QRVA 51 083
QRVA 51 083
CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
————
————
Questions et réponses écrites
Schriftelijke vragen en antwoorden
BELGISCHE KAMER VAN
20 - 06 - 2005
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14112
cdH CD&V ECOLO FN MR N-VA PS sp•a - spirit Vlaams Belang VLD
: : : : : : : : : :
Centre démocrate Humaniste Christen-Democratisch en Vlaams E´cologistes Confédérés pour l’organisation de luttes originales Front National Mouvement Réformateur Nieuw - Vlaamse Alliantie Parti socialiste Socialistische Partij Anders - Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht. Vlaams Belang Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 : Document parlementaire de la 51e législature, suivi du no de base et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites CRIV : Compte Rendu Intégral, avec à gauche, le compte rendu intégral et, à droite, le compte rendu analytique traduit des interventions (sur papier blanc, avec les annexes) CRIV : Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert) CRABV : Compte Rendu Analytique (sur papier bleu) PLEN : Séance plénière (couverture blanche) COM : Réunion de commission (couverture beige)
DOC 51 0000/000 : Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden CRIV : Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat ook de bijlagen)
CRABV : PLEN : COM :
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail :
[email protected]
Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail :
[email protected]
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
CRIV :
2004
2005
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier) Beknopt Verslag (op blauw papier) Plenum (witte kaft) Commissievergadering (beige kaft)
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14113
SOMMAIRE
INHOUD
II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. Page/Blz. 14117 II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Page/Blz. 14131
Page Blz. Premier ministre
—
Eerste minister
Vice-première ministre et ministre de la Justice
14131 Vice-eerste minister en minister van Justitie
Vice-premier ministre et ministre des Finances
14144 Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
Vice-eerste minister 14160 en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
14177 Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
Ministre des Affaires étrangères
14185 Minister van Buitenlandse Zaken
Ministre de la Défense Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
14188 Minister van Landsverdediging Minister van Economie, Energie, 14190 Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
14195 Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
—
Minister van Middenstand en Landbouw
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs 14208 Minister van Werk en Consumentenzaken Ministre de la Coopération au développement
14209 Minister van Ontwikkelingssamenwerking
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances 14211 Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Ministre de la Mobilité
14218 Minister van Mobiliteit
Ministre de l’Environnement et des Pensions 14224 Minister van Leefmilieu en Pensioenen ´ ´ Secrétaire d’Etat à l’Informatisation de l’Etat, Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, adjoint au ministre du Budget toegevoegd aan de minister van Begroting et des Entreprises publiques — en Overheidsbedrijven Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n et à la Lutte contre la fraude fiscale, en de Strijd tegen de fiscale fraude, adjoint au ministre des Finances 14226 toegevoegd aan de minister van Financie¨n Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, adjoint au Premier ministre — toegevoegd aan de Eerste minister ´ Secrétaire d’Etat aux Affaires européennes, Staatssecretaris voor Europese Zaken, adjoint au ministre des Affaires étrangères 14227 toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken Secrétaire d’E´tat au Développement durable Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling et à l’E´conomie sociale, en Sociale Economie, toegevoegd aan adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques — de minister van Begroting en Overheidsbedrijven Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handiadjointe au ministre des Affaires sociales cap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken et de la Santé publique — en Volksgezondheid
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14115
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.
Page/Blz. 14229
Page Blz. Premier ministre Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Ministre des Affaires étrangères Ministre de la Défense Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
14229 Eerste minister 14234 Vice-eerste minister en minister van Justitie 14247 Vice-eerste minister en minister van Financie¨n Vice-eerste minister — en minister van Begroting en Overheidsbedrijven 14256 Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 14257 Minister van Buitenlandse Zaken 14293 Minister van Landsverdediging Minister van Economie, Energie, 14309 Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs Ministre de la Coopération au développement Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Ministre de la Mobilité Ministre de l’Environnement et des Pensions Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
14313 14339 14341 14353
Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Minister van Middenstand en Landbouw Minister van Werk en Consumentenzaken Minister van Ontwikkelingssamenwerking Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke — Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen 14357 Minister van Mobiliteit 14359 Minister van Leefmilieu en Pensioenen Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven — Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, — toegevoegd aan de minister van Financie¨n Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, — toegevoegd aan de Eerste minister Staatssecretaris voor Europese Zaken, — toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan 14364 de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
—
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
—
Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden
Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet. IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
Page/Blz. 14371
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14117
I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. * I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. * Date Datum
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 20- 8-2003 21- 8-2003 21-10-2003 8- 3-2004
22 25 66 203
9513510173-
3-2004 4-2004 4-2004 5-2004 5-2004 5-2004 6-2004
206 229 233 260 272 283 289
9- 6-2004 1- 7-2004 5- 7-2004 26- 8-2004 26- 8-2004 9- 9-2004 24- 9-2004 1-10-2004 1-10-2004 15-10-2004 15-10-2004 26-10-2004 27-10-2004 10-11-2004 18-11-2004 18-11-2004 22-11-2004 23-11-2004 23-11-2004 23-11-2004
291 303 306 338 339 342 369 378 383 398 400 416 419 435 441 444 447 448 450 453
Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Guy D’haeseleer François-Xavier de Donnea Bart Laeremans Filip De Man Olivier Maingain Walter Muls Mw. Nahima Lanjri Alfons Borginon Mw. Yolande Avontroodt Alfons Borginon Jo Vandeurzen Mme Marie Nagy Stijn Bex Stijn Bex Roel Deseyn Claude Marinower Bart Laeremans Alfons Borginon Bart Laeremans Mme Muriel Gerkens Dylan Casaer Stijn Bex Francis Van den Eynde Alfons Borginon Guido De Padt Mw. Greet Van Gool Gerolf Annemans Claude Marinower Alfons Borginon
232 233 1091 4254 4255 4878 4880 5457 5614 5969 6112 6114 6598 6599 7181 7182 7511 7879 8084 8085 8437 8439 8652 8654 8885 9279 9280 9281 9282 9283 9285
Date Datum
Question no Vraag nr.
24-11-2004 30-11-2004 3-12-2004 3-12-2004 3-12-2004 3-12-2004 10-12-2004 13-12-2004 14-12-2004 17-12-2004 21-12-2004 22-12-2004 3- 1-2005 13- 1-2005 13- 1-2005
455 457 459 460 461 462 477 479 480 482 488 489 492 497 498
1819191931137-
1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 2-2005 2-2005 2-2005
505 506 507 508 518 519 523 524
8151621212323-
2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005
526 532 533 535 536 540 541
242811222-
2-2005 2-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
543 545 549 551 552 556 557
Auteur Claude Marinower Roel Deseyn Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Mme Anne Barzin Hagen Goyvaerts Guido De Padt Gerolf Annemans Mw. Martine Taelman Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Mw. Sabien LahayeBattheu Luk Van Biesen Mark Verhaegen Gerolf Annemans Guido Tastenhoye Mw. Alexandra Colen Alfons Borginon Jo Vandeurzen Mme Corinne De Permentier Hagen Goyvaerts Jo Vandeurzen Claude Marinower Filip De Man Alfons Borginon Roel Deseyn Mme Corinne De Permentier Gerolf Annemans Claude Marinower Bert Schoofs Bert Schoofs Bert Schoofs Walter Muls Walter Muls
Page Blz. 9286 9476 9478 9478 9479 9480 9664 9665 9666 9951 9955 9955 10311 10550 10550 10554 10555 10556 10556 11083 11084 11387 11387 11389 11585 11717 11718 11719 11722 11722 12035 12035 12038 12039 12040 12042 12044
* Liste cloˆturée le 17 juin 2005 * Lijst afgesloten op 17 juni 2005
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14118
Date Datum
Question no Vraag nr.
22333333333778-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
558 559 561 562 563 564 565 568 570 571 572 574 575 577
991010101616161718181822232917-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 4-2005 4-2005
578 579 581 583 584 587 589 590 593 596 597 599 602 608 612 616 617
777712141419192021-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
618 619 620 621 626 629 630 634 635 637 638
25- 4-2005 26- 4-2005
641 643
Auteur Walter Muls Pieter De Crem Walter Muls Walter Muls Gerolf Annemans Walter Muls Walter Muls Walter Muls Alfons Borginon Walter Muls Walter Muls Walter Muls Claude Marinower Mw. Frieda Van Themsche Alfons Borginon Luk Van Biesen Guy Hove Guy D’haeseleer Francis Van den Eynde Gerolf Annemans Stijn Bex Stijn Bex Alfons Borginon Guido De Padt Filip De Man Roel Deseyn Filip De Man Alfons Borginon Servais Verherstraeten Geert Lambert Mw. Frieda Van Themsche Jo Vandeurzen Bart Laeremans Bart Laeremans Dylan Casaer Mw. Greet Van Gool Hagen Goyvaerts Mw. Nancy Caslo Mw. Annelies Storms Mw. Hilde Vautmans Jo Vandeurzen Mw. Frieda Van Themsche Jo Vandeurzen Geert Lambert
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 12044 12045 12221 12221 12222 12222 12222 12224 12225 12225 12226 12227 12227 12228 12228 12229 12410 12411 12411 12412 12412 12413 12414 12416 12416 12418 12419 12422 12871 13001 13157 13158 13313 13158 13159 13161 13314 13315 13315 13316 13317 13605 13606 13607 2004
Date Datum
Question no Vraag nr.
26262728-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
644 645 646 647
2822233499910101010101113131313-
4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
649 650 652 653 654 657 660 665 667 672 674 675 676 677 678 679 681 682 683 684
17- 5-2005 18- 5-2005
685 686
Auteur Geert Lambert Gerolf Annemans Roel Deseyn Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Martine Taelman Roel Deseyn Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mw. Annelies Storms Stijn Bex Mw. Nancy Caslo Jan Mortelmans Jan Mortelmans Roel Deseyn Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Dylan Casaer David Geerts Jo Vandeurzen Bart Laeremans Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Mw. Sabien LahayeBattheu Mme Zoé Genot Dylan Casaer
Page Blz. 13608 13609 13610 13909 13910 13911 13913 13913 13913 13914 14131 14132 14132 14132 14133 14134 14135 14135 14136 14136 14137 14139 14141 14142 14143 14143
Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-eerste minister en minister van Financie¨n 30- 9-2003 9-10-2003 6-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 18-11-2003 20-11-2003 20-11-2003 24-11-2003 8- 1-2004 12- 1-2004 26- 1-2004 2005
45 54 81 97 104 138 150 152 158 206 208 236
Geert Lambert Jean-Jacques Viseur Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Olivier Maingain
689 947 1694 1714 1725 1748 1941 1944 1950 2784 2787 3225
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 Date Datum
Question no Vraag nr.
3- 2-2004 9- 2-2004 23- 2-2004 8- 3-2004 22- 3-2004 22- 3-2004 20- 4-2004 27- 4-2004 28- 4-2004 30- 4-2004 5- 5-2004 12- 5-2004 13- 5-2004 24- 5-2004 24- 5-2004 27- 5-2004 2- 6-2004 22- 6-2004 23- 6-2004 28- 6-2004 12- 7-2004 13- 7-2004 27- 7-2004 27- 7-2004 16- 9-2004 21- 9-2004 23- 9-2004 5-10-2004 5-10-2004 6-10-2004 7-10-2004 15-10-2004 19-10-2004 19-10-2004 26-10-2004 10-11-2004 23-11-2004 2-12-2004 7-12-2004 9-12-2004 9-12-2004 14-12-2004 15-12-2004 17-12-2004 28-12-2004 11- 1-2005
254 273 274 305 318 320 352 355 357 366 367 387 389 397 398 401 407 420 421 425 434 435 445 449 473 483 487 496 497 499 503 510 512 513 518 533 541 549 554 556 557 560 561 563 574 589
14119
Auteur
Page Blz.
Mw. Trees Pieters 3656 Carl Devlies 3922 Mw. Trees Pieters 3923 Mw. Trees Pieters 4281 Willy Cortois 4576 Mw. Trees Pieters 4577 Mw. Trees Pieters 5075 Geert Lambert 5333 Pieter De Crem 5334 Alfons Borginon 5470 Jean-Jacques Viseur 5471 Carl Devlies 5624 Carl Devlies 5836 Mw. Trees Pieters 5977 Mw. Trees Pieters 5979 Mw. Trees Pieters 6128 Guido De Padt 6134 Mw. Trees Pieters 6440 Geert Versnick 6442 Mw. Trees Pieters 6607 Mw. Trees Pieters 6753 Carl Devlies 6753 Hagen Goyvaerts 7188 Bart Tommelein 7190 Hagen Goyvaerts 7692 Hagen Goyvaerts 7697 Melchior Wathelet 7879 Mw. Trees Pieters 8093 Mw. Trees Pieters 8095 Mw. Trees Pieters 8096 Mw. Trees Pieters 8234 8445 Mme Muriel Gerkens Mw. Trees Pieters 8446 Mw. Trees Pieters 8447 Mw. Trees Pieters 8656 Ortwin Depoortere 8896 Alfons Borginon 9287 Melchior Wathelet 9487 Mw. Hilde Vautmans 9492 Mme Zoé Genot 9668 Geert Lambert 9669 Geert Lambert 9670 Carl Devlies 9671 Gerolf Annemans 9957 Gerolf Annemans 10147 Guido De Padt 10441
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Date Datum 1314141717181921-
Question no Vraag nr.
1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005
590 593 594 597 598 603 607 611
25- 1-2005 27- 1-2005
616 625
31311331617172123-
1-2005 1-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005
629 631 635 636 638 645 646 648 650 656
23- 2-2005
657
242812-
2-2005 2-2005 3-2005 3-2005
662 665 669 671
223377-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
673 674 676 677 680 681
711810101014141416-
3-2005 4-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
682 685 686 690 691 692 695 696 697 698
2005
Auteur Koen T’Sijen Gerolf Annemans Guido De Padt Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Dirk Van der Maelen Jean-Marc Nollet Mw. Marleen Govaerts Mw. Trees Pieters Mw. Marleen Govaerts Guido De Padt Hagen Goyvaerts Gerolf Annemans Hagen Goyvaerts Jean-Marc Nollet Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Jo Vandeurzen Mw. Marleen Govaerts Ludo Van Campenhout Servais Verherstraeten Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Mw. Marleen Govaerts Carl Devlies Carl Devlies Carl Devlies Luk Van Biesen Elio Di Rupo Ludo Van Campenhout Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Alfons Borginon Mw. Maggie De Block Geert Lambert Guido De Padt Pieter De Crem Guy D’haeseleer Hagen Goyvaerts Jacques Chabot
Page Blz. 10557 10559 10560 10563 10564 10565 10567 10825 10826 11087 11087 11088 11091 11391 11391 11725 11726 11728 11728 11731 11731 12046 12047 12049 12050 12051 12052 12230 12230 12231 12232 12234 12238 12239 12425 12425 12426 12428 12430 12430 12431
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14120
Date Datum
Question no Vraag nr.
16151717222229293011511-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
699 700 701 702 704 705 709 711 712 713 714 715 722
111212121414141414141424241819202222262626272728282822-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005
723 724 725 727 729 730 731 732 733 735 736 741 742 744 745 746 751 752 754 755 756 757 758 759 760 761 762 767
2344-
5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
770 771 773 775
Auteur Jacques Chabot Dylan Casaer Mw. Trees Pieters Carl Devlies Carl Devlies Mw. Nathalie Muylle Dirk Van der Maelen Jean-Marc Nollet Elio Di Rupo Joseph Arens Filip De Man Mme Brigitte Wiaux Ludo Van Campenhout Dirk Van der Maelen Paul Tant Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Guido De Padt Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Annemie Roppe Roel Deseyn Hagen Goyvaerts Elio Di Rupo Mw. Dalila Douifi Dirk Van der Maelen Jean-Marc Nollet Pierre Lano Staf Neel Alfons Borginon Luk Van Biesen Carl Devlies Geert Lambert Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Mw. Hilde Dierickx Dirk Van der Maelen Hendrik Bogaert Pieter De Crem Mw. Yolande Avontroodt Richard Fournaux Mw. Annelies Storms Richard Fournaux Hagen Goyvaerts
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 12432 12434 12434 12436 12438 12439 12874 12876 12877 13002 13003 13004 13165 13166 13167 13167 13169 13318 13318 13319 13320 13321 13321 13322 13324 13325 13326 13326 13327 13613 13614 13616 13617 13618 13619 13620 13915 13916 13917 13918 13918 13920 13920 14144 14144 2004
Date Datum 44444999999101011111718-
5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
Question no Vraag nr. 776 777 778 779 780 781 782 783 784 785 786 787 788 789 791 793 794
Auteur Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Richard Fournaux Melchior Wathelet Mw. Trees Pieters Richard Fournaux Hagen Goyvaerts Carl Devlies Carl Devlies Carl Devlies Mw. Trees Pieters Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Francis Van den Eynde
Page Blz. 14145 14146 14147 14147 14148 14150 14150 14150 14151 14153 14154 14155 14155 14156 14157 14158 14159
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Budget — Begroting
15-10-2004 9-11-2004 10-11-2004 17-12-2004 20- 1-2005 1- 2-2005 9- 2-2005 14- 3-2005 14- 4-2005 22- 4-2005 26- 4-2005 3- 5-2005 10- 5-2005 10- 5-2005
31 34 36 40 42 46 48 50 54 57 58 59 60 61
Mme Muriel Gerkens Bart Laeremans Jean-Marc Nollet Gerolf Annemans Gerolf Annemans Koen T’Sijen Staf Neel Hagen Goyvaerts Guido De Padt Staf Neel Geert Lambert Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms
8450 8898 8898 9957 10832 11093 11393 12441 13328 13621 13622 13922 14160 14161
Entreprises publiques — Overheidsbedrijven
1- 7-2004 20- 8-2004 2005
244 274
Filip De Man 6624 Francis Van den Eynde 7203
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 Date Datum
Question no Vraag nr.
6- 9-2004 17- 9-2004 23- 9-2004 24- 9-2004 5-10-2004 7-10-2004 15-10-2004 18-10-2004 3-11-2004 5-11-2004 5-11-2004 8-11-2004 10-11-2004 23-11-2004 24-11-2004 1-12-2004 6-12-2004 7-12-2004 9-12-2004 9-12-2004 13-12-2004 15-12-2004 17-12-2004 29-12-2004 3- 1-2005 10- 1-2005 13- 1-2005 17- 1-2005 19- 1-2005 19- 1-2005 20- 1-2005 25- 1-2005 28- 1-2005 31- 1-2005 31- 1-2005 31- 1-2005
282 286 291 292 305 312 319 321 339 340 341 343 350 358 362 371 373 374 375 376 378 379 381 389 390 392 400 404 408 409 412 416 417 418 419 420
127789151515-
423 424 426 427 428 429 431 432 433
2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005
14121
Auteur Mme Muriel Gerkens Mme Marie Nagy Mme Annick Saudoyer Willy Cortois Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Guy D’haeseleer Francis Van den Eynde Koen T’Sijen Patrick De Groote Jean-Marc Nollet Olivier Chastel François Bellot Jan Mortelmans Mw. Ingrid Meeus Guido De Padt Mme Zoé Genot Geert Lambert Mw. Inga Verhaert Carl Devlies Gerolf Annemans Mme Muriel Gerkens Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Bart Laeremans Luk Van Biesen Jean-Marc Nollet Gerolf Annemans Willy Cortois Jean-Marc Nollet Jan Mortelmans Mw. Maggie De Block Mme Dominique Tilmans Koen T’Sijen Guido De Padt Jef Van den Bergh Jean-Marc Nollet Servais Verherstraeten Staf Neel Mw. Annelies Storms Francis Van den Eynde Mw. Marleen Govaerts
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 7414 7702 7881 7881 8110 8240 8451 8452 8900 8901 8901 8903 8908 9293 9296 9497 9498 9499 9674 9675 9677 9678 9959 10150 10315 10443 10570 10572 10573 10574 10833 10835 11094 11095 11095 11096 11098 11098 11395 11396 11396 11397 11589 11590 11590 2004
Date Datum 1516161617171822222222242528281123338-
2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
Question no Vraag nr. 434 435 436 437 438 439 443 444 445 447 448 449 450 451 452 453 454 455 457 458 459 461
9- 3-2005 9- 3-2005 9- 3-2005
462 463 464
9- 3-2005
465
91010101114161616161616161618212222-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
2005
466 467 468 469 471 472 473 474 475 476 478 479 480 481 482 483 484 485
Auteur Guido De Padt Jan Mortelmans Mw. Annelies Storms Stijn Bex Guido De Padt Jan Mortelmans Mw. Hilde Vautmans Guido De Padt Jan Mortelmans Geert Versnick Mme Zoé Genot Mw. Nathalie Muylle Roel Deseyn Guy D’haeseleer Geert Versnick Hagen Goyvaerts Guido De Padt Jef Van den Bergh Francis Van den Eynde David Geerts David Geerts Mw. Frieda Van Themsche Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Mw. Frieda Van Themsche Mw. Frieda Van Themsche Luk Van Biesen Guido De Padt Ortwin Depoortere Guy D’haeseleer Mme Jacqueline Galant Roel Deseyn Guy D’haeseleer Roel Deseyn Guy D’haeseleer Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Dirk Claes Guido De Padt Mme Marie Nagy Guido De Padt Guido De Padt
Page Blz. 11591 11735 11736 11737 11737 11738 11740 11741 11742 11744 11745 12053 12053 12055 12055 12056 12057 12058 12241 12241 12242 12242 12243 12243 12244 12244 12245 12443 12444 12444 12446 12447 12448 12449 12449 12450 12451 12451 12451 12452 12453 12453 12454 12455
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14122
Date Datum 242425777771111-
3-2005 3-2005 3-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
11- 4-2005 141818181818181819192020212222222626283444410101010101011111111-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
Question no Vraag nr. 486 487 488 490 491 492 493 494 495 496 497 499 502 503 504 507 508 509 510 511 512 513 514 515 516 517 518 519 521 522 523 524 525 526 527 528 529 530 531 532 533 534 535 536 537
Auteur Guido De Padt Jef Van den Bergh Mme Camille Dieu Jan Mortelmans Jan Mortelmans Bart Laeremans Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Guido De Padt Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Guido De Padt Guido De Padt Jan Mortelmans Mme Zoé Genot Roel Deseyn Mme Zoé Genot Roel Deseyn Roel Deseyn Luk Van Biesen Roel Deseyn Dirk Claes Jean-Marc Nollet Bart Laeremans Mw. Annemie Roppe Staf Neel Alfons Borginon Geert Lambert Jef Van den Bergh Jef Van den Bergh Mw. Annelies Storms François Bellot Jef Van den Bergh Jean-Claude Maene Jef Van den Bergh Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Jan Mortelmans Roel Deseyn Guido De Padt Guido De Padt Jan Mortelmans Guido De Padt Bart Laeremans Bart Laeremans
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 12878 12879 12879 13171 13171 13172 13173 13173 13173
Date Datum 1111111111181818-
5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
Question no Vraag nr. 538 539 540 541 542 543 545 546
Auteur Bart Laeremans Jan Mortelmans Bart Laeremans Bart Laeremans Jean-Marc Nollet Patrick De Groote Francis Van den Eynde Guido De Padt
13174
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
13175 13329 13330 13330 13331 13332 13333 13334 13334 13335 13336 13337 13337 13623 13624 13625 13626 13627 13627 13923 13923 14161 14162 14163 14164 14165 14165 14166 14167 14167 14168 14169 14169 14170 14171
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
2004
12- 7-2004 27- 7-2004 11- 8-2004 12- 8-2004 12- 8-2004 18- 8-2004 25- 8-2004 13- 9-2004 13- 9-2004 13- 9-2004 16- 9-2004 17- 9-2004 24- 9-2004 30- 9-2004 12-10-2004 12-10-2004 15-10-2004 20-10-2004 21-10-2004 8-11-2004 9-11-2004 14-12-2004 16-12-2004 21-12-2004 3- 1-2005 10- 1-2005 13- 1-2005
314 325 337 338 339 343 346 352 353 355 360 367 373 379 395 398 402 411 413 426 427 461 464 471 472 474 481
14181819-
483 485 487 488
1-2005 1-2005 1-2005 1-2005
2005
Willy Cortois Guido De Padt Stijn Bex Roel Deseyn Roel Deseyn Stijn Bex Hagen Goyvaerts Guido De Padt Guido De Padt Filip Anthuenis Mme Marie Nagy Hagen Goyvaerts Alfons Borginon Geert Lambert Melchior Wathelet François Bellot Guido De Padt Stijn Bex Koen T’Sijen Mme Zoé Genot Hagen Goyvaerts Filip De Man Melchior Wathelet Filip De Man Guido De Padt Melchior Wathelet Mw. Sabien LahayeBattheu Guido De Padt Melchior Wathelet Melchior Wathelet Guido Tastenhoye
Page Blz. 14172 14172 14173 14173 14174 14175 14176 14176
6760 7207 7216 7216 7217 7220 7222 7520 7520 7522 7706 7710 7884 8117 8244 8247 8454 8459 8665 8912 8913 9680 9965 9967 10315 10444 10577 10578 10579 10581 10583
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 Date Datum
14123
Question no Vraag nr.
24261178823-
1-2005 1-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005
496 497 501 502 505 510 513 520
25131010101616171717297-
2-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 4-2005
522 526 531 540 544 545 552 553 555 556 557 567 573
777141414181921222528334101011111111111111-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
574 576 577 581 582 585 588 593 595 598 599 605 609 610 612 615 616 618 619 620 621 622 623 624
Auteur Guido De Padt Guido De Padt Mw. Greet Van Gool Koen T’Sijen Mw. Nancy Caslo Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Corinne De Permentier Elio Di Rupo Bert Schoofs Gerolf Annemans Filip De Man Mark Verhaegen Mark Verhaegen Guido De Padt Bart Laeremans Elio Di Rupo Stijn Bex Hagen Goyvaerts Dylan Casaer Mw. Frieda Van Themsche Bart Laeremans Stijn Bex Dylan Casaer Francis Van den Eynde Mw. Nancy Caslo Elio Di Rupo Mw. Nancy Caslo Ortwin Depoortere Koen T’Sijen Staf Neel Guido De Padt Mw. Martine Taelman Mw. Annelies Storms Filip De Man Melchior Wathelet Mme Jacqueline Galant Francis Van den Eynde Mw. Nancy Caslo Mw. Nancy Caslo Elio Di Rupo Elio Di Rupo Willy Cortois Jan Mortelmans Servais Verherstraeten
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz.
Date Datum
Question no Vraag nr.
10839 10839 11100 11100 11399 11400 11401
18- 5-2005
625
11748 12058 12061 12246 12456 12458 12459 12462 12463 12464 12464 12465 12885 13176 13176 13178 13178 13338 13339 13340 13341 13342 13628 13629 13630 13924 13926 13927 14177 14179 14179 14180 14180 14181 14182 14183 14184 14184 2004
Auteur Roel Deseyn
Page Blz. 14185
Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Zaken 7- 1-2004 6- 2-2004 17- 2-2004 22- 3-2004 1- 4-2004 14- 7-2004 29- 7-2004 13- 9-2004 21- 9-2004 21- 9-2004 12-10-2004 18-10-2004 9-11-2004 10-11-2004 16-11-2004 16-11-2004
51 59 61 70 71 102 109 115 118 119 121 123 127 128 130 131
16-11-2004
132
7-12-2004 9-12-2004 10-12-2004 14-12-2004 15-12-2004 17-12-2004 21-12-2004 11- 1-2005 20- 1-2005 31- 1-2005 18- 2-2005 10- 3-2005 11- 3-2005 12- 4-2005
138 140 141 142 143 144 145 154 165 170 183 198 199 204
1414181821223-
206 210 214 215 217 218 221
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005
2005
Mme Marie Nagy Mme Zoé Genot Pieter De Crem Francis Van den Eynde Mme Zoé Genot Karel Pinxten Karel Pinxten Dirk Van der Maelen Mme Muriel Gerkens Bart Laeremans Luk Van Biesen Mw. Greet Van Gool Patrick Moriau Guy D’haeseleer Dirk Van der Maelen Ludo Van Campenhout Mohammed Boukourna Pieter De Crem Geert Lambert Francis Van den Eynde Gerolf Annemans Carl Devlies Gerolf Annemans Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Gerolf Annemans Mw. Alexandra Colen Pieter De Crem Gerolf Annemans Dirk Van der Maelen Ludo Van Campenhout Guido De Padt Luk Van Biesen Koen T’Sijen Luk Van Biesen Mw. Annelies Storms Pieter De Crem Mw. Annelies Storms
2582 3641 3804 4563 4881 6766 7228 7523 7713 7714 8248 8461 8917 8919 9115 9117 9119 9508 9683 9683 9684 9685 9969 9969 10449 10840 11102 11751 12468 12469 13182 13343 13346 13348 13349 13631 13632 13928
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14124
Date Datum
Question no Vraag nr.
10- 5-2005 11- 5-2005 18- 5-2005
225 226 227
Auteur Filip De Man Geert Versnick Pieter De Crem
Page Blz. 14185 14187 14187
Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 28-11-2003 16-12-2003 17- 1-2005 8- 3-2005 8- 3-2005 20- 4-2005 4- 5-2005
36 45 168 191 192 210 225
4- 5-2005
226
Karel Pinxten Luc Sevenhans Eric Massin Luc Sevenhans Luc Sevenhans Roel Deseyn François-Xavier de Donnea François-Xavier de Donnea
2091 2359 10590 12252 12253 13351 14188 14189
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid E´conomie — Economie
3-11-2004 28-12-2004 7- 2-2005 22- 2-2005 25- 2-2005 8- 3-2005 22- 4-2005 25- 4-2005 27- 4-2005 3- 5-2005 4- 5-2005 9- 5-2005 11- 5-2005 18- 5-2005
167 197 224 238 239 243 264 268 271 277 278 280 283 284
Roel Deseyn Gerolf Annemans Mme Muriel Gerkens Geert Versnick Dirk Claes Roel Deseyn Hagen Goyvaerts Mme Muriel Gerkens Roel Deseyn Mw. Annelies Storms Melchior Wathelet Koen T’Sijen Mme Jacqueline Galant Melchior Wathelet
8921 10155 11403 11759 12067 12253 13640 13641 13642 13929 14190 14191 14192 14193
E´nergie — Energie
3- 5-2005
127
Date Datum
2004
Auteur
Page Blz.
Commerce extérieur — Buitenlandse Handel
29-12-2004 31- 1-2005 1- 2-2005 28- 4-2005 3- 5-2005
37 42 43 51 53
Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Koen T’Sijen Mme Muriel Gerkens Mw. Annelies Storms
10157 11108 11109 13644 13931
Politique scientifique — Wetenschapsbeleid
3-11-2004 10-11-2004 29-12-2004 1- 2-2005 25- 2-2005 21- 3-2005 31- 3-2005 14- 4-2005 14- 4-2005 14- 4-2005 14- 4-2005 21- 4-2005 22- 4-2005 26- 4-2005 2- 5-2005 3- 5-2005 10- 5-2005 10- 5-2005
31 33 41 49 52 55 56 57 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68
Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Mme Muriel Gerkens Koen T’Sijen Mw. Simonne Creyf Mw. Simonne Creyf Bart Laeremans Guido De Padt Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Koen T’Sijen Staf Neel Geert Lambert Mme Colette Burgeon Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms
8926 8928 10158 11111 12070 12472 13012 13354 13355 13356 13356 13644 13645 13646 13932 13933 14194 14194
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken
21- 8-2003 22- 9-2003 23- 9-2003 6-10-2003 3-11-2003 3- 3-2004 3- 3-2004 4- 3-2004 16- 4-2004
Mw. Annelies Storms 13930
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Question no Vraag nr.
2005
14 19 20 25 41 83 84 87 100
Jan Mortelmans Staf Neel Jo Vandeurzen Gerolf Annemans Guy D’haeseleer Mw. Trees Pieters Mw. Maggie De Block Mw. Greet Van Gool Mw. Yolande Avontroodt
253 601 602 778 1523 4111 4114 4282 5077
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 Date Datum
Question no Vraag nr.
24- 5-2004 11- 6-2004 15- 6-2004 3- 8-2004 9- 9-2004 13- 9-2004 16- 9-2004 17- 9-2004 21- 9-2004 4-10-2004
109 122 123 141 148 151 153 159 162 167
6-10-2004
170
8-10-2004 13-10-2004 13-10-2004 15-10-2004 15-10-2004 19-10-2004 30-11-2004 7-12-2004 7-12-2004 9-12-2004
173 174 175 177 178 182 206 208 210 212
9-12-2004 9-12-2004 10-12-2004 15-12-2004 17-12-2004 29-12-2004 24- 1-2005 28- 2-2005
213 214 221 224 226 238 248 260
23101014-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
262 264 269 270 271
161517222224-
3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
272 273 274 275 276 277
24- 3-2005
279
14125
Auteur Jo Vandeurzen Gerolf Annemans Jo Vandeurzen Mme Zoé Genot Luk Van Biesen Luk Van Biesen Willy Cortois Mw. Maggie De Block Bart Laeremans Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Hendrik Daems Patrick De Groote Mw. Hilde Vautmans Jo Vandeurzen Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Geert Lambert Jo Vandeurzen Carl Devlies Gerolf Annemans Mme Muriel Gerkens Gerolf Annemans Mw. Yolande Avontroodt Jean-Jacques Viseur Mw. Hilde Vautmans Roel Deseyn Guy D’haeseleer Mw. Yolande Avontroodt Dylan Casaer Dylan Casaer Mw. Trees Pieters Carl Devlies Hans Bonte Mw. Annemie Turtelboom Mw. Maggie De Block
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 5983 6324 6326 7236 7526 7529 7718 7721 7723 8135 8137 8252 8253 8253 8467 8467 8469 9519 9521 9522 9695 9696 9697 9700 9702 9973 10161 10851 12073 12075 12255 12473 12474 12475 12475 12476 12477 12478 12479 12886 12888 2004
Date Datum 29307777-
3-2005 3-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
12- 4-2005 121314141418192126262629222231010101013-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
Question no Vraag nr. 280 281 285 286 287 288 289 290 291 292 293 294 296 298 299 302 303 304 305 306 307 308 309 310 312 313 314 315 316
Auteur Daniel Bacquelaine David Geerts Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Mw. Frieda Van Themsche Mw. Marleen Govaerts Mw. Trees Pieters Roel Deseyn Guido De Padt Jean-Marc Nollet Mw. Yolande Avontroodt Guy D’haeseleer Mw. Hilde Vautmans David Geerts Geert Lambert Daniel Bacquelaine Mw. Annemie Roppe Charles Michel David Geerts Ortwin Depoortere Mw. Maggie De Block Koen Bultinck Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Jo Vandeurzen Koen Bultinck Mw. Annemie Turtelboom
Page Blz. 12889 12889 13184 13185 13185 13186 13187 13187 13188 13357 13358 13358 13359 13361 13647 13649 13649 13650 13934 13935 13936 13936 13937 13938 14195 14196 14197 14197 14198
Santé publique — Volksgezondheid
14- 8-2003 18- 8-2003 21- 8-2003 21-10-2003 29-10-2003 16- 3-2004 19- 4-2004 6- 5-2004 26- 5-2004 9- 6-2004
2005
11 12 14 44 66 141 158 179 196 223
Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Guy D’haeseleer Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Bart Laeremans Guido De Padt Pierre Lano Mw. Yolande Avontroodt
254 255 256 1123 2099 4438 5078 5626 5987 6153
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14126
Date Datum
Question no Vraag nr.
11- 6-2004 24- 6-2004
224 234
9- 7-2004 26- 7-2004 26- 7-2004 4- 8-2004 13- 8-2004 2- 9-2004 8- 9-2004 9- 9-2004 10- 9-2004 21- 9-2004 1-10-2004 4-10-2004 4-10-2004 6-10-2004
243 246 247 260 265 269 277 278 279 287 295 297 298 299
20-10-2004 22-10-2004 25-10-2004 25-10-2004
310 312 314 316
26-10-2004 27-10-2004 28-10-2004 29-10-2004 23-11-2004 23-11-2004 29-11-2004 10-12-2004
318 321 324 326 336 338 345 361
15-12-2004
362
17-12-2004 10- 1-2005 14- 1-2005 18- 1-2005 20- 1-2005 20- 1-2005 24- 1-2005 1- 2-2005 7- 2-2005 8- 2-2005 23- 2-2005 8- 3-2005
364 372 376 377 381 382 385 393 396 399 407 415
Auteur Gerolf Annemans Mw. Yolande Avontroodt Guido De Padt Willy Cortois Willy Cortois Koen Bultinck Koen Bultinck Jo Vandeurzen Guido De Padt Mw. Magda De Meyer Jo Vandeurzen Bart Laeremans Guido De Padt Mw. Maggie De Block Guido De Padt Mw. Annemie Turtelboom Mw. Magda De Meyer Mark Verhaegen Guido De Padt Mw. Frieda Van Themsche Mw. Annemie Roppe Mme Jacqueline Galant Jean-Marc Nollet Koen Bultinck Guido De Padt Mme Annick Saudoyer Luc Goutry Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Yolande Avontroodt Gerolf Annemans Mme Zoé Genot Mw. Annelies Storms Hagen Goyvaerts Stijn Bex Gerolf Annemans Gerolf Annemans Alfons Borginon Luk Van Biesen Mme Muriel Gerkens Luk Van Biesen Mw. Frieda Van Themsche
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 6328 6652 6772 7239 7240 7249 7251 7429 7435 7529 7531 7727 8140 8142 8143 8143 8478 8677 8679 8680 8681 8684 8934 8936 9316 9317 9524 9704 9705 9978 10451 10600 10601 10853 10853 10855 11116 11417 11420 11764 12259 2004
Date Datum
Question no Vraag nr.
16- 3-2005
421
4- 4-2005 4- 4-2005 4- 4-2005 78121414-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
432 433 435 436 437 439 440 442
14- 4-2005
444
14- 4-2005
445
18- 4-2005 18- 4-2005 21- 4-2005
447 449 451
26272728282828234449-
454 456 457 458 459 460 461 462 463 464 465 466 467
101010111111-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
468 469 470 471 472 473
11- 5-2005
474
18- 5-2005 2005
475
Auteur Mw. Frieda Van Themsche Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Sabien LahayeBattheu Bart Laeremans Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet Guido De Padt Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt Jo Vandeurzen Mme Zoé Genot Mw. Yolande Avontroodt Geert Lambert Guido De Padt Jo Vandeurzen Mme Muriel Gerkens Mme Jacqueline Galant Mw. Hilde Dierickx Mw. Annelies Storms Koen Bultinck Mw. Annelies Storms Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mme Dominique Tilmans Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Olivier Chastel Mme Jacqueline Galant Mme Jacqueline Galant Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt Guido De Padt
Page Blz. 12482 13015 13015 13016 13190 13190 13192 13361 13363 13365 13366 13367 13369 13651 13654 13655 13656 13939 13940 13941 13942 13943 13943 14199 14200 14200 14201 14202 14203 14203 14204 14205 14206 14206 14207
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 Date Datum
14127
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs
19- 4-2005 26- 4-2005
9-12-2004 15-12-2004
197 199
13181210-
215 223 235 237 253
16161818-
1-2005 1-2005 2-2005 2-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005
22- 3-2005 23- 3-2005 31- 3-2005 31- 3-2005 31- 3-2005 24- 4-2005 21- 4-2005
257 258 261 262 266 267 272 273 274 285 286
22- 4-2005 26- 4-2005 27- 4-2005
289 292 294
28- 4-2005 2- 5-2005
296 298
11- 5-2005
303
Mw. Greet Van Gool Mw. Greet Van Gool Roel Deseyn Mme Marie Nagy Bart Laeremans Ortwin Depoortere Mw. Annemie Turtelboom Mw. Greet Van Gool Mw. Annemie Turtelboom Gerolf Annemans Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Jo Vandeurzen Mw. Sabien LahayeBattheu Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer André Frédéric Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Maggie De Block Mw. Annemie Turtelboom Mw. Maggie De Block Mw. Annemie Turtelboom Mw. Maggie De Block Dylan Casaer Mw. Annemie Turtelboom Mw. Greet Van Gool Mme Muriel Gerkens Mw. Annemie Turtelboom Hendrik Bogaert Mw. Annemie Turtelboom Elio Di Rupo
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
106 109
Jef Van den Bergh Geert Lambert
13375 13665
Ministre de la Coopération au développement
Emploi — Werk
89 90 109 127 138 142 167
Auteur
Page Blz.
Protection des consommateurs — Consumentenzaken
Minister van Werk en Consumentenzaken
24- 5-2004 24- 5-2004 13- 7-2004 17- 9-2004 5-10-2004 6-10-2004 25-10-2004
Question no Vraag nr.
Date Datum
5975 5976 6776 7730 8149 8153 8687 9707
Minister van Ontwikkelingssamenwerking 17-12-2004 19- 1-2005 1- 2-2005 14- 4-2005 4- 5-2005 9- 5-2005 9- 5-2005
Fonction publique — Ambtenarenzaken
14- 4-2005 10- 5-2005 10- 5-2005
12496 13017
13658 13661 13663 13664 13944 13945 14208 2004
9987 10607 11126 13375 14209 14209 14210
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
12487 12489 12490 12492
13018 13019 13657
Gerolf Annemans Guido Tastenhoye Koen T’Sijen Mw. Nathalie Muylle Luk Van Biesen Luk Van Biesen Gerolf Annemans
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
9708 10602 10604 11121 11123
12493 12495
49 57 62 72 79 80 82
133 141 142
Servais Verherstraeten 13377 Mw. Annelies Storms 14211 Mw. Annelies Storms 14211
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie
22- 9-2003 31- 3-2004 23- 6-2004 3-11-2004 9-12-2004 20- 1-2005 3- 2-2005 23- 2-2005 1- 3-2005 8- 3-2005 22- 4-2005 22- 4-2005 2005
7 37 54 69 77 87 96 100 101 102 110 111
Francis Van den Eynde Mw. Annelies Storms Mw. Martine Taelman Guy D’haeseleer Geert Lambert Mme Zoé Genot Jean-Marc Nollet David Geerts Mw. Nancy Caslo Mw. Annemie Turtelboom Staf Neel Mw. Greet Van Gool
621 4736 6456 8944 9716 10861 11426 11770 12078 12264 13666 13668
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14128
Question no Vraag nr.
Date Datum 26282813-
4-2005 4-2005 4-2005 5-2005
113 116 117 123
Auteur Ortwin Depoortere Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Gerolf Annemans
Page Blz. 13670 13948 13949 14212
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid
9-12-2004 22- 4-2005 26- 4-2005 10- 5-2005 10- 5-2005
27 39 40 42 43
Geert Lambert Staf Neel Geert Lambert Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms
9718 13670 13672 14213 14214
Gelijke Kansen — E´galité des chances
30-12-2003 5- 1-2004 5- 1-2004 5- 1-2004 5- 1-2004 14- 1-2004 27- 1-2004 19- 4-2004 11- 6-2004 16- 6-2004 5- 7-2004 7- 7-2004 8- 7-2004 8- 7-2004 8- 7-2004 8- 7-2004 6- 8-2004
4 5 6 7 8 9 11 12 15 16 17 18 19 20 21 22 24
17- 9-2004 1-12-2004 9-12-2004 13- 1-2005 18- 1-2005 9- 2-2005 14- 4-2005 22- 4-2005 26- 4-2005 29- 4-2005 4- 5-2005 10- 5-2005 10- 5-2005
25 37 38 44 45 51 53 55 56 57 59 60 61
Mme Zoé Genot Jo Vandeurzen Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Greet Van Gool Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Gerolf Annemans Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Marleen Govaerts Mme Marie Nagy Mme Annick Saudoyer Mme Zoé Genot Francis Van den Eynde Mw. Annelies Storms Staf Neel Guido De Padt Staf Neel Geert Lambert Francis Van den Eynde Filip De Man Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2480 2612 2613 2613 2614 2829 3245 5087 6331 6332 6665 6665 6777 6778 6778 6779 7257 7736 9546 9720 10608 10609 11426 13378 13672 13674 13949 14215 14216 14217 2004
Date Datum
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Ministre de la Mobilité Minister van Mobiliteit 2- 9-2004
143
1-10-2004 25-10-2004
151 164
5-11-2004 23-11-2004
168 178
26-11-2004 29-11-2004 29-11-2004 13-12-2004 17-12-2004 17-12-2004 24-12-2004 28-12-2004 29-12-2004 29-12-2004 29-12-2004 11- 1-2005 11- 1-2005 131420202425283111381-
181 182 183 187 190 191 196 198 200 201 202 203 204
1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 1-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 3-2005
205 208 209 210 211 212 216 219 220 221 223 226 231
9- 3-2005 10- 3-2005
233 234
17- 3-2005 11- 4-2005 11- 4-2005
236 242 243
12- 4-2005 2005
245
Mw. Marleen Govaerts Bart Laeremans Mw. Frieda Van Themsche Mme Zoé Genot Ludo Van Campenhout Guido De Padt Roel Deseyn Mw. Greet Van Gool Walter Muls Gerolf Annemans Mw. Greet Van Gool Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Melchior Wathelet Mme Pierrette CahayAndré Guido De Padt Luk Van Biesen Gerolf Annemans Gerolf Annemans Gerolf Annemans Pieter De Crem Guido De Padt Mw. Maggie De Block Geert Versnick Koen T’Sijen Miguel Chevalier Hagen Goyvaerts Mw. Marleen Govaerts Luk Van Biesen Mw. Frieda Van Themsche Jef Van den Bergh Guido De Padt Ludo Van Campenhout Jef Van den Bergh
7436 8155 8692 8950 9323 9547 9548 9548 9724 9990 9990 10164 10165 10166 10166 10167 10458 10458 10609 10612 10862 10862 10862 10863 11132 11134 11135 11136 11428 11430 12079 12267 12499 12501 13194 13195 13197
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 Date Datum
Question no Vraag nr.
12- 4-2005
246
14- 4-2005 14- 4-2005 14- 4-2005 1414141821212222222525262627282223333334910101010111818-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005
247 248 249 250 251 252 255 256 257 258 259 260 261 262 263 264 265 266 267 268 269 271 272 273 274 275 276 277 278 279 280 281 282 283 284 285
14129
Auteur Ludo Van Campenhout Guido De Padt Melchior Wathelet Ludo Van Campenhout Dylan Casaer Geert Lambert Jef Van den Bergh Dylan Casaer Mw. Annelies Storms Bert Schoofs Staf Neel Hendrik Bogaert Jef Van den Bergh Mw. Nathalie Muylle Hendrik Bogaert Geert Lambert Luk Van Biesen Hagen Goyvaerts Mw. Hilde Dierickx Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mw. Hilde Dierickx Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mw. Hilde Dierickx Francis Van den Eynde Dylan Casaer Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Nathalie Muylle Guido De Padt Elio Di Rupo Willy Cortois Mw. Sabien LahayeBattheu
Page Blz.
13381 13382 13382 13383 13384 13674 13675 13676 13677 13678 13679 13679 13680 13681 13681 13950 13951 13951 13951 13952 13953 13953 13953 13954 13954 14218 14218 14219 14220 14220 14221 14222 14223 14223
Bart Laeremans
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
8- 3-2005
56
Auteur
Page Blz.
Mme Colette Burgeon 12268
Pensions — Pensioenen
10- 5-2004 5- 7-2004 21- 9-2004 9-12-2004 29- 4-2005 2- 5-2005
32 36 45 65 98 99
10- 5-2005 10- 5-2005
101 102
Mw. Nahima Lanjri Francis Van den Eynde Bart Laeremans Mme Zoé Genot Mme Annick Saudoyer Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms
6126 6667 7741 9729 13955 13956 14224 14225
Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n 22- 3-2004 7- 9-2004 7-10-2004 15-10-2004 19-10-2004 19-10-2004 26-10-2004 9-12-2004 25- 1-2005 1- 2-2005 14- 4-2005 22- 4-2005 3- 5-2005 10- 5-2005 10- 5-2005
13 15 20 21 23 24 25 27 32 33 35 37 38 39 40
Mw. Trees Pieters Mme Muriel Gerkens Mw. Trees Pieters Mme Muriel Gerkens Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mme Zoé Genot Mw. Trees Pieters Koen T’Sijen Guido De Padt Staf Neel Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms
4595 7437 8267 8493 8494 8496 8695 9732 10869 11142 13386 13684 13956 14226 14226
Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
Environnement — Leefmilieu
33
Question no Vraag nr.
13198 13379 13379
Ministre de l’Environnement et des Pensions Minister van Leefmilieu en Pensioenen
21- 9-2004
Date Datum
7740
17-12-2004 18- 5-2005
2004
2005
23 41
Gerolf Annemans Philippe Collard
9992 14227
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14130
Question no Vraag nr.
Date Datum
Auteur
Page Blz.
Date Datum
Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Développement durable — Duurzame Ontwikkeling
22- 4-2005
34
Staf Neel
13685
E´conomie sociale — Sociale Economie
22- 4-2005
47
Staf Neel
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
13687
2004
12191922-
4-2005 4-2005 4-2005 4-2005
2005
49 53 54 56
Mme Zoé Genot Mw. Karin Jiroflée Mw. Karin Jiroflée Staf Neel
13199 13388 13389 13688
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14131
(Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. (Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
DO 2004200504176
DO 2004200504176
Question no 660 de Mme Nancy Caslo du 4 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 660 van mevrouw Nancy Caslo van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Peines alternatives pour les jeunes délinquants.
Alternatieve straffen voor jonge boefjes.
Pour tenter de ramener les jeunes délinquants dans le droit chemin, des peines alternatives sont appliquées. En outre, cet ensemble de mesures a été élargi ces dernières années à la médiation réparatrice, à la formation et à la concertation de groupe.
In een poging om delinquente jongeren op het rechte pad te krijgen, worden alternatieve straffen toegepast. Dit pakket van maatregelen werd de jongste jaren bovendien nog uitgebreid met herstelbemiddeling, vorming en groepsoverleg.
Le parquet d’Anvers et le tribunal de la jeunesse ont joué un roˆle précurseur dans l’élaboration de telles mesures alternatives.
Het Anwerps parket en de jeugdrechtbank speelden een pioniersrol in het uitdokteren van zulke alternatieve maatregelen.
La formation pour ces jeunes s’articule autour du respect, de l’agressivité, de l’aptitude sociale ou d’autres thèmes imposés par le parquet ou le juge de la jeunesse. Dans le cadre de la médiation réparatrice, les victimes et leurs agresseurs cherchent ensemble une peine adaptée. La réparation du dommage causé est essentielle à cet égard.
Bij vorming werken de jongeren rond respect, agressiviteit, sociale vaardigheden of andere thema’s die het parket of de jeugdrechter hen oplegden. Bij herstelbemiddeling zoeken slachtoffers en daders samen naar een gepaste straf. Het herstellingen van de aangerichte schade staat hier centraal.
La majorité des jeunes délinquants sont aˆgés de 15 à 18 ans, mais il arrive parfois que l’on prenne en charge des enfants aˆgés de huit ans à peine.
Het gros van de jonge daders is tussen 15 en 18 jaar, maar sporadisch begeleidt men ook dadertjes van amper 8 jaar.
1. Entre 2000 et 2004, à combien de jeunes a-t-on appliqué ce type de peine (données chiffrées annuelles) ?
1. Op hoeveel jongeren werden van 2000 tot 2004 zulke straffen toegepast (cijfermateriaal per jaar) ?
2. Combien de jeunes, par catégories d’aˆge, étaientils concernés ?
2. Om hoeveel jongeren per leeftijdscategorie ging het ?
3. Pour quels faits criminels applique-t-on une peine alternative ?
3. Welke criminele feiten komen in aanmerking voor de toepassing van een alternatieve straf ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14132
4. Dans combien de cas le dommage causé est-il vraiment réparé ?
4. In hoeveel gevallen wordt de aangerichte schade effectief hersteld ?
5. Parmi les jeunes pris en charge, combien ont-ils récidivé ?
5. Hoeveel van de behandelde jongeren recivideren ?
DO 2004200504205
DO 2004200504205
Question no 665 de M. Jan Mortelmans du 9 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 665 van de heer Jan Mortelmans van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Jeux de hasard. — Comité de concertation.
Kansspelen. — Overlegcomité.
La législation en matière de jeux de hasard prévoit la constitution d’un « Comité de concertation ». Cependant, selon la Commission des jeux de hasard, ce comité de concertation n’a jamais vu le jour. De même, les modalités de fonctionnement n’ont jamais été déterminées.
De wetgeving op de kansspelen voorziet in de oprichting van een « Overlegcomité ». Volgens de Kansspelcommissie werd dit Overlegcomité nochtans nooit samengesteld. Ook de werkingsmodaliteiten werden nooit bepaald.
Quelles mesures avez-vous prises pour que ce Comité de concertation soit constitué ?
Welke maatregelen heeft u getroffen opdat het Overlegcomité wordt samengesteld ?
DO 2004200504207
DO 2004200504207
Question no 667 de M. Jan Mortelmans du 9 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 667 van de heer Jan Mortelmans van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Collège des procureurs-généraux. — Circulaire relative à la législation sur les jeux de hasard. — Parquets.
College van de procureurs-generaal. — Omzendbrief kansspelwetgeving. — Parketten.
Il ressort du rapport annuel de 2004 de la Commission des jeux de hasard que le Collège des procureursgénéraux a rédigé une circulaire à propos de la législation sur les jeux de hasard. Certains parquets assureraient désormais un suivi étroit de la problématique des jeux de hasard. Pour d’autres parquets, cela ne constitue manifestement pas une priorité.
Uit het activiteitenverslag 2004 van de Kansspelcommissie blijkt dat het College van de procureursgeneraal met betrekking tot de kansspelwetgeving een omzendbrief heeft opgesteld. Sommige parketten zouden voortaan de problematiek van de kansspelen op de voet volgen. Voor andere parketten is het blijkbaar geen prioriteit.
Quelles mesures avez-vous prises pour que les parquets assurent à l’avenir un meilleur suivi de la problématique des jeux de hasard ?
Welke maatregelen heeft u getroffen opdat de parketten de problematiek van de kansspelen in de toekomst beter opvolgen ?
DO 2004200504218
DO 2004200504218
Question no 672 de M. Roel Deseyn du 9 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 672 van de heer Roel Deseyn van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Création d’une commission d’enquête parlementaire en matière de protection de la vie privée.
Oprichting van een onderzoekscommissie privacy.
Une proposition visant à instituer une commission d’enquête parlementaire chargée de l’examen de la
Recentelijk werd een voorstel gelanceerd om een parlementaire onderzoekscommissie op te richten om
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14133
protection de la vie privée et du traitement des données à caractère personnel des citoyens, a été formulée récemment. En effet, chaque Belge serait fiché dans quelques centaines de bases de données en moyenne.
onderzoek te doen naar de privacy en de verwerking van persoonsgegevens van burgers. De Belg zou gemiddeld immers in enkele honderden databanken voorkomen.
1. Quelles dispositions légales existantes permettent-elles de mettre un frein à l’enregistrement de données dans les bases de données ?
1. Welke wettelijke bepalingen bestaan er om de opname van gegevens in databanken aan banden te leggen ?
2. a) Qui controˆle le respect de ces dispositions ?
2. a) Wie voert controle uit op de naleving van die bepalingen ?
b) Dans quelle mesure ce controˆle est-il efficace ?
b) In welke mate is deze controle effectief ?
3. a) En moyenne, dans combien de banques de données des services publics le citoyen belge apparaıˆt-il ?
3. a) In hoeveel overheidsdatabanken zit de Belg gemiddeld ?
b) En moyenne, dans combien de banques de données d’entreprises le citoyen belge apparaıˆt-il ?
b) In hoeveel bedrijfsdatabanken zit de Belg gemiddeld ?
4. a) Que pensez-vous de la proposition d’instituer une commission d’enquête parlementaire ?
4. a) Hoe staat u tegenover het voorstel van een parlementaire onderzoekscommissie ?
b) D’après vous, quelle valeur ajoutée celle-ci pourrait-elle avoir ?
b) Welke toegevoegde waarde zou deze volgens u kunnen hebben ?
c) Ou` cette commission se situerait-elle par rapport à la Commission de la protection de la vie privée ?
c) Hoe zou deze zich kunnen verhouden tot de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ?
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 674 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 674 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14134
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 675 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 675 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14135
DO 2004200504233
DO 2004200504233
Question no 676 de M. Dylan Casaer du 10 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 676 van de heer Dylan Casaer van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Politique de classement sans suite des infractions au Code de la route.
Seponeringsbeleid van verkeersovertredingen.
L’évaluation de la loi relative à la circulation routière par la Commission fédérale pour la Sécurité routière est bientoˆt terminée. Selon les premières conclusions déjà rendues publiques, le renforcement de la probabilité pour le contrevenant de se faire prendre constitue l’un des meilleurs instruments d’amélioration de la Sécurité routière. La constatation d’une infraction au code de la route et la rédaction d’un procès-verbal ne représentent parfois que le début d’une procédure judiciaire. Une égalité de traitement au sein des différents arrondissements judiciaires contribuerait à renforcer l’assise de la loi relative à la circulation routière. Pour ne pas donner un sentiment d’impunité aux usagers de la route, le nombre de classements sans suite doit être limité à un minimum.
De evaluatie van de verkeerswet wordt momenteel door de Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid afgerond. De eerste conclusies werden echter al kenbaar gemaakt en daaruit blijkt dat een verhoging van de pakkans één van de beste instrumenten is om de verkeersveiligheid te verhogen. Het vaststellen van een verkeersinbreuk en het opstellen van een procesverbaal is soms slechts het begin van een juridische procedure. De gelijke behandeling binnen de verschillende gerechtelijke arrondissementen is een element dat het draagvlak van de verkeerswet zal bevorderen. Om het gevoel van straffeloosheid niet aan te wakkeren, moet het aantal seponeringen tot een minimum beperkt worden.
1. Combien de procès-verbaux ont-ils été dressés sur l’ensemble du territoire belge pour des infractions au code de la route en 2003 et 2004 ?
1. Hoeveel processen-verbaal werden er in heel Belgie¨ uitgeschreven voor verkeersinbreuken voor de jaren 2003 en 2004 ?
2. Pouvez-vous me fournir également ces chiffres par arrondissement judiciaire ?
2. Kan u ook een verdeling geven van het aantal processen-verbaal per gerechtelijk arrondissement ?
3. Combien de ces procès-verbaux ont-ils été classés sans suite, ventilés par arrondissement judiciaire si possible ?
3. Hoeveel van deze processen-verbaal werden geseponeerd en is het mogelijk ook hiervan de verdeling te geven per gerechtelijk arrondissement ?
4. Connaissez-vous les raisons de ces classements sans suite ?
4. Heeft u zicht welke oorzaken aan de grond liggen van deze seponeringen ?
DO 2004200504237
DO 2004200504237
Question no 677 de M. David Geerts du 10 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 677 van de heer David Geerts van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Traite des êtres humains et prostitution en Belgique.
Mensenhandel en prostitutie in Belgie¨.
Le magazine Enfants du Monde de l’Unicef (avril 2005) consacre un article à la traite d’enfants de Moldavie. Cet article nous apprend non seulement que des jeunes filles moldaves sont contraintes de se prostituer, mais hélas aussi que la Belgique joue le roˆle de plaque tournante vers d’autres pays d’Europe occidentale.
In het tijdschrift Kinderen Wereldwijd van UNICEF (april 2005) wordt er een artikel gewijd aan de mensenhandel van Moldavische kinderen. In het artikel wordt gesteld dat er niet alleen Moldavische meisjes zich onder dwang prostitueren, maar dat Belgie¨ helaas ook de functie van draaischijf naar andere West-Europese landen vervult.
1. Combien de cas de traite d’êtres humains ont été constatés en 2004 ?
1. Hoeveel gevallen van mensenhandel werden er in 2004 vastgesteld ?
2. Combien de cas de prostitution forcée ont été constatés en 2004 ?
2. Hoeveel gevallen van gedwongen prostitutie werden er in 2004 vastgesteld ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14136
3. De quelle nationalité étaient les victimes ?
3. Wat was de nationaliteit van deze slachtoffers ?
4. Combien de victimes ont été rapatriées ?
4. Hoeveel slachtoffers werden gerepatrieerd ?
5. Quels programmes de coopération ont été conclus avec les pays d’origine concernés ?
5. Welke samenwerkingsprogramma’s bestaan er met de betrokken landen van herkomst ?
6. Combien de personnes sont-elles engagées dans la lutte contre la traite des êtres humains ?
6. Hoeveel mensen zijn betrokken bij de strijd tegen mensenhandel ?
7. Envisagez-vous d’intensifier la lutte contre la traite des êtres humains ?
7. Overweegt u om de strijd tegen de mensenhandel te intensiveren ?
DO 2004200504238
DO 2004200504238
Question no 678 de M. Jo Vandeurzen du 10 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 678 van de heer Jo Vandeurzen van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Points d’action de la note de politique fédérale en matière de drogues.
Actiepunten uit de federale drugnota.
Le 15 février 2005, j’ai demandé à la ministre d’informer le parlement sur l’état d’avancement d’un certain nombre de points d’action concrets de la note de politique fédérale en matière de drogues (question écrite no 532). La ministre m’a indiqué dans une « réponse provisoire » que les données avaient été demandées et que les résultats seraient communiqués dans les plus brefs délais.
Op 15 februari 2005 vroeg ik de minister het parlement te informeren over de stand van zaken in verband met een aantal concrete actiepunten uit de federale drugnota (schriftelijke vraag nr. 532). De minister antwoordde mij in een « voorlopig antwoord » dat de gegevens werden opgevraagd en dat het resultaat zo snel mogelijk zou worden meegedeeld.
Ces résultats sont-ils entre-temps connus ?
Zijn deze resultaten ondertussen bekend ?
DO 2004200504250
DO 2004200504250
Question no 679 de M. Bart Laeremans du 11 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 679 van de heer Bart Laeremans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Services chargés des mesures judiciaires de substitution.
Diensten voor de alternatieve gerechtelijke maatregelen.
Je vous ai déjà interrogé le 26 avril 2005 sur le financement des mesures judiciaires de substitution. Vous avez alors déclaré qu’il existait une liste des différents services chargés des mesures judiciaires de substitution (Question no 6664, Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission de la Justice, 26 avril 2005, COM571, p. 31).
Op 26 april 2005 ondervroeg ik u reeds over de financiering van de alternatieve gerechtelijke maatregelen. U zei toen dat er een lijst bestond van de diverse diensten voor de alternatieve gerechtelijke maatregelen (AGM) (Vraag nr. 6664, Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor de Justitie, 26 april 2005, COM 571, blz. 31).
1. Pouvez-vous me fournir une liste des services chargés des mesures judiciaires de substitution à HalVilvorde et à Bruxelles ?
1. Kan u een overzicht geven van alle AGMdiensten in Halle-Vilvoorde en Brussel ?
2. Pouvez-vous à cet égard préciser, pour chaque service, quel est son rayon d’action (quelles sont les communes couvertes par le service en question) ?
2. Kan u hierbij per dienst weergeven wat het werkingsgebied is van de betrokken dienst (welke gemeenten de betrokken dienst verzorgt) ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14137
3. Pouvez-vous préciser, pour chaque service, combien de personnes il emploie et quel montant a été affecté l’an passé par le ministère de la Justice aux frais de personnel, d’une part, et aux frais de fonctionnement, d’autre part ?
3. Kan voor iedere dienst worden weergegeven hoeveel personeelsleden er tewerkgesteld zijn, welk bedrag Justitie het afgelopen jaar betaalde voor personeel en welk bedrag werd betaald voor werkingsmiddelen ?
DO 2004200504280
DO 2004200504280
Question no 681 de M. Guido De Padt du 13 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 681 van de heer Guido De Padt van 13 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Infractions au code de la route. — Infractions graves du premier degré. — Contraventions.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen eerste graad. — Inbreuken.
Des chiffres récemment publiés par le ministère de la Justice montrent qu’en 2004, le nombre d’amendes pour utilisation d’un téléphone au volant a baissé pour la première fois depuis 2001. Les statistiques précisent qu’en 2004, quelque 8 000 personnes de moins ont écopé d’une amende pour avoir téléphoné en roulant, par rapport à 2003. Ces chiffres révélateurs m’incitent à vous interroger sur l’évolution des autres infractions au code de la route.
Onlangs bleek uit cijfers van het ministerie van Justitie dat het aantal verkeersboetes voor telefoneren achter het stuur vorig jaar voor het eerst sinds 2001 gedaald zijn. Zo stond te lezen dat er in 2004 ruim 8 000 minder dergelijke overtredingen waren dan in 2003. Dit zijn interessante cijfers die vragen oproepen over de evolutie van andere verkeersovertredingen.
Pourriez-vous me communiquer le nombre de contraventions pour les années 2002, 2003 et 2004 pour chacune des infractions suivantes au code de la route :
Kan u het aantal inbreuken meedelen voor de jaren 2002, 2003 en 2004 voor elk van de volgende verkeersovertreding :
Infractions graves du premier degré : 150 euros
Zware overtreding eerste graad : 150 euro
1. Avoir dépassé de plus de 10 km à l’heure et de moins de 20 km à l’heure la vitesse maximale autorisée, sauf dans les zones 30 et aux abords des écoles. 2. Ne pas avoir le controˆle de son véhicule.
1. Tussen 10 en 20 km/u sneller rijden dan toegelaten buiten zones 30 en schoolomgevingen. 2. Geen controle hebben over zijn voertuig.
3. Rouler à une vitesse inadaptée, ne pas respecter les distances de sécurité, circuler à une vitesse anormalement réduite ou exercer un freinage soudain (agressions routières), inciter à rouler à une vitesse excessive, ne pas ralentir ou s’arrêter à l’approche d’animaux se trouvant sur la voie publique. 4. Dépasser sur un passage à niveau.
3. Met een onaangepaste snelheid rijden, bumperkleven, abnormaal langzaam rijden of plots remmen (verkeersagressie), aansporen tot overdreven snel rijden, niet vertragen of stoppen bij het naderen van dieren op de openbare weg. 4. Inhalen op een overweg.
5. Circuler sur un chemin réservé aux piétons, cyclistes ou cavaliers avec une voiture, une moto ou un cyclomoteur. 6. Circuler dans une zone piétonne ou s’y stationner. 7. S’arrêter ou stationner sur les trottoirs ou, dans les agglomérations, sur les accotements en saillie.
5. Met een auto, motor of brommer rijden op een weg voor voetgangers, fietsers of ruiters. 6. Rijden of parkeren in een voetgangerszone. 7. Stilstaan of parkeren op trottoirs of binnen de bebouwde kom op verhoogde bermen.
8. S’arrêter ou stationner sur les pistes cyclables.
8. Stilstaan of parkeren of fietspaden.
9. S’arrêter ou stationner sur les passages à niveau.
9. Stilstaan of parkeren op overwegen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14138
10. S’arrêter ou stationner sur les passages pour piétons ou sur les passages pour cyclistes et à moins de 5 mètres en deçà de ces passages.
10. Stilstaan of parkeren op oversteekplaatsen voor voetgangers of fietsers en op minder dan vijf meter vo´o´r deze oversteekplaatsen.
11. S’arrêter ou stationner sous un pont ou dans un tunnel.
11. Stilstaan of parkeren onder een brug of in een tunnel.
12. S’arrêter ou stationner sur la chaussée à proximité du sommet d’une coˆte ou dans un virage lorsque la visibilité est insuffisante.
12. Stilstaan of parkeren op de rijbaan, nabij de top van een helling of in een onoverzichtelijke bocht.
13. Stationner sur un arrêt d’autobus ou de trams.
13. Parkeren op een bus- of tramhalte.
14. Stationner aux endroits ou` les piétons, cyclistes et cyclomotoristes doivent emprunter la chaussée pour contourner un obstacle.
14. Parkeren op plaatsen waar voetgangers, fietsers en bromfietsers op de weg moeten komen om een hindernis te ontwijken.
15. Stationner aux endroits ou` le passage des trams ou trains serait entravé.
15. Parkeren op plaatsen waar je trams of treinen kan hinderen.
16. Stationner lorsque la largeur du passage libre sur la chaussée serait réduite à moins de 3 mètres.
16. Parkeren als de vrije doorgang op de rijbaan daardoor smaller wordt dan 3 meter.
17. Stationner sur un emplacement réservé aux personnes handicapées.
17. Parkeren op een plaats voor gehandicapten.
18. Circuler avec un véhicule pour personne handicapée, une bicyclette ou un véhicule attelé sans éclairage à l’avant ou à l’arrière, alors que l’emploi des feux est obligatoire.
18. Rijden met een voertuig voor gehandicapten, een fiets of een gekoppeld voertuig zonder verlichting aan voor- of achterzijde, terwijl dat wel verplicht is.
19. En cas d’encombrement de la circulation dans la file suivie, s’engager sur un passage pour piétons et y rester immobilisé.
19. Stilstaan op een zebrapad terwijl je aanschuift in een file of wanneer jouw doorgang wordt belemmerd door een andere weggebruiker.
20. Ne pas disposer du certificat d’immatriculation à bord du véhicule.
20. Het inschrijvingsbewijs niet bij zich hebben.
21. Ne pas renvoyer la marque d’immatriculation dans les délais impartis.
21. Het kenteken niet terugsturen binnen de opgelegde termijn.
22. Ne pas respecter les dispositions relatives à l’immatriculation « essai ».
22. Een foute inschrijving voor een handelaarsauto, die wordt gebruikt voor proefritten.
23. Ne pas apposer de vignette sur la plaque « essai ».
23. Geen vignet kleven op de handelaarsplaat voor proefritten.
24. Ne pas apposer de vignette sur la plaque « marchand ».
24. Geen vignet kleven op een handelaarsplaat.
25. Ne pas respecter les prescriptions relatives à la plaque « marchand ».
25. Voorschriften in verband met de handelaarsplaat niet naleven.
26. Ne pas renvoyer la plaque « essai » ou la plaque « marchand » dans le délai prescrit en cas de cessation d’activité.
26. De proefrittenplaat of handelaarsplaat niet binnen de termijn terugsturen als je stopt als handelaar.
27. Ne pas renvoyer la plaque « essai » ou la plaque « marchand » dans le délai prescrit dès que le titulaire n’est plus assuré.
27. Het proefritten- of handelaarskenteken niet binnen de termijn terugsturen als je als handelaar niet meer verzekerd bent.
28. Ne pas être en mesure de présenter le certificat d’immatriculation « essai » ou « marchand ».
28. Het inschrijvingsbewijs « handelaar » niet kunnen tonen.
29. Lors de compétitions sportives automobiles, dépasser les périodes durant lesquelles les reconnaissances sont autorisées.
29. Bij autosport-evenementen de toegelaten verkenningstijden overschrijden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
« proefritten »
of
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14139
30. Lors de compétitions sportives automobiles, ne pas respecter les zones interdites au public.
30. Bij autosport-evenementen de voor het publiek verboden zones niet in acht nemen.
DO 2004200504281
DO 2004200504281
Question no 682 de M. Guido De Padt du 13 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 682 van de heer Guido De Padt van 13 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Infractions au code de la route. — Infractions graves du deuxième degré. — Contraventions.
Verkeersovertredingen. — Zware tweede graad. — Inbreuken.
Des chiffres récemment publiés par le ministère de la Justice montrent qu’en 2004, le nombre d’amendes pour utilisation d’un téléphone au volant a baissé pour la première fois depuis 2001. Les statistiques précisent qu’en 2004, quelque 8 000 personnes de moins ont écopé d’une amende pour avoir téléphoné en roulant, par rapport à 2003. Ces chiffres révélateurs m’incitent à vous interroger sur l’évolution des autres infractions au code de la route.
Onlangs bleek uit cijfers van het ministerie van Justitie dat het aantal verkeersboetes voor telefoneren achter het stuur vorig jaar voor het eerst sinds 2001 gedaald zijn. Zo stond te lezen dat er in 2004 ruim 8 000 minder dergelijke overtredingen waren dan in 2003. Dit zijn interessante cijfers die vragen oproepen over de evolutie van andere verkeersovertredingen.
Pourriez-vous me communiquer le nombre de contraventions pour les années 2002, 2003 et 2004 pour chacune des infractions suivantes au code de la route :
Kan u mij het aantal inbreuken meedelen voor de jaren 2002, 2003 en 2004 voor elk van de volgende verkeersovertredingen :
Infractions graves du deuxième degré : 175 euros
overtredingen
Zware overtreding tweede graad : 175 euro boete :
1. Dépasser de plus de 10 km à l’heure et de moins de 20 km à l’heure la vitesse autorisée en zone 30, résidentielle et aux abords d’écoles.
1. In woonerven, zones 30 en in schoolomgevingen tussen 10 en 20 km/u te snel rijden.
2. Dépasser de 20 à 40 km à l’heure la vitesse autorisée dans les autres voies.
2. Tussen 20 en 40 km/u sneller dan de toegestane snelheid rijden op andere wegen.
3. Emprunter la voie de gauche alors que cela n’est pas autorisé.
3. De linkse rijbaan gebruiken als dat niet is toegestaan.
4. Ne pas respecter les règles relatives à la priorité.
4. Het overtreden van de voorrangsregels.
5. Ne pas céder le passage à la police, aux ambulances, aux pompiers ou à d’autres véhicules prioritaires.
5. Geen voorrang geven aan politie, ambulances, brandweer of andere prioritaire voertuigen.
6. Ne pas céder la priorité à des bus à leur point d’arrêt.
6. Bussen nabij hun halteplaats geen voorrang verlenen.
7. Ignorer le signal de priorité (triangle inversé).
7. Het voorrangsbord (omgekeerde driehoek) negeren.
8. Ignorer le signal stop.
8. Het stopteken negeren.
9. Ne pas respecter les règles relatives au croisement.
9. De regels van het kruisen niet volgen.
10. Ne pas respecter les règles de priorité aux endroits ou` la route est rétrécie.
10. De voorrangsregels bij wegversmallingen niet volgen.
11. Dépasser par la gauche un conducteur qui manifestait déjà son intention de tourner à gauche.
11. Een bestuurder links inhalen als die al te kennen had gegeven dat hij links wilde afslaan.
12. Dépasser par la gauche sans pouvoir apercevoir les usagers venant en sens inverse à une distance suffisante.
12. Links inhalen als je het tegemoetkomende verkeer niet van voldoende ver kan zien.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14140
13. Ignorer l’interdiction imposée aux voitures de se dépasser mutuellement.
13. Het inhaalverbod auto-auto negeren.
14. Ignorer l’interdiction imposée aux camions de dépasser une voiture.
14. Het inhaalverbod vrachtwagen-auto negeren.
15. Accélérer ou ne pas serrer le plus possible à droite alors qu’un autre véhicule tente de vous dépasser.
15. Versnellen als je wordt ingehaald of tijdens dat inhaalmanoeuvre niet zo rechts mogelijk rijden.
16. Dépasser ou croiser un tram par la gauche alors que c’est interdit.
16. Een tram links inhalen of kruisen als dit verboden is.
17. Suivre de trop près le véhicule qui précède.
17. Te dicht bij je voorganger rijden.
18. En cas de changement de direction, mettre d’autres conducteurs en danger.
18. Bij een richtingsverandering andere bestuurders in gevaar brengen.
19. En cas de changement de direction, gêner les conducteurs venant en sens inverse.
19. Bij een richtingsverandering tegenliggers hinderen.
20. En cas de changement de direction, ne pas céder le passage.
20. Bij een richtingsverandering geen voorrang verlenen.
21. Mettre les piétons, cyclistes ou cyclomotoristes en danger en dépassant une voiture qui s’était arrêtée devant un passage pour piétons.
21. Voetgangers, fietsers of bromfietsers in gevaar brengen door een wagen voorbij te steken, die was gestopt voor een zebrapad.
22. Mettre un piéton en danger lors d’un changement de direction.
22. Een voetganger in gevaar brengen bij een richtingsverandering.
23. Mettre un piéton en danger dans une agglomération.
23. Een voetganger in gevaar brengen in de bebouwde kom.
24. Mettre un piéton en danger dans une rue piétonne.
24. Een voetganger in gevaar brengen in de voetgangerszone.
25. Mettre un piéton en danger dans une zone réservée aux jeux.
25. Een voetganger in gevaar brengen in speelstraten.
26. Mettre un piéton en danger en ne lui cédant pas la priorité.
26. Een voetganger in gevaar brengen door hem of haar geen voorrang te gunnen.
27. Mettre un piéton en danger en ignorant les feux lumineux de circulation pour piétons.
27. Een voetganger in gevaar brengen door verkeerslichten voor voetgangers te negeren.
28. Mettre un piéton en danger en ne ralentissant pas à coˆté d’un bus ou d’un tram qui s’est arrêté pour permettre l’embarquement ou le débarquement des voyageurs.
28. Een voetganger in gevaar brengen door niet te vertragen naast een bus of tram, wanneer die stilstaat en reizigers in- of uitstappen.
29. S’engager sur un passage à niveau alors que c’est interdit.
29. Je op een overweg begeven als dat niet is toegelaten.
30. Sur un chemin réservé aux cyclistes, piétons et cavaliers, se gêner ou se mettre mutuellement en danger.
30. Op een weg voorbehouden voor fietsers, voetgangers of ruiters elkaar hinderen of in gevaar brengen.
31. Circuler avec un véhicule à moteur ou un train de véhicules sans éclairage.
31. Rijden met een motorvoertuig of een sleep zonder verlichting.
32. Ne pas ralentir ou s’arrêter lorsque le chauffeur d’un bus scolaire signale que des enfants vont embarquer ou débarquer.
32. Niet vertragen of stoppen als de chauffeur van een schoolbus te kennen geeft dat hij de kinderen gaat laten in- of uitstappen.
33. Mettre un cycliste ou un cyclomotoriste en danger.
33. Een fietser of een bromfietser in gevaar brengen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14141
34. Couper une colonne militaire, un groupe d’écoliers, une course cycliste ou tout autre groupe.
34. Een militaire colonne, een groep scholieren, een wielerwedstrijd of elke andere groep doorbreken.
35. Ne pas respecter les prescriptions générales en matière de chargement. Ne pas amarrer le chargement.
35. Algemene voorschriften inzake lading niet in acht nemen. Lading niet vastsjorren.
36. Conduire dans un tunnel un véhicule transportant des matières dangereuses, alors que c’est interdit.
36. Een wagen met gevaarlijke stoffen aan boord toch door een verboden tunnel sturen.
37. Ignorer un feu rouge ou un feu orange fixe.
37. Een rood of een vast oranje licht negeren.
38. Franchir une ligne blanche ou orange continue séparant les bandes de circulation.
38. Een witte of oranje doorlopende streep tussen rijstroken overschrijden.
39. Rouler avec une voiture non immatriculée et qui ne porte pas la bonne plaque d’immatriculation.
39. In een auto rijden die niet is ingeschreven en niet de juiste nummerplaat draagt.
40. Mettre en circulation un véhicule non immatriculé.
40. Een niet-ingeschreven voertuig in het verkeer brengen.
41. Utiliser une voiture immatriculée à l’étranger sans en avertir la TVA.
41. Een auto gebruiken die in het buitenland is ingeschreven zonder de BTW daarvan in kennis te hebben gebracht.
42. Effacer ou d’immatriculation.
recouvrir
la
plaque
42. Het kenteken verdoezelen of bedekken.
43. Compromettre la lisibilité de la plaque d’immatriculation.
43. De leesbaarheid van het kenteken schaden.
44. Lors de compétitions automobiles, ne pas respecter les dispositions relatives aux épreuves de classement.
44. Bij autocompetities de bepalingen omtrent klassementsproeven niet naleven.
DO 2004200504282
DO 2004200504282
Question no 683 de M. Guido De Padt du 13 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 683 van de heer Guido De Padt van 13 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Infractions au code de la route. — Infractions graves du troisième degré. — Contraventions.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen derde graad. — Inbreuken.
Des chiffres récemment publiés par le ministère de la Justice montrent qu’en 2004, le nombre d’amendes pour utilisation d’un téléphone au volant a baissé pour la première fois depuis 2001. Les statistiques précisent qu’en 2004, quelque 8 000 personnes de moins ont écopé d’une amende pour avoir téléphoné en roulant, par rapport à 2003. Ces chiffres révélateurs m’incitent à vous interroger sur l’évolution des autres infractions au code de la route.
Onlangs bleek uit cijfers van het ministerie van Justitie dat het aantal verkeersboetes voor telefoneren achter het stuur vorig jaar voor het eerst sinds 2001 gedaald zijn. Zo stond te lezen dat er in 2004 ruim 8 000 minder dergelijke overtredingen waren dan in 2003. Dit zijn interessante cijfers die vragen oproepen over de evolutie van andere verkeersovertredingen.
Pourriez-vous me communiquer le nombre de contraventions pour les années 2002, 2003 et 2004 pour chacune des infractions suivantes au code de la route :
Kan u het aantal inbreuken meedelen voor de jaren 2002, 2003 en 2004 voor elk van de volgende verkeersovertredingen :
Infractions graves du troisième degré : à partir de 550 euros 1. Rouler à 50 km à l’heure et plus en zone 30, résidentielle ou aux abords d’écoles.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Zware overtredingen derde graad : vanaf 550 euro 1. 50 km/u of meer rijden in een zone 30, een woonerf of in een schoolomgeving. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14142
2. Dépasser de 40 km/h et plus la vitesse maximale autorisée sur les autres voies.
2. 40 km/u sneller rijden dan is toegestaan op andere wegen.
3. Ignorer les injonctions d’un agent.
3. De bevelen van een agent negeren.
4. Dépasser par la droite.
4. Rechts inhalen.
5. Dépasser par la gauche à l’approche d’une coˆte ou dans un virage, alors que le dépassement y est interdit.
5. Links inhalen bij het naderen van een helling of in een bocht waar inhalen verboden is.
6. Dépasser par la gauche un conducteur en train de dépasser un véhicule, alors que ce dépassement est interdit.
6. Een bestuurder links inhalen, die zelf een voertuig inhaalt waar dat verboden is.
7. Sur une autoroute, emprunter un raccordement transversal, faire demi-tour, marche arrière ou rouler à contre-sens.
7. Op een autoweg een dwarsverbinding gebruiken, keren, achteruitrijden of spookrijden.
8. Se livrer à des luttes de vitesse ainsi qu’à des épreuves sportives sur la voie publique sans autorisation.
8. Zonder vergunning deelnemen aan snelheids- of sportwedstrijden op de openbare weg (streetraces).
DO 2004200504283
DO 2004200504283
Question no 684 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 13 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 684 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 13 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Circulaire no 1756 du 7 octobre 2004. — Détenus en semi-liberté. — Congé.
Omzendbrief nr. 1756 van 7 oktober 2004. — Halve vrijen. — Verlof.
Par votre circulaire no 1756 du 7 octobre 2004, vous avez décidé de donner congé aux détenus en semiliberté tous les week-ends au lieu de ne leur donner congé que tous les quinze jour, ce qui signifie qu’ils vont travailler pendant la journée, dorment en prison et passent tous les week-ends à la maison.
Via omzendbrief nr. 1756 van 7 oktober 2004 nam u de maatregel om halve vrijen elk weekend verlof toe te kennen in plaats van om de veertien dagen. Dit betekent dat ze overdag gaan werken, ’s avonds in de gevangenis slapen en elk weekend thuis zijn.
1. Combien de détenus se trouvaient, par prison, dans ce système avant le 7 octobre 2004 ?
1. Hoeveel gedetineerden bevonden zich in dit systeem vo´o´r 7 oktober 2004 per Belgische gevangenis ?
2. Observe-t-on une augmentation du nombre de détenus optant, depuis le 7 octobre 2004, pour le régime de semi-liberté ?
2. Is er een stijging te merken in het aantal gedetineerden dat vanaf 7 oktober 2004 voor het systeem van halve vrijheid opteert ?
3. Combien de détenus, par prison, se trouvent aujourd’hui en régime de semi-liberté ? Si ces chiffres sont établis mensuellement, j’aimerais connaıˆtre le nombre de détenus qui se sont trouvés chaque mois, après le 7 octobre 2004, dans ce régime ?
3. Hoeveel gedetineerden — per gevangenis in Belgie¨ — bevinden zich op vandaag in het systeem van halve vrijheid ? Indien deze cijfers per maand opgemaakt worden, bekwam ik graag het aantal gedetineerden dat zich per maand na´ 7 oktober 2004 in dit systeem bevond.
4. a) Les détenus en semi-liberté sont-ils en règle générale des détenus qui pourraient être placés également sous surveillance électronique ?
4. a) Zijn halve vrijen over het algemeen gedetineerden die ook onder elektronisch toezicht geplaatst zouden kunnen worden ?
b) Combien de détenus en semi-liberté pourraient, aujourd’hui, entrer en considération pour se faire placer un bracelet de cheville électronique ?
b) Hoeveel van de halve vrijen op vandaag zouden in aanmerking kunnen komen voor een elektronische enkelband ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14143
5. Appartient-il in fine aux détenus eux-mêmes de choisir le régime sous lequel ils souhaitent être placés ?
5. Is het uiteindelijk aan de gedetineerde zelf om te kiezen onder welk systeem hij/zij geplaatst wil worden ?
DO 2004200504293
DO 2004200504293
Question no 685 de Mme Zoé Genot du 17 mai 2005 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 685 van mevrouw Zoé Genot van 17 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Couˆt de l’enquête concernant les « Tueurs du Brabant wallon ».
Kosten van het onderzoek naar de Bende van Nijvel.
Nous commémorons malheureusement cette année le vingtième anniversaire de la dernière attaque des « Tueurs du Brabant wallon », le 9 novembre 1985 au Delhaize d’Alost (8 morts). Malgré 28 meurtres (non élucidés à ce jour), plus que vingt ans d’enquête et deux commissions parlementaires, nous n’en savons toujours pas davantage. Avec toutes les conséquences néfastes pour la crédibilité de la Justice, ainsi que l’E´tat de droit.
Dit jaar is het twintig jaar geleden dat de zogenaamde Bende van Nijvel voor het laatst toesloeg, met de overval op de Delhaize-supermarkt in Aalst op 9 november 1985. Daarbij vielen 8 doden. Het is een trieste verjaardag. Ondanks de 28 (onopgehelderd gebleven) moorden, tasten we vandaag, meer dan twintig jaar onderzoekswerk en twee parlementaire onderzoekscommissies later, nog steeds in het duister, met alle funeste gevolgen van dien voor de geloofwaardigheid van het gerecht en van de rechtsstaat.
1. Pourriez-vous communiquer le couˆt global de ces deux décennies de recherches dans l’enquête sur les « Tueurs du Brabant wallon » ?
1. Hoeveel heeft het onderzoek naar de Bende van Nijvel in de afgelopen twee decennia in totaal gekost ?
2. Pourriez-vous communiquer ou` en est réellement l’enquête ?
2. Wat is de feitelijke stand van zaken van het onderzoek ?
DO 2004200504296
DO 2004200504296
Question no 686 de M. Dylan Casaer du 18 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 686 van de heer Dylan Casaer van 18 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Déprédation de caméras automatiques.
Beschadigen van onbemande camera’s.
Certains sites web incitant au vandalisme ayant manifestement fait leur effet, et la médiatisation du phénomène aidant, plusieurs caméras automatiques ont été vandalisées voire complètement détruites en Flandre sur un bref laps de temps. Il ressort d’une étude concernant les caméras automatiques installées aux abords de la ville d’Anvers que le nombre d’accidents a diminué de 27 %, ce qui tend à prouver l’utilité de ces caméras. Toute déprédation de ces équipements, qui augmentent la Sécurité routière, est inadmissible.
Naar aanleiding van bepaalde opruiende websites en veelvuldige aandacht in de media werden in Vlaanderen verschillende onbemande camera’s op korte tijd beschadigd of volledig vernield. Uit een studie van de onbemande camera’s rond de stad Antwerpen blijkt dat het aantal ongevallen gedaald is met 27 %. De camera’s hebben hun nut daarmee wel bewezen. Het beschadigen van deze infrastrutuur die de verkeersveiligheid ten goede komt, is uit den boze.
1. Combien de constats de déprédation ou de destruction de caméras automatiques ont été faits en 2004 ?
1. Hoeveel vaststellingen van het beschadigen of vernietigen van onbemande camera’s werden er in 2004 gedaan ?
2. Ou` les caméras visées étaient-elles installées ?
2. Kan u aanwijzen op welke plaatsen dit gebeurd is ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14144
3. Dans combien de cas
3. Voor hoeveel van deze misdrijven werd(en)
a) l’auteur ou les auteurs des faits ont-ils été identifiés;
a) de dader(s) gevonden;
b) le procès-verbal a-t-il été classé sans suite;
b) het proces-verbaal geseponeerd;
c) l’auteur ou les auteurs des faits n’ont-ils pas été trouvés ?
c) de dader(s) nog niet gevonden ?
Vice-premier ministre et ministre des Finances
Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
DO 2004200504178
DO 2004200504178
Question no 773 de M. Richard Fournaux du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 773 van de heer Richard Fournaux van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
TVA. — Exemptions.
BTW. — Vrijstellingen.
L’octroi de droits personnels d’occupation privative, éminemment précaires, pour autant que ces droits soient conformes ou, à tout le moins, compatibles avec l’affection des biens du domaine public est-il constitutif d’une prestation de services au sens de l’article 18, § 1er, alinéa 2, 6o, du Code de la TVA lorsqu’il s’effectue moyennant une contrepartie ?
Moet de toekenning van — zeer onzekere — persoonlijke rechten inzake het betrekken van een goed voor particuliere doeleinden, op voorwaarde dat die rechten conform of op zijn minst verenigbaar zijn met de bestemming van de goederen van het openbaar domein, beschouwd worden als een dienst zoals bedoeld in artikel 18, § 1, lid 2, 6o van het BTWWetboek wanneer er sprake is van een tegenprestatie ?
DO 2004200504180
DO 2004200504180
Question no 775 de M. Hagen Goyvaerts du 4 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 775 van de heer Hagen Goyvaerts van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Saisie-arrêt fiscale. — Imprimé 247.7.
Fiscaal derdenbeslag. — Drukwerk 247.7.
Si un contribuable ne paie pas ses dettes fiscales, le fisc peut saisir les capitaux que des tiers lui doivent. La saisie-arrêt est donc une saisie sur ce que le débiteur du saisi doit lui payer ou lui céder.
Betaalt de belastingplichtige zijn belastingschulden niet, dan kan de fiscus beslag leggen op gelden die derden hem verschuldigd zijn. Het derdenbeslag is dus een beslag gelegd in handen van een schuldenaar van de beslagene op wat de schuldenaar aan de beslagene moet betalen of afgeven.
Pour les dettes fiscales dans le secteur des contributions directes, il peut être procédé à une saisie conservatoire sur la base du roˆle déclaré exécutoire, qui est un titre exécutoire.
Voor fiscale schulden inzake directe belastingen kan onder probleem worden overgegaan tot een bezwarend beslag op basis van het uitvoerbaar verklaard kohier dat een uitvoerbare titel is.
Jusqu’il y a peu, un tiers saisi pouvait être poursuivi automatiquement et sans la moindre intervention comme si l’intéressé était débiteur direct. Dans deux
Tot voor kort kon een derdebeslagene automatisch en zonder enige tussenkomst vervolgd worden alsof de betrokkenen rechtstreeks schuldenaar was. Het Arbi-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14145
arrêts (no 11/97 du 5 mars 1997 et no 35/97 du 12 juin 1997), la Cour d’Arbitrage a estimé que cette sanction automatique était contraire au principe d’égalité. Pourtant, dans les informations fournies par le SPF Finances — notamment sur l’imprimé 247.7 —, il est toujours fait mention de la sanction susmentionnée. En 2005, ceci est de nature à semer la confusion et le trouble dans les esprits.
tragehof heeft in twee arresten (nr. 11/97 van 5 maart 1997 en nr. 35/97 van 12 juni 1997) geoordeeld dat deze automatische sanctie in tegenstrijd is met het gelijkheidsbeginsel. Niettegenstaande wordt op informatie van de FOD Financie¨n — met name drukwerk 247.7 — nog steeds melding gemaakt van de bovenvermelde sanctie. Anno 2005 zorgt dit verwarring en onduidelijkheid.
1. Pourquoi le document 247.7 n’a-t-il pas encore été adapté de sorte qu’un tiers saisi ne puisse plus être poursuivi comme débiteur direct ?
1. Waarom werd het document 247.7 nog niet aangepast zodat een derdebeslagene niet langer als rechtstreekse schuldenaar kan vervolgd worden ?
2. Comment, actuellement, le SPF Finances fournitil des informations sur la procédure de la saisie exécutoire entre tiers à titre de sanction éventuelle lorsqu’aucune déclaration du tiers saisi n’est faite dans le délai prescrit à cet effet ?
2. Op welke manier wordt er momenteel vanuit de FOD Financie¨n informatie verstrekt over de procedure van het uitvoerend beslag onder derden als mogelijke sanctie wanneer er geen verklaring van de derdebeslagene wordt afgelegd binnen de daartoe voorgeschreven termijn ?
DO 2004200504181
DO 2004200504181
Question no 776 de M. Hagen Goyvaerts du 4 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 776 van de heer Hagen Goyvaerts van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Remboursement d’impoˆt. — Assignation contre numéro de compte.
Teruggave van belastingen. — Assignatie versus rekeningnummer.
D’après les chiffres de l’Administration du recouvrement, il semblerait qu’en 2004, plus de 20 % des remboursements d’impoˆts aient encore été effectuées au moyen d’une assignation.
Uit cijfers van de administratie van Invordering zou blijken dat in 2004 nog ruim 20 % van de teruggaven van belastingen via een assignatie gebeurt.
Les assignations ne constituent pas le moyen de paiement le plus efficace car, dans la pratique, elles s’accompagnent d’importantes formalités administratives. Il n’est pas rare que l’assignation soit perdue, volée, qu’elle ne soit pas distribuée en raison d’un changement d’adresse, qu’elle ne puisse pas être versée sur un compte bancaire, etc. En outre, sa validité est limitée à trois mois. Le remboursement d’impoˆt sur un compte bancaire est beaucoup plus efficace, à condition toutefois que le fichier comprenant les numéros de compte soit rempli correctement et soit régulièrement mis à jour.
Assignaties zijn niet het meest doeltreffende betalingsmiddel omdat er in de praktijk nogal wat administratieve rompslomp mee gepaard gaat. Niet zelden gaat de assignatie verloren, wordt ze gestolen, is ze onbestelbaar wegens adreswijziging, kan ze niet op een bankrekening worden geboekt, enzovoort. Bovendien is ze slechts drie maanden geldig. Vandaar dat het gebruik van bankrekeningen bij de teruggave van belastingen veel doeltreffender is. Dit op voorwaarde dat het bestand met de rekeningnummers op een correcte manier wordt aangevuld en op een regelmatige basis wordt geactualiseerd.
1. Est-il exact qu’en 2004 plus de 20 % des remboursements d’impoˆts ont encore été effectués au moyen d’une assignation ?
1. Klopt het gegeven dat anno 2004 ruim 20 % van de teruggaven van belastingen nog via een assignatie gebeurt ?
2. Que fait-on pour amener les services locaux à fournir un effort particulier pour disposer du numéro de compte du contribuable, particulièrement lorsqu’il s’agit de remboursements importants ?
2. Op welke manier worden de lokale diensten aangespoord om een bijzondere inspanning te doen om te kunnen beschikken over het rekeningnummer van de belastingplichtige, zeker in het geval van grote teruggaven ?
3. Est-il exact que les numéros de compte fournis par le contribuable ne sont pas toujours introduits
3. Klopt het dat de rekeningnummers zoals opgegeven door de belastingplichtigen niet altijd even
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14146
avec la même précision dans les fichiers de données fiscales ?
nauwkeurig in de fiscale gegevensbestanden worden ingevoerd ?
4. Le personnel nécessaire pour effectuer ces opérations est-il suffisant et/ou y consacre-t-il suffisamment de temps ?
4. Is hiervoor voldoende personeel ter beschikking en/of kunnen zij hiervoor voldoende tijd vrijmaken ?
5. Quelles mesures avez-vous prises à l’égard de vos services pour qu’ils abandonnent le système des assignations ?
5. Welke maatregelen heeft u genomen ten aanzien van uw diensten om van het systeem van de assignatie af te geraken ?
6. Quelles mesures avez-vous prises à l’égard de vos services pour qu’ils gèrent efficacement et tiennent à jour les fichiers de données fiscales reprenant les numéros de comptes ?
6. Welke maatregelen heeft u genomen ten aanzien van uw diensten om de fiscale gegevensbestanden met rekeningnummers op een efficie¨nte mannier te beheren en actueel te houden ?
DO 2004200504182
DO 2004200504182
Question no 777 de M. Hagen Goyvaerts du 4 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 777 van de heer Hagen Goyvaerts van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Administration du Recouvrement. — Caractère raisonnable des plans de paiement.
Administratie van Invordering. — Redelijkheid van afbetalingsplannen.
Pour le fisc, l’octroi de facilités de paiement constitue une manière efficace de percevoir les impoˆts dus, permettant ainsi de résorber une partie de l’arriéré fiscal.
Het toestaan van afbetalingsfaciliteiten is voor de fiscus een doeltreffende manier om de verschuldigde belastingen alsnog te innen. Zodoende wordt een gedeelte van de fiscale achterstand weggewerkt.
Actuellement, les receveurs ont la compétence discrétionnaire d’octroyer ou non un plan de paiement au contribuable et d’en déterminer les modalités.
Momenteel hebben de ontvangers de discretionaire bevoegdheid om de belastingplichtige een afbetalingsplan al dan niet toe te staan en om de nadere regels ervan te bepalen.
Il apparaıˆt que, dans la pratique, certains receveurs ont tendance à confondre compétence discrétionnaire et arbitraire. Il a ainsi été fait état de cas dans lesquels le receveur d’un contribuable, qui avait proposé de s’acquitter de sa dette en x paiements mensuels, exige que la dette soit remboursée à beaucoup plus brève échéance.
In de praktijk blijkt dat sommige ontvangers de neiging hebben om deze discretionaire bevoegdheid te verwarren met willekeur. Zo zijn er gevallen bekend waarbij een ontvanger van een belastingplichtige, die voorgesteld had om zijn schuld met x maandelijkse betalingen aan te zuiveren, eist dat de schuld over een veel kortere termijn zou worden betaald.
Ici se pose donc le problème du caractère raisonnable du plan de paiement : autrement dit, dans quelle mesure l’octroi d’un délai de paiement est-il compatible avec l’objectif visé, à savoir la perception de l’impoˆt et la résorption de l’arriéré ? Il ne faut tout de même pas oublier qu’en cas de retard de paiement, le contribuable se trouve déjà dans une situation financière préoccupante.
Hier doet zich dus het probleem voor van de redelijkheid : dit wil zeggen in welke mate staat de terugbetalingstermijn in verhouding tot het beoogde doel, met name het innen van de belasting en het wegwerken van de achterstand. Men mag toch niet vergeten dat de belastingplichtige, in het geval van betalingsachterstanden, zich reeds in een bedenkelijke financie¨le situatie bevindt.
1. Que fait-on pour rappeler aux receveurs de l’administration fiscale le principe général du caractère « raisonnable » sur lequel doit être fondé un plan de paiement ?
1. Op welke manier worden de belastingontvangers gewezen op het algemeen beginsel van de « redelijkheid » bij het toekennen van afbetalingsplannen ?
2. Comment avez-vous sensibilisé vos receveurs à ce problème ?
2. Op welke manier heeft u uw belastingontvangers gesensibiliseerd voor deze problematiek ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14147
DO 2004200504194
DO 2004200504194
Question no 778 de M. Richard Fournaux du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 778 van de heer Richard Fournaux van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
TVA sur travaux d’infrastructure cédés à une commune.
BTW op werken aan wegen die door een bedrijf aan een gemeente worden overgedragen.
1. La TVA grevant les travaux de construction d’une route qu’une entreprise construit pour rejoindre son fonds, est-elle déductible ?
1. Het gebeurt dat een bedrijf zelf een weg naar zijn terreinen en gebouwen moet aanleggen. Is de BTW op die wegenwerken aftrekbaar ?
2. La réponse est-elle la même si cette route est cédée pour une somme symbolique à une commune ?
2. Geldt hetzelfde antwoord indien de weg voor een symbolisch bedrag aan een gemeente wordt overgedragen ?
DO 2004200504195
DO 2004200504195
Question no 779 de M. Melchior Wathelet du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances : Représentation de l’E´tat devant les cours et tribunaux.
Vraag nr. 779 van de heer Melchior Wathelet van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Dans le cadre de la loi du 10 décembre 2001 modifiant divers codes fiscaux, en ce qui concerne le pourvoi en cassation et la représentation de l’E´tat devant les cours et tribunaux, un article 379, nouveau du Code des impoˆts sur les revenus prévoit expressément que dans les contestations relatives à l’application d’une loi d’impoˆt, la comparution en personne au nom de l’E´tat peut être assurée par tout fonctionnaire d’une administration fiscale.
In het kader van de wet van 10 december 2001 tot wijziging van verscheidene belastingwetboeken, wat de voorziening in cassatie betreft en de vertegenwoordiging van de Staat voor de hoven en rechtbanken, bepaalt een nieuw artikel 379 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen uitdrukkelijk dat, inzake de geschillen betreffende de toepassing van een belastingwet, de verschijning in persoon in naam van de Staat door elke ambtenaar van een belastingadministratie kan worden gedaan.
Cette disposition a pour effet de valider la représentation de l’E´tat par les directeurs régionaux et les fonctionnaires délégués pour statuer sur les recours administratifs. D’autre part, la rédaction extrêmement large de cette disposition permet de confier désormais la défense de l’E´tat en justice aux fonctionnaires qui sont à l’origine des impositions contestées.
Enerzijds bekrachtigt die bepaling de vertegenwoordiging van de Staat door de gewestelijke directeurs en de afgevaardigde ambtenaren indien over administratieve beroepen moet worden geoordeeld. Anderzijds is die bepaling in zodanig algemene bewoordingen opgesteld dat de verdediging in rechte van de Staat voortaan in handen kan worden gegeven van de ambtenaren die aan de oorsprong van de betwiste aanslagen liggen.
1. Quel est le nombre d’« agents taxateurs » pouvant théoriquement représenter l’E´tat en justice ?
1. Hoeveel belastingambtenaren kunnen de Staat theoretisch gezien in rechte vertegenwoordigen ?
2. Quel est le nombre d’« agents taxateurs » qui ont déjà plaidé dans le cadre d’un litige fiscal depuis l’entrée en vigueur de la loi du 10 décembre 2001 ?
2. Hoeveel belastingambtenaren hebben de Staat sinds de inwerkingtreding van de wet van 10 december 2001 reeds in het kader van een fiscaal geschil vertegenwoordigd ?
3. Depuis l’entrée en vigueur de la loi du 10 décembre 2001, quel est le nombre de jugements favorables à l’administration ainsi que le nombre de jugements défavorables à l’administration par rapport au nombre
3. Wat is sinds de inwerkingtreding van de wet van 10 december 2001 de verhouding tussen enerzijds, het aantal verzoekschriften dat bij de rechtbanken van eerste aanleg werd ingediend en anderzijds, het aantal
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Vertegenwoordiging van de Staat voor de hoven en rechtbanken.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14148
de requêtes introduites devant les tribunaux de première instance ?
vonnissen dat in het voordeel en het nadeel van de administratie werd gewezen ?
4. a) Un nombre de jugements défavorables particulièrement élevé ne risque-t-il pas d’engendrer une démotivation auprès des « agents taxateurs » ?
4. a) Kan een uitzonderlijk hoog aantal vonnissen in het nadeel van de administratie geen demotiverend effect op de belastingambtenaren hebben ?
b) Dans l’affirmative, pourriez-vous indiquer les mesures prises afin de lutter contre cette démotivation ?
b) Zo ja, welke maatregelen werden genomen om dat te voorkomen ?
5. N’estimez-vous pas que la mise en œuvre de la loi du 10 décembre 2001 a eu pour conséquence de créer une jurisprudence particulièrement défavorable à l’administration fiscale ?
5. Vindt u niet dat de toepassing van de wet van 10 december 2001 tot een rechtspraak heeft geleid die bijzonder nadelig is voor de belastingadministratif ?
6. a) N’estimez-vous pas opportun de constituer un corps de spécialistes ou de mettre sur pied des cellules juridiques composées de juristes ?
6. a) Lijkt het u niet aangewezen een korps van specialisten of juridische cellen bestaande uit juristen op te richten ?
b) Dans la négative, quelles sont les raisons justifiant la non mise en place d’un tel corps ou de cellules juridiques ?
b) Zo neen, welke redenen rechtvaardigen die keuze ?
7. Estimez-vous que les « agents taxateurs » ont suffisamment été formés à la procédure et à la pratique judiciaire, notamment en ce qui concerne la rédaction de conclusions et la prise de parole durant les audiences ?
7. Vindt u dat de belastingambtenaren voldoende zijn opgeleid in de gerechtelijke procedure en praktijk, met name wat betreft het opstellen van conclusies en het spreken tijdens zittingen ?
8. Pourriez-vous communiquer si la défense d’un contentieux en matière d’impoˆt sur les revenus peut être confiée à un agent issu de l’administration de la ` mais qui a signé soit l’avis de rectification de la TVA déclaration, soit la notification d’imposition d’office en tant que chef de service d’un centre de controˆle ?
8. Kan u meedelen of, in een geschil inzake de inkomstenbelasting, de verdediging kan worden toevertrouwd aan een BTW-ambtenaar die, in zijn hoedanigheid van diensthoofd van een controlecentrum, het bericht van wijziging van aangifte of de kennisgeving van aanslag van ambtswege heeft ondertekend ?
DO 2004200504198
DO 2004200504198
Question no 780 de Mme Trees Pieters du 4 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 780 van mevrouw Trees Pieters van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Contribuables. — Controˆleurs. — Commission valide.
Belastingplichtigen. — Controleurs. — Regelmatig aanstellingsbewijs.
En réponse à ma question écrite no 1164 du 10 décembre 2002 (Questions et Réponses, Chambre, 2002-2003, no 159, p. 20478), vous affirmiez que les agents ne sont pas obligés de présenter spontanément leur commission. Les contribuables controˆlés ont évidemment le droit, préalablement au controˆle, de demander la commission du controˆleur. Lorsque le contribuable use de ce droit, les questions cruciales suivantes se posent dans la pratique.
In antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 1164 van 10 december 2002 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2002-2003, nr. 159, blz. 20478) stelde u dat de ambtenaren niet verplicht zijn spontaan hun aanstellingsbewijs te tonen. De gecontroleerde belastingplichtigen hebben uiteraard het recht om, voorafgaand aan de controle, het aanstellingsbewijs van de controleur voor te volgen. Wanneer de belastingplichtige dit doet, stellen zich in de praktijk volgende prangende vragen.
1. Un controˆleur doit-il présenter une commission valide à la demande du contribuable ?
1. Dient een controleur een regelmatig aanstellingsbewijs te vertonen als door de belastingplichtige hierom gevraagd wordt ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14149
2. Qu’entendez-vous par une commission valide ?
2. Wat verstaat u onder een regelmatig aanstellingsbewijs ?
3. La commission doit-elle mentionner le grade (actuel) et la dénomination exacte d’un grade existant de l’agent concerné ?
3. Dient het aanstellingsbewijs de juiste (huidige) graad en de juiste benaming van een bestaande graad te bevatten van de betrokken ambtenaar ?
4. a) L’agent doit-il être reconnaissable sur la photo de la commission qu’il utilise pour s’identifier ?
4. a) Dient de foto van de betrokken ambtenaar op het aanstellingsbewijs herkenbaar te zijn met het uiterlijke van de persoon die zich ermee identificeert ?
b) La commission est-elle encore valable si l’agent concerné porte des lunettes, a changé de coupe de cheveux ou s’est laissé pousser la barbe, devenant ainsi méconnaissable sur la photo ?
b) Is het aanstellingsbewijs nog rechtsgeldig indien de betrokken ambtenaar mettertijd een bril draagt, een andere haarsnit of baard heeft gekregen waardoor hij niet meer herkenbaar is op de foto ?
5. Quelles sont les conséquences pour le contribuable d’un refus de permettre l’accès à ses locaux au motif que la commission ne comporte pas le grade correctement dénommé ni/ou une photo reconnaissable ?
5. Wat zijn de gevolgen in hoofde van de belastingplichtige indien hij de toegang tot zijn lokalen weigert omdat het aanstellingsbewijs niet de juiste benoemde graad en/of een herkenbare foto bevat ?
6. Quelles sont les conséquences, sur le plan des actes d’instruction et de l’imposition ou de la contrainte liée à celle-ci, si le contribuable accorde tout de même le libre accès de ses locaux à l’agent malgré que la commission ne comporte pas le grade correctement dénommé ni/ou une photo reconnaissable ?
6. Wat zijn de gevolgen ten aanzien van de onderzoeksdaden en de aanslag of het dwangbevel die erop steunt, indien de belastingplichtige de ambtenaar toch toegang verleent tot zijn lokalen ondanks dat het aanstellingsbewijs niet de juiste benoemde graad en/of herkenbare foto bevat ?
7. Que signifie concrètement « que les contribuables controˆlés ont le droit de suivre la commission du controˆleur » ?
7. Wat betekent concreet « dat de gecontroleerde belastingplichtigen het recht hebben om het aanstellingsbewijs van de controleur te volgen » ?
8. L’agent n’est-il pas tenu, conformément à l’adage in dubio contra fiscum, de présenter spontanément sa commission, étant donné que le contribuable, par définition, peut douter du fait que la personne à qui il a affaire est vraiment un agent habilité ?
8. Is de ambtenaar niet verplicht ingevolge het adagium in dubio contra fiscum zijn aanstellingsbewijs spontaan te tonen, aangezien de belastingplichtige per definitie mag twijfelen aan het feit of hij al dan niet een bevoegde ambtenaar voor zich heeft ?
9. Quel document permet au contribuable de vérifier si un agent est chargé d’effectuer un controˆle ou une enquête ?
9. Aan de hand van welk document kan de belastingplichtige nagaan of een ambtenaar belast is met het verrichten van een controle of onderzoek ?
10. L’agent est-il tenu d’acter dans le procès-verbal de constat, qu’il dresse à la suite de la visite à domicile, qu’il a accédé à l’immeuble après avoir présenté sa commission ou après avoir obtenu l’approbation du contribuable, mais de toute façon après avoir décliné son identité ?
10. Is de ambtenaar verplicht te acteren in het proces-verbaal van vaststelling, dat hij naar aanleiding van het huisbezoek opmaakt, dat hij het pand betreden heeft na vertoning van zijn aanstellingsbewijs of na instemming van de belastingplichtige maar hoe dan ook na de bekendmaking van zijn identiteit ?
11. Il ressort de la réponse à ma question no 169 du 28 novembre 2003 (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 45, p. 6873) qu’une demande de copie de la commission de la part du contribuable ne suspend pas le droit d’accès. Le contribuable peut-il faire acter le grade de l’agent, tel qu’il figure sur la commission, dans le procès-verbal que ce dernier dresse à la suite de la visite à domicile ?
11. Uit uw antwoord op mijn vraag nr. 169 van 28 november 2003 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20032004, nr. 45, blz. 6873) leren we dat een vraag tot kopiename van het aanstellingsbewijs door de belastingplichtige het recht van toegang niet schorst. Kan de belastingplichtige de ambtenaar de graad zoals vermeld op het aanstellingsbewijs doen acteren in het proces-verbaal dat deze laatste naar aanleiding van het huisbezoek opmaakt ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14150
DO 2004200504212
DO 2004200504212
Question no 781 de M. Richard Fournaux du 9 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 781 van de heer Richard Fournaux van 9 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
TVA. — Revente de cigarettes.
BTW. — Doorverkoop van sigaretten.
` l’hoˆtel ou le Sur quelle base d’imposition à la TVA restaurant qui revend des cigarettes à ses clients doit-il acquitter la TVA lorsque le prix demandé à l’acheteur est supérieur à celui mentionné sur la bandelette fiscale ?
Op basis van welke maatstaf van heffing moet een hotel of restaurant dat sigaretten doorverkoopt aan zijn klanten, BTW betalen als de koper een hogere prijs aangerekend wordt dan de prijs die aangegeven staat op het fiscale bandje ?
DO 2004200504213
DO 2004200504213
Question no 782 de M. Hagen Goyvaerts du 9 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 782 van de heer Hagen Goyvaerts van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Baˆtiments. — Redevance sur les logements inoccupés payée par les autorités fédérales.
