Schriftelijke vragen en antwoorden. Questions et réponses écrites CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN QRVA QRVA

QRVA 51 124

QRVA 51 124

CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE

VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

————

————

Questions et réponses écrites

Schriftelijke vragen en antwoorden

BELGISCHE KAMER VAN

12 - 6 - 2006

CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE

2005

2006

KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE

QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24326

cdH CD&V ECOLO FN MR N-VA PS sp•a - spirit Vlaams Belang VLD

: : : : : : : : : :

Centre démocrate Humaniste Christen-Democratisch en Vlaams Ećologistes Confédérés pour l’organisation de luttes originales Front National Mouvement Réformateur Nieuw - Vlaamse Alliantie Parti socialiste Socialistische Partij Anders - Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht. Vlaams Belang Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 : Document parlementaire de la 51e législature, suivi du no de base et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites CRIV : Compte Rendu Intégral, avec à gauche, le compte rendu intégral et, à droite, le compte rendu analytique traduit des interventions (sur papier blanc, avec les annexes) CRIV : Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert) CRABV : Compte Rendu Analytique (sur papier bleu) PLEN : Séance plénière (couverture blanche) COM : Réunion de commission (couverture beige)

DOC 51 0000/000 : Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden CRIV : Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat ook de bijlagen)

CRABV : PLEN : COM :

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail : [email protected]

Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail : [email protected]


CRIV :

2005

2006

Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier) Beknopt Verslag (op blauw papier) Plenum (witte kaft) Commissievergadering (beige kaft)


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24327

SOMMAIRE

INHOUD

II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. Page/Blz. 24331 II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).

Page/Blz. 24347

Page Blz. Premier ministre

—

Eerste minister

Vice-première ministre et ministre de la Justice

24347 Vice-eerste minister en minister van Justitie

Vice-premier ministre et ministre des Finances

24355 Vice-eerste minister en minister van Financie¨n

Vice-première ministre Vice-eerste minister et ministre du Budget et de la Protection de la consommation 24358 en minister van Begroting en Consumentenzaken Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur

24360 Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

Ministre des Affaires étrangères

24362 Minister van Buitenlandse Zaken

Ministre de la Défense Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique

24363 Minister van Landsverdediging Minister van Economie, Energie, 24364 Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

24368 Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture

—

Minister van Middenstand en Landbouw

Ministre de la Coopération au développement

—

Minister van Ontwikkelingssamenwerking

Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances 24373 Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Ministre de la Mobilité

24377 Minister van Mobiliteit

Ministre de l’Environnement et des Pensions

24379 Minister van Leefmilieu en Pensioenen

Ministre de l’Emploi 24381 Minister van Werk ´ Secrétaire d’Etat à la Modernisation des Finances Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n et à la Lutte contre la fraude fiscale, en de Strijd tegen de fiscale fraude, adjoint au ministre des Finances — toegevoegd aan de minister van Financie¨n Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, adjoint au Premier ministre — toegevoegd aan de Eerste minister Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, Staatssecretaris voor Europese Zaken, adjoint au ministre des Affaires étrangères — toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’Ećonomie sociale, Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la en Sociale Economie, toegevoegd aan consommation — de minister van Begroting en Consumentenzaken Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handiadjointe au ministre des Affaires sociales cap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken et de la Santé publique — en Volksgezondheid Secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenconsommation 24382 zaken


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24329

III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.

Page/Blz. 24387

Page Blz. Premier ministre Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Ministre des Affaires étrangères Ministre de la Défense Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Ministre de la Coopération au développement Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Ministre de la Mobilité Ministre de l’Environnement et des Pensions Ministre de l’Emploi Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’Ećonomie sociale, adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes

24387 Eerste minister 24388 Vice-eerste minister en minister van Justitie 24391 Vice-eerste minister en minister van Financie¨n Vice-eerste minister 24398 en minister van Begroting en Consumentenzaken 24399 Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken — Minister van Buitenlandse Zaken — Minister van Landsverdediging Minister van Economie, Energie, 24422 Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid — — — 24426 — 24429 24430

— — 24442

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Minister van Middenstand en Landbouw Minister van Ontwikkelingssamenwerking Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Minister van Mobiliteit Minister van Leefmilieu en Pensioenen Minister van Werk Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken

—

Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken

—

Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumenten24446 zaken

—

Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin

Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt

IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet. IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp.


2005

2006

Page/Blz. 24465


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24331

I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. * I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. * Date Datum

Question no Vraag nr.

Auteur

Page Blz.

Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 20510173-

8-2003 4-2004 5-2004 5-2004 6-2004

9- 6-2004 5- 7-2004 26- 8-2004 9- 9-2004 1-10-2004 26-10-2004 10-11-2004 18-11-2004 23-11-2004 3-12-2004 3-12-2004 22-12-2004 13- 1-2005 31- 1-2005 16- 2-2005 21- 2-2005 23- 2-2005 24- 2-2005 28- 2-2005 1- 3-2005 2- 3-2005 3- 3-2005 10- 3-2005 16- 3-2005 16- 3-2005 16- 3-2005 23- 3-2005

22 229 272 283 289 291 306 339 342 383 416 435 441 448 461 462 489 497 518 533 535 540 543 545 549 556 563 581 587 589 590 608

Francis Van den Eynde Filip De Man Mw. Nahima Lanjri Alfons Borginon Mw. Yolande Avontroodt Alfons Borginon Mme Marie Nagy Stijn Bex Roel Deseyn Alfons Borginon Dylan Casaer Francis Van den Eynde Alfons Borginon Gerolf Annemans Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Mw. Alexandra Colen Claude Marinower Filip De Man Roel Deseyn Gerolf Annemans Claude Marinower Bert Schoofs Walter Muls Gerolf Annemans Guy Hove Gerolf Annemans Stijn Bex Stijn Bex Alfons Borginon

232 4878 5614 5969 6112 6114 6599 7182 7511 8085 8652 8885 9279 9282 9479 9480 9955 10550 11083 11717 11718 11722 12035 12035 12038 12042 12222 12410 12412 12412 12413 12422

Date Datum


29- 3-2005 7- 4-2005

612 617

21- 4-2005

638

25- 4-2005 28- 4-2005

641 647

910101010232525261999999922-

5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005

667 674 675 676 678 687 691 692 693 701 705 706 707 708 709 710 712 723

2327284111414182626282828-

6-2005 6-2005 6-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005

724 729 731 738 742 746 747 749 754 756 761 762 763

Auteur Servais Verherstraeten Mw. Frieda Van Themsche Mw. Frieda Van Themsche Jo Vandeurzen Mw. Sabien LahayeBattheu Jan Mortelmans Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Dylan Casaer Jo Vandeurzen Guido De Padt Guido De Padt Claude Marinower Stijn Bex Servais Verherstraeten Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Guido De Padt Mme Corinne De Permentier Jean-Marc Nollet Geert Lambert Guy Hove Dylan Casaer Mw. Hilde Vautmans Walter Muls Walter Muls Filip De Man Bart Laeremans Mw. Greet Van Gool Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt

Page Blz. 12871 13157 13605 13606 13909 14132 14133 14134 14135 14136 14409 14413 14413 14641 14648 15155 15155 15156 15156 15157 15157 15158 15412 15627 15630 15632 15636 15869 15873 15873 15874 16960 16962 16965 16966 16966

* Liste cloˆturée le 9 juin 2006 * Lijst afgesloten op 9 juni 2006


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24332

Date Datum 29511581622222228-

7-2005 8-2005 8-2005 9-2005 9-2005 9-2005 9-2005 9-2005 9-2005 9-2005

21-10-2005 24-10-2005 25-10-2005 10-11-2005 14-11-2005 21-11-2005 25-11-2005 29-11-2005 1-12-2005 7-12-2005 8-12-2005 8- 9-2005 13-12-2005 4- 1-2006 9- 1-2006 9- 1-2006 9- 1-2006 9- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 13- 1-2006 18- 1-2006 18- 1-2006 19- 1-2006 19- 1-2006 25- 1-2006 27- 1-2006 31- 1-2006 1- 2-2006

Question no Vraag nr. 765 768 770 772 774 782 790 792 794 802 812 819 823 830 833 838 848 854 860 863 865 870 871 880 881 882 883 885 888 889 891 892 893 894 895 899 903 904 905 906 910 913 916 917

Auteur Francis Van den Eynde Roel Deseyn Daniel Bacquelaine Mw. Sabien LahayeBattheu Filip De Man Roel Deseyn Claude Marinower Claude Marinower Claude Marinower Mw. Marleen Govaerts Mw. Hilde Vautmans Claude Marinower Mme Muriel Gerkens Alfons Borginon Stijn Bex Mme Annick Saudoyer Eric Libert Willy Cortois Mw. Sabien LahayeBattheu Dylan Casaer Guido De Padt Mw. Magda De Meyer Guido De Padt Mw. Hilde Vautmans Guido Tastenhoye Guido Tastenhoye Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Roel Deseyn Bart Laeremans Hendrik Bogaert Roel Deseyn Guido De Padt Guido De Padt Mw. Martine Taelman Gerolf Annemans Mw. Trees Pieters Koen Bultinck Roel Deseyn Guido De Padt Guido De Padt Servais Verherstraeten Koen T’Sijen Gerolf Annemans


Page Blz.

Date Datum


16969 16970 16972

1- 2-2006 1- 2-2006 6- 2-2006

918 919 921

16974 17308 17311 17657 17658 17659

7- 2-2006 9- 2-2006 9- 2-2006

922 926 927

17662 18138 18143 18146 18591 18593 18784 19031 19033 19035 19038 19040 19041 19041 19886 20107 20108 20108 20109 20305 20306 20306 20307 20308 20309 20310 20311 20313 20315 20481 20482 20484 20823 20825 20825 2005

91314212331013-

2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 3-2006 3-2006 3-2006

928 929 932 939 940 943 948 950

13- 3-2006 13- 3-2006 13- 3-2006 13- 3-2006 13- 3-2006 14- 3-2006 2-12-2005

951 953 954 955 956 957 959

23- 1-2006

960

2516161717-

961 962 963 966 967

212122232424242727293145-

1-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 4-2006 4-2006

2006

970 971 972 973 974 975 976 977 978 981 982 983 984

Auteur Mw. Hilde Dierickx Alfons Borginon Mw. Marleen Govaerts Dylan Casaer Roel Deseyn Mw. Sabien LahayeBattheu Alfons Borginon Mw. Hilde Dierickx Alfons Borginon Filip De Man Mw. Annelies Storms Alfons Borginon Guido De Padt Mw. Annemie Turtelboom Olivier Chastel Mw. Hilde Vautmans Mw. Hilde Dierickx Guido De Padt Mw. Hilde Dierickx Dylan Casaer Mw. Marleen Govaerts Mw. Annemie Turtelboom Mw. Hilde Dierickx Dirk Van der Maelen Dirk Van der Maelen Jef Van den Bergh Mw. Sabien LahayeBattheu Patrick De Groote Ortwin Depoortere Filip De Man Jo Vandeurzen Claude Marinower Miguel Chevalier Claude Marinower Walter Muls Alfons Borginon Walter Muls Jean-Marc Nollet Mw. Greet Van Gool Mw. Sabien LahayeBattheu

Page Blz. 20826 20827 21028 21028 21483 21484 21485 21485 21487 21810 22133 22439 22583 22585 22586 22588 22588 22589 22590 22590 22591 22592 22593 22831 22831 22832 22833 22833 22834 22835 23023 23024 23024 23025 23025 23026 23027 23385 23386 23387


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum


5- 4-2006 5- 4-2006 5- 4-2006 7- 4-2006 7- 4-2006 7- 4-2006 14-11-2005 20- 2-2006 19- 4-2006

985 986 988 989 990 991 992 993 995

19- 4-2006 20- 4-2006 20- 4-2006 24- 4-2006 24- 4-2006 24- 4-2006 15-12-2005 25- 4-2006 25- 4-2006 9- 3-2006 19- 4-2006 2727282828-

996 998 999 1000 1001 1002 1003 1004 1005 1006 1007

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006

1008 1009 1010 1011 1012

2- 5-2006

1013

2233-

1014 1015 1016 1017

5-2006 5-2006 5-2006 5-2006

24333

Auteur Alfons Borginon Mw. Martine Taelman Mw. Martine Taelman Olivier Maingain Bert Schoofs Dylan Casaer Guido De Padt Guido De Padt Ludo Van Campenhout Mme Marie Nagy Charles Michel Mw. Hilde Vautmans Alfons Borginon Alfons Borginon Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Mw. Hilde Dierickx Jo Vandeurzen Mw. Marleen Govaerts Dylan Casaer Dylan Casaer Alfons Borginon Guy D’haeseleer Mw. Annemie Turtelboom Mw. Marleen Govaerts Guido De Padt Mw. Dalila Douifi Jef Van den Bergh Bart Laeremans

Page Blz.

Date Datum


23388 23388 23389 23687 23687 23688 23690 23690

2- 6-2004 23- 6-2004 23- 9-2004 2-12-2004 14-12-2004 17-12-2004 11- 1-2005 27- 1-2005

407 421 487 549 560 563 589 625

23692 23693 24029 24030 24031 24031 24032 24033 24034 24034 24035

313161029101827311146-

1-2005 2-2005 2-2005 3-2005 3-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 6-2005 6-2005 7-2005

629 636 645 692 711 788 794 805 812 814 838 877

27- 7-2005 16- 8-2005 5- 9-2005 28- 9-2005 4-10-2005

891 903 910 939 944

6-10-2005

949

689 1694 1714 1944 2784 3225 5471

25-10-2005 17-11-2005 24-11-2005 9-12-2005 12-12-2005 14-12-2005 9- 1-2006 10- 1-2006 11- 1-2006 31- 1-2006 6- 2-2006 6- 2-2006 8- 2-2006 10- 2-2006 10- 2-2006 15- 2-2006 20- 2-2006

963 980 1005 1031 1033 1034 1052 1062 1065 1113 1130 1131 1135 1138 1139 1146 1157

2005

2006

24035 24343 24344 24345 24346 24347 24347 24348 24348 24349 24350

Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-eerste minister en minister van Financie¨n 30- 9-2003 6-11-2003 10-11-2003 20-11-2003 8- 1-2004 26- 1-2004 5- 5-2004

45 81 97 152 206 236 367

Geert Lambert Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Olivier Maingain Jean-Jacques Viseur


Auteur Guido De Padt Geert Versnick Melchior Wathelet Melchior Wathelet Geert Lambert Gerolf Annemans Guido De Padt Mw. Marleen Govaerts Guido De Padt Hagen Goyvaerts Mw. Trees Pieters Guido De Padt Jean-Marc Nollet Mw. Annelies Storms Francis Van den Eynde Jean-Marc Nollet Mw. Trees Pieters Carl Devlies Mme Zoé Genot Mw. Annemie Turtelboom Dirk Van der Maelen David Geerts Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mw. Frieda Van Themsche Mw. Marleen Govaerts Mme Muriel Gerkens Carl Devlies Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Jean-Marc Nollet Mw. Annelies Storms Guido Tastenhoye Jean-Marc Nollet Gerolf Annemans Koen T’Sijen Servais Verherstraeten Servais Verherstraeten Patrick De Groote Luk Van Biesen Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Dirk Van der Maelen

Page Blz. 6134 6442 7879 9487 9670 9957 10441 11087 11087 11391 11725 12426 12876 14155 14159 14651 14658 14660 15163 15656 16978 16990 16995 17676 17680 17895 18157 18788 19045 19062 19064 19065 20112 20119 20121 20830 21030 21031 21033 21490 21491 21494 21814


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24334

Date Datum


20- 2-2006 20- 2-2006 7- 3-2006 14- 3-2006 28-11-2005 20- 3-2006 24- 3-2006 22-12-2005 28- 3-2006 29- 3-2006 31- 3-2006 5- 4-2006

1161 1162 1171 1184 1192 1194 1201 1204 1208 1209 1211 1215

19- 4-2006

1225

19- 4-2006 19- 4-2006

1226 1227

19- 4-2006 20- 4-2006 20- 4-2006 21212425262233-

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006 5-2006 5-2006 5-2006

1228 1235 1237 1241 1242 1243 1248 1251 1259 1260 1265 1273

Auteur Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Carl Devlies Carl Devlies Patrick Moriau Dirk Van der Maelen Mw. Trees Pieters Mw. Nancy Caslo Guido De Padt Luk Van Biesen Jean-Marc Nollet Mw. Annemie Turtelboom Mw. Marleen Govaerts Melchior Wathelet Mw. Marleen Govaerts Mw. Trees Pieters Bart Laeremans François-Xavier de Donnea Dirk Van der Maelen Dirk Van der Maelen Luc Goutry Dirk Van der Maelen Guido De Padt Melchior Wathelet Staf Neel Melchior Wathelet Dirk Van der Maelen

Page Blz.

Date Datum


21816 21817 22443 22597 21820 22836 23030 23032 23034 23035 23390

10- 5-2005 10- 5-2005 26- 5-2005 12- 7-2005 28- 7-2005 20-10-2005 14- 3-2006 18- 4-2006

60 61 62 68 71 74 86 91

23393 23697 23697 23698 23698 24036 24036 24037 24038 24038 24039 24040 24351 24352 24353 24353

Vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation Vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken Budget — Begroting

15-10-2004 9-11-2004 10-11-2004 20- 1-2005 1- 2-2005 14- 4-2005

31 34 36 42 46 54

Mme Muriel Gerkens Bart Laeremans Jean-Marc Nollet Gerolf Annemans Koen T’Sijen Guido De Padt


8450 8898 8898 10832 11093 13328 2005

Auteur Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Simonne Creyf Geert Lambert Olivier Maingain Guy D’haeseleer Gerolf Annemans Bart Laeremans

Page Blz. 14160 14161 14662 15882 16999 18160 22600 24354

Protection de la consommation — Consumentenzaken

2426272323312-

1-2006 1-2006 2-2006 1-2006 2-2006 3-2006 5-2006

173 175 185 188 197 198 199

Mw. Nathalie Muylle Mme Zoé Genot Bart Tommelein Willy Cortois Mw. Hilde Dierickx Mw. Greet Van Gool Dirk Claes

20492 20840 22136 22837 24355 23037 24356

Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 1016177-

3-2005 3-2005 3-2005 4-2005

545 552 556 573

21281813134-

4-2005 4-2005 5-2005 6-2005 6-2005 7-2005

595 605 625 649 651 677

9- 8-2005 8- 9-2005 8- 9-2005 8- 9-2005 16- 9-2005 20- 9-2005 21- 9-2005 27- 9-2005 20-10-2005 29- 6-2005

713 723 725 726 729 735 737 739 751 757

2006

Mark Verhaegen Guido De Padt Stijn Bex Mw. Frieda Van Themsche Koen T’Sijen Mw. Martine Taelman Roel Deseyn Guido De Padt Guido De Padt Mw. Marleen Govaerts Ortwin Depoortere Guido De Padt Guido De Padt Francis Van den Eynde Roel Deseyn Jean-Marc Nollet Jef Van den Bergh Guido De Padt Mw. Ingrid Meeus Bert Schoofs

12459 12462 12464 13176 13628 13924 14185 15179 15180 15679 17013 17327 17328 17329 17333 17336 17337 17691 18164 18386


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum


17-11-2005

776

17-11-2005 25-11-2005 28-11-2005 29-11-2005 9-12-2005 19-12-2005 29-12-2005 9- 1-2006 10- 1-2006 11- 1-2006 12- 1-2006 12- 1-2006 13- 1-2006 17- 1-2006 25- 1-2006 26- 1-2006 31- 1-2006 31- 1-2006 8- 2-2006 8- 2-2006 20- 2-2006 23- 2-2006 24- 2-2006 27- 2-2006 27- 2-2006 28- 2-2006 28- 2-2006 3- 3-2006 3- 3-2006 10- 3-2006 14- 3-2006 14- 3-2006 20- 3-2006 20- 3-2006 21- 3-2006 22- 3-2006 22- 3-2006 27- 3-2006 27- 3-2006 28- 3-2006 31- 3-2006 3- 4-2006 4- 4-2006 5- 4-2006

779 796 806 812 820 827 839 848 852 855 860 861 864 867 883 884 887 888 891 892 904 907 908 914 915 916 917 921 922 925 927 928 934 936 938 940 941 946 948 953 956 958 959 960

24335

Auteur Mw. Marleen Govaerts Guido De Padt Guido De Padt Patrick Moriau Guido De Padt Melchior Wathelet Guido De Padt Hagen Goyvaerts Guy D’haeseleer Hagen Goyvaerts Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Mw. Ingrid Meeus Gerolf Annemans Mw. Ingrid Meeus Mw. Hilde Dierickx Bart Tommelein Dylan Casaer Patrick Cocriamont Patrick De Groote Ortwin Depoortere Mw. Ingrid Meeus Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Dirk Van der Maelen Guido De Padt Guido De Padt Patrick De Groote Patrick De Groote Guido De Padt Mw. Hilde Dierickx Guido De Padt Dirk Claes Dirk Claes Ortwin Depoortere Guido De Padt Melchior Wathelet Filip De Man Dirk Van der Maelen Patrick De Groote Hagen Goyvaerts Mw. Simonne Creyf Guido De Padt Guido De Padt


Page Blz. 18810 18810 19070 19077 19080 19085 19567 19886 20125 20128 20130 20336 20337 20339 20340 20500 20843 20845 20846 21037 21038 21827 22139 22140 22142 22142 22143 22144 22448 22449 22602 22603 22604 22840 22841 22843 22844 22845 23040 23042 23045 23395 23395 23396 23397 2005

Date Datum


5- 4-2006

962

71818192121212121242424242424242424252525233-

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006 5-2006 5-2006

965 971 972 976 979 980 981 982 983 984 985 986 987 989 990 991 992 993 996 997 998 999 1000 1001

Auteur Bruno Van Grootenbrulle Bart Laeremans Bart Laeremans Mw. Nancy Caslo Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Gerolf Annemans Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Alfons Borginon Mme Muriel Gerkens Mme Muriel Gerkens Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Melchior Wathelet Bart Laeremans Bart Laeremans

Page Blz. 23398 23701 23703 23704 23706 24042 24043 24044 24045 24045 24046 24047 24048 24048 24049 24050 24051 24051 24052 24054 24054 24055 24356 24357 24358

Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Zaken 7- 1-2004 6- 2-2004 17- 2-2004 22- 3-2004 1- 4-2004 14- 7-2004 29- 7-2004 12-10-2004 18-10-2004 9-11-2004 16-11-2004 10-12-2004 14-12-2004 17-12-2004 21-12-2004 31- 1-2005 2006

51 59 61 70 71 102 109 121 123 127 130 141 142 144 145 170

Mme Marie Nagy Mme Zoé Genot Pieter De Crem Francis Van den Eynde Mme Zoé Genot Karel Pinxten Karel Pinxten Luk Van Biesen Mw. Greet Van Gool Patrick Moriau Dirk Van der Maelen Francis Van den Eynde Gerolf Annemans Gerolf Annemans Francis Van den Eynde Mw. Alexandra Colen

2582 3641 3804 4563 4881 6766 7228 8248 8461 8917 9115 9683 9684 9969 9969 11102


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24336

Date Datum


18- 2-2005 21- 4-2005 22- 4-2005 31- 5-2005 6- 6-2005 6- 6-2005 8- 6-2005 27- 6-2005 12- 7-2005 26- 7-2005 27- 7-2005 27- 7-2005 20- 9-2005 25-10-2005 4-11-2005

183 217 218 232 236 237 241 245 253 257 258 259 263 267 269

17-11-2005 24-11-2005 25-11-2005 28-11-2005 28-11-2005 28-11-2005 30-11-2005 1-12-2005 22-12-2005 27-12-2005 28-12-2005 28-12-2005 4- 1-2006 4- 1-2006 4- 1-2006 5- 1-2006 5- 1-2006 9- 1-2006 17- 2-2006 17- 2-2006 20- 2-2006 16- 3-2006 21- 3-2006 27- 3-2006 27- 3-2006 28- 3-2006 20- 4-2006 28- 4-2006 3- 5-2006

273 274 276 277 278 280 284 285 288 290 293 294 303 305 307 311 313 316 328 329 330 338 339 340 341 342 345 346 348

Auteur Pieter De Crem Mw. Annelies Storms Pieter De Crem Dirk Van der Maelen Dirk Van der Maelen Francis Van den Eynde Stijn Bex Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Jean-Marc Delizée Mw. Inga Verhaert Mw. Inga Verhaert Mme Marie Nagy Servais Verherstraeten Mw. Annemie Turtelboom Mw. Inga Verhaert Stijn Bex Mme Muriel Gerkens Dirk Van der Maelen Stijn Bex Mw. Inga Verhaert Bart Tommelein Dirk Van der Maelen Koen T’Sijen Dirk Van der Maelen Guido Tastenhoye Dirk Van der Maelen Mw. Nathalie Muylle Mw. Nathalie Muylle Francis Van den Eynde Philippe Monfils Guido Tastenhoye Guido Tastenhoye Walter Muls Mw. Inga Verhaert Dirk Van der Maelen Gerolf Annemans Ortwin Depoortere Walter Muls Dirk Van der Maelen Guido Tastenhoye Francis Van den Eynde Mw. Inga Verhaert Francis Van den Eynde


Page Blz. 11751 13631 13632 14691 14918 14918 14920 15682 15901 17017 17017 17018 17339 18168 18392 18815 19090 19091 19092 19093 19095 19101 19102 19577 19579 19581 19582 19891 19892 19893 20135 20137 20137 21828 21828 21829 22845 22846 23047 23047 23048 24056 24358 24359 2005

Date Datum


Auteur

Page Blz.

Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 16-12-2003 8- 6-2005 28- 2-2006 9- 3-2006 9- 3-2006 10- 3-2006 7- 4-2006 26- 4-2006 27- 4-2006

45 238 352 359 360 362 379 385 386

Luc Sevenhans Luc Sevenhans Mw. Hilde Vautmans Koen T’Sijen Koen T’Sijen Luc Sevenhans Luc Sevenhans Philippe Monfils Mw. Hilde Vautmans

2359 14921 22147 22604 22605 22605 23709 24056 24359

Ministre de l’Ećonomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Ećonomie — Economie

3-11-2004 28-12-2004 7- 2-2005 25- 2-2005 8- 3-2005 27- 4-2005 25- 5-2005 24- 6-2005

167 197 224 239 243 271 288 312

26- 7-2005 5- 8-2005 8- 8-2005 16- 9-2005 16- 9-2005 16- 9-2005 16- 9-2005 19- 9-2005 19- 9-2005 22- 9-2005 6-10-2005 21-10-2005 24-10-2005 24-10-2005 24-10-2005

320 328 330 338 339 340 341 342 343 347 349 360 361 362 363

2006

Roel Deseyn Gerolf Annemans Mme Muriel Gerkens Dirk Claes Roel Deseyn Roel Deseyn Mw. Trees Pieters Mw. Yolande Avontroodt Marc Verwilghen Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Ortwin Depoortere Roel Deseyn Roel Deseyn Yvan Mayeur Bart Laeremans Mme Muriel Gerkens

8921 10155 11403 12067 12253 13642 14432 15688 17025 17029 17029 17341 17342 17343 17343 17344 17345 17695 17895 18179 18180 18181 18182


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum


4-11-2005

371

29-11-2005 26- 1-2006 1- 2-2006 2- 2-2006 17- 2-2006 10- 3-2006 13- 3-2006 24- 1-2005

383 401 409 411 422 429 431 433

20212633-

437 448 450 451 453

2-2006 4-2006 4-2006 5-2006 5-2006

24337

Auteur Mw. Annemie Turtelboom Philippe Monfils Philippe De Coene Roel Deseyn Luk Van Biesen Jan Mortelmans Roel Deseyn Guido De Padt Mw. Yolande Avontroodt Dirk Van der Maelen Pieter De Crem Pieter De Crem Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen

Page Blz. 18397 19107 20850 20857 21042 21833 22609 22610 22847 23051 24057 24059 24360 24363

Eńergie — Energie

25-10-2005 4-11-2005 24- 2-2006 31- 3-2006 3- 5-2006

153 154 168 172 176

Servais Verherstraeten Mw. Annemie Turtelboom Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool Mw. Inga Verhaert

18189 18400 22150 23402 24363

Commerce extérieur — Buitenlandse Handel

29-12-2004 31- 1-2005 1- 2-2005 28- 4-2005 6- 6-2005 8- 6-2005 15- 6-2005 29- 7-2005 20-10-2005 25-10-2005 4-11-2005 10-11-2005 26- 1-2006 30- 1-2006

37 42 43 51 56 57 58 61 62 63 64 65 66 67

Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Koen T’Sijen Mme Muriel Gerkens Ortwin Depoortere Stijn Bex Mw. Greta D’hondt Mme Muriel Gerkens Guy D’haeseleer Servais Verherstraeten Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Mme Zoé Genot Jean-Marc Nollet

10157 11108 11109 13644 14927 14927 15184 17032 18189 18190

33

Guy D’haeseleer



1- 2-2005 25- 2-2005 21- 3-2005 31- 3-2005 14- 4-2005 14- 4-2005 14- 4-2005 22- 4-2005 26- 4-2005 8- 6-2005 28- 7-2005 20-10-2005 25-10-2005 4-11-2005

49 52 55 56 59 60 61 63 64 69 75 81 83 84

10-11-2005 20-12-2005 20-12-2005 21-12-2005 17- 1-2006 18- 1-2006 27- 1-2006 27- 1-2006 30- 1-2006 31- 1-2006 31- 1-2006 21- 3-2006 31- 3-2006 14- 4-2006

85 90 91 92 93 94 96 97 98 99 100 101 103 104

Auteur Koen T’Sijen Mw. Simonne Creyf Mw. Simonne Creyf Bart Laeremans Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Staf Neel Geert Lambert Stijn Bex Mw. Simonne Creyf Guy D’haeseleer Servais Verherstraeten Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Stijn Bex Stijn Bex Stijn Bex Gerolf Annemans Gerolf Annemans Pieter De Crem Mw. Ingrid Meeus Jean-Marc Nollet Hagen Goyvaerts Hagen Goyvaerts Ortwin Depoortere Jean-Marc Nollet Mme Zoé Genot

Page Blz. 11111 12070 12472 13012 13355 13356 13356 13645 13646 14929 17034 18191 18192 18401 18611 19593 19594 19596 20351 20351 20862 20863 20864 20865 20865 22850 23406 23709

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken

8928

21- 8-2003 23- 9-2003 6-10-2003 3-11-2003 3- 3-2004 3- 3-2004 4- 3-2004 11- 6-2004 13- 9-2004

2005

2006

18400 18610 20860 20861

Politique scientifique — Wetenschapsbeleid

10-11-2004

Date Datum

14 20 25 41 83 84 87 122 151

Jan Mortelmans Jo Vandeurzen Gerolf Annemans Guy D’haeseleer Mw. Trees Pieters Mw. Maggie De Block Mw. Greet Van Gool Gerolf Annemans Luk Van Biesen

253 602 778 1523 4111 4114 4282 6324 7529


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24338

Date Datum


16- 9-2004 17- 9-2004 4-10-2004

153 159 167

8-10-2004 13-10-2004 13-10-2004 19-10-2004 30-11-2004 7-12-2004 9-12-2004

173 174 175 182 206 210 212

10-12-2004 28- 2-2005 22242113-

3-2005 3-2005 4-2005 5-2005

20- 6-2005 29- 6-2005 27- 7-2005 29- 8-2005 31- 8-2005 23- 9-2005 24-10-2005 25-10-2005 4-11-2005 14-11-2005 14-11-2005 29-12-2005 18- 1-2006

221 260 275 279 299 316 328 334 344 349 350 357 363 365 369 373 375 405 407

2- 2-2006 20- 2-2006

418 429

21- 2-2006 24- 2-2006 28- 2-2006

431 435 437

2- 3-2006 6- 3-2006

439 440

Auteur Willy Cortois Mw. Maggie De Block Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Hendrik Daems Patrick De Groote Jo Vandeurzen Mw. Annemie Turtelboom Jo Vandeurzen Mw. Yolande Avontroodt Carl Devlies Mw. Maggie De Block David Geerts Mw. Annemie Turtelboom Mme Marie Nagy Mw. Trees Pieters Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mw. Maggie De Block Koen T’Sijen Jo Vandeurzen Mw. Yolande Avontroodt Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Koen Bultinck Mw. Annemie Turtelboom Koen Bultinck Koen Bultinck Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Sabien LahayeBattheu Francis Van den Eynde


Page Blz. 7718 7721

Date Datum


9- 3-2006 10- 3-2006

441 443

8135 8252 8253 8253 8469 9519 9522

1014141724-

9695 9700

2729318447-

3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 4-2006 4-2006 4-2006

456 457 459 460 461 462 463

18212526262-

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006

464 465 466 468 469 470

3- 5-2006

471

12073 17977 12888 13647 14198 15428 15696 17038 17042 17043 17700 18194 18196

3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006

24- 3-2006

18618 19601 20353 21045 21837 21838 22151 22153 22454 22455 2005

455

Mw. Maggie De Block Mw. Sabien LahayeBattheu Luc Goutry Koen Bultinck Koen Bultinck Jan Mortelmans Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt Mw. Nathalie Muylle Koen Bultinck Mw. Greet Van Gool Mw. Trees Pieters Mw. Greet Van Gool Koen Bultinck Mw. Annemie Turtelboom Bert Schoofs Jo Vandeurzen Melchior Wathelet Mw. Greet Van Gool Mw. Greet Van Gool Mw. Marleen Govaerts Jo Vandeurzen

22611 22613 22613 22615 22616 22852 23054 23055 23056 23056 23407 23409 23410 23411 23710 23711 24061 24061 24062 24064 24364 24365

Santé publique — Volksgezondheid

18613 18616

444 447 448 451 454

Auteur

Page Blz.

21-10-2003 29-10-2003 16- 3-2004 9- 6-2004

44 66 141 223

24- 6-2004

234

9- 7-2004 26- 7-2004 26- 7-2004 13- 8-2004 8- 9-2004 9- 9-2004 1-10-2004 4-10-2004 26-10-2004 27-10-2004

243 246 247 265 277 278 295 298 318 321

2006

Guy D’haeseleer Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mw. Yolande Avontroodt Mw. Yolande Avontroodt Guido De Padt Willy Cortois Willy Cortois Koen Bultinck Guido De Padt Mw. Magda De Meyer Guido De Padt Guido De Padt Mw. Annemie Roppe Mme Jacqueline Galant

1123 2099 4438 6153 6652 6772 7239 7240 7251 7435 7529 8140 8143 8681 8684


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum


29-10-2004 15-12-2004

326 362

10- 1-2005 24- 1-2005 14- 4-2005

372 385 445

2- 5-2005 9- 5-2005

462 467

31- 5-2005

479

6- 6-2005 6- 6-2005

483 484

45191926-

7-2005 7-2005 7-2005 7-2005 7-2005

504 506 515 516 524

28- 7-2005 8- 8-2005

527 530

1- 9-2005 5- 9-2005 13- 9-2005 7-10-2005 20-10-2005 20-10-2005 20-10-2005 10-11-2005 10-11-2005 14-11-2005 25-11-2005 28-11-2005 28-11-2005 28-11-2005 28-11-2005

540 541 546 561 563 564 565 575 578 580 587 592 594 595 601

30-11-2005 5-12-2005

602 605

13-12-2005 14-12-2005 14-12-2005 20-12-2005

608 610 611 612

24339

Auteur Koen Bultinck Mw. Yolande Avontroodt Mme Zoé Genot Gerolf Annemans Mw. Yolande Avontroodt Koen Bultinck Mme Dominique Tilmans Mw. Sabien LahayeBattheu Guido De Padt Mw. Frieda Van Themsche Mw. Katrien Schryvers Koen Bultinck Mw. Maggie De Block Mw. Magda De Meyer Mw. Yolande Avontroodt Mw. Inga Verhaert Mw. Marleen Govaerts Mw. Nathalie Muylle Mw. Hilde Vautmans Luk Van Biesen Mw. Magda De Meyer Mw. Magda De Meyer Mw. Magda De Meyer Koen Bultinck Mme Zoé Genot Guy D’haeseleer Jan Mortelmans Mw. Hilde Dierickx Daniel Bacquelaine Geert Lambert Daniel Bacquelaine Mw. Yolande Avontroodt Mw. Nancy Caslo Mw. Yolande Avontroodt Mw. Liesbeth Van der Auwera Jo Vandeurzen Mw. Magda De Meyer Mme Muriel Gerkens


Page Blz. 8936 9705 10451 10855 13366 13943 14201 14703 14935 14936 15703 15705 15917 15917 17046 17047 17050 17056 17056 17352 17903 18197 18197 18198 18621 18624 18625 19125 19128 19129 19130 19134 19135

Date Datum


22-12-2005 23-12-2005 28-12-2005

617 619 621

5- 1-2006 5- 1-2006 11- 1-2006

622 624 628

131318232426302-

1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 2-2006

635 636 644 648 652 658 661 667

61014141420-

2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006

675 679 680 681 682 685

2124278913231616172127315-

2-2006 2-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 1-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 4-2006

688 697 700 704 705 708 710 714 716 717 718 719 723 725 726

19137

6- 4-2006 14- 4-2006

727 728

19138 19139 19140 19601

18181819-

729 730 731 733

2005

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006

2006

Auteur Koen Bultinck Jo Vandeurzen Mw. Yolande Avontroodt Mme Zoé Genot Koen Bultinck Mw. Yolande Avontroodt Mw. Nathalie Muylle Daniel Bacquelaine Mw. Magda De Meyer Koen Bultinck Koen Bultinck Mw. Nathalie Muylle Melchior Wathelet Ludo Van Campenhout Jo Vandeurzen Alfons Borginon Guido De Padt Ortwin Depoortere Ortwin Depoortere Mw. Marleen Govaerts Koen Bultinck Joseph Arens Koen Bultinck Koen Bultinck Mw. Nathalie Muylle Jo Vandeurzen Mw. Hilde Dierickx Guido De Padt Koen Bultinck Koen Bultinck Koen Bultinck Ortwin Depoortere Jo Vandeurzen Jean-Marc Nollet Mw. Marleen Govaerts Mw. Maggie De Block Mw. Marleen Govaerts Mw. Annemie Roppe Mw. Annemie Roppe Koen Bultinck Koen T’Sijen

Page Blz. 19605 19606 19607 20142 20143 20144 20357 20357 20364 20511 20513 20868 20870 21048 21053 21510 21511 21512 21513 21841 21843 22154 22456 22458 22458 22618 22620 22622 22852 22853 22853 22854 23058 23412 23413 23711 23712 23712 23713 23714 23714


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24340


Date Datum 2121242727282-

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006

735 736 737 738 740 741 742

2- 5-2006

743

2- 5-2006

744

Auteur Jacques Germeaux Guido De Padt Guido De Padt Mw. Nathalie Muylle Mw. Nathalie Muylle Paul Tant Mme Corinne De Permentier Mme Corinne De Permentier Koen Bultinck

Page Blz. 24064 24065 24066 24365 24366 24367 24367 24368 24369


Date Datum 30212718192020212125263-

1-2006 3-2006 3-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006

180 189 192 195 196 199 200 201 202 205 207 208

Auteur Jean-Marc Nollet Koen Bultinck Staf Neel Gerolf Annemans Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Guido De Padt Mw. Greet Van Gool Mw. Hilde Dierickx

Page Blz. 20878 22856 23060 23716 23716 24068 24069 24070 24071 24072 24073 24372

Ministre de la Coopération au Développement Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid

Minister van Ontwikkelingssamenwerking 17-12-2004 1- 2-2005 4- 7-2005 21- 3-2006

49 62 91 115

Gerolf Annemans Koen T’Sijen Filip De Man Ortwin Depoortere

9987 11126 15712 22856

Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Fonction publique — Ambtenarenzaken

198 205

Jean-Jacques Viseur Mw. Trees Pieters

21848 24369

Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie

31- 3-2004 23- 2-2005 8- 3-2005 7- 6-2005 20- 9-2005 4-11-2005 14-11-2005 8- 9-2005 1-12-2005

37 100 102 128 148 155 160 162 166

Mw. Annelies Storms David Geerts Mw. Annemie Turtelboom Mw. Hilde Dierickx Olivier Maingain Mw. Hilde Dierickx Koen T’Sijen Filip De Man Mw. Ingrid Meeus


50 52 57 59

Servais Verherstraeten Guy D’haeseleer Jean-Marc Nollet Jean-Marc Nollet

18210 18632 20883 23418

Gelijke Kansen — E´galité des chances

Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances

22- 9-2005 3- 5-2006

25-10-2005 10-11-2005 30- 1-2006 31- 3-2006

26- 9-2005 29- 9-2005 8-12-2005 13-12-2005

73 74 85 86

14-12-2005 20-12-2005 23- 1-2006

87 88 89

10- 3-2006

95

13- 3-2006

96

31- 3-2006

101

4736 11770

Mw. Annelies Storms Mw. Hilde Vautmans Francis Van den Eynde Mme Corinne De Permentier Guy D’haeseleer Francis Van den Eynde Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Jean-Marc Nollet

17707 17707 19154 19155 19155 19610 20520 22624 22625 23420

Ministre de la Mobilité Minister van Mobiliteit

12264 14949 17356 18409 18628 18631 19147 2005

29-11-2004 28-12-2004 29-12-2004 11- 4-2005 12- 4-2005

2006

182 198 201 242 246

Roel Deseyn Jan Mortelmans Jan Mortelmans Guido De Padt Ludo Van Campenhout

9548 10165 10166 13194 13198


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum 2228681013-


4-2005 4-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005

259 266 294 296 303 305

26- 7-2005

330

29- 7-2005

339

22- 8-2005 2- 9-2005 5- 9-2005 23- 9-2005 4-10-2005 6-10-2005 7-10-2005 19-10-2005 20-10-2005 20-10-2005

342 348 349 362 370 372 373 374 376 379

20-10-2005

382

3-11-2005 14-11-2005 14-11-2005 17-11-2005 21-11-2005 12-12-2005

391 396 397 398 400 407

121820232324261113162020212223-

1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006

24341

418 423 424 426 427 428 430 433 434 436 437 438 439 440 441 442

Auteur Hendrik Bogaert Mw. Hilde Dierickx André Frédéric Stijn Bex Patrick De Groote Ludo Van Campenhout Ludo Van Campenhout Mw. Frieda Van Themsche Jef Van den Bergh Servais Verherstraeten Melchior Wathelet Mw. Simonne Creyf Guido De Padt Jef Van den Bergh Jef Van den Bergh Francis Van den Eynde Filip De Man Mw. Sabien LahayeBattheu Mme Véronique Ghenne Dylan Casaer Bart Tommelein Dylan Casaer Dylan Casaer Ortwin Depoortere Mw. Annemie Turtelboom Guido De Padt Gerolf Annemans Guido De Padt Willy Cortois Jan Peeters Hendrik Bogaert Stijn Bex Guido De Padt Mw. Annelies Storms Francis Van den Eynde Geert Lambert Mw. Nathalie Muylle Guido De Padt Mw. Inga Verhaert Guido De Padt Alfons Borginon


Page Blz. 13677 13950 14955 14956 15195 15198 17077 17083 17085 17089 17090 17708 17712 17906 17907 18212 18214

Date Datum 282122202947191919192124223-

2-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006 5-2006 5-2006

19161 20365 20369 20521 20522 20523 24074 20886 24075 20888 21515 21850 21851 21852 21852 21853 22159 2005

444 448 450 452 453 455 456 458 459 460 461 462 463 464 465 466

Auteur Guido De Padt Jo Vandeurzen Jef Van den Bergh Francis Van den Eynde Mw. Dalila Douifi Mw. Greet Van Gool Guido De Padt Dirk Claes Koen T’Sijen Roel Deseyn Jean-Marc Nollet Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Claes Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms

Page Blz. 22160 22859 22860 23060 23061 23422 23717 23719 23720 23721 23722 24076 24077 24373 24374 24375

Ministre de l’Environnement et des Pensions Minister van Leefmilieu en Pensioenen

18216 18218 18412 18633 18634 18838 18840


Environnement — Leefmilieu

25-10-2005 10-11-2005 5-12-2005 20- 1-2006 3- 5-2006

78 80 85 89 97

Servais Verherstraeten Guy D’haeseleer Mark Verhaegen Guido De Padt Mw. Annelies Storms

18223 18635 19163 20524 24376

Pensions — Pensioenen

9-12-2004 14-12-2005 3- 2-2006 1016312-

2-2006 3-2006 3-2006 5-2006

65 140 147 148 153 158 163

Mme Zoé Genot Guy D’haeseleer Mw. Annemie Turtelboom Hagen Goyvaerts Charles Michel Jean-Marc Nollet Mw. Marleen Govaerts

9729 19171 21057 21516 22863 23424 24377

Ministre de l’Emploi Minister van Werk 24- 5-2004 2006

89

Mw. Greet Van Gool

5975


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24342

Date Datum


24- 5-2004 13- 7-2004 17- 9-2004 5-10-2004 6-10-2004 25-10-2004

90 109 127 138 142 167

15-12-2004

199

13- 1-2005 2- 2-2005 10- 3-2005

215 237 253

161622313127323626-

3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 5-2005 6-2005 6-2005 7-2005 7-2005

257 258 266 272 274 306 311 322 331 338

5- 9-2005

341

15- 9-2005 27- 9-2005

344 348

28- 9-2005 20-10-2005 21-10-2005 25-10-2005 4-11-2005 4-11-2005 14-11-2005 18-11-2005

351 357 362 364 369 370 378 382

18-11-2005 22-11-2005

384 388

28-11-2005 5-12-2005 9-12-2005

396 403 405

14-12-2005 19-12-2005

407 411

Auteur Mw. Greet Van Gool Roel Deseyn Mme Marie Nagy Bart Laeremans Ortwin Depoortere Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Gerolf Annemans Jo Vandeurzen Mw. Sabien LahayeBattheu Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Mw. Maggie De Block Mw. Maggie De Block Mw. Maggie De Block Melchior Wathelet Hagen Goyvaerts Jean-Marc Nollet Mme Muriel Gerkens Mme Yolande Avondroodt Mw. Annemie Turtelboom Guido De Padt Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Koen T’Sijen Philippe De Coene Bart Laeremans Mw. Maggie De Block Guy D’haeseleer Mw. Annemie Turtelboom Mw. Maggie De Block Mw. Marleen Govaerts Guy D’haeseleer Mme Zoé Genot François-Xavier de Donnea Mme Muriel Gerkens Koen Bultinck


Page Blz. 5976 6776 7730 8149 8153 8687 9708 10602 11123 12487 12489 12490 12495 13017 13019 14705 14939 15706 15710 17058 17061 17370

Date Datum


20-12-2005 20-12-2005 29-12-2005

412 413 416

999122613152128-

1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 1-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006

422 423 430 435 442 453 454 457 460

28- 2-2006

461

28- 2-2006

463

2- 3-2006

468

7- 3-2006

470

7- 3-2006

471

13- 3-2006 13- 3-2006 23- 1-2006

476 477 479

21- 3-2006 21- 3-2006

481 483

22- 3-2006

484

8- 3-2006 7- 4-2006

492 500

17715 17717 18226 18229 18230 18418 18418 18638

2426273-

4-2006 4-2006 4-2006 5-2006

18845 18847

2005

Mw. Hilde Vautmans Mw. Greet Van Gool Mw. Annemie Turtelboom Guido Tastenhoye Guido Tastenhoye Guy D’haeseleer Mw. Maggie De Block Mme Zoé Genot Mw. Hilde Dierickx Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Annemie Turtelboom Mw. Marleen Govaerts Mw. Marleen Govaerts Luc Goutry Mw. Hilde Dierickx Mw. Annemie Turtelboom Mw. Nancy Caslo Mw. Annemie Turtelboom Mw. Annemie Turtelboom Mw. Trees Pieters Mw. Annemie Turtelboom Claude Marinower Mw. Greet Van Gool Alfons Borginon Mw. Annemie Turtelboom

19618 19619 19621 20149 20150 20152 20374 20892 21518 21519 21860 22162 22163 22165 22461 22462 22462 22627 22628 22865 22866 22867 22868 23427 23726 24078 24080 24377 24378

Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n

18849 19174 19177 19178 19180 20255

509 512 513 515

Auteur

Page Blz.

7- 9-2004 2006

15

Mme Muriel Gerkens

7437


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum


4- 7-2005 22-11-2005 21-12-2005 25- 4-2006

48 53 59 67

24343

Auteur Pieter De Crem Dirk Van der Maelen Mw. Nathalie Muylle Mw. Trees Pieters

Page Blz.

Date Datum


17720 18851 19622 24081

23- 9-2004 24- 9-2004 5-10-2004 15-10-2004 5-11-2004 8-11-2004 10-11-2004 24-11-2004 6-12-2004 9-12-2004 9-12-2004 15-12-2004 29-12-2004 3- 1-2005 10- 1-2005 13- 1-2005 19- 1-2005 20- 1-2005 28- 1-2005 31- 1-2005 31- 1-2005

291 292 305 319 341 343 350 362 373 375 376 379 389 390 392 400 409 412 417 419 420

6624 7414 7702

19182222252899101421241418182122261010101126-

423 429 443 444 448 450 451 462 466 467 472 483 487 499 507 509 515 516 519 528 529 530 541 555

2005

2006

Secrétaire d’E´tat au Développement durable et à l’Ećonomie sociale, adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken Ećonomie sociale — Sociale Economie

19- 4-2006

65

Mw. Annemie Turtelboom 23731

Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid 121919302131-

4-2005 4-2005 4-2005 1-2006 3-2006 3-2006

49 53 54 80 85 88

Mme Zoé Genot Mw. Karin Jiroflée Mw. Karin Jiroflée Jean-Marc Nollet Ortwin Depoortere Mw. Greet Van Gool

13199 13388 13389 20903 22869 23433

Secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et la Protection de la consommation Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken 1- 7-2004 6- 9-2004 17- 9-2004

244 282 286

Filip De Man Mme Muriel Gerkens Mme Marie Nagy


2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 2-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 3-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 4-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005 5-2005

Auteur Mme Annick Saudoyer Willy Cortois Jan Mortelmans Mme Muriel Gerkens Koen T’Sijen Patrick De Groote Jean-Marc Nollet François Bellot Mw. Ingrid Meeus Mme Zoé Genot Geert Lambert Carl Devlies Mme Muriel Gerkens Jan Mortelmans Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Jean-Marc Nollet Gerolf Annemans Jean-Marc Nollet Mw. Maggie De Block Mme Dominique Tilmans Koen T’Sijen Staf Neel Mw. Hilde Vautmans Guido De Padt Mme Zoé Genot Roel Deseyn Guy D’haeseleer Guy D’haeseleer Luk Van Biesen Guido De Padt Roel Deseyn Mme Marie Nagy Jef Van den Bergh Guido De Padt Roel Deseyn Roel Deseyn Bart Laeremans Mw. Annemie Roppe Geert Lambert Mw. Annelies Storms Mw. Annelies Storms Jan Mortelmans Bart Laeremans Jef Van den Bergh

Page Blz. 7881 7881 8110 8451 8901 8903 8908 9296 9498 9674 9675 9678 10150 10315 10443 10570 10574 10833 11094 11095 11096 11098 11397 11740 11741 11745 12053 12055 12243 12245 12443 12447 12453 12879 13329 13332 13334 13623 13624 13627 14165 14165 14166 14173 14664


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24344

Date Datum 2781314232945-


5-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 6-2005 7-2005 7-2005

556 595 603 606 608 615 618 621

6- 7-2005 26- 7-2005

623 641

26- 7-2005

642

26- 7-2005

643

27- 7-2005 28- 7-2005 7- 9-2005 8- 9-2005 14- 9-2005 19- 9-2005 19- 9-2005 21- 9-2005 23- 9-2005 30- 9-2005 6-10-2005 7-10-2005 20-10-2005 24-10-2005 25-10-2005 25-10-2005 4-11-2005

647 650 658 661 666 671 672 676 682 688 694 697 704 712 715 719 720

4-11-2005 4-11-2005 8-11-2005 8-11-2005 10-11-2005 17-11-2005 21-11-2005 21-11-2005 21-11-2005 21-11-2005 21-11-2005 22-11-2005 23-11-2005

721 723 726 728 729 734 738 739 741 742 743 749 751

Auteur Roel Deseyn Stijn Bex Mw. Inga Verhaert Geert Lambert Olivier Maingain Roel Deseyn Mme Muriel Gerkens Ludo Van Campenhout Mme Muriel Gerkens Ludo Van Campenhout Ludo Van Campenhout Ludo Van Campenhout Olivier Maingain Olivier Maingain Jef Van den Bergh Francis Van den Eynde Guido De Padt Roel Deseyn Roel Deseyn Roel Deseyn Jan Mortelmans Roel Deseyn Jef Van den Bergh Jef Van den Bergh Jan Mortelmans Bart Laeremans Hagen Goyvaerts Mme Marie Nagy Mw. Annemie Turtelboom Guy D’haeseleer Bart Laeremans Patrick De Groote Geert Lambert Guy D’haeseleer Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Jan Mortelmans Stijn Bex Olivier Chastel Hagen Goyvaerts Francis Van den Eynde Mme Marie Nagy


Page Blz.

Date Datum


14664 14910 15173 15175 15658 15661 15663

23-11-2005 23-11-2005 24-11-2005 24-11-2005 24-11-2005 25-11-2005 28-11-2005 2-12-2005 2-12-2005 29- 7-2005 15-12-2005 19-12-2005 20-12-2005 21-12-2005 21-12-2005 22-12-2005 22-12-2005 22-12-2005 22-12-2005 23-12-2005 23-12-2005 27-12-2005 4- 1-2006 5- 1-2006 10- 1-2006 12- 1-2006 18- 1-2006 19- 1-2006 19- 1-2006 19- 1-2006 20- 1-2006 23- 1-2006 23- 1-2006 24- 1-2006 25- 1-2006 26- 1-2006 26- 1-2006 26- 1-2006 27- 1-2006 30- 1-2006 30- 1-2006 30- 1-2006 31- 1-2006 31- 1-2006 31- 1-2006

753 754 756 759 760 762 765 767 768 775 778 779 780 784 786 789 790 792 793 800 802 803 805 806 813 817 825 828 829 830 833 834 835 836 839 840 841 842 843 844 845 846 850 852 853

15665 15666 17003 17004 17004 17006 17007 17009 17373 17377 17380 17380 17383 17722 17727 17909 17910 18235 18240 18242 18640 18420 18421 18422 18423 18642 18643 18853 18855 18856 18857 18858 18859 18863 18864 2005

2006

Auteur Jef Van den Bergh Roel Deseyn Francis Van den Eynde Bert Schoofs Roel Deseyn Mw. Hilde Dierickx Mw. Ingrid Meeus Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mme Muriel Gerkens Guido De Padt Mw. Greet Van Gool Mw. Greet Van Gool Roel Deseyn Luc Goutry Mme Zoé Genot Mme Colette Burgeon Roel Deseyn Roel Deseyn Guido De Padt Roel Deseyn Mw. Dalila Douifi Guido De Padt Francis Van den Eynde Roel Deseyn Mme Zoé Genot Mw. Trees Pieters Guido De Padt Guido De Padt Willy Cortois Patrick De Groote Koen T’Sijen Mw. Hilde Vautmans Jef Van den Bergh Mw. Hilde Dierickx Mw. Annelies Storms Mme Zoé Genot Roel Deseyn Mw. Annelies Storms Jean-Marc Nollet Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Mw. Frieda Van Themsche

Page Blz. 18866 18867 19193 19194 19195 19195 19197 19199 19199 19203 19625 19626 19627 19631 19632 19636 19636 19638 19639 19643 19644 19645 19897 20155 20159 20377 20382 20529 20530 20531 20533 20533 20534 20534 20537 20903 20904 20905 20906 20907 20907 20908 20910 20911 20912


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 Date Datum 1313141617213101013132122232424272829303131-

2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 2-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006 3-2006

24345

Question no Vraag nr. 862 863 866 872 878 886 893 901 902 903 908 920 921 922 924 927 928 930 931 935 937 938

Auteur Mw. Hilde Dierickx Stijn Bex Jef Van den Bergh Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Mw. Hilde Vautmans Francis Van den Eynde Hagen Goyvaerts Bart Tommelein Olivier Chastel Mw. Simonne Creyf Ortwin Depoortere Francis Van den Eynde Koen T’Sijen Bart Laeremans Bart Laeremans Roel Deseyn Guido De Padt Jef Van den Bergh Gerolf Annemans Jef Van den Bergh Jean-Marc Nollet


Page Blz. 21521 21522 21525 21864 21867 21871 22467 22631 22631 22632 22634 22875 22876 23066 23067 23069 23070 23071 23072 23434 23435 23436

2005

Date Datum 55771414141418202020212425272828222-

4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 4-2006 5-2006 5-2006 5-2006

2006

Question no Vraag nr. 939 940 942 943 945 946 948 949 950 952 953 954 955 956 957 958 959 960 961 962 963

Auteur Mw. Martine Taelman Mw. Martine Taelman Roel Deseyn Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Greet Van Gool Jan Mortelmans Mw. Greet Van Gool Jan Mortelmans Jean-Marc Nollet Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Mw. Hilde Dierickx Walter Muls Walter Muls Roel Deseyn Mw. Hilde Vautmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Guy D’haeseleer Dirk Claes

Page Blz. 23437 23437 23732 23733 23733 23734 23736 23736 23737 24082 24082 24083 24084 24085 24086 24379 24379 24380 24381 24381 24382


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24347

(Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. (Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).


Vice-eerste minister en minister van Justitie

DO 2005200607895

DO 2005200607895

Question no 1008 de M. Dylan Casaer du 27 avril 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1008 van de heer Dylan Casaer van 27 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Majorité sexuelle. — Droit à l’autodétermination. — Limite d’aˆge.

Seksuele meerderjarigheid. — Zelfbeschikkingsrecht. — Leeftijdsgrens.

En ce qui concerne l’aˆge de la majorité sexuelle, je constate qu’en dessous de l’aˆge de 16 ans, l’intégrité physique et sexuelle fait partie des « biens juridiques » dont on ne peut disposer librement alors qu’à partir de l’aˆge de seize ans existe un droit à l’autodétermination sexuelle.

Aangaande de seksuele meerderjarigheidsgrens stelde ik vast dat beneden de leeftijd van 16 jaar de fysieke en seksuele integriteit behoren tot de « rechtsgoederen » waarover men niet vrij kan beschikken, terwijl vanaf de leeftijd van 16 jaar een seksueel zelfbeschikkingsrecht bestaat.

Toutefois, à mon sens, la réglementation du droit précité à l’autodétermination n’est pas cohérente.

De regeling van voormeld zelfbeschikkingsrecht is, mijns inziens, echter niet coherent.

En ce qui concerne le crime d’attentat à la pudeur (article 372, alinéa 1er, Code pénal) commis contre des personnes aˆgées de plus de 16 ans, il n’est punissable que s’il a été perpétré avec violences ou menaces. Par conséquent, des attouchements sexuels, en dehors de la pénétration, sont licites s’ils sont accomplis avec le consentement du jeune concerné à partir de 16 ans.

Wat betreft het misdrijf van aanranding van de eerbaarheid (artikel 372, eerste lid, Strafwetboek) op personen boven de 16 jaar, is dit slechts strafbaar voor zover de feiten gepleegd werden met geweld of bedreiging. Dus seksuele betastingen die geen penetratie zijn, kunnen gerechtvaardigd worden met de toestemming van de jongere in kwestie vanaf 16 jaar.

En ce qui concerne le crime de viol (article 375 du Code pénal), il faut rappeler qu’il est constitué par tout acte de pénétration sexuelle de quelque nature qu’il soit et par quelque moyen que ce soit, commis sur une personne qui n’y consent pas. Il s’ensuit que conformément à l’article 375, alinéa 6, du Code pénal, la pénétration est licite si elle est accomplie avec le consentement du jeune ayant 14 ans révolus.

Wat betreft het misdrijf van verkrachting (artikel 375 Strafwetboek) : dit misdrijf komt tot stand door seksuele penetratie van welke aard en met welk middel ook, gepleegd op een persoon die daar niet mee instemt. Dienvolgens kan overeenkomstig artikel 375, zesde lid, Strafwetboek, de penetratie gerechtvaardigd worden met de toestemming van de jongere die de volle leeftijd van 14 jaar heeft bereikt.

L’incohérence de cette réglementation de la majorité sexuelle aboutit à des situations absurdes : accomplir

Door deze niet coherente regeling van de seksuele meerderjarigheid komt men tot absurde toestanden :


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24348

une pénétration sur une personne de 15 ans est licite avec son consentement mais « l’auteur » se rend par définition coupable d’attentat à la pudeur.

penetratie bij een 15-jarige màg met diens toestemming, maar dan maakt de « dader » zich per definitie schuldig aan aanranding van de eerbaarheid.

Il est clair que la loi pénale fixe une limite d’aˆge pour faire en sorte que la personne la plus aˆgée s’abstienne d’avoir des rapports sexuels avec une personne encore très jeune. Toutefois, la question se pose de savoir si la réglementation existante est encore adaptée à l’époque actuelle. Il est en effet permis de se poser cette question sans pour autant porter atteinte à la protection légale nécessaire des jeunes aˆgés de 14 à 16 ans qui constituent une catégorie qu’on peut considérer comme vulnérable.

Het is duidelijk dat de strafwet een leeftijdsgrens stelt opdat de oudere zich zou onthouden van seksuele betrekkingen met een persoon die nog zo jong is. De vraag rijst echter, of de huidige regeling beantwoordt aan de tijdsgeest, zonder afbreuk te willen doen aan de noodzakelijke wettelijke bescherming van de toch kwetsbare groep jongeren tussen 14 en 16 jaar.

Dès lors, il me paraıˆt indiqué d’élaborer en cette matière une réglementation dans le cadre de laquelle la jurisprudence conserve une marge de manœuvre suffisante pour soumettre la règle à l’épreuve de cas concrets.

Het lijkt mij dan ook aangewezen terzake een regeling te vinden waarbij de rechtspraak voldoende ruimte behoudt om de regel te toetsten aan het concrete geval.

1. Ne semble-t-il pas indiqué de réglementer de façon cohérente le problème de la majorité sexuelle et du droit à l’autodétermination sexuelle en fixant dans tous les cas la limite d’aˆge à 14 ans ?

1. Lijkt het niet aangewezen de problematiek van de seksuele meerderjarigheid en het zelfbeschikkingsrecht op coherente wijze te regelen door in alle gevallen de grens op 14 jaar in te stellen ?

2. a) Une solution ne pourrait-elle pas être apportée à ce problème en prévoyant, à titre de solution de substitution à un droit complet à l’autodétermination sexuelle et en vue d’une protection maximale des mineurs d’aˆge, l’octroi d’un droit limité à l’autodétermination à partir de l’aˆge de 14 ans et jusqu’à l’aˆge de 16 ans ?

2. a) Kan, als alternatief voor een volledig zelfbeschikkingsrecht en met het oog op maximale bescherming van de minderjarige, een oplossing worden gevonden door een beperkt zelfbeschikkingsrecht toe te kennen vanaf de leeftijd van 14 jaar tot 16 jaar ?

b) Cette réglementation pourrait impliquer qu’à partir de 14 ans révolus, un consentement peut être donné dans tous les cas d’actes sexuels, à condition qu’il y ait une différence d’aˆge maximale de par exemple 3 ou 5 ans avec le partenaire.

b) Deze regeling kan inhouden dat, vanaf de volle leeftijd van 14 jaar, in alle gevallen van seksuele handelingen toestemming kan worden gegeven, op voorwaarde dat een maximaal leeftijdsverschil van bijvoorbeeld 3 of 5 jaar met de partner bestaat.

Si la différence d’aˆge entre le partenaire le plus aˆgé et le mineur d’aˆge est de plus de 3 ou 5 ans, la réglementation actuelle peut être maintenue.

Voor zover de partner meer dan 3 of 5 jaar ouder is dan de minderjarige, kan de huidige regeling dan behouden blijven.

Quelle est votre opinion à ce sujet ?

Wat is uw mening hieromtrent ?

DO 2005200607898

DO 2005200607898

Question no 1009 de M. Dylan Casaer du 27 avril 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1009 van de heer Dylan Casaer van 27 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Tiger-kidnappings. — Plan d’action « Charles Quint ».

