56, augustus-september 2003) laat zich zeer voorzichtig uit over voedingssupplementen tegen veroudering.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

543

Certaines substances comme la vitamine C, le coenzyme Q10, la glucosamine, le chondroı¨tine, le ginkgo biloba, le sélénium, la vitamine E ou le bétacarotène ont des effets controversés mais sont cependant en vente libre dans les grandes surfaces ou magasins diététiques.

Van bepaalde stoffen, zoals vitamine C, coenzym Q10, glucosamine, chondroı¨tine, ginkgo biloba, selenium, vitamine E of bètacaroteen, wordt de werkzaamheid betwist; toch zijn deze producten vrij verkrijgbaar in de supermarkt of dieetwinkel.

1. Quelle est la réglementation qui s’applique à ces substances ?

1. Welke regelgeving is op deze producten van toepassing ?

2. Quelles sont les exigences de qualité requises pour vendre ces produits ?

2. Aan welke kwaliteitsvereisten moet er worden voldaan om deze producten te mogen verkopen ?

Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 13 octobre 2003, à la question no 18 de M. Claude Eerdekens du 9 septembre 2003 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 18 van de heer Claude Eerdekens van 9 september 2003 (Fr.) :

J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre de ce qui suit.

Ik heb de eer het geachte lid het volgende mede te delen.

1. La réglementation belge sur les compléments alimentaires contient deux volets.

1. De Belgische reglementering voor voedingssupplementen omvat twee luiken.

Les compléments alimentaires à base de vitamines, de minéraux, d’oligo-éléments (comme par exemple le sélénium), d’acides gras essentiels et d’acides aminés essentiels tombent sous l’application de l’arrêté royal du 3 mars 1992 concernant la mise dans le commerce de nutriments et de denrées alimentaires auxquelles des nutriments ont été ajoutés.

Voedingssupplementen op basis van vitamines, mineralen, oligo-elementen (zoals bijvoorbeeld seleen), essentie¨le vetzuren en essentie¨le aminozuren vallen onder de toepassing van het koninklijk besluit van 3 maart 1992 betreffende het in de handel brengen van nutrie¨nten en van voedingsmiddelen waaraan nutrie¨nten werden toegevoegd.

Les compléments alimentaires à base de plantes (comme par exemple le Ginkgo biloba) et de préparations de plantes tombent sous l’application de l’arrêté royal du 29 aouˆt 1997 relatif à la fabrication et au commerce de denrées alimentaires composées ou contenant des plantes ou préparations de plantes.

Voedingssupplementen op basis van planten (zoals bijvoorbeeld Ginkgo biloba) en plantenbereidingen vallen onder de toepassing van het koninklijk besluit van 29 augustus 1997 betreffende de fabricage van en de handel in voedingsmiddelen die uit planten of uit plantenbereidingen samengesteld zijn of deze bevatten.

Depuis peu, il existe au niveau européen une directive-cadre 2002/46 relative au rapprochement des législations des E´tats membres concernant les compléments alimentaires. Celle-ci prévoit essentiellement des exigences en matière d’étiquetage et de publicité pour les compléments alimentaires.

Sedert kort bestaat op Europees vlak de kaderrichtlijn 2002/46 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voedingssupplementen. Deze voorziet in hoofdzaak eisen in verband met etikettering van en reclame voor voedingssupplementen.

La réglementation belge a été modifiée conformément à la directive par les arrêtés royaux du 15 mai 2003 modifiant les arrêtés royaux précités.

De Belgische reglementering werd conform de richtlijn gewijzigd door de koninklijke besluiten van 15 mei 2003 tot wijziging van de reeds genoemde koninklijke besluiten.

Nous avons également pris l’initiative d’élaborer une réglementation pour les compléments alimentaires contenant des substances autres que des nutriments, des plantes ou des préparations de plantes déjà réglementés (comme par exemple le coenzyme Q10, la glucosamine et la chondroı¨tine). Actuellement, le Conseil supérieur d’hygiène doit rendre un avis.

Wij hebben eveneens het initiatief genomen om voor voedingssupplementen die andere stoffen bevatten dan de reeds gereglementeerde nutrie¨nten en planten of plantenbereidingen (zoals bijvoorbeeld Coenzym Q10, glucosamine en chondroı¨tine) een reglementering te voorzien. De Hoge Gezondheidsraad zal heden een advies geven.

2. Tant l’arrêté relatif aux plantes que celui concernant les nutriments prévoient une procédure de notification. Une procédure de notification similaire sera également inscrite dans la réglementation relative aux

2. Zowel in het plantenbesluit als in het nutrie¨ntenbesluit is een notificatieprocedure voorzien. Ook in de reglementering voor « andere stoffen » zal een gelijkaardige notificatieprocedure voorzien worden. Dit


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

544

« autres substances ». Cela signifie qu’avant de pouvoir commercialiser les compléments alimentaires, un dossier doit être introduit auprès des autorités. Ce dossier contient, entre autres, la liste des ingrédients, l’analyse nutritionnelle, l’étiquetage du produit et des données relatives à la toxicité et à la stabilité des principes actifs. Les fabricants doivent également s’engager à soumettre fréquemment et à intervalles irréguliers le produit à une analyse et à mettre les résultats de cette analyse à la disposition de l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire (AFSCA).

houdt in dat vooraleer voedingssupplementen in de handel mogen gebracht worden, bij de overheid een dossier moet ingediend worden. Dit dossier bevat onder andere de ingredie¨ntenlijst, nutritionele analyse, de etikettering van het product, toxiciteitgegevens en gegevens in verband met de stabiliteit van de actieve stoffen. De fabrikanten moeten eveneens de verbintenis aangaan dat het product frequent en op wisselende tijdstippen aan analyse zal onderworpen worden en dat de analyseresultaten ter beschikking van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) zullen gehouden worden.

Lorsque toutes les conditions sont remplies, un numéro de notification est accordé au produit. Ce n’est qu’à partir de ce moment que le produit peut être mis dans le commerce et que les inspecteurs de l’AFSCA en assurent le controˆle ultérieur.

Wanneer aan alle voorwaarden voldaan is, wordt aan het product een notificatienummer toegekend. Pas daarna kan het product in de handel gebracht worden en voeren de inspecteurs van het FAVV de verdere controle uit.

Ministre de l’Ećonomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique


Ećonomie

Economie

DO 0000200360126

DO 0000200360126

Question no 4 de M. Willy Cortois du 1er août 2003 (N.) à la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique : E´talonnage de caméras et de boıˆtiers pour radars automatiques. — Formation radar.

Vraag nr. 4 van de heer Willy Cortois van 1 augustus 2003 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Je me réfère à votre réponse à ma question orale no 21 du 29 juillet 2003 en commission de l’Ećonomie, des Institutions scientifiques et culturelles nationales, des Classes moyennes et de l’Agriculture, concernant l’étalonnage de caméras et de boıˆtiers pour radars automatiques (Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission de l’Ećonomie, 29 juillet 2003, COM 004, p. 4).

Ik verwijs naar uw antwoord op mijn mondelinge vraag nr. 21 van 29 juli 2003 in de commissie voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de Nationale Wetenschappelijke en Culturele Instellingen, de Middenstand en de Landbouw, betreffende het ijken van camera’s en flitspalen (Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie Bedrijfsleven, 29 juli 2003, COM 004, blz. 4).

Je déduis de votre réponse que même les radars qui sont étalonnés, qui satisfont à la législation en vigueur et qui sont pourvus d’un certificat d’étalonnage, ne garantissent pas que les résultats des mesures sont corrects. En effet, le bon fonctionnement des appareils radars dépend de facteurs liés à l’environnement dans lequel ils fonctionnent, contrairement aux équipements CFR (caméras feux rouges) qui sont homologués en même temps que le site ou` ils sont installés.

Uit uw antwoord moet ik afleiden dat zelfs radars die geijkt worden en voldoen aan de vigerende wetgeving en voorzien zijn van een ijkcertificaat, geen waarborg geven dat de metingen correcte resultaten waarborgen. Radartoestellen zijn immers voor hun goed functioneren afhankelijk van omgevingsfactoren. In tegenstelling met de RLC-toestellen (roodlichtcamera’s) die samen met hun site worden gehomologeerd.


2003

IJken van camera’s en flitspalen. — Opleiding radar.

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

545

1. Ce raisonnement est-il correct ?

1. Is deze redenering correct ?

2. a) Pouvez-vous communiquer combien de sites CFR ont été implantés en Région flamande, des sites CFR qui, selon votre réponse, sont inexistants en Wallonie et à Bruxelles ?

2. a) Kan u meedelen hoeveel RLC-sites werden ingeplant in het Vlaamse Gewest, en die volgens uw antwoord onbestaande zijn in Wallonie¨ en Brussel ?

b) Pouvez-vous m’indiquer plus précisément combien de policiers par région ont été formés par le Service de la métrologie ? Aucun en Région bruxelloise et en Wallonie, je présume, le nombre de 535 policiers concernant donc uniquement la Flandre.

b) Inzonderheid, kan u meedelen hoeveel politiemensen door de Metrologische Dienst werden opgeleid per gewest ? Ik veronderstel geen in het Gewest Brussel en Wallonie¨, het aantal van 535 politiemensen situeert zich dus integraal in Vlaanderen.

3. a) Quelle est la ventilation par région en ce qui concerne la formation radar ?

3. a) Hoe is de regionale verdeling voor de opleiding radar ?

b) Cette formation est-elle gratuite ou un montant est-il facturé ?

b) Is deze opleiding gratis of wordt daartoe een bedrag aangerekend ?

c) Pouvez-vous indiquer, à l’aide de données chiffrées, dans quelle mesure, dans chaque Région, la demande des deux formations dépasse l’offre ?

c) Kunt u cijfermatig aangeven in welke mate, per gewest, de vraag naar beide opleidingen het aanbod overtreft ?

4. Une concertation est-elle organisée à ce sujet avec votre collègue de l’Intérieur et comment celle-ci est-elle organisée ? Réponse de la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 14 octobre 2003, à la question no 4 de M. Willy Cortois du 1er août 2003 (N.) :

4. Bestaat er terzake een overleg met uw collega van Binnenlandse Zaken en hoe is dit georganiseerd ?

1. Tout instrument de mesure vérifié peut fournir des résultats de mesure erronés s’il est utilisé dans un environnement inapproprié ou s’il n’est pas utilisé conformément aux prescriptions du fabricant. Ceci est d’application, non seulement pour les radars, mais bien pour tous les instruments de mesure. En ce qui concerne les CFR (Caméras Feux Rouges), toujours installées de manière fixe, la procédure d’homologation a pour objectif de garantir le fonctionnement des instruments conformément aux dispositions légales et aux prescriptions du fabricant. Il n’est pas possible en ce qui concerne les radars, qui peuvent être également mobiles (par exemple installés dans un véhicule, sur trépied, etc.), d’appliquer de façon préalable les procédures d’homologation et, de fait, les résultats dépendent effectivement de l’utilisation correcte ainsi que du respect des prescriptions réglementaires et de celles du fabricant.

