QRVA 50 031
QRVA 50 031
BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE
————
————
Schriftelijke vragen en antwoorden
Questions et réponses écrites
22 - 05 - 2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
458
QRVA 50 031
3572 22 - 05 - 2000
AGALEV-ECOLO CVP FN PRL FDF MCC PS PSC SP VLAAMS BLOK VLD VU&ID
: : : : : : : : : :
Anders gaan leven / E´cologistes (confédérés pour l’organisation de luttes originales) Christelijke Volkspartij Front National Parti Réformateur libéral - Front démocratique des francophones - Mouvement des citoyens pour le changement Parti socialiste Parti social-chrétien Socialistische Partij Vlaams Blok Vlaamse Liberalen en Democraten Volksunie&ID21 (Integrale Democratie voor de 21e eeuw)
Afkortingen bij de nummering van de publicaties : DOC 50 0000/000 : Parlementair document van de 50e zittingsperiode + het nummer en het volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden HA : Handelingen (Integraal Verslag) BV : Beknopt Verslag PLEN : Plenum COM : Commissievergadering
Abréviations dans la numérotation des publications : DOC 50 0000/000 : Document parlementaire de la 50e législature, suivi du no et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites HA : Annales (Compte Rendu Intégral) CRA : Compte rendu analytique PLEN : Séance plénière COM : Réunion de commission
Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail : alg.zaken@de Kamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail :
[email protected]
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3573
Blz. Pages
INHOUD Eerste minister
—
SOMMAIRE Premier ministre
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
3591
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
3593
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie
Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
—
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
3599
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
3613
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Minister van Binnenlandse Zaken
3615
Ministre de l’Intérieur
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
3616
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen
Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l’administration
—
Minister van Landsverdediging
3618
Minister van Landbouw en Middenstand
Ministre de la Défense Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes
—
Minister van Justitie
3620
Ministre de la Justice
Minister van Financie¨n
3624
Ministre des Finances
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties
3670
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques
3676
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Staatssecretaris voor Buitenlandse Handel
—
Secrétaire d’E´tat au Commerce extérieur
Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking
—
Secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement
Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling
—
Secrétaire d’E´tat à l’E´nergie et au Développement durable
—
Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes
Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3574
Vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 1999. * Questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 1999. * Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 4- 4-2000
86
Francis Van den Eynde 3467
Vice-eerste minister en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie Vice-premier ministre et ministre du Budget, de l’Intégration sociale et de l’E´conomie sociale
Datum Date 28297713162021-
2-2000 2-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000
137 141 148 149 152 159 164 165
22- 3-2000 22- 3-2000 5- 4-2000
167 168 169
Begroting — Budget
11- 1-2000
10
Yves Leterme
11
Yves Leterme
1904
6
Yves Leterme
Jan Mortelmans Bart Laeremans Peter Vanvelthoven Mw. Joke Schauvliege Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Mw. Joke Schauvliege Ludo Van Campenhout Jan Mortelmans Mw. Frieda Brepoels Yves Leterme
Blz. Page 2792 2793 2925 2925 3070 3072 3075 3075 3076 3077 3467
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement Consumentenzaken — Protection de la consommation
1905
Sociale Economie — E´conomie sociale
11- 1-2000
Auteur
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Maatschappelijke Integratie — Intégration sociale
11- 1-2000
Vraag nr. Question no
20- 3-2000 6- 4-2000 7- 4-2000
43 45 46
Claude Eerdekens Claude Eerdekens Claude Eerdekens
3079 3581 3582
1905 Volksgezondheid — Santé publique
10-12-1999 13-12-1999
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 19- 1-2000 7- 2-2000 24- 2-2000
101 118 134
Yves Leterme Joos Wauters Tony Smets
2032 2409 2645
772744-
1999
2000
2-2000 3-2000 3-2000 4-2000 4-2000
36 39 69 81 93 96 97
Jean-Pierre Viseur Mw. Annemie Van de Casteele Jef Valkeniers Jef Valkeniers Richard Fournaux Jozef Van Eetvelt Alfons Borginon
1560 1561 2417 2928 3359 3468 3469
* Lijst afgesloten op 19 mei 2000 * Liste cloˆturée le 19 mai 2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000 Datum Date
Vraag nr. Question no
7- 4-2000 7- 4-2000
101 102
3575
Auteur Claude Eerdekens Claude Eerdekens
Blz. Page 3582 3583
Datum Date
Vraag nr. Question no
31- 3-2000 3- 4-2000
164 165
5- 4-2000
166
Auteur
Blz. Page
Vincent Decroly 3470 Mw. Kathleen van der Hooft 3471 Jozef Van Eetvelt 3472
Leefmilieu — Environnement
27- 3-2000
17
Yves Leterme
3360 Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 17- 9-1999 19-10-1999 20-10-1999 20-10-1999 23-11-1999 24-11-1999 7-12-1999 10-12-1999 4- 1-2000 12- 1-2000 15- 2-2000 22- 2-2000 22- 2-2000 23- 2-2000 24- 2-2000 24- 2-2000 28- 2-2000 1- 3-2000 2- 3-2000 3- 3-2000 8- 3-2000 10- 3-2000 13- 3-2000 14- 3-2000 15- 3-2000 16- 3-2000 16- 3-2000 28- 3-2000 28- 3-2000
28 42 47 51 77 78 85 91 98 103 129 131 133 135 137 138 139 141 143 144 147 148 149 152 154 156 157 162 163
Jan Eeman Yves Leterme Bart Laeremans Bart Laeremans Luc Goutry Mw. Trees Pieters Jozef Van Eetvelt Mw. Frieda Brepoels Joos Wauters Bart Laeremans Yves Leterme Guido Tastenhoye Yves Leterme Alfons Borginon Jef Valkeniers Peter Vanvelthoven Jan Peeters Guy D’haeseleer Claude Desmedt Mw. Magda De Meyer Yves Leterme Jozef Van Eetvelt Francis Van den Eynde Vincent Decroly Thierry Giet Mme Josée Lejeune Jozef Van Eetvelt Geert Bourgeois Ferdy Willems
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
300 727 728 731 1151 1152 1447 1564 1810 1913 2499 2649 2651 2652 2653 2653 2798 2799 2928 2929 3086 3087 3088 3089 3090 3093 3094 3361 3361
1999
Sociale Zaken — Affaires sociales
12-10-1999
27
23-11-1999
41
Mw. Annemie Van de Casteele 640 Mw. Alexandra Colen 1154
24-12-1999
61
Peter Vanvelthoven
1710
11- 1-2000
62
Yves Leterme
1914
18- 1-2000
65
Yves Leterme
2041
18- 2-2000
86
Filip Anthuenis
2654
14- 3-2000
96
Francis Van den Eynde 3097
14- 3-2000
97
Luc Goutry
3098
17- 3-2000
101
Mw. Yolande Avontroodt
3100
103
Mme
27- 3-2000
Marie-Thérèse Coenen
3362
28- 3-2000
104
Mw. Kathleen van der Hooft 3363
3- 4-2000
105
Servais Verherstraeten
3473
5- 4-2000
106
Luc Goutry
3474
7- 4-2000
108
Olivier Chastel
3583
7- 4-2000
109
Claude Eerdekens
3584
7- 4-2000
110
Koen Bultinck
3585
Pensioenen — Pensions
11- 1-2000
10
Yves Leterme
1915
18- 1-2000
13
Yves Leterme
2043
17- 3-2000
18
Jan Mortelmans
3102
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3576
Datum Date
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 16- 3-2000
60
Jean-Pol Poncelet
3104
Minister van Landbouw en Middenstand Ministre de l’Agriculture et des Classes moyennes
Datum Date 198999101114152123-
1-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000
Vraag nr. Question no 141 155 156 157 158 159 160 161 163 164 167
Landbouw — Agriculture
3- 4-2000
31
Lode Vanoost
3475
Minister van Justitie Ministre de la Justice 9- 8-1999 9- 8-1999 10- 8-1999 24- 8-1999 8- 9-1999 8- 9-1999 16- 9-1999 22- 9-1999 29- 9-1999 1-10-1999 1-10-1999 4-10-1999 15-10-1999 19-10-1999 25-10-1999 25-10-1999 19-11-1999 22-11-1999 24-11-1999 30-11-1999 7-12-1999 24-12-1999
5 6 9 14 30 31 39 49 56 61 62 63 72 78 87 91 106 108 111 117 122 132
Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Jan Mortelmans Geert Bourgeois Geert Bourgeois Yves Leterme Jean-Pierre Viseur Geert Bourgeois Geert Bourgeois Karel Van Hoorebeke Martial Lahaye Jo Vandeurzen Filip De Man Mw. Alexandra Colen Alfons Borginon Fred Erdman Bert Schoofs Fred Erdman Luc Goutry Mw. Frieda Brepoels Jan Peeters
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
31 32 34 37 215 216 305 310 422 424 425 426 737 739 861 863 1160 1162 1165 1335 1453 1716
1999
31013131620-
3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000
171 175 176 177 178 180
20202121-
3-2000 3-2000 3-2000 3-2000
181 182 183 184
232828334445566-
3-2000 3-2000 3-2000 4-2000 4-2000 4-2000 4-2000 4-2000 4-2000 4-2000 4-2000 4-2000
186 187 188 189 191 193 194 195 196 197 198 199
Auteur
Yves Leterme Jan Eeman Mw. Alexandra Colen Mw. Alexandra Colen Mw. Alexandra Colen Servais Verherstraeten Bart Laeremans Yves Leterme Yves Leterme Hubert Brouns Mw. Annemie Van de Casteele Servais Verherstraeten Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Yves Leterme Jean-Pol Poncelet Mw. Yolande Avontroodt Tony Smets Jozef Van Eetvelt Geert Bourgeois Mw. Annemie Van de Casteele Jef Valkeniers Jean-Jacques Viseur Fred Erdman Jef Valkeniers Stefaan De Clerck Martial Lahaye Geert Bourgeois Geert Bourgeois Geert Bourgeois Servais Verherstraeten Jef Valkeniers Mw. Simonne Creyf
Blz. Page 2050 2431 2431 2432 2432 2504 2504 2505 2506 2658 2659 2931 3106 3106 3107 3107 3108 3109 3110 3111 3112 3364 3365 3366 3475 3476 3477 3478 3479 3480 3480 3586 3586
Minister van Financie¨n Ministre des Finances 9- 8-1999 2000
9
Peter Vanvelthoven
43
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3577
Datum Date
Vraag nr. Question no
8- 9-1999
22
Marcel Hendrickx
130
8- 9-1999
23
Jos Ansoms
221
8- 9-1999
24
Jo Vandeurzen
222
9- 9-1999
25
Geert Bourgeois
223
9- 9-1999
26
Jan Mortelmans
225
10- 9-1999
31
Francis Van den Eynde
228
15- 9-1999
50
Mw. Trees Pieters
245
15- 9-1999
51
Yves Leterme
246
16- 9-1999
52
Yves Leterme
311
23- 9-1999
63
Mw. Yolande Avontroodt
430
Auteur
Blz. Page
13-10-1999
76
Guy D’haeseleer
647
13-10-1999
77
Eric van Weddingen
648
18-10-1999
83
Bart Laeremans
743
19-10-1999
86
Mw. Trees Pieters
744
22-10-1999
93
Karel Van Hoorebeke
865
22-10-1999
94
Karel Van Hoorebeke
865
22-10-1999
95
Karel Van Hoorebeke
866
22-10-1999
96
Karel Van Hoorebeke
866
22-10-1999
97
Karel Van Hoorebeke
867
25-10-1999
100
Mw. Alexandra Colen
869
25-10-1999
102
Alfons Borginon
870
27-10-1999
104
Mw. Alexandra Colen
871
3-11-1999
108
Alfons Borginon
996
4-11-1999
109
Jean-Pierre Viseur
997
4-11-1999
110
Marcel Hendrickx
998
4-11-1999
111
Marcel Hendrickx
999
4-11-1999
112
Marcel Hendrickx
999
16-11-1999
115
Daniel Bacquelaine
1082
16-11-1999
116
Dirk Pieters
1082
17-11-1999
118
Jan Eeman
1084
22-11-1999
122
Karel Pinxten
1171
22-11-1999
124
Lode Vanoost
1173
23-11-1999
126
Mw. Trees Pieters
1175
24-11-1999
131
Mw. Trees Pieters
1182
24-11-1999
132
Servais Verherstraeten
1186
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
Datum Date
Vraag nr. Question no
25-11-1999 26-11-1999 3-12-1999 3-12-1999 6-12-1999 6-12-1999 7-12-1999 8-12-1999 17-12-1999
136 140 142 143 145 146 154 156 163
17-12-1999 17-12-1999 20-12-1999 21-12-1999
164 165 167 171
21-12-1999 23-12-1999 28-12-1999 5- 1-2000 10- 1-2000 10- 1-2000 11- 1-2000 11- 1-2000 13- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 19- 1-2000 20- 1-2000 21- 1-2000 21- 1-2000 24- 1-2000 25- 1-2000 25- 1-2000 28- 1-2000 28- 1-2000
174 176 180 181 183 184 186 187 190 194 198 200 201 202 204 205 208 209 210 211 212
3- 2-2000 9- 2-2000 9- 2-2000
216 221 222
2000
Auteur
Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Dirk Pieters Yves Leterme Jacques Chabot Willy Cortois Jan Eeman Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Dirk Pieters Mw. Annemie Van de Casteele Jan Eeman Claude Eerdekens Eric van Weddingen Francis Van den Eynde Yves Leterme Yves Leterme Geert Bourgeois Hubert Brouns Mw. Simonne Creyf Yves Leterme Mw. Trees Pieters Jean-Pierre Viseur Jean-Pierre Viseur Mw. Trees Pieters Jean-Pierre Viseur Jean-Pierre Viseur Georges Lenssen Peter Vanvelthoven Claude Eerdekens Georges Lenssen Mme Marie-Thérèse Coenen Mw. Joke Schauvliege Olivier Maingain Mw. Els Van Weert
Blz. Page 1340 1346 1456 1456 1458 1459 1465 1466 1716 1717 1717 1718 1722 1724 1725 1810 1812 1924 1924 1925 1927 2050 2053 2056 2059 2060 2198 2200 2201 2205 2206 2206 2307 2307 2435 2441 2442
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3578
Datum Date 10101818182121282828291237788813141616202022232327272828282929-
2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 2-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000 3-2000
Vraag nr. Question no 223 224 231 232 233 234 235 241 242 243 245 246 249 255 257 258 259 261 263 265 267 272 273 277 278 282 283 284 285 286 288 290 291 295 296
29- 3-2000
297
4- 4-2000 4- 4-2000 5- 4-2000
299 300 301
Auteur
Yves Leterme Yves Leterme Filip Anthuenis Karel Van Hoorebeke Jacques Lefevre Alfons Borginon Hubert Brouns Luc Goutry Koen Bultinck Mw. Trees Pieters Maurice Dehu Luc Sevenhans Stef Goris Claude Eerdekens Yves Leterme Luc Goutry Yves Leterme Dirk Pieters Dirk Pieters Yves Leterme André Frédéric Yvon Harmegnies Georges Lenssen Tony Smets Hubert Brouns Claude Eerdekens Jean-Pierre Viseur Yves Leterme Luc Sevenhans Mme Josée Lejeune Mme Muriel Gerkens Martial Lahaye Martial Lahaye Yves Leterme Mw. Annemie Van de Casteele Mw. Annemie Van de Casteele Hagen Goyvaerts Yves Leterme Jean-Pierre Viseur
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Blz. Page 2507 2508 2660 2661 2661 2662 2663 2804 2805 2805 2809 2810 2933 2936 2937 2938 2938 2939 2940 3115 3116 3120 3121 3124 3124 3126 3367 3367 3368 3368 3371 3372 3373 3377
Datum Date
Vraag nr. Question no
5- 4-2000
302
Jozef Van Eetvelt
3490
6- 4-2000
303
Dirk Pieters
3588
7- 4-2000
305
Mw. Trees Pieters
3588
7- 4-2000
306
Dirk Pieters
3589
Auteur
Blz. Page
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes
Economie — E´conomie
5-10-1999
13
Mw. Frieda Brepoels
441
6-12-1999
24
Jan Mortelmans
1467
19- 1-2000
42
Mw. Trees Pieters
2064
28- 1-2000
46
Jan Peeters
2309
1- 2-2000
47
Geert Bourgeois
2309
2- 2-2000
49
Mw. Frieda Brepoels
2310
13- 3-2000
55
Yves Leterme
3128
3377
16- 3-2000
56
Jean-Pol Poncelet
3129
3378 3484 3486 3487
27- 3-2000
57
Richard Fournaux
3378
4- 4-2000
58
Mme Claudine Drion
3490
6- 4-2000
59
Alfons Borginon
3590
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000 Datum Date
3579
Vraag nr. Question no
Auteur
Blz. Page
Datum Date
Vraag nr. Question no
25-11-1999
26
Jean-Pol Poncelet
1349
10- 1-2000
32
Jan Eeman
1929
873
13- 1-2000
35
Filip Anthuenis
2066
Wetenschappelijk Onderzoek — Recherche scientifique
Alfons Borginon
Auteur
Blz. Page
25-10-1999
9
22-11-1999
14
Lode Vanoost
1188
19- 1-2000
38
Yves Leterme
2067
22-11-1999
18
Lode Vanoost
1191
8- 3-2000
40
Mw. Frieda Brepoels
2944
22-11-1999
21
Lode Vanoost
1192
16- 3-2000
41
Jean-Pol Poncelet
3129
1999
2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
459
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3581
(Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. (Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. Vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 86 van het reglement van de Kamer). Questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 86 du règlement de la Chambre).
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Consumentenzaken
Protection de la consommation
DO 1999200001058
DO 1999200001058
Vraag nr. 45 van de heer Claude Eerdekens van 6 april 2000 (Fr.) :
Question no 45 de M. Claude Eerdekens du 6 avril 2000 (Fr.) :
Spuitbussen. — Dichloorvos.
Aérosols. — Dichlorvos.
Volgens Test Gezondheid (nr. 36 van april-mei 2000) heeft « Kind en Gezin » onlangs gewaarschuwd voor het gebruik van muggenwerende producten in de vorm van spuitbussen of verstuivers in de buurt van zwangere vrouwen en jonge kinderen.
Selon Test Santé (no 36 d’avril-mai 2000), « Kind en Gezin » a lancé dernièrement une mise en garde contre l’utilisation d’anti-moustiques de type aérosols ou diffuseurs d’insecticides en présence de femmes enceintes et de jeunes enfants.
Een onderzoek op muizen heeft aangetoond dat contact met insecticiden tijdens de zwangerschap of tot de leeftijd van twee jaar onomkeerbare hersenbeschadiging kan teweegbrengen. Test Aankoop nr. 387 van april 1996 waarschuwde de gebruikers van die producten, met name spuitbussen, al omdat zij dichloorvos bevatten.
Une étude réalisée sur des souris a démontré que le contact avec des insecticides, pendant la grossesse et jusqu’à l’aˆge de deux ans, peut occasionner des dégaˆts cérébraux irréversibles. Test-Achats no 387 d’avril 1996 mettait déjà en garde les utilisateurs de ces produits, notamment les aérosols, parce qu’ils contiennent du dichlorvos.
1. a) Bevestigt u de besluiten van die studie ?
1. a) Confirmez-vous les conclusions de cette étude ?
b) Op grond waarvan en waarom ?
b) Sur quelle base et pourquoi ?
2. Waarom wordt in die spuitbussen nog altijd dichloorvos (een voor de mens zeer giftige stof) gebruikt ?
2. Pourquoi le dichlorvos (substance très toxique pour l’homme) est-il encore utilisé dans ces aérosols ?
3. Welke maatregelen heeft u getroffen om de consumenten dienaangaande in te lichten en te beschermen ?
3. Quelles mesures avez-vous déjà prises pour informer et protéger les consommateurs en cette matière ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3582
DO 1999200001067
DO 1999200001067
Vraag nr. 46 van de heer Claude Eerdekens van 7 april 2000 (Fr.) : Voedingswaarde van bereide schotels. — Etiketten.
Question no 46 de M. Claude Eerdekens du 7 avril 2000 (Fr.) : E´tiquetages nutritionnels des plats préparés.
Vaak zijn de etiketten die de voedingswaarde van bereide schotels vermelden zeer onvolledig. Voor sommige bereide schotels is de op het etiket vermelde voedingswaarde maar half zo hoog als de werkelijke waarde. In de meeste gevallen hanteren de fabrikanten een goedkope berekeningswijze, die echter vergissingen of onnauwkeurigheden niet volledig uitsluit.
Souvent, les étiquetages nutritionnels des plats préparés sont établis de façon très incomplète. Il en résulte que la valeur nutritive annoncée d’un plat préparé peut-être inférieure de moitié à sa valeur réelle. En effet, dans la plupart des cas les fabricants se basent sur une méthode de calcul peu couˆteuse, mais qui induit une marge d’erreur ou d’imprécision.
1. Zou het niet opportuun zijn de fabrikanten van bereide schotels ertoe aan te zetten stelselmatig een scheikundige analyse van hun producten te verrichten, aangezien dat de enige methode is om de voedingswaarde van een schotel nauwkeurig te bepalen ?
1. Dès lors, ne serait-il pas opportun d’inviter les fabricants des préparations de ce type à utiliser systématiquement une analyse chimique de leurs denrées, seule procédure qui permet d’établir de façon précise la valeur nutritive d’un plat ?
2. Zouden de fabrikanten, in afwachting dat een dergelijke maatregel effectief van kracht wordt, er niet toe moeten worden verplicht te preciseren welke methode zij hebben gebruikt om de voedingswaarde van de schotel vast te stellen ?
2. En attendant qu’une telle mesure devienne effective, ne serait-il pas souhaitable d’obliger les fabricants à préciser la méthode utilisée pour définir la valeur nutritive d’un plat ?
Volksgezondheid
Santé publique
DO 1999200001060
DO 1999200001060
Vraag nr. 101 van de heer Claude Eerdekens van 7 april 2000 (Fr.) :
Question no 101 de M. Claude Eerdekens du 7 avril 2000 (Fr.) :
Melatonine.
Mélatonine.
Volgens Test Gezondheid (nr. 36 van april-mei 2000), waarin een in Test Gezondheid nr. 34 verschenen bericht wordt bevestigd, zou melatonine een gunstig effect hebben op de gevolgen van het tijdsverschil, de zogenaamde « jetlag ».
Selon Test Santé (no 36 d’avril-mai 2000) qui confirme une information de Test Santé no 34, la mélatonine aurait une influence positive sur les effets du décalage horaire, le « jetlag ».
Melatonine zou in de eerste plaats onze biologische klok regelen. In ons land is dat product evenwel verboden.
Le roˆle principal de la mélatonine serait le réglage de notre horloge biologique. La mélatonine est pourtant interdite chez nous.
De Koninklijke Academie voor geneeskunde van Belgie¨ heeft echter al een gunstig advies uitgebracht met betrekking tot de toediening van melatonine in geval van jetlag, nachtwerk of slapeloosheid.
L’Académie royale de médecine de Belgique a déjà émis un avis positif sur l’octroi de la mélatonine en matière de décalage horaire, de travail de nuit ou d’insomnie.
1. Waarom is melatonine, dat in de Verenigde Staten vrij wordt verkocht, in ons land verboden ?
1. Pourquoi la mélatonine qui est en vente libre aux USA, est-elle interdite dans notre pays ?
2. In 1998 werd een ministerieel besluit uitgevaardigd waarbij alle producten die melatonine bevatten voor twee jaar worden « geschorst ». Zal dat besluit binnenkort worden gewijzigd en waarom ?
2. En 1998 un arrêté ministériel a suspendu pour une période de deux ans tous les produits contenant de la mélatonine. Cet arrêté est-il en passe d’être modifié et pourquoi ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3583
3. Welke maatregelen werden op Europees niveau al genomen om de diverse wetgevingen terzake te harmoniseren ?
3. Quelles dispositions ont déjà été prises au niveau européen pour harmoniser les différentes législations en la matière ?
DO 1999200001063
DO 1999200001063
Vraag nr. 102 van de heer Claude Eerdekens van 7 april 2000 (Fr.) :
Question no 102 de M. Claude Eerdekens du 7 avril 2000 (Fr.) :
Hysterectomiedossier.
Dossier sur l’hystérectomie.
Volgens Test Gezondheid (nr. 36 van april-mei 2000) brachten de Christelijke Mutualiteiten onlangs een dossier uit over hysterectomiee¨n (wegnemen van de baarmoeder) in Belgie¨.
Selon Test Santé (no 36 d’avril-mai 2000), les Mutualités chrétiennes ont dernièrement sorti un dossier sur l’hystérectomie (ablation de l’utérus) en Belgique.
Dat dossier brengt opmerkelijke verschillen aan het licht met betrekking tot het verhoogd risico op een hysterectomie bij vrouwen met een laag inkomen, vrouwen zonder eigen inkomen en arbeidsters. Tevens worden aanzienlijke verschillen vastgesteld met betrekking tot de duur van het verblijf in het ziekenhuis, die van zes tot elf dagen varieert.
Ce dossier révélerait les différences étonnantes en matière de risques accrus chez les femmes à bas revenus, chez les femmes sans revenus propres, chez les ouvrières. Une différence étonnante concerne la durée du séjour en hoˆpital qui varie de 6 à 11 jours.
1. a) Klopt die informatie ?
1. a) Ces informations sont-elles exactes ?
b) Werden in ons land andere studies uitgevoerd waarin die verschillen worden bevestigd ?
b) Existe-t-il d’autres études chez nous qui confirment ces différences ?
c) Welke ?
c) Lesquelles ?
2. Hoe verklaart u die verschillen, die duidelijk niet enkel verband houden met medische aspecten ?
2. Comment expliquez-vous ces variations qui, de toute évidence, ne sont pas basées uniquement sur des raisons d’ordre médical ?
3. Hoe vallen dergelijke verschillen in duur van het verblijf in het ziekenhuis te verklaren ?
3. Comment de telles différences quant à la durée du séjour en hoˆpital sont-elles possibles ?
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Sociale Zaken
Affaires sociales
DO 1999200001061
DO 1999200001061
Vraag nr. 108 van de heer Olivier Chastel van 7 april 2000 (Fr.) :
Question no 108 de M. Olivier Chastel du 7 avril 2000 (Fr.) :
Kinderbijslag voor werkzoekenden die ouder dan 25 jaar zijn.
Allocations familiales des demandeurs d’emploi aˆgés de plus de 25 ans.
Overeenkomstig artikel 62, § 5, van de samengeordende wetten van 19 december 1939 betreffende de
Le bénéfice des allocations familiales est attribué jusqu’à l’aˆge de 25 ans aux enfants poursuivant des
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3584
kinderbijslag voor loonarbeiders wordt de kinderbijslag toegekend voor kinderen tot 25 jaar die voortstuderen.
études, et ce en application de l’article 62, § 5, des lois coordonnées du 19 décembre 1939 relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés.
Wie zich na zijn studies inschrijft als werkzoekende, komt na een wachttijd waarvan de duur varieert naargelang de leeftijd van de aanvrager, in aanmerking voor een wachtuitkering. Die wachttijd bedraagt :
Lorsqu’à l’échéance de ses études, le bénéficiaire s’inscrit comme demandeur d’emploi, il peut percevoir des allocations de choˆmage dites de transition, après un stage variable selon l’aˆge :
233 dagen voor werkzoekenden tussen 18 en 26 jaar;
233 jours s’il est aˆgé de 18 à 26 ans;
310 dagen voor werkzoekenden tussen 26 en 30 jaar.
310 jours s’il est aˆgé de 26 à 30 ans.
Genoemd artikel 62 bepaalt dat de werkzoekende tijdens de wachttijd nog kinderbijslag kan genieten. Kinderbijslag- en werkloosheidsuitkeringen sluiten in dat geval dus naadloos op elkaar aan. Wie zijn hogere studies na de leeftijd van 25 jaar afsluit, geniet daarentegen geen enkele uitkering tijdens de wachttijd. Bovendien is het merkwaardig dat voor de kinderbijslag en voor de wachttijd van de werkzoekenden andere grensleeftijden worden gehanteerd.
Pendant ce stage d’attente, le demandeur peut continuer à bénéficier des allocations familiales en application de l’article 62 précité et se trouve ainsi assuré une heureuse transition économique entre les deux statuts. Cependant, lorsqu’en fonction d’études supérieures, le demandeur poursuit celles-ci au delà de 25 ans, il se trouve démuni de toute forme d’allocation. Il convient de noter qu’en l’espèce, les limites d’aˆge respectives du droit aux allocations familiales et aux conditions de stage en matière de choˆmage sont différentes, ce qui peut paraıˆtre paradoxal.
1. Is het niet mogelijk de maximumleeftijd voor kinderbijslag tot 30 jaar op te trekken, of ze alleszins te verhogen, zodat we tot een billijker situatie komen ?
1. Ne peut-on par esprit d’équité, prévoir la même limite de 30 ans, ou à tout le moins majorée, pour le droit aux allocations familiales dans le contexte précis tel que décrit ?
2. Hoeveel zou een dergelijke maatregel, waarvan waarschijnlijk maar enkelen gebruik zullen maken, de Staat kosten ?
2. Quel serait, d’autre part, l’incidence budgétaire d’une telle mesure, dès lors que vraisemblablement ce type de cas n’est pas très fréquent ?
DO 1999200001063
DO 1999200001063
Vraag nr. 109 van de heer Claude Eerdekens van 7 april 2000 (Fr.) :
Question no 109 de M. Claude Eerdekens du 7 avril 2000 (Fr.) :
Hysterectomiedossier.
Dossier sur l’hystérectomie.
Volgens Test Gezondheid (nr. 36 van april-mei 2000) brachten de Christelijke Mutualiteiten onlangs een dossier uit over hysterectomiee¨n (wegnemen van de baarmoeder) in Belgie¨.
Selon Test Santé (no 36 d’avril-mai 2000), les Mutualités chrétiennes ont dernièrement sorti un dossier sur l’hystérectomie (ablation de l’utérus) en Belgique.
Dat dossier brengt opmerkelijke verschillen aan het licht met betrekking tot het verhoogd risico op een hysterectomie bij vrouwen met een laag inkomen, vrouwen zonder eigen inkomen en arbeidsters. Tevens worden aanzienlijke verschillen vastgesteld met betrekking tot de duur van het verblijf in het ziekenhuis, die van zes tot elf dagen varieert.
Ce dossier révélerait les différences étonnantes en matière de risques accrus chez les femmes à bas revenus, chez les femmes sans revenus propres, chez les ouvrières. Une différence étonnante concerne la durée du séjour en hoˆpital qui varie de 6 à 11 jours.
1. a) Klopt die informatie ?
1. a) Ces informations sont-elles exactes ?
b) Werden in ons land andere studies uitgevoerd waarin die verschillen worden bevestigd ?
b) Existe-t-il d’autres études chez nous qui confirment ces différences ?
c) Welke ?
c) Lesquelles ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3585
2. Hoe verklaart u die verschillen, die duidelijk niet enkel verband houden met medische aspecten ?
2. Comment expliquez-vous ces variations qui, de toute évidence, ne sont pas basées uniquement sur des raisons d’ordre médical ?
3. Hoe vallen dergelijke verschillen in duur van het verblijf in het ziekenhuis te verklaren ?
3. Comment de telles différences quant à la durée du séjour en hoˆpital sont-elles possibles ?
DO 1999200001069
DO 1999200001069
Vraag nr. 110 van de heer Koen Bultinck van 7 april 2000 (N.) :
Question no 110 de M. Koen Bultinck du 7 avril 2000 (N.) :
Mogelijke recuperatie van RSZ-bijragen van zwartwerkende geregulariseerde illegalen en hun werkgevers.
Possibilité de récupération des cotisations ONSS auprès des étrangers ayant travaillé au noir alors qu’ils étaient en séjour illégal et dont la situation a été régulariséee, et auprès de leurs employeurs.
De regularisatieperiode voor illegalen is reeds twee maanden achter de rug en binnenkort zal de Commissie voor de regularisatie starten met de beoordeling van de door illegalen ingediende dossiers.
La période au cours de laquelle les étrangers en séjour illégal dans notre pays pouvaient introduire une demande de régularisation est cloˆturée depuis deux mois et la Commission des régularisations entamera prochainement l’examen des dossiers introduits par les intéressés.
Om het door de wet vereiste verblijf te kunnen staven, kunnen illegalen allerlei bewijsmiddelen binnenleveren die hun verblijf in dit land moeten bewijzen. Een mogelijk bewijsmiddel zou een attest van tewerkstelling in Belgie¨, uitgereikt door een werkgever, kunnen zijn. Zo’n attest zou dan echter ook onmiddellijk bewijzen dat de illegale werknemer en de werkgever zich bezondigd hebben aan zwart werk en dus aan ontduiking van belastingen en RSZ-bijdragen.
Pour apporter, conformément à la loi, la preuve de la durée de leur séjour en Belgique, les étrangers en séjour illégal peuvent produire des documents divers notamment une attestation d’emploi en Belgique, délivrée par un employeur. Une telle attestation constituerait également la preuve que l’employeur et le travailleur ont agi dans l’illégalité en acceptant le travail au noir et ont, par conséquent, éludé frauduleusement l’impoˆt et les cotisations ONSS.
1. Zal de Commissie voor de regularisatie de RSZdiensten automatisch op de hoogte brengen van voornoemde attesten van tewerkstelling van illegalen ?
1. La Commission des régularisations transmettrat-elle automatiquement aux services de l’ONSS les attestations d’emploi d’étrangers en séjour illégal, visées ci-dessus ?
2. a) Zo neen, zal u dan zelf of uw RSZ-diensten een initiatief nemen om aan die attesten te geraken ?
2. a) Dans la négative, prendrez-vous — ou les services de l’ONSS prendront-ils — une initiative pour obtenir la communication de ces attestations ?
b) Indien u dit om een of andere reden niet kan, vindt u het niet billijk in de mogelijkheid gesteld te worden die attesten te kunnen bemachtigen ?
b) Si, pour une raison quelconque, une telle initiative se révélait impossible, n’estimez-vous pas qu’il conviendrait, au nom de l’équité, d’organiser la possibilité que vous entriez en possession de ces attestations ?
3. Eens in het bezit van die attesten, overweegt u de RSZ-diensten opdracht te geven om terugbetaling te eisen van de ontdoken RSZ-bijdragen door de illegale werknemers en de werkgevers ?
3. Une fois en possession de ces attestations, envisagez-vous — ou les services de l’ONSS envisagent-ils — d’ordonner que l’on réclame le remboursement des cotisations non payées par les travailleurs et les employeurs au noir ?
4. a) Indien u dit niet doet of niet kan, meent u dan niet dat hierdoor de gelijkheid wordt geschonden ?
4. a) Dans la négative (qu’il s’agisse d’un choix de votre part ou d’une impossibilité matérielle), n’estimezvous pas que le principe d’égalité est violé ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3586
b) Een zwartwerkende Vlaming of Waal wordt wel vervolgd, terwijl een zwartwerkende illegaal de dans ontspringt. Zou dit geen verkeerd signaal naar de burger toe zijn ?
b) Un Flamand ou un Wallon qui travaille au noir est effectivement poursuivi, alors qu’un étranger en séjour illégal échappe aux poursuites. Une telle situation ne constitue-t-elle pas un signal erroné à l’adresse des citoyens ?
Minister van Justitie
Ministre de la Justice
DO 1999200001056
DO 1999200001056
Vraag nr. 198 van de heer Jef Valkeniers van 6 april 2000 (N.) :
Question no 198 de M. Jef Valkeniers du 6 avril 2000 (N.) :
Hof van Cassatie. — Aantal burgerlijke zaken. — Raadsheren. — Taalverhouding.
Cour de cassation. — Nombre d’affaires civiles. — Conseillers. — Répartition linguistique. ` l’heure actuelle, 60 % des affaires civiles traitées A par la Cour de cassation le sont en néerlandais contre 40 % en français. En conséquence, le délai d’attente pour les dossiers néerlandophones est de 3 ans, contre 1 an pour les dossiers francophones.
Op dit ogenblik bedragen de Nederlandstalige burgerlijke zaken bij het Hof van Cassatie 60 % tegenover 40 % voor het aantal Franstalige zaken. Dit heeft tot gevolg dat de Nederlandstalige dossiers een wachttijd kennen van drie jaar tegenover één jaar voor de Franstalige dossiers. Is het dan geen tijd dat de 15F/15N-verhouding van de raadsheren in het Hof van Cassatie omgebogen wordt naar een verhouding 18N/12F ?
Ne serait-il donc pas temps de modifier la répartition linguistique des conseillers, pour passer de 15F/ 15N à 18N/12F ?
DO 1999200001059
DO 1999200001059
Vraag nr. 199 van mevrouw Simonne Creyf van 6 april 2000 (N.) :
Question no 199 de Mme Simonne Creyf du 6 avril 2000 (N.) :
Schending van de privacy-wet bij de keuze en/of de vrijstelling van levensbeschouwelijke vakken in het onderwijs.
Violation de la loi relative à la protection de la vie privée dans le cadre du choix des cours de religion et de morale dans l’enseignement.
Scholen, ingericht door de openbare besturen, bieden de keuze aan tussen godsdienstonderricht in de erkende erediensten of onderricht in de nietconfessionele zedenleer. Dit is een in de Grondwet ingeschreven plicht.
Conformément à une obligation inscrite dans la Constitution, l’enseignement organisé par les administrations publiques offre le choix entre le cours de religion (pour chacun des cultes reconnus) et de morale non confessionnelle.
Zowel voor de ouders (of 18-jarige leerlingen) die uit het vakkenpakket een keuze maken als voor diegenen die om vrijstelling vragen (een mogelijkheid die binnen de Vlaamse Gemeenschap bestaat) betekent dit het indienen van een keuzeformulier ofwel het indienen van een schriftelijke vrijstellingsaanvraag. De gegevens die op deze documenten zijn vermeld behoren tot de door de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten op-
Pour les parents (ou les élèves aˆgés de plus de 18 ans) qui optent en faveur de l’un des cours proposés ou demandent une exemption (cette possibilité est prévue en Communauté flamande), ce choix implique soit le dépoˆt d’un formulaire indiquant l’option choisie, soit l’introduction d’une demande écrite d’exemption. Les données mentionnées sur ces documents font partie des données décrites comme sensibles par la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3587
zichte van de verwerking van persoonsgegevens (de privacy-wet genoemd) als gevoelig omschreven gegevens (artikel 6).
privée à l’égard des traitements de données à caractère personnel (article 6).
Uit de omzendbrieven terzake, geldig in de Vlaamse Gemeenschap, kan worden opgemaakt dat beide documenten ingezien kunnen worden door buitenschoolse instanties, namelijk de inspecteurs-adviseurs levensbeschouwelijke vakken. De vrijstellingsaanvragen kunnen zelfs door de inspecteurs-adviseurs levensbeschouwelijke vakken beoordeeld worden met het oog op toestaan, weigering of intrekking.
Il ressort des circulaires régissant cette matière au sein de la Communauté flamande que les deux documents précités peuvent être consultés par des instances extérieures à l’école, à savoir les inspecteursconseillers pour les matières philosophiques. Ces derniers ont même le pouvoir de vérifier les demandes d’exemption en vue de leur agrément, refus ou retrait.
A. Wat betreft de keuzeformulieren en vrijstellingsaanvragen :
A. En ce qui concerne le questionnaire de choix et les demandes d’exemption :
1. Welke voorwaarden (rechten en plichten) stelt de bovengenoemde wet van 8 december 1992 terzake van diegenen die de gegevens leveren, inzien en controleren (bedoeld zijn : de betrokken ouders/leerlingen, de schooloverheden die de gegevens opvragen en gebruiken, de « derden » of levensbeschouwelijke inspecteurs) ?
1. Quelles conditions (droits et obligations) la loi précitée du 8 décembre 1992 énonce-t-elle en ce qui concerne ceux qui fournissent, consultent et vérifient les données (sont ici visés : les parents/élèves concernés, les autorités scolaires demandant communication des données et les utilisant, les « tiers » ou inspecteurs philosophiques) ?
2. Voldoet de in de omzendbrieven voorgeschreven werkwijze aan de vereisten van de voornoemde wet van 8 december 1992 ?
2. La procédure décrite dans les circulaires précitées satisfait-elle aux conditions énoncées dans la loi du 8 décembre 1992 ?
3. Is in deze kwestie advies verleend door de Commissie tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ?
3. La Commission pour la protection de la vie privée a-t-elle rendu un avis en cette matière ?
B. Wat betreft het bewaren van gepersonaliseerde gegevens met betrekking tot de keuze voor levensbeschouwelijke vakken :
B. En ce qui concerne la conservation de données personnalisées relatives au choix des matières philosophiques :
Uit omzendbrieven uit 1997 met betrekking tot de controle van de leerlingen blijkt dat de gevoelige gegevens in verband met de keuze voor levensbeschouwelijke vakken bovendien geı¨ndividualiseerd worden opgenomen in andere administratieve documenten. Deze documenten (naamlijsten met gegevens per leerling) dienen sinds 1997 minstens tien jaar te worden bewaard. Nergens blijkt waarom deze gevoelige gegevens in deze documenten opgenomen zijn. Het lijkt in ieder geval niet dienstig voor het inrichten van de desbetreffende levensbeschouwelijke cursussen.
Il ressort de circulaires établies en 1997 à propos du controˆle des élèves que les données sensibles relatives au choix des matières philosophiques sont consignées — de surcroıˆt d’une manière individualisée — dans d’autres documents administratifs. Ces documents (listes de noms mentionnant les données par élève) doivent être conservés pendant dix ans au moins (à dater de 1997). Aucune mention ne précise pourquoi ces données sensibles doivent être consignées dans ces documents. En tout état de cause, cette consignation ne semble présenter aucune utilité pour l’organisation des cours philosophiques concernés.
Voldoet deze in omzendbrieven voorgeschreven werkwijze aan de vereisten van de voornoemde wet van 8 december 1992 ?
Cette procédure, organisée par voie de circulaire, satisfait-elle aux conditions énoncées par la loi précitée du 8 décembre 1992 ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
460
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3588
Minister van Financie¨n
Ministre des Finances
DO 1999200001053
DO 1999200001053
Vraag nr. 303 van de heer Dirk Pieters van 6 april 2000 (N.) :
Question no 303 de M. Dirk Pieters du 6 avril 2000 (N.) :
Reserves van de Nationale Bank van Belgie¨. Naar aanleiding van het recente economencongres over de euro schreven twee economen, Daniel Gros en Franziska Schobert een bijdrage over de reserves van het Europees Stelsel van centrale banken (ECSB). Het balanstotaal van het ECSB is volgens hen de helft groter dan nodig. Zij stellen dat het balanstotaal van de Nationale Bank van Belgie¨ (NBB) in vergelijking met andere centrale banken relatief groot is. Indien uit de balans alle rubrieken worden geschrapt die niet nodig zijn om het monetair beleid te voeren, dan komt er volgens de auteurs 3 tot 4 miljard euro vrij. Ze suggereren dat dit bedrag dan aangewend kan worden voor het verminderen van de overheidsschuld.
Réserves de la Banque nationale de Belgique. ` l’occasion du congrès d’économistes organisé A récemment à propos de l’euro, deux économistes, Daniel Gros et Franziska Schobert, ont rédigé un essai à propos des réserves du Système européen des banques centrales (SEBC). Selon ces auteurs, le bilan total du SEBC est supérieur de moitié au montant qui serait nécessaire. Ils font valoir que, par rapport à celui d’autres banques centrales, le bilan total de la Banque nationale de Belgique (BNB) est relativement élevé. La suppression des rubriques qui ne sont pas nécessaires à la mise en place d’une politique monétaire libérerait, toujours selon les auteurs précités, entre 3 et 4 milliards d’euros. Et de suggérer que ce montant soit affecté à la réduction de la dette publique.
1. a) Bent u van oordeel dat de reserves van de NBB afgebouwd kunnen/moeten worden ?
1. a) Estimez-vous que les réserves de la BNB peuvent/ doivent être démantelées ?
b) Waarom (niet) ?
b) Que votre réponse soit positive ou négative, pourquoi ?
2. a) Zal u effectief overgaan tot bedoelde afbouw ?
2. a) Procéderez-vous effectivement à ce démantèlement ?
b) Desgevallend, in welke mate en wanneer ?
b) Le cas échéant, dans quelle mesure et quand ?
3. Desgevallend, waarvoor zal het vrijgemaakte bedrag gebruikt worden ?
3. Le cas échéant, quelle sera l’affectation du montant ainsi libéré ?
DO 1999200001065
DO 1999200001065
Vraag nr. 305 van mevrouw Trees Pieters van 7 april 2000 (N.) :
Question no 305 de Mme Trees Pieters du 7 avril 2000 (N.) :
Onrechtstreekse schenking per overschrijving.
Donation indirecte par virement bancaire.
Uw antwoord op mijn vraag nr. 220 van 8 februari 2000 betreffende de onrechtstreekse schenking per overschrijving doet bijkomende vragen rijzen daar het in het gevraagde geval niet ging of registratierechten verschuldigd zijn maar wel schenkingsrechten (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 24, blz. 2759).
Votre réponse à ma question no 220 du 8 février 2000 relative à la donation indirecte par virement bancaire soulève de nouvelles questions en ce sens qu’elle ne visait pas les droits d’enregistrement, mais les droits de donation (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 24, p. 2759).
Concreet is het probleem acuut bij ouders die hun kinderen willen begiftigen met een handgift (zoals geld, goud of in het bezit zijnde aandelen en obligaties
Concrètement, le problème se pose en terme aigus pour les parents souhaitant faire une donation de la main à la main (de l’argent, de l’or, des titres en leur
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3589
aan toonder) waarop geen schenkingsrechten verschuldigd zijn, voor zover ze nog drie jaar in leven blijven na de handgift.
possession ou des obligations au porteur), ce type de donation étant exemptée des droits de donation, pour autant que les donateurs soient toujours en vie après trois ans.
Sinds jaren worden aandelen en obligaties aan toonder zeldzaam en worden die gedematerialiseerd en als dusdanig bij de financie¨le instellingen op rekening geboekt.
Depuis de nombreuses années, les actions et obligations au porteur se font rares. Elles sont le plus souvent dématérialisées et placées sur un compte auprès d’une institution bancaire.
De vraag is dus of een overschrijving van een rekening van de schenker naar deze van de begiftigde bij een financie¨le instelling van gedematerialiseerde aandelen en/of obligaties aan toonder door de administratie van Financie¨n aanvaard wordt als handgift, en derhalve eveneens vrijgesteld wordt van schenkingsrechten, mits de voorwaarde dat de schenker(s) nog drie jaar in leven blijven ?
Dès lors se pose la question de savoir si le virement d’un compte du donateur vers un compte du bénéficiaire d’actions et/ou d’obligations au porteur dématérialisées peut être considéré comme une donation de la main à la main, par conséquent exemptée des droits de donation à la condition que le(s) donateur(s) soi(en)t toujours en vie trois ans après l’opération.
DO 1999200001070
DO 1999200001070
Vraag nr. 306 van de heer Dirk Pieters van 7 april 2000 (N.) :
Question no 306 de M. Dirk Pieters du 7 avril 2000 (N.) :
Organiek reglement van Financie¨n. — Neutralisering van de voorbijstrevingen om taalredenen.
Règlement organique des Finances. — Neutralisation des dépassements linguistiques.
In het organiek reglement van Financie¨n (zie : koninklijk besluit van 29 oktober 1971, Belgisch Staatsblad van 22 maart 1972) handelt hoofdstuk III over de « Neutralisering van de voorbijstrevingen om taalredenen. ». Dit hoofdstuk lijkt een benoeming in Brussel ondergeschikt te maken aan een ranginname in het eigen taalstelsel, want als men in Brussel benoemd wordt in het tweetalig stelsel, nadat men slaagde voor de nodige examens, komt men niet in aanmerking om op datzelfde ogenblik rang in te nemen in zijn eigen provincie of taalstelsel. Hierdoor wordt een benoeming in Brussel onaantrekkelijk. De bedoelde bepalingen dragen op die manier allerminst bij tot de oplossing van het personeelsprobleem in Brussel.
Le chapitre III du règlement organique des Finances (voir : arrêté royal du 29 octobre 1971, Moniteur belge du 22 mars 1972) traite de la « Neutralisation des dépassements linguistiques ». Ce chapitre semble présenter une nomination à Bruxelles comme moins intéressante par rapport à une prise de rang dans le propre régime linguistique, car un agent nommé à Bruxelles dans le régime bilingue après avoir réussi aux épreuves ad hoc ne peut, au même moment, prétendre à une prise de rang dans sa propre province et dans son propre régime linguistique. Cette situation rend peu attrayante une nomination à Bruxelles. Ainsi, les dispositions visées ne contribuent pas — c’est le moins que l’on puisse dire — à résoudre la pénurie de personnel à Bruxelles.
1. Welke motivatie ligt aan de basis van het bedoelde hoofdstuk ?
1. Quelle motivation sous-tend le chapitre visé ?
2. Hebben de bedoelde bepalingen volgens u een invloed op de wil van de ambtenaren om benoemd te worden in Brussel ?
` votre estime, les dispositions visées influent2. A elles sur la volonté des fonctionnaires d’être nommés à Bruxelles ?
3. Vindt u deze bepalingen opportuun gezien de personeelssituatie in Brussel ?
3. Estimez-vous ces dispositions opportunes, compte tenu de la pénurie de personnel à Bruxelles ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3590
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes
Economie
E´conomie
DO 1999200001054
DO 1999200001054
Vraag nr. 59 van de heer Alfons Borginon van 6 april 2000 (N.) :
Question no 59 de M. Alfons Borginon du 6 avril 2000 (N.) :
Beleggingsfondsen. — Aankoopbeleid en verkoopbeleid. — Kostenniveau.
Fonds d’investissement. — Politique d’achat et de vente. — Niveau des couˆts.
Met de komst van beleggingsfondsen kan bijna iedereen profiteren van de mogelijkheden die beleggen biedt. Een particulier moet wel de afweging tussen mogelijk rendement (de verdeling van het te beleggen geld over aandelen, obligaties, liquide middelen, enz.) en aanvaardbaar risico (de keuze van een aandelen- of obligatiefonds) zelf maken.
Avec l’apparition des fonds d’investissement quasiment tout un chacun peut bénéficier des possibilités offertes par les investissements. Néanmoins, le particulier doit évaluer lui-même le rendement éventuel (la répartition de l’argent à investir entre les actions, les obligations, les actifs liquides, etc.) et le risque acceptable (le choix entre un fond d’actions ou obligataire).
Bij gelijksoortige fondsen is er een duidelijk verband tussen de lage kosten en (gemiddeld) een beter beleggingsresultaat. De particuliere belegger verhoogt de kans op een boven gemiddeld beleggingsresultaat aanzienlijk door niet alleen te kiezen voor fondsen passend bij het eigen risicoprofiel, maar ook voor fondsen met lage kosten. Als beleggingsfondsen verplicht worden de relevante kosten-informatie te verschaffen, kan die keuze beter gemaakt worden.
Des fonds équivalents révèlent un lien évident entre des couˆts faibles et (en moyenne) un meilleur rendement sur investissement. L’investisseur particulier augmente fortement ses chances d’obtenir (en moyenne) un meilleur rendement sur investissement, en choisissant non seulement un fond correspondant à son profil de risque mais aussi en optant pour un fond à couˆts faibles. Une obligation pour les fonds d’investissement de fournir les informations utiles sur les couˆts, permettrait aux particuliers d’effectuer un choix en meilleure connaissance de cause.
1. Bent u het met mij eens dat de reden voor het dikwijls hoge kostenniveau van beleggingsfondsen wel eens gelegen zou kunnen zijn in een excessief aan- en verkoopbeleid ?
1. Partagez-vous mon avis selon lequel le niveau des couˆts des fonds d’investissement pourrait bien résulter d’une politique excessive d’achat et de vente ?
2. Zou het niet nuttig zijn om beleggingsfondsen te verplichten in het jaarverslag de kosten verbonden aan hun aan- en verkoopbeleid te vermelden ?
2. Ne serait-il pas opportun d’obliger les fonds d’investissement à publier, dans leur rapport annuel, les couˆts liés à leur politique d’achat et de vente ?
3. Overweegt u niet om in het marketing- en informatiemateriaal van de beleggingsfondsen de jaarlijkse kosten als percentage van de waarde van de participaties te laten vermelden en het effect van de jaarlijkse kosten op de beleggingsopbrengst weer te geven ?
3. N’envisagez-vous pas de faire publier les couˆts annuels dans les éléments de marketing et d’information des fonds d’investissement exprimés en pourcentage de la valeur des participations et de faire indiquer l’effet des couˆts annuels sur le rendement des investissements ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3591
Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres.
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid
Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi
DO 1999200011118
DO 1999200011118
Vraag nr. 89 van de heer Joos Wauters van 25 april 2000 (N.) :
Question no 89 de M. Joos Wauters du 25 avril 2000 (N.) :
Werktijd van artsen in opleiding.
Durée du travail des médecins en formation.
Vanuit het Europees Parlement bereikt mij het volgende bericht :
L’information suivante m’est parvenue du Parlement européen :
« (EU) UE/Social : accord Parlement/Conseil sur la durée du travail des médecins en formation. Bruxelles, le 04/04/2000 (Agence Europe) — Le comité de conciliation PE/Conseil, coprésidé par le vice-président du PE James Provan (conservateur britannique) et par le secrétaire d’E´tat portugais au Travail et à la Formation Paolo Pedroso, est arrivé lundi tard dans la soirée à un accord sur la directive visant à étendre la directive « aménagement du temps de travail » (93/104/CEE) à tous les secteurs et activités qui en sont exclus, plus particulièrement les médecins en formation et les gens de mer. Anna Diamantopoulou y représentait la Commission. Pour les médecins en formation, les discussions ont porté sur la période transitoire pour que leur soit appliquée la semaine de travail de 48 heures comme requis par la directive générale, ceci dans un esprit de protection de la santé des médecins euxmêmes mais aussi de sécurité pour les patients. Les représentants des deux institutions se sont mis d’accord sur une période transitoire de cinq ans (le Conseil avait proposé 13 ans, la Commission 7 ans et le PE 4 ans, voir notamment « EUROPE » du 26 février 2000, pp. 14-15). Les E´tats membres ont toutefois la possibilité de prolonger ce délai, pour tenir compte des difficultés particulièrement liées à leurs compétences en matière d’organisation et de gestion des services de santé et de soins médicaux.
« (EU) UE/Social : accord Parlement/Conseil sur la durée du travail des médecins en formation. Bruxelles, le 04/04/2000 (Agence Europe) — Le comité de conciliation PE/Conseil, coprésidé par le vice-président du PE James Provan (conservateur britannique) et par le secrétaire d’E´tat portugais au Travail et à la Formation Paolo Pedroso, est arrivé lundi tard dans la soirée à un accord sur la directive visant à étendre la directive « aménagement du temps de travail » (93/104/CEE) à tous les secteurs et activités qui en sont exclus, plus particulièrement les médecins en formation et les gens de mer. Anna Diamantopoulou y représentait la Commission. Pour les médecins en formation, les discussions ont porté sur la période transitoire pour que leur soit appliquée la semaine de travail de 48 heures comme requis par la directive générale, ceci dans un esprit de protection de la santé des médecins eux-mêmes mais aussi de sécurité pour les patients. Les représentants des deux institutions se sont mis d’accord sur une période transitoire de cinq ans (le Conseil avait proposé 13 ans, la Commission 7 ans et le PE 4 ans, voir notamment « EUROPE » du 26 février 2000, pp. 14-15). Les E´tats membres ont toutefois la possibilité de prolonger ce délai, pour tenir compte des difficultés particulièrement liées à leurs compétences en matière d’organisation et de gestion des services de santé et de soins médicaux.