Gebouwen. — Leegstandsheffing betaald door de federale overheid.
1. Pourriez-vous me fournir un aperçu des baˆtiments pour lesquels les autorités fédérales paient une redevance sur les logements inoccupés aux régions, en précisant les emplacements et les montants, et ce pour les années 2002, 2003 et 2004 ?
1. Kan u een overzicht geven voor welke gebouwen de federale overheid leegstandsheffing betaalt aan de gewesten met de vermelding van de locaties en de bedragen en dit voor de jaren 2002, 2003 en 2004 ?
2. Quels montants ont été payés et quels montants sont contestés ?
2. Welke bedragen werden betaald en voor welke bedragen bestaat er een betwisting ?
DO 2004200504219
DO 2004200504219
Question no 783 de M. Carl Devlies du 9 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 783 van de heer Carl Devlies van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Déclaration à l’impoˆt des personnes physiques (exercice 2005). — Formule en deux volets. — Force probante.
Aangifte personenbelasting aanslagjaar 2005. — Formulier uit twee onderdelen. — Bewijskracht.
L’arrêté royal du 11 avril 2005 définit le modèle de la formule de déclaration en matière d’impoˆt des personnes physiques pour l’exercice d’imposition 2005. Contrairement aux exercices précédents, l’article 1er de cet arrêté royal dispose que la formule est constituée de deux volets : un premier volet intitulé « Document préparatoire à la déclaration » et un deuxième volet intitulé « Déclaration à l’impoˆt des personnes physiques ».
Bij koninklijk besluit van 11 april 2005 hebben we kennis kunnen nemen van het model van het aangifteformulier inzake personenbelasting zoals vastgelegd voor het aanslagjaar 2005. In tegenstelling tot voorgaande aanslagjaren bepaalt artikel 1 van dit koninklijk besluit dat het formulier uit twee onderdelen bestaat : een eerste onderdeel met als opschrift « Voorbereiding van de aangifte » en een tweede onderdeel met als opschrift « Aangifte in de personenbelasting ».
D’une manière générale, une présomption d’exactitude s’attache à la déclaration à l’impoˆt des personnes physiques (Com.IR92, art. 305/33).
Algemeen wordt aangenomen dat de aangifte in de personenbelasting geacht wordt juist te zijn (Com.IB92, art. 305/33).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14151
Du fait de la modification de la présentation du deuxième volet « Déclaration à l’impoˆt des personnes physiques », il n’est pas impossible que le contribuable commette des erreurs en retranscrivant les données du premier volet sur le second. Nous pensons notamment à des permutations de chiffres ou à l’utilisation de codes erronés. Des erreurs de retranscription dans le deuxième volet pourraient entraıˆner des augmentations d’impoˆts.
Door de wijziging van de opmaak van het tweede onderdeel « Aangifte in de personenbelasting », is het niet ondenkbeeldig dat er verschrijvingen plaatsvinden bij het overschrijven van de gegevens van het eerste onderdeel naar het tweede onderdeel. We denken in het bijzonder aan omkering van cijfers of het gebruik van verschillende codes. Volgens de gegevens vermeld in het tweede onderdeel kunnen dergelijke verschrijvingen tot een hogere taxatie leiden.
C’est la première fois que le formulaire de déclaration se compose de deux volets distincts. Cette innovation soulève les questions suivantes à propos de la force probante des deux volets.
Gelet op het feit dat het aangifteformulier voor het eerst uit twee onderdelen bestaat, rijzen volgende vragen ten aanzien van de bewijskracht van beide onderdelen.
1. Le premier volet du formulaire de déclaration intitulé « Document préparatoire à la déclaration » peut-il encore être considéré comme un simple brouillon, à l’instar de l’exemplaire destiné au contribuable qui était auparavant annexé au formulaire officiel de déclaration ?
1. Is het eerste onderdeel van het aangifteformulier « Voorbereiding van de aangifte » niet langer te beschouwen als een kladje zoals het exemplaar voor de belastingplichtige dat voorheen bij het officie¨le aangifteformulier werd gevoegd ?
2. Le formulaire de déclaration à l’impoˆt des personnes physiques établi pour l’exercice 2005 est-il unique et indivisible au travers de ses deux volets ?
2. Is het aangifteformulier inzake personenbelasting zoals vastgelegd voor het aanslagjaar 2005 in zijn twee onderdelen één en ondeelbaar ?
3. Le premier volet du formulaire de déclaration est-il aussi officiel que le deuxième ?
3. Is het eerste onderdeel van het aangifteformulier even officieel als het tweede onderdeel ?
4. Les premier et deuxième volets ont-ils une même valeur probante ?
4. Is de bewijskracht van het eerste en het tweede onderdeel gelijkwaardig ?
5. Lorsque le contribuable constate, en examinant sa note de calcul, que les données prises en compte par le fisc dans le deuxième volet de la déclaration ne correspondent pas aux données du premier volet, et en conclut que le fisc lui réclame à tort trop d’impoˆts :
5. Wanneer de belastingplichtige vaststelt aan de hand van het aanslagbiljet dat de gegevens door de fiscus overgenomen uit het tweede deel van de aangifte niet overeenkomen met de gegevens van het eerste onderdeel en op basis hiervan oordeelt dat hij ten onrechte te veel belasting dient te betalen :
a) pourra-t-il contraindre automatiquement l’administration, en lui présentant le premier volet du formulaire, à lui accorder immédiatement un dégrèvement d’office par voie de roˆle ?
a) is de administratie bij het voorleggen van het eerste onderdeel van het formulier automatisch verplicht en zonder twijfel een ambtshalve ontheffing te verlenen via kohier;
b) la charge de la preuve s’inverse-t-elle conformément à l’adage in dubio contra fiscum de telle sorte que le fisc doit prouver que les données inscrites en regard des codes de rubriques ne sont pas correctes dans le premier volet ?
b) keert ingevolge het adagium in dubio contra fiscum de bewijslast om zodat de fiscus moet bewijzen dat de gegevens genoteerd bij de codes op het eerste onderdeel niet juist zijn ?
DO 2004200504220
DO 2004200504220
Question no 784 de M. Carl Devlies du 9 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 784 van de heer Carl Devlies van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Déclaration complétée avec l’assistance d’un fonctionnaire. — Responsabilité. — Accroissement d’impoˆt.
Aangifte ingevuld met behulp van een ambtenaar. — Aansprakelijkheid. — Belastingverhoging.
Conformément à l’article 2 de l’arrêté royal du 11 avril 2005, le contribuable peut faire compléter sa
Artikel 2 van het koninklijk besluit van 11 april 2005 nodigt de belastingplichtige uit om zijn aangifte-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14152
formule de déclaration à l’impoˆt des personnes physiques avec l’assistance d’un fonctionnaire, lors d’une visite au bureau ou à un endroit déterminé à cette fin par l’administration compétente du SPF Finances.
formulier inzake personenbelasting met behulp van een ambtenaar, tijdens een bezoek ten kantore of op een tot dat doeleinde door de bevoegde administratie van de FOD Financie¨n vastgestelde plaats, te laten invullen.
Lorsqu’un contribuable se rend au fisc muni de son dossier et y sollicite l’assistance d’un fonctionnaire pour compléter sa formule de déclaration, les questions suivantes se posent. 1. L’E´tat contracte-t-il dans le chef du fonctionnaire une obligation de moyens ou une obligation de résultat ?
Wanneer een belastingplichtige met zijn dossier naar de fiscus trekt en zijn aangifteformulier met behulp van een ambtenaar ter plaatse laat invullen, rijzen volgende vragen.
2. Le fonctionnaire peut-il refuser d’apporter son assistance au contribuable qui la sollicite ?
2. Mag de ambtenaar weigeren om medewerking te verlenen aan de belastingplichtige die hulp vraagt ?
3. Estimez-vous la collaboration obligatoire du fonctionnaire essentielle, comme l’avait indiqué précédemment le ministre Maystadt à la Chambre des représentants ?
3. Bent u van mening dat de verplichte medewerking van de ambtenaar essentieel is zoals vroeger meegedeeld door minister Maystadt in de Kamer van volksvertegenwoordigers ?
4. Qu’advient-il si le fonctionnaire sollicité se déclare lui-même incompétent ?
4. Wat gebeurt indien de ambtenaar aan wie hulp wordt gevraagd meedeelt « ik weet het zelf niet » ?
5. Le contribuable peut-il exiger du fonctionnaire qu’il mentionne immédiatement sur l’imprimé, conformément à l’article 2 de l’arrêté royal précité du 11 avril 2005, sa qualité, son grade et son nom et fasse tamponner les documents qu’il a soumis pour information ?
5. Kan de belastingplichtige van de ambtenaar eisen dat hij onmiddellijk, op de afdruk zoals vermeld in artikel 2 van voornoemd koninklijk besluit van 11 april 2005, zijn hoedanigheid, graad en naam vermeldt en de stukken die hij ter informatie voorlegde laten afstempelen ?
6. Le fonctionnaire est-il tenu à un devoir de rigueur lui imposant de poser les questions requises, en particulier concernant toutes déductions ou réductions d’impoˆt ou tous crédits d’impoˆt ou précomptes remboursables éventuels pour parvenir à une déclaration et donc un impoˆt duˆment établis ?
6. Draagt de ambtenaar een zorgvuldigheidsplicht waardoor hij de nodige vragen dient te stellen, in het bijzonder over alle mogelijke aftrekken, belastingverminderingen, belastingkredieten of terugbetaalbare voorheffingen om tot een juiste aangifte en dito belasting te komen ?
7. La charge de la preuve incombe-t-elle toujours au contribuable lorsque, sur la base des constats effectués ultérieurement par l’agent controˆleur, il s’avère que le fonctionnaire qui a apporté son assistance a tenu compte d’un revenu trop important ou de couˆts trop faibles en complétant la déclaration ? 8. Qui, de l’E´tat ou du fonctionnaire, est responsable lorsqu’il s’avère par la suite que malgré la présence de toutes les informations nécessaires, la déclaration n’a pas été complétée .correctement et que l’impoˆt duˆ est trop élevé ?
7. Draagt de belastingplichtige nog steeds de bewijslast wanneer hij achteraf vaststelt dat de controlerende ambtenaar vaststelt dat de helpende ambtenaar te veel inkomen of te weinig kosten in aanmerking nam bij het invullen van de belastingaangifte ?
9. L’administration peut-elle par la suite infliger une amende administrative lorsqu’elle estime que la déclaration n’a pas été complétée correctement malgré la présence de toutes les informations nécessaires, et se traduit par un impoˆt insuffisant ? 10. L’E´tat ou le fonctionnaire assument-ils une responsabilité plus lourde que lorsque la déclaration est complétée par un fiscaliste ou un conseil fiscal agréé ?
9. Kan de administratie naderhand een administratieve geldboete opleggen wanneer zij van mening is dat de aangifte verkeerdelijk werd ingevuld ondanks dat alle nodige informatie werd voorgelegd en in een te lage belasting resulteert ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1. Gaat de Staat in hoofde van de ambtenaar een inspanningsverbintenis dan wel een resultaatverbintenis aan ?
8. Is de Staat dan wel de ambtenaar aansprakelijk wanneer achteraf blijkt dat ondanks dat alle nodige informatie werd voorgelegd, de aangifte verkeerdelijk werd ingevuld en te veel belastingen moet worden betaald ?
10. Is de aansprakelijkheid van de Staat of van de ambtenaar zwaarder dan wanneer een erkend fiscalist of belastingconsulent een aangifte invult ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14153
11. Si la responsabilité de l’E´tat ou du fonctionnaire diffère de celle d’un fiscaliste ou d’un conseil fiscal agréé, quelle justification objective et raisonnable le ministre peut-il faire valoir à cet effet, compte tenu des articles 10 et 11 de la Constitution ?
11. Indien de aansprakelijkheid van de Staat of van de ambtenaar verschilt met die van een erkend fiscalist of belastingconsulent, welke objectieve en redelijke verantwoording kan de minister hiervoor geven gelet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet ?
DO 2004200504225
DO 2004200504225
Question no 785 de M. Carl Devlies du 9 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 785 van de heer Carl Devlies van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Visite sur place. — Absence. — Preuve de l’absence. — Devoir de rigueur. — Taxation abusive ou irrégulière.
Plaatsbezoek. — Afwezige. — Bewijs van afwezigheid. — Zorgvuldigheidsplicht. — Onrechtmatige of onregelmatige belasting.
Mon intention n’est pas de résoudre un cas particulier mais de mieux définir les droits et obligations des contribuables et des fonctionnaires du fisc dans leurs relations quotidiennes.
Het ligt niet in mijn bedoeling een bijzonder geval op te lossen maar om de rechten en plichten van de belastingplichtigen en fiscale ambtenaren in hun dagelijkse omgang nader af te bakenen.
Un contribuable est invité par un fonctionnaire des contributions directes à se rendre à son bureau à la date x et à l’heure y, muni des documents constituant son dossier. Pour favoriser les bons rapports avec le fonctionnaire concerné, le contribuable prend un demi-jour de congé. Il se rend en voiture au bureau du fonctionnaire à la date indiquée mais doit se garer à l’écart étant donné qu’aucune place de parking n’est disponible à proximité de l’immeuble des contributions. Enfin arrivé à destination et après avoir traversé quantité de couloirs étroits à différents étages, il trouve le local ou` il est appelé à se présenter. Il frappe à la porte à l’heure convenue mais n’obtient pas de réponse. Il attend quelques minutes, frappe une nouvelle fois à la porte mais n’entend ou ne voit personne. Il rentre bredouille chez lui, sans avoir laissé d’avis ou de carte de visite indiquant sa venue. Il envoie une lettre par la suite pour préciser qu’il était présent au rendez-vous mais que le service concerné était désert.
Een belastingplichtige wordt door een ambtenaar van de directe belastingen opgeroepen om zich naar zijn kantoor te begeven op datum x en op tijdstip y met zijn documenten. Ter bevordering van de goede verstandhouding met zijn fiscale ambtenaar neemt hij een halve dag verlof. Op de aangeduide datum begeeft hij zich met zijn wagen naar het kantoor van de ambtenaar alwaar in de nabijheid hij geen parkeergelegenheid vindt. Na vele smalle gangen op verschillende verdiepingen te hebben doorlopen, vindt hij uiteindelijk de juiste deur van het lokaal waar hij zich dient aan te melden. Op het afgesproken uur klopt hij aan en vindt geen gehoor. Hij wacht enkele minuten, klopt nogmaals en ziet of hoort niemand. Hij vertrekt onverrichter zake terug naar huis zonder een briefje of naamkaartje achter te laten. Hij stuurt een brief na waarin hij meldt dat hij aanwezig was op de afgesproken datum en uur maar dat de dienst onbemand was.
Quelques semaines plus tard, il reçoit un courrier recommandé indiquant qu’il doit non seulement payer un impoˆt supplémentaire, mais qu’il est aussi soumis à un accroissement d’impoˆt.
Enkele weken later ontvangt hij een aangetekend schrijven met de melding dat hij niet alleen een aanvullende belasting moet betalen maar tevens een belastingverhoging.
Un inspecteur du SPF Finances adresse un courrier à un contribuable pour informer celui-ci du fait qu’un controˆle en matière de contributions directes aura lieu chez lui à la date x et à l’heure y. Le contribuable prend un demi-jour de congé et confirme qu’il sera ` la date x et à l’heure y conveprésent à son domicile. A nues, personne ne se présente chez lui. Aucun avis, aucune carte de visite prouvant la visite de l’inspecteur n’ont été déposés dans la boıˆte aux lettres du contribuable.
Een inspecteur van de FOD Financie¨n schrijft een belastingplichtige aan met de melding dat op dag x en op tijdstip y een controle inzake directe belastingen zal plaatsvinden bij de belastingplichtige. Deze laatste neemt een halve dag verlof en bevestigt dat hij thuis zal zijn. Op de afgesproken datum x en tijdstip y meldt zich niemand. In zijn brievenbus vindt de belastingplichtige evenmin een briefje of naamkaartje waarin de inspecteur zijn aanwezigheid meldt.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14154
Quelques semaines plus tard, celui-ci reçoit un recommandé l’informant d’une imposition d’office, assortie d’une amende administrative. ` qui revient la charge de la preuve de la 1. A présence sur place, au bureau de l’inspecteur ou au domicile du contribuable ? ` qui incombe le devoir de rigueur, au fonction2. A naire ou au contribuable ?
Enkele weken later ontvangt hij per aangetekend schrijven een ambtshalve aanslag met bijhorende administratieve boete.
3. Ce devoir de rigueur est-il réciproque et équivalent ?
3. Is deze zorgvuldigheidsplicht wederkerig en gelijkwaardig ?
4. Pouvez-vous préciser en quoi consiste exactement dans les deux cas le devoir de rigueur minimal ?
4. Kan u de minimale zorgvuldigheidsplicht in beide gevallen inhoudelijk toelichten ?
5. S’agit-il d’un principe de rigueur sur le plan de la procédure ou sur le plan matériel ?
5. Gaat het in casu om een procedurele of materie¨le zorgvuldigheidsnorm ?
6. L’administration est-elle tenue de recueillir toutes les informations nécessaires pour pouvoir établir une cotisation en connaissance de cause ?
6. Dient de administratie zich op voldoende wijze te informeren om met kennis van zaken een aanslag te vestigen ?
7. La cotisation établie dans ces deux cas de figure constitue-t-elle une taxation abusive ou irrégulière ?
7. Is de belasting die in beide situaties wordt gevestigd, een onrechtmatige of een onregelmatige belasting ?
8. S’il s’agit d’une taxation abusive, quelles règles de droit sont-elles enfreintes ? 9. L’E´tat est-il responsable de la manière dont la cotisation est établie dans les cas évoqués ci-dessus ?
8. Indien het een onwettige belasting is, welke rechtsregels worden geschonden ?
10. Quelle est la responsabilité du fonctionnaire ?
1. Wie draagt de bewijslast van de aanwezigheid ter plaatse bij de inspecteur dan wel bij de belastingplichtige thuis ? 2. Wie draagt er een zorgvuldigheidsplicht, de ambtenaar of de belastingplichtige ?
9. Is de Staat aansprakelijk op de wijze waarop in de aangehaalde situatie een belasting wordt gevestigd ? 10. Wat is de aansprakelijkheid van de ambtenaar ?
DO 2004200504226
DO 2004200504226
Question no 786 de Mme Trees Pieters du 9 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 786 van mevrouw Trees Pieters van 9 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Décisions préalables en matière d’impoˆts directs. — Cas urgents. — Sécurité juridique. — Consultation des services fiscaux locaux.
Voorafgaande beslissingen inzake directe belastingen. — Dringende gevallen. — Rechtszekerheid. — Raadpleging van de plaatselijke belastingdiensten.
Dans un communiqué de presse du 18 janvier 2005 émanant de votre secrétariat, il était indiqué qu’à Bruxelles, un nouveau service baptisé « Décisions préalables en matière fiscale » serait créé à partir du 1er janvier 2005. ` cet égard, une question d’ordre général se pose 1. A d’emblée : les contribuables (qu’ils soient salariés, indépendants, classes moyennes ou sociétés) peuventils également adresser, dans des cas urgents, leurs demandes motivées d’obtention d’un ruling individuel en matière d’impoˆts directs aux services fiscaux locaux traditionnels et/ou au centre de controˆle local (secteur contributions directes) ?
In een persmededeling van 18 januari 2005 uitgaande van uw secretariaat werd erop gewezen dat er in Brussel met ingang van 1 januari 2005 een nieuwe dienst « Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken » werd opgericht.
2. La réponse écrite fournie aux demandes de ruling introduites auprès de ces deux services fiscaux locaux
2. Zal het schriftelijk antwoord op de bij die beide lokale belastingdiensten ingediende rulingaanvragen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1. De algemene vraag rijst daarbij meteen of de belastingplichtigen (zowel loontrekkers, zelfstandigen, middenstanders als vennootschappen) hun gemotiveerde aanvragen tot het bekomen van een individuele ruling inzake directe belastingen in dringende gevallen ook mogen richten tot de plaatselijke klassieke belastingdiensten en/of tot het plaatselijk controlecentrum (sector directe belastingen) ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14155
offrira-t-elle en outre une « sécurité juridique » identique et garantie aussi rapidement ?
daarenboven ook een identieke en even snelle « rechtszekerheid » bieden ?
3. Pourriez-vous, dans l’optique d’une administration fiscale performante, exposer vos conception et méthode générales compte tenu de toutes les dispositions légales, réglementaires et administratives en vigueur actuellement, et expliquer comment vous comptez sensibiliser adéquatement les services et les centres fiscaux locaux éventuellement compétents sur le plan territorial ?
3. Kan u in het licht van een performant fiscaal bestuur uw algemene ziens- en handelwijze meedelen getoetst aan alle thans vigerende wettelijke, reglementaire en administratieve bepalingen alsmede een passende sensibilisatie van de eventueel territoriaal bevoegde lokale belastingdiensten en centra ?
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 787 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 787 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 788 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 788 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupe-
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het moge2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14156
ment des services publics logés dans différents immeubles.
lijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
DO 2004200504251
DO 2004200504251
Question no 789 de Mme Trees Pieters du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 789 van mevrouw Trees Pieters van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Transmission par courrier électronique et par fax de réponses à des questions fiscales.
Antwoorden via elektronische post en faxen op fiscale vragen.
Il me revient que dorénavant, les administrations fiscales du secteur des contributions directes ne verraient plus d’inconvénient à ce qu’un contribuable communique par courrier électronique ou par fax ses observations à propos d’un « avis de rectification ».
Naar verluidt zouden de belastingadministraties van de sector directe belastingen er zich voortaan niet meer tegen verzetten wanneer een belastingplichtige zijn opmerkingen op een « bericht van wijziging » bezorgt via e-mail of fax.
1. Cette modification soulève néanmoins la question générale suivante : un tel assouplissement administratif est-il également d’application dans les cas suivants :
1. Aansluitend daarop rijst echter de algemene vraag of die administratieve versoepeling ook geldt in de volgende gevallen :
a) notification d’une imposition d’office;
a) bij een kennisgeving van aanslag van ambtswege;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14157
b) questionnaire 332;
b) bij een vragenlijst 332;
c) questionnaire 332ter;
c) bij een vragenlijst 332ter;
d) introduction d’une réclamation;
d) voor het indienen van een bezwaarschrift;
e) notification 279F2;
e) bij een kennisgeving 279F2;
f) formulaires de déclaration ISOC, IPP, précompte mobilier et précompte professionnel;
f) bij aangifteformulieren inzake vennootschapsbelasting, personenbelasting, roerende voorheffing en bedrijfsvoorheffing;
g) pour tous les autres imprimés ou formulaires envoyés ou non par recommandé qui demandent une réponse écrite ?
g) bij alle andere al dan niet aangetekend verstuurde drukwerken of formulieren waarop schriftelijk dient geantwoord te worden ?
2. Quels assouplissements ou recommandations identiques ont déjà été ou seront prochainement décrétés en la matière sur le plan de la TVA, de l’Enregistrement, du Cadastre, des Douanes et Accises et des Pensions ?
2. Welke identieke soepele richtsnoeren of aanbevelingen werden er reeds of zullen er terzake weldra worden uitgevaardigd op het vlak van de BTW, Registratie, Kadaster, Douane en Accijnzen en Pensioenen ?
3. Pourriez-vous me faire part de votre approche générale actuelle à la lumière tant de toutes les dispositions fiscales légales et réglementaires actuellement en vigueur du Code civil, que dans le cadre d’une administration conviviale et performante ?
3. Kan u uw geactualiseerde algemene zienswijze meedelen zowel in het licht van alle thans vigerende wettelijke en reglementaire fiscale bepalingen van het Burgerlijk Wetboek als in het kader van een klantvriendelijk en performant bestuur ?
DO 2004200504265
DO 2004200504265
Question no 791 de Mme Trees Pieters du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 791 van mevrouw Trees Pieters van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Indemnités en remboursement de dépenses, forfaitaires ou non, propres à la société-employeur. — Travailleurs et dirigeants d’entreprises. — Taux d’imposition de montants excessifs. — Accords individuels et rulings.
Terugbetaling van al dan niet forfaitaire kosten eigen aan de vennootschap-werkgeefster. — Werknemers en bedrijfsleiders. — Taxatieregime van overdreven bedragen. — Individuele akkoorden en rulings.
Conformément à l’article 31, alinéa 2, 1o, in fine, et à l’article 32, alinéa 2, 1o, in fine CIR 1992, les indemnités obtenues en remboursement de dépenses propres à la société-employeur ne sont pas considérées du point de vue légal comme des « revenus » imposables du travailleur et du dirigeant d’entreprise.
Overeenkomstig artikel 31, tweede lid, 1o, in fine, en artikel 32, tweede lid, 1o in fine WIB 1992, worden de vergoedingen verkregen als terugbetaling van kosten eigen aan de vennootschap-werkgeefster wettelijk niet als een belastbaar « inkomen » van de werknemer en van de bedrijfsleider aangemerkt.
Normalement, la société-employeur ne doit fournir en principe qu’une « double preuve » à cet effet, à savoir :
Normaliter moet de vennootschap-werkgeefster daartoe in principe slechts een « dubbel bewijs » leveren, namelijk :
a) que l’indemnité est destinée à couvrir des « dépenses » qui lui sont propres;
a) dat de vergoeding bestemd is tot het dekken van « kosten » die hem eigen zijn;
b) que cette indemnité sert effectivement à ce type de « dépenses ».
b) dat die vergoeding ook daadwerkelijk aan dergelijke « kosten » werd besteed.
Dans la pratique, il s’agit souvent en la matière d’indemnités journalières et kilométriques, forfaitaires ou non, relatives à l’utilisation d’une voiture de tourisme appartenant au travailleur ou au dirigeant
In de praktijk gaat het terzake veelal om al dan niet forfaitaire dag- en kilometervergoedingen of « kosten » met betrekking tot het gebruik van een personenwagen eigendom van de werknemer of bedrijfsleider, ver-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14158
d’entreprise, à des dépenses obligatoires, à des communications téléphoniques fixes ou mobiles, à des télécopies et à des connexions à l’internet, à des fleurs et cadeaux, à des vêtements, à des abonnements et à des cotisations de membre et à des repas avec des clients ou des fournisseurs belges ou étrangers.
plicht verteer, telefoon-, fax-, GSM- en internetverbinding, bloemen en geschenken, kledij, abonnementen en ledenbijdragen en maaltijden met Belgische en buitenlandse klanten of leveranciers.
1. Du point de vue du droit fiscal, la question générale mais néanmoins pertinente se pose de savoir si les « dépenses » visées dans le chef de la personne morale doivent par ailleurs aussi être explicitement et supplémentairement controˆlées au regard tant des dispositions légales de l’article 49 CIR 1992 que des articles 50, § 1er; 53, 1o; 53, 7o; 53, 8o; 53, 8obis; 53, 10o; 53, 11o; 66, 183; 185; 195, § 1, alinéa 1er, CIR 1992 ?
1. Uit fiscaalrechtelijk oogpunt rijst in dit verband evenwel de algemene doch pertinente vraag of de beoogde « kosten » in hoofde van de rechtspersoon terzelfder tijd daarnaast ook nog eens extra en uitdrukkelijk moeten worden getoetst zowel inzonderheid aan de wettelijke bepalingen van artikel 49 WIB 1992 alsmede aan de artikelen 50, § 1; 53, 1o; 53, 7o; 53, 8o; 53, 8obis; 53, 10o; 53, 11 o; 66; 183; 185; 195, § 1, eerste lid WIB 1992 ?
2. Faut-il considérer les montants qui ont éventuellement été rejetés sur le plan fiscal comme des « revenus » complémentaires (rémunération) imposables dans le chef du bénéficiaire et/ou comme une (autre) « dépense non admise » (libéralités) imposable dans le chef de la personne morale qui les accorde ou qui les verse ?
2. Moeten de fiscaal eventueel verworpen bedragen worden aangemerkt als een aanvullend « inkomen » (bezoldiging) belastbaar in hoofde van de genieter en/ of als een (andere) « verworpen uitgave » (liberaliteiten) belastbaar in hoofde van de toekennende of uitbetalende rechtspersoon ?
3. Auprès de quelles directions ou inspections des centres de controˆle et/ou des services de taxation classiques les sociétés-employeurs peuvent-elles désormais s’adresser pour conclure éventuellement des accords individuels ou des rulings à propos du montant des sommes visées considérées comme des dépenses exemptées d’impoˆt propres à la personne morale ?
3. Bij al welke directies of inspecties van de controlecentra en/of van de klassieke belastingdiensten kunnen de vennootschappen-werkgeefsters voortaan nog terecht om eventueel individuele akkoorden of rulings te sluiten in verband met de hoegrootheid van de beoogde bedragen geldend als belastingsvrije kosten eigen aan de rechtspersoon ?
4. Quels sont, point par point, vos conceptions et procédés actuels, principalement à la lueur des dispositions de l’article 49, CIR 1992 et quelle attitude les cours et tribunaux ont-ils adoptée jusqu’ici en la matière ?
4. Wat is punt per punt uw huidige ziens- en handelwijze voornamelijk in het licht van de bepalingen van artikel 49, WIB 1992 en welke houding hebben de hoven en rechtbanken tot nu toe dienaangaande reeds ingenomen ?
DO 2004200504284
DO 2004200504284
Question no 793 de Mme Trees Pieters du 17 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 793 van mevrouw Trees Pieters van 17 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Taux réduit du précompte mobilier.
Verlaagd tarief van de roerende voorheffing.
Conformément à l’article 269, troisième alinéa du CIR 1992, le taux du précompte mobilier est réduit de 25 % à 15 % pour les dividendes d’actions ou parts qui ont fait l’objet depuis leur émission d’une inscription nominative chez l’émetteur, lorsque ces actions ou parts ont été émises à partir du 1er janvier 1994 en représentation du capital social et correspondent à des apports en numéraire.
Krachtens artikel 269, derde lid, van het WIB 1992 wordt het tarief van de roerende voorheffing verlaagd van 25 % naar 15 % voor dividenden van aandelen die vanaf hun uitgifte het voorwerp hebben uitgemaakt van een inschrijving op naam bij de uitgever wanneer die aandelen werden uitgegeven vanaf 1 januari 1994 ter vertegenwoordiging van maatschappelijk kapitaal en overeenstemmen met inbrengen in geld.
Vous avez indiqué en réponse à la question numéro 5995 de Mme Annemie Roppe que l’article 269, troisième alinéa B du CIR 1992 est applicable à une
Naar aanleiding van vraag nummer 5995, gesteld door mevrouw Annemie Roppe, heeft u geantwoord dat artikel 269, derde lid B, WIB 1992 van toepassing
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14159
augmentation de capital par incorporation de réserves sans émission de nouvelles parts; il s’agissait plus précisément de la conversion en euros du capital social par l’incorporation de réserves à concurrence de 7,99 euros pour arrondir le capital à 18 600,00 euros (Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission des Finances, 15 mars 2005, COM532, p. 31). 1. Qu’entendez-vous exactement par « arrondir » ?
is bij een kapitaalsverhoging door incorporatie van reserves zonder uitgifte van nieuwe aandelen; meer specifiek ging het om de omzetting in euro van het maatschappelijk kapitaal door incorporatie van reserves ten belope van 7,99 euro om het kapitaal af te ronden op 18 600,00 euro (Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor Financie¨n, 15 maart 2005, COM532, blz. 31). 1. Wat dient nu precies begrepen te worden met het begrip « af te ronden » ?
2. Assimilez-vous également à un arrondissement du capital une augmentation de capital réalisée en vue de sa conversion en euros, par incorporation de réserves sans création de nouvelles actions ou parts, le portant de 49 578,70 euros (soit 2 000 000 frank) à 50 000 euros, ou de 86 762,73 euros (soit 3 500 000 frank) à 90 000 euros, et l’article 269, troisième alinéa du CIR 1992 s’applique-t-il aussi à ces cas si toutes les autres conditions dudit article sont réunies ? Pourriez-vous me faire part de votre approche générale, aussi bien théorique que pratique ?
2. Is een kapitaalsverhoging, naar aanleiding van de uitdrukking van het kapitaal in euro, van 49 578,70 euro (vroeger 2 000 000 frank) naar 50 000 euro, door incorporatie van reserves zonder creatie van nieuwe aandelen om het te brengen van 86 762,73 euro (vroeger 3 500 000 frank) op 90 000 euro ook een afronding van het kapitaal en blijft artikel 269, derde lid B, WIB 1992 ook in deze gevallen van toepassing indien verder aan alle andere voorwaarden van voormeld artikel is voldaan ? Graag uw algemene ziens- en handelwijze.
DO 2004200504290
DO 2004200504290
Question no 794 de M. Francis Van den Eynde du 18 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 794 van de heer Francis Van den Eynde van 18 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Recommandation des médiateurs fédéraux. — Code des taxes assimilées aux impoˆts sur les revenus. — Dégrèvement d’office.
Aanbeveling federale ombudsmannen. — WIGB. — Ambtshalve ontheffing.
Début 2004, les médiateurs fédéraux ont formulé une recommandation officielle sur la base d’une plainte examinée en 2003.
Begin 2004 formuleerden de federale ombudsmannen een officie¨le aanbeveling op grond van een in 2003 onderzochte klacht.
Le Collège des médiateurs fédéraux a constaté qu’un dégrèvement d’office en vertu de l’article 31 du Code des taxes assimilées aux impoˆts sur les revenus (CTAIR) a été refusé.
Het College stelde vast dat een ambtshalve ontheffing op basis van artikel 31 van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WIGB) werd geweigerd.
Le dégrèvement d’office n’a été octroyé qu’après qu’une demande d’exonération a été reconnue, en d’autres termes après une décision favorable du directeur régional à la suite d’une réclamation introduite conformément à l’article 32 CTAIR.
Een ambtshalve ontheffing werd slechts toegestaan nadat een aanvraag tot vrijstelling was erkend, met andere woorden na een gunstige beslissing van de gewestelijke directeur op grond van een op basis van artikel 32 WIGB ingediend bezwaarschrift.
Pour motiver cette décision, le directeur s’est référé au no 5/9 du Commentaire CTAIR.
Voor de motivering van deze beslissing werd naar nr. 5/9 van de Commentaar WIGB verwezen.
Le délai de trois ans prévu à l’article 31 CTAIR est ainsi ramené au délai (de réclamation) de quatre mois.
De termijn van drie jaar in artikel 31 WIGB wordt zo herleid tot de (bezwaar)termijn van vier maanden.
L’explication donnée au no 5/9, CTAIR/Com, ajoute ainsi une condition à l’article 31 CTAIR.
Het standpunt vermeld in nr. 5/9, WIGB/Com voegt zo een voorwaarde toe aan artikel 31 WIGB.
Les médiateurs concernés ont recommandé que ce passage du Commentaire soit supprimé.
De vermelde ombudsmannen bevalen aan dat de passage uit de Commentaar zou worden geschrapt.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14160
Début 2005, cette recommandation officielle était encore toujours à l’examen auprès des services centraux du SPF Finances. Quel est, dans l’intervalle, l’état d’avancement de ce dossier ?
Begin 2005 was deze officie¨le aanbeveling nog steeds in onderzoek bij de centrale diensten van de FOD Financie¨n. Hoever is dit dossier ondertussen gevorderd ?
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Budget
Begroting
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 60 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 60 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14161
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 61 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques : Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Vraag nr. 61 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven : Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting. Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten. In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet. Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen. 1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ? b) Wat is hun nuttige oppervlakte ? 2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ? b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ? c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ? d) Welke gebouwen worden geleasd ?
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes. Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier. 1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ? b) Quelle est leur superficie utile ? 2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ? b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ? c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ? d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Entreprises publiques
Overheidsbedrijven
DO 2004200504183
DO 2004200504183
Question no 524 de M. François Bellot du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques : SNCB. — Gare de Montzen. — Travaux de modernisation et d’entretien. La gare de Montzen est un point de passage important pour le trafic marchandises entre la Belgique et l’Allemagne.
Vraag nr. 524 van de heer François Bellot van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven : NMBS. — Station van Montzen. — Moderniseringsen onderhoudswerken. Het station van Montzen is een belangrijk doorvoerpunt voor het goederentransport tussen Belgie¨ en Duitsland.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14162
Il me revient que celle-ci souffre de nombreux problèmes liés au manque d’entretien et de modernisation.
Naar verluidt zijn er heel wat problemen omdat de nodige onderhouds- en moderniseringswerken niet werden uitgevoerd.
Plusieurs voies sont mises hors service parce que leur fondation est entièrement déstabilisée par la présence de boue. D’autres voies devraient être renouvelées à cause de la vétusté des traverses.
Heel wat sporen zijn buiten gebruik omdat de fundering ervan door de aanwezigheid van modder onstabiel is geworden. Van andere sporen zijn de dwarsliggers aan vervanging toe.
Enfin d’autres voies encore ne sont pas équipées des signalisations électriques ce qui engendre des difficultés de controˆle par les postes de signalisation.
Nog andere sporen beschikken niet over een elektrische seininrichting, wat het toezicht door de seinhuizen bemoeilijkt.
1. Quelle est la programmation des travaux de modernisation et d’entretien de la gare de Montzen ?
1. Wat is de planning voor de moderniserings- en de onderhoudswerken in het station van Montzen ?
2. a) Quelle stratégie la SNCB suit-elle pour le transport de marchandises vers l’Allemagne ?
2. a) Wat is de strategie van de NMBS wat het goederentransport naar Duitsland betreft ?
b) La ligne 39 et la gare de Montzen constituent-elles toujours des infrastructures prioritaires à ce titre pour la SNCB ?
b) Zijn lijn 39 en het station van Montzen in dat verband nog steeds essentieel voor de NMBS ?
3. a) Quel est le nombre de trains de marchandises passés par cette gare en 2002 et en 2003 ?
3. a) Hoeveel goederentreinen deden het station aan in 2002 en 2003 ?
b) Quelle est l’estimation du nombre de convois de marchandises pour 2005 et 2010 ?
b) Hoeveel goederentreinen worden in 2005 en 2010 verwacht ?
4. La SNCB a-t-elle l’intention de réduire le nombre de voies disponibles, de les maintenir ou de les accroıˆtre dans son plan d’investissement ?
4. Plant de NMBS in haar investeringsplan een inkrimping, het behoud of een toename van het aantal beschikbare sporen ?
DO 2004200504184
DO 2004200504184
Question no 525 de M. Jef Van den Bergh du 4 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 525 van de heer Jef Van den Bergh van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Accompagnement des personnes handicapées dans les gares.
NMBS. — Begeleiding van mindervaliden in de treinstations.
Le souci premier de l’accompagnateur de train est que celui-ci démarre à l’heure exacte. Si cet impératif risque d’être compromis, l’accompagnateur peut refuser des voyageurs. Ainsi, si venir en aide à une personne handicapée prend trop de temps, l’accompagnateur de train peut lui refuser l’accès au train. Certaines gares — 93 pour être précis — sont toujours accessibles aux personnes handicapées. Dans d’autres gares, quand cela est possible, d’autres solutions sont à l’étude. Toutefois, selon un porte-parole de la SNCB, les accompagnateurs de train ne peuvent pas être contraints d’apporter une aide.
De eerste bekommernis van een treinbegeleider is het op tijd laten vertrekken van de trein. Indien dit in het gedrang komt kan hij of zij reizigers weigeren. Bijvoorbeeld : wanneer het helpen van een persoon met een handicap te veel tijd in beslag neemt, kan de treinbegeleider zo iemand weigeren. Bepaalde stations — 93 om precies te zijn — zijn altijd toegankelijk voor mindervaliden. In andere stations wordt er waar mogelijk naar een oplossing gezocht. Volgens een NMBS-woordvoerder kunnen treinbegeleiders echter niet verplicht worden te helpen.
En d’autres termes, si elles souhaitent prendre le train, les personnes handicapées ne résidant pas à proximité d’une gare adaptée aux moins-valides
Gehandicapten die niet in de nabijheid van een dergelijk mindervalidevriendelijk station wonen moeten zich met andere woorden beroepen op derden
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14163
doivent faire appel à des tiers pour les y conduire. Pour de nombreux handicapés, ceci constitue une entrave à une autonomie qui leur est chère.
om hen naar een dergelijk station te vervoeren, indien zij gebruik willen maken van de trein. Dit belemmert hen in hun zelfstandigheid, die door vele mindervaliden hoog wordt ingeschat.
1. Est-il opportun de faire dépendre l’accompagnement des handicapés de la bonne volonté du seul accompagnateur de train ou du chef régional ?
1. Is het opportuun om de begeleiding van gehandicapten te laten afhangen van de welwillendheid van de individuele treinbegeleider of regiochef ?
2. Projette-t-on de rendre davantage de gares accessibles aux handicapés ?
2. Zijn er plannen om meer stations toegankelijk te maken voor gehandicapten ?
3. a) Dans l’affirmative, quel est le calendrier prévu ?
3. a) Zo ja, welke timing is hiervoor gepland ?
b) Quel est le budget établi ?
b) Welke budget is hiervoor opgemaakt ?
4. Projette-t-on d’établir une directive générale en ce qui concerne l’accompagnement des handicapés par les accompagnateurs de train ?
4. Zijn er plannen om een algemene richtlijn op te stellen wat betreft de begeleiding van gehandicapten naar de treinbegeleiders toe ?
DO 2004200504185
DO 2004200504185
Question no 526 de M. Jean-Claude Maene du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 526 van de heer Jean-Claude Maene van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
La Poste. — Distribution tardive des journaux dans certaines zones rurales.
De Post. — Laattijdige uitreiking van de kranten in een aantal landelijke gebieden.
Dans son rapport daté du 24 janvier 2005, l’administrateur délégué de La Poste tire un bilan de 2004 extrêmement positif pour son entreprise : résultats en équilibre, réduction des couˆts selon les plans, croissance des ventes, etc. En ce qui concerne les « derniers programmes de modernisation », le rapport annonce la fin de la réorganisation de la distribution du courrier pour la fin du mois de janvier 2005.
In zijn verslag van 24 januari 2005 maakt de gedelegeerd bestuurder van De Post een bijzonder rooskleurige balans op van 2004 : resultaten in evenwicht, kostenverlaging op schema, stijging van de verkoop, enzovoort; wat de « laatste moderniseringsprogramma’s » betreft, wordt het einde van de reorganisatie van de uitreiking voor eind januari 2005 in het vooruitzicht gesteld.
Ce rapport nous explique même l’effet « SAMBA », à savoir le « Sales And Marketing Basic Actions », censé apporter à La Poste une meilleure connaissance du client et une réorganisation développée dans l’intérêt de la clientèle. Premier temps, l’instauration du logiciel hautement décrié « géoroute », allant réorganiser avantageusement la redistribution du courrier; deuxième temps, le temps de cette réorganisation censée, selon le rapport susmentionné, être terminée depuis la fin du mois de janvier 2005. Ma question se rapporte au troisième temps; celui de l’opérationnalité.
In dat verslag worden zelfs de « SAMBA » (sales and marketing basic actions) toegelicht, die tot een betere kennis van de klant moeten leiden zodat De Post de reorganisatie van haar activiteiten op diens behoeften kan afstemmen. Eerst werd de omstreden software « Georoute » ingevoerd, die de uitreiking van de post in goede banen moest leiden; die reorganisatie zou, aldus het verslag, sinds eind januari 2005 moeten zijn afgerond. Mijn vraag heeft betrekking op de operationele fase.
En effet, comme la presse en faisait encore récemment écho, de nombreuses personnes continuent désespérément à l’attendre, et ce principalement dans les communes rurales. Ainsi, dans un courrier adressé à la Direction régionale de La Poste, les abonnés de la section d’Haversin dénonçaient une distribution bien trop tardive et de nombreux dysfonctionnements dans la distribution de leurs courriers.
Zoals we onlangs nog in de pers konden vernemen, wachten heel wat mensen, vooral in de landelijke gebieden, immers nog steeds wanhopig op een stiptere uitreiking. In een brief aan de Gewestelijke Directie van De Post doen de abonnees van de streek van Haversin hun beklag over de laattijdige bezorging van hun krant en over tal van andere problemen met de uitreiking van de post.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14164
Combien de temps sera-t-il encore nécessaire avant d’avoir une distribution performante du courrier et ce y compris dans les zones rurales ?
Hoeveel meer tijd heeft De Post nodig om een efficie¨nte uitreiking te organiseren, ook in de landelijke gebieden ?
DO 2004200504192
DO 2004200504192
Question no 527 de M. Jef Van den Bergh du 4 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 527 van de heer Jef Van den Bergh van 4 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Contrats de gestion. — Critique des syndicats des cheminots.
NMBS. — Beheerscontracten. — Kritiek spoorvakbonden.
Selon la presse, les syndicats des cheminots dénoncent les contrats de gestion qui sont préparés, en concertation, par la direction de la SNCB et l’E´tat.
Volgens berichten in de pers zijn de spoorvakbonden niet te spreken over de beheerscontracten die in de maak zijn tussen de NMBS-directie en de Staat.
Ils se plaignent de ce que ces accords peuvent en fait être considérés en partie comme un plan d’entreprise, en ce sens qu’ils impliqueraient une réduction progressive de l’effectif du personnel jusqu’à 35 000 emplois à temps plein, alors qu’il avait pourtant été décidé de réaliser à terme l’équilibre financier, sans prévoir d’année précise à cet effet. Par ailleurs, en ce qui concerne les voyageurs, l’on craint qu’en 2006, nombre d’entre eux soient obligés de rester debout pendant les heures d’affluence, une « éventuelle » capacité supplémentaire n’étant prévue qu’à partir de 2007.
Zo wordt er geklaagd over het feit dat deze overeenkomsten eigenlijk een stuk beschouwd kunnen worden als een ondernemingsplan, in die zin dat het zou impliceren dat het personeelsbestand afgebouwd zou worden tot 35 000 voltijdse banen, terwijl er nochtans was afgesproken om het financieel evenwicht op termijn te realiseren, zonder er definitief een jaar op de plakken. Anderzijds, naar de reizigers toe, wordt er gevreesd dat er in 2006 veel reizigers recht zullen moeten staan tijdens de piekuren, omdat « eventuele » extra-capaciteit slechts beschikbaar zal zijn vanaf 2007.
1. L’annonce selon laquelle les futurs contrats de gestion impliqueraient une réduction de l’effectif du personnel pour arriver à 35 000 personnes est-elle exacte ?
1. Kloppen de berichten dat de komende beheerscontracten een daling van het personeelsbestand naar 35 000 eenheden impliceert ?
2. Qui de la direction elle-même ou du ministre est à l’origine de cette disposition ?
2. Van wie is deze bepaling afkomstig : van de directie zelf of van de minister ?
3. Le plan d’entreprise ne relève-t-il pas de l’autonomie d’entreprise des chemins de fer ?
3. Behoort het ondernemingsplan niet tot de bedrijfsautonomie van de spoorwegen ?
4. Si vous êtes à l’origine de la disposition concernant l’équilibre financier à atteindre pour 2008, êtesvous prêt à assumer l’agitation sociale qui pourrait en résulter ?
4. Indien de bepaling over het financieel evenwicht tegen 2008 van de minister zelf afkomstig is, bent u dan bereid om de verantwoordelijkheid te dragen voor de sociale onrust die van daaruit kan ontstaan ?
5. a) Imaginons que les syndicats aient raison et que les trains aux heures de pointe soient bondés (une hypothèse, donc). Pourquoi le gouvernement n’y at-il pas pensé au moment d’accorder la gratuité pour les déplacements entre le domicile et le lieu de travail ?
5. a) Stel nu dat de vakbonden gelijk hebben dat de treinen tijdens de spitsuren te vol zullen zitten (hypothetisch dus), waarom heeft de regering daar niet aan gedacht op het ogenblik dat zij het gratis woon-werkverkeer per trein propageerde ?
b) N’est-il pas à craindre que la politique du « amener les voyageurs vers le train à tout prix », ne se retourne contre les transports publics dont l’image en paˆtirait, une fois de plus ?
b) Valt niet te vrezen dat het beleid van « reizigers op de trein krijgen, desnoods met de schoentrekker » zich tegen het openbaar vervoer zal keren, en dat het imago opnieuw zal verslechteren ?
6. Les syndicats font état d’une capacité supplémentaire « éventuelle » en 2007.
6. De vakbonden spreken van « eventuele » extracapaciteit in 2007.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14165
a) N’est-ce pas la fonction prioritaire du contrat de gestion d’insister sur ce point ?
a) Is het niet de prioritaire taak van het beheerscontract om daarop te hameren ?
b) Quel est votre point de vue sur la question ?
b) Wat is uw houding op dat punt ?
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 528 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 528 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 529 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 529 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14166
ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
DO 2004200504230
DO 2004200504230
Question no 530 de M. Jan Mortelmans du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 530 van de heer Jan Mortelmans van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Réduction de l’offre de trains fin 2004.
NMBS. — Problematiek verminderde eindejaarsdienst einde 2004.
Le Comité consultatif des usagers de la SNCB évoque, dans son avis 05/11, la question de la réduction de l’offre de trains fin 2004. Ce Comité estime que les trains P mis en service pour une catégorie précise d’utilisateurs, la plupart du temps des navetteurs et/ou des écoliers, doivent effectivement circuler pour ces utilisateurs. Toujours selon le Comité, il est inadmissible que des trains P mixtes ne circulent pas alors que les écoliers sont en période d’examens et doivent être à l’heure, tandis que d’autres trains roulent pratiquement à vide parce que leurs horaires de départ ne sont pas adaptés à la demande réelle.
Met haar advies nr. 05/11 gaat het Comité van de Gebruikers bij de NMBS in op de problematiek van de verminderde eindejaarsdienst einde 2004. Het Comité is van mening dat P-treinen die ingelegd worden voor een specifieke categorie voor gebruikers, doorgaans pendelaars en/of scholieren, dan ook daadwerkelijk voor hen moeten rijden. Het gaat volgens het Comité niet op dat gemengde P-treinen niet rijden wanneer de leerlingen zeker op tijd moeten zijn voor hun examens, terwijl andere treinen vrijwel leeg rijden omdat hun vertrektijden niet aangepast zijn aan de werkelijke vraag.
Quelle est votre position à l’égard de cet avis ou autrement dit : tiendrez-vous compte de cet avis à l’avenir ?
Wat is uw standpunt met betrekking tot dit advies, met andere woorden wordt hiermee rekening gehouden voor de toekomst ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14167
DO 2004200504234
DO 2004200504234
Question no 531 de M. Roel Deseyn du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 531 van de heer Roel Deseyn van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
La Poste. — Absentéisme.
De Post. — Absenteı¨sme.
En mars 2005, après une baisse importante, l’absentéisme à La Poste est remonté à 10,1 %. Cette information soulève les questions suivantes.
Naar aanleiding van een bericht dat het absenteı¨sme bij De Post in maart 2005 gestegen is tot 10,1 % na belangrijke dalingen rijzen volgende vragen.
1. Quelle a été l’évolution du taux d’absentéisme à La Poste de janvier 2004 à aujourd’hui, par mois et par province ?
1. Hoe evolueerde het absenteı¨sme bij De Post van de maand januari in 2004 tot op de dag van vandaag ? Graag opgesplitst per maandresultaat en binnen dit maandresultaat de graad van absenteı¨sme per provincie.
2. a) Comment expliquez-vous cette hausse récente du taux d’absentéisme ?
2. a) Hoe verklaart u de recente stijging van het absenteı¨sme ?
b) Quelle pourrait être l’incidence de ce phénomène sur l’intérêt manifesté par des partenaires étrangers ?
b) Welke invloed kan dit hebben op de interesse van buitenlandse partners ?
3. a) Quelle a été l’évolution du volume des envois postaux traités par La Poste de janvier 2004 à aujourd’hui ?
3. a) Hoe evolueerde het postvolume bij De Post van de maand januari 2004 tot op de dag van vandaag ?
b) Pouvez-vous ventiler ce chiffre par mois ?
b) Kan u een opsplitsing geven per maandresultaat ?
c) Quel est ce résultat mensuel pour chaque région/ province ?
c) Indien mogelijk hierbinnen ook de opsplitsing per regio/provincie ?
4. Quelle a été l’évolution des résultats des filiales durant les premiers mois de cette année ? Pouvez-vous communiquer ce chiffre par filiale, avec mention des bénéfices ou des pertes provisoires ?
4. Hoe evolueerden de resultaten van de filialen de eerste maanden van dit jaar ? Graag opgesplitst per filiaal en daarbinnen het voorlopige winst- of verliescijfer.
5. Quels sont les projets d’avenir en ce qui concerne les différentes filiales ?
5. Wat zijn de toekomstplannen betreffende de onderscheiden filialen ?
DO 2004200504239
DO 2004200504239
Question no 532 de M. Guido De Padt du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 532 van de heer Guido De Padt van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Mesures visant à substituer le transport ferroviaire au transport international par camion.
Maatregelen om het internationaal vervoer per truck te vervangen door het vervoer per spoor.
Certaines entreprises belges se plaignent des couˆts trop élevés auxquels elles sont confrontées lorsqu’elles décident d’opter pour un mode de transport plus écologique.
Enkele Belgische bedrijven klagen over het feit dat wanneer ze bereid zijn over te schakelen op milieuvriendelijker transport, zij geconfronteerd worden met te hoge kosten.
Le transport ferroviaire constitue l’une des causes du problème. Ainsi, un producteur belge de sel aurait interrogé la SNCB sur le tarif qui serait pratiqué pour
Eén probleem situeert zich alvast bij het vervoer per spoor. Zo zou een Belgische zoutproducent de NMBS gevraagd hebben een tarief te laten berekenen voor het
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14168
le transport de 600 à 800 tonnes de sel par semaine depuis la Pologne. Si ces couˆts s’avéraient inférieurs à ceux du transport par camion, la solution plus écologique pourrait également être choisie dans ce cas-ci. La réponse de la SNCB se fait hélas parfois attendre.
transport van 600 tot 800 ton zout per week vanuit Polen. Mocht deze kost lager liggen dan het vervoer per truck, dan zou ook hier voor de milieuvriendelijkere oplossing kunnen worden gekozen. Helaas komt het antwoord vanuit de NMBS niet altijd even snel.
1. a) Eˆtes-vous favorable à des mesures visant à substituer, là ou` c’est possible, le transport ferroviaire au transport (international) par camion ?
1. a) Bent u voorstander van maatregelen om daar waar mogelijk het (internationaal) vervoer per truck te vervangen door het vervoer per spoor ?
b) Dans l’affirmative, quelles mesures sont actuellement prises pour encourager les entreprises belges et étrangères à opter pour le transport ferroviaire ?
b) Zo ja, welke maatregelen worden op dit ogenblik genomen om binnen- en buitenlandse bedrijven aan te zetten voor het vervoer per spoor te kiezen ?
c) Dans la négative, ce mode de transport de marchandises n’est-il pas suffisamment rentable ?
c) Zo neen, is dergelijk goederenvervoer niet rendabel genoeg ?
2. a) Les entreprises peuvent-elles demander à la SNCB de calculer des tarifs de transport spécifiques ?
2. a) Kunnen bedrijven zich tot de NMBS richten met vragen tot berekenen van specifieke tarieven voor hun transport ?
b) Dans l’affirmative, dans quel délai une réponse peut-elle en principe être escomptée ?
b) Zo ja, wat is de normale wachtperiode op een antwoord ?
c) Dans la négative, une telle possibilité ne permettrait-elle pas de simplifier l’analyse couˆts-bénéfices des entreprises ?
c) Zo neen, zou dit niet nuttig zijn teneinde de kosten/baten-analyse voor bedrijven te vereenvoudigen ?
DO 2004200504246
DO 2004200504246
Question no 533 de M. Guido De Padt du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 533 van de heer Guido De Padt van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
La Poste. — Fermeture du bureau de poste d’Adegem. — Projet-pilote « Point Poste ». ` Adegem, en Flandre orientale, une commune A fusionnée de Maldegem, le bureau de poste a été fermé fin 2003. Ce bureau de poste, sis dans un immeuble loué le long de la N9, était pourtant fort fréquenté par les habitants du village et des passants occasionnels et était idéalement situé pour les entreprises de la zone industrielle voisine.
De Post. — Sluiting postkantoor te Adegem. — Proefproject « Postpunt ».
La Poste a lancé en novembre 2004 le projet-pilote « Point Poste », une expérience concernant un nouveau type de magasin postal, dans le cadre duquel elle collabore avec des partenaires externes pour présenter ses produits de base. La Poste devait soumettre le projet à une évaluation approfondie en avril 2005. Si les résultats de l’évaluation sont positifs, La Poste a l’intention d’étendre l’expérience à plusieurs nouveaux magasins postaux à partir de mai 2005 afin de comparer les résultats de l’évaluation à la réalité du terrain.
In november 2004 startte De Post met het proefproject « Postpunt », het experiment met een nieuw type van postwinkels, waarbij De Post samenwerkt met externe partners om haar basisproducten aan te bieden. In april 2005, zou De Post de test aan een grondige evaluatie onderwerpen. Indien deze evaluatie positief uitvalt, zou De Post het experiment vanaf mei 2005 uitbreiden met een aantal nieuwe postwinkels, om de resultaten van de evaluatie verder te toetsen aan de werkelijkheid op het terrein.
Bien que certains commerçants d’Adegem étaient prêts à participer à ce projet pilote, leur demande est
Hoewel enkele winkeliers in Adegem bereid waren in dit proefproject te starten, bleef dit zonder gevolg en
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
In de Oost-Vlaamse gemeente Adegem, deelgemeente van Maldegem, sloot eind 2003 het postkantoor haar deuren. Nochtans werd dit gunstig gelegen postkantoor, een huurpand langs de N9, druk bezocht door inwoners, toevallige voorbijgangers en was het ideaal voor de bedrijven van het nabijgelegen industrieterrein.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14169
restée sans suite et jusqu’à présent les produits postaux ne sont toujours pas distribués dans ce village, de sorte que les clients sont obligés de se rendre dans un bureau de poste plus éloigné.
worden tot op heden nog steeds geen postproducten in dit dorp verdeeld zodat de klanten verplicht zijn naar een verder gelegen postkantoor te gaan.
1. a) La Poste a-t-elle déjà procédé à une évaluation approfondie du projet-pilote « Point Poste » ?
1. a) Heeft De Post reeds een grondige evaluatie gemaakt van het proefproject « Postpunt » ?
b) Dans l’affirmative, quelles en sont les conclusions ?
b) Zo ja, wat zijn hiervan de conclusies ?
c) Dans la négative, quelles sont les causes du retard ?
c) Zo neen, aan wat is deze vertraging te wijten ?
2. a) La Poste a-t-elle déjà projeté d’étendre l’expérience à plusieurs nouveaux magasins postaux ?
2. a) Zijn er bij De Post reeds plannen om het experiment uit te breiden met een aantal nieuwe postwinkels ?
b) Dans l’affirmative, ou` seront-ils situés ?
b) Zo ja, waar komen die nieuwe winkels ?
3. Quels étaient les motifs précis de la fermeture du bureau de poste d’Adegem et existe-t-il des plans concrets pour vendre à nouveau des produits postaux dans cette commune à l’avenir ?
3. Wat was de precieze aanleiding van de sluiting van het postkantoor te Adegem en zijn er concrete plannen voor deze gemeente om in de toekomst opnieuw postproducten aan te bieden ?
DO 2004200504252
DO 2004200504252
Question no 534 de M. Jan Mortelmans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 534 van de heer Jan Mortelmans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Comité consultatif des usagers. — Avis. — Obligation de réponse du groupe SNCB.
NMBS. — Raadgevend Comité van de Gebruikers. — Adviezen. — Verplichte beantwoording door de NMBS-groep.
Dans son avis 05/14, le Comité consultatif des usagers de la SNCB demande que l’obligation du groupe SNCB de répondre, dans des délais raisonnables, à chaque avis du Comité soit maintenue. Le Comité demande également que lorsque la réponse du groupe SNCB est insatisfaisante ou non motivée, ou lorsque le problème posé n’est pas traité, voire reste sans solution, le Comité puisse obtenir l’organisation d’une réunion de concertation sur un ou plusieurs de ces avis.
In haar advies 05/14 vraagt het Raadgevend Comité van de Gebruikers bij de NMBS dat de verplichting van de NMBS-groep om elk advies van het Comité te beantwoorden behouden blijft, en dit binnen redelijke termijnen. Het Comité vraagt ook dat wanneer het antwoord van de NMBS-groep ontoereikend of niet gemotiveerd is, of het gestelde probleem niet behandeld wordt, laat staan zonder oplossing blijft, het Comité bij machte moet zijn een overlegvergadering te bekomen over een of meer van deze adviezen.
Quel est votre point de vue sur cet avis ?
Wat is uw standpunt met betrekking tot dit advies ?
DO 2004200504253
DO 2004200504253
Question no 535 de M. Guido De Padt du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 535 van de heer Guido De Padt van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Réaménagement de la place de la gare de la commune de Buggenhout.
NMBS. — Herinrichting stationsplein van de gemeente Buggenhout.
Selon l’administration communale locale, la place de la gare de la commune de Buggenhout en Flandre
Het stationsplein van de Oost-Vlaamse gemeente Buggenhout dient volledig heringericht te worden,
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14170
orientale doit être complètement réaménagée. Il conviendrait ainsi de creuser un tunnel sous les voies pour améliorer l’accès au dépoˆt pour vélos et au parking, pour rendre également la gare plus facilement accessible aux personnes habitant les quartiers proches, etc.
alsdus het plaatselijke gemeentebestuur. Zo is een ondertunneling van het spoor gewenst, wil men de inplanting van fietsenstallingen en het aantal parkeerplaatsen optimaliseren, de bereikbaarheid van station en spoor vanuit nabije woonwijken verbeteren, enzovoort.
Après concertation avec la SNCB fin 2004, la commune supposait que le couˆt des travaux serait réparti équitablement entre la commune et la société des chemins de fer. Six mois plus tard, on craint toutefois à Buggenhout qu’aucune des trois entités actuelles de l’ancienne SNCB ne souhaite encore investir dans ce projet.
Na overleg met de NMBS eind 2004, nam de gemeente aan dat de kosten voor deze werken netjes tussen de gemeente en de spoorwegmaatschappij zouden verdeeld worden. Een half jaar later vreest men in Buggenhout echter dat geen enkele van de drie huidige entiteiten van de voormalige NMBS nog wenst te investeren in dit project.
1. a) Une concertation a-t-elle été organisée l’année dernière avec la SNCB dans le cadre du réaménagement de la place de la gare à Buggenhout ?
1. a) Is er vorig jaar overleg geweest met de NMBS omtrent de herinrichting van het stationsplein in Buggenhout ?
b) Quel était alors le point de vue de la SNCB et des promesses avaient-elles été faites ou des engagements concrets avaient-ils été pris ?
b) Wat was toen de mening van de NMBS en zijn er beloftes of concrete afspraken gemaakt ?
2. a) Une ou plusieurs des trois nouvelles entités de l’ancienne SNCB ont-elles l’intention de contribuer, cette année encore ou au cours des prochaines années, aux travaux à réaliser à Buggenhout ?
2. a) Voorziet één of meerdere van de drie nieuwe entiteiten van de vroegere NMBS in een tussenkomst voor de investeringswerken in Buggenhout dit jaar of de komende jaren ?
b) Dans l’affirmative, quel est le montant de cette (ces) contribution(s) ?
b) Zo ja, hoeveel bedraagt de som van deze tussenkomst(en) ?
c) Dans la négative, quelle est la raison pour laquelle la commune doit supporter seule ces investissements qui profitent également au transport ferroviaire ?
c) Zo neen, wat is de reden waarom de gemeente deze investeringen, die ook het spoorwegverkeer ten goede komen, alleen dient te dragen ?
DO 2004200504258
DO 2004200504258
Question no 536 de M. Bart Laeremans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 536 van de heer Bart Laeremans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — RER. — Construction de la gare des Arcades à Watermael-Boitsfort.
NMBS. — GEN. — Bouw van het Arcadenstation in Watermaal-Bosvoorde.
Le 2 mai 2005, le ministre a fait savoir que cinq gares supplémentaires seraient construites pour le Réseau express régional (RER). L’une d’entre elles est la gare des Arcades, à Watermael-Boitsfort.
Op 2 mei 2005 deelde de minister mee dat er in Brussel vijf extra stations zouden worden gebouwd in kader van het Gewestelijk Expressnet (GEN). E´én ervan is de bouw van het Arcadenstation in Watermaal-Bosvoorde.
1. a) Qui a pris la décision de construire une gare et à quelle date ?
1. a) Door wie en wanneer werd de beslissing genomen tot de bouw van een station ?
b) Est-il exact que le permis de baˆtir a déjà été demandé ? ` quelle date ? c) A
b) Klopt het dat de bouwvergunning reeds werd aangevraagd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
c) Wanneer gebeurde dit ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14171
2. Quelle est l’utilité spécifique de ce projet ? ` combien estime-t-on le couˆt de ce projet ? 3. A
2. Wat is het specifieke nut van dit project ? 3. Wat is de geraamde kostprijs ?
4. Les travaux se limiteront-ils à l’installation de quelques ascenseurs ?
4. Zijn de werken beperkt tot de bouw van enkele liften ?
5. a) L’aménagement de cette gare sera-t-il financé par des moyens affectés au RER ou par des moyens de Beliris ou encore par une combinaison des deux ?
5. a) Wordt dit station betaald met middelen voor het GEN of met middelen van Beliris of met een combinatie van beide ?
b) Le couˆt de cette gare sera-t-il en partie supporté par les fonds généraux de la SNCB ?
b) Wordt een deel van de kosten van dit station gedragen door de algemene middelen van de NMBS ?
c) Dans l’affirmative, montant ?
c) Zo ja, welk gedeelte ?
à
concurrence
de
quel
6. a) Quand les travaux devraient-ils commencer ? ` quelle date la mise en service de cette gare estb) A elle prévue ?
6. a) Tegen wanneer moeten de werken van start gaan ?
DO 2004200504259
DO 2004200504259
Question no 537 de M. Bart Laeremans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 537 van de heer Bart Laeremans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — RER. — Construction de la gare de Moensberg-transit.
NMBS. — GEN. — Bouw van het station Moensbergtransit.
Le ministre a annoncé le 2 mai 2005 la construction de cinq gares supplémentaires à Bruxelles dans le cadre du Réseau Express régional (RER). L’une d’entre elles est celle de Mœnsberg-transit. Sa construction impliquerait le transfert de la gare de la rue de Horzel (sur la ligne Hal-Bruxelles) vers la ligne Bruxelles-Charleroi.
Op 2 mei 2005 deelde de minister mee dat er in Brussel vijf extra stations zouden worden gebouwd in het kader van het Gewestelijk Expressnet (GEN). E´én ervan is de bouw van het station Moensberg-transit. De bouw van het station zou neerkomen op de verplaatsing van het station aan de Horzelstraat (lijn Halle-Brussel) naar de lijn Brussel-Charleroi.
1. Un arrêt sera-t-il dès lors supprimé sur la ligne Hal-Bruxelles ?
1. Betekent dit dat er een halte wegvalt op de lijn Halle-Brussel ?
2. Quelle est l’utilité spécifique de ce projet ? ` combien estime-t-on le couˆt de ce projet ? 3. A
b) Voor wanneer is de ingebruikname gepland ?
2. Wat is het specifieke nut van dit project ? 3. Wat is de geraamde kostprijs van dit project ?
4. a) L’aménagement de cette gare sera-t-il financé par des moyens destinés au RER ou par des moyens de Beliris ou encore par une combinaison des deux ?
4. a) Wordt dit station betaald met middelen voor het GEN of met middelen van Beliris of met een combinatie van beide ?
b) Une partie du couˆt sera-t-elle supportée par les moyens généraux de la SNCB ?
b) Wordt een deel van de kosten van dit station gedragen door de algemene middelen van de NMBS ?
c) Dans l’affirmative, montant ?
c) Zo ja, welk gedeelte ?
à
concurrence
de
quel
5. a) Quand les travaux devraient-ils débuter ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
5. a) Tegen wanneer moeten de werken van start gaan ? 2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14172
` quelle date la mise en service de cette gare estb) A elle prévue ?
b) Voor wanneer is de ingebruikname gepland ?
DO 2004200504260
DO 2004200504260
Question no 538 de M. Bart Laeremans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 538 van de heer Bart Laeremans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — RER. — Construction de la gare de Germoir.
NMBS. — GEN. — Bouw van het station Germoir.
Le ministre a annoncé le 2 mai 2005 la construction de cinq gares supplémentaires à Bruxelles dans le cadre du Réseau Express régional (RER). L’une d’entre elles est la gare de Germoir.
Op 2 mei 2005 deelde de minister mee dat er in Brussel vijf extra stations zouden worden gebouwd in het kader van het Gewestelijk Expressnet (GEN). E´én ervan is de bouw van het station Germoir.
1. Dans quelle commune et sur quelle ligne cette gare sera-t-elle aménagée ?
1. In welke gemeente en op welke lijn zal dit station worden aangelegd ?
2. Quelle est l’utilité spécifique de ce projet ? ` combien estime-t-on le couˆt de ce projet ? 3. A
2. Wat is het specifieke nut van dit project ? 3. Wat is de geraamde kostprijs ?
4. a) L’aménagement de cette gare sera-t-il financé par des moyens destinés au RER ou par des moyens de Beliris ou encore par une combinaison des deux ?
4. a) Wordt dit station betaald met middelen voor het GEN of met middelen van Beliris of met een combinatie van beide ?
b) Une partie du couˆt sera-t-elle supportée par les moyens généraux de la SNCB ?
b) Wordt een deel van de kosten van dit station gedragen door de algemene middelen van de NMBS ?
c) Dans l’affirmative, montant ?
c) Zo ja, welk gedeelte ?
à
concurrence
de
quel
5. a) Quand les travaux devraient-ils débuter ? ` quelle date la mise en service de cette gare estb) A elle prévue ?
5. a) Tegen wanneer moeten de werken van start gaan ?
DO 2004200504261
DO 2004200504261
Question no 539 de M. Jan Mortelmans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 539 van de heer Jan Mortelmans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Contrats de gestion. — Information préalable.
NMBS. — Beheerscontracten. — Voorafgaande informatie.
Dans son avis 05/15, le Comité des usagers de la SNCB demande que l’obligation d’information préalable, et ce dans des délais raisonnables, figure dans les prochains contrats de gestion entre l’E´tat et les différentes entités du groupe SNCB, en particulier toute information relative à l’ensemble des services et des infrastructures (accueil et autres) qui intéressent les usagers.
In haar advies 05/15 vraagt het Comité van de Gebruikers bij de NMBS dat de verplichting tot voorafgaande informatie, en dit binnen redelijke termijnen, in de volgende beheerscontracten tussen de Staat en de diverse entiteiten van de NMBS-groep wordt opgenomen, in het bijzonder de informatie omtrent elke dienst en infrastructuur (onthaal en andere) die de gebruikers aanbelangen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
b) Voor wanneer is de ingebruikname gepland ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14173
Quel est votre point de vue sur cet avis ?
Wat is uw standpunt met betrekking tot dit advies ?
DO 2004200504262
DO 2004200504262
Question no 540 de M. Bart Laeremans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 540 van de heer Bart Laeremans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — RER. — Construction de la gare du Vivier d’Oie à Uccle, sur la ligne Hal-Bruxelles.
NMBS. — GEN. — Bouw van het Diesdelle-station op de lijn Halle-Brussel te Ukkel.
Le 2 mai 2005, le ministre a annoncé la construction de cinq gares supplémentaires à Bruxelles dans le cadre du Réseau Express régional (RER). La gare du Vivier d’Oie, sur la ligne Hal-Bruxelles à Uccle, est l’une de celles-ci.
Op 2 mei 2005 deelde de minister mee dat er in Brussel vijf extra stations zouden worden gebouwd in kader van het Gewestelijk Expressnet (GEN). E´én ervan is de bouw van het Diesdelle-station op de lijn Halle-Brussel te Ukkel.
1. Quelle est l’utilité précise de ce projet ?
1. Wat is de specifieke nut van dit project ?
2. Quel en est le couˆt estimé ?
2. Wat is de geraamde kostprijs ?
3. a) La construction de cette gare sera-t-elle financée par des moyens destinés au RER, dans le cadre de Beliris ou par une combinaison des deux ?
3. a) Wordt dit station betaald met middelen voor het GEN of met middelen van Beliris of met een combinatie van beide ?
b) Une partie du couˆt de la gare sera-t-elle financée par des moyens généraux de la SNCB ?
b) Wordt een deel van de kosten van dit station gedragen door de algemene middelen van de NMBS ?
c) Dans l’affirmative, de quelle partie s’agit-il ?
c) Zo ja, welk gedeelte ?
4. a) Quand les travaux débuteront-ils ?
4. a) Tegen wanneer moeten de werken van start gaan ?
b) Quand la mise en service est-elle prévue ?
b) Voor wanneer is de ingebruikname gepland ?
DO 2004200504263
DO 2004200504263
Question no 541 de M. Bart Laeremans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 541 van de heer Bart Laeremans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Construction de la gare CERIA à Anderlecht, sur la ligne Bruxelles-Gand.
NMBS. — Bouw in Anderlecht van het Ceria-station op de lijn Brussel-Gent.
La construction de la gare CERIA à Anderlecht, sur la ligne Bruxelles-Gand, a été confirmée en réponse à ma question orale du 2 mai 2005 (Question no 6583, Compte rendu intégral, Chambre 2004-2005, commission de l’Infrastructure, des Communications et des Entreprises publiques, 2 mai 2005, COM583, p. 21).
In antwoord op mijn mondelinge vraag van 2 mei 2005 werd bevestigd dat in Anderlecht het Ceriastation zou gebouwd worden op de lijn Brussel-Gent (Vraag nr. 6583, Integraal Verslag, Kamer 2004-2005, commissie voor de Infrastructuur, het Verkeer en de Overheidsbedrijven, 2 mei 2005, COM583, blz. 21).
1. Quelle est l’utilité précise de ce projet ?
1. Wat is het specifieke nut van dit project ?
2. Quel en est le couˆt estimé ?
2. Wat is de geraamde kostprijs ?
3. a) La construction de cette gare sera-t-elle financée par des moyens destinés au RER, dans le cadre de Beliris ou par une combinaison des deux ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
3. a) Wordt dit station betaald met middelen voor het Gewestelijk Expressnet (GEN) of met middelen van Beliris of met een combinatie van beide ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14174
b) Une partie du couˆt de la gare sera-t-elle financée par des moyens généraux de la SNCB ?
b) Wordt een deel van de kosten van dit station gedragen door de algemene middelen van de NMBS ?
c) Dans l’affirmative, laquelle ?
c) Zo ja, welk gedeelte ?
4. a) Quand les travaux débuteront-ils ?
4. a) Tegen wanneer moeten de werken van start gaan ?
b) Quand la mise en service est-elle prévue ?
b) Voor wanneer is de ingebruikname gepland ?
5. a) Quelles sont les conséquences de l’aménagement de cette gare pour la ligne Bruxelles-Midi/Gand ?
5. a) Wat zijn de gevolgen van de aanleg van dit station voor de lijn Brussel-Zuid/Gent ?
b) Cela entraıˆne-t-il seulement la construction d’un nouveau point d’arrêt ?
b) Houdt dit enkel de bouw van een nieuwe halteplaats in ?
c) La construction de la gare entraıˆnera-t-elle un dédoublement de la ligne Bruxelles-Gand ?
c) Heeft de bouw van het station tot gevolg dat er een ontdubbeling komt van de lijn Brussel-Gent ?
d) Dans l’affirmative, jusqu’ou` la ligne sera-t-elle dédoublée ?
d) Zo ja, tot waar wordt deze lijn ontdubbeld ?
e) Quel est le couˆt de ce dédoublement ? ` quel budget ces couˆts seront-ils imputés ? f) A
e) Wat is de kostprijs van deze ontdubbeling ?
g) Ce dédoublement était-il initialement prévu dans le cadre du projet RER ?
g) Werd de ontdubbeling oorspronkelijk in het vooruitzicht gesteld in het GEN ?
DO 2004200504264
DO 2004200504264
Question no 542 de M. Jean-Marc Nollet du 11 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques : SNCB. — E´tude de bruit sur la ligne 140-147 Ottignies-Fleurus.
Vraag nr. 542 van de heer Jean-Marc Nollet van 11 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
S’il faut absolument augmenter l’offre de trains, tant pour ce qui concerne les voyageurs que les marchandises, cela ne doit pas se faire au détriment de la quiétude et de la santé de certains riverains, qui plus est s’ils subissent les désagréments en terme de bruit causé par la circulation ferroviaire, sans bénéficier par ailleurs de liaisons efficaces et fréquentes.
Het treinaanbod moet, zowel wat het reizigers- als wat het goederenverkeer betreft, absoluut de hoogte in. Dat mag echter niet ten koste gaan van de rust en de gezondheid van sommige omwonenden, vooral wanneer die van het treinverkeer wel geluidshinder ondervinden, maar ze anderzijds geen gebruik kunnen maken van efficie¨nte en frequente treinverbindingen.
La SNCB a ainsi dévoilé, le 20 avril 2005, une étude de bruit sur la ligne 140-147 Ottignies-Fleurus, dont il ressort que les habitants de 106 maisons sur le parcours sont soumis à plus de 65 décibels, soit un bruit correspondant à celui des zones A d’aéroport et aux 350 autres logements, à un bruit correspondant à celui des zones B.
Op 20 april 2005 maakte de NMBS een geluidsstudie op lijn 140-147 Ottignies-Fleurus bekend, waaruit blijkt dat de inwoners van 106 woningen op dat traject aan meer dan 65 decibel worden blootgesteld, wat overeenkomt met de geluidshinder in de zones « A » van de luchthaven, en de inwoners van 350 andere woningen aan geluidshinder vergelijkbaar met die in de zones « B » worden blootgesteld.
1. Dans le cadre du prochain contrat de gestion de la SNCB, ne pourriez-vous pas envisager l’établissement d’objectifs stratégiques anti-nuisances sonores et, à coˆté de celle — très positive — de Comité d’usagers, la mise en place d’un Comité de riverains qui pourrait
1. Is het niet mogelijk naar aanleiding van de volgende beheersovereenkomst met de NMBS strategische doelstellingen met betrekking tot de geluidsoverlast op te stellen ? Is het anderzijds niet mogelijk naast het — zeer nuttige — Comité van de gebruikers
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
f) Door welk budget worden deze kosten gedragen ?
2004
NMBS. — Geluidsstudie op lijn 140-147 OttigniesFleurus.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14175
alerter l’entreprise en cas d’excès de bruit et, le cas échéant, l’éclairer sur les mesures à prendre ?
een Comité van de omwonenden op te richten, dat bij het bedrijf aan de alarmbel zou trekken wanneer er sprake is van geluidsoverlast en dat desgevallend tips zou kunnen geven in verband met de te nemen maatregelen ?
2. Ne conviendrait-il pas d’adopter des normes de limitation des bruits, notamment en fixant des vitesses maximales sur certains tronçons problématiques, comme celui entre Ottignies et Fleurus, ou via l’achat de matériel moins bruyant ?
2. Verdient het geen aanbeveling normen ter beperking van de geluidshinder aan te nemen ? Daartoe zouden bijvoorbeeld op bepaalde probleembaanvakken, zoals dat tussen Ottignies en Fleurs, maximumsnelheden kunnen worden opgelegd of zou minder luidruchtig materieel kunnen worden aangekocht.
3. a) Un plan d’installation de murs anti-bruits est-il bien prévu le long de la ligne 140-147 à Fleurus ?
3. a) Klopt het dat er plannen bestaan voor de aanleg van een geluidswerende muur langs lijn 140-147 te Fleurus ?
b) Si oui, dans quel délai ?
b) Zo ja, op welke termijn ?
c) Si non, pourquoi et quelle autre réponse envisagezvous pour améliorer les conditions de vie des riverains concernés ?
c) Zo neen, waarom niet en welke andere oplossing ziet u om de levensomstandigheden van de betrokken omwonenden te verbeteren ?
DO 2004200504285
DO 2004200504285
Question no 543 de M. Patrick De Groote du 18 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 543 van de heer Patrick De Groote van 18 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Raccordements au réseau ferroviaire des entreprises et des zones industrielles.
NMBS. — Spooraansluitingen van bedrijven en industrieterreinen.
Le nombre de raccordements au réseau ferroviaire des entreprises et des zones industrielles a fortement diminué au cours des dernières années. En 1990, le nombre de raccordements ferroviaires s’élevait à 415 seulement. Leur nombre est tombé à 305 en 1995 et à 286 en 2001.
Het aantal spooraansluitingen van bedrijven en industrieterreinen is de jongste jaren sterk gedaald. Zo waren er in 1990 slechts 415 spooraansluitingen en voorbehouden sporen, in 1995 waren er dat nog maar 305, en in 2001 was het aantal verder gedaald tot 286.
1. Combien d’entreprises et de zones industrielles étaient-elles raccordées au réseau de la SNCB en 2004 ?
1. Hoeveel bedrijven en bedrijventerreinen beschikten in 2004 over een aansluiting op het net van de NMBS ?
2. Quelle était la part du trafic généré par ces raccordements ferroviaires au regard du trafic de marchandises total de la SNCB ?
2. Hoeveel bedroeg in 2004 de trafiek via deze spooraansluiting in vergelijking met de totale goederentrafiek die de NMBS vervoerde ?
3. a) Combien de ces raccordements ferroviaires d’entreprises et de zones industrielles ont-ils été fermés entre 2001 et 2004, et de quels raccordements s’agit-il ?
3. a) Hoeveel en welke spooraansluitingen van bedrijven en bedrijventerreinen zijn er tussen 2001 en 2004 gesloten ?
b) Pourquoi ?
b) Waarom ?
4. Combien de nouveaux raccordements ferroviaires d’entreprises et de zones industrielles ont-ils été mis en service depuis 1995 ?
4. Hoeveel nieuwe spooraansluitingen van bedrijven en bedrijventerreinen zijn sinds 1995 geopend ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14176
5. Combien d’entreprises et de zones industrielles en Flandre occidentale étaient-elles raccordées au réseau de la SNCB en 1990, en 1995, en 2001 et en 2004 ?
5. Hoeveel bedrijven en bedrijventerreinen in WestVlaanderen beschikten in 1990, 1995, 2001 en 2004 over een aansluiting op het net van de NMBS ?
6. a) Combien de ces raccordements ferroviaires d’entreprises et de zones industrielles ont-ils été fermés en Flandre occidentale entre 2001 et 2004 ? De quels raccordements s’agit-il ?
6. a) Hoeveel en welke spooraansluitingen van bedrijven en bedrijventerreinen zijn er tussen 2001 en 2004 in West-Vlaanderen gesloten ?
b) Pourquoi ?
b) Waarom ?
7. Combien de raccordements ferroviaires d’entreprises et de zones industrielles ont-ils été mis en service en Flandre occidentale entre 2001 et 2004 ? De quels raccordements s’agit-il ?
7. Hoeveel en welke spooraansluitingen van bedrijven en bedrijventerreinen zijn er tussen 2001 en 2004 in West-Vlaanderen geopend ?
DO 2004200504297
DO 2004200504297
Question no 545 de M. Francis Van den Eynde du 18 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 545 van de heer Francis Van den Eynde van 18 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Transport ferroviaire en provenance de l’étranger. — Calcul des tarifs.
NMBS. — Spoorvervoer vanuit het buitenland. — Tariefberekening.
Une entreprise de Flandre occidentale, spécialisée dans le traitement du sel marin à des fins industrielles, se plaint dans un article de presse du fait qu’elle demande depuis des années à la SNCB un calcul tarifaire pour le transport ferroviaire au départ de la Pologne, qui serait meilleur marché que le transport routier.
Een West-Vlaams bedrijf dat zeezout voor de industrie verwerkt, beklaagt er zich in de krant over dat het al jaren aan de NMBS vraagt om een tarief te berekenen voor het vervoer vanuit Polen, dat goedkoper uitvalt dan het baanvervoer.
Elle n’a jamais reçu de réponse satisfaisante.
Er kwam nooit een bevredigend antwoord.
Si cette information s’avère exacte, cette situation est évidemment regrettable à double titre. D’une part, la SNCB perd ainsi un contrat de transport important, et d’autre part, le transport routier est bien plus nuisible à l’environnement que le transport ferroviaire.
Indien dit met de werkelijkheid overeenstemt, is dit uiteraard te betreuren en dit zowel omdat de NMBS hierdoor een niet onbelangrijk vervoercontract verliest, maar ook omdat baanvervoer ecologisch veel meer belastend is dan spoorvervoer.
Des mesures ne sont-elles pas envisageables pour remédier à cette situation ?
Zou het niet mogelijk zijn om maatregelen te treffen om deze situatie te verhelpen ?
DO 2004200504298
DO 2004200504298
Question no 546 de M. Guido De Padt du 18 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 546 van de heer Guido De Padt van 18 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
La Poste. — Fermeture simultanée de bureaux de poste dans une ville/commune en raison de formations.
De Post. — Gelijktijdige sluiting van postkantoren in een stad/gemeente omwille van opleidingen.
Les bureaux de poste de Grammont-centre, Overbœlare, Idegem et Moerbeke ont été fermés du jeudi
De postkantoren van Geraardsbergen-centrum, Overboelare, Idegem en Moerbeke waren vanaf
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14177
12 mai 2005 au lundi 16 mai 2005 inclus, ce qui signifie que quatre bureaux de poste à Grammont étaient inaccessibles à la clientèle pendant une période relativement longue. Dans les médias, certains usagers ont décrit la situation comme ennuyeuse et totalement irresponsable. Selon un porte-parole de La Poste, la raison de ce désagrément est l’organisation, avant le long weekend, d’une formation de deux jours, destinée à offrir un meilleur service aux guichets. Il semble que l’on ait choisi de former simultanément l’ensemble des agents des quatre bureaux de la région de Grammont. 1. Combien de fois et selon quelle fréquence annuelle les agents de La Poste en contact avec le public doivent-ils suivre une formation organisée par La Poste ? 2. a) Quels bureaux ont été fermés en 2004 et au cours des quatre premiers mois de 2005 pour permettre aux agents de La Poste de suivre une telle formation ? b) Pendant combien de temps chaque bureau a-t-il été fermé ? 3. Comment est-il procédé à la sélection des différents bureaux de poste dont les agents doivent suivre une formation le(s) même(s) jour(s) ? 4. a) Est-il tenu compte de la continuité du service dans une ville ou dans une commune lors de la fermeture d’un bureau de poste en vue de telles formations ? b) Dans l’affirmative, comment expliquez-vous la fermeture simultanée des quatre bureaux de poste à Grammont à la mi-mai 2005 ? 5. Des mesures seront-elles prises à l’avenir pour éviter que tous les bureaux de poste d’une ville ou d’une commune ne soient fermés les mêmes jours en raison de formations ?
donderdag 12 mei 2005 tot en met maandag 16 mei 2005 gesloten. Dit betekent dat vier kantoren in Geraardsbergen voor een relatief lange periode niet toegankelijk waren voor de postklanten. « Vervelend en totaal onverantwoord », zo drukken enkele klanten hun ongenoegen uit in de media. Volgens een postwoordvoerder is een tweedaagse opleiding voor betere dienstverlening aan de loketten, gekoppeld aan het verlengde weekend, verantwoordelijk voor het ongemak. Blijkbaar werd ervoor geopteerd om de vorming van alle bedienden van de vier Geraardbergse kantoren terzelfder tijd te geven. 1. Hoe vaak of om de hoeveel jaar dienen de bedienden van De Post die met het publiek in contact komen, een opleiding van De Post te volgen ?
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
2. a) Welke kantoren werden er in het jaar 2004 en de eerste vier maanden van 2005 gesloten omwille van het volgen van dergelijke opleiding door bedienden van De Post ? b) Hoe lang werd in elk van die gevallen het kantoor gesloten ? 3. Hoe gebeurt de selectie van de verschillende postkantoren wiens bedienden op dezelfde dag(en) een opleiding dienen te volgen ? 4. a) Wordt er rekening gehouden met de continuı¨teit van de dienstverlening in een stad of gemeente bij het sluiten van een postkantoor voor dergelijke opleidingen ? b) Zo ja, hoe verklaart u de sluiting van de vier postkantoren in Geraardsbergen op hetzelfde tijdstip half mei 2005 ? 5. Komen er in de toekomst maatregelen om te vermijden dat alle postkantoren in één stad of gemeente op dezelfde dagen gesloten zijn omwille van opleidingen ?
DO 2004200504196
DO 2004200504196
Question no 612 de M. Melchior Wathelet du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : ´Elaboration et la mise en œuvre d’un plan de personnel par le SPF Intérieur. Sur la base de l’arrêté royal du 7 novembre 2000 portant création et composition des organes communs
Vraag nr. 612 van de heer Melchior Wathelet van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Uitwerking en tenuitvoerlegging van een personeelsplan door de FOD Binnenlandse Zaken. Krachtens het koninklijk besluit van 7 november 2000 houdende oprichting en samenstelling van de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14178
à chaque service public fédéral, chaque comité de direction doit élaborer, sur base des plans de management, un plan de personnel reprenant le nombre de membres du personnel statutaires et contractuels, exprimés en équivalents temps plein.
organen die gemeenschappelijk zijn aan iedere federale overheidsdienst werkt ieder directiecomité het personeelsplan uit op basis van de ontwerpen opgesteld door de houders van een managementfunctie. Dat personeelsplan bepaalt, per functie, het aantal statutaire en contractuele personeelsleden uitgedrukt in voltijdse equivalenten.
Outil de planification du personnel, le plan de personnel est nécessaire pour pouvoir procéder à des mouvements de personnel (recrutements statutaires, engagements de contractuels, promotions, mobilité).
Als instrument voor de planning van het personeel is het personeelsplan noodzakelijk om personeelsbewegingen te kunnen doorvoeren (statutaire wervingen, contractuele indienstnemingen, bevorderingen, mobiliteit).
En vertu de la circulaire no 544 du 5 mars 2004 intitulée « Information pratique sur le plan de personnel », un plan de personnel doit comporter d’une part un tableau reprenant l’évolution souhaitée des ressources humaines en équivalents temps plein(ETP) et d’autre part un tableau reprenant un plan des actions prévues pour couvrir cette évolution et l’estimation de leurs couˆts pour l’exercice concerné.
Krachtens de omzendbrief nr. 544 van 5 maart 2004 « Praktische informatie aangaande het personeelsplan » moet een personeelsplan enerzijds een tabel omvatten die de gewenste evolutie van de human ressources in voltijds equivalenten weergeeft en anderzijds een tabel met de planning van de acties waarin is voorzien om die evolutie te realiseren en de kostenraming ervan voor het desbetreffende begrotingsjaar.
1. a) Le SPF Intérieur dispose-t-il de son plan de personnel ?
1. a) Beschikt de FOD Binnenlandse Zaken over een personeelsplan ?
b) Dans la négative, pourquoi ?
b) Zo neen, waarom niet ?
c) N’estimez-vous pas que l’absence de plan de personnel risque de démotiver les agents du SPF Intérieur dès lors qu’aucun mouvement de personnel n’est possible ?
c) Denkt u niet dat de ambtenaren van de FOD Binnenlandse Zaken gedemotiveerd dreigen te geraken door het ontbreken van een personeelsplan, aangezien er geen enkele personeelsbeweging mogelijk is ?
2. Quelle est l’évolution souhaitée des ressources humaines en équivalents temps plein (ETP) pour l’année 2005 ?
2. Wat is de gewenste evolutie van de human ressources in voltijdse equivalenten voor het jaar 2005 ?
3. Quelles sont les actions prévues par le SPF Intérieur afin de couvrir l’évolution souhaitée des ressources humaines ainsi que l’estimation de leurs couˆts pour l’année 2005 ?
3. Welke maatregelen zal de FOD Binnenlandse Zaken nemen om de gewenste evolutie van de human ressources mogelijk te maken en de geraamde kosten ervan voor het jaar 2005 te dekken ?
4. Les besoins exprimés en ETP dans le plan d’action seront-ils satisfaits par des recrutements et par des promotions permettant l’attribution d’emplois correspondant à ces ETP ?
4. Zal aan de behoeften die in het actieplan in voltijdse equivalenten worden uitgedrukt, worden voldaan door indienstnemingen en bevorderingen teneinde de betrekkingen die met die voltijdse equivalenten overeenstemmen, te kunnen invullen ?
5. a) Pourriez-vous communiquer si conformément à l’article 11, § 1er, de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités, le plan de personnel a été soumis à la concertation préalable avec les organisations syndicales représentatives au sein du comité de concertation ad hoc ?
5. a) Kan u meedelen of het personeelsplan conform artikel 11, § 1, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, binnen het desbetreffend overlegcomité voor voorafgaand overleg aan de representatieve vakorganisaties werd voorgelegd ?
b) Si oui, à quelle date ? 6. Sous quelle forme le plan de personnel a-t-il été communiqué aux membres du personnel ?
b) Zo ja, wanneer ? 6. Onder welke vorm werd het personeelsplan aan de personeelsleden meegedeeld ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14179
DO 2004200504236
DO 2004200504236
Question no 615 de Mme Jacqueline Galant du 10 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 615 van mevrouw Jacqueline Galant van 10 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Acquisition d’un radar répressif par la zone de police Sylle et Dendre.
Aankoop van een radar voor repressieve controleacties door de politiezone Sylle et Dendre.
Prochainement, la zone de police Sylle et Dendre, dont fait partie la commune de Jurbise, devrait acquérir un radar répressif, et ce graˆce à la subvention accordée par le biais de la convention de Sécurité routière.
De politiezone Sylle et Dendre, waartoe de gemeente Jurbeke behoort, zou binnenkort een radar aankopen voor repressieve controleacties. Om die aankoop te financieren wordt gebruik gemaakt van de subsidie die toegekend wordt uit hoofde van de overeenkomst inzake verkeersveiligheid.
Ce qui m’inquiète, à l’instar d’autres membres de la zone, c’est l’utilisation que l’on fera de celui-ci.
Wat mij en andere leden uit die zone evenwel zorgen baart, is de manier waarop men die radar denkt te gebruiken.
1. Pouvez-vous nous renseigner quant à l’usage qui est réservé aux radars acquis avec cette subvention ?
1. Hoe zullen de radars die met behulp van voormelde subsidie aangekocht worden, gebruikt worden ?
2. Sera-t-il permis d’effectuer des controˆles sur les routes communales de la zone ?
2. Zullen er controles mogen worden uitgevoerd op de gemeentewegen van de zone ?
3. Devra-t-on seulement placer ce radar répressif aux points noirs mis en évidence au préalable ?
3. Zal de radar voor repressieve controles enkel opgesteld worden op de vooraf aangeduide zwarte punten ?
4. Les bourgmestres seront-ils avisés de ces controˆles préalablement, soit des endroits jugés dangereux à des moments bien spécifiques ?
4. Zullen de burgemeesters vooraf in kennis gesteld worden van die controles, en dus van de plaatsen die op welbepaalde tijdstippen als gevaarlijk aangemerkt worden ?
DO 2004200504240
DO 2004200504240
Question no 616 de M. Francis Van den Eynde du 10 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 616 van de heer Francis Van den Eynde van 10 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Suicides au sein de la police.
Zelfmoorden bij de politie.
Ces dernières années, le nombre de suicides dans les corps de police aurait fort augmenté. Par rapport à la population nationale, le nombre de suicides au sein de la police serait deux fois plus important.
De jongste jaren zou het aantal zelfmoorden in de politiekorpsen sterk gestegen zijn. In vergelijking met de bevolking van dit land zou het aantal zelfmoorden bij de politie dubbel zo hoog liggen.
1. Pouvez-vous indiquer combien de suicides sont survenus au sein de la police au cours des cinq dernières années ?
1. Kan u meedelen hoeveel zelfmoorden zich de jongste vijf jaar bij de politie voordeden ?
2. A-t-on recherché la cause de cette dramatique évolution ?
2. Is er naar de oorzaak van deze dramatische evolutie gezocht ?
3. Quelles mesures ont été prises pour lutter contre le phénomène ?
3. Welke maatregelen werden getroffen om ze tegen te gaan ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14180
DO 2004200504254
DO 2004200504254
Question no 618 de Mme Nancy Caslo du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Transmission systématiquement tardive aux communes des directives et circulaires relatives au budget de la police. Conformément à l’article 214 de la nouvelle loi communale, les communes doivent en principe se réunir le premier lundi du mois d’octobre pour délibérer et statuer sur le budget communal. Ce dernier comprend également la dotation pour la police locale, conformément à l’article 255, 18o de la même loi. En vertu de l’article 34 de la LPI (loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré), le conseil de police doit se réunir et décider du budget de la police dans les zones pluricommunales « dans le courant du mois d’octobre ». Chaque année, les autorités fédérales déterminent la dotation fédérale (leur part dans le budget de la police communale) à l’intention du conseil communal ou du conseil de police. Elles promulguent également les directives budgétaires. Depuis quelque temps déjà, les autorités fédérales ne respectent pas leur « calendrier » et communiquent les informations indispensables pour les communes et le budget de la police locale beaucoup trop tard. De nombreuses communes rencontrent dès lors des difficultés pour fixer le budget de la police locale. Par ailleurs, la « Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten » (VVSG) a également indiqué dans un communiqué de presse qu’étant donné la transmission de plus en plus tardive des directives, il s’avérera très difficile d’informer les zones de police en 2005 encore des directives budgétaires pour 2006. 1. Eˆtes-vous informé de cette problématique ?
Vraag nr. 618 van mevrouw Nancy Caslo van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Richtlijnen en omzendbrieven aangaande de politiebegroting. — Systematisch laattijdig toezenden aan de gemeenten. Overeenkomstig artikel 214 van de nieuwe gemeentewet dienen de gemeenten in beginsel op de eerste maandag van oktober te vergaderen (beraadslagen en besluiten) over de gemeentelijke begroting waartoe overeenkomstig artikel 255, 18o van dezelfde wet ook de dotatie voor de lokale politie behoort. Artikel 34 van de WGP (Wet Geı¨ntegreerde Politie van 7 december 1998) stelt dan weer dat over de politiebegroting door de politieraad in meergemeentenzones moet worden vergaderd en besloten « in de maand oktober ». Elk jaar opnieuw stelt de federale overheid de zogenaamde federale dotatie (het aandeel van de federale overheid in de gemeentelijke politiebegroting) vast ten behoeve van de gemeenteraad of politieraad. Daarnaast vaardigt zij ook de begrotingsrichtlijnen uit. Al enige tijd schiet de federale overheid wat haar « timing » betreft, tekort en deelt ze de voor de gemeente en lokale politiebegroting noodzakelijke informatie veel te laat mee. Daardoor komen vele gemeenten in problemen voor het vaststellen van de lokale politiebegroting. Zo deelde de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) in een persmededeling ook mee : « Gelet op het later tijdstip dat de richtlijnen elk jaar beschikbaar zijn, wordt het volgend jaar een huzarenstukje om de politiezones te informeren over de begrotingsrichtlijnen voor 2006 in 2005. ».
2. Quelles mesures proposez-vous pour y remédier ? 3. Pouvez-vous et envisagez-vous de donner les garanties nécessaires aux communes pour que les informations fédérales soient dorénavant disponibles à temps ?
1. Bent u op de hoogte van het hier beschreven probleem ? 2. Welke maatregelen stelt u voor om dat te verhelpen ? 3. Kan en overweegt u de nodige garanties te bieden aan de gemeenten opdat in de toekomst de nodige federale informatie tijdig beschikbaar zal zijn ?
DO 2004200504255
DO 2004200504255
Question no 619 de Mme Nancy Caslo du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Sanctions administratives communales. La loi du 17 juin 2004 modifiant la nouvelle loi communale en ce qui concerne les sanctions adminis-
Vraag nr. 619 van mevrouw Nancy Caslo van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Gemeentelijke administratieve sancties. De wet van 17 juni 2004 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet, wat betreft de gemeentelijke administra-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14181
tratives communales a pour but de lutter contre les incivilités sur le plan communal.
tieve sancties, heeft als doel straffeloosheid tegen te gaan in geval van overlast op gemeentelijk niveau.
Pour combler les lacunes de cette loi, une concertation doit avoir lieu début mai 2005 entre le Collège des procureurs généraux, le ministère de la Justice et le ministère de l’Intérieur.
Om de gebreken in deze wet weg te werken, volgt er begin mei 2005 een overleg tussen het College van procureurs-generaal, het ministerie van Justitie en het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Outre les lacunes de la loi, il s’avère que les circulaires du Procureur du Roi de Bruxelles contiennent également des erreurs sur le plan juridique.
Naast de gebreken die in de wet schuilen, blijken ook de circulaires van de procureur des Konings van Brussel juridische fouten te bevatten.
La circulaire édictée par le ministre de l’Intérieur pour préciser cette loi, engendre également des problèmes d’interprétation. Les procureurs généraux déplorent par ailleurs qu’ils n’ont pas été associés à la rédaction de cette circulaire.
De circulaire die de minister van Binnenlandse Zaken ter verduidelijking van die wet verstuurde, cree¨ert eveneens problemen op het stuk van interpretatie. Bovendien klagen de procureurs-generaal over het feit dat ze niet betrokken werden bij het opstellen van deze circulaire.
1. Envisagez-vous d’adapter cette circulaire pour résoudre les problèmes d’interprétation ?
1. Overweegt u deze circulaire aan te passen om de problemen van interpretatie weg te werken ?
2. a) Dans l’affirmative, les procureurs généraux sontils associés à cette adaptation ?
2. a) Zo ja, worden de procureurs-generaal betrokken bij deze rechtzetting ?
b) Quand la concertation aura-t-elle lieu ?
b) Wanneer zal dit overleg plaatsvinden ?
3. a) Quels furent les résultats de la concertation entre les ministères concernés et le Collège des procureurs généraux ?
3. a) Welke resultaten werden geboekt tijdens het overleg tussen de betrokken ministeries en het College van procureurs-generaal ?
b) Quand seront apportées les modifications nécessaires de manière à ce que la situation soit enfin clarifiée ?
b) Wanneer zullen de nodige wijzigingen geı¨mplementeerd worden zodat er eindelijk duidelijkheid komt omtrent de toepassing ervan ?
DO 2004200504266
DO 2004200504266
Question no 620 de M. Elio Di Rupo du 11 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 620 van de heer Elio Di Rupo van 11 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Organisation des élections communales et provinciales d’octobre 2006.
Organisatie van de gemeente- en provincieraadsverkiezingen van oktober 2006.
Depuis la dernière réforme institutionnelle (et plus particulièrement en vertu de l’article 4 de la loi spéciale du 13 juillet 2001) l’organisation des élections communales et provinciales relève de la compétence des régions. Il s’agit là d’un défi important pour les gouvernements régionaux.
Sinds de recentste staatshervorming (en meer bepaald krachtens artikel 4 van de bijzondere wet van 13 juli 2001) zijn de gewesten bevoegd voor de organisatie van de gemeente- en provincieraadsverkiezingen. De gewestregeringen staan daardoor voor een nieuwe en belangrijke uitdaging.
En vue d’assurer une bonne transition entre le Service Public Fédéral Intérieur et l’administration régionale, celui-ci a convoqué chacune des trois régions à deux réunions de concertation.
Om de bevoegdheidsovergang vlot te laten verlopen heeft de federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken met elk der drie gewesten tweemaal overleg gepleegd.
Les régions ont été informées que le matériel de vote acquis pour les élections de 1994 avait été utilisé pour la dernière fois lors des élections du 13 juin 2004.
Op die vergaderingen konden de gewesten vernemen dat de stemapparatuur aangeschaft naar aanleiding van de verkiezingen van 1994 voor het laatst bij
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14182
Selon un avis technique demandé à la société IBM, le maintien pur et simple de ce matériel comprend trop de risques de pannes. Il est donc recommandé de le mettre à niveau pour qu’il puisse être utilisé jusqu’en 2008, date à laquelle le reste du matériel, acquis en 1998, sera également inutilisable. Le couˆt de cette mise à niveau a été estimé à 3 800 000 euros.
de verkiezingen van 13 juni 2004 werd gebruikt. Volgens een technisch advies van de firma IBM kan dit materiaal omwille van de verhoogde kans op defecten niet zomaar opnieuw gebruikt worden, maar moet het worden opgewaardeerd zodat het tot in 2008 kan worden gebruikt. De apparatuur die in 1998 werd aangeschaft, zal dan ook onbruikbaar zijn geworden. Die upgrade zal ongeveer 3 800 000 euro kosten.
Au-delà de 2008, le Service public fédéral Intérieur déclare qu’« à la lumière de l’expérience acquise en matière de vote automatisé depuis 1991, celui-ci optait pour la généralisation du vote automatisé ».
Wat de toestand na 2008 betreft, stelt de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken dat hij in het licht van de ervaring opgedaan met de geautomatiseerde stemming sinds 1991 voor een veralgemening van de geautomatiseerde stemming kiest.
Enfin, afin de permettre la réalisation de ces deux objectifs (renouvellement et extension), le SPF Intérieur a annoncé la création de trois groupes de travail et un groupe de direction.
Om deze twee doelstellingen (vernieuwing en uitbreiding) te kunnen realiseren kondigde de FOD Binnenlandse Zaken de oprichting van drie werkgroepen en een stuurgroep aan.
1. La notification du Conseil des ministres du 22 avril 2005 approuvant le controˆle budgétaire 2005 annonce que « Inzake de verkiezingsuitgaven zullen onderhandelingen gevoerd worden met gewesten maar zonder budgettaire impact in 2005 ». E´tant donné qu’une mise à niveau du matériel permettra à celui-ci d’être utilisé pour les élections fédérales de 2007, une intervention financière des autorités fédérales est-elle prévue ?
1. In de notificatie van de ministerraad van 22 april 2005 houdende goedkeuring van de begrotingscontrole 2005 staat dat « inzake de verkiezingsuitgaven onderhandelingen zullen gevoerd worden met de gewesten maar zonder budgettaire impact in 2005 ». Aangezien de stemapparatuur na een upgrade ook voor de federale verkiezingen van 2007 zal worden gebruikt, zou ik graag vernemen of de federale overheid een deel van de kosten voor haar rekening zal nemen.
2. Confirmez-vous le couˆt de la mise à niveau ?
2. Klopt het voor de upgrade naar voren geschoven bedrag ?
3. Des solutions alternatives à cette mise à niveau sont-elles envisageables ?
3. Bestaan er alternatieven voor die upgrade ?
4. De quelles données le SPF Intérieur dispose-t-il pour se positionner en faveur de l’extension du vote automatisé ?
4. Op grond van welke elementen kan de FOD Binnenlandse Zaken zich uitspreken voor een uitbreiding van de geautomatiseerde stemming ?
5. Pouvez-vous indiquer le couˆt du vote automatisé par rapport au vote traditionnel sur papier ?
5. Kan u een kostenvergelijking maken tussen de geautomatiseerde stemming en de traditionele manier van stemmen met stembrieven ?
6. Compte tenu des délais que requiert la bonne organisation des élections communales et provinciale, à quelle date les groupes de travail précités seront-ils mis en place ?
6. De gewesten moeten over de nodige tijd kunnen beschikken om de gemeente- en provincieraadsverkiezingen grondig te kunnen voorbereiden. Daarom had ik graag vernomen wanneer de voormelde werkgroepen zullen worden opgericht.
DO 2004200504269
DO 2004200504269
Question no 621 de M. Elio Di Rupo du 11 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 621 van de heer Elio Di Rupo van 11 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Renouvellement des contrats « Plan Drogue » 20042005.
Verlenging van de drugplancontracten 2004-2005.
29 villes et communes bénéficient d’un « Plan Drogue » depuis 2001. Ces plans visent à assurer une
Sinds 2001 zijn 29 steden en gemeenten opgenomen in een drugplan voor de coo¨rdinatie van lokale acties
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14183
plus grande coordination des actions locales en matière de toxicomanie, ainsi qu’une meilleure prévention des nuisances publiques liées aux drogues. L’efficacité des mesures concrètes que les communes prennent dans ce cadre n’est plus à établir.
tegen verslaving en de preventie van openbare overlast die gepaard gaat met druggebruik. Er bestaat geen twijfel over dat de concrete maatregelen die de gemeenten in dit kader treffen hun doel niet missen.
Le budget des contrats de sécurité et de prévention pour 2003 et 2004 consacre un montant annuel de 1 417 950 euros pour la mise en œuvre de ces plans.
Voor de uitvoering van deze plannen werd er in de begrotingen 2003 en 2004 van de veiligheids- en preventiecontracten telkens een bedrag van 1 417 950 euro vrijgemaakt.
Les contrats « Plan Drogue » ont connu des problèmes de renouvellement, avec des conséquences financières importantes pour les villes et communes concernées. En effet, l’allocation budgétaire mentionnée cidessus n’avait toujours pas été allouée aux contrats en question début 2005.
De begrotingstoelage voor de contracten van 2005 was echter begin 2005 nog steeds niet goedgekeurd waardoor de verlenging van de drugplancontracten in het gedrang kwam. De betrokken steden en gemeenten dragen hiervan de financie¨le gevolgen.
Vous mentionniez à la mi-janvier 2005 que vous aviez chargé votre administration de mettre au plus vite un point final à l’ensemble de la procédure relative à la reconduction des contrats. Vous précisez par ailleurs que les conventions conclues pour l’année 2004 seraient tacitement renouvelées pour 2005 afin qu’aucun blocage n’intervienne cette année. Enfin, vous ajoutiez que toutes les villes et communes bénéficiaires de ce type de contrat seraient renseignées sur la reconduction de ces contrats pour les années 2004 et 2005.
Halverwege januari 2005 heeft u gemeld dat u uw administratie de opdracht had gegeven om de procedure voor de verlenging van de contracten zo snel mogelijk af te ronden. Bovendien verklaarde u dat de contracten van 2004 stilzwijgend zouden worden verlengd in 2005 zodat er dit jaar geen blokkering mogelijk is. Tot slot voegde u eraan toe dat alle betrokken steden en gemeenten ervan op de hoogte zouden worden gebracht dat de contracten voor 2004 en 2005 worden verlengd.
Or, il apparaıˆt que les contrats pour 2005 n’auraient toujours pas été conclus.
Naar ik verneem zouden de contracten voor 2005 echter nog steeds niet zijn gesloten.
1. Pouvez-vous confirmer que la totalité des contrats « Plan Drogue » ont été reconduits avec toutes les villes et communes concernées tant pour 2004 que pour 2005 ?
1. Kan u bevestigen dat alle druplancontracten van alle betrokken steden en gemeenten voor 2004 en 2005 werden verlengd ?
2. Quelles sont les dispositions que vous envisagez de prendre pour éviter les problèmes de renouvellement décrits ci-dessus ?
2. Welke maatregelen zal u treffen om te voorkomen dat de verlenging van dergelijke contracten in de toekomst nog voor problemen zorgt ?
DO 2004200504271
DO 2004200504271
Question no 622 de M. Willy Cortois du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 622 van de heer Willy Cortois van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Trafic d’espèces animales protégées.
De handel in beschermde diersoorten.
Après le vol d’un nombre très important de flamants roses dans un zoo agréé des Ardennes françaises, il est apparu que les services de police français considéraient la Belgique comme une plaque tournante du trafic international d’espèces animales protégées.
Naar aanleiding van een diefstal van een aanzienlijk aantal flamingo’s uit een erkend dierenpark in de Franse Ardennen bleek dat de Franse politiediensten Belgie¨ brandmerken als draaischijf in de internationale handel in beschermde diersoorten.
1. a) Existe-t-il au sein de la police fédérale un service spécial qui s’occupe de cette forme de criminalité et, dans l’affirmative, quels sont ses effectifs ?
1. a) Bestaat er binnen de federale polite een bijzondere dienst die zich met deze vorm van criminaliteit inlaat en wat is de personeelsbezetting ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14184
b) Pourriez-vous nous dire, chiffres à l’appui, s’il s’agit effectivement d’un phénomène criminel important ?
b) Kan u meedelen of het inderdaad om een omvangrijk crimineel fenomeen gaat en dit cijfermatig illustreren ?
c) Ou` se manifeste-t-il le plus : en Wallonie ou en Flandre ?
c) Waar komt het volgens u het meest voor : Wallonie¨ of Vlaanderen ?
2. Avez-vous une idée de l’envergure de ce trafic d’espèces animales protégées ? Zaventem — ou un autre aéroport -joue-t-il le roˆle de plaque tournante, tant en ce qui concerne l’importation que l’exportation ou le transit de ces espèces ?
