QRVA 51 037
QRVA 51 037
CHAMBRE DES REPRE´SENTANTS DE BELGIQUE
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
————
————
Questions et réponses écrites
Schriftelijke vragen en antwoorden
BELGISCHE KAMER VAN
21 - 06 - 2004
708 CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5598
cdH CD&V ECOLO FN MR N-VA PS sp•a - spirit VLAAMS BLOK VLD
: : : : : : : : : :
Centre démocrate Humaniste Christen-Democratisch en Vlaams E´cologistes Confédérés pour l’organisation de luttes originales Front National Mouvement Réformateur Nieuw - Vlaamse Alliantie Parti socialiste Socialistische Partij Anders - Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht. Vlaams Blok Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 : Document parlementaire de la 51e législature, suivi du no de base et du no consécutif QRVA : Questions et Réponses écrites CRIV : Compte Rendu Intégral, avec à gauche, le compte rendu intégral et, à droite, le compte rendu analytique traduit des interventions (sur papier blanc, avec les annexes) CRIV : Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert) CRABV : Compte Rendu Analytique (sur papier bleu) PLEN : Séance plénière (couverture blanche) COM : Réunion de commission (couverture beige)
DOC 51 0000/000 : Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en volgnummer QRVA : Schriftelijke Vragen en Antwoorden CRIV : Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat ook de bijlagen)
CRABV : PLEN : COM :
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants Commandes : Place de la Nation 2 1008 Bruxelles Tél. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.laChambre.be e-mail :
[email protected]
Officie¨le publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers Bestellingen : Natieplein 2 1008 Brussel Tel. : 02/549 81 60 Fax : 02/549 82 74 www.deKamer.be e-mail :
[email protected]
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
CRIV :
2003
2004
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier) Beknopt Verslag (op blauw papier) Plenum (witte kaft) Commissievergadering (beige kaft)
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5599
SOMMAIRE
INHOUD
II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. Page/Blz. 5603 II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Page/Blz. 5609
Page Blz. Premier ministre
—
Eerste minister
Vice-première ministre et ministre de la Justice
5609
Vice-eerste minister en minister van Justitie
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
5614
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
5618
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
5619
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
Ministre de l’Emploi et des Pensions
5620
Minister van Werk en Pensioenen
Ministre de la Défense
—
Minister van Landsverdediging
Ministre de la Coopération au développement
—
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
Ministre des Finances
5622
Minister van Financie¨n
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale
5626
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
5630
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
—
Minister van Mobiliteit en Sociale Economie
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
—
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
—
Minister van Middenstand en Landbouw
—
Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling
Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat à l’Organisation du travail et au Bien-être au travail, adjointe au ministre de l’Emploi et des Pensions Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes et aux Affaires étrangères, adjointe au ministre des Affaires étrangères
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
5631
Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
—
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n
—
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
—
Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister
—
Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het werk, toegevoegd aan de minister van Werk en Pensioenen
—
Staatssecretaris voor Europese Zaken en Buitenlandse Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5601
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.
Page/Blz. 5633
Page Blz. Premier ministre Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Ministre de l’Emploi et des Pensions Ministre de la Défense Ministre de la Coopération au développement Ministre des Finances Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Secrétaire d’E´tat à la Simplification administrative, adjoint au Premier ministre Secrétaire d’E´tat à l’Organisation du travail et au Bien-être au travail, adjointe au ministre de l’Emploi et des Pensions Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes et aux Affaires étrangères, adjointe au ministre des Affaires étrangères Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d’avis chargé de questions européennes
— 5633 —
5793
Eerste minister Vice-eerste minister en minister van Justitie Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken Minister van Werk en Pensioenen Minister van Landsverdediging Minister van Ontwikkelingssamenwerking Minister van Financie¨n Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid Minister van Mobiliteit en Sociale Economie Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Minister van Middenstand en Landbouw Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling
5795
Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
5650 5668 5711 5714 — 5723 5742 5769 5781 5789 5792
—
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n
—
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de Eerste minister
—
Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het werk, toegevoegd aan de minister van Werk en Pensioenen
—
Staatssecretaris voor Europese Zaken en Buitenlandse Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
—
Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden
—
Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet. IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
Page/Blz. 5801
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5603
I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire 2003. * I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting 2003. * Date Datum
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 20- 8-2003 21- 8-2003 2- 9-2003 21-10-2003 26-11-2003 12-12-2003 27- 1-2004 24- 2-2004
22 25 30 66 97 112 158 191
1- 3-2004 5- 3-2004 8- 3-2004
195 201 203
9- 3-2004
205
92930315131520212126263035666-
3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004
206 220 222 224 229 233 235 238 241 244 247 249 256 258 260 264 265 267
Francis Van den Eynde Jan Mortelmans Daan Schalck Guy D’haeseleer Geert Bourgeois Guido De Padt Mme Muriel Gerkens François-Xavier de Donnea Mw. Els Van Weert Guido De Padt François-Xavier de Donnea Mw. Frieda Van Themsche Bart Laeremans Alfons Borginon Jo Vandeurzen Melchior Wathelet Filip De Man Olivier Maingain Hagen Goyvaerts Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Alfons Borginon Alfons Borginon Mw. Martine Taelman Mw. Hilde Dierickx Walter Muls Mw. Dalila Douifi Walter Muls Mw. Marleen Govaerts
232 233 366 1091 1930 2349 3201
Question no Vraag nr.
Date Datum 7- 5-2004 7- 5-2004
268 270
10- 5-2004 10- 5-2004
271 272
2003
2004
4254 4255 4704 4704 4705 4878 4880 5038 5039 5040 5040 5311 5312 5456 5455 5457 5609 5610
5612 5613 5613 5614
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
5611
4254
Walter Muls François-Xavier de Donnea Patrick Moriau Mw. Nahima Lanjri
Page Blz.
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
23-10-2003 29-10-2003 18-11-2003 26-11-2003 3-12-2003 15-12-2003 30-12-2003 7- 1-2004 14- 1-2004 15- 1-2004 28- 1-2004 2- 2-2004 6- 2-2004 16- 2-2004 17- 2-2004 25- 2-2004 25- 2-2004 1- 3-2004 1- 3-2004 3- 3-2004 5- 3-2004 22- 3-2004 1- 4-2004 5- 4-2004 5- 4-2004 13- 4-2004 28- 4-2004 11- 5-2004
3909 4093 4253
Auteur
33 34 38 41 45 47 48 51 53 54 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 70 71 72 73 74 78 82
Jean-Jacques Viseur Francis Van den Eynde Roel Deseyn Alfons Borginon André Frédéric Yvan Mayeur Mme Zoé Genot Mme Marie Nagy Mw. Greet Van Gool Geert Bourgeois Roel Deseyn Claude Marinower Mme Zoé Genot Geert Lambert Pieter De Crem Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Pieter De Crem Pieter De Crem Willy Cortois Gerolf Annemans Francis Van den Eynde Mme Zoé Genot Filip De Man Mme Zoé Genot Mme Muriel Gerkens Mme Zoé Genot Mme Zoé Genot
1347 1348 1674 1931 2078 2350 2450 2582 2770 3019 3202 3416 3641 3804 3804 3911 3912 4095 4095 4096 4257 4563 4881 4881 4882 5041 5314 5614
* Liste cloˆturée le 18 juin 2004 * Lijst afgesloten op 18 juni 2004
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5604
Date Datum
Question no Vraag nr.
12- 5-2004 12- 5-2004 12- 5-2004
83 84 85
Auteur Mme Zoé Genot Mme Zoé Genot Mme Zoé Genot
Page Blz.
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven Budget — Begroting
13- 4-2004
20
Roel Deseyn
4884
Entreprises publiques — Overheidsbedrijven
22- 9-2003 3-11-2003 18-11-2003 24-11-2003 10-12-2003 30-12-2003 5- 1-2004 10- 2-2004 13- 2-2004 24- 2-2004 1- 3-2004 30- 3-2004 13- 4-2004 19- 4-2004 19- 4-2004 21- 4-2004 26- 4-2004 26- 4-2004 27- 4-2004 28- 4-2004 3- 5-2004 3- 5-2004 3- 5-2004 3- 5-2004 10- 5-2004
27 81 95 101 112 121 122 161 163 169 170 180 184 185 186 189 193 194 195 196 197 198 200 201 202
Mw. Inge Vervotte Guido De Padt Daan Schalck Guido De Padt Daan Schalck Mme Zoé Genot Jo Vandeurzen Mw. Inge Vervotte Geert Bourgeois Yves Leterme Geert Lambert Melchior Wathelet Stijn Bex Hagen Goyvaerts Bart Laeremans Geert Lambert Mw. Inge Vervotte Staf Neel Mw. Inge Vervotte Francis Van den Eynde Mw. Inge Vervotte Mw. Inge Vervotte Mw. Inge Vervotte Mw. Inge Vervotte Guido De Padt
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
582 1509 1681 1935 2218 2453 2583 3645 3805 3914 4097 4710 4887 5043 5044 5046 5317 5318 5319 5319 5458 5459 5460 5461 5618 2003
Auteur
Page Blz.
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
5615 5615 5616
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
Question no Vraag nr.
Date Datum
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 22- 9-2003 14-11-2003 1-12-2003 31- 1-2004 13- 2-2004 25- 2-2004 4- 3-2004 9- 3-2004 16- 3-2004 16- 3-2004 16- 3-2004 2- 4-2004 15- 4-2004 20- 4-2004 21- 4-2004 21- 4-2004 23- 4-2004 26- 4-2004 28- 4-2004 4- 5-2004 6- 5-2004 10- 5-2004 12- 5-2004
49 102 111 165 179 186 203 208 212 213 215 231 239 248 254 255 263 266 267 275 276 277 279
Mw. Els Van Weert Mme Colette Burgeon Yves Leterme Dirk Claes Geert Lambert Francis Van den Eynde Jo Vandeurzen Theo Kelchtermans Melchior Wathelet Melchior Wathelet Theo Kelchtermans Guido De Padt Hagen Goyvaerts Francis Van den Eynde Stijn Bex Guido De Padt Filip De Man Miguel Chevalier Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mw. Trees Pieters Patrick Moriau Jos Ansoms
589 1686 2085 3419 3807 3919 4260 4263 4424 4424 4426 4889 5048 5054 5058 5058 5327 5328 5328 5464 5619 5619 5620
Ministre de l’Emploi et des Pensions Minister van Werk en Pensioenen Emploi — Werk
30- 7-2003 14-10-2003 27-10-2003 5192223-
5 24 31
1-2004 1-2004 1-2004 1-2004
50 55 57 58
29- 1-2004 2- 2-2004 3- 3-2004
62 64 67
2004
Mw. Maggie De Block Filip Anthuenis Mw. Sabien LahayeBattheu Jo Vandeurzen Mw. Maggie De Block Mw. Maggie De Block François-Xavier de Donnea Guido De Padt Mw. Maggie De Block Jo Vandeurzen
32 946 1358 2594 3028 3214 3215 3419 3421 4105
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 Date Datum
Question no Vraag nr.
17- 3-2004 19- 3-2004
71 72
24252629-
3-2004 3-2004 3-2004 3-2004
73 74 75 76
29- 3-2004
77
29152067-
79 82 84 85 87
3-2004 4-2004 4-2004 5-2004 5-2004
5605
Auteur Staf Neel Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Greet Van Gool Mme Muriel Gerkens Mw. Maggie De Block Mw. Sabien LahayeBattheu Mw. Annemie Turtelboom Yves Leterme Melchior Wathelet Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mw. Maggie De Block
Page Blz. 4428 4569 4570 4712 4713 4714 4714 4716 5059 5061 5620 5621
Pensions — Pensioenen
13- 4-2004 10- 5-2004
24 28
Mw. Greta D’hondt Hagen Goyvaerts
4894 5621
Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 28-11-2003 3-12-2003 16-12-2003 16- 3-2004 13- 4-2004 20202029-
4-2004 4-2004 4-2004 4-2004
36 38 45 72 75 79 80 81 85
Karel Pinxten Geert Bourgeois Luc Sevenhans Theo Kelchtermans Mw. Marleen Govaerts Staf Neel Staf Neel Staf Neel Staf Neel
2091 2092 2359 4428 5063 5065 5066 5066 5465
Ministre de la Coopération au développement Minister van Ontwikkelingssamenwerking 815132128-
3-2004 3-2004 4-2004 4-2004 4-2004
19 23 25 26 27
Mme Zoé Genot Dirk Van der Maelen Mme Muriel Gerkens Dirk Van der Maelen Mme Muriel Gerkens
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Date Datum
4270 4429 5068 5069 5331 2003
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Ministre des Finances Minister van Financie¨n 31- 7-2003
6
10- 9-2003 30- 9-2003 9-10-2003 9-10-2003 10-10-2003 22-10-2003 28-10-2003 6-11-2003 6-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 10-11-2003 12-11-2003 12-11-2003 12-11-2003 13-11-2003 13-11-2003 13-11-2003 17-11-2003 18-11-2003 20-11-2003 20-11-2003 24-11-2003 28-11-2003 5-12-2003 9-12-2003 5- 1-2004 6- 1-2004 8- 1-2004 9- 1-2004 12- 1-2004 14- 1-2004 14- 1-2004 15- 1-2004 20- 1-2004 26- 1-2004 29- 1-2004
30 45 54 55 57 66 70 81 83 89 90 97 104 109 114 119 120 122 124 125 127 137 138 150 152 158 169 174 180 195 200 206 207 208 215 216 220 225 236 240
2004
Ludo Van Campenhout Mw. Trees Pieters Geert Lambert Jean-Jacques Viseur Jean-Jacques Viseur Gérard Gobert Mw. Trees Pieters Dirk Van der Maelen Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Yves Leterme Yves Leterme Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Yves Leterme Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Carl Devlies Carl Devlies Dirk Van der Maelen Yves Leterme Mw. Trees Pieters Servais Verherstraeten Mw. Trees Pieters Hendrik Bogaert Mw. Greet Van Gool Geert Bourgeois Daan Schalck Olivier Maingain Mw. Frieda Van Themsche
244 387 689 947 948 950 1117 1364 1694 1697 1706 1707 1714 1725 1730 1734 1738 1738 1740 1741 1741 1742 1748 1748 1941 1944 1950 2094 2223 2228 2597 2599 2784 2787 2787 2800 2801 3032 3035 3225 3422
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
709
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5606
Date Datum 2345916192323138121919222224252929293025131520202020222728293055111111121212-
2-2004 2-2004 2-2004 2-2004 2-2004 2-2004 2-2004 2-2004 2-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004
Question no Vraag nr. 245 247 252 254 261 266 270 273 274 281 285 305 309 316 317 318 320 325 327 331 333 334 336 340 342 345 346 348 350 351 352 353 355 357 361 363 366 367 375 376 377 382 387 388
Auteur Geert Bourgeois Yves Leterme Willy Cortois Mw. Trees Pieters Yves Leterme Yves Leterme Mw. Alexandra Colen Carl Devlies Mw. Trees Pieters Olivier Maingain Carl Devlies Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Carl Devlies Carl Devlies Willy Cortois Mw. Trees Pieters Yves Leterme Jean-Jacques Viseur Pieter De Crem Carl Devlies Carl Devlies Mw. Trees Pieters Ludo Van Campenhout Jo Vandeurzen Mw. Trees Pieters Yves Leterme Mw. Dalila Douifi Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Mw. Trees Pieters Geert Lambert Geert Lambert Pieter De Crem Joseph Arens Mw. Inge Vervotte Alfons Borginon Jean-Jacques Viseur Carl Devlies Carl Devlies Carl Devlies Mme Zoé Genot Carl Devlies Carl Devlies
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Page Blz. 3426 3428 3431 3656 3661 3810 3920 3922 3923 4107 4109 4281 4431 4575 4575 4576 4577 4580 4720 4722 4724 4724 4725 4895 4896 4898 5070 5070 5071 5073 5075 5332 5333 5334 5467 5469 5470 5471 5622 5622 5623 5623 5624 5625 2003
Date Datum
Question no Vraag nr.
Auteur
Page Blz.
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken
24- 7-2003 21- 8-2003 22- 9-2003 23- 9-2003 6-10-2003 21-10-2003 3-11-2003 4-11-2003 2- 2-2004 5- 2-2004 9- 2-2004 1033341718251116-
7 14 19 20 25 34 40 41 72 74 78
2-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 4-2004 4-2004 4-2004
81 83 84 86 87 90 91 94 96 97 100
22- 4-2004
102
Jos Ansoms Jan Mortelmans Staf Neel Jo Vandeurzen Gerolf Annemans Geert Bourgeois Mw. Els Van Weert Guy D’haeseleer Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Mw. Yolande Avontroodt Pierre-Yves Jeholet Mw. Trees Pieters Mw. Maggie De Block Jo Vandeurzen Mw. Greet Van Gool Jo Vandeurzen Mw. Maggie De Block Mme Muriel Gerkens Guido Tastenhoye Daniel Bacquelaine Mw. Yolande Avontroodt Mw. Annelies Storms
40 253 601 602 778 1122 1522 1523 3432 3661 3663 3665 4111 4114 4116 4282 4435 4581 4729 4899 4901 5077 5336
Santé publique — Volksgezondheid
18- 7-2003 18- 7-2003 14- 8-2003 18- 8-2003 21- 8-2003 14-10-2003 21-10-2003 21-10-2003 29-10-2003 3-11-2003 28-11-2003 2004
1 2 11 12 14 41 44 47 50 52 66
Claude Eerdekens Claude Eerdekens Jan Mortelmans Jan Mortelmans Jan Mortelmans Pierre-Yves Jeholet Guy D’haeseleer Jo Vandeurzen Mw. Els Van Weert Francis Van den Eynde Jo Vandeurzen
42 42 254 255 256 954 1123 1125 1369 1524 2099
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 Date Datum
Question no Vraag nr.
5671323316-
1-2004 1-2004 1-2004 1-2004 1-2004 3-2004 3-2004
87 91 94 99 108 134 140
1619242429293021319192027282929344-
3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 3-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 4-2004 5-2004 5-2004 5-2004
141 145 148 150 151 152 153 154 156 158 159 161 166 167 168 169 170 171 173
555661010-
5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004 5-2004
174 176 178 179 180 181 182
11- 5-2004 11- 5-2004 11- 5-2004
5607
183 184 185
Auteur Jo Vandeurzen Jan Mortelmans Jo Vandeurzen Jo Vandeurzen Miguel Chevalier Pieter De Crem Mw. Yolande Avontroodt Jo Vandeurzen Mw. Maggie De Block Geert Bourgeois Mme Muriel Gerkens Jan Mortelmans Mme Muriel Gerkens Geert Bourgeois Guido De Padt Jo Vandeurzen Bart Laeremans Mw. Hilde Vautmans Guido De Padt Guido De Padt Guido De Padt Yves Leterme Guido De Padt Jean-Luc Crucke Mw. Annelies Storms Mw. Yolande Avontroodt Hagen Goyvaerts Jean-Luc Crucke Jean-Luc Crucke Guido De Padt Mark Verhaegen Guido De Padt Mw. Yolande Avontroodt Guido De Padt Jean-Luc Crucke Jean-Luc Crucke
Page Blz. 2602 2605 2606 2805 3230 4118 4438 4438 4583 4585 4587 4730 4731 4732 4902 4905 5078 5078 5080 5339 5339 5473 5474 5475 5476 5478 5479 5480 5481 5626 5626 5627 5628 5628 5629 5629
Roel Deseyn
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Minister van Mobiliteit en Sociale Economie Mobilité — Mobiliteit
13- 4-2004
116
Olivier Maingain
4906
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Fonction publique — Ambtenarenzaken
9-12-2003 19- 1-2004
31 40
Mw. Martine Taelman 2136 Mw. Liesbeth Van der Auwera 3051
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie
22- 9-2003 3-11-2003 3-11-2003 18- 3-2004 31- 3-2004 15- 4-2004
7 17 18 31 37 39
20- 4-2004
41
Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde Mw. Nahima Lanjri Mw. Annelies Storms Mw. Marleen Govaerts Francis Van den Eynde
621 1534 1535 4592 4736 5085 5086
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid
8 14
André Frédéric Mw. Annelies Storms
2108 3823
Gelijke Kansen — E´galité des chances
5630
30-12-2003 5- 1-2004 5- 1-2004 5- 1-2004
2003
2004
E´conomie — Economie
99
Auteur
Page Blz.
Ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale
3-12-2003 13- 2-2004
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
11- 5-2004
Question no Vraag nr.
Date Datum
4 5 6 7
Mme Zoé Genot Jo Vandeurzen Francis Van den Eynde Francis Van den Eynde
2480 2612 2613 2613
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5608
Date Datum 5142719-
1-2004 1-2004 1-2004 4-2004
Question no Vraag nr. 8 9 11 12
Auteur Francis Van den Eynde Mw. Greet Van Gool Mme Muriel Gerkens Mw. Greet Van Gool
Page Blz. 2614 2829 3245 5087
Date Datum
Question no Vraag nr.
14- 1-2004
11
Mw. Greet Van Gool
2836
22- 3-2004
13
Mw. Trees Pieters
4595
Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable
Secrétaire d’E´tat aux Familles et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Protection de la consommation — Consumentenzaken
9- 9-2003
4
Auteur
Page Blz.
Claude Eerdekens
402 24- 3-2004
19
Mw. Greet Van Gool
4597
Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven 27- 4-2004
15
Guido De Padt
Secrétaire d’E´tat aux Affaires européennes, et aux Affaires étrangères, adjoint au ministre des Affaires étrangères
5631
Staatssecretaris voor Europese Zaken, en Buitenlandse Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
Secrétaire d’E´tat à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances Staatssecretaris voor Modernisering van de Financie¨n en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financie¨n 13- 1-2004
10
Mw. Trees Pieters
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2834
2003
10-11-2003
6
Guy D’haeseleer
1771
19- 1-2004
9
Willy Cortois
3053
15- 3-2004
11
Guido De Padt
4443
5- 4-2004
12
Guido De Padt
4909
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5609
(Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais. (Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement. (Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre). II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is. (Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
DO 2003200421104
DO 2003200421104
Question no 264 de Mme Dalila Douifi du 6 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 264 van mevrouw Dalila Douifi van 6 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Interception d’illégaux en transit à Zeebrugge.
Aangetroffen illegalen op doorreis in Zeebrugge.
Fin 2003, des dizaines de personnes, que je pourrais regrouper sous le dénominateur commun d’« illégaux en transit », ont été interceptées à Zeebrugge. Une polémique est née à propos de l’accueil de ces personnes, en particulier après que le bourgmestre de Bruges a ordonné la démolition d’un immeuble squatté par les réfugiés et que l’on a fermé les portes d’une église des environs ou` les illégaux voulaient se réfugier pour échapper notamment aux rigueurs de l’hiver. Les riverains ont fourni spontanément une aide matérielle et alimentaire aux réfugiés. Il a fallu un certain temps avant que les illégaux soient emmenés vers des centres du département de l’Intérieur. E´tant donné que l’on peut constater que ce phénomène perdure malheureusement et que le problème se pose de temps à autre avec une acuité toute particulière, je souhaiterais vous poser les questions suivantes concernant les réfugiés qui ont été interceptés à l’époque et au sujet de la situation desquels vous et vos services avez déjà pu, depuis lors, procéder à une évaluation et une analyse.
Eind 2003 werden in Zeebrugge wat ik onder de noemer « illegalen op doorreis » zou kunnen brengen, tientallen mensen aangetroffen. Er ontstond polemiek omtrent de opvang van betrokkenen, in het bijzonder nadat de burgemeester van Brugge een kraakpand, waar de vluchtelingen zich in verschuilden, sloopte en een kerk in de omgeving de deuren sloot toen de vluchtelingen omwille van het winterweer en andere redenen er binnen wilden geraken. De buurtbewoners reikten spontaan en vrijwillig materie¨le en voedselhulp aan. Het duurde enige tijd alvorens de vluchtelingen naar centra van Binnenlandse Zaken gebracht werden. Omdat dit fenomeen volgens mij en anderen alsnog helaas blijvend is, maar nu en dan zeer acuut de kop opsteekt wens ik u de volgende vragen te stellen aangaande de vluchtelingen die daar toen zijn aangetroffen en waarvan u en uw diensten ondertussen al de nodige evaluaties en bevindingen en onderzoek heeft kunnen naar doen.
1. De combien de personnes s’agissait-il et sur quelle période les événements se sont-ils déroulés ?
1. Hoeveel mensen werden er toen in totaal aangetroffen en over welke periode ?
2. Combien de personnes majeures étaient concernées ?
2. Hoeveel meerderjarigen betrof het ?
3. Combien de personnes mineures étaient concernées ?
3. Hoeveel minderjarigen betrof het ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5610
4. Certaines de ces personnes étaient-elles en possession de papiers et documents d’identité et, dans l’affirmative, combien ?
4. Waren er mensen in het bezit van papieren en identiteitsdocumenten, en zo ja hoeveel ?
5. De quelle origine les personnes disposant de documents étaient-elles ?
5. Van welke origine waren de mensen die over documenten beschikten ?
6. De quelle manière et par qui leur a-t-il été signifié qu’elles pouvaient introduire une demande d’asile ?
6. Op welke manier en door wie werd hen duidelijk gemaakt dat zij een asielaanvraag konden indienen ?
7. Combien de personnes ont introduit une demande d’asile dans notre pays ?
7. Hoeveel betrokkenen hebben er een asielaanvraag in ons land ingediend ?
8. a) Combien de personnes ne souhaitaient pas demander l’asile ?
8. a) Hoeveel betrokkenen waren er die geen asiel wilden aanvragen ?
b) Qu’est-il advenu précisément de ces personnes ?
b) Wat is er precies met die mensen gebeurd ?
9. a) Ont-elles été hébergées dans des centres d’asile fermés et/ou ouverts ?
9. a) Zijn zij in gesloten en/of open asielcentra ondergebracht ?
b) Dans l’affirmative, ou` ?
b) Zo ja, waar ?
10. Parmi les personnes se trouvant alors en situation illégale à Zeebrugge, certaines se trouvent-elles encore actuellement sur le territoire belge ?
10. Verblijven er nu nog mensen op Belgisch grondgebied die toen in Zeebrugge illegaal aangetroffen zijn ?
11. Si les personnes ont reçu un ordre de quitter le territoire, sait-on si elles ont effectivement quitté le pays ?
11. Indien de mensen een uitwijzingsbevel gekregen hebben, heeft men zicht op het al dan niet vertrek van betrokkenen ?
12. A-t-on continué à mener l’enquête sur cette affaire ainsi que sur les réseaux de trafiquants d’êtres humains ?
12. Welk verder onderzoek is aan deze zaak gegeven evenals in verband met netwerken van mensensmokkelaars ?
DO 2003200421446
DO 2003200421446
Question no 265 de M. Walter Muls du 6 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 265 van de heer Walter Muls van 6 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Emploi des langues au sein des sections linguistiques de la Cour de cassation.
Taalgebruik in de taalafdelingen van het Hof van Cassatie.
Au sein des sections linguistiques française ou néerlandaise dont se compose chaque chambre de la Cour de cassation, les affaires ordinaires sont traitées en néerlandais ou en français, selon la langue de la décision contestée, par cinq ou, parfois, trois conseillers qui disent le droit dans la langue de leur diploˆme. Aucune exception à cette règle, règle confirmée par la loi du 18 juillet 2002 remplaçant l’article 43quinquies et insérant l’article 66 dans la loi du 15 juin 1935 concernant l’emploi des langues en matière judiciaire, n’a été prévue dans la nouvelle loi, même pas pour les conseillers ayant présenté l’examen linguistique.
In de Nederlandse of Franse taalafdeling, waaruit iedere kamer van het Hof van Cassatie bestaat, worden de gewone zaken naargelang de taal van de bestreden beslissing in het Nederlands of het Frans behandeld door vijf of soms drie raadsheren die in de taal van hun diploma recht spreken. Een uitzondering op deze regel, een regel die de wet van 18 juli 2002 tot vervanging van artikel 43quinquies en tot invoeging van artikel 66 in de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken opnieuw bevestigt, is niet bij deze nieuwe wet ingevoerd, ook niet voor raadsheren die het taalexamen hebben afgelegd.
Le rapport annuel de la Cour de cassation, selon lequel trois conseillers titulaires d’un diploˆme établi en
De vermelding in het jaarverslag van het Hof van Cassatie dat in 2003 drie raadsheren met een in het
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5611
langue française ont siégé dans des affaires ordinaires du roˆle linguistique néerlandais en 2003, appelle un certain nombre de questions.
Frans gesteld diploma in gewone zaken van de Nederlandse taalrol zetelden roept een aantal vragen op.
1. Combien de conseillers titulaires d’un diploˆme établi en langue néerlandaise ont-ils siégé dans des affaires ordinaires du roˆle linguistique français en 2003 ?
1. Hoeveel raadsheren met een in het Nederlands gesteld diploma hebben in 2003 gezeteld in gewone zaken van de Franstalige taalrol ?
2. Combien de conseillers titulaires d’un diploˆme établi en langue française ont-ils siégé dans des affaires ordinaires du roˆle linguistique néerlandais en 2003 ?
2. Hoeveel raadsheren met een in het Frans gesteld diploma hebben in 2003 gezeteld in gewone zaken van de Nederlandse taalrol ?
3. Existe-t-il une base légale sur laquelle pourrait reposer une exception à la règle générale (selon laquelle les juges siègent dans la langue de leur diploˆme) pour (a) les affaires ordinaires et (b) les chambres des vacations, qui permettrait à un conseiller titulaire d’un diploˆme établi en français ou en néerlandais de siéger de manière permanente dans une section linguistique travaillant dans une autre langue que celle de son diploˆme ?
3. Is er een wettelijke grondslag waarop, voor (a) gewone zaken, voor (b) vakantiekamers een uitzondering op de algemene regel (dat rechters zetelen in de taal van hun diploma) zou kunnen berusten waardoor een raadsheer met een in het Frans of in het Nederlands gesteld diploma op een permanente wijze zou kunnen zetelen in een taalafdeling die werkt in een andere taal dan die van hun diploma ?
4. Existe-t-il une base légale sur laquelle pourrait reposer une exception à la règle générale, qui permettrait à un conseiller titulaire d’un diploˆme établi en langue française ou en langue néerlandaise de siéger de manière permanente dans une section linguistique travaillant dans une autre langue que celle de son diploˆme ?
4. Is er een wettelijke grondslag waarop een uitzondering op de algemene regel zou kunnen berusten waardoor een raadsheer met een in het Frans of in het Nederlands gesteld diploma op een permanente wijze zou kunnen zetelen in een taalafdeling die werkt in een andere taal dan die van zijn diploma ?
5. Existe-t-il une base légale sur laquelle pourrait reposer une exception à la règle générale, qui permettrait à un conseiller titulaire d’un diploˆme établi en langue française ou en langue néerlandaise de siéger lors d’un remplacement dans une section linguistique travaillant dans une autre langue que celle de son diploˆme ?
5. Is er een wettelijke grondslag waarop een uitzondering op de algemene regel zou kunnen berusten waardoor een raadsheer met een in het Frans of in het Nederlands gesteld diploma bij een vervanging zou kunnen zetelen in een taalafdeling die werkt in een andere taal dan die van zijn diploma ?
DO 2003200420923
DO 2003200420923
Question no 267 de Mme Marleen Govaerts du 20 février 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 267 van mevrouw Marleen Govaerts van 20 februari 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Augmentation du nombre de disparitions à SaintTrond.
Stijging aantal verdwijningen in Sint-Truiden.
Le 12 février 2004, j’ai interrogé votre remplaçant, M. Van Quickenborne, secrétaire d’E´tat, sur l’augmentation du nombre de disparitions à SaintTrond (question no 1261, Compte rendu analytique, Chambre 2003-2004, commission de l’Intérieur, 18 février 2004, COM 166, p. 1). Le secrétaire d’E´tat n’a pu me communiquer que les chiffres que M. Vandenhove, bourgmestre, m’avait déjà communiqués oralement.
Op 12 februari 2004, ondervroeg ik uw vervanger, staatssecretaris Van Quickenborne, over de stijging van het aantal verdwijningen in Sint-Truiden (vraag nr. 1261, Beknopt Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor de Binnenlandse Zaken, 18 februari 2004, COM 166, blz. 1). De staatssecretaris kon alleen de cijfers geven die ook de burgemeester Vandenhove mij reeds mondeling meegedeeld heeft.
1. Confirmez-vous ces informations ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
1. Kan u dit bevestigen ? 2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5612
2. Pourriez-vous me fournir de plus amples précisions en ce qui concerne :
2. Kan u meer uitleg geven over :
a) l’augmentation du nombre de disparitions, et donc également les données relatives aux années précédentes, les chiffres absolus afin que je puisse moimême établir des comparaisons;
a) de stijging van het aantal verdwijningen, dus de cijfers van de voorbije jaren, de absolute cijfers zodat ikzelf vergelijkingen kan maken;
b) le nombre de disparitions non élucidées pour cette année et les années précédentes;
b) het aantal onopgeloste verdwijningen dit jaar en de voorbije jaren;
c) le nombre de disparitions de mineurs pour cette année et les années précédentes;
c) het aantal minderjarigen dit jaar en de voorbije jaren;
d) les mesures prises par ce gouvernement pour
d) de maatregelen die de regering neemt om
— retrouver ces personnes ;
— deze mensen terug te vinden;
— lutter contre ce phénomène inquiétant ?
— dit verontrustend fenomeen tegen te houden ?
DO 2003200421453
DO 2003200421453
Question no 268 de M. Walter Muls du 7 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 268 van de heer Walter Muls van 7 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Ordre de service de la cour d’appel et de la cour du travail de Bruxelles.
Dienstregeling bij het hof van beroep en het arbeidshof te Brussel.
L’ordre de service des cours et tribunaux est renouvelé chaque année, conformément à l’article 316 du Code judiciaire. L’alinéa 3 dudit article stipule ce qui suit : « Pour la composition des chambres, il est tenu compte des dispositions légales réglant l’emploi des langues en matière judiciaire. »
De dienstregeling in de hoven en rechtbanken wordt jaarlijks vernieuwd overeenkomstig artikel 316 van het Gerechtelijk Wetboek. Het derde lid van dit artikel bepaalt : « Voor de samenstelling van de kamers wordt er rekening gehouden met de wettelijke bepalingen tot regeling van het gebruik van de talen in gerechtszaken. »
1. Toutes les chambres néerlandaises unilingues sont-elles composées de juges titulaires d’un diploˆme établi en néerlandais ?
1. Zijn alle ééntalige Nederlandse kamers samengesteld uit rechters met een in het Nederlands gesteld diploma ?
2. Toutes les chambres françaises unilingues sontelles composées de juges titulaires d’un diploˆme établi en français ?
2. Zijn alle ééntalige Franse kamers samengesteld uit rechters met een in het Frans gesteld diploma ?
3. Dans le cadre de la composition des chambres de la Cour, est-il tenu compte de la disposition légale stipulant que pour siéger dans une chambre bilingue de la Cour, il faut justifier d’une connaissance approfondie de l’autre langue en présentant l’examen linguistique de type II ou un examen équivalent (article 43quinquies, § 1er, alinéa 4, de la loi du 15 juin 1935 concernant l’emploi des langues en matière judiciaire) ?
3. Is, bij de samenstelling van de kamers van het Hof, rekening gehouden met de bepaling dat, om in een tweetalige kamer van het Hof zitting te nemen, het bewijs van grondige kennis van de andere taal moet bewezen zijn door het afleggen van het taalexamen van het type II of equivalent (artikel 43quinquies, § 1, vierde lid, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik van talen in gerechtszaken) ?
4. Tous les conseillers des chambres bilingues satisfont-ils à l’exigence légale précitée ?
4. Bestaan alle tweetalige kamers uit raadsheren die allen aan de vermelde wettelijke vereiste voldoen ?
5. Les juges uniques peuvent-ils statuer dans une autre langue que celle de leur diploˆme ?
5. Kunnen alleenzetelende rechters recht spreken in een andere taal dan die van hun diploma ?
6. La loi prévoit-elle une telle exception à la règle ?
6. Is dergelijke uitzondering op de regel bij wet voorzien ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5613
7. Est-ce le cas dans la réalité ?
7. Gebeurt dit in feite ?
8. Comment les justiciables peuvent-ils s’informer de la langue du diploˆme de leurs juges et de leur connaissance de l’autre langue ?
8. Op welke manier kunnen rechtszoekenden de taal van het diploma van hun rechters en hun kennis van de andere taal te weten komen ?
9. De quelle manière la transparence est-elle garantie dans ce domaine ?
9. Hoe wordt de transparantie op dat vlak gewaarborgd ?
10. Ou` ces données sont-elles publiées ?
10. Waar worden die gegevens gepubliceerd ?
DO 2003200421456
DO 2003200421456
Question no 270 de M. François-Xavier de Donnea du 7 mai 2004 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 270 van de heer François-Xavier de Donnea van 7 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Lutte contre la traite des êtres humains.
Bestrijding van de mensenhandel.
1. Combien de personnes ont été poursuivies pour traite des êtres humains en 2001, 2002 et 2003 ?
1. Hoeveel personen werden in 2001, 2002 en 2003 voor mensenhandel vervolgd ?
2. La mendicité pratiquée avec enfants de moins de 16 ans étant toujours un délit, combien de personnes ont été poursuivies pour ce délit au cours de ces mêmes années ?
2. Bedelen in het gezelschap van kinderen jonger dan 16 jaar is nog steeds strafbaar. Hoeveel personen werden in de loop van voornoemde jaren voor dit misdrijf vervolgd ?
DO 2003200421464
DO 2003200421464
Question no 271 de M. Patrick Moriau du 10 mai 2004 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 271 van de heer Patrick Moriau van 10 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Zones de police locale. — Systèmes d’enregistrement des communications téléphoniques.
Lokale politiezones. — Systemen voor het opnemen van telefoongesprekken.
De nombreuses zones de police locale disposeraient de systèmes d’enregistrement des communications téléphoniques, en vue de se constituer des éléments de preuve destinés à écarter toute mise en cause de leurs fonctionnaires de police dans le cadre de certains appels aux services de police.
Heel wat lokale politiezones zouden over systemen beschikken voor het opnemen van telefoongesprekken (call recording), om zo het nodige bewijsmateriaal achter de hand te hebben als politieagenten in het kader van een bepaalde oproep van de politiediensten in opspraak zouden komen.
1. Dans la mesure ou` ces systèmes enregistrent sans distinction aucune toutes les communications entrantes et sortantes de la zone de police, ces installations ne violent-elles pas l’article 259bis du Code pénal introduit par l’article 1er de la loi du 30 juin 1994 ?
1. Wordt door het gebruik van dergelijke apparatuur geen inbreuk gemaakt op artikel 259bis van het Strafwetboek, zoals ingevoegd bij artikel 1 van de wet van 30 juni 1994, omdat die systemen zonder onderscheid alle inkomende en uitgaande telefoongesprekken van de politiezone registreren ?
2. Pouvez-vous également demander à vos services respectifs d’établir qui, dans le cas d’espèce, verrait sa responsabilité pénale incriminée : la zone de police, le collège de police, le chef de corps ou tout autre fonctionnaire de police; et préciser le cas échéant, le montant des peines encourues ?
2. Kan u uw respectieve diensten ook vragen uit te maken wie er in het onderhavige geval strafrechtelijk aansprakelijk zou worden gesteld (de politiezone, het politiecollege, de korpschef of een andere politieambtenaar), en welke straffen de schuldige gebeurlijk boven het hoofd hangen ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
710
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5614
DO 2003200421465
DO 2003200421465
Question no 272 de Mme Nahima Lanjri du 10 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 272 van mevrouw Nahima Lanjri van 10 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Nombre de détenus dans les prisons belges.
Aantal personen in Belgische gevangenissen.
Votre administration peut-elle me communiquer les données suivantes :
Kan uw administratie een overzicht geven van volgende cijfergegevens :
1. le nombre de personnes détenues dans les établissements pénitentiaires belges;
1. het aantal gevangenen in Belgische gevangenissen;
2. le nombre de personnes en détention préventive;
2. het aantal personen in voorarrest;
3. une ventilation de ces chiffres selon la nationalité du détenu ou de la personne en détention préventive ?
3. een opsplitsing van die cijfers naar nationaliteit, voor gevangenen en personen in voorarrest ?
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères
Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
DO 2003200421476
DO 2003200421476
Question no 82 de Mme Zoé Genot du 11 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 82 van mevrouw Zoé Genot van 11 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken :
Ducroire. — Projet de l’oléoduc Bakou-TbilisiCeyhan.
Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Bakoe-Tbilisi-Ceyhan.
De plus en plus de questions se posent concernant le projet de l’oléoduc Bakou-Tbilisi-Ceyhan (« BTC »). En effet, il semblerait que l’entreprise BP, un des actionnaires les plus importants, aurait dissimulé un rapport contenant des informations capitales en matière de sécurité et d’environnement. Une plateforme d’ONG a relevé 127 points enfreignant les « IFC Safeguard Policies » et, partant, les « Equator Principles ». En outre, l’entreprise BP aurait négocié un accord avec les pays concernés pour que le projet ne soit pas soumis aux dispositions légales pendant la durée de vie de ce projet, empêchant les gouvernements de fixer, par la suite, des conditions sociales ou environnementales supplémentaires.
De geplande aanleg van de oliepijpleiding BakoeTbilisi-Ceyhan (« BTC ») roept steeds meer vragen op. Zo zou BP, een van de hoofdaandeelhouders, een rapport met vitale veiligheids- en milieu-informatie achtergehouden hebben. Een platform van nietgouvernementele organisaties (NGO’s) heeft 127 inbreuken op de « IFC Safeguard Policies », en bijgevolg ook op de « Equator Principles », vastgesteld. Om te voorkomen dat de regeringen van de betrokken landen achteraf bijkomende sociale voorwaarden of milieueisen zouden formuleren zou BP bovendien met hen zijn overeengekomen dat ze het project zolang het loopt niet aan hun wetgeving zouden onderwerpen.
1. Le Ducroire a-t-il couvert, directement ou indirectement, une partie des investissements dans ce projet ?
1. Is de Delcrederedienst, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, tegemoet gekomen om een gedeelte van de investeringen in dit project te dekken ?
2. Si oui :
2. Zo ja,
a) Pour quel montant ? b) Eˆtes-vous au courant du rapport dissimulé par BP ? Quel est votre avis sur ce rapport ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
a) Voor welk bedrag ? b) Is u op de hoogte van het rapport dat BP zou achterhouden ? Hoe staat u tegenover dit rapport ? 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5615
c) Eˆtes-vous au courant des critiques de la plateforme des ONG ? Quel est votre avis sur les critiques émises ?
c) Is u op de hoogte van de kritiek die het platform van de NGO’s op dit project heeft ? Hoe staat u tegenover deze kritiek ?
d) Est-il correct que les contrats de ce projet contiennent des clauses visant à exclure ce projet du controˆle politique et administratif des pays concernés ? Eˆtes-vous d’accord avec une telle approche ?
d) Klopt het dat de contracten die in het kader van dit project gesloten werden bedingen bevatten die moeten beletten dat de betrokken landen administratief en politiek toezicht uitoefenen op dit project ? Is u het eens met een dergelijke benadering ?
DO 2003200421478
DO 2003200421478
Question no 83 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 83 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken :
Ducroire. — Projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun.
Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Tsjaad-Kameroen.
De plus en plus de questions se posent concernant le projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun notamment sur le plan social, environnemental et culturel. En plus, l’accord juridique conclu avec les pays concernés contiendrait des dispositions pour que le projet ne soit pas soumis aux dispositions légales pendant la durée de vie de ce projet, empêchant les gouvernements de fixer, par la suite, des conditions sociales ou environnementales supplémentaires.
De geplande aanleg van de oliepijpleiding TsjaadKameroen roept steeds meer vragen op, meer bepaald over de sociale en culturele impact en ook over de gevolgen voor het milieu. Om te voorkomen dat de betrokken landen achteraf bijkomende sociale voorwaarden of milieueisen zouden formuleren zou de juridische overeenkomst die met de regeringen van deze landen gesloten werd bovendien bepalen dat ze het project zolang het loopt niet aan hun wetgeving zouden onderwerpen.
1. Le Ducroire a-t-il couvert, directement ou indirectement, une partie des investissements dans ce projet ?
1. Is de Delcrederedienst, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, tegemoet gekomen om een gedeelte van de investeringen in dit project te dekken ?
2. Si oui :
2. Zo ja,
a) Pour quel montant ? b) Eˆtes-vous au courant des problèmes sociaux, environnementaux et culturels posés par ce dossier et qu’en pensez-vous ?
a) Voor welk bedrag ?
c) Est-il correct que les contrats de ce projet contiennent des clauses visant à exclure ce projet du controˆle politique et administratif des pays concernés ? Eˆtes-vous d’accord avec une telle approche ?
c) Klopt het dat de contracten die in het kader van dit project gesloten werden bedingen bevatten die moeten beletten dat de betrokken landen administratief en politiek toezicht uitoefenen op dit project ? Is u het eens met een dergelijke benadering ?
DO 2003200421480
DO 2003200421480
Question no 84 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 84 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken :
Ducroire. — Commission mondiale des barrages.
Delcredere. — World Commission on dams.
Les grands barrages ont des impacts très controversés en matière de développement durable et d’environ-
Grote dammen hebben, vanuit het oogpunt van milieu en duurzame ontwikkeling, een zeer omstreden
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
b) Is u op de hoogte van de sociale en culturele implicaties, evenals van de milieuproblematiek die dit dossier kenmerken en wat is uw mening hierover ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5616
nement. En 1998, la Banque mondiale et l’Union internationale pour la conservation de la nature (UICN) ont conjointement initié un processus qui a mené à la création de la « World Commission on dams » (Commission mondiale des barrages).
reputatie. In 1998 leidde een gemeenschappelijk initiatief van de Wereldbank en de World Conservation Union (IUCN) tot de oprichting van de « World Commission on dams » (Wereldcommissie voor dammen).
Pendant deux ans, un forum composé d’ingénieurs, d’écologistes, de représentants de gouvernements, d’indigènes, de financiers, de personnes affectées par les barrages et de chercheurs, s’est engagé dans un processus sans précédent de formulation de politiques publiques globales. Ils ont signé, à l’unanimité, un rapport final en novembre 2000 intitulé « Barrages et Développement : un nouveau cadre pour la prise de décision ». Ce rapport fournit l’analyse la plus complète et indépendante à ce jour sur la politique de construction des barrages. Il examine les performances technique, financière et économique des barrages, ainsi que leurs conséquences sociales et environnementales.
Gedurende twee jaar werkte een forum bestaande uit ingenieurs, vertegenwoordigers van de milieubeweging, van de regeringen, van de inheemse bevolking, financiers, mensen wier leven door de dammen beı¨nvloed wordt en onderzoekers, aan het uitzetten van bakens voor een globaal overheidsbeleid. Zo een denkoefening werd nooit voorheen gemaakt. In november 2000 keurde dit forum eenparig een eindrapport goed : « Dams and Development : A New Framework for Decision-Making ». Dit verslag bevat de tot op vandaag meest volledige en onafhankelijke analyse van het beleid inzake de bouw van dammen. Het bestudeert naast de technische, financie¨le en economische prestatie van de dammen ook hun sociale gevolgen en milieu-impact.
Le rapport contient des recommandations et des conclusions précises, notamment en matière de politique des agences de crédit à l’exportation, des agences d’aide bilatérales et des banques multilatérales de développement. Le rapport recommande l’établissement de procédures de classement d’alternatives, tout en respectant les directives de la Commission mondiale des barrages.
Het rapport bevat een aantal duidelijke aanbevelingen en besluiten, met name met betrekking tot het beleid van de agentschappen voor exportkredieten en voor bilaterale hulp en van de multilaterale ontwikkelingsbanken. Het verslag pleit voor het uitwerken van procedures om een rangorde van alternatieven op te stellen, waarbij de richtlijnen van de World Commission on dams in acht worden genomen.
1. Quelles mesures le Ducroire a-t-il prises pour tenir compte du rapport final de la Commission mondiale des barrages ?
1. Welke maatregelen nam Delcredere naar aanleiding van het eindrapport van de World Commission on dams ?
2. a) Le Ducroire a-t-il adapté ses procédures de décision pour tenir compte de ce rapport ?
2. a) Paste Delcredere zijn besluitvormingsprocedures aan aan dit rapport ?
b) Quand et de quelle manière ?
b) Wanneer en hoe ?
3. a) Combien de dossiers de barrages le Ducroire a-t-il approuvé dans la période 1993-2003 et pour quels pays ?
3. a) Hoeveel dossiers met betrekking tot de bouw van dammen keurde Delcredere in de periode 19932003 goed en voor welke landen ?
b) Quels sont les montants annuels qui ont été dégagés pour ce secteur durant cette période ?
b) Welk bedrag werd voor die sector gedurende diezelfde periode jaarlijks vrijgemaakt ?
DO 2003200421481
DO 2003200421481
Question no 85 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 85 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken :
Rapport de l’Agence de crédit à l’exportation anglaise (ECGD) et le Ducroire.
Verslag van de Britse dienst voor exportkrediet (ECGD) en Delcredere.
L’Agence de crédit à l’exportation anglaise ECGD vient de publier un rapport « Report on the compari-
Het Export Credits Guarantee Department (ECGD), de Britse delcrederedienst, publiceerde recen-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5617
son of export credit agencies ». Ce rapport compare la politique et la gestion de 10 grandes agences de crédit à l’exportation. L’agence de crédit à l’exportation belge (le Ducroire) n’est pas reprise dans cette étude.
telijk een « Report on the comparison of export credit agencies ». Dat verslag vergelijkt het beleid en het beheer van tien grote diensten voor exportkrediet. De Belgische kredietverzekeringsmaatschappij (Delcredere) is daar niet bij.
L’étude signale que les dix agences lors de l’examen d’un dossier évaluent les enjeux dans trois domaines : les conséquences pour les populations indigènes, les perspectives de réinstallation des populations et les conséquences d’ordre patrimonial. Les agences de crédit à l’exportation anglaises, françaises, canadiennes, suédoises et japonaises évaluent également, toujours selon la même étude, d’autres aspects en matière des droits de l’homme.
Volgens die studie houden de tien diensten bij de beoordeling van een dossier met drie soorten criteria rekening : de gevolgen voor de inheemse bevolking, de mogelijkheden tot hervestiging en de gevolgen voor het cultureel erfgoed. De Britse, Franse, Canadese, Zweedse en Japanse diensten voor exportkrediet houden, aldus nog de studie, ook rekening met andere aspecten van de mensenrechten.
1. a) Pourquoi le Ducroire n’est-il pas repris dans ce rapport ?
1. a) Waarom wordt Delcredere niet in dit rapport vermeld ?
b) L’ECGD a-t-il demandé au Ducroire de collaborer à l’étude ?
b) Vroeg het ECGD Delcredere aan die studie mee te werken ?
c) Quelle a été la réponse du Ducroire ?
c) Hoe luidde het antwoord van die dienst ?
2. a) Le Ducroire fait-il également une évaluation des enjeux en matière de réinstallation des populations ?
2. a) Houdt Delcredere bij de beoordeling van dossiers eveneens rekening met de mogelijkheden tot hervestiging ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et les méthodologies ont-elles été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
3. a) Le Ducroire fait-il également une évaluation des enjeux d’ordre patrimonial ?
3. a) Neemt Delcredere ook criteria betreffende het cultureel erfgoed in aanmerking ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et les méthodologies ont-elles été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
4. a) Le Ducroire fait-il également une évaluation des enjeux en termes de conséquences pour les populations indigènes ?
4. a) Houdt Delcredere ook rekening met de gevolgen voor de inheemse bevolking ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et méthodologies ont-elle été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5618
5. a) Le Ducroire fait-il, comme les agences de crédit à l’exportation anglaises, françaises, canadiennes, suédoises et japonaises, également une évaluation d’autres aspects en matière des droits de l’homme ?
5. a) Beoordeelt Delcredere, zoals de Britse, Franse, Canadese, Zweedse en Japanse diensten voor exportkrediet, ook andere aspecten met betrekking tot de mensenrechten ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et méthodiques ont-elles été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Entreprises publiques
Overheidsbedrijven
DO 2003200421466
DO 2003200421466
Question no 202 de M. Guido De Padt du 10 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 202 van de heer Guido De Padt van 10 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Participations dans différentes sociétés.
NMBS. — Participaties in vennootschappen.
La SNCB détient des participations dans plusieurs sociétés, dont Eurofima, une société qui a son siège en Suisse.
De NMBS participeert in een aantal vennootschappen, waaronder bijvoorbeeld Eurofima met zetel in Zwitserland.
1. Dans quelles sociétés la SNCB a-t-elle pris des participations, et pour quelle part du capital ?
1. In welke maatschappijen heeft de NMBS participaties en voor welk procentueel aandeel ?
2. Quels sont l’objet et les activités de ces sociétés ?
2. Wat zijn de doelstellingen en activiteiten van deze vennootschappen ?
3. Quelle était la valeur initiale de ces participations, et quelle en était la valeur au 31 décembre 2003 ?
3. Wat was de beginwaarde en de waarde per 31 december 2003 van deze participaties ?
4. Quelles sont les personnes déléguées par la SNCB pour la représenter au sein de ces sociétés et de quelle rétribution ces personnes bénéficient-elles ?
4. Wie is er voor de NMBS in deze venootschappen afgevaardigd en welke vergoedingen zijn daaraan verbonden ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5619
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2003200421452
DO 2003200421452
Question no 276 de Mme Trees Pieters du 6 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Remboursement de contributions directes. — Compte financier. — Présentation ou remise d’une copie de la carte d’identité. Dans le but d’améliorer le service aux citoyens et d’accroıˆtre la sécurité des remboursements en matière de contributions directes, mais aussi en partie par souci d’économie, le secteur « recouvrements » des contributions directes met tout en œuvre, et à juste titre, pour réduire le plus possible le nombre de liquidations par assignation postale. Dans cette optique, les bureaux de perception locaux (personnes physiques) demandent aux contribuables de communiquer par écrit à l’administration des impoˆts le numéro de compte financier sur lequel les remboursements peuvent être versés. Il est également demandé aux deux époux de joindre une photocopie de leur carte d’identité.
Pouvez-vous me répondre à la lumière des dispositions actuelles du Code des impoˆts sur les revenus 1992, de la loi actualisée du 19 juillet 1991 relative aux registres de la population et aux cartes d’identité et de la loi modifiée du 5 aouˆt 1992 sur la fonction de police ?
Vraag nr. 276 van mevrouw Trees Pieters van 6 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Teruggaven van directe belastingen. — Financie¨le rekening. — Voorlegging of verstrekken van kopie van identiteitskaart. Om de burger beter te kunnen dienen en de veiligheid van de terugbetaling inzake directe belastingen te kunnen verhogen tracht de sector invorderingen van de directe belastingen, mede uit kostenbesparende overwegingen, terecht alles in het werk te stellen om het aantal vereffeningen via postassignatie sterk te minimaliseren. In die optiek vragen de lokale ontvangkantoren (natuurlijke personen) aan de belastingschuldigen dan ook het financieel rekeningnummer waarop de teruggaven kunnen worden overgeschreven aan de belastingadministratie schriftelijk mee te delen. Daarbij wordt aan de beide echtgenoten tezelfdertijd ook gevraagd een fotokopie van hun identiteitskaart toe te voegen. In de gehanteerde algemene modelbrieven of drukwerken wordt meestal alleen maar een dienstadres opgegeven, en is er geen individuele contactpersoon meer aangeduid. De algemene vraag rijst echter op grond van welke wettelijke en/of reglementaire bepalingen het verstrekken van (een kopie van) de identiteitskaart en/of de voorlegging ervan aan de invorderingsambtenaren en aan de aanslagambtenaren behorende tot de sector directe belastingen terzake op kosten van de belastingschuldige daarbij daadwerkelijk kan worden gee¨ist of gevorderd. Kan u uw antwoord meedelen in het licht van zowel de huidige bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, de geactualiseerde wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten als van de aangepaste wet van 5 augustus 1992 op het politieambt ?
DO 2003200421464
DO 2003200421464
Question no 277 de M. Patrick Moriau du 10 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Zones de police locale. — Systèmes d’enregistrement des communications téléphoniques. De nombreuses zones de police locale disposeraient de systèmes d’enregistrement des communications télé-
Vraag nr. 277 van de heer Patrick Moriau van 10 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Lokale politiezones. — Systemen voor het opnemen van telefoongesprekken. Heel wat lokale politiezones zouden over systemen beschikken voor het opnemen van telefoongesprekken
Le courrier type ou les documents utilisés comportent généralement comme seule référence une adresse de service, sans mentionner le nom d’une personne de contact individuelle. La question générale suivante se pose toutefois : sur la base de quelle disposition légale et/ou réglementaire peut-on effectivement exiger ou réclamer la remise d’une (copie de) carte d’identité et/ou la présentation de celle-ci, aux frais du contribuable, aux fonctionnaires chargés du recouvrement et aux agents taxateurs faisant partie du secteur des contributions directes ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5620
phoniques, en vue de se constituer des éléments de preuve destinés à écarter toute mise en cause de leurs fonctionnaires de police dans le cadre de certains appels aux services de police. 1. Dans la mesure ou` ces systèmes enregistrent sans distinction aucune toutes les communications entrantes et sortantes de la zone de police, ces installations ne violent-elles pas l’article 259bis du Code pénal introduit par l’article 1er de la loi du 30 juin 1994 ? 2. Pouvez-vous également demander à vos services respectifs d’établir qui, dans le cas d’espèce, verrait sa responsabilité pénale incriminée : la zone de police, le collège de police, le chef de corps ou tout autre fonctionnaire de police; et préciser le cas échéant, le montant des peines encourues ?
(call recording), om zo het nodige bewijsmateriaal achter de hand te hebben als politieagenten in het kader van een bepaalde oproep van de politiediensten in opspraak zouden komen. 1. Wordt door het gebruik van dergelijke apparatuur geen inbreuk gemaakt op artikel 259bis van het Strafwetboek, zoals ingevoegd bij artikel 1 van de wet van 30 juni 1994, omdat die systemen zonder onderscheid alle inkomende en uitgaande telefoongesprekken van de politiezone registreren ? 2. Kan u uw respectieve diensten ook vragen uit te maken wie er in het onderhavige geval strafrechtelijk aansprakelijk zou worden gesteld (de politiezone, het politiecollege, de korpschef of een andere politieambtenaar), en welke straffen de schuldige gebeurlijk boven het hoofd hangen ?
DO 2003200421483
DO 2003200421483
Question no 279 de M. Jos Ansoms du 12 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Signalisation des véhicules des services d’incendie. Au sein du KAPB (Koninklijke Antwerpse Provinciale Brandweerbond — l’Union royale provinciale des services d’incendie d’Anvers), un groupe de travail se penche depuis quelque temps déjà sur la sécurité du travail et se préoccupe notamment du bien-être du personnel des services d’incendie. La problématique de la sécurité des pompiers lors d’interventions sur la voie publique avait été évoquée par ce groupe de travail il y a quelque temps déjà. Un courrier adressé à vos services par le KAPB, serait resté à ce jour sans réponse.
Vraag nr. 279 van de heer Jos Ansoms van 12 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Signalisatie van brandweervoertuigen. Binnen de KAPB (Koninklijke Antwerpse Provinciale Brandweerbond) werkt al sinds enige tijd een werkgroep rond arbeidsveiligheid met als bekommernis het welzijn van het personeel van de brandweer. In deze werkgroep werd al enige tijd geleden de problematiek met betrekking tot de veiligheid van de brandweerlui bij interventies op de openbare weg gesteld.
1. Eˆtes-vous au courant de ces problèmes ? 2. Quelles mesures ont-elles été ou vont-elles être prises afin de garantir la sécurité des pompiers ?
Naar ons meegedeeld werd, werden uw diensten hieromtrent reeds aangeschreven maar tot op heden ontving KAPB geen antwoord. 1. Is deze problematiek door u gekend ? 2. Welke maatregelen werden of zullen genomen worden teneinde de veiligheid van de brandweerlui te garanderen ?
Ministre de l’Emploi et des Pensions
Minister van Werk en Pensioenen
Emploi
Werk
DO 2003200421448
DO 2003200421448
Question no 85 de M. Jo Vandeurzen du 6 mai 2004 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :
Vraag nr. 85 van de heer Jo Vandeurzen van 6 mei 2004 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen : Paritair comité. — Logistieke centra. 1. Kan u meedelen onder welk paritair comité de logistieke centra ressorteren ?
Commission paritaire. — Centres logistiques. 1. De quelle commission paritaire les centres logistiques relèvent-ils ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5621
2. Est-il exact que la commission paritaire compétente et les CCT applicables peuvent varier selon le type de produits stockés et gérés par le centre logistique en question ?
2. Is het correct dat het blijkbaar voor kan komen dat het toepasselijke paritaire comité en de toepasselijke CAO’s wijzigen in functie van datgene wat in het logistieke centrum aan voorraden wordt beheerd ?
3. Cette situation est-elle bien opportune ?
3. Is dit wel een opportune situatie ?
4. Permet-elle d’assurer la sécurité juridique ?
4. Kan hiermee rechtszekerheid gecree¨erd worden ?
DO 2003200421455
DO 2003200421455
Question no 87 de Mme Maggie De Block du 7 mai 2004 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :
Vraag nr. 87 van mevrouw Maggie De Block van 7 mei 2004 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen :
Secteur horeca. — Nouvelles mesures. — Campagne d’information.
Horecasector. — Nieuwe maatregelen. — Informatiecampagne.
Au cours d’une audition sur les aspects sociaux du secteur horeca en commission des Finances et du Budget, le ministre a annoncé qu’il envisageait d’organiser une campagne d’information à l’intention des employeurs de ce secteur. Cette campagne viserait à clarifier les nouvelles mesures qui ont été prises en faveur du secteur horeca.
Tijdens een hoorzitting in de commissie voor de Financie¨n en de Begroting over de sociale aspecten van de horecasector liet de minister weten een informatiecampagne te plannen naar de werkgevers in de horecasector toe. Deze campagne zou als doel hebben de nieuw doorgevoerde maatregelen ten voordele van de sector te verduidelijken.
1. Quel calendrier prévoyez-vous à cet égard :
1. Welke timing voorziet u voor deze campagne :
a) en termes de lancement;
a) qua opstart;
b) en termes de durée ?
b) qua looptijd ?
2. Sur quels aspects concrets cette campagne se concentrera-t-elle ?
2. Welke concrete aspecten zal de campagne inhoudelijk benadrukken ?
3. Quels seront les supports médiatiques utilisés pour cette campagne ?
3. Via welke (media-)kanalen zal deze campagne worden gevoerd ?
4. Quel est le montant précis des budgets affectés à chaque média pour l’organisation et la mise en œuvre concrète de cette campagne ?
4. Welke precieze budgetten worden telkens in het voorzuitzicht gesteld voor het opzetten van de campagne en de concrete uitvoering ervan (kostprijs per mediakanaal) ?
5. Qui sera chargé de mettre sur pied et d’encadrer l’initiative en question ?
5. Wie zal deze campagne ontwerpen en begeleiden ?
Pensions
Pensioenen
DO 2003200421468
DO 2003200421468
Question no 28 de M. Hagen Goyvaerts du 10 mai 2004 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :
Vraag nr. 28 van de heer Hagen Goyvaerts van 10 mei 2004 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen :
Paiement des pensions. — Délégation ou transfert par l’entremise d’un comptable. — Délivrance d’un « certificat de vie ».
Uitbetaling van pensioenen. — Delegatie of overdracht via een rekenplichtige. — Leveren van een « bewijs van leven ».
Vous avez récemment préconisé le paiement automatique des pensions par l’intermédiaire des banques.
Onlangs pleitte u voor het automatisch uitbetalen van de pensioengelden via de bank.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
711
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5622
Or, de nombreuses personnes perçoivent encore leur pension par assignation postale, comme par exemple les pensionnés redevables d’une pension alimentaire. Ceux-ci reçoivent une assignation postale après délivrance mensuelle par l’administration communale ou` l’intéressé est domicilié d’un certificat de vie. Dans pareils cas, un comptable est chargé d’exécuter le paiement.
Nu blijken er toch een hele groep gepensioneerden te zijn die hun pensioengeld via een postassignatie uitbetaald krijgen, zoals gepensioneerden die onderhoudsgeld betalen. Zij ontvangen een postassignatie nadat maandelijks een bewijs van leven werd geleverd door het bestuur van de gemeente waar de betrokkene gedomicilieerd is. De uitvoering van de betaling gebeurt in dergelijke gevallen via een rekenplichtige.
1. Combien de pensionnés sont-ils soumis au régime de la délégation ou du transfert par l’entremise d’un comptable ?
1. Hoeveel gepensioneerden vallen onder het regime van de delegatie of overdracht via een rekenplichtige ?
2. Combien de pensionnés sont-ils soumis au régime de la délivrance d’un certificat de vie ?
2. Hoeveel gepensioneerden vallen onder het regime van het leveren van een bewijs van leven ?
3. a) S’agit-il exclusivement de pensionnés du secteur public ?
3. a) Betreft het enkel gepensioneerden uit de openbare sector ?
b) Dans la négative, les pensionnés du secteur privé tombent-ils aussi sous le coup des réglementations visées aux questions 1 et 2 ?
b) Zo neen, vallen de gepensioneerden uit de privésector ook onder de regelingen zoals vermeld in vraag 1 en vraag 2 ?
4. Envisagez-vous d’instaurer le paiement automatique des pensions sur le compte bancaire pour ce groupe de pensionnés également ?
4. a) Overweegt u om de pensioengelden van deze groep van gepensioneerden in de toekomst ook automatisch via de bankrekening te laten betalen ?
5. Dans la négative, pour quelle raison ?
b) Zo neen, waarom niet ?
Ministre des Finances
Minister van Financie¨n
DO 2003200421471
DO 2003200421471
Question no 375 de M. Carl Devlies du 11 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 375 van de heer Carl Devlies van 11 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Sociétés. — Non-exécution de l’obligation de déclaration à l’impoˆt des sociétés.
Vennootschappen. — In gebreke blijven aangifteplicht vennootschapsbelasting.
Combien de sociétés n’ont pas rentré leur déclaration à l’impoˆt des sociétés pour les exercices d’imposition 2001, 2002 et 2003 et ce par direction régionale ?
Kan u meedelen hoeveel vennootschappen in gebreke bleven hun fiscale aangifte in te dienen voor de aanslagjaren 2001, 2002 en 2003, en dit opgesplitst per gewestelijke directie ?
DO 2003200421472
DO 2003200421472
Question no 376 de M. Carl Devlies du 11 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 376 van de heer Carl Devlies van 11 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Contribuables. — Non-exécution de l’obligation de déclaration à l’impoˆt des personnes physiques.
Belastingplichtige personen. — Niet vervullen aangifteplicht personenbelasting.
Combien de contribuables n’ont pas rentré leur déclaration à l’impoˆt des personnes physiques pour les
Kan u meedelen hoeveel belastingplichtige personen in gebreke bleven om een aangifte in de personenbelas-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5623
exercices d’imposition 2001, 2002 et 2003 et ce par direction régionale ?
ting te verrichtingen tijdens de aanslagjaren 2001, 2002 en 2003, en dit ingedeeld per gewestelijke directie ?
DO 2003200421473
DO 2003200421473
Question no 377 de M. Carl Devlies du 11 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 377 van de heer Carl Devlies van 11 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Personnes et sociétés contribuables. — Absence de déclaration d’impoˆt. — Politique de l’administration.
Belastingplichtige personen en vennootschappen. — Ingebreke blijven indiening aangiften. — Beleid administratie.
1. Pourriez-vous me communiquer quelle est l’attitude adoptée par votre administration vis-à-vis des personnes ou des sociétés contribuables qui ont omis de remettre leur déclaration fiscale ?
1. Kan u meedelen welk het beleid is dat door uw administratie wordt gevoerd ten aanzien van belastingplichtige personen of vennootschappen die in gebreke blijven een aangifte in te dienen ?
2. Pourriez-vous fournir des données chiffrées à ce sujet ?
2. Kan dit beleid cijfermatig worden geı¨llustreerd ?
DO 2003200421479
DO 2003200421479
Question no 382 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 382 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Rapport de la Commission mondiale des barrages et attitude des banques internationales.
Verslag van de Wereldcommissie voor dammen en houding van de internationale banken.
Les grands barrages ont des impacts très controversés en matière de développement durable et d’environnement. En 1998, la Banque Mondiale et l’Union internationale pour la conservation de la nature (UICN) ont conjointement initié un processus qui a mené à la création de la « World Commission on dams » (Commission mondiale des barrages).
Grote dammen hebben, vanuit het oogpunt van milieu en duurzame ontwikkeling, een erg omstreden reputatie. In 1998 leidde een gemeenschappelijk initiatief van de Wereldbank en de World Conservation Union (IUCN) tot de oprichting van de « World Commissions on dams » (Wereldcommissie voor dammen).
Pendant deux ans, un forum composé d’ingénieurs, d’écologistes, de représentants de gouvernements, d’indigènes, de financiers, de personnes affectées par les barrages et de chercheurs, s’est engagé dans un processus sans précédent de formulation de politiques publiques globales. Ils ont signé, à l’unanimité, un rapport final en novembre 2000 intitulé « Barrages et Développement : un nouveau cadre pour la prise de décision ». Ce rapport fournit l’analyse la plus complète et indépendante à ce jour sur la politique de construction des barrages. Il examine les performances technique, financière et économique des barrages, ainsi que leurs conséquences sociales et environnementales.
Gedurende twee jaar werkte een forum bestaande uit ingenieurs, vertegenwoordigers van de milieubeweging, van de regeringen, van de inheemse bevolking, financiers, mensen wier leven door de dammen wordt beı¨nvloed en onderzoekers aan het uitzetten van bakens voor een globaal overheidsbeleid. Zo’n denkoefening werd nooit voorheen gemaakt. In november 2000 keurde dit forum eenparig een eindrapport goed : « Dams and Development : A New Framework for Decision-Making ». Dit verslag bevat de tot op vandaag meest volledige en onafhankelijke analyse van het beleid inzake de bouw van dammen. Het bestudeert naast de technische, financie¨le en economische prestatie van de dammen ook hun sociale gevolgen en milieu-impact.
Le rapport contient des recommandations et des conclusions précises, notamment en matière de politique des agences de crédit à l’exportation, des agences d’aide bilatérales et des banques multilatérales de
Het rapport bevat een aantal duidelijke aanbevelingen en besluiten, met name met betrekking tot het beleid van de agentschappen voor exportkredieten en voor bilaterale hulp, en van de multilaterale ontwikke-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5624
développement. Le rapport recommande l’établissement de procédures de classement d’alternatives, tout en respectant les directives de la Commission mondiale des barrages.
lingsbanken. Het verslag pleit voor het uitwerken van procedures om een rangorde van alternatieven op te stellen, waarbij de richtlijnen van de World Commission on dams in acht wordt genomen.
Le délégué belge au sein des banques internationales représente souvent plusieurs pays ou fait partie d’un groupe (« elective group »), mais il peut évidemment tenter de rallier ces pays à la position belge, comme cela se passe d’ailleurs régulièrement pour d’autres dossiers.
De Belgische afgevaardigde bij de internationale banken vertegenwoordigt vaak meerdere landen of maakt deel uit van een groep (« elective group »). Hij kan die landen evenwel voor het Belgische standpunt trachten te winnen, zoals dat trouwens vaak voor andere dossiers gebeurt.
Pouvez-vous répondre aux questions suivantes et ceci respectivement pour la Banque mondiale, la Banque européenne d’investissement, la Banque européenne pour la reconstruction et le développement, la Banque asiatique de développement, la Banque interaméricaine de développement, la Banque de développement :
Kan u de volgende vragen beantwoorden, en dit respectievelijk voor de Wereldbank, de Europese Investeringsbank, de Europese Bank voor wederopbouw en ontwikkeling, de Aziatische Ontwikkelingsbank, de Interamerikaanse Ontwikkelingsbank, de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank :
1. Quelle est l’attitude de la banque vis-à-vis de ce rapport ?
1. Wat is de houding van de bank ten aanzien van dit rapport ?
2. Quelle est l’attitude du représentant belge visà-vis de ce rapport au sein de chaque banque ?
2. Wat is de houding van de Belgische vertegenwoordiger bij elk van deze banken ten aanzien van dit rapport ?
3. Quelles initiatives le représentant belge a-t-il prises pour qu’on tienne mieux compte de ce rapport ?
3. Welke initiatieven heeft de Belgische vertegenwoordiger genomen opdat met dit rapport meer rekening zou worden gehouden ?
DO 2003200421485
DO 2003200421485
Question no 387 de M. Carl Devlies du 12 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 387 van de heer Carl Devlies van 12 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Dépoˆts d’épargne. — Débiteur du précompte mobilier.
Spaardeposito’s. — Schuldenaar roerende voorheffing.
Les intérêts de dépoˆts d’épargne ne sont pas considérés comme des revenus mobiliers à concurrence de la première tranche de 1 810 euros (exercice d’imposition 2005). Les multiples compagnes de promotion momentanées incitent les épargnants à ouvrir plusieurs comptes de dépoˆt auprès de différents établissements financiers pour obtenir tout de même un certain rendement sur leur épargne. Il est possible que les intérêts perçus par le détenteur de plusieurs comptes de dépoˆt n’excèdent pas 1 810 euros par compte individuel, mais dépassent en revanche cette tranche s’ils sont globalisés.