1. Alle geijkte meetinstrumenten kunnen verkeerde resultaten leveren indien ze in de verkeerde omgeving gebruikt worden of indien ze niet overeenkomstig de voorschriften van de fabrikant gebruikt worden. Dit geldt dus niet alleen voor de radar maar ook voor alle andere meetinstrumenten. Bij de RLC-toestellen (Rode Licht Camera), die altijd vast opgesteld staan, wordt via de homologatieprocedure bevestigd dat de toestellen werken volgens de wettelijke voorschriften en volgens de voorschriften van de fabrikant. Bij de radars, die ook mobiel kunnen ingezet worden (bijvoorbeeld ingebouwd in een voertuig, op driepikkel, enz.) is het niet mogelijk voorafgaandelijk de homologatieprocedure toe te passen en zijn de resultaten inderdaad afhankelijk van het juiste gebruik en de naleving van de wettelijke voorschriften en de voorschriften van de fabrikant.

Non seulement les paramètres liés à l’environnement mais aussi l’installation et le choix de l’emplacement peuvent influencer le bon fonctionnement du radar. Le bon fonctionnement du radar ne peut être assuré qu’en se conformant strictement aux prescriptions réglementaires et à celles du fabricant.

Niet alleen de omgevingsfactoren hebben een invloed op de goede werking van de radar, ook de uitrichting en de keuze van de locatie kunnen een invloed hebben. De goede werking van de radar kan enkel bekomen worden mits naleving van de wettelijke voorschriften en de voorschriften van de fabrikant.

Le bon fonctionnement du radar ne peut être garanti au préalable que s’il est installé de manière fixe.

Enkel bij een vaste opstellingsplaats van een radar kan de goede werking voorafgaandelijk vastgelegd worden.


2003

Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 14 oktober 2003, op de vraag nr. 4 van de heer Willy Cortois van 1 augustus 2003 (N.) :

2004


69

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

546

2. a) La Région flamande dispose de radars fonctionnant en l’absence d’un agent qualifié ainsi que de 197 sites CFR. Ce chiffre représente le nombre de dossiers d’homologation.

2. a) Het Vlaamse Gewest heeft zowel onbemande vaste radars als 197 RLC-sites. Dit aantal RLC-sites is bepaald aan de hand van het aantal homologatiedossiers.

La Région de Bruxelles-Capitale ne dispose que de 2 sites CFR, fonctionnant en l’absence d’un agent qualifié.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft enkel onbemande RLC-sites.

La Région wallonne ne dispose que de radars fixes fonctionnant en l’absence d’un agent qualifié.

Het Waalse Gewest heeft enkel onbemande vaste radars.

b) En ce qui concerne la Région de BruxellesCapitale, 3 agents ont bénéficié d’un écolage pour les CFR.

b) Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werden politiemensen opgeleid voor RLC.

Parmi les 532 agents de police restants qui ont bénéficié d’un écolage pour les CFR, 19 appartiennent à l’UPC (Unité provinciale de circulation) du Brabant établie à Bruxelles.

Van de overblijvende 532 opgeleide politiemensen voor RLC behoren er 19 tot de PVE (Provinciale Verkeers Eenheid) Brabant, die gevestigd is te Brussel.

3. a) En Région flamande, 255 agents de police ont suivi un écolage pour les radars.

3. a) Voor het Vlaamse Gewest werden 255 politiemensen opgeleid voor radar.

En Région wallonne, 66 agents de police ont suivi un écolage pour les radars.

Voor het Waalse Gewest werden 66 politiemensen opgeleid voor radar.

En Région de Bruxelles-Capitale, 24 agents de police ont suivi un écolage pour les radars.

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werden 24 politiemensen opgeleid voor radar.

b) La formation donnée par le Service de la métrologie est gratuite. Par conséquent, aucun montant n’est facturé par le Service de la métrologie.

b) De opleiding gegeven door de Metrologische Dienst is gratis. Er wordt dus geen bedrag aangerekend door de Metrologische Dienst.

c) Jusqu’à présent, les formations en français et en néerlandais ne sont données que par une seule personne. Actuellement, deux personnes supplémentaires, une néerlandophone et une francophone, subissent une formation ad hoc. Il n’est pas possible de préciser quand ces personnes seront opérationnelles. Il ne s’agit pas simplement de présenter un texte préétabli, mais aussi de pouvoir apporter des réponses concrètes et pratiques aux questions des agents de police.

c) Totnogtoe werden de opleidingen zowel in het Frans als het Nederlands door één persoon gegeven. Momenteel zijn bijkomend twee personen in opleiding : één Nederlandstalige en één Franstalige. Wanneer deze laatste twee personen volledig operationeel zullen zijn is een open vraag. Het gaat er immers niet alleen om een tekst voor te dragen maar ook om een antwoord te kunnen geven op de concrete en praktische vragen van politiemensen.

Actuellement le calendrier des formations est fixé et complet jusque fin septembre et différentes demandes attendent encore la fixation d’une date.

Momenteel is de opleidingsagenda reeds definitief ingevuld tot eind september en verschillende aanvragen wachten nog op een concrete datum.

4. Il n’y pas de concertation directe avec les Affaires intérieures. Un dossier a toutefois été introduit par l’OPAC (Oost-Vlaamse Politie Academie), afin que cette formation soit reprise dans le cadre général de la formation des agents de police. D’autres écoles de police attendent l’issue de ce dossier pour prendre elles-mêmes des initiatives similaires. Une sorte de numéro d’agrément pour ce type de formation est attendu de la part des Affaires intérieures.

4. Er is geen rechtstreeks overleg met de collega van Binnenlandse Zaken. Er werd een dossier ingediend door de OPAC (Oost-Vlaamse Politie Academie), teneinde deze opleiding op te nemen in de algemene vorming van de politiemensen. Andere politiescholen wachten de uitkomst van deze procedure af om gelijkaardige initiatieven te ontwikkelen. Het is wachten op een soort erkenningsnummer vanwege Binnenlandse Zaken voor deze opleiding.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

547

Eńergie

Energie

DO 0000200360177

DO 0000200360177

Question no 2 de M. Francis Van den Eynde du 21 août 2003 (N.) à la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 2 van de heer Francis Van den Eynde van 21 augustus 2003 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Impoˆts. — Perception de la cotisation sur l’énergie avant la publication au Moniteur belge.

Belastingen. — Heffing energiebijdrage voor publicatie in het Belgisch Staatsblad.

En raison de l’incorporation de la cotisation sur l’énergie dans les prix des carburants, tous les conducteurs de véhicules à essence et diesel et les consommateurs de gasoil de chauffage doivent débourser quotidiennement 375 000 euros supplémentaires depuis début aouˆt 2003.

Door de verrekening van de energiebijdrage in de brandstofprijzen moeten alle benzine- en dieselrijders en de stookolieverbruikers sinds begin augustus 2003 dagelijks 375 000 euro extra betalen.

Des juristes réputés estiment que cet impoˆt a été prélevé induˆment aussi longtemps que la loiprogramme, qui instaure la cotisation sur l’énergie, n’avait pas été publiée au Moniteur belge.

Verschillende gereputeerde juristen zijn de mening toegedaan dat deze belasting onterecht werd aangerekend zolang de programmawet, die de energiebijdrage invoert, niet in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd was.

En d’autres termes, l’impoˆt a été perçu prématurément durant plusieurs jours.

Met andere woorden : de belasting werd te vroeg geı¨nd en dit gedurende verschillende dagen.

Des professeurs d’université spécialisés en la matière sont d’avis qu’un citoyen pourrait saisir le tribunal pour réclamer le (petit) montant qu’il a payé injustement.

Terzake gespecialiseerde universiteitsprofessoren zijn van mening dat een burger omtrent één en ander naar de rechtbank zou kunnen stappen om het (luttele) bedrag dat hij onrechtmatig heeft betaald, terug te vorderen.

D’après les journaux, l’attention des ministres concernés, à savoir les ministres de l’Eńergie et des Finances, a été attirée sur la question mais ils ne s’en sont pas beaucoup souciés car ils pensaient que personne ne prendrait d’initiative en ce sens.

Volgens de kranten werd de aandacht van de betrokken ministers, namelijk deze van Energie en deze van Financie¨n, hierop gewezen maar tilden zij er niet zwaar aan omdat zij dachten dat niemand een initiatief in die zin zou ondernemen.

Peut-on désormais considérer que chaque fois qu’une situation similaire se présentera, le gouvernement adoptera la même attitude et fera donc payer des impoˆts, même si la loi dont ils découlent n’a pas encore paru au Moniteur belge ?

Kan er vanaf nu van uitgegaan worden dat telkens wanneer een gelijkaardige situatie zich zal voordoen de regering dezelfde houding zal aannemen en dus belastingen zal doen betalen, ook al is de wet waar ze uit voortvloeien nog niet in het Belgisch Staatsblad verschenen ?

Réponse de la ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 13 octobre 2003, à la question no 2 de M. Francis Van den Eynde du 21 août 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 2 van de heer Francis Van den Eynde van 21 augustus 2003 (N.) :

Les modalités d’application générales de la cotisation sur l’énergie prévue à la loi-programme du 5 aouˆt 2003, sont déterminées par mon collègue le ministre des Finances.

De algemene toepassingsmodaliteiten van de energieheffing voorzien in de programmawet van 5 augustus 2003, worden bepaald door mijn collega de minister van Financie¨n.

Puisque cette question lui a également été posée, je suis certaine qu’il pourra fournir des explications complémentaires à propos de ce dossier.

Aangezien deze vraag ook aan hem werd gericht, maak ik mij sterk dat hij de nodige bijomende toelichtingen kan verschaffen aangaande dit dossier.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

548

En ce qui concerne ma compétence, je peux vous communiquer que mon administration, la Direction générale de l’Eńergie du SPF Ećonomie, PME, Classes moyennes et Eńergie, a pris en compte la nouvelle cotisation sur l’essence en application de l’article 21, § 1er, du contrat de programme sur les produits pétroliers.

Voor wat mijn bevoegdheid betreft, kan ik u melden dat mijn administratie, de Algemene Directie Energie van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie de nieuwe energieheffing op benzine in rekening gebracht heeft in toepassing van artikel 21, § 1, van de programma-overeenkomst van aardolieproducten.

L’article 21, § 1er, du contrat du programme est libellé comme suit :

Artikel 21, § 1, van de programma-overeenkomst leest als volgt :

« Les modifications éventuelles des charges fiscales perçues sur les produits sont répercutées immédiatement et intégralement sur le prix au consommateur, le jour même de leur application. »

« De eventuele wijzigingen in de fiscale lasten op de producten hebben een onmiddellijke weerslag op de prijzen aan de consument op de dag van de toepassing. »

L’application de la nouvelle cotisation sur l’énergie en ce qui concerne l’essence est entrée en vigueur suite à une concertation avec les services concernés du SFP Finances, qui ont communiqué par écrit à mes services que les dispositions pratiques nécessaires ont été prises pour faire entrer en vigueur la cotisation sur l’énergie tel que prévu à la loi-programme du 5 aouˆt 2003. La loi-programme du 5 aouˆt 2003 a été publié au Moniteur belge le 7 aouˆt 2003.

De toepassing van de nieuwe energieheffing op benzine werd in voege gebracht na overleg met de betrokken diensten van de FOD Financie¨n die mijn diensten schriftelijk op de hoogte hebben gesteld dat de nodige praktische schikkingen waren getroffen om de energieheffing zoals voorzien in de programmawet van 5 augustus 2003 van kracht te laten worden. De programmawet van 5 augustus 2003 werd op 7 augustus 2003 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd.