Tiger-kidnappings. — Actieplan « Karel de vijfde ».

En 2006, on a déjà dénombré 16 tiger-kidnappings en Belgique; il y en eu 6 à Charleroi, dont 4 ont réussi et 2 ont échoué. En outre, 2 tiger-kidnappings ont été organisés à partir d’un autre arrondissement mais avaient pour cibles des agences bancaires de

In 2006 gebeurden reeds 16 tiger-kidnappings in Belgie¨, waarvan zes in Charleroi : vier geslaagde en twee pogingen. Daarnaast werden twee tigerkidnappings vanuit een ander arrondissement geregisseerd, maar hadden als doelwit bankfilialen in het


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24349

l’arrondissement de Charleroi. Le parquet et la police de Charleroi entendent réagir vigoureusement, comme ils avaient déclaré, il y a cinq ans déjà, la guerre au phénomène du carjacking.

arrondissement Charleroi. Het parket en de politie in Charleroi willen een krachtig antwoord bieden, zoals vijf jaar geleden reeds de strijd werd aangebonden met het fenomeen van de carjackings.

Le directeur judiciaire Jean-Pierre Doraene et le procureur De Valkeneer ont annoncé la préparation d’un plan d’action pour lutter résolument contre le phénomène des tiger-kidnappings.

Gerechtelijk directeur Jean-Pierre Doraene heeft samen met procureur De Valkeneer aangekondigd dat zij een actieplan uitwerkten om ook het fenomeen van de tiger-kidnappings ernstig aan te pakken.

Le plan d’action a été baptisé « Charles Quint » « Karel de vijfde » et vise à lutter contre les tigerkidnappings mais aussi contre les formes de criminalités dont les principales victimes sont les personnes aˆgées et les petits commerçants. Les lignes de force du plan ne seront publiées que dans quelques semaines, après une concertation avec tous les acteurs concernés. Les arrondissements voisins de Nivelles, de Dinant et de Namur collaboreront au plan d’action.

Het actieplan kreeg de naam « Charles Quint » « Karel de vijfde » en heeft als doelwit, naast de bestrijding van tiger-kindnappings, ook de aanpak van die vormen van criminaliteit waarvan hoofdzakelijk bejaarden en kleine handelaars het slachtoffer zijn. De krachtlijnen van het plan zullen pas binnen enkele weken bekend gemaakt worden, na overleg met alle betrokkenen. De naburige arrondissementen Nijvel, Dinant en Namen zullen meewerken aan het actieplan.

Les chiffres de 2005 montrent cependant que quatre attaques sur les 21 ont été perpétrées dans les arrondissements de Termonde et de Hasselt. Dans l’arrondissement de Liège, trois attaques ont été couronnées de succès et une s’est soldée par un échec.

Uit de cijfers voor 2005 blijkt echter dat, van de 21 voltooide overvallen, er zich vier voordeden in de arrondissementen Dendermonde en Hasselt. In het arrondissement Luik vonden drie voltooide overvallen plaats, naast één poging.

Le plan d’action « Charles Quint » peut-il être étendu de manière à permettre l’élaboration d’un scénario général qui puisse ultérieurement être mis en œuvre dans tous les arrondissements ?

Kan het actieplan « Karel de vijfde » worden uitgebreid, zodat een algemeen scenario kan worden uitgewerkt dat vervolgens toepassing zal kunnen vinden in alle arrondissementen ?

DO 2005200607905

DO 2005200607905

Question no 1010 de M. Alfons Borginon du 28 avril 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1010 van de heer Alfons Borginon van 28 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Introduction de la surveillance électronique comme peine autonome.

Invoering van « Elektronisch Toezicht » als autonome straf.

L’accord gouvernemental prévoyait l’instauration de la surveillance électronique (SE) comme peine autonome, mais la mise en œuvre de cette décision a été retardée par une étude de l’Institut national de criminalistique et de criminologie (INCC). Une nouvelle étude vient d’être commandée auprès de l’UCL-VUB.

Het regeerakkoord stelt de invoering in het vooruitzicht van « Elektronisch Toezicht » (ET) als autonome straf. Deze liep vertraging op door een studie bij het Nationaal Instituut voor criminalistiek en criminologie (NICC) en nu werd nogmaals een studie besteld bij de UCL-VUB.

L’INCC a du reste indiqué dans son étude que l’instauration de la SE comme peine autonome pourrait avoir pour effet que les courtes peines de prison de six mois, qui ne sont pas exécutées pour l’instant, le seraient dans le cadre de la SE comme peine autonome.

Het NICC meldde overigens in zijn studie dat ET als autonome straf er wel voor zou kunnen zorgen dat korte gevangenisstraffen van zes maanden, die momenteel niet uitgevoerd worden, met ET als autonome straf wel zouden gesanctioneerd worden.

1. Quelles lois convient-il d’aménager à cette fin ?

1. Welke wetten moeten hiertoe nog aangepast worden ?

2. Du personnel supplémentaire devra-t-il être recruté pour le service SE ?

2. Moet hiervoor nog extra personeel bijkomen op de dienst ET ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24350

3. Faudra-t-il augmenter le budget des moyens de fonctionnement du service SE ?

3. Moet hiervoor het budget aan werkingsmiddelen van de dienst ET verhoogd worden ?

DO 2005200607909

DO 2005200607909

Question no 1011 de M. Guy D’haeseleer du 28 avril 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1011 van de heer Guy D’haeseleer van 28 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Examens linguistiques destinés au personnel du greffe de Bruxelles.

Taalexamens voor het griffiepersoneel te Brussel.

Le SPF Justice organise des examens spécifiques pour pourvoir aux places vacantes d’employé administratif. Ces examens, annoncés au Moniteur belge, permettent d’être nommé agent statutaire en cas de réussite. Les annonces d’emplois vacants sont également publiées au Moniteur belge.

Voor een betrekking als administratief bediende bij de FOD Justitie, organiseert deze specifieke examens. Deze examens worden bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Indien men slaagt in een dergelijk examen, kan men statutair benoemd worden. Openstaande vacatures worden eveneens gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Or, conformément aux dispositions des articles 53 et 54bis de la loi du 15 juin 1935 concernant l’emploi des langues en matière judiciaire, la connaissance du néerlandais et du français est exigée pour les candidats qui se présentent à un poste vacant dans certains greffes des tribunaux de Bruxelles.

De kennis van het Nederlands en van het Frans is echter vereist van de kandidaten voor een vacante plaats in bepaalde griffies van de gerechten te Brussel. Dit is overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 53 en 54bis van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.

Les derniers examens linguistiques organisés par le SPF Justice ont cependant eu lieu en novembre 2004. Depuis lors, le Selor serait chargé des examens linguistiques pour la Justice. Ce service attend cependant toujours la nouvelle « réglementation » en la matière et aucun examen linguistique n’est organisé pour la Justice.

Deze taalexamens werden echter voor de laatste keer georganiseerd door FOD Justitie in november 2004. Sindsdien zou Selor instaan voor het taalexamen voor Justitie. Bij deze dienst wacht men echter nog steeds op de nieuwe « reglementering » hieromtrent en worden er geen taalexamens voor Justitie georganiseerd.

Par conséquent, un candidat qui a réussi un examen d’employé à la Justice et a déjà réussi trois examens linguistiques au Selor (mais pas spécifiquement celui pour la Justice) ne peut être pris en considération pour une nomination statutaire parce qu’il ne peut justifier de la participation à un examen linguistique pour la Justice. Il est cependant impossible de respecter cette exigence puisqu’on n’organise plus d’examens linguistiques spécifiques pour la Justice depuis un certain temps. Alors qu’on se plaint sans cesse du manque de personnel bilingue, de nombreux membres du personnel n’ont pas l’occasion de répondre à ce critère étant donné qu’ils ne sont pas en mesure de produire la « bonne » attestation de bilinguisme. Cette situation dure déjà depuis des mois.

Bijgevolg kan iemand die geslaagd is voor een examen van bediende bij Justitie en reeds voor drie taalexamens bij Selor is geslaagd (maar niet specifiek Justitie), niet in aanmerking komen voor een statutaire benoeming omdat hij geen taalexamen Justitie kan voorleggen. Dit is echter onmogelijk, want specifieke taalexamens voor Justitie worden reeds enige tijd niet meer georganiseerd. Steevast wordt erover geklaagd dat er te weinig tweetalig personeel is, maar op deze manier krijgen veel personeelsleden de kans niet omdat zij zogezegd het « juiste » bewijs van tweetaligheid niet kunnen voorleggen. Deze situatie is nu reeds maanden aan de gang.

1. Quelle est la raison de cet état de fait ?

1. Wat is de oorzaak van deze situatie ?

2. a) Quand mettra-t-on fin à cette situation ?

2. a) Wanneer wordt er aan deze situatie een einde gesteld ?

b) Quelles mesures envisagez-vous de prendre et dans quels délais allez-vous les mettre en œuvre ?

b) Welke maatregelen overweegt u te nemen en binnen welke termijn ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24351

3. Le personnel du greffe, qui fait partie de l’Ordre judiciaire, ne peut semble-t-il pas participer à des mesures de compétences, ce qui l’empêche de bénéficier d’une prime annuelle.

3. Naar verluidt kan het griffiepersoneel, rechterlijke orde, niet deelnemen aan competentiemetingen waardoor ze een jaarlijkse premie mislopen.

a) Quelle est la raison de ce règlement ?

a) Wat is de oorzaak van deze regeling ?

b) Comment entend-on remédier à cette situation ?

b) Hoe zal hieraan geremedieerd worden ?

DO 2005200607911

DO 2005200607911

Question no 1012 de Mme Annemie Turtelboom du 28 avril 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1012 van mevrouw Annemie Turtelboom van 28 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Consommation de drogues. — Effets mortels.

Drugsgebruik. — Dodelijke effecten.

Les questions suivantes se posent en ce qui concerne la consommation de drogues.

Betreffende het drugsgebruik rijzen volgende vragen.

1. a) Combien de décès ont-ils été enregistrés en Belgique à la suite de la consommation de drogue dans les années 2002, 2003, 2004 et 2005, ventilés par type de drogue ?

1. a) Hoeveel doden zijn er in Belgie¨ gevallen naar aanleiding van drugsgebruik voor de jaren 2002, 2003, 2004 en 2005 uitgesplitst per « drug » ?

b) Pouvez-vous donner un aperçu du nombre de décès par an et par drogue, à la suite d’une overdose d’alcool, d’héroı¨ne, de cocaı¨ne, de crack, d’ecstasy et de cannabis ?

b) Kan u een overzicht geven per drug van het aantal doden per jaar naar aanleiding van een overdosis alcohol, heroı¨ne, cocaı¨ne crack, XTC en cannabis ?

2. Disposez-vous également, pour les années 2002, 2003, 2004 et 2005, de données relatives à la nature des « drogues » sous l’influence desquelles des meurtres ou homicides ont été commis, ventilées selon qu’il s’agisse d’alcool, d’héroı¨ne, de cocaı¨ne, de crack, d’ecstasy et de cannabis ?

2. Heeft u ook gegevens over de aard van de « drugs » onder de invloed waarvan moorden of doodslag gebeurden ten aanzien van derden, uitgesplitst voor alcohol, heroı¨ne, cocaı¨ne, crack, XTC en cannabis voor de jaren 2002, 2003, 2004 en 2005 ?

DO 2005200607922

DO 2005200607922

Question no 1013 de Mme Marleen Govaerts du 2 mai 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1013 van mevrouw Marleen Govaerts van 2 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Procès-verbaux établis à la suite de la saisie d’armes prohibées.

Processen-verbaal opgesteld na de inbeslagname van verboden wapens.

1. Votre administration peut-elle préciser combien de procès-verbaux ont été établis au cours des cinq dernières années dans les arrondissements de Hasselt et de Tongres à la suite de la saisie de « kirpans » ? Le kirpan, arme prohibée, est le poignard sacré de la communauté sikh.

1. Kan uw administratie meedelen hoeveel processen-verbaal er de jongste vijf jaar werden opgesteld, afzonderlijk voor de arrondissementen Hasselt en Tongeren, na de inbeslagname van het specifieke verboden wapen, namelijk de « Kirpan », de rituele dolk van de Sikh-gemeenschap ?

2. Combien de porteurs de tels poignards ont-ils été condamnés dans chacun de ces arrondissements ?

2. Hoeveel dragers van dergelijke dolken werden veroordeeld, ook per arrondissement ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24352

` combien s’élève l’amende pour ce délit et quel 3. A est le montant des amendes perçues par arrondissement ?

3. Hoeveel bedraagt de boete voor dit misdrijf en hoeveel boete werd er per arrondissement geı¨nd ?

DO 2005200607923

DO 2005200607923

Question no 1014 de M. Guido De Padt du 2 mai 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : Agences de paris. — Recours à des listes noires contenant les noms de fraudeurs et les transactions suspectes. Un groupement d’agences de paris souhaiterait établir des listes noires reprenant les noms de fraudeurs et les transactions suspectes. Les agences de paris entendent ainsi éviter les scandales liés à des paris, comme cela a été le cas récemment pour des paris sur les matches de football de la compétition belge. Ces agences de paris sont en effet aussi les victimes de ces scandales. Les agences de paris sollicitent en fait l’autorisation légale de pouvoir recourir à des listes noires. Si les bookmakers avaient l’autorisation de communiquer entre eux les données relatives à des transactions et à des parieurs suspects, ils pourraient tirer plus toˆt la sonnette d’alarme et intervenir en conséquence. En outre, les agences veulent avoir la possibilité d’annuler des paris lorsque des indices donnent à penser qu’une fraude a été commise. La loi sur les pratiques du commerce ne le permet pas actuellement puisqu’elle interdit au vendeur de rompre un contrat unilatéralement. 1. Quelle est votre position face à la demande formulée par un groupe d’agences de paris de pouvoir recourir à des listes noires ? 2. Estimez-vous que les paris doivent pouvoir être annulés par les agences en cas de soupçons de fraude ?

Vraag nr. 1014 van de heer Guido De Padt van 2 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : Gokkantoren. — Gebruik van zwarte lijsten met namen van fraudeurs en verdachte transacties. Een groep gokkantoren wil zwarte lijsten gebruiken met de namen van fraudeurs en verdachte transacties. Op die manier willen zij gokschandalen, zoals die zich in de nationale voetbalcompetitie voordoen, voorkomen. Ook de gokkantoren zijn immers het slachtoffer van het gokschandaal in de Belgische voetbalcompetitie. De gokkantoren vragen in eerste instantie de wettelijke toelating om zwarte lijsten te gebruiken. Als de bookmakers aan elkaar de namen van verdachte gokkers en transacties mogen doorspelen, zouden ze sneller alarm slaan en ingrijpen. Daarnaast willen de gokkantoren weddenschappen kunnen annuleren als ze aanwijzingen hebben van fraude. Dat kan nu niet door de wet op de handelspraktijken, die verbiedt dat verkopers een overeenkomst eenzijdig kunnen ontbinden.

3. Seriez-vous disposée, le cas échéant, à répondre aux inquiétudes de ces agences de paris dans le cadre du projet de loi modifiant la loi sur les jeux de hasard, dont vous aviez annoncé le dépoˆt pour le mois de mai 2006 ?

1. Wat is uw houding ten aanzien van de vraag van een groep gokkantoren om zwarte lijsten te mogen gebruiken ? 2. Bent u van mening dat weddenschappen geannuleerd moeten kunnen worden door de gokkantoren ingeval van aanwijzingen van fraude ? 3. Bent u desgevallend bereid om de bekommernissen van deze gokkantoren te regelen via het wetsontwerp houdende wijziging van de wet op de kansspelen, waarvan u heeft aangekondigd dat het in de loop van de maand mei 2006 zou worden neergelegd ?

DO 2005200607929

DO 2005200607929

Question no 1015 de Mme Dalila Douifi du 2 mai 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice : Femmes enceintes en détention. — Accouchements de femmes en détention. Ma question concerne les femmes enceintes en détention et qui accouchent en détention.

Vraag nr. 1015 van mevrouw Dalila Douifi van 2 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie : Gedetineerde zwangere vrouwen. — Bevallingen van gedetineerde vrouwen. Mijn vraag heeft betrekking op gedetineerde zwangere vrouwen en de bevalling van gedetineerde vrouwen.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24353

1. Quelles dispositions légales encadrent la situation des femmes enceintes en détention ?

1. Welke wettelijke bepalingen omkaderen de situatie van gedetineerde zwangere vrouwen ?

2. Quelles circonstances/infrastructures spécifiques et quel accompagnement adapté sont-ils proposés en l’occurrence dans les prisons belges ?

2. Welke bijzondere omstandigheden/infrastructuur en welke aangepaste begeleiding worden terzake in de Belgische gevangenissen aangeboden ?

3. Des accoucheuses ont-elles été désignées dans les prisons pour accompagner les femmes enceintes en détention et les préparer à leur grossesse ?

3. Zijn er vroedvrouwen aangeduid in de gevangenissen om de zwangere gedetineerden te begeleiden en voor te bereiden op hun zwangerschap ?

4. Ou` les accouchements ont-ils lieu et comment sont-ils organisés ?

4. Waar en op welke manier of onder welke organisatie gebeuren de bevallingen ?

5. Quelles mesures spécifiques sont en vigueur dans nos prisons à l’égard des enfants qui demeurent avec leur mère ?

5. Welke specifieke maatregelen bestaan er in onze gevangenissen ten opzichte van kinderen die bij hun moeder verblijven ?

6. Quels sont les droits et les devoirs du père avant, après et pendant l’accouchement ?

6. Wat zijn de rechten en de plichten van de vader, voó´r, na en tijdens de bevalling ?

7. Dispose-t-on de chiffres concernant le nombre d’accouchements qui ont eu lieu dans les prisons belges au cours des dernières années ?

7. Zijn er cijfers bekend van de voorbije jaren over het aantal gevallen terzake in onze Belgische gevangenissen ?

8. Les mères souffrant d’une dépression pré- ou postnatale bénéficient-elles d’un accompagnement psychologique ?

8. Is er psychologische begeleiding voor moeders die pre- of postnataal depressief zijn ?

9. Ces femmes bénéficient-elles d’un accompagnement professionnel d’un gynécologue ?

9. Wordt er aan deze vrouwen een professionele begeleiding gegeven door een gynaecoloog ?

10. a) Existe-t-il un congé de grossesse ou une mesure similaire pour les femmes qui travaillent ?

10. a) Is er voor vrouwen die werken een regeling voor zwangerschapsverlof of iets dergelijks ?

b) La mère et l’enfant bénéficient-ils le cas échéant aussi d’une alimentation adaptée ?

b) Krijgen moeder en kind eventueel ook aangepaste voeding ?

11. Existe-t-il des prisons spécialement équipées pour les détenues enceintes ?

11. Zijn er gevangenissen die hier bijzonder voor uitgerust zijn ?

DO 2005200607945

DO 2005200607945

Question no 1016 de M. Jef Van den Bergh du 3 mai 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1016 van de heer Jef Van den Bergh van 3 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Conduite d’un véhicule sans permis de conduire valable ou pendant des périodes de déchéance du droit de conduire.

Besturen van een voertuig zonder geldig rijbewijs of tijdens perioden van verval van het recht tot sturen.

L’article 58bis de la loi relative à la police de la circulation routière du 16 mars 1968 donne aux magistrats du parquet la possibilité d’immobiliser un véhicule lorsqu’il est constaté que des conducteurs roulent sans permis de conduire valable (par exemple à la suite d’un retrait) ou que des conducteurs déclarés déchus roulent malgré tout avec leur véhicule à moteur durant cette période de déchéance.

Artikel 58bis van de verkeerswet van 16 maart 1968 geeft aan parketmagistraten de mogelijkheid om een voertuig te immobiliseren, wanneer vastgesteld wordt dat bestuurders zonder geldig rijbewijs (bijvoorbeeld omwille van intrekking) rijden of vervallen verklaarde bestuurders tijdens deze periode van verval toch met hun motorvoertuig rijden.

En vous interrogeant à ce sujet, je souhaite vérifier l’efficacité de cette mesure sur le terrain.

Met mijn vraag wens ik de effectiviteit van de maatregel op het terrein te willen vernemen.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24354

1. Combien de cas de conduite en dépit d’un retrait du permis de conduire ou pendant une période de déchéance les services de police ont-ils soumis aux magistrats du parquet depuis l’entrée en vigueur de cet article de loi ?

1. Hoeveel vaststellingen van sturen terwijl het rijbewijs is ingetrokken of tijdens een periode van verval werden door de politiediensten aan de parketmagistraten voorgelegd sinds het van kracht worden van dit wetsartikel ?

2. Dans combien de cas les magistrats du parquet ont-ils demandé l’immobilisation temporaire du véhicule ?

2. Bij hoeveel vaststellingen werd overgegaan tot het tijdelijk immobiliseren van het voertuig ?

3. L’article 58bis de la loi relative à la police de la circulation routière n’énonce pas les conditions restrictives prévues par les articles 50 à 54 (le véhicule doit être la propriété du conducteur et être à sa disposition exclusive, etc.).

3. In artikel 58bis van de verkeerswet werden de beperkende voorwaarden van de artikelen 50 tot 54 (het voertuig moet de eigendom van de bestuurder zijn, en hem alleen ter beschikking staan, enzovoort) niet opgenomen.

Cela signifie-t-il qu’en réalité, les magistrats du parquet prononcent également des immobilisations temporaires sans tenir compte de ces conditions restrictives ?

Betekent zulks dat de parketmagistraten in werkelijkheid ook beslissen tot tijdelijke immobilisering zonder rekening te houden met die beperkende voorwaarden ?

4. Quiconque est condamné à une déchéance du droit de conduire doit remettre son permis de conduire au greffe.

4. Wie veroordeeld wordt tot verval van het recht tot sturen moet zijn rijbewijs bij de griffie binnenleveren.

a) Combien de personnes condamnées ne remettent pas leur permis de conduire au greffe ?

a) Kan u cijfers geven van veroordeelden die hun rijbewijs niet inleveren bij de griffie ?

b) Comment rendre la mesure contraignante puisque la loi relative à la police de la circulation routière ne prévoit aucune sanction si l’intéressé décide de ne pas remettre son permis au greffe ?

b) Inhoeverre is de maatregel afdwingbaar, vermits er geen enkele sanctie is bepaald in de verkeerswet indien de betrokkene dit niet doet ?

DO 2005200607955

DO 2005200607955

Question no 1017 de M. Bart Laeremans du 3 mai 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1017 van de heer Bart Laeremans van 3 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Arrondissement de Bruxelles. — Hold-up.

Arrondissement Brussel. — Hold-ups.

Selon le journal « De Morgen » du 25 mars 2006, on dénombre déjà 121 hold-up dans l’arrondissement de Bruxelles depuis le début de l’année. Une grande partie de ces hold-up auraient été commis par des adolescents, qui n’hésitent manifestement pas à se servir d’armes à feu. L’aˆge moyen des auteurs serait de 16 ans à peine.

In de krant De Morgen van 25 maart 2006 wordt gesteld dat er sinds de jaarwisseling reeds 121 hold-ups werden geteld in het arrondissement Brussel. Heel wat van deze hold-ups zouden door tieners gepleegd zijn, die er blijkbaar niet voor terug schrikken om vuurwapens te hanteren. De gemiddelde leeftijd van de daders zou amper 16 jaar oud zijn.

1. a) Pourriez-vous expliquer comment on aboutit à ce chiffre de 121 hold-up ?

1. a) Kan u meedelen op welke wijze men aan de berekening van 121 hold-ups komt ?

b) S’agit-il de l’ensemble des hold-up commis depuis le 1er janvier 2006 ou uniquement de ceux commis par des jeunes ?

b) Gaat dit om alle hold-ups die sinds 1 januari 2006 gepleegd werden of enkel deze die door jongeren gepleegd werden ?

2. Pourriez-vous indiquer combien de ces hold-up ont été commis au cours des mois de janvier, février, mars et avril 2006 ?

2. Kan u voor de maanden januari, februari, maart en april 2006 weergeven hoeveel van deze hold-ups gepleegd werden ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24355

3. Disposez-vous de chiffres analogues pour les années 2005, 2004, 2003 et 2002 ?

3. Beschikt u over gelijkaardige cijfers voor de jaren 2005, 2004, 2003 en 2002 ?

4. Pourriez-vous préciser dans combien de ces holdup les auteurs ont été appréhendés ?

4. Kan u meedelen in hoeveel van deze overvallen er daders werden aangehouden ?

5. a) Pourriez-vous indiquer combien de jeunes auteurs sont actuellement internés dans des centres spéciaux pour jeunes ?

5. a) Kan u meedelen hoeveel jonge daders er momenteel zijn opgesloten in bijzondere jeugdinstellingen ?

b) A-t-on déjà libéré des auteurs de hold-up ?

b) Zijn er reeds daders vrijgelaten ?

c) A-t-on procédé à un dessaisissement dans certains dossiers ?

c) Zijn er dossiers waar er werd overgegaan tot de uithandengeving ?


Vice-eerste minister en minister van Financie¨n

DO 2005200607920

DO 2005200607920

Question no 1259 de M. Melchior Wathelet du 2 mai 2006 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1259 van de heer Melchior Wathelet van 2 mei 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Assujettissement des concessions domaniales à la TVA.

BTW-heffing op domaniale concessies.

En réponse à la question no 1008 du 24 novembre 2005 du député Joseph Arens, vous indiquiez que la concession d’immeubles situés sur le domaine public serait exemptée de TVA à partir du 1er janvier 2006 tout en précisant que vous aviez dispensé les organismes publics de procéder à une révision de déduction de la TVA relative aux investissements antérieurs à la date d’entrée en vigueur de la modification du régime (Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 112, p. 21097).

Op de vraag nr. 1008 van kamerlid Joseph Arens van 24 november 2005 antwoordde u dat in concessie gegeven onroerende goederen op het openbaar domein met ingang van 1 januari 2006 van BTW zouden worden vrijgesteld. U voegde er evenwel aan toe dat u de openbare instellingen had ontheven van de herziening van de BTW-aftrek met betrekking tot de investeringen die aan de datum van de inwerkingtreding van de wijziging van het stelsel voorafgingen (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 112, blz. 21097).

1. Sur quelle disposition légale basez-vous votre réponse à la question no 1008 du 24 novembre 2005 et qui serait entrée en vigueur le 1er janvier 2006 ?

1. Op welke wettelijke bepaling, die op 1 januari 2006 zou moeten zijn ingegaan, is uw antwoord op de vraag nr. 1008 van 24 november 2005 gestoeld ?

2. a) Quel est l’événement auquel il convient de se référer pour déterminer quels sont les investissements antérieurs au 1er janvier 2006 ?

2. a) Naar welke gebeurtenis dient te worden verwezen wanneer wordt bepaald welke investeringen voó´r 1 januari 2006 plaatsvonden ?

b) S’agit-il de dépenses, ou bien de l’inauguration d’un baˆtiment ou d’un autre événement ?

b) Gaat het daarbij om uitgaven die werden gedaan, om de ingebruikname van een gebouw of om nog een andere gebeurtenis ?

3. Pourriez-vous communiquer si la dispense de révision de déduction à laquelle vous vous référez bénéficiera également aux organismes de droit privé

3. Zal de ontheffing van de herziening van de BTW-aftrek waarnaar u verwijst ook gelden voor privaatrechtelijke instellingen die onroerende goede-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24356

disposant de la propriété d’immeubles sur le domaine public, en raison du droit de superficie dont ils disposent ? 4. a) Pourriez-vous communiquer si les organismes visés bénéficieront donc d’un droit entier à déduction de la TVA sur les investissements et en même temps n’auront pas le droit d’appliquer la TVA ? b) Ne s’agit-il pas là d’une discrimination par rapport aux entreprises concurrentes qui n’ont pas pu déduire la TVA ? 5. Quel est le motif pour lequel vous estimez que le Parlement aurait violé une directive européenne qui l’autorise à introduire dans un Code belge avec des définitions de droit belge une notion de location immobilière plus restrictive que celle adoptée par une directive communautaire ?

ren op het openbaar domein bezitten, en dit op grond van hun recht van opstal ?

DO 2005200607928

DO 2005200607928

Question no 1260 de M. Staf Neel du 2 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances : Taxe compensatoire des accises pour les voitures diesel. ` l’occasion de l’envoi de l’avis d’imposition pour A les taxes et les recouvrements realtifs aux véhicules automobiles, j’ai pu constater que la taxe compensatoire des accises pour les voitures diesel est toujours réclamée. Selon moi, cette pratique est contraire à la directive européenne au sujet de laquelle la Belgique aurait été condamnée. 1. La Belgique a-t-elle été condamnée à ce sujet ? 2. Pourquoi la Belgique ne se conforme-t-elle pas à cette condamnation ? 3. Pourquoi cette taxe est toujours perçue ?

Vraag nr. 1260 van de heer Staf Neel van 2 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n : Accijnscompenserende belasting voor dieselwagens.

4. a) Bevestigt u dat de desbetreffende instellingen een volledig recht op BTW-aftrek voor hun investeringen zullen genieten en dat ze tegelijkertijd geen BTW zullen mogen heffen ? b) Worden de concurrerende bedrijven die geen BTW hebben kunnen aftrekken daardoor niet gediscrimineerd ? 5. Waarom bent u van oordeel dat het parlement een Europese richtlijn zou hebben geschonden die het mogelijk maakt om in een Belgisch Wetboek, dat definities van Belgisch recht bevat, het begrip « onroerende verhuur » strikter te interpreteren dan in een EUrichtlijn ?

Naar aanleiding van de toezending van het formulier der belastingen en invorderingen op auto’s, stelde ik vast dat nog steeds de accijnscompenserende belasting voor dieselwagens wordt aangerekend. Dit is volgens mij in strijd met de Europese richtlijn waarvoor Belgie¨ zou veroordeeld zijn.

4. Quand cette taxe sera-t-elle supprimée ? 5. Quelles sanctions seront-elles infligées en cas de non-paiement de cette taxe ?

1. Werd Belgie¨ hiervoor veroordeeld ? 2. Waarom legt men de veroordeling naast zich neer ? 3. Hoe komt het dat deze belasting nog steeds wordt geheven ? 4. Hoe lang zal dit nog duren ? 5. Wat zijn de sancties wanneer deze belasting niet betaald wordt ?

DO 2005200607938

DO 2005200607938

Question no 1265 de M. Melchior Wathelet du 3 mai 2006 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances : TVA. — Limitation de la déduction de la TVA sur les voitures. Votre administration peut-elle communiquer quelle était la disposition légale antérieure au 1er janvier 1978

Vraag nr. 1265 van de heer Melchior Wathelet van 3 mei 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n : BTW. — Beperking van de aftrek van de BTW op voertuigen. Kan uw administratie meedelen op grond van welke wettelijke bepaling van voó´r 1 januari 1978 de


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24357

selon laquelle les termes « véhicules destinés à être vendus ou être donnés en location par un assujetti dont l’activité professionnelle consiste en la vente ou la location de voitures automobiles » portaient exclusivement sur les véhicules soit revendus par des garagistes soit donnés en location par des entreprises spécialisées qui disposent d’une infrastructure pour offrir ce service à un public très large ?

bewoordingen « voertuigen bestemd om te worden verkocht of te worden verhuurd door een belastingplichtige die een beroepsactiviteit uitoefent die bestaat in de verkoop of de verhuur van autovoertuigen » uitsluitend betrekking hadden op voertuigen die hetzij werden verkocht door een garagehouder, hetzij werden verhuurd door gespecialiseerde bedrijven die over de nodige infrastructuur beschikken om die dienst aan een zeer ruim publiek aan te bieden ?

DO 2005200607954

DO 2005200607954

Question no 1273 de M. Dirk Van der Maelen du 3 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1273 van de heer Dirk Van der Maelen van 3 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Impoˆts sur les revenus. — Exonération de précompte immobilier. — Chambres d’étudiant.

Inkomstenbelastingen. — Vrijstelling van onroerende voorheffing. — Studentenkamers.

L’article 253, 1o CIR 1992 prévoit qu’est exonéré du précompte immobilier, le revenu cadastral des biens immobiliers mentionnés à l’article 12, § 1er CIR 1992. En d’autres termes, il doit s’agir de biens immobiliers qu’un contribuable a affectés sans but de lucre à l’exercice public d’un culte ou de l’assistance morale laı¨que, à l’enseignement, à l’installation d’hoˆpitaux, de cliniques, de dispensaires, de maisons de repos, de homes de vacances pour enfants ou personnes pensionnées, ou d’autres œuvres analogues de bienfaisance.

Artikel 253, 1o WIB 1992 stelt dat er een vrijstellling is van onroerende voorheffing voor onroerende goederen vermeld in artikel 12, § 1 WIB 1992. Het moet met andere woorden gaan om onroerende goederen die een belastingplichtige zonder winstoogmerk heeft bestemd voor het openbaar uitoefenen van een eredienst, of van de vrijzinnige morele dienstverlening, voor onderwijs, voor het vestigen van hospitalen, klinieken dispensaria, rusthuizen, vakantiehuizen voor kinderen of gepensioneerden, of van andere soortgelijke weldadigheidsinstellingen.

Dans le cadre de cette exonération de précompte immobilier pour l’affectation des biens immobiliers à l’enseignement, il a déjà été confirmé dans différentes jurisprudences que la mise en location de chambres d’étudiant par une institution dont la raison sociale est une activité d’enseignement, peut bénéficier de cette exonération (Bruxelles, 21 novembre 1989, FJF 1990, no 90/60, p. 136; Bruxelles 13 novembre 1997, Fisk. 1998, no 646, page 12). Selon ces sources de jurisprudence, l’affectation à des fins d’enseignement ne doit en aucune façon être directe. C’est ainsi qu’un pensionnat de jeunes filles exploité par des sœurs a pu bénéficier de cette exonération parce que les élèves concernées fréquentaient un établissement d’enseignement de la même congrégation.

In het kader van de vrijstelling van onroerende voorheffing voor de bestemming van onroerende goederen voor onderwijs, werd reeds in verschillende rechtspraak bevestigd dat ook de verhuur van studentenkamers door een instelling met als maatschappelijk doel een onderwijsactiviteit, van de vrijstelling kan genieten (Brussel 21 november 1989, FJF 1990, nr. 90/ 60, p. 136; Brussel 13 november 1997, Fisk. 1998, nr. 646, blz. 12). Volgens die rechtspraak diende de bestemming voor onderwijsdoeleinden geenszins rechtstreeks te zijn. Een peda die werd uitgebaat door zusters, kon vrijstelling genieten aangezien de studenten school liepen aan een onderwijsinstelling van dezelfde congregatie.

Dans le même ordre d’idées, les chambres que la « Europese Hogeschool » (école supérieure européenne, EHSAL) loue par exemple à ses étudiants devraient bénéficier d’une exonération de précompte immobilier. Mais la question se pose de savoir s’il devrait en aller de même pour des organisations comme Quartier Latin, ASBL ayant pour but, dans le cadre de l’organisation et de la gestion des prestations sociales des écoles supérieures et des universités situées sur le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale, de

In dit opzicht zouden studentenkamers die worden verhuurd door bijvoorbeeld de hogeschool EHSAL aan zijn studenten, genieten van een vrijstelling van onroerende voorheffing. De vraag rijst of dit ook geldt voor organisaties als Quartier Latin. Deze VZW heeft tot doel om, in het kader van de organisatie en het beheer van de sociale voorzieningen van de hogescholen en de universiteiten gelegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, gemeenschappelijke projecten op te zetten; uit te bouwen en te beheren inzake studenten-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24358

concevoir, de développer et de gérer des projets communs dans le domaine des logements d’étudiants à Bruxelles. Autrement dit, cette ASBL sert d’intermédiaire entre, d’une part, les écoles supérieures et les universités, et d’autre part les étudiants. Par conséquent, Quartier Latin n’a pas, dans sa raison sociale, d’affectation à des fins d’enseignement. Ce sont les divers établissements pour le compte desquels elle agit qui poursuivent cet objectif.

huisvesting in Brussel. Ze zal met andere woorden als tussenpersoon optreden tussen enerzijds de hogescholen en universiteiten en anderzijds de studenten. Quartier Latin heeft in haar maatschappelijk doel bijgevolg geen bestemming voor onderwijsdoeleinden. Het zijn de diverse instellingen waarvoor zij optreedt, die deze doelstelling hebben.

1. Votre administration pourrait-elle préciser si une ASBL comme Quartier Latin pourrait être exonérée de précompte immobilier ?

1. Kan uw administratie meedelen of een VZW als Quartier Latin kan worden vrijgesteld van onroerende voorheffing ?

2. Dans la négative, pourquoi et cela n’est-il pas constitutif d’une violation du principe constitutionnel d’égalité ?

2. Zo niet, waarom niet en houdt dit geen schending in van het grondwettelijke gelijkheidsbeginsel ?

Vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation

Vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken

Budget

Begroting

DO 2005200607774

DO 2005200607774

Question no 91 de M. Bart Laeremans du 18 avril 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 91 van de heer Bart Laeremans van 18 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken :

« E´quilibre » du budget 2005.

« Evenwicht » begroting 2005.

Pour atteindre l’équilibre budgétaire en 2005, il a fallu non seulement prendre en compte l’excédent budgétaire de la Communauté flamande pour compenser le déficit du budget fédéral, mais aussi recourir à une multitude de subterfuges.

Het blijkt dat om de begrotingen 2005 in evenwicht te krijgen, niet alleen beroep moest worden gedaan op een begrotingsoverschot van de Vlaamse Gemeenschap teneinde het tekort van de federale begroting te compenseren, maar ook op heel wat trucs.

Ainsi, le gouvernement aurait reporté un grand nombre de paiements jusqu’en 2006.

Onder meer schijnt de regering heel wat betalingen te hebben uitgesteld tot 2006.

1. Quel était le montant total des factures dues mais non encore payées au 31 décembre 2005 ?

1. Kan u meedelen hoeveel het bedrag bedroeg van de verschuldigde, maar niet betaalde rekeningen op 31 december 2005 ?

2. Quel est le montant des intérêts moratoires que Trésor a duˆ payer en 2005 ?

2. Hoeveel intrest heeft de Schatkist in 2005 moeten betalen wegens laattijdige betalingen ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24359

Protection de la consommation

Consumentenzaken

DO 2005200607346

DO 2005200607346

Question no 197 de Mme Hilde Dierickx du 23 février 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 197 van mevrouw Hilde Dierickx van 23 februari 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken :

« Branding ».

« Branding ».

Depuis des siècles, l’homme expérimente différentes formes d’embellissement corporel, les plus connues étant le tatouage et le piercing. Aujourd’hui, d’aucuns recherchent également de nouvelles techniques innovantes d’ornementation corporelle, comme le placement d’un bijou oculaire.

De mens probeert al eeuwenlang verschillende vormen van lichaamsverfaaiing uit. De meest bekende vormen zijn tatoeages en piercings. Ondertussen wordt er ook gezocht naar vernieuwende technieken van lichaamsversiering, zoals bijvoorbeeld het plaatsen van een oogjuweel.

Une autre tendance qui nous vient de l’étranger est le « branding ». Auparavant, les criminels étaient marqués au fer rouge. Les animaux étaient également pourvus d’une marque distinctive par ce procédé. Le branding constitue une forme plus sophistiquée de marquage et consiste à imprimer un motif au choix dans la peau à l’aide d’une aiguille laser à 1 200 degrés Celcius. Cette technique ne serait pas trop douloureuse mais s’accompagnerait d’une odeur particulière.

Een andere trend die uit het buitenland overgenomen wordt, is « branding ». Brandmerken werd vroeger gebruikt om misdadigers te merken met een gloeiend ijzeren voorwerp. Ook dieren werden op deze wijze van een kenmerk voorzien. Branding is een meer gesofistikeerde vorm van brandmerken en werkt op basis van een lasernaald die bij 1 200 graden celcius een motief naar keuze in de huid brandt. Naar verluidt zou branding niet zo pijnlijk zijn, maar wel een speciale geur met zich meebrengen.

La question se pose de savoir si la législation belge autorise le branding. En effet, il n’y est question que de tatouages et de piercings mais aucune disposition ne prévoit le branding. Comme pour le tatouage, il importe que le branding puisse également s’effectuer dans des conditions appropriées pour réduire au minimum les risques sanitaires.

Het is wel niet duidelijk of de Belgische wetgeving branding toelaat. De Belgische wetgeving spreekt immers enkel van tatoeages en piercings, maar voorziet nergens branding. Het is belangrijk dat branding, net als het plaatsen van tatoeages, ook kan gebeuren onder de juiste omstandigheden waardoor het risico op gezondheidsproblemen minimaal wordt.

1. Connaissez-vous la technique du « branding » ?

1. Kent u « branding » ?

2. Existe-t-il des règles légales protégeant le consommateur dans ce domaine ?

2. Bestaan er wettelijke regels waardoor de consument van een brandmerk beschermd wordt ?

3. a) Le « branding » est-il autorisé par la législation belge ?

3. a) Is « branding » toegelaten volgens de Belgische wet ?

b) Envisagez-vous de prendre des initiatives légales ?

b) Overweegt u om wettelijk initiatieven te nemen ?

DO 2005200607932

DO 2005200607932

Question no 199 de M. Dirk Claes du 2 mai 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 199 van de heer Dirk Claes van 2 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken :

Normes de qualité pour les bicyclettes. — Controˆle. ` l’automne 2005, le ministre a déclaré qu’au prinA temps, un certain nombre de bicyclettes avaient été

Kwaliteitsnormen voor fietsen. — Onderzoek.


2005

In het najaar van 2005 stelde de minister dat er in het voorjaar een aantal controles zijn geweest op de 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24360

soumises à un controˆle de qualité. Quelques échantillons représentatifs ont été choisis à cet effet chez des producteurs de bicyclettes et envoyés à un laboratoire qualifié aux Pays-Bas. Les résultats devaient être connus en novembre 2005. Vous avez en outre annoncé, pour la deuxième fois, que les parlementaires ` ce jour, seraient les premiers avertis des résultats. A aucun résultat ne m’est cependant parvenu.

kwaliteit van fietsen. Hiervoor werden een aantal representatieve stalen genomen bij de producenten van fietsen en verzonden naar een gekwalificeerd labo in Nederland. De resultaten zouden gekend zijn in november 2005. Eveneens verkondige u, voor een tweede maal, dat u de parlementsleden als eerste zou inlichten over de resultaten. Doch heb ik tot op heden nog geen resultaten mogen ontvangen.

1. Quels sont les résultats des controˆles réalisés dans le laboratoire néerlandais ?

1. Wat zijn de resultaten van de onderzoeken in het Nederlandse labo ?

2. A-t-on constaté à cette occasion des manquements aux bicyclettes analysées ?

2. Werden er daarbij gebreken vastgesteld aan de geanalyseerde fietsen ?

3. Combien d’infractions ont-elles été constatées ?

3. Hoeveel overtredingen zijn er daarbij vastgesteld ?

4. Des bicyclettes ont-elles été retirées du commerce et a-t-on, le cas échéant, dressé procès-verbal ?

4. Werden er fietsen uit de handel genomen en eventueel processes-verbaal opgesteld ?

5. Pourquoi ces données n’ont-elles pas encore été transmises, ainsi que le ministre l’avait annoncé le 15 mars 2005 et le 18 octobre 2005 ?

5. Waarom werden deze gegevens niet eerder doorgegeven, zoals aangekondigd door de minister op 15 maart 2005 en 18 oktober 2005 ?

6. a) Le gouvernement fédéral a-t-il déjà progressé sur le plan de l’élaboration du règlement technique auquel doit satisfaire une bicyclette ?

6. a) Is er reeds vooruitgang geboekt door de federale regering omtrent het technisch reglement waaraan een fiets moet voldoen ?

b) Une concertation a-t-elle déjà eu lieu à ce sujet avec l’autre ministre responsable ?

b) Is hierover reeds het nodige overleg gepleegd met de andere verantwoordelijke minister ?

Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur

Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

DO 2005200607917

DO 2005200607917

Question no 999 de M. Melchior Wathelet du 2 mai 2006 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 999 van de heer Melchior Wathelet van 2 mei 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Zones de police de la Région de Bruxelles-Capitale. — Cadres opérationnels.

Politiezones van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. — Operationele kaders.

Il me revient que certains mandataires communaux bruxellois se plaignent du fait que les cadres opérationnels des zones de police dans lesquelles leurs communes sont situées sont incomplets.

Naar verluidt beklagen een aantal Brusselse gemeentemandatarissen zich over het feit dat de operationele kaders van de politiezones waaronder hun gemeenten vallen, onderbezet zijn.

1. Quel est le nombre d’équivalents temps pleins fixé par le conseil de police pour le cadre opérationnel de chaque zone de police bruxelloise ?

1. Hoeveel voltijdse equivalenten (zoals vastgelegd door de politieraad) telt het operationeel kader van elk van de Brusselse politiezones ?

2. Le cadre opérationnel propre à chaque zone est-il complet ?

2. Is het operationeel kader van elke politiezone volledig bezet ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24361

3. Si oui, combien de policiers fédéraux détachés et de policiers stagiaires composent le cadre opérationnel ? 4. Si non, combien d’équivalents temps manquent au cadre opérationnel pour qu’il soit complet ?

3. Zo ja, hoeveel gedetacheerde federale en stagedoende politieagenten telt het operationeel kader ?

DO 2005200607955

DO 2005200607955

Question no 1000 de M. Bart Laeremans du 3 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Arrondissement de Bruxelles. — Hold-up. Selon le journal « De Morgen » du 25 mars 2006, on dénombre déjà 121 hold-up dans l’arrondissement de Bruxelles depuis le début de l’année. Une grande partie de ces hold-up auraient été commis par des adolescents, qui n’hésitent manifestement pas à se servir d’armes à feu. L’aˆge moyen des auteurs serait de 16 ans à peine. 1. a) Pourriez-vous expliquer comment on aboutit à ce chiffre de 121 hold-up ? b) S’agit-il de l’ensemble des hold-up commis depuis le 1er janvier 2006 ou uniquement de ceux commis par des jeunes ? 2. Pourriez-vous indiquer combien de ces hold-up ont été commis au cours des mois de janvier, février, mars et avril 2006 ? 3. Disposez-vous de chiffres analogues pour les années 2005, 2004, 2003 et 2002 ? 4. Pourriez-vous préciser dans combien de ces holdup les auteurs ont été appréhendés ? 5. a) Pourriez-vous indiquer combien de jeunes auteurs sont actuellement internés dans des centres spéciaux pour jeunes ? b) A-t-on déjà libéré des auteurs de hold-up ? c) A-t-on procédé à un dessaisissement dans certains dossiers ?

Vraag nr. 1000 van de heer Bart Laeremans van 3 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Arrondissement Brussel. — Hold-ups. In de krant De Morgen van 25 maart 2006 wordt gesteld dat er sinds de jaarwisseling reeds 121 hold-ups werden geteld in het arrondissement Brussel. Heel wat van deze hold-ups zouden door tieners gepleegd zijn, die er blijkbaar niet voor terug schrikken om vuurwapens te hanteren. De gemiddelde leeftijd van de daders zou amper 16 jaar oud zijn. 1. a) Kan u meedelen op welke wijze men aan de berekening van 121 hold-ups komt ? b) Gaat dit om alle hold-ups die sinds 1 januari 2006 gepleegd werden of enkel deze die door jongeren gepleegd werden ? 2. Kan u voor de maanden januari, februari, maart en april 2006 weergeven hoeveel van deze hold-ups gepleegd werden ? 3. Beschikt u over gelijkaardige cijfers voor de jaren 2005, 2004, 2003 en 2002 ? 4. Kan u meedelen in hoeveel van deze overvallen er daders werden aangehouden ? 5. a) Kan u meedelen hoeveel jonge daders er momenteel zijn opgesloten in bijzondere jeugdinstellingen ? b) Zijn er reeds daders vrijgelaten ? c) Zijn er dossiers waar er werd overgegaan tot de uithandengeving ?

DO 2005200607957

DO 2005200607957

Question no 1001 de M. Bart Laeremans du 3 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Fehriye Erdal. — Assignation à résidence dans un lieu tenu secret. — Couˆt. Après sa libération provisoire en 2000, Mme Fehriye Erdal a été assignée à résidence dans un lieu tenu secret.

Vraag nr. 1001 van de heer Bart Laeremans van 3 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Erdal. — Vaste geheime verblijfplaats. — Onkosten.


2005

4. Zo neen, hoeveel voltijds equivalenten ontbreken om het operationeel kader te vervolledigen ?

Nadat Fehriye Erdal in 2000 voorlopig werd vrijgelaten, werd haar een vaste geheime verblijfplaats toegewezen. 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24362

1. Quels ont été les couˆts inhérents à cette décision ?

1. Wat zijn de onkosten geweest die hiermee gepaard gingen ?

2. a) Mme Erdal recevait-elle une sorte d’indemnité de logement ?

2. a) Kreeg mevrouw Erdal een soort huisvestingsvergoeding ?

b) Bénéficiait-elle d’un revenu d’intégration ?

b) Kreeg zij een leefloon ?

c) Bénéficiait-elle d’autres défraiements ?

c) Kreeg zij andere onkostenvergoedingen ?

3. Pouvez-vous fournir un aperçu des montants qui ont été alloués annuellement pour chacune de ces catégories et, le cas échéant, à titre d’autres indemnités ?

3. Kan voor elk van deze categoriee¨n en voor eventuele andere uitkeringen per jaar een overzicht worden gegeven ?

Ministre des Affaires étrangères

Minister van Buitenlandse Zaken

DO 2005200607910

DO 2005200607910

Question no 346 de Mme Inga Verhaert du 28 avril 2006 (N.) au ministre des Affaires étrangères :

Vraag nr. 346 van mevrouw Inga Verhaert van 28 april 2006 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :

Départ forcé de l’UNHCR d’Ouzbékistan.

Gedwongen vertrek van UNHCR uit Oezbekistan.

Le gouvernement ouzbek a annoncé que l’organisation des réfugiés au sein de l’ONU, l’UNHCR (Haut Commissariat des Nations unies pour les réfugiés), disposait d’un délai d’un mois pour quitter le pays. Les autorités d’Ouzbékistan accusent l’UNHCR de protéger des criminels et des terroristes. L’organisation de l’ONU s’oppose en effet au refoulement de demandeurs d’asile ouzbeks par la Kirghizie voisine parce qu’un renvoi dans leur pays les exposerait à un réel danger.

De regering van Oezbekistan heeft bekendgemaakt dat de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR (Hoog VN-Commissariaat voor vluchtelingen) een maand de tijd heeft om het land te verlaten. De Oezbeekse overheid beschuldigt UNHCR ervan misdadigers en terroristen te beschermen, omdat de VN-organisatie zich verzet tegen de uitwijzing van Oezbeekse asielzoekers door buurland Kirgizie¨, omdat deze mensen gevaar lopen als ze zouden worden teruggestuurd.

En novembre 2005, vous avez déclaré, en ce qui concerne les droits des réfugiés ouzbeks en Kirghizie, que les ministres des Affaires étrangères de l’UE évaluaient la situation en Ouzbékistan au cours des réunions mensuelles du Conseil Affaires générales et relations extérieures. Vous avez également affirmé que l’Union européenne maintenait la pression sur les autorités ouzbeks (Question no 265 du 4 octobre 2005, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 110, p. 20634).

In november 2005 zei u in verband met de rechten van de Oezbeekse vluchtelingen in Kirgizie¨ dat de EUministers van Buitenlandse Zaken de situatie in Oezbekistan maandelijks evalueren tijdens de Raden Algemene Zaken en Externe Betrekkingen. U deelde ook mee dat de EU reeds de nodige druk uitoefent op de Oezbeekse autoriteiten (Vraag nr. 265 van 4 oktober 2005, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 110, blz. 20634).

1. Quelle est la position de la Begique face au départ forcé de l’UNHCR d’Ouzbékistan ?

1. Wat is de houding van Belgie¨ over het gedwongen vertrek van UNHCR uit Oezbekistan ?

2. a) Les ministres des Affaires étrangères de l’UE envisagent-ils de renforcer la pression exercée sur les autorités ouzbeks à l’occasion de cet événement ?

2. a) Overwegen de EU-ministers van Buitenlandse Zaken om de druk op de Oezbeekse autoriteiten naar aanleiding van deze gebeurtenis te verhogen ?

b) Dans l’affirmative, de quelle manière ?

b) Zo ja, op welke wijze ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24363

DO 2005200607948

DO 2005200607948

Question no 348 de M. Francis Van den Eynde du 3 mai 2006 (N.) au ministre des Affaires étrangères :

Vraag nr. 348 van de heer Francis Van den Eynde van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :

Turquie. — Agitation au sein de la population kurde dans les villes.

Turkije. — Koerdische onrust in de steden.

L’agitation qui régnait au sein de la communauté kurde dans les campagnes et les montagnes turques semble s’être déplacée vers les grandes villes.

Blijkbaar is de onrust onder de Koerden in Turkije van het platteland en de bergen naar de grote steden verplaatst.

Début avril 2006, huit personnes ont trouvé la mort et l’escalade menace.

Begin april 2006 vielen er acht doden en een verdere escalatie dreigt.

Quelle est votre position à ce sujet, notamment dans l’optique de l’éventuelle adhésion de la Turquie à l’Union européenne ?

Wat is uw standpunt hieromtrent en meer bepaald ten overstaan van de toetreding van Turkije tot de Europese Unie ?

Ministre de la Défense

Minister van Landsverdediging

DO 2005200607900

DO 2005200607900

Question no 386 de Mme Hilde Vautmans du 27 avril 2006 (N.) au ministre de la Défense :

Vraag nr. 386 van mevrouw Hilde Vautmans van 27 april 2006 (N.) aan de minister van Landsverdediging :

Utilisation d’installations militaires. — Concessions permanentes et temporaires.

Gebruik van militaire installaties. — Permanente en tijdelijke concessies.

Dans votre réponse à une question orale sur la convention de concession pour l’aéroport de Brustem, vous évoquez l’existence d’un inventaire complet, actualisé annuellement, avec la liste de toutes les concessions permanentes et temporaires accordées pour l’utilisation d’infrastructures militaires par les organisateurs civils d’activités sportives, culturelles, sociales ou autres (question orale no 11280 du 19 avril 2006 de Mme Vautmans, Compte rendu intégral, Chambre, 2005-2006, commission de la Défense nationale, 19 avril 2006, COM 921, p. 5).

In antwoord op een vraag over de concessieovereenkomst voor het vliegveld van Brustem verwees u naar een jaarlijks aangepaste inventaris met alle permanente en tijdelijke concessies voor het gebruik van militaire installaties door civiele organisaties voor sportieve, culturele of sociale activiteiten (mondelinge vraag nr. 11280 van volksvertegenwoordiger Vautmans van 19 april 2006, Integraal Verslag, Kamer, 2005-2006, commissie voor de Landsverdediging, 19 april 2006, COM 921, blz. 5).

Cette initiative s’inscrit, selon le Plan directeur de la Défense et le Plan stratégique pour la modernisation des Forces armées, dans le cadre de la recherche d’une synergie maximale entre le militaire et le civil d’une part, et d’une ouverture maximale de tous les terrains et équipements disponibles de l’autre.

Dit kadert volgens het Stuurplan en het Strategisch Plan voor de Modernisering van de Krijgsmacht in de maximale synergie tussen het leger en de burgermaatschappij, alsook in het maximaal openstellen van alle beschikbare terreinen en faciliteiten.

On ne peut qu’encourager de tels engagements. Il faudrait même envisager de les renforcer encore, afin de rapprocher davantage les Forces armées de la population.

Dergelijke engagementen kunnen enkel aangemoedigd worden. Om de Krijgsmacht nog dichter bij de bevolking te brengen, dient overwogen te worden of deze engagementen niet nog uitgebreid kunnen worden.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24364

Pouvez-vous fournir une liste actualisée de toutes les concessions permanentes et temporaires accordées pour l’utilisation d’infrastructures militaires sur l’ensemble du territoire ?

Kan u een actueel overzicht geven van alle toegekende permanente en tijdelijke concessies voor het gebruik van militaire installaties over het gehele grondgebied ?

Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique

Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid

Ećonomie

Economie

DO 2005200607934

DO 2005200607934

Question no 451 de Mme Trees Pieters du 3 mai 2006 (N.) au ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 451 van mevrouw Trees Pieters van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Double assurance omnium pour un même risque. — Déplacements de service de fonctionnaires fédéraux. — Récupération partielle de primes. — Délais de prescription.

Dubbele omniumverzekering voor eenzelfde risico. — Dienstverplaatsingen van federale ambtenaren. — Gedeeltelijke terugvordering van premies. — Verjaringstermijnen.

Pour les déplacements de service, autres que le trajet du domicile au lieu de travail, effectués au moyen de leur véhicule personnel, de nombreux fonctionnaires fédéraux et flamands, dont les fonctionnaires du Service Public Fédéral Finances en particulier, sont couverts par une assurance « tous risques » (omnium) pour les risques et les dommages à leur propre véhicule et/ou au véhicule de leur partenaire ou de membres de leura famille proche, dont chaque numéro de plaque a été communiqué.

Tal van federale en Vlaamse ambtenaren, waaronder inzonderheid de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financie¨n zijn bij het maken van dienstverplaatsingen met persoonlijke voertuigen, andere dan woon-werkverkeer, in omnium gedekt voor risico’s en schade opgelopen aan hun eigen voertuigen en/of aan die van hun partners of naaste familieleden waarvan telkens een nummerplaat werd doorgegeven.

Au moment de l’acquisition d’une nouvelle voiture surtout, les fonctionnaires concernés ou leurs partenaires et membres de la famille proche, souscrivent généralement, pendant quelques années, une deuxième assurance omnium privée, la plupart du temps conclue auprès d’une autre compagnie.

Vooral bij de aanschaffing van nieuwe personenwagens hebben de betrokken ambtenaren of hun partners en familieleden daarnaast gedurende een beperkt aantal jaren meestal persoonlijk ook nog een tweede private omniumverzekering, veelal afgesloten bij een andere maatschappij.

Dès lors, ces fonctionnaires fédéraux et flamands sont en principe assurés deux fois en omnium.

In principe zijn die federale en Vlaamse ambtenaren daardoor dubbel omnium verzekerd.

Toutefois, la couverture fournie par deux polices d’assurances omnium individuelles et globales, contractées auprès d’une même compagnie ou de compagnies différentes, n’est manifestement pas toujours parfaitement identique.

Evenwel is de dekking aangeboden door twee al dan niet bij eenzelfde maatschappij aangegane individuele en globale omniumverzekeringspolissen blijkbaar niet steeds volledig identiek.

Si certains risques sont couverts deux fois, en cas de dommage, l’indemnisation ne sera allouée qu’une fois. L’assurance omnium, en effet, est destinée à couvrir les

Indien sommige risico’s tweemaal gedekt zijn, zal in geval van schade slechts één schadevergoeding kunnen worden uitgekeerd. Een omniumverzekering is immers


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24365

dommages matériels et non à octroyer un montant fixe ou forfaitaire.

maar een verzekering tot vergoeding van materie¨le schade en geen verzekering tot uitkering van een vast of een forfaitair bedrag.

Nombre de personnes sont dès lors convaincues qu’en cas de double assurance omnium (partielle), un des contrats devrait normalement être adapté. Une double couverture omnium peut d’ailleurs signifier un risque substantiellement et constamment moins élevé et donner ainsi en principe droit à une réduction correspondante de la prime d’assurance omnium payée à titre individuel.

Het komt velen dan ook overtuigend voor dat wanneer er een (gedeeltelijke) dubbele omniumverzekering ontstaat er dan ook één verzekeringscontract normaliter zou moeten worden aangepast. Een dubbele omniumverzekering kan trouwens een aanzienlijk en blijvend verminderd risico inhouden en daardoor in beginsel recht geven op een overeenkomstige vermindering van de individueel betaalde omniumverzekeringspremie.

La situation décrite ci-dessus appelle les questions pratiques suivantes. 1. Au service de l’E´tat belge et/ou des ministres, quelles clauses spécifiques les fonctionnaires (fédéraux) sont-ils légalement, réglementairement et administrativement tenus de faire insérer en premier lieu et préalablement dans leur police d’assurance voiture individuelle pour pouvoir prétendre d’une part à une assurance omnium complémentaire pour les déplacements professionnels et d’autre part, à des indemnités kilométriques notamment pour des frais qu’ils supportent eux-mêmes (carburant, amortissement, entretien, dépannage, taxe de circulation, taxe radio et prime d’assurance obligatoire en responsabilité civile ?

Ter zake rijzen daarbij dan ook de volgende algemene praktijkvragen.

2. a) Les fonctionnaires fédéraux sont-ils tenus d’informer immédiatement (par écrit) tant l’E´tat belge que leurs propres assureurs, courtiers ou compagnies d’assurances, de l’existence d’une double assurance omnium ?

2. a) Zijn de federale ambtenaren verplicht zowel de Belgische Staat als hun eigen verzekeraars, makelaars of verzekeringsmaatschappijen onmiddellijk (schriftelijk) op de hoogte te brengen van het bestaan van een dubbele omniumverzekering ?

b) Dans l’affirmative, en vertu de quelles dispositions légales ou réglementaires ?

b) Zo ja, op grond van welke wettelijke of reglementaire bepalingen ?

3. « Chaque » déplacement de service prévu est-il systématiquement soumis à l’autorisation écrite préalable du ministre ou de son fonctionnaire local délégué, ou s’agit-il plutoˆt en l’espèce, pour des raisons pratiques, d’une autorisation ministérielle annuelle ou unique et définitive ?

3. Is « iedere » voorziene dienstverplaatsing telkens ondergeschikt aan een voorafgaandelijke schriftelijke toelating van de minister of van zijn gedelegeerde lokale ambtenaar of of gaat het hier uit pragmatische overwegingen veeleer om een jaarlijkse of om een eenmalige permanente ministerie¨le toelating ?

4. Les fonctionnaires fédéraux concernés sont-ils également totalement assurés en omnium par l’E´tat belge lorsqu’ils quittent directement leur domicile ou résidence (temporaire) et y reviennent, sans passer par leur résidence administrative et/ou y retourner ?

4. Zijn de betrokken federale ambtenaren door de Belgische Staat eveneens volledig omnium verzekerd wanneer zij rechtstreeks van hun woon- of (tijdelijk) verblijfplaats op dienstverplaatsing vertrekken en ernaar terugkeren, zonder eerst vooraf hun administratieve standplaats te vervoegen en/of er nog naar terug te komen ?

5. Un accident de voiture survenu pendant un déplacement de service est-il considéré comme un « accident de travail » ?

5. Wordt een auto-ongeval opgelopen tijdens een dienstverplaatsing als een « arbeidsongeval » aangemerkt ?

6. Quelle est l’influence éventuelle de la police d’assurance omnium, tant individuelle que globale, sur l’octroi et le calcul des indemnités kilométriques inde-

6. Welke invloed hebben zowel de individuele als de globale omniumverzekeringspolis eventueel op de toekenning en de berekening van de geı¨ndexeerde kilo-


2005

1. Welke specifieke clausules ten behoeve van de Belgische Staat en/of van de ministers zijn de (federale) ambtenaren zowel wettelijk, reglementair als administratief verplicht eerst in hun individuele autoverzekeringspolis voorafgaandelijk te laten inlassen vooraleer zij aanspraak kunnen maken en enerzijds, op een extra omniumverzekering voor beroepsverplaatsingen, en anderzijds, op kilometervergoedingen onder meer wegens zelf gedragen kosten inzake brandstof, afschrijving, onderhoud, pechverhelping, verkeersbelasting, radiotaks en verplichte verzekeringspremie burgerlijke aansprakelijkheid ?