2. Heeft u ook enig idee hoe belangrijk de handel in beschermde diersoorten is en speelt Zaventem — of een andere luchthaven — de rol van draaischijf, dit zowel wat de invoer, de uitvoer of de transit betreft ?
3. Existe-t-il en la matière la moindre forme de collaboration entre votre département et le département de la Justice ou avec les départements fédéraux ou régionaux de l’Environnement ?
3. Bestaat terzake enige vorm van samenwerking met het departement Justitie en met de federale of gewestelijke departementen van Leefmilieu ?
DO 2004200504272
DO 2004200504272
Question no 623 de M. Jan Mortelmans du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 623 van de heer Jan Mortelmans van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Communes de Fourons et de Comines-Warneton. — E´lecteurs. — Droit d’inscription.
Gemeenten Voeren en Komen-Waasten. — Kiezers. — Inschrijvingsrecht.
Pourriez-vous dire comment a évolué le nombre d’électeurs exerçant leur droit d’inscription depuis l’instauration de ce droit dans les communes de Fourons et de Comines-Warneton ?
Kan u de evolutie meedelen van het aantal kiezers dat gebruik maakt van het inschrijvingsrecht sinds de invoering ervan in de gemeenten Voeren en KomenWaasten ?
DO 2004200504278
DO 2004200504278
Question no 624 de M. Servais Verherstraeten du 11 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 624 van de heer Servais Verherstraeten van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Fonctionnaires de police. — Formations. — Congé. — Interventions financières.
Politiebeambten. — Opleidingen. — Verlof. — Financie¨le tegemoetkomingen.
Les possibilités en matière de formation continue constituent un élément important pour les membres des services de la police intégrée, notamment pour la suite de leur carrière. La question se pose cependant de savoir dans quelle mesure les membres des services de police peuvent bénéficier d’un congé de formation ou d’interventions financières, même pour des formations qui dépassent le cadre des formations professionnelles.
Ook voor het personeel van de geı¨ntegreerde politiediensten is de kans op voortdurende bijscholing een belangrijk punt, niet in het minst voor het verloop van hun verdere carrière. De vraag rijst evenwel in welke mate de leden van de politiediensten gebruik kunnen maken van opleidingsverlof of financie¨le tegemoetkomingen ook indien dit opleidingen zijn buiten de beroepsopleidingen.
1. Les membres de la police intégrée ont-ils droit à un congé de formation pour des formations qu’ils suivent de leur propre initiative ?
1. Heeft een lid van de geı¨ntegreerde politie recht op opleidingsverlof voor opleidingen die hij op persoonlijk initiatief volgt ?
2. Peuvent-ils dans ce cas également prétendre à des interventions financières ?
2. Maakt hij ook aanspraak op financie¨le tegemoetkomingen in dat geval ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14185
3. Quels sont, le cas échéant, les motifs de refus ?
3. Wat zijn de motiveringsgronden om dit te weigeren ?
DO 2004200504295
DO 2004200504295
Question no 625 de M. Roel Deseyn du 18 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 625 van de heer Roel Deseyn van 18 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Insertion des gardes champêtres uniques dans les échelles barémiques.
Inschaling van de enige veldwachters.
Dans votre réponse à une question posée précédemment au sujet de l’insertion des gardes champêtres uniques dans la nouvelle structure de police, vous vous êtes référé au tableau C de l’annexe II de l’arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position juridique du personnel des services de police (Question no 504 du 3 février 2005, Questions et Réponses, Chambre, 20042005, no 72, p. 11975).
In uw antwoord op een eerdere vraag over de inschaling van de enige veldwachter in de nieuwe politiestructuur, verwees u naar tabel C van Bijlage 11 van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de politiediensten (Vraag nr. 504 van 3 februari 2005, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 72, blz. 11975).
Il ressort en effet de ce tableau que le garde champêtre unique a été inséré à l’échelle barémique d’inspecteur principal de police.
In deze tabel staat inderdaad te lezen dat de enige veldwachter ingeschaald werd als hoofdinspecteur van politie.
Dans votre réponse, vous faites référence au « cadre auquel les intéressés appartenaient auparavant ».
U verwijst in uw antwoord naar « het toenmalige kader waartoe betrokkenen behoorden ».
Sur la base de quels critères objectifs (formation, compétence, expérience, etc.) le garde champêtre unique a-t-il été inséré dans le cadre moyen et non dans le cadre des officiers ?
Kan u meedelen wat de objectieve criteria (opleiding, bevoegdheden, ervaring, enzovoort) waren om de enige veldwachter in het middenkader in te schalen, en niet in het officierenkader ?
Ministre des Affaires étrangères
Minister van Buitenlandse Zaken
DO 2004200504235
DO 2004200504235
Question no 225 de M. Filip De Man du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 225 van de heer Filip De Man van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Convention européenne de sauvegarde des droits de l’homme et des libertés fondamentales (CEDH).
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).
L’article 35, § 1er de la CEDH (signée à Rome le 4 novembre 1950) dispose dans la version française que : « La Cour ne peut être saisie qu’après l’épuisement des voies de recours internes, tel qu’il est entendu selon les principes de droit international généralement reconnus, et dans un délai de six mois à partir « de la date de la décision interne définitive ».
Artikel 35, § 1, van het EVRM (ondertekend op 4 november 1950 te Rome) bepaalt in de Franse versie « La Cour ne peut être saisie qu’après l’épuisement des voies de recours internes, tel qu’il est entendu selon les principes de droit international généralement reconnus, et dans un délai de six mois à partir « de la date de la décision interne définitive ».
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14186
Dans le texte anglais, cette disposition est libellée comme suit : « ... and within a period of six months « from the date » on which the final decision was taken ».
In de Engelse tekst luidt dezelfde bepaling : « ... and within a period of six months « from the date » on which the final decision was taken. ».
Seules les versions française et anglaise de la CEDH sont authentiques. La traduction néerlandaise n’a aucune valeur juridique.
Alleen de Franse en de Engelse tekst van het EVRM zijn authentiek. De Nederlandse vertaling heeft geen enkele rechtskracht.
La traduction néerlandaise de l’article 35, § 1er de la CEDH, telle qu’elle figure dans les documents mis à disposition par le Conseil de l’Europe, notamment sur le site de la Cour européenne des droits de l’homme, est libellée comme suit : « Het Hof kan een zaak pas in behandeling nemen nadat alle rechtsmiddelen zijn uitgeput, overeenkomstig de algemeen erkende regels van internationaal recht, en binnen een termijn van zes maanden « na de datum » van de definitieve nationale beslissing ». Cette même traduction a également été publiée au Moniteur belge du 19 aouˆt 1955.
De Nederlandse vertaling van artikel 35, § 1, van het EVRM luidt echter, volgens de documenten die door de Raad van Europa onder andere via de website van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, worden ter beschikking gesteld, als volgt : « Het Hof kan een zaak pas in behandeling nemen nadat alle rechtsmiddelen zijn uitgeput, overeenkomstig de algemeen erkende regels van internationaal recht, en binnen een termijn van zes maanden « na de datum » van de definitieve nationale beslissing. ». Dezelfde vertaling werd afgedrukt in het Belgisch Staatsblad van 19 augustus 1955.
L’article 35, § 1er de la CEDH dispose donc que le délai de six mois endéans duquel la Cour doit être saisie prend cours à la date de la décision interne définitive. Dans la version néerlandaise du texte, ce délai ne prend cependant cours que le lendemain de la décision.
Volgens de bepaling van artikel 35, § 1, van het EVRM neemt de termijn van zes maanden om een verzoekschrift in te dienen een aanvang op de dag van de definitieve nationale beslissing. Maar volgens de Nederlandse vertaling begint men deze termijn de dag daarna te berekenen.
Prenons un exemple pour illustrer la différence entre les deux textes. La Cour de cassation rend un arrêt le 9 mai 2005. Le délai de six mois prenant cours à la même date, il se terminera le 8 novembre 2005. Or, selon la traduction néerlandaise erronée, le délai ne prend cours qu’au 10 mai pour se terminer le 9 novembre 2005, soit un jour plus tard.
Een voorbeeld zal het verschil illustreren. Een arrest van het Hof van Cassatie wordt uitgesproken op 9 mei 2005. Op die dag neemt de termijn van zes maanden een aanvang, en eindigt op 8 november 2005. Volgens de verkeerde Nederlandse vertaling begint de termijn pas op 10 mei te lopen en eindigt op 9 november 2005. Een verschil van één dag.
Cette erreur dans la traduction néerlandaise pourrait être préjudiciable aux néerlandophones (les PaysBas se basant également sur la traduction erronée du Conseil de l’Europe). Elle témoigne par ailleurs d’un manque de respect pour les peuples néerlandais et flamand.
Deze fout in de Nederlandse vertaling zou de Nederlandstaligen (in Nederland gebruikt men voor artikel 35, § 1, van het EVRM ook de slechte vertaling van de Raad van Europa) nadeel kunnen berokkenen. Bovendien getuigt zij van weinig respect voor het Nederlandse en Vlaamse volk.
La traduction néerlandaise correcte de l’article 35, § 1er de la CEDH serait dès lors la suivante : « Het Hof kan een zaak pas in behandeling nemen nadat alle nationale rechtsmiddelen zijn uitgeput, overeenkomstig de algemeen erkende regels van internationaal recht, en binnen een termijn van zes maanden « vanaf » de datum van de definitieve nationale beslissing ».
De Nederlandse vertaling van artikel 35, § 1, van het EVRM zou bijgevolg moeten luiden als volgt « Het Hof kan een zaak pas in behandeling nemen nadat alle nationale rechtsmiddelen zijn uitgeput, overeenkomstig de algemeen erkende regels van internationaal recht, en binnen een termijn van zes maanden « vanaf » de datum van de definitieve nationale beslissing. ».
1. Concédez-vous que l’article 35, § 1er de la CEDH a été mal traduit par le Conseil de l’Europe ?
1. Bent u het ermee eens dat artikel 35, § 1, van het EVRM door de Raad van Europa verkeerd werd vertaald ?
2. Pourriez-vous, le cas échéant en concertation avec votre collègue néerlandais, faire corriger cette erreur ?
2. Kan u, eventueel in overleg met uw Nederlandse ambtsgenoot, deze vergissing laten rechtzetten ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14187
DO 2004200504273
DO 2004200504273
Question no 226 de M. Geert Versnick du 11 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 226 van de heer Geert Versnick van 11 mei 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken : Cambodja. — Financiering van het Rode KhmerTribunaal. Belgie¨ maakt voor het jaar 2005 een bedrag van 150 000 euro vrij op het budget « Conflictenpreventie » om de werking van het Rode Khmer-Tribunaal te financieren. Het is bekend dat er financieringsproblemen zijn voor het Tribunaal en de samenwerking met de Cambodjaanse regering niet echt vlekkeloos verloopt. De Verenigde Naties en de Cambodjaanse regering praten al jaren over het internationaal tribunaal.
Cambodge. — Financement du Tribunal Khmer rouge. La Belgique dégage pour l’année 2005 un montant de 150 000 euros sur le budget « Prévention de conflits » destiné au financement du fonctionnement du Tribunal Khmer rouge. Nul n’ignore que le Tribunal est confronté à des problèmes de financement et que la collaboration avec le gouvernement cambodgien n’est certainement pas parfaite. Les Nations unies et le gouvernement cambodgien discutent déjà depuis des années du tribunal international. Bon nombre d’observateurs estiment manifestement qu’un véritable procès se fera encore attendre et que le Cambodge n’est pas près d’y apporter sa collaboration. Ce n’est peut-être pas étonnant, étant donné que le premier ministre, M. Hu Sen, était lui-même membre des Khmers rouges à l’époque, bien qu’il réduise son roˆle à celui de « simple soldat ». La division interne au Cambodge au sujet d’un tel Tribunal pourrait également s’expliquer par le fait que chaque famille compte en son sein aussi bien des responsables que des victimes de la tragédie. Les Nations unies prévoient qu’un Tribunal siégerait pour une période de trois ans et qu’un budget total de 56 millions de dollars serait nécessaire à cet effet. Le ministre annonce dans son communiqué de presse que la Belgique pourrait prolonger sa contribution volontaire dans les prochaines années. 1. Quelle certitude avez-vous pour l’instant quant à la mise sur pied d’un véritable Tribunal, avec la collaboration donc du Cambodge ? 2. A-t-il déjà été question sur le plan international de l’installation d’un Tribunal Khmer rouge sans la collaboration du Cambodge ? 3. A-t-on établi un délai dans lequel le Tribunal doit débuter concrètement ses activités ? 4. Un accord a-t-il été conclu prévoyant que l’argent versé serait remboursé à la Belgique si le Tribunal ne devait jamais être organisé ou si les suspects ne devaient pas être jugés en raison d’oppositions diverses ?
Heel wat waarnemers gaan er blijkbaar van uit dat een echt proces nog niet voor morgen is, maar misschien nog lang door Cambodja zelf wordt tegengewerkt. Misschien is dit ook niet onverwacht, aangezien premier Hu Sen destijds zelf lid was van de Khmer Rouge, ook al minimaliseert hij zijn rol tot die van « een gewoon soldaat ». De interne verdeeldheid in Cambodja over zo’n Tribunaal heeft blijkbaar ook te maken met het feit dat elke familie zowel daders als slachtoffers telt. De VN voorzien dat een Tribunaal voor een periode van drie jaar zou zetelen en daar een totaal budget van 56 miljoen dollar voor nodig is. In zijn persmededeling stelt de minister dat ook de volgende jaren nog een vrijwillige bijdrage door Belgie¨ mogelijk is. 1. Welke zekerheid heeft u op dit ogenblik dat er echt een Tribunaal wordt georganiseerd, dus met de medewerking van Cambodja ? 2. Is er op internationaal niveau al gesproken over de installatie van een Rode Khmer-Tribunaal zonder de medewerking van Cambodja ? 3. Is er een deadline bepaald waarbinnen het Tribunaal zijn activiteiten concreet moet opstarten ? 4. Is een regeling bepaald dat Belgie¨ het gestorte geld terugkrijgt als het Tribunaal niet zou doorgaan of niet tot het berechten van de verdachten komt, omwille van allerhande tegenwerking ?
DO 2004200504300
DO 2004200504300
Question no 227 de M. Pieter De Crem du 18 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 227 van de heer Pieter De Crem van 18 mei 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken : Belgische kandidatuur voor het UNO-ambt van hoog commissaris voor de Vluchtelingen. Naar aanleiding van de door de regering gemaakte aankondiging over de kandidatuurstelling namens de
Candidatures belges à la fonction de haut commissaire des Nations unies pour les réfugiés. Le gouvernement a annoncé les candidatures, au nom de l’E´tat belge, de Mme Lizin et de M. Verwil-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14188
ghen à la fonction de haut commissaire des Nations Unies pour les réfugiés. Pourriez-vous motiver ces candidatures ?
Belgische regering van mevrouw Lizin en de heer Verwilghen voor het UNO-ambt van hoog commissaris voor de Vluchtelingen, kan u deze kandidaturen motiveren ?
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
DO 2004200504186
DO 2004200504186
Question no 225 de M. François-Xavier de Donnea du 4 mai 2005 (Fr.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 225 van de heer François-Xavier de Donnea van 4 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Landsverdediging :
Task force mise à disposition de l’INIG-IV à charge du budget de la Défense.
Terbeschikkingstelling aan het Instituut voor Veteranen-Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachoffers (IV-NIOOO) van een task force ten laste van de begroting van Landsverdediging.
Compte tenu des difficultés de gestion à l’Institut national des invalides de guerre — Institut des vétérans (INIG-IV), vous avez décidé de mettre une task force à la disposition de l’INIG-IV en 2004.
Om de managementproblemen van het Instituut voor Veteranen-Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachtoffers het hoofd te bieden heeft u beslist in 2004 een task force aan het IVNIOOO toe te wijzen.
1. Pourriez-vous communiquer :
1. Kan u mij de volgende gegevens meedelen :
a) la composition de cette task force (nombre d’éléments, grades, affectations ...);
a) Hoe was/is de task force samengesteld (aantal personeelsleden, graden, toewijzingen, ...) ?
b) le montant de la charge budgétaire 2004 de cette Task Force tant pour votre département que pour l’INIG-IV;
b) Welk bedrag is in de begroting 2004 van uw departement en in die van het IV-NIOOO voor die task force uitgetrokken ?
c) s’il y a été mis fin totalement en 2005;
c) Werd de task force in 2005 volledig ontbonden ?
d) s’il reste l’un ou l’autre élément à l’INIG-IV;
d) Zijn er nog leden van de task force bij het IVNIOOO werkzaam ?
e) de combien d’éléments s’agit-il et qui en supporte le couˆt;
e) Over hoeveel personeelsleden gaat het en wie betaalt ze ?
f) avec quelle mission et quel grade;
f) Waarin bestaat hun opdracht en welke graad hebben ze ?
g) à quelle fonction à l’INIG-IV ?
g) Welke functie bekleden ze binnen het IV-NIOOO ?
2. Il semble que des critiques aient été émises par l’administrateur général de l’INIG-IV à l’encontre de cette task force. Pourquoi ?
2. Naar verluidt zou de administrateur-generaal van het IV-NIOOO kritiek hebben geuit op die task force. Waarom ?
3. a) Quels sont les objectifs qui avaient été assignés à cette task force par le conseil d’administration de l’INIG-IV ?
2. a) Welke doelstellingen had de raad van beheer van het IV-NIOOO aan de task force opgelegd ?
b) Quelle a été l’appréciation du conseil d’administration pour le travail effectué par cette task force ?
b) Hoe heeft de raad van bestuur het werk van de task force beoordeeld ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14189
4. Le chef de la task force a demandé qu’un rappel à l’ordre soit adressé à l’administrateur général de l’INIG-IV qui relève de votre autorité. Une suite at-elle été donnée à ce sujet ?
4. Het hoofd van de task force heeft gevraagd dat de administrateur-generaal van het IV-NIOOO dat onder uw bevoegdheid valt, tot de orde zou worden geroepen. Welk gevolg werd hieraan gegeven ?
DO 2004200504187
DO 2004200504187
Question no 226 de M. François-Xavier de Donnea du 4 mai 2005 (Fr.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 226 van de heer François-Xavier de Donnea van 4 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Landsverdediging :
Reconnaissance des souffrance endurées par les orphelins de guerre dont les parents ont été victimes d’actes de barbarie durant la Deuxième Guerre mondiale.
Erkenning van het leed dat de oorlogswezen hebben doorstaan wier ouders het slachtoffer waren van wreedheden gedurende de Tweede Wereldoorlog.
Par décret du 27 juillet 2004, la République française a accordé aux orphelins précités l’aide financière (rentes) accordée par le décret du 13 juillet 2004 aux orphelins dont les parents ont été victimes de persécutions antisémites. Il a été ainsi mis fin, fort justement, à une très injuste discrimination condamnée par toutes les associations patriotiques françaises.
Bij het decreet van 27 juli 2004 heeft de Franse Republiek aan voormelde wezen dezelfde financie¨le steun (renten) toegekend als deze die bij het decreet van 13 juli 2004 wordt toegekend aan de wezen wier ouders het slachtoffer van jodenvervolgingen waren. Aldus werd er terecht een einde gesteld aan een bijzonder onrechtvaardige discriminatie die door alle Franse vaderlandslievende verenigingen werd veroordeeld.
En Belgique, à l’initiative de votre département, les orphelins dont les parents ont été victimes de persécutions antisémites ont obtenu une rente par la loi du 11 avril 2003.
Bij de wet van 11 april 2003, die op initiatief van uw departement tot stand is gekomen, werd in Belgie¨ aan de wezen wier ouders het slachtoffer van jodenvervolgingen waren, een rente toegekend.
Aucune rente, en Belgique n’a été prévue pour les orphelins belges bénéficiaires du statut de prisonnier politique. Les uns, bénéficiaires, et les autres, exclus, sont encore un bon millier en vie. Certains, exclus, sont dans une situation précaire et sont aidés par les CPAS.
In Belgie¨ hebben de Belgische wezen met het statuut van politiek gevangene geen recht op een rente. Van beide groepen samen, de wezen die recht hebben op een rente en zij die ervan zijn uitgesloten, is er nog een duizendtal in leven. De personen die geen uitkering ontvangen, leven soms in moeilijke omstandigheden en zijn vaak op het OCMW aangewezen.
Cette discrimination est très querellée, chez nous, par les associations patriotiques belges. Il est temps d’y mettre fin.
De Belgische vaderlandslievende verenigingen verzetten zich heftig tegen deze vorm van discriminatie waaraan dringend een einde moet worden gesteld.
Votre administration peut-elle communiquer :
Kan uw administratie de volgende gegevens meedelen :
1. le nombre d’orphelins dont les parents ont été victimes de persécutions antisémites qui bénéficient à la fois de la rente prévue par la loi du 11 avril 2003 et du remboursement du ticket-modérateur remboursé par l’INIG-IV (Institut national des invalides de guerre — Institut des vétérans) en application de l’arrêté royal du 23 décembre 2002, et le montant de la charge annuelle budgétaire tant pour les rentes aux orphelins que pour le remboursement du ticket-modérateur par l’INIG-IV;
1. Het aantal wezen wier ouders het slachtoffer waren van jodenvervolgingen, en die zowel recht hebben op de rente bepaald in de wet van 11 april 2003 als op de terugbetaling van het remgeld door het IVNIOOO (Instituut voor Veteranen-Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, Oudstrijders en Oorlogsslachtoffers) in toepassing van het koninklijk besluit van 23 december 2002, evenals het bedrag dat jaarlijks op de begroting wordt uitgetrokken voor de uitkering van renten aan de wezen en voor de terugbetaling van het remgeld door het IV-NIOOO;
2. le nombre d’orphelins de guerre fils de prisonniers politiques décédés dans les camps de concentra-
2. Het aantal oorlogswezen die het kind waren van politieke gevangenen die in de concentratiekampen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14190
tion et bénéficiaires du statut de prisonnier politique qui bénéficient du remboursement du ticketmodérateur prévu par l’arrêté royal du 23 décembre 2002 et qui sont exclus de la rente prévue par la loi du 21 avril 2003, et la charge annuelle budgétaire pour le remboursement du ticket-modérateur par l’INIG-IV ?
zijn omgekomen, het statuut van politiek gevangene hebben en in uitvoering van het koninklijk besluit van 23 december 2002 recht hebben op de terugbetaling van het remgeld maar uitgesloten zijn van de rente bedoeld in de wet van 21 april 2003, evenals het bedrag dat jaarlijks op de begroting wordt uitgetrokken voor de terugbetaling van het remgeld door het IV-NIOOO ?
Ministre de l’E´conomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie
Economie
DO 2004200504197
DO 2004200504197
Question no 278 de M. Melchior Wathelet du 4 mai 2005 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 278 van de heer Melchior Wathelet van 4 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Réforme du traitement des plaintes dans le domaine des assurances.
Hervorming van de klachtenbehandeling inzake de verzekeringen.
Il me revient qu’une réforme du système de traitement des plaintes serait envisagée dans le domaine de l’assurance en vue de mettre en place un système unique et simplifié au profit des consommateurs.
Naar verluidt wordt een hervorming van de klachtenbehandeling inzake de verzekeringen overwogen teneinde een uniek, vereenvoudigd systeem ten gunste van de consument te ontwikkelen.
Le système actuel reposant sur la cœxistence de trois organes de gestion des plaines, à savoir la Commission bancaire, financière et des assurances (CBFA), le SPF E´conomie et l’Ombudsman des assurances, semble, en effet, ne pas fonctionner de manière optimale. D’autant plus, que la CBFA et le SPF E´conomie souhaiteraient se voir décharger de cette mission. ` cet égard, il me revient qu’un service des plaintes A répondant aux exigences d’efficacité, d’impartialité et d’indépendance serait créé. Celui-ci serait composé de représentants des consommateurs, des intermédiaires d’assurances et des assureurs.
In het huidige systeem worden de klachten door drie organen behandeld : de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA), de FOD Economie en de Ombudsman van de verzekeringen. Dit systeem lijkt echter niet naar behoren te werken en zowel de CBFA als de FOD Economie wensen van die taak te worden ontheven.
1. Une réforme du traitement des plaintes dans le domaine des assurances est-elle envisagée ?
1. Wordt een hervorming van de klachtenbehandeling inzake de verzekeringen in het vooruitzicht gesteld ?
2. Envisagez-vous de mettre en place un système unique et simplifié de traitement des plaintes par la création d’un nouveau service ?
2. Zal u een uniek, vereenvoudigd systeem voor de klachtenbehandeling ontwikkelen en een nieuwe dienst oprichten ?
3. Si oui, pourriez-vous préciser son organisation et le financement d’un tel service ?
3. Zo ja, kan u meedelen hoe die dienst zal worden georganiseerd en gefinancierd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
In dat opzicht verneem ik dat een doeltreffende, onpartijdige en onafhankelijke klachtendienst zou worden opgericht die uit vertegenwoordigers van de consumenten, de makelaars en de verzekeraars zou bestaan.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14191
4. S’il devait être créé, n’estimez-vous pas opportun de s’interroger sur l’opportunité de regrouper le traitement des plaintes du secteur des assurances avec celui du secteur financier et bancaire ?
4. Als inderdaad zo’n dienst wordt opgericht, vindt u het dan niet gepast dat over een gemeenschappelijke klachtenbehandeling van de bank- en verzekeringssectoren wordt nagedacht ?
5. En d’autres termes, permettre au consommateur mécontent de s’adresser à un guichet unique « assurance-banque » ne se situerait-il pas dans la droite ligne des récentes réformes regroupant les organes de surveillance de ces deux secteurs ?
5. Met andere woorden, zou de invoering van een eenheidsloket « bank-verzekeringen », waartoe de ontevreden consument zich kan wenden, niet logisch aansluiten bij de recente hervormingen die ertoe strekken de toezichthoudende organen van beide sectoren samen te brengen ?
6. En outre, pourriez-vous également communiquer le nombre de plaintes dont vos services auraient connaissance à l’égard de la manière dont l’Ombudsman des assurances remplit sa mission ?
6. Kan u tevens meedelen hoeveel klachten uw dienst heeft ontvangen over de wijze waarop de Ombudsman voor de verzekeringen zijn taak vervult ?
DO 2004200504227
DO 2004200504227
Question no 280 de M. Koen T’Sijen du 9 mai 2005 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 280 van de heer Koen T’Sijen van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Droits d’auteur pour les services de musique en ligne.
Auteursrechten voor online-muziekwinkels.
En raison de l’évolution des technologies de l’information et de la communication, de plus en plus de produits de consommation sont offerts via internet. Dans un avenir proche, la part des ventes en ligne continuera d’augmenter et, par conséquent, il importe que les pouvoirs publics veillent à ce que ce secteur puisse poursuivre son développement dans des conditions optimales.
Door de evoluties in de informatie- en communicatietechnologie worden meer en meer consumptieproducten aangeboden via het internet. Het aandeel van de online-verkoop zal in de nabije toekomt verder toenemen en het is dan ook belangrijk dat de overheid ervoor zorgt dat deze sector zich optimaal verder kan ontwikkelen.
Mais un problème se pose pour les services de musique en ligne. Si un de ces services veut vendre des CD via internet et permettre à ses clients potentiels d’écouter par avance, avant l’achat, une partie du contenu musical de ces CD, son exploitant est obligé de verser à la Sabam (société belge des auteurs, compositeurs et éditeurs) un montant très important à titre de droits d’auteur.
Voor de online-muziekwinkels is er hier een probleem. Indien een online-muziekwinkel cd’s wil verkopen via het internet en daarvoor de potentie¨le klant de mogelijkheid wil geven een deel van de muziek op voorhand, voor de aankoop, te beluisteren, dan is de uitbater van de online-muziekwinkel verplicht om een aanzienlijk bedrag aan Sabam (Belgische Vereniging van auteurs, muzikanten en componisten) te betalen als auteursrecht.
Pourtant, il importe de permettre aux clients de « pré-écouter » les CD pour leur permettre de choisir en connaissance de cause ce qu’ils achètent. D’ailleurs, chez les disquaires traditionnels, les clients ont aussi la possibilité d’écouter tel ou tel CD avant d’en faire éventuellement l’acquisition.
Nochtans is het aanbieden van een zogenaamde « pre-listening »-mogelijkheid belangrijk om ervoor te zorgen dat de klant met kennis van zaken kan kiezen wat hij aankoopt. Ook in traditionele CD-winkels heeft de klant de mogelijkheid om de cd op voorhand te beluisteren alvorens tot de aankoop over te gaan.
Quelles mesures envisagez-vous de prendre pour mettre fin à cette discrimination dont sont victimes les services de musique en ligne ?
Welke maatregelen overweegt u te nemen om deze discriminatie van online-muziekwinkels weg te werken ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14192
DO 2004200504256
DO 2004200504256
Question no 283 de Mme Jacqueline Galant du 11 mai 2005 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 283 van mevrouw Jacqueline Galant van 11 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Copies musicales et vidéo via Internet.
Kopie¨ren van muziek en video’s via internet.
Le réseau internet offre une foule de renseignements super intéressants.
Het internet geeft toegang tot een schat aan bijzonder interessante gegevens.
Mais ce système génial a aussi ses dérives qui peuvent couˆter cher sur le plan pénal. Je prends l’exemple des copies de morceaux de musique, de films, de clips vidéo, de bandes dessinées, etc.
Dat prachtig medium geeft echter ook aanleiding tot uitwassen die zeer ernstige strafrechtelijke gevolgen kunnen hebben. Ik verwijs in dat verband naar het kopie¨ren van muziek, films, videoclips, strips, enzovoort.
Il semble que si le plagiat ou la copie pirate est punissable, il soit néanmoins fort difficile de le repérer.
Plagiaat of piraterij zijn strafbaar, maar vallen niettemin moeilijk op te sporen.
1. a) Ne serait-il pas envisageable de travailler en collaboration avec une firme spécialisée pour mettre fin à ce système ?
1. a) Zou men niet kunnen overwegen met een gespecialiseerde firma samen te werken teneinde paal en perk aan die praktijken te stellen ?
b) N’existe-t-il donc pas de systèmes appropriés pour démasquer les fraudeurs ?
b) Bestaan er geen aangepaste systemen om de fraudeurs te ontmaskeren ?
2. La piraterie musicale représente un problème croissant pour l’industrie du disque. Les chiffres publiés en juin 2000 par l’IFPI (International Federation of the Phonographic Industry) sont révélateurs : un enregistrement musical sur trois dans le monde est piraté, soit un volume qui atteint désormais 500 millions de copies pirates par an.
2. Muziekpiraterij is een probleem waarmee de platenindustrie in toenemende mate wordt geconfronteerd. De cijfers die in 2000 door de IFPI (International Federation of the Phonographic Industry) werden gepubliceerd, zijn veelzeggend : één muzikale opname op drie in de wereld wordt illegaal gekopieerd, wat betekent dat er thans jaarlijks 500 miljoen illegale kopiee¨n op de markt komen.
La piraterie musicale sur internet a connu un développement exponentiel à travers le monde. Il est aujourd’hui possible non seulement de commercialiser des produits pirates sur internet, mais également de proposer l’écoute directe ou la reproduction sans autorisation de leurs producteurs, d’enregistrements musicaux ou même d’albums du commerce dans leur intégralité.
De muziekpiraterij via internet is wereldwijd exponentieel toegenomen. Het is vandaag niet alleen mogelijk illegaal gekopieerde producten op internet te verkopen, maar ook muziekopnamen of hele CD’s die in de handel worden verkocht zonder de toestemming van de makers rechtstreeks te beluisteren of te reproduceren.
a) Avez-vous eu des contacts à cet égard avec les firmes spécialisées ?
a) Heeft u dienaangaande contacten met gespecialiseerde firma’s gehad ?
b) Quels recours ont les maisons de disques et les artistes contre cette nouvelle mode qui met en péril l’industrie du disque ?
b) Welke rechtsmiddelen kunnen de platenmaatschappijen en de artiesten aanwenden tegen die nieuwe mode, die de platenindustrie veel schade berokkent ?
c) Ne serait-il pas intéressant de mener une campagne d’information à ce niveau à destination des jeunes qui, en copiant de manière illégale les sites pour en copier leurs musiques favorites, s’exposent à des poursuites ?
c) Ware het niet interessant een informatiecampagne op te zetten ten behoeve van de jongeren, die hun favoriete muziek op illegale wijze via die sites kopie¨ren en daardoor het gevaar lopen strafrechtelijk te worden vervolgd ?
d) Avez-vous des statistiques quant aux copies ainsi réalisées à partir d’internet ?
d) Beschikt u over statistieken met betrekking tot het illegaal kopie¨ren via internet ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14193
e) Ne serait-il pas utile, pour éviter de tels débordements, que l’on pose des verrous sur ces sites de sorte qu’on empêche les copies illégales ?
e) Ware het met het oog op het voorkomen van dergelijke praktijken niet nuttig die sites te « vergrendelen », zodat illegaal kopie¨ren onmogelijk wordt gemaakt ?
DO 2004200504286
DO 2004200504286
Question no 284 de M. Melchior Wathelet du 18 mai 2005 (Fr.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 284 van de heer Melchior Wathelet van 18 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Taxe de métrologie.
Metrologieheffing.
En réponse à ma question orale no 3645 du 28 septembre 2004 sur la taxe de métrologie, vous m’indiquiez que « l’article 9 de la directive 75/33/CEE prévoit que l’examen des compteurs doit se faire par l’E´tat membre et non par le fabricant. La solution retenue en Belgique est que seul le service de métrologie est habilité à effectuer cette vérification, d’ou` la perception d’une taxe. Une nouvelle directive 2004/22/CE n’entre en vigueur que le 1er novembre 2006. La vérification des compteurs pourra alors se faire via un système d’assurance qualité du fabricant et plus aucune taxe de vérification ne sera prélevée » (Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission de l’E´conomie, 28 septembre 2004, COM343, p. 3).
Op mijn mondelinge vraag nr. 3645 van 28 september 2004 betreffende de metrologieheffing antwoordde u dat « artikel 9 van de richtlijn 75/33/EEG bepaalt dat de lidstaat en niet de fabrikant de meter controleert. Voor Belgie¨ houdt dat in dat enkel de Dienst Metrologie gemachtigd is die verificatie uit te voeren, vandaar dat ook een belasting wordt geı¨nd. Een nieuwe richtlijn 2004/22/EG treedt pas op 1 november 2006 in werking. Dan zullen de meters via een systeem van kwaliteitsborging van het productieproces door de fabrikant kunnen worden gecontroleerd en kan de belasting wegvallen » (Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor het Bedrijfsleven, 28 september 2004, COM343, blz. 3).
` cet égard, il me semble que soit la Belgique A impose la taxe de métrologie alors que le controˆle est réalisé par les entreprises, soit la vérification de l’ensemble des compteurs est effectuée par un organisme indépendant qui n’est pas l’entreprise ellemême.
Mijns inziens zijn er dus twee mogelijkheden : ofwel int de Belgische overheid de metrologieheffing terwijl de bedrijven de verificatie uitvoeren, ofwel worden alle meters gecontroleerd door een onafhankelijk organisme dat losstaat van het bedrijf.
1. Ne serait-il pas utile de vérifier l’application de cette directive dans les autres E´tats et d’intenter des actions au niveau de l’Union européenne ?
1. Ware het niet nuttig na te gaan hoe die richtlijn in de overige lidstaten wordt toegepast en op het niveau van de Europese Unie gerechtelijke stappen te ondernemen ?
2. Pourriez-vous indiquer si des démarches ont été entreprises afin soit d’intervenir lorsque les autres pays membres ne respectent pas le droit communautaire, soit d’examiner de quelle façon la Belgique peut agir en vue de ne pas s’écarter de la philosophie de la directive ?
2. Kan u meedelen of Belgie¨ zal ingrijpen indien de andere lidstaten het gemeenschapsrecht niet naleven, dan wel of ons land zal nagaan welke de gepaste handelwijze is om aan de filosofie van de richtlijn trouw te blijven ?
3. Si oui, lesquelles ?
3. Zo ja, welke stappen werden reeds gezet ?
4. Si non, pourquoi ?
4. Zo neen, waarom werd hiervan afgezien ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14194
Politique scientifique
Wetenschapsbeleid
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 67 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 67 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 68 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 68 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14195
ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ? 3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 312 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 312 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxel-
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14196
les et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 313 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 313 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14197
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
DO 2004200504242
DO 2004200504242
Question no 314 de M. Jo Vandeurzen du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 314 van de heer Jo Vandeurzen van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Loi sur la responsabilisation des médecins. — Inspections de l’INAMI.
Wet responsabilisering van artsen. — Inspectie van het RIZIV.
Il y a quelque temps, des dispositions légales visant à la responsabilisation des médecins ont été adoptées. L’inspection de l’INAMI a un roˆle important à jouer dans ce contexte.
Enige tijd geleden werd een wet met betrekking tot de responsabilisering van de artsen goedgekeurd. Voor de inspectie van het RIZIV is daarin een belangrijke rol weggelegd.
1. Combien de dossiers relatifs à l’application de cette nouvelle législation ont-ils déjà été soumis ?
1. Kan u meedelen hoeveel dossiers met toepassing van deze nieuwe wetgeving reeds ter beoordeling werden voorgelegd ?
2. Comment les objectifs de la loi ont-ils réalisés dans la pratique, notamment en ce qui concerne l’application correcte de la nomenclature par les médecins ?
2. Kan u ook meedelen hoe juist concreet resultaat wordt geboekt in functie van de doelstelling van deze wet, onder meer over de vraag of men de juiste nomenclatuur toepast ?
3. Il y a quelque temps, l’Agence Intermutualiste a publié une étude dont il ressort clairement que, dans certains hoˆpitaux, le nombre d’examens prescrits pour certaines interventions est nettement plus élevé qu’ailleurs. Pouvez-vous indiquer concrètement à quelles enquêtes cette étude a donné lieu et quels en sont les résultats ?
3. Enige tijd geleden is er een studie verschenen in het intermutualistisch agentschap waaruit duidelijk bleek dat voor bepaalde ingrepen er in een aantal ziekenhuizen duidelijk meer medische onderzoeken werden voorgeschreven. Kan u concreet meedelen welke onderzoeken naar aanleiding van deze studie werden gestart en wat daarvan de resultaten zijn ?
DO 2004200504248
DO 2004200504248
Question no 315 de M. Koen Bultinck du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 315 van de heer Koen Bultinck van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Agrément des centres de référence de la douleur chronique.
Erkenning van de referentiecentra voor chronische pijn.
En 2001, le ministre Vandenbroucke a décidé de créer douze centres de référence pour patients souffrant de douleurs chroniques. Dix-huit centres ont été sélectionnés à la suite d’un premier appel aux candidatures lancé par l’INAMI.
In 2001 besliste minister Vandenbroucke om twaalf referentiecentra voor patie¨nten met chronische pijn op te richten. Het RIZIV richtte daarop een eerste vraag naar kandidatuurstelling waarop achttien centra werden weerhouden.
Les principaux critères retenus sont l’expérience prouvée en la matière, l’existence d’au moins cinq accords de collaboration avec d’autres hoˆpitaux et la répartition régionale.
De voornaamste criteria die werden weerhouden zijn : bewijzen van expertise terzake, minstens vijf samenwerkingsakkoorden met andere ziekenhuizen en regionale spreiding.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14198
L’INAMI a ensuite annoncé qu’il procéderait à l’agrément de six centres universitaires.
Daarop maakte het RIZIV bekend over te zullen gaan tot de erkenning van zes universitaire centra.
Cette décision a été contestée par un certain nombre d’hoˆpitaux et cela, d’autant plus que seuls deux hoˆpitaux universitaires étaient parvenus à constituer un réseau (Louvain et Anvers) et que l’INAMI n’a plus tenu compte de ce critère par la suite.
Daarop werd protest aangetekend door een aantal ziekenhuizen temeer omdat maar twee universitaire ziekenhuizen erin geslaagd waren een netwerk te vormen (Leuven en Antwerpen) en daarop volgend het RIZIV dit criterium niet langer in rekening bracht.
Lors d’une nouvelle réunion organisée à l’INAMI avec l’ensemble des candidats, il a été décidé que ceuxci devaient introduire un nouveau dossier. L’accent a alors été mis sur le caractère multidisciplinaire, le critère initial des cinq accords de collaboration n’étant plus considéré comme pertinent.
Een nieuwe vergadering werd belegd op het RIZIV met alle kandidaten. Daar werd beslist dat alle kandidaten een nieuw dossier moesten indienen. Nu kwam nadruk te liggen op de graad van multidisciplinair werken. Het oorspronkelijk criterium van vijf samenwerkingsakkoorden werd niet langer als relevant beschouwd.
Sur la base de ces nouvelles demandes, l’INAMI a décidé de procéder à la désignation de six centres universitaires et de trois centres périphériques.
Op basis van die nieuwe aanvragen werd door het RIZIV besloten over te gaan tot de benoeming van zes universitaire en drie perifere centra.
1. Pourriez-vous préciser quels sont les neuf centres de référence pour patients souffrant de douleurs chroniques qui ont été agréés par le biais du système de convention ?
1. Kan u meedelen welke negen referentiecentra voor patie¨nten met chronische pijn via het conventiesysteem werden erkend ?
2. Quelle est la répartition géographique des centres de référence ?
2. Kan u de geografische spreiding meedelen van de referentiecentra ?
3. Estimez-vous normal que deux centres aient été agréés à Bruxelles ?
3. Vindt u het normaal dat in Brussel twee centra werden erkend ?
4. Sur la base de quels critères ces centres de référence ont-ils finalement été agréés ?
4. Op basis van welke criteria werd uiteindelijk overgegaan tot de erkenning van deze referentiecentra ?
DO 2004200504049
DO 2004200504049
Question no 316 de Mme Annemie Turtelboom du 13 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 316 van mevrouw Annemie Turtelboom van 13 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Travailleurs qui passent du secteur public au secteur privé. — Calcul des congés payés annuels.
Werknemers die overstappen van de openbare naar de private sector. — Berekening jaarlijks betaald verlof.
Selon la casuistique, lorsqu’un travailleur est passé du secteur public au secteur privé, les prestations qu’il a fournies l’année précédente dans le secteur public ne pourraient, aux termes des dispositions des lois relatives aux vacances annuelles des travailleurs salariés, coordonnées le 28 juin 1971, de l’arrêté royal du 30 mars 1967 et d’une circulaire du 1er juin 1964, être prises en considération en vue de l’octroi de congés payés annuels.
Uit casuı¨stiek blijkt dat een werknemer die overstapt van de openbare naar de private sector volgens bepalingen in de gecoo¨rdineerde wetten van 28 juni 1971 betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, het koninklijk besluit van 30 maart 1967 en een omzendbrief van 1 juni 1964, zijn prestaties van het jaar voordien in de overheidssector niet kan laten meetellen in de berekening met het oog op het krijgen van jaarlijks betaald verlof.
Des voix de plus en plus nombreuses s’élèvent en faveur de la flexibilité du marché du travail et, par conséquent, d’une plus grande souplesse dans le passage du secteur public vers le secteur privé et inver-
Nu de roep naar een flexibilisering van de arbeidsmarkt, waaronder een soepelere overgang van de publieke naar de private sector en omgekeerd, sterker wordt met het oog op de concrete invulling van de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14199
sement, en vue de la mise en œuvre concrète des objectifs de Lisbonne. De telles dispositions ne semblent dès lors absolument pas de nature à favoriser les changements de statut.
Lissabondoelstellingen, lijken dergelijke bepalingen allerminst bevorderlijk voor het veranderen van statuut.
1. Quelles dispositions légales précises empêchent de tenir compte de prestations dans le secteur public pour le calcul des congés payés en cas de transfert vers le secteur privé ?
1. Op basis van welke precieze wettelijke bepalingen is het niet mogelijk om prestaties in de overheidssector te laten meetellen voor het betaald verlof wanneer men overstapt naar de private sector ?
2. Quelle est l’objectif sous-jacent de cette réglementation ?
2. Wat is de achterliggende finaliteit van deze regeling ?
3. La réglementation inverse s’applique-t-elle aux travailleurs du secteur privé qui passent dans le secteur public ? ` combien de travailleurs cette disposition 4. A s’applique-t-elle en moyenne annuellement ?
3. Geldt ook de omgekeerde regeling voor werknemers uit de private sector die overstappen naar de publieke sector ?
5. Est-il souhaitable de maintenir cette réglementation dans la perspective de la réalisation de la flexibilisation du marché du travail ?
5. Is het behoud van deze regeling nog aangewezen met het oog op het realiseren van een flexibilisering van de arbeidsmarkt ?
6. Envisagez-vous de prendre des initiatives pour adapter cette réglementation ?
6. Overweegt u initiatieven te nemen om deze regeling bij te sturen ?
Santé publique
Volksgezondheid
4. Op hoeveel werknemers is deze bepaling jaarlijks gemiddeld van toepassing ?
DO 2004200504199
DO 2004200504199
Question no 464 de Mme Hilde Dierickx du 4 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 464 van mevrouw Hilde Dierickx van 4 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Controˆles portant sur la promotion et la vente illégales de médicaments.
Controles op de illegale promotie en verkoop van geneesmiddelen.
Récemment, un homme a été condamné à Termonde pour avoir fait la promotion d’un produit ¨ Vera » et l’avoir mis en vente. Il aurait appelé « Alœ présenté ce produit comme un remède miracle contre une multitude d’affections, notamment les hémorroı¨des, les infections aux lobes d’oreille, mais aussi le diabète et certaines tumeurs.
Onlangs is er in Dendermonde een man veroordeeld voor het promoten en verkopen van « Aloe¨ Vera » als wondermiddel tegen allerlei kwalen. Er werd een beeld van het zogezegde wondermiddel geschetst waarbij « Aloe¨ Vera » zou helpen tegen aambeien, zwerende oorlellen, maar ook tegen diabetes en tumoren.
Selon le ministère public, le condamné s’est rendu coupable de vente illégale et de commercialisation irrégulière de médicaments en mettant, par la même occasion, la santé publique en danger.
De veroordeelde maakte zich volgens het openbaar ministerie schuldig aan de illegale verkoop van geneesmiddelen en het onwettig in de handel brengen ervan en dit met gevaar voor de volksgezondheid.
Du point de vue de la santé publique, on peut se réjouir de la volonté affichée de s’attaquer à cette vente et à cette promotion illégales de médicaments.
Het is een goede zaak voor de volksgezondheid dat er opgetreden wordt tegen deze illegale verkoop en promotie van geneesmiddelen.
1. a) Certaines actions ou certains controˆles sont-ils spécialement axés sur la promotion et la vente de médicaments ?
1. a) Zijn er gerichte acties of controles op de promotie en verkoop van geneesmiddelen ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14200
b) Dans l’affirmative, de quelles actions s’agit-il ?
b) Zo ja, welke acties ?
2. Avez-vous une idée du nombre de controˆles portant sur ces pratiques qui sont effectués annuellement ?
2. Heeft u een idee hoeveel controles er jaarlijks uitgevoerd worden tegen deze praktijken ?
DO 2004200504200
DO 2004200504200
Question no 465 de Mme Hilde Dierickx du 4 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 465 van mevrouw Hilde Dierickx van 4 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Collecte des données statistiques en matière d’enregistrement MRS. Depuis le 26 avril 1993, l’E´tat oblige les maisons de repos et de soins (MRS) à transmettre leurs informations statistiques au SPF Santé publique par voie électronique.
Verzamelen van de statistische gegevens van RVTregistratie.
Or, le 23 mars 2005, les données relatives à 2003 n’étaient pas encore traitées. De plus, le programme adéquat pour les données de 2004 n’est pas encore disponible et ne le serait pas avant le second semestre de cette année.
Op 23 maart 2005 waren de gegevens met betrekking tot 2003 nog niet verwerkt. Daarnaast is de software voor de gegevens 2004 nog niet beschikbaar. Dit zou niet meer voor de eerste helft van dit jaar zijn.
1. Pour quelles dates ont été traitées les données relatives aux années écoulées (2000-2001-2002) ?
1. Tegen wanneer werden de gegevens van de afgelopen jaren (2000-2001-2002) verwerkt ?
2. a) Quand, pour les mêmes périodes de référence, le programme a-t-il été disponible ?
2. a) Wanneer was voor diezelfde referentieperiode de software beschikbaar ?
b) N’est-il vraiment pas possible de mettre ce programme à disposition plus toˆt ?
b) Is er geen mogelijkheid deze vroeger ter beschikking te stellen ?
DO 2004200504201
DO 2004200504201
Question no 466 de Mme Hilde Dierickx du 4 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : ´Equipement des services mobiles d’urgence (SMUR).
Vraag nr. 466 van mevrouw Hilde Dierickx van 4 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Un petit garçon de trois ans a failli se noyer à Meldert, en Flandre orientale. La mère du garçonnet a pu avertir une voisine infirmière qui, aidée d’un passant, a pu extraire le garçonnet de l’eau. L’infirmière est parvenue à réanimer l’enfant alors que l’on prévenait les services d’urgence. L’équipe SMUR prévenue s’est toutefois égarée et a ainsi perdu un temps précieux.
Onlangs verdronk er bijna een driejarige jongetje in het Oost-Vlaamse Meldert. De moeder van het kind kon een buurvrouw-verpleegster waarschuwen die samen met een voorbijganger de jongen uit het water kon halen. De verpleegster kon het kind reanimeren terwijl de hulpdiensten werden verwittigd. Het gealarmeerde MUG-team reed echter verkeerd, waardoor er kostbare tijd verloren ging.
1. a) Tous les véhicules SMUR sont-ils équipés d’un système GPS ?
1. a) Zijn alle MUG-wagens uitgerust met een GPSsysteem ?
b) Dans la négative, combien de véhicules ne le sontils pas ?
b) Zo neen, hoeveel wagens zijn er dan niet uitgerust ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Sedert 26 april 1993 legt de overheid de rust- en verzorgingstehuizen (RVT) de verplichting op om elektronisch statistische informatie over te maken aan de FOD Volksgezondheid.
Uitrusting van de Mobiele Urgentiegroepen (MUG).
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14201
2. a) Le logiciel des appareils GPS est-il régulièrement controˆlé et adapté aux modifications des noms de rue ?
2. a) Wordt de software van de GPS-toestellen op regelmatige wijze gecontroleerd en aangepast aan gewijzigde straatnamen ?
b) Dans l’affirmative, qui se charge des mises à jour ?
b) Zo ja, wie zorgt ervoor dat de updates gedaan worden ?
3. En cas de réponse positive aux questions cidessus, pourriez-vous expliquer comment il se fait que des véhicules SMUR se trompent de chemin ?
3. Indien de antwoorden op bovenstaande vragen positief zijn, kan u dan een verklaring geven waarom MUG-teams verkeerd rijden ?
DO 2004200504217
DO 2004200504217
Question no 467 de Mme Dominique Tilmans du 9 mai 2005 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 467 van mevrouw Dominique Tilmans van 9 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Commission européenne. — Le projet de règlement « REACH ».
Europese Commissie. — REACH-ontwerpverordening.
La Commission européenne a publié en octobre 2003 un projet de règlement concernant l’enregistrement, l’évaluation, et l’autorisation des substances ` l’origine de celui-ci se trouve la préoccuchimiques. A pation de la Commission quant aux incidences sur le plan de la qualité de l’environnement et de la santé humaine, de l’accroissement du nombre et de la qualité de substances chimiques présentes dans notre environnement.
In oktober 2003 publiceerde de Europese Commissie een voorstel voor een verordening inzake de registratie en beoordeling van en de vergunningverlening en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH, wat staat voor Registration, Evaluation and Authorisation of Chemicals). De Commissie maakt zich zorgen over de gevolgen van het toenemende aantal chemische stoffen die in ons milieu aanwezig zijn en van de kwaliteit van die stoffen voor de kwaliteit van het milieu en de gezondheid van de mens.
Cette proposition, mieux connue sous le nom de « REACH » est pour l’instant discutée au Parlement européen ainsi qu’au Conseil. Elle impose aux entreprises de fournir un certain nombre d’informations relatives aux substances qu’elle produisent, utilisent ou importent.
Dat voorstel voor een verordening, beter bekend als de REACH-verordening, wordt momenteel besproken door het Europees Parlement en door de Raad. Krachtens die verordening zullen bedrijven een aantal gegevens moeten verstrekken met betrekking tot de stoffen die ze produceren, gebruiken of invoeren.
En lançant le projet commun sur REACH, la FEB, ses fédérations sectorielles et SPF Economie prouvent que les autorités et le monde des entreprises peuvent s’unir pour poursuivre l’objectif de REACH dans la pratique. REACH entend protéger la santé et l’environnement tout en renforçant la capacité d’innovation et de concurrence de l’industrie.
Met de lancering van hun gemeenschappelijk project omtrent REACH leveren het VBO, de sectorfederaties van het VBO en de FOD Economie het bewijs dat de overheid en de bedrijfswereld de handen ineen kunnen slaan om de doelstelling van REACH in de praktijk na te streven. REACH beoogt immers de bescherming van de gezondheid van de mens en van het milieu met oog voor de versterking van het innovatie- en concurrentievermogen van de industrie.
Selon l’Agence européenne pour la sécurité et la santé au travail, il existe 37,5 millions de travailleurs qui sont exposés à des substances dangereuses au travail.
Volgens het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk zijn 37,5 miljoen werknemers blootgesteld aan gevaarlijke stoffen op het werk.
Les risques sont accentués par un respect insuffisant des règlements et par manque d’informations.
Het risico wordt nog vergroot door een onzorgvuldige toepassing van de voorschriften en door een gebrek aan informatie.
Une étude de cas menée par la Commission européenne révèle entre autres, par rapport à la
Uit een casestudy van de Europese Commissie blijkt onder meer dat men de risico’s met betrekking tot
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14202
législation actuelle, que si le système REACH avait été d’application les risques associés à certaines substances auraient été déterminés et controˆlés bien plus toˆt et on aurait diminué les dommages résultant de l’utilisation de ces substances bien plus toˆt aussi.
bepaalde stoffen veel eerder had kunnen bepalen en controleren en ook de schade tengevolge van het gebruik van die stoffen veel eerder had kunnen beperken met het REACH-systeem dan onder de huidige regelgeving.
La législation et les controˆles relatifs à la classification, l’emballage et l’étiquetage des préparations dangereuses en vue de leur mise sur le marché ou de leur emploi sont une compétence du SPF de la Santé publique et de l’Environnement.
De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu is bevoegd voor de wetgeving en de controles inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten met het oog op het op de markt brengen of het gebruik ervan.
1. Considérant les avancées uniques qu’offriraient l’adoption de ce projet de règlement et le soutien large de la FEB, de ses fédérations sectorielles et du SPF Economie, comment envisagez-vous soutenir et anticiper au mieux l’adoption du projet REACH ?
1. Hoe denkt u de goedkeuring van de REACHverordening te steunen en u er zo goed mogelijk op voor te bereiden, gelet op de unieke stap voorwaarts die hiermee zou worden gezet en de ruime steun van het VBO, zijn sectorfederaties en de FOD Economie ?
2. Quel sera l’impact budgétaire de cette mesure ?
2. Wat zijn de budgettaire implicaties van die maatregel ?
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 468 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 468 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14203
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 469 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 469 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
DO 2004200504231
DO 2004200504231
Question no 470 de M. Olivier Chastel du 10 mai 2005 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 470 van de heer Olivier Chastel van 10 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Obligation des pharmaciens de délivrer le médicament le moins cher.
Verplichting voor de apothekers om het minst dure geneesmiddel te verstrekken.
On vous attribue le projet de pouvoir sanctionner les pharmaciens qui, en exécution d’une prescription
Naar verluidt zou u de mogelijkheid willen invoeren om sancties te treffen tegen apothekers die klanten met
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14204
de médicament rédigée sous forme DCI (dénomination commune internationale), ne délivreraient pas le médicament le moins cher de la catégorie. La détection de cette « infraction » se ferait à partir de Farmanet.
een voorschrift op stofnaam (Gemeenschappelijke Internationale Benaming, afgekort DCI of INN) niet het goedkoopste geneesmiddel in de desbetreffende categorie aanbieden. Om dat soort « inbreuken » aan het licht te brengen zou gebruik gemaakt worden van Farmanet.
1. Dans cette perspective, pouvez-vous nous indiquer quelle est l’autorité qui procéderait au constat et quelle est la nature de l’infraction ainsi constatée : administrative ou pénale ?
1. Welke overheid zou in dat verband de inbreuk constateren, en hoe zou de aldus vastgestelde inbreuk gekwalificeerd worden (van administratieve of strafrechtelijke aard) ?
2. Quel serait le type de sanctions, et particulièrement si celles-ci seraient d’application en cas de manquement ponctuel ou répétitif ? Il convient dans ce contexte d’attirer une attention particulière au cas du pharmacien qui, saisi d’une prescription de ce type, ne dispose pas de la forme la moins couˆteuse de ce médicament.
2. Aan welk type sancties wordt er gedacht, en zouden die sancties toegepast worden bij eenmalige of bij herhaalde overtreding ? Niet alle apothekers die een dergelijk voorschrift op stofnaam voorgelegd krijgen, beschikken immers altijd over de minst dure vorm van het betreffende geneesmiddel.
DO 2004200504274
DO 2004200504274
Question no 471 de Mme Jacqueline Galant du 11 mai 2005 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 471 van mevrouw Jacqueline Galant van 11 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Définition de la viande de veau.
Definitie van kalfsvlees.
Il semble que la définition même du veau diffère d’un pays à l’autre, en fonction des habitudes de consommation et des techniques de production. Evidemment, cela pose certains problèmes aux éleveurs qui en perdent souvent leurs repères.
Naar verluidt zou elke Europese lidstaat een eigen definitie van kalfsvlees hanteren die aan het nationale consumptiegedrag en de productietechnieken beantwoordt. Dat levert uiteraard problemen op voor de veehouders die in dat kluwen van definities nauwelijks hun weg vinden.
Face à ces incohérences entre pays de l’Union européenne, l’enjeu économique est aussi important. En effet, si le critère est le poids, comme le suggère l’Union européenne, les veaux blanc-bleu risquent d’être écartés et leur viande ne pourrait plus être vendue que comme viande de bœuf. Cela induirait un effondrement des prix dans un marché en surcapacité.
Dit gebrek aan samenhang tussen de landen van de Europese Unie heeft ook belangrijke economische gevolgen. Als men zoals de Europese Unie voorstelt, het gewicht als criterium neemt, worden de kalveren van het Wit-Blauw ras misschien van de lijst afgevoerd en kan hun vlees nog slechts als rundvlees worden verkocht. Dat zou op een markt die al met een overaanbod worstelt, tot een ineenstorting van de prijzen leiden.
1. Ne serait-il pas urgent de relayer les inquiétudes de la Fédération wallonne de l’agriculture auprès de vos homologues européens ?
1. Moet u uw Europese collega’s niet dringend op de hoogte stellen van de bezorgdheid van de « Fédération wallone de l’agriculture » ?
2. La race « Blanc-Bleu » est notre race nationale. Ne serait-il pas intéressant de préserver celle-ci en autorisant la commercialisation de ses jeunes têtes sous la mention de viande de veau ?
2. Het Wit-Blauw ras is het Belgische ras bij uitstek. Is het niet de moeite om het voortbestaan ervan te waarborgen door ervoor te zorgen dat het jongvee als kalfsvlees op de markt kan worden gebracht ?
3. Ne pourrions-nous pas défendre l’argument de l’aˆge, comme le fait la France, pour définir la viande de veau de celle de bœuf ?
3. Kunnen we niet net als Frankrijk het leeftijdscriterium hanteren om kalfsvlees van rundvlees te onderscheiden ?
4. Il semble que certains défendent aussi la couleur de la viande de veau. Or, il semble que la viande blan-
4. Anderen pleiten er voor om de kleur als criterium te gebruiken. Wit kalfsvlees zou echter op kunstmatige
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14205
che soit une viande artificielle. La viande de veau serait rose et cette couleur garantirait de la sorte que le veau a été élevé de manière biologique, consommant tout à la fois du lait maternel et de l’herbe.
wijze worden bekomen. Kalfsvlees zou in natuurlijke staat roze zijn. De roze kleur zou er dus op wijzen dat het kalf op biologische wijze met moedermelk en weidegras wordt gekweekt.
a) Ne serait-il pas également important de se pencher sur ce problème qui ne met pas tout le monde d’accord ?
a) Verdient deze kwestie ook niet de nodige aandacht, temeer daar er onenigheid over bestaat ?
b) Quelle est votre position à ce propos ?
b) Wat is uw houding terzake ?
c) Quels sont les critères qu’il est important de privilégier ?
c) Aan welke criteria dient de voorkeur te worden gegeven ?
DO 2004200504275
DO 2004200504275
Question no 472 de Mme Jacqueline Galant du 11 mai 2005 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 472 van mevrouw Jacqueline Galant van 11 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Sécurisation des lits d’hoˆpital.
Beveiliging van ziekenhuisbedden.
Dernièrement, un fait divers particulièrement horrible a fait la une de l’actualité : un patient d’un hoˆpital verviétois a été tué par son lit.
Onlangs haalde een bijzonder gruwelijk voorval het nieuws : een patie¨nt die in een ziekenhuis in Verviers was opgenomen, werd door zijn bed gedood.
Si la direction de cet hoˆpital a expliqué qu’il s’agissait d’un cas tout à fait unique, on peut néanmoins s’interroger sur la sécurisation de ce matériel. Des milliers de lits de ce type sont en effet utilisés dans notre pays.
De ziekenhuisdirectie verklaarde achteraf dat een dergelijk incident zich nog nooit eerder had voorgedaan. Niettemin kan men zich terecht afvragen of dit materieel aan alle veiligheidsvoorschriften beantwoordt. In ons land zijn er immers duizenden bedden van dat type in gebruik.
1. Mais sont-ils bien fiables ?
1. Zijn ze echter voldoende veilig ?
2. Une personne qui chipoterait lui aussi à ce type de lit ne risque-t-il pas aussi d’être victime d’un tel accident ?
2. Loopt iemand die aan zo’n bed morrelt het gevaar een zelfde lot te ondergaan ?
3. N’est-il pas envisageable d’appliquer sur ce matériel un système de sécurisation spécifique ?
3. Moet dergelijk materieel niet met een eigen beveiligingssysteem worden uitgerust ?
4. Avez-vous eu connaissance d’accidents de ce type dans d’autres hoˆpitaux, peut-être avec un autre type de matériel ?
4. Werden er u nog gelijksoortige ongevallen (eventueel met ander materieel) uit andere ziekenhuizen gemeld ?
5. Quels controˆles sont pratiqués avant la mise en service de matériel hospitalier ?
5. Hoe wordt het ziekenhuismaterieel vo´o´r zijn ingebruikneming gecontroleerd ?
6. Les hoˆpitaux ne devraient-ils pas afficher plus clairement leurs consignes de sécurité ?
6. Moeten de ziekenhuizen hun veiligheidsinstructies niet duidelijker aanbrengen ?
7. N’y a-t-il pas moyen de bloquer le matériel afin d’éviter ce genre d’accident ?
7. Kan dergelijk materieel niet worden vergrendeld om ongevallen te voorkomen ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14206
DO 2004200504276
DO 2004200504276
Question no 473 de Mme Yolande Avontroodt du 11 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 473 van mevrouw Yolande Avontroodt van 11 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Surcharge administrative en médecine vétérinaire.
Administratieve overlast in de diergeneeskunde.
Le controˆle de l’usage des médicaments dans le secteur de la médecine vétérinaire s’est considérablement intensifié à la suite des crises alimentaires que nous avons connues il y a quelques années. Il ne fait aucun doute que des controˆles sont nécessaires pour éviter les abus, surtout lorsqu’il s’agit de garantir la santé publique. Le secteur se demande toutefois si l’importance des mesures prises est proportionnelle à l’importance du fléau que l’on entend combattre et n’entraıˆne pas une surcharge administrative superflue pour l’ensemble de la catégorie professionnelle.
Ten gevolge van de voedselcrisissen die we enkele jaren geleden doorgemaakt hebben, is de controle op het gebruik van geneesmiddelen in de diergeneeskundige sector drastisch opgevoerd. Controle op misbruiken is nodig, zeker met het oog op de volksgezondheid. Er rijst in de sector echter twijfel over de vraag of de getroffen maatregelen in verhouding staan tot de kwaal die men wil bestrijden en de administratieve overlast niet onnodig verhogen voor de volledige beroepsgroep.
1. Dans quelle mesure les vétérinaires sont-ils consultés lors de l’élaboration de la nouvelle réglementation relative à leur catégorie professionnelle ?
1. In welke mate worden de dierenartsen betrokken bij de nieuwe regelgeving die hun beroepsgroep aanbelangt ?
2. Envisagez-vous la présence de représentants des vétérinaires au sein du conseil consultatif de l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire ?
2. Overweegt u om vertegenwoordigers van dierenartsen op te nemen in het raadgevend comité van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen ?
3. Pourquoi le secteur des petits animaux domestiques, qui n’a rien à voir avec la chaıˆne alimentaire, estil soumis à la même surcharge administrative ?
3. Waarom wordt de kleine huisdierensector, die niets met de voedselketen te maken heeft, ook belast met bijkomende administratie ?
DO 2004200504279
DO 2004200504279
Question no 474 de Mme Yolande Avontroodt du 11 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 474 van mevrouw Yolande Avontroodt van 11 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Loi relative aux droits du patient. — Service de médiation.
Patie¨ntenrechtenwet. — Ombudsdienst.
La loi relative aux droits du patient prévoit la création d’un service de médiation auprès de la commission fédérale « Droits du patient ». Ce service est compétent pour renvoyer les plaintes de patients concernant l’exercice des droits que lui octroie la loi précitée à la fonction de médiation compétente ou, à défaut de celle-ci, pour les traiter lui-même.
De patie¨ntenrechtenwet voorziet in de oprichting van een ombudsdienst, opgericht bij de federale commissie « Rechten van de patie¨nt ». Deze is bevoegd om klachten van patie¨nten in verband met de uitoefening van hun rechten toegekend door de patie¨ntenrechtenwet, door te verwijzen naar de bevoegde ombudsfunctie of bij ontstentenis hiervan, deze zelf te behandelen.
1. Combien de dossiers le service de médiation créé auprès de la commission fédérale « Droits du patient » a-t-il déjà traités ?
1. Hoeveel dossiers heeft de ombudsdienst, opgericht bij de federale commissie « Rechten van de patie¨nt », reeds behandeld ?
2. Pourriez-vous fournir un aperçu du type de plaintes introduites auprès du service de médiation ?
2. Kan u een overzicht geven van de soort klachten die aan de ombudsdienst werden voorgelegd ?
3. En a-t-il déjà résulté des initiatives en vue d’améliorer certaines pratiques ou la réglementation existante ?
3. Zijn hieruit reeds initiatieven voortgevloeid tot verbetering van bepaalde praktijken of bestaande reglementering ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14207
DO 2004200504287
DO 2004200504287
Question no 475 de M. Guido De Padt du 18 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 475 van de heer Guido De Padt van 18 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Grippe bovine.
Koeiengriep.
Selon le ministre wallon de l’Agriculture, M. Benoıˆt Lutgen, la grippe bovine menace les exportations de viande bovine belge. Bien que la maladie ne constitue pas un risque pour la qualité de la viande ni pour la santé du consommateur, elle est très contagieuse et même mortelle pour le bétail dans certains cas.
De koeiengriep bedreigt de export van Belgisch rundvlees volgens de Waalse minister van Landbouw Benoıˆt Lutgen. Hoewel de ziekte geen bedreiging vormt voor de kwaliteit van het vlees of voor de consument, is het een erg besmettelijke aandoening die in sommige gevallen dodelijk is voor het vee.
Un bovin peut être porteur du virus de la rhinotrachéite infectieuse bovine (IBR) sans présenter de symptoˆmes, tels que des problèmes respiratoires, les yeux larmoyants et un museau visqueux. Le ministre de l’Agriculture craint que la maladie entraıˆne la fermeture des marchés étrangers à la viande bovine belge.
Een rund kan drager zijn van het Infectieuze Bovine Rhinotracheı¨tis (IBR)-virus zonder daarbij symptomen te ontwikkelen, zoals ademhalingsproblemen, traanogen en een slijmerige snuit. De ziekte kan aanleiding geven tot het sluiten van de buitenlandse markten voor Belgisch rundvlees, vreest de minister van Landbouw.
M. Lutgen veut instaurer un plan de lutte obligatoire pour éradiquer le virus dans les élevages de bétail. Il souligne toutefois que cette matière relève avant tout de la compétence fédérale.
Lutgen wil een verplicht bestrijdingsplan om het virus te weren uit de veebedrijven. Hij benadrukt echter dat deze materie vooral een federale bevoegdheid is.
1. Combien de cas de grippe bovine ont-ils été signalés en 2001, 2002, 2003 et 2004 ?
1. Hoeveel gevallen van koeiengriep werden er in de jaren 2001, 2002, 2003 en 2004 gesignaleerd ?
2. Estimez-vous également que la grippe bovine représente un danger réel pour les exportations de viande bovine belge ?
2. Bent u ook van mening dat de koeiengriep een acuut gevaar betekent voor de export van het Belgisch rundvlees ?
3. a) Un plan de lutte obligatoire sera-t-il mis en œuvre pour éradiquer le virus dans les élevages de bétail ?
3. a) Komt er een verplicht bestrijdingsplan om het virus te weren uit de veebedrijven ?
b) Dans l’affirmative, quand sera-t-il prêt et quand entrera-t-il en vigueur ?
b) Zo ja, wanneer zal dit klaar zijn en in werking treden ?
4. a) A-t-on relevé des cas de pays qui ont déjà fermé leurs marchés dans le passé à la viande bovine belge en raison de la grippe bovine ?
4. a) Zijn er gevallen bekend van landen die hun markten in het verleden reeds gesloten hebben voor Belgisch rundvlees omwille van de koeiengriep ?
b) Dans l’affirmative, quand et de quel(s) pays s’agissait-il ?
b) Zo ja, wanneer en om welk(e) land(en) ging dat ?
5. a) La Belgique a-t-elle interdit l’importation de viande bovine étrangère au cours des cinq dernières années en raison de la grippe bovine dans un autre pays ?
5. a) Heeft Belgie¨ gedurende de jongste vijf jaar de import van buitenlands rundvlees verboden omwille van de koeiengriep in een ander land ?
b) Dans l’affirmative, quand et de quel(s) pays s’agissait-il ?
b) Zo ja, wanneer en om welk(e) land(en) ging het ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14208
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs
Minister van Werk en Consumentenzaken
Emploi
Werk
DO 2004200504270
DO 2004200504270
Question no 303 de M. Elio Di Rupo du 11 mai 2005 (Fr.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 303 van de heer Elio Di Rupo van 11 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Croissance économique. — Créations d’emplois. — Réductions des cotisations patronales.
Economische groei. — Bevordering van de werkgelegenheid. — Vermindering van de werkgeversbijdragen.
En 2004, la Belgique a connu une amélioration conjoncturelle significative. En effet, tel que le précise le rapport annuel 2004 de l’Office National de l’Emploi (ONEm), la croissance en Belgique en 2004 se chiffre à hauteur de 2,7 % du PIB. On note, en outre, que le gouvernement a décidé de soutenir massivement les entreprises belges en leur octroyant d’importantes réductions de cotisations patronales. Ces réductions de cotisations sociales patronales s’opèrent dans un souci de relancer l’économie du pays et de créer des emplois.
In 2004 ging de Belgische conjunctuur er merkbaar op vooruit. Volgens het jaarverslag van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) van 2004 kon de Belgische economie een groei van 2,7 % van het BBP optekenen. Daarnaast besliste de regering de Belgische bedrijven een flinke ruggensteun te geven door de werkgeversbijdragen aanzienlijk terug te schroeven. Die maatregel heeft tot doel de economie van het land nieuw leven in te blazen en banen te scheppen.
Par contre, toujours selon le dernier rapport de l’ONEm, on remarque que cette reprise économique en Belgique en 2004, et je cite, « n’a pas encore été suffisante pour amorcer une baisse structurelle du choˆmage ».
Nog steeds volgens het meest recente verslag van de RVA kon dankzij het economische herstel in 2004 evenwel nog geen structurele daling van de werkloosheid worden ingezet.
1. Pourriez-vous préciser le montant total des réductions de cotisations patronales accordées en 2004 et en 2005 aux entreprises en Belgique ?
1. Kan u meedelen met welk totaalbedrag de werkgeversbijdragen van de Belgische bedrijven in 2004 en 2005 werden verlaagd ?
2. Quels sont les secteurs qui en bénéficient le plus ?
2. Welke sectoren hebben het meest baat bij die maatregel ?
3. Pouvez-vous nous donner des informations précises sur la relation entre les réductions de cotisations patronales et création d’emploi ?
3. Kan u ons precieze informatie geven over het verband tussen de vermindering van de werkgeversbijdragen en het scheppen van werkgelegenheid ?
4. Envisagez-vous développer un « outil » qui permette de suivre d’une manière structurelle l’impact des réductions de cotisations sociales patronales octroyées aux entreprises et l’emploi créé ou soutenu par cet intermédiaire ?
4. Overweegt u een « instrument » te ontwikkelen waarmee op een structurele manier kan worden nagegaan welk effect de vermindering van de werkgeversbijdragen van de bedrijven heeft en in hoeverre die maatregel werkgelegenheid schept of in stand houdt ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14209
Ministre de la Coopération au développement
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
DO 2004200504191
DO 2004200504191
Question no 79 de M. Luk Van Biesen du 4 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 79 van de heer Luk Van Biesen van 4 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Hausse du budget de l’aide au développement.
Stijging omvang ontwikkelingshulp.
Le monde politique a pris acte de différents avis et perspectives, notamment exprimés au travers :
De politieke wereld heeft akte genomen van een aantal uitspraken en vooruitzichten, ondermeer vervat in :
A) des discours prononcés par le premier ministre à Monterrey et à Johannesburg;
A) de uitspraken van de eerste minister in Monterrey en in Johannesburg;
B) de l’accord de gouvernement 2003;
B) de regeerverklaring 2003;
C) de la déclaration récente du Commissaire européen Louis Michel. ` chaque fois, les intervenants ont souligné la nécesA sité de doubler le budget de l’aide au développement.
C) de recente verklaring van Europees commissaris Louis Michel.
Ceci augure peut-être de la ferme intention du gouvernement de respecter d’ici 2010 l’obligation légale de consacrer 0,7 % du PNB à l’aide au développement. Il est donc légitime de s’attendre à ce que le gouvernement accentue ses efforts en la matière en 2005 et au cours des années suivantes.
Dit wettigt allicht de hoop dat het menens is met de wettelijke verplichting om tegen het jaar 2010 te komen tot een ontwikkelingssamenwerking waarvan de omvang gelijkstaat met 0,7 % van het BNP. De hoop lijkt gewettigd te verwachten dat de regering in het jaar 2005 en ook de volgende jaren de inspanning zal opdrijven. E´én en ander moet op geordende wijze gebeuren na het cijfer van 0,41 % van het jaar 2004.
L’augmentation devra se faire de manière ordonnée, en prenant comme point de départ le chiffre de 2004, soit 0,41 % du PNB.
Telkens werd daarbij de noodzaak aangehaald de omvang van de ontwikkelingshulp te verdubbelen.
1. Comment comptez-vous réaliser le programme prévu ci-dessus ?
1. Hoe denkt u het hiervoor vooropgesteld programma te zullen realiseren ?
2. Comment pourrons-nous atteindre, en 2010, les 0,7 % imposés par la loi ?
2. Hoe kunnen we zo in het jaar 2010 de wettelijk bepaalde 0,7 % bereiken ?
DO 2004200504215
DO 2004200504215
Question no 80 de M. Luk Van Biesen du 9 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 80 van de heer Luk Van Biesen van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Ambassadrice pour le sida.
Ambassadeur voor aids.
Votre prédécesseur a nommé Mme Gustin au poste d’ambassadrice pour le sida.
Uw voorganger benoemde mevrouw Gustin tot ambassadeur voor aids.
1. De quel effectif cette ambassadrice dispose-telle ?
1. Over hoeveel personeelsleden beschikt deze ambassadeur ?
2. Quel est son lieu de résidence ?
2. Waar is ze gestationeerd ?
3. Quand réside-t-elle à Bruxelles et avec quelle fréquence ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
3. Wanneer en hoe vaak vertoeft ze in Brussel ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14210
4. Est-elle rémunérée pour ce travail ?
4. Wordt deze ambassadeur hiervoor vergoed ?
5. Qu’a-t-elle fait jusqu’à présent pour donner forme à la politique de lutte contre le sida et le virus HIV ?
5. Wat heeft ze totnogtoe verricht om het HIV-aids beleid gestalte te geven ?
DO 2004200504222
DO 2004200504222
Question no 82 de M. Gerolf Annemans du 9 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 82 van de heer Gerolf Annemans van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
République Démocratique du Congo. — Accords de coopération concernant la reconstruction de certains ports congolais.
Democratische Republiek Kongo. — Samenwerkingsakkoorden in verband met heropbouw van sommige Kongolese havens.
Le 12 avril 2005, la Belgique et la République Démocratique du Congo ont conclu des accords de coopération relatifs à la reconstruction des ports congolais de Matadi et de Kinshasa. Le port d’Anvers contribuera à la réhabilitation de Matadi et le port de Bruxelles collaborera avec le port de la capitale congolaise. La gestion des ports de Matadi et Kinshasa est de la responsabilité de l’Office national des Transports congolais (ONATRA). Le gouvernement fédéral dégagera 1 million d’euros pour financer cette collaboration entre les ports belges et congolais. Toutefois, l’Inspection des Finances préfère quant à elle ne pas accorder de soutien direct aux autorités portuaires congolaises « compte tenu du manque d’efficacité d’ONATRA et du manque de transparence de sa politique financière ». La réputation douteuse d’ONATRA soulève des questions graves quant à la durabilité des projets actuellement soumis.
Op 12 april 2005 hebben Belgie¨ en de Democratische Republiek Kongo samenwerkingsakkoorden gesloten over de heropbouw van de Kongolese havens van Matadi en Kinshasa. De haven van Antwerpen gaat helpen in Matadi, terwijl de haven van Brussel zal samenwerken met de haven in de Kongolese hoofdstad. Het beheer van de havens van Matadi en Kinshasa valt onder de verantwoordelijkheid van de Office national des Transports congolais (ONATRA). De federale regering maakt 1 miljoen euro vrij voor de samenwerking tussen de Belgische en Kongolese havens. De Inspectie van Financie¨n opteert echter om geen rechtstreekse financie¨le steun te verlenen aan de Kongolese havenautoriteit « daar ONATRA niet al te efficie¨nt functioneert en het financieel beleid niet al te transparant verloopt ». De dubieuze reputatie van ONATRA doet ernstige vragen rijzen met betrekking tot de duurzaamheid van de voorliggende projecten.
1. Tenez-vous compte de l’avis de l’Inspection des Finances suivant lequel il y a des risques très réels que les projets soumis actuellement n’aboutissent pas à des résultats substantiels sans réforme radicale préalable de la gestion des ports et sans les garanties supplémentaires indispensables dans un tel contexte ?
1. Houdt u rekening met het advies van de Inspectie van Financie¨n dat de risico’s zeer ree¨el zijn dat de voorliggende projecten niet tot substantie¨le resultaten zullen leiden zonder voorafgaande grondige hervorming van het havenmanagement en de nodige bijkomende onontbeerlijke waarborgen in dit kader ?
2. Dans l’affirmative,
2. Zo ja,
a) quelles mesures concrètes ont été prises et quelles dates ont été convenues pour mener la réforme de la gestion portuaire ?
a) welke concrete maatregelen werden getroffen en welke streefdata werden afgesproken voor de hervorming van het havenmanagement;
b) quelles mesures supplémentaires ont été prises pour garantir la durabilité des programmes à l’étude actuellement ?
b) welke bijkomende maatregelen werden genomen ter waarborging van de duurzaamheid van de voorliggende programma’s ?
3. Dans la négative, pour quelles raisons compte tenu du fait que, selon toute probabilité, le partenariat auquel la « Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen » et la « Société régionale du Port de Bruxelles » ont souscrit avec SONATRA offre des garanties insuffisantes du point de vue de la durabilité des projets ?
3. Zo neen, wat is hiervoor uw motivatie, gelet op het feit dat het partenariaat dat het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen en de Gewestelijke Vennootschap van de Haven van Brussel met ONATRA zijn aangegaan naar alle waarschijnlijkheid onvoldoende waarborgen kan bieden voor de duurzaamheid van de projecten ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14211
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Fonction publique
Ambtenarenzaken
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 141 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 141 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 142 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 142 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupe-
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het moge2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14212
ment des services publics logés dans différents immeubles.
lijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ? 3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Intégration sociale
Maatschappelijke Integratie
DO 2004200503465
DO 2004200503465
Question no 123 de M. Gerolf Annemans du 13 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 123 van de heer Gerolf Annemans van 13 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Recul de la solidarité intergénérationnelle. — Misère sociale en augmentation.
Achteruitgang van de intergenerationele solidariteit. — Stijgende sociale armoede.
Il ressort d’une étude réalisée par l’assureur AXA dans 15 pays que les Belges sont sensiblement moins enclins à la solidarité intergénérationnelle que les habitants du sud de l’Europe et des pays asiatiques. Cela signifie que dans ces régions du monde, les enfants ont beaucoup plus tendance que chez nous à soutenir leurs
Uit een onderzoek dat verzekeraar AXA in 15 landen heeft uitgevoerd blijkt dat de bereidheid tot intergenerationele solidariteit in Belgie¨ heel wat kleiner is dan in bijvoorbeeld Zuid-Europa en Azie¨. Dit betekent dat kinderen in deze laatste landen heel wat meer bereidheid vertonen hun ouders zowel financieel als
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14213
parents tant financièrement que du point de vue immatériel. On constate donc que notre modèle de société et la solidarité interpersonnelle s’effritent de plus en plus.
immaterieel te steunen. Dit duidt er immers op dat onze samenleving en de solidariteit tussen de mensen steeds verder afbrokkelt.
Il va de soi que le problème du déclin de la solidarité intergénérationnelle est un phénomène d’une bien plus grande ampleur encore que l’ensemble des problèmes liés à la famille car il conduit à une augmentation générale de la misère sociale dans les villes. De plus en plus de gens n’ont presque plus de contacts avec leurs proches, voire plus du tout.
Uiteraard stelt het probleem van de teloorgang van de intergenerationele solidariteit zich nog heel wat breder als een gezinsproblematiek. Zo leidt de afbraak van de solidariteit tussen de generaties tot een algemene toename van de sociale armoede in de samenleving. Steeds meer mensen hebben weinig of geen contact met hun naasten.
1. Le ministre pourrait-il nous dire quels indicateurs il utilise pour mesurer les effets des actions politiques menées dans le domaine de la misère sociale ?
1. Wij zouden van de minister graag vernemen welke indicatoren de minister gebruikt om de effecten van beleidsdaden in het domein van de sociale armoede te meten.
Pourrait-il dès lors nous donner un aperçu des résultats que donnent ces indicateurs ?
Kan u ons dan ook een overzicht geven van de bevindingen van deze indicatoren ?
2. De quels instituts de recherche belges ou étrangers ces indicateurs proviennent-ils ?
2. Van welke binnen- of buitenlandse onderzoeksinstellingen zijn deze indicatoren afkomstig ?
Politique des grandes villes
Grootstedenbeleid
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 42 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 42 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14214
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 43 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 43 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14215
E´galité des chances
Gelijke Kansen
DO 2004200504189
DO 2004200504189
Question no 59 de M. Filip De Man du 4 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 59 van de heer Filip De Man van 4 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme. — Erreur dans le manuel intitulé « Loi du 30 juillet 1981 tendant à réprimer certains actes inspirés par le racisme ou la xénophobie ».
Centrum van gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding. — Fout in het boek « De wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden ».
En mai 1999, lorsque le Centre a publié ce manuel, l’article 1er de la loi du 30 juillet 1981 tendant à réprimer certains actes inspirés par le racisme ou la xénophobie était libellé comme suit : ... (deuxième alinéa) :
Op het ogenblik waarop voormeld boek uitgegeven werd (mei 1999) door het Centrum luidde artikel 1 van de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenophobie ingegeven daden als volgt : ... (tweede lid) :
1o quiconque, dans l’une des circonstances indiquées à l’article 444 du Code pénal, incite à la discrimination, à la haine ou à la violence à l’égard d’une personne, en raison de sa race, de sa couleur, de son ascendance ou de son « origine nationale ou ethnique »;
1o hij die in de omstandigheden genoemd in artikel 444 van het Strafwetboek aanzet tot discriminatie, haat of geweld jegens een persoon wegens zijn ras, zijn huidskleur, zijn afkomst of zijn « nationale of etnische afstamming »;
2o quiconque, dans l’une des circonstances indiquées à l’article 444 du Code pénal, incite à la discrimination, à la ségrégation, à la haine ou à la violence à l’égard d’un groupe, d’une communauté ou de leurs membres, en raison de la race, de la couleur, de l’ascendance ou de « l’origine nationale ou ethnique » de ceux-ci ou de certains d’entre eux.
2o hij die in de omstandigheden genoemd in artikel 444 van het Strafwetboek aanzet tot discriminatie, rassenscheiding, haat of geweld jegens een groep, een gemeenschap of de leden ervan, wegens het ras, de huidskleur, zijn afkomst of de « nationale of etnische afstamming » van deze leden of van sommigen onder hen.
Mais le Centre écrit ce qui suit en pages 69 et 70 de son ouvrage : « ... (deuxième alinéa) :
Op bladzijden 69 en 70 van het boek van het Centrum leest men echter : « ... (tweede lid) :
1o quiconque, dans l’une des circonstances indiquées à l’article 444 du Code pénal, incite à la discrimination, à la haine ou à la violence à l’égard d’une personne en raison de sa race, de sa couleur, de son ascendance, de son origine ou de sa « nationalité »;
1o hij die in de omstandigheden genoemd in artikel 444 van het Strafwetboek aanzet tot discriminatie, haat of geweld jegens een persoon wegens zijn ras, huidskleur, afstamming, afkomst of « nationaliteit »;
2o quiconque, dans l’une des circonstances indiquées à l’article 444 du Code pénal, incite à la discrimination, à la ségrégation, à la haine ou à la violence à l’égard d’un groupe, d’une communauté ou de leurs membres, en raison de la race, de la couleur, de l’ascendance ou de « l’origine nationale ou ethnique » de ceux-ci ou de certains d’entre eux; ».
2o hij die in de omstandigheden genoemd in artikel 444 van het Strafwetboek aanzet tot discriminatie, rassenscheiding, haat of geweld jegens een groep, een gemeenschap of de leden ervan, wegens het ras, de huidskleur, de afstamming, de afkomst of de « nationaliteit » van deze leden of van sommigen onder hen. ».
« L’erreur » commise par le Centre est d’autant plus curieuse que ce dernier devait être au courant de la recommandation du Comité des Nations-unies pour l’élimination de la discrimination raciale (Document CERD/C/304/Add. 26/23, avril 1997), notamment le § 17, dernière phrase), dans laquelle le Comité critique la loi du 12 avril 1994 modifiant la loi du 30 juillet
De « vergissing » begaan door het Centrum is des te merkwaardiger vermits het Centrum op de hoogte moest zijn van de aanbeveling van het Comité voor de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie van de Verenigde Naties (Document CERD/C/304/ Add. 26/23, April 1997), inzonderheid § 17, laatste zin) waarin kritiek werd gegeven op de wet van 12 april
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14216
1981 et demande au gouvernement belge de supprimer le terme « nationalité » dans la loi du 30 juillet 1981 tendant à réprimer certains actes inspirés par le racisme ou la xénophobie.
1994 tot wijziging van de wet van 30 juli 1981 en waarbij de Belgische regering gevraagd werd in de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden over het woord « nationaliteit » weg te laten.
1. Eˆtes-vous au courant de l’erreur visée ci-dessus ?
1. Bent u op de hoogte van de hiervoor bedoelde vergissing ?
2. Selon vous, qui doit assumer la responsabilité de cette erreur ?
2. Wie moet volgens u de verantwoordelijkheid voor deze vergissing dragen ?
3. Pouvez-vous m’assurer qu’il s’agit bien d’une erreur et non d’une attitude intentionnelle et pourriezvous mener une enquête à ce sujet ?
3. Kan u verzekeren dat het wel om een vergissing gaat, dat er geen opzet in het spel is en kan er terzake een onderzoek ingesteld worden ?
4. Le manuel en question a-t-il été utilisé pour la formation des magistrats (juges et membres du ministère public) ?
4. Werd het bedoelde boek gebruikt voor de opleiding van de magistraten (rechters en leden van het openbaar ministerie) ?
5. Le Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme a-t-il déjà publié un rectificatif ?
5. Heeft het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding ooit een rechtzetting gepubliceerd ?
6. Estimez-vous qu’il serait quand même opportun d’inviter le Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme à publier un rectificatif, par exemple en diffusant un erratum à envoyer à toutes les juridictions, barreaux, services publics compétents pour l’application de la loi et à toutes les bibliothèques qui, d’après des sources telles qu’internet, s’avéreraient disposer de ce manuel. ` combien d’exemplaires le manuel a-t-il été 7. A imprimé et y a-t-il encore des exemplaires invendus ?
6. Acht u het nodig het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding uit te nodigen toch nog een rechtzetting te publiceren, bijvoorbeeld door het verspreiden van een erratum te zenden naar alle rechtscolleges, balies, voor de toepassing van de wet bevoegde openbare diensten en aan alle bibliotheken waarvan men kan te weten komen, via het internet bijvoorbeeld, dat ze het boek in voorraad hebben ?
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 60 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 60 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in Oost-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
7. Op hoeveel exemplaren werd het boek gedrukt en zijn er nog onverkochte exemplaren ?
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14217
Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 61 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 61 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14218
Ministre de la Mobilité
Minister van Mobiliteit
DO 2004200504190
DO 2004200504190
Question no 277 de M. Francis Van den Eynde du 4 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 277 van de heer Francis Van den Eynde van 4 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Fiabilité des statistiques relatives aux accidents.
Betrouwbare ongevallenstatistieken.
Par rapport à 2001, le nombre de tués sur les routes aurait diminué de 9 pour cent en 2002. Ce chiffre est le résultat de nouveaux calculs effectués par l’Institut national de statistique.
Ten overstaan van 2001 zou in 2002 het aantal verkeersdoden met 9 % gedaald zijn. E´én en ander zou blijken uit « herkalibraties » van het Nationaal Instituut voor Statistiek.
Or, chacun s’accorde à dire que les premières données chiffrées n’étaient pas fiables en raison de problèmes de traitement des informations liés à la réforme des polices et que les nouveaux chiffres semblent tout aussi peu fiables.
Het is echter zo dat iedereen het erover eens is dat de eerste cijfers niet betrouwbaar bleken door problematische informatieverwerking in de nasleep van de politiehervorming en dat de nieuwe cijfers al evenmin te betrouwen zijn.
L’Institut national de statistique lui-même reconnaıˆt que les nouvelles données doivent être interprétées avec prudence.
Het is zelfs zo dat het Nationaal Instituut voor statistiek zelf toegeeft dat de nieuwe gegevens « omzichtig » geı¨nterpreteerd moeten worden.
En effet, les chiffres de 2001 ont été calculés selon une autre méthode que ceux de 2002.
De cijfers voor 2001 zijn immers op een of andere manier berekend dan de cijfers voor 2002.
1. Quelles démarches ont été entreprises pour nous informer d’une manière plus précise de l’évolution des statistiques relatives aux accidents ?
1. Welke stappen werden er ondernomen om ons op een meer precieze wijze te informeren van de evolutie van onze ongevallenstatistieken ?
2. Quand la situation se sera-t-elle normalisée sur ce plan ?
2. Tegen wanneer zal een en ander geregeld zijn ?
DO 2004200504223
DO 2004200504223
Question no 278 de M. Dylan Casaer du 9 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 278 van de heer Dylan Casaer van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Pourcentages de réussite aux examens de conduite.
Slaagpercentages bij rijexamens.
L’Institut national de statistique a publié récemment les chiffres relatifs aux accidents de roulage en 2002. Tout le monde se rend compte que ces chiffres devraient être mis à disposition beaucoup plus vite si le gouvernement veut avoir la possibilité de façonner sa politique en fonction de ces chiffres. Aussi le ministre a-t-il eu raison de créer le nouveau baromètre de la Sécurité routière. Et il importe que nous disposions de chiffres récents sur d’autres plans également. Compte tenu du fait que l’apprentissage de la conduite et l’accompagnement des candidats conducteurs doivent, d’urgence, être l’objet d’une évaluation, les questions suivantes se posent.
Het Nationaal Instituut voor de statistiek heeft onlangs de verkeersongevallencijfers van 2002 bekend gemaakt. Iedereen beseft dat deze cijfers veel sneller ter beschikking gesteld moeten worden om het beleid erop te kunnen afstemmen. De minister heeft dan ook terecht de nieuwe verkeersveiligheidsbarometer in het leven geroepen. Ook op andere vlakken is het belangrijk dat we over recente cijfers beschikken. Aangezien de rijopleiding en rijbegeleiding dringend aan een evaluatie toe zijn, rijzen volgende vragen.
1. Quels ont été, en 2003 et en 2004, les pourcentages de réussite aux différents modèles d’apprentissage en matière de formation à la conduite ?
1. Wat zijn de slaagpercentages in 2003 en in 2004 voor de verschillende leermodellen inzake rijopleiding ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14219
2. Avez-vous une idée du pourcentage de candidats conducteurs qui commencent par ce qu’on appelle la filière libre et passent ensuite à un autre type d’écolage ?
2. Heeft u zicht op hoeveel procent van de kandidaat-chauffeurs start met de zogenaamde vrije opleiding en daarna overschakelt naar een andere vorm van opleiding ?
3. Pourriez-vous communiquer, en ce qui concerne les accidents et le permis de conduire obtenu par les conducteurs impliqués dans ces accidents, d’autres chiffres que ceux qui ressortent de l’étude réalisée en 1999-2000 par l’Institut belge pour la sécurité routière (IBSR) ?
3. Kan u cijfers inzake ongevallen en het behaalde rijbewijs meedelen, andere dan deze uit de studie van het Belgisch Instituut van de verkeersveiligheid (BIVV) van 1999-2000 ?
4. a) Eˆtes-vous disposé à faire réaliser une telle étude avant d’évaluer la formation à la conduite dans sa totalité ?
4. a) Bent u bereid om dergelijk onderzoek te laten uitvoeren alvorens de volledige rijopleiding te evalueren ?
b) Dans l’affirmative, quand espérez-vous les résultats ?
b) Zo ja, op welke termijn verwacht u de resultaten ?
c) Dans la négative, sur quoi envisagez-vous de baser vos futures actions politiques ?
c) Zo niet, waarop overweegt u uw beleidsdaden te baseren ?
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 279 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 279 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14220
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 280 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 280 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
DO 2004200504244
DO 2004200504244
Question no 281 de Mme Nathalie Muylle du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 281 van mevrouw Nathalie Muylle van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Machines agricoles tractées. — Systèmes de freinage.
Getrokken landbouwmachines. — Remsystemen.
La loi prévoit que tous les véhicules tractés de plus de 750 kg doivent être équipés de freins. Cette réglementation technique de la circulation routière
De wet schrijft voor dat alle getrokken voertuigen van meer dan 750 kg geremd moeten zijn. Deze technische verkeersreglementering geldt ook voor getrokken
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14221
s’applique également aux machines agricoles tractées. Une demande d’autorisation doit être introduite auprès du service Véhicules du SPF Mobilité et Transport pour les machines agricoles tractées (arracheuses de pommes de terre, moissonneuses, etc.) d’une largeur de plus de 2,55 m.
landbouwmachines. Getrokken landbouwmachines (aardappelrooiers, maaiers, enzovoort) met een breedte van meer dan 2,55 m moeten een vergunning aanvragen bij de Dienst voertuigen van de FOD Mobiliteit en Vervoer.
Si les fabricants équipent actuellement la plupart des nouvelles machines d’un système de freinage, il n’existe pour l’heure aucune obligation pour les fabricants de mettre sur le marché des machines équipées de freins. Parmi les machines existantes, qui ont une durée de vie d’environ dix ans, très peu sont équipées de freins.
Nieuwe machines worden vandaag door de fabrikanten meestal uitgerust met een remsysteem. Meestal, want er is vandaag geen enkele verplichting naar de fabrikanten toe om de machines met remmen op de markt te brengen. Van de bestaande machines, die ongeveer tien jaar meegaan, zijn er bijna geen die zijn uitgerust met remmen.
Une demande d’autorisation de « transport exceptionnel » ne peut être introduite étant donné que ces machines agricoles ne sont pas équipées de freins. Le problème se pose surtout en raison du fait que l’actuel parc de machines est composé en grande partie de machines plus anciennes (des machines couˆteuses vieilles souvent de quelques années seulement) qui ne sont pas équipées à ce jour d’un système de freinage. Cette situation est une grande source d’insécurité juridique.
Aangezien er op deze landbouwmachines geen remmen voorzien zijn, kan er geen vergunning « uitzonderlijk vervoer » worden aangevraagd. Het probleem doet zich vooral voor door het feit dat het machinepark vandaag grotendeels bestaat uit oudere machines (dure machines, vaak maar een paar jaar oud) die op vandaag niet uitgerust zijn van een remsysteem. Dit zorgt voor grote rechtsonzekerheid.
Eˆtes-vous disposé à élaborer une mesure transitoire (un scénario d’extinction) permettant de soustraire les machines agricoles existantes à cette obligation, de sorte que les conducteurs puissent introduire une demande d’autorisation et circuler légalement sur la voie publique ?
Bent u bereid om een overgangsmaatregel (uitdoofscenario) te bepalen waarbij bestaande landbouwmachines van deze verplichting kunnen worden ontheven, zodat de gebruikers een vergunning kunnen aanvragen en zich op een wettelijke manier op de openbare weg kunnen begeven ?
DO 2004200504245
DO 2004200504245
Question no 282 de M. Guido De Padt du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 282 van de heer Guido De Padt van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Réduction du nombre de poids lourds sur les routes en stimulant le transport par voie navigable.
Vermindering aantal trucks op de weg door stimulering van het binnenscheepvaartverkeer.
Plusieurs entreprises belges se plaignent des couˆts trop élevés dans le cadre du passage à un type de transport plus respectueux de l’environnement.
Enkele Belgische bedrijven klagen over het feit dat wanneer ze bereid zijn over te schakelen op milieuvriendelijker transport, zij geconfronteerd worden met te hoge kosten.
Un problème se pose en ce qui concerne le transport par voie navigable. La loi Major impose des règles de sécurité tout aussi strictes pour le chargement et le déchargement tant d’un petit bateau que d’un grand navire. Le rechargement est dès lors très onéreux, car il faut faire appel à du personnel portuaire supplémentaire. Ce rechargement pourrait cependant être effectué avec moins de personnel. Les entreprises optent dès lors pour le transport par poids lourd, et ce uniquement pour des motifs financiers, alors que le transport par voie navigable, par exemple entre Gand et Roulers, est parfaitement envisageable.
E´én probleem situeert zich bij de binnenscheepvaart. De veiligheidsvoorschriften voor het laden en lossen van een klein binnenschip zijn door de wetMajor even streng als voor een groot zeeschip. Daardoor is het herladen enorm duur omdat extra havenpersoneel moet worden ingezet. Nochtans zou dit met veel minder mensen kunnen. Bedrijven kiezen dan al vlug voor het vervoer per vrachtwagen enkel omdat het goedkoper uitkomt, terwijl het via binnenscheepvaart, bijvoorbeeld tussen Gent en Roeselare, perfect mogelijk is.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14222
1. a) Eˆtes-vous partisan de mesures visant à réduire le nombre de poids lourds sur les routes en stimulant le transport par voie navigable ?
1. a) Bent u voorstander van maatregelen die het aantal trucks op de weg kunnen verminderen door het stimuleren van het binnenscheepvaartverkeer ?
b) Dans l’affirmative, quelles mesures spécifiques comptez-vous prendre pour stimuler le transport par voie navigable ?
b) Zo ja, welke specifieke maatregelen overweegt u dan te nemen om het binnenscheepvaartvervoer te stimuleren ?
2. a) Estimez-vous que la loi Major a un effet contreproductif lorsqu’il s’agit de stimuler le transport par voie navigable ?
2. a) Ervaart u de wet-Major als een contraproductief element als het om het bevorderen van de binnenscheepvaart gaat ?
b) Dans l’affirmative, pouvez-vous, en tant que ministre de la Mobilité, prendre des mesures afin de réduire ces couˆts, ou comptez-vous aborder ce problème avec vos collègues ?
b) Zo ja, kunt u als minister van Mobiliteit aan dit hoge kostenplaatje iets verhelpen of overweegt u dit probleem aan te kaarten bij uw collega’s ?
DO 2004200504267
DO 2004200504267
Question no 283 de M. Elio Di Rupo du 11 mai 2005 (Fr.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 283 van de heer Elio Di Rupo van 11 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Mobiliteit :
Accès aux chemins réservés aux piétons, cyclistes et cavaliers.
Toegang tot de wegen voorbehouden voor voetgangers, fietsers en ruiters.
Le Réseau autonome des voies lentes (RAVEL) a été développé en Région wallonne afin d’offrir aux piétons, cyclistes, personnes à mobilité réduite et cavaliers des itinéraires de promenades conviviaux et sécurisés.
Het Réseau autonome des voies lentes (RAVEL) werd door het Waals Gewest ontwikkeld om voetgangers, fietsers, personen met een beperkte mobiliteit en ruiters aangename en veilige paden aan te bieden.
La pratique a cependant mis en lumière la nécessité d’autoriser des dérogations dans un nombre limité de circonstances.
Uit de praktijk is echter gebleken dat in een beperkt aantal gevallen afwijkingen noodzakelijk zijn.
Il s’agit pour l’essentiel de permettre l’accès au moyen d’un véhicule motorisé :
Motorvoertuigen zouden met name in volgende gevallen toegang tot die paden moeten krijgen :
A) en ce qui concerne les chemins situés le long des voies hydrauliques :
A) Wat de wegen langs de waterwegen betreft :
— des personnes handicapées qui souhaitent pratiquer la pêche le long des voies d’eau afin d’atteindre les lieux accessibles à cette pratique;
— motorvoertuigen van personen met een handicap die willen vissen, zodat ze de toegankelijke visplaatsen kunnen bereiken;
— des véhicules de surveillance, de controˆle, d’étude et d’entretien des voies d’eau;
— voertuigen bestemd voor het toezicht en de controle op en de studie en het onderhoud van de waterwegen;
— des trains touristiques;
— toeristische treinen;
— des véhicules de riverains ainsi que de leurs fournisseurs et visiteurs.
— voertuigen van aanwonenden, van hun leveranciers en van bezoekers.
B) En ce qui concerne les anciennes voies de chemins de fer incorporées au RAVEL :
B) Wat de vroegere spoorwegen betreft die deel uitmaken van het RAVEL :
— des conducteurs de bestiaux sous la condition qu’ils soient riverains du RAVEL et qu’il n’existe pas de chemins agricoles accessibles pour ce faire.
— de veevervoerders op voorwaarde dat hun percelen aan het RAVEL palen en dat er geen toegankelijke landbouwwegen bestaan.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14223
` cet effet, la Région wallonne vous a sollicité par A courrier le 22 février 2005. Elle propose qu’en vertu de vos compétences sur le code de la route vous modifiiez le point 1, de l’article 22quinquies relatif à la circulation sur les chemins réservés aux piétons, cyclistes et cavaliers et ce, afin d’élargir la portée des dérogations autorisées. Qu’envisagez-vous à cet égard ?
Het Waals Gewest richtte u in dat verband op 22 februari 2005 een schrijven, waarin het vraagt dat u, in toepassing van uw bevoegdheid voor de Wegcode, punt 1 van artikel 22quinquies betreffende het verkeer op wegen voorbehouden voor voetgangers, fietsers en ruiters zou wijzigen en de bestaande uitzonderingen zou uitbreiden. Wat zijn uw plannen daaromtrent ?
DO 2004200504289
DO 2004200504289
Question no 284 de M. Willy Cortois du 18 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité : Part de marché croissante des transporteurs low cost opérant à partir des aéroports belges. Comme cela avait été le cas aux E´tats-Unis, la libéralisation du secteur aérien a également donné lieu à une multiplication des transporteurs low cost en eurospe, à la grande joie des consommateurspassagers. Le périodique de référence anglais « The Economist » du 29 janvier 2005 a rapporté que ces entreprises ont transporté en 2004 quelque 80 millions de passagers en eurospe, contre 47 millions en 2003. Selon des estimations, les compagnies low cost transportent à l’heure actuelle déjà 20 % de la totalité des passagers et leur part de marché devrait atteindre les 40 % en 2010. 1. Combien de compagnies low cost opèrent-elles à partir des aéroports belges ? Lesquelles ? Pourriez-vous me faire connaıˆtre le nombre de vols par aéroport ainsi que l’évolution de ces chiffres au cours des trois dernières années ? 2. a) Combien de passagers recourent-ils aux services d’une compagnie low cost dans chacun de nos aéroports et quelles destinations ces compagnies proposent-elles ? b) Quelle a été l’évolution de ces chiffres au cours des trois dernières années ? 3. Pour me permettre d’évaluer l’impact de ces activités sur l’ensemble du secteur aérien, pourriez-vous en outre me faire connaıˆtre le nombre total des passagers qui s’adressent à des transporteurs classiques au départ des aéroports belges ainsi que les chiffres relatifs aux trois dernières années ?
Vraag nr. 284 van de heer Willy Cortois van 18 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit : Groeiende marktaandeel van low-cost carriers die vanuit onze Belgische luchthavens opereren. De liberalisering van de luchtvaartsector heeft, na de Verenigde Staten, ook in europa aanleiding gegeven tot een ware explosie van de low-cost carriers tot vreugde van de consumenten-passagiers. In het gezaghebbend Engelse tijdschrift « The Economist » van 29 januari 2005 lees ik dat in 2004 in europa circa 80 miljoen passagiers door deze maatschappijen werden vervoerd, tegenover 47 miljoen in 2003. Volgens ramingen zijn de low-cost maatschappijen nu al goed voor 20 % van het totaal aantal passagiers en hun marktaandeel zou in 2010 tot 40 % oplopen.
DO 2004200504291
DO 2004200504291
Question no 285 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 18 mai 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 285 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 18 mei 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit : Ongevallen waarbij vrachtwagens betrokken zijn. Vrachtwagenchauffeurs mogen maximaal 8 uur na elkaar doorrijden. Dat het evidenter is om dit ’s nachts
Accidents impliquant des camions. La durée du travail des chauffeurs de camions ne peut excéder 8 heures d’affilée. Il va de soi que le calme
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1. Hoeveel en welke low-cost-maatschappijen opereren vanuit de Belgische luchthavens ? Graag hun aantal vluchten per luchthaven op jaarbasis en de evolutie gedurende de jongste drie jaar. 2. a) Hoeveel passagiers vertrekken uit ieder van deze luchthavens met een low-cost maatschappij en welke bestemmingen worden aangeboden ? b) Hoe ziet de evolutie eruit gedurende de jongste drie jaar ? 3. Om de impact op de totale luchtvaartsector in te schatten, kan u tevens het totaal aantal passagiers meedelen die in globo via de klassieke luchtvaartmaatschappijen uit Belgische luchthavens vertrekken en welke de cijfers zijn van de jongste drie jaar ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14224
de la nuit se prête plus aisément à ces déplacements que le trafic dense pendant la journée.
te doen en niet overdag wanneer het verkeer veel drukker is, ligt voor de hand.
Il ressort d’un entretien avec l’exploitant d’une entreprise de transport locale que la majorité des accidents impliquant des camions se produisent à l’aube, au moment ou` le chauffeur s’assoupit après avoir passé de longues heures sur des autoroutes calmes.
Uit een onderhoud dat ik had met een plaatselijke transportfirma kwam de stelling naar boven dat dit de reden is dat ongevallen met vrachtwagens veelal ’s morgens gebeuren. Na een nacht doorrijden op kalme autowegen slaat de vermoeidheid bij de chauffeur toe en is er dus ook meer kans op een ongeval.
1. Combien d’accidents impliquant des camions se sont produits en 2003 et à quel moment de la journée ?
1. Hoeveel ongevallen deden zich in 2003 voor waarbij vrachtwagens betrokken waren, en op welk tijdstip gebeurden deze ongevallen ?
2. Combien d’accidents impliquant des camions se sont produits en 2004 et à quel moment de la journée ?
2. Hoeveel ongevallen deden zich in 2004 voor waarbij vrachtwagen betrokken waren, en op welk tijdstip gebeurden deze ongevallen ?
3. Combien d’accidents impliquant des camions se sont produits entre janvier et mai 2005 et à quel moment de la journée ?
3. Hoeveel ongevallen deden zich van januari tot mei 2005 voor waarbij vrachtwagens betrokken waren, en op welk tijdstip gebeurden deze ongevallen ?
4. Combien de ces accidents ont-ils provoqué des décès ?
4. Hoeveel dodelijke slachtoffers vielen er over de periode van januari 2003 tot mei 2005 bij ongevallen waarbij vrachtwagens betrokken waren ?
Ministre de l’Environnement et des Pensions
Minister van Leefmilieu en Pensioenen
Pensions
Pensioenen
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 101 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 101 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in Oost-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14225
Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 102 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 102 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14226
Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 39 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances :
Vraag nr. 39 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 40 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances :
Vraag nr. 40 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupe-
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het moge2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14227
ment des services publics logés dans différents immeubles.
lijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont-ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ? 3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères
Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
DO 2004200504292
DO 2004200504292
Question no 41 de M. Philippe Collard du 18 mai 2005 (Fr.) au secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 41 van de heer Philippe Collard van 18 mei 2005 (Fr.) aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Répartition des fonds. — Objectif 1. — Objectif 2.
Verdeling van de fondsen. — Doelstelling 1. — Doelstelling 2.
La préparation de la programmation 2007/2013 des fonds structurels européens est en cours et devrait
De programmatie 2007/2013 van de Europese structurele fondsen wordt momenteel voorbereid. Een en
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14228
aboutir à des décisions avant fin juin 2005, sous présidence grand-ducale.
ander zou vo´o´r eind juni 2005, onder het Luxemburgse voorzitterschap, in beslissingen moeten uitmonden.
La négociation sur l’importance du budget communautaire revêt évidemment dans ce contexte un caractère fondamental pour le soutien du développement des régions en retard ou en difficulté. Vous avez indiqué, lors d’une récente intervention préalable à une réunion du Conseil européen se tenant sur le sujet fin avril 2005 à Luxembourg, que la Belgique démontrerait que le Hainaut a besoin de plus de fonds de cohésion (Objectif 1), et d’autre part qu’elle défendrait aussi l’obtention de fonds destinés à la compétitivité régionale et à l’emploi (Objectif 2), dont ont besoin Bruxelles, la Flandre et Liège.
De onderhandelingen over de omvang van de communautaire begroting is in die context uiteraard van essentieel belang voor de ondersteuning van de ontwikkeling van achtergebleven gebieden of gebieden in moeilijkheden. Tijdens een recente toespraak voorafgaand aan een vergadering van de Europese Raad die eind april 2005 over dat onderwerp in Luxemburg heeft plaatsgevonden, heeft u aangegeven dat Belgie¨ zou aantonen dat Henegouwen behoefte heeft aan meer cohesiefondsen (Doelstelling 1) en dat ons land anderzijds ook de toewijzing van fondsen voor de regionale competitiviteit en werkgelegenheid (Doelstelling 2), waar Brussel, Vlaanderen en Luik behoefte aan hebben, zou verdedigen.
1. Comment la négociation de répartition des fonds va-t-elle se dérouler au niveau fédéral entre les différentes régions, en tenant compte du préciput de l’Objectif 1 ?
1. Hoe zullen de onderhandelingen op federaal niveau tussen de diverse gewesten verlopen, rekening houdend met het precipuut van Doelstelling 1 ?
2. Comment et suivant quels critères la détermination des zones éligibles à l’Objectif 2 s’est-elle effectuée en Belgique, pour déterminer la Flandre, Bruxelles et Liège, ainsi que repris dans votre déclaration ?