La prolongation peut se faire deux fois : dans un premier temps, elle peut être de deux ans, et ensuite d’un an, ce qui porte la période transitoire à un maximum de 8 ans. Ces deux prolongations doivent toutefois répondre à certaines conditions bien précises :
La prolongation peut se faire deux fois : dans un premier temps, elle peut être de deux ans, et ensuite d’un an, ce qui porte la période transitoire à un maximum de 8 ans. Ces deux prolongations doivent toutefois répondre à certaines conditions bien précises :
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3592
1. la demande de prolongation doit être notifiée par l’E´tat membre à la Commission six mois à l’avance;
1. la demande de prolongation doit être notifiée par l’E´tat membre à la Commission six mois à l’avance;
2. la Commission donne son avis après consultation des partenaires sociaux concernés; 3. l’E´tat membre doit motiver sa décision de prolongation;
2. la Commission donne son avis après consultation des partenaires sociaux concernés; 3. l’E´tat membre doit motiver sa décision de prolongation;
4. cette décision doit être publiée au Journal officiel. »
4. cette décision doit être publiée au Journal officiel. »
Dit is een uitermate belangrijke kwestie waarbij wij in Belgie¨ een voorbeeldrol zouden kunnen vervullen. Het lijkt mij niet meer dan logisch dat een geneesheer in opleiding — die onder gezag, leiding en toezicht werkt — de normale arbeidsduurregeling, zoals vastgelegd in de sociale wetgeving voor andere werknemers, zou volgen.
Il s’agit ici d’un problème important dans le cadre duquel la Belgique pourrait jouer un roˆle de pionnier. Il me paraıˆt tout simplement logique qu’un médecin en formation — qui travaille sous l’autorité, la direction et le controˆle d’un autre médecin — soit soumis au même régime en matière de durée du travail que celui que la législation sociale prévoit pour les autres travailleurs.
1. Worden er maatregelen genomen om de arbeidstijdregeling van de 39-urige werkweek toepasselijk te maken op de geneesheren in opleiding ?
1. Des mesures sont-elles prises pour appliquer également aux médecins en formation le régime de travail des 39 heures/semaines ?
2. Binnen welke tijdsperiode wordt dit gerealiseerd ?
2. Dans quel délai ce nouveau régime de travail devrait-il entrer en vigueur ?
3. Welk antwoord wordt er verstrekt vanuit de Belgische situatie aan het Europees niveau ?
3. Quelle attitude la Belgique adopte-t-elle au niveau européen ?
4. Welke initiatieven worden er genomen om de arbeidsduur van deze beroepsgroep te enten op de respectievelijke gemiddelde arbeidsduur van elk land ?
4. Quelles mesures sont prises pour aligner le temps de travail de cette catégorie professionnelles sur la durée moyenne du temps de travail dans chaque pays concerné ?
Antwoord : Gelieve hierna het antwoord op de gestelde vraag te vinden.
Réponse : Vous trouverez ci-dessous la réponse aux questions posées.
De arbeidswet van 16 maart 1971 voorziet dat de bepalingen inzake zondagsrust en arbeidsduur niet van toepassing zijn op geneesheren, dierenartsen en tandartsen, op geneesheren-specialisten in opleiding en op de studenten stagiairs die zich voorbereiden op de uitoefening van deze beroepen.
La loi du 16 mars 1971 sur le travail prévoit que les dispositions concernant le repos du dimanche et la durée du travail ne sont pas applicables aux médecins, médecins vétérinaires et dentistes, aux médecins spécialistes en formation et aux étudiants stagiaires se préparant à l’exercice de ces professions.
Ondanks het feit dat de richtlijn 93/104/EG van 23 november 1993 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd, bij het aannemen ervan, van zijn toepassingsgebied de activiteiten van geneesheren-specialisten in opleiding uitsluit, heeft de wet van 4 december 1998 die deze richtlijn omzet, een artikel 3ter betreffende deze geneesheren in de wet van 16 maart 1971 ingevoegd.
Malgré le fait que, lors de son adoption, la directive 93/104/CE du 23 novembre 1993 concernant certains aspects de l’aménagement du temps de travail, excluait de son champ d’application les activités des médecins spécialistes en formation, la loi du 4 décembre 1998 transposant cette directive, a inséré un article 3ter les concernant dans la loi du 16 mars 1971.
Dit artikel 3ter behoudt de uitsluiting die vroeger reeds bestond, maar voorziet dat een koninklijk besluit, genomen na beraadslaging door de Ministerraad, de bepalingen inzake arbeidsduur en rusttijden toepasselijk kan verklaren op geneesheren-specialisten in opleiding en op studenten stagiairs die zich voorbereiden op de beroepen van geneesheer, dierenarts en tandarts.
Cet article 3ter maintient l’exclusion qui existait déjà auparavant, mais prévoit qu’un arrêté royal, pris après délibération en Conseil des ministres, peut rendre les dispositions en matière de repos du dimanche et de durée du travail applicables aux médecins spécialistes en formation et aux étudiants stagiaires qui se préparent aux professions de médecins, de vétérinaires et de dentistes.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3593
Vanaf het moment dat de Europese richtlijn die de richtlijn 93/104/EG wijzigt, zal worden goedgekeurd, zal kunnen worden overwogen, in overleg met de minister van Volksgezondheid, om dit artikel 3ter uit te voeren na het inwinnen van het advies van de Nationale Arbeidsraad overeenkomstig artikel 47 van de wet van 16 maart 1971.
Dès que la directive européenne modifiant la directive 93/104/CE aura été approuvée, il pourra être envisagé, en concertation avec le ministère de la Santé publique, d’exécuter cet article 3ter après consultation du Conseil national du travail conformément à l’article 47 de la loi du 16 mars 1971.
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
DO 1999200011073
DO 1999200011073
Vraag nr. 50 van de heer Francis Van den Eynde van 14 april 2000 (N.) :
Question no 50 de M. Francis Van den Eynde du 14 avril 2000 (N.) :
Toestand in de Democratische Republiek Congo.
Situation en République démocratique du Congo.
De voormalige Chileense rechter Roberto Garreton, de speciale VN-rapporteur van de Mensenrechtencommissie voor Congo, is tot de conclusie gekomen dat geweld en onveiligheid in de zogenaamde democratische republiek Congo zeer sterk aanwezig zijn. Vrijheid van spreken en persvrijheid bestaan er volgens hem niet, de mensen worden er door het regeringsleger en door de rebellen geı¨ntimideerd en de regering van president Laurent Kabila doet, in strijd met gedane beloften, niets om democratische hervormingen in te voeren.
Pour l’ancien juge chilien, M. Roberto Garreton, rapporteur spécial des Nations Unies pour la Commission des droits de l’homme au Congo, la République démocratique du Congo est en proie à la violence et à l’insécurité. Il considère que la liberté d’expression et la liberté de la presse y sont inexistantes, que l’armée gouvernementale et les rebelles font pression sur la population et que le président, M. Laurent Kabila, ne respecte pas sa promesse d’opérer des réformes démocratiques.
Loyale regeringstroepen gesteund door eenheden uit Zimbabwe, Tsjaad, Soedan, Angola en Namibie¨ hebben talrijke steden beschoten en de bevolking in Bunga en Gemena geı¨ntimideerd. De rebellen, gesteund door Rwanda, Oeganda en Burundi slachtten burgers af, voegde Garreton er voor de Mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties in Genève, aan toe. In het door de rebellen gecontroleerd gebied, dat intussen 60 % van het land uitmaakt, heerst een ware sfeer van terreur. In totaal zijn in Congo-Kinshasa 1,1 miljoen mensen verdreven en 280 000 in ballingschap gevlucht.
Les troupes fidèles au régime, soutenues par des unités originaires du Zimbabwe, du Tchad, du Soudan, de l’Angola et de la Namibie ont mitraillé de nombreuses villes et ont intimidé les habitants de Bunga et Gemena. Devant la Commission des droits de l’homme des Nations unies à Genève, M. Garreton a précisé que les rebelles, soutenus par le Rwanda, l’Ouganda et le Burundi, massacrent des civils. La terreur s’est emparée de la partie du territoire controˆlé par les rebelles, qui s’étend à 60 % du pays. Au total, 1,1 million de personnes ont été chassées et 280 000 ont choisi l’exile. 1. Eˆtes-vous au courant de cette situation ?
1. Bent u van deze gegevens op de hoogte ? 2. Bent u niet de mening toegedaan dat in het licht hiervan de pogingen van het toch niet zeer machtige Belgie¨ om de vechtende partijen tot een vergelijk te brengen geen kans op succes kunnen hebben ?
` la lumière de ces éléments, ne pensez-vous pas 2. A que les efforts déployés par la petite Belgique pour amener les belligérants à conclure un accord sont voués à l’échec ?
3. Vindt u nog steeds dat het land in de gegeven omstandigheden normale betrekkingen met de voormalige kolonie kan onderhouden ?
3. Dans ces conditions, pensez-vous toujours que notre pays doive maintenir des relations normales avec son ancienne colonie ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3594
Antwoord :
Réponse :
1. Ik heb kennis genomen van het door de heer Roberto Garreton op 18 januari 2000 voorgelegde verslag over de situatie van de mensenrechten in de Democratische Republiek Congo. Het verslag maakt melding van ernstige schendingen van de mensenrechten op het hele grondgebied van de Democratische Republiek Congo. Zowel de regeringsautoriteiten als de rebellen in de bezette gebieden maken zich schuldig aan schendingen van de mensenrechten. Wel weze aangestipt dat de heer Garreton, naar eigen zeggen, geen tegenkanting ondervond bij het uitvoeren van zijn opdracht.
1. J’ai pris connaissance du rapport sur la situation des droits de l’homme dans la République démocratique du Congo, présenté par M. Roberto Garreton le 18 janvier 2000. Ce rapport dénonce de graves atteintes aux droits de l’homme sur l’entièreté du territoire de la République démocratique du Congo. Il concerne donc aussi bien les violations des droits de l’homme commises par les autorités gouvernementales, que les violations commises dans les territoires occupés par les forces rebelles. Il est à noter que M. Garreton a pu exercer sa mission librement selon ses propres déclarations.
Verder weze vermeld dat enige vooruitgang kon worden vastgesteld als gevolg van de actie van het Congolese ministerie van de Mensenrechten, waaraan Belgie¨ zijn steun verleende. Deze actie behelsde, enerzijds, de evacuatie, onder meer naar Belgie¨, van enkele honderden personen die omwille van hun etnische afkomst of nationaliteit werden vastgehouden en, anderzijds, de organisatie van een seminarie over de demobilisatie en de reı¨ntegratie van kindsoldaten.
Par ailleurs, on a pu enregistrer quelques timides progrès graˆce à l’action du ministère congolais des Droits de l’homme, avec le soutien de la Belgique : d’une part, l’évacuation, notamment vers la Belgique, de plusieurs centaines de personnes détenues en raison de leur ethnie ou de leur nationalité; d’autre part, l’organisation d’un séminaire sur la démobilisation et la réintégration des enfants soldats.
Overeenkomstig de aanbevelingen van de speciale rapporteur, is het doel van het door Belgie¨ ten aanzien van deze regio gevoerde beleid tweee¨rlei : enerzijds, bewerkstelligen dat het Lusaka-Akkoord door de oorlogvoerende partijen wordt nageleefd en, anderzijds, de terugkeer van de Democratische Republiek Congo naar een rechtsstaat aanmoedigen.
Conformément aux recommandations formulées par le rapporteur spécial, notre politique à l’égard de cette région s’efforce de contribuer, d’une part, à ce que les belligérants respectent l’Accord de Lusaka et, d’autre part, au rétablissement d’un E´tat de droit en République démocratique du Congo.
2. Belgie¨ heeft geenszins het voornemen of de ambitie de vrede op zijn eentje te bewerkstelligen. Een sleutelgegeven van het door Belgie¨ gevoerde Afrika-beleid is de actie uit te breiden door ten aanzien van het beleid van de internationale partners binnen de Verenigde Naties, en meer in het bijzonder de Europese Unie, een hefboomfunctie te vervullen met het oog op het bewerkstelligen van een snelle toepassing van de Vredesakkoorden van Lusaka, het snel inzetten van de Monuc in de Democratische Republiek Congo en het tot stand brengen van een Intercongolese dialoog via de facilitator Masire, wiens inspanningen door Belgie¨ worden gesteund.
2. La Belgique n’a ni l’intention ni la prétention de faire la paix seule. Un élément clé de notre politique africaine est de rechercher un effet multiplicateur de notre action en servant de levier vis-à-vis de la politique de nos partenaires internationaux au sein des Nations unies, et plus particulièrement de l’Union européenne, pour obtenir une application rapide des Accords de paix de Lusaka, par un déploiement rapide de la Monuc en République démocratique du Congo, et l’instauration du dialogue intercongolais par le facilitateur Masire dont nous soutenons les efforts.
Zonder duurzame vrede kan de situatie van de mensenrechten niet op noemenswaardige wijze worden verbeterd.
Sans l’instauration d’une paix durable, la situation des droits de l’homme ne pourra pas être améliorée de façon sensible.
3. Het begrip « normale betrekkingen » waar het geachte lid in zijn vraag naar verwijst, behoeft nadere toelichting. Als onder normale betrekkingen dient te worden verstaan, een structurele samenwerking van Staat tot Staat, dan kunnen de Belgisch-Congolese betrekkingen nog niet als normaal worden beschouwd. Toch ben ik overtuigd van de noodzaak dat de uitbouw van een rechtsstaat in Congo moet worden aangemoedigd en dat is dan ook de doelstelling die door Belgie¨ wordt nagestreefd. Naast de hulp die
3. Le concept de « relations normales » auquel se réfère la question de l’honorable membre demande à être précisé. Si par relations normales, l’on entend une coopération structurelle d’E´tat à E´tat, il est clair que les relations belgo-congolaises ne sont pas encore normales. Je suis toutefois convaincu de la nécessité de favoriser le développement d’un E´tat de droit au Congo et c’est dans ce sens que la Belgique veut travailler. Parallèlement à l’aide que nous pouvons apporter dans les secteurs de la justice et des droits de
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3595
Belgie¨ op het stuk van justitie en mensenrechten kan verlenen, komt het er ook op aan de Congolese bevolking in de meer traditionele sectoren (gezondheid, opleiding, humanitaire hulp) te hulp te kunnen komen.
l’homme, il importe de pouvoir aider la population congolaise dans les secteurs plus traditionnels (santé, éducation, aide humanitaire).
DO 1999200011099
DO 1999200011099
Vraag nr. 52 van de heer Francis Van den Eynde van 17 april 2000 (N.) :
Question no 52 de M. Francis Van den Eynde du 17 avril 2000 (N.) :
Vietnam. — Mensenrechten. — Behandeling van Nguyen Thi Thuy door de Vietnamese overheden.
Vietnam. — Droits de l’homme. — Traitement infligé par les autorités vietnamiennes à Nguyen Thi Thuy.
De Vietnamese vrouw Nguyen Thi Thuy werd op 10 oktober 1999 in Viet Tri City gevangen genomen. Ze was een kerkdienst aan het voorbereiden toen twee soldaten haar kwamen oppakken. Ze hadden geen machtiging tot huiszoeking en weigerden hun eigen politiepapieren te tonen. Mevrouw Nguyen Thi Thuy werd aangehouden op beschuldiging van het « tegenwerken van een politieagent bij het uitvoeren van zijn taak ». Zij werd 6 dagen op het plaatselijk politiebureau vastgehouden en werd daarna overgeplaatst naar de gevangenis van Phu Duc. Op 27 december 1999 werd ze tot 1 jaar gevangenisstraf veroordeeld.
Le 10 octobre 1999, Mme Nguyen Thi Thuy, de nationalité vietnamienne, a été arrêtée dans la ville de Viet Tri City. Elle préparait l’office religieux lorsque deux soldats sont venus l’arrêter. Ils n’étaient pas en possession d’un mandat de perquisition et ont refusé d’exhiber les documents attestant de leur qualité. Mme Nguyen Thi Thuy aurait été arrêtée pour « récalcitrance envers un agent de police dans l’exercice de ses fonctions ». Pendant 6 jours, elle a été détenue au bureau de police local pour être ensuite transférée à la prison de Phu Duc. Le 27 décembre 1999, elle a été condamnée à 1 an de prison.
De regering voert een politiek van kritiekloze vriendschap met het regime van Vietnam en het is nog niet zo lang geleden dat de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking in dat land op bezoek ging.
Le gouvernement entretient d’excellents rapports avec le régime vietnamien et se garde de toute critique à son égard. En outre, le secrétaire d’E´tat à la Coopération au développement s’est récemment rendu au Vietnam.
1. Is de regering van bovenvermelde feiten op de hoogte ?
1. Le gouvernement est-il au courant de ces événements ?
2. Zo ja, welke maatregelen werden er getroffen om Vietnam ertoe aan te zetten wat meer eerbied voor de mensenrechten op te brengen ?
2. Dans l’affirmative, quelles mesures ont été prises pour inciter le Vietnam à respecter davantage les droits de l’homme ?
Antwoord :
Réponse :
1. Mevrouw Thuy werd op 10 oktober 1999 gearresteerd en op 27 december 1999 veroordeeld tot een gevangenisstraf van een jaar. Volgens het politieverslag zouden de feiten zich hebben voorgedaan toen ze een dienst van de protestantse evangelische kerk leidde. De buurt had erover geklaagd dat de gelovigen te luid zongen. Na het optreden van de politie was de rust onder de personen die de dienst bijwoonden, vlug teruggekeerd. Alleen mevrouw Thuy had zich nog verzet. Het enige wat haar ten laste werd gelegd was geluidhinder (nachtelijk of overdag; het uur waarop de feiten zich hebben voorgedaan, is niet bekend), eventueel verzwaard met belediging van gezagdragers in functie. Hierbij dient vermeld dat mevrouw Thuy beroep heeft aangetekend, dat volgens de procedurele voor-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
1. Mme Thuy a été arrêtée le 10 octobre 1999 et condamnée le 27 décembre 1999 à un an de prison. Selon le rapport de police, les faits se seraient produits alors qu’elle présidait à un service religieux de l’église protestante évangéliste. Les voisins se seraient plaints que les fidèles chantaient trop bruyamment. Après l’intervention de la police, les autres participants au service furent rapidement relaxés, à l’exception de Mme Thuy, qui se serait rebellée. Le délit imputé à l’intéressée se limiterait donc aux charges de tapage nocturne (ou diurne : l’heure des faits ne nous est pas connue), éventuellement aggravées d’insultes à des représentants de l’ordre dans l’exercice de leurs fonctions. ` noter que Mme Thuy a interjeté appel, et que A celui-ci a été traité dans le respect formel des procédu-
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
461
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3596
schriften is behandeld. Zo heeft de beklaagde zich tot een advocaat kunnen wenden. In vergelijking met voorgaande gevallen is dit een, zij het geringe, vooruitgang. De eis van mevrouw Thuy werd afgewezen.
res, l’accusée ayant par exemple bénéficié des services d’un avocat. Ceci constitue un progrès par rapport à d’autres cas antérieurs, progrès certes limité : Mme Thuy a été déboutée.
Door de band genomen is de godsdienstvrijheid er in Vietnam aanzienlijk op vooruitgegaan. De individuele godsdienstbeoefening en de cultus door bedienaars wordt als dusdanig niet meer onderdrukt of ontmoedigd. Toch probeert de overheid de kerkgenootschappen in het gareel te houden, met name die welke zich buiten het gangbare of de vaste ritussen begeven.
Globalement, la situation au Vietnam dans le domaine de la liberté religieuse a connu une amélioration substantielle. La pratique religieuse des individus, et l’exercice du culte par les ministres, n’est plus réprimée ni même découragée en tant que telle. Les autorités conservent néanmoins le souci de maintenir les églises sous controˆle, particulièrement pour tout ce qui sort du cadre de la pratique routinière et des rites récurrents.
Toch is de verbetering niet overal merkbaar : ze wordt onder meer bepaald door de houding van de overheid en de lokale partijleiding in een bepaalde regio; de verbetering is niet voor alle kerkgenootschappen in dezelfde mate voelbaar.
Cette amélioration n’est cependant pas uniforme : elle dépend en partie de l’attitude des autorités administratives et des dirigeants locaux du parti dans la région concernée; toutes les églises n’en bénéficient pas au même degré.
De positie van de genootschappen met een stevige structuur die kunnen terugvallen op een uitgebreid internationaal netwerk is er merkelijk op vooruitgegaan, maar nog niet ideaal.
La situation de celles qui sont le plus solidement structurées, et bénéficient de l’appui d’un large réseau international, sans être devenue parfaite, s’est fortement améliorée.
Kleinere en minder gestructureerde kerkgenootschappen verkeren in een minder gunstige positie en zijn nog steeds vaak het voorwerp van minder onschuldige pesterijen.
L’amélioration en question est nettement moins perceptible pour les églises plus minoritaires et moins bien organisées, qui demeurent sujettes à des tracasseries et brimades plus fréquentes et sérieuses.
Het is binnen deze gematigde situatieschets dat het geval van mevrouw Thuy dient geplaatst te worden.
C’est dans le contexte de ce bilan en demi-teintes qu’il y a encore, malheureusement, des cas comme celui de Mme Thuy.
2. Ofschoon Vietnam nog niet echt de stap naar de democratie heeft gezet, getuigt het regime de jongste tien jaar van een soepeler houding. De overheidsbemoeienissen blijven bestaan maar het totalitaire is er af, in die zin dat de Staat zich niet langer zoekt te bemoeien met elk aspect van het beroeps- of privéleven (ook op godsdienstig gebied) van de burger. Zowel in de media als in de Nationale Vergadering kan openlijk van gedachten worden gewisseld over het bestuurswerk van de leiders.
2. Bien que le Vietnam n’ait pas fait le choix délibéré d’une transition démocratique, le régime s’est fortement décrispé depuis une dizaine d’année. L’E´tat reste autoritaire mais n’est plus totalitaire en ce sens qu’il ne prétend plus s’ingérer dans le moindre aspect de la vie professionnelle ou privée (y compris religieuse) du citoyen. Des débats contradictoires sont devenus fréquents tant dans les médias que par exemple à l’Assemblée nationale, sur la gestion du pays par les dirigeants.
Verder komt stilaan, zij het op niet al te gestructureerde wijze, een rechtsstaat tot stand. Hierdoor wordt het aanzien van het regime niet ingrijpend veranderd maar het legt de willekeur aan banden.
On assiste par ailleurs à la mise en place, de manière encore assez désordonnée, d’un E´tat de droit qui, sans changer spectaculairement la face du régime, fait reculer les frontières de l’arbitraire.
Belgie¨ en de andere EU-lidstaten vinden dat deze gunstige evolutie erkenning verdient door de ontwikkelingssamenwerking te bestendigen. Bovendien is deze samenwerking stimulerend voor financiers, omdat de Vietnamese partners vrijwel altijd tonen dat het hen ernst is en zij blijk geven van verantwoordelijkheidszin bij de uitvoering van de projecten. De projecten hebben een van de hoogste slaagpercentages ter wereld en hebben uitstekende resultaten op sociaal gebied voor de minstbedeelden.
La Belgique et ses partenaires européens estiment qu’il importe de ne pas ignorer ces évolutions favorables, certes encore très imparfaites, en coupant les ponts avec le Vietnam sur le plan de la coopération au développement. Cette coopération est d’ailleurs motivante pour les bailleurs de fonds, les partenaires vietnamiens se révélant la plupart du temps des gens sérieux qui prennent leurs responsabilités dans la mise en œuvre des projets. Le taux de succès des projets, et leur impact social sur les plus démunis, est vraisemblablement parmi les plus élevés au monde.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3597
In de lijn van een onderwerp dat in een andere parlementaire vraag werd aangesneden, dient komaf te worden gemaakt met het idee dat de economische hervormingen slechts een handvol bevoorrechten ten goede komen : alle betrokken internationale organisaties zijn het erover eens dat Vietnam sociale ontwikkelingsindicatoren kan laten zien (volksgezondheid, alfabetisering, bevordering van de positie van de vrouw, ...) die ver uitsteken boven die van de meeste landen die zich in een vergelijkbare en, vaak verder gevorderde, economische ontwikkelingsfase bevinden.
Revenant sur un thème évoqué dans une autre question parlementaire, il convient de s’inscrire catégoriquement en faux contre l’idée selon laquelle les réformes économiques ne bénéficieraient qu’à une poignée de privilégiés : toutes les organisations internationales compétentes s’accordent à reconnaıˆtre que le Vietnam peut afficher des indicateurs de développement social (santé publique, alphabétisation, promotion de la condition féminine, ...) largement supérieurs à la majorité des pays à un stade de développement économique comparable, et même souvent supérieur.
Daar waar nodig, verlenen Belgie¨ en de Europese partners de projecten een dimensie die de bevordering behelst van de mensenrechten (bevordering van een openbaar ambt dat niet alleen op efficie¨nte wijze functioneert maar ook open staat voor de burger, een rechtspleging die getuigt van onpartijdigheid en oog heeft voor de rechten van de verdediging, ...). Vaak zijn het de Vietnamezen zelf die hierom vragen. Tal van vraagstukken in verband met de mensenrechten zijn immers veelal ook ontwikkelingsvraagstukken.
Là où c’est pertinent, la Belgique et les partenaires européens incorporent aux projets une dimension de promotion des droits de l’homme (promotion d’une fonction publique non seulement efficace mais également ouverte au citoyen, d’une justice impartiale et respectueuse des droits de la défense, ...). Les Vietnamiens sont d’ailleurs souvent eux-mêmes demandeurs d’une telle assistance. De nombreuses questions pertinentes aux droits de l’homme sont en effet, pour une large part, des questions de développement.
In het kader van zodanige constructieve samenwerking, wordt door de Europeanen tijdens ontmoetingen van diplomaten met de plaatselijke leiders en tijdens politieke contacten op hoog niveau een dialoog gevoerd waarbij kritiek ten aanzien van laakbare feiten niet uit de weg wordt gegaan : het hoge aantal gewetensgevangenen en het feit dat de politie wat al te makkelijk willekeurige aanhoudingen kan verrichten, zijn hiervan slechts enkele voorbeelden. Daarnaast worden van officie¨le zijde op geregelde tijdstippen schriftelijke stappen ondernomen naar aanleiding van de situatie van de politieke gevangenen.
Dans le cadre de cette coopération constructive, les Européens ont avec les autorités vietnamiennes, lors des rencontres des diplomates avec les dirigeants locaux, mais aussi lors de contacts politiques à haut niveau, un dialogue qui n’évite nullement la critique de ce qui est critiquable : nombre encore assez élevé de prisonniers d’opinion et procédures policières qui permettent facilement des détentions arbitraires pour ne citer que quelques exemples. La situation relative aux prisonniers politiques fait quant à elle régulièrement l’objet de démarches formelles écrites.
DO 1999200011100
DO 1999200011100
Vraag nr. 53 van de heer Francis Van den Eynde van 17 april 2000 (N.) :
Question no 53 de M. Francis Van den Eynde du 17 avril 2000 (N.) :
Mensenrechten in Turkije. — Financie¨le steun van de EU.
Droits de l’homme en Turquie. — Soutien financier de l’UE.
Begin april 2000 mochten wij vernemen dat Turkije de volgende drie jaar van de EU in totaal 600 miljoen frank extra aan toetredingssteun zal ontvangen.
Au début du mois d’avril 2000, nous avons été informés de la décision prise par l’Union européenne d’octroyer au cours des trois prochaines années une aide supplémentaire de 600 millions de francs à la Turquie, dans la perspective de son adhésion.
Deze fondsen zouden Ankara moeten helpen de nodige hervormingen door te voeren om lid te kunnen worden van de Europese Unie. Een en ander werd door de EU-ministers van Buitenlandse Zaken naar aanleiding van een bijeenkomst in Luxemburg beslist.
Ces fonds auraient pour objectif d’aider le gouvernement d’Ankara à instaurer les réformes nécessaires pour devenir membre de l’Union européenne. Les ministres des Affaires étrangères de l’Union européenne ont pris cette décision lors d’une réunion qui s’est déroulée à Luxembourg.
Er werd ook vernomen dat de EU haar financie¨le steun aan Turkije jaarlijks wil verdubbelen. Tussen
Nous avons également appris que l’UE envisage de doubler annuellement son aide financière à la Turquie.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3598
1996 en 1999 kon Ankara reeds op een totaal van 376 miljoen euro rekenen en in 2000 alleen krijgt Turkije 177 miljoen euro.
Entre 1996 et 1999, Ankara a bénéficié d’une aide de 376 millions d’euros et, pour la seule année 2000, ce montant atteint déjà 177 millions.
Het merkwaardige is dat de EU zo gul is voor Turkije terwijl het pas sinds 12 maart 2000 geleden is dat de eerste minister van dat land de EU-landen, die zich zorgen maken over het Koerdisch probleem, van racisme betichtte en dat EU-commissaris Gu¨nther Verheugen een paar dagen later door de Turkse regering zwaar op de vingers werd getikt omdat hij naar aanleiding van een bezoek aan dat land, de woorden « Koerdisch probleem » in de mond genomen had.
La générosité dont l’UE fait preuve envers la Turquie est étonnante. En effet, pas plus tard que le 12 mars 2000, le premier ministre turc a accusé l’UE de racisme parce que celle-ci se préoccupe du problème kurde. Quelques jours plus tard, le commissaire européen Gu¨nther Verheugen s’est fait rappeler à l’ordre lors de sa visite en Turquie pour avoir évoqué le « problème kurde ».
Bent u niet de mening toegedaan dat de lakse EUreactie Turkije er zeker niet zal toe aanzetten wat meer respect voor de mensenrechten op te brengen en dat bijgevolg de poging om dit land hiertoe te brengen door het statuut van kandidaat-EU-lid toe te kennen, tot mislukken gedoemd is ?
Ne craignez-vous pas que la mollesse de la réaction de l’Union envers la Turquie ne soit pas de nature à encourager ce pays à respecter davantage les droits de l’homme et que dès lors les tentatives pour amener la Turquie à respecter ces droits en lui accordant le statut de candidat membre soient vouées à l’échec ?
Antwoord :
Réponse :
1. Zoals het geachte lid weet bleef de technische en financie¨le samenwerking van de Europese Unie met Turkije tijdens de afgelopen jaren beperkt tot het normale Meda-programma (ongeveer 90 miljoen euro per jaar). Bij het sluiten van de overeenkomst over een douane-unie (effectief sinds 31 december 1995), waren beloften gedaan door de EU over een begeleidend financieel protocol.
1. L’honorable membre n’est pas sans savoir que la coopération technique et financière de l’Union européenne avec la Turquie s’est limitée, au cours des années passées, au règlement financier Meda (environ 90 millions euros par an). Au moment de la conclusion de l’accord d’union douanière (en vigueur depuis le 31 décembre 1995), des promesses avaient été faites par l’UE concernant la conclusion d’un protocole financier d’accompagnement.
2. Sinds de Top van Helsinki van december 1999 bestaat er onder de 15 een consensus over het principe van de toekenning van bijkomende technische en financie¨le bijstand aan Turkije, voornamelijk volgend op de verbetering van de betrekkingen tussen Griekenland en Turkije. Over de komende drie jaar zal per jaar een totaal bedrag van zowat 180 miljoen euro aan giften worden toegekend. Daarnaast zullen leningen kunnen worden toegekend door de Europese Investeringsbank — de precieze enveloppe ligt hier nog niet vast. Vergeleken met de pre-toetredingssteun door de EU toegekend aan andere kandidaat-landen is dit bedrag relatief beperkt. Dit is niet meteen abnormaal, aangezien landen als bijvoorbeeld Polen al een heel stuk verder staan op weg naar lidmaatschap.
2. Depuis le Sommet d’Helsinki de décembre 1999, il y a consensus au sein des 15 sur le principe d’accorder à la Turquie une assistance technique et financière complémentaire, surtout à la suite de l’amélioration des relations entre la Grèce et la Turquie. Dans le courant des trois prochaines années, il sera accordé chaque année un montant total de près de 180 millions d’euros sous forme de dons. Par ailleurs, la Banque européenne d’investissement pourra accorder des prêts mais en ce qui concerne ces derniers, l’enveloppe exacte n’a pas encore été fixée. Si on le compare à l’aide pré-adhésion accordée par l’UE à d’autres pays candidats, ce montant est relativement réduit. Cette situation n’a rien d’anormal, étant donné que des pays comme la Pologne, par exemple, sont déjà beaucoup plus loin dans le processus préalable d’adhésion.
3. De programmering van deze bijstand aan Turkije zal gebeuren in functie van de vereisten gesteld aan elk kandidaat-land voor lidmaatschap van de Unie. Zoals het geachte lid weet voorzien de Kopenhagen-criteria onder meer dat elke aspirant voor lidmaatschap — ik citeer — « beschikt over stabiele instellingen, die de democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten en het respect voor en de bescherming van minderheden garanderen ». De door de Unie ter beschikking gestelde middelen moeten er dus onder meer toe bij-
3. Le programme de cette assistance à la Turquie sera régi par les conditions imposées à tout pays candidat à l’adhésion à l’Union. L’honorable membre n’ignore pas que les critères de Copenhague requièrent que chaque pays candidat à l’adhésion — je cite — « ait des institutions stables garantissant la démocratie, la primauté du droit, les droits de l’homme, le respect des minorités et leur protection ». Les moyens fournis par l’Union doivent entre autres contribuer à ce que des démarches concrètes soient entreprises en Turquie
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3599
dragen dat in Turkije concrete stappen gezet worden voor de verbetering van de rechten van de minderheden, bijzonder ten aanzien van de Koerdische minderheid. Tegen het einde van 2000 zal door de EU een « partnerschap voor toetreding » worden opgesteld betrefffende Turkije. Daarin zullen de precieze stappen worden opgesomd die dit land moet zetten op weg naar lidmaatschap, zowel op korte als op middellange termijn. De Europese steun zal bijdragen tot de verwezenlijking van de precieze doelstellingen weergegeven in het « partnerschap voor toetreding ».
pour améliorer les droits des minorités et en particulier à l’égard de la minorité kurde. Pour la fin 2000, l’UE préparera un « partenariat pour l’adhésion » concernant la Turquie. Ce document énumérera avec précision les démarches que la Turquie devra entreprendre, tant à court qu’à moyen terme, en vue de son adhésion. L’assistance européenne contribuera à la réalisation des objectifs précis indiqués dans le « partenariat pour l’adhésion ».
4. Alle waarnemers zijn het er over eens dat de democratisering van de Turkse politieke instellingen een werk is van lange adem. Door aan Turkije het statuut van kandidaat-land toe te kennen heeft de Europese Raad van Helsinki echter een constructief, dynamisch proces willen op gang brengen. Turkije wordt er met name toe aangezet zich op alle vlakken te meten aan de hoge normen van de EU inzake mensenrechten, rechten van minderheden, democratische vrijheden, enz. Het komt aan Ankara toe de geboden kansen zo goed mogelijk te benutten, onder meer via de door de EU gefinancierde programma’s. Het is pas wanneer de nodige vooruitgang wordt geboekt in de verwezenlijking van de Kopenhagen-criteria dat de Raad eventueel de beslissing kan nemen toetredingsonderhandelingen aan te vatten met Turkije.
4. Tous les observateurs s’accordent à dire que la démocratisation des institutions politiques turques est un travail de longue haleine. En accordant à la Turquie le statut de pays candidat, le Conseil européen d’Helsinki a en fait voulu lancer un processus constructif et dynamique. Ainsi, la Turquie est invitée à s’aligner, dans tous les domaines, sur les normes exigeantes de l’EU en matière de droits de l’homme, de droits des minorités, des libertés démocratiques, etc. Il appartient à Ankara de tirer profit au mieux des possibilités qui lui sont offertes, entre autres dans le cadre des programmes financés par l’UE. Ce n’est qu’après que des progrès auront été enregistrés dans la concrétisation des critères de Copenhague que le Conseil pourra éventuellement prendre la décision d’entamer avec la Turquie des négociations relatives à son adhésion.
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer
Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports
DO 1999200000152
DO 1999200000152
Vraag nr. 55 van mevrouw Alexandra Colen van 29 oktober 1999 (N.) :
Question no 55 de Mme Alexandra Colen du 29 octobre 1999 (N.) :
« Hogesnelheidstrein ». — Juridisch statuut.
« Train à grande vitesse ». — Statut juridique.
Mijn vraag betreft het juridische statuut van de « hogesnelheidstrein ». 1. Welke financie¨le verplichtingen heeft de Belgische Staat daarvoor genomen ?
Ma question concerne le statut juridique du « train à grande vitesse ». 1. Quelles obligations financières l’E´tat belge a-t-il contractées dans le cadre du TGV ?
2. a) Zijn er « aandeelhouders » ?
2. a) Y a-t-il des actionnaires ?
b) Zo ja, wie zijn ze ?
b) Dans l’affirmative, qui sont-ils ?
3. a) Wie zit er in het bestuur ?
3. a) Quelle est la composition de l’organe de gestion de ce projet ?
b) Hoe is dit bestuur tot stand gekomen ?
b) Comment cet organe a-t-il été créé ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3600
4. Wat zijn de betrekkingen met de SNCF, de NS enz. ? 5. Wat is, per jaar, de investering, de omzet en het resultaat geweest ?
4. Quelles sont les relations avec la SNCF, les NS, etc. ? ` combien s’élèvent annuellement les investisse5. A ments, le chiffre d’affaires et le résultat ?
6. Wat is er gebeurd met de globale som van ongeveer 18 miljard frank die Nederland als voorschot zou hebben betaald om de « lange omweg » naar Nederland te verkiezen ?
6. Qu’est-il advenu de la somme globale de quelque 18 milliards de francs qui aurait été versée à titre d’avance par les Pays-Bas pour que le choix se porte sur le « long détour » par ce pays ?
7. Wie is de eigenaar en respectievelijke huurder van de locomotieven en treinstellen van de Thalys ?
7. Qui est propriétaire et locataire des locomotives et des wagons du Thalys ?
8. Waar werden ze gebouwd (eventueel op te delen bij assemblage) ? 9. Hoeveel royalties werden betaald aan Thompson ?
8. Ou` ce matériel a-t-il été construit (en ventilant la réponse, le cas échéant, par assemblage) ? ` combien s’élèvent les royalties versées à 9. A Thompson ?
10. a) Hoeveel milieueffectrapporteringen werden opgesteld ?
10. a) Combien d’études d’incidence sur l’environnement ont été réalisées ?
(MER)
b) Zijn ze beschikbaar ?
b) Ces études sont-elles disponibles ?
c) Zo ja, waar ?
c) Dans l’affirmative, ou` ?
d) Hoeveel hebben ze gekost ?
d) Quel en a été le couˆt ?
e) Wie heeft ze verricht ?
e) Par qui ont-elles été effectuées ? ` combien s’élèvent les couˆts budgétisés et le 11. A chiffre d’affaires de la ligne TGV Bruxelles-Liège ?
11. Wat zijn de gebudgetteerde kosten en omzet van de TGV-lijn Brussel-Luik ? Antwoord :
Réponse :
1. Wat de HST-werken betreft, buiten de tussenkomst van Nederland, vallen de financie¨le verplichtingen ten laste van de HST-Fin krachtens de wet van 17 maart 1995 en haar besluiten, en ook van het koninklijk besluit ter goedkeuring van het beheerscontract tussen de Staat en de NMBS. Voor de HSTwerken betreffende het Belgische baanvak E19-A16 tussen Antwerpen en Rotterdam, geeft de Belgische Staat de bijdrage van Nederland terug aan de NMBS in drie bedragen van 6 183,2 miljoen frank ten laatste op 30 juni van het jaar 1999, 2000 en 2001.
1. Pour ce qui concerne les travaux TGV, hors intervention des Pays-Bas, les obligations financières incombent à la Financière TGV en vertu de la loi du 17 mars 1995 et de ses arrêtés, ainsi que de l’arrêté royal portant approbation du contrat de gestion entre l’E´tat et la SNCB. Pour les travaux TGV relatifs au tronçon belge E19-A16 entre Anvers et Rotterdam, l’E´tat belge rétrocède à la SNCB la contribution des Pays-Bas en trois montants de 6 183,2 millions de francs au plus tard les 30 juin des années 1999, 2000 et 2001.
2. De HST-Fin is een naamloze vennootschap van publiek recht, met als aandeelhouders de Federale Participatiemaatschappij (FPM) en de NMBS.
2. La Financière TGV est une société anonyme de droit public, dont les actionnaires sont la Société fédérale de participation (SFP) et la SNCB.
3. De HST-Fin beschikt over een sociaal kapitaal van 32 miljard frank in de vorm van 32 000 aandelen, waarvan 22 000 uitgegeven werden in ruil voor de inbreng van 22 miljard frank contanten onderschreven door de FPM en 10 000 aandelen uitgebracht in ruil voor de inbreng van onroerende goederen voor een totale waarde van 10 miljard frank, onderschreven door de NMBS. Iedere aandeelhouder heeft zijn eigen vertegenwoordigers aangeduid binnen de raad van bestuur van de HST-Fin. Deze aandelen verschaffen stemrecht binnen de HST-Fin.
3. La Financière TGV dispose d’un capital social de 32 milliards de francs belges représenté par 32 000 actions, dont 22 000 actions émises en contrepartie de l’apport en espèces de 22 milliards de francs souscrits par le SFP et 10 000 actions émises en contrepartie de l’apport de biens immobiliers d’une valeur totale de 10 milliards de francs souscrits par la SNCB. Chaque actionnaires a désigné ses propres représentants au sein du conseil d’administration de la Financière TGV. Ces actions confèrent un droit de vote au sein de la Financière TGV.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3601
4. De commercialisering van de Thalystreinen op de verbindingen Amsterdam-Brussel-Parijs, KeulenBrussel-Parijs, Oostende-Brugge-Gent-Parijs, NamenCharleroi-Bergen-Parijs gebeurt door Thalys International, een coo¨peratieve vennootschap naar Belgisch recht, gevestigd in Brussel, met als aandeelhouders de Franse en Belgische spoorwegen. Verder zijn er commercie¨le akkoorden met Thalys Nederland en met DB AG voor de exploitatie naar Nederland en Duitsland.
4. La commercialisation des trains Thalys sur les relations Amsterdam-Bruxelles-Paris, Cologne-Bruxelles-Paris, Ostende-Bruges-Gand-Paris, NamurCharleroi-Mons-Paris, s’opère via Thalys International, une société coopérative de droit belge, avec siège à Bruxelles, et dont les actionnaires sont les chemins de fer belges et français. Il existe en outre des accords commerciaux avec Thalys Nederland et la DB AG relative à l’exploitation vers les Pays-Bas et l’Allemagne.
De commercialisering van de Eurostartreinen op de verbindingen Londen-Parijs en Londen-Brussel gebeurt door Eurostar Group Inc, een vennootschap naar Engels recht, gevestigd in Londen met als aandeelhouders de Franse en Belgische spoorwegen en Eurostar UK, de Engelse tak van Eurostar.
La commercialisation des trains Eurostar sur les relations Londres-Paris et Londres-Bruxelles est réalisée par Eurostar Group Inc., une société de droit britannique, avec siège à Londres, et dont les actionnaires sont les chemins de fer belges et français et Eurostar UK, la branche britannique d’Eurostar.
5. Het aantal vervoerde passagiers met HST bedroeg in 1997 : 4,3 miljoen. Voor 1998 werden er 6,9 miljoen passagiers vervoerd met Thalys, Eurostar en HST-Interconnectie (hogesnelheidstreinen naar het zuiden van Frankrijk).
5. Le nombre de voyageurs transportés en TGV s’élevait en 1997 à 4,3 millions. En 1998, ce sont 6,9 millions de voyageurs qui ont été transportés en Thalys, Eurostar et TGV Interconnexion (trains à grande vitesse à destination du sud de la France).
De opbrengsten voor de NMBS bedroegen in 1997, 1,291 miljard frank en in 1998, 3 098 miljard frank. Volgende investeringen werden geboekt in de periode 1991-30 juni 1999 :
Les recettes pour la SNCB se sont élevées en 1997 à 1,291 milliard de francs et 3,098 milliards de francs en 1998. Les investissements suivants ont été comptabilisés pour la période 1991-30 juin 1999 :
Dienstjaar — Année de service
Financiering HST-Fin — Financement TGV-Fin
1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 30 juni 1999 — 30 juin 1999
148 791 6 581 9 781 13 823 12 039 6 039 4 603 2 786
Totaal. — Total .......................
56 591
Financiering MVI — Financement MCI
1 1 1 1 3 1
470 72 271 024 474 843 458 758
11 370
Totaal — Total
1 6 11 14 13 7 8 4
148 261 653 052 847 513 882 061 544
67 961
6. De bijdrage van Nederland aan de aanleg van het baanvak Antwerpen-Nederlandse grens werd geregeld door het koninklijk besluit van 28 mei 1999. De eerste van de 3 betalingen van 6 183,2 miljoen frank werd verricht in juni 1999.
6. La contribution des Pays-Bas à la construction du tronçon Anvers-frontière néerlandaise a été réglée par l’arrêté royal du 28 mai 1999. Le premier des 3 versements de 6 183,2 millions de francs a eu lieu en juin 1999.
7. Met het oog op de exploitatie van de Thalys heeft de NMBS negen treinstellen aangekocht, waarvan er twee bestemd zijn voor de DB en het voorwerp uitmaken van een financieel akkoord tussen de 2 netten. De Franse spoorwegen hebben zes treinstellen aangekocht en de Nederlandse twee. De aankoop van de Thalysstellen van de NMBS is gebeurd via ver-
7. En vue de l’exploitation des Thalys, la SNCB a acquis neuf rames, dont deux d’entre elles sont destinées à la DB et font l’objet d’un accord financier entre les 2 réseaux. La SNCF a, quant à elle, acquis six rames et la NS deux. L’acquisition des rames Thalys de la SNCB s’est faite sous le couvert de diverses opérations financières de type Sale, Lease and Rent
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3602
scheidene financie¨le verrichtingen van het Sale, Lease en Rent Back type. De NMBS is er de technische en economische eigenaar van en het juridische eigendom is in handen van de financie¨le operatoren.
Back. La SNCB en est le propriétaire technique et économique tandis que les opérateurs financiers en ont la propriété juridique.
8. De HST-stellen werden bij een vereniging van vier toenmalige bouwers besteld.
8. Les rames TGV ont été commandées auprès d’un consortium de quatre constructeurs à l’époque.
9. Er werd geen enkele royalty betaald aan Thomson. 10. Tot op heden werden acht milieueffectrapporten opgesteld voor het HSL-project door gespecialiseerde bureaus. De rapporten zijn beschikbaar bij de NMBS.
9. Thomson n’a pas reçu de royalties. 10. Jusqu’à ce jour, huit rapports d’étude d’incidence sur l’environnement ont été rédigés par des bureaux spécialisés pour le projet TGV. Les rapports sont disponibles à la SNCB.
De totale kostprijs voor de MER-studies bedraagt tot nu toe ongeveer 130 miljoen frank.
Le coût global des études EIE s’élève jusqu’à présent à environ 130 millions de francs.
11. Voor de HST-lijn Brussel-Luik werden volgende investeringen gebudgetteerd uitgedrukt in courante franken rekening houdend met de huidige evolutie van de bouwprijzen (1,35 % per jaar).
11. Pour la ligne TGV Bruxelles-Liège, les investissements suivants ont été budgétisés (exprimés en francs courants eu égard à l’évolution actuelle des prix à la construction [1,35 % par an]) .
Brussel-Hélécine : Hélécine-Luik : Totaal :
25 154 miljoen frank 20 645 miljoen frank —————————— 45 799 miljoen frank
Bruxelles-Hélécine : Hélécine-Liège : Total :
25 154 millions de francs 20 645 millions de francs —————————— 45 799 millions de francs
DO 1999200000639
DO 1999200000639
Vraag nr. 115 van de heer Koen Bultinck van 2 februari 2000 (N.) :
Question no 115 de M. Koen Bultinck du 2 février 2000 (N.) :
NMBS. — Spoor. — Zelfmoord(poging)en.
SNCB. — Voie ferrée. — (Tentatives de) suicide.
Jaarlijks lezen we talloze malen in diverse kranten dat mensen zich onder de trein werpen om zelfmoord te plegen.
Chaque année, de nombreux articles de journaux rapportent que des gens désespérés se sont jetés sous le train pour se suicider.
1. Hoeveel bedraagt het totaal aantal zelfmoorden van personen die zich onder de trein wierpen in de jaren 1997, 1998 en 1999 ?
1. Combien de suicides de ce genre a-t-on enregistrés en 1997, en 1998 et en 1999 ?
2. Wat is het aantal zelfmoordpogingen in dezelfde periode ?
2. Combien de tentatives de suicide a-t-on enregistrées au cours de cette même période ? ` quels endroits ces suicides et tentatives de 3. A suicide ont-ils eu lieu ?
3. Wat zijn de plaatsen waar deze zelfmoorden en pogingen plaatsgrepen ? 4. a) Indien zich op bepaalde plaatsen meerdere gevallen voordeden, werden er maatregelen getroffen om nieuwe gevallen in de toekomst te vermijden ?
4. a) Si certains endroits précis ont été le théaˆtre de plusieurs cas de suicide ou de tentatives de suicide, y a-t-on pris des mesures de prévention spécifiques ?
b) Zo ja, welke ?
b) Dans l’affirmative, quelles mesures ?
5. Wat is de totale kostprijs van deze zelfmoorden voor de NMBS ?
5. Quel est le couˆt global de ces actes de suicide pour la SNCB ?
6. Hoeveel bedraagt de eventuele recuperatie van voornoemde kosten ?
6. Dans quelle mesure ces couˆts sont-ils, le cas échéant, récupérés ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3603
7. Wat is het ziektebeeld van het NMBS-personeel dat rechtstreeks geconfronteerd werd met deze zelfmoorden (bijvoorbeeld treinbestuurders, treinconducteurs, ...) ?
7. Le personnel de la SNCB qui a été directement confronté à un suicide (conducteurs, controˆleurs des chemins de fer, etc.) a-t-il ultérieurement présenté les symptoˆmes d’un syndrome particulier ?
8. a) Werd er in psychiatrische begeleiding voorzien voor voornoemd personeel ?
8. a) Un accompagnement psychologique est-il prévu pour le personnel affecté ?
b) Zo ja, waaruit bestaat zo’n begeleiding concreet ?
b) Dans l’affirmative, en quoi cet accompagnement consiste-t-il ?
9. Hoeveel bedraagt het totaal aantal ziektedagen van het NMBS-personeel dat deze zelfmoorden met zich meebrachten ?
9. Quel est le nombre total de journées de congé de maladie prises par les membres du personnel de la SNCB confrontés à un cas de suicide ?
Antwoord :
Réponse :
1. Het aantal zelfmoorden bedroeg 72 in 1997, 77 in 1998 en 99 in 1999.
1. Le nombre de personnes suicidées s’élève à 72 en 1997, à 77 en 1998 et à 99 en 1999.
2. Het aantal zelfmoordpogingen bedroeg 53 in 1997, 38 in 1998 en 38 in 1999.
2. Le nombre de tentatives de suicides s’élève à 53 en 1997, à 38 en 1998 et 38 en 1999.
3. De zelfmoorden en zelfmoordpogingen gebeuren over het hele net. Tijdens de bewuste periode is het hoogste aantal ongevallen in een zone van 1 km te situeren in Davez E´tat op lijn 162, Brussel-Aarlen-Luxemburg, waar 11 ongevallen genoteerd werden.
3. Les suicides et tentatives de suicides se produisent sur tout le réseau. Pendant la période concernée, le nombre le plus élevé d’accidents dans une zone de 1 km se situe à Dave E´tat sur la ligne 162, BruxellesArlon-Luxembourg où 11 accidents ont été enregistrés.
4. Het treinbesturings- en treinbegeleidingspersoneel werd aangemaand de dispatching onmiddellijk met alle beschikbare middelen (lijnradio, telefoon, enz.) de aanwezigheid te melden van personen in of langs de sporen in dienst. Een snelheidsbeperking van de treinen wordt in de bewuste zone opgelegd tot deze personen van de sporen verwijderd zijn.
4. Le personnel de conduite et d’accompagnement des trains ont été sensibilisés à signaler immédiatement par tous les moyens disponibles (liaison train-sol, téléphone de ligne, etc.) au dispatching la présence de personnes dans ou le long des voies en service. Une limitation de la vitesse de circulation des trains est imposée dans la zone concernée jusqu’à ce que ces personnes aient été éloignées des voies.
Meer ten gronde verricht ik samen met de NMBS een studie van de veiligheidsproblematiek langs de spoorwegen en van de oplossingen die voor deze problemen moeten worden gevonden.
Plus fondamentalement, j’entreprends avec la SNCB une analyse de la problématique de la sécurité le long des voies ferrées et des solutions à apporter aux problèmes.
5 en 6. De totale schade die de NMBS lijdt ingevolge zelfmoorden bedraagt jaarlijks 10 tot 15 miljoen frank. Ongeveer 80 % van dat bedrag kan gerecupereerd worden, hoofdzakelijk ten laste van de verzekeringsmaatschappijen.
5 et 6. Le dommage total subi par la SNCB en raison des suicides s’élève à un montant total de 10 à 15 millions de francs par an. Environ 80 % de ce montant peut être récupéré, principalement à charge des compagnies d’assurance.
7 en 8. Het NMBS-personeel dat rechtstreeks met zelfmoord wordt geconfronteerd kan het Post Traumatic Stress Syndrome (PTSS) vertonen en zelf het Post Traumatic Stress Disorder (PTSD). Een psychosociale begeleiding werd voor hen in het leven geroepen. Concreet werden er vrijwillige instructeurs getraind in opvangtechnieken onmiddellijk na het ongeval. Zodra zich een probleem aandient, wordt de bediende verzocht contact op te nemen met de psychologen van de betrokken dienst van de NMBS of met de geneesheer van de dienst gekwetsten, de arbeidsgeneesheer of om het even welke andere medicus of paramedicus van het
7 et 8. Le personnel SNCB confronté directement avec les suicides peut présenter le Post Traumatic Stress Syndrome (PTSS), voire le Post Traumatic Stress Disorder (PTSD). Un accompagnement psychosocial a été institué à leur intention. Concrètement, des instructeurs volontaires ont été formés aux techniques de soutien, directement après l’accident. Dès qu’une difficulté se profile, l’agent est orienté soit vers les psychologues du service concerné de la SNCB, soit vers le médecin du service des blessés, le médecin du travail ou toute autre personne médicale ou paramédicale du centre régional de l’intéressé, voire vers des services
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
462
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3604
gewestelijk centrum van de betrokkene, of zelfs naar gespecialiseerde ziekenhuisdiensten. Wanneer noodzakelijk wordt de bediende door een gespecialiseerde psychiatrische dienst geholpen.
spécialisés hospitaliers. Si la situation le nécessite, l’agent est orienté vers un service psychiatrique spécialisé.