Mobilité

Mobiliteit

DO 0000200360051

DO 0000200360051

Question no 4 de M. Jan Mortelmans du 23 juillet 2003 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale :

Vraag nr. 4 van de heer Jan Mortelmans van 23 juli 2003 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :

Installation obligatoire d’une « boıˆte noire » dans tous les camions et autocars.

Verplichte uitrusting van een « black box » voor alle vrachtwagens en autocars.

Le gouvernement précédent a confirmé le principe de l’instauration de l’obligation d’installation d’une « boıˆte noire » dans tous les camions et autocars.

De vorige regering bevestigde het principe van de realisatie van de verplichte uitrusting van een zogenaamde « black box » voor alle vrachtwagens en autocars.

1. Avez-vous l’intention de respecter cet engagement ? 2. Quelles initiatives ont déjà été prises en la matière ? 3. Quel échéancier a été prévu ?

2. Welke initiatieven werden terzake reeds genomen ? 3. Welke timing werd vooropgesteld ?

4. Cette mesure sera-t-elle étendue à tous les véhicules ?


1. Houdt de minister zich hier ook aan ?

2003

4. Wordt deze maatregel ook uitgebreid voor alle voertuigen ? 2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

549

Réponse du ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale du 17 octobre 2003, à la question no 4 de M. Jan Mortelmans du 23 juillet 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 17 oktober 2003, op de vraag nr. 4 van de heer Jan Mortelmans van 23 juli 2003 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-après les réponses aux questions posées :

Het geachte lid vindt hierna de antwoorden op de door hem gestelde vragen :

1. Le Conseil des ministres du 20 juillet 2000 a seulement considéré l’installation d’une boıˆte noire comme une des mesures possibles pour augmenter la sécurité sur route des camions et des autocars. Se focaliser uniquement sur ce point constituerait un signal ` l’heure actuelle, on attend davantage de erroné. A résultats d’une plus large application du limiteur de vitesse : à ce jour uniquement obligatoire pour les véhicules N3 (transport de choses > 12 tonnes) et M3 (transport de personnes > 5 tonnes); à partir de 2005 par étapes également pour les véhicules N2 (transport de choses entre 3,5 tonnes et 12 tonnes) et M5 (tous les transports de plus de 8+1 personnes).

1. De Ministerraad van 20 juli 2000 zag de installatie van een zwarte doos slechts als één van de mogelijke maatregelen om de wegveiligheid van vrachtwagens en autocars te verhogen. Alleen daarop focussen zou een verkeerd signaal zijn. Meer heil wordt momenteel verwacht van een ruimere toepassing van de snelheidsbegrenzer : nu enkel verplicht voor N3 (goederenvervoer > 12 ton) en M3 (personenvervoer > 5 ton) voertuigen; vanaf 2005 stapsgewijs ook voor N2 (goederenvervoer tussen 3,5 en 12 ton) en M2 (alle vervoer van meer dan 8+1 personen) voertuigen.

2 et 3. Au cas où notre pays déciderait unilatéralement d’imposer une boıˆte noire sur les camions et les autocars, ceci devrait être notifié auprès de la Commission européenne. E´tant donné qu’une proposition de directive-cadre relative à l’homologation européenne des véhicules utilitaires est momentanément en discussion, la Commission imposera selon toute vraisemblance une période d’attente à ce sujet. Le gouvernement ne souhaite pas non plus prendre d’initiatives qui pourraient compliquer la mise en œuvre finale de cette directive. En outre, les fonctions de la boıˆte noire seront parfaitement réalisées par le tachygraphe digital dont l’installation obligatoire sera sous peu introduite par étapes (obligatoire sur des véhicules neufs dès le 5 août 2004).

2 en 3. Mocht ons land unilateraal overgaan tot het verplichten van een zwarte doos in vrachtauto’s en autocars dan moet dit genotificeerd worden bij de Europese Commissie. Gezien momenteel een voorstel tot kaderrichtlijn met betrekking tot de Europese homologatie van bedrijfsvoertuigen ter bespreking voorligt, zal de Commissie naar alle waarschijnlijkheid terzake een standstillperiode opleggen. De regering wenst ook geen initiatieven te nemen die de totstandkoming van deze richtlijn zou kunnen bemoeilijken. Bovendien zullen de functies van de zwarte doos gedeeltelijk verwezenlijkt worden door de digitale tachograaf waarvan de verplichte installatie eerlang stapsgewijs zal ingevoerd worden (verplicht op nieuwe voertuigen vanaf 5 augustus 2004).

4. L’installation éventuelle d’une boıˆte noire dans les voitures exige une modification de la directivecadre relative à l’homologation européenne de ces véhicules. Il s’agirait là, en tout état de cause, d’un processus à moyen ou long terme.

4. De eventuele installatie van een zwarte doos in personenauto’s vereist een wijziging van de kaderrichtlijn met betrekking tot de Europese goedkeuring van deze voertuigen. Hoe dan ook is hier sprake van een besluitvorming op middellange of lange termijn.

DO 0000200360178

DO 0000200360178

Question no 18 de M. Jan Mortelmans du 21 août 2003 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale :

Vraag nr. 18 van de heer Jan Mortelmans van 21 augustus 2003 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :

Circulation routière. — Caméras automatiques.

Wegverkeer. — Onbemande camera’s.

Au cours de la législature précédente, le Conseil des ministres a approuvé une série de mesures favorisant la sécurité routière. L’une de ces mesures consistait à équiper les caméras automatiques de rouleaux de pellicule de plus grande capacité.

Tijdens de vorige zittingsperiode nam de ministerraad een beslissing over een reeks maatregelen ter bevordering van de verkeersveiligheid. Daarbij was ook de maatregel om de onbemande camera’s te voorzien van grotere filmrollen.

1. Quelle était la capacité disponible des anciens rouleaux de pellicule ?

1. Wat was de beschikbare capaciteit van de oude filmrollen ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

550

2. Quelle est la nouvelle capacité ?

2. Wat is de nieuwe capaciteit ?

3. Toutes les caméras automatiques sont-elles désormais équipées de rouleaux de plus grande capacité ?

3. Is deze maatregel ondertussen overal doorgevoerd ?

4. Quel est l’état d’avancement des projets d’utilisation de caméras numériques, permettant un traitement plus efficace des images ? Réponse du ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale du 14 octobre 2003, à la question no 18 de M. Jan Mortelmans du 21 août 2003 (N.) :

4. Wat is de stand van zaken inzake het gebruik van digitale camera’s zodat de verwerking op een efficie¨ntere wijze kan verlopen ?

Le Service public fédéral Mobilité et Transport n’est pas compétent en ce qui concerne le fonctionnement des caméras automatiques. Il est uniquement compétent pour le volet réglementaire, c’est-à-dire la loi du 4 août 1996 relative à l’agrément et à l’utilisation dans la circulation routière d’appareils fonctionnant automatiquement en présence ou en l’absence d’un agent qualifié.

De Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer is niet bevoegd wat de werking van de onbemande camera’s betreft. Hij is enkel bevoegd voor de reglementaire omkadering, namelijk de wet van 4 augustus 1996 betreffende de erkenning en het gebruik van bemande en onbemande automatisch werkende toestellen in het wegverkeer.

La gestion opérationnelle est confiée aux régions, en leur qualité de gestionnaire de voirie.

Het operationeel beheer is toevertrouwd aan de gewesten, in hun hoedanigheid van wegbeheerder.

Les données demandées peuvent donc être fournies par les régions.

De gevraagde gegevens kunnen dus verstrekt worden door de gewesten.

Par ailleurs, un avant-projet d’arrêté royal a été préparé par les services du SPF Ećonomie au cour de la législature précédente en ce qui concerne l’usage des techniques vidéo et digitales. Pour des raisons que j’ignore, le précédent ministre de l’Ećonomie n’a pas fait progresser ce dossier.

De diensten van de FOD Economie hebben anderzijds, tijdens de vorige legislatuur, een voorontwerp van koninklijk besluit voorbereid in verband met het gebruik van video en digitale technieken. Voor redenen die ik niet ken, heeft de vorige minister van Economie geen voortgang doen maken met dit dossier.

Sans l’entrée en vigueur de ce texte de base, il m’est impossible de prévoir leur usage par les gestionnaires de voirie dans le cadre de la loi relative à la police de la circulation routière comme cela avait été prévu par mon prédécesseur.

Zolang deze basistekst niet in werking is getreden kan ik niet voorzien in hun gebruik door de wegbeheerders in het kader van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, zoals dit voorzien was door mijn voorgangster.

DO 0000200360212

DO 0000200360212



Sécurité routière. — Projet-pilote «système d’affichage de la vitesse».

Verkeersveiligheid. — Proefproject snelheidsaanduidingssyteem.

Le 7 novembre 2002, la cellule « Sécurité routière » de Diepenbeek a introduit une demande visant à lancer un projet-pilote relatif à l’instauration d’un système permettant l’affichage de la vitesse des voitures.

Door het steunpunt verkeersveiligheid van Diepenbeek werd op 7 november 2002 een aanvraag ingediend voor een proefproject met een kilometeraanduidingssysteem voor auto’s.

Il s’agirait d’un projet qui permettrait de lire la vitesse de la voiture sur la lunette arrière.

Het zou gaan om een project waarbij de snelheid van de wagen af te lezen zou zijn op de achterruit.

Mais le 4 avril 2003, le SPF Mobilité a fait savoir que ce projet ne pouvait être réalisé parce qu’il serait de nature à distraire les automobilistes.

Op 4 april 2003 deelde de FOD Mobiliteit mee dat het project niet kon doorgaan omdat het de aandacht zou afleiden.


2003

Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 14 oktober 2003, op de vraag nr. 18 van de heer Jan Mortelmans van 21 augustus 2003 (N.) :

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

551

1. Pour quels motifs le SPF Mobilité s’oppose-t-il au lancement de ce projet-pilote ?

1. Wat is de motivatie van de FOD Mobiliteit om dit proefproject te verbieden ?

2. Certains exemples étrangers démontrent-ils vraiment la dangerosité d’un tel projet ?

2. Zijn er buitenlandse voorbeelden die het gevaar effectief aantonen ?

3. Pourquoi un compteur de vitesse lumineux serait-il plus dangereux que le troisième feu de stop, qui est tout aussi lumineux ? Réponse du ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale du 17 octobre 2003, à la question no 23 de M. Daan Schalck du 2 septembre 2003 (N.) :

3. Waarom zou een lichtgevende snelheidsmeter meer gevaar veroorzaken dan het, eveneens lichtgevend, derde stoplicht ?

L’honorable membre trouvera ci-après les réponses à ses questions :

Het geachte lid vindt hierna de antwoorden op zijn vragen :

1. L’affichage de la vitesse à laquelle roule une voiture, au moyen d’un dispositif lumineux sur le vitrage arrière, est de nature à détourner l’attention des autres usagers de la route, ce qui n’est certainement pas un bien au niveau de la sécurité routière.

1. Het afficheren van de snelheid waarmee een auto rijdt door middel van een lichtgevende inrichting aan de achterruit is van aard om de aandacht van de andere weggebruikers af te leiden, wat de verkeersveiligheid zeker niet ten goede komt.