Intresten van spaardeposito’s worden niet als roerende inkomsten aangemerkt ten belope van de eerste schijf van 1 810 euro (aanslagjaar 2005). Gezien de veelvuldige kortstondige promotiecampagnes zijn spaarders geneigd om meerdere depositorekeningen te openen bij verschillende financie¨le instellingen om toch enig rendement op hun spaarcenten te halen. Door het aanhouden van verschillende depositorekeningen kan het voorkomen dat per individuele rekening niet boven de grens van 1 810 euro aan intresten wordt ontvangen maar wel geglobaliseerd.
Conformément à l’article 313, alinéa 1er, 5o, CIR 1992, le contribuable est tenu de déclarer ces intérêts perçus sur des dépoˆts d’épargne au-delà de la première tranche de 1 810 euros (exercice d’imposition 2005) dans la mesure ou` le précompte mobilier n’a pas été retenu sur cet excédent. Lors de l’établissement de la cotisation, il est taxé sur cet excédent à un taux de 15 % à majorer des centimes additionnels communaux.
Overeenkomstig artikel 313, eerste lid, 5o, WIB 1992 dient de belastingplichtige deze ontvangen intresten op spaardeposito’s boven de eerste schijf van 1 810 euro (aanslagjaar 2005) aan te geven in zoverre de roerende voorheffing niet geheven is op dit meerdere. Bij het vestigen van de aanslag wordt hij hierop getaxeerd aan een tarief van 15 % te verhogen met de gemeentelijke opcentiemen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5625
Le contribuable épargnant peut toutefois notifier par écrit à son établissement financier que les intérêts perçus sur le compte de dépoˆt détenu auprès de celui-ci ne constituera pas la première tranche de 1 810 euros applicable aux intérêts perçus sur les dépoˆts d’épargne.
De belastingplichtige spaarder kan echter aan zijn financie¨le instelling schriftelijk laten weten dat de intresten ontvangen op de bij haar aangehouden depositorekening niet de eerste schijf van 1 810 euro intresten uit spaardeposito’s zal opbrengen.
1. L’établissement financier auprès duquel une telle déclaration est effectuée est-il tenu de prélever un précompte mobilier de 15 % sur les intérêts versés conformément à l’article 261, CIR 1992 ?
1. Is de financie¨le instelling waarbij dergelijke verklaring wordt afgelegd verplicht 15 % roerende voorheffing van de uitgekeerde intresten in te houden overeenkomstig artikel 261, WIB 1992 ?
2. Un établissement financier viole-t-il l’article 261, CIR 1992, lorsqu’il reçoit une telle déclaration mais stipule — en violation de cet article — qu’il ne prélèvera pas de précompte mobilier ?
2. Schendt een financie¨le instelling artikel 261, WIB 1992, wanneer zij dergelijke verklaring ontvangt maar in strijd met dit artikel bedingt geen roerende voorheffing te zullen inhouden ?
3. Quelles démarches l’épargnant peut-il entreprendre à l’encontre de son établissement financier qui ignore une telle déclaration ?
3. Welke stappen kan de spaarder ondernemen tegen zijn financie¨le instelling die dergelijke verklaring negeert ?
DO 2003200421486
DO 2003200421486
Question no 388 de M. Carl Devlies du 12 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 388 van de heer Carl Devlies van 12 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Comptes d’épargne. — Secret bancaire.
Spaarrekeningen. — Fiscaal bankgeheim.
Les intérêts des dépoˆts d’épargne ne sont pas considérés comme des revenus mobiliers jusqu’à la première tranche de 1 810 euros (année d’imposition 2005). Une institution financière pourrait convenir avec un client d’ouvrir à son nom un second compte d’épargne de telle sorte que les intérêts versés sur ces deux comptes restent sous la barre des 1 810 euros. Ainsi, elle ne devrait pas prélever de précompte mobilier sur ces deux comptes.
Intresten van spaardeposito’s worden niet als roerende inkomsten aangemerkt ten belope van de eerste schijf van 1 810 euro (aanslagjaar 2005). Een financie¨le instelling zou kunnen overeenkomen met een clie¨nt een tweede spaarrekening te openen zodat de intresten uitgekeerd op beide rekeningen onder het bedrag van 1 810 euro blijven waardoor zij geen roerende voorheffing inhoudt op beide rekeningen.
1. Cette pratique constitue-t-elle un mécanisme particulier conformément à l’article 57, § 3, de la loi du 22 mars 1993 relative au statut et au controˆle des établissements de crédit et conformément à l’article 104, § 3, de la loi du 6 avril 1995 sur les marchés secondaires tels que définis par la Commission bancaire, financière et des assurances (CBFA) ?
1. Is dergelijke praktijk een bijzonder mechanisme overeenkomstig artikel 57, § 3, van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht van de kredietinstellingen en artikel 104, § 3, van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten zoals omschreven door de Commissie voor het bank-, financieen assurantiewezen (CBFA) ?
2. Cette pratique est-elle un mécanisme tel que visé à l’article 318, alinéa 2, du CIR 1992 ?
2. Is dergelijke praktijk een mechanisme zoals bedoeld in artikel 318, tweede lid, WIB 1992 ?
3. Cette pratique aboutit-elle, même si une institution financière ne l’approuve que dans des cas individuels, à la levée du secret bancaire vis-à-vis du contribuable épargnant ?
3. Leidt dergelijke praktijk, zelfs wanneer een financie¨le instelling slechts in individuele gevallen hiermee zou instemmen, tot de opheffing van het fiscaal bankgeheim in hoofde van de belastingplichtige spaarder ?
4. La réponse à cette question varie-t-elle selon qu’il y a plusieurs comptes de dépoˆt en nom propre et/ou en indivision ?
4. Verschilt het antwoord naargelang meerdere depositorekeningen in eigen naam en/of in onverdeeldheid wordt aangehouden ?
5. Quelles directives la CBFA a-t-elle édictées en ce qui concerne l’ouverture de plusieurs comptes de la
5. Welke richtlijnen heeft de CBFA uitgewerkt met betrekking tot het openen van meerdere rekeningen
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5626
même catégorie (par exemple comptes à vue, de dépoˆt et à terme) par un client auprès d’une institution financière (par exemple un compte privé, un compte ouvert à des fins professionnelles, un compte de tiers) ?
van dezelfde categorie (bijvoorbeeld zicht-, deposito, termijnrekeningen) door een clie¨nt bij één financie¨le instelling (bijvoorbeeld een privé-rekening, een rekening voor beroepsdoeleinden, een derdenrekening) ?
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2003200421320
DO 2003200421320
Question no 179 de M. Guido De Padt du 6 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 179 van de heer Guido De Padt van 6 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Zoophilie. — Caractère punissable.
Seks met dieren. — Strafbaarheid.
Selon le ministère néerlandais de l’agriculture, les relations sexuelles avec les animaux devraient être interdites. Le ministère envisage de modifier la loi sur le bien-être des animaux afin de rendre punissables toutes les formes de bestialité. Le ministre néerlandais de l’agriculture réagit ainsi à l’émoi suscité par le fait que début mars 2004, à Utrecht, une personne ayant violé un poney a été mise hors de cause, n’ayant commis aucune infraction à la loi.
Volgens het Nederlandse ministerie van Landbouw zou seks met dieren moeten verboden worden. Het ministerie bekijkt of de dierenwelzijnwet zo kan worden aangepast dat « alle vormen van bestialiteit » strafbaar zijn. De Nederlandse minister van Landbouw reageert hiermee op de commotie die ontstond toen een ponyverkrachter in Utrecht begin maart 2004 vrijuit ging omdat hij volgens de wet niets strafbaars had gedaan.
1. a) La zoophilie est-elle punissable en Belgique ?
1. a) Is seks met dieren in Belgie¨ strafbaar ?
b) Dans l’affirmative, dans quelles circonstances ?
b) Zo ja, onder welke voorwaarden ?
2. Dans la négative, des initiatives légales ont-elles été prises en la matière ?
2. In ontkennend geval, worden er wettelijke initiatieven genomen ?
3. Dispose-t-on de données et/ou de chiffres sur la situation en Belgique ?
3. Zijn er desbetreffend gegevens en/of cijfers bekend over de Belgische situatie ?
DO 2003200421339
DO 2003200421339
Question no 180 de M. Mark Verhaegen du 6 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 180 van de heer Mark Verhaegen van 6 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Lutte contre l’épidémie de peste aviaire. — Montant total des couˆts.
Bestrijding vogelpestepidemie. — Volledige som van de kosten.
J’apprends par la presse que la lutte contre l’épidémie de peste aviaire a couˆté 5,82 millions d’euros aux pouvoirs publics.
Uit de pers verneem ik dat de bestrijding van de vogelpestepidemie de overheid 5,82 miljoen euro gekost heeft.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5627
Renseignements pris, il s’avère que la peste aviaire a généré un couˆt total bien plus élevé que le chiffre annoncé par la presse. Les seuls couˆts opérationnels (évacuation des animaux et du lisier, Rendac, etc.) sont estimés par le secteur à 18 millions d’euros. Une partie de cet argent devrait toutefois encore être récupéré graˆce à une intervention de l’Europe.
Nader onderzoek leert mij dat de aviaire influenza in totaal veel meer geld heeft gekost dan in de pers aangegeven. Alleen al de operationele kosten (ruimen van dieren, afvoeren van de mest, Rendac, enz.) worden door de sector geraamd op 18 miljoen euro. Er zou echter nog een deel gerecupereerd worden als tussenkomst door Europa.
Les indemnisations en faveur des entreprises touchées sont payées par les aviculteurs eux-mêmes (par l’intermédiaire du Fonds sanitaire) et se chiffrent à environ 11 millions d’euros. Graˆce au cofinancement promis par l’Europe, la facture à charge du secteur avicole ne devrait pas dépasser 5,82 millions d’euros.
De vergoedingen voor de getroffen bedrijven worden betaald door de pluimveehouders zelf (via het Sanitair Fonds) en bedragen ongeveer 11 miljoen euro. Dank zij de toegezegde cofinanciering van Europa bleef de factuur voor de pluimveesector op 5,82 miljoen euro.
Il ne s’agirait néanmoins que d’un montant provisoire, dans la mesure ou` les œufs à couver qui ont été envoyés à la casserie doivent encore être dédommagés. Un dossier aurait également été introduit à cet effet auprès de l’Europe en vue d’un cofinancement. La facture totale s’élève en l’espèce à environ 1,5 million d’euros.
Dit zou nog maar een voorlopig bedrag zijn, daar de broedeieren die afgevoerd werden naar de brekerij nog moeten vergoed worden. Hiervoor zou ook een dossier voor cofinanciering ingediend zijn bij Europa. De totale factuur bedraagt hier ongeveer 1,5 miljoen euro.
Enfin, il y a également le dossier des indemnisations de démarrage. Toutefois, comme ce système constitue une matière purement régionale, il en est fait abstraction.
Tenslotte is er nog het dossier van de opstartvergoedingen. Maar omdat deze regeling een louter gewestelijke aangelegenheid betreft, wordt dit buiten beschouwing gelaten.
1. Quelle est en fin de compte le montant à charge, respectivement, des autorités fédérales, de l’Europe, du Fonds sanitaire et des aviculteurs touchés ?
1. Wat is de uiteindelijke som die dient te worden ingebracht door federale overheid, respectievelijk Europa, Sanitair Fonds en de getroffen pluimveehouders ?
2. a) Ou` en sont les paiements en faveur des aviculteurs touchés ?
2. a) Hoever staat het heden met de uitbetalingen van de getroffen pluimveehouders ?
b) Quand le règlement financier sera-t-il définitivement cloˆturé conformément au planning ?
b) Wanneer wordt volgens planning de financie¨le regeling definitief afgerond ?
DO 2003200421460
DO 2003200421460
Question no 181 de M. Guido De Padt du 10 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 181 van de heer Guido De Padt van 10 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Infections et intoxications alimentaires.
Voedselinfecties en voedselvergiftigingen.
Selon les estimations de la « Voedsel- en Warenautoriteit » néerlandaise, environ un million de Néerlandais seraient victimes d’une infection ou d’une intoxication alimentaire chaque année. Un professeur néerlandais a calculé, en se basant sur des études américaines, que 280 personnes décéderaient chaque année des suites d’une intoxication alimentaire aux Pays-Bas.
De Nederlandse « Voedsel- en Warenautoriteit » schat dat er per jaar ongeveer een miljoen Nederlanders een voedselinfectie of vergiftiging oplopen. Een Nederlandse hoogleraar heeft op basis van Amerikaans onderzoek becijferd dat er in Nederland jaarlijks ongeveer 280 mensen overlijden aan voedselinfecties.
Chaque année, des centaines de milliers de personnes tombent malades à la suite d’une infection causée par la bactérie campylobacter. Les salmonelles font cependant le plus de victimes.
Jaarlijks worden honderdduizenden mensen ziek door de campylobacter bacterie. Salmonella zorgt echter voor de meeste slachtoffers.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5628
1. Combien de cas d’intoxication alimentaire ontils été enregistrés en Belgique au cours de ces trois dernières années ? 2. Combien de personnes intoxiquées sont-elles décédées ?
1. Hoeveel gevallen van voedselinfecties zijn er de jongste drie jaar in Belgie¨ voorgekomen ? 2. Met hoeveel dodelijke slachtoffers ?
3. Quelles initiatives ont-elles déjà été prises afin de protéger notre population contre les intoxications alimentaires ?
3. Welke initiatieven werden er reeds genomen om voedselvergiftigingen bij onze bevolking tegen te gaan ?
DO 2003200421462
DO 2003200421462
Question no 182 de Mme Yolande Avontroodt du 10 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 182 van mevrouw Yolande Avontroodt van 10 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Moratoire sur l’implantation d’officines.
Moratorium inzake de vestiging van apotheken.
Le moratoire sur l’implantation d’officines reste en vigueur jusqu’à la fin de l’année 2009. La majorité des E´tats membres de l’Union européenne ne connaissent pas un tel moratoire.
Tot eind 2009 is het moratorium inzake de vestiging van apotheken van toepassing. In de meeste lidstaten van de Europese Unie geldt dergelijk moratorium niet.
1. Est-il envisagé de reconsidérer ce moratoire ?
1. Wordt overwogen om dit moratorium te herzien ?
2. Dans la négative, sera-t-il maintenu après 2009 ?
2. Zo neen, zal het moratorium na 2009 gehandhaafd blijven ?
DO 2003200421396
DO 2003200421396
Question no 183 de M. Guido De Padt du 11 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 183 van de heer Guido De Padt van 11 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
UE. — Introduction de la première variété de maı¨s génétiquement modifié.
EU. — Introductie van de eerste genetisch gemanipuleerde maı¨ssoort.
La voie semble ouverte pour l’introduction de la première variété de maı¨s génétiquement modifié dans l’Union européenne. Lors de la concertation récente entre les ministres de l’Agriculture de l’Union européenne, il s’est avéré impossible de dégager une majorité suffisante pour bloquer l’introduction du maı¨s génétiquement modifié. Ce dossier se trouve à présent entre les mains de la Commission européenne, qui a déjà indiqué qu’elle était plutoˆt favorable à l’approbation de la première demande d’autorisation d’une denrée alimentaire génétiquement modifiée. L’introduction de cultures et de denrées alimentaires génétiquement modifiées divise les E´tats membres de l’UE depuis des années déjà. Un groupe de cinq pays, avec à sa tête la France, rejette catégoriquement toute forme de ce qu’il appelle « alimentation Frankenstein ». L’année dernière, ces pays ont toutefois été mis en minorité, lorsque l’UE s’est mis d’accord sur la
De weg lijkt open te liggen voor de introductie van de eerste genetisch gemanipuleerde maı¨ssoort in de Europese Unie. Tijdens het recente overleg van de EUministers van Landbouw was geen voldoende meerderheid te vinden om de genmaı¨s tegen te houden. Deze aangelegenheid zal nu verder afgehandeld worden door de Europese Commissie. De Commissie heeft eerder al aangegeven dat zij genegen is de eerste aanvraag voor een genetisch gemanipuleerde voedingssoort goed te keuren. De introductie van genetisch gemanipuleerde gewassen en voedingsmiddelen verdeelt de EU-lidstaten al jaren. Een groep van vijf landen, onder aanvoering van Frankrijk, weigert categorisch elke vorm van wat zij noemt « Frankensteinvoeding ». Vorig jaar werden zij echter overstemd, toen de EU overeenkwam dat op een etiket van voedingsmiddelen duidelijk moest staan dat daarin genetisch gemodificeerde producten zijn verwerkt. Sinds-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5629
mention obligatoire de la présence de produits génétiquement modifiés sur l’étiquette des denrées alimentaires. Depuis lors les sociétés peuvent introduire des demandes de mise sur le marché d’aliments génétiquement modifiés dans les pays de l’UE également. Syngenta a été la première entreprise à introduire une telle demande, aux Pays-Bas. Un blocage antérieur de la demande avait été annulé lors de la concertation européenne susmentionnée.
dien kunnen bedrijven ook in EU-lidstaten aanvragen indienen om genetische voeding op de markt te brengen. Syngenta deed dat als eerste, in Nederland. Eerdere blokkade van de aanvraag werd tijdens het hogervermeld EU-overleg ongedaan gemaakt.
1. Quelle est la position de notre pays en la matière ? Sur quelles considérations est-elle fondée ?
1. Welke houding heeft ons land in deze kwestie aangenomen en op grond van welke redenen en motieven ?
2. Des demandes de mise sur le marché d’aliments génétiquement modifiés ont-elles été introduites en Belgique également ? Dans l’affirmative, pour quels produits ?
2. Zijn er ook in Belgie¨ aanvragen ingediend om genetische voeding op de markt te brengen, en zo ja, voor welke producten ?
DO 2003200421424
DO 2003200421424
Question no 184 de M. Jean-Luc Crucke du 11 mai 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 184 van de heer Jean-Luc Crucke van 11 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Mise sur le marché de maı¨s génétiquement modifié BT11.
In de handel brengen van genetisch gewijzigde BT11maı¨s.
Une demande d’autorisation de mise sur le marché du maı¨s génétiquement modifié BT11 a été reçue le 11 février 1999 auprès des instances européennes. Cette demande a entre-temps fait l’objet d’un avis favorable du Comité scientifique de l’alimentation humaine en avril 2002.
Op 11 februari 1999 werd bij de Europese instanties een vergunningsaanvraag ingediend om genetisch gewijzigde BT11-maı¨s in de handel te brengen. Het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding verstrekte in april 2002 een gunstig advies.
Le Conseil a maintenant trois mois pour se prononcer sur la proposition. Faute d’accord, la proposition de décision sera renvoyée à la Commission qui sera habilitée à prendre elle-même la décision.
De Raad beschikt nu over drie maanden om zich over het voorstel uit te spreken. Bij gebrek aan akkoord in de Raad, wordt het voorstel van beschikking aan de Commissie overgezonden, die in dat geval gemachtigd wordt zelf een beslissing te nemen.
1. Quelle sera la position que la Belgique adoptera dans ce dossier ?
1. Welke houding zal Belgie¨ in dit dossier aannemen ?
2. Toutes les garanties ont-elles été prises par rapport au principe de précaution ?
2. Werd voor de nodige waarborgen met betrekking tot de naleving van het voorzorgsbeginsel gezorgd ?
DO 2003200421432
DO 2003200421432
Question no 185 de M. Jean-Luc Crucke du 11 mai 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 185 van de heer Jean-Luc Crucke van 11 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Hygiène des aliments pour animaux. — Commission européenne. — Nouveau règlement.
Hygie¨ne van veevoeder. — Europese Commissie. — Nieuwe verordening.
En avril 2003, la Commission européenne a adopté une proposition de nouveau règlement établissant des
In april 2003 keurde de Europese Commissie een voorstel van verordening goed, waarin strikte hygie¨ne-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
712
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5630
exigences strictes en matière d’hygiène des aliments pour animaux. Certains aspects relatifs aux additifs utilisés dans ces aliments, les controˆles dont ils font l’objet et leur étiquetage, étaient déjà régis par des règles communautaires.
voorschriften voor veevoeder worden vastgelegd. Voor een aantal aspecten, zoals het gebruik van additieven, de controles en de etikettering, bestonden al Europese regels.
Le nouveau règlement soumis au vote du Conseil entend réglementer la production, le transport, l’entreposage et la manipulation des aliments pour animaux.
De nieuwe verordening, die ter stemming aan de Raad wordt voorgelegd, strekt ertoe de productie, het vervoer, de opslag en het hanteren van veevoeder aan bepaalde eisen te onderwerpen.
1. Le droit belge est-il pour l’instant conforme à ce nouveau règlement ?
1. Is de Belgische regelgeving op dit ogenblik in overeenstemming met die nieuwe verordening ?
2. Le cas échéant, ce nouveau règlement n’imposet-il pas de nouveaux couˆts à un secteur déjà fortement en crise ?
2. Zo niet, zadelt die nieuwe verordening een sector die het al erg moeilijk heeft, niet met nieuwe kosten op ?
Ministre de l’E´conomie, ´ de l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie
Economie
DO 2003200421474
DO 2003200421474
Question no 99 de M. Roel Deseyn du 11 mai 2004 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 99 van de heer Roel Deseyn van 11 mei 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Réduction prévue du nombre de cabines téléphoniques publiques.
Geplande vermindering van het aantal publieke telefooncellen.
Selon vos déclarations, il existerait un accord politique pour réduire le nombre de cabines téléphoniques publiques. La réduction du nombre de cabines serait liée au taux de pénétration de la téléphonie mobile. L’entrée en vigueur de la loi entraıˆnerait la disparition immédiate de 4 000 cabines téléphoniques, 4 000 cabines supplémentaires seraient supprimées une fois le taux de pénétration de 80 % atteint, et à un taux de pénétration de 95 %, le nombre de cabines serait réduit à 2 000.
U verklaarde dat er een politiek akkoord bestaat omtrent de vermindering van het aantal publieke telefooncellen. Dit akkoord bestaat uit een koppeling van het aantal telefooncellen aan de GSM-penetratie. Bij inwerkingtreding van de wet zouden 4 000 cellen verdwijnen. Bij 80 % nog eens 4 000 en bij 95 % zakken we tot 2 000 cellen.
1. a) Sur quel raisonnement se base-t-on pour calculer le nombre de cabines téléphoniques à maintenir en service ?
1. a) Welke logica zit achter de berekening van het aantal benodigde telefooncellen ?
b) Quelles sont les prévisions quant à l’évolution du taux de pénétration de la téléphonie mobile dans les cinq années à venir ?
b) Wat is de prognose voor de GSM-penetratie de komende vijf jaar ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5631
c) Quelle est l’évolution prévue du nombre de cabines téléphoniques au cours de cette période ?
c) Hoe evolueert het aantal cellen over deze jaren ?
2. a) Quel pourcentage du territoire n’est pas couvert par les réseaux de téléphonie mobile ?
2. a) Welk percentage van het grondgebied is niet gedekt door mobiele telefonie ?
b) Combien de personnes habitent dans la zone non couverte ?
b) Hoeveel mensen wonen in dit gebied ?
c) Combien de cabines téléphoniques cette zone compte-t-elle ?
c) Hoeveel cellen zijn daar momenteel geplaatst ?
d) Quand la couverture intégrale du territoire serat-elle réalisée ?
d) Wanneer zal het volledige grondgebied gedekt zijn ?
3. Sur quels critères objectifs vous baserez-vous pour déterminer quelles cabines doivent être supprimées ?
3. Welke objectieve criteria zal u gebruiken om te bepalen welke cellen moeten verdwijnen ?
4. a) Les opérateurs devront-ils supporter eux-mêmes les frais du tarif social que vous leur obligez d’accorder sur les lignes fixes et mobiles ?
4. a) Zullen de bedrijven zelf de kosten moeten dragen van het sociaal tarief op vaste en mobiele telefoonlijnen dat u hen dwingt te geven ?
b) Quelles mesures prendrez-vous pour éviter qu’un abonné ne demande à bénéficier en même temps du tarif social auprès de plusieurs opérateurs ?
b) Hoe zal u ervoor zorgen dat men niet gelijktijdig een beroep kan doen op het sociaal tarief bij meerdere operatoren ?
c) Pourquoi attendre cinq ans pour procéder à une évaluation du système ?
c) Waarom pas een evaluatie na vijf jaar van dit systeem ?
Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques
Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
DO 2003200421371
DO 2003200421371
Question no 15 de M. Guido De Padt du 27 avril 2004 (N.) au secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 15 van de heer Guido De Padt van 27 april 2004 (N.) aan de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Envoi de 130 000 courriels aux citoyens belges souhaitant remplir leur déclaration d’impoˆt par internet.
Uitsturen van 130 000 e-mails naar Belgen die hun belastingen via het internet willen invullen.
Nous avions récemment pu lire dans la presse que le gouvernement fédéral avait l’intention, pour la première fois dans son histoire, de procéder à un envoi massif de courriels dans le cadre de la communication avec les citoyens. Toujours selon la presse, cette opération aurait à présent été menée à bien.
In recente berichtgeving konden we via de media vernemen dat de federale overheid voor het eerst in haar geschiedenis massaal e-mails ging versturen om met de burgers te communiceren. Volgens de kranten zou dit ondertussen reeds gebeurd zijn.
L’envoi de ces courriels s’inscrivait dans le cadre du projet « Tax on web », permettant de remplir la décla-
Dit kaderde meer bepaald in het project van « Tax on web », het elektronisch invullen van de belasting-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5632
ration d’impoˆt par voie électronique. Le courriel en question était destiné à rappeler aux citoyens qu’ils pouvaient utiliser cette année encore le code de sécurité reçu l’année dernière lors de l’enregistrement leur permettant de remplir leur déclaration d’impoˆt par voie électronique.
formulieren. De e-mail moest de burger eraan herinneren dat ze hun beveiligingscode, de zogenaamde token die ze vorig jaar hadden gekregen bij het registreren voor het elektronisch invullen van hun belastingbrief ook dit jaar nog verder kunnen gebruiken.
Le VLD soutient évidemment pleinement l’initiative « Tax on web ». Elle permet notamment aux pouvoirs publics et aux citoyens d’utiliser les moyens de communications modernes que sont l’internet et le courrier électronique. L’utilisation de ces moyens permet d’éviter certains frais et constitue donc un exemple de bonne administration. L’initiative s’inscrit également dans les actions menées par le gouvernement pour poursuivre l’opération de simplification administrative, actions dont on peut déjà montrer différents exemples.
Uiteraard staat de VLD volledig achter de idee van dit « Tax on web » initiatief. Enerzijds zorgt het ervoor dat de overheid en de burger gebruik kunnen maken van de moderne communicatiemiddelen zoals internet en e-mail, waardoor bepaalde kosten kunnen vermeden worden, wat als dusdanig een voorbeeld is van een efficie¨nt beleid. Anderzijds kadert het in de acties van de regering om verder te gaan met de succesvolle administratieve vereenvoudiging, waar ondertussen reeds verschillende voorbeelden van aangereikt kunnen worden.
La seule préoccupation du VLD à propos de cette initiative qui mérite certainement d’être soutenue concerne la protection de la vie privée. L’internet et le courrier électronique sont des instruments qui ont démontré leur utilité mais les abus ne peuvent certainement pas être exclus et il apparaıˆt que dans certaines circonstances la notion de protection de la vie privée est une notion plutoˆt volatile.
De enige bekommernis die de VLD heeft met betrekking tot dit te ondersteunen initiatief heeft betrekking op de vrijwaring en de bescherming van de privacy. Internet en e-mail zijn nu eenmaal instrumenten die hun nut wel degelijk bewezen hebben, maar die ook bewezen hebben dat misbruiken allerminst uitgesloten kunnen worden en dat privacy in bepaalde omstandigheden een vluchtig gegeven kan zijn.
1. Estimez-vous que l’initiative est conforme à la législation relative à la protection de la vie privée et avez-vous connaissance d’éventuelles difficultés liées à la protection de la vie privée dans le cadre de l’envoi massif de courriels concernant la déclaration d’impoˆt électronique ?
1. Acht u een en ander in overeenstemming met de bescherming van de privacy en heeft u weet van eventuele moeilijkheden met betrekking tot het vrijwaren en beschermen van de privacy bij het massaal versturen van deze e-mails voor het invullen van de elektronische belastingaangifte ?
2. Le cas échéant, envisagez-vous de remédier aux problèmes qui pourraient se poser ou une protection suffisante est-elle déjà prévue ?
2. Zo ja, overweegt u om dit mogelijk probleem te verhelpen of zijn er reeds voldoende beveiligingen ingebouwd ?
3. Envisagez-vous de procéder à l’avenir à d’autres envois de courriels de cette importance ?
3. Overweegt u in de toekomst nog verzendingen via e-mail van een dergelijke omvang ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5633
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants et réponses données par les ministres. III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers en antwoorden van de ministers.
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
DO 2003200410716
DO 2003200410716
Question no 151 de M. Bert Schoofs du 23 janvier 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 151 van de heer Bert Schoofs van 23 januari 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Formulaires standard utilisés dans le cadre d’une enquête de moralité.
Modelformulieren die worden aangewend in het kader van een moraliteitsonderzoek.
Depuis 1983, les services judiciaires utilisent des formulaires standard pour effectuer une enquête de moralité dans le cadre d’une demande en réhabilitation.
In het kader van moraliteitsonderzoeken als gevolg van een verzoek tot eerherstel worden door de gerechtelijke diensten sedert 1983 modelformulieren gebruikt.
En vertu de l’article 629, dernier alinéa, du Code d’instruction criminelle, le procureur du Roi peut prendre des informations complémentaires.
Op grond van artikel 629, laatste lid, van het Wetboek van strafvordering is het aan de procureurs des Konings toegestaan om aanvullende inlichtingen in te winnen.
1. Pouvez-vous transmettre un formulaire standard au soussigné ou, s’il en existe plusieurs modèles, un exemplaire de chacun d’eux ?
1. Kan u een modelformulier overmaken aan ondergetekende, en zo het meerdere modellen betreft, van elk één exemplaar ?
2. Comment les renseignements complémentaires sont-ils recueillis ?
2. Op welke wijze worden de aanvullende inlichtingen ingewonnen ?
3. Ces renseignements sont-ils recueillis sur la base d’un formulaire standard ou le procureur du Roi peutil décider librement des données complémentaires à fournir ?
3. Gebeurt zulks aan de hand van modelformulieren of zijn de procureurs des Konings geheel vrij zelf te bepalen welke de aanvullende inlichtingen zijn ?
4. Dans l’affirmative, les questions sont-elles communiquées au ministre de la Justice ?
4. Zo op de vorige vraag positief kan worden geantwoord, worden deze vragen medegedeeld aan de minister van Justitie ?
5. Les demandes en réhabilitation sont-elles automatiquement ou systématiquement rejetées lorsque le requérant refuse de répondre à une ou plusieurs questions ?
5. Worden verzoeken tot eerherstel automatisch of systematisch geweigerd indien de verzoeker weigert te antwoorden op één of meerdere vragen ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 18 juin 2004, à la question no 151 de M. Bert Schoofs du 23 janvier 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 18 juni 2004, op de vraag nr. 151 van de heer Bert Schoofs van 23 januari 2004 (N.) :
La réhabilitation est « l’effacement, pour l’avenir, d’une condamnation pénale, notamment par la cessa-
Het herstel in eer en rechten is « het voor de toekomst uitwissen van een strafrechtelijke veroordeling,
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5634
tion des incapacités et des déchéances qui en résultent ». (J. Eeckhoudt, « Effacement des condamnations et réhahilitation pénale », JT, 1964, p. 717).
met name door het opheffen van de daaruit voortvloeiende onbekwaamheden en ontzettingen ». (vrije vertaling uit « Effacement des condamnations et réhabilitation pénale » van J. Eeckhoudt, JT, 1964, blz. 717).
Elle est dite judiciaire lorsqu’elle est accordée par une juridiction et légale lorsqu’elle opère de plein droit par l’expiration d’un certain laps de temps.
Het herstel in eer en rechten valt onder de gerechtelijke noemer wanneer het door een rechtbank wordt uitgesproken en is wettelijk wanneer het van rechtswege, na het verstrijken van een bepaalde tijd, voltrokken wordt.
La réhabilitation en matière pénale est prévue aux articles 621 à 634 du Code d’instruction criminelle.
Het herstel in eer en rechten in strafrechtelijk is voorzien in de artikelen 621 en 634 van het Wetboek van strafvordering.
Le requérant adresse sa demande en réhabilitation au procureur du Roi de l’arrondissement dans lequel il réside, en lui faisant connaıˆtre les condamnations que vise la demande, les lieux où il a résidé pendant le délai d’épreuve et, le cas échéant, les condamnations visées à l’article 627 (article 628 du Code d’instruction criminelle).
De verzoeker richt zijn aanvraag tot eerherstel aan de procureur des Konings van het arrondissement waarin hij verblijft, waarbij hij de veroordelingen waarop de aanvraag betrekking heeft, de plaatsen waar hij gedurende de proeftijd heeft verbleven en, in voorkomend geval, de in artikel 627 bedoelde veroordelingen moet vermelden (artikel 628 van het Wetboek van strafvordering).
Dans les deux mois de la réception de la requéte, le procureur général soumet le dossier de la procédure à la chambre des mises en accusation qui procède et statue à huis clos dans le mois (article 630 du Code d’instruction criminelle).
Binnen twee maanden na ontvangst van de aanvraag legt de procureur-generaal de processtukken voor aan de Kamer van Inbeschuldigingstelling die binnen een maand de zaak behandelt en beslist met gesloten deuren (artikel 630 van het Wetboek van strafvordering).
La réhabilitation fait cesser, pour l’avenir, dans la personne du condamné, tous les effets de la condamnation, sans préjudice des droits acquis aux tiers. Notamment :
Het herstel in eer en rechten doet voor het toekomende alle gevolgen van de veroordeling ophouden in de persoon van de veroordeelde, onverminderd de rechten door derden verkregen, met name :
— elle fait cesser dans la personne du condamné les incapacités qui résultaient de la condamnation;
— het doet in de persoon van de veroordeelde de onbekwaamheden ophouden die uit de veroordeling zijn voortgevloeid;
— elle empeˆche que cette décision serve de base à la récidive, fasse obstacle à la condamnation conditionnelle ou soit mentionnée dans les extraits du casier judiciaire et du registre matricule militaire;
— het verhindert dat die beslissing als grondslag dient voor de herhaling, een beletsel vormt voor de voorwaardelijke veroordeling of in de uittreksels uit het strafregister of uit het militaire stamboek wordt vermeld;
— elle ne restitue pas au condamné les titres, grades, fonctions, emplois et offices publics dont il a été destitué;
— het herstelt de veroordeelde niet in de titels, graden, openbare ambten, bedieningen en betrekkingen die hij door afzetting verloren heeft;
— elle ne le relève pas de l’indignité successorale;
— het ontheft hem niet van de onwaardigheid om te erven;
— elle n’empeˆche ni l’action en divorce ou en séparation de corps, ni l’action en dommages-intéreˆts fondée sur la décision judiciaire (article 634 du Code d’instruction criminelle).
— het verhindert noch de rechtsvordering tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed, noch de rechtsvordering tot schadevergoeding, die op de rechterlijke beslissing gegrond is (artikel 634 van het Wetboek van strafvordering).
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5635
Article 629 du Code d’instruction criminelle
Artikel 629 van het Wetboek van strafvordering
Art. 629. Le procureur du Roi se fait délivrer :
Art. 629. De procureur des Konings laat zich afgeven :
1) un extrait du casier judiciaire du requérant;
1) een uittreksel uit het strafregister van de verzoeker;
2) un extrait certifié conforme de tous arrêts ou jugements en matière répressive qui concernent le requérant. Ces extraits mentionnent, outre la nature précise des faits et les peines ou mesures prononcées, toute condamnation à des restitutions, à des dommages-intéréts envers une partie civile et aux frais de l’instance;
2) een voor eensluidend verklaard uittreksel uit alle arresten en vonnissen in strafzaken de verzoeker betreffende. Die uittreksels vermelden, benevens de juiste aard der feiten en de uitgesproken straffen of maatregelen, iedere veroordeling tot teruggave, tot schadevergoeding jegens een burgerlijke partij en in de proceskosten.
3) un extrait du registre de comptabilité morale du requérant tenu pendant l’exécution des peines ou mesures privatives de liberté qu’il a subies;
3) een uittreksel uit het moraliteitsregister van de verzoeker gehouden tijdens de uitvoering van de vrijheidsstraffen of de maatregelen van vrijheidsbeneming die hij heeft ondergaan;
4) les attestations des bourgmestres, des communes où le requérant a résidé pendant le délai d’épreuve, faisant connaıˆtre l’époque et la durée de sa résidence dans chaque commune, son activité professionnelle, ses moyens de subsistance et sa conduite pendant le méme temps.
4) de verklaringen van de burgemeesters der gemeenten waar de verzoeker gedurende de proeftijd heeft verbleven, betreffende het tijdstip en de duur van zijn verblijf in elke gemeente, zijn beroepsarbeid, zijn middelen van bestaan en zijn gedrag gedurende die tijd.
Lorsque le requérant réside ou a résidé à l’étranger, le procureur du Roi détermine les attestations à produire pour tenir lieu de celles prévues ci-dessus, ou se procure les documents nécessaires.
Wanneer de verzoeker in het buitenland verblijft of heeft verbleven, bepaalt de procureur des Konings welke verklaringen moeten worden overgelegd ter vervanging van de hierboven bedoelde, of verschaft zich de nodige bescheiden.
Le procureur du Roi prend d’office ou à la demande du procureur général toutes informations jugées nécessaires. Il transmet le dossier de la procédure avec son avis au procureur général. Si le condamné a subi une peine pour des faits visés aux articles 372 à 378 du Code pénal, ou pour des faits visés aux articles 379 à 386ter du meˆme code lorsque ceux-ci ont été accomplis sur des mineurs ou ont impliqué leur participation, le dossier doit contenir l’avis d’un service spécialisé dans la guidance ou le traitement des délinquants sexuels.
De procureur des Konings wint ambtshalve of op verzoek van de procureur-generaal alle nodig geachte inlichtingen in. Hij zendt het dossier met de stukken en zijn advies aan de procureur-generaal. Wanneer de veroordeelde een straf heeft ondergaan voor feiten bedoeld bij de artikelen 372 tot 378 van het Strafwetboek of voor feiten bedoeld bij de artikelen 379 tot 386ter van hetzelfde wetboek, indien ze gepleegd werden op minderjarigen of met hun deelneming, dan moet het dossier het advies bevatten van een in de begeleiding en behandeling van seksuele delinquenten gespecialiseerde dienst.
Réponses des parquets
Antwoorden van de parketten
Selon le procureur général près la cour d’appel de Gand, les avis du ministère public doivent être formulés en tenant compte de tous les renseignements recueillis.
Volgens de procureur-generaal bij het hof van beroep te Gent moet bij de formulering van de adviezen van het openbaar ministerie rekening worden gehouden met alle ingewonnen inlichtingen.
Le procureur général près la cour d’appel de Mons et le procureur général prés la cour d’appel de Bruxelles suivent cet avis.
De procureur-generaal bij het hof van beroep te Bergen en de procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel delen deze mening.
1. Voici la liste des différents formulaires transmis par les parquets :
1. Hieronder vindt u een overzicht van de verschillende formulieren die de parketten hebben overgemaakt :
1) Parquet de Marche-en-Famenne : confirmation de la demande et demande de renseignements;
1) Parket van Marche-en-Famenne : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5636
2) Parquet de Neufchaˆteau : confirmation de la demande et demande de renseignements;
2) Parket van Neufchaˆteau : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
3) Parquet de Liège : confirmation de la demande et demande de renseignements;
3) Parket van Luik : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
4) Parquet de Huy : confirmation de la demande et demande de renseignements;
4) Parket van Hoei : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
5) Parquet de Verviers : confirmation de la demande et demande de renseignements;
5) Parket van Verviers : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
6) Parquet d’Eupen : confirmation de la demande et demande de renseignements;
6) Parket van Eupen : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
7) Parquet de Namur : confirmation de la demande et demande de renseignements;
7) Parket van Namen : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
8) Parquet de Dinant : confirmation de la demande et demande de renseignements;
8) Parket van Dinant : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
9) Parquet de Termonde : confirmation de la demande et demande de renseignements;
9) Parket van Dendermonde : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
10) Parquet de Termonde : vérification du remboursement des parties civiles;
10) Parket van Dendermonde : aanvraag aan de burgerlijke partij of zij werd vergoed;
11) Parquet de Termonde : vérification du remboursement des personnes préjudiciées;
11) Parket van Dendermonde : aanvraag aan een benadeelde of zij werd vergoed;
12) Parquet de Termonde : demande d’avis d’un service spécialisé dans la guidance ou le traitement des délinquants sexuels si le condamné a subi une peine pour des faits visés aux articles 372 à 378 du Code pénal, ou pour des faits visés aux articles 379 à 386ter du meˆme code lorsque ceux-ci ont été accomplis sur des mineurs ou ont impliqué leur participation;
12) Parket van Dendermonde : aanvraag tot het afleveren van het advies van een dienst gespecialiseerd in de begeleiding of de behandeling van seksuele delinquenten indien de veroordeelde een straf heeft ondergaan voor feiten bedoeld bij de artikelen 372 tot 378 van het Strafwetboek of voor feiten bedoeld bij de artikelen 379 tot 386ter van hetzelfde wetboek indien ze gepleegd werden op minderjarigen of met hun deelneming;
13) Parquet de Termonde : demande du dossier de probation;
13) Parket van Dendermonde : aanvraag probatieverslag;
14) Parquet de Termonde : confirmation du respect des obligations alimentaires en cas de divorce;
14) Parket van Dendermonde : bevestiging naleven onderhoudsplicht indien echtgescheiden;
15) Parquet de Termonde : attestations des bourgmestres des communes où le requérant a résidé pendant le délai d’épreuve;
15) Parket van Dendermonde : bewijzen van de burgemeesters waar de verzoeker gehuisvest was tijdens de proeftijd;
16) Parquet de Termonde : attestations des bourgmestres des communes où le requérant a résidé pendant le délai d’épreuve;
16) Parket van Dendermonde : bewijzen van de burgemeesters waar de verzoeker gehuisvest was tijdens de proeftijd;
17) Parquet de Termonde : demande d’extrait du registre de moralité du requérant, tenu pendant l’exécution de sa peine privative de liberté;
17) Parket van Dendermonde : opvragen van uittreksel uit het moraliteitsregister van de verzoeker gehouden tijdens de uitvoering van vrijheidsstraffen;
18) Parquet d’Anvers : confirmation de la demande et demande de renseignements;
18) Parket van Antwerpen : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
19) Parquet d’Anvers : attestations des bourgmestres des communes où le requérant a résidé pendant le délai d’épreuve;
19) Parket van Antwerpen : bewijzen van de burgemeesters waar de verzoeker gehuisvest was tijdens de proeftijd;
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5637
20) Parquet de Malines : confirmation de la demande et demande de renseignements;
20) Parket van Mechelen : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
21) Parquet de Turnhout : confirmation de la demande et demande de renseignements;
21) Parket van Turnhout : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen;
22) Parquet de Turnhout : demande de renseignements sur l’exécution de la peine de prison et/ou le paiement des amendes et des frais de justice;
22) Parket van Turnhout : vraag om inlichtingen over de gevangenisstraf en/of de betaling van geldboeten en gerechtskosten;
23) Parquet de Turnhout : demande d’extraits certifiés conformes de tous les arreˆts ou jugements;
23) Parket van Turnhout : vraag eensluidend verklaard uittreksel van alle arresten en vonnissen;
24) Parquet de Turnhout : demande de renseignements concernant les amendes;
24) Parket van Turnhout : vraag inlichtingen omtrent de boeten;
25) Parquet de Turnhout : demande de renseignements concernant le remboursement des dommages;
25) Parket van Turnhout : vraag inlichtingen omtrent de terugbetaling van schade;
26) Parquet de Turnhout : demande d’avis d’un service spécialisé dans la guidance ou le traitement des délinquants sexuels si le condamné a subi une peine pour des faits visés aux articles 372 à 378 du Code pénal, ou pour des faits visés aux articles 379 à 386ter du même code lorsque ceux-ci ont été accomplis sur des mineurs ou ont impliqué leur participation;
26) Parket van Turnhout : aanvraag tot het afleveren van het advies van een dienst gespecialiseerd in de begeleiding of de behandeling van seksuele delinquenten indien de veroordeelde een straf heeft ondergaan voor feiten bedoeld bij de artikelen 372 tot 378 van het Strafwetboek of voor feiten bedoeld bij de artikelen 379 tot 386ter van hetzelfde wetboek indien ze gepleegd werden op minderjarigen of met hun deelneming;
27) Parquet de Turnhout : attestations des bourgmestres des communes où le requérant a résidé pendant le délai d’épreuve;
27) Parket van Turnhout : bewijzen van de burgemeesters waar de verzoeker gehuisvest was tijdens de proeftijd;
28) Parquet de Turnhout : avis du parquet;
28) Parket van Turnhout : advies van het parket;
29) Parquet de Hasselt : demande de renseignements à la police locale;
29) Parket van Hasselt : vraag tot het verstrekken van inlichtingen aan de lokale politie;
30) Parquet de Hasselt : attestations des bourgmestres des communes où le requérant a résidé pendant le délai d’épreuve;
30) Parket van Hasselt : bewijzen van de burgemeesters waar de verzoeker gehuisvest was tijdens de proeftijd;
31) Parquet de Tongres : confirmation de la demande et demande de renseignements.
31) Parket van Tongeren : bevestiging van de aanvraag en vraag tot het verstrekken van inlichtingen.
Certains formulaires sont basés sur les formulairestypes délivrés par le service public fédéral Justice (Parquet général de Gand).
Sommige formulieren zijn gebaseerd op de modelformulieren die worden uitgereikt door de Federale overheidsdienst Justitie (Parket-generaal van Gent).
2. Les renseignements sont recueillis par la police locale du domicile du requérant (Parquet d’Anvers — Parquet de Malines — Parquet de Turnhout — Parquet de Tongres).
2. De inlichtingen worden ingewonnen door de lokale politie van de woonplaats van de verzoeker (Parket van Antwerpen — Parket van Mechelen — Parket van Turnhout — Parket van Tongeren).
Si le parquet souhaite obtenir des renseignements complémentaires à ceux fournis sur la base du formulaire-type, une apostille est transmise au service de police ad hoc aux fins d’exécution (Parquet général de Liège — Parquet général de Gand — Parquet de Hasselt).
Indien het parket, naast de informatie uit de modelformulieren, aanvullende inlichtingen wenst, dan wordt aan de politiedienst ad hoc een kantschrift overgemaakt voor de tenuitvoerlegging (Parket-generaal van Luik — Parket-generaal van Gent — Parket van Hasselt).
Le champ d’investigation du parquet s’étend à tous les éléments susceptibles d’éclairer la Chambre des mises en accusation sur le respect par le requérant des conditions édictées par les articles 621 et suivants du
Het onderzoeksveld van het parket heeft betrekking op alle elementen die de Kamer van inbeschuldigingstelling kan informeren over de mate waarin de verzoeker de voorwaarden, voorgeschreven door de arti-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
713
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5638
Code d’instruction criminelle (Parquet général de Liège).
kelen 621 en volgende van het Wetboek van strafvordering, naleeft (Parket-generaal van Luik).
Dans certains parquets, le requérant est à chaque fois entendu par les services de police. Son audition est actée (Parquet de Hasselt).
In sommige parketten wordt de verzoeker telkens door de politiediensten verhoord. Zijn verhoor wordt geakteerd (Parket van Hasselt).
3. Il n’y a pas de formulaire-type pour le recueil d’informations complémentaires (Parquet général de Liège — Parquet général de Gand — Parquet de Turnhout).
3. Er bestaat geen modelformulier voor het verzamelen van de aanvullende inlichtingen (Parketgeneraal van Luik — Parket-generaal van Gent — Parket van Turnhout).
Les parquets sont libres quant à la formulation de leurs questions mais celles-ci doivent être en rapport avec les conditions de la réhabilitation (Parquet de Turnhout — Parquet de Tongres).
De parketten zijn vrij wat betreft de formulering van hun vragen. Deze moeten wel betrekking hebben op het vervullen van de voorwaarden tot het bekomen van herstel in eer en rechten (Parket van Turnhout Parket van Tongeren).
4. Ces questions ne sont pas communiquées au ministre de la Justice (Parquet de Hasselt — Parquet de Tongres).
4. Deze vragen worden niet medegedeeld aan de minister van Justitie (Parket van Hasselt — Parket van Tongeren).
5. Il appartient à la Chambre des mises en accusation de statuer sur les demandes en réhabilitation (article 630 du Code d’instruction criminelle) (Parquet général de Liège — Parquet de Hasselt).
5. De Kamer van inbeschuldigingstelling moet beslissen over de verzoeken tot herstel in eer en rechten (artikel 630 van het Wetboek van strafvordering) (Parket-generaal van Luik — Parket van Hasselt).
Le parquet n’a qu’une simple fonction d’avis en la matière. Pour rédiger cet avis, il est tenu compte des exigences légales. Le parquet examine si les conditions de la réhabilitation sont remplies. Si le requérant satisfait à ces conditions, l’avis est en principe favorable. Si les conditions ne sont pas remplies, l’avis est défavorable (Parquet de Turnhout).
Het parket heeft slechts een adviserende functie inzake eerherstel. Bij het opstellen van dit advies wordt rekening gehouden met de door de wet vereiste voorwaarden. Het parket gaat na of de voorwaarden tot herstel in eer en rechten vervuld zijn. Indien de verzoeker aan deze voorwaarden voldoet, dan is het advies normalerwijze gunstig. Indien de verzoeker niet aan de door de wet vereiste voorwaarden voldoet, dan is het advies ongunstig (Parket van Turnhout).
De manière générale, le refus du requérant de répondre à une ou plusieurs questions n’est pas automatiquement sanctionné par un rejet de la demande en réhabilitation (Parquet général de Liège — Parquet général de Gand — Parquet de Malines).
In het algemeen heeft het feit dat de persoon op één of meerdere vragen weigert te antwoorden geenszins automatisch of systematisch een weigering van eerherstel tot gevolg (Parket-generaal van Luik — Parket-generaal van Gent — Parket van Mechelen).
Pour la plupart des parquets, l’avis sera rédigé en replaçant le refus de répondre à certaines questions dans l’ensemble des renseignements recueillis (Parquet général de Gand — Parquet de Turnhout — Parquet de Hasselt).
Voor de meeste parketten wordt de weigering op bepaalde vragen te antwoorden bij de adviesverstrekking in het licht van het geheel van de inlichtingen in aanmerking genomen (Parket-generaal van Gent — Parket-generaal van Turnhout — Parket van Hasselt).
Si le requérant ne collabore pas ou refuse de répondre, cela est acté au procès-verbal par la police (Parquet de Hasselt).
Indien de verzoeker niet meewerkt of zou weigeren te antwoorden op de vragen die hem worden gesteld, dan wordt daarvan door de politie akte genomen in het proces-verbaal (Parket van Hasselt).
Certains parquets rendent un avis négatif (Parquet d’Anvers) ou classent d’office certaines demandes (Parquet de Liège) lorsque le requérant ne répond à aucune convocation de la police locale ou n’est pas localisable.
Wanneer de verzoeker geen gevolg geeft aan de uitnodigingen of niet gelokaliseerd kan worden, dan formuleren sommige parketten een negatief advies (Parket van Antwerpen) of seponeren ze ambtshalve bepaalde verzoeken (Parket van Luik).
L’examen portant sur les conditions légales, la collaboration du requérant ne joue en principe aucun roˆle.
De medewerking van de verzoeker speelt in principe geen enkele rol, aangezien het onderzoek betrekking heeft op de door de wet vereiste voorwaarden.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5639
Toutefois, certaines données demandées peuvent être en relation avec l’accomplissement des conditions. Le fait de refuser de fournir de tels renseignements entraıˆnera souvent un avis négatif de la part du parquet (Parquet de Tongres — Parquet de Turnhout).
Bepaalde gevraagde gegevens kunnen echter betrekking hebben op het vervuld zijn van de voorwaarden. Het weigeren dergelijke inlichtingen te verstrekken, zal vaak leiden tot een ongunstig advies van het parket (Parket van Tongeren — Parket van Turnhout).
En pratique, le manque de collaboration est rare, l’intéressé étant demandeur (Parquet de Turnhout).
In de praktijk wordt er zelden een gebrek aan medewerking vastgesteld, aangezien de betrokkene zelf vragende partij is (Parket van Turnhout).
DO 2003200410771
DO 2003200410771
Question no 208 de M. Jos Ansoms du 10 mars 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 208 van de heer Jos Ansoms van 10 maart 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Perception d’amendes de roulage à la suite d’infractions commises par des conducteurs étrangers non domiciliés en Belgique.
Inning van verkeersboetes voor overtredingen vanwege buitenlandse verkeersdeelnemers die hun woonplaats niet in Belgie¨ hebben.
En vertu de l’article 65 de la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la circulation routière, les conducteurs en infraction non domiciliés en Belgique sont tenus d’acquitter une amende immédiate ou de consigner une somme. Ce système n’est bien entendu envisageable que lorsque le contrevenant peut être « interpellé », ce qui est évidemment impossible dans le cas des infractions relevées « au vol » (par exemple les infractions constatées par caméra automatique ou par une équipe radar mais en l’absence d’une équipe d’interception).
Op basis van artikel 65 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer betalen verkeersdeelnemers die hun woonplaats niet in Belgie¨ hebben een onmiddellijke boete ofwel consigneren zij een som. Uiteraard kan zulk slechts gebeuren als de dader wordt « staande gehouden ». Bij overtredingen « in de vlucht » (bijvoorbeeld overtredingen vastgesteld met onbemande camera of met bemande flits-equipes zonder interceptieploeg) is dit uiteraard onmogelijk.
1. a) Combien d’amendes immédiates ont-elles été acquittées respectivement en 2001 et en 2002 ?
1. a) Hoeveel onmiddellijke boetes werden er in 2001 en 2002, jaar per jaar, betaald ?
b) Quel était le montant total de ces amendes ?
b) Wat was het totale bedrag van deze boetes ?
2. a) Combien de fois une somme a-t-elle été consignée au cours de la même période ?
2. a) Hoeveel maal werd er in dezelfde periode een som geconsigneerd ?
b) Quel était, chaque année, le montant total de ces consignations ?
b) Wat was, jaar per jaar, het totale bedrag van deze consignatie ?
3. a) Combien de fois un règlement transactionnel a-t-il été proposé aux contrevenants chaque année au cours de cette même période ?
3. a) Hoeveel maal werd er in deze periode, jaar per jaar, een minnelijke schikking voorgesteld aan de dader ?
b) Combien l’ont-ils accepté ?
b) Hoevelen daarvan gingen er daarop in ?
c) Quel a été, chaque année, le montant perçu ?
c) Wat was, jaar per jaar, het geı¨nde bedrag ?
4. a) Combien d’amendes pénales ont-elles été infligées chaque année au cours de la même période à des conducteurs non domiciliés dans notre pays ?
4. a) Hoeveel strafrechtelijke boetes werden er in deze periode, jaar per jaar, opgelegd aan bestuurders die hun woonplaats niet in ons land hebben ?
b) Quel a été le montant total perçu ?
b) Wat was daarvan de opbrengst ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5640
5. Combien de fois l’amende n’a-t-elle pu être perçue et le dossier a-t-il été classé sans suite ?
5. Hoeveel maal mislukte de inning van de boete en werd het dossier zonder gevolg geklasseerd ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 15 juin 2004, à la question no 208 de M. Jos Ansoms du 10 mars 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 15 juni 2004, op de vraag nr. 208 van de heer Jos Ansoms van 10 maart 2004 (N.) :
En complément à la réponse du service fédéral de Finances, vous trouverez les informations demandées concernant les perceptions immédiates, les consignations, les transactions, les amendes pénales et les classements sans suite selon les statistiques établies par le Centre de traitement informatique du servive public Justice en date du 10 mai 2004. Les montants sont libellés en euros.
Aansluitend op het antwoord van de federale overheidsdienst Financie¨n, vindt u hierbij de gewenste informatie betreffende de onmiddellijke inningen, consignaties, minnelijke schikkingen, strafrechtelijke boetes en seponeringen volgens de statistieken die opgesteld zijn door het Centrum voor informatieverwerking van de federale overheidsdienst Justitie van 10 mei 2004. De bedragen worden in euro uitgedrukt.
Perceptions immédiates
Onmiddellijke inningen 2001
2002
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
Belgique. — Belgie¨ .............................
937
17 864,91
464
5 556,02
Arlon. — Aarlen ................................ Asse .................................................... Anvers. — Antwerpen ........................ Bruges. — Brugge ............................... Bruxelles. — Brussel ........................... Charleroi ............................................ Termonde. — Dendermonde .............. Dinant ................................................ Eupen ................................................. Gand. — Gent ................................... Hal. — Halle ..................................... Hasselt ............................................... Huy. — Hoei ..................................... Ypres. — Ieper ................................... Courtrai. — Kortrijk .......................... Liège. — Luik .................................... Louvain. — Leuven ............................ Malines. — Mechelen ........................ Mons. — Bergen ................................ Marche ............................................... Neufchaˆteau ....................................... Namur. — Namen ............................. Nivelles. — Nijvel .............................. Audenarde. — Oudenaarde ................ Tongres. — Tongeren ........................ Turnhout ............................................ Tournai. — Doornik .......................... Furnes. — Veurne .............................. Verviers .............................................. Vilvorde. — Vilvoorde .......................
81 0 7 1 13 28 6 5 0 1 1 16 0 3 6 11 6 1 6 139 537 31 13 3 14 0 3 0 0 5
3 973,91 0,00 0,00 0,00 711,48 49,85 371,85 0,00 0,00 0,00 11 000,00 401,59 0,00 0,00 52,06 225,8 205,75 0,00 173,53 52,06 0,00 0,00 594,97 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 52,06
22 1 14 15 1 12 10 8 0 2 1 3 4 3 32 25 14 2 2 5 122 118 17 4 4 3 14 1 3 2
657,36 0,00 0,00 0,00 52,06 125,00 156,18 0,00 0,00 0,00 0,00 77,06 260,3 25,00 104,12 645,00 547,06 0,00 52,06 0,00 390,88 747,68 1 000,00 0,00 0,00 0,00 664,2 0,00 52,06 0,00
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5641
Consignations
Consignaties 2001
2002
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
Belgique. — Belgie¨ .............................
218
2 194 860,2
202
85 106
Arlon. — Aarlen ................................ Asse .................................................... Anvers. — Antwerpen ........................ Bruges. — Brugge ............................... Bruxelles. — Brussel ........................... Charleroi ............................................ Termonde. — Dendermonde .............. Dinant ................................................ Eupen ................................................. Gand. — Gent ................................... Hal. — Halle ..................................... Hasselt ............................................... Huy. — Hoei ..................................... Ypres. — Ieper ................................... Courtrai. — Kortrijk .......................... Liège. — Luik .................................... Louvain. — Leuven ............................ Malines. — Mechelen ........................ Mons. — Bergen ................................ Marche ............................................... Neufchaˆteau ....................................... Namur. — Namen ............................. Nivelles. — Nijvel .............................. Audenarde. — Oudenaarde ................ Tongres. — Tongeren ........................ Turnhout ............................................ Tournai. — Doornik .......................... Furnes. — Veurne .............................. Verviers .............................................. Vilvorde. — Vilvoorde .......................
6 0 44 5 4 4 32 7 0 13 0 7 0 3 7 8 15 4 6 2 2 0 2 5 5 11 16 1 8 1
2 0 53 5 2 4 20 2 0 29 0 2 0 1 5 13 4 1 5 1 2 0 0 1 6 12 22 1 8 1
0 0 28 896 0 0 0 22 585 0 0 18 650 0 0 0 0 0 5 000 725 0 2 925 0 350 0 0 350 0 1 000 1 250 0 3 375 0
14 000,00 0,00 298 000,00 0,00 0,00 0,00 836 200,00 0,00 0,00 206 500,00 0,00 14 300,00 0,00 250 000,00 9 000,00 311 600,00 22 370,00 0,00 7 310,00 0,00 22 000,00 0,00 0,00 33 980,00 0,00 64 770,00 104 260,00 0,00 570,16 0,00
Transactions
Minnelijke schikkingen 2001
2002
Proposées — Voorgesteld Belgique. — Belgie¨ ....................
24 220
Arlon. — Aarlen ...................... Asse .......................................... Anvers. — Antwerpen .............. Bruges. — Brugge ..................... Bruxelles. — Brussel ................. Charleroi .................................. Termonde. — Dendermonde .... Dinant ...................................... Eupen ....................................... Gand. — Gent .......................... Hal. — Halle ............................ Hasselt .....................................
657 2 3 249 209 1 359 630 2 322 664 0 161 0 225
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Payées — Betaald
4 426 288,2
16 605
144 192,2 180,96 535 112,2 28 393,78 128 133,6 117 235,8 372 145,5 124 954,7 0,00 28 513,02 0,00 366 696,7
384 2 2 130 129 413 375 1 705 498 0 114 0 1 592
2003
2 667 159,5 77 414,35 180,96 359 947,4 18 076,37 36 842,6 70 177,63 258 642,6 92 862,29 0,00 17 708,63 0,00 259 001,9
2004
Proposées — Voorgesteld 43 953
7 301 599,6
651 0 4 004 1 889 3 232 813 6 294 1 604 0 309 3 4 596
150 974,7 0,00 669 401,5 315 859,4 341 584,4 159 394,1 1 079 859,00 288 148,1 0,00 43 221,87 406,54 718 592,5
Payées — Betaald 27 155 4 595 519,3 455 0 2 438 1 014 1 348 470 4 211 1 228 0 231 0 2 991
92 140,76 0,00 420 487,4 155 562,6 133 668,7 92 155,33 681 179,8 218 358,9 0,00 32 579,95 0,00 466 543,3
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5642
2001
2002
Proposées — Voorgesteld Huy. — Hoei ........................... Ypres. — Ieper ......................... Courtrai. — Kortrijk ................ Liège. — Luik .......................... Louvain. — Leuven .................. Malines. — Mechelen ............... Mons. — Bergen ...................... Marche ..................................... Neufchaˆteau ............................. Namur. — Namen ................... Nivelles. — Nijvel .................... Audenarde. — Oudenaarde ...... Tongres. — Tongeren .............. Turnhout .................................. Tournai. — Doornik ................ Furnes. — Veurne .................... Verviers .................................... Vilvorde. — Vilvoorde .............
31 76 519 2 980 219 235 306 75 280 246 324 14 2 081 1 747 4 428 36 1 126 19
Payées — Betaald
6 524,58 9 273,74 73 793,94 607 108,7 31 250,81 36 693,11 51 376,05 44 743,63 66 831,05 57 742,21 84 216,01 2 201,5 309 195,6 251 512,6 712 248,00 6 423,2 226 682,2 2 912,76
14 55 329 1 441 113 149 169 42 152 94 155 7 1 495 1 258 3 099 22 663 6
2 012,91 6 467,56 42 828,63 251 747,2 14 982,52 22 689,63 28 188,04 37 305,52 36 079,84 17 786,49 31 073,11 500,85 215 112,2 177 440,00 463 890,4 2 167,92 125 459,3 572,63
Amendes pénales
Proposées — Voorgesteld 65 42 973 3 960 381 90 493 91 821 476 321 66 4 014 1 421 5 587 53 1 669 35
Payées — Betaald
10 672,00 5 255,55 170 902,9 811 195,3 66 843,64 15 354,52 84 888,83 22 159,49 196 448,5 103 201,00 72 481,19 12 600,2 585 179,00 194 537,5 816 779,2 10 257,14 349 323,6 6 077,94
44 33 552 2 158 164 58 301 59 331 191 158 40 2 814 1 033 3 685 34 1 100 14
5 119,1 3 646,72 84 601,00 384 829,4 23 228,85 9 186,93 50 932,22 14 393,68 75 801,29 37 116,51 30 902,78 6 350,77 402 428,5 136 475,7 816 779,2 4 247,18 213 638,4 2 839,28
Strafrechtelijke boetes 2001
2002
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
Belgique. — Belgie¨ .............................
8 530
1 353 954
9 102
1 765 575,5
Arlon. — Aarlen ................................ Asse .................................................... Anvers. — Antwerpen ........................ Bruges. — Brugge ............................... Bruxelles. — Brussel ........................... Charleroi ............................................ Termonde. — Dendermonde .............. Dinant ................................................ Eupen ................................................. Gand. — Gent ................................... Hal. — Halle ..................................... Hasselt ............................................... Huy. — Hoei ..................................... Ypres. — Ieper ................................... Courtrai. — Kortrijk .......................... Liège. — Luik .................................... Louvain. — Leuven ............................ Malines. — Mechelen ........................ Mons. — Bergen ................................ Marche ............................................... Neufchaˆteau ....................................... Namur. — Namen ............................. Nivelles. — Nijvel .............................. Audenarde. — Oudenaarde ................ Tongres. — Tongeren ........................ Turnhout ............................................ Tournai. — Doornik ..........................
277 2 1 648 204 454 334 534 280 0 248 23 515 32 124 446 158 50 77 136 51 125 52 49 68 665 793 488
80 037 400 221 124 33 996 68 336 42 265 86 690 44 445 0 53 295 11 039 57 468 6 115 20 225 57 173 30 600 12 806 10 980 37 540 15 291 23 950 10 170 8 930 10 716 66 130 99 566 145 905
337 1 2 131 270 679 349 489 336 0 331 22 548 31 99 409 151 81 46 180 74 140 49 52 58 532 611 387
74 146,0 125,0 256 366,0 58 290,0 80 107,5 43 470,0 79 215,0 43 325,0 0,0 65 895,0 4 841,0 73 117,0 4 225,0 19 610,0 53 917,0 29 055,0 23 180,0 10 770,0 411 355,0 12 921,0 29 880,0 6 465,0 14 970,0 9 645,0 78 775,0 80 425,0 108 352,0
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5643
2001 Nombre — Aantal Furnes. — Veurne .............................. Verviers .............................................. Vilvorde. — Vilvoorde .......................
2002 Montant — Bedrag
109 514 74
29 917 53 675 15 170
Sans suite
Nombre — Aantal
Montant — Bedrag
67 566 76
20 558,0 57 675,0 14 900,0
Zonder gevolg 2001
2002
Belgique. — Belgie¨ .................................................
43 746
62 036
Arlon. — Aarlen .................................................... Asse ....................................................................... Anvers. — Antwerpen ........................................... Bruges. — Brugge .................................................. Bruxelles. — Brussel .............................................. Charleroi ................................................................ Termonde. — Dendermonde .................................. Dinant .................................................................... Eupen ..................................................................... Gand. — Gent ....................................................... Hal. — Halle ......................................................... Hasselt ................................................................... Huy. — Hoei ......................................................... Ypres. — Ieper ....................................................... Courtrai. — Kortrijk ............................................. Liège. — Luik ........................................................ Louvain. — Leuven ................................................ Malines. — Mechelen ............................................ Mons. — Bergen .................................................... Marche .................................................................. Neufchaˆteau ........................................................... Namur. — Namen ................................................. Nivelles. — Nijvel .................................................. Audenarde. — Oudenaarde .................................... Tongres. — Tongeren ............................................ Turnhout ............................................................... Tournai. — Doornik ............................................. Furnes. — Veurne .................................................. Verviers .................................................................. Vilvorde. — Vilvoorde ...........................................
1 505 8 5 324 1 073 1 708 1 054 3 244 1 230 0 766 26 2 782 159 371 1 345 3 384 571 449 891 405 1 250 2 577 430 244 2 947 2 447 5 491 349 1 600 116
1 497 1 6 861 2 543 3 560 1 212 7 122 2 851 0 1 062 26 5 145 158 289 1 909 4 418 759 328 1 140 310 1 514 1 998 473 300 4 952 2 026 6 829 390 2 216 147
DO 2003200421386
DO 2003200421386
Question no 252 de M. Yves Leterme du 28 avril 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 252 van de heer Yves Leterme van 28 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Code des sociétés. — Article 61, § 2. — Représentant permanent.
Wetboek van vennootschappen. — Artikel 61, § 2. — Vaste vertegenwoordiger.
Voici quelque temps, lors d’une soirée d’étude, il a été question, parmi d’autres sujets de droit, de certains
Op een studieavond, die ondertussen al een tijdje geleden gehouden werd, kwamen er naast andere
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5644
points concernant le droit des sociétés, et notamment de la personne du représentant permanent.
topics uit het recht ook enkele items uit het vennootschapsrecht aan bod, zoals onder meer de figuur van de vaste vertegenwoordiger.
L’orateur — un professeur spécialisé en la matière — a évidemment cité à ce sujet l’article 61, modifié en 2002, du Code des sociétés, et plus particulièrement son § 2. Selon l’orateur, cette disposition présente une lacune.
De gastspreker — een professor in de materie — verwees voor de figuur van de vaste vertegenwoordiger uiteraard naar het in 2002 gewijzigde artikel 61 van het Wetboek van vennootschappen en in het bijzonder naar § 2 van dat artikel. Volgens de spreker bevatte die regeling een lacune.
La figure juridique du représentant permanent vise la désignation d’une personne physique chargée d’occuper le mandat d’administrateur, de membre du comité de direction ou de gérant au nom et pour le compte d’une personne morale. La lacune résiderait dans le fait qu’on ne peut désigner « qu’un seul » représentant permanent, ce qui peut poser des problèmes lorsque ce dernier est empêché pour cause de maladie ou séjourne à l’étranger. En effet, la personne moraleadministrateur ne peut alors plus être représentée puisque le représentant permanent ne peut être remplacé.
De rechtsfiguur van de vaste vertegenwoordiger beoogt de aanstelling van één fysiek persoon om het mandaat van bestuurder, lid van het directiecomité of zaakvoerder namens een rechtspersoon waar te nemen. De lacune zou erin bestaan dat er « slechts » één vaste vertegenwoordiger aangesteld kan worden, hetgeen vooral in geval van verhindering door ziekte of verblijf in het buitenland van de vaste vertegenwoordiger voor problemen kan zorgen dat een rechtspersoon-bestuurder aldus niet vertegenwoordigd kan worden bij gebreke aan vervangingsmogelijkheden voor de vaste vertegenwoordiger.
Par ailleurs, toujours selon le même orateur, le système du représentant permanent n’est pas prévu, pour une personne morale, comme administrateur délégué ou administrateur journalier, sauf lorsque la gestion journalière est assurée par le comité de direction.
Daarenboven is volgens dezelfde spreker het systeem van vaste vertegenwoordiger niet voorzien voor een rechtspersoon als afgevaardigd bestuurder of dagelijks bestuurder, behalve dan in geval van het directiecomité als dagelijks bestuur.
1. a) Avez-vous connaissance de cette opinion ?
1. a) Is de hierboven weergegeven opinie aan u bekend ?
b) Cette opinion a-t-elle déjà été portée à votre connaissance ?
b) Werd die opinie al aan u kenbaar gemaakt ?
2. a) Faut-il considérer les points soulevés comme une lacune juridique ?
2. a) Zijn de aangekaarte punten als een lacune in de wet te beschouwen ?
b) S’agit-il plutoˆt d’un point de vue minoritaire dans la doctrine ?
b) Of betreft dit een minderheidsstandpunt in de rechtsleer ?
3. Que peut faire le représentant permanent d’une personne morale empêché de représenter cette dernière pour cause de maladie ou de séjour à l’étranger ?
3. Wat kan een vaste vertegenwoordiger van een rechtspersoon doen in geval hij verhinderd is door ziekte of verblijf in het buitenland en aldus de rechtspersoon niet kan vertegenwoordigen ?
4. Une personne morale peut-elle être administrateur délégué et peut-on, dans ce cas, lui désigner un représentant permanent ?
4. Kan een rechtspersoon als afgevaardigd bestuurder aangeduid worden en kan er hiervoor dan een vaste vertegenwoordiger aangeduid worden ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 17 juin 2004, à la question no 252 de M. Yves Leterme du 28 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 17 juni 2004, op de vraag nr. 252 van de heer Yves Leterme van 28 april 2004 (N.) :
1. a) et b) Je n’ai pas été informée de cette opinion mais j’en ai connaissance par le biais de la doctrine.
1. a) en b) Deze opinie werd mij nog niet medegedeeld, maar is mij wel bekend via de rechtsleer.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5645
2. a) et b) Je suis d’avis que la possibilité de désigner seulement un représentant permanent ne constitue pas une lacune. En effet, d’autres législations (comme la législation française, entre autres) contiennent une disposition analogue.
2. a) en b) Wat betreft het punt dat slechts één vast vertegenwoordiger kan worden aangeduid, ben ik van oordeel dat het hier geen lacune betreft. Immers in andere wetgevingen (onder andere de Franse) is in een gelijkaardige regeling voorzien.
En ce qui concerne la question de savoir si la disposition doit être étendue à la gestion journalière, le législateur n’a pas jugé nécessaire de le faire. En effet, la jurisprudence interprète la notion de gestion journalière de manière assez restrictive et ne l’étend pas aux décisions portant sur des choix fondamentaux. La pratique de la gestion journalière s’en trouverait entravée si le législateur imposait aux personnes morales déléguées à la gestion journalière de désigner un représentant permanent.
Wat betreft de vraag of de regeling ook tot het dagelijkse bestuur moest worden uitgebreid, is het zo dat de wetgever het niet nodig heeft geacht dit te doen. Immers de notie van dagelijks bestuur wordt in de rechtspraak vrij restrictief geı¨nterpreteerd en strekt zich niet uit tot beslissingen waarbij fundamentele beleidsopties worden getroffen. In de praktijk van het dagelijkse bestuur zou het verlammend werken indien de wetgever aan rechtspersonen die worden aangesteld als dagelijkse bestuurder, de verplichting zou opleggen een vaste vertegenwoordiger te benoemen.