2. Hoe en op grond van welke criteria werd vastgesteld welke gebieden in ons land voor Doelstelling 2 in aanmerking komen, wetende dat Vlaanderen, Brussel en Luik werden geselecteerd, zoals in uw verklaring werd aangegeven ?
3. Quel est le calendrier de ces différentes négociations au sein de l’E´tat fédéral ?
3. Wat is het tijdpad van de diverse onderhandelingen op het niveau van de federale Staat ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14229
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.
Premier ministre
Eerste minister
DO 2004200503793
DO 2004200503793
Question no 89 de M. Roel Deseyn du 11 mai 2005 (N.) au premier ministre :
Vraag nr. 89 van de heer Roel Deseyn van 11 mei 2005 (N.) aan de eerste minister :
Octroi de subsides pour les « festivités 175-25 ans ».
Toewijzing van subsidies voor de « 175-25 jaarfestiviteiten ».
Cette année, notre pays fête son 175e anniversaire et 25 ans de fédéralisme. Les pouvoirs publics appellent les milieux associatifs à participer à ces festivités et à en organiser eux-mêmes. Ils peuvent faire leurs propositions sur le site www.175-25.be. Elles sont alors transmises à un secrétariat exécutif responsable de l’organisation et de la coordination des activités. Ce secrétariat travaille dans le cadre institué par le comité de parrainage. Une bonne collaboration entre le fédéral, les Communautés et les Régions doit garantir la réussite de cette année de célébrations.
Dit jaar viert ons land 175 jaar Belgie¨ en 25 jaar federalisme. De overheid heeft het verenigingsleven opgeroepen om deel te nemen aan deze festiviteiten en zelf activiteiten te organiseren. Dit kan via de website www.175-25.be. Achter deze website steekt een uitvoerend secretariaat dat verantwoordelijk is voor de organisatie en de coo¨rdinatie van de activiteiten. Dit secretariaat werkt binnen het kader dat uitgetekend werd door het beschermcomité. Een goede samenwerking van de federale overheid, de gemeenschappen en gewesten garandeert de succesvolle afloop van het vieringsjaar.
Sur le terrain, il subsiste néanmoins quelques questions d’ordre pratique. Le comité de parrainage n’a pas fait toute la transparence sur les critères de financement retenus pour les activités locales. De plus, les organisateurs doivent parfois attendre longtemps avant d’obtenir la confirmation de l’octroi de subsides (alors que le secrétariat accuse très rapidement réception de leur dossier de candidature). Cette situation inquiète particulièrement les organisateurs qui doivent par exemple conclure des contrats avec des artistes, des techniciens du son, des entreprises de restauration, etc. Ils sont naturellement en proie à des difficultés puisqu’ils ignorent s’ils pourront compter ou non sur des subsides.
Toch blijven er op het terrein soms nog enkele vragen over de paraktische werking. Het is niet altijd even duidelijk welke criteria voor financiering van lokale activiteiten het beschermcomité heeft vastgelegd. Bovendien duurt het soms een tijdje vooraleer organisatoren duidelijkheid krijgen of zij al dan niet subsidie zullen krijgen (ook al hebben zij een snelle ontvangstmelding van het dossier gekregen). Dit leidt tot nogal wat wat ongerustheid van de organisatoren, die bijvoorbeeld contracten moeten sluiten met artiesten, geluidstechnici, cateringbedrijven, enzovoort. Dit is natuurlijk problematisch aangezien zij niet weten of zij op subsidie kunnen rekenen of niet.
1. Combien de demandes de subsides le secrétariat exécutif a-t-il reçues ?
1. Hoeveel aanvragen tot subsidie heeft het uitvoerend secretariaat ontvangen ?
2. Combien de projets ont déjà bénéficié d’une promesse réelle de subsides (autre qu’un simple accusé de réception) ?
2. Hoeveel projecten kregen al de daadwerkelijke toezegging van subsidies (dus meer dan enkel de ontvangstmelding) ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14230
3. Quel est le délai normal de notification d’une décision du secrétariat exécutif quant à l’octroi ou non de subsides ? 4. Combien de dossiers sont actuellement en attente ?
3. Hoe lang duurt het normaal gezien vooraleer de organisatoren van de beslissing van het uitvoerend secretariaat op de hoogte worden gebracht of zij subsidies kunnen krijgen ? 4. Hoeveel dossiers wachten nog op afhandeling ?
5. Quels critères sont retenus pour décider de l’octroi ou non de subsides ?
5. Wat zijn de criteria die gehanteerd worden om te beslissen of een aanvrager al dan niet subsidies kan krijgen ?
6. a) Quel est le montant total des subsides déjà promis aux organisateurs ?
6. a) Welk bedrag is reeds toegezegd aan organisatoren ?
b) Quels montants ont déjà été distribués ?
b) Hoeveel is daarvan al effectief uitgekeerd ?
c) Quels montants doivent encore être distribués ?
c) Welk bedrag blijft er nog over ?
7. a) Quelle est la répartition des taˆches entre les différentes autorités ?
7. a) Wat is de rolverdeling tussen de verschillende overheden ?
b) Quelles sont les taˆches prises en charge par les autorités fédérales ?
b) Welke taken neemt de federale overheid waar ?
c) Quelles sont les taˆches prises en charge par les Communautés et les Régions ?
c) Welke worden door de gemeenschappen en gewesten uitgevoerd ?
Réponse du premier ministre du 13 juin 2005, à la question no 89 de M. Roel Deseyn du 11 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de eerste minister van 13 juni 2005, op de vraag nr. 89 van de heer Roel Deseyn van 11 mei 2005 (N.) :
1. Trois types de projets sont repris au sein du programme 175-25 :
1. In het programma 175-25 zijn drie types van projecten opgenomen :
a) les projets initiés par le 175-25;
a) de projecten ingeleid door 175-25;
b) les projets avec demande de soutien financier;
b) de projecten met vraag tot financie¨le ondersteuning;
c) les projets sans demande de soutien financier.
c) de projecten zonder vraag tot financie¨le steun.
Les catégories b) et c) ont généré l’introduction de 254 dossiers.
Categoriee¨n b) en c) zijn goed voor 254 ingediende dossiers.
2. Cinquante-deux projets ont été retenus en catégorie b. Toutes ces initiatives se sont vues notifier cette décision et proposer la convention de soutien.
2. Tweee¨nvijftig projecten werden weerhouden in categorie b. Alle initiatieven werden van deze beslissing op de hoogte gebracht en kregen de steunconventie voorgelegd.
3. Le délai varie de quelques jours à quelques semaines. Avant d’accorder son soutien financier, le secrétariat du 175-25 vérifie en effet la faisabilité financière du projet.
3. De termijn varieert van enkele dagen tot enkele weken. Vooraleer er financie¨le steun wordt toegekend gaat het secretariaat van 175-25 immers de financie¨le haalbaarheid van het project na.
4. Aucun. Les délais d’introduction des projets sont dépassés.
4. Nihil. De indientermijnen van de projecten zijn verstreken.
5. Pour être retenus, les projets doivent rencontrer certains critères.
5. Om te worden weerhouden, moeten de projecten aan bepaalde criteria voldoen.
a) Critères d’introduction — Pour être examiné un projet doit être adressé au secrétariat 175-25 ou à un des membres du Comité exécutif;
a) Indiencriteria — Om onderzocht te worden moet een project worden gericht aan het secretariaat 175-25 of aan één van de leden van het Uitvoerend Comité;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14231
— Il doit contenir un descriptif du projet, ainsi que son budget s’il y a demande d’apport financier;
— Het dient een omschrijving te bevatten van het project en een begroting indien er een financie¨le bijdrage wordt gevraagd;
— Il doit rencontrer un des sept thèmes officiels du 175-25;
— Het moet kaderen in één van de zeven officie¨le thema’s van 175-25;
— Il doit répondre à la philosophie générale telle que définie dans le protocole de coopération et, plus particulièrement, aux quatre mots clés : jeunesse, avenir, rencontre et convivialité.
— Het moet beantwoorden aan de algemene filosofie zoals vastgelegd in het samenwerkingsprotocol en, meer in het bijzonder, aan de vier sleutelbegrippen : jeugd, toekomst, ontmoetingen en gezelligheid.
b) Critères d’octroi du logo
b) Criteria voor het toekennen van het logo
— Pour les événements 175-25 dont l’initiative revient à l’organisation :
— Voor de evenementen 175-25 die het initiatief zijn van de organisatie :
— Ces projets sont approuvés au sein du comité exécutif et ne posent donc pas problème.
— Deze projecten worden goedgekeurd binnen het Uitvoerend Comité en stellen dus geen probleem.
— Pour les événements 175-25 sans apport financier :
— Voor de evenementen 175-25 zonder financie¨le steun :
•
Selon leur implantation géographique et la compétence dont ils relèvent, ils sont examinés au sein du secrétariat exécutif par les agents de liaison du niveau de pouvoir concerné;
•
Volgens hun geografische inplanting en de bevoegdheid waaronder ze vallen, worden zij binnen het uitvoerend secretariaat onderzocht door de verbindingsambtenaren van de betrokken overheid;
•
Lorsqu’un projet émane d’une institution publique (commune, province, ... ), l’octroi se fait rapidement;
•
Wanneer een vraag uitgaat van een overheidsinstelling (gemeente, provincie, ...) gebeurt de toekenning snel;
•
Lorsqu’un projet émane d’une organisation privée (ASBL, particulier, entreprise, ...) l’examen est minutieux et précis. Toutes les garanties sont prises afin d’éviter l’introduction d’un dossier financier ultérieur;
•
Wanneer een project uitgaat van een privéorganisatie (VZW, particulier, onderneming, ...) is het onderzoek nauwgezet en precies. Alle voorzorgen worden genomen om te vermijden dat er achteraf een financieel dossier wordt ingediend;
•
Tous les octrois de logo donnent lieu à la signature d’une convention déterminant les possibilités d’utilisation du logo et protégeant le 175-25.
•
Elke toekenning van het logo leidt tot de ondertekening van een conventie die 175-25 beschermt en de gebruiksmogelijkheden van het logo vastlegt.
— Pour les événements 175-25 avec apport financier :
— Voor de evenementen 175-25 met financie¨le steun :
•
Selon leur implantation géographique et la compétence dont ils relèvent, ils sont examinés au sein du secrétariat exécutif par les agents de liaison du niveau de pouvoir concerné. Ces agents de liaison assurent le suivi des courriers auprès des organisateurs;
•
Volgens hun geografische inplanting en de bevoegdheid waaronder ze vallen, worden zij binnen het uitvoerend secretariaat onderzocht door de verbindingsambtenaren van de betrokken overheid. Deze ambtenaren staan in voor de opvolging van de correspondentie met de organisatoren;
•
Lorsqu’un projet émane d’une institution publique (commune, province, ...), l’octroi se fait rapidement;
•
Wanneer een vraag uitgaat van een overheidsinstelling (gemeente, provincie, ...) gebeurt de toekenning snel;
•
Lorsqu’un projet émane d’une organisation privée (ASBL, particulier, entreprise, ...) l’examen est minutieux et précis. Toutes les
•
Wanneer een project uitgaat van een privéorganisatie (VZW, particulier, onderneming, ...) is het onderzoek nauwgezet en
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14232
garanties sont prises afin de vérifier que le plan financier de l’organisateur tienne la route;
precies. Alle voorzorgen worden genomen om de degelijkheid na te gaan van het financieel plan van de organisator;
•
Ces événements, après approbation au sein du secrétariat, sont ensuite approuvés par le comité exécutif (tableau budgétaire);
•
Deze evenementen worden, na goedkeuring door het secretariaat, goedgekeurd door het uitvoerend comité (begrotingstabel);
•
Aucun événement ne peut être approuvé si son approbation entraıˆne un dépassement du budget global disponible;
•
Geen enkel evenement kan worden goedgekeurd indien het aanleiding geeft tot een overschrijding van het globaal beschikbare budget;
•
Tous les octrois du logo donnent lieu à la signature d’une convention déterminant les possibilités d’utilisation du logo, les conditions d’octroi du soutien financier, le montant maximal du soutien financier, les preuves à fournir avant de disposer du montant, la mention obligatoire des partenaires du 175-25, etc.
•
Elke toekenning van het logo leidt tot de ondertekening van een conventie die de gebruiksmogelijkheden van het logo vastlegt, de toekenningsvoorwaarden voor financie¨le steun, het maximumbedrag van die financie¨le steun, de te leveren bewijzen vooraleer men over dat bedrag beschikt, de verplichte vermelding van de partners van 175-25, enzovoort.
— Les conventions sont adressées aux organisateurs par le secrétariat. Les projets ne sont définitivement approuvés qu’à la signature des conventions.
— De conventies worden door het secretariaat overgemaakt aan de organisatoren. De projecten worden pas definitief aanvaard bij de ondertekening van de conventies.
6. a) Un total maximal de 5 039 000 euros a été affecté aux différents projets;
6. a) Een maximaal bedrag van 5 039 000 euro werd toegewezen aan de verschillende projecten;
b) Un montant de 270 500 euros a déjà été payé;
b) Een bedrag van 270 500 euro werd reeds uitbetaald;
c) Un montant maximal de 5 768 500 euros pourra encore être distribué.
c) Een maximumbedrag van 5 768 500 euro kan nog worden verdeeld.
7. Le programme « 175-25, le Temps des rencontres » est une initiative du gouvernement fédéral et des gouvernements des communautés et des régions. Il a fait l’objet d’un protocole de coopération le 1er décembre 2004. L’organisation comporte un comité de parrainage composé de représentants des différents niveaux de pouvoirs et de personnalités de la société civile. Il est co-présidé par les ministres-présidents des communautés et régions et par moi-même. Un comité exécutif comprend les représentants des membres du comité de parrainage. Un secrétariat exécutif assure la gestion quotidienne du projet. Il est présidé par le directeur général communication externe du Service public fédéral Chancellerie du premier ministre. Il compte également en son sein des représentants des communautés et régions affectés à ce projet. Enfin, des groupes de travail veillent à la mise en œuvre des différents aspects du projet. Les frais liés à l’organisation de ces instances sont minimes et incorporés dans le budget global « 175-25 ».
7. Het programma « 175-25, Tijd voor ontmoetingen » is een initiatief van de federale regering en van de gemeenschaps- en gewestregeringen. Het heeft op 1 december 2004 het voorwerp uitgemaakt van een samenwerkingsprotocol. De organisatie omvat een beschermcomité, samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende machtsniveaus en persoonlijkheden uit het verenigingsleven. Het wordt gezamenlijk voorgezeten door de ministers-presidenten van de gemeenschaps- en gewestregeringen en door mezelf. Een uitvoerend comité omvat de vertegenwoordigers van de leden van het beschermcomité. Een uitvoerend secretariaat verzekert het dagelijks beheer van het project. Het wordt geleid door de directeur-generaal Externe Communicatie van de Federale Overheidsdienst Kanselarij van de eerste minister. Het beschikt eveneens over vertegenwoordigers van de gemeenschappen en gewesten die aan dit project zijn toegewezen. Ten slotte verzekeren werkgroepen het opzetten van de verschillende aspecten van het project. De werkingskosten van deze instanties zijn minimaal en opgenomen in het globaal budget « 175-25 ».
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14233
DO 2004200503895
DO 2004200503895
Question no 90 de M. Koen T’Sijen du 18 mai 2005 (N.) au premier ministre :
Vraag nr. 90 van de heer Koen T’Sijen van 18 mei 2005 (N.) aan de eerste minister :
Droits d’auteur. — Creative Commons.
Auteursrechten. — Creative Commons.
Le droit d’auteur belge actuel (loi du 30 juin 1994) produit un effet inhibiteur sur les auteurs qui souhaiteraient échanger des informations ou réutiliser leurs œuvres à des fins créatives. Par exemple, un auteur ne peut choisir de n’utiliser que ses droits moraux et non son droit patrimonial. L’initiative Creative Commons, qui a été lancée officiellement en Belgique le 10 décembre 2004 à la Bibliothèque royale de Belgique, offre toutefois une solution. Creative Commons est un cadre juridique basé sur un système de licences. Dans ce système, l’auteur consent à l’utilisation, à la reproduction et à la communication au public de son œuvre mais il conserve certains droits et peut imposer des conditions sous lesquelles cette utilisation, cette reproduction et cette communication peuvent s’effectuer. C’est ainsi qu’il peut décider que son consentement n’est donné que pour une utilisation non commerciale, que son œuvre ne peut subir aucune modification ou que les œuvres dérivées tombent elles aussi sous le coup de la licence Creative Commons.
Het huidige Belgische auteursrecht (wet van 30 juni 1994) werkt remmend voor auteurs die de uitwisseling van gegevens of het creatief hergebruik van werken beogen. Een auteur kan niet kiezen om bijvoorbeeld enkel gebruik te maken van zijn morele rechten en niet van zijn vermogensrechten. Het initiatief Creative Commons dat op 10 december 2004 in de Koninklijke Bibliotheek van Belgie¨ officieel in Belgie¨ gelanceerd werd, biedt echter een oplossing. Creative Commons is een juridisch kader op basis van een licentiesysteem. De auteur geeft hierbij toestemming om zijn werk te gebruiken, te reproduceren of mee te delen aan het publiek maar behoudt bepaalde rechten en kan voorwaarden opleggen waaronder dit moet gebeuren. Zo kan de auteur bepalen dat de toestemming enkel gegeven wordt voor niet-commercieel gebruik, dat er geen wijzigingen in zijn werk worden aangebracht of dat afgeleide werken ook onder de Creative Commonslicentie vallen.
Le système Creative Commons (CC) a été élaboré aux E´tats-Unis et il est donc basé sur la législation américaine. Le Centre de recherches Informatique et Droit (CRID) de l’Université de Namur et le Centrum voor Intellectuele Rechten (CIR) de la KU Leuven ont transposé les Creative Commons en droit national belge. Conséquence : les utilisateurs auront la garantie que le droit est d’application dans le pays du donneur de licences. Ce texte peut être consulté à l’adresse :
Creative Commons is ontwikkeld in de VS en dus gebaseerd op VS-wetgeving. Het Centre de Recherches Informatique et Droit (CRID) van de Universiteit van Namen en het Centrum voor Intellectuele Rechten (CIR) van de KU Leuven vertaalden Creative Commons naar het nationale Belgische recht. Hierdoor hebben gebruikers de garantie dat het recht van toepassing is in het land van de licentiegever. De tekst is te vinden op :
http ://creativecommons.org/worldwide/be/.
http ://creativecommons.org/worldwide/be/.
1. Envisagez-vous concrètement d’éditer sous la licence des Creative Commons les publications dont l’autorité publique ou les pouvoirs publics belges sont l’auteur ou le commanditaire ?
1. Zijn er concrete plannen om de publicaties waarvan de Belgische overheid (overheden) de auteur is of de opdrachtgever is, uit te geven onder de licentie van Creative Commons ?
2. L’E´tat belge subventionne des auteurs dans divers domaines par le biais de multiples fonds et d’autres mécanismes.
2. De Belgische overheid subsidieert via allerhande fondsen en andere mechanismen auteurs in diverse domeinen.
a) L’autorité publique dispose-t-elle des droits patrimoniaux de ces ouvrages ?
a) Beschikt de overheid over de vermogensrechten van deze werken ?
b) Est-il envisagé de faire obligatoirement relever du système de licences Creative Commons les ouvrages créés graˆce à ces moyens publics ?
b) Wordt overwogen om de werken gecree¨erd met deze publieke middelen verplicht te laten vallen onder de Creative Commons ?
c) Est-il envisagé de dispenser les ouvrages créés graˆce à ces moyens publics de la rémunération équitable et/ou du droit de prêt ?
c) Wordt overwogen om de werken gecree¨erd met deze publieke middelen vrij te stellen van de billijke vergoeding en/of het leenrecht ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14234
Réponse du premier ministre du 16 juin 2005, à la question no 90 de M. Koen T’Sijen du 18 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de eerste minister van 16 juni 2005, op de vraag nr. 90 van de heer Koen T’Sijen van 18 mei 2005 (N.) :
Le recours généralisé aux licences standardisées Creative commons est une question touchant au droit d’auteur. Cette matière ne relève pas de la compétence générale du premier ministre mais de celle du ministre de l’E´conomie. (Question no 310 du 16 juin 2005.)
Het algemene beroep op de genormaliseerde licenties Creative Commons belangt het auteursrecht aan. Deze materie valt niet onder de algemene bevoegdheid van de eerste minister, maar wel onder die van de minister van Economie. (Vraag nr. 310 van 16 juni 2005.)
La politique du service public fédéral Chancellerie du premier ministre, en matière de publication, s’inscrit dans le respect de la législation sur le droit d’auteur et les droits voisins, laquelle n’a pas expressément organisé de système Creative Commons pas plus que les autres législations européennes.
Inzake publicatie leeft het beleid van de federale overheidsdienst Kanselarij van de eerste minister de wetgeving op het auteursrecht en de naburige rechten na. Deze wetgeving regelt het systeem van Creative Commons niet uitdrukkelijk, zoals dat ook het geval is voor andere Europese wetgevingen.
Le recours aux licences Creative Commons n’est toutefois pas interdit et dès lors, il n’est pas exclu. Le Service public fédéral Chancellerie du premier ministre appréciera l’opportunité d’y recourir au cas par cas, comme tout autres titulaires de droits d’auteur, dans la mesure des conditions qui ont été arrêtées avec les auteurs dont le service public fédéral Chancellerie du premier ministre a acquis les droits.
Het beroep op de Creative Commons-licenties is evenwel niet verboden en dus niet uitgesloten. De Federale Overheidsdienst Kanselarij van de eerste minister zal de wenselijkheid er een beroep op te do en geval per geval afwegen, zoals aile andere houders van auteursrechten, in de mate van de voorwaarden vastgelegd met de auteurs waarvan de Federale Overheidsdienst Kanselarij van de eerste minister de rechten verworven heeft.
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
DO 2004200502722
DO 2004200502722
Question no 451 de M. Alfons Borginon du 23 novembre 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 451 van de heer Alfons Borginon van 23 november 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Cour de cassation. — Nombre de conseillers néerlandophones.
Hof van Cassatie. — Aantal Nederlandstalige raadsheren.
Conformément à la loi sur l’emploi des langues en matière judiciaire, la moitié des conseillers auprès de la Cour de cassation doivent être porteurs d’un diploˆme délivré en langue néerlandaise, tandis que l’autre moitié doivent être porteurs d’un diploˆme établi en langue française.
Destijds werd in de wet op de talen in gerechtszaken ingeschreven dat de helft van de raadsheren bij het Hof van Cassatie een Nederlands diploma moest hebben, en de andere helft een Franstalig diploma.
Cette parité est expressément justifiée, dans les documents parlementaires, par le fait qu’elle était en rapport avec le nombre d’actions introduites à cette époque auprès de la Cour dans chacune des langues nationales (Rapport Hermans fait au nom de la commission de la Justice, Doc. parl., Chambre, 19651966, no 59/49, p. 286).
In de parlementaire stukken werd deze pariteit uitdrukkelijk verantwoord door « dat deze verhouding beantwoordt aan het aantal zaken die thans voor het Hof in de ene en de andere taal ingeleid worden » (Verslag Hermans namens de commissie voor de Justitie, Parl. St., Kamer, 1965-1966, nr. 59/49, blz. 286).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14235
Aujourd’hui, presque 40 ans plus tard, force est de constater que 60 % des actions auprès de la Cour de cassation sont introduites en langue néerlandaise. La parité instaurée à l’époque explique dès lors le retard enregistré en ce qui concerne le traitement des actions introduites en langue néerlandaise. Dans le souci de respecter l’esprit de la loi, ne faudrait-il pas adapter le nombre de conseillers néerlandophones auprès de la Cour de cassation en fonction du nombre d’actions introduites en langue néerlandaise (60 %) ? Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 13 juin 2005, à la question no 451 de M. Alfons Borginon du 23 novembre 2004 (N.) : Sur la base de renseignements qui m’ont été communiqués par le premier président de la Cour de cassation, je peux vous fournir la réponse suivante. 55 % des nouveaux dossiers entrès en 2005 à la Cour de cassation sont des dossiers néerlandais, tandis que 45 % sont des dossiers français. La durée moyenne de traitement des affaires est de 13,6 mois pour les affaires néerlandaises et de 11,4 mois pour les affaires françaises. Vous constaterez que la rupture de la parité linguistique n’a donc pas pour conséquence la création d’un arriéré judiciaire significatif pour les affaires néerlandaises. Ceci est dû au fait que les magistrats francophones bilingues légaux (il y en a 11 sur 30 magistrats) siègent dans les chambres néerlandaises afin de compenser le flux de travail plus important dans les sections néerlandaises de la Cour. En outre, 10 des 15 référendaires travaillent pour les sections néerlandophones de la Cour ce qui permet également aux magistrats néerlandophones de recevoir davantage d’aide dans la préparation de leurs dossiers que les francophones. Le maintien de la parité linguistique est capital pour le bon fonctionnement de la Cour et pour l’unité de sa jurisprudence. Comme vous le savez, les décisions les plus importantes et les grandes options de la Cour se prennent en assemblée générale. Celle-ci doit impérativement être composée paritairement pour permettre une discussion sereine et équilibrée. Je voudrais également souligner que d’autres hautes juridictions de notre pays, telles que la cour d’arbitrage et le conseil d’E´tat, sont composées paritairement.
Nu, bijna 40 jaar later, moeten we vaststellen dat 60 % van de zaken bij het Hof van Cassatie wordt ingeleid in het Nederlands. De pariteit zorgt er dan ook voor dat in Nederlandstalige zaken een achterstand ontstaat.
DO 2004200502742
DO 2004200502742
Question no 504 de M. Roel Deseyn du 18 janvier 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : Mesures pour lutter contre les spywares. D’après une étude de Symantec, société spécialisée dans la sécurité informatique, 76 % des pc belges
Vraag nr. 504 van de heer Roel Deseyn van 18 januari 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : Maatregelen tegen spyware. Volgens een studie van internetbeveiliger Symantex is 76 % van de Belgische pc’s die op het internet zijn
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Moeten we, om de geest van de wet te respecteren, het aantal Nederlandstalige raadsheren bij het Hof van Cassatie dan ook niet aanpassen aan het aantal zaken dat in het Nederlands wordt ingeleid (60 %) ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 13 juni 2005, op de vraag nr. 451 van de heer Alfons Borginon van 23 november 2004 (N.) : Op basis van de inlichtingen die mij werden verstrekt door de eerste voorzitter van het Hof van Cassatie kan ik het geachte lid het volgende antwoorden. 55 % van de nieuwe dossiers die in 2005 bij het Hof van Cassatie zijn binnengekomen zijn Nederlandstalige dossiers, terwijl 45 % Franstalige dossiers zijn. De gemiddelde duurtijd voor het behandelen van de zaken is 13,6 maanden voor de Nederlandstalige dossiers en 11,4 maanden voor de Franstalige zaken. U stelt vast dat, desondanks de taalpariteit, er geen beduidende achterstand is in de behandeling van de Nederlandstalige dossiers. Dit heeft te maken met het feit dat wettelijk Franstalige magistraten (er zijn er 11 op 30 magistraten) zetelen in Nederlandstalige kamers om de grotere stroom aan dossiers in de Nederlandstalige secties van het Hof te verwerken. Bovendien werken 10 van de 15 referendarissen voor de Nederlandstalige secties van het Hof waardoor de Nederlandstalige magistraten eveneens meer voordeel ondervinden bij de voorbereiding van hun dossiers dan de Franstalige magistraten. Het behoud van de taalpariteit is voor de goede werking van het Hof en voor de eenheid van rechtsspraak van kapitaal belang. Zoals u weet worden de belangrijkste beslissingen en standpunten van het Hof genomen in algemene vergadering. Om evenwichtige en serene debatten te voeren moet deze paritair zijn samengesteld. Ik wil er ten slotte de aandacht op vestigen dat andere hoge rechtsinstanties van ons land zoals het Arbitragehof en de Raad van State paritair zijn samengesteld.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14236
connectés à l’Internet sont infectés d’une manière ou d’une autre. 64 % d’entre eux sont victimes d’un spyware classique mais de plus en plus d’ordinateurs font l’objet d’attaques plus graves. Un spyware désigne un petit programme-espion qui s’installe sur le disque dur de sa victime et liste par exemple tous les sites consultés ou affiche des publicités non sollicitées. Souvent, ces programmes augmentent rapidement en nombre et tournent tous en taˆche de fond. Ils ralentissent de plus en plus l’ordinateur et génèrent même parfois des crashs.
aangesloten ergens door besmet. Bij 64 % gaat het om gewone spyware, bij nog meer pc’s is het erger. Met spyware worden kleine programmaatjes bedoeld die zich vastbijten op de harde schijf van hun slachtoffer en van daaruit diens surfgedrag in de gaten houden of ongewenste reclameboodschappen binnenhalen. De programmaatjes in kwestie stapelen zich vaak snel op en draaien allemaal mee op de achtergrond, waardoor de computer trager en trager begint te werken en soms zelfs crasht.
Parmi les spywares les plus « vicieux », il y a notamment les « mouchards », programmes qui enregistrent la frappe au clavier de leur victime et la transmettent à l’auteur du spyware (qui peut ainsi entrer en possession de données confidentielles telles que des numéros de cartes de crédit), et les « numéroteurs », qui demandent au modem de l’ordinateur hoˆte d’appeler des numéros 0900 à des moments ou` l’ordinateur n’est pas utilisé. Dans ce dernier cas, on peut retrouver des traces des appels sur le disque dur de 30 % des victimes étudiées.
Met « ergere » indringers bedoelt men onder meer de programma’s die de toetsaanslagen van hun slachtoffer doorsturen naar diegene die de spyware heeft gemaakt (zodat die achter vertrouwelijke informatie, zoals kredietkaartnummers, kan komen), of op zogenaamde « dialers » die op een onbewaakt moment de modem van het slachtoffer doen bellen naar 0900nummers. Van dat laatste toont 30 % van de onderzochte gebruikers sporen op zijn harde schijf.
1. Comment le phénomène des spywares va-t-il évoluer ?
1. Wat is de verwachte evolutie van het aantal spyware-gevallen ?
2. a) Combien de plaintes avez-vous enregistrées par mois depuis le début de cette année ?
2. a) Hoeveel klachten zijn er, opgesplitst per maand, sinds begin dit jaar binnengekomen ?
b) Auprès de quels services ?
b) Bij welke diensten ?
c) Quelles sont les plaintes les plus fréquentes ?
c) Om welk soort van klachten gaat het vooral ?
3. a) Quelles mesures avez-vous prises pour enrayer le phénomène ?
3. a) Welke maatregelen heeft u hiertegen ondernomen ?
b) Quelles mesures envisagez-vous pour l’avenir ?
b) Wat overweegt u in de toekomst te ondernemen ?
c) Quel roˆle les pouvoirs publics peuvent-ils jouer ?
c) Welke rol kan de overheid hierin spelen ?
4. a) Disposons-nous d’une base légale pour combattre les personnes qui diffusent de tels spywares ?
4. a) Welke wettelijke basis bestaat er om de verspreiders van spyware aan te pakken ?
b) Quels en sont les résultats concrets (autrement dit, quelle est l’efficacité de cette base légale pour réduire le phénomène) ?
b) Welke effecten heeft dit in de praktijk (met andere woorden : hoe effectief is deze wettelijke basis om het fenomeen terug te dringen) ?
5. a) Existe-t-il une collaboration internationale en la matière ?
5. a) Welke internationale samenwerking bestaat in deze ?
b) Quel est le roˆle joué par votre cabinet ?
b) Welke rol speelt uw kabinet daarin ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 13 juin 2005, à la question no 504 de M. Roel Deseyn du 18 janvier 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 13 juni 2005, op de vraag nr. 504 van de heer Roel Deseyn van 18 januari 2005 (N.) :
1. Il est clair que l’utilisation d’Internet va continuer à augmenter; des facteurs comme le degré d’évolution de la technologie Internet, la promotion de
1. Het is duidelijk dat het internetgebruik steeds zal toenemen; factoren zoals onder meer de verdere evolutiegraad van de internettechnologie, het promoten van
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14237
cette technologie par les organisations publiques et privées actives dans les différents secteurs ainsi que son utilisation pour de plus en plus d’applications publiques et privées (en matière de domotique par exemple), peuvent être considérés comme déterminants pour l’utilisation de la technologie Internet. Face à l’usage de chaque nouvelle technologie, aussi triste que cela puisse paraıˆtre, il y aura un abus de cette même technologie. Il ne fait donc aucun doute qu’une utilisation toujours plus grande de cette technologie entraıˆnera certainement un abus toujours plus grand de celle-ci.
die technologie door publieke en private organisaties actief in de verschillende sectoren en het aanwenden ervan voor steeds meer openbare en privétoepassingen (men denke hier bijvoorbeeld aan domotica), kunnen als bepalend worden aangezien voor het gebruik van de internettechnologie. Tegenover een gebruik van elke nieuwe technologie, zal — hoe spijtig ook — een misbruik ervan staan. Het lijdt dan ook geen twijfel dat een steeds groter gebruik van die technologie, gepaard zal gaan met een zeker groter misbruik.
Une récente publication (10 janvier 2005) d’IBM (International Business Machines Corporation) relative aux menaces de virus, de vers informatiques, etc., mentionne, dans le même sens que la technologie de l’information va poursuivre sa percée dans notre vie quotidienne, ces applications seront donc également attaquées et « affectées ». La publication parle en outre d’une « new and troubling trend » (tendance nouvelle et inquiétante) et cite entre autres les applications ICT (Technologies de l’Information et de la Communication) pour la téléphonie et les réseaux sans fil, pour divers systèmes embarqués, pour les systèmes satellites, ...
Een recente (10 januari 2005) publicatie van IBM (International Business Machines Corporation) in verband met dreigingen door computervirussen, -wormen enzovoort, vermeldt in dezelfde zin dat; de informatietechnologie steeds verder in « ons » dagelijks gebruik voor alles en nog wat verder zal doordringen, bijgevolg ook die toepassingen erdoor zullen aangevallen en « aangetast » worden. De publicatie heeft het daarbij over een « new and troubling trend » en citeert daarbij onder meer ICT-toepassingen voor draadloze telefonie en draadloze netwerken, voor diverse ingebedde systemen zoals in auto’s, voor satellietsystemen, ...
Il ne s’agit que de quelques exemples mais ces derniers sont légion lorsque l’on parle des applications ICT du futur (déjà proche).
Dit zijn slechts enkele voorbeelden, maar de voorbeelden zijn legio wanneer het over ICT-toepassingen gaat in de (reeds nabije) toekomst.
Selon l’industrie, l’on peut s’attendre à ce que l’impact des malware augmente; une récente publication de McAfee mentionne ce qui suit à ce sujet : « la quantité d’adwares et leur contenu indésirable, qui se répandent par courrier électronique ou via la toile vont augmenter cette année. Les spywares et adwares devraient devenir de plus en plus avancés cette année, ce qui rendra leur détection et leur suppression d’autant plus difficile. En outre, les adwares ne sont pas les seuls à avoir le vent en poupe, l’utilisation de phishing scams va augmenter, ce qui est principalement dû au fait que les utilisateurs d’Internet ne sont pas assez conscients du phénomène. Le phishing consiste à mettre en scène une collecte de renseignements au nom d’une institution bancaire. Les données personnelles et bancaires permettront aux escrocs d’effectuer des paiements au nom de leur victime. L’on s’attend également à ce que le malware soit combiné au spam (e-mail non désiré) et aux phishing scams, ce qui rendra les utilisateurs vulnérables ».
Ook volgens de industrie mag verwacht worden dat de impact van malware zal toenemen; de teneur van een recente publicatie van McAfee daarover komt neer op « de hoeveelheid adware en ongewenste content, die via e-mail en het web verspreid worden, zal dit jaar toenemen. Spyware en adware zouden dit jaar steeds geavanceerder worden, wat detectie en verwijdering een stuk lastiger maakt. En niet alleen adware zit in de lift, ook het gebruik van phishing scams zal toenemen, wat vooral aan een gebrekkige bewustwording bij de Internetgebruiker te danken is. Phishing bestaat uit het vergaren van informatie in naam van een bankinstelling. De persoonlijke en bankgegevens maken het de oplichters mogelijk om in naam van hun slachtoffer betalingen uit te voeren. Daarnaast verwacht men dat malware met spam (ongewenste e-mail) en phishing scams gecombineerd wordt, waardoor gebruikers dubbel getroffen kunnen worden ».
2. a) Jusqu’à présent, la FCCU n’a pas conservé de données sur des notifications et/ou plaintes mensuelles.
2. a) Door het FCCU worden vooralsnog geen gegevens bijgehouden over maandelijkse meldingen en/of klachten.
L’on peut cependant indiquer qu’en 2004, 1 251 notifications ont été faites au total en ce qui concerne le phénomène de phishing. Il s’agissait
Er kan wel worden vermeld dat in 2004 in totaal 1 251 aangiften werden ontvangen met betrekking tot het fenomeen van phishing. Het ging hier om
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14238
d’utilisateurs d’Internet qui n’avaient pas subi de dommages mais qui ont transmis l’information afin de l’étudier plus avant.
Internetgebruikers die geen nadeel hadden van dat fenomeen, maar de informatie doormelden voor verdere exploitatie.
Les victimes de phishing et d’autres délits de ce type qui ont subi des dommages financiers portent en effet directement plainte auprès d’un service de police de leur région. La FCCU ne dispose actuellement pas de chiffres absolus en la matière.
Benadeelden van phishing en andere misdrijven die een geldelijk nadeel gevolg hebben geleden, leggen immers onmiddellijk klacht neer bij een politiedienst van hun regio. Voorlopig zijn daarover bij het FCCU geen absolute cijfers bekend.
Aucune plainte n’a été déposée au FCCU en ce qui concerne les spywares. Pour ce qui est du phénomène des numéroteurs, il est connu que les victimes s’adressent d’abord directement à leur opérateur téléphonique.
Over spyware werden door het FCCU geen klachten ontvangen.Ten aanzien van het fenomeen van de dialers is het bekend dat benadeelden zich in vele gevallen eerst rechtstreeks wenden tot hun telefoonoperator.
Elles s’adressent également au Médiateur responsable des Télécommunications (qui traitait déjà de ce phénomène dans son rapport annuel de 2003) et au SPF E´conomie.
Tevens is bekend dat benadeelden zich voor een klacht ook richten tot de Ombudsman voor Telecommunicatie (die met het jaarrapport 2003 het fenomeen reeds behandelde) en tot de FOD Economie.
b) En ce qui concerne les numéroteurs, les personnes lésées, pour ce que l’on en sait, introduisent leur plainte auprès de :
b) Wat de dialers betreft, legden, voor zover bekend, de benadeelden in hoofdzaak klacht neer bij :
— leur opérateur téléphonique,
— hun telefoonoperator,
— le médiateur responsable des Télécommunications,
— de Ombudsman voor Telecommunicatie,
— le SPF E´conomie.
— de FOD Economie,
Ainsi que la police ou la justice.
alsook bij politie of justitie.
Pour les plaintes de droit pénal relatives au phishing, les personnes réellement lésées ont introduit leur plainte auprès de la police locale ou des SJA. Dans de tels cas, les plaignants étaient soit les titulaires de compte eux-mêmes, soit l’institution financière (cette dernière entre autres dans les cas où elle a dû indemniser ses clients lésés).
Voor de strafrechtklachten met betrekking tot phishing, legden de werkelijk benadeelden steeds klacht neer bij de lokale politie of bij de GDA’s. In dergelijke gevallen zijn de klagers ofwel de rekeninghouders zelf, ofwel de financie¨le instelling (deze laatste onder meer in gevallen waarin zijn hun klanten vergoedden voor het geleden nadeel).
c) Selon les connaissances de la FCCU, il s’agit des plaintes relatives au phishing et aux numéroteurs.
c) Het gaat, voor zover bij het FCCU bekend, om klachten in verband met phishing en klachten in verband met dialers.
3. a) D’une part, à titre de prévention générale du phénomène, la communauté Internet est non seulement avertie des dangers du phénomène mais on lui conseille aussi vivement via les communiqués de presse de prendre les mesures préventives nécessaires (exemple : mise à jour régulière du système d’exploitation, installation et mise à jour régulière d’antivirus, antispyware et de logiciels antidialer).
3. a) Enerzijds wordt, ter algemene preventie voor het fenomeen, de Internetgemeenschap niet alleen attent gemaakt op de gevaren van het fenomeen, maar wordt ook met persmededelingen ten zeerste aanbevolen de nodige maatregelen te nemen tot voorkoming van erger (bijvoorbeeld : regelmatige update van het besturingssysteem, installatie en regelmatige update van antivirus-, antispyware en antidialersoftware).
D’autre part, l’actuelle législation belge en vigueur (entre autres le Code pénal) permet de réprimer suffisamment les faits relatifs aux phénomènes susmentionnés.
Anderzijds kunnen met de vigerende Belgische wetgeving (onder meer Strafwet) feiten, die onder het aangehaalde fenomeen vallen, voldoende beteugeld worden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14239
Il est cependant évident que l’information judiciaire et les éventuelles poursuites pénales font face à la dimension internationale (sans frontière) d’Internet pouvant freiner les procédures des diverses actions entreprises. Les personnes qui se trouvent à l’origine de tels faits recherchent en effet les lieux les plus sûrs, notamment les pays où il y a peu ou pas de réglementation ad-hoc (effective) d’application.
Ook met betrekking tot deze feiten spreekt het voor zich dat zowel opsporingsonderzoek en eventuele strafvervolging geconfronteerd worden met de Internationale dimensie (namelijk grenzeloosheid) van het Internet die de procedures van de verschillende ondernomen acties in hoge mate kunnen belemmeren. De malafide personen die aan de oorsprong liggen van dergelijke feiten gaan immers voor hun criminele activiteiten zoeken om te opereren vanuit of vanaf de meest veilige plaatsen; namelijk landen waar onder meer geen of quasi geen reglementering ad hoc (effectief) van toepassing is.
b) E´tant donné que seule une approche internationale cohérente permettrait de réprimer et d’attaquer le problème de façon efficace et efficiente, toute occasion de stopper et de lutter efficacement contre ce phénomène au niveau international sera mise à profit.
b) Aangezien het enkel met een internationale coherente aanpak is dat dergelijke fenomenen effectief en efficie¨nt kunnen worden bedwongen en aangepakt, zal niet worden nagelaten elke gelegenheid te baat te nemen opdat met een aanpak op internationaal niveau het fenomeen, niet enkel, een halt wordt toegeroepen maar tevens efficie¨nt wordt bestreden.
c) Les pouvoirs publics peuvent :
c) De overheid kan, de (Belgische) internetgemeenschap
— attirer le plus possible l’attention de la communauté Internet (belge) par des campagnes de prévention à propos du phénomène et des éventuelles conséquences faˆcheuses qu’il entraıˆne (entre autres dommage financier);
— met preventiecampagnes zoveel als mogelijk attent maken op het fenomeen en op de mogelijk eruit voortvloeiende gevaren (onder meer geldelijk nadeel);
— recommander régulièrement (comme c’est déjà le cas actuellement) de protéger les systèmes ICT contre ce type de phénomène avec un logiciel adéquat (installation et mise à jour), et
— regelmatig (zoals nu reeds het geval) aanbevelen de ICT-systemen tegen dat soort van fenomeen te beschermen met passende software (installatie en updates), en
au niveau international (forums internationaux), mettre ce phénomène criminel en avant en vue de développer une approche mondiale efficace en la matière.
op internationaal niveau (internationale fora) het criminele fenomeen naar voren brengen met het oog op een mondiale efficie¨nte aanpak ervan.
4. a) Lors de l’utilisation de spywares, en cas de concours de différentes infractions, l’on se base entre autres sur les dispositions légales suivantes :
4. a) Bij het gebruik van spyware worden bij samenloop verschillende overtredingen begaan op onder meer volgende wettelijke bepalingen :
En matière de données à caractère personnel :
Inzake persoonsgegevens :
La loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l’égard des traitements de données à caractère personnel.
De wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
En matière de données de télécommunication :
Inzake telecommunicatiegegevens :
— article 550bis du Code pénal concernant l’accès non autorisé à des systèmes informatiques;
— artikel 550bis van het Strafwetboek betreffende het ongeoorloofd binnendringen in computersystemen;
— article 314bis du Code pénal relatif au fait de prendre connaissance ou faire prendre connaissance, enregistrer ou faire enregistrer, pendant leur transmission, des communications ou des
— artikel 314bis van het Strafwetboek betreffende het zonder toestemming van alle deelnemers en tijdens de overbrenging ervan het afluisteren of het doen afluisteren, kennis nemen of doen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14240
télécommunications privées, auxquelles on ne prend pas part, sans le consentement de tous les participants; — article 109terD de la loi du 21 mars 1991 concernant la prise de connaissance de l’existence de données transmises par voie de télécommunications; — loi du 11 mars 2003 sur certains aspects juridiques des services de la société de l’information. b) Graˆce à la législation pénale, le problème est abordé à sa source, c’est-à-dire à partir des personnes qui diffusent les programmes spyware. Afin de réduire le phénomène lui-même, il semble tout d’abord important que la population soit informée de la problématique et que l’on explique clairement aux utilisateurs d’Internet les initiatives qu’ils peuvent prendre eux-mêmes, comme l’installation d’un spyware-scanner (par exemple ad-aware) qui peut détecter les fichiers dangereux et les supprimer. Nombreux sont les programmes anti-spyware que l’on peut télécharger gratuitement via Internet et qui donnent déjà de très bons résultats. 5. a) Au niveau de la Justice, en ce qui concerne les enquêtes pénales, l’on se base sur les différents accords conclus entre les E´tats en matière d’entraide judiciaire internationale. Au niveau policier, le phénomène est traité lors de groupes de travail internationaux portant sur la criminalité ICT (Europol, Interpol) afin de développer un rapide échange d’informations (techniques) et de sensibiliser davantage et de façon continue les autorités (inter)nationales à la lutte contre ce phénomène. b) Je veille à ce que notre législation puisse réprimer au mieux les fraudes informatiques mises à jour. Un projet de loi modifiant la loi du 28 novembre 2000 relative à la criminalité informatique notamment est actuellement soumis au Parlement. La collaboration internationale dans le cadre des procédures est aussi encouragée à l’intervention du parquet fédéral.
nemen, opnemen of doen opnemen van privécommunicatie of telecommunicatie, waaraan men niet deelneemt; — artikel 109terD van de wet van 21 maart 1991 betreffende het kennisnemen van het bestaan van met telecommunicatie overgebrachte gegevens; — de wet van 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij. b) Via de strafwetgeving pakt men het probleem aan de bron aan, met name vanaf de verspreiders van de spyware-programma’s. Om het fenomeen op zich terug te dringen lijkt het echter in eerste instantie van belang dat de bevolking van de problematiek op de hoogte wordt gesteld, en dat een duidelijke communicatie gebeurd naar de internetgebruikers over de stappen die gebruikers op eigen initiatief kunnen nemen, zoals bijvoorbeeld de installatie van een spyware-scanner (bijvoorbeeld adaware) die de schadelijke bestanden op een PC kan detecteren en verwijderen. Vele van deze antispyware-programma’s zijn gratis van het internet te halen, en halen toch vrij degelijke resultaten. 5. a) Op justitieel vlak kan, wat strafrechteronderzoeken betreft, worden gesteund op de diverse internationale overeenkomsten tussen de Staten op het gebied van wederzijdse rechtshulp. Op politieel vlak wordt het fenomeen binnen internationale werkgroepen in verband met ICTcriminaliteit (Europol, Interpol) als onderwerp behandeld om zodoende zowel een vlotte uitwisseling van (technische) informatie over het fenomeen te bewerkstellingen als de respectieve (inter)nationale overheden voor de strijd tegen het fenomeen verder en voortdurend te sensibiliseren. b) Ik waak er over dan onze wetgeving de informaticafraude die aan het licht komt zo goed mogelijk kan worden beteugeld. Momenteel is een wetsontwerp dat de wet wijzigt van 28 november 2000 inzake informaticacriminaliteit ingediend bij het Parlement. Met tussenkomst van het federaal parket wordt ook de internationale samenwerking in het kader van de procedures aangemoedigd.
DO 2004200503808
DO 2004200503808
Question no 614 de M. Alfons Borginon du 29 mars 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : SPF. — Service de la Législation. — Déséquilibre linguistique. Votre réponse à la question relative aux cadres linguistiques au sein du SPF Justice a retenu mon
Vraag nr. 614 van de heer Alfons Borginon van 29 maart 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : FOD. — Dienst Wetgeving. — Taalonevenwicht.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Uw antwoord op de vraag naar de taalkaders bij Justitie heeft mijn aandacht getrokken (vraag van de 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14241
attention (question no 6109 de M. Laeremans, Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission de la Justice, 22 mars 2005, COM540, p. 10). Vous y indiquez que le déséquilibre linguistique pour les fonctions de niveau A s’explique par le fait que les néerlandophones quittent plus rapidement le SPF Justice que leurs collègues francophones. C’est surtout dans le service de la Législation, ou` le déséquilibre est le plus important, que vous souhaitez rétablir la situation dans les plus brefs délais. ` cet égard, ne s’indiquerait-il pas d’offrir aux 1. A juristes de parquet et aux référendaires la possibilités d’un transfert au SPF Justice ? Leur expertise serait très utile, particulièrement au sein du service de la Législation. 2. a) Si le déséquilibre linguistique pour les fonctions de niveau D est duˆ au fait que le recrutement se déroule uniquement à Bruxelles, tous les services doivent-ils dés lors encore être centralisés dans la capitale ? b) Certains services pourraient-ils être décentralisés ? Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 17 juin 2005, à la question no 614 de M. Alfons Borginon du 29 mars 2005 (N.) : 1. Le statut des référendaires et des juristes de parquet de l’Organisation Judiciaire est fixé par le Code Judiciaire tandis que le statut des agents de l’administration centrale et notamment des agents de la Direction générale Législation est fixé par l’arrêté royal portant le statut des agents de l’E´tat du 2 octobre 1937. Au stade actuel, en raison de cette distinction, l’interaction entre les deux statuts n’est pas envisageable. 2. a) Le déséquilibre linguistique au sein du niveau D concerne les agents contractuels et en particulier les collaborateurs restaurant/nettoyage. Ceux-ci travaillent dans des services situés à Bruxelles. Ces services sont centraux et doivent être par définition situés à Bruxelles. b) II n’y a pas d’autres services dans le cadre de l’administration centrale qui entrent en ligne de compte pour une décentralisation.
heer Laeremans, Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor de Justitie, 22 maart 2005, COM540, blz. 10). Uw verklaart dat het taalonevenwicht op niveau A te wijten is aan het feit dat de Nederlandstaligen veel sneller vertrekken bij de FOD Justitie, dan hun Franstalige collega’s. Vooral op de Dienst Wetgeving, waar het onevenwicht heel groot is, wil u dit snel wegwerken. 1. Is het in dat opzicht niet aangewezen om voor parketjuristen en referendarissen doorstroommogelijkheden naar de FOD Justitie te cree¨ren ? Vooral op de Dienst Wetgeving zou hun expertise goed van pas komen. 2. a) Indien het taalonevenwicht op niveau D te wijten is aan het feit dat men alleen in Brussel rekruteert, moeten we alle diensten dan in Brussel gecentraliseerd houden ? b) Zijn er geen diensten die in aanmerking komen voor decentralisatie ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 17 juni 2005, op de vraag nr. 614 van de heer Alfons Borginon van 29 maart 2005 (N.) : 1. Het statuut van de referendarissen en de parketjuristen van de Rechterlijke Orde is bepaald door het Gerechtelijk Wetboek. Het statuut van de ambtenaren bij het centraal bestuur van de FOD Justitie meer bepaald de ambtenaren van het Directoraat-Generaal Wetgeving daarentegen is geregeld aan de hand van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel. Een wisselwerking tussen beide statuten is op heden niet mogelijk gezien de vele verschillen onderling. 2. a) Het taalonevenwicht niveau D betreft contractuele ambtenaren en meer in het bijzonder de medewerkers keuken/schoonmaak. Al deze personen werken in diensten te Brussel gezien het per definitie centrale diensten betreft. b) Er zijn geen andere diensten van het centraal bestuur die in aanmerking komen voor decentralisatie.
DO 2004200504112
DO 2004200504112
Question no 648 de M. Alfons Borginon du 28 avril 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : SPF et cellules stratégiques. — Expertise externe. — E´tudes. — Publicité. Le SPF Justice et les cellules stratégiques ont souvent recours à des experts externes, qui sont chargés
Vraag nr. 648 van de heer Alfons Borginon van 28 april 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : FOD en beleidscellen. — Expertise van externen. — Studies. — Openbaarmaking. De FOD Justitie en de beleidscellen, doen vaak beroep op de expertise van externen. Er worden dan
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14242
d’effectuer des études diverses. Le résultat de celles-ci n’est pas toujours effectivement publié et certaines de ces études disparaissent dès lors dans la nébuleuse de l’histoire.
ook vaak studies besteld. Slechts een deel hiervan wordt ook daadwerkelijk openbaar gemaakt. Hierdoor verdwijnt een deel van deze studies in de nevelen der geschiedenis.
Le danger est réel de voir les ministres futurs charger les mêmes — ou d’autres — centres d’expertise d’études identiques, gaspillant ainsi les deniers publics.
Dit brengt het risico met zich dat de volgende ministers identiek dezelfde studies bestellen bij dezelfde of andere expertcentra, wat dus eigenlijk weggegooid geld is.
1. L’annonce ou la publication de telles études fontelles l’objet de règles ?
1. Bestaan er regels over het aankondigen of openbaar maken van dergelijke studies ?
2. Pourriez-vous me faire parvenir une liste des études demandées par votre cellule stratégique et par le SPF Justice depuis le début de la législature ?
2. Kunt u een lijst geven van de studies die deze legislatuur door uw beleidscel en de FOD Justitie werden besteld ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 13 juin 2005, à la question no 648 de M. Alfons Borginon du 28 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 13 juni 2005, op de vraag nr. 648 van de heer Alfons Borginon van 28 april 2005 (N.) :
1. Ce sont les mêmes règles que celles relatives aux marchés publics qui sont d’application.
1. Dezelfde regels als voor overheidsopdrachten zijn van toepassing.
2. Veuillez trouver ci-après la liste des contrats conclus à partir de juillet 2003.
2. Hierbij gaat de lijst van overeenkomsten gesloten vanaf juli 2003.
— Instruments de mesure et de suivi de la chaıˆne répressive (2003)
— Meet- en opvolgingsinstrumenten voor de strafrechtelijke keten (2003)
— Convention d’étude concernant l’application en Belgique de la Convention internationale relative aux droits de l’enfant (2003) — E´valuation des risques de comportements sexuels déviants chez les jeunes auteurs (2003)
— Studieovereenkomst betreffende de toepassing in Belgie¨ van het Internationaal Verdrag inzake de rechten van het kind (2003)
— Modèle de mesure de la charge de travail dans les parquets (2003)
— Model van werklastmeting in de parketten (2003)
— Enquête morphologique sur la spécialisation fonctionnelle au sein des SJA (2003)
— Morfologisch onderzoek naar de functionele specialisatie binnen de GDA (2003)
— Controˆle intégral de la qualité au sein de toutes les composantes du ministère public en Belgique (2003) — E´tude d’incidence de l’impact des mesures judiciaires alternatives sur le changement de comportement chez les délinquants, ainsi que de la construction et de la mise en œuvre d’un moniteur d’effets (2004)
— Integrale kwaliteitszorg binnen alle geledingen van het openbaar ministerie in Belgie¨ (2003)
— Système de mesure et de suivi de la politique de sécurité intégrale (2004)
— Meet- en opvolgingssysteem voor integrale veiligheidsbeleid (2004)
— Corruption du secteur économique (2004)
— Omkoping in/het bedrijfsleven (2004)
— Modèle de mesure de la charge de travail dans les parquets près les tribunaux de première instance et près les cours d’appel (2004)
— Model van werklastmeting in de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg en bij de hoven van beroep (2004)
— Convention visant à inventorier, dans le Code judiciaire et le Code civil, les taˆches dévolues au juge qui présentent un caractère administratif où
— Overeenkomst met het oog op het inventariseren in het Gerechtelijk en Burgerlijk Wetboek van de taken die aan de rechter worden toegewezen en
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
— Risicotaxatie bij jeugdige plegers van seksueel grensoverschrijdend gedrag (2003)
— Effectonderzoek naar de impact van alternatieve gerechtelijke maatregelen op gedragsverandering bij delinquenten en de constructie en implementatie van een effectmonitor (2004)
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14243
laissent planer un doute quant à la nécessité de l’intervention de celui-ci (2004)
van administratieve aard zijn of twijfel doen ontstaan over de noodzaak van het optreden van bedoelde rechter (2004)
— Convention de recherche portant sur la suppression des courtes peines d’emprisonnement (2004)
— Onderzoeksovereenkomst houdende de opheffing van korte gevangenisstraffen (2004)
— Jeunes adultes en prison ? Enquête sur le trajet des jeunes ayant fait l’objet d’un dessaisissement dans le cadre de la justice pénale (2004)
— Jongvolwassenen in de gevangenis ? Een onderzoek naar het traject van uit handen gegeven jongeren in het strafrecht (2004)
— Jeu de hasard : défini juridiquement — rendu opérationnel en fonction de la politique (2004)
— Kansspel : Juridisch gedefinieerd — beleidsmatig geoperationaliseerd (2004)
— Projet-pilote Controˆle intégral de la qualité du parquet de Louvain (2004)
— Pilootproject Integrale Leuven (2004)
— Controˆle intégral de la qualité au sein de toutes les composantes du ministère public en Belgique (2005)
— Integrale kwaliteitszorg binnen alle geledingen van het openbaar ministerie in Belgie¨ (2005)
— Vers un instrument de mesure et de suivi de la chaıˆne répressive (2005)
— Naar een meet- en opvolgingsinstrument voor de strafrechtelijke keten (2005)
— Réforme de la législation d’expropriation (2005).
— Hervorming van de wetgeving inzake onteigening (2005).
en
matière
kwaliteitszorg
parket
DO 2004200504147
DO 2004200504147
Question no 651 de M. Jef Van den Bergh du 2 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 651 van de heer Jef Van den Bergh van 2 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Experts en matière de prévention de la toxicomanie.
Experten drugspreventie.
En commission de la Justice du 26 avril 2005, je vous ai posé une question sur les entretiens organisés, dans l’enceinte de la prison, avec des détenus anciens toxicomanes, organisés dans le cadre de projets de prévention de la toxicomanie pour les écoles primaires. Vous m’avez répondu qu’il ressortait des informations fournies en la matière par des experts flamands qu’une confrontation au sein de la prison n’a aucune plusvalue en comparaison d’une rencontre à l’extérieur de la prison (question no 6511, Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission de la Justice, 26 avril 2005, COM571, p. 6).
In de commissie voor de Justitie van 26 april 2005 stelde ik u een vraag in verband met het bezoeken van ex-drugsverslaafden binnen de gevangenismuren in het kader van drugspreventieprojecten voor lagere scholen. U antwoordde mij dat uit de informatie die Vlaamse experten terzake u bezorgden, bleek dat een confrontatie binnen de gevangenis geen enkele meerwaarde bevat tegenover een ontmoeting buiten de gevangenismuren (Vraag nr. 6511, Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor de Justitie, 26 april 2005, COM571, blz. 6).
1. Qui sont ces experts ?
1. Wie zijn deze experten precies ?
2. De quels secteurs proviennent-ils ?
2. Vanuit welke sectoren komen deze experten ?
3. Un rapport d’évaluation comprenant leurs recommandations a-t-il été publié ?
3. Is er een evaluatierapport verschenen waarin hun aanbevelingen gebundeld zijn ?
4. Serait-il possible de recevoir un exemplaire de ce rapport d’évaluation ou des conclusions émises par les experts sur lesquelles vous avez fondé votre décision de ne plus admettre de visites au sein des prisons ?
4. Is het mogelijk een exemplaar te krijgen van dit evaluatierapport of van de conclusies van deze experten waarop u zich baseerde om de beslissing te nemen van dergelijke gevangenisbezoeken voortaan niet meer toe te staan ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14244
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 17 juin 2005, à la question no 651 de M. Jef Van den Bergh du 2 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 17 juni 2005, op de vraag nr. 651 van de heer Jef Van den Bergh van 2 mei 2005 (N.) :
En réponse à votre question, je puis vous préciser ce qui suit.
In antwoord op uw vraag kan ik u het volgende meedelen.
Un projet de prévention drogue était mené dans différentes prisons où des enfants de l’enseignement primaire se rendaient pour parler avec un (ex)consommateur de drogue.
In verschillende gevangenissen liep een drugpreventieproject waarbij schoolkinderen naar de gevangenis kwamen om een gesprek te voeren met een (ex)druggebruiker.
` un certain moment, cette expérience a été difficileA ment vécue et des questions se sont posées — aussi parmi le personnel — sur la méthode utilisée.
Op een bepaald ogenblik werd dit in bepaalde gevangenissen als moeilijk ervaren en kwamen er ook vanuit het personeel vragen naar de gehanteerde methodiek.
On a donc demandé au coordinateur Drogue de la DG EPM d’examiner le problème.
Op dat ogenblik werd aan de coo¨rdinator drugbeleid DG USM gevraagd dit te onderzoeken.
Une réponse a été demandée à deux questions :
Er werd een antwoord gevraagd op twee vragen :
— Le témoignage d’un consommateur de drogue faitil partie de la formation et si oui est-ce nécessaire de le faire en prison ?
— Is het getuigenis van een druggebruiker een noodzakelijk onderdeel van de vorming, en zo ja is het noodzakelijk dat dit in de gevangenis gebeurt ?
— Le projet dans son ensemble est-il si efficace que notre collaboration puisse encore se justifier ?
— Is het totale project in die mate efficie¨nt dat onze medewerking verder kan verantwoord worden.
La réponse à ces questions était basée sur des travaux de spécialistes, reconnus comme tels en Flandre, entre autres Vereniging voor alcohol- en andere drugproblemen (VAD) et De Sleutel et les collaborateurs du Provinciaal Intergemeentelijk Samenwerkingsverband alcohol en drugs (PISAD).
Het antwoord op deze vragen werd gebaseerd op literatuurstudie en op mening van specialisten, als dusdanig erkend in Vlaanderen, onder andere Vereniging voor alcohol- en andere drugproblemen (VAD) en De Sleutel en medewerkers van Provinciaal Intergemeentelijk Samenwerkingsverband alcohol en drugs (PISAD).
Sur la base de ces données, une réponse négative a été apportée à la première question.
Op basis van deze gegevens werd op de eerste vraag een negatief antwoord gegeven.
Pour la deuxième question, on a consulté des rapports d’évaluation du Drugpreventie Project (DPP) et des programmes similaires.
Voor de tweede vraag werden de evaluatieverslagen van het Drugpreventie Project (DPP) en aanverwante programma’s geconsulteerd.
Il y a tellement de questions qui se posent sur l’évidence et l’efficacité du modèle que la réponse est aussi négative.
Ook hier blijken dermate veel vragen naar de evidentie en de efficie¨nte van het gebruikte model dat het antwoord ook negatief is.
Ces arguments basés sur des études, des expériences étrangères, des avis des centres spécialisés en Flandre m’ont convaincue d’arrêter ces projets.
Deze argumentatie, opgebouwd op basis van literatuurstudie, buitenlandse ervaringen, meningen van gespecialiseerde diensten in Vlaanderen, heeft mij doen beslissen deze projecten stop te zetten.
Je vous transmets en annexe une large note à ce sujet.
Ik maak u in bijlage een uitgebreide nota dienaangaande over.
L’annexe à la réponse à cette question a été transmise directement à l’honorable membre. E´tant donné son caractère de pure documentation, il n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au Greffe de la Chambre des représentants (service des Questions parlementaires).
Het bijvoegsel op het antwoord op deze vraag is het geachte lid rechtstreeks toegestuurd. Gezien het louter documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14245
DO 2004200504268
DO 2004200504268
Question no 680 de M. Alfons Borginon du 11 mai 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 680 van de heer Alfons Borginon van 11 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Arrêt de la Cour d’arbitrage. — Magistrature debout. — Examen d’aptitude professionnelle.
Arrest Arbitragehof. — Staande magistratuur. — Examen van beroepsbekwaamheid.
Par son arrêt du 12 janvier 2005, la Cour d’arbitrage s’est prononcée sur un recours en annulation contre la loi du 3 mai 2003, modifiant notamment les conditions de nomination des magistrats à l’article 191 du Code judiciaire (C. jud.).
Het Arbitragehof deed in een arrest van 12 januari 2005 uitspraak over een beroep tot vernietiging tegen de wet van 3 mei 2003, dat onder meer de benoemingsvoorwaarden van magistraten in artikel 191 van het Gerechtelijk Wetboek (Ger. W.) wijzigde.
Le recours a été jugé partiellement fondé, mais la Cour a conclu à l’irrecevabilité du recours contre l’abrogation de l’ancien article 191, § 2, C. jud.. Aux termes de cet article, les magistrats du ministère public pouvaient être nommés au siège après avoir exercé cette fonction pendant au moins cinq ans. La Cour d’Arbitrage a motivé le défaut d’intérêt en faisant observer « que le contenu de cette disposition a été repris à l’article 190 du Code judiciaire par l’article 10, 1o, de la loi du 3 mai 2003 ». (Considération B.1.5).
Het beroep werd deels gegrond bevonden. Wat betreft het beroep tegen de afschaffing van het oude artikel 191, § 2, Ger. W., besloot men echter tot onontvankelijkheid. Het oude artikel 191, § 2, Ger. W., zorgde er voor dat staande magistraten na vijf jaar bij de zetel konden benoemd worden. Het Arbitragehof motiveerde het gebrek aan belang door te stellen dat « de inhoud van die bepaling door artikel 10, 1o van de wet van 3 mei 2003 werd overgenomen in artikel 190 Ger. W. » (overweging B.1.5).
L’Union nationale des magistrats de première instance (UNM) estime que ce renvoi par la Cour d’arbitrage à l’examen d’aptitude professionnelle visé à l’article 190 C. jud. prête à confusion.
Het Nationaal Verbond van Magistraten van eerste aanleg (NVM) had problemen met de onduidelijke verwijzing van het Arbitragehof naar het attest van beroepsbekwaamheid in artikel 190 Ger. W.
Ce renvoi à l’article 190 implique-t-il qu’un candidat qui a réussi l’examen d’aptitude professionnelle et a été nommé magistrat du ministère public, n’est pas tenu de présenter à nouveau cet examen s’il veut passer à la magistrature assise ? C’est la seule interprétation permettant de justifier l’abrogation de l’ancien article 191, § 2, C. jud. en renvoyant au nouvel article 190 C. jud. (cf. la revue trimestrielle de l’UNM, no 1, 2005, p. 3).
Bedoelde men hiermee dat eenmaal geslaagd in het examen voor beroepsbekwaamheid en benoemd tot de staande magistratuur, men bij een latere overstap naar de zetelende magistratuur, niet opnieuw het examen van beroepsbekwaamheid moet afleggen ? Dit lijkt immers de enige interpretatie waarbij men de afschaffing van het oud artikel 191, § 2, Ger. W. zou kunnen verantwoorden door een verwijzing naar het nieuwe artikel 190 Ger. W. (zie : « ’t Kantschrift », driemaandelijks tijdschrift van het NVM, nr. 1, 2005, blz. 3).
Pouvez-vous me faire savoir, eu égard à cet arrêt de la Cour d’arbitrage, si les magistrats du ministère public qui passent au siège sont tenus de participer une deuxième fois à l’examen d’aptitude professionnelle si la validité de leur attestation d’aptitude professionnelle est expirée ?
Kan u meedelen of het in het licht van dit arrest van het Arbitragehof nog vereist is voor leden van de staande magistratuur, die later overstappen naar de zetelende magistratuur, om opnieuw het examen van beroepsbekwaamheid af te leggen, indien de geldigheidsduur van het bekwaamheidsattest al is verstreken ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 13 juin 2005, à la question no 680 de M. Alfons Borginon du 11 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 13 juni 2005, op de vraag nr. 680 van de heer Alfons Borginon van 11 mei 2005 (N.) :
Les magistrats du ministère public nommés sur la base de leur réussite à l’examen d’aptitude professionnelle ne doivent pas présenter à nouveau cet examen pour être nommés par la suite juge sur la base de leur expérience de cinq ans au parquet.
De magistraten van het openbaar ministerie die na het examen van beroepsbekwaamheid benoemd zijn, moeten nadien niet opnieuw het examen afleggen om benoemd te worden bij de zetel op basis van vijf jaar parketervaring.
L’abrogation de l’article 191 du Code judiciaire par la loi du 3 mai 2003 n’avait pas pour conséquence indi-
De afschaffing van het artikel 191 van het Gerechtelijk Wetboek door de wet van 3 mei 2003 heeft niet tot
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14246
recte d’obliger les magistrats du ministère public voulant être nommés au siège à repasser l’examen d’aptitude professionnelle après l’expiration du délai de sept ans de validité de l’attestation de réussite à cet examen.
gevolg dat de magistraten van het openbaar ministerie die willen benoemd worden tot de zetel, het examen van beroepsbekwaamheid opnieuw moeten afleggen, indien de geldigheidsduur van bekwaamheidsattest verstreken is.
La Cour d’arbitrage a reconnu que « Pour ce qui concerne l’abrogation, par la disposition entreprise, de l’ancien article 191, § 2, du Code judiciaire, il convient d’observer que le contenu de cette disposition a été repris à l’article 190 du Code judiciaire par l’article 10, 1o, de la loi du 3 mai 2003. Les requérants n’ont donc pas d’intérêt à l’annulation de la disposition entreprise en tant qu’elle porte sur l’article 191, § 2, abrogé » (point B1.5 de l’arrêt 1/2005 du 12 janvier 2005).
Het Arbitragehof erkende dat « wat de afschaffing door de bestreden bepaling van het vroegere artikel 191, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek betreft, moet worden opgemerkt dat de inhoud van die bepaling door artikel 10, 1o, van de wet van 3 mei 2003 werd overgenomen in artikel 190 van het Gerechtelijk Wetboek. De verzoekers hebben derhalve geen belang bij de vernietiging van de bestreden bepaling in zoverre zij betrekking heeft op het opgeheven artikel 191, § 2. » (punt B.1.5 van arrest 1/2005, van 12 januari 2005).
L’examen d’aptitude professionnelle est un mode d’accès à la magistrature qui vaut tant pour le siège que pour le parquet. Les titulaires de l’examen d’aptitude professionnelle, qui par ailleurs comptent le nombre d’expérience minimum requis par la loi comme avocat, juriste, ... ont sept ans pour se faire nommer une première fois comme magistrat. S’ils ne le sont toujours pas à l’expiration de ce délai, ils doivent réussir à nouveau cet examen pour avoir une chance d’accéder à la magistrature par ce biais-là. Une fois nommé magistrat il est possible de passer du ministère public au siège pour autant que le nombre de cinq années d’expérience requise par l’article 190, § 2 du Code judiciaire comme magistrat du ministère public soit atteint.
Het examen van beroepsbekwaamheid geeft toegang tot de magistratuur en geldt zowel voor de zetel als voor de staande magistratuur. De titularissen van dit examen, die, zoals de wet vraagt, de minimum vereiste ervaring tellen als jurist, advocaat, ... hebben zeven jaar de tijd om zich een eerste keer te laten benoemen als rechter. Doen ze dat niet binnen deze termijn, moeten ze opnieuw slagen in het examen, om via weg toegang te krijgen tot de magistratuur. Eenmaal ze tot magistraat zijn benoemd, hebben ze de mogelijkheid om vanuit het parket over te stappen naar de zetel, op voorwaarde dat ze minimum vijf jaar ervaring als parketmagistraat hebben. Dat is de vereiste van artikel 190, § 2.
Les exigences à l’égard d’une même catégorie de magistrats ne peuvent varier selon que l’accès à la magistrature intervient plus ou moins toˆt au cours de la période de sept ans. Tel serait le cas si la durée de validité de cet examen jouait également lorsqu’un magistrat postule une autre nomination dans la magistrature.
De vereisten tegenover eenzelfde categorie van magistraten kunnen niet verschillen naargelang het moment binnen de zevenjarige termijn dat men benoemd wordt tot magistraat. Dat zou wel het geval zijn als de geldigheid van het examen ook zou spelen bij een volgende benoeming binnen de magistratuur.
Une telle lecture du Code judiciaire aurait un effet pervers puisqu’elle pousserait les magistrats du ministère public qui ont eu la chance d’être nommés rapidement au parquet à postuler au siège avant l’expiration du délai de sept ans.
Een dergelijke lezing van het Gerechtelijke Wetboek heeft een pervers effect. Want het zou de magistraten van het openbaar ministerie die het geluk hadden snel te zijn benoemd, aanzetten om voor het einde van de termijn van zeven jaar over te stappen naar de zetel.
Une telle interprétation serait discriminatoire : un titulaire de l’examen d’aptitude professionnelle nommé au parquet dans l’année de sa réussite ne devrait pas représenter l’examen d’aptitude pour être nommé au siège après cinq ans de parquet alors qu’un magistrat nommé au parquet trois ans après la réussite de ce même examen devrait repasser cet examen pour pouvoir être nommé au siège. Tel serait aussi le cas des magistrats du ministère public qui postuleraient une place au siège après sept ans au parquet.
Deze interpretatie cree¨ert een discriminatie. Een titularis van het examen van beroepsbekwaamheid die binnen het jaar bij het parket benoemd wordt, zou het examen niet opnieuw moeten doen, als hij na vijf jaar postuleert voor de zetel, terwijl een magistraat die pas drie jaar na het examen benoemd werd, wel opnieuw het examen zou moeten afleggen.
On ajoute ainsi une condition de nomination par rapport à ce qu’exige la loi.
Op die manier wordt een extra benoemingsvoorwaarde ingevoerd die niet volgt uit de wet.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14247
Il serait implicitement accordé plus d’importance à la réussite de l’examen qu’à l’expérience acquise comme magistrat aussi longue soit-elle. Telle n’est pas la volonté du législateur.
Bovendien zou het extra examen ook gelden voor een parketmagistraat die na zeven jaar of meer, aan de slag wil gaan op de zetel. Zo wordt impliciet meer belang gehecht aan het examen dan aan de verworven ervaring van magistraat. Ook dat is niet de bedoeling van de wetgever.
Vice-premier ministre et ministre des Finances
Vice-eerste minister en minister van Financie¨n
DO 2004200503867
DO 2004200503867
Question no 721 de M. Jef Van den Bergh du 7 avril 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 721 van de heer Jef Van den Bergh van 7 april 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Déduction fiscale pour l’habitation. — Habitation propre et unique.
Fiscale woningaftrek. — Eigen en enige woning.
Depuis le 1er janvier 2005, un nouveau calcul fiscal de la déduction d’impoˆt est d’application pour la construction, la transformation ou l’achat de l’habitation propre. Tous les avantages fiscaux qui existaient précédemment sont remplacés par un forfait global pour chaque partenaire. Le montant des avantages ne dépend pas du revenu. Le montant maximum peut être majoré de 620 euros au cours des dix premières années à la condition qu’il s’agisse de l’habitation unique.
Sinds 1 januari 2005 geldt een nieuwe fiscale berekening van de belastingaftrek bij het bouwen, verbouwen of kopen, van een eigen woning. Alle voorheen bestaande belastingvoordelen worden vervangen door een globaal forfait per partner. Het bedrag van de voordelen is onafhankelijk van het inkomen. Het maximumbedrag kan gedurende de eerste tien jaar verhoogd worden met 620 euro op voorwaarde dat het gaat om de enige woning.
Voici un exemple : un couple est propriétaire d’une habitation. Il décide néanmoins de déménager. Il achète à cet effet une parcelle de terrain à baˆtir pour y construire une nouvelle habitation. Alors que le couple a l’intention de vendre l’habitation qu’il occupe (pour financer la nouvelle construction), et qu’il s’agit donc clairement de son habitation « propre et unique », la réglementation fiscale appliquée à un tel cas n’est pas claire. En effet, au moment ou` il contracte le nouveau prêt hypothécaire pour entamer la nouvelle construction, le couple est déjà propriétaire d’une habitation. Le nouveau prêt hypothécaire est ainsi considéré comme un financement affecté à une deuxième habitation. La situation n’est pourtant que temporaire, à savoir jusqu’à ce que la nouvelle construction soit achevée et que le couple puisse déménager.
Gegeven volgende situatie : een koppel is eigenaar van een woning. Ze beslissen evenwel om te verhuizen. Hiertoe kopen ze een perceel bouwgrond en willen ze hierop een nieuwe woning bouwen. Hoewel ze hun huidige woning zullen verkopen (om nieuwbouw te financieren), en het dus duidelijk over hun « eigen en enige » woning gaat, is het niet duidelijk hoe dit fiscaal geregeld wordt. Op het moment immers dat zij een nieuwe hypothecaire lening aangaan om van start te kunnen gaan met de nieuwbouw, bezitten zij reeds een woning. Hierdoor wordt de nieuwe hypothecaire lening aanzien als middelen voor een tweede woning. Dit is evenwel slechts een tijdelijke toestand, met name tot de nieuwbouw klaar is en men kan verhuizen.
1. Le nouveau prêt hypothécaire contracté pour une nouvelle construction peut-il être pris en considération pour bénéficier des nouveaux avantages fiscaux relatifs à l’habitation propre et unique, alors que le contribuable est encore simultanément propriétaire d’une habitation, néanmoins avec l’intention de la vendre au moment ou` la nouvelle construction est habitable ?
1. Kan de nieuwe hypothecaire lening voor een nieuwbouw in aanmerking komen voor de nieuwe fiscale voordelen voor de eigen en enige woning — terwijl men op hetzelfde moment nog een woning in eigendom heeft, doch met de intentie deze te verkopen op het moment dat de nieuwbouw bewoonbaar is ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14248
2. Dans l’affirmative, de quelle manière ? 3. Existe-t-il déjà une brochure pour informer les personnes concernées de la nouvelle législation fiscale ? Celle-ci ne figure en tout cas pas encore sur le site internet du SPF Finances. Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 16 juin 2005, à la question no 721 de M. Jef Van den Bergh du 7 avril 2005 (N.) : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à ses questions. 1 et 2. Pour entrer en considération pour la déduction des dépenses mentionnées à l’article 104, 9o, du Code des impoˆts sur les revenus 1992, il est exigé à l’article 115, 1o, du même Code, que ces dépenses aient été faites pour l’habitation unique du contribuable au 31 décembre de l’année de la conclusion du contrat d’emprunt. Le fait que le contribuable ait encore une habitation en propriété à la date de conclusion de l’emprunt, n’a aucune incidence sur l’application des dispositions précitées. Dans la situation décrite par l’honorable membre, les contribuables peuvent par conséquent revendiquer la déduction précitée, pour autant qu’ils aient aliéné l’habitation dont ils étaient déjà propriétaires, avant le 31 décembre de l’année pendant laquelle l’emprunt a été conclu et pour autant que toutes les autres conditions posées dans les articles 104, 9o, 115 et 116, du Code précité, soient remplies. 3. Les informations suivantes ont déjà été publiées sur le website : — « 19 questions et réponses concernant la déduction fiscale pour l’habitation propre et unique » (www.minfin.fgov.be, dans la rubrique « Nouveautés sur les sites du SPF Finances »). — La brochure « Envie de votre maison » (www.minfin.fgov.be, dans la rubrique « Informations », « Brochures du département »). Mon administration prépare aussi actuellement une circulaire en la matière qui sera publiée aussi vite que possible.
2. Zo ja, op welke manier ? 3. Werd reeds een brochure opgesteld ter informatie van potentie¨le (ver-)bouwers over de nieuwe fiscale regelgeving ? Deze is in elk geval nog niet terug te vinden op de website van de FOD Financie¨n. Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 16 juni 2005, op de vraag nr. 721 van de heer Jef Van den Bergh van 7 april 2005 (N.) : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op de door hem gestelde vragen. 1 en 2. Om in aanmerking te komen voor de aftrek van de in artikel 104, 9o, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vermelde bestedingen, is krachtens artikel 115, 1o, van hetzelfde Wetboek vereist dat die bestedingen gedaan zijn voor de woning die op 31 december van het jaar waarin het leningcontract is afgesloten, de enige woning van de belastingplichtige is. Het feit dat de belastingplichtige op de datum van het aangaan van de lening nog een woning in eigendom heeft, is voor de toepassing van voormelde bepalingen van geen belang. In de door het geachte lid beschreven situatie kunnen de belastingplichtigen bijgevolg aanspraak maken op de voormelde aftrek, voor zover zij de woning waarvan zij reeds eigenaar waren, vervreemd hebben vo´o´r 31 december van het jaar waarin de lening is aangegaan en voor zover alle andere voorwaarden gesteld in de artikelen 104, 9o, 115, en 116, van voormeld Wetboek voldaan zijn. 3. Volgende informatie werd reeds gepubliceerd op de website : — « 19 vragen en antwoorden omtrent de Fiscale aftrek van de enige eigen woning » (www.minfin.fgov.be, in de rubriek « Nieuwigheden op de sites van de FOD Financie¨n »). — De brochure « Zin in een eigen woning » (www.minfin.fgov.be, in de rubriek « Informatie », « Brochures van het departement »). Mijn administratie bereidt terzake momenteel ook een circulaire voor die zo snel mogelijk zal worden gepubliceerd.
DO 2004200504150
DO 2004200504150
Question no 768 de M. Richard Fournaux du 2 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances : TVA. — Mise à disposition de logements meublés.
Vraag nr. 768 van de heer Richard Fournaux van 2 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n : BTW. — Terbeschikkingstelling van gemeubeld logies. 1. Artikel 18, § 1, 2e lid, 10o, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (WBTW)
1. La mise à disposition de chambres meublées à des étudiants et des vacanciers est-elle taxable sur la
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14249
base de l’article 18, § 1er, alinéa 2, 10o, du Code de la taxe sur la valeur ajoute (CTVA) qui prévoit que la fourniture de logements meublés est taxable ? 2. Dans la négative, comment distinguer une chambre meublée d’un logement meublé ? Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 16 juin 2005, à la question no 768 de M. Richard Fournaux du 2 mai 2005 (Fr.) : 1 et 2. La fourniture de logements meublés au sens de l’article 18, § 1er, alinéa 2, 10o, du Code de la TVA et de l’exception à l’exemption relative à la location immobilière visée par l’article 44, § 3, 2o, a), 3e tiret, du même Code, sous-entend qu’il s’agisse d’établissements — que ceux-ci soient exploités dans les conditions de la réglementation propre aux établissements hoˆteliers ou sous un autre statut — qui présentent une organisation permanente groupant les différents facteurs humains et matériels concourant à assurer la réception des hoˆtes, la mise à leur disposition d’une chambre meublée et du linge de maison (draps de lit, couvertures, essuies-mains, gants de toilette, etc.), l’entretien et le nettoyage réguliers des chambres, en ce compris le renouvellement du linge de maison, ainsi que, éventuellement, la fourniture de petit-déjeuner.
Les établissements qui ne fournissent pas l’ensemble de ces services entrent cependant eux aussi en ligne de compte pour la taxation de leurs opérations si leur offre de services, concrétisée dans les faits, consiste à fournir systématiquement à chaque client, pour un prix unique, une prestation comprenant à la fois la mise à disposition d’un logement meublé (de quelque type qu’il soit : chambre, appartement, chalet dans un parc de vacances, etc.), l’accueil des hoˆtes sur place en tout cas durant une bonne partie de la journée et, selon la formule retenue par l’exploitant, un au moins des services complémentaires suivants : l’entretien et le nettoyage réguliers du logement meublé durant le séjour, la fourniture et le renouvellement du linge de maison en cours de séjour ou la fourniture du petitdéjeuner dans les chambres ou dans la salle à manger de l’établissement. ` l’inverse, lorsque la mise à disposition d’un logeA ment meublé ne s’accompagne pas des services tels que décrits ci-avant, ou que les services en question ne sont fournis qu’à la demande expresse du client, moyennant un supplément de prix, ou encore que l’offre de l’exploitant est assortie de la possibilité pour les clients de renoncer à un ou plusieurs services complémentaires et de bénéficier alors d’une réduction de prix, cette mise à disposition « passive » s’analyse en une location pure et simple, exemptée de la taxe par l’article 44, § 3, 2o, précité.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
bepaalt dat het verschaffen van gemeubeld logies belastbaar is. Kan er op basis van die bepaling belasting worden geheven op het aanbieden van gemeubelde kamers aan studenten en vakantiegangers ? 2. Zo neen, wat is het onderscheid tussen een gemeubelde kamer en gemeubeld logies ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 16 juni 2005, op de vraag nr. 768 van de heer Richard Fournaux van 2 mei 2005 (Fr.) : 1 en 2. Het verschaffen van gemeubeld logies in de zin van artikel 18, § 1, tweede lid, 10o, van het BTWWetboek en van de uitzondering op de vrijstelling inzake onroerende verhuur beoogd in artikel 44, § 3, 2o, a), derde streepje, van datzelfde Wetboek, houdt in dat het gaat om instellingen die worden uitgebaat onder de in de wetgeving op de hotel in richtingen gestelde voorwaarden dan wel onder een ander statuut en die worden gekenmerkt door een permanente organisatie die al de materie¨le en menselijke factoren verenigt die het mogelijk maken aan de gasten diensten te verstrekken zoals de ontvangst van de gasten, het ter beschikking stellen van gemeubelde kamers en huishoudlinnen (beddengoed, dekens, handdoeken, washandje, enzovoort) het regelmatig onderhoud en schoonmaken van de kamers, met begrip van het verversen van het huishoudlinnen en, eventueel, het verschaffen van het ontbijt. De inrichtingen die niet dit geheel van diensten verschaffen komen toch voor het belasten van hun handelingen in aanmerking als uit concrete feiten blijkt dat systematisch aan alle klanten, voor een enige prijs een dienst wordt aangeboden en verstrekt die zowel bestaat in het ter beschikking stellen van gemeubeld logies (van welke aard ook : kamer, appartement, chalet in een vakantiepark, enzovoort), het onthaal ter plaatse van gasten gedurende in ieder geval een groot gedeelte van de dag en, volgens de door de exploitant vastgestelde formule, minstens één van de volgende bijkomende diensten : het regelmatig onderhoud en schoonmaken van gemeubelde kamers tijdens het verblijf, het verschaffen en het verversen van het huishoudlinnen gedurende het verblijf, of het verschaffen van een ontbijt op de kamers of in de eetzaal van de inrichting. Wanneer daarentegen het verschaffen van gemeubeld logies niet gepaard gaat met diensten als hiervoor beschreven of wanneer die diensten slechts verstrekt worden op uitdrukkelijke vraag van de klant mits betaling van een prijstoeslag of nog wanneer het aanbod van de exploitant voorziet in de mogelijkheid voor de klanten om af te zien van één of meerdere bijkomende diensten waarvoor hem een prijsvermindering wordt toegekend, wordt die « passieve » terbeschikkingstelling aangemerkt als een zuivere en eenvoudige verhuur, vrijgesteld van de belasting door artikel 44, § 3, 2o, voornoemd. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14250
Il en est ainsi :
Dat is zo voor :
— de la mise à disposition de chambres meublées à des étudiants, par des particuliers, pour une période relativement longue, étant donné qu’aucune réception n’est assurée en l’occurence, et que la mise à disposition de la chambre ne s’accompagne généralement pas de son nettoyage ni du reste de la fourniture du petit-déjeuner;
— de terbeschikkingstelling door particulieren, voor een betrekkelijk lange duur, van gemeubelde kamers van studenten, aangezien in dit geval geen enkel onthaal wordt verzekerd en de terbeschikkingstelling van de kamer in het algemeen niet gepaard gaat met het schoonmaken ervan, noch met het verschaffen van het ontbijt;
— de la location de logements meublés (maisons, appartements, studios, bungalows, etc), que ce soit à des vacanciers où à d’autres personnes lorsque ces locations ne s’accompagnent pas des services visés aux deux premiers alinéas.
— de verhuur van gemeubeld logies (huizen, appartementen, studio’s, bungalows, enzovoort) aan vakantiegangers of andere personen wanneer die verhuur niet gepaard gaat met diensten bedoeld in de eerste twee alinea’s.
S’agissant, par ailleurs, de logements destinés à l’habitation humaine, l’administration accepte de considérer que l’exemption porte non seulement sur la jouissance du bien immeuble mais également sur la mise à disposition des biens meubles le garnissant, qui n’en constitue que l’accessoire.
Trouwens, wanneer het gaat om logies bestemd voor menselijke bewoning, aanvaardt de administratie dat de vrijstelling niet enkel betrekking heeft op het gebruik van het onroerend goed, maar eveneens op de terbeschikkingstelling van de roerende goederen die het stofferen en die slechts een bijhorigheid vormen.
DO 2004200504155
DO 2004200504155
Question no 769 de M. Richard Fournaux du 2 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 769 van de heer Richard Fournaux van 2 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
TVA. — Location de boxes pour chevaux.
BTW. — Huren van paardenboxen.
1. Est-il bien exact que, selon votre administration, lorsqu’un propriétaire de chevaux contracte avec deux prestataires de services différents, l’un se chargeant de l’hébergement et l’autre des soins, chacune des opérations suit son régime propre, que ces prestataires soient étrangers l’un à l’autre ou qu’une forme de complémentarité existe entre eux (par exemple une personne morale d’une part et un de ses administrateurs en tant que personne physique, d’autre part) ?
1. Klopt het dat uw administratie de mening is toegedaan dat wanneer een eigenaar van paarden een overeenkomst sluit met twee verschillende dienstverleners waarbij de ene instaat voor de huisvesting en de andere voor de verzorging van de paarden, elk van die activiteiten onder een specifieke regeling vallen, ongeacht of beide dienstverleners los staan van elkaar dan wel of er tussen hen een vorm van complementariteit bestaat (bijvoorbeeld een rechtspersoon enerzijds en een van de bestuurders ervan als natuurlijke persoon, anderzijds) ?
2. Lorsqu’une même personne physique agit en tant qu’organe d’une personne morale et à titre de personne physique pour des opérations connexes, comment le preneur sait-il s’il doit recevoir une facture ou non de la TVA ?
2. Wanneer eenzelfde natuurlijke persoon optreedt als orgaan van een rechtspersoon en in de hoedanigheid van natuurlijke persoon voor aanverwante activiteiten, hoe weet de clie¨nt dan of hij al dan niet een BTW-factuur moet ontvangen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 16 juin 2005, à la question no 769 de M. Richard Fournaux du 2 mai 2005 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 16 juni 2005, op de vraag nr. 769 van de heer Richard Fournaux van 2 mei 2005 (Fr.) :
1. Je confirme à l’honorable membre que, lorsqu’un propriétaire de chevaux contracte avec deux prestataires de services différents, l’un se chargeant de l’hébergement et l’autre des soins, chacune des opérations suit son régime propre, que ces prestataires soient étrangers l’un à l’autre ou qu’une forme de
1. Ik bevestig het geachte lid dat wanneer een eigenaar van paarden overeenkomsten sluit met twee verschillende dienstverrichters, waarbij de ene instaat voor het stallen en de andere voor de verzorging, elke handeling zijn eigen regeling volgt, ongeacht of er al dan niet een band is tussen de dienstverrichters
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14251
complémentarité existe entre eux (par exemple une personne morale d’une part et un de ses administrateurs en tant que personne physique d’autre part).
(bijvoorbeeld enerzijds een rechtspersoon en anderzijds de bestuurder van die rechtspersoon, als natuurlijke persoon).
En l’espèce, l’opération ayant pour objet la fourniture de soins aux chevaux est visée à l’article 18, § 1er, alinéa 1er et alinéa 2, 1o, du Code de la TVA, tandis que l’hébergement de ces animaux se situe dans le champ d’application de l’article 18, § 1er, alinéa 1er, du Code. Ces opérations sont toutes deux soumises à la TVA selon les règles habituelles, l’exemption de l’article 44, § 3, 2o, du Code — qui est d’application stricte comme toute cause d’exemption — n’entrant pas en ligne de compte pour la mise à disposition des boxes eu égard aux circonstances dans lesquelles l’hébergement des chevaux est en règle assuré.
In dat geval is de verzorging van de paarden bedoeld in artikel 18, § 1, eerste lid en tweede lid, 1o, van het BTW-Wetboek terwijl het stallen van de dieren bedoeld is in artikel 18, § 1, eerste lid van het Wetboek. Die handelingen zijn allebei onderworpen aan de BTW volgens de gewone regels. De vrijstelling van artikel 44, § 3, 2o, van het Wetboek, die zoals alle andere vrijstellingen strikt moet worden toegepast, is niet van toepassing ten aanzien van de terbeschikkingstelling van de boxen gelet op de omstandigheden waarin het stallen van de paarden gewoonlijk gebeurt.
En effet, l’exploitant des boxes, qui est en fait responsable de ses propres installations, s’engage audelà des obligations d’un simple bailleur étant donné qu’il assure à tout le moins la surveillance régulière de ces boxes, voire des animaux, et qu’il se doit d’intervenir, hors la présence du propriétaire des animaux, en cas de problème survenant aux installations ou aux animaux.
De exploitant van de boxen, die in feite verantwoordelijk is voor zijn eigen installaties, doet immers meer dan een gewone verhuurder aangezien hij minstens de boxen bewaakt, toezicht houdt op de dieren en moet tussenkomen als er problemen zijn met de installaties of met de dieren wanneer de eigenaar er niet is.
Par ailleurs, de son coˆté, le preneur voit ses droits restreints par rapport à ceux du contrat de bail, puisqu’il ne dispose pas à tout moment, de nuit comme de jour, d’un droit d’accès direct, c’est-à-dire sans l’intervention de l’exploitant des boxes — et exclusif aux boxes que ses chevaux occupent.
De afnemer van de dienst heeft bovendien minder rechten dan het geval is bij een huurcontract aangezien hij niet op ieder tijdstip, zowel ’s nachts als overdag, rechtstreeks — dat wil zeggen zonder tussenkomst van de exploitant van de boxen — noch exclusief toegang heeft tot de paardenboxen.
2. Les prestations de services précitées — la fourniture de soins aux chevaux et l’hébergement de ceux-ci — ne doivent pas obligatoirement faire l’objet d’une facture lorsque ces prestations sont rendues à une personne physique qui les destine à son usage privé.
2. Voornoemde diensten — de verzorging van paarden en het stallen ervan — moeten niet verplicht worden gefactureerd indien ze worden verstrekt aan een natuurlijke persoon die ze bestemt voor zijn privégebruik.
DO 2004200504171
DO 2004200504171
Question no 772 de M. Francis Van den Eynde du 3 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances : TVA. — E´tablissements du secteur horeca. — Location de locaux ou de salles à des tiers.
Vraag nr. 772 van de heer Francis Van den Eynde van 3 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Les propriétaires des établissements du secteur horeca louent régulièrement leurs locaux ou leurs salles à des tiers pour l’organisation de réunions ou de séminaires.
Regelmatig verhuren horecazaken hun lokalen of zalen aan derden die er dan vergaderingen of seminaries organiseren.
Cette location s’accompagne généralement de la mise à disposition de meubles et de la fourniture de boissons et/ou de produits alimentaires.
Deze verhuur gaat meestal gepaard met het ter beschikking stellen van meubelen en dranken en/of spijzen.
En vertu de la section 4, no 38, de la circulaire no 4 de 1973, qui est toujours d’application selon Fisconet,
Volgens aanschrijving nr. 4 van 1973 — afdeling 4 nr. 38, volgens Fisconet nog steeds geldig, is deze
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
BTW. — Horecazaken. — Verhuur van lokalen of zalen aan derden.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14252
la mise à disposition d’une salle constitue un service taxé au taux de 6 % en vertu de l’article 18, § 1er, 11o, du Code de la TVA. Ce taux est-il encore d’application ?
terbeschikkingstelling van een zaal een dienst krachtens artikel 18, § 1, 11o, van het BTW-wetboek, tegen het tarief van 6 %. Is dit tarief nog steeds van toepassing ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 16 juin 2005, à la question no 772 de M. Francis Van den Eynde du 3 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 16 juni 2005, op de vraag nr. 772 van de heer Francis Van den Eynde van 3 mei 2005 (N.) :
La fourniture de nourriture et de boissons effectuée dans les restaurants et les débits de boissons et, plus généralement, dans des conditions telles qu’elles sont consommées sur place, constitue une prestation de services visée par l’article 18, § 1, alinéa 2, 11o, du Code de la TVA. Le taux de TVA applicable à ce service a été modifié à plusieurs reprises depuis l’introduction du Code de la TVA.
Het verschaffen van spijs en drank in restaurants en cafés en, meer algemeen, in omstandigheden voor het verbruik ter plaatse is een dienst beoogd door artikel 18, § 1, tweede lid, 11o, van het BTW-Wetboek. Het BTW-tarief dat van toepassing is op die dienst werd sinds de invoering van het BTW-Wetboek reeds herhaalde malen gewijzigd.
` la suite du remplacement du tableau B de l’annexe A à l’arrêté royal no 20 du 20 juillet 1970 relatif aux taux de TVA, par l’arrêté royal du 28 mars 1992 modifiant ledit arrêté royal no 20 (Moniteur belge du 31 mars 1992), la prestation de services susvisée est soumise à la taxe au taux normal de TVA, qui s’élevait à l’époque à 19,5 % (voir circulaire no 3 du 8 avril 1992) et qui, suite à l’arrêté royal du 20 octobre 1995 (Moniteur belge du 31 octobre 1995) modifiant l’arrêté royal no 20 susmentionné, s’élève à 21 % depuis le 1er janvier 1996.
Ingevolge het vervangen van tabel B van de bijlage bij het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 inzake BTW-tarieven, middels het koninklijk besluit van 28 maart 1992 tot wijziging van voornoemd koninklijk besluit nr. 20 (Belgisch Staatsblad van 31 maart 1992), is bedoelde dienst vanaf 1 april 1992 aan de belasting onderworpen tegen het normale BTW-tarief, dat destijds 19,5 % bedroeg (zie aanschrijving nr. 3 van 8 april 1992) en dat, ingevolge het koninklijk besluit van 20 oktober 1995 (Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1995) tot wijziging van voornoemd koninklijk besluit nr. 20, 21 %. bedraagt vanaf 1 januari 1996.
Comme il est matériellement impossible pour l’administration d’adapter systématiquement, lors de chaque modification des dispositions légales ou administratives, tous les textes déjà publiés, il convient donc de vérifier, lors de la consultation des circulaires, décisions, réponses aux questions parlementaires, communications et publications officielles similaires, que leur contenu n’a pas été modifié ou rapporté par une publication plus récente ou la modification d’une disposition légale.
Aangezien het voor de administratie materieel onmogelijk is om systematisch bij elke wijziging van de wettelijke of administratieve bepalingen alle reeds daarvoor gepubliceerde teksten aan te passen, dient bij het raadplegen van circulaires, beslissingen, antwoorden op parlementaire vragen, mededelingen en dergelijke officie¨le publicaties bijgevolg steeds te worden onderzocht of de inhoud ervan achteraf werd gewijzigd of opgeheven ingevolge een recentere publicatie of een wijziging van een wettelijke bepaling.
` la suite de la question de l’honorable membre, j’ai A chargé mon administration de publier, via la banque de données fiscale Fisconet, un avertissement général rappelant à l’utilisateur ce qui précède.
Naar aanleiding van de vraag van het geachte lid heb ik mijn administratie de opdracht gegeven een algemene waarschuwing te publiceren via de fiscale databank Fisconet die de gebruiker hieraan herinnert.
Par ailleurs, le moteur de recherche qui ouvre la banque de données fiscales permet à l’utilisateur de retrouver simplement les documents originaux et modificatifs. Dans la plupart des cas, les publications originales et modificatives sont déjà reliées entre elles.
Overigens, de zoekmachine die de fiscale databank ontsluit, maakt het de gebruiker mogelijk om op een eenvoudige manier de oorspronkelijke en wijzigende documenten terug te vinden. In heel wat gevallen worden oorspronkelijke en wijzigende publicaties reeds via een hyperlink verbonden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14253
DO 2004200504179
DO 2004200504179
Question no 774 de M. Richard Fournaux du 4 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 774 van de heer Richard Fournaux van 4 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
TVA. — Immeubles.
BTW. — Onroerende goederen.
1. Un caˆble électrique aérien entre deux poteaux est-il un immeuble pour l’application de la TVA ?
1. Wordt een elektrische leiding tussen twee masten voor de toepassing van de BTW als een onroerend goed beschouwd ?
2. Un caˆble électrique fixé à des baˆtiments est-il un immeuble ?
2. Is een aan gebouwen bevestigde elektrische leiding een onroerend goed ?
3. Quelles conséquences une telle distinction a-t-elle pour l’application de la TVA ?
3. Welke gevolgen heeft zo’n onderscheid desgevallend voor de toepassing van de BTW ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 16 juin 2005, à la question no 774 de M. Richard Fournaux du 4 mai 2005 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 16 juni 2005, op de vraag nr. 774 van de heer Richard Fournaux van 4 mei 2005 (Fr.) :
1. La détermination du caractère immeuble par nature d’un bien est une question de fait à apprécier au cas par cas, en fonction des règles applicables, à cet égard, en matière civile.
1. Het bepalen van het onroerend uit aard zijn van een goed is een feitenkwestie die geval per geval dient te worden beoordeeld, in functie van de regels die in dat verband op burgerlijk vlak van toepassing zijn.
` titre d’exemple, les caˆbles aériens des lignes de A transport d’énergie électrique sont considérés comme des immeubles par nature en ce qu’ils font partie d’un ensemble qui constitue une construction au sens de l’article 518 du Code civil. Tel n’est en revanche pas le cas des caˆbles destinés à alimenter les guirlandes électriques, installés au-dessus de la voie publique à l’occasion des fêtes de fin d’année, qui restent normalement des biens meubles par nature.
Zo worden, bijvoorbeeld, de bovengrondse kabels voor het transport van elektrische energie aangemerkt als onroerende goederen uit hun aard aangezien ze deel uitmaken van een geheel dat een constructie is in de zin van artikel 518 van het Burgerlijk Wetboek. Dat is daarentegen niet het geval voor kabels bestemd voor het voeden van een elektrische lichtslinger die naar aanleiding van de einde-jaarsfeesten wordt opgehangen boven de openbare weg, die normaliter roerende goederen uit hun aard blijven.
2. Par ailleurs, sont également immeubles par nature, les parties composantes d’un baˆtiment qui font corps avec lui et sans lesquelles il ne serait plus complet. Il en est ainsi, par exemple, des éléments composant l’installation électrique d’un baˆtiment, en ce compris les caˆbles, que ceux-ci soient incorporés dans la construction ou simplement fixés aux murs.
2. Worden overigens eveneens aangemerkt als onroerende goederen uit hun aard, de bestanddelen van een gebouw die er een geheel mee uitmaken en zonder welke het niet volledig zou zijn. Dit is ook het geval, bijvoorbeeld, voor de bestanddelen van een elektrische installatie van een gebouw, met inbegrip van de kabels, ongeacht of ze ingelijfd zijn in de constructie of eenvoudig bevestigd aan de muren.
3. En matière de TVA, les biens meubles et les biens immeubles obéissent à des règles qui leur sont propres dans de nombreux domaines. Ceux-ci touchent, entre autres, à la qualification des opérations qui se rapportent à ces biens, à leur localisation, au fait générateur de la taxe, au mode de perception et aux exemptions. Dresser une liste exhaustive de toutes les spécificités propres aux biens meubles et immeubles n’est pas possible dans le cadre de la réponse à la question de l’honorable membre. Je ne peux que l’inviter à consulter les nombreux commentaires publiés par l’administration sur le site http://www.fisconet.fgov.be.
3. Inzake BTW volgen de roerende goederen en de onroerende goederen hun eigen regels in talrijke domeinen. Deze hebben, onder meer, betrekking op de aard van de handelingen die betrekking hebben op die goederen, op hun plaatsbepaling, op het belastbaar feit, de wijze van heffing van de belasting en op de vrijstellingen. Het opstellen van een exhaustieve lijst van alle bijzonderheden eigen aan de roerende en onroerende goederen is niet mogelijk in het kader van het antwoord op de vraag van het geachte lid. Ik nodig hem dan ook uit om de talrijke commentaren te raadplegen, door de administratie gepubliceerd op de site http://www.fisconet.fgov.be.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14254
DO 2004200503820
DO 2004200503820
Question no 792 de M. Elio Di Rupo du 11 mai 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 792 van de heer Elio Di Rupo van 11 mei 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Banque mondiale. — Président. — Candidature de M. Wolfowitz. Le gouvernement des E´tats-Unis a proposé le 16 mars 2005 au conseil d’administration de la Banque mondiale la candidature du Dr. Paul D. Wolfowitz, secrétaire adjoint au département américain de la Défense, comme président du Groupe de la Banque mondiale. Les administrateurs de la Banque mondiale qui ont pour mandat, au titre des statuts du Groupe, de sélectionner le président, ont entamé des consultations avec les pays membres qu’ils représentent.
Wereldbank. — Voorzitter. — Kandidatuur van de heer Wolfowitz.
1. Pourriez-vous indiquer si le département des Affaires étrangères va soutenir cette candidature ?
1. Kan u me meedelen of het departement Buitenlandse Zaken deze kandidatuur zal steunen ?
2. Dans l’affirmative, quels sont les motivations et les arguments qui ont étayé votre jugement ?
2. Zo ja, welke overwegingen en argumenten hebben bij uw keuze een rol gespeeld ?
3. Avez-vous eu connaissance d’autres candidatures au poste de président du Groupe de la Banque mondiale ?
3. Hebt u weet van andere kandidaturen voor de functie van voorzitter van de Wereldbankgroep ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 16 juin 2005, à la question no 792 de M. Elio Di Rupo du 11 mai 2005 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 16 juni 2005, op de vraag nr. 792 van de heer Elio Di Rupo van 11 mei 2005 (Fr.) :
L’honorable membre voudra bien trouver, ci-après, les réponses aux questions qu’il a posées.
Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. Le conseil d’administration de la Banque a endossé la candidature de M. Wolfowitz le 31 mars 2005.
1. De raad van beheer van de Bank heeft de kandidatuur van de heer Wolfowitz bekrachtigd op 31 maart 2005.
2. Lors des contacts qu’il a eus avec le conseil d’administration et les ministres de la Coopération européens préalablement à sa sélection, M. Wolfowitz a pu rassurer ses interlocuteurs quant à ses engagements. Ainsi, il entend :
2. Tijdens contacten die hij heeft gehad met de raad van beheer en de Europese ministers van Ontwikkelingssamenwerking voorafgaand aan zijn selectie, heeft de heer Wolfowitz zijn gesprekspartners kunnen overtuigen van zijn verbintenissen. Hij verstaat hieronder :
— poursuivre les objectifs de réduction de la pauvreté;
— de doelstellingen inzake armoedevermindering voort te zetten;
— maintenir le roˆle central de la Banque dans la poursuite de ces objectifs;
— het handhaven van de centrale rol van de Bank in het nastreven van deze doelstellingen;
— collaborer avec les donneurs multilatéraux et bilatéraux en faveur d’approches de développement dirigées par les pays;
— samen te werken met multilaterale en bilaterale donoren ten voordele van de door de landen geleide ontwikkelingsbenaderingen in de strijd tegen armoede;
— accroıˆtre les ressources destinées à la lutte contre la pauvreté;
— het verhogen van de middelen voor armoedebestrijding;
— maintenir la viabilité financière du Groupe de la Banque;
— het behoud van de financie¨le slagkracht van de Wereldbankgroep;
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Op 16 maart 2005 heeft de regering van de Verenigde Staten de kandidatuur van de heer Paul Wolfowitz, Amerikaans onderminister van Defensie, voor de functie van voorzitter van de Wereldbankgroep bij de beheerraad van de Wereldbank ingediend. Volgens de statuten van de Wereldbankgroep wordt de voorzitter aangeduid door de gouverneurs van de Wereldbank. Deze laatsten zijn overgegaan tot het raadplegen van de lidstaten die ze vertegenwoordigen.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14255
— accroıˆtre le roˆle et la participation des pays en développement au sein de la Banque mondiale;
— het bevorderen van de rol en deelname van ontwikkelingslanden binnen de Wereldbank;
— promouvoir les principes de bonne gouvernance au sein de l’institution
— het promoten van de principes van deugdelijk bestuur binnen de instelling
— et assurer un leadership efficace de celle-ci.
— en het verzekeren van een efficie¨nt leiderschap inzake deze.
Rien donc ne pouvait s’opposer à sa désignation.
Bijgevolg kon niets ingebracht worden tegen zijn aanstelling.
3. Aucun autre candidat ne s’est présenté.
3. Geen enkele andere kandidaat heeft zich aangeboden.
DO 2004200504329
DO 2004200504329
Question no 798 de Mme Nahima Lanjri du 24 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 798 van mevrouw Nahima Lanjri van 24 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :
Réduction d’impoˆt. — Rénovation. — Politique des grandes villes. — Report de la prise d’effet d’un revenu cadastral réévalué.
Belastingvermindering. — Renovatie. — Grootstedenbeleid. — Uitstel uitwerking herschatting kadastraal inkomen.
Deux avantages fiscaux sont prévus en faveur de la rénovation de biens immobiliers situés dans une zone d’action positive des grandes villes. Depuis le 1er janvier 2003, la prise d’effet du revenu cadastral réévalué après rénovation est en principe reportée de six ans dans le cadre de l’impoˆt sur le revenu. ` partir de l’exercice d’imposition 2004, les contriA buables bénéficieront, aux conditions stipulées à l’article 145(25) CIR 1992, d’une réduction d’impoˆt de 15 % pour les travaux réalisés à concurrence d’un montant maximum de 500 euros et pour un investissement (non indexé) minimum de 2 500 euros.
Ter bevordering van de renovatie van de onroerende goederen in de zone voor positief grootstedelijk beleid gelden twee fiscale gunstmaatregelen. Sinds 1 januari 2003 wordt voor de inkomstenbelasting de uitwerking van het herschat kadastraal inkomen na renovatie in principe met zes jaar uitgesteld.
1. Dans combien de déclarations à l’impoˆt des personnes physiques afférentes à l’exercice d’imposition 2004 les codes 396 et 398 ont-ils été complétés et pour quel montant total ?
1. In hoeveel aangifsten in de personenbelasting, aanslagjaar 2004, werden de codes 396 en 398 ingevuld en voor welk totaalbedrag ?
2. Pour combien de biens immobiliers la prise d’effet du revenu cadastral réévalué a-t-elle été reportée en 2003 conformément à l’article 494, § 6, CIR 1992 ?
2. Ten aanzien van hoeveel onroerende goederen werd de uitwerking van de herschatting van het kadastraal inkomen uitgesteld in 2003 conform artikel 494, § 6, WIB 1992 ?
Pourriez-vous ventiler les données demandées par direction régionale ?
Gelieve de gevraagde gegevens uit te splitsen per gewestelijke directie.
Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 13 juin 2005, à la question no 798 de Mme Nahima Lanjri du 24 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 13 juni 2005, op de vraag nr. 798 van mevrouw Nahima Lanjri van 24 mei 2005 (N.) :
En ce qui concerne votre question relative à l’utilisation que les contribuables ont fait des dispositions reprises à l’article 145(25) du CIR 1992, il faut préciser que tout d’abord l’ensemble des travaux d’enroˆlement en matière d’impoˆt des personnes physiques relatifs à
Wat uw vraag betreft inzake het gebruik dat de belastingplichtigen hebben gemaakt van de beschikkingen opgenomen in artikel 145(25) van het WIB 1992, dient aangestipt dat eerst de volledige inkohieringsverrichtingen inzake de personenbelasting voor
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
De belastingplichtigen verkrijgen onder de voorwaarden bepaald in artikel 145(25) WIB 1992 vanaf aanslagjaar 2004 een belastingvermindering van 15 % voor de uitgevoerde werken, met een maximumbedrag van 500 euro en een minimum investering van 2 500 euro (niet-geı¨ndexeerd).
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14256
l’exercice d’imposition 2004 doit être terminé pour qu’il soit possible de communiquer des données pertinentes.
het aanslagjaar 2004 moeten worden afgewerkt teneinde relevante gegevens mee te delen.