9. Het aantal dagen afwezigheid wegens ziekte bedraagt 195 in 1997, 145 in 1998 en 330 in 1999.
9. Le nombre de jours d’absence pour maladie s’élève à 195 en 1997, 145 en 1998, et 330 en 1999.
DO 1999200000805
DO 1999200000805
Vraag nr. 140 van de heer Koen Bultinck van 28 februari 2000 (N.) :
Question no 140 de M. Koen Bultinck du 28 février 2000 (N.) :
NMBS. — Controlebevoegdheid van Nederlandse NScontroleurs op internationale treinen rijdend op Belgisch grondgebied.
SNCB. — Compétence des controˆleurs de la société des chemins de fer néerlandaise sur les trains internationaux circulant sur le territoire belge.
Op de internationale trein Nederland-Belgie¨, « de Amsterdammer », worden treinreizigers, rijdend op Belgisch grondgebied, regelmatig gecontroleerd door een NMBS-controleur en een Nederlandse controleur van de Nederlandse Spoorwegen (NS).
Dans le train international entre la Belgique et les Pays-Bas, les voyageurs circulant sur le territoire belge sont régulièrement controˆlés par un controˆleur de la SNCB et par un controˆleur de la « Nederlandse Spoorwegen » (NS).
1. Bezitten Nederlandse controleurs van de Nederlandse Spoorwegen wel de bevoegdheid om treinreizigers op internationale treinen die rijden op Belgisch grondgebied, te controleren ?
1. Les controˆleurs de la société des chemins de fer néerlandaise sont-ils compétents pour controˆler les voyageurs dans les trains internationaux circulant sur le territoire belge ?
2. Zo ja, waaruit putten ze die bevoegdheid ?
2. Dans l’affirmative, quel est le fondement de cette compétence ?
Antwoord : Sedert enige tijd wordt de trein Amsterdam-Brussel op het traject Antwerpen-Roosendaal systematisch bediend door een gemengde bemanning, namelijk door treinbegeleiders van beide betrokken spoorwegnetten. In sommige gevallen rijdt het Nederlands treinpersoneel door tot Brussel. De redenen voor dit initiatief zijn in hoofdzaak van commercie¨le en bedrijfseconomische aard. Ook dient het initiatief beschouwd als een vorm van preventie tegen agressie. De treinen die tussen Brussel-Amsterdam rijden staan als probleemtreinen gecatalogeerd.
Réponse : Depuis quelque temps, le train Amsterdam-Bruxelles est desservi systématiquement sur le trajet Anvers — Roosendaal par une équipe mixte, à savoir des accompagnateurs de train des deux réseaux de chemin de fer concernés. Dans certains cas, le personnel de train néerlandais poursuit son trajet jusqu’à Bruxelles. Les raisons de cette initiative sont principalement de nature commerciale et économique. Cette initiative doit également être considérée comme une forme de prévention contre l’agression. Les trains circulant entre Bruxelles-Amsterdam sont en effet catalogués comme des trains à problèmes.
Geen enkele wettelijke of reglementaire bepaling verzet zich tegen het principe van dubbele bemanning. Hetzelfde geldt evenwel niet onverkort voor de uit te voeren functies. Binnen het takenpakket van het treinbegeleidingspersoneel dient een onderscheid gemaakt tussen enerzijds zuiver commercie¨le functies en anderzijds veiligheidsfuncties. Aansluitend bij de veiligheidsfuncties worden aan de hoofdwachters een aantal gerechtelijke bevoegdheden toegekend met betrekking tot het toezicht op de naleving van de wet van 12 april 1835 rakende de tolrechten en de reglementen van politie nopens de ijzeren weg en de wet van 25 juli 1891 op de politie der spoorwegen (zie de wet van 3 mei 1999 tot regeling van de bevoegdheidsverdeling ingevolge de integratie van de zeevaartpolitie, de lucht-
Aucune disposition légale ou réglementaire ne s’oppose au principe de la double équipe. Il n’en va toutefois pas de même dans l’absolu en ce qui concerne les fonctions à exercer. Dans la série de taˆches à effectuer par le personnel d’accompagnement des trains, une distinction doit être faite entre des fonctions purement commerciales, d’une part, et des fonctions de sécurité, d’autre part. Dans le cadre des fonctions de sécurité, les chefs-gardes se voient attribuer un certain nombre de compétences judiciaires en rapport avec le respect de la loi du 12 avril 1835 concernant les droits de douane et les règlements de police sur les chemins de fer et la loi du 25 juillet 1891 sur la police des chemins de fer (voir la loi du 3 mai 1999 organisant la répartition des compétences suite à l’intégration de la
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3605
vaartpolitie en de spoorwegpolitie in de federale politie). Het is evident dat alle functies die de veiligheid aangaan, net zoals de gerechtelijke bevoegdheden uitsluitend door het Belgisch personeel kunnen worden uitgeoefend. Aan het NS-treinpersoneel worden op Belgisch traject uitsluitend commercie¨le functies toevertrouwd, zoals controle van de biljetten, informatieverstrekking aan de reizigers, enz. Een NMBSbediende is boordchef van en tot Roosendaal.
police aéronautique, de la police maritime et de la police des chemins de fer dans la police fédérale). Il va de soi que toutes les fonctions en rapport avec la sécurité, tout comme les compétences judiciaires, sont exclusivement exercées par le personnel belge. Le personnel de train des NS exerce sur le trajet belge uniquement des fonctions commerciales, telles que le controˆle des billets, l’information des voyageurs, etc. Un agent SNCB est chef de bord de et jusqu’à Roosendaal.
Artikel 7 van het koninklijk besluit van 4 april 1895 houdende de reglementering betreffende de te eerbiedigen maatregelen voor het vervoer van reizigers op de Staats- en de geconcessioneerde spoorwegen verplicht de reizigers « ... plaatsbewijs aan de spoorwegbedienden te vertonen of zelfs af te geven telkens dit gevraagd wordt ... ». Deze verplichting is uiteraard een gevolg van de (commercie¨le) relatie gebruiker-spoorwegvervoerder, met name de inning van de vervoerprijs verzekeren. Een eventuele gerechtelijke vaststelling in verband met fraude of ongeldig vervoerbewijs dient evenwel vastgesteld door de Belgische treinbegeleider die bij koninklijk besluit de hoedanigheid heeft verworven van bee¨digd ambtenaar.
L’article 7 de l’arrêté royal du 4 avril 1895 relatif au règlement concernant les mesures à observer pour le transport des voyageurs sur les chemins de fer de l’E´tat et les chemins de fer concessionnaires oblige les voyageurs à : « ... exhiber, et même à remettre, leur billet aux agents des chemins de fer chaque fois qu’ils en sont requis ... ». Cette obligation est évidemment la conséquence de la relation (commerciale) utilisateurtransporteur ferroviaire, à savoir assurer la perception de la taxe de transport. Un constat judiciaire éventuel en rapport avec une fraude ou un titre de transport non valable doit cependant être dressé par l’accompagnateur de train qui s’est vu attribuer par l’arrêté royal la qualité de fonctionnaire assermenté.
DO 1999200000820
DO 1999200000820
Vraag nr. 144 van de heer Francis Van den Eynde van 1 maart 2000 (N.) :
Question no 144 de M. Francis Van den Eynde du 1er mars 2000 (N.) :
NMBS. — Spuiten van graffiti. — Herstellingskosten.
SNCB. — Tags. — Frais de remise en état.
In de nacht van zaterdag 26 februari op zondag 27 februari 2000 hebben vandalen een graffiti-raid uitgevoerd op de stations van Zottegem en Oudenaarde.
Dans la nuit du samedi 26 au dimanche 27 février 2000, une bande de tagueurs a pris d’assaut les gares de Zottegem et d’Audenarde. ` Audenarde, ils ont notamment brisé les vitres A extérieures et intérieures de deux rames, vidé un extincteur de son contenu, endommagé et tagué une locomotive diesel, démoli des commutateurs de signal et arraché un téléphone de signalisation.
In Oudenaarde werden onder meer de buiten- en binnenruiten van twee treinstellen stukgeslagen, een brandblusapparaat leeggespoten, een diesellocomotief beschadigd en met graffiti bewerkt, seinkappen vernield en een seintelefoon uitgerukt. De schade is in beide gevallen zeer groot en de omvang van de vernielingen zou in de miljoenen lopen. 1. Hoeveel zullen precies de kosten bedragen in dit geval ?
Dans les deux cas, les déprédations sont énormes et se chiffreraient à plusieurs millions. ` combien s’élèveront exactement les frais cette 1. A fois-ci ?
2. Het spuiten van graffiti op locomotieven, rijtuigen, materiaal en gebouwen van de NMBS zou de jongste tijd een ware plaag geworden zijn.
2. Ces derniers temps, le taguage de locomotives, de voitures, de matériel et de baˆtiments de la SNCB serait devenu un véritable fléau.
Kan u meedelen hoeveel herstellingskosten in dit verband in 1997, 1998 en 1999 gemaakt werden ?
Pourriez-vous faire savoir à combien se sont élevées les réparations effectuées en 1997, 1998 et 1999 ?
Antwoord :
Réponse :
1. De precieze kosten aan het rollend materieel is nog niet volledig gekend. De schade te Oudenaarde
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
1. Les coûts précis de la réparation des dégaˆts occasionnés au matériel roulant en sont pas totalement
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3606
wordt op ongeveer 1 400 000 frank geraamd en deze te Zottegem op ongeveer 600 000 frank.
connus. Les dégaˆts sont estimés à 1 400 000 francs à Audenarde et 600 000 francs à Zottegem.
2. De herstellingskosten « graffiti » wordt geraamd op :
2. Les coûts de réparation suite aux « graffiti » sont estimés à :
— 17 821 569 frank in 1997;
— 17 821 569 francs en 1997;
— 22 978 240 frank in 1998;
— 22 978 240 francs en 1998;
— 27 029 992 frank in 1999.
— 27 029 992 francs en 1999.
DO 1999200000896
DO 1999200000896
Vraag nr. 153 van de heer Francis Van den Eynde van 13 maart 2000 (N.) :
Question no 153 de M. Francis Van den Eynde du 13 mars 2000 (N.) :
NMBS. — Lijn 15. — Reizigers. — Zitplaatsen.
SNCB. — Ligne 15. — Voyageurs. — Places assises.
Uit de treinenquête van het blad Test Aankoop van september 1997 blijkt dat op lijn 15 AntwerpenHasselt/Neerpelt/Turnhout 20 % van de reizigers op weekdagen en tijdens de piekuren zelden of nooit meteen een zitplaats in het compartiment van hun keuze kan vinden.
Selon une enquêté réalisée par le magazine Test Achats en septembre 1997 à propos du rail en Belgique, 20 % des voyageurs ne trouvent que rarement ou jamais de place assise dans le compartiment de leur choix sur la ligne 15 Anvers-Hasselt/Neerpelt/ Turnhout en semaine et aux heures de pointe.
Is er omtrent een en ander inmiddels verbetering opgetreden ?
environ environ
Cette situation s’est-elle améliorée ?
Antwoord : De resultaten inzake rechtstaande reizigers die jaarlijks in het kwaliteitsverslag worden opgenomen zijn nog niet beschikbaar voor 1999.
Réponse : Les statistiques relatives au nombre de voyageurs voyageant debout, reprises chaque année dans le rapport de qualité, ne sont pas encore disponibles pour 1999.
Voor 1997 en 1998 samen stonden over het gehele net gemiddeld 3 % reizigers recht tijdens de ochtendspits.
En 1997 et 1998, sur l’ensemble du réseau, 3 % de voyageurs en moyenne voyageaient debout durant les heures de pointe.
De NMBS organiseert jaarlijks in de maand oktober reizigerstellingen in ieder station waarbij voor iedere trein de instappende reizigers geteld worden.
La SNCB organise chaque année en octobre des comptages de voyageurs dans chaque gare au cours desquels le nombre de voyageurs qui montent dans chaque train est recensé.
Ook de hoofdwachters dienen steeds de bezetting van de door hen begeleide treinen te rapporteren.
Les chefs-gardes doivent aussi de leur coˆté toujours faire rapport de l’occupation des trains qu’ils accompagnent.
De NMBS beschikt dus over voldoende interne en externe (klachten van reizigers) informatiebronnen om de bezettingen van de treinen op te volgen en eventueel de samenstelling van bepaalde treinen aan te passen.
La SNCB dispose dès lors en suffisance de sources d’informations internes et externes (plaintes de voyageurs) afin d’assurer un suivi de l’occupation des trains et d’adapter éventuellement la composition de certains trains.
Nochtans dient er opgemerkt dat de treinen tijdens de spitsperiode meestal met hun maximale samenstelling rijden en dat er bovendien ook rekening dient gehouden te worden met de beschikbaarheid van het rollend materieel dat op een evenwichtige manier moet verdeeld worden over het gehele net.
Toutefois, il est à remarquer qu’aux heures de pointe, les trains circulent la plupart du temps dans leur composition maximale et que par ailleurs, il faut tenir compte également des disponibilités en matériel roulant lequel doit être réparti de manière équilibrée sur l’ensemble du réseau.
Wat betreft de lijn 15 in het bijzonder, deze wordt — zoals al de andere lijnen — op de voet gevolgd en
En ce qui concerne la ligne 15 en particulier, celle-ci est comme toutes les autres lignes suivie de près et,
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3607
waar nodig en mogelijk worden maatregelen genomen.
dans la limite du possible, des mesures sont prises là où cela s’avère nécessaire.
DO 1999200000897
DO 1999200000897
Vraag nr. 154 van de heer Francis Van den Eynde van 13 maart 2000 (N.) :
Question no 154 de M. Francis Van den Eynde du 13 mars 2000 (N.) :
NMBS. — Kleinere lijnen die middelgrote steden bedienen. — Reizigers. — Zitplaatsen.
SNCB. — Lignes reliant les villes de moyenne importance. — Voyageurs. — Places assises.
Uit de treinenquête die Test Aankoop in september 1997 publiceerde, blijkt dat op de zogenaamde kleinere lijnen, die middelgrote steden als Brugge, Kortrijk, Bergen, Charleroi, Doornik en La Louvière bedienen, gemiddeld 6,6 % van de reizigers niet meteen een zitplaats vindt.
Selon une enquête réalisée par le magazine Test Achats en septembre 1997 à propos du rail en Belgique, en moyenne 6,6 % des voyageurs ne trouvaient pas immédiatement de place assise sur les lignes qui relient des villes de moyenne importance telles que Bruges, Courtrai, Mons, Charleroi, Tournai et La Louvière.
Valt inmiddels een verbetering in deze toestand waar te nemen ?
La situation s’est-elle améliorée ?
Antwoord : Aansluitend op het antwoord gegeven op vraag nr. 153 en gesteld door het geachte lid laat de NMBS opmerken dat de meeste overbezettingen tijdens de spitsuren worden genoteerd op IC-treinen die op lijnen van en naar grote steden zoals Brussel en Antwerpen rijden. Regionale lijnen hebben veel minder met overbezettingen te kampen. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 31, blz. 3606.)
Réponse : En complément à la réponse donnée à la question no 153 posée par l’honorable membre, la SNCB fait remarquer que la majorité des suroccupations aux heures de pointe sont constatées à bord des trains IC circulant sur des lignes de et vers des grandes villes comme Bruxelles et Anvers. Les lignes régionales sont, quant à elles, moins confrontées à des suroccupations. (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 31, p. 3606.)
DO 1999200000902
DO 1999200000902
Vraag nr. 156 van de heer Francis Van den Eynde van 14 maart 2000 (N.) :
Question no 156 de M. Francis Van den Eynde du 14 mars 2000 (N.) :
NMBS. — Reizigers. — Aansluitingen met andere treinen en overstappen op bussen.
SNCB. — Voyageurs. — Correspondances avec d’autres trains et transfert en bus.
Uit de treinenquête die het blad Test Aankoop in september 1997 publiceerde, blijkt dat reizigers die een aansluiting met een andere trein moeten halen deze gemiddeld 1,5 keer op 5 missen.
Il ressort de l’enquête ferroviaire publiée par Test Achats en septembre 1997 que les voyageurs qui doivent prendre une correspondance la manquent en moyenne 1 fois et demie sur 5.
Wie van de trein op de bus moest overstappen, bleef gemiddeld 1,8 op 5 in de kou staan.
Quant aux voyageurs qui doivent emprunter un bus au cours de leur itinéraire, ils manquent leur correspondance dans 1,8 cas sur 5 en moyenne.
Valt er inmiddels een verbetering van deze toestand waar te nemen ?
A-t-on observé depuis une amélioration de cette situation ?
Antwoord : De cijfers gepubliceerd in Test Aankoop werden nooit bevestigd. Daarenboven is het niet duidelijk over welke aansluitingen het precies gaat. In principe is er voor een aansluiting een overstaptijd van vijf minuten nodig maar in de praktijk zijn er uitzon-
Réponse : Les chiffres publiés dans Test Achats n’ont jamais été confirmés. De plus, il n’apparaıˆt pas clairement de quelles correspondances il s’agit. En principe, une correspondance donne lieu à un temps de correspondance de cinq minutes, mais, dans la
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3608
deringen, zoals bijvoorbeeld aansluitingen hetzelfde of naast elkaar liggende perrons.
via
pratique, il y a des exceptions, comme par exemple les changements de train via le même quai ou via des quais voisins.
Gezien de talrijke aansluitingsmogelijkheden zijn er geen systematische cijfergegevens over gemiste aansluitingen. Bij een goede regelmaat zijn aansluitingen evenwel automatisch gewaarborgd. De regelmaat van het treinverkeer in het tweede semester van 1999 bedroeg 93,9 % (met neutralisatie). Dit vormt een duidelijke verbetering ten opzichte van het tweede semester van 1998, hoewel de in het beheerscontract voorgeschreven doelstelling van 95 % nog niet bereikt werd.
Eu égard aux nombreuses possibilités de correspondance, il n’existe pas de données chiffrées systématiques concernant les correspondances manquées. Si la régularité des trains est bonne, les correspondances sont automatiquement assurées. La régularité du trafic ferroviaire au cours du deuxième semestre en 1999 s’est élevée à 93,9 % (avec neutralisation), ce qui représente un net progrès par rapport au deuxième semestre de 1998, mais n’atteint pas encore l’objectif de 95 % prescrit par le contrat de gestion.
In januari en februari 2000 bedroeg de regelmaat — met neutralisatie — respectievelijk 94,9 en 94,3 %.
En janvier et février 2000, la régularité — avec neutralisation — s’est élevée respectivement à 94,9 et 94,3 %.
In de jaarlijkse enquêtes van de NMBS « Kwaliteitsbarometer » wordt de kwaliteit van de aansluitingen tussen treinen onderling en tussen treinen en ander openbaar vervoer gemeten.
Les enquêtes annuelles « Baromètre de qualité » de la SNCB mesurent la qualité des correspondances entre les trains et entre les trains et un autre transport en commun.
Om de aansluitingen in geval van vertragingen alsnog te realiseren, worden aan vooraf bepaalde treinen beperkte wachttijden toegestaan.
Afin de pouvoir en cas de retards assurer malgré tout des correspondances, des temps d’attente limités sont accordés à des trains déterminés à l’avance.
Bepaalde stations zijn uitgerust met het Aribussysteem dat de aansluitingen trein/bus regelt op basis van een vooraf afgesproken protocol met een andere openbare vervoersmaatschappij. Wanneer een bediende de vertraging van een trein in het Aribuscomputersysteem invoert, wordt de voorziene wachttijd via een affichagepaneel aan de busbestuurder meegedeeld.
Certaines gares sont équipées du système Aribus qui règle les correspondances train/bus sur la base d’un protocole convenu avec une autre société de transport public. Lorsqu’un agent encode le retard d’un train dans le système informatique d’Aribus, le temps d’attente prévu est communiqué au chauffeur de bus via un panneau d’affichage.
Soortgelijke procedures zouden geleidelijk aan op een systematische manier ingesteld moeten worden in de aansluitingsstations. Voor het derde beheerscontract denk ik daarover na.
Des procédures de ce type devront progressivement mais systématiquement être mises en place dans les gares de correspondance. Je réfléchis en ce sens pour le troisième contrat de gestion.
Elke klacht wordt grondig onderzocht en indien nodig wordt er bijgestuurd.
Chaque plainte est examinée de manière approfondie et des correctifs sont apportés en cas de nécessité.
DO 1999200000904
DO 1999200000904
Vraag nr. 157 van de heer Francis Van den Eynde van 14 maart 2000 (N.) :
Question no 157 de M. Francis Van den Eynde du 14 mars 2000 (N.) :
NMBS. — Niet-rokende tweedeklasreizigers. — Zitplaatsen.
SNCB. — Voyageurs de 2e classe non fumeurs. — Places assises.
Het blad Test Aankoop van de verbruikersunie publiceerde in september 1997 een treinenenquête.
En septembre 1997, Test Achats a publié une enquête sur les chemins de fer.
Hieruit blijkt dat van de niet-rokende tweedeklasreizigers er voor alle trajecten samen :
Concernant les voyageurs de 2e classe non fumeurs, tous trajets confondus, elle fait apparaıˆtre :
a) iets meer dan de helft altijd een zitplaats vindt bij het opstappen wanneer alle tijdstippen door elkaar samen in beschouwing worden genomen;
a) qu’un peu plus de la moitié trouvent toujours une place assise après être montés dans le train, quelle que soit l’heure;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3609
b) 6,4 % zelden of nooit een zitplaats vindt tijdens de ochtendpiek (7 tot 10 uur) en dat dit voor 9,4 % het geval is tijdens de avondspits (tussen 16 en 19 uur);
b) que 6,4 % trouvent rarement ou jamais de place assise pendant les heures de pointe du matin (entre 7 et 10 heures) et que c’est le cas pour 9,4 % pendant les heures de pointe du soir (entre 16 et 19 heures);
c) rokers hadden toen verhoudingsgewijs nog veel meer kans om geen zitplaats te vinden in het compartiment van hun keuze.
c) que les fumeurs ont alors, proportionnellement, encore beaucoup moins de chances de trouver une place assise dans le compartiment de leur choix.
Is er ondertussen op dat vlak verbetering opgetreden ?
Des améliorations ont-elles été apportées à cette situation ?
Antwoord : Aansluitend op het antwoord gegeven op vraag nr. 153 en gesteld door het geachte lid laat de NMBS opmerken dat de avondspits in het algemeen meer verspreid verloopt dan de ochtendspits zodat het in principe voor de reizigers gemakkelijker is ’s avonds een zitplaats te vinden dan ’s morgens. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 31, blz. 3606.)
Réponse : En complément à la réponse donnée à la question no 153 posée par l’honorable membre, la SNCB fait remarquer que la pointe du soir est en général mieux étalée que la pointe du matin de sorte que les voyageurs trouvent en principe plus facilement une place assise le soir que le matin. (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 31, p. 3606.)
De NMBS maakt in zijn bezettingsstatistieken geen onderscheid tussen rokers en niet-rokers. Voor het nieuwe materieel is er echter wel een tendens naar het beperken van het aantal plaatsen voor rokers.
Dans ses statistiques d’occupation, la SNCB ne fait pas de distinction entre fumeurs et non-fumeurs. Dans le nouveau matériel, la tendance va toutefois dans le sens de la réduction du nombre de places destinées aux fumeurs.
DO 1999200000942
DO 1999200000942
Vraag nr. 161 van de heer Francis Van den Eynde van 17 maart 2000 (N.) :
Question no 161 de M. Francis Van den Eynde du 17 mars 2000 (N.) :
NMBS. — Staking spoorwegpersoneel te Gent.
SNCB. — Grève des cheminots à Gand.
Op maandagavond 13 maart 2000 legde het spoorwegpersoneel van het station Gent-Dampoort en dat van Gent-Zeehaven spontaan het werk neer.
Le lundi soir 13 mars 2000, le personnel des chemins de fer des gares de « Gent-Dampoort » et « GentZeehaven » arrêtait spontanément le travail.
De stakers wilden protesteren tegen het personeelsgebrek, het teveel aan overuren en de onmogelijkheid om alle vakantiedagen op te nemen.
Les grévistes entendaient ainsi protester contre la pénurie de personnel, les trop nombreuses heures supplémentaires à prester et la difficulté d’obtenir des jours de congé.
Zo zou het kader voor het bewegingspersoneel en de seingevers op 85 vastgesteld zijn terwijl er op dit ogenblik slechts 71 effectieven functioneren.
Alors que le cadre pour le personnel du mouvement et les signaleurs est fixé à 85 unités, seuls 71 emplois sont effectivement occupés.
De staking is inmiddels achter de rug.
Le mouvement de grève a maintenant pris fin.
Werden er maatregelen getroffen om de toestand te verbeteren en zo ja, dewelke ?
Quelles mesures ont été prises pour améliorer la situation ?
Antwoord : Het kader van het bewegingspersoneel in Gent-Zeehaven omvat 84 posten. Er zijn 73 bedienden tewerkgesteld. Dit betekent een aanwezigheid van 87 % van het vereist personeel. Het personeel van de seininrichting bestaat uit 24 personeelsleden voor een kader van 26 posten, wat een bezetting van 92 % inhoudt. Het betreft de toestand op 1 maart 2000.
Réponse : Le cadre du personnel du mouvement à Gand-Maritime, comprend 84 postes, dont 73 sont effectivement occupés. Cela représente un taux d’occupation de 87 % du personnel requis. Le personnel de la signalisation se compose de 24 membres du personnel pour un cadre de 26 postes, ce qui constitue un taux d’occupation de 92 %. Il s’agit de la situation au 1er mars 2000.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3610
Met interne verchuivingen wordt een zo homogeen mogelijke verdeling van personeelsopstelling nagestreefd.
Les effectifs en personnel sont répartis, au moyen de glissements internes, de la façon la plus homogène possible.
Bovendien plant het contingent van prioritaire aanwervingen voor het jaar 2000 voor het geheel van het net, 185 indienstnemingen bij het personeel van de beweging en 76 aanwervingen bij het personeel van de seininrichting.
Par ailleurs, le contingent de recrutements prioritaires pour l’an 2000 prévoit, pour l’ensemble du réseau, 185 engagements pour le personnel du mouvement et 76 engagements pour le personnel de la signalisation.
DO 1999200000971
DO 1999200000971
Vraag nr. 166 van de heer Francis Van den Eynde van 21 maart 2000 (N.) :
Question no 166 de M. Francis Van den Eynde du 21 mars 2000 (N.) :
NMBS. — Gehandicapte reizigers.
SNCB. — Voyageurs handicapés. ` l’occasion de la présentation des propositions A visant à accorder la gratuité des transports publics aux fonctionnaires, les organisations d’handicapés ont, une fois de plus, attiré l’attention sur les problèmes que rencontrent leurs membres lorsqu’ils utilisent les services de la SNCB. Les portes et les escalators ne sont pas adaptés à leurs besoins et, hormis à BruxellesMidi, il n’existe aucun ascenseur permettant aux voyageurs handicapés de rejoindre les quais. En outre, on tarde à installer les guichets abaissés.
Naar aanleiding van de voorstellen met betrekking tot het kosteloos maken van het openbaar vervoer voor ambtenaren, hebben gehandicaptenorganisaties nogmaals de aandacht gevestigd op de problemen die hun leden bij de NMBS ondervinden. Zo worden bijvoorbeeld de deuren en de roltrappen niet aangepast en is er in de stations, behalve in Brussel-Zuid, geen personenlift te vinden om de gehandicapte reizigers naar en van het perron te brengen. Ook de beloofde « verlaagde loketten » laten op zich wachten. 1. Bent u op de hoogte van deze situatie ?
1. Cette situation vous est-elle connue ?
2. Welke maatregelen werden er getroffen om dat te verhelpen ?
2. Quelles mesures envisagez-vous pour y remédier ?
Antwoord : De meeste van de NMBS-stations werden gebouwd in een periode dat de mobiliteitsbehoeften nog niet zo groot waren en er geen rekening gehouden werd met de specifieke behoeften van reizigers met beperkte mobiliteit.
Réponse : La plupart des gares SNCB ont été construites à une époque où les besoins de mobilité n’étaient pas aussi importants et où la situation spécifique des voyageurs à mobilité réduite n’était pas prise en compte.
In het midden van de jaren negentig werd de strategie van de NMBS grondig bijgestuurd en bij elke nieuw bouw of renovatie draagt zij er nu zorg voor dat waar mogelijk tegemoet gekomen wordt aan de toegankelijkheid voor minder mobiele klanten. Hierbij wordt gedacht aan alle personen die tijdelijk of definitief een helpende hand of bepaalde aangepaste voorzieningen nodig hebben om zich te verplaatsen met de trein.
Vers le milieu des années nonante, la stratégie de la SNCB a été profondément modifiée en la matière. Lors de chaque rénovation de gare ou en cas de construction nouvelle, elle s’efforce d’assurer partout où c’est possible l’accessibilité aux clients à mobilité réduite, c’est-à-dire aux personnes nécessitant temporairement ou en permanence de l’aide ou des équipements adaptés afin de pouvoir se déplacer en train.
De NMBS werkt momenteel aan een project om een 80-tal stations, verspreid over het hele net, maximaal aan te passen aan de specifieke behoeften van mensen met beperkte mobiliteit. Een haalbaarheidsstudie is hiervoor in uitvoering.
La SNCB élabore actuellement un projet en vue d’adapter de manière optimale environ 80 gares, réparties sur l’ensemble du réseau, aux besoins spécifiques des personnes à mobilité réduite. Une étude de faisabilité est en cours à cet effet.
Nieuwe stations of stations die grondig gerenoveerd worden en die opgenomen zijn in deze lijst, worden uitgerust met liften, mobiele oprijhelling, hoge perrons, aangepast toilet, enz. Het station Gent-SintPieters bijvoorbeeld zal na de grondige renovatie een
De nouvelles gares ou des gares qui sont rénovées en profondeur, et qui figurent sur cette liste, seront équipées d’ascenseurs, de rampes mobiles, de quais surélevés, de toilettes adaptées, etc. La gare de Gand-SaintPierre par exemple deviendra, après rénovation, une
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3611
voorbeeldstation worden, evenals Leuven waar panoramische liften voorzien zijn.
gare modèle, tout comme Louvain où des ascenseurs panoramiques sont prévus.
Wat de verlaagde loketten betreft is er reeds één in het station van Brussel-Zuid. Dit is echter niet veilig en laat bovendien aan het personeel niet toe om zowel rechtstaand als zittend te werken. De NMBS zoekt daarom naar alternatieven.
En ce qui concerne les guichets surbaissés, la gare de ` l’expérience, il Bruxelles-Midi en dispose déjà un. A s’avère toutefois que ce type de guichet présente des inconvénients au niveau de la sécurité et qu’il ne permet pas au personnel de travailler aussi bien assis que debout. Aussi, la SNCB recherche d’autres alternatives.
DO 1999200001055
DO 1999200001055
Vraag nr. 170 van de heer Jos Ansoms van 6 april 2000 (N.) :
Question no 170 de M. Jos Ansoms du 6 avril 2000 (N.) :
NMBS. — Benoeming van general managers. — Bewijs van tweetaligheid.
SNCB. — Nomination de « general managers ». — Preuve de bilinguisme.
In 1997, ter gelegenheid van de opdeling van de NMBS in « bedrijfs- en service-eenheden » konden de hogere ambtenaren zich kandidaat stellen voor de functie van « general manager ».
En 1997, à l’occasion de la division de la SNCB en « unités d’entreprise et de service », les fonctionnaires supérieurs se sont vu offrir la possibilité de poser leur candidature à la fonction de « general manager ».
Indien ik goed ingelicht ben, zou één van de voorwaarden geweest zijn dat de kandidaten tweetalig waren of, binnen zes maanden na hun aanstelling, hun tweetaligheid konden aantonen.
Si je suis correctement informé, les candidats à ce poste devaient, entre autres conditions, soit être bilingue, soit apporter la preuve de leur bilinguisme dans un délai de six mois à dater de leur désignation.
1. Was die tweetaligheid inderdaad een criterium ?
1. Le bilinguisme constituait-il effectivement un critère ?
2. Werden eventueel eentalige kandidaten aangesteld en werd de tweetaligheid daarvan na de gestelde periode aangetoond ?
2. Des candidats unilingues ont-ils éventuellement été désignés et la preuve de leur bilinguisme a-t-elle été apportée dans le délai prévu à cet effet ?
3. Blijft voor de toekomstige en reeds te voorziene vervangingen van « general managers » het criterium van de tweetaligheid behouden, eventueel met een bewijs van tweetaligheid na een zekere periode ?
3. Le critère de bilinguisme reste-t-il d’application pour les remplacements de « general managers », futurs ou imminents, avec la possibilité éventuelle d’apporter la preuve du bilinguisme dans un délai déterminé ?
4. Wat overweegt u te doen indien er nu nog steeds « general managers » in functie zijn zonder dat ze het bewijs van hun tweetaligheid konden leveren ?
4. Quelles mesures envisageriez-vous de prendre s’il devait apparaıˆtre que certains « general managers » exercent leurs fonctions sans avoir été en mesure d’apporter la preuve de leur bilinguisme ?
Antwoord :
Réponse :
1, 2 en 4. De general managers werden in deze functie aangeduid aan de hand van vooraf opgestelde profielbeschrijvingen, die een als volgt opgestelde taalkundige vereiste omvatten : « Goede kennis hebben van de tweede landstaal ». Meestal vormt de kennis van Engels of Duits een bijkomende troef.
1, 2 et 4. Les general managers ont été désignés dans cette fonction sur la base de profils prédéfinis, parmi lesquels se trouve une exigence d’ordre linguistique libellée comme suit : « Avoir une bonne connaissance de la deuxième langue nationale ». La connaissance de l’anglais ou de l’allemand constitue le plus souvent un atout supplémentaire.
Deze voorwaarden beantwoorden aan geen wettelijk voorschrift : inzake taalgebruik voorziet de wet slechts, wat betreft de centrale directie van de NMBS,
Ces conditions ne répondent à aucune prescription légale : en matière linguistique, la loi ne prévoit, pour la direction centrale de la SNCB, qu’une répartition
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
463
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3612
in een verdeling van de posten tussen het Franstalig, het Nederlandstalig en het tweetalig kader, naar gelang van het geval. De bedoeling is enkel om van de kandidaten tot de betrekking van general manager een voldoende kennis van de tweede landstaal te eisen om de functie correct uit te voeren, wat geen enkel officie¨le erkenning vergt. Sinds het ogenblik waarop ze in dienst zijn getreden geven alle general managers blijk van een kennis van de tweede landstaal die volstaat om hun functie goed uit te voeren. 3. Er bestaat voor het ogenblik geen enkele reden om in de toekomst de door de NMBS opgestelde profielbeschrijvingen voor de aanduiding van general managers te wijzigen.
des postes entre cadre français, cadre néerlandais et cadre bilingue, selon le cas. Il s’agit simplement de requérir, de la part des candidats aux emplois de general manager, une maıˆtrise de la deuxième langue nationale suffisante pour exercer correctement la fonction, ce qui n’exige aucune reconnaissance officielle. Depuis leur entrée en fonction, tous les géneral managers font preuve d’une connaissance de la deuxième langue nationale suffisante pour exercer correctement leur fonction. 3. Il n’existe à l’heure actuelle aucune raison de modifier à l’avenir les profils établis par la SNCB pour la désignation des general managers.
DO 1999200001066
DO 1999200001066
Vraag nr. 171 van mevrouw Joke Schauvliege van 7 april 2000 (N.) : Erkenning van diploma’s door de NMBS. Het gebeurt zeer regelmatig dat mensen zich bijscholen met het oog op deelname aan een examen voor een functie bij de overheid of — indien ze reeds ambtenaar zijn — om hun interne promotiekansen te verhogen. Dit kan via het onderwijs voor sociale promotie (OSP) of via een cursus bij de Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding (VDAB) of het Vlaams Instituut voor het zelfstandig ondernemen (VIZO).
Question no 171 de Mme Joke Schauvliege du 7 avril 2000 (N.) : Reconnaissance des diploˆmes par la SNCB. Très régulièrement, des personnes suivent des formations continuées dans le but de participer à un examen en vue d’occuper une fonction dans l’administration ou — si elles occupent déjà un poste de fonctionnaire — d’augmenter leurs chances de promotion interne. Ces formations peuvent être acquises soit dans le cadre de l’enseignement de promotion sociale (EPS), soit par le biais d’un cours dispensé par le « Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding » (VDAB) ou le « Vlaams Instituut voor het zelfstandig ondernemen » (VIZO). Des problèmes se posent cependant lorsque l’employeur ne reconnaıˆt pas le certificat délivré par un institut de formation. Selon mes informations, une situation concrète de ce type se produit notamment à propos du diploˆme de comptable délivré à l’issue d’une formation d’entrepreneur dispensée par l’« Instituut voor middenstandsopleiding en vervolmaking », agréé par le VIZO. La SNCB, notamment, ne reconnaıˆt pas ce diploˆme, alors que la loi du 22 avril 1999 relative aux professions comptables et fiscales en fait portant mention.
Problemen rijzen echter wanneer het getuigschrift uitgereikt door een opleidingsinstituut niet wordt erkend door de werkgever. Naar mijn informatie doet dergelijke concrete situatie zich onder meer voor met betrekking tot het diploma van boekhouder dat wordt uitgereikt na het volgen van een ondernemersopleiding bij het Instituut voor middenstandsopleiding en Vervolmaking, erkend door het VIZO. Een dergelijk diploma wordt vermeld in de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen, maar wordt door de NMBS niet erkend. Het hoeft geen betoog dat dergelijke situatie onduidelijk is en voor mensen die reeds een zware bijscholing achter de rug hebben niet bepaald motiverend is om verder te investeren in persoonlijke vorming. Het behoort tot de bevoegdheid van de tewerkstellende overheid om vast te stellen welke studiebewijzen voor een bepaalde betrekking of bevordering in aanmerking komen.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
Il va sans dire qu’une telle situation manque de clarté et n’encourage guère les personnes ayant déjà suivi une lourde formation continuée à continuer à s’investir dans leur formation personnelle. Il appartient à l’employeur de déterminer quels certificats d’études entrent en ligne de compte pour une fonction ou promotion donnée.
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3613
1. Biedt het diploma van boekhouder dat wordt uitgereikt door de door het VIZO erkende instellingen, bevorderingskansen aan NMBS-ambtenaren ? 2. Indien niet, wat is hiervan de reden ?
1. Le diploˆme de comptable délivré par des établissements agréés par le VIZO offre-t-il des chances de promotion aux agents de la SNCB ? 2. Dans la négative, pourquoi ?
3. Heeft u al met uw collega van Ambtenarenzaken overlegd om aan deze aangelegenheid de nodige aandacht te schenken bij de « modernisering van de openbare besturen » ?
3. Vous êtes-vous déjà concerté avec votre collègue de la Fonction publique pour consacrer à cette matière l’attention qu’elle mérite dans le cadre de « la modernisation des administrations publiques » ?
Antwoord : De betrekking van boekhoudkundig(e) secretaris(esse) wordt toegewezen op grond van een aanwervingsproef waartoe alle kandidaten toegang hebben voor zover zij in het bezit zijn van één van de volgende diploma’s :
Réponse : L’emploi de secrétaire comptable est attribué par la voie d’une épreuve de recrutement à laquelle tous les candidats ont accès pour autant qu’ils soient en possession d’un des diploˆmes suivants :
— diploma van gegradueerde in de boekhouding van het economisch hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan, uitgereikt door een door de Staat of één der gemeenschappen opgerichte, gesubsidieerde of erkende inrichting;
— diploˆme de gradué en comptabilité de l’enseignement supérieur économique du type court et de plein exercice, délivré par un établissement d’enseignement créé, subventionné ou reconnu par l’E´tat ou l’une des communautés;
— ofwel bewijsstuk of attest dat men geslaagd is, uitgereikt door het economisch hoger onderwijs van het korte type en voor sociale promotie behaald in de studiegroep « boekhouding ».
— ou titre ou attestation de réussite délivré par l’enseignement supérieur économique de type court et de promotion sociale obtenu dans le secteur d’études « comptabilité ».
Deze betrekking is eveneens toegankelijk door middel van een gesloten proef waartoe de personeelsleden van de maatschappij met de graad van opstellerboekhouder, zonder enige diplomavereiste, toegang hebben.
Cet emploi est également accessible par le biais d’une épreuve fermée à laquelle les agents de la société, titulaires du grade de rédacteur-comptable, ont accès sans aucune exigence de diploˆme.
Zonder afbreuk te doen aan de waarde van het diploma waarvan het geachte lid melding maakt wordt dit voor de betrekking van boekhoudkundig(e) secretaris(esse) bij de NMBS niet in aanmerking genomen.
Sans préjuger de sa valeur professionnelle, le type de diploˆme évoqué par l’honorable membre n’est donc pas admissible à l’emploi de secrétaire comptable à la SNCB.
Overeenkomstig de van kracht zijnde wettelijke overlegprocedures legt de NMBS de voorwaarden vast voor de aanwerving van haar personeel (diplomavereisten, leerstof voor de proef enz.).
Conformément aux procédures légales de concertation en vigueur, la SNCB fixe les conditions régissant les recrutements de son personnel (diploˆme requis, matières de l’épreuve, etc.).
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu
Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Consumentenzaken
Protection de la consommation
DO 1999200000935
DO 1999200000935
Vraag nr. 42 van de heer Jean-Pol Poncelet van 16 maart 2000 (Fr.) :
Question no 42 de M. Jean-Pol Poncelet du 16 mars 2000 (Fr.) :
Departement. — Advocaten.
Département. — Avocats.
1. Graag de lijst van advocaten van wier diensten uw departement de jongste vijf jaar gebruik heeft
1. Pourriez-vous communiquer la liste des avocats aux services desquels votre département a eu recours
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3614
gemaakt, de balie waartoe zij behoren en de honoraria die aan elk van hen werden uitbetaald.
au cours des cinq dernières années, le barreau auquel ils appartiennent, et le montant des honoraires versés à chacun d’entre eux ?
2. Graag de lijst van advocaten waarmee uw departement de jongste vijf jaar een abonnementsovereenkomst heeft gesloten, de balie waartoe zij behoren, de datum waarop elk van die overeenkomsten werd gesloten en de respectieve bedragen.
2. Pourriez-vous communiquer la liste des avocats avec lesquels votre département a conclu au cours des cinq dernières années un contrat d’abonnement, le barreau auquel ils appartiennent, la date de conclusion de chacun de ces abonnements, ainsi que le montant de chacun de ceux-ci ?
3. Op grond van welke criteria worden de advocaten van uw departement aangewezen ?
3. Quels sont les critères que vous utilisez pour désigner les avocats de votre département ?
Antwoord :
Réponse :
1. Daar de antwoorden op het eerste punt van de vraag vertrouwelijk zijn, werden ze rechtstreeks naar het geachte lid verstuurd.
1. En raison de leur caractère confidentiel, les réponses au premier point de sa question sont transmises directement à l’honorable membre.
2. Het departement past de formule van het abonnement niet toe. Deze laatste formule is meer aangewezen bij de behandeling van geschillen met een repetitief karakter, wat zich niet voordoet binnen mijn bevoegdheidssfeer.
2. Le département ne pratique pas la formule de l’abonnement. Cette dernière formule cadre mieux avec le traitement de contentieux de nature répétitive, ce qui ne se présente pas dans le cadre de mes compétences.
3. De advocaten van het departement worden aangewezen op grond van de volgende criteria :
3. Les avocats du département sont désignés selon les critères suivants :
— de taalrol van de zaak;
— le roˆle linguistique de l’affaire;
— de bevoegde rechtbank ratione materiae;
— le tribunal compétent ratione materiae;
— de bevoegde rechtbank ratione loci;
— le tribunal compétent ratione loci;
— de specialisatie van de advocaat op het betrokken vlak;
— la spécialisation de l’avocat dans le domaine concerné;
— de coo¨rdinatie met andere partijen die dezelfde belangen hebben als het departement;
— la coordination avec d’autres parties ayant les mêmes intérêts que le département;
— de instructies van de Ministerraad voor het Arbitragehof.
— les instructions du Conseil des ministres pour la Cour d’arbitrage.
Op basis van die criteria werd een lijst van ongeveer vijftien advocaten opgesteld. Door de beperking van het aantal advocaten is er namelijk een vlotte samenwerking tussen het departement en de raadslieden ervan; ook de deontologische problemen, die zouden kunnen rijzen omdat de advocaten eventueel ook tegen ons departement zouden moeten pleiten, worden aldus beperkt.
Une liste d’une quinzaine d’avocats a été établie sur base de ces critères. La limitation du nombre d’avocats permet en effet d’instaurer de bonnes relations de collaboration régulière entre le département et ses conseils; elle permet aussi de limiter les problèmes déontologiques qui pourraient naıˆtre dans le chef d’avocats qui seraient amenés à plaider également contre le département.
Die lijst is niet volledig, daar bijzondere omstandigheden verbonden met de voormelde criteria regelmatig het beroep op andere advocaten rechtvaardigen.
Cette liste n’est pas exhaustive; des circonstances particulières liées aux critères précités justifient régulièrement le recours à d’autres avocats.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3615
Minister van Binnenlandse Zaken
Ministre de l’Intérieur
DO 1999200000661
DO 1999200000661
Vraag nr. 121 van mevrouw Claudine Drion van 4 februari 2000 (Fr.) :
Question no 121 de Mme Claudine Drion du 4 février 2000 (Fr.) :
Seksuele verminkingen die als geldige reden voor het verkrijgen van het asielrecht worden erkend.
Mutilations sexuelles reconnues comme motif valable de droit d’asile.
Verscheidene vrouwen die het slachtoffer van seksuele verminkingen zijn geworden of vreesden dat te worden, zijn naar Belgie¨ gevlucht. Een aantal onder hen heeft het statuut van vluchteling verkregen — Belgie¨ erkent zodoende dat seksuele verminkingen een vorm van foltering zijn, een standpunt waar ik volkomen achter sta.
Plusieurs femmes victimes de mutilations sexuelles, ou craignant de l’être ont cherché refuge en Belgique. Certaines ont obtenu le statut de réfugiées, la Belgique reconnaissant par là les mutilations sexuelles comme une forme de torture — position que je partage entièrement.
1. Hoeveel vrouwen hebben de jongste jaren het statuut van vluchteling verkregen na een aanvraag te hebben ingediend waarvoor seksuele verminking als reden werd ingeroepen ?
1. Combien de femmes ont pu obtenir le statut de réfugiées suite à une demande fondée sur le motif de mutilations sexuelles ces dernières années ?
2. Was er een verschil in beoordeling naargelang het soort seksuele verminkingen (infibulatie, clitoridectomie, ...) waarvan zij het slachtoffer werden ?
2. Y a-t-il eu différence d’appréciation selon le type de mutilations sexuelles dont elles sont victimes (infibulation, clitoridectomie, ...) ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid volgende inlichtingen te verstrekken.
Réponse : J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements suivants.
1. Zowel in de ontvankelijkheidsfase bij de Dienst Vreemdelingenzaken als bij de beslissingen ten gronde van het commissariaat-generaal wordt, bij de beoordeling van de asielaanvraag, rekening gehouden met genitale verminking als mogelijke basis voor asiel.
1. Aussi bien dans la phase de recevabilité auprès de l’Office des étrangers que dans l’examen quant au fond du commissariat général, il est, lors de l’examen de la demande d’asile, tenu compte de mutilations génitales comme raison possible pour demander l’asile.
Statistieken worden hiervan evenwel niet bijgehouden.
Les statistiques de ces cas ne sont pas gardées.
Naar schatting hebben een twintigtal (er zijn 22 gekende gevallen) vrouwen genitale verminking ingeroepen als (een van de) grond(en) voor hun asielaanvraag. De meeste vrouwen waren afkomstig uit Somalie¨ of Nigeria; heel uitzonderlijk uit Kameroen. De meeste asielaanvragen dateren uit 1998 en 1999. Het is dus een recent verschijnsel.
Le nombre de femmes qui ont fait appel à la mutilation génitale comme (une des) raison(s) de leur demande d’asile est estimée à une vingtaine (il y a 22 cas connus). La plupart des femmes étaient originaires de Somalie ou du Nigeria, très exceptionnellement du Cameroun. La plupart des demandes d’asile datent de 1998 et 1999. C’est donc un phénomène récent.
Meestal roepen deze vrouwen (ook nog) andere vluchtmotieven in, en wordt genitale verminking in ondergeschikte orde ingeroepen.
La plupart du temps, les femmes invoquent également d’autres motifs de fuite et la mutilation n’est alors évoquée qu’à titre secondaire.
Terwijl het Vluchtelingenverdrag theoretisch gezien « geslacht » niet als vervolgingsgrond aanvaardt en dit bijgevolg problemen zou kunnen opleveren, wordt dat in de praktijk opgevangen door een ruime interpretatie van het Vluchtelingenverdrag door de commissarisgeneraal. (Zie ook : vraag nr. 888 van 3 augustus 1998 van de heer Detienne, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1998-1999, nr. 159, blz. 21441-21443.)
Bien que la Convention des réfugiés, d’un point de vue théorique, n’accepte pas « le sexe » comme critère de persécutions et que cela peut, par conséquent, donner lieu à des problèmes, cela est accepté, dans la pratique, graˆce à l’interprétation large qu’en fait le commissaire général. (Voir également : question no 888 du 3 aouˆt 1998 de M. Detienne, Questions et Réponses, Chambre, 1998-1999, no 159, p. 21441-21443.)
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3616
2. Bij het onderzoek van de asielaanvraag van een vrouw die (vrees voor) genitale verminking als (een van de) vervolgingsgrond(en) heeft ingeroepen is er geen verschil in beoordeling naargelang het type van genitale verminking. Het criterium bij de beoordeling van een asielaanvraag van een vreemdeling(e) is of zijn/haar verzoek voldoet aan de criteria gesteld door het Vluchtelingenverdrag.
2. Lors de l’examen d’une demande d’asile d’une femme qui a évoqué la (crainte de) mutilation géntiale comme (un des) critère(s) de persécutions, il n’est pas fait de distinction d’après le genre de mutilation génitale. Le critère lors de l’appréciation de la demande d’asile d’un étranger ou d’une étrangère est si il ou elle satisfait aux critères donnés par la Convention des réfugiés.
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen
Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Pensioenen
Pensions
DO 1999200001010
DO 1999200001010
Vraag nr. 20 van de heer Jean-Marc Delizée van 29 maart 2000 (Fr.) :
Question no 20 de M. Jean-Marc Delizée du 29 mars 2000 (Fr.) :
Overheidspersoneel. — Berekening van de pensioenen. — Percentages.
Agents des services publics. — Calculs des pensions. — Taux.
Het overheidspersoneel wordt geacht een pensioen te ontvangen dat gelijk is aan 75 % van het referentieloon, dat wil zeggen het gemiddeld loon dat de laatste vijf jaar van de loopbaan werd uitbetaald.
Les agents des services publics sont réputés percevoir une pension égale à 75 % du traitement de référence, c’est-à-dire du salaire moyen liquidé durant les cinq dernières années d’activité.
Het percentage van 75 % is echter enkel van toepassing als de verhouding tussen de voor de berekening van het pensioen in aanmerking genomen activiteitsduur en het voor het betrokken geval van toepassing zijnde « tantième » eveneens gelijk is aan 75 %.
Le pourcentage de 75 % ne vaut toutefois que si le rapport entre la durée d’activité prise en considération pour le calcul de la pension et le « tantième » applicable au cas considéré est lui-même égal à 75 %.
In de praktijk komen de berekeningen van de pensioenen vaak uit op een percentage dat lager ligt dan 75 %, met name wanneer de betrokkene een ontoereikend aantal dienstjaren heeft of een tijd lang arbeidsongeschikt was.
Dans la pratique, les calculs de pensions donnent bien souvent un taux inférieur à 75 % notamment en cas d’insuffisance d’années de services ou d’inaptitude physique.
1. Hoeveel pensioenen worden ten laste van de Schatkist aan voormalige leden van het overheidspersoneel uitbetaald (overlevingspensioenen niet inbegrepen) ?
1. Quel est le nombre total de pensions liquidées à charge du Trésor public aux anciens agents des services publics (pensions de survie non comprises) ?
2. Hoeveel bedraagt het gemiddeld percentage van al die pensioenen ?
2. Quel est le taux moyen de toutes ces pensions ?
3. Wat is het aantal pensioenen per percentage gaande van 50 tot 75 % ?
3. Quel est le nombre de pensions par pour cent de taux allant de 50 à 75 % ?
4. Wat is het totaal aantal pensioenen waarvan het percentage minder dan 50 % bedraagt ?
4. Quel est le nombre global de pensions dont le taux est inférieur à 50 % ?
Antwoord : In antwoord op zijn vraag heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Réponse : En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
1. In totaal werden, eind februari en begin maart 2000, 218 174 rustpensioenen uitbetaald ten laste van
1. Au total, pour la mensualité liquidée soit fin février soit début mars 2000, 218 174 pensions de
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3617
de Openbare Schatkist. De rustpensioenen van de gewezen kaders in Afrika zijn in dit aantal niet inbegrepen, aangezien de meeste van de momenteel lopende pensioenen slechts werden toegekend voor een beperkte loopbaan. Daarentegen zijn de pensioenen ten laste van de Pool der parastatalen wel inbegrepen, vermits zij deel uitmaken van de Algemene Uitgavenbegroting. 2. Het gemiddeld bruto-maandbedrag van al deze pensioenen bedraagt op die datum 66 230 frank. Dit bedrag omvat desgevallend het supplement dat toegekend wordt in het kader van het gewaarborgd minimumpensioen. 3 en 4. De tabel in bijlage geeft de verdeling aan van het aantal pensioenen volgens de perequatiecoe¨fficie¨nt, begrepen tussen 50 en 75 % of beneden de 50 %. Deze coe¨fficie¨nt geeft de verhouding weer tussen het oorspronkelijk nominaal bedrag van het pensioen en de maximumwedde verbonden aan de laatste graad van het gewezen personeelslid in de weddeschalen van kracht op het ogenblik dat het pensioen is ingegaan (wet van 9 juli 1969, artikel 12, § 1). Er dient te worden opgemerkt dat er zich tussen de gepensioneerden, voor wie dit percentage beneden de 50 % ligt, onder andere de rechthebbenden op een pensioen voor een bijambt vooral in het onderwijs bevinden, die dit pensioen cumuleren met een pensioen voor een hoofdambt, de rechthebbenden op een uitgesteld pensioen, de rechthebbenden op een pensioen wegens lichamelijke ongeschiktheid na een klein aantal dienstjaren, ...
retraite ont été payées à charge du Trésor public. Les pensions de retraite des anciens cadres d’Afrique ne sont pas comprises dans ce nombre, étant donné que le plus grand nombre de ces pensions en cours actuellement ne sont accordées que pour des courtes carrières. Par contre, les pensions à charge du Pool des parastataux y sont intégrées, étant donné qu’elles sont reprises au budget général des Dépenses. ` cette date, le montant mensuel brut moyen de 2. A toutes ces pensions s’élève à 66 230 francs, ce dernier montant comprenant, le cas échéant, le supplément accordé dans le cadre du montant minimum garanti. 3 et 4. Le tableau en annexe donne la répartition du nombre de ces pensions selon le coefficient de péréquation compris entre 50 et 75 % ou inférieur à 50 %. Ce coefficient représente le rapport entre le montant nominal initial de la pension et le traitement maximum attaché au dernier grade de l’ancien agent, exprimé dans les échelles barémiques en vigueur au moment de la prise de cours de la pension (loi du 9 juillet 1969, article 12, § 1er). Il est à noter que parmi les pensionnés pour lesquels ce coefficient est inférieur à 50 %, se retrouvent notamment les bénéficiaires d’une pension pour fonction accessoire essentiellement dans l’enseignement qui cumulent une telle pension avec celle accordée pour leur fonction principale, les bénéficiaires d’une pension différée, les bénéficiaires d’une pension pour inaptitude acquise après un petit nombre d’années de service, ...