3. En pareil cas, la personne morale-administratice qui n’est pas en mesure de participer à la réunion d’administration à cause de l’absence de son représentant permanent peut toujours donner procuration à un coadministrateur, pour autant que la société administrée autorise la représentation par procuration. Pareille procuration est donnée par l’intermédiaire du représentant permanent (Nieuw vennootschapsrecht 2002 — Wet corporate governance, Jan Ronse-instituut, Biblo, 2003, Kalmthout, pp. 74-75).
3. In zulk geval kan de bestuurder-rechtspersoon die wegens de afwezigheid van zijn vaste vertegenwoordiger niet aan de bestuursvergadering kan deelnemen, steeds een medebestuurder volmacht verlenen, voor zover de bestuurde vennootschap vertegenwoordiging bij volmacht toestaat. Het verlenen van dergelijke volmacht geschiedt door toedoen van de vaste vertegenwoordiger (Nieuw vennootschapsrecht 2002 — Wet corporate governance, Jan Ronse-instituut, Biblo, 2003, Kalmthout, blz. 74-75).
4. Une personne morale peut être déléguée à la gestion journalière. Elle ne pourra cependant pas désigner de représentant permanent à cet effet au sens de l’article 61, § 2, du Code des sociétés.
4. Een rechtspersoon kan worden belast met het dagelijkse bestuur. Hij zal hiervoor evenwel geen vast vertegenwoordiger in de zin van artikel 61, § 2, van het Wetboek der vennootschappen kunnen aanstellen.
DO 2003200421401
DO 2003200421401
Question no 255 de Mme Catherine Doyen-Fonck du 30 avril 2004 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 255 van mevrouw Catherine Doyen-Fonck van 30 april 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Attribution des emplois d’assistant technique judiciaire.
Toekenning van de betrekkingen van gerechtelijk technisch assistent.
En réponse à ma question écrite no 189 du 17 février 2004, vous m’indiquiez que l’attribution d’un poste vacant d’assistant technique judiciaire se fait sur la base de la comparaison des titres et mérites des différents candidats, des avis émis par les autorités judiciaires et des conditions légales (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 24, p. 3694).
In antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 189 van 17 februari 2004 stelde u dat de toekenning van een vacante betrekking van gerechtelijk technisch assistent gebeurt op grond van de vergelijking van de titels en de verdiensten van de verschillende kandidaten, de adviezen verleend door de rechterlijke overheden en de wettelijke voorwaarden (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 24, blz. 3694).
En outre, vous précisez également que si le classement des lauréats au concours est important, il n’en
U onderstreepte voorts dat niet alleen de rangschikking van de laureaten bij het vergelijkend examen een
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
714
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5646
reste pas moins qu’il convient également de tenir compte de l’article 286bis du Code judiciaire.
belangrijk gegeven is, maar dat ook met artikel 286bis van het Gerechtelijk Wetboek rekening dient te worden gehouden.
` cet égard, et tout en respectant le prescrit de 1. A l’article 286bis du Code judiciaire, pourriez-vous préciser les raisons qui justifient qu’une comparaison des titres et mérites des différents candidats à l’attribution d’un poste vacant d’assistant technique judiciaire soit réalisée dès lors que ceux-ci sont déjà lauréats d’un concours ?
1. Zou u in dit verband, met inachtneming van de bepalingen van artikel 286bis van het Gerechtelijk Wetboek, kunnen verduidelijken hoe een vergelijking van de titels en de verdiensten van de verschillende kandidaten voor de toekenning van een vacante betrekking van gerechtelijk technisch assistent te rechtvaardigen valt, terwijl zij toch al voor een vergelijkend examen zijn geslaagd ?
2. N’estimez-vous pas qu’une comparaison des titres et mérites des différents candidats relève plus de la phase de sélection de lauréats dans le cadre d’un concours que l’attribution d’un poste à l’un de ceuxci ?
2. Meent u niet dat de titels en de verdiensten van de verschillende kandidaten eerder tijdens de selectiefase van een vergelijkend examen moeten worden vergeleken, in plaats van bij de toekenning van een vacante betrekking aan één van hen ?
3. Dans l’affirmative, pourriez-vous indiquer l’utilité du concours organisé par la direction générale de l’Organisation judiciaire du SPF Justice ?
3. Zo ja, kan u het nut aantonen van het examen dat door het directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie van de FOD Justitie wordt georganiseerd ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 18 juin 2004, à la question no 255 de Mme Catherine Doyen-Fonck du 30 avril 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 18 juni 2004, op de vraag nr. 255 van mevrouw Catherine Doyen-Fonck van 30 april 2004 (Fr.) :
1. La comparaison des titres et mérites des différents candidats permet d’affiner la sélection parmi les candidats en lice en élargissant les critères sur la base desquels la nomination est effectuée.
1. De vergelijking van de diploma’s en verdiensten van de verschillende kandidaten laat toe de selectie tussen de kandidaten te verfijnen door het uitbreiden van de criteria op basis waarvan de benoeming gebeurt.
Le classement obtenu au concours est certes un critère mais l’article 286bis du Code judiciaire permet également de prendre en compte d’autres critères.
De rangschikking van een examen is ongetwijfeld een criterium maar artikel 286bis van het Gerechtelijk Wetboek laat eveneens toe andere criteria in aanmerking te nemen.
Ainsi, l’expérience déjà acquise dans la fonction si, parmi les candidats, l’un exerce déjà celle-ci sur la base d’un contrat de travail ou encore la possibilité pour un candidat déjà nommé à la fonction d’obtenir une mutation via une nouvelle nomination, etc.
Zoals de opgedane ervaring in de functie indien tussen de kandidaten iemand deze reeds uitoefent op basis van een arbeidsovereenkomst of nog de mogelijkheid voor een reeds in die functie benoemde kandidaat om een mutatie te bekomen naar een nieuwe benoeming, enz.
L’article 286bis du Code judiciaire rassemble donc un faisceau de critères pour permettre la nomination du candidat qui apparaıˆt le mieux convenir, en n’étant pas tenu au seul critère du classement.
Artikel 286bis van het Gerechtelijk Wetboek verzamelt bijgevolg een geheel van criteria om een kandidaat te benoemen die het meest aan de functie beantwoordt zonder af te hangen van enkel de rangschikking als criterium.
2. Cette conception correspond d’ailleurs à celle aujourd’hui adoptée par le Selor qui a abandonné le système du recrutement sur la base du seul classement puisque les lauréats classés doivent encore passer devant un jury où sera appréciée l’adéquation de leur profil à la fonction postulée.
2. Deze opvatting beantwoordt trouwens aan deze weerhouden door Selor die afgestapt is van het concept om enkel op basis van een rangschikking tot aanwerving over te gaan gezien de weerhouden laureaten nog voor een jury dienen te verschijnen om de geschiktheid van hun profiel af te wegen tegenover de functie waarvoor men solliciteert.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5647
3. Le concours organisé par la direction générale de l’Organisation judiciaire du SPF Justice demeure donc indispensable pour opérer une première sélection.
3. Het examen uitgeschreven door het directoraatgeneraal van de Rechterlijke Organisatie van de FOD Justitie blijft bijgevolg onontbeerlijk om een eerste selectie uit te voeren.
DO 2003200421523
DO 2003200421523
Question no 281 de Mme Annelies Storms du 18 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 281 van mevrouw Annelies Storms van 18 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Nouveaux centraux téléphoniques dans les prisons. — Utilisation du téléphone par les détenus.
Nieuwe telefooncentrales in gevangenissen. — Telefoongebruik door gedetineerden.
Un nouveau système d’installations téléphoniques a été introduit dans les établissements pénitentiaires belges ces derniers mois. Ces nouveaux centraux téléphoniques fonctionnent selon deux modes d’utilisation : en mode « numéros interdits », les numéros que le détenu n’a pas le droit d’appeler, d’une part, et en mode « numéros autorisés », les numéros que le détenu a le droit de former, de l’autre. Ce dernier mode présente l’avantage d’éviter les abus entre détenus.
De voorbije maanden werd in de Belgische gevangenissen een nieuw systeem van telefooninstallaties geı¨nstalleerd. Deze nieuwe telefooncentrales kunnen gebruikt worden op twee manieren : enerzijds de manier van « verboden nummers », men programmeert telefoonnummers die niet door een gedetineerde gebruikt mogen worden, anderzijds is er de manier van « toegelaten nummers », waarbij enkel de telefoonnummers die wel gevormd mogen worden door de gedetineerde, geprogrammeerd worden. Deze laatste manier heeft het voordeel dat er geen misbruik kan optreden tussen gedetineerden onderling.
Vous avez déclaré que l’installation de ces nouveaux centraux devait être terminée fin 2003.
U heeft gesteld dat de installatie van deze nieuwe centrales eind 2003 afgerond moest zijn.
1. a) Les nouveaux centraux téléphoniques ont-ils, à l’heure qu’il est, été installés dans toutes les prisons ?
1. a) Zijn deze nieuwe telefooncentrales reeds in alle gevangenissen geı¨nstalleerd ?
b) Dans la négative, quels établissement pénitentiaires n’en ont pas encore été dotés ?
b) Zo niet, in welke gevangenissen nog niet ?
c) Quand les centraux seront-ils installés dans ces prisons ?
c) Wanneer zal de installatie in deze instellingen afgerond zijn ?
2. Il semble que, dans certaines prisons, la direction refuse le système des numéros autorisés par crainte des réactions des détenus. Par ailleurs, vous avez annoncé que des instructions seraient données en la matière.
2. Blijkbaar zijn er een aantal directies van gevangenissen die het systeem van toegelaten nummers niet implementeren uit angst voor de reacties van de gedetineerden. U heeft ook gezegd dat er instructies werden voorbereid.
a) Avez-vous fini de rédiger ces instructions ?
a) Heeft u de opmaak van deze instructies reeds voltooid ?
b) Dans la négative, pourquoi, et quand les instructions seront-elles finalisées ?
b) Indien niet, waarom en wanneer zullen deze instructies klaar zijn ?
3. Que prévoient ces instructions en ce qui concerne le mode d’utilisation des nouveaux centraux téléphoniques ?
3. Wat is de inhoud van deze instructies met betrekking tot het te gebruiken systeem van telefoneren ?
4. a) Les directions des prisons ont-elles déjà été informées de ces instructions ?
4. a) Zijn de gevangenisdirecties reeds op de hoogte gebracht van deze instructies ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5648
b) Dans la négative, pourquoi ?
b) Zo niet, waarom niet ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 16 juin 2004, à la question no 281 de Mme Annelies Storms du 18 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 16 juni 2004, op de vraag nr. 281 van mevrouw Annelies Storms van 18 mei 2004 (N.) :
1. a) L’installation des nouvelles centrales téléphoniques s’est achevée fin 2003.
1. a) De installatie van de nieuwe telefooncentrales werd eind 2003 afgerond.
b) Sans objet.
b) Zonder voorwerp.
c) Sans objet.
c) Zonder voorwerp.
2. a) Les instructions aux prisons font l’objet de la circulaire ministérielle no 1760 du 12 décembre 2003.
2. a) De instructies naar de gevangenissen toe maken het voorwerp van de ministerie¨le omzendbrief nr. 1760 van 12 december 2003.
b) Sans objet.
b) Zonder voorwerp.
3. La circulaire expose les possibilités du système. Le choix entre les deux systèmes dépend des impératifs de sécurité et doit être déterminé individuellement.
3. De omzendbrief legt de mogelijkheden van het systeem uit. De keuze tussen beide systemen houdt rekening met de noodzaken van de veiligheid en moet individueel bepaald worden.
4. a) La circulaire a été communiquée à toutes les prisons fin 2003.
4. a) De omzendbrief is eind 2003 aan alle gevangenissen bekend gemaakt.
b) Sans objet.
b) Zonder voorwerp.
DO 2003200421539
DO 2003200421539
Question no 282 de M. Alfons Borginon du 24 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 282 van de heer Alfons Borginon van 24 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Cultes reconnus. — Projet d’accord de coopération entre l’E´tat fédéral et les régions.
Erkende erediensten. — Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen federale staat en gewesten.
Dans votre note de politique générale pour l’exercice budgétaire 2004, vous faites mention d’un accord de coopération entre l’autorité fédérale et les régions en ce qui concerne la reconnaissance des cultes, les traitements et pensions des ministres des cultes, les fabriques d’église et les établissements chargés de la gestion du temporel des cultes reconnus.
De beleidsnota Justitie voor het begrotingsjaar 2004 heeft het over een samenwerkingsakkoord dat zal gesloten worden tussen de federale staat en de gewesten met betrekking tot de erkenning van de erediensten, de wedden en pensioenen van de bedienaars van de erediensten, de kerkfabrieken en de instellingen die belast zijn met het beheer van de aardse goederen van de erkende erediensten.
Cet accord de coopération clarifiera les compétences de l’E´tat fédéral et des entités fédérées pour une meilleure coordination dans la gestion des cultes et il permettra la reconnaissance des « Conseils de fabrique » (les mosquées) ainsi que la fixation du traitement des Imams du culte islamique.
Dit samenwerkingsakkoord zal de bevoegdheden van de federale staat en van de gefedereerde entiteiten verduidelijken, zodat men tot een betere coo¨rdinatie komt van het beheer van de erediensten en daarenboven zal het de erkenning toelaten van de « Fabrieksraden » (de moskeee¨n) en het vastleggen van de wedde van de imams van de islamitische eredienst.
Un projet d’accord de coopération aurait déjà été élaboré en décembre 2003.
Er zou reeds in december 2003 een ontwerp van samenwerkingsakkoord zijn geweest.
Qu’en est-il de ce projet ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
Wat is de huidige stand van dit ontwerp ? 2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5649
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 18 juin 2004, à la question no 282 de M. Alfons Borginon du 24 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 18 juni 2004, op de vraag nr. 282 van de heer Alfons Borginon van 24 mei 2004 (N.) :
L’accord de coopération du 27 mai 2004 entre l’autorité fédérale, la Région wallonne, la Région flamande et la Région de Bruxelles-Capitale en ce qui concerne la reconnaissance des cultes, les traitements et pensions des ministres des cultes, les fabriques d’église et les établissements chargés de la gestion du temporel des cultes reconnus a été publié dans le Moniteur belge du 14 juin 2004.
De tekst van het samenwerkingsakkoord van 27 mei 2004 tussen de federale overheid, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest betreffende de erkenning van de erediensten, de wedden en pensioenen van de bedienaars der erediensten, de kerkfabrieken en de instellingen belast met het beheer van de temporalie¨n van de erkende erediensten werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 14 juni 2004.
DO 2003200421551
DO 2003200421551
Question no 284 de M. Alfons Borginon du 25 mai 2004 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 284 van de heer Alfons Borginon van 25 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Juges. — Sanctions disciplinaires. — Perte partielle des droits à la pension. — SPF Pensions.
Rechters. — Tuchtsancties. — Gedeeltelijk verlies pensioenrechten. — FOD Pensioenen.
Un juge qui a subi une sanction disciplinaire peut de ce fait perdre une partie de ses droits à la pension. Le cas échéant, sa carrière de magistrat n’est pas prise en compte sous le régime de pension des fonctionnaires, mais est calculée sous le régime de pension des travailleurs salariés.
Rechters die een tuchtsanctie oplopen, kunnen daardoor een deel van hun pensioenrechten verliezen. Hun loopbaan als magistraat wordt dan niet in aanmerking genomen onder het pensioenstelsel van de ambtenaren, maar wordt berekend onder het pensioenstelsel voor werknemers.
Il m’a été rapporté un cas ou` les SPF Justice et Pensions arrivent à des calculs totalement différents. Le SPF Pensions obtient un montant qui est proche des allocations du CPAS, tandis que le SPF Justice obtient un montant qui est au moins trois fois plus élevé.
Mij is een geval bekend waarbij de FOD Justitie en de FOD Pensioenen tot een totaal verschillende berekening komen. De FOD Pensioenen komt tot een bedrag dat in de buurt ligt van OCMW-uitkeringen, terwijl de FOD Justitie tot een bedrag komt dat meer dan driemaal zo hoog ligt.
Comment la communication entre les SPF Justice et Pensions en la matière est-elle réglée structurellement ?
Hoe is de communicatie terzake tussen de FOD Justitie en de FOD Pensioenen structureel geregeld ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de la Justice du 16 juin 2004, à la question no 284 de M. Alfons Borginon du 25 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Justitie van 16 juni 2004, op de vraag nr. 284 van de heer Alfons Borginon van 25 mei 2004 (N.) :
En ce qui concerne le personnel judiciaire et les membres de l’ordre judiciaire, la direction générale de l’Organisation judiciaire de mon département ne procède pas au calcul de pension. Elle fournit les éléments relatifs à la carrière de ces personnes au SPF Pension, qui procède au calcul des montants promérités. Il est vrai qu’antérieurement, ce service procédait à des calculs et donnait des indications, à titre purement informatif; cette pratique a été abandonnée dans le souci de respect des attributions de chaque SPF.
Het directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie van mijn departement berekent nooit het pensioen van het gerechtelijke personeel en van de leden van de rechterlijke orde. Het directoraat-generaal bezorgt gegevens inzake de loopbaan van die personen aan de FOD Pensioenen, die de bedragen berekent die zij hebben verdiend. Vroeger ging voornoemde dienst inderdaad over tot berekening en tot het geven van louter informatieve aanwijzingen, maar gelet op de bevoegdheid van iedere FOD is van die handelwijze afgestapt.
En ce qui concerne le cas individuel anonyme auquel vous vous référez, je suggère de contacter directement la DGOJ en lui donnant les éléments d’information nécessaires.
Met betrekking tot het anonieme individuele geval waaraan u refereert, stel ik voor dat rechtstreeks contact wordt opgenomen met het DGRO en dat daaraan de nodige gegevens worden verstrekt.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5650
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Budget
Begroting
DO 2003200410610
DO 2003200410610
Question no 13 de M. Servais Verherstraeten du 9 janvier 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 13 van de heer Servais Verherstraeten van 9 januari 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Nomination des topmanagers en application de la réforme de la fonction publique.
Benoeming van topmanagers in uitvoering van de ambtenarenhervorming.
En application de la réforme Copernic, de nouveaux topmanagers doivent être nommés dans chaque service public fédéral. Plusieurs recours ont cependant été introduits contre cette nouvelle procédure auprès du Conseil d’E´tat. En exécution d’un arrêt du Conseil d’E´tat, invoquant notamment une violation du principe d’égalité, une procédure de nomination a déjà été suspendue.
In uitvoering van de Copernicushervorming moeten in elke federale overheidsdienst nieuwe topmanagers worden benoemd. Tegen deze nieuwe procedure werden echter verschillende beroepen bij de Raad van State ingespannen.
1. Combien de fonctions de management doiventelles être pourvues au sein de votre département et combien l’ont-elles déjà été ?
1. Hoeveel managementsfuncties moeten er op uw departement worden ingevuld en hoeveel zijn er reeds begeven ?
2. Contre combien de ces nominations un recours a-t-il été introduit auprès du Conseil d’E´tat ?
2. Tegen hoeveel van deze benoemingen werd er een beroep bij de Raad van State ingesteld ?
3. Parmi les personnes nommées, combien satisfont-elles à l’obligation légale de bilinguisme ?
3. Hoeveel van de benoemden voldoen aan de wettelijke tweetaligheid ?
4. Pour combien de fonctions un adjoint linguistique a-t-il été désigné ?
4. Voor hoeveel functies werd er een taaladjunct aangesteld ?
5. Dans les cas ou` aucun adjoint linguistique n’a encore été désigné, quand sera-t-il satisfait à cette obligation légale ?
5. Voor de gevallen waar er nog geen taaladjunct werd aangesteld, wanneer zal er aan deze wettelijke verplichting worden voldaan ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 13 de M. Servais Verherstraeten du 10 février 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 13 van de heer Servais Verherstraeten van 10 februari 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
1. Six (inclus le président) dont trois déjà occupées.
1. Zes (inclusief de voorzitter) waarvan reeds drie ingevuld.
In uitvoering van een arrest van de Raad van State werd reeds één benoemingsprocedure geschorst. De Raad van State ziet hierin namelijk een schending van het gelijkheidsbeginsel.
2. Contre une.
2. Tegen één.
3. Aucun.
3. Geen.
4. Pour aucune.
4. Voor geen enkele.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5651
5. Je renvoie à la réponse du ministre de la Fonction publique vu que cela fait partie de ses compétences. (Question no 71 du 28 juin 2004.)
5. Ik verwijs naar het antwoord van de minister van Ambtenarenzaken daar dit tot haar bevoegdheden behoort. (Vraag nr. 71 van 28 juni 2004.)
DO 2003200421582
DO 2003200421582
Question no 23 de M. Bruno Van Grootenbrulle du 2 juin 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 23 van de heer Bruno Van Grootenbrulle van 2 juni 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
« Brigades moteur de douanes ». — Pensions.
Motorbrigades van de douane. — Pensioenen.
Les Brigades moteur de douanes sont généralement constituées d’équipes d’agents d’intervention, auxquels sont confiées des missions de controˆle de documents de transports, surveillance de mouvements de produits d’accises, controˆle de déchets, de stupéfiants et transports divers etc., les considérant comme exerçant un travail particulier et dangereux.
De motorbrigades van de douane bestaan doorgaans uit interventieteams die belast zijn met de controle van vervoersdocumenten, het toezicht op het verkeer van accijnsproducten, de controle van afvalstoffen, verdovende middelen en diverse transporten, enz., waardoor men ervan kan uitgaan dat zij specifiek en gevaarlijk werk verrichten.
Or, les agents de niveaux 3 et 4 considérés comme faisant partie du « secteur actif » peuvent prendre leur pension au bout de 37,5 années de service. Il en va de même, semble-t-il pour l’inspecteur principal, chef de brigade, relevant du niveau 1.
De ambtenaren van de niveaus 3 en 4, die beschouwd worden als deel uitmakend van de « actieve afdeling » mogen na 37,5 dienstjaren met pensioen gaan. Naar verluidt is dat ook het geval voor de eerstaanwezend inspecteur, brigadechef, die een ambtenaar van niveau 1 is.
Les agents de niveau 2 et 2+, sont, quant à eux, considérés comme faisant partie du « secteur bureau », et doivent par conséquent travailler pendant 42 ans pour prétendre à une pension complète. Cela concernerait près de 150 agents.
De ambtenaren van de niveaus 2 en 2+ worden daarentegen beschouwd als deel uitmakend van de « kantoorafdeling » en kunnen bijgevolg pas na 42 jaar aanspraak maken op een volledig pensioen. Dat zou gelden voor om en bij de 150 ambtenaren.
Pourriez-vous confirmer cet état de fait, préciser les critères qui ont prévalu à cette différence et m’informer des éventuelles mesures qui pourraient être prises pour rétablir un juste équilibre et faire en sorte que les agents de niveau 2 et 2+ puissent également prétendre à une carrière complète au terme de 37,5 années de prestations ?
Kan u bevestigen of dat klopt, preciseren op grond van welke criteria dat onderscheid wordt gemaakt en meedelen welke maatregelen eventueel kunnen worden getroffen om het evenwicht te herstellen en ervoor te zorgen dat de ambtenaren van de niveaus 2 en 2+ eveneens na 37,5 dienstjaren aanspraak op een volledig pensioen zouden kunnen maken ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 23 de M. Bruno Van Grootenbrulle du 2 juin 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 23 van de heer Bruno Van Grootenbrulle van 2 juni 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre que l’objet de sa question relève de la compétence de ma collègue Marie Arena, ministre compétente pour la Fonction publique. (Question no 64 du 2 juin 2004.)
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het onderwerp van zijn vraag tot de bevoegdheid behoort van mijn collega Marie Arena, minister bevoegd voor Ambtenarenzaken. (Vraag nr. 64 van 2 juni 2004.)
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5652
Entreprises publiques
Overheidsbedrijven
DO 2003200400097
DO 2003200400097
Question no 73 de M. Jean-Jacques Viseur du 23 octobre 2003 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 73 van de heer Jean-Jacques Viseur van 23 oktober 2003 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Départements. — SPF. — Conséquences du principe de l’« ancre ».
Departementen. — FOD. — Gevolgen van het « ankerprincipe ».
En vue de maıˆtriser les dépenses des divers départements et de garantir le maintien de l’équilibre budgétaire, le gouvernement précédent a adopté le principe budgétaire de l’« ancre ». Concrètement, il semble qu’il ait été décidé que le taux d’utilisation cumulé des crédits d’ordonnancement lors de l’année budgétaire 2003 ne pouvait en aucun cas dépasser le taux d’utilisation cumulé de l’année précédente. En ce qui concerne le programme d’investissement des départements, la libération périodique par le Conseil des ministres pour les neuf premiers mois de 2003 ne s’élèverait qu’à 3/15. L’Inspection des finances et les controˆleurs des engagements ayant également reçu pour mission de veiller de façon stricte au respect de cette mesure.
Om de uitgaven van de verschillende departementen te kunnen beheersen en het behoud van het begrotingsevenwicht te garanderen heeft de vorige regering het anker-begrotingsprincipe ingevoerd. Concreet gesproken zou er beslist zijn dat de gecumuleerde benuttingsgraad van de ordonnanceringskredieten tijdens het begrotingsjaar 2003 in geen geval de gecumuleerde benuttingsgraad tijdens het vorige jaar mag overschrijden. Wat het investeringsprogramma van de departementen betreft, zou de periodieke vrijgave door de Ministerraad voor de eerste negen maanden van 2003 slechts 3/15 bedragen. De Inspectie van financie¨n en de controleurs van de vastleggingen kregen dan ook de opdracht strikt toe te zien op de naleving van die maatregel.
Il me revient qu’une série de frais, qui sont arbitrairement classés dans la colonne « non prioritaire » alors qu’ils sont indispensables au bon fonctionnement des services de votre département, auraient bel et bien été engagés sans que ceux-ci aient été payés aux fournisseurs.
Ik heb vernomen dat een aantal kosten die willekeurig in de kolom « niet prioritair » werden ondergebracht terwijl ze in feite onontbeerlijk zijn voor de goede werking van de diensten van uw departement, wel degelijk zouden zijn vastgelegd zonder dat ze aan de leveranciers zouden zijn betaald.
Selon Michel Jadot, s’exprimant récemment dans la presse, il semble que cette technique de report de certains paiements ait été érigée en mode de fonctionnement politique particulièrement préjudiciable à l’égard de la plupart des sous-traitants, des indépendants, des petits entrepreneurs du secteur non marchand, de nombreuses associations qui éprouvent des difficultés de trésorerie en n’obtenant pas le paiement de subventions ou de prestations.
Zoals de heer Jadot onlangs in de pers heeft verklaard zou deze techniek van uitstel van sommige betalingen tot een politieke werkwijze zijn verheven die bijzonder nadelig is voor de meeste onderaannemers, de zelfstandigen, de kleine ondernemers uit de non-profit sector en voor talrijke verenigingen die door het uitblijven van de betaling van subsidies of van prestaties in geldnood komen.
1. a) Quelles sont les conséquences de la mise en œuvre du principe de l’« ancre » sur le paiement de dépenses engagées mais non encore acquittées par le Trésor au sein de votre département ?
1. a) Welke weerslag heeft de invoering van het « ankerprincipe » voor uw departement op de betaling van uitgaven die wel vastgelegd maar nog niet vereffend werden door de Thesaurie ?
b) En d’autres termes, quel est le montant de l’encours au sein de votre département à la date du 30 septembre 2003 ?
b) Met andere woorden, wat is het uitstaande bedrag van de vastleggingen voor uw departement op 30 september 2003 ?
2. Quels sont les délais moyens de liquidation par le Trésor public d’une facture engagée par votre département ?
2. Wat zijn de gemiddelde termijnen die de Thesaurie toepast bij de afrekening van een factuur die door uw departement werd vastgelegd ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5653
3. Le principe de l’« ancre » permet-il à votre département de respecter l’article 4 de la loi du 2 aouˆt 2002 concernant la lutte contre le retard de paiement dans les transactions commerciales qui prévoit que tout paiement en rémunération d’une transaction commerciale doit être effectué dans un délai de 30 jours à partir du jour qui suit celui : 1o de la réception, par le débiteur, de la facture ou d’une demande de paiement équivalente, ou 2o de la réception des marchandises ou de la prestation de services, si la date de réception de la facture ou de la demande de paiement équivalente est incertaine ou si le débiteur reçoit la facture ou la demande de paiement équivalente avant les marchandises ou les services, ou 3o de l’acceptation ou de la vérification permettant de certifier la conformité des marchandises ou des services avec le contrat, si la loi ou le contrat prévoit une procédure d’acceptation ou de vérification, et si le débiteur reçoit la facture ou la demande de paiement équivalente plus toˆt ou à la date de l’acceptation ou de la vérification ? Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 73 de M. Jean-Jacques Viseur du 23 octobre 2003 (Fr.) : En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre. Cette année le fonctionnement des services du SPF Budget et Controˆle de la gestion n’a pas été compromis par le principe de l’ancre. Toutes ses factures ont éyé payées dans les délais prévus. Si toutefois on avait constaté un grand écart entre le moment de l’engagement et celui de l’ordonnancement des crédits, il résulte essentiellement du fait que le SPF Budget et Controˆle de la gestion a reporté la livraison de biens et de services après le 1er décembre 2003, puisque ce SPF a déménagé au mois de décembre.
3. Kan uw departement door de invoering van het « ankerprincipe » de bepalingen van artikel 4 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties naleven ? Dit artikel bepaalt dat elke betaling tot vergoeding van een handelstransactie dient te gebeuren binnen een termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op die : 1o van de ontvangst door de schuldenaar van de factuur of een gelijkwaardig verzoek tot betaling, of 2o van de ontvangst van de goederen of diensten, indien de datum van ontvangst van de factuur of het gelijkwaardig verzoek tot betaling niet vaststaat of indien de schuldenaar de factuur of het gelijkwaardig verzoek tot betaling eerder ontvangt dan de goederen of diensten, of 3o van de aanvaarding of controle ter verificatie van de conformiteit van de goederen of diensten met de overeenkomst, indien de wet of de overeenkomst voorziet in een procedure van aanvaarding of controle en indien de schuldenaar de factuur of het gelijkwaardig verzoek tot betaling ontvangt vo´o´r of op de datum waarop de aanvaarding of controle plaatsvindt. Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 73 van de heer Jean-Jacques Viseur van 23 oktober 2003 (Fr.) : In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen. De FOD Budget en Beheerscontrole heeft dit jaar geen hinder ondervonden voor de goede werking van de diensten als gevolg van het ankerprincipe. Alle facturen van de FOD Budget en Beheerscontrole werden betaald binnen de gevraagde periode. Indien er een groot tijdsverschil was tussen het vastleggen van kredieten en de ordonnancering, is dit voornamelijk het gevolg van het aanvragen door de FOD Budget en Beheerscontrole van het leveren van de goederen en diensten na 1 december 2003. Dit kwam omdat de FOD Budget en Beheerscontrole dan verhuisd was.
DO 2003200410852
DO 2003200410852
Question no 158 de M. Willy Cortois du 10 février 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 158 van de heer Willy Cortois van 10 februari 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven : Scheepvaart. — Gemeenschappelijk toezicht met buurlanden op sluikse activiteiten van bepaalde vaartuigen. Onlangs heeft de minister laten horen dat in de toekomst de scheepvaart die onder het Belgisch toezicht
Navigation. — Surveillance commune avec les pays voisins des activités frauduleuses de certains baˆtiments. Le ministre a récemment laissé entendre qu’à l’avenir les navires qui traversent la partie du plateau
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
715
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5654
continental de la mer du Nord dont la surveillance est assurée par la Belgique, peuvent s’attendre à une « tolérance zéro » s’ils sont surpris à déverser leurs eaux usées en pleine mer. Cette mesure ne s’appliquera néanmoins qu’à partir de 2008.
vallend deel van het continentaal plat van de Noordzee doorkruisen, kunnen rekenen op een « zero tolerantie » wanneer een vaartuig erop betrapt wordt zijn afvalwater te lozen in volle zee. Dit zal echter pas tegen 2008 gebeuren.
Or, la navigation a augmenté de 35 % au cours des dix dernières années, avec même une hausse de 40 % pour les cargaisons dangereuses.
Inmiddels is het scheepvaartverkeer de jongste tien jaar met 35 % toegenomen en wat de gevaarlijke ladingen betreft zelfs met 40 %.
Le personnel et les moyens investis dans la surveillance se révèlent insuffisants pour pouvoir agir de manière efficace à l’encontre des pollueurs. L’ampleur du problème peut se mesurer à la lumière des résultats enregistrés par de petits avions sans équipage, qui effectuent des controˆles pendant seulement 250 heures de vol par an. Une tache d’huile est détectée toutes les cinq heures, comme l’a précisé le ministre. Ces appareils sont même trop petits pour y installer des caméras pouvant fournir des éléments de preuve.
Personeel en middelen om het toezicht uit te oefenen blijken onvoldoende om doeltreffend te kunnen optreden tegen de vervuilers. De omvang van het probleem kan worden afgemeten aan de hand van de resultaten die worden geregistreerd door kleine onbemande vliegtuigen, die slechts gedurende 250 vlieguren per jaar controles verrichten. Iedere vijf uren wordt een olievlek ontdekt, zo deelde de minister mede. In deze toestellen is zelfs geen plaats voor dergelijke camera’s die voor bewijsmateriaal kunnen zorgen.
Dans nos pays voisins, dont les coˆtes sont certes bien plus longues, des avions militaires avec équipage surveillent la navigation. En cas d’infraction, on n’hésite pas à forcer le bateau, escorté par des navires de la marine, à faire route vers un port pour y être mis à la chaıˆne dans l’attente de la décision d’un tribunal. Ce dernier peut infliger une amende pouvant atteindre 500 000 euros.
In onze buurlanden, met een weliswaar veel langere kust, bewaken bemande militaire vliegtuigen de scheepvaart, en wordt niet geaarzeld bij overtredingen de vrachtschepen, begeleid door marinevaartuigen, te dwingen koers te zetten naar een haven om daar aan de ketting te worden gelegd tot de rechtbank uitspraak heeft gedaan. Deze kan een boete opleggen die kan oplopen tot 500 000 euro.
1. Une concertation a-t-elle déjà eu lieu avec les pays voisins afin d’organiser une surveillance commune et de garantir ainsi une meilleure détection des activités frauduleuses de certains baˆtiments ?
1. Werd reeds met onze buurlanden overleg gepleegd om het gemeenschappelijk toezicht te organiseren met het oog op een betere waarneming teneinde sluikse activiteiten van bepaalde vaartuigen te kunnen verzekeren ?
2. Le nombre d’infractions ne justifie-t-il pas une intervention plus rapide des navires de la Force navale, en étroite coopération avec les unités des pays voisins, non seulement membres de l’Union européenne mais également de l’OTAN ?
2. Wettigt het aantal overtredingen geen sneller optreden van de vaartuigen van de Zeemacht in nauwe samenwerking met vlooteenheden van onze buurlanden, trouwens niet alleen lid van de Europese Unie, maar eveneens van de NAVO ?
3. Le nombre de condamnations prononcées à l’heure actuelle, soit pas plus de cinq et un nombre certainement faible par rapport au nombre d’infractions, donne à penser que notre législation en la matière ne suffit pas pour être efficace.
3. Het aantal veroordelingen tot nu toe uitgesproken — niet meer dan vijf en zeker gering in vergelijking met het aantal vastgestelde overtredingen — wekt de indruk dat onze wetgeving terzake ontoereikend is om doeltreffend te zijn.
Des mesures européennes uniformes et également des sanctions pénales prises lors de la constatation des faits ne garantiraient-elles pas une meilleure protection vis-à-vis de bateaux qui polluent gravement les coˆtes de l’Europe occidentale ainsi que l’océan ?
Zouden Europese eenvormige maatregelen en ook strafmaatregelen ten overstaan van de vastgestelde feiten geen betere bescherming verzekeren tegen de schepen die niet alleen de West-Europese kusten maar ook de oceaan grote schade toebrengen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 158 de M. Willy Cortois du 10 février 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 158 van de heer Willy Cortois van 10 februari 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5655
1. La possibilité de mettre en œuvre des petits avions sans pilotes (UAV) est effectivement à l’étude mais la surveillance aérienne de routine s’exerce à l’aide d’avions biomoteurs mis à la disposition de l’Unité de gestion du modèle mathématique da la mer du Nord (l’autorité légalement compétente pour cette surveillance) par le ministère de la Défense. Ces avions sont équipés d’appareils de détection spécialisés et de caméras. Ils effectuent une surveillance sur zone 250 heures par an. Ce programme est intégré dans le programme conjoint de surveillance aérienne organisé en exécution de l’Accord concernant la coopération en matière de lutte contre la pollution de la mer du Nord par les hydrocarbures et autres substances dangereuses (Accord de Bonn, 1989) auquel participent activement les huit pays riverains de la mer du Nord.
1. De mogelijkheid om kleine vliegtuigen zonder piloot te gebruiken (UAV) wordt inderdaad bestudeerd, maar het routineluchttoezicht wordt uitgeoefend door tweemotorige vliegtuigen ter beschikking gesteld door het ministerie van Landsverdediging aan de Beheerseenheid mathematisch model van de Noordzee (wettelijk bevoegde autoriteit voor dit toezicht). Deze vliegtuigen zijn voorzien van gespecialiseerde detectietoestellen en camera’s. Ze oefenen een luchttoezicht uit van 250 uur per jaar. Dit programma is geı¨ntegreerd in het gemeenschappelijk programma van luchttoezicht georganiseerd ter uitvoering van het akkoord betreffende de samenwerking inzake de strijd tegen de vervuiling van de Noordzee door koolwaterstof en andere gevaarlijke stoffen (Akkoord van Bonn, 1989) waaraan de acht landen rond de Noordzee deelnemen.
L’Accord de Bonn prévoit une « zone à responsabilité partagée » dans laquelle la Belgique, la France et le Royaume-uni interviennent conjointement. Cette zone s’étend de l’embouchure de l’Escaut au Pas de Calais. L’année dernière une procédure a été initiée à l’initiative de la Belgique dans le but d’étendre cette zone vers le nord de manière à inclure complètement la zone économique exclusive de la Belgique et ajouter la participation des Pays-Bas. Les pays concernés ont marqué leur accord sur la proposition belge et la procédure d’acceptation est actuellement en cours à l’Accord de Bonn.
Het Akkoord van Bonn voorziet een « zone van verdeelde verantwoordelijkheid » waarin Belgie¨, Frankrijk en Groot-Brittannie¨ gezamenlijk optreden. Deze zone strekt zich uit van de Scheldemonding tot aan de Pas de Calais. Op initiatief van Belgie¨ werd vorig jaar een procedure gestart met de bedoeling de zone uit te breiden in noordelijke richting met de volledige Belgische economische zone en de deelname van Nederland. De betrokken landen hebben het Belgische voorstel goedgekeurd en de aanvaardingsprocedure volgens het Akkoord van Bonn is lopende.
2. L’intervention rapide de navires chargés de taˆches de police en coordination avec ceux des pays voisins est tout à fait possible en principe mais elle requiert la mise en œuvre d’unités plus rapides que les navires marchands et capables de sortir en mer par tous les temps. De telles unités n’existent pour le moment ni en Belgique, ni dans les pays limitrophes.
2. De snelle tussenkomst van vaartuigen met politiebevoegdheid in samenwerking met deze van de buurlanden is in principe absoluut mogelijk, maar ze vereist de inwerkingtreding van eenheden die sneller zijn dan koopvaardijschepen en die in staat zijn om op elk moment de zee te verlaten. Dergelijke eenheden bestaan momenteel noch in Belgie¨, noch in de aangrenzende landen.
La garde coˆtière récemment créée a reçu entre autres choses pour taˆche de dresser un inventaire des moyens disponibles pour des interventions de l’autorité belge en mer. Le résultat de ce travail servira à optimaliser la mise en œuvre des moyens existants.
De kustwacht die onlangs werd opgericht heeft onder andere als opdracht gekregen een inventaris op te maken van de beschikbare middelen voor interventies van de Belgische overheid op zee. Het resultaat van dit werk zal dienen om het gebruik van de bestaande middelen te optimaliseren.
3. Depuis 1991, 26 procès-verbaux ont été dressés contre des navires contrevenants pris sur le fait et cinq pollueurs ont été condamnés. Ce résultat modeste n’est pas duˆ à une déficience de la législation mais bien à la difficulté qu’il y a à prendre sur le fait, en mer, des rejets illégaux qui ne durent que quelques dizaines de minutes et à constituer sur cette base un dossier suffisamment probant pour entraıˆner la conviction du tribunal. La loi belge du 6 avril 1995 relative à la prévention de la pollution de la mer par les navires est la plus sévère d’Europe puisqu’elle permet d’arraisonner un navire dès que des traces visibles d’hydrocarbures apparaissent aux environs immédiats
3. Sinds 1991 werden 26 processen-verbaal opgemaakt tegen overtredende vaartuigen die op heterdaad betrapt werden en werden vijf vervuilers veroordeeld. Dit bescheiden resultaat is niet te wijten aan een zwak punt in de wetgeving, maar wel aan de moeilijkheid om illegale lozingen op zee, die slechts enkele tientallen minuten duren, op heterdaad te betrappen en om een dossier op te stellen dat voldoende bewijskrachtig is om te leiden tot een veroordeling door de rechtbank. De Belgische wet van 6 april 1995 betreffende de voorkoming van de verontreiniging van de zee door schepen is de strengste van Europa aangezien ze toelaat een schip te controleren zodra er zichtbare sporen zijn van
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5656
ou dans son sillage. Le maximum des amendes qu’elle prévoit s’élève à 5 millions d’euros et peut être doublé en cas de récidive.
waterstof in de omgeving of in het kielzog van het schip. Het maximumbedrag voor boetes is vastgelegd op 5 miljoen euro en kan verdubbeld worden in geval van herhaling van het misdrijf.
DO 2003200421224
DO 2003200421224
Question no 181 de M. Daan Schalck du 2 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 181 van de heer Daan Schalck van 2 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Travaux d’aménagement de la ligne de chemin de fer entre Gand et Eeklo.
NMBS. — Aanpassingswerken aan de spoorlijn tussen Gent en Eeklo.
En raison du mauvais état de la voie entre Eeklo et Wondelgem, la vitesse des trains circulant sur ce tronçon est limitée à 60 ou 70 km/h, alors que la vitesse maximum est normalement de 120 km/h.
De slechte staat van de sporen tussen Eeklo en Wondelgem zorgen ervoor dat de snelheid die de treinen kunnen ontwikkelen beperkt is tot 60 à 70 km/ uur. Normaal zou een snelheid van 120 km/uur moeten gehaald worden.
En 2003, la SNCB a fait savoir qu’à l’automne 2004, des travaux seraient réalisés à la voie et à la signalisation.
In 2003 deelde de NMBS mee dat in het najaar van 2004 werken zouden gebeuren aan de sporen en de seininrichting.
1. a) Quand les travaux visant à porter la vitesse de 70 à 120 km/h sur la ligne Gand-Eeklo débuteront-ils ?
1. a) Wanneer starten de werken aan de spoorlijn GentEeklo om de snelheid van 70 op 120 km/uur te brengen ?
b) Quel est le calendrier des travaux ?
b) Wat is de timing ?
2. a) Un remblayage de la ligne entre Wondelgem et Gent-Dampoort est-il toujours prévu ?
2. a) Wordt in de ophoging van de spoorlijn tussen Wondelgem en Gent-Dampoort nog voorzien ?
b) Quel est l’éventuel calendrier des travaux ?
b) Wat is de mogelijke timing ?
3. a) Des travaux d’amélioration sont-ils prévus en ce qui concerne les emplacements pour vélos dans les gares de Wondelgem et d’Eeklo ?
3. a) Zijn werken in het vooruitzicht gesteld aan de fietsstallingen te Wondelgem en Eeklo ?
b) Dans l’affirmative, quand ?
b) Zo ja, wanneer ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 181 de M. Daan Schalck du 2 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 181 van de heer Daan Schalck van 2 april 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
1. a) Les travaux sur le tronçon Wondelgem-Eeklo commenceront le dernier trimestre de 2004. La phase liminaire sera fixée lors de l’adjudication du travail.
1. a) De werken op het baanvak Wondelgem-Eeklo starten in het laatste trimester van 2004. De aanvangsfase wordt pas bij de gunning van het werk vastgesteld.
Dans une première phase, les quais à Sleidinge et Waarschoot seront modernisés.
In eerste fase zullen de perrons te Sleidinge en Waarschoot worden gemoderniseerd.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5657
b) L’exécution des travaux de voie suivra jusqu’à la mi-2005. La vitesse autorisée sera alors rétablie à 90 km/heure. Entre-temps, la suppression de 13 passages à niveau est en préparation (les procédures d’expropriations et d’aménagement de voiries sont lancées). Les travaux de voie seront suivis par des travaux de signalisation. La vitesse autorisée ne pourra être portée à 120 km/heure qu’à l’issue de ces travaux de signalisation et après suppression de ces passages à niveau. Pour autant que les procédures se déroulent normalement, cela devrait être le cas en 2006. 2. a) La SNCB projette un renouvellement du pont mobile sur le canal Gand-Terneuzen. Un rehaussement limité avec pont fixe sur le canal n’est possible que moyennant un partenariat financier réellement important des gestionnaires des voiries de croisement pour la suppression des passages à niveau. b) Le pont devra être remplacé avant 2008 pour nécessité technique et en raison de frais d’entretien trop élevés. Un éventuel rehaussement requiert aussi : — une prise de décision sur le partenariat; — des procédures (plan particulier d’aménagement, étude d’incidence de l’environnement, expropriations, etc.); — des études détaillées et une adjudication; — une exécution des travaux sur 3 à 4 ans. Il est peu probable que ce projet puisse aboutir avant 2010-2012. 3. Il n’existe pas de plan de renouvellement complet du parking pour vélos en gare de Wondelgem. La SNCB examine la possibilité d’y ajouter des raˆteliers à vélos. Les raˆteliers à vélos de la gare d’Eeklo sont intégrés à la petite voirie. Cela signifie que l’entretien incombe à la commune. La commune projetterait de remplacer les raˆteliers actuels par des raˆteliers sécurisés contre le vol.
b) De spoorwerken volgen met uitvoering tot medio 2005. Dan wordt de toegelaten snelheid tot 90 km/ uur opnieuw ingevoerd. Intussen wordt de afschaffing van 13 overwegen voorbereid (procedures met onteigeningen en wegenaanleg zijn ingezet). Na de spoorwerken volgen de werken van seininrichting. De toegelaten snelheid van 120 km/uur kan slechts ingevoerd worden na die seinwerken en na afschaffing van die overwegen. Bij normaal verloop van procedures zou dit in 2006 gebeuren.
DO 2003200421246
DO 2003200421246
Question no 182 de M. Olivier Maingain du 13 avril 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques : Annuaire Promédia. — Emploi des langues. Il me revient que l’Institut belge des services postaux et des télécommunications (IBPT), concernant les
Vraag nr. 182 van de heer Olivier Maingain van 13 april 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven : Promedia-telefoongids. — Taalgebruik. Ik ondervroeg u reeds eerder over de taalproblemen bij de verdeling van de tweede aparte uitgave van de
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2. a) De NMBS voorziet een vernieuwing van de draaibrug over het kanaal Gent-Terneuzen. Een beperkte ophoging met vaste brug over het kanaal is slechts mogelijk mits een wezenlijk groot financieel partnerschap vanwege de beheerders van de kruisende wegenis voor het afschaffen van de overwegen. b) De brug moet vo´o´r 2008 vervangen zijn uit technische noodzaak en wegens te hoog oplopende kosten van onderhoud. Een eventuele ophoging vergt nog : — een besluitvorming over partnerschap; — procedures (ruimtelijk uitvoeringsplan, milieueffectenrapport, onteigeningen, enz.); — detailstudies en aanbesteding; — uitvoering van werken 3 à 4 jaar. Het lijkt weinig waarschijnlijk dat dit project tot stand kan komen vo´o´r 2010-2012. 3. Er bestaan geen plannen voor totale vernieuwing van de fietsenparking aan het station van Wondelgem. De NMBS onderzoekt of er geen bijkomende fietsenrekken kunnen worden geplaatst. De fietsenrekken aan het station van Eeklo zijn ingelijfd in de kleine wegenis. Dit betekent dat het onderhoud ten laste valt van de gemeente. De gemeente zou plannen hebben om de fietsenrekken te vervangen door diefstalveilige rekken.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5658
problèmes linguistiques relevés dans la seconde édition scindée de l’annuaire Promédia-zone 02 Bruxelles, à propos desquels je vous ai déjà interrogé précédemment, considère que ceux-ci proviennent du fonctionnement d’un nouveau logiciel de base de données mis au point par un fournisseur étranger et dont l’adaptation aux particularités linguistiques de la Belgique a posé quelques problèmes.
Promedia-telefoongids in de zone 02. Ik verneem dat het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT) deze toeschrijft aan de ingebruikname van nieuwe software voor gegevensbanken, die door een buitenlandse leverancier werd ontwikkeld. De aanpassing van dit programma aan de taalkundige eigenheden van ons land verliep blijkbaar niet vlekkeloos.
Cette information, formulée en réponse à des réclamations de particuliers francophones de Bruxelles et de la périphérie concernant à la fois la scission de l’annuaire et les infractions aux lois linguistiques qui y ont été constatées, est particulièrement peu précise et demande des éclaircissements.
Deze informatie werd verstrekt aan Franstalige particulieren in Brussel en de randgemeenten, die zowel over de aparte uitgave van de gids als over de inbreuken op de taalwetgeving klachten hadden. Omdat dit antwoord erg vaag blijft, is enige verduidelijking vereist.
Par ailleurs, un avis récent de la Commission permanente de controˆle linguistique vient de déclarer fondée une plainte relative aux mentions unilingues néerlandaises concernant les services postaux bruxellois dans lesdits annuaires.
Bovendien bracht de Vaste Commissie voor taaltoezicht onlangs een advies uit waarin zij een klacht over de eentalig Nederlandse vermeldingen betreffende de Brusselse postdiensten in voornoemde telefoongidsen gegrond verklaart.
1. Quelle est l’identité du fournisseur étranger dont question qui aurait mis au point ce logiciel ?
1. Wie is de buitenlandse leverancier die deze software ontwikkelde ?
2. Pourquoi n’a-t-il pas été averti au préalable des dispositions légales particulières en matière d’emploi des langues concernant les services établis à Bruxelles ?
2. Waarom werd hij niet op voorhand op de hoogte gebracht van de specifieke wettelijke bepalingen inzake het gebruik van de talen bij de in Brussel gevestigde diensten ?
3. Quelles sont les mesures que vous envisagez de prendre pour assurer la correcte application de l’avis de la Commission permanente de controˆle linguistique ?
3. Welke maatregelen denkt u te treffen opdat het advies van de Vaste Commissie voor taaltoezicht correct wordt toegepast ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 182 de M. Olivier Maingain du 13 avril 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 182 van de heer Olivier Maingain van 13 april 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
L’avis de la Commission permanente de controˆle linguistique auquel se réfère l’honorable membre, semble se rapporter à une lettre adressé le 9 octobre 2003 au ministre des Entreprises publiques concernant de prétendues lacunes dans l’annuaire publié à Bruxelles 15 mois plus toˆt, en mai 2002, donc.
Het advies van de Vaste Commissie voor taaltoezicht waarnaar het geachte lid verwijst, lijkt te slaan op een brief die op 9 oktober 2003 naar de minister van Overheidsbedrijven werd gestuurd in verband met vermeende lacunes in de gids die 15 maanden eerder in Brussel werd gepubliceerd, in mei 2002 dus.
Il s’agissait, en l’occurrence, d’une inversion entre les expressions française et néerlandaise « Docteurs en médecine » et « Doctors in de geneeskunde » en page 298 de l’annuaire incriminé. Dans le même ordre d’idées, la Commission permanente de controˆle linguistique reprochait à Belgacom que le mot « Brussel » précédait « Bruxelles » en page 27 du même ouvrage.
Het ging in dit geval om een verwisseling van de Nederlands- en Franstalige vermeldingen « Doctors in de geneeskunde » en « Docteurs en médecine » op bladzijde 298 van de telefoongids in kwestie. Volgens dezelfde gedachtegang verweet de Vaste Commissie voor het taaltoezicht Belgacom dat het woord « Brussel » vo´o´r « Bruxelles » kwam op bladzijde 27 van hetzelfde boekdeel.
Dans sa réponse circonstanciée à la Commission permanente de controˆle linguistique, Belgacom a
In zijn omstandig antwoord aan de Vaste Commissie voor taaltoezicht heeft Belgacom de notie zelf van
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5659
contesté la notion même d’erreur. L’alternance linguistique à laquelle Belgacom se soumet volontiers et systématiquement par courtoisie vis-à-vis de ses clients n’ayant pas de caractère contraignant, d’autant que toutes les autres mentions principales (pages de couverture, accueil, tables des matières, listes des communes, etc.) respectaient parfaitement l’alternance linguistique souhaitée par la Commission permanente de controˆle linguistique.
de fout betwist. De taalalternantie waaraan Belgacom zich, uit hoffelijkheid ten opzichte van haar klanten, graag en systematisch onderwerpt, heeft immers geen bindend karakter, en bovendien respecteerden alle andere belangrijke vermeldingen (kaftbladen, verwelkoming, inhoudsopgaven, lijsten van gemeenten, enz.) perfect de taalalternantie die door de Vaste Commissie voor taaltoezicht wordt gevraagd.
Sur la base de ce rappel, l’honorable membre voudra bien trouver ci-dessous une réponse à ses différentes questions.
Op basis van deze verduidelijkingen vindt het geachte lid hier een specifiek antwoord op zijn verschillende vragen.
1. Le fournisseur du nouveau logiciel servant à la pagination des pages blanches est une société canadienne, un des leaders mondiaux incontestés en la matière.
1. De leverancier van de nieuwe software die wordt gebruikt voor de paginering van de witte gids is een Canadees bedrijf, één van de onbetwiste wereldleiders op dit gebied.
2 et 3. Comme évoqué en introduction, il est excessif de prétendre à une quelconque faute contractuelle du fournisseur du logiciel incriminé. Tout au plus, et compte tenu de l’extrême sensibilité que ce genre de problématique semble soulever en Belgique, Belgacom s’est-elle engagée auprès de la Commission permanente de controˆle linguistique à veiller à ce que l’alternance linguistique soit systématiquement appliquée et, si possible, dans ses ultimes recoins.
2 en 3. Zoals reeds in de inleiding aangehaald, zou het te ver gaan te gewagen van een contractuele fout in hoofde van de leverancier van de software in kwestie. Hoogstens, en rekening houdend met de uiterste gevoeligheid van dit soort problematiek, heeft Belgacom er zich bij de Vaste Commissie voor taaltoezicht toe verbonden erover te waken dat de taalalternantie systematisch, en, indien mogelijk, tot in de uiterste consequenties, wordt toegepast.
DO 2003200421247
DO 2003200421247
Question no 183 de M. Bart Tommelein du 13 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 183 van de heer Bart Tommelein van 13 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Pénurie de matériel.
NMBS. — Materiaaltekort.
Le 31 mars 2004, le train de 7 h 44 assurant la liaison entre Courtrai et Bruxelles se composait d’un nombre de wagons réduit de moitié (trois wagons au lieu de six). E´tant donné que cela s’est produit aux heures de pointe, les navetteurs ont été contraints de voyager debout, serrés les uns contre les autres, pendant plus d’une heure. Lorsque certains voyageurs ont demandé des informations à l’accompagnateur, il leur a été répondu qu’il y avait une pénurie de matériel.
De trein van Kortrijk naar Brussel van 7.44 uur was op 31 maart 2004 plotseling slechts half zo lang als normaal (drie wagons in plaats van zes). Aangezien dit juist in de piekuren was, moesten de pendelaars meer dan een uur lang als opeengepakt blijven rechtstaan. Toen een aantal reizigers uitleg vroegen aan de conducteur kregen zij te horen dat er materiaal te kort was.
Il est incroyable que la SNCB invoque comme excuse une pénurie de matériel sur une ligne aussi fréquentée, et ce à l’heure de pointe.
Het lijkt mij bijzonder kras dat de NMBS materiaaltekort op zo’n druk traject nota bene tijdens de piekuren als excuus inroept.
Est-il exact que la SNCB est confrontée à une pénurie de matériel l’empêchant de mettre en service de nouvelles rames lorsqu’un problème technique se pose sur l’une des rames desservant des lignes aussi fréquentées ?
Is het correct dat de NMBS over onvoldoende materiaal beschikt om nieuwe treinstellen in te schakelen, wanneer er zich een technisch defect voordoet in één van de treinstellen die normaal op deze en andere drukbezette lijnen zouden moeten rijden ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5660
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 183 de M. Bart Tommelein du 13 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 183 van de heer Bart Tommelein van 13 april 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Le 31 mars 2004, le train de Courtrai à Bruxelles de 7 h 44 n’était composé que d’une automotrice break triple au lieu de deux, car la deuxième automotrice break triple avait été mise hors service à 2 h 27 du matin pour raison technique.
De trein van Kortrijk naar Brussel van 7.44 uur was op 31 maart 2004 slechts samengesteld uit één drieledig motorrijtuig break in plaats van twee, omdat dit tweede drieledig motorrijtuig break ’s nachts om 2.27 uur buiten dienst gesteld werd wegens een technisch gebrek.
Ce matin-là, il y avait sur le réseau cinq automotrices break triples de réserve. Il n’y en avait toutefois pas à Courtrai et la nuit, il était matériellement impossible de transférer une automotrice break de réserve à Courtrai.
Op netniveau waren er die ochtend vijf drieledige motorrijtuigen break reserve. Er was hoe dan ook geen reserve in Kortrijk en ’s nachts waren er geen middelen om een reservemotorrijtuig break naar Kortrijk over te brengen.
Mettre à disposition un autre matériel pour ce train ne pouvait être envisagé vu que le train en provenance de Courtrai devait être accouplé à Gand-Saint-Pierre à un train venant de La Panne, lequel est composé de deux automotrices break triples.
Ander materieel inzetten voor die trein was niet mogelijk aangezien de trein uit Kortrijk in Gent SintPieters moet gekoppeld worden met de trein uit De Panne, die samengesteld is uit twee drieledige motorrijtuigen break.
Le 31 mars 2004, le train en provenance de La Panne était bien composé de deux automotrices break triples, de sorte que le trajet entre Gand et Bruxelles a pu être assuré avec trois automotrices break triples au lieu de quatre (neuf voitures au lieu de douze).
Op 31 maart 2004 was de trein uit De Panne wel samengesteld met twee drieledige motorrijtuigen break zodat de rit tussen Gent en Brussel werd verzekerd met drie drieledige motorrijtuigen break in plaats van vier (negen rijtuigen in plaats van twaalf).
DO 2003200421327
DO 2003200421327
Question no 188 de M. Guido De Padt du 21 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 188 van de heer Guido De Padt van 21 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Resquilleurs. — Accompagnateurs de train. — Formulaires C170.
NMBS. — Zwartrijders. — Treinbegeleiders. — Formulieren C170.
Lorsqu’un voyageur ne disposant pas d’un titre de transport valable refuse ou n’est pas en mesure d’acheter son billet, l’accompagnateur de train se voit obligé de remplir un formulaire C170.
Voor reizigers die niet in orde zijn met hun vervoerbewijs en dit niet willen of kunnen betalen, schrijven treinbegeleiders een formulier C170 uit.
1. Combien de formulaires de la sorte ont-ils été rédigés en 2001, 2002, 2003 et 2004 ?
1. Hoeveel dergelijke C170-formulieren werden er uitgeschreven in 2001, 2002, 2003 en 2004 ?
2. Dans combien de cas les montants figurant sur les formulaires C170 ont-ils été payés spontanément ?
2. In hoeveel van de gevallen werd er vrijwillig gevolg gegeven aan verzoeken tot betaling van de op de C170 vermelde bedragen ?
3. Quelles mesures sont-elles prises pour obliger les resquilleurs à payer ?
3. Welke acties worden er ondernomen om zwartrijders tot betaling te dwingen ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5661
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 188 de M. Guido De Padt du 21 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 188 van de heer Guido De Padt van 21 april 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
1. Nombre de constats d’irrégularité voyageur (formulaires C170) rédigés en 2001, 2002, 2003 et 2004 :
1. Aantal vaststellingen van onregelmatigheid reiziger (formulieren C170) in 2001, 2002, 2003 en 2004 :
Année
Nombre C170
Jaar
Aantal C170
2001 ...................................................... 2002 ...................................................... 2003 ...................................................... (1er trimestre 2004) ...............................
162 780 180 357 188 457 (56 963)
2001 ...................................................... 2002 ...................................................... 2003 ...................................................... (1e trimester 2004) ................................
162 780 180 357 188 457 (56 963)
2. En 2003, 43,31 % des constats d’irrégularités C170 ont été cloˆturés positivement.
2. In 2003 werd 43,31 % van de vaststellingen van onregelmatigheid C170 met gunstig gevolg afgesloten.
3. Afin de récupérer les montants réclamés via les formulaires C170, la SNCB a entrepris les actions suivantes :
3. Om de gevorderde bedragen via de formulieren C170 te recupereren, heeft de NMBS de volgende stappen ondernomen :
— envoi d’une lettre de rappel;
— versturen van een maanbrief;
— envoi d’une lettre de mise en demeure;
— versturen van een ingebrekestellingsbrief;
— sur demande du voyageur, octroi de proposition de régularisation à l’amiable et notamment de plans échelonnés d’apurement des dettes;
— op verzoek van de reiziger, voorstel tot minnelijke schikking en meer bepaald spreidingsplannen voor aanzuivering van de schuld;
— rédaction de Pro Justitia (transmis aux tribunaux de police);
— opstellen van Pro Justitia (doorgegeven aan de politierechtbank);
— récupération des montants ayant fait l’objet de propositions de régularisation à l’amiable et qui n’ont pas abouti de manière positive (en collaboration avec le Comité de controˆle de la SNCB);
— recupereren van de bedragen die het voorwerp waren van voorstellen tot minnelijke schikking en die geen gunstig gevolg hadden (in samenwerking met het Controlecomité van de NMBS);
— traitement des dossiers de récidivistes dans le cadre de citations directes, d’interventions de la police fédérale (agression commise sur le personnel d’accompagnement des trains), ...
— behandelen van de dossiers van recidivisten in het kader van rechtstreekse dagvaardingen, interventies van de federale politie (agressie tegenover het treinbegeleidingspersoneel), ...
DO 2003200421412
DO 2003200421412
Question no 199 de M. Jan Mortelmans du 3 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 199 van de heer Jan Mortelmans van 3 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SNCB. — Blaasveld. — Arrêt. — Parking.
NMBS. — Blaasveld. — Opstapplaats. — Parking.
Il me revient que la SNCB envisagerait d’ouvrir un point d’arrêt à hauteur de la Venusstraat à Blaasveld, Willebroek.
Naar verluidt zouden er plannen bestaan voor een NMBS-opstapplaats ter hoogte van de Venusstraat in Blaasveld, Willebroek.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
716
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5662
1. Pouvez-vous confirmer cette information ?
1. Kan u dit bevestigen ?
2. Dans l’affirmative, quel est le calendrier prévu pour la mise en service de cet arrêt ? 3. Existe-t-il, le cas échéant, d’aménagement d’un parking ?
projets
3. In voorkomend geval, zijn er plannen voor de aanleg van een parking ?
4. Dans l’affirmative, de combien d’emplacements ?
4. Over hoeveel parkeerplaatsen zou het desgevallend gaan ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 199 de M. Jan Mortelmans du 3 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 199 van de heer Jan Mortelmans van 3 mei 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Dans le cadre des horaires actuels, la réouverture de Blaasveld n’est pas possible en raison du temps de parcours réduit sur la ligne St-Nicolas — Malines et des nombreuses correspondances prévues sur cette ligne.
De heropening van Blaasveld is, in het kader van de huidige dienstregelingen, onmogelijk door de beperkte rittijd op de lijn 54 Sint-Niklaas — Mechelen en de vele aansluitingen die op deze lijn gelden.
Toutefois, la SNCB examine, à l’occasion de la révision complète du réseau IC/IR à la suite de l’achèvement d’un certain nombre de grands travaux, s’il est possible d’organiser à nouveau un arreˆt à Blaasveld pour 2006.
Wel wordt door de NMBS bekeken of het mogelijk is om in 2006, bij de volledige herziening van het ICIR-netwerk als gevolg van de bee¨indiging van een aantal grote werken, opnieuw te stoppen in Blaasveld.
Cela ne pourra cependant se faire qu’à condition que le schéma des correspondances de la ligne 54 puisse eˆtre remanié et que les résultats recueillis à l’issue de l’étude en cours soient positifs tant sur le plan de l’exploitation que du potentiel voyageurs.
Dit echter onder voorwaarde dat het aansluitingspatroon voor de lijn 54 kan gewijzigd worden en dat de resultaten uit de lopende studie zowel op gebied van exploitatie als reizigerspotentieel positief zijn.
Actuellement, l’étude relative aux modifications à apporter en 2006 suit son cours et la SNCB n’est pas encore en mesure de fournir plus de précisions en la matière.
Momenteel is de studie voor de wijzigingen in 2006 echter nog in volle gang en kan de NMBS hier nog geen verdere informatie over geven.
DO 2003200421476
DO 2003200421476
Question no 203 de Mme Zoé Genot du 11 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 203 van mevrouw Zoé Genot van 11 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Ducroire. — Projet de l’oléoduc Bakou-TbilisiCeyhan.
Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Bakoe-Tbilisi-Ceyhan.
De plus en plus de questions se posent concernant le projet de l’oléoduc Bakou-Tbilisi-Ceyhan (« BTC »). En effet, il semblerait que l’entreprise BP, un des actionnaires les plus importants, aurait dissimulé un rapport contenant des informations capitales en matière de sécurité et d’environnement. Une plateforme d’ONG a relevé 127 points enfreignant les « IFC Safeguard Policies » et, partant, les « Equator Princi-
De geplande aanleg van de oliepijpleiding BakoeTbilisi-Ceyhan (« BTC ») roept steeds meer vragen op. Zo zou BP, een van de hoofdaandeelhouders, een rapport met vitale veiligheids- en milieu-informatie achtergehouden hebben. Een platform van nietgouvernementele organisaties (NGO’s) heeft 127 inbreuken op de « IFC Safeguard Policies », en bijgevolg ook op de « Equator Principles », vastgesteld. Om te
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
des
2. Zo ja, voor wanneer is de opstapplaats gepland ?
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5663
ples ». En outre, l’entreprise BP aurait négocié un accord avec les pays concernés pour que le projet ne soit pas soumis aux dispositions légales pendant la durée de vie de ce projet, empêchant les gouvernements de fixer, par la suite, des conditions sociales ou environnementales supplémentaires.
voorkomen dat de regeringen van de betrokken landen achteraf bijkomende sociale voorwaarden of milieueisen zouden formuleren zou BP bovendien met hen zijn overeengekomen dat ze het project zolang het loopt niet aan hun wetgeving zouden onderwerpen.
1. Le Ducroire a-t-il couvert, directement ou indirectement, une partie des investissements dans ce projet ?
1. Is de Delcrederedienst, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, tegemoet gekomen om een gedeelte van de investeringen in dit project te dekken ?
2. Si oui :
2. Zo ja,
a) Pour quel montant ? b) Eˆtes-vous au courant du rapport dissimulé par BP ? Quel est votre avis sur ce rapport ? c) Eˆtes-vous au courant des critiques de la plateforme des ONG ? Quel est votre avis sur les critiques émises ?
a) Voor welk bedrag ?
d) Est-il correct que les contrats de ce projet contiennent des clauses visant à exclure ce projet du controˆle politique et administratif des pays concernés ? Eˆtes-vous d’accord avec une telle approche ?
d) Klopt het dat de contracten die in het kader van dit project gesloten werden bedingen bevatten die moeten beletten dat de betrokken landen administratief en politiek toezicht uitoefenen op dit project ? Bent u het eens met een dergelijke benadering ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 203 de Mme Zoé Genot du 11 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 203 van mevrouw Zoé Genot van 11 mei 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Le Ducroire n’a pas couvert les investissements pour ce projet.
Delcredere heeft de investeringen voor dit project niet gedekt.
DO 2003200421478
DO 2003200421478
Question no 204 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 204 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Ducroire. — Projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun.
Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Tsjaad-Kameroen.
De plus en plus de questions se posent concernant le projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun notamment sur le plan social, environnemental et culturel. En plus, l’accord juridique conclu avec les pays concernés contiendrait des dispositions pour que le projet ne soit pas soumis aux dispositions légales pendant la durée de vie de ce projet, empêchant les gouvernements de fixer, par la suite, des conditions sociales ou environnementales supplémentaires.
De geplande aanleg van de oliepijpleiding TsjaadKameroen roept steeds meer vragen op, meer bepaald over de sociale en culturele impact en ook over de gevolgen voor het milieu. Om te voorkomen dat de betrokken landen achteraf bijkomende sociale voorwaarden of milieueisen zouden formuleren zou de juridische overeenkomst die met de regeringen van deze landen gesloten werd bovendien bepalen dat ze het project zolang het loopt niet aan hun wetgeving zouden onderwerpen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
b) Bent u op de hoogte van het rapport dat BP zou achterhouden ? Hoe staat u tegenover dit rapport ? c) Bent u op de hoogte van de kritiek die het platform van de NGO’s op dit project heeft ? Hoe staat u tegenover deze kritiek ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5664
1. Le Ducroire a-t-il couvert, directement ou indirectement, une partie des investissements dans ce projet ? 2. Si oui :
1. Is de Delcrederedienst, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, tegemoet gekomen om een gedeelte van de investeringen in dit project te dekken ? 2. Zo ja,
a) Pour quel montant ? b) Eˆtes-vous au courant des problèmes sociaux, environnementaux et culturels posés par ce dossier et qu’en pensez-vous ?
a) Voor welk bedrag ?
c) Est-il correct que les contrats de ce projet contiennent des clauses visant à exclure ce projet du controˆle politique et administratif des pays concernés ? Eˆtes-vous d’accord avec une telle approche ?
c) Klopt het dat de contracten die in het kader van dit project gesloten werden bedingen bevatten die moeten beletten dat de betrokken landen administratief en politiek toezicht uitoefenen op dit project ? Bent u het eens met een dergelijke benadering ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 204 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 204 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Le Ducroire n’a pas couvert les investissements pour ce projet.
Delcredere heeft de investeringen voor dit project niet gedekt.
DO 2003200421480
DO 2003200421480
Question no 205 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 205 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Ducroire. — Commission mondiale des barrages.
Delcredere. — World Commission on dams.
Les grands barrages ont des impacts très controversés en matière de développement durable et d’environnement. En 1998, la Banque mondiale et l’Union internationale pour la conservation de la nature (UICN) ont conjointement initié un processus qui a mené à la création de la « World Commission on dams » (Commission mondiale des barrages).
Grote dammen hebben, vanuit het oogpunt van milieu en duurzame ontwikkeling, een zeer omstreden reputatie. In 1998 leidde een gemeenschappelijk initiatief van de Wereldbank en de World Conservation Union (IUCN) tot de oprichting van de World Commission on dams (Wereldcommissie voor Dammen).
Pendant deux ans, un forum composé d’ingénieurs, d’écologistes, de représentants de gouvernements, d’indigènes, de financiers, de personnes affectées par les barrages et de chercheurs, s’est engagé dans un processus sans précédent de formulation de politiques publiques globales. Ils ont signé, à l’unanimité, un rapport final en novembre 2000 intitulé « Barrages et développement : un nouveau cadre pour la prise de décision ». Ce rapport fournit l’analyse la plus complète et indépendante à ce jour sur la politique de construction des barrages. Il examine les performances technique, financière et économique des barrages,
Gedurende twee jaar werkte een forum bestaande uit ingenieurs, vertegenwoordigers van de milieubeweging, van de regeringen, van de inheemse bevolking, financiers, mensen wier leven door de dammen beı¨nvloed wordt en onderzoekers, aan het uitzetten van bakens voor een globaal overheidsbeleid. Zo een denkoefening werd nooit voorheen gemaakt. In november 2000 keurde dit forum eenparig een eindrapport goed : « Dams and Development : A New Framework for Decision-Making ». Dit verslag bevat de tot op vandaag meest volledige en onafhankelijke analyse van het beleid inzake de bouw van dammen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
b) Bent u op de hoogte van de sociale en culturele implicaties, evenals van de milieuproblematiek die dit dossier kenmerken en wat is uw mening hierover ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5665
ainsi que leurs conséquences sociales et environnementales. Le rapport contient des recommandations et des conclusions précises, notamment en matière de politique des agences de crédit à l’exportation, des agences d’aide bilatérales et des banques multilatérales de développement. Le rapport recommande l’établissement de procédures de classement d’alternatives, tout en respectant les directives de la Commission mondiale des barrages. 1. Quelles mesures le Ducroire a-t-il prises pour tenir compte du rapport final de la Commission mondiale des barrages ? 2. a) Le Ducroire a-t-il adapté ses procédures de décision pour tenir compte de ce rapport ? b) Quand et de quelle manière ? 3. a) Combien de dossiers de barrages le Ducroire a-t-il approuvé dans la période 1993-2003 et pour quels pays ? b) Quels sont les montants annuels qui ont été dégagés pour ce secteur durant cette période ? Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 205 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) : En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre. 1 et 2. Les principes directeurs du Ducroire en matière d’environnement ont été établis en tenant compte des lignes directrices des différents organismes multilatéraux, y compris la Commission mondiale des barrages et son rapport. 3. Le Ducroire a approuvé deux projets de barrage entre 1993 et 2003. Il s’agit du projet Birecik en Turquie où une couverture exportation a été émise pour 141,2 millions d’euros et du projet Houay Ho Power Company au Laos (participation au capital pour 46,4 millions de dollars).