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24366

xées visées à l’arrêté royal du 18 janvier 1965 portant réglementation générale en matière de frais de parcours ? 7. a) Dans quels délais légaux et à quelles conditions les fonctionnaires concernés qui sont effectivement assurés doublement et dans une large mesure peuvent-ils encore récupérer (partiellement) auprès de leur compagnie d’assurances l’excédent de la prime d’assurance omnium payé ? b) De quelle manière et/ou sous quelles formes doivent-ils déposer, motiver, voire étayer une telle demande de remboursement, directement ou indirectement, ou par l’entremise de leurs intermédiaires et courtiers, et éventuellement par la voie d’un courrier recommandé ? 8. Dans quels délais légaux le contrat d’assurance voiture individuel peut-il éventuellement être résilié par le preneur d’assurance fonctionnaire en cas de refus persistent de remboursement et/ou à défaut d’accord mutuel sur le montant de la nouvelle prime omnium « réduite » ? 9. Quels délais de prescription particuliers sont-ils d’application pour la récupération des primes omnium doubles (partiellement) indues mais néanmoins payées ? ` quels services de médiation et/ou instances 10. A officielles les fonctionnaires fédéraux-preneurs d’assurances peuvent-ils éventuellement s’adresser lorsque les compagnies d’assurances refusent d’effectuer en temps opportun les remboursements dus et/ou d’accepter une résiliation éventuelle ? 11. Pouvez-vous préciser, point par point, votre vision générale actualisée à la lumière des dispositions du Code civil en matière de prescription et de doctrine du paiement indu, de la loi du 25 juin 1992 sur le contrat d’assurance terrestre, de la loi du 27 mars 1995 relative à l’intermédiation en assurances et à la distribution d’assurances, ainsi que des avis et renseignements éventuellement rendus et fournis par la Commission des assurances, créée par la Commission bancaire, financière et des assurances (CBFA) ?

DO 2005200607953

8. Binnen welke rechtsgeldige termijnen kan of mag in geval van blijvende weigering van terugbetaling en/ of bij gebrek aan wederzijds akkoord over de nieuwe en « verminderde » omniumpremie het individueel autoverzekeringscontract door de verzekeringsnemerambtenaar desnoods probleemloos worden opgezegd ? 9. Welke bijzondere verjaringstermijnen gelden hier voor het terugvorderen van de (gedeeltelijk) onverschuldigde, doch betaalde dubbele omniumpremies ? 10. Bij al welke ombudsdiensten en/of officie¨le instanties kunnen de federale ambtenarenverzekeringsnemers desnoods steeds terecht wanneer de verzekeringsmaatschappijen weigeren de passende teruggaven tijdig te verlenen en/of een eventuele opzeg te aanvaarden ? 11. Kan u punt per punt uw huidige algemene zienswijze meedelen, zowel in het licht van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek inzake verjaring en inzake de leer van de onverschuldigde betaling, de wet van 25 juni 1992 op de landsverzekeringsovereenkomsten, de wet van 27 maart 1995 betreffende de verzekeringsbemiddeling en de distributie van verzekeringen, alsmede in het licht van de eventuele adviezen uitgebracht en inlichtingen verstrekt door de Commissie voor Verzekeringen, ingesteld door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA) ? DO 2005200607953

no

Question 453 de M. Dirk Van der Maelen du 3 mai 2006 (N.) au ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique : Qualité du gasoil de chauffage et du diesel routier. Il me revient que certains pompistes chauffent leur gazoil (pour en augmenter le volume) ou y ajoutent de l’eau.


metervergoedingen waarvan sprake in het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten ? 7. a) Binnen welke wettelijke termijnen en onder al welke voorwaarden kunnen de betrokken ambtenaren die effectief aanzienlijk en blijvend « dubbel » verzekerd zijn nog een (gedeeltelijke) teruggave van de teveel betaalde omniumverzekeringspremie bij hun verzekeringsmaatschappij terugvorderen ? b) Op welke wijzen en/of onder welke vormen moeten zij zo’n aanvraag tot terugbetaling al dan niet rechtstreeks of via hun tussenpersonen en makelaars en al dan niet bij een ter post aangetekende brief indienen, motiveren en zelfs staven ?

2005

Vraag nr. 453 van de heer Dirk Van der Maelen van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid : Kwaliteit van de huisbrandolie en diesel. Men heeft mij gemeld dat sommige pomphouders hun diesel verwarmen (waardoor het volume groter wordt) of aanlengen met water. 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24367

1. Pourriez-vous me faire savoir si des inspections ont démontré l’existence de telles pratiques ?

1. Kan u meedelen of uit inspecties is gebleken dat deze technieken worden toegepast ?

2. Dans l’affirmative, à combien de reprises de tels constats ont-ils été faits en 2003, 2004 et 2005 ?

2. Zo ja, hoe vaak is dit vastgesteld in 2003, 2004 en 2005 ?

Eńergie

Energie

DO 2005200607942

DO 2005200607942

Question no 176 de Mme Inga Verhaert du 3 mai 2006 (N.) au ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 176 van mevrouw Inga Verhaert van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Aide supplémentaire pour la construction d’un nouveau sarcophage à Tchernobyl.

Extra steun voor de bouw van een nieuwe sarcofaag in Tsjernobyl.

Selon diverses estimations, 9 millions de personnes ont été touchées il y a vingt ans par les rayonnements radioactifs libérés suite à l’explosion du réacteur 4 de la centrale nucléaire de Tchernobyl. Un sarcophage a été construit en toute haˆte autour du réacteur nucléaire endommagé pour contenir les rayonnements radioactifs.

Twintig jaar geleden werden naar schatting 9 miljoen mensen getroffen door radioactieve straling na de ontploffing van reactor 4 van de nucleaire centrale in Tsjernobyl. Om te vermijden dat er nog meer radioactieve straling zou vrijkomen, werd in allerijl een sarcofaag opgetrokken rond de gesmolten kernreactor.

Plusieurs rapports indiquent que la construction présente des fissures et qu’elle menace de s’effondrer. Si cela devait arriver, un grand nuage de poussières radioactives serait libéré et provoquerait une nouvelle catastrophe nucléaire. Pour éviter un tel drame, une coupole sera construite au-dessus du sarcophage. Le couˆt de ces travaux est estimé à plus d’un milliard d’euros.

Uit verschillende rapporten blijkt dat de koepel barsten vertoont en op instorten staan. Als dit zou gebeuren, komt er een grote wolk met radioactief stof vrij. Dit zou leiden tot een nieuwe nucleaire catastrofe. Om dit te vermijden zal er over de sarcofaag een koepelconstructie gebouwd worden. De kostprijs wordt geraamd op ruim 1 miljard euro.

La communauté internationale a déjà réuni une grande partie de ces fonds au sein du Chernobyl Shelter Fund, de la European Bank for Reconstruction and Development. Des moyens supplémentaires s’avèrent toutefois indispensables.

De internationale gemeenschap heeft al een groot deel van dat geld samengebracht in het Chernobyl Shelter Fund van de European Bank for Reconstruction and Development. Toch zijn er nog bijkomende middelen nodig.

Il y a un an, je vous ai déjà demandé si la Belgique était prête à fournir un effort financier supplémentaire. Vous avez répondu que vous étiez disposé à soulever la question auprès du ministre de l’Intérieur, qui est ministre de tutelle de l’Agence fédérale de controˆle nucléaire.

Een jaar geleden vroeg ik u of Belgie¨ bereid was om een extra financie¨le inspanning te leveren. U antwoordde toen dat u bereid was om de zaak aan te kaarten bij de minister van Binnenlandse Zaken die toezichthouder is van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle.

Avez-vous déjà discuté du dossier et quel a été le résultat de cet entretien avec votre collègue ?

Heeft u de zaak al besproken en wat is de utkomst van uw gesprek ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24368

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Affaires sociales

Sociale Zaken

DO 2005200607924

DO 2005200607924

Question no 470 de Mme Marleen Govaerts du 2 mai 2006 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 470 van mevrouw Marleen Govaerts van 2 mei 2006 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Ancien arrêté royal relatif à la limitation du cumul entre une pension et une allocation pour maladie professionnelle ou accident du travail. — Arrêt de la Cour de cassation.

Oud koninklijk besluit ter beperking van de cumul van een pensioen met een uitkering voor beroepsziekte of arbeidsongeval. — Uitspraak Hof van Cassatie.

Plus de 23 ans après la publication de l’arrêté royal du 13 janvier 1983 pris par le gouvernement MartensGol en exécution de l’article 42bis de la loi sur les accidents du travail du 10 avril 1971 (Moniteur belge du 20 janvier 1983), la Cour de cassation a jugé que cet arrêté était illégal.

Ruim 23 jaar nadat de regering Martens-Gol het koninklijk besluit van 13 januari 1983 uitvaardigde tot uitvoering van artikel 42bis van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 (Belgisch Staatsblad van 20 januari 1983), heeft het Hof van Cassatie geoordeeld dat dit besluit onwettig is.

L’arrêté royal en question limitait le cumul entre une pension et une allocation pour maladie professionnelle ou accident du travail. Cette mesure a touché de nombreux mineurs et ouvriers du secteur de la construction.

Het koninklijk besluit beperkte de cumul van een pensioen met een uitkering voor beroepsziekte of arbeidsongeval. Veel mijnwerkers en bouwvakkers werden door deze maatregel getroffen.

1. Combien de personnes flouées par cette mesure prise il y a plus de 23 ans sont encore en vie aujourd’hui ?

1. Hoeveel gedupeerden van deze regeringsmaatregel, ruim 23 jaar geleden, zijn nog in leven ?

2. Au cours de ces 23 années, combien de personnes flouées par cette mesure ont-elles introduit une plainte auprès du tribunal et obtenu gain de cause, de telle sorte qu’elles peuvent prétendre aujourd’hui à une intervention financière pour un accident du travail ou une maladie professionnelle ?

2. Hoeveel gedupeerden hebben in die 23 jaar een klacht ingediend bij de rechtbank en gelijk gekregen, zodat ze nu een aanspraak kunnen maken op een financie¨le tegemoetkoming voor een arbeidsongeval of een beroepsziekte ?

3. Quels sont les montants en jeu ?

3. Over welke bedragen gaat het ?

4. Quand pensez-vous procéder au remboursement des montants en question ?

4. Wanneer overweegt u deze bedragen terug te betalen ?

DO 2005200607944

DO 2005200607944

Question no 471 de M. Jo Vandeurzen du 3 mai 2006 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 471 van de heer Jo Vandeurzen van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Financement de personnes séjournant en maison de repos. — Assurance maladie.

Financiering van rustoordbewoners. — Ziekteverzekering.

1. a) Le financement de personnes séjournant en maison de repos est-il programmé dans l’assurance maladie (lits MRPA) ?

1. a) Is de financiering van rustoordbewoners in de ziekenhuisverzekering (de ROB-bedden) geprogrameerd ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24369

b) En d’autres termes, si une maison de repos est agréée par l’une des Communautés, le financement dans le cadre de l’assurance maladie est-il automatiquement garanti ?

b) Met andere woorden : indien door één van de Gemeenschappen en rustoord wordt erkend, wordt dan de financiering in de ziekteverzekering automatisch tot stand gebracht ?

2. a) Ou, par contre, le financement dans le cadre de l’assurance maladie de personnes séjournant en maison de repos est-il soumis à des conditions particulières ?

2. a) Of is de financiering via de ziekteverzekering voor rustoordbewoners geconditioneerd ?

b) Dans l’affirmative, quelles sont ces conditions ?

b) Zo ja, wat zijn dan deze voorwaarden ?

Santé publique

Volksgezondheid

DO 2005200607901

DO 2005200607901

Question no 738 de Mme Nathalie Muylle du 27 avril 2006 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 738 van mevrouw Nathalie Muylle van 27 april 2006 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Banque de données pour l’enregistrement de chevaux.

Gegevensbank voor de registratie van paarden.

no

Dans votre réponse à ma question écrite 654 du 25 janvier 2006, vous déclarez que les offres dans le cadre de la désignation du gestionnaire de la banque de données ont été remises le 14 février 2006 (Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 112, p. 21340). La procédure devait être cloˆturée pour début mars 2006. Les tarifs seraient fixés sur la proposition du gestionnaire. Les premières catégories de chevaux devraient être enregistrées dès le 1er juillet 2006, et l’ensemble devrait être complètement opérationnel pour fin 2006.

Op mijn schriftelijke vraag nr. 654 van 25 januari 2006 antwoordde u dat de offertes voor de ontwikkeling van de gegevensbank werden ingediend op 14 februari 2006 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 112, blz. 21340). De procedure zou begin maart 2006 beeïndigd zijn. De beheerder zou dan ook de tarieven bepalen. Het geheel zou in werking treden vanaf 1 juli 2006 en volledig operationeel zijn tegen het einde van dit jaar.

1. a) Le gestionnaire de la plate-forme TIC a-t-il déjà été désigné ?

1. a) Is er een beslissing gevallen wie het informatieplatform zal beheren ?

b) Qui a été désigné comme gestionnaire ?

b) Wie werd aangesteld ?

2. Quels tarifs le gestionnaire appliquera-t-il ?

2. Wat zijn de tarieven die deze beheerder zal hanteren ?

3. a) Tous les délais seront-ils respectés pour la mise en service du système ?

3. a) Geraakt alles tijdig klaar ?

b) Maintenez-vous l’échéancier prévu ?

b) Blijft u bij de voorgestelde timing ?

DO 2005200607903

DO 2005200607903

Question no 740 de Mme Nathalie Muylle du 27 avril 2006 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 740 van mevrouw Nathalie Muylle van 27 april 2006 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

AFSCA. — Guides relatifs à l’autocontroˆle.

FAVV. — Autocontrolegidsen.

L’arrêté royal du 14 novembre 2003 relatif à l’autocontroˆle, à la notification obligatoire et à la

Het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende autocontrole, meldingsplicht en traceerbaarheid


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24370

traçabilité dans la chaıˆne alimentaire, tendait à maıˆtriser les crises alimentaires qu’a connues notre pays. Il s’agit notamment d’amener les acteurs de la chaıˆne alimentaire à mettre en place un système d’autocontroˆle fiable dans leur entreprise. Le point 5 du rapport au Roi relatif à l’arrêté royal précité du 14 novembre 2003 précise ce qui suit : « L’élaboration de guides par secteur et relatifs à l’autocontroˆle est vivement encouragée. Ces guides pourront être approuvés par l’AFSCA sur avis du Comité scientifique. Ils peuvent aider considérablement les entreprises à implémenter leur propre système d’autocontroˆle et servir de référentiels aux auditeurs. Par l’instauration des guides, une complémentarité effective entre les secteurs et l’AFSCA est créée ».

in de voedselketen, beoogde de voedselcrisissen die ons land kende te beheersen. Het doel was dus dat de actoren in de voedselketen een betrouwbaar autocontrolesysteem opzetten in hun bedrijf. Punt 5 van het verslag aan de Koning van het voornoemd koninklijk besluit van 14 november 2003 stelt : « De uitwerking van gidsen per sector die betrekking hebben op autocontrole wordt ten zeerste aangemoedigd. Deze gidsen zullen goedgekeurd worden door het FAVV op basis van een advies van het Wetenschappelijk Comité. De gidsen kunnen de bedrijven aanzienlijk helpen bij het implementeren van hun eigen autocontrolesysteem en kunnen dienen als referentieel voor de auditoren. Door het opzetten van de gidsen wordt een daadwerkelijke complementariteit tussen sectoren en het FAVV gecreeërd ».

L’arrêté royal est entré en vigueur voici environ un an et demi, le 1er janvier 2005. La plupart des secteurs ont élaboré des guides dans l’intervalle, mais l’AFSCA (Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaıˆne alimentaire) tarde à les approuver.

Het koninklijk besluit werd van kracht op 1 januari 2005, nu bijna anderhalf jaar terug. Het opstellen van die gidsen door de sectoren is al in grote mate gebeurd. De goedkeuring van het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen) laat echter op zich wachten.

1. Pourquoi les guides relatifs à l’autocontroˆle n’ont-ils pas encore été approuvés par l’AFSCA ?

1. Hoe komt het dat de autocontrolegidsen geen goedkeuring krijgen van het FAVV ?

2. Une date-butoir pour l’approbation de ces guides a-t-elle été avancée ?

2. Is er een datum vooropgesteld tegen wanneer de autocontrolegidsen moeten worden goedgekeurd ?

3. Seriez-vous disposé à imposer à l’AFSCA un délai maximum entre l’introduction et l’approbation d’un guide, de manière à exercer une certaine pression sur l’Agence ?

3. Bent u bereid een grens op te leggen aan het FAVV voor de termijn tussen het indienen van de gids en de goedkeuring, zodat er wat druk is ?

DO 2005200607907

DO 2005200607907

Question no 741 de M. Paul Tant du 28 avril 2006 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 741 van de heer Paul Tant van 28 april 2006 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

SMUR de Grammont. — Projet pilote. — Agrément.

MUG-Geraardsbergen. — Proefproject. — Erkenning.

Le financement des services mobiles d’urgence (SMUR) constitue un problème épineux dans certaines régions.

De problematiek van de financiering van de medische interventieteams (MUG) brengt in een aantal regio’s zware problemen met zich mee, niet in het minst van financie¨le aard.

L’arrêté royal du 18 juillet 2002 dispose qu’il convient de garantir une répartition optimale afin que la plus grande partie de la population puisse être desservie par la route dans un délai de 10 minutes. Dans le souci de répondre à cette exigence, le ministre compétent a approuvé la mise en place d’un projet pilote portant sur l’agrément d’un SMUR à Grammont.

In het koninklijk besluit van 18 juli 2002 wordt gesteld dat er een optimale spreiding dient te worden gegarandeerd om de aanrijtijden voor het grootste gedeelde van de bevolking te beperken tot tien minuten. Vanuit deze bekommernis heeft de bevoegde minister een tijdelijk proefproject erkend met betrekking tot de erkenning van een MUG in Geraardsbergen.

Concrètement, cette méthode signifie cependant que le projet bénéficie d’une subvention de 5 000 euros,

Concreet betekent deze manier van werken echter dat een subsidie van 5 000 euro uitgetrokken wordt,


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24371

alors qu’un service SMUR agréé peut compter sur une intervention d’un peu moins de 240 000 euros. La différence par rapport à cette subvention qui ne suffit pas non plus à couvrir les frais encourus doit donc être déboursée par l’hoˆpital de Grammont.

daar waar een erkende MUG-dienst kan rekenen op een toelage van iets minder dan 240 000 euro. Dit bijkomend bedrag aan gederfde toelage, die ook al niet voldoende is om kostendekkend te zijn, mag dus opgehoest worden door het Geraardsbergense ziekenhuis.

Les communes wallonnes voisines (Ellezelles et Lessines), sollicitées, n’ont pas désiré participer financièrement à ce projet dont elles bénéficient également.

Navraag bij de Waalse buurgemeenten (Elzele en Lessen) om financieel te participeren in dit project dat hen ook ten goede komt, liepen op niets uit.

1. Combien de temps encore ce projet pilote sera-til maintenu ?

1. Hoelang loopt dit proefproject nog ?

2. Le service SMUR de Grammont a-t-il des chances d’être agréé ?

2. Is er enig perspectief tot erkenning van de MUGdienst in Geraardsbergen ?

3. Une pression quelconque peut-elle être exercée sur les communes situées au delà de la frontière linguistique pour récupérer auprès de ces dernières une partie des dépenses consenties pour l’organisation de ce service dont elles bénéficient également ?

3. Kan er op enige manier druk worden gezet op de gemeenten aan de andere kant van de taalgrens om een deel van de uitgaven voor deze dienst, die hen ook ten goede komt, te kunnen recupereren ?

DO 2005200607915

DO 2005200607915

Question no 742 de Mme Corinne De Permentier du 2 mai 2006 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 742 van mevrouw Corinne De Permentier van 2 mei 2006 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Nuisances occasionnées par les pigeons.

Overlast veroorzaakt door duiven.

Nos villes sont envahies par les pigeons. Bien que la plupart des villes interdisent de les nourrir, ceux-ci pullulent et sont la source de nombreuses nuisances (parasites, déjections, etc.).

Onze steden worden geteisterd door een ware duivenplaag. Hoewel de meeste steden een voederverbod hebben ingesteld, neemt het aantal duiven niet af en blijven ze voor overlast zorgen (parasieten, uitwerpselen, enzovoort).

Il semblerait que la technique de la capture d’une partie des pigeons en vue d’en limiter la population se montre peu efficace. En effet, celle-ci revient à son niveau normal seulement quelques mois après ces opérations de grande envergure de capture de pigeons.

Men tracht hun aantal terug te dringen door bijvoorbeeld een deel van hen te vangen, maar die techniek zou niet het gewenste resultaat opleveren. Na zo’n grootscheepse operatie duurt het immers niet lang, vooraleer de duivenpopulatie opnieuw haar oud peil bereikt.

Le seul moyen de limiter efficacement la prolifération de pigeons consisterait tout simplement à limiter leur approvisionnement en nourriture, mais également en limitant le nombre de naissances par la création de pigeonniers communaux.

De enige methode om het duivenprobleem effectief aan te pakken, bestaat uit de beperking van de voedselaanvoer gecombineerd met de plaatsing van gemeentelijke duiventillen om de voortplanting te beperken.

Interrogé sur le sujet par une collègue du Parlement wallon, le minitre Courard renvoit à votre compétence en matière de bien-être animal.

Hierover ondervraagd in het Waals Parlement, heeft minister Courard geantwoord dat die vraag aan u diende gericht te worden, omdat het dierenwelzijn tot uw bevoegdheden behoort.

1. Avez-vous déjà pensé à un plan d’action en vue de limiter les nuisances dues aux pigeons dans nos villes ?

1. Is u zinnens een actieplan op te stellen om de overlast die de duiven in onze steden veroorzaken, aan banden te leggen ?

2. Seriez-vous favorable à la création de pigeonniers communaux en vue de limiter les naissances des pigeons ?

2. Staat u achter het voorstel om de voortplanting van duiven te beperken door het plaatsen van gemeentelijke duiventillen ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24372

3. Quels autres moyens devraient être mis en place en vue de limiter la population des pigeons dans nos villes ?

3. Welke andere maatregelen kunnen er getroffen worden om de duivenpopulatie in onze steden te beperken ?

DO 2005200607916

DO 2005200607916

Question no 743 de Mme Corinne De Permentier du 2 mai 2006 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 743 van mevrouw Corinne De Permentier van 2 mei 2006 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Stérilisation des chats errants.

Sterilisatie van zwerfkatten.

Les chats sont des animaux particulièrement prolifiques et, si l’on n’y prend pas garde, un couple peut aisément donner naissance, en une année, à plus de dix chatons qui, l’année suivante, donneront à leur tour naissance à une ou plusieurs portées.

Katten planten zich razendsnel voort en als men geen maatregelen treft, kan een kattin jaarlijks gemakkelijk meer dan tien katjes werpen die het jaar daarop op hun beurt een of meerdere keren kunnen jongen.

Le phénomène des chats errants n’est pas neuf et ces derniers peuvent être source de nuisances (bruit, odeurs, maladies, etc.).

Het verschijnsel van de zwerfkatten is niet nieuw en veroorzaakt heel wat overlast (lawaai, geurhinder, ziekten, enzovoort).

Afin de limiter la population des chats errants, mais également pour veiller à leur bien-être, de nombreuses associations proposent donc de les stériliser.

Teneinde de populatie van de zwerfkatten in te dammen en voor hun welzijn te zorgen stellen tal van verenigingen voor om sterilisatiecampagnes te organiseren.

Interrogé sur le sujet par une collègue du Parlement wallon, le ministre Courard renvoit à votre compétence en matière de bien-être animal. 1. Eˆtes-vous favorable à de telles initiatives, qui veillent tant au bien-être des habitants que des animaux ?

Hierover ondervraagd in het Waals Parlement, heeft minister Courard geantwoord dat het dierenwelzijn tot uw bevoegdheid behoort.

2. Avez-vous déjà pensé à un plan d’action en la matière ?

2. Is u zinnens ter zake een actieplan op te stellen ?

3. Ces campagnes de stérilisation ne pourraientelles pas être menées en étroite collaboration avec les communes ?

3. Kunnen de gemeenten niet nauwer bij die sterilisatiecampagnes worden betrokken ?

4. Quelles sont les communes qui, à Bruxelles et en Région wallonne, mènent des campagnes actives en matière de limitation de population de chats errants ?

4. Welke gemeenten uit het Brusselse en Waalse Gewest nemen actief maatregelen om de populaties zwerfkatten in te dammen ?

5. Quels sont les moyens utilisés par ces communes ?

1. Staat u achter dergelijke initiatieven die zowel het welzijn van de burgers als dat van de dieren ten goede komen ?

5. Welke methoden hanteren die gemeenten ?

DO 2005200607930

DO 2005200607930

Question no 744 de M. Koen Bultinck du 2 mai 2006 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :

Vraag nr. 744 van de heer Koen Bultinck van 2 mei 2006 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :

Lucratif trafic d’organes en Chine.

Winstgevende handel in organen in China.

Dans un communiqué récent, l’association de transplantation britannique a dénoncé le trafic d’organes humains en Chine.

Recentelijk verspreidde het Brits Transplantatie Genootschap een communiqué waarin men China beschuldigt van handel in menselijke organen.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24373

Il semble qu’aujourd’hui, un tourisme de transplantation se développe également depuis l’Europe et l’Amérique vers la Chine. 1. Eˆtes-vous au courant de ces pratiques ?

Blijkbaar ontstaat nu ook vanuit Europa en Amerika een « transplantatietoerisme » naar China.

2. Avez-vous connaissance de patients belges qui se rendent en Chine pour subir une transplantation d’organe ?

2. Beschikt u al dan niet over gegevens dat ook patie¨nten vanuit Belgie¨ richting China gaan voor orgaantransplantaties ?


Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen

Fonction publique

Ambtenarenzaken

1. Bent u op de hoogte van deze praktijken ?

DO 2005200607934

DO 2005200607934

Question no 205 de Mme Trees Pieters du 3 mai 2006 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :

Vraag nr. 205 van mevrouw Trees Pieters van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :

Double assurance omnium pour un même risque. — Déplacements de service de fonctionnaires fédéraux. — Récupération partielle de primes. — Délais de prescription.

Dubbele omniumverzekering voor eenzelfde risico. — Dienstverplaatsingen van federale ambtenaren. — Gedeeltelijke terugvordering van premies. — Verjaringstermijnen.

Pour les déplacements de service, autres que le trajet du domicile au lieu de travail, effectués au moyen de leur véhicule personnel, de nombreux fonctionnaires fédéraux et flamands, dont les fonctionnaires du Service Public Fédéral Finances en particulier, sont couverts par une assurance « tous risques » (omnium) pour les risques et les dommages à leur propre véhicule et/ou au véhicule de leur partenaire ou de membres de leura famille proche, dont chaque numéro de plaque a été communiqué.

Tal van federale en Vlaamse ambtenaren, waaronder inzonderheid de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financie¨n zijn bij het maken van dienstverplaatsingen met persoonlijke voertuigen, andere dan woon-werkverkeer, in omnium gedekt voor risico’s en schade opgelopen aan hun eigen voertuigen en/of aan die van hun partners of naaste familieleden waarvan telkens een nummerplaat werd doorgegeven.

Au moment de l’acquisition d’une nouvelle voiture surtout, les fonctionnaires concernés ou leurs partenaires et membres de la famille proche, souscrivent généralement, pendant quelques années, une deuxième assurance omnium privée, la plupart du temps conclue auprès d’une autre compagnie.

Vooral bij de aanschaffing van nieuwe personenwagens hebben de betrokken ambtenaren of hun partners en familieleden daarnaast gedurende een beperkt aantal jaren meestal persoonlijk ook nog een tweede private omniumverzekering, veelal afgesloten bij een andere maatschappij.

Dès lors, ces fonctionnaires fédéraux et flamands sont en principe assurés deux fois en omnium.

In principe zijn die federale en Vlaamse ambtenaren daardoor dubbel omnium verzekerd.

Toutefois, la couverture fournie par deux polices d’assurances omnium individuelles et globales,

Evenwel is de dekking aangeboden door twee al dan niet bij eenzelfde maatschappij aangegane individuele


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24374

contractées auprès d’une même compagnie ou de compagnies différentes, n’est manifestement pas toujours parfaitement identique.

en globale omniumverzekeringspolissen blijkbaar niet steeds volledig identiek.

Si certains risques sont couverts deux fois, en cas de dommage, l’indemnisation ne sera allouée qu’une fois. L’assurance omnium, en effet, est destinée à couvrir les dommages matériels et non à octroyer un montant fixe ou forfaitaire.

Indien sommige risico’s tweemaal gedekt zijn, zal in geval van schade slechts één schadevergoeding kunnen worden uitgekeerd. Een omniumverzekering is immers maar een verzekering tot vergoeding van materie¨le schade en geen verzekering tot uitkering van een vast of een forfaitair bedrag.

Nombre de personnes sont dès lors convaincues qu’en cas de double assurance omnium (partielle), un des contrats devrait normalement être adapté. Une double couverture omnium peut d’ailleurs signifier un risque substantiellement et constamment moins élevé et donner ainsi en principe droit à une réduction correspondante de la prime d’assurance omnium payée à titre individuel.

Het komt velen dan ook overtuigend voor dat wanneer er een (gedeeltelijke) dubbele omniumverzekering ontstaat er dan ook één verzekeringscontract normaliter zou moeten worden aangepast. Een dubbele omniumverzekering kan trouwens een aanzienlijk en blijvend verminderd risico inhouden en daardoor in beginsel recht geven op een overeenkomstige vermindering van de individueel betaalde omniumverzekeringspremie.

La situation décrite ci-dessus appelle les questions pratiques suivantes. 1. Au service de l’E´tat belge et/ou des ministres, quelles clauses spécifiques les fonctionnaires (fédéraux) sont-ils légalement, réglementairement et administrativement tenus de faire insérer en premier lieu et préalablement dans leur police d’assurance voiture individuelle pour pouvoir prétendre d’une part à une assurance omnium complémentaire pour les déplacements professionnels et d’autre part, à des indemnités kilométriques notamment pour des frais qu’ils supportent eux-mêmes (carburant, amortissement, entretien, dépannage, taxe de circulation, taxe radio et prime d’assurance obligatoire en responsabilité civile ?

Ter zake rijzen daarbij dan ook de volgende algemene praktijkvragen.

2. a) Les fonctionnaires fédéraux sont-ils tenus d’informer immédiatement (par écrit) tant l’E´tat belge que leurs propres assureurs, courtiers ou compagnies d’assurances, de l’existence d’une double assurance omnium ?

2. a) Zijn de federale ambtenaren verplicht zowel de Belgische Staat als hun eigen verzekeraars, makelaars of verzekeringsmaatschappijen onmiddellijk (schriftelijk) op de hoogte te brengen van het bestaan van een dubbele omniumverzekering ?

b) Dans l’affirmative, en vertu de quelles dispositions légales ou réglementaires ?

b) Zo ja, op grond van welke wettelijke of reglementaire bepalingen ?

3. « Chaque » déplacement de service prévu est-il systématiquement soumis à l’autorisation écrite préalable du ministre ou de son fonctionnaire local délégué, ou s’agit-il plutoˆt en l’espèce, pour des raisons pratiques, d’une autorisation ministérielle annuelle ou unique et définitive ?

3. Is « iedere » voorziene dienstverplaatsing telkens ondergeschikt aan een voorafgaandelijke schriftelijke toelating van de minister of van zijn gedelegeerde lokale ambtenaar of of gaat het hier uit pragmatische overwegingen veeleer om een jaarlijkse of om een eenmalige permanente ministerie¨le toelating ?

4. Les fonctionnaires fédéraux concernés sont-ils également totalement assurés en omnium par l’E´tat belge lorsqu’ils quittent directement leur domicile ou résidence (temporaire) et y reviennent, sans passer par leur résidence administrative et/ou y retourner ?

4. Zijn de betrokken federale ambtenaren door de Belgische Staat eveneens volledig omnium verzekerd wanneer zij rechtstreeks van hun woon- of (tijdelijk) verblijfplaats op dienstverplaatsing vertrekken en ernaar terugkeren, zonder eerst vooraf hun administratieve standplaats te vervoegen en/of er nog naar terug te komen ?


2005

1. Welke specifieke clausules ten behoeve van de Belgische Staat en/of van de ministers zijn de (federale) ambtenaren zowel wettelijk, reglementair als administratief verplicht eerst in hun individuele autoverzekeringspolis voorafgaandelijk te laten inlassen vooraleer zij aanspraak kunnen maken en enerzijds, op een extra omniumverzekering voor beroepsverplaatsingen, en anderzijds, op kilometervergoedingen onder meer wegens zelf gedragen kosten inzake brandstof, afschrijving, onderhoud, pechverhelping, verkeersbelasting, radiotaks en verplichte verzekeringspremie burgerlijke aansprakelijkheid ?

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24375

5. Un accident de voiture survenu pendant un déplacement de service est-il considéré comme un « accident de travail » ?

5. Wordt een auto-ongeval opgelopen tijdens een dienstverplaatsing als een « arbeidsongeval » aangemerkt ?

6. Quelle est l’influence éventuelle de la police d’assurance omnium, tant individuelle que globale, sur l’octroi et le calcul des indemnités kilométriques indexées visées à l’arrêté royal du 18 janvier 1965 portant réglementation générale en matière de frais de parcours ?

6. Welke invloed hebben zowel de individuele als de globale omniumverzekeringspolis eventueel op de toekenning en de berekening van de geı¨ndexeerde kilometervergoedingen waarvan sprake in het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten ?

7. a) Dans quels délais légaux et à quelles conditions les fonctionnaires concernés qui sont effectivement assurés doublement et dans une large mesure peuvent-ils encore récupérer (partiellement) auprès de leur compagnie d’assurances l’excédent de la prime d’assurance omnium payé ?

7. a) Binnen welke wettelijke termijnen en onder al welke voorwaarden kunnen de betrokken ambtenaren die effectief aanzienlijk en blijvend « dubbel » verzekerd zijn nog een (gedeeltelijke) teruggave van de teveel betaalde omniumverzekeringspremie bij hun verzekeringsmaatschappij terugvorderen ?

b) De quelle manière et/ou sous quelles formes doivent-ils déposer, motiver, voire étayer une telle demande de remboursement, directement ou indirectement, ou par l’entremise de leurs intermédiaires et courtiers, et éventuellement par la voie d’un courrier recommandé ?

b) Op welke wijzen en/of onder welke vormen moeten zij zo’n aanvraag tot terugbetaling al dan niet rechtstreeks of via hun tussenpersonen en makelaars en al dan niet bij een ter post aangetekende brief indienen, motiveren en zelfs staven ?

8. Dans quels délais légaux le contrat d’assurance voiture individuel peut-il éventuellement être résilié par le preneur d’assurance fonctionnaire en cas de refus persistent de remboursement et/ou à défaut d’accord mutuel sur le montant de la nouvelle prime omnium « réduite » ?

8. Binnen welke rechtsgeldige termijnen kan of mag in geval van blijvende weigering van terugbetaling en/ of bij gebrek aan wederzijds akkoord over de nieuwe en « verminderde » omniumpremie het individueel autoverzekeringscontract door de verzekeringsnemerambtenaar desnoods probleemloos worden opgezegd ?

9. Quels délais de prescription particuliers sont-ils d’application pour la récupération des primes omnium doubles (partiellement) indues mais néanmoins payées ?

9. Welke bijzondere verjaringstermijnen gelden hier voor het terugvorderen van de (gedeeltelijk) onverschuldigde, doch betaalde dubbele omniumpremies ?

` quels services de médiation et/ou instances 10. A officielles les fonctionnaires fédéraux-preneurs d’assurances peuvent-ils éventuellement s’adresser lorsque les compagnies d’assurances refusent d’effectuer en temps opportun les remboursements dus et/ou d’accepter une résiliation éventuelle ?

10. Bij al welke ombudsdiensten en/of officie¨le instanties kunnen de federale ambtenarenverzekeringsnemers desnoods steeds terecht wanneer de verzekeringsmaatschappijen weigeren de passende teruggaven tijdig te verlenen en/of een eventuele opzeg te aanvaarden ?

11. Pouvez-vous préciser, point par point, votre vision générale actualisée à la lumière des dispositions du Code civil en matière de prescription et de doctrine du paiement indu, de la loi du 25 juin 1992 sur le contrat d’assurance terrestre, de la loi du 27 mars 1995 relative à l’intermédiation en assurances et à la distribution d’assurances, ainsi que des avis et renseignements éventuellement rendus et fournis par la Commission des assurances, créée par la Commission bancaire, financière et des assurances (CBFA) ?

11. Kan u punt per punt uw huidige algemene zienswijze meedelen, zowel in het licht van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek inzake verjaring en inzake de leer van de onverschuldigde betaling, de wet van 25 juni 1992 op de landsverzekeringsovereenkomsten, de wet van 27 maart 1995 betreffende de verzekeringsbemiddeling en de distributie van verzekeringen, alsmede in het licht van de eventuele adviezen uitgebracht en inlichtingen verstrekt door de Commissie voor Verzekeringen, ingesteld door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA) ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24376

Intégration sociale

Maatschappelijke Integratie

DO 2005200607960

DO 2005200607960

Question no 208 de Mme Hilde Dierickx du 3 mai 2006 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :

Vraag nr. 208 van mevrouw Hilde Dierickx van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :

CPAS. — E´tudiants. — Formation professionnelle en alternance.

OCMW. — Studenten. — Alternerende beroepsopleiding.

La loi du 2 avril 1965 relative à la prise en charge des secours accordés par les centres publics d’aide sociale prévoit dans quelles situations tel ou tel CPAS est compétent. Pour les étudiants, l’article 2, § 6 contient une réglementation distincte : « Par dérogation à l’article 1er, 1o, le centre public d’aide sociale secourant la personne qui poursuit des études au sens de l’article 11, § 2, a, de la loi du 26 mai 2002 instituant le droit à l’intégration sociale est le centre public d’aide sociale de la commune ou` l’étudiant est, au moment de la demande, inscrit à titre de résidence principale dans le registre de population ou des étrangers. Ce centre public d’aide sociale demeure compétent pour toute la durée ininterrompue des études. »

De wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door OCMW’s regelt wanneer welk OCMW bevoegd is. Voor studenten is er een aparte regelgeving bepaald in artikel 2, § 6 : « In afwijking van artikel 1, 1o, is het steunverlenend openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van de persoon die een studie volgt in de zin van artikel 11, § 2, a, van de wet van 26 mei 2002 tot instelling van het recht op maatschappelijke integratie, het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van de gemeente waar de student, op het ogenblik van de aanvraag, zijn inschrijving als hoofdverblijfplaats heeft in het bevolkings- of vreemdelingenregister. Dit openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn blijft bevoegd voor de hele ononderbroken duur van de studie. ».

La circulaire du 3 aouˆt 2004 affine cette réglementation en ce sens qu’elle stipule notamment quelles formations entrent en considération et lesquelles n’entrent pas en considération.

De omzendbrief van 3 augustus 2004 werkt de regelgeving verder uit. Onder andere wordt omschreven welke opleidingen in aanmerking komen en welke niet.

Toutefois, un manque de clarté entoure encore la formation professionnelle en alternance.

Er bestaat wel nog onduidelijkheid over de alternerende beroepsopleiding.

Cette formation consiste en deux jours de cours en classe et trois jours de stages de formation en entreprise. L’élève reste un élève sur le plan administratif et il y a aussi maintien des allocations familiales et de la bourse d’études. L’école organise la formation (formation de jour), qui augmente les chances de l’élève de trouver un emploi. L’objectif est aussi que l’élève obtienne le certificat FPA (formation professionnelle en alternance), reconnu par la Communauté flamande.

Deze opleiding bestaat uit twee dagen les op school en drie dagen opleidingsstages in een bedrijf. De leerling blijft administratief leerling; er is ook behoud van kinderbijslag en studietoelage. De school organiseert de opleiding (dagopleiding) en de beroepskansen van de leerling stijgen hierdoor. Ook is het de bedoeling dat het (door de Vlaamse Gemeenschap erkende) getuigschrift ABO (alternerende beroepsopleiding) gehaald wordt.

1. Peut-on se prévaloir d’une formation professionnelle en alternance pour être considéré comme étudiant dans le cadre du droit à l’intégration sociale, et pour la détermination du CPAS compétent sur la base de la loi précitée du 2 avril 1965 ?

1. Komt de alternerende beroepsopleiding in aanmerking om als student beschouwd te worden in het kader van het recht op maatschappelijke integratie, en voor de bepaling van het bevoegd OCMW op basis van de voornoemde wet van 2 april 1965 ?

2. Combien d’étudiants ont droit à un revenu d’intégration ? Pourriez-vous fournir ces chiffres par an depuis l’entrée en vigueur de la loi sur le revenu d’intégration) ?

2. Hoeveel studenten zijn er die recht hebben op een leefloon ? Graag de cijfers per jaar en dit sinds de invoering van de leefloonwet.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24377

Ministre de la Mobilité

Minister van Mobiliteit

DO 2005200607914

DO 2005200607914

Question no 464 de Mme Annelies Storms du 2 mai 2006 (N.) au ministre de la Mobilité :

Vraag nr. 464 van mevrouw Annelies Storms van 2 mei 2006 (N.) aan de minister van Mobiliteit :

Composition du parc automobile belge.

Samenstelling van het Belgische wagenpark.

Le parc automobile belge est particulièrement vaste. Les chiffres que j’ai reçus du ministre révèlent que le parc automobile belge se composait de 4 900 000 voitures au 30 avril 2005. Près d’une voiture sur trois a plus de dix ans et plus d’un demi-million de voitures ont même plus de 15 ans. Enfin, à cette date, quelque 800 000 voitures circulaient encore sans catalyseur.

Het Belgische wagenpark is bijzonder uitgebreid. Uit cijfers die ik van de minister ontving, blijkt dat het Belgische wagenpark op 30 april 2005 uit 4 900 000 wagens bestond. Bijna 1 op de 3 wagens is ouder dan 10 jaar, meer dan een half miljoen auto’s is zelf ouder dan 15 jaar. Tenslotte reden er op dat moment nog zo’n 800 000 wagens rond zonder katalysator.

Afin de mieux cerner l’évolution du parc automobile, je vous adresse les questions suivantes.

Om een zicht te krijgen op de evolutie binnen het wagenpark rijzen volgende vragen.

1. Combien de voitures particulières le parc automobile belge comptait-il au 1er avril 2006 ? Pourriezvous ventiler ces données par région ?

1. Hoeveel personenwagens telde het Belgische voertuigenpark per 1 april 2006 ? Graag een opdeling per gewest.

2. a) Combien de voitures particulières du parc automobile belge satisfaisaient-elles au 1er avril 2006 à la norme Euro IV qui est entrée en vigueur le 1er janvier 2005 ?

2. a) Hoeveel personenwagens in het Belgische voertuigenpark voldeden op 1 april 2006 aan de Euro IVnormen die op 1 januari 2005 van kracht werden ?

b) Combien de voitures satisfont-elles à la norme Euro III qui est entrée en vigueur le 1er janvier 2000 ?

b) Hoeveel personenwagens voldoen aan de Euro IIInormen die van kracht werden op 1 januari 2000 ?

3. a) Combien de voitures de plus de 10 ans recense-t-on au sein du parc automobile belge ?

3. a) Hoeveel personenwagens in het Belgische voertuigenpark zijn ouder dan 10 jaar ?

b) Combien de voitures de plus de 15 ans recense-t-on au sein du parc automobile belge ?

b) Hoeveel personenwagens in het Belgische voertuigenpark zijn ouder dan 15 jaar ?

4. Combien de voitures n’étaient-elles pas encore équipées d’un pot catalytique au 1er avril 2006 ?

4. Hoeveel personenwagens in het Belgische voertuigenpark waren per 1 april 2006 nog niet uitgerust met een katalysator ?

5. Combien de camions (+ 3,5 tonnes) le parc automobile belge comptait-il au 1er avril 2006 ? Pourriezvous ventiler ces données par région ?

5. Hoeveel vrachtwagens (+ 3,5 ton) telde het Belgische voertuigenpark per 1 april 2006 ? Ook hier graag een opdeling per gewest.

6. a) Combien de camions satisfont-ils à la norme Euro IV qui est entrée en vigueur en octobre 2005 ?

6. a) Hoeveel vrachtwagens in het Belgische voertuigenpark voldoen aan de Euro IV-norm die in oktober 2005 van kracht werd ?

b) Combien de camions satisfont-ils à la norme Euro III qui est entrée en vigueur en 2000 ?

b) Hoeveel vrachtwagens in het Belgische voertuigenpark voldoen aan de Euro III-norm die in 2000 van kracht werd ?

7. a) Combien de camions de plus de 10 ans le parc automobile belge compte-t-il ?

7. a) Hoeveel vrachtwagens in het Belgische voertuigenpark zijn ouder dan 10 jaar ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24378

b) Combien de camions de plus de 15 ans le parc automobile belge compte-t-il ?

b) Hoeveel vrachtwagens in het Belgische voertuigenpark zijn ouder dan 15 jaar ?

DO 2005200607926

DO 2005200607926



Vente de voitures respectueuses de l’environnement.

Verkoop van milieuvriendelijke wagens.

Il ressort des chiffres transmis par le ministre que le parc automobile belge comptait 4 900 000 voitures au 30 avril 2005. Presque une voiture sur trois est aˆgée de plus de 10 ans et plus d’un demi-million de voitures dépassent même l’aˆge de 15 ans. Enfin, à cette date, 800 000 voitures circulaient encore sans catalyseur.

Uit cijfers die ik van de minister ontving, blijkt dat het Belgisch wagenpark op 30 april 2005 uit 4 900 000 wagens bestond. Bijna 1 op de 3 wagens is ouder dan 10 jaar, meer dan een half miljoen auto’s is zelfs ouder dan 15 jaar. Tenslotte reden er op dat moment nog zo’n 800 000 wagens rond zonder katalysator.

Des mesures proposant un incitant fiscal aux personnes qui investissent dans une nouvelle voiture respectueuse de l’environnement sont en vigueur depuis début 2005. Les voitures qui émettent moins de 105 grammes de CO2/km peuvent bénéficier d’une réduction de 15 % (avec un maximum de 4 190 euros) et celles qui émettent entre 105 et 115 grammes de CO2/km d’une réduction de 3 % (avec un maximum de 790 euros).

Sinds begin 2005 zijn er maatregelen van kracht die een fiscale stimulans willen bieden aan mensen die investeren in een nieuwe, milieuvriendelijke wagen. Wagens die minder dan 105 gram CO2/km uitstoten, kunnen een korting krijgen van 15 % (met een maximum van 4 190 euro). Wagens die tussen de 105 en 115 gram CO2/km uitstoten, een korting van 3 % (met een maximum van 790 euro).

1. Combien de voitures émettant moins de 105 grammes de CO2/km ont été vendues dans notre pays en 2005, en 2004 et en 2003 (par région) ?

1. Hoeveel personenwagens werden er in ons land verkocht met een uitstoot van minder dan 105 gram CO2/km in de jaren 2005, 2004 en 2003 ? Graag een opdeling per gewest.

2. Combien de voitures émettant entre 105 et 115 grammes de CO2/km ont été vendues dans notre pays en 2005, en 2004 et en 2003 (par région) ?

2. Hoeveel personenwagens werden er in ons land verkocht met een uitstoot tussen de 105 en 115 gram CO2/km in de jaren 2005, 2004 en 2003 ? Ook hier graag een opdeling per gewest.

3. Combien de voitures ont été vendues au total dans notre pays en 2005, en 2004 et en 2003 (par région) ?

3. Hoeveel wagens werden er in totaal verkocht in ons land in de jaren 2005, 2004 en 2003 ? Eveneens graag een opdeling per gewest.

DO 2005200607939

DO 2005200607939



Mise en œuvre du plan fédéral de développement durable 2004-2008.

Uitvoering van het federaal plan inzake duurzame ontwikkeling 2004-2008.

Le plan fédéral de développement durable a été établi en exécution de la loi du 5 mai 1997 relative à la coordination de la politique fédérale de développement durable. Comme le prévoit cette loi, le plan fédéral « détermine les mesures à prendre au niveau fédéral en vue de la réalisation des objectifs du développement durable ».

Het federaal plan inzake duurzame ontwikkeling werd vastgesteld in uitvoering van de wet van 5 mei 1997 betreffende de coo¨rdinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling. Zoals bepaald in deze wet, worden in het federaal plan « de maatregelen vastgelegd, die op federaal vlak genomen dienen te worden om de doelstellingen van duurzame ontwikkeling te verwezenlijken ».


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24379

Le deuxième plan fédéral 2004-2008 procède à une évaluation comparative des objectifs et des acteurs du développement durable. Tous les membres du gouvernement fédéral et les services publics sont associés à la définition de la politique et des mesures, ainsi qu’à leur réalisation et leur évaluation. Garantir la durabilité du système de transport constitue l’un des six thèmes prioritaires du cadre stratégique du plan de développement durable. Parmi les actions proposées dans le cadre de ce thème, citons notamment :

Het tweede federaal plan 2004-2008 weegt doelstellingen en actoren van een duurzame ontwikkeling tegen mekaar af. Alle federale regeringsleden en overheidsdiensten worden betrokken bij de omschrijving van het beleid en de maatregelen, de realisatie en de evaluatie ervan. E´én van de zes prioritaire thema’s van het strategisch kader van het plan duurzame ontwikkeling is het verzekeren van een duurzaam vervoersysteem. Acties die onder meer bij dit thema voorgesteld worden, zijn :

— l’orientation de la demande de mobilité;

— vraag naar mobiliteit sturen;

— la promotion d’autres modes de déplacement;

— zich anders verplaatsen;

— l’amélioration de l’offre en matière de transports publics;

— aanbod openbaar vervoer verbeteren;

— l’amélioration de l’expertise et des informations en matière de mobilité;

— expertise en informatie over mobiliteit verbeteren;

— l’utilisation de véhicules moins polluants.

— minder vervuilende voertuigen op de wegen.

1. a) Quelles mesures avez-vous déjà prises, dans le cadre de vos attributions, pour mettre en œuvre les actions énumérées ci-dessus ?

1. a) Welke maatregelen heeft u reeds ondernomen binnen uw bevoegdheden om uitvoering te geven aan de hierboven opgesomde acties ?

b) Quelles démarches d’entreprendre ?

b) Welke stappen overweegt u nog te zetten ?

envisagez-vous

encore

2. a) Quelles mesures avez-vous déjà prises, dans le cadre de vos attributions, pour mettre en œuvre l’objectif prioritaire consistant à garantir un système de transport durable ?

2. a) Welke maatregelen heeft u reeds ondernomen binnen uw bevoegdheden om uitvoering te geven aan de prioriteit van het verzekeren van het duurzaam vervoersysteem ?

b) Quelles autres mesures envisagez-vous de prendre ?



Minister van Leefmilieu en Pensioenen

Environnement

Leefmilieu

DO 2005200607939

DO 2005200607939

Question no 97 de Mme Annelies Storms du 3 mai 2006 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :

Vraag nr. 97 van mevrouw Annelies Storms van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :

Mise en œuvre du plan fédéral de développement durable 2004-2008.

Uitvoering van het federaal plan inzake duurzame ontwikkeling 2004-2008.

Le plan fédéral de développement durable a été établi en exécution de la loi du 5 mai 1997 relative à la

Het federaal plan inzake duurzame ontwikkeling werd vastgesteld in uitvoering van de wet van 5 mei


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24380

coordination de la politique fédérale de développement durable. Comme le prévoit cette loi, le plan fédéral « détermine les mesures à prendre au niveau fédéral en vue de la réalisation des objectifs du développement durable ».

1997 betreffende de coo¨rdinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling. Zoals bepaald in deze wet, worden in het federaal plan « de maatregelen vastgelegd, die op federaal vlak genomen dienen te worden om de doelstellingen van duurzame ontwikkeling te verwezenlijken.

Le deuxième plan fédéral 2004-2008 procède à une évaluation comparative des objectifs et des acteurs du développement durable. Tous les membres du gouvernement fédéral et les services publics sont associés à la définition de la politique et des mesures, ainsi qu’à leur réalisation et leur évaluation.

Het tweede federaal plan 2004-2008 weegt doelstellingen en actoren van een duurzame ontwikkeling tegen mekaar af. Alle federale regeringsleden en overheidsdiensten worden betrokken bij de omschrijving van het beleid en de maatregelen, de realisatie en de evaluatie ervan.

Garantir la durabilité du système de transport constitue l’un des six thèmes prioritaires du cadre stratégique du plan de développement durable. Parmi les actions proposées dans le cadre de ce thème, citons notamment :

Eén van de zes prioritaire thema’s van het strategisch kader van het plan duurzame ontwikkeling is het verzekeren van een duurzaam vervoersysteem. Acties die onder meer bij dit thema voorgesteld worden, zijn :

— l’orientation de la demande de mobilité;

— vraag naar mobiliteit sturen;

— la promotion d’autres modes de déplacement;

— zich anders verplaatsen;

— l’amélioration de l’offre en matière de transports publics;

— aanbod openbaar vervoer verbeteren;

— l’amélioration de l’expertise et des informations en matière de mobilité;

— expertise en informatie over mobiliteit verbeteren;

— l’utilisation de véhicules moins polluants.

— minder vervuilende voertuigen op de wegen.

1. a) Quelles mesures avez-vous déjà prises, dans le cadre de vos attributions, pour mettre en œuvre les actions énumérées ci-dessus ?

1. a) Welke maatregelen heeft u reeds ondernomen binnen uw bevoegdheden om uitvoering te geven aan de hierboven opgesomde acties ?

b) Quelles démarches d’entreprendre ?


envisagez-vous

encore

2. a) Quelles mesures avez-vous déjà prises, dans le cadre de vos attributions, pour mettre en œuvre l’objectif prioritaire consistant à garantir un système de transport durable ?

2. a) Welke maatregelen heeft u reeds ondernomen binnen uw bevoegdheden om uitvoering te geven aan de prioriteit van het verzekeren van het duurzaam vervoersysteem ?

Pensions

Pensioenen

DO 2005200607927

DO 2005200607927

Question no 163 de Mme Marleen Govaerts du 2 mai 2006 (N.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :

Vraag nr. 163 van mevrouw Marleen Govaerts van 2 mei 2006 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :

Ancien arrêté royal visant à limiter le cumul d’une pension avec une allocation de maladie professionnelle ou d’accident de travail. — Arrêt de la Cour de cassation.

Oud koninklijk besluit ter beperking van de cumul van een pensioen met een uitkering voor beroepsziekte of arbeidsongeval. — Uitspraak Hof van Cassatie.

Plus de 23 ans après la promulgation, par le gouvernement Martens-Gol, de l’arrêté royal du 13 janvier

Ruim 23 jaar nadat de regering Martens-Gol het koninklijk besluit van 13 januari 1983 uitvaardigde tot


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24381

1983 portant exécution de l’article 42bis de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail (Moniteur belge du 20 janvier 1983), la Cour de cassation a estimé que cet arrêté est illégal.

uitvoering van artikel 42bis van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 (Belgisch Staatsblad van 20 januari 1983), heeft het Hof van Cassatie geoordeeld dat dit besluit onwettig is.

Cet arrêté royal limitait le cumul d’une pension avec une allocation de maladie professionnelle ou d’accident de travail. Cette mesure a touché de nombreux travailleurs des mines et du baˆtiment.

Het koninklijk besluit beperkte de cumul van een pensioen met een uitkering voor beroepsziekte of arbeidsongeval. Veel mijnwerkers en bouwvakkers werden door deze maatregel getroffen.

1. Combien de victimes de cette mesure, prise par le gouvernement il y a plus de 23 ans, sont toujours en vie ?

1. Hoeveel gedupeerden van deze regeringsmaatregel, ruim 23 jaar geleden, zijn nog in leven ?

2. Combien de victimes peuvent-elles encore prétendre à des montants qui, à tort, n’ont pas été payés par le Fonds des pensions ?

2. Hoeveel gedupeerden hebben bij het Pensioenfonds nog recht op ten onrechte niet uitbetaalde bedragen ?

3. De quels montants s’agit-il ?

3. Over welke bedragen gaat het ?

4. Envisagez-vous d’indemniser ces personnes, et dans l’affirmative, dans quels délais ?

4. Overweegt u deze mensen te vergoeden en zo ja, wanneer ?

Ministre de l’Emploi

Minister van Werk

DO 2005200607899

DO 2005200607899

Question no 513 de M. Alfons Borginon du 27 avril 2006 (N.) au ministre de l’Emploi :

Vraag nr. 513 van de heer Alfons Borginon van 27 april 2006 (N.) aan de minister van Werk :

Fedict. — Plans de secours. l’infrastructure TIC des SPF.

de

Fedict. — « Contingency-plannen ». — Uitvallen ICTinfrastructuur van FOD’s.

Lors du Forum Internet parlementaire du 27 mars 2006, un orateur de l’« Observatoire des Droits à l’Internet » a cité des statistiques pour montrer que la sécurité de l’infrastructure TIC (Technologie de l’information et de la communication) laisse sérieusement à désirer.

Op het Parlementair Internet-forum van 27 maart 2006, haalde een spreker van het « Observatorium van de Rechten op het Internet » statistieken aan om aan te tonen dat de beveiliging van de ICT-infrastructuur (Information Communication Technology) sterk te wensen overlaat.

75 % des entreprises ont duˆ reconnaıˆtre qu’en cas de panne de l’infrastructure TIC — attaques Dos (Denial of Service), virus, etc -, il s’écoule moins de deux jours avant qu’elles soient victimes de dégaˆts sérieux. Certaines enregistraient même des dommages importants dès la première minute qui suivait la panne.

75 % van de ondernemingen moest bekennen dat ze bij het uitvallen van de ICT-infrastructuur (DoSaanvallen (Denial of Service), virussen, enzovoort) het nog geen twee dagen zouden uithouden zonder ernstige schade te lijden. Sommigen zouden zelfs al ernstige schade lijden vanaf de eerste minuut.

Il est assez étrange de constater qu’une grande partie de ces entreprises ne s’était dotée jusqu’ici d’aucun plan de secours. Un tel plan permettrait d’éviter qu’en cas d’échec de l’infrastructure TIC, les processus de l’entreprise ne soient menacés et que les perturbations potentielles restent circonscrites dans des proportions acceptables.

Vreemd genoeg had een groot deel van deze bedrijven totnogtoe geen « contingency-plan » opgesteld. Een dergelijk plan moet ervoor zorgen dat bij het falen van de ICT-infrastructuur de bedrijfsprocessen geen gevaar lopen en potentie¨le storingen binnen acceptablele grenzen blijven.

Pour garantir la continuité du service public, les SPF disposeraient également de tels plans de secours.

Om de continuı¨teit van de openbare dienst te garanderen zouden de FOD’s toch ook over dergelijke contingency-plannen moeten beschikken.


—

Pannes

2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24382

1. Fedict (service public fédéral Technologie de l’Information et de la Communication) a-t-il dressé des plans de secours pour prévenir les conséquences de pannes de l’infrastructure TIC des SPF ?

1. Heeft Fedict (Federale Overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie) contingencyplannen opgemaakt voor het geval dat de ICTinfrastructuur van FOD’s zou uitvallen ?

2. Dans l’affirmative, l’efficacité de ces plans de secours sera-t-elle testée régulièrement ?

2. Zo ja, worden deze contingency-plannen regelmatig getest op hun efficie¨ntie ?

DO 2005200607933

DO 2005200607933

Question no 515 de Mme Annemie Turtelboom du 3 mai 2006 (N.) au ministre de l’Emploi : E´pargne-formation pour les travailleurs.

Vraag nr. 515 van mevrouw Annemie Turtelboom van 3 mei 2006 (N.) aan de minister van Werk :

Des voix s’élèvent en Flandre comme aux Pays-Bas pour que chaque personne en aˆge de travailler puisse ouvrir un « compte d’apprentissage » ou un « compte d’épargne-formation ». Les personnes concernées pourraient elles-mêmes y verser de l’argent et épargner. Les pouvoirs publics pourraient les y encourager, notamment par le biais de la fiscalité comme c’est par exemple le cas pour le système de l’épargne pension. Les employeurs pourraient également y verser une quote-part. Avec le pécule ainsi constitué, les travailleurs pourraient au cours de leur carrière suivre des stages de recyclage ou de formation.

In Nederland en Vlaanderen gaan stemmen op om iedereen op arbeidsleeftijd een scholingsrekening of vormingsspaarrekening te laten openen. Mensen zouden daar zelf geld kunnen op storten en sparen, hierdoor aangemoedigd door de overheid, bijvoorbeeld via de fiscaliteit naar analogie met het stelsel van pensioensparen. Ook de werkgevers zouden een bijdrage kunnen leveren. Met het geld dat de mensen sparen, zouden ze zich tijdens hun loopbaan kunnen bijof omscholen.

1. Que pensez-vous de ce principe d’épargneformation pour les travailleurs ?

1. Hoe staat u tegenover deze piste van vormingssparen voor werknemers ?

2. Estimez-vous qu’il conviendrait de responsabiliser les travailleurs pour qu’ils se recyclent ou suivent une formation ?

2. Bent u van oordeel dat werknemers geresponsabiliseerd moeten worden om zich bij of om te scholen ?

3. Envisagez-vous de consulter les partenaires sociaux au sujet d’une telle formule d’épargneformation pour les travailleurs ?

3. Overweegt u aan de sociale partners een advies te vragen omtrent dergelijk vormingssparen voor werknemers ?

Secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation

Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken

Vormingssparen voor werknemers.

DO 2005200607904

DO 2005200607904

Question no 958 de M. Roel Deseyn du 27 avril 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 958 van de heer Roel Deseyn van 27 april 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Gare de Bissegem. — Adaptations.

NMBS. — Station van Bissegem. — Aanpassingen.

Le Comité consultatif des consommateurs de la SNCB a récemment rédigé concernant l’état de la gare

Het Raadgevend Comité van de Gebruikers bij de NMBS heeft onlangs een rapport opgesteld over de


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24383

de Bissegem un rapport suggérant quelques aménagements et améliorations.

staat van het station in Bissegem. Daarin worden enkele aanpassingen en verbeteringen voor het station voorgesteld.

Ainsi, il est demandé d’améliorer la signalisation et les indications depuis la gare et en direction de celle-ci et d’indiquer l’arrêt de bus de la société De Lijn qui se trouve à proximité. Les parkings devraient être mieux éclairés. De même, une signalisation plus adéquate des des quais pourrait éviter certaines confusions.

Zo wordt een betere signalisatie en aanduiding van en naar het station gevraagd. Ook wordt een verwijzing naar de nabijheid van de Lijnhalte gevraagd. Aan de parkings zou er meer verlichting komen. Een betere aanduiding van de perrons kan ook verwarring voorkomen.

Plus fondamentalement, il est également demandé de rehausser les quais dont la très faible hauteur actuelle (moins de 28 cm) n’est pas faite pour faciliter la montée et la descente du train.

Meer fundamenteel vraagt men ook een ophoging van de perrons. Nu zijn die nog erg laag (minder dan 28 cm), wat het op- en afstappen bemoeilijkt.

1. Quelles mesures seront prises pour améliorer globalement l’accessibilité de la gare de Bissegem pourles usagers ?

1. Welke maatregelen zullen er genomen worden om de klantvriendelijkheid in het station van Bissegem te verhogen ?

2. D’autres instances (la commune de Courtrai, De Lijn, etc.), dont le concours est requis pour répondre à certains avis, seront-elles contactées ?

2. Zal er contact genomen worden met andere instanties (gemeente Kortrijk, De Lijn, enzovoort) wier medewerking vereist is om aan bepaalde adviezen tegemoet te komen ?

3. Un relèvement des quais de la gare de Bissegem est-il envisagé ?

3. Overweegt men een verhoging van de perrons in het station van Bissegem ?

DO 2005200607908

DO 2005200607908

Question no 959 de Mme Hilde Vautmans du 28 avril 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 959 van mevrouw Hilde Vautmans van 28 april 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

La Poste. — Bureaux de poste de Gingelom et Jeuk.

De Post. — Postkantoren in Gingelom en Jeuk.

Gingelom compte actuellement deux bureaux de poste, l’un dans le village principal de Gingelom et l’autre dans la commune fusionnée de Jeuk. La Poste s’engage à maintenir au moins un bureau de poste dans chacune des 589 communes. Il nous est revenu que le bail du bureau de poste actuel de Gingelom prend fin en automne et la fermeture définitive du bureau de poste de Gingelom est dès lors envisagée. Dans ce cas, le bureau de poste de Jeuk serait maintenu pour la desserte de la commune fusionnée de Gingelom. E´tant donné que Gingelom est le village principal, tous les services importants se trouvent dans les environs de Gingelom. La commune opte pour une politique dans le cadre de laquelle toutes les infrastructures sont concentrées dans le village principal. Il va de soi qu’il est dès lors plus que souhaitable que La Poste soit présente dans le centre de Gingelom.