2. Mes services n’ont pas connaissance d’études qui démontreraient cela. Ils n’ont pas non plus trouvé d’études qui prouveraient le contraire.

2. Mijn diensten hebben geen weet van studies die dit zouden aantonen. Zij hebben evenmin studies gevonden die het tegenovergestelde beweren.

3. Tout comme les autres feux stop avec lesquels il fonctionne d’ailleurs en même temps, un troisième feu stop est soit allumé, soit éteint. Par contre, une indication lumineuse de vitesse fonctionne en permanence et donne en outre toujours des informations changeantes. Le pas vers un panneau à message variable sur le vitrage arrière qui déverserait des messages publicitaires n’est plus loin.

3. Een derde stoplicht is, net zoals de andere stoplichten waarmee het trouwens gelijktijdig functioneert, ofwel aan ofwel uit. Een lichtgevende snelheidsindicatie daarentegen is permanent in werking en vertoont bovendien steeds wijzigende info. De stap naar een lichtkrant aan de achterruit die reclameboodschappen spuit is niet ver meer.

Un autre élément est que, dans la réglementation de l’éclairage, on part toujours du principe que chaque signal doit être univoque. En outre, il convient de se servir avec précaution des signaux afin de ne pas affaiblir l’efficacité des feux indispensables à la Sécurité routière (feu stop, indicateur de direction, feu de brouillard, ...).

Een ander element is dat men er, bij het reglementeren van de verlichting van motorvoertuigen, steeds van uit gaat dat elk signaal éénduidig moet zijn. Bovendien moet zorgzaam met signalen worden omgesprongen teneinde de doeltreffendheid van de voor de verkeersveiligheid noodzakelijke lichten (remlicht, richtingaanwijzer, mistlicht, ...) niet af te zwakken.

DO 0000200360252

DO 0000200360252



Port de la ceinture de sécurité par les enfants. — Sanction.

Dragen van de gordel voor kinderen. — Sanctie.

Lors de la discussion et de l’adoption de la loi du 7 février 2003 portant diverses dispositions en matière de sécurité routière, il a été longuement débattu de la sanction à appliquer en cas d’absence de port de la ceinture de sécurité.

Bij de bespreking en goedkeuring van de wet van 7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid werd een lange discussie gevoerd over de sanctie die moest worden verbonden aan het niet-dragen van de gordel.

Au bout de ces longues discussions, un consensus s’est dégagé au sein de la commission sur la responsa-

Na deze lange discussies was er bij de commissieleden een consensus dat de verantwoordelijkheid van


2003

Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 17 oktober 2003, op de vraag nr. 23 van de heer Daan Schalck van 2 september 2003 (N.) :

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

552

bilité du conducteur concernant le port de la ceinture par les enfants et sur l’application d’amendes plus élevées au conducteur qui permet aux enfants qui l’accompagnent de ne pas attacher leur ceinture de sécurité.

chauffeurs die de meerijdende kinderen zonder gordel laten zitten zwaarder moeten worden beboet.

Il ressort d’une étude menée par Touring, dont les résultats ont été publiés le 2 septembre 2003, que seulement la moitié des enfants sont ceinturés à l’arrière de la voiture.

Uit een onderzoek van Touring, dat op 2 september 2003 werd bekendgemaakt, blijkt dat slechts de helft van de kinderen achteraan de gordel draagt.

Or, les effets d’une collision impliquant un véhicule roulant à 30 km/h sont comparables à ceux d’une chute de 3,5 mètres de hauteur. ` quelle date l’arrêté royal qui répartit les diffé1. A rentes infractions dans les nouvelles catégories instaurées par la loi a-t-il été publié ?

Toch is het impact van een ongeval bij 30 km/u, zonder het dragen van de gordel, te vergelijken met een val van 3,5 meter hoog.

2. Une distinction a-t-elle été établie entre l’absence de port de la ceinture par le conducteur d’une part et par les enfants qu’il transporte d’autre part ? Réponse du ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale du 14 octobre 2003, à la question no 26 de M. Daan Schalck du 11 septembre 2003 (N.) :

2. Is er daarbij een onderscheid gemaakt tussen het niet-dragen van de gordel door de cauffeur en door de meerijdende kinderen ?

1. L’arrêté royal désignant les infractions graves par degré, un des arrêtés d’exécution de la loi du 7 février 2003 portant diverses dispositions en matière de sécurité routière, n’a pas encore été publié au Moniteur belge. Le non-port de la ceinture n’est pas repris dans cette catégorisation des infractions graves. Cela reste qualifié comme une infraction ordinaire.

1. Het koninklijk besluit tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad, één van de uitvoeringsbesluiten van de wet van 7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid, is nog niet bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Het niet dragen van de gordel is niet opgenomen bij die categorisering van zware overtredingen. Het blijft gekwalificeerd als een gewone overtreding.

2. Il n’y a donc pas non plus de distinction dans le sens que l’honorable membre propose.

2. Er is dus ook geen onderscheid in de zin die het geachte lid voorstelt.

Je tiens, par ailleurs, à clairement affirmer que, exactement comme pour les E´tats généraux de la sécurité routière, le port de la ceinture ou d’un autre système de fixation par tous les passagers constitue pour moi un objectif prioritaire.

Ik hecht er anderzijds aan duidelijk te stellen dat net als voor de Staten-Generaal van de verkeersveiligheid, het dragen van de gordel of van een ander bevestigingssysteem door alle inzittenden, voor mij een prioritaire doelstelling is.

Il sera veillé à ce que des campagnes de sécurité soient consacrées régulièrement à ce sujet, en combinaison avec une augmentation des controˆles.

Er zal worden op toegezien dat er regelmatig veiligheidscampagnes aan dit onderwerp worden gewijd, in combinatie met een verhoging van de controles.

DO 0000200360016

DO 0000200360016

Question no 28 de M. Gerolf Annemans du 11 septembre 2003 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale :

Vraag nr. 28 van de heer Gerolf Annemans van 11 september 2003 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :

Amendes pour infraction au code de la circulation routière et distance de freinage.

Verkeersboetes en remafstand.

Dans le nouveau système d’amendes, les pénalités qui sanctionnent le dépassement de vitesses maximales

Bij een gelijk aantal kilometers per uur in overtreding (stel 20 kilometer per uur) op twee verschillende


2003

1. Wanneer is het koninklijk besluit verschenen dat de verschillende overtredingen indeelt in de nieuwe categoriee¨n die de wet voorschrijft ?

Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 14 oktober 2003, op de vraag nr. 26 van de heer Daan Schalck van 11 september 2003 (N.) :

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

553

autorisées différentes (par exemple 50 et 120 kilomètres par heure) d’un nombre donné de kilomètres par heure (par exemple 20 kilomètres par heure) sont identiques. Or, les distances de freinage qui, à mon estime, constituent un élément important pour déterminer le montant des amendes et dont le précédent système tenait compte, ne sont pas les mêmes dans les deux cas.

maximaal toegelaten snelheden (stel 50 en 120 kilometer per uur), zijn in het nieuwe boetesysteem de boetes op beide overtredingen gelijk geschakeld. Toch zijn de remafstanden bij beide overtredingen, mijns inziens een belangrijke factor in het bepalen van boetes en een factor waarmee in het vorige systeem rekening werd gehouden, niet gelijk.

Cette analyse est-elle correcte et, dans l’affirmative, pourquoi le nouveau système d’amendes ne tient-il pas compte de la distance de freinage ?

Klopt deze analyse, en zo ja, waarom heeft men bij het opstellen van het nieuwe boetesysteem geen rekening gehouden met de remafstand ?

Réponse du ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale du 14 octobre 2003, à la question no 28 de M. Gerolf Annemans du 11 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 14 oktober 2003, op de vraag nr. 28 van de heer Gerolf Annemans van 11 september 2003 (N.) :

Ni dans l’arrêté royal du 7 avril 1976 désignant les infractions graves au règlement général sur la police de la circulation routière qui est encore d’application à ce jour, ni dans le projet d’arrêté désignant les infractions graves par degré, il n’y a de référence explicite à la distance de freinage des véhicules en tant que base éventuelle pour l’établissement du système d’amendes.

Noch in het koninklijk besluit van 7 april 1976 tot aanwijzing van de zware overtredingen van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, dat heden ten dage nog van toepassing is, noch in het ontworpen besluit tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad, komt enige expliciete verwijzing voor naar de remweg van de voertuigen als gebeurlijk steunpunt bij de opmaak van het boetensysteem.

La base pour la gradation des amendes proposée, entre autres en ce qui concerne les excès de vitesse, est le danger objectif causé à l’égard des autres usagers — entre autres et surtout les usagers faibles — et aussi pour soi-même.

Het steunpunt voor de ontworpen gradatie van de boetes, onder meer inzake snelheidsoverschrijding, is het objectief gevaar dat ten opzichte van andere weggebruikers — onder meer en vooral de zwakkere weggebruikers — en ook voor zichzelf wordt veroorzaakt.

Dans ce contexte-ci, on peut faire cette réflexion : pourquoi un excès de vitesse de 20 km/h dans une zone résidentielle, une zone 30 ou à un abord d’école ne serait-il pas aussi grave et dangereux (potentiellement même plus grave et plus dangereux) qu’un excès de vitesse de 20 km/h sur autoroute, encore que la distance de freinage soit beaucoup plus courte dans les premiers cas ?

In de context hiervan, een bedenking : waarom zou een snelheidsoverschrijding van 20 km per uur in een woonerf, een zone 30 of in een afgebakende schoolomgeving niet even erg en gevaarlijk zijn (potentieel zelfs erger en gevaarlijker) als 20 km per uur te snel op de autosnelweg, alhoewel de remweg in de eerstgenoemde gevallen dus heel wat korter zal zijn dan in het laatstgenoemde geval ?

En outre, la distance de freinage est un élément qui est très variable selon, par exemple, les circonstances atmosphériques et l’état technique du véhicule.

De remweg is daarenboven een element dat erg variabel is, bijvoorbeeld afhankelijk van de weersomstandigheden en de technische toestand van het voertuig.

Dans cette mesure, une amélioration du système, par le biais du facteur cité par le membre, n’est pas réalisable ni même opportun.

In die mate is een soort verfijning van het systeem met de door het lid aangehaalde factor niet realiseerbaar en zelfs niet dienstig.


2003

2004


70

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

554


Minister van Middenstand en Landbouw

Classes moyennes

Middenstand

DO 0000200360235

DO 0000200360235

Question no 2 de M. Yves Leterme du 9 septembre 2003 (N.) à la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture :

Vraag nr. 2 van de heer Yves Leterme van 9 september 2003 (N.) aan de minister van Middenstand en Landbouw :

Loi du 25 juin 1993 sur l’exercice d’activités ambulantes et l’organisation des marchés publics. — E´valuation.

Wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten. — Evaluatie.

On vient de fêter les dix ans d’existence de la loi du 25 juin 1993 sur l’exercice d’activités ambulantes et l’organisation des marchés publics.

De wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten kon recentelijk haar tiende verjaardag vieren.