Het bestudeert naast de technische, financie¨le en economische prestatie van de dammen ook hun sociale gevolgen en milieu-impact. Het rapport bevat een aantal duidelijke aanbevelingen en besluiten, met name met betrekking tot het beleid van de agentschappen voor exportkredieten en voor bilaterale hulp en van de multilaterale ontwikkelingsbanken. Het verslag pleit voor het uitwerken van procedures om een rangorde van alternatieven op te stellen, waarbij de richtlijnen van de World Commission on dams in acht worden genomen. 1. Welke maatregelen nam Delcredere naar aanleiding van het eindrapport van de World Commission on dams ? 2. a) Paste Delcredere zijn besluitvormingsprocedures aan aan dit rapport ? b) Wanneer en hoe ? 3. a) Hoeveel dossiers met betrekking tot de bouw van dammen keurde Delcredere in de periode 19932003 goed en voor welke landen ? b) Welk bedrag werd voor die sector gedurende diezelfde periode jaarlijks vrijgemaakt ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 205 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) : In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen. 1 en 2. De leidende principes van Delcredere inzake leefmilieu zijn vastgesteld rekening houdend met de richtlijnen van de verschillende multilaterale organisaties, hierbij inbegrepen de Wereldcommissie voor stuwdammen en haar verslag. 3. Tussen 1993 en 2003 heeft Delcredere twee stuwdamprojecten goedgekeurd. Het gaat om het project Birecik in Turkije waar een dekking van export voor 141, 2 miljoen euro is uitgegeven en het project Houay Ho Power Company in Laos (deelname in het kapitaal voor 46,4 miljoen dollar).
DO 2003200421481
DO 2003200421481
Question no 206 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques : Rapport de l’Agence de crédit à l’exportation anglaise (ECGD) et le Ducroire. L’Agence de crédit à l’exportation anglaise ECGD vient de publier un rapport « Report on the compari-
Vraag nr. 206 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven : Verslag van de Britse dienst voor exportkrediet (ECGD) en Delcredere. Het Export Credits Guarantee Department (ECGD), de Britse delcrederedienst, publiceerde recen-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5666
son of export credit agencies ». Ce rapport compare la politique et la gestion de 10 grandes agences de crédit à l’exportation. L’agence de crédit à l’exportation belge (le Ducroire) n’est pas reprise dans cette étude.
telijk een « Report on the comparison of export credit agencies ». Dat verslag vergelijkt het beleid en het beheer van tien grote diensten voor exportkrediet. De Belgische kredietverzekeringsmaatschappij (Delcredere) is daar niet bij.
L’étude signale que les dix agences lors de l’examen d’un dossier évaluent les enjeux dans trois domaines : les conséquences pour les populations indigènes, les perspectives de réinstallation des populations et les conséquences d’ordre patrimonial. Les agences de crédit à l’exportation anglaises, françaises, canadiennes, suédoises et japonaises évaluent également, toujours selon la même étude, d’autres aspects en matière des droits de l’homme.
Volgens die studie houden de tien diensten bij de beoordeling van een dossier met drie soorten criteria rekening : de gevolgen voor de inheemse bevolking, de mogelijkheden tot hervestiging en de gevolgen voor het cultureel erfgoed. De Britse, Franse, Canadese, Zweedse en Japanse diensten voor exportkrediet houden, aldus nog de studie, ook rekening met andere aspecten van de mensenrechten.
1. a) Pourquoi le Ducroire n’est-il pas repris dans ce rapport ?
1. a) Waarom wordt Delcredere niet in dit rapport vermeld ?
b) L’ECGD a-t-il demandé au Ducroire de collaborer à l’étude ?
b) Vroeg het ECGD Delcredere aan die studie mee te werken ?
c) Quelle a été la réponse du Ducroire ?
c) Hoe luidde het antwoord van die dienst ?
2. a) Le Ducroire fait-il également une évaluation des enjeux en matière de réinstallation des populations ?
2. a) Houdt Delcredere bij de beoordeling van dossiers eveneens rekening met de mogelijkheden tot hervestiging ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et les méthodologies ont-elles été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
3. a) Le Ducroire fait-il également une évaluation des enjeux d’ordre patrimonial ?
3. a) Neemt Delcredere ook criteria betreffende het cultureel erfgoed in aanmerking ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et les méthodologies ont-elles été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
4. a) Le Ducroire fait-il également une évaluation des enjeux en termes de conséquences pour les populations indigènes ?
4. a) Houdt Delcredere ook rekening met de gevolgen voor de inheemse bevolking ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et méthodologies ont-elle été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quelle en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quell raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5667
5. a) Le Ducroire fait-il, comme les agences de crédit à l’exportation anglaises, françaises, canadiennes, suédoises et japonaises, également une évaluation d’autres aspects en matière des droits de l’homme ?
5. a) Beoordeelt Delcredere, zoals de Britse, Franse, Canadese, Zweedse en Japanse diensten voor exportkrediet, ook andere aspecten met betrekking tot de mensenrechten ?
b) Si oui, lors de quel conseil d’administration les procédures et méthodiques ont-elles été définies ?
b) Zo ja, tijdens welke vergadering van de raad van bestuur werden de procedures en methodes omschreven ?
c) Quel en est le contenu ?
c) Wat is de voorgeschreven werkwijze ?
d) Dans la négative, pour quelle raison ?
d) Zo neen, waarom niet ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 206 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 206 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
1. L’ECGD n’a pas inclus le Ducroire dans son échantillon.
1. Het Engels Agentschap voor exportkrediet heeft Delcredere niet in zijn voorbeelden opgenomen.
2 à 5. Tous les enjeux mentionnés dans les questions 2 à 5, — soit déplacement de population, patrimoine, population indigène et droits de l’homme — sont repris comme des critères devant figurer dans l’analyse d’impact environnemental. Une réponse satisfaisante devra donc y être apportée.
2 tot 5. Alle uitdagingen vermeld in vragen 2 tot en met 5 — namelijk verplaatsing van de bevolking, patrimonium, inheemse bevolking en mensenrechten — zijn opgenomen als criteria die in de analyse voor leefmilieueffecten moeten voorkomen. Een voldoend antwoord zal er aldus dienen voor gegeven te worden.
DO 2003200421591
DO 2003200421591
Question no 217 de Mme Marie Nagy du 3 juin 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 217 van mevrouw Marie Nagy van 3 juni 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Exportation d’armes au Népal.
Uitvoer van wapens naar Nepal.
Le Ducroire a couvert l’exportation des armes de la FN Herstal vers le Népal en 2002.
De uitvoer van wapens naar Nepal in 2002 door FN Herstal werd door de Delcrederedienst gedekt.
Pourriez-vous communiquer si le Ducroire a déjà totalement ou partiellement duˆ intervenir dans le dossier en cas de non-paiement par le Népal à la FN, et si oui, pour quel montant ?
Heeft de Delcrederedienst in dat dossier al moeten bijspringen, voor het geheel of een gedeelte van het bedrag, omdat Nepal zijn factuur aan FN niet zou hebben betaald, en zo ja, voor welk bedrag ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 217 de Mme Marie Nagy du 3 juin 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 217 van mevrouw Marie Nagy van 3 juni 2004 (Fr.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op de gestelde vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Le Ducroire n’a jamais duˆ à ce jour intervenir pour non-paiement dans le dossier relatif à l’exportation des armes de la FN Herstal à destination du Népal.
Delcredere heeft tot op heden nog nooit schadevergoeding betaald in het kader van export van wapens geleverd door FN Herstal met bestemming Nepal.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5668
Ce dossier se déroule tout à fait normalement.
Dit dossier kent een normaal verloop.
Les expéditions réalisées et payées s’élèvent à 14,05 millions d’euros, le solde du contrat restant à exécuter s’élevant quant à lui à 11,35 millions d’euros.
Het bedrag van leveringen bedraagt momenteel 14,05 miljoen euro, dit werd volledig betaald. Het nog te leveren saldo bedraagt 11,35 miljoen euro.
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2003200400124
DO 2003200400124
Question no 86 de M. Filip De Man du 29 octobre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 86 van de heer Filip De Man van 29 oktober 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Déclaration de l’ancien directeur du Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme.
Verklaring van de voormalige directeur van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding.
M. Leman a déclaré dans l’hebdomadaire « Humo » du 14 octobre 2003 : un Algérien chrétien a introduit un jour une demande d’asile auprès du Commissariat aux réfugiés; après un entretien avec une dame de confession islamique portant le foulard, cette demande a été rejetée. Le demandeur a fait appel à un avocat pour contester la neutralité de cet interrogatoire. J’ai alors dit à Pascal Smet : en réalité, on ne peut pas lui donner tort.
In het weekblad Humo van 14 oktober 2003 verklaarde de heer Leman het volgende : « Bij het Vluchtenlingencommissariaat heeft ooit een christelijke Algerijn asiel aangevraagd; na een interview door een islamitische vrouw mét hoofddoek werd die aanvraag afgewezen. Die man heeft een advocaat ingeschakeld om de neutraliteit van de ondervraging aan te vechten. Ik heb toen tegen Pascal Smet gezegd : eigenlijk kan je ze geen ongelijk geven. »
En réponse à ma question orale en séance plénière du 23 octobre 2003, vous avez confirmé que la neutralité devait être garantie et manifesté votre intention de publier prochainement une directive en la matière (question no P028, Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, 23 octobre 2003, séance plénière, PLEN018, p. 10).
In antwoord op mijn mondelinge vraag in plenum van 23 oktober 2003 bevestigde de minister dat de neutraliteit moest gewaarborgd worden en dat hij terzake een richtlijn zou uitvaardigen (vraag nr. P028, Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, 23 oktober 2003, plenumvergadering, PLEN018, blz. 10).
1. Pouvez-vous nous communiquer le texte de cette directive ?
1. Kan u ons deze richtlijn meedelen ?
2. a) Pouvez-vous, en outre, me dire si une dame musulmane a effectivement travaillé (ou travaille) au commissariat ?
2. a) Kan u bovendien antwoorden op de vraag of er inderdaad een moslimvrouw werkt(e) op het commissariaat ?
b) Portait-elle le foulard durant l’interrogatoire ?
b) Droeg ze inderdaad een hoofddoek tijdens de ondervraging ?
c) Quelles sont, par ailleurs, ses qualifications ?
c) Welke zijn voor het overige haar kwalificaties ?
3. a) Le demandeur d’asile débouté a-t-il effectivement introduit un recours ?
3. a) Heeft de afgewezen asielzoeker inderdaad beroep aangetekend ?
b) Quelle suite y a-t-elle été réservée ?
b) Welk gevolg werd hieraan gegeven ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5669
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 86 de M. Filip De Man du 29 octobre 2003 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 86 van de heer Filip De Man van 29 oktober 2003 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
1. Contrairement à ce que vous affirmez, je n’ai pas déclaré dans ma réponse à votre question orale relative à ce même sujet et posée lors de la séance plénière du 23 octobre 2003, que je décréterais une directive. Je n’ai fait que dire que je veillerais à ce que la neutralité soit respectée. J’estime que ceci apparaıˆt clairement dans le Compte rendu intégral de la séance.
1. In tegenstelling tot wat u stelt heb ik in mijn antwoord op uw mondelinge vraag over dit zelfde onderwerp in het plenum van 23 oktober 2003, niet gesteld dat ik hierover een richtlijn zou uitvaardigen. Ik heb enkel gezegd te zullen waken over het respecteren van de neutraliteit. Ik meen dat dit duidelijk blijkt uit het Integraal Verslag van deze zitting.
Une telle directive porterait atteinte au principe d’indépendance du commissaire général. En effet, le commissaire général détermine lui même et de manière autonome l’organisation et le déroulement de la procédure d’asile, — au CGRA —, dans le cadre de la loi du 15 décembre 1980 et de ses arrêtés d’exécution.
Een dergelijke richtlijn zou een inbreuk impliceren op het beginsel van de onafhankelijkheid van de commissaris-generaal. Het is immers de commissarisgeneraal die zelf autonoom de organisatie en het verloop van de asielprocedure, — bij het CGVS —, binnen het kader van de wet van 15 december 1980 en haar uitvoeringsbesluiten, bepaalt.
Je suis presque certain que ceci se fait selon des règles strictes. Des règles qui garantissent la neutralité de cette institution indépendante et lui permettent de fonctionner conformément à de bons principes administratifs.
Ik heb er het volste vertrouwen in dat hierbij strikte regels worden gehanteerd. Regels die de neutraliteit van deze onafhankelijke instelling waarborgen, en haar laten functioneren overeenkomstig de beginselen van behoorlijk bestuur.
La neutralité — impartialité est ainsi reprise dans la charte (des valeurs et lignes de conduite) du Commissariat général.
De neutraliteit — onpartijdigheid is als dusdanig vervat in het handvest (van waarden en houdingen) van het Commissariaat-generaal.
Les règles de la neutralité n’ont pas non plus été violées dans ce dossier. Initialement la conviction religieuse n’était pas un véritable motif pour la demande d’asile.
Ook in dit concrete dossier werden de regels van de neutraliteit niet geschonden. Het aspect geloofsovertuiging was aanvankelijk geen echt motief van de asielaanvraag.
2. a) En effet une personne de nationalité belge, qui est musulmane travaille au CGRA.
2. a) Er werkt inderdaad bij het CGVS een persoon van Belgische nationaliteit die moslim is.
b) Oui.
b) Ja.
c) Ces qualifications répondent aux critères fixés pour l’accès à un poste de niveau 1 (conseiller adjoint) dans l’administration : elle est ainsi titulaire d’un diploˆme universitaire.
c) Haar kwalificaties beantwoorden aan de criteria die gesteld worden voor de toegang tot een betrekking van niveau 1 (adjunct-adviseur) bij een rijksbestuur : zo is zij houder van een universitair diploma.
3. Le candidat réfugié débouté a introduit une demande de suspension en extrême urgence auprès du Conseil d’E´tat contre la décision confirmative de refus du séjour. Cette demande a été rejetée. La procédure en annulation est encore en cours au Conseil d’E´tat.
3. Tegen de bevestigende beslissing van weigering van verblijf heeft de afgewezen kandidaat vluchteling een beroep tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid ingeleid bij de Raad van State. Deze vordering werd verworpen. De procedure tot vernietiging is nog hangende bij de Raad van State.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
717
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5670
DO 2003200410389
DO 2003200410389
Question no 115 de M. Filip De Man du 3 décembre 2003 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 115 van de heer Filip De Man van 3 december 2003 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Neutralité du Commissariat général aux réfugiés.
Neutraliteit van het Commissariaat-Generaal voor de vluchtelingen.
Vers la mi-octobre 2003, l’ancien directeur du Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme déclarait dans l’hebdomadaire « Humo » : « Un jour, un Algérien chrétien a demandé l’asile au Commissariat général aux réfugiés. Après une interview avec une musulmane coiffée d’un foulard, sa demande a été rejetée. Ce monsieur a pris un avocat pour contester la neutralité de cette audition. J’ai dit alors à Pascal Smet : au fond, on ne peut pas lui donner tort. »
Medio oktober 2003 verklaarde de voormalige directeur van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding in het weekblad Humo : « Bij het Commissariaat-Generaal voor de vluchtelingen heeft ooit een christelijke Algerijn asiel aangevraagd. Na een interview door een islamitische vrouw met hoofddoek werd die aanvraag afgewezen. Die man heeft een advocaat ingeschakeld om de neutraliteit van de ondervraging aan te vechten. Ik heb toen tegen Pascal Smet gezegd : Eigenlijk kan je ze geen ongelijk geven. »
J’ai déjà posé, le 23 octobre 2003, une question d’actualité à ce sujet, à laquelle le ministre a répondu assez brièvement (question no P028, Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, séance plénière, 23 octobre 2003, PLEN018, p. 16). Je veux bien admettre que le ministre disposait de trop peu de temps — quelques heures seulement — pour examiner plus attentivement le dossier. C’est pourquoi je lui demande aujourd’hui de fournir une réponse plus complète à ma question.
Hierover stelde ik reeds een actuele vraag op 23 oktober 2003, waarop een nogal summier antwoord kwam (vraag nr. P028, Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, plenumvergadering, 23 oktober 2003, PLEN018, blz. 16). Ik neem gaarne aan dat de minister toen over te weinig tijd beschikte — enkele uren — om het dossier nader te bekijken, daarom verzoek ik hem om een vollediger antwoord.
1. Le Commissariat général aux réfugiés (CGRA) employait-il effectivement une musulmane qui portait le foulard pour interviewer les demandeurs d’asile ?
1. Was er inderdaad een islamitische vrouw tewerkgesteld bij het Commissariaat-Generaal voor de vluchtelingen (CGVS) die ondervragingen doorvoert met hoofddoek ?
2. Est-il permis d’afficher ainsi son militantisme islamique lorsqu’on occupe une telle position ?
2. Kan het dat men zich in die positie als militant moslim afficheert ?
3. Cette femme musulmane travaille-t-elle encore au commissariat ?
3. Is deze vrouw er nog werkzaam ?
4. Quelles mesures ses supérieurs ont-ils prises ?
4. Welke maatregelen werden door haar oversten genomen ?
5. a) L’audition (évaluation) à laquelle elle a procédé at-elle effectivement été contestée ?
5. a) Werd haar ondervraging (beoordeling) effectief aangevochten ?
b) Dans l’affirmative, à quel résultat a abouti cette procédure ?
b) Zo ja, wat is de uitkomst van de procedure ?
6. Vous m’avez déjà répondu vous-même que vous veilleriez à l’avenir à ce que la stricte neutralité soit réellement respectée.
6. Uzelf antwoordde mij reeds dat u « er in de toekomst zult over waken dat die strikte neutraliteit ook effectief wordt gerespecteerd ».
Quelles démarches avez-vous entreprises à cet effet ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Welke stappen ondernam u derhalve ? 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5671
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 115 de M. Filip De Man du 3 décembre 2003 (N.) : L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question. Pour les points 1 et 5, j’aimerais renvoyer l’honorable membre à ma réponse à sa question écrite du 29 octobre 2003 relative à ce même sujet. 2. La neutralité est l’une des valeurs fondamentales de la charte du CGRA. Il faut évidement toujours faire preuve de la prudence requise lors du traitement des dossiers d’asile. Cela est certainement de rigueur pour les dossiers où la demande d’asile comporte un élément religieux. Le CGRA prend les précautions nécessaires afin d’éviter la violation de la neutralité ou même tout élément laissant supposer qu’elle a été violée. Par conséquent, on y accorde une attention particulière lors de l’attribution des dossiers. De même, tous les éléments connus ont été pris en compte lors de l’attribution du dossier en question, afin d’éviter que le moindre soupçon de partialité ne voie le jour. Toutefois, l’aspect religieux n’était pas un motif de la demande d’asile en question. Dès lors, aucune raison n’empêchait de confier cette audition au membre du personnel en question. Le fait que le membre du personnel en question porte le voile n’implique pas qu’elle se présentait comme une militante islamique, comme l’affirme l’honorable membre. 3. L’intéressée est effectivement toujours active au CGRA. Comme c’était le cas par le passé, elle ne traite pas de demandes d’asile dans lesquelles intervient un aspect religieux, justement en raison de la sensibilité de cette matière et afin d’éviter que la moindre trace de partialité ne voie le jour. 4. Aucune mesure ne s’est imposée puisque ni l’attitude du membre du personnel en question ni sa façon de travailler n’ont constitué une menace pour la neutralité du CGRA. 6. Je n’ai pas pris de mesures spécifiques car rien n’indique que la neutralité dans le traitement d’un dossier d’asile au CGRA aurait été compromise. Et rien ne permet de supposer que cela pourrait être le cas dans un avenir proche.
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 115 van de heer Filip De Man van 3 december 2003 (N.) : Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag. Voor de punten 1 en 5 verwijs ik het geachte lid graag naar mijn antwoord op zijn schriftelijke vraag van 29 oktober 2003, over ditzelfde onderwerp. 2. De neutraliteit is één van de basiswaarden vervat in het handvest van het CGVS. Het is evident dat bij de afhandeling van de asieldossiers steeds de nodige voorzichtigheid aan de dag moet gelegd worden. Dit is zeker zo bij dossiers waarin de religie een element is van de asielaanvraag. Het CGVS neemt de nodige voorzorgen om te vermijden dat de neutraliteit zou geschonden worden of dat er zelfs maar een schijn in die zin zou kunnen ontstaan. Bij de toebedeling van de dossiers wordt hieraan dan ook bijzondere aandacht besteed. Ook bij de toebedeling van het bewuste dossier werd met al de gekende elementen rekening gehouden, om te vermijden dat er ook maar een schijn van partijdigheid zou kunnen ontstaan. Het aspect religie was echter geen motief van de bewuste asielaanvraag, zodat er ook geen enkele reden aanwezig was om dit gehoor niet door het betrokken personeelslid te laten afnemen. Het feit dat betrokken personeelslid een hoofddoek draagt impliceert ook niet dat zij zich zoals, het geachte lid stelt, manifesteerde als militante moslim. 3. Betrokkene is inderdaad nog werkzaam bij het CGVS. Zoals in het verleden behandelt zij geen asielaanvragen waarin het aspect religie een rol speelt, juist wegens de gevoeligheid van deze materie en om te vermijden dat er zelfs maar een zweem van partijdigheid zou kunnen ontstaan. 4. Noch de houding van het bewuste personeelslid, noch haar professionele werkwijze vormden een bedreiging voor de neutraliteit van het CGVS, zodat er zich geen maatregelen opdrongen. 6. Ik heb geen specifieke maatregelen getroffen gezien nergens uit blijkt dat de neutraliteit bij de behandeling van een asieldossier op het CGVS zou geschonden zijn, en niets laat veronderstellen dat dit in de nabije toekomst zal gebeuren.
DO 2003200420980
DO 2003200420980
Question no 191 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 3 mars 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Comptables spéciaux et secrétaires. — Accidents du travail. — Indemnités. La loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux, prévoit la
Vraag nr. 191 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 3 maart 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Bijzondere rekenplichtigen en secretarissen. — Arbeidsongevallen. — Vergoedingen. De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geı¨ntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5672
désignation d’un comptable spécial (pour la zone de police) et d’un secrétaire (du collège de police et du conseil de police).
niveaus, voorziet in de aanstelling van een bijzonder rekenplichtige (voor de politiezone) en een secretaris (van het politiecollege en de politieraad).
D’une part, ces deux mandats peuvent être rémunérés par une indemnité en vertu des articles 32 et 32bis de la loi précitée du 7 décembre 1998. D’autre part, la circulaire PLP 32 du 15 octobre 2003 prévoit que cette indemnité est liée à la fonction et non à la personne et qu’un secrétaire absent pour cause de maladie ne peut prétendre à l’indemnité qui est octroyée à son remplaçant.
Enerzijds kunnen beide mandaten krachtens de artikelen 32 en 32bis van voornoemde wet van 7 december 1998 vergoed worden via een toelage. Anderzijds voorziet de omzendbrief PLP 32 van 15 oktober 2003 dat deze vergoeding verbonden is aan de functie en niet aan de persoon; en dat een wegens ziekte afwezige secretaris geen aanspraak kan maken op een vergoeding die toegekend wordt aan zijn vervanger.
L’article 32 de la loi précitée du 7 décembre 1998 dispose que l’indemnité d’un comptable spécial absent est octroyée à son remplaçant.
Artikel 32 van voornoemde wet van 7 december 1998 voorziet dat de vergoeding van een bijzonder rekenplichtige die afwezig is, aan zijn vervanger wordt toegekend.
La fonction de secrétaire peut également être exercée par un membre du personnel d’une administration communale de la zone.
De functie van secretaris kan ook uitgeoefend worden door een personeelslid van een gemeentelijke administratie van de zone.
1. Quelle indemnité perçoit un comptable spécial ou un secrétaire qui est victime d’un accident du travail dans le cadre de sa fonction ?
1. Welke vergoeding ontvangt een bijzonder rekenplichtige of secretaris die in hoofde van zijn functie als bijzonder rekenplichtige of secretaris het slachtoffer is van een arbeidsongeval ?
2. a) Quelles conséquences un accident du travail dont les intéressés sont victimes dans leur administration communale d’origine a-t-il sur leur fonction et l’indemnité qu’ils perçoivent au sein de la zone de police ?
2. a) Welke gevolgen heeft het feit dat betrokkenen slachtoffer worden van een arbeidsongeval in hun gemeentebestuur van waar zij afkomstig zijn, op hun functie en vergoeding in de politiezone ?
b) Les indemnités non perçues sont-elles compensées par l’assurance communale contre les accidents du travail ?
b) Worden de gederfde toelagen verhaald op de arbeidsongevallenverzekering van de gemeente ?
3. Une retenue AMI est prélevée sur les indemnités du comptable et du secrétaire.
3. Op de vergoedingen van rekenplichtige en secretaris word ZIV ingehouden.
Quelles garanties cette retenue inclut-elle ?
Welke waarborgen omvatten deze inhoudingen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 191 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du 3 mars 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 191 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu van 3 maart 2004 (N.) :
En réponse à sa question, je peux communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
In antwoord op haar vraag kan ik het geachte lid het volgende meedelen.
Je me réfère à la réponse de mon prédécesseur à la question parlementaire no 316 du 7 mars 2001 de M. Jozef Van Eetvelt, député, concernant la position juridique du comptable spécial et de certains secrétaires (Questions et Réponses, Chambre, 2001-2002, no 116, p. 14178). Il convient également de se reporter à ma réponse à la question parlementaire no 1313 de M. Joseph Arens concernant le statut, la fonction et la mission des comptables spéciaux (Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, Commission de l’Intérieur, 21 janvier 2004, C 134, p. 28).
Ik verwijs naar het antwoord van mijn voorganger op de parlementaire vraag nr. 316 van 7 maart 2001 van de heer Jozef Van Eetvelt, volksvertegenwoordiger, met betrekking tot de rechtspositie van de bijzondere rekenplichtige en van sommige secretarissen (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2001-2002, nr. 116, blz. 14178). Tevens verwijs ik naar mijn antwoord op de parlementaire vraag nr. 1313 van de heer Joseph Arens met betrekking tot het statuut, de functie en de opdracht van de bijzondere rekenplichtige (Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, Commissie Binnenlandse Zaken, 21 januari 2004, C 134, blz. 28)
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5673
1. Le comptable spécial est (art. 30 LPI) désigné par le conseil de police sur proposition du collège de police parmi les receveurs communaux et les receveurs du centre public d’aide sociale (CPAS) d’une des communes appartenant à la zone de police. Le conseil de police peut toutefois aussi faire appel à un receveur régional. Dans la zone unicommunale, le receveur communal agit en qualité de comptable spécial.
1. De bijzondere rekenplichtige wordt (art. 30 WGP) op voorstel van het politiecollege aangewezen door de politieraad onder de gemeente-ontvangers en de ontvangers van het OCMW van één van de gemeenten die deel uitmaken van de politiezone. De politieraad kan evenwel ook een beroep doen op een gewestelijke ontvanger. In de ééngemeentezone treedt de gemeenteontvanger op als bijzondere rekenplichtige.
La fonction de secrétaire du conseil de police et du collège de police peut être remplie par un membre du personnel Calog ou par quelqu’un de l’administration communale.
De functie van secretaris van de politieraad en politiecollege kan worden vervuld door een lid van het Calog-personeel of door iemand van de gemeentelijke administratie.
Même s’il n’existe pas encore de réglementation bien précise en la matière, il me paraıˆt cependant inacceptable que les comptables spéciaux, tout comme les secrétaires, ne soient pas dûment assurés dans l’exercice de leurs fonctions.
Alhoewel een uitgewerkte reglementering terzake nog niet bestaat, lijkt het mij onaanvaardbaar dat de bijzondere rekenplichtigen, zowel als de secretarissen, in de uitoefening van hun functie niet behoorlijk verzekerd zouden zijn.
La position juridique des intéressés présente aussi bien des caractéristiques d’une mise à disposition que des caractéristiques d’un emploi séparé auprès d’un second employeur.
De rechtspositie van betrokkenen vertoont zowel kenmerken van een terbeschikkingstelling, als kenmerken van een afzonderlijke tewerkstelling bij een tweede werkgever.
Si le secrétariat est géré par un membre du personnel de la zone de police, le statut du « premier employeur » sera d’application, c’est-à-dire le statut de la police.
Indien het secretariaat wordt waargenomen door een personeelslid van de politiezone, is het statuut van de « eerste werkgever » van toepassing, dit wil zeggen het politiestatuut.
Sinon, c’est le statut du personnel dont relève l’intéressé qui s’appliquera. En tant qu’employeur du comptable spécial et du secrétaire, la zone pluricommunale de police a donc en tant que « second employeur » du comptable spécial et du secrétaire des obligations qui sont indépendantes des obligations du « premier employeur » de ces fonctionnaires. Il s’agit entre autres des accidents du travail, de la responsabilité civile et de l’indemnisation des frais. Afin de pouvoir garantir cette couverture, la zone est tenue de souscrire, en tant qu’entité possédant une personnalité juridique propre, une assurance à cet effet. Cela peut éventuellement aussi prendre la forme d’une extension de l’assurance existante souscrite par le « premier employeur ». Au cas où une augmentation de la prime y serait liée, alors il sera logique que la zone de police prenne cette augmentation à son compte.
In het andere geval is het personeelsstatuut waar betrokkene onder valt van toepassing. De meergemeentepolitiezone heeft dan als « tweede werkgever » van de bijzondere rekenplichtige en van de secretaris bepaalde verplichtingen die onafhankelijk zijn van de verplichtingen van de « eerste werkgever » van deze ambtenaren. Het gaat onder andere over arbeidsongevallen, de burgerlijke aansprakelijkheid en de vergoeding van de kosten. Om die dekking te kunnen waarborgen, dient de zone, als entiteit met een eigen rechtspersoonlijkheid, hiertoe een verzekering af te sluiten. Eventueel kan dit ook de vorm aannemen van een uitbreiding van de bestaande verzekering die de « eerste werkgever » heeft afgesloten. Is hier een verhoging van de premie aan verbonden, dan is het logisch dat de politiezone deze verhoging voor haar rekening neemt.
2. a) Si le comptable spécial est en incapacité de travail, les dispositions des articles 32 et 32bis de la LPI s’appliquent. L’incapacité de travail en raison d’un accident du travail ne constitue pas une exception à ce qui précède.
2. a) Indien de bijzondere rekenplichtige arbeidsongeschikt is, dan geldt het bepaalde van artikel 32 en 32bis van de WGP. Arbeidsongeschiktheid naar aanleiding van een arbeidsongeval vormt hierop geen uitzondering.
Pour le secrétaire du conseil de police et du collège de police, c’est la circulaire PLP 32 qui est d’application. Cette circulaire stipule que l’indemnité est supprimée si aucune prestation n’est effectuée, mais il faut interpréter cette disposition par analogie avec la réglementation existant
Voor de secretaris van de politieraad en het politiecollege is de omzendbrief PLP 32 van toepassing. PLP 32 stelt dat de vergoeding vervalt, als er geen prestaties worden verricht, maar dit moet worden geı¨nterpreteerd in analogie met de regeling die bestaat voor de bijzondere rekenplichtige. De
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5674
pour le comptable spécial. La réglementation en vigueur des 30 jours (article 32 LPI) en matière de congé de maladie, de congé de maternité, de congés annuels, ... s’applique donc également pour eux. Au cas où l’absence serait de longue durée, un remplaçant sera désigné.
gangbare regeling van 30 dagen (artikel 32 WGP) inzake ziekteverlof, zwangerschapsverlof, het jaarlijks verlof, ... is ook voor hen van toepassing. Indien de afwezigheid van lange duur is, zal er een vervanger worden aangesteld.
Certains points demeurent cependant obscurs. C’est pourquoi, en ce qui concerne les comptables spéciaux, on a mis sur pied un groupe de travail chargé d’élaborer un statut adapté.
Een aantal zaken blijven echter onduidelijk. Daarom werd er, wat de bijzondere rekenplichtigen betreft, een werkgroep opgericht die belast is met het uitwerken van een aangepast statuut.
b) La position de la compagnie d’assurances est à cet égard déterminante. Elle peut se limiter aux minima imposés, mais elle peut bien sûr également proposer un règlement plus favorable, propre à la police d’assurance qui a été souscrite. 3. E´tant donné que l’allocation n’est pas considérée comme un salaire, la retenue AMI qui est visée ne comprend que les 3,55 % relatifs aux soins de santé. Un aperçu des cotisations de sécurité sociale figure dans la circulaire PLP 34 — point 2.1.2 (tableau : colonne « Statutaires » « Employeur »).
b) De houding van de verzekeringsmaatschappij is hierin meebepalend. Ze kan zich beperken tot de opgelegde minima, maar ze mag natuurlijk ook een meer gunstige regeling aanbieden, eigen aan de verzekeringspolis die werd afgesloten.
DO 2003200421137
DO 2003200421137
Question no 220 de M. Geert Bourgeois du 22 mars 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : E´quipement de la police dans la lutte contre le terrorisme.
Vraag nr. 220 van de heer Geert Bourgeois van 22 maart 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
1. Estimez-vous nécessaire d’apporter des modifications dans l’équipement, les compétences et les moyens de la police en matière de lutte contre le terrorisme, tant au regard de la coopération européenne et internationale que sur le plan purement intérieur ?
1. Acht u het nodig wijzigingen aan te brengen in de toerusting, de bevoegdheden en de middelen van de politie inzake de strijd tegen het terrorisme, zowel met het oog op de Europese en internationale samenwerking als op « louter » binnenlands vlak ?
2. L’équipement de la police dans ce domaine se situe-t-il à un niveau honorable en comparaison des pays européens voisins ?
2. Is de toerusting van de politie op dit vlak op peil in vergelijking met de omringende Europese landen ?
3. Dans la négative, quelles mesures complémentaires envisagez-vous de prendre ?
3. Zo neen, welke bijzondere maatregelen overweegt u te nemen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 220 de M. Geert Bourgeois du 22 mars 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 220 van de heer Geert Bourgeois van 22 maart 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-dessous réponse à ses questions.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.
1. La police fédérale dispose d’un Service central « terrorisme et sectes » et les services judiciaires d’arrondissement de la police fédérale ont tous des enquêteurs spécialisés dans ce domaine, à plein temps ou en cumul avec d’autres taˆches apparentées.
1. De federale politie beschikt over één Centrale Dienst terrorisme en sekten en de gerechtelijke arrondissementele diensten van de federale politie hebben in dit domein allen gespecialiseerde onderzoekers onder hun personeelsleden, voltijds of samen met andere aanverwante taken.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
3. Aangezien de toelage niet wordt beschouwd als loon, behelst bedoelde ZIV-inhouding alleen de 3,55 % inzake gezondheidszorgen. Een overzicht van de sociale zekerheidsbijdragen is te vinden in PLP 34 — punt 2.1.2 (tabel : kolom vastbenoemden — werkgever).
Toerusting van de politie in de strijd tegen het terrorisme.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5675
Pour l’évaluation de la menace, les services de police peuvent compter sur l’appui du Groupe interforce antiterroriste.
Voor de evaluatie van de bedreiging kunnen de politiediensten rekenen op de ondersteuning van de Antiterroristische gemengde groep.
Dans la lutte contre le terrorisme, les fonctionnaires de police doivent préserver l’équilibre entre le respect de la vie privée et l’intérêt général.
In de strijd tegen het terrorisme moeten de politieambtenaren steeds het evenwicht bewaren tussen het respect op de privacy en het algemeen belang.
Les possibilités et les compétences des fonctionnaires de police ont été élargies depuis la nouvelle loi sur le terrorisme et la loi relative aux méthodes particulières de recherche. Elles suffisent aux besoins.
Sinds de nieuwe wet op het terrorisme en de wet op de bijzondere opsporingsmethoden zijn de mogelijkheden en bevoegdheden van de politieambtenaren verruimd en voldoen zijn aan de behoeften.
En ce qui concerne la Banque nationale générale de données, une analyse est actuellement en cours afin d’évaluer la possibilité de conserver les données relatives à la lutte contre le terrorisme durant une période plus longue que celle actuellement prévue légalement.
In het raam van de Algemene Nationale Gegevensbank wordt actueel onderzocht of in het domein van de strijd tegen het terrorisme de gegevens niet langer kunnen worden opgeslagen dan thans nu wettelijk voorzien.
Les récents dossiers ont encore une fois démontré que le renseignement est capital pour la lutte contre le terrorisme. La réforme des polices a pour ce faire mis en place les outils nécessaires.
De recente dossiers hebben nogmaals aangetoond dat de inlichting van kapitaal belang is voor de bestrijding van het terrorisme. De hervorming van de politie heeft daarvoor de nodige tools in plaats gesteld.
En ce qui concerne l’équipement destiné à la lutte contre le terrorisme, il peut être remarqué que tant dans le cadre de l’exercice des missions générales de police que dans celui de missions spécialisées, les services de police disposent d’un équipement suffisant, tenant compte de l’évaluation préalable du niveau de danger qui détermine la manière et l’équipement appropriés. La police de proximité n’intervenant pas dans les mémes circonstances que l’unité d’intervention spécialisée, leurs moyens mis à leur disposition sont adaptés en fonction de la menace.
Wat betreft de toerusting van de politiediensten met betrekking tot de strijd tegen het terrorisme kan worden opgemerkt dat zowel in het raam van de uitvoering van de algemene politieopdrachten als bij de uitvoering van gespecialiseerde politieopdrachten de politiediensten voldoende uitgerust zijn om in dit verband op te treden, rekening houdend met een voorafgaande evaluatie van de gevaarsgraad die de manier van optreden bepaalt. De gemeenschapsgerichte politie treedt niet op in dezelfde omstandigheden als de gespecialiseerde interventie-eenheid en de middelen te hunner beschikking zijn aangepast volgens de bedreiging.
Au niveau de la police fédérale, deux groupes de travail sont actuellement actifs dans ce domaine. D’une part, la Cellule centrale terrorisme est chargée de rédiger un manuel relatif aux attentats à la bombe. D’autre part, un groupe de travail multidisciplinaire inventorise les missions possibles des unités opérationnelles de la police fédérale en cas d’incidents NBCR (nucléaire, biologique, chimique et radioactif), de méme que la coordination et la conduite d’opérations lors de catastrophes terroristes.
Op het niveau van de federale politie zijn daarenboven actueel twee werkgroepen actief op dit vlak. Enerzijds houdt de centrale cel terrorisme zich bezig met het opstellen van een draaiboek inzake bomaanslagen. Anderzijds bestudeert een interdisciplinaire werkgroep de inventarisatie van mogelijke opdrachten van de operationele eenheden van de federale politie bij NBCR — incidenten (nucleair, biologisch, chemisch en radioactief) alsmede de coo¨rdinatie en leiding van operaties bij (terroristische) rampen.
Je pense dès lors pouvoir conclure qu’en ce qui concerne l’équipement, les compétences et les moyens, les services de police sont équipés que pour pouvoir intervenir de façon efficiente et effective.
Ik meen dan ook te mogen besluiten dat zowel in toerusting, bevoegdheden en middelen de politiediensten zijn uitgerust om efficie¨nt en effectief te kunnen optreden.
En raison du caractère prioritaire de la problématique liée au terrorisme, récemment un budget de 110 000 euros a été attribué pour acquérir du matériel complémentaire.
Gelet op het prioritair karakter van de problematiek met betrekking tot het terrorisme, is onlangs nog een extra budget ter beschikking gesteld van 110 000 euro teneinde extra materiaal aan te schaffen.
De plus, une augmentation de la capacité du personnel spécialisé dans ce domaine est prévue à tous les niveaux.
Daarboven zal op alle niveaus de capaciteit van het personeel gespecialiseerd in dit domein worden verhoogd.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5676
2. Les services de police belges sont, en cas de sinistre, inscrits en tant que discipline 3 (la discipline 1 est constituée par les pompiers, la discipline 2 regroupe les services d’aide médicale et la discipline 4 comprend la protection civile et l’appui logistique).
2. In geval van rampen zijn de politiediensten in Belgie¨ ingeschreven als discipline 3 (discipline 1 is de brandweer, discipline 2 zijn de medische hulpdiensten en discipline 4 is de civiele bescherming en de logistieke steun).
La discipline 1 est compétente pour l’intervention primaire. Les services de police ne pourront investiguer le terrain que lorsqu’il aura été sécurisé par la discipline 1. C’est donc cette dernière qui doit disposer de l’équipement le plus spécialisé.
Discipline 1 is bevoegd voor de primaire interventie. De politiediensten zullen slechts het terrein kunnen onderzoeken nadat het door discipline 1 is « ontsmet ». Het is dan ook discipline 1 die over de meest gespecialiseerde toerusting zal beschikken.
Effectuer une comparaison avec les E´tats limitrophes n’est pas chose aisée puisque l’insertion des services de police dans une discipline déterminée influence le niveau de l’équipement.
Een vergelijking maken met de andere omliggende landen is niet eenvoudig, nu de inschaling van de politiediensten in een bepaalde discipline het niveau van toerusting zal bepalen.
Il a été opté, en Belgique, pour l’insertion dans la discipline 3 en raison du caractère spécialisé des missions des pompiers et du fait qu’en cas de sinistre, les missions de police sont en première instance destinées à soutenir l’intervention des pompiers et des services d’aide médicale.
In Belgie¨ is geopteerd voor de inschaling in discipline 3, gelet op de gespecialiseerde opdrachten van de brandweer en het feit dat bij rampen de politieopdrachten in eerste instantie ondersteunend zijn ten opzichte van de brandweer en de medische hulpdiensten.
3. J’estime que des mesures particulières supplémentaires ne doivent actuellement pas être prises. Je tiens cependant à informer l’honorable membre qu’une évaluation des risques s’effectue de façon permanente et que les moyens peuvent, le cas échéant, être adaptés en fonction de celle-ci.
3. Ik meen dat het nemen van bijkomende bijzondere maatregelen thans niet aan de orde is. Wel wil ik het geachte lid meedelen dat een permanente evaluatie geschiedt van de risico’s en kunnen de middelen desgevallend in functie hiervan worden aangepast.
DO 2003200421144
DO 2003200421144
Question no 221 de M. Yvan Mayeur du 23 mars 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 221 van de heer Yvan Mayeur van 23 maart 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Loi sur les étrangers. — Interprétation de l’article 3bis de la loi du 15 décembre 1980.
Vreemdelingenwet. — Interpretatie van artikel 3bis van de wet van 15 december 1980.
L’article 3bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l’accès au territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers, modifié par l’article 7 de la loi du 15 juillet 1996, impose aux étrangers souhaitant séjourner trois mois maximum sur notre territoire de faire la preuve qu’ils disposent de moyens de subsistance suffisants.
Artikel 3bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, gewijzigd bij artikel 7 van de wet van 15 juli 1996, bepaalt dat vreemdelingen die maximaal drie maanden op ons grondgebied willen verblijven, het bewijs moeten leveren dat zij over voldoende middelen van bestaan beschikken.
Cette preuve peut être apportée par la production d’une attestation de prise en charge. Par cette attestation, la personne signataire s’engage à l’égard de l’étranger, de l’E´tat belge et de tout CPAS, à prendre en charge les soins de santé, les frais de séjour et de rapatriement de l’étranger pendant un délai de deux ans.
Dit bewijs kan worden geleverd door het overleggen van een attest van tenlasteneming. Op die manier verbindt de ondertekenaar zich ertoe, ten opzichte van de vreemdeling, de Belgische Staat en elk bevoegd openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, gedurende een termijn van twee jaar de kosten van gezondheidszorg, verblijf en repatrie¨ring van de vreemdeling te zijnen laste te nemen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5677
La question de savoir si la personne qui a souscrit la prise en charge est encore tenue lorsque l’étranger introduit une demande d’asile demeure controversée.
De vraag of deze verplichting voor de ondertekenaar ook geldt wanneer de vreemdeling een asielaanvraag indient, blijft omstreden.
Les travaux préparatoires prétendent que non. Lors de la discussion de cet article en 1996, le ministre de l’Intérieur avait, à l’époque, déclaré que la procédure de demande d’asile suspendait de facto la prise en charge et qu’il revenait à l’E´tat belge d’assumer l’entretien du demandeur d’asile tant que la procédure était en cours.
Uit de parlementaire voorbereiding van de wet blijkt dat dit niet zo werd opgevat. Tijdens de bespreking van dit artikel in 1996 verklaarde de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken dat de asielprocedure de tenlasteneming de facto opschort en dat de Belgische Staat tijdens het verloop van de procedure in het onderhoud van de asielzoeker moet voorzien.
Dans un arrêt du 23 décembre 2002, la Cour de Cassation a pourtant jugé le contraire. Selon elle, il ne ressort d’aucune disposition légale que la demande d’asile décharge de son engagement la personne ayant souscrit l’attestation de prise en charge.
In zijn arrest van 23 december 2002 oordeelde het Hof van Cassatie echter het tegenovergestelde. Volgens het Hof blijkt uit geen enkele wettelijke bepaling dat de ondertekenaar van de tenlasteneming door de asielaanvraag van zijn verplichting wordt vrijgesteld.
1. Pourriez-vous préciser le point de vue du pouvoir exécutif développé lors de l’adoption de cette disposition ?
1. Kan u het standpunt verduidelijken dat de uitvoerende macht bij de goedkeuring van deze bepaling innam ?
2. L’effet suspensif de l’introduction d’une demande d’asile sur l’obligation de prise en charge implique-t-il que l’E´tat belge puisse se retourner contre la personne ayant souscrit l’attestation en raison du fait que le délai de deux ans n’était pas terminé au moment de l’introduction de la procédure d’asile et que celui-ci recommence à courir à son terme dès la décision de rejet du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides (CGRA) ?
2. Het indienen van een asielaanvraag schort de verplichting tot tenlasteneming op. Betekent dit dat de Belgische Staat zich tegen de ondertekenaar van de tenlasteneming kan keren omdat de termijn van twee jaar niet was afgelopen toen de asielprocedure werd opgestart, en dat deze termijn opnieuw begint te lopen van zodra het Commissariaat-Generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (CGVS) de aanvraag heeft geweigerd ?
3. Le ministre défend-il la thèse de l’exécutif au moment de l’adoption de la disposition controversée ou se rallie-t-il à la thèse consacrée par la Cour de cassation ?
3. Verdedigt de minister het standpunt van de uitvoerende macht op het ogenblik dat de omstreden bepaling werd goedgekeurd, of sluit hij zich aan bij het oordeel van het Hof van Cassatie ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 221 de M. Yvan Mayeur du 23 mars 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 221 van de heer Yvan Mayeur van 23 maart 2004 (Fr.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder antwoord op zijn vraag.
1 et 2. L’article 3bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l’accès au territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers prévoit principalement que, sans préjudice d’autres dispositions de la même loi, la preuve des moyens de subsistance suffisants que doit apporter l’étranger qui souhaite entrer sur le territoire des E´tats Schengen peut être apportée par la production d’une attestation de prise en charge, dans laquelle une personne physique qui dispose de ressources suffisantes et qui possède la nationalité belge ou qui est autorisée ou admise à séjourner en Belgique pour une durée illimitée, s’engage à l’égard de l’étranger, de l’E´tat belge et de tout CPAS compétent, à prendre en charge pendant un délai de deux ans les
1 en 2. Artikel 3bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen voorziet hoofdzakelijk dat het bewijs van voldoende middelen van bestaan, dat door de vreemdeling die het grondgebied van de Schengenstaten wenst binnen te komen, moet worden geleverd, kan geschieden door het overleggen van een verbintenis tot tenlasteneming, waarin een natuurlijke persoon die over voldoende middelen beschikt en die de Belgische nationaliteit bezit of die gemachtigd of toegelaten is om voor onbepaalde duur in Belgie¨ te verblijven, zich gedurende een termijn van twee jaar ten opzichte van de vreemdeling, de Belgische Staat en elk bevoegd
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
718
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5678
soins de santé, les frais de séjour et de rapatriement de l’étranger.
OCMW ertoe verbindt de kosten van gezondheidszorgen, verblijf en repatrie¨ring te zijnen laste te nemen, dit onverminderd andere bepalingen van de wet.
La personne qui a signé l’engagement de prise en charge est, avec l’étranger, solidairement responsable du paiement des frais de soins de santé, de séjour et de rapatriement de ce dernier.
De persoon die de verbintenis tot tenlasteneming heeft ondertekend, is samen met de vreemdeling hoofdelijk aansprakelijk voor het betalen van diens kosten van gezondheidszorgen, verblijf en repatrie¨ring.
Lors de la discussion du projet de cet article au Parlement, le ministre de l’Intérieur de l’époque avait, comme vous le rappelez, précisé que la demande d’asile suspend de facto la prise en charge.
Bij de bespreking van het ontwerp van dit artikel in het Parlement heeft de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken, zoals u zelf aanhaalt, verduidelijkt dat de asielaanvraag de facto de verbintenis tot tenlasteneming opschort.
Cette position a été confirmée dans la circulaire du 9 septembre 1998 relative à l’engagement de prise en charge visé à l’article 3bis de la loi du 15 décembre 1980 (Moniteur belge du 30 septembre 1998).
Dit standpunt werd bevestigd in de omzendbrief van 9 september 1998 betreffende de verbintenis tot tenlasteneming zoals geregeld in artikel 3bis van de wet van 15 december 1980 (Belgisch Staatsblad van 30 september 1998).
Cette exonération temporaire prend toutefois fin lorsqu’une décision négative exécutoire a été prise quant à la demande d’asile, ce qui a pour conséquence que l’E´tat belge peut s’adresser au garant pour récupérer les frais de séjour, de soins de santé et de rapatriement engendrés par l’étranger après la date à laquelle une décision exécutoire a été prise concernant la demande d’asile et ce, tant que le garant n’est pas libéré de sa responsabilité.
Deze tijdelijke ontheffing eindigt wanneer een negatieve uitvoerbare beslissing over de asielaanvraag is genomen, hetgeen als gevolg heeft dat de Belgische Staat zich tot de garant kan richten om de kosten van verblijf, gezondheidszorgen en repatrie¨ring aangaande de vreemdeling terug te vorderen die dateren van na de datum waarop een uitvoerbare beslissing genomen werd aangaande de asielaanvraag, dit voorzover de garant niet definitief van zijn verantwoordelijkheid bevrijd is.
Cette règle découle du fait que la procédure d’asile est une procédure particulière, par laquelle le demandeur, qui ne peut ou ne veut réclamer la protection des autorités de son pays, revendique la protection de la Belgique, et qu’il a été considéré que le garant ne peut être tenu des frais engendrés par l’intéressé pendant la période d’examen de sa demande d’asile par les autorités belges.
Deze regel vloeit voort uit het feit dat de asielprocedure een bijzondere procedure is, waarbij de asielzoeker, die zich niet kan of wil beroepen op de bescherming door de autoriteiten van zijn land, om bescherming van de Belgische autoriteiten vraagt, waarbij geoordeeld werd dat de garant niet moet opdraaien voor de kosten die betrokkene maakt gedurende de periode dat de Belgische autoriteiten zijn asielaanvraag behandelen.
Comme il a été indiqué ci-dessus, cette suspension de l’engagement de prise en charge souscrit par le garant prend toutefois fin dès qu’une décision négative exécutoire a été prise à l’égard du demandeur d’asile, c’est-à-dire, dans la majorité des cas, dés que la décision d’irrecevabilité de la demande d’asile est confirmée par le CGRA ou dès la décision de refus au fond de la qualité de réfugié par la Commission permanente de recours des réfugiés.
Zoals hierboven reeds werd aangeduid, komt er een einde aan de opschorting van de verbintenis tot tenlasteneming op het ogenblik dat er een negatieve uitvoerbare beslissing getroffen wordt ten aanzien van de asielzoeker, dat wil zeggen, in de meerderheid van de gevallen, vanaf het moment dat de beslissing waarbij de asielaanvraag onontvankelijk wordt verklaard, bevestigd wordt door de CGVS of vanaf het moment dat de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen een weigeringsbeslissing ten gronde treft.
3. Dans son arrêt du 23 décembre 2002, la Cour de cassation a estimé qu’il ne résulte d’aucune disposition légale qu’une demande d’asile déchargerait le garant de son engagement de prise en charge.
3. In zijn arrest van 23 december 2002 heeft het Hof van Cassatie geoordeeld dat uit geen enkele wetsbepaling blijkt dat een asielaanvraag de garant van zijn verbintenis tot tenlasteneming zou ontslaan.
Il ne peut en effet être contesté que l’article 3bis de la loi du 15 décembre 1980 ne comporte pas une telle
Er kan inderdaad niet worden betwist dat artikel 3bis van de wet van 15 december 1980 een derge-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5679
disposition. La Cour de cassation passe toutefois outre aux travaux préparatoires précités relatifs à l’article 3bis de la loi, dans lesquels l’esprit de cette disposition est clairement précisé, comme cela l’a été par la suite dans la circulaire du 9 septembre 1998 précitée.
lijke bepaling niet bevat. Het Hof van Cassatie gaat echter voorbij aan de bovenvermelde voorbereidende werken betreffende artikel 3bis van de wet, waarin de geest van deze wetsbepaling duidelijk wordt gemaakt, zoals dat vervolgens ook is gebeurd in de bovengenoemde omzendbrief van 9 september 1998.
Par conséquent, en ce qui concerne les matières qui relèvent de ma compétence, à savoir la prise en charge des frais du séjour (éventuel en centre fermé) et de rapatriement de l’étranger concerné, je maintiens la position de mon prédécesseur, selon laquelle la personne qui a souscrit l’engagement de prise en charge ne sera pas tenue par les frais engendrés par l’étranger tant que la procédure d’asile est en cours.
Ik handhaaf dan ook het standpunt van mijn voorganger inzake de materie waarvoor ik bevoegd ben, te weten de tenlasteneming van de kosten van verblijf (eventueel in een gesloten centrum) en van repatrie¨ring van de betrokken vreemdeling. Dit standpunt houdt in dat de persoon die de verbintenis tot tenlasteneming heeft aangegaan, niet is gehouden tot het betalen van de kosten die de vreemdeling veroorzaakt, zolang de asielprocedure loopt.
DO 2003200421213
DO 2003200421213
Question no 229 de M. Stijn Bex du 1er avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Conseil d’E´tat. — Arriéré. — Nombre d’arrêts.
Vraag nr. 229 van de heer Stijn Bex van 1 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Aux termes de l’accord de gouvernement, des mesures structurelles doivent être prises pour résorber l’arriéré auprès du Conseil d’E´tat. Je souhaiterais poser une série de questions au sujet de l’arriéré et des arrêts déjà rendus par le Conseil d’E´tat. A. 1. a) Combien d’arrêts le Conseil d’E´tat a-t-il rendus en 2001, en 2002 (et en 2003, si les données sont déjà disponibles) à propos de recours introduits, dans le cadre de la procédure d’asile, contre la décision confirmative du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides (CGRA) ?
Volgens het regeerakkoord moeten er structurele maatregelen worden genomen om de achterstand bij de Raad van State weg te werken. Graag zou ik enkele vragen stellen over de achterstand en over de arresten die de Raad van State reeds geveld heeft.
b) Combien d’arrêts ont été rendus en suspension, en annulation et en extrême urgence ?
b) Hoeveel in schorsing, hoeveel in vernietiging, hoeveel in uiterst dringende noodzakelijkheid ?
c) Combien d’arrêts en suspension et en annulation ont été rendus par roˆle linguistique ?
c) Hoeveel daarvan waren arresten tot schorsing respectievelijk vernietiging, volgens taalrol ?
2. Même question pour les arrêts relatifs aux recours contre les décisions de la Commission permanente de recours.
2. Zelfde vraag voor arresten in beroepen tegen beslissingen van de Vaste Beroepscommissie.
3. Même question pour les arrêts relatifs aux recours contre un transfert dans le cadre de la convention de Dublin.
3. Zelfde vraag voor arresten in beroepen tegen een overdracht in het kader van het Dublin-verdrag.
4. Même question pour les arrêts relatifs aux recours contre un refus d’autorisation de séjour sur la base de l’article 9, alinéa 3, de la loi sur les étrangers.
4. Zelfde vraag voor arresten in beroepen tegen een weigering tot machtiging tot verblijf op basis van artikel 9, lid 3, van de vreemdelingenwet.
5. Au cours de la période envisagée, combien d’amendes ont-elles été infligées à l’avocat ou au client pour cause d’action téméraire ou vexatoire ?
5. Hoeveel boetes aan de advocaat of clie¨nt werden in genoemde jaren opgelegd wegens tergend of roekeloos geding ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Raad van State. — Achterstand. — Aantal arresten.
A. 1. a) Hoeveel arresten heeft de Raad van State geveld in de jaren 2001, 2002 (en 2003 indien al beschikbaar) in beroepen tegen de bevestigende beslissing van het Commissariaat-Generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (CGVS) in de asielprocedure ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5680
B. 1. a) Quelle est l’ampleur de l’arriéré (par roˆle linguistique) qu’accuse l’Office des étrangers (ODE) en matière de demandes d’asile ?
B. 1. a) Hoe groot is de achterstand (per taalrol) inzake asielaanvragen bij de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) ?
b) En quelle année ces demandes ont-elles été introduites ?
b) Uit welke jaren zijn deze aanvragen afkomstig ?
2. a) Quel est l’ampleur de l’arriéré (par roˆle linguistique) qu’accuse le CGRA en ce qui concerne les recours urgents au stade de la recevabilité ?
2. a) Hoe groot is de achterstand (per taalrol) inzake dringende beroepen in ontvankelijkheid bij de CGVS ?
b) En quelle année ces demandes ont-elles été introduites ?
b) Uit welke jaren zijn deze aanvragen afkomstig ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 229 de M. Stijn Bex du 1er avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 229 van de heer Stijn Bex van 1 april 2004 (N.) :
Je prie l’honorable membre de trouver ci-après en réponse à sa question parlementaire, des tableaux reprenant les différentes informations fournies par le Conseil d’E´tat sur le nombre d’arrêtés rendus par ce Haut Collège.
Het geachte lid vindt hieronder, als antwoord op zijn parlementaire vraag, tabellen met de door de Raad van State bezorgde informatie over het aantal door dit Hoge College gevelde arresten.
A.1. a), b) et c) Nombre d’arrêts rendus par le Conseil d’E´tat dans des recours contre les décisions de confirmation du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides.
A.1. a), b) en c) Aantal arresten geveld door de Raad van State in beroepen tegen de bevestigende beslissingen van het CommissariaatGeneraal voor de vluchtelingen et de staatlozen.
2001-2002
2002-2003
2003-2004 — (jusqu’au/tot 16/04)
Francophone. — Franstalig Total. — Totaal ......................................................... Suspension. — Schorsing ............................................ Annulation. — Vernietiging ........................................ Extreˆme urgence. — Uiterst dringende noodzakelijkheid
2 344 1 419 575 350
2 399 1 514 555 330
1 379 949 246 167
Néerlandophone. — Nederlandstalig Total. — Totaal ......................................................... Suspension. — Schorsing ............................................ Annulation. — Vernietiging ........................................ Extreˆme urgence. — Uiterst dringende noodzakelijkheid Révision. — Herziening ..............................................
3 060 2 047 927 85 1
3 356 2 364 898 94
2 103 1 425 641 37
Bilingue. — Tweetalig Suspension. — Schorsing ............................................
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
1
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5681
A.2. Recours introduits contre des décisions de la Commission permanente de recours des réfugiés.
A.2. Beroepen tegen beslissingen van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen.
2001-2002
2002-2003
2003-2004 — (jusqu’au/tot 16/04)
Francophone. — Franstalig Total. — Totaal ......................................................... Suspension. — Schorsing ............................................ Annulation. — Vernietiging ........................................ Extreˆme urgence. — Uiterst dringende noodzakelijkheid
420 103 316 1
460 60 395 5
329 50 278 1
Néerlandophone. — Nederlandstalig Total. — Totaal ......................................................... Suspension. — Schorsing ............................................ Annulation. — Vernietiging ........................................ Extreˆme urgence. — Uiterst dringende noodzakelijkheid
399 64 334 1
483 62 421
277 44 233
Bilingue. — Tweetalig Suspension. — Schorsing ............................................
1
A.3. Arrêts rendus sur des recours contre un transfert dans le cadre de la convention de Dublin.
A.3. Arresten in beroepen tegen een overdracht in het kader van het Dublinverdrag.
Les chiffres ne sont pas disponibles séparément par rapport à l’ensemble des arreˆts rendus contre des décisions de l’Office des étrangers.
De cijfers zijn niet afzonderlijk beschikbaar in vergelijking met de totaliteit van de arresten geveld in beroepen tegen de beslissingen van de Dienst Vreemdelingenzaken.
A.4. Recours introduits contre un refus d’autorisation de séjour sur la base de l’article 9, alinéa 3, de la loi relative aux étrangers.
A.4. Beroepen tegen een weigering tot machtiging tot verblijf op basis van artikel 9, lid 3, van de Vreemdelingenwet.
Les chiffres ne sont pas disponibles séparément par rapport à l’ensemble des arreˆts rendus contre des décisions de l’Office des étrangers.
De cijfers zijn niet afzonderlijk beschikbaar in vergelijking met de totaliteit van de arresten geveld in beroepen tegen de beslissingen van de Dienst Vreemdelingenzaken.
A.5. Nombre d’arreˆts rendus en cas de recours abusif.
A.5. Aantal arresten inzake onrechtmatig beroep.
2002
2003
2004 (jusqu’au/tot 16/04)
Dans des arreˆts interlocutoires. — In tussenarresten ... Dans des arreˆts définitifs. — In eindarresten ..............
1 0
3 3
3 7
B.1 et 2 Arriéré concernant les demandes d’asile auprès de l’Office des étrangers ainsi que les recours urgents introduits auprès du Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides.
B.1 en 2. Achterstand inzake asielaanvragen bij de Dienst Vreemdelingenzaken alsmede inzake dringende beroepen in ontvankelijkheid bij het CommissariaatGeneraal voor de vluchtelingen en de staatlozen.
La communication de la date d’introduction des demandes et des recours pendants demanderait trop de
De mededeling van de datum van invoering van hangende vragen en beroepen vergt volgens de Raad
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5682
travail de recherche de la part du Conseil d’E´tat. Cette information sera disponible dès que le système informatique d’inscription des dossiers sera adapté.
van State te veel opzoekingswerk. Deze informatie zal kunnen gegeven worden, zodra het geautomatiseerd systeem van inschrijving van dossiers zal zijn aangepast. Francophone — Franstalig
Office des étrangers (demandes d’asile). — Dienst Vreemdelingenzaken (asielvragen) ........................................................................................ Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides. — CommissariaatGeneraal voor de vluchtelingen en de staatlozen .................................
Néerlandophone — Nederlandstalig
242
195
7 441
8 350
DO 2003200421228
DO 2003200421228
Question no 232 de M. Guido Tastenhoye du 5 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 232 van de heer Guido Tastenhoye van 5 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Nombre de nouvelles naturalisations.
Aantal nieuwe naturalisaties.
En réponse à ma question no 98 du 13 novembre 2003, vous m’avez fourni les données relatives au nombre de naturalisations accordées entre le 1er juillet 2002 et le 30 juin 2003 (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 14, p. 1974).
In antwoord op mijn vraag nr. 98 van 13 november 2003, verstrekte u mij de gegevens over het aantal naturalisaties van 1 juli 2002 tot 30 juni 2003 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 14, blz. 1974).
Pourriez-vous me préciser, pour les différents modes d’acquisition de la nationalité prévus par la loi et en appliquant la même méthode, le nombre de naturalisations accordées entre le 1er juillet 2003 et le 31 décembre 2003 ?
Kan u, volgens dezelfde methode, de cijfers geven van het aantal naturalisaties toegekend op de diverse wijzen in de wet voorzien, voor het semester lopende van 1 juli 2003 tot en met 31 december 2003 ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 232 de M. Guido Tastenhoye du 5 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 232 van de heer Guido Tastenhoye van 5 april 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
Au cours de la période allant du 1er juillet 2003 au 31 décembre 2003, 17 659 « Nouveaux Belges » ont été enregistrés au total.
Over het tijdvak van 1 juli 2003 tot 31 december 2003 werden in totaal 17 659 « Nieuwe Belgen » geregistreerd.
La répartition par code d’acquisition de la nationalité figure ci-dessous.
De verdeling per code van nationaliteitsverwerving ziet er als volgt uit.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 Code 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 51 60 65 70 85 86 90 91 00
................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. .................................................
5683
Nombre
Code 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 51 60 65 70 85 86 90 91 00
3 299 9 39 2 13 476 96 1 250 121 43 51 9 13 168 16 2 4 2 437 38 2 847 29 553 6 020 123 1
Explication des codes d’acquisition de la nationalité
Aantal
................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. .................................................
3 299 9 39 2 13 476 96 1 250 121 43 51 9 13 168 16 2 4 2 437 38 2 847 29 553 6 020 123 1
Verklaring van de codes van nationaliteitsverwerving
10 de naissance
10 door geboorte
11 d’un parent belge (article 8, § 1er, 1o)
11 uit een Belgische ouder (artikel 8, § 1, 1o)
12 adopté par un(e) Belge (article 9, 1o)
12 geadopteerd door een Belg (artikel 9, 1o)
13 apatride (article 10, alinéa 1er)
13 staatloze (artikel 10, 1e lid)
14 trouvé (présomption de naissance en Belgique) (article 10, alinéa 2)
14 vondeling (verondersteld in Belgie¨ te zijn geboren) (artikel 10, 2e lid)
15 dont un auteur ou adoptant né en Belgique a déclaré réclamer l’attribution de nationalité belge (article 11)
15 van wie één ouder of adoptant die in Belgie¨ geboren is, een verklaring heeft afgelegd tot toekenning van de Belgische nationaliteit (artikel 11)
16 né en Belgique d’un auteur né lui-méme en Belgique et y ayant eu sa résidence principale durant cinq ans au cours des dix années précédant la naissance de l’enfant (article 11, alinéa 1er)
16 geboren in Belgie¨ uit een ouder die zelf in Belgie¨ geboren is en die er gedurende vijf jaar in de loop van de tien jaren die aan de geboorte van het kind voorafgaan, zijn hoofdverblijf heeft gehad (artikel 11, 1e lid)
17 né en Belgique et adopté par un étranger né luiméme en Belgique et y ayant eu sa résidence principale durant cinq ans au cours des dix années précé-
17 geboren in Belgie¨ en geadopteerd door een vreemdeling die zelf in Belgie¨ geboren is en die er zijn hoofdverblijfplaats heeft gehad gedurende vijf jaar
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5684
dant la date à laquelle l’adoption produit ses effets; l’intéressé devient Belge à la date à laquelle l’adoption produit ses effets, à condition de ne pas avoir atteint l’aˆge de dix-huit ans et de ne pas avoir été émancipé (article 11, alinéa 2)
in de loop van de tien jaren voorafgaand aan de dag waarop de adoptie uitwerking heeft; de betrokkene wordt Belg op de dag dat de adoptie uitwerking heeft op voorwaarde dat deze op de dag van de adoptie de leeftijd van achttien jaar niet bereikt heeft en niet ontvoogd is (artikel 11, 2e lid)
18 né en Belgique, dont les auteurs ou, en cas d’adoption, les adoptants font, avant qu’il n’ait atteint l’aˆge de douze ans, une déclaration réclamant pour lui l’attribution de la nationalité belge. Ces auteurs ou les adoptants doivent avoir leur résidence principale en Belgique durant les dix années précédant la déclaration et l’enfant doit y avoir la sienne depuis sa naissance (article 11bis, § 1er)
18 geboren in Belgie¨, van wie de ouders of in geval van adoptie de adoptanten, een verklaring afleggen tot toekenning van de Belgische nationaliteit vo´o´r het kind twaalf jaar wordt. De ouders of adoptanten moeten hun hoofdverblijfplaats in Belgie¨ hebben gehad gedurende de tien jaren voorafgaand aan de verklaring, en het kind sedert zijn geboorte (artikel 11bis, § 1)
19 — né en Belgique, y ayant sa résidence principale depuis sa naissance, ayant atteint l’aˆge de dixhuit ans et étant aˆgé de moins de trente ans, et déclarant son intention d’acquérir la nationalité belge devant l’officier de l’état civil du lieu où il a sa résidence principale (article 12bis, § 1er) (jusqu’au 1er mai 2000)
19 — geboren in Belgie¨, die er sedert zijn geboorte zijn hoofdverblijf heeft, die de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt en minder dan dertig jaar oud is, en die een verklaring aflegt om de Belgische nationaliteit te bekomen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats waar hij zijn hoofdverblijf heeft (artikel 12bis, § 1) (tot 1 mei 2000)
— né en Belgique, y ayant sa résidence principale depuis sa naissance et ayant l’aˆge de dix-huit ans et déclarant son intention d’acquérir la nationalité belge devant l’officier de l’état civil du lieu où il a sa résidence principale (article 12bis, § 1er, 1o, tel que modifié par l’article 4 de la loi du 1er mars 2000 modifiant certaines dispositions relatives à la nationalité)
— geboren in Belgie¨, die er sedert zijn geboorte zijn hoofdverblijf heeft, die de leeftijd van achttien jaar bereikt heeft, en die een verklaring aflegt om de Belgische nationaliteit te verkrijgen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats waar hij zijn hoofdverblijf heeft (artikel 12bis, § 1, 1o, zoals gewijzigd bij artikel 4 van de wet van 1 maart 2000 tot wijziging van een zeker aantal bepalingen betreffende de Belgische nationaliteit)
21 né d’un père belge né en Belgique (mère belge ou étrangère) (article 8, § 1er, 2o, a))
21 geboren uit een Belgische vader die in Belgie¨ geboren is (Belgische of vreemde moeder) (artikel 8, § 1, 2o, a))
22 né de mère belge née en Belgique (père belge ou étranger) (article 8, § 1er, 2o, a))
22 geboren uit een Belgische moeder die in Belgie¨ geboren is (Belgische of vreemde vader) (artikel 8, § 1, 2o, a))
23 dont un auteur est belge né à l’étranger et qui a déclaré dans les cinq ans de la naissance réclamer pour son enfant la nationalité belge (article 8, § 1er, 2o, b))
23 van wie een ouder Belg is die in het buitenland geboren is en die binnen vijf jaar na de geboorte een verklaring heeft afgelegd waarin hij verzoekt om toekenning van de Belgische nationaliteit aan zijn kind (artikel 8, § 1, 2o, b))
24 dont le père est belge né à l’étranger, si l’enfant ne possède pas ou ne conserve pas jusqu’à l’aˆge de 18 ans (ou de l’émancipation) une autre nationalité (article 8, § 1er, 2o, c))
24 van wie de vader Belg is en in het buitenland geboren is, indien het kind geen andere nationaliteit bezit of behoudt tot de leeftijd van 18 jaar (of ontvoogding) (artikel 8, § 1, 2o, c))
25 dont la mère est belge née à l’étranger, si l’enfant ne possède pas ou ne conserve pas jusqu’à l’aˆge de 18 ans (ou de l’émancipation) une autre nationalité (article 8, § 1er, 2o, c))
25 van wie de moeder Belg is en in het buitenland geboren is, indien het kind geen andere nationaliteit bezit of behoudt tot de leeftijd van 18 jaar (of ontvoogding) (artikel 8, § 1, 2o, c))
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5685
26 adopté par un(e) Belge né(e) en Belgique (article 9, 2o, a)) 27 adopté par un(e) Belge né(e) à l’étranger et qui a déclaré dans les cinq ans de l’adoption réclamer pour son enfant adoptif la nationalité belge (article 9, 2o, b))
91 par possession d’état (article 17) 00 code nationalité non mentionné.
26 geadopteerd door een Belg(ische) geboren in Belgie¨ (artikel 9. 2o, a)) 27 geadopteerd door een Belg(ische) geboren in het buitenland, die binnen vijf jaar na de adoptie een verklaring heeft afgelegd waarin hij/zij verzoekt om toekenning van de Belgische nationaliteit aan zijn/haar kind (artikel 9, 2o, b)) 28 geadopteerd door een Belg(ische) geboren in het buitenland indien het kind geen andere nationaliteit bezit (artikel 9, 2o, c)) 29 verklaring van behoud van de nationaliteit (≥ 1 januari 1995 — artikel 22, § 1, 5o) 30 Naturalisatie (artikel 19) 51 op verklaring ingevolge huwelijk (artikel 16) 60 door nationaliteitskeuze (artikelen 13-15) 65 ingevolge vrijwillige verkrijging of herkrijging van de Belgische nationaliteit door een ouder of adoptant (artikel 12) 70 door herkrijging (artikel 24) 85 geboren in het buitenland, die de leeftijd van 18 jaar bereikt heeft, die een verklaring heeft afgelegd om de Belgische nationaliteit te verkrijgen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats waar hij zijn hoofdverblijf heeft, en van wie één ouder op het tijdstip van de verklaring de Belgische nationaliteit bezit (artikel 12bis, § 1, 2o) 86 de vreemdeling die de leeftijd van 18 jaar bereikt heeft, die sedert ten minste zeven jaar zijn hoofdverblijf in Belgie¨ heeft gevestigd, die voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats waar hij zijn hoofdverblijf heeft een verklaring heeft afgelegd om de Belgische nationaliteit te verkrijgen en die op het tijdstip van de verklaring toegelaten of gemachtigd is tot een verblijf van onbeperkte duur in het Rijk, of toegelaten werd om er zich te vestigen (artikel 12bis, § 1, 3o) 90 bijzondere gevallen die een commentaar vergen (met name artikel 22, 5, c), a contrario en artikel 28) 91 door bezit van de staat (artikel 17) 00 onbepaald.