Perequatiecoe¨fficie¨nt
Aantal pensioenen
Coefficient de péréquation
Nombre de pensions
50 % 51 % 52 % 53 % 54 % 55 % 56 % 57 % 58 % 59 % 60 % 61 % 62 % 63 % 64 % 65 % 66 % 67 % 68 % 69 % 70 % 71 %
1 594 1 684 1 778 1 843 1 986 2 095 2 296 2 529 2 826 3 015 3 383 3 789 4 502 5 229 5 684 6 435 6 839 7 646 7 755 7 980 7 866 8 231
50 % 51 % 52 % 53 % 54 % 55 % 56 % 57 % 58 % 59 % 60 % 61 % 62 % 63 % 64 % 65 % 66 % 67 % 68 % 69 % 70 % 71 %
1 594 1 684 1 778 1 843 1 986 2 095 2 296 2 529 2 826 3 015 3 383 3 789 4 502 5 229 5 684 6 435 6 839 7 646 7 755 7 980 7 866 8 231
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3618
Perequatiecoe¨fficie¨nt
Aantal pensioenen
Coefficient de péréquation
Nombre de pensions
72 % 73 % 74 % 75 % en meer minder dan 50 %
8 207 8 065 9 253 40 143 55 521
72 % 73 % 74 % 75 % et plus moins de 50 %
8 207 8 065 9 253 40 143 55 521
Totaal .....................................
218 174
Total ......................................
218 174
Minister van Landsverdediging
Ministre de la Défense
DO 1999200000519
DO 1999200000519
Vraag nr. 43 van mevrouw Simonne Creyf van 13 januari 2000 (N.) : Publieke dienstverlening van de administratie. Wanneer kan het publiek uw administraties voor de publieke dienstverlening bezoeken ?
Question no 43 de Mme Simonne Creyf du 13 janvier 2000 (N.) : Services publics offerts par l’administration. Quand le public peut-il se rendre dans vos administrations pour y bénéficier des services publics qu’elles offrent ? Je songe en l’espèce à toutes les administrations, c’est-à-dire aussi aux organismes et entreprises publics qui dépendent de vous et de la bibliothèque et/ou des centres de documentation de vos administrations. Réponse : Je prie l’honorable membre de trouver ciaprès la réponse à ses questions.
Het gaat hier om alle administraties, dus ook de openbare instellingen en bedrijven die van u afhangen evenals ook bijvoorbeeld de bibliotheek en/of documentatiecentra van uw administraties. Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen. 1. De diensten van Landverdediging toegankelijk voor het publiek zijn de volgende : Benaming — Dénomination a) CHD/CDH : Het Centrum voor historische documentatie. — Le Centre de documentation historique :
b) APDB : De centrale bibliotheek van Landsverdediging. — La bibliothèque centrale de la Défense nationale :
Adres — Adresse
1. Les services de la Défense nationale ouverts au public sont :
Openingsuren — Heures d’ouverture
Opmerkingen — Remarques
Kwartier Koningin Elisabeth Blok 6 Bis 1140 Brussel/ Quartier Reine E´lisabeth Bloc 6 Bis 1140 Bruxelles 02/701 43 34
Ma, Wo, Vr Lu, Me, Ve van/de 9 h tot/à 16 h
Een voorafgaandelijke contactname met de dienst is vereist. — Un contact préalable avec le service est nécessaire.
Kwartier Koningin Elisabeth Blok 6 1140 Brussel/ Quartier Reine E´lisabeth Bloc 6 1140 Bruxelles 02/701 44 71
Ma, Di, Wo, Do, Vr Lu, Ma, Me, Je, Ve van/de 8 h tot/à 15.45 h
Een voorafgaandelijke contactname met de dienst is niet vereist. — Un contact préalable avec le service n’est pas nécessaire.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3619
Benaming — Dénomination
Adres — Adresse
c) KLM/MRA : Het Koninklijk Leger- Jubelpark 3 museum. — Le Musée 1000 Brussel/ royal de l’Armée : Cinquantenaire 3 1000 Bruxelles 02/737 78 33
d) DTT/SAT : De dienst technologische toepassingen van de Landmacht. — Le service des applications technologiques de la Force terrestre :
Openingsuren — Heures d’ouverture
Ma, Di, Wo, Do, Vr, Za, Zo Lu, Ma, Me, Je, Ve, Sa, Di van/de 9 h tot/à 12 h en van/et de 13 h tot/à 16.30 h
Kwartier Majoor Housiau Martelarenstraat, 181 1800 Peutie 02/255 58 30
Alle diensten van het KLM staan open voor het publiek. — Tous les services du MRA sont ouverts au public.
Andere ministeries of Belgische bedrijven kunnen een beroep doen op de DTT voor het uitvoeren van technische testen (bijvoorbeeld berekening van de stralingsgraden bij een mogelijk nucleair transport). Een voorafgaandelijke contactname, via GSRL, is noodzakelijk (02/701 33 84). — D’autres ministères ou l’industrie belge peuvent faire appel au SAT pour exécuter des essais techniques (par exemple mesurer les niveaux de radiation dans le cadre d’un transport possible de matières radioactives). Un contact préalable, via GSRL, est nécessaire (02/701 33 84).
e) SID : Informatie-dienst. — Kwartier Koningin Service de l’informa- Elisabeth tion : Blok 5 1140 Brussel/ Quartier Reine E´lisabeth Bloc 5 1140 Bruxelles 02/701 39 55
JSP/OCM : Centrale dienst van het Kwartier Koningin stamboek. — Office Elisabeth central de la matricule : Blok 6 C 1140 Brussel/ Quartier Reine E´lisabeth Bloc 6 C 1140 Bruxelles 02/701 45 29 g) KMS/ERM : Koninklijke Militaire Renaissancelaan 30 School. — E´cole royale 1040 Brussel/ militaire : Av. de la Renaissance 30 1040 Bruxelles 02/737 63 06
Opmerkingen — Remarques
Kan bezocht worden voor het consulteren van de MediaDoc (databank van persartikels over de Krijgsmacht). Is in principe alleen toegankelijk voor militairen. Een schriftelijke aanvraag aan de directeur SID kan opgemaakt worden. Na zijn toelating kan de MediaDoc geraadpleegd worden. — Peut être visité pour la consultation des Doc Média (banque de données des articles de presse au sujet de l’Armée). Est en principe seulement accessible pour militaires. Une demande écrite peut être adressée au directeur SID. En cas d’autorisation, il n’y a pas de problèmes pour consulter les Doc Média.
f)
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Ma, Di, Wo, Do, Vr Lu, Ma, Me, Je, Ve van/de 9 h tot/à 12 h en van/et de 13 h tot/à 15.30 h
Deze dienst kan door iedereen worden geraadpleegd voor het gratis bekomen van attesten, brevetten, enz. Een afspraak is noodzakelijk. — Il est loisible à toute personne de s’adresser à ce service pour obtenir gratuitement attestations, brevets, etc. La prise d’un rendez-vous est nécessaire. De labo’s van de school kunnen worden geraadpleegd voor het uitvoeren van bepaalde testen (scheikunde, bouwkunde, ...). Een voorafgaand contact is noodzakelijk. — Les labos de l’école peuvent être consultés pour l’exécution de certains tests (chimie, construction, ...). La prise d’un contact préalable est nécessaire.
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
464
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3620
Benaming — Dénomination
Adres — Adresse
h) Inforsermi : De verschillende Info- 0800-14936 (groen sermi-centra. — Les nummer/numéro vert) différents centres d’Infosermi : i)
j)
CDPLM/CDPFT : Het Centrum voor didactische productie van de Landmacht. — Le Centre de production didactique de la Force terrestre : Nationaal Geografisch Instituut. — Institut géographique national :
k) CDSCA. — OCASC :
l)
Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oud-strijders en oorlogslachtoffers. — Institut national de invalides de guerre, anciens combattants et victimes de guerre :
Openingsuren — Heures d’ouverture
Opmerkingen — Remarques
Ma, Di, Wo, Do, Vr Lu, Ma, Me, Je, Ve van/de 9 h tot/à 17 h Za/Sa van/de 9 h tot/à 12 h
Martelarenstraat 181 1800 Peutie 02/255 58 30
Abdij ter Kameren 13 1000 Brussel/ Abbaye de la Cambre 13 1000 Bruxelles Steenweg op Leuven 392 1030 Brussel/ Chaussée de Louvain 392 1030 Bruxelles
Koningstraat 139-141 1000 Brussel/ Rue Royale 139-141 1000 Bruxelles
Kan bezocht worden voor het ontlenen van beeldmateriaal. De toestemming van GSIRP is noodzakelijk (02/701 34 43). — Peut être visité pour emprunter des images. L’approbation de GS-IRP est nécessaire (02/701 34 43). Ma, Vr Lu, Ve van/de 9 h tot/à 17 h Ma, Do Lu, Je van/de 8.30 h tot/à 12.30 h en van/et de 13.30 h tot/à 16.30 h Vr/Ve van/de 8.30 h tot/à 12.30 h en van/et de 13.30 h tot/à 16 h Ma, Vr Lu, Ve van/de 8.30 h tot/à 12.30 h en van/et de 13.30 h tot/à 16.30 h
2. Bij een bezoek aan militaire installaties dienen steeds de geldende veiligheidsrichtlijnen in acht te worden genomen.
2. Lors d’une visite à des installations militaires, les règles de sécurité en vigueur doivent toujours être appliquées.
Minister van Justitie
Ministre de la Justice
DO 1999200001023
DO 1999200001023
Vraag nr. 192 van de heer Ferdy Willems van 3 april 2000 (N.) : Rwandatribunaal. — Arrestatie van generaal Ndindiliyiamana. Generaal Ndindiliyiamana is gearresteerd in Belgie¨ op aanvraag van de procureur van het Rwandatribunaal.
Question no 192 de M. Ferdy Willems du 3 avril 2000 (N.) : Tribunal pour le Rwanda. — Arrestation du général Ndindiliyiamana. Le général Ndindiliyiamana a été arrêté en Belgique à la demande du procureur du tribunal pour le Rwanda.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3621
1. Waarom is er achter de gerechtelijke procedure op aanvraag van generaal Ndindiliyiamana nooit spoed gezet ondanks het feit dat de generaal altijd de wens heeft betuigd om te worden gehoord en te worden beoordeeld door Belgische rechters ?
1. Pourquoi aucune suite n’a-t-elle jamais été donnée à la procédure judiciaire ouverte à la demande du général Ndindiliyiamana qui a toujours exprimé le souhait d’être entendu et jugé par des juges belges ?
2. Hoe is het politiek te verantwoorden dat de voorzitter van de Belgische parlementaire onderzoekscommissie met betrekking tot de moord van de 10 Belgische Blauwhelmen het nooit heeft nodig geacht om de generaal te horen ondanks het feit dat de generaal een geschreven verzoek daartoe indiende evenals een belangrijk ooggetuige heeft ?
2. Comment peut-on justifier politiquement que le président de la commission d’enquête parlementaire belge concernant l’assassinat des 10 paras belges n’a jamais estimé devoir entendre le général, malgré la demande écrite introduite par ce dernier et le fait qu’il dit avoir un témoin oculaire important ?
3. a) Is het waar dat minister Claes persoonlijk is tussengekomen om de aankomst van generaal Ndindiliyiamana in Belgie¨ te organiseren ?
3. a) Est-il exact que le ministre Claes est intervenu personnellement pour organiser l’arrivée en Belgique du général Ndindiliyiamana ?
b) Indien ja, was dit niet als een tegemoetkoming voor zijn houding tijdens de gebeurtenissen eind 1993-begin 1994, toen hij samenwerkte met troepen van de Verenigde Naties, in het bijzonder met kolonel Marchal en generaal Dallaire, die hem hoog inschatten ?
b) Dans l’affirmative, s’agissait-il de la contrepartie de l’attitude que le général avait adoptée lors des événements de fin 1993-début 1994 en coopérant avec les troupes des Nations unies et notamment avec le colonel Marchal et le général Dallaire, qui le tenaient en haute estime ?
4. a) Welke positie neemt de Belgische regering in tegenover de vraag tot uitlevering van een geprivilegieerd ooggetuige van de gebeurtenissen in 1994, aan wie men het statuut van politiek vluchteling heeft toegekend op basis van een lange en nauwkeurige procedure voor de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen ?
4. a) Quelle attitude la Belgique adoptera-t-elle par rapport à la demande d’extradition d’un témoin oculaire privilégié des événements de 1994 qui a obtenu le statut de réfugié politique à l’issue d’une longue procédure devant la Commission permanente de recours pour les réfugiés ?
b) Deze beslissing heeft de aanklagers van generaal Ndindiliyiamana verward en op het eerste zicht doen uitschijnen dat hij vreemd is van de aanklachten tegen hem. Voorziet de Belgische regering in geen voorstel tot de vrije verschijning van de generaal voor het Arushatribunaal ?
b) Cette décision a semé la confusion parmi les auteurs de la plainte à l’encontre du général Ndindiliyiamana en donnant à penser à première vue, qu’il serait étranger aux griefs exprimés à son propos. Le gouvernement belge ne pense-t-il pas proposer que le général comparaisse librement devant le tribunal d’Arusha ?
5. Wil de regering toelichten of de arrestatie van generaal Ndindiliyiamana het enige onderwerp is geweest van de besprekingen tussen de minister van Buitenlandse Zaken en mevrouw C. Del Ponte, evenals met de rechters van Arusha ?
5. L’arrestation du général Ndindiliyiamana a-t-elle constitué le seul thème des entretiens que le ministre des Affaires étrangères a eus avec Mme C. Del Ponte, ainsi qu’avec les juges d’Arusha ?
6. Generaal Ndindiliyiamana heeft altijd gezegd 11 lijken te hebben geteld in het dodenhuis van Kigali in plaats van de 10 officieel erkende.
6. Le général Ndindiliyiamana a toujours affirmé avoir dénombré 11 corps à Kigali au lieu des 10 officiellement reconnus.
a) Wat is de positie van oud-minister Delcroix over deze bevestiging ?
a) Quelle explication l’ex-ministre Delcroix fournit-il à ce propos ?
b) Is daar een onderzoek in dit verband ?
b) Une enquête est-elle en cours ?
Antwoord :
Réponse :
1. De behandeling van de dossiers Rwanda werd enorm bemoeilijkt door een aantal elementen :
1. Une série d’éléments ont compliqué considérablement le traitement des dossiers Rwanda :
— de enorme omvang van de dossiers;
— le volume énorme des dossiers;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3622
— de enorme complexiteit van de dossiers : dit geldt zowel op het vlak van de veelheid aan feiten, als aan de juridische moeilijkheden die in deze dossiers rijzen, zoals de toepasselijkheid van de wet van 16 juni 1993 betreffende de bestraffing van ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, de bewijsvoering, de problematiek van de imputabiliteit van de feiten aan bepaalde personen, ...;
— l’extrême complexité des dossiers, tant du point de vue de la multiplicité des faits que du point de vue des difficultés juridiques qui s’y posent, telles que l’applicabilité de la loi du 16 juin 1993 relative à la répression des violations graves du droit international humanitaire, l’administration de la preuve, la problématique de l’imputabilité des faits à certaines personnes, ...;
— de onduidelijke houding van het TPIR : dit tribunaal heeft zich aan verschillende dossiers geı¨nteresseerd en heeft er sommige van overgenomen. In andere gevallen heeft het TPIR « officieus » laten weten dat het zich aan de genomen beslissingen vasthoudt;
— l’attitude peu claire du TPR : ce tribunal s’est intéressé à plusieurs dossiers et a décidé de se charger de certains d’entre eux. Dans d’autres cas, le TPR a fait savoir « officieusement » qu’il adhérait aux décisions prises;
— de frequente toevloed van brieven, klachten en aangiften van verscheidene instanties en particulieren, die met zich meebrengt dat alle Rwandadossiers constant in beweging bleven.
— l’afflux fréquent de lettres, plaintes et dénonciations émanant de diverses instances et de particuliers, qui fait que tous les dossiers Rwanda sont en constante évolution.
De dossiers zijn bovendien dikwijls met elkaar verweven en het was alleszins nodig om alle dossiers volledig te lezen, niet alleen om dat bepaalde dossier op te lossen, maar ook om de verbanden met andere procedures vast te leggen of eventuele andere procedures op te starten. Wat meer bepaald het dossier Ndindilyiamana betreft, die alhier in beschuldiging werd gesteld, heeft het TPIR zich reeds een paar jaar geleden aan dit dossier geı¨nteresseerd, en bekwam een officieuze kopie. De behandeling door het TPIR heeft steeds voorrang boven de procedures die gevoerd worden in de Staten die dit tribunaal erkend hebben.
En outre, les dossiers sont souvent imbriqués et il était de toute manière nécessaire de lire chaque dossier dans son intégralité, non seulement pour traiter ce dossier, mais également pour établir les liens avec d’autres procédures ou en engager éventuellement de nouvelles. En ce qui concerne plus particulièrement le dossier du général Ndindiliyiamana, qui a été mis en accusation en Belgique, le TPR s’est déjà intéressé à ce dossier il y a quelques années et en a obtenu une copie officieuse. Les procédures engagées par le TPR sont toujours prioritaires par rapport aux procédures engagées dans les E´tats ayant reconnu ce tribunal. ` la fin du mois de janvier 2000, le TPR a A demandé l’arrestation et le transfert de l’intéressé. Quoique la procédure judiciaire fût terminée, le transfert n’a provisoirement pu avoir lieu, la personne réclamée devant encore être entendue par la Cour de cassation dans le cadre de la demande du TPR visant à dessaisir la justice belge de l’affaire. Finalement, l’intéressé a été transféré au siège du TPR le 22 avril 2000.
Eind januari 2000 vroeg het TPIR de aanhouding en de overbrenging van de betrokkene. Hoewel de gerechtelijke procedure was afgerond kon de overbrenging voorlopig niet plaatsvinden gezien de opgee¨iste persoon nog door het Hof van Cassatie diende verhoord te worden in het kader van het verzoek van het TPIR tot onttrekking van de zaak aan het Belgisch gerecht. Tenslotte werd de betrokkene op 22 april 2000 overgebracht naar de zetel van het TPIR. 2 en 3. Het lijkt evident dat de minister van Justitie niet vermag te antwoorden op vragen die gericht worden tot andere personaliteiten en gezagdragers dan hemzelf.
2 et 3. Il semble évident que le ministre de la Justice ne peut répondre à des questions adressées à d’autres personnalités et à d’autres autorités que lui-même.
4. a) Het bekomen van het statuut van politiek vluchteling heeft enkel tot gevolg dat de betrokkene niet mag worden uitgewezen, uitgeleverd of overgebracht naar zijn land van oorsprong, wat hier niet het geval is.
4. a) L’obtention de statut de réfugié politique implique seulement que l’intéressé ne peut plus être expulsé, extradé ou transféré vers son pays d’origine, ce qui n’est pas le cas ici.
b) De vrije verschijning van de betrokkene kan niet gegarandeerd worden.
b) La comparution libre de l’intéressé ne peut être garantie.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3623
Indien een verzoek tot aanhouding en overbrenging van het TPIR ontvangen wordt dient de procedure te worden gevolgd opgelegd door het statuut en het rechtsplegings- en bewijsvoeringsreglement van het TPIR alsmede door de wet van 22 maart 1996 betreffende de erkenning van en de samenwerking met het Internationaal Tribunaal voor voormalig Joegoslavie¨ en het Internationaal Tribunaal voor Rwanda.
Si le TPR introduit une demande d’arrestation et de transfert, il convient de suivre la procédure prévue par le statut et le règlement du TPR relatif à la procédure et à l’administration de la preuve, ainsi que par la loi du 22 mars 1996 relative à la reconnaissance du Tribunal international pour l’ex-Yougoslavie et du Tribunal international pour le Rwanda, et à la coopération avec ces tribunaux.
5. De aanhouding van de generaal was het gevolg van het verzoek van de autoriteiten van het TPIR gericht aan de minister van Justitie, die, naar luidt van artikel 5, van de wet van 22 maart 1996 betreffende de erkenning van en de samenwerking met het Internationaal Tribunaal voor voormalig Joegoslavie¨ en het Internationaal Tribunaal voor Rwanda, de centrale autoriteit is die bevoegd is verzoeken om gerechtelijke samenwerking uitgaande van het tribunaal in ontvangst te nemen en verder op te volgen.
5. L’arrestation du général résultait de la requête adressée par les autorités du TPR au ministre de la Justice. Ce dernier, conformément à l’article 5, de la loi du 22 mars 1996 relative à la reconnaissance et à la coopération avec le Tribunal international pour l’exYougoslavie et le Tribunal international pour le Rwanda et à la coopération avec ces tribunaux, est l’autorité centrale compétente pour recevoir et donner suite aux requêtes d’entraide judiciaire émanant du tribunal.
6. Zie punten 2 en 3.
6. Voir les points 2 et 3.
DO 1999200011084
DO 1999200011084
Vraag nr. 201 van de heer Bart Laeremans van 14 april 2000 (N.) :
Question no 201 de M. Bart Laeremans du 14 avril 2000 (N.) :
Naturalisaties. — Aantal volgens verschillende procedures.
Naturalisations. — Nombre en fonction des différentes procédures.
In antwoord op mijn vraag nr. 149 van 1 februari 2000 gaf u het aantal naturalisaties weer voor de jaren 1998 en 1999 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 19992000, nr. 26, blz. 3037).
En réponse à ma question no 149 du 1er février 2000, vous avez indiqué le nombre des naturalisations pour les années 1998 et 1999 (Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 26, p. 3037).
Is het mogelijk voor dezelfde jaren en uitgesplitst per gewest tevens het aantal nationaliteitsverwervingen te geven op basis van de volgende procedures :
Je souhaiterais, pour ces mêmes années, connaıˆtre le nombre de naturalisations par région, en fonction des procédures suivantes :
1. artikel 11bis van het Wetboek van nationaliteit (verklaring door de ouders);
1. article 11bis du Code de la nationalité (déclaration des parents);
2. artikel 12bis van het Wetboek van nationaliteit (nationaliteitsverklaring);
2. article 12bis du Code de la nationalité (déclaration de nationalité);
3. artikel 13 van het Wetboek van nationaliteit (nationaliteitskeuze voor jongeren);
3. article 13 du Code de la nationalité (choix de la nationalité pour les jeunes);
4. artikel 16 van het Wetboek van nationaliteit (nationaliteitskeuze voor gehuwden);
4. article 16 du Code de la nationalité (choix de la nationalité en cas de mariage);
5. artikel 24 van het Wetboek van nationaliteit (herkrijging van de nationaliteit) ?
5. article 24 du Code de la nationalité (recouvrement de la nationalité) ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna een tabel te willen vinden met het aantal personen dat de Belgische nationaliteit verwierf in de jaren 1998 en 1999 volgens de door hem aangehaalde procedures.
Réponse : L’honorable membre trouvera ci-dessous un tableau reprenant le nombre de personnes ayant obtenu la nationalité belge durant les années 1998 et 1999 selon les différentes procédures citées par lui.
De cijfers waarover ik beschik zijn niet uitgesplitst per gewest en niet volledig. Voor 1998 ontbreken voor
Les chiffres dont je dispose ne sont pas ventilés par région et sont incomplets. En ce qui concerne l’année
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3624
het volledige jaar de cijfers van het rechtsgebied van hof van beroep te Brussel en voor het 3e en 4e trimester de cijfers van het rechtsgebied van het hof van beroep te Bergen. Voor 1999 ontbreken de cijfers voor het volledige jaar van het rechtsgebied van het hof van beroep te Brussel en te Bergen. 1998 (1)
1999 (2)
1 007
1 111
3 114
2 463
236
213
2 255 32
1 997 45
11bis WBN (verklaring door de ouders) ........................................... 12bis WBN (nationaliteitsverklaring) 13 WBN (nationaliteitskeuze door de jongeren) ........................................ 16 WBN (nationaliteitskeuze/huwelijk) ................................................. 24 WBN (herkrijging) .....................
1998, les chiffres du ressort de la cour d’appel de Bruxelles manquent pour la totalité de l’année et ceux du ressort de la cour d’appel de Mons pour les 3e et 4e trimestres. Quant à l’année 1999, l’ensemble des chiffres des ressorts de la cour d’appel de Bruxelles et de la cour d’appel de Mons font défaut.
11bis CNB (déclaration par les parents) .......................................... 12bis CNB (déclaration de nationalité) ................................................. 13 CNB (option de nationalité des jeunes) ............................................ 16 CNB (option de nationalité/ mariage) ......................................... 24 CNB (recouvrement) ..................
1998 (1)
1999 (2)
1 007
1 111
3 114
2 463
236
213
2 255 32
1 997 45
(1) Exclusief de cijfers van het rechtsgebied van het hof van beroep te Brussel en de cijfers voor het 3e en 4e trimester van het rechtsgebied van het hof van beroep te Bergen. (2) Exclusief de cijfers van het rechtsgebied van het hof van beroep te Brussel en te Bergen.
` l’exclusion des chiffres du ressort de la cour d’appel de (1) A Bruxelles et des chiffres des 3e et 4e trimestres du ressort de la cour d’appel de Mons. ` l’exclusion des chiffres du ressort de la cour d’appel de (2) A Bruxelles et du ressort de la cour d’appel de Mons.
Minister van Financie¨n
Ministre des Finances
DO 0000199950092
DO 0000199950092
Vraag nr. 13 van mevrouw Annemie Van de Casteele van 1 september 1999 (N.) :
Question no 13 de Mme Annemie Van de Casteele du 1er septembre 1999 (N.) :
Belastingvoordelen. — Onderzoek.
Avantages fiscaux. — Enquête.
De administratie der Directe Belastingen heeft steeds aanvaard dat een voordeel, van welke aard dan ook, dat door een onderneming aan een werknemer en dergelijke wordt toegestaan, aan de verkrijger slechts doorberekend wordt na de afsluiting van het boekjaar, nadat de belastingambtenaar het bestaan van betreffend voordeel heeft vastgesteld.
L’administration des Contributions directes a toujours admis qu’un avantage de toute nature accordé par les entreprises à leurs employés ne soit imputé aux bénéficiaires qu’après la cloˆture de l’exercice comptable, lorsque le fonctionnaire du fisc a établi l’existence de l’avantage en question.
In maart 1996 heeft de toenmalige minister van Financie¨n verklaard dat de administratie zou onderzoeken of van die regel niet systematisch misbruik wordt gemaakt.
En mars 1996, le ministre des Finances avait déclaré que l’administration vérifierait si cette règle ne donne pas lieu à des abus systématiques.
Is dat onderzoek reeds bee¨indigd, en zo ja, is betreffende regel gewijzigd of zal hij eerlang gewijzigd worden ?
L’étude est-elle terminée, et dans l’affirmative, la règle visée est ou sera-t-elle modifiée dans un proche avenir ?
Antwoord : Uit dat onderzoek is gebleken dat er geen reden is om terug te komen op de door het
Réponse : Au terme de cet examen, il apparaıˆt qu’il n’y pas lieu de revenir sur la pratique rappelée par
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3625
geachte lid aangehaalde administratieve praktijk. Bijgevolg aanvaardt mijn administratie dat de boeking door een vennootschap van het bedrag van het voordeel van alle aard dat zij heeft verleend, wordt gedaan na de afsluiting van het boekjaar op het credit van haar resultatenrekening en op het debet van een rekening geopend op naam van de verkrijger, wanneer het bedrag van het voordeel van alle aard dat aanvankelijk te goeder trouw werd vermeld op de daartoe voorziene fiche en opgave naar aanleiding van een onderzoek van de fiscale toestand van de vennootschapschuldenares wordt verhoogd.
l’honorable membre. Mon administration accepte par conséquent que la comptabilisation, par une société, au crédit de son résultat et au débit d’un compte ouvert au nom du bénéficiaire, du montant de l’avantage de toute nature qu’elle a accordé, soit effectuée après la cloˆture de l’exercice comptable lorsque le montant de l’avantage de toute nature initialement renseigné de bonne foi sur les fiche et relevé adéquats est revu à la hausse à l’occasion de l’examen de la situation fiscale de la société débitrice.
Evenwel zal de administratie de voormelde soepele houding niet innemen in de gevallen waarbij de betrokken vennootschap, bij de vervulling van haar fiscale verplichtingen, systematisch nalaat rekening te houden met de verleende voordelen, en enkel naar aanleiding van het onderzoek van haar fiscale toestand deze nalatigheid tracht recht te zetten op de hierboven beschreven wijze.
En revanche, l’administration ne fera pas preuve de tolérance dans les cas où la société concernée néglige systématiquement, lors de l’accomplissement de ses obligations fiscales, de tenir compte des avantages accordés, et ne cherche à rectifier cette négligence, de la manière décrite ci-dessus, qu’à l’occasion de l’examen de sa situation fiscale.
DO 1999200000060
DO 1999200000060
Vraag nr. 88 van de heer Thierry Giet van 19 oktober 1999 (Fr.) :
Question no 88 de M. Thierry Giet du 19 octobre 1999 (Fr.) :
Lokale afdelingen van een politieke partij. — Organisatie van een toeristische rally-wandeling. — Taks op spelen en weddenschappen.
Sections locales d’un parti politique. — Organisation d’un rallye touristique-promenade. — Taxe sur jeux et paris.
De financie¨le verslagen van de politieke partijen en hun VZW’s worden jaarlijks ter controle overgezonden aan de Controlecommissie voor de politieke partijen, die uit bedrijfsrevisoren bestaat.
Les rapports financiers des partis politiques ainsi que leurs ASBL sont soumis annuellement pour examen à la Commission de controˆle des partis politiques, laquelle étant constituée de réviseurs d’entreprises.
Conform artikel 24 van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, moeten de voormelde financie¨le verslagen door de Controlecommissie worden goedgekeurd. Een politieke partij (PRL, E´colo, PS, PSC, ...) moet als zodanig geen belastingaangifte indienen en valt dus noch onder de rechtspersonenbelasting, noch onder de vennootschapsbelasting, noch onder de personenbelasting, noch onder de belasting van niet-inwoners.
Conformément au prescrit de l’article 24 de la loi du 4 juillet 1989 relative à la limitation et au controˆle des dépenses électorales engagées pour les élections des chambres fédérales, ainsi qu’au financement et à la comptabilité ouverte des partis politiques, les rapports financiers susvisés doivent être soumis à l’approbation de la commission de controˆle. Un parti politique en tant que tel (PRL, E´colo, PS, PSC, ...) n’est pas tenu de souscrire de déclaration fiscale tant à l’impoˆt des personnes morales qu’à l’impoˆt des sociétés et encore moins à celui des personnes physiques ni à celui des non-résidents.
1. Krachtens welke wetgeving is een lokale afdeling van een politieke partij die rechtstreeks voor rekening van de partij een toeristische rally-wandeling organiseert tijdens welke een vragenlijst over de dorpen of bezienswaardigheden op de route kan worden ingevuld, de taks op de spelen en weddenschappen van 15 % in Vlaanderen en 11 % in het Waalse Gewest verschuldigd ?
1. En vertu de quelle législation une section locale d’un parti politique organisant pour le compte direct de ce dernier un rallye touristique — promenade avec en agrément un questionnaire d’observation concernant les villages traversés ou sites visités — est-elle redevable de la taxe sur jeux et paris de 15 % en Région flamande et de 11 % en Région wallonne ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3626
Dat soort van activiteit kan trouwens, gelet op het inschrijvingsgeld dat niet meer dan 250 frank bedraagt, als « volksvermaak » worden bestempeld.
De plus, ce genre d’activité peut être qualifiée de « divertissements populaires » en tenant également compte que le droit d’inscription ne dépasse pas 250 francs.
2. In hoeverre kunnen de organisatiekosten (huur van een zaal, verzekeringen, enz.) en de kosten voor de aanschaf van de bescheiden prijzen waarmee de beste deelnemers worden bedacht, afgetrokken worden van de mogelijke belastinggrondslag waarop de taks gebeurlijk zou worden geheven ?
2. Pourriez-vous également préciser dans quelles mesures les frais d’organisation (location de la salle, assurance, ...) ainsi que ceux inhérents à l’achat des récompenses destinées à remercier humblement les meilleurs participants peuvent être déductibles de l’éventuelle base imposable sur laquelle la taxe serait éventuellement due ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op zijn vragen.
Réponse : L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
1. Overeenkomstig artikel 43 van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WGB) zijn zowel de spelen als de weddenschappen onderworpen aan een belasting die geheven wordt op het brutobedrag van de in die spelen en weddenschappen ingezette sommen.
1. Conformément à l’article 43 du Code des taxes assimilées aux impoˆts sur les revenus (CTA), tant les jeux que les paris sont soumis à une taxe calculée sur le montant brut des sommes engagées dans ces jeux et ces paris.
In principe zijn alle spelen en weddenschappen onderworpen aan deze belasting met uitzondering van onder andere de volksvermakelijkheden (spelen of wedstrijden zoals bijvoorbeeld fiets-, motorfiets- en autokoersen, waaraan in hoofdzaak wordt deelgenomen voor het plezier verbonden aan de fysieke inspanning, de ontspanning of de mededinging en niet uit winstbejag) waarbij slechts inschrijvings- of deelnemingsrechten worden geheven, verdeeld in de vorm van prijzen of besteed aan de normale inrichtingskosten, voor zover het totale bedrag van deze rechten per dag en per persoon 250 frank niet te boven gaat.
En principe tous les jeux et paris sont assujettis à cette taxe, à l’exception, entre autres, des divertissements populaires (jeux ou concours comme, par exemple, les courses cyclistes, motocyclistes et automobiles auxquelles on participe essentiellement pour le plaisir de l’effort physique, du divertissement ou de la compétition et non par esprit de lucre) qui ne comportent que des droits d’inscription ou de participation répartis sous forme de prix ou affectés aux frais normaux d’organisation, pour autant que le montant total de ces droits ne dépasse pas 250 francs par jour et par personne.
In het kader van deze limiet inzake het totale bedrag van die rechten, moet ik wijzen op het feit dat voor het Vlaamse Gewest ingevolge artikel 2 van het decreet van 13 april 1999 houdende wijziging en opheffing van sommige bepalingen van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WGB)van belasting zijn vrijgesteld : « de volksvermakelijkheden, namelijk de wedstrijden en spelen waarbij slechts inschrijvings- of deelnemingsrechten worden geheven, die verdeeld worden in de vorm van prijzen waarvan de waarde niet meer bedraagt dan het tienvoudige van de inzet per deelnemer of die besteed worden aan de normale organisatiekosten, voorzover het totaal bedrag van de rechten per dag en per persoon 1 000 frank niet te boven gaat ». Artikel 4 van voormeld decreet bepaalt dat het decreet in werking treedt op 1 januari 2000.
Dans le cadre cette limite relative au montant total de ces droits, je me dois de vous informer du fait que pour la Région flamande, conformément à l’article 2 du décret du 13 avril 1999 modifiant et abrogeant certaines dispositions du Code des taxes assimilées aux impoˆts sur les revenus (CTA), ne sont pas soumis à la taxe : « les divertissements populaires, notamment les concours et jeux qui ne comportent que des droits d’inscription ou de participation répartis sous forme de prix dont la valeur ne dépasse pas le décuple de la mise par participant ou affectés aux frais normaux d’organisation, pour autant que le montant total de ces droits ne dépasse pas, par jour et par personne, 1 000 francs ». L’article 4 du décret précité précise que le décret entre en vigueur au 1er janvier 2000.
Voldoet een volksvermakelijkheid, in casu een autorally, echter niet aan één van de hiervoor opgesomde voorwaarden dan wordt de belasting geheven op het brutobedrag van de ingezette sommen, dat wil zeggen alle rechten en bijdragen die van de deelnemers worden gevraagd om deel te nemen of in te schrijven, zonder enige aftrek noch wegens kosten of lasten
Si un divertissement populaire, en l’espère un rallye automobile, ne remplit pas une des conditions énumérées ci-avant, la taxe est calculée sur le montant brut des sommes engagées, c’est-à-dire sur tous les droits et redevances qui sont demandés aux concurrents pour participer ou pour s’inscrire sans aucune déduction ni à titre de frais ou charges grevant l’enjeu supporté par
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3627
nopens de door de spelers gedragen inzet noch wegens uitgaven ten laste van de inrichters (publiciteitskosten, inrichtingskosten, kosten van verdeling van de prijzen, enz.).
les joueurs ni à titre de dépenses incombant aux organisateurs (frais de publicité, d’organisation, de répartition des prix, etc.).
Het algemeen tarief van de belasting is thans vastgesteld op 15 % voor het Vlaamse Gewest en op 11 % voor de twee andere gewesten.
Le taux général de la taxe est actuellement fixé à 15 % pour la Région flamande et 11 % pour les deux autres régions.
De belastingschuldige inzake spelen en weddenschappen wordt omschreven door artikel 51, WGB, en, in bepaalde gevallen, door artikel 52, WGB. Naar luid van de bewoordingen van artikel 51, WGB, is de belasting verschuldigd door elke persoon die, zelfs toevallig, hetzij voor eigen rekening, hetzij als tussenpersoon inzetten of inleggelden aanneemt.
Le redevable de la taxe en matière de jeux et paris est défini par l’arricle 51, CTA, et, dans certains cas, par l’article 52, CTA. Selon les termes de l’article 51, CTA, la taxe est due par toute personne qui, même occasionnellement, accepte des enjeux ou des mises soit pour compte personnel, soit à titre d’intermédaire.
De belastingschuldige is dus, in eerste instantie, de inrichter van de spelen en weddenschappen die voor eigen rekening handelt en, in tweede instantie, de persoon die, tussen de voormelde inrichter en de spelers, belast is voor rekening van de eerste, de inzetten en de inleggelden van de tweede in te zamelen.
Le redevable est donc, en premier lieu, l’organisateur des jeux et paris qui agit pour son compte personnel et, en second lieu, la personne qui, intervenant entre ledit organisateur et les joueurs, est chargée, pour le compte du premier de recueillir et d’accepter les mises ou enjeux des seconds.
Artikel 52, WGB, bepaalt : « Wanneer er, in private kringen of in andere lokalen, aan spel of aan weddenschappen wordt gedaan, derwijze dat niemand in het bijzonder ermede belast is de inzetten of inleggelden, hetzij voor eigen rekening, hetzij als tussenpersoon aan te nemen, rust de uitvoering van alle wettelijke voorschriften op de inrichters van de verrichtingen; worden als dusdanig beschouwd en zijn hoofdelijk de belasting verschuldigd, degenen die het lokaal of het materieel ter beschikking stellen van personen die aan spel of weddenschap doen. »
L’article 52, CTA, dispose que : « Lorsque dans des cercles privés ou dans d’autres locaux, des jeux ou paris sont pratiqués de manière que personne n’est spécialement chargé d’accepter les enjeux ou mises soit pour compte personnel, soit à titre d’intermédiaire, l’exécution de toutes les prescriptions légales incombe aux organisateurs des opérations; sont considérés comme tels et sont redevables solidaires de la taxe, ceux qui mettent le local ou le matériel à la disposition de personnes se livrant à des jeux ou paris. »
De bepalingen van artikel 52, WGB, zijn slechts van toepassing wanneer er aan spel of weddenschappen wordt gedaan, derwijze dat niemand in het bijzonder ermede belast is de inzetten of inleggelden, hetzij voor eigen rekening, hetzij als tussenpersoon aan te nemen (als er wel zo iemand is, dan is hij van ambtswege belastingplichtige overeenkomstig artikel 51, WGB).
Les dispositions de l’article 52, CTA ne trouvent leur application que dans l’éventualité où des jeux et paris sont pratiqués de manière que personne n’est spécialement chargé d’accepter les enjeux ou mises soit pour compte personnel, soit à titre d’intermédiaire (s’il y a quelqu’un, il est d’office redevable en vertu de l’article 51, CTA).
In zulk geval valt de uitvoering van alle wettelijke bepalingen, met inbegrip van de betaling van de belasting, ten laste van de in artikel 52, WGB, omschreven inrichters van de verrichtingen.
En pareil cas, l’exécution de toutes les prescriptions légales, y compris le paiement de la taxe, incombe, aux termes de l’article 52, CTA, aux organisateurs des opérations.
2. Zoals hierboven vermeld, wordt de belasting, indien deze verschuldigd is, geheven op het brutobedrag van de ingezette sommen, dat wil zeggen op alle rechten en bedragen die worden gevraagd om deel te nemen of in te schrijven, zonder enige aftrek noch wegens kosten of lasten nopens de door de spelers gedane inzet noch wegens uitgaven ten laste van de inrichters (publiciteitskosten, inrichtingskosten, kosten van verdeling van de prijzen, enz.).
2. Ainsi qu’indiqué précédemment, la taxe est établie, lorsqu’elle est due, sur le montant brut des sommes engagées, c’est-à-dire de tous les droits et montants qui sont réclamés pour la participation ou l’inscription, sans aucune déduction ni de frais ou charges inhérents à leur engagement ni de dépenses incombant à l’organisateur (frais de publicité, d’organisation, de répartition des prix, etc.).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
465
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3628
DO 1999200000243
DO 1999200000243
Vraag nr. 125 van de heer Lode Vanoost van 22 november 1999 (N.) :
Question no 125 de M. Lode Vanoost du 22 novembre 1999 (N.) :
Procedure voor registratie van erfenis bij overlijden.
Procédure d’enregistrement de l’héritage en cas de décès.
Het overlijden van een familielid is een traumatische gebeurtenis die een aantal administratieve mechanismen op gang brengt. Dat is onvermijdelijk en normaal.
Le décès d’un parent est un événement traumatisant qui enclenche une série de mécanismes administratifs. Cette procédure est inévitable et normale.
Voor de regeling van de erfenis voor de nabestaanden gebruikt de administratie van de BTW, Registratie en Domeinen standaardformulier 185. De inhoud en de bedoeling van de tekst is voor een leek moeilijk te begrijpen. Voor personen met een lagere scholing is de tekst zelfs helemaal onverstaanbaar. Op de achterzijde van dit formulier staat een « Voorlichting ». Dit is een taalkundig foutieve term, er moet « Inlichtingen » staan. In de tekst is tevens sprake van emolumenten, abattementen, prijscourant, fideı¨commis. Zo zijn er meermaals personen die niet begrijpen uit de tekst dat zij op de administratie een ander formulier moeten gaan invullen vo´o´r een bepaalde datum. Dit formulier, dat eigenlijk een blanco-papier is met enkel een hoofding, wordt hen immers niet opgestuurd. Op dit formulier moeten zij de erfenis omschrijven en de waarde ervan bepalen. Dit formulier geeft geen enkele aanwijzing van de manier waarop dit dient te gebeuren. Eventuele foutieve inschattingen worden echter wel beboet.
Pour le règlement de l’héritage des descendants, l’administration de la TVA, de l’Enregistrement et des Domaines utilise le formulaire standard 185. Le contenu et la finalité de ce texte sont difficilement intelligibles pour des profanes. Ce texte est même tout à fait incompréhensible pour les personnes peu scolarisées. Au verso de ce formulaire figure le terme néerlandais « Voorlichting ». Il s’agit là d’un terme linguistiquement erroné. Il faudrait employer le terme « Inlichtingen ». Il est également question, dans la version néerlandaise de ce texte, de « emolumenten », « abattementen », « prijscourant », « fideı¨commis ». Souvent, des personnes ne comprennent pas, à la lecture de ce texte, qu’elles doivent se rendre à l’administration pour remplir un autre formulaire avant une date déterminée. En effet, ce formulaire, qui est en réalité un document vierge, ne portant qu’un intitulé, ne leur est pas adressé. Sur ce formulaire, elles doivent décrire l’héritage et en indiquer la valeur. Ce formulaire ne fournit aucune précision sur la manière de procéder. Mais les évaluations erronées sont sanctionnées.
De administratie verwijt de betrokkenen naar een privé-raadspersoon (notaris, advocaat) voor het invullen van dit formulier. Voor bevoegde personen is dat geen enkel probleem. Voor minder bevoegde personen zou het echter veel goedkoper en beter zijn wanneer de betrokken dienst zelf zou assisteren bij het invullen van de dikwijls zeer beperkte erfenis. In andere landen gebruikt men bovendien hiervoor voorgedrukte invulbladen waar, rubriek per rubriek, alles duidelijk kan aangeduid worden en worden de betrokkenen door de dienst zelf geholpen.
L’administration reproche aux intéressés de se rendre chez un conseil privé (notaire, avocat) pour remplir ce formulaire. Pour les personnes pouvant remplir ce formulaire seules, cela ne pose aucun problème, mais pour les autres, il serait plus avantageux et préférable que le service concerné les aide à remplir ce formulaire, d’autant qu’il s’agit souvent d’un héritage extrêmement limité. Dans d’autres pays, on utilise en outre, à cette fin, des formulaires préimprimés ou` tout peut être indiqué clairement rubrique par rubrique, les personnes concernées étant aidées par le service lui-même.
1. a) Werd reeds over de mogelijkheid nagedacht om de procedure voor registratie van erfenis bij overlijden op een meer klantvriendelijke manier te regelen ?
1. a) A-t-on déjà envisagé la possibilité de régler de façon plus conviviale la procédure d’enregistrement de l’héritage en cas de décès ?
b) Werd bijvoorbeeld de mogelijkheid al bestudeerd om de « Voorlichting » op de achterzijde van formulier 185 naar gewone begrijpelijke taal om te zetten ?
b) A-t-on déjà étudié, par exemple, la possibilité de traduire en langage simple et intelligible le terme de « Voorlichting » qui figure au verso du formulaire 185 ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3629
2. a) Bestaan er richtlijnen die het personeel van de administratie verbieden om assistentie te bieden bij het registreren van de erfenis ?
2. a) Existe-t-il des directives qui interdisent au personnel de l’administration d’assister les descendants lors de l’enregistrement de l’héritage ?
b) Zijn zij met andere woorden verplicht om de betrokkenen door te verwijzen naar privéraadspersonen of gebeurt dit eerder uit gewoonte ?
b) Ce personnel est-il, en d’autres termes, obligé de les aiguiller vers des conseils privés ou s’agit-il plutoˆt d’une pratique habituelle ?
3. Wordt met de emotionele en/of sociale context rekening gehouden bij eventuele fouten in de aangifte of bij te late aangifte ?
3. Est-il tenu compte du contexte émotionnel et/ou social lorsque des erreurs sont commises dans la déclaration ou en cas de déclaration tardive ?
Antwoord : Vooraf weze aangestipt dat het geachte lid, waar gesproken wordt over « registratie van erfenis », ongetwijfeld aangifte van nalatenschap bij overlijden bedoelt.
Réponse : Il est présupposé que là où l’honorable membre parle « d’enregistrement de succession », il veut dire sans aucun doute « déclaration de succession ».
1. a) Over de mogelijkheid om de procedure van de aangifte van nalatenschap bij overlijden op een meer klantvriendelijke manier te regelen wordt inderdaad nagedacht.
1. a) Une étude est en effet en cours sur la possibilité de régler d’une manière plus conviviale la procédure de déclaration de succession en cas de décès.
De huidige procedure, die wordt gevolgd bij de indiening en de behandeling van de aangiften van nalatenschap, is inderdaad vatbaar voor verbetering.
La procédure actuelle, qui est suivie pour le dépoˆt et le traitement des déclarations de succession, est effectivement améliorable.
Vanaf 1 mei 2000 zal, krachtens artikel 4 van het ministerieel besluit van 9 maart 2000 (Belgisch Staatsblad van 28 maart 2000), het bestaande aangifteformulier kosteloos ter beschikking van de aangifteplichtige worden gesteld.
En vertu de l’article 4 de l’arrêté ministériel du 9 mars 2000 (Moniteur belge du 28 mars 2000), le formulaire existant sera à partir du 1er mai 2000 mis gratuitement à la disposition des déclarants.
Verder is het de bedoeling om een standaardformulier in te voeren en hieraan een geı¨nformatiseerd berekeningsprogramma te koppelen. Op deze wijze zou de dienstverlening aan de belastingplichtigen en tevens ook de efficie¨ntie in de behandeling van de aangiften van nalatenschap worden verbeterd.
Par la suite, il est prévu de réaliser un formulaire standardisé et d’y coupler un programme de calcul informatisé. De cette manière, le service au contribuable et en même temps l’efficacité du traitement des déclarations de succession seront améliorés.
Het opstellen van een aangifte van nalatenschap kan echter vrij complex zijn.
La rédaction d’une déclaration de succession peut être cependant très complexe.
De toepassing van het burgerlijk recht (meer bepaald het erfrecht, het huwelijksvermogensrecht, het verbintenissenrecht, de schenkingen en de testamenten), is voor de leek, per definitie ingewikkeld.
L’application du droit civil (plus précisément le droit successoral, le droit relatif aux régimes matrimoniaux, le droit des contrats et des obligations, les donations et les testaments) est, pour le profane, par définition compliquée.
b) De toelichtingen op de keerzijde van het formulier nr. 185 (met begrippen als vruchtgebruik, blote eigendom, aanwas of terugvalling, fideı¨-commis of geoorloofde erfstelling over de hand, prijscourant, contractuele erfstelling, beding ten behoeve van een derde, enz.) werden rechtstreeks ontleend aan de toepasselijke burgerrechtelijke en fiscale wetgeving. Het is niet zonder risico om van deze door de wetgever gebruikte terminologie af te wijken en er een voor de leek meer begrijpelijke vertaling tegenover te plaatsen.
b) Les explications au verso du formulaire no 185 (avec des notions tels qu’usufruit, nue-propriété, accroissement ou réversion, fidéicommis, prixcourant, conventions pour cause de mort, stipulation pour autrui, etc.) sont directement empruntées à la législation civile et fiscale applicable. Il n’est pas sans risque de s’écarter de cette terminologie utilisée par le législateur et de la remplacer par une traduction plus compréhensible pour le profane.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3630
Toch zal ik, weliswaar met de nodige voorzichtigheid, de tekst van deze toelichtingen doen aanpassen.
Cependant je ferai adapter le texte de ces explications avec toutefois la prudence nécessaire.
2. a) Het is de federale ambtenaren overeenkomstig de geldende administratieve onderrichtingen principieel verboden aangiften van nalatenschap of van overgang bij overlijden op te stellen.
2. a) Conformément aux instructions administratives les fonctionnaires fédéraux ont par principe l’interdiction de rédiger une déclaration de succession ou de mutation par décès.
Dit verbod betekent evenwel niet dat niet mag geantwoord worden op vragen welke gesteld worden met betrekking tot de vermeldingen die dienen te worden opgenomen in de aangiften en de er aan toe te voegen stukken.
Cette interdiction ne signifie pas qu’ils ne peuvent pas répondre aux questions ayant trait aux mentions qui doivent être faites dans les déclarations et aux pièces qui doivent y être jointes.
b) De ambtenaren zijn niet verplicht de aangever aan te raden zich voor het opstellen van de aangifte tot een bevoegd persoon te richten maar het is hen wel toegelaten aldus te handelen zo de aangifte vrij complex is. Het is evenwel streng verboden een bepaald persoon aan te bevelen.
b) Les fonctionnaires ne sont pas tenus de conseiller au déclarant de s’adresser à une personne compétente pour rédiger la déclaration mais cela leur est permis si la déclaration à traiter est assez complexe. Il est bien sûr strictement interdit de recommander une personne déterminée.
3. De minister van Financie¨n of zijn gedelegeerde beslist over de verzoeken om kwijtschelding of vermindering van de boeten en de belastingverhogingen. Bij eventuele fouten in de aangifte of bij laattijdige aangifte wordt, bij de beoordeling ervan, vanzelfsprekend rekening gehouden met de emotionele en/of sociale context waarin de overtreder zich bevindt.
3. Le ministre des Finances ou son délégué décide des demandes de remise ou de diminution des amendes et des augmentations d’impoˆts. Lors de l’examen d’éventuelles erreurs dans les déclarations ou de déclarations tardives, il est évidemment tenu compte du contexte émotionnel et social dans lequel se trouve le contrevenant.
DO 1999200000299
DO 1999200000299
Vraag nr. 138 van mevrouw Trees Pieters van 26 november 1999 (N.) :
Question no 138 de Mme Trees Pieters du 26 novembre 1999 (N.) :
Inkomstenbelastingen. — Vennootschappen. Eenmalige investeringsaftrek.
—
Impoˆts sur les revenus. — Sociétés. — Déduction unique pour investissement.
De vennootschappen die niet het positief bewijs leveren dat zij voldoen aan de bepalingen van artikel 201, eerste lid, 1o, WIB 1992 zijn in principe van de eenmalige investeringsaftrek uitgesloten.
Les sociétés qui ne sont pas en mesure de fournir la preuve positive qu’elles satisfont aux dispositions de l’article 201, premier alinéa, 1o, CIR 1992 sont en principe exclues de la déduction unique pour investissement.
Terzake rijzen de volgende algemene vragen. 1. Op welk ogenblik dienen ze dit « positief » bewijs te leveren : spontaan ter gelegenheid van het indienen van hun aangifte in de vennootschapsbelasting en het bijhorend formulier 276 U of op ieder mondeling of schriftelijk verzoek van de onderzoekende belastingambtenaren ? 2. a) Op welke verschillende administratieve en praktisch mogelijke wijzen kunnen de belastingplichtigen dit positief bewijs reeds meteen leveren in het stadium van onderzoek ter voorkoming van een bezwaarschrift ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
Cette situation soulève les questions générales suivantes. ` quel moment les sociétés doivent-elles fournir 1. A cette preuve « positive » : spontanément, lors du dépoˆt de leur déclaration à l’impoˆt des sociétés et du formulaire 276 U, ou uniquement à toute demande orale ou écrite des fonctionnaires des contributions ? 2. a) De quels moyens administratifs et pratiques les contribuables disposent-ils pour apporter cette preuve positive dès le stade de l’examen, de manière à éviter une réclamation ?
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3631
b) Welke specifieke bewijsmiddelen zijn in de fiscale wet zelf ingebouwd met betrekking tot die kwestieuze eenmalige investeringsaftrek ?
b) Quelles preuves spécifiques la loi fiscale prévoitelle concernant la mesure controversée que constitue la déduction unique pour investissement ?
3. a) Kan die bewijsvoering worden geleverd aan de hand van een voor waar en echt verklaarde schriftelijke getuigenis van de gedelegeerde bestuurders van de vennootschap dat de « aandelen aan toonder » voor meer dan de helft toebehoren aan één of meer natuurlijke personen die de meerderheid van het stemrecht vertegenwoordigen ? Zo neen, waarom niet ?
3. a) Accepte-t-on comme preuve le témoignage écrit, certifié exact, des administrateurs délégués de la société, confirmant que plus de 50 % des « actions au porteur » appartiennnent à une ou plusieurs personnes physiques représentant ensemble la majorité des votes ? Dans la négative, pourquoi ?
b) Of eist de administratie telkens individuele schriftelijke bekentenissen of de eed van de respectievelijke aandeelhouders ?
b) L’administration exige-t-elle à chaque fois des témoignages écrits individuels ou le serment des actionnaires respectifs ?
c) Worden die verklaringen naderhand ook uitgewisseld met de bevoegde ontvangers der registratie (zie artikelen 335 en 336, WIB 1992) ?
c) Ces déclarations sont-elles ensuite également communiquées aux receveurs de l’enregistrement (voir articles 335 et 336 du CIR 1992) ?