Selon des articles de presse récents, dont un paru dans « Het Laatste Nieuws » du 4 juillet 2003, cet anniversaire n’a pas été très joyeux en raison de la nette diminution du nombre de vendeurs de marché, due semble-t-il au ralentissement économique, au nonrenouvellement dans les rangs des marchands et à l’augmentation du prix de leurs emplacements.

Volgens recente persberichten, laatst nog in Het Laatste Nieuws van 4 juli 2003, is het blijkbaar een beetje een verjaardag in mineur geweest, want het aantal marktkramers is sterk dalend. Dit zou te wijten zijn aan de economische terugval, het gebrek aan opvolging en de stijgende prijzen voor de standplaatsen.

Cette récession dans les rangs des vendeurs de marché entraıˆnerait à son tour une baisse du nombre de demandes d’obtention d’une carte de démarcheur.

De terugval onder de marktkramers zou tot gevolg hebben dat het aantal aanvragen voor leurderskaarten eveneens in dalende lijn gaat.

En l’espace de dix ans, on a donc clairement observé des évolutions qui doivent peut-être nous amener à évaluer des points de cette loi et de ses arrêtés d’exécution, et à en surveiller leurs effets.

Er zijn binnen een periode van 10 jaar dus duidelijk bepaalde evoluties aan de gang die er ons toe moeten brengen om deze wet en de uitvoeringsbesluiten op bepaalde punten misschien te evalueren en de gevolgen ervan na te gaan.

C’est ainsi que d’aucuns considèrent notamment que certains points de la loi sont peut-être obsolètes du point de vue économique, essentiellement en raison de la baisse sensible du nombre de marchands ambulants. L’un de ces points litigieux est la restriction prévue à l’article 3, deuxième alinéa, 5o, de la loi du 25 juin 1993 précitée. Sur la base de cette disposition, les vendeurs de marché peuvent obtenir au maximum six autorisations pour leurs salariés.

Zo zijn er ook die stellen dat bepaalde punten in de wet vanuit economisch oogpunt misschien achterhaald zijn en dan vooral omwille van de terugval van het aantal ambulante handelaars. Eén van die betwiste punten is bijvoorbeeld de beperking vastgelegd in artikel 3, tweede lid, 5o, van de voornoemde wet van 25 juni 1993. Op basis hiervan kunnen marktkramers maximum 6 machtigingen krijgen voor hun werknemers.

Voilà pourquoi j’aimerais vous soumettre quelques questions concernant ce problème et l’application de la loi.

Vandaar enkele vragen over deze problematiek en de toepassing van de wet.

1. a) Combien d’autorisations d’exercer une activité ambulante sont demandées annuellement ?

1. a) Welk is het aantal machtigingen dat per jaar aangevraagd wordt ?

b) Ce nombre peut-il être ventilé entre les vendeurs au marché et les autres marchands ambulants ?

b) Kan dit uitgesplitst worden in marktkramers en andere ambulante handelaars ?


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

555

2. a) Une comparaison peut-elle être établie pour ces dix dernières années ? En d’autres termes, comment a évolué le nombre de demandes pendant la période considérée ?

2. a) Kan de vergelijking gemaakt worden voor de voorbije tien jaar of met andere woorden wat is de evolutie van het aantal aanvragen over de beschouwde periode ?

b) Les communiqués de presse cités correspondent-ils aux chiffres ?

b) Stemmen de geciteerde berichten in de pers overeen met de cijfers ?

3. a) Combien de marchands ambulants demandent des autorisations pour leurs salariés ?

3. a) Hoeveel ambulante handelaars vragen er machtigingen aan voor hun werknemers ?

b) Ce nombre est-il également en baisse ces dernières années ?

b) Is ook dat cijfer dalende de voorbije jaren ?

4. Beaucoup de demandes de ce type doivent-elles être refusées parce que le demandeur a atteint le maximum de six ?

4. Zijn er veel dergelijke aanvragen die geweigerd moeten worden, omdat de aanvrager het maximum van zes bereikt heeft ?

5. Pour quels motifs a-t-on incorporé la restriction de l’article 3, deuxième alinéa, 5o, dans la loi du 25 juin 1993 précitée ?

5. Wat was indertijd de motivering om de beperking van artikel 3, tweede lid, 5o, in de voornoemde wet van 25 juni 1993 op te nemen ?

6. Vos services reçoivent-ils de nombreuses questions ou réclamations à ce sujet, sur une base annuelle ?

6. Ontvangen uw diensten hieromtrent op jaarbasis veel vragen of klachten ?

7. Des initiatives ont-elles été prises à ce jour, par exemple à la demande de l’association professionnelle des vendeurs de marché, ou en collaboration avec elle ?

7. Werden er tot nu toe hieromtrent initiatieven genomen, bijvoorbeeld op vraag van of in samenwerking met de beroepsvereniging van marktkramers ?

Réponse de la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture du 13 octobre 2003, à la question no 2 de M. Yves Leterme du 9 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Middenstand en Landbouw van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 2 van de heer Yves Leterme van 9 september 2003 (N.) :

1. a) Le nombre de nouvelles demandes de cartes d’ambulants s’élève à 4 732 en 2002. Le nombre de renouvellements de cartes d’ambulants s’élève à 2 547 en 2002.

1. a) In 2002 bedroeg het aantal nieuwe aanvragen betreffende de leurkaart 4 732. Het aantal hernieuwingen van de leurkaart in 2002 bedroeg 2 547.

Au cours de la période 1998-2002, le nombre moyen de nouvelles demandes par an est de 4 830, le nombre moyen de renouvellements par an est de 4 034.

Tijdens de periode 1998-2002 werden er per jaar gemiddeld 4 830 nieuwe aanvragen ingediend, het gemiddelde per jaar voor de hernieuwingen bedroeg 4 034.

b) Cette donnée n’est pas disponible dans la mesure où les commerçants sollicitent très souvent une carte pour exercer leurs activités aux différents endroits autorisés (marchés publics, voie publique et porte à porte).

b) Dit gegeven is niet beschikbaar omdat de handelaars zeer vaak een kaart aanvragen om hun activiteiten op de verschillende toegelaten plaatsen uit te oefenen (openbare markt, openbare weg en huis aan huis).

2. a) E´volution des demandes pour la période 1992-2002

2. a) Evolutie van de aanvragen voor de periode 19922002


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

556

Année

Nombre de nouvelles demandes

Nombre de renouvellements

Jaar

Aantal nieuwe aanvragen

Aantal hernieuwingen

1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002

7 353 9 249 9 662 9 696 8 755 7 025 6 473 4 929 4 335 3 939 4 732

150 9 987 6 697 2 291 1 638 1 539 1 619 3 272 7 145 3 175 2 547

1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002

7 353 9 249 9 662 9 696 8 755 7 025 6 473 4 929 4 335 3 939 4 732

150 9 987 6 697 2 291 1 638 1 539 1 619 3 272 7 145 3 175 2 547

Comme peut le constater l’honorable membre, la tendance est incontestablement à la baisse depuis le milieu des années 90.

Zoals het geachte lid kan vaststellen, is er een ontegensprekelijk dalende tendens sedert het midden van de jaren ’90.

b) Les chiffres cités dans la presse sont tirés des statistiques de l’INS et concernent le nombre de commerçants disposant d’une autorisation à un moment donné.

b) De cijfers vermeld in de pers zijn afkomstig uit de statistieken van het NIS en hebben betrekking op het aantal handelaars die op een bepaald ogenblik over een machtiging beschikken.

Toutefois, il y a lieu de faire remarquer que le système d’autorisations en commerce ambulant est un régime d’autorisation temporaire avec faculté de renouvellement tous les 6 ans.

Men moet hier echter opmerken dat het systeem van de vergunningen ambulante handel een regime is van een tijdelijke vergunning met de mogelijkheid elke 6 jaar te hernieuwen.

Le pic de 70 000 cartes cité par l’INS est mathématiquement correct mais, dans les faits, doit eˆtre nuancé. En effet, au cours des années 80 et jusqu’à l’année 1993, les ministres de l’époque ont prolongé automatiquement toutes les cartes en cours sans qu’il fuˆt nécessaire pour les commerçants de solliciter leur renouvellement.

De piek van 70 000 kaarten vermeld door het NIS is mathematisch juist maar moet in feite genuanceerd worden. Inderdaad werden tijdens de jaren 80 tot het jaar 1993 alle kaarten die in omloop waren automatisch verlengd door de toenmalige ministers, zonder dat het voor de handelaars nodig was om hun hernieuwing aan te vragen.

Cette situation, associée à une forte mobilité dans un secteur où les arreˆts d’activités ne sont pas systématiquement signalés a pour conséquence que le nombre de cartes cité dans cette statistique ne correspond pas et apparaıˆt nettement supérieur au nombre réel de commerçants en activité.

Deze situatie, samen met een grote mobiliteit in een sector waar de stopzettingen van de activiteiten niet systematisch gesignaleerd worden, heeft tot gevolg dat het aantal kaarten in deze statistiek niet overeenkomen met en duidelijk hoger liggen dan de ree¨le cijfers betreffende de actieve handelaars.

3. a) pas disponible

3. a) niet beschikbaar

b) pas disponible

b) niet beschikbaar

4. La limitation à laquelle fait référence l’honorable membre ne concerne que l’exercice de l’activité sur les marchés et porte sur le nombre de salariés qu’elle limite à un maximum de 6 par entreprise.

4. De beperking waarnaar verwezen wordt door het geachte lid heeft enkel betrekking op de uitoefening van de activiteit op de openbare markten, waarbij het aantal werknemers beperkt wordt tot een maximum van 6 per onderneming.

L’administration ne dispose pas de chiffres concernant les refus pour dépassement de cette limite mais constate que ce nombre de refus est très peu important.

De administratie beschikt niet over cijfers betreffende weigeringen inzake het overschrijden van deze limiet, maar stelt vast dat dit aantal weigeringen gering is.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

557

Cette situation peut s’expliquer par le fait que les commerçants ambulants ont connaissance de cette restriction et n’introduisent donc pas de telles demandes quand il savent qu’elles seront rejetées.

Deze situatie kan verklaard worden door het feit dat de ambulante handelaars deze beperking kennen en zodoende de aanvraag niet indienen omdat zij weten dat ze verworpen zal worden.

5. La limitation du nombre de salariés sur les marchés trouve son origine dans la volonté du législateur de conserver au secteur du commerce ambulant son caractère d’entreprise familiale. C’est également pour ce motif que la limitation imposée à la catégorie des salariés ne vaut pas pour les aidants familiaux.

5. De beperking van het aantal werknemers op de openbare markten vindt zijn oorsprong in de wens van de wetgever om het familiaal karakter van de sector van de ambulante handel te behouden. Het is eveneens wegens deze motivering dat de beperking opgelegd aan de categorie van de werknemers niet geldt voor de helpers (familieleden).

6. Le nombre de plaintes de commerçants est difficile à chiffrer. Par contre le problème des limitations est bien connu des organisations professionnelles de commerçants ambulants et régulièrement soulevé.

6. Het aantal klachten van de handelaars is moeilijk te becijferen. Daarentegen is het probleem van de beperkingen goed gekend bij de beroepsorganisaties van de ambulante handelaars en wordt het regelmatig opgeworpen.