DO 2003200421276
DO 2003200421276
Question no 242 de M. Hagen Goyvaerts du 19 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : Utilisation de l’adresse figurant sur les cartes d’identité électroniques. Le projet-pilote visant à introduire la carte d’identité électronique dans 11 communes est arrivé
Vraag nr. 242 van de heer Hagen Goyvaerts van 19 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken : Gebruik van de adresgegevens op de elektronische identiteitskaarten. Onlangs werd het proefproject bij 11 gemeenten voor het invoeren van de elektronische identiteitskaart
28 adopté par un(e) Belge né(e) a´ l’étranger si l’enfant ne possède pas une autre nationalité (article 9, 2o, c)) 29 déclaration de conservation de nationalité (≥ 1er janvier 1995 — article 22, § 1, 5o) 30 par naturalisation (article 19) 51 sur déclaration par suite de mariage (article 16) 60 par option (articles 13-15) 65 par suite d’acquisition ou de recouvrement de la nationalité belge d’un auteur ou adoptant (article 12) 70 par recouvrement (article 24) 85 né à l’étranger, ayant atteint l’aˆge de 18 ans déclarant son intention d’acquérir la nationalité belge devant l’officier de l’état civil du lieu de sa résidence principale et dont l’un des auteurs possède la nationalité belge au moment de la déclaration (article 12bis, § 1er, 2o) 86 l’étranger, ayant atteint l’aˆge de 18 ans qui a fixé sa résidence principale en Belgique depuis au moins 7 ans, qui fait une déclaration devant l’officier de l’état civil du lieu de résidence principale et qui au moment de cette déclaration a été admis ou autorisé à séjourner pour une durée illimitée dans le Royaume ou a été autorisé à s’y établir (article 12bis, § 1er, 3o)
90 cas spéciaux, nécessitant un commentaire (notamment article 22, 5, c), a contrario et article 28)
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
719
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5686
récemment à son terme et l’opération est en passe d’être étendue à tout le pays.
afgerond en wordt het project uitgebreid over het hele land.
Dans la pratique se pose néanmoins le problème suivant. Dans les entreprises de location de voitures, la procédure standard veut que l’on demande à toute personne qui souhaite louer un véhicule non seulement son nom, mais également son adresse complète. Or, sur les nouvelles cartes d’identité électroniques, l’adresse n’apparaıˆt plus de manière visible. Ces données ne peuvent être lues qu’à l’aide d’un lecteur de cartes, dispositif qui ne semble pas encore disponible sur le marché. Dans le secteur de la location de véhicules — mais c’est certainement le cas également dans d’autres secteurs ou` l’on établit couramment des contrats écrits de location ou d’achat —, il me semblerait déraisonnable de croire le client « sur parole » quand il donne son adresse.
In de praktijk doet zich echter het volgende probleem voor. Het behoort tot de standaardprocedure van autoverhuurbedrijven om van elke klant die een auto wenst te huren niet alleen de naam maar ook de adresgegevens te kennen van de betrokken huurder. Nu blijkt dat de elektronische identiteitskaarten geen zichtbare adresvermelding hebben. Deze adresgegevens kunnen enkel gelezen worden door middel van een kaartlezer, welke naar verluidt nog niet beschikbaar zijn op de commercie¨le markt. Zeker in de sector van de autoverhuur — maar dat is ongetwijfeld ook het geval voor andere sectoren waar een schriftelijke huur- of koopverbintenis wordt opgesteld — lijkt het mij onverantwoord om de klant « op zijn woord » te geloven bij het meedelen van zijn adresgegevens.
1. Existe-t-il déjà des lecteurs de cartes pour les entreprises qui utilisent les adresses dans le but d’établir des contrats de location ou d’achat avec leurs clients ?
1. Zijn er momenteel al kaartlezers beschikbaar voor bedrijven die gebruik maken van adresgegevens voor het opstellen van een schriftelijke huur- of koopverbintenis met een klant ?
2. Dans l’affirmative, la fourniture de tels lecteurs a-t-elle fait l’objet d’une adjudication publique et quelle entreprise a obtenu le marché ?
2. Zo ja, werd daartoe een openbare aanbesteding uitgeschreven en welk bedrijf heeft de opdracht gekregen ?
3. Dans la négative, quand ces lecteurs de cartes seront-ils disponibles pour le marché commercial et quelles étapes doivent encore être franchies pour que ce soit effectivement le cas ?
3. Zo neen, wanneer zullen die kaartlezers beschikbaar zijn voor de commercie¨le markt en welke stappen dienen daartoe nog genomen te worden ?
4. Y a-t-il d’autres moyens, pour une entreprise, de vérifier l’adresse d’un client ?
4. Zijn er andere manieren waarop een bedrijf de adresgegevens van een klant kan controleren ?
5. Il semble que les communes aient la possibilité, lorsqu’elles délivrent une carte d’identité électronique, de délivrer également une « attestation d’adresse » imprimée.
5. Naar verluidt kan de gemeente bij de aflevering van een elektronische identiteitskaart een afgedrukt « adresbewijs » afleveren.
a) Les communes ont-elles l’obligation de fournir une telle attestation ?
a) Zijn de gemeenten daartoe wettelijk verplicht ?
b) Le titulaire de la carte est-il obligé d’avoir cette attestation d’adresse en permanence sur lui ou estce facultatif ?
b) Is de kaarthouder verplicht dit « adresbewijs » steeds bij zich te hebben of is dit een vrijblijvendheid van de kaarthouder ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 242 de M. Hagen Goyvaerts du 19 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 242 van de heer Hagen Goyvaerts van 19 april 2004 (N.) :
1. Des lecteurs de cartes sont en effet déjà disponibles pour les entreprises qui font usage des données relatives à l’adresse en vue de l’établissement d’un contrat écrit de location ou de vente avec un client.
1. Er zijn inderdaad al kaartlezers beschikbaar voor bedrijven die gebruik maken van adresgegevens voor het opstellen van een schriftelijke huur- of koopverbintenis met een klant.
2 et 3. Il s’agit en l’occurrence de lecteurs de cartes qui sont aisément disponibles dans le commerce et que tant les organismes publics que les entreprises ou les particuliers peuvent se procurer. Il n’a donc pas été nécessaire d’organiser un appel d’offres public.
2 en 3. Het gaat hier om kaartlezers die courant beschikbaar zijn op de markt, en die zonder onderscheid kunnen aangeschaft worden door overheidsinstellingen, bedrijven of particulieren. Er moest dus geen openbare aanbesteding uitgeschreven worden.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5687
L’honorable membre trouvera une liste non limitative de lecteurs de cartes compatibles sur le site web http ://www.registrenational.fgov.be (Population, chapitre La carte d’identité électronique, point 6).
Het geachte lid vindt een niet limitatieve lijst van compatibele kaartlezers op de website : http :// www.rijksregister.fgov.be (bevolking, hoofdstuk De elektronische identiteitskaart, punt 6).
4. Une entreprise peut controˆler les données relatives à l’adresse d’un client en faisant usage d’une preuve d’adresse (cf. point 5).
4. Een bedrijf kan de adresgegevens van een klant controleren door gebruik te maken van een adresbewijs (zie punt 5).
5. a) Une circulaire datée du 15 décembre 2003 impose aux communes l’obligation de délivrer une preuve d’adresse au citoyen en meˆme temps que sa carte d’identité électronique. Ce document est imprimé sur papier et comporte la mention suivante : « Le présent document peut être utilisé comme preuve de la résidence principale en application de l’article 3 de l’arrêté royal du 25 mars 2003 portant des mesures transitoires relatives à la carte d’identité électronique. »
5. a) Een omzendbrief van 15 december 2003 legt de gemeenten de verplichting op een adresbewijs af te leveren aan de burger, samen met zijn elektronische identiteitskaart. Dit adresbewijs wordt op papier afgedrukt en luidt als volgt : « Dit document kan als bewijs van de hoofdverblijfplaats gebruikt worden in toepassing van artikel 3 van het koninklijk besluit van 25 maart 2003, houdende overgangsmaatregelen in verband met de elektronische identiteitskaart. »
b) La preuve d’adresse peut être utilisée comme preuve de la résidence principale, à coˆté de tous les autres moyens de droit susceptibles d’apporter ladite preuve. Les personnes qui ont la preuve d’adresse sur elles peuvent y avoir recours immédiatement. Dans le cas contraire, la preuve de la résidence principale peut toujours être apportée par d’autres moyens.
b) Het adresbewijs kan als bewijs van de hoofdverblijfplaats worden gebruikt, naast alle andere middelen van recht die dit bewijs kunnen leveren. Wie het adresbewijs bij zich heeft, kan er onmiddellijk een beroep op doen. Wie het niet bij zich heeft, kan steeds met andere rechtsmiddelen zijn hoofdverblijfplaats bewijzen.
DO 2003200421277
DO 2003200421277
Question no 243 de M. Hagen Goyvaerts du 19 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 243 van de heer Hagen Goyvaerts van 19 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Généralisation de la carte d’identité électronique.
Algemene invoering van de elektronische identiteitskaarten.
Le projet-pilote visant à instaurer la carte d’identité électronique, lancé dans onze communes, est arrivé récemment à son terme. 35 000 cartes d’identité électroniques ont été délivrées dans le cadre de ce projet. Le projet devra à présent être étendu à l’ensemble du pays. Dans cinq ans au plus tard, les 8,2 millions de citoyens belges aˆgés de plus de 18 ans devraient ainsi disposer d’une carte d’identité électronique.
Onlangs werd het proefproject bij 11 gemeenten voor het invoeren van de elektronische identiteitskaart afgerond. Daarbij werden 35 000 elektronische identiteitskaarten afgeleverd. Bovendien wordt het project uitgebreid naar het hele land. Daarbij is het de bedoeling om uiterlijk over vijf jaar aan alle 8,2 miljoen landgenoten ouder dan 18 jaar een elektronische identiteitskaart uit te reiken.
1. Comment indiquera-t-on un changement d’adresse sur la carte d’identité électronique si, dans les mois à venir, l’un des 35 000 actuels détenteurs d’une telle carte déménage dans une autre commune que celles concernées par le projet-pilote ?
1. Op welke manier wordt een adreswijziging op de identiteitskaart aangebracht indien in de komende maanden één van de huidige 35 000 bezitters verhuist naar een gemeente buiten de 11 proefgemeenten ?
2. Dans quel délai toutes les communes seront-elles équipées de lecteurs afin de pouvoir apporter les modifications nécessaires aux coordonnées de l’intéressé ?
2. Wanneer worden alle gemeenten voorzien van lees- en schrijftoestellen voor de elektronische identiteitskaarten teneinde de noodzakelijke wijzigingen in de personalia van een betrokkene te kunnen uitvoeren ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5688
3. a) La carte d’identité électronique sera-t-elle instaurée simultanément dans toutes les communes ou un calendrier a-t-il été prévu à cet effet ?
3. a) Komen alle gemeenten tegelijkertijd aan bod of is er in een fasering voorzien ?
b) Le cas échéant, quel est ce calendrier ?
b) Zo ja, volgens welke planning ?
4. Pour l’encadrement de toute l’opération de généralisation de la carte d’identité électronique, 780 fonctionnaires à temps plein seraient mobilisés.
4. Voor de begeleiding van de hele operatie van de algemene invoering van de elektronische identiteitskaart zouden 780 voltijdse ambtenaren ter beschikking worden gesteld.
a) De quel SPF relèvent-ils et pour combien de temps seront-ils affectés à cette opération ? ` combien estime-t-on le couˆt total de cette opérab) A tion et ce couˆt sera-t-il répercuté sur les communes ?
a) Welke FOD levert die ambtenaren en voor welke tijdsperiode ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 243 de M. Hagen Goyvaerts du 19 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 243 van de heer Hagen Goyvaerts van 19 april 2004 (N.) :
1. Il convient d’opérer une distinction entre deux situations.
1. Men dient onderscheid te maken tussen twee situaties :
a) L’adresse du titulaire est encore visible sur la carte. Le titulaire est invité par la commune à demander une nouvelle carte. Cette nouvelle carte sera activée de façon électronique par une délégation régionale du Registre national.
a) Het adres van de houder bevindt zich nog zichtbaar op de kaart. De houder ontvangt een oproep van de gemeente om een nieuwe kaart aan te vragen. Deze nieuwe kaart zal elektronisch geactiveerd worden door een regionale delegatie van het Rijksregister.
b) L’adresse du titulaire figure uniquement de manière électronique sur la carte : le changement d’adresse et l’activation sont effectués par une délégation régionale du Registre national.
b) Het adres van de houder bevindt zich enkel elektronisch op de kaart : de adreswijziging en de activering gebeurt door een regionale delegatie van het Rijksregister.
2 et 3. Un phasage est effectivement prévu. Les communes seront réparties en trois groupes :
2 en 3. Er is inderdaad in een fasering voorzien. De gemeenten zullen worden ingedeeld in drie groepen :
— le groupe 1 démarre en août 2004;
— groep 1 start in augustus 2004;
— le groupe 2 démarre en octobre 2004;
— groep 2 start in oktober 2004;
— le groupe 3 démarre en décembre 2004.
— groep 3 start in december 2004.
Les communes décident elles-meˆmes du groupe auquel elles veulent appartenir. L’objectif est cependant que toutes les communes aient entamé la distribution de la carte d’identité électronique à la fin de l’année.
De gemeenten beslissen zelf tot welke groep ze willen behoren. Het ligt wel in de bedoeling dat alle gemeenten gestart zouden zijn met de elektronische identiteitskaart op het einde van het jaar.
L’honorable membre trouvera de plus amples informations à ce sujet dans la note à la commission de l’Intérieur du 23 mars 2004.
Het geachte lid vindt hierin meer informatie in de nota aan de commissie Binnenlandse Zaken van 23 mars 2004.
4. Le surcroıˆt de travail auquel les communes seront confrontées lors de la délivrance de la carte d’identité électronique sera compensé par la mise à disposition de personnel des entreprises publiques. Cette mesure est possible sur base de l’article 475 de la loi-programme du 22 décembre 2003 qui dispose que le personnel statutaire des entreprises publiques auto-
4. De verhoogde werklast die de gemeenten zullen ondervinden bij de uitreiking van de elektronische Identiteitskaart zal worden opgevangen door de terbeschikkingstelling van personeel van de overheidsbedrijven. Dit is mogelijk op basis van artikel 475 van de programmawet van 22 december 2003 dat stelt dat de statutaire personeelsleden van de autonome overheids-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
b) Wat is de geraamde kostprijs van deze operatie en zal deze verhaald worden op de gemeenten ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5689
nomes peut, sur une base volontaire, être utilisé dans des projets déterminés dans chaque service public belge.
bedrijven op vrijwillige basis kunnen worden ingezet op welbepaalde projecten in elke Belgische overheid.
Les modalités et conditions financières relatives à l’utilisation de ce personnel font actuellement l’objet de négociations avec Belgacom, La Poste, BIAC et la SNCB.
Over de modaliteiten en financie¨le voorwaarden van het inzetten van deze personeelsleden worden momenteel onderhandelingen gevoerd met Belgacom, De Post, BIAC en de NMBS.
Le personnel est mis à la disposition des communes pour une durée de trois ans. Les frais sont pris en charge par l’autorité fédérale qui remboursera les traitements de ces agents à l’entreprise publique dans laquelle ils travaillent actuellement. Il n’y a donc pas de frais supplémentaires pour les communes.
De personeelsleden worden voor drie jaar ter beschikking gesteld van de gemeenten. De kosten worden ten laste genomen door de federale overheid, die de wedden van deze personeelsleden zal vergoeden aan het overheidsbedrijf waar zij thans werkzaam zijn. Er is dus geen bijkomende kost voor de gemeenten.
DO 2003200421286
DO 2003200421286
Question no 246 de M. Bert Schoofs du 19 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 246 van de heer Bert Schoofs van 19 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Augmentation de la radioactivité dans le Limbourg occidental.
Vaststelling van verhoogde nucleaire concentraties in West-Limburg.
L’Agence fédérale de controˆle nucléaire a constaté une augmentation de la radioactivité à proximité de l’entreprise Tessenderlo Chemie, plus particulièrement dans certains ruisseaux proches.
Zopas werd bekend dat het Federaal Agentschap voor nucleaire controle in de buurt van het bedrijf Tessenderlo Chemie verhoogde nucleaire concentraties heeft vastgesteld, meer bepaald in lokale beken.
1. Pouvez-vous me fournir des précisions sur l’origine, les conséquences aussi bien à court qu’à long terme et l’importance de l’augmentation de la radioactivité ainsi que sur la durée, la portée, l’objectif et le motif de l’étude menée par l’agence ?
1. Kan u de nodige details verstrekken met betrekking tot de oorzaak, de gevolgen zowel op korte als op lange termijn en de omvang van de verhoogde concentraties, alsook de tijdspanne, de omvang, het doel en de reden van het gevoerd onderzoek ?
2. Des études similaires sont-elles menées en d’autres endroits ? Dans la négative, pourquoi une étude a-t-elle été menée plus spécifiquement dans la région du Limbourg occidental ?
2. Worden elders gelijkaardige onderzoeken uitgevoerd, en zo neen, waarom specifiek in WestLimburg ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 16 juin 2004, à la question no 246 de M. Bert Schoofs du 19 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 16 juni 2004, op de vraag nr. 246 van de heer Bert Schoofs van 19 april 2004 (N.) :
1. Il convient tout d’abord de souligner que le terme « concentrations nucléaires » peut, dans le cas présent, prêter à confusion et induire en erreur. En effet, il s’agit ici de résidus, provenant de l’industrie non nucléaire, dont la concentration en substances radioactives naturelles est accrue. Il n’y a donc aucun rapport avec la présence d’installations en Campine actives dans le domaine de l’application de l’énergie nucléaire ou de la recherche nucléaire.
1. Vooreerst moet worden opgemerkt dat het gebruik van de term « nucleaire concentraties » in het betrokken geval verwarrend en misleidend kan zijn. Het betreft hier immers residu’s, afkomstig van de niet-nucleaire industrie, met een verhoogde concentratie aan natuurlijke radioactieve stoffen. Er is dus geen enkel verband met de aanwezigheid van nucleaire installaties in de Kempen voor de toepassing van of het onderzoek naar kernenergie.
La présence de ces résidus trouve son origine dans l’utilisation par certaines industries de matières premières d’origine sédimentaire (in casu des minerais phosphatés) qui présentent à l’état naturel un taux
De oorzaak voor de aanwezigheid van deze residu’s gaat terug op het gebruik door bepaalde industriee¨n van grondstoffen van sedimentaire oorsprong (in casu fosfaatertsen) die van nature uit een
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5690
accru en radium notamment (outre les métaux lourds) qui se retrouve dans les déchets produits. Le processus de production appliqué par Tessenderlo Chemie libère le radium en une fraction liquide de déchets qui, jusqu’à il y a une vingtaine d’années, était rejetée dans les cours d’eau du Laak et du Winterbeek quasiment sans traitement préalable. Depuis le milieu des années 80, de plus en plus de techniques de rétention efficaces sont appliquées, ce qui a permis de réduire par un facteur 20 le rejet annuel de radium. Concrètement, on est passé de 7,5 grammes par an (fin des années 80) à 0,4 gramme par an (depuis le début de ce siècle). Le problème revêt donc principalement un caractère historique.
verhoogde inhoud bezitten aan onder andere radium (naast zware metalen) dat wordt teruggevonden in de voortgebrachte afvalstoffen. In het door Tessenderlo Chemie toegepaste productieproces komt het radium vrij in de vloeibare afvalfractie, die tot zo’n 20 jaar geleden nagenoeg zonder voorbehandeling in de rivierbekken van de Laak en de Winterbeek werden geloosd. Sinds het midden van de jaren 80 worden meer en meer efficie¨nte retentietechnieken toegepast, die ertoe geleid hebben dat de jaarlijks geloosde radiumvracht met een factor 20 gedaald is, van zo’n 7,5 gram per jaar (eind der jaren 80) tot zo’n 0,4 gram per jaar (sinds begin van deze eeuw). Het probleem is dan ook voornamelijk van historische aard.
En ce qui concerne la pollution chimique tant dans le Laak que dans le Winterbeek, les études effectuées à l’initiative de l’AFCN et en étroite concertation avec les autorités compétentes flamandes ont démontré qu’une bande d’environ 20 mètres de part et d’autre du cours d’eau présente une contamination élevée. Des taux de concentration en radium plus de cent fois supérieurs aux valeurs normales pour la région ont régulièrement été constatés. Une contamination plus légère a pu être enregistrée sur une superficie beaucoup plus large. De légères augmentations des concentrations en radium ont également pu être parfois observées à la limite de la zone inondable, qui avait été définie comme champ d’étude.
Metingen voor zowel de Laak als de Winterbeek, uitgevoerd op initiatief van het FANC in nauw overleg met de Vlaamse bevoegde overheid wat betreft de chemische verontreiniging, hebben aangetoond dat een strook van zo’n 20 meter aan weerszijden van de waterloop sterk gecontamineerd is, waarbij radiumconcentraties van meer dan honderdmaal de voor de streek normale waarden geregeld werden waargenomen. Lichtere contaminatie kon worden vastgesteld over een veel ruimer gebied. Aan de grens van het overstromingsgebied — dat als studiegebied werd gedefinieerd — werden ook soms nog licht verhoogde radiumconcentraties vastgesteld.
Ces études permettent de déduire que l’utilisation actuelle de ces matières ne comporte à court terme pas ` long terme, il conviende danger pour les riverains. A dra de consacrer une attention particulière aux infiltrations éventuelles vers les eaux souterraines et toute construction à proximité immédiate des cours d’eau devra être interdite. Cette interdiction résulte des risques de concentration accrue en radon observés dans les habitations construites sur des terrains présentant une concentration en radium sensiblement accrue.
Op basis van deze meetresultaten kan worden afgeleid dat er voor het huidige gebruik van de gronden op korte termijn geen gevaar is voor de omwonenden. Op lange termijn zal in het bijzonder aandacht moeten geschonken worden aan de eventuele doorsijpeling naar het grondwater toe en zal bebouwing in de onmiddellijke nabijheid van de waterlopen moeten verboden worden. Dit laatste houdt verband met het risico op verhoogde radonconcentraties binnenin gebouwen die zijn opgetrokken op bodems met een aanzienlijk verhoogde radiumconcentratie.
Dans le but de définir l’étendue de la contamination, des études systématiques en hélicoptère ont été organisées pendant deux jours, en avril et en juin, dans ` cette occasion, nous avons la Vallei der Drie Beken. A pu bénéficier de l’expertise de l’organisation sœur de l’AFCN, la Bundesamt fu¨r Strahlenschutz (BfS) de Berlin. Les premiers résultats de ces examens révèlent que la contamination de la majeure partie de la zone inondable est limitée. Ces études en hélicoptère ont permis de déterminer la propagation générale de la contamination, ainsi que les endroits présentant les taux de pollution les plus élevés. Cette technique ouvre des perspectives pour la détection rapide d’autres sites pollués et pas uniquement les sites contaminés par radioactivité naturelle.
Om de uitgestrektheid van de contaminatie vast te stellen, werd in april van dit jaar, gedurende twee dagen, een systematisch onderzoek georganiseerd van de Vallei van de Drie Beken met de inzet van een helikopter. Hierbij kon beroep worden gedaan op de expertise van de Duitse zusterorganisatie van het FANC, het Bundesamt fu¨r Strahlenschutz (BfS) te Berlijn. De eerste resultaten van dit onderzoek toonden aan dat de contaminatie voor het overgrote deel tot het overstromingsgebied beperkt is. Dit helikopteronderzoek liet toe om de algemene verspreiding van de contaminatie vast te stellen, alsook de plaatsen met de hoogste vervuiling. Deze techniek opent perspectieven voor het snel opsporen van andere vervuilde sites en niet noodzakelijk enkel deze met een besmetting door natuurlijke radioactiviteit.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5691
2. Deux raisons expliquent principalement le choix de la zone de la Vallei der Drie Beken pour la réalisation de cette étude en hélicoptère. Il s’agit, d’une part, d’un site présentant une contamination non négligeable dont il convenait de tracer la carte et de la détailler en vue de déterminer l’approche la plus appropriée pour remédier à cette contamination. D’autre part, en raison de la quantité importante de données relatives à la nature et au degré de contamination qui ont déjà été rassemblées dans le cadre d’études sur le terrain, cette zone constitue l’objet idéal d’une étude destinée à évaluer, à l’aide d’un hélicoptère équipé d’un appareil de mesure sensible, les limitations et les possibilités de détecter et d’inventorier les sites présentant une contamination radioactive.
2. Het gebied van de Vallei der Drie Beken werd voor dit helikopteronderzoek uitverkozen om voornamelijk twee redenen. Enerzijds is dit een gebied met een niet te verwaarlozen contaminatie, dat verder gedetailleerd in kaart diende gebracht met het oog op het bepalen van de noodzakelijke en meest geschikte remedie¨ringsaanpak. Anderzijds vormt dit gebied, dank zij de grote hoeveelheid gegevens die er door veldonderzoek reeds werd verzameld omtrent de aard en graad van contaminatie, een ideaal studieobject om de mogelijkheden en beperkingen te evalueren van het opsporen en inventariseren van radioactief besmette sites, met behulp van gevoelige meetapparatuur aan boord van een helikopter.
Des prospections similaires à celles récemment effectuées dans le Limbourg occidental ne sont actuellement prévues nulle part ailleurs dans le pays. L’AFCN consacre toutefois son attention à d’autres sites présentant une augmentation des matières radioactives d’origine naturelle, notamment dans le cadre de la recherche sur l’exposition au radon dans le sud du pays.
Gelijkaardige prospecties zoals deze recentelijk uitgevoerd in West-Limburg zijn momenteel niet elders in het land gepland. Het FANC besteedt wel aandacht aan andere sites met een verhoogde aanwezigheid van radioactieve materialen van natuurlijke oorsprong, bijvoorbeeld in het kader van het onderzoek naar de blootstelling aan radon in het zuiden van het land.
DO 2003200421287
DO 2003200421287
Question no 247 de M. Jean-Luc Crucke du 19 avril 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 247 van de heer Jean-Luc Crucke van 19 april 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Manque de statistiques relatives aux incendies en Belgique depuis 1993.
Al sinds 1993 niet meer bijgewerkte brandstatistieken in ons land.
Le journal néerlandophone « De Tijd » a récemment révélé que le service public fédéral du ministère de l’Intérieur ne compilait plus les statistiques sur les incendies en Belgique depuis 1993, faute de personnel.
In het Nederlandstalig dagblad De Tijd stond onlangs te lezen dat de federale overheidsdienst Binnenlandse Zaken bij gebrek aan personeel al sinds 1993 geen statistieken over de branden in ons land meer bijhoudt.
Les rapports globaux permettent pourtant une vision transversale et sont la base d’une politique de prévention efficace.
Die algemene verslagen geven evenwel een totaalbeeld en kunnen dienen als basis voor het uitstippelen van een doeltreffend brandpreventiebeleid.
Envisagez-vous de prendre des mesures concrètes afin de lutter contre cette regrettable situation ?
Overweegt u maatregelen te treffen om die betreurenswaardige situatie te verhelpen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 247 de M. Jean-Luc Crucke du 19 avril 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 247 van de heer Jean-Luc Crucke van 19 april 2004 (Fr.) :
Il est exact que les statistiques relatives aux services d’incendie n’ont plus fait l’objet de rapports ces dernières années. Les raisons en sont :
Het is juist dat de statistieken betreffende de brandweerdiensten de jongste jaren geen voorwerp meer hebben uitgemaakt van verslagen. De redenen hiervoor zijn :
— manque de personnel;
— gebrek aan personeel;
— programme informatique non adapté;
— niet aangepast informaticaprogramma;
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5692
— absence de controˆle à l’introduction;
— gebrek aan invoercontrole;
— transmission de données incomplètes.
— doorgeven van onvolledige gegevens.
Mes services étant toutefois conscients de l’importance de ces statistiques, ils ont pris l’initiative de collecter des données concernant le personnel, le matériel et les interventions des services d’incendie.
Aangezien mijn diensten zich evenwel bewust zijn van het belang van deze statistieken, hebben zij het initiatief genomen om gegevens te verzamelen betreffende het personeel, het materieel en de interventies van de brandweerdiensten.
Tous les renseignements n’ont pas encore été communiqués.
Nog niet alle inlichtingen werden meegedeeld.
Les données statistiques seront traitées sous forme informatique et seront mises à la disposition des services d’incendie. Elles pourront également être consultées sur le site internet de la direction générale de la Sécurité civile.
De statistieken zullen behandeld worden onder informaticavorm en zullen ter beschikking gesteld worden van de brandweerdiensten. Zij zullen eveneens kunnen worden geraadpleegd op de internetsite van de algemene directie van de Civiele Veiligheid.
DO 2003200421314
DO 2003200421314
Question no 251 de M. Guido De Padt du 20 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 251 van de heer Guido De Padt van 20 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Accidents sur la voie publique impliquant des chevaux.
Ongevallen op openbare weg waarbij paarden betrokken zijn.
Dans notre pays, le nombre de pratiquants de l’équitation à titre récréatif est important et va croissant. Des cavaliers et des meneurs se déplacent dès lors sur la voie publique, ce qui peut entraıˆner des accidents impliquant des cyclistes et des voitures. Les conducteurs ne se rendent pas toujours compte qu’un cheval effrayé réagit de façon incontroˆlable (par exemple, lorsqu’un conducteur klaxonne pour avertir ou accélère pour effectuer une manœuvre de dépassement). Il peut en résulter un accident grave.
Ons land kent heel wat recreatieve paardensporters en dat worden er steeds meer. Daarbij komen ruiters en koetsiers op de weg, waarbij soms ongevallen plaatsvinden met fietsers en voertuigen. De bestuurders beseffen niet steeds dat een paard dat schrikt oncontroleerbaar reageert (bijvoorbeeld : even waarschuwend claxonneren, gas geven om snel te kunnen passeren). Een ernstig ongeval kan het gevolg zijn.
1. Combien d’accidents impliquant des chevaux se sont-ils produits sur la voie publique au cours des trois dernières années ?
1. Hoeveel ongevallen gebeurden er op de openbare weg waarbij paarden betrokken waren de jongste drie jaar ?
2. a) Dans combien d’accidents des cyclistes étaient-ils impliqués ?
2. a) In hoeveel ongevallen waren er fietsers betrokken ?
b) Dans combien d’accidents des voitures de tourisme et des camions étaient-ils impliqués ?
b) In hoeveel ongevallen waren er personenwagens en vrachtwagens betrokken ?
c) Dans combien d’accidents des véhicules agricoles étaient-ils impliqués ?
c) In hoeveel ongevallen waren er landbouwvoertuigen betrokken ?
3. Quelles sont les causes les plus fréquentes de ce type d’accident ?
3. Wat zijn de meest voorkomende oorzaken van deze ongevallen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 251 de M. Guido De Padt du 20 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 251 van de heer Guido De Padt van 20 april 2004 (N.) :
En réponse à sa question, je peux communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5693
La question posée est de la compétence du SPF E´conomie, PME, Classes moyennes et E´nergie. L’Institut national de statistique est responsable du traitement des données en matière d’accidents de roulage avec lésions corporelles.
De materie van deze vraag valt onder de bevoegdheid van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie. Het Nationaal Instituut voor de statistiek is immers verantwoordelijk voor de verwerking van de statistieken met betrekking tot verkeersongevallen met gewonden.
J’invite l’honorable membre à poser sa question à mon collègue de l’E´conomie. (Question no 122 du 18 juin 2004.)
Ik stel aan het geachte lid voor zijn vraag aan mijn collega van Economie te stellen. (Vraag nr. 122 van 18 juni 2004.)
DO 2003200421344
DO 2003200421344
Question no 259 de M. Filip De Man du 22 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 259 van de heer Filip De Man van 22 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Cour d’arbitrage. — Arrêt du 22 juillet 2003. — Police. — Introduction de nouveaux grades. ` la suite de l’arrêt de la Cour d’arbitrage du A 22 juillet 2003, de nombreuses modifications doivent être apportées à l’arrêté « mammouth » relatif au statut des fonctionnaires de police. Il nous revient que le ministre envisage, à la suite de cet arrêt, d’introduire un certain nombre de nouveaux grades.
Arbitragehof. — Arrest van 22 juli 2003. — Politie. — Invoering van nieuwe graden.
1. De quels grades s’agit-il précisément ?
Door het arrest van het Arbitragehof van 22 juli 2003 dienen er heel wat aanpassingen te gebeuren aan het zogenaamde « Mammoet-KB » inzake statutaire bepalingen van de politieambtenaren. Wij vernemen dat de minister eraan denkt om ten gevolge van dit arrest een aantal nieuwe graden in te voeren. 1. Over welke graden gaat het precies ?
2. Quelles sont les conditions d’octroi de ces grades ?
2. Welke voorwaarden gelden om deze graden te mogen bekleden ?
3. Cette décision ne risque-t-elle pas de porter atteinte à la lisibilité et à la transparence de la structure des grades ?
3. Komt de herkenbaarheid en duidelijkheid van de gradenstructuur in het gedrang ?
4. Quand l’introduction de ces nouveaux grades est-elle prévue ? 5. Quel est le couˆt de cette opération ?
4. Wanneer is de invoering voorzien ? 5. Wat is de kostprijs van deze operatie ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 259 de M. Filip De Man du 22 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 259 van de heer Filip De Man van 22 april 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.
Comme déjà précisé dans de précédentes réponses à des questions relatives à l’arrêt du 22 juillet 2003 de la Cour d’arbitrage, je rappelle que les suites de cet arrêt feront l’objet d’un débat parlementaire : l’annulation par la Cour concerne en effet toutes des dispositions qui ont été confirmées par le législateur. L’honorable membre pourra donc participer prochainement à cette discussion.
Zoals reeds aangestipt in eerdere antwoorden op vragen met betrekking tot het arrest van 22 juli 2003 van het Arbitragehof, herhaal ik dat de gevolggeving aan dit arrest het voorwerp zal uitmaken van een parlementair debat : de vernietiging door het Hof betreft immers allemaal bepalingen die door de wetgever werden bekrachtigd. Het geachte lid zal dus weldra aan die bespreking kunnen deelnemen.
En ce qui concerne les questions précises, on peut déjà répondre ce qui suit.
Wat de preciese vragen betreft, kan reeds het volgende worden gesteld.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
720
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5694
1. Cela concerne 2 grades, à savoir celui « d’inspecteur principal avec spécialité particulière ou spécialité d’assistant de police » et le grade transitoire de « commissaire de police première classe ».
1. Het gaat over 2 graden, namelijk die van « hoofdinspecteur met bijzondere specialisatie of specialiteit politieassistent » en de overgangsgraad van « commissaris van politie eerste klasse ».
2. Le premier grade serait attribué aux membres du cadre moyen porteurs d’un diploˆme de Niv 2+, qui constitu(e)(ait) une condition réelle de recrutement. Le deuxième grade — appelé à disparaıˆtre — serait attribué aux officiers 1C de l’ex-PJP.
2. De eerste graad zou worden toegekend aan de leden van het middenkader houders van een diploma van Niv 2+ dat een daadwerkelijke aanwervingsvoorwaarde uitmaakt(e). De tweede — uitstervende — graad zou worden toegekend aan de officieren 1C van de voormalige GPP.
3. Cela ne compromet nullement la reconnaissance et la clarté de la structure actuelle des grades. En outre, il faut souligner que cela ne porte pas préjudice à la primauté de l’autorité fonctionnelle, telle que souhaitée par le législateur : voir à ce sujet l’article 120 LPI.
3. Dit brengt geenszins de herkenbaarheid en duidelijkheid van de actuele gradenstructuur in het gedrang. Bovendien weze benadrukt dat dit verder geen afbreuk doet aan de primauteit van het functioneel gezag, zoals gewild door de wetgever : zie hiervoor artikel 120 WGP.
4. L’introduction se produira au moment de l’entrée en vigueur de la loi a´ adopter, c’est-à dire, étant donné le délai raisonnable et les principes de bonne administration, avant les vacances parlementaires. 5. E´tant donné que la modification de grade concerne un nombre limité de membres du personnel de la police fédérale qui ont, en outre, un profil nonuniformisé, le coût est minime.
4. De invoering zal geschieden op het ogenblik van de inwerkingtreding van de te treffen wet, zijnde, gelet op de redelijke termijn en de beginselen van behoorlijk bestuur, vo´o´r het parlementair reces.
DO 2003200421347
DO 2003200421347
Question no 262 de M. Bart Tommelein du 23 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 262 van de heer Bart Tommelein van 23 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Organisation des appels aux services de dépannage.
Organisatie voor het oproepen van takeldiensten.
Le 17 novembre 2003, je vous ai posé une question dans l’optique d’une organisation plus efficace des appels lancés aux services de dépannage après un accident (question no 666, Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission de l’Intérieur, des Affaires générales et de la Fonction publique, 17 novembre 2003, COM 59, p. 20). Vous avez à l’époque fait référence à un projet mis en œuvre en Flandre orientale et dont vous attendiez la première évaluation dès juin. Je constate toutefois que l’adjudication n’a pas encore été cloˆturée pour ce projet et qu’elle suscite la résistance des assureurs, des clubs automobiles et des entreprises de dépannage. En d’autres termes, le dossier est dans l’impasse.
Op 17 november 2003 heb ik u een vraag gesteld om aan te sturen op een efficie¨ntere organisatie van het oproepen van takeldiensten na een ongeval (vraag nr. 666, Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt, 17 november 2003, COM 59, blz. 20). U heeft dan verwezen naar een project in Oost-Vlaanderen waarvan in juni al een eerste evaluatie beschikbaar zou zijn waarop u nog wachtte. Ik stel echter vast dat de aanbesteding voor dit project nog altijd niet rond is en dat dit op tegenstand stoot van zowel de verzekeraars, de automobielclubs en de takelsector. Het dossier zit met andere woorden volledig vast.
Le problème est pourtant très sérieux. Les frais de congestion, c’est-à-dire les frais générés par les embouteillages, peuvent occasionner des pertes économiques considérables. Des accidents survenus sur la E403 dans la région de Ruddervoorde ont récemment causé des problèmes d’embouteillages dans ma province. Il est
De problematiek is nochtans zeer ernstig. Congestiekosten, dat wil zeggen kosten ten gevolge van files, kunnen enorme economische verliezen veroorzaken. In mijn provincie zijn er recentelijk fileproblemen geweest na ongevallen op de E403 rond Ruddervoorde. Binnenkort zullen we ten gevolge van de
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
5. Vermits de graadswijziging een beperkt aantal personeelsleden van de federale politie betreft die bovendien een niet-geuniformiseerd profiel hebben, is de kostprijs minimaal.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5695
très probable que nous serons de nouveau confrontés prochainement à des files interminables à la suite des travaux prévus sur le ring d’Anvers.
werken op de Antwerpse ring naar alle waarschijnlijkheid opnieuw geconfronteerd worden met beelden van ellenlange files.
L’efficacité du projet « Detabel », en cours dans le Brabant flamand et dans le Brabant wallon, a entretemps été démontrée. Les délais d’intervention sont ` mon sens, l’argument selon extrêmement courts. A lequel ce projet serait éventuellement plus couˆteux qu’un autre système d’appel des services de dépannage, n’est pas fondé. J’ai le sentiment que ces réserves sont essentiellement inspirées par des intérêts personnels. Les pertes économiques engendrées par les embouteillages sont en effet sans commune mesure avec le supplément de couˆt d’un système permettant un dépannage plus rapide des véhicules.
Het project « Detabel » dat in Vlaams-Brabant en Waals-Brabant loopt, bewijst intussen zijn degelijkheid. De interventietijden zijn de kortst denkbare. Het argument dat dit project eventueel duurder zou kunnen zijn dan een ander systeem om takeldiensten op te roepen, snijdt volgens mij geen hout. Ik vermoed dat vooral persoonlijke belangen spelen bij diegenen die er bezwaar tegen maken. De economische verliezen ten gevolge van de files kunnen immers nooit opwegen tegen een iets duurder systeem om voertuigen sneller te kunnen wegtakelen.
J’ai conscience que les compétences en la matière appartiennent en partie aux régions mais, étant donné qu’il s’agit d’une matière d’intérêt national, je pense que le ministre de l’Intérieur a un roˆle moteur à jouer en l’espèce.
Ik ben er mij van bewust dat de bevoegdheden gedeeltelijk bij de gewesten liggen, maar vermits het hier om een zaak van nationaal belang gaat, denk ik dat de minister van Binnenlandse Zaken een voortrekkersrol moet spelen in deze materie.
Pourriez-vous indiquer si des progrès ont déjà été réalisés en la matière depuis ma précédente question parlementaire ?
Kan u meedelen of er sinds mijn vorige parlementaire vraag reeds vorderingen terzake geboekt zijn ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 262 de M. Bart Tommelein du 23 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 262 van de heer Bart Tommelein van 23 april 2004 (N.) :
L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid kan hierna de antwoorden vinden op zijn vraag.
Le projet-pilote prévu sur la E17 est toujours en cours. La police fédérale de la route a examiné l’avant dernière version du dossier d’adjudication et a transmis les adaptations nécessaires. Selon le département « Verkeerskunde » du ministère de la Communauté flamande, tous les problèmes ont été résolus, tant en ce qui concerne l’organisme de coordination des assurances qu’avec les clubs d’automobilistes et un dernier controˆle juridique est à présent effectué. L’adjudication sera probablement publiée au Moniteur belge avant les congés.
Het proefproject dat voorzien is op de E17 is nog altijd lopende. De federale wegpolitie heeft de voorlaatste versie van het aanbestedingsdossier kunnen bestuderen en heeft de nodige aanpassingen overgemaakt. Volgens de afdeling Verkeerskunde van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werden alle problemen met zowel het overkoepelend orgaan van de verzekeringen als met de automobilistenclubs uitgeklaard en wordt momenteel een laatste juridische controle uitgevoerd. De publicatie van de aanbesteding in het Belgisch Staatsblad kan nog voor de verlofperiode worden verwacht.
Le dossier a donc apparemment subi un certain retard mais ne se trouve certainement pas dans une impasse. J’estime donc qu’il est indiqué d’avoir encore un peu de patience pour le moment.
Het dossier heeft dus blijkbaar wel wat vertraging opgelopen maar zit evenwel niet muurvast. Daarom meen ik dat het voor het ogenblik aangewezen blijft om nog wat geduld uit te oefenen.
Je suis d’accord avec vous que les problèmes d’embouteillages doivent être pris au sérieux et que des mesures adéquates doivent être prises pour limiter au maximum les embouteillages mêmes ainsi que les conséquences économiques désavantageuses qu’ils entraıˆnent.
Ik ben het met u eens dat de fileproblemen ernstig moeten genomen worden en er maximaal maatregelen moeten getroffen worden om zowel de files zelf als de economisch nadelige gevolgen ervan te beperken.
En ce qui concerne le ring d’Anvers, le ministère de la Communauté flamande a élaboré un système
Wat de werken op de ring rond Antwerpen betreft, heeft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap een
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5696
permettant l’élargissement dans l’espace et dans le temps du système FAST actuel. Ce dernier prévoit une présence permanente des services de dépannage afin de réduire les bouchons en cas d’incidents.
systeem uitgedokterd dat voorziet in de uitbreiding in ruimte en tijd van het huidige FAST-systeem dat een permanente aanwezigheid voorziet van takeldiensten teneinde de files bij incidenten te beperken.
DO 2003200421383
DO 2003200421383
Question no 268 de M. Bart Tommelein du 28 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 268 van de heer Bart Tommelein van 28 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Organisation des appels aux services de dépannage.
Organisatie voor het oproepen van takeldiensten na een ongeval.
` la question que je vous ai posée concernant A l’amélioration de l’efficacité des appels aux services de dépannage après un accident, vous avez répondu qu’un dossier d’adjudication était en cours au ministère de la Communauté flamande (Routes et infrastructure) en ce qui concerne les missions de dépannage sur la E17 en Flandre orientale, et cela à titre de projet-pilote.
Op mijn vraag om aan te sturen op een meer efficie¨nte organisatie van het oproepen van takeldiensten na een ongeval antwoordde u dat bij het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Wegen en Infrastructuur een aanbestedingsdossier loopt inzake het takelen op de E17 in Oost-Vlaanderen dit bij wijze van een proefproject.
Vous espériez pouvoir procéder à une première évaluation pour l’été 2004 (question no 666, Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission de l’Intérieur, des Affaires générales et de la Fonction publique, 17 novembre 2003, COM 59, p. 20).
De minister hoopte tegen de zomer van 2004 een eerste evaluatie te kunnen maken (vraag nr. 666 van 17 november 2003, Integraal Verslag, Kamer, 20032004, commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt, 17 november 2003, COM 59, blz. 20).
Je constate que l’adjudication de ce projet n’a pas encore été cloˆturée et qu’elle suscite la résistance des assureurs, des clubs automobiles et des entreprises de dépannage.
Ik stel vast dat de aanbesteding voor dit project nog altijd niet rond is en dat dit op tegenstand stoot van zowel de verzekeraars, de automobielclubs en de takelsector.
Le problème est pourtant très sérieux. Les frais de congestion, c’est-à-dire les frais générés par les embouteillages, peuvent occasioner des pertes économiques considérables. Des accidents survenus sur la E403 dans la région de Ruddervoorde ont récemment causé des problèmes d’embouteillages dans ma province. Il est très probable que nous serons de nouveau confrontés prochainement à des files interminables à la suite des travaux prévus sur le ring d’Anvers.
De problematiek is nochtans zeer ernstig. Congestiekosten, dat wil zeggen kosten ten gevolge van files, kunnen enorme economische verliezen veroorzaken. In mijn provincie zijn er recentelijk fileproblemen geweest na ongevallen op de E403 rond Ruddervoorde. Binnenkort zullen we ten gevolge van de werken op de Antwerpse ring naar alle waarschijnlijkheid opnieuw geconfronteerd worden met beelden van ellenlange files.
L’efficacité du projet « Detabel », en cours dans le Brabant flamand et dans le Brabant wallon, a entretemps été démontrée. Les délais d’intervention sont extrêmement courts.
Het project « Detabel » dat in Vlaams-Brabant en Waals-Brabant loopt, bewijst intussen zijn degelijkheid. De interventietijden zijn de kortst denkbare.
J’ai conscience que les compétences en la matière appartient en partie aux régions mais, étant donné qu’il s’agit d’une matière d’intérêt national, je pense que le ministre de l’Intérieur a un roˆle moteur à jouer en l’espèce.
Ik ben er mij van bewust dat de bevoegdheden gedeeltelijk bij de gewesten liggen, maar vermits het hier om een zaak van nationaal belang gaat, dient de minister van Binnenlandse Zaken een voortrekkersrol te spelen.
1. Quels progrès a-t-on déjà enregistrés dans ce dossier depuis ma question parlementaire du 17 novembre 2003 ?
1. Welke vooruitgang werd in dit dossier geboekt sinds mijn parlementaire vraag van 17 november 2003 ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5697
2. Quelles initiatives le ministre peut-il prendre pour régler ce dossier dans les plus brefs délais ?
2. Welke initiatieven kan de minister nemen om dit dossier zo spoedig mogelijk af te handelen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 268 de M. Bart Tommelein du 28 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 268 van de heer Bart Tommelein van 28 april 2004 (N.) :
L’honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid kan hierna de antwoorden vinden op zijn vraag.
Pour la réponse à ses questions je renvoie l’honorable membre à la réponse fournie à sa question no 262 du 23 avril 2004 concernant l’organisation des appels lancés aux services de dépannage (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 37, p. 5694).
Wat het antwoord op zijn vragen betreft, verwijs ik het geachte lid naar het antwoord op zijn schriftelijke vraag nr. 262 van 23 april 2004 betreffende de organisatie voor het oproepen van takeldiensten (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 37, blz. 5694).
DO 2003200421402
DO 2003200421402
Question no 270 de M. Jan Mortelmans du 30 avril 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 270 van de heer Jan Mortelmans van 30 april 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Policiers. — Prime de proximité.
Politiepersoneel. — Nabijheidstoelage.
Dans l’arreˆté ministériel du 28 décembre 2001 portant exécution de certaines dispositions de l’arreˆté royal du 30 mars 2001 portant la position juridique du personnel des services de police, une prime de proximité est prévue pour les membres du personnel du cadre de base qui appartiennent à un corps de la police locale et dont la plus grande partie des activités consiste à remplir une fonction, soit d’accueil policier, soit de première intervention, soit d’agent de police de quartier ou de secteur, et que le chef de corps désigne pour l’accomplissement d’une telle fonction. Le législateur octroie donc une prime de proximité aux fonctionnaires de police du cadre de base dont la taˆche consiste principalement à entrer en contact avec la population. Les membres d’un service de sécurité routière et les membres d’un service TPA (traitement policier autonome), par exemple, n’entrent manifestement pas en ligne de compte pour bénéficier de cette ` l’évidence, il n’a pas été tenu prime de proximité. A compte d’une série de services créés localement tels que les services de sécurité routière et les services TPA.
In het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, wordt een nabijheidstoelage voorzien voor personeelsleden van het basiskader die behoren tot een korps van de lokale politie en die, voor het belangrijkste deel van hun activiteiten een ambt uitoefenen van ofwel politioneel onthaal, eerste interventie of van wijk- of sectorpolitieagent, en die door de korpschef voor een dergelijk ambt worden aangewezen. De wetgever kent dus een nabijheidsvergoeding toe aan politieambtenaren van het basiskader die overwegend in contact komen met de bevolking. De leden van een plaatselijke verkeersdienst en leden van bijvoorbeeld een apadienst (autonome politionele afhandeling) komen blijkbaar voor deze nabijheidstoelage niet in aanmerking. Er werd blijkbaar geen rekening gehouden met een aantal plaatselijk opgerichte diensten zoals verkeers- en apadiensten.
Ne pensez-vous pas que tous les policiers du cadre de base qui accomplissent principalement des missions opérationnelles devraient entrer en ligne de compte pour bénéficier de cette prime de proximité ?
Bent u niet van oordeel dat alle politiemensen van het basiskader die overwegend operationele taken uitvoeren in aanmerking moeten komen voor deze nabijheidstoelage ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 270 de M. Jan Mortelmans du 30 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 270 van de heer Jan Mortelmans van 30 april 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5698
L’intention initiale était d’octroyer l’allocation de police de proximité uniquement aux membres du personnel du cadre de base qui, au sein de la police locale, exercent la fonction d’agent de quartier, laquelle constitue la pierre angulaire du community policing. Au cours des négociations menées dans le cadre de la réforme des polices, il a cependant été convenu d’étendre le droit à l’allocation de fonction de police de proximité à d’autres taˆches de police de base générale en contact avec le public et donc de l’accorder également aux membres du personnel du cadre de base de la police locale faisant partie d’un service d’intervention ou chargés de l’accueil policier.
Initieel was het de bedoeling dat de functietoelage voor nabijheidspolitie enkel werd toegekend aan de personeelsleden van het basiskader die bij de lokale politie de functie van wijkagent uitoefenen en dit op basis van de gedachte dat de functie van wijkagent de hoeksteen vormt van de community policing. Tijdens de onderhandelingen in het raam van de politiehervorming werd evenwel overeengekomen om het recht op de functietoelage voor nabijheidspolitie uit te breiden naar de andere functionaliteiten met een algemene basispolitietaak in contact met de burger en deze toelage dus ook toe te kennen aan de personeelsleden van het basiskader van de lokale politie die deel uitmaken van een interventiedienst of die instaan voor het politioneel onthaal.
Accorder, comme vous le proposez, l’allocation de fonction de police de proximité à tous les membres du cadre de base qui exécutent principalement des taˆches opérationnelles reviendrait, en principe, à ce que tous les membres du cadre de base puissent bénéficier de ladite allocation, ce qui lui ferait perdre son caractère fonctionnel et, partant, l’incitant financier pour les membres du personnel du cadre de base chargés de la police de base.
Indien, zoals u voorstelt, de functietoelage voor nabijheidspolitie wordt toegekend aan alle leden van het basiskader die « overwegend operationele taken uitvoeren », zou dit in principe betekenen dat alle leden van het basiskader voornoemde toelage zouden genieten, waardoor die toelage haar functioneel karakter zou verliezen en derhalve geen financie¨le motivator meer zou inhouden voor de personeelsleden van het basiskader die instaan voor de basispolitiezorg.
Par contre, cela entraıˆnerait une augmentation générale du traitement de chaque membre du personnel du cadre de base, ce qui va à l’encontre de la nature meˆme d’une allocation de fonction.
Het zou daarentegen een algemene verhoging van de wedde van elk personeelslid van het basiskader tot gevolg hebben, wat haaks zou staan op de aard zelf van een functionele toelage.
DO 2003200421416
DO 2003200421416
Question no 272 de M. Roel Deseyn du 3 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 272 van de heer Roel Deseyn van 3 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Cybercriminalité. — Effectif du personnel de la FCCU.
Computercriminaliteit. — Bezetting van de FCCU.
En marge d’une autre question, vous avez indiqué dans quelle mesure les unités chargées de lutter contre la criminalité informatique (la FCCU et les CCU) seraient renforcées dans les années à venir. Or, beaucoup de points restent encore obscurs.
In de rand van een andere vraag gaf u aan hoe de eenheden die de computercriminaliteit aanpakken (FCCU en CCU) de komende jaren zouden versterkt worden. Veel is echter onzeker gebleven.
1. Quel effectif les pays voisins tels que les PaysBas, la Grande-Bretagne et l’Allemagne prévoient-ils pour effectuer des patrouilles proactives sur l’internet ?
1. Hoeveel personen zijn in omliggende landen als Nederland, Groot-Brittannie¨ en Duitsland voorzien om proactief te patrouilleren op het internet ?
2. Combien de personnes sont mobilisées à cet effet en Belgique ?
2. Hoeveel zijn er daar momenteel actief mee bezig bij ons ?
3. Ces personnes sont-elles affectées à temps plein à cette mission ?
3. Werken deze personen fulltime op deze taak ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5699
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 272 de M. Roel Deseyn du 3 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 272 van de heer Roel Deseyn van 3 mei 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
1. — En Allemagne, treize personnes sont chargées, au niveau de la police fédérale, de mener des patrouilles sur internet. De même, au sein du Corps de douane allemand a été mise sur pied une cellule Internet chargée d’élaborer une approche ciblée des délits fiscaux — crimes, copyright — et du trafic des espèces animales menacées. Cette unité comptera vingt-six effectifs une fois qu’elle sera entièrement opérationnelle. Les unités policières locales allemandes mènent également des recherches sur Internet, mais davantage à la suite de délits spécifiques liés à cette problématique.
1. — In Duitsland zijn er dertien personen op niveau van de federale politie bezig met patrouilles op het internet. Eveneens werd er binnen het Duitse Douanecorps een cel Internet gestart voor gecibleerde aanpak van fiscale misdrijven, copyrightmisdrijven en trafiek van bedreigde diersoorten. Deze eenheid zal, volledig operationeel, zesentwintig manschappen tellen. De lokale Duitse politieeenheden doen ook onderzoek op het internet, dit is echter meer naar aanleiding van specifieke gerelateerde misdrijven.
— En Grande-Bretagne, les patrouilles sur internet sont considérées comme des actions limitées dans le temps (Child abusers, ...) et leurs interventions sont plutoˆt réactives. La « National High Tech Crime Unit » fait partie de la National Crime Squad et se compose de 57 membres répartis sur 5 sections (Intelligence; Operations; Digital; Evidence Recovery; Technical support and Administration). Par ailleurs, chacune des 43 unités de police en Angleterre et au Pays de Galles disposent d’une Computer Crime Unit d’une capacité de 2 (petite unité) à 12 effectifs (Scotland Yard). Leur mission consiste principalement à procéder à des recherches d’indices sur le terrain dans le cadre de la maltraitance d’enfants. Cependant, ces unités disposent également toutes de la compétence de procéder à des recherches sur le réseau.
— In Groot-Brittannie¨ worden de internet patrouilles beschouwd als in tijd gelimiteerde georganiseerde acties (Child abusers ...) en hun tussenkomsten zijn eerder reactief De « National High Tech Crime Unit » is er deel van het National Crime Squad en bestaat uit 57 leden verdeeld over 5 secties (Intelligence; Operations; Digital; Evidence Recovery; Technical support and Administration). Daarenboven hebben elk van de 43 police forces en Engeland en Wales een Computer Crime Unit met een bezetting van 2 (kleine eenheid) tot 12 manschappen (Scotland Yard). Hun opdracht bestaat voornamelijk uit forensic research in het raam van kindermishandeling. Zij hebben echter allen eveneens capaciteit voor netwerkonderzoek.
— Aux Pays-Bas, chacune des 25 régions du pays disposent d’un infodesk qui traite et analyse les informations accessoires par le biais de sources ouvertes (registre de la population, tribunal de commerce, internet, ... ). Le personnel de cet infodesk patrouille de manière proactive, mais en s’axant davantage sur certaines activités (par exemple la présidence imminente des Pays-Bas à la Commission européenne). En outre, les Pays-Bas disposent de 7 bureaux d’expertise numérique, répartis sur le territoire, qui sont principalement responsables des recherches d’indices sur le terrain. Ils procèdent également à des recherches de première ligne sur internet. Ces bureaux, qui se composent de 5 à 10 personnes, desservent les différentes régions graˆce à leurs connaissances et expertise informatiques.
— In Nederland hebben elk van de 25 landelijke regio’s een infodesk, waar de zachte informatie wordt verwerkt en geanalyseerd via de open bronnen (bevolkingsregister, rechtbank van koophandel, het internet, ...). Het personeel van deze infodesk patrouilleert pro-actief maar eerder gecibleerd naar bepaalde activiteiten (bijvoorbeeld het nakend voorzitterschap van Nederland in de EUCommissie). Daarnaast heeft Nederland, landelijk verspreid, 7 bureaus voor digitale expertise dewelke zich voornamelijk bezig houden met forensisch onderzoek. Zij voeren eveneens eerstelijns internet onderzoek. Deze bureaus, bevolkt met tussen van 5 tot 10 personen, bedienen de verschillende regio’s met hun aanbod aan ICT-kennis en expertise.
Au niveau national, on trouve encore le 26e corps de police qui abrite l’unité « recherche de la criminalité organisée à grande échelle ». L’unité Recherche numé-
Op landelijk niveau is er dan nog het 26ste politiekorps dat de eenheid « recherche van zware georganiseerde criminaliteit » herbergt. De eenheid
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5700
rique en est une composante et compte 25 personnes réparties comme suit :
Digitale Recherche is er een onderdeel van en bestaat uit 25 mensen als volgt verdeeld :
— 5 personnes pour la recherche numérique,
— 5 mensen voor digitale recherche,
— 6 spécialistes ICT pour R & D,
— 6 ICT specialisten voor R & D,
— 9 chercheurs Internet, assistés en permanence par un juriste tant pour les recherches proactives que réactives, ainsi que les recherches en matière de criminalité organisée sous toutes les formes de configuration sur réseau (WWW — P2P, ...),
— 9 internet rechercheurs, permanent bijgestaan door een jurist voor zowel proactief als reactief onderzoek alsmede onderzoek naar georganiseerde criminaliteit in alle vormen van netwerk configuraties (WWW — P2P...),
— 4 personnes en charge de la politique et de l’administration.
— 4 mensen voor beleid en administratie.
2. Six personnes de la section Recherches Internet de la DJF/FCCU comptent les recherches proactives sur internet parmi leurs taˆches.
2. Zes personen van de sectie Internetopsporingen van DJF/FCCU herbergen het pro-actief internetonderzoek in hun takenpakket.
3. Seule une personne est engagée à temps plein pour mener des recherches proactives sur Internet.
3. Slechts één persoon wordt fulltime ingezet voor pro-actief onderzoek op het internet.
Je refère à la réponse à la question no 274 du 4 mai 2004 de l’honorable membre R. Deseyn (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 37, p. 5702).
Hiervoor verwijs ik naar het antwoord op vraag nr. 274 van 4 mei 2004 van het geachte lid R. Deseyn (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 37, blz. 5702).
DO 2003200421417
DO 2003200421417
Question no 273 de M. Mark Verhaegen du 3 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 273 van de heer Mark Verhaegen van 3 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Soutien financier apporté aux communes en vue des élections du 13 juin 2004.
Financie¨le ondersteuning van de gemeenten voor de verkiezingen op 13 juni 2004.
Le couˆt de l’organisation des élections ne cesse d’augmenter pour les communes, alors que parallèlement les élections se multiplient. Il s’agit par ailleurs souvent d’élections qui ne concernent pas directement le niveau communal.
De kosten voor de verkiezingen lopen voor de gemeenten alsmaar op en er zijn alsmaar meer verkiezingen. Vaak zijn het verkiezingen waarbij de gemeente niet rechtstreeks betrokken is.
Les élections législatives de 2003 ont couˆté à ma commune — 9 000 habitants — la somme de 11 470 euros. Le vote électronique y avait pourtant déjà été pratiqué et il ne fallait pas acheter de nouveaux ordinateurs à cet effet.
De wetgevende verkiezingen van 2003 kostten aan mijn gemeente, met zo’n 9 000 inwoners, 11 470 euro. Nochtans was het niet de eerste keer dat er elektronisch moest gestemd worden en moesten hiertoe geen nieuwe stemcomputers worden aangekocht.
En cas de vote électronique, la commune est en outre censée proposer des sessions d’information aux électeurs qui ne sont pas familiarisés avec l’outil informatique. Dans ma commune, un membre du personnel de l’administration communale s’occupe quasi exclusivement de cette taˆche au cours du mois qui précède les élections.
Daarbij komt dat bij elektronisch stemmen elke gemeente geacht wordt haar stemplichtigen, vooral mensen voor wie een computer niet tot de dagelijkse attributen behoort, de nodige kennis door oefening bij te brengen. Hierdoor is voor mijn gemeente de maand vo´o´r de verkiezingen één personeelslid grotendeels benomen.
En réponse à une question posée par Bart De Smet dans le cadre de la discussion au Parlement flamand du budget des Affaires intérieures pour l’année 2004 (Doc. parl., Parlement flamand, doc. 15, 2003-2004,
Op een vraag van Bart De Smet tijdens de bespreking van de begroting « Binnenlandse Aangelegenheden 2004 » in het Vlaams Parlement (Parl. St., Vlaams Parlement, stuk 15, 2003-2004, nr. 9-A), omtrent het
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5701
no 9-A) relative à la prise en charge du couˆt de l’appareillage informatique à acheter par les communes en vue des prochaines élections européennes et régionales, le ministre a précisé qu’en 2004 le vote électronique ne relevait pas de la responsabilité des autorités flamandes, que les élections étaient organisées au niveau fédéral et qu’il avait été décidé que la réglementation appliquée en 2003 serait reconduite. Les électeurs ayant voté par voie électronique en 2003 pourront également le faire en 2004. Le problème du financement n’a pas été abordé par le ministre. 1. Le gouvernement est-il disposé à intervenir dans le couˆt que représente pour les communes l’organisation des élections du 13 juin 2004 ? 2. Dans l’affirmative, selon quelles modalités ? 3. Dans la négative, pourquoi ? Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 273 de M. Mark Verhaegen du 3 mai 2004 (N.) : 1, 2 et 3. La répartition des dépenses causées par l’organisation des élections est réglée par l’article 130 du Code électoral. Cet article renvoie à l’article 4, alinéa 2, de la loi spéciale du 16 juillet 1993 visant à achever la structure fédérale de l’E´tat et à compléter la législation électorale relative aux régions et aux communautés. L’article 4, alinéa 2, de cette loi spéciale est libellé comme suit : « Dans le cas d’élections simultanées pour le renouvellement des Chambres législatives et des conseils régionaux et communautaires, les primes d’assurances destinées à couvrir les dommages corporels résultant des accidents survenus aux membres des bureaux électoraux dans l’exercice de leurs fonctions, les frais de déplacement exposés par les électeurs, les jetons de présence et les indemnités de déplacement des membres des bureaux électoraux, sont pris en charge à raison de 35 % par l’ensemble des régions et communautés concernées. Dans le cas d’élections simultanées pour le renouvellement du Parlement européen et des conseils régionaux et communautaires, les dépenses visées à l’alinéa 3 sont prises en charge à raison de 50 % par l’ensemble des régions et communautés concernées. » L’article 130 du Code électoral dispose en outre : « Sont à charge des communes, les urnes, cloisons, pupitres, enveloppes et crayons qu’elles fournissent d’après les modèles approuvés par le Roi. »
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
tenlastenemen van de kosten voor de stemmachines die gemeenten moeten aankopen met het oog op de komende Vlaamse en Europese verkiezingen, antwoordde de minister dat het geautomatiseerd stemmen in 2004 niet de verantwoordelijkheid is van de Vlaamse overheid, dat de verkiezingen federaal georganiseerd worden en dat er beslist is dat dezelfde regeling als in 2003 geldig blijft. Wie toen automatisch stemde, zal dat ook kunnen in 2004. Over wie opdraait voor de financiering laat de minister ons in het ongewisse. 1. Is de regering bereid tussen te komen in de kosten voor de gemeenten voor het organiseren van de verkiezingen van 13 juni 2004 ? 2. Zo ja, op welke wijze zal dit gebeuren ? 3. Zo neen, wat is de reden hiertoe ? Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 273 van de heer Mark Verhaegen van 3 mei 2004 (N.) : 1, 2 en 3. De verdeling van de verkiezingsuitgaven wordt geregeld door artikel 130 van het Algemeen Kieswetboek. Dit artikel verwijst naar artikel 4, tweede lid, van de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur en tot aanvulling van de kieswetgeving met betrekking tot de gewesten en de gemeenschappen. Dit artikel 4, tweede lid, van deze bijzondere wet luidt als volgt : « Wanneer de verkiezingen voor de vernieuwing van de Wetgevende Kamers en de gewest- en gemeenschapsraden terzelfder tijd plaatshebben, zijn de verzekeringspremies ter vergoeding van de lichamelijke letsels die de leden van de kiesbureaus in de uitoefening van hun ambt hebben opgelopen, de reiskosten voorgelegd door de kiezers, het presentiegeld en de reiskostenvergoeding van de leden van de kiesbureaus voor 35 % ten laste van al de betrokken gemeenschappen en gewesten. Wanneer de verkiezingen voor de vernieuwing van het Europees Parlement en van de gewest- en gemeenschapsraden terzelfdertijd plaats hebben, zijn de in het derde lid bedoelde uitgaven voor 50 % ten laste van al de betrokken gemeenschappen en gewesten. » Artikel 130 van het Kieswetboek bepaalt verder : « Ten laste van de gemeenten zijn de stembussen, schotten, lessenaars, omslagen en potloden die zij leveren volgens de door de Koning goedgekeurde modellen. » 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
721
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5702
En ce qui concerne le vote automatisé, j’attire l’attention de l’honorable membre sur l’article 3 de la loi du 11 avril 1994 organisant le vote automatisé. Cet article fixe la facon dont les frais du vote automatisé sont répartis entre l’E´tat et les communes.
Wat betreft de geautomatiseerde stemming, vestig ik de aandacht van het geachte lid op artikel 3 van de wet van 11 april 1994 ter organisatie van de geautomatiseerde stemming. Dit artikel bepaalt hoe de kosten bij de geautomatiseerde stemming verdeeld worden tussen de Staat en de gemeenten.
La répartition des frais entre l’E´tat, les régions, les communautés et les communes pour l’organisation des élections du 13 juin 2004 est donc fixée par la loi. Par conséquent, le gouvernement est tenu de respecter ces dispositions.
De verdeling van de kosten tussen de Staat, de gewesten, de gemeenschappen en de gemeenten voor het organiseren van de verkiezingen van 13 juni 2004 is dus vastgelegd in de wet. De regering kan hier bijgevolg niet van afwijken.
DO 2003200421419
DO 2003200421419
Question no 274 de M. Roel Deseyn du 4 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 274 van de heer Roel Deseyn van 4 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Cybercriminalité. — Investissements dans la FCCU. — Cadre du personnel.
Computercriminaliteit. — Investeringen in de FCCU. — Personeelsformatie.
Dans le cadre d’une autre question, vous avez donné des précisions sur la manière dont la FCCU sera renforcée dans les années à venir. De nombreuses questions demeurent toutefois sans réponse.
In de rand van een andere vraag gaf u aan hoe de FCCU de komende jaren zou versterkt worden. Veel is zeker onzeker gebleven.
1. a) Quand l’étude de la FCCU que vous avez évoquée et qui devrait permettre d’appréhender de manière plus précise le phénomène de la cybercriminalité, sera-t-elle terminée ?
1. a) Wanneer zal de studie van de FCCU waarover u spreekt, en die een beeld zou schetsen van het fenomeen computercriminaliteit, klaar zijn ?
b) Dispose-t-on déjà de conclusions intermédiaires ?
b) Zijn er reeds voorlopige conclusies ?
2. Vous avez déclaré qu’une équipe de six personnes seulement est chargée de recherches proactives sur l’internet.
2. U gaf aan dat slechts zes personen proactief opsporingen doen op het internet.
a) Quelles mesures prendra-t-on au cas ou` l’étude démontrerait que cet effectif est insuffisant ?
a) Wat indien de studie aantoont dat dit aantal onvoldoende is ?
b) Une extension du cadre du personnel par l’engagement de spécialistes est-elle envisageable à court terme ?
b) Kan de personeelsformatie op korte termijn worden uitgebreid met specialisten ?
c) Des mutations de personnel vers la FCCU sontelles envisageables ?
c) Is een mutatie van personeelsleden naar de FCCU mogelijk ?
d) Existe-t-il des programmes de recyclage à cet effet ?
d) Bestaan daarvoor herscholingsprogramma’s ?
e) Le cas échéant, est-on disposé à élaborer de tels programmes ?
e) Is men bereid die op te zetten ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 274 de M. Roel Deseyn du 4 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 274 van de heer Roel Deseyn van 4 mei 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5703
1. a) Les résultats de l’étude sont attendus d’ici fin 2004.
1. a) De resultaten van de studie worden verwacht tegen eind 2004.
b) Aucune conclusion provisoire n’a encore été formulée.
b) Er zijn nog geen voorlopige conclusies.
2. a) Je n’ai jamais affirmé que 6 personnes se chargeaient exclusivement des recherches proactives sur internet. Les six personnes citées par l’honorable membre sont des membres de la section Recherches Internet de la FCCU qui fournit non seulement un travail proactif sur internet, mais également :
2. a) Ik heb nooit gesteld dat 6 personen zich uitsluitend bezig hielden met proactief onderzoek op het internet. De zes personen aangehaald door het geachte lid zijn de leden van de sectie Internetopsporingen van de FCCU die niet enkel proactief werk op het internet verrichten, maar ook :
— une assistance des unités pour les identifications d’internautes auprès de certains fournisseurs étrangers,
— het bijstaan van eenheden voor identificaties van internauten bij sommige buitenlandse providers,
— le traitement des signalements d’activités illégales sur internet auprès du Point de contact central judiciaire,
— de behandeling van de meldingen van illegale activiteiten op het internet op het Centraal Gerechtelijk Meldpunt,
— une assistance aux unités dans le cadre du traitement de dossiers réactifs sur internet.
— het bijstaan van eenheden bij de behandeling van reactieve dossiers op internet.
Seule une de ces 6 personnes est engagée à temps plein pour mener des recherches proactives sur internet.
Slechts één van deze 6 personen wordt full-time ingezet voor proactief onderzoek op internet.
On ne sait pas avec certitude s’il est déjà indiqué de mobiliser davantage de personnel pour les recherches proactives sur internet. Ces recherches ne peuvent être entamées qu’à la requête du parquet (fédéral).
Het is niet zeker of het thans al aangewezen is om meer personeel in te zetten op het proactief onderzoek op internet. Proactieve onderzoeken kunnen slechts opgestart worden op vordering van het parket of het federaal parket.
b) Les effectifs actuels ne permettent pas une augmentation de la capacité pour ces activités de recherches sans que cette hausse ne porte atteinte à l’assistance offerte aux recherches réactives ou au traitement des signalements auprès du Point de contact central judiciaire sur internet. S’il devait y avoir davantage de requêtes relatives à des recherches proactives, il conviendra, comme pour d’autres phénomènes, d’examiner la manière dont l’éventuelle capacité supplémentaire pourra être trouvée.
b) In de huidige personeelsbezetting kan een verhoging van de capaciteit voor deze onderzoeksactiviteiten niet worden gerealiseerd zonder dat dit ten nadele komt van de bijstand voor de reactieve onderzoeken of voor de verwerking van de meldingen op het Centraal Gerechtelijk Meldpunt op internet. Mochten er meer vorderingen voor proactieve onderzoeken toekomen, dan zal, zoals voor andere fenomenen, moeten nagegaan worden op welke wijze de eventuele extra capaciteit kan worden gevonden.
L’effectif théorique (cadre organique) de la FCCU a été fixé à 21 membres du personnel.