4. Vormt de thans meestal gewenste bewijsvoering naar vennootschapsrecht niet veelal een onmogelijk of negatief bewijs ? Op balansdatum worden immers geen buitengewone algemene vergaderingen of jaarvergaderingen gehouden waarbij uit de gehouden presentielijsten kan blijken welke natuurlijke personen met een bepaald aantal stemgerechtigde aandelen zijn verschenen (cf. ook artikel 315, tweede lid, 2o, WIB 1992).
4. La preuve qui, actuellement, est le plus souvent demandée dans le cadre du droit des sociétés n’est-elle ` la pas souvent négative ou impossible à fournir ? A date du bilan, aucune assemblée générale extraordinaire ou assemblée annuelle n’est en effet tenue. Il n’existe par conséquent pas de feuille de présence permettant de déterminer quelles personnes physiques, porteuses d’un certain nombre de parts avec droit de vote, se sont présentées (cf. également article 315, deuxième alinéa, 2o, CIR 1992).
5. Welke stappen hebben uw belastingadministraties inmiddels ondernomen om in het kader van een klantvriendelijk beleid slechts praktisch haalbare bewijzen te eisen zowel in fase van taxatie als in fase van bezwaar ?
5. Quelles mesures vos administrations des contributions ont-elles entre-temps prises pour n’exiger, dans la phase de la taxation comme dans celle de la réclamation, que des preuves pouvant être normalement réunies dans la pratique, dans le cadre d’une politique soucieuse des contribuables ?
6. Kan u, punt per punt, uw algemene zienswijze geven in het licht van de bepalingen van de artikelen 49, 183, 185, 201 en 315, WIB 1992 ?
6. Pourriez-vous préciser, point par point, votre attitude générale à la lumière des articles 49, 183, 185, 201 et 315 du CIR 1992 ?
Antwoord : De binnenlandse vennootschappen die de in artikel 201, eerste lid, 1o, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) bedoelde investeringsaftrek willen genieten, moeten bij hun aangifte in de vennootschapsbelasting van het belastbare tijdperk waarin de vaste activa zijn verkregen of tot stand gebracht een ingevulde, gedateerde en ondertekende opgave 276 U voegen en aantonen dat aan de in artikel 201, eerste lid, 1o, WIB 92, voorziene voorwaarden is voldaan.
Réponse : Les sociétés résidentes qui revendiquent le bénéfice de la déduction pour investissement visée à l’article 201, alinéa 1er, 1o, du Code des impoˆts sur les revenus 1992 (CIR 92) doivent joindre à leur déclaration à l’impoˆt des sociétés relative à la période imposable au cours de laquelle les immobilisations ont été acquises ou constituées, une formule 276 U complétée, datée et signée et établir qu’il est satisfait aux conditions prévues à l’article 201, alinéa 1er, 1o, CIR 92.
Uit de bepalingen van artikel 201, WIB 92, zelf volgt dat, behoudens in de gevallen bedoeld in de artikelen 69, § 1, eerste lid, 2o, § 2, en 70, WIB 92, de investeringsaftrek die van toepassing is op vennootschappen gelijk is aan 0 %, behalve wat betreft binnenlandse vennootschappen waarvan de aandelen voor meer dan
Il ressort en effet des termes mêmes de l’article 201, CIR 92, qu’à l’exception des cas visés aux articles 69, § 1er, alinéa 1er, 2o, § 2, et 70, CIR 92, la déduction pour investissement applicable aux sociétés est égale à 0 %, sauf en ce qui concerne les sociétés résidentes dont les actions ou parts représentant la majorité des
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3632
de helft toebehoren aan één of meer natuurlijke personen die de meerderheid van het stemrecht vertegenwoordigen en die geen deel uitmaken van een groep waartoe een erkend coo¨rdinatiecentrum behoort.
droits de vote, sont détenues à concurrence de plus de la moitié par une ou plusieurs personnes physiques et qui ne font pas partie d’un groupe auquel appartient un centre de coordination agréé.
Deze uitzondering houdt in dat de betrokken vennootschap zelf het bewijs moet leveren dat voldaan is aan de gestelde voorwaarde (Parl. St., Kamer, 19911992, nr. 444-1, blz. 16 en administratieve circulaire nr. Ci.D.19/444 905, van 23 februari 1994, 22e aflevering, Bull. 737, blz. 811).
Cette exception implique que la société concernée doit fournir elle-même la preuve qu’il est satisfait à la condition requise (Doc. parl., Chambre, 1991-1992, no 444-1, p. 16 et circulaire administrative du 23 février 1994, no Ci.D.19/444 905, 22e livraison, Bull. 737, p. 787).
Dit bewijs kan worden geleverd door alle door het gemeen recht toegelaten bewijsmiddelen, met uitzondering van de eed. Het mag worden geleverd in gelijk welk stadium van de procedure.
Cette preuve peut être apportée par tout moyen admis par le droit commun, sauf le serment. Elle peut être fournie à n’importe quel stade de la procédure.
De door artikel 201, eerste lid, 1o WIB 92, bedoelde vennootschappen situeren zich in de regel onder de familiale « KMO »-bedrijven, waarvoor het niet onmogelijk is het gevraagde bewijs te leveren.
Les sociétés visées par l’article 201, alinéa 1er, 1o, CIR 92, sont, en principe, rangées parmi les entreprises familiales « PME » pour lesquelles l’administration de la preuve dont il s’agit ne devrait pas présenter de difficulté.
Wanneer het evenwel onmogelijk zou blijken te zijn een dergelijk bewijs te leveren, behoort het aan de betrokken vennootschap toe om de taxatieambtenaar of de met de behandeling van een bezwaarschrift betreffende dit onderwerp belaste ambtenaar, de overtuiging bij te brengen door alle elementen in rechte en in feite voor te leggen.
Toutefois, s’il s’avérait impossible de fournir une telle preuve, il appartiendrait à la société concernée d’apporter au fonctionnaire taxateur ou au fonctionnaire chargé de l’instruction d’une réclamation portant sur l’objet, tous les éléments de fait et de droit susceptibles d’emporter sa conviction.
Tenslotte kunnen de fiscale administraties alle door hen bekomen inlichtingen uitwisselen in het kader van hun opdracht (artikelen 335 en 336, WIB 92).
Enfin, les administrations fiscales peuvent échanger tous les renseignements recueillis dans le cadre de leur mission (articles 335 et 336, CIR 92).
DO 1999200000340
DO 1999200000340
Vraag nr. 144 van de heer Yves Leterme van 3 december 1999 (N.) :
Question no 144 de M. Yves Leterme du 3 décembre 1999 (N.) :
Inkomstenbelastingen. — Berichten van wijziging, aanslagen van ambtswege en documenten 332. — Motivering.
Impoˆts sur les revenus. — Avis de rectification, impositions d’office et documents 332. — Motivation.
Belastingplichtigen melden mij dat bepaalde fiscale ambtenaren blijven weigeren te aanvaarden dat een bericht van wijziging, een aanslag van ambtswege of document 332 dienen gemotiveerd te worden. Nochtans hebben diverse rechtbanken (zelfs de Raad van State) herhaaldelijk aanslagen nietig verklaard omdat er niet of onvoldoende gemotiveerd werd (artikelen 346 en 351 WIB 1992).
Des contribuables me font savoir que certains fonctionnaires fiscaux refusent toujours d’admettre la nécessité de motiver un avis de rectification, une imposition d’office ou un document 332. Néanmoins, divers tribunaux (le Conseil d’E´tat y compris) ont annulé à plusieurs reprises des impositions qui n’étaient pas motivées ou l’étaient insuffisamment (articles 346 et 351 CIR 1992).
De vorige minister heeft geantwoord op vraag nr. 548 van 3 september 1996 van de heer Valkeniers dat de motivering van aanslagen duidelijk moet zijn en dat de arresten van het Hof van Cassatie als regel gelden (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1996-1997, nr. 68, blz. 9076).
Le ministre précédent avait répondu à la question no 548 du 3 septembre 1996 de M. Valkeniers que la motivation des impositions devait être claire et que les arrêts de la Cour de cassation avaient valeur de règle (Questions et Réponses, Chambre, 1996-1997, no 68, p. 9076).
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3633
1. Bent u het eens met de volgende bepalingen aangaande bestuurshandelingen, bestuur en bestuurde :
1. Eˆtes-vous d’accord avec la définition suivante des notions d’acte administratif, d’administration et d’administré :
a) bestuurshandeling(en) :
a) acte administratif :
de eenzijdige rechtshandeling met individuele strekking die uitgaat van een bestuur en die beoogt rechtsgevolgen te hebben voor een of meer bestuurden of voor een ander bestuur; b) bestuur :
l’acte juridique unilatéral de portée individuelle émanant d’une autorité administrative et qui a pour but de produire des effets juridiques à l’égard d’un ou de plusieurs administrés ou d’une autre autorité administrative; b) administration :
de administratieve overheden als bedoeld in artikel 14 van de gecoo¨rdineerde wetten op de Raad van State; c) bestuurde :
les autorités administratives telles que visées à l’article 14 des lois coordonnées sur le Conseil d’E´tat; c) administré :
elke natuurlijke persoon in betrekking met het bestuur ?
toute personne physique en relation avec l’administration ?
2. Bent u van mening dat een bericht van wijziging, een aanslag van ambtswege en document 332 hieraan beantwoorden ?
2. Estimez-vous qu’un avis de rectification, une impositition d’office et un document 332 répondent à ces définitions ?
3. Bent u van mening dat een motivering « voor de vorm alleen » de aanslag nietig maakt ?
3. Estimez-vous qu’une motivation constituée de la seule mention « seulement pour la forme » annule l’imposition ?
4. Bent u van mening dat de gebruikte taal niet enkel oprecht moet zijn maar ook bevattelijk en duidelijk voor de burger ?
4. Estimez-vous que le langage utilisé doit être non seulement objectif mais aussi intelligible et clair pour les citoyens ?
5. Bent u van mening dat een onvoldoende of niettoereikende motivering of een gebrek aan enige motivering de aanslag nietig maakt ?
5. Estimez-vous qu’une motivation insuffisante ou l’absence de toute motivation annule l’imposition ?
6. Hoe kan de belastingplichtige zich opstellen tegen onwillige ambtenaren ?
6. Comment les contribuables peuvent-ils se défendre contre des fonctionnaires de mauvaise volonté ?
Antwoord : Ik ben het uiteraard eens met de door het geachte lid aangehaalde bepalingen van de begrippen bestuurshandeling, bestuur en bestuurde zoals deze voorkomen in artikel 1 van de wet van 29 juli 1991 (Belgisch Staatsblad van 12 september 1991), met dien verstande dat het begrip bestuurde eveneens de rechtspersoon omvat.
Réponse : Je suis d’accord avec les définitions données par l’honorable membre d’acte administratif, d’autorité administrative et d’administré, telles qu’elles sont reprises à l’article 1er de la loi du 29 juillet 1991 (Moniteur belge du 12 septembre 1991), étant entendu que la définition d’administré comprend également les personnes morales.
Wat de toepassing van voormelde wet inzake het vestigen van de belastingen betreft, heeft de administratie om de volgende redenen steeds verdedigd dat de vraag om inlichtingen, het bericht van wijziging en de kennisgeving van aanslag van ambtswege niet aan de definitie van bestuurshandeling beantwoorden :
En ce qui concerne l’application de la loi précitée en matière d’établissement des impoˆts, l’administration a toujours soutenu, pour les raisons suivantes, que la demande de renseignements, l’avis de rectification et la notification d’imposition d’office ne répondent pas à la définition d’acte administratif :
— de vraag om inlichtingen heeft enkel tot doel van de belastingplichtige inlichtingen te bekomen met het oog op het onderzoek van zijn fiscale toestand;
— la demande de renseignements a seulement pour but d’obtenir du contribuable des renseignements en vue de l’examen de sa situation fiscale;
— het bericht van wijziging beoogt slechts de belastingplichtige in kennis te stellen van de inkomsten en andere gegevens die de administratie voornemens is in de plaats te stellen van die welke zijn
— l’avis de rectification ne vise qu’à faire connaıˆtre au contribuable les revenus et les autres éléments que l’administration se propose de substituer à ceux qui ont été déclarés ou admis par écrit, et
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3634
aangegeven of schriftelijk erkend, en de redenen op te geven die naar haar oordeel de wijziging rechtvaardigen. Aangezien het hier gaat om een voornemen, wordt derhalve gemeend dat er geen sprake kan zijn van een beslissing of een rechtshandeling die beoogt rechtsgevolgen te hebben;
d’indiquer les motifs qui lui paraissent justifier la rectification. Dès lors qu’il s’agit en l’occurrence d’une proposition, on considère qu’il ne peut être question d’une décision ou d’un acte juridique visant à produire des effets juridiques;
— een gelijkaardige redenering als voor het bericht van wijziging is van toepassing op de kennisgeving van aanslag van ambtswege.
— une argumentation identique à celle tenue pour l’avis de rectification est applicable à la notification d’imposition d’office.
Anderzijds is de motivering van het bericht van wijziging en van de kennisgeving van aanslag van ambtswege wel een vereiste van de belastingwetgeving die de aanslagprocedure regelt (artikelen 346 en 351 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 — WIB 92). Die motivering moet afdoende zijn in die zin dat de betrokken belastingplichtige zich voldoende rekenschap moet kunnen geven van de cijfers, de feiten en omstandigheden waarop de aanslag berust en aldus in de gelegenheid wordt gesteld ze te weerleggen en ertegen op te komen door tegenbewijs.
Par ailleurs, la motivation de l’avis de rectification et de la notification d’imposition d’office constitue effectivement une exigence de la législation fiscale qui organise la procédure de taxation (articles 346 et 351 du Code des impoˆts sur les revenus 1992 — CIR 92). Cette motivation doit être suffisante en ce sens que le contribuable intéressé doit pouvoir se rendre suffisamment compte des chiffres, faits et circonstances sur lesquels repose la taxation, et être ainsi mis à même de les rencontrer et de les combattre par la preuve contraire.
Het ontbreken van die motivering heeft binnen de regels van het WIB 92 tot gevolg dat de aanslag die zou steunen op een ongemotiveerd bericht of kennisgeving van aanslag van ambtswege, nietig is wegens schending van een procedureregel.
Le défaut de motivation a pour conséquence, selon les règles du CIR 92, que l’imposition qui reposerait sur un avis ou une notification d’imposition d’office non motivé(e), serait nulle pour cause de violation d’une règle de procédure.
Het niet respecteren van deze motiveringsplicht kan door de belastingplichtige worden ingeroepen in het kader van een regelmatig bezwaarschrift ingediend bij de bevoegde directeur der belastingen of van een vordering ingediend bij de bevoegde rechtbank van eerste aanleg.
Le non-respect de cette obligation de motiver peut être invoqué par le contribuable dans le cadre d’une réclamation régulière, introduite auprès du directeur des contributions compétent, ou d’une action introduite auprès du tribunal de première instance compétent.
Het hoofdbestuur heeft geen weet van enig geval van moedwillige weigering van haar ambtenaren om de motiveringsplicht na te leven. Belastingplichtigen met concrete klachten in dit verband kunnen zich uiteraard steeds wenden tot de hie¨rarchische meerdere van betrokken ambtenaar.
L’administration centrale n’a pas connaissance de cas dans lesquels ses fonctionnaires auraient délibérément refusé de respecter l’obligation de motiver. Il va de soi que les contribuables qui auraient des plaintes concrètes à faire valoir en la matière peuvent toujours en référer au supérieur hiérarchique du fonctionnaire concerné.
DO 1999200000394
DO 1999200000394
Vraag nr. 161 van de heer Dirk Pieters van 14 december 1999 (N.) :
Question no 161 de M. Dirk Pieters du 14 décembre 1999 (N.) :
Waardering van een onroerend goed. — Voorafgaande overlegprocedure tussen belastingplichtige en ontvanger.
Valorisation d’un bien immobilier. — Procédure de concertation préalable entre contribuable et receveur.
Uit het jaarverslag 1999 van het College van de federale ombudsmannen blijkt dat de ombudsmannen regelmatig klachten krijgen inzake waardering van een onroerend goed, en dit bij de berekening van de verschuldigde BTW, registratie- en successierechten. De (her)waardering van het goed door de hiertoe aange-
Il ressort du rapport annuel 1999 du Collège des médiateurs fédéraux que les médiateurs reçoivent régulièrement des réclamations relatives à la valorisation d’un bien immobilier au moment ou` sont calculés les droits dus en matière de TVA, d’enregistrement et de succession. La (re)valorisation du bien par le fonc-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3635
stelde ambtenaar leidt niet zelden tot onbegrip bij de belastingplichtige, gedeeltelijk ook omdat het deze laatste niet duidelijk is waarop het vastgestelde bedrag is gebaseerd.
tionnaire préposé suscite souvent l’incompréhension chez le contribuable, notamment parce qu’il ne voit pas très bien sur quoi est basé le montant fixé.
Het College van federale ombudsmannen stelt voor om een voorafgaande, informele overlegprocedure tussen belastingplichtige en ontvanger in te stellen. Op dergelijke wijze zouden vele geschillen kunnen vermeden worden omdat voorafgaand aan de vaststelling van het bedrag, reeds de nodige argumenten aangereikt worden tot een correcte waardering.
Le Collège des médiateurs fédéraux propose d’organiser, préalablement au calcul, une procédure de concertation informelle entre contribuable et receveur. Cette procédure permettrait d’éviter nombre de litiges, étant donné qu’avant la fixation du montant, les deux parties auraient déjà eu l’occasion d’avancer leurs arguments en vue d’assurer une valorisation correcte.
1. Bent u bereid bedoelde overlegprocedure in te stellen ?
1. Eˆtes-vous disposé à organiser une telle procédure de concertation ?
2. Zo neen, waarom niet ?
2. Dans la négative, pourquoi ?
Antwoord : Het geachte lid vindt hieronder het antwoord.
Réponse : L’honorable membre trouvera la réponse ci-dessous.
a) Inzake registratie- en successierechten.
a) En matière de droits d’enregistrement et de droits de succession.
Krachtens een aantal artikelen in het Wetboek der successierechten en het Wetboek der registratiehypotheek- en griffierechten is de verkoopwaarde van een goed een determinerende factor voor het bepalen van de belastbare grondslag van de voornoemde belastingen.
En vertu d’une série d’articles du Code des droits de succession et du Code des droits d’enregistrement, d’hypothèque et de greffe, la valeur vénale d’un bien est un facteur déterminant pour la fixation de la base imposable des impoˆts précités.
Beide wetboeken kennen de ontvanger der registratie in deze materie een controlerende taak toe en krachtens de artikelen 11 en volgende van het Wetboek der successierechten en de artikelen 189 en volgende van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten wordt hem het bijzondere bewijsmiddel van de controleschatting toegekend.
Ces deux codes confient au receveur de l’enregistrement une taˆche de controˆle dans ces matières. En vertu des articles 11 et suivants du Code des droits de succession et des articles 189 et suivants du Code des droits d’enregistrement, d’hypothèque et de greffe, le moyen de preuve particulier de l’expertise de controˆle lui est accordé.
Een overleg betreffende de verkoopwaarde vo´o´r iedere aangifte van nalatenschap of rechtshandeling in het leven roepen zou erop neerkomen de controlerende taak aan de ontvanger te ontnemen tegen de voormelde wetsbepalingen in.
Créer une concertation relative à la valeur vénale qui précéderait chaque déclaration de succession ou acte juridique reviendrait à retirer au receveur sa mission de controˆle, à l’encontre des dispositions légales précitées.
Bovendien vormt de verkoopwaarde inzake registratierecht in de meeste gevallen slechts een secundaire heffingsgrondslag. Voor de overdrachten onder bezwarende titel (bijvoorbeeld de verkopen), de verdelingen en de inbrengen in vennootschap wordt de belastbare grondslag in de eerste plaats bepaald door de overeengekomen waarde van de onroerende goederen. Is de overeengekomen waarde hoger dan de verkoopwaarde, dan vormt de overeengekomen waarde de heffingsgrondslag. In die gevallen zou de voorafgaande informele overlegprocedure tussen de belastingplichtige en de ontvanger er de belastingplichtige kunnen toe aanzetten het deel van de overeen-
En outre, en matière de droit d’enregistrement, la valeur vénale ne constitue, dans la plupart des cas, qu’une base de perception secondaire. Pour les transmissions à titre onéreux (par exemple les ventes), les partages et les apports en société, la base imposable est en premier lieu déterminée par la valeur conventionnelle des immeubles. Si la valeur conventionnelle est supérieure à la valeur vénale, la valeur conventionnelle constitue la base de perception. Dans ce cas, la procédure de concertation informelle préalable entre le contribuable et le receveur pourrait inciter le contribuable à ne pas mentionner dans l’acte la partie de la valeur conventionnelle qui excéderait la valeur vénale. Il en
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
466
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3636
gekomen waarde dat de verkoopwaarde overtreft niet in de akte op te nemen, waardoor dit deel van de belastbare grondslag aan de belastingheffing zou ontsnappen.
résulterait qu’une partie de la base imposable échapperait à la perception.
Indien na indiening van een aangifte van nalatenschap of aanbieding ter registratie van een akte een tekortschatting wordt vastgesteld door de bevoegde ontvanger stuurt de ontvanger aan de belastingplichtige eerst een bericht.
Si, après le dépoˆt d’une déclaration de succession ou la présentation d’un acte à l’enregistrement, une insuffisance d’estimation est constatée par le receveur compétent, celui-ci adresse d’abord un avis au contribuable.
Dit bericht waarbij de belastingplichtige in kennis wordt gesteld van de tekortschatting en tevens wordt verzocht de hierdoor verschuldigde sommen te betalen situeert zich in de fase van de minnelijke afhandeling van het dossier. Het heeft tot doel de belastingplichtige op de hoogte te brengen van de door de ontvanger vooropgezette tekortschatting die zonder enige formaliteit door de belastingplichtige ter discussie kan worden gesteld. Op het bericht wordt daarom ook duidelijk vermeld dat de belastingplichtige alle uitleg die hij nuttig acht op het kantoor kan verkrijgen. Op die manier wordt in overleg met de belastingplichtige de verkoopwaarde vastgelegd. De door de ontvanger vooropgestelde verkoopwaarde is derhalve geen absoluut gegeven aangezien de belastingplichtige nog steeds al zijn argumenten kan laten gelden. Het is pas als men niet tot een vergelijk komt dat de ontvanger tot de controleschatting zal overgaan.
Cet avis, qui informe le contribuable de l’insuffisance et l’invite également à payer les sommes dues, se situe dans la phase de règlement amiable du dossier. Il a pour but d’avertir le contribuable de l’insuffisance d’estimation proposée par le receveur, insuffisance que le contribuable peut discuter, sans aucune formalité. C’est à cet effet que l’avis mentionne clairement que le contribuable peut obtenir au bureau toutes les explications qu’il jugerait utiles. De cette manière, la valeur vénale est fixée en concertation avec le contribuable. La valeur vénale proposée par le receveur n’est par conséquent pas une donnée absolue, puisque le contribuable peut encore toujours faire valoir ses arguments. Ce n’est qu’à défaut d’une transaction que le receveur requiert l’expertise de controˆle.
b) Inzake BTW.
b) En matière de TVA.
Bij verkoop van een gebouw met toepassing van de BTW en bij werk in onroerende staat met betrekking tot de oprichting van een gebouw is overeenkomstig artikel 26 van het BTW-Wetboek de BTW verschuldigd over de tegenprestatie van de handeling, dit is in principe naar gelang van het geval de verkoopprijs plus lasten van het gebouw of de prijs van de werken. Evenwel mag overeenkomstig artikel 36, § 1, van datzelfde wetboek de maatstaf van heffing van de BTW niet lager zijn dan de normale waarde van het met toepassing van de BTW vervreemde gebouw of van het werk met betrekking tot de oprichting van het gebouw.
Conformément à l’article 26 du Code de la TVA, pour la vente d’un baˆtiment avec application de la TVA et pour les travaux immobiliers ayant pour objet l’érection d’un baˆtiment, la taxe est due sur la contrepartie obtenue. Celle-ci est en principe constituée, selon le cas, du prix de vente du baˆtiment, augmenté des charges, ou du prix réclamé pour les travaux. Toutefois, conformément à l’article 36, § 1er, dudit code, la base d’imposition à la TVA ne peut être inférieure à la valeur normale du baˆtiment cédé avec application de la TVA ou à la valeur normale des travaux ayant pour objet l’érection du baˆtiment.
De normale waarde van een vervreemd gebouw is de verkoopwaarde van dat gebouw. De controletaak van die minimummaatstaf van heffing rust op de ontvanger van de registratie. Ik verwijs hier verder naar het eerste gedeelte, inzake registratieen successierechten van mijn antwoord.
La valeur normale d’un baˆtiment cédé est la valeur vénale de ce baˆtiment. Le controˆle de cette base d’imposition minimale incombe au receveur de l’enregistrement. J’invite, à cet égard, l’honorable membre à prendre connaissance de la première partie de ma réponse, relative aux droits d’enregistrement et de succession.
Ten aanzien van diensten betreffende werk in onroerende staat tot oprichting van een gebouw bepaalt artikel 36 van het BTW-Wetboek een minimummaatstaf van heffing.
Pour ce qui concerne les prestations de services ayant pour objet des travaux immobiliers effectués pour la construction d’un baˆtiment, l’article 36 du Code de la TVA prévoit une base minimale d’imposition.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3637
Die minimummaatstaf is de normale waarde van die diensten, dit is de prijs die, op het tijdstip van verschuldigdheid van de belasting en in dezelfde handelsfase, kan worden verkregen onder vrije mededinging tussen een leverancier en een afnemer die van elkaar onafhankelijk zijn (artikel 32, tweede lid, van het BTW-Wetboek). Artikel 64, § 4, van dat wetboek bevat bovendien een vermoeden luidens hetwelk, behoudens tegenbewijs, ieder pas opgericht gebouw wordt geacht te zijn geleverd door een belastingplichtige ter uitvoering van een of verschillende diensten betreffende werk in onroerende staat. Met het oog op de controle van die normale bouwwaarde (zie de artikelen 36 en 64, § 4, van het BTW-Wetboek) heeft de administratie ten behoeve van haar ambtenaren eenvormige richtlijnen uitgewerkt. Die richtlijnen houden rekening met de in de bouwsector algemeen geldende prijzen, met de geplaatste of verwerkte materialen en met de aard van het gebouw. Verder verplicht artikel 64, § 4, tweede lid, van het BTW-Wetboek iedere eigenaar van een pas opgericht gebouw om de facturen betreffende de bouw alsmede de plans en de bestekken van dat gebouw te bewaren en ze voor te leggen op elk verzoek van de met het toezicht belaste ambtenaren. Ter uitvoering van die wetsbepaling nodigt de administratie iedere eigenaar van dergelijk gebouw uit om de voormelde stukken te voegen bij de aangifte (formulier nr. 106) die hij moet indienen binnen de drie maand vanaf de datum van de betekening van het kadastraal inkomen (artikel 64, § 4, derde lid, van het BTW-Wetboek). Het is ook van belang dat iedere eigenaar het hoofd van het BTWcontrolekantoor kennis geeft van de met aannemer(s) gesloten overeenkomsten, dat hij de nodige aanwijzingen verstrekt nopens de geplaatste of verwerkte materialen en dat hij het bewijs levert van de door hem of met de kosteloze hulp van derden uitgevoerde werken. Die handelwijze moet de betrokken ambtenaar in staat stellen om op grond van objectieve criteria de normale bouwwaarde te bepalen en zorgvuldig de door de eigenaar gemaakte bewerkingen en bezwaren betreffende de waarde te onderzoeken, om te komen tot een minnelijke regeling veeleer dan de procedure tot deskundige schatting in te stellen. Richtlijnen in die zin werden dan ook aan de ambtenaren gegeven. Een overleg betreffende de normale bouwwaarde vo´o´r de indiening van de hogervermelde aangifte zou er hier eveneens op neerkomen, de controlerende taak van de ambtenaar te ontnemen.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
Cette base minimale est la valeur normale de ces services, c’est-à-dire le prix pouvant être obtenu, au moment où la taxe est due, dans des conditions de pleine concurrence entre un fournisseur et un preneur indépendants, se trouvant au même stade de commercialisation (article 32, deuxième alinéa, du Code de la TVA). L’article 64, § 4, de ce même code contient, en outre, une présomption selon laquelle tout baˆtiment nouvellement construit est présumé, jusqu’à preuve du contraire, avoir été livré par un assujetti en exécution d’une ou plusieurs prestations de services ayant pour objet des travaux immobiliers. En vue du controˆle de cette valeur normale de construction (voir les articles 36 et 64, § 4, du Code de la TVA), l’administration a élaboré à l’usage de ses agents, des directives uniformes. Ces directives tiennent compte des prix généralement pratiqués dans le secteur de la construction, des matériaux placés ou mis en œuvre et de la nature de la construction. De plus, l’article 64, § 4, deuxième alinéa, du Code de la TVA, impose à tout propriétaire d’un baˆtiment nouvellement construit de conserver et de communiquer à toute réquisition des agents chargés du controˆle les factures relatives à la construction, ainsi que les plans et les cahiers des charges dudit baˆtiment. En exécution de cette dernière disposition légale, l’administration invite tout propriétaire d’un tel baˆtiment à joindre à la déclaration (formulaire no 106) qu’il doit déposer dans les trois mois de la date de la signification du revenu cadastral les documents précités (article 64, § 4, troisième alinéa, du Code de la TVA). Il est aussi important que tout propriétaire fasse connaıˆtre au chef de l’office de controˆle de la TVA, les contrats conclus avec le ou les entrepreneurs, qu’il fournisse les indications nécessaires quant aux matériaux placés ou mis en œuvre et apporte la preuve des travaux exécutés par lui ou avec l’aide gratuite de tiers. Cette façon de procéder doit permettre au fonctionnaire intéressé de déterminer sur la base de critères objectifs la valeur normale de construction et d’examiner avec soin les remarques et objections formulées par le propriétaire quant à cette valeur, en vue d’aboutir à un règlement amiable plutoˆt que d’entamer la procédure d’expertise. Des directives en ce sens ont aussi été données aux fonctionnaires. Un dialogue au sujet de la valeur normale de construction, avant l’introduction de la déclaration susmentionnée, reviendrait aussi ici à empêcher le fonctionnaire de remplir sa mission de controˆle.
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3638
Indien de bouwheer het evenwel niet eens is met de schatting van de administratie, heeft hij het recht zijn bezwaren te laten kennen. Overigens wordt niet zelden de oorspronkelijke vastgestelde vordering verminderd of prijsgegeven nadat de administratie in kennis werd gesteld van gegevens die niet blijken uit de ingediende stukken.
Dans le cas où le maıˆtre d’ouvrage ne peut cependant marquer son accord sur l’estimation de l’administration, il a le droit de lui faire connaıˆtre ses objections. Il n’est d’ailleurs pas rare qu’une insuffisance constatée initialement soit par la suite réduite ou annulée lorsque des éléments qui n’apparaissent pas au vue des documents introduits, sont portés à la connaissance de l’administration.
Bovendien hebben, bij gebrek aan minnelijk akkoord, de eigenaar zowel als de administratie het recht om de procedure tot deskundige schatting, bedoeld in 59, § 2, van het BTW-Wetboek en in het koninklijk besluit nr. 15 van 3 juni 1970, in te stellen.
En outre, en l’absence d’un accord amiable, le propriétaire ainsi que l’administration ont le droit d’entamer la procédure d’expertise visée à l’article 59, § 2, du Code de la TVA et à l’arrêté royal no 15 du 3 juin 1970.
DO 1999200000395
DO 1999200000395
Vraag nr. 162 van de heer Dirk Pieters van 14 december 1999 (N.) :
Question no 162 de M. Dirk Pieters du 14 décembre 1999 (N.) :
Verzending van het aanslagbiljet.
Envoi de l’avertissement-extrait de roˆle.
Inzake de verzending van het aanslagbiljet blijft er onzekerheid bestaan of en wanneer de belastingplichtige effectief van dit biljet kennis heeft gekregen. Gezien deze verzending niet meer aangetekend gebeurt, kan deze kennisname enkel vermoed worden, wanneer het biljet niet wordt terugbezorgd aan de administratie.
Il reste une incertitude relative à l’envoi de l’avertissement-extrait de roˆle, à savoir si l’assujetti prend effectivement connaissance de ce document, et à quel moment. E´tant donné qu’il ne s’agit plus d’envoi recommandé, on ne peut que soupçonner que le contribuable en a effectivement pris connaissance si la feuille n’est pas retournée à l’administration.
Om geschillen te vermijden stelt het College van federale ombudsmannen in zijn jaarverslag 1999 volgende procedure voor : wanneer de betaling door de belastingplichtige uitblijft, kan een eerste aanmaning tot betalen aangetekend worden verzonden, samen met een kopie van het oorspronkelijke aanslagbiljet. Op deze wijze kan ook deze verzending volstaan om de belastingplichtige op de hoogte te brengen, zonder hiertoe elke belastingplichtige een aangetekend schrijven te versturen. De kortere bezwaartermijn bepaald in de nieuwe fiscale procedure kan immers leiden tot een toename van de geschillen waarin de belastingplichtige beweert nooit een aanslag te hebben ontvangen. De administratie heeft er dan ook alle belang bij om zich een vaste datum te verschaffen, vanaf wanneer de bezwaartermijn kan geacht worden te zijn ingegaan.
Afin d’éviter tout différend, le Collège des médiateurs fédéraux propose, dans son rapport annuel 1999, la procédure suivante : quand le contribuable tarde à payer, une première mise en demeure peut être envoyée en recommandé, avec une copie de l’avertissementextrait de roˆle original. Cet envoi peut également suffire pour informer le contribuable, sans qu’il soit nécessaire pour autant de procéder à un envoi recommandé pour chaque contribuable. Le délai plus court pour la réclamation que prévoit la nouvelle procédure fiscale peut en effet donner lieu à un accroissement du nombre de litiges desquels le contribuable prétend n’avoir jamais reçu d’avertissement-extrait de roˆle. Il est dès lors dans l’intérêt de l’administration de prévoir une date fixe, à partir de laquelle le délai pour la réclamation est censé avoir commencé.
1. Bent u bereid bedoelde procedure in te stellen ?
1. Eˆtes-vous disposé à prévoir la procédure en question ?
2. Zo neen, waarom niet ?
2. Dans la négative, pourquoi ?
Antwoord : De problematiek van de verzending van een aanslagbiljet situeert zich niet zozeer op het vlak van het bekomen van een bewijs van effectieve verzen-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
Réponse : La problématique de l’envoi d’un avertissement-extrait de roˆle se situe moins dans l’obtention d’une preuve de son envoi effectif par l’administration
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3639
ding door de administratie, maar wel in het zoeken naar een formeel bewijs van de effectieve ontvangst ervan door de betrokken belastingschuldige.
que dans la recherche d’une preuve formelle de sa réception effective par le redevable intéressé.
Zelfs al biedt de ter post aangetekende zending een voldoende garantie voor de verzending van een schrijven door de afzender op een bepaalde datum, geeft zij in het algemeen geen enkele zekerheid wat de inhoud en de goede ontvangst ervan door de bestemmeling betreft, tenzij het schrijven vergezeld is van een vordering en van een nauwkeurig en geı¨ndividualiseerd ontvangstbericht.
Si le recommandé postal présente une garantie suffisante de l’envoi d’un pli par l’expéditeur à la date indiquée, il n’apporte généralement aucune certitude ni quant à son contenu, ni quant à sa bonne réception par le destinataire à moins qu’il ne soit accompagné d’un réquisitoire et d’un accusé de réception précis et individualisé.
Artikel 72 van het ministerieel besluit van 12 januari 1970 houdende reglementering van de postdienst, bepaalt immers dat de administratieve aangetekende zendingen (behoudens de zendingen vergezeld van een ontvangstbericht) mogen worden afgegeven aan een volwassene die de postbode kent en die deel uitmaakt van het gezin of de onmiddellijke omgeving van de geadresseerde, wat geen volledige zekerheid biedt dat de zending aan de betrokken persoon werd afgegeven. Bovendien kan de identificatie bij een ambtshalve aangetekende zending niet op een absoluut formele wijze gebeuren, zodat de administratie geen formeel bewijs van de aard van haar zending kan aanbrengen.
En effet, l’article 72 de l’arrêté ministériel du 12 janvier 1970 portant réglementation du service postal dispose que les correspondances administratives recommandées (exception faite des envois accompagnés d’un accusé de réception) peuvent être remises à une personne majeure et connue de l’agent distributeur comme faisant partie de la famille ou de l’entourage immédiat du destinataire, ce qui ne permet pas d’obtenir toute certitude quant à leur remise à la personne concernée. De plus, dans le cas d’une recommandation d’office, l’identification du pli ne peut être faite de manière absolument formelle de sorte que l’administration ne peut apporter la preuve formelle de la nature de son envoi.
De studie van deze problematiek toont verder aan dat de budgettaire gevolgen van een dergelijke handelwijze, gelet op het groot aantal aangetekende zendingen dat jaarlijks door de belastingadministratie wordt verstuurd, en de bijkomende last die een dergelijke zending meebrengt voor elke belastingschuldige, — vermits hij gehouden is aanwezig te zijn om de zending te ontvangen —, niet opwegen tegen het geringe aantal betwistingen terzake.
L’examen de cette problématique montre en outre qu’eu égard au grand nombre d’avertissementsextraits de roˆle réalisés annuellement par l’administration fiscale, le couˆt budgétaire d’une telle opération et la contrainte qu’elle constitue pour l’ensemble des redevables, tenus par l’obligation d’être présents pour la réception du pli, apparaissent totalement disproportionnés par rapport au nombre peu élevé de litiges en la matière.
Het is net om die redenen dat artikel 11 van het koninklijk besluit nr. 4 van 22 augustus 1934, dat voorzag in de ter post aangetekende verzending van aanslagbiljetten voor belastingen ten belope van minstens 1 000 frank (bedrag dat herhaaldelijk werd aangepast), werd opgeheven vanaf 1 januari 1978.
C’est notamment pour ces raisons que l’article 11 de l’arrêté royal no 4 du 22 aouˆt 1934, qui prévoyait l’envoi recommandé à la poste des avertissementsextraits de roˆle relatifs à des impoˆts atteignant au moins 1 000 francs (montant adapté à plusieurs reprises), a été supprimé à partir du 1er janvier 1978.
Een nieuwe studie van deze problematiek, uitgevoerd in het raam van de discussie rond de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen, heeft niet tot een andere oplossing geleid.
Un nouvel examen de cette problématique, effectué dans le cadre de la discussion de la loi du 15 mars 1999 relative au contentieux en matière fiscale, n’a pas permis d’aboutir à une solution différente.
Om de belastingplichtigen met achterstallige belastingschulden niet aan bijkomende problemen bloot te stellen, schrijft een administratieve circulaire van 7 juli 1998 evenwel aan de ontvangers der directe belastingen voor om een nieuwe, weliswaar niet-aangetekende herinnering te versturen, alvorens vervolgingen te hunnen laste in te stellen, voor zover er sinds de aanmaning een hele tijd is voorbijgegaan.
Cependant, pour ne pas exposer les redevables en retard de paiement à des problèmes supplémentaires, une circulaire administrative du 7 juillet 1998 prescrit aux receveurs des contributions directes d’adresser un nouveau rappel, il est vrai non recommandé, avant d’entamer des poursuites à leur charge si un certain temps s’est déjà écoulé depuis l’envoi de la sommation.
Verder heeft artikel 6 van de wet van 4 mei 1999 houdende fiscale en andere bepalingen in het Wetboek
En outre, l’article 6 de la loi du 4 mai 1999 portant des dispositions fiscales et autres a inséré un arti-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3640
van de inkomstenbelastingen 1992 een artikel 393bis ingevoegd dat de invordering van een belasting lastens een feitelijk gescheiden echtgenoot slechts toelaat na de verzending aan de echtgenoot op wiens inkomen de belasting is gevestigd van een ingebrekestelling tot betaling bij ter post aangetekende brief.
cle 393bis dans le Code des impoˆts sur les revenus 1992 qui n’autorise le recouvrement d’un impoˆt à l’encontre d’un conjoint séparé de fait qu’après l’envoi au conjoint sur les revenus duquel l’impoˆt a été établi, d’une mise en demeure de payer par pli recommandé à la poste.
DO 1999200000435
DO 1999200000435
Vraag nr. 170 van mevrouw Annemie Van de Casteele van 21 december 1999 (N.) :
Question no 170 de Mme Annemie Van de Casteele du 21 décembre 1999 (N.) :
Bedrijfsleiders. — Herkwalificatie van intresten tot dividenden.
Chefs d’entreprises. — Requalification des intérêts en dividendes.
In 1997 antwoordde de toenmalige minister van Financie¨n dat de interpretatie van het begrip « geldlening », dat thans als voorschot van een bedrijfsleider bepalend is, door de administratie zou onderzocht en verduidelijkt worden.
En 1997, le ministre des Finances de l’époque avait indiqué que l’administration étudierait et préciserait l’interprétation de la notion d’« emprunt », qui est actuellement déterminant en tant qu’acompte versé par un chef d’entreprise.
1. Is dat onderzoek reeds bee¨indigd ?
1. Cette étude est-elle déjà terminée ?
2. Hoe moet dat begrip nu geı¨nterpreteerd worden ?
2. Comment convient-il actuellement d’interpréter cette notion ?
Antwoord : Ik ben zo vrij het geachte lid te verwijzen naar de antwoorden die zijn verstrekt op de parlementaire vragen :
Réponse : Je me permets de renvoyer l’honorable membre aux réponses données aux questions parlementaires :
— nr. 1124 van 9 juni 1998, gesteld door senator Hatry (Vragen en Antwoorden, Senaat, 1998-1999, nr. 1-91 van 26 januari 1999, blz. 4818);
— no 1124 du 9 juin 1998 posée par le sénateur Hatry (Questions et Réponses, Sénat, 1998-1999, no 1-91 du 26 janvier 1999, p. 4818);
— nr. 1427 van 25 juni 1998, gesteld door volksvertegenwoordiger Pieters (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1998-1999, nr. 166 van 8 maart 1999, blz. 22308).
— no 1427 du 25 juin 1998, posée par le représentant Pieters (Questions et Réponses, Chambre, 19981999, no 166 du 8 mars 1999, p. 22308).
DO 1999200000557
DO 1999200000557
Vraag nr. 197 van mevrouw Trees Pieters van 19 januari 2000 (N.) :
Question no 197 de Mme Trees Pieters du 19 janvier 2000 (N.) :
Voorafgaande akkoorden.
Accords préalables.
Ingevolge het koninklijk besluit van 3 mei 1999 heeft de regering de mogelijkheid tot het bekomen van « voorafgaande akkoorden » nogmaals uitgebreid met ingang van 14 juni 1999.
Par arrêté royal du 3 mai 1999, le gouvernement a encore étendu à partir du 14 juin 1999 la possibilité de conclure des « accords préalables ».
Dit reglementair initiatief kan alleen maar zeer sterk worden toegejuicht.
Une telle initiative réglementaire mérite très certainement d’être applaudie. ` l’heure actuelle, il n’existe que quatre possibilités A plutoˆt limitées d’obtenir une certaine sécurité juridique, à savoir :
Thans zijn blijkbaar maar de vier onderstaande eerder beperkte mogelijkheden tot het bekomen van enige rechtszekerheid in voege : A) de klassieke ruling (zie artikel 345 WIB 92);
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
A) le ruling classique (voir article 345 du CIR 92);
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3641
B) « Info-kap-rulings » voor buitenlandse ondernemingen;
B) les « info-kap-rulings » pour les entreprises étrangères;
C) gewone uitdrukkelijke akkoorden met de plaatselijke eerstaanwezend inspecteurs-diensthoofden van de Directe Belastingen en/of de AOIF;
C) les accords formels ordinaires conclus avec les inspecteurs principaux-chefs de service des Contributions directes et/ou de l’AFER;
D) de individuele en/of stilzwijgende akkoorden, steunende op het vertrouwensbeginsel, waarvan sprake in artikel 50, § 1, van het WIB 92 en artikel 361 WIB 92.
D) les accords individuels et/ou tacites, fondés sur le principe de confiance, dont il est question à l’article 50, § 1er, du CIR 92 et à l’article 361 du CIR 92.
1. Vermits voornoemde afspraken naar verluidt voortaan uitsluitend centraal mogen of moeten worden beslist, rijst meteen de vraag, mede in het kader van de herstructurering van het ministerie van Financie¨n, tot welke bevoegde belastingambtenaren de belastingplichtigen, al dan niet vertegenwoordigd door hun lasthebbers, zich respectievelijk schriftelijk kunnen wenden tot het bekomen van voorafgaande akkoorden met betrekking tot :
1. E´tant donné que les accords en question devraient dorénavant faire l’objet d’une décision prise exclusivement au niveau des services centraux, la question se pose de savoir — compte tenu notamment de la restructuration du ministère des Finances — à quels fonctionnaires des contributions les contribuables, éventuellement représentés par leurs mandataires, peuvent s’adresser par écrit pour obtenir la conclusion d’accords préalables concernant :
a) afschrijvingspercentages;
a) les taux d’amortissement;
b) forfaitaire en andere terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever, al dan niet hoger dan 5 000 frank per maand (zie artikel 57, 3o, WIB 92);
b) le remboursement forfaitaire ou autre des frais propres à l’employeur, limité ou non à 5 000 francs par mois (voir article 57, 3o, du CIR 92);
c) de aftrek van sommige werkelijke beroepskosten (zie artikel 49 WIB 92);
c) la déduction de certains frais professionnels réels (voir article 49 du CIR 92);
d) de principie¨le belastbaarheid inkomsten en/of vergoedingen;
sommige
d) l’imposition de principe de certains revenus et/ou indemnités;
e) de vrijstelbaarheid van voorzieningen of provisies waarvan sprake in artikel 48 WIB 92;
e) l’exonération des provisions visée à l’article 48 du CIR 92;
f) alle andere al dan niet principie¨le kwesties ?
f) d’autres questions de principe ou non ? ` quels fonctionnaires controˆleurs de l’adminis2. A tration centrale et/ou des services extérieurs des Contributions directes et de l’AFER, médiateurs fédéraux ou autres fonctionnaires encore les contribuables peuvent-ils s’adresser lorsque les services concernés des CD ou de l’AFER rejettent les réclamations motivées, n’y répondent pas par écrit dans un délai raisonnable ou refusent tout simplement de réagir ?
van
2. Tot welke toezichthoudende ambtenaren van het hoofdbestuur en/of de buitendiensten van de Directe Belastingen en de AOIF, federale ombudsmannen en informatie-ambtenaren kunnen de belastingplichtigen zich wenden wanneer de aangeschreven belastingdiensten van de DB of de AOIF de gemotiveerde verzoekschriften zonder meer afwimpelen, niet binnen een redelijke termijn schriftelijk beantwoorden of zelfs helemaal weigeren te reageren ? 3. Op welke precieze website-adressen van het Internet kunnen belastingplichtigen en hun fiscale raadgevers van vennootschappen alle wetteksten, reglementaire bepalingen en circulaires of dienstbrieven inzake directe belastingen en inzake BTW officieel raadplegen ?
3. Sur quels sites Internet officiels les contribuables et les conseillers fiscaux des entreprises peuvent-ils consulter les différents textes de loi, dispositions réglementaires, circulaires et autres textes concernant les contributions directes et la TVA ?
4. Kan u, punt per punt, met het oog op een volstrekte rechtszekerheid, uw aanvullende richtlijnen en een passende sensibilisering van de belastingambtenaren mede in het licht van het « Handvest van de gebruiker van de openbare diensten » en van de openbaarheid van bestuur meedelen ?
4. Pourriez-vous communiquer, point par point, dans l’optique d’une absolue sécurité juridique et dans le cadre notamment de la charte de l’utilisateur des services publics ainsi que de la publicité de l’administration, vos directives complémentaires et vos démarches pour sensibiliser les fonctionnaires des contributions en ce domaine ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3642
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op de gestelde vragen.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse aux questions posées.
1. Gelet op de uitdrukkelijke bepalingen van artikel 1, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van een systeem van voorafgaande beslissingen in fiscale zaken kan enkel een voorafgaande beslissing worden getroffen met betrekking tot :
1. Vu les dispositions formelles de l’article 1er, § 1er, alinéa 1er, de l’arrêté royal du 3 mai 1999 organisant un système de décision anticipée en matière fiscale, une décision anticipée peut uniquement être prise en ce qui concerne :
1o de gevolgen op het stuk van de directe en indirecte belastingen van een investering in materie¨le of immaterie¨le vaste activa, met inbegrip van hun financiering, met uitzondering van de investeringen in financie¨le vaste activa, waarvan de realisatie voorzien is op het Belgisch grondgebied;
1o les incidences en matière d’impoˆts directs et indirects d’un investissement en immobilisations corporelles ou incorporelles, en ce compris leur financement, à l’exclusion des investissements en immobilisations financières, dont la réalisation est prévue sur le territoire belge;
2o de voorwaarden inzake de facturering van de diensten verleend door een binnenlandse vennootschap of een Belgische inrichting van een buitenlandse vennootschap, die uitsluitend activiteiten van voorbereidende aard of met het karakter van hulpwerkzaamheden of bepaalde activiteiten inzake niet-commercie¨le informatieverstrekking aan de klanten uitoefenen ten gunste van verbonden vennootschappen in de zin van het koninklijk besluit van 8 oktober 1976 met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen;
2o les conditions de facturation des services prestés par une société résidente ou un établissement belge d’une société étrangère, qui se livre exclusivement, au profit de sociétés liées au sens de l’arrêté royal du 8 octobre 1976 relatif aux comptes annuels des entreprises, à des activités préparatoires ou auxiliaires ou à certaines activités d’information non commerciale à la clientèle;
3o de voorwaarden inzake de facturering van de diensten verleend door een binnenlandse vennootschap of een Belgische inrichting van een buitenlandse vennootschap, die binnen een afzonderlijke afdeling en ten gunste van verbonden vennootschappen in de zin van het koninklijk besluit van 8 oktober 1976 met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen, onder andere de sub 2o vermelde activiteiten of activiteiten inzake administratieve tussenkomst in de verkopen uitoefenen;
3o les conditions de facturation des services prestés par une société résidente ou un établissement belge d’une société étrangère, qui se livre notamment, au sein d’une division distincte et au profit de sociétés liées au sens de l’arrêté royal du 8 octobre 1976 relatif aux comptes annuels des entreprises, à des activités visées au 2o ou à des activités d’intervention administrative dans les ventes;
4o de fiscale gevolgen op de inkomsten van gespecialiseerde of aan het wetenschappelijk onderzoek verbonden personeelsleden evenals van het kaderpersoneel van een vennootschap dat tijdelijk aangesteld is voor de uitvoering van de sub 1o bedoelde investering of voor de uitoefening van een sub 2o of 3o vermelde activiteit, wanneer zij hun woonplaats of de zetel van hun fortuin niet in Belgie¨ gevestigd hebben;
4o les incidences fiscales sur les revenus des membres du personnel spécialisé ou affecté à la recherche scientifique ainsi qu’aux membres du personnel d’encadrement qu’une société affecte temporairement au fonctionnement d’un investissement visé sub 1o ou à la réalisation d’une activité visée sub 2o ou 3o, lorsque ceux-ci n’ont pas établi, en Belgique, leur domicile ou le siège de leur fortune;
5o het feit dat een voordeel verleend in de omstandigheden als vermeld in artikel 26 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) niet abnormaal of goedgunstig is, of dat een betaling als vermeld in artikel 54, WIB 92 wel degelijk beantwoordt aan een werkelijke en oprechte verrichting en dat zijn de normale grenzen niet overschrijdt.
5o le fait qu’un avantage consenti dans les situations visées à l’article 26 du Code des impoˆts sur les revenus 1992 (CIR 92) ne soit pas anormal ou bénévole, ou qu’un paiement visé à l’article 54, CIR 92 réponde bien à des opérations sincères et réelles et qu’il ne dépasse pas les limites normales.
Teneinde een voorafgaande beslissing in de zin van het voormelde besluit te bekomen moet de belasting-
En vue d’obtenir une décision anticipée au sens de l’arrêté précité, le contribuable, représenté ou non par
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3643
plichtige, al dan niet vertegenwoordigd door een daartoe behoorlijk gemachtigde raadsman of door een advocaat, een bij ter post aangetekende aanvraag indienen bij de Dienst van voorafgaande beslissingen, RAC, Financietoren, Kruidtuinlaan 50, bus 57, te 1010 Brussel.
un conseil dûment mandaté ou par un avocat, doit introduire une demande par pli recommandé à la poste auprès du Service des décisions anticipées, CAE, Tour Finances, boulevard du Jardin Botanique, 50, boıˆte 57 à 1010 Bruxelles.
Anderzijds, kunnen de in punt a), b) en c) bedoelde beroepskosten met toepassing van artikel 50, § 1, WIB 92, in voorkomend geval het voorwerp uitmaken van een individueel akkoord afgesloten met de taxatiedienst bevoegd voor het onderzoek van de belastingtoestand van de belastingplichtige. Dergelijke akkoorden kunnen echter niet worden gekwalificeerd als voorafgaande beslissingen in de zin van het voormelde koninklijk besluit van 3 mei 1999. Een voorafgaande beslissing kan immers slechts worden getroffen voor zover de verrichtingen waarvoor of in het kader waarvan de beslissing wordt gevraagd, nog niet hebben plaatsgehad.
D’autre part, les frais professionnels visés aux points a), b) et c) peuvent, en application de l’article 50, § 1er, CIR 92, faire l’objet, le cas échéant, d’un accord individuel conclu avec le service de taxation compétent pour la vérification de la situation fiscale du contribuable. De tels accords ne peuvent toutefois être qualifiés de décisions anticipées au sens de l’arrêté royal du 3 mai 1999 précité. Une décision anticipée ne peut en effet être prise que si les opérations pour lesquelles ou dans le cadre desquelles la décision est demandée n’ont pas encore eu lieu.
Overigens blijft de Commissie voor voorafgaande fiscale akkoorden bevoegd om te beslissen over de aanvragen om een voorafgaand akkoord, ingediend in het kader van artikel 345, WIB 92. Die aanvragen dienen bij voortduur, bij een ter post aangetekend schrijven, te worden gericht aan de voorzitter van de Commissie voor voorafgaande fiscale akkoorden, Rijksadministratief Centrum, Financietoren, Kruidtuinlaan, 50, bus 32 te 1010 Brussel.
Par ailleurs, la Commission des accords fiscaux préalables reste compétente pour prendre une décision sur les demandes d’accord préalable introduites dans le cadre de l’article 345, CIR 92. Comme par le passé, ces demandes doivent être adressées par pli recommandé à la poste au président de la Commission des accords fiscaux préalables, Cité administrative de l’E´tat, Tour Finances, boulevard du Jardin Botanique, 50, boıˆte 32 à 1010 Bruxelles.
De aanvragen voor het bekomen van een zogenaamde infocap-ruling worden daarentegen behandeld door de Cel « Fiscaliteit van de buitenlandse investeringen », Leuvenseweg 38 te 1000 Brussel.
En revanche, les demandes en vue d’obtenir un ruling « info-cap » sont traitées par la Cellule « Fiscalité des investissements étrangers », rue de Louvain, 38 à 1000 Bruxelles.
2. De termijnen waarbinnen een voorafgaande beslissing als bedoeld in het voormelde besluit van 3 mei 1999 ter kennis wordt gebracht van de aanvrager zijn uitdrukkelijk vastgelegd in artikel 1, §§ 3 en 4, van dit besluit.