Momenteel zijn er in Gingelom twee postkantoren, één in hoofddorp Gingelom en één in deelgemeente Jeuk. De Post gaat zich engageren om in elk van de 589 gemeenten minstens één postkantoor te behouden. Er is vernomen dat het huurcontract van het huidige postkantoor in Gingelom in het najaar beeïndigd wordt en hierdoor gedacht wordt aan het definitief stopzetten van het postkantoor in Gingelom zelf. In deze optie zou het postkantoor in Jeuk voor de bediening van de fusiegemeente Gingelom behouden blijven. Aangezien Gingelom het hoofddorp is, bevinden zich alle belangrijke diensten in de kern van Gingelom. De gemeente opteert voor een beleid waarbij alle voorzieningen in het hoofddorp gebundeld worden. Het spreekt voor zich dat de aanwezigheid van De Post in het centrum van Gingelom ten zeerste aangewezen is.

1. Existe-t-il des projets de fermeture du bureau de poste de Gingelom ?

1. Zijn er plannen om het postkantoor in Gingelom te sluiten ?

2. Envisagez-vous de prendre en considération la politique locale dans le cadre de laquelle tous les servi-

2. Overweegt u rekening te houden met het lokale beleid, waarbij alle voorzieningen in het hoofddorp


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24384

ces seront rassemblés dans le village principal et de maintenir quand même le bureau de Gingelom ?

gebundeld zullen worden, en alsnog het kantoor in Gingelom behouden ?

3. a) Le bureau de poste de Jeuk sera-t-il maintenu également ?

3. a) Zal ook het postkantoor in Jeuk behouden blijven ?

b) Ou un point de service postal sera-t-il ouvert dans la commune fusionnée (une telle ouverture serait indiquée compte tenu de l’étendue de la commune) ?

b) Of zal er een postaal servicepunt komen in de deelgemeente (omwille van de uitgebreidheid van de gemeente zou dit aangewezen zijn) ?

DO 2005200607913

DO 2005200607913

Question no 960 de M. Jan Mortelmans du 28 avril 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 960 van de heer Jan Mortelmans van 28 april 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Passages à niveau de 1ère catégorie. — Accidents dus à une collision entre un train et un autre véhicule.

NMBS. — Spoorwegoverwegen van 1ste categorie. — Ongevallen tussen treinen en andere voertuigen.

1. Pourriez-vous faire savoir si des collision entre un train et un autre véhicule se sont déjà produits à un passage à niveau de 1ère catégorie, c’est-à-dire équipé de barrières complètes ou de deux demi-barrières de chaque coˆté du passage ?

1. Kan u meedelen of er zich reeds ongevallen tussen treinen en andere voertuigen hebben voorgedaan op spooroverwegen van 1ste categorie, dit wil zeggen overwegen uitgerust met volle of twee halve slagbomen aan iedere zijde ?

2. Dans l’affirmative, combien d’accidents se sont produits annuellement au cours de la période 20012006 ?

2. Zo ja, hoeveel ongevallen hebben er zich per jaar voorgedaan in de periode 2001-2006 ?

` quoi ces accidents étaient-ils imputables ? 3. A

3. Wat was de oorzaak van deze ongevallen ?

DO 2005200607921

DO 2005200607921

Question no 961 de M. Jan Mortelmans du 2 mai 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 961 van de heer Jan Mortelmans van 2 mei 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Passages à niveau. — Accidents impliquant des trains et d’autres véhicules.

NMBS. — Spoorwegoverwegen. — Ongevallen tussen treinen en andere voertuigen.

1. Pouvez-vous me préciser, par catégorie, le nombre de passages à niveau que compte notre pays ?

1. Kan u meedelen hoeveel spoorwegoverwegen er zich op het grondgebied van dit land bevinden, uitgesplitst per categorie overweg ?

2. Combien d’accidents impliquant des trains et d’autres véhicules se sont-ils produits aux passages à niveau au cours de la période 2001-2006, par an et par catégorie de passage à niveau ?

2. Hoeveel ongevallen tussen treinen en andere voertuigen hebben er per jaar en uitgesplitst per categorie overweg plaatsgevonden op deze overwegen in de periode 2001-2006 ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24385

DO 2005200607925

DO 2005200607925

Question no 962 de M. Guy D’haeseleer du 2 mai 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 962 van de heer Guy D’haeseleer van 2 mei 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

ABX. — Activité professionnelle autorisée pour les travailleurs bénéficiant d’un régime de départ anticipé.

ABX. — Toegelaten arbeid van werknemers die in een vervroegd uittredingsstelsel zitten.

Des travailleurs d’ABX qui ont accepté le régime de départ anticipé à la retraite proposé par la société exerçaient une activité professionnelle à titre accessoire à laquelle ils sont à présent tenus de mettre fin dans l’année qui suit le départ anticipé. Ces travailleurs concernés se retrouvent ainsi en situation d’inactivité complète et doivent renoncer à tout travail rémunéré.

Verschillende werknemers van ABX die ingegaan zijn op het voorstel van het bedrijf om gebruik te maken van een vervroegd uitredingsstelsel, hadden op het moment van de vervroegde uittreding een bijberoep. Er blijkt dat dit bijberoep moet stopgezet worden, uiterlijk 1 jaar na uittreding, zodat die mensen volledig op non-actief worden geplaatst en niet langer actief kunnen zijn op de arbeidsmarkt.

1. Pour quelle raison ce régime impose-t-il comme condition au maintien des droits l’arrêt de toute activité professionnelle exercée à titre accessoire au bout d’un an après le départ anticipé ?

1. Wat is de reden van deze regeling waarbij mensen hun bijberoep moeten stopzetten na 1 jaar indien ze hun rechten willen behouden ?

2. Cette inactivité imposée s’inscrit-elle dans la philosophie du gouvernement qui proˆne une activation maximale des personnes sans emploi et une participation maximale sur le marché du travail ?

2. Past dit in de filosofie van de regering om mensen zoveel mogelijk te activeren en te laten participeren aan de arbeidsmarkt ?

3. Envisagez-vous de prendre des mesures pour supprimer ces restrictions ?

3. Bent u bereid maatregelen te nemen die deze beperkingen opheffen ?

DO 2005200607931

DO 2005200607931

Question no 963 de M. Dirk Claes du 2 mai 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 963 van de heer Dirk Claes van 2 mei 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Chemins de fer. — Travaux aux passages à niveau.

NMBS. — Spoorwegen. — Werken aan overwegen.

La Belgique dispose d’un réseau de chemins de fer relativement étendu et dès lors d’un nombre important de passages à niveau. On en dénombre 2 249 au total, dont deux-tiers situés en Flandre. La densité du trafic nécessite un entretien régulier des passages à niveau, ce qui se traduit toutefois fréquemment par une moins bonne fluidité du trafic ainsi que des déviations souvent longues.

Belgie¨ kent een vrij uitgebreid netwerk van spoorwegen met de daarbij horende overwegen. 2 249 zijn het er in totaal, waarvan tweederde in Vlaanderen. Door het passerend verkeer dienen deze overwegen regelmatig vernieuwd te worden. Dit leidt echter frequent tot een moeilijkere verkeersdoorstroming gekoppeld aan vaak lange omwegen.

1. Combien de pannes ont été constatées annuellement (pour la période 2002-2005 et en 2006) aux passages à niveau de notre réseau ferroviaire, par région ?

1. Hoeveel defecten worden er jaarlijks (2002-2005 plus 2006) in ons land, en verdeeld over de gewesten, vastgesteld aan de overwegen van ons spoornet ?

2. S’emploie-t-on immédiatement à remédier à toutes ces pannes et quelle est la durée moyenne d’une réparation ?

2. Worden al deze defecten meteen aangepakt en wat is de gemiddelde duur van een herstelling ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24386

3. Combien de passages à niveau ont-ils annuellement (pour la période 2002-2005 et en 2006) fait l’objet de travaux d’entretien (du passage à niveau et de la chaussée), par région ?

3. Hoeveel overwegen worden er jaarlijks (20022005 plus 2006) aangepakt voor een onderhoud van de overweg alsook het wegdek in Belgie¨, opgedeeld per gewest ?

4. Quelle est la durée moyenne de ces travaux ?

4. Wat is de gemiddelde duur van deze werken aan de overwegen ?

5. Pendant quelle période un passage à niveau ne nécessite-t-il en principe aucun entretien ?

5. Wat is de normale periode dat een overweg normaliter onderhoudsvrij is ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24387

III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.

Premier ministre

Eerste minister

DO 2005200607956

DO 2005200607956

Question no 122 de M. Bart Laeremans du 3 mai 2006 (N.) au premier ministre :

Vraag nr. 122 van de heer Bart Laeremans van 3 mei 2006 (N.) aan de eerste minister :

CPCL. — Festivités organisées à l’occasion du 175e anniversaire de la Belgique. — Saint-Gilles. — Dépliants unilingues francophones.

VCT. — Festiviteiten voor 175 jaar Belgie¨. — SintGillis. — Eentalige Franstalige folders.

Le 20 février 2006, le président de la Commission permanente de controˆle linguistique (CPCL) a déclaré fondée une plainte relative à la diffusion, dans la commune de Saint-Gilles, de dépliants unilingues francophones à l’occasion des festivités pour le 175e anniversaire de la Belgique.

Op 20 februari 2006 heeft de voorzitter van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht (VCT) een klacht gegrond verklaard in verband met eentalig Franstalige folders die in de gemeente Sint-Gillis naar aanleiding van de festiviteiten voor 175 jaar Belgie¨ werden verspreid.

Cette plainte a été déclarée recevable et fondée par la CPCL. ` trois reprises, par courrier du 16 aouˆt, du 22 sepA tembre et du 27 octobre 2005, la CPCL vous a demandé de communiquer votre position par rapport à cette plainte. La Commission n’a reçu aucune réponse à ces courriers.

Deze klacht werd door de VCT ontvankelijk en gegrond verklaard.

Pouvez-vous expliquer pourquoi des dépliants unilingues francophones ont été diffusés dans certaines communes de Bruxelles à l’occasion des festivités pour le 175e anniversaire de la Belgique ?

Kan u verklaren waarom er in bepaalde gedeelten van Brussel eentalige Franstalige folders werden verspreid in verband met de festiviteiten voor 175 jaar Belgie¨ ?

Réponse du premier ministre du 9 juin 2006, à la question no 122 de M. Bart Laeremans du 3 mai 2006 (N.) :

Antwoord van de eerste minister van 9 juni 2006, op de vraag nr. 122 van de heer Bart Laeremans van 3 mei 2006 (N.) :

Le programme d’activités du « 175-25, le temps des rencontres » a été distribué en toutes-boıˆtes au printemps 2005. Cette distribution a été effectuée par la Poste, partenaire officiel du 175-25. La convention entre la Poste et le 175-25 prévoyait la distribution de programmes en français et de programmes en néerlandais dans les communes de la Région de BruxellesCapitale. L’abondance d’activités organisées dans le cadre du 175ème anniversaire de la Belgique et du

Het activiteitenprogramma van « 175-25 Tijd voor ontmoetingen » werd in de lente 2005 huis-aan-huis verdeeld. Deze verdeling werd uitgevoerd door De Post, officie¨le partner van 175-25. De overeenkomst tussen De Post en 175-25 voorzag in de verdeling van Nederlandstalige en Franstalige programma’s in de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De overvloed van activiteiten georganiseerd in het kader van de 175e verjaardag van Belgie¨ en van de 25e ver-


2005

De VCT vroeg tot driemaal toe, met name bij schrijven van 16 augustus, 22 september en 27 oktober 2005, uw standpunt over deze klacht mee te delen. Op deze brieven kwam evenwel geen gevolg.

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24388

25ème anniversaire du fédéralisme empêchait la mise en forme d’un programme bilingue. Seule une erreur humaine pourrait justifier le fait que cet habitant de Saint-Gilles n’aurait pas reçu les deux exemplaires prévus.

jaardag van het federalisme verhinderde de opstelling van een tweetalig programma. Enkel een menselijke fout zou kunnen verklaren dat deze inwoner van SintGillis niet de twee voorziene exemplaren heeft ontvangen.


Vice-eerste minister en minister van Justitie

DO 2005200607202

DO 2005200607202

Question no 930 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 13 février 2006 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 930 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 13 februari 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Chambre des mises en accusation. — Requêtes. — Décision. — Délai de quinze jours.

Kamer van inbeschuldigingstelling. — Verzoekschriften. — Uitspraak. — Termijn van vijftien dagen.

En vertu de l’article 61ter, § 5 du Code d’instruction criminelle (Cic), le procureur du Roi et le requérant peuvent saisir la chambre des mises en accusation d’un recours (afin d’obtenir consultation du dossier ou de certaines pièces dans le dossier) par requête motivée, déposée au greffe du tribunal de première instance dans un délai de huit jours.

Overeenkomstig artikel 61ter, § 5 van het Wetboek van strafvordering (Sv) kunnen de procureur des konings en de verzoeker bij de kamer van inbeschuldigingstelling de zaak (verzoek inzage dossier of bepaalde stukken) aanbrengen bij een met redenen omkleed verzoekschrift dat wordt ingediend bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg, binnen een termijn van acht dagen.

Ce même article 61ter, § 5 prévoit, en son deuxième alinéa, que la chambre des mises en accusation statue sans débat dans les quinze jours du dépoˆt de la requête.

In het tweede lid van hetzelfde wetsartikel staat dat de kamer van inbeschuldigingstelling uitspraak doet zonder debat binnen vijftien dagen na het indienen van het verzoekschrift.

1. Ce délai de quinze jours est-il respecté dans les ressorts des cinq cours d’appel du pays (Anvers, Gand, Bruxelles, Liège et Mons) ?

1. Kan u meedelen of deze termijn van vijftien dagen in de vijf ressorten van de hoven van beroep (Antwerpen, Gent, Brussel, Luik en Bergen) wordt gerespecteerd ?

2. Dans la négative, quel est le délai moyen d’obtention d’une décision de la chambre des mises en accusation sur de telles requêtes dans les ressorts respectifs des cinq cours d’appel ?

2. Zo deze termijn niet gerespecteerd wordt, wat is de gemiddelde behandelingsduur voor dergelijke zaken in elk van de vijf ressorten ?

Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 6 juin 2006, à la question no 930 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 13 février 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 6 juni 2006, op de vraag nr. 930 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 13 februari 2006 (N.) :

1. Dans les ressorts d’Anvers et de Gand, le délai, qui est d’ailleurs d’ordre purement réglementaire, a été respecté. Dans le ressort de Mons, il ne l’a été que dans de rares cas. Les ressorts de Bruxelles et de Liège ne m’ont transmis aucune donnée.

1. In de ressorten Antwerpen en Gent werd deze termijn, die trouwens louter van reglementaire aard is, gerespecteerd, in het ressort Bergen slechts uitzonderlijk. De ressorten Brussel en Luik konden me geen gegevens overmaken.

Dans le ressort d’Anvers, tous les arrêts de la chambre des mises en accusation sont vérifiés par le magis-

In het ressort Antwerpen worden alle arresten van de kamer van inbeschuldigingstelling nagezien door de


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24389

trat chargé de diriger la chambre des mises en accusation. Cette vérification quotidienne montre que les délais des procédures Franchimont sont toujours respectés — et ce dans toutes les procédures. Les quelques cas exceptionnels dans lesquels le délai n’a pas été respecté tenaient au fait que des informations complémentaires étaient nécessaires ou que le dossier était arrivé tardivement. Il est ainsi arrivé que le délai soit dépassé pendant les vacances judiciaires parce qu’une information complémentaire avait été demandée au procureur du Roi.

magistraat belast met de leiding van de kamer van inbeschuldigingstelling. Uit dit dagelijks nazicht blijkt dat termijnen in de Franchimont procedures steeds — en dit in alle procedures — gerespecteerd worden. Slechts uitzonderlijk werd van de termijn afgeweken omdat er bijkomende informatie nodig was of omdat het dossier laattijdig toekwam. Zo is het reeds gebeurd dat de termijn overschreden werd in de gerechtelijke vakantie omdat een bijkomende inlichting gevraagd werd aan de procureur des Konings.

Le ressort de Gand confirme cette tendance et communique que la chambre des mises en accusation prononce toujours un arrêt dans les 15 jours qui suivent le dépoˆt d’un recours par requête conformément à l’article 61ter du CIC.

Het ressort Gent bevestigt deze trend en deelt mee dat de kamer van inbeschuldigingstelling steeds een arrest velt binnen de 15 dagen na de neerlegging van een verzoekschrift tot hoger beroep overeenkomstig artikel 61ter Sv.

2. Dans le ressort de Mons, le délai moyen de fixation, pour les années 1999 à 2005, était de 79 jours.

2. In het ressort Bergen bedroeg de gemiddelde vaststellingstermijn, voor de jaren 1999 tot 2005, 79 dagen.

La durée moyenne de traitement dans ce ressort a fortement augmenté entre 2001 et 2004. Ceci s’explique partiellement par l’augmentation du nombre d’affaires que la chambre des mises en accusation a dû traiter au cours de ces années : de 1 197 dossiers en 2001 à 1 300 dossiers en 2004. Une autre explication réside dans la forte augmentation du nombre d’affaires traitées par la Cour d’assises : de 6 affaires en 2001 contre 26 affaires en 2004.

De gemiddelde behandelingsduur is in dit ressort tussen 2001 en 2004 sterk gestegen. Dit valt gedeeltelijk te verklaren door de stijging gedurende voormelde jaren van de te behandelen zaken door de kamer van inbeschuldigingstelling : van 1 197 dossiers in 2001 tot 1 300 dossiers in 2004. Een andere verklaring is te vinden in de sterke stijging van het aantal behandelde zaken door het Hof van Assisen : van 6 zaken in 2001 tot 26 zaken in 2004.

Actuellement, le ressort de Mons ne connaıˆt cependant plus d’arriéré.

Op dit ogenblik is er voor het ressort Bergen echter geen achterstand meer.

DO 2005200608108

DO 2005200608108

Question no 1034 de M. Melchior Wathelet du 22 mai 2006 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :

Vraag nr. 1034 van de heer Melchior Wathelet van 22 mei 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :

Rapport secret des Comités P et R relatif à l’affaire « Erdal ».

Geheim verslag van de Comités P en I in verband met de zaak-Erdal.

La presse « De Morgen » a dernièrement fait écho que plusieurs documents importants des rapports secrets des Comités P et R sur l’affaire « Erdal » qui ont été examinés récemment lors de la commission de suivi des Comités P et R auraient été manipulés.

In de krant De Morgen viel laatst te lezen dat verscheidene belangrijke documenten uit de geheime verslagen van de Comités P en I over de zaak-Erdal die onlangs door de begeleidingscommissie van de Comités P en I werden besproken, het voorwerp van manipulaties zouden zijn geweest.

Parmi eux, une importante lettre du ministre de l’Intérieur ainsi qu’une note de la Suˆreté de l’E´tat dans laquelle un passage aurait été amputé avant d’être transmise à la ministre de la Justice. Dans cette note, les comités P et R auraient établi que le ministre Dewael avait envoyé le 29 avril 2004 une réponse à une lettre de Koen Dassen, dans laquelle le responsable de la Suˆreté de l’E´tat demandait que ses services soient

Het gaat onder andere om een belangrijke brief van de minister van Binnenlandse Zaken en een nota van de Staatsveiligheid waarin een passage zou geschrapt zijn, voordat ze aan de minister van Justitie werd overgemaakt. In die nota zouden de Comités P en I tot de slotsom zijn gekomen dat minister Dewael op 29 april 2004 zelf geantwoord zou hebben op een brief van de heer Koen Dassen, waarin het hoofd van de Staatsvei-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24390

« libérés » de la mission d’observation du quartier général bruxellois du groupement d’extrême gauche DHKP-C.

ligheid vroeg of zijn diensten van de observatieopdracht van het Brussels hoofdkwartier van de extreemlinkse organisatie DHKP-C zouden ontheven worden.

Il me revient également le fait qu’il existerait deux versions d’une note de la Suˆreté de l’E´tat du 20 février 2006, soit une semaine avant la disparition de la militante turque.

Naar verluidt zouden er ook twee versies bestaan van een nota die de Staatsveiligheid op 20 februari 2006, dus een week voor de verdwijning van de Turkse militante, zou hebben opgesteld.

Confirmez-vous la véracité de ces faits ?

Zijn die beweringen correct ?

Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 8 juin 2006, à la question no 1034 de M. Melchior Wathelet du 22 mai 2006 (Fr.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 8 juni 2006, op de vraag nr. 1034 van de heer Melchior Wathelet van 22 mei 2006 (Fr.) :

J’ai pris connaissance, comme vous, des articles parus dans la presse après les discussions parlementaires consacrées aux rapports des Comités P et R sur le dossier Erdal.

Ik heb net als u kennis genomen van de artikelen die in de pers zijn verschenen na de discussies in het parlement gewijd aan de verslagen van de Comités P en I in verband met het dossier Erdal.

Par rapport à la lettre de mon collègue de l’Intérieur du 29 avril 2004, je ne puis répondre à sa place. J’ai cependant demandé à la Sûreté de l’E´tat de me dire ce qu’il en était et celle-ci m’a fait savoir qu’elle ne disposait pas de cette lettre.

Inzake de brief van 29 april 2004 van mijn collega van Binnenlandse Zaken wens ik te stellen dat ik niet kan antwoorden in zijn plaats. Ik heb evenwel aan de Veiligheid van de Staat gevraagd, mij uit te leggen hoe de situatie in elkaar zit, maar de dienst antwoordde mij dat hij deze brief niet heeft.

Quant à la note du 20 février 2006 de la Sûreté de l’E´tat, je n’ai reçu qu’une seule note contenant le plan opérationnel de la Sûreté de l’E´tat. Je ne puis donc prendre attitude par rapport à une note que je n’aurais pas reçue.

Inzake de nota van de Veiligheid van de Staat van 20 februari 2006 kan ik u meedelen dat ik slechts een nota heb ontvangen die het operationeel plan van de Veiligheid van de Staat bevat. Ik kan dus geen standpunt innemen met betrekking tot een nota die ik niet heb ontvangen.

Il ressort cependant de mes contacts avec la Sûreté de l’E´tat que différentes versions du plan opérationnel ont été établies avant de me transmettre un plan opérationnel définitif.

Uit mijn contact met de Veiligheid van de Staat blijkt echter dat verschillende versies van het operationeel plan werden opgesteld voordat mij een definitief operationeel plan werd bezorgd.

Je pense que cela est normal, qu’un projet soit d’abord établi, qu’ensuite, il soit soumis à la décision de la direction de la Sûreté de l’E´tat et qu’enfin un texte définitif soit communiqué.

Ik denk dat het normaal is dat eerst een ontwerp wordt opgemaakt, dat dit vervolgens aan het oordeel van de directie van de Veiligheid van de Staat wordt onderworpen en dat ten slotte een definitieve tekst wordt meegedeeld.

Je ne vois pas où est le problème.


Ik begrijp niet wat het probleem is. 2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24391


Vice-eerste minister en minister van Financie¨n

DO 2005200607580

DO 2005200607580

Question no 1195 de M. Ortwin Depoortere du 21 mars 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1195 van de heer Ortwin Depoortere van 21 maart 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Critères régissant la participation de membres de la famille aux voyages de service.

Gehanteerde criteria om familieleden te laten deelnemen aan dienstreizen.

Les questions suivantes se posent à propos des voyages de service que vous avez effectués dans le cadre de votre fonction de ministre/secrétaire d’E´tat :

In het kader van de dienstreizen die u als minister/ staatssecretaris hebt ondernomen, rijzen volgende vragen :

1. Dans combien de cas étiez-vous accompagné(e) par un ou plusieurs membres de votre famille lors de ces voyages de service ?

1. Op hoeveel dienstreizen werd u vergezeld door één of meerdere familieleden ?

2. Les frais liés à cette participation ont-ils été supportés par le budget dont vous disposez ?

2. Gebeurde dit op kosten van de aan u toebedeelde kredieten ?

3. Sur la base de quels critères cette participation peut-elle se justifier ?

3. Welke criteria werden gehanteerd om deelname van één of meerdere familieleden te rechtvaardigen ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 6 juin 2006, à la question no 1195 de M. Ortwin Depoortere du 21 mars 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 6 juni 2006, op de vraag nr. 1195 van de heer Ortwin Depoortere van 21 maart 2006 (N.) :

En réponse à la question de l’honorable membre, j’ai l’honneur de porter à sa connaissance les éléments suivants.

In antwoord op de vraag van de het geachte lid heb ik de eer hem de volgende elementen ter kennis te brengen.

1 à 3. Au cours de la législature actuelle, j’ai été, accompagné par mon épouse à l’occasion de six missions officielles à l’étranger.

1 tot 3. In de loop van de huidige zittingsperiode ben ik naar aanleiding van zes officie¨le missies in het buitenland door mijn echtgenote vergezeld.

Il s’agit, entre autres, de missions dans le cadre des assemblées du Fonds Monétaire International, de la Banque mondiale, de la BERD ou de la Banque Africaine du Développement, de missions officielles dans le cadre de signatures de conventions bilatérales ou de missions de promotion des mesures fiscales spécifiques (Tax Shelter par exemple).

Het gaat, onder andere, om missies in het kader van vergaderingen van het Internationaal Monetair Fonds, van de Wereldbank, van de EBWO, van de Afrikaanse Ontwikkelingsbank, officie¨le missies in het kader van ondertekeningen van bilaterale overeenkomsten of missies ter promotie van specifieke belastingmaatregelen (Tax Shelter bijvoorbeeld).

Ces déplacements ont été pris en charge par les crédits de cabinet qui me sont alloués.

Die verplaatsingen zijn bekostigd door de kabinetskredieten die me worden toegekend.

DO 2005200607775

DO 2005200607775

Question no 1223 de M. Bart Laeremans du 18 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1223 van de heer Bart Laeremans van 18 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Couˆt de la formation d’étudiants étrangers. ` quel montant s’élèvent les subventions accordées A en 2005 par l’E´tat fédéral aux universités et aux écoles

Kost buitenlandse studenten.


2005

Hoeveel heeft de federale Staat in 2005 uitgegeven aan subsidies voor de Franstalige, respectievelijk de 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24392

supérieures francophones et néerlandophones pour la formation d’étudiants étrangers ?

Nederlandstalige universiteiten en hogescholen voor de opleiding van buitenlandse studenten ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 6 juin 2006, à la question no 1223 de M. Bart Laeremans du 18 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 6 juni 2006, op de vraag nr. 1223 van de heer Bart Laeremans van 18 april 2006 (N.) :

En vertu de l’article 62 de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des communautés et des régions, telle que modifiée par la loi spéciale du 13 juillet 2001 portant refinancement des communautés et extension des compétences fiscales des régions, il est prévu annuellement, à charge du budget de l’E´tat, un crédit pour le financement de l’enseignement universitaire dispensé aux étudiants étrangers.

Krachtens artikel 62 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, zoals gewijzigd door de bijzondere wet van 13 juli 2001 tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten, wordt jaarlijks op de uitgavenbegroting van de federale overheid een krediet vastgesteld voor de financiering van het universitair onderwijs dat aan buitenlandse studenten wordt verstrekt.

Le crédit qui a été fixé en vertu de l’article précité pour l’année budgétaire 2005, atteignait au total 92 899 000 euros, soit 30 657 000 euros pour la Communauté flamande et 62 242 000 euros pour la Communauté française. Ces montants ont été intégralement ordonnancés sur les crédits de l’année budgétaire 2005 et payés, pour la majeure partie, au cours de la même année.

Het krediet dat krachtens voormelde artikel voor het begrotingsjaar 2005 werd bepaald, bedroeg in totaal 92 899 000 euro, hetzij 30 657 000 euro voor de Vlaamse Gemeenschap en 62 242 000 euro voor de Franse Gemeenschap. Deze bedragen werden integraal op het begrotingsjaar 2005 geordonnanceerd en grotendeels betaald in de loop van datzelfde jaar.

En outre, en 2005, un montant a été ordonnancé sur les crédits reportés de l’année budgétaire précédente (2004) : ce montant s’élevait au total à 541 000 euros, soit 179 000 euros pour la Communauté flamande et 362 000 euros pour la Communauté française. Ce même montant a été intégralement payé au cours de l’année 2005.

Daarenboven werd in 2005 een bedrag geordonnanceerd op de overgedragen kredieten van het voorgaande begrotingsjaar (2004) : dit bedrag bedroeg in totaal 541 000 euro, hetzij 179 000 voor de Vlaamse Gemeenschap en 362 000 euro voor de Franse Gemeenschap. Dit bedrag werd integraal betaald in de loop van 2005.

En résumé, le montant total ordonnancé en 2005 s’élevait donc à 93 440 000 euros, soit 30 836 000 euros pour la Communauté flamande et 62 604 000 euros pour la Communauté française. De ce montant, 85 535 327 euros au total ont été effectivement payés aux communautés au cours de l’année 2005, soit 28 227 333 euros à la Communauté flamande et 57 307 994 euros à la Communauté française. Le reste a été versé effectivement au Communautés début janvier 2006.

Samengevat bedroeg het totaal in 2005 geordonnanceerde bedrag aldus 93 440 000 euro, hetzij 30 836 000 euro bestemd voor de Vlaamse Gemeenschap en 62 604 000 euro voor de Franse Gemeenschap. Daarvan werd er in totaal 85 535 327 euro effectief aan de gemeenschappen in de loop van 2005 betaald, hetzij 28 227 333 euro aan de Vlaamse Gemeenschap en 57 307 994 euro aan de Franse Gemeenschap. Het overige bedrag werd begin januari 2006 effectief aan de gemeenschappen uitgekeerd.

DO 2005200607880

DO 2005200607880

Question no 1250 de M. Carl Devlies du 26 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1250 van de heer Carl Devlies van 26 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Enquêtes en banque dans le secteur de la TVA.

Bankonderzoeken in de sector BTW.

Le rapport annuel 2004 du SPF Finances mentionne dans le tableau no 19, secteur TVA, activités de controˆle des controˆles « classiques », qu’en 2002, 19 autorisations d’enquête en banque ont été délivrées par l’Administration de la fiscalité des entreprises et

In het jaarverslag van de FOD Financie¨n over 2004 vinden wij onder tabel nr. 19, sector BTW controlewerkzaamheden van de klassieke controles, dat in 2002 19 toelatingen voor bankonderzoeken werden gegeven door de administratie van de Ondernemings-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24393

des revenus (AFER). En 2003, ce chiffre s’élevait à 29 et en 2004, à 36.

en Inkomstenfiscaliteit (AOIF). In 2003 waren er dat 29, in 2004 36.

Ces autorisations sont délivrées avec l’accord conjoint de l’administrateur général et de l’administrateur général adjoint des impoˆts à Bruxelles.

Deze toelatingen worden gegeven gezamenlijk door de administrateur-generaal en de adjunct administrateur-generaal van de belastingen te Brussel.

1. Pouvez-vous indiquer, pour les années 2002, 2003 et 2004, dans combien de cas l’autorisation d’enquête en banque demandée par l’administration de la TVA a été refusée ?

1. Kan u meedelen voor de jaren 2002, 2003 en 2004 in hoeveel gevallen geen toelating voor bankonderzoek werd verleend, alhoewel dit door de BTWadministratie werd gevraagd ?

2. Pouvez-vous en outre ventiler le nombre d’autorisations d’enquête en banque délivrées en 2002, 2003 et 2004 par les Régions flamande, bruxelloise et wallonne (en fonction du lieu d’établissement du contribuable et, pour la Région bruxelloise, par roˆle linguistique) ?

2. Kan u tevens het aantal toelatingen voor bankonderzoeken in 2002, 2003 en 2004 uitsplitsen over het Vlaams, het Brussels en het Waals Gewest en dit in functie van de vestigingsplaats van de belastingplichtige en wat het Brussels Gewest betreft per taalrol ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 8 juin 2006, à la question no 1250 de M. Carl Devlies du 26 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 8 juni 2006, op de vraag nr. 1250 van de heer Carl Devlies van 26 april 2006 (N.) :

L’honorable membre voudra bien trouver ci-après les informations demandées.

Het geachte lid kan hierna de gevraagde inlichtingen vinden.

1. Nombre de demandes d’enquêtes en banque introduites en 2002, 2003 et 2004, dont l’autorisation a été refusée par les autorités compétentes en vertu de l’article 62bis du Code de la TVA : 0.

1. Aantal bankonderzoeken aangevraagd in 2002, 2003 en 2004, waarvoor de machtiging werd geweigerd door de autoriteiten bevoegd op grond van artikel 62bis van het BTW-Wetboek : 0.

2. Pour les années 2002, 2003 et 2004, le nombre d’autorisations d’enquêtes en banque accordées, conformément aux articles 62bis et 63bis aux fonctionnaires chargés de vérifier la correcte application de la TVA ou d’en assurer le recouvrement, s’élève, en fonction du domicile fiscal de l’assujetti dont le controˆle de la comptabilité a donné lieu à une enquête bancaire, à :

2. Voor de jaren 2002, 2003 en 2004 bedraagt het aantal machtigingen tot bankonderzoeken die op grond van de artikelen 62bis en 63bis van het BTWWetboek worden toegekend aan de ambtenaren belast met het toezicht op de correcte toepassing van de BTW of met de invordering ervan, in functie van de fiscale woonplaats van de belastingplichtige waarvan de controle op de boekhouding aanleiding heeft gegeven tot een bank-onderzoek :

Année 2002 : 19

Jaar 2002 : 19

— Région flamande : 13;

— Vlaams Gewest : 13;

— Région wallonne : 5;

— Waals Gewest : 5;

— Région de Bruxelles-Capitale :

— Brussels Hoofdstedelijk Gewest :

•

roˆle linguistique néerlandophone : 0;

•

Nederlandstalige taalrol : 0;

•

roˆle linguistique francophone : 1.

•

Franstalige taalrol : 1.

Année 2003 : 29

Jaar 2003 : 29


— Vlaams Gewest : 16;





•


•


•


•


Année 2004 : 36

Jaar 2004 : 36



— Vlaams Gewest : 2; 2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24394





•


•


•


•


DO 2005200607993

DO 2005200607993

Question no 1278 de M. Carl Devlies du 8 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1278 van de heer Carl Devlies van 8 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Constitution d’un droit réel. — Droit à déduction. — Services de conseil.

Vestiging zakelijk recht. — Recht op aftrek. — Adviesdiensten.

Les personnes qui choisissent de soumettre la constitution du droit réel à la TVA peuvent déduire de la taxe due la TVA afférente aux opérations tendant ou concourant à l’érection ou à l’acquisition du baˆtiment sur lequel le droit réel est établi, ainsi que la taxe afférente aux opérations en rapport direct avec la constitution du droit réel (Manuel de la TVA, no 161, www.fisconet.be).

De personen die opteren om de vestiging van het zakelijk recht te onderwerpen aan BTW kunnen van de verschuldigde belasting de BTW aftrekken die geheven werd van de handelingen die strekken of bijdragen tot de oprichting of verkrijging van het gebouw waarop een zakelijk recht wordt gevestigd, evenals de belasting geheven van de handelingen die rechtstreeks verband houden met de vestiging van het zakelijk recht (BTW-handleiding nr. 161, www.fisconet.be).

Pour préparer cette opération, elles sollicitent souvent les services de conseillers qui leur donneront, par exemple, un aperçu des conséquences en matière de TVA de la constitution d’un droit réel avec application de la TVA, rédigeront la convention d’établissement d’un droit réel, les aideront à remplir les conditions formelles pour pouvoir constituer un droit réel avec application de la TVA, etc.

Ter voorbereiding van deze handeling vragen zij vaak diensten van adviseurs om een overzicht te krijgen van bijvoorbeeld de BTW-gevolgen van het vestigen van een zakelijk recht onder toepassing van BTW, voor het opstellen van de overeenkomst tot vestiging van een zakelijk recht, het assisteren bij het vervullen van de formele voorwaarden om een zakelijk recht te kunnen vestigen onder toepassing van BTW, enzovoort.

Ces frais ne sont pas bien évidemment pas compris dans le prix d’érection ou d’acquisition du baˆtiment. Mais ils ont un rapport direct avec la constitution du droit réel.

Deze kosten zijn uiteraard niet inbegrepen in de oprichtings- of aankoopprijs van het gebouw. Ze houden wel rechtstreeks verband met de vestiging van het zakelijk recht.

Votre administration pourrait-elle confirmer :

Kan uw administratie bevestigen dat :

1. que ces frais ne doivent pas être assimilés à une composante du prix d’érection ou de constitution du baˆtiment en pleine propriété;

1. deze kosten niet dienen beschouwd te worden als een bestanddeel van de oprichtings- of aankoopprijs van het gebouw in volle eigendom;

2. que ces frais doivent être assimilés à des « opérations en rapport direct avec la constitution du droit réel » et peuvent dès lors donner lieu à une déduction de la TVA ?

2. deze kosten dienen beschouwd te worden als « handelingen die rechtstreeks verband houden met de vestiging van het zakelijk recht » en dus in aanmerking komen voor aftrek van BTW ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 8 juin 2006, à la question no 1278 de M. Carl Devlies du 8 mai 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 8 juni 2006, op de vraag nr. 1278 van de heer Carl Devlies van 8 mei 2006 (N.) :

Celui qui constitue, avec application de la TVA, un droit réel sur un baˆtiment, peut déduire de la taxe exigible sur cette opération, les taxes ayant grevé les opérations servant ou contribuant, directement, selon

Degene die een zakelijk recht vestigt op een gebouw met toepassing van de BTW kan van de voor deze handeling opeisbare belasting de belasting in aftrek brengen die werd geheven van de handelingen die


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24395

le cas, à l’érection ou à l’acquisition du baˆtiment sur lequel porte le droit réel concerné ainsi que les taxes ayant grevé les opérations qui ont un rapport direct avec la constitution d’un tel droit réel (voir article 4 de l’arrêté royal no 14 du 3 juin 1970).

direct strekken of bijdragen, naargelang het geval, tot de oprichting of de verkrijging van het gebouw waarop het desbetreffende zakelijk recht slaat, alsook de belasting die werd geheven van de handelingen die een rechtstreeks verband hebben met de vestiging van dergelijk zakelijk recht (zie artikel 4 van het koninklijk besluit nr. 14 van 3 juni 1970).

Les services de conseillers qui sont utilisés pour la constitution d’un droit réel sont considérés comme des opérations qui ont un rapport direct avec la constitution d’un tel droit. La TVA grevant ces services est par conséquent déductible à concurrence de la partie du prix du droit réel se rapportant au baˆtiment lui-même, à l’exclusion du terrain.

Diensten van adviseurs die met het oog op de vestiging van het zakelijk recht worden gebruikt worden aangemerkt als handelingen die een rechtstreeks verband hebben met de vestiging van dergelijk recht. De BTW geheven van deze diensten is derhalve aftrekbaar voor het gedeelte dat verband houdt met de prijs van het zakelijk recht op het gebouw zelf, met uitsluiting van de grond.

Le coût de ces services ne doit pas être considéré comme un élément du prix d’acquisition ou de construction du baˆtiment en pleine propriété pour la détermination des taxes déductibles telle qu’exposée au no 161 du Manuel de la TVA (voir www.fisconet.fgov.be).

De kosten van deze diensten dienen niet te worden aangemerkt als een bestanddeel van de oprichtings- of aankoopprijs van het gebouw in volle eigendom voor de bepaling van de aftrekbare belasting zoals uiteengezet in nr. 161 van de BTW-handleiding (zie www.fisconet.be).

DO 2005200608118

DO 2005200608118

Question no 1302 de M. Servais Verherstraeten du 22 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :

Vraag nr. 1302 van de heer Servais Verherstraeten van 22 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n :

Caisse des dépoˆts et consignations. — Procédure de faillite. — Sommes versées.

Deposito. — en Consignatiekas. — Faillissementsprocedure. — Gestorte sommen.

Dans le cadre de la procédure de faillite, le curateur est tenu, en vertu de l’article 51 de la loi sur les faillites, de rechercher et de recouvrer sur ses quittances, toutes les créances ou sommes dues au failli. Toutes les sommes provenant des ventes et recouvrements faits par le curateur sont versées à la Caisse des dépoˆts et consignations dans les huit jours de leur réception.

In het kader van de faillissementsprocedure is de curator op grond van artikel 51 faillissementswet verplicht alle schuldvorderingen of geldsommen die aan de gefailleerde verschuldigd zijn, op te sporen en te innen. Alle sommen afkomstig van verkopen en invorderingen worden door die curator binnen acht dagen na ontvangst in de Deposito- en Consignatiekas gestort.

1. a) Quelle est la valeur totale des sommes versées à la Caisse des dépoˆts et consignations dans le cadre de la procédure de faillite ?

1. a) Wat is de totale waarde van de in het kader van de faillissementsprocedure gestorte sommen in de Deposito- en Consignatiekas ?

b) Quel est le montant total en dépoˆt à la Caisse des dépoˆts et consignations ?

b) Voor hoeveel is er in totaal in de Deposito- en Consignatiekas aanwezig ?

2. Comment se répartissent, par ressort de chacun des tribunaux du commerce, les sommes versées à la Caisse des dépoˆts et consignations dans le cadre de la procédure de faillite ?

2. Wat is de verdeling van de in het kader van de faillissementsprocedure in de Deposito- en Consignatiekas gestorte sommen per rechtsgebied van elk van de rechtbanken van koophandel ?

3. Quelle est la répartition concrète, entre la Flandre et la Wallonie, des sommes versées dans le cadre de la procédure de faillite ?

3. Wat is de concrete verdeling van de in het kader van de faillissementsprocedure gestorte sommen tussen Vlaanderen en Wallonie¨ ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24396

4. a) Quel délai s’écoule en moyenne avant qu’une faillite soit cloˆturée et que les sommes déposées soient versées ?

4. a) Hoe lang duurt het gemiddeld eer een faillissement is afgesloten en de gedeponeerde sommen worden uitgekeerd ?

b) Combien de temps en moyenne les sommes restentelles bloquées ?

b) Hoe lang staan de sommen gemiddeld geblokeerd ?

5. a) Un intérêt est-il duˆ sur les sommes déposées ?

5. a) Is er rente verschuldigd op de gedeponeerde sommen ?

b) Dans l’affirmative, à combien s’élève-t-il ?

b) Zo ja, hoeveel bedraagt die ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 7 juin 2006, à la question no 1302 de M. Servais Verherstraeten du 22 mai 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 7 juni 2006, op de vraag nr. 1302 van de heer Servais Verherstraeten van 22 mei 2006 (N.) :

1. a) Au 31 décembre 2005 il y avait 17 441 faillites en cours gérées à la Caisse des dépoˆts et consignations pour un montant s’élevant à 1 375 474 924,09 euros.

1. a) Op 31 december 2005 waren er 17 441 openstaande faillissementen in beheer bij de Depositoen Consignatiekas, voor een overeenstemmend bedrag van 1 375 474 924,09 euro.

b) Au 31 décembre 2005

b) Op 31 december 2005 bedroeg het

— le total des dépoˆts en numéraire s’élevait à 2 143 378 000 euros;

— totaal van de 2 143 378 000 euro;

— le total des dépoˆts en titres s’élevait à 206 307 475 euros;

— totaal van de deposito’s in effecten : 206 307 475 euro;

— pour toutes les matières relevant de la compétence de la Caisse des dépoˆts et consignations.

— voor alle materies waarvoor de Deposito- en Consignatiekas bevoegd is.

deposito’s

in

2. Voir tableau ci-dessous.

2. Zie tabel hieronder.

Dossiers en cours (31 décembre 2005)

Openstaande dossiers (31 december 2005)

Tribunaux de commerce — Rechtbanken van koophandel

No — Nr.

Faillites — Faillissementen

Agences — Agentschappen Dossiers

Flandres. — Vlaanderen Anvers. — Antwerpen .................... Malines. — Mechelen ..................... Turnhout ........................................ Bruges. — Brugge ........................... Courtrai. — Kortrijk ...................... Furnes. — Veurne .......................... Ypres. — Ieper ............................... Gand. — Gent ................................ Audenarde. — Oudenaarde ............ Termonde. — Dendermonde .......... Hasselt ............................................ Louvain. — Leuven ........................ Tongres. — Tongeren ....................


01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 13

Antwerpen Mechelen Turnhout Brugge Kortrijk Veurne Ieper Gent Oudenaarde Dendermonde Hasselt Leuven Tongeren

2005

2006

geld :

2 247 331 769 1 387 858 239 106 1 132 152 538 689 194 569

Montants — Bedragen

221 070 675,88 17 266 512,29 48 149 241,12 57 215 263,59 86 600 312,78 15 136 214,16 22 004 242,21 78 612 964,73 8 656 470,78 73 104 231,72 37 384 745,86 12 472 196,20 20 886 831,50


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

Tribunaux de commerce — Rechtbanken van koophandel

24397

No — Nr.

Faillites — Faillissementen

Agences — Agentschappen Dossiers

Sous-total. — Subtotaal ..................

Montants — Bedragen

9 211

698 559 902,82

462 985 732 247 575 661 331 141 88 91 13 40 130

20 642 107,81 45 794 013,05 56 906 309,61 21 825 211,01 51 287 437,99 41 235 539,33 21 276 771,74 6 307 109,84 5 613 371,31 2 171 885,22 90 362,76 1 941 413,83 10 512 177,90

4 496

285 603 711,40

1 380 2 354

91 744 285,91 299 567 023,96

Sous-total. — Subtotaal ..................

3 734

391 311 309,87

Total. — Totaal .............................

17 441

1 375 474 924,09

Wallonie. — Wallonie¨ Namur. — Namen ......................... Charleroi ........................................ Nivelles. — Nijvel .......................... Mons. — Bergen ............................ Tournai. — Doornik ...................... Liège. — Luik ................................. Huy. — Hoei .................................. Verviers .......................................... Eupen ............................................. Arlon. — Aarlen ............................. Marche ........................................... Neufchaˆteau ................................... Dinant ............................................

15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27

Namur Charleroi Nivelles Mons Tournai Liège Huy Verviers Malmédy Arlon Marche Neufchaˆteau Dinant

Sous-total. — Subtotaal .................. Bruxelles. — Brussel ........................... Brussel ............................................ Bruxelles .........................................

14 28

Brussel (Ned) Bruxelles (Fr)

3. Voir le même tableau.

3. Zie dezelfde tabel.

4. a) La durée moyenne de toutes les faillites cloˆturées en 2005 à la Caisse des dépoˆts et consignations, toutes juridictions confondues, était de 4 ans et un mois.

4. a) De gemiddelde duur van alle in 2005 bij de Deposito- en Consignatiekas afgesloten faillissementen, voor alle rechtsgebieden tezamen, bedroeg 4 jaar en 1 maand.

Le calcul débute à la date du premier versement de chaque faillite et se termine à la date du dernier paiement effectué.

De berekening ervan vangt aan op de datum van de eerste storting van elk faillissement en eindigt met de datum van de laatste betaling.

b) Même délai.

b) Zelfde termijn.

5. a) Les fonds de faillite, consignés à la Caisse des dépoˆts et consignations rapportent effectivement un intérêt.

5. a) Faillissementsgelden, geconsigneerd bij de Deposito- en Consignatiekas brengen inderdaad een rente op.

b) L’intérêt s’élève actuellement à 2,75 % net. Cet intérêt est lié au marché et est fixé par le ministre des Finances (par arrêté ministériel). Celui-ci en

b) De rente bedraagt momenteel 2,75 % netto. Deze rente is marktgebonden en wordt vastgesteld door de minister van Financie¨n (bij ministerieel besluit).


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24398

reçoit l’autorisation de la loi annuelle des Voies et Moyens.

De minister van Financie¨n krijgt daartoe de toestemming in de jaarlijkse wet op de Rijksmiddelenbegroting.

DO 2005200608163

DO 2005200608163

Question no 1307 de M. Walter Muls du 29 mai 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre des Finances : Documents parlementaires transmis par le gouvernement au parlement. — Frais de traduction. Les documents que le gouvernement transmet pour examen au parlement (projets de loi, amendements du gouvernement, etc.) doivent être rédigés dans les deux principales langues nationales. 1. Qui est chargé de la traduction des textes français en néerlandais ? 2. Quel a été le couˆt de ce travail de traduction en 2003, 2004 et 2005 ? 3. Qui est chargé de la traduction des textes néerlandais en français ? 4. Quel a été le couˆt de ce travail de traduction en 2003, 2004 et 2005 ? Réponse du vice-premier ministre et ministre des Finances du 8 juin 2006, à la question no 1307 de M. Walter Muls du 29 mai 2006 (N.) : J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre que le service au sein du SPF Finances en charge de la rédaction desdits documents le fait en français et en néerlandais, sans qu’il n’y ait aucune intervention budgétaire.

Vraag nr. 1307 van de heer Walter Muls van 29 mei 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financie¨n : Overmaken van parlementaire stukken door regering aan parlement. — Vertaalkosten. Stukken die de regering aan het parlement overmaakt voor behandeling (wetsontwerpen, amendementen van de regering, enzovoort) dienen in de twee belangrijkste landtalen te worden opgesteld. 1. Wie verzorgt deze vertalingen van het Frans naar het Nederlands ? 2. Wat was de kostprijs hiervan voor 2003, 2004 en 2005 ? 3. Wie verzorgt deze vertalingen van het Nederlands naar het Frans ? 4. Wat was de kostprijs hiervan voor 2003, 2004 en 2005 ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Financie¨n van 8 juni 2006, op de vraag nr. 1307 van de heer Walter Muls van 29 mei 2006 (N.) : Ik heb de eer het geachte lid ter kennis te brengen dat de dienst die zich binnen de FOD Financie¨n met de redactie van de voornoemde documenten belast, dit in het Frans en in het Nederlands doet, zonder dat er een budgettaire tussenkomst is.

Vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation

Vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken

Protection de la consommation

Consumentenzaken

DO 2005200607991

DO 2005200607991

Question no 200 de Mme Muriel Gerkens du 8 mai 2006 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation : Carburants et combustibles pétroliers meilleurs pour l’environnement. Il y a quelque temps, j’interrogeais le ministre Verwilghen (question écrite no 159 du 14 décembre

Vraag nr. 200 van mevrouw Muriel Gerkens van 8 mei 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken :


2005

Milieuvriendelijke oliebrandstof. Enige tijd geleden ondervroeg ik minister Verwilghen (schriftelijke vraag nr. 159 van 14 december 2005, 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24399

2005, Questions et Réponses, Chambre 2005-2006, no 107, p. 19950) à propos des carburants et combustibles pétroliers lancés sur le marché depuis quelque temps par plusieurs grands groupes à grand renfort de publicité et présentés comme étant plus efficaces, moins polluants et donc moins chers à l’usage. Il semble que ce soit l’ajout d’un ou de plusieurs additifs qui leur permette de faire de telles annonces.

Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 107, blz. 19950) in verband met de brandstoffen die sinds enige tijd door grote oliegroepen met veel publiciteit op de markt worden gebracht en die volgens hen efficie¨nter, minder vervuilend en dus zuiniger zijn. Blijkbaar stelt het toevoegen van een of meer substanties hen in staat dit effect te bereiken.

L’ajout de ces additifs a bien été confirmé par le ministre Verwilghen mais il est incapable d’en préciser la nature et les renseignements qu’il a pu me fournir à leur sujet, m’inquiètent notamment quant à la protection des consommateurs.

Minister Verwilghen bevestigde toen dat bepaalde oliemaatschappijen inderdaad additieven toevoegen aan hun petroleumproducten, maar hij kon me niet vertellen om welke additieven het precies gaat en de inlichtingen die hij me wel heeft verschaft, zijn niet meteen van aard om me gerust te stellen wat de bescherming van de consument betreft.

1. Pourriez-vous communiquer si ces informations ont été pour le moins vérifiées par vos services, et ce plus particulièrement au niveau de l’effet positif de ces additifs sur l’environnement ?

1. Zou u ons kunnen zeggen of deze beweringen op zijn minst door uw diensten zijn gecheckt, meer bepaald wat de gunstige invloed op het brandstofverbruik betreft ?

2. Ces améliorations ont-elles été testées uniquement sur de nouveaux véhicules et sur de nouvelles installations de chauffage ou également sur du matériel existant ?

2. Werden die verbeterde producten enkel getest op nieuwe voertuigen en nieuwe verwarmingsinstallaties, of ook op bestaand materiaal ?

3. Existe-t-il des règles à respecter par les sociétés qui vendent des carburants et des combustibles en matière d’information des consommateurs sur les qualités environnementales de leurs produits ?

3. Moeten de brandstofverkopende bedrijven bepaalde regels naleven op het vlak van de informatie die ze aan de consument verstrekken over de milieuvriendelijke kenmerken van hun producten ?

Réponse de la vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 9 juin 2006, à la question no 200 de Mme Muriel Gerkens du 8 mai 2006 (Fr.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 200 van mevrouw Muriel Gerkens van 8 mei 2006 (Fr.) :

Cette matière relève des compétences du ministre de l’Environnement. (Question no 101 du 9 juin 2006.)

Deze materie behoort tot de bevoegdheden van de minister van Leefmilieu. (Vraag nr. 101 van 9 juni 2006.)

Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur

Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

DO 2004200504051

DO 2004200504051

Question no 598 de M. Staf Neel du 22 avril 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 598 van de heer Staf Neel van 22 april 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Cabinets. — Journal interne du personnel.

Kabinetten. — Interne personeelskrant.

La publication d’un journal interne du personnel est une pratique de plus en plus courante dans le secteur privé comme dans le secteur public. L’employeur

Zowel in de privé als bij de overheid wordt meer en meer gebruik gemaakt van een interne personeelskrant. De werkgever gebruikt dit forum om het perso-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24400

utilise ce moyen pour informer le personnel des décisions et des changements en perspective, pour organiser des enquêtes parmi le personnel, pour présenter les nouveaux membres du personnel, etc. 1. Votre cabinet publie-t-il un tel journal du personnel ? 2. Dans l’affirmative,

neel te informeren over beleidsbeslissingen en op stapel staande wijzigingen, om bevragingen onder het personeel te verrichten, om nieuwe personeelsleden voor te stellen, enzovoort. 1. Maakt uw kabinet gebruik van dit forum ? 2. Zo ja,

a) quel nom porte-t-il;

a) onder welke naam;

b) à combien d’exemplaires est-il tiré;

b) in welke oplage;

c) quelle est sa périodicité;

c) wat is de periodiciteit;

d) sous quelle forme se présente-t-il, et, s’il s’agit d’un journal imprimé, l’est-il en noir et blanc ou en couleur;

d) onder welke vorm en indien gedrukt, zwart-wit of in kleurendruk ?

e) combien de pages le journal compte-t-il ?

e) hoeveel pagina’s telt deze publicatie ?

3. Dans la négative, pourquoi ?

3. Zo neen, waarom niet ?

4. S’agit-il, en l’occurrence, d’une publication commune à tous les services relevant de votre compétence ? 5. Dans la négative,

4. Betreft het hier een globaal nummer voor alle diensten die ressorteren onder uw bevoegdheid ? 5. Zo neen,

a) combien de journaux différents sont ainsi publiés pour les services relevant de votre compétence;

a) hoeveel verschillende publicaties ressorteren dan onder uw bevoegdheid;

b) quels noms portent-ils;

b) onder welke naam;

c) à combien d’exemplaires sont-ils tirés;

c) in welke oplage;

d) quelle est leur périodicité;

d) wat is de periodiciteit;

e) sous quelle forme se présentent-ils ?

e) onder welke vorm ?

6. Des photos et/ou des graphiques illustrent-ils le journal ?

6. Is de publicatie geı¨llustreerd met foto’s en/of grafieken ?

7. Quel est pour votre département le couˆt de la publication de ce journal ?

7. Hoeveel kost dit forum aan uw departement ?

8. Ce journal vous permet-il de vous adresser directement, en tant que responsable politique, au personnel des services relevant de votre compétence ?

8. Heeft u als politiek verantwoordelijke de mogelijkheid om het personeel dat ressorteert onder uw diensten toe te spreken via dit forum ?

9. Comment l’adjudication a-t-elle été organisée ? 10. Quelle ou quelles imprimeries assurent-elles l’impression du journal ou des journaux ? Quel est le nom et la commune d’implantation de l’imprimerie ou des imprimeries ?

9. Hoe gebeurde de aanbesteding ? 10. Welke drukkerij(en) staat/staan in voor de druk van deze publicatie(s) ? Graag naam en gemeente.

11. Quel est le mode de distribution choisi ?

11. Hoe wordt/worden deze publicatie(s) verspreid ?

12. Quel est le couˆt annuel de cette distribution ?

12. Wat is de jaarlijkse kostprijs van deze verspreiding ?

13. a) Un contrat de longue durée a-t-il été conclu ?

13. a) Is er een langdurig contract gesloten ?

b) Dans l’affirmative, pour quelle durée ?

b) Zo ja, welke is de termijn ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24401

14. Quel pourcentage de vos moyens de fonctionnement est-il affecté à la mise en page, à l’impression, à la distribution, etc. ?

14. Hoeveel procent van uw werkingsmiddelen gaat naar de opmaak, de druk, de verspreiding, enzovoort ?

15. S’agit d’une publication bilingue ou une publication distincte est-elle prévue pour chaque groupe linguistique ?

15. Is deze publicatie tweetalig of wordt er voor elke taalgroep in een afzonderlijke publicatie voorzien ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 598 de M. Staf Neel du 22 avril 2005 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 598 van de heer Staf Neel van 22 april 2005 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-après les réponses à ses questions. Pour éviter toute ambiguı¨té, il est répondu aux questions dans le même ordre.

Het geachte lid vindt hieronder de antwoorden op zijn vragen. Voor de duidelijkheid worden de vragen in dezelfde volgorde beantwoord.

1. Chaque direction de mon administration ainsi que moi-même pouvons faire usage de ce forum pour diffuser des informations auprès du personnel.

1. Elke directie van mijn administratie en ikzelf kan gebruik maken van dit forum om informatie te verspreiden bij het personeel.

2. a) Le bulletin du personnel porte le nom approprié de « Interiors »;

2. a) Het personeelsblad draagt de passende naam « Interiors »;

b) Il est diffusé en 4 700 exemplaires;

b) het wordt verspreid op 4 700 exemplaren;

c) 6 fois par an;

c) 6 maal per jaar;

d) par la voie électronique via l’intranet et sur support papier en quadrichromie;

d) elektronisch via het intranet en onder papieren vorm in 4 kleurendruk;

e) chaque numéro compte 16 pages.

e) en telt telkens 16 pagina’s.

3. Sans objet

3. Niet van toepassing.

4. Le bulletin du personnel s’adresse à l’ensemble du personnel du SPF Intérieur. 5. Sans objet.

4. Het personeelsblad richt zich tot het ganse personeel van de FOD Binnenlandse Zaken. 5. Niet van toepassing.

6. La publication est illustrée à l’aide de photos, de graphiques, de dessins.

6. De publicatie wordt geı¨llustreerd aan de hand van foto’s, grafieken, tekeningen.

7. Le budget annuel s’élève à 34 500 euros.

7. Op jaarbasis bedraagt het budget 34 500 euro.

8. Je me réfère à ma première réponse.

8. Ik verwijs naar mijn eerste antwoord.

9. L’adjudication s’est faite par appel d’offres restreint.

9. De aanbesteding gebeurde aan de hand van een beperkte offerteaanvraag.

10. Le travail d’impression est assuré l’imprimerie Enschede située à Bruxelles.

par

10. Het drukwerk wordt verzorgd door de drukkerij Enschede uit Brussel

11. La publication est diffusée par courrier interne.

11. De publicatie wordt via de interne post verdeeld.

12. Compte tenu du fait que la publication est diffusée par courrier interne avec le reste de la correspondance, aucun frais supplémentaire n’est lié à sa diffusion.

12. Gelet op het feit dat de publicatie via de interne post wordt verspreid samen met de andere correspondentie is er geen bijkomende kost voor de verspreiding.

13. Un contrat d’une durée d’un an a été conclu avec l’imprimerie.

13. Met de drukkerij is een contract afgesloten voor de duur van 1 jaar.

14. La publication susvisée représente environ 20 % du budget total du service central d’information.

14. Bovenvermelde publicatie vertegenwoordigt ongeveer 20 % van het totale budget van de centrale informatiedienst.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24402

15. La publication est diffusée séparément en français et en néerlandais.

15. De publicatie wordt afzonderlijk in het Nederlands en het Frans verspreid.

DO 2004200504855

DO 2004200504855

Question no 702 de M. Geert Lambert du 26 juillet 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 702 van de heer Geert Lambert van 26 juli 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Communes. — Installation de caméras.

Gemeenten. — Plaatsen van camera’s.

De plus en plus d’administrations communales utilisent des caméras de surveillance pour accroıˆtre la sécurité dans leurs rues. La zone de police Westkust annonçait encore dernièrement qu’entre La Panne et Nieuport des caméras enregistreraient le moindre ` Louvain et Anvers, les caméras font mouvement. A déjà partie intégrante du paysage urbain depuis un certain temps. Il y a peu, le ministre a rendu visite à la police anglaise afin de voir quel impact avaient ces caméras.

Meer en meer gemeentebesturen gebruiken camera’s om hun straten veiliger te houden. Onlangs verkondigde de politiezone Westkust nog dat ook tussen De Panne en Nieuwpoort camera’s alle bewegingen in hun vizier nauwgelet in het oog zullen houden. In Leuven en Antwerpen zijn de camera’s reeds enige tijd een vaste waarde in het straatbeeld. De minister ging onlangs op bezoek bij de Engelse politie om na te gaan wat de impact is van dergelijke camera’s.

1. Existe-t-il réellement des chiffres démontrant que les caméras placées dans les rues font baisser la criminalité dans toute la ville ?

1. Bestaan er daadwerkelijk cijfers dat camera’s op straat effectief een vermindering betekenen van de criminaliteit over de gehele stad ?

2. Des caméras invisibles pour les passants ordinaires seront-elles également placées dans notre pays ?

2. Zullen er in ons land ook camera’s geplaatst worden die niet te zien zijn voor de gewone voorbijganger ?

3. La commune doit-elle demander à l’autorité supérieure l’autorisation de se servir de telles caméras et cela a-t-il été le cas pour la zone de police Westkust ?

3. Moet de gemeente aan de hogere overheid toestemming vragen om dergelijke camera’s in gebruik te nemen en gebeurde dit voor de Westkust ?

4. Pourriez-vous garantir que la vie privée du citoyen est respectée et quelles sont ces garanties ?

4. Kan u verzekeren dat de privacy van de burger wordt gerespecteerd en hoe kan men dit verzekeren ?

5. Pourriez-vous expliquer qui a le droit de prendre connaissance de ces informations visuelles et quel sort est réservé à ces informations ?

5. Kan u meedelen wie de informatie mag bekijken en wat er gebeurt met de informatie ?

6. Des sociétés privées pourront-elles également gérer chez nous les salles de controˆle comme c’est le cas en Grande-Bretagne ?

6. Zullen ook bij ons privé-bedrijven de controlekamers kunnen beheren zoals dit in Groot-Brittannie¨ het geval is ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 702 de M. Geert Lambert du 26 juillet 2005 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 702 van de heer Geert Lambert van 26 juli 2005 (N.) :

1. En Belgique, le nombre de caméras de surveillance connaıˆt un succès grandissant, aussi bien chez les particuliers (les citoyens et les sociétés) que chez le gouvernement.

1. Bewakingscamera’s zijn in Belgie¨ sterk in opmars, zowel bij particulieren (burgers en bedrijven), als bij de overheid.

Contrairement au Royaume-Uni, par exemple, en Belgique, on n’a pas encore fait de recherche poussée sur les effets de la surveillance par caméra. Il existe bien de nombreuses études britanniques et des statistiques policières qui confirment les effets positifs de la surveillance par caméra.