7. Sous la législature précédente, mon prédécesseur a pris l’initiative de réformer en profondeur la législation sur le commerce ambulant, pour tenter de redynamiser le secteur. Un avant-projet de loi a été approuvé par le Conseil des ministres en avril dernier et se trouve aujourd’hui à l’examen du Conseil d’E´tat.

7. Tijdens de voorgaande legislatuur heeft mijn voorganger het initiatief genomen om de wetgeving op de ambulante handel grondig te hervormen om zo te pogen de sector opnieuw te doen opleven. Een voorontwerp van de wet werd goedgekeurd door de Ministerraad in april jongstleden en bevindt zich momenteel voor onderzoek bij de Raad van State.

Cet avant-projet tend à supprimer toute une série d’obstacles mis par la réglementation en vigueur au développement du commerce ambulant.

Dit voorontwerp tracht een reeks van belemmeringen inzake de ontwikkeling van de ambulante handel, opgelegd door de van kracht zijnde reglementering, op te heffen.

Dans ce contexte notamment, la limitation du nombre de salariés est supprimée. Ainsi qu’il l’a stipulé dans la déclaration gouvernementale, le gouvernement actuel poursuivra l’œuvre de réforme du commerce ambulant entamée.

In deze context is de beperking van het aantal werknemers opgeheven. Zoals vastgelegd in de regeringsverklaring, zal de huidige regering het aangevatte hervormingswerk betreffende de ambulante handel voortzetten.

DO 0000200360236

DO 0000200360236

Question no 3 de M. Yves Leterme du 9 septembre 2003 (N.) à la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture :

Vraag nr. 3 van de heer Yves Leterme van 9 september 2003 (N.) aan de minister van Middenstand en Landbouw :

Centres touristiques. — Agréments.

Toeristische centra. — Erkenningen.

Les partis de la nouvelle coalition ont convenu, dans l’accord de gouvernement, qu’il sera procédé à un examen des critères de définition des zones touristiques en vue des adaptations nécessaires pour répondre à la demande de favoriser l’animation commerciale et artisanale.

In het regeerakkoord is overeengekomen dat de definities en criteria met betrekking tot de toeristische zones onderzocht zullen worden met het oog op aanpassingen om tegemoet te komen aan de vraag voor een grotere toeristische en ambachtelijke activiteit.

En ce qui concerne les classes moyennes, les définitions des « centres touristiques » ont été arrêtées à l’article 5 de la loi du 24 juillet 1973 instaurant la fermeture obligatoire du soir dans le commerce, l’artisanat et les services, à l’article 14 de la loi du 22 juin 1960 instaurant le repos hebdomadaire dans

Wat de middenstand betreft, zijn de omschrijvingen van de « toeristische centra » bepaald in artikel 5 van de wet van 24 juli 1973 tot instelling van een verplichte avondsluiting in handel, ambacht en dienstverlening, in artikel 14 van de wet van 22 juni 1960 tot invoering van een wekelijkse rustdag in nering en ambacht en in


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

558

l’artisanat et le commerce, et à l’article 3 de l’arrêté royal du 11 aouˆt 1960 portant exécution de la loi du 22 juin 1960 instaurant le repos hebdomadaire dans l’artisanat et le commerce.

artikel 3 van het koninklijk besluit van 11 augustus 1960 tot uitvoering van de wet van 22 juni 1960 tot invoering van een wekelijkse rustdag in nering en ambacht.

1. Convient-il d’établir une distinction entre les agréments accordés en vertu de l’article 5 de la loi susmentionnée du 24 juillet 1973 d’une part, et ceux attribués conformément à l’article 14 de la loi du 22 juin 1960 de l’autre ?

1. Bestaat er een verschil in de erkenningen op basis van artikel 5 van de voornoemde wet van 24 juli 1973 en op basis van artikel 14 van de voornoemde wet van 22 juni 1960 ?

2. a) Dans la négative, combien de demandes d’agrément ont-elles été introduites depuis le 1er janvier 1999 à ce jour ?

2. a) Zo neen, hoeveel erkenningen werden er aangevraagd vanaf 1 januari 1999 tot nu ?

b) Dans l’affirmative, quel est le nombre de demandes d’agrément introduites sous chacun des régimes ?

b) Zo ja, hoeveel voor elk van de betreffende reglementeringen ?

3. Combien de demandes d’agrément ont-elles été rejetées durant cette même période ?

3. Hoeveel aanvragen tot erkenning werden er in dezelfde periode geweigerd ?

4. a) Quelles sont les communes de Flandre occidentale reconnues à titre de centre touristique conformément aux lois susmentionnées ?

4. a) Welke West-Vlaamse gemeenten zijn erkend als toeristisch centrum met toepassing van voormelde wetten ?

b) Combien de demandes introduites par des communes de Flandre occidentale ont jusqu’à présent été rejetées ?

b) Hoeveel aanvragen van West-Vlaamse gemeenten werden er tot nu toe geweigerd ?

5. Que faut-il entendre par « concertation avec les milieux concernés » (déclaration du gouvernement fédéral, p. 14); autrement dit, l’énumération d’interlocuteurs qui figure dans le texte de l’accord de gouvernement est-elle exhaustive, ou la porte est-elle laissée ouverte à la concertation avec les communautés et avec l’Union des villes et communes ?

5. Wat wordt in het regeerakkoord bedoeld met « overleg met de betrokken kringen » : met andere woorden is de opsomming in de tekst van het regeerakkoord exhaustief of is overleg met de gemeenschappen en met de Vereniging van steden en gemeenten ook mogelijk ?

Réponse de la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture du 13 octobre 2003, à la question no 3 de M. Yves Leterme du 9 septembre 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Middenstand en Landbouw van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 3 van de heer Yves Leterme van 9 september 2003 (N.) :

1. Les critères de reconnaissance comme centre touristique diffèrent selon qu’il s’agisse d’une reconnaissance sur base de l’article 5 de la loi du 24 juillet 1973 instaurant la fermeture obligatoire du soir dans le commerce, l’artisanat et les services, ou sur base de l’article 14 de la loi du 22 juin 1960 instaurant le repos hebdomadaire dans l’artisanat et le commerce.

1. Er worden verschillende criteria gehanteerd om als toeristisch centrum erkend te worden naar gelang het een erkenning betreft op basis van artikel 5 van de wet van 24 juli 1973 tot instelling van een verplichte avondsluiting in handel, ambacht en dienstverlening, dan wel op basis van artikel 14 van de wet van 22 juni 1960 tot invoering van een wekelijkse rustdag in nering en ambacht.

L’article 5 de la loi du 24 juillet 1973 attribue au Roi la compétence de déterminer ce qu’il faut entendre par « centres touristiques ». L’article 2, § 1er, de l’arrêté royal du 27 février 1974 portant exécution de la loi du 24 juillet 1973 instaurant la fermeture obligatoire du soir dans le commerce, l’artisanat et les services, définit les centres touristiques comme les localités reconnues comme telles par le ministre des Classes moyennes. Le § 4 du même article précise que le bénéfice de l’appellation « centre touristique » ne peut être accordé

Artikel 5 van de wet van 24 juli 1973 verleent de Koning de bevoegdheid om te bepalen wat onder « toeristische centra » dient te worden verstaan. Artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 27 februari 1974 genomen ter uitvoering van de wet van 24 juli 1973 tot instelling van een verplichte avondsluiting in handel, ambacht en dienstverlening, omschrijft toeristische centra als plaatsten die door de minister van Middenstand als zodanig zijn erkend. § 4 van hetzelfde artikel stelt dat het voordeel van de benaming


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

559

qu’aux communes ou parties de communes qui répondent aux trois premiers critères, ainsi qu’à trois au moins des six critères suivants.

« toeristisch centrum » alleen kan worden verleend aan de gemeenten of gedeelten van gemeenten die voldoen aan de eerste drie criteria, alsmede aan ten minste drie van de daaropvolgende zes criteria.

Pour ce qui concerne la loi du 22 juin 1960 instaurant le repos hebdomadaire dans l’artisanat et le commerce, les critères que doivent remplir les centres touristiques sont énumérés à l’article 3, deuxième alinéa, 2o, de l’arrêté royal du 11 aouˆt 1960 portant exécution de la loi du 22 juin 1960 instaurant le repos hebdomadaire dans l’artisanat et le commerce. Au moins deux des trois conditions doivent être remplies.

Voor wat de wet van 22 juni 1960 tot invoering van een wekelijkse rustdag in nering en ambacht betreft, zijn de criteria waaraan toeristische centra dienen te voldoen opgesomd in artikel 3, tweede lid, 2o, van het koninklijk besluit van 11 augustus 1960 tot uitvoering van de wet van 22 juni 1960 tot invoering van een wekelijkse rustdag in nering en ambacht. Er moet minstens voldaan zijn aan twee van de drie voorwaarden.

2. a) Néant.

2. a) Nihil.

b) Dans le cadre du repos hebdomadaire, on dénombre huit demandes de reconnaissance depuis le 1er janvier 1999, en particulier pour Westerlo, Fosses-la-Ville, Huy, Marche-en-Famenne, Bu¨tgenbach, Ciney, Raeren et Plombières.

b) In het kader van de wekelijkse rustdag werden sinds 1 januari 1999, acht erkenningen aangevraagd, meer bepaald voor Westerlo, Fosses-laVille, Huy, Marche-en-Famenne, Bu¨tgenbach, Ciney, Raeren en Plombières.

Dans le cadre de la législation sur la fermeture du soir, on en dénombre cinq : Fosses-la-Ville, Huy, Marche-en-Famenne, Durbuy et Ciney.

In het kader van de wetgeving op de avondsluiting zijn dit er vijf : Fosses-la-Ville, Huy, Marche-enFamenne, Durbuy en Ciney.

3. Sur les huit demandes de reconnaissance sur base de la législation relative au repos hebdomadaire, sept ont été refusées depuis le 1er janvier 1999 et une l’a été partiellement. La demande de la commune de Bu¨tgenbach a été accordée uniquement à la localité de Bu¨tgenbach. Sur les cinq demandes de reconnaissance sur base de la législation relative à la fermeture du soir, deux ont été refusées au cours de cette période (Huy et Ciney) et deux l’ont été partiellement (pour Durbuy, la demande a été accordée uniquement à Barvaux-surOurthe, Bomal-sur-Ourthe, Durbuy et Grandhan; pour Marche-en-Famenne, la demande a été accordée uniquement à la localité de Marche-en-Famenne).

3. Van de acht aanvragen tot erkenning op grond van de wetgeving op de wekelijkse rustdag, werden in de periode van 1 januari 1999 tot nu, er zeven geweigerd, en één gedeeltelijk geweigerd. Het verzoek van de gemeente Bu¨tgenbach werd enkel ingewilligd voor de hoofdlokaliteit Bu¨tgenbach. Van de vijf aanvragen tot erkenning op grond van de wetgeving op de avondsluiting, werden er in deze periode twee geweigerd (Huy en Ciney) en twee gedeeltelijk geweigerd (voor Durbuy werd het verzoek enkel ingewilligd voor Barvaux-sur-Ourthe, Bomal-sur-Ourthe, Durbuy en Grandhan; voor Marche-en-Famenne werd het verzoek enkel ingewilligd voor de hoofdlokaliteit Marche-en-Famenne).