2. Les délais dans lesquels une décision anticipée visée à l’arrêté royal du 3 mai 1999 précité est notifiée au demandeur, sont fixés expressément à l’article 1er, §§ 3 et 4, dudit arrêté.
Overeenkomstig § 3 wordt de beslissing ter kennis gebracht van de aanvrager binnen een termijn van drie maanden of, indien de aard van de aanvraag zulks vereist, binnen een termijn van zes maanden, te rekenen vanaf de dag waarop zijn aanvraag aan de bevoegde dienst is toegezonden. Alhoewel er geen sancties voorzien zijn bij niet-naleving van voormelde termijnen zal de Dienst van voorafgaande beslissingen alles in het werk stellen om de behoogde termijnen strikt na te leven.
Conformément au § 3, la décision est notifiée au demandeur dans un délai de trois mois ou, lorsque la nature de la demande le requiert, dans un délai de six mois, à compter du jour où sa demande est adressée au service compétent. Bien qu’aucune sanction ne soit prévue en cas d’inobservation des délais précités, le Service des décisions anticipées met tout en œuvre pour respecter strictement les délais prévus.
Een voorafgaande beslissing met betrekking tot een aanvraag als bedoeld in het antwoord op vraag 1, eerste lid, sub 2o, opgesteld overeenkomstig het door de minister van Financie¨n bepaalde model, dient gelet op de bepalingen van § 4, binnen een termijn van één maand, te rekenen vanaf de dag waarop de aanvraag aan de bevoegde dienst is toegezonden, ter kennis van de aanvrager te worden gebracht. Het ontbreken van
Vu les dispositions du § 4, une décision anticipée relative à une demande visée à la réponse à la première question, alinéa 1er, sub 2o, établie conformément au modèle arrêté par le ministre des Finances, doit être notifiée au demandeur dans un délai d’un mois à compter du jour où la demande est adressée au service compétent. L’absence de notification dans ce délai vaut acceptation de la demande. Jusqu’à présent, le
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
467
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3644
de kennisgeving binnen deze termijn geldt als aanvaarding van de aanvraag. Tot op heden werd het hiervoor bedoelde model evenwel nog niet bij ministerieel besluit vastgelegd.
modèle visé ci-avant n’a toutefois pas encore été fixé par arrêté ministériel.
Met betrekking tot de voorafgaande akkoorden in de zin van artikel 345, WIB 92, beslist de hoger vermelde commissie binnen de termijn bepaald in artikel 4, van het koninklijk besluit van 9 november 1992 tot oprichting van een commissie voor voorafgaande fiscale akkoorden, zoals laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 april 1995 met betrekking tot de Commissie voor voorafgaande fiscale akkoorden.
En ce qui concerne les accords préalables au sens de l’article 345, CIR 92, la commission mentionnée ciavant décide dans le délai prévu à l’article 4 de l’arrêté royal du 9 novembre 1992 portant création d’une commission des accords fiscaux préalables modifié, en dernier lieu par l’arrêté royal du 4 avril 1995 relatif à la Commission des accords fiscaux préalables.
Luidens artikel 345, § 1, tweede lid, WIB 92, wordt ontstentenis van antwoord vanwege de administratie der Directe Belastingen binnen de voorziene termijn gelijkgesteld met een akkoord.
Selon l’article 345, § 1er, alinéa 2, CIR92, le défaut de réponse de l’administration des Contributions directes dans le délai prévu équivaut à un accord.
3. In de loop van het jaar 1999 werd in de schoot van mijn departement een werkgroep opgericht met het oog op de ontwikkeling van de Internet website van het ministerie van Financie¨n (http :// www.minfin.fgov.be), waarop tot dusver slechts een beperkt aantal documenten zijn opgenomen.
3. Dans le courant de l’année 1999, un groupe de travail a été constitué au sein de mon département en vue de développer le site Internet du ministère des Finances (http ://www.minfin.fgov.be), qui ne contient actuellement qu’un nombre limité de documents.
Anderdeels werden door de administratie van Fiscale Zaken en de fiscale uitvoeringsadministraties twee cd-rom’s aangemaakt :
D’autre part, l’administration des Affaires fiscales et les administrations fiscales de gestion ont élaboré les deux cd-rom fiscaux suivants :
— Codifisc, waarop wettelijke en reglementaire bepalingen zijn opgenomen, zoals het Wetboek van de inkomstenbelastingen en het BTW-Wetboek, en
— Codifisc, qui contient des dispositions légales et réglementaires, telles que le Code des impoˆts sur les revenus et le Code de la TVA, et
— Docufisc, die naast de voormelde wettelijke en reglementaire bepalingen onder meer de desbetreffende administratieve commentaren, circulaires, parlementaire vragen en rechtspraak bevat.
— Docufisc, qui, outre les dispositions légales ciavant, reprend notamment les commentaires administratifs, les circulaires, les questions parlementaires et la jurisprudence y afférents.
Codifisc wordt reeds te koop aangeboden. Daarentegen wordt Docufisc momenteel enkel aan de ambtenaren van mijn departement toegezonden. Het is echter de bedoeling deze cd-rom binnen afzienbare tijd eveneens voor het publiek toegankelijk te maken.
Codifisc est déjà mis en vente. Par contre, Docufisc n’est actuellement distribué qu’aux agents de mon département, mais l’intention est de le rendre accessible au public dans un avenir assez proche.
4. De bepalingen van het voormelde koninklijk besluit van 3 mei 1999 zullen binnenkort worden toegelicht in een administratieve circulaire die zal worden gepubliceerd in het Bulletin der Belastingen.
4. Les dispositions de l’arrêté royal du 3 mai 1999 précité seront commentées sous peu dans une circulaire administrative qui sera publiée dans le Bulletin des contributions.
DO 1999200000764
DO 1999200000764
Vraag nr. 238 van de heer Michel Wauthier van 22 februari 2000 (Fr.) :
Question no 238 de M. Michel Wauthier du 22 février 2000 (Fr.) :
Als ramp erkende droogte van 1996. — Belasting.
Calamités sécheresse 1996. — Taxation.
Toen in 1996 de streek van Famenne-Condroz door droogte werd getroffen, hebben verscheidene lokale mandatarissen de initiatieven van landbouwers en
Lors de la sécheresse de 1996 qui a frappé la région Famenne-Condroz, plusieurs mandataires locaux ont soutenu les agriculteurs et leurs organisations dans
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3645
landbouworganisaties om de geleden schade door het Rampenfonds te laten erkennen en vergoeden, gesteund.
leurs démarches en vue de faire reconnaıˆtre le préjudice qu’ils ont subi via le fonds d’intervention du Fonds des calamités.
Nadat ze het dossier had onderzocht, oordeelde de federale regering dat het verzoek om de droogte als ramp te erkennen, gegrond was. De regering erkende dan ook de droogte als ramp en stortte geld door aan het Rampenfonds. Mijn vraag heeft betrekking op de manier waarop de tegemoetkomingen van het Rampenfonds worden belast. De meeste landbouwers worden overeenkomstig de oppervlakte die ze bewerken, forfaitair belast. Paragraaf 20 van de handleiding « Forfaits », een publicatie van het ministerie van Financie¨n, bepaalt dat « het toe te voegen bedrag (te belasten vergoeding) het bedrag van het vroeger aangenomen overeenstemmende verlies echter niet te boven mag gaan ».
Le gouvernement fédéral, après instruction du dossier, a jugé la demande fondée et a reconnu la calamité en alimentant le Fonds des calamités pour cette sécheresse. Cette question vise le mode de taxation de l’intervention du Fonds des calamités. La plupart des agriculteurs sont soumis au régime de taxation sur base forfaitaire suivant la superficie d’exploiter. Depuis toujours, le manuel « Forfaits » établi par le ministère des Finances signale dans son paragraphe 20 que « le montant ajouté (montant d’indemnité à taxer) ne peut toutefois dépasser le montant de la perte correspondante admise antérieurement ».
In de door de droogte van 1996 getroffen gebieden ontvingen de landbouwers een schadevergoeding van het Rampenfonds. Op 3 juni 1999 drongen de Waalse landbouworganisaties er bij de minister van Financie¨n op aan de belasting op die vergoeding definitief te regelen.
En date du 3 juin 1999, les organisations agricoles wallonnes ont interpellé le ministère des Finances pour qu’il se prononce définitivement sur le mode de taxation de l’indemnité du Fonds des calamités perçue par les agriculteurs repris dans les zones sinistrées par la sécheresse 1996. ` ce jour, cette demande est restée sans réponse. A Selon les informations reçues des organisations agricoles, le ministère des Finances pouvait rejeter les dispositions du § 20 du manuel « Forfaits » estimant que le barème forfaitaire a tenu compte de ces conditions climatiques défavorables et voudrait taxer totalement les indemnités obtenues. Cela irait à l’encontre de l’esprit du § 20 qui reste d’actualité dans le cadre de l’intervention du Fonds des calamités qui se fonde uniquement sur le caractère exceptionnel et donc non pris en compte dans l’établissement du forfait. Le forfait tient compte de la richesse potentielle agricole des sols, de l’altitude et de toutes les données agricoles qui influencent le revenu agricole.
Hun verzoek bleef tot nu toe onbeantwoord. Volgens de landbouworganisaties oordeelde het ministerie van Financie¨n dat het § 20 van de handleiding « Forfaits » niet diende toe te passen omdat de forfaits rekening houden met de ongunstige klimatologische omstandigheden. Het ministerie zou de ontvangen uitkeringen volledig willen belasten. Dat is strijdig met de geest van § 20 die ook geldt wanneer de tegemoetkomingen van het Rampenfonds alleen wegens het uitzonderlijke karakter van de ramp — waarmee geen rekening werd gehouden bij de vaststelling van het forfait — worden uitgekeerd. Het forfait is afhankelijk van de potentie¨le landbouwwaarde van de bodem, de hoogte en alle andere elementen die de landbouwinkomsten beı¨nvloeden. Het Rampenfonds keert alleen een vergoeding uit bij overmacht of wanneer de ramp « uitzonderlijk » is (in dat geval om de honderd jaar). De tegemoetkoming van het fonds vangt alleen het verlies op ten aanzien van de normale situatie, die als basis dient voor de berekening van het forfait.
Le Fonds des calamités, quant à lui, n’intervient qu’en fonction du caractère « exceptionnel » (ici situation centenaire) ou de force majeure. Son apport ne fait que compenser une perte par rapport à la situation normale qui fonde le forfait.
Kan de regelgeving verduidelijkt worden ? Kan u het ministerie van Financie¨n opleggen § 20 strikt na te leven ?
Cette situation peut-elle être clarifiée et pouvez-vous donner des instructions au service du ministère des Finances quant au strict respect du § 20 ?
Antwoord : Ik wil er het geachte lid vooreerst op wijzen dat in de forfaitaire landbouwwinst (over het aanslagjaar 1997 — inkomsten van 1996) die in overleg met betrokken beroepsgroeperingen werd vastgesteld, rekening is gehouden met de normale verliezen, met inbegrip van de opbrengstvermindering van de oogsten te wijten aan rampspoedige gebeurtenissen (droogte, overvloedige regenval, vorst, enz.) die van
Réponse : Je tiens tout d’abord à signaler à l’honorable membre que le bénéfice agricole forfaitaire (pour l’exercice d’imposition 1997 — revenus de 1996), arreˆté d’accord avec les groupements professionnels intéressés, tient compte des pertes d’un caractère normal, y compris la diminution de rendement des récoltes due à des événements calamiteux (sécheresse, pluies abondantes, gelée, etc.) qui ont influencé les
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3646
invloed zijn geweest op de landbouwresultaten voor de hele streek of onderafdeling. Bijgevolg konden die verliezen dan niet van de semi-brutowinst worden afgetrokken en zijn de door het geachte lid vermelde regels en modaliteiten hier niet van toepassing. In het gemeen recht zijn de beoogde vergoedingen te beschouwen : — hetzij als in artikel 25, 6o, a), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen (WIB 1992) bedoelde vergoedingen van alle aard verkregen ter compensatie of naar aanleiding van enige handeling die een vermindering van de beroepswerkzaamheid of van de winst van de onderneming tot gevolg kan hebben, wanneer zij tijdens de uitoefening van de beroepswerkzaamheid zijn verkregen; — hetzij als in artikel 28, eerste lid, 3o, a), WIB 1992, bedoelde vergoedingen van alle aard verkregen ter compensatie of naar aanleiding van enige handeling die een vermindering van de werkzaamheid of van de winst tot gevolg heeft of zou kunnen hebben, wanneer zij na de stopzetting van de beroepswerkzaamheid zijn verkregen. In de eerste hypothese zijn de vergoedingen (verkregen naar aanleiding van een gedwongen handeling) in de regel afzonderlijk belastbaar tegen een aanslagvoet van 16,5 % in zover zij niet meer bedragen dan de belastbare nettowinst die in de vier jaren voorafgaand aan het jaar van de vermindering van de werkzaamheid uit de niet meer uitgeoefende werkzaamheid is verkregen (cf. artikel 171, 4o, b), WIB 1992). Het gedeelte dat meer bedraagt is gezamenlijk belastbaar. In de tweede hypothese is het totale bedrag van de vergoedingen in de regel afzonderlijk belastbaar tegen de gemiddelde aanslagvoet met betrekking tot het geheel van de belastbare inkomsten van het laatste vorige jaar waarin de belastingplichtige een normale beroepswerkzaamheid heeft gehad (cf. artikel 171, 5o, c), WIB 1992). De voorgaande regels zijn eveneens van toepassing op de landbouwers die overeenkomstig de forfaitaire grondslagen van aanslag worden belast. Bijzondere bepalingen zullen tijdens de besprekingen met het oog op het vaststellen van die grondslagen van aanslag over het aanslagjaar 2000 (inkomsten van 1999) worden vastgesteld.
résultats agricoles dans l’ensemble d’une région ou sous-région. Dès lors, ces pertes ne pouvaient pas eˆtre déduites du bénéfice semi-brut et les règles et modalités mentionnées par l’honorable membre ne sont pas applicables. En droit commun, les indemnités en cause sont à ranger : — soit, lorsqu’elles sont obtenues en cours d’exploitation, parmi les indemnités de toute nature obtenues en compensation ou à l’occasion de tout acte quelconque susceptible d’entraıˆner une réduction de l’activité professionnelle ou des bénéfices de l’entreprise, visées à l’article 25, 6o, a), du Code des impoˆts sur les revenus 1992 (CIR 1992);
DO 1999200000810
DO 1999200000810
Vraag nr. 244 van mevrouw Trees Pieters van 28 februari 2000 (N.) : Fiscale geschillen. — Bezwaarschrift. — Administratie. — Administratief beroep. Met de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen heeft de wetgever
Question no 244 de Mme Trees Pieters du 28 février 2000 (N.) : Contentieux fiscaux. — Réclamation. — Administration. — Recours administratif. Depuis l’entrée en vigueur de la loi du 15 mars 1999 relative au contentieux en matière fiscale, une réclama-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
— soit, lorsqu’elles sont obtenues postérieurement à la cessation de l’activité professionnelle, parmi les indemnités de toute nature obtenues en compensation ou à l’occasion d’un acte quelconque susceptible d’avoir entraıˆné une réduction de l’activité ou des bénéfices de l’entreprise, visées à l’article 28, alinéa 1er, 3o, a), CIR 1992. Dans la première hypothèse, ces indemnités (obtenues à l’occasion d’un acte forcé) sont en principe imposables distinctement au taux de 16,5 % dans la mesure où elles n’excèdent pas les bénéfices imposables afférents à l’activité délaissée réalisés au cours des quatre années qui précèdent celle de la réduction d’activité, le surplus étant imposable globalement (cf. article 171, 4o, b), CIR 1992). Dans la seconde hypothèse, la totalité des indemnités est en principe imposable distinctement au taux moyen afférent à l’ensemble des revenus imposables de la dernière annéee antérieure pendant laquelle le contribuable a eu une activité professionnelle normale (cf. article 171, 5o, c), CIR 1992). Les règles qui précèdent sont aussi applicables aux agriculteurs qui sont imposés selon les bases forfaitaires de taxation. Des dispositions spécifiques seront arreˆtées lors des pourparlers en vue de l’élaboration de ces bases de taxation pour l’exercice d’imposition 2000 (revenus de 1999).
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3647
voortaan gekozen voor de interpretatie dat een bezwaarschrift voor de administratie een louter administratief beroep is.
tion constitue aux yeux du législateur un recours purement administratif pour l’administration.
Uit de voorbereidende parlementaire werkzaamheden blijkt dat dit administratief beroep niet alleen zal moeten voldoen aan de principes van « behoorlijk bestuur » maar eveneens aan de interne regels van de bestuurlijke « hie¨rarchie ».
Il ressort des travaux préparatoires du Parlement que ce recours administratif doit non seulement répondre aux principes d’une « bonne administration » mais également aux règles propres à la « hiérarchie » administrative.
Terzake rijzen evenwel de volgende algemene praktische vragen.
Cette situaton appelle les questions pratiques suivantes.
1. a) Zijn die beide voorwaarden wel degelijk perfect juridisch met elkaar verenigbaar en/of niet tegenstrijdig wetende dat de regels van behoorlijk bestuur de volgende zeven basisbeginselen omvatten (zie ook de wet van 22 maart 1995 tot instelling van federale ombudsmannen) die soms ook in strijd zijn met de administratieve onderrichtingen vervat in circulaires, instructies en andere interne aanbevelingen of voornamelijk met de persoonlijke opinies van de taxatie- en geschillenambtenaren :
1. a) Les deux conditions sont-elles conciliables et/ou non contradictoires, compte tenu du fait que les règles relatives à la bonne administration comportent les sept principes de base suivants (voir également la loi du 22 mars 1995 instaurant des médiateurs fédéraux) qui sont parfois contraires aux directives administratives contenues dans des circulaires, des instructions et d’autres recommandations internes ou aux points de vue personnels des fonctionnaires taxateurs ou des fonctionnaires chargés du contentieux :
— overeenstemming met de rechtsregels (= legaliteitsbeginsel);
— correspondance avec les règles juridiques (= principe de légalité);
— motivering van de beslissingen;
— motivation des décisions;
— verbod van machtsafwending;
— interdiction de détournement de pouvoir;
— rechtszekerheid en vertrouwen;
— sécurité juridique et confiance;
— redelijkheid en wettelijke billijkheid;
— caractère raisonnable et bien-fondé légal;
— gelijkheid en onpartijdigheid;
— égalité et impartialité;
— zorgvuldigheid inzake dossierbehandeling en administratieve organisatie (met vooral eerbied voor de hoorplicht, redelijke termijn, actieve en passieve informatie en recht op privacy) ?
— minutie dans le traitement des dossiers et l’organisation administrative (en particulier le respect de l’obligation d’audition, du délai raisonnable, de l’information active et passive et du droit à la vie privée) ?
Vermits die beginselen van gelijke waarde zijn, mogen ze normaal niet strijdig zijn met elkaar en moeten ze steeds nauwgezet tegen elkaar worden afgewogen.
Ces principes ayant la même valeur, ils ne devraient pas se contredire. Par ailleurs, il convient de chercher un juste équilibre entre ces principes.
b) Zo neen, wat zijn uw gegronde juridische tegenargumenten tot uitvoerige staving van een gebeurlijk ontkennend antwoord ?
b) Dans la négative, sur quels arguments juridiques vous fondez-vous ?
2. a) Dienen de belastingambtenaren van de administratie van de Directe Belastingen als die van de BBI en de administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit (AOIF) de bepalingen van artikel 170, § 1, en artikel 172, tweede lid, van de Grondwet steeds strikt toe te passen bij het onderzoek van een bezwaarschrift en bij het nemen van een administratieve beslissing ?
2. a) Lors de l’examen d’une réclamation ou de la prise d’une décision administrative, les fonctionnaires de l’administration des Contributions directes, de l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts (ISI) et de l’administration de la Fiscalité des entreprises et des revenus (AFER) sont-ils tenus au respect rigoureux des dispositions de l’article 170, § 1er, et de l’article 172, alinéa 2, de la Constitution ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3648
Immers, die fiscale administraties beschikken niet over een beleidsvrijheid maar ze zijn in alle omstandigheden strikt gebonden aan de wettelijke bepalingen. Geen enkele overweging kan de correcte toepassing van de belastingwetten trouwens ook milderen.
Les administrations fiscales n’ont aucune liberté quant à la gestion. Au contraire, elles sont en toutes circonstances tenues au strict respect des dispositions légales. Aucune considération ne permet d’appliquer plus souplement les lois fiscales.
b) Zo neen, waarom moet het « legaliteitsbeginsel » niet worden opgevolgd met het ernstig en ree¨el risico hierdoor burgerlijke schade te kunnen veroorzaken ?
b) Dans la négative, comment expliquez-vous que le « principe de légalité » ne doit pas être observé, avec les risques de dommages civils réels et non négligeables qui en résultent ?
3. Kan u, puntsgewijze, uw algemene ziens- en handelwijze in het kader van een behoorlijk en wettelijk fiscaal bestuur meedelen ?
3. Pourriez-vous, sous l’angle d’une bonne et légale administration fiscale, me faire part de votre position pour chacun des points susmentionnés et préciser les mesures que vous envisagez ?
Antwoord : Hierbij gaan mijn antwoorden op de vragen van het geachte lid.
Réponse : Ci-joint mes réponses aux questions de l’honorable membre.
1. Ik zie geen tegenstrijdigheid tussen het optreden van de directeur der belastingen als administratieve overheid wanneer hij een beslissing neemt over een bezwaarschrift en de beginselen van behoorlijk bestuur.
1. Je ne vois pas de contradiction entre l’intervention du directeur des contributions comme autorité administrative lorsqu’il prend une décision à propos d’une réclamation et les principes de bonne administration.
De beginselen van behoorlijk bestuur zijn van toepassing op het belastingbestuur voor zover hun toepassing niet leidt tot een bewuste schending van de belastingwet die van openbare orde is.
Les principes de bonne administration s’imposent à l’administration fiscale pour autant que leur application n’aboutisse pas à une violation délibérée de la loi fiscale qui est d’ordre public.
2. De artikelen 170, § 1, en 172, tweede lid, van de Grondwet zijn duidelijk. Geen belasting ten behoeve van de Staat kan worden ingevoerd dan door een wet en geen vrijstelling of vermindering van belasting kan worden ingevoerd dan door een wet.
2. Les articles 170, § 1er, et 172, deuxième alinéa, de la Constitution sont clairs. Aucun impoˆt au profit de l’E´tat ne peut être établi que par une loi et nulle exemption ou modération d’impoˆt ne peut être établie que par une loi.
De toepassing van de wet is bijgevolg de leidraad bij het nemen van een beslissing over een bezwaarschrift.
L’application de la loi est, en conséquence, le fil conducteur dans la prise d’une décision sur une réclamation.
Gelet op het feit dat de ambtenaren die over bezwaarschriften beslissen handelen als administratieve overheid dienen zij zich bij het nemen van die beslissingen te laten leiden door de interpretatie die hun administratieve overheid aan een bepaald wetsartikel geeft.
E´tant donné que les fonctionnaires qui statuent sur les réclamations agissent comme autorité administrative, ils doivent, en prenant ces décisions, se laisser guider par l’interprétation que leur autorité administrative donne à une disposition légale donnée.
Die handelwijze is in overeenstemming met het legaliteitsbeginsel en de beginselen van behoorlijk bestuur aangezien de naleving van die instructies borg staat voor een grotere rechtszekerheid bij de belastingplichtigen.
Cette façon d’agir est en conformité avec le principe de légalité et les principes de bonne administration, le respect de ces instructions garantissant d’ailleurs aux redevables une plus grande sécurité juridique.
3. De belastingbesturen oefenen hun doelgebonden opdracht uit binnen het raam van het Belgisch rechtsbestel, met name de democratische rechtsstaat.
3. Les administrations fiscales exercent la mission qui leur est assignée dans le cadre de l’ordre juridique belge, c’est-à-dire l’état de droit démocratique.
De belastingwetten zijn van openbare orde en de belastingbesturen staan in voor de toepassing van die wetten met strikte naleving van de onderzoeksmiddelen die de wet aan die besturen ter beschikking stelt.
Les lois fiscales sont d’ordre public et les administrations fiscales répondent de l’application de ces lois en respectant strictement les moyens d’investigation que la loi met à la disposition de ces administrations.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3649
Daarenboven zijn andere wetten zoals de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen en de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur, eveneens van toepassing op de belastingbesturen.
En outre, d’autres lois, comme la loi du 29 juillet 1991, relative à la motivation formelle des actes administratifs et la loi du 11 avril 1994 sur la publicité de l’administration, s’appliquent aux administrations fiscales.
Tot slot oefenen de belastingbesturen hun opdracht uit met naleving van de beginselen van behoorlijk bestuur, toegepast op de fiscale wetgeving.
Enfin, les administrations fiscales exercent leur mission dans le respect des principes de bonne administration, appliqués à la législation fiscale.
DO 1999200000846
DO 1999200000846
Vraag nr. 251 van de heer Yves Leterme van 3 maart 2000 (N.) :
Question no 251 de M. Yves Leterme du 3 mars 2000 (N.) :
BTW op onroerende leasing.
TVA en cas de leasing immobilier.
Momenteel wordt bij investeringen in gebouwen en infrastructuur door een aantal gemeentebesturen gestreefd naar een maximale inperking van de te betalen BTW. Daartoe wordt, samengevat, de hierna volgende weg bewandeld.
Actuellement, un certain nombre d’administrations communales investissant dans des baˆtiments et des infrastructures souhaitent limiter au maximum la ` cette fin, elles TVA à laquelle elles sont assujetties. A empruntent, en substance, la voie suivante.
De gemeenteregie, die het gebouw aangekocht heeft, verhuurt het gebouw aan de gemeente via onroerende leasing. Uiteraard wordt er bij onroerende leasing slechts BTW gerekend op de periodieke aflossingen, en niet op de aankoopoptie.
La régie communale, qui a acquis tel baˆtiment, le loue à la commune dans le cadre d’un leasing immobilier. En vertu de ce système, la TVA n’est évidemment due que sur les amortissements périodiques et non sur l’option d’achat.
Acht u de constructie, waarbij er enkel op de periodieke aflossingen en niet op de aankoopoptie BTW wordt betaald, wettelijk in orde ?
Jugez-vous légale cette construction graˆce à laquelle la TVA n’est due que sur les amortissements périodiques et non sur l’option d’achat ?
Antwoord : De regiee¨n van gemeenten worden ten aanzien van de zogenaamde onroerende leasing bedoeld in artikel 44, § 3, 2o, b), van het BTWWetboek als belastingplichtige aangemerkt.
Réponse : Les régies communales sont considérées comme des assujettis à la TVA lorsqu’elles effectuent des locations-financements d’immeubles visées à l’article 44, § 3, 2o, b), du Code de la TVA.
Voormeld artikel 44, § 3, 2o, b), bepaalt dat de onroerende financieringshuur, toegestaan door een onderneming die gespecialiseerd is in onroerende financieringshuur of zogenaamde onroerende leasing, wanneer deze onderneming het gebouw waarop het contract betrekking heeft, opricht, laat oprichten of met voldoening van de belasting verkrijgt en de leasingnemer dit goed huurt om het in uitoefening van een activiteit van belastingplichtige te gebruiken, niet vrijgesteld is van de BTW voor zover de voorwaarden van het koninklijk besluit nr. 30 van 29 december 1992 met betrekking tot de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde op de onroerende financieringshuur voldaan zijn.
L’article 44, § 3, 2o, b), précité, précise que la location-financement d’immeubles consentie par une entreprise pratiquant la location-financement d’immeubles ou leasing immobilier n’est pas exemptée de la TVA, lorsque cette entreprise construit, fait construire ou acquiert, avec application de la taxe, le baˆtiment sur lequel porte le contrat et que le preneur prend ce bien en location pour l’utiliser dans l’exercice d’une activité d’assujetti, pour autant que les conditions de l’arrêté royal, no 30 du 29 décembre 1992, relatif à l’application de la taxe sur la valeur ajoutée à la location-financement d’immeubles, soient remplies.
Er wordt in het bijzonder op gewezen dat artikel 1, 1o, van het koninklijk besluit nr. 30 van 29 december 1992 onder meer stelt dat het gebouwd onroerend goed overeenkomstig de gespecificeerde aanwijzingen van de toekomstige leasingnemer opgericht of verkregen moet worden om door hem in de uitoefening van zijn
L’attention est plus particulièrement attirée sur le fait que l’article 1er, 1o, de l’arrêté royal no 30 du 29 décembre 1992 stipule notamment que l’immeuble baˆti doit être construit ou acquis selon les indications détaillées du futur preneur pour être utilisé par ce ` cet dernier dans l’exercice de son activité d’assujetti. A
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3650
werkzaamheid, als belastingplichtige te worden gebruikt. Derhalve voldoen de gemeenten in hun hoedanigheid van leasingnemer slechts aan deze voorwaarde in de mate dat ze werkzaamheden of handelingen verrichten waarvoor ze als belastingplichtige worden aangemerkt.
égard, en qualité de preneurs en leasing, les communes ne satisfont à cette obligation que dans la mesure où elles effectuent des activités ou opérations pour lesquelles elles sont considérées comme des assujettis ou lorsqu’elles effectuent des opérations imposables autrement que dans l’exercice de l’autorité publique.
Desgevallend is de BTW verschuldigd over het bedrag van de door de leasingnemer te betalen huurprijzen of vergoedingen, in voorkomend geval verhoogd met de lasten die ten voordele van de leasinggever bedongen worden met inbegrip van het gedeelte van de huurprijzen en vergoedingen dat betrekking heeft op het genot van de grond.
Dans ce cas, la TVA est due sur le montant des loyers ou redevances à payer par le preneur en leasing, y compris la partie des loyers ou redevances relatives à la jouissance du sol, augmenté, le cas échéant, des charges stipulées au profit du donneur en leasing.
Wat de uitoefening van de koopoptie betreft op het einde van het contract is de BTW slechts verschuldigd in de mate dat het gebouw nog als nieuw in de zin van het BTW-Wetboek kan beschouwd worden en voor zover wordt geopteerd om het gebouw te vervreemden met voldoening van de belasting (zie artikel 44, § 3, 1o, a), van het BTW-Wetboek). Gelet evenwel op de normale looptijd van onroerende leasecontracten zal bij de uitoefeing van de koopoptie het betreffend gebouw normaal niet meer nieuw zijn in de zin van het BTW-Wetboek.
En ce qui concerne l’exercice de l’option d’achat à l’expiration du contrat, la TVA n’est exigible que dans la mesure où le baˆtiment peut encore être considéré comme neuf au sens du Code de la TVA et pour autant que le donneur en leasing ait opté pour vendre le baˆtiment avec application de la TVA (voir article 44, § 3, 1o, a), du Code de la TVA). E´tant donné toutefois la durée normale d’un contrat de leasing immobilier, le baˆtiment ne sera en principe plus neuf au sens du Code de la TVA lors de l’exercice de l’option d’achat.
In de regel is er slechts recht op aftrek van de BTW geheven van goederen en diensten wanneer die goederen en diensten worden gebruikt voor handelingen die in hun geheel aan de BTW worden onderworpen.
En règle, la déduction des taxes ayant grevé les biens et services est subordonnée à la condition que ces biens ou services soient utilisés pour effectuer des opérations qui sont entièrement soumises à la taxe.
Ten aanzien van de onroerende leasing is het dan ook de ratio legis dat inzonderheid het bedrag van het geı¨nvesteerde kapitaal, met andere woorden de inputverrichtingen waarvan de geheven BTW in de regel in aftrek wordt gebracht, vervat is in de tijdens de duur van het contract verschuldigde en belastbare huurtermijnen.
En ce qui concerne le leasing immobilier, il résulte dès lors de la ratio legis que les redevances dues au cours du contrat et soumises à la taxe, doivent notamment comprendre le montant du capital investi, en d’autres termes, les opérations à l’entrée pour lesquelles la TVA a en règle été déduite.
DO 1999200000706
DO 1999200000706
Vraag nr. 266 van mevrouw Colette Burgeon van 14 maart 2000 (Fr.) :
Question no 266 de Mme Colette Burgeon du 14 mars 2000 (Fr.) :
Euro. — Moeilijkheden.
Euro. — Difficultés.
De euro was bedoeld als een instrument om de integratie te bevorderen, maar zoals uit een in het begin van 1999 in ons land gehouden enquête blijkt, veroorzaakt de invoering van de nieuwe munt bepaalde moeilijkheden, inzonderheid voor een groot aantal slechtzienden. Die moeilijkheden zijn van uiteenlopende aard, maar vooral het zoeken naar nieuwe kenmerken aan de hand waarvan een onderscheid tussen de nieuwe munten en biljetten kan worden gemaakt en naar nieuwe technieken om ze te bezigen, lijkt een moeilijke opgave te zijn.
L’euro a été conçu comme un instrument d’intégration mais comme le confirme une enquête réalisée dans notre pays au début de 1999, le changement de monnaie entraıˆne certaines difficultés en particulier pour bon nombre de personnes déficientes visuelles. Ces difficultés sont de divers ordres mais la principale sera l’établissement de nouveaux critères de discrimination et la recherche de nouvelles techniques pour la manipulation des pièces et des billets nouveaux.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3651
Welke maatregelen heeft u getroffen om dat probleem te verhelpen ?
Quelles mesures avez-vous déjà prises pour rencontrer ce problème ?
Antwoord :
Réponse :
I. De muntstukken
I. Les pièces monétaires
In hun verslag van 1994 aan de Europese autoriteiten hadden de Europese muntdirecteurs een monetair stelsel voorgesteld, dat als volgt was samengesteld :
Dans leur rapport de 1994 aux autorités européennes, les directeurs des Monnaies européennes avaient proposé un système monétaire métallique constitué comme suit :
— 8 verschillende muntstukken, onderverdeeld in 3 subgroepen :
— 8 pièces différentes réparties en 3 sous-groupes :
— 1, 2 en 5 cent;
— 1, 2 et 5 cent(s);
— 10, 20 en 50 cent;
— 10, 20 et 50 cents;
— 1 en 2 euro;
— 1 et 2 euro(s);
— binnen deze 3 subgroepen varieerde de grootte van de diameter met de waarde, en dat met minimum 2 mm, er werd aldus rekening gehouden met de toenmalige vraag van de blindenverenigingen;
— au sein de ces 3 sous-groupes la grandeur du diamètre variait en fonction de la valeur, avec des différences minimales de 2 mm, ce qui tenait compte de la demande des associations d’aveugles à l’époque;
— de munten uit elke subgroep verschillen van mekaar door hun rand :
— les pièces de chaque sous-groupe se différenciaient par le cordon :
— effen voor de stukken van 1, 2 en 5 cent;
— lisses pour les pièces de 1, 2 et 5 cent(s);
— gekarteld voor de stukken van 10, 20 en 50 cent;
— cannelées pour les pièces 10, 20 et 50 cents;
— bijzonder voor de stukken van 1 en 2 euro.
— particulière pour les 1 et 2 euro(s).
Na een fysieke test van de stalen door blinden, werden aan de vorm van de randen verbeteringen aangebracht, die voor het ogenblik als volgt gekend zijn :
Après un test physique sur échantillons par des aveugles, des améliorations ont été apportées aux formes des tranches qui sont actuellement définies comme suit :
— 1 cent : effen;
— 1 cent : lisse;
— 2 cent : effen met een groef op de rand;
— 2 cents : lisse avec un sillon sur la périphérie;
— 5 cent : effen;
— 5 cents : lisse;
— 10 cent : getand (analoog aan de huidige 50 frankstukken);
— 10 cents : dentelée (analogue aux pièces de 50 francs actuelles);
— 20 cent : zeven diepe inkepingen (« Spaanse bloem », genoemd, analoog aan de huidige stukken van 50 peseta’s);
— 20 cents : sept encoches profondes (dite « fleur espagnole », analogue aux pièces actuelles de 50 pesetas);
— 50 cent : zoals voor het stuk van 10 cent;
— 50 cents : comme pour la pièce de 10 cents;
— 1 euro : afwisselend effen en gekarteld;
— 1 euro : lisse et cannelée en alternance;
— 2 euro : randschrift op fijne karteling.
— 2 euros : inscription sur cannelures fines.
Anderzijds specificeerde het lastenboek, bestemd voor de artiesten, dat de nominale waarden moesten vermeld worden in duidelijke cijfers en voldoende groot.
Par ailleurs, le cahier des charges à destination des artistes spécifiait que les valeurs nominales devaient être mentionnées en chiffres clairs et de taille suffisante.
De verenigingen van blinden formuleerden geen aanmerkingen op het graveren van de gemeenschappelijke zijde die de cijfers vermeldt.
Les associations d’aveugles n’ont pas formulé d’objection concernant le graphisme de la face commune portant ces chiffres.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
468
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3652
II. De bankbiljetten
II. Les billets de banque
Vanaf het begin heeft het Europees Monetair Instituut (EMI), voorloper van de Europese Centrale Bank (ECB), geoordeeld dat het belangrijk is om een zo groot mogelijke aanvaarding van de eurobiljetten bij de gebruikers te betrachten, en dit voornamelijk bij de blinden en slechtzienden.
Dès le départ, l’Institut monétaire européen (IME), précurseur de la Banque centrale européenne (BCE), a estimé qu’il était important d’obtenir une acceptation aussi grande que possible des billets en euro de la part de l’ensemble des utilisateurs, et notamment des aveugles et des malvoyants.
Het EMI heeft een erg vruchtbare samenwerking tot stand gebracht met de Europese Unie der blinden teneinde rekening te kunnen houden met de noden van de blinden en slechtzienden. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft deze samenwerking verder gezet. Zodra gestart werd met het ontwerpen van de eurobiljetten heeft het EMI ten behoeve van de blinden en slechtzienden een aantal bijzonderheden omschreven, opdat het niet nodig zou zijn in een later stadium veranderingen aan te brengen waarvan de doeltreffendheid beperkt zou lijken.
L’IME a instauré, et la Banque centrale européenne (BCE) a poursuivi, une coopération très fructueuse avec l’Union européenne des aveugles afin de tenir compte des besoins des aveugles et des malvoyants. Dès le lancement du processus de conception des billets en euro, l’IME a défini certaines spécifications à l’intention des aveugles et des malvoyants, afin qu’il ne soit pas nécessaire de procéder ultérieurement à des modifications dont l’efficacité se révélerait limitée.
Teneinde te beantwoorden aan de verzuchtingen van de blinden en slechtzienden heeft men vier bijzondere eigenschappen weerhouden welke hen zouden toelaten de verschillende bankbiljetten te herkennen :
Afin de répondre aux aspirations des aveugles et des malvoyants, on a retenu quatre caractéristiques leur permettant de repérer les différentes coupures :
1. Biljetten van verschillende afmetingen
1. Des billets de dimensions différentes
Opdat de blinden gemakkelijker de bankbiljetten zouden kunnen onderscheiden heeft men deze in verschillende afmetingen gemaakt. Hoe hoger de waarde van het biljet, hoe groter het formaat :
Pour que les aveugles puissent identifier plus facilement les coupures, on a différencié les formats. Plus la valeur du billet est élevée, plus sa taille est grande :
5 euro :
120 mm × 62 mm
5 euros :
120 mm × 62 mm
10 euro :
127 mm × 67 mm
10 euros :
127 mm × 67 mm
20 euro :
133 mm × 72 mm
20 euros :
133 mm × 72 mm
50 euro :
140 mm × 77 mm
50 euros :
140 mm × 77 mm
100 euro :
147 mm × 82 mm
100 euros :
147 mm × 82 mm
200 euro :
153 mm × 82 mm
200 euros :
153 mm × 82 mm
500 euro :
160 mm × 82 mm
500 euros :
160 mm × 82 mm
2. Overheersende kleur van de biljetten
2. Couleur dominante des billets
Wanneer men in Europa een serie biljetten ontwerpt is het gebruikelijk om voor elk biljet één enkele overheersende kleur te voorzien. Deze kleurverschillen dienen zo duidelijk mogelijk te zijn. Elk biljet in het gamma van de eurobiljetten zal herkenbaar zijn door zijn specifieke kleur welke op de twee zijden van het biljet zal overheersen.
En Europe, lorsqu’on conçoit une série de billets, il est d’usage de prévoir pour chaque coupure une seule couleur dominante. Les différences de couleur doivent être aussi nettes que possible. Chaque coupure de la gamme de billets en euro sera reconnaissable par sa couleur spécifique, qui dominera sur les deux faces du billet.
5 euro : grijs;
5 euros : gris;
10 euro : rood;
10 euros : rouge;
20 euro : blauw;
20 euros : bleu;
50 euro : oranje;
50 euros : orange;
100 euro : groen;
100 euros : vert;
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3653
200 euro : geel;
200 euros : jaune;
500 euro : paars.
500 euros : violet.
3. Effect van relie¨fdruk
3. Effet relief de l’impression
Tastbare kentekenen helpen de slechtzienden een onderscheid te maken tussen de verschillende bankbiljetten. Een diepliggende gravure en een zachte diepdruk laten toe een zeer goed waarneembaar effect van relie¨fdruk te bekomen. De tekens zullen langs de rand of in één van de hoeken van de bankbiljetten aangebracht worden.
Des signes tactiles aideront les malvoyants à reconnaıˆtre les différentes coupures au toucher. La gravure profonde et l’impression en taille douce permettent d’obtenir une impression avec un effet relief très perceptible. Les signes seront placés près de la bordure ou dans l’un des coins du billet.
4. De zeer goed zichtbare en gemakkelijk leesbare nominale waarden in cijfers
4. Des valeurs faciales en chiffres très visibles et facilement lisibles
De nominale waarde van elk bankbiljet zal in grote, vette cijfers gedrukt worden en telkens op dezelfde plaats op de voor- en keerzijde van elk biljet geplaatst worden. Deze zéér goed zichtbare cijfers zullen de slechtzienden helpen de biljetten in de goede richting in de betaalautomaten in te brengen.
La valeur faciale de chaque coupure sera imprimée en chiffres gras, de grande dimension, positionnés toujours au même endroit au recto et au verso de chaque billet. Ces chiffres très visibles aideront les malvoyants qui utilisent des caisses automatiques à introduire les billets dans le bon sens.
Het Europees Systeem van de centrale banken (ESCB) zal binnenkort een grote informatiecampagne lanceren.
Le Système européen des banques centrales (SEBC) lancera prochainement une grande campagne d’information.
Er zullen tijdens deze campagne speciale maatregelen genomen worden welke rekening zullen houden met de specifieke noden van « kwetsbare groepen ». Wat betreft de blinden en slechtzienden zal aangepast materiaal — brochures in braille, audiomateriaal, ... — gemaakt worden en ter beschikking worden gesteld van de verenigingen en het belanghebbende publiek. De NBB zal de vestiging van de campagne van de ESCB en de contacten met de betrokken tussenpersonen op nationaal niveau verzekeren.
Des mesures spéciales seront prises pendant la campagne pour tenir compte des besoins spécifiques des « groupes vulnérables ». En ce qui concerne les aveugles et les malvoyants, du matériel adapté — brochures en braille, matériel audio, ... — sera produit et mis à disposition des associations et du public concernés. La BNB assurera l’implantation de la campagne du SEBC au niveau national et les contacts avec les relais concernés.
Het Algemeen Commissariaat van de euro, opgericht bij beslissing van de federale regering in november 1996, heeft vruchtbare contacten ontwikkeld met de Belgische tak van de Europese Unie der blinden en slechtzienden, de « Belgische Confederatie voor blinden en slechtzienden » (BCBS). De twee belangrijkste doelstellingen zijn een zo goed mogelijke opleiding van sociale werkers, leraren, ... als tevens de visueel gehandicapten zelf en bovendien het ter beschikking stellen van aangepaste informatie, teneinde visueel mindervaliden bij te staan in het aanleren van het gebruik van de euro, wanneer het bijvoorbeeld gaat over de verschillende waardeschalen of het gebruik van de stukken en biljetten.
Le Commissariat général à l’euro, créé en novembre 1996 par une décision du gouvernement fédéral, a développé des contacts fructueux avec l’aile belge de l’Union européenne des aveugles, la « Confédération belge pour la promotion des aveugles et des malvoyants » (CBPAM). Les deux objectifs les plus importants poursuivis sont la formation aussi bien des travailleurs sociaux, des enseignants, ... que des personnes handicapées visuelles elles-mêmes ainsi que la mise à disposition d’informations en format adapté, afin d’accompagner les personnes déficientes visuelles dans l’apprentissage de l’euro, qu’il s’agisse d’échelles de valeur ou de manipulation des pièces et des billets en euro par exemple.
Verschillende acties werden ondertussen al ondernomen en konden al gerealiseerd worden :
Plusieurs actions ont ainsi d’ores et déjà pu être réalisées :
— de brochure die gepubliceerd werd door de Federale Informatiedienst (FID) Weldra vervangt de euro de frank is onder aangepaste vorm ter beschikking gesteld van dit publiek eind 1998 (in de drie landstalen in braille, audiocassetten en disketten met groot lettertype);
— la brochure publiée par le Service fédéral d’information (SFI) Bientoˆt l’euro remplacera le franc a été mise à disposition de ce public sous forme adaptée à la fin 1998 (braille, cassette audio et disquettes grands caractères dans les trois langues nationales);
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3654
— een studiedag werd georganiseerd door het BCBS in samenwerking met het Algemeen Commissariaat van de euro en de NBB, op 18 november 1999, met als thema « Hoe de komst van de euro voor te bereiden voor blinden en slechtzienden ? » en dit in de lokalen van de NBB;
— une journée d’étude a été organisée par la CBPAM, en collaboration avec le Commissariat général à l’euro et la BNB, le 18 novembre 1999, sur le thème « Comment préparer la venue de l’euro pour les personnes aveugles ou malvoyantes ? », dans les locaux de la BNB;
— verscheidene pedagogische instrumenten — brochures, spelen, ... — zijn gecree¨erd of zullen weldra voltooid zijn door het BCBS.
— différents outils pédagogiques — brochures, jeux, ... — ont été créés ou sont en voie d’être finalisés par la CBPAM.
Deze acties en initiatieven worden in de toekomst verlengd en geı¨ntensifieerd. Te dien einde voorziet het Masterplan 2000 voor de officie¨le Belgische communicatie ter invoering van de euro, opgesteld door het FID en de Com Euro Com groep van het Algemeen Commissariaat van de euro, een voortzetting en een gedeeltelijke financiering van een reeks initiatieven ten behoeve van de blinden en slechtzienden.
Ces actions et ces initiatives se prolongeront et ` cette fin, le Masterplan s’intensifieront dans le futur. A 2000 sur la communication officielle belge relative à l’introduction de l’euro, élaboré par le SFI et le groupe Com Euro Com du Commissariat général à l’euro, prévoit de continuer et de financer partiellement une série d’initiatives à destination des personnes aveugles ou malvoyantes.
Deze initiatieven hebben betrekking op :
Ces initiatives portent notamment sur :
— de opleiding van vormingspersoneel te midden van blindenorganisaties;
— la formation de formateurs au sein des organisations d’aveugles;
— de begeleiding van informatiebemiddelaars buiten de blindenverenigingen;
— des informations pour les médiateurs d’information en dehors des associations d’aveugles;
— de reproductie en het ter beschikking stellen van aangepast pedagogisch materiaal ten voordele van het vormingspersoneel en de informatiebemiddelaars;
— la reproduction de matériel pédagogique adapté et sa mise à disposition aux formateurs et aux médiateurs d’information;
— de gepersonaliseerde vorming van mensen met een visuele handicap en de hun terbeschikkingstelling van aangepaste informatie (brochures in groot lettertype en in braille, cassetten, specifieke spelen, ...).
— la formation des personnes handicapées de la vue elles-mêmes et la mise à leur disposition d’informations sous forme appropriée (brochures en grands caractères et en braille, cassettes, jeux spécifiques, ...).
Het « Belgisch overgangsscenario naar de fiduciaire euro » waarvan de federale overheid akte genomen heeft op 11 februari 2000, voorziet in een voorbevoorrading van het grote publiek in eurostukken vanaf 15 december 2001. Vijf miljoen eurominikits ieder met een waarde van 500 Belgische frank bestaande uit 29 stukken waaronder minstens 2 exemplaren van iedere benaming zullen aan het publiek worden voorgesteld om onder meer blinden en slechtzienden toe te laten zich te oefenen in de hantering van de stukken vo´o´r de legale incirculatiebrenging.
Le « Scénario belge de passage à l’euro fiduciaire », dont le gouvernement fédéral a pris acte le 11 février 2000, prévoit une préalimentation du grand public en pièces euro à partir du 15 décembre 2001. Cinq millions d’eurominikits, d’une valeur de 500 francs belges chacun et comprenant 29 pièces dont au moins 2 exemplaires de chaque dénomination, seront proposés au public et permettront, notamment aux aveugles et aux malvoyants, de s’exercer à la manipulation des pièces avant qu’elles n’aient cours légal.
Gelijkaardige bevoorrading van biljetten stoot om juridische redenen en ter preventie van valsmunterij, op een tegenkanting van de ECB. Niettegenstaande dienen proefbiljetten ter beschikking gesteld te worden van de verenigingen die blinden en slechtzienden helpen en zullen informatie over de bijzonderheden, de karakteristieken en de benamingen van de munttekens in euro ter beschikking worden gesteld in een grote verscheidenheid en in aangepaste vorm ten behoeve van de blinden en slechtzienden in het kader van de informatiecampagne euro 2002.
Semblable préalimentation en billets se heurte, pour des raisons juridiques et de prévention de la contrefaçon, à une opposition de la BCE. Néanmoins, des facsimilés de billets devraient être mis à la disposition des associations qui aident les personnes aveugles ou malvoyantes et des informations sur les spécificités, les caractéristiques et les dénominations des signes monétaires en euro seront diffusées à grande échelle et sous forme adaptée aux besoins des aveugles et des malvoyants dans le cadre de la campagne d’information euro 2002.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3655
DO 1999200000935
DO 1999200000935
Vraag nr. 274 van de heer Jean-Pol Poncelet van 16 maart 2000 (Fr.) :
Question no 274 de M. Jean-Pol Poncelet du 16 mars 2000 (Fr.) :
Departement. — Advocaten.
Département. — Avocats.
1. Graag de lijst van advocaten van wier diensten uw departement de jongste vijf jaar gebruik heeft gemaakt, de balie waartoe zij behoren en de honoraria die aan elk van hen werden uitbetaald.
1. Pourriez-vous communiquer la liste des avocats aux services desquels votre département a eu recours au cours des cinq dernières années, le barreau auquel ils appartiennent, et le montant des honoraires versés à chacun d’entre eux ?
2. Graag de lijst van advocaten waarmee uw departement de jongste vijf jaar een abonnementsovereenkomst heeft gesloten, de balie waartoe zij behoren, de datum waarop elk van die overeenkomsten werd gesloten en de respectieve bedragen.
2. Pourriez-vous communiquer la liste des avocats avec lesquels votre département a conclu au cours des cinq dernières années un contrat d’abonnement, le barreau auquel ils appartiennent, la date de conclusion de chacun de ces abonnements, ainsi que le montant de chacun de ceux-ci ?
3. Op grond van welke criteria worden de advocaten van uw departement aangewezen ?
3. Quels sont les critères que vous utilisez pour désigner les avocats de votre département ?
Antwoord : Het antwoord op deze vraag wordt het geachte lid rechtstreeks toegestuurd. Gezien het documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).
Réponse : La réponse à cette question est transmise directement à l’honorable membre. E´tant donné son caractère de documentation, il n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au greffe de la Chambre des représentants (service des Questions parlementaires).
DO 1999200000945
DO 1999200000945
Vraag nr. 275 van de heer Jo Vandeurzen van 17 maart 2000 (N.) :
Question no 275 de M. Jo Vandeurzen du 17 mars 2000 (N.) :
Maaltijdvergoedingen aan reizend personeel.
Indemnités repas aux personnes qui voyagent pour raisons professionnelles.
Reizende personeelsleden zoals handelsagenten krijgen van hun werkgever soms bepaalde vergoedingen voor maaltijdkosten.
Il arrive que les personnes qui voyagent pour raisons professionnelles, tels que les agents commerciaux, reçoivent de leur employeur certaines indemnités couvrant leurs frais de repas. ` concurrence de quel montant ces indemnités 1. A sont-elles considérées effectivement, aux termes de la réglementation fiscale, comme frais généraux et non comme salaire imposable ?
1. Tot welk bedrag worden deze vergoedingen in de fiscale regelgeving effectief als onkostenvergoedingen beschouwd en niet als belastbaar loon ? 2. a) Indien zou blijken dat in de sociale wetgeving een ander bedrag wordt gehanteerd (bijvoorbeeld : het gedeelte van de forfaitaire middagmaalvergoeding boven de 260 frank per gewerkte dag moet als loon worden beschouwd), bent u dan bereid met uw collega de regelgevingen op elkaar af te stemmen ?
2. a) S’il s’avère qu’un autre montant de référence est fixé dans la législation sociale (que par exemple la partie de l’indemnité forfaitaire pour le repas de midi excédant les 260 francs par jour de prestation doit être considérée comme un élément du salaire), êtes-vous disposé à harmoniser les réglementations existantes en concertation avec votre collègue ?
b) Zo neen, waarom niet ?
b) Dans la négative, pourquoi ?
c) Zo ja, op welke termijn ?
c) Dans l’affirmative, dans quel délai ?
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3656
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden op de gestelde vragen te willen vinden.
Réponse : L’honorable membre trouvera ci-après les réponses aux questions posées.
1. De forfaitaire vergoedingen toegekend als terugbetaling van kosten van een middagmaal aan rondreizenden worden aangemerkt als terugbetaling van eigen kosten van de werkgever die overeenkomstig artikel 31, tweede lid, 1o, in fine van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 van belasting zijn vrijgesteld, voor zover het bedrag van die vergoeding wordt vastgesteld met inachtneming van het werkelijke aantal verplaatsingen en niet hoger is dan de gelijkaardige vergoeding die de Staat aan zijn personeel verleent op grond van het koninklijk besluit van 24 december 1964 tot vaststelling van de vergoedingen wegens verblijfkosten, toegekend aan de leden van het personeel van de ministeries, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december 1990 en 4 maart 1993.
1. Les indemnités forfaitaires allouées en remboursement de frais d’un repas de midi à des itinérants sont considérées comme des remboursements de frais propres à l’employeur qui, conformément à l’article 31, alinéa deux, 1o, in fine, du Code des impoˆts sur les revenus 1992, sont exonérés d’impoˆt, pour autant que le montant de ces indemnités soit fixé en tenant compte du nombre réel de déplacements et qu’il n’excède pas les indemnités de même nature octroyées par l’E´tat aux membres de son personnel sur base de l’arrêté royal du 24 décembre 1964 fisant les indemnités pour frais de séjour des membres du personnel des ministères, modifié par les arrêtés royaux du 4 décembre 1990 et du 4 mars 1993.
De bedragen die terzake in aanmerking kunnen worden genomen zijn opgenomen in het nr. 31/36 van de administratieve commentaar op bovenvermeld wetboek. Ingevolge indexering bedraagt de vergoeding 391 frank voor vergoedingen toegekend vanaf 1 oktober 1997 en 399 frank voor vergoedingen toegekend vanaf 1 juni 1999.
En la matière, les montants qui peuvent être pris en considération sont repris au no 31/36 du commentaire administratif du code précité. Suite à l’indexation, le montant s’élève à 391 francs pour les indemnités allouées à partir du 1er octobre 1997 et à 399 francs pour les indemnités allouées à partir du 1er juin 1999.