Ceci est logique puisque les mesures accordant une réduction d’impoˆt en raison de la rénovation d’une habitation qui est située dans une zone d’action positive des grandes villes ne sont entrées en vigueur qu’à partir de l’exercice d’imposition 2004. Il n’y a donc pas de chiffres historiques disponibles.
Dit is logisch gezien de maatregelen voor investeringsaftrek bij renovatie van een woning gelegen in een zone voor positief grootstedelijk beleid pas vanaf aanslagjaar 2004 in werking zijn getreden. Er zijn dus geen historische cijfers beschikbaar.
Dès lors, dès que les données complètes relatives à l’exercice d’imposition 2004 seront disponibles (au plus tard début septembre), les données vous seront communiquées personnellement.
Zodra ik over de volledige gegevens voor het aanslagjaar 2004 beschik (uiterlijk tegen begin september), zullen de gegevens u persoonlijk bezorgd worden.
J’ai d’ailleurs déjà répondu en ce sens à la question orale no .1469 posée par M. Carl Devlies. Cette réponse a été reprise dans le Compte rendu intégral (avec le Compte rendu analytique traduit des interventions) de la commission des Finances et du Budget du 3 février 2004.
Ik heb trouwens reeds in dezelfde zin geantwoord op de mondelinge vraag nr. 1469 gesteld door de heer Carl Devlies. Dit antwoord is opgenomen in het Integraal Verslag (met Beknopt Verslag van de toespraken) van de commissie voor de Financie¨n en de Begroting van 3 februari 2004.
Concernant le nombre de biens immeubles pour lequel un report de fixation du revenu cadastral visé à l’article 494, § 6 du CIR 1992 a été accordé, je peux vous communiquer les éléments suivants.
Wat het aantal onroerende goederen betreft waarvoor een uitstel van uitwerking van de herschatting van het kadastraal inkomen als bedoeld in artikel 494, § 6 van het WIB 1992 is verleend, kan ik u het volgende meedelen.
E´tant donné que cette mesure est également entrée en vigueur à partir de l’exercice d’imposition 2004 les données ne seront disponibles que lorsque les travaux d’enroˆlement seront achevés. L’information vous sera envoyée en même temps que les données dont question ci-avant.
Gezien het feit dat deze maatregel eveneens van kracht is geworden vanaf het aanslagjaar 2004 zullen ook hier pas gegevens beschikbaar zijn zodra de inkohieringsactiviteiten voltooid zijn. De informatie zal u samen met de hierboven vermelde gegevens worden toegestuurd.
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2004200504151
DO 2004200504151
Question no 608 de M. Francis Van den Eynde du 2 mai 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 608 van de heer Francis Van den Eynde van 2 mei 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Région du Xinjiang dans le nord-ouest de la Chine. — Colonisation intérieure à grande échelle.
China. — Noordwestelijke regio Xinjiang. — Grootschalige binnenlandse kolonisatie.
Tout comme le Tibet, la région du Xinjiang située dans le nord-ouest de la République populaire de Chine connaıˆt une colonisation intérieure à grande échelle par les Chinois, qui remonte à la fondation de la République populaire en 1949. ` l’epoque, les Chinois Han représentaient 6 % de A la population de cette région riche en pétrole et en gaz naturel. En 1976, leur nombre était déjà passé à 41 %.
Net zoals Tibet is de noordwestelijke regio van de Volksrepubliek China, Xinjiang, het voorwerp van een grootschalige binnenlandse kolonisatie vanwege Chinezen, en dit reeds vanaf de stichting van de Volksrepubliek in 1949.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
In dat jaar woonden er in de olie- en gasrijke regio 6 % Han-Chinezen. In 1976 waren er dat reeds 41 % geworden. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14257
Aujourd’hui, sur un total de 18 millions d’habitants, la population indigène de 8 millions d’Ouı¨gours turcophones est devenue minoritaire.
Heden ten dage zijn we reeds zover dat de oorspronkelijke inwoners, de Turkstalige Oeigoeren, een minderheid zijn geworden (ze zijn met 8 miljoen op een totale bevolking van 18 miljoen).
Le gouvernement chinois leur impose des restrictions religieuses et culturelles.
De Chinese regering legt hen religieuze en culturele restricties op.
Ainsi, de nombreuses mosquées ont été fermées (la plupart des Ouı¨gours sont musulmans) et l’exercice du culte a été bridé, conformément à la doctrine communiste.
Zo gingen heel wat moskeee¨n dicht (de meeste Oeigoeren zijn islamieten) en worden, conform de communistische leer, uitingen van godsdienst zeer sterk aan banden gelegd.
Des groupes d’entraide sont interdits et des milliers de citoyens sont emprisonnés pour cause d’« activités religieuses illégales » non précisées.
Zelfhulpgroepen mogen niet opgericht worden en duizenden burgers zitten in de gevangenis wegens niet nader bepaalde « illegale religieuze activiteiten ».
Selon Human Rights Watch, la région de Xinjiang est plongée dans un climat d’angoisse et de répression.
Volgens Human Right Watch is het klimaat in Xinjiang er één van angst en repressie.
1. Le gouvernement belge est-il au courant de cette situation ?
1. Is de regering van deze situatie op de hoogte ?
2. Quelles démarches a-t-il déjà entreprises en cette matière ?
2. Welke stappen werden in dit verband reeds ondernomen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 16 juin 2005, à la question no 608 de M. Francis Van den Eynde du 2 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 16 juni 2005, op de vraag nr. 608 van de heer Francis Van den Eynde van 2 mei 2005 (N.) :
Je puis informer l’honorable membre que cette question relève de la compétence de mon collègue, le ministre des Affaires étrangères. (Question no 243 du 16 juin 2005.)
Ik heb de eer het geachte lid erop te wijzen dat deze vraag tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Buitenlandse Zaken, behoort. (Vraag nr. 243 van 16 juni 2005.)
Ministre des Affaires étrangères
Minister van Buitenlandse Zaken
DO 2003200431894
DO 2003200431894
Question no 104 de Mme Karine Lalieux du 26 juillet 2004 (Fr.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 104 van mevrouw Karine Lalieux van 26 juli 2004 (Fr.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Construction d’un « mur de séparation » par le gouvernement israélien en territoire palestinien. — Avis de la Cour internationale de Justice.
Bouw van een « scheidingsmuur » op Palestijns grondgebied door de Israe¨lische regering. — Advies van het Internationaal Gerechtshof.
La plus haute instance judiciaire des Nations unies a, pour la première fois, prononcé un avis consultatif à la demande de l’Assemblée générale des Nations unies, sur une question concernant l’insoluble conflit israélopalestinien.
Op verzoek van haar Algemene Vergadering heeft de hoogste rechterlijke instantie van de Verenigde Naties voor het eerst een raadgevend advies uitgebracht over een vraag met betrekking tot het uitzichtloze Israe¨lisch-Palestijnse conflict.
Cette question, à savoir « quelles sont les conséquences juridiques de l’érection d’un mur en territoire palestinien occupé, y compris dans et autour de Jéru-
Die vraag, naar de rechtsgevolgen van de bouw van een muur op bezet Palestijns grondgebied, met inbegrip van Oost-Jeruzalem en omgeving, was voor het
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14258
salem-Est », a été l’occasion pour la Cour internationale de Justice (CIJ) de baliser en droit international les termes du conflit territorial israélo-palestinien. Au final, il nous a été permis de constater que l’avis délivré par la CIJ constitue un blaˆme sans appel de la politique israélienne de colonisation des territoires.
Internationaal Gerechtshof (IGH) de aanleiding om het territoriaal conflict tussen Israe¨lie¨rs en Palestijnen in het internationaal recht af te bakenen. Het advies van het IGH houdt een onherroepelijke afkeuring van het Israe¨lische kolonisatiebeleid in.
Pour la Cour, le statut des territoires sur lesquels est érigée la barrière de séparation est clairement défini : il s’agit de « territoires occupés » et Israe¨l y est présenté comme « puissance occupante » (or ce pays a toujours contesté ce statut, considérant les territoires en question comme seulement « disputés »). Dans la foulée, la CIJ donne tort à l’E´tat hébreu lorsque celui-ci conteste l’applicabilité de jure à ces territoires (occupés) de la IVème Convention de Genève (dont Israe¨l est signataire) relative à la protection des personnes civiles en temps de guerre. Cette partie du texte a une importance considérable dans le dispositif de l’avis car cette applicabilité, établie graˆce au rappel des décisions de l’ONU et à un récent arrêt de la Cour suprême d’Israe¨l, induit une série de conséquences, à savoir l’illégalité des faits israéliens en territoires occupés, à commencer par la colonisation.
Volgens het Hof is het statuut van de gebieden waar de scheidingsmuur wordt opgetrokken, duidelijk omlijnd : het gaat om « bezette gebieden » en Israe¨l wordt als « bezettingsmacht » beschouwd (al heeft het land dit statuut steeds geloochend en noemt het de betrokken gebieden louter « betwist »).
Au regard de ces décisions, il était évident que le tracé et la construction du mur de sécurité imposé par le gouvernement Sharon seraient contestés. La Cour internationale de Justice a clairement notifié que le tracé de ce « mur-barrière », loin de suivre la ligne de 1967, englobait 975 km2 des terres palestiniennes tout en imposant de nombreuses restrictions à la liberté de mouvement de la population palestinienne, à ses droits au travail, à la santé, à l’éducation et, enfin, empêchait le peuple palestinien à user de son droit élémentaire à l’autodétermination.
In het licht van die beslissingen was het vanzelfsprekend dat het ontwerp en de bouw van de door de regering Sharon opgelegde veiligheidsmuur zouden worden aangevochten. Het Internationaal Gerechtshof heeft duidelijk gesteld dat het tracé van die « muurafscheiding » de grens van 1967 niet volgt. Integendeel, Israe¨l annexeert nu 975 km2 Palestijns grondgebied, legt talrijke beperkingen op aan de bewegingsvrijh eid van de Palestijnse bevolking, aan haar recht op werk, gezondheid en onderwijs, en ontzegt het Palestijnse volk zijn elementaire zelfbeschikkingsrecht.
Cependant, la CIJ n’élude pas le « droit à l’autodéfense » israélien face au terrorisme palestinien. En d’autres termes, elle considère qu’il est un droit et un devoir pour chaque E´tat de protéger ses citoyens mais par des moyens qui restent en conformité avec le droit international !
Het IGH ontkent echter niet dat Israe¨l het recht heeft zich tegen het Palestijnse terrorisme te verdedigen. Het Hof meent met andere woorden dat iedere staat het recht en de plicht heeft zijn burgers te beschermen, maar wel met middelen die met het internationaal recht in overeenstemming blijven !
Les conclusions de la Cour internationale de Justice vont donc à l’encontre des arguments défendus par les autorités israéliennes. En effet, sont désormais demandés l’obligation légale de mettre fin à la construction de cette « barrière de sécurité », l’obligation de réparation incombant au gouvernement israélien, le respect du droit à l’autodétermination palestinien ou encore l’appel aux membres de la communauté internationale pour ne pas reconnaıˆtre la situation illégale résultant de la construction de ce mur.
De conclusies van het Internationaal Gerechtshof gaan dus in tegen de argumenten van de Israe¨lische overheid. Het Hof vraagt immers dat de Israe¨lische regering bij wet zou worden verplicht de bouw van de « veiligheidsbarrière » stil te leggen en in een schadeloosstelling te voorzien. Het Hof eist verder dat het Palestijnse zelfbeschikkingsrecht zou worden gee¨erbiedigd en dringt er bij de internationale gemeenschap op aan dat zij de onwettige toestand, waartoe de bouw van deze muur aanleiding geeft, niet zou erkennen.
Il importe, au regard de ces conclusions, que les Nations unies redoublent d’efforts en vue de résoudre de manière négociée le conflit israélo-palestinien par la
In het licht van deze conclusies moeten de Verenigde Naties alles in het werk stellen om het Israe¨lischPalestijnse conflict in onderling overleg op te lossen,
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Daarnaast stelt het IGH de Hebreeuwse Staat in het ongelijk wanneer deze betwist dat de Vierde Conventie van Genève inzake de bescherming van burgers in oorlogstijd (die door Israe¨l werd ondertekend) van rechtswege op die (bezette) gebieden toepasbaar is. In het beschikkende gedeelte van het advies is dit een erg belangrijke passage. De toepasbaarheid, die tot stand is gekomen dankzij de herinnering aan de beslissingen van de UNO en een recent vonnis van het Israe¨lische Hooggerechtshof, heeft namelijk een aantal gevolgen, waaronder de onwettigheid van het Israe¨lische optreden in bezette gebieden, te beginnen met de kolonisatie.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14259
création d’un E´tat palestinien co-existant dans la paix et la sécurité aux coˆtés d’Israe¨l.
en dit door de oprichting van een Palestijnse staat die in vrede en veiligheid naast Israe¨l kan bestaan.
L’avis de la Cour a donc été approuvé à 14 voix contre 1. En effet, le juge américain s’y est opposé en arguant le manque de crédibilité du texte définitif de la CIJ, lequel, selon ses dires, « ne prenait pas assez en compte les attentats terroristes contre Israe¨l ».
Het advies van het Hof werd met 14 stemmen tegen één aangenomen. De Amerikaanse rechter heeft zich er namelijk tegen verzet omdat hij meende dat de definitieve tekst van het IGH niet geloofwaardig genoeg is en onvoldoende rekening houdt met de terroristische aanslagen tegen Israe¨l.
1. Que pouvons-nous attendre quant à l’effectivité de cet arrêt (qui peut être qualifié d’historique) de la Cour internationale de Justice ?
1. In hoeverre zal de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof, die van historisch belang is, ook echt uitwerking hebben ?
2. La Cour, tout comme le secrétaire général des Nations unies, monsieur Kofi Annan, demandent la rédaction d’une résolution reprenant les attendus de la Cour. La Belgique jouera-t-elle un roˆle moteur afin de rendre réel cet arrêt récemment rendu par la CIJ ? 3. a) Est-il prévu prochainement une réunion du Conseil européen des ministres des Affaires étrangères consacré prioritairement sur cette question ?
2. Net als de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, de heer Kofi Annan, vraagt het Hof dat een resolutie zou worden opgesteld die haar overwegingen bevat. Zal Belgie¨ een voortrekkersrol spelen om de recente uitspraak van het IGH concreet vorm te geven ? 3. a) Zal dit onderwerp binnenkort met voorrang worden behandeld tijdens een vergadering van de Europese Raad van ministers van Buitenlandse Zaken ? b) Zal Belgie¨ de beslissing van het IGH ten volle steunen ? Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 104 van mevrouw Karine Lalieux van 26 juli 2004 (Fr.) : 1. De Belgische houding inzake de bouw van de muur is duidelijk. Israe¨l heeft het recht om zich te verdedigen tegen terroristische acties maar moet daarbij de internationale rechtsregels respecteren. De bouw van de muur bemoeilijkt het zoeken naar een oplossing voor het Israe¨lisch-Palestijns conflict. Voor Belgie¨ is het tracé van de muur in strijd met de internationale rechtsregels. Een politieke oplossing van het conflict kan slechts via onderhandelingen tussen de betrokken partijen bereikt worden. Daartoe dient het Stappenplan uitgevoerd te worden. 2. De uitspraak van het Internationaal Gerechtshof over de muur komt grotendeels overeen met de standpunten uitgedrukt door de EU. Met de integrale steun van de EU, stemde de algemene Vergadering van de VN op 20 juli 2004 met een absolute meerderheid een resolutie die van Israe¨l eist dat de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof zou gerespecteerd worden. 3. a) Amper drie dagen na de uitspraak van het Hof, behandelde de Raad algemene Zaken en Externe Betrekkingen (zitting van 12 juli 2004) deze zaak. In de conclusies van de bijeenkomst werd de EUpositie nogmaals herhaald : de muur is illegaal en Israe¨l moet de bouw ervan stoppen en ombuigen.
b) La Belgique soutiendra-t-elle fermement la décision émanant de la CIJ ? Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 104 de Mme Karine Lalieux du 26 juillet 2004 (Fr.) : 1. La position de la Belgique concernant la construction du mur est bien connue. Israe¨l a le droit de se défendre contre des actes terroristes mais dans le respect des règles du droit international. La construction du mur rend difficile la recherche d’une solution au conflit israélo-palestinien. Pour la Belgique, le tracé du mur est illégal et en contradiction avec les dispositions relevant du droit international. Une solution politique au conflit ne peut être atteinte que par la voie des négociations entre les deux parties, notamment en appliquant la Feuille de Route. 2. L’avis consultatif de la Cour internationale de Justice s’accorde largement aux points de vues exprimées par l’Union européenne concernant le mur. Avec le soutien intégral de l’UE, l’Assemblée générale de l’ONU a voté le 20 juillet 2004, à une majorité écrasante, une résolution exigeant qu’Israe¨l respecte l’avis de la Cour internationale de Justice. 3. ` peine trois jours après la publication de l’avis, le a) A Conseil Affaires générales et Relations extérieures s’est penché lors de sa session du 12 juillet 2004 sur l’avis de la Cour. Dans ses conclusions après l’échange de vues, la présidence du Conseil de l’Union européenne a réitéré la position de l’UE quant au mur, notamment l’illégalité du mur et la nécessité pour Israe¨l d’arrêter et de renverser la construction.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14260
b) La position belge s’inscrit intégralement dans celle de l’UE.
b) De Belgische positie sluit volledig aan bij deze van de EU.
DO 2004200502852
DO 2004200502852
Question no 139 de Mme Zoé Genot du 9 décembre 2004 (Fr.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 139 van mevrouw Zoé Genot van 9 december 2004 (Fr.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Plan de management des présidents des comités de direction des SPF.
Managementplan van de voorzitters van de directiecomités van de federale overheidsdiensten.
Conformément à l’article 11 de l’arrêté royal du 29 octobre 2001 relatif à la désignation et à l’exercice des fonctions de management dans les services publics fédéraux, les présidents des comités de direction des services publics fédéraux (SPF) doivent, dans les trois mois de leur nomination, remettre à leur ministre un projet de plan de management et un projet de plan opérationnel (un délai de six mois est en projet).
Krachtens artikel 11 van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten, moeten de voorzitters van de directiecomités van de federale overheidsdiensten (FOD’s) binnen de drie maanden na hun aanstelling een ontwerp van managementplan en operationeel plan aan de bevoegde minister overmaken (de termijn wordt mogelijk op zes maanden gebracht).
Pour les présidents qui n’ont pas encore réalisé de plan ou qui les ont réalisés hors délai, je constate que l’article 17 de l’arrêté royal précité du 29 octobre 2001 prévoit que l’évaluation bisannuelle et l’évaluation finale du titulaire d’une fonction de management donnent lieu à la mention « insuffisant » lorsque les objectifs de prestation et leur développement concret, tels que prévus dans le plan de management et le plan opérationnel, n’ont manifestement pas été réalisés.
Wat betreft de voorzitters die de plannen nog niet of buiten de termijn hebben opgesteld, stel ik vast dat artikel 17 van het voornoemde koninklijk besluit van 29 oktober 2001 bepaalt dat de tweejaarlijkse evaluatie en de eindevaluatie van de houder van een managementfunctie worden besloten met de vermelding « onvoldoende » wanneer de prestatiedoelstellingen en de concrete uitwerking ervan, zoals vervat in het managementplan en het operationeel plan, klaarblijkelijk niet werden verwezenlijkt.
1. Pourriez-vous communiquer à quelle date le président du SPF qui dépend de votre compétence a réalisé les plans précités et, le cas échéant, si certains présidents n’ont pas encore réalisé de plan ?
1. Kan u meedelen wanneer de voorzitter van de FOD waarvoor u bevoegd bent de voornoemde plannen heeft opgesteld ? Zijn er voorzitters die dit nog niet hebben gedaan ?
2. Si les plans ont été approuvés, pourriez-vous communiquer si ces plans ont été diffusés et ou` les dits plans sont consultables par les agents des services publics fédéraux concernés et, éventuellement, par les citoyens ?
2. Indien de plannen werden goedgekeurd, werden zij dan ook verspreid ? Waar kunnen de ambtenaren van de betrokken FOD’s, en eventueel de burgers, die plannen raadplegen ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 139 de Mme Zoé Genot du 9 décembre 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 139 van mevrouw Zoé Genot van 9 december 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à l’honorable membre.
Ik heb het genoegen het geachte lid het volgende antwoord te verlenen.
1. Le président du Comité de direction du SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération au développement a soumis son plan au ministre des Affaires étrangères le 31 octobre 2002.
1. De voorzitter van het Directiecomité van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking legde zijn plan voor aan de minister van Buitenlandse Zaken op 31 oktober 2002.
2. Le plan de management du président du comité de direction a obtenu l’approbation de M. Michel, ministre des Affaires étrangères, le 11 décembre 2002. Le secrétaire d’E´tat à la Coopération au développe-
2. Het managementplan van de voorzitter van het directiecomité verkreeg de goedkeuring van de heer Michel, minister van Buitenlandse Zaken, op 11 december 2002. Staatssecretaris voor Ontwikkelingssa-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14261
ment Boutmans a donné ses commentaires le 13 décembre 2002. Le plan a été expliqué au personnel et peut également être consulté sur l’intranet du département. Au site web (www.diplomatie.be
), les citoyens peuvent prendre connaissance des lignes directrices du plan, qui consistent en mission statement et objectifs stratégiques.
menwerking Boutmans gaf zijn commentaren op 13 december 2002. Het plan werd toegelicht aan het personeel en is tevens electronisch consulteerbaar op het intranet van het departement. Via de website (www.diplomatie.be ) kunnen burgers kennisnemen van de krachtlijnen van het plan, bestaande uit het mission statement en de strategische doelstellingen.
DO 2004200503462
DO 2004200503462
Question no 190 de M. Gerolf Annemans du 24 février 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 190 van de heer Gerolf Annemans van 24 februari 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken : Burundi. — Project « Kabondo ». In het kader van democratisering werd in 2004 beslist een subsidie van 526 107 euro uit te keren aan de « Radio Télévision Nationale Burundi » (RTNB). Het is gebruikelijk dat dit in twee schijven gebeurt.
Burundi. — Projet « Kabondo ». Dans le cadre du processus de démocratisation, il a été décidé en 2004 de verser un subside de 526 107 euros à la « Radio Télévision Nationale du Burundi » (RTNB). Il est d’usage de payer ce genre de subventions en deux tranches. 1. La seconde tranche a-t-elle déjà été réglée ? 2. a) Comment ce projet se conçoit-il ? b) Le projet est-il encadré et surveillé d’une façon ou d’une autre, histoire de prévenir des situations aux conséquences épouvantables (rappelons-nous notamment l’exemple de la Radio des Mille Collines) ? 3. ` quel usage les moyens ont-ils été affectés ? a) A b) Quels équipements a-t-on achetés ? c) Combien de personnes ont reçu une formation ? 4. une formation a-t-elle été prévue ? 5. Dans quelle mesure les journalistes de la RTNB doivent-ils respecter le code de déontologie, pour autant qu’il y en ait un ? Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 190 de M. Gerolf Annemans du 24 février 2005 (N.) : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après les données relatives aux questions qu’il a posées. 1. La deuxième tranche a été mise en paiement le 8 novembre 2004 et a été reçue entretemps par l’ASBL Kabondo. 2. a) La première phase du projet (septembre-décembre 2004) s’est déroulée de la manière décrite dans le dossier technique et financier. Suite à l’étalement sur les années 2005/2006 du budget demandé pour 2005, le programme de travail pour 2005, actuellement en cours d’exécution, a été adapté.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1. Is de betaling van de tweede schijf reeds gebeurd ? 2. a) Hoe verloopt dit project ? b) Bestaat er een zekere vorm van toezicht op het verloop van dit project ? Dit om situaties met verschrikkelijke gevolgen (we denken hierbij aan Radio des Mille Collines) te vermijden. 3. a) Hoe werden de middelen besteed ? b) Welk materiaal werd aangekocht ? c) Hoeveel mensen werden opgeleid ? 4. Werd er voorzien in vorming ? 5. Hoe staat het met de toepassing van de deontologische code, indien deze bestaat, voor de journalisten van de RTNB ? Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 190 van de heer Gerolf Annemans van 24 februari 2005 (N.) : Aan het geachte lid worden met betrekking tot de gestelde vragen de hierna volgende gegevens meegedeeld. 1. De tweede schijf werd op 8 november 2004 in betaling gezet en werd intussen door de VZW Kabondo ontvangen. 2. a) De eerste fase (september-december 2004) van het project verliep zoals beschreven in het technisch en financieel dossier. Door de spreiding van het voor 2005 gevraagde budget over 2005/2006 werd het werkprogramma 2005, momenteel in uitvoering, aangepast. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14262
b) L’ambassade à Bujumbura entretient des contacts réguliers avec les responsables de l’exécution du bprojet. Le 3 mars 2005, l’ambassadeur et l’attaché de la coopération au développement ont rendu visite à la RTNB où ils ont, d’une part, vérifié la qualité du matériel fourni et, de l’autre, rencontré les bénéficiaires (techniciens, journalistes, présentatrices) pour discuter des formations. Sur aucun plan, la RTNB ne peut être comparée à « Radio des Mille Collines ». C’est une structure gouvernementale, et non une chaıˆne privée, placée en tant que telle sous le controˆle du parlement (de transition).
b) De ambassade in Bujumbura heeft regelmatig contacten met de uitvoerders van dit project. Op 3 maart 2005 brachten ambassadeur en de attaché voor Ontwikkelingssamenwerking een bezoek aan de RTNB waarbij enerzijds de kwaliteit van het geleverde materiaal geverifieerd werd en anderzijds met de begunstigden (technici, verslaggevers, omroepsters) over de vormingen gesproken werd. RTNB kan op geen enkel vlak vergeleken worden met « Radio des Mille Collines »: het is een staatsstructuur en geen privé-zender en staat aldus onder controle van het (overgangs)parlement.
Le soutien apporté au projet est nécessaire en vue d’accompagner la RTNB dans son évolution de radiotélévision publique sous controˆle gouvernemental vers un esprit de radio-télévision publique plus neutre. Le fait que les reportages relatifs au référendum du 28 février 2005 ont été appréciés par tous les partis prouve que le projet exerce des effets utiles dans cette phase transitoire.
De ondersteuning van dit project is nodig om de RTNB te begeleiden in de overgang van een regeringsgeleide naar een meer neutrale openbare omroep. Het feit dat de verslaggeving over het referendum van 28 februari 2005 door alle partijen geapprecieerd werd, toont aan dat het project in deze overgangsfase zijn nut bewijst.
Il ressort d’un sondage parmi spectateurs et auditeurs, tant burundais qu’étrangers, qui résident au Burundi que les programmes sont ouverts à toutes les tendances, tantoˆt de manière objective, tantoˆt de manière subjective. Il est évident toutefois qu’il n’y a jamais de garanties absolues qu’une radio (publique) ne pourra être manipulée.
Bevraging van kijkers en luisteraars, zowel Burundezen als buitenlanders verblijvend in Burundi, toont aan dat alle strekkingen, soms objectief, soms subjectief, aan bod komen. Uiteraard zijn er nooit volledige garanties dat een (openbare) omroep niet misbruikt kan worden.
3. a) Afin de transformer les studios vétustés en lieux de travail dynamiques, d’une part, les équipements existants restés utilisables ont été réparés et modernisés, mais l’on a aussi, d’autre part, acheté du matériel plus moderne (de technologie tant analogue que numérique, sans pour autant choisir systématiquement le matériel le plus sophistiqué et le plus coûteux). Le matériel de terrain (télévision et radio) a été adapté pour permettre une plus grande mobilité. L’équipe à Kabondo est très inventive et apprend aux techniciens à recourir à certaines méthodes élémentaires, comme, par exemple, d’utiliser de simples écrans portables pour neutraliser les écarts de luminosité sous le soleil tropical. Le projet est mis en œuvre en partenariat avec la RTNB, ce qui veut dire que les autorités burundaises apportent elles aussi des moyens permettant d’assurer le succès de l’intervention : elles s’occupent de la remise à neuf complète des studios, de la mise à disposition d’un personnel motivé, de la sécurisation des équipement achetés. Lors de chaque achat, les pièces de rechange qui seront nécessaires au cours des premières années de travail ont été prises en compte. Un audit par un bureau indépendant est prévu à la fin du projet.
3. a) Om de verouderde studio’s weer om te vormen tot dynamische werkvloeren werden enerzijds de nuttige bestaande apparatuur hersteld en geactualiseerd en werd anderzijds modern materiaal aangekocht (zowel analoge als numerieke technologie, zonder daarom het meest gesofisticeerde en duurste te kiezen). Ook de apparatuur voor veldwerk (televisie en radio) werd aangepast om een grotere mobiliteit toe de laten. De ploeg van Kabondo is zeer inventief en leert de technici ook gebruik te maken van simpele methoden, bvb om eenvoudige draagbare schermen om de belichting in de tropenzon te egaliseren. Het project wordt uitgevoerd in partnerschap met de RTNB, wat wil zeggen dat ook de Burundese overheid middelen ter beschikking stelt om de interventie tot een succes te maken : volledig opfrissen van de studio’s, ter beschikking stellen van gemotiveerd personeel, beveiliging van aangekochte apparatuur. Bij elke aankoop werd rekening gehouden met de nodige wisselstukken voor de eerste werkjaren. Op het einde van het project is een audit door een onafhankelijk bureau voorzien.
b) Quelque 75 % du budget ont été consacrés à l’achat de nouveau matériel et de deux véhicules pour les reportages. Ces acquisitions portent sur
b) Ongeveer 75 % van het budget werd gebruikt voor de aankoop van nieuw materiaal en twee auto’s voor de reportages. Het materiaal bestaat uit opna-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14263
un matériel d’enregistrement (en studio et sur le terrain), différentes formes de supports, des tables de mixage, des lampes etc. Une partie de ce matériel a été livré en octobre 2004, une autre partie en janvier/février 2005. Une liste détaillée devra être attachée au rapport final relatif à cette intervention.
memateriaal (voor de studio en op terrein), mediadragers, mengtafels, lampen, enzovoort. Dit materiaal werd deels geleverd in oktober 2004, deels in januari/februari 2005. Een gedetailleerde lijst wordt verwacht bij het eindrapport van deze interventie.
c) Jusqu’à ce jour, en une trentaine de sessions, quelque 400 membres du personnel de la RTNB ont reçu une formation. Ces personnes ont suivi tant des cours généraux (notamment sur le code de déontologie en radio publique) que des formations spécifiques pour l’exercice de certaines taˆches spécialisées (cameramen, journalistes, régisseurs, responsables du montage etc.).
c)
4. Les utilisateurs des nouveaux équipements ont été formés les tout premiers, non seulement à l’utilisation des appareils, mais aussi à leur fonctionnalité, dans le but d’un usage médiatique optimal (tant à la radio qu’à la télévision). Les premiers cours de journalisme donnés visaient à un savoir-faire professionnel en matière de reportage qui soit non seulement correct sur le plan rédactionnel, mais en outre adapté à la spécificité de chaque media. Dans la première phase, les efforts se sont portés surtout sur la formation d’enseignants. La deuxième phase sera consacrée à la formation proprement dite : 5 130 heures de cours réparties sur 51 modules, dont 2 214 heures pour la télévision (maniement de la caméra, son, montage, régie, production, décors, savoir-faire journalistique et maintenance); 1 674 heures pour la radio (son, montage, diffusion, animation, régie, savoir-faire journalistique et maintenance); 432 heures pour l’informatique (gestion de réseaux, pratique du playout, maintenance); 270 heures pour la régie commerciale et 540 heures pour la gestion rédactionnelle.
4. Allereerst werden de gebruikers van de nieuwe apparatuur gevormd, niet alleen in het gebruik van de toestellen maar ook in de functionaliteit ervan om te komen tot een optimaal mediagebruik (zowel voor radio als televisie). De eerste cursussen in journalistiek werden gegeven met het oog op een professionele verslaggeving die niet alleen redactioneel correct is maar die zich ook aanpast aan de eigenheid van elk medium. In de eerste fase werd de nadruk gelegd op het vormen van de lesgevers. In de tweede fase wordt de vorming meer centraal gesteld met 5 130 uur les in 51 modules, waarvan 2 214 uur voor televisie (cameragebruik, geluid, montage, regie, productie, decors, journalistiek en onderhoud); 1 674 uur voor radio (geluid, montage, diffusie, animatie, regie, journalistiek en onderhoud); 432 uur voor informatica (netwerkbeheer, playout praktijk, onderhoud); 270 uur voor commercie¨le regie en 540 uur voor redactioneel beheer.
5. Il existe bel et bien un « Code déontologique pour la Presse » au Burundi, plutoˆt considéré toutefois comme une donnée formelle. L’une des taˆches que le projet s’est données est précisément la mise en œuvre concrète et pertinente, dans la pratique du journalisme, de ce code déontologique.
5. In Burundi bestaat wel degelijk een « Code déontologique pour la Presse ». Zij wordt eerder als een formalistisch gegeven beschouwd. E´én van de taken die het project zich stelt, is net om deze deontologische code een zinvolle invulling te geven voor de journalistiek.
DO 2004200503529
DO 2004200503529
Question no 196 de Mme Marie Nagy du 2 mars 2005 (Fr.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 196 van mevrouw Marie Nagy van 2 maart 2005 (Fr.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Mission d’observation électorale sous l’égide de l’OSCE.
Zending als verkiezingswaarnemer onder auspicie¨n van de OVSE.
La Belgique fait partie depuis début 2005 de la Troı¨ka de l’Organisation pour la sécurité et la coopération en eurospe (OSCE).
Sinds begin 2005 maakt Belgie¨ deel uit van de Trojka van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in europa (OVSE).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Tot op heden werden er een 400-tal personeelsleden van de RTNB opgeleid in een dertigtal sessies. Deze personeelsleden hebben zowel algemene cursussen gekregen (onder andere over de deontologische code binnen een openbare omroep) als taakspecifieke opleidingen (cameramensen, journalisten, regisseurs, montageverantwoordelijken, enzovoort).
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14264
Sur le site internet du ministère des Affaires étrangères apparaıˆt dans la rubrique « vacatures » la possibilité de faire partie d’une mission d’observation des élections sous l’égide de l’OSCE. 18 élections auront lieu en 2005 dans les pays membres de l’OSCE et pour lesquelles des observateurs belges notamment pourront être envoyés. L’année 2006, sous la présidence belge, sera également une année ou` de nombreux observateurs pourront être envoyés.
Op de website van het ministerie van Buitenlandse Zaken kan men zich onder de rubriek « vacatures » als verkiezingswaarnemer voor een OVSE-zending kandidaat stellen. In 2005 worden in de OVSE-lidstaten 18 keer verkiezingen gehouden, waarvoor ook Belgische waarnemers kunnen worden afgevaardigd. Ook in 2006, wanneer Belgie¨ het voorzitterschap op zich neemt, kunnen talrijke waarnemers worden ingezet.
Ces missions constituent une belle opportunité pour se familiariser avec des principes importants tels que la démocratisation, la citoyenneté, la transparence et les principes de bonne gouvernance puisqu’elles visent à assurer le bon déroulement et le dépouillement correct des résultats d’une élection.
Dergelijke zendingen zijn een uitgelezen kans om zich met belangrijke beginselen zoals de democratisering, het burgerschap, de doorzichtigheid en het behoorlijk bestuur vertrouwd te maken. Die zendingen moeten immers het goede verloop van de verkiezingen en de correcte verwerking van de resultaten verzekeren.
Le site de l’OSCE laisse le soin aux E´tats membres de sélectionner leurs propres candidats, mais malheureusement le site des Affaires étrangères belge ne précise d’aucune sorte la procédure et les critères retenus pour être sélectionné comme observateur OSCE. La seule information concrète qui ressort du site est que l’on peut envoyer une candidature spontanée aux Affaires étrangères mais sans plus de précisions.
Terwijl op de website van de OVSE de selectie van de kandidaten aan de lidstaten wordt overgelaten, geeft de website van Buitenlandse Zaken jammer genoeg geen verdere uitleg over de selectieprocedure en -criteria voor OVSE-waarnemers. De enige concrete informatie op de website betreft de mogelijkheid om een spontane sollicitatie aan Buitenlandse Zaken te richten, zonder dat er evenwel nadere gegevens over worden verstrekt.
1. Combien d’observateurs belges pourront être envoyés en 2005 ?
1. Hoeveel Belgische waarnemers kunnen in 2005 worden afgevaardigd ?
2. Même question pour l’année 2006 ?
2. Hoeveel zijn er dat in 2006 ?
3. Y a-t-il un examen organisé par le Selor ou par une autre instance ?
3. Wordt door Selor of een andere instantie een examen georganiseerd ?
4. a) Si non pourquoi ?
4. a) Zo neen, waarom niet ?
b) Quelle est l’instance qui sélectionne les observateurs ?
b) Welke instantie selecteert de waarnemers ?
5. Quels sont les critères retenus pour être sélectionné ?
5. Aan welke criteria moet men voldoen om te worden geselecteerd ?
6. Pourquoi le site du ministère ne précise-t-il pas davantage la procédure et les critères retenus ?
6. Waarom wordt op de website van het ministerie niet meer uitleg over de selectieprocedure en -criteria verschaft ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 196 de Mme Marie Nagy du 2 mars 2005 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 196 van mevrouw Marie Nagy van 2 maart 2005 (Fr.) :
Introduction : — Chaque E´tat participant de l’OSCE est tenu, selon les engagements pris lors de la seconde réunion de la Conférence sur la dimension humaine à Copenhague en 1990, d’inviter les autres E´tats à observer le déroulement de ses élections. Pour autant, des équipes d’observateurs ne sont pas déployées à chaque scrutin. Aucune mission internationale n’a, par exemple, été mise en place pour suivre en ce
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Inleiding — Elke lidstaat van de OVSE wordt eraan gehouden, volgens de afspraken die gemaakt werden tijdens de tweede vergadering van de Conferentie over de menselijke dimensie te Kopenhagen in 1990, om de andere Staten uit te nodigen voor de waarneming van het verloop van haar eigen verkiezingen. Nochtans worden niet voor alle verkiezingen een groep waarnemers ingezet. Zo werd ook geen 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14265
début d’année les élections parlementaires au Portugal et au Danemark. — Une IEOM (International E´lection Observation Mission) fait appel à deux types d’observateurs :
enkele internationale missie georganiseerd om begin dit jaar de parlementaire verkiezingen te Portugal of te Denemarken op te volgen. Een IEOM (International E´lection Observation Mission) doet op twee soorten waarnemers beroep :
a) Les observateurs issus de l’Assemblée parlementaire de l’OSCE, parfois de l’Assemblée parlementaire du Conseil de l’Europe, de l’Assemblée parlementaire de l’OTAN ou du Parlement européen. Le SPF Affaires étrangères n’intervient nullement dans la sélection ou le financement de ces observateurs parlementaires.
a) Waarnemers uit de Parlementaire Assemblee van de OVSE, soms uit de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa, uit de NAVO Parlementaire Assemblee of uit het Europees Parlement. De FOD Buitenlandse Zaken komt geenszins tussen in de selectie of in de financiering van deze parlementaire waarnemers.
b) Les observateurs issus de la société civile et de l’administration qui sont encadrés par lé BIDDH (Bureau de l’OSCE pour les institutions démocratiques et les droits de l’homme) et dont la sélection et le financement sont de mon ressort.
b)
Réponses
Waarnemers uit de burgermaatschappij en uit de administratie onder leiding van het ODIHR (Bureau van de OVSE voor Democratische Instellingen en Mensenrechten). De selectie en de financiering van deze waarnemers behoren tot mijn bevoegdheden. Antwoorden
1. En 2005, un budget de 120 000 euros a été prévu, qui devrait permettre l’envoi d’au moins 40 STO (Short Term Observer). Cet effort budgétaire a été consenti en raison de la Présidence de l’OSCE que la Belgique assumera en 2006.
1. In 2005 werd een budget van 120 000 euro uitgetrokken voor het inzetten van minstens 40 STO (Short Term Observer). Deze budgettaire inspanning werd toegestaan omwille van het Belgisch voorzitterschap van de OVSE in 2006.
2. Pour 2006, la part du budget à allouer à ce type de missions n’a pas encore été fixée mais je veillerai à assurer une présence significative d’observateurs belges en réponse aux sollicitations de l’OSCE/ BIDDH.
2. Voor 2006 werd het deel van het budget dat toegekend moet worden aan dat soort missies nog niet vastgelegd, maar ik zal ervoor zorgen dat een significante aanwezigheid van Belgische waarnemers verzekerd is, in overeenstemming met de vraag van het ODIHR van de OVSE.
3. Non, il n’y a pas d’examen ni de concours organisé par Selor.
3. Hiervoor wordt geen examen noch een selectieproef door Selor georganiseerd.
4. a) Le délai d’environ 1 mois entre l’appel des candidats et leur déploiement est trop bref. L’appel à des observateurs électoraux pour l’OSCE ne peut être assimilé à une procédure de recrutement en vue d’un emploi. En effet, aucun lien contractuel n’est établi entre le candidat sélectionné et mon administration. En outre, l’observateur n’est pas rémunéré. Seuls les frais de transport et ceux encourus sur place pendant la mission pour le compte de l’OSCE sont couverts par le SPF Affaires étrangères.
4. a) De termijn van ongeveer 1 maand tussen de oproep van de kandidaten en hun optreden is te kort. Het oproepen van verkiezingswaarnemers voor de OVSE kan niet gelijkgesteld worden met een procedure van personeelswerving. Er bestaat immers geen enkel contractueel verband tussen de geselecteerde kandidaat en mijn administratie. Bovendien wordt de waarnemer niet vergoed. Enkel de verplaatsingskosten en de kosten gedurende de missie ter plaatse in opdracht van de OVSE worden door de FOD Buitenlandse Zaken gedekt.
b) La sélection des candidats est organisée au sein du SPF Affaires étrangères comme c’est d’ailleurs l’usage dans les autres E´tats participants de l’OSCE. Les candidatures doivent être introduites auprès du service compétent (M1.3-OSCE) via à un formulaire standardisé (disponible en version électronique). Ces formulaires complétés sont ensuite analysés par mes services qui me proposent une sélection de candidats.
b) De selectie van de kandidaten wordt georganiseerd binnen de FOD Buitenlandse Zaken, zoals overigens gebruikelijk is in de andere lidstaten van de OVSE. De kandidaturen moeten ingediend worden bij de bevoegde dienst (M1.3-OVSE) middels een standaardformulier (elektronische versie beschikbaar). Deze ingevulde formulieren worden geanalyseerd door mijn diensten die mij vervolgens een selectie van de kandidaten voorleggen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14266
5. Tout en assurant un équilibre linguistique, je base ma décision sur des critères objectifs :
5. Steeds rekening houdend met een taalkundig evenwicht, baseer ik mijn beslissing op de volgende objectieve criteria :
— les compétences du candidat;
— de bekwaamheid van de kandidaat;
— Les motivations personnelles et professionnelles du candidat;
— persoonlijke en professionele motivatie van de kandidaat;
— l’intérêt professionnel d’une telle expérience tant pour l’observateur que pour son employeur;
— het professioneel belang van dergelijke ervaring, zowel voor de waarnemer als voor zijn werknemer;
— la maıˆtrise de la langue anglaise, qui est évidemment indispensable, et la connaissance de langue locale, qui est un atout supplémentaire.
— kennis van de Engelse taal, die uiteraard onontbeerlijk is, en de kennis van de lokale taal, die als een troef beschouwd wordt.
Nous veillons aussi à nous assurer que les candidats sélectionnés présentent des gages de neutralité par rapport à la situation politique du pays où ils sont invités à suivre le processus électoral.
We staan er ook op dat de geselecteerde kandidaten blijk geven van neutraliteit ten opzichte van de politieke situatie van het land waar ze uitgenodigd worden om het verkiezingsproces op te volgen.
Avoir déjà eu une ou plusieurs expériences en matière d’observation électorale, tout comme pouvoir se prévaloir d’une bonne connaissance politique des pays concernés et avoir suivi des formations pertinentes pour la fonction, représentent aussi des atouts que je prends en considération. Tous les candidats sélectionnés pour participer aux premières missions de l’année (Tadjikistan, Kirghizstan, Moldavie et ARYM), l’ont donc été sur la base de d’une procédure et de critères clairs.
Reeds één of meerdere ervaringen inzake verkiezingswaarneming, het zich kunnen beroepen op een grondige politieke kennis van de betrokken landen en het feit een vorming met betrekking tot de materie gevolgd te hebben, vormen troeven die in overweging genomen worden. Alle kandidaten voor de deelname aan de eerste missies van het jaar (Tadzjikistan, Kirgizie¨, Moldavie¨ en VJRM) werden dus geselecteerd op basis van een procedure en duidelijke criteria.
6. Le site web du SPF Affaires étrangères est en cours d’adaptation et fournira sous peu toutes les informations nécessaires aux personnes intéressées par une mission d’observation électorale. La procédure et les critères y seront explicités.
6. De website van de FOD Buitenlandse Zaken wordt momenteel aangepast en zal binnenkort alle nodige informatie bevatten voor degenen die geı¨nteresseerd zijn in een verkiezingswaarnemingsmissie. De procedure en de criteria zullen daar verduidelijkt worden.
DO 2004200503769
DO 2004200503769
Question no 200 de M. Filip De Man du 23 mars 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 200 van de heer Filip De Man van 23 maart 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Convention de Vienne du 8 avril 1983 sur la succession d’E´tats. — Signature.
Verdrag van Wenen van 8 april 1983 inzake statenopvolging. — Ondertekening.
Le gouvernement belge a-t-il déjà signé la Convention de Vienne du 8 avril 1983 sur la succession d’E´tats en matière de biens, archives et dettes d’E´tat ?
Heeft de Belgische regering het Verdrag van Wenen van 8 april 1983 inzake statenopvolging met betrekking tot staatseigendommen, archieven en schulden, reeds ondertekend ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 200 de M. Filip De Man du 23 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 200 van de heer Filip De Man van 23 maart 2005 (N.) :
Je peux confirmer à l’honorable membre que la Convention de Vienne sur la succession d’E´tats en
Ik kan het geachte lid bevestigen dat Belgie¨ het Verdrag van Wenen van 8 april 1983 inzake statenopvol-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14267
matière de biens, archives et dettes d’E´tat du 8 avril 1983 n’a pas été signée par la Belgique. Le traité n’a été signé que par les E´tats suivants : l’Algérie, l’Argentine, l’E´gypte, le Niger, le Pérou et Serbie et Monténégro (succession de la signature antérieure par la Yougoslavie). Actuellement, six E´tats ont ratifié le traité ou y ont adhéré : la Croatie, l’Islande, la Géorgie, la Slovénie, l’Ancienne République yougoslave de Macédoine et l’Ukraine.
ging met betrekking tot staatseigendommen, archieven en schulden niet ondertekend heeft.
Le traité n’est pas encore entré en vigueur conformément à son article 50.
Het verdrag is nog niet in werking getreden overeenkomstig zijn artikel 50.
DO 2004200503836
DO 2004200503836
Question no 202 de M. Francis Van den Eynde du 4 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 202 van de heer Francis Van den Eynde van 4 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Parlementaires. — Voyages à l’étranger. — Services de l’ambassade.
Parlementsleden. — Buitenlandse reizen. — Diensten van de ambassade.
Nous avons pu lire dans un hebdomadaire satirique francophone que M. Elio Di Rupo, député et président du PS, l’un des partis de la coalition gouvernementale, a récemment donné une conférence à l’école supérieure israélienne de Herzlyia, située dans la banlieue de Tel Aviv.
Volgens een Franstalig satirisch weekblad is het zo dat de heer Elio Di Rupo, die ook voorzitter is van de regeringspartij PS, onlangs een voordracht gaf in de Israe¨lische hogeschool van Herzlyia, die gevestigd is in een buitenwijk van Tel Aviv.
Or, la presse israélienne ne semblant guère ou pas du tout s’intéresser à cet événement, notre ambassade aurait — de crainte que l’auditoire ne soit par trop clairsemé — mis en place une navette gratuite par autocar pour acheminer des auditeurs potentiels venant de Tel Aviv et même de Jérusalem afin qu’ils puissent écouter le conférencier belge, présenté au public comme « Prof. Elio Di Rupo, Minister of State, President of the Socialist Party, Belgium ».
Toen bleek dat de Israe¨lische pers hiervoor weinig of geen belangstelling aan de dag legde, zou voor de opkomst van het publiek gevreesd zijn en zou onze ambassade ter plekke een aantal shuttlebussen gratis ter beschikking hebben gesteld om toehoorders uit Tel Aviv en zelfs uit Jeruzalem ter plaatse te brengen en hen te laten luisteren naar de redevoering van de betrokkene, die aan het publiek voorgesteld werd als « Prof. Elio Di Rupo, Minister of State, President of the Socialist Party, Belgium ».
1. a) Pouvez-vous confirmer cette information ?
1. a) Kan u dit bevestigen ?
b) Dans l’affirmative, quel a été le couˆt de cette opération logistique ?
b) Zo ja, welke kosten heeft dit met zich gebracht ?
2. a) Est-il normal qu’une ambassade soit mise à contribution de cette manière dans le cadre d’une conférence donnée par un parlementaire à l’étranger ?
2. a) Is het normaal dat een ambassade ingeschakeld wordt voor het leveren van diensten van deze aard voor de voordracht van een parlementslid in het buitenland ?
b) Dans l’affirmative, dans quelles circonstances peut-il ainsi être fait appel aux services de l’ambassade ?
b) Zo ja, in welke omstandigheden ?
3. Y a-t-il des précédents ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Het verdrag werd slechts ondertekend door volgende staten : Algerije, Argentinie¨, Egypte, Niger, Peru en Servie¨ en Montenegro (opvolging van vroegere ondertekening door Joegoslavie¨). Op dit ogenblik hebben zes staten het verdrag geratificeerd of zijn ertoe toegetreden : Kroatie¨, Estland, Georgie¨, Slovenie¨, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonie¨ en Oekraı¨ne.
3. Is zoiets vroeger nog gebeurd ? 2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14268
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 202 de M. Francis Van den Eynde du 4 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 202 van de heer Francis Van den Eynde van 4 april 2005 (N.) :
1. Ce que l’hebdomadaire francophone satirique écrit sur la conférence de M. Elio Di Rupo à l’université israélienne de Herzlia ne correspond pas avec la réalité.
1. Wat het Franstalig satirisch weekblad schrijft over de conferentie van de heer Di Rupo aan de Israe¨lische universiteit van Herzlyia stemt niet overeen met de werkelijkheid.
M. Di Rupo a participé à une conférence sur les relations israélo-européen le 30 mars 2005. Les organisateurs de l’université d’Herzlyia avaient fait appel à deux sponsors : la « Friedrich Ebert Stifung » et « L’organisation des Belges d’Israe¨l ». Cette dernière association était responsable pour l’organisation du transport par bus des nombreux invités.
De heer Di Rupo nam op 30 maart 2005 deel aan een conferentie over de Israe¨lisch-Europese relaties en standpunten. De organisatoren van de universiteit van Herzlyia hadden beroep gedaan op 2 sponsors : de « Friedrich Ebert Stiftung » en de « Organisation des Belges d’Israe¨l ». Deze laatste vereniging stond in voor het vervoer per bus van de talrijke genodigden.
2. L’ambassade de Belgique à Tel Aviv n’est pas intervenu financièrement dans cette affaire.
2. De Belgische ambassade te Tel Aviv is financieel niet tussengekomen in deze zaak.
DO 2004200503871
DO 2004200503871
Question no 203 de Mme Nathalie Muylle du 7 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 203 van mevrouw Nathalie Muylle van 7 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Burundi. — E´lections. — Processus de paix. — Roˆle de la Belgique.
Burundi. — Verkiezingen. — Vredesproces. — Rol van Belgie¨.
Le processus de paix au Burundi semble se dérouler sans heurts comme l’indique le succès du référendum relatif à la nouvelle constitution burundaise. Le pays se prépare notamment à organiser des élections parlementaires et présidentielles qui formeront la pierre angulaire du processus de paix initié par les accords d’Aruscha, de Dar Es Salaam et de Pretoria.
Het vredesproces in Burundi loopt ogenschijnlijk vlot, zoals blijkt uit het succesvol verloop van het referendum over de nieuwe Burundese grondwet. Het land is nu onder meer op weg naar parlements- en presidentsverkiezingen die het sluitstuk moeten vormen van het vredesproces ingezet met het bereiken van de akkoorden van Arusha, Dar Es Salaam en Pretoria.
La population burundaise espère qu’il sera possible d’empêcher une nouvelle flambée de violence et que l’on pourra enfin s’occuper de la réconciliation et de la lutte contre la pauvreté. Cependant, le passé nous a appris qu’il fallait se montrer très réservé et prudent dans l’appréciation du contexte politique et social du pays. Le processus de paix peut encore échouer.
De Burundese bevolking hoopt dat een nieuwe opflakkering van geweld kan worden voorkomen en er eindelijk werk kan worden gemaakt van verzoening en van de bestrijding van de armoede. Het verleden leert ons echter om zeer terughoudend en voorzichtig te zijn in het beoordelen van de politieke en maatschappelijke context van het land. De dreiging voor het ontsporen van het vredesproces blijft bestaan.
1. Dans quel cadre la Belgique contribue-t-elle à la préparation des prochaines élections :
1. In welke mate draagt Belgie¨ bij tot de voorbereiding van de komende verkiezingen :
a) dans le cadre de l’ONU ?
a) In het kader van de VN ?
b) dans le cadre de l’Union européenne ?
b) In het kader van de EU ?
c) dans un cadre bilatéral ?
c) Bilateraal ?
2. Quelles mesures la communauté internationale a-t-elle adoptées pour que les élections se déroulent en toute sécurité et quel est précisément le mandat des troupes de l’ONU qui se trouvent sur place ?
2. Welke maatregelen worden er door de internationale gemeenschap genomen om de verkiezingen veilig te laten verlopen en welk is precies het mandaat van de VN-troepen ter plaatse ?
3. Quelle est la position de la Belgique en ce qui concerne les sanctions juridiques et judiciaires à infli-
3. Welk standpunt neemt Belgie¨ in ten opzichte van de juridische en gerechtelijke gevolgen voor de verant-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14269
ger aux responsables des massacres qui ont couˆté la vie à des centaines de milliers de personnes depuis la fin des années 1960 ?
woordelijken van de moordpartijen die sinds einde 1960 aan vele honderdduizenden mensen het leven hebben gekost ?
4. Comment la Belgique peut-elle contribuer au processus de paix en vue de la réconciliation ?
4. In welke mate kan Belgie¨ bijdragen tot de vrede met het oog op de verzoening ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 203 de Mme Nathalie Muylle du 7 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 203 van mevrouw Nathalie Muylle van 7 april 2005 (N.) :
1. Préparation des prochaines élections
1. Voorbereiding van de komende verkiezingen
a) et b) Tant dans le cadre des Nations unies qu’au niveau de l’UE, notre pays est un fer de lance dans la campagne en vue de mobiliser de l’aide internationale en faveur du Burundi, pays en développement particulièrement pauvre, et surtout pour le processus de paix. Outre qu’il joue ainsi un roˆle de locomotive, dont le Forum des partenaires du Burundi, qui s’est tenu à Bruxelles les 13 et 14 janvier 2004, est encore un exemple, notre pays contribue en outre financièrement au soutien considérable de l’UE au Burundi, et à l’exécution du mandat de la mission de l’ONUB (Opération des Nations unies au Burundi), dans le cadre de laquelle il est évident qu’un soutien actif à l’organisation des élections trouve sa place. L’Union européenne est sur le point de décider l’envoi d’observateurs pour les élections.
a) en b) zowel in UNO- als in EU-kader speelt ons land een leidinggevende rol in de werving van internationale steun voor Burundi, als bijzonder behoeftig ontwikkelingsland, en voor het vredesproces in het bijzonder. Naast die voortrekkersrol, die aanvang 2004 nog werd geı¨llustreerd met het Forum des partenaires du Burundi, in Brussel, op 13-14 januari 2004, draagt ons land uiteraard ook financieel bij tot de omvangrijke steun van de EU aan Burundi, en tot de uitvoering van het mandaat van de missie van ONUB (Opération des Nations unies au Burundi), waartoe een actieve bijstand aan de organisatie van de verkiezingen op expliciete wijze hoort. De Europese Unie staat op het punt te beslissen observatoren naar de verkiezingen te sturen.
c) Au niveau bilatéral : notre pays a versé 2 millions d’euros au Fonds spécial du PNUD, créé pour le financement des élections. Cette contribution représente près de 10 % du montant total du fonds qui s’élève à 21 millions de dollars. Par ailleurs, la Belgique a détaché cinq policiers instructeurs chargés de l’encadrement de la formation urgente de policiers afin de sécuriser les élections, 17 000 euros pour un plan de développement des médias nationaux burundais, 526 000 euros pour la formation et l’équipement du personnel de la radio nationale, 10 000 euros pour un livre sur les élections (éditions Luc Pire), 130 000 euros pour un film en faveur du dialogue produit par IRIBA, qui parcourt le pays en caravane, etc.
c) Bilateraal : ons land heeft 2 miljoen euro gestort in het bijzonder fonds van het PNUD, opgericht ter financiering van de verkiezingen. Die bijdrage vertegenwoordigt ruim 10 % van het globale fonds, dat 21 miljoen dollar bedraagt. Daarnaast stelt Belgie¨ vijf politie-instructeurs ter beschikking om vorming te geven aan de dringende politievorming ter beveiliging van de verkiezingen, 17 000 euro voor een ontwikkelingsplan voor de nationale Burundese media, 526 000 euro voor vorming en uitrusting van het personeel van de nationale omroep, 10 000 euro voor een boek over verkiezingen (Luc Pire), 130 000 euro voor een dialoogbevorderende film van IRIBA die per caravaan door het land trekt, enzovoort.
La Belgique reste vigilante afin d’aider à éviter les pièges avant les élections, pour autant que les acteurs burundais le souhaitent eux-mêmes évidemment, parce qu’il y va, en première instance, de leur responsabilité de maintenir un dialogue transparent et crédible. Le processus de préparation des élections devra aller de pair avec un début tant de réforme des services de sécurité que de désarmement; en même temps que la communauté internationale, la Belgique y contribue activement via la banque mondiale (MDRP) et l’ONUB. L’aide belge au processus des élections va de pair avec une pression diplomatique exercée au
Belgie¨ blijft waakzaam om de valkuilen voor de verkiezingen mee te helpen vermijden, zolang de Burundese actoren dat zelf ook willen natuurlijk, want het is in de eerste plaats hun verantwoordelijkheid om een transparante en geloofwaardige dialoog open te houden. Het proces naar verkiezingen toe dient gepaard te gaan met een begin van hervorming van de veiligheidsdiensten en ontwapening, waaraan Belgie¨ met de internationale gemeenschap actief bijdraagt via de Wereldbank (MDRP) en ONUB. De Belgische steun aan het verkiezingsproces gaat gepaard met diplomatieke druk, bilateraal en met partners (EU, VS, DPKO,
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14270
niveau bilatéral et avec les partenaires (UE, E´tatsUnis, le Département des opérations de maintien de la paix, Banque Mondiale), non seulement sur les institutions mais également sur une large gamme d’acteurs. Par ailleurs, la Belgique joue un roˆle particulier, visant à éviter des troubles sociaux dans la période préélectorale, en mettant sur la table les problèmes financiers au Burundi dans le concert de la communauté des donateurs, jusqu’à ce que le point de décision de PPTE soit vraisemblablement atteint en juin 2005. Graˆce à la récente « aide financière ciblée », la Belgique bénéficie d’une réputation favorable en la matière. 2. Mandat et roˆle de l’ONUB
Wereldbank), niet alleen op de instellingen maar ook op een brede waaier van actoren. Belgie¨ speelt ook een bijzondere rol om sociale onrust in aanloop naar de verkiezingen te vermijden door de financie¨le problemen in Burundi binnen de donorgemeenschap aan te kaarten, tot waarschijnlijk het HIPC-point wordt behaald in juni 2005. Belgie¨ heeft ter zake een gunstige reputatie, met de recente zogenaamde gecibleerde financie¨le steun.
2. Mandaat en rol van ONUB
La Résolution 1545 du 21 mai 2004, qui crée l’ONUB, prévoit au paragraphe 5 du dispositif ce qui suit :
Resolutie 1545 van 21 mei 2004, dat ONUB opricht, voorziet in haar operatieve para 5 volgende :
« Autorise l’ONUB à utiliser tous les moyens nécessaires pour s’acquitter du mandat suivant, dans les limites de ses capacités et dans les zones de déploiement de ses unités armées, et en coordination avec les communautés humanitaires et du développement :
« Authorizes ONUB to use all necessary means to carry out the following mandate, within its capacity and in areas where its armed units are deployed, and in coordination with humanitarian and development communities :
(7e tiret) : Contribuer au bon déroulement du processus électoral prévu par l’Accord d’Arusha en veillant à assurer un environnement sûr pour la tenue d’élections libres, transparentes et pacifiques;
(7e gedachtenstreepje) : to contribute to the successful completion of the electoral process stipulated in the Arusha Agreement, by ensuring a secure environment for free, transparent and peaceful elections to take place;
(8e tiret) : Sans préjudice de la responsabilité du gouvernement burundais de transition, protéger les civils en danger immédiat de violence physique ».
(8e gedachtenstreepje) : without prejudice to the responsibility of the transitional government of Burundi, to protect civilians under imminent threat of physical violence ».
Concrètement, cela signifie ceci :
In concreto betekent dit het volgende :
— L’ONUB accorde son soutien actif à l’organisation matérielle et logistique du scrutin, en mettant à la disposition son matériel de transport et des escortes pour l’installation de l’infrastructure requise pour un déroulement ordonné du scrutin;
— ONUB verleent actieve steun aan de materie¨le en logistieke organisatie van de verkiezingen, door haar transportmateriaal en escortes ter beschikking te stellen voor het installeren van de vereiste infrastructuur die de verkiezingen ordentelijk moet laten verlopen;
— Comme c’était déjà le cas lors de l’organisation du referendum sur la Constitution (le 28 février dernier), les unités de l’ONUB seront fortement présentes partout dans le pays; cette présence visible aura à la fois un effet rassurant à l’égard de la population et découragera toute tentative de provoquer éventuellement des troubles;
— Zoals ook al het geval was tijdens de organisatie van het referendum over de Grondwet (28 februari 2005), zullen overal in het land ONUB-eenheden nadrukkelijk aanwezig zijn; die zichtbare aanwezigheid heeft zowel een vertrouwenwekkende rol tegenover de bevolking, als een ontradende rol tegenover eventuele intenties van wanorde;
— l’ONUB suivra donc, sur le terrain, en concertation et en coordination étroite avec l’armée burundaise, le déroulement des élections; l’ONUB se tient d’ailleurs prête, en cas de désordre ou de troubles, à acheminer immédia-
— ONUB zal aldus, op het terrein, in nauwe samenspraak en coo¨rdinatie met het Burundese leger, het verloop van de verkiezingen volgen; ONUB houdt zich tevens klaar om, in geval van wanorde of onlusten, onmiddellijk verster-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14271
tement des renforts; des unités spécialement entraıˆnées seront à cet effet sur pied d’intervention;
kingen aan te voeren; hiervoor zullen speciaal getrainde eenheden klaar staan;
— Le maintien de l’ordre dans les bureaux de dépouillement relève de la responsabilité de la partie burundaise; l’ONUB aide toutefois les autorités burundaises préparer cette mission, en assurant une partie de la formation de nouveaux agents et instructeurs de police.
— De ordehandhaving in de telbureaus is een Burundese verantwoordelijkheid; ONUB helpt de Burundese overheid evenwel nu al in de voorbereiding van die taak, door een deel van de vorming van nieuwe politie-agenten en -instructeurs op zich te nemen.
Des observateurs civils et militaires belges sont actifs au sein de l’ONUB.
Er zijn Belgische militaire en civiele observatoren binnen ONUB werkzaam.
3. Génocide : répercussions juridiques et judiciaires
3. Genocide : juridische en gerechtelijke gevolgen
Notre pays estime qu’il y a lieu d’appliquer en la matière, dans la plus large mesure possible, les dispositions de l’accord d’Arusha. Celles-ci prévoient :
Ons land is van mening dat ter zake in de grootst mogelijke mate de bepalingen van het verdrag van Arusha moeten worden toegepast. Die voorzien :
— La demande par le gouvernement burundais de la mise en place par le Conseil de sécurité des Nations unies d’une Commission d’enquête judiciaire internationale (CEJI) sur le génocide, les crimes de guerre et autres crimes contre l’humanité;
— La demande par le gouvernement burundais de la mise en place par le Conseil de sécurité des Nations unies d’une Commission d’enquête judiciaire internationale (CEJI) sur le génocide, les crimes de guerre et autres crimes contre l’humanité;
— Au cas où le rapport de la CEJI établirait l’existence de tels actes, la demande par le gouvernement burundais de la mise en place par le Conseil de Sécurité des Nations unies d’un Tribunal pénal international chargé de juger et de punir les coupables;
— Au cas où le rapport de la CEJI établirait l’existence de tels actes, la demande par le gouvernement burundais de la mise en place par le Conseil de Sécurité des Nations unies d’un Tribunal pénal international chargé déjuger et de punir les coupables;
— La création, par le gouvernement burundais, d’une Commission nationale pour la vérité et la réconciliation (CNVR), qui doit faire la lumière et établir la vérité sur les actes de violence graves commis au cours des conflits cycliques qui ont endeuillé le Burundi depuis l’indépendance à la date de la signature de l’Accord d’Arusha, qualifier les crimes et établir les responsabilités et l’identité des coupables et des victimes. ` ce jour, seule la CVNR a été créée, par la loi du A 27 décembre 2004. Elle n’est toutefois pas encore constituée, ses membres n’ayant pas encore été désignés.
— La création, par le gouvernement burundais, d’une Commission nationale pour la vérité et la réconciliation (CNVR), qui doit faire la lumière et établir la vérité sur les actes de violence graves commis au cours des conflits cycliques qui ont endeuillé le Burundi depuis l’indépendance à la date de la signature de l’Accord d’Arusha, qualifier les crimes et établir les responsabilités et l’identité des coupables et des victimes.
Le 11 mars 2005, le secrétaire général de l’ONU a formulé une proposition qui s’écarte un peu des dispositions d’Arusha, en prévoyant une composante internationale dans les institutions burundaises qui doivent s’occuper de cette matière. La réaction initiale des autorités burundaises à cette proposition a été plutoˆt dans le sens du rejet.
Op 11 maart 2005 heeft de secretaris-generaal van de UNO een voorstel geformuleerd dat enigszins afwijkt van de bepalingen van Arusha, door een internationale component te voorzien binnen de Burundese instellingen die zich met deze aangelegenheid moeten inlaten. De Burundese overheid heeft initieel eerder afwijzend op dit voorstel gereageerd.
J’estime que face à cette problématique très délicate, le Burundi a besoin qu’on lui tende la main, indépendamment de la formule qui sera retenue. Dans nos contacts réguliers avec l’ONU, nous insisterons dès lors pour que l’on s’entende avec le Burundi sur une coopération en cette matière, de sorte que la fin de
Ik ben van mening dat in deze zeer gevoelige problematiek Burundi nood heeft aan een helpende hand, ongeacht de uiteindelijke formule die behouden wordt. In onze regelmatige contacten met UNO zullen wij er dan ook op aandringen dat met Burundi overeenstemming wordt bereikt over een samenwerking op dit
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Tot op heden is enkel de CNVR opgericht, per wet van 27 december 2004. Zij is evenwel nog niet samengesteld, omdat haar leden nog niet werden aangeduid.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14272
l’impunité au Burundi soit organisée de manière méthodique et juste, et que quiconque qui fait l’objet d’une enquête puisse compter sur un traitement équitable.
vlak, zodat het einde van de straffeloosheid in Burundi op methodische én rechtvaardige wijze wordt aangepakt, en dat eenieder die het voorwerp van onderzoek uitmaakt kan rekenen op een billijke behandeling.
4. Notre pays joue un roˆle de pionnier dans l’aide structurelle et humanitaire au Burundi, et fournit dans ce cadre une contribution appréciable afin d’éliminer une des causes principales des problèmes du Burundi, à savoir la pauvreté. Dans la mesure où la Belgique, l’UE et la communauté internationale réussiront à relever le niveau de vie de la population, elles contribueront de façon substantielle à restaurer la solidarité, la tolérance et la coopération nationales.
4. Ons land speelt een leidende rol in structurele en humanitaire bijstand aan Burundi, en levert hiermede een wezenlijke bijdrage tot het wegwerken van de één van de hoofdoorzaken van de problemen in Burundi, met name de armoede. In de mate dat Belgie¨, de EU en de internationale gemeenschap erin slagen om de levensstandaard van de bevolking op te trekken, wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan het herstel van nationale solidariteit, verdraagzaamheid en samenwerking.
En concertation étroite avec les pays de la Région (en particulier l’Afrique du Sud, la Tanzanie et l’Ouganda), et en collaboration avec nos partenaires européens, notre pays œuvre chaque jour à l’exécution des dispositions de l’accord d’Arusha, tant en ce qui concerne le processus politique (en particulier les élections), la réconciliation progressive et la coopération au sein de la nouvelle armée et de la nouvelle police, et la restauration de l’appareil de l’E´tat dans sa dimension de service (public) à la population. C’est uniquement dans le cadre d’une telle approche large comprenant la bonne gouvernance, le rétablissement de l’E´tat de droit, la réorganisation de la sécurité, et l’aide financière et économique soutenue, que les nombreuses initiatives individuelles et collectives de réconciliation, que notre pays soutient en particulier via les ONG, pourront réussir. Les réformes prévues dans l’accord d’Arusha pourront être plus aisément mises en œuvre par des dirigeants élus de façon légitime, dans la mesure ils pourront faire preuve de sens des responsabilités et d’un vrai leadership.
In nauwe samenspraak met de regio (inzonderheid Zuid-Afrika, Tanzania en Oeganda), en in samenwerking met onze EU-partners, werkt ons land alle dagen aan de uitvoering van de bepalingen van het akkoord van Arusha, zowel wat het politieke proces betreft (inzonderheid de verkiezingen), de geleidelijke verzoening en samenwerking binnen het nieuwe leger en politie, en de restauratie van het overheidsapparaat als daadwerkelijke dienstverlener aan de bevolking. Het is enkel binnen dergelijke ruime benadering van Goed Beheer, herstel van de rechtsstaat, re-organisatie van de veiligheid, en volgehouden financieel-economische bijstand, dat de talrijke individuele en collectieve initiatieven van verzoening, die ons land inzonderheid via NGO’s steunt, kunnen slagen. Het lijkt er op dat de hervormingen voorzien in het Arusha-akkoord gemakkelijker zullen doorgevoerd worden door legitiem verkozen leiders, in zoverre ze de verantwoordelijkheidszin en goed leiderschap zullen opbrengen.
DO 2004200503892
DO 2004200503892
Question no 205 de M. Gerolf Annemans du 12 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 205 van de heer Gerolf Annemans van 12 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Séjour et accueil d’un ancien membre des milices du Tanzim qui, en 2002, avait occupé l’E´glise de la Nativité, à Bethléem.
Verblijf en opvang van een voormalig lid van de Tanzim-milities en bezetter van de geboortekerk in Betlehem in 2002.
En 2002, des Palestiniens se sont retranchés durant plusieurs jours dans l’E´glise de la Nativité, à Bethléem. Pour sortir de l’impasse, Israe¨l et l’Autorité palestinienne ont convenu d’exiler treize de ces occupants vers des pays de l’UE. La Belgique a accueilli l’un d’eux, M. al-Nawawreh. Les conditions de cet accueil prévoyaient entre autres qu’un lieu de résidence fixe serait attribué aux exilés et qu’ils seraient tenus de se présenter régulièrement à la police locale. Pendant son
De heer al-Nawawreh was in 2002 één van de bezetters van de geboortekerk in Betlehem. De bezetters werden opgevangen in de EU na een akkoord tussen Israe¨l en de Palestijnse Autoriteit. Belgie¨ ving de heer al-Nawawreh op. Voorwaarden voor deze opvang waren onder meer dat de bannelingen een vaste verblijfplaats toegewezen kregen en dat ze zich moesten houden aan een meldingsplicht. Tijdens zijn verblijf in ons land kwam hij in aanraking met het gerecht, ver-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14273
séjour en Belgique, M. al-Nawawreh a eu maille à partir avec la justice, a passé quelques mois en prison et n’a pas respecté l’obligation de se présenter. En 2003, son tuteur déclinait déjà toute responsabilité.
bleef enkele maanden in de cel en hield zich niet aan deze meldingsplicht. Zijn voogd onttrok zich reeds in 2003 van alle verantwoordelijkheid.
En février 2005, l’autorité palestinienne et Israe¨l ont conclu un accord autorisant le retour des exilés.
In februari 2005 maakten de Palestijnse autoriteit en Israe¨l bekend dat de bannelingen mogen terugkeren.
Nous apprenons à présent qu’à partir de septembre 2002, l’intéressé a touché une indemnité de 1 000 euros par mois. De plus, l’E´tat est également intervenu dans ses frais d’assurance. Au total, la Coopération technique belge (CTB) a versé 30 150 euros à l’intéressé.
Nu blijkt dat hij sinds september 2002 een onkostenvergoeding van 1 000 euro/maand mocht ontvangen. Hierbovenop werd hem ook een bijdrage in zijn verzekering verleend. In totaal betaalde de Belgische Technische Coo¨peratie (BTC) de man een som van 30 150 euro.
1. a) Quel est le statut de M. al-Nawawreh ?
1. a) Wat is het statuut van deze man ?
b) Sur quelle base a-t-il droit à une telle indemnité ?
b) Op welke basis heeft hij recht op zulk een onkostenvergoeding ?
2. a) Cette indemnité est-elle prévue par la convention conclue avec l’UE ?
2. a) Maakt deze onkostenvergoeding mogelijk deel uit van de overeenkomst met de EU ?
b) Pouvons-nous récupérer cette somme auprès de l’UE ?
b) Kan dit bedrag teruggevorderd worden van de EU ?
3. Des contacts avec l’Autorité palestinienne ont-ils déjà été pris en vue du retour de M. al-Nawawreh ?
3. Zijn er reeds gesprekken met de Palestijnse Autoriteit over de terugkeer van de heer al-Nawawreh ?
4. L’intéressé aurait-il déjà introduit une demande d’asile ?
4. Heeft de man mogelijk reeds asiel aangevraagd ?
5. a) Au vu de la législation belge, existe-t-il une possibilité d’inculper l’intéressé pour actes de terrorisme ?
5. a) Bestaat de mogelijkheid niet om hem aan te klagen op basis van de Belgische wetgeving op beschuldiging van terreurmisdrijven ?
b) Pourquoi cette possibilité n’a-t-elle pas été envisagée ou mise en œuvre ?
b) Waarom is dit niet overwogen of uitgevoerd ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 205 de M. Gerolf Annemans du 12 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 205 van de heer Gerolf Annemans van 12 april 2005 (N.) :
1. a) M. al-Nawawreh dispose d’un statut sui generis à la suite d’une décision par le Conseil européen le 21 mai 2002.
1. a) De heer al-Nawawreh heeft een statuut sui generis als gevolg van een beslissing door de Europese Raad op 21 mei 2002.
b) Le Conseil des ministres a décidé à l’époque d’allouer une indemnité mensuelle de 1 000 euros.
b) De Ministerraad besliste destijds een maandelijkse vergoeding van 1 000 euro toe te staan.
2. a) Cette indemnité ne fait pas partie d’un accord avec l’UE.
2. a) Deze vergoeding maakt geen deel uit van een overeenkomst met de EU.
b) Ces indemnités ne peuvent pas être récupérées auprès de l’UE.
b) Deze vergoedingen kunnen niet teruggevorderd worden bij de EU.
3. Des pourparlers sont en cours entre l’UE et les autorités israéliennes et palestiniennes concernées par le retour éventuel des 13 Palestiniens qui ont été
3. Er zijn onderhandelingen aan de gang tussen de EU en de betrokken Israe¨lische en Palestijnse autoriteiten over de eventuele terugkeer van de 13 Palestijnen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14274
accueillis par des E´tats membres de l’UE. Il n’y a, pour l’instant, pas encore de perspectives concrètes pour un retour rapide. 4. M. al-Nawawreh n’a pas demandé asile.
die door EU-lidstaten werden opgenomen. Er is echter nog geen concreet vooruitzicht op een snelle terugkeer. 4. De heer al-Nawawreh heeft geen asiel aangevraagd.
5. Son statut sui generis rend difficile une procédure normale sur la base de la législation belge.
5. Zijn sui generis statuut bemoeilijkt een normale procedure op basis van de Belgische wetgeving.
DO 2004200503917
DO 2004200503917
Question no 207 de M. Guido Tastenhoye du 14 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 207 van de heer Guido Tastenhoye van 14 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Ambassades des pays de l’Union européenne. — Arrêt des invitations de « dissidents » cubains.
Ambassades van de EU-landen. — Niet meer uitnodigen van Cubaanse « dissidenten ».
Il nous est revenu par le biais de la presse que les « dissidents » cubains ne seront dorénavant plus invités par les ambassades des pays de l’Union européenne. Il s’agit d’un revirement pour le moins marquant. Le régime cubain du dictateur Fidel Castro a manifestement obtenu de l’Union européenne ce que même l’ancienne Union soviétique n’a jamais pu obtenir étant donné que les « dissidents » russes étaient toujours les bienvenus dans les ambassades occidentales.
Uit de pers vernemen we dat voortaan Cubaanse « dissidenten » niet meer zullen worden uitgenodigd op de ambassades van EU-landen. Dit is een zeer ongewone wending. Blijkbaar heeft het Cubaanse regime van dictator Fidel Castro gedaan gekregen bij de Europese Unie wat zelfs de vroege Sovjet-Unie niet kon, want Russische « dissidenten » waren altijd graag geziene gasten op de Westerse ambassades.
1. Pouvez-vous confirmer que les pays de l’Union européenne ont accepté de ne plus inviter de « dissidents » cubains dans leurs ambassades à la demande du régime cubain ?
1. Kan u bevestigen dat de EU-landen er op verzoek van het Cubaanse regime mee ingestemd hebben voortaan geen Cubaanse « dissidenten » meer uit te nodigen op hun ambassades ?
2. Dans l’affirmative, pouvez-vous préciser les raisons pour lesquelles l’Union européenne a pris cette décision à l’égard des « dissidents » cubains ?
2. Kan u, indien op de eerste vraag positief wordt geantwoord, de redenen aangeven waarom de EU deze koerswending nam ten opzichte van Cubaanse « dissidenten » ?
3. Quelle est l’attitude de la Belgique à l’égard des « dissidents » cubains et des prisonniers politiques à Cuba en général ?
3. Wat is de Belgische houding ten opzichte van Cubaanse « dissidenten » en van de politieke gevangenen op Cuba in het algemeen ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 207 de M. Guido Tastenhoye du 14 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 207 van de heer Guido Tastenhoye van 14 april 2005 (N.) :
1. Le fait que les dissidents ne soient plus invités à l’occasion des fêtes nationales par les ambassades des E´tats membres de l’UE qui sont représentés à Havane, n’est pas la conséquence d’une requête des autorités cubaines, mais est dû à une décision collective (consensus), prise le 31 janvier 2005 par les 25 pays membres au cours du Conseil des ministres, de suspendre provisoirement les mesures prises le 5 juin 2003 contre le ` la fin de la présidence luxembourgeoise, fin Cuba. A juin 2005, la situation cubaine sera réexaminée et les mesures de 2005 seront ou ne seront pas mises en vigueur.
1. Het feit dat dissidenten niet meer uitgenodigd worden op de nationale feestdagen van de ambassades van de EU-landen die in Havana vertegenwoordigd zijn, is niet het gevolg van een verzoek van de Cubaanse overheden, maar is te wijten aan een gezamenlijke beslissing (consensus) van de 25 partnerlanden op de Ministerraad van 31 januari 2005 om de maatregelen van 5 juni 2003, die toen tegen Cuba genomen werden, tijdelijk te schorsen. Op het einde van het Luxemburgse voorzitterschap, eind juni 2005, zal de situatie in Cuba opnieuw onderzocht worden en zullen de maatregelen van 2005 al dan niet opnieuw van kracht worden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14275
2. La décision unanime des 25 a été prise après avoir constaté que la position commune avait abouti à des résultats douteux en ce qui concerne l’amélioration de la situation des droits de l’homme à Cuba. Il était donc nécessaire de déterminer une approche. En outre, le fonctionnement normal de nos ambassades UE à Cuba était devenu impossible après que les autorités cubaines avaient rompu tous les contacts au niveau administratif avec ces ambassades UE qui avaient invité des dissidents à l’occasion de leurs fêtes nationales.
2. De unanieme beslissing van de 25 werd genomen omdat de gemeenschappelijke positie op zijn best twijfelachtige resultaten had geleverd voor het verbeteren van de mensenrechtensituatie in Cuba. De noodzaak om een nieuw aanpak te bepalen dringt zich dus op. Daarbij kwam dat het normaal functioneren van de EU-ambassades in Cuba niet meer mogelijk was omdat de Cubaanse overheden alle contacten op administratief niveau verbroken hadden met de EU ambassades die dissidenten op hun nationale feestdagen uitgenodigd hadden.
3. Simultanément à la décision de suspendre les mesures du 5 juin 2003, il a été décidé à l’unanimité de renforcer les contacts avec les dissidents, leur famille et l’opposition paisible à Cuba. La Belgique ouvre et continuera à œuvrer pour la défense des droits de l’homme à Cuba, pour la libération de tous les prisonniers politiques et pour le droit de visite — par le biais des organisations internationales — aux prisonniers. Nos représentants diplomatiques ont toujours accueilli des dissidents et, conformément à la décision des 25, ces contacts seront davantage renforcés.
3. Samen met de beslissing de maatregelen van 5 juni 2003 te schorsen, werd ook unaniem besloten de contacten met de dissidenten, hun familieleden en de vreedzame oppositie te versterken in Cuba. Belgie¨ ijvert en blijft ijveren voor de verdediging van de mensenrechten in Cuba, voor de vrijlating van al de politieke gevangenen en voor bezoekrechten — via internationale organisaties — aan de gevangenen. Onze diplomatieke vertegenwoordigers hebben altijd dissidenten ontvangen en, in overeenstemming met de beslissing van de 25, zullen deze contacten nu nog versterkt worden.
DO 2004200503918
DO 2004200503918
Question no 208 de M. Guido Tastenhoye du 14 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 208 van de heer Guido Tastenhoye van 14 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Liaison de la coopération au développement à l’obligation de la réadmission des demandeurs d’asile déboutés. — Intégration de la politique d’asile dans la politique extérieur.
Koppeling ontwikkelingssamenwerking aan terugnameplicht van uitgeprocedeerde asielzoekers. — Integratie asielbeleid in buitenlands beleid.
Le ministre de l’Intérieur a proposé récemment d’intégrer la politique de rapatriement des demandeurs d’asile déboutés dans la coopération au développement et la politique extérieure. Selon le ministre, soit chaque pays doit réadmettre ses demandeurs d’asile déboutés, soit notre coopération au développement doit être liée à une obligation de réadmission, comme c’est le cas au Danemark.
De minister van Binnenlandse Zaken stelde onlangs voor om het repatrie¨ringsbeleid van uitgeprocedeerde asielzoekers te integreren in de ontwikkelingssamenwerking en het buitenlands beleid. Volgens de minister van Binnenlandse Zaken moet een land zijn uitgeprocedeerden terugnemen, ofwel moet de ontwikkelingssamenwerking gekoppeld worden aan de terugnameplicht, zoals dat in Denemarken het geval is.
Au Danemark, le système fonctionne de la façon suivante. Outre le fait que les Danois traitent leurs demandes d’asile rigoureusement, ils rapatrient réellement leurs demandeurs d’asile déboutés et leurs illégaux. Et ils cessent d’aider les pays en voie de développement qui refusent de réadmettre leurs demandeurs d’asile déboutés. En revanche, ils aident davantage les pays qui se montrent coopératifs. Résultat : au Danemark, le nombre de demandeurs d’asile est passé de 15 512 en 2001, année où la coalition de centre droit est arrivée au pouvoir, à 3 222 à peine l’an dernier. La politique de Copenhague en la matière est donc extrêmement efficace.
In Denemarken werkt het systeem op de volgende manier. Naast een strikte behandeling van de asielaanvragen worden afgewezen asielzoekers en illegalen ook daadwerkelijk gerepatrieerd. Voor ontwikkelingslanden die afgewezen asielzoekers weigeren terug te nemen, gaat de geldkraan dicht. Landen daarentegen die vlot meewerken, kunnen rekenen op meer steun. In Denemarken daalde het aantal asielzoekers van 15 512 in 2001, het jaar dat de centrumrechtse coalitie aan de macht kwam, tot amper 3 222 vorig jaar. Uiterst effectief dus.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14276
Le ministre de l’Intérieur aurait aussi l’intention de créer dans une série de pays de transit comme en Afrique du Nord et dans les Balkans des structures d’accueil à l’intention des demandeurs d’asile, de façon à mettre en place dans ces pays un système d’asile qui leur soit propre avec des moyens financiers supplémentaires et un appui technique et logistique. Dans l’optique de cette politique d’asile extérieure, le ministre de l’Intérieur veut prévoir au budget davantage de moyens pour la coopération au développement. Le ministre veut aussi que sont collègue, le ministre des Affaires étrangères, aborde cette question de la réadmission dans ses relations bilatérales et, en outre, il appelle surtout de ses vœux une politique d’asile européenne harmonisée parce que l’Europe n’est pas plus forte que son maillon le plus faible et parce qu’il convient d’éviter ce qu’on pourrait appeler un « shopping de l’asile ».
Het zou ook de bedoeling zijn van de minister van Binnenlandse Zaken om in een aantal transitlanden zoals in Noord-Afrika en de Balkan opvangstructuren voor asielzoekers te cree¨ren om met bijkomende financie¨le middelen en met technische en logistieke ondersteuning een eigen asielstelsel in deze landen op poten te zetten. Voor dit extern asielbeleid wil de minister van Binnenlandse Zaken meer middelen voor ontwikkelingssamenwerking in de begroting opnemen. De minister van Binnenlandse Zaken wil ook dat de minister van Buitenlandse Zaken de readmissiekwestie ter sprake brengt in zijn bilaterale contacten, en verder wil hij vooral één geharmoniseerd Europees asielbeleid omdat Europa maar zo sterk is als zijn zwakste schakel en omdat « asielshoppen » moet worden voorkomen.
1. Les projets du ministre de l’Intérieur sont-ils conformes à l’accord de gouvernement ?
1. Zijn de plannen van de minister van Binnenlandse Zaken in overeenstemming met het regeerakkoord ?
2. Le ministre de l’Intérieur s’est-il déjà concerté, au sujet de ses projets, avec le ministre des Affaires étrangères et à quel résultat a éventuellement abouti cette concertation ?
2. Heeft de minister van Binnenlandse Zaken over zijn plannen al overleg gepleegd met de minister van Buitenlandse Zaken en wat was gebeurlijk het resultaat ?
3. Avez-vous déjà chargé vos services d’étudier les propositions du ministre de l’Intérieur ?
3. Heeft u uw diensten reeds de opdracht gegeven om de voorstellen van de minister van Binnenlandse Zaken te onderzoeken ?
4. Quelle appréciation personnelle portez-vous sur ces propositions ?
4. Welke evaluatie maakt u voor uzelf over de voorstellen gedaan door de minister van Binnenlandse Zaken ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 16 juin 2005, à la question no 208 de M. Guido Tastenhoye du 14 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 16 juni 2005, op de vraag nr. 208 van de heer Guido Tastenhoye van 14 april 2005 (N.) :
En réponse à votre question no 208 du 14 avril 2005, j’aimerais attirer votre attention sur le fait qu’il ne m’appartient pas de commenter les propos de mon collègue le ministre de l’Intérieur.
In antwoord op uw vraag nr. 208 van 14 april 2005, wil ik er de aandacht op vestigen dat ik geen commentaar kan leveren op de verklaringen van mijn collega, de minister van Binnenlandse Zaken.
En tant que ministre des Affaires étrangères, je puis vous assurer que je m’efforce d’intégrer les questions relatives à la politique d’asile et d’immigration dans les relations extérieures de la Belgique et que je suis, dans ce cadre, aussi attentif aux négociations ainsi qu’à la conclusion des accords de réadmission, dans le but de promouvoir une démarche belge cohérente.
Als minister van Buitenlandse Zaken kan ik u wel verzekeren dat ik er alles aan doe om de vraagstukken die verband houden met het asiel- en immigratiebeleid te integreren in de buitenlandse betrekkingen van Belgie¨. Met het oog op een samenhangende aanpak door ons land, volg ik de onderhandelingen over en het sluiten van de overnameovereenkomsten dan ook met de grootste aandacht.
En ce qui concerne l’Union européenne, la création d’un espace européen de liberté, de sécurité et de justice implique une plus grande coordination, convergence et harmonisation des politiques d’asile et de migration des E´tats membres de l’UE, conformément aux conclusions du Conseil européen de novembre 2004.
Op het niveau van de Europese Unie vergt de totstandbrenging van een Europese ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid meer coo¨rdinatie, samenhang en harmonisatie van het asiel- en migratiebeleid in de EU-lidstaten, overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van november 2004.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14277
Il me faut ici souligner la bonne coopération qui règne en cette matière entre mon cabinet et mon administration, le cabinet de l’Intérieur, l’administration du SPF Intérieur et en particulier l’Office des étrangers. Il y a régulièrement des entretiens au niveau politique et administratif. Cette bonne coopération et ces entretiens ont mené à la création d’une fonction au sein de mon département d’ambassadeur pour l’Immigration et la Politique d’asile, qui entre autre entretient des contacts réguliers avec les ambassades étrangères pour favoriser le traitement des demandes de rapatriements de personnes en situation irrégulière en Belgique et qui est aussi chargé de la négociation d’accords formels de réadmission du Benelux pour lesquels la Belgique est compétente.
Ik wil in dit verband wijzen op de goede samenwerking tussen mijn kabinet en mijn administratie, het kabinet Binnenlandse Zaken, de administratie van de FOD Binnenlandse Zaken, in het bijzonder de dienst Vreemdelingenzaken. Regelmatig overleg vindt plaats zowel op het politiek als op administratief niveau. De goede samenwerking en het overleg mondden uit in de instelling van de functie van ambassadeur voor Immigratie- en Asielbeleid bij mijn departement. De ambassadeur pleegt geregeld overleg met de buitenlandse ambassades, om de afhandeling van de aanvragen tot repatrie¨ring van onregelmatig verblijvende personen zo vlot mogelijk te laten verlopen en voert voor de Benelux onderhandelingen over formele overnameovereenkomsten waarvoor Belgie¨ bevoegd is.
En ce qui concerne donc les propos de mon collègue le ministre de l’Intérieur, je ne puis que vous conseiller de vous adresser directement à son administration pour obtenir les informations que vous désirez.
Wat de verklaringen van mijn collega van Binnenlandse Zaken betreft, acht ik het raadzaam dat u zich voor de gewenste informatie tot zijn administratie wendt.
DO 2004200503919
DO 2004200503919
Question no 209 de M. Guido Tastenhoye du 14 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 209 van de heer Guido Tastenhoye van 14 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Octroi du statut diplomatique aux fonctionnaires des agences européennes. — Augmentation du nombre de diplomates à la suite de l’élargissement de l’Union européenne.
Verlenen van het diplomatiek statuut aan ambtenaren van Europese agentschappen. — Toename aantal diplomaten na de EU-uitbreiding.
Selon la presse, les autorités européennes de Bruxelles tenteraient actuellement d’amener les E´tats membres à adopter une réglementation visant à octroyer le statut diplomatique aux principaux collaborateurs de 28 agences relevant de l’Union européenne. Tous les E´tats membres devraient alors transposer une telle réglementation en droit national car l’Union européenne n’a pas la possibilité d’octroyer elle-même ce statut aux membres du personnel et doit par conséquent demander aux E´tats de le leur accorder. Ces agences sont réparties sur le territoire de l’UE mais certaines se situeraient également à Bruxelles. Le statut diplomatique confère différents privilèges, comme par exemple le droit de rouler avec une plaque minéralogique diplomatique, ce qui dans la pratique met le titulaire à l’abri de tout problème en cas d’infraction au code de la route. L’augmentation du nombre de diplomates à Bruxelles devient un véritable « fléau » parce qu’ils bénéficient eux et les membres de leur famille d’une immunité de fait qui conduit à une série d’abus, de sorte que ce système devrait être revu d’urgence au niveau international. ` la suite de l’adhésion de 10 nouveaux E´tats A membres, le nombre de personnes jouissant du statut diplomatique a encore augmenté à Bruxelles.
Uit de pers kan worden vernomen dat de Europese autoriteiten in Brussel momenteel proberen van de lidstaten een regeling af te dwingen waarbij een statuut van diplomaat zou worden toegekend aan de voornaamste medewerkers van 28 agentschappen die tot de Europese Unie behoren. Zo’n regeling zou dan door alle EU-lidstaten in nationale wetgeving moeten worden omgezet, want de Europese Commissie kan dan niet zelf een diplomatiek statuut toekennen aan het personeel, en moet derhalve de lidstaten vragen om dit te doen. De agentschappen bevinden zich verspreid over het grondgebied van de EU, maar er zouden er zich toch ook enkele in Brussel bevinden. Aan zo’n diplomatiek statuut zijn allerlei voorrechten verbonden, zoals het recht op het rijden met een diplomatieke nummerplaat, wat de houder ervan feitelijk onschendbaar maakt bij verkeersovertredingen. De inflatie van diplomaten in Brussel is een echte « plaag » aan het worden, omdat zij en hun familieleden van een feitelijke onschendbaarheid genieten wat tot een aantal diverse misbruiken aanleiding geeft en dringend, op internationaal vlak, aan een herziening toe is.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Met de toetreding van 10 nieuwe landen tot de Europese Unie zijn er nog een aantal personen met diplomatiek statuut bijgekomen in Brussel. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14278
1. La Commission européenne a-t-elle effectivement demandé aux E´tats membres d’également octroyer le statut diplomatique aux principaux collaborateurs de 28 agences de l’UE ?
1. Is er inderdaad een vraag uitgegaan van de Europese Commissie om het diplomatiek statuut ook toe te kennen aan de voornaamste medewerkers van 28 agentschappen van de EU ?
2. Quelle position les autorités belges envisagentelles d’adopter par rapport à cette demande ?
2. Hoe overweegt de Belgische overheid te reageren op dit verzoek ?
3. Pourriez-vous fournir une liste des agences de l’UE avec leur situation géographique et le nombre de personnes qu’elles emploient ?
3. Kan u een lijstje meedelen met de agentschappen van de EU en hun geografische verspreiding en hun aantal medewerkers ?
4. Pourriez-vous indiquer combien il y aurait de nouveaux « diplomates » si la proposition de l’UE était adoptée ?
4. Kan u aangeven hoeveel nieuwe « diplomaten » er zouden bijkomen als het EU-voorstel wordt aanvaard ?
5. Combien de nouveaux diplomates sont arrivés à Bruxelles à la suite de l’adhésion des 10 nouveaux E´tats membres et combien de personnes bénéficient du statut diplomatique en Belgique ?
5. Hoeveel nieuwe diplomaten zijn er in Brussel bijgekomen na de toetreding van de 10 nieuwe EUlidstaten, en hoeveel bedraagt momenteel het totaal aantal personen met diplomatiek statuut in Belgie¨ ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 209 de M. Guido Tastenhoye du 14 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 209 van de heer Guido Tastenhoye van 14 april 2005 (N.) :
Je peux répondre ce qui suit à la question de l’honorable membre.
Ik kan het geachte lid op zijn vraag het volgende antwoorden.
1. Jusqu’à présent, il n’y a pas eu, auprès de mes services, de demande de la Commission européenne portant sur l’octroi du statut diplomatique aux hauts fonctionnaires des nouvelles agences européennes.
1. Tot nu toe is er bij mijn diensten geen vraag binnengekomen vanwege de Europese Commissie om diplomatiek statuut toe te kennen aan hoge ambtenaren van de nieuwe Europese agentschappen.
2. Le cas échéant, il faudra s’en référer à la pratique jusqu’ici en vigueur c’est-à-dire a) aucun statut diplomatique n’est octroyé aux fonctionnaires des institutions européennes établies en Belgique (entre autre Commission, Parlement, Conseil, ...); b) chaque statut privilégié devra être réglé par un accord de siège à négocier entre la Belgique et l’institution en question. En tous cas, la politique de siège de la Belgique devra être comparée à la politique de siège pratiquée dans d’autres E´tats membres européens.
2. Desgevallend zal dienen rekening te worden gehouden met de tot nu toe gangbare praktijk met name a) er wordt geen diplomatiek statuut toegekend aan ambtenaren van Europese instellingen gevestigd in Belgie¨ (onder andere Commissie, Parlement, Raad, ...); b) elk bevoorrecht statuut zal dienen geregeld te worden via een zetelakkoord te onderhandelen tussen Belgie¨ en de vragende instelling. In elk geval zal alsdan de zetelpolitiek van Belgie¨ dienen vergeleken te worden met het zetelbeleid in andere Europese lidstaten.
3. L’honorable membre voudra bien trouver cijoint une liste des agences dans l’UE, leur répartition géographique et le nombre respectif des collaborateurs.
3. Het geachte lid gelieve hierbij een lijst te vinden met de agentschappen in de EU, hun geografische spreiding en het respectievelijk aantal medewerkers
4. La réponse à cette question ne peut être donnée qu’en fonction du point 1) et 2).
4. Het antwoord op deze vraag kan slechts gegeven worden in functie van punt 1) en 2).
5. Depuis l’adhésion des 10 nouveaux états membres de l’UE, il n’y a pas eu d’augmentation particulière du nombre de diplomates en Belgique. En ce moment, il y a 150 fonctionnaires internationaux avec un statut diplomatique, répartis dans quelques 73 organisations internationales établies ou représentées en Belgique, et 4 683 diplomates en fonction auprès des 3 corps diplomatiques reconnus à Bruxelles, à savoir le corps bilatéral, et les corps auprès de l’UE et de l’OTAN, au total ce sont 4 839 diplomates en fonction.
5. Sedert de toetreding van de 10 nieuwe EUlidstaten is er geen bijzondere verhoging vastgesteld van het aantal diplomaten in Belgie¨. Op dit ogenblik zijn er 150 internationale ambtenaren met diplomatiek statuut voor 73 internationale organisaties gevestigd of vertegenwoordigd in Belgie¨, en 4 683 diplomaten in functie bij de drie diplomatieke corpsen erkend te Brussel, te weten het bilaterale corps, en de corpsen bij de EU en bij de NAVO, zijnde in totaal 4 839 diplomaten in functie.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14279
Liste des organes decentralises de l’UE
Lijst van de gedecentraliseerde organen van de EU
1. Organisations décentralisées en fonction
1. Gedecentraliseerde organen in werking
17 agences spécialisées (« agences communautaires ») effectuent des taˆches de nature techniques, scientifiques ou de gestion spécifique dans le « domaine communautaire » de l’UE (« le premier pilier » de l’Union européenne);
17 gespecialiseerde agentschappen (« communautaire agentschappen ») verrichten specifieke technische, wetenschappelijke of beheerstaken binnen het « communautair domein » van de EU (de « eerste pijler » van de Europese Unie);
Agences — Agentschap
Sièges — Zetel
Centre européen pour le développement de la formation professionnelle. — Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding ......................................................................................... Fondation européenne pour l’amélioration des conditions de vie et de travail. — Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden ................................................................... Agence européenne pour l’environnement. — Europees milieu agentschap .............................................................................................. Fondation européenne pour la formation. — Europese stichting voor opleiding ......................................................................................... Observatoire européen des drogues et des toxicomanies. — Europees waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving ...................... Agence européenne des médicaments. — Europees geneesmiddelenbureau .................................................................................... Office de l’harmonisation dans le marché intérieur (marques, dessins et modèles). — Harmonisatiebureau voor de Interne markt (merken, tekeningen en modellen) ................................................................. Agence européenne pour la sécurité et la santé au travail. — Europees agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk ......... Office communautaire des variétés végétales. — Communautair bureau voor plantenrassen .............................................................. Centre de traduction des organes de l’Union européenne. — Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie ............................... Observatoire européen des phénomènes racistes et xénophobes. — Europees waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat Agence européenne pour la reconstruction. — Europees bureau voor wederopbouw ................................................................................. Agence européenne pour la sécurité maritime. — Europees agentschap voor maritieme veiligheid ..................................................... Agence européenne de la sécurité aérienne. — Europees agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart ............................................... Agence ferroviaire européenne. — Europees spoorwegbureau ........ Agence européenne chargée de la sécurité des réseaux et de l’information. — Europees agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging ...................................................................................... Autorité européenne de la sécurité des aliments. — Europese autoriteit voor voedselveiligheid ...............................................................
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Collaborateurs — Medewerkers
Thessalonique. — Thessaloniki
88
Dublin
91
Copenhague. — Kopenhagen
115
Turin. — Turijn
104
Lisbonne. — Lissabon
77
Londres. — Londen
314
Alicante
675
Bilbao
38
Angers
37
Luxembourg. — Luxemburg Vienne. — Wenen
34
Thessalonique. — Thessaloniki Lisbonne (momentanément établie à Bruxelles). — Lissabon (is momenteel in Brussel gevestigd) Cologne (momentanément établie à Bruxelles). — Keulen (is momenteel in Brussel gevestigd) Lille-Valenciennes Heraklion (momentanément établie à Bruxelles). — Heraklion (is momenteel in Brussel gevestigd) Parme (momentanément établie à Bruxelles). — Parma (is momenteel in Brussel gevestigd)
2005
181
114
50
95 30
15
138
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14280
Deux organes assurent des taˆches spécifiques dans le cadre de la politique étrangère et de sécurité commune (« le deuxième pilier » de l’Union européenne)
Twee organen vervullen specifieke taken inzake het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (de « tweede pijler » van de Europese Unie);
Agences — Agentschap
Sièges — Zetel
Centre satellitaire de l’Union européenne. — Instituut voor veiligheidsstudie van de Europese Unie .................................................................................... Paris. — Parijs Institut d’études de sécurité de l’Union européenne. — Satellietcentrum van de Europese Unie ............................................................................................... Torrejon
Deux organes aident la coordination de la coopération entre les tribunaux nationaux et la police en matière pénale (« le troisième pilier » de l’Union européenne). Agences — Agentschap
Eurojust .......................... La Haye. — Den Haag
24 70
Twee organen helpen bij de coo¨rdinatie van de samenwerking tussen nationale rechtbanken en politie in strafzaken (de « derde pijler » van de Europese Unie).
Sièges — Zetel
Europol .......................... La Haye. — Den Haag
Collaborateurs — Medewerkers
Collaborateurs — Medewerkers 549 (369 collaborateurs d’Europol + 180 détachés). — 549 (369 europol medewerkers + 180 gedetacheerd) 76 (toutes catégories du personnel comprises). — 76 (alle categoriee¨n van personeel inbegrepen)
2. Nouvelles agences
2. Nieuwe agentschappen
Les sièges des autres agences actuellement en développement sont déjà désignés :
De zetels van andere agentschappen in oprichting werden al bepaald :
Collège européen de police. — Europese politieacademie ................................ Bramshill Centre européen de prévention et de controˆle des maladies. — Europees centrum Une ville en Suède que le gouvernement suédois voor ziektepreventie en -bestrijding .................................................................. désignera. — Een door de Zweedse regering te bepalen plaats in Zweden Agence européenne des produits chimiques. — Europees chemicalie¨n agentschap Helsinki Agence européenne de controˆle des pêches. — Europees bureau voor visserij controle ........................................................................................................... Vigo
Les représentants des E´tats membres, réunis au niveau des chefs d’état et de gouvernement, ont convenu les 12 et 13 décembre 2003 de donner priorité aux nouveaux E´tats membres pour ce qui est de la répartition des sièges d’autres bureaux ou agences qui seront créés, sans préjudice du fait que, si un parquet européen est institué, il aura son siège à Luxembourg conformément aux dispositions de l’arrêté du 8 avril 1965.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Op 12 en 13 december 2003 kwamen de vertegenwoordigers van de lidstaten, op het niveau van de staatshoofden en regeringsleiders, overeen om aan de nieuwe lidstaten voorrang te geven bij de verdeling van de vestigingsplaatsen van andere in de toekomst op te richten bureaus of agentschappen, onverminderd het feit dat, indien een Europees openbaar ministerie wordt opgericht, dit in Luxemburg zal worden gevestigd in overeenstemming met de bepalingen van het besluit van 8 april 1965. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14281
N.B. : Cette liste a été établie sur la base des dernières informations disponibles (datant encore parfois de 2004).
N.B. : Die lijst werd opgemaakt op basis van de laatste informatie die beschikbaar is (die soms nog dateert van 2004).
DO 2004200503959
DO 2004200503959
Question no 211 de Mme Zoé Genot du 18 avril 2005 (Fr.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 211 van mevrouw Zoé Genot van 18 april 2005 (Fr.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Budget pour la diplomatie préventive.
Begroting voor de preventieve diplomatie.
1. Pouvez-vous communiquer quels montants ont été dépensés en 2003 et 2004 sur les budgets :
1. Kan u meedelen welke bedragen in 2003 en 2004 werden uitgegeven voor de volgende begrotingsposten :
a) « interventions et initiatives de la Belgique en matière de diplomatie préventive »;
a) « Optreden en interventie van Belgie¨ inzake preventieve diplomatie »;
b) « prévention des conflits, consolidation de la paix et droits de l’homme »;
b) « Conflictpreventie, vredesopbouw en mensenrechten »;
c) « prévention, aide d’urgence, aide à la réhabilitation à court terme et action humanitaire » ?
c) « Preventieve noodhulp, hulp voor rehabilitatie op korte termijn en humanitaire actie » ?
2. Pouvez-vous communiquer pour ces trois postes budgétaires quel montant a été octroyé à quel projet et dans quel pays ?
2. Kan u voor die drie begrotingsposten het bedrag meedelen dat voor elk project in de onderscheiden landen werd toegekend ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 16 juin 2005, à la question no 211 de Mme Zoé Genot du 18 avril 2005 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 16 juni 2005, op de vraag nr. 211 van mevrouw Zoé Genot van 18 april 2005 (Fr.) :
` la suite de votre question écrite no 211 du 18 avril A 2005, je vous fais part des montants dépensés en 2003 et 2004 sur les lignes budgétaires suivantes.
In antwoord op uw schriftelijke vraag nr. 211 van 18 april 2005, deel ik u de bedragen mee die werden besteed op de volgende budgetlijnen.
Budget « prévention, aide d’urgence, aide à la réhabilitation à court terme et action humanitaire » : 2003 : 21 991 317 euros; 2004 : 21 994 033 euros.
Budget « preventie, noodhulp, hulp voor rehabilitatie op korte termijn en humanitaire actie » : 2003 : 21 991 317 euro; 2004 : 21 994 033 euro.
Budget « prévention des conflits, consolidation de la paix et droits de l’homme » : 2003 : 22 380 627 euros; 2004 : 22 369 446 euros.
Budget « conflictpreventie, mensenrechten » : 2003 : 2004 :
Budget « interventions et initiatives de la Belgique en matière de diplomatie préventive » : 2003 : 8 593 419 euros; 2004 : 9 812 600 euros.
Budget « optreden en initiatieven van Belgie¨ inzake preventieve diplomatie » : 2003 : 8 593 419 euro; 2004 : 9 812 600 euro.
Ci-dessous vous trouverez une liste globale, indiquant les dépenses sur ces trois budgets par région, ainsi que sur le niveau sup-régional.
Hieronder vindt u een overzichtslijst, met daarin de bestedingen waarin deze drie budgetten worden weergegeven per regio, evenals op bovenregionaal niveau.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
vredesopbouw
en
22 380 627 euro; 22 369 446 euro.
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14282
Détails budgets 2003-2004 (en euros)
Région/Budget — Regio/Budget
Aide d’urgence 2004 — Noodhulp
Aide d’urgence 2003 — Noodhulp
2004
2003
Afrique Centrale. — Centraal-Afrika ................. 11 708 334 Reste d’Afrique. — Rest van Afrika ............................... 2 809 794 Moyen-Orient + Afrique du Nord. — Midden-Oosten + Noord-Afrika .................... 3 724 319 Asie. — Azie¨ ..................... 1 203 688 Amérique Latine. — Latijns-Amerika .................... 2 547 898 Europe. — Europa ............ 0 Projets subrégionaux. — Bovenregionale projecten ... 0 Total. — Totaal ............... 21 994 033
Detail budgetten 2003-2004 (in euro) Prévention de conflit 2004 — Conflictpreventie 2004
Prévention de conflit 2003 — Conflictpreventie 2003
Diplomatie préventive 2004 — Preventieve diplomatie 2004
Diplomatie préventive 2003 — Preventive diplomatie 2003
Total — Totaal
8 542 927
17 087 344
15 225 743
2 905 671
5 151 646
60 621 665
3 710 846
826 940
2 486 596
1 147 961
459 170
11 441 307
5 893 969 2 843 575
2 158 064 620 000
363 400 2 957 051
1 706 520 891 280
633 904 695 845
14 480 176 9 211 439
1 000 000 0
960 000 617 519
875 037 416 000
240 000 1 626 368
120 000 786 934
5 742 935 3 446 821
0
99 579
56 800
1 294 800
745 920
2 197 099
21 991 317
22 369 446
22 380 627
9 812 600
8 593 419
DO 2004200503983
DO 2004200503983
Question no 213 de Mme Marie Nagy du 18 avril 2005 (Fr.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 213 van mevrouw Marie Nagy van 18 april 2005 (Fr.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Future nouvelle ambassade de Belgique au Japon.
Toekomstige nieuwe ambassade van Belgie¨ in Japan.
Dans le courant du mois de janvier 2005, vous avez annoncé votre intention de rebaˆtir l’ambassade de Belgique à Tokyo.
In januari 2005 heeft u bekend gemaakt dat u in Tokio een nieuwe Belgische ambassade wil laten optrekken.
La presse faisait écho, à ce moment de votre idée de reconstruire, en remplacement de ce baˆtiment, une tour de plusieurs dizaines d’étages. Je souhaiterais savoir comment vous allez procéder pour choisir l’architecte qui sera en charge du chantier.
In de toenmalige persartikelen viel te lezen dat u de bestaande ambassade wilde laten afbreken en vervangen door een tientallen verdiepingen tellend flatgebouw. Ik wens te vernemen volgens welke procedure u de architect zal kiezen onder wiens toezicht de werken zullen worden uitgevoerd.
1. Une procédure a-t-elle été choisie pour la désignation de l’architecte, et dans l’affirmative, laquelle et dans le cas contraire pouvez-vous donner les raisons ?
1. Heeft men al beslist volgens welke procedure de architect zal worden aangeduid ? Zo ja, welke ? Zo neen, waarom niet ?
2. Quels sont les budgets envisagés et disponibles pour la construction de cette nouvelle ambassade ?
2. Hoeveel zal de bouw van de nieuwe ambassade kosten en welk budget is hiervoor beschikbaar ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14283
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 213 de Mme Marie Nagy du 18 avril 2005 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 213 van mevrouw Marie Nagy van 18 april 2005 (Fr.) :
Il est exact que l’E´tat belge a décidé de reconstruire l’ambassade de Belgique à Tokyo au même endroit, c’est-à-dire sur le terrain qui lui appartient en pleine propriété.
Het is juist dat de Belgische Staat besloten heeft de ambassade van Belgie¨ te Tokyo op dezelfde plaats, namelijk op de grond die hij in volle eigendom bezit, herop te bouwen.
Les baˆtiments actuels datent de 1959. Ils sont vétustes et ne répondent plus aux normes sismiques. Le Conseil des ministres du 22 avril 2005 a d’ailleurs entériné le principe de confier à un promoteur le soin de construire un nouvel immeuble dans lequel l’E´tat belge disposera d’une implantation dont la superficie correspondra à ses besoins soit pour la Chancellerie, pour la résidence et pour les logements du personnel expatrié.