In tegenstelling tot, bijvoorbeeld, het Verenigd Koninkrijk, werd er in Belgie¨ nog geen doorgedreven onderzoek verricht naar de effecten van cameratoezicht. Er bestaan wel tal van Britse studies en politiestatistieken die de positieve effecten van cameratoezicht staven.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24403

Je suis bien conscient du fait que les caméras ne sont pas de produits « miracles » qui feront disparaıˆtre le comportement criminel. Néanmoins, je suis convaincu que les caméras peuvent contribuer à la sécurité, sinon dans le domaine de la prévention, alors dans le domaine de la répression. Ainsi, les caméras de la gare Bruxelles-Central n’ont pas pu éviter l’assassinat de Joe Van Holsbeeck, mais les images ont toutefois conduit à la recherche et l’identification des coupables.

Ik besef zeer goed dat camera’s geen wondermiddelen zijn die crimineel gedrag zullen doen verdwijnen. Toch ben ik ervan overtuigd dat camera’s kunnen bijdragen tot de veiligheid, zo niet op het vlak van preventie, dan toch op het vlak van repressie. Zo hebben de camera’s in het centraal station de moord op Joe Van Holsbeeck niet kunnen voorkomen, maar de beelden hebben wel geleid tot het opsporen en identificeren van de daders.

` ce jour, l’utilisation des caméras relève du 2 à 5. A domaine de la loi du 8 décembre 1992 sur le traitement des données à titre personnel. Cette loi ne soumet pas la surveillance par caméras, dans le cadre de la politique de sécurité locale, à l’accord d’une autorité supérieure. La surveillance par caméras doit toutefois être conforme aux principes de finalité, de proportionnalité et de subsidiarité préconisés par cette loi.

2 tot 5. Vandaag valt het gebruik van camera’s onder de toepassingssfeer van de wet van 8 december 1992 op de verwerking van persoonsgegevens. Deze wet onderwerpt cameratoezicht in het kader van het lokaal veiligheidsbeleid niet aan de toestemming van een hogere overheid. Het cameratoezicht moet wel in overeenstemming zijn met de beginselen inzake finaliteit, proportionaliteit en subsidiariteit die deze wet vooropstelt.

Cette loi n’a pas été rédigée à partir d’une problématique’caméra’et elle ne donne pas de réponse claire aux nombreuses questions qui se posent dans la pratique. Ainsi, il y a également la question sur les règles minimales à respecter par les autorités locales qui optent pour la surveillance par caméras, qui concrètement — peut examiner les vues prises par les caméras, que peut-on faire avec l’information d’image, etc.

Deze wet is niet geschreven vanuit de cameraproblematiek en biedt geen duidelijk antwoord op tal van fundamentele vragen die zich in de praktijk stellen. Zo ook de vraag welke de minimale regels zijn die in acht genomen moeten worden door de lokale overheden die opteren voor cameratoezicht, wie in concreto de camerabeelden mag bekijken, wat er met de beeldinformatie kan gebeuren, enzovoort.

La question est donc de savoir si le cadre légal actuel répond, d’une part, suffisamment à une approche adéquate de la criminalité, et d’autre part à une protection optimale de nos droits et libertés fondamentaux, dont le respect de la vie privée.

De vraag is dan ook of het bestaande wettelijk kader afdoende garant staat voor enerzijds een adequate aanpak van de criminaliteit en anderzijds een optimale bescherming van onze fundamentele rechten en vrijheden, waaronder privacy.

Eu égard au caractère chargé idéologique du débat concernant les caméras (sécurité versus le respect de la vie privée), j’ai demandé au Sénat comme chambre de réflexion de se prononcer sur la nécessité d’une législation complémentaire et, le cas échéant, d’entreprendre les démarches nécessaires.

Gelet op het ideologisch geladen karakter van het cameradebat (veiligheid versus privacy), heb ik de Senaat als reflexiekamer gevraagd zich uit te spreken over de noodzaak om bijkomend te legifereren en, in voorkomend geval, een initiatief ter zake te nemen.

Pour l’instant, le Sénat prépare une telle initiative législative. Dans ce cadre, vos questions seront sans aucun doute traitées dans ce cadre. Pour cette raison, je ne le trouve pas opportun de prendre position personnelle dans la matière.

De Senaat bereidt momenteel dergelijk wetgevend initiatief voor. De door u gestelde vragen zullen in dit kader ongetwijfeld aan bod komen. Daarom acht ik het niet aangewezen enig persoonlijk standpunt ter zake in te nemen.

Pourtant, j’espère que les discussions parlementaires se dérouleront sans encombre et que nous disposerons rapidement d’une vraie loi sur l’utilisation des caméras.

Ik hoop wel dat de besprekingen in het parlement verder vlot zullen verlopen en we snel een echte camerawet zullen hebben.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24404

DO 2004200505074

DO 2004200505074

Question no 728 de Mme Annelies Storms du 13 septembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 728 van mevrouw Annelies Storms van 13 september 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Assurance obligatoire de la responsabilité civile en cas d’incendie ou d’explosion pour certaines structures de soins.

Verplichte verzekering van burgerlijke aansprakelijkheid in geval van brand of ontploffing voor bepaalde zorgvormen.

En son article 7, § 1er, la loi du 30 juillet 1979 relative à la prévention des incendies et des explosions ainsi qu’à l’assurance obligatoire de la responsabilité civile dans ces mêmes circonstances impose l’assurance obligatoire de la responsabilité civile en cas d’incendie ou d’explosion « à tous les établissements qui sont habituellement accessibles au public, même lorsque le public n’y est admis que sous certaines conditions. »

In artikel 7, § 1 van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen wordt bepaald dat de verplichting bovenstaande polis af te sluiten rust op « alle inrichtingen die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk zijn, ook al wordt het publiek er slechts onder bepaalde voorwaarden toegelaten ».

Par ailleurs, l’arrêté royal du 28 février 1991 concernant les établissements soumis au chapitre II de la loi du 30 juillet 1979 relative à la prévention des incendies et des explosions ainsi qu’à l’assurance obligatoire de la responsabilité civile dans ces mêmes circonstances énonce, en son article 1er, les catégories d’établissements auxquelles sont applicables les dispositions du chapitre II de ladite loi du 30 juillet 1979. Cette liste limitative comprend, entre autres, les hoˆpitaux et établissements de soins (article 1er, 19o).

Het koninklijk besluit van 28 februari 1991 betreffende de inrichtingen die onder de toepassing vallen van hoofdstuk II van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakerlijkheid in dergelijke gevallen, vermeldt onder artikel 1 de inrichtingen die onder toepassing vallen van hoofdstuk II van de wet van 30 juli 1979. In deze limitatieve lijst wordt onder meer melding gemaakt van verzorgingsinstellingen (artikel 1, 19o).

Or, pour certaines structures de soins dans le cadre de l’aide aux personnes handicapées, la classification demeure incertaine : faut-il ou non les classer dans la catégorie des « établissements de soins » ?

Voor een aantal zorgvormen binnen de gehandicaptenzorg is het niet duidelijk of zij al dan niet onder de noemer van « verzorgingsinstelling » vallen.

1. Pour ce qui est des structures d’accompagnement ambulatoire :

1. Wat de ambulante begeleiding betreft :

a) les services de logement autonome;

a) de diensten voor zelfstandig wonen;

b) les services de logement encadré.

b) de diensten voor begeleid wonen.

Tout comme d’autres services qui offrent un accompagnement ambulatoire (tels que les services de placement familial), ces deux types de services ont comme base un secrétariat ou` ils reçoivent régulièrement des clients et des membres de la famille, généralement sur rendez-vous.

Deze beide diensten werken net als andere ambulant werkende diensten (zoals diensten voor pleegzorg) vanuit een secretariaat, waar geregeld — en veelal op afspraak — clie¨nten en familieleden aanwezig zijn.

2. Pour ce qui est des structures d’accueil semirésidentiel :

2. Wat de semi-residentie¨le opvang betreft :

a) les semi-internats pour mineurs;

a) semi-internaten voor minderjarigen;

b) les centres de jour pour adultes.

b) dagcentra voor volwassenen.

3. Pour ce qui est des structures d’accueil résidentiel :

3. Wat de residentie¨le opvang betreft :

a) les internats pour mineurs;

a) internaten voor minderjarigen;

b) les foyers pour travailleurs;

b) tehuizen voor werkenden;


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24405

c) les foyers pour personnes non actives;

c) tehuizen voor niet-werkenden;

d) les foyers pour personnes non actives dans le système du nursing;

d) tehuizen voor niet-werkenden in het nursingstelsel;

e) les habitations protégées;

e) de diensten voor beschermd wonen;

f) les centres d’accueil pour séjours de courte durée;

f) de voorziening voor kortverblijf;

g) les centres d’observation, d’orientation et de traitement médical psychologique (pour mineurs).

g) de centra voor observatie, orie¨ntatie en medische, psychologische behandeling (voor minderjarigen).

Pouvez-vous, pour chacune de ces structures de soins, clarifier la situation quant à l’application de la loi susmentionnée ?

Kan u per zorgvorm meer duidelijkheid verschaffen aangaande de toepassing van bovenvermelde wet ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 728 de Mme Annelies Storms du 13 septembre 2005 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 728 van mevrouw Annelies Storms van 13 september 2005 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.

Het geachte lid kan hieronder het antwoord vinden op zijn vraag.

L’arrêté royal du 28 février 1991 dispose à l’article 1er, 19o que les hoˆpitaux et les établissements de soins font partie des catégories d’établissements pour lesquels il faut obligatoirement contracter une assurance de la responsabilité civile en cas d’incendie et d’explosion.

Het koninklijk besluit van 28 februari 1991 bepaalt in artikel 1, 19o dat ziekenhuizen en verzorgingsinstellingen tot de categoriee¨n van inrichtingen behoren waartoe de verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid voor brand en ontploffing moet afgesloten worden.

La circulaire du 3 mars 1992 prévoit que sont uniquement visés les établissements de soins du secteur médical.

De omzendbrief van 3 maart 1992 bepaalt dat enkel de verzorgingsinstellingen geviseerd worden die in de medische sector vallen.

L’honorable membre fait référence dans sa question aux possibilités d’encadrement et d’accueil pour handicapés telles que prévues par l’Agence flamande pour les personnes handicapées.

Het geachte lid verwijst in haar vraag naar de begeleidings- en opvangmogelijkheden voor gehandicapten zoals ze voorzien worden door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap.

La définition du terme « handicap » et le classement des établissements pour handicapés en catégories sont du ressort de la Communauté flamande. Il appartiendra donc à celle-ci d’apprécier si les établissements pour handicapés relèvent oui ou non du secteur médical.

Het definie¨ren van de term « handicap » en het indelen van de gehandicapteninstellingen in categoriee¨n behoort tot de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap. Het is bijgevolg de Vlaamse Gemeenschap die zal moeten oordelen of de gehandicapteninstellingen in de medische sector vallen of niet.

Je propose que l’honorable membre recueille des informations complémentaires auprès de l’autorité compétente quant au fait de savoir si les notions sont à intégrer dans le secteur médical.

Ik stel voor dat het geachte lid zich verder informeert bij de bevoegde overheid over het feit of de begrippen onder te brengen zijn in de medische sector.

DO 2004200505242

DO 2004200505242

Question no 778 de M. Guido De Padt du 30 septembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 778 van de heer Guido De Padt van 30 september 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Détention préventive. — Chambre du conseil. — Libération conditionnelle.

Voorlopige hechtenis. — Raadkamer. — Voorwaardelijke vrijheid.

Dans le cadre de la législation relative à la détention préventive, la chambre du conseil a la possibilité de

In het kader van de wetgeving op de voorlopige hechtenis beschikt de Raadkamer over de mogelijk-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24406

mettre en liberté provisoire, sous certaines conditions, un inculpé arrêté. Cette mesure permet de limiter le nombre de privations de liberté, et partant, de réduire les problèmes de capacité dans les institutions pénitentiaires. Cette solution comporte cependant un inconvénient, à savoir qu’il faut vérifier le respect des conditions de libération provisoire et qu’en cas de violation de ces conditions, la police doit à nouveau arrêter l’inculpé. Or, cette situation serait de plus en plus fréquente.

heid om aangehouden verdachten voorlopig in vrijheid te stellen onder bepaalde voorwaarden. Op deze manier kan het aantal vrijheidsbenemingen worden beperkt, hetgeen tot minder capaciteitsproblemen moet leiden in de penitentiaire instellingen. Nadeel is wel dat er controle moet zijn op de naleving van de voorlopige vrijlatingsvoorwaarden en dat bij schending van de voorwaarden de politie de verdachte opnieuw moet aanhouden. Dit laatste zou meer en meer het geval zijn.

1. Combien de fois par an (en 2002, 2003, 2004 et durant le premier semestre de 2005) la chambre du conseil a-t-elle décidé d’accorder une mise en liberté sous condition ?

1. Hoeveel keer per jaar (2002, 2003, 2004 en eerste helft 2005) wordt er door de Raadkamer beslist tot een vrijheid onder voorwaarden ?

2. Combien de fois par an (en 2002, 2003, 2004 et durant le premier semestre de 2005) la violation de ces conditions a-t-elle obligé la police à arrêter une nouvelle fois l’inculpé ?

2. Hoeveel keer per jaar (2002, 2003, 2004 en eerste helft 2005) hebben de schendingen van deze voorwaarden tot gevolg dat de politie de verdachte opnieuw moet aanhouden ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 9 juin 2006, à la question no 778 de M. Guido De Padt du 30 septembre 2005 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 778 van de heer Guido De Padt van 30 september 2005 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-dessous réponse à sa question.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.

En ce qui concerne le nombre d’arrestations de prévenus qui n’ont pas respecté les conditions de leur libération conditionnelle, aucune donnée n’est disponible au sein de mes services.

Omtrent het aantal aanhoudingen van verdachten die de voorwaarden in het raam van hun voorlopige invrijheidstelling niet hebben nageleefd, zijn er bij mijn diensten geen gegevens beschikbaar.

Sur la base de l’article 38, § 2, de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive, il appartient cependant au juge d’instruction, au tribunal ou à la cour d’appel, selon le cas, de délivrer un mandat d’arrêt en cas de non respect des conditions de la libération conditionnelle. L’information que vous sollicitez relève donc de la compétence du ministre de la Justice. (Question no 804 du 30 septembre 2005, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 99, p. 17919.)

Op grond van artikel 38, § 2, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, komt het evenwel de onderzoeksrechter, de rechtbank of het hof van beroep, al naargelang het geval, toe om, bij niet naleving van de voorwaarden in het raam van de voorlopige invrijheidstelling, een bevel tot aanhouding uit te vaardigen. De door u gevraagde informatie valt dus onder de bevoegdheid van de minister van Justitie. (Vraag nr. 804 van 30 september 2005, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 99, blz. 17919.)

DO 2005200606461

DO 2005200606461

Question no 808 de Mme Nancy Caslo du 29 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 808 van mevrouw Nancy Caslo van 29 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Services 100. — Pénurie de personnel.

100-diensten. — Personeelstekort.

Il y a lieu de trouver rapidement une solution à la sous-occupation de certains CS 100 (Centres de secours 100). Attendre la mise sur pied des centres de dispatching intégrés, qui ne seront probablement opérationnels qu’en 2008, pourrait avoir des conséquences désastreuses. Le nombre de préposés subven-

Er moet dringend een oplossing gevonden worden voor de onderbezetting in sommige HC-100 (Hulpcentra 100). Wachten op de geı¨ntegreerde meldkamers, die er waarschijnlijk pas in 2008 zullen zijn, zou wel eens rampzalige gevolgen kunnen hebben. Het aantal gesubsidieerde aangestelden in de HC-100 werd vast-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24407

tionnés au sein du CS 100 a été fixé sur la base de la charge de travail en 1996-1997, alors que celle-ci était supérieure de 25 % en 2003. En outre, les subventions sont plafonnées et ne suffisent pas pour rémunérer le personnel. La charge financière supplémentaire n’est dès lors supportée que par la commune qui gère le CS 100, bien qu’outre le corps de pompiers propre, d’autres corps de la province soient également « clients » du CS 100. Il est donc nécessaire d’augmenter le nombre de préposés et de répartir les couˆts équitablement. Par ailleurs, au moins 80 % des appels concernent l’aide médicale urgente. Or, le SPF Santé publique n’intervient aucunement sur le plan financier.

gelegd op basis van de werklast in 1996-1997, terwijl in 2003 de werklast 25 % hoger lag. Daarenboven zijn de subsidies geplafonneerd en ontoereikend om het personeel te betalen zodat de extra financie¨le last enkel gedragen wordt door de gemeente die het HC-100 beheert, alhoewel niet enkel het eigen brandweerkorps maar ook andere korpsen van de provincie « klant » zijn bij het HC-100. Het is dus nodig het aantal aangestelden te verhogen en de kosten billijk te verdelen. Daarnaast hebben minstens 80 % van de oproepen betrekking op de dringende geneeskundige hulpverlening en is er op geen enkele manier een financie¨le tegemoetkoming vanwege de FOD Volksgezondheid.

1. a) Recrutera-t-on davantage de personnel pour satisfaire aux besoins actuels ?

1. a) Zal er meer personeel aangeworven worden aangepast aan de huidige behoeften ?

b) Dans l’affirmative, quand ?

b) Zo ja, wanneer ?

c) Dans la négative, comment envisagez-vous de remédier à cette pénurie de personnel ?

c) Zo neen, hoe overweegt u dit personeelstekort op te lossen ?

2. Des subventions supplémentaires seront-elles accordées sur la base de la charge de travail de 2004 ?

2. Komen er extra subsidies berekend op de werklast van 2004 ?

3. S’attelle-t-on à une répartition équitable des couˆts entre les communes concernées ?

3. Werkt men aan een billijke spreiding van de kosten tussen de betrokken gemeenten ?

4. a) Une concertation a-t-elle eu lieu avec le ministre de la Santé publique en vue d’obtenir une intervention financière ?

4. a) Is er overleg gepleegd met de minister van Volksgezondheid om te komen tot een financie¨le tegemoetkoming ?

b) Dans l’affirmative, quels en sont les résultats ?

b) Zo ja, wat zijn de resultaten ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 808 de Mme Nancy Caslo du 29 novembre 2005 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 808 van mevrouw Nancy Caslo van 29 november 2005 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

1 et 2. La gestion du personnel du centre de secours 100 relève de la responsabilité de la commune où le centre est établi.

1 en 2. Het personeelsbeheer van het hulpcentrum 100 behoort tot de verantwoordelijkheid van de gemeente waar het centrum gevestigd is.

Ces communes doivent prendre toutes les mesures utiles pour garantir le fonctionnement ininterrompu des centres du système d’appel unifié.

Die gemeenten moeten alle nuttige maatregelen nemen om de ononderbroken werking van de centra van het eenvormig oproepstelsel te garanderen.

L’intervention de l’autorité fédérale se limite à rembourser à la commune une partie du traitement d’un certain nombre de préposés conformément à l’article 9, § 3 de la loi du 31 décembre 1963 sur la protection civile.

De tussenkomst van de federale overheid is beperkt tot de terugbetaling van een gedeelte van de wedde van een aantal aangestelden aan de gemeente volgen het artikel 9, § 3 van het wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming.

Le nombre de préposés dont le traitement est partiellement remboursé par l’E´tat fédéral est fixés par l’article 2 de l’arrêté ministériel du 26 mai 1998 relatif au recrutement et à la prise en charge du personnel des centres du système d’appel unifié.

Het aantal aangestelden van wie de wedde gedeeltelijk terugbetaald wordt door de Federale Staat, wordt bepaald door artikel 2 van het ministerieel besluit van 26 mei 1998 betreffende de indienstneming en de tenlasteneming van het personeel van de centra van het eenvormig oproepstelsel.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24408

3. Mes services ont pris des initiatives en vue de modifier la répartition des frais relatifs aux centres 100. Il est apparu toutefois qu’il était difficile de trouver dans le contexte actuel de la réglementation, un système qui assure un équilibre satisfaisant.

3. Mijn diensten hebben initiatieven genomen teneinde de verdeling van de kosten betreffende de 100centra te wijzigen. Het is evenwel moeilijk gebleken om in de huidige context van de reglementering een systeem te vinden dat een voldoende evenwicht verzekert.

Compte tenu de la réforme de la sécurité civile en préparation, il me paraıˆt plus judicieux d’examiner cette question dans le cadre global du financement des services d’incendie.

Rekening houdend met de hervorming van de civiele veiligheid die in voorbereiding is, lijkt het mij verstandiger om die zaak te bestuderen in het globale kader van de financiering van de brandweerdiensten.

4. Je me dois de rappeler que cette matière relève de mes compétences exclusives.

4. Ik moet u eraan herinneren dat die materie uitsluitend onder mijn bevoegdheden valt.

DO 2005200606936

DO 2005200606936

Question no 870 de Mme Jacqueline Galant du 18 janvier 2006 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 870 van mevrouw Jacqueline Galant van 18 januari 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Dispositif pour informer les populations par SMS en cas d’inondations imminentes.

Verklikkerinrichting om de bevolking in geval van dreigende watersnood per sms te verwittigen.

Récemment dans la presse, j’ai pris connaissance de ce que le conseil provincial du Hainaut comptait installer un dispositif permettant d’alerter les populations en cas d’inondations imminentes et cela à partir de l’année prochaine.

Ik las onlangs in de pers dat de provincieraad van Henegouwen van plan is een verklikkerinrichting te installeren waarmee de bevolking vanaf volgend jaar zou kunnen worden gewaarschuwd voor dreigende watersnood.

Des capteurs seront installés sur différents cours d’eau à risque. Selon le cabinet de Gérald Moortgat, député permanent en charge du service voyer, ces dispositifs permettront ainsi de mesurer le niveau d’eau et de transmettre ces données à une unité centrale, qui calculera quant à elle le risque d’inondation.

Op verschillende waterlopen met een overstromingsrisico zouden sensoren worden geplaatst. Volgens het kabinet van Gérald Moortgat, permanent afgevaardigde bevoegd voor de wegendienst, zou die inrichting het waterpeil meten en de gegevens doorsturen aan een centrale eenheid, die het risico zou berekenen dat zich daadwerkelijk een overstroming voordoet.

Si le risque est avéré, l’alerte sera alors donnée automatiquement, non seulement aux services spécialisés mais aussi aux populations concernées. Les capteurs transmettront leurs données par GSM. Ce service permettra de rendre des services considérables aux personnes installées le long des cours d’eau. 1. Eˆtes-vous au courant de la mise en place de ce dispositif ?

Wanneer vaststaat dat inderdaad zo’n risico bestaat, wordt automatisch alarm gegeven, niet alleen aan de gespecialiseerde diensten, maar ook aan de omwonenden. De sensoren geven hun informatie door per gsm. Op die manier wordt de dienstverlening aan de oeverbewoners beduidend verbeterd.

2. Le conseil provincial vous a-t-il contacté et informé ?

2. Heeft de provincieraad in dat verband contact met u opgenomen en u geı¨nformeerd ?

3. Néanmoins, le principal problème qui pourrait être rencontré serait le manque de couverture réseau dans certaines régions, notamment du Hainaut.

3. Die plannen zouden kunnen stranden op het gebrekkige bereik van het netwerk in bepaalde regio’s, meer bepaald in Henegouwen.

a) Avez-vous des renseignements quant au financement de ce système ?

a) Weet u hoe een en ander zal worden gefinancierd ?

b) Une concertation sur le sujet a-t-elle eu lieu entre le fédéral et la province ?

b) Werd in dat verband overleg gepleegd tussen het federale en het provinciale niveau ?


2005

1. Bent u op de hoogte van de plaatsing van die inrichting ?

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24409

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 870 de Mme Jacqueline Galant du 18 janvier 2006 (Fr.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 870 van mevrouw Jacqueline Galant van 18 januari 2006 (Fr.) :

J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre qu’il s’agit d’une initiative provinciale pour laquelle il n’y a pas eu de concertation avec mes services.

Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het gaat om een provinciaal initiatief waarvoor geen overleg plaatsvond met mijn diensten.

DO 2005200607401

DO 2005200607401

Question no 919 de M. Guido De Padt du 2 mars 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 919 van de heer Guido De Padt van 2 maart 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Chefs de corps de la police locale. — Mandats. — E´preuves d’assessment.

Chefs van het lokale politiekorps. — Mandaten. — Assessmentproeven.

En vertu de l’article 48 de la loi du 7 décembre 1998 de la loi organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux, le chef de corps de la police locale est désigné dans son emploi par le Roi pour un terme de cinq ans, renouvelable une fois.

Overeenkomstig artikel 48 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geı¨ntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, wordt de chef van het lokale politiekorps door de Koning in zijn functie aangewezen voor een eenmaal hernieuwbare termijn van vijf jaar.

La durée des mandats de cinq ans des chefs de corps primonominés touche graduellement à sa fin. Certaines zones se sont déjà attelées à la préparation de leur dossier de présentation, soit pour le renouvellement du mandat de l’actuel chef de corps, soit pour la désignation d’un nouveau chef de corps.

De looptijd van de mandaten van vijf jaar van de primo-benoemde korpschefs loopt langzamerhand ten einde. Bepaalde zones zijn reeds bezig hun voordrachtdossier intensief voor te bereiden, hetzij voor de hernieuwing van het mandaat van hun huidige korpschef, hetzij voor de aanwijzing van een nieuwe korpschef.

La procédure à suivre pour la désignation d’un nouveau chef de corps a été modifiée en ce qui concerne l’épreuve d’évaluation par rapport aux chefs de corps primonominés. Le Selor avait mis un centre d’évaluation à la disposition de la zone de police pour les primonominations. Les couˆts de l’organisation des épreuves de type « évaluation » étaient entièrement à charge des autorités fédérales, ce qui n’est plus le cas pour les nouvelles désignations. En vertu de la législation en vigueur, la zone est tenue de désigner ellemême un centre d’évaluation chargé de tester les capacités dirigeantes des candidats. Le couˆt des services d’un centre d’évaluation constitue une lourde charge financière pour les zones locales et ne peut en outre pas être prévu à l’avance. Le couˆt moyen pour l’organisation d’une épreuve d’évaluation s’élève à 1 175 euros (hors TVA) par candidat.

De te volgen procedure voor de aanwijzing van een nieuwe korpschef is op het vlak van de assessmentproef gewijzigd ten opzichte van de primo-benoemde korpschefs. Bij de primo-benoemingen stelde Selor een assessmentcenter ter beschikking van de politiezone. De kosten voor het laten uitvoeren van de proeven van het type « assessment » werden volledig gedragen door de federale overheid. Dit is voor de nieuwe aanwijzingen niet meer het geval. Volgens de vigerende wetgeving wordt de zone verplicht zelf een assessmentcenter aan te stellen, om de kandidaten te screenen op hun leidinggevende vaardigheden. De kostprijs voor een assessmentcenter is een zware en overigens op voorhand niet in te schatten financie¨le last voor de lokale zones. De gemiddelde kost voor de afname van een assessmentproef bedraagt 1 175 euro (exclusief BTW) per kandidaat.

On peut se demander en l’occurrence si l’organisation de telles évaluations se justifie par le fait qu’en vertu de l’article 73 de la loi du 26 avril 2002 relative aux éléments essentiels du statut des membres du personnel des services de police et portant diverses autres dispositions relatives aux services de police, les tests de type assessment sont des épreuves non élimina-

Daarbij kan men de vraag stellen of het opportuun is dergelijke assessments te laten uitvoeren, omwille van het feit dat het overeenkomstig artikel 73 van de wet van 26 april 2002 houdende de essentie¨le elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten, de tests van het


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24410

toires. Cet article n’a pas été appliqué lors des primonominations. Les candidats jugés inaptes lors de l’avaluation n’entraient plus en ligne de compte pour la fonction de chef de corps.

type assessment niet-eliminerende proeven zijn. Bij de primo-aanstellingen was dit niet het geval : de door het assessment niet-geschikt bevonden kandidaten, konden niet langer meedingen naar het ambt van korpschef.

1. Les autorités fédérales envisagent-elles d’accorder des interventions financières aux zones de police locale pour l’organisation des épreuves de type « évaluation » ?

1. Overweegt de federale overheid financie¨le tegemoetkomingen voor de lokale politiezones voor het laten uitvoeren van de proeven van het type assessment ?

2. Dans la négative, la réglementation en la matière sera-t-elle révisée et adaptée en vue de supprimer les épreuves d’évaluation non éliminatoires ou de les rendre éliminatoires ?

2. Zo niet, zal de regelgeving terzake worden herzien en aangepast, om niet-eliminerende assessmentproeven af te schaffen of ze eliminerende te maken ?

3. Dans combien de zones le chef de corps « siégeant » a-t-il fait part de son intention de ne pas demander le prolongement de son mandat ?

3. In hoeveel zones heeft de « zittende » korpschef de intentie laten blijken om geen verlenging van zijn mandaat te vragen ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 9 juin 2006, à la question no 919 de M. Guido De Padt du 2 mars 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 919 van de heer Guido De Padt van 2 maart 2006 (N.) :

En réponse à la question de l’honorable membre, je puis lui communiquer ce qui suit.

In antwoord op zijn vraag kan ik het geachte lid het volgende meedelen.

1. Contrairement ce qui était en vigueur au moment des procédures de primo désignation des chefs de corps de la police locale, plus aucune intervention financière pour les zones de la police locale n’est prévue par l’autorité fédérale en ce qui concerne les épreuves de type « assessment center ».

1. In tegenstelling tot wat van kracht was op het moment van de procedures voor primo-benoeming van de korpschefs van de lokale politie, is geen enkele financie¨le tegemoetkoming door de federale overheid meer voorzien voor de lokale politiezones inzake proeven van het type « assessment ».

2. Un projet de loi est actuellement en discussion au parlement, dans lequel il est proposé de supprimer l’épreuve non éliminatoire de type « assessment center » dans les procédures de désignation des mandats, dont celle aussi du chef de corps d’une zone de la police locale (modification de l’article 73 de la loi du 26 avril 2002 relative aux éléments du statut des membres du personnel des services de police et portant divers autres dispositions relatives aux services de police).

2. Momenteel wordt in het parlement een wetsontwerp besproken waarin wordt voorgesteld de nieteliminerende proef van het type « assessment center » af te schaffen in de procedures voor de aanwijzing van de mandaten, waaronder ook die van de korpschef van een lokale politiezone (wijziging van artikel 73 van de wet van 26 april 2002 houdende de essentie¨le elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten).

3. Dans 9 zones de la police locale sur un total de 197 zones de police, le chef de corps a manifesté son intention de ne pas demander le renouvellement de son mandat.

3. In 9 lokale politiezones op een totaal van 197 politiezones, heeft de korpschef de intentie laten blijken om geen verlenging van zijn mandaat te vragen.

En ce qui concerne les 188 autres zones de la police locale, 163 chefs de corps ont demandé ou comptent prochainement demander le renouvellement de leur mandat et 25 chefs de corps ne savent pas encore, pour diverses raisons (comme par exemple certains mandats qui n’arrivent pas encore à leur premier terme), s’ils ont l’intention de demander ou non le renouvellement de leur mandat.

Wat betreft de 188 overige lokale politiezones hebben 163 korpschefs de hernieuwing van hun mandaat gevraagd of zijn van plan dit binnenkort te vragen, en 25 korpschefs weten nog niet, om diverse redenen (bijvoorbeeld bepaalde mandaten die nog niet ten einde lopen), of zij al dan niet een hernieuwing van hun mandaat zullen vragen.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24411

DO 2005200607536

DO 2005200607536

Question no 930 de M. Gerolf Annemans du 16 mars 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 930 van de heer Gerolf Annemans van 16 maart 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Conférence sur la Migration et le Développement. — Absence d’informations, de documents et de formulaires d’inscription en néerlandais.

Conferentie over Migratie en Ontwikkeling. — Gebrek aan Nederlandstalige inschrijvingsformulieren, informatie en documenten.

Les 15 et 16 mars 2006, l’Organisation Internationale pour les Migrations (OIM) ainsi que le gouvernement fédéral ont organisé, en collaboration avec la Commission européenne et la Banque Mondiale, une conférence sur la Migration et le Développement qui s’est tenue au Palais d’Egmont, à Bruxelles.

De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) en de federale regering organiseerden in samenwerking met de Europese Commissie en de Wereldbank op 15 en 16 maart 2006 in het Egmontpaleis te Brussel een Conferentie over Migratie en Ontwikkeling.

1. Pourquoi n’y avait-il aucun formulaire d’inscription en néerlandais, les seuls documents disponibles étant rédigés en anglais et en français ? L’argument selon lequel l’OIM était co-organisatrice et les langues de travail étaient l’anglais et le français n’est pas suffisant.

1. Waarom was er geen Nederlandstalig inschrijvingsformulier en waren er alleen Engelstalige en Franstalige formulieren ter beschikking ? Het argument dat de medeorganisator de IOM was en aldaar de werktalen Engels en Frans zijn, is niet voldoende.

2. a) Quelles informations et quels documents étaient-ils disponibles en néerlandais ?

2. a) Welke informatie en documenten waren er wel in het Nederlands ter beschikking ?

b) Quelles informations et quels documents étaient-ils uniquement disponibles en anglais et en français ?

b) Welke uitsluitend in het Engels en het Frans ?

3. Ne trouvez-vous pas que l’implication du gouvernement fédéral en tant que co-organisateur justifiait de diffuser les informations et documents relatifs à cette conférence également en néerlandais, la langue parlée par la majorité de la population de ce pays ?

3. Vindt u niet dat omwille van de medeorganisatie van de federale regering alle informatie en documenten ook in het Nederlands, de taal van de meerderheid van de bevolking in dit land, ter beschikking moeten zijn ?

4. Avez-vous pris des mesures en vue d’éviter que cette lacune se reproduise à l’avenir ?

4. Heeft u maatregelen getroffen om dat euvel in de toekomst te vermijden ?

5. Envisagez-vous d’insister, auprès de chaque organisation internationale avec laquelle le gouvernement fédéral est lié en tant que co-organisateur d’un événement international ayant lieu dans notre pays, pour que les langues nationales officielles soient dorénavant traitées sur un pied d’égalité ?

5. Overweegt u voortaan bij elke internationale organisatie, waarmee de federale regering als medeorganisator optreedt voor een in dit land georganiseerde gebeurtenis, aan te dringen om de officie¨le landstalen op gelijke wijze te behandelen ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 930 de M. Gerolf Annemans du 16 mars 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 930 van de heer Gerolf Annemans van 16 maart 2006 (N.) :

La réponse à cette question sera fournie par le ministre de la Coopération au Développement, M. De Decker. (Question no 114 du 16 mars, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 123.)

Het antwoord op deze vraag zal verschaft worden door de minister van Ontwikkelingssamenwerking, de heer De Decker. (Vraag nr. 114 van 16 maart 2006, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 123.)


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24412

DO 2005200607752

DO 2005200607752

Question no 968 de Mme Marleen Govaerts du 14 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Résidences successives de la terroriste turque F. Erdal. 1. Pourriez-vous me fournir un aperçu des endroits ou` la terroriste turque F. Erdal a séjourné lorsqu’elle faisait l’objet d’une assignation à résidence en Belgique, ainsi que des périodes pendant lesquelles elle aurait habité à ces adresses ? 2. Selon la presse, elle aurait pu résider à Charleroi, à Knokke et à Bruxelles. Il semblerait que Mme Erdal ait également habité la Leopoldstraat à Saint-Trond pendant quelque temps en 2004, en vue de rendre visite à l’enfant d’un couple d’amis turcs domiciliés en Allemagne, qui suivait un traitement à Saint-Trond.

Vraag nr. 968 van mevrouw Marleen Govaerts van 14 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Verblijfplaatsen van de Turkse terroriste F. Erdal. 1. Kan u een opsomming geven en ook de periode van alle verblijfplaatsen van de Turkse terroriste F. Erdal, toen zij in Belgie¨ onder huisarrest stond ?

2. Non. 3. Cette information relève d’une enquête judiciaire et de la recherche de Mme Erdal.

2. De pers heeft Charleroi, Knokke en Brussel vermeld als mogelijke verblijfplaatsen. Naar verluidt zou juffrouw Erdal in 2004 een tijdje in Sint-Truiden verbleven hebben, in de Leopold II straat, om het kindje van een bevriend Turks echtpaar met domicilie in Duitsland, te bezoeken dat in Sint-Truiden in behandeling was. Is u hiervan op de hoogte ? 3. Volgens de laatste persberichten zou juffrouw Erdal zich nu schuilhouden in Cyprus. Andere bronnen spreken van een schuilplaats in Duitsland, een mogelijkheid die moet onderzocht worden als blijkt dat zij Turkse vrienden had in Duitsland. a) Houdt u ook rekening met deze tweede mogelijke schuilplaats ? b) Werd daar al onderzoek naar verricht ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 968 van mevrouw Marleen Govaerts van 14 april 2006 (N.) : 1. Mevrouw Erdal heeft in de loop van de jaren op verschillende plaatsen verbleven. Voor haar invrijheidsstelling werd er gezocht naar een verblijfplaats. In eerste instantie werd gekozen voor Bassenge. Aangezien deze woonplaats onmiddellijk bekend werd, werd Charleroi voorgesteld. Ook dit adres raakte bekend. Ze kreeg een nieuw adres toegewezen in Brussel (Beliardstraat 197, 1040 Brussel) en op 15 mei 2001 werd haar een ander adres in Brussel (Stevinstraat 190, 1000 Brussel) toegewezen. 2. Neen. 3. Deze informatie maakt deel uit van het gerechtelijk onderzoek en de opsporing van mevrouw Erdal.

DO 2005200607762

DO 2005200607762

Question no 970 de M. Dirk Claes du 18 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Application de la loi football. — Nouvelle circulaire.

Vraag nr. 970 van de heer Dirk Claes van 18 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Toepassing van de voetbalwet. — Nieuwe omzendbrief. Recentelijk publiceerde de minister een nieuwe omzendbrief OOP 34 houdende specificaties bij de uit-

Eˆtes-vous au courant de ces informations ? 3. Selon des articles de presse récents, Mme Erdal se cacherait en ce moment à Chypre. D’autres sources font état d’une cachette en Allemagne, une piste qui mériterait d’être étudiée s’il s’avère qu’elle avait des amis turcs en Allemagne. a) L’éventualité d’une cachette en Allemagne vous semble-t-elle plausible ? b) Cette piste a-t-elle été examinée plus avant ? Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 9 juin 2006, à la question no 968 de Mme Marleen Govaerts du 14 avril 2006 (N.) : 1. Mme Erdal a résidé au fil des années à différents endroits. Lors de sa mise en liberté, un lieu de résidence a été cherché. Bassenge a tout d’abord été choisi. Vu que son domicile a été immédiatement connu, Charleroi a été proposé. Cette adresse a également été connue. Elle reçut alors une nouvelle adresse à Bruxelles (197 Rue Béliard, 1040 Bruxelles) et le 15 mai 2001, une nouvelle adresse à Bruxelles (190 Rue Stevin, 1000 Brussel) lui a encore été attribuée.

Récemment, le ministre a publié une nouvelle circulaire OOP 34 portant les spécifications relatives à


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24413

l’exécution de l’arrêté royal du 20 juillet 2005 réglant les modalités de la gestion des tickets à l’occasion des matches de football.

voering van het koninklijk besluit van 20 juli 2005 houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden.

Cette circulaire précise les responsabilités des organisateurs de matches de football et clarifie l’application d’une série de mesures, entres autres à l’égard des bourgmestres et des services de police.

Deze omzendbrief wil de verantwoordelijkheden van de organisator van voetbalwedstrijden duidelijk weergeven alsook de toepassing van een aantal maatregelen nader verduidelijken onder andere aan de burgemeesters en politiediensten.

Enfin, le ministre entend mettre l’accent dans cette circulaire sur l’importance d’une politique stricte de verbalisation sur la base de la « loi football ». Pour certains articles, le ministre invite en outre à observer le seuil de tolérance minimum.

Tenslotte wil de minister in deze omzendbrief het belang van een strikt verbaliseringsbeleid op basis van de voetbalwet grondig onderstrepen. Voor een aantal artikelen roept de minister bovendien op om de laagste tolerantiegrens te gebruiken.

1. a) Combien d’infractions à l’interdiction de stade ont-elles été constatées en 2003, 2004, 2005 et 2006 ?

1. a) Hoeveel overtredingen tegen het stadionverbod werden er vastgesteld in 2003, 2004, 2005 en reeds in 2006 ?

b) Est-il possible de ventiler ces chiffres selon qu’il s’agit de clubs de première division, de clubs de deuxième division ou de matches disputés par l’équipe nationale ?

b) Is het mogelijk om hiervoor een opsplitsing te geven per eerste klasse en tweede klasse club alsook voor de wedstrijden van de nationale ploeg ?

2. a) Combien d’infractions à l’article 22 de la « loi football » ont-elles été enregistrées au cours des mêmes années ?

2. a) Hoeveel overtredingen tegen artikel 22 van de voetbalwet werden er in diezelfde jaren genoteerd ?

b) Est-il possible, là aussi, d’obtenir une ventilation selon qu’il s’agit de clubs de première division, de clubs de deuxième division ou de matches disputés par l’équipe nationale ?

b) Ook hier graag een bijkomende opsplitsing per club uit eerste klasse, tweede klasse en de nationale ploeg.

3. a) Combien d’infractions à l’article 23 de la « loi football » ont-elles été constatées au cours des mêmes années ?

3. a) Hoeveel overtredingen tegen artikel 23 van de voetbalwet werden er in diezelfde jaren genoteerd ?

b) Est-il possible, là aussi, d’obtenir une ventilation selon qu’il s’agit de clubs de première division, de clubs de deuxième division ou de matches disputés par l’équipe nationale ?

b) Ook hier graag een bijkomende opsplitsing per club uit eerste klasse, tweede klasse en de nationale ploeg.

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 970 de M. Dirk Claes du 18 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 970 van de heer Dirk Claes van 18 april 2006 (N.) :

En réponse aux questions posées, vous trouverez cidessous les chiffres relatifs aux constatations d’infractions aux différents articles de la loi football. Ces chiffres ne sont pas disponibles pour l’année 2003 (le recensement n’a en effet débuté qu’en 2004) et nous ne disposons pas encore de chiffres pour l’année 2006. Il n’est pas prévu d’enregistrement distinct des chiffres par club ou par division.

In antwoord op de gestelde vragen worden hieronder de cijfers weergegeven van de vastgestelde inbreuken op de verschillende artikelen van de voetbalwet. Deze cijfers zijn niet beschikbaar voor het jaar 2003 (metingen zijn slechts begonnen vanaf 2004) en zijn tevens nog niet beschikbaar voor het jaar 2006. Er worden geen aparte cijfers bijgehouden naargelang de club of afdeling.

Article 20 ........................................................ 20 et 22 ...............................................


2004 11 2

2005

Artikel

2004

30 3

20 ........................................................ 20 en 22 ...............................................

2005

2006

11 2

2005 30 3


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24414

Article 20 et 23 ............................................... 20 et 23ter ........................................... 20, 22 et 23 .......................................... 20, 22, 23 et 23bis ................................ 20, 22, 23 et 23ter ................................ 20, 23 et 23bis ..................................... 20, 23 et 23ter ...................................... 20bis .................................................... 20bis et 23bis ....................................... 20bis et 23ter ....................................... 20bis, 22, 23 et 23bis ........................... 20bis, 23 et 23bis ................................. 20bis, 23bis et 23ter ............................. 21 ........................................................ 21 et 22 ............................................... 21 et 23 ............................................... 21 et 23bis ........................................... 21, 23 et 23bis ..................................... 22 ........................................................ 22 et 23 ............................................... 22 et 23bis ........................................... 22 et 23ter ........................................... 22, 23 et 23bis ..................................... 22, 23 et 23ter ...................................... 23 ........................................................ 23 et 23bis ........................................... 23 et 23ter ........................................... 23bis .................................................... 23ter ....................................................

2004 24 14 3 1 0 1 1 15 48 0 0 0 0 56 0 1 4 1 90 103 10 1 4 1 175 16 1 187 61

2005 34 10 12 0 1 0 3 3 54 1 1 1 1 36 1 7 0 0 115 77 4 0 9 0 212 25 1 233 39

Artikel

2004

20 en 23 ............................................... 20 en 23ter ........................................... 20, 22 en 23 ......................................... 20, 22, 23 en 23bis ............................... 20, 22, 23 en 23ter ............................... 20, 23 en 23bis ..................................... 20, 23 en 23ter ..................................... 20bis .................................................... 20bis en 23bis ...................................... 20bis en 23ter ...................................... 20bis, 22, 23 en 23bis ........................... 20bis, 23 en 23bis ................................ 20bis, 23bis en 23ter ............................ 21 ........................................................ 21 en 22 ............................................... 21 en 23 ............................................... 21 en 23bis .......................................... 21, 23 en 23bis ..................................... 22 ........................................................ 22 en 23 ............................................... 22 en 23bis .......................................... 22 en 23ter ........................................... 22, 23 en 23bis ..................................... 22, 23 en 23ter ..................................... 23 ........................................................ 23 en 23bis .......................................... 23 en 23ter ........................................... 23bis .................................................... 23ter ....................................................

24 14 3 1 0 1 1 15 48 0 0 0 0 56 0 1 4 1 90 103 10 1 4 1 175 16 1 187 61

2005 34 10 12 0 1 0 3 3 54 1 1 1 1 36 1 7 0 0 115 77 4 0 9 0 212 25 1 233 39

DO 2005200607788

DO 2005200607788

Question no 974 de Mme Nathalie Muylle du 19 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 974 van mevrouw Nathalie Muylle van 19 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Indemnisations par le Fonds des calamités.

Uitbetaling van schadevergoedingen uit het Rampenfonds.

Ces dernières années, la Belgique a été touchée, à plusieurs reprises, par des pluies torrentielles dont certaines ont été reconnues comme calamité. Les sinistrés peuvent dès lors prétendre à une indemnisation par le Fonds des calamités à condition que leur situation réponde à des critères déterminés. Or, les services provinciaux sont surchargés de travail, surtout en Flandre occidentale ou` de nombreux dossiers sont en souffrance.

Belgie¨ werd de jongste jaren enkele keren geteisterd door overvloedige neerslag. Een aantal van deze dagen werden als ramp erkend. Bijgevolg kunnen de slachtoffers een vergoeding van het Rampenfonds krijgen mits aan de juiste voorwaarden is voldaan. De provinciale diensten zijn overstelpt met werk. Vooral in West-Vlaanderen zijn er veel dossiers die wachten op afhandeling.

1. Combien de demandes d’indemnisation ont-elles été introduites en Flandre occidentale pour les dossiers de 2004 et 2005 ?

1. Hoeveel aanvragen tot schadevergoeding zijn er in West-Vlaanderen ingediend voor de dossiers van 2004 en 2005 ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24415

2. Toutes ces demandes ont-elles déjà été ouvertes ?

2. Zijn deze aanvragen al allemaal geopend ?

3. a) Est-il exact qu’il ne sera procédé aux indemnisations que lorsque toutes les demandes auront été ouvertes ?

3. a) Klopt het dat er pas tot uitbetaling wordt overgegaan wanneer alle aanvragen zijn geopend ?

b) Est-il dès lors exact que les sinistrés dont le dossier a déjà été traité et qui ont déjà reçu la visite d’un expert ne sont pas indemnisés parce que d’autres demandes n’ont pas encore été ouvertes ?

b) Is het bijgevolg zo dat de dossiers die nu al afgehandeld zijn, waar de experts al ter plaatse zijn geweest, toch niet worden uitbetaald omdat andere aanvragen nog niet zijn geopend ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 974 de Mme Nathalie Muylle du 19 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 974 van mevrouw Nathalie Muylle van 19 april 2006 (N.) :

J’ai l’honneur de communiquer les informations suivantes à l’honorable membre.

Ik heb de eer het geachte lid volgende inlichtingen te verstrekken.

1. Selon le service des Calamités de la province de Flandre occidentale, 156 demandes d’indemnisation ont été introduites pour les dommages causés par les pluies intenses, localement accompagnées de fortes chutes de grêle, des 15 et 16 août 2004; 3 334 demandes ont été introduites dans le cadre de la calamité des 3 et 4 juillet 2005 (pluies intenses).

1. Volgens de dienst Rampenschade van de provincie West-Vlaanderen werden er 156 verzoeken tot schadeloosstelling ingediend voor de schade die veroorzaakt werd door de overvloedige regenval, plaatselijk vergezeld van intense hagelbuien, van 15 en 16 augustus 2004; 3 334 aanvragen werden ingediend in het kader van de ramp van 3 en 4 juli 2005 (overvloedige regenval).

Un certain nombre de sinistres survenus en 2004 et 2005 n’ont été reconnus que par arrêté royal du 13 mars 2006. E´tant donné que pour ces calamités, le délai d’introduction des demandes d’intervention financière de l’E´tat ne vient à expiration qu’à la date du 30 juin 2006, il n’est pas encore possible de fournir des chiffres pertinents quant au nombre de dossiers introduits. L’expérience montre que la plupart des demandes ne parviennent à l’administration provinciale que peu avant l’expiration du délai. Il s’agit des calamités suivantes :

Een aantal schadefeiten die plaatsvonden in 2004 en 2005, werden pas erkend bij koninklijk besluit van 13 maart 2006. Vermits voor deze rampen de indieningstermijn voor de aanvragen tot financie¨le staatstussenkomst pas verstrijkt op 30 juni 2006, kunnen nog geen relevante cijfers over het aantal ingediende dossiers meegedeeld worden. De ervaring leert dat de meeste aanvragen pas net voó´r het verstrijken van de termijn toekomen op het provinciebestuur. Het betreft volgende rampen :

— les chutes de grêle du 17 juillet 2004;

— de hagelbuien van 17 juli 2004;

— les pluies intenses, localement accompagnées de grêlons de dimension importante, des 29 et 30 juillet 2005;

— de hevige regenval, plaatselijk vergezeld van grote hagelkorrels, van 29 en 30 juli 2005;

— les pluies intenses des 19 et 20 août 2005;

— de hevige regenval van 19 en 20 augustus 2005;

— les pluies intenses des 10 et 11 septembre 2005.

— de hevige regenval van 10 en 11 september 2005.

2. Le service des Calamités de Flandre occidentale fait savoir qu’un accusé de réception a été envoyé pour tous les dossiers transmis.

2. De dienst Rampenschade van West-Vlaanderen deelde mede dat voor alle binnengekomen dossiers een ontvangstmelding werd verstuurd.

3. Il est inexact de prétendre qu’il n’est procédé au paiement que lorsque toutes les demandes ont été ouvertes.

3. Het is helemaal niet correct te stellen dat er pas tot uitbetaling wordt overgegaan wanneer alle aanvragen zijn geopend.

Au contraire à mesure que les demandes parviennent au service, elles sont examinées sur le plan administratif et ensuite transmises à un expert en vue de la constatation et de l’estimation des dommages.

Integendeel, naarmate de aanvragen binnenkomen, worden zij op administratief vlak nagekeken en vervolgens aan een expert overgemaakt met het oog op de vaststelling en raming der schade.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24416

Lorsqu’un expert s’est rendu sur place et a déposé son rapport, une décision est prise peu de temps après. Dès que cette décision a été notifiée à mes services, le premier paiement dans un dossier se fait normalement dans les 15 jours ouvrables.

Wanneer een expert ter plaatse is geweest en zijn verslag heeft neergelegd, wordt kort daarop een beslissing getroffen. Zodra deze beslissing aan mijn diensten betekend is, gebeurt de eerste betaling in een dossier normaliter binnen de 15 werkdagen.

DO 2005200607795

DO 2005200607795

Question no 975 de Mme Hilde Dierickx du 19 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 975 van mevrouw Hilde Dierickx van 19 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Services d’incendie. — Controˆle du fonctionnement des sorties de secours de certains baˆtiments.

Brandweerdiensten. — Controles werking van nooduitgangen in bepaalde gebouwen.

Nous devons tenter de tirer des leçons de catastrophes telles que celle de Katowice, en Pologne, ou` le toit du hall ou` se tenait une exposition colombophile et qui était entièrement recouvert de neige, s’était effondré. De nombreux visiteurs, parmi lesquels un Belge, y ont perdu la vie, d’autres étant grièvement blessés. L’enquête a révélé que les sorties de secours étaient fermées, de sorte que tous les occupants n’ont pu fuir le baˆtiment à temps. On a déjà pu constater à plusieurs reprises dans le passé que la fermeture de sorties de secours pouvait avoir des conséquences catastrophiques.

Uit rampen zoals in het Poolse Katowice moeten we proberen te leren. In Polen stortte het ondergesneeuwde dak van de tentoonstellingshal van de duivenexpo in. Vele bezoekers, waaronder één Belg, lieten het leven, anderen werden zwaargewond. Uit onderzoek blijkt dat de nooduitgangen gesloten waren, zodat niet iedereen tijdig weg kon. Het verleden heeft al meermaals aangetoond dat gesloten nooduitgangen catastrofale gevolgen kunnen hebben.

Il incombe aux pompiers de controˆler si les sorties de secours sont utilisables. Ces dernières sont parfois fermées ou encombrées par divers objets.

Het is de taak van de brandweer om te controleren of de nooduitgangen bruikbaar zijn. Soms zijn deze afgesloten, soms staat er rommel in de weg, enzovoort.

Ne serait-il pas utile que les pompiers controˆlent plus souvent et de manière ciblée la sécurité des espaces publics et qu’ils attachent une importance particulière à la présence et au fonctionnement des sorties de secours ? Les controˆles de sécurité anti-incendie ne doivent pas seulement avoir lieu lors de la délivrance d’un permis. Une augmentation du nombre de controˆles assurerait une meilleure prévention. Ces controˆles doivent également être effectués lors d’événements tels que des soirées dansantes, des expositions et des manifestations sportives.

Misschien zou het nuttig kunnen zijn dat de brandweer vaker gerichte controles uitvoert naar de veiligheid van publieke ruimtes, met extra aandacht voor de aanwezigheid en de werking van nooduitgangen ? Een controle naar brandveiligheid dient niet enkel te gebeuren bij de aflevering van een vergunning; meer controles kunnen zorgen voor een betere preventie. Deze controles moeten dan ook gehouden worden tijdens bijeenkomsten zoals dansavonden, tentoonstellingen en sportmanifestaties, enzovoort.

1. Combien de controˆles axés sur le fonctionnement des sorties de secours les pompiers ont-ils effectués en 2003, 2004 et 2005 :

1. Hoeveel controles werden er in 2003, 2004 en 2005 door de brandweer uitgevoerd naar de werking van nooduitgangen :

a) dans des hoˆtels et auberges de jeunesse;

a) in hotels en jeugdherbergen;

b) dans des débits de boissons;

b) in dranklokalen;

c) dans des discothèques;

c) in discotheken,

d) dans des maisons de jeunes;

d) in jeugdhuizen;

e) dans des supermarchés;

e) in warenhuizen;

f) dans des halls d’exposition;

f) in tentoonstellingshallen;

g) dans des halls de sport ?

g) in sporthallen ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24417

2. Parmi ces controˆles, combien ont eu lieu durant un rassemblement, une manifestation ou un événement semblable ? 3. Combien d’infractions a-t-on constatées ?

2. Hoeveel van deze controles werden gehouden tijdens een bijeenkomst, manifestatie of dergelijke ? 3. Hoeveel inbreuken werden vastgesteld ?

4. Sur combien de fermetures ces controˆles ont-ils débouché ?

4. Hoeveel sluitingen waren het gevolg van deze controles ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 975 de Mme Hilde Dierickx du 19 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 975 van mevrouw Hilde Dierickx van 19 april 2006 (N.) :

J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre que, conformément à l’article 22, alinéa 2, de l’arrêté royal du 8 novembre 1967 portant, en temps de paix, organisation des services communaux et régionaux d’incendie et coordination des secours en cas d’incendie, le service d’incendie n’effectue des controˆles que dans les cas prévus par les lois et règlements et chaque fois que le bourgmestre le demande.

Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat, overeenkomstig artikel 22, tweede lid van het koninklijk besluit van 8 november 1967 houdende, voor de vredestijd, organisatie van de gemeentelijke en gewestelijke brandweerdiensten en coo¨rdinatie van de hulpverlening in geval van brand, de brandweer slechts controles uitvoert in de bij de wetten en verordeningen bepaalde gevallen en telkens als de burgemeester erom verzoekt.

Le service d’incendie effectue uniquement des controˆles à la demande du bourgmestre. Il faut donc que le bourgmestre ordonne le controˆle. L’avis du service d’incendie est transmis au bourgmestre. La mission de surveillance incombe au bourgmestre et non pas au service d’incendie, qui est plutoˆt un instrument.

De brandweer voert slechts controles uit in opdracht van de burgemeester. Het is dus noodzakelijk dat de burgemeester opdracht geeft voor de controle en het advies van de brandweer wordt aan de burgemeester bezorgd. De taak om toezicht te houden berust bij de burgemeester en niet bij de brandweer, die veeleer een instrument is.

Lors de ces controˆles, on vérifie dans quelle mesure le baˆtiment, l’installation etc. répondent aux lois et règlements. Le controˆle va au-delà d’un simple controˆle des sorties de secours.

Tijdens deze controles wordt nagekeken in hoeverre het gebouw, de inrichting, en dergelijke beantwoorden aan de wetten en verordeningen. De controle gaat bijgevolg verder dan enkel het controleren van nooduitgangen.

1. En 2003, les services d’incendie ont effectué au total près de 33 000 controˆles à la demande des bourgmestres. Aucun chiffre n’est encore disponible pour 2004 et 2005.

1. In 2003 heeft de brandweer in totaal bijna 33 000 controles uitgevoerd in opdracht van de burgemeester. Voor 2004 en 2005 zijn er nog geen cijfers beschikbaar.

Les statistiques disponibles ne permettent pas de distinguer les controˆles effectués en fonction de la destination du baˆtiment.

Het is niet mogelijk om op basis van beschikbare statistieken deze controles verder uit te splitsen naar de bestemming van het gebouw.

2. La plupart de ces controˆles sont annoncés pour éviter que le baˆtiment soit inaccessible ou que le responsable soit absent.

2. De meeste van deze controles zijn aangekondigd om te vermijden dat het gebouw niet toegankelijk is of dat de verantwoordelijke afwezig is.

Ce n’est qu’exceptionnellement qu’un controˆle sera effectué lors d’une réunion. Il arrive toutefois fréquemment qu’un controˆle soit effectué par le service d’incendie avant l’ouverture.

Slechts uitzonderlijk zal een controle gehouden worden tijdens een bijeenkomst. Het gebeurt wel vaker dat voor de opening een controle door de brandweer wordt gehouden.

3. Aucune donnée n’est disponible en ce qui concerne le nombre d’infractions constatées par les services d’incendie.

3. Er zijn geen gegevens beschikbaar over het aantal inbreuken die door de brandweer zijn vastgesteld.

Les membres des services d’incendie ne disposent en outre d’aucun pouvoir de police pour dresser procèsverbal par exemple.

De leden van de brandweer hebben bovendien geen politionele bevoegdheid om bijvoorbeeld een proces verbaal op te stellen.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24418

4. Aucune donnée n’est disponible en ce qui concerne le nombre de fermetures résultant de ces controˆles.

4. Er zijn geen gegevens beschikbaar over het aantal sluitingen die het gevolg waren van deze controles.

DO 2005200607800

DO 2005200607800

Question no 977 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 19 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 977 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 19 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Demandeurs d’asile déboutés. — Ordres de quitter le territoire. — Procédure devant le Conseil d’E´tat.

Afgewezen asielzoekers. — Bevelen om het grondgebied te verlaten. — Procedure bij de Raad van State.

Depuis 2001, la procédure d’asile est moins longue qu’auparavant. Après quelques mois déjà, le demandeur d’asile sait s’il entre en ligne de compte pour l’obtention du statut de réfugié en Belgique.

Sinds 2001 verloopt de asielprocedure veel sneller dan vroeger. Na enkele maanden al weet de asielzoeker of hij/zij kans maakt om erkend te worden als vluchteling in Belgie¨.

Le demandeur d’asile débouté reçoit immédiatement un ordre de quitter le territoire, en même temps que la décision négative du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides. La pratique révèle que peu de demandeurs d’asile respectent cet ordre et introduisent sans délai un recours devant le Conseil d’E´tat. Tout au long de la procédure, les étrangers sont tolérés dans notre pays et ils continuent à bénéficier d’une aide alors qu’ils se trouvent en fait déjà dans une situation d’illégalité.

Samen met de negatieve beslissing van het Commissariaat Generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen, ontvangt een afgewezen asielzoeker meteen het bevel om het grondgebied te verlaten. De praktijk wijst uit dat maar weinig asielzoekers dit bevel opvolgen en meteen naar de Raad van State stappen. Zolang deze procedure loopt, worden de vreemdelingen in ons land gedoogd en ontvangen zij verder steun, terwijl ze eigenlijk al in de illegaliteit verkeren.

1. Combien d’ordres de quitter le territoire (par type) ont été décernés aux demandeurs d’asile déboutés en 2003, en 2004 et en 2005 ?

1. Hoeveel bevelen om het grondgebied te verlaten (per soort) werden in 2003, 2004 en 2005 uitgereikt aan afgewezen asielzoekers ?

2. a) Combien de demandeurs d’asile ont décidé de quitter volontairement le territoire après réception de cet ordre en 2003, en 2004 et en 2005 ?

2. a) Hoeveel asielzoekers besloten na ontvangst van dit bevel vrijwillig het grondgebied te verlaten in 2003, 2004 en 2005 ?

b) Quel service est chargé du suivi en la matière ?

b) Welke dienst volgt dit op ?

3. Combien de demandeurs d’asile ont été éloignés sous la contrainte en 2003, en 2004 et en 2005, alors qu’ils avaient reçu l’ordre de quitter le territoire, qu’ils n’avaient pas respecté cet ordre et qu’ils avaient introduit une procédure devant le Conseil d’E´tat ?

3. Hoeveel asielzoekers werden in 2003, 2004 en 2005 gedwongen verwijderd nadat ze het bevel om het grondgebied te verlaten ontvingen, daar niet op in gingen en een procedure lopende hadden bij de Raad van State ?

4. Combien de demandeurs d’asile ont été éloignés sous la contrainte en 2003, en 2004 et en 2005 après une décision négative du Conseil d’E´tat ?

4. Hoeveel asielzoekers werden in 2003, 2004 en 2005 gedwongen verwijderd nadat ze ook van de Raad van State een negatief antwoord ontvingen ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 9 juin 2006, à la question no 977 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 19 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 977 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 19 april 2006 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.

1. Un demandeur d’asile est débouté par une confirmation de refus de séjour du Commissariat général

1. Een asielzoeker is uitgeprocedeerd bij een bevestigende negatieve beslissing van het Commissariaat-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24419

aux réfugiés et aux apatrides (CGRA) dans la phase de recevabilité et par la décision confirmant le refus du statut de réfugié prise le CGRA de la Commission permanente de recours des réfugiés (CPRR) dans la phase du fond.

Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS) in de ontvankelijkheidsfase en bij een bevestigende negatieve beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen (VBV) in de gegrondheidsfase.

Le nombre d’ordres de quitter le territoire (OQT) délivrés à des demandeurs d’asile déboutés se détaille de la façon suivante :

Het aantal bevelen om het grondgebied te verlaten (BGV’s) afgeleverd aan uitgeprocedeerde asielzoekers bedraagt als volgt :

Année 2003 : total 12 524 : 10 515 CGRA + 2 009 CPRR.

Jaar 2003 : totaal 12 524 : 10 515 CGVS + 2 009 VBV.





2. a) et b) Sur le nombre de demandeurs qui ont volontairement quitté le territoire après réception de leur OQT, aucun chiffre n’est disponible à l’Office des étrangers. C’est le bureau C(landestin) de l’OE qui répond, en principe, du suivi de l’exécution de la délivrance des OQT. Vu le nombre élevé de délivrance des OQT, un suivi systématique s’avère cependant très difficile.