2. Volgens inlichtingen ingewonnen door mijn administratie blijkt dat, in het kader van de sociale wetgeving terzake, geen forfaitaire vergoedingen werden toegepast, zodat de vraag om de bedragen gehanteerd in de fiscale en sociale wetgeving op elkaar af te stemmen zich niet stelt.
2. Selon les renseignements recueillis par mon administration, il semble que dans le cadre de la législation sociale relative à cette matière, aucune indemnité forfaitaire n’est appliquée de sorte que la question portant sur une harmonisation des montants appliqués par la législation fiscale et la législation sociale ne se pose pas.
DO 1999200000961
DO 1999200000961
Vraag nr. 279 van de heer Michel Wauthier van 20 maart 2000 (Fr.) :
Question no 279 de M. Michel Wauthier du 20 mars 2000 (Fr.) :
BTW. — Intracommunautaire leveringen van aan accijnzen onderworpen producten. — Vervoerbewijs.
TVA. — Livraison intracommunautaire de produits soumis à accises. — Preuve du transport.
Kan uw bestuur bevestigen dat in het geval van een intracommunautaire levering van goederen die Belgie¨ mogen verlaten in het stelsel van de opschorting van de communautaire accijnsrechten, het voor de koper volstaat het begeleidend administratief document met als opschrift « DDA » als bewijs van het vervoer buiten Belgie¨ (maar binnen de Europese Gemeenschap) voor te leggen, wanneer dat « DDA-document » de koper als vervoerder van die goederen vermeldt en het naar de Belgische afzender wordt teruggestuurd nadat het van het stempel van de douane van het land van bestemming werd voorzien ?
Votre administration peut-elle confirmer que, lors d’une livraison intracommunautaire de biens autorisés à quitter la Belgique en régime de suspension des droits d’accises communautaires, la preuve du transport par l’acquéreur en dehors de la Belgique (mais à l’intérieur de la Communauté européenne) est suffisamment établie par la production du document administratif d’accompagnement intitulé « DAA », lorsque ce « DAA » mentionne l’acquéreur en tant que transporteur de ces biens et qu’il fait retour chez l’expéditeur belge, une fois revêtu du sceau des douanes du pays de destination ?
Antwoord : Op het probleem van het bewijs wat de intracommunautaire leveringen van goederen betreft,
Réponse : Le problème de la preuve en ce qui concerne les livraisons intracommunautaires de biens,
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3657
hoofdzakelijk wanneer de koper zelf het vervoer verricht, werd reeds herhaaldelijk ingegaan in verscheidene parlementaire vragen. Ik ben zo vrij het geachte lid dienaangaande inzonderheid te verwijzen naar het gedetailleerde antwoord op de vraag nr. 248 van de heer volksvertegenwoordiger Fournaux van 23 januari 1996 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1995-1996, nr. 26, 18 maart 1996, blz. 3 019-3 023). Er werd daarin onder meer gesteld dat het bewijs van het vervoer naar een andere lidstaat bestaat uit een geheel van elementen (contracten, bestelbons, vervoerdocumenten, betalingsstukken, ontvangstbewijzen, ...). Er moet worden aan herinnerd dat elk bewijsstuk is toegelaten, doch dat geen enkel welbepaald stuk op zich onmisbaar of voldoende is. Bijgevolg is de reeks van bewijsstukken die hiervoor wordt opgesomd noch exhaustief, noch cumulatief. Bepaalde stukken kunnen derhalve ontbreken terwijl andere zich kunnen voegen bij het geheel van bewijsstukken in een bepaalde situatie. Wat inzonderheid de intracommunautaire leveringen van accijnsproducten betreft, is het duidelijk dat het feit dat de leverancier beschikt over het administratief geleidedocument (AGD), dat bekleed is met de stempel van een kantoor der douane en accijnzen van de lidstaat van bestemming een zeer belangrijk element is om zijn recht op vrijstelling aan te tonen. Het document AGD kan echter op zich geen absoluut bewijselement vormen. Men kan immers nooit volledig de situatie uitsluiten waarin het document AGD vervalst zou zijn (valse stempel, onjuiste hoeveelheid of aard der goederen, ...) zodanig dat een deel of het geheel der goederen uiteindelijk niet het voorwerp hebben uitgemaakt van een vervoer naar een andere lidstaat maar in werkelijkheid op de Belgische markt werden gebracht. In dergelijk geval is het duidelijk dat het vervalste document AGD niet als bewijs van het vervoer kan dienen en derhalve van de intracommunautaire levering en dat de administratie vanzelfsprekend tot regularisatie van de opeisbare BTW dient over te gaan. Blijkbaar doelt het geachte lid op een concreet geval. Ik ben volkomen bereid om dit te laten onderzoeken door de bevoegde administratie voor zover mij de nodige informatie daartoe wordt meegedeeld.
principalement lorsque c’est l’acheteur qui effectue luimême le transport, a déjà été abordé à plusieurs reprises dans différentes questions parlementaires. Je me permets de renvoyer l’honorable membre à ce sujet en particulier à la réponse détaillée à la question no 248 de M. le représentant Fournaux du 23 janvier 1996 (Questions et Réponses, Chambre, 1995-1996, no 26, 18 mars 1996, p. 3019-3023). Il y avait été, entre autres, précisé que la preuve du transport vers un autre E´tat membre est constituée d’un ensemble d’éléments (contrats, bons de commande, documents de transport, documents de paiement, accusés de réception, ...). Il convient de rappeler que tout document probant est admis mais qu’aucun document particulier n’est à lui seul nécessaire ou suffisant. Dès lors, la série de pièces justificatives énumérée ci-avant n’est ni exhaustive ni cumulative. Certains documents peuvent par conséquent être absents tandis que d’autres peuvent, dans une situation particulière, s’ajouter à l’ensemble des pièces justificatives. En ce qui concerne plus particulièrement les livraisons intracommunautaires de produits soumis à accises, il est clair que le fait pour le fournisseur de disposer du document administratif d’accompagnement (DAA) revêtu du sceau d’un bureau des douanes et accises de l’E´tat membre de destination est un élément très important pour justifier son droit à l’exemption. Ce document DAA ne peut cependant à lui seul constituer un élément de preuve absolu. En effet, on ne peut jamais exclure totalement la situation où le document DAA soit falsifié (faux cachet, quantité ou nature des marchandises inexactes, ...) de sorte qu’une partie ou la totalité des produits ne fassent en définitive pas l’objet d’un transport vers un autre E´tat membre mais soient en réalité écoulés sur le marché belge. Dans cette situation, il est clair que le document DAA falsifié ne peut servir de preuve du transport et par conséquent de la livraison intracommunautaire et que l’administration doit bien évidemment procéder au recouvrement de la TVA due. L’honorable membre semble manifestement viser un cas concret. Je suis tout disposé à le faire examiner par l’administration compétente pour autant que les informations nécessaires à cette fin me soient communiquées.
DO 1999200000977
DO 1999200000977
Vraag nr. 281 van de heer Yves Leterme van 22 maart 2000 (N.) : Bijzondere belastingsinspectie. — Invorderingsambtenaren. De strijd tegen de belastingfraude werd door de vorige regering onder andere aangepakt door de toe-
Question no 281 de M. Yves Leterme du 22 mars 2000 (N.) : Inspection spéciale des impoˆts. — Fonctionnaires chargés du recouvrement. Pour lutter contre la fraude fiscale, le précédent gouvernement avait notamment affecté des juristes aux
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3658
voeging van juristen aan de BBI-directies van Gent, Brussel en Namen. Deze juristen fungeerden er als invorderingsambtenaren. Spijtig genoeg werden deze invorderingsambtenaren nooit opgenomen in het kader van de BBI.
directions de l’ISI de Gand, Bruxelles et Namur. Ces juristes y exercent la fonction d’agents de recouvrement. Les fonctionnaires en question n’ont malheureusement jamais été repris dans le cadre de l’ISI.
Hierdoor ontstaan er heel wat nadelige situaties voor de betrokken invorderingsambtenaren. Zo raken bijvoorbeeld de verlofaanvragen en de onkostenvergoedingen vaker zoek. De betrokken ambtenaren hebben trouwens een ander geldelijk statuut dan de BBI-ambtenaren.
Cette situation est extrêmement préjudiciable pour les fonctionnaires en question. Elle pose notamment des problèmes en ce qui concerne les demandes de congé ou les remboursements de frais. Ces fonctionnaires n’ont d’ailleurs pas le même statut pécuniaire que les autres fonctionnaires de l’ISI.
1. Bent u van plan om de huidige toestand van deze invorderingsambtenaren te verbeteren ?
1. Avez-vous l’intention de prendre des mesures pour améliorer la situation de ces agents de recouvrement ?
2. Is het inderdaad zo dat de invorderingsambtenaren hun detacheringsvergoeding bij de BBI verliezen ?
2. Est-il exact qu’il perdent leur indemnité de détachement auprès de l’ISI ?
3. Wie moet deze ambtenaren evalueren ?
3. Qui procède à l’évaluation des fonctionnaires en question ?
4. Zullen deze ambtenaren hetzelfde geldelijk statuut krijgen als de BBI-ambtenaren ?
4. Vont-ils obtenir le même statut pécuniaire que les autres fonctionnaires de l’ISI ?
5. Waarom worden deze ambtenaren niet voorzien van een aanstellingsbewijs ?
5. Pourquoi ne reçoivent-ils pas de document attestant de leur désignation ?
Antwoord :
Réponse :
1, 2, 4 en 5. In het kader van de maatregelen die werden getroffen om de strijd tegen de fiscale fraude op te voeren en een betere inning van de belasting na te streven, werd er binnen de administratie van de BBI een mobiele invorderingscel opgericht.
1, 2, 4 et 5. Dans le cadre des mesures qui ont été prises pour lutter plus efficacement contre la fraude fiscale et assurer une meilleure perception de l’impoˆt, une celulle mobile de recouvrement a été créée au sein de l’administration de l’ISI.
Deze mobiele invorderingscel bestaat momenteel uit negen ambtenaren van niveau 1 die in een eerste fase werden geaffecteerd bij de administratie van de BBI bij wijze van detachering in plaats van terbeschikkingstelling, zoals dat normaal gebeurt met de andere ambtenaren van de BBI.
Cette cellule mobile de recouvrement est actuellement constituée de neuf fonctionnaires de niveau 1 qui, dans une première phase, ont été affectés auprès de l’administration de l’ISI par voie de détachement, plutoˆt que par une mise à disposition comme c’est normalement le cas pour les fonctionnaires de cette administration.
Mijn administratie heeft reeds voorstellen geformuleerd en de nodige stappen ondernomen bij de administratieve en budgettaire controle-organen om de bewuste ambtenaren effectief ter beschikking te stellen van de administratie van de BBI, waardoor zij op alle vlakken hetzelfde administratief en geldelijk statuut zullen verkrijgen als de andere BBI-ambtenaren.
Celle-ci a déjà formulé des propositions et entrepris des démarches auprès des organes de controˆle administratif et budgétaire afin de régler la situation des fonctionnaires concernés par une mise à disposition effective. Ceux-ci obtiendront ainsi un statut administratif et pécuniaire en tous points identiques à celui des autres fonctionnaires de l’ISI.
Ik zal alles in het werk stellen om dit zo vlug mogelijk te realiseren.
Je mettrai tout en œuvre afin de réaliser ces propositions le plus rapidement possible.
Op het ogenblik van hun terbeschikkingstelling zullen zij uiteraard in het bezit gesteld worden van een aanstellingsbewijs van de BBI.
Lors de leur mise à disposition effective, ils seront évidemment mis en possession d’une commission de l’ISI. 3. E´tant donné que les fonctionnaires de la cellule dépendent encore actuellement de leur administration d’origine (recouvrement), ils doivent être évalués par leur supérieur hiérarchique immédiat de cette adminis-
3. Vermits de ambtenaren van de mobiele invorderingscel van de BBI momenteel nog afhangen van hun administratie van oorsprong (invordering) moeten zij gee¨valueerd worden door hun onmiddellijke hie¨rarchi-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3659
sche meerdere van deze administratie. Laatstgenoemde kan echter steeds het advies vragen van de leidinggevende BBI-ambtenaar van de dienst waarin de betrokken ambtenaar van de invorderingscel tewerkgesteld is.
tration. Celui-ci peut toutefois toujours demander l’avis du fonctionnaire de l’ISI qui dirige le service où le fonctionnaire concerné de la cellule de recouvrement est affecté.
DO 1999200000990
DO 1999200000990
Vraag nr. 287 van de heer Richard Fournaux van 27 maart 2000 (Fr.) :
Question no 287 de M. Richard Fournaux du 27 mars 2000 (Fr.) :
Europese verordening inzake weesgeneesmiddelen.
Règlement européen concernant les médicaments orphelins.
De verordening nr. 141/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1999 is in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen van 22 januari 2000 verschenen. Artikel 9, § 2, heeft betrekking op de stimulerende maatregelen van de lidstaten en bepaalt dat de lidstaten de Commissie voor 22 juli 2000 gedetailleerde informatie doen toekomen over elke maatregel die zij hebben getroffen ter bevordering van het onderzoek, de ontwikkeling en het in de handel brengen van weesgeneesmiddelen of geneesmiddelen die als zodanig kunnen worden aangewezen.
Le règlement no 141/2000 du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 1999 concernant les médicaments orphelins est paru au Journal officiel des Communautés européennes le 22 janvier 2000. L’article 9, § 2, concerne les mesures d’incitation prises par les E´tats membres. Cette disposition précise qu’avant le 22 juillet 2000, les E´tats membres communiquent à la Commission des informations précises sur toute mesure relative qu’ils ont arrêtée pour favoriser la recherche, le développement et la mise sur le marché des médicaments orphelins ou des médicaments pouvant être désignés comme tels.
Personen die lijden aan zeldzame aandoeningen moeten een behandeling van dezelfde kwaliteit kunnen krijgen als andere personen. Daarom moeten impulsen worden gegeven aan onderzoek en ontwikkeling en inzake het in de handel brengen van geschikte geneesmiddelen door de farmaceutische industrie. De ontwikkeling van weesgeneesmiddelen wordt in de Verenigde Staten sinds 1983 en in Japan sinds 1993 gestimuleerd. Europa haalt nu eindelijk zijn achterstand in en tal van patie¨ntenverenigingen wachten op de toepassing van de verordening.
Il importe que les patients souffrant d’affections rares puissent bénéficier de la même qualité de traitement que les autres patients. Il est par conséquent nécessaire d’inciter l’industrie pharmaceutique à promouvoir la recherche, le développement et la commercialisation de traitements adéquats. Des régimes d’incitation au développement de médicaments orphelins existent aux E´tats-Unis depuis 1983 et au Japon depuis 1993. L’Europe comble enfin son retard et l’application du règlement est attendue par de nombreuses associations de patients.
Verscheidene departementen zijn bevoegd voor de toepassing van die verordening.
L’application de ce règlement relève de plusieurs départements.
Werden in het kader van uw bevoegdheden al stimulerende maatregelen onderzocht of overwogen ?
Pourriez-vous préciser si, dans le cadre de vos compétences, des mesures d’incitation ont déjà été examinées ou envisagées ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het departement van Financie¨n tot op heden geen enkele stimulerende maatregel heeft genomen of heeft voorgesteld zoals deze die worden aanbevolen bij artikel 9 van de verordening (EG) nr. 141/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1999 inzake weesgeneesmiddelen.
Réponse : J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre que le département des Finances n’a, à ce jour, pris ou proposé aucune mesure d’incitation telle que celles préconisées par l’article 9 du règlement (CE) no 141/2000 du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 1999 concernant les médicaments orphelins.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
469
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3660
DO 1999200001000
DO 1999200001000
Vraag nr. 289 van mevrouw Greta D’Hondt van 28 maart 2000 (N.) :
Question no 289 de Mme Greta D’Hondt du 28 mars 2000 (N.) :
Standplaatsbehoud bij overgangsexamens bij het ministerie van Financie¨n.
Maintien du lieu d’affectation lors d’examens d’avancement au sein du ministère des Finances.
Enkele jaren geleden werd voor niveau 4 tweemaal een overgangsexamen uitgeschreven voor ambtenaren van het ministerie van Financie¨n, waarbij zij hun standplaats konden behouden. Nadien volgde een overgangsexamen zonder te voorzien in de garantie van het standplaatsbehoud.
Il y a quelques années, les fonctionnaires du ministère des Finances ont eu l’occasion, à deux reprises, de participer à un examen d’avancement pour le niveau 4 prévoyant le maintien du lieu d’affectation. Par la suite, un autre examen d’avancement a été organisé mais sans garantie du maintien du lieu d’affectation.
Ambtenaren die niet slaagden voor een van beide uitzonderlijke examens (met behoud van standplaats), maar wel voor het gewone examen, kregen na de overgang naar niveau 3 een andere standplaats toegewezen, vaak ver van hun woonplaats.
Les fonctionnaires qui n’ont pas réussi l’un des deux examens exceptionnels (avec maintien du lieu d’affectation) mais ont satisfait à l’examen classique, ont fait l’objet, après leur passage au niveau 3, d’un changement d’affectation, leur nouveau lieu de travail étant souvent fort éloigné de leur domicile.
Voor een mutatie zijn zij slecht gerangschikt omdat die wordt toegekend op basis van hun ancie¨nniteit in de nieuwe graad.
Ils occupent une place défavorable dans le classement des agents désireux d’être mutés, la mutation étant accordée en fonction de leur ancienneté dans le nouveau grade.
1. Neigt dergelijke werkwijze niet naar een zekere vorm van discriminatie ten nadele van sommige ambtenaren bij het ministerie van Financie¨n ?
1. De telles procédures ne sont-elles pas de nature à générer une forme de discrimination à l’encontre de certains fonctionnaires au sein du ministère des Finances ?
2. Overweegt u maatregelen te nemen inzake deze problematiek van standplaatsbehoud en standplaatsverandering bij het ministerie van Financie¨n ?
2. Envisagez-vous d’adopter des mesures pour résoudre ce problème relatif au maintien et au changement d’affectation au sein du ministère des Finances ?
Antwoord : Bij de invoering in 1990 van de weddencomplementen ten voordele van de personeelsleden van de fiscale administraties kon aan de personeelsleden van niveau 4 geen complement worden verleend, daar zij normaliter geen taken verrichten waarvoor een fiscale vorming noodzakelijk is.
Réponse : Lors de l’instauration en 1990 des compléments de traitement en faveur des agents des administrations fiscales, aucun complément ne pouvait être attribuée aux agents du niveau 4, puisqu’ils n’effectuent habituellement pas de taˆches nécessitant une formation fiscale.
Niettemin oefenden destijds sommige personeelsleden van niveau 4 taken uit die tot niveau 3 behoorden. Daarom verbond het departement er zich toe om eensdeels, alles in het werk te stellen om betrekkingen van niveau 4 geleidelijk over te hevelen naar niveau 3 en anderdeels, tweemaal overgangsexamens naar dit niveau te laten organiseren waarbij, in de mate van het mogelijke, de laureaten hun standplaats zouden behouden bij een bevordering.
Néanmoins, à l’époque certains agents du niveau 4 effectuaient des taˆches dévolues au niveau 3. C’est pourquoi le département s’était alors engagé, d’une part, à mettre tout en œuvre pour transférer progressivement des emplois du niveau 4 au niveau 3 et, d’autre part, à organiser à deux reprises des concours d’accession à ce niveau, avec dans la mesure du possible, pour les lauréats, la conservation de leur résidence administrative en cas de promotion.
Gelet op de inkrimping van de personeelsformatie sindsdien, kan het departement deze maatregel niet verlengen zonder de rechten van de kandidaten voor mutatie aan te tasten. Immers het organiek reglement (koninklijk besluit van 29 oktober 1971) bepaalt in artikel 30, § 1, dat onder andere de vacante betrekkingen van niveau 3 bij voorrang worden toegekend aan de kandidaten voor mutatie.
Vu le rétrécissement du cadre organique intervenu depuis lors, le département ne peut prolonger cette mesure sans porter atteinte aux droits des candidats à la mutation. Le règlement organique (arrêté royal du 29 octobre 1971) stipule d’ailleurs à l’article 30, § 1er, qu’entre autres les emplois vacants du niveau 3 sont attribués par priorité aux candidats à la mutation.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3661
Ik overweeg dan ook niet om nieuwe maatregelen te nemen inzake deze problematiek.
Je n’envisage dès lors pas de prendre des dispositions concernant cette problématique.
DO 1999200001006
DO 1999200001006
Vraag nr. 292 van de heer Dirk Pieters van 28 maart 2000 (N.) :
Question no 292 de M. Dirk Pieters du 28 mars 2000 (N.) :
Werkelijke beroepskosten van volksvertegenwoordigers en senatoren.
Frais professionnels réels des députés et des sénateurs.
De leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers, de Senaat, de gewestparlementen, het Europees Parlement en de leden van de bestendige deputatie van een provincieraad zijn belastbaar op de baten die zij ontvangen. Ze kunnen ofwel hun werkelijke beroepskosten aftrekken ofwel het wettelijk forfait.
Les membres de la Chambre des représentants, du Sénat, des parlements régionaux, du Parlement européen et les membres de la députation permanente d’un conseil provincial paient des impoˆts sur les avantages dont ils bénéficient. Ils peuvent déduire soit leurs frais professionnels réels, soit demander l’application du forfait légal.
Krachtens artikel 49 van het WIB 1992 zijn beroepskosten kosten die de belastingplichtige in het belastbare tijdperk heeft gedaan of gedragen om de belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden en waarvan hij de echtheid en het bedrag verantwoordt door middel van bewijsstukken of, ingeval zulks niet mogelijk is, door alle andere door het gemeen recht toegelaten bewijsmiddelen, met uitzondering van de eed.
En vertu de l’article 49 du CIR 1992, les frais professionnels sont les frais que le contribuable a faits ou a supportés pendant la période imposable en vue d’acquérir ou de conserver les revenus imposables et dont il justifie la réalité et le montant au moyen de documents probants ou, quand cela n’est pas possible, par tous autres moyens de preuve admis par le droit commun, sauf le serment.
Zo kunnen volksvertegenwoordigers een informatieve publicatie of tijdschrift verspreiden om hun werk als parlementair te verduidelijken. Daarin kan kenbaar gemaakt worden — met verwijzing naar de parlementaire stukken — welke onderwerpen politiek actueel zijn in het Parlement, welke dossiers er besproken worden, welke parlementaire activiteiten de volksvertegenwoordiger in kwestie heeft ontwikkeld, waar men met de parlementair in contact kan komen enzovoort. Vaak is zo’n tijdschrift aanleiding tot een vruchtbare wisselwerking tussen politicus en burger.
Les députés peuvent diffuser une publication informative ou un périodique dans lequel ils explicitent leur travail de parlementaire. Ils peuvent y faire état — en renvoyant aux documents parlementaires — des sujets politiques d’actualité traités au Parlement, des dossiers à l’examen, de leurs activités politiques, des possibilités de les contacter, etc. Ce type de publication permet souvent un échange fructueux entre politicien et citoyen.
In de regelgeving betreffende de fiscale behandeling van het parlementair inkomen is er sprake van « publicatiekosten (zitdagen, brochures, en dergelijke) » als onderdeel van de forfaitaire vergoeding. De vraag rijst of de kosten die de parlementair zelf draagt voor een publicatie zoals hoger vermeld, aftrekbaar zijn als beroepskosten wanneer hij opteert voor de vrije bewijslevering.
La réglementation relative au traitement fiscal du revenu parlementaire fait état de frais de publication (permanences, brochures, etc.) faisant partie de l’indemnité forfaitaire. La question se pose de savoir si les frais que le parlementaire supporte lui-même pour une publication comme celle décrite ci-dessus sont déductibles en tant que frais professionnels, lorsque le parlementaire opte pour la liberté en matière d’administration de la preuve.
1. Onder welke omstandigheden en in welke mate zijn bedoelde kosten aftrekbaar als beroepskosten ?
1. Dans quelles conditions et dans quelle mesure les frais visés sont-ils déductibles à titre de frais professionnels ?
2. a) Hebben volgende factoren invloed op de aftrekbaarheid van bedoelde kosten ?
2. a) Les éléments suivants influent-ils sur la déductibilité des frais visés ?
b) In welke zin :
b) Dans quel sens :
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3662
— het al dan niet regelmatig verwijzen naar parlementaire stukken;
— référence aux documents parlementaires;
— de erkenning door De Post van de publicatie als tijdschrift;
— publication admise comme périodique par La Poste;
— de periodiciteit van de uitgave;
— périodicité de la publication;
— de verspreiding van het tijdschrift buiten de verkiezingstijd ?
— diffusion du périodique en dehors des périodes électorales ?
Antwoord : Volgens een vaste rechtspraak zijn de uitgaven gedaan met het oog op het voeren van politieke propaganda geen kosten die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van het beroep, maar uitgaven van persoonlijke aard. Zij kunnen dan ook niet als aftrekbare beroepskosten worden aangemerkt.
Réponse : Suivant une jurisprudence constante, les dépenses faites en vue de mener une propagande politique ne constituent pas des frais nécessaires à l’exercice de l’activité professionnelle, mais des dépenses de nature personnelle. Elles ne peuvent dès lors pas être considérées comme des frais professionnels déductibles.
De vraag of de kosten van de door het geachte lid beoogde publicaties en tijdschriften onder de kosten van politieke propaganda moeten worden gerangschikt, kan slechts worden beantwoord aan de hand van de feitelijke gegevens van elke publicatie afzonderlijk.
La question de savoir si les frais de publications et revues visés par l’honorable membre doivent ou non être rangés parmi les frais de propagande politique, ne peut être résolue que publication par publication et compte tenu des éléments de fait.
Dit gezegd zijnde wens ik er het geachte lid nog op te wijzen dat er krachtens het protocol met betrekking tot de toepassing van de wet van 7 april 1995 betreffende het fiscaal statuut van de leden van de parlementaire assemblees, hoe dan ook geen dubbel gebruik mag zijn tussen de werkelijk bewezen kosten voortvloeiend uit het parlementair mandaat en de door de assemblee uit dien hoofde verrichte forfaitaire terugbetaling van gedane kosten.
Cela étant dit, je souhaiterais également attirer l’attention de l’honorable membre sur le fait qu’en vertu du protocole relatif à l’application de la loi du 7 avril 1995 concernant le statut fiscal des membres des assemblées parlementaires, il ne peut y avoir de double emploi entre les frais réels inhérents au mandat parlementaire et les dépenses couvertes par le forfait que l’assemblée accorde à titre de remboursement de frais exposés.
Dit impliceert dat wanneer een parlementair mandataris voor de aftrek van zijn werkelijke beroepskosten opteert, deze kosten in elk geval moeten worden verminderd met het totaal van de bedragen die het parlementslid als terugbetaling van gedane kosten van zijn assemblee ontvangen heeft.
Ceci implique que quand un mandataire parlementaire revendique la déduction de ses frais professionnels réels, ces frais doivent toujours être diminués du total des sommes que le membre du Parlement a reçues de son assemblée à titre de remboursement de frais exposés.
DO 1999200001007
DO 1999200001007
Vraag nr. 293 van de heer Dirk Pieters van 29 maart 2000 (N.) :
Question no 293 de M. Dirk Pieters du 29 mars 2000 (N.) :
Rol van de douane binnen de activiteiten van het BIRB.
Roˆle des douanes au sein des activités du BIRB.
In het 156e Boek van het Rekenhof wordt een hoofdstuk gewijd aan het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau (BIRB). Het Rekenhof meldt dat de Europese Commissie aan Belgie¨ 795 miljoen frank financie¨le correcties oplegde wegens gebreken in de administratieve en technische controles van de uitvoerrestituties voor rundsvlees. Die correcties werden in 1997 en 1998 geboekt voor debet van de provisie van het BIRB bij het Landbouwfonds. Uit recente onder-
Le 156e Cahier de la Cour des comptes comporte un chapitre sur le Bureau d’intervention et de restitution belge (BIRB). La Cour des comptes y indique que la Commission européenne a imposé à la Belgique des corrections financières pour un montant de 795 millions de francs en raison des lacunes dans les controˆles administratifs et techniques des restitutions à l’exportation de viande bovine. Des corrections ont été comptabilisées pour débit de la provision du BIRB
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3663
zoeken blijkt, volgens het Rekenhof, dat de Belgische controlestructuren nog steeds belangrijke tekortkomingen vertonen zodat het risico op nieuwe correcties ree¨el is.
auprès du Fonds agricole. Selon la Cour des comptes, de récentes études révèlent que les structures de controˆle belges présentent toujours des défauts moyens, de sorte que de nouvelles corrections risquent dès lors d’être opérées.
Net als in het Boek van het Rekenhof wees de minister van Landbouw tijdens de bespreking van dit hoofdstuk in de parlementaire subcommissie Rekenhof op de grote verantwoordelijkheid van de douane in deze materie.
Lors de la discussion en commission du chapitre concerné, le ministre de l’Agriculture a souligné, à l’instar de la Cour des comptes dans son cahier, la grande responsabilité des douanes en cette matière.
Volgens richtsnoer VI/5331/98 moeten de verantwoordelijkheden van het BIRB en onder andere de douane in een protocolovereenkomst worden geconcretiseerd.
Selon la directive VI/5331/98, les responsabilités du BIRB et des douanes doivent être dans le protocole d’accord.
1. a) Is er reeds een dergelijke overeenkomst ?
1. a) Un tel accord existe-t-il déjà ?
b) Zo ja, van wanneer dateert deze en wat is de inhoud ?
b) Dans l’affirmative, de quand date-t-il et quel en est le contenu ?
c) Zo neen, voor wanneer wordt deze gepland ?
c) Dans la négative, pour quand est-il prévu ?
2. Verordening (EEG) nr. 386/90 bepaalt de voorwaarden en de procentuele minima met betrekking tot fysieke controles op de uit te voeren producten, verricht door de douane. Deze verordening bepaalt dat er fysieke controles moeten uitgevoerd worden op minimum 5 % van de uitvoeraangiften.
2. Le règlement (EEG) no 386/90 détermine les conditions et le taux minimum du controˆle effectif des produits destinés à l’exportation par les douanes. Ce règlement prévoit que les controˆles effectifs doivent porter sur au moins 5 % des déclarations d’exportation.
a) Werd deze drempel effectief gehaald in de periode 1997 ?
a) Ce seuil a-t-il été atteint en 1997 ?
b) In 1998 ?
b) En 1998 ?
c) In 1999 ?
c) En 1999 ?
d) Kan u dit illustreren met specifieke cijfergegevens ?
d) Pourriez-vous me fournir des chiffres spécifiques à ce propos ?
e) Hoe verantwoordt u deze cijfers ?
e) Comment justifiez-vous ces chiffres ?
f) Wordt de op dit moment gebruikte werkwijze verder gezet in de nabije toekomst ?
f) La procédure actuelle sera-t-elle maintenue à l’avenir ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op de door hem opgestelde vragen.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après les réponses à ses questions.
1. a) Neen.
1. a) Non.
c) Tussen de administratie der Douane en Accijnzen en het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau zal een samenwerkingsakkoord worden afgesloten, betreffende de controle op de verrichtingen uitgevoerd in het kader van de restitutieregeling. Dit samenwerkingsakkoord zal vo´o´r 1 juli 2000 worden ondertekend door de directeurs-generaal van de twee betrokken partijen.
c) Un accord de coopération va être conclu entre l’administration des Douanes et Accises et le Bureau d’intervention et de restitution belge, relatif au controˆle des opérations effectuées dans le cadre du régime des restitutions. Cet accord de coopération sera signé avant le 1er juillet 2000 par les directeurs généraux des deux parties.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3664
2. Artikel 3 van verordening (EEG) nr. 386/90 bepaalt dat de fysieke controle betrekking moet hebben op een representatieve keuze van 5 % van de uitvoeraangiften waarvoor een aanvraag om toekenning van restitutie wordt gevraagd; het minimumpercentage van 5 % geldt :
2. L’article 3 du règlement (CEE) no 386/90 définit que le controˆle physique doit porter sur un choix représentatif de 5 % des déclarations d’exportation faisant l’objet d’une demande d’octroi de restitutions; le taux minimum de 5 % s’applique :
— per douanekantoor,
— par bureau de douane,
— per kalenderjaar, en
— par année calendrier, et
— per productsector.
— par secteur de produits.
DO 1999200001008
DO 1999200001008
Vraag nr. 294 van de heer Francis Van den Eynde van 29 maart 2000 (N.) :
Question no 294 de M. Francis Van den Eynde du 29 mars 2000 (N.) :
Misdadige bendes die BTW-carrousels in de petroleumsector organiseren.
Organisations criminelles organisant des carrousels à la TVA dans le secteur pétrolier.
Het zou zo zijn dat op dit ogenblik verschillende misdadige bendes die vaak uit mensen van Pakistaanse oorsprong bestaan, in ons land BTW-carrousels in de petroleumsector organiseren.
Des organisations criminelles, souvent constituées d’individus d’origine pakistanaise, organiseraient dans notre pays des carrousels à la TVA dans le secteur pétrolier.
Eén van deze bendes is voornamelijk in het Brusselse actief. Deze bende zou producten die afkomstig zijn uit Nederlandse raffinaderijen invoeren en ze dan via « witte pompen » aan de man brengen, maar dit zonder de nodige BTW te betalen.
L’une de ces organisations est principalement active dans la Région bruxelloise. Elle importerait des produits pétroliers provenant de raffineries néerlandaises et les distribuerait ensuite par le biais des « pompes blanches », sans payer la TVA.
De voornaamste betrokkene die zelfs gedurende enkele dagen aangehouden werd, is er niet alleen in geslaagd onmiddellijk na zijn vrijlating enkele honderden miljoenen naar zijn land van oorsprong te transfereren, maar is bovendien nog steeds op de benzinemarkt actief. Hij zou aan de BTW-administratie enkele honderden miljoenen schuldig zijn. Ook de Bijzondere Belastinginspectie zou tot hiertoe haar tanden op dit dossier stukgebeten hebben.
L’un des principaux responsables a été incarcéré pendant quelques jours. Dès sa libération, il est parvenu à transférer plusieurs centaines de millions de francs vers son pays d’origine. Il est en outre toujours actif sur le marché de la distribution de carburant. Ses dettes à l’égard de l’administration de la TVA se monteraient à plusieurs centaines de millions de francs. L’Inspection spéciale des impoˆts n’aurait pas encore réussi à cloˆturer ce dossier avec succès.
Er wordt vanuit gegaan dat de fiscus het pleit uiteindelijk zal winnen maar dat tegen dan de betrokkene met de noorderzon verdwenen zal zijn.
D’ici à ce que le fisc parvienne à ses fins, il est probable que le principal intéressé se sera volatilisé.
1. Kan u dit bevestigen ?
1. Pouvez-vous confirmer ces informations ?
2. Kan u het Parlement meedelen of er nog gelijkaardige gevallen bestaan ? 3. Klopt het dat de Bijzondere Belastinginspectie laten vaststellen heeft dat de tankinstallaties die door de betrokken bende gebruikt worden lek zijn, maar dat deze geantwoord hebben dat zij slechts huurder zijn en dat het de eigenaar is die voor de schade aan het milieu aansprakelijk is, namelijk het stadsbestuur van Antwerpen ? Antwoord :
3. Est-il exact que l’Inspection spéciale des impoˆts a fait constater que les installations utilisées par cette organisation présentaient des fuites mais que celle-ci aurait fait valoir qu’elle ne fait que louer les installations et que c’est le propriétaire, en l’espèce, l’administration communale d’Anvers, qui est responsable des dommages causés à l’environnement ? Réponse :
1 en 2. Gezien de inhoud van de gestelde vraag moet ik er eerst en vooral op wijzen dat de naleving
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
2. Existe-t-il d’autres affaires similaires ?
1999
1 et 2. Vu le contenu de la question posée, je dois tout d’abord faire remarquer que le respect du secret
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3665
van het wettelijk opgelegde beroepsgeheim het mij onmogelijk maakt bijzonderheden nopens een bepaald dossier mee te delen (zie onder andere artikel 93bis, van het BTW-Wetboek).
professionnel imposé par la loi fiscale ne me permet pas de communiquer des informations concernant un dossier précis (voir entre autres l’article 93bis du Code de la TVA).
Wel kan vermeld worden dat het evident is dat aan de strijd tegen de fraude in de oliesector, wegens zijn alsmaar toenemende omvang en zijn georganiseerde structuur, hoge prioriteit verleend wordt.
Ceci dit, il est évident que priorité est accordée à la lutte contre la fraude dans le secteur des huiles minérales, vu son ampleur sans cesse croissante et sa structure organisée.
De fiscale administraties, en meer bepaald de administratie van de Bijzondere Belastinginspectie, in samenwerking met de administratie van de Douane en Accijnzen en de administratie van de Invordering, doen er dus alles aan om de ondernemingen betrokken in de fraude in deze sector zo vlug mogelijk te lokaliseren en te controleren, waaraan ogenblikkelijk alle wettelijk mogelijke invorderingsmaatregelen van de verschuldigde belastingen worden gekoppeld.
Les administrations fiscales, et plus spécialement l’administration de l’Inspection spéciale des impoˆts, en collaboration avec l’administration des Douanes et Accises et l’administration du Recouvrement, mettent donc tout en œuvre pour localiser le plus rapidement possible les entreprises concernées par la fraude dans ce secteur, pour les controˆler et faire immédiatement usage de toutes les possibilités légales de recouvrement des impoˆts éludés.
De fiscale administraties stuiten in die sector op vrij complexe fraudemechanismen, die moeilijk te bewijzen zijn en waarbij een nauwe samenwerking met de gerechtelijke overheden zich opdringt. Ik voer trouwens momenteel gesprekken met mijn collega van Justitie om, in het raam van het Veiligheidsplan van de regering, die samenwerking nog verder te optimaliseren.
Les administrations fiscales sont confrontées dans ce secteur à des mécanismes de fraude très complexes, très difficiles à démontrer et contre lesquels une collaboration étroite avec les autorités judiciaires s’impose. Dans le cadre du plan gouvernemental pour la sécurité, j’ai d’ailleurs actuellement des entretiens avec mon collègue de la Justice en vue d’optimaliser cette collaboration.
3. Wat het antwoord op deze vraag betreft, moet gemeld worden dat deze problematiek tot de bevoegdheid behoort van het Vlaamse Gewest.
3. La problématique qui fait l’objet de cette question ressortit à la compétence de la Région flamande.
DO 1999200001031
DO 1999200001031
Vraag nr. 298 van de heer Aimé Desimpel van 4 april 2000 (N.) :
Question no 298 de M. Aimé Desimpel du 4 avril 2000 (N.) :
Ambtenaren van de administratie van Financie¨n. — Verblijfs- en omreiskosten. — Speciale forfaitaire vergoeding.
Agents de l’administration des Finances. — Frais de séjour et de tournée. — Indemnité forfaitaire spéciale.
Onder welbepaalde omstandigheden kunnen sommige ambtenaren van de BBI, de AOIF en de opsporingsinspecties genieten van een speciale forfaitaire vergoeding wegens « verblijfs- en omreiskosten » (zie onder meer het ministerieel besluit van 22 oktober 1998).
Des agents de l’ISI, de l’AFER et des inspections de recherche peuvent bénéficier dans certaines conditions d’une indemnité forfaitaire spéciale pour « frais de séjour et de tournée » (cf. notamment l’arrêté ministériel du 22 octobre 1998).
Met uitzondering van de kilometervergoeding wegens het gebruik van een persoonlijk autovoertuig, sluit de toekenning van die bijzondere onkostenvergoeding de uitbetaling uit van elke andere soortgelijke vergoeding.
L’octroi de cette indemnité exclut l’octroi de toute autre indemnité de même nature, à l’exception de l’indemnité kilométrique pour l’utilisation d’un véhicule personnel.
Evenwel kunnen er geen kilometervergoedingen in rekening worden gebracht voor verplaatsingen binnen de « agglomeratie » van de administratieve standplaats. In artikel 12, voorlaatste lid, van het koninklijk besluit
Aucune indemnité kilométrique ne peut toutefois être accordée pour les déplacements effectués à l’intérieur de l’« agglomération » de la résidence administrative. Or, la notion de « commune » ne figure pas
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3666
van 18 januari 1965 wordt het begrip « gemeente » nergens gehanteerd.
dans l’article 12, avant-dernier alinéa, de l’arrêté royal du 18 janvier 1965.
1. Hoe wordt het begrip « omreiskosten » administratief uitgelegd en wettelijk gedefinieerd ?
1. Quelle est l’interprétation administrative et quelle est la définition légale de la notion de « frais de tournée » ?
2. Wordt het begrip « agglomeratie » administratief steeds uniform geı¨nterpreteerd zoals reglementair omschreven in de bijlage tot het koninklijk besluit van 9 oktober 1908 en in artikel 8bis van het koninklijk besluit van 26 maart 1965 ?
2. La notion d’« agglomération » est-elle toujours interprétée de manière uniforme telle qu’elle est définie dans l’annexe de l’arrêté royal du 9 octobre 1908 ainsi qu’à l’article 8bis de l’arrêté royal du 26 mars 1965 ?
3. a) Moeten alle gemandateerde directiediensten van BTW en Directe Belastingen de beoogde koninklijke en ministerie¨le besluiten op een gelijkvormige wijze toepassen ?
3. a) Tous les services de direction mandatés de la TVA et des Contributions directes doivent-ils appliquer uniformément les arrêtés royaux et ministériels concernés ?
b) Zo neen, waarom niet ?
b) Dans la négative, pourquoi ?
4. Vindt u het wettelijk en reglementair gerechtvaardigd dat sommige diensten :
4. Estimez-vous que d’un point de vue réglementaire et légal, il est normal que certains services :
a) de « beperking » waarvan sprake in artikel 1, tweede lid, 2o, van het ministerieel besluit van 12 april 1965 betreffende de forfaitaire kosten wegens rondreizen eveneens gaan toepassen bij het genieten van de bijzondere verblijfs- en omreiskostenvergoeding;
a) appliquent également la restriction visée à l’article 1er, deuxième alinéa, 2o, de l’arrêté ministériel du 12 avril 1965 relatif aux frais forfaitaires de tournée aux bénéficiaires de l’indemnité spéciale de séjour et de tournée;
b) het duidelijk bij koninklijk besluit omschreven begrip « agglomeratie » in de praktijk opvatten als iedere Belgische « fusiegemeente » van om het even welke administratieve standplaats en/of verblijfplaats ?
b) interprètent la notion d’« agglomération », pourtant clairement définie par arrêté royal, comme étant toute commune fusionnée belge de n’importe quelle résidence administrative et/ou résidence ?
5. Welk concreet verschil bestaat er tussen « omreiskosten » en « reiskosten » ?
5. Quelle est concrètement la différence entre la notion de « frais de tournée » et « frais de déplacement » ?
6. a) Mogen er, bij gebrek aan of ontoereikend openbaar vervoer, onbegrensd bijzondere vergoedingen (verblijfs- en omreiskosten) toegepast worden voor dienstreizen in dezelfde « gemeente » van zowel vo´o´r als nà de recentste fusies binnen de volledige omtrek van iedere administratieve standplaats (niet behorende tot een « agglomeratie » in de zin van artikel 8bis van het koninklijk besluit van 26 maart 1965), ongeacht het eerder gering aantal afgelegde kilometers ?
6. a) En cas de déficience des transports en commun, des indemnités spéciales illimitées (frais de séjour et de tournée) peuvent-elles être accordées pour des déplacements de service dans la même commune, d’avant et d’après les fusions, à l’intérieur du périmètre de chaque résidence administrative (ne faisant pas partie d’une « agglomération » au sens de l’article 8bis de l’arrêté royal du 26 mars 1965), indépendamment du faible kilométrage parcouru ?
b) Zo neen, welke instructies regelen een blijkbaar juridisch onbestaande reglementaire beperking inzake afstand en/of inzake minimale vergoedingen van al dan niet meer dan 12 frank voor een enkele reis ? Een apart kilometercontingent kan reglementair immers niet worden aangevraagd voor verplaatsingen binnen de gemeente.
b) Dans la négative, quelles instructions règlent une restriction réglementaire — apparemment sans fondement juridique — en matière de distance et/ ou d’indemnité minimale de 12 francs ou plus pour un voyage simple ? D’un point de vue réglementaire, il n’est en effet pas possible de demander un quota de kilomètres distinct pour les déplacements dans la commune.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3667
c) In welke gevallen andere dan afwezigheden van meer dan vijf achtereenvolgende werkdagen en in welke mate dient die forfaitaire verblijfs- en omreisvergoeding al dan niet « per dag » te worden verminderd ?
c) Dans quels cas autres que les absences de plus de cinq jours ouvrables consécutifs et dans quelle mesure cette indemnité forfaitaire pour frais de séjour et de tournée doit-elle le cas échéant être réduite « par jour » ?
7. Hoe dient het begrip « gemeente » te worden verstaan in het licht van de wetgeving op de fusies van gemeenten en de geciteerde forfaitaire vergoedingen tot dekking van autokosten binnen de omtrek van de administratieve standplaats ?
7. Comment faut-il interpréter la notion de « commune » à la lumière de la législation relative à la fusion des communes et des dispositions relatives aux indemnités forfaitaires pour frais de déplacement à l’intérieur du périmètre de la résidence administrative ?
8. In welke mate kunnen de personeelsleden de parkeergelden op de Schatkist recupereren ? Die retributies lopen in de centra van sommige steden of kustgemeenten veelal reeds op tot 300 frank per werkdag.
8. Dans quelle mesure les membres du personnel peuvent-ils récupérer les frais de parking ? Dans les grands centres urbains ou dans certaines communes coˆtières, ces frais atteignent souvent 300 francs par jour ouvrable.
9. Binnen welke officie¨le termijnen kunnen de personeelsleden nog rechtsgeldig aanvullende of verbeterende maandaangiften van schuldvordering indienen tot rechtzetting van sommige materie¨le vergissingen of eventueel van voornoemde onjuiste interpretaties in verband met kilometervergoedingen ?
9. Dans quels délais officiels les membres du personnel peuvent-ils encore valablement introduire des relevés mensuels corrigés ou complétés, relatifs à certaines erreurs matérielles ou interprétations erronnées des dispositions relatives aux indemnités kilométriques ?
Antwoord :
Réponse :
1. Het begrip omreiskosten werd niet reglementair gedefinieerd. Uitgaande van de negatieve criteria, kan het administratief begrip « omreiskosten » als volgt worden gedefinieerd : de kosten voortspruitend uit dienstreizen, andere dan reis- of verblijfskosten.
1. La notion de frais de tournée n’a pas été définie réglementairement. Partant de critères négatifs, la notion administrative de frais de tournée peut être définie comme suit : les frais résultant de déplacements effectués pour les besoins du service, autres que les frais de parcours ou de séjour.
2. Overeenkomstig de omzendbrief nr. 48 van 21 februari 1977 van de dienst van Algemeen Bestuur — Ambtenarenzaken — blijft de gebiedsomschrijving van de agglomeraties, zoals gegeven in artikel 8bis van het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende algemene regeling van de vergoedingen en toelagen, geldig voor de toepassing van de vergoedingen wegens reis- en verblijfskosten. Hieruit volgt dat het begrip « agglomeratie » steeds uniform dient geı¨nterpreteerd.
2. Conformément à la circulaire no 48 du 2 février 1977 du service d’Administration générale — Fonction publique — la délimitation du territoire des agglomérations, telle qu’elle figure à l’article 8bis de l’arrêté royal du 26 mars 1965 portant réglementation générale des indemnités et allocations, reste d’application pour les indemnités pour frais de parcours et de séjour. Il en résulte que la notion d’« agglomération » doit toujours être interprétée de façon uniforme.
3. Vanzelfsprekend moeten alle diensten van mijn departement de regelgeving op dezelfde wijze toepassen. Tijdens de herstructurering van de fiscale administraties werd echter vastgesteld dat er verschillen in interpretatie bestaan, er werd dan ook een werkgroep samengesteld om dat te verhelpen.
3. Il est évident que tous les services de mon département doivent appliquer la réglementation de façon identique. Lors de la restructuration des administrations fiscales, il a été toutefois constaté qu’il existait des différences d’interprétation; un groupe de travail a dès lors été mis sur pied afin d’y remédier.
4. a) Het is reglementair niet toegelaten om artikel 1, tweede lid, 2o, van het ministerieel besluit van 12 april 1965 betreffende onder andere de toekenning van een vergoeding voor kosten wegens rondreizen, toe te passen in het kader van de ministerie¨le besluiten van 10 juni 1964 en 22 oktober 1998 houdende toekenning van een vergoeding wegens verblijfs- en omreiskosten.
4. a) Réglementairement il n’est pas autorisé d’appliquer l’article 1er, deuxième alinéa, 2o, de l’arrêté ministériel du 12 avril 1965 relatif à l’octroi entre autres d’une indemnité pour frais de tournée, dans le cadre des arrêtés ministériels du 10 juin 1964 et 22 octobre 1998 relatifs à l’octroi d’une indemnité pour frais de séjour et de tournée.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
470
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3668
b) De gebiedsomschrijving van de agglomeraties zoals bepaald in het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende de algemene regeling van de vergoedingen en toelagen van alle aard toegekend aan het personeel der ministeries, is niet voor interpretatie vatbaar. 5. De omreiskosten beogen niet de reiskosten waarvan de terugbetaling kan gebeuren ter uitvoering van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten. Het gaat dus om uitgaven die het personeelslid verricht tijdens het traject van de reis. 6. a) De vergoeding wegens verblijfskosten vastgesteld in het koninklijk besluit van 24 december 1964, kan niet worden verleend voor reizen binnen de agglomeratie of gemeente van de standplaats. Reiskosten naar aanleiding van het gebruik van het gemeenschappelijk vervoer binnen de agglomeratie of gemeente worden terugbetaald, tenzij het personeelslid een toelage ontvangt die deze kosten dekt. Wat betreft de fusies van gemeenten en de vaststelling van hun begrenzing, verwijs ik u naar de bovenvermelde omzendbrief nr. 48 van 21 februari 1977 en naar de omzendbrief van 17 januari 1973 van de dienst van Algemeen Bestuur — ministerie van Ambtenarenzaken. Deze omzendbrieven werden onder andere opgenomen in de codificaties inzake personeelszaken van mijn departement onder het nr. DI 323.11, alsook op de cd-rom Codipers. b) Het bovenvermeld ministerieel besluit van 12 april 1965 bepaalt dat voor de in artikel 2, A, bedoelde ambtenaren, de forfaitaire vergoeding de reis- en verblijfskosten dekt in verband met de dienstreizen gedaan binnen 7,5 km in de omtrek van de administratieve standplaats, alsmede van de verblijfskosten in verband met dienstreizen buiten deze omtrek, onverminderd de eventuele toepassing van artikel 2, B. Voornoemde reiskosten omvatten deze gedaan met openbaar vervoer wanneer de enkele reis minder dan 12 frank kost. Hetzelfde geldt voor andere vervoermiddelen waarvan de kostprijs voor de enkele reis het bedrag van 12 frank niet bereikt. Indien dit voldoende wordt gemotiveerd, kan een kilometercontingent worden verleend voor verplaatsingen binnen de agglomeratie van de standplaats. c) Er zijn geen andere gevallen. Met dien verstande dat de uitbetaling onmiddellijk wordt gestopt, indien het personeelslid niet langer belast is met de functie uit hoofde van dewelke hij gerechtigd was op de vergoeding. 7. Hiervoor verwijs ik naar de bovenvermelde omzendbrief nr. 48 van 21 februari 1977 van het ministerie van Ambtenarenzaken.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
b) La délimitation du territoire des agglomérations telle que définie dans l’arrêté royal du 26 mars 1965 portant réglementation générale des indemnités et allocations quelconques accordées au personnel des ministères, n’est pas sujette à interprétation. 5. Les frais de tournée ne visent pas les frais de parcours dont le remboursement peut intervenir en application de l’arrêté royal du 18 janvier 1965 portant réglementation générale en matière de frais de parcous. Il s’agit de frais que l’agent expose lors du parcours. 6. a) L’indemnité pour frais de séjour fixée par l’arrêté royal du 24 décembre 1964, ne peut être allouée du chef de déplacements effectués à l’intérieur de l’agglomération ou la commune de résidence. Les frais des parcours liés à l’utilisation des transports en commun à l’intérieur d’une agglomération ou commune sont remboursés, sauf si l’agent perçoit une allocation qui couvre ces frais. Pour ce qui concerne la fusion des communes et leur délimitation, je vous renvoie à la circulaire no 48 du 21 février 1977 et la circulaire du 17 janvier 1973 émanant du service d’Administration générale — ministère de la Fonction publique. Ces circulaires ont entre autres été reprises dans les codifications en matière de personnel de mon département sous le no CD 323.11, ainsi que sur le cd-rom Codipers.
b) L’arrêté ministériel susmentionné du 12 avril 1965 dispose que pour les agents visés à l’article 2, A, l’indemnité forfaitaire couvre les frais de parcours et de séjour afférents aux déplacements de service effectués dans un rayon de 7,5 km de la résidence administrative ainsi que les frais de séjour afférents aux déplacements de service effectués en dehors de ce rayon, sans préjudice à l’application éventuelle de l’article 2, B. Les frais de parcours précités englobent ceux effectués en transports en commun, lorsque le coût du voyage simple est inférieur à 12 francs. Ceci vaut également pour les autres moyens de transport dont le coût du voyage simple n’atteint pas le montant de 12 francs. S’il est dûment motivé, un contingent kilométrique peut être attribué pour les déplacements dans l’agglomération de la résidence. c) Il n’existe pas d’autres cas. Bien entendu, la liquidation s’arrête immédiatement, dès lors que l’agent n’est plus chargé d’une fonction en vertu de laquelle il peut bénéficier de l’indemnité. 7. Sur ce point, je vous renvoie à la circulaire no 48 du 21 février 1977 du ministère de la Fonction publique.
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3669
8. Reglementair dekt de kilometervergoeding alle kosten die uit het gebruik van de eigen wagen voor dienstreizen voortspruiten, sensu stricto dus ook de parkeerkosten. Ik ben er mij echter van bewust dat de parkeerkosten een onevenredig deel van de kilometervergoeding kunnen opslorpen en dat in extreme gevallen deze zelfs niet volstaat. Er werd dan ook binnen het departement een werkgroep opgericht die onder andere deze problematiek zal onderzoeken. Immers, hierbij mag niet uit het oog worden verloren dat principieel elke dienstreis voor rekening van de Staat dient te geschieden met het vervoermiddel dat voor de Schatkist het minst duur is. Van dit principe mag slechts afgeweken worden wanneer het belang van de dienst het eist.
8. Réglementairement, l’indemnité kilométrique couvre tous les frais résultant de l’utilisation du véhicule propre, au sens strict donc également les frais de parking. Je suis bien conscient du fait que les frais de parking peuvent absorber une partie disproportionnée de l’indemnité kilométrique et que dans des cas extrêmes celle-ci ne suffit pas. Un groupe de travail a par conséquent été mis sur pied au sein du département afin d’examiner entre autres cette problématique. Il ne faut toutefois pas perdre de vue qu’en principe, chaque déplacement pour le compte de l’E´tat doit se faire à l’aide du moyen de transport le moins onéreux pour le Trésor. Il ne peut être dérogé à ce principe que si l’intérêt du service l’exige.