De huidige gebouwen dateren van 1959. Zij zijn verouderd en beantwoorden niet meer aan de seismische normen. De Ministerraad van 22 april 2005 heeft overigens het principe goedgekeurd om de oprichting van een nieuw gebouw toe te vertrouwen aan een projectontwikkelaar. In dit gebouw zal de Belgische Staat over ruimte beschikken die aan de noden voor een nieuwe ambassade moet beantwoorden, namelijk een kanselarij, een residentie en woningen voor het uitgezonden personeel.
Sur la base d’un bail emphythéotique de longue durée qui lui sera concédé, le promoteur disposera par ailleurs d’espaces de location qui devront lui permettre ` terme, de financer l’opération et de la rentabiliser. A l’E´tat belge redeviendra propriétaire de l’ensemble des espaces qui auront été construits sur son terrain. Pour garantir la bonne fin de cette opération mon département a recours à une expertise externe, soit à un bureau juridique et à un consultant technique.
Op basis van een erfpacht van lange duur zal de projectontwikkelaar delen van het gebouw in huur kunnen aanbieden, hetgeen hem in staat moeten stellen de hele operatie te financieren en winstgevend te maken. Op termijn zal de Belgische Staat opnieuw eigenaar worden van het geheel van de grond met de erop gebouwde ruimten. Om de goede afloop van deze operatie te waarborgen heeft mijn Departement een beroep gedaan op externe deskundigen, namelijk een juridisch bureau en een technische consultant.
Sur la base d’une procédure d’attribution de marché conforme aux règles de la concurrence la firme japonaise Nihon Sekkei a été retenue comme consultant technique. Elle est associée au bureau d’architecture belge M. & J-M. Jaspers — J. Eyers & Partners.
Op basis van een gunningsprocedure met eerbiediging van de concurrentie werd de Japanse firma Nihon Sekkei weerhouden als technische consultant. Het Belgische architectenbureau M. & J-M. Jaspers — J. Eyers & Partners treedt op als partner van voornoemde Japanse firma.
Nihon Sekkei a pour mission d’examiner les différents scénarios possibles, d’établir le cahier des charges qui permettra de lancer la procédure d’appel d’offres international pour désigner le promoteur dont tant l’offre financière que l’architecture devra permettre à la Belgique de disposer d’une nouvelle implantation de prestige et conforme aux règles d’urbanisme et environnementales en vigueur au Japon.
Nihon Sekkei heeft als opdracht de verschillende mogelijke scenario’s te onderzoeken en een lastenboek op te stellen dat zal toelaten een internationale offerteaanvraag te organiseren om de projectontwikkelaar te selecteren. Deze laatste moet zowel in financieel als in architecturaal opzicht de beste offerte voorleggen om het Belgie¨ mogelijk te maken over een nieuwe en prestigieuze huisvesting te beschikken die de Japanse stedenbouwkundige regels en milieunormen eerbiedigt.
Toutes les dispositions légales relatives à la publicité et à la passation des marchés publics seront respectées afin de permettre aux firmes intéressées de participer à cette sélection. Le budget de l’opération n’est à ce stade pas défini mais les conditions du marché seront telles que l’on peut s’attendre raisonnablement à un rendement important. Après remboursement des préfinancements de l’E´tat belge, entre autres pour le recours à une expertise locale et pour la location d’emplacements provisoires pendant la durée des travaux, l’opération dégagera un solde positif considérable.
Alle wettelijke bepalingen wat de bekendmaking en de gunningsprocedure betreft zullen gee¨erbiedigd worden om de gegadigde ondernemingen toe te laten aan de selectie deel te nemen. De begroting van de operatie is vooralsnog niet bekend, maar de marktgegevens zijn van dien aard dat men redelijkerwijze van dit project een grote opbrengst kan verwachten. Na terugbetaling van alle prefinancieringen van de Belgische Staat, onder meer voor de externe expertise en voor de huur van voorlopige huisvesting van de ambassade tijdens de werken, zal een aanzienlijk positief saldo overschieten.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14284
DO 2004200503995
DO 2004200503995
Question no 216 de M. Francis Van den Eynde du 19 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 216 van de heer Francis Van den Eynde van 19 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Drapeau turc bruˆlé par des Kurdes. — Réaction des autorités turques.
Verbranding van een Turkse vlag door Koerden. — Reactie Turkse autoriteiten.
La Turquie a connu une grande agitation lorsque de jeunes Kurdes ont mis le feu à un drapeau turc lors de la célébration du nouvel an kurde. ` la suite de cet incident, l’armée a menacé A d’intervenir si l’unité du pays était menacée.
Er is in Turkije heel wat ophef ontstaan toen jonge Koerden tijdens de viering van het Koerdische nieuwjaarsfeest een Turkse vlag in brand staken.
Estimez-vous qu’une telle réaction excessive soit en harmonie avec les principes démocratiques que la Turquie est censée respecter pour devenir membre de l’Union européenne ?
Bent u van mening dat zo een overtrokken reactie wel in overeenstemming is met de democratische principes die Turkije verondersteld wordt te huldigen om lid te worden van de EU ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 216 de M. Francis Van den Eynde du 19 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 216 van de heer Francis Van den Eynde van 19 april 2005 (N.) :
1. En ce qui concerne les faits eux-mêmes, je me réfère à la réponse donnée à l’honorable membre à sa question no 6322 du 5 avril 2005.
1. Voor de feiten verwijs ik het geachte lid naar het antwoord op zijn vraag nr. 6322 van 5 april 2005.
2. Le controˆle de l’armée par les civils constitue un critère politique lié à l’ouverture des négociations avec la Turquie et qui fait l’objet d’un suivi régulier par la Commission européenne. Le sentiment de la Commission, que je partage entièrement, est que des efforts supplémentaires sont nécessaires pour assurer le controˆle complet du pouvoir civil sur les instances militaires; ceci afin d’aligner la situation en Turquie sur la pratique existant au sein des E´tats membres de l’Union européenne.
2. E´én van de politieke criteria om toetredingsonderhandelingen aan te knopen met Turkije en dat door de Europese Commissie geregeld wordt getoetst, is dat het leger onder civiel gezag komt te staan. Ik ben het volledig eens met de Commissie wanneer zij vindt dat nog meer inspanningen nodig zijn om te verzekeren dat de civiele macht het volledige gezag over de militaire organen krijgt; aldus zou de situatie in Turkije aansluiting vinden bij wat in de EU-lidstaten de gangbare praktijk is.
Les forces armées en Turquie continuent en effet à exercer une influence à travers toute une série de mécanismes informels. Des réformes formelles doivent être apportées au cadre légal et institutionnel, mais il est également important que les autorités civiles exercent pleinement leur controˆle dans la pratique, en particulier dans l’établissement et la mise en œuvre de la stratégie sécuritaire nationale, y compris en ce qui concerne les relations avec les pays voisins.
Het is immers zo dat het leger in Turkije nog steeds invloed kan uitoefenen via een aantal informele mechanismen. Het wettelijk en institutioneel kader moet het voorwerp worden van formele hervormingen, zij het dat het even belangrijk is dat de civiele autoriteiten hun toezichtstaak ten volle vervullen, in het bijzonder door de nationale veiligheidsstrategie te ontwikkelen en uit te voeren, ook in de betrekkingen met de buurlanden.
DO 2004200504051
DO 2004200504051
Question no 219 de M. Staf Neel du 22 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 219 van de heer Staf Neel van 22 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Cabinets. — Journal interne du personnel.
Kabinetten. — Interne personeelskrant.
La publication d’un journal interne du personnel est une pratique de plus en plus courante dans le secteur
Zowel in de privé als bij de overheid wordt meer en meer gebruik gemaakt van een interne personeels-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Naar aanleiding van dit incident dreigde het leger er zelfs mee tussenbeide te komen indien de eenheid van het land in gevaar werd gebracht.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14285
privé comme dans le secteur public. L’employeur utilise ce moyen pour informer le personnel des décisions et des changements en perspective, pour organiser des enquêtes parmi le personnel, pour présenter les nouveaux membres du personnel, etc. 1. Votre cabinet publie-t-il un tel journal du personnel ? 2. Dans l’affirmative,
krant. De werkgever gebruikt dit forum om het personeel te informeren over beleidsbeslissingen en op stapel staande wijzigingen, om bevragingen onder het personeel te verrichten, om nieuwe personeelsleden voor te stellen, enzovoort. 1. Maakt uw kabinet gebruik van dit forum ? 2. Zo ja,
a) quel nom porte-t-il;
a) onder welke naam;
b) à combien d’exemplaires est-il tiré;
b) in welke oplage;
c) quelle est sa périodicité;
c) wat is de periodiciteit;
d) sous quelle forme se présente-t-il, et, s’il s’agit d’un journal imprimé, l’est-il en noir et blanc ou en couleur;
d) onder welke vorm en indien gedrukt, zwart-wit of in kleurendruk ?
e) combien de pages le journal compte-t-il ?
e) hoeveel pagina’s telt deze publicatie ?
3. Dans la négative, pourquoi ?
3. Zo neen, waarom niet ?
4. S’agit-il, en l’occurrence, d’une publication commune à tous les services relevant de votre compétence ? 5. Dans la négative,
4. Betreft het hier een globaal nummer voor alle diensten die ressorteren onder uw bevoegdheid ? 5. Zo neen,
a) combien de journaux différents sont ainsi publiés pour les services relevant de votre compétence;
a) hoeveel verschillende publicaties ressorteren dan onder uw bevoegdheid;
b) quels noms portent-ils;
b) onder welke naam;
c) à combien d’exemplaires sont-ils tirés;
c) in welke oplage;
d) quelle est leur périodicité;
d) wat is de periodiciteit;
e) sous quelle forme se présentent-ils ?
e) onder welke vorm ?
6. Des photos et/ou des graphiques illustrent-ils le journal ?
6. Is de publicatie geı¨llustreerd met foto’s en/of grafieken ?
7. Quel est pour votre département le couˆt de la publication de ce journal ?
7. Hoeveel kost dit forum aan uw departement ?
8. Ce journal vous permet-il de vous adresser directement, en tant que responsable politique, au personnel des services relevant de votre compétence ?
8. Heeft u als politiek verantwoordelijke de mogelijkheid om het personeel dat ressorteert onder uw diensten toe te spreken via dit forum ?
9. Comment l’adjudication a-t-elle été organisée ? 10. Quelle ou quelles imprimeries assurent-elles l’impression du journal ou des journaux ? Quel est le nom et la commune d’implantation de l’imprimerie ou des imprimeries ?
9. Hoe gebeurde de aanbesteding ? 10. Welke drukkerij(en) staat/staan in voor de druk van deze publicatie(s) ? Graag naam en gemeente.
11. Quel est le mode de distribution choisi ?
11. Hoe wordt/worden deze publicatie(s) verspreid ?
12. Quel est le couˆt annuel de cette distribution ?
12. Wat is de jaarlijkse kostprijs van deze verspreiding ?
13. a) Un contrat de longue durée a-t-il été conclu ?
13. a) Is er een langdurig contract gesloten ?
b) Dans l’affirmative, pour quelle durée ?
b) Zo ja, welke is de termijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14286
14. Quel pourcentage de vos moyens de fonctionnement est-il affecté à la mise en page, à l’impression, à la distribution, etc. ?
14. Hoeveel procent van uw werkingsmiddelen gaat naar de opmaak, de druk, de verspreiding, enzovoort ?
15. S’agit d’une publication bilingue ou une publication distincte est-elle prévue pour chaque groupe linguistique ?
15. Is deze publicatie tweetalig of wordt er voor elke taalgroep in een afzonderlijke publicatie voorzien ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 219 de M. Staf Neel du 22 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 219 van de heer Staf Neel van 22 april 2005 (N.) :
Le journal du personnel du SPF Affaires étrangères est réalisé par l’administration.
Het personeelsblad van de FOD Buitenlandse Zaken wordt gemaakt door de administratie.
Titre : EGMONT.
Naam : EGMONT.
Tirage : 3 000 exemplaires.
Oplage : 3 000 exemplaren.
Périodicité : 3 à 4 numéros par an.
Periodiciteit : 3 à 4 keer per jaar.
Présentation : bichromie avec photos.
Vorm : tweekleurendruk met foto’s.
Nombre de pages : entre 6 et 16 pages.
Aantal pagina’s : tussen de 6 en 16 pagina’s.
Ce journal est distribué à tous les membres du personnel (à Bruxelles et dans les postes), il couvre des sujets divers ayant trait aux activités du SPF.
Het blad wordt verspreid onder alle personeelsleden (in Brussel en in de posten) en bevat uiteenlopende onderwerpen die betrekking hebben tot de activiteiten van de FOD.
Il est traduit, mis en page, imprimé et circulé en interne. Son coût est donc très réduit. Cette publication est bilingue.
Het blad wordt intern vertaald, gelayout, gedrukt en verspreid. De kosten zijn dus minimaal. De publicatie is tweetalig.
DO 2004200504084
DO 2004200504084
Question no 220 de M. Geert Lambert du 26 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 220 van de heer Geert Lambert van 26 april 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Départements. — Services. — Délais de paiement.
Departementen. — Diensten. — Betalingstermijnen.
Les débiteurs qui ne paient pas leurs factures dans les délais constituent pour les entreprises un handicap commercial souvent sous-estimé. Les chefs d’entreprise se plaignent à juste titre du non-respect des délais de paiement et des dépenses importantes qu’ils sont contraints d’engager pour obtenir leur duˆ, à savoir la juste récompense de leur travail.
Late betalers zijn voor een bedrijf een vaak onderschatte commercie¨le hindernis. Ondernemers klagen terecht over het niet respecteren van betalingstermijnen en de hoge kosten om uiteindelijk te krijgen waar ze recht op hebben, loon naar werken.
1. Quel est le délai de paiement moyen observé par vos services ?
1. Kan u meedelen wat de gemiddelde termijn is bij de betalingen die uw diensten moeten uitvoeren ?
2. Quelle somme votre département a-t-il payée en 2003 et en 2004 à titre d’intérêts de retard pour paiement tardif des factures ?
2. Hoeveel nalatigheidsintrest betaalde uw departement jaarlijks door het te laat vereffenen van de facturen en dit voor het jaar 2003 en 2004 ?
3. Dans combien de cas vos services ont-ils été traduits en justice pour non-paiement ou paiement tardif des factures à honorer en 2003 et en 2004 ?
3. In hoeveel gevallen werden uw diensten voor de rechtbank gedaagd door het niet-betalen of te laat betalen van de inkomende facturen gedurende de jaren 2003 en 2004 ?
4. Dans combien de cas l’E´tat belge a-t-il effectivement été condamné ?
4. In hoeveel gevallen werd de Belgische Staat dan ook daadwerkelijk veroordeeld ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14287
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 220 de M. Geert Lambert du 26 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 220 van de heer Geert Lambert van 26 april 2005 (N.) :
1. Le SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération au développement exécute les paiements dans un délai moyen oscillant entre quatre et six semaines.
1. De FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voert de betalingen uit met een gemiddelde uitvoeringstermijn van vier tot zes weken.
2. Le SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération au développement paie en principe régulièrement les factures et ne paie donc que très rarement des intérêts de retard. Les montants versés de ce chef sont infimes par rapport à l’ensemble des décaissements effectués. Pour des raisons techniques, il n’est toutefois pas en mesure d’en fournir les montants.
2. De FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking betaalt in principe de facturen stipt en moet dan ook zelden verwijlintresten betalen. Deze bedragen zijn gering in vergelijking met het geheel van de uitgevoerde betalingen. Om technische redenen, is het evenwel onmogelijk bedragen mee te delen.
3. Néant.
3. Nihil.
4. Néant.
4. Nihil.
DO 2004200504221
DO 2004200504221
Question no 222 de M. Hagen Goyvaerts du 9 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 222 van de heer Hagen Goyvaerts van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Fonctionnement de l’ambassade belge à Kinshasa. — Plaintes.
Werking van de Belgische ambassade in Kinshasa. — Klachten.
Il semble que le fonctionnement de l’ambassade belge à Kinshasa suscite un nombre considérable de plaintes, notamment dans le cadre du traitement de demandes de visas de long séjour et de dossiers de regroupement familial.
De afgelopen jaren blijken er een aanzienlijk aantal klachten te zijn omtrent de werking van de Belgische ambassade in Kinshasa, onder meer in het kader van de behandeling van visa voor lang verblijf en in het kader van dossiers van familiehereniging.
1. Avez-vous connaissance de ces faits ?
1. Bent u van deze feiten op de hoogte ?
2. Dans quelle mesure vos services consulaires ontils vérifié le fonctionnement du service « Visas » de l’ambassade ?
2. In welke mate hebben uw consulaire diensten de werking van de dienst « Visa » van de ambassade onderzocht ?
3. Les plaintes ont-elles été vérifiées et analysées sur place ?
3. Werden de klachten ter plekke onderzocht en geanalyseerd ?
4. Dans l’affirmative, quand cela a-t-il été fait ?
4. Zo ja, wanneer is dit gebeurd ?
5. Quel type et quel genre d’irrégularités a-t-on constatées dans le cadre de demandes de visas et de dossiers de regroupement familial ?
5. Welk type en aard van onregelmatigheden werden er vastgesteld in het kader van visumaanvragen en dossiers van familieherenigingen ?
6. Quelles mesures ont-elles été prises à l’initiative de votre département pour rectifier la situation ?
6. Welke maatregelen werden er vanuit uw departement genomen om de werking bij te sturen ?
7. a) Cela a-t-il donné lieu à une restructuration au sein du service « Visas » de l’ambassade à Kinshasa ?
7. a) Heeft dit aanleiding gegeven tot een herstructurering binnen de dienst « Visa » van de ambassade in Kinshasa ?
b) Dans l’affirmative, en quoi cette restructuration consiste-t-elle ?
b) Zo ja, wat houdt die herstructurering in ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14288
8. De quelles garanties dispose-t-on à l’heure actuelle quant au traitement adéquat des demandes de visas et des dossiers de regroupement familial ?
8. Welke waarborgen zijn er momenteel zodat de visa-aanvragen en de afhandeling van dossiers van familiehereniging op een sluitende manier verlopen ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 222 de M. Hagen Goyvaerts du 9 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 222 van de heer Hagen Goyvaerts van 9 mei 2005 (N.) :
Aux divers aspects repris dans la question de l’honorable membre, je souhaiterais apporter les éléments de réponse suivants.
Aan de verschillende aspecten die in de vraag van het geachte lid worden hernomen, zou ik volgende elementen van antwoord willen geven.
On ne peut nier que jusqu’au début de l’année 2004, le traitement des demandes de visa par notre ambassade à Kinshasa n’était pas totalement satisfaisant. Singulièrement les demandes de visa de long séjour et de regroupement familial.
Men kan niet ontkennen dat tot begin 2004 de behandeling van visumaanvragen door onze ambassade in Kinshasa niet ten volle bevredigend was en dit in het bijzonder voor visumaanvragen voor lang verblijf en gezinshereniging.
Mais avant toute chose, il convient, me semble-t-il, de rappeler un certain nombre de paramètres qui conditionnent le traitement de ces demandes de visa.
Maar het lijkt me eerst en vooral aangewezen te wijzen op een aantal parameters die de behandeling van deze visumaanvragen beı¨nvloeden.
Tout d’abord, contrairement à la majorité des autres postes, l’ambassade de Belgique à Kinshasa ne jouit pas d’une autonomie de délivrance d’office. Ainsi tous les dossiers des demandes de visa de long séjour (y compris donc les demandes de regroupement familial) doivent être soumis — pour décision — à l’Office des étrangers qui dépend de mon collègue le ministre de l’Intérieur. Ceci n’est pas sans contrainte en terme de procédure pour le poste et de délais pour le demandeur de visa.
Ten eerste beschikt de Belgische Ambassade, in tegenstelling tot de meerderheid van de andere posten, niet over de autonomie voor ambtshalve afgifte. Alle visumaanvraagdossiers voor lang verblijf (met inbegrip van de aanvragen voor gezinshereniging) moeten dus voor beslissing voorgelegd worden aan de Dienst Vreemdelingenzaken, die afhangt van mijn collega, de minister van Binnenlandse Zaken. Dit heeft natuurlijk gevolgen voor de procedure op post en voor de termijnen voor de visumaanvrager.
Pour pouvoir prendre une décision en toute connaissance de cause, les services de l’Office des étrangers doivent disposer d’un maximum d’informations vérifiées et controˆlées préalablement par les services consulaires de l’ambassade.
Om een gegronde beslissing te kunnen nemen, moeten de diensten van de Dienst Vreemdelingenzaken over zoveel mogelijk informatie kunnen beschikken die vooraf geverifieerd en gecontroleerd werd door dè consulaire diensten van de ambassade.
Ensuite, vous n’ignorez pas la situation désastreuse de l’administration locale — à Kinshasa comme dans le reste du pays. Dans la quasi totalité des communes, il n’existe plus de registre des naissances, ni de registre de l’E´tat civil, ni même, le plus souvent, un registre de la population.
Daarnaast bent u natuurlijk op de hoogte van de rampzalige situatie van de lokale administratie, zowel in Kinshasa als in de rest van het land. In bijna alle gemeenten bestaat er geen geboorteregister meer, noch een register van burgerlijke stand of zelfs een bevolkingsregister.
Dans le cadre du traitement des demandes de visa considérées, où le fondement de la demande est précisément le lien familial avec une personne résidant en Belgique, la vérification de ce lien est rendue très difficile, sinon impossible, du fait de la situation dans laquelle se trouvent les administrations congolaises et qui vient d’être brièvement rappelée.
Voor de behandeling van de visumaanvragen in kwestie, waar het fundament van de visumvraag precies de familieband is met een persoon die in Belgie¨ woont, is de verificatie van deze band zeer moeilijk, zelfs onmogelijk, als gevolg van de situatie waarin de Kongolese besturen zich bevinden en die zonet kort werd geschetst.
Enfin, le nombre de demande de visa (tout type confondu) est très élevé à Kinshasa. Ce poste figure dans le top 5 des postes belges qui délivrent le plus ` certains grand nombre de visa annuellement. A moments forts dans l’année, la section visa de ce poste reçoit quotidiennement la visite d’une centaine de personnes.
Ten slotte is het aantal visumaanvragen (alle types) zeer hoog in Kinshasa. Deze post staat in de top 5 van Belgische posten die jaarlijks het grootst aantal visa uitreiken. Op de « hoogtepunten » van het jaar ontvangt de visumafdeling van deze post dagelijks het bezoek van een honderdtal personen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14289
C’est dans ce contexte qu’au fil du temps, l’ambassade, et mes services, ont vaille que vaille tenté de gérer la situation et de concilier à la fois la nécessité d’assurer le meilleur service au demandeur de visa tout en veillant à assumer son autre mission qui consiste à vérifier que la personne remplit bien les conditions requises pour obtenir le visa demandé.
Het is in dit verband dat in de loop van de tijd, de ambassade en mijn diensten, zo goed en kwaad als het ging hebben geprobeerd om de situatie te beheren en getracht hebben een goede dienstverlening aan de visumaanvrager te verenigen met die andere taak van post, namelijk het controleren dat de persoon de vereiste voorwaarden vervult om het gevraagde visum te verkrijgen.
Toutefois, il est en effet apparu que les diverses mesures prises au fil du temps ont conduit à une situation générant un nombre anormalement élevé de frustration et de mécontentement dans le chef des demandeurs et de leur famille. Dans le même temps, il est également devenu clair que — tout en alourdissant le processus du traitement des demandes de visa et en allongeant les délais — l’organisation du poste et les procédures mises en place ne nous permettaient pas pour autant d’assurer un controˆle efficace notamment quant à l’authenticité des documents présentés.
Niettemin is gebleken dat de verschillende gaandeweg getroffen maatregelen geleid hebben tot een situatie waarbij een abnormaal hoog aantal visumaanvragers en hun familie erg gefrustreerd en ontevreden waren. Tegelijkertijd is eveneens duidelijk geworden dat, niettegenstaande het verzwaren van het proces van de behandeling van de visumaanvragen en het verlengen van de termijnen, de organisatie van de post en de opgestelde procedures ons evenwel niet toelieten om een efficie¨nte controle van de echtheid van de voorgelegde documenten te waarborgen.
Fort de ce constat, la Direction générale des Affaires consulaires de mon département, responsable pour cette matière, a mis en chantier un vaste projet de réorganisation complète du fonctionnement de la section consulaire de cette ambassade.
Op basis van deze constatering, heeft de DirectieGeneraal Consulaire Zaken van mijn Departement, die verantwoordelijk is voor deze materie, een omvangrijk compleet reorganisatieplan op punt gesteld voor de werking van de consulaire afdeling van deze ambassade.
` cet effet, dès septembre 2003, un agent a été A chargé d’assurer la coordination de ce projet qui a impliqué, outre l’ambassade elle-même, plusieurs services de mon département (service des visas, service de la légalisation, ...) ainsi, bien sûr, que l’Office des étrangers quant il s’est agi de faire évoluer notre approche du fond des dossiers eux-mêmes.
Met het oog hierop werd vanaf september 2003 een agent verzocht de coo¨rdinatie van dit project op zich te nemen, waar behalve de ambassade zelf, verschillende diensten van mijn departement (visumdienst, legalisatiedienst, ...) bij betrokken waren, alsook de Dienst Vreemdelingenzaken wat betreft het wijzigen van onze benadering van de dossiers zelf.
Mieux, les services de la médiature fédérale ont été tenus informés régulièrement de l’état d’avancement de ce projet et, chaque fois que cela fut possible et jugé pertinent, mes services ont veillé à prendre en compte les remarques et les suggestions formulées par la médiature au travers de diverses plaintes qu’elle avait eu à gérer antérieurement à propos de dossiers de demande de visa et de leur traitement par notre ambassade à Kinshasa.
De diensten van de federale ombudsman werden bovendien regelmatig op de hoogte gehouden van de evolutie van dit project en mijn diensten hebben er steeds voor gezorgd, wanneer het mogelijk was en pertinent geacht werd, de opmerkingen en de suggesties in aanmerking te nemen die door de ombudsman gemaakt werden naar aanleiding van verschillende klachten die deze reeds voorheen kreeg over visumaanvragen en hun behandeling door onze ambassade in Kinshasa.
Tout au long du premier semestre de l’année 2004, des agents de la Direction générale des Affaires consulaires ont effectué plusieurs séjours à Kinshasa afin d’assurer la mise en œuvre et le suivi de cette réorganisation complète des services concernés de l’ambassade. Le directeur général lui-même s’est rendu sur place dans ce cadre.
Tijdens het eerste halfjaar van 2004 hebben agenten van de Directie-Generaal Consulaire Zaken verschillende bezoeken aan Kinshasa gebracht om de in werking stelling en de opvolging van deze volledige reorganisatie van de betrokken diensten van de Ambassade te waarborgen. De directeur-generaal zelf heeft zich in dit kader ter plaatse begeven.
Cette réorganisation visait autant la répartition des taˆches et des compétences au sein et entre les diverses sections du service consulaire de ce poste (affectation des agents, ...) que l’approche elle-même des dossiers et la manière de les traiter. Elle a permis aussi d’améliorer de façon significative l’accueil du public
Deze reorganisatie beoogde zowel de verdeling van de taken en de bevoegdheden in en tussen de verschillende diensten van de consulaire afdeling van deze post en de aanstelling van de agenten, als de aanpak zelf van de dossiers en de manier om ze te behandelen. Zij heeft het eveneens mogelijk gemaakt om de ontvangst
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14290
ainsi que la qualité de l’information fournie aux personnes intéressées.
van het publiek alsook de kwaliteit van de inlichtingen die aan de geı¨nteresseerde personen wordt verstrekt, aanzienlijk te verbeteren.
La compétence et le dévouement des agents affectés dans ce poste n’étaient pas en cause mais bien l’organisation interne et les méthodes de travail. Je ne pense pas qu’il soit utile et pertinent d’évoquer ici les aspects purement pratiques, organisationnels et logistiques de cette restructuration. Il me faut cependant encore ajouter que celle-ci s’est également ressentie jusque dans l’aménagement des locaux du service consulaire qui furent agrandis avec notamment la création d’un guichet supplémentaire. En revanche, il me paraıˆt opportun de m’attarder sur quelques aspects de procédure.
De bevoegdheid en de toewijding van de agenten van deze post werd niet in vraag gesteld, maar wel de interne organisatie en de werkwijze. Ik geloof niet dat het nuttig en relevant is om hier de zuiver praktische, organisatorische en logistieke aspecten van deze herstructurering te vermelden. Het is echter wel nodig te vermelden dat deze herstructurering eveneens tot een aanpassing van de lokalen van de consulaire dienst heeft geleid, die vergroot werden, met name door de oprichting van een aanvullend loket. Het lijkt me daarentegen wel opportuun om even stil te staan bij enkele procedureaspecten.
Auparavant, tout document congolais était soumis à une enquête juridique menée par un des avocats privés accrédités par le poste. Ces enquêtes systématiques étaient longues, coûteuses et, le plus souvent, peu éclairantes sur le fond. Ces enquêtes précédaient la légalisation des documents concernés de sorte qu’une fois celles-ci terminées, le demandeur devait encore faire sa demande de visa proprement dite auprès du service des visas où il était fréquent qu’un nouveau controˆle — interne cette fois — soit exercé sur les divers éléments constitutifs du dossier avant que celuici ne soit enfin soumis à l’Office des étrangers pour décision.
Vroeger diende elk Kongolees document aan een juridisch onderzoek onderworpen te worden, dat werd ingesteld door een van de particuliere advocaten die door de post werden aangesteld. Deze systematische onderzoeken waren lang, duur en meestal weinig inhoudelijk ophelderend. Deze onderzoeken gingen vooraf aan de legalisatie van de betrokken documenten, zodat eens deze procedure bee¨indigd was, de aanvrager zijn eigenlijke visumaanvraag moest indienen bij de visumafdeling, waar dikwijls een nieuwe controle (intern deze keer) gedaan werd van de verschillende elementen van het dossier alvorens dit ten slotte aan de Dienst Vreemdelingenzaken voor beslissing werd voorgelegd.
Depuis la restructuration, le recours aux avocats de confiance est devenu exceptionnel. Et le principe qui a guidé la nouvelle approche est que la procédure de la légalisation des documents congolais ne peut pas être un obstacle à l’examen de la demande de visa. La section des visas est le premier et le seul interlocuteur du demandeur. Et les éléments de la demande sont encodés dans notre base de données en réseau avec le département. De la sorte, le dossier peut donc être suivi au jour le jour tant par les services de l’ambassade que par les services compétents au sein de mon département.
Sinds de herstructurering is het beroep op de vertrouwensadvocaten uitzonderlijk geworden. Het principe van de nieuwe aanpak is dat de legalisatieprocedure van de Kongolese documenten geen belemmering kan zijn voor de behandeling van de visumaanvraag. De visumafdeling is de eerste en de enige gesprekspartner van de aanvrager. De elementen van de aanvraag worden in onze databank, die verbonden is met het departement, gecodeerd. Zo kan het dossier dus dagelijks gevolgd worden, zowel door de diensten van de ambassade als door de bevoegde diensten binnen mijn departement.
Au sein de l’ambassade, des agents sont spécialement chargés de se rendre sur le terrain, d’aller rencontrer les autorités locales, afin de mener une enquête concrète dans le but de vérifier la réalité des dires du demandeur, l’exactitude des informations contenues dans les documents qu’il a présentés.
Binnen de ambassade zijn er agenten die speciaal belast zijn met het zich ter plaatse begeven om de plaatselijke autoriteiten te ontmoeten, teneinde een concreet onderzoek in te stellen om de verklaringen van de aanvrager te controleren, alsook de nauwkeurigheid van de informatie vervat in de documenten die hij heeft voorgelegd.
Plutoˆt que la forme, nous nous attachons au fond des choses. Après les entretiens avec les protagonistes d’un dossier et une fois l’enquête de terrain terminée, le poste soumettra le dossier à l’Office des étrangers avec un rapport circonstancié. Dans le même temps, les documents congolais du dossier auront été légalisés
Eerder dan aan de vorm, hechten wij veel belang aan de grond van de zaak. Na het onderhoud met de protagonisten van een dossier en eens het onderzoek op het terrein bee¨indigd is, zal de post het dossier aan de Dienst Vreemdelingenzaken voorleggen samen met een uitvoerig verslag. Tegelijkertijd zullen de Kongo-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14291
à moins qu’il ne présente un réel problème au regard de l’ordre public belge.
lese documenten van het dossier gelegaliseerd worden, tenzij er een ree¨el probleem zou zijn ten aanzien van de Belgische openbare orde.
Cette restructuration a également été l’occasion de mettre en place le recours aux tests ADN. Cette procédure relève d’une initiative directe de l’Office des étrangers mais, bien sûr, les modalités pratiques ont été concertées avec mon département. Le recours au test ADN n’est pas une obligation, cette option est simplement proposée.
Deze herstructurering is eveneens de gelegenheid geweest om de procedure voor DNA-tests op te stellen. Deze procedure vloeit voort uit een rechtstreeks initiatief van de Dienst Vreemdelingenzaken, maar de praktische modaliteiten werden vanzelfsprekend met mijn Departement gecoo¨rdineerd. Het gebruik van een DNA-test is geen verplichting, deze optie wordt alleen maar aangeboden.
On notera cependant que cette pratique du test ADN est globalement bien acceptée par les demandeurs et leur famille car elle permet de solutionner rapidement des dossiers où une décision correcte est quasi impossible à prendre sur la seule base de documents congolais, fortement sujets à caution.
Het blijkt echter dat de DNA-test over het geheel genomen goed aanvaard wordt door de visumaanvragers en hun familie, aangezien deze het mogelijk maakt om dossiers, waar het bijna onmogelijk is een juiste beslissing te nemen op basis van enkel de Kongolese documenten, snel op te lossen.
Enfin, mes services sont bien sûr chargés d’assurer le suivi de cette restructuration. Ce suivi est notamment exercé par la cellule monitoring des visas mise en place au sein de mon département fin 2003. Une nouvelle évaluation complète est d’ailleurs prévue, laquelle aura lieu en octobre 2005.
Tot slot dan werden mijn diensten natuurlijk verzocht de opvolging van deze herstructurering te verzekeren. Deze opvolging gebeurt door de monitoringcel voor visa, die eind 2003 binnen mijn departement werd opgericht. Een nieuwe volledige evaluatie is trouwens voorzien, zij zal plaatsvinden in oktober 2005.
Il convient de souligner que cette restructuration a eu les effets bénéfiques souhaités. Les dossiers sont depuis lors correctement et rapidement traités. Le nombre de plaintes a quasiment disparu et les interventions de la médiature fédérale sont devenues exceptionnelles. Je soulignerais encore le roˆle essentiel joué par l’Office des étrangers qui a constamment soutenu les initiatives de mes services au travers d’une collaboration intense et toujours constructive.
Het is nodig om te benadrukken dat deze herstructurering de gewenste heilzame gevolgen heeft gehad. De dossiers worden sindsdien juist en snel behandeld. Het aantal klachten is bijna verdwenen en interventies van de federale ombudsman zijn uitzonderlijk geworden. Ik zou ook nog de wezenlijke rol willen onderstrepen die door de Dienst Vreemdelingenzaken werd gespeeld, die de initiatieven van mijn diensten voortdurend ondersteunde via een intense en steeds constructieve medewerking.
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 223 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 223 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14292
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 223 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 223 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
Je tiens à communiquer à l’honorable membre qu’aucun service du SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération au Développement est établi en Flandre orientale. Par conséquent aucun fonctionnaire du SPF y est employé.
Ik wens het geachte lid te melden dat geen enkele dienst van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gevestigd is in Oost-Vlaanderen. Bijgevolg heeft de FOD er dan ook geen ambtenaren tewerkgesteld.
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 224 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 224 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14293
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
Réponse du ministre des Affaires étrangères du 14 juin 2005, à la question no 224 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 224 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
Je tiens à communiquer à l’honorable membre que le SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération au développement ne dispose d’aucun baˆtiment en Flandre orientale.
Ik wens het geachte lid te melden dat de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over geen gebouwen beschikt in Oost-Vlaanderen.
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
DO 2004200504022
DO 2004200504022
Question no 211 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 211 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Explosion d’une toilette dans un airbus de l’armée.
Gee¨xplodeerd toilet in een airbus van het leger.
Il me revient qu’une des toilettes d’un avion de transport de passagers Airbus de l’armée belge aurait explosé au cours d’un vol effectué le 15 avril 2005.
Ik heb vernomen dat op één van de passagiersvliegtuigen Airbus die het Belgische leger in dienst heeft, tijdens een vlucht op 15 april 2005 een van de toiletten gee¨xplodeerd zou zijn.
` votre connaissance, cet incident s’est-il déjà 1. A produit dans d’autres Airbus de ce type ?
1. Weet u of dit bij andere Airbussen van dit type ook al gebeurde ?
2. Quelles étaient les causes à l’origine de cette anomalie ?
2. Welke oorzaken lagen aan de basis van dit defect ?
3. a) Quelle était la destination de l’Airbus au moment de l’incident ?
3. a) Naar waar was de Airbus op dat moment op weg ?
b) Combien de personnes étaient-elles à bord ?
b) Hoeveel personen waren er aan boord ?
c) Des civils étaient-ils également à bord ?
c) Waren er ook niet militairen aan boord ?
d) Dans l’affirmative, combien ?
d) Zo ja, hoeveel ?
4. Le vol a-t-il été interrompu après l’explosion ? 5. a) Ce défaut a-t-il entraıˆné des risques pour la sécurité ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
4. Is de vlucht onderbroken na deze explosie ? 5. a) Waren er veiligheidsrisico’s ten gevolge van dit defect ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14294
b) Les passagers ont-ils été mis en danger à la suite de cette explosion ?
b) Zijn de inzittenden ten gevolge van die explosie in gevaar geweest ?
6. Cet appareil Airbus est-il encore en service actuellement ?
6. Is het toestel Airbus momenteel nog in gebruik ?
7. ` combien s’élèveront les frais de réparation ? a) A
7. a) Hoeveel zullen de kosten bedragen voor de reparatie ?
b) Quelle sera la durée de réparation de cette anomalie ?
b) Hoelang zal het duren eer dit defect hersteld is ?
8. a) Les toilettes sont-elles entretenues régulièrement dans ces appareils ? ` quelle fréquence ? b) A
8. a) Worden de toiletten in deze toestellen regelmatig onderhouden ?
Réponse du ministre de la Défense du 13 juin 2005, à la question no 211 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 13 juni 2005, op de vraag nr. 211 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci-dessous la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
Concernant l’incident dont il est question, il ne s’agit pas d’explosion d’une toilette. L’avion s’était posé pour faire le plein et en même temps, l’opportunité a été saisie de procéder à la vidange des déchets de toilettes et la remise à niveau du désinfectant prescrit. Lors de cette dernière manipulation, par une faute d’inattention du personnel sol (Personnel civil étranger à la Défense), une trop grande quantité de ce produit a été ajoutée. Ceci ayant eu pour conséquence que le liquide (bleu) désinfectant a débordé et s’est répandu dans l’avion.
Het voorval waarvan sprake in de gestelde vraag ging niet om een explosie van een toilet. Het toestel was geland om te tanken waarbij van de gelegenheid gebruik gemaakt werd om het toiletafval te laten verwijderen en de spoelvloeistof van het toilet terug op niveau te laten brengen. Bij deze laatste manipulatie werd door een onoplettendheid van het plaatselijke grondpersoneel (Burgerpersoneel vreemd aan Defensie) een te grote hoeveelheid van deze vloeistof aangevoerd. Ten gevolge hiervan heeft deze (blauwe) vloeistof zich via het toilet in het vliegtuig verspreid.
1. Nous n’avons pas connaissance d’un incident similaire sur d’autres Airbus A310-222.
1. Er is niet geweten of een dergelijk incident al voorgevallen is bij andere A310-222.
2. La cause en est l’inattention de la personne qui a effectué les manipulations de ravitaillement. Ceci a été formellement confirmé par son employeur.
2. De oorzaak was een onoplettendheid van de persoon die de manipulaties van de bevoorrading uitvoerde. Dit werd ook formeel bevestigd door zijn werkgever.
3. a) La destination finale de cette mission était El Centro (USA). L’incident s’est toutefois déroulé à Bangor (GB) où une escale était prévue.
3. a) De eindbestemming van deze zending was El Centro (VS). Het voorval heeft zich echter voorgedaan in Bangor (UK) waar een tussenstop voorzien was.
b) Il y avait 103 passagers à bord.
b) Er waren 103 passagiers aan boord.
c) Oui.
c) Ja.
d) Il y avait un passager civil à bord.
d) Er was één burgerlijke passagier aan boord.
4. Après l’incident, le vol planifié a été reporté au lendemain afin de procéder au sol à un nettoyage complet.
4. Na het incident werd de geplande vlucht uitgesteld tot ’s anderendaags ten einde het vliegtuig grondig te kunnen reinigen.
5. a) Il n’y a eu aucun risque de sécurité lié à cet incident.
5. a) Er waren geen veiligheidsrisico’s verbonden aan dit incident.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
b) Met welke frequentie ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14295
b) Les passagers n’ont pas été mis en danger à la suite de cet incident. 6. L’appareil est toujours employé.
b) De inzittenden zijn niet in gevaar geweest ten gevolge van het incident. 6. Het toestel is nog in gebruik.
7. a) Vu la responsabilité reconnue par la société, cette réparation ne coûtera rien à la Défense.
7. a) Gezien de erkende verantwoordelijkheid van de maatschappij is deze reparatie kosteloos voor Defensie.
b) L’avion a pu effectuer ses missions planifiées le lendemain de l’incident.
b) Het vliegtuig heeft de dag na het voorval de geplande zendingen verder kunnen uitvoeren.
8. a) Oui.
8. a) Ja.
b) Après chaque mission, les actions suivantes sont effectuées : vider les conteneurs de déchets, faire l’appoint du réservoir de liquide désinfectant et nettoyer les toilettes. Les actions suivantes sont effectuées à intervalle régulier : inspection du réservoir des toilettes, du système de remplissage et de l’entièreté des tuyauteries sanitaires pour déceler les fuites, et remplacement systématique des joints du système d’évacuation.
b) Na elke zending worden de afval reservoirs geledigd, de spoelvloeistof aangevuld en de toiletten gereinigd. Daarenboven wordt op regelmatige tijdstippen de tank van het toilet geı¨nspecteerd, het vulsysteem en het volledige toiletsysteem nagekeken op lekkage, de dichtingen van de afvoerleiding van het toilet vervangen.
DO 2004200504023
DO 2004200504023
Question no 212 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 212 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Avion saisi immobilisé sur l’aéroport militaire de Melsbroek.
Aangeslagen vliegtuig op de militaire luchthaven van Melsbroek.
Le 18 aouˆt 2004, un appareil Antonov 124 a été immobilisé sur la base militaire de Melbroek à la demande d’un huissier de justice. Une requête en ce sens avait été formulée par une firme cypriote créancière de 48,3 millions de dollars à l’égard de l’entreprise publique ukrainienne Antonov Design Bureau, propriétaire de l’avion. ` ce jour, le contentieux juridique étant toujours en A cours, cet avion reste bloqué à Melsbroek, ce qui perturbe sérieusement les opérations de l’armée belge sur cette base.
Op 18 augustus 2004 werd een Antonov 124 door een deurwaarder op de militaire basis van Melsbroek aan de grond gehouden. Dit was op vraag van een Cypriotische firma waarbij de eigenaar van de Antonov, het Oekraı¨ense overheidsbedrijf Antonov Design Bureau nog 48,3 miljoen dollar aan schulden heeft.
En effet, tous les avions du 15e Wing sont obligés de faire un grand détour pour atteindre ou quitter la piste de décollage et d’atterrissage. Ils doivent en outre croiser la piste la plus utilisée de l’aéroport de Zaventem, ce qui comporte des risques non négligeables.
Alle toestellen van de 15e Wing moeten een grote omweg maken om van en naar de start- en landingsbaan te taxie¨n. Ze moeten daarbij bovendien de drukste start- en landingsbaan van Zaventem kruisen, wat risico’s met zich meebrengt.
1. Dans quelle mesure l’avion Antonov saisi perturbe-t-il les opérations de l’armée belge ? ` combien les surcouˆts engendrés par le grand 2. A détour que doivent effectuer tous les avions pour
1. Welke hinder ondervindt het Belgische leger door het aangeslagen Antonov-toestel ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Intussen staat de Antonov nog steeds aan de grond op de militaire basis in Melsbroek. Het juridische geschil is nog steeds aan de gang. De operaties van het Belgische leger op de basis in Melsbroek worden door dit vliegtuig ernstig gehinderd.
2. Hoeveel bedragen tot op de dag van vandaag de meerkosten voor het Belgische leger doordat alle vlieg2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14296
atteindre les pistes de décollage et d’atterrissage (kérosène, perte de temps) s’élèvent-ils jusqu’à présent pour l’armée belge ?
tuigen een grote omweg moeten maken om de start- en landingsbaan te bereiken (kerosine, tijdsverlies) ?
3. a) L’armée belge facture-t-elle aussi des frais liés à l’immobilisation de l’Antonov ?
3. a) Rekent het Belgische leger ook kosten aan voor de staanplaats van de Antonov ?
` combien ces frais s’élèvent-ils ? b) A
b) Hoeveel bedragen deze kosten ?
4. a) Qui prendra en charge les surcouˆts ?
4. a) Wie zal deze meerkosten moeten dragen ?
b) Ces frais peuvent-ils être recouvrés ?
b) Kunnen deze kosten teruggevorderd worden ?
c) Si tel est le cas, auprès de qui ?
c) Zo ja, bij wie ?
d) Avez-vous déjà pris des mesures dans ce sens ?
d) Heeft u hiertoe al een initiatief genomen ?
5. L’Antonov ne pourrait-il pas être stationné à un endroit ou` il perturberait moins les activités de l’armée belge ?
5. Kan het Antonov-toestel nergens anders gestationeerd worden zodat het de activiteiten van het Belgische leger minder hindert ?
6. Avez-vous une idée de la date à laquelle l’Antonov quittera la base militaire de Melsbroek ?
6. Heeft u een idee wanneer de Antonov de militaire basis van Melsbroek zal verlaten ?
Réponse du ministre de la Défense du 13 juin 2005, à la question no 212 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 13 juni 2005, op de vraag nr. 212 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci-dessous la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. De par la présence de l’avion Antonov saisi sur le taxi-track Al, les décollages se font à partir de l’accès A3 de la piste 25R. La longueur de piste restante à partir de cet accès oblige les appareils lourdement chargés à exécuter un « taxi » plus long vers le début de la piste 25R. Ce « taxi » est plus long d’approximativement 10 minutes par rapport au taxi normal.
1. Door de aanwezigheid van het aangeslagen Antonov-toestel op de taxi-track Al, wordt het opstijgen vanuit de toegang A3 uitgevoerd op de startbaan 25R. De resterende lengte van de startbaan maakt het nodig voor de zwaar geladen vliegtuigen om een langere taxiroute aan te vangen tot het begin van de startbaan 25R. Die taxiroute duurt ongeveer 10 minuten langer dan de normale taxiroute.
2. Il n’est pas possible de chiffrer les frais supplémentaires pour le moment.
2. Het is momenteel niet mogelijk het bedrag van de meerkosten te berekenen.
3. Non, pour l’emplacement de l’Antonov aucun frais n’est comptabilisé puisque le taxi-track est la propriété de BIAC.
3. Neen, voor de staanplaats van de Antonov worden geen kosten aangerekend aangezien de taxitrack het bezit is van BIAC.
4. Juridiquement il n’a pas encore été possible de déterminer si la Défense se fera indemniser pour les frais encourus par le propriétaire de l’appareil ou par la partie qui a saisi l’appareil.
4. Juridisch gezien kan nog niet worden uitgemaakt of Defensie de kosten op de eigenaar van het toestel of op de inbeslagnemende partij zal verhalen.
5. Le choix de l’emplacement de l’Antonov a été effectué par le gestionnaire de l’aéroport en fonction des impératifs de l’appareil, de sécurité et des intérêts de l’ensemble des utilisateurs de l’aéroport.
5. De keuze van de standplaats van de Antonov gebeurde door de beheerder van het vliegveld, op basis van dwingende redenen eigen aan het toestel, de veiligheid en de belangen van alle gebruikers van het vliegveld.
6. Vu la procédure de la saisie il n’est pas possible de déterminer la durée d’immobilisation.
6. Gezien de procedure van inbeslagname is het niet mogelijk de duur van de immobilisatie te bepalen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14297
DO 2004200504033
DO 2004200504033
Question no 214 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 214 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging : Geplande infrastructuurwerken op de militaire basis van Melsbroek. De gebouwen op de militaire basis van Melsbroek verkeren niet in al te beste staat. 1. Welke infrastructuurwerken zijn gepland in de komende vijf jaar aan de militaire basis van Melsbroek ? 2. Hoeveel bedraagt het investeringsbedrag ? 3. a) Werden er de afgelopen drie jaar infrastructuurwerken uitgevoerd aan de militaire basis ? b) Zo ja, welke en voor welk bedrag ?
Travaux d’infrastructure prévus à la base militaire de Melsbroek. Les baˆtiments de la base militaire de Melsbroek se trouvent dans un piètre état. 1. Quels travaux d’infrastructure sont prévus à la base militaire de Melsbroek dans les cinq années à venir ? 2. Quel est montant des investissements prévus ? 3. a) Des travaux d’infrastructure ont-ils été menés à la base militaire au cours des trois dernières années ? b) Dans l’affirmative, de quels travaux s’agit-il en l’occurrence et quel montant y a été consacré ? Réponse du ministre de la Défense du 17 juin 2005, à la question no 214 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) : Je prie l’honorable membre de bien vouloir trouver ci-après la réponse à ses questions. 1 et 2. Les avions de transport du type C-130 sont appelés à être remplacés à moyen terme, avec comme conséquence des modifications importantes pour toutes les activités et le personnel qui gravitent autour. Ne connaissant pas encore parfaitement tous les éléments de ces changements, les investissements se limiteront dans les prochaines années essentiellement au maintien et à l’amélioration de la sécurité physique de nos installations. 3. a) Les travaux exécutés et en cours d’exécution concernent aussi bien la préservation de l’infrastructure et le maintien de la sécurité aérienne et des personnes que la mise aux normes des installations (environnement, électricité, ...). b) Le montant total investi (période de 2003 à 2005 inclus) pour les travaux les plus importants est d’environ 1,2 million d’euros.
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 17 juni 2005, op de vraag nr. 214 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) : Ik vraag het geachte lid hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen. 1 en 2. De transportvliegtuigen van het type C-130 zullen op middellange termijn vervangen worden met als gevolg belangrijke wijzigingen voor alle activiteiten en het personeel die errond draaien. Gezien alle elementen van deze wijzigingen nog niet volkomen gekend zijn, zullen de investeringen zich in de komende jaren hoofdzakelijk beperken tot het behouden en het verbeteren van de fysische veiligheid van onze installaties. 3. a) De uitgevoerde werken en de werken in uitvoering hebben zowel betrekking op het instandhouden van de infrastructuur en het verzekeren van de vliegveiligheid en de veiligheid van personen, als het op norm brengen van installaties (milieu, elektriciteit, ...). b) Het totale geı¨nvesteerde bedrag (periode 2003 tot en met 2005) voor de belangrijkste werken bedraagt ongeveer 1,2 miljoen euro.
DO 2004200504034
DO 2004200504034
Question no 215 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 215 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging : Inzetbaarheid van Belgische C-130’s. Het Belgische leger heeft momenteel 11 transportvliegtuigen type Hercules C-130 in gebruik. Door
Capacité d’engagement opérationnel des C-130 belges. L’armée belge dispose actuellement de 11 avions de transport du type Hercules C-130. En raison d’une
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14298
pénurie de pièces de rechange, il serait impossible d’envoyer tous les C-130 en mission en même temps.
een gebrek aan wisselstukken zouden niet alle 11 C130’s tegelijk inzetbaar zijn.
1. Combien de C-130 de l’armée belge peuvent être envoyés en mission en même temps ?
1. Hoeveel van de 11 C-130’s van het Belgische leger zijn tegelijk inzetbaar ?
2. Pourquoi tous les appareils ne sont-ils pas opérationnels ?
2. Welke oorzaken liggen aan de basis dat niet alle C-130’s tegelijk inzetbaar zijn ?
3. a) Combien de C-130 étaient opérationnels au 1er avril 2005 ?
3. a) Hoeveel C-130’s waren er op 1 april 2005 operationeel ?
b) Pour quelles raisons les autres C-130 sont-ils immobilisés ?
b) Om welke redenen zijn de andere C-130’s buiten gebruik ?
4. Dans quelle mesure la continuité au sein de l’armée belge est-elle affectée par cette situation ?
4. Welke gevolgen heeft dit voor de continuı¨teit binnen het Belgisch leger ? 5. E´én van de C-130’s met nummer CH09 zou al meer dan drie weken aan de grond staan wegens een raam dat ontbreekt. De lange levertijd maakt dat toestel CH09 enkele maanden buiten gebruik zal zijn.
5. L’un des C-130 portant l’immatriculation CH09, serait immobilisé depuis plus de trois semaines déjà en raison d’un hublot manquant. Compte tenu de la longueur du délai de livraison, cet appareil restera immobilisé pendant plusieurs mois encore. a) Comment expliquez-vous la longueur du délai de livraison ?
a) Waaraan is deze lange leveringstijd te wijten ?
b) L’armée belge n’a-t-elle pas normalement de telles pièces de rechange en stock ? Dans la négative, pourquoi ?
b) Heeft het Belgische leger zulke onderdelen normaal gezien niet in voorraad en indien niet, waarom niet ?
c) Quel sera le couˆt de cette réparation ?
c) Hoeveel zal de kostprijs van deze herstelling bedragen ?
d) Quand ce C-130 sera-t-il à nouveau opérationnel ?
d) Wanneer zal deze C-130 weer operationeel zijn ?
Réponse du ministre de la Défense du 13 juin 2005, à la question no 215 de Mme Annelies Storms du 21 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 13 juni 2005, op de vraag nr. 215 van mevrouw Annelies Storms van 21 april 2005 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci- dessous la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
L’armée belge dispose actuellement de 11 avions de ` la suite d’un transport de type Hercules C-130. A manque de pièces de rechange ces 11 C-130 ne pourraient être mis en œuvre en même temps.
Het Belgische leger heeft momenteel 11 transportvliegtuigen type Hercules C-130 in gebruik. Door een gebrek aan wisselstukken zouden niet alle C-130’s tegelijk inzetbaar zijn.
1 et 2. Afin de garantir son aéronavigabilité, le C130H est entretenu selon un plan de maintenance établi par le constructeur. Ceci implique l’immobilisation simultanée pour maintenance programmée de 3 avions en continu. En des circonstances normales, la Défense peut mettre jusqu’à 8 appareils de type C130H en ouvre simultanément. Dans des cas particuliers et tenant compte d’un préavis suffisant, la disponibilité peut être augmentée momentanément.
1 en 2. Ten einde de luchtwaardigheid te garanderen, wordt de C-130H onderhouden volgens het maintenanceplan van de vliegtuigbouwer. Dit houdt de gelijktijdige immobilisering in van 3 vliegtuigen voor gepland onderhoud op continue basis. In normale omstandigheden kan Defensie tot 8 toestellen type C130H gelijktijdig inzetten. In uitzonderlijke gevallen en mits voldoende preadvies kan de beschikbaarheid kortstondig opgedreven worden.
3. a) Cinq appareils étaient opérationnels au 1er avril 2005.
3. a) Vijf toestellen waren operationeel op 1 april 2005.
b) Trois appareils étaient en maintenance programmée normale, dont un en usine (Sabena Technics); deux appareils étaient soumis à une grosse répara-
b) Drie toestellen waren in normaal geprogrammeerd onderhoud, waarvan één in fabriek (Sabena Technics); twee toestellen waren onderworpen aan een
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14299
tion suite à ces inspections et un appareil était en panne.
grote herstelling naar aanleiding van deze inspecties en één toestel was in panne.
4. Le « Movement and Transport Control Center » est tenu en permanence au courant de la disponibilité de la flotte, ce qui lui permet de planifier et adapter en continu le plan de transport. 5. Un de ces C-130 (immatriculé CH09) serait immobilisé au sol depuis plus de trois semaines parce qu’une fenêtre manque. Le long délai de livraison fait que cet appareil sera indisponible plusieurs mois.
4. Het « Movement and Transport Control Center » wordt constant op de hoogte gehouden van de beschikbaarheid van de vloot, hetgeen hen toelaat om te plannen en continu het transportplan aan te passen. 5. E´én van de C-130’s met nummer CH09 zou al meer dan drie weken aan de grond staan wegens een raam dat ontbreekt. De lange levertijd maakt dat toestel CH09 enkele maanden buiten gebruik zal zijn.
a) Après un déploiement en Afghanistan, le CH09 est revenu au 15W le 25 mars 2005 et a subi une inspection mineure qui comprenait entre autres le remplacement de 6 fenêtres. Pour une de celle-ci l’exemplaire en stock a été découvert défectueux à l’ouverture de son emballage, une nouvelle fenêtre a dès lors été acquise en urgence et la pièce a été livrée au 15W le 25 avril 2005.
a) Na een ontplooiing in Afghanistan, is de CH09 teruggekomen in de 15W op 25 maart 05 en onderging een kleine inspectie die ook de vervanging van 6 ramen inhield. Eén van deze ramen in de voorraad bleek bij het uitpakken onbruikbaar en aldus werd een nieuw exemplaar dringend aangekocht. Dit onderdeel werd afgeleverd in 15W op 25 april 2005.
b) Il y a 20 types de fenêtres différentes sur le C-130H, 16 modèles sont en stock (80 %) et le délai moyen d’approvisionnement des autres fenêtres (dont le besoin est plus rare) est de 1 mois. Dans 90 % des cas, les dommages découverts sur les fenêtres ne nécessitent pas une mise au sol immédiate de l’appareil; le besoin étant anticipé, la disponibilité des fenêtres ne pose généralement pas de problèmes et cadre dans une approche « Just In Time ».
b) Er zijn 20 verschillende types ramen op de C-130H, 16 van hen zijn in stock (80 %) en de gemiddelde herbevoorradingstermijn van de andere ramen (die zelden nodig zijn) bedraagt 1 maand. In 90 % van de gevallen, vereisen de vastgestelde gebreken in de ramen geen onmiddellijke herstelling van het toestel. Gezien de behoefte tijdig gekend is, stelt de beschikbaarheid van de ramen over het algemeen geen problemen en kadert dit in de « Just In Time » benadering.
c) Le coût du remplacement des 6 fenêtres du CH09 est de 16 560 euros de matières et 72 heures de travail.
c) De kosten bedragen voor de 6 ramen van de CH09 16 560 euro aan wisselstukken en 72 manuren werk.
d) Le CH09 est opérationnel depuis le 29 avril 2005.
d) De CH09 is operationeel sinds 29 april 2005.
DO 2004200503493
DO 2004200503493
Question no 227 de M. David Geerts du 9 mai 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 227 van de heer David Geerts van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Organisation des soins aux grands bruˆlés.
Organisatie van de brandwondenzorg.
Dans le cadre de la discussion sur le Centre des grands bruˆlés de l’hoˆpital militaire de Neder-overHembeek plusieurs observations, allant de l’optimalisation du site existant à la délocalisation, ont été émises.
In de discussie over het brandwondencentrum van het militaire ziekenhuis te Neder-over-Heembeek werden allerhande bemerkingen gegeven gaande van optimalisatie van de huidige site tot delocalisatie.
1. Combien de centres pour grands bruˆlés sont actuellement reconnus ?
1. Hoeveel erkende brandwondencentra zijn er momenteel ?
2. Est-il possible d’augmenter le nombre de lits dans le service des grands bruˆlés de Neder-overHembeek ?
2. Kan de uitbreiding van het aantal bedden op de afdeling brandwonden te Neder-over-Heembeek ?
3. Des sites sont-ils susceptibles d’entrer en ligne de compte pour une éventuelle délocalisation ?
3. Zijn er sites die in aanmerking komen voor een mogelijke delocalisatie ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14300
4. Le département de la Défense est-il soumis à la loi sur les hoˆpitaux du 7 aouˆt 1987 ?
4. Is Defensie onderworpen aan de Ziekenhuiswet van 7 augustus 1987 ?
5. Qu’en est-il du financement de Neder-overHembeek par l’INAMI ?
5. Hoe zit het met de financiering van Neder-overHeembeek vanuit het RIZIV ?
Réponse du ministre de la Défense du 15 juin 2005, à la question no 227 de M. David Geerts du 9 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 15 juni 2005, op de vraag nr. 227 van de heer David Geerts van 9 mei 2005 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci-dessous la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. Actuellement il existe en Belgique 6 centres de traitement de grands brûlés :
1. Momenteel telt Belgie¨ 6 centra voor de verpleging van zware brandwonden :
a) Antwerpen, Centrum ziekenhuis : 6 lits,
a) Antwerpen, Centrum ziekenhuis : 6 bedden,
b) Bruxelles-HCB RA : 18 lits,
b) Brussel- HCB KA : 18 bedden,
c) Charleroi-Loverval IMTR : 10 lits,
c) Charleroi-Loverval IMTR : 10 bedden,
d) Gent, UZ : 6 lits,
d) Gent, UZ : 6 bedden,
e) Leuven, UZ KUL : 12 lits,
e) Leuven, UZ KUL : 12 bedden,
f) Liège, CHU : 6 lits.
f) Luik, CHU : 6 bedden.
2. En cas de crise, l’infrastructure et le personnel permettent d’augmenter temporairement le nombre de lits à 24 dans le service des grands brûlés de NOH.
2. In geval van crisis laten de infrastructuur en het personeel een tijdelijke verhoging van het aantal bedden tot 24 toe in de afdeling brandwonden te NOH.
Une augmentation permanente du nombre de lits dans le service des grands brûlés de NOH, si elle est théoriquement possible en terme d’infrastructure, nécessiterait le recrutement de personnel spécialisé supplémentaire en conformité avec l’arrêté ministériel du 14 décembre 1995 et demeurerait dépendante de l’agrément accordé à ces lits par le ministère des Affaires sociales et de la Santé publique, et par voie de conséquence de l’intervention de l’assurance obligatoire contre la maladie et l’invalidité dans le prix de la journée permettant la prise en charge financière du surcoût lié au personnel et matériel médical supplémentaires.
Indien theoretisch mogelijk op het gebied van de infrastructuur, zou een permanente verhoging van het aantal bedden in de afdeling brandwonden van NOH de recrutering van aanvullend gespecialiseerd personeel met zich brengen conform het ministerie¨le besluit van 14 december 1995, maar zou blijvend afhankelijk zijn van de goedkeuring van die bedden door de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en dientengevolge ook van de tussenkomst in de verpleegdagprijs door de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, en dit om de meerkosten in verband met aanvullend personeel en medisch materieel te kunnen betalen.
3. (Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique)
3. (Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid)
« Actuellement compte tenu de la spécialisation des soins qui y sont prodigués (nécessitant une infrastructure et des modalités de traitement tout à fait spécifiques), les centres de grands brûlés sont constitués en petites unités. Il ne me semble dès alors pas directement possible à court terme de délocaliser certaines places. »
« Momenteel is, gezien de zeer gespecialiseerde zorg (met zeer specifieke infrastructuur en behandeling) het aantal centra beperkt tot kleine eenheden. Het lijkt me dan ook niet direct mogelijk op zeer korte termijn plaatsen te delocaliseren. »
4. (Réponse du ministre des Affaires sociales, et de la Santé publique)
4. (Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid)
« L’hoˆpital de Neder-over-Heembeek n’est pas soumis à la loi sur les hoˆpitaux coordonnée le 7 août 1987. Cela transparaıˆt clairement de l’article 1er de cette loi. »
« Het ziekenhuis te Neder-over-Heembeek is niet onderworpen aan de ziekenhuiswet van 7 augustus 1987. Dit staat duidelijk vermeld in artikel 1 van deze wet. »
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14301
5. (Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique)
5. (Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid)
« L’arrêté ministériel du 2 juin 1990 fixe l’intervention de l’assurance obligatoire contre la maladie et l’invalidité dans le prix de la journée d’entretien d’une admission dans le service de l’hoˆpital militaire spécialement équipé pour soigner les personnes atteintes de graves brûlures qui y sont hospitalisés. Cet arrêté ministériel fixe le prix all-in qui fait l’objet de l’intervention de l’AMI pour les grands brûlés (au 1er janvier 2005 : 1 317,14 euros). »
« Het ministerieel besluit van 2 juli 1990 bepaald de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging in de verpleegdagprijs voor een opname in de dienst van een militair hospitaal die speciaal is uitgerust om personen met ernstige brandwonden, die er zijn opgenomen, te verzorgen. In dit ministerieel besluit wordt een all-in-prijs bepaald die de ZIV betaalt in geval van brandwonden (op 1 januari 2005 : 1 317,14 euro) ».
L’arrêté ministériel du 4 février 1999 fixe l’intervention de l’assurance obligatoire soins de santé et indemnités dans le prix de la journée d’entretien d’une admission dans le service de l’hoˆpital militaire à Bruxelles spécialement équipé pour le traitement par oxygénothérapie en caisson hyperbare. Ici aussi l’intervention de l’arrêté ministériel fixée par cet arrêté ministériel couvre de manière forfaitaire tous les frais résultant de l’admission, du traitement et des soins, y compris les produits pharmaceutiques, les autres fournitures et les prestations médico-techniques dispensées au bénéficiaire dans le service précité (à l’exclusion de l’installation et de la surveillance d’une oxygénothérapie en caisson hyperbare qui sont indemnisés sur la base de la nomenclature des prestations de santé). Cette intervention est fixée au 1er janvier 2005 à 701,27 euros.
Het ministerieel besluit van 4 februari 1990 bepaald de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging in de verpleegdagprijs van een opname in de dienst van het militair hospitaal te Brussel, speciaal uitgerust voor de behandeling met zuurstoftherapie in hyperbare drukkamer. Ook hier dekt de tegemoetkoming die in dit ministerieel besluit wordt bepaald op forfaitaire wijze alle kosten die het gevolg zijn van de opname, behandeling en verzorging met inbegrip van de farmaceutische producten, andere leveringen en de medische technische prestaties (exclusief de installatie en het toezicht op de zuurstoftherapie in hyperbare drukkamer, hetgeen vergoed wordt op basis van de nomenclatuur van de geneeskundige verzorging) op 1 januari 2005 : 701,27 euro.
En 2003, 3 528 journées étaient réalisées pour une dépense totale de 4 430 000 euros.
In 2003 werden 3 528 ligdagen gerealiseerd voor een totale uitgave van 4 430 000 euro.
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 228 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 228 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14302
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
Réponse du ministre de la Défense du 13 juin 2005, à la question no 228 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 13 juni 2005, op de vraag nr. 228 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. Les organismes du département de la Défense stationnés dans la province de Flandre orientale en général, et à Gand en particulier, sont repris dans les tableaux ci-dessous.
1. De organismen van het departement Defensie, gestationeerd in de provincie Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder, zijn in de tabellen hierondern hernomen.
2. Vous trouverez dans les mêmes tableaux, le nombre de civils et de militaires employés dans ces organismes.
2. In dezelfde tabellen vindt u het aantal burgers en militairen die in deze organismen tewerkgesteld zijn.
1. Organisations à Gand Nom — Naam
1. Organisaties in Gent Civils — Burgers
E´cole Royale du service médical. — Koninklijke School van de medische dienst ............................... Centre médical opérationnel no 17. — Centrum voor medische operaties nr. 17 ....................................... 5e centre régional d’infrastructure. — 5e regionaal centrum voor infrastuctuur .................................... Direction générale image et relations publiques. — Algemene Directie imago en public relations ......... E´tat-major de province Flandre orientale. — Provinciestaf Oost-Vlaanderen ......................................... Office central d’action sociale et culturelle. — Centrale dienst voor sociale en culturele actie ........ Mouvement Control Group Division belge pour exploitation des pipe-lines. — Belgische divisie voor uitbating van de pipe-lines ...
14
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Sous-total — Subtotaal
112
126
6
6
17
23
5
5
15
15
1 1
1 1
2
3
5
22
160
182
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
6
Sous-total. — Subtotaal .........................................
Militaires — Militairen
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14303
2. Organisations en Flandre orientale mais en dehors de Gand Nom — Naam Division belge pour exploitation des pipe-lines. — Belgische divisie voor uitbating van de pipelines .......................................... Centre médical opérationnel no 16. — Centrum voor medische operaties nr. 16 ......................... 5e centre régional d’infrastructure. — 5e Regionaal centrum voor infrastuctuur ..................... E´léments médicaux d’intervention 1. — Medische interventie elementen 1 .............................. Wing Météo. — Meteo Wing ... Air Traffic Control Center ....... Département d’état-major santé, environnement, qualité de vie et bien-être. — Stafdepartement gezondheid, milieu, kwaliteit van het leven en welzijn .................. 2e Groupe communication & information systems. — 2e Groep communication & information systems .................. Centre de distribution pièces de rechange. — Distributiecentrum wisselstukken ............................ Centre d’appui Westakkers. — Steuncentrum Westakkers .........
Commune — Gemeente
2. Organisaties in Oost-Vlaanderen maar buiten Gent Civils — Burgers
Buggenhout en Nazareth
Militaires — Militairen
Sous-total — Subtotaal
14
17
6
6
6
7
13
7
127 5 340
127 5 347
3
3
195
200
9
9
3
Gavere en Sint-Niklaas
Sint-Niklaas
Destelbergen Gavere Gavere
Sint-Niklaas
Sint-Niklaas
5
Sint-Niklaas Sint-Niklaas
155
155
Sous-total. — Subtotaal ............
176
706
882
Total général. — Algemeen totaal ........................................
198
866
1 064
Remarque : Des organisations reprises, au moins un détachement se trouve dans la province de Flandre Orientale.
Opmerking : Van de hernomen organisaties bevindt er zich minstens een detachement in de provincie OostVlaanderen.
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 229 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 229 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging : Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting. Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het moge-
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupe-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14304
ment des services publics logés dans différents immeubles.
lijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Réponse du ministre de la Défense du 15 juin 2005, à la question no 229 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 15 juni 2005, op de vraag nr. 229 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
Je prie l’honorable membre de bien vouloir trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op haar vragen aan te treffen.
Conformément aux principes de la réforme Copernic, le ministère de la Défense veut utiliser de manière plus rationnelle ses baˆtiments par un regroupement de ses services. Par conséquent, le plan stratégique pour la modernisation de l’armée belge prévoit dans son volet infrastructure la fermeture d’un certain nombre de quartiers et l’aliénation partielle de certains autres, en vue d’une rationalisation de l’infrastructure militaire. Le but est d’obtenir un rendement maximal des domaines militaires qui sont gardés et d’en rentabiliser la surface utile. Ainsi plusieurs services installés à Gand, comme le commandement de province et le service social, seront réinstallés dans la caserne Léopold et une partie de cette caserne qui n’est plus
Overeenkomstig de principes van de Copernicushervorming wil het ministerie van Defensie door een hergroepering van diensten tot een meer rationeel gebruik van haar gebouwen komen. Dientengevolge voorziet het strategisch plan voor de modernisering van het Belgisch leger in zijn luik infrastructuur, met het oog op een rationalisatie van het gebruik van de militaire infrastructuur, de sluiting van een aantal kwartieren en de gedeeltelijke vervreemding van bepaalde andere kwartieren. De bedoeling is om tot een maximaal rendement te komen van de militaire domeinen die behouden blijven en om de nuttige oppervlakte ervan te rentabiliseren. Zo zullen te Gent verschillende diensten, zoals het provinciecommando
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14305
utile, sera transférée à la ville. Les deux baˆtiments militaires situés Coupure Rechts 100 et 102 seront vendus.
en de sociale dienst, geherhuisvest worden in de Leopoldskazerne en zal een deel van deze kazerne dat niet meer nuttig is, overgedragen worden aan de Stad. De twee militaire gebouwen gelegen Coupure Rechts 100 en 102 zullen worden verkocht.
Ci-dessous se trouve la liste des domaines militaires de Flandre orientale avec mention de la superficie totale et baˆtie. Les domaines militaires sont propriété de l’E´tat Belge et sont gérés par le ministère de la Défense.
Hieronder bevindt zich de lijst van de militaire domeinen in Oost-Vlaanderen met vermelding van de totale en de bebouwde oppervlakte. De militaire domeinen zijn eigendom van de Belgische Staat en worden beheerd door het ministerie van Defensie.
Mon département loue dans la province de Flandre orientale uniquement un baˆtiment, situé Voskenslaan 228 à gand, sur la base de d’un contrat de bail pour le rez-de-chaussée au prix de 1 283,97 euros par mois et un contrat de bail pour le premier étage à 904,94 euros par mois; ces deux contrats peuvent être résiliés tous les 3 ans moyennant un préavis de 6 mois. Le ministère de la Défense n’a pas de baˆtiment en leasing.
Mijn departement huurt in de provincie OostVlaanderen alleen een gebouw in de Voskenslaan 228 te Gent op grond van een huurcontract voor het gelijkvloers voor een prijs van 1 283,97 euro per maand en een huurcontract voor de eerste verdieping aan 904,94 euro per maand, die beide om de 3 jaar kunnen opgezegd worden mits een opzeggingstermijn van 6 maanden. Het ministerie van Defensie heeft geen gebouwen die worden geleasd.
Province Flandre orientale — Quartiers militaires
Provincie Oost-Vlaanderen — Militaire kwartieren
Commune — Gemeente Buggenhout ................................... Baaigem ......................................... Destelbergen .................................. Desteldonk .................................... Gavere ........................................... Gent .............................................. Gent .............................................. Merelbeke ..................................... Merelbeke ..................................... Nazareth ....................................... Nieuwkerken-Waas ....................... Semmerzake ................................... Sint-Niklaas ................................... Ursel ..............................................
Superficie totale — Totale oppervlakte (Ha)
Quartier — Kwartier 4 (BE) PL Divisie RX-Station Kwartier Beervelde 4 (BE) PL Divisie Kwartier de Hemptinne Leopoldskazerne Provinciestaf TX-Station MX-Station 4 (BE) PL Divisie Kasteel Sint-Maarten ATCC Semmerzake Kwartier Westakkers Vliegveld Ursel
0,74 0,49 4,98 2,49 13,32 2,48 0,16 1,30 0,42 8,37 3,82 18,04 48,64 192,13
Superficie baˆtie — Bebouwde oppervlakte (m2) 724 157 16 426 676 6 977 12 569 415 185 107 11 063 571 1 885 51 578 3 274
DO 2004200504247
DO 2004200504247
Question no 230 de Mme Ingrid Meeus du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Défense : E´changes militaires avec le Maroc et l’Algérie.
Vraag nr. 230 van mevrouw Ingrid Meeus van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Les Forces armées belges ont mis sur pied différents projets d’échanges militaires avec deux pays nordafricains, le Maroc et l’Algérie.
De Belgische Krijgsmacht is verschillende militaire uitwisselingsprojecten aangegaan met de NoordAfrikaanse landen Marokko en Algerije.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Militaire uitwisselingsprojecten met Marokko en Algerije.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14306
Plusieurs officiers nord-africains suivent des études à l’Institut royal supérieur de Défense. Nous applaudissons à cette initiative.
Aan het Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie studeren verschillende Noord-Afrikaanse officieren. Dat is een lovenswaardig engagement.
L’Institut royal supérieur de Défense organise des visites dans les deux pays dans le cadre de son programme d’études. Par le passé, des militaires belges ont également effectué des entraıˆnements en Afrique du Nord.
Het Koninklijk Hoger Instituut voor Defensie bezoekt beide landen in het kader van studiedoeleinden. In het verleden oefenden Belgische militairen eveneens in Noord-Afrika.
Depuis plusieurs années, l’OTAN gère le « Partenariat méditerranéen » permettant la concertation, le dialogue et la collaboration entre les pays nord-africains et l’Alliance atlantique.
De NAVO onderhoudt sinds meerdere jaren het zogenaamde « Mediterranean Partnerschip », waardoor wederzijds overleg, dialoog en samenwerking mogelijk wordt tussen de Noord-Afrikaanse landen en het Atlantische Bondgenootschap.
1. La coopération militaire belge pourrait-elle s’inscrire dans le cadre plus large de ce partenariat méditerranéen ?
1. Kan de Belgische militaire samenwerking in het groter « NATO-Mediterranean Partnership » gekaderd worden ?
2. Les programmes d’échange belges font-ils l’objet d’une concertation avec les partenaires de l’OTAN ?
2. Wordt over de Belgische uitwisselingsprogramma’s overleg gepleegd met de NAVO-partners ?
3. a) L’engagement militaire belge dans ces deux pays nord-africains sera-t-il encore renforcé ?
3. a) Worden de Belgische militaire engagementen in beide Noord-Afrikaanse landen nog uitgebreid ?
b) Dans l’affirmative, quels programmes entrent en ligne de compte ?
b) Zo ja, welke programma’s komen hiervoor in aanmerking ?
4. Quel est l’incidence budgétaire de la coopération militaire avec ces deux pays en 2005 ?
4. Wat zijn de budgettaire implicaties van de samenwerking met beide landen in het jaar 2005 ?
Réponse du ministre de la Défense du 16 juin 2004, à la question no 230 de Mme Ingrid Meeus du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 16 juni 2004, op de vraag nr. 230 van mevrouw Ingrid Meeus van 10 mei 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. Tant le Maroc que l’Algérie prennent part au « Dialogue méditerranéen » (DM). Ce DM s’est développé en une relation de partenariat institutionnalisée ` cette entre l’OTAN et les pays de la Méditerranée. A dimension de coopération du DM a été donné un contenu graˆce au « Mediterranean Dialogue Work Programme » (MDWP). Ce MDWP est un catalogue, actualisé annuellement, reprenant des activités (de formation) accessibles sur une base multilatérale et proposées, dans le contexte du DM, par des organismes de l’OTAN ou des nations à titre individuel. Le MDWP sert les pays partenaires de la Méditerranée qui y effectuent, sans engagement, une sélection. Certaines nations, à titre individuel, entretiennent en plus, simultanément, une coopération bilatérale avec les pays partenaires de la Méditerranée. Le département de la Défense utilise les deux canaux et offre un nombre limité d’activités de coopération dans le cadre (multilatéral) du MDWP en complément de certains programmes bilatéraux mieux sélectionnés.
1. Zowel Marokko als Algerije nemen deel aan de « Mediterranean Dialogue » (MD). De MD is uitgegroeid tot een geı¨nstitutionaliseerde partnerschaprelatie tussen NAVO en Mediterrane landen. Aan de coo¨peratieve dimensie van de MD wordt invulling gegeven met behulp van een « Mediterranean Dialogue Work Programme » (MDWP). Dit MDWP is een jaarlijks geactualiseerde catalogus van op multilaterale basis toegankelijke (vormingsactiviteiten die door NAVO-organismen en individuele naties worden aangeboden in MD-verband. Het MDWP bedient de Mediterrane partnerlanden die er vrijblijvend een selectie uit kunnen maken. Sommige individuele naties onderhouden daarnaast tevens een bilaterale samenwerking met Mediterrane partnerlanden. Het departement Defensie maakt van beide kanalen gebruik en biedt een beperkt aantal samenwerkingsactiviteiten aan in het MDWP (multilateraal) in aanvulling van haar meer selectieve bilaterale programma’s.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14307
2. Une concertation avec les partenaires méditerranéens de l’OTAN est régulièrement organisée et le DM occupe une place de premier plan dans l’agenda de l’OTAN.
2. Er wordt geregeld overleg gepleegd met de Mediterrane partners van de NAVO en de MD neemt een prominente plaats in op de NAVO-agenda.
Pour ce qui est de la dimension politique ou de la consultation du DM, le « Mediterranean Cooperation Group » (MCG) joue un roˆle particulier. Ce MCG est le comité politique d’où s’effectuent, depuis 1997, la conduite et le suivi du DM pour le compte du Conseil de l’Atlantique Nord. Le mandat du MCG comprend notamment l’évaluation de la situation sécuritaire de la région, la conduite d’un dialogue politique avec les partenaires de la Méditerranée, le suivi des activités de coopération, et la recherche d’une synergie entre l’UE et les initiatives de l’OSCE. Le département de la Défense se sert des structures de réflexion existantes au sein de l’OTAN pour informer tous les E´tats membres et les pays partenaires de l’OTAN, de ses programmes de coopération avec les pays partenaires de la Méditerranée.
Wat de politieke of consultatieve dimensie van de MD betreft, vertolkt de « Mediterraneen Cooperation Group » (MCG) een bijzondere rol. Die MCG is het politiek comité van waaruit sinds 1997 de sturing en opvolging van de MD gebeurt, in opdracht van de Noord-Atlantische Raad. Het mandaat van de MCG behelst onder meer de evaluatie van de veiligheidssituatie in de regio, het voeren van een politieke dialoog met de Mediterrane partners, de opvolging van de samenwerkingsactiviteiten, en het streven naar een synergie met EU en OVSE-initiatieven. Het departement Defensie maakt van dergelijke bestaande overlegstructuren in de NAVO gebruik om haar bilaterale samenwerkingsprogramma’s met Mediterrane partnerlanden mee te delen aan alle NAVO-lidstaten en -partnerlanden.
3. Il existe déjà depuis plusieurs années une tradition de coopération entre notre pays et le Maroc, et peu à peu des activités analogues sont organisées avec l’Algérie. La coopération comprend l’échange de délégations d’E´tat-Major, l’ouverture de places dans nos instituts de formation et d’entraıˆnement, l’organisation de stages pratiques, et la réalisation d’entraıˆnement conjoint soit dans le pays concerné, soit en Belgique.
3. Er bestaat reeds een jarenlange traditie van samenwerking tussen ons land en Marokko, en geleidelijk aan worden gelijkaardige activiteiten met Algerije georganiseerd. De samenwerking behelst uitwisseling van stafdelegaties, het openstellen van plaatsen in onze vormings- en trainingsinstellingen, het organiseren van praktische stages, en het uitvoeren van gezamenlijke training hetzij in het betrokken land, hetzij in Belgie¨.
4. Il n’y a aucune implication budgétaire particulière, étant donné que chaque pays participant supporte lui-même les coûts qui découlent de leur participation aux activités dans le pays hoˆte. Les coûts aux participations des activités organisées à l’étranger pour les unités belges sont à charge du budget annuel normal pour l’entraıˆnement et les exercices. Il s’agit en effet d’activités d’entraıˆnement qui, dans tous les cas, doivent avoir lieu mais qui, si elles sont organisées dans le contexte du DM, sont utiles à la bonne entente avec les pays Nord-africains.
4. Er zijn geen bijzondere budgettaire implicaties, aangezien alle deelnemende landen zelf de kosten dragen voor hun deelname aan activiteiten in het gastland. De kosten voor de deelname aan buitenlandse activiteiten door Belgische eenheden vallen ten laste van het normale jaarlijkse budget voor training en oefeningen. Het betreft immers trainingsactiviteiten die in elk geval plaats moeten vinden, maar die de verstandhouding met de Noord-Afrikaanse landen ten goede komen indien georganiseerd in de context van de MD.
DO 2004200504338
DO 2004200504338
Question no 232 de M. Francis Van den Eynde du 25 mai 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 232 van de heer Francis Van den Eynde van 25 mei 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
E´lèves de l’E´cole Royale Militaire. — Armes personnelles.
Leerlingen van de Militaire School. — Persoonlijke wapens.
Jusqu’il y a peu, les armes personnelles des élèves de l’E´cole Royale Militaire étaient entreposées dans les baˆtiments de l’institution. Or, il semblerait que ceci ne soit plus le cas pour des raisons de sécurité. Lors de
Tot voor kort bevonden de persoonlijke wapens van de leerlingen van de Militaire School zich in de gebouwen van deze instelling. Dit zou, naar verluidt om veiligheidsredenen, niet langer het geval zijn, zodat deze
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14308
défilés, les élèves doivent se contenter de porter de fausses armes (aussi connues sous le nom de « blue guns »). 1. Pouvez-vous confirmer ces informations ?
leerlingen zich voortaan bij parades moeten behelpen met nepwapens (zogenaamde « blue guns »).
1. Kan u dit bevestigen ?
2. Dans l’affirmative, est-il bien normal que l’armée ne soit même plus en mesure de garantir la sécurité dans les baˆtiments de sa propre E´cole militaire ?
2. Zo ja, bent u dan niet van mening dat het toch wat kras is dat het leger zelfs niet meer in staat is de gebouwen van de eigen Militaire School te beveiligen ?
3. Des mesures ont-elles été prises afin de remédier à cette situation ?
3. Werden er maatregelen genomen om dit alles te verhelpen ?
Réponse du ministre de la Défense du 14 juin 2005, à la question no 232 de M. Francis Van den Eynde du 25 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 14 juni 2005, op de vraag nr. 232 van de heer Francis Van den Eynde van 25 mei 2005 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. L’armurerie de l’E´cole Royale Militaire ne satisfait plus aux exigences techniques actuelles en matière de sécurité des armureries. Par conséquent, une nouvelle armurerie doit être aménagée dans un baˆtiment de l’école qui sera rénové pour mi 2007. En attendant, les armes ont, conformément aux directives de sécurité, été transférées vers une armurerie dans un autre quartier militaire, où elles restent disponibles pour la formation des élèves. En plus, des armes démilitarisées du même type ont été mises à disposition de l’école, pour que, l’instruction et l’entraıˆnement en drill militaire avec arme puissent être assurés à l’école de façon souple et efficiente et avec un minimum d’exigences de sécurité.
1. Het wapenmagazijn in de Koninklijke Militaire School voldoet niet meer aan de actuele technische eisen inzake beveiliging van wapenmagazijnen. Bijgevolg moet een nieuw wapenmagazijn ingericht worden in een gebouw van de school dat tegen medio 2007 gerenoveerd wordt. In afwachting hiervan werden de wapens, conform de veiligheidsrichtlijnen, overgebracht naar een wapenmagazijn in een ander militair kwartier, waar ze beschikbaar blijven voor de vorming van de leerlingen. Daarnaast werden gedemilitariseerde wapens van hetzelfde type ter beschikking van de school gesteld zodat het onderricht en de training in militaire drill met wapen in de school op soepele en efficie¨nte wijze en met een minimum aan veiligheidseisen kunnen verzekerd worden.
Il ne s’agit donc pas d’armes factices, mais bien d’armes militaires normales, qui ont été rendues impropres au tir de munitions par une intervention technique.
Het betreft dus geen nepwapens, maar wel normale militaire wapens die door een technische ingreep ongeschikt werden gemaakt voor het afvuren van munitie.
Cette solution permet à tout moment de choisir entre des armes démilitarisées et des armes opérationnelles en fonction des exigences spécifiques de chaque activité.
Deze oplossing laat toe ten allen tijde te kiezen tussen gedemilitariseerde of operationele wapens in functie van de specifieke vereisten van elke activiteit.
2. La décision quant aux armes des élèves découle uniquement du fait que l’école ne dispose temporairement pas d’une armurerie. La sécurité des baˆtiments reste assurée.
2. De beslissing met betrekking tot de wapens van de leerlingen vloeit enkel voort uit het feit dat de school tijdelijk niet over een wapenmagazijn beschikt. De veiligheid van de gebouwen blijft verzekerd.
3. L’honorable membre est renvoyé à la réponse à la question no 1.
3. Het geachte lid wordt verwezen naar het antwoord op vraag nr. 1.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14309
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie
Economie
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 281 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 281 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ? Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 15 juin 2005, à la question no 281 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op haar vraag heb ik de eer het geachte lid de volgende informatie mee te delen.
1. Trois directions générales du service public fédéral E´conomie, PME, Classes moyennes et E´nergie ont des services décentralisés, notamment en Flandre orientale et plus particulièrement à Gand. Il s’agit de la Direction générale de la Qualité et de la Sécurité, de la Direction générale du Controˆle et de la Médiation et de la Direction générale de la Statistique et de l’Information économique.
1. Drie algemene directies van de federale overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie tellen gedecentraliseerde diensten, inzonderheid in Oost-Vlaanderen en meer in het bijzonder in Gent. Het betreft de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid, de Algemene Directie Controle en Bemiddeling en de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 15 juni 2005, op de vraag nr. 281 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14310
2. Pour le moment, 89 fonctionnaires des services décentralisés de ces directions générales ont leur résidence administrative en Flandre orientale; parmi eux, 81 personnes sont affectées aux services situés à Gand.
2. Momenteel hebben 89 ambtenaren van de gedecentraliseerde diensten van die algemene directies hun administratieve standplaats in Oost-Vlaanderen; 81 ervan zijn tewerkgesteld bij de diensten in Gent.
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 282 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 282 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14311
Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 15 juin 2003, à la question no 282 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 15 juni 2003, op de vraag nr. 282 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que le SPF E´conomie, PME, Classes moyennes et E´nergie n’occupe que 2 baˆtiments en Flandre orientale, à Gand. Ces baˆtiments sont loués par la Régie des Baˆtiments.
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie slechts 2 gebouwen bezet in Oost-Vlaanderen, te Gent. Deze gebouwen worden ingehuurd door de Regie der Gebouwen.
Cette question parlementaire relève donc de la compétence de M. Reynders, ministre des Finances. (Question no 788 du 10 mai 2005.)
Deze parlementaire vraag valt dan ook onder de bevoegdheid van de heer Reynders, minister van Financie¨n. (Vraag nr. 788 van 10 mei 2005.)
E´nergie
Energie
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 128 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 128 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ? Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 15 juin 2005, à la question no 128 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op haar vraag heb ik de eer het geachte lid de volgende informatie mee te delen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 15 juni 2005, op de vraag nr. 128 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14312
1. Trois directions générales du Service public fédéral E´conomie, PME, Classes moyennes et E´nergie ont des services décentralisés, notamment en Flandre orientale et plus particulièrement à Gand. Il s’agit de la Direction générale de la Qualité et de la Sécurité, de la Direction générale du Controˆle et de la Médiation et de la Direction générale de la Statistique et de l’Information économique.
1. Drie algemene directies van de Federale Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie tellen gedecentraliseerde diensten, inzonderheid in Oost-Vlaanderen en meer in het bijzonder in Gent. Het betreft de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid, de Algemene Directie Controle en Bemiddeling en de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie.
2. Pour le moment, 89 fonctionnaires des services décentralisés de ces directions générales ont leur résidence administrative en Flandre orientale; parmi eux, 81 personnes sont affectées aux services situés à Gand.
2. Momenteel hebben 89 ambtenaren van de gedecentraliseerde diensten van die algemene directies hun administratieve standplaats in Oost-Vlaanderen; 81 ervan zijn tewerkgesteld bij de diensten in Gent.
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 129 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 129 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14313
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ? Réponse du ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 15 juin 2005, à la question no 129 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) : J’ai l’honneur de renvoyer l’honorable membre à ma réponse à la question no 282 du 10 mai 2005. (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 83, p. 1430.)
d) Welke gebouwen worden geleasd ? 3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ? Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 15 juni 2005, op de vraag nr. 129 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) : Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar mijn antwoord op de vraag nr. 282 van 10 mei 2005. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 83, blz. 14310.)
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2004200503578
DO 2004200503578
Question no 265 de Mme Yolande Avontroodt du 8 mars 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 265 van mevrouw Yolande Avontroodt van 8 maart 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Assurance complémentaire soins de santé. Il est de notoriété publique que les assurances complémentaires connaissent un succès croissant. Certains assurés optent pour la formule proposée par les mutualités, d’autres souscrivent une assurance privée. La fonction publique prévoit également des assurances complémentaires de soins de santé et/ou des assurances hospitalisation dans ses négociations avec son personnel. De plus, il existe aussi bon nombre d’assurances groupe collectives, des assurances frais d’hospitalisation, etc. 1. Combien de personnes ont souscrit une assurance complémentaire soins de santé ? 2. Combien de personnes ont souscrit une assurance complémentaire soins de santé dans le cadre de leur contrat de travail ou de leur statut ? 3. Quelle est la clé de répartition entre souscriptions auprès de mutualités et auprès de compagnies d’assurances privées ? Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 265 de Mme Yolande Avontroodt du 8 mars 2005 (N.) :
Aanvullende verzekering gezondheidszorgen. Het is algemeen geweten dat meer en meer mensen een aanvullende verzekering nemen. Dit kan door de aanvullende verzekering aangeboden door de mutualiteiten of aansluiting bij privé-verzekeringen. De overheid voorziet ook in aanvullende verzekeringen gezondheidszorgen en/of hospitalisatieverzekeringen in haar onderhandelingen met haar personeel. Daarnaast zijn er ook tal van collectieve groepsverzekeringen, hospitalisatiekosten, enzovoort.
Il existe différentes possibilités de s’assurer pour les soins de santé non couverts par l’assurance obligatoire
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1. Hoeveel mensen hebben een aanvullende verzekering gezondheidszorgen ? 2. Hoeveel mensen hebben een aanvullende verzekering gezondheidszorgen in het kader van hun arbeidsovereenkomst of hun statuut ? 3. Wat is de verdeling tussen de aangeslotenen bij mutualiteiten en private verzekeringsmaatschappijen ? Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 265 van mevrouw Yolande Avontroodt van 8 maart 2005 (N.) : Er bestaan verschillende mogelijkheden om zich te verzekeren voor gezondheidszorgen die niet onder de 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14314
soins de santé. Tant les entreprises d’assurances que les mutualités proposent des assurances complémentaires soins de santé.
toepassing van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging vallen. Zowel privé-verzekeringsondernemingen als de ziekenfondsen bieden aanvullende verzekeringen gezondheidszorgen aan.
Les entreprises d’assurances proposent des assurances soins de santé. Les données fournies par Assuralia, l’Union professionnelle des entreprises d’assurances, montrent qu’en 2003, 4,3 millions de personnes étaient assurées en matière de soins de santé auprès d’entreprises d’assurances membres d’Assuralia. On observe une nette augmentation du nombre de personnes assurées.
Privé-verzekeringsondernemingen bieden verzekeringen voor gezondheidszorgen aan. De gegevens, verstrekt door Assuralia, de Beroepsvereniging der verzekeringsondernemingen, tonen aan dat in 2003 4,3 miljoen mensen verzekerd waren voor gezondheidszorgen bij privé-verzekeringsondernemingen die lid zijn van Assuralia. Er is een duidelijke stijging van het aantal verzekerde personen.
Données Assuralia — Gegevens Assuralia Assurance soins de santé. — Gezondheidszorgverzekering ..... Contrats individuels. — Individuele contracten ....................... Contrats collectifs. — Collectieve contracten .................................
1998
1999
2000
2001
2002
2003
3 431
3 727
3 808
3 899
4 207
4 300
779
865
959
915
1 036
1 050
2 652
2 862
2 849
2 984
3 171
3 250
En milliers de personnes.
In duizendtallen personen.
On distingue les personnes assurées par contrat individuel et par contrat collectif.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen het aantal verzekerde personen in individuele contracten en in collectieve contracten.
Une personne, et le cas échéant sa famille, peut se faire assurer à titre complémentaire au moyen d’un contrat individuel. En 2003, 1,05 million de personnes étaient assurées par contrat individuel.
Een persoon kan zich, en desgevallend zijn gezin, aanvullend verzekeren via een individueel contract. In 2003 waren 1,05 miljoen personen verzekerd door een individueel contract.
Les travailleurs salariés, et le cas échéant les membres de leur famille, peuvent se faire assurer à titre complémentaire par l’intermédiaire de leur employeur, au moyen de contrats collectifs. En 2003, 3,25 millions de personnes étaient assurées par contrats collectifs.
Werknemers, en desgevallend hun gezinsleden, kunnen zich via hun werkgever aanvullend verzekeren door middel van collectieve contracten. In 2003 waren 3,25 miljoen personen verzekerd door collectieve contracten.
La possibilité existe que certaines personnes soient assurées aussi bien au moyen d’un contrat individuel qu’au moyen d’un contrat collectif. Cette possibilité de double assurance est toutefois limitée. Les contrats individuels et collectifs couvrent plus ou moins les mêmes risques, c’est pourquoi le cumul est rare.
Er bestaat een mogelijkheid dat bepaalde personen verzekerd zijn zowel via een individueel contract als via een collectief contract. De kans op een dubbele verzekering is evenwel gering. De individuele contracten en collectieve contracten verzekeren ongeveer dezelfde risico’s, waardoor cumulatie weinig voorkomt.
L’assurance hospitalisation est l’assurance la plus importante proposée par les entreprises d’assurances. La plupart des assurances hospitalisation interviennent en outre dans les frais médicaux ambulatoires liés à l’hospitalisation pendant la période précédant et suivant l’hospitalisation.
De hospitalisatieverzekering is de belangrijkste verzekering die aangeboden wordt door de privéverzekeringsondernemingen. De meeste hospitalisatieverzekeringen komen daarenboven tussen in de ambulante medische kosten die verband houden met de hospitalisatie gedurende de periode vo´o´r en na de ziekenhuisopname.
Les entreprises d’assurances proposent parfois des polices pour les frais de soins ambulatoires. Cette
Privé-verzekeringsondernemingen bieden soms polissen aan voor ambulante ziektekosten. Deze aan-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14315
assurance complémentaire a cependant peu de succès. Moins de 5 % des personnes assurées sont assurées pour les soins ambulatoires.
vullende verzekering kent evenwel weinig succes. Minder dan 5 % van de verzekerde personen zijn verzekerd voor ambulante ziektekosten.
Les mutualités proposent également des services complémentaires (par exemple transport de malades et frais de déplacement, soins à l’étranger, hospitalisation, assurance « petits risques » pour les indépendants, ...). L’affiliation des membres à un service complémentaire peut être obligatoire ou facultative.
De ziekenfondsen bieden ook aanvullende diensten aan (bijvoorbeeld ziekenvervoer en verplaatsingskosten, verzorging in het buitenland, hospitalisatie, geneeskundige verzorging kleine risico’s voor zelfstandigen, ...). De aansluiting van de ziekenfondsleden bij een aanvullende dienst kan verplicht of facultatief zijn.
Lorsque les statuts de la mutualité prévoient que l’affiliation comporte automatiquement l’affiliation à une série de services de l’assurance complémentaire, cette affiliation a un caractère obligatoire.
Wanneer in het statuut van het ziekenfonds bepaald wordt dat de aansluiting bij het ziekenfonds automatisch de aansluiting inhoudt bij een aantal diensten van de aanvullende verzekering, heeft de aansluiting een verplicht karakter.
La mutualité peut aussi proposer des services auxquels l’affiliation se fait sur la base de volontaire.
Daarnaast kan het ziekenfonds diensten aanbieden waarvan de toetreding op vrijwillige basis gebeurt.
Pour pouvoir faire une comparaison avec les chiffres susmentionnés relatifs aux entreprises d’assurances, qui proposent surtout une assurance hospitalisation, vous trouverez ci-après le nombre de bénéficiaires des services « hospitalisation » proposés par les mutualités.
Om een vergelijking mogelijk te maken met de bovenvermelde cijfergegevens van de privé-verzekeringsondernemingen die vooral hospitalisatieverzekering aanbieden, volgt hierna het aantal rechthebbenden in het kader van de diensten « Hospitalisatie » aangeboden door de ziekenfondsen.
Données des mutualités — Gegevens van de ziekenfondsen
2003
Service hospitalisation — affiliation obligatoire. — Dienst hospitalisatie — verplichte aansluiting Bénéficiaires d’une allocation forfaitaire journalière. — .............................................................. Bénéficiaires d’une allocation variable. — Rechthebbende op een forfaitaire uitkering per dag Rechthebbenden op een variabele uitkering ................................................................................ Service hospitalisation — affiliation facultative. — Dienst hospitalisatie — facultatieve aansluiting Bénéficiaires d’une allocation forfaitaire journalière. — Rechthebbende op een forfaitaire uitkering per dag ....................................................................................................................................... Bénéficiaires d’une allocation variable. — Rechthebbenden op een variabele uitkering ..............
931 2 404
Total. — Totaal ..........................................................................................................................
8 712
En milliers de personnes.
6 308 5 377
1 209 1 195
In duizendtallen personen.
En 2003, on comptait 6,308 millions de bénéficiaires des services « hospitalisation — affiliation obligatoire » et 2,404 millions de bénéficiaires des services « Hospitalisation — affiliation facultative » proposés par les mutualités.
In 2003 waren er 6,308 miljoen rechthebbenden met betrekking tot de diensten « Hospitalisatie-verplichte aansluiting » en 2,404 miljoen rechthebbenden met betrekking tot de diensten « Hospitalisatie — facultatieve aansluiting » ingericht door de ziekenfondsen.
Dans les deux types de services, on distingue les services qui offrent une allocation forfaitaire journalière pour les frais d’hospitalisation et les services qui offrent une allocation variable, c’est-à-dire une allocation en fonction des frais d’hospitalisation réels.
Er wordt in beide diensten een onderscheid gemaakt tussen de diensten die een forfaitaire uitkering per dag verlenen voor hospitalisatiekosten en de diensten die een variabele uitkering verlenen, dit wil zeggen een uitkering in functie van de werkelijke kosten voor hospitalisatie verlenen.
Dans le cadre des services « Hospitalisation — affiliation obligatoire », on comptait en 2003
In het kader van de diensten « Hospitalisatie — verplichte aansluiting » waren er in 2003 5 377 743 rech-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14316
5 377 743 bénéficiaires d’une allocation forfaitaire journalière et 930 750 bénéficiaires d’une allocation variable. Dans le cadre des services « Hospitalisation — affiliation facultative », on comptait 1 208 935 bénéficiaires d’une allocation forfaitaire journalière et 1 195 358 bénéficiaires d’une allocation variable.
thebbenden op een forfaitaire uitkering per dag en 930 750 rechthebbenden op een variabele uitkering. Met betrekking tot de diensten « Hospitalisatie — facultatieve aansluiting » zijn er 1 208 935 rechthebbenden op een forfaitaire uitkering en 1 195 358 op een variabele uitkering.
Il est donc possible que des personnes affiliées obligatoirement au moyen d’une allocation forfaitaire journalière prennent par ailleurs une assurance facultative auprès de leur mutualité pour les frais d’hospitalisation réels.
Er is dus een mogelijkheid dat personen die verplicht verzekerd zijn door middel van een forfaitaire uitkering per dag, zich daarnaast facultatief laten verzekeren voor de werkelijke kosten van de hospitalisatie bij hun ziekenfonds.
Lorsque l’on compare les chiffres de l’assurance privée et de l’assurance par les mutualités, il ressort qu’un certain nombre de personnes sont assurées aussi bien au moyen de contrats particuliers que par l’intermédiaire des mutualités. En 2003, la population belge s’élevait à environ 10,355 millions de personnes (http://ecodata. mineco.fgov.be). La somme des assurés pour les frais d’hospitalisation par l’intermédiaire d’entreprises d’assurances et des assurés par l’intermédiaire des mutualités dépasse le total de la population. La somme des assurés pour les frais d’hospitalisation reste encore supérieure au total de la population lorsque l’on ne tient pas compte des affiliations facultatives auprès des mutualités.
Wanneer de cijfergegevens van de particuliere verzekering en de verzekering door de ziekenfondsen naast elkaar geplaatst worden, blijkt dat een aantal personen verzekerd zijn zowel door particuliere contracten als via de ziekenfondsen. De bevolking in Belgie¨ bestond in 2003 uit ongeveer 10,355 miljoen personen (http:// ecodata.mineco.fgov.be). De som van het aantal verzekerden voor hospitalisatiekosten via privéverzekeringsondernemingen en het aantal verzekerden via de ziekenfondsen is hoger dan het bevolkingsaantal. De som van het aantal verzekerden voor hospitalisatie blijft tevens hoger dan het bevolkingsaantal wanneer geen rekening gehouden wordt met de facultatieve aansluitingen bij de ziekenfondsen.
Une explication possible à cette double assurance est le caractère obligatoire de l’assurance hospitalisation dans certaines mutualités. Il est possible que des personnes assurées obligatoirement au moyen d’une allocation forfaitaire journalière auprès de leur mutualité se fassent par ailleurs assurer de manière facultative auprès d’une entreprise d’assurance pour les frais d’hospitalisation réels.
Een mogelijke verklaring voor deze dubbele verzekering is het verplicht karakter van de hospitalisatieverzekering bij sommige ziekenfondsen. Er is een mogelijkheid dat personen die verplicht verzekerd zijn bij hun ziekenfonds door middel van een forfaitaire uitkering per opnamedag, zich daarnaast facultatief laten verzekeren voor de werkelijke kosten van de hospitalisatie bij een privé-verzekeringsonderneming.
DO 2004200503821
DO 2004200503821
Question no 283 de Mme Yolande Avontroodt du 31 mars 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 283 van mevrouw Yolande Avontroodt van 31 maart 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Modalités de remboursement des inhibiteurs de l’acétylcholinestérase.
Vergoedingsmodaliteiten van de acetylcholinesteraseinhibitoren.
La problématique du vieillissement est un des grands défis de la société d’aujourd’hui et de demain. Les soins aux personnes aˆgées démentes, de plus en plus nombreuses, occupent une place importante dans cette problématique.
De vergrijzingsproblematiek is één van de belangrijke uitdagingen waarvoor onze maatschappij vandaag en de komende jaren staat. Een belangrijk aspect hiervan betreft de zorg voor onze dementerende ouderen. Hun aantal zal in de toekomst sterk toenemen. E´én van de mogelijke instrumenten bij de behandeling en opvang van dementerenden betreft de acetylcholinesterase-inhibitoren, met name bij een milde en matige graad van de ziekte van Alzheimer. Deze brengen een aantal belangrijke en fundamentele wijzigingen met zich mee voor de patie¨nt en voor diens familie,
Parmi les moyens susceptibles d’être utilisés dans le traitement et l’accueil des personnes démentes, et plus particulièrement dans le traitement d’une forme légère ou moyenne de la maladie d’Alzheimer, figurent les inhibiteurs de l’acétylcholinestérase. Le traitement induit une série de changements importants et fonda-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14317
mentaux pour le patient et sa famille permettant de retarder significativement l’admission dans une MRS (maison de repos et de soins).
waardoor een opname in een RVT (rust- en verzorgingstehuis) significant kan worden uitgesteld.
La Commission de remboursement des médicaments (CRM) s’est récemment prononcée en faveur d’un assouplissement des conditions de remboursement de ce type de médicaments. Cette simplification n’aurait pas d’incidence budgétaire. Le ministre du Budget a néanmoins décidé, pour des raisons budgétaires, de ne pas donner son accord.
De Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen (CTG) heeft zich in het recente verleden reeds positief uitgesproken over een versoepeling van de vergoedingsmodaliteiten voor deze medicatie. Deze vereenvoudiging zou geen budgettaire impact hebben. Nochtans besliste de minister van Begroting zijn akkoord terzake niet te geven en dit omwille van budgettaire redenen.
1. Pouvez-vous nous fournir des précisions quant aux raisons budgétaires justifiant le refus d’un assouplissement des conditions de remboursement des inhibiteurs de l’acétylcholinestérase ?
1. Kan u meer toelichting geven bij de budgettaire redenen op basis waarvan een versoepeling van de acetylcholinesterase-inhibitoren werd geweigerd ?
2. Envisagez-vous de prendre une initiative pour permettre malgré tout cet assouplissement ?
2. Overweegt u een initiatief te nemen om vooralsnog deze vereenvoudiging mogelijk te maken ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 283 de Mme Yolande Avontroodt du 31 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 283 van mevrouw Yolande Avontroodt van 31 maart 2005 (N.) :
Trois firmes pharmaceutiques commercialisant un inhibiteur de l’acétylcholinestérase ont introduit presque simultanément une demande de modification des modalités de remboursement auprès de la Commission de remboursement des médicaments (CRM).
Drie farmaceutische bedrijven die een acetylcholinesteraseremmer op de markt brengen hebben quasi gelijktijdig een aanvraag tot wijziging van de vergoedingsmodaliteiten ingediend bij de Commissie tegemoetkoming geneesmiddelen (CTG).
Le 23 juin 2004, Janssen-Cilag a déposé une demande pour la spécialité pharmaceutique Reminyl :
Op 23 juni 2004 heeft Janssen-Cilag een aanvraag ingediend voor de farmaceutische specialiteit Reminyl :
— Reminyl, comprimés enrobés 56 × 4 mg;
— Reminyl, omhulde tabletten 56 × 4 mg;
— Reminyl, comprimés enrobés 56 × 8 mg;
— Reminyl, omhulde tabletten 56 × 8 mg;
— Reminyl, comprimés enrobés 112 × 8 mg;
— Reminyl, omhulde tabletten 112 × 8 mg;
— Reminyl, comprimés enrobés 56 × 12 mg;
— Reminyl, omhulde tabletten 56 × 12 mg;
— Reminyl, comprimés enrobés 112 × 12 mg;
— Reminyl, omhulde tabletten 112 × 12 mg;
— Reminyl, suspension à usage oral 4 mg/ml × 100 ml.
— Reminyl, oplossing oraal gebruik 4 mg/ml × 100 ml.
Le 24 juin 2004, Pfizer a déposé une demande pour la spécialité pharmaceutique Aricept :
Op 24 juni 2004 heeft Pfizer een aanvraag ingediend voor de farmaceutische specialiteit Aricept :
— Aricept, comprimés enrobés 28 × 5 mg;
— Aricept, omhulde tabletten 28 × 5 mg;
— Aricept, comprimés enrobés 28 × 10 mg.
— Aricept, omhulde tabletten 28 × 10 mg.
Le 25 juin 2004, Novartis Pharma a déposé une demande pour la spécialité pharmaceutique Exelon :
Op 25 juni 2004 heeft Novartis Pharma een aanvraag ingediend voor de farmaceutische specialiteit Exelon :
— Exelon, capsules dures 56 × 1,5 mg;
— Exelon, harde capsules 56 × 1,5 mg;
— Exelon, capsules dures 56 × 3 mg;
— Exelon, harde capsules 56 × 3 mg;
— Exelon, capsules dures 56 × 4,5 mg;
— Exelon, harde capsules 56 × 4,5 mg;
— Exelon, capsules dures 56 × 6 mg.
— Exelon, harde capsules 56 × 6 mg.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14318
La demande de modification des conditions de remboursement pour Reminyl, Aricept et Exelon concerne un allégement des conditions de remboursement décrites au § 223 du chapitre IV de la liste des spécialités pharmaceutiques remboursables.
De aanvraag tot wijziging van de vergoedingsvoorwaarden voor Reminyl, Aricept en Exelon betreft een verlichting van de terugbetalingsvoorwaarden beschreven in § 223 van hoofdstuk IV van de lijst van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten.
La valeur thérapeutique de ces spécialités — dans les limites de l’indication enregistrée — n’est pas modifiée par la proposition de modification des modalités de remboursement.
De therapeutische waarde van deze specialiteiten — in het kader van de geregistreerde indicatie — wordt niet veranderd door het voorstel tot wijziging van de vergoedingsmodaliteiten.
Les modifications proposées portent sur les règles relatives à la pose du diagnostic, à l’établissement d’un bilan fonctionnel et au suivi du patient. Les modalités proposées ont été rédigées par un groupe de travail composé d’experts en démence et de membres de la CRM. En outre, décision a été prise de faire, dans une deuxième étape, une réévaluation approfondie de la place des inhibiteurs des cholinestérases dans l’approche globale des patients atteints de la maladie d’Alzheimer.
De voorgestelde wijzigingen hebben betrekking op de regels betreffende diagnosestelling, het opstellen van een functioneel bilan en de opvolging van de patie¨nt. De voorgestelde modaliteiten werden opgesteld door een werkgroep bestaande uit experten in het domein van de dementie en leden van de CTG. Er werd bovendien besloten, in een tweede stap, een grondige ree¨valuatie te doen van de plaats van cholinesteraseinhibitoren in het kader van de globale aanpak van patie¨nten met de ziekte van Alzheimer.
Les nouvelles estimations du demandeur correspondent à environ 1 100 nouveaux patients par an qui obtiendront un remboursement. Compte tenu d’une compliance thérapeutique de 80 %, le supplément de coût pour l’INAMI se montera, la première année, à 1 056 000 euros et, à partir de la quatrième année, à environ 4 000 000 euros par an (en situation dite « steady state », compte tenu d’une durée de traitement de 3,774 ans).