2. a) en b) Over hoeveel asielzoekers na ontvangst van het BGV vrijwillig het grondgebied verlaten, zijn bij de DVZ geen cijfers beschikbaar. Het is het bureau C(landestienen) van de DVZ die in principe instaat voor de opvolging van de naleving van de verstrekte BGV’s. Gezien het hoge aantal verstrekte BGV’s is een systematische opvolging echter zeer moeilijk.

3 et 4. Pour les chiffres sur les éloignements forcés des demandeurs d’asile déboutés, aucune distinction n’est faite sur le fait de savoir si la procédure est en cours ou non auprès du Conseil d’E´tat.

3 en 4. Bij de cijfers over gedwongen verwijderingen van afgewezen asielzoekers wordt geen onderscheid gemaakt in het feit of een procedure bij de Raad van State hangende is of niet.

Pour les années allant de 2003 jusqu’à 2005 incluse, les chiffres sont les suivants :

Voor de jaren 2003 tot en met 2005 gelden volgende cijfers :

Année 2003 : 1 025 rapatriements.

Jaar 2003 : 1 025 repatrie¨ringen.





DO 2005200607820

DO 2005200607820

Question no 978 de Mme Hilde Dierickx du 20 avril 2006 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 978 van mevrouw Hilde Dierickx van 20 april 2006 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Bornes d’appel. — Appels à destination de la police.

Praatpalen. — Politieoproepen.

Les bornes d’appel installées tous les deux kilomètres le long des autoroutes belges servent à appeler rapidement les services de secours en cas d’accident et les services de dépannage en cas de panne.

Om de twee kilometer kan je op de Belgische autosnelweg een praatpaal terugvinden. Deze praatpalen werden geplaatst om de hulpdiensten op een snelle wijze op te roepen bij een ongeval, of om pechverhelpers te laten komen.

Les bornes d’appel le long des autoroutes permettent d’appeler la police pour :

Via de praatpalen langs de autosnelweg kan je contact opnemen met de politie om :

— signaler un accident ou un incident;

— een ongeval of een incident te signaleren;


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24420

— signaler une situation dangereuse;

— een gevaarlijke situatie te melden;

— appeler un service de dépannage;

— een pechdienst op te roepen;

— demander l’aide de la gendarmerie ou d’un autre service.

— de hulp van de rijkswacht of een andere dienst in te roepen.

Or, une utilisation « abusive » des bornes d’appel est parfois constatée. Le site www.fedpol.be signale l’exemple d’un conducteur qui demande, par le biais d’une borne d’appel, que sa famille soit prévenue de son arrivée tardive à la maison, alors qu’il dispose d’un téléphone portable. E´tant donné la généralisation du téléphone portable, davantage de citoyens utiliseront sans doute celuici pour appeler les secours en cas de panne ou d’accident. Le téléphone portable est de plus en plus entré dans les mœurs, comme le confirment les chiffres de l’Institut belge des services postaux et des télécommunications (IBPT). L’utilisation du téléphone portable a connu une croissance exponentielle au cours des dix dernières années; en 1995, seulement 2 % des Belges utilisaient le téléphone mobile, alors qu’en 2003, 83,8 % des Belges avaient déjà recours au GSM.

Toch wordt de praatpaal soms ook « misbruikt ». Op www.fedpol.be wordt het voorbeeld gegeven waarbij iemand via een praatpaal vraagt om zijn familie te verwittigen van een later uur van thuiskomst, terwijl de betrokkene over een GSM beschikt.

1. Combien d’appels relatifs à des accidents la police reçoit-elle chaque année par le biais des bornes d’appel ?

1. Hoeveel oproepen over ongevallen krijgt de politie jaarlijks via praatpalen ?

2. Combien d’appels relatifs à des dépannages la police reçoit-elle chaque année par le biais des bornes d’appel ?

2. Hoeveel oproepen over pechverhelping krijgt de politie jaarlijks via praatpalen ?

3. Combien d’appels effectués depuis une borne d’appel doivent-ils être considérés comme « abusifs » ?

3. Hoeveel oproepen via de praatpalen zijn te beschouwen als « misbruik » van de praatpalen ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 9 juin 2006, à la question no 978 de Mme Hilde Dierickx du 20 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 978 van mevrouw Hilde Dierickx van 20 april 2006 (N.) :

L’honorable membre trouvera ci-dessous réponse à ses questions.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

Le nombre d’appels via bornes d’appels a diminué ces dernières années.

Het aantal oproepen via praatpalen is de laatste jaren gedaald.

En 2005, il y avait toutefois encore 26 000 appels pour l’ensemble de la Région Flamande et de la Région Bruxelles-Capitale.

In 2005 waren er evenwel nog 26 000 voor het geheel van het Vlaams Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

26 593 appels ont été enregistrès en 2002 pour la Région Wallonne.

In 2002 werden 26 593 oproepen geregistreerd in het Waals Gewest.

La plupart des appels sont en rapport avec des pannes de voiture, d’autres concernent des accidents, ou sont des appels « techniques » (pour tester du réseau). Des données plus détaillées peuvent être obtenues auprès des Régions, qui gèrent l’infrastructure et le software des bornes d’appel. Pour la Région Wallonne, les chiffres ne sont disponibles que jusque l’année 2002 inclus, suite à un crash du système informatisé.

De meeste oproepen hebben te maken met pechverhelping, andere betreffen ongevallen, of zijn « technische » oproepen (voor het testen van net). Meer gedetailleerde gegevens kunnen bekomen worden bij de Gewesten, die de infrastructuur en de software van de praatpalen beheren. Voor het Waals Gewest, zijn de cijfers slechts beschikbaar tot en met het jaar 2002, ten gevolge van een crash van het informaticasysteem.


2005

Met de opkomst van de GSM zullen waarschijnlijk meer burgers hun mobiel toestel nemen om hulp te roepen bij pech of een ongeval. GSM-toestellen zijn immers steeds meer ingeburgerd; cijfers van het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) bevestigen dit. Er is de jongste tien jaar een exponentie¨le stijging van het GSM-gebruik; in 1995 telefoneerde slechts 2 % van de Belgen mobiel, in 2003 waren het al 83,8 % van de Belgen die via een GSM telefoneerden.

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24421

Le nombre d’abus est plutoˆt faible, mais la police ne dispose pas de statistiques informatisées en la matière.

Het aantal misbruiken is eerder gering, doch de politie beschikt hieromtrent niet over geı¨nformatiseerde statistieken.

DO 2005200607860

DO 2005200607860

Question no 994 de Mme Muriel Gerkens du 24 avril 2006 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :

Vraag nr. 994 van mevrouw Muriel Gerkens van 24 april 2006 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :

Détecteurs de fumée qui contiennent du matériel radioactif.

Rookmelders die radioactief materiaal bevatten.

Selon le ministre flamand de l’Environnement Peeters, l’Agence fédérale du Controˆle nucléaire (AFCN) ne le soutient pas dans sa demande d’interdire les détecteurs de fumée qui contiennent du matériel radioactif.

De Vlaamse minister voor Leefmilieu, de heer Peeters, heeft verklaard dat het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) hem niet steunt in zijn voornemen om ionische rookmelders te verbieden.

Suite à une question écrite du député au Parlement flamand Glorieux (question no 248 du 25 janvier 2006) le ministre Peeters a déclaré être favorable à une interdiction de ce type de détecteurs de fumée, comme c’est déjà le cas dans quelques pays voisins.

Op een schriftelijke vraag van Vlaams parlementslid Glorieux (vraag nr. 248 van 25 januari 2006) heeft minister Peeters geantwoord dat hij voor een verbod op dergelijke rookmelders is, zoals dit reeds in enkele buurlanden het geval is.

Selon Kris Peeters, « c’est une compétence de l’AFCN, mais lors de la concertation avec l’AFCN, il est apparu que l’Agence n’est pas pour une telle interdiction ».

Volgens de minister behoort die kwestie tot de bevoegdheid van het FANC, maar tijdens het overleg met het FANC is gebleken dat het Agentschap geen voorstander is van dit verbod.

1. Est-il correct que l’Agence fédérale du Controˆle nucléaire ne soutient pas une interdiction des détecteurs de fumée qui contiennent du matériel radioactif ?

1. Klopt het dat het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle geen voorstander is van een verbod op ionische rookmelders ?

2. Si oui, quels sont les arguments de l’Agence ?

2. Zo ja, op grond van welke argumenten ?

3. Est-ce que le ministre soutient cette position de l’Agence ?

3. Sluit de minister zich bij het standpunt van het Agentschap aan ?

4. Si non, quelles démarches envisagez-vous entreprendre pour instaurer une interdiction de ce type de produits ?

4. Zo niet, wat zal u ondernemen om dergelijke toestellen te verbieden ?

Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 6 juin 2006, à la question no 994 de Mme Muriel Gerkens du 24 avril 2006 (Fr.) :

Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 994 van mevrouw Muriel Gerkens van 24 april 2006 (Fr.) :

Jusqu’à présent, l’Agence fédérale de Controˆle nucléaire (AFCN) a estimé que l’installation de détecteurs de fumée ionisants demeure une pratique justifiée. Il s’agit d’appareils dont l’application est utile puisqu’ils contribuent à accroıˆtre la sécurité de notre habitat. La fonction des détecteurs de fumée consiste à prévenir des risques réels qui menacent la population, à savoir les risques d’incendie dans les habitations, qui entraıˆnent parfois des décès ou des blessés graves. Outre les souffrances humaines qu’ils aident parfois à éviter, les détecteurs de fumée contribuent à réduire la pollution environnementale qui résulte des incendies.

Tot op heden is het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) van mening dat de plaatsing van ionische rookmelders nog steeds een verantwoorde praktijk is. Het gaat hier om toestellen die een nuttige toepassing hebben omdat zij bijdragen tot een meer veilige woonomgeving. Rookmelders waarschuwen tegen een zeer reeël gevaar dat de bevolking bedreigt, namelijk het risico van brand in woningen, waarbij soms doden en zwaar verminkte personen te betreuren zijn. Naast het helpen voorkomen van dit zwaar menselijk leed, helpen rookmelders ook de milieuverontreiniging te verminderen tengevolge van branden.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24422

La présence d’une infime quantité de matières radioactives ne représente aucun danger pour le consommateur ou le commerçant, même dans l’hypothèse où ces appareils aboutiraient dans un incinérateur avec d’autres déchets ménagers. Des études internationales ont suffisamment démontré le caractère inoffensif de ces appareils. Les substances radioactives se concentrent dans les cendres de la combustion.

De aanwezigheid van een minieme hoeveelheid radioactieve stof vormt geen gevaar voor de consument of de handelaars, zelfs niet wanneer deze toestellen samen met ander huisvuil in een verbrandingsoven zouden terechtkomen. Internationale studies hebben de onschadelijkheid afdoende aangetoond. De radioactieve stoffen concentreren zich in de assen van de verbranding.

Depuis plusieurs années, une alternative de qualité est disponible sur le marché, à savoir les détecteurs optiques qui ne contiennent pas de matières radioactives. C’est la raison pour laquelle l’AFCN a demandé au Conseil supérieur d’Hygiène s’il ne convenait pas de réévaluer la politique à l’égard des détecteurs de fumée ionisants. Le conseil a prudemment recomman` l’instar d’autres instances dé de changer de cap. A compétentes, notamment les trois régions et les fabricants/importateurs, l’AFCN étudie actuellement le moyen de donner suite à cet avis, par exemple à l’occasion de la mise en place d’une collecte sélective et du traitement des déchets des détecteurs de fumée.

Sinds enige jaren is er echter een volwaardig alternatief op de markt, namelijk de optische rookmelders die geen radioactieve stoffen bevatten. Daarom heeft het FANC aan de Hoge Gezondheidsraad gevraagd of de beleidslijn ten aanzien van de ionische rookmelders niet opnieuw bekeken moest worden. De Raad heeft een voorzichtige koerswijziging aanbevolen. Het FANC is samen met andere bevoegde instanties, waaronder de drie gewesten en de fabrikanten/invoerders, aan het bekijken hoe aan dit advies verder gevolg kan worden gegeven, onder meer ter gelegenheid van de uitwerking van een selectieve inzameling en verwerking van de afgedankte rookmelders.

L’Agence n’a, à ce jour, pas encore envisagé la moindre initiative réglementaire afin d’instaurer dans notre pays une interdiction de commercialiser les détecteurs de fumée ionisants. Cette compétence relève exclusivement des autorités fédérales.

Het FANC heeft tot op heden geen regelgevende initiatieven overwogen om in ons land te komen tot een verbod op het in de handel brengen van ionisatie rookmelders. Het treffen van een dergelijke regeling behoort uitsluitend tot de bevoegdheid van de federale overheid.

Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique

Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid

Ećonomie

Economie

DO 2005200607867

DO 2005200607867

Question no 449 de M. Guido De Padt du 25 avril 2006 (N.) au ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique : Service de Métrologie. — E´talonnage de radars.

Vraag nr. 449 van de heer Guido De Padt van 25 april 2006 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Les services de police se plaignent de ce que l’étalonnage des radars par le service fédéral de métrologie prend trop de temps.

Politiediensten klagen over het feit dat het al te lang duurt vooraleer radartoestellen worden geijkt door de federale Dienst voor Metrologie.

1. Combien de radars (cinémomètres mobiles et fixes) ont-ils été présentés en 2003, 2004 et 2005 au service de Métrologie pour être étalonnés (par région

1. Hoeveel radartoestellen (mobiele en vaste snelheidsmeters) werden in 2003, 2004 en 2005 aan de Dienst voor Metrologie ter ijking aangeboden (op-


2005

Dienst voor Metrologie. — Ijking van radartoestellen.

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24423

et selon qu’il s’agissait de cinémomètres fixes ou mobiles) ? 2. Quel a été le délai moyen entre la présentation et l’étalonnage des appareils au cours des années précitées (par région et selon qu’il s’agissait de cinémomètres fixes ou mobiles) ? 3. Quelles mesures avez-vous prises ou envisagezvous de prendre pour réduire la durée de l’étalonnage ? Réponse du ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 7 juin 2006, à la question no 449 de M. Guido De Padt du 25 avril 2006 (N.) : 1. Les nombres de radars vérifiés sont repris dans les trois tableaux suivants, pour les années 2003, 2004 et 2005. Ces chiffres demandent néanmoins une explication préliminaire. En effet, il faut savoir que ces instruments doivent être vérifiés tous les deux ans et que les chiffres de 2005 portent sur les mêmes instruments que ceux de 2003, en ajoutant les instruments neufs mis sur le marché et vérifiés en 2005. Dans les tableaux ci-dessous, les instruments ont été classés suivant la technologie utilisée, à savoir les appareils fonctionnant avec faisceau radar ou avec des boucles d’induction. Enfin, les radars de la police fédérale ne peuvent pas être liés à une région particulière; ils ont donc été classés dans une catégorie supplémentaire.

gesplitst per gewest en opgesplitst naargelang het om vaste of mobiele snelheidsmeters ging) ? 2. Wat was de gemiddelde doorlooptijd tussen het aanbieden en het ijken van de toestellen in voormelde jaren (opgesplitst per gewest en opgesplitst naargelang het om vaste of mobiele snelheidsmeters ging) ? 3. Welke maatregelen heeft u genomen of overweegt u nog te nemen om de doorlooptijd te verminderen ? Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 7 juni 2006, op de vraag nr. 449 van de heer Guido De Padt van 25 april 2006 (N.) : 1. Het aantal geijkte radartoestellen wordt voor de jaren 2003, 2004 en 2005 in de drie onderstaande tabellen opgegeven. Enige toelichting van deze cijfers is niettemin nodig. Men moet inderdaad weten dat deze toestellen om de twee jaar moeten geijkt worden en dat de cijfers van 2005 betrekking hebben op dezelfde toestellen als die van 2003, en ook nog op de nieuwe toestellen die in 2005 op de markt gebracht werden en geijkt werden. In onderstaande tabel werden de toestellen opgedeeld volgens de gebruikte technologie namelijk radargolven of magnetische inductie. Ten slotte kunnen de toestellen op radargolven van de federale politie niet aan een welbepaalde regio gekoppeld worden; ze werden dus in een bijkomende categorie ingedeeld.

Année 2003

Induction

Radars

Jaar 2003

Inductie

Radargolven

Région flamande ........................ Région wallonne ........................ Région de Bruxelles-Capitale ..... Police fédérale ............................

108

95 30 18 34

Vlaams Gewest .......................... Waals Gewest ............................ Brussels Hoofdstedelijk Gewest . Federale politie ..........................

108

95 30 18 34

Année 2004

Induction

Radars

Jaar 2003

Inductie

Radargolven


165 0 3 0

86 25 0 14


165 0 3 0

86 25 0 14

Année 2005

Induction

Radars

Jaar 2003

Inductie

Radargolven


102 1 8 0

141 49 28 30


102 1 8 0

141 49 28 30

3


2005

2006

3


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24424

2. Le délai moyen dépend de nombreux paramètres puisque les tests des instruments sont effectués dans les laboratoires d’un organisme indépendant et compétent, choisi par le demandeur, et que la partie logistique peut être assurée soit par le distributeur soit par les polices et la métrologie, en fonction des cas, des marques et des contrats.

2. De gemiddelde doorlooptijd hangt af van talrijke parameters omdat de toestellen worden getest in de laboratoria van een onafhankelijk en competent organisme, dat door de aanvrager werd gekozen, en omdat het logistiek gedeelte ofwel door de verdeler ofwel door de politiediensten en de metrologie kan uitgevoerd worden, naargelang de gevallen, de merken en de overeenkomsten.

Le délai moyen entre la présentation de l’instrument et son retour chez le demandeur de la vérification a été de trois semaines en 2003, 2004 et 2005 (janvier à octobre). Fin 2005 (novembre et décembre), et début 2006 (janvier), vu la fermeture momentanée du laboratoire effectuant les tests, certains instruments ont été bloqués quatre mois. Le problème est actuellement résolu.

De gemiddelde doorlooptijd tussen het aanbieden van het toestel en de terugkomst ervan bij de aanvrager van de ijking bedroeg drie weken in 2003, 2004 en 2005 (januari tot oktober). Eind 2005 (november en december) en begin 2006 (januari) werden sommige toestellen vier maanden geblokkeerd wegens de tijdelijke sluiting van het labo waar de testen uitgevoerd worden. Dit probleem is nu opgelost.

3. Des réunions fréquentes avec les différents intervenants dans ce dossier et une gestion extrêmement rigoureuse et suivie au jour le jour ont permis de réduire le délai moyen à deux semaines.

3. De gemiddelde doorlooptijd werd op twee weken teruggebracht dankzij frequente vergaderingen met de verschillende tussenkomende partijen en een uiterst nauwkeurig en dagelijks beheer van dit dossier.

DO 2005200607425

DO 2005200607425

Question no 452 de M. Dirk Van der Maelen du 6 mars 2006 (N.) au ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :

Vraag nr. 452 van de heer Dirk Van der Maelen van 6 maart 2006 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :

Exportation d’armes.

Uitvoer van wapenmateriaal.

Avant que la législation relative à l’exportation d’armes ne devienne une matière régionale, le gouvernement fédéral établissait à ce sujet des rapports permettant une certaine transparence. Une liste établie tous les ans présentait le nombre de licences par pays et par catégorie de systèmes d’armement et le montant total de la valeur des licences pour chaque pays.

Voó´r de regionalisering van de wapenexportregulering maakte de federale regering rapporten met een zekere graad van transparantie. Jaarlijks werd een lijst opgesteld met het aantal vergunningen per land en per categorie van wapensystemen, met een totaal bedrag voor de waarde van de vergunningen per land.

Depuis la régionalisation de juillet 2003, les régions établissent des rapports relatifs à leurs exportations à partir du 30 aouˆt 2003, mais le gouvernement fédéral reste responsable du rapport relatif aux exportations de matériel de l’armée belge et de la police fédérale, et des exportations au départ de la Belgique jusqu’à fin aouˆt 2003.

Sinds de regionalisering van juli 2003 maken de gewesten rapporten voor de uitvoer vanuit de gewesten vanaf 30 augustus 2003, maar blijft de federale regering verantwoordelijk voor de rapportering van de exporten van materiaal van het Belgische leger en federale politie, en voor de uitvoer vanuit Belgie¨ tot eind augustus 2003.

L’article 17 de la loi fédérale sur les armes du 5 aouˆt 1991 (modifiée en 2003) stipule que « le gouvernement remet annuellement aux Chambres législatives fédérales un rapport sur l’application de la présente loi. Ce rapport comprendra entre autres les éléments suivants :

De federale wapenwet van 5 augustus 1991 (gewijzigd in 2003) bepaalt in artikel 17 : « De regering brengt ieder jaar verslag uit aan de federale Wetgevende Kamers over de toepassing van deze wet. Dit verslag zal onder meer volgende elementen bevatten :

— l’évolution des exportations;

— ontwikkeling van de export;

— une analyse du commerce mondial et européen en matière d’armements;

— een analyse van de wereldhandel en de Europese handel in wapens;


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24425

— les données relatives aux exportations, importations et au transit pour la Belgique;

— de gegevens over de Belgische uitvoer, invoer en doorvoer;

— les problèmes particuliers qui se sont posés;

— de bijzondere problemen die zijn gerezen;

— les éventuelles modifications de la réglementation et des procédures en Belgique;

— de eventuele wijzigingen van de reglementering en de procedures in Belgie¨;

— les initiatives internationales et européennes;

— de internationale en Europese initiatieven;

— l’application du code de conduite européen.

— de toepassing van de Europese gedragscode.

Sans préjudice des dispositions précitées, il sera veillé à ce qu’aucune information préjudiciable aux entreprises concernées ne soit communiquée. »

Onverminderd de hierboven vermelde bepalingen, zal erover worden gewaakt dat er geen informatie zal worden meegedeeld waardoor de ondernemingen schade wordt berokkend. »

Le rapport susvisé comportera en outre un chapitre distinct consacré au suivi du respect des dispositions de cette loi concernant le détournement de l’équipement concerné à l’intérieur des pays de destination et le respect de la clause de non-réexportation.

In bedoeld verslag zal een apart hoofdstuk gewijd worden aan de opvolging van de naleving van de bepalingen in deze wet omtrent de afwending binnen het land van bestemming en de naleving van de clausule van niet-wederuitvoer.

1. Le rapport relatif aux exportations depuis la Belgique pour le premier semestre 2003, c’est-à-dire avant la régionalisation, a-t-il été transmis à la Chambre des représentants et rendu public ?

1. Werd er een verslag over de uitvoer vanuit Belgie¨ van de eerste jaarhelft van 2003 — voó´r de regionalisering — aan de Kamer van volksvertegenwoordigers en publiek bekendgemaakt ?

2. Dans la négative, envisagez-vous d’encore établir ce rapport et de le soumettre au Parlement ?

2. Zo neen, overweegt u om deze rapportering nog te maken en aan het parlement voor te leggen ?

3. a) Dans la négative, pouvez-vous justifier pourquoi, au cours des années précédentes, un rapport a été publié, et pourquoi pas pour le premier semestre 2003 ?

3. a) Zo neen, kan u motiveren waarom in de voorafgaande jaren een rapport openbaar gemaakt werd, en waarom niet voor de eerste jaarhelft van 2003 ?

b) Pouvez-vous expliquer pourquoi les autorités fédérales ne doivent pas appliquer l’article 17 de la loi sur les armes du 5 aouˆt 1991 ?

b) Kan u motiveren waarom de federale overheid artikel 17 van de wapenwet van 5 augustus 1991 niet moet toepassen ?

4. En 2003, 2004 et 2005, des rapports relatifs aux exportations d’armes qui continuent à relever de la compétence fédérale, ont-ils été communiqués au Parlement et au public ?

4. Werden er rapporten over de uitvoer van wapenmateriaal in 2003, 2004 en 2005 die federaal geregeld blijft openbaar gemaakt aan parlement en publiek ?

5. a) Dans la négative, pouvez-vous préciser pourquoi, au cours des années précédentes, un rapport a été publié, et pourquoi il ne l’a pas été pour les exportations d’armes qui continuent à relever des autorités fédérales ?

5. a) Zo neen, kan u motiveren waarom in de voorafgaande jaren een rapport openbaar gemaakt werd, en waarom niet voor de wapenexport die federaal geregeld blijft ?

b) Pouvez-vous expliquer pourquoi les autorités fédérales ne doivent pas appliquer l’article 17 de la loi sur les armes du 5 aouˆt 1991 ? Réponse du ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 8 juin 2006, à la question no 452 de M. Dirk Van der Maelen du 3 mai 2006 (N.) :

b) Kan u motiveren waarom de federale overheid artikel 17 van de wapenwet van 5 augustus 1991 niet moet toepassen ?

Je prie l’honorable membre de trouver ci-après la réponse à ses questions.

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vragen te willen vinden.


2005

Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 8 juni 2006, op de vraag nr. 452 van de heer Dirk Van der Maelen van 3 mei 2006 (N.) :

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24426

1 à 3. En ce qui concerne les 3 premières questions, je me réfère à la réponse du ministre des Affaires étrangères. (Question no 337 du 6 mars 2006, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 120, p. 23309.)

1 tot 3. Wat betreft de eerste drie vragen verwijs ik naar het antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken. (Vraag nr. 337 van 6 maart 2006, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 120, blz. 23309.)

4 et 5. Un rapport va être prochainement soumis au Parlement sur l’application de la loi du 5 août 1991 relative à l’importation, à l’exportation et au transit d’armes, de munitions et de matériel devant servir spécialement à un usage militaire et de la technologie y afférente pour les licences demandées par la Police fédérale et l’Armée belge entre le 1er septembre 2003 et le 31 décembre 2005.

4 en 5. Eerdaags zal aan het Parlement een rapport voorgelegd worden over de toepassing van de wet van 5 augustus 1991 betreffende de in-, uit- en doorvoer van wapens munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig materieel en de daaraan verbonden technologie, voor de vergunningen aangevraagd door de Federale Politie en het Belgische Leger vanaf 1 september 2003 tot 31 december 2005.


Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen

Fonction publique

Ambtenarenzaken

DO 2005200607830

DO 2005200607830

Question no 204 de M. Pieter De Crem du 21 avril 2006 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :

Vraag nr. 204 van de heer Pieter De Crem van 21 april 2006 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :

Assurance hospitalisation des fonctionnaires.

Hospitalisatieverzekering ambtenaren.

Avant le 1er janvier 2006, tous les fonctionnaires avaient la possibilité de contracter une assurance hospitalisation auprès d’Ethias. Suite à une nouvelle adjudication publique, la nouvelle compagnie d’assurances devient Fortis. Outre les tracasseries administratives liées à ce transfert, nous constatons que les primes sont largement plus élevées que celles des assurances hospitalisation proposées par les mutuelles. E´tant donné par ailleurs que tous les assureurs et mutuelles appliquent une limite d’aˆge, il devient en fait impossible de changer de compagnie après avoir atteint l’aˆge de 65 ans. On constate également que certains employeurs, la SNCB par exemple, offrent gratuitement une telle police d’assurance à leur (ancien) personnel.

Tot voor 1 januari 2006 konden alle ambtenaren zich vrijblijvend verzekeren tegen hospitalisatie bij Ethias. Naar aanleiding van een nieuwe openbare aanbesteding wordt de nieuwe verzekeraar Fortis. Naast de administratieve rompslomp dat deze overgang met zich mee brengt, stellen wij vast dat de premies merkelijk hoger liggen dan de hospitalisatieverzekeringen uitgegeven door de ziekenfondsen.

1. Comment se fait-il que suite à une adjudication publique, les primes soient largement plus élevées que celles des assurances hospitalisation proposées par les mutuelles ?

1. Hoe komt het dat de premies na openbare aanbesteding merkelijk hoger liggen dan in vergelijking met de hospitalisatieverzekeringen uitgegeven door ziekenfondsen ?


2005

Maar doordat alle verzekeraars en ziekenfondsen een maximumleeftijdsgrens hanteren, kan men na de leeftijd van 65 jaar in feite niet meer overstappen. Daarnaast moeten we vaststellen dat werkgevers, bijvoorbeeld de NMBS, dergelijke polis gratis aanbieden aan hun (gewezen) personeel.

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24427

2. a) Comment se fait-il que dans la pratique la libre concurrence ne joue plus lorsque l’aˆge légal de la retraite est atteint ? b) Eˆtes-vous d’avis que cette discrimination en fonction de l’aˆge est illégale si la différence de traitement ne repose pas sur une justification objective et raisonnable ?

2. a) Hoe komt het dat de vrije mededingen in praktijk niet speelt eens men de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt ?

c) La présence d’une clause d’aˆge dans les conditions générales peut-elle se justifier d’une manière objective et raisonnable si une catégorie de citoyens se trouve ainsi privée de l’accès à une assurance hospitalisation ?

c) Beantwoordt een leeftijdsclausule in de algemene voorwaarden aan een objectieve en redelijke rechtvaardiging indien daardoor een categorie van burgers de toegang tot een hospitalisatieverzekering wordt ontzegd ?

Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 8 juin 2006, à la question no 204 de M. Pieter De Crem du 21 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 8 juni 2006, op de vraag nr. 204 van de heer Pieter De Crem van 21 april 2006 (N.) :

J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements demandés.

Ik heb de eer het geachte lid de gevraagde gegevens mee te delen.

1. L’attribution du marché par adjudication publique à Fortis s’est réalisée au profit de l’offre comportant les primes les plus basses.

1. De openbare aanbesteding aan Fortis werd gegund aan de offerte met de laagste premies.

Lors de la fixation des primes par les assureurs, il est tenu compte de divers facteurs dont le contenu du contrat. Le fait que l’autorité ait opté pour un contrat complet comportant des conditions spécifiques complètement décrites dans le cahier spécial des charges et une couverture importante, a certainement influencé l’établissement des primes.

Bij de premiebepaling door verzekeraars wordt rekening gehouden met verscheidene factoren onder andere de inhoud van het contract. Aangezien de overheid gekozen heeft voor een volledig contract met specifieke voorwaarden volledig beschreven in het bestek en een verregaande dekking, zal dit de premiezetting zeker beı¨nvloed hebben.

2. Pour ce point, je me réfère à la réponse du ministre de l’Ećonomie. (Question no 448 du 21 avril 2006.)

2. Wat dit punt betreft, verwijs ik naar het antwoord van de minister van Economie. (Vraag nr. 448 van 21 april 2006.)

Intégration sociale

Maatschappelijke Integratie

b) Bent u van mening dat men wettelijk niet langer mag discrimineren op basis van leeftijd indien het verschil in behandeling niet objectief en redelijkerwijze wordt gerechtvaardigd ?

DO 2005200607683

DO 2005200607683

Question no 193 de M. Jean-Marc Nollet du 31 mars 2006 (Fr.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :

Vraag nr. 193 van de heer Jean-Marc Nollet van 31 maart 2006 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :

Politique de placement des administrations publiques. — Critères de durabilité et d’éthique.

Beleggingsbeleid van de overheid. — Ethische en duurzaamheidscriteria.

Des questions se posent sur la politique de placement des administrations publiques (dans le sens le plus large, donc y compris les parastataux, entreprises publiques autonomes, etc.) et plus spécifiquement sur la question à savoir dans quelle mesure il est tenu compte de critères de durabilité et d’éthique dans la politique de placement.

Er rijzen een aantal vragen over het beleggingsbeleid van de overheidsorganen (in de ruimste zin van het woord, dit is met inbegrip van de parastatale instellingen, de autonome overheidsbedrijven, enzovoort), en meer bepaald over de mate waarin daarbij rekening gehouden wordt met ethische en duurzaamheidscriteria.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24428

La politique de placement de certaines administrations publiques est limitée à des investissements en instruments financiers émis par l’E´tat fédéral, les communautés et les régions (arrêté royal du 15 juillet 1997 portant des mesures de consolidation des actifs financiers des administrations publiques, pris en application des articles 2, § 1er, et 3, § 1er, 6o et § 2 de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l’Union économique et monétaire européenne). Mes questions portent uniquement sur les administrations publiques qui ne tombent pas entièrement sous cet arrêté royal.

Bij sommige openbare besturen beperkt het beleggingsbeleid zich tot investeringen in financie¨le instrumenten uitgegeven door de federale Staat, de gemeenschappen en de gewesten (cf. koninklijk besluit van 15 juli 1997 houdende maatregelen tot consolidatie van de financie¨le activa van de overheid, genomen met toepassing van de artikelen 2, § 1, en 3, § 1, 6o, en § 2 van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van Belgie¨ aan de Europese Economische en Monetaire Unie). Mijn vragen betreffen uitsluitend de overheidsorganen die niet helemaal onder dat koninklijk besluit vallen.

Pouvez-vous communiquer, pour ce qui concerne les administrations publiques (dans le sens le plus large, donc y compris les parastataux, entreprises publiques autonomes, etc.) qui sont sous votre autorité (directe ou de tutelle) et qui ne tombent pas entièrement sous l’arrêté royal mentionné :

Kan u voor de overheidsorganen (in de ruimste zin van het woord, dus met inbegrip van de parastatale instellingen, de autonome overheidsbedrijven, enzovoort) die rechtstreeks onder uw portefeuille vallen of waarvan u toezichthoudende minister bent, en waarop voormeld koninklijk besluit niet volledig van toepassing is, de volgende gegevens meedelen ?

1. a) Si une partie des disponibilités est investie dans des produits durables et éthiques ?

1. a) Worden de beschikbare gelden gedeeltelijk belegd in duurzame en ethische beleggingsproducten ?

b) Si oui, de quel pourcentage du total des disponibilités s’agit-il ?

b) Zo ja, welk percentage van de beschikbare gelden wordt op die manier belegd ?

Quels sont les critères utilisés pour déterminer la qualité « durable et éthique » de ces produits ?

Op grond van welke criteria wordt zo’n beleggingsproduct als een « duurzame en ethische » belegging aangemerkt ?

c) Si non, pourquoi pas ?

c) Zo neen, waarom niet ?

2. a) Y a-t-il un document approuvé par l’administration (Conseil d’administration, comité de direction, etc.) sur la politique en matière de placement durable et/ou éthique ?

2. a) Bestaat er een door de overheid (raad van bestuur, directiecomité, enzovoort) goedgekeurd document over het beleid inzake duurzaam en/of ethisch beleggen ?

b) Si oui, quelles en sont les lignes directrices ?

b) Zo ja, wat zijn de krachtlijnen van dat beleidsdocument ?

3. Avez-vous, par lettre, par votre commissaire de gouvernement ou par un autre moyen, demandé aux administrations publiques qui n’ont pas encore développé une politique en matière de placement durable et/ou éthique de se pencher sur le dossier ?

3. Heeft u de overheidsorganen die nog geen beleid uitgestippeld hebben inzake duurzaam en/of ethisch beleggen, per brief, bij monde van uw regeringscommissaris of anderszins gevraagd zich over het dossier te buigen ?

Réponse du ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 7 juin 2006, à la question no 193 de M. Jean-Marc Nollet du 31 mars 2006 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 7 juni 2006, op de vraag nr. 193 van de heer Jean-Marc Nollet van 31 maart 2006 (Fr.) :

En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les renseignements suivants.

In antwoord op zijn vragen heb ik de eer het geachte lid volgende inlichtingen te verstrekken.

Le SPP Intégration sociale ne dispose pas de disponibilités à moyen et long terme. Les disponibilités à vue et à court terme sont placées conformément à la loi du 15 juillet 1997. (Les disponibilités à court terme sont

De POD Maatschappelijke Integratie beschikt niet over direct beschikbare middelen/gelden op middellange en lange termijn. De middelen op korte termijn en op zichtrekening worden geplaatst overeenkomstig


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24429

placées sur un compte de trèsorerie ouvert auprès du Trésor, et les disponibilités à vue sont placées sur un compte du Trésor ouvert auprès de l’Office des Chèques postaux.)

de wet van 15 juli 1997. (De gelden die op korte termijn beschikbaar moeten zijn, worden geplaatst op een reserverekening geplaatst die bij de Schatkist (Ministerie van Financie¨n) geopend wordt en de gelden die op zichtrekening beschikbaar zijn worden op een rekening van de Schatkist (Ministerie van Financie¨n) geopend bij de Dienst van de Postcheque rekeningen). »


Minister van Leefmilieu en Pensioenen

Environnement

Leefmilieu

DO 2005200607683

DO 2005200607683

Question no 96 de M. Jean-Marc Nollet du 31 mars 2006 (Fr.) au ministre de l’Environnement et des Pensions :

Vraag nr. 96 van de heer Jean-Marc Nollet van 31 maart 2006 (Fr.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :

Politique de placement des administrations publiques. — Critères de durabilité et d’éthique.

Beleggingsbeleid van de overheid. — Ethische en duurzaamheidscriteria.

Des questions se posent sur la politique de placement des administrations publiques (dans le sens le plus large, donc y compris les parastataux, entreprises publiques autonomes, etc.) et plus spécifiquement sur la question à savoir dans quelle mesure il est tenu compte de critères de durabilité et d’éthique dans la politique de placement.

Er rijzen een aantal vragen over het beleggingsbeleid van de overheidsorganen (in de ruimste zin van het woord, dit is met inbegrip van de parastatale instellingen, de autonome overheidsbedrijven, enzovoort), en meer bepaald over de mate waarin daarbij rekening gehouden wordt met ethische en duurzaamheidscriteria.

La politique de placement de certaines administrations publiques est limitée à des investissements en instruments financiers émis par l’E´tat fédéral, les communautés et les régions (arrêté royal du 15 juillet 1997 portant des mesures de consolidation des actifs financiers des administrations publiques, pris en application des articles 2, § 1er, et 3, § 1er, 6o et § 2 de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l’Union économique et monétaire européenne). Mes questions portent uniquement sur les administrations publiques qui ne tombent pas entièrement sous cet arrêté royal.

Bij sommige openbare besturen beperkt het beleggingsbeleid zich tot investeringen in financie¨le instrumenten uitgegeven door de federale Staat, de gemeenschappen en de gewesten (cf. koninklijk besluit van 15 juli 1997 houdende maatregelen tot consolidatie van de financie¨le activa van de overheid, genomen met toepassing van de artikelen 2, § 1, en 3, § 1, 6o, en § 2 van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van Belgie¨ aan de Europese Economische en Monetaire Unie). Mijn vragen betreffen uitsluitend de overheidsorganen die niet helemaal onder dat koninklijk besluit vallen.

Pouvez-vous communiquer, pour ce qui concerne les administrations publiques (dans le sens le plus large, donc y compris les parastataux, entreprises publiques autonomes, etc.) qui sont sous votre autorité (directe ou de tutelle) et qui ne tombent pas entièrement sous l’arrêté royal mentionné :

Kan u voor de overheidsorganen (in de ruimste zin van het woord, dus met inbegrip van de parastatale instellingen, de autonome overheidsbedrijven, enzovoort) die rechtstreeks onder uw portefeuille vallen of waarvan u toezichthoudende minister bent, en waarop voormeld koninklijk besluit niet volledig van toepassing is, de volgende gegevens meedelen ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24430

1. a) Si une partie des disponibilités est investie dans des produits durables et éthiques ?

1. a) Worden de beschikbare gelden gedeeltelijk belegd in duurzame en ethische beleggingsproducten ?

b) Si oui, de quel pourcentage du total des disponibilités s’agit-il ?

b) Zo ja, welk percentage van de beschikbare gelden wordt op die manier belegd ?

Quels sont les critères utilisés pour déterminer la qualité « durable et éthique » de ces produits ?

Op grond van welke criteria wordt zo’n beleggingsproduct als een « duurzame en ethische » belegging aangemerkt ?

c) Si non, pourquoi pas ?

c) Zo neen, waarom niet ?

2. a) Y a-t-il un document approuvé par l’administration (Conseil d’administration, comité de direction, etc.) sur la politique en matière de placement durable et/ou éthique ?

2. a) Bestaat er een door de overheid (raad van bestuur, directiecomité, enzovoort) goedgekeurd document over het beleid inzake duurzaam en/of ethisch beleggen ?

b) Si oui, quelles en sont les lignes directrices ?

b) Zo ja, wat zijn de krachtlijnen van dat beleidsdocument ?

3. Avez-vous, par lettre, par votre commissaire de gouvernement ou par un autre moyen, demandé aux administrations publiques qui n’ont pas encore développé une politique en matière de placement durable et/ou éthique de se pencher sur le dossier ?

3. Heeft u de overheidsorganen die nog geen beleid uitgestippeld hebben inzake duurzaam en/of ethisch beleggen, per brief, bij monde van uw regeringscommissaris of anderszins gevraagd zich over het dossier te buigen ?

Réponse du ministre de l’Environnement et des Pensions du 6 juin 2006, à la question no 96 de M. Jean-Marc Nollet du 31 mars 2006 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Leefmilieu en Pensioenen van 6 juni 2006, op de vraag nr. 96 van de heer Jean-Marc Nollet van 31 maart 2006 (Fr.) :

J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la question de l’honorable membre.

Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.

Le SPF Santé publique, Sécurité de la Chaıˆne alimentaire et Environnement tombe sous l’arrêté royal du 15 juillet 1997 portant des mesures de consolidation des actifs financiers des administrations publiques, pris en application des articles 2, § 1er, et 3, § 1er, 6o, et § 2 de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l’Union économique et monétaire européenne

De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu valt onder toepassing van het koninklijk besluit van 15 juli 1997 houdende maatregelen tot consolidatie van de financie¨le activa van de overheid, genomen met toepassing van de artikelen 2, § 1, en 3, § 1, 6o, en § 2 van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van Belgie¨ aan de Europese Economische en Monetaire Unie

Ministre de l’Emploi

Minister van Werk

DO 2005200607741

DO 2005200607741

Question no 504 de Mme Annemie Turtelboom du 7 avril 2006 (N.) au ministre de l’Emploi : Travailleurs provenant des nouveaux E´tats membres de l’UE. — Libre circulation des travailleurs. — Possibilités de controˆle.

Vraag nr. 504 van mevrouw Annemie Turtelboom van 7 april 2006 (N.) aan de minister van Werk :

Dans le cadre du débat relatif à la levée des dispositions transitoires en matière de libre circulation des

Met betrekking tot de problematiek van het al dan niet opheffen van de overgangsbepalingen voor werk-


2005

Werknemers uit de nieuwe EU-lidstaten. — Vrij verkeer van werknemers. — Controleerbaarheid.

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24431

travailleurs provenant de huit des dix nouveaux E´tats membres de l’UE, le secrétaire de la CSC Baˆtiment indique « qu’il faut faire en sorte qu’un maximum de travailleurs polonais soient engagés par des employeurs belges. Ainsi, les services d’inspection pourront mieux controˆler les abus et ce sera tout bénéfice pour la société dans son ensemble, puisque des cotisations sociales seront versées dans ce cas ».

nemers uit acht van de tien nieuwe EU-lidstaten in het kader van het vrij verkeer van werknemers, stelt de ACV-secretaris Bouw dat « we ervoor moeten zorgen dat zoveel mogelijk Polen in dienst treden bij Belgische werkgevers. Dan kunnen misbruiken beter gecontroleerd worden door de inspectiediensten en wordt ook de samenleving daar beter van, omdat hier sociale bijdragen worden betaald ».

1. Partagez-vous le constat du secrétaire de la CSC à propos des possibilités de controˆle et du bénéfice pour la société ?

1. Deelt u de bevindingen van de ACV-secretaris met betrekking tot de controleerbaarheid en de baten voor de samenleving ?

2. Si la libre circulation des travailleurs offre déjà, à l’heure actuelle, une solution de remplacement controˆlable aux abus largement incontroˆlables dans le cadre de la libre circulation des services, quelle peut bien être la valeur ajoutée de l’opposition à la libre circulation des travailleurs pour toutes les fonctions ?

2. Indien het vrij verkeer van werknemers vandaag al een controleerbaar alternatief biedt voor de grotendeels oncontroleerbare misbruiken in het kader van het vrij verkeer van diensten, welke meerwaarde kan het tegengaan van vrij verkeer van werknemers voor alle functies dan bieden ?

3. Pourquoi le fait de se limiter aux professions sensibles pourrait-il améliorer les possibilités de controˆle ?

3. Waarom zou een beperking tot de knelpuntberoepen kunnen leiden tot betere controleerbaarheid ?

4. Les obstacles à la libre circulation des travailleurs ne risquent-ils pas de nuire aux revenus de la sécurité sociale plutoˆt que de les favoriser, en raison de la pratique déjà existante du travail au noir ?

4. Dreigt de belemmering van het vrij verkeer van werknemers de inkomsten voor onze sociale zekerheid ingevolge de illegale tewerkstelling die nu al bestaat niet eerder te benadelen dan te bevoordelen ?

Réponse du ministre de l’Emploi du 8 juin 2006, à la question no 504 de Mme Annemie Turtelboom du 7 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de minister van Werk van 8 juni 2006, op de vraag nr. 504 van mevrouw Annemie Turtelboom van 7 april 2006 (N.) :

Il est vrai que la société, la sécurité sociale belge et les secteurs d’activité gagneraient au change si les travailleurs polonais pouvaient être engagés légalement au lieu d’illégalement auprès d’un employeur belge. Personne n’en doute. Il est exact, théoriquement, que la suppression de l’obligation du permis de travail peut faciliter cet afflux légal. L’arrêté royal du 23 mai 2006 relatif aux modalités d’introduction des demandes et de délivrance des autorisations d’occupation et des permis de travail visés à l’article 38quater, § 3 de l’arrêté royal du 9 juin 1999 portant exécution de la loi du 30 avril 1999 relative à l’occupation des travailleurs étrangers, qui prévoit, à partir du 1er juin 2006, une procédure assouplie et accélérée (dans les 5 jours ouvrables) pour la délivrance des autorisations d’occupation et des permis de travail pour les fonctions critiques (liste établie par la Communauté germanophone et les Régions), est un premier pas dans ` l’avenir, l’étape suivante est la bonne direction. A inévitablement la suppression totale des permis de travail pour les nouveaux E´tats-Membres. Il n’est toutefois pas exact de présenter cela comme étant la solution aux plus gros problèmes.

Het is juist dat de samenleving, de Belgische sociale zekerheid en de bedrijfssectoren er beter van worden als Poolse werknemers legaal in plaats van illegaal bij een Belgische werkgever in dienst kunnen treden. Niemand zal dit betwisten. Het is in theorie ook juist dat het opheffen van de vereiste van een arbeidsvergunning deze legale instroom kan vergemakkelijken. Het koninklijk besluit van 23 mei 2006 betreffende de modaliteiten van indiening van de aanvragen en aflevering van de arbeidsvergunningen en arbeidskaarten bepaald in artikel 38quater, § 3 van het koninklijk besluit van 9 juni 1999 houdende uitvoering van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers, dat vanaf 1 juni 2006 in een versoepelde en versnelde procedure (binnen de 5 werkdagen) voor de aflevering van arbeidsvergunningen en arbeidskaarten voor knelpuntberoepen (waarvan de lijst werd vastgesteld door de Duitstalige Gemeenschap en de Gewesten) voorziet, is een eerste stap in die richting. De onvermijdelijk volgende stap in de toekomst is de totale afschaffing van de arbeidskaarten voor de nieuwe Lidstaten. Het is echter onjuist voor te stellen alsof daarmee de grootste problemen zijn opgelost.

Selon l’avis émis par le Conseil Supérieur de l’Emploi au gouvernement fin février 2006 et l’expérience des services d’inspection du travail, il y a

Luidens het advies van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid, eind februari 2006 verstrekt aan de regering, en tevens volgens de ervaring van de arbeids-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24432

toujours un grand afflux mais non-quantifiable de travailleurs illégaux et de nombreuses pratiques sont encore appliquées pour contourner la législation belge.

inspectiediensten, blijft er een omvangrijke doch nietkwantificeerbare instroom van illegale werknemers plaatsvinden en worden tal van praktijken toegepast om de Belgische wetgeving te omzeilen.

Il n’est pas réaliste de croire que ces pratiques de travail au noir, de recours aux faux indépendants et l’utilisation abusive du statut des travailleurs détachés (paiement en dessous du barème, dumping social et concurrence déloyale à l’encontre des entreprises belges) fonderont comme neige au soleil, à partir du 1er juin 2006, graˆce à l’instauration de la procédure assouplie et accélérée pour la délivrance des autorisations d’occupation et des permis de travail.

Het is niet realistisch te denken dat deze bedoelde zwartwerkpraktijken, de schijnzelfstandigen en de vele misbruiken van het statuut van gedetacheerde werknemers (onderbetaling, sociale dumping en deloyale concurrentie voor de Belgische ondernemingen) vanaf 1 juni 2006 als sneeuw voor de zon zullen verdwijnen door de versoepelde en versnelde afleveringsprocedure voor arbeidsvergunningen en arbeidskaarten.

Le travail au noir, la pénétration sur le marché par des (faux)indépendants, les coopératives et la technique bien ancrée de sous-traitance (des employeurs étrangers occupant du personnel sous le statut « détaché »), sont de nombreux mécanismes établis au sein du marché international des prestations de service. La raison est simple : on évite le coût du travail belge, les règles relatives au temps de travail, à la protection et au bien-être au travail, les conditions de travail et de rémunération. C’est ce qui se passe actuellement à grande échelle pour les travailleurs au noir, les faux indépendants et les détachements. Aussi longtemps que ces derniers phénomènes continueront à se développer sans entrave et de manière imperceptible, les dégaˆts causés à l’économie et à la sécurité sociale belges seront largement plus grands que le manque de cotisations pour un groupe relativement restreint de travailleurs affluant légalement. Il ne faut pas non plus oublier que pour chaque engagement, l’employeur doit consentir un effort financier. Nous ne sommes pas encore sûr de savoir dans quelle mesure les nombreux immigrants illégaux des Pays de l’Est sont disposer à renoncer à rentrer dans leur pays d’origine.

Het zwartwerk, de marktpenetratie door (schijn)zelfstandigen, coo¨peratieven en de diep ingewortelde techniek van de onderaanneming (van buitenlandse werkgevers met personeel onder het statuut van gedetacheerde), zijn zovele vaste mechanismen geworden in het gewone internationale dienstenmarktverkeer. De reden is eenvoudig : men ontwijkt de Belgische arbeid, de regels van arbeidsduur, arbeidsbescherming, welzijn op het werk, loon- en arbeidsvoorwaarden. Dat is wat thans op grote schaal gebeurt bij de zwartwerkers, de schijnzelfstandigen en detacheringen. Zolang deze laatste fenomenen ongehinderd en onzichtbaar blijven groeien, is de schade voor de Belgische economie en de Belgische sociale zekerheid talloze keren groter dan het mislopen van bijdragen van een relatief beperkte groep legale instromers. Men mag ook niet vergeten dat voor elke aanwerving een financie¨le drempel moet genomen worden. Het is overigens ook nog geen uitgemaakte zaak in hoeverre de talrijke Oost-Europese illegale migranten bereid zijn hun heimatland op te geven.

Une délivrance rapide provisoire des permis de travail pour les professions pour lesquelles il n’y a une pénurie de main-d’œuvre soulage les plus grands besoins dans ces sous-secteurs où la demande de personnel se heurte depuis un certain temps à une pénurie. Ceci n’apporte en soi aucune aide fondamentale pour un meilleur controˆle.

Een voorlopige snelle aflevering van arbeidskaarten voor knelpuntberoepen lenigt de hoogste nood van die subsectoren waar de vraag naar personeel reeds geruime tijd op tekorten stuitte. Dit levert op zich echter geen fundamentele bijdrage tot een betere controleerbaarheid.

Un controˆle efficace ne peut être réalisé que si tous les flux migratoire, indépendamment du statut, sont obligatoirement enregistrès afin que par des recherches ciblées et graˆce au datamining, les excès puissent être combattus.

Een echte controleerbaarheid kan enkel gerealiseerd worden door alle migratiebewegingen, ongeacht het statuut, verplicht te laten registreren, zodat door gerichte opsporingen en datamining de uitwassen kunnen aangepakt worden.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24433

DO 2005200607742

DO 2005200607742

Question no 505 de Mme Annemie Turtelboom du 7 avril 2006 (N.) au ministre de l’Emploi :

Vraag nr. 505 van mevrouw Annemie Turtelboom van 7 april 2006 (N.) aan de minister van Werk :

Libre circulation des services. — Travailleurs des nouveaux E´tats membres de l’UE. — Réglementation de la responsabilité.

Vrij verkeer van diensten. — Werknemers uit nieuwe EU-lidstaten. — Aansprakelijkheidsregeling.

La libre circulation des services donne lieu à un usage impropre et à de nombreux abus dans le domaine de la mobilité de la main-d’œuvre au niveau international. Pour lutter contre les pratiques illicites, vous avez annoncé quatre mesures qui devront être mises en œuvre avant la suppression des mesures transitoires pour la libre circulation des travailleurs des huit nouveaux E´tats membres de l’Union européenne auxquels ils s’appliquent. Il s’agit concrètement de l’enregistrement de l’emploi transfrontalier, de la responsabilité solidaire des entrepreneurs principaux ou des donneurs d’ordre, d’une intervention renforcée et coordonnée des services d’inspection et d’un droit d’action pour les travailleurs détachés.

Het vrij verkeer van diensten geeft aanleiding tot oneigenlijk gebruik en tot tal van misbruiken op het vlak van de internationale arbeidsmobiliteit. Om deze ongeoorloofde praktijken tegen te gaan, kondigde u vier maatregelen aan, die moeten worden geoperationaliseerd vooraleer de overgangsmaatregelen voor het vrij verkeer van werknemers uit de acht nieuwe EUlidstaten waarvoor ze gelden worden opgeheven. Concreet gaat het over de registratie van grensoverschrijdende tewerkstelling, de hoofdelijke aansprakelijkheid van hoofdaannemers of opdrachtgevers, een versterkt en gecoo¨rdineerd optreden van inspectiediensten en een vorderingsrecht voor gedetacheerde werknemers.

A. Les entrepreneurs principaux ou les donneurs d’ordre dans le secteur de la construction sont déjà solidairement responsables en ce qui concerne le respect des conditions de rémunération et de travail à l’égard de l’ensemble des travailleurs belges et étrangers, engagés par un employeur belge, travaillant dans notre pays dans le cadre de la libre circulation des travailleurs qui est déjà d’application au sein de l’Europe des 15, à Malte et à Chypre.

A. Hoofdaannemers of opdrachtgevers in de bouwsector zijn reeds hoofdelijk aansprakelijk voor de naleving van de loon- en arbeidsvoorwaarden van alle werknemers die in dienst zijn bij een Belgische werkgever, binnenlandse en buitenlandse die hier werken in het kader van het vrij verkeer van werknemers dat reeds geldt voor de EU 15, Malta en Cyprus.

1. Les travailleurs originaires des huit nouveaux E´tats membres ressortiraient-ils également à ce système s’il n’existait aucune mesure transitoire ?

1. Zouden werknemers uit de acht nieuwe lidstaten ook vallen onder dit systeem wanneer er geen overgangsbepalingen zouden gelden ?

2. Pourquoi la réglementation existante en matière de responsabilité n’est-elle pas suffisante pour les travailleurs de huit des dix nouveaux E´tats membres de l’Union européenne ?

2. Waarom is deze bestaande aansprakelijkheidsregeling niet afdoende voor werknemers uit acht van de tien nieuwe EU-lidstaten ?

B. Chaque employeur belge remplit une déclaration ONSS pour l’ensemble des travailleurs belges et étrangers qu’il occupe, verse des cotisations sociales, délivre des documents sociaux, dispose d’un règlement de travail qui lui est applicable, etc. Les services d’inspection disposent d’un large éventail d’instruments pour détecter les abus.

B. Elke Belgische werkgever doet voor al zijn binnen- en buitenlandse werknemers een RSZaangifte, betaalt sociale bijdragen, levert sociale documenten af, beschikt over een arbeidsreglement dat op hem van toepassing is, enzovoort. De inspectiediensten beschikken over een breed arsenaal aan instrumenten om misbruiken op te sporen.

1. Ces mesures s’appliqueraient-elles également aux travailleurs de huit des dix nouveaux E´tats membres s’il n’existait aucune mesure transitoire ?

1. Zouden deze bepalingen ook gelden voor werknemers uit acht van de tien nieuwe lidstaten indien er geen overgangsbepalingen zouden gelden ?

2. Dans l’affirmative, pourquoi ne suffiraient-elles pas lorsqu’il s’agit de travailleurs originaires de ces huit pays ?

2. Zo ja, waarom volstaat dit niet wanneer het zou gaan om werknemers uit deze acht landen ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24434

Réponse du ministre de l’Emploi du 6 juin 2006, à la question no 505 de Mme Annemie Turtelboom du 7 avril 2006 (N.) :

Antwoord van de minister van Werk van 6 juni 2006, op de vraag nr. 505 van mevrouw Annemie Turtelboom van 7 april 2006 (N.) :

En droit du travail, il n’existe pas actuellement de système prévoyant la responsabilité solidaire à l’égard de l’entrepreneur principal ou du donneur d’ordre dans le secteur de la construction. Je peux supposer que ce à quoi vous faites référence est la responsabilité solidaire prévue par l’article 30bis de la loi du 27 juin 1969 concernant la sécurité sociale, qui relève de la compétence de mon collègue, le ministre des Affaires sociales et de la Santé publique. (Question no 489 du 7 juin 2006.)

Momenteel bestaat er in het arbeidsrecht geen systeem van hoofdelijke aansprakelijkheid voor hoofdaannemers of opdrachtgevers in de bouwsector. Ik veronderstel dat u doelt op de hoofdelijke aansprakelijkheid bepaald bij artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 betreffende de maatschappelijke zekerheid, hetgeen tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, behoort. (Vraag nr. 489 van 7 juni 2006.)

Cette réglementation ne vise toutefois qu’une responsabilité solidaire (en cascade) pour les dettes sociales ayant trait aux cotisations de sécurité sociale en Belgique et aux cotisations aux Fonds de Sécurité d’existence. Les salaires des travailleurs ne sont pas couverts par cette responsabilité. C’est précisément ce que je souhaite corriger. En outre, la responsabilité visée à l’article 30bis n’intervient que lorsqu’il est satisfait à un certain nombre de conditions strictes (avoir fait appel à un entrepreneur non enregistré et ne pas avoir effectué de retenues sur les factures). J’envisage un système où la responsabilité sera dissociée de ces conditions afin d’éliminer un obstacle potentiel à la libre circulation des services.

Deze regeling beoogt echter enkel een hoofdelijke (keten)aansprakelijkheid voor sociale schulden die te maken hebben met sociale zekerheidsbijdragen in Belgie¨ en bijdragen aan de Fondsen voor bestaanszekerheid. De lonen van de werknemers zijn niet door deze aansprakelijkheid gedekt. Dat is net wat ik wil corrigeren. Tevens ontstaat de aansprakelijkheid bedoeld in artikel 30bis enkel wanneer een aantal strikte voorwaarden zijn voldaan (beroep hebben gedaan op een niet-geregisteerde aannemer en geen inhoudingen hebben verricht op de facturen). Ik denk aan een systeem waarbij de aansprakelijkheid los komt te staan van deze voorwaarden om een mogelijke hinderpaal voor het vrij verkeer van diensten weg te nemen.

Je rappelle que les mesures transitoires contestées auxquelles vous renvoyez ont trait à la problématique des autorisations de travail. En l’occurrence, on parle de la « libre circulation des travailleurs », non de la « libre circulation des services ». La réglementation envisagée en ce qui concerne la responsabilité dans le chef du donneur d’ordre ou de l’entrepreneur principal se rapporte à la circulation des services et a trait aux dettes sociales des sous-entrepreneurs (belges comme étrangers), donc des prestataires de services pour lesquels ils font appel à leur propre personnel. Les dettes sociales peuvent se rapporter tant aux salaires qu’aux cotisations de sécurité d’existence ou aux cotisations de sécurité sociale (dans la mesure ou celle-ci est d’application). Or, la problématique des autorisations de travail (libre circulation des personnes) ne concerne pas l’application de la législation belge relative aux documents sociaux et au règlement de travail en cas d’occupation de travailleurs étrangers sur le territoire belge. Sur ce point, je vous signale que la loi du 5 mars 2002 transposant la directive 96/71/CE du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 1996 concernant le détachement de travailleurs effectué dans le cadre d’une prestation de services et instaurant un régime simplifié pour la tenue de documents sociaux par les entreprises qui détachent des travailleurs en Belgique, prévoit que les dispositions légales, réglementaires et conventionnelles sanctionnées péna-

Ik breng in herinnering dat de kwestieuze overgangsbepalingen waarnaar u verwijst, betrekking hebben op de problematiek rond arbeidsvergunningen. In dit geval spreken we over het « vrij verkeer van werknemers », niet van het « vrij verkeer van diensten ». De aansprakelijkheidsregeling in hoofde van de opdrachtgever of hoofdaannemer waaraan wordt gedacht belangt het verkeer van diensten aan en heeft betrekking op sociale schulden van onderaannemers (Belgische zowel als buitenlandse), dus verstrekkers van diensten waarvoor zij hun eigen personeel inschakelen. De sociale schulden kunnen slaan zowel op de lonen, de bijdragen voor bestaanszekerheid of de bijdragen aan de sociale zekerheid (in zoverre die laatste van toepassing is). De problematiek rond de arbeidsvergunningen (vrij verkeer van personen) betreft echter niet de toepassing van de Belgische wetgeving betreffende de sociale documenten en het arbeidsreglement in geval van tewerkstelling van buitenlandse werknemers op het Belgisch grondgebied. Op dit punt kan ik u er op wijzen dat de wet van 5 maart 2002 tot omzetting van de richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten, en tot invoering van een vereenvoudigd stelsel betreffende het bijhouden van sociale documenten door ondernemingen die in Belgie¨ werknemers ter beschikking stellen, bepaalt dat de


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24435

lement s’appliquent aux travailleurs détachés en Belgique.

wettelijke, bestuursrechtelijke en conventionele bepalingen die strafrechtelijk beteugeld worden van toepassing zijn op de werknemers die in Belgie¨ gedetacheerd worden.

DO 2005200607862

DO 2005200607862

Question no 510 de M. Philippe Monfils du 25 avril 2006 (Fr.) au ministre de l’Emploi :

Vraag nr. 510 van de heer Philippe Monfils van 25 april 2006 (Fr.) aan de minister van Werk :

Statut social des artistes de spectacle.

Sociaal statuut van de podiumkunstenaars.

Il me revient que l’ONEm applique pour les bénéficiaires d’allocation de choˆmage qui souhaitent maintenir d’année en année le montant des allocations, une règle générale qui n’est basée sur aucune disposition légale. Cette règle stipule que le bénéficiaire doit attester de la prestation pendant l’année de référence de 156 jours de travail salarié.

Naar verluidt hanteert de RVA voor uitkeringsgerechtigde werklozen die van jaar tot jaar dezelfde uitkering willen behouden, een algemene regel die op geen enkele wetsbepaling berust. Volgens die regel moet de uitkeringstrekker aantonen dat hij gedurende het referentiejaar 156 dagen in loondienst gewerkt heeft.

L’ONEm proposerait néanmoins aux artistes et techniciens du spectacle de bénéficier d’une règle plus souple, à savoir la règle applicable aux travailleurs occupés dans des contrats de courte durée, prévue à l’article 116, § 5 de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du choˆmage : « Pour le calcul des périodes de choˆmage visées à l’article 114, il n’est pas tenu compte de la durée de choˆmage du travailleur visé à l’article 28, § 3 et du travailleur occupé exclusivement dans les liens de contrats de très courte durée, à l’exception du travailleur employé dans l’industrie hoˆtelière ».

Voor podiumkunstenaars en -technici zou de RVA evenwel een soepeler regeling toepassen. Zij zouden gebruik kunnen maken van de regeling die geldt voor werknemers met arbeidsovereenkomsten van korte duur zoals bepaald in artikel 116, § 5 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering : « Bij de berekening van de werkloosheidsperiodes bedoeld in artikel 114 wordt geen rekening gehouden met de duur van de werkloosheid van de werknemer bedoeld in artikel 28, § 3, en van de werknemer die uitsluitend tewerkgesteld is met overeenkomsten van zeer korte duur, met uitzondering van de werknemer tewerkgesteld in de hotelnijverheid ».