De theoretische personeelsbezetting (organieke tabel) van de FCCU is vastgesteld op 21 personeelsleden.
Actuellement, 18 de ces emplois sont pourvus. Seuls 2 postes de personnel opérationnel sont vacants. Le troisième est prévu pour un membre du personnel Calog.
Thans zijn 18 van deze plaatsen ingevuld. Slechts 2 plaatsen voor operationeel personeel zijn vacant. De derde bediening is voorzien voor een Calogpersoneelslid.
c) La police fédérale s’efforce à faire en sorte que, dans le courant de 2004, ces 2 postes opérationnels vacants puissent être pourvus par le biais de détachements de la police locale à la FCCU.
c) De federale politie streeft er naar om nog in de loop van 2004 de 2 vacante operationele plaatsen, bij wijze van detacheringen uit de lokale politie, in de FCCU in te vullen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5704
Ces personnes seront engagées sur la base de leurs connaissances et expérience en informatique.
De personen zullen worden aangeworven op basis van hun informaticatechnische kennis en ervaring.
d) La formation des nouveaux membres de la FCCU comporte :
d) De vorming voor nieuwe leden van FCCU bestaat uit :
— la formation générale pour tout le personnel engagé dans les services de recherches judiciaires;
— de algemene vorming voor alle personeel dat te werk gesteld wordt in de gerechtelijke recherchediensten;
— la formation de base de 30 à 40 jours pour les membres de la CCU, comme prévu pour la période 2004-2006;
— de basisvorming van 30 à 40 dagen voor CCUleden zoals is voorzien over de periode 20042006;
— des formations spécialisées « Recherches sur internet » aux organisations policières internationales comme Interpol ou Europol;
— gespecialiseerde vormingen « Internetopsporingen » bij internationale politieorganisaties als Interpol of Europol;
— la participation à des groupes de travail nationaux et internationaux en la matière.
— deelname aan nationale en internationale werkgroepen terzake.
La formation de base CCU prévoit un module intitulé « Recherches sur internet ».
Binnen de basis CCU-opleiding is een module « Internetopsporingen » voorzien.
e) En fonction des résultats de l’étude susmentionnée, on évaluera si la capacité de la FCCU doit encore être augmentée afin de pouvoir combattre plus efficacement certains nouveaux phénomènes.
e) In functie van de resultaten van de reeds vermelde studie zal gee¨valueerd worden of de capaciteit van de FCCU nog moet worden opgetrokken om een aantal nieuwe fenomenen beter te kunnen bestrijden.
DO 2003200421467
DO 2003200421467
Question no 278 de M. François-Xavier de Donnea du 10 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur : ´Etudiants étrangers. — Demandes de regroupement familial.
Vraag nr. 278 van de heer François-Xavier de Donnea van 10 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Combien d’étrangers séjournant en Belgique avec un statut d’étudiant ont introduit avec succès une demande de regroupement familial ?
Hoeveel buitenlanders die met de status van student in Belgie¨ verblijven hebben met gunstig gevolg een aanvraag tot gezinshereniging ingediend ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 278 de M. François-Xavier de Donnea du 10 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 278 van de heer François-Xavier de Donnea van 10 mei 2004 (Fr.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
Votre question peut être comprise de deux manières.
Uw vraag kan op twee manieren worden begrepen.
Si vous souhaitez connaıˆtre le nombre d’étrangers autorisés au séjour en Belgique en qualité d’étudiant, qui ont obtenu un changement de statut du fait de leur mariage avec un étranger en séjour illimité ou établi en Belgique ou avec un Belge, mon administration ne dispose pas de statistiques.
Mijn dienst beschikt niet over statistieken indien het gaat om het aantal vreemdelingen die worden gemachtigd tot een verblijf in Belgie¨ in de hoedanigheid van student en die een wijziging van hun statuut hebben verkregen als gevolg van hun huwelijk met een vreemdeling, die is gemachtigd tot een verblijf van onbepaalde duur of die in Belgie¨ is gevestigd, of met een Belg.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Buitenlandse studenten. — Aanvragen tot gezinshereniging.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5705
Si vous souhaitez connaıˆtre le nombre de demandes de regroupement familial introduites par les membres de la famille d’étrangers autorisés en Belgique en qualité d’étudiant, je peux vous indiquer qu’en 2003, 164 autorisations de séjour ont été accordées à des membres de la famille d’étudiant et que 25 visas ont été refusés.
Indien het gaat om het aantal aanvragen tot gezinshereniging die worden ingediend door de familieleden van vreemdelingen die gemachtigd zijn tot een verblijf in Belgie¨ in de hoedanigheid van student, kan ik u meedelen dat in 2003, 164 machtigingen tot verblijf werden toegekend aan de familieleden van een student en dat 25 visa werden geweigerd.
DO 2003200421489
DO 2003200421489
Question no 280 de M. Mark Verhaegen du 13 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 280 van de heer Mark Verhaegen van 13 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Mesures d’aide en faveur des communes de très petite taille confrontées à des frais de police excessifs.
Steunmaatregelen ingevolge exorbitante politiekosten voor de zeer kleine gemeenten.
Baarle-Hertog est la plus petite commune de mon arrondissement. Il s’agit d’une région rurale qui forme une enclave avec une partie des Pays-Bas et qui se caractérise par son paysage pittoresque et son calme. On y rencontre encore des charrues et la criminalité y est quasiment inexistante. ` la suite de la réforme des polices, cette commune A a été intégrée dans la zone de police de Turnhout. Dans cette entité plus large, la dotation pour le fonctionnement de la police a triplé, ce qui constitue un désavantage majeur. La commune avait pourtant pris les dispositions nécessaires pour garantir la sécurité de ses habitants avant la réforme des polices.
De kleinste gemeente van mijn arrondissement is Baarle-Hertog. Een landelijk oord dat deels een enclave vormt met Nederland en gekenmerkt wordt door haar pittoreske landschap en rust. De kar ratelt nog over de keien en van criminaliteit kan men hier bezwaarlijk gewag maken.
Certes, cette augmentation s’avère limitée en termes absolus mais, pour une petite commune d’un peu plus de 2 000 habitants, le montant est cependant excessif et il risque de paralyser les services communaux.
In absolute cijfers is de meerkost weliswaar beperkt, maar voor een kleine gemeente van net iets boven de 2 000 inwoners neemt deze wel buitensporige proporties aan en dreigt de gemeentediensten te verlammen.
D’ou` le cri de détresse lancée par l’administration communale de Baarle-Hertog.
Vandaar dat het gemeentebestuur van BaarleHertog een noodkreet slaakt.
1. A-t-on prévu des fonds ou d’autres mesures d’aide auxquels peuvent prétendre, sous certaines conditions, les communes de très petite taille et les communes particulièrement vulnérables sur le plan financier qui, confrontées aux conséquences financières de la réforme des polices, se sont retrouvées dans une situation financière précaire ?
1. Zijn er voor de zeer kleine en financieel erg kwetsbare gemeenten die, geconfronteerd met de financie¨le gevolgen van de politiehervorming, in een precaire situatie zijn terecht gekomen, fondsen of andere steunmaatregelen beschikbaar waarop onder voorwaarden een beroep kan gedaan worden ?
2. Dans l’affirmative, quelle procédure convient-il de suivre pour pouvoir en bénéficier ?
2. Zo ja, welke procedure dient gevolgd te worden om hiervan te kunnen genieten ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 280 de M. Mark Verhaegen du 13 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 280 van de heer Mark Verhaegen van 13 mei 2004 (N.) :
En premier lieu, je puis communiquer que la Commission d’accompagnement de la réforme des services de police au niveau local a évalué et examiné
Vooreerst kan ik meedelen dat het financieringsmechanisme voor de lokale politie in al haar aspecten werd gee¨valueerd en onderzocht door de Commissie
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Door de politiehervorming is deze gemeente opgenomen in de politiezone Turnhout. Binnen dit groter geheel is de dotatie voor de politiewerking verdrievoudigd. Men kan hier warempel spreken van een schaalnadeel. Nochtans deed deze gemeente ook vo´o´r de politiehervorming het nodige voor de veiligheid van haar bevolking.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5706
le mécanisme de financement pour la police locale dans tous ses aspects.
ter begeleiding van de politiehervorming op lokaal niveau.
Cette commission a suggéré d’évoluer à l’avenir vers une solide loi de financement en partant des mesures transitoires actuelles. Ces recommandations figurent dans le « Rapport d’évaluation intermédiaire d’octobre 2003 » de la Commission d’accompagnement de la réforme des services de police au niveau local. Ce rapport fut déjà transmis et a été discuté d’une manière circonstanciée.
Deze commissie beveelde aan om te evolueren van de huidige overgangsmaatregelen naar een solide financieringswet in de toekomst. Deze aanbevelingen zijn terug te vinden in het « Tussentijds Evaluatieverslag oktober 2003 » van de Commissie ter begeleiding van de politiehervorming op lokaal niveau. Dit rapport werd al overgemaakt en uitvoerig besproken.
Les points de départ du mécanisme de financement pour la police locale, tels que définis jadis dans les accords avec les Unions des villes et communes, doivent être respectés et consolidés. Le concept d’un nouveau mécanisme de financement est, à présent, élaboré avec un soutien scientifique indépendant. La masse budgétaire actuelle servira de base pour les nouveaux calculs techniques.
De uitgangspunten van het financieringsmechanisme voor de lokale politie, zoals destijds vastgelegd in de akkoorden met de Verenigingen van steden en gemeenten, dienen te worden gerespecteerd en geconsolideerd. Het concept inzake een nieuw financieringsmechanisme wordt nu uitgewerkt met een onafhankelijke wetenschappelijke ondersteuning. De nieuwe technische berekeningen zullen vertrekken van de huidige budgettaire massa.
Je tiens encore à souligner le fait que les communes d’une zone pluricommunale peuvent, en premier lieu, décider librement et solidairement de la manière dont la dotation communale à la zone de police, est répartie entre elles, ce qui est donc, le cas échéant, aussi applicable pour Baarle-Hertog.
Hierbij wil ik nogmaals de aandacht vestigen op het feit dat de gemeenten van een meergemeentenzone in eerste instantie volledig vrij en solidair kunnen beslissen over de wijze waarop de gemeentelijke dotatie aan de politiezone, onder hen wordt verdeeld, wat dus in casu ook geldt voor Baarle-Hertog.
Ce n’est qu’en deuxième lieu, donc lorsque les communes d’une zone pluricommunale n’arrivent pas à un accord entre elles, que l’autorité fédérale impose une clé de répartition, mieux connue sous l’appellation 60-60-20.
Het is pas in tweede instantie, namelijk wanneer de gemeenten van een meergemeentenzone het onderling niet eens geraken, dat de federale overheid een verdeelsleutel oplegt, beter gekend onder de 60-60-20regeling.
Dans cet exemple concret (Baarle-Hertog), mes services ont constaté que les dotations communales avaient été surévaluées suite à la surestimation des dépenses en personnel et suite à une sous-estimation des dotations fédérales obtenues.
In dit concreet voorbeeld (Baarle-Hertog) hebben mijn diensten vastgesteld dat de gemeentelijke dotaties werden overraamd. Deze overraming is een gevolg van een overschatting van de personeelsuitgaven en wegens een onderestimatie van de verkregen federale toelagen.
Par ailleurs, je voudrais nuancer votre affirmation selon laquelle « cette commune avait déjà fait le nécessaire pour la sécurité de ses citoyens avant la réforme des polices ». Il ressort d’une recherche que la commune concernée ne peut absolument pas être qualifiée de bon élève.
Daarnaast wil ik uw bewering dat « deze gemeente reeds voor de politiehervorming het nodige deed voor de veiligheid van haar burgers » toch nuanceren. Een onderzoek naar deze stelling toont aan dat de betreffende gemeente in feite helemaal niet als een goede leerling kan bestempeld worden.
Une bonne illustration de cette constatation est que méme en 2001, Baarle-Hertog n’avait aucun agent de police opérationnel à son cadre. Vous devez savoir qu’en 1994 a été pris un arreˆté royal qui fixait la norme minimale en personnel opérationnel (donc un réel plancher) pour Baarle-Hertog à 2 membres du personnel (opérationnel). J’ai fait vérifier le cadre du personnel de Baarle-Hertog depuis 1996 et depuis lors jusqu’en 2001, cette commune n’a fait aucun effort pour remplir ce cadre. Comme il n’y avait aucun membre du personnel, il n’y avait donc pas non plus de charge budgétaire.
Een goede illustratie hiervan, blijkt uit het feit dat zelfs in 2001 Baarle-Hertog geen operationele politieagenten op haar personeelsformatie had staan. U dient te weten dat in 1994 er een koninklijk besluit is uitgevaardigd dat de minimale personeelsformatie (dus een echte ondergrens) voor Baarle-Hertog reeds op 2 personeelsleden (operationeel) bepaalde. Ik heb de personeelsbezetting van Baarle-Hertog laten teruggaan tot in 1996, en van toen tot in 2001 heeft deze gemeente geen enkele inspanning geleverd om dit kader in te vullen. Vermits er geen personeelsleden waren, bestond er dus ook geen budgettaire last.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5707
On s’attelle effectivement à un nouveau modèle de financement. Entre temps, des échos nous parviennent de certaines communes qui estiment qu’elles se trouvent dans des difficultés budgétaires en raison de la réforme des polices.
Er wordt inderdaad gewerkt aan een nieuw financieringsmodel. In afwachting daarvan bereiken ons geregeld berichten van gemeenten die stellen dat ze zich door de politiehervorming in budgettaire moeilijkheden bevinden.
Ces dossiers font l’objet d’une analyse (comme ce fut le cas pour la présente question).
Deze dossiers maken het voorwerp uit van een analyse (zoals ook voor deze vraag gebeurd is).
Au cours du controˆle budgétaire 2004 une enveloppe de 5 millions d’euros a été réservée dans la division organique de la « Police fédérale et du fonctionnement intégré (section 17) ». L’affectation concrète de ce montant (provenant du financement dégressif des excédentaires dans les corps locaux) fera l’objet d’une décision gouvernementale dans le courant du mois de septembre. Ces moyens pourront alors par exemple être affectés soit au développement du projet « Plus de bleu en rue » (en rendant possible des recrutements complémentaires) soit, après avoir défini une clé de répartition légale, pour le financement complémentaire des zones dites déficitaires.
Tijdens de begrotingscontrole 2004 is binnen de begroting van de « Federale politie en de geı¨ntegreerde werking (sectie 17) » een bedrag van 5 miljoen euro geblokkeerd. De concrete toewijzing van dit bedrag (afkomstig van de afnemende federale financiering van de boventalligen in de lokale korpsen) zal het voorwerp uitmaken van een regeringsbeslissing in de loop van de maand september. Deze middelen kunnen dan bijvoorbeeld aangewend worden voor ofwel de verdere uitbouw van het project « Meer blauw op straat » (door bijkomende aanwervingen mogelijk te maken) ofwel, na te hebben voorzien in een wettelijke verdeelsleutel, voor de bijkomende financiering van de zogenaamde deficitaire zones.
DO 2003200421526
DO 2003200421526
Question no 282 de M. Melchior Wathelet du 19 mai 2004 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 282 van de heer Melchior Wathelet van 19 mei 2004 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Absence d’uniformisation des formations dispensées par les différentes écoles de police du Royaume. — Nécessité d’une mise à niveau de la formation des lauréats par la Réserve générale de la police fédérale avant toute mobilité.
Geen eenvormige opleidingen aan de onderscheiden politiescholen van het Rijk. — Noodzakelijke upgrading van de opleiding van de afgestudeerden door de Algemene Reserve van de federale politie voor er sprake kan zijn van mobiliteit.
Je fais référence à la question no 859 que M. Joseph Arens vous a posée sur l’uniformisation des formations dispensées par les différentes écoles de police du Royaume (Compte rendu intégral, Chambre, 20032004, commission de l’Intérieur, 17 décembre 2003, COM 109, p. 13).
Ik verwijs naar vraag nr. 859 van de heer Joseph Arens over het eenvormig maken van de opleidingen aan de onderscheiden politiescholen van het land (Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor de Binnenlandse Zaken, 17 december 2003, COM 109, blz. 13).
Dans cette réponse, vous faites savoir qu’une évaluation complète du processus de formation des membres de nos services de police était en cours.
In uw antwoord op die vraag zegt u dat het hele opleidingsproces van de politie momenteel doorgelicht wordt.
Nonobstant le fait que je souhaiterais savoir si cette évaluation est terminée et quels sont ses résultats, il me revient que les unités qui accueillent les lauréats de nos écoles de police après leur très bref passage par la Réserve générale de la police fédérale, constatent, de manière unanime, des différences quelquefois très importantes dans la formation de ces policiers, différences qui proviendraient selon elles de la liberté d’interprétation dont disposent les écoles de police dans la dispense de la formation de base des aspirantspoliciers et au terme de laquelle ces mêmes écoles de
Is die doorlichting inmiddels bee¨indigd, en wat zijn desgevallend de resultaten ervan ? Los daarvan moeten de eenheden waar de afgestudeerden van onze politiescholen na een zeer korte tussenstop bij de Algemene Reserve van de federale politie terechtkomen, allemaal vaststellen dat er soms grote verschillen zijn in de opleiding die deze politiemensen doorlopen hebben. Volgens de politie zijn die verschillen toe te schrijven aan de vrijheid die de politiescholen hebben bij de concrete invulling van de basisopleiding voor aspirantpolitieagenten; uit hoofde van die interpretatievrijheid
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5708
police choisissent de développer telle ou telle discipline plutoˆt que de telle ou telle autre.
kunnen de scholen meer de nadruk leggen op bepaalde vakken en andere vakken minder sterk uitbouwen.
Au regard de cette situation et des dysfonctionnements qu’elle est susceptible d’engendrer à brève échéance, n’estimez-vous pas qu’il serait opportun de maintenir les policiers fraıˆchement issus de nos écoles de police au niveau de la Réserve générale de la police fédérale, avant de leur permettre de poser leur candidature à la mobilité, pendant une période déterminée — six mois, par exemple — durant laquelle les services de la Réserve générale de la police fédérale pourraient effectuer une mise à niveau de leur formation ?
Acht u het, gelet op die situatie en de disfuncties die er mogelijk op korte termijn uit kunnen voortvloeien, niet opportuun pas aan de politieschool afgestudeerde politieagenten een tijdlang (gedurende zes maanden bijvoorbeeld) bij de Algemene Reserve van de federale politie ingedeeld te laten blijven, vo´o´r ze een aanvraag kunnen doen in het kader van de mobiliteitsregeling, opdat de Algemene Reserve van de federale politie hen in die tijd zou kunnen bijwerken ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 282 de M. Melchior Wathelet du 19 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 282 van de heer Melchior Wathelet van 19 mei 2004 (Fr.) :
L’honorable membre trouvera ci-dessous réponse à ses questions.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.
Faisant suite à la question de M. Joseph Arens sur l’uniformisation des formations dispensées par les différentes écoles de police du Royaume, j’ai répondu en date du 17 décembre 2003 qu’une évaluation globale du processus de formation (EVA 2003) était en cours. Cette évaluation est actuellement dans sa phase finale.
De vraag van de heer Joseph Arens betreffende de uniformisering van de opleidingen gegeven door de verschillende politiescholen van het Rijk, heb ik beantwoord op 17 december 2003, stellende dat een algemene evaluatie van de opleidingsprocessen (EVA 2003) aan de gang is. Deze evaluatie is actueel in haar laatste fase.
L’évaluation tiendra compte des recommandations en matière d’uniformisation des formations émises par la Commission d’accompagnement de la mise en place de la police locale, lesquelles sont, entre-temps, devenues définitives.
De evaluatie zal rekening houden met de aanbevelingen inzake de uniformisering van de opleidingen van de Commissie ter begeleiding van de inplaatsstelling van de lokale politie, welke thans definitief zijn geworden.
La formation professionnelle vise à donner un profil final au policier (ou à la policière); à cette fin, une formation d’une durée d’un an est suffisante.
Als finaliteit van de beroepsopleiding wordt een eindprofiel van de politieman of -vrouw betracht, waarvoor een opleidingstermijn van 1 jaar moet volstaan.
` première vue, il ne semble pas y avoir de A problème en ce qui concerne ce profil final.
Op het eerste gezicht, lijkt er ook geen probleem te zijn met dat eindprofiel.
Il ne s’avère pas non plus nécessaire de prendre des mesures, comme proposé par l’honorable membre.
Het is dan ook niet nodig een maatregel, zoals voorgesteld door het geachte lid, te treffen.
DO 2003200421548
DO 2003200421548
Question no 284 de Mme Nancy Caslo du 25 mai 2004 (N.) au vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 284 van mevrouw Nancy Caslo van 25 mei 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Intervention du pouvoir fédéral dans le couˆt d’Astrid.
Federale tegemoetkoming in de kosten van Astrid.
Il ressort de plusieurs réponses et déclarations sur le financement du réseau de communication Astrid, que les autorités fédérales prendront à leur compte les surcouˆts liés aux investissements dans Astrid. Je cite :
In diverse antwoorden en verklaringen omtrent de financiering van het communicatienetwerk Astrid blijkt dat de federale overheid de meerkosten bij de investeringen in Astrid voor haar rekening neemt. Ik citeer :
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5709
— « D’ici à la fin de la législature, le gouvernement souhaite aboutir à un réseau de communication global. Les autorités fédérales prendront en charge les surcouˆts inhérents au système Astrid. ».
— « Voor het einde van de legislatuur wil de regering in ieder geval komen tot zulk een globaal communicatienetwerk en de meerkosten bij de investeringen in Astrid zal de federale overheid voor haar rekening nemen. ».
— « Le projet Astrid doit être mis en œuvre sans surcouˆts pour les villes et les communes. ».
— « Astrid zal gerealiseerd worden zonder dat er sprake kan zijn van meerkosten voor steden en gemeenten. ».
— « L’intervention fédérale tiendra compte des investissements déjà consentis et sera déterminée en fonction d’une prise en charge des moyens nécessaires au fonctionnement correct d’une zone de police. ».
— « Er zal rekening gehouden worden met bestaande investeringen en de federale bijdrage zal worden bepaald op grond van wat nodig is voor de goede werking van een politiezone. ».
De même, il est rappelé dans le Plan national de sécurité 2004-2007 que le gouvernement entend mettre en place avant la fin de la législature un réseau de communication global (Astrid) auquel tous les services d’urgences, les services de secours, les services de police et le centre de crise seront raccordés, les surcouˆts inhérents à ce système étant pris en charge par les autorités fédérales.
Zelfs in het Nationaal Veiligheidsplan 2004-2007 wordt herhaald : « Voor het einde van de legislatuur wil de regering in ieder geval komen tot één globaal communicatienetwerk (Astrid) waarop alle nooddiensten, hulpdiensten, politiediensten en het crisiscentrum zullen aangesloten zijn. Meerkosten bij de investeringen in Astrid zal de federale overheid voor haar rekening nemen. ».
Une certaine confusion règne toutefois encore dans de nombreuses communes et zones de police concernant le contenu concret de cette intervention du fédéral.
Toch heerst er bij vele gemeenten en politiezones nog steeds veel onduidelijkheid over de concrete invulling van die federale tegemoetkoming.
1. a) Dans quelle mesure les autorités fédérales interviendront-elles ?
1. a) In welke mate zal de federale overheid tussenkomen ?
b) Supporteront-elles l’intégralité des couˆts ?
b) Zal zij de kosten integraal dragen ?
c) Ou supporteront-elles seulement une partie des couˆts et, dans ce cas, de quelle manière celle-ci sera-t-elle calculée ?
c) Of zal zij slechts deels de kosten dragen, en op welke wijze wordt dit dan berekend ?
2. L’intervention s’applique-t-elle seulement au raccordement des services de police au réseau de communication Astrid ou vaut-elle également pour les autres services, comme le service d’incendie, la protection civile, etc. ?
2. Geldt de tegemoetkoming enkel voor de aansluiting van de politiediensten op het Astridcommunicatienetwerk of geldt deze ook voor de andere diensten, bijvoorbeeld de brandweer, civiele bescherming, enzovoort ?
3. Quelle procédure les communes et les zones de police doivent-elles suivre pour bénéficier de l’intervention du pouvoir fédéral ?
3. Welke procedure dienen de gemeenten en politiezones te volgen tot het bekomen van de federale tegemoetkoming ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur du 18 juin 2004, à la question no 284 de Mme Nancy Caslo du 25 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken van 18 juni 2004, op de vraag nr. 284 van mevrouw Nancy Caslo van 25 mei 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-dessous réponse à ses questions.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.
1. L’accord de gouvernement prévoyait une prise en charge par l’autorité fédérale du surcoût généré par les investissements réalisés dans Astrid par la police locale.
1. Het regeerakkoord voorzag dat de federale overheid de meerkost van de investeringen van de lokale politie voor Astrid op zich zou nemen.
Les zones de police devaient parallèlement envoyer des policiers locaux (au nombre de 411) en vue de
De politiezones dienden eveneens lokale politiemensen te sturen (411) om de Communicatie- en Informa-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
722
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5710
doter les Centres de communication et d’information (CIC) qui allaient assurer le dispatching au sein de ce réseau (voyez aussi les recommandations du Rapport de la commission d’accompagnement).
tiecentra (CIC) te bemannen, die zouden instaan voor de dispatching binnen dit netwerk (zie ook de aanbevelingen in het Rapport van de begeleidingscommissie).
D’une analyse plus approfondie, il s’est avéré quasiment impossible de définir la notion de « fonctionnellement minimal et nécessaire » sur laquelle allait être calculée la subvention fédérale. Par ailleurs, les zones de police n’étaient pas très disposées à se défaire d’une partie de leur personnel au profit des CIC.
Na analyse bleek dat het quasi onmogelijk is om het begrip « functioneel minimaal en noodzakelijk », waarop de federale subsidie zou berekend worden, te omschrijven. Bovendien waren de politiezones niet erg bereidwillig om een gedeelte van hun personeel af te staan ten voordele van de CIC’s.
Une piste alternative suggérée par la Commission d’accompagnement de la réforme des services de police au niveau local a alors été soumise au Conseil des ministres qui l’a approuvée les 30 et 31 mars 2004.
Een alternatieve piste, voorgesteld door de Begeleidingscommissie voor de hervorming van de politiediensten op lokaal niveau, werd op de Ministerraad van 30 en 31 maart 2004 goedgekeurd.
Aux termes de la solution retenue, le personnel composant les CIC est entièrement pris en charge par l’autorité fédérale. Il s’agit soit de personnel fédéral, soit de personnel local. Dans ce dernier cas, la zone de police obtient alors le remboursement des frais exposés pour ce membre du personnel, qu’elle peut remplacer dans le cadre d’une opération budgétairement neutre voire avantageuse.
Volgens deze oplossing wordt het personeel van de CIC’s volledig ten laste genomen door de federale overheid. Het gaat hetzij om federaal, hetzij om lokaal personeel. In het laatste geval worden de kosten die voor dit personeelslid gemaakt worden, terugbetaald aan de politiezone en die mag het personeelslid vervangen in het kader van een budgettair neutrale, zelfs voordelige, operatie.
Le gouvernement a également décidé de financer à concurrence de 10 000 euros par zone de police l’acquisition d’un appareil permettant de suivre les mouvements des équipes de la police lorsque la zone confie son dispatching aux CIC.
De regering heeft eveneens beslist om, tot beloop van 10 000 euro per politiezone, de aankoop te financieren van een toestel waarmee de bewegingen van de politieploegen kunnen gevolgd worden als de zone haar dispatching aan de CIC’s toevertrouwt.
L’effort cumulé ainsi consenti par l’autorité fédérale est de l’ordre de 25 à 30 millions d’euros sans qu’il ne soit touché aux effectifs de la police locale, ce qui n’était pas le cas dans la proposition initiale. Il s’agit par ailleurs d’un acquis récurrent pour les autorités locales. Cette piste signifie un acquis récurrent pour l’autorité locale.
Deze door de federale overheid aanvaarde gecumuleerde inspanning bedraagt nagenoeg 25 à 30 miljoen euro zonder dat aan de effectieven van de lokale politie geraakt wordt, wat niet het geval was in het oorspronkelijke voorstel. Deze piste betekent een recurrente verworvenheid voor de lokale overheid.
2. L’intégration des services de secours au sein d’Astrid est actuellement en préparation. Une étude des coûts est réalisée pour le moment. Il est prématuré d’en tirer une quelconque indication pour une éventuelle intervention financière de l’autorité fédérale.
2. Momenteel wordt de integratie van de hulpdiensten binnen Astrid voorbereid. Er wordt een kostenstudie uitgevoerd. Het is voorbarig om daar indicaties uit af te leiden voor een eventuele financie¨le tussenkomst door de federale overheid.
3. Il n’y a pas de procédure particulière qui doit être suivie.
3. Er moet geen bepaalde procedure worden gevolgd.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5711
Ministre de l’Emploi et des Pensions
Minister van Werk en Pensioenen
Emploi
Werk
DO 2003200421541
DO 2003200421541
Question no 91 de M. Jo Vandeurzen du 24 mai 2004 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :
Vraag nr. 91 van de heer Jo Vandeurzen van 24 mei 2004 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen :
Cumul des indemnités d’invalidité avec le revenu professionnel. ` concurrence de quel montant les indemnités 1. A d’invalidité peuvent-elles être cumulées avec le revenu professionnel en 2004 ? ` partir de 2006, l’assujettissement au statut 2. A complet du conjoint aidant devient obligatoire pour les revenus de l’époux indépendant attribués au ` la conjoint, et ce pour les conjoints nés après 1955. A lumière de la première question, de quelle manière les revenus attribués au conjoint aidant sont-ils pris en compte :
Cumulatie van invaliditeitsvergoedingen met het beroepsinkomen.
a) comme des revenus propres de la femme, qui ne sont dès lors pas pris en compte pour le calcul du revenu professionnel autorisé de l’époux invalide ?
a) als eigen inkomsten van de vrouw zonder dat deze inkomsten in aanmerking worden genomen voor het berekenen van het toegelaten beroepsinkomen van de invalide man;
b) comme des revenus professionnels du mari, comme c’est le cas aujourd’hui ?
b) als globale beroepsinkomsten van de man zoals op dit ogenblik gangbaar is ?
Réponse du ministre de l’Emploi et des Pensions du 15 juin 2004, à la question no 91 de M. Jo Vandeurzen du 24 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Pensioenen van 15 juni 2004, op de vraag nr. 91 van de heer Jo Vandeurzen van 24 mei 2004 (N.) :
J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre que cette matière ne tombe pas sous ma compétence mais sous celle du ministre des Affaires sociales. (Question no 123 du 15 juin 2004.)
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat deze materie niet onder mijn bevoegdheid valt, maar onder deze van de minister van Sociale Zaken. (Vraag nr. 123 van 15 juni 2004.)
Pensions
Pensioenen
1. Tot welke bedragen is cumulatie van invaliditeitsvergoeding met het beroepsinkomen toegestaan in 2004 ? 2. Vanaf 2006 wordt het volledig statuut medewerkende echtgenote verplicht voor echtgenoten die geboren zijn na 1955 voor toegekende beroepsinkomsten van de andere partner. Hoe wordt dan in functie van vraag 1 de toekenning aan de meewerkende echtgenote in aanmerking genomen :
DO 2003200421160
DO 2003200421160
Question no 25 de Mme Greet Van Gool du 21 avril 2004 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :
Vraag nr. 25 van mevrouw Greet Van Gool van 21 april 2004 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen :
Paiement de la pension d’indépendant en cas de privation de liberté.
Betaling van het pensioen van de zelfstandige bij vrijheidsberoving.
En principe, la pension n’est pas versée lorsque le bénéficiaire est incarcéré ou placé dans un établisse-
Het pensioen wordt in principe niet betaald wanneer de gerechtigde in een strafinrichting verblijft
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5712
ment. L’article 147 de l’arrêté royal du 22 décembre 1967 portant règlement général relatif à la pension de retraite et de survie des travailleurs indépendants dispose en effet que :
of geplaatst is in een instelling. Artikel 147 van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen stelt immers :
« § 1er. La pension de retraite, la pension de survie et la pension de conjoint divorcé sont suspendues pour la durée de leur détention ou de leur placement, à l’égard des bénéficiaires détenus dans les prisons ou placés dans les établissements de défense sociale.
« § 1. Het rustpensioen, het overlevingspensioen en het pensioen van uit de echt gescheiden echtgenoot worden geschorst tijdens de duur van hun hechtenis of hun plaatsing ten opzichte van de gerechtigden die zijn opgesloten in de gevangenissen of geplaatst zijn in de instellingen van sociaal verweer.
§ 2. La jouissance de la prestation peut toutefois être maintenue aussi longtemps qu’ils n’ont pas subi de façon continue douze mois de détention ou de placement.
§ 2. Het genot van de uitkering kan hun nochtans behouden blijven zolang ze geen ononderbroken periode van twaalf maanden hechtenis of plaatsing hebben ondergaan.
§ 3. Les bénéficiaires peuvent prétendre à leur prestation pour la durée de leur détention préventive à condition pour eux d’établir qu’il y a eu non-lieu, qu’ils ont été mis hors cause ou qu’ils ont été acquittés par une décision de justice coulée en force de chose jugée. »
§ 3. De gerechtigden kunnen op een uitkering aanspraak maken voor de periode van hun voorlopige hechtenis op voorwaarde dat zij bewijzen dat er ontslag van rechtsvervolging is geweest, dat zij buiten de zaak werden gesteld of dat zij werden vrijgesproken door een gerechtelijke beslissing die in kracht van gewijsde is getreden. »
1. a) Disposez-vous de données relatives à la suspension de la pension d’indépendant en cas d’incarcération ?
1. a) Bestaan er cijfergegevens over de schorsing van het pensioen van zelfstandigen ingeval van vrijheidsberoving ?
b) La pension de combien de personnes est-elle actuellement suspendue pour ce motif ?
b) Van hoeveel personen is de uitkering op dit moment om die reden geschorst ?
2. a) Qu’advient-il lors de la remise en liberté ?
2. a) Wat gebeurt er bij de invrijheidsstelling ?
b) L’intéressé doit-il introduire une nouvelle demande pour percevoir sa pension ou celle-ci est-elle automatiquement et d’office reversée ?
b) Moet de betrokkene opnieuw een aanvraag indienen om zijn pensioen weer te laten uitbetalen of gebeurt de wederbetaling van het pensioen automatisch en ambtshalve ?
Réponse du ministre de l’Emploi et des Pensions du 17 juin 2004, à la question no 25 de Mme Greet Van Gool du 21 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk en Pensioenen van 17 juni 2004, op de vraag nr. 25 van mevrouw Greet Van Gool van 21 april 2004 (N.) :
En réponse à la question de l’honorable membre, je puis communiquer qu’il y a actuellement 10 personnes dont la pension d’indépendant est suspendue ou n’a jamais été payée par suite de leur incarcération ou de leur admission dans un établissement de défense sociale.
In antwoord op de vraag van het geachte lid, kan ik meedelen dat er op dit moment 10 personen zijn van wie het pensioen als zelfstandige is geschorst of nooit is uitbetaald als gevolg van hun opsluiting in een gevangenis of hun opname in een instelling van sociaal verweer.
Je renvoie à la réponse à la question similaire no 21 qui avait été posée par l’honorable membre le 24 mars 2004 pour l’ensemble des prestations payées par l’Office national des pensions (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 32, p. 4938).
Ik verwijs naar het antwoord op de gelijkaardige vraag nr. 21 die door het geachte lid op 24 maart 2004 werd gesteld voor het geheel van de uitkeringen die betaald worden door de Rijksdienst voor pensioenen (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 32, blz. 4938).
Dans le tableau ci-dessous, vous trouverez les chiffres pour tous les pensionnés, répartis selon la composition de leur prestation et d’après leur roˆle linguistique.
In de onderstaande tabel vindt u de cijfergegevens voor alle gepensioneerden opgesplitst volgens de samenstelling van hun uitkering en volgens hun taalrol.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5713
Pour les 10 personnes précitées, la suspension ou le non-paiement de leur pension d’indépendant en raison de leur privation de liberté s’accompagne donc de la suspension ou du non-paiement d’une ou plusieurs autres prestations.
Voor de voornoemde 10 personen gaat de schorsing of de niet-betaling van hun zelfstandigenpensioen wegens hun vrijheidsberoving dus gepaard met de schorsing of de niet-betaling van een of meer andere uitkeringen.
Lors de sa remise en liberté, le bénéficiaire ne doit pas introduire de demande via la commune pour recevoir à nouveau sa prestation (composée ou non). Il suffit que lui-méme ou l’établissement où il séjournait envoie à l’Office national des pensions une attestation officielle de remise en liberté. Le paiement de la (des) prestation(s) sera repris à partir du premier jour du mois qui suit la remise en liberté.
Bij zijn invrijheidstelling moet de gerechtigde geen aanvraag via de gemeente indienen om zijn (al dan niet samengestelde) uitkering opnieuw te ontvangen. Het volstaat dat hijzelf of de instelling waar hij verbleef een officieel attest van invrijheidstelling aan de Rijksdienst voor pensioenen bezorgt. De betaling van de uitkering(en) zal hervat worden vanaf de eerste dag van de maand volgend op de invrijheidstelling. Roˆle linguistique — Taalrol
Prestation suspendue — Geschorste uitkering
Total — Totaal
NL
FR
Salarié. — Werknemer .......................................................................................
19
19
38
Salarié et indépendant. — Werknemer en zelfstandige .......................................
2
2
4
Salarié et RG. — Werknemer en GI ...................................................................
2
3
5
Salarié et GRAPA. — Werknemer en IGO .........................................................
2
1
3
Salarié et indépendant et RG. — Werknemer en zelfstandige en GI ...................
0
2
2
Salarié et indépendant et GRAPA. — Werknemer en zelfstandige en IGO .........
2
0
2
Indépendant et RG. — Zelfstandige en GI .........................................................
1
0
1
Subtotal. — Subtotaal .........................................................................................
28
27
55
Roˆle linguistique — Taalrol
Prestation jamais payée — Nooit uitbetaalde uitkering
Total — Totaal
NL
FR
Salarié. — Werknemer .......................................................................................
3
5
8
Salarié et indépendant. — Werknemer en zelfstandige .......................................
1
0
1
Salarié et RG. — Werknemer en GI ...................................................................
2
0
2
Salarié et GRAPA. — Werknemer en IGO .........................................................
1
0
1
Subtotal. — Subtotaal .........................................................................................
7
5
12
Total. — Totaal..................................................................................................
35
32
67
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5714
DO 2003200421430
DO 2003200421430
no
Question 29 de M. Jo Vandeurzen du 21 mai 2004 (N.) au ministre de l’Emploi et des Pensions :
Si cette activité salariée est interrompue par une activité comme travailleur indépendant, le travailleur conserve néanmoins ce statut de mineur, à condition que l’activité comme travailleur indépendant n’excède pas six années. Conformément à la réglementation relative à la sécurité sociale des travailleurs indépendants, les périodes d’occupation comme indépendant sont prises en compte pour le calcul de la pension de travailleur indépendant. Celles-ci ne peuvent donc être assimilées à des périodes d’occupation comme mineur.
Vraag nr. 29 van de heer Jo Vandeurzen van 21 mei 2004 (N.) aan de minister van Werk en Pensioenen : Mijnwerkers. — Tewerkstelling als zelfstandige. — Opbouw van pensioenrechten. 1. Kan u meedelen op welke wijze de pensioenrechten worden opgebouwd van een mijnwerker die voldoende jaren in de mijn gewerkt heeft om zijn mijnwerkersstatuut te bekomen maar die evenwel zijn loopbaan als mijnwerker heeft onderbroken voor een tewerkstelling als zelfstandige ? 2. Wordt de tewerkstelling als zelfstandige in bepaalde omstandigheden gelijk gesteld met een activiteit als mijnwerker bij het berekenen van het pensioen ? 3. Onder welke voorwaarden ? Antwoord van de minister van Werk en Pensioenen van 17 juni 2004, op de vraag nr. 29 van de heer Jo Vandeurzen van 21 mei 2004 (N.) : In antwoord op zijn vraag heb ik de eer het geachte lid te laten weten dat de mijnwerker die een activiteit als werknemer herneemt ten gevolge van het stilleggen van de opdelving in de onderneming waar hij was tewerkgesteld, in toepassing van artikel 35, § 1, A, tweede lid, van het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, de genoemde activiteit voor de berekening van zijn pensioen onder bepaalde voorwaarden met een tewerkstelling als mijnwerker kan laten gelijkstellen. Wanneer deze bezoldigde activiteit onderbroken wordt door een tewerkstelling in hoedanigheid van zelfstandige, behoudt de werknemer het statuut van mijnwerker wanneer de tewerkstelling als zelfstandige geen zes jaar overschrijdt. De tijdvakken van tewerkstelling als zelfstandige worden, krachtens de reglementering op de sociale verzekering voor zelfstandigen, voor de vaststelling van het pensioen als zelfstandige in aanmerking genomen. Zij kunnen derhalve niet worden gelijkgesteld met een tewerkstelling als mijnwerker.
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
Mineurs. — Occupation en tant qu’indépendant. — Constitution de droits à la pension. 1. Pourriez-vous préciser comment sont constitués les droits à la pension d’un mineur qui compte suffisamment d’années de travail pour obtenir son statut de mineur, mais qui a interrompu sa carrière de mineur pour une occupation en tant qu’indépendant ? 2. L’occupation en tant qu’indépendant est-elle, dans certaines circonstances, assimilée à l’activité de mineur pour le calcul de la pension ? 3. Dans l’affirmative, selon quelles modalités ? Réponse du ministre de l’Emploi et des Pensions du 17 juin 2004, à la question no 29 de M. Jo Vandeurzen du 21 mai 2004 (N.) : En réponse à sa question, j’ai l’honneur d’informer l’honorable membre qu’en vertu de l’article 35, § 1er, A, alinéa 2, de l’arrêté royal du 21 décembre 1967 portant règlement du régime de pension de retraite et de survie des travailleurs salariés, le mineur, qui a repris une activité de travailleur salarié à la suite de l’arrêt de l’extraction de l’entreprise où il était occupé peut, pour le calcul de sa pension, obtenir à certaines conditions l’assimilation de cette dernière période comme s’il était resté mineur.
DO 2003200421268
DO 2003200421268
Question no 76 de M. Yves Leterme du 15 avril 2004 (N.) au ministre de la Défense : Avenir de la base aérienne de Coxyde. Le 15 décembre 2003, vous avez indiqué en commission de la Défense qu’aucune décision n’avait encore
Vraag nr. 76 van de heer Yves Leterme van 15 april 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging : Toekomst van de luchtmachtbasis van Koksijde. Op 15 december 2003 heeft u in de commissie voor de Landsverdediging verklaard dat over de toekomst
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5715
été prise concernant l’avenir de la base aérienne de Coxyde.
van de luchtmachtbasis van Koksijde nog geen beslissing gevallen is.
Pourriez-vous me faire part de l’état d’avancement actuel de ce dossier ?
Kan u mij de huidige stand van zaken bezorgen in dit dossier ?
1. Maintiendra-t-on la base aérienne de Coxyde ?
1. Zal de luchtmachtbasis van Koksijde behouden worden ?
2. Dans l’affirmative,
2. Zo ja,
a) combien d’appareils seront-ils conservés et à quelles missions seront-ils affectés;
a) hoeveel toestellen zullen behouden blijven en voor welke opdrachten zullen zij ingezet worden;
b) qu’adviendra-t-il du personnel employé actuellement à la base aérienne;
b) zal de huidige personeelsbezetting behouden blijven;
c) conservera-t-on la même infrastructure;
c) zal de huidige infrastructuur behouden blijven;
d) quel espace sera-t-il encore réservé aux vols en hélicoptère et au casernement du personnel ?
d) hoeveel ruimte zal er behouden blijven voor de helikopteractiviteit en de kazernering van het personeel ?
3. Dans la négative,
3. Zo niet,
a) quel sera le lieu de départ des vols en hélicoptère;
a) van waaruit zullen de helikoperactiviteiten verzekerd worden;
b) combien d’hélicoptères conservera-t-on;
b) hoeveel helikopters zullen behouden blijven;
c) quelles sont les conséquences d’un telle situation pour le personnel;
c) wat zijn hiervan de gevolgen voor het personeel;
d) quelle affectation sera-t-elle réservée à la base aérienne et à l’aérodrome ?
d) wat zal de bestemming zijn van de basis en het vliegveld ?
Réponse du ministre de la Défense du 17 juin 2004, à la question no 76 de M. Yves Leterme du 15 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 17 juni 2004, op de vraag nr. 76 van de heer Yves Leterme van 15 april 2004 (N.) :
Je prie l’honorable membre de bien vouloir trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vragen te willen vinden.
L’optimalisation de l’occupation des infrastructures est toujours à l’étude dans le cadre du Plan directeur de la Défense du 3 décembre 2003. Par conséquent, aucune décision n’a été encore prise à ce propos et, actuellement, il n’y a pas d’abandon de l’aérodrome et de la caserne attenante qui est planifié.
De optimalisatie van de bezetting van de infrastructuur, in het kader van het Stuurplan Defensie van 3 december 2003, is nog ter studie. Derhalve werd hieromtrent geen beslissing genomen en is er actueel geen vervreemding (geheel of gedeeltelijk) van het vliegveld met bijhorende kazerne gepland.
2. Si oui,
2. Zo ja,
a) Le Plan directeur de la Défense prévoit le maintien de la capacité « Search and Rescue » avec quatre hélicoptères au lieu de cinq. La base de Coxyde comptera, à partir de fin 2004, quatre appareils du type Sea King.
a) Het Stuurplan van Defensie voorziet het behoud van een « Search and Rescue »-capaciteit met vier helikopters in plaats van vijf. Basis Koksijde zal, vanaf eind 2004, vier toestellen van het type Sea King tellen.
b) Le passage de cinq à quatre appareils n’aura pas de conséquence sur la mise en place du personnel de la base pour l’exécution des missions prévues.
b) De vermindering van het aantal toestellen van vijf naar vier zal geen gevolgen hebben voor de personeelsbezetting van de basis voor de verder uitvoering van de voorziene opdrachten.
c) Oui, dans l’attente des résultats de l’étude sur l’occupation optimale et rationnelle des infrastructures, et des décisions qui en découleront.
c) Ja, in afwachting van de resultaten van de studie met betrekking tot de optimale en rationele bezetting van de infrastructuur en de hieromtrent te nemen beslissingen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5716
d) Voir la réponse 2.c) ci-dessus.
d) Zie antwoord op vraag 2.c) hierboven.
Remarque : En cas de libération de domaine militaire, la partie concernée sera remise au ministère des Finances, conformément à la procédure prévue, pour aliénation. Sa destination ressort (exclusivement) de la compétence de la Région flamande.
Opmerking : In geval van eventuele vervreemding van militair domein wordt het desbetreffende deel, conform de voorziene procedure, voor verdere afhandeling overgedragen aan het ministerie van Financie¨n. De herbestemming is een (exclusieve) bevoegdheid van het Vlaams Gewest.
DO 2003200421288
DO 2003200421288
Question no 77 de M. Bert Schoofs du 19 avril 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 77 van de heer Bert Schoofs van 19 april 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Projet de fermeture de la caserne de Helchteren.
Geplande sluiting van de kazerne te Helchteren.
Il nous est revenu récemment que le ministre envisagerait de fermer la caserne de Helchteren
Onlangs raakte bekend dat de minister overweegt om de kazerne te Helchteren te sluiten.
1. Quels sont vos motifs ?
1. Wat zijn uw beweegredenen ?
2. Quelles seraient les conséquences d’une telle décision, plus particulièrement en ce qui concerne le personnel ?
2. Welke gevolgen zal de uitvoering van de beslissing in de toekomst sorteren, in het bijzonder met betrekking tot het personeel ?
Réponse du ministre de la Défense du 17 juin 2004, à la question no 77 de M. Bert Schoofs du 19 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 17 juni 2004, op de vraag nr. 77 van de heer Bert Schoofs van 19 april 2004 (N.) :
Le Plan directeur de la Défense du 3 décembre 2003 prévoit une optimalisation dans l’occupation des infrastructures militaires, ce qui devrait permettre de réaliser les économies nécessaires pour pouvoir investir dans du matériel neuf.
Het Stuurplan Defensie van 3 december 2003 voorziet een optimalisatie van de bezetting van de militaire infrastructuur, wat de nodige besparingen moet toelaten om te kunnen investeren in nieuw materiaal.
Le Plan directeur prévoit le maintien de deux modules d’appui feu à tir courbe. L’exécution de ce plan directeur au niveau de la composante terrestre implique que Brasschaat et Bastogne soient conservés et que à terme Helchteren soit fermé.
Het Stuurplan voorziet het behoud van twee krombaanvuurmodules. De uitwerking van dit stuurplan op niveau van de landcomponent geeft dat Brasschaat en Bastogne behouden blijven en Helchteren op termijn gesloten wordt.
Chaque fois qu’une caserne est fermée, une enquête est effectuée auprès du personnel, afin, d’une part, de rencontrer autant que faire se peut les souhaits d’affectation du personnel et, d’autre part, de tenir compte des besoins en personnel du département de la Défense.
Telkens een kazerne gesloten wordt, wordt een enquête bij het personeel uitgevoerd. Dit om, enerzijds, zo veel mogelijk aan de wensen inzake affectatie van het betrokken personeel te voldoen en, anderzijds, de behoefte aan personeel van het departement van Landsverdediging in te vullen.
DO 2003200421296
DO 2003200421296
Question no 78 de M. Staf Neel du 20 avril 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 78 van de heer Staf Neel van 20 april 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Non-paiement des prestations de week-end. — Mise sur pied d’un groupe de travail. ` ma question écrite no 68 du 3 mars 2004 relative A au refus de paiement des prestations de week-end,
Niet-betalen van weekendprestaties. — Oprichting van een werkgroep.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Op mijn schriftelijke vraag nr. 68 van 3 maart 2004, inzake het niet-betalen van weekendprestaties laat u 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5717
vous m’avez indiqué que le département, conscient de la problématique inhérente à l’ensemble du dossier, projetait de mettre sur pied un groupe de travail pour réexaminer le dossier globalement (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 28, p. 4316).
weten dat het departement, bewust van de problematiek van het hele dossier, een werkgroep zal oprichten om het hele dossier te herbestuderen (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 28, blz. 4316).
1. Quand ce groupe de travail verra-t-il le jour ?
1. Wanneer zal deze werkgroep opgericht worden ?
2. Quelle en sera la composition ?
2. Wie zal deel uitmaken van deze werkgroep ?
3. Les organisations syndicales représentatives seront-elles invitées à en faire partie ?
3. Zullen ook de representatieve vakorganisaties deel uitmaken van deze werkgroep ?
4. Dans la négative, seront-elles uniquement informées de « la solution » ?
4. Indien niet, zullen zij dan enkel in kennis gesteld worden van « de oplossing » ?
5. Une concertation organisée avec les syndicats n’aurait-elle pas permis de répondre à différents « besoins réels » ?
5. Had overleg met de vakorganisaties niet reeds verschillende « ree¨le noden » kunnen invullen ?
6. Sera-t-il véritablement tenu compte des observations ou des solutions du groupe de travail ?
6. Zal er terdege rekening gehouden worden met de opmerkingen/oplossingen van de werkgroep ?
7. Si les modalités d’exécution devaient être adaptées, le seront-elles avec effet rétroactif ?
7. Bij een bijsturing van de uitvoeringsmodaliteiten, zullen deze dan ook retroactief van toepassing zijn ?
Réponse du ministre de la Défense du 18 juin 2004, à la question no 78 de M. Staf Neel du 20 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 18 juni 2004, op de vraag nr. 78 van de heer Staf Neel van 20 april 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. La problématique des allocations de week-end est actuellement à l’étude au sein d’un groupe de travail existant, qui assure le suivi de toutes les allocations basées sur le traitement du militaire.
1. De problematiek van de weekendtoelagen wordt momenteel bestudeerd binnen een bestaande werkgroep, die de opvolging verzekert van alle toelagen die gebaseerd zijn op de wedde van de militair.
2. Ce groupe de travail inclut des représentants du département d’état-major Opérations et Entrainement, de la direction générale Human Resources et de la direction générale Budget et Finances. ` ce stade, le groupe de travail ayant pour but de 3. A préparer le point de vue de l’autorité, la participation des organisations syndicales n’a pas été retenue.
2. Deze werkgroep omvat vertegenwoordigers van het stafdepartement Operaties en Training, de algemene directie Human Resources en de algemene directie Budget en Financie¨n.
4. Néanmoins, une réunion technique sera organisée avec les organisations syndicales, à l’occasion de laquelle elles seront informées des propositions en cette matière et lors de laquelle une concertation sur la réalisation ultérieure est possible.
4. Er zal evenwel een technische vergadering met de vakorganisaties georganiseerd worden, waarbij deze in kennis zullen gesteld worden van de voorstellen terzake en waarbij overleg mogelijk is aangaande de verdere uitvoering.
5. Bien qu’aucune concertation en cette matière ne soit prévue, les remarques des organisations syndicales ` représentatives seront prises en considération. A chaque fois, une approche structurelle sera recherchée et ceci pas uniquement sur le plan d’un éventuel règlement financier.
5. Alhoewel in deze materie geen overleg voorzien is, wordt er wel degelijk rekening gehouden met de opmerkingen van de representatieve vakorganisaties. Er wordt te allen tijde getracht om de problematiek structureel aan te pakken en niet enkel en alleen op het vlak van een eventuele financie¨le regeling.
6. La décision finale sera prise, d’une part, sur la base des solutions possibles présentées par le groupe de travail et, d’autre part, en tenant compte des points de vue des organisations syndicales.
6. De uiteindelijke beslissing zal genomen worden enerzijds op basis van de mogelijke oplossingen die voorgesteld worden door de werkgroep en anderzijds door rekening te houden met de standpunten van de vakorganisaties.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
3. In deze fase, waarin de werkgroep als doel heeft het standpunt van de overheid voor te bereiden, werd de deelname van de representatieve vakorganisaties niet in overweging genomen.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
723
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5718
7. Au cas où une adaptation s’imposerait, une éventuelle rétroactivité sera également étudiée.
7. Indien er moet bijgestuurd worden zal een eventuele retroactiviteit daarbij onderzocht worden.
DO 2003200421330
DO 2003200421330
Question no 83 de M. Staf Neel du 21 avril 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 83 van de heer Staf Neel van 21 april 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Militaires à l’étranger. — Souscription d’une assurance-vie (complémentaire).
Militairen in het buitenland. — Afsluiten van een (bijkomende) levensverzekering.
Nombre de militaires qui doivent se rendre à l’étranger pour y accomplir des missions de maintien de la paix comme au Kosovo, ou pour intervenir dans des conflits armés comme en Afghanistan, se mettent en rapport avec leur assureur pour souscrire une assurance-vie (complémentaire).
Veel militairen die op vredesmissie (Kosovo) moeten of die ingezet worden in gewapende conflicten in het buitenland (Afghanistan) contacteren hun verzekeraar voor het afsluiten van een (bijkomende) levensverzekering.
Lorsqu’ils font cette démarche, ils sont généralement confrontés à des primes exorbitantes ou se voient exclure de multiples façons de la couverture de certains risques. En outre, ils se rendent dans des pays qui figurent immanquablement sur la liste des pays dangereux et au retour, ils s’entendent dire qu’ils ne sont pas couverts.
Zij worden dan meestal geconfronteerd met superhoge premies of met allerlei uitsluitingen van bepaalde risico’s. Tevens staan de landen waar zij heen worden gestuurd meestal op de lijst van gevaarlijke landen en blijkt er achteraf sowieso geen dekking.
Conformément à la législation sur le travail, les militaires qui décèdent à l’étranger sont évidemment assurés par leur employeur de sorte que leurs proches se voient octroyer par le département une indemnité qui est fonction du traitement du militaire décédé. Mais contrairement à ce qui est prévu pour les autres travailleurs, les proches d’un militaire décédé ne reçoivent pas de versement de l’assureur privé. D’autre part, il n’est pas rare que celui-ci prévoie un versement supplémentaire du montant assuré par la police s’il s’agit d’un accident, indépendamment de la question de savoir s’il s’agit d’un accident du travail ou d’un accident ordinaire.
De militairen die overlijden in het buitenland zijn, krachtens de arbeidswetgeving, uiteraard verzekerd door de werkgever. De nabestaanden ontvangen van het departement dan een vergoeding rekening houdende met de wedde van de militair. In tegenstelling tot andere werknemers ontvangen de nabestaanden echter geen uitbetaling van de privé-verzekeraar. Tevens voorziet de privé-verzekeraar dikwijls in een bijkomende uitbetaling van de polis indien het gaat om een ongeluk, los van het feit of het hier gaat om een arbeidsongeval dan wel een gewoon ongeval.
1. N’est-on pas en présence d’une violation du principe d’égalité ?
1. Is dit geen schending van het gelijkheidsbeginsel ?
2. Dans l’affirmative, comment comptez-vous y mettre bon ordre ?
2. Indien ja, hoe gaat u deze schending regulariseren ?
Réponse du ministre de la Défense du 16 juin 2004, à la question no 83 de M. Staf Neel du 21 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 16 juni 2004, op de vraag nr. 83 van de heer Staf Neel van 21 april 2004 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
Conscient des dangers auxquels les membres du personnel du département sont exposés pendant certaines missions internationales, et étant donné la carence d’assurance ou les exigences de surprime de certaines compagnies d’assurance privées, le département a conclu un contrat d’assurance. Ce contrat couvre, au profit des membres du personnel militaire
Zich bewust van het gevaar waaraan de personeelsleden van het departement zijn blootgesteld gedurende bepaalde internationale zendingen en gelet op het gebrek aan verzekering of de eis van bepaalde private verzekeringsmaatschappijen tot betaling van extra premies, heeft het departement een verzekering afgesloten. Dit contract dekt, in het belang van de militaire
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5719
et civil et le cas échéant de leurs ayants droit, le risque d’accident et de maladie qu’ils courent du fait de l’exécution de leur fonction à l’étranger dans le cadre de la mise en œuvre opérationnelle des forces armées ou de l’assistance humanitaire. Les risques couverts sont soit le décès, soit l’invalidité permanente.
en burger personeelsleden, en in voorkomend geval hun rechthebbenden, het risico op ongeval of ziekte dat zij lopen tijdens de uitoefening van hun functie in het buitenland in het kader van de operationele inzet van het leger of in het kader van humanitaire hulp. De gedekte risico’s betreffen hetzij het overlijden, hetzij een permanente invaliditeit.
DO 2003200421384
DO 2003200421384
Question no 84 de M. Daan Schalck du 28 avril 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 84 van de heer Daan Schalck van 28 april 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Avenir de la frégate « De Wandelaar ». ` l’heure actuelle, deux frégates sont rénovées ou en A cours de rénovation, ce qui devrait permettre de les maintenir en service jusqu’en 2015. Il me revient que la frégate « De Wandelaar » serait à son tour mise à niveau en vue de sa vente.
Toekomst van het schip « De Wandelaar ».
Or, il subsiste des doutes quant à la possibilité de lui trouver un acquéreur. Dans l’intervalle, les deux frégates que les Pays-Bas souhaitaient vendre à notre pays, semblent avoir été vendues au Chili.
Toch wordt getwijfeld aan de verkoopbaarheid van « De Wandelaar ». Ondertussen zijn de twee fregatten die Nederland wenste te verkopen aan Belgie¨, blijkbaar verkocht aan Chili.
1. a) Existe-t-il un marché pour la frégate « De Wandelaar » ?
1. a) Is er voldoende markt om het schip « De Wandelaar » te verkopen ?
b) Quel est le couˆt estimé des adaptations ?
b) Wat is de geschatte prijs voor de aanpassingen ?
c) Quel est le prix de vente prévu ?
c) Welke verkoopprijs heeft men voor ogen ?
2. a) Des négociations avec des acquéreurs potentiels sont-elles en cours ?
2. a) Zijn er reeds onderhandelingen met mogelijke kopers ?
b) Dans l’affirmative, avec qui ?
b) Zo ja, welke ?
Réponse du ministre de la Défense du 18 juin 2004, à la question no 84 de M. Daan Schalck du 28 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 18 juni 2004, op de vraag nr. 84 van de heer Daan Schalck van 28 april 2004 (N.) :
Je prie l’honorable membre de trouver ci-après réponse aux questions posées.
Ik verzoek het geachte lid hierna het antwoord op de gestelde vragen te willen vinden.
Le plan directeur du 3 décembre 2003 prévoit la revente de matériel retiré d’emploi. Il prévoit également une démarche systématique auprès des nouveaux membres de l’UE et de l’OTAN.
Het stuurplan van 3 december 2003 voorziet in de doorverkoop van het overtollig geworden materieel dat uit gebruik genomen wordt. Het voorziet tevens het systematisch benaderen van de nieuwe EU- en NAVO-leden.
La frégate Wandelaar sera proposée à la vente et un catalogue de vente sera publié dans les prochains jours. ` ce jour il est trop toˆt pour dire si oui ou non il y a A assez de possibilités de marché pour revendre ce type de navire.
Het fregat Wandelaar zal te koop worden aangeboden en een verkoopscatalogus zal eerstdaags verschijnen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Momenteel zijn of worden twee fregatten gemoderniseerd. De bedoeling is ze tot 2015 in de vaart te houden. Ondertussen wordt meegedeeld dat het schip « De Wandelaar » nu ook wordt gemoderniseerd, met de bedoeling het schip te verkopen.
Het is op dit ogenblik te vroeg om te kunnen stellen dat er voldoende of onvoldoende markt zou zijn om dergelijke schepen te verkopen. 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5720
Sur le Wandelaar deux importantes adaptations sont en cours d’exécution dans le cadre de contrats conclus précédemment.
Op de Wandelaar zijn nog twee belangrijke aanpassingen in uitvoering in het kader van eerder gesloten contracten.
Premièrement, la « Consolidation des trois frégates dans les domaines coque, machines et électricité » qui sera exécutée en 2004 sur le Wandelaar pour un montant de quelque 13,5 millions d’euros.
Ten eerste de « Consolidatie van de drie fregatten op het gebied romp, machines en elektriciteit » die op de Wandelaar in 2004 voor een bedrag van ongeveer 13,5 miljoen euro wordt uitgevoerd.
Deuxièmement, l’installation d’un équipement de communications par satellite militaire, pour un montant total de 2,5 millions d’euros est également prévue. Dans ce contrat seule la partie pré-installation est effectuée, et ceci en même temps que la consolidation mentionnée ci-dessus.
Ten tweede de installatie van militaire satellietcommunicatieapparatuur is voorzien voor een totaal bedrag van 2,5 miljoen euro. Van dit contract wordt enkel het gedeelte pre-installatie uitgevoerd, en dit gelijktijdig met de consolidatie hierboven vermeld.
Le prix de vente dépend de la configuration finale qu’un client souhaite acquérir.
De verkoopprijs is afhankelijk van de uiteindelijke configuratie die een klant wenst aan te schaffen.
Il n’y a pas encore de négociations en cours avec des acheteurs potentiels.
Er zijn nog geen onderhandelingen gestart met mogelijke kopers.
DO 2003200421429
DO 2003200421429
Question no 87 de M. Pieter De Crem du 4 mai 2004 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 87 van de heer Pieter De Crem van 4 mei 2004 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Rations de combat de l’armée belge. — Adjudication.
Gevechtsrantsoenen voor het Belgische leger. — Aanbesteding.
Lors de la réunion de la commission de la Défense du 3 mars 2004, j’ai attiré l’attention du ministre sur le problème de la modification de la procédure d’adjudication pour les rations de combat destinées à l’armée belge (question no 1689, Compte rendu intégral, Chambre, 2003-2004, commission de la Défense nationale, 3 mars 2004, COM 179, pp. 3 à 6).
In de commissie voor de Landsverdediging van 3 maart 2004 vestigde ik de aandacht van de minister op de problematiek van de wijziging in aanbesteding met betrekking tot de gevechtsrantsoenen voor het Belgisch leger (vraag nr. 1689, Integraal Verslag, Kamer, 2003-2004, commissie voor de Landsverdediging, 3 maart 2004, COM 179, blz. 3 tot 6).
1. Votre réponse n’a pas permis d’établir clairement si l’achat de rations de combat à l’armée française a eu lieu par adjudication, ce qui paraıˆt recommandé au vu des sommes relativement importantes qui sont en jeu.
1. Uit uw antwoord werd niet duidelijk of de aankoop van gevechtsrantsoenen bij het Franse leger via aanbesteding is verlopen, wat gezien de relatief hoge bedragen aangewezen is.
A-t-on, en l’espèce, recouru à une adjudication et dans l’affirmative, quels en sont les chiffres précis ?
Is in deze gebruik gemaakt van een aanbesteding en zo ja, wat zijn de precieze cijfers daarvan ?
2. L’achat des rations de combat à l’armée française serait un achat lié, ce qui n’est possible que lorsque certaines conditions spécifiques sont remplies.
2. Het aankopen van de gevechtsrantsoenen bij het Franse leger zou een bindaankoop betreffen, iets wat slechts mogelijk is wanneer enkele bijzondere voorwaarden worden vervuld.
Est-ce le cas en l’espèce ?
Is dit in deze het geval ?
3. Selon le ministre, le couˆt des rations françaises s’élève à 8,18 euros, soit un prix plus élevé qu’auparavant qui est duˆ à l’inflation, aux courts délais de livraison et aux quantités limitées.
3. De kostprijs van de Franse rantsoenen bedraagt volgens de minister 8,18 euro, een hogere prijs dan voorheen die te wijten valt aan de inflatie, de korte levertermijn en de beperkte hoeveelheid.
Disposez-vous de chiffres précis concernant ce surcouˆt et une offre de prix a-t-elle également été demandée, en l’espèce, à d’autres producteurs potentiels ?
Beschikt u hier over de precieze cijfers over deze bijkomende kosten en is in deze ook prijs gevraagd bij andere potentie¨le producenten ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5721
4. Pourriez-vous fournir un calendrier en ce qui concerne les achats futurs de rations de combat pour l’armée belge ?
4. Kan u een planning geven over de verdere aankopen betreffende de gevechtsrantsoenen voor het Belgische leger ?
Réponse du ministre de la Défense du 15 juin 2004, à la question no 87 de M. Pieter De Crem du 4 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 15 juni 2004, op de vraag nr. 87 van de heer Pieter De Crem van 4 mei 2004 (N.) :
L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. L’achat n’a pas été réalisé par voie d’adjudication. ` la suite des mesures de la discipline budgétaire, 2. A le nouveau marché pluriannuel pour rations de combat n’a pu être réalisé en 2003. Tenant compte des stocks encore disponibles par rapport au niveau de stock nécessaire pour la couverture des obligations opérationnelles, un achat ponctuel avec un délai de livraison le plus court possible s’imposait.
1. Deze aankoop is niet gebeurd via aanbesteding. 2. Ingevolge de maatregelen van de begrotingsdiscipline werd de nieuwe meerjarige overeenkomst voor gevechtsrantsoenen niet gerealiseerd in 2003. Rekening houdend met de nog beschikbare voorraden, tegenover het voorraadniveau dat vereist is om de operationele verplichtingen te dekken, drong een punctuele aankoop met de kortst mogelijke leveringstermijn zich op.
3. Il n’y avait pas de fournisseurs potentiels connus qui — tenant compte des exigences légales en matière de sécurité, hygiène et traçabilité — pouvaient livrer une ration identique ou équivalente endéans les délais impartis. Seule l’armée française était en mesure de satisfaire les besoins à partir de ses stocks avec un produit qui correspond aux rations belges. Le coût des rations françaises est de 8,18 euros pour 5,94 euros lors de la dernière adjudication qui remonte au 3 août 2001.
3. Er waren geen potentie¨le leveranciers gekend die — rekening houdend met de wettelijke eisen inzake veiligheid, hygie¨ne en tracabiliteit — eenzelfde of een gelijkwaardig rantsoen binnen de gestelde termijnen konden leveren. Enkel het Franse leger was in staat de behoeften vanaf voorraad te voldoen met een product dat overeenkomt met de Belgisch rantsoenen. De kost van Franse rantsoenen is 8,18 euro tegen 5,94 euro voor de laatste aanbesteding die dateert van 3 augustus 2001.
4. Tenant compte du plan directeur de la Défense et du principe du « minimum suffisant », un achat est planifié en 2004 pour 30 000 rations et pour deux tran` partir ches optionnelles de chacune 21 000 rations. A de 2005 et pour autant que les besoins opérationnels ou de fonctionnement de la Défense ne changent pas, seule la consommation annuelle sera complétée. Ceci revient à un achat annuel de 56 000 rations.
4. Rekening houdend met het stuurplan van Defensie en het principe van het « voldoende minimum », wordt in 2004 de aankoop gepland van 30 000 rantsoenen en twee optionele schijven van elk 21 000 rantsoenen. Vanaf 2005 wordt, in zover de operationele en werkingsbehoeften van Defensie niet wijzigen, enkel het jaarlijks verbruik heraangevuld, wat neerkomt op een jaarlijkse aankoop van 56 000 rantsoenen.
DO 2003200421513
DO 2003200421513
Question no 88 de M. Philippe Monfils du 18 mai 2004 (Fr.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 88 van de heer Philippe Monfils van 18 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Landsverdediging :
Cours supérieur d’état-major. — Déséquilibre linguistique.
Hogere stafcursus. — Taalonevenwicht.
Chaque année, il appartient au ministre de la Défense d’agréer les candidats officiers pour le cours supérieur d’état-major.
Elk jaar beslist de minister van Landsverdediging over de toelating van kandidaat-officieren tot de hogere stafcursus.
Ce cours, tout comme le cours supérieur d’administrateur militaire, influence implicitement mais certainement, les comités d’armes. Eˆtre agréé pour suivre les cours BAM ou BEM offre des perspectives de carrière importantes aux majors. De même, les
Net als de hogere cursus voor militair administrateur beı¨nvloedt die cursus impliciet maar ontegenzeglijk de samenstelling van de wapencomités. De militairen die tot de SBH- en BMA-cursussen worden toegelaten, hebben gunstige loopbaanperspectieven. Onder
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5722
brevetés d’état-major et administrateurs militaires sont le vivier naturel de demain.
de stafbrevethouders en de houders van een brevet van militair administrateur worden immers de toekomstige hoge legerofficieren aangewezen.
Or, il me revient qu’en ce qui concerne la prochaine promotion pour le cours supérieur d’état-major, il est proposé au ministre de la Défense d’agréer un nombre anormalement élevé de candidats néerlandophones par rapport au nombre de candidats francophones.
Ik heb echter vernomen dat met betrekking tot de volgende promotie voor de hogere stafcursus aan de minister van Landsverdediging wordt voorgesteld een abnormaal hoog aantal Nederlandstalige kandidaten in vergelijking met het aantal Franstalige kandidaten toe te laten.
L’armée n’est pas soumise à un cadre linguistique. Toutefois, il me semble important qu’aucun déséquilibre n’existe, surtout dans les grades, et donc les fonctions les plus élevés.
In het leger gelden geen taalkaders. Ik vind het echter belangrijk dat er geen onevenwichten zijn, vooral in de graden, en dus ook in de hoogste functies.
1. Le ministre peut-il confirmer que ce déséquilibre linguistique existe dans la liste des candidats qui lui sont proposés pour être agréés ?
1. Kan de minister bevestigen dat er sprake is van een taalonevenwicht in de lijst van kandidaten die hem met het oog op de toelating tot de cursus wordt voorgelegd ?
2. Si oui, trouvez-vous sain de créer dès à présent et de facto un déséquilibre linguistique qui se répercutera nécessairement demain sur l’équilibre qui devrait présider dans les plus hauts grades de l’armée ?
2. Zo ja, vindt u het gezond om nu al de facto een taalonevenwicht te cree¨ren dat in de toekomst noodzakelijkerwijze een weerslag zal hebben op het evenwicht dat in de hoogste functies van het leger zou moeten worden gerespecteerd ?
Réponse du ministre de la Défense du 17 juin 2004, à la question no 88 de M. Philippe Monfils du 18 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging van 17 juni 2004, op de vraag nr. 88 van de heer Philippe Monfils van 18 mei 2004 (Fr.) :
L’honorable membre trouvera ci-après les réponses à ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden te willen vinden op de door hem gestelde vragen.
1. En ce qui concerne le cours supérieur d’état-major de l’année académique 2004-2005, le chef de la Défense a proposé 22 candidats néerlandophones et 10 candidats francophones. Cette proposition était faite après une étude approfondie des candidatures soumises, dont deux tiers (117) étaient introduites par des candidats néerlandophones et un tiers (59) par des candidats francophones, et en fonction de la disponibilité de certains candidats potentiels.
1. Voor de hogere stafcursus van het academiejaar 2004-2005 heeft de chef Defensie 22 Nederlandstalige en 10 Franstalige kandidaten voorgedragen. Deze voordracht gebeurde na een grondig onderzoek van de voorgelegde kandidaturen, waarvan er twee derde (117) door Nederlandstalige kandidaten en één derde (59) door Franstalige kandidaten werd ingediend, en in functie van de beschikbaarheid van bepaalde potentie¨le kandidaten.
Il est donc parfaitement concevable que le déséquilibre de cette année soit effacé dans les années à venir en fonction des circonstances modifiées (candidatures, disponibilité, ...).
Het is dus heel goed mogelijk dat het onevenwicht van dit jaar over de volgende jaren wordt weggewerkt in functie van de gewijzigde omstandigheden (kandidaturen, beschikbaarheid, ...).