De nieuwe schattingen van de aanvrager komen overeen met ongeveer 1 100 nieuwe patie¨nten per jaar die een vergoeding zullen krijgen. Rekening houdend met een therapietrouw van 80 %, zal de bijkomende kost voor het RIZIV in het eerste jaar 1 056 000 euros bedragen, en ongeveer 4 000 000 euros per jaar vanaf het 4e jaar (in een « steady state » situatie, rekening houdend met een behandelingsduur van 3,774 jaar).
D’après le demandeur, la majoration du coût pour le budget des médicaments sera compensée en grande partie par des économies liées au sursis de « full time care », notamment le report de l’admission en institution.
Volgens de aanvrager zal de verhoogde kost voor het geneesmiddelenbudget grotendeels gecompenseerd worden door besparingen door het uitstellen van « full time care », met name uitstel van opname in een instelling.
La Commission est, il est vrai, d’avis que d’importantes incertitudes pèsent sur les économies proposées.
De Commissie is weliswaar van mening dat er belangrijke onzekerheden zijn wat betreft de voorgestelde besparingen.
La CRM a, le 9 novembre 2004, émis une proposition définitive motivée pour ces trois spécialités pharmaceutiques.
De CTG heeft op 9 november 2004 een gemotiveerd definitief voorstel uitgebracht voor deze drie farmaceutische specialiteiten.
J’ai pris une décision négative parce que le ministre du Budget ne pouvait, « pour des motifs budgétaires », approuver ces propositions concernant Reminyl, Aricept et Exelon.
Ik heb een negatieve beslissing genomen omdat de minister van Begroting deze voorstellen — betreffende Reminyl, Aricept en Exelon — niet kon goedkeuren « omwille van budgettaire redenen ».
En conséquence de la décision du Conseil des ministres du 26 novembre 2004, la nouvelle admission au remboursement de molécules ou d’indications vraiment innovantes dans leur apport thérapeutique fait l’objet d’une limitation stricte.
Als gevolg van de beslissing van de Ministerraad van 26 november 2004 is er een strikte beperking van de nieuwe toelating tot terugbetaling van moleculen of indicaties die echt innoverend zijn in hun therapeutische bijdrage.
La CRM a été chargée de renforcer l’analyse coûtprofit pour l’assurance maladie et de refuser tous frais supplémentaires non indispensables à la santé publique.
De CTG werd belast met een versterking van de kosten-baten analyse voor de ziekteverzekering en met het weigeren van elke bijkomende kost als ze niet onontbeerlijk is voor de volksgezondheid.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14319
La CRM a créé un groupe de travail qui se prononcera prochainement sur le fonctionnement du Collège des médecins, prévu par l’arrêté ministériel du 5 juin 2002.
Er werd door de CTG een werkgroep opgericht die zich binnenkort zal uitspreken over het functioneren van het College van geneesheren, voorzien door het ministerieel besluit van 5 juni 2002.
Le § 223, point i), du chapitre IV de la liste des spécialités remboursables s’énonce comme suit : i) E´valuation en fonction des besoins thérapeutiques et sociaux :
§ 223, punt i), van hoofdstuk IV van de lijst van vergoedbare specialiteiten luidt als volgt :
Afin de permettre à la Commission de remboursement des médicaments, d’exécuter les missions définies à l’article 29bis et 35bis de la Loi, notamment en ce qui concerne une modification ultérieure de l’inscription des spécialités pharmaceutiques, le remboursement des spécialités mentionnées au point k) n’est accordé que pour autant que des données codées, relatives à révolution et au devenir des bénéficiaires recevant ce remboursement, puissent être enregistrées et puissent faire l’objet d’une évaluation. Les modalités relatives à la nature des données, à l’enregistrement, à la collecte et à l’évaluation sont fixées par le ministre sur la proposition de la Commission de remboursement des médicaments après avis de la Commission de la protection de la vie privée.
Om de Commissie tegemoetkoming geneesmiddelen, in staat te stellen de opdrachten bepaald in artikel 29bis en 35bis van de Wet uit te voeren, met name wat betreft een latere wijziging van de inschrijving van de farmaceutische specialiteiten, wordt de terugbetaling van de specialiteiten vermeld in k) slechts toegekend voor zover gecodeerde gegevens betreffende de evolutie en de toestand van de rechthebbenden die deze terugbetaling krijgen, kunnen worden geregistreerd en gee¨valueerd. De modaliteiten met betrekking tot de aard van de gegevens, de registratie, het verzamelen en de evaluatie ervan worden door de minister vastgelegd op voorstel van de Commissie tegemoetkoming geneesmiddelen na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
` cet effet, le médecin responsable du traitement A visé ci-dessus aux points d), f), g), ou h), s’engage, pour ses patients qui auront reçu le remboursement, à fournir au Collège de médecins, désigné par la Commission de remboursement des médicaments, les données codées relatives à l’évolution et au devenir des patients concernés, suivant les modalités fixées par le ministre.
Hiervoor moet de geneesheer die verantwoordelijk is voor de behandeling zoals hierboven vermeld in de punten d), f), g), of h), zich ertoe verbinden voor zijn patie¨nten die de terugbetaling hebben gekregen, aan het College van geneesheren, aangeduid door de Commissie tegemoetkoming geneesmiddelen, de gecodeerde gegevens betreffende de evolutie en de toestand van de betrokken patie¨nten mee te delen, volgens de modaliteiten die zijn vastgelegd door de minister.
DO 2004200503831
DO 2004200503831
Question no 284 de M. Bart Laeremans du 31 mars 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 284 van de heer Bart Laeremans van 31 maart 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
ONAFTS. — Appartenance linguistique.
RKW. — Taalaanhorigheid.
Les données communiquées par le ministre à propos de l’Office national des allocations familiales pour travailleurs salariés (ONAFTS) révèlent une nette prédominance du personnel francophone. On compte ainsi parmi le personnel statutaire nommé 503 francophones pour seulement 374 néerlandophones. Ce rapport ne correspond pas au poids démographique de chaque communauté et encore moins à la proportion de travailleurs par région linguistique et au nombre d’enfants qu’ils ont à charge.
Uit de gegevens die de minister over de Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers (RKW) meedeelde, blijkt dat er een groot overwicht is van Franstalig personeel. Zo zijn er 503 statutair benoemde Franstaligen tegenover slechts 374 Nederlandstaligen. Deze verhouding strookt niet met de bevolkingsverhoudingen, en zeker ook niet met de verhouding werknemers per taalgebied, en met hun aantal kinderen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
i) Evaluatie volgens de therapeutische en sociale behoeften :
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14320
1. Quels critères peuvent justifier cette prédominance francophone ?
1. Op grond van welke criteria wordt dit Franstalig overwicht verantwoord ?
2. a) Quel est le nombre de travailleurs par région linguistique et par groupe linguistique au sein de la région bilingue de Bruxelles-Capitale ? ` combien d’enfants ces chiffres correspondentb) A ils ?
2. a) Hoeveel werknemers zijn er per taalgebied, en hoeveel per taalgroep in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad ?
3. a) Dans quelle langue sont établies les déclarations faites par les employeurs pour les travailleurs domiciliés en région flamande et les travailleurs domiciliés dans la région de Bruxelles-Capitale ?
3. a) In welke taal wordt de aangifte door de werkgevers gedaan van de werknemers wonend in het Nederlandse taalgebied en van hen die in BrusselHoofdstad wonen ?
b) Dispose-t-on de données chiffrées à ce sujet ?
b) Bestaan er daar cijfergegevens over ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 284 de M. Bart Laeremans du 31 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 284 van de heer Bart Laeremans van 31 maart 2005 (N.) :
L’Office national d’allocations familiales pour travailleurs salariés compte, au 1er avril 2005, 413 agents statutaires du roˆle linguistique français, 383 agents statutaires du roˆle linguistique néerlandais et 4 agents statutaires du roˆle linguistique allemand.
De Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers telt per 1 april 2004 413 vaste personeelsleden van de Franse taalrol, 383 vaste personeelsleden van de Nederlandse taalrol en 4 vaste personeelsleden van de Duitse taalrol.
Le cadre organique de l’ONAFTS du 31 août 1999 et les cadres linguistiques des services centraux du 18 février 2000, prévoient 440 agents du roˆle linguistique français, 392 agents du roˆle linguistique néerlandais et 4 agents du roˆle linguistique allemand.
De vaste personeelsformatie van de RKW van 31 augustus 1999 en de taalkaders van de centrale diensten van 18 februari 2000 voorzien in 440 ambtenaren van de Franse taalrol, 392 van de Nederlandse taalrol en 4 van de Duitse taalrol.
En réponse à votre première question, nous vous informons que le personnel administratif de l’Office occupé dans les services centraux (dont la compétence s’étend à tout le territoire national) est réparti entre les cadres linguistiques conformément à l’arrêté royal du 18 février 2000 fixant les cadres linguistiques des services centraux de l’Office national d’allocations familiales pour travailleurs salariés. Pour les agents des services régionaux (dont la compétence s’étend aux communes de Bruxelles-Capitale et aux communes de la région de langue néerlandaise ou française), la clé de répartition linguistique des emplois utilisée est identique à celle entérinée par l’arrêté royal du 18 février 2000 pour les services centraux, c’est-à-dire : la charge de travail réelle, qui a été mesurée de façon objective et légitime.
Als antwoord op uw eerste vraag delen wij u mee dat het administratief personeel van de centrale diensten van de Rijksdienst (die bevoegd zijn voor het hele land) verdeeld is over de taalkaders in overeenstemming met het koninklijk besluit van 18 februari 2000 tot vaststelling van de taalkaders van de centrale diensten van de Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers. Voor het personeel van de regionale diensten (die bevoegd zijn voor de gemeenten van BrusselHoofdstad en die van het Nederlandse of het Franse taalgebied), is inzake taalrol dezelfde verdeelsleutel gehanteerd als in het koninklijk besluit van 18 februari 2000 voor de centrale diensten, namelijk de ree¨le werklast, die op objectieve en legitieme wijze gemeten is.
Avant de répondre à votre deuxième question, nous vous signalons qu’en conformité avec les dispositions relatives à l’usage des langues en matière administrative, l’Office applique les règles suivantes.
Alvorens uw tweede vraag te beantwoorden, wijzen wij erop dat de Rijksdienst in overeenstemming met de bepalingen betreffende het gebruik der talen in bestuurszaken, de volgende regels toepast.
Pour les services centraux : — pour les régions de langue néerlandaise ou française, c’est le domicile de l’attributaire (la personne qui ouvre le droit, généralement le père) qui détermine la langue du service compétent;
Voor de centrale diensten : — voor het Nederlandse en het Franse taalgebied bepaalt de woonplaats van de rechthebbende (degene die het recht verkrijgt, meestal de vader) de taal van de bevoegde dienst.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
b) Hoeveel kinderen hebben zij ?
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14321
— pour la région bilingue de Bruxelles-Capitale, la langue du service compétent dépend de la langue dont l’attributaire choisit de faire usage dans ses rapports avec l’Office. Pour les services régionaux :
— voor het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad is de taal van de bevoegde dienst afhankelijk van de taal die de rechthebbende wenst te gebruiken bij zijn contacten met de Rijksdienst. Voor de regionale diensten :
Dans le cas où l’octroi des allocations familiales est lié à l’accomplissement de prestations de travail dont la preuve doit être fournie par l’employeur, c’est en principe la localité où l’employeur est établi qui est déterminante pour l’affiliation à un bureau provincial de l’Office
Als de kinderbijslag toegekend wordt op basis van arbeidsprestaties, waarvan het bewijs door de werkgever moet geleverd worden, is het in de regel de plaats waar die werkgever gevestigd is, die bepaalt bij welk provinciaal bureau van de Rijksdienst die werkgever aangesloten is.
Pour les régions de langue néerlandaise ou française, le dossier de l’attributaire concerné est en principe traité par le bureau régional compétent auquel l’employeur est affilié. Il est toutefois dérogé à cette règle si l’attributaire habite dans une autre région linguistique que celle où l’employeur est établi. Dans ce cas, le dossier est traité par le bureau de la province dans laquelle le domicile de l’attributaire est situé.
Voor het Nederlandse en het Franse taalgebied wordt het dossier van de rechthebbende in de regel beheerd door het regionaal bureau waarbij de werkgever aangesloten is. Van die regel wordt evenwel afgeweken als de rechthebbende in een ander taalgebied woont dan dat waarin de werkgever gevestigd is. Het dossier wordt dan beheerd door het provinciaal bureau dat bevoegd is voor de woonplaats van de rechthebbende.
Pour ce qui est de la région bilingue de BruxellesCapitale, la langue dans laquelle le dossier est traité est déterminée par la langue de l’attributaire.
Wat het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad betreft, daar wordt het dossier beheerd in de taal van de rechthebbende.
En réponse à la première partie de votre deuxième question, nous vous prions de noter que c’est la situation de l’attributaire qui, comme expliqué ci-dessus, détermine la langue de gestion du dossier. Il est cependant possible que les allocations familiales pour lesquelles un attributaire ouvre un droit soient versées à plusieurs allocataires (personnes qui perçoivent les allocations) habitant dans des régions différentes. Ainsi l’Office compte, au 1er avril 2005, 221 534 attributaires et 230 659 allocataires.
Als antwoord op het eerste deel van uw tweede vraag willen wij u erop wijzen dat de situatie van de rechthebbende, zoals hiervoor al uitgelegd, bepalend is voor de taal waarin het dossier beheerd wordt (zie het antwoord op uw derde vraag). De kinderbijslag waarop een rechthebbende recht verkrijgt, kan evenwel betaald worden aan verschillende bijslagtrekkenden (dat zijn degenen die de kinderbijslag ontvangen) die in verschillende taalgebieden kunnen wonen. Per 1 april 2005 telt de Rijksdienst 221 534 rechthebbenden en 230 659 bijslagtrekkenden.
Si le dossier est géré par un service régional, lorsque l’un des allocataires habite une autre région, le service gestionnaire correspond avec lui dans la langue du domicile (s’il s’agit de communes de la région de langue française ou de langue néerlandaise). Si l’intéressé habite dans une commune à statut spécial, il est présumé, jusqu’à preuve du contraire, parler la langue de la région. Si l’intéressé réside dans l’une des communes de Bruxelles-Capitale, le service l’invite à faire part de son choix linguistique et correspond ensuite avec lui dans la langue choisie.
Wordt het dossier beheerd door een regionale dienst en woont een bijslagtrekkende in een ander taalgebied, dan correspondeert de dossierbeheerder met hem/haar in de taal van de woonplaats (voor gemeenten van het Franse of het Nederlandse taalgebied). Woont de betrokkene in een gemeente met een speciaal statuut, dan wordt hij/zij tot bewijs van het tegendeel geacht de taal van het gebied te spreken. Verblijft de betrokkene in een gemeente van Brussel-Hoofdstad, dan vraagt de dienst in welke taal hij/zij wenst te corresponderen.
Si le dossier est géré par un service central, l’allocataire est invité à faire part de la langue dans laquelle il veut correspondre avec l’administration.
Wordt het dossier door een centrale dienst beheerd, dan kiest de bijslagtrekkende de taal voor de correspondentie met de administratie.
La répartition des allocataires par région linguistique donne donc une vue plus exacte de l’usage des langues que celle des attributaires.
De spreiding van de bijslagtrekkenden over de taalgebieden geeft dus een juister beeld van het gebruik van de talen dan de spreiding van de rechthebbenden.
Il faut noter que les chiffres qui suivent sont ceux de la Caisse de l’ONAFTS uniquement, qui est une des
Op te merken valt dat de hierna volgende cijfers de cijfers van het fonds van de RKW zijn, die slechts één
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14322
caisses d’allocations familiales pour travailleurs salariés parmi les 26 autres. Ces chiffres ne donnent en aucune façon d’indications sur la répartition linguistique du paiement des allocations familiales dans notre pays.
van de 26 kinderbijslagfondsen voor werknemers is. Deze cijfers geven geen enkele aanwijzing over de taalkundige spreiding van de uitbetaling van de kinderbijslag in ons land.
La répartition des allocataires est la suivante au 1er avril 2005 :
Per 1 april 2005 zijn de bijslagtrekkenden als volgt gespreid :
Région de langue néerlandaise ............. 97 078 Région de langue française .................. 103 657 Région Bruxelles-Capitale .................... 28 856 — de langue néerlandaise ................... 1 620 — de langue française ......................... 27 236
Nederlands taalgebied ......................... 97 078 Franse taalgebied ................................. 103 657 Brussel-Hoofdstad ............................... 28 856 — Nederlandstalig .............................. 1 620 — Franstalig ....................................... 27 236
42,09 % 45,40 % 12,51 % 0,70 % 11,81 %
42,09 % 45,40 % 12,51 % 0,70 % 11,81 %
Nous vous prions de noter que dans les 104 725 allocataires de la région de langue française sont compris 1 068 allocataires de langue allemande.
Wij wijzen erop dat in het cijfer van 104 725 bijslagtrekkenden van het Franse taalgebied ook de 1 068 Duitstalige bijslagtrekkenden begrepen zijn.
En réponse à la seconde partie de votre deuxième question, nous vous informons que les enfants bénéficiaires suivent le roˆle linguistique de l’allocataire. Nous disposons de la répartition linguistique des enfants selon que les allocataires relèvent des services régionaux ou centraux de l’Office.
Als antwoord op uw tweede vraag delen wij u mee dat de rechtgevende kinderen tot de taalrol van hun bijslagtrekkende behoren. Wij kennen de spreiding van de kinderen over de taalrollen naargelang de bijslagtrekkenden ressorteren onder de regionale of de centrale diensten van de Rijksdienst.
Le nombre des enfants des seuls allocataires de la région bilingue de Bruxelles-Capitale (soit le nombre des enfants des 1 620 allocataires ayant fait le choix de la langue néerlandaise et des 27 236 allocataires ayant fait le choix de la langue française) n’est pas répertorié.
Het aantal kinderen van de bijslagtrekkenden van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad alleen (dus het aantal kinderen van de 1 620 bijslagtrekkenden die voor de Nederlandse taal gekozen hebben en van de 27 236 bijslagtrekkenden die voor de Franse taal gekozen hebben) is niet geteld.
Enfants bénéficiaires au 1er avril 2005 :
Rechtgevende kinderen per 1 april 2005 :
Dans les services régionaux De langue néerlandaise ....................................... De langue française ............................................ De langue allemande ..........................................
In de regionale diensten 149 424 188 928 1 952
Dans les services centraux
Nederlandstalig .................................................. Franstalig ........................................................... Duitstalig ............................................................
149 424 188 928 1 952
In de centrale diensten
De langue néerlandaise ....................................... De langue française ............................................
22 108 35 223
Nederlandstalig .................................................. Franstalig ...........................................................
22 108 35 223
Total des enfants bénéficiaires ...........................
397 635
Totaal aantal rechtgevende kinderen ..................
397 635
En réponse à la première partie de votre troisième question, nous vous informons que les employeurs habitant en Flandre effectuent leurs déclarations en néerlandais et ceux établis à Bruxelles-Capitale effectuent leur déclarations dans la langue de leur choix.
Als antwoord op het eerste deel van uw derde vraag delen wij u mee dat werkgevers die in Vlaanderen gevestigd zijn, hun aangiften in het Nederlands doen en werkgevers die in Brussel-Hoofdstad gevestigd zijn, de taal voor hun aangiften kunnen kiezen.
Cet élément linguistique, sans incidence en matière de gestion des dossiers d’allocations familiales, n’est pas répertorié.
Van dit taalgegeven dat geen gevolgen heeft voor het beheer van de kinderbijslagdossiers, worden geen cijfers bijgehouden.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14323
DO 2004200503938
DO 2004200503938
Question no 295 de M. Luk Van Biesen du 14 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 295 van de heer Luk Van Biesen van 14 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Non-transposition des directives européennes en droit interne. — Sanctions de l’UE. — Astreintes et autres incitants financiers.
Niet-omzetting van EU-richtlijnen in intern recht. — EU-sancties. — Dwangsommen en andere financie¨le aansporingen.
On apprend de temps à autre que des directives européennes n’ont pas encore été transposées en droit interne.
Af en toe verneemt men dat een EU-richtlijn nog niet werd gevolgd door een omzetting daarvan in het interne recht.
Dans de nombreux cas, une telle transposition s’avère toutefois indispensable, l’effet direct de ces directives n’étant pas assuré.
In vele gevallen komt dit nochtans als noodzakelijk voor vermits directe werking van richtlijnen vaak niet voor de hand liggend is.
Il va de soi que l’UE a assorti cette obligation de sanctions, sous la forme d’astreintes et autres incitants financiers.
Het spreekt vanzelf dat de EU hieraan sancties verbindt onder de vorm van dwangsommen of andere financie¨le aansporingen.
Le secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes a répondu dans ce sens et a indiqué que l’astreinte pouvait représenter un montant journalier de 3 100 à 186 000 euros.
Dit blijkt uit het antwoord van de staatssecretaris voor Europese Zaken waarin een dwangsomvork van 3 100 tot 186 000 euro per dag wordt vooropgesteld.
Sa réponse n’indique toutefois pas clairement si la Commission européenne a condamné ou non notre pays au paiement de sommes forfaitaires ou d’astreintes. (Question no 16 de M. Guido De Padt du 6 juillet 2004, Questions et Réponses, Chambre, 20032004, no 44 du 16 aouˆt 2004, p. 6828.)
Uit het antwoord blijkt echter niet duidelijk of de Europese Commissie aan Belgie¨ nu al of niet de betaling van forfaitaire sommen of dwangsommen heeft opgelegd. (Vraag nr. 16 van de heer Guido De Padt van 6 juli 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 20032004, nr. 44 van 16 augustus 2004, blz. 6828.)
Or, des sommes importantes pourraient être en jeu et ces sanctions peuvent entraıˆner une charge financière journalière non négligeable pour l’ensemble des pouvoirs publics fédéraux.
Het lijkt er nochtans op dat hiermee hoge bedragen gemoeid zouden kunnen zijn en voor de gehele federale overheid zou het gaan om een dagelijkse last die niet te verwaarlozen is.
1. Au paiement de quelles astreintes ou autres incitants financiers, par jour ou par autre unité de temps, notre pays a-t-il été condamné ?
1. Welke dwangsommen of andere financie¨le aansporingen waren daarvoor lopende per dag of andere tijdeenheid ?
2. Qui a imposé ces sanctions ?
2. Op wiens initiatief werden deze sancties opgelegd ?
3. Pour quels montants des sanctions ont-elles été imposées en 2004 ?
3. Voor welke bedragen werden er in het jaar 2004 sancties opgelegd ?
4. Quels montants ont été payés en 2004 à la suite de ces sanctions ?
4. Welke bedragen werden er in het jaar 2004 betaald wegens opgelegde sancties ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 295 de M. Luk Van Biesen du 14 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 295 van de heer Luk Van Biesen van 14 april 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre que le secrétaire d’E´tat pour les Affaires européennes, M. Donfut, répondra à sa question. Je vous réfère donc à cette réponse. (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 78, p. 13123.)
Ik heb de eer het geachte lid te informeren dat zijn vraag beantwoord zal worden door de staatsecretaris voor Europese Zaken, de heer Donfut. Ik verwijs u hierbij dan ook naar zijn antwoord. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 78, blz. 13123.)
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14324
DO 2004200503988
DO 2004200503988
Question no 297 de Mme Maggie De Block du 18 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : SPF Sécurité sociale. — Projets pilotes de télétravail. En réponse à ma question écrite, vous avez indiqué qu’aucun projet-pilote de télétravail n’avait été mis en œuvre au SPF Sécurité sociale au cours de l’année 2004 et qu’aucun projet de ce type n’était prévu pour l’année 2005 (question no 252 du 31 janvier 2005, Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 71, p. 11855). 1. Pourquoi aucun projet pilote de télétravail n’a été mis en œuvre au SPF Sécurité sociale et pourquoi n’en prévoit-on pas dans un avenir proche ? 2. Des difficultés pratiques empêchent-elles la réalisation de telles expériences ? 3. Avez-vous des objections de principe à l’égard du téléravail ? 4. A-t-on déjà sondé l’attitude du personnel du SPF Sécurité sociale à l’égard du télétravail ?
Vraag nr. 297 van mevrouw Maggie De Block van 18 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : FOD Sociale Zekerheid. — Telewerkproefprojecten. In antwoord op mijn schriftelijke vraag stelde u dat er bij de FOD Sociale Zekerheid in de loop van 2004 geen telewerkproefprojecten werden opgestart en er ook geen gepland zijn voor 2005 (vraag nr. 252 van 31 januari 2005, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 71, blz. 11855).
5. Si ce n’est pas le cas, envisagez-vous encore de le faire et si les résultats s’avéraient favorables, envisageriez-vous de mettre en œuvre un projet-pilote de télétravail ? Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 15 juin 2005, à la question no 297 de Mme Maggie De Block du 18 avril 2005 (N.) : En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements suivants. Une étude managériale sera initiée en 2005 afin de déterminer les possibilités de télétravail qui pourraient être mises en œuvre au sein du SPF Sécurité sociale. Cette étude veillera à intégrer les aspects budgétaires, réglementaires, organisationnels, « valeur ajoutée » pour l’organisation, « valeur ajoutée » pour les travailleurs.
1. Waarom werden er tot nog toe geen telewerkproefprojecten opgezet bij de FOD Sociale Zekerheid en zijn er ook geen gepland in de nabije toekomst ? 2. Zijn er praktische bezwaren om dergelijke experimenten op te zetten ? 3. Heeft u mogelijk principie¨le bezwaren ten aanzien van telewerken ? 4. Werd reeds gepeild naar de houding van het personeel van de FOD Sociale Zekerheid ten aanzien van telewerken ? 5. Zo neen, overweegt u dat alsnog en zal u in geval van een positief resultaat alsnog het opzetten van een proefproject telewerken overwegen ? Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 juni 2005, op de vraag nr. 297 van mevrouw Maggie De Block van 18 april 2005 (N.) : In antwoord op haar vragen heb ik de eer het geachte lid volgende inlichtingen te verstrekken.
Le nombre de bénéficiaires et le lieu de travail potentiels seront liés aux conclusions de cette étude.
Een managementonderzoek zal in 2005 worden opgestart om uit te maken welke mogelijkheden inzake teleurerken bij de FOD Sociale Zekerheid zouden kunnen worden uitgewerkt. Bij dit onderzoek zal rekening worden gehouden met de budgettaire, reglementaire, organisatorische aspecten en met de aspecten « toegevoegde waarde » voor de organisatie en « toegevoegde waarde » voor de personeelsleden. Het aantal potentie¨le betrokkenen en werkplaatsen zal afhangen van de conclusies van dit onderzoek.
DO 2004200504214
DO 2004200504214
Question no 311 de Mme Nahima Lanjri du 9 mai 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Titres-services. — Données récentes. Vous avez communiqué, le 7 mars 2005, des chiffres sur le succès des titres-services relatifs à l’année 2004.
Vraag nr. 311 van mevrouw Nahima Lanjri van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : Dienstencheques. — Recente gegevens. Op 7 maart 2005 maakte u cijfers bekend over het succes van de dienstencheques. Deze cijfers hadden betrekking op het jaar 2004.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14325
1. Des données plus récentes sont-elles disponibles entre-temps ?
1. Zijn er inmiddels recentere gegevens beschikbaar ?
2. Combien de titres ont été achetés au total et combien ont déjà été utilisés ?
2. Hoeveel cheques werden er in totaal aangekocht en hoeveel werden er reeds gebruikt ?
3. Combien de titres ont déjà été achetés en 2005 et combien ont été utilisés ?
3. Hoeveel cheques werden er in 2005 reeds aangekocht en hoeveel werden er gebruikt ?
4. Combien d’emplois — d’une durée de travail hebdomadaire de 24 heures, selon la définition du ministre — ont-ils été créés entre-temps ?
4. Hoeveel jobs — wekelijkse arbeidsduur van 24 uur volgens de definitie van de minister — zijn er inmiddels gecree¨erd ?
5. Quels sont les chiffres pour les questions 2, 3 et 4, par Région ?
5. Wat zijn de cijfers uit de vragen 2, 3 en 4 uitgesplitst per gewest ?
6. Quels sont les chiffres pour les questions 2, 3 et 4, en ce qui concerne la ville d’Anvers ?
6. Wat zijn de cijfers uit de vragen 2, 3 en 4 voor de stad Antwerpen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 311 de Mme Nahima Lanjri du 9 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 311 van mevrouw Nahima Lanjri van 9 mei 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de vous communiquer que le contenu de votre question relève de la compétence exclusive de ma collègue Mme Freya Van den Bossche, ministre de l’Emploi. (Question no 320 du 14 juin 2005.)
Ik heb de eer u mede te delen dat de inhoud van uw vraag onder de uitsluitende bevoegdheid valt van mijn collega, mevrouw Freya Van den Bossche, minister van Werk. (Vraag nr. 320 van 14 juni 2005.)
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2004200503646
DO 2004200503646
Question no 418 de Mme Frieda Van Themsche du 10 mars 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Suites du SRAS. — E´tude relative à la situation au Canada.
Vraag nr. 418 van mevrouw Frieda Van Themsche van 10 maart 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
En 2004, le ministre s’est rendu à Toronto en compagnie d’une délégation parlementaire pour étudier la manière dont les autorités locales tentaient de maıˆtriser et de combattre l’épidémie de SRAS.
In 2004 ging de minister met een parlementaire delegatie naar Toronto om te bestuderen hoe men de dreiging van een SARS-epidemie ginds trachtte de beheersen en te bestrijden.
Plus d’un an plus tard, le SRAS est provisoirement sous controˆle mais la menace de la grippe aviaire continue à planer. Le Canada n’avait encore jamais été confronté à une telle menace d’épidémie. Les autorités de ce pays ont pris des mesures qui ont sans aucun doute eu des conséquences sur le plan budgétaire.
Wij zijn intussen meer dan een jaar verder, SARS is voorlopig onder controle, vogelgriep ligt dreigend om de hoek. Ook in Canada was men voordien nooit geconfronteerd met een dergelijke epidemiedreiging. Men heeft ginder dus maatregelen genomen die ongetwijfeld ook budgettair doorwogen.
1. Avez-vous encore eu des contacts avec les autorités canadiennes à l’issue de la crise du SRAS ?
1. Hebt u intussen al contact gehad na afloop van de SARS-crisis ?
2. Dans l’affirmative, qu’en est-il ressorti ?
2. Zo ja, wat is uit deze gesprekken gebleken ?
3. Les investissements consentis à Toronto ont-ils réellement eu des effets positifs ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Naweee¨n van SARS. — Studie betreffende de toestand in Canada.
2004
3. Hebben de investeringen die men in Toronto deed daadwerkelijk iets opgeleverd ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14326
4. Les autorités de Toronto ont-elles déjà fait le point sur les montants investis et les effets positifs pour la société ?
4. Heeft men in Toronto dus al een balans opgemaakt van de geı¨nvesteerde gelden en het maatschappelijk nut ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 418 de Mme Frieda Van Themsche du 10 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 418 van mevrouw Frieda Van Themsche van 10 maart 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre. ` la suite de notre visite à Toronto, nous avons en A effet organisé un dispositif pour la prise en charge des maladies hautement contagieuses dans notre pays, pour le cas particulier des maladies d’importation.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden. Naar aanleiding van ons bezoek in Toronto, hebben we inderdaad gezorgd voor de nodige infrastructuur voor de behandeling van zeer besmettelijke ziekten in ons land, specifiek van importziekten.
Ainsi, une convention sur ce sujet a été signée avec l’hoˆpital Saint Pierre à Bruxelles : L’hoˆpital SaintPierre dispose de 30 lits L répartis en deux unités de 15 lits. Chacune de ces chambres a respectivement un ` sas et la capacité d’être mise en pression négative. A coˆté de cette infrastructure « technique », l’hoˆpital a assuré la formation de son personnel aux mesures d’hygiène de base, notamment l’utilisation des éléments de protections individuelles et l’hygiène des mains (280 personnes ont été formées). De plus, il existe des procédures précises pour la prise en charge de ces patients
Zo is er met het Sint-Pietersziekenhuis in Brussel een overeenkomst hieromtrent ondertekend : Het SintPietersziekenhuis beschikt over 30 L-bedden die verdeeld zijn tussen twee eenheden van 15 bedden. Elke kamer beschikt over een sas en kan onder onderdruk worden gebracht. Naast die « technische » infrastructuur, heeft het ziekenhuis zijn personeel opgeleid op het vlak van basishygie¨nemaatregelen, namelijk het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen en handhygie¨ne (280 personen zijn opgeleid). Bovendien bestaan er nauwkeurige procedures voor de behandeling van die patie¨nten.
Les expériences antérieures ont montré que la formation et les procédures adéquates offraient la meilleure garantie et assuraient une sécurité optimale du personnel.
Uit voorgaande ervaringen bleek dat opleiding en geschikte procedures de beste garantie boden en voor een optimale veiligheid van het personeel zorgden.
Par analogie à mon collègue canadien, je pense que ces investissements pour assurer une prise en charge adéquate des maladies contagieuses et éviter leur transmission sont tout à fait légitimes. La constatation selon laquelle l’épidémie SRAS est sous controˆle est la meilleure preuve de l’utilité scientifique de telles mesures.
Naar analogie met mijn Canadese collega, meen ik dat deze investeringen om een adkwate opvang van besmettelijke ziekten te verzeken en hun transmissie te vookomen, terdege gewettigd zijn. De vaststelling dat de SARS-epidemie onder controle wordt gebracht is het beste bewijs van het wetenschappelijke nut van dergelijke maatregelen.
DO 2004200503814
DO 2004200503814
Question no 431 de Mme Yolande Avontroodt du 30 mars 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 431 van mevrouw Yolande Avontroodt van 30 maart 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Traitement au Fosamax de patients masculins souffrant d’ostéoporose.
Behandeling met Fosamax van mannelijke patie¨nten die lijden aan osteoporose.
Le Fosamax est un médicament indiqué dans le trai` l’origine, ce médicament tement de l’ostéoporose. A n’était remboursé que dans le cadre d’un traitement de l’ostéoporose chez les femmes ménopausées et de la prévention et du traitement de l’ostéoporose due aux glucocorticoı¨des chez les femmes. Des études ayant démontré l’efficacité et l’innocuité de ce médicament
Fosamax is een geneesmiddel voor de behandeling van osteoporose. Oorspronkelijk werd dit alleen terugbetaald voor de behandeling van osteoporose bij postmenopauzale vrouwen en voor de preventie en de behandeling van osteoporose geı¨nduceerd door glucocorticoı¨den bij vrouwen. Nadat studies de doeltreffendheid en veiligheid van dit geneesmiddel voor de
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14327
dans le traitement de l’ostéoporose chez les hommes, il a été décidé d’autoriser également son remboursement pour les hommes, mettant ainsi fin à la discrimination financière dont les hommes étaient victimes.
behandeling van osteoporose bij mannen aantoonden, werd beslist ook te voorzien in de terugbetaling voor mannen en werd alzo een einde gemaakt aan de financie¨le discriminatie van mannen.
Or, une nouvelle inégalité apparaıˆt aujourd’hui dans la pratique. Le Fosamax peut être prescrit en doses journalières et en doses hebdomadaires. Ces dernières agressent moins l’estomac et couˆtent également moins cher; elles ne peuvent cependant pas être prescrites pour des patients masculins.
Vandaag doet zich echter een nieuwe ongelijkheid in de praktijk voor. Fosamax kan voorgeschreven worden in dagelijkse en wekelijkse dosissen. Deze laatste hebben een maagsparend effect en zijn ook goedkoper; ze mogen echter niet voorgeschreven worden voor mannelijke patie¨nten.
Envisagez-vous de prendre une initiative pour mettre un terme à cette situation discriminatoire ?
Overweegt u een initiatief te nemen om een einde te maken aan deze discriminerende toestand ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 431 de Mme Yolande Avontroodt du 30 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 431 van mevrouw Yolande Avontroodt van 30 maart 2005 (N.) :
1. Pour déterminer les modalités de remboursement d’une spécialité pharmaceutique, la Commission de remboursement des médicaments se base sur les indications de la notice scientifique.
1. Voor de vaststelling van de vergoedingsvoorwaarden van een farmaceutische specialiteit baseert de Commissie tegemoetkoming geneesmiddelen zich op de indicaties van de wetenschappelijke bijsluiter.
Il n’y a que ces indications officiellement reconnues qui entrent en ligne de compte pour une demande de remboursement de l’assurance maladie, à l’initiative de l’entreprise pharmaceutique qui est responsable pour la commercialisation de la spécialité.
Alleen die officieel erkende indicaties komen in aanmerking voor een aanvraag tot vergoeding door de ziekteverzekering op initiatief van het farmaceutisch bedrijf dat verantwoordelijk is voor de commercialisering van de specialiteit.
Vu que « le traitement de l’ostéoporose chez l’homme » n’est pas une indication reconnue du Fosamax 70 mg, cette spécialité pharmaceutique n’est pas remboursable dans cette indication, contrairement au Fosamax 10 mg.
Aangezien « de behandeling van osteoporose bij de man » geen erkende indicatie is van Fosamax 70 mg, mag die farmaceutische specialiteit in tegenstelling tot Fosamax 10 mg niet voor die indicatie worden terugbetaald.
Fosamax 10 mg : indications selon la notice (19 août 2002) :
Fosamax 10 mg : Indicaties volgens de bijsluiter (19 augustus 2002) :
— Traitement de l’ostéoporose chez les femmes ménopausées pour prévenir des fractures, y compris celles de la hanche et de la colonne vertébrale (fractures par compression vertébrale).
— Behandeling van osteoporose bij gemenopauzeerde vrouwen ter preventie van fracturen, inclusief heupfracturen en fracturen van de wervelkolom (compressiefracturen van de wervels).
— Prévention de l’ostéoporose chez les femmes ménopausées qui sont à risque pour développer de l’ostéoporose, pour réduire le risque de fractures futures.
— Preventie van osteoporose bij gemenopauzeerde vrouwen die het risico lopen osteoporose te ontwikkelen, om het risico op toekomstige fracturen te verminderen.
— Prévention et traitement de l’ostéoporose induite par des glucocorticoı¨des chez l’homme et chez la femme.
— Preventie en behandeling van osteoporose geı¨nduceerd door glucocorticoı¨den bij mannen en vrouwen.
— Traitement de l’ostéoporose chez l’homme pour prévenir des fractures vertébrales.
— Behandeling van osteoporose bij de man ter preventie van wervelfracturen.
Fosamax 70 mg (comprimés hebdomadaire) : indications selon la notice (1er octobre 2001) — Traitement de l’ostéoporose post-ménopausique. Fosamax réduit le risque de fractures vertébrales et de la hanche.
Fosamax 70 mg (wekelijkse tabletten) : indicaties volgens de bijsluiter (1 oktober 2001) — Behandeling van postmenopauzale osteoporose. Fosamax vermindert het risico op vertebrale- en heupfracturen.
Une copie de la réglementation concernée (chapitre IV, § 229) peut être consultée au greffe de la Chambre (service des Questions parlementaires).
Een kopie van de desbetreffende reglementering (hoofdstuk IV, § 229) kan geraadpleegd worden bij de griffie van de Kamer (dienst Parlementaire Vragen).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14328
2. Avant qu’une proposition de modification des conditions de remboursements de la spécialité Fosamax 70 mg ne puisse être réalisée, la firme pharmaceutique, responsable de la commercialisation, doit introduire une demande d’extension d’indications pour la spécialité concernée près du Directorat général des médicaments du Service public fédéral de la Santé publique. Cette demande doit être motivée sur la base de d’études scientifiques. Ce n’est qu’en deuxième lieu que, sur demande de la firme concernée, les conditions de remboursements peuvent être modifiées.
2. Vooraleer een voorstel tot wijziging van de vergoedingsvoorwaarden van de specialiteit Fosamax 70 mg kan worden gedaan, moet het farmaceutisch bedrijf dat verantwoordelijk is voor de commercialisering ervan, een verzoek tot uitbreiding van de indicaties voor de betrokken specialiteit indienen bij het Directoraat-generaal Geneesmiddelen van de federale overheidsdienst Volksgezondheid. Dat verzoek moet aan de hand van wetenschappelijke studies worden gemotiveerd. Het is slechts in tweede instantie dat de vergoedingsvoorwaarden op verzoek van de betrokken firma kunnen worden gewijzigd.
Le « traitement de l’ostéoporose chez l’homme pour prévenir des fractures vertébrales » n’est pas repris comme indication officielle dans la notice scientifique de Fosamax 70 mg. L’absence de cet enregistrement détermine le déroulement (en l’espèce, le blocage) du dossier au niveau du remboursement.
De « behandeling van osteoporose bij de man ter preventie van wervelfracturen » is niet opgenomen als officie¨le indicatie in de wetenschappelijke bijsluiter van Fosamax 70 mg. Het ontbreken van deze registratie is bepalend voor het verdere verloop (in casu blokkage) van het dossier op het niveau van de terugbetaling.
3. Les critères de remboursement chez l’homme sont basés sur les critères d’inclusion de l’étude clinique qui sont repris de l’avis de transparence du 13 décembre 2001 :
3. De vergoedingscriteria voor de man zijn gebaseerd op de insluitingscriteria van de klinische studie die opgenomen zijn in het advies van de transparantiecommissie van 13 december 2001 :
« L’efficacité et la sécurité d’emploi de 10 mg de Fosamax par jour dans le traitement de l’ostéoporose chez l’homme ont été étudiées dans une étude prospective, multicentrique, randomisée, en double aveugle, sur une durée de 2 ans (étude MK0217/P096). Un total de 241 sujets maˆles, aˆgés de 31 à 87 ans, ont été randomisés entre la prise de 10 mg d’alendronate (oral) ou un placebo; une supplémentation par 500 mg de calcium et 400 UT de vitamine D a été administrée quotidiennement aux sujets participant à l’étude. Au bout de 2 ans, 205 sujets (85,4 %) ont terminé l’étude.
« De doeltreffende en veilige toediening van 10mg Fosamax per dag voor de behandeling van osteoporose bij de man werd bestudeerd in een prospectieve, multicentrische, gerandomiseerde dubbelblinde studie over een periode van 2 jaar (studie MK0217/P096). Een totaal van 241 mannen van 31 tot 87 jaar oud werden willekeurig ingedeeld in een groep met inname van 10 mg alendronaat (oraal) en een groep die een placebo kreeg; dagelijks werd een supplement van 500 mg calcium en 400 IE vitamine D aan de deelnemers aan de studie toegediend. Na twee jaar hebben 205 mensen (85,4 %) de studie afgerond.
Le critère d’inclusion était la présence d’une ostéoporose définie à la fois par une densité minérale osseuse (DMO) du col du fémur au moins à 2 déviations standards (SD) sous la normale pour les hommes jeunes et une densité minérale osseuse (DMO) de la colonne lombaire au moins 1 déviation standard (SD) sous la normale pour les hommes jeunes et au moins une déformation vertébrale prévalente ou un antécédent de fracture ostéoporotique (T-score ≤ 1 col fémoral et fracture ostéoporotique précédente) ».
Het inclusiecriterium was de aanwezigheid van osteoporose die tegelijkertijd gedefinieerd werd door een minerale botdensiteit (BMD) die ten minste 2 standaardafwijking (SD) lager is dan de normale waarde bij jonge mannen en een minerale botdensiteit (BMD) van de lumbale wervelkolom die ten minste 1 standaardafwijking (SD) lager is dan de normale waarde bij de jonge mannen en met minstens een prevalente vertebrale misvorming of een antecedent van een fractuur door botbroosheid (T-score ≤ 1 femurhals en voorafgaande fractuur door botbroosheid). »
D’autre part le risque absolu des fractures est différent chez les hommes que chez les femmes. Il est logique que de ce fait des critères différents sont développés pour définir les groupes à risques. Si on utilisait les mêmes critères de remboursement, cela reviendrait à un traitement des hommes ayant un risque relativement bas de fracture.
Voorts is het absoluut risico op breuken verschillend bij mannen en vrouwen. Het is bijgevolg dan ook logisch dat er voor de definie¨ring van de risicogroepen andere criteria worden uitgewerkt. Als dezelfde vergoedingscriteria worden gebruikt, zou dat neerkomen op een behandeling van mannen met een betrekkelijk klein risico op breuken.
Le remboursement de Fosamax est octroyé à la femme sous traitement par corticoı¨des alors que telle
De vergoeding van Fosamax wordt toegekend aan de vrouw die met corticoı¨den wordt behandeld, terwijl
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14329
opportunité n’était pas prévue chez l’homme soumis au même type de thérapie.
in een dergelijke mogelijkheid niet was voorzien voor de man die dezelfde therapie volgde.
Cette indication, ainsi que l’indication « prévention de l’ostéoporose chez des femmes ménopausées qui sont à risque pour développer de l’ostéoporose, pour réduire le risque de fractures futures », sont des indications enregistrées pour les comprimés de Fosamax à 5 mg (et non les comprimés de Fosamax à 10 mg qui ne sont pas sécables)
Die indicatie en de indicatie « preventie van osteoporose bij gemenopauzeerde vrouwen die het risico lopen osteoporose te ontwikkelen, om het risico van toekomstige fracturen te verminderen », zijn indicaties die geregistreerd werden voor de tabletten van Fosamax à 5 mg (en niet de comprimés van Fosamax 10 mg die niet scheidbaar zijn).
La firme n’a jamais introduit une demande de remboursement pour le traitement de Fosamax 5 mg (dose enregistrée cf. notice supra) chez les hommes traités par des stéroı¨des.
De firma heeft nooit een vergoedingsaanvraag ingediend voor Fosamax 5 mg (geregistreerde dosering cf. bijsluiter supra) voor mannen die met steroı¨den worden behandeld
4. Vu l’importance de la problématique de l’ostéoporose, la prochaine réunion de consensus du Comité d’évaluation des pratiques médicales en matière de médicaments, qui est instauré au sein de l’INAMI, traitera en détail cette problématique. Cette réunion de consensus aura lieu le 26 mai 2005 et par après les résultats obtenus donneront lieu à une révision des règles de remboursement selon les derniers concepts scientifiques.
4. Vanwege het belangrijk karakter van de osteoporoseproblematiek zal de volgende consensusvergadering van het Comité voor de evaluatie van de medische praktijk inzake geneesmiddelen, dat bij het RIZIV is ingesteld, die problematiek gedetailleerd behandelen. Die consensusvergadering zal plaatsvinden op 26 mei 2005 en de verkregen resultaten zullen vervolgens uitmonden in een herziening van de vergoedingsregels volgens de laatste wetenschappelijke concepten.
DO 2004200503885
DO 2004200503885
Question no 438 de M. Ludo Van Campenhout du 11 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 438 van de heer Ludo Van Campenhout van 11 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Certificats phytosanitaires.
Fytosanitaire certificaten.
L’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaıˆne alimentaire (AFSCA) ne délivre plus aucun certificat phytosanitaire pour l’exportation de plantes et de parties de plantes vers des pays qui ont adopté la norme internationale pour les mesures phytosanitaires (NIMP) 15.
Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) stelt geen fytosanitaire certificaten meer uit voor export van planten en plantenonderdelen naar landen die de « International Standard for Phytosanitary Measures » (ISPM) 15 hebben aanvaard.
La NIMP 15 n’interdit nullement l’utilisation du certificat phytosanitaire délivré par les services publics. La NIMP 15 ne repose en outre sur aucune base légale en Belgique. Or, nous constatons que des fonctionnaires du service de protection des végétaux de l’AFSCA décident de ne plus délivrer ce certificat phytosanitaire. Cette mesure unilatérale et arbitraire non seulement perturbe l’ensemble du traitement des conteneurs, mais menace également les entreprises exportatrices et leurs possibilités d’emploi. Chaque jour de retard entraıˆne l’éventuel refus des conteneurs arrivés à destination, bien qu’ils aient subi le traitement phytosanitaire adéquat.
ISPM 15 verbiedt geenszins het gebruik van het door de openbare dienst afgeleverde fytosanitaire certificaat. ISPM 15 heeft bovendien geen wettelijke basis in Belgie¨. Toch stellen we vast dat ambtenaren van de plantendienst van het FAVV beslissen om dit fytosanitaire certificaat niet meer uit te stellen. Die eenzijdige en abitraire maatregel verstoort niet alleen de hele container afhandeling, maar benadeelt ook de exportbedrijven en hun tewerkstellingsmogelijkheden. Elke dag vertraging brengt mee dat de containers op bestemming geweigerd kunnen worden, hoewel ze de passende fytosanitaire behandeling ondergingen.
Le service de protection des végétaux de l’AFSCA peut-il, après la mise en quarantaine phytosanitaire conforme des produits, continuer à émettre le certificat phytosanitaire, comme c’était encore pratique
Kan de plantendienst van het FAVV nadat de goederen de voorgeschreven fytosanitaire quarantainebehandeling hebben ondergaan, het fytosanitair certificaat, zo als het tot voor kort gangbaar was, blijven uit-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14330
courante dernièrement, jusqu’à ce que ce document soit remplacé par un degré de protection alternatif équivalent à la mise en quarantaine ?
stellen tot wanneer dit document vervangen wordt door een alternatief van gelijke quarantaine beschermingswaarde ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 438 de M. Ludo Van Campenhout du 11 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 438 van de heer Ludo Van Campenhout van 11 april 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
La Norme internationale des mesures phytosanitaires (NIMP) 15 contient un certain nombre de traitements, reconnus internationalement, sur le matériel d’emballage en bois qui empêchent le risque de contamination par des organismes nuisibles. Le matériel d’emballage en bois qui est traité suivant une de ces méthodes doit porter une marque spécifique. Afin d’assurer le respect des dispositions de la norme NIMP 15, chaque pays définit une procédure officielle de certification.
De International Standard for Phytosanitary Measures (ISPM) 15 bevat een aantal internationaal erkende behandelingen op houten verpakkingsmateriaal die het risico op besmetting met schadelijke organismen voorkomen. Houten verpakkingsmateriaal dat volgens één van deze methoden behandeld is, dient een specifiek merkteken te dragen. Om de naleving van de bepalingen van ISPM 15 te verzekeren, stelt elk land een officie¨le certificeringsprocedure vast.
En Belgique, cette procédure de certification est définie par l’arrêté royal du 7 mars 2005 relatif à l’utilisation par les entreprises de traitement et les producteurs de bois d’emballage de la marque attestant du respect de la norme NIMP 15.
In Belgie¨ wordt deze certificeringsprocedure vastgesteld bij koninklijk besluit van 7 maart 2005 betreffende het gebruik door behandelaars en producenten van verpakkingshout van het merkteken dat de naleving van ISPM-norm 15 bevestigt.
Le principe de la norme NIMP 15 est que la marque apposée suivant la procédure officielle de certification, ait valeur de preuve du traitement. De cette manière disparaıˆt la nécessité de délivrer tout autre document officiel, tel un certificat phytosanitaire.
Het uitgangspunt van ISPM 15 is dat het merkteken, aangebracht volgens de officie¨le certificeringsprocedure, als bewijs geldt voor de behandeling. Op die manier verdwijnt de noodzaak voor het afleveren van enig ander officieel document, zoals een fytosanitair certificaat.
La Convention internationale pour la protection des végétaux de la FAO stipule que les certificats phytosanitaires sont fournis par l’instance officielle du pays exportateur et sont adressés à l’instance officielle du pays de destination. L’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaıˆne alimentaire délivre par conséquent uniquement des certificats phytosanitaires à la demande d’une instance officielle et non à la demande d’exportateurs ou de tiers. La taˆche de l’exportateur est de démontrer qu’il s’agit d’une obligation de l’instance officielle du pays de destination.
Het Internationaal Verdrag voor de bescherming van planten van de FAO bepaalt dat fytosanitaire certificaten afgeleverd worden door de officie¨le instantie van het uitvoerend land en gericht zijn aan de officie¨le instantie van het land van bestemming. Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen levert bijgevolg enkel fytosanitaire certificaten af op verzoek van een officie¨le instantie, en niet op verzoek van uitvoerders of derden. Het is de taak van de uitvoerder om aan te tonen dat het om een verplichting van de officie¨le instantie van het land van bestemming gaat.
De plus, une rétribution est imputée à l’exportateur pour la délivrance d’un tel certificat. C’est une raison supplémentaire pour limiter la délivrance de certificats phytosanitaires au cas où cela est nécessaire.
Bovendien wordt aan de uitvoerder een vergoeding aangerekend voor het afleveren van een dergelijk certificaat. Dit is een bijkomende reden om het afleveren van fytosanitaire certificaten te beperken tot de gevallen waarin dit noodzakelijk is.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14331
DO 2004200503923
DO 2004200503923
Question no 441 de Mme Yolande Avontroodt du 14 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 441 van mevrouw Yolande Avontroodt van 14 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Enquête nationale en vue de l’amélioration de la qualité des soins apportés aux patients, de l’efficacité et des conditions de travail dans les hoˆpitaux belges.
Nationaal onderzoek ter verbetering van de kwaliteit van de patie¨ntenzorg, de efficie¨ntie en de werkomstandigheden in Belgische ziekenhuizen.
Les résultats intermédiaires d’une enquête nationale menée dans 25 hoˆpitaux belges au sujet de l’incidence du « YUSE Matrix Box » (YMB) sur la qualité des soins apportés aux patients, l’efficacité et les conditions de travail des médecins et infirmiers sont intéressants. L’enquête nationale s’intéresse dans une première phase au « Service des urgences », au « Bloc opératoire » et aux « Soins intensifs ». L’amélioration de la qualité, l’efficacité et les recettes découlent de l’informatisation des processus de travail actuels qui sont mesurés durant le parcours du patient. L’un des chiffres les plus intéressants est sans conteste celui du gain annuel moyen en efficacité du service des soins intensifs. Il s’élève à 12 958 heures, dont 10 864 pour les infirmiers et 1 608 pour les médecins.
Tussentijdse resultaten van een nationaal onderzoek in 25 Belgische ziekenhuizen naar het impact van de « YUSE Matrix Box » op de kwaliteit van de patie¨ntenzorg, de efficie¨ntie en de werkomstandigheden van artsen en verpleegkundigen leverden interessante resultaten op. Het nationaal onderzoek spitst zich in een eerste fase toe op de « Spoedafdeling », het « Operatiekwartier » en de « Intensieve Zorgen ». De kwaliteitsverbetering, de efficie¨ntie en de financie¨le opbrengsten ontstaan door het informatiseren van de huidige werkprocessen die tijdens het traject van de patie¨nt worden gemeten. Eén van de interessantste cijfers is ongetwijfeld de gemiddelde jaarlijkse efficie¨ntiewinst op de afdeling Intensieve Zorgen. Die bedroeg 12 958 uren, waarvan 10 864 uren voor verpleegkundigen en 1 608 uren voor artsen.
Le gain en qualité est considérable : 35 % pour le service des urgences, 43 % pour le bloc opératoire et 39 % pour les soins intensifs.
De kwaliteitswinst is aanzienlijk : 35 % in de spoedafdeling, 43 % in het operatiekwartier en 39 % in intensieve zorgen.
Les recettes aussi ne sont pas à négliger alors que l’assurance maladie accuse un déficit important. Extrapolé à l’ensemble du pays, l’introduction du YUSE Matrix Box devrait permettre, si on l’applique aux services des urgences, aux blocs opératoires et aux services de soins intensifs, une économie de 314 383 978,33 euros. L’élargissement du champ d’application du YUSE Matrix Box à tous les services permettrait une économie estimée à 1 milliard d’euros.
Ook de financie¨le opbrengsten zijn niet onbelangrijk in tijden van grote tekorten in de ziekteverzekering. Gee¨xtrapoleerd naar gans Belgie¨ zou de introductie van de YUSE Matrix Box toegepast op de spoedafdelingen, operatiekwartier en intensieve zorgen leiden tot een besparing van 314 383 978,33 euro. Breiden we de YUSE Matrix Box uit naar alle afdelingen, dan worden de mogelijke besparingen geraamd op 1 miljard euro.
1. Si le rapport définitif confirme les résultats du rapport intermédiaire, envisagez-vous d’introduire le YUSE Matrix Box dans tous les hoˆpitaux belges ?
1. Overweegt u de YUSE Matrix Box te introduceren in alle Belgische ziekenhuizen indien het definitief rapport de resultaten van het deeltijds rapport bevestigt ?
` quoi voudriez-vous consacrer le temps ainsi 2. A libéré ?
2. Aan welke taken wil u de op deze manier vrijgekomen tijd besteden :
` la réduction de la pression du travail ? a) A
a) Werkdrukverlaging ?
` la formation ? b) A
b) Vorming ?
` une augmentation des temps de repos ? c) A
c) Meer bedtijd ?
` l’élaboration de programmes de soins ? d) A
d) Ontwikkeling van zorgprogramma’s ?
e) Ou à autre chose encore ?
e) Andere ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14332
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 441 de Mme Yolande Avontroodt du 14 avril 2005 (N.) : J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre. Les résultats mentionnés sont bien connus de nos services : ils concernent des observations intermédiaires d’une étude organisée par une société commerciale en collaboration avec un certain nombre d’hoˆpitaux belges. Ces résultats sont en concordance avec ce qui est bien objectivé dans notre secteur comme dans d’autres domaines, à savoir que l’informatisation de fonctionnements adéquatement formalisés permet d’en améliorer l’efficacité et le coût. Il est cependant trop toˆt pour admettre que l’extrapolation de ces conclusions provisoires à l’ensemble du monde hospitalier belge mène aux conséquences décrites : nous sommes en effet convaincu que l’optimisation des services et l’informatisation des hoˆpitaux est déjà une réalité pour bon nombre d’institutions. Par ailleurs, lors de l’établissement du budget de l’assurance maladie 2005, nous avons associé la correction du sous-financement des montants prévus pour les investissements dans les hoˆpitaux à l’évolution rapide que connaissent les technologies médicales et donc aux investissements en informatique. Il ne nous appartient pas de donner notre avis sur un produit commercial destiné aux institutions hospitalières, d’autant plus qu’il serait audacieux de proposer un modèle organisationnel standardisé de répartition et d’exécution des processus de santé au sein d’une institution. Nous serons attentifs aux suites de cette initiative et, le cas échéant, veillerons à ce que des recommandations à l’attention des responsables hospitaliers puissent en être déduites et diffusées et ce en toute neutralité.
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 441 van mevrouw Yolande Avontroodt van 14 april 2005 (N.) : Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden. Vermelde resultaten zijn wel degelijk bekend bij onze diensten : het betreft tussentijdse vaststellingen van een studie die gevoerd wordt door een commercieel bedrijf in samenwerking met een bepaald aantal Belgische ziekenhuizen. Deze resultaten stemmen overeen met wat objectief wordt vastgesteld zowel in onze sector als in andere domeinen, namelijk dat de informatisering van een adequaat geformaliseerde werking toelaat er de efficaciteit en kost van te verbeteren. Toch is het te vroeg om te stellen dat extrapolatie van deze voorlopige conclusies naar de hele Belgische ziekenhuissector tot de beschreven gevolgen zou leiden : we zijn er immers van overtuigd dat optimalisering van de diensten en de informatisering van ziekenhuizen reeds een realiteit is in veel instellingen. Verder hebben we bij het opstellen van het budget voor de ziekteverzekering 2005, de correctie van de onderfinanciering van de bedragen voorzien voor investeringen in de ziekenhuizen gekoppeld aan een snelle evolutie van de medische technologie en dus aan de informatica-investeringen. Het is niet onze taak onze mening te geven over een commercieel product dat bestemd is voor ziekenhuisinstellinge, des te meer daar het grootmoedig zou zijn een gestandaardiseerd organisatiemodel voor verdeling en uitvoering van de gezondheidsprocessen voor te stellen. Wij zullen het vervolg van dit initiatief met aandacht volgen en zullen er, indien nodig, op toezien dat er aanbevelingen ter verspreiding aan ziekenhuisverantwoordelijken kunnen uit afgeleid worden en dit in alle neutraliteit.
DO 2004200503938
DO 2004200503938
Question no 446 de M. Luk Van Biesen du 14 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Non-transposition des directives européennes en droit interne. — Sanctions de l’UE. — Astreintes et autres incitants financiers. On apprend de temps à autre que des directives européennes n’ont pas encore été transposées en droit interne.
Vraag nr. 446 van de heer Luk Van Biesen van 14 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : Niet-omzetting van EU-richtlijnen in intern recht. — EU-sancties. — Dwangsommen en andere financie¨le aansporingen. Af en toe verneemt men dat een EU-richtlijn nog niet werd gevolgd door een omzetting daarvan in het interne recht.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14333
Dans de nombreux cas, une telle transposition s’avère toutefois indispensable, l’effet direct de ces directives n’étant pas assuré.
In vele gevallen komt dit nochtans als noodzakelijk voor vermits directe werking van richtlijnen vaak niet voor de hand liggend is.
Il va de soi que l’UE a assorti cette obligation de sanctions, sous la forme d’astreintes et autres incitants financiers. Le secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes a répondu dans ce sens et a indiqué que l’astreinte pouvait représenter un montant journalier de 3 100 à 186 000 euros.
Het spreekt vanzelf dat de EU hieraan sancties verbindt onder de vorm van dwangsommen of andere financie¨le aansporingen.
Sa réponse n’indique toutefois pas clairement si la Commission européenne a condamné ou non notre pays au paiement de sommes forfaitaires ou d’astreintes (question no 16 de M. Guido De Padt du 6 juillet 2004, Questions et Réponses, Chambre, 20032004, no 44 du 16 aouˆt 2004, p. 6828).
Uit het antwoord blijkt echter niet duidelijk of de Europese Commissie aan Belgie¨ nu al of niet de betaling van forfaitaire sommen of dwangsommen heeft opgelegd (vraag nr. 16 van de heer Guido De Padt van 6 juli 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 20032004, nr. 44 van 16 augustus 2004, blz. 6828).
Or, des sommes importantes pourraient être en jeu et ces sanctions peuvent entraıˆner une charge financière journalière non négligeable pour l’ensemble des pouvoirs publics fédéraux.
Het lijkt er nochtans op dat hiermee hoge bedragen gemoeid zouden kunnen zijn en voor de gehele federale overheid zou het gaan om een dagelijkse last die niet te verwaarlozen is.
1. Au paiement de quelles astreintes ou autres incitants financiers, par jour ou par autre unité de temps, notre pays a-t-il été condamné ?
1. Welke dwangsommen of andere financie¨le aansporingen waren daarvoor lopende per dag of andere tijdeenheid ?
2. Qui a imposé ces sanctions ?
Dit blijkt uit het antwoord van de staatssecretaris voor Europese Zaken waarin een dwangsomvork van 3 100 tot 186 000 euro per dag wordt vooropgesteld.
2. Op wiens initiatief werden deze sancties opgelegd ?
3. Pour quels montants des sanctions ont-elles été imposées en 2004 ?
3. Voor welke bedragen werden er in het jaar 2004 sancties opgelegd ?
4. Quels montants ont été payés en 2004 à la suite de ces sanctions ?
4. Welke bedragen werden er in het jaar 2004 betaald wegens opgelegde sancties ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 15 juin 2005, à la question no 446 de M. Luk Van Biesen du 14 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 15 juni 2005, op de vraag nr. 446 van de heer Luk Van Biesen van 14 april 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de renvoyer l’honorable membre à la réponse du secrétaire d’E´tat des Affaires européennes (question no 36). (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 78, p. 13123.)
Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het antwoord van de staatssecretaris voor Europese Zaken (vraag nr. 36). (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20042005, nr. 78, blz. 13123.)
DO 2004200504024
DO 2004200504024
Question no 450 de M. Gerolf Annemans du 21 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 450 van de heer Gerolf Annemans van 21 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Situation linguistique dans les hoˆpitaux bruxellois. — Rapporteur du Conseil de l’Europe.
Taaltoestanden in de Brusselse ziekenhuizen. — Rapporteur Raad van Europa.
Dans l’article publié le 12 avril 2005 par « De Standaard » et consacré à la visite de Mme Cliveti, rapporteur du Conseil de l’Europe chargée d’examiner la situation linguistique dans les hoˆpitaux bruxellois, la
In het artikel in De Standaard van 12 april 2005 betreffende het bezoek van mevrouw Cliveti, rapporteur voor de Raad van Europa voor de taaltoestanden in de Brusselse ziekenhuizen, suggereert de CCOD
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14334
CCSP (Centrale chrétienne des services publics) laisse entendre que tous les membres du personnel bilingues ont été mobilisés à l’occasion de la visite de Mme Cliveti aux hoˆpitaux bruxellois.
(Christelijke Centrale van de openbare diensten) dat alle tweetalig personeel voor het bezoek van voornoemde rapporteur aan de Brusselse ziekenhuizen werd opgetrommeld.
Cette thèse de la CCSP correspond-elle à la réalité ?
Kan u bevestigen of deze suggestie van de CCOD klopt ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 450 de M. Gerolf Annemans du 21 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 450 van de heer Gerolf Annemans van 21 april 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
Je ne suis pas au fait d’une telle action de la part des hoˆpitaux bruxellois.
Van dergelijke actie vanwege de Brusselse ziekenhuizen ben ik niet op de hoogte.
DO 2004200504026
DO 2004200504026
Question no 452 de M. Koen T’Sijen du 21 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 452 van de heer Koen T’Sijen van 21 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Contournement de l’interdiction de la publicité grand public pour les médicaments soumis à prescription.
Omzeiling van het verbod op publieksreclame voor voorschriftplichtige geneesmiddelen.
Un nouveau spot télévisé incite à consulter le médecin en cas d’onychomycose. Cette campagne, présentée comme une initiative de l’ASBL « Hodie Vivere », émane en réalité de la firme pharmaceutique Novartis.
Opnieuw was op de televisie een spot te zien die oproept om bij schimmelnagels een dokter te raadplegen. De campagne wordt voorgesteld als een initiatief van de VZW « Hodie Vivere ». In werkelijkheid zit de geneesmiddelenfabrikant Novartis achter de campagne.
Novartis fabrique le médicament Lamisil (terbinafine) dont la forme orale (comprimés) est considérée par de nombreuses associations médicales scientifiques comme le traitement le plus efficace contre les onychomycoses (infections des ongles).
Novartis is de producent van het geneesmiddel Lamisil (terbinafine). De tabletvorm van dit geneesmiddel wordt door tal van wetenschappelijke medische verenigingen erkend als zijnde het meest afdoende middel tegen schimmelnagels (kalknagels).
L’utilisation de Lamisil n’est toutefois pas exempte de risques. Des cas d’insuffisance hépatique ont été signalés, certains patients ayant duˆ subir une greffe du foie, d’autres étant décédés. En outre, il a été fait état de troubles sanguins, d’affections cutanées, de pertes ou de modifications du gouˆt, etc. La « campagne d’information » ne souffle mot à ce sujet.
Evenwel is het gebruik van Lamisil niet zonder risico. Er zijn in de wetenschap gevallen van leverfalen bekend. Sommige patie¨nten moesten een levertransplantatie ondergaan andere zijn gestorven. Daarnaast zijn er verschillende problemen gemeld in verband met bloedaandoeningen, huidaandoeningen, verlies van smaak of smaakveranderingen, enzovoort. In de « informatiecampagne » wordt daarover uiteraard met geen woord gerept.
Le Lamisil sous forme orale est soumis à prescription et ne peut donc faire l’objet d’une publicité grand public. En Belgique, les firmes pharmaceutiques ont trouvé la parade en faisant de la publicité non pas pour le médicament, mais pour l’affection.
Lamisil in tabletvorm is een geneesmiddel op voorschrift. Publieksreclame is dus verboden. In Belgie¨ hebben de geneesmiddelenfabrikanten het spreekwoordelijke achterpoortje gevonden door geen reclame te maken voor het geneesmiddel, maar wel een reclamespot te maken voor de aandoening.
Il n’est dès lors pas surprenant que Novartis ait contacté tous les médecins pour attirer leur attention sur la « campagne d’information ».
Het is dan ook niet verwonderlijk dat Novartis alle artsen gecontacteerd heeft om hen op de « voorlichtingscampagne » te wijzen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14335
Le Lamisil est un médicament remboursé.
Lamisil is een terugbetaald geneesmiddel.
Cette prétendue campagne d’information couˆte cher à l’INAMI. Le plus grave est que des deniers publics soient dépensés pour une affection sans gravité et qui n’occasionne souvent qu’une gêne esthétique.
Deze zogenaamde infocampagne kost het RIZIV veel geld. Het ergste is dat het hier gaat om gemeenschapsgeld dat wordt gespendeerd aan een aandoening die absoluut niet levensbedreigend is, en vaak alleen een esthetisch nadeel geeft.
Cette campagne illustre bien la manière dont l’industrie pharmaceutique contourne l’interdiction de la publicité grand public pour les médicaments sur prescription.
Deze campagne is een schoolvoorbeeld van de wijze waarop farmaceutische bedrijven het verbod op publieksreclame voor geneesmiddelen op voorschrift omzeilen.
1. La société Novartis et l’ASBL « Hodie Vivere » feront-elles l’objet de sanctions pour avoir contourné l’interdiction de la publicité grand public pour les médicaments soumis à prescription ?
1. Zullen er sancties genomen worden tegen de firma Novartis en de VZW « Hodie Vivere » voor hun omzeiling van het verbod op de publieksreclame voor voorschriftelijke geneesmiddelen ?
2. Envisagez-vous de prendre des mesures pour mieux controˆler l’interdiction de la publicité grand public pour des médicaments soumis à prescription ?
2. Overweegt u maatregelen te nemen om het toezicht op het verbod op de publieksreclame voor voorschriftplichtige geneesmiddelen, te verbeteren ?
3. Envisagez-vous de prendre des mesures pour informer la population des effets secondaires possibles du Lamisil ?
3. Overweegt u maatregelen te nemen om de bevolking te informeren over de bijwerkingen die Lamisil kan veroorzaken ?
4. Pensez-vous qu’il soit opportun de maintenir le remboursement du Lamisil compte tenu de la nécessité de réaliser des économies dans le secteur de la sécurité sociale ?
4. Vindt u het opportuun om de terugbetaling van Lamisil te behouden gezien de nood aan besparingen in de sociale zekerheid ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 452 de M. Koen T’Sijen du 21 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 452 van de heer Koen T’Sijen van 21 april 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
1. Comme l’honorable membre l’a très justement rappelé, la publicité auprès du public pour des médicaments soumis à ordonnance est interdite. Mais, tant la directive européenne 2001/83/CE instituant un code communautaire relatif aux médicaments à usage humain, que l’ arrêté royal du 7 avril 1995 relatif à l’information et à la publicité concernant les médicaments à usage humain, précisent que la réglementation en matière de publicité pour les médicaments ne s’applique pas aux informations relatives à la santé humaine ou à des maladies humaines, pour autant qu’il n’y ait pas de référence directe ou indirecte à un médicament. Le spot télévisé relatif à l’onychomycose diffusé sous la responsabilité de l’ASBL « Hodie Vivere » ne fait aucune référence directe ou indirecte au Lamisil : pas de mention du nom du médicament ou de sa substance active, pas de lien au médicament via un quelconque graphisme ou couleur. Les couleurs utilisées dans le spot ne sont pas spécialement celles de l’emballage du Lamisil. Il n’y a aucune mention du nom de la firme. Il faut noter aussi que le Lamisil n’est pas le seul médicament indiqué dans le traitement de ` la fin du spot, il est conseillé de l’onychomycose. A
1. Zoals het geachte lid er zeer terecht aan herinnert, is publieksreclame voor voorschriftplichtige geneesmiddelen verboden. Zowel de Europese richtlijn 2001/83/EG tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik als het koninklijk besluit van 7 april 1995 betreffende de voorlichting en de reclame inzake geneesmiddelen voor menselijk gebruik verduidelijken echter dat de reglementering inzake reclame voor geneesmiddelen niet van toepassing is op informatie met betrekking tot de menselijke gezondheid of menselijke ziekten, voor zover er niet direct of indirect naar een geneesmiddel wordt verwezen. De televisiespot over onychomycosis, die onder de verantwoordelijkheid van de VZW « Hodie Vivere » wordt uitgezonden, bevat geen enkele directe of indirecte verwijzing naar Lamisil : geen vermelding van de naam van het geneesmiddel of het actieve bestanddeel ervan, geen link naar het geneesmiddel via een of andere grafische vormgeving of kleur. De kleuren die in de spot worden gebruikt, zijn niet in het bijzonder de kleuren van de verpakking van Lamisil. Er is geen enkele vermelding van de firmanaam. Er moet tevens op worden gewezen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14336
s’adresser à son médecin. Il n’y est pas question explicitement de traitement. Selon la stricte interprétation de la législation, les dispositions légales en matière de publicité ne sont donc pas applicables à ce spot car ce n’est pas une publicité pour un médicament.
dat Lamisil niet het enige aangewezen geneesmiddel is bij de behandeling van onychomycosis. Op het einde van de spot wordt aanbevolen dat men zich tot zijn arts wendt. Er is niet expliciet sprake van behandeling. Volgens de strikte interpretatie van de wetgeving zijn de wettelijke bepalingen inzake reclame bijgevolg niet op deze spot van toepassing, aangezien het niet om reclame voor een geneesmiddel gaat.
2. Néanmoins, nous voyons que ce type de spot peut effectivement poser un problème de santé publique. En effet, il est important que les informations relatives à la santé ou à des maladies, parfois réalisées, comme dans le cas qui nous occupe, sur la base de d’un financement ou de matériel fournis par une firme pharmaceutique, soient parfaitement objectives, adéquates, pondérées, justifiées et établies dans le respect du principe d’une médecine basée sur des preuves. ` cette fin, il faut donc prévoir, comme pour les publiA cités pour le public relatives à des médicaments, un controˆle préalable afin de vérifier que ces conditions sont bien remplies, en particulier lorsque l’information a été l’objet d’un financement ou d’un support matériel de la part d’une firme pharmaceutique qui pourrait y rechercher un intérêt économique via la prescription de ses médicaments. C’est la raison pour laquelle, j’ai fait insérer dans la récente loi relative à la maıˆtrise du budget des soins de santé et portant diverses dispositions en matière de santé un article modifiant l’article 9 de la loi du 25 mars 1964 sur les médicaments. L’objectif est de permettre de réglementer ou de soumettre à des mesures sélectives d’interdiction toute information relative à la santé humaine ou à des maladies humaines si cette information fait une référence directe ou indirecte à un médicament ou à une groupe de médicaments. Ce controˆle préalable ne s’appliquera pas aux campagnes d’information menées par des organismes publics compétents en matière de santé publique.
2. Desalniettemin zien wij dat dit type van spot moeilijkheden kan opleveren op het vlak van volksgezondheid. Het is immers belangrijk dat informatie inzake gezondheid of ziekten, die soms zoals in dit geval wordt verwezenlijkt op basis van financiering of materiaal geleverd door een farmaceutische firma, perfect objectief, adequaat, nuchter, gerechtvaardigd is en is opgesteld met inachtneming van het principe van een op bewijzen gebaseerde geneeskunde. Hiertoe moet zoals voor de publieksreclame inzake geneesmiddelen worden voorzien in een voorafgaande controle teneinde na te gaan of die voorwaarden wel degelijk zijn vervuld, in het bijzonder wanneer de informatie is gefinancierd of materieel is gesteund door een farmaceutische firma die hierbij een economisch belang zou kunnen nastreven via het voorschrijven van haar geneesmiddelen. Om die reden heb ik in de recente wet betreffende de beheersing van de begroting van de gezondheidszorg en houdende diverse bepalingen inzake gezondheid een artikel laten invoegen tot wijziging van artikel 9 van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen. De bedoeling hiervan is om elke vorm van informatie inzake menselijke gezondheid of menselijke ziekten te kunnen reglementeren of aan selectieve verbodsmaatregelen te kunnen onderwerpen indien die informatie direct of indirect naar een geneesmiddel of een groep geneesmiddelen verwijst. Die voorafgaande controle is niet van toepassing op informatiecampagnes die worden geleid door openbare instellingen die bevoegd zijn op het vlak van volksgezondheid.
3. Le Lamisil n’est pas le seul médicament indiqué dans le traitement de l’onychomycose. Ces médicaments sont soumis à prescription médicale. Il appartient au médecin et au pharmacien d’informer le patient correctement comme lors de la prescription ou de la délivrance de n’importe quel autre médicament soumis à prescription médicale. Par ailleurs, la notice pour le public qui accompagne ces médicaments et qui a été approuvée lors de l’octroi de l’autorisation de mise sur le marché apporte au patient l’information dont il a besoin, notamment en ce qui concerne les effets indésirables.
3. Lamisil is niet het enige aangewezen geneesmiddel bij de behandeling van onychomycosis. Die geneesmiddelen zijn aan een medisch voorschrift onderworpen. De arts of apotheker moet de patie¨nt correct informeren, zoals bij het voorschrijven of afleveren van om het even welk ander geneesmiddel dat aan een medisch voorschrift is onderworpen. Bovendien geeft de bijsluiter voor het publiek die bij die geneesmiddelen wordt geleverd en die bij de toekenning van de vergunning voor het in de handel brengen is goedgekeurd de informatie die hij nodig heeft, met name wat de ongewenste effecten betreft.
4. Il n’est pas à l’ordre du jour de modifier les conditions de remboursement du Lamisil.
4. Een wijziging van de terug-betalingsvoorwaarden van Lamisil is niet aan de orde.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14337
DO 2004200504051
DO 2004200504051
Question no 453 de M. Staf Neel du 22 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 453 van de heer Staf Neel van 22 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Cabinets. — Journal interne du personnel.
Kabinetten. — Interne personeelkrant.
La publication d’un journal interne du personnel est une pratique de plus en plus courante dans le secteur privé comme dans le secteur public. L’employeur utilise ce moyen pour informer le personnel des décisions et des changements en perspective, pour organiser des enquêtes parmi le personnel, pour présenter les nouveaux membres du personnel, etc.
Zowel in de privé als bij de overheid wordt meer en meer gebruik gemaakt van een interne personeelskrant. De werkgever gebruikt dit forum om het personeel te informeren over beleidsbeslissingen en op stapel staande wijzigingen, om bevragingen onder het personeel te verrichten, om nieuwe personeelsleden voor te stellen, enzovoort.
1. Votre cabinet publie-t-il un tel journal du personnel ? 2. Dans l’affirmative,
1. Maakt uw kabinet gebruik van dit forum ? 2. Zo ja,
a) quel nom porte-t-il;
a) onder welke naam;
b) à combien d’exemplaires est-il tiré;
b) in welke oplage;
c) quelle est sa périodicité;
c) wat is de periodiciteit;
d) sous quelle forme se présente-t-il, et, s’il s’agit d’un journal imprimé, l’est-il en noir et blanc ou en couleur;
d) onder welke vorm en indien gedrukt, zwart-wit of in kleurendruk ?
e) combien de pages le journal compte-t-il ?
e) hoeveel pagina’s telt deze publicatie ?
3. Dans la négative, pourquoi ?
3. Zo neen, waarom niet ?
4. S’agit-il, en l’occurrence, d’une publication commune à tous les services relevant de votre compétence ? 5. Dans la négative,
4. Betreft het hier een globaal nummer voor alle diensten die ressorteren onder uw bevoegdheid ? 5. Zo neen,
a) combien de journaux différents sont ainsi publiés pour les services relevant de votre compétence;
a) hoeveel verschillende publicaties ressorteren dan onder uw bevoegdheid;
b) quels noms portent-ils;
b) onder welke naam;
c) à combien d’exemplaires sont-ils tirés;
c) in welke oplage;
d) quelle est leur périodicité;
d) wat is de periodiciteit;
e) sous quelle forme se présentent-ils ?
e) onder welke vorm ?
6. Des photos et/ou des graphiques illustrent-ils le journal ?
6. Is de publicatie geı¨llustreerd met foto’s en/of grafieken ?
7. Quel est pour votre département le couˆt de la publication de ce journal ?
7. Hoeveel kost dit forum aan uw departement ?
8. Ce journal vous permet-il de vous adresser directement, en tant que responsable politique, au personnel des services relevant de votre compétence ?
8. Heeft u als politiek verantwoordelijke de mogelijkheid om het personeel dat ressorteert onder uw diensten toe te spreken via dit forum ?
9. Comment l’adjudication a-t-elle été organisée ? 10. Quelle ou quelles imprimeries assurent-elles l’impression du journal ou des journaux ? Quel est le nom et la commune d’implantation de l’imprimerie ou des imprimeries ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
9. Hoe gebeurde de aanbesteding ? 10. Welke drukkerij(en) staat/staan in voor de druk van deze publicatie(s) ? Graag naam en gemeente.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14338
11. Quel est le mode de distribution choisi ?
11. Hoe wordt/worden deze publicatie(s) verspreid ?
12. Quel est le couˆt annuel de cette distribution ?
12. Wat is de jaarlijkse kostprijs van deze verspreiding ?
13. a) Un contrat de longue durée a-t-il été conclu ?
13. a) Is er een langdurig contract gesloten ?
b) Dans l’affirmative, pour quelle durée ?
b) Zo ja, welke is de termijn ?
14. Quel pourcentage de vos moyens de fonctionnement est-il affecté à la mise en page, à l’impression, à la distribution, etc. ?
14. Hoeveel procent van uw werkingsmiddelen gaat naar de opmaak, de druk, de verspreiding, enzovoort ?
15. S’agit d’une publication bilingue ou une publication distincte est-elle prévue pour chaque groupe linguistique ?
15. Is deze publicatie tweetalig of wordt er voor elke taalgroep in een afzonderlijke publicatie voorzien ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 14 juin 2005, à la question no 453 de M. Staf Neel du 22 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 14 juni 2005, op de vraag nr. 453 van de heer Staf Neel van 22 april 2005 (N.) :
1. Non, nous n’avons pas de revue interne dans le Cabinet.
1. Neen, wij hebben geen intern magazine in het kabinet.
3. Nous n’avons pas de revue interne, car l’organisation des cellules stratégiques et la circulation des informations relatives à la politique menées par le ministre se fait de manière régulière lors des réunions de staff.
3. We hebben geen intern magazine aangezien de organisatie van de beleidscellen en de circulatie van informatie inzake het beleid gevoerd door de minister regelmatig gebeurt tijdens de stafvergaderingen.
De plus, la cellule communication fait parvenir de manière régulière, par mail, les informations pertinentes (revue de presse, communiqués, informations relatives aux compétences du ministre, informations sur l’organisation interne) aux collaborateurs du ministre.
Bovendien geeft de cel communicatie regelmatig per mail de relevante informatie door aan de medewerkers van de minister (persoverzicht, mededelingen, informatie betreffende de bevoegdheid van de minister, informatie over interne organisatie).
DO 2004200504096
DO 2004200504096
Question no 455 de M. Bart Tommelein du 27 avril 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 455 van de heer Bart Tommelein van 27 april 2005 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Banque de données des centres de transfusion sanguine.
Gegevensbank van bloedtransfusiecentra.
Les personnes qui, un jour, ont donné du sang auprès d’un centre de transfusion sanguine déterminé, reçoivent généralement par après du courrier de ce centre (dans certains cas, des années plus tard) les invitant à donner à nouveau du sang. Or, il arrive souvent que les personnes en question soient devenues entretemps des donneurs de sang réguliers auprès d’un autre centre de transfusion sanguine, par exemple dans la ville ou` elles travaillent.
Mensen die ooit bloed hebben gegeven bij een welbepaald bloedtransfusiecentrum krijgen meestal (in sommige gevallen is dat jaren later) nog brieven van dat centrum toegestuurd met de vraag om opnieuw bloed te komen geven. Vaak is het echter zo dat de mensen in kwestie inmiddels op regelmatige basis bloeddonor zijn bij een ander bloedtransfusiecentrum, bijvoorbeeld in de stad waar ze werken.
1. a) Est-il exact que chaque centre de transfusion sanguine conserve séparément les données de ces propres donneurs ?
1. a) Klopt het dat elk bloedtransfusiecentrum voor zich afzonderlijk de gegevens bijhoudt van zijn donoren ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14339
b) Pourquoi n’est-il pas possible de centraliser ces données ?
b) Waarom kunnen deze gegevens niet gecentraliseerd bijgehouden worden ?
2. Les centres de transfusion sanguine ont-ils un quelconque intérêt à disposer d’un nombre maximum de donneurs de sang, même au détriment d’autres centres de transfusion sanguine ?
2. Hebben bloedtransfusiecentra er enig belang bij om zelf zoveel mogelijk bloeddonoren te hebben, desnoods ten nadele van andere bloedtransfusiecentra ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2005, à la question no 455 de M. Bart Tommelein du 27 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2005, op de vraag nr. 455 van de heer Bart Tommelein van 27 april 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
Il existe cinq établissements de transfusion sanguine dont dépendent une dizaine de centres de transfusion. Il n’y a actuellement pas de lien formel entre les banques de données de ces différents centres, à l’exception des centres dépendant du Service du sang de la Croix rouge francophone, pour lequel une centralisation des données est organisée. Des informations sont cependant échangées entre les deux services du sang de la Croix rouge.
Er zijn vijf bloedtransfusie-instellingen waarvan een tiental bloedtransfusiecentra afhangen. Er bestaat voor het ogenblik geen formele link tussen de databanken van die centra, behalve dan in de Franstalige dienst voor het bloed van het Rode Kruis, voor wie een centralisering van de data wordt uitgewerkt en die voor hun eigen centra beschikbaar is. Er werd ook informatie tussen de twee diensten voor het bloed van het Rode Kruis uitgewisseld.
Dans un objectif de santé publique, les centres de transfusion sanguine cherchent à fidéliser un grand nombre de donneurs de sang. En raison de l’absence d’une banque de données centralisée, il peut arriver qu’une personne soit sollicitée par deux centres à la fois. Cette personne peut toutefois toujours faire savoir qu’elle est, désormais, donneur de sang dans un autre centre.
In het licht van de volksgezondheid wensen de bloedtransfusiecentra een zo groot mogelijk aantal donoren aan zich te binden. Aangezien de databanken niet met elkaar verbonden zijn, kan iemand soms tegelijkertijd een brief van twee verschillende centra ontvangen. Die persoon kan dan altijd laten weten dat hij in een ander centrum bloedgever is.
Il entre dans mes intentions d’initier un meilleur système de traçabilité du donneur jusqu’à la transfusion de sang ou de produit sanguin et vice versa.
Het ligt in mijn bedoeling tot een beter systeem van traceerbaarheid van de donoren te komen inclusief de bloedtransfusie of de bloedbestanddelen en omgekeerd.
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
Minister van Middenstand en Landbouw
Classes moyennes
Middenstand
DO 2004200504288
DO 2004200504288
Question no 77 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 18 mai 2005 (N.) à la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture :
Vraag nr. 77 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 18 mei 2005 (N.) aan de minister van Middenstand en Landbouw :
Travailleuses indépendantes. — Congé de maternité.
Zelfstandige vrouwen. — Bevallingsverlof.
Actuellement, les travailleuses salariées ont droit à un congé de maternité de quinze semaines, alors que
Momenteel genieten werknemers een bevallingsverlof van vijftien weken, terwijl zelfstandige vrouwen
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14340
les indépendantes n’ont droit qu’à un congé indemnisé de six semaines. Le cabinet restreint du 14 avril 2005 a adopté des mesures visant à offrir aux travailleuses indépendantes des titres-services gratuits ou un(e) intérimaire à couˆt réduit après un accouchement.
recht hebben op een uitkering voor zes weken zwangerschapsverlof. In het kernkabinet van 14 april 2005 werd besloten tot maatregelen om vrouwelijke zelfstandigen na een bevalling gratis dienstencheques of een goedkope interimkracht te geven.
1. Combien de travailleuses indépendantes ont bénéficié d’un congé de maternité respectivement en 2002, 2003 et 2004 ?
1. Hoeveel zelfstandige vrouwen genoten in respectievelijk 2002, 2003 en 2004 bevallingsverlof ?
2. Combien étaient-elles par province ?
2. Hoeveel waren er dat per provincie in Belgie¨ ?
3. Le remboursement des titres-services aux utilisatrices sera imputé à la sécurité sociale des indépendants, qui prendra en charge le couˆt y afférent.
3. De terugbetaling van de dienstencheques aan de gebruikster zal in de sociale zekerheid der zelfstandigen opgenomen worden. Die zal de kosten terzake dekken.
Quelles sont les modalités concrètes de la mise en œuvre de la mesure permettant de faire appel à un(e) intérimaire à couˆt réduit ?
Hoe zal de maatregel van de mogelijkheid tot het krijgen van een goedkope interimkracht concreet verlopen ?
Réponse de la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture du 15 juin 2005, à la question no 77 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 18 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Middenstand en Landbouw van 15 juni 2005, op de vraag nr. 77 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 18 mei 2005 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
Als antwoord op haar vragen deel ik aan het geachte lid de volgende elementen mee.
1. Pour les années 2002 et 2003, le nombre de femmes indépendantes ayant bénéficié d’une allocation de maternité s’élevait respectivement à 4 663 et 4 710. Pour l’année 2004, le nombre officiel n’est pas encore connu mais est estimé à 5 036.
1. Tijdens de jaren 2002 en 2003 bedroeg het aantal zelfstandige vrouwen, dat een moederschapsuitkering heeft genoten, respectievelijk 4 644 en 4 848. Voor het jaar 2004 is het officie¨le aantal nog niet gekend. Het wordt geschat op 5 170 vrouwen.
2. Répartition par province :
2. Verdeling per provincie :
Province — Provincie
2002
2003
2004
Anvers. — Antwerpen .................................................................... Bruxelles. — Brussel ....................................................................... Brabant flamand. — Vlaams-Brabant ............................................. Brabant wallon. — Waals-Brabant ................................................. Flandre occidentale. — West-Vlaanderen ....................................... Flandre orientale. — Oost-Vlaanderen ........................................... Hainaut. — Henegouwen ............................................................... Liège. — Luik ................................................................................. Limbourg. — Limburg ................................................................... Luxembourg. — Luxemburg .......................................................... Namur. — Namen ......................................................................... Indéterminé. — Onbepaald ............................................................
701 423 522 217 750 689 374 380 297 107 192 11
711 400 500 202 789 647 425 320 379 103 218 16
754 431 499 179 824 756 447 367 415 135 216 13
Total. — Totaal ..............................................................................
4 663
4 710
5 036
Le deuxième point en particulier n’est pas définitivement fixé sur la solution de l’intérim et pourrait être envisagé sur la base de d’un concept plus large d’entrepreneur remplaçant.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
In het bijzonder, is het tweede punt over de interimoplossing nog niet vastgesteld en het zou op basis van een ruimer begrip van vervangende ondernemer kunnen worden overwogen. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14341
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs
Minister van Werk en Consumentenzaken
Emploi
Werk
DO 2004200503815
DO 2004200503815
Question no 270 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 30 mars 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 270 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 30 maart 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Nombre de titres-services par province.
Aantal dienstencheques per provincie.
Les titres-services rencontrent un succès incontestable. En 2003, 773 504 titres ont été vendus. En 2004, leur nombre a dépassé les huit millions. Plus de six millions de titres-services ont été vendus en Flandre, 1,8 million en Wallonie et moins de 200 000 à Bruxelles. Je souhaiterais connaıˆtre le nombre de titresservices vendus dans chacune des provinces.
De dienstencheques zijn een onvoorstelbaar succes. In 2003 werden er 773 504 verkocht, en in 2004 waren dat er meer dan acht miljoen. Vlaanderen nam van het totaal ruim zes miljoen stuks voor zijn rekening. Wallonie¨ 1,8 miljoen en Brussel minder dan 200 000 cheques. Graag vernam ik de cijfers van het aantal dienstencheques per provincie.
Combien de titres-services ont-ils été vendus en 2003, 2004 et au cours des deux premiers mois de 2005 dans chacune des 10 provinces et dans la région de Bruxelles-Capitale ?
Hoeveel dienstencheques werden respectievelijk in 2003, 2004, en de eerste twee maanden van 2005 verkocht in elk van de 10 provincies en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 13 juin 2005, à la question no 270 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 30 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 13 juni 2005, op de vraag nr. 270 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 30 maart 2005 (N.) :
Le tableau ci-dessous mentionne le nombre de titresservices vendus en 2004 et pendant les deux premiers mois de 2005, répartis par province et pour la Région de Bruxelles-Capitale. Les données de 2003 demandées ne sont pas disponibles.
De onderstaande tabel vermeldt het aantal verkochte dienstencheques in 2004 en in de eerste twee maanden van 2005, opgesplitst per provincie en voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De gevraagde gegevens voor 2003 zijn niet beschikbaar.
Province — Provincie
Titres-services vendus 2004 — Verkochte dienstencheques 2004
Titres-services vendus 2005 (deux premiers mois) — Verkochte dienstencheques 2005 (eerste twee maanden)
Anvers. — Antwerpen .................................. Brabant flamand. — Vlaams-Brabant .......... Brabant wallon. — Waals-Brabant ............... Flandre occidentale. — West-Vlaanderen ..... Flandre orientale. — Oost-Vlaanderen ......... Hainaut. — Henegouwen ............................. Liège. — Luik .............................................. Limbourg. — Limburg ................................. Luxembourg. — Luxemburg ........................ Namur. — Namen ....................................... Bruxelles-Capitale. — Brussel-Hoofstad ....... Pays. — Land ...............................................
1 237 775 296 1 387 1 499 734 399 1 194 166 224 195 8 111
321 210 83 363 366 203 131 310 50 73 70 2 184
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
885 737 663 440 483 043 581 224 319 566 320 261
2005
170 052 781 346 738 401 645 139 578 323 803 976
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14342
DO 2004200504070
DO 2004200504070
Question no 290 de Mme Trees Pieters du 25 avril 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 290 van mevrouw Trees Pieters van 25 april 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises. — Renseignements et modalités d’introduction d’une demande.
Fonds tot vergoeding van de ingeval van sluiting ontslagen werknemers. — Inlichtingen en wijze van indiening verzoek.
Aux termes de l’article 6, alinéa 2, de la loi du 30 juin 1967 portant extension de la mission du Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises (Moniteur belge du 13 juillet 1967), le Roi détermine les modalités d’introduction de la demande et les informations que l’employeur et le travailleur sont tenus de communiquer au Fonds. L’alinéa 3 de ce même article stipule qu’en cas de faillite ou de liquidation de l’entreprise, les mandataires, les curateurs et les liquidateurs ont les mêmes obligations que celles prévues pour les employeurs. L’article 3 de l’arrêté royal du 6 juillet 1967 pris en exécution de l’article 6 de la loi du 30 juin 1967 portant extension de la mission du Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises (Moniteur belge du 13 juillet 1967) dispose que le travailleur et l’employeur mentionnent les renseignements appropriés sur le formulaire, les certifient exacts et les signent conjointement. Le Roi ayant invoqué l’urgence pour cet arrêté royal, aucune demande d’avis motivé n’a été adressée à la section de législation du Conseil d’E´tat. L’avis de la section de législation du Conseil d’E´tat constitue pourtant une formalité substantielle, dont le non-respect peut entraıˆner une annulation ou justifier une exception d’illégalité en vertu de l’article 159 de la Constitution qui prévoit que les cours et tribunaux n’appliqueront les arrêtés et règlements généraux, provinciaux et locaux, qu’autant qu’ils seront conformes aux lois. Si le motif d’urgence invoqué n’était pas jugé valable, la réalité de l’urgence pourrait être contestée devant les juridictions (circulaire no C4/8001, Conseil d’E´tat, Légistique formelle. Recommandations et formules, site internet :
Artikel 6, tweede lid, van de wet van 30 juni 1967 tot verruiming van de opdracht van het Fonds tot vergoeding van de ingeval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers (Belgisch Staatsblad van 13 juli 1967) stelt dat de Koning de wijze van indiening van het verzoek bepaalt evenals de inlichtingen die de werkgever en de werknemer aan het Fonds dienen te verstrekken. Het derde lid van hetzelfde artikel bepaalt dat in geval van faillissement of van vereffening van de onderneming de lasthebbers, curatoren of vereffenaars dezelfde verplichtingen hebben als de werkgevers. Artikel 3 van het koninklijk besluit van 6 juli 1967 ter uitvoering van artikel 6 van de wet van 30 juni 1967 tot verruiming van de opdracht van het Fonds tot vergoeding van de ingeval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers (Belgisch Staatsblad van 13 juli 1967), bepaalt dat de werknemer en de werkgever de passende inlichtingen op het formulier vermelden en die juist verklaren en gezamenlijk ondertekenen. Voor dit koninklijk besluit heeft de Koning de hoogdringendheid ingeroepen zodat geen beredeneerd advies aan de afdeling Wetgeving van de Raad van State werd gevraagd. Het advies van de afdeling Wetgeving van de Raad van State is een substantie¨le vormvereiste. De niet-naleving van een substantie¨le vormvereiste kan leiden tot nietigverklaring of grond opleveren voor een exceptie van onwettigheid ontleend aan artikel 159 van de Grondwet dat bepaalt dat hoven en rechtbanken de algemene, provinciale en plaatselijke besluiten en verordeningen alleen toepassen in zoverre zij met de wetten overeenstemmen. Als de ingeroepen reden van hoogdringendheid de deugdelijkheidstoets niet zou kunnen doorstaan, dan zou de feitelijkheid van het spoedeisend karakter voor elk rechtscollege kunnen betwist worden (circulaire nr. C4/8001, Raad van State, Wetgevingstechniek. Aanbevelingen en formules, internetsite :
http://www.raadvst-consetat.be).
http://www.raadvst-consetat.be).
1. Cela signifie-t-il que si l’employeur, les mandataires, les curateurs ou les liquidateurs ont une autre opinion quant à leurs prétentions juridiques sur une quelconque créance, le travailleur ne peut prétendre à une indemnisation par le Fonds ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
1. Wil dat dan zeggen dat indien de werkgever, de lasthebbers, de curatoren of de vereffenaars een andere mening hebben over hun juridische aanspraken over een of andere schuldvordering, de werknemer dan geen aanspraak kan maken op uitbetaling door het Fonds ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14343
2. Quelles sont les voies de recours des travailleurs en cas de différence d’interprétation de la loi avec l’employeur, les mandataires, les curateurs ou les liquidateurs, ceux-ci n’étant pas infaillibles ?
2. Wat zijn de verhaalmogelijkheden van de werknemers bij interpretatieverschil van de wet met de nietonfeilbare werkgever, lasthebbers, curatoren of vereffenaars ?
3. Pourquoi la loi précitée du 30 juin 1967 et l’arrêté royal du 6 juillet 1967 ont-ils été publiés dans le même Moniteur belge du 13 juillet 1997 alors que l’article 15 de cette loi prévoit une rétroactivité jusqu’au 1er janvier 1967 ?
3. Waarom werden voormelde wet van 30 juni 1967 en het koninklijk besluit van 6 juli 1967 in hetzelfde Belgisch Staatsblad van 13 juli 1997 bekendgemaakt nu artikel 15 van die wet voorziet in een retroactiviteit tot 1 januari 1967 ?
4. Adhérez-vous au point de vue exposé dans la circulaire précitée ?
4. Deelt u de mening vooropgezet in voornoemde circulaire ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 14 juin 2005, à la question no 290 de Mme Trees Pieters du 25 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 290 van mevrouw Trees Pieters van 25 april 2005 (N.) :
1 et 2. L’article 6 de la loi du 30 juin 1967 portant extension de la mission du Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises stipule que le Fonds est saisi de la demande de paiement à l’initiative du travailleur. L’arrêté royal du 6 juillet 1967 pris en exécution de l’article 6 de la loi du 30 juin 1967 portant extension de la mission du Fonds d’indemnisation des travailleurs en cas de fermeture d’entreprises rend d’ailleurs cet article applicable et précise, entre autres, la manière dont cette demande doit être introduite. L’article 3 de cet arrêté royal dispose, dans ce cadre, que le travailleur et l’employeur mentionnent les renseignements appropriés sur le formulaire, les certifient exactes et les signent conjointement. L’article 6, 3e alinéa de cette loi impose les mêmes obligations aux mandataires, curateurs et liquidateurs qu’aux employeurs.
1 en 2. Artikel 6 van de wet van 30 juni 1967 tot verruiming van de opdracht van het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, bepaalt dat het verzoek tot betaling dient te worden ingediend bij het Fonds op initiatief van de werknemer. Het koninklijk besluit van 6 juli 1967 ter uitvoering van artikel 6 van de wet van 30 juni 1967 tot verruiming van de opdracht van het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, voert dit artikel verder uit en bepaalt onder meer de wijze waarop deze aanvraag dient te worden ingediend. Artikel 3 van dit koninklijk besluit bepaalt in dit kader dat de werknemer en de werkgever de passende inlichtingen op het formulier vermelden, die juist verklaren en gezamenlijk ondertekenen. Artikel 6, derde lid van vermelde wet legt aan de lasthebbers, curatoren en vereffenaars dezelfde verplichtingen op als aan de werkgevers.
En cas de carence de l’employeur ou assimilé, le travailleur a, selon l’hypothèse en question, certaines possibilités de recours.
In geval van in gebreke blijven door de de werkgever of gelijkgestelde, heeft de werknemer, naargelang de hypothese die aan de orde is, bepaalde mogelijkheden tot beroep.
D’une part, l’article 13 de la loi du 30 juin 1967 précitée prévoit des sanctions pénales pour l’employeur, ses préposés ou mandataires, les curateurs et liquidateurs qui ont commis une infraction aux dispositions des arrêtés qui ont été pris en exécution de l’article 6 (de cette loi). Au cas où l’employeur, le mandataire, le curateur ou le liquidateur ne donnait pas suite à la demande du travailleur, le travailleur peut faire appel à cet article et, dans ce cadre, déposer plainte auprès des services d’inspection compétents.
Enerzijds bepaalt artikel 13 van genoemde wet van 30 juni 1967 strafrechtelijke sancties voor de werkgever, zijn aangestelden of zijn lasthebbers, de curatoren en de vereffenaars die de bepalingen ter uitvoering van artikel 6 (van deze wet) genomen besluiten hebben overtreden. In geval de werkgever, lasthebber, curator of vereffenaar hun verplichtingen met het oog op de aanvraag van de werknemer tot betaling niet nakomen, kan de werknemer beroep doen op dit artikel en in dit kader klacht indienen bij de bevoegde inspectiediensten.
D’autre part, ainsi, le Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises pouvait seulement intervenir en paiement des indemnités pour lequel il n’existe pas de litige et qui sont donc acquises. Au cas où il subsisterait une discussion entre l’employeur, le mandataire ou le curateur d’une part et
Anderzijds is het zo dat het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting var ondernemingen ontslagen werknemers enke kan overgaan tot uitbetaling var vergoedingen waarover geen geschil bestaai en die dus vaststaand zijn. In geval er een discussie bestaat tussen werkgever, lasthebber, curator of vereffenaar enerzijds
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14344
le travailleur, d’autre part, à propos du droit à certaines indemnités, il convient à ce sujet d’abord d’obtenir une solution définitive du tribunal compétent. Si la mésentente subsiste à ce sujet, le travailleur peut alors porter l’affaire devant le tribunal compétent (le tribunal du travail ou le tribunal de commerce).
en werknemer anderzijds aangaande het recht op bepaalde vergoedingen, dient hieromtrent vooreerst uitsluitsel te worden bekomen vanwege de bevoegde rechtbank. In geval van blijvend dispuut hieromtrent, kan de werknemer de zaak dus aanhangig maken bij de bevoegde rechtbank (de arbeidsrechtbank dan wel de rechtbank van koophandel).
3. L’arrêté royal du 6 juillet 1967 pris en exécution de l’article 6 de la loi du 30 juin 1967 portant extension de la mission du Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises procède à l’exécution de cette loi.
3. Het koninklijk besluit van 6 juli 1967 ter uitvoering van artikel 6 van de wet van 30 juni 1967 tot verruiming van de opdracht van het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, geeft uitvoering aan deze wet.
L’article 15 de cette loi dispose :
Artikel 15 van deze wet bepaalt :
« La présente loi entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge. Elle s’applique à cette date aux indemnités, rémunérations, pécules de vacances et cotisations visés aux articles 2 et 5 dont l’employeur serait redevable depuis le 1er janvier 1967 ». La loi a été publiée au Moniteur belge le 13 juillet 1967. La soi-disant « rétroactivité » au 1er janvier 1967 ne concerne que des indemnités bien précises dues à cette date. Des travaux préparatoires de la loi, il apparaıˆt que cette disposition a été formulée ainsi de manière à permettre, à partir de son entrée en vigueur, de donner une solution aux situations qui, depuis le 1er janvier 1967, s’étaient présentées mais n’avaient pas encore été solutionnées (Doc. parl., Chambre des Représentants, 1966-1967, 445, no 1, p. 4). On a affaire à une sorte de disposition transitoire. Le fait que la loi dans son ensemble entrait en vigueur à une date ultérieure n’y porte aucun préjudice. Par ailleurs, l’arrêté royal du 6 juillet 1967 exécutait ainsi la loi du 30 juin 1967 sur des points importants. La loi et l’arrêté royal sont à tel point interdépendants que la loi n’est pas applicable sans son exécution par arrêté royal. C’est sous cet éclairage qu’il faut considérer que ces deux textes ont été publiés à la même date.
« Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt. Zij is op die datum van toepassing op de in artikelen 2 en 5 bedoelde vergoedingen, lonen, vakantiegelden en bijdragen die de werkgever sinds 1 januari 1967 verschuldigd zou zijn. » De wet werd bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 13 juli 1967. De zogenaamde « retroactiviteit » tot 1 januari 1967 heeft enkel betrekking op het verschuldigd zijn van welbepaalde vergoedingen sinds die datum. Uit de voorbereidende werken van de wet blijkt dat deze bepaling aldus werd geformuleerd teneinde het mogelijk te maken vanaf de inwerkingtreding een oplossing te geven aan de toestanden die sedert 1 januari 1967 waren ontstaan en nog niet opgelost waren (Parl. St., Kamer van Volksvertegenwoordigers, 1966-1967, 445, nr. 1, blz. 4). Het betreft dus een soort overgangsbepaling. Het feit dat de wet in haar geheel op een latere datum in werking treedt, doet hieraan geen afbreuk. Anderzijds is het zo dat het koninklijk besluit van 6 juli 1967 de wet van 30 juni 1967 op belangrijke punten uitvoert. De wet en het koninklijk besluit hangen in die mate samen dat de wet niet toepasbaar is zonder haar verdere uitvoering bij koninklijk besluit. Het is in dit licht dat de publicatie van beide teksten op dezelfde datum, dient te worden bekeken.
4. En ce qui concerne l’avis qu Conseil d’E´tat lors de l’adoption de l’arrêté royal du 6 juillet 1967, il a été tenu compte des dispositions qui étaient en vigueur à ce moment-là. Cette réglementation prévoyait un avis du Conseil d’E´tat qui était obligatoire sauf en cas d’urgence. Il convient de remarquer que la réglementation qui était alors en vigueur n’imposait pas de motivation spéciale de l’urgence invoquée.
4. Met betrekking tot het advies van de Raad van State werd bij het opstellen van het koninklijk besluit van 6 juli 1967 rekening gehouden met de voorschriften die op dat moment van kracht waren. Deze regelgeving voorzag in een verplicht advies van de Raad van State, tenzij in geval van hoogdringendheid. Het weze opgemerkt dat de toen geldende regelgeving nergens vereiste dat de ingeroepen hoogdringendheid bijzonder gemotiveerd werd.
Des travaux préparatoires de la loi du 30 juin 1967, il apparaıˆt que cette loi exigeait l’urgence (Doc. parl., Sénat, 1966-1967, 341, rapport, p. 4). Compte tenu de cela et de l’interdépendance entre cette loi et l’arrêté royal du 6 juillet 1967, on peut supposer qu’en ce qui
Uit de voorbereidende werken van de wet van 30 juni 1967 blijkt dat deze wet dringende spoed vereiste (Parl. St., Senaat, 1966-1967, 341, verslag, blz. 4). Gelet hierop en op de samenhang tussen deze wet en het koninklijk besluit van 6 juli 1967, kan worden
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14345
concerne l’arrêté royal, il y avait urgence afin de ne pas retarder l’entrée en vigueur de cette loi.
gesteld dat er betreffende het koninklijk besluit hoogdringendheid aan de orde was, teneinde de inwerkingtreding van genoemde wet niet te vertragen.
DO 2004200504140
DO 2004200504140
Question no 299 de Mme Maggie De Block du 2 mai 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 299 van mevrouw Maggie De Block van 2 mei 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Problèmes juridiques liés au télétravail. — Repasseuses à domicile. — Réglementation relative au bienêtre.
Juridische knelpunten inzake telewerken. — Thuisstrijksters. — Welzijnsreglementering.
Il ressort de la réponse à ma question orale (no 6.490 du 26 avril 2005) que lorsqu’une repasseuse peut travailler à domicile dans le cadre du système des titres-services, la réglementation en matière de bienêtre est d’application (Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission des Affaires sociales, 26 avril 2005, COM568, p. 1). Vous avez toutefois déclaré que certaines dispositions de cette réglementation ne s’appliquaient pas. Il ne nous apparaıˆt néanmoins pas clairement sur quel fondement juridique reposent les éventuelles dispenses qui pourraient être accordées.
Uit mijn mondelinge vraag (nr. 6.490 van 26 april 2005) is gebleken dat in het experiment met de dienstencheques waarin een strijkster thuis kan werken, de welzijnsreglementering van toepassing is (Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor de Sociale Zaken, 26 april 2005, COM568, blz. 1). Evenwel stelde u dat een aantal bepalingen van die reglementering niet van toepassing zijn. Het blijft ons echter onduidelijk op welke precieze juridische basis deze vrijstellingen kunnen worden toegestaan.
Des questions se posent également quant à l’application du Règlement général pour la protection du travail (RGPT). Ainsi, l’obligation de disposer de toilettes séparées pour les hommes et les femmes ne nous paraıˆt pas vraiment pertinente dans le cas de la repasseuse à domicile. La question cruciale est plutoˆt de savoir si l’intéressée bénéficie, d’un point de vue purement juridique, d’une protection efficace lui permettant, en cas de problème éventuel, de se dégager de toute responsabilité ou de ne pas devoir à intervenir dans les frais éventuels.
Tevens rijzen vragen naar de toepassing van het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming (ARAB). Het klassieke voorbeeld dat iemand aparte toiletten voor mannen en vrouwen moet hebben, lijkt ons niet echt relevant te zijn in het geval van een thuisstrijkster. Hamvraag is echter of de betrokkene puur juridisch beschouwd kan rekenen op een sluitende dekking zodat ze in het geval er zich een probleem zou voordoen niet verantwoordelijk kan worden gesteld of moet opdraaien voor eventuele kosten.
1. Quelles sont les dispositions de la réglementation relative au bien-être qui ne s’appliquent pas aux repasseuses à domicile dans le cadre du projet de travail à domicile mené par l’ASBL flamande « Landelijke Thuiszorg » ?
1. Welke bepalingen inzake de welzijnsreglementering zijn niet van toepassing op de thuisstrijkster in het kader van het project thuisarbeid van de VZW Landelijke Thuiszorg ?
2. En vertu de quelles prescriptions légales exactes la non-application de ces dispositions relatives au bien-être se justifie-t-elle ?
2. Op basis van welke precieze wettelijke voorschriften wordt de niet-toepassing van deze welzijnsbepalingen verantwoord ?
3. S’il n’existe pas encore de fondement légal, qu’adviendra-t-il si la repasseuse devait être confrontée à un problème concernant la réglementation relative au bien-être ?
3. Zo er nog geen legale basis is, wat zal er gebeuren indien de strijkster zou worden geconfronteerd met een probleem in het kader van de welzijnsreglementering ?
4. D’un point de vue purement juridique, peut-elle dès lors être jugée responsable ?
4. Kan zij dan puur juridisch beschouwd verantwoordelijk worden gesteld ?
5. D’un point de vue juridique, peut-on considérer que la repasseuse à domicile respecte les dispositions du RGPT ?
5. Is de thuisstrijkster juridisch beschouwd volledig in orde met de bepalingen van het ARAB ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14346
6. Dans la négative, en vertu de quel fondement légal des dérogations au RGPT peuvent-elles lui être accordées ?
6. Zo neen, volgens welke wettelijke basis kunnen haar afwijkingen op het ARAB worden toegestaan ?
7. La responsabilité de la repasseuse à domicile peut-elle se trouver engagée si des irrégularités sont constatées en ce qui concerne l’application du RGPT ?