9. De schuldvorderingen zijn verjaard, indien zij niet zijn geordonnanceerd binnen een termijn van tien jaar te rekenen vanaf de eerste januari van het jaar van hun ontstaan.
9. Les créances sont prescrites, si elles ne sont pas ordonnancées dans un délai de dix ans à partir du premier janvier de l’année pendant laquelle elles sont nées.
DO 1999200001057
DO 1999200001057
Vraag nr. 304 van de heer Willy Cortois van 6 april 2000 (N.) :
Question no 304 de M. Willy Cortois du 6 avril 2000 (N.) :
Fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak. — Belasting op tabak voor eigen verbruik.
Régime fiscal des tabacs manufacturés. — Accise sur le tabac destiné à la consommation personnelle des planteurs.
In antwoord op een eerder door mij gestelde vraag betreffende het fiscaal stelsel voor gefabriceerde tabak, stelde uw voorganger dat tabak, geteeld door planters voor eigen verbruik, belast wordt aan het gewone tarief van de in handel gebrachte tabaksfabrikanten. De minister beloofde toen een koninklijk besluit voor te bereiden waarop een minimum heffingsvoet zou worden toegepast in afwijking op het gewoon tarief van tabaksfabrikanten van hetzelfde type. (Vraag nr. 77 van 14 september 1995, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1995-1996, nr. 8, blz. 719.)
En réponse à une question que je lui avais adressée sur le même sujet, votre prédécesseur avait répondu que le tabac cultivé par les planteurs pour leur propre consommation est imposé au taux normal de l’accise appliquée aux tabacs vendus dans le commerce. Dans sa réponse, le ministre annonçait la préparation d’un arrêté royal tendant à instaurer un taux minimum pour le tabac destiné à la consommation personnelle des planteurs, par dérogation au taux normal frappant les tabacs du même type que l’on trouve dans le commerce. (Question no 77 du 14 septembre 1995, Questions et Réponses, Chambre, 1995-1996, no 8, p. 719.)
Sindsdien werden inderdaad nieuwe koninklijke besluiten betreffende het fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak uitgevaardigd (koninklijke besluiten van 21 oktober 1997 en 19 juni 1998) maar bij mijn weten werd in geen enkele regeling voorzien ten gunste van de zelfplanters van tabak.
Depuis, de nouveaux arrêtés royaux relatifs au régime fiscal applicable aux tabacs manufacturés ont, en effet, été promulgués (arrêtés royaux du 21 octobre 1997 et du 19 juin 1998). Toutefois, à ma connaissance aucune réglementation en faveur des planteurs cultivant du tabac pour leur propre consommation n’a encore été prévue.
Worden nog maatregelen gepland om de belasting op tabak voor eigen verbruik te verminderen ?
Envisagez-vous de prendre des mesures tendant à réduire l’accise sur le tabac destiné à la consommation personnelle des planteurs ?
Antwoord : Het geachte lid zal hierna de gevraagde inlichtingen vinden.
Réponse : L’honorable membre trouvera ci-après les renseignements demandés.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3670
Voor de rooktabak die door de planter wordt geteeld voor eigen verbruik en die beperkt is tot 150 planten per jaar voorziet artikel 3, § 5, van de wet van 3 april 1997 betreffende het fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak, in afwijking op de taxatie voor rooktabak, een accijns die overeenstemt met de minimumheffing ingesteld met artikel 3, cijfer 1, van richtlijn 92/80/EEG, zijnde 20 % van de kleinhandelsprijs.
Par dérogation à la taxation normale du tabac à fumer, les dispositions de l’article 3, § 5, de la loi du 3 avril 1997 relative au régime fiscal des tabacs manufacturés prévoient que le tabac à fumer que les planteurs destinent à leur consommation personnelle à concurrence d’un maximum de 150 plants par an, est soumis à une accise qui correspond à l’imposition minimum prévue par l’article 3, chiffre 1, de la directive 92/80/CEE, soit 20 % du prix de vente au détail.
De toepassing van deze verminderde heffingsvoet is verantwoord aangezien deze tabak noch opgemaakt noch bestemd is voor de kleinhandel. Daar deze tabak niet in de handel wordt gebracht, wordt billijkheidshalve de meest gevraagde prijsklasse van dit product als basis genomen voor de berekening van de accijns.
L’application de cette base d’imposition réduite est justifiée par le fait que ce tabac n’est ni conditionné ni destiné à la vente au détail. Comme ce tabac n’est pas mis en vente, et par souci d’équité, la classe de prix la plus demandée de ce produit a été retenue comme base d’imposition pour le calcul de l’accise.
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties
Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques
Telecommunicatie
Télécommunications
DO 1999200001062
DO 1999200001062
Vraag nr. 76 van de heer Henk Verlinde van 7 april 2000 (N.) :
Question no 76 de M. Henk Verlinde du 7 avril 2000 (N.) :
De Post. — Sluiting van kleine postkantoren.
La Poste. — Fermeture de petits bureaux de poste.
De jongste jaren zijn er in Belgie¨ heel wat kleinere postkantoren gesloten, wat op heel wat ontevredenheid stuit bij de inwoners die zich op één of andere manier naar een grotere gemeente moeten begeven om hun postzaken af te handelen.
Ces dernières années, de nombreux petits bureaux de poste ont été fermés en Belgique, ce qui n’a pas manqué de susciter un vif mécontentement parmi les habitants des entités concernées qui, d’une manière ou d’une autre, sont contraints de se déplacer vers des communes plus grandes pour y effectuer leurs opérations postales.
Een voorbeeld hiervan is de sluiting van de postkantoren van Zeebrugge dorp, Lissewege en Zwankendamme.
La fermeture des bureaux de poste de Zeebruggevillage, de Lissewege et de Zwankendamme illustre bien le problème.
1. Hoe worden deze sluitingen opgevangen ? 2. Bent u bereid om een ambulant (rijdend) postkantoor in te voeren dat deze door sluiting getroffen gemeenten aandoet ?
1. Comment sera-t-il remédié aux effets négatifs de ces fermetures ? 2. Eˆtes-vous disposé à organiser un bureau de poste itinérant (roulant) qui desservirait les communes confrontées à la fermeture d’un bureau ordinaire ?
Antwoord : De Post deelt me mede dat ze permanent de evolutie van de behoeften van de clie¨nteel volgt; en dat ze, overeenkomstig de bepalingen van het beheerscontract, de organisatie van haar verkooppunten daarop afstemt.
Réponse : La Poste me communique qu’elle suit en permanence l’évolution des besoins de la clientèle; que, tout en se conformant aux dispositions du contrat de gestion, elle adapte l’organisation de ses points de vente en conséquence.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3671
Met betrekking tot de aangehaalde voorbeelden, kunnen de klanten zich steeds wenden tot de postman op ronde, die verder een belangrijk aantal bewerkingen ten huize zal blijven uitvoeren. Tevens kunnen in een particuliere zegelwinkel in Lissewege en in twee zegelwinkels in Zeebrugge de meest courante postwaarden gekocht worden.
En ce qui concerne les exemples cités, les clients peuvent toujours s’adresser à l’agent distributeur en tournée, lequel continue à effectuer bon nombre d’opération à domicile. En outre, les valeurs postales les plus courantes peuvent être achetées dans les débits de timbres tenus par des particuliers, à savoir un à Lisswege et deux à Zeebrugge.
Het inzetten van een ambulant postkantoor werd onderzocht maar biedt, wegens een aantal problemen op het vlak van veiligheid en data-transmissie, geen bevredigende oplossing.
La mise en place d’un bureau de poste ambulant a été examinée mais ne constitue pas une solution satisfaisante compte tenu des nombreux problèmes rencontrés sur le plan de la sécurité et de la transmission de données.
DO 1999200001068
DO 1999200001068
Vraag nr. 77 van de heer Francis Van den Eynde van 7 april 2000 (N.) :
Question no 77 de M. Francis Van den Eynde du 7 avril 2000 (N.) :
Omzetting in nationaal recht van de Europese richtlijn inzake de telefoonnummering.
Transposition en droit national de la directive européenne relative à la numérotation téléphonique.
De Europese Commissie heeft beslist formele inbreukprocedures te starten tegen zes landen waaronder Belgie¨ omdat zij een aantal belemmeringen op de telefoniemarkt nog niet opgeruimd hebben. Het gaat vanzelfsprekend om de omzetting in nationaal recht van de Europese richtlijn inzake de telefoonnummering.
La Commission européenne a décidé d’entamer des procédures de mise en défaut contre six pays, dont la Belgique, parce qu’ils ont omis de lever une série d’entraves sur le marché de la téléphonie. Il est évident qu’il s’agit en l’espèce de la transposition en droit national de la directive relative à la numérotation téléphonique.
Volgens deze laatste dienden vanaf 1 januari 2000 in alle lidstaten telefoonabonnees zonder problemen te kunnen kiezen voor één van de nieuwe telefoonoperatoren zo zij dit willen. Daardoor moet een viercijfercode worden ingetikt als prefix. Later kan dit nog vereenvoudigd worden.
Conformément à cette directive, les abonnés téléphoniques de tous les E´tats membres devaient, à partir du 1er janvier 2000, pouvoir choisir sans difficultés l’un des nouveaux opérateurs téléphoniques, un préfixe de quatre chiffres devant être formé à cet effet.
Volgens de Commissie is de Belgische wetgeving onder meer op dit vlak niet in overeenstemming met de richtlijn. Deze bepaalt immers dat de carrier preselect of het kiezen van de gewenste operator ook kan gelden voor lokale gesprekken, dit wil zeggen in dezelfde zone.
Selon la Commission, la législation belge n’est pas conforme à la directive, notamment en ce qui concerne le point précité. La directive prévoit, en effet, que le carrier preselect (le choix de l’opérateur souhaité) doit également pouvoir être effectué pour les communications locales, au sein d’une même zone.
Ik verneem uit de pers dat de minister dit samen met andere landen zoals Nederland en Finland, betwist.
J’apprends à présent par la presse qu’avec d’autres pays (notamment les Pays-Bas et la Finlande), le ministre conteste cette obligation.
1. Klopt dit ?
1. Cette information est-elle exacte ?
2. Zo ja, waarom ?
2. Dans l’affirmative, pourquoi ?
Antwoord : Vooraleer rechtstreeks de vraag van het geachte lid te beantwoorden, wilde ik nog even omlijnen dat, in overeenstemming met de Europese richtlijnen, zowel de selectie van de transporteur als de preselectie van de interzonale en internationale oproepen sinds de maand januari 2000 beschikbaar zijn.
Réponse : Avant de répondre directement à la question de l’honorable membre, je voudrais préciser qu’à la fois la sélection du transporteur et la présélection du transporteur pour les appels interzonaux et internationaux sont disponibles depuis le mois de janvier 2000 conformément aux directives européennes.
Wat de zonale oproepen betreft moeten we opmerken dat de preselectie van de transporteur en de selec-
En ce qui concerne les appels zonaux, il faut noter que la préselection du transporteur et la sélection du
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3672
tie van de transporteur niet beschikbaar zijn in Belgie¨, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland (markten nog niet vrij), Portugal en Spanje.
transporteur ne sont pas disponibles en Belgique, Finlande, France, Allemagne, Grèce (marché non encore libéralisé), Portugal, Espagne.
Deze lijst landen toont overduidelijk aan dat er op het Europees niveau, een debat bestaat over de opportuniteit, vanuit economisch standpunt deze dienst te ontwikkelen. De vrees voor een ondoeltreffend economisch gebruik van het net van de operator die er toegang toe verleent, Belgacom in dit geval, bestaat inderdaad.
Cette liste de pays démontre à suffisance qu’un débat existe au niveau européen sur l’opportunité d’un point de vue économique de développer ce service. On peut en effet craindre une utilisation économiquement inefficiente du réseau de l’opérateur d’accès, en l’occurrence Belgacom.
Laten we het voorbeeld aanhalen van een gesprek tussen twee Mechelse buren. Dit gesprek zou, in plaats van beperkt te worden tot het niveau van de plaatselijke centrale, omgeleid moeten worden langs een punt van interconnectie dat zich hier te Leuven bevindt.
Pour prendre un exemple, une communication entre deux voisins à Malines devrait au lieu d’être limitée au niveau du centre local concerné, remonter au point d’interconnexion qui dans ce cas est situé à Louvain.
In de toekomst zou aan dit soort problemen moeten tegemoetgekomen worden door de ontbundeling van de local loop. Dit zal alternatieve operators toelaten hun eindgebruikers rechtstreeks met hun netwerk te verbinden.
` l’avenir, ce type de problématique devrait être A rencontrée par le dégroupage de la boucle locale. Ceci permettra aux opérateurs alternatifs de connecter directement les utilisateurs finaux à leur réseau.
DO 1999200011087
DO 1999200011087
Vraag nr. 78 van de heer Francis Van den Eynde van 14 april 2000 (N.) :
Question no 78 de M. Francis Van den Eynde du 14 avril 2000 (N.) :
De Post. — Gent 9000. — Klachten.
La Poste. — Gand 9000. — Plaintes.
Er zijn steeds weer klachten over de traagheid waarmee de post in Gent 9000 verdeeld wordt.
De nouvelles plaintes ont été enregistrées à propos de la lenteur avec laquelle le courrier est distribué à Gand 9000.
Het valt regelmatig voor dat brieven die in Gent 9000 op een maandagavond op de bus gaan, slechts op vrijdagmorgen hun bestemming in hetzelfde Gent 9000 bereiken.
Ainsi, il arrive régulièrement que les lettres postées le lundi soir à Gand 9000 ne soient distribuées que le vendredi matin.
Een en ander zou te maken hebben met gebrek aan personeel.
Ce problème serait lié au manque de personnel.
1. Kan u dit bevestigen ?
1. Pouvez-vous confirmer ces informations ?
2. Zijn er andere oorzaken ?
2. Y a-t-il d’autres causes à ce problème ?
3. Welke maatregelen werden er getroffen om deze situatie dringend te verhelpen ? Antwoord :
3. Quelles mesures a-t-on prises pour remédier rapidement à cette situation ? Réponse :
1 en 2. De naamloze vennootschap van publiek recht De Post deelt mij mee dat het kantoor Gent 1 sinds enige tijd moeilijkheden en een schommelende achterstand in de verwerking van de briefwisseling ondervindt.
1 et 2. La société anonyme de droit public La Poste me communique qu’effectivement, depuis quelque temps, le bureau de Gand 1 connaıˆt des difficultés et un retard fluctuant dans le traitement du courrier.
De voornaamste oorzaak hiervan is inderdaad een personeelstekort. Dit is, onder andere, een gevolg van een kortstondig en moeilijk op te vangen absenteı¨sme
Cette situation est due principalement à un manque de personnel. Celui-ci est la conséquence, entre autres, de l’absentéisme de courte durée des postiers, absen-
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3673
bij de postmannen. Bovendien is het niet makkelijk om de geschikte rekruten te vinden temeer daar veel nieuwe rekruten snel afhaken. Wegens de specialisatiegraad van de sortering, duurt daarenboven een opleiding tot sorteerder met een normaal rendement te Gent 1 meerdere weken.
téisme difficile à compenser. En outre, il n’est pas évident de trouver les recrues appropriées et beaucoup de nouvelles recrues partent rapidement. Enfin, en raison du degré de spécialisation du tri, une formation d’agent de tri à Gand 1 avec un rendement normal dure plusieurs semaines.
3. De Post neemt alle mogelijke maatregelen om een einde aan deze situatie te maken. Zo zijn versterkingsploegen op feestdagen, zoals paasmaandag, ingezet. De diensten zijn dermate ingedeeld, dat er de nodige ruimte vrijkomt voor een extra sorteerploeg tijdens de nacht. Om vertragingen voor het dringend product te vermijden werd ook de scheiding tussen dringend en niet-dringend product verbeterd. Tenslotte is de opleiding tot sorteerder vereenvoudigd.
3. La Poste prend toutes les mesures possibles pour mettre un terme à cette situation. Ainsi, des équipes de renfort sont mises en place les jours fériés tels que le lundi de Paˆques. Les services sont agencés de manière à libérer l’espace nécessaire pour une équipe supplémentaire de tri durant la nuit. La séparation entre les produits non urgents et urgents a été améliorée afin d’éviter les retards pour ces derniers. Enfin, la formation d’agent de tri est simplifiée.
DO 1999200011097
DO 1999200011097
Vraag nr. 79 van de heer Francis Van den Eynde van 14 april 2000 (N.) :
Question no 79 de M. Francis Van den Eynde du 14 avril 2000 (N.) :
Belgacom. — British Telecom. — Telefoonkaarten.
Belgacom. — British Telecom. — Cartes de téléphone.
In de lokettenzaal van het Sint-Pietersstation in Gent werken sinds 7 april 2000 openbare telefoons van British Telecom. Er komen er nog andere op in totaal 150 plaatsen.
Depuis le 7 avril 2000, la salle des guichets de la gare Sint-Pieters à Gand dispose de téléphones publics exploités par British Telecom, qui devrait encore en installer 150 en d’autres lieux.
British Telecom heeft met de NMBS een akkoord voor de plaatsing, maar ook voor het gebruik van het glasvezelnetwerk van de spoorwegen. Het is met deze troefkaart dat het Britse telecommunicatiebedrijf zich bij de spoorwegen ingekocht heeft.
British Telecom a conclu avec la SNCB un accord prévoyant l’installation ainsi que l’exploitation du réseau à fibres optiques des chemins de fer. Cet atout a permis à la compagnie du téléphone britannique de se vendre auprès de la SNCB.
British Telecom beweert dat de telefooncellen 10 % goedkoper zijn, maar dit zal uitsluitend in de piekuren voor zonale verbindingen kloppen. In de daluren slinkt het verschil tot 2 % voor zonale gesprekken.
British Telecom affirme que les appels passés dans ces cabines téléphoniques couˆtent 10 % moins cher. Néanmoins, cette réduction ne sera véritablement possible qu’aux heures pleines et pour des communications zonales. Pendant les heures creuses, la différence chute à 2 % pour les communications zonales.
Voor interzonale gesprekken zijn de kosten 7 % lager, naar mobiele toestellen blijven ze gelijk.
Les communications interzonales sont 7 % moins chères tandis qu’aucune diminution n’est enregistrée pour les appels vers des téléphones portables.
De consument zou dus een licht voordeel hebben aan de keuze voor British Telecom.
British Telecom offrirait donc au consommateur des tarifs légèrement plus avantageux.
Naar verluidt is het echter zo dat de telefoonkaarten die men voor de toestellen van British Telecom dient te gebruiken niet dezelfde zijn als deze voor de toestellen van Belgacom en bovendien uitsluitend aan de loketten van de stations te verkrijgen zijn.
Néanmoins, il me revient que les cartes de téléphone utilisées dans les cabines exploitées par British Telecom diffèrent de celles utilisées dans les cabines de Belgacom. En outre, ces cartes ne sont disponibles qu’aux guichets des gares.
1. Kan u dit bevestigen ?
1. Confirmez-vous ces informations ?
2. Zo ja, bent u niet van mening dat dit de zaak voor de consument wel wat moeilijker maakt ? Wanneer hij vanuit een station wil bellen, kan hij
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2. Dans l’affirmative, ne pensez-vous pas que cette situation soit de nature à compliquer la vie du consommateur ? En effet, lorsqu’il désire téléphoner dans une
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3674
immers zijn gewone telefoonkaart niet gebruiken en dient hij over een andere te beschikken.
gare, sa carte de téléphone habituelle n’est pas compatible avec les nouveaux appareils, de sorte qu’il doit s’en procurer une autre.
3. Was het niet mogelijk ervoor te zorgen dat de telefoonkaarten van de verschillende telecombedrijven die in ons land actief zijn, compatibel zijn ?
3. N’était-il pas possible de prévoir des cartes compatibles entre les différentes compagnies de téléphone exploitant un réseau en Belgique ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hieronder het antwoord op de gestelde vraag te willen vinden.
Réponse : En réponse à la question posée par l’honorable membre, j’ai l’honneur de lui communiquer ce qui suit.
1. De telefooncellen die door de maatschappij BT (Worldwide) geplaatst zijn, werken momenteel met de volgende betaalmiddelen : BT-telefoonkaarten, muntstukken, kredietkaarten.
1. Les cabines téléphoniques déployées par la société BT (Worldwide) fonctionnent actuellement avec les moyens de paiement suivants : télécartes BT, pièces de monnaie, cartes de crédit.
2. Wat het praktische aspect van het bestaan van verschillende types van telefooncellen betreft, dient men er op te wijzen dat de BT-telekaarten verkocht worden in de stations, ofwel op de plaats zelf waar ze eventueel kunnen worden gebruikt. Bovendien zijn vele stations uitgerust met telefooncellen van Belgacom. In dat geval heeft de consument dus de mogelijkheid om de telefoonkaart van zijn keuze te gebruiken.
2. En ce qui concerne l’aspect pratique de l’existence de plusieurs types de cabines, il convient de souligner que les télécartes BT sont mises en vente dans les gares, soit sur le lieu même de leur utilisation potentielle. Par ailleurs, de nombreuses gares sont équipées de cabines téléphoniques Belgacom. Dans ce cas, le consommateur a donc la possibilité d’utiliser la télécarte de son choix.
3. De van kracht zijnde wetgeving voorziet in geen enkele verplichting inzake een eventuele compatibiliteit van telefoonkaarten. Die vrijheid van handelen wordt gerechtvaardigd binnen de context van de liberalisering van de telecommunicatie.
3. La législation en vigueur ne prévoit aucune obligation quant à une éventuelle compatibilité des cartes téléphoniques. Cette liberté d’action se justifie dans le contexte de libéralisation qui est celui des télécommunications.
Er dient wel te worden toegevoegd dat de telefooncellen van Belgacom protonkaarten aanvaarden, die de referentie vormen voor elektronische-portemonneetoepassingen in Belgie¨. De BT-cellen zullen vanaf de herfst ook protonkaarten aanvaarden.
Il faut cependant ajouter que les cabines Belgacom acceptent les cartes de type Proton, lesquelles constituent la référence pour les applications de portemonnaie électronique en Belgique. Les cabines BT accepteront également les cartes Proton à partir de l’automne prochain.
DO 1999200011098
DO 1999200011098
Vraag nr. 80 van de heer Olivier Chastel van 14 april 2000 (Fr.) :
Question no 80 de M. Olivier Chastel du 14 avril 2000 (Fr.) :
De Post. — Situatie van het postkantoor Jumet 5.
La Poste. — Situation du bureau de poste de Jumet 5.
1. Dreigt het postkantoor Jumet 5 te worden gesloten ?
1. Le bureau de poste de Jumet 5 est-il menacé de fermeture ?
2. Volgens een hardnekkig gerucht zou de sluiting gepland zijn. Er werd zelfs een petitie tegen een eventuele sluiting gelanceerd.
2. Une rumeur persistante indique que cette fermeture est programmée. Une pétition a d’ailleurs été lancée contre cette éventuelle fermeture.
Wat is er werkelijk van aan ? Wat bent u met het kantoor van plan ?
Pourriez-vous indiquer ce qu’il en est réellement et quels sont vos projets pour ce bureau ?
3. Wegens het gevoel van onveiligheid, zou het personeel niet langer in de wijk willen werken. Zo zou er een personeelstekort ontstaan.
3. Enfin, il apparaıˆt qu’il y aurait également un problème de personnel dans ce bureau dans la mesure ou` le personnel refuserait de travailler dans ce quartier en raison du climat d’insécurité.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3675
Kan u die informatie bevestigen ? Welke maatregelen zal u nemen om het probleem op te lossen ? Antwoord :
Ces informations sont-elles exactes et quelles mesures vont être prises pour résoudre ce problème ? Réponse :
1 en 2. De naamloze vennootschap van publiek recht De Post deelt me mee dat zij op dit ogenblik geen plannen heeft om het kantoor Jumet 5 te sluiten.
1 et 2. La société anonyme de droit public La Poste me communique qu’il n’entre actuellement pas dans ses intentions de supprimer le bureau de poste de Jumet 5.
De Post volgt evenwel permanent de evolutie van de behoeften van de clie¨nteel en, overeenkomstig de bepalingen van het beheerscontract, stemt zij de organisatie van haar verkooppunten daarop af.
Toutefois, La Poste suit en permanence l’évolution des besoins de la clientèle et, conformément aux dispositions du contrat de gestion, elle adapte l’organisation de ses points de vente en conséquence.
3. Alhoewel het postkantoor van Jumet 5 inderdaad het slachtoffer was van verschillende overvallen, is de dienstverlening aan de clie¨nteel er niettemin normaal verzekerd.
3. Enfin, si le bureau de poste de Jumet 5 a effectivement été victime de plusieurs hold-up, le service à la clientèle y est toutefois assuré normalement.
DO 1999200011119
DO 1999200011119
Vraag nr. 81 van de heer Francis Van den Eynde van 26 april 2000 (N.) :
Question no 81 de M. Francis Van den Eynde du 26 avril 2000 (N.) :
Sint-Pietersstation te Gent. — Nieuwe telefoontoestellen. — Instructies. — Taalgebruik.
Gare Sint-Pieters à Gand. — Nouvelles cabines téléphoniques. — Instructions. — Emploi des langues.
In de nieuwe telefoontoestellen die door British Telecom in het Gentse Sint-Pietersstation geı¨nstalleerd werden, staan de nodige instructies in het Nederlands, het Frans en het Engels.
Les instructions d’utilisation figurant dans les nouvelles cabines téléphoniques exploitées par Britisch Telecom en la gare Sint-Pieters à Gand sont rédigées en néerlandais, en français et en anglais.
Bent u niet de mening toegedaan dat op zijn minst de derde nationale taal van ons land namelijk het Duits, hier ook mag gebruikt worden ?
Ne pensez-vous pas qu’il convient au moins d’y faire figurer l’allemand, troisième langue nationale ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hieronder het antwoord op de gestelde vraag te willen vinden.
Réponse : En réponse à la question posée par l’honorable membre, j’ai l’honneur de lui communiquer ce qui suit.
De exploitatie van telecommunicatie wordt hoofdzakelijk geregeld door de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
L’exploitation des télécommunications est principalement régie par la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques.
In die wet zijn enkel verplichtingen opgenomen inzake het taalgebruik voor de autonome overheidsbedrijven, alsook voor hun dochterondernemingen wanneer zij betrokken zijn bij de uitvoering van taken van openbare dienst.
Cette loi ne prévoit d’obligations en matière d’emploi des langues que pour les entreprises publiques autonomes, ainsi que pour les filiales lorsque celles-ci sont associées à la mise en œuvre de taˆches de service public.
Voor de maatschappij British Telecom (Worldwide), uitbater van de telefooncellen in het Gentse Sint-Pietersstation, gelden die bepalingen niet.
La société British Telecom (Worldwide), exploitante des cabines téléphoniques en gare de Gand-SaintPierre, n’est pas concernée par ces dispositions.
Ik zal niettemin de Vaste Commissie voor taaltoezicht daarover een vraag stellen om de verplichtingen te kennen die op de exploitanten van telefooncellen zouden kunnen rusten op basis van andere wet- of regelgevende teksten dan de wet van 21 maart 1991.
Je vais toutefois interroger la Commission permanente de controˆle linguistique pour connaıˆtre les obligations qui pourraient peser sur les exploitants de cabines téléphoniques sur base d’autres textes légaux ou réglementaires que la loi du 21 mars 1991.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
471
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3676
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid
Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes
Economie
E´conomie
DO 1999200001071
DO 1999200001071
Vraag nr. 60 van de heer Claude Eerdekens van 7 april 2000 (Fr.) :
Question no 60 de M. Claude Eerdekens du 7 avril 2000 (Fr.) :
Humanitaire sector. — Verenigingen. — Controle.
Secteur humanitaire. — Associations. — Controˆle.
De humanitaire sector is belangrijk in Belgie¨. Jaarlijks zamelen 90 000 organisaties meer dan 14 miljard in. 1 500 van die organisaties worden rechtstreeks of onrechtstreeks gecontroleerd op verscheidene beleidsniveaus. Door de overvloed aan organisaties heeft de burger niet altijd de zekerheid dat zijn gift voor het bestemde doel zal worden aangewend.
Le secteur humanitaire est important en Belgique. Ce sont plus de 14 milliards qui sont récoltés par 90 000 organisations chaque année. Parmi celles-ci, 1 500 font l’objet d’un controˆle direct ou indirect, et ce à différents niveaux de pouvoir. Cela représente un nombre élevé d’organisations et il est parfois difficile pour le citoyen d’avoir l’assurance que son don sera bien affecté à la cause qu’il entend défendre.
Sommige methodes van fondsenwerving, zoals huisaan-huisverkoop of het sturen van brieven die uitgaan van onbekende instellingen, zijn een probleem.
En particulier, certaines procédures de recueil de fonds posent des problèmes tels le démarchage à domicile ou encore l’envoi de lettres émanant d’organismes inconnus.
Daar officie¨le controle van de humanitaire sector in Belgie¨ ontbreekt, hebben een aantal organisaties zelf een Vereniging voor ethische fondsenwerving opgericht. Die vereniging stelde een deontologische code op die door de Jury voor ethisch verantwoorde reclame wordt gecontroleerd. Een zestigtal verenigingen hebben die code onderschreven, maar de meeste niet, omdat ze vrezen dat de vereniging voor ethische fondsenwerving niet altijd objectief zal zijn.
Il n’existe pas de controˆle officiel du secteur humanitaire en Belgique, et certaines organisations ont ellesmêmes créé l’Association pour une éthique dans les récoltes de fonds (AERF). Cette association a rédigé un code déontologique qui est controˆlé par le Jury d’éthique publicitaire. Si une soixantaine d’associations ont adhéré à ce code, la plupart ne l’ont pas fait, car elles considèrent que l’AERF risque d’être juge et partie dans de nombreux cas.
Zou het derhalve niet opportuun zijn de oprichting van een onafhankelijk en extern controlecomité te overwegen waarin vanzelfsprekend vertegenwoordigers van de humanitaire organisaties, maar ook van de overheid en van de schenkers zitting hebben ? Dat zou namelijk de beste manier zijn om het correcte gebruik van de door de humanitaire verenigingen ingezamelde fondsen te waarborgen.
Dès lors, ne serait-il pas opportun d’envisager la création prochaine d’un comité de controˆle indépendant et externe, lequel réunirait bien entendu les représentants des organisations, mais aussi des pouvoirs publics et des donateurs ? Ce serait là, en effet, la meilleure façon de garantir la correcte utilisation des fonds recueillis par les associations humanitaires.
Antwoord : Verschillende ministeries hebben zich reeds over de vraag van het geachte lid gebogen, met name bij de indiening door volksvertegenwoordiger Grimberghs van het wetsvoorstel ter regeling van acties waarbij een beroep op de vrijgevigheid van de bevolking wordt gedaan (Parl. St., Kamer, 1991-1992, nr. 548/1).
Réponse : La question posée par l’honorable membre a déjà fait l’objet de réflexions interdépartementales, notamment lors du dépoˆt de la proposition de loi réglementant les appels à la générosité de la population par le député Grimberghs (Doc. parl., Chambre, 1991-1992, no 548/1).
Over dit voorstel, evenals over het voorstel van volksvertegenwoordiger Jérome dat eraan voorafging, werd een zeer kritisch advies uitgesproken door de
Cette proposition, ainsi que celle du député Jérome qui l’avait précédée, a fait l’objet d’un avis assez critique de la section de législation du Conseil d’E´tat,
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3677
afdeling wetgeving van de Raad van State, die meende dat het indruiste tegen een aantal grondwettelijke vrijheden (recht op vrije mening, vrijheid van meningsuiting, persvrijheid, vrijheid van demonstratie, van vereniging, en zelfs vrijheid van eredienst).
lequel a estimé qu’elle entrait en contradiction avec un certain nombre de libertés constitutionnelles (liberté d’opinion, liberté d’expression, liberté de presse, liberté de manifestation, liberté d’association et même liberté des cultes).
Verschillende bevoegde ministeries hebben de zaak bestudeerd. Binnenlandse Zaken voor de tombola’s, Middenstand voor de aspecten van « ambulante activiteit », Financie¨n voor de afgifte van een toestemming tot fiscale aftrekbaarheid van bepaalde schenkingen, Justitie voor de strafrechtelijke aspecten en de toestemming voor schenkingen tot een bepaald bedrag, en tot slot Economische Zaken in het kader van de wet van 14 juli 1991 over de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. Er kon echter geen afdoend antwoord worden gegeven op de bezwaren van het voornoemde advies.
Plusieurs ministères compétents en la matière ont examiné la question : celui de l’Intérieur pour les tombolas, celui des Classes moyennes pour les aspects « activité ambulante », celui des Finances pour la délivrance d’agréments autorisant la déductibilité fiscale de certains dons, celui de la Justice pour les aspects pénaux et l’autorisation de libéralités d’un certain montant, et enfin le ministère des Affaires économiques dans le cadre de la loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du commerce et sur l’information et la protection du consommateur. Cet examen n’a pas permis de répondre pleinement aux objections de l’avis précité.
Het geachte lid geeft geen omschrijving van de aard van de controle die zou worden uitgeoefend door het « onafhankelijk en extern » controlecomité waarvan hij de oprichting voorstelt. Het oprichten van organen is echter geen doel op zich.
L’honorable membre ne définit pas la nature du controˆle qui serait exercé par le comité de controˆle « indépendant et externe » dont il suggère la constitution. La création d’organes ne constitue toutefois pas une fin en soi.
Ik meen dat het verkieslijk zou zijn de bestaande bevoegdheden en instrumenten beter te gebruiken, eerder dan een orgaan te cree¨ren dat als concurrent optreedt van het parket en van de verscheidene bestaande inspectiediensten, indien het een comité betreft waaraan ree¨le bevoegdheden worden toegekend, of eerder dan een orgaan voor zelfregulering dat door het geachte lid ter sprake werd gebracht indien het een raadgevend orgaan betreft.
Je pense qu’il serait avant tout préférable de mieux utiliser les compétences et instruments existants plutoˆt que de créer un organe concurrent du parquet et des divers services d’inspection existants, s’il s’agit d’un comité doté de réels pouvoirs, ou de l’organe d’autorégulation évoqué par l’honorable membre, s’il s’agit d’un organe consultatif.
Indien het ten slotte het invoeren van een stelsel van voorafgaande machtigingen betreft, zou dat stelsel een conflict doen ontstaan met de constitutionele bezorgdheid van de Raad van State en met het beleid inzake administratieve vereenvoudiging, dat een van de prioriteiten van de regering is.
Enfin, s’il s’agit d’instaurer un régime d’autorisations préalables, ce dernier entrerait en conflit avec les préoccupations constitutionnelles du Conseil d’E´tat et avec la politique de simplification administrative qui constitue un des axes majeurs du gouvernement.
Wetenschappelijk Onderzoek
Recherche scientifique
DO 1999200000468
DO 1999200000468
Vraag nr. 31 van de heer Geert Bourgeois van 5 januari 2000 (N.) :
Question no 31 de M. Geert Bourgeois du 5 janvier 2000 (N.) :
Rijksarchief. — Sluiting op zaterdag.
Archives générales du Royaume. — Fermeture du samedi.
Mij wordt medegedeeld dat vanaf 1 januari 2000 het Rijksarchief op zaterdag gesloten is.
Il me revient que les Archives générales du Royaume seront fermées le samedi à partir du 1er janvier 2000.
Dit wordt betreurd door heel wat mensen die alleen op zaterdag de mogelijkheid hebben om het Rijksarchief te raadplegen.
Les nombreuses personnes qui ne peuvent s’y rendre que le samedi déplorent cette décision.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3678
Zoals men weet hebben heel wat mensen wegens professionele of studieredenen deze mogelijkheid niet in de loop van de week.
En effet, pour des raisons professionnelles ou parce qu’elles suivent des études un grand nombre de personnes ne peuvent se rendre aux Archives royales en semaine.
1. Klopt het dat het Rijksarchief voortaan op zaterdag gesloten is ?
1. Est-il exact que les Archives générales du Royaume seront dorénavant fermées le samedi ?
2. Bent u het daarmee eens, of wil u tegemoetkomen aan de terechte vraag van heel wat gebruikers om op zaterdag het Rijksarchief te kunnen consulteren ?
2. Appuyez-vous cette décision, ou êtes-vous favorable au souhait, formulé par une partie importante du public, de maintenir l’ouverture du samedi ?
Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vraag te willen vinden.
Réponse : L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à sa question.
1. De regeling van de openingstijden van het Archief behoort tot de bevoegdheid van de algemeen Rijksarchivaris. Wegens personeelsgebrek en als gevolg van tweetaligheidseisen alsmede door de reorganisatie van het Archief heeft de archivaris de beslissing genomen, die op 1 januari 2000 van kracht werd, om op zaterdag de leeszalen niet meer voor het publiek toegankelijk te maken. Hij had dezelfde openingstijden kunnen toepassen als die in de andere federale wetenschappelijke instellingen, namelijk het openstellen van de zalen op zaterdag en ter compensatie een andere dag in de week niet toegankelijk te maken.
1. L’organisation des heures d’ouverture des Archives relève de la compétence de l’archiviste général du Royaume. Confronté à un manque de personnel et aux contraintes du bilinguisme, ainsi qu’à la réorganisation des Archives, l’archiviste a pris la décision, entrée en application le 1er janvier 2000, de fermer les salles de lecture le samedi. Il aurait pu adopter le même horaire que celui pratiqué dans d’autres établissements scientifiques fédéraux, à savoir l’ouverture le samedi et la fermeture un jour de la semaine à titre de compensation.
2. Mijn voorganger heeft de eerste maatregelen genomen om het aantal en de kwaliteit van het uitvoerend personeel te vergroten, waardoor zo vlug mogelijk het probleem zou moeten opgelost worden. De minister van Begroting van zijn kant heeft er in principe mee ingestemd de blokkering op te heffen die geldt voor de uitvoerende betrekkingen in het koninklijk besluit van 9 juni 1999.
2. Mon prédécesseur a pris les premières mesures pour améliorer le nombre et la qualité des agents d’exécution, ce qui devrait permettre une résolution du problème dans les meilleurs délais. Le ministre du Budget a quant à lui marqué son accord de principe sur la levée du blocage qui frappe les emplois d’exécution dans l’arrêté royal du 9 juin 1999.
Ook al ben ik overigens van mening dat de personeelsformatie zo vlug mogelijk aangevuld moet worden om tegemoet te komen meer bepaald aan de behoeften inzake uitvoerend personeel, toch zal alleen een personeelsuitbreiding niet volstaan om de problemen van het Archief uit de weg te ruimen.
Par ailleurs, si je suis d’avis que le cadre du personnel doit être complété au plus vite pour répondre notamment aux besoins en personnel d’exécution, la solution aux problèmes des Archives ne passe pas uniquement par un simple accroissement des effectifs.
De taken moeten nodig opnieuw omschreven worden in het licht van de nieuwe archiveringstechnieken (digitalisering, toegang tot Internet via Belnet, ...).
Une redéfinition des taˆches s’impose en fonction des nouvelles techniques d’archivage (digitalisation, mise sur Internet par le canal de Belnet, ...).
Tot slot moet erop gewezen worden dat, altijd met de bedoeling voor een efficie¨nte moderne dienstverlening te zorgen, het systeem van het « afzonderlijk beheer » onlangs aangepast werd door de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 1 februari 2000 « tot vaststelling van de organieke voorschriften voor het financieel en materieel beheer van de wetenschappelijke instellingen van de Staat die ressorteren onder de minister tot wiens bevoegdheid het Wetenschapsbeleid behoort, als Staatsdiensten met afzonderlijk beheer ».
` noter enfin, toujours dans le souci d’assurer un A service public moderne performant, que le système « de la gestion séparée » vient d’être adapté par l’entrée en vigueur de l’arrêté royal du 1er février 2000 « fixant les règles organiques de la gestion financière et matérielle des établissements scientifiques de l’E´tat relevant du ministre qui a la Politique scientifique dans ses attributions, en tant que services de l’E´tat à gestion séparée ».
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3679
INHOUDSOPGAVE — SOMMAIRE PAR OBJET CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid Vice-premier ministre et ministre de l’Emploi 1
1999200011118 25- 4-2000
89
Joos Wauters
Werktijd van artsen in opleiding. Durée du travail des médecins en formation.
3591
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères 1
1999200011073 14- 4-2000
50
Francis Van den Eynde
Toestand in de Democratische Republiek Congo. Situation en République démocratique du Congo.
3593
1
1999200011099 17- 4-2000
52
Francis Van den Eynde
Vietnam. — Mensenrechten. — Behandeling van Nguyen Thi Thuy door de Vietnamese overheden. Vietnam. — Droits de l’homme. — Traitement infligé par les autorités vietnamiennes à Nguyen Thi Thuy.
3595
1
1999200011100 17- 4-2000
53
Francis Van den Eynde
Mensenrechten in Turkije. — Financie¨le steun van de EU. Droits de l’homme en Turquie. — Soutien financier de l’UE.
3597
Vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer Vice-premier ministre et ministre de la Mobilité et des Transports 1
1999200000152 29-10-1999
55
Mw. Alexandra Colen
« Hogesnelheidstrein ». — Juridisch statuut. « Train à grande vitesse ». — Statut juridique.
3599
1
1999200000639
2- 2-2000
115
Koen Bultinck
NMBS. — Spoor. — Zelfmoord(poging)en. SNCB. — Voie ferrée. — (Tentatives de) suicide.
3602
1
1999200000805 28- 2-2000
140
Koen Bultinck
NMBS. — Controlebevoegdheid van Nederlandse NS-controleurs op internationale treinen rijdend op Belgisch grondgebied. SNCB. — Compétence des controˆleurs de la société des chemins de fer néerlandaise sur les trains internationaux circulant sur le territoire belge.
3604
1
1999200000820
1- 3-2000
144
Francis Van den Eynde
NMBS. — Spuiten van graffiti. — Herstellingskosten. SNCB. — Tags. — Frais de remise en état.
3605
1
1999200000896 13- 3-2000
153
Francis Van den Eynde
NMBS. — Lijn 15. — Reizigers. — Zitplaatsen. SNCB. — Ligne 15. — Voyageurs. — Places assises.
3606
1
1999200000897 13- 3-2000
154
Francis Van den Eynde
NMBS. — Kleinere lijnen die middelgrote steden bedienen. — Reizigers. — Zitplaatsen. SNCB. — Lignes reliant les villes de moyenne importance. — Voyageurs. — Places assises.
3607
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3680
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
1
1999200000902 14- 3-2000
156
Francis Van den Eynde
NMBS. — Reizigers. — Aansluitingen met andere treinen en overstappen op bussen. SNCB. — Voyageurs. — Correspondances avec d’autres trains et transfert en bus.
3607
1
1999200000904 14- 3-2000
157
Francis Van den Eynde
NMBS. — Niet-rokende tweedeklasreizigers. — Zitplaatsen. SNCB. — Voyageurs de 2e classe non fumeurs. — Places assises.
3608
1
1999200000942 17- 3-2000
161
Francis Van den Eynde
NMBS. — Staking spoorwegpersoneel te Gent. SNCB. — Grève des cheminots à Gand.
3609
1
1999200000971 21- 3-2000
166
Francis Van den Eynde
NMBS. — Gehandicapte reizigers. SNCB. — Voyageurs handicapés.
3610
1
1999200001055
6- 4-2000
170
Jos Ansoms
NMBS. — Benoeming van general managers. — Bewijs van tweetaligheid. SNCB. — Nomination de « general managers ». — Preuve de bilinguisme.
3611
1
1999200001066
7- 4-2000
171
Mw. Joke Schauvliege
Erkenning van diploma’s door de NMBS. Reconnaissance des diploˆmes par la SNCB.
3612
Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre de la Protection de la consommation, de la Santé publique et de l’Environnement
Consumentenzaken — Protection de la consommation 2
1999200000935 16- 3-2000
42
Jean-Pol Poncelet
Departement. — Advocaten. Département. — Avocats.
3613
8
1999200001058
6- 4-2000
45
Claude Eerdekens
* Spuitbussen. — Dichloorvos. Aérosols. — Dichlorvos.
3581
8
1999200001067
7- 4-2000
46
Claude Eerdekens
* Voedingswaarde van bereide schotels. — Etiketten. E´tiquetages nutritionnels des plats préparés.
3582
Volksgezondheid — Santé publique 8
1999200001060
7- 4-2000
101
Claude Eerdekens
* Melatonine. Mélatonine.
3582
8
1999200001063
7- 4-2000
102
Claude Eerdekens
* Hysterectomiedossier. Dossier sur l’hystérectomie.
3583
Minister van Binnenlandse Zaken Ministre de l’Intérieur 1
1999200000661
4- 2-2000
121
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Mme Claudine Drion
1999
Seksuele verminkingen die als geldige reden voor het verkrijgen van het asielrecht worden erkend. Mutilations sexuelles reconnues comme motif valable de droit d’asile.
2000
3615
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
CA
DO
3681
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
Minister van Sociale Zaken en Pensioenen Ministre des Affaires sociales et des Pensions
Sociale Zaken — Affaires sociales 8
1999200001061
7- 4-2000
108
Olivier Chastel
* Kinderbijslag voor werkzoekenden die ouder dan 25 jaar zijn. Allocations familiales des demandeurs d’emploi aˆgés de plus de 25 ans.
3583
8
1999200001063
7- 4-2000
109
Claude Eerdekens
* Hysterectomiedossier. Dossier sur l’hystérectomie.
3584
8
1999200001069
7- 4-2000
110
Koen Bultinck
* Mogelijke recuperatie van RSZ-bijragen van zwartwerkende geregulariseerde illegalen en hun werkgevers. Possibilité de récupération des cotisations ONSS auprès des étrangers ayant travaillé au noir alors qu’ils étaient en séjour illégal et dont la situation a été régulariséee, et auprès de leurs employeurs.
3585
Pensioenen — Pensions 1
1999200001010 29- 3-2000
20
Jean-Marc Delizée
Overheidspersoneel. — Berekening van de pensioenen. — Percentages. Agents des services publics. — Calculs des pensions. — Taux.
3616
Minister van Landsverdediging Ministre de la Défense 1
1999200000519 13- 1-2000
43
Mw. Simonne Creyf
Publieke dienstverlening van de administratie. Services publics offerts par l’administration.
3618
Minister van Justitie — Ministre de la Justice 1
1999200001023
3- 4-2000
192
Ferdy Willems
Rwandatribunaal. — Arrestatie van generaal Ndindiliyiamana. Tribunal pour le Rwanda. — Arrestation du général Ndindiliyiamana.
3620
8
1999200001056
6- 4-2000
198
Jef Valkeniers
* Hof van Cassatie. — Aantal burgerlijke zaken. — Raadsheren. — Taalverhouding. Cour de cassation. — Nombre d’affaires civiles. — Conseillers. — Répartition linguistique.
3586
8
1999200001059
6- 4-2000
199
Mw. Simonne Creyf * Schending van de privacy-wet bij de keuze en/of de vrijstelling van levensbeschouwelijke vakken in het onderwijs. Violation de la loi relative à la protection de la vie privée dans le cadre du choix des cours de religion et de morale dans l’enseignement.
3586
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3682
CA
DO
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord 1
1999200011084 14- 4-2000
Blz. Page
* Question sans réponse 201
Bart Laeremans
Naturalisaties. — Aantal volgens verschillende procedures. Naturalisations. — Nombre en fonction des différentes procédures.
3623
Minister van Financie¨n Ministre des Finances 1
0000199950092
1- 9-1999
13
Mw. Annemie Van de Casteele
Belastingvoordelen. — Onderzoek. Avantages fiscaux. — Enquête.
3624
1
1999200000060 19-10-1999
88
Thierry Giet
Lokale afdelingen van een politieke partij. — Organisatie van een toeristische rally-wandeling. — Taks op spelen en weddenschappen. Sections locales d’un parti politique. — Organisation d’un rallye touristique-promenade. — Taxe sur jeux et paris.
3625
1
1999200000243 22-11-1999
125
Lode Vanoost
Procedure voor registratie van erfenis bij overlijden. Procédure d’enregistrement de l’héritage en cas de décès.
3628
1
1999200000299 26-11-1999
138
Mw. Trees Pieters
Inkomstenbelastingen. — Vennootschappen. — Eenmalige investeringsaftrek. Impoˆts sur les revenus. — Sociétés. — Déduction unique pour investissement.
3630
1
1999200000340
3-12-1999
144
Yves Leterme
Inkomstenbelastingen. — Berichten van wijziging, aanslagen van ambtswege en documenten 332. — Motivering. Impoˆts sur les revenus. — Avis de rectification, impositions d’office et documents 332. — Motivation.
3632
1
1999200000394 14-12-1999
161
Dirk Pieters
Waardering van een onroerend goed. — Voorafgaande overlegprocedure tussen belastingplichtige en ontvanger. Valorisation d’un bien immobilier. — Procédure de concertation préalable entre contribuable et receveur.
3634
1
1999200000395 14-12-1999
162
Dirk Pieters
Verzending van het aanslagbiljet. Envoi de l’avertissement-extrait de roˆle.
3638
1
1999200000435 21-12-1999
170
Mw. Annemie Van de Casteele
Bedrijfsleiders. — Herkwalificatie van intresten tot dividenden. Chefs d’entreprises. — Requalification des intérêts en dividendes.
3640
1
1999200000557 19- 1-2000
197
Mw. Trees Pieters
Voorafgaande akkoorden. Accords préalables.
3640
1
1999200000764 22- 2-2000
238
Michel Wauthier
Als ramp erkende droogte van 1996. — Belasting. Calamités sécheresse 1996. — Taxation.
3644
1
1999200000810 28- 2-2000
244
Mw. Trees Pieters
Fiscale geschillen. — Bezwaarschrift. — Administratie. — Administratief beroep. Contentieux fiscaux. — Réclamation. — Administration. — Recours administratif.
3646
1
1999200000846
251
Yves Leterme
BTW op onroerende leasing. TVA en cas de leasing immobilier.
3649
3- 3-2000
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
1999
2000
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
CA
DO
3683
Datum Date
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord
Blz. Page
* Question sans réponse
1
1999200000706 14- 3-2000
266
Mme Colette Burgeon
Euro. — Moeilijkheden. Euro. — Difficultés.
3650
4
1999200000935 16- 3-2000
274
Jean-Pol Poncelet
Departement. — Advocaten. Département. — Avocats.
3655
1
1999200000945 17- 3-2000
275
Jo Vandeurzen
Maaltijdvergoedingen aan reizend personeel. Indemnités repas aux personnes qui voyagent pour raisons professionnelles.
3655
1
1999200000961 20- 3-2000
279
Michel Wauthier
BTW. — Intracommunautaire leveringen van aan accijnzen onderworpen producten. — Vervoerbewijs. TVA. — Livraison intracommunautaire de produits soumis à accises. — Preuve du transport.
3656
1
1999200000977 22- 3-2000
281
Yves Leterme
Bijzondere belastingsinspectie. — Invorderingsambtenaren. Inspection spéciale des impoˆts. — Fonctionnaires chargés du recouvrement.
3657
1
1999200000990 27- 3-2000
287
Richard Fournaux
Europese verordening inzake weesgeneesmiddelen. Règlement européen concernant les médicaments orphelins.
3659
1
1999200001000 28- 3-2000
289
Mw. Greta D’Hondt
Standplaatsbehoud bij overgangsexamens bij het ministerie van Financie¨n. Maintien du lieu d’affectation lors d’examens d’avancement au sein du ministère des Finances.
3660
1
1999200001006 28- 3-2000
292
Dirk Pieters
Werkelijke beroepskosten van volksvertegenwoordigers en senatoren. Frais professionnels réels des députés et des sénateurs.
3661
1
1999200001007 29- 3-2000
293
Dirk Pieters
Rol van de douane binnen de activiteiten van het BIRB. Roˆle des douanes au sein des activités du BIRB.
3662
1
1999200001008 29- 3-2000
294
Francis Van den Eynde
Misdadige bendes die BTW-carrousels in de petroleumsector organiseren. Organisations criminelles organisant des carrousels à la TVA dans le secteur pétrolier.
3664
1
1999200001031
4- 4-2000
298
Aimé Desimpel
Ambtenaren van de administratie van Financie¨n. — Verblijfs- en omreiskosten. — Speciale forfaitaire vergoeding. Agents de l’administration des Finances. — Frais de séjour et de tournée. — Indemnité forfaitaire spéciale.
3665
8
1999200001053
6- 4-2000
303
Dirk Pieters
1
1999200001057
6- 4-2000
304
Willy Cortois
8
1999200001065
7- 4-2000
305
Mw. Trees Pieters
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
* Reserves van de Nationale Bank van Belgie¨. Réserves de la Banque nationale de Belgique.
1999
Fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak. — Belasting op tabak voor eigen verbruik. Régime fiscal des tabacs manufacturés. — Accise sur le tabac destiné à la consommation personnelle des planteurs. * Onrechtstreekse schenking per overschrijving. Donation indirecte par virement bancaire.
2000
3588 3669
3588
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE
472
QRVA 50 031 22 - 05 - 2000
3684
CA
Datum Date
DO
Vraag nr. Question no
Voorwerp Objet
Auteur
* Vraag zonder antwoord 8
1999200001070
7- 4-2000
Blz. Page
* Question sans réponse 306
Dirk Pieters
* Organiek reglement van Financie¨n. — Neutralisering van de voorbijstrevingen om taalredenen. Règlement organique des Finances. — Neutralisation des dépassements linguistiques.
3589
Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties Ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques Telecommunicatie — Télécommunications 1
1999200001062
7- 4-2000
76
Henk Verlinde
De Post. — Sluiting van kleine postkantoren. La Poste. — Fermeture de petits bureaux de poste.
3670
1
1999200001068
7- 4-2000
77
Francis Van den Eynde
Omzetting in nationaal recht van de Europese richtlijn inzake de telefoonnummering. Transposition en droit national de la directive européenne relative à la numérotation téléphonique.
3671
1
1999200011087 14- 4-2000
78
Francis Van den Eynde
De Post. — Gent 9000. — Klachten. La Poste. — Gand 9000. — Plaintes.
3672
1
1999200011097 14- 4-2000
79
Francis Van den Eynde
Belgacom. — British Telecom. — Telefoonkaarten. Belgacom. — British Telecom. — Cartes de téléphone.
3673
1
1999200011098 14- 4-2000
80
Olivier Chastel
De Post. — Situatie van het postkantoor Jumet 5. La Poste. — Situation du bureau de poste de Jumet 5.
3674
1
1999200011119 26- 4-2000
81
Francis Van den Eynde
Sint-Pietersstation te Gent. — Nieuwe telefoontoestellen. — Instructies. — Taalgebruik. Gare Sint-Pieters à Gand. — Nouvelles cabines téléphoniques. — Instructions. — Emploi des langues.
3675
Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid Ministre de l’E´conomie et de la Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes Economie — E´conomie 8
1999200001054
6- 4-2000
59
Alfons Borginon
1
1999200001071
7- 4-2000
60
Claude Eerdekens
* Beleggingsfondsen. — Aankoopbeleid en verkoopbeleid. — Kostenniveau. Fonds d’investissement. — Politique d’achat et de vente. — Niveau des couˆts.
3590
Humanitaire sector. — Verenigingen. — Controle. Secteur humanitaire. — Associations. — Controˆle.
3676
Wetenschappelijk Onderzoek — Recherche scientifique 1
1999200000468
5- 1-2000
31
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
Geert Bourgeois
1999
Rijksarchief. — Sluiting op zaterdag. Archives générales du Royaume. — Fermeture du samedi.
2000
3677
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 50e LE´GISLATURE