2. Il existe actuellement un équilibre linguistique dans les plus hauts grades des Forces armées. Le déséquilibre mentionné au paragraphe 1er n’a pas d’influence sur la proportion linguistique dans les grades des Forces armées. Lors de l’appréciation des candidats qui sont susceptibles d’être promus dans les différents grades, les comités d’avancement respectifs tiennent compte de divers critères. La participation au cours précité n’est donc nullement une garantie pour une promotion ultérieure.
2. Er bestaat momenteel een taalevenwicht binnen de hoogste graden van de Krijgsmacht. Het onevenwicht vermeld in paragraaf 1 heeft geen invloed op de taalverhouding binnen de graden van de Krijgsmacht. Bij de beoordeling van de kandidaten die voor promotie in de diverse graden in aanmerking komen, wordt door de respectieve bevorderingscomités met diverse criteria rekening gehouden. Deelname aan de vermelde cursus is dus geenszins een garantie voor verdere promotie.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5723
Ministre des Finances
Minister van Financie¨n
DO 2003200400249
DO 2003200400249
Question no 129 de Mme Dalila Douifi du 13 novembre 2003 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 129 van mevrouw Dalila Douifi van 13 november 2003 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Cotisation obligatoire versée dans le cadre de l’assurance-dépendance instaurée en Flandre. — Déductibilité fiscale.
Verplichte bijdrage voor de « Vlaamse zorgverzekering ». — Fiscale aftrekbaarheid.
Le 1er juillet 2001, l’assurance-dépendance est entrée en vigueur en Communauté flamande. Dans ce cadre, toute personne habitant en Flandre, inscrite dans les registres de la population et aˆgée de plus de 25 ans a l’obligation de s’affilier à une caisse d’assurance soins. Une cotisation annuelle, de 10 euros en 2002 et de 25 euros en 2003, doit être versée à cette caisse.
Op 1 juli 2001 startte de Vlaamse Gemeenschap met de zorgverzekering, waarbij elke inwoner van Vlaanderen ingeschreven in het bevolkingsregister ouder dan 25 jaar verplicht wordt om zich aan te sluiten bij een zorgkas. Daarvoor wordt een jaarlijkse bijdrage verschuldigd, in 2002 van 10 euro, in 2003 van 25 euro.
Le contribuable flamand a-t-il la possibilité de déduire ce montant de ses revenus, tels qu’ils figurent dans sa déclaration fiscale, étant donné qu’il s’agit d’une dépense obligatoire ?
Is het mogelijk dat de verschuldigde van dit bedrag dit mag aftrekken van zijn inkomsten zoals hij moet weergeven op zijn belastingaangifte, gezien dit een verplichte uitgave is ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 129 de Mme Dalila Douifi du 13 novembre 2003 (N.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 129 van mevrouw Dalila Douifi van 13 november 2003 (N.) :
J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre que les cotisations d’assurance-dépendance ne peuvent pas être considérées comme des frais professionnels déductibles. En effet, elles ne répondent pas aux conditions prévues par l’article 49 du Code des impoˆts sur les revenus 1992, puisqu’elles ne sont pas faites ou supportées en vue d’acquérir ou de conserver des revenus imposables. Elles ne peuvent non plus être déduites à un titre à défaut de disposition légale particulière. Le seul fait qu’une dépense soit obligatoire n’implique pas qu’elle soit déductible.
Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat de ledenbijdragen niet als aftrekbare beroepskosten kunnen worden aangemerkt. Zij beantwoorden immers niet aan de algemene voorwaarden van artikel 49 van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992, daar zij niet zijn gedaan of gedragen om belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden. Ze kunnen ook niet anders afgetrokken worden bij gebrek aan een bijzondere wetsbepaling. Het feit dat een kost verplicht is houdt niet in dat ze ook aftrekbaar zou zijn.
Ce point de vue sera prochainement publié dans une circulaire administrative.
Dit standpunt zal eerlang in een administratieve circulaire worden bekendgemaakt.
DO 2003200410428
DO 2003200410428
Question no 181 de Mme Annelies Storms du 9 décembre 2003 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 181 mevrouw Annelies Storms van 9 december 2003 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Octroi automatique d’allocations d’études sur la base de l’impoˆt sur les revenus payé.
Automatische toekenning van studietoelagen op basis van de inkomensbelastingen.
Le Parlement flamand a invité le gouvernement flamand à procéder dans les plus brefs délais à une concertation avec le gouvernement fédéral afin d’élaborer un système permettant au ministère de
Het Vlaams Parlement heeft de Vlaamse regering gevraagd om zo snel mogelijk overleg te plegen met de federale regering om een systeem uit te werken waarbij het ministerie van Onderwijs onmiddellijk weet welke
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5724
l’Enseignement de savoir immédiatement quels contribuables avec enfants à charge satisfont aux critères de revenus pour l’obtention d’une bourse d’études. ` cet effet, le Parlement flamand a approuvé deux A résolutions, respectivement le 7 février 2000 et le 24 octobre 2002.
belastingplichtigen met kinderlast beantwoorden aan de inkomenscriteria voor het toekennen van een studiebeurs.
1. a) Le gouvernement flamand a-t-il déjà pris une initiative pour procéder à une concertation avec le gouvernement fédéral sur l’octroi automatique d’allocations d’études sur la base de l’impoˆt sur les revenus payé?
1. a) Heeft de Vlaamse regering reeds initiatief genomen om met de federale regering overleg te plegen over de automatische toekenning van studietoelagen op basis van de inkomensbelastingen ?
b) Le cas échéant, à quel stade en est la concertation?
b) Zo ja, hoever is het overleg reeds gevorderd ?
2. Le transfert, par le ministère des Finances au ministère de l’Enseignement, de données concernant les personnes qui peuvent prétendre à une allocation d’études, ne pourrait-il pas constituer une atteinte à la loi sur la protection de la vie privée ?
2. Houdt de overdracht door het ministerie van Financie¨n naar het ministerie van Onderwijs van de gegevens met betrekking tot de personen die eventueel in aanmerking komen voor een studietoelage, mogelijk een schending van de wet op de privacy in?
3. Quand pensez-vous que l’échange de données automatique entre le ministère des Finances et le ministère de l’Enseignement sera opérationnel ?
3. Wanneer denkt u dat de automatische gegevensuitwisseling tussen het ministerie van Financie¨n en het ministerie van Onderwijs van start kan gaan ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 181 de Mme Annelies Storms du 9 décembre 2003 (N.) : ` la suite de la proposition de résolution déposée le A 5 février 1998 par M. C. Vandenbroeke et consorts, relative à l’obligation de l’administration fiscale de fournir les informations fiscales requises dans le cadre de la procédure d’octroi d’une allocation d’études en faveur des étudiants de l’enseignement secondaire (Sénat, 1997-1998, 1-867/1), et de la proposition de résolution déposée le 17 mars 1998 par Mme Maximus et consorts, relative à la coopération entre l’administration fiscale fédérale et les communautés en vue de démocratiser l’octroi des allocations d’études (Sénat, 1997-1998, 1-913/1), une réunion s’est tenue le 2 juin 1998 au cabinet de M. Luc Van den Bossche, ministre de l’Enseignement de la Communauté flamande à l’époque, entre les cabinets et administrations concernés.
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 181 van mevrouw Annelies Storms van 9 december 2003 (N.) :
Il est ressorti de ces discussions que la réalisation de ce projet posait divers problèmes sérieux d’ordre pratique, mais également d’ordre légal. Une communication systématique par le fisc, aux services des allocations d’études, des ménages « candidats » qui, sur la base de critères essentiellement financiers, sont susceptibles d’entrer en ligne de compte pour l’octroi d’une bourse d’études, pourrait en effet constituer une violation du secret professionnel dans le chef des fonctionnaires fiscaux et une violation de la vie privé pour les contribuables intéressés.
Uit dit overleg is gebleken dat de realisatie van dit project verschillende ernstige problemen stelde van praktische maar ook van wettelijke aard. Een automatische melding van de fiscus aan de diensten studietoelagen van de « kandidaat »-gezinnen die op grond van louter financie¨le criteria mogelijkerwijze in aanmerking kunnen komen voor een studiebeurs — zou immers een schending van het beroepsgeheim inhouden voor de ambtenaren van de fiscus en voor de betrokken belastingplichtigen een schending van hun privacy.
Eu égard aux problèmes précités, le projet n’a pas été poursuivi plus avant.
Gelet op voormelde problemen werd het project niet verder uitgewerkt.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Hiervoor keurde het Vlaams Parlement twee resoluties goed, respectievelijk op 7 februari 2000 en op 24 oktober 2002.
Naar aanleiding van het voorstel van resolutie omtrent de meldingsplicht van de fiscale administratie bij de procedure studietoelage voor leerlingen secundair onderwijs ingediend door de heer C. Vandenbroeke c.s. op 5 februari 1998 (Senaat 1997-1998, 1-867/1) en het voorstel van resolutie betreffende de samenwerking tussen de federale fiscale administratie en de gemeenschappen ter democratisering van de toekenning van studietoelagen ingediend door mevrouw L. Maximus c.s. van 17 maart 1998 (Senaat, 19971998, 1-913/1) vond op 2 juni 1998 een vergadering plaats met de betrokken kabinetten en administraties op het kabinet van de heer Luc Van den Bossche, toenmalige minister van Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5725
Depuis lors, aucun contact nouveau n’a été établi en la matière entre le service public fédéral Finances et le ministère de l’Enseignement de la Communauté flamande.
Sedertdien hebben er in dat verband geen nieuwe contacten meer plaatsgevonden tussen het ministerie van Financie¨n en het ministerie van Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap.
DO 2003200410442
DO 2003200410442
Question no 244 de Mme Annelies Storms du 31 janvier 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 244 van mevrouw Annelies Storms van 31 januari 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n : Automatische toekenning van studietoelagen op basis van de inkomensbelastingen.
Octroi automatique de bourses d’études en fonction de l’impoˆt sur les revenus. Le Parlement flamand a demandé au gouvernement flamand d’entamer dans les meilleurs délais une concertation avec le gouvernement fédéral en vue d’élaborer un système permettant au ministère de l’Enseignement de savoir immédiatement quels sont les contribuables ayant charge d’enfant qui répondent aux critères de revenus pour l’octroi d’une bourse d’études. Le Parlement flamand a adopté à cet effet deux résolutions, respectivement le 7 février 2000 et le 24 octobre 2002.
Het Vlaams Parlement heeft de Vlaamse regering gevraagd om zo snel mogelijk overleg te plegen met de federale regering om een systeem uit te werken waarbij het ministerie van Onderwijs onmiddellijk weet welke belastingsplichtigen met kinderlast beantwoorden aan de inkomenscriteria voor het toekennen van een studiebeurs. Hiervoor keurde het Vlaams Parlement twee resoluties goed, respectievelijk op 7 februari 2000 en op 24 oktober 2002.
1. Cette automatisation s’inscrit-elle dans le cadre de votre projet d’e-government ?
1. Past deze automatisering in het kader van het e-governmentproject ?
2. a) Cette problématique a-t-elle déjà fait l’objet d’une concertation avec le gouvernement flamand et avec le ministre des Finances ?
2. a) Is er reeds overleg geweest rond deze problematiek met de Vlaamse regering en met de minister van Financie¨n ?
b) Dans l’affirmative, quel en est l’état d’avancement ?
b) Zo ja, hoever is het overleg reeds gevorderd ?
3. Quand pensez-vous que l’échange de données entre le ministère des Finances et le ministère de l’Enseignement pourra débuter ? Réponse du ministre des Finances du 18 juin 2004, à la question no 244 de Mme Annelies Storms du 31 janvier 2004 (N.) : Je renvoie l’honorable membre à la réponse donnée à sa question parlementaire no 181 du 9 décembre 2003 relative au même objet. (Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 37, p. 5723.)
3. Wanneer denkt u dat de gegevensuitwisseling tussen het ministerie van Financie¨n en het ministerie van Onderwijs van start kan gaan ? Antwoord van de minister van Financie¨n van 18 juni 2004, op de vraag nr. 244 van mevrouw Annelies Storms van 31 januari 2004 (N.) : Het geachte lid wordt verwezen naar het antwoord dat werd verstrekt op haar parlementaire vraag nr. 181 van 9 december 2003 en dat hetzelfde onderwerp betreft. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 37, blz. 5723.)
DO 2003200421391
DO 2003200421391
Question no 360 de M. Jo Vandeurzen du 29 avril 2004 (N.) au ministre des Finances : Impoˆt des personnes physiques. — Fisc. — Notion de «droits d’auteur». 1. Pourriez-vous me faire savoir quels revenus sont considérés par le fisc comme des «droits d’auteur» ?
Vraag nr. 360 van de heer Jo Vandeurzen van 29 april 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n : Personenbelasting. — Fiscus. — Begrip « auteursrechten ». 1. Kan u meedelen wat de fiscus beschouwt als « auteursrechten » in het kader van de personenbelasting ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
724
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5726
2. Par quels moyens un contribuable peut-il apporter la preuve que les revenus déclarés sont bien à considérer comme des « droits d’auteur» ?
2. Op welke wijze kan iemand bewijzen dat de aangegeven inkomsten daadwerkelijk beschouwd moeten worden als « auteursrechten » ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 360 de M. Jo Vandeurzen du 29 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 360 van de heer Jo Vandeurzen van 29 april 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après les réponses aux questions qu’il a posées et qui se rapportent à la qualification des droits d’auteur pour l’application de l’impoˆt des personnes physiques.
Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden te vinden op de door hem gestelde vragen met betrekking tot de kwalificatie van auteursrechten voor de toepassing van de personenbelasting.
1. La notion de droits d’auteur n’est pas définie dans le Code des impoˆts sur les revenus 1992 (CIR 1992). Par conséquent, il faut comprendre notamment par cette notion les droits d’auteur tels que mentionnés dans la loi du 30 juin 1994 relative au droit d’auteur et aux droits voisins.
1. Het begrip auteursrechten wordt niet gedefinieerd in het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 1992). Bijgevolg moeten onder dat begrip inzonderheid worden verstaan de auteursrechten zoals vermeld in de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten.
2. Les droits d’auteur des écrivains, musiciens, artistes, etc., doivent être considérés comme des revenus professionnels, à moins qu’ils ne soient le résultat d’une prestation purement occasionnelle ou fortuite. Dans cette dernière éventualité, ils sont à imposer à titre de revenus divers visés à l’article 90, 1o, du Code des impoˆts sur les revenus 1992.
2. De auteursrechten van schrijvers, toondichters, kunstenaars, enz., moeten als beroepsinkomsten worden aangemerkt, tenzij ze louter het gevolg zijn van een louter toevallige of occasionele prestatie. In dat laatste geval moeten ze als een in artikel 90, 1o, WIB 1992, bedoeld divers inkomen worden belast.
Les droits d’auteur payés aux ayants droit d’un auteur décédé en raison d’exécutions, reproductions, etc., qui ont eu lieu après le décès de l’auteur et qui sont relatives à des œuvres qui ne sont pas le fruit d’une activité professionnelle du « de cujus », mais d’une opération occasionnelle de celui-ci, ne rentrent pas dans la catégorie des revenus divers visés à l’article 90, 1o, CIR 1992, et ne sont par conséquent pas imposables.
De auteursrechten die worden betaald aan de rechtverkrijgenden van een overleden auteur voor uitvoeringen, reproducties, enz., die plaatshadden na het overlijden van de auteur en betrekking hebben op werken die niet voortkomen van de beroepswerkzaamheid van de « de cujus », maar van een occasionele verrichting van deze laatste, vallen niet in de categorie van de in artikel 90, 1o, WIB 1992, bedoelde diverse inkomsten en zijn bijgevolg niet belastbaar.
DO 2003200421452
DO 2003200421452
Question no 370 de Mme Trees Pieters du 6 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 370 van mevrouw Trees Pieters van 6 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Remboursement de contributions directes. — Compte financier. — Présentation ou remise d’une copie de la carte d’identité.
Teruggaven van directe belastingen. — Financie¨le rekening. — Voorlegging of verstrekken van kopie van identiteitskaart.
Dans le but d’améliorer le service aux citoyens et d’accroıˆtre la sécurité des remboursements en matière de contributions directes, mais aussi en partie par souci d’économie, le secteur « recouvrements » des contributions directes met tout en œuvre, et à juste titre, pour réduire le plus possible le nombre de liquidations par assignation postale.
Om de burger beter te kunnen dienen en de veiligheid van de terugbetaling inzake directe belastingen te kunnen verhogen tracht de sector invorderingen van de directe belastingen, mede uit kostenbesparende overwegingen, terecht alles in het werk te stellen om het aantal vereffeningen via postassignatie sterk te minimaliseren.
Dans cette optique, les bureaux de perception locaux (personnes physiques) demandent aux contribuables de communiquer par écrit à l’administration
In die optiek vragen de lokale ontvangkantoren (natuurlijke personen) aan de belastingschuldigen dan ook het financieel rekeningnummer waarop de terug-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5727
des impoˆts le numéro de compte financier sur lequel les remboursements peuvent être versés.
gaven kunnen worden overgeschreven aan de belastingadministratie schriftelijk mee te delen.
Il est également demandé aux deux époux de joindre une photocopie de leur carte d’identité.
Daarbij wordt aan de beide echtgenoten tezelfdertijd ook gevraagd een fotokopie van hun identiteitskaart toe te voegen.
Le courrier type ou les documents utilisés comportent généralement comme seule référence une adresse de service, sans mentionner le nom d’une personne de contact individuelle.
In de gehanteerde algemene modelbrieven of drukwerken wordt meestal alleen maar een dienstadres opgegeven, en is er geen individuele contactpersoon meer aangeduid.
La question générale suivante se pose toutefois : sur la base de quelle disposition légale et/ou réglementaire peut-on effectivement exiger ou réclamer la remise d’une (copie de) carte d’identité et/ou la présentation de celle-ci, aux frais du contribuable, aux fonctionnaires chargés du recouvrement et aux agents taxateurs faisant partie du secteur des contributions directes ?
De algemene vraag rijst echter op grond van welke wettelijke en/of reglementaire bepalingen het verstrekken van (een kopie van) de identiteitskaart en/of de voorlegging ervan aan de invorderingsambtenaren en aan de aanslagambtenaren behorende tot de sector directe belastingen terzake op kosten van de belastingschuldige daarbij daadwerkelijk kan worden gee¨ist of gevorderd.
Pouvez-vous me répondre à la lumière des dispositions actuelles du Code des impoˆts sur les revenus 1992, de la loi actualisée du 19 juillet 1991 relative aux registres de la population et aux cartes d’identité et de la loi modifiée du 5 aouˆt 1992 sur la fonction de police ?
Kan u uw antwoord meedelen in het licht van zowel de huidige bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, de geactualiseerde wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten als van de aangepaste wet van 5 augustus 1992 op het politieambt ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 370 de Mme Trees Pieters du 6 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 370 van mevrouw Trees Pieters van 6 mei 2004 (N.) :
Comme le souligne à juste titre l’honorable membre, la direction recouvrement du secteur des impoˆts directs recherche, dans le cadre d’une meilleure prestation de services et d’une simplification administrative, une réduction maximale du nombre de remboursements qui sont encore liquidés au moyen d’une assignation postale.
Zoals het geachte lid het terecht opmerkt streeft de directie invordering van de sector directe belastingen, in het licht van een betere dienstverlening en administratieve vereenvoudiging, een maximale inperking na van het aantal terugbetalingen dat nog per postassignatie wordt vereffend.
Pour cela, ces dernières années, différentes initiatives ont été prises afin d’offrir la possibilité aux ayants droit dont le numéro de compte n’est pas connu, de recevoir malgré tout leur remboursement sur un compte financier en lieu et place d’une assignation postale. ` partir de l’exercice 2001 (revenus 2000), une A mention spécifique a été portée pour cela sur les avertissements extraits de roˆle relatifs à l’impoˆt des sociétés et la taxe de circulation, par laquelle est offerte aux ayants droit la possibilité de communiquer par écrit, endéans les 8 jours de la date d’expédition, un numéro de compte au bureau de recette compétent.
Daartoe werden de afgelopen jaren verschillende initiatieven genomen waarbij aan de rechthebbenden op een belastingteruggave, van wie het rekeningnummer niet gekend is, de mogelijkheid wordt aangeboden hun terugbetaling alsnog op een financie¨le rekening te ontvangen, in plaats van per postassignatie.
De surcroiˆt, à partir de cette année, un courrier séparé est systématiquement adressé à tous les ayantsdroit, personnes physiques, dont le remboursement est supérieur à 1 250 euros, et pour lequel le remboursement par assignation postale est programmé, les invi-
Bovendien wordt met ingang van dit jaar, systematisch aan alle rechthebbenden, natuurlijke personen, op een teruggave van meer dan 1 250 euro en welke initieel per postassignatie zal vereffend worden, een afzonderlijk schrijven gericht waarbij hen wordt
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Met ingang van het aanslagjaar 2001 (inkomstenjaar 2000) werd daartoe op de aanslagbiljetten met betrekking tot de belastingteruggaven inzake personenbelasting, vennootschapsbelasting en verkeersbelasting een specifieke vermelding aangebracht waarbij aan de rechthebbende(n) de mogelijkheid wordt geboden om binnen de acht dagen na de toezending ervan, schriftelijk een rekeningnummer mede te delen aan het bevoegd ontvangkantoor.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5728
tant de bien vouloir communiquer leur numéro de compte financier, endéans les cinq jours ouvrables au bureau de recette.
gevraagd hun financie¨le rekening binnen de vijf werkdagen aan het ontvangkantoor te willen meedelen.
Tenant compte des principes de validité applicables aux paiements par le Code civil (en particulier par l’article 1239) et afin d’exclure donc tout doute concernant l’authenticité du compte financier communiqué, il est demandé aux ayants droit de joindre une photocopie de leur carte d’identité. Ceci procure à mon administration une plus grande sécurité quant à l’identité du (des) demandeur(s) et évite également que la liquidation se fasse au profit d’une personne non habilitée et qu’un deuxième ordonnancement doive avoir lieu.
Rekening houdende met de geldigheidsprincipes voor betalingen bepaald in het Burgerlijk Wetboek (inzonderheid artikel 1239) en teneinde dus elke twijfel nopens de authenticiteit van het medegedeelde rekeningnummer weg te nemen, wordt telkens aan de rechthebbende(n) gevraagd een fotokopie van hun identiteitskaart bij te voegen. Dit verleent aan mijn administratie een grotere zekerheid nopens de identiteit van de aanvrager(s) en vermijdt tevens dat ingeval van uitbetaling aan een niet gerechtigde persoon dezelfde uitgave een tweede maal moet worden geordonnanceerd.
Mon administration est bien consciente que, conformément aux dispositions de la loi actualisée du 19 juillet 1991, concernant les registres de la population et les cartes d’identité, et la loi adaptée du 5 aouˆt 1992, relative à la fonction de police, les policiers sont uniquement autorisés à exiger la présentation de la carte d’identité. Le Code des impoˆts sur les revenus 1992 et l’arreˆté royal d’exécution de ce dernier ne contiennent pas non plus des dispositions qui, le cas échéant, pourraient imposer la présentation ou l’envoi d’une photocopie de la carte d’identité.
Mijn administratie is er zich wel terdege van bewust dat overeenkomstig de bepalingen van de geactualiseerde wet van 19 juli 1991, betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten, en de aangepaste wet van 5 augustus 1992 op het politieambt, enkel de politieambtenaren gemachtigd zijn om het vertonen van de identiteitskaart te eisen. Het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en het koninklijk besluit tot uitvoering ervan houden evenmin bepalingen in die, in voorkomend geval, het voorleggen of het toesturen van een fotokopie van de identiteitskaart opleggen.
La demande de mon administration de joindre une photocopie de la carte d’identité à la requête est donc uniquement dictée par des considérations de sécurité absolue, afin de pouvoir s’assurer que cette demande émane bien de l’ayant droit et non d’un tiers.
De vraag van mijn administratie, om een fotokopie van de identiteitskaart bij de aanvraag toe te voegen, is dus enkel uit veiligheidsoverwegingen ingegeven ten einde er zich met absolute zekerheid van te kunnen vergewissen dat de vraag wel degelijk van de rechthebbende zelf afkomstig is en niet van een derde.
Toutefois, chacun garde son libre-arbitre et il va de soi que personne ne peut être obligé de fournir une photocopie de sa carte d’identité s’il ne le désire pas, sachant que cette décision entraiˆne, comme d’ailleurs le fait que les documents justificatifs soient fournis en dehors du délai prévu, que le remboursement sera payé selon la procédure initialement prévue, c’est-à-dire, par assignation postale, avec tous les risques que cela comporte.
Evenwel behoudt eenieder zijn vrije keuze en vanzelfsprekend kan niemand verplicht worden om een fotokopie van zijn identiteitskaart bij te voegen indien hij dit niet wenst, wetende dat deze beslissing evenals het feit dat de gevraagde bewijsstukken niet tijdig worden verstrekt, tot gevolg zal hebben dat de terugbetaling op de oorspronkelijke vereffeningswijze, met name per postassignatie wordt uitbetaald, met alle risico’s die daaraan verbonden zijn.
En cette matière, je tiens par ailleurs à souligner que lors de l’encaissement de l’assignation postale dans un bureau de poste, la présentation de la carte d’identité du bénéficiaire est toujours demandée.
Ter zake wens ik er nog op te wijzen dat ook bij de inning van de postassignatie op een postkantoor steeds de voorlegging van de identiteitskaart van de begunstigde(n) wordt gevraagd.
Enfin, en ce qui concerne, l’absence du nom d’une personne de contact individualisée sur la lettre type, je tiens à informer l’honorable membre que l’envoi des avertissements extraits de roˆle et l’invitation à communiquer un numéro de compte se fait à un niveau ` cet central, de manière totalement automatisée. A égard, il n’est donc pas possible de désigner concrètement une personne de contact par bureau de recette. Si le redevable souhaite obtenir de plus amples informations concernant la procédure à suivre, il lui est loisi-
Wat ten slotte het ontbreken van de naam van een individueel contactpersoon op de modelbrief betreft, deel ik het geachte lid mede dat de verzending van de aanslagbiljetten en de uitnodigingen voor het communiceren van een rekeningnummer, op centraal niveau en volgens een volledig geautomatiseerde wijze gebeurt. Hierbij is het evenwel niet mogelijk een concrete contactpersoon per ontvangkantoor aan te duiden. Indien de belastingplichtige evenwel nadere informatie wenst te bekomen nopens de te volgen
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5729
ble de contacter le bureau de recette compétent à l’adresse ou au numéro de téléphone indiqués.
procedure kan hij steeds het bevoegd ontvangkantoor contacteren op het aangeduide adres of telefoonnummer.
DO 2003200421461
DO 2003200421461
Question no 373 de M. Mark Verhaegen du 10 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 373 van de heer Mark Verhaegen van 10 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Inspections (communes) Affaires sociales, Travail, Finances et Affaires économiques dans l’arrondissement de Malines.
(Gezamenlijke) inspecties Sociale Zaken, Arbeid, Financie¨n en Economische Zaken in het arrondissement Mechelen.
Il est fréquent que les services de l’Inspection sociale, de la TVA et des Contributions, de l’Inspection économique, etc., procèdent conjointement à l’inspection de commerces.
Het valt regelmatig voor dat er gezamenlijke inspecties van handelszaken worden georganiseerd door de diensten Sociale Inspectie, BTW en Belastingen, Economische Inspectie, enzovoort.
Certains secteurs, comme l’horeca et la construction, sont plus souvent que d’autres l’objet de ce type d’enquêtes. En temps normal, la police locale ou fédérale est associée à ces visites d’entreprises.
Sommige sectoren, zoals bijvoorbeeld « Horeca » en « Bouw », vormen meer dan andere het voorwerp van onderzoek. Normaliter wordt ook de lokale of federale politie betrokken bij dergelijke bedrijfsbezoeken.
Il est récemment apparu que le centre commercial situé à Heist-op-den-Berg, comptant plus de cent établissements horeca et commerces, est soumis à ce type d’enquêtes de manière très intensive. Ainsi, plusieurs établissements horeca ont eu droit à pas moins de trois « descentes » de ces équipes d’inspection en moins de deux semaines.
Recentelijk is gebleken dat het handelscentrum van Heist-op-den-Berg met meer dan honderd horecazaken en winkels, op een erg intensieve manier aan bod komt bij dergelijke onderzoeken. Zo ontvingen diverse horecazaken op minder dan twee weken tijd niet minder dan drie « invallen » van deze inspectieteams.
Il est inutile de préciser que ceci perturbe sérieusement le fonctionnement des commerces concernés et laisse en outre une impression très négative aux clients.
Onnodig te zeggen dat dit niet alleen erg storend is voor de werking van de handelszaak, maar dat dit ook erg negatief overkomt bij de klanten.
1. a) On peut dès lors se demander quelle logique préside au choix des communes, noyaux commerçants, secteurs ou commerces soumis à ces inspections inopinées.
1. a) Vraag is dan ook welke de systematiek is die leidt tot de keuze van de gemeenten, handelskernen, sectoren of handelszaken, die aan dit onaangekondigd onderzoek worden onderworpen ?
b) Qui prend l’initiative des inspections préparées et menées conjointement pour l’inspection financière et sociale ?
b) Wie neemt het initiatief voor controles die gezamenlijk opgevat en uitgevoerd worden voor de financie¨le en sociale inspectie ?
2. Pouvez-vous fournir un aperçu des inspections ainsi menées dans l’arrondissement de Malines au cours du premier trimestre 2004, par commune ou par ville ?
2. Kan u een overzicht geven van de onderzoeken die op dergelijke manier werden verricht in het arrondissement Mechelen in de loop van het eerste kwartaal 2004, en dit per gemeente of stad ?
3. Si le centre de Heist-op-den-Berg a effectivement fait l’objet de plus de controˆles que d’autres communes, y a-t-il une justification à cela ou est-ce le fruit du hasard ?
3. Indien het zo zou zijn dat het centrum van Heistop-den-Berg meer dan andere gemeenten aan bod is gekomen, is er hiervoor een motivering aanwezig, of is het gewoon toeval ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5730
Réponse du ministre des Finances du 16 juin 2004, à la question no 373 de M. Mark Verhaegen du 10 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 16 juni 2004, op de vraag nr. 373 van de heer Mark Verhaegen van 10 mei 2004 (N.) :
1. a) et b) Il existe un protocole de collaboration du 30 juillet 1993 entre différents services d’inspection. La compétence de direction est attribuée semestriellement et alternativement à:
1. a) en b) Er bestaat een samenwerkingsprotocol van 30 juli 1993 tussen de verschillende inspectiediensten. De leidinggevende bevoegdheid wordt semestrieel en afwisselend toegekend aan :
— l’Inspection sociale,
— de Sociale Inspectie,
— l’Inspection des lois sociales,
— De Inspectie van de sociale wetten,
— l’ONEM,
— de RVA,
— l’ONSS.
— de RSZ.
Le SPF Finances n’a aucun pouvoir de décision au sein du protocole de collaboration précité. Les réunions du protocole sont présidées par l’auditeur du travail local et par arrondissement judiciaire.
De FOD Financie¨n heeft geen leidinggevende bevoegdheid binnen voornoemd samenwerkingsprotocol. De protocolvergaderingen worden voorgezeten door de lokale arbeidsauditeur per gerechtelijk arrondissement.
L’initiative de controˆle émane principalement des quatre instances susmentionnées et est coordonnée par le président lors des réunions mensuelles du protocole.
Het initiatief voor controles ligt hoofdzakelijk bij de vier bovengenoemde instanties en wordt gecoo¨rdineerd door de voorzitter van de maandelijkse protocolvergaderingen.
Lors de ces réunions mensuelles du protocole, le représentant des Finances décide de la participation à une action proposée. Parfois, une action à plus petite échelle peut eˆtre entreprise à son initiative en collaboration avec une autre instance.
Op de maandelijkse protocolvergaderingen beslist de vertegenwoordiger van Financie¨n over deelname aan een vooropgestelde actie. Soms kan op zijn initiatief een gezamenlijke kleinschaligere actie worden ondernomen samen met één andere instantie.
2. Dans l’arrondissement de Malines, les services de l’inspection locale de recherche Finances ont participé aux actions suivantes au cours de la première partie de l’année 2004 :
2. In het arrondissement Mechelen werd in het eerste deel van het jaar 2004 door de inspectie der lokale opsporingsdiensten Financie¨n deelgenomen aan volgende acties :
Date 12 janvier 2004 15 janvier 2004 19 janvier 2004 20 février 2004
Nature action
17 avril 2004
Horeca Horeca Horeca Magasins d’articles de sport Car-washes
14 mai 2004
Horeca
Région
Nombre d’agents
Datum
Aard actie
Regio
Aantal agenten
Heist o/d Berg Heist o/d Berg Heist o/d Berg MalinesWillebroek
2 2 2 2
12 januari 2004 15 januari 2004 19 januari 2004 20 februari 2004
Horeca Horeca Horeca Sportwinkels
Heist o/d Berg Heist o/d Berg Heist o/d Berg MechelenWillebroek
2 2 2 2
Malines-PutteDuffel-Heist o/ d Berg Lier
2
17 april 2004
Car-washes
2
1
14 mei 2004
Horeca
MechelenPutte-DuffelHeist o/d Berg Lier
1
On notera que le SPF Finances ne dispose que des données chiffrées relatives aux actions auxquelles il a participé.
Er dient op gewezen dat de FOD Financie¨n enkel beschikt over cijfergegevens van de acties waaraan zij heeft deelgenomen.
3. Il est possible que le récapitulatif susmentionné des cinq premiers mois de l’année donne l’impression
3. Mogelijk geeft voormeld overzicht van de eerste vijf maand van het jaar de indruk dat de intensiteit van
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5731
que l’intensité des controˆles dans la région de Heist` ce sujet, il faut bien signaop-den-Berg a été élevée. A ler que cela faisait plus d’un an et demi qu’un certain nombre d’entreprises du secteur horeca n’avait plus fait l’objet d’un controˆle dans le cadre d’une action protocole dans l’arrondissement. Un récapitulatif reprenant les années précédentes, au lieu d’une partie seulement de l’année 2004, montrerait clairement que les entreprises à Heist-op-den-Berg n’ont pas été moins ou davantage controˆlées que les entreprises des autres régions.
de controles in de regio Heist-op-den-Berg hoog lag. Hierbij dient dan wel vermeld dat het meer dan anderhalf jaar geleden was dat een aantal horecazaken in Heist-op-den-Berg in het kader van een arrondissementele protocolactie werden gecontroleerd. Mocht er een overzicht gemaakt worden van de afgelopen jaren, in plaats van enkel een deel van het jaar 2004, dan zou eveneens duidelijk worden dat de bedrijven in Heistop-den-Berg niet op een meer of minder significante wijze gecontroleerd worden dan bedrijven in andere regio’s.
Pour l’ensemble de ces actions, meˆme sans la participation du SPF Finances, et pour une période d’une année entière, il est certain que Heist-op-den-Berg n’a en aucune façon été visé de manière particulière.
Voor alle acties samen, dus ook zonder deelname van de FOD Financie¨n, en over een periode van een gans jaar, is het zeker zo dat Heist-op-den-Berg in geen enkel opzicht in het bijzonder geviseerd zou zijn.
DO 2003200421475
DO 2003200421475
Question no 378 de Mme Zoé Genot du 11 mai 2004 (Fr.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 378 van mevrouw Zoé Genot van 11 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Financie¨n :
Projet de l’oléoduc Bakou-Tbilisi-Ceyhan. — Roˆle de la Banque mondiale et de la Banque européenne pour la reconstruction et le développement.
Project van de oliepijpleiding Bakoe-Tbilisi-Ceyhan. — Rol van de Wereldbank en van de Europese Bank voor wederopbouw en ontwikkeling.
De plus en plus de questions se posent concernant le projet de l’oléoduc Bakou-Tbilisi-Ceyhan (« BTC »). En effet, il semblerait que l’entreprise BP, un des actionnaires les plus importants, aurait dissimulé un rapport contenant des informations capitales en matière de sécurité et d’environnement. Une plateforme d’ONG a relevé 127 points enfreignant les « IFC Safeguard Policies » et, partant, les « Equator Principles ». En outre, l’entreprise BP aurait négocié un accord avec les pays concernés pour que le projet ne soit pas soumis aux dispositions légales pendant la durée de vie du projet, empêchant les gouvernements de fixer, par la suite, des conditions sociales ou environnementales supplémentaires.
De geplande aanleg van de oliepijpleiding BakoeTbilisi-Ceyhan (« BTC ») roept steeds meer vragen op. Zo zou BP, een van de hoofdaandeelhouders, een rapport met vitale veiligheids- en milieu-informatie achtergehouden hebben. Een platform van nietgouvernementele organisaties (NGO’s) heeft 127 inbreuken op de « IFC Safeguard Policies », en bijgevolg ook op de « Equator Principles », vastgesteld. Om te voorkomen dat de regeringen van de betrokken landen achteraf bijkomende sociale voorwaarden of milieueisen zouden formuleren zou BP bovendien met hen zijn overeengekomen dat ze het project zolang het loopt niet aan hun wetgeving zouden onderwerpen.
La Banque mondiale et la Banque européenne pour la reconstruction et le développement ont joué un roˆle important dans ce projet. Notre pays a des représentants dans les deux banques. Le délégué belge à la Banque mondiale représente plusieurs pays et doit donc défendre la position de ce groupe; mais il peut évidemment essayer de rallier ces pays à la position belge, comme cela se passe d’ailleurs régulièrement pour d’autres dossiers.
De Wereldbank en de Europese Bank voor de wederopbouw en ontwikkeling hebben in dit project een belangrijke rol gespeeld. Ons land is in beide banken vertegenwoordigd. De Belgische afgevaardigde bij de Wereldbank vertegenwoordigt diverse landen en moet bijgevolg de houding van deze landen verdedigen. Maar uiteraard kan hij ook proberen deze landen op een lijn met Belgie¨ te krijgen, zoals dit trouwens in andere dossiers regelmatig gebeurt.
1. Quelle a été l’attitude des représentants belges au sein de ces deux banques dans ce dossier ?
1. Welke houding hebben de Belgische vertegenwoordigers bij deze twee banken ten aanzien van dit dossier aangenomen ?
2. Quelle a été l’aide financière apportée à ce projet par ces deux banques (montant et forme de l’aide) ?
2. Welke financie¨le steun hebben deze twee banken aan dit project verleend (bedrag en onder welke vorm) ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5732
3. a) Le ministre est-il au courant du rapport dissimulé par BP ?
3. a) Is de minister op de hoogte van het rapport dat BP zou achterhouden ?
b) Quel est votre avis sur ce rapport ?
b) Hoe staat u tegenover dit rapport ?
4. a) Etes-vous au courant des critiques de la plateforme des ONG ?
4. a) Bent u op de hoogte van de kritiek die het platform van de NGO’s op dit project heeft ?
b) Quel est votre avis au sujet des critiques émises ?
b) Hoe staat u tegenover deze kritiek ?
5. a) Est-il correct que les contrats de ce projet contiennent des clauses visant à exclure ce projet du controˆle politique et administratif des pays concernés ?
5. a) Klopt het dat de contracten die in het kader van dit project gesloten werden bedingen bevatten die moeten beletten dat de betrokken landen administratief en politiek toezicht uitoefenen op dit project ?
b) Etes-vous d’accord avec une telle approche ?
b) Bent u het eens met een dergelijke benadering ?
6. a) Les représentants belges de ces deux banques vontils prendre de nouvelles initiatives dans ce dossier ?
6. a) Zullen de Belgische vertegenwoordigers bij deze twee banken nieuwe initiatieven nemen in dit dossier ?
b) Si oui, lesquelles ?
b) Zo ja, welke ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 378 de Mme Zoé Genot du 11 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 378 van mevrouw Zoé Genot van 11 mei 2004 (Fr.) :
L’honorable membre voudra bien trouver, ci-après, les réponses aux questions qu’elle a posées.
Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. En ce qui concerne la Banque mondiale, la circonscription belge, qui représente également la Turquie qui tirera des avantages significatifs de cet oléoduc, a apporté son soutien à ce projet.
1. Wat de Wereldbank betreft heeft de Belgische kiesgroep, welke ook Turkije vertegenwoordigd en waarvoor dit land belangrijke voordelen zal halen uit deze oliepijpleiding, zijn steun toegezegd aan dit project.
L’administrateur belge auprès de la Banque européenne pour la reconstruction et le développement (BERD) a suivi de près ce dossier: plusieurs réunions de travail avec le management de la banque et les experts indépendants ont eu lieu sur des points tels que le trajet de l’oléoduc avec analyse des solutions alternatives proposées, les zones écologiquement fragiles, sur l’indemnisation des terres expropriées, les emplois créés, les informations données aux collectivités locales sur la construction, le fonctionnement de l’oléoduc et sur les controˆles qui seraient mis en œuvre pour préserver l’environnement. L’administrteur belge a également eu de nombreux contacts avec des ONG.
De Belgische administrateur bij de Europese Bank voor wederopbouw en ontwikkeling (EBRD) heeft van nabij dit dossier gevolgd: verschillende werkvergaderingen met het management van de bank en onafhankelijke experten werden gehouden over onderwerpen zoals het traject van de pijpleiding met een analyse van de voorgestelde alternatieve oplossingen, de ecologisch zwakke zones, de vergoeding van de onteigende gronden, het scheppen van arbeidsplaatsen, de geleverde informatie aan de lokale gemeenschap betreffende de bouw, het functioneren van de pijpleiding en over de controles die zouden ingesteld worden om het leefmilieu te vrijwaren. De Belgische administrateur heeft ook vele contacten gehad met NGO’s.
Enfin, en novembre 2002, l’administrateur belge s’est rendu avec une délégation du conseil d’administration à Bakou, où il a visité le terminal de British Petroleum (BP) et a rencontré des ONG. Il a fait rapport sur cette visite au conseil d’administration.
Tenslotte, is de Belgische administrateur in november 2002 naar Bakou gereisd met een delegatie van de raad van beheer waar hij de terminal van British Petroleum (BP) bezocht heeft en NGO’s heeft ontmoet. Hij heeft verslag uitgebracht aan de raad van bestuur.
Ces différents examens du dossier et les améliorations qui y ont été apportées (consultations des popu-
Deze verschillende onderzoeken van het dossier en de verbeteringen die werden aangebracht (consultatie
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5733
lations, création d’un fonds social, ...) ont amené le conseil d’administration de la BERD à approuver le 11 novembre 2003 l’octroi d’un prêt.
van de bevolking, oprichting van een sociaal fonds, ...) hebben de raad van bestuur van de EBRD ertoe gebracht een lening goed te keuren op 11 november 2003.
En ce qui concerne le mail du 20 février 2004 envoyé par une ONG, affirmant que BP aurait notamment dissimulé un rapport contenant des informations capitales en matière de sécurité et d’environnement, l’administrateur belge s’est joint à ses collègues pour demander un rapport au management de la banque sur ce point précis.
Wat de mail van 20 februari 2004 betreft, verstuurd door een NGO, waarin wordt bevestigd dat BP een rapport met belangrijke informatie betreffende de veiligheid en het milieu, zou verborgen gehouden hebben, heeft de Belgische administrateur zich aangesloten bij zijn collega’s om een verslag te vragen aan het management van de bank betreffende dit punt.
2. La Société financière internationale (SFI), filiale du groupe de la Banque mondiale chargée de financer les projets secteur privé au sein du groupe, a accordé un prêt A (sur ressources propres) d’un montant maximum de 125 millions de dollars ainsi qu’un prêt B (prêt syndiqué) d’un montant maximum de 125 millions de dollars.
2. De Internationale Financieringsmaatschappij, filiaal van de Wereldbankgroep en belast met het financieren van projecten met de privé sector binnen de groep, heeft een lening A (op eigen middelen) van maximum 125 miljoen dollar alsook een lening B (gesyndikeerde lening) van maximum 125 miljoen dollar toegestaan.
Pour la BERD, il s’agit d’un prêt de 250 millions de dollars d’une durée de 12 ans (la moitié devant être financée par le secteur privé) au Consortium BTCco (BP, Conoco, Philips, Eni, Inpex, Total, Statoil, Amerasa Hess, Itochu, AzBTC, TPAO, Unocal).
Voor de EBRD betreft het een lening van 250 miljoen dollar met een looptijd van 12 jaar (de helft dient gefinancierd door de privé sector) aan het consortium BTCco (BP, Conoco, Philips, Eni, Inpex, Total, Statoil, Amerasa Hess, Itochu, AzBTC, TPAO, Unocal).
Parallèlement, la BERD et le groupe pétrolier BP ont chacun alloué un montant de 20 millions d’euros sous forme de dons et de prêts au titre d’une initiative régionale de développement destinée à créer des emplois à long terme et promouvoir un développement économique durable après l’achèvement de la construction de l’oléoduc.
Parallel hebben de EBRD en de petroleumgroep BP elk een bedrag van 20 miljoen euro toegekend onder de vorm van giften en leningen voor een regionaal ontwikkelingsinitiatief, bestemd voor het cree¨ren van werkgelegenheid op lange termijn en het bevorderen van een duurzame economische ontwikkeling na het bee¨indigen van de bouw van de pijpleiding.
3. a) Compte tenu des informations disponibles, la Banque mondiale n’a pu identifier de quel rapport il s’agissait.
3. a) De Wereldbank kan op basis van de beschikbare gegevens niet zeggen over welk rapport het gaat.
Selon le management de la BERD, BP n’était pas tenu d’informer la BERD de l’existence et du contenu de ce rapport. La BERD ne considère donc pas qu’il y ait eu de dissimulation.
Volgens het management van de EBRD was BP er niet toe gehouden om de EBRD te informeren over het bestaan en de inhoud van dit rapport. De EBRD spreekt niet van het verborgen houden van een rapport.
De plus, le controˆle effectué en avril 2004 par des ingénieurs indépendants a confirmé que les anomalies au niveau des raccords entre les segments de l’oléoduc avaient été corrigées.
Daarenboven heeft de controle uitgevoerd door onafhankelijke ingenieurs in april 2004 bevestigd dat de anomaliee¨n op het niveau van de aansluitingen tussen de segmenten van de pijpleiding gecorrigeerd werden.
b) Le représentant de la Banque mondiale n’a pas d’avis sur ce rapport puisqu’il n’en a pas connaissance.
b) De Wereldbankvertegenwoordiger heeft geen mening aangezien hij het rapport niet kent.
Le représentant de la BERD estime que la banque a traité diligemment la question. Le problème soulevé a été résolu et ne constitue pas un danger pour l’environnement. Les autres questions soulevées par les ONG ont été transmises à un ingénieur
De vertegenwoordiger bij de EBRD stelt dat de bank deze zaak op zorgvuldige wijze behandeld heeft. Het probleem werd opgelost en is geen gevaar voor het leefmilieu. De andere vragen van de NGO’s werden overgemaakt aan een onafhan-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
725
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5734
indépendant. Ce dernier rendra son rapport au courant de l’année.
kelijk ingenieur. Deze laatste zal zijn verslag tegen het einde van het jaar overmaken.
4. a) La Banque mondiale est au courant de nombreuses critiques qui ont été émises par nombre d’ONG au sujet de ce projet en général.
4. a) De Wereldbank is op de hoogte van de verschillende kritieken die geuit werden door verscheidene NGO’s met betrekking tot dit project in het algemeen.
Lors des assemblées annuelles de la BERD de 2003 et 2004, les administrateurs ont rencontré plus de 50 ONG. Ce fut l’occasion de longuement discuter du projet BTC.
Tijdens de jaarvergaderingen van de EBRD in 2003 en 2004 hebben de administrateurs meer dan 50 NGO’s ontmoet. Ter deze gelegenheid werd lang over het project BTC gepraat.
De plus, je tiens à souligner que dans un souci d’améliorer encore l’information sur la façon dont elle s’acquitte de ses responsabilités, la BERD publiera à l’avenir un rapport annuel sur les aspects écologiques de ses investissements et sur les résultats des entreprises dans ce domaine. La démarche suivie dans le cadre de ce projet et la révision de la politique environnementale témoignent de la volonté de la banque d’opérer de façon transparente et responsable. Il y a donc un forum de discussion permettant aux ONG de relayer à un niveau élevé leurs préoccupations.
Ik wens daarenboven te onderlijnen dat de EBRD, gelet op de verbetering van de informatie over de wijze waarop ze zich van haar verantwoordelijkheden kwijt, in de toekomst een jaarrapport zal publiceren met de ecologische aspecten van haar investeringen en met de resultaten van de ondernemingen op dit gebied. De gevolgde methode in het kader van dit project en de herziening van de milieupolitiek wijzen op de wil van de bank om op een transparante en verantwoorde manier te werken. Er is dus een discussieforum dat de NGO’s toelaat hun bekommernissen op een hoog niveau door te geven.
b) Le représentant à la Banque mondiale n’a pas d’avis personnel sur ces critiques. Il sait toutefois que ces critiques ont fait, et font encore, l’objet d’un examen sérieux de la part de la SFI et qu’elles se sont révélées non ou insuffisamment fondées. Une déclaration conjointe des trois pays impliqués dans ce projet ainsi que de BTC a, en mai 2003, répondu à nombre de questions posées par les ONG.
b) De vertegenwoordiger bij de Wereldbank heeft geen persoonlijke mening omtrent deze kritieken. Hij weet wel dat deze kritieken het voorwerp hebben uitgemaakt en nog steeds uitmaken van een ernstig onderzoek vanwege de Internationale Financieringsmaatschappij en dat ze als niet of onvoldoende gefundeerd worden bestempeld. Een gezamenlijke verklaring van de drie betrokken landen en van de BTC heeft, in mei 2003, geantwoord op veel van de vragen gesteld door de NGO’s.
5. a) Non. Des accords visant à établir un environnement légal commun stable pour la construction de l’oléoduc qui soit cohérent avec des standards élevés du point de vue technique, de la sécurité et de l’environnement ont été signés avec les gouvernements hoˆtes.
5. a) Neen. Er werden akkoorden gesloten met de gastregeringen die een wettelijke gemeenschappelijke stabiele omgeving moeten opzetten voor de bouw van de pijpleiding, welke coherent dient te zijn met hoge standaarden inzake techniek, veiligheid en leefmilieu.
Le droit du travail et celui des droits de l’homme ne pourront jamais être d’un niveau inférieur à celui qui prévaut dans l’Union européenne ou à celui des conventions internationales applicables en matière des droits de l’homme.
Ook het recht op arbeid en de mensenrechten mogen niet van een lager niveau zijn dan deze die gelden in de Europese Unie of die gelden in internationale conventies inzake mensenrechten.
Ces accords offrent aux pays hoˆtes la possibilité de développer une législation locale sans aucune restriction à l’exception des cas où une nouvelle législation imposerait des standards qui entreraient en contradiction avec ceux repris dans les accords.
Deze akkoorden bieden aan de gastlanden de mogelijkheid om een lokale wetgeving te ontwikkelen zonder enige restrictie met uitzondering van gevallen waarin de nieuwe wetgeving standaarden zou opleggen die in strijd zouden zijn met deze
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5735
Ces accords ont par ailleurs été discutés et approuvés par les parlements des trois pays.
opgenomen in de akkoorden. Deze akkoorden werden overigens besproken en goedgekeurd door de parlementen van de drie betrokken landen.
b) Ces accords sont la condition de la réalisation de tels projets, pour lesquels un niveau élevé de stabilité et de prévisibilité est requis.
b) Deze akkoorden zijn de voorwaarde voor de realisatie van zulke projecten, waarvoor een hoog niveau van stabiliteit en voorzienigheid nodig zijn.
6. a) et b) Le représentant belge à la Banque mondiale veille en permanence à ce que les politiques de sauvegarde de l’institution soient repectées et vérifie la véracité des allégations de violations des droits humains ou des politiques de sauvegarde qui sont portées à sa connaissance. Si ces allégations devaient s’avérer fondées, il veillerait à ce que les mesures de redressement adéquates soient prises par la SFI.
6. a) en b) De Belgische vertegenwoordiger bij de Wereldbank mag geen nieuwe initiatieven nemen in dit dossier. Hij waakt erover dat de vrijwaringspolitiek van de instelling gerespecteerd wordt en kijkt de waarachtigheid na van de beweringen van schending van de mensenrechten of van de vrijwaringspolitiek die hem ter kennis worden gebracht. Indien deze beweringen gefundeerd blijken, zal hij erover waken dat adequate herstelmaatregelen zullen opgenomen worden door de Internationale Financieringsmaatschappij.
C’est ainsi que récemment il a été saisi de plusieurs demandes de renseignements émanant de citoyens belges concernant certaines allégations de mauvais traitements infligés à M. Ferhat Kaya, citoyen turc, suite à des actions qu’il aurait menées en vue de protéger des populations locales affectées par l’oléoduc. Après vérification, il s’est avéré que les problèmes rencontrés par M. Kaya avec la justice de son pays sont imputables à d’autres activités menées par M. Kaya.
Recentelijk kreeg hij vragen om inlichtingen vanwege Belgische burgers betreffende bepaalde beweringen van slechte behandeling van de heer Ferhat Kaya, Turks burger, ingevolge acties die hij zou ondernomen hebben om de lokale bevolking te beschermen tegen de pijpleiding. Na controle, bleek dat de problemen van de heer Kaya met het gerecht van zijn land voortkwamen uit andere activiteiten van betrokkene.
Le représentant belge de la BERD va continuer à suivre l’évolution du dossier. Le prêt est soumis à des conditions très strictes en matière d’environnement imposant aux promoteurs de soumettre régulièrement ou lorsque cela s’avère nécessaire des rapports d’activités sur les conditions environnementales.
De Belgische vertegenwoordiger bij de EBRD zal de evolutie van het dossier blijven volgen. De lening is aan zeer strikte voorwaarden gebonden wat leefmilieu betreft. Aan de promotoren wordt gevraagd om op regelmatige basis of wanneer het nodig blijkt activiteitenverslagen over de leefmilieuvoorwaarden in te dienen.
Si, au cours de ce suivi, il devait apparaiˆtre que les conditions du contrat n’étaient pas respectées ou que des problèmes apparaissaient, le représentant belge ne manquerait pas d’interroger le management de la banque.
Indien in de loop van deze opvolging blijkt dat de voorwaarden van het contract niet worden gerespecteerd of dat er problemen rijzen, zal de Belgische vertegenwoordiger niet nalaten het management van de bank te ondervragen.
DO 2003200421477
DO 2003200421477
Question no 380 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 380 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Financie¨n :
Projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun. — Roˆle de la Banque mondiale et de la Banque européenne pour la reconstruction et le développement.
Project van de oliepijpleiding Tsjaad-Kameroen. — Rol van de Wereldbank en van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling.
De plus en plus de questions se posent concernant le projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun notamment sur le plan social, environnemental et culturel. En plus,
De geplande aanleg van de oliepijpleiding TsjaadKameroen roept steeds meer vragen op, meer bepaald over de sociale en culturele impact en ook over de
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5736
l’accord juridique conclu avec les pays concernés contiendrait des dispositions pour que le projet ne soit pas soumis aux dispositions légales pendant la durée de vie de ce projet, empêchant les gouvernements de fixer, par la suite, des conditions sociales ou environnementales supplémentaires.
gevolgen voor het milieu. Om te voorkomen dat de regeringen van de betrokken landen achteraf bijkomende sociale voorwaarden of milieueisen zouden formuleren zou de juridische overeenkomst die met deze landen gesloten werd bovendien bepalen dat ze het project zolang het loopt niet aan hun wetgeving zouden onderwerpen.
La Banque mondiale a joué un roˆle clé dans ce dossier. Le délégué belge à la Banque mondiale représente plusieurs pays et doit donc défendre la position de ce groupe; mais il peut évidemment tenter de rallier ces pays à la position belge, comme cela se passe d’ailleurs régulièrement pour d’autres dossiers.
De Wereldbank heeft in dit project een belangrijke rol gespeeld. De Belgische afgevaardigde bij de Wereldbank vertegenwoordigt diverse landen en moet bijgevolg de houding van deze landen verdedigen. Maar uiteraard kan hij ook proberen deze landen op een lijn met Belgie¨ te krijgen, zoals dit trouwens in andere dossiers regelmatig gebeurt.
1. Quelle a été l’attitude des représentants belges au sein de la Banque mondiale dans ce dossier ?
1. Welke houding hebben de Belgische vertegenwoordigers bij de Wereldbank ten aanzien van dit dossier aangenomen ?
2. Quelle a été l’aide financière apportée à ce projet par la Banque mondiale (montants et forme de l’aide) ?
2. Welke financie¨le steun heeft de Wereldbank aan dit project verleend (bedrag en onder welke vorm) ?
3. Le ministre est-il au courant des problèmes sociaux, environnementaux et culturels posés par ce dossier et qu’en pensez-vous ?
3. Is de minister op de hoogte van de sociale en culturele implicaties, evenals van de milieuproblematiek die dit dossier kenmerken en wat is zijn mening hierover ?
4. a) Est-il correct que les contrats de ce projet contiennent des clauses visant à exclure ce projet du controˆle politique et administratif des pays concernés ? Eˆtes-vous d’accord avec une telle approche ?
4. a) Klopt het dat de contracten die in het kader van dit project gesloten werden, bedingen bevatten die moeten beletten dat de betrokken landen administratief en politiek toezicht uitoefenen op dit project ? b) Bent u het eens met een dergelijke benadering ?
5. a) Les représentants belges à la Banque mondiale vont-ils prendre de nouvelles initiatives dans ce dossier ?
5. a) Zullen de Belgische vertegenwoordigers bij deze twee banken nieuwe initiatieven nemen in dit dossier ?
b) Si oui, lesquelles ? Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 380 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) :
b) Zo ja, welke ? Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 380 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) :
L’honorable membre voudra bien trouver, ci-après, les réponses aux questions qu’elle a posées.
Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden te willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. La circonscription belge a apporté son soutien à ce projet. Il s’agit d’un projet difficile et à hauts risques mais qui devrait produire des avantages significatifs aux populations tchadiennes et camerounaises dans la mesure où les revenus qui en découleront seront affectés à des dépenses sociales et de réduction de la pauvreté.
1. De Belgische kieskring heeft haar steun toegezegd voor dit project. Het betreft een moeilijk project met hoge risico’s maar met beduidende voordelen voor de bevolking van Tsjaad en Kameroen in de mate dat de eruit voortvloeiende inkomsten bestemd zullen zijn voor sociale uitgaven en voor armoedevermindering.
2. — Un prêt de la Banque internationale pour la construction et le développement (BIRD) de 53,4 millions de dollars au Cameroun visant à permettre le financement de la part du gouvernement camerounais dans le projet;
2. — Een lening van de Internationale Bank voor wederopbouw en ontwikkeling (IBWO) van 53,4 miljoen dollar aan Kameroen voor het aandeel van de Kameroenese regering in het project;
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5737
— Un prêt BIRD de 39,5 millions de dollars au Tchad visant à permettre le financement de la part du gouvernement tchadien dans le projet;
— Een lening van de IBWO van 39,5 miljoen dollar aan Tsjaad voor het aandeel van de regering van Tsjaad in dit project;
— Un prêt A (sur ressources propres) de 100 millions de dollars de la Société financière internationale (SFI) au titre de la participation au consortium international;
— Een A lening (op eigen middelen) van 100 miljoen dollar van de Internationale Financieringsmaatschappij voor deelname aan het internationale consortium;
— Un prêt B (syndicalisation) de 300 millions de dollars de la SFI au titre de la participation au consortium international;
— Een B lening (syndicalisatie) van 300 miljoen dollar van de Internationale Financieringsmaatschappij voor deelname aan het internationale consortium;
— Un crédit de l’Association internationale de développement (AID) de 4,3 millions de DTS (équivalent de 5,8 millions de dollars) pour assister le Cameroun dans la gestion de l’environnement et le controˆle du secteur pétrolier;
— Een krediet van de Internationale Ontwikkelingsassociatie (IOA) van 4,3 miljoen STR (wat overeenkomt met 5,8 miljoen dollar) om Kameroen bijstand te verlenen voor het beheer van het leefmilieu en de controle van de petroleumsector;
— Un crédit de l’AID de 17,4 millions de DTS (équivalent de 23,6 millions de dollars) pour assister le Tchad dans la gestion de l’environnement et le controˆle du secteur pétrolier.
— Een krediet van de IOA van 17,4 miljoen STR (wat overeenkomt met 23,6 miljoen dollar) om Tsjaad bijstand te verlenen voor het beheer van het leefmilieu en de controle van de petroleumsector.
3 et 4. Les documents légaux relatifs aux prêts et crédits octroyés au Tchad et au Cameroun sont soumis aux controˆles administratifs normaux et sont conformes aux politiques fiduciaires et de sauvegarde. Le plan de gestion environnemental pour ce projet est très explicite quant à la nécessité d’un controˆle administratif approprié. Les deux projets d’assistance technique financés par l’AID visent d’ailleurs essentiellement à renforcer les capacités des deux gouvernements à cet égard.
3 en 4. De wettelijke documenten met betrekking tot de toegestane leningen aan Tsjaad en Kameroen zijn onderworpen aan de normale administratieve controles en zijn conform de fiduciaire en vrijwaringspolitiek. Het milieubeheersplan voor dit project is heel expliciet wat betreft de noodzaak van een aangepaste administratieve controle. De twee projecten van technische bijstand gefinancierd door de IOA beogen hoofdzakelijk de versterking van de capaciteiten van de twee regeringen op dit vlak.
Ce projet a fait l’objet de plusieurs examens par le Panel d’inspection qui a pour mission de procéder à des investigations indépendantes consécutivement à des plaintes formulées par des personnes ou des communautés affectées par les projets de la banque et qui estiment que les politiques de la banque n’ont pas été suivies. Suite à ces examens, qui ont révélé un certain nombre de problèmes, la direction de la banque a mis en place plusieurs plans d’action visant à redresser les erreurs commises.
Dit project heeft het voorwerp uitgemaakt van meerdere onderzoeken door het Inspectiepanel welk als taak heeft onafhankelijke onderzoeken uit te voeren ten gevolge van klachten afkomstig van personen of gemeenschappen getroffen door de projecten van de bank en die menen dat de politiek van de bank niet gevolgd werd. Ten gevolge van deze onderzoeken, die een aantal problemen hebben aan het licht gebracht, heeft de directie van de bank meerdere actieplannen opgezet met de bedoeling de gemaakte fouten recht te zetten.
5. a) et b) Le représentant belge à la Banque mondiale veille en permanence à ce que les politiques de sauvegarde de l’institution soient respectées. C’est ainsi que lors des discussions relatives aux rapports du Panel d’inspection qui ont eu lieu en septembre 2002 et en juillet 2003, le représentant de la Belgique a enjoint la direction de la banque à se conformer sans retard aux recommandations du Panel d’inspection et a exprimé le souhait que le Conseil soit tenu
5. a) en b) De Belgische vertegenwoordiger bij de Wereldbank waakt er voortdurend over dat de vrijwaringspolitiek van de instelling wordt gerespecteerd. Ter gelegenheid van de discussies met betrekking tot de verslagen van het Inspectiepanel, die plaats hadden in september 2002 en in juli 2003, heeft de Belgische vertegenwoordiger de directie van de bank gelast om zich zonder dralen te schikken naar de aanbevelingen van het Inspectiepanel. Hij
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5738
périodiquement au courant de l’évolution de ce projet. Ce qui est désormais le cas.
heeft ook de wens uitgedrukt dat de Raad periodiek op de hoogte zou worden gehouden van de evolutie van het project. Dit wordt voortaan gedaan.
DO 2003200421505
DO 2003200421505
Question no 392 de M. Daan Schalck du 17 mai 2004 (N.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 392 van de heer Daan Schalck van 17 mei 2004 (N.) aan de minister van Financie¨n :
Abattage illégal d’arbres. — Controˆle par les services des douanes.
Illegale houtkap. — Controle douanediensten.
L’abattage illégal d’arbres représente, dans le monde entier, une énorme menace pour les forêts qui subsistent. Si l’abattage illégal d’arbres a d’énormes conséquences sur la biodiversité, il entrave également l’évolution vers une gestion responsable des forêts. En outre, l’abattage illégal d’arbres est souvent associé à la corruption et conduit à des conflits sociaux et des violations des droits de l’homme.
Illegale houtkap vormt wereldwijd een enorme bedreiging voor de nog resterende bossen. Niet alleen heeft illegale houtkap enorme gevolgen voor de biodiversiteit, het staat de evolutie naar verantwoord bosbeheer in de weg. Bovendien gaat illegale houtkap vaak gepaard met corruptie en leidt het tot sociale conflicten en schending van de mensenrechten.
Le 19 mars 2004, Greenpeace a mené une action au port d’Anvers contre l’importation de bois suspect en provenance d’Indonésie. Il ressort de données récentes qu’environ 90 % des arbres abattus en Indonésie le sont illégalement. M. Prakosa, ministre indonésien des Forêts, a confirmé lors d’une conférence de presse, le 11 mars 2004, que l’abattage illégal d’arbres en Indonésie échappait à tout controˆle.
Op 19 maart 2004 voerde Greenpeace actie in de haven van Antwerpen tegen de import van verdacht hout uit Indonesie¨. Recente gegevens tonen aan dat ongeveer 90 % van de houtkap in Indonesie¨ illegaal is. De Indonesische minister van Bosbouw, Prakosa, bevestigde op een persconferentie op 11 maart 2004 dat de illegale houtkap in Indonesie¨ « out of control » is.
La cargaison de bois — plus précisément du multiplex — qui a été transporté à bord du MV Greveno vers le port d’Anvers le 19 mars 2004 provenait de l’usine Ariabima Sari du groupe Korindo. Cette usine, établie à Kalimantan (la partie indonésienne de l’ıˆle de Bornéo) a été surprise, en 2003, par le ministère indonésien des Forêts à utiliser du bois illégal. Conformément à une législation indonésienne récente (paragraphe 5 de SK 10031), la production d’une entreprise est bloquée et/ou l’entreprise ne peut pas obtenir des documents nécessaires aux exportations jusqu’à ce qu’un tribunal ait pris une décision concernant le constat fait par le ministère des Forêts.
Het hout dat op 19 maart 2004 aan boord van de MV Greveno naar de haven van Antwerpen werd getransporteerd, meer bepaald een lading multiplex, was afkomstig van de Ariabima Sari fabriek van de groep Korindo. Deze fabriek, gevestigd op Kalimantan (het Indonesische deel van het eiland Borneo) werd in 2003 door het Indonesische Bosbouwdepartement erop betrapt illegaal hout te hebben gebruikt. Volgens recente Indonesische wetgeving (paragraaf 5 van SK 10031) wordt de productie van een bedrijf bevroren en/of kan het bedrijf geen documenten bekomen die nodig zijn om te mogen exporteren, tot een rechtbank een beslissing heeft genomen omtrent de bevindingen van het Bosbouwdepartement.
Il ressort en outre de documents propres à la société (les dernières données disponibles) qu’en 2002, la production de l’usine Ariabima Sari a excédé de 65 % la quantité autorisée par la loi.
Verder blijkt uit eigen documenten van het bedrijf (de laatst beschikbare gegevens) dat in 2002 de Ariabima Sari fabriek 65 % meer produceerde dan wettelijk is toegelaten.
Le groupe Korindo affirme qu’il dispose d’un certificat d’exportation du BRIK pour le bois qui était à bord du MV Greveno en mars 2004. Le BRIK est une organisation qui a été mise sur pied en décembre 2002 par les ministres des Forêts et du Commerce et de l’Industrie, mais qui est dirigée en principe par l’industrie. Le BRIK délivre des certificats
Korindo beweert dat ze een BRIK exportvertificaat hebben voor het hout dat aan boord was van de MV Greveno in maart 2004. BRIK is een organisatie die in december 2002 werd opgezet door de minister van Bosbouw en de minister van Handel en Industrie, maar in principe wordt ze bestuurd door de industrie. BRIK verleent exportcertificaten (ETPIK certificate)
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5739
d’exportation (certificats ETPIK) aux entreprises qui produisent « légalement ». En dépit du fait que le ministère des Forêts a découvert des troncs illégaux dans l’usine Ariabima Sari en 2003, Korindo a tout de même obtenu des certificats d’exportation. Par ailleurs, diverses organisations ont démontré par le passé que les documents qui doivent être présentés au BRIK pour obtenir des certificats d’exportation sont disponibles sur le marché noir.
aan bedrijven die zogezegd legaal produceren. Ondanks het feit dat het Bosbouwdepartement in 2003 illegale stammen in de Ariabima Sari fabriek aangetroffen heeft, heeft Korindo toch exportcertificaten bekomen. Bovendien hebben diverse organisaties in het verleden aangetoond dat documenten die moeten voorgelegd worden aan BRIK om exportcertificaten te bekomen, verkrijgbaar zijn op de zwarte markt.
1. a) Les services de douane ont-ils procédé à une inspection de la cargaison à bord du MV Greveno ?
1. a) Werd door de douanediensten een inspectie uitgevoerd van de lading aan boord van de MV Greveno ?
b) Quels en sont les résultats ?
b) Wat zijn de resultaten hiervan ?
2. Une partie de la cargaison était destinée aux marchés allemand et néerlandais.
2. Een deel van de lading was voor de Duitse en de Nederlandse markt bestemd.
a) Y a-t-il eu une collaboration avec les autorités néerlandaises et/ou allemandes ?
a) Is er met de Nederlandse en/of Duitse autoriteiten samengewerkt ?
b) Une demande officielle de collaboration des autorités néerlandaises et/ou allemandes leur a-t-elle été transmise ?
b) Is er een officieel verzoek voor samenwerking aan de Nederlands en/of Duitse autoriteiten overgemaakt ?
3. Les autorités indonésiennes ont-elles été contactées concernant la cargaison de bois suspect ?
3. Werd contact opgenomen met de Indonesische autoriteiten in verband met de lading verdacht hout ?
4. Quelles seront, à l’avenir, les démarches entreprises par les douanes lors de l’arrivée de cargaisons de bois en provenance de pays ou` les abattages illégaux d’arbres sont monnaie courante ?
4. Wat zijn de stappen die de douane in de toekomst zal ondernemen bij het binnenkomen van ladingen hout uit landen waar het niveau van illegale houtkap enorm hoog is ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 392 de M. Daan Schalck du 17 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 392 van de heer Daan Schalck van 17 mei 2004 (N.) :
1. a) Au plan de la protection (Convention de Washington — CITES), l’introduction dans la Communauté européenne de spécimens de certaines espèces de bois tropicaux est réglementée par :
1. a) Op het vlak van de bescherming (Conventie van Washington — CITES) is het binnenbrengen in de Europese gemeenschap van specimens van bepaalde soorten tropisch hout gereglementeerd door :
— le règlement (CE) no 338/97 du Conseil du 9 décembre 1996 relatif à la protection des espèces de faune et flore sauvages par le controˆle de leur commerce, ainsi que par
— de verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer alsmede door
— le règlement (CE) no 1808/2001 de la Commission du 30 aouˆt 2001 portant modalités d’application du règlement (CE) no 338/97 du Conseil du 9 décembre 1996 relatif à la protection des espèces de faune et flore sauvages par le controˆle de leur commerce.
— de verordening (EG) nr. 1808/2001 van de Commissie van 30 augustus 2001 houdende uitvoeringsbepalingen van verordering (EG) nr. 338/97 van de Raad inzake de bescherming van in het wild levende dier- en palntensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer.
Cette matière relève de la compétence du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Environnement (Service CITES).
Deze materie hangt af van de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (Dienst CITES).
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5740
Au plan sanitaire, certains bois introduits dans l’Union européenne sont controˆlés par l’Agence fédérale pour le controˆle de la chaıˆne alimentaire (AFSCA). Le bois arrivé dans le port d’Anvers le 19 mars 2004 à bord du navire MV Grevono a fait l’objet d’un controˆle de la douane. En outre, le 18 et le 29 mars 2004, 47 déclarations de mise en libre pratique IM 4 ont été présentées, dont 16 désignaient un destinataire aux Pays-Bas, 7 en Allemagne et 24 en Belgique. b) Il s’agissait de panneaux contreplaqués, triplex et multiplex (code NC 4412 13). Ce bois n’était pas visé par la législation CITES mentionnée au point 1.a). De plus, la présentation d’un certificat phytosanitaire n’était pas requise. Aucune infraction n’a été constatée. 2. a) E´tant donné qu’aucune irrégularité n’a été constatée, il n’y a pas eu de collaboration avec la douane néerlandaise ou allemande. b) Aucune requeˆte officielle n’a été transmise. 3. Aucun contact n’a été pris avec les autorités indonésiennes car aucun tarif préférentiel n’a été sollicité. 4. L’administration des Douanes et Accises n’a aucune compétence en matière de coupes de bois illégales dans les pays tiers mais elle exerce sa compétence lors des importations des spécimens de certaines espèces de bois soumis à la réglementation exposée au point 1.a), notamment en exigeant la présentation d’un permis d’importation délivré par l’Organe de gestion de la CITES en Belgique, dépendant du service public fédéral Santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Environnement ainsi que le certificat phytosanitaire délivré par un expert de l’Agence fédérale pour le controˆle de la chaıˆne alimentaire (AFSCA). Dans ce cadre, elle travaille en collaboration avec ces autorités. Les services de vérification ont reçu mission d’appliquer de manière stricte les règles relatives aux envois de bois provenant de pays à risque. Ils prélèveront des échantillons en vue de l’identification de l’espèce de bois.