Cette exception serait appliquée de manière restrictive par l’ONEm. L’artiste devrait prouver que dans son secteur d’activité, le recours à des contrats de courte durée est la règle. Et pour maintenir le niveau de l’allocation de choˆmage dont il bénéficie, l’artiste devrait prouver la prestation d’au minimum un contrat de courte durée (maximum trois mois de prestation) par an en tant qu’artiste de spectacle. Dans ce cas, l’allocation serait maintenue à l’identique pour un an.

De RVA zou die uitzondering restrictief toepassen. Zo zou de kunstenaar moeten bewijzen dat overeenkomsten van korte duur in zijn sector de regel zijn. Om dezelfde werkloosheidsuitkering te behouden zou de kunstenaar daarenboven moeten aantonen dat hij per jaar ten minste één overeenkomst van korte duur (van maximaal drie maanden) als podiumkunstenaar getekend heeft. In dat geval behoudt hij nog een jaar dezelfde uitkering.

Il ressort de ces considérations que les artistes de spectacle qui ne répondent pas à ces conditions et qui ne peuvent attester de 156 jours de travail salarié pendant la période de référence verraient leurs allocations diminuées.

Uit het voorgaande volgt dat de uitkering van podiumkunstenaars die niet aan die voorwaarden voldoen en die niet kunnen aantonen dat ze in de referentieperiode 156 dagen als loontrekkende gewerkt hebben, wél gekort zou worden.

On en arrive donc à une situation ou` des artistes pouvant se prévaloir d’un unique contrat de courte durée par an verraient le niveau de leurs allocations maintenu alors que des artistes bénéficiant de contrats de plus longue durée sans nécessairement répondre à l’exigence des 156 jours de travail salarié par an, verraient, eux leurs allocations diminuer !

Zo ontstaat er een paradoxale situatie waarin kunstenaars die één overeenkomst van korte duur per jaar kunnen voorleggen, dezelfde uitkering behouden, terwijl de uitkering van kunstenaars die met overeenkomsten van langere duur hebben gewerkt maar daarom niet noodzakelijk de vereiste 156 dagen in loondienst per jaar hebben gehaald, gekort wordt !


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24436

1. Pourquoi l’ONEm applique-t-elle une telle règle discriminatoire ?

1. Waarom hanteert de RVA zo’n discriminatoire regel ?

2. Envisagez-vous de modifier la situation en prenant par exemple des dispositions légales qui permettraient d’effacer ces inégalités ?

2. Zal u daar wat aan doen, bijvoorbeeld door als wetgever in te grijpen om die ongelijkheid weg te werken ?

Réponse du ministre de l’Emploi du 6 juin 2006, à la question no 510 de M. Philippe Monfils du 25 avril 2006 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Werk van 6 juni 2006, op de vraag nr. 510 van de heer Philippe Monfils van 25 april 2006 (Fr.) :

En réponse à votre question je peux vous renvoyer à la réponse que j’ai donnée à votre question no 494 du 5 avril 2006, qui est tout à fait la même. (Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 123.)

In antwoord op uw vraag kan ik u verwijzen naar mijn antwoord op uw vraag nr. 494 van 5 april 2006, die volledig dezelfde is. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 123.)

DO 2005200607943

DO 2005200607943

Question no 516 de M. Melchior Wathelet du 3 mai 2006 (Fr.) au ministre de l’Emploi :

Vraag nr. 516 van de heer Melchior Wathelet van 3 mei 2006 (Fr.) aan de minister van Werk :

Conséquences du congé pour soins palliatifs sur le calcul des vacances annuelles.

Weerslag van het palliatief verlof op de berekening van de jaarlijkse vakantie.

Les articles 100bis et 102bis de la loi du 22 janvier 1985 de redressement contenant des dispositions sociales autorisent tout travailleur à suspendre complètement ou partiellement son contrat de travail pour fournir des soins à toute personne souffrant d’une maladie incurable et se trouvant en phase terminale; il s’agit de l’interruption de carrière pour soins palliatifs.

Overeenkomstig de artikelen 100bis et 102bis van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen heeft een werknemer recht op de volledige schorsing van zijn arbeidsovereenkomst of op een vermindering van zijn arbeidsprestaties om personen bij te staan die lijden aan een ongeneeslijke ziekte en zich in een terminale fase bevinden. Het gaat om de loopbaanonderbreking voor palliatieve verzorging.

La période de suspension est d’un mois et peut être prolongée d’un mois supplémentaire. La réglementation accorde un forfait d’interruption, à charge de l’ONEm.

De duur van de schorsing bedraagt een maand en kan met een maand verlengd worden. De wetgeving kent de betrokken werknemer een forfaitaire onderbrekingsvergoeding ten laste van de RVA toe.

Ce type d’interruption de carrière fait partie de l’arsenal, encore incomplet selon nous, mais apprécié de tous, mis en place pour favoriser le développement des soins palliatifs dans notre pays. Dans son rapport de mai 2005, la cellule d’évaluation soins palliatifs faisait une série de recommandations pour améliorer encore l’offre de soins palliatifs, pour un surcouˆt global d’environ 19 000 euros. Nombre des améliorations proposées entrent dans les compétences du ministre de la Santé publique. Ce dernier a jusqu’ici apporté aux suggestions de la cellule des réponses très en-dessous des moyens supplémentaires demandés, ce que nous regrettons.

Deze loopbaanonderbreking is een van de lovenswaardige — maar volgens ons ontoereikende — maatregelen die werden getroffen om de palliatieve zorgverlening in ons land breder ingang te doen vinden. In haar verslag van mei 2005 formuleerde de evaluatiecel palliatieve zorg een reeks aanbevelingen teneinde het palliatief zorgaanbod nog te verbeteren. Die maatregelen zouden een bijkomende uitgave van ongeveer 19 000 euro in totaal meebrengen. Voor een aantal van de voorgestelde verbeteringen is de minister van Volksgezondheid bevoegd. Tot onze spijt stellen we vast dat de minister hiervoor tot heden veel minder bijkomende middelen heeft vrijgemaakt dan in het verslag van de cel gevraagd werd.

Il nous semble cependant que la limitation des moyens dont souffre le développement des soins palliatifs pourrait encore être améliorée par une voie qui touche directement à vos compétences. En effet, le congé pris par le travailleur qui bénéficie de l’interruption de carrière pour soins palliatifs a une

Volgens ons kan u als minister van Werk iets doen aan het gebrek aan middelen dat de groei van de palliatieve zorgverlening in de weg staat. Het verlof van de werknemer die een loopbaanonderbreking voor palliatieve verzorging neemt, heeft immers een rechtstreekse weerslag op de pensioenberekening en


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24437

conséquence directe tant sur le nombre de jours de vacances annuelles dont il dispose l’année qui suit que sur le calcul de la pension. En effet, les jours d’inactivité pris dans le cadre du congé pour soins palliatifs ne sont pas assimilés à des jours de travail pour le calcul des droits précités, comme c’est pourtant le cas des jours d’inactivité liés par exemple au congé de maternité ou à une incapacité temporaire totale de travail.

op het aantal jaarlijkse vakantiedagen waarover hij het jaar nadien beschikt. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de inactiviteitsdagen in het kader van het moederschapsverlof of van een tijdelijke volledige arbeidsongeschiktheid, worden de inactiviteitsdagen die in het kader van het palliatief verlof worden genomen, voor de berekening van voormelde rechten immers niet met arbeidsdagen gelijkgesteld.

Cette non assimilation peut avoir pour effet de décourager les prétendants au congé pour soins palliatifs et peut éventuellement les inciter à tricher avec le système, en prenant par exemple un « congé maladie », afin de conserver dans ce cas leurs droits sociaux.

Het ontbreken van die gelijkstelling kan de mensen afschrikken om palliatief verlof te nemen en hen misschien zelfs tot bedrog aanzetten. Om hun sociale rechten te behouden zouden ze bijvoorbeeld « ziekteverlof » in plaats van palliatief verlof kunnen nemen.

L’intégration complète des jours de congé pour soins palliatifs dans la catégorie des jours de travail assimilés tant pour le calcul des vacances annuelles que pour le calcul de la pension nous semble indispensable pour donner à ce type de congé une effectivité réelle, comme c’est déjà le cas pour d’autres souscatégories de jours de travail assimilés (congés de maternité et autres).

Indien voor de berekening van het jaarlijks verlof en het pensioen alle palliatieve verlofdagen met arbeidsdagen worden gelijkgesteld, zal dat verlof volgens ons ook effectief zijn doelstelling bereiken, zoals dit al het geval is voor andere subcategoriee¨n van gelijkgestelde arbeidsdagen (moederschapsverlof, enzovoort).

1. Envisagez-vous d’adapter la législation en ce sens ?

1. Is u bereid de wetgeving in die zin te herzien ?

2. Si non, pour quelles raisons ?

2. Zo neen, waarom niet ?

Réponse du ministre de l’Emploi du 6 juin 2006, à la question no 516 de M. Melchior Wathelet du 3 mai 2006 (Fr.) :

Antwoord van de minister van Werk van 6 juni 2006, op de vraag nr. 516 van de heer Melchior Wathelet van 3 mei 2006 (Fr.) :

La question porte sur les conséquences en matière de calcul du nombre de jours de vacances annuelles et de pension d’une interruption des prestations ou d’une réduction des prestations dans le cadre du congé pour soins palliatifs. La fixation de ces conséquences relèvent, dans les deux cas, de la réglementation « Sécurité sociale ».

De vraag heeft betrekking op de gevolgen van een onderbreking of een vermindering van de arbeidsprestaties in het kader van het palliatief verlof op het vlak van de berekening van het aantal dagen jaarlijkse vakantie en het pensioen. De vaststelling van deze gevolgen behoort in beide gevallen tot de regelgeving inzake sociale zekerheid.

Afin d’obtenir une réponse à votre question, je vous renvoie, par conséquent, auprès de mon collègue compétent en matière de sécurité sociale. (Question no 490 du 7 juin 2006.)

Voor het antwoord op uw vraag dien ik u derhalve door te verwijzen naar mijn collega bevoegd voor sociale zekerheid. (Vraag nr. 490 van 7 juni 2006.)

DO 2005200607966

DO 2005200607966

Question no 520 de Mme Maggie De Block du 4 mai 2006 (N.) au ministre de l’Emploi :

Vraag nr. 520 van mevrouw Maggie De Block van 4 mei 2006 (N.) aan de minister van Werk :

Entreprises. — Personnel. — Déclaration annuelle sur l’honneur concernant la prise en charge d’enfants.

Bedrijven. — Werknemers. — Jaarlijkse verklaring op eer over de tenlasteneming van kinderen.

Depuis plusieurs années, les entreprises doivent faire remplir chaque année à leur personnel une déclaration sur l’honneur concernant la prise en charge d’enfants. Les entreprises doivent conserver ces déclarations pour

Sinds enkele jaren moeten bedrijven hun werknemers jaarlijks een verklaring op eer over de tenlasteneming van kinderen laten invullen en ter beschikking houden voor mogelijke controles. Voor heel wat werk-


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24438

pouvoir les présenter en cas de controˆle. Pour de très nombreux travailleurs, rien ou presque ne change d’une année à l’autre de ce point de vue de sorte que l’obligation de faire remplir un tel formulaire chaque année représente une charge administrative supplémentaire inutile. Il semble dès lors opportun de faire en sorte que la déclaration sur l’honneur relative à la prise en charge d’enfants ne fasse l’objet d’une modification que lorsque la situation change effectivement. L’employeur pourrait par exemple le rappeler chaque année à son personnel par la voie d’une annonce ou d’un courrier.

nemers verandert er in de loop der jaren weinig of niets dienaangaande waardoor de jaarljikse frequentie enkel leidt tot onnodige administratieve overlast. Het lijkt dan ook aangewezen dat de verklaring op eer over de tenlasteneming van kinderen enkel wordt aangepast wanneer de situatie effectief wijzigt. De werkgever kan bijvoorbeeld via een aankondiging of een schrijven gericht aan de werknemers hieraan jaarlijks herinneren.

1. Pourquoi a-t-on opté pour une déclaration annuelle sur l’honneur en cette matière ?

1. Waarom werd geopteerd voor een jaarlijkse verklaring op eer over de tenlasteneming van kinderen ?

2. A-t-on déjà vérifié quelle était la proportion de ces déclarations qui ne changent pas d’année en année ? 3. Eˆtes-vous disposé à modifier la procédure et à ne faire remplir la déclaration qu’au moment de l’entrée en service et lors de chaque modification effective de la situation ?

2. Werd reeds nagegaan hoeveel van deze verklaringen op jaarbasis niet wijzigen ?

Réponse du ministre de l’Emploi du 6 juin 2006, à la question no 520 de Mme Maggie De Block du 4 mai 2006 (N.) :

Antwoord van de minister van Werk van 6 juni 2006, op de vraag nr. 520 van mevrouw Maggie De Block van 4 mei 2006 (N.) :

Votre question ne relève pas de ma compétence, mais celle du ministre des Finances. (Question no 1315 du 7 juin 2006.)

Uw vraag valt niet onder mijn bevoegdheid, maar behoort tot de bevoegdheid van de minister van Financie¨n. (Vraag nr. 1315 van 7 juni 2006.)

DO 2005200607968

DO 2005200607968



Entreprises. — Etablissement du bilan social.

Bedrijven. — Opmaak van de sociale balans.

Toute une série de données que les entreprises doivent mentionner dans leur bilan social sont déjà à la disposition des autorités par d’autres voies. Cette situation génère le mécontentement de certaines entreprises et est, dans l’ensemble, synonyme d’une lourde charge administrative inutile. Le Conseil national du travail (CNT) a heureusement annoncé un premier pas vers la simplification du bilan social. Cependant, l’annonce de l’introduction d’un nouveau module concernant les données relatives à la formation est synonyme de nouvelle charge administrative. ` combien estime-t-on le couˆt total lié à 1. A l’établissement d’un bilan social annuel par les entreprises belges (heures-homme et couˆts financiers) ? ` quelles simplifications concrètes peut-on 2. A s’attendre dans le cadre de l’établissement du bilan social à partir de 2007 ?

Een aantal gegevens die bedrijven moeten invullen in de sociale balans zijn reeds via andere wegen ter beschikking van de overheid. Dit veroorzaakt bij een aantal bedrijven misnoegdheid en algemeen een onnodig grote administratieve druk. Het positieve nieuws is dat de Nationale Arbeidsraad (NAR) een eerste stap in de vereenvoudiging van de sociale balans heeft aangekondigd. Anderzijds wordt echter de invoering van een nieuwe module met betrekking tot opleidingsgegevens aangekondigd die opnieuw voor administratieve last zal zorgen.


2005

3. Bent u bereid om de procedure aan te passen en de verklaring enkel te laten indienen bij indienstneming en telkens er zich een wijziging in de situatie voordoet ?

1. Hoeveel bedraagt de geschatte totale kostprijs voor ondernemingen in Belgie¨ om jaarlijks een sociale balans op te maken (in manuren en financie¨le kosten) ? 2. Welke concrete vereenvoudigingen zullen worden doorgevoerd in de opmaak van de sociale balans vanaf 2007 ? 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24439

` combien estime-t-on les économies que repré3. A sentera cette simplification du bilan social (en heureshomme et financièrement) pour les entreprises ?

3. Hoeveel bedraagt de vooropgestelde besparing voor bedrijven (in manuren en geld) van de vereenvoudigde sociale balans ?

4. Quelles sont les données dont les autorités disposent déjà ou dont elles peuvent disposer via d’autres canaux et qui sont néanmoins demandées dans le bilan social ?

4. Over welke gegevens die de overheid momenteel opvraagt via de sociale balans beschikt zij reeds of kan zij beschikken via andere kanalen ?

5. Envisagez-vous de supprimer à court terme du bilan social les données dont les autorités peuvent disposer par d’autres voies ?

5. Overweegt u op korte termijn de gevraagde gegevens waarover de overheid over andere wegen kan beschikken te laten schrappen uit de sociale balans ?

6. Quelles données concrètes, les entreprises devront-elles fournir en matière de formation ?

6. Welke concrete gegevens zullen de bedrijven moeten aangeven inzake opleiding ?

7. Qu’entend exactement le CNT par « efforts de formation » ?

7. Wat verstaat de NAR exact onder « opleidingsinspanningen » ?

8. Envisagez-vous de veillez à ce que le CNT élabore une définition claire et sans équivoque possible de qu’il faut exactement entendre par efforts de formation ?

8. Overweegt u erop toe te zien dat de NAR een duidelijke, ondubbelzinnige definitie bepaalt van hetgeen er exact onder opleidingsinspanningen moet worden verstaan ?



Les simplifications du bilan social envisagées pour l’année 2007 concernent principalement les rubriques NI et IV du bilan social à savoir respectivement l’état des mesures en faveur de l’emploi et l’état donnant des renseignements sur les activités de formation pour les travailleurs au cours de l’exercice.

De vereenvoudigingen van de sociale balans vooropgesteld voor het jaar 2007 hebben hoofdzakelijk betrekking op rubrieken III en IV van de sociale balans, meer bepaald respectievelijk de stand van de maatregelen ten gunste van de werkgelegenheid en de stand van de inlichtingen over opleidingsactiviteiten voor de werknemers tijdens het boekjaar.

Ces simplifications transposent, notamment, l’avis du Conseil national du Travail no 1536 daté du 30 novembre 2005.

Deze vereenvoudigingen zetten het advies van de Nationale Arbeidsraad nr. 1536 van 30 november 2005 om.

Concrètement, en ce qui concerne la rubrique NI relative à l’état des mesures en faveur de l’emploi, il est prévu d’utiliser sous forme agrégée les données relatives aux mesures pour l’emploi transmises trimestriellement à l’ONSS par les entreprises dans le cadre de la Déclaration Multifunctionnelle de l’Emploi.

Voor rubriek III over de stand van de maatregelen ten gunste van de werkgelegenheid wordt meer bepaald voorzien dat men gebruik moet maken van de gegevens inzake de werkgelegenheidsmaatregelen, die onder verzamelde vorm per kwartaal door de ondernemingen worden overgezonden aan de RSZ, in het kader van de Multifunctionele Aangifte.

Ceci aura pour avantage de supprimer, dans la réglementation du bilan social actuellement en vigueur, la référence aux différentes mesures pour l’emploi afin de remplacer cette énumération par une obligation générale, à charge des entreprises, de reprendre dans le bilan social les informations relatives aux mesures pour l’emploi disponibles à l’ONSS.

Dit heeft als voordeel dat in de thans geldende regelgeving aangaande de sociale balans, de verwijzing naar de verschillende werkgelegenheidsmaatregelen kan worden opgeheven : de huidige opsomming wordt vervangen door een algemene verplichting ten laste van de ondernemingen om in de sociale balans de inlichtingen aangaande werkgelegenheidsmaatregelen beschikbaar bij de RSZ te hernemen.

Il s’agit en l’occurrence d’utiliser des données en possession de l’autorité publique afin d’alléger la charge de travail des entreprises dans le cadre du bilan social.

Het gaat erom gegevens die in het bezit zijn van de publieke overheid te gebruiken, teneinde de werklast van de ondernemingen in het kader van de sociale balans te verlichten.

De plus, le fait de ne plus faire figurer dans le texte réglementaire relatif au bilan social cette énumération

Bovendien zal het schrappen van deze opsomming van maatregelen ten gunste van de werkgelegenheid in


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24440

de mesures en faveur de l’emploi constituera une garantie de flexibilité lorsque des mesures pour l’emploi cesseront d’être en vigueur et seront, le cas échéant, remplacées par d’autres mesures. Il s’agit donc d’une amélioration au plan qualitatif.

de regelgeving op de sociale balans, toelaten soepeler in te spelen op de realiteit wanneer werkgelegenheidsmaatregelen buiten werking treden en desgevallend worden vervangen door andere maatregelen. Het is dus een verbetering op kwalitatief vlak.

Par ailleurs, pour les employeurs, le travail sera facilité dans la mesure où il leur suffira de reprendre les données qui auront été globalisées par l’ONSS et qui seront mises à leur disposition par cette institution.

Voor de werkgevers zal het werk gemakkelijker worden, vermits zij enkel de gegevens moeten hernemen die door de RSZ werden geglobaliseerd en die hen door deze instelling ter beschikking worden gesteld.

En ce qui concerne la rubrique IV relative aux formations pour les travailleurs au cours de l’exercice, le bilan social modifié regroupera en une seule rubrique les rubriques IV et V actuelles. La rubrique V sera ainsi supprimée.

Rubriek IV met betrekking tot de opleidingen voor de werknemers tijdens het boekjaar, zal in de gewijzigde sociale balans samensmelten met rubriek V in één enkele rubriek. Rubriek V zal worden opgeheven.

Dans cette rubrique IV figurera une nouvelle rubrique relative aux initiatives en matière de formation initiale.

In deze rubriek IV zal een nieuwe rubriek voorkomen aangaande initie¨le opleidingsinitiatieven.

Il en résulte que la rubrique IV relative aux renseignements sur les formations pour les travailleurs couvrira 3 types de formations, à savoir :

Zodoende zal rubriek IV met betrekking tot de inlichtingen over de opleidingen voor de werknemers 3 soorten van opleidingen omvatten, namelijk :

— Les formations formelles telles les cours et les stages;

— de formele opleidingen, zoals lessen en stages;

— les formations informelles c’est-à-dire les autres types de formation telles que les séminaires, les conférences ou les autoformations;

— de informele opleidingen, met name de andere types van opleiding zoals seminaries, conferenties of zelfstudie;

— les formations initiales c’est-à-dire les formations s’adressant aux personnes travaillant dans un système alternant le travail et la formation.

— initie¨le opleidingen, met name de opleidingen gericht op de personen in een systeem van alternerend werken en leren.

Le concept « efforts en matière de formation » n’a pas été explicitement défini par le Conseil national du Travail. Toutefois, en ce qui concerne « le coût de la formation » à renseigner dans le bilan social, la note de la commission mixte pour le bilan social réunissant des représentants du Conseil national du Travail et du Conseil central de l’Ećonomie, datée du 31 octobre 2004, ainsi que la note explicative établie par la Centrale des bilans de la Banque nationale l’ont exprimé comme un coût net à savoir le coût de la formation en ce compris les cotisations sociales versées déduction faite des réductions fiscales et des subsides.

Het begrip « opleidingsinspanningen » werd niet expliciet gedefinieerd door de Nationale Arbeidsraad. Om de « opleidingskost » toe te lichten in de sociale balans, zien de nota van de gemengde commissie voor de sociale balans bestaande uit vertegenwoordigers van de Nationale Arbeidsraad en van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, van 31 oktober 2004, en de toelichtende nota opgesteld door de Balanscentrale van de Nationale Bank, de opleidingskost als een netto kost, zijnde de kost van de opleiding met inbegrip van de gestorte sociale bijdragen verminderd met de fiscale verminderingen en subsidies.

Si le bilan social est, à terme, utilisé comme un instrument de mesure et de controˆle des efforts de formation réalisés par les entreprises tel que cela est exprimé dans le Pacte des générations, il sera en effet indispensable d’avoir une définition claire et non ambigue¨ du concept « efforts fournis en matière de formation ». ` propos de votre question relative aux estimations A chiffrées concernant le coût total estimé pour les entreprises résultant de la réalisation du bilan social et l’estimation des économies résultant de la simplification du bilan, je n’en dispose pas. J’ai interrogé à ce

Als de sociale balans op termijn gebruikt wordt als meet- en controle-instrument van de opleidingsinspanningen van de ondernemingen, zoals werd uitgedrukt in het Generatiepact, zal een duidelijke en ondubbelzinnige definitie van het begrip « opleidingsinspanningen » onmisbaar zijn.


2005

Een raming van de totale kostprijs voor de ondernemingen om de sociale balans op te maken en van de besparingen die zullen voortvloeien uit de vereenvoudiging van de balans, kan ik u niet meedelen. Ik heb navraag gedaan bij het Agentschap voor administra2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24441

propos l’Agence de simplification administrative afin de savoir s’ils disposent d’information en la matière mais la réponse a été négative.

tieve Vereenvoudiging om te weten of zij deze informatie hebben; hun antwoord was negatief.

DO 2005200607974

DO 2005200607974



Entreprises. — Obligation de compléter une enquête trisannuelle sur les déplacements des travailleurs entre le domicile et le lieu de travail.

Bedrijven. — Invulling driejaarlijkse werkenquête voor hun werknemers.

Cette année, les entreprises devront compléter pour la première fois, avant le 30 avril 2006, l’enquête trisannuelle sur les déplacements de leurs travailleurs entre le domicile et le lieu de travail. La difficulté vient du fait que dans cette enquête, les entreprises ne doivent pas indiquer que les données de leur personnel permanent mais aussi celles liées aux déplacements des intérimaires et des entrepreneurs. De telles exigences augmentent les lourdeurs administratives qui pèsent sur les entreprises alors que le but du gouvernement est justement de tendre vers une simplification administrative.

Dit jaar moeten de bedrijven voó´r 30 april 2006 voor het eerst de driejaarlijkse woon-werkenquête voor hun werknemers invullen. Het probleem is dat bedrijven in deze enquête niet alleen de gegevens over hun vast personeel moeten invullen, maar ook de verplaatsingen van uitzendkrachten en aannemers moeten vermelden. Dergelijke vereisten leiden tot een verhoging van de administratieve rompslomp, terwijl het net het voornemen van de regering is om die af te bouwen.

1. Quelle est exactement la valeur ajoutée de l’enquête sur les déplacements entre le domicile et le lieu de travail ?

1. Wat is de precieze toegevoegde waarde van de woon-werkenquête ?

2. a) A-t-on calculé le couˆt moyen pour les entreprises de cette enquête sur les déplacements entre le domicile et le lieu de travail ?

2. a) Werd de gemiddelde kostprijs van de invoering van deze woon-werkenquête voor bedrijven berekend ?

b) Quel est ce couˆt ?

b) Hoeveel bedroeg deze kostprijs ?

3. Pourquoi les entreprises doivent-elles également tenir à jour et mentionner les données des intérimaires et des entrepreneurs ?

3. Waarom moeten bedrijven ook de gegevens ovr uitzendkrachten en aannemers bijhouden en vermelden ?

4. Envisagez-vous de prendre une initiative pour supprimer à l’avenir cette exigence ?

4. Overweegt u een initiatief te nemen om deze vereiste in de toekomst af te schaffen ?

5. Envisagez-vous de mener une étude sur la manière de simplifier l’enquête sur les déplacements entre le domicile et le lieu de travail et de ramener au strict minimum les lourdeurs administratives qu’elle fait peser sur les entreprises ?

5. Overweegt u te laten onderzoeken op welke manier de woon-werkenquête kan worden vereenvoudigd en herleid tot het strikte minimum aan administratieve last voor bedrijven ?



Votre question ne relève pas de ma compétence, mais celle du ministre de la Mobilité. (Question no 485 du 7 juin 2006.)

Uw vraag valt niet onder mijn bevoegdheid, maar behoort tot de bevoegdheid van de minister van Mobiliteit. (Vraag nr. 485 van 7 juni 2006.)


2005

2006

woon-


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24442

DO 2005200607981

DO 2005200607981

Question no 527 de M. Guy D’haeseleer du 5 mai 2006 (N.) au ministre de l’Emploi :

Vraag nr. 527 van de heer Guy D’haeseleer van 5 mei 2006 (N.) aan de minister van Werk :

Choˆmeurs. — Allocation pour reprise du travail.

Werklozen. — Werkhervattingstoeslagen.

Certains choˆmeurs aˆgés d’au moins 50 ans et justifiant d’un passé professionnel de 20 années, peuvent prétendre à une allocation de de 165,962 euros par mois s’ils reprennent le travail. ` la suite du pacte de solidarité entre les généraA tions, la réglementation a été assouplie. Dorénavant, les choˆmeurs peuvent également bénéficier de cette allocation complément lorsqu’ils ne sont pas au choˆmage depuis plus d’un an et lorsqu’ils s’établissent comme indépendants.

Sommige werklozen die minstens 50 jaar oud zijn en 20 jaar beroepsverleden hebben, kan een werkhervattingstoeslag van 165,962 euro per maand worden toegekend in geval van werkhervatting.

Pourriez-vous me faire savoir combien de choˆmeurs, par région, ont obtenu une allocation pour avoir repris le travail avant l’entrée en vigueur du nouvel arrêté assouplissant les conditions (avant le 1er avril 2006) ?

Kan u meedelen hoeveel mensen, opgesplitst per gewest, een werkhervattingstoeslag kregen toegekend tot voor de inwerkingtreding van het nieuwe besluit dat de voorwaarden versoepelt (1 april 2006) ?

Réponse du ministre de l’Emploi du 6 juin 2006, à la question no 527 de M. Guy D’haeseleer du 5 mai 2006 (N.) :

Antwoord van de minister van Werk van 6 juni 2006, op de vraag nr. 527 van de heer Guy D’haeseleer van 5 mei 2006 (N.) :

En réponse à votre question, je peux vous communiquer que fin mars 2006, il y avait 1 560 travailleurs qui bénéficient d’un complément de reprise de travail, dont 1 013 en Région flamande, 443 en Région wallonne et 112 en Région Bruxelles-capitale.

In antwoord op uw vraag kan ik u meedelen dat er eind maart 2006 1 560 werknemers genoten van een werkhervattingtoeslag, 1 017 in het Vlaams Gewest, 443 in het Waals Gewest en 112 in het Gewest Brussel Hoofdstad.

Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères

Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken

Als gevolg van het generatiepact is de regelgeving versoepeld. Voortaan moet men niet langer één jaar werkloos zijn en kan men ook de toeslag verkrijgen als men zich vestigt als zelfstandige.

DO 2005200607980

DO 2005200607980

Question no 56 de Mme Alexandra Colen du 5 mai 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères :

Vraag nr. 56 van mevrouw Alexandra Colen van 5 mei 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken :

Transposition des directives européennes en droit belge. — Nombre de lois.

Omzetting Europese richtlijnen in Belgische wetgeving. — Aantal wetten.

1. Combien de directives européennes ont été transposées en droit belge au cours de la période 2000-2006 (nombre par année) ?

1. Hoeveel Europese richtlijnen werden omgezet in Belgische wetgeving gedurende de periode 2000-2006 (graag cijfers per jaar) ?

2. Combien de lois ont été promulguées en Belgique au cours de la période 2000-2006 (nombre par année) ?

2. Hoeveel wetten werden er in totaal gemaakt in Belgie¨ gedurende de periode 2000-2006 (graag cijfers per jaar) ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24443

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères du 9 juin 2006, à la question no 56 de Mme Alexandra Colen du 5 mai 2006 (N.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 56 van mevrouw Alexandra Colen van 5 mei 2006 (N.) :

1. Il ressort que la Belgique a transposé 531 directives (période 2000-fin mai 2006), c’est à dire :

1. In de periode van 2000 tot einde mei 2006 zette Belgie¨ 531 richtlijnen om, met name :

— 59 directives en 2000;

— 59 richtlijnen in 2000;











— et jusque fin mai 2006, notre pays a transposé 53 directives pour l’année 2006.

— en van 1 januari tot einde mei 2006 zette ons land 53 richtlijnen om.

Ces chiffres tiennent compte des directives intégralement transposées par l’ensemble des départements compétents. Vous trouverez, ci-dessous, les références des directives transposées année par année.

Deze cijfers hebben betrekking op de richtlijnen, die integraal werden omgezet door het geheel van de bevoegde overheden. Voor de referentie naar de omgezette richtlijnen per jaar wordt verwezen naar de tabel hieronder.

2. Cette question relève des compétences du ministre de la Justice. (Question no 1021 du 5 mai 2006.)

2. Deze vraag behoort tot de bevoegdheid van de minister van Justitie. (Vraag nr. 1021 van 5 mei 2006.)

Année 2000 — Jaar 2000







1994/62 1995/71 1997/13 1997/61 1997/41 1998/36 1998/77 1998/90 1998/82 1998/39 1997/78 1999/7 1998/56 1998/70 1999/28 1999/84 1998/73 1999/61 1998/58 1999/23 1999/24 1999/26 1998/101 1999/102 1999/104

1994/67 1999/100 1999/99 1999/101 2000/1 1998/98 1999/89 1999/96 2000/25 1999/98 2000/3 1999/34 2000/2 1999/86 2000/4 1991/628 1994/47 1999/51 1996/29 1997/43 1998/78 1999/32 1998/53 1999/91 2000/7

1997/56 1999/55 1999/56 2000/51 2000/75 2001/7 1999/11 1999/12 1999/62 1999/36 1998/27 1999/2 1999/3 2000/62 1998/24 2001/2 2000/14 1998/50 1999/42 2001/31 2001/27 2000/55 200/37 2000/38 2001/26

1977/388 1997/36 2000/52 2000/70 2001/104 2001/109 2002/57 2002/1 2002/16 1998/10 1998/76 2000/5 200/61 1998/71 2000/31 1998/49 2002/8 2000/46 2000/9 1999/95 2001/63 2001/116 2002/72 2001/46 2002/25

1992/49 2001/81 2002/78 2002/11 2002/80 2002/68 2001/85 2002/61 2000/79 2003/45 1999/44 2001/44 2001/80 2001/101 1999/105 2002/51 2002/33 2002/94 2001/20 2001/97 2003/46 2003/47 2002/67 2002/60 2002/81

1996/62 1999/35 1997/62 1999/31 2001/12 2001/14 1975/442 1976/464 1980/68 1985/337 2003/96 2003/78 2003/121 2003/118 2004/104 1991/271 1972/166 1975/439 1989/107 1985/337 1997/11 1998/44 1999/74 2000/53 2001/29

1992/43 2001/37 1989/552 1997/67 2002/39 2001/86 2003/6 2003/124 2003/125 2003/24 2003/51 2002/92 2003/97 2004/80 2005/26 2005/27 2004/24 2004/27 2004/28 2004/51 2005/13 2005/88 2005/46 2005/51 2005/10


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24444








1998/91 1999/71 1999/8 1999/83 1998/6 1999/80 1999/5 1998/7 1999/21 2000/41 1999/40 1999/50 1999/57 1999/58 1999/75 1999/54 1999/43 1999/90 1998/31 1998/33 2000/18 2000/45 1999/52 2000/24 1994/55 1997/66 2000/50 2000/40 2000/49 1979/409 1997/81 2000/10 1999/30 — — — — — — — — — — — — — — — — — —

2000/71 1999/94 1999/103 2000/42 2000/48 2000/57 2000/58 2000/63 2000/21 2000/16 2000/8 2001/32 2001/33 2000/32 2000/19 2000/22 2001/35 2001/10 2000/81 1999/93 2001/28 2000/33 2001/82 2000/84 2001/49 2001/47 2000/80 2000/30 2001/6 2000/82 2001/99 1999/77 2001/8 1996/71 1998/96 1998/8 1998/81 1999/13 1999/70 2001/9 1999/32 — — — — — — — — — —

2000/77 2000/39 2000/65 2000/72 2000/73 2000/74 2001/39 2001/54 2001/1 2001/53 2001/48 2001/57 2001/64 2001/15 2002/28 2002/29 2001/22 2001/36 2001/78 2001/30 2001/3 2001/50 2001/52 2001/92 2001/102 2002/10 2001/41 1999/45 2001/58 2001/59 2001/60 2001/43 2000/35 2001/5 2002/5 2002/23 2002/62 2001/90 2001/103 1999/38 2001/56 2002/18 2002/37 2002/3 2000/26 2002/24 2002/41 2001/89 — — —

2001/100 2000/64 2001/62 2002/66 200/69 2001/91 2002/40 2002/42 2002/71 2002/76 2002/79 200/76 2001/88 2001/93 2002/31 2002/50 2002/63 2002/17 2002/26 2002/27 2002/69 2002/70 2002/2 2002/75 2002/100 2003/21 2003/22 2002/36 2002/34 2003/1 2001/16 2002/32 1999/92 2002/97 2003/2 2003/60 2002/38 2003/28 2003/29 2001/106 2003/62 2003/69 2000/34 2003/12 2002/82 2003/7 2002/7 2002/30 2001/95 1997/36 1998/10

2001/111 2001/112 2001/113 2001/114 200/43 2001/105 2001/110 2002/12 2002/13 200/56 2003/19 2003/63 2000/78 2003/3 2003/23 2003/40 2003/93 2003/102 2001/115 2003/26 2003/32 2003/48 2003/101 2003/52 2004/15 2003/13 2003/14 2003/68 2003/90 2004/5 2004/6 2003/27 2004/32 2003/5 2003/94 2003/104 2003/70 2004/4 2003/113 2003/36 2003/31 2003/66 2003/79 2003/84 2003/126 2003/34 2003/53 2003/73 2003/120 2004/2 2002/95

2003/16 2003/17 2001/107 2001/108 2002/47 2001/65 2003/49 2003/99 2004/79 2003/50 2003/44 2003/85 2003/43 2002/96 2003/108 2003/15 2004/55 204/78 2003/111 2004/11 2003/30 2004/16 2004/86 2004/103 2004/105 2002/89 2002/99 2003/123 2004/98 2002/98 2004/33 2004/3 2004/102 2004/34 2005/15 2002/15 2004/95 2004/62 2004/71 2004/45 2004/47 2004/46 2004/43 2004/44 2005/16 2005/17 2005/18 2004/26 2004/77 2003/114 2004/115

2005/4 2005/5 2005/7 2005/21 2003/18 2005/70 2005/74 2004/36 2006/35 2006/36 2005/31 2005/25 2005/57 2005/72 2001/25 2002/84 2003/103 2003/122 2005/30 2005/39 2005/40 2005/41 2005/49 2004/112 2005/23 2005/45 2005/12 — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24445








— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —

— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —

— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —

2003/61 2003/57 2003/116 — — — — — — — — — — — — — — — — — — —

2003/76 2003/77 2003/39 2003/119 2004/89 2003/74 2004/59 2003/95 2003/100 2004/30 2004/61 2003/37 2002/85 2004/13 2003/115 2003/81 2003/82 2003/112 2004/20 2003/11 1992/49 2001/81

2004/99 2004/116 2004/110 2004/111 2003/42 2004/14 2004/96 2004/1 2004/19 2004/58 2005/2 2005/3 2004/73 2004/68 2003/89 2005/34 2005/37 2005/11 2005/6 2005/8 2000/53 2003/30

— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —

DO 2005200608152

DO 2005200608152

Question no 57 de Mme Marleen Govaerts du 24 mai 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères :

Vraag nr. 57 van mevrouw Marleen Govaerts van 24 mei 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken :

Organisation des jobs de vacances au sein du Service public fédéral (SPF).

Organisatie van de vakantiejobwerking binnen de Federale Overheidsdienst (FOD).

L’an dernier, j’ai interrogé le secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, M. Jamar, sur l’organisation des jobs de vacances au sein du SPF Finances (voir question orale no 5065, Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission des Finances et du Budget, 19 janvier 2005, COM 467, p. 34). Le secrétaire d’E´tat a répondu que, dans le cadre de la sélection des candidatures, la priorité est accordée aux cas sociaux et ensuite aux enfants du personnel.

Vorig jaar ondervroeg ik de staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude Jamar over de organisatie van de vakantiejobs in de FOD Financie¨n (zie : mondelinge vraag nr. 5065, Integraal Verslag, Kamer, 2004-2005, commissie voor de Financie¨n en de Begroting, 19 januari 2005, COM 467, blz. 34). De staatssecretaris antwoordde dat bij de selectie van de kandidaturen voorrang verleend wordt aan de sociale gevallen en daarna aan de kinderen van het personeel.

Or, le ministre flamand des Affaires administratives, M. Bourgeois, a préparé une circulaire visant à supprimer la règle de priorité en faveur des enfants de fonctionnaires.

Nu heeft de minister van Bestuurszaken van de Vlaamse regering, de heer Bourgeois, een rondzendbrief klaar om de voorrangsregel voor kinderen van ambtenaren af te schaffen.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24446

Les deux règles de priorité sont-elles appliquées dans votre département et qu’entend-on par « cas sociaux » ? Réponse du secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères du 9 juin 2006, à la question no 57 de Mme Marleen Govaerts du 24 mai 2006 (N.) :

Worden beide voorrangsregels toegepast in uw departement en wat wordt verstaan onder « sociale gevallen » ?

Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à votre question no 352 qui sera communiquée par le ministre des Affaires étrangères à la Chambre.

Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het antwoord op uw vraag nr. 352 dat door de minister van Buitenlandse Zaken zal meegedeeld worden aan de Kamer.

Secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation

Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken

Antwoord van de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken van 9 juni 2006, op de vraag nr. 57 van mevrouw Marleen Govaerts van 24 mei 2006 (N.) :

DO 2004200503154

DO 2004200503154

Question no 409 de M. Jean-Marc Nollet du 19 janvier 2005 (Fr.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 409 van de heer Jean-Marc Nollet van 19 januari 2005 (Fr.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Ligne ferroviaire Tournai-Lille.

NMBS. — Spoorlijn Doornik-Rijsel.

On connaıˆt l’importance croissante des relations entre Tournai et la Métropole lilloise et le nombre important de navetteurs (travailleurs et étudiants) ou de voyageurs occasionnels (touristes ou clients occasionnels des poˆles commerciaux de la métropole), qui se déplacent de Tournai vers Lille et vice versa.

Doornik en Rijsel onderhouden steeds nauwere betrekkingen met elkaar; vele pendelaars (werknemers en studenten) of occasionele reizigers (toeristen of dagjesmensen die in Rijsel gaan shoppen) reizen over en weer tussen Doornik en Rijsel.

Vous savez également la nécessité de favoriser des solutions alternatives de déplacement, suˆres, rapides et pue polluantes, vu la hausse continue du trafic routier sur nos routes et autoroutes régionales.

U weet ook dat het tengevolge van de almaar toenemende verkeersdrukte op onze regionale wegen en autosnelwegen nodig is het gebruik van veilige, snelle en schone alternatieve vervoersmiddelen te stimuleren.

Je constate malheureusement, que les tarifs pratiqués sur la ligne ferroviaire Tournai-Lille restent excessifs, en raison de la subsistance d’une taxe transfrontalière réclamée aux voyageurs. Ces tarifs sont un frein au développement de cette ligne ferroviaire qui, électrifiée depuis dix ans, est en bon état et dessert plusieurs communes belges et françaises.

Helaas stel ik vast dat er voor de treinverbinding Doornik-Rijsel nog altijd exorbitante tarieven gelden. Dat komt doordat de reizigers een toeslag moeten betalen voor grensoverschrijdende treinreizen. De hoge tarieven remmen de ontwikkeling van deze spoorverbinding af. Het traject werd nochtans tien jaar geleden al gee¨lektrificeerd, bevindt zich in goede staat en heeft stopplaatsen of stations in verscheidene Belgische en Franse gemeenten.

1. Pourriez-vous communiquer ce qui a motivé la décision de la SNCB de supprimer certains trains desservant cette ligne transfrontalière (trois par jour, depuis décembre 2004, selon mes informations) ?

1. Waarom heeft de NMBS beslist een aantal treinen op deze grensoverschrijdende lijn af te schaffen (drie per dag sinds december 2004, volgens mijn informatiebronnen) ?

2. Est-il possible d’envisager la suppression de la taxe transfrontalière qui augmente le prix du billet sur ce trajet, et si oui, dans quel délai ?

2. Kan de toeslag voor grensoverschrijdend treinverkeer die de prijs voor een treinkaartje op dit traject doet oplopen, worden afgeschaft, en zo ja, hoe snel kan dat gebeuren ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24447

3. Qu’envisagez-vous entreprendre pour encourager des négociations entre la SNCB et la Direction générale des transports du Nord Pas-de-Calais, de façon à maintenir des liaisons régulières, cadencées, sur cette ligne, desservant les différents points d’arrêt existants de part et d’autre de la frontière, dans l’objectif d’une révision à la baisse des tarifs pratiqués sur cette ligne et d’une promotion commune de celle-ci afin d’attirer la clientèle ?

3. Wat gaat u doen om de NMBS en de Direction générale des transports du Nord-Pas-de-Calais samen om de onderhandelingstafel te brengen, met het oog op het behoud van regelmatige en frequente treinverbindingen op deze lijn (met halten in de onderscheiden stopplaatsen aan beide zijden van de grens), en met het oog op een tariefdaling op dit traject en een gemeenschappelijke promotiecampagne om meer reizigers aan te trekken op deze lijn ?

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 6 juin 2006, à la question no 409 de M. Jean-Marc Nollet du 19 janvier 2005 (Fr.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 409 van de heer Jean-Marc Nollet van 19 januari 2005 (Fr.) :

En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.

In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.

1. La SNCB et la SNCF ont, de commun accord, décidé de réorganiser la desserte de cette relation pour des raisons économiques.

1. De NMBS en SNCF hebben samen beslist om de bediening van deze relatie te reorganiseren om economische redenen.

L’offre globale sur la relation Tournai-Lille reste toutefois tout à fait satisfaisante avec un total de :

Het globale aanbod op de relatie Doornik-Rijsel blijft evenwel volkomen bevredigend met een totaal van :

— 35 trains par jour en semaine, les deux sens de circulation confondus, soit un minimum d’un train/heure en moyenne toute la journée (entre 6 h et 22 h), avec des renforts en heure de pointe;

— 35 treinen per dag tijdens de week, voor beide richtingen samen, hetzij ten minste een trein/uur gemiddeld tijdens de dag (tussen 6 uur en 22 uur) met versterking tijdens de spits;

— 32 trains par jour le week-end, les deux sens de circulation confondus.

— 32 treinen per dag in het weekend, voor beide richtingen samen.

Les trains de la relation IC D Herstal-LiègeCharleroi-Lille sont actuellement assurés avec du matériel moderne SNCB (AM 96).

De treinen van de relatie IC D Herstal-LiègeCharleroi-Lille worden nu gereden met modern NMBS materieel (MR 96).

Plusieurs trains directs Tournai-Lille desservent désormais quelques points d’arrêts intermédiaires.

Verscheidene rechtstreekse treinen Doornik Rijsel bedienen voortaan enkele tussenstopplaatsen.

L’offre actuelle sera maintenue au moins jusqu’en décembre 2006, date à laquelle une nouvelle offre sera définie.

Het huidige aanbod zal ten minste bewaard blijven tot december 2006, wanneer een nieuw aanbod zal worden bepaald.

2. Dans le cadre de l’article 31 du contrat de gestion de la SNCB, celle-ci a été invitée à effectuer une étude sur les possibilités d’amélioration de l’offre sur un certain nombre de relations transfrontalières. Le cas échéant, une intervention appropriée de l’E´tat pouvait être prévue sur la base des résultats de cette étude.

2. In het kader van artikel 31 van het beheerscontract van de NMBS werd aan de NMBS gevraagd om een studie uit te voeren naar de mogelijkheden tot verbetering van het aanbod op een aantal grensoverschrijdende verbindingen. In voorkomend geval kon op basis van de uitkomst van de studie voorzien worden in een aangepaste tegemoetkoming van de staat.

La ligne Tournai-Lille était reprise dans l’étude. Dans son rapport, la SNCB conclut que l’offre actuelle sur cette ligne est suffisante et elle ne formule aucune proposition d’adaptation de la situation actuelle.

De lijn Tournai-Lille was in de studie opgenomen. De NMBS besluit in haar rapport dat het huidige aanbod op de lijn voldoende is en formuleert geen voorstellen tot aanpassing van de huidige situatie.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24448

3. Des tarifs avantageux existent pour cette : ligne, notamment :

3. Er bestaan voordelige tarieven voor deze verbinding :

— « Trampoline 1 jour »: un billet aller-retour à prix spécial, sens Belgique-France en 2ème classe, vendu exclusivement par les gares situées sur les axes Tournai-Lille et Courtrai/Mouscron-Lille.

— « Trampoline 1 dag »: een retourbiljet tegen speciale prijs, richting Belgie¨-Frankrijk in 2de klas, dat uitsluitend wordt verkocht in de stations op de lijnen Doornik-Rijsel en Kortrijk/MoeskroenRijsel.

— Prix spécial : 8,00 euros pour les adultes, 4,00 euros pour les enfants de 6 à 12 ans.

— Speciale prijs : 8,00 euro voor volwassenen, 4,00 euro voor kinderen van 6 tot 12 jaar.

Abonnements « Trampoline »: une formule exclusivement en vente dans les gares de Courtrai, Mouscron et Tournai et valable pour certaines relations en France. Il est émis une carte-mère comportant l’identité, le parcours de référence et la photo du titulaire, ainsi que des billets de validation mensuels ou hebdomadaires valables uniquement en 2ème classe.

Treinkaarten « Trampoline »: een formule die uitsluitend wordt verkocht in de stations Kortrijk, Moeskroen en Doornik en geldig voor bepaalde relaties in Frankrijk. Er wordt een moederkaart uitgereikt met de identiteit, het referentietraject en de foto van de houder, alsook maandelijkse of wekelijkse validatiebiljetten die alleen geldig zijn in 2de klas.

DO 2004200503262

DO 2004200503262

Question no 423 de M. Koen T’Sijen du 1er février 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 423 van de heer Koen T’Sijen van 1 februari 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

Cabinets et administrations. — Voyages en avion.

Kabinetten en administraties. — Vliegtuigreizen.

1. Combien de voyages en avion ont été effectués depuis le début de la législature par vous-même, par des membres de votre cabinet et par des membres du personnel des administrations relevant de votre compétence ?

1. Hoeveel vliegtuigreizen heeft u, uw kabinet en de onder u ressorterende administraties gemaakt sinds het begin van de legislatuur ?

2. Combien de ces déplacements ont-ils été réalisés en classe d’affaires et combien en classe économique ?

2. Hoeveel van deze reizen waren in business class, hoeveel in economy class ?

3. Quelle était la destination des vols ?

3. Wat was de bestemming van de vluchten ?

4. Combien de « airmiles » ont-ils été accumulés graˆce à ces vols ?

4. Hoeveel airmiles werden er op deze vluchten verzameld ?

5. Qu’advient-il des « airmiles » récoltés dans le cadre de déplacements en avion depuis le début de la législature ?

5. Wat gebeurt er met de airmiles die op vluchten vergaard worden sinds het begin van deze legislatuur ?

6. Sont-ils utilisés par les cabinets et les administrations ?

6. Worden die gebruikt door de kabinetten en administraties ?

7. Des « airmiles » acquis dans le cadre de l’exécution d’une mission de service sont-ils utilisés personnellement par des membres des cabinets et des membres du personnel des administrations à des fins privées ?

7. Worden er airmiles die verworven zijn in uitvoering van een dienstopdracht persoonlijk gebruikt door personeelsleden van kabinetten en administraties voor privé-doeleinden ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24449

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 8 juin 2006, à la question no 423 de M. Koen T’Sijen du 1er février 2005 (N.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 8 juni 2006, op de vraag nr. 423 van de heer Koen T’Sijen van 1 februari 2005 (N.) :



1. Depuis le début de la législature, cinq voyages en avion ont été effectués.

1. Er werden 5 vliegtuigreizen gemaakt sinds het begin van de legislatuur.

Ce chiffre concerne la cellule stratégique de M. Vande Lanotte, vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques et la cellule stratégique de M. Tuybens, secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques.

Dit cijfer heeft betrekking op de beleidscel van de heer Vande Lanotte, vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven en de beleidscel van de heer Tuybens, staatssecretaris voor Overheidsbedrijven.

Il n’y a aucun service public fédéral qui relève exclusivement du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques. En ce qui concerne le SPF Mobilité, je renvoie l’honorable membre à la réponse fourme par M. Landuyt, ministre de la Mobilité, à la question parlementaire écrite no 221 posée le 1er février 2005. (Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 123.)

Er is geen federale overheidsdienst die uitsluitend ressorteert onder de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven. Wat betreft de FOD Mobiliteit verwijs ik het geachte lid naar het antwoord verstrekt door de heer Landuyt, minister van Mobiliteit, op de schriftelijke parlementaire vraag nr. 221 gesteld op 1 februari 2005. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 123.)

2. Tous les voyages ont été effectués en classe économique. 3. La destination était le Danemark à cinq reprises. 4 à 7. Ces vols n’ont pas donné lieu à des airmiles.

2. Al de reizen waren in economy class. 3. De bestemming was vijf maal Denemarken. 4 tot 7. Er werden op deze vluchten geen airmiles verzameld.

DO 2004200503616

DO 2004200503616

Question no 467 de M. Guido De Padt du 10 mars 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 467 van de heer Guido De Padt van 10 maart 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Gare de Bruxelles-Central. — Problèmes rencontrés par les utilisateurs de chaises roulantes.

NMBS. — Station van Brussel-Centraal. — Problemen voor rolstoelgebruikers.

Les utilisateurs de chaises roulantes se plaignent des difficultés qu’ils rencontrent à la gare de BruxellesCentral. Selon ces personnes moins valides, maintenant que les ascenseurs sont à nouveau opérationnels, ce sont surtout les quais qui posent problème. Ils se plaignent principalement du peu d’aide qu’ils reçoivent lorsqu’ils descendent du train, du manque cruel de rampes mobiles et des procédures que la SNCB utilise pour avertir la gare de destination de l’arrivée d’une personne à mobilité réduite. Il existerait même une note de service de la SNCB selon laquelle les utilisateurs de chaises roulantes et de scooters ne sont pas les bienvenus aux heures de pointe.

Rolstoelgebruikers klagen over de moeilijkheden die zij ondervinden in het station Brussel-Centraal. Volgens de mindervaliden situeren de ongemakken zich nu, na de heropening van de liften, vooral op het perron. Zij hebben het onder meer over het feit dat zij niet uit de trein worden geholpen, dat er een acuut gebrek is aan mobiele laadbruggen en over de procedures die de NMBS gebruikt om het station van bestemming te verwittigen dat iemand met een rolstoel in aantocht is. Er zou zelfs een dienstnota van de NMBS bestaan, die zegt dat rolstoelen scootergebruikers niet welkom zijn tijdens de piekuren.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24450

Le Centre pour l’égalité des chances traite actuellement déjà une série de plaintes déposées par ces personnes à mobilité réduite.

Op dit ogenblik zijn reeds een aantal klachten van deze mindervaliden aanhangig bij het Centrum voor gelijkheid van kansen.

1. a) La SNCB a-t-elle connaissance des problèmes rencontrés à la gare de Bruxelles-central par les utilisateurs de chaises roulantes ?

1. a) Heeft de NMBS weet van de problemen die rolstoelgebruikers in het station Brussel-Centraal ondervinden ?

b) Si tel est le cas, de quels problèmes s’agit-il ? Ceuxci interviennent-ils principalement aux heures de pointe ?

b) Zo ja, om welke problemen gaat het en hebben die dan vooral betrekking op de spitsuren ?

2. a) Existe-t-il effectivement une note de service selon laquelle les utilisateurs de chaises roulantes et de scooters ne sont pas les bienvenus aux heures de pointe ?

2. a) Bestaat er inderdaad een dienstnota waarin staat dat rolstoelen scootergebruikers niet welkom zijn tijdens de piekuren ?

b) Si tel est le cas, sur quels faits cette note est-elle fondée ?

b) Zo ja, op basis van welke feiten werd deze nota opgesteld ?

3. a) Combien y a-t-il à la gare de Bruxelles-central de rampes d’accès en pente pour aider les utilisateurs de chaises roulantes à monter dans le train et à en descendre ?

3. a) Hoeveel hellende vlakken om rolstoelgebruikers in of af een trein te laden, zijn er in Brussel-Centraal aanwezig ?

b) La SNCB estime-t-elle que ce nombre est suffisant ?

b) Is dit aantal volgens de NMBS voldoende ?

4. a) Comment la gare de destination est-elle informée de l’arrivée d’une personne en chaise roulante ?

4. a) Op welke manier(en) wordt het station van bestemming van een rolstoelgebruiker verwittigd dat iemand met een rolstoel in aantocht is ?

b) Existe-t-il des méthodes moins complexes ?

b) Zijn er minder omslachtige mogelijkheden ?

c) Si tel est le cas, pourquoi ne sont-elles pas appliquées ?

c) Zo ja, waarom worden die niet toegepast ?

5. La SNCB a-t-elle des projets concrets pour rendre la gare de Bruxelles-central encore plus accessible aux personnes à mobilité réduite ? Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 6 juin 2006, à la question no 467 de M. Guido De Padt du 10 mars 2005 (N.) :

5. Zijn er bij de NMBS concrete plannen om Brussel-Centraal voor gehandicapten nog toegankelijker te maken ?



La SNCB consacre une attention particulière à l’accessibilité de son infrastructure de gare et de son matériel roulant pour les personnes à mobilité réduite, et plus particulièrement les usagers en fauteuil roulant. ` l’article 50 de son contrat de gestion, la SNCB A s’engage à mener une politique active en faveur des personnes à mobilité réduite, de sorte qu’elle puisse recourir au transport ferroviaire.

De NMBS besteedt speciale aandacht aan de toegankelijkheid van haar stationsinfrastructuur en rollend materieel voor personen met beperkte mobiliteit, inzonderheid voor rolstoelgebruikers.


2005

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 467 van de heer Guido De Padt van 10 maart 2005 (N.) :

In artikel 50 van het beheerscontract verbindt de NMBS zich ertoe een actief beleid te voeren ten gunste van personen met beperkte mobiliteit, zodat die een beroep kunnen doen op het spoorvervoer. 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24451

Cette politique repose sur deux axes principaux :

Dit beleid steunt op twee pijlers :

— la suppression des obstacles liés au matériel roulant pour permettre l’accès autonome au transport;

— het wegnemen van de obstakels die met het rollend materieel te maken hebben, met het oog op een autonome toegang tot het vervoermiddel;

— la fourniture d’une assistance aux personnes qui en font la demande.

— het verlenen van bijstand aan diegenen die erom vragen.

Un réseau de gares totalement accessibles est développé en concertation avec Infrabel et la SNCB` l’horizon de 2008, et dans la limite des Holding. A moyens budgétaires disponibles, les quais de 24 des 50 gares belges les plus importantes équitablement réparties sur l’ensemble du territoire seront rendus accessibles selon le concept d’accessibilité totale au moyen d’ascenseurs, de rampes ou dispositifs équivalents. La SNCB garantit dans ces 24 gares, une assistance aux personnes à mobilité réduite.

Een netwerk van volledig toegankelijke stations wordt uitgebouwd in overleg met Infrabel en de NMBS-Holding. Tegen 2008 en binnen de grenzen van de beschikbare budgettaire middelen, zullen de perrons van 24 van de 50 belangrijkste Belgische stations, evenwichtig gespreid over het gehele grondgebied, toegankelijk worden gemaakt volgens het concept van totale toegankelijkheid, door middel van liften, hellingen of gelijkwaardige inrichtingen. De NMBS garandeert in die 24 stations bijstand aan personen met beperkte mobiliteit.

Ces engagements à l’horizon 2008 ne constituent évidemment qu’un premier pas pour rendre les gares accessibles. L’effort devra également être poursuivi audelà de 2008.

Deze engagementen tegen 2008 zijn uiteraard slechts een eerste stap in het toegankelijk maken van de stations. De inspanning moet ook na 2008 verder gezet worden.

Enfin, la SNCB s’engage, dans le cadre de l’achat de nouveau matériel roulant (y compris le matériel qui sera utilisé pour le RER), à prévoir des équipements spécifiques pour les personnes à mobilité réduite.

De NMBS verbindt er zich ten slotte toe, bij de aankoop van nieuw rollend materieel (het materieel dat zal gebruikt worden voor het GEN inbegrepen), te zorgen voor specifieke uitrustingen voor personen met beperkte mobiliteit.

1. a) et b) et 2. a) et b) Les grands nombres de voyageurs que la gare de Bruxelles-Central doit gérer aux heures de pointe et la succession rapide des trains le long des quais font qu’il est difficile, voire impossible de réaliser les opérations nécessaires aux voyageurs en fauteuil roulant pour pouvoir monter et descendre, sans compromettre la ponctualité du trafic ferroviaire.

1. a) en b) en 2. a) en b) De grote aantallen reizigers die het station van Brussel Centraal moet verwerken tijdens de spitsuren en de snelle opeenvolging van treinen aan de perrons maken het niet eenvoudig, zoniet onmogelijk, de operaties nodig voor het in- en uitstappen van reizigers in een rolstoel te realiseren zonder de stiptheid van het treinverkeer in het gedrang te brengen.

Par ailleurs, il n’est pas facile non plus pour la personne en fauteuil roulant elle-même de se déplacer sur les quais bondés aux heures de pointe.

Ook voor de rolstoelgebruiker zelf is het niet eenvoudig zich in de drukte van het spitsuur op de volle perrons te verplaatsen.

Enfin, il ressort d’une analyse de risque réalisée dans le cadre de la politique menée en matière de prévention des accidents que le placement et le positionnement de la plate-forme ainsi que l’espace nécessaire à cet effet comportent souvent des risques considérables d’accidents éventuels (espace réduit sur des quais bondés), et ce tant pour les voyageurs à mobilité réduite que pour les navetteurs.

Tot slot blijkt uit een risico-onderzoek uitgevoerd in het kader van de gevoerde politiek ter voorkoming van ongevallen, dat de plaatsing en positionnering van het platform en de ruimte noodzakelijk voor de opstelling van het plaform vaak aanzienlijke risico’s inhouden voor gebeurlijke ongevallen (beperkte ruimte op een drukbevolkt perron), en dit zowel voor de reizigers met beperkte mobiliteit als de andere pendelaars.

Compte tenu de ces difficultés, il a dès lors été décidé d’instaurer, pour la gare de Bruxelles-Central, des limitations quant aux possibilités offertes aux personnes en fauteuil roulant pour monter et descendre aux heures de pointe.

Met het oog op deze knelpunten werd aldus besloten om voor het station Brussel Centraal beperkingen in te voeren op het in-en uitstappen van rolstoelgebruikers tijdens de spitsuren.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24452

Ces limitations sont clairement précisées dans le « Guide du voyageur à mobilité réduite » éditée par la SNCB ainsi que sur le site web du groupe SNCB.

Deze beperkingen zijn duidelijk opgenomen in de door de NMBS uitgegegeven « Gids voor de reiziger met beperkte mobiliteit », alsook op de Internet Website van de NMBS Groep.

En dehors des heures de pointe, les personnes en fauteuil roulant peuvent bénéficier, à la gare de Bruxelles-Central, de toute l’assistance voulue.

Buiten de spitsuren kunnen de rolstoelgebruikers in het station van Brussel Centraal zonder problemen worden verder geholpen.

3. La gare de Bruxelles-Central dispose de deux plans inclinés afin d’aider les usagers en fauteuil roulant à embarquer dans le train ou à en débarquer. Ce nombre est suffisant pour répondre aux besoins.

3. Het station Brussel-Centraal beschikt over twee hellende vlakken om rolstoelgebruikers in of uit de trein te helpen. Dit aantal voldoet aan de noden.

4. La gare de destination est avertie de deux manières de l’arrivée d’un usager en fauteuil roulant :

4. Het station van bestemming wordt op twee manieren verwittigd wanneer een rolstoelgebruiker in aantocht is :

— par télégramme, ce qui garantit l’information à la gare de destination;

— per ingeschreven dienst telegram, hetgeen een goede garantie biedt dat het bestemmingsstation op de hoogte is;

— via l’application informatique Artweb, qui suit la progression des trains.

— via de informaticatoepassing Artweb die het verloop van de treinen opvolgt.

Il va sans dire que tant la gare de destination que les éventuelles gares de correspondance sont ainsi averties.

Het spreekt voor zich dat niet alleen het bestemmingsstation, maar ook eventuele overstapstations op die manier verwittigd worden.

Un simple appel téléphonique ou l’envoi d’un courrier électronique semble plus simple, mais il n’est pas garanti que tout le personnel concerné reçoive l’information.

Uiteraard is een eenvoudig telefoontje of een mail vlotter maar deze bieden geen garantie dat alle betrokken personeelsleden op de hoogte zijn.

Remarque : du fait qu’en raison des travaux à la gare de Bruxelles-Central qui dureront jusqu’en janvier 2007, la sortie Madeleine est fermée, les voyageurs à mobilité réduite doivent quitter la gare par les autres sorties. Celles-ci se trouvent à un niveau accessible uniquement par l’ascenseur situé sur le quai 1-2. En cas de panne de cet ascenseur, il n’est dès lors pas possible de faire monter ou descendre les usagers en ` ce moment, ces voyageurs doivent fauteuil roulant. A aller à la gare de Bruxelles-Nord ou de Bruxelles-Sud. Cette information est elle aussi accessible aux clients et figure sur le site internet du groupe SNCB.