4. a) Les communes suivantes de Flandre occidentale sont reconnues comme centre touristique, pour l’application de la législation relative au repos hebdomadaire : Bruges, Dadizele, Ypres, Kemmel, Furnes et Westouter; pour l’application de la législation relative à la fermeture du soir : Bruges.

4. a) Volgende West-Vlaamse gemeenten zijn erkend als toeristisch centrum, met toepassing van de wetgeving op de wekelijkse rustdag : Brugge, Dadizele, Ieper, Kemmel, Veurne en Westouter; met toepassing van de wetgeving op de avondsluiting : Brugge.

b) Aucune demande de communes de Flandre occidentale n’a été refusée depuis le 1er janvier 1999.

b) Er werden in de periode van 1 januari 1999 tot nu geen aanvragen geweigerd van West-Vlaamse gemeenten.

5. L’énumération dans le texte de l’accord gouvernemental n’est pas exhaustive. Une concertation avec les communes et les associations des villes et communes est possible également.

5. De opsomming in de tekst van het regeerakkoord is niet exhaustief. Overleg met de gemeenschappen en met de verenigingen van steden en gemeenten is ook mogelijk.


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

560

DO 0000200360238

DO 0000200360238

Question no 4 de M. Yves Leterme du 9 octobre 2003 (N.) à la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture :

Vraag nr. 4 van de heer Yves Leterme van 9 oktober 2003 (N.) aan de minister van Middenstand en Landbouw :

Fonds de participation et Fonds de garantie.

Participatiefonds en Waarborgfonds.

Sous le chapitre intitulé « Du souffle pour les connaissances et la volonté d’entreprendre », la déclaration du gouvernement fédéral avance comme deuxième objectif (« Un crédit gratuit pour les nouvelles entreprises ») une augmentation des moyens du Fonds de participation et du Fonds de garantie, afin de faciliter l’accès au capital à risque, au crédit bancaire et aux marchés boursiers pour les petites et moyennes entreprises.

Het regeerakkoord stelt onder het hoofdstuk « Zuurstof voor kennis en ondernemen » als tweede doelstelling (« gratis krediet voor nieuwe ondernemingen ») voorop om de middelen van het Participatiefonds en het Waarborgfonds te verhogen, teneinde de toegang van KMO’s tot de aandelenmarkten, bankkredieten en risicodragend kapitaal te verbeteren.

Le Fonds de participation trouve son fondement légal au chapitre VI de la loi du 28 juillet 1992 portant des dispositions fiscales et financières, et plus particulièrement aux articles 73 à 85 de la loi. Ainsi, l’article 75, quatrième alinéa, prévoit que le Fonds peut recevoir des dotations à charge du budget de l’Etat qui seront affectées à l’exécution des missions visées à l’article 74, alinéa 1er, 2o à 4o.

Het Participatiefonds vindt zijn wettelijke grondslag in hoofdstuk VI van de wet van 28 juli 1992 houdende fiscale en financie¨le bepalingen, in het bijzonder de artikelen 73 tot en met 85 van de genoemde wet. Artikel 75, vierde lid bepaalt dat er dotaties van de rijksbegroting overgedragen kunnen worden naar het Fonds voor de vervulling van de in artikel 74, eerste lid, 2o tot 4o bedoelde opdrachten.

1. Quel est le total des moyens disponibles permettant au Fonds de participation de s’acquitter de ses missions ?

1. Wat is het totaal aan beschikbare middelen, waarmee het Participatiefonds op vandaag haar opdrachten kan vervullen ?

2. Quelle a été l’évolution de ces moyens de 1992 jusqu’à ce jour ?

2. Wat is de evolutie van die middelen van 1992 tot op vandaag ?

3. Combien d’engagements, et pour quels montants, sont actuellement en suspens auprès du Fonds de participation, conformément au classement des missions tel que prévu à l’article 74, alinéa 1er, 1o à 7o de la loi du 28 juillet 1998 — missions qui, en vertu de l’article 74, § 2, font l’objet d’une comptabilisation distincte ?

3. Hoeveel en voor welk bedrag aan engagementen heeft het Fonds op vandaag lopende overeenkomstig de indeling van de opdrachten door artikel 74, eerste lid, 1o tot en met 7o van voornoemde wet van 28 juli 1992 hetgeen blijkens artikel 74, § 2 afzonderlijk bijgehouden moet worden ?

4. Combien de sociétés ayant leur siège dans la province de Flandre occidentale bénéficient d’un soutien du Fonds de participation ?

4. Hoeveel bedrijven met zetel in de provincie West-Vlaanderen genieten van een ondersteuning door het Participatiefonds ?

5. Quelle est la compétence du gouvernement fédéral au regard du Fonds de garantie, au sujet duquel l’accord de gouvernement énonce certains projets, compte tenu des compétences des Régions en la matière ?

5. Wat is de bevoegdheid van de Federale Overheid met betrekking tot het Waarborgfonds, waaromtrent het regeerakkoord een en ander vooropstelt, gelet op de bevoegdheid van de Gewesten terzake ?

Réponse de la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture du 13 octobre 2003, à la question no 4 de M. Yves Leterme du 9 octobre 2003 (N.) :

Antwoord van de minister van Middenstand en Landbouw van 13 oktober 2003, op de vraag nr. 4 van de heer Yves Leterme van 9 oktober 2003 (N.) :

1. Le Fonds de participation dispose de fonds propres, constitués au moment de l’autonomie du Fonds de participation (cf. arrêté royal du 22 décembre 1992 réglant l’organisation et le fonctionnement du Fonds de participation et l’arrêté ministériel du 23 décembre 1992 fixant la valeur des actifs du

1. Het Participatiefonds beschikt over eigen kapitaal, dat samengesteld werd in 1992 op het moment dat de instelling verzelfstandigd werd (cf. het koninklijk besluit van 22 december 1992 tot de organisatie en de werking van het Participatiefonds en het ministerieel besluit van 23 december 1992 tot de waarde van


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

561

Fonds de participation). Au 31 décembre 2002, le capital s’élevait à 159 567 488,86 euros et les réserves à 51 144 508,94 euros, ce qui porte les fonds propres à 210 711 997,80 euros.

de activa van het Participatiefonds). Per 31 december 2002 bedraagt het kapitaal 159 567 488,86 euro en de reserves 51 144 508,94 euro, wat het eigen vermogen op 210 711 997,80 euro brengt.

Sur base d’un fonctionnement en break even, ces fonds propres, compte tenu des engagements (voir point 3 ci-après), permettent au Fonds de participation d’octroyer annuellement, et dans des circonstances normales, un montant total de 39 millions d’euros de crédits.

Dit eigen vermogen, rekening houdend met de verbintenissen (zie punt 3), laat het Participatiefonds toe om — uitgaande van een werking op break-even basis — in normale omstandigheden maximum een totaal bedrag van 39 miljoen euro op jaarbasis aan leningen toe te kennen.

2. L’évolution est la suivante : Année — Jaar 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002

................... ................... ................... ................... ................... ................... ................... ................... ................... ................... ...................

2. De evolutie ziet er als volgt uit :

Capital — Kapitaal 184 181 156 156 159 159 159 159 159 159 159

681 101 921 921 568 616 628 629 630 567 567

Réserves — Reserves −37 −24 − 1 − 2 −13 −21 −37 −41 −43 −45 −51

702,90 856,35 904,19 904,19 935,84 000,93 017,77 324,74 103,58 488,86 488,86

014 179 742 560 272 551 229 689 938 345 144

Fonds propres — Eigen vermogen

698,88 952,16 579,48 159,52 866,00 667,90 673,00 270,42 955,42 705,84 508,94

221 156 155 159 172 181 196 201 203 204 210

696 921 179 482 841 167 857 318 569 913 711

401,78 904,19 324,71 063,71 801,84 668,83 690,77 595,16 059,00 194,70 997,80

Il convient de noter qu’ont été octroyées en 2002 et 2003 des dotations de respectivement 831 000 euros et 1 425 000 euros pour l’appui dans le cadre du Plan Rosetta pour jeunes entrepreneurs et en 2002 une dotation de 3 300 000 euros pour le prêt 50+ dans le cadre du plan du gouvernement pour augmenter le taux d’activité des plus de 50 ans.

Te noteren valt dat in 2002 en 2003 een dotatie werd bekomen voor respectievelijk ad 831 000 euro en 1 425 000 euro, voor de ondersteuning in het kader van het « Rosetta-plan voor jonge zelfstandigen », en in 2002 een dotatie ad 3 300 000 euro voor de « 50 + »lening in het kader van het regeringsplan om de activiteitsgraad van de 50-plussers te verhogen.

3. Les engagements accordés dans le cadre des missions reprises dans la loi du 28 juillet 1992 se répartissent entre les quatre points suivants :

3. De spreiding van de engagementen toegekend in het kader van de in de wet van 28 juli 1992 opgenomen opdrachten, kan worden samengevat onder de volgende vier punten : Au 31 aouˆt 2003 Capital en cours — Per 31 augustus 2003 Uitstaand kapitaal

Prêts lancement. — Startleningen ................................................................................................ Autres prêts. — Overige leningen ............................................................................................... Obligations et participations. — Obligaties en Participaties ....................................................... Plan social kinés. — Sociaal plan kinés ......................................................................................

49 164 1 6

Total. — Totaal ..........................................................................................................................

221 721 252,34


2003

2004

082 558 646 433

195,89 581,49 856,08 618,88


71

QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

562

L’enveloppe concernant les « prêts lancement » ne comporte que des prêts aux demandeurs d’emploi incoccupés. Les autres prêts sont composés à la fois de prêts aux starters et aux petites entreprises existantes. Le montant de la rubrique 4 représente le préfinancement des primes de reconversion aux kinésithérapeutes à charge de l’INAMI.

Op te merken hierbij valt dat de enveloppe inzake de « Startleningen » enkel de leningen aan nietwerkende werkzoekenden omvat; de overige leningen omvatten zowel starters als bestaande kleine ondernemingen (KO’s). Het bedrag onder rubriek 4, slaat op de prefinanciering van de omscholingspremies voor de kinesitherapeuten ten laste van het RIZIV.

4. Vous trouverez ci-dessous un relevé des petites entreprises, entrepreneurs indépendants, professions libérales, starters ou non, établis en Flandre occidentale et ayant obtenu un prêt du Fonds de participation :

4. Een overzicht inzake KO’s, zelfstandige ondernemers, vrije beroepen, al dan niet starters die gevestigd zijn in West-Vlaanderen en die een lening van het Participatiefonds hebben bekomen, kan als volgt worden samengevat :

Période — Periode

Nombre — Aantal

Montant total en euros — Totaal bedrag in euro

1984-2002 ...........................................

3 678

84 496 283

2003 (8 mois). — 2003 (8 maanden) ...

47

1 611 137

Total. — Totaal ..................................

3 725

86 107 420

5. Le gouvernement fédéral n’a aucune compétence directe envers les Fonds de garantie régionaux. Le passage en question de l’accord gouvernemental indique que la collaboration entre le Fonds de participation et les Fonds de garantie doit être favorisée et qu’il y a lieu de tendre vers la complémentarité et les synergies entre ces institutions, en faveur de l’entrepreneuriat.