7. Kan de thuisstrijkster aansprakelijk worden gesteld indien er onwettelijkheden inzake de toepassing van het ARAB worden vastgesteld ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 16 juin 2005, à la question no 299 de Mme Maggie De Block du 2 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 16 juni 2005, op de vraag nr. 299 van mevrouw Maggie De Block van 2 mei 2005 (N.) :
Je renvoie à ma réponse à votre question écrite no 241 du 8 février 2005 qui a été publiée au bulletin des Questions et Réponses, Chambre, 51e législature, 2004-2005, no 70, 21 mars 2005, pp. 11664-11666.
Ik verwijs naar mijn antwoord op uw schriftelijke vraag nr. 241 van 8 februari 2005, dat gepubliceerd werd in het bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, 51e zittingsperiode, 2004-2005, nr. 70, 21 maart 2005, blz. 11664-11666.
J’y disais que la travailleuse qui fait du repassage dans sa propre maison pour des utilisateurs des titresservices a un contrat de travail titres-services qui doit comprendre les éléments spécifiques du contrat d’occupation de travailleurs à domicile. Pour autant qu’elle effectue réellement ses activités dans sa propre maison, elle doit par conséquent être considérée comme travailleur à domicile.
Daarin stelde ik dat de werkneemster die in de eigen woning de strijk doet voor dienstenchequegebruikers een arbeidsovereenkomst dienstencheques heeft die de specifieke elementen van de overeenkomst voor tewerkstelling van huisarbeiders moet bevatten. Voor zover zij haar activiteiten daadwerkelijk in de eigen woning verricht, dient zij bijgevolg beschouwd te worden als een huisarbeider.
Il ne fait aucun doute que la réglementation relative au bien-être des travailleurs lors de l’exécution de leur travail est d’application. Cela impose des obligations à l’employeur.
De reglementering betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk is zonder twijfel van toepassing. Dit legt verplichtingen op aan de werkgever.
Cela signifie que l’entreprise agréée, en tant qu’employeur, est tenue de respecter les obligations prévues dans la réglementation du bien-être et en est la responsable finale au niveau pénal.
Dit betekent dat de erkende onderneming, als werkgever, de verplichtingen voorzien in de welzijnsreglementering moet nakomen en hiervoor ook de strafrechtelijk eindverantwoordelijke is.
Le travailleur n’encourt pas de responsabilité pénale dans le cadre de la réglementation du bien-être. Si les obligations de la réglementation du bien-être ne sont pas respectées correctement, l’employeur, dans ce cas l’entreprise agréée, est toujours le responsable final et non le travailleur.
De werknemer loopt in het kader van de welzijnsreglementering geen enkele strafrechtelijke verantwoordelijkheid. Worden de verplichtingen van de welzijnsreglementering niet correct nageleefd dan is het steeds de werkgever, in casu de erkende onderneming, die verantwoordelijk gesteld wordt en niet de werknemer.
E´tant donné que dans le cas du travail à domicile, le travail est exécuté chez le travailleur, et que l’employeur n’a pas accès au lieu de travail du travailleur à domicile, un avant-projet d’arrêté royal prévoira un certain nombre de modalités et de précisions en relation avec les obligations de l’employeur, permettant ainsi à l’employeur d’axer la réglementation du bien-être sur les travailleurs à domicile et de satisfaire à ses obligations en la matière.
Aangezien bij huisarbeid het werk wordt uitgevoerd bij de werknemer thuis, en de werkgever niet zonder meer toegang heeft tot de arbeidsplaats van de huisarbeider, zal in een voorontwerp van koninklijk besluit een aantal modaliteiten en preciseringen worden voorzien in verband met de verplichtingen van de werkgever zodat de werkgever de welzijnsreglementering kan toespitsen op de thuiswerkers en kan voldoen aan zijn verplichtingen ter zake.
Des dérogations à la réglementation du bien-être peuvent donc être prévues pour l’employeur — et pas pour le travailleur à domicile — par le biais d’un arrêté royal. C’est en effet l’employeur qui est responsable de l’application de la réglementation du bienêtre.
Er kunnen dus voor de werkgever — en niet voor de thuiswerker — afwijkingen worden voorzien op de welzijnsreglementering via een koninklijk besluit. Het is immers de werkgever die de verantwoordelijkheid draagt voor de toepassing van de welzijnsreglementering.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14347
La réglementation générale reste d’application aussi longtemps que l’avant-projet d’arrêté royal relatif au bien-être des travailleurs à domicile n’a pas obtenu force de loi.
Zolang het voorontwerp van koninklijk besluit betreffende het welzijn van de huisarbeiders geen kracht van wet heeft gekregen, blijft de algemene reglementering van toepassing.
Par conséquent, il n’est momentanément pas question (au niveau juridique) de dispenses ou de dérogations pour les travailleurs à domicile.
Bijgevolg is er momenteel (juridisch) geen sprake van vrijstellingen of afwijkingen voor huisarbeiders.
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 301 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 301 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 14 juin 2005, à la question no 301 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 301 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
En ce qui concerne le SPF Emploi, Travail et Concertation sociale, deux administrations possèdent des services extérieurs, notamment situés en Flandre orientale.
Wat de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg betreft, beschikken twee administraties over buitendiensten die onder meer gevestigd zijn in OostVlaanderen,
La direction générale « Controˆle des lois sociales » comprend des services extérieurs à Gand (21 collaborateurs), Alost (14 collaborateurs) et Saint-Nicolas (18 collaborateurs).
De algemene directie « Toezicht op de Sociale Wetten » telt buitendiensten in Gent (21 medewerkers), Aalst (14 medewerkers) en Sint-Niklaas (18 medewerkers).
La direction générale « Controˆle du Bien-être au Travail » possède également un service extérieur à Gand (25 collaborateurs).
De algemene directie « Toezicht op het Welzijn op het Werk » heeft eveneens een buitendienst in Gent (25 medewerkers).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14348
En ce qui concerne la Caisse auxiliaire de paiement des allocations de choˆmage, cet organisme comprend des services extérieurs à Gand, Alost, Audenarde et Zottegem. Au bureau de paiement d’Alost travaillent 9 agents (dont 1 membre du personnel d’entretien), au bureau de paiement de Gand travaillent 29 agents (dont 1 membre du personnel d’entretien), au bureau de paiement de Audenarde travaillent 4 agents (dont 1 membre du personnel d’entretien) et au bureau de paiement de Zottegem travaillent 6 agents (dont 1 membre du personnel d’entretien).
Wat de Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen betreft beschikt deze instelling over buitendiensten in Gent, Aalst, Oudenaarde en Zottegem. Het uitbetalingsbureau van Aalst telt 9 personeelsleden (waarvan 1 deel uitmaakt van het onderhoudspersoneel), het uitbetalingsbureau van Gent telt 29 personeelsleden (waarvan 1 deel uitmaakt van het onderhoudspersoneel), dit te Zottegem telt 6 personeelsleden (waarvan 1 deel uitmaakt van het onderhoudspersoneel) en dit van Oudenaarde telt 4 personeelsleden (waarvan 1 deel uitmaakt van het onderhoudspersoneel).
En ce qui concerne l’Office national de l’Emploi, cet organisme comprend 5 bureaux de choˆmage situés en Flandre orientale : Alost, Termonde, Gand, Audenarde et Saint-Nicolas.
Wat de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening betreft, telt deze instelling 5 werkloosheidsbureaus in OostVlaanderen : Aalst, Dendermonde, Gent, Oudenaarde en Sint-Niklaas.
Le nombre d’agents dans ces bureaux est le suivant (au 31 mai 2005) :
Het aantal ambtenaren in deze bureaus is het volgende (op 31 mei 2005) :
Bureau
Statutaires — Statutairen
Contractuels — Contractuelen
Alost. — Aalst ................................... Termonde. — Dendermonde .............. Gand. — Gent ................................... Audenarde. — Oudenaarde ................ Saint-Nicolas. — Sint-Niklaas ............
73 61 134 37 60
40 29 85 18 45
Total. — Totaal ..................................
365
217
Total général. — Algemeen totaal.......
582
DO 2004200504322
DO 2004200504322
Question no 305 de M. Jo Vandeurzen du 24 mai 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 305 van de heer Jo Vandeurzen van 24 mei 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Commission paritaire. — Centres logistiques.
Paritair comité. — Logistieke centra.
En mai 2004, j’ai interrogé votre prédécesseur, le ministre Vandenbroucke, à propos de la nature de la commission paritaire dont relèvent les centres logistiques (question no 85 du 6 mai 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 39, p. 6013).
Op mei 2004 stelde ik aan uw voorganger minister Vandenbroucke een vraag naar de aard van het paritair comité waaronder de logistieke centra ressorteren (vraag nr. 85 van 6 mei 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 39, blz. 6013).
Le ministre s’était dit disposé à rechercher avec le secteur une solution plus adéquate, qui assurerait aussi une plus grande sécurité juridique au secteur.
De minister antwoordde dat hij bereid was om met de sector een betere oplossing te zoeken die ook meer rechtszekerheid zou geven voor de sector.
Pouvez-vous indiquer ou` en sont ces recherches à l’heure actuelle ?
Kan u meedelen hoever deze werkzaamheden thans gevorderd zijn ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14349
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 14 juin 2005, à la question no 305 de M. Jo Vandeurzen du 24 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 305 van de heer Jo Vandeurzen van 24 mei 2005 (N.) :
Vu que des critères doivent être fixés pour décrire l’activité économique de « logistique », des contacts ont été pris avec des entreprises importantes des différents secteurs concernés. Il leur a été demandé d’y réfléchir et de formuler d’éventuelles propositions. Nous n’avons encore reçu aucune réaction.
Doordat criteria moeten worden vastgelegd om de economische activiteit « logistiek » te omschrijven werden contacten gelegd met belangrijke ondernemingen uit de verschillende betrokken sectoren. Hen werd verzocht om te overleggen en eventuele voorstellen te formuleren. Tot op heden werd hierop geen reactie ontvangen.
E´tant donné que la seule solution possible consiste en une modification d’un ou plusieurs arrêtés royaux qui fixent les champs de compétence des différentes commissions paritaires, une concertation est en cours avec les secteurs. Le principal secteur dans ce dossier, le secteur du transport, discute actuellement avec l’administration, de propositions visant à modifier son ressort. Lorsqu’un consensus sera trouvé, une concertation sera alors nécessaire avec les autres secteurs.
Daar een oplossing enkel mogelijk is via een wijziging van een of meerdere koninklijke besluiten die de bevoegdheidsgebieden van de verschillende paritaire comités vastleggen is er overleg met de sectoren bezig. De belangrijkste sector in dit dossier, de vervoersector, bespreekt op dit ogenblik met de administratie voorstellen tot wijziging van zijn ressort. Wanneer hier een consensus wordt bereikt dan zal overleg met de andere sectoren noodzakelijk zijn.
Protection des consommateurs
Consumentenzaken
DO 2004200504218
DO 2004200504218
Question no 112 de M. Roel Deseyn du 9 mai 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 112 van de heer Roel Deseyn van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
Création d’une commission d’enquête parlementaire en matière de protection de la vie privée.
Oprichting van een onderzoekscommissie privacy.
Une proposition visant à instituer une commission d’enquête parlementaire chargée de l’examen de la protection de la vie privée et du traitement des données à caractère personnel des citoyens, a été formulée récemment. En effet, chaque Belge serait fiché dans quelques centaines de bases de données en moyenne.
Recentelijk werd een voorstel gelanceerd om een parlementaire onderzoekscommissie op te richten om onderzoek te doen naar de privacy en de verwerking van persoonsgegevens van burgers. De Belg zou gemiddeld immers in enkele honderden databanken voorkomen.
1. Quelles dispositions légales existantes permettent-elles de mettre un frein à l’enregistrement de données dans les bases de données ?
1. Welke wettelijke bepalingen bestaan er om de opname van gegevens in databanken aan banden te leggen ?
2. a) Qui controˆle le respect de ces dispositions ?
2. a) Wie voert controle uit op de naleving van die bepalingen ?
b) Dans quelle mesure ce controˆle est-il efficace ?
b) In welke mate is deze controle effectief ?
3. a) En moyenne, dans combien de banques de données des services publics le citoyen belge apparaıˆt-il ?
3. a) In hoeveel overheidsdatabanken zit de Belg gemiddeld ?
b) En moyenne, dans combien de banques de données d’entreprises le citoyen belge apparaıˆt-il ?
b) In hoeveel bedrijfsdatabanken zit de Belg gemiddeld ?
4. a) Que pensez-vous de la proposition d’instituer une commission d’enquête parlementaire ?
4. a) Hoe staat u tegenover het voorstel van een parlementaire onderzoekscommissie ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14350
b) D’après vous, quelle valeur ajoutée celle-ci pourrait-elle avoir ?
b) Welke toegevoegde waarde zou deze volgens u kunnen hebben ?
c) Ou` cette commission se situerait-elle par rapport à la Commission de la protection de la vie privée ?
c) Hoe zou deze zich kunnen verhouden tot de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 14 juin 2005, à la question no 112 de M. Roel Deseyn du 9 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 14 juni 2005, op de vraag nr. 112 van de heer Roel Deseyn van 9 mei 2005 (N.) :
a) Dans ce cadre, j’ai pris une initiative en ce qui concerne les « listes noires ». Certaines de ces listes recensent des personnes considérées comme peu fiables, voire indésirables (mauvais payeurs, fraudeurs ...). Ce phénomène, pour n’être pas nouveau, tend à se développer. L’actualité montre que régulièrement des initiatives sont prises dans certains secteurs pour établir ces listes, que ce soit dans le domaine de la téléphonie, de l’assurance, de l’immobilier, de la santé ...
a) In dit kader, heb ik een initiatief genomen op het vlak van de zogenaamde « zwarte lijsten ». Sommige van deze lijsten nemen personen op die beschouwd worden als weinig betrouwbaar of zelfs als niet-gewenst (wanbetalers, fraudeurs ...). Hoewel dit fenomeen niet nieuw is, doet het zich meer en meer voor. De actualiteit toont aan dat er regelmatig initiatieven worden genomen in bepaalde sectoren om zulke lijsten op te stellen, of het nu gaat om telefonie, verzekering, vastgoed, gezondheid ...
Le Groupe de protection des personnes à l’égard du traitement des données à caractère personnel, créé en vertu de la directive 95/46/CE du 24 octobre 1995, a donné la définition suivante de « la liste noire » dans son document de travail du 3 octobre 2002 :
De Groep ter bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens, die opgericht werd krachtens richtlijn 95/ 46/EG van 24 oktober 1995, gaf de volgende definitie van een « zwarte lijst » in haar werkdocument van 3 oktober 2002 :
« Une liste noire consiste à collecter et à diffuser certaines informations concernant un groupe de personnes, élaborées conformément à certains critères en fonction du type de liste noire dont il s’agit, se traduisant en règle générale par des efforts nocifs et préjudiciables pour les personnes qui y figurent. Ces effets peuvent entraıˆner la discrimination d’un groupe de personnes en les privant de toute possibilité d’accès à un service déterminé ou en nuisant à leur réputation. »
« De zwarte lijsten bestaan uit de verzameling en verspreiding van bepaalde informatie in verband met een gegeven groep van personen, uitgewerkt aan de hand van bepaalde criteria en in functie van het type lijst waarover het gaat, die zich over het algemeen vertalen in negatieve en vooringenomen gevolgen voor de personen die er in worden opgenomen. Deze gevolgen kunnen discriminatie te weeg brengen voor deze groep van personen door ontzegging van elke toegang tot een bepaalde dienst of door beschadiging van hun reputatie. »
Les promoteurs de ces fichiers définissent euxmêmes les critères en fonction desquels l’enregistrement aura lieu. L’enregistrement de certaines données (paiement en retard, dommages, risques refusés, minimum vital) permet aux professionnels de pouvoir tirer des conclusions qui ont de lourdes conséquences pour la personne fichée : le consommateur peut se voir refuser des services essentiels comme le téléphone, le logement, ...
De ontwikkelaars van deze bestanden bepalen zelf de criteria in functie waarvan personen worden opgenomen. Uit de registratie van bepaalde gegevens (niet-tijdige betaling, schadegevallen, geweigerde risico’s, bestaansminimum) kunnen professionelen conclusies trekken die zware gevolgen hebben voor de geregistreerde : de consument kan de toegang ontzegd worden tot essentie¨le diensten zoals telefonie, huisvesting, ...
Il se peut, par exemple, qu’un consommateur ait une raison profonde pour contester une facture et ne pas la payer; il sera de toute façon repris dans ce type de fichier. Se posent ainsi les problèmes de la qualité de données reprises (principe de proportionnalité), de l’accord de la personne, de son droit
Het is bijvoorbeeld perfect mogelijk dat een consument een gegronde reden heeft om een bepaalde factuur niet te betalen en te betwisten en toch wordt opgenomen in een dergelijk bestand. Zo doen er zich problemen voor op het vlak van de kwaliteit van de geregistreerde gegevens (propor-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14351
d’opposition, de la durée de conservation des données enregistrées, etc.
tionaliteitsprincipe), de toestemming van de betrokkene, zijn recht op verzet, de bewaringsduur van de gegevens van de geregistreerde, enzovoort.
Il me semble donc indispensable de créer un cadre pour ces fichiers. J’ai dès lors demandé le 18 mars 2005 à la Commission de la protection de la vie privée de rendre un avis sur l’encadrement légal des « listes noires ».
Een omkadering van deze gegevensbestanden lijkt mij dan ook noodzakelijk. Derhalve heb ik op 18 maart 2005 de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer het advies gevraagd over een wettelijke omkadering van « zwarte lijsten ».
b) Les questions 1 à 4 comprise relèvent des compétences de la ministre de la Justice. (Question no 672 du 9 mai 2005.)
b)
DO 2004200504232
DO 2004200504232
Question no 115 de M. Roel Deseyn du 10 mai 2005 (N.) à la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs :
Vraag nr. 115 van de heer Roel Deseyn van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Werk en Consumentenzaken :
« Treiterbox ». — Plaintes.
« Treiterbox ». — Klachten.
Début 2002, la « Treiterbox » a fait l’objet de nombreuses plaintes. Pour monter un canular téléphonique, il fallait appeler un numéro payant 0900 au tarif de 1,12 euros par minute. Un message était alors transmis au destinataire infortuné par une personne de prime abord crédible. L’initiateur du message pouvait écouter le message et même s’adresser ensuite directement à la victime pour lui avouer qu’il s’agissait d’une plaisanterie. Il était toutefois également possible d’envoyer des messages sans y réagir. En outre, les initiateurs de tels messages usurpaient les noms de personnes connues, d’entreprises et d’hoˆpitaux. Selon le ministre de la Justice de l’époque, M. Marc Verwilghen, des abus répétés pouvaient entraıˆner des poursuites pénales.
Begin 2002 regende het klachten tegen de zogenaamde « Treiterbox ». Om een fopgesprek te versturen moest men naar een 0900-betaalnummer tegen 1,12 euro per minuut bellen. Een boodschap werd dan door een geloofwaardig klinkend persoon aan het slachtoffer overgemaakt. De aanvrager van het bericht kon meeluisteren en aan het einde van de boodschap zelf rechtstreeks met zijn slachtoffer spreken om hem te melden dat het een grap was. Ook berichten zonder reactie konden echter verstuurd worden. Daarnaast misbruikten de initiatiefnemers namen van bekende personen, bedrijven en ziekenhuizen. Herhaaldelijk misbruik kon volgens toenmalig minister van Justitie, Marc Verwilghen, leiden tot strafrechtelijke vervolgingen.
1. Comment a évolué le nombre de plaintes (auprès du service de médiation, Direction générale « Controˆle et Médiation », etc.) relatives à ces pratiques entre 2002 et aujourd’hui (chiffres ventilés par année) ?
1. Hoe evolueerde het aantal klachten (bij de ombudsdienst, Algemene Directie Controle en Bemiddeling, enzovoort) omtrent deze praktijken van 2002 tot op de dag van vandaag (opgesplitst per jaar) ?
2. a) A-t-il jamais été fait mention d’abus répétés ?
2. a) Werd er ooit melding gemaakt van herhaaldelijk misbruik ?
b) Dans l’affirmative, de combien de cas s’agit-il et quelle suite y a-t-on donnée ?
b) Zo ja, om hoeveel gevallen gaat het en welk gevolg werd eraan gegeven ?
3. a) Ces pratiques sont-elles légales ?
3. a) Zijn deze praktijken wettelijk ?
b) Dans la négative, quelles dispositions enfreignentelles ?
b) Zo neen, met welke bepalingen botsen ze ?
4. a) Des règles ont-elles été élaborées à l’adresse des prestataires de tels services ?
4. a) Werden er regels uitgeschreven waaraan aanbieders van dergelijke diensten zich moeten houden ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Vragen 1 tot en met 4 behoren tot de bevoegdheden van de minister van Justitie. (Vraag nr. 672 van 9 mei 2005.)
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14352
b) Dans la négative, pensez-vous élaborer de telles règles ?
b) Zo neen, denkt u dit alsnog te doen ?
5. ` l’heure actuelle, existe-t-il encore des services a) A téléphoniques similaires en Belgique ?
5. a) Bestaan er op dit ogenblik nog gelijkaardige diensten die Belgen kunnen opbellen ?
b) De quels entreprises/sites Web s’agit-il et quels sont les tarifs pratiqués ?
b) Over welke bedrijven/websites gaat het en welk tarief verbinden ze telkens aan hun dienst ?
Réponse de la ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs du 15 juin 2005, à la question no 115 de M. Roel Deseyn du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Consumentenzaken van 15 juni 2005, op de vraag nr. 115 van de heer Roel Deseyn van 10 mei 2005 (N.) :
1. Durant les derniers mois, le Service de médiation n’a reçu aucune plainte relative à cette problématique. Auparavant, seules quelques plaintes ont été enregistrées.
1. De voorbije maanden ontving de Ombudsdienst voor Telecommunicatie geen enkele klacht over deze problematiek. Daarvoor werden slechts enkele klachten geregistreerd.
La direction générale du Controˆle et de la Médiation n’a reçu aucune plainte en matière de services de pièges téléphoniques.
De Algemene Directie Controle en Bemiddeling heeft geen klacht ontvangen in verband met telefonische fopdiensten.
2. Aucun abus répété n’a été constaté par le service de médiation.
2. Er werd bij de ombudsdienst geen herhaaldelijk misbruik gemeld.
3. Il n’existe pas de relation consommateur-vendeur entre la victime et le fournisseur de canulars téléphoniques. Ce dernier est rémunéré par la personne qui a commandé le piège via le numéro de téléphone surtaxé et a communiqué le numéro de téléphone de la victime à piéger. En ce qui concerne l’aspect économique de ces services, ils doivent, à l’instar de tout autre service à distance, satisfaire aux dispositions générales de transparence et d’informations notamment en matière de prix et de caractéristiques, conformément à la loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du commerce et sur l’information et la protection du consommateur.
3. Er bestaat geen consument-verkoper-relatie tussen het slachtoffer en de verstrekker van de telefoongrappen. Deze laatste wordt vergoed door de persoon die de foptelefoon via het betaaltelefoonnummer bestelt en het telefoonnummer van het te foppen slachtoffer doorgegeven heeft. Wat het economische aspect van deze diensten betreft : deze diensten moeten net als alle andere afstandsdiensten voldoen aan de algemene bepalingen inzake transparantie en inlichtingen met name inzake prijs en karakteristieken, overeenkomstig de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument.
Bien qu’il n’existe pas d’interdiction générale des pièges téléphoniques, certains types de pièges sont interdits en vertu d’autres réglementations que celles relatives à la protection du consommateur :
Weliswaar bestaat er geen algemeen verbod op foptelefoons, toch zijn sommige fopperijen verboden op grond van andere regelgevingen dan die betreffende de consumentenbescherming :
En effet, écouter en direct la réaction de la victime du piège, à l’insu de cette dernière, pourrait être sanctionné, le cas échéant, en vertu de l’article 109terD de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques. Le controˆle de cette réglementation relève de la compétence de l’IBPT.
Inderdaad zou men het rechtsreeks afluisteren van het slachtoffer zonder dat hij dit weet, eventueel kunnen bestraffen op grond van artikel 109terD van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven. Controle op deze regelgeving valt onder de bevoegdheid van het BIPT.
Par ailleurs, se faire passer pour un policier pourrait être qualifié le cas échéant d’outrage envers la force publique en vertu du Code pénal.
Zich uitgeven voor een politieman zou in voorkomend geval op grond van het Strafwetboek gekwalificeerd kunnen worden als smaad tegen de openbare macht.
4. a) Non, il n’existe pas de réglementation.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
4. a) Neen, er werden ter zake geen regels uitgeschreven. 2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14353
b) Non. Compte tenu de l’absence de plaintes en la matière, il paraıˆt peu opportun d’envisager une telle initiative.
b) Neen, aangezien deze klachtenproblematiek niet langer bestaat is het weinig opportuun dit te doen.
5. Vu la faible ampleur de la problématique, on ne dispose pas de données à ce sujet.
5. Gezien de beperktheid van de problematiek zijn hierover geen gegevens bekend.
Ministre de la Coopération au développement
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
DO 2004200504084
DO 2004200504084
Question no 77 de M. Geert Lambert du 26 avril 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 77 van de heer Geert Lambert van 26 april 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Départements. — Services. — Délais de paiement.
Departementen. — Diensten. — Betalingstermijnen.
Les débiteurs qui ne paient pas leurs factures dans les délais constituent pour les entreprises un handicap commercial souvent sous-estimé. Les chefs d’entreprise se plaignent à juste titre du non-respect des délais de paiement et des dépenses importantes qu’ils sont contraints d’engager pour obtenir leur duˆ, à savoir la juste récompense de leur travail.
Late betalers zijn voor een bedrijf een vaak onderschatte commercie¨le hindernis. Ondernemers klagen terecht over het niet respecteren van betalingstermijnen en de hoge kosten om uiteindelijk te krijgen waar ze recht op hebben, loon naar werken.
1. Quel est le délai de paiement moyen observé par vos services ?
1. Kan u meedelen wat de gemiddelde termijn is bij de betalingen die uw diensten moeten uitvoeren ?
2. Quelle somme votre département a-t-il payée en 2003 et en 2004 à titre d’intérêts de retard pour paiement tardif des factures ?
2. Hoeveel nalatigheidsintrest betaalde uw departement jaarlijks door het te laat vereffenen van de facturen en dit voor het jaar 2003 en 2004 ?
3. Dans combien de cas vos services ont-ils été traduits en justice pour non-paiement ou paiement tardif des factures à honorer en 2003 et en 2004 ?
3. In hoeveel gevallen werden uw diensten voor de rechtbank gedaagd door het niet-betalen of te laat betalen van de inkomende facturen gedurende de jaren 2003 en 2004 ?
4. Dans combien de cas l’E´tat belge a-t-il effectivement été condamné ?
4. In hoeveel gevallen werd de Belgische Staat dan ook daadwerkelijk veroordeeld ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 15 juin 2005, à la question no 77 de M. Geert Lambert du 26 avril 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 15 juni 2005, op de vraag nr. 77 van de heer Geert Lambert van 26 april 2005 (N.) :
Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à sa question no 220 du 26 avril 2005 communiquée par le ministre des Affaires étrangères à la Chambre. (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 83, p. 14286.)
Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het antwoord op vraag nr. 220 van 26 april 2005 dat door de minister van Buitenlandse Zaken meegedeeld werd aan de Kamer. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20042005, nr. 83, blz. 14286.)
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14354
DO 2004200504161
DO 2004200504161
Question no 78 de Mme Annelies Storms du 3 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 78 van mevrouw Annelies Storms van 3 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Composition des organes stratégiques.
Samenstelling van de beleidsorganen.
En principe, les services publics fédéraux (SPF) doivent compter 2 % de personnes handicapées parmi leurs collaborateurs. Une étude réalisée à la demande du ministre de la Fonction publique par les Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix à Namur en collaboration avec la KULeuven, révèle que le pourcentage de personnes engagées en 2004 sur le quota, s’élève à 0,8 % du personnel des SPF.
De federale openbare diensten (FOD’s) moeten onder hun medewerkers in principe 2 % personen met een handicap tellen. Uit een studie die op vraag van de minister van Ambtenarenzaken werd uitgevoerd door de Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix de Namur in samenwerking met de KULeuven, blijkt dat het percentage van personen die in 2004 werden aangeworven op het quotum, 0,8 % van het personeel van de FOD’s bedraagt.
Il ressort d’une autre étude menée par la KULeuven et l’Université libre de Bruxelles que seulement 0,55 % des agents de la fonction publique fédérale ne sont pas de nationalité belge. Il s’agit essentiellement de ressortissants de l’UE. La grande majorité des personnes d’origine étrangère (75 %) sont recrutées au niveau D alors que 11 % seulement le sont au niveau A.
Op basis van een andere studie uitgevoerd door de KULeuven en de Université libre de Bruxelles blijkt dat slechts 0,55 % van de ambtenaren van het federaal openbaar ambt van niet-Belgische nationaliteit is. De meesten onder hen zijn EU-leden. De grote meerderheid van de personen van vreemde oorsprong (75 %) wordt aangeworven op niveau D. Slechts 11 % wordt aangeworven op niveau A.
Enfin, le ministre de la Fonction publique a aussi confié à la KULeuven une étude sur l’égalité entre hommes et femmes au sein des services publics fédéraux. Bien que les femmes représentent près de la moitié des membres du personnel (48,7 %), les hommes sont majoritaires au niveau A (65 %) et au niveau B (57 %).
Ten slotte liet de minister van Ambtenarenzaken ook een studie uitvoeren door de KULeuven over de gelijkheid tussen mannen en vrouwen binnen de federale overheidsdiensten. Hoewel bijna de helft van de personeelsleden bestaat uit vrouwen (48,7 %), zijn mannen echter in de meerderheid in niveau A (65 %) en in niveau B (57 %).
1. Au 1er avril 2005, combien de collaborateurs étaient-ils occupés au sein de vos cellules stratégiques ?
1. Hoeveel medewerkers waren er per 1 april 2005 tewerkgesteld binnen uw beleidscellen ?
2. a) Au 1er avril 2005, combien de collaborateurs étaient-ils d’origine non belge ?
2. a) Hoeveel medewerkers waren per 1 april 2005 van niet-Belgische oorsprong ?
b) Combien parmi eux étaient-ils des ressortissants d’un E´tat membre de l’UE ?
b) Hoeveel onder hen waren onderdaan van een lidstaat van de EU ?
` quel niveau les collaborateurs n’ayant pas la 3. A nationalité belge sont-ils occupés ?
3. In welk niveau zijn de medewerkers met nietBelgische nationaliteit tewerkgesteld ?
4. Combien de personnes handicapées étaient-elles occupées au sein de vos cellules stratégiques au 1er avril 2005 ?
4. Hoeveel personen met een handicap waren per 1 april 2005 binnen uw beleidscellen tewerkgesteld ?
` quel niveau ces collaborateurs sont-ils occu5. A pés ?
5. In welk niveau zijn deze medewerkers tewerkgesteld ?
6. Quelle était au 1er avril 2005 la répartition entre hommes et femmes au sein de vos cellules stratégiques ? Pourriez-vous me fournir ces chiffres par niveau (A, B, C ou D) ?
6. Hoe was per 1 april 2005 de verdeling manvrouw binnen uw beleidscellen ? Graag kreeg ik ook een opdeling per niveau van tewerkstelling (A, B, C of D).
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14355
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 15 juin 2005, à la question no 78 de Mme Annelies Storms du 3 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 15 juni 2005, op de vraag nr. 78 van mevrouw Annelies Storms van 3 mei 2005 (N.) :
Le cabinet était composé au 1er avril 2005 de 33 collaborateurs, tous sont de nationalité belge.
Het kabinet bestond op 1 april 2005 uit 33 medewerkers, allen van de Belgische nationaliteit.
Ils sont répartis de la manière suivante : 14 femmes et 19 hommes.
Zij zijn als volgt onderverdeeld : 14 vrouwen en 19 mannen.
Au niveau des collaborateurs de fond : 3 femmes, 10 hommes.
Wat de inhoudelijke medewerkers betreft : 3 vrouwen, 10 mannen.
Au niveau des collaborateurs 11 femmes, 9 hommes.
Wat de uitvoerende medewerkers betreft : 11 vrouwen, 9 mannen.
exécutants :
DO 2004200504216
DO 2004200504216
Question no 81 de M. Luk Van Biesen du 9 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 81 van de heer Luk Van Biesen van 9 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Cellule stratégique. — Coopération technique belge. — Personnel.
Beleidscel. — Belgische Technische Coo¨peratie. — Personeel.
Combien de personnes (par roˆle linguistique) sontelles rémunérées :
Hoeveel personen (opgesplitst per taalrol) staan ingeschreven :
1. par le cabinet, cellule stratégique du ministre;
1. Op de betaalrol van het kabinet, beleidscel van de minister ?
2. par la Coopération technique belge ?
2. Op de betaalrol van de Belgische Technische Coo¨peratie ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 15 juin 2005, à la question no 81 de M. Luk Van Biesen du 9 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 15 juni 2005, op de vraag nr. 81 van de heer Luk Van Biesen van 9 mei 2005 (N.) :
Je tiens à référer l’honorable membre au fait que les Cellules stratégiques de la Coopération au développement se composent de la manière suivante.
Ik wijs het geachte lid erop dat de Beleidscellen Ontwikkelingssamenwerking als volgt zijn samengesteld.
Néerlandophones : 4; Francophones : 29; Total : 33.
Nederlandstaligen : 4; Franstaligen : 29; Totaal : 33.
En ce qui concerne la CTB, la composition est la suivante :
Wat de BTC betreft, is de samenstelling als volgt :
BTC-siège : Néerlandophones : 58; Francophones : 52; Total : 110.
BTC-zetel : Nederlandstaligen : 58; Franstaligen : 52; Totaal : 110.
BTC-terrain (expatriés) Néerlandophones : 59; Francophones : 99; Autres : 25; Total : 183.
BTC-terrein (in het buitenland) Nederlandstaligen : 59; Franstaligen : 99; Andere : 25; Totaal : 183.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14356
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 83 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 83 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. ` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 15 juin 2005, à la question no 83 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 15 juni 2005, op de vraag nr. 83 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à sa question no 223 du 10 mei 2005 communiquée par le ministre des Affaires étrangères à la Chambre. (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 83, p. 14291.)
Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het antwoord op haar vraag nr. 223 van 10 mei 2005 dat door de minister van Buitenlandse Zaken meegedeeld werd aan de Kamer. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 83, blz. 14291.)
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 84 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 84 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten. 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14357
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ? ` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 15 juin 2005, à la question no 84 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 15 juni 2005, op de vraag nr. 84 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à sa question no 224 du 10 mai 2005 communiquée par le ministre des Affaires étrangères à la Chambre. (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 83, p. 14292.)
Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het antwoord op haar vraag nr. 224 van 10 mei 2005 dat door de minister van Buitenlandse Zaken meegedeeld werd aan de Kamer. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 83, blz. 14292.)
Ministre de la Mobilité
Minister van Mobiliteit
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
DO 2004200503785
DO 2004200503785
Question no 240 de M. Geert Lambert du 24 mars 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 240 van de heer Geert Lambert van 24 maart 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
SNCB. — Trains bondés. — Manque de place. — Comptage.
NMBS. — Treinen. — Overbezetting. — Tellingen.
Des citoyens m’ont interpellé au cours des dernières semaines sur le manque de place dans les trains de la
Meerdere burgers contacteerden mij de jongste maanden met opmerkingen over een plaatsgebrek in
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14358
SNCB. Cette dernière a pour sa part fait savoir que, dans certains cas, il ressort de comptages qu’il ne saurait être question de trains surpeuplés.
treinen van de NMBS. De NMBS van zijn kant liet in bepaalde gevallen weten dat uit hun telling bleek dat er geen sprake was van overbezetting.
J’en déduis que la SNCB organise une sorte de comptage permettant à la direction de conclure, le cas échéant, à un taux d’occupation excessif.
Hieruit kon ik opmaken dat de NMBS blijkbaar een soort van tellingen organiseert waaruit het management kan afleiden of er al dan niet sprake is van een gebrek aan plaats.
1. Existe-t-il effectivement un système de comptage conçu pour vérifier si la capacité de certains trains correspond ou non à leur taux d’occupation ?
1. Bestaat er inderdaad een telsysteem dat speciaal is opgezet om te bepalen of er al dan niet sprake is van overbezetting op bepaalde treinen ?
2. Ces comptages sont-ils organisés régulièrement ? 3. Que faut-il, selon la SNCB, entendre par taux d’occupation excessif ?
2. Gebeuren deze tellingen op regelmatige basis ? 3. Wanneer spreekt de NMBS van overbezetting ?
4. Avez-vous connaissance d’éventuelles défaillances du système ?
4. Bent u op de hoogte van mogelijke tekortkomingen in het systeem ?
5. Une réforme du système de comptage est-elle prévue ?
5. Worden er met betrekking tot het telsysteem naar de toekomst toe hervormingen gepland ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 15 juin 2005, à la question no 240 de M. Geert Lambert du 24 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van 15 juni 2005, op de vraag nr. 240 van de heer Geert Lambert van 24 maart 2005 (N.) :
1 et 2. Afin de suivre les occupations des trains, la SNCB dispose d’informations qui lui sont fournies quotidiennement par les accompagnateurs de train. L’occupation d’un train est évaluée visuellement par le chef de bord sur toutes les grandes sections du parcours. Celui-ci encode ces données dans l’ordinateur portable mis à sa disposition. Ces données sont ensuite centralisées et analysées par l’administration centrale.
1 en 2. Teneinde de bezettingen van de treinen op te volgen, beschikt de NMBS over inlichtingen die dagelijks door de treinbegeleiders worden bezorgd. De bezetting van een trein wordt door de boordchef visueel geschat op alle grote secties van het parcours. Deze gegevens slaagt hij vervolgens op in de draagbare computer die hij ter beschikking heeft. Daarna worden deze gegevens door de centrale administratie gecentraliseerd en geanalyseerd.
3. La SNCB parle de suroccupation lorsque toutes les places assises sont occupées et que des voyageurs doivent obligatoirement rester debout. Si par contre les voyageurs choisissent de rester debout au milieu du train, comme cela se présente régulièrement, alors qu’il reste des places assises disponibles au début ou à la fin du convoi, celui-ci n’est pas considéré comme suroccupé.
3. De NMBS spreekt van overbezetting wanneer het totaal aantal personen aan boord groter is dan het aantal aangeboden zitplaatsen. Daarentegen, indien de reizigers verkiezen om te blijven rechtstaan in het midden van de trein, daar waar er nog zitplaatsen beschikbaar zijn aan het begin of het einde van de trein, wordt dit niet beschouwd als overbezet.
4. La SNCB est toutefois bien consciente que le système de comptage n’est pas totalement précis étant donné qu’il est de nature visuelle et qu’il s’agit dès lors uniquement d’estimations. Néanmoins, l’ordre de grandeur des renseignements fournis reste toujours correct, ce qui permet une analyse comparative de l’occupation des trains.
4. De NMBS is er zich echter wel van bewust dat het telsysteem niet altijd nauwkeurig is, gezien zijn visuele aard en het feit dat het hier enkel gaat om schattingen. Niettemin is de orde van grootte van de verschafte inlichtingen altijd correct, wat een vergelijkende analyse van de bezetting van de treinen mogelijk maakt.
5. La SNCB consulte régulièrement des sociétés proposant des systèmes de comptages automatiques. La meilleure solution consisterait à en équiper le matériel de train, mais pour l’instant les systèmes proposés ne répondent pas aux attentes de la SNCB pour des raisons techniques et budgétaires.
5. De NMBS raadpleegt regelmatig bedrijven die automatische telsystemen leveren. De beste oplossing zou erin bestaan om het treinmaterieel hiermee uit te rusten maar de voorgestelde systemen sluiten momenteel niet aan op haar verwachtingen wegens technische en budgettaire redenen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14359
Ministre de l’Environnement et des Pensions
Minister van Leefmilieu en Pensioenen
Environnement
Leefmilieu
DO 2004200504217
DO 2004200504217
Question no 63 de Mme Dominique Tilmans du 9 mai 2005 (Fr.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 63 van mevrouw Dominique Tilmans van 9 mei 2005 (Fr.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Commission européenne. — Projet de règlement « REACH ».
Europese Commissie. verordening.
La Commission européenne a publié en octobre 2003 un projet de règlement concernant l’enregistrement, l’évaluation, et l’autorisation des substances ` l’origine de celui-ci se trouve la préoccuchimiques. A pation de la Commission quant aux incidences sur le plan de la qualité de l’environnement et de la santé humaine, de l’accroissement du nombre et de la qualité de substances chimiques présentes dans notre environnement.
In oktober 2003 publiceerde de Europese Commissie een voorstel voor een verordening inzake de registratie en beoordeling van en de vergunningverlening en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH, wat staat voor Registration, Evaluation and Authorisation of Chemicals). De Commissie maakt zich zorgen over de gevolgen van het toenemende aantal chemische stoffen die in ons milieu aanwezig zijn en van de kwaliteit van die stoffen voor de kwaliteit van het milieu en de gezondheid van de mens.
Cette proposition, mieux connue sous le nom de « REACH » est pour l’instant discutée au Parlement européen ainsi qu’au Conseil. Elle impose aux entreprises de fournir un certain nombre d’informations relatives aux substances qu’elle produisent, utilisent ou importent.
Dat voorstel voor een verordening, beter bekend als de REACH-verordening, wordt momenteel besproken door het Europees Parlement en door de Raad. Krachtens die verordening zullen bedrijven een aantal gegevens moeten verstrekken met betrekking tot de stoffen die ze produceren, gebruiken of invoeren.
En lançant le projet commun sur REACH, la FEB, ses fédérations sectorielles et SPF Economie prouvent que les autorités et le monde des entreprises peuvent s’unir pour poursuivre l’objectif de REACH dans la pratique. REACH entend protéger la santé et l’environnement tout en renforçant la capacité d’innovation et de concurrence de l’industrie.
Met de lancering van hun gemeenschappelijk project omtrent REACH leveren het VBO, de sectorfederaties van het VBO en de FOD Economie het bewijs dat de overheid en de bedrijfswereld de handen ineen kunnen slaan om de doelstelling van REACH in de praktijk na te streven. REACH beoogt immers de bescherming van de gezondheid van de mens en van het milieu met oog voor de versterking van het innovatie- en concurrentievermogen van de industrie.
Selon l’Agence européenne pour la sécurité et la santé au travail, il existe 37,5 millions de travailleurs qui sont exposés à des substances dangereuses au travail.
Volgens het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk zijn 37,5 miljoen werknemers blootgesteld aan gevaarlijke stoffen op het werk.
Les risques sont accentués par un respect insuffisant des règlements et par manque d’informations.
Het risico wordt nog vergroot door een onzorgvuldige toepassing van de voorschriften en door een gebrek aan informatie.
Une étude de cas menée par la Commission européenne révèle entre autres, par rapport à la législation actuelle, que si le système REACH avait été d’application les risques associés à certaines substances auraient été déterminés et controˆlés bien plus toˆt et on aurait diminué les dommages résultant de l’utilisation de ces substances bien plus toˆt aussi.
Uit een casestudy van de Europese Commissie blijkt onder meer dat men de risico’s met betrekking tot bepaalde stoffen veel eerder had kunnen bepalen en controleren en ook de schade tengevolge van het gebruik van die stoffen veel eerder had kunnen beperken met het REACH-systeem dan onder de huidige regelgeving.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
—
REACH-ontwerp-
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14360
La législation et les controˆles relatifs à la classification, l’emballage et l’étiquetage des préparations dangereuses en vue de leur mise sur le marché ou de leur emploi sont une compétence du SPF de la Santé publique et de l’Environnement.
De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu is bevoegd voor de wetgeving en de controles inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten met het oog op het op de markt brengen of het gebruik ervan.
1. Considérant les avancées uniques qu’offriraient l’adoption de ce projet de règlement et le soutien large de la FEB, de ses fédérations sectorielles et du SPF E´conomie, comment envisagez-vous soutenir et anticiper au mieux l’adoption du projet REACH ?
1. Hoe denkt u de goedkeuring van de REACHverordening te steunen en u er zo goed mogelijk op voor te bereiden, gelet op de unieke stap voorwaarts die hiermee zou worden gezet en de ruime steun van het VBO, zijn sectorfederaties en de FOD Economie ?
2. Quel sera l’impact budgétaire de cette mesure ?
2. Wat zijn de budgettaire implicaties van die maatregel ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des Pensions du 14 juin 2005, à la question no 63 de Mme Dominique Tilmans du 9 mai 2005 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en Pensioenen van 14 juni 2005, op de vraag nr. 63 van mevrouw Dominique Tilmans van 9 mei 2005 (Fr.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
1. Je remercie l’honorable membre de souligner d’une manière aussi convaincante à quel point REACH est important. Comme elle le relève à juste titre, un très grand nombre de travailleurs sont exposés à des substances chimiques dangereuses, et les informations nécessaires portant sur les propriétés de ces substances nous font généralement défaut. Avec REACH, qui instaurera une évaluation plus systématique des propriétés des substances chimiques, nous nous efforçons non seulement de préserver l’environnement et la santé des travailleurs et du public en général, mais également de promouvoir l’innovation, la compétitivité et l’emploi.
1. Ik wens het geachte lid te bedanken voor de overtuigende wijze waarop zij wijst op de belangrijkheid van REACH. Zoals zij terecht opmerkt, worden een zeer groot aantal werknemers blootgesteld aan gevaarlijke chemische stoffen en ontbreekt ons in het algemeen de vereiste informatie omtrent de eigenschappen van die stoffen. Via REACH, het systeem dat een meer systematische evaluatie van de eigenschappen van die chemische stoffen doorvoert, spannen wij ons niet enkel en alleen in om het milieu en de gezondheid van de werknemers en het publiek in het algemeen te beschermen, maar ook om de innovatie, de competitiviteit en de werkgelegenheid te bevorderen.
L’honorable membre suggère que les organisations patronales et les autorités peuvent s’unir pour poursui` cet égard, elle vre la mise en pratique de REACH. A m’interroge sur les initiatives que je prends pour soutenir REACH et mieux anticiper son entrée en vigueur.
Het geachte lid meent dat de werkgeversorganisaties en de overheid de krachten kunnen bundelen om de praktische uitvoering van het REACH-systeem voort te zetten. In dit opzicht informeert het geachte lid naar de initiatieven die ik neem om REACH te ondersteunen en de inwerkingtreding ervan beter voor te bereiden.
La DG Environnement du SPF santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Environnement en tant qu’autorité compétente, est responsable de la mise en œuvre de la politique en matière de substances chimiques et ceci en étroite collaboration avec l’Institut de la Santé publique et le Conseil supérieur d’hygiène. C’est à ce titre que la DG Environnement participe, depuis la publication du Livre Blanc en 2001, aux divers travaux techniques et scientifiques organisés par la Commission préparant la transition de la politique actuelle à REACH. La DG Environnement coordonne également un réseau national pour l’établissement des positions belges défendues au niveau du Conseil de l’EU.
Het DG Leefmilieu van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu is als bevoegde overheid verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beleid inzake chemische stoffen en dit, in nauwe samenwerking met het Instituut Volksgezondheid en de Hoge Gezondheidsraad. In die optiek neemt het DG Leefmilieu, sinds de publicatie van het Witboek in 2001, deel aan diverse technische en wetenschappelijke werkzaamheden die door de Commissie worden georganiseerd die de overgang van het huidige beleid naar het REACH-systeem voorbereidt. Het DG Leefmilieu coo¨rdineert ook een nationaal netwerk voor de uitwerking van de Belgische standpunten die binnen de Raad van de EU worden verdedigd. E´én van de doelstellingen van REACH bestaat erin dat de lidstaten de verantwoordelijkheid wat betreft de
Un des objectifs de REACH est de transférer la responsabilité pour la sécurité des substances chimi-
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14361
ques des états membres vers l’industrie. Ceci va entraıˆner une nouvelle répartition des taˆches entre autorités compétentes et Industrie ainsi qu’une réorganisation des taˆches des E´tats membres.
veiligheid van de chemische stoffen overdragen aan de industrie. Dat zal leiden tot een nieuwe verdeling van de taken tussen de bevoegde overheden en de industrie alsook tot een reorganisatie van de taken van de lidstaten.
L’estimation des ressources humaines et financières nécessaires pour la mise en œuvre de REACH est actuellement très difficile à établir, dans la mesure où REACH introduira des nouvelles procédures, que la répartition des taˆches entre les E´tats membres et l’Agence est encore en négociation et que les données nécessaires à une estimation précise sont pour le moment détenues par l’industrie. La Commission et les E´tats membres s’efforcent cependant de faire cet exercice comme en témoigne le dernier workshop qui s’est tenu à Helsinki début du mois de mai sur les coûts bénéfices de REACH. Il en ressort de ce dernier exercice que la Belgique devra au minimum doubler ses ressources. En effet l’estimation de la Commission a été faite pour l’ensemble des E´tats membres, divisée ensuite par 25, donc sans tenir compte de la pondération liée à l’activité de l’industrie chimique nationale, qui est très importante en Belgique.
Het is momenteel zeer moeilijk om de human resources en de financie¨le middelen in te schatten die nodig zijn voor de uitvoering van REACH, aangezien REACH nieuwe procedures zal invoeren, er nog over de verdeling van de taken tussen de lidstaten en het Agentschap wordt onderhandeld en de gegevens die nodig zijn voor een nauwkeurige schatting momenteel in het bezit van de industrie zijn. De Commissie en de lidstaten spannen zich evenwel in om die oefening te doen zoals de laatste workshop aantoont die begin mei in Helsinki over de kosten/baten van REACH is gehouden. Uit die laatste oefening blijkt dat Belgie¨ minstens zijn middelen zal moeten verdubbelen. De raming van de Commissie gebeurde inderdaad voor alle lidstaten; nadien werd alles gedeeld door 25; er werd dus geen rekening gehouden met de weging betreffende de activiteit van de nationale chemische industrie die in Belgie¨ van essentieel belang is.
Le SPF E´conomie, a récemment lancé une initiative, en collaboration avec la FEB permettant de récolter et de coordonner des données essentielles à la mise en œuvre de REACH par l’industrie. Il serait bénéfique que les informations récoltées par cette initiative soient également entièrement mises à disposition de la DG Environnement du SPF, autorité compétente en la matière. En effet ces données qui concernent, entre autres, le nombre de substances fabriquées ou importées en Belgique, ainsi que les différentes classes de tonnage, sont essentielles à l’évaluation précise des ressources nécessaires pour accomplir les taˆches principales à laquelle l’autorité compétente se trouvera confrontée avec l’entrée en vigueur de REACH, à savoir :
De FOD Economie heeft onlangs in samenwerking met het VBO een initiatief gelanceerd, waardoor gegevens die essentieel zijn voor de uitvoering van REACH door de industrie kunnen worden verzameld en gecoo¨rdineerd. Het zou goed zijn dat de via dit initiatief ingezamelde informatie ook volledig ter beschikking zou worden gesteld van het DG Leefmilieu van de FOD die de bevoegde overheid ter zake is. Die gegevens, die onder andere betrekking hebben op het aantal in Belgie¨ gefabriceerde of geı¨mporteerde stoffen en de verschillende laadvermogenklassen, zijn inderdaad van essentieel belang voor de nauwkeurige evaluatie van de middelen die nodig zijn om de voornaamste taken uit te voeren waarmee de bevoegde overheid in het kader van de inwerkingtreding van REACH zal worden geconfronteerd, met name :
— la réception et gestion des dossiers d’enregistrement (l’enregistrement se fait à l’Agence qui transmet ensuite les dossiers vers les états membres où sont produits/ importés les substances);
— ontvangst en beheer van de registratiedossiers (de registratie gebeurt in het Agentschap dat vervolgens de dossiers naar de lidstaten doorstuurt waar de stoffen worden geproduceerd/geı¨mporteerd);
— la mise sur pied d’un « helpdesk » afin que les autorités compétentes communiquent à l’industrie et à toute autre partie intéressée, les informations sur Ses responsabilités et les obligations respectives qui leur incombent en vertu du règlement REACH. Le helpdesk assurera également une guidance technique et scientifique. Un premier contact a déjà été pris avec Fedichem afin d’initier une coordination concernant les aspects techniques et scientifiques de ce « helpdesk » et ceci afin que nos efforts répondent au maximum aux besoins des PME. Nous
— het oprichten van een « helpdesk » zodat de bevoegde overheden aan de industrie en elke belanghebbende partij de informatie zouden doorspelen inzake de respectieve verantwoordelijkheden en verplichtingen die hun krachtens het REACH-reglement zijn opgelegd. De helpdesk zal ook zorgen voor een technische en wetenschappelijke begeleiding. Er werd reeds een eerste contact met Fedichem gelegd teneinde de coo¨rdinatie inzake de technische en wetenschappelijke aspecten van « de helpdesk » te organiseren zodat onze
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14362
comptons continuer et développer cette coopération;
inspanningen maximaal aan de behoeften van de KMO’s zouden beantwoorden. We hopen die samenwerking te kunnen voortzetten en uit te bouwen;
— l’examen des propositions de tests (pour les substances dont le volume annuel de production dépasse 100t/an) introduites par l’industrie;
— onderzoek van de testvoorstellen (voor de stoffen waarvan het jaarlijkse productievolume meer dan 100t/jaar bedraagt) die door de industrie zijn voorgelegd;
— la soumission, tous ses dix ans, d’un rapport d’activité à la Commission;
— voorlegging, om de tien jaar, van een activiteitenverslag aan de Commissie;
— l’établissement d’un système suivant lequel toute partie concernée peut former un recours suspensif contre des décisions prises concernant l’accès à des documents;
— ontwikkelen van een systeem op basis waarvan elke betrokken partij een opschortend beroep tegen de genomen beslissingen inzake de toegang tot documenten kan instellen;
— l’information du public concernant les risques liés aux substances, quand cette information est jugée nécessaire pour la protection de la santé humaine ou de l’environnement;
— inlichten van het publiek over de risico’s met betrekking tot de stoffen wanneer dit soort van informatie nodig wordt geacht voor de bescherming van de gezondheid van de mens en het leefmilieu;
— la mise sur pied d’un système de controˆles officiels et détermination d’un régime des sanctions;
— het opzetten van een officieel controlesysteem en bepalen van een sanctiestelsel;
— la soumission, chaque année, d’un rapport sur les résultats des controˆles à l’agence.
— voorlegging, elk jaar, van een verslag over de resultaten van de controles aan het agentschap.
En conclusion, je peux donc répondre que :
Tot slot kan ik u dus meedelen dat :
1. Même si REACH est toujours en cours de négociation, les taˆches qui nous attendent commencent à se dessiner. Néanmoins, il est clair que REACH devra aussi donner lieu à des augmentations des moyens dans les pouvoirs publics pour les activités qu’ils exercent en relation avec des substances chimiques.
1. Zelfs al wordt er nog altijd over REACH onderhandeld, toch beginnen de taken die ons te wachten staan, stilaan vastere vorm te krijgen. Het is evenwel duidelijk dat REACH ook zal moeten leiden tot een verhoging van de middelen binnen de overheid voor de activiteiten die ze op het vlak van de chemische stoffen uitoefent.
2. Nous sommes maintenant occupés à évaluer ces taˆches (helpdesk, par exemple) et avons pris les premiers contacts avec l’industrie pour pouvoir les remplir de manière la plus efficace. Dans ses mois à venir, cette collaboration se dessinera d’une manière plus précise. Dans ce cadre là, nous espérons bénéficier des données récoltées par l’initiative de la FEB et du SPF E´conomie.
2. We zijn momenteel bezig met die taken te evalueren (bijvoorbeeld helpdesk) en hebben een eerste contact genomen met de industrie om ze zo efficie¨nt mogelijk te vervullen. In de komende maanden zal die samenwerking duidelijk vorm krijgen. In dit verband hopen wij over de gegevens te kunnen beschikken die in het kader van het door het VBO en de FOD Economie opgezette initiatief zijn ingezameld.
3. Une description précise de la réorganisation et du budget nécessaire à cette fin ne peut pas encore être donnée dans l’état actuel des choses mais il semble déjà évident qu’une augmentation minimale d’un facteur 2 de nos ressources est nécessaire pour assurer nos obligations dans le cadre de la future politique en matière de substances chimiques.
3. Bij de huidige stand van zaken kan geen duidelijke beschrijving van de reorganisatie en het hiertoe vereiste budget worden gegeven. Het lijkt evenwel evident dat er een minimale verhoging van factor 2 van onze middelen vereist is om onze verplichtingen in het kader van het toekomstige beleid inzake chemische stoffen te kunnen nakomen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14363
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 64 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 64 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des Pensions du 15 juin 2005, à la question no 64 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en Pensioenen van 15 juni 2005, op de vraag nr. 64 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.
L’administration de l’Environnement est le seul service du SPF Santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Environnement qui relève de ma compétence.
De administratie Leefmilieu is de enige dienst van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu die onder mijn bevoegdheid valt.
Cette DG n’a pas d’effectifs décentralisés.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Deze DG heeft geen gedecentraliseerde tewerkstelling. 2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14364
Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Développement durable
Duurzame Ontwikkeling
DO 2004200504143
DO 2004200504143
Question no 35 de M. Roel Deseyn du 2 mai 2005 (N.) à la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 35 van de heer Roel Deseyn van 2 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Mesures d’aide visant à encourager les économies d’énergie dans le secteur résidentiel.
Steunmaatregelen voor energiesparend wonen.
Les personnes qui effectuent des travaux de construction ou de rénovation doivent être encouragées à utiliser des procédés écologiques et générateurs d’économies d’énergie. Les pouvoirs publics stimulent une telle démarche en octroyant des avantages financiers aux constructeurs et aux rénovateurs. Ainsi, des primes peuvent être obtenues auprès des autorités communales, provinciales, flamandes ou fédérales.
Wie zijn huis bouwt of verbouwt, moet aangezet worden om dit op een milieuvriendelijke en energiebesparende manier te doen. De overheid stimuleert dit door financie¨le voordelen toe te kennen aan bouwers en verbouwers. Zo kan men premies bekomen van de gemeentelijke, de provinciale, de Vlaamse of de federale overheid.
Il est toutefois curieux que l’autorité fédérale n’octroie certaines primes qu’aux rénovateurs qui font appel aux services d’un entrepreneur enregistré. Les particuliers qui effectuent personnellement des rénovations en utilisant des matériaux générateurs d’économies d’énergie ne bénéficient d’aucune mesure d’aide de la part de l’autorité fédérale, ce qui est inacceptable du point de vue écologique.
Eigenaardig is echter dat de federale overheid bepaalde premies enkel toekent aan verbouwers die werken met een geregistreerd aannemer. Wie de verbouwingen zelf uitvoert met energiebesparende materialen, krijgt van de federale overheid geen steunmaatregelen. Vanuit het oogpunt van het milieu is dit onaanvaardbaar.
Prenons l’exemple de l’isolation des toits. Les mesures fiscales d’encouragement de l’autorité fédérale ne sont octroyées qu’aux rénovateurs qui recourent à un entrepreneur enregistré. Les autorités communales, provinciales et flamandes font pourtant preuve d’une plus grande souplesse en la matière : le bricoleur peut effectuer lui-même l’isolation de son toit. Celle-ci peut être obtenue sur simple production d’une copie de la facture du matériel d’isolation.
Neem nu het voorbeeld van de dakisolatie. De fiscale aanmoedigingsmaatregelen van de federale overheid worden enkel toegekend aan zij die verbouwen met een geregistreerd aannemer. Nochtans zijn de gemeentelijke, provinciale en Vlaamse overheid hierin veel soepeler : daar mag de « doe-het-zelver » wel de dakisolatie aanbrengen. Een kopie van de factuur van het isolatiemateriaal is voldoende om de premie te bekomen.
1. a) Pourquoi a-t-on instauré une condition si peu favorable du point de vue écologique ?
1. a) Waarom deze milieuonvriendelijke voorwaarde ?
b) Pourquoi les bricoleurs ne bénéficient-ils pas d’une aide fédérale s’ils procèdent à des rénovations génératrices d’économies d’énergie ? 2. Eˆtes-vous disposée à prendre des initiatives pour adapter cette mesure peu écologique ?
b) Waarom krijgen doe-het-zelvers geen federale steun als zij energiebesparende verbouwingen uitvoeren ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2. Bent u bereid initiatieven te nemen om deze milieuonvriendelijke maatregel te veranderen ? 2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14365
Réponse de la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 17 juin 2005, à la question no 35 de M. Roel Deseyn du 2 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 17 juni 2005, op de vraag nr. 35 van de heer Roel Deseyn van 2 mei 2005 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op haar vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Introduction
Inleiding
La construction et la rénovation durable sont essentielles afin d’arriver au développement durable et ce sujet me tient dès lors fortement à cœur. Dans notre pays on a encore un long chemin à faire et j’essaie d’apporter ma pierre à l’édifice. Il me semble utile d’examiner quelles mesures complémentaires pourraient être prises afin de stimuler les gens à faire un pas vers la construction et la rénovation durable.
Er is in ons land nog een hele weg af te leggen op het vlak van duurzaam bouwen en verbouwen en ik probeer alvast mijn steentje bij te dragen. Zo lijkt het mij nuttig om te onderzoeken welke maatregelen er bijkomend genomen kunnen worden om mensen de stap in de richting van duurzaam bouwen te doen zetten.
Des conseils, dans lesquels de l’attention peut être accordée aux différents aspects de la construction durable (l’énergie, l’eau et les matériaux) sont essentiels. Une piste intéressante est de créer des guichets de durabilité dans les villes et les communes.
Adviesverlening, waarbij aandacht kan worden besteed aan verschillende aspecten van duurzaam bouwen « energie, water en materialen » en aan eenvoudige informatie over subsidies en fiscale stimuli op de verschillende beleidsniveaus, is hierbij essentieel.
Il me semble également utile d’informer les citoyens d’une manière plus uniforme sur les différentes possibilités existantes d’appui à la construction durable (subventions et mesures fiscales sur les différents niveaux politiques)
Het lijkt me eveneens nuttig de burgers op een meer uniforme manier te informeren over de verschillende bestaande steunmogelijkheden voor duurzaam bouwen (subsidies en fiscale maatregelen op verschillende politieke niveaus).
Pour répondre plus concrètement à vos questions je souhaite aborder le suivant :
Meer concreet ingaand op uw vragen wil ik graag het volgende meegeven :
1. Je partage votre point de vue selon lequel les personnes qui construisent ou rénovent doivent être stimulées à le faire d’une manière écoénergétique et respectueuse de l’environnement. Il va sans dire que la concrétisation de ce dispositif d’incitation fiscale appartient au ministre des Finances.
1. Ik deel uw mening dat wie bouwt en verbouwt, moet aangezet worden om dit op een milieuvriendelijke en energiebesparende manier te doen. De uitwerking van die fiscale stimulering is uiteraard het werk van de minister van Financie¨n.
En ce qui concerne votre première question : la mesure visant à exclure les bricoleurs n’est pas une condition défavorable à l’environnement. Les mesures fiscales visant à encourager l’utilisation de vitrage super isolant, d’isolation du toit, de chauffe-eau à énergie solaire et de radiateurs équipés de vannes thermostatiques, ont été conçues de manière à stimuler en même temps le secteur du baˆtiment et à combattre le travail au noir. Seuls les travaux effectués par des entrepreneurs enregistrès entrent en ligne de compte pour bénéficier des incitants fiscaux. Il va également sans dire que les services des Impoˆts directs ne sont pas en mesure de procéder à des controˆles sur place partout.
Het feit dat doe-het-zelvers vooralsnog uitgesloten worden van fiscale stimuli wil niet zeggen dat de overheid geen waardering opbrengt voor doe-het-zelvers die op duurzame wijze bouwen of verbouwen. Maar de overheidsmiddelen zijn schaars, en worden bij voorkeur dan ook ingezet voor maatregelen die vrij eenvoudig controleerbaar zijn. De diensten voor Directe Belastingen kunnen nu eenmaal onmogelijk overal ter plaatse gaan om doe-het-zelvers op hun doen en laten te controleren. Vandaar de keuze om fiscale stimuli voor het gebruik van superisolerend glas, dakisolatie, zonneboilers en thermostatische kranen in de eerste plaats voor te behouden voor bouwen verbouwingswerken uitgevoerd door geregistreerde aannemers. Bovendien zorgen de bestaande stimuli voor een welkome steun aan de bouwsector, en gaan ze ook het zwartwerk in die sector tegen.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14366
2. En tant que niveau de pouvoir, les communes sont plus proches du citoyen et mieux à même de suivre de près les travaux de rénovation et d’aider les bricoleurs dans le cadre de leurs travaux d’isolation. Ensuite, vous demandez si je suis disposée à prendre ` cet égard, je des initiatives en faveur des bricoleurs. A puis vous répondre que j’envisage tout de même de contacter mon collègue des Finances afin de vérifier s’il ne serait pas possible de déterminer, par le biais des services du Cadastre, à l’occasion des visites effectuées aux habitations rénovées ou nouvellement construites, si des travaux économiseurs d’énergie ont été effectués et s’ils sont susceptibles d’entrer en ligne de compte pour l’exonération fiscale.
2. Gemeenten staan als beleidsniveau dichter bij de burger. In tegenstelling tot de federale overheid zijn zij daarom beter in staat om verbouwingswerken van dichtbij op te volgen en doe-het-zelvers te steunen in hun isolatiewerken. Niettemin zal ik mijn collega van Financie¨n vragen om na te gaan of er geen mogelijkheid bestaat om via de diensten van het Kadaster — bij plaatsbezoek aan een verbouwde of gebouwde woning bijvoorbeeld — vast te stellen of bepaalde energiebesparende maatregelen uitgevoerd werden en zo ja, of deze in aanmerking kunnen genomen worden voor fiscale vrijstelling.
On ne peut pas attendre tout le bonheur d’une telle mesure. Il me semble de toute façon utile d’évaluer les avantages et les inconvénients et de regarder quelles mesures sont les plus efficaces pour stimuler la construction durable.
Men mag echter niet verwachten dat een dergelijke maatregel alles gaat oplossen. Het lijkt me essentieel de voor- en nadelen tegen elkaar af te wegen en te kijken welke maatregelen het meest kostenefficie¨nt zijn om duurzaam bouwen te stimuleren.
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 38 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 38 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14367
Réponse de la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 14 juin 2005, à la question no 38 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) : J’ai l’honneur de porter les éléments suivants à la connaissance de l’honorable membre.
Antwoord van de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 14 juni 2005, op de vraag nr. 38 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) : Ik heb de eer het geachte lid te antwoorden.
En ce qui concerne le Service public fédéral de programmation (SPP) Développement durable, cette question est sans objet.
Wat de Programmatorische Federale Overheidsdienst (POD) Duurzame Ontwikkeling betreft, is deze vraag zonder voorwerp.
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 39 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 39 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14368
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Réponse de la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 14 juin 2005, à la question no 39 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 14 juni 2005, op de vraag nr. 39 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de porter les éléments suivants à la connaissance de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid te antwoorden.
En ce qui concerne le Service public fédéral de programmation (SPP) Développement durable, cette question est sans objet.
Wat de Programmatorische Federale Overheidsdienst (POD) Duurzame Ontwikkeling betreft, is deze vraag zonder voorwerp.
E´conomie sociale
Sociale Economie
DO 2004200504228
DO 2004200504228
Question no 49 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 49 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés.
Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
` la suite du plan Copernic, la Régie des Baˆtiments A a examiné la possibilité de regrouper les services publics répartis entre différents baˆtiments.
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
Un programme de relogement des services a été mis en œuvre au cours des trois dernières années à Bruxelles et, selon la note de politique générale du vicepremier ministre et ministre des Finances, ce type d’opérations de regroupement des services fédéraux seront également menées à bien dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijk operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Pour avoir un aperçu du nombre de fonctionnaires employés actuellement au sein des services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand, il convient de répondre aux questions suivantes.
Om zicht te krijgen op de huidige tewerkstelling van ambtenaren van de federale overheid in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. Quels services fédéraux relevant de votre compétence sont logés en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
1. Welke federale diensten die onder uw bevoegdheid vallen zijn in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder gehuisvest ?
2. Combien de fonctionnaires sont actuellement en poste dans ces services fédéraux en Flandre orientale et, en particulier, à Gand ?
2. Hoeveel ambtenaren zijn er momenteel in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder bij deze federale diensten gestationeerd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14369
Réponse de la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2005, à la question no 49 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2005, op de vraag nr. 49 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre qu’elles ne concernent pas les fonctionnaires de la Cellule E´conomie sociale du SPP Intégration sociale.
In antwoord op haar vragen heb ik de eer het geachte lid mee te delen dat deze vragen geen betrekking hebben op de ambtenaren van de Cel Sociale Economie van de POD Maatschappelijke Integratie.
DO 2004200504229
DO 2004200504229
Question no 50 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) à la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 50 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. ` la suite de la réforme Copernic, la Régie des BaˆtiA ments a étudié la possibilité de procéder au regroupement des services publics logés dans différents immeubles.
Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
Au cours des trois dernières années, un programme de relogement a été parachevé à Bruxelles et, d’après la note de politique générale du vice-premier ministre et ministre des Finances, M. Reynders, pareilles opérations de regroupement des services fédéraux seront aussi menées dans d’autres villes.
In de afgelopen drie jaar werd in Brussel een herhuisvestingsprogramma afgewerkt en volgens de beleidsnota van vice-eerste minister en minister van Financie¨n Reynders zullen dergelijke operaties van hergroepering van federale diensten ook in andere steden worden verdergezet.
Les questions suivantes se posent lorsqu’on cherche à avoir une vision de l’hébergement actuel des services de l’autorité fédérale en Flandre orientale en général et à Gand en particulier.
Om zicht te krijgen op de huidige huisvesting van de diensten van de federale overheid in Oost-Vlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder rijzen volgende vragen.
1. a) De quels baˆtiments les services publics ressortissant à votre compétence disposent-ils au 1er mai 2005 en Flandre orientale en général et plus spécifiquement à Gand ?
1. a) Over welke gebouwen beschikken de overheidsdiensten die onder uw bevoegdheid vallen in OostVlaanderen in het algemeen en in Gent in het bijzonder op datum van 1 mei 2005 ?
b) Quelle est leur superficie utile ?
b) Wat is hun nuttige oppervlakte ?
2. a) Lesquels de ces immeubles appartiennent-ils en propre aux services publics en question ?
2. a) Welke gebouwen zijn eigendom van deze overheidsdiensten ?
b) Lesquels ces services publics ont-ils en location ?
b) Welke gebouwen worden gehuurd door deze overheidsdiensten ?
c) Quand ces contrats de location peuvent-ils être résiliés ?
c) Wanneer kunnen deze huurcontracten worden opgezegd ?
d) Lesquels de ces immeubles sont-ils l’objet d’un contrat de leasing ?
d) Welke gebouwen worden geleasd ?
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
Ten gevolge van de Copernicus-hervorming werd er door de Regie der Gebouwen onderzocht of het mogelijk was om over te gaan tot een hergroepering van de over verschillende gebouwen verspreide overheidsdiensten.
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14370
` combien s’élève la somme déboursée par ces 3. A services publics pour les édifices dont ils ne sont pas les propriétaires ?
3. Hoeveel betalen deze overheidsdiensten voor de gebouwen die niet in eigendom zijn ?
Réponse de la secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 14 juin 2005, à la question no 50 de Mme Annelies Storms du 10 mai 2005 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 14 juni 2005, op de vraag nr. 50 van mevrouw Annelies Storms van 10 mei 2005 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre qu’elles ne concernent pas la Cellule économie sociale du SPP Intégration sociale.
In antwoord op haar vragen heb ik de eer het geachte lid mee te delen dat deze vragen geen betrekking hebben op de Cel sociale economie van de POD Maatschappelijke Integratie.
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14371
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Premier ministre Eerste minister 1
2004200503793 11- 5-2005
89
Roel Deseyn
Octroi de subsides pour les « festivités 175-25 ans ». Toewijzing van subsidies voor de « 175-25 jaarfestiviteiten ».
14229
1
2004200503895 18- 5-2005
90
Koen T’Sijen
Droits d’auteur. — Creative Commons. Auteursrechten. — Creative Commons.
14233
Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 1
2004200502722 23-11-2004
451
Alfons Borginon
Cour de cassation. — Nombre de conseillers néerlandophones. Hof van Cassatie. — Aantal Nederlandstalige raadsheren.
14234
1
2004200502742 18- 1-2005
504
Roel Deseyn
Mesures pour lutter contre les spywares. Maatregelen tegen spyware.
14235
1
2004200503808 29- 3-2005
614
Alfons Borginon
SPF. — Service de la Législation. — Déséquilibre linguistique. FOD. — Dienst Wetgeving. — Taalonevenwicht.
14240
1
2004200504112 28- 4-2005
648
Alfons Borginon
SPF et cellules stratégiques. — Expertise externe. — E´tudes. — Publicité. FOD en beleidscellen. — Expertise van externen. — Studies. — Openbaarmaking.
14241
1
2004200504147
2- 5-2005
651
Jef Van den Bergh
Experts en matière de prévention de la toxicomanie. Experten drugspreventie.
14243
8
2004200504176
4- 5-2005
660
Mw. Nancy Caslo
* Peines alternatives pour les jeunes délinquants. Alternatieve straffen voor jonge boefjes.
14131
8
2004200504205
9- 5-2005
665
Jan Mortelmans
* Jeux de hasard. — Comité de concertation. Kansspelen. — Overlegcomité.
14132
8
2004200504207
9- 5-2005
667
Jan Mortelmans
* Collège des procureurs-généraux. — Circulaire relative à la législation sur les jeux de hasard. — Parquets. College van de procureurs-generaal. — Omzendbrief kansspelwetgeving. — Parketten.
14132
8
2004200504218
9- 5-2005
672
Roel Deseyn
* Création d’une commission d’enquête parlementaire en matière de protection de la vie privée. Oprichting van een onderzoekscommissie privacy.
14132
8
2004200504228 10- 5-2005
674
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14133
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14372
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2004200504229 10- 5-2005
675
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14134
8
2004200504233 10- 5-2005
676
Dylan Casaer
* Politique de classement sans suite des infractions au Code de la route. Seponeringsbeleid van verkeersovertredingen.
14135
8
2004200504237 10- 5-2005
677
David Geerts
* Traite des êtres humains et prostitution en Belgique. Mensenhandel en prostitutie in Belgie¨.
14135
8
2004200504238 10- 5-2005
678
Jo Vandeurzen
* Points d’action de la note de politique fédérale en matière de drogues. Actiepunten uit de federale drugnota.
14136
8
2004200504250 11- 5-2005
679
Bart Laeremans
* Services chargés des mesures judiciaires de substitution. Diensten voor de alternatieve gerechtelijke maatregelen.
14136
1
2004200504268 11- 5-2005
680
Alfons Borginon
Arrêt de la Cour d’arbitrage. — Magistrature debout. — Examen d’aptitude professionnelle. Arrest Arbitragehof. — Staande magistratuur. — Examen van beroepsbekwaamheid.
14245
8
2004200504280 13- 5-2005
681
Guido De Padt
* Infractions au code de la route. — Infractions graves du premier degré. — Contraventions. Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen eerste graad. — Inbreuken.
14137
8
2004200504281 13- 5-2005
682
Guido De Padt
* Infractions au code de la route. — Infractions graves du deuxième degré. — Contraventions. Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen tweede graad. — Inbreuken.
14139
8
2004200504282 13- 5-2005
683
Guido De Padt
* Infractions au code de la route. — Infractions graves du troisième degré. — Contraventions. Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen derde graad. — Inbreuken.
14141
8
2004200504283 13- 5-2005
684
Mw. Sabien Lahaye-Battheu
* Circulaire no 1756 du 7 octobre 2004. — Détenus en semi-liberté. — Congé. Omzendbrief nr. 1756 van 7 oktober 2004. — Halve vrijen. — Verlof.
14142
8
2004200504293 17- 5-2005
685
Mme Zoé Genot
* Couˆt de l’enquête concernant les « Tueurs du Brabant wallon ». Kosten van het onderzoek naar de Bende van Nijvel.
14143
8
2004200504296 18- 5-2005
686
Dylan Casaer
* Déprédation de caméras automatiques. Beschadigen van onbemande camera’s.
14143
Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-eerste minister en minister van Financie¨n 1
2004200503867
7- 4-2005
721
Jef Van den Bergh
Déduction fiscale pour l’habitation. — Habitation propre et unique. Fiscale woningaftrek. — Eigen en enige woning.
14247
1
2004200504150
2- 5-2005
768
Richard Fournaux
TVA. — Mise à disposition de logements meublés. BTW. — Terbeschikkingstelling van gemeubeld logies.
14248
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14373
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200504155
2- 5-2005
769
Richard Fournaux
TVA. — Location de boxes pour chevaux. BTW. — Huren van paardenboxen.
14250
1
2004200504171
3- 5-2005
772
Francis Van den Eynde
TVA. — E´tablissements du secteur horeca. — Location de locaux ou de salles à des tiers. BTW. — Horecazaken. — Verhuur van lokalen of zalen aan derden.
14251
8
2004200504178
4- 5-2005
773
Richard Fournaux
1
2004200504179
4- 5-2005
774
Richard Fournaux
8
2004200504180
4- 5-2005
775
Hagen Goyvaerts
* Saisie-arrêt fiscale. — Imprimé 247.7. Fiscaal derdenbeslag. — Drukwerk 247.7.
14144
8
2004200504181
4- 5-2005
776
Hagen Goyvaerts
* Remboursement d’impoˆt. — Assignation contre numéro de compte. Teruggave van belastingen. — Assignatie versus rekeningnummer.
14145
8
2004200504182
4- 5-2005
777
Hagen Goyvaerts
* Administration du Recouvrement. — Caractère raisonnable des plans de paiement. Administratie van Invordering. — Redelijkheid van afbetalingsplannen.
14146
8
2004200504194
4- 5-2005
778
Richard Fournaux
* TVA sur travaux d’infrastructure cédés à une commune. BTW op werken aan wegen die door een bedrijf aan een gemeente worden overgedragen.
14147
8
2004200504195
4- 5-2005
779
Melchior Wathelet
* Représentation de l’E´tat devant les cours et tribunaux. Vertegenwoordiging van de Staat voor de hoven en rechtbanken.
14147
8
2004200504198
4- 5-2005
780
Mw. Trees Pieters
* Contribuables. — Controˆleurs. — Commission valide. Belastingplichtigen. — Controleurs. — Regelmatig aanstellingsbewijs.
14148
8
2004200504212
9- 5-2005
781
Richard Fournaux
* TVA. — Revente de cigarettes. BTW. — Doorverkoop van sigaretten.
14150
8
2004200504213
9- 5-2005
782
Hagen Goyvaerts
* Baˆtiments. — Redevance sur les logements inoccupés payée par les autorités fédérales. Gebouwen. — Leegstandsheffing betaald door de federale overheid.
14150
8
2004200504219
9- 5-2005
783
Carl Devlies
* Déclaration à l’impoˆt des personnes physiques (exercice 2005). — Formule en deux volets. — Force probante. Aangifte personenbelasting aanslagjaar 2005. — Formulier uit twee onderdelen. — Bewijskracht.
14150
8
2004200504220
9- 5-2005
784
Carl Devlies
* Déclaration complétée avec l’assistance d’un fonctionnaire. — Responsabilité. — Accroissement d’impoˆt. Aangifte ingevuld met behulp van een ambtenaar. — Aansprakelijkheid. — Belastingverhoging.
14151
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
* TVA. — Exemptions. BTW. — Vrijstellingen. TVA. — Immeubles. BTW. — Onroerende goederen.
2005
14144 14253
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14374
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2004200504225
9- 5-2005
785
Carl Devlies
* Visite sur place. — Absence. — Preuve de l’absence. — Devoir de rigueur. — Taxation abusive ou irrégulière. Plaatsbezoek. — Afwezige. — Bewijs van afwezigheid. — Zorgvuldigheidsplicht. — Onrechtmatige of onregelmatige belasting.
14153
8
2004200504226
9- 5-2005
786
Mw. Trees Pieters
* Décisions préalables en matière d’impoˆts directs. — Cas urgents. — Sécurité juridique. — Consultation des services fiscaux locaux. Voorafgaande beslissingen inzake directe belastingen. — Dringende gevallen. — Rechtszekerheid. — Raadpleging van de plaatselijke belastingdiensten.
14154
8
2004200504228 10- 5-2005
787
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14155
8
2004200504229 10- 5-2005
788
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14155
8
2004200504251 11- 5-2005
789
Mw. Trees Pieters
* Transmission par courrier électronique et par fax de réponses à des questions fiscales. Antwoorden via elektronische post en faxen op fiscale vragen.
14156
8
2004200504265 11- 5-2005
791
Mw. Trees Pieters
* Indemnités en remboursement de dépenses, forfaitaires ou non, propres à la société-employeur. — Travailleurs et dirigeants d’entreprises. — Taux d’imposition de montants excessifs. — Accords individuels et rulings. Terugbetaling van al dan niet forfaitaire kosten eigen aan de vennootschap-werkgeefster. — Werknemers en bedrijfsleiders. — Taxatieregime van overdreven bedragen. — Individuele akkoorden en rulings.
14157
1
2004200503820 11- 5-2005
792
Elio Di Rupo
Banque mondiale. — Président. — Candidature de M. Wolfowitz. Wereldbank. — Voorzitter. — Kandidatuur van de heer Wolfowitz.
14254
8
2004200504284 17- 5-2005
793
Mw. Trees Pieters
* Taux réduit du précompte mobilier. Verlaagd tarief van de roerende voorheffing.
14158
8
2004200504290 18- 5-2005
794
Francis Van den Eynde
* Recommandation des médiateurs fédéraux. — Code des taxes assimilées aux impoˆts sur les revenus. — Dégrèvement d’office. Aanbeveling federale ombudsmannen. — WIGB. — Ambtshalve ontheffing.
14159
1
2004200504329 24- 5-2005
798
Mw. Nahima Lanjri
Réduction d’impoˆt. — Rénovation. — Politique des grandes villes. — Report de la prise d’effet d’un revenu cadastral réévalué. Belastingvermindering. — Renovatie. — Grootstedenbeleid. — Uitstel uitwerking herschatting kadastraal inkomen.
14255
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14375
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Budget — Begroting 8
2004200504228 10- 5-2005
60
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14160
8
2004200504229 10- 5-2005
61
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14161
Entreprises publiques — Overheidsbedrijven 8
2004200504183
4- 5-2005
524
François Bellot
* SNCB. — Gare de Montzen. — Travaux de modernisation et d’entretien. NMBS. — Station van Montzen. — Moderniserings- en onderhoudswerken.
14161
8
2004200504184
4- 5-2005
525
Jef Van den Bergh
* SNCB. — Accompagnement des personnes handicapées dans les gares. NMBS. — Begeleiding van mindervaliden in de treinstations.
14162
8
2004200504185
4- 5-2005
526
Jean-Claude Maene * La Poste. — Distribution tardive des journaux dans certaines zones rurales. De Post. — Laattijdige uitreiking van de kranten in een aantal landelijke gebieden.
14163
8
2004200504192
4- 5-2005
527
Jef Van den Bergh
* SNCB. — Contrats de gestion. — Critique des syndicats des cheminots. NMBS. — Beheerscontracten. — Kritiek spoorvakbonden.
14164
8
2004200504228 10- 5-2005
528
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14165
8
2004200504229 10- 5-2005
529
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14165
8
2004200504230 10- 5-2005
530
Jan Mortelmans
* SNCB. — Réduction de l’offre de trains fin 2004. NMBS. — Problematiek verminderde eindejaarsdienst einde 2004.
14166
8
2004200504234 10- 5-2005
531
Roel Deseyn
* La Poste. — Absentéisme. De Post. — Absenteı¨sme.
14167
8
2004200504239 10- 5-2005
532
Guido De Padt
* Mesures visant à substituer le transport ferroviaire au transport international par camion. Maatregelen om het internationaal vervoer per truck te vervangen door het vervoer per spoor.
14167
8
2004200504246 10- 5-2005
533
Guido De Padt
* La Poste. — Fermeture du bureau de poste d’Adegem. — Projet-pilote « Point Poste ». De Post. — Sluiting postkantoor te Adegem. — Proefproject « Postpunt ».
14168
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14376
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2004200504252 11- 5-2005
534
Jan Mortelmans
* SNCB. — Comité consultatif des usagers. — Avis. — Obligation de réponse du groupe SNCB. NMBS. — Raadgevend Comité van de Gebruikers. — Adviezen. — Verplichte beantwoording door de NMBS-groep.
14169
8
2004200504253 11- 5-2005
535
Guido De Padt
* SNCB. — Réaménagement de la place de la gare de la commune de Buggenhout. NMBS. — Herinrichting stationsplein van de gemeente Buggenhout.
14169
8
2004200504258 11- 5-2005
536
Bart Laeremans
* SNCB. — RER. — Construction de la gare des Arcades à Watermael-Boitsfort. NMBS. — GEN. — Bouw van het Arcadenstation in Watermaal-Bosvoorde.
14170
8
2004200504259 11- 5-2005
537
Bart Laeremans
* SNCB. — RER. — Construction de la gare de Moensberg-transit. NMBS. — GEN. — Bouw van het station Moensberg-transit.
14171
8
2004200504260 11- 5-2005
538
Bart Laeremans
* SNCB. — RER. — Construction de la gare de Germoir. NMBS. — GEN. — Bouw van het station Germoir.
14172
8
2004200504261 11- 5-2005
539
Jan Mortelmans
* SNCB. — Contrats de gestion. — Information préalable. NMBS. — Beheerscontracten. — Voorafgaande informatie.
14172
8
2004200504262 11- 5-2005
540
Bart Laeremans
* SNCB. — RER. — Construction de la gare du Vivier d’Oie à Uccle, sur la ligne Hal-Bruxelles. NMBS. — GEN. — Bouw van het Diesdelle-station op de lijn Halle-Brussel te Ukkel.
14173
8
2004200504263 11- 5-2005
541
Bart Laeremans
* SNCB. — Construction de la gare CERIA à Anderlecht, sur la ligne Bruxelles-Gand. NMBS. — Bouw in Anderlecht van het Ceriastation op de lijn Brussel-Gent.
14173
8
2004200504264 11- 5-2005
542
Jean-Marc Nollet
* SNCB. — E´tude de bruit sur la ligne 140-147 Ottignies-Fleurus. NMBS. — Geluidsstudie op lijn 140-147 OttigniesFleurus.
14174
8
2004200504285 18- 5-2005
543
Patrick De Groote
* SNCB. — Raccordements au réseau ferroviaire des entreprises et des zones industrielles. NMBS. — Spooraansluitingen van bedrijven en industrieterreinen.
14175
8
2004200504297 18- 5-2005
545
Francis Van den Eynde
* SNCB. — Transport ferroviaire en provenance de l’étranger. — Calcul des tarifs. NMBS. — Spoorvervoer vanuit het buitenland. — Tariefberekening.
14176
8
2004200504298 18- 5-2005
546
Guido De Padt
* La Poste. — Fermeture simultanée de bureaux de poste dans une ville/commune en raison de formations. De Post. — Gelijktijdige sluiting van postkantoren in een stad/gemeente omwille van opleidingen.
14176
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14377
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 6
2004200504151
2- 5-2005
608
Francis Van den Eynde
8
2004200504196
4- 5-2005
612
Melchior Wathelet
8
2004200504236 10- 5-2005
615
Mme Jacqueline Galant
8
2004200504240 10- 5-2005
616
8
2004200504254 11- 5-2005
618
Francis Van den Eynde Mw. Nancy Caslo
8
2004200504255 11- 5-2005
619
Mw. Nancy Caslo
8
2004200504266 11- 5-2005
620
Elio Di Rupo
8
2004200504269 11- 5-2005
621
Elio Di Rupo
8
2004200504271 11- 5-2005
622
Willy Cortois
8
2004200504272 11- 5-2005
623
Jan Mortelmans
8
2004200504278 11- 5-2005
624
Servais Verherstraeten
8
2004200504295 18- 5-2005
625
Roel Deseyn
Région du Xinjiang dans le nord-ouest de la Chine. — Colonisation intérieure à grande échelle. China. — Noordwestelijke regio Xinjiang. — Grootschalige binnenlandse kolonisatie. ´ * Elaboration et la mise en œuvre d’un plan de personnel par le SPF Intérieur. Uitwerking en tenuitvoerlegging van een personeelsplan door de FOD Binnenlandse Zaken. * Acquisition d’un radar répressif par la zone de police Sylle et Dendre. Aankoop van een radar voor repressieve controleacties door de politiezone Sylle et Dendre. * Suicides au sein de la police. Zelfmoorden bij de politie. * Transmission systématiquement tardive aux communes des directives et circulaires relatives au budget de la police. Richtlijnen en omzendbrieven aangaande de politiebegroting. — Systematisch laattijdig toezenden aan de gemeenten. * Sanctions administratives communales. Gemeentelijke administratieve sancties. * Organisation des élections communales et provinciales d’octobre 2006. Organisatie van de gemeente- en provincieraadsverkiezingen van oktober 2006. * Renouvellement des contrats « Plan Drogue » 20042005. Verlenging van de drugplancontracten 2004-2005. * Trafic d’espèces animales protégées. De handel in beschermde diersoorten. * Communes de Fourons et de Comines-Warneton. — E´lecteurs. — Droit d’inscription. Gemeenten Voeren en Komen-Waasten. — Kiezers. — Inschrijvingsrecht. * Fonctionnaires de police. — Formations. — Congé. — Interventions financières. Politiebeambten. — Opleidingen. — Verlof. — Financie¨le tegemoetkomingen. * Insertion des gardes champêtres uniques dans les échelles barémiques. Inschaling van de enige veldwachters.
14256
14177
14179
14179 14180
14180 14181
14182
14183 14184
14184
14185
Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Zaken 1
2003200431894 26- 7-2004
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
104
Mme Karine Lalieux
2004
Construction d’un « mur de séparation » par le gouvernement israélien en territoire palestinien. — Avis de la Cour internationale de Justice. Bouw van een « scheidingsmuur » op Palestijns grondgebied door de Israe¨lische regering. — Advies van het Internationaal Gerechtshof.
2005
14257
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14378
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200502852
9-12-2004
139
Mme Zoé Genot
Plan de management des présidents des comités de direction des SPF. Managementplan van de voorzitters van de directiecomités van de federale overheidsdiensten.
14260
1
2004200503462 24- 2-2005
190
Gerolf Annemans
Burundi. — Projet « Kabondo ». Burundi. — Project « Kabondo ».
14261
1
2004200503529
2- 3-2005
196
Mme Marie Nagy
Mission d’observation électorale sous l’égide de l’OSCE. Zending als verkiezingswaarnemer onder auspicie¨n van de OVSE.
14263
1
2004200503769 23- 3-2005
200
Filip De Man
Convention de Vienne du 8 avril 1983 sur la succession d’E´tats. — Signature. Verdrag van Wenen van 8 april 1983 inzake statenopvolging. — Ondertekening.
14266
1
2004200503836
4- 4-2005
202
Francis Van den Eynde
Parlementaires. — Voyages à l’étranger. — Services de l’ambassade. Parlementsleden. — Buitenlandse reizen. — Diensten van de ambassade.
14267
1
2004200503871
7- 4-2005
203
Mw. Nathalie Muylle
Burundi. — E´lections. — Processus de paix. — Roˆle de la Belgique. Burundi. — Verkiezingen. — Vredesproces. — Rol van Belgie¨.
14268
1
2004200503892 12- 4-2005
205
Gerolf Annemans
Séjour et accueil d’un ancien membre des milices du Tanzim qui, en 2002, avait occupé l’E´glise de la Nativité, à Bethléem. Verblijf en opvang van een voormalig lid van de Tanzim-milities en bezetter van de geboortekerk in Betlehem in 2002.
14272
1
2004200503917 14- 4-2005
207
Guido Tastenhoye
Ambassades des pays de l’Union européenne. — Arrêt des invitations de « dissidents » cubains. Ambassades van de EU-landen. — Niet meer uitnodigen van Cubaanse « dissidenten ».
14274
1
2004200503918 14- 4-2005
208
Guido Tastenhoye
Liaison de la coopération au développement à l’obligation de la réadmission des demandeurs d’asile déboutés. — Intégration de la politique d’asile dans la politique extérieur. Koppeling ontwikkelingssamenwerking aan terugnameplicht van uitgeprocedeerde asielzoekers. — Integratie asielbeleid in buitenlands beleid.
14275
1
2004200503919 14- 4-2005
209
Guido Tastenhoye
Octroi du statut diplomatique aux fonctionnaires des agences européennes. — Augmentation du nombre de diplomates à la suite de l’élargissement de l’Union européenne. Verlenen van het diplomatiek statuut aan ambtenaren van Europese agentschappen. — Toename aantal diplomaten na de EU-uitbreiding.
14277
1
2004200503959 18- 4-2005
211
Mme Zoé Genot
Budget pour la diplomatie préventive. Begroting voor de preventieve diplomatie.
14281
1
2004200503983 18- 4-2005
213
Mme Marie Nagy
Future nouvelle ambassade de Belgique au Japon. Toekomstige nieuwe ambassade van Belgie¨ in Japan.
14282
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14379
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200503995 19- 4-2005
216
Francis Van den Eynde
Drapeau turc bruˆlé par des Kurdes. — Réaction des autorités turques. Verbranding van een Turkse vlag door Koerden. — Reactie Turkse autoriteiten.
14284
1
2004200504051 22- 4-2005
219
Staf Neel
Cabinets. — Journal interne du personnel. Kabinetten. — Interne personeelskrant.
14284
1
2004200504084 26- 4-2005
220
Geert Lambert
Départements. — Services. — Délais de paiement. Departementen. — Diensten. — Betalingstermijnen.
14286
1
2004200504221
9- 5-2005
222
Hagen Goyvaerts
Fonctionnement de l’ambassade belge à Kinshasa. — Plaintes. Werking van de Belgische ambassade in Kinshasa. — Klachten.
14287
1
2004200504228 10- 5-2005
223
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14291
1
2004200504229 10- 5-2005
224
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14292
8
2004200504235 10- 5-2005
225
Filip De Man
* Convention européenne de sauvegarde des droits de l’homme et des libertés fondamentales (CEDH). Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).
14185
8
2004200504273 11- 5-2005
226
Geert Versnick
* Cambodge. — Financement du Tribunal Khmer rouge. Cambodja. — Financiering van het Rode KhmerTribunaal.
14187
8
2004200504300 18- 5-2005
227
Pieter De Crem
* Candidatures belges à la fonction de haut commissaire des Nations unies pour les réfugiés. Belgische kandidatuur voor het UNO-ambt van hoog commissaris voor de Vluchtelingen.
14187
Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 1
2004200504022 21- 4-2005
211
Mw. Annelies Storms
Explosion d’une toilette dans un airbus de l’armée. Gee¨xplodeerd toilet in een airbus van het leger.
14293
1
2004200504023 21- 4-2005
212
Mw. Annelies Storms
Avion saisi immobilisé sur l’aéroport militaire de Melsbroek. Aangeslagen vliegtuig op de militaire luchthaven van Melsbroek.
14295
1
2004200504033 21- 4-2005
214
Mw. Annelies Storms
Travaux d’infrastructure prévus à la base militaire de Melsbroek. Geplande infrastructuurwerken op de militaire basis van Melsbroek.
14297
1
2004200504034 21- 4-2005
215
Mw. Annelies Storms
Capacité d’engagement opérationnel des C-130 belges. Inzetbaarheid van Belgische C-130’s.
14297
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14380
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2004200504186
4- 5-2005
225
François-Xavier de Donnea
* Task force mise à disposition de l’INIG-IV à charge du budget de la Défense. Terbeschikkingstelling aan het Instituut voor Veteranen-Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachoffers (IV-NIOOO) van een task force ten laste van de begroting van Landsverdediging.
14188
8
2004200504187
4- 5-2005
226
François-Xavier de Donnea
* Reconnaissance des souffrance endurées par les orphelins de guerre dont les parents ont été victimes d’actes de barbarie durant la Deuxième Guerre mondiale. Erkenning van het leed dat de oorlogswezen hebben doorstaan wier ouders het slachtoffer waren van wreedheden gedurende de Tweede Wereldoorlog.
14189
1
2004200503493
9- 5-2005
227
David Geerts
Organisation des soins aux grands bruˆlés. Organisatie van de brandwondenzorg.
14299
1
2004200504228 10- 5-2005
228
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14301
1
2004200504229 10- 5-2005
229
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14303
1
2004200504247 10- 5-2005
230
Mw. Ingrid Meeus
E´changes militaires avec le Maroc et l’Algérie. Militaire uitwisselingsprojecten met Marokko en Algerije.
14305
1
2004200504338 25- 5-2005
232
Francis Van den Eynde
E´lèves de l’E´cole Royale Militaire. — Armes personnelles. Leerlingen van de Militaire School. — Persoonlijke wapens.
14307
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie — Economie 8
2004200504197
4- 5-2005
278
Melchior Wathelet
* Réforme du traitement des plaintes dans le domaine des assurances. Hervorming van de klachtenbehandeling inzake de verzekeringen.
14190
8
2004200504227
9- 5-2005
280
Koen T’Sijen
* Droits d’auteur pour les services de musique en ligne. Auteursrechten voor online-muziekwinkels.
14191
1
2004200504228 10- 5-2005
281
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14309
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14381
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200504229 10- 5-2005
282
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14310
8
2004200504256 11- 5-2005
283
Mme Jacqueline Galant
* Copies musicales et vidéo via Internet. Kopie¨ren van muziek en video’s via internet.
14192
8
2004200504286 18- 5-2005
284
Melchior Wathelet
* Taxe de métrologie. Metrologieheffing.
14193
E´nergie — Energie 1
2004200504228 10- 5-2005
128
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14311
1
2004200504229 10- 5-2005
129
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14312
Politique scientifique — Wetenschapsbeleid 8
2004200504228 10- 5-2005
67
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14194
8
2004200504229 10- 5-2005
68
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14194
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken 1
2004200503578
8- 3-2005
265
Mw. Yolande Avontroodt
Assurance complémentaire soins de santé. Aanvullende verzekering gezondheidszorgen.
14313
1
2004200503821 31- 3-2005
283
Mw. Yolande Avontroodt
Modalités de remboursement des inhibiteurs de l’acétylcholinestérase. Vergoedingsmodaliteiten van de acetylcholinesterase-inhibitoren.
14316
1
2004200503831 31- 3-2005
284
Bart Laeremans
ONAFTS. — Appartenance linguistique. RKW. — Taalaanhorigheid.
14319
1
2004200503938 14- 4-2005
295
Luk Van Biesen
Non-transposition des directives européennes en droit interne. — Sanctions de l’UE. — Astreintes et autres incitants financiers. Niet-omzetting van EU-richtlijnen in intern recht. — EU-sancties. — Dwangsommen en andere financie¨le aansporingen.
14323
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14382
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200503988 18- 4-2005
297
Mw. Maggie De Block
SPF Sécurité sociale. — Projets pilotes de télétravail. FOD Sociale Zekerheid. — Telewerkproefprojecten.
14324
6
2004200504214
9- 5-2005
311
Mw. Nahima Lanjri
Titres-services. — Données récentes. Dienstencheques. — Recente gegevens.
14324
8
2004200504228 10- 5-2005
312
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14195
8
2004200504229 10- 5-2005
313
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14196
8
2004200504242 10- 5-2005
314
Jo Vandeurzen
* Loi sur la responsabilisation des médecins. — Inspections de l’INAMI. Wet responsabilisering van artsen. — Inspectie van het RIZIV.
14197
8
2004200504248 10- 5-2005
315
Koen Bultinck
* Agrément des centres de référence de la douleur chronique. Erkenning van de referentiecentra voor chronische pijn.
14197
8
2004200504049 13- 5-2005
316
Mw. Annemie Turtelboom
* Travailleurs qui passent du secteur public au secteur privé. — Calcul des congés payés annuels. Werknemers die overstappen van de openbare naar de private sector. — Berekening jaarlijks betaald verlof.
14198
Santé publique — Volksgezondheid 1
2004200503646 10- 3-2005
418
Mw. Frieda Van Themsche
Suites du SRAS. — E´tude relative à la situation au Canada. Naweee¨n van SARS. — Studie betreffende de toestand in Canada.
14325
1
2004200503814 30- 3-2005
431
Mw. Yolande Avontroodt
Traitement au Fosamax de patients masculins souffrant d’ostéoporose. Behandeling met Fosamax van mannelijke patie¨nten die lijden aan osteoporose.
14326
1
2004200503885 11- 4-2005
438
Ludo Van Campenhout
Certificats phytosanitaires. Fytosanitaire certificaten.
14329
1
2004200503923 14- 4-2005
441
Mw. Yolande Avontroodt
Enquête nationale en vue de l’amélioration de la qualité des soins apportés aux patients, de l’efficacité et des conditions de travail dans les hoˆpitaux belges. Nationaal onderzoek ter verbetering van de kwaliteit van de patie¨ntenzorg, de efficie¨ntie en de werkomstandigheden in Belgische ziekenhuizen.
14331
1
2004200503938 14- 4-2005
446
Luk Van Biesen
Non-transposition des directives européennes en droit interne. — Sanctions de l’UE. — Astreintes et autres incitants financiers. Niet-omzetting van EU-richtlijnen in intern recht. — EU-sancties. — Dwangsommen en andere financie¨le aansporingen.
14332
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14383
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2004200504024 21- 4-2005
450
Gerolf Annemans
Situation linguistique dans les hoˆpitaux bruxellois. — Rapporteur du Conseil de l’Europe. Taaltoestanden in de Brusselse ziekenhuizen. — Rapporteur Raad van Europa.
14333
1
2004200504026 21- 4-2005
452
Koen T’Sijen
Contournement de l’interdiction de la publicité grand public pour les médicaments soumis à prescription. Omzeiling van het verbod op publieksreclame voor voorschriftplichtige geneesmiddelen.
14334
1
2004200504051 22- 4-2005
453
Staf Neel
Cabinets. — Journal interne du personnel. Kabinetten. — Interne personeelkrant.
14337
1
2004200504096 27- 4-2005
455
Bart Tommelein
Banque de données des centres de transfusion sanguine. Gegevensbank van bloedtransfusiecentra.
14338
8
2004200504199
4- 5-2005
464
Mw. Hilde Dierickx * Controˆles portant sur la promotion et la vente illégales de médicaments. Controles op de illegale promotie en verkoop van geneesmiddelen.
14199
8
2004200504200
4- 5-2005
465
Mw. Hilde Dierickx * Collecte des données statistiques en matière d’enregistrement MRS. Verzamelen van de statistische gegevens van RVTregistratie.
14200
8
2004200504201
4- 5-2005
466
Mw. Hilde Dierickx * E´quipement des services mobiles d’urgence (SMUR). Uitrusting van de Mobiele Urgentiegroepen (MUG).
14200
8
2004200504217
9- 5-2005
467
Mme Dominique Tilmans
* Commission européenne. — Le projet de règlement « REACH ». Europese Commissie. — REACH-ontwerpverordening.
14201
8
2004200504228 10- 5-2005
468
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14202
8
2004200504229 10- 5-2005
469
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14203
8
2004200504231 10- 5-2005
470
Olivier Chastel
* Obligation des pharmaciens de délivrer le médicament le moins cher. Verplichting voor de apothekers om het minst dure geneesmiddel te verstrekken.
14203
8
2004200504274 11- 5-2005
471
Mme Jacqueline Galant
* Définition de la viande de veau. Definitie van kalfsvlees.
14204
8
2004200504275 11- 5-2005
472
Mme Jacqueline Galant
* Sécurisation des lits d’hoˆpital. Beveiliging van ziekenhuisbedden.
14205
8
2004200504276 11- 5-2005
473
Mw. Yolande Avontroodt
* Surcharge administrative en médecine vétérinaire. Administratieve overlast in de diergeneeskunde.
14206
8
2004200504279 11- 5-2005
474
Mw. Yolande Avontroodt
* Loi relative aux droits du patient. — Service de médiation. Patie¨ntenrechtenwet. — Ombudsdienst.
14206
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14384
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse 8
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
2004200504287 18- 5-2005
475
Guido De Padt
* Grippe bovine. Koeiengriep.
14207
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Minister van Middenstand en Landbouw Classes moyennes — Middenstand 1
2004200504288 18- 5-2005
77
Mw. Sabien Lahaye-Battheu
Travailleuses indépendantes. — Congé de maternité. Zelfstandige vrouwen. — Bevallingsverlof.
14339
Ministre de l’Emploi et de la Protection des consommateurs Minister van Werk en Consumentenzaken Emploi — Werk 1
2004200503815 30- 3-2005
270
Mw. Sabien Lahaye-Battheu
Nombre de titres-services par province. Aantal dienstencheques per provincie.
14341
1
2004200504070 25- 4-2005
290
Mw. Trees Pieters
Fonds d’indemnisation des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises. — Renseignements et modalités d’introduction d’une demande. Fonds tot vergoeding van de ingeval van sluiting ontslagen werknemers. — Inlichtingen en wijze van indiening verzoek.
14342
1
2004200504140
2- 5-2005
299
Mw. Maggie De Block
Problèmes juridiques liés au télétravail. — Repasseuses à domicile. — Réglementation relative au bien-être. Juridische knelpunten inzake telewerken. — Thuisstrijksters. — Welzijnsreglementering.
14345
1
2004200504228 10- 5-2005
301
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14347
8
2004200504270 11- 5-2005
303
Elio Di Rupo
* Croissance économique. — Créations d’emplois. — Réductions des cotisations patronales. Economische groei. — Bevordering van de werkgelegenheid. — Vermindering van de werkgeversbijdragen.
14208
1
2004200504322 24- 5-2005
305
Jo Vandeurzen
1
2004200504218
9- 5-2005
112
Roel Deseyn
Création d’une commission d’enquête parlementaire en matière de protection de la vie privée. Oprichting van een onderzoekscommissie privacy.
14349
1
2004200504232 10- 5-2005
115
Roel Deseyn
« Treiterbox ». — Plaintes. « Treiterbox ». — Klachten.
14351
Commission paritaire. — Centres logistiques. Paritair comité. — Logistieke centra.
14348
Protection des consommateurs — Consumentenzaken
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14385
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Ministre de la Coopération au développement Minister van Ontwikkelingssamenwerking 1
2004200504084 26- 4-2005
77
Geert Lambert
Départements. — Services. — Délais de paiement. Departementen. — Diensten. — Betalingstermijnen.
14353
1
2004200504161
3- 5-2005
78
Mw. Annelies Storms
Composition des organes stratégiques. Samenstelling van de beleidsorganen.
14354
8
2004200504191
4- 5-2005
79
Luk Van Biesen
* Hausse du budget de l’aide au développement. Stijging omvang ontwikkelingshulp.
14209
8
2004200504215
9- 5-2005
80
Luk Van Biesen
* Ambassadrice pour le sida. Ambassadeur voor aids.
14209
1
2004200504216
9- 5-2005
81
Luk Van Biesen
8
2004200504222
9- 5-2005
82
Gerolf Annemans
1
2004200504228 10- 5-2005
83
1
2004200504229 10- 5-2005
84
Cellule stratégique. — Coopération technique belge. — Personnel. Beleidscel. — Belgische Technische Coo¨peratie. — Personeel.
14355
* République Démocratique du Congo. — Accords de coopération concernant la reconstruction de certains ports congolais. Democratische Republiek Kongo. — Samenwerkingsakkoorden in verband met heropbouw van sommige Kongolese havens.
14210
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14356
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14356
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Fonction publique — Ambtenarenzaken 8
2004200504228 10- 5-2005
141
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14211
8
2004200504229 10- 5-2005
142
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14211
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14386
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie
8
2004200503465 13- 5-2005
123
Gerolf Annemans
* Recul de la solidarité intergénérationnelle. — Misère sociale en augmentation. Achteruitgang van de intergenerationele solidariteit. — Stijgende sociale armoede.
14212
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid 8
2004200504228 10- 5-2005
42
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14213
8
2004200504229 10- 5-2005
43
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14214
Gelijke Kansen — E´galité des chances 8
2004200504189
4- 5-2005
59
Filip De Man
* Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme. — Erreur dans le manuel intitulé « Loi du 30 juillet 1981 tendant à réprimer certains actes inspirés par le racisme ou la xénophobie ». Centrum van gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding. — Fout in het boek « De wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden ».
14215
8
2004200504228 10- 5-2005
60
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14216
8
2004200504229 10- 5-2005
61
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14217
Ministre de la Mobilité Minister van Mobiliteit 1
2004200503785 24- 3-2005
240
Geert Lambert
8
2004200504190
4- 5-2005
277
Francis Van den Eynde
* Fiabilité des statistiques relatives aux accidents. Betrouwbare ongevallenstatistieken.
14218
8
2004200504223
9- 5-2005
278
Dylan Casaer
* Pourcentages de réussite aux examens de conduite. Slaagpercentages bij rijexamens.
14218
8
2004200504228 10- 5-2005
279
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14219
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
SNCB. — Trains bondés. — Manque de place. — Comptage. NMBS. — Treinen. — Overbezetting. — Tellingen.
2005
14357
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005 CA
DO
14387
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2004200504229 10- 5-2005
280
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14220
8
2004200504244 10- 5-2005
281
Mw. Nathalie Muylle
* Machines agricoles tractées. — Systèmes de freinage. Getrokken landbouwmachines. — Remsystemen.
14220
8
2004200504245 10- 5-2005
282
Guido De Padt
* Réduction du nombre de poids lourds sur les routes en stimulant le transport par voie navigable. Vermindering aantal trucks op de weg door stimulering van het binnenscheepvaartverkeer.
14221
8
2004200504267 11- 5-2005
283
Elio Di Rupo
* Accès aux chemins réservés aux piétons, cyclistes et cavaliers. Toegang tot de wegen voorbehouden voor voetgangers, fietsers en ruiters.
14222
8
2004200504289 18- 5-2005
284
Willy Cortois
* Part de marché croissante des transporteurs low cost opérant à partir des aéroports belges. Groeiende marktaandeel van low-cost carriers die vanuit onze Belgische luchthavens opereren.
14223
8
2004200504291 18- 5-2005
285
Mw. Sabien Lahaye-Battheu
* Accidents impliquant des camions. Ongevallen waarbij vrachtwagens betrokken zijn.
14223
Ministre de l’Environnement et des Pensions Minister van Leefmilieu en Pensioenen
Environnement — Leefmilieu 1
2004200504217
9- 5-2005
63
Mme Dominique Tilmans
Commission européenne. — Projet de règlement « REACH ». Europese Commissie. — REACH-ontwerpverordening.
14359
1
2004200504228 10- 5-2005
64
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14363
Pensions — Pensioenen 8
2004200504228 10- 5-2005
101
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14224
8
2004200504229 10- 5-2005
102
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14225
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 083 20 - 06 - 2005
14388
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n 8
2004200504228 10- 5-2005
39
Mw. Annelies Storms
* Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14226
8
2004200504229 10- 5-2005
40
Mw. Annelies Storms
* Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14226
Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken 8
2004200504292 18- 5-2005
41
Philippe Collard
* Répartition des fonds. — Objectif 1. — Objectif 2. Verdeling van de fondsen. — Doelstelling 1. — Doelstelling 2.
14227
Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’E´conomie sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven Développement durable — Duurzame Ontwikkeling 1
2004200504143
2- 5-2005
35
Roel Deseyn
Mesures d’aide visant à encourager les économies d’énergie dans le secteur résidentiel. Steunmaatregelen voor energiesparend wonen.
14364
1
2004200504228 10- 5-2005
38
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14366
1
2004200504229 10- 5-2005
39
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14367
E´conomie sociale — Sociale Economie 1
2004200504228 10- 5-2005
49
Mw. Annelies Storms
Services publics fédéraux en Flandre orientale. — Fonctionnaires employés. Federale overheidsdiensten in Oost-Vlaanderen. — Tewerkstelling van ambtenaren.
14368
1
2004200504229 10- 5-2005
50
Mw. Annelies Storms
Services de l’autorité fédérale en Flandre orientale. — Hébergement. Diensten federale overheid in Oost-Vlaanderen. — Huisvesting.
14369
CHAMBRE • 3e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Composition — Zetwerk: TMP S.A.
2004
2005
KAMER • 3e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
Impression — Drukwerk: Chambre des représentants — Kamer van volksvertegenwoordigers 1436