Opmerking : doordat tijdens de werken aan Brussel Centraal tot januari 2007 de uitgang Madeleine gesloten is, dienen reizigers met beperkte mobiliteit het station langs de andere uitgangen te verlaten. Deze bevinden zich op een niveau dat alleen door de lift van perron 1-2 kan bereikt worden. Daardoor is het in geval van een defect aan deze lift niet langer mogelijk om rolstoelgebruikers te laten in of uit stappen. Op dat ogenblik dienen deze reizigers zich naar Brussel Noord of Brussel Zuid te begeven. Ook deze informatie is beschikbaar voor de klanten en is opgenomen op de internet-site van de NMBS Groep.

DO 2004200503978

DO 2004200503978

Question no 507 de M. Roel Deseyn du 18 avril 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 507 van de heer Roel Deseyn van 18 april 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

La Poste. — Consultance.

De Post. — Consultancy.

Les dépenses de consultance au sein de La Poste devront être réduites à l’avenir. Elles s’élevaient en effet à 18 millions d’euros en 2003.

De consultinguitgaven binnen De Post zullen in de toekomst naar beneden moeten. Voor 2003 was de kost voor consultancy 18 miljoen euro.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24453

1. ` combien s’élevaient les frais de consultance en a) A 2004 ?

1. a) Hoeveel bedroeg de kost voor consultancy in 2004 ?

b) Quelles sont les prévisions pour 2005 ?

b) Wat is de prognose voor 2005 ?

2. a) Quelles sont les différentes sociétés de consultance concernées ?

2. a) Wat zijn de verschillende betrokken consultancybedrijven ?

b) Quel pourcentage ces sociétés extérieures représentent-elles par rapport au total des dépenses de consultance ?

b) Welk percentage vertegenwoordigen deze afzonderlijke bedrijven binnen het totaal van de consultancyuitgaven ?

3. a) Dans quels domaines La Poste a-t-elle eu recours à l’expertise de sociétés de consultance ?

3. a) Voor welke zaken werd een beroep gedaan op de expertise van consultancybureaus ?

b) Une évolution à cet égard a-t-elle été constatée au fil des années ?

b) Zit hier een evolutie in over de afgelopen jaren ?

4. a) Une analyse couˆts-bénéfices de la consultance au sein de La Poste a-t-elle été réalisée ?

4. a) Is er ooit een kosten-batenanalyse gebeurd van consultancy binnen De Post ?

b) Dans l’affirmative, de quand date-t-elle et quels en étaient les résultats ?

b) Zo ja, van wanneer dateert die en wat waren de resultaten ?

c) Dans la négative, quand aura-t-elle lieu ?

c) Zo neen, wanneer zal dit gebeuren ?

5. a) Combien de consultants indépendants travaillentils au sein de La Poste ?

5. a) Hoeveel consultants op zelfstandige basis zijn er werkzaam binnen De Post ?

b) Quel est leur couˆt sur une base mensuelle ?

b) Hoeveel bedraagt de kostprijs van deze op maandbasis ?

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 8 juin 2006, à la question no 507 de M. Roel Deseyn du 18 avril 2005 (N.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 8 juni 2006, op de vraag nr. 507 van de heer Roel Deseyn van 18 april 2005 (N.) :



1. a) En 2004, le coût total en matière de consultance s’élevait à 24 111 775 euros.

1. a) De totale kost in 2004 voor consultancy bedroeg 24 111 775 euro.

b) L’estimation relative au budget normal 2005 se situe dans le droit fil de celle des années précéden` cela s’ajoute le coût de l’expertise externe à tes. A laquelle il est fait appel dans le cadre du processus de partenariat stratégique.

b) De schatting voor het normale budget 2005 ligt in lijn met dat van de voorbije jaren. Daar komt nog de kost bij van de externe expertise die werd aangezocht in het kader van het strategisch partnerschapsproces.

2. a) et b) E´tant donné que La Poste ne souhaite pas communiquer les informations demandées, qui concernent l’exécution du service commercial, non public, il est impossible de fournir un aperçu pertinent à ce sujet.

2. a) en b) Vermits De Post de gevraagde informatie, die de uitvoering van de commercie¨le, nietopenbare dienstverlening betreft, niet wenst mee te delen, kan hierover geen relevant over zicht worden gegeven.

3. a) et b) On a fait appel à l’expertise de bureaux de

3. a) en b) Er werd beroep gedaan op de expertise van


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24454

consultance dans le cadre de missions et de projets spécifiques. Ceux-ci peuvent être regroupés sous les rubriques suivantes : Projets IT, Réorganisation processus IT, Stratégie, Human resources, Organisation et opérations et Autres.

consultancy bureaus in het kader van specifieke opdrachten en projecten. Deze kunnen gegroepeerd worden onder de volgende rubrieken : IT projecten, IT proces reorganisatie, Strategie, Human resources, Organisatie en operaties en Andere.

Le tableau ci-dessous donne un aperçu de l’évolution depuis 2000.

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de evolutie sinds 2000.

Projets IT. — IT Projecten .................... Réorganisation processus IT. — IT Proces Reorganisatie ............. Stratégie. — Strategie Human Resources ...... Organisation & Opérations. — Organisatie & Operaties ................... Autres. — Andere ...... Total Consultance. — Totaal Consulting ......

2002

2001

100,0 %

71,1 %

2,9 %

4,1 %

1,2 %

0,6 %

100,0 % 100,0 % 100,0 %

145,4 % 185,8 % 104,3 %

30,6 % 324,7 % 38,8 %

62,0 % 124,4 % 19,2 %

75,2 % 331,0 % 3,8 %

15,7 % 53,9 % 0,8 %

100,0 % 100,0 %

18,6 % 270,4 %

117,4 % 511,5 %

64,6 % 566,6 %

29,8 % 611,9 %

8,9 % 20,2 %

100,0 %

93,7 %

85,8 %

54,9 %

71,4 %

100,0 %

4. a) et c) Les membres du Comité de direction veillent attentivement aux délais d’exécution et aux budgets mis à disposition pour les diverses missions. Les dépenses en matière de projets sont évaluées préalablement au sein d’un comité d’évaluation des projets. Ce comité, mis sur pied en 2002, est composé de représentants des différents départements de La Poste. Leur avis tient compte non seulement de la rentabilité financière (sur la base de la valeur NPV, du rendement interne et de la valeur « pay back »), mais également de facteurs tels que le planning, la cohérence des objectifs, les interactions avec d’autres projets, les aspects légaux et sociaux, etc. Leur avis est soumis à la direction à laquelle appartient la décision finale. Au cours de leur mise en œuvre, les projets importants sont suivis, outre par les gestionnaires de projets compétents, par le département » gestion des projets « , qui rapporte directement à la direction. Ce département a été créé fin 2003. Les dépassements éventuels de délais ou de budget peuvent être détectés à temps graˆce à ce suivi.


2005

2003

2004

Part — Aandeel

2000

4. a) en c) De leden van het Directiecomité houden nauwlettend toezicht op de uitvoeringstermijnen en op de budgetten die voor de verschillende opdrachten beschikbaar worden gesteld. De uitgaven inzake projecten worden vooraf gee¨valueerd in een projectevaluatie comité. Dit comité is opgericht in 2002 en is samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende afdelingen binnen De Post. Hun advies houdt niet alleen rekening met financie¨le rendabiliteit (op basis NPV waarde, intern rendement en pay-backwaarde), maar ook met factoren zoals planning, consistente doelstellingen, interacties met andere projecten, legale en sociale aspecten, en dergerlijke. Hun advies wordt voorgelegd aan de directie die de uiteindelijke beslissing neemt. Tijdens de uitvoering worden de belangrijke projecten, naast de opvolging door de bevoegde projectmanagers, eveneens opgevolgd door het departement projectmanagement dat rechtstreeks aan de directie rapporteert. Dit departement werd opgericht eind 2003. Eventuele termijn- of budgetoverschrijdingen kunnen dankzij deze opvolging tijdig worden gedetecteerd. 2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24455

5. ` la fin de l’année dernière, La Poste comptait a) et b) A un certain nombre de consultants sur la base de indépendante, pour un coût total de quelque 100 000 euros par mois.

5. a) en b) De Post telde eind vorig jaar enkele consultants op zelfstandige basis, voor een totale kostprijs in de grootteorde van 100 000 euro per maand.

DO 2004200505267

DO 2004200505267

Question no 692 de M. Roel Deseyn du 4 octobre 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 692 van de heer Roel Deseyn van 4 oktober 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

La Poste. — Distribution de lampes économiques.

De Post. — Bedeling van spaarlampen.

La campagne de distribution gratuite de lampes économiques, menée à l’initiative du précédent gouvernement flamand, n’a pas connu un grand succès. Une enquête révèle ainsi que 60 % des ménages ` l’avenir, la distrin’auraient jamais reçu de lampe. A bution serait opérée directement par l’intermédiaire des magasins au moyen d’un bon-énergie.

De gratis-spaarlampenactie, een initiatief van de vorige Vlaamse regering, was geen groot succes. Onderzoek zou hebben uitgewezen dat 60 % nooit een lamp heeft gekregen. De bedeling zou in de toekomst rechtstreeks via de winkels gebeuren aan de hand van een energiebon.

1. Quelle était la valeur totale du contrat ?

1. Wat is de totale waarde geweest van het contract ?

2. a) Quand les dernières lampes ont-elles été livrées ?

2. a) Wanneer werden de laatste lampen geleverd ?

b) Cette date correspond-elle aux délais stipulés dans le contrat ?

b) Is dit in lijn met de bepaalde termijnen in het contract ?

c) Dans la négative, qu’en a-t-il résulté ?

c) Zo neen, welke consequentie had dit ?

3. a) Quel pourcentage des familles flamandes ont-elles finalement reçu une lampe ?

3. a) Hoeveel procent van de Vlaamse gezinnen heeft uiteindelijk een lamp gekregen ?

b) De combien de lampes s’agit-il au total ?

b) Om hoeveel lampen gaat het in totaal ?

4. a) Quel pourcentage des lampes économiques se sontelles cassées au cours de leur acheminement par La Poste ?

4. a) Hoeveel procent van de spaarlampen ging kapot ergens in de behandelingsketen van De Post ?

b) De combien de lampes s’agit-il au total ?

b) Om hoeveel lampen gaat het in totaal ?

5. Quel pourcentage des personnes étaient-elles présentes à leur domicile pour réceptionner directement la lampe du facteur ?

5. Hoeveel procent van de mensen was thuis om rechtstreeks de lamp van de postbode in ontvangst te nemen ?

6. Quel pourcentage de personnes ont retiré leur lampe au bureau de poste ?

6. Hoeveel procent van de mensen heeft zijn lamp opgehaald in een postkantoor ?

7. a) Combien de plaintes sont-elles parvenues à La Poste et au Service de médiation auprès de La Poste en ce qui concerne la distribution des lampes économiques ?

7. a) Hoeveel klachten ontving de Post en de Ombudsdienst bij De Post met betrekking tot de bedeling van de spaarlampen ?

b) Quelle était la principale nature de ces plaintes ?

b) Om welke klachten ging het dan vooral ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24456

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 6 juin 2006, à la question no 692 de M. Roel Deseyn du 4 octobre 2005 (N.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 692 van de heer Roel Deseyn van 4 oktober 2005 (N.) :

En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre. 1. E´tant donné que cela concerne un produit soumis à la concurrence, La Poste ne dévoile pas ces chiffres.


2. a) Pendant la semaine 30/2005.

2. a) Gedurende week 30/2005.

b) Oui.

b) Ja.

3. a) 80,92 %.

3. a) 80,92 %.

b) 1 504 689 ampoules.

b) 1 504 689 lampen.

4. a) 0,4 %.

4. a) 0,4 %.

b) 5 432 ampoules.

b) 5 432 lampen.

1. Daar dit aan concurrentie onderhevig product betreft, maakt De Post deze cijfers niet bekend.

5. 68,41 %.

5. 68,41 %.

6. 12,51 % 7.

6. 12,51 % 7.

a) Compte tenu de la nature de l’action, seules des plaintes néerlandophones ont été introduites. E´tant donné leur nombre limité, elles n’ont pas fait l’objet d’un enregistrement séparé, ni auprès de La Poste, ni auprès du Service de médiation.

a) Er kwamen, gezien de aard van de actie, enkel Nederlandstalige klachten. Omwille van het beperkte aantal werden ze noch bij De Post, noch bij de Ombudsdienst apart geregistreerd.

b) Les plaintes portaient surtout sur le fait de ne pas avoir reçu les ampoules ou d’avoir reçu des ampoules abıˆmées.

b) De klachten gingen vooral over het niet ontvangen of beschadiging van de lampen.

DO 2005200606007

DO 2005200606007

Question no 700 de M. Francis Van den Eynde du 19 octobre 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 700 van de heer Francis Van den Eynde van 19 oktober 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

Médiatrice de La Poste. — Permanence dans certaines villes.

De Post. — Ombudsdame. — Terbeschikkingstelling van het publiek in bepaalde steden.

Il me revient que les citoyens pourront dorénavant consulter la médiatrice de La Poste chaque dernier vendredi du mois dans les locaux du Service de médiation de la ville de Gand.

Ik verneem dat voortaan de ombudsdame van De Post elke laatste vrijdag van de maand op de Stedelijke Ombudsdienst van Gent ter beschikking van het publiek zal zijn.

1. Une telle permanence sera-t-elle également organisée dans d’autres villes ?

1. Zal dit ook in andere steden gebeuren ?

2. Dans l’affirmative, lesquelles ?

2. Zo ja, welke steden ?

3. Comment ces villes ont-elles été sélectionnées ?

3. Hoe werden deze steden geselecteerd ?


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24457

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 6 juin 2006, à la question no 700 de M. Francis Van den Eynde du 19 octobre 2005 (N.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 700 van de heer Francis Van den Eynde van 19 oktober 2005 (N.) :



Apparemment, Gand avait besoin de cette initiative, étant donné que la demande émanait notamment de la Médiatrice de la Ville de Gand. Le service de médiation de La Poste constate par ailleurs que pour certains clients de La Poste, surtout les personnes moins mobiles, le seuil pour venir à Bruxelles est trop élevé. Le Médiateur pour les Pensions a également été associé dès le départ.

Blijkbaar was er in Gent behoefte aan dit initiatief, want de vraag kwam onder meer van de Ombudsvrouw van de Stad Gent. De Dienst Ombudsman bij De Post ervaart bovendien dat voor sommige, vooral minder mobiele, klanten van De Post de drempel om naar Brussel te komen te hoog is. De Ombudsman voor Pensioenen werd er eveneens van in het begin bij betrokken.

Ce projet sera évalué après 1 an. Actuellement, il n’y a pas d’accords avec d’autres villes et communes.

Dit project wordt na 1 jaar gee¨valueerd. Momenteel zijn er geen afspraken met andere steden en gemeenten.

DO 2005200606726

DO 2005200606726

Question no 804 de M. Francis Van den Eynde du 28 décembre 2005 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 804 van de heer Francis Van den Eynde van 28 december 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Gares. — Distributeurs automatiques de titres de transport.

NMBS. — Spoorwegstations. — Automaten voor de verkoop van reisbiljetten.

Certaines gares des chemins de fer sont depuis peu équipées de distributeurs automatiques de titres de transport. Ces appareils ne connaıˆtraient cependant pas un succès particulièrement convaincant.

Een aantal spoorwegstations beschikken sinds kort over automaten voor de verkoop van reisbiljetten. Het succes ervan zou niet echt overtuigend zijn.

1. Confirmez-vous la tiédeur de la clientèle ?

1. Kan u dit bevestigen ?

2. Dans l’affirmative, quelle pourrait en être l’explication ? 3. Selon l’ACTP (Association des clients des transports publics), ce manque d’enthousiasme pour les distributeurs automatiques s’expliquerait par le fait qu’on perd moins de temps lorsqu’on achète son titre de transport au guichet et que les clients étrangers boudent les distributeurs automatiques. En effet, contrairement aux appareils dans les pays voisins de la Belgique, qui acceptent également les paiements en espèces, les distributeurs automatiques belges ne permettent que le paiement par carte bancaire. Quelle est votre position sur cette question ?


2. Zo ja, waaraan kan dit te wijten zijn ? 3. Volgens de ACTP (Association des Clients des Transports Publics) heeft een en ander te maken met het feit dat er minder tijd nodig is om een reisbiljet aan het loket te lopen en zou het buitenlands clie¨nteel het laten afweten omdat de automaten alleen betalingen met bankkaart aanvaarden, dit in tegenstelling met onze buurlanden, waar ook met cashgeld kan betaald worden.

Wat is uw standpunt hieromtrent ? 2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24458

Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 8 juin 2006, à la question no 804 de M. Francis Van den Eynde du 28 décembre 2005 (N.) :

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 8 juni 2006, op de vraag nr. 804 van de heer Francis Van den Eynde van 28 december 2005 (N.) :


In antwoord op de gestekte vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.

1 et 2. Les premiers automates ont été installés fin 1999, puis dans le courant de 2000.

1 en 2. De eerste automaten werden eind 1999 geplaatst, en verder in de loop van 2000.

L’utilisation des automates est variable selon les implantations. En 2005, il s’agissait de 25 000 billets/ an par appareil à Louvain à 600 billets/an pour un appareil à Ninove.

Het gebruik van de automaten varieert volgens de plaats. In 2005 ging het over 25 000 biljetten/jaar per toestel in Leuven tot 600 biljetten/jaar voor een toestel in Ninove.

L’utilisation des automates est optimal dans les gares où les guichets sont surchargés aux heures de pointe. La SNCB constate que lorsque le client a le choix entre l’utilisation d’un automate ou se faire servir dans un délai raisonnable au guichet, il opte toujours pour le guichet.

Het gebruik van de automaten is optimaal in de stations waar de loketten overbelast zijn tijdens de piekuren. De NMBS stelt vast dat wanneer de klant de keuze heeft tussen het gebruik van een automaat of een bediening aan het loket binnen een redelijke termijn, hij altijd voor het loket kiest.

Il est donc nécessaire de privilégier l’implantation de VERA (Vente et Réservation par Automate) :

VERA (Verkoop en reservatie via Automaat) moet dus eerst en vooral worden geplaatst :

— dans les gares à « haut débit » et les placer aux accès secondaires;

— in de stations met » grote afzet » en dit aan de zijingangen;

— dans des gares où aucune distribution n’est assurée.

— in de stations waar er geen biljettenverkoop is.

3. Les paiements au guichet se répartissent comme suit :

3. De betalingen aan het loket zijn als volgt gespreid :

— Cash : environ 45 %;

— Cash : ongeveer 45 %;

— Bancontact : environ 40 %;

— Bancontact : ongeveer 40 %;

— Cartes de crédit : environ 15 %.

— Kredietkaarten : ongeveer 15 %.

Actuellement, les automates acceptent uniquement les paiements Bancontact et Proton.

Momenteel aanvaarden de automaten enkel betalingen met Bancontact en Proton.

Une demande d’étendre les paiements aux cartes de crédit a été transmise à Banksys. Ce ne sera toutefois possible qu’à partir de fin 2006 car cela exige une extension qui n’est pas prioritaire pour Banksys.

Er werd bij Banksys een aanvraag ingediend om de betalingen uit te breiden tot de kredietkaarten. Dit zal echter pas mogelijk zijn tegen eind 2006 omdat een voor Banksys niet-prioritaire uitbreiding vereist is.

Quant au paiement cash, il n’apparaıˆt pas souhaitable pour les raisons suivantes :

Cash betalingen lijken niet wenselijk om de volgende redenen :

— Risque de détérioration des automates;

— Risico op beschadiging van automaten;

— Coûts importants des modifications pour des appareils déjà anciens;

— Aanzienlijke kosten voor de aanpassing van toestellen die al oud zijn;

— Taux de pénétration très important des moyens de paiement électroniques en Belgique.

— Zeer hoge penetratiegraad van de elektronische betalingsmiddelen in Belgie¨.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24459

DO 2005200607024

DO 2005200607024

Question no 837 de M. Jef Van den Bergh du 24 janvier 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 837 van de heer Jef Van den Bergh van 24 januari 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

SNCB. — Liaison ferroviaire directe entre Geel et Bruxelles.

NMBS. — Rechtstreekse treinverbinding tussen Geel en Brussel.

Dans le cadre du plan de transport, la SCNB entend établir une liaison ferroviaire directe entre Geel et ` l’heure actuelle, des mesures concrètes Bruxelles. A n’ont pas encore été prises, mais nous espérons qu’elles le seront à l’issue de l’étude relative à la possibilité d’établir une telle liaison et à son opportunité effectuée par la SNCB.

In het kader van het transportplan wil de NMBS het nodige doen om een rechtstreekse treinverbinding tussen Geel en Brussel in te stellen. Concrete maatregelen zijn er niet, maar die komen er hopelijk wel na het onderzoek dat de NMBS momenteel voert naar de mogelijkheid en wenselijkheid van een dergelijke treinverbinding.

1. Sur la base de quels critères l’étude relative à l’opportunité d’une liaison ferroviaire directe est-elle effectuée ?

1. Volgens welke criteria wordt de wenselijkheid van een rechtstreekse trreinverbinding tussen Geel en Brussel onderzocht ?

2. Quand les résultats de cette étude seront-ils disponibles ?

2. Wanneer wordt het resultaat van deze studie verwacht ?

3. Au cas ou` l’étude déboucherait sur un avis positif, cette liaision pourrait-elle déjà être établie en décembre 2006, lorsque les nouveaux horaires de train entreront en vigueur ? Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 6 juin 2006, à la question no 837 de M. Jef Van den Bergh du 24 janvier 2006 (N.) :

3. Zou de verbinding — indien het onderzoek een positief advies levert — reeds in december 2006 ingesteld kunnen worden wanneer de nieuwe dienstregeling ingaat ?



1. et 2. La mise en service d’un train supplémentaire de Geel vers Bruxelles est tributaire de la disponibilité de sillons complémentaires sur les tronçons MolHerentals-Lierre, Malines-Nekkerspoel-BruxellesNord, ainsi que dans la Jonction Nord-Midi (JNM). Dans l’état actuel des choses, aucun sillon de ce type n’est disponible de bout en bout.

1 en 2. Voor het inleggen van een bijkomende trein vanuit Geel naar Brussel moeten er aaneensluitende rijpaden gevonden worden op de baanvakken MolHerentals-Lier, Mechelen-Nekkerspoel — BrusselNoord én in de Brusselse Noord-Zuid-Verbinding (NZV). In de huidige omstandigheden is er geen dergelijk rijpad vrij.

Diverses causes sont à l’origine de cette situation, à savoir :

De factoren die de keuzevrijheid beperken zijn in dit geval :

— les travaux à Anvers-Central qui entraıˆnent des contraintes d’exploitation sur la ligne 25 AnversBruxelles;

— de werken in Antwerpen-Centraal (hierdoor zijn er beperkingen op het vlak van de spreiding op de lijn 25 Antwerpen-Brussel);

— la capacité de la JNM à Bruxelles;

— de capaciteit van de Brusselse NZV;

— vu que le tronçon Herentals — Neerpelt n’est pas électrifié l’exploitation de cette ligne nécessite du matériel diesel, mais depuis quelques années la SNCB opte de ne plus faire circuler du matériel diesel par la JNM.

— doordat het baanvak Herentals — Neerpelt niet gee¨lectriflceerd is, dient de expolitatie van deze lijn te gebeuren met dieselmaterieel, maar sinds enige jaren opteert de NMBS ervoor om geen dieselmaterieel meer door de NZV te laten rijden.


2005

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 6 juni 2006, op de vraag nr. 837 van de heer Jef Van den Bergh van 24 januari 2006 (N.) :

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24460

Le temps de parcours entre Geel et Bruxelles est actuellement de 1 h 12 en heures creuses, moyennant une correspondance de 7 minutes à Anvers-Berchem, entre l’IR e Neerpelt-Anvers et l’IC N Anvers — Bruxelles. Ce trajet dure environ 1h06 en voiture en l’absence de files. Aux heures de pointe, Geel bénéficie d’une offre semi-horaire vers Bruxelles avec des heures de départ et des temps de parcours attractifs.

Momenteel bedraagt de reistijd Geel-Brussel-Noord tijdens de daluren 1u12 met een overstap van 7 minuten in Antwerpen-Berchem van de IR e Neerpelt — Antwerpen naar de IC N Antwerpen-Brussel. Met de auto duurt dit traject, zonder files, ongeveer 1.06 uur. Tijdens de piekuren heeft Geel een halfuurverbinding met Brussel met interessante reistijden en vertrekuren.

` titre d’exemple, aux heures de pointe du matin A circulent les trains suivants :

Als voorbeeld, volgende treinen die rijden tijdens de ochtendpiek :

Départ — Vertrek

6.29 7.02 7.29 8.04

Relation — Verbinding

Correspondance à — Overstap in

P7201 + IR g 3428 IR e 3227 + IC N 4528 P7202 + IR g 3429 IR e 3228 + IC N 4529

Herentals Anvers-Berchem. — Antwerpen-Berchem Herentals Anvers-Berchem. — Antwerpen-Berchem

Temps de parcours — Reistijd

1.07 1.14 1.07 1.12

Malgré cette offre vers Bruxelles, les flux de voyageurs à destination de la capitale ne sont pas importants. Sur la base des chiffres de vente de 2004, 37 % des voyages s’effectuent vers Anvers, 41 % ont un point de destination situé le long de la ligne 15 (par exemple Lierre, Herentals, Mol, etc.) et 8 % se poursuivent jusqu’à Bruxelles.

Ondanks dit aanbod naar Brussel zijn de vervoersstromen richting Brussel eerder beperkt. Op basis van de verkoopcijfers van 2004 reist 37 % richting Antwerpen, 41 % heeft een bestemming langsheen lijn 15 (bijvoorbeeld Lier, Herentals, Mol, enzovoort.) en 8 % reist richting Brussel.

En raison de ces limitations principalement techniques et partant du constat que la durée de voyage actuelle (avec correspondance) est certes compétitive par rapport à la voiture, mais que cette offre est néanmoins peu utilisée, la SNCB ne juge pas opportun pour le moment de prévoir une relation directe Geel-Bruxelles.

Omwille van deze hoofdzakelijk technische beperkingen en de vaststelling dat de huidige reistijd (met overstap) wel concurrentieel is ten opzichte van de auto, maar relatief weinig wordt gebruikt, acht de NMBS een rechtstreekse verbinding Geel-Brussel op dit ogenblik niet opportuun.

3. Après la fin des travaux et la mise à disposition du niveau — 2 à Anvers, l’offre de trains autour d’Anvers pourra être adaptée. L’infrastructure devrait être opérationnelle en avril 2007. Ensuite, les conducteurs devront suivre une formation de 2 mois en vue de pouvoir utiliser la nouvelle infrastructure.

3. Na beeïndiging van de werken en het beschikbaar stellen van niveau — 2 te Antwerpen, kan het treinaanbod rond Antwerpen worden aangepast. De infrastructuur zou in april 2007 klaar moeten zijn. Vervolgens moeten de bestuurders worden opgeleid om de nieuwe infrastructuur te kunnen gebruiken : de voorziene termijn is 2 maanden.

Pour des raisons d’organisation (disponibilité de personnel et de matériel) et pour une question de clarté au niveau de la communication vis-à-vis de la clientèle, les changements plus importants de l’offre trains autour d’Anvers interviendront lors des adaptations (semestriels) des horaires de juin 2007.

Om organisatorische redenen (inzet personeel en materieel) en omwille van duidelijkheid naar de reizigers toe (halfjaarlijkse wijzigingen), zullen de grotere wijzigingen in de dienstregeling rond Antwerpen worden doorgevoerd in juni 2007.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24461

DO 2005200607577

DO 2005200607577

Question no 919 de M. Patrick De Groote du 21 mars 2006 (N.) au secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation :

Vraag nr. 919 van de heer Patrick De Groote van 21 maart 2006 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :

Bureau de poste d’Aarsele (Tielt). ` la mi-février 2006, La Poste a fait savoir qu’elle 1. A souhaitait fermer le bureau de poste d’Aarsele (Tielt). Cette fermeture coı¨ncide avec la fin du contrat de bail, le 24 avril 2006. Il semblerait que La Poste examine une solution alternative qui consisterait à établir un point poste dans un commerce d’Aarsele. Ce point poste n’ouvrirait ses portes qu’en janvier 2007, alors que le bureau de poste disparaıˆt en avril 2006.

Postkantoor van Aarsele (Tielt).

a) Quand l’administration communale et/ou la population de Tielt ont-elles été informées de ces changements ?

a) Wanneer werd het stadsbestuur en/of de bevolking van Tielt op de hoogte gebracht ?

b) Une solution transitoire est-elle envisagée pour la période comprise entre avril 2006 et janvier 2007 ? ` la suite de la décision de maintenir au moins 2. A un bureau de Poste dans chaque commune fusionnée, ce sont surtout les bureaux de poste qui attirent les clients de différentes communes fusionnées qui entrent en ligne de compte en premier lieu pour la fermeture. Nous l’avons déjà constaté pour le bureau de poste du quartier Flora à Merelbeke qui attirait des clients de Melle et Gentbrugge. C’est également le cas pour le bureau de poste d’Aarsele qui attire des clients de Kanegem (Tielt), Dentergem, Vinkt (Deinze) et Wontergem (Deinze). La situation est inverse pour les communes de la région qui n’ont jamais fusionné : Ruiselede et Meulebeke conservent ainsi automatiquement leur bureau de poste. D’une manière générale, force est de constater que la taille des 589 communes belges est très variable.

b) Wordt er aan een tussentijdse oplossing gewerkt voor de periode april 2006-januari 2007 ?

a) Cette situation ne fausse-t-elle pas le choix des bureaux de poste à fermer ?

a) Wordt zo de keuze niet vervalst ?

b) Dans quelle mesure La Poste tient-elle compte de la répartition de la clientèle sur différentes communes ?

b) In welke mate houdt De Post rekening met de spreiding van klanten over verschillende gemeenten ?

c) Quelle répartition optimale La Poste envisage-telle pour ses bureaux ? ` quelle distance les uns des autres peuvent/ d) A doivent se situer les bureaux qui offrent un service maximal ?

c) Welke optimale spreiding ziet De Post voor haar filialen ?

3. a) Comment La Poste explique-t-elle la fermeture du bureau de poste d’Aarsele ?

3. a) Hoe motiveert De Post de sluiting van het postkantoor van Aarsele ?

b) Quels facteurs ont-ils motivé la fermeture du bureau d’Aarsele en particulier : la location du baˆtiment abritant le bureau de poste, les investisse-

b) Welke motieven hebben bij de sluiting de doorslag gegeven specifiek voor Aarsele : het huren van het filiaalgebouw, de nodige investeringen, de veilig-


2005

1. Half februari 2006 liet De Post weten dat ze het postkantoor in Aarsele (Tielt) wenst te sluiten. Dit valt samen met het einde van het huurcontract op 24 april 2006. De Post zou werken aan een alternatief in de vorm van een postpunt in een handelszaak te Aarsele. Dit postpunt zou er slecht komen in januari 2007, terwijl het kantoor sluit in april 2006.

2. De keuze om in elke fusiegemeente zeker één postkantoor te behouden leidt er toe dat vooral postkantoren die hun klanten rekruteren uit verschillende fusiegemeenten als eerste voor sluiting in aanmerking komen. We zagen dit reeds voor het postkantoor in de Florawijk-Merelbeke die haar klanten haalde in Melle en Gentbrugge. Ook voor Aarsele die haar klanten haalt in Kanegem (Tielt), Dentergem, Vinkt (Deinze) en Wontergem (Deinze) is dit het geval. Omgekeerd zien we in de streek gemeenten die nooit gefusioneerd zijn : Ruiselede en Meulebeke behouden zo automatisch hun kantoor. In het algemeen kan men stellen dat er in de grootte van de 589 Belgische gemeenten er een enorm verschil is.

d) Op hoeveel afstand mogen/moeten kantoren liggen met een maximale dienstverlening ?

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24462

ments nécessaires, la sécurité du baˆtiment, la rentabilité de la filiale, le nombre de clients et d’opérations, la densité de population, la distance par rapport aux solutions alternatives, etc. ? Pouvezvous préciser ces éléments ?

heid van het gebouw, de rendabiliteit van het filiaal, het aantal klanten en verrichtingen, de bevolkingsdichtheid, de afstand van alternatieven, enzovoort en kan u daarover de gegevens verstrekken ?

4. a) Que pense La Poste de l’offre de la commune de Tielt qui est prête à mettre l’ancienne maison communale d’Aarsele gratuitement à la disposition de La Poste ?

4. a) Hoe staat De Post tegenover het aanbod van de gemeente Tielt om het oud gemeentehuis van Aarsele gratis ter beschikking te stellen aan De Post ?

b) Quel était l’avis du service technique ?

b) Hoe luidde het advies van de technische dienst ?

c) Si le couˆt du loyer du bureau de poste d’Aarsele ne devait plus être pris en compte, ce bureau serait-il (à nouveau) (plus) rentable ?

c) Zou het wegvallen van de huur van het postkantoor in Aarsele dit filiaal (weer) rendabel(er) kunnen maken ?

d) Cette solution a-t-elle été examinée ?

d) Werd de piste onderzocht ?

e) Des travaux de transformation ou des investissements doivent-ils être réalisés pour la sécurité de ce bureau de poste ?

e) Dienen er verbouwingswerken of investeringen te gebeuren voor de veilighheid van het kantoor ?

f) La commune est-elle prête à participer au couˆt de ces travaux ?

f) Is de gemeente bereid om daar mee in te investeren ?

g) Cette question a-t-elle été posée par La Poste ?

g) Is deze vraag door De Post gesteld ?

h) La commune a-t-elle proposé d’autres implantations pour un bureau ?

h) Werden er door de gemeente nog alternatieven vestigingsplaatsen voor een filiaal aangeboden ?

i) La Poste est-elle encore intéressée ? ` Tielt même, deux bureaux sont séparés d’à 5. A peine un kilomètre.

i) Is De Post daarin nog geı¨nteresseerd ?

a) Comment se présente l’avenir de ces deux bureaux ?

a) Hoe ziet de toekomst eruit voor deze twee kantoren ?

b) Continueront-ils tous deux à offrir le service actuel ou Tielt 2 servira-t-il uniquement de centre de tri ? Réponse du secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation du 8 juin 2006, à la question no 919 de M. Patrick De Groote du 21 mars 2006 (N.) :

b) Zullen beiden als een kantoor met dienstverlening blijven of zal Tielt 2 enkel als sorteerplaats dienen ?



Pour assurer son avenir, La Poste doit supprimer la perte considérable qu’elle essuie chaque année dans son réseau de bureaux de poste en renouvelant sa gamme de produits, d’un part et en optimalisant le réseau-même, d’autre part. Cela implique que dans un certain nombre de cas — tels que bail final, besoin de gros investissements en raison du mauvais état du baˆtiment ou pour des raisons de sécurité, faible rentabilité — l’on peut passer au regroupement de services. Souvent, il s’agit d’une combinaison de motifs.

Om haar toekomst veilig te stellen moet De Post het jaarlijkse aanzienlijke verlies dat ze maakt in haar netwerk van postkantoren wegwerken door enerzijds het productgamma te vernieuwen en anderzijds het netwerk zelf te optimaliseren. Dit houdt in dat men in een aantal gevallen — zoals bijvoorbeeld einde huurceel, grote investeringsbehoefte omwille van slechte staat van gebouw of veiligheidsredenen, lage rentabiliteit — kan overgaan tot hergroepering van de dienstverlening. Vaak gaat het om een combinatie van redenen.


2005

5. In Tielt zelf liggen er op afstand van nauwelijks één kilometer twee kantoren.

Antwoord van de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken van 8 juni 2006, op de vraag nr. 919 van de heer Patrick De Groote van 21 maart 2006 (N.) :

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24463

Bien qu’aux termes du contrat de gestion, La Poste ne soit obligée de se concerter avec les autorités locales que si, lors de la fermeture d’un point de service, le prochain point de service postal à assortiment complet se trouve à plus de 5 kilomètres de distance, il a été convenu d’un commun accord avec ma cellule stratégique de mieux informer les autorités locales et l’utilisateur.

Hoewel De Post volgens de letter van het beheerscontract enkel de verplichting heeft om overleg te plegen met de lokale autoriteiten indien, bij de sluiting van een service punt, het volgende postaal service punt met volledig assortiment meer dan 5 kilometer verder ligt, werd in onderling overleg met mijn beleidscel besloten de lokale autoriteiten en de gebruiker beter te informeren.

Ainsi, La Poste informe les autorités locales de son intention quelques mois avant la fermeture. Lors d’un entretien avec les autorités locales, les représentants de La Poste donnent de plus amples explications. En même temps, le percepteur et le personnel du bureau concerné sont informés. De plus, une lettre est adressée aux clients du bureau dont le nom est connu et des affiches concernant la fermeture prévue sont posées dans le bureau concerné. Enfin, dix jours avant la fermeture, un toutes boıˆtes est distribué par lequel on informe la population des changements opérationnels et des alternatives disponibles.

Zo licht De Post de lokale autoriteiten een paar maanden voorafgaand aan de sluiting in van haar voornemen. Ter plekke wordt er tijdens een onderhoud met de lokale autoriteiten een nadere toelichting gegeven door de vertegenwoordigers van De Post. Gelijktijdig hiermee worden de postmeester en het personeel van het betrokken kantoor ingelicht. Aanvullend worden de met naam gekende klanten van het kantoor aangeschreven en worden er in het betrokken kantoor affiches opgehangen aangaande de geplande sluiting. Ten slotte wordt een tiental dagen voorafgaand aan de sluiting in een deur-aan-deur- foldertje melding gemaakt van de operationele wijzigingen en de beschikbare alternatieven.

1. a) La population et l’administration communale ont été informées de l’intention de fermeture en janvier 2006.

1. a) De bevolking en het stadsbestuur werden in januari 2006 op de hoogte gebracht van het voornemen het postkantoor te sluiten.

b) Les clients peuvent se rendre aux bureaux de Tielt ou Ruiselede. D’autres alternatives sont :

b) De klanten kunnen zich naar het postkantoor van Tielt of Ruiselede begeven. Andere alternatieven zijn :

— l’usage des services par le biais du facteur;

— gebruik maken van de dienstverlening door de postbode;

— eShop : www.poste.be/eShop.

— eShop : www.post.be/eShop.

2. a) et b) La Poste tient compte entre autres du nombre de contacts dans le bureau et de la population.

2. a) en b) De Post houdt ook rekening met onder meer het aantal klantencontacten in het kantoor en de bevolking.

c) La Poste sera dotée d’un réseau d’environ 1 300 points de service postal, soit le niveau qui prévaut aujourd’hui. Lors de l’ouverture de Points Poste, La Poste recherchera un étalement équilibré. L’ouverture d’un Point Poste ne dépend néanmoins pas uniquement de La Poste, mais également de l’attribution du marché local.

c) De Post zal ook in de toekomst over een netwerk van nagenoeg 1 300 servicepunten blijven beschikken. Bij het openen van PostPunten, zal De Post natuurlijk naar een evenwichtige spreiding streven. Het openen van een PostPunt hangt echter niet alleen af van De Post, maar ook van de lokale aanbesteding.

d) Extrait du contrat de gestion : « Pour chaque point de service postal offrant un assortiment de base, il existe un bureau de poste à assortiment complet à une distance maximale de 10 kilomètres par la route. »

d) Uittreksel uit het beheerscontract : « Voor elk postaal service punt met een basisassortiment bevindt zich op een maximale afstand van 10 kilometer over de weg, een postkantoor met volledig assortiment. »

3. a) et b) Le propriétaire du baˆtiment a donné renon au bail de location.

3. a) en b) Het huurcontract werd door de eigenaar van het gebouw opgezegd.

4. a) La continuité des services postaux sur la commune

4. a) Er zal te Aarsele een PostPunt geopend worden om


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24464

d’Aarsele sera assurée par la présence d’un Point Poste. Un marché local sera ouvert et la commune peut/pourra y répondre.

de voortzetting van de postale dienstverlening te waarborgen. Een lokale markt zal geopend worden en de gemeente kan/mag hierop antwoorden.

b) Tant que le marché n’est pas ouvert, il n’y aura pas d’avis des services techniques.

b) Zolang de lokale markt niet geopend is, zal er geen advies van de technische diensten zijn.

c) à i) Ceci est à examiner si la commune fait une offre.

c) tot i) Dit is te onderzoeken als de gemeente een aanbod doet.

5. a) et b) Actuellement, aucun regroupement n’est prévu sur Tielt.

5. a) en b) Momenteel is er geen hergroepering van de kantoren te Tielt gepland.


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24465

IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp CA

DO

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur

* Question sans réponse

Page Blz.

* Vraag zonder antwoord

Premier ministre Eerste minister 1

2005200607956

3- 5-2006

122

Bart Laeremans

CPCL. — Festivités organisées à l’occasion du 175e anniversaire de la Belgique. — Saint-Gilles. — Dépliants unilingues francophones. VCT. — Festiviteiten voor 175 jaar Belgie¨. — SintGillis. — Eentalige Franstalige folders.

24387

Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 1

2005200607202 13- 2-2006

930

Mw. Sabien Lahaye-Battheu

Chambre des mises en accusation. — Requêtes. — Décision. — Délai de quinze jours. Kamer van inbeschuldigingstelling. — Verzoekschriften. — Uitspraak. — Termijn van vijftien dagen.

24388

8

2005200607895 27- 4-2006

1008

Dylan Casaer

* Majorité sexuelle. — Droit à l’autodétermination. — Limite d’aˆge. Seksuele meerderjarigheid. — Zelfbeschikkingsrecht. — Leeftijdsgrens.

24347

8

2005200607898 27- 4-2006

1009

Dylan Casaer

* Tiger-kidnappings. — Plan d’action « Charles Quint ». Tiger-kidnappings. — Actieplan « Karel de vijfde ».

24348

8

2005200607905 28- 4-2006

1010

Alfons Borginon

* Introduction de la surveillance électronique comme peine autonome. Invoering van « Elektronisch Toezicht » als autonome straf.

24349

8

2005200607909 28- 4-2006

1011

Guy D’haeseleer

* Examens linguistiques destinés au personnel du greffe de Bruxelles. Taalexamens voor het griffiepersoneel te Brussel.

24350

8

2005200607911 28- 4-2006

1012

Mw. Annemie Turtelboom

* Consommation de drogues. — Effets mortels. Drugsgebruik. — Dodelijke effecten.

24351

8

2005200607922

2- 5-2006

1013

Mw. Marleen Govaerts

* Procès-verbaux établis à la suite de la saisie d’armes prohibées. Processen-verbaal opgesteld na de inbeslagname van verboden wapens.

24351

8

2005200607923

2- 5-2006

1014

Guido De Padt

* Agences de paris. — Recours à des listes noires contenant les noms de fraudeurs et les transactions suspectes. Gokkantoren. — Gebruik van zwarte lijsten met namen van fraudeurs en verdachte transacties.

24352


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24466

CA

DO

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


8

2005200607929

2- 5-2006

1015

Mw. Dalila Douifi

* Femmes enceintes en détention. — Accouchements de femmes en détention. Gedetineerde zwangere vrouwen. — Bevallingen van gedetineerde vrouwen.

24352

8

2005200607945

3- 5-2006

1016

Jef Van den Bergh

* Conduite d’un véhicule sans permis de conduire valable ou pendant des périodes de déchéance du droit de conduire. Besturen van een voertuig zonder geldig rijbewijs of tijdens perioden van verval van het recht tot sturen.

24353

8

2005200607955

3- 5-2006

1017

Bart Laeremans

* Arrondissement de Bruxelles. — Hold-up. Arrondissement Brussel. — Hold-ups.

24354

1

2005200608108 22- 5-2006

1034

Melchior Wathelet

Rapport secret des Comités P et R relatif à l’affaire « Erdal ». Geheim verslag van de Comités P en I in verband met de zaak-Erdal.

24389

Vice-premier ministre et ministre des Finances Vice-eerste minister en minister van Financie¨n 1

2005200607580 21- 3-2006

1195

Ortwin Depoortere

Critères régissant la participation de membres de la famille aux voyages de service. Gehanteerde criteria om familieleden te laten deelnemen aan dienstreizen.

24391

1

2005200607775 18- 4-2006

1223

Bart Laeremans

Couˆt de la formation d’étudiants étrangers. Kost buitenlandse studenten.

24391

1

2005200607880 26- 4-2006

1250

Carl Devlies

Enquêtes en banque dans le secteur de la TVA. Bankonderzoeken in de sector BTW.

24392

8

2005200607920

2- 5-2006

1259

Melchior Wathelet

* Assujettissement des concessions domaniales à la TVA. BTW-heffing op domaniale concessies.

24355

8

2005200607928

2- 5-2006

1260

Staf Neel

* Taxe compensatoire des accises pour les voitures diesel. Accijnscompenserende belasting voor dieselwagens.

24356

8

2005200607938

3- 5-2006

1265

Melchior Wathelet

* TVA. — Limitation de la déduction de la TVA sur les voitures. BTW. — Beperking van de aftrek van de BTW op voertuigen.

24356

8

2005200607954

3- 5-2006

1273

Dirk Van der Maelen

* Impoˆts sur les revenus. — Exonération de précompte immobilier. — Chambres d’étudiant. Inkomstenbelastingen. — Vrijstelling van onroerende voorheffing. — Studentenkamers.

24357

1

2005200607993

8- 5-2006

1278

Carl Devlies

Constitution d’un droit réel. — Droit à déduction. — Services de conseil. Vestiging zakelijk recht. — Recht op aftrek. — Adviesdiensten.

24394

1

2005200608118 22- 5-2006

1302

Servais Verherstraeten

Caisse des dépoˆts et consignations. — Procédure de faillite. — Sommes versées. Deposito. — en Consignatiekas. — Faillissementsprocedure. — Gestorte sommen.

24395


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 CA

DO

24467


Date Datum

Objet Voorwerp

Auteur

* Question sans réponse 1

Page Blz.


2005200608163 29- 5-2006

1307

Walter Muls

Documents parlementaires transmis par le gouvernement au parlement. — Frais de traduction. Overmaken van parlementaire stukken door regering aan parlement. — Vertaalkosten.

24398

Vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation Vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken Budget — Begroting 8

2005200607774 18- 4-2006

91

Bart Laeremans

* « E´quilibre » du budget 2005. « Evenwicht » begroting 2005.

24358

Protection de la consommation — Consumentenzaken 8

2005200607346 23- 2-2006

197

Mw. Hilde Dierickx * « Branding ». « Branding ».

24359

8

2005200607932

2- 5-2006

199

Dirk Claes

* Normes de qualité pour les bicyclettes. — Controˆle. Kwaliteitsnormen voor fietsen. — Onderzoek.

24359

6

2005200607991

8- 5-2006

200

Mme Muriel Gerkens

Carburants et combustibles pétroliers meilleurs pour l’environnement. Milieuvriendelijke oliebrandstof.

24398

Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 1

2004200504051 22- 4-2005

598

Staf Neel

Cabinets. — Journal interne du personnel. Kabinetten. — Interne personeelskrant.

24399

1

2004200504855 26- 7-2005

702

Geert Lambert

Communes. — Installation de caméras. Gemeenten. — Plaatsen van camera’s.

24402

1

2004200505074 13- 9-2005

728

Mw. Annelies Storms

Assurance obligatoire de la responsabilité civile en cas d’incendie ou d’explosion pour certaines structures de soins. Verplichte verzekering van burgerlijke aansprakelijkheid in geval van brand of ontploffing voor bepaalde zorgvormen.

24404

1

2004200505242 30- 9-2005

778

Guido De Padt

Détention préventive. — Chambre du conseil. — Libération conditionnelle. Voorlopige hechtenis. — Raadkamer. — Voorwaardelijke vrijheid.

24405

1

2005200606461 29-11-2005

808

Mw. Nancy Caslo

Services 100. — Pénurie de personnel. 100-diensten. — Personeelstekort.

24406

1

2005200606936 18- 1-2006

870

Mme Jacqueline Galant

Dispositif pour informer les populations par SMS en cas d’inondations imminentes. Verklikkerinrichting om de bevolking in geval van dreigende watersnood per sms te verwittigen.

24408

1

2005200607401

919

Guido De Padt

Chefs de corps de la police locale. — Mandats. — E´preuves d’assessment. Chefs van het lokale politiekorps. — Mandaten. — Assessmentproeven.

24409

2- 3-2006


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24468

CA

DO

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


1

2005200607536 16- 3-2006

930

Gerolf Annemans

Conférence sur la Migration et le Développement. — Absence d’informations, de documents et de formulaires d’inscription en néerlandais. Conferentie over Migratie en Ontwikkeling. — Gebrek aan Nederlandstalige inschrijvingsformulieren, informatie en documenten.

24411

1

2005200607752 14- 4-2006

968


Résidences successives de la terroriste turque F. Erdal. Verblijfplaatsen van de Turkse terroriste F. Erdal.

24412

1

2005200607762 18- 4-2006

970

Dirk Claes

Application de la loi football. — Nouvelle circulaire. Toepassing van de voetbalwet. — Nieuwe omzendbrief.

24412

1

2005200607788 19- 4-2006

974

Mw. Nathalie Muylle

Indemnisations par le Fonds des calamités. Uitbetaling van schadevergoedingen uit Rampenfonds.

24414 het

1

2005200607795 19- 4-2006

975

Mw. Hilde Dierickx

Services d’incendie. — Controˆle du fonctionnement des sorties de secours de certains baˆtiments. Brandweerdiensten. — Controles werking van nooduitgangen in bepaalde gebouwen.

24416

1

2005200607800 19- 4-2006

977

Mw. Sabien Lahaye-Battheu

Demandeurs d’asile déboutés. — Ordres de quitter le territoire. — Procédure devant le Conseil d’E´tat. Afgewezen asielzoekers. — Bevelen om het grondgebied te verlaten. — Procedure bij de Raad van State.

24418

1

2005200607820 20- 4-2006

978

Mw. Hilde Dierickx

Bornes d’appel. — Appels à destination de la police. Praatpalen. — Politieoproepen.

24419

1

2005200607860 24- 4-2006

994

Mme Muriel Gerkens

Détecteurs de fumée qui contiennent du matériel radioactif. Rookmelders die radioactief materiaal bevatten.

24421

8

2005200607917

2- 5-2006

999

Melchior Wathelet

* Zones de police de la Région de Bruxelles-Capitale. — Cadres opérationnels. Politiezones van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. — Operationele kaders.

24360

8

2005200607955

3- 5-2006

1000

Bart Laeremans

* Arrondissement de Bruxelles. — Hold-up. Arrondissement Brussel. — Hold-ups.

24361

8

2005200607957

3- 5-2006

1001

Bart Laeremans

* Fehriye Erdal. — Assignation à résidence dans un lieu tenu secret. — Couˆt. Erdal. — Vaste geheime verblijfplaats. — Onkosten.

24361

Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Zaken 8

2005200607910 28- 4-2006

346

Mw. Inga Verhaert * Départ forcé de l’UNHCR d’Ouzbékistan. Gedwongen vertrek van UNHCR uit Oezbekistan.

24362

8

2005200607948

348

Francis Van den Eynde

24363

3- 5-2006


2005

* Turquie. — Agitation au sein de la population kurde dans les villes. Turkije. — Koerdische onrust in de steden.

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 CA

DO

24469

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 8

2005200607900 27- 4-2006

386

Mw. Hilde Vautmans

* Utilisation d’installations militaires. — Concessions permanentes et temporaires. Gebruik van militaire installaties. — Permanente en tijdelijke concessies.

24363

Ministre de l’Ećonomie, de l’Eńergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Ećonomie — Economie 1

2005200607867 25- 4-2006

449

Guido De Padt

8

2005200607934

3- 5-2006

451

Mw. Trees Pieters

1

2005200607425

6- 3-2006

452

Dirk Van der Maelen

8

2005200607953

3- 5-2006

453

Dirk Van der Maelen

Service de Métrologie. — E´talonnage de radars. Dienst voor Metrologie. — Ijking van radartoestellen.

24422

* Double assurance omnium pour un même risque. — Déplacements de service de fonctionnaires fédéraux. — Récupération partielle de primes. — Délais de prescription. Dubbele omniumverzekering voor eenzelfde risico. — Dienstverplaatsingen van federale ambtenaren. — Gedeeltelijke terugvordering van premies. — Verjaringstermijnen.

24364

Exportation d’armes. Uitvoer van wapenmateriaal. * Qualité du gasoil de chauffage et du diesel routier. Kwaliteit van de huisbrandolie en diesel.

24424 24366

Eńergie — Energie 8

2005200607942

3- 5-2006

176

Mw. Inga Verhaert * Aide supplémentaire pour la construction d’un nouveau sarcophage à Tchernobyl. Extra steun voor de bouw van een nieuwe sarcofaag in Tsjernobyl.

24367

Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken 8

2005200607924

2- 5-2006


470


2005

* Ancien arrêté royal relatif à la limitation du cumul entre une pension et une allocation pour maladie professionnelle ou accident du travail. — Arrêt de la Cour de cassation. Oud koninklijk besluit ter beperking van de cumul van een pensioen met een uitkering voor beroepsziekte of arbeidsongeval. — Uitspraak Hof van Cassatie.

2006

24368


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24470

CA

DO


Date Datum

Objet Voorwerp

Auteur


2005200607944

Page Blz.


3- 5-2006

471

Jo Vandeurzen

* Financement de personnes séjournant en maison de repos. — Assurance maladie. Financiering van rustoordbewoners. — Ziekteverzekering.

24368

Santé publique — Volksgezondheid 8

2005200607901 27- 4-2006

738

Mw. Nathalie Muylle

* Banque de données pour l’enregistrement de chevaux. Gegevensbank voor de registratie van paarden.

24369

8

2005200607903 27- 4-2006

740

Mw. Nathalie Muylle

* AFSCA. — Guides relatifs à l’autocontroˆle. FAVV. — Autocontrolegidsen.

24369

8

2005200607907 28- 4-2006

741

Paul Tant

* SMUR de Grammont. — Projet pilote. — Agrément. MUG-Geraardsbergen. — Proefproject. — Erkenning.

24370

8

2005200607915

2- 5-2006

742

Mme Corinne De Permentier

* Nuisances occasionnées par les pigeons. Overlast veroorzaakt door duiven.

24371

8

2005200607916

2- 5-2006

743

Mme Corinne De Permentier

* Stérilisation des chats errants. Sterilisatie van zwerfkatten.

24372

8

2005200607930

2- 5-2006

744

Koen Bultinck

* Lucratif trafic d’organes en Chine. Winstgevende handel in organen in China.

24372

Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Fonction publique — Ambtenarenzaken 1

2005200607830 21- 4-2006

204

Pieter De Crem

8

2005200607934

205

Mw. Trees Pieters

3- 5-2006

Assurance hospitalisation des fonctionnaires. Hospitalisatieverzekering ambtenaren. * Double assurance omnium pour un même risque. — Déplacements de service de fonctionnaires fédéraux. — Récupération partielle de primes. — Délais de prescription. Dubbele omniumverzekering voor eenzelfde risico. — Dienstverplaatsingen van federale ambtenaren. — Gedeeltelijke terugvordering van premies. — Verjaringstermijnen.

24426 24373

Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie 1

2005200607683 31- 3-2006


193

Jean-Marc Nollet

2005

Politique de placement des administrations publiques. — Critères de durabilité et d’éthique. Beleggingsbeleid van de overheid. — Ethische en duurzaamheidscriteria.

2006

24427


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 CA

DO

24471

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


2005200607960

3- 5-2006

Page Blz.

* Vraag zonder antwoord 208

Mw. Hilde Dierickx * CPAS. — E´tudiants. — Formation professionnelle en alternance. OCMW. — Studenten. — Alternerende beroepsopleiding.

24376

Ministre de la Mobilité Minister van Mobiliteit 8

2005200607914

2- 5-2006

464

Mw. Annelies Storms

* Composition du parc automobile belge. Samenstelling van het Belgische wagenpark.

24377

8

2005200607926

2- 5-2006

465

Mw. Annelies Storms

* Vente de voitures respectueuses de l’environnement. Verkoop van milieuvriendelijke wagens.

24378

8

2005200607939

3- 5-2006

466

Mw. Annelies Storms

* Mise en œuvre du plan fédéral de développement durable 2004-2008. Uitvoering van het federaal plan inzake duurzame ontwikkeling 2004-2008.

24378

Ministre de l’Environnement et des Pensions Minister van Leefmilieu en Pensioenen Environnement — Leefmilieu 1

2005200607683 31- 3-2006

96

Jean-Marc Nollet

8

2005200607939

97

Mw. Annelies Storms

3- 5-2006

Politique de placement des administrations publiques. — Critères de durabilité et d’éthique. Beleggingsbeleid van de overheid. — Ethische en duurzaamheidscriteria.

24429

* Mise en œuvre du plan fédéral de développement durable 2004-2008. Uitvoering van het federaal plan inzake duurzame ontwikkeling 2004-2008.

24379

Pensions — Pensioenen 8

2005200607927

2- 5-2006

163


* Ancien arrêté royal visant à limiter le cumul d’une pension avec une allocation de maladie professionnelle ou d’accident de travail. — Arrêt de la Cour de cassation. Oud koninklijk besluit ter beperking van de cumul van een pensioen met een uitkering voor beroepsziekte of arbeidsongeval. — Uitspraak Hof van Cassatie.

24380

Ministre de l’Emploi Minister van Werk 1

2005200607741

7- 4-2006


504


2005

Travailleurs provenant des nouveaux E´tats membres de l’UE. — Libre circulation des travailleurs. — Possibilités de controˆle. Werknemers uit de nieuwe EU-lidstaten. — Vrij verkeer van werknemers. — Controleerbaarheid.

2006

24430


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006

24472

CA

DO

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


1

2005200607742

7- 4-2006

505


Libre circulation des services. — Travailleurs des nouveaux E´tats membres de l’UE. — Réglementation de la responsabilité. Vrij verkeer van diensten. — Werknemers uit nieuwe EU-lidstaten. — Aansprakelijkheidsregeling.

24433

1

2005200607862 25- 4-2006

510

Philippe Monfils

Statut social des artistes de spectacle. Sociaal statuut van de podiumkunstenaars.

24435

8

2005200607899 27- 4-2006

513

Alfons Borginon

* Fedict. — Plans de secours. — Pannes de l’infrastructure TIC des SPF. Fedict. — « Contingency-plannen ». — Uitvallen ICT-infrastructuur van FOD’s.

24381

8

2005200607933

3- 5-2006

515


* E´pargne-formation pour les travailleurs. Vormingssparen voor werknemers.

24382

6

2005200607943

3- 5-2006

516

Melchior Wathelet

Conséquences du congé pour soins palliatifs sur le calcul des vacances annuelles. Weerslag van het palliatief verlof op de berekening van de jaarlijkse vakantie.

24436

6

2005200607966

4- 5-2006

520

Mw. Maggie De Block

Entreprises. — Personnel. — Déclaration annuelle sur l’honneur concernant la prise en charge d’enfants. Bedrijven. — Werknemers. — Jaarlijkse verklaring op eer over de tenlasteneming van kinderen.

24437

1

2005200607968

4- 5-2006

522

Mw. Maggie De Block

Entreprises. — Etablissement du bilan social. Bedrijven. — Opmaak van de sociale balans.

24438

6

2005200607974

4- 5-2006

525

Mw. Maggie De Block

Entreprises. — Obligation de compléter une enquête trisannuelle sur les déplacements des travailleurs entre le domicile et le lieu de travail. Bedrijven. — Invulling driejaarlijkse woonwerkenquête voor hun werknemers.

24441

1

2005200607981

5- 5-2006

527

Guy D’haeseleer

Choˆmeurs. — Allocation pour reprise du travail. Werklozen. — Werkhervattingstoeslagen.

24442

Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères Staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken 1

2005200607980

5- 5-2006

56

Mw. Alexandra Colen

Transposition des directives européennes en droit belge. — Nombre de lois. Omzetting Europese richtlijnen in Belgische wetgeving. — Aantal wetten.

24442

1

2005200608152 24- 5-2006

57


Organisation des jobs de vacances au sein du Service public fédéral (SPF). Organisatie van de vakantiejobwerking binnen de Federale Overheidsdienst (FOD).

24445


2005

2006


QRVA 51 124 12 - 6 - 2006 CA

DO

24473

Date Datum


Objet Voorwerp

Auteur


Page Blz.


Secrétaire d’E´tat aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken 1

2004200503154 19- 1-2005

409

Jean-Marc Nollet

1

2004200503262

1- 2-2005

423

Koen T’Sijen

1

2004200503616 10- 3-2005

467

Guido De Padt

1

2004200503978 18- 4-2005

507

Roel Deseyn

1

2004200505267

4-10-2005

692

Roel Deseyn

1

2005200606007 19-10-2005

700


1

2005200606726 28-12-2005

804


1

2005200607024 24- 1-2006

837

Jef Van den Bergh

1

2005200607577 21- 3-2006

919

Patrick De Groote

8

2005200607904 27- 4-2006

958

Roel Deseyn

8

2005200607908 28- 4-2006

959

8

2005200607913 28- 4-2006

960

Mw. Hilde Vautmans Jan Mortelmans

8

2005200607921

2- 5-2006

961

Jan Mortelmans

8

2005200607925

2- 5-2006

962

Guy D’haeseleer

8

2005200607931

2- 5-2006

963

Dirk Claes


Composition — Zetwerk: IPM S.A.

2005

SNCB. — Ligne ferroviaire Tournai-Lille. NMBS. — Spoorlijn Doornik-Rijsel. Cabinets et administrations. — Voyages en avion. Kabinetten en administraties. — Vliegtuigreizen. SNCB. — Gare de Bruxelles-Central. — Problèmes rencontrés par les utilisateurs de chaises roulantes. NMBS. — Station van Brussel-Centraal. — Problemen voor rolstoelgebruikers. La Poste. — Consultance. De Post. — Consultancy. La Poste. — Distribution de lampes économiques. De Post. — Bedeling van spaarlampen. Médiatrice de La Poste. — Permanence dans certaines villes. De Post. — Ombudsdame. — Terbeschikkingstelling van het publiek in bepaalde steden. SNCB. — Gares. — Distributeurs automatiques de titres de transport. NMBS. — Spoorwegstations. — Automaten voor de verkoop van reisbiljetten. SNCB. — Liaison ferroviaire directe entre Geel et Bruxelles. NMBS. — Rechtstreekse treinverbinding tussen Geel en Brussel. Bureau de poste d’Aarsele (Tielt). Postkantoor van Aarsele (Tielt). * SNCB. — Gare de Bissegem. — Adaptations. NMBS. — Station van Bissegem. — Aanpassingen. * La Poste. — Bureaux de poste de Gingelom et Jeuk. De Post. — Postkantoren in Gingelom en Jeuk. * SNCB. — Passages à niveau de 1ère catégorie. — Accidents dus à une collision entre un train et un autre véhicule. NMBS. — Spoorwegoverwegen van 1ste categorie. — Ongevallen tussen treinen en andere voertuigen. * SNCB. — Passages à niveau. — Accidents impliquant des trains et d’autres véhicules. NMBS. — Spoorwegoverwegen. — Ongevallen tussen treinen en andere voertuigen. * ABX. — Activité professionnelle autorisée pour les travailleurs bénéficiant d’un régime de départ anticipé. ABX. — Toegelaten arbeid van werknemers die in een vervroegd uittredingsstelsel zitten. * SNCB. — Chemins de fer. — Travaux aux passages à niveau. NMBS. — Spoorwegen. — Werken aan overwegen.

2006

24446 24448 24449

24452 24455 24456

24457

24459

24461 24382 24383 24384

24384

24385

24385

KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51 ZITTINGSPERIODE

Impression — Drukwerk: Chambre des représentants — Kamer van volksvertegenwoordigers 1436

Schriftelijke vragen en antwoorden. Questions et réponses écrites CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN QRVA QRVA

Recommend Documents