2003

5. De federale regering heeft geen rechtstreekse bevoegdheden inzake de regionale Waarborgfondsen, de bewuste passage in het regeerakkoord duidt er op dat de samenwerking tussen het Participatiefonds en de Waarborgfondsen dient bevorderd te worden, dat er dient gezorgd te worden voor complementariteit en synergie tussen de instellingen in kwestie ten bate van het ondernemerschap.

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

563

IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp CA

DO


Date Datum

Objet Voorwerp

Auteur

* Question sans réponse

Page Blz.

* Vraag zonder antwoord

Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 1

0000200360128

5- 9-2003

32

Francis Van den Eynde

« Corps de sécurité ». « Veiligheidskorps ».

513

1

0000200360298 23- 9-2003

37

Mme Marie Nagy

Moniteur belge. — Version électronique sur internet. Belgisch Staatsblad. — Elektronische versie op internet.

516

Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Entreprises publiques — Overheidsbedrijven 1

0000200360206

2- 9-2003

19

Daan Schalck

SNCB. — Trains de nuit dans le cadre des festivités du 21 juillet. NMBS. — Nachttreinen naar aanleiding van feestelijkheden op 21 juli.

518

1

0000200360207

2- 9-2003

20

Daan Schalck

SNCB. — Comité ferroviaire Gand-Eeklo. NMBS. — Spoorwegcomité Gent-Eeklo.

519

1

0000200360222

8- 9-2003

22

Mw. Inge Vervotte

Belgacom. — Plan de dégagement pour le personnel de cadre. Belgacom. — Afvloeiingsplan kaderpersoneel.

520

8

0000200360257 11- 9-2003

25

Mw. Inge Vervotte

* La Poste. — Plans d’avenir. De Post. — Toekomstplannen.

499

Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 1

0000200360217

4- 9-2003

43

Jo Vandeurzen

E´trangers. — Régularisation retardée. Vreemdelingen. — Uitblijven regularisatie.

522

1

0000200360243 10- 9-2003

46

Yves Leterme

Réforme des services de sécurité civile. Hervorming van de civiele veiligheid.

523

8

0000200360061 11- 9-2003

47

Jos Ansoms

* Controˆle d’alcoolémie sur les autoroutes et sur les bretelles d’accès et de sortie des autoroutes. Alcoholcontroles op de autosnelwegen en op de open afritten van autosnelwegen.

500

8

0000200360259 16- 9-2003

48

Mw. Dalila Douifi

* Personnel CALOG auprès de la police locale. — Contractuels. — Contractuels subventionnés. CALOG-personeel bij de lokale politie. — Contractuelen. — Gesco’s.

500


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

564

CA

DO

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur

* Question sans réponse 6

Page Blz.


0000200360325 25- 9-2003

55

Yves Leterme

Intervention d’organisations caritatives lors de catastrophes. Inschakeling van hulporganisaties bij rampen.

524

Ministre de l’Emploi et des Pensions Minister van Werk en Pensioenen

Emploi — Werk 8

0000200360246 11- 9-2003

14

Mw. Maggie De Block

* Nombre de transmissions relatives au refus ou à l’arrêt de formations professionnelles. Aantal transmissies inzake het weigeren of stopzetten van beroepsopleidingen.

501

8

0000200360258 11- 9-2003

17

Mw. Maggie De Block

* ONEm. — Choˆmeurs. — Transmission de données par le VDAB, le FOREm et l’ORBEm. RVA. — Werklozen. — Transmissie van gegevens door VDAB, FOREm en BGDA.

502

Ministre des Finances Minister van Financie¨n 1

0000200360137

1

6- 8-2003

7

Carl Devlies

Remboursement des arriérés de centimes additionnels dus aux communes. Terugbetaling van de achterstallen op de doorstorting van de gemeentelijke opcentiemen.

525

0000200360171 21- 8-2003

12

Jan Mortelmans

Cabinets. — Parc automobile. Kabinetten. — Wagenpark.

526

1

0000200360114

1- 9-2003

24

Mw. Dalila Douifi

Inspection spéciale des impoˆts de Bruges. — Transfert éventuel vers Gand. Bijzondere Belastinginspectie van Brugge. — Mogelijke overplaatsing naar Gent.

527

8

0000200360261 16- 9-2003

31

Staf Neel

* Douanes et expéditeurs. — Introduction du système NCTS. Douane en expediteurs. — Invoering NCTSsysteem.

503

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Affaires sociales — Sociale Zaken 1

0000200360060 24- 7-2003

9

Jo Vandeurzen

Hoˆpitaux. — Patients aˆgés. — Admission dans un établissement approprié. Ziekenhuizen. — Patie¨nten op leeftijd. — Opname in aangepaste instelling.

529

1

0000200360225

15

Claude Eerdekens

Statines. — Critères de remboursement de l’INAMI. Statines. — RIZIV-terugbetalingscriteria.

530

8- 9-2003


2003

2004


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003 CA

DO

565

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


1

0000200360242 10- 9-2003

17

Jo Vandeurzen

8

0000200360247 11-10-2003

18

Jo Vandeurzen

1

0000200360020 18- 7-2003

3

Claude Eerdekens

1

0000200360023 18- 7-2003

6


1

0000200360017 25- 8-2003

15

Claude Eerdekens

1

0000200360231

9- 9-2003

18

Claude Eerdekens

8

0000200360248 11- 9-2003

20

Jo Vandeurzen

8

0000200360249 11- 9-2003

21

Jo Vandeurzen

8

0000200360250 11- 9-2003

22

Jo Vandeurzen

8

0000200360254 11- 9-2003

23

Jo Vandeurzen

8

0000200360255 11- 9-2003

24

Jo Vandeurzen

8

0000200360262 16- 9-2003

25

Jo Vandeurzen

Financement des hoˆpitaux. — Influence du traitement de patients étrangers sur ce financement. Financiering van de ziekenhuizen. — Invloed hierop van de behandeling van buitenlandse patie¨nten. * Conventions en matière de rééducation fonctionnelle. Revalidatieovereenkomsten.

532

504

Santé publique — Volksgezondheid Controˆles concernant les nitrofuranes et ses métabolites dans notre alimentation. Controles op de aanwezigheid van nitrofuranen en hun metabolieten in onze voeding. Drogues. — Augmentation de la consommation de drogues. Drugs. — Stijging druggebruik. Substituts de repas. — E´tiquetage. — Mode d’emploi. Maaltijdvervangers. — Etikettering. — Gebruiksaanwijzing. Suppléments alimentaires anti-aˆge. Voedingssupplementen tegen veroudering. * Hoˆpitaux. — Sociétés professionnelles. — Activité médicale. Ziekenhuizen. — Professionele vennootschappen. — Medische activiteit. * Hoˆpitaux publics. — Attribution de marchés publics. Openbare ziekenhuizen. — Aanbesteding van overheidsopdrachten. * Hoˆpitaux. — Réalisation de tests cliniques. Ziekenhuizen. — Uitvoeren van klinische proeven. * Hoˆpitaux. — Soins spécialisés. — Chefs de services médicaux. Ziekenhuizen. — Specialistische zorgen. — Medische diensthoofden. ´ * Etude des besoins en matière de lits dans les maisons de repos et de soins et dans les maisons de repos. Onderzoek naar behoefte aan RVT-bedden en rustoordbedden. * Infirmiers. — Formations. — « Projet formation 600 ». Verpleegkundigen. — Opleidingen. — Project « Vormingsproject 600 ».

535

539

541

542 505

505

506 506

506

507

Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Ećonomie — Economie 1

0000200360126

1- 8-2003


4

Willy Cortois

2003

E´talonnage de caméras et de boıˆtiers pour radars automatiques. — Formation radar. IJken van camera’s en flitspalen. — Opleiding radar.

2004

544


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003

566

CA

DO

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


8

0000200360251 11- 9-2003

11

Jo Vandeurzen

* Hoˆpitaux. — Acquisition de cd-roms. — Taxes. Ziekenhuizen. — Aanschaf cd-roms. — Taksen.

507

8

0000200360253 11- 9-2003

12

Mw. Dalila Douifi

* Impoˆts sur les revenus. — Constitution d’un droit d’usufruit sur un bien immobilier par des sociétés. — Nature du revenu obtenu. Inkomstenbelastingen. — Vestiging recht van vruchtgebruik op een onroerend goed door vennootschappen. — Aard van het verkregen inkomen.

508

8

0000200360065 11- 9-2003

13

Jos Ansoms

* Homologation des caméras Optospeed en vue du remplacement des vétustes appareils Multanova, et de l’extension du matériel de controˆle de la police des autoroutes. Homologatie van Optospeedcamera’s ter vervanging van de oubollige Multanova’s en ter uitbreiding van het controlemateriaal voor de autosnelwegenpolitie.

509

Eńergie — Energie 1

0000200360177 21- 8-2003

2


Impoˆts. — Perception de la cotisation sur l’énergie avant la publication au Moniteur belge. Belastingen. — Heffing energiebijdrage voor publicatie in het Belgisch Staatsblad.

547

Ministre de la Mobilité et de l’Ećonomie sociale Minister van Mobiliteit en Sociale Economie Mobilité — Mobiliteit 1

0000200360051 23- 7-2003

4

Jan Mortelmans

Installation obligatoire d’une « boıˆte noire » dans tous les camions et autocars. Verplichte uitrusting van een « black box » voor alle vrachtwagens en autocars.

548

1

0000200360178 21- 8-2003

18

Jan Mortelmans

Circulation routière. — Caméras automatiques. Wegverkeer. — Onbemande camera’s.

549

1

0000200360212

2- 9-2003

23

Daan Schalck

Sécurité routière. — Projet-pilote «système d’affichage de la vitesse». Verkeersveiligheid. — Proefproject snelheidsaanduidingssyteem.

550

1

0000200360252 11- 9-2003

26

Daan Schalck

Port de la ceinture de sécurité par les enfants. — Sanction. Dragen van de gordel voor kinderen. — Sanctie.

551

8

0000200360256 11- 9-2003

27

Daan Schalck

1

0000200360016 11- 9-2003

28

Gerolf Annemans


2003

* Cartes de riverain en zone bleue. Bewonerskaarten in de blauwe zone. Amendes pour infraction au code de la circulation routière et distance de freinage. Verkeersboetes en remafstand.

2004

510 552


QRVA 51 005 20 - 10 - 2003 CA

DO

567

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur

* Question sans réponse 8

Page Blz.


0000200360260 16- 9-2003

29

Jos Ansoms

* Controˆle des poids lourds en surcharge. Controles op overladen vrachtwagens.

511

Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Minister van Middenstand en Landbouw

Classes moyennes — Middenstand 1

0000200360235

9- 9-2003

2

Yves Leterme

Loi du 25 juin 1993 sur l’exercice d’activités ambulantes et l’organisation des marchés publics. — E´valuation. Wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten. — Evaluatie.

554

1

0000200360236

9- 9-2003

3

Yves Leterme

Centres touristiques. — Agréments. Toeristische centra. — Erkenningen.

557

1

0000200360238

9-10-2003

4

Yves Leterme

Fonds de participation et Fonds de garantie. Participatiefonds en Waarborgfonds.

560

2003


S.A. IMPRIMERIE

2004

E. GUYOT DRUKKERIJ N.V.


2356

Schriftelijke vragen en antwoorden. Questions et réponses écrites CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN QRVA QRVA

Recommend Documents