Op sanitair vlak worden bepaalde in de Europese Unie binnengebrachte soorten hout door het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV) gecontroleerd. Het hout, aangekomen in de haven van Antwerpen op 19 maart 2004 aan boord van het schip MV Grevono, werd door de douane gecontroleerd. Bovendien werden tussen 18 en 29 maart 2004, 47 aangiften voor het vrije verkeer IM 4 voorgelegd waarvan 16 met bestemming Nederland, 7 met bestemming Duitsland en 24 met bestemming Belgie¨. b) Het ging om triplex- en multiplexplaten (GNcode 4412 13). Dat hout werd niet geviseerd door de in punt 1.a) bovenvermelde CITES-wetgeving. Tevens was het voorleggen van een fytosanitair certificaat niet vereist. Geen enkele overtreding werd vastgesteld. 2. a) Aangezien er geen onregelmatigheden werden vastgesteld, werd er niet samengewerkt met de Nederlandse of de Duitse douane. b) Geen officieel verzoek voor samenwerking werd overgemaakt. 3. Er werd geen contact genomen met de Indonesische autoriteiten, omdat er geen preferentieel tarief werd aangevraagd. 4. De administratie der Douane en Accijnzen heeft geen bevoegdheid inzake illegale houtkap in een derde land, maar zij oefent haar bevoegdheid uit bij de invoer van bepaalde soorten houtspecimens, die aan de onder punt 1.a) uitgelegde reglementering onderworpen zijn, met name door het eisen van de overlegging van een invoervergunning afgegeven door het Belgische CITES-beheersorgaan, dat afhangt van de federale overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, evenals het fytosanitair certificaat afgegeven door het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV). In dit kader werkt zij samen met deze autoriteiten. De verificatiediensten hebben opdracht gekregen de regels betreffende zendingen hout uit risicolanden strikt toe te passen. Ook zullen zij monsters nemen met het oog op de identificatie van de houtsoort.
DO 2003200421520
DO 2003200421520
Question no 395 de Mme Anne Barzin du 18 mai 2004 (Fr.) au ministre des Finances : Délégation de pouvoirs du receveur de l’enregistrement. 1. Dans le cadre de la délégation de pouvoirs, le receveur de l’enregistrement peut-il confier ses préro-
Vraag nr. 395 van mevrouw Anne Barzin van 18 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Financie¨n : Delegatie van bevoegdheid door de ontvanger der registratie. 1. Mag de ontvanger der registratie in het kader van de delegatie van bevoegdheid zijn prerogatieven inzake
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5741
gatives à un subordonné, en matière de controˆle des estimations immobilières ? 2. Dans l’affirmative, d’après quelle disposition légale ?
de controle van schattingen van onroerende goederen overdragen aan een ondergeschikte ? 2. Zo ja, op grond van welke wetsbepaling ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 395 de Mme Anne Barzin du 18 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 395 van mevrouw Anne Barzin van 18 mei 2004 (Fr.) :
1. Le « receveur » (dénomination de grade actuelle « inspecteur principal ») de l’enregistrement peut confier le controˆle des estimations immobilières, ainsi que d’autres taˆches, à un collaborateur. L’inspecteur principal est cependant exclusivement compétent pour requérir éventuellement l’expertise de controˆle, en application des articles 189 et suivants du Code des droits d’enregistrement et 111 et suivants du Code des droits de succession.
1. De « ontvanger » (huidige graadbenaming « eerstaanwezend inspecteur ») van de registratie kan de controle van de waarde van de onroerende goederen, net zoals de ander taken, toevertrouwen aan een medewerker. De eerstaanwezend inspecteur is wel uitsluitend bevoegd om eventueel de controleschatting te vorderen bij toepassing van de artikelen 189 en volgende van het Wetboek der registratierechten en 111 en volgende van het Wetboek der successierechten.
2. Cette possibilité de délégation de compétences est réglée par des instructions administratives.
2. Deze mogelijkheid tot delegatie van bevoegdheden is geregeld bij administratieve instructies.
DO 2003200421618
DO 2003200421618
Question no 413 de M. Pierre-Yves Jeholet du 9 juin 2004 (Fr.) au ministre des Finances :
Vraag nr. 413 van de heer Pierre-Yves Jeholet van 9 juni 2004 (Fr.) aan de minister van Financie¨n :
Déduction des cotisations sociales des conjoints aidants.
Aftrek van de sociale zekerheidsbijdragen van meewerkende echtgenoten.
Depuis 2003, les conjoints aidants sont tenus de verser des cotisations sociales dans le cadre de ce qu’il est convenu d’appeler le « mini-statut ». Ils peuvent également verser des cotisations sociales complètes dans le cadre du « maxi-statut ».
In toepassing van het zogenaamde « ministatuut » moeten de meewerkende echtgenoten sinds 2003 sociale bijdragen storten. Ze kunnen ook kiezen voor het « maxistatuut » maar dan moeten ze een volledige sociale bijdrage storten.
Lorsque, sur le plan fiscal, ils sont considérés comme des conjoints aidants au sens de l’article 33 du CIR 92, ils peuvent déduire leurs cotisations sociales propres comme frais professionnels.
Als ze fiscaal als meewerkende echtgenoten worden beschouwd in de zin van artikel 33 van het WIB 1992 kunnen ze hun eigen sociale bijdragen aftrekken als beroepskosten.
Quel est, par contre, le sort fiscal de ces cotisations sociales lorsque le conjoint aidant continue à bénéficier d’une attribution au sens de l’article 86 du CIR 92 ?
Hoe zullen daarentegen deze sociale bijdragen fiscaal behandeld worden als de meewerkende echtgenoot een toekenning in de zin van artikel 86 van het WIB 1992 blijft genieten ?
Réponse du ministre des Finances du 15 juin 2004, à la question no 413 de M. Pierre-Yves Jeholet du 9 juin 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Financie¨n van 15 juni 2004, op de vraag nr. 413 van de heer PierreYves Jeholet van 9 juni 2004 (Fr.) :
Lorsqu’une activité professionnelle génératrice de bénéfices ou de profits est exercée avec l’aide du conjoint pour lequel il est fait application de l’article 86, CIR 1992, les revenus nets de l’activité professionnelle sont déterminés en tenant compte des revenus générés par les deux conjoints mais aussi des frais professionnels afférents aux deux conjoints.
Als een beroepsactiviteit die aanleiding geeft tot winsten of baten uitgeoefend wordt met de hulp van de partner waarvoor artikel 86 van het WIB 1992 ingeroepen wordt, worden de netto-inkomsten van de beroepsactiviteit vastgesteld rekening houdend met de inkomsten van beide echtgenoten, maar ook met de beroepskosten voor de twee echtgenoten.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
726
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5742
Compte tenu de ce qui précède, j’estime que les cotisations sociales au sens de l’article 52, 7o, CIR 1992 des deux conjoints constituent des frais professionnels déductibles des bénéfices ou profits bruts de l’activité.
Hieruit volgt naar mijn mening dat de sociale bijdragen in de zin van artikel 52, 7o, WIB 1992 van de twee echtgenoten beroepskosten vormen die aftrekbaar zijn van de brutowinsten of -baten van de activiteit.
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2003200421308
DO 2003200421308
Question no 101 de M. Jean-Luc Crucke du 20 avril 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 101 van de heer Jean-Luc Crucke van 20 april 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
E´troitesse des budgets consacrés aux médicaments.
Krappe geneesmiddelenbudgetten.
Lors d’un communiqué de presse du 6 avril 2004, monsieur Herman Van Eeckhout, directeur du service études de l’association « Pharma.be », a dénoncé la politique en matière de médicament comme restrictive, ce qui s’est traduit par la fixation de budgets irréalistes.
In een perscommuniqué van 6 april 2004 laakte Herman Van Eeckhout, directeur van de studiedienst van Pharma.be (de Algemene Vereniging van de geneesmiddelenindustrie) het restrictieve geneesmiddelenbeleid van de regering, die onrealistische budgetten heeft vastgelegd.
En effet, les dépenses médicamenteuses se sont élevées en 2003 à 2,8 milliards d’euros, ce qui représente un dépassement du budget initial de 250 millions d’euros. Le problème découle du fait que la norme salariale admise de 4,5 % est adaptée au budget des années précédentes et non aux dépenses réelles.
De geneesmiddelenuitgaven bedroegen 2,8 miljard euro in 2003, wat neerkomt op een begrotingsoverschrijding met 250 miljoen euro. Het probleem is dat de toegestane loonnorm van 4,5 % afgestemd is op de begroting van de vorige jaren, en niet op de ree¨le uitgaven.
J’ai lu que vous aviez admis que le budget consacré aux médicaments devrait être réexaminé.
U zou nu hebben toegegeven dat de geneesmiddelenbegroting aan een herziening toe was, zo las ik.
Ou` en est l’état d’avancement de la réflexion en cette matière ?
Hoe ver is men daar intussen mee gevorderd ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 101 de M. Jean-Luc Crucke du 20 avril 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 101 van de heer Jean-Luc Crucke van 20 april 2004 (Fr.) :
En réponse à la question de l’honorable membre, je peux dire ce qui suit.
In antwoord op de vraag van het geachte lid kan ik het volgende meedelen.
Le tableau ci-dessous présente l’évolution de l’objectif et des dépenses des spécialités pharmaceutiques (le budget des médicaments).
In de tabel hieronder wordt de evolutie van de doelstelling en van de uitgaven van de farmaceutische specialiteiten (het geneesmiddelenbudget) weergegeven.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5743
Données des spécialités pharmaceutiques (montants en 000 d’euros) Année — Jaar 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 Hausse moyenne. — Gemiddelde stijging
Gegevens farmaceutische specialiteiten (bedragen in 000 euro)
Objectif — Doelstelling
2 2 2 2
351 424 541 711
%
072 269 745 391
3,1 4,8 6,7 4,9
Dépenses — Uitgaven 1 1 2 2 2 2 2
816 952 121 299 453 586 812
077 687 699 230 928 475 543
%
7,5 8,7 8,4 6,7 5,4 8,7 7,6
Pour l’exercice 2003, avec cette augmentation importante des dépenses dans le secteur des spécialités pharmaceutiques, un dépassement de 270 798 000 d’euros est constaté.
Door de sterkere stijging van de uitgaven wordt voor het dienstjaar 2003 in de sector farmaceutische specialiteiten een overschrijding vastgesteld van 270 798 000 euro.
Les dépenses pour les spécialités pharmaceutiques en 2003 se sont élevées à 2 812 543 000 d’euros. Ces dépenses sont sensiblement plus élevées que l’objectif budgétaire 2003, fixé à 2 541 745 000 d’euros.
De uitgaven voor farmaceutische specialiteiten zijn in 2003 opgelopen tot 2 812 543 000 euro. Deze uitgaven liggen merkelijk hoger dan de begrotingsdoelstelling voor 2003 die vastgelegd werd op 2 541 745 000 euro.
Comme convenu dans l’accord avec l’industrie pharmaceutique, signé le 20 janvier 2004, et conformément aux dispositions de l’article 69, § 5, de la loi AMI, au cours de la présente législature, des progrès en différentes phases seront réalisés pour évoluer vers la fixation de budgets réalistes. Le principe général d’un budget réaliste des médicaments est fixé dans cet accord et constitue le point de départ de la politique en matière de médicaments pour les prochaines années.
Zoals overeengekomen in het akkoord met de farmaceutische industrie, ondertekend op 20 januari 2004, en conform aan de bepalingen van artikel 69, § 5, van de ZIV-wet zal in de loop van deze legislatuur gefaseerd vooruitgang geboekt worden om te evolueren naar de vaststelling van realistische budgetten. Het algemeen principe van een realistisch geneesmiddelenbudget is vastgelegd in dit akkoord en vormt het uitgangspunt voor het geneesmiddelenbeleid voor de komende jaren.
Actuellement, des discussions consultatives sont en cours entre Pharma.be et les services compétents de l’INAMI qui devraient être terminées fin juin 2004.
Momenteel hebben hierover consultatieve besprekingen plaats tussen Pharma.be en de bevoegde diensten van het RIZIV die tegen eind juni 2004 worden afgerond.
DO 2003200421439
DO 2003200421439
Question no 106 de M. Hagen Goyvaerts du 5 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 106 van de heer Hagen Goyvaerts van 5 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Remboursement des traitements de pathologies urologiques par lasers.
Terugbetaling van ingrepen door middel van urologische lasers.
La médecine dispose actuellement de plusieurs thérapeutiques pour le traitement de l’hypertrophie
Voor de behandeling van goedaardige prostaatzwellingen beschikt de geneeskunde momenteel over een
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5744
prostatique bénigne. Le traitement par laser vert constitue une nouveauté dans ce domaine. Il s’agit d’une intervention chirurgicale à impact minimal pour le patient. Cette technique est très bien accueillie par les urologues, qui sont enthousiasmés par les résultats excellents du traitement. Il me revient que cette intervention n’est pas encore reconnue par l’INAMI.
aantal behandelingstechnieken. Nieuw is een behandeling met een groenlichtlaser, een chirurgische ingreep met een minimaal impact voor de patie¨nt. Deze techniek wordt door urologen erg enthousiast onthaald vanwege de zeer goede resultaten die na een behandeling worden behaald. Naar verluidt is deze ingreep nog niet door het RIZIV erkend.
1. a) La thérapie par laser vert a-t-elle déjà fait l’objet d’une demande de reconnaissance auprès de l’INAMI ?
1. a) Is er al een aanvraag tot erkenning van de groenlichtlasers bij het RIZIV ingediend ?
b) Dans l’affirmative, quand cette demande a-t-elle été déposée ?
b) Zo ja, van wanneer dateert ze ?
2. Quel est l’état d’avancement du dossier de la reconnaissance de cette technique ?
2. Wat is de stand van zaken inzake de erkenning van deze techniek ?
3. Quand peut-on espérer la reconnaissance de cette technique ?
3. Tegen wanneer kan een erkenning van deze techniek verwacht worden ?
4. Quand la technique sera-t-elle remboursée ?
4. Tegen wanneer kan een terugbetaling van deze techniek verwacht worden ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 18 juin 2004, à la question no 106 de M. Hagen Goyvaerts du 5 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 18 juni 2004, op de vraag nr. 106 van de heer Hagen Goyvaerts van 5 mei 2004 (N.) :
Aux questions posées par l’honorable membre, j’ai l’honneur de communiquer la réponse suivante.
Op de vragen gesteld door het geachte lid kan ik het volgende antwoord meedelen.
1. a) Aucune demande de création d’une prestation ouvrant droit à un remboursement par l’assurance obligatoire maladie invalidité, et dédiée à une technique spécifique par laser pour le traitement de l’hypertrophie bénigne de la prostate, n’a jusqu’à ce jour été soumise au Conseil technique médical instauré au sein de l’INAMI, compétent pour donner avis en ces matières.
1. a) Geen enkele vraag tot het voorzien van een verstrekking die recht geeft op vergoeding door de verplichte ziekteverzekering en die gewijd is aan een specifieke lasertechniek voor de behandeling van goedaardige hypertrofie van de prostaat, werd tot op heden voorgelegd aan de Technische Geneeskundige Raad, ingesteld bij het RIZIV, bevoegd om advies te geven in deze materie.
Je ne peux donner à l’honorable membre réponses aux autres questions qui sont subsidiaires à la première.
Ik kan dus aan het geachte lid geen antwoord geven op de andere vragen die subsidiair zijn aan de eerste.
DO 2003200421461
DO 2003200421461
Question no 107 de M. Mark Verhaegen du 10 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 107 van de heer Mark Verhaegen van 10 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Inspections (communes) Affaires sociales, Travail, Finances et Affaires économiques dans l’arrondissement de Malines.
(Gezamenlijke) inspecties Sociale Zaken, Arbeid, Financie¨n en Economische Zaken in het arrondissement Mechelen.
Il est fréquent que les services de l’Inspection sociale, de la TVA et des Contributions, de l’Inspection Economique, etc., procèdent conjointement à l’inspection de commerces.
Het valt regelmatig voor dat er gezamenlijke inspecties van handelszaken worden georganiseerd door de diensten Sociale Inspectie, BTW en Belastingen, Economische Inspectie, enzovoort.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5745
Certains secteurs, comme l’horeca et la construction, sont plus souvent que d’autres l’objet de ce type d’enquêtes. En temps normal, la police locale ou fédérale est associée à ces visites d’entreprises.
Sommige sectoren, zoals bijvoorbeeld « Horeca » en « Bouw », vormen meer dan andere het voorwerp van onderzoek. Normaliter wordt ook de lokale of federale politie betrokken bij dergelijke bedrijfsbezoeken.
Il est récemment apparu que le centre commercial situé à Heist-op-den-Berg, comptant plus de cent établissements horeca et commerces, est soumis à ce type d’enquêtes de manière très intensive. Ainsi, plusieurs établissements horeca ont eu droit à pas moins de trois ’descentes’ de ces équipes d’inspection en moins de deux semaines.
Recentelijk is gebleken dat het handelscentrum van Heist-op-den-Berg met meer dan honderd horecazaken en winkels, op een erg intensieve manier aan bod komt bij dergelijke onderzoeken. Zo ontvingen diverse horecazaken op minder dan twee weken tijd niet minder dan drie « invallen » van deze inspectieteams.
Il est inutile de préciser que ceci perturbe sérieusement le fonctionnement des commerces concernés et laisse en outre une impression très négative aux clients.
Onnodig te zeggen dat dit niet alleen erg storend is voor de werking van de handelszaak, maar dat dit ook erg negatief overkomt bij de klanten.
1. a) On peut dès lors se demander quelle logique préside au choix des communes, noyaux commerçants, secteurs ou commerces soumis à ces inspections inopinées.
1. a) Vraag is dan ook welke de systematiek is die leidt tot de keuze van de gemeenten, handelskernen, sectoren of handelszaken, die aan dit onaangekondigd onderzoek worden onderworpen ?
b) Qui prend l’initiative des inspections préparées et menées conjointement pour l’inspection financière et sociale ?
b) Wie neemt het initiatief voor controles die gezamenlijk opgevat en uitgevoerd worden voor de financie¨le en sociale inspectie ?
2. Pouvez-vous fournir un aperçu des inspections ainsi menées dans l’arrondissement de Malines au cours du premier trimestre 2004, par commune ou par ville ?
2. Kan u een overzicht geven van de onderzoeken die op dergelijke manier werden verricht in het arrondissement Mechelen in de loop van het eerste kwartaal 2004, en dit per gemeente of stad ?
3. Si le centre de Heist-op-den-Berg a effectivement fait l’objet de plus de controˆles que d’autres communes, y a-t-il une justification à cela ou est-ce le fruit du hasard ?
3. Indien het zo zou zijn dat het centrum van Heistop-den-Berg meer dan andere gemeenten aan bod is gekomen, is er hiervoor een motivering aanwezig, of is het gewoon toeval ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 107 de M. Mark Verhaegen du 10 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 107 van de heer Mark Verhaegen van 10 mei 2004 (N.) :
L’honorable membre voudra bien trouver, cidessous, les informations demandées. ` la suite de la conclusion du protocole du 30 juillet A 1993 relatif à la collaboration entre divers services d’inspection pour coordonner les controˆles en cas d’infractions à la législation sociale et du travail, des cellules de coordination ont été mises en place au sein des différents arrondissements judiciaires du pays.
Het geachte lid vindt hieronder de gevraagde informatie.
Ces cellules de coordination ont pour but d’organiser des controˆles coordonnés en vue d’assurer la surveillance la plus efficace possible de certaines réglementations, telles que celles relatives aux documents sociaux, au travail à temps partiel, à l’occupation de travailleurs de nationalité étrangère ainsi qu’au choˆmage.
Deze coo¨rdinatiecellen hebben als doel gecoo¨rdineerde controleacties te organiseren om een zo doeltreffend mogelijk toezicht te waarborgen inzake bepaalde reglementeringen, zoals deze betreffende de sociale documenten, de deeltijdse arbeid, de tewerkstelling van werknemers met vreemde nationaliteit, alsook de werkloosheid.
Participent à ces actions coordonnées entre autres le Controˆle des lois sociales (SPF Emploi, Travail et
Nemen onder meer deel aan deze gecoo¨rdineerde acties: het Toezicht op de sociale wetten (FOD Werk-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Ingevolge het protocol van 30 juli 1993 betreffende de samenwerking tussen verschillende inspectiediensten tot coo¨rdinatie van de controles bij inbreuken op de arbeids- en sociale wetgeving, werden coo¨rdinatiecellen opgericht in de verschillende gerechtelijke arrondissementen van het land.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5746
Concertation sociale), l’Inspection sociale (SPF Sécurité sociale), l’inspection de l’Office national de sécurité sociale, l’inspection de l’Office national de l’emploi ainsi qu’en fonction des nécessités : les services d’inspection des communautés, des Finances, des Affaires économiques, la police locale et/ou fédérale.
gelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg), de Sociale Inspectie (FOD Sociale Zekerheid), de inspectiedienst van de Rijksdienst voor sociale zekerheid, de inspectiedienst van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening, alsook in functie van de noodwendigheden: de inspectiediensten van de gemeenschappen, van Financie¨n, van Economische Zaken, evenals de lokale en/of federale politiediensten.
Depuis l’entrée en vigueur, en date du 1er juillet 2003, de la loi du 3 mai 2003 instituant le Conseil fédéral de lutte contre le travail illégal et la fraude sociale, le Comité fédéral de coordination et les cellules d’arrondissement, la présidence des cellules d’arrondissement a été confiée à un magistrat, à savoir l’auditeur du travail.
Sinds de inwerkingtreding, op 1 juli 2003, van de wet van 3 mei 2003 houdende oprichting van de Federale Raad voor de strijd tegen de illegale arbeid en de sociale fraude, het Federaal Coo¨rdinatiecomité en de arrondissementscellen, werd het voorzitterschap toevertrouwd aan een magistraat, namelijk de arbeidsauditeur.
Les controˆles qui se sont déroulés en janvier 2004 à Heist-op-den-Berg dans le secteur des hoˆtels, restaurants et cafés ne peuvent en aucun cas être considérés comme une « invasion », étant donné qu’ils se sont déroulés avec beaucoup de sérénité, que n’y ont participé que quelques controˆleurs sociaux assistés de la police locale, qui, conformément aux instructions a agi de manière discrète.
De controles die in januari 2004 te Heist-op-denBerg hebben plaatsgehad in hotels, restaurants en cafés kunnen in geen enkel geval bestempeld worden als « invallen », gezien ze zeer sereen verliepen en uitgevoerd werden door slechts enkele controleurs, bijgestaan door de lokale politie die zich, conform de instructies, discreet heeft opgesteld.
Ces controˆles se sont étalés sur trois jours et au total vingt-trois établissements ont été visités. Trente-huit travailleurs salariés ont été interpellés ainsi qu’une vingtaine de travailleurs indépendants. Des infractions ont été relevées chez certains employeurs en matière de déclaration immédiate de l’emploi, de registre de présence, de mesures de publicité des horaires de travail à temps partiel, de règlement de travail et de protection de la rémunération des travailleurs salariés. Lors de chaque journée d’enquête, le total des controˆleurs des différents services d’inspection impliqués (les controˆleurs des finances y compris) n’a jamais dépassé le nombre de dix.
Deze controles werden verricht in driee¨ntwintig horecazaken in de loop van drie dagen. Hierbij werden achtendertig loontrekkenden alsook een twintigtal zelfstandigen ondervraagd. Bij bepaalde werkgevers werden inbreuken vastgesteld die betrekking hadden op de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, het aanwezigheidsregister, de bekendmaking van de deeltijdse werkroosters, het arbeidsreglement en de bescherming van het loon der werknemers. Tijdens elk van deze controledagen waren in het totaal nooit meer dan tien controleurs van de verschillende inspectiediensten betrokken (de controleurs van financie¨n inbegrepen).
Je tiens également à informer l’honorable membre que le choix des secteurs d’activité et des communes, qui est opéré par les cellules d’arrondissement est fait en fonction d’un plan opérationnel et d’informations dont disposent les différents services d’inspection.
Ik houd eraan het geachte lid te informeren dat de keuze van de activiteitssectoren en de gemeenten door de arrondissementscellen gebeurt in functie van een operationeel plan en de informatie waarover verschillende inspectiediensten beschikken.
En ce qui concerne plus particulièrement Heist-opden-Berg, aucune action coordonnée n’a été effectuée au cours de l’année 2001, seuls trois établissements (Horeca) ont été controˆlés par la cellule d’arrondissement en 2002 et, en 2003, les actions coordonnées n’ont visé que six restaurants exotiques. Il convient également de préciser que, si une action globale a été prévue au début de l’année 2004 au sein de cette commune et ce à plusieurs jours d’intervalle, c’est afin de vérifier que les infractions relevées lors du premier jour de controˆle avaient fait par la suite l’objet d’une régularisation.
Wat in het bijzonder Heist-op-den-Berg betreft is er geen enkele gecoo¨rdineerde actie geweest in de loop van 2001 en slechts drie horecazaken werden door de arrondissementele cel gecontroleerd in 2002. In 2003 werden slechts zes exotische restaurants in het kader van gecoo¨rdineerde acties gecontroleerd. Ik houd er ook aan te verduidelijken dat de in deze gemeente geplande globale controleacties begin 2004, verspreid over verschillende dagen, tot doel hadden na te gaan of de inbreuken vastgesteld tijdens de eerste controledag nadien aanleiding gaven tot regularisatie.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5747
Enfin, j’ajouterai qu’au cours du premier trimestre de l’année 2004, les autres controˆles coordonnés dans l’arrondissement de Malines se sont déroulés :
Ten slotte wil ik er nog aan toevoegen dat in het eerste kwartaal 2004 de andere gecoo¨rdineerde controleacties in het arrondissement Mechelen hebben plaatsgehad :
— dans le secteur des taxis (ville de Malines);
— in de sector van de taxi’s (in de stad Mechelen);
— dans le secteur de la construction (région Willebroek-Klein Brabant);
— in de sector van de bouw (in de regio WillebroekKlein Brabant);
— dans le secteur de l’horticulture (région SintKatelijne-Waver, Duffel, Putte, Koningshooikt et Lier).
— en in de sector van de tuinbouw (in de regio SintKatelijne-Waver, Duffel, Putte, Koningshooikt en Lier).
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2003200421063
DO 2003200421063
Question no 136 de Mme Colette Burgeon du 10 mars 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 136 van mevrouw Colette Burgeon van 10 maart 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Lentilles de contact. — Fabricants. — Circulation de copies des produits sur le marché français.
Contactlenzen. — Fabrikanten. — Op de Franse markt circulerende kopiee¨n.
Deux importants fabricants de lentilles de contact ont tiré la sonnette d’alarme, dernièrement, après avoir découvert que des copies de leurs produits circulaient sur le marché français.
Twee grote fabrikanten van contactlenzen trokken onlangs aan de alarmbel omdat ze ontdekt hadden dat er kopiee¨n van hun producten op de Franse markt in omloop zijn.
Les autorités sanitaires de l’Afssaps (Agence française de sécurité sanitaire des produits de santé) ont été prévenues. Le problème est que ces verres de contact ne sont pas stériles et qu’ils constituent une menace pour la santé des yeux puisqu’ils peuvent provoquer des infections.
Het Franse agentschap voor de veiligheid van gezondheidsproducten, het Afssaps (Agence française de sécurité sanitaire des produits de santé) werd op de hoogte gebracht. Het probleem is dat die contactlenzen niet steriel zijn en dat ze een bedreiging vormen voor de gezondheid van de ogen omdat ze ontstekingen kunnen veroorzaken.
Les opticiens français ont été alertés. Chez nous, aucune plainte n’aurait été déposée.
De Franse opticiens werden op de hoogte gebracht. Bij ons zou geen enkele klacht zijn ingediend.
1. Confirmez-vous cette information découverte dans la presse ? 2. Eˆtes-vous au courant d’un pareil trafic en Belgique ?
1. Bevestigt u deze persberichten ? 2. Bent u op de hoogte van een dergelijke handel in Belgie¨ ?
3. Envisagez-vous informer les opticiens de cette situation ? 4. E´ventuellement, quelles mesures y aurait-il lieu de prendre ?
3. Bent u van plan de opticiens te informeren over deze situatie ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 136 de Mme Colette Burgeon du 10 mars 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 136 van mevrouw Colette Burgeon van 10 maart 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de fournir à l’honorable membre les informations suivantes.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
4. Welke maatregelen zouden er eventueel kunnen worden genomen ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5748
1. L’information au sujet de la situation en France correspond aux données qui ont été communiquées par les autorités françaises le 8 mars 2004 au service des dispositifs médicaux de notre Direction générale Médicaments.
1. De informatie betreffende de toestand op de Franse markt stemt overeen met de gegevens die door de Franse autoriteit overgemaakt werden op 8 maart 2004 aan de dienst Medische Hulpmiddelen van het Directoraat-generaal Geneesmiddelen.
2. Nous sommes au courant depuis le premier mars 2003 de l’existence de deux modèles de lentilles falsifiées sur le marché français. Depuis lors, vérification a été faite en collaboration avec le SPF E´conomie et le fabricant et distributeur si ces lentilles sont présentes sur le marché belge. La différence d’emballage entre les lentilles originales stériles et les lentilles falsifiées non stériles est évidente. Le fabricant distributeur de ces lentilles pour le marché belge n’a pas à ce jour rencontré sur le marché belge des lentilles falsifiées.
2. Wij zijn sinds 1 maart 2004 op de hoogte van het bestaan van twee modellen namaaklenzen op de Franse markt. Sinds die datum wordt nagegaan, tezamen met de FOD Economie en de fabrikant-verdeler of deze zich ook op de Belgische markt bevinden. Er is een duidelijk onderscheid in de verpakking van de originele, steriele lenzen en de onsteriele namaaklenzen. Volgens de fabrikant-verdeler van de in Belgie¨ verkocht lenzen, heeft hij tot op heden geen vervalsingen aangetroffen op de Belgische markt.
3. En collaboration avec nos services, le fabricantdistributeur a averti les 2 et 3 mars 2003 tous les professionnels (opticiens, ophtalmologues et distributeurs de matériel optique. Un communiqué de presse a été publié dans la presse professionnelle et un callcenter a été installé afin de répondre aux questions des professionnels et des patients. Tous ces textes sont en notre possession. Nous pensons qu’ils décrivent le problème de façon exhaustive et incitent à la prudence vis-à-vis de fournisseurs inconnus. 4. Le SPF E´conomie, qui d’après l’arrêté royal du 18 mars 1999 relatif aux dispositifs médicaux, annexe XIII, point 2.4, est compétent pour le controˆle des lentilles de contact, a informé le 15 avril 2004 le service des Dispositifs médicaux que l’action de surveillance du marché effectuée par les assistants techniques, n’avait pas mis à jour sur le marché belge de lentilles falsifiées. Ce résultat concorde avec l’information figurant sur le website des autorités françaises que le problème se limite vraisemblablement au marché français.
3. In samenwerking met onze diensten verwittigde de fabrikant-verdeler op 2 en 3 maart 2003 alle professionelen (optiekers, oftalmologen en optiekverdelers). Er werd een persmededeling gedaan in de professionele tijdschriften en een call-center werd opgericht om vragen van professionelen en patie¨nten te beantwoorden. Al deze teksten zijn in ons bezit en we menen dat ze voldoende het probleem beschrijven en aanzetten tot waakzaamheid tegenover ongekende leveranciers.
DO 2003200421128
DO 2003200421128
Question no 146 de Mme Muriel Gerkens du 22 mars 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 146 van mevrouw Muriel Gerkens van 22 maart 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Situation de l’offre en médecine générale.
Medisch aanbod in de huisartsgeneeskunde.
En décembre 2003, je vous interrogeais sur l’offre médicale, et plus particulièrement en médecine générale (cf. question no 68 du 2 décembre 2003, Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 20, p. 2929).
In december 2003 stelde ik u een vraag met betrekking tot het medisch aanbod, meer bepaald in de huisartsgeneeskunde (cf. vraag nr. 68 van 2 december 2003, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 20, blz. 2929).
Dans votre réponse, vous confirmez mon hypothèse : en comparant les chiffres de consommation de prestations de médecine générale dans les trois régions du pays, on observe que celle-ci est inverse-
In uw antwoord bevestigt u mijn hypothese : uit de vergelijking van de cijfers met betrekking tot de prestaties van de huisartsen in de drie gewesten blijkt dat de medische consumptie omgekeerd evenredig is met het
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
4. De FOD Economie, die volgens het koninklijk besluit van 18 maart 1999 betreffende de medische hulpmiddelen, bijlage XIII, 2.4, bevoegd is voor de controle van contactlenzen, liet de dienst Medische Hulpmiddelen op 15 april 2004 weten dat het marktonderzoek gedaan door de technische assistenten, geen namaaklenzen op de Belgische markt aan het licht bracht. Tot op heden stemt dit resultaat dus overeen met de melding op de website van de Franse overheden, namelijk dat het probleem zich waarschijnlijk beperkt tot de Franse markt.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5749
ment proportionnelle à la concentration de médecins par habitant. Comme vous le dites dans votre réponse, ceci tient à d’autres facteurs, comme la concentration de spécialistes et d’hoˆpitaux. Mais de ceci on peut déduire que l’hypothèse qui fonde le numerus clausus est fausse : ce n’est pas le volume de l’offre médicale qui conditionne la consommation de soins, en tout cas en médecine générale. Dès lors il est inutile de maintenir ce numerus clausus dans l’objectif de contenir le budget des soins de santé. Ceci permet de rassurer nos concitoyens du Nord qui craignent une explosion de la consommation de soins dans le Sud si on devait assouplir le numerus clausus. Au contraire, il y a lieu de veiller à maintenir une offre suffisante : dans le cas contraire, les patients se tournent vers l’hoˆpital, ce qui engendre des couˆts bien plus importants. Des pays voisins, comme la France et les Pays-Bas, confirment ce scénario : un numerus clausus y règne depuis de nombreuses années, et leurs dépenses en soins de santé sont bien plus élevées que chez nous. Ce qui permet de revenir sur la deuxième question que je vous ai posée, à savoir de réaliser un cadastre précis de la situation de l’offre en médecine générale : les chiffres que vous m’avez transmis, en se limitant à des moyennes, ne permettent pas de visualiser les futurs « trous » dans cette offre. Certes, je peux bien comprendre qu’il est délicat de publier des données individuelles qui permettraient d’identifier le niveau d’activité de chaque médecin. Dès lors, pour contourner cet obstacle, pourriezvous communiquer les données suivantes : pour chaque commune, et pour chaque tranche d’aˆge (25/ 35, 35/45, 45/55, 55/65), le nombre de médecins généralistes ayant une activité de plus de 1 000 contacts par an en 2002 (sinon en 2001) ? Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 146 de Mme Muriel Gerkens du 22 mars 2004 (Fr.) :
aantal artsen per inwoner. In uw antwoord haalt u als verklaring andere factoren, zoals het aantal specialisten en het aantal ziekenhuisbedden per inwoner, aan. Uit een en ander kunnen we echter afleiden dat de numerus clausus op een onjuiste hypothese berust : het is, althans in de huisartsgeneeskunde, niet het medisch aanbod dat de medische consumptie bepaalt. Het is dan ook zinloos met het oog op de beperking van de begroting voor gezondheidszorg die numerus clausus te behouden. We kunnen onze medeburgers uit het Noorden van het land, die vrezen dat een versoepeling van de numerus clausus de medische consumptie in het Zuiden de hoogte zou injagen, dus geruststellen. Het omgekeerde is waar : we moeten zorgen voor een voldoende aanbod. Zo niet wenden de patie¨nten zich onmiddellijk tot het ziekenhuis, wat tot een belangrijke meeruitgave leidt. Buurlanden als Frankrijk en Nederland bevestigen die gang van zaken. In die landen geldt sinds jaren een numerus clausus en de uitgaven voor gezondheidszorg liggen er stukken hoger dan bij ons. Ik wil dan ook terugkomen op mijn tweede vraag, betreffende het opstellen van een precies kadaster van het medisch aanbod in de huisartsgeneeskunde : aangezien de cijfers die u voorlegde gemiddelden zijn, kan op basis daarvan niet worden vastgesteld waar zich op termijn een tekort zal voordoen. Ik heb begrip voor uw terughoudendheid om individuele gegevens vrij te geven, aan de hand waarvan zou kunnen worden nagegaan hoeveel elke arts presteert. Zou u me, om die valkuil te vermijden, volgende gegevens kunnen bezorgen : het aantal huisartsen, per gemeente en per leeftijdscategorie (25/35, 35/45, 45/55, 55/65) die in 2002 (of desgevallend 2001) meer dan 1 000 patie¨nten zagen ?
La réponse à cette question a été transmise directement à l’honorable membre. E´tant donné son caractère de pure documentation, il n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et Réponses, mais elle peut être consultée au Greffe de la Chambre des représentants (service des Questions parlementaires).
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 146 van mevrouw Muriel Gerkens van 22 maart 2004 (Fr.) : Het antwoord op deze vraag is het geachte lid rechtstreeks toegestuurd. Gezien het louter documentaire karakter ervan wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).
DO 2003200421238
DO 2003200421238
Question no 155 de M. François Bellot du 13 avril 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Normes excessives de l’AFSCA pour les producteurs agricoles. De nombreux agriculteurs cherchant la diversification dans la production agricole, tels que des
Vraag nr. 155 van de heer François Bellot van 13 april 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : Overdreven strenge FAVV-normen voor landbouwers.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Vele landbouwers die hun productie willen diversifie¨ren, zoals producenten van streekkazen of boeren2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
727
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5750
producteurs de fromages régionaux, les producteurs de beurre à la ferme, divers petits producteurs de produits du terroir témoignent de mesures totalement disproportionnées et insupportables tant sur le plan technique que financier imposées par l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaıˆne alimentaire (l’AFSCA).
boter en kleine producenten van streekproducten, klagen over de zowel technisch als financieel volstrekt onevenredige en onverteerbare maatregelen die het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV) hun oplegt.
Les normes imposées à ces petits producteurs sont comparables à celles des tout grands producteurs de produits alimentaires qui peuvent amortir sur une grande masse les charges et les couˆts des nombreuses analyses et mises aux normes imposées.
De normen waaraan die kleine producenten moeten voldoen, zijn immers te vergelijken met de normen die gelden voor de grote voedingsmiddelenproducenten, en die kunnen de lasten en de kosten voor de vele verplichte analyses en aanpassingen aan de normering gemakkelijker verrekenen gelet op hun grotere omzet.
Ainsi, des producteurs de beurre à la ferme m’ont rapporté qu’ils devaient produire tous les trois mois une analyse complète de l’eau servant au lavage du beurre. Ayant indiqué aux controˆleurs de l’AFSCA qu’ils pouvaient produire les certificats d’analyse du distributeur d’eau, le controˆleur leur a rétorqué qu’il n’accepterait pas une telle démarche. Il devra prendre des échantillons au robinet dans son exploitation agricole et le transmettre à un laboratoire d’analyses qui lui-même procédera à l’ensemble des analyses indispensables. Dont couˆt 375 euros par analyse.
Zo vertellen producenten van boerenboter mij dat ze om de drie maanden een volledige analyse van het waswater van de boter moeten voorleggen. Ze hebben de FAVV-controleurs uitgelegd dat ze eventueel de analysecertificaten van de waterverdeler konden voorleggen, maar daar wilde de controleur niet van weten. Dus moeten er monsters worden genomen aan de kraan van het landbouwbedrijf, en die moeten vervolgens naar een laboratorium worden gestuurd voor analyse. Kosten : 375 euro per analyse.
Par ailleurs, une analyse de beurre devra être réalisée avec une fréquence mensuelle.
Daarnaast moet ook de boter zelf maandelijks worden geanalyseerd.
Enfin les locaux devront entièrement être reconditionnés pour encore permettre la production et la commercialisation du beurre.
Ten slotte moeten de productieruimten volledig aangepast worden om aan de vereisten voor de boterfabricage en -verkoop te voldoen.
Serions-nous tous des intoxiqués par des petits producteurs de produits alimentaires pour que ceux-ci méritent de tels harcèlements techniques, administratifs voire de police sanitaire ?
Waaraan hebben de kleine levensmiddelenproducenten dat technische en administratieve getreiter verdiend en waarom krijgen ze zowaar een soort gezondheidspolitie op hun dak ? Worden wij dan collectief door deze fabrikanten vergiftigd ?
1. Envisagez-vous de lier le nombre de controˆles aux quantités produites annuellement ?
1. Denkt u het aantal controles te koppelen aan de jaarlijkse productiehoeveelheden ?
2. Comment envisagez-vous le controˆle des produits agricoles au moment ou` la diversification agricole est encouragée et ou` la valorisation de produits du terroir est souhaitée par de nombreux consommateurs ?
2. Hoe zal u de controle van landbouwproducten verder organiseren, nu diversificatie in de landbouw wordt aangemoedigd en vele consumenten een herwaardering van streekproducten willen ?
3. Envisagez-vous d’entreprendre une concertation avec les différents secteurs concernés pour rencontrer les exigences d’hygiène et de qualité tout en préservant la rentabilité de ces productions locales ?
3. Zal u overleg plegen met de betrokken sectoren om ervoor te zorgen dat aan de hygie¨ne- en kwaliteitseisen voldaan wordt maar dat ook de rentabiliteit van de lokale producenten gevrijwaard wordt ?
4. Quelles mesures spécifiques comptez-vous mettre en œuvre pour assurer le développement des productions bio compte tenu de ces contraintes excessives et lourdes financièrement ?
4. Welke specifieke maatregelen denkt u te nemen om de biologische landbouw een duwtje in de rug te geven, in het licht van die overdreven hoge eisen en de daaruit voortvloeiende zware financie¨le verplichtingen ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5751
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 155 de M. François Bellot du 13 avril 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 155 van de heer François Bellot van 13 april 2004 (Fr.) :
Vous trouverez énumérées ci-après les obligations légales pour la transformation du lait à la ferme, plus particulièrement pour l’analyse des produits finis et de l’eau utilisée pour la production.
Hieronder worden de wettelijke verplichtingen opgesomd voor de verwerking van melk op de hoeve, meer bepaald voor de analyse van de eindproducten en het gebruikte water bij de productie.
Aux termes de l’arrêté royal du 7 mars 1994 relatif à l’agrément des établissements laitiers et des acheteurs, le producteur de produits laitiers, qu’il s’agisse d’une laiterie industrielle ou d’un producteur fermier, doit agir selon un plan d’autocontroˆle comportant notamment des analyses allant de la matière première au produit fini.
Volgens het koninklijk besluit van 7 maart 1994 betreffende de erkenning van melkinrichtingen en kopers moet de producent van zuivelproducten, ongeacht het een industrie¨le melkerij of een hoeveproducent betreft, handelen volgens een autocontroleplan waarbij onder meer analyses uitgevoerd worden van grondstof tot eindproduct.
Analyse des produits finis
Analyse van de eindproducten
Le producteur de produits laitiers doit faire analyser les produits finis afin de controˆler si les normes de l’arrêté royal du 15 décembre 1994 relatif à la production et la mise sur le marché du lait de consommation et des produits à base de lait sont respectées.
De producent van zuivelproducten moet de eindproducten laten analyseren om te controleren of voldaan wordt aan de normen van het koninklijk besluit van 15 december 1994 betreffende de productie en het in handel brengen van consumptiemelk en producten op basis van melk.
L’AFSCA exige que soient analysés par an un minimum de deux échantillons de chaque famille de produits qui est fabriquée.
Het FAVV eist dat per jaar minimum twee monsters worden onderzocht van elke productfamilie die bereid wordt.
Analyse de l’eau utilisée
Analyse van het gebruikte water
Pour la production, l’établissement laitier peut uniquement utiliser de l’eau potable satisfaisant à l’arrêté royal du 14 janvier 2002, annexe IV (paramètres à controˆler).
De melkinrichting mag bij de productie enkel drinkbaar water gebruiken dat voldoet aan het koninklijk besluit van 14 januari 2002, bijlage IV (te controleren parameters).
Tout établissement qui utilise de l’eau de ville doit faire déterminer au minimum une fois par an la qualité de l’eau utilisée. Une attestation de la compagnie des eaux ne suffit pas. L’eau de ses propres conduites doit ` cette fin, les échantillons sont prélevés être analysée. A dans les locaux de production aux points où cette eau est utilisée par l’établissement.
Elke inrichting die leidingwater gebruikt moet minimum eenmaal per jaar de kwaliteit van het gebruikte water laten bepalen. Een attest van de watermaatschappij volstaat niet. Het water uit de eigen leidingen moet geanalyseerd worden. Daartoe worden de monsters genomen in de productieruimten op punten waar dit water door de inrichting gebruikt wordt.
Les établissements laitiers qui utilisent de l’eau de puits doivent analyser davantage cette eau : les producteurs laitiers fermiers doivent faire analyser l’eau tous les six mois.
De melkinrichtingen die putwater gebruiken moeten dat water meer analyseren : Hoevezuivelaars moeten minimum om de zes maanden het water laten analyseren.
Commentaires sur les questions formulées :
Commentaar bii de geformuleerde vragen :
Une diminution du nombre minimum d’analyses susmentionné ne peut se justifier dans le cadre de la sécurité alimentaire. Mesurer, c’est savoir, et cela permet une évaluation des risques et, le cas échéant, la correction du processus de production. Malgré une production plus limitée, la transformation à la ferme ne reste pas exempte de dangers.
Een vermindering van het hierboven vermelde minimumaantal analyses kan niet gerechtvaardigd worden in het kader van de voedselveiligheid. Meten is weten en dit laat een evaluatie van de risico’s toe en in voorkomend geval het bijsturen van het productieproces. Ondanks een meer beperkte productie blijft de verwerking op de hoeve niet gevrijwaard van gevaren.
De nombreux producteurs de produits laitiers fermiers se sentent mal à l’aise face à l’instauration
Vele producenten van hoevezuivel staan onwennig tegenover het instellen van een autocontrolesysteem.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5752
d’un système d’autocontroˆle. Les organisations professionnelles ont toutefois à remplir à cet égard un roˆle de soutien des producteurs, lesquels sont les premiers responsables de leurs produits fournis au consommateur. L’AFSCA conseille au secteur des producteurs laitiers fermiers d’introduire un guide sectoriel pour les produits laitiers fermiers conformément à l’article 9 de l’arrêté royal du 14 novembre 2003 relatif à l’autocontroˆle, à la notification obligatoire et à la traçabilité dans la chaıˆne alimentaire. E´tant donné qu’un seul guide peut être introduit par secteur, les différentes parties doivent se concerter et collaborer à la rédaction d’un guide national pour les produits laitiers fermiers. Les secteurs ont reçu des explications détaillées sur l’arrêté royal autocontroˆle lors des réunions d’information qui ont été organisées en divers endroits dans tout le pays. ` l’occasion d’Agribex, la publication « Bonnes A pratiques agricoles pour la sécurité alimentaire », de l’AFSCA, a été diffusée. On y trouve notamment les principales obligations qui incombent au producteur de produits laitiers fermiers. Elles sont par ailleurs décrites de façon détaillée dans le « Vade-mecum pour les établissements laitiers » qui a déjà été remis aux intéressés dans le courant de l’année 2002. Ces deux brochures peuvent être consultées sur le site internet de l’AFSCA. L’AFSCA va, certes, créer une plate-forme pour ce secteur : chaque année, elle convoquera deux à trois réunions avec les représentants de ce secteur. ` partir du 1er janvier 2005 (cf. arrêté royal du A 14 novembre 2003 relatif à l’autocontroˆle, à la notification obligatoire et à la traçabilité dans la chaıˆne alimentaire), un système d’autocontroˆle sera obligatoire pour tous les producteurs de denrées alimentaires, donc aussi pour les produits fermiers autres que laitiers. Enfin, il faut encore faire remarquer que la transformation à la ferme ne peut pas être tout simplement qualifiée de production biologique. Le label bio implique des conditions particulières, lesquelles relèvent des compétences des régions.
De professionele organisaties hebben hierbij echter een ondersteunende rol van de producenten te vervullen welke op de eerste plaats verantwoordelijk zijn voor hun producten die aan de consument afgeleverd worden. Het FAVV raadt de sector van de hoevezuivelaars aan om een sectorie¨le gids voor de hoevezuivel in te dienen conform artikel 9 van het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende autocontrole, meldingsplicht en traceerbaarheid in de voedselketen. Aangezien per sector slechts één gids kan ingediend worden, dienen de verschillende partijen te overleggen en samen te werken voor het opstellen van een nationale gids voor de hoevezuivel. De sectoren kregen een uitgebreide toelichting van het koninklijk besluit autocontrole tijdens de informatievergaderingen die op diverse plaatsen over het hele land georganiseerd werden. Ter gelegenheid van Agribex werd de publicatie « Goede landbouwpraktijken op het vlak van voedselveiligheid » van het FAVV verspreid. Hierin zijn onder andere de belangrijkste verplichtingen voor de hoevezuivelaar opgenomen. Deze staan ook uitgebreid omschreven in het « Vademecum voor de melkinrichtingen » dat reeds in de loop van 2002 aan de betrokkenen bezorgd werd. Beide geciteerde brochures zijn raadpleegbaar op de website van het FAVV. Het FAVV zal wel een platform voor die sector oprichten : jaarlijks zal het FAVV twee à drie vergaderingen beleggen met de vertegenwoordigers van die sector. Vanaf 1 januari 2005 (cf. koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende autocontrole, meldingsplicht en traceerbaarheid in de voedselketen) zal een autocontrolesysteem verplicht zijn voor alle producenten van levensmiddelen, dus ook voor andere hoeveproducten dan zuivel. Ten slotte wordt ook nog opgemerkt dat de verwerking op de hoeve niet zomaar bioproductie kan genoemd worden. Het biolabel houdt bijzondere voorwaarden in welke onder de bevoegdheden van de gewesten vallen.
DO 2003200421332
DO 2003200421332
Question no 162 de M.
Vraag nr. 162 van de heer Guido De Padt van 21 april 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : Overgewicht bij kinderen. Overgewicht bij kinderen vormt een steeds belangrijker probleem. Dit is een probleem van de jongste jaren. Vo´o´r 1980 waren er bijna geen kinderen met ernstig overgewicht.
Guido De Padt du 21 avril 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Obésité des enfants. L’obésité des enfants est un problème récent qui ne fait que s’aggraver. Avant 1980, il n’y avait presque pas d’enfants souffrant d’un grave excès de poids.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5753
1. Dans quelle mesure l’obésité des enfants constitue-t-elle effectivement un problème dans notre pays et quelles données scientifiques sont-elles disponibles à ce sujet ?
1. In welke mate is overgewicht bij kinderen inderdaad ook een probleem in ons land en welke desbetreffende wetenschappelijke gegevens zijn hierover beschikbaar ?
2. Quelles actions sont-elles entreprises dans le but d’attirer l’attention sur les risques qu’entraıˆne l’obésité des enfants ?
2. In welke mate worden er acties ondernomen om de aandacht te vestigen op de risico’s van overgewicht bij kinderen ?
3. Dispose-t-on de données spécifiques sur la consommation de fruits et de légumes par les enfants ? Quels projets sont-ils mis en œuvre dans le but d’encourager les enfants à manger davantage de fruits et de légumes ?
3. Zijn er specifieke gegevens gekend over de consumptie van groenten en fruit bij kinderen en welke projecten worden opgezet om kinderen te stimuleren meer groenten en fruit te eten ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 162 de M. Guido De Padt du 21 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 162 van de heer Guido De Padt van 21 april 2004 (N.) :
1. L’indice de masse corporelle (communément appelé « Body Mass Index » ou BMI), qui est une mesure du poids relatif, peut être utilisée pour évaluer la surcharge pondérale et l’obésité chez les enfants et les adolescents. Le poids relatif des enfants change en fonction de leur développement, et ce changement s’esquisse de manière différente chez les filles et chez les garçons. C’est pour cette raison que l’on se réfère, chez les jeunes, à des normes spécifiques par aˆge et par sexe pour calculer le surpoids ou l’obésité.
1. Bij kinderen en jongeren wordt de « Body Mass Index » (BMI) of het relatief gewicht gebruikt om overgewicht, respectievelijk obesitas te schatten. Het relatief gewicht van kinderen wijzigt naarmate ze ouder worden, een wijziging die verschillend is bij jongens en meisjes. Daarom wordt er bij kinderen en jongeren gebruik gemaakt van geslachts- en leeftijdsspecifieke referentiegegevens om de prevalentie van overgewicht of obesitas in te schatten.
L’information provenant des enquêtes de santé organisées en Belgique en 1997 et en 2001 peut être utilisée pour estimer l’existence d’une surcharge pondérale chez les jeunes. Les résultats s’appliquent aux jeunes aˆgés de 2 à 18 ans. En 2001, 15,2 % des jeunes de ce groupe d’aˆge présentaient un excès pondéral, soit 16,8 % des garçons et 13,7 % des filles. En comparaison avec 1997 — quatre années plus toˆt donc — le nombre de jeunes en surpoids a augmenté, surtout chez les garçons. En 1997, 13,3 % des jeunes présentaient un poids trop élevé, soit 13,5 % des garçons et 13,3 % des filles.
Informatie afkomstig van de gezondheidsenquêtes in Belgie¨ georganiseerd in 1997 en 2001 kan gebruikt worden om het voorkomen van overgewicht en obesitas bij jongeren in te schatten. De resultaten zijn van toepassing op jongeren tussen de leeftijd van 2 en 18 jaar. Voor 2001 kan van 15,2 % van de jongeren in deze leeftijdsgroep gesteld worden dat ze te zwaar zijn; 16,8 % van de jongens en 13,7 % van de meisjes. In vergelijking met 1997 — vier jaar eerder dus — is het aantal jongeren met overgewicht gestegen, vooral dan bij jongens. In 1997 had 13,3 % van de jongeren een te hoog gewicht; 13,5 % van de jongens en 13,3 % bij de meisjes.
Parmi les jeunes qui présentent un excès de poids, on peut distinguer ceux qui ont un excès de poids modéré et ceux qui ont un excès de poids important.
In de groep van jongeren met een te hoog gewicht kan een onderscheid gemaakt worden tussen jongeren met een beperkt en met een zwaar overgewicht.
En 2001, 11 % des jeunes présentaient un excès de poids modéré (12,5 % des garçons; 9,4 % des filles) tandis que 4,3 % des jeunes avaient une excès pondéral important (4,2 % des garçons; 4,3 % des filles).
In 2001 had 11 % van de jongeren een beperkt overgewicht (12,5 % van de jongens; 9,4 % van de meisjes) terwijl 4,3 % van de jongeren een zwaar overgewicht had (4,2 % van de jongens; 4,3 % van de meisjes).
En 1997, 8,9 % des jeunes présentaient un excès de poids modéré (9,3 % des garçons; 8,6 % des filles) tandis que 4,4 % des jeunes avaient une excès pondéral important (4,2 % des garçons et 4,6 % des filles).
In 1997 had 8,9 % van de jongeren een beperkt overgewicht (9,3 % van de jongens; 8,6 % van de meisjes) terwijl 4,4 % van de jongeren een zwaar overgewicht had (4,2 % van de jongens en 4,6 % van de meisjes).
On peut conclure que cet accroissement du nombre total de jeunes en surpoids tient principalement à une
We mogen concluderen dat de toename van het aantal jongeren met een te hoog gewicht vooral een toe-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5754
augmentation de ceux ayant un excès de poids modéré (surtout chez les garçons).
name betreft van jongeren (en dan vooral jongens) met een beperkt overgewicht.
2. De nombreuses organisations prennent des initiatives pour attirer l’attention du public sur les risques liés à la surcharge pondérale (chez les jeunes) (par ex. la Fédération belge contre le cancer, l’ONE, NICE (Nutrition Information Centre), actions de la Communauté française (www.motives.be) etc.). Il faut en outre insister sur le roˆle prépondérant des centres médico-psycho-sociaux (PMS) qui, sur base d’une surveillance médicale globale et annuelle des élèves, peut dispenser des conseils au niveau individuel.
2. Tal van organisaties nemen initiatieven om de aandacht te vestigen op de risico’s van overgewicht (bij jongeren) (o.a. de Belgische Federatie tegen kanker, de Vlaamse en Waalse Liga tegen kanker, Kind en Gezin, het Vlaams Instituut voor gezondheidspromotie, NICE (Nutrition Information Centre)). Specifiek moet de rol benadrukt worden van de centra voor leerlingenbegeleiding (CLB) die op basis van het algemene jaarlijkse medisch onderzoek van de leerlingen op individueel niveau raadgevingen kunnen verstrekken.
3. Selon les recommandations alimentaires pour la Belgique (Conseil national de la nutrition, 1997), il est conseillé de consommer chaque jour 300 g de légumes (200 g ou environ 4 cuillerées de légumes au repas chaud et 100 g de crudités) et au moins deux unités de fruits.
3. Op basis van de voedingsaanbevelingen voor Belgie¨ (Nationale Raad voor de voeding, 1997) wordt aangeraden elke dag 300 g groenten (200 g of ongeveer 4 groentelepels bij de warme maaltijd en 100 g rauwkost) en minstens twee stukken fruit te nemen.
Les résultats de l’enquête de santé 2001 révèlent que 47,2 % des jeunes (entre 2 et 18 ans) ne consomme pas de fruits quotidiennement, et 33,3 % d’entre eux ne mange pas de légumes chaque jour. Les habitudes alimentaires des jeunes — surtout en ce qui concerne la consommation de fruits et légumes — s’écartent donc fortement des recommandations. Ici aussi, on peut souligner le roˆle éventuel du centre PMS pour aider à stimuler la consommation de ces aliments essentiels.
De resultaten van de gezondheidsenquête 2001 geven echter aan dat 47,2 % van de jongeren (tussen de leeftijd van 2 en 18 jaar) niet dagelijks vers fruit consumeert, terwijl 33,3 % aangeeft niet dagelijks groenten te gebruiken. De voedingsgewoonten van jongeren — althans wat de consumptie van fruit en groenten betreft — wijkt dan ook sterk af van de aanbevelingen. Ook hier kan gewezen worden op de mogelijke rol van de centra voor leerlingenbegeleiding bij het stimuleren van die voedingsmiddelen.
DO 2003200421341
DO 2003200421341
Question no 163 de Mme Annelies Storms du 22 avril 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 163 van mevrouw Annelies Storms van 22 april 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Enquête sur les habitudes alimentaires de la population belge.
Onderzoek naar de voedingsgewoonten van de Belgische bevolking.
Dans sa note de politique générale pour l’année budgétaire 2004, le ministre indique qu’une enquête de consommation alimentaire sera effectuée dans notre pays dans le courant de 2004 et 2005, dans le cadre de la politique nutritionnelle.
In de algemene beleidsnota van de minister voor het begrotingsjaar 2004 staat dat er in de loop van 2004 en 2005 in het kader van het nutritioneel beleid, een voedselconsumptiepeiling gehouden zal worden in Belgie¨.
1. a) Qu’en est-il de la concrétisation de ce projet d’enquête ?
1. a) Heeft u de plannen voor deze peiling al verder uitgewerkt ?
b) Quel est le but de cette enquête ? ` qui seront confiés l’exécution de l’enquête de 2. A consommation alimentaire et le traitement des données recueillies ?
b) Wat is het opzet van deze peiling ?
3. a) Combien de personnes seront sondées dans le cadre de cette enquête, et de quelle façon serontelles interrogées ?
3. a) Hoeveel mensen zullen in dit kader ondervraagd worden en op welke manier ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2. Wie zal deze voedselconsumptiepeiling afnemen en voor de verwerking van de gegevens instaan ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5755
b) Les enquêteurs bénéficieront-ils d’une formation ad hoc ?
b) Krijgen de ondervragers een specifieke opleiding ?
4. Dans quel délai l’enquête devra-t-elle être terminée et quand espérez-vous disposer des résultats ? ` combien est estimé le couˆt de cette enquête ? 5. A
4. Binnen welk tijdsbestek moet deze peiling afgerond worden en wanneer verwacht u de resultaten ?
` quelles fins envisagez-vous d’utiliser les résul6. A tats de l’enquête ?
6. Wat overweegt u met deze resultaten te doen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 18 juin 2004, à la question no 163 de Mme Annelies Storms du 22 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 18 juni 2004, op de vraag nr. 163 van mevrouw Annelies Storms van 22 april 2004 (N.) :
1. a) Une enquête de consommation alimentaire permet de calculer la consommation de l’habitant moyen d’un pays. La Belgique dispose de la base de données la plus dépassée en ce qui concerne la consommation alimentaire au niveau individuel en Europe. La seule étude nationale concernant l’alimentation qui a jamais été effectuée en Belgique (le projet BIRNH) a été réalisée de 1980 à 1984.
1. a) Een voedselconsumptiepeiling brengt de consumptie van de gemiddelde inwoner van een land in kaart. Belgie¨ beschikt over de meest verouderde databank met betrekking tot voedselconsumptie op individueel niveau in Europa. Het enige nationale voedselonderzoek dat ooit werd verricht in Belgie¨ (het BIRNH-project) werd uitgevoerd van 1980 tot 1984.
Le design de l’étude, le protocole et la méthodologie ont été développés par la section épidémiologie de l’Institut scientifique de santé publique (ISP) en 2003. Le travail de terrain sera réalisé pendant toute l’année 2004.
Het studiedesign, het protocol en de methodologie werden in 2003 ontwikkeld door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV). Het veldwerk zal het volledige jaar 2004 in beslag nemen.
L’enquête de consommation alimentaire a pour but de décrire les habitudes alimentaires de la population en Belgique. Pour cela il faut un échantillon représentatif de la population.
De voedselconsumptiepeiling heeft als doel de voedingsgewoonten van de bevolking in Belgie¨ te beschrijven. Hiervoor is een representatief staal van de bevolking nodig.
La population couverte par l’enquête constitue un échantillon représentatif de toutes les personnes domiciliées en Belgique aˆgées de 15 ans et plus, quelle que soit leur nationalité.
De doelpopulatie wordt gedefinieerd als alle personen van 15 jaar of ouder gedomicilieerd in Belgie¨ ongeacht hun nationaliteit.
Le nombre de communes sélectionnées par province est en fonction de la dimension de population de la province. Ensuite, un groupe de 50 individus est composé pour chaque commune sélectionnée. Ces 50 personnes sont interviewées pendant l’année 2004.
Het aantal gemeenten dat per provincie geselecteerd wordt staat in functie van de bevolkingsgrootte van de provincie. Per geselecteerde gemeente wordt vervolgens een groep van 50 individuen gevormd. Deze 50 personen worden gedurende het jaar 2004 bevraagd.
La participation à l’enquête de consommation alimentaire se fait sur base volontaire. Les individus sélectionnés sont contactés par lettre. Cette lettre décrit le but de l’étude, le contenu et l’organisation de cette dernière. Ensuite, les personnes sélectionnées sont contactées par téléphone ou à domicile par un(e) diététicien(ne). Si l’individu veut participer à l’étude, l’enquêteur fixera un rendez-vous pour une première interview à domicile. Après la première visite à domicile, l’enquêteur fixera un deuxième rendez-vous avec un intervalle d’au moins 2 et de tout au plus 8 semaines.
Deelname aan de voedselconsumptiepeiling gebeurt op vrijwillige basis. De geselecteerde individuen worden per brief gecontacteerd. In deze brief wordt het doel van de studie, de inhoud en de wijze waarop de enquête wordt georganiseerd uitgelegd. In een volgende stap worden de geselecteerde personen telefonisch of aan huis gecontacteerd door een die¨tist(e). Als het individu aan de studie wil deelnemen zal de enquêteur een afspraak maken voor de eerste bevraging aan huis. Na het eerste huisbezoek zal de enquêteur minstens 2 weken en maximaal 8 weken later een tweede afspraak maken.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
5. Op hoeveel wordt de kostprijs van deze peiling geraamd ?
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5756
L’interview se compose de 4 questionnaires :
De bevraging bestaat uit 4 vragenlijsten :
— Un rappel de 24 heures : à l’aide d’une interview guidée par ordinateur, la consommation alimentaire des dernières 24 heures est évaluée. Au moyen du rappel de 24 heures, il est possible de se prononcer au niveau du groupe en ce qui concerne la consommation des différents aliments et des nutriments (substances alimentaires).
— De 24-uursvoedingsnavraag : met een computergestuurd interview wordt gepeild naar de consumptie van voedingsmiddelen de afgelopen 24 uur. Met een 24-uursvoedingsnavraag kan men op groepsniveau uitspraken doen over de consumptie van voedingsmiddelen en de inname van nutrie¨nten (voedingsstoffen).
Pendant l’interview, on note de façon détaillée tout ce qui a été mangé et bu ce jour là. Dans cette enquête, le rappel de 24 heures est réalisé à la maison par des enquêteurs entraıˆnés. L’interview dure en moyenne 35 minutes. Deux rappels de 24 heures sont pris pour chaque personne. De cette façon une base de données est obtenue avec des informations sur la distribution/répartition de l’apport en aliments et ingrédients sur une durée de 6 400 jours. Cette base de données pourra être couplée à d’autres bases de données sur la composition des aliments pour ainsi évaluer l’apport en nutriments de la population en Belgique.
Tijdens het interview wordt gedetailleerd en gestandaardiseerd vastgelegd wat die dag gegeten en gedronken is. In dit onderzoek wordt de 24uursnavraag aan huis afgenomen door speciaal hiervoor getrainde interviewers. Gemiddeld duurt dit interview ongeveer 35 minuten. Deze 24uursvoedingsnavraag wordt bij elke respondent tweemaal afgenomen. Op deze manier bekomen we een databank met informatie over de distributie van inname van voedingsmiddelen en ingredie¨nten op basis van 6 400 dagen. Deze databank kan dan gekoppeld worden aan databanken van voedselcompositie om aldus de nutrie¨ntinname van de bevolking te evalueren.
— Un questionnaire général : pendant la première interview, un questionnaire général est rempli. Les sujets abordés sont la composition du ménage, l’état de santé général, l’éducation et l’emploi, la consommation de tabac et l’activité physique.
— Algemene vragenlijst : tijdens het eerste interview wordt een mondelinge algemene vragenlijst afgenomen. De onderwerpen die aan bod komen zijn huishoudsamenstelling, algemene gezondheidstoestand, opleiding en tewerkstelling, rookgedrag en fysieke activiteit.
— Un questionnaire sur la fréquence de consommation alimentaire (FFQ ou « Food Frequency Questionnaire ») : un questionnaire à remplir par l’individu sélectionné. La base de données obtenue à base des enquêtes 24 h rappel ne fait pas distinction entre « consommateurs » et « non-consommateurs » pour certaines denrées alimentaires. Cette distinction est surtout importante dans le contexte de la sécurité alimentaire. Cette information peut cependant être obtenue à base d’un questionnaire sur la fréquence alimentaire. Ce questionnaire examine la fréquence de consommation d’une série de denrées alimentaires.
— Voedselfrequentievragenlijst (FFQ of « Food Frequency Questionnaire ») : een schriftelijk in te vullen vragenlijst bestemd voor het geselecteerde individu. De databank bekomen op basis van de herhaalde 24-uursvoedingsnavraag geeft geen onderscheid tussen « consumers » en « non-consumers » voor specifieke voedingsmiddelen. Dit onderscheid is vooral van belang in de context van voedselveiligheid. Deze informatie kan echter op eenvoudige wijze bekomen worden op basis van een voedselfrequentievragenlijst. Deze vragenlijst peilt naar de frequentie van consumptie van een reeks van voedingsmiddelen.
— Un questionnaire concernant le ménage : à remplir par la personne généralement responsable pour la préparation des repas. Ce questionnaire cherche à obtenir une compréhension de la sécurité alimentaire au niveau du ménage (chez les consommateurs à la maison).
— Huishoudvragenlijst : een schriftelijk in te vullen vragenlijst bestemd voor de persoon die doorgaans verantwoordelijk is voor de bereiding van de maaltijden. De bedoeling van deze vragenlijst is inzicht krijgen in voedselveiligheidsaspecten op niveau van het huishouden (bij de consument thuis).
b) Le but de cette étude est de rassembler des informations concernant la prise alimentaire de la population en Belgique, avec comme buts spécifiques :
b) Het doel van deze studie is het verzamelen van informatie over de voedingsinname van de bevolking in Belgie¨ met als specifieke doelstellingen :
1. donner une description des habitudes alimentaires et de l’état nutritionnel de la population,
1. een beschrijving te geven van de voedingsgewoonten en nutritionele status van de bevolking,
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5757
2. faire une estimation de la consommation alimentaire en contaminants, additifs et autres substances chimiques contenus dans l’alimentation,
2. een schatting te maken van de inname van contaminanten, additieven en andere voedingschemicalie¨n,
3. étudier les différences au niveau des types de repas, de l’apport d’énergie, l’apport en aliments et en nutriments entre différents sousgroupes de la population (qui ont été définis par des variables socio-démographiques et de styles de vie) et les comparer par rapport aux recommandations alimentaires,
3. de verschillen in maaltijdenpatroon, energieinname, inname van voedingsmiddelen en nutrie¨nten tussen verschillende subgroepen van de bevolking (zoals gedefinieerd door sociodemografische variabelen en leefstijlvariabelen) te bestuderen en te vergelijken met de voedingsaanbevelingen,
4. identifier les sous-groupes qui courent un risque potentiel à cause d’un apport insuffisant ou excessif en nutriments ou autres aliments spécifiques,
4. subgroepen die een risico inhouden voor een deficie¨nte of een excessieve inname van specifieke nutrie¨nten of van specifieke voedingsmiddelen te identificeren,
5. évaluer les recommandations concernant les nutriments.
5. de voedingsaanbevelingen nutrie¨nten te evalueren.
gebaseerd
op
Les résultats d’une enquête sur les habitudes alimentaires de la population constituent un pilier important de la politique alimentaire des autorités. Ce genre d’enquête peut mettre en évidence de mauvais comportements alimentaires et servir de base à l’évaluation de programmes d’information sanitaire sur l’alimentation.
De resultaten van een onderzoek naar de voedingsgewoonten van de bevolking vormen een belangrijke pijler voor het voedingsbeleid van de overheid. Dergelijk onderzoek kan foutief voedingsgedrag aan het licht brengen en kan als basis dienen voor evaluatie van programma’s van gezondheidsvoorlichting over de voeding.
2. La coordination de l’enquête de consommation alimentaire est assurée par la section épidémiologie de l’Institut scientifique de santé publique (ISP). L’ISP est responsable du développement des questionnaires, du protocole, et de l’analyse des données rassemblées. L’ISP est assisté d’experts scientifiques issus de deux services universitaires pour l’organisation scientifique : l’unité d’enseignement et de recherche en santé sociale de l’Université de Gand et le département d’E´pidémiologie et de Promotion de la santé de l’E´cole de santé publique de l’Université libre de Bruxelles (ULB).
2. De coo¨rdinatie van de voedselconsumptiepeiling gebeurt door de afdeling epidemiologie van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV). Het WIV staat in voor de ontwikkeling van de vragenlijsten, het protocol, de verwerking van de verzamelde gegevens. Het WIV wordt voor de Wetenschappelijke organisatie van de voedselconsumptiepeiling bijgestaan door twee universitaire diensten : de Vakgroep Maatschappelijke Gezondheidkunde van de Universiteit Gent en le département d’E´pidémiologie et de Promotion de la santé de l’E´cole de santé publique van de Université libre Bruxelles (ULB).
Un partenaire important dans l’organisation de l’enquête de consommation alimentaire est la direction générale de Statistique et d’Information économique (l’ancien INS). La direction générale de Statistique et d’Information économique dispose d’une grande compétence en ce qui concerne l’organisation pratique d’enquêtes et est responsable de l’échantillonage. L’INS a accès au Registre national. Les interviews à domicile seront effectués par des diététicien(ne)s.
Een belangrijke partner bij de organisatie van de voedselconsumptiepeiling is de algemene directie Statistiek en Economische Informatie (het voormalige NIS). De algemene directie Statistiek en Economische Informatie beschikt over een belangrijke deskundigheid in verband met de praktische organisatie van enquêtes en staat in voor de trekking van de steekproef. Het NIS heeft toegang tot het Rijksregister. De interviews bij de mensen thuis worden afgenomen door getrainde die¨tisten.
3. a) En total 3 200 habitants en Belgique seront interrogés à leur domicile sur leurs habitudes alimentaires.
3. a) In totaal worden er 3 200 inwoners van Belgie¨ tweemaal thuis bevraagd over hun voedingsgewoonten.
b) Les enquêteurs sont des diététicien(ne)s et reçoivent une formation de 2,5 jours.
b) De enquêteurs zijn die¨tisten en krijgen een opleiding van 2,5 dagen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
728
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5758
4. Les résultats seront disponibles fin 2005. La collecte des données s’étendra jusqu’à fin janvier 2005. Les données collectionnées sont anonymisées par l’INS. Le fichier anonymisé sera transmis à ISP au plus tard en avril 2005. Les données pourront être analysées à partir de mai 2005.
4. De resultaten zullen beschikbaar zijn eind 2005. De gegevensverzameling duurt tot eind januari 2005. De verzamelde gegevens worden door het NIS geanonimiseerd. Het geanonimiseerde bestand wordt ten laatste in april 2005 aan het WIV overgemaakt. Vanaf mei 2005 kunnen de gegevens geanalyseerd worden.
5. 1 100 369 euros divisé entre 3 années (2003-2005)
5. 1 100 369 euro gespreid over 3 jaar (2003-2005)
Pour 2003 : 257 025 euros.
Voor 2003 : 257 025 euro.
Pour 2004 : 535 274 euros.
Voor 2004 : 535 274 euro.
Pour 2005 : 308 071 euros.
Voor 2005 : 308 071 euro.
6. Ce projet est considéré comme ayant une valeur stratégique très élevée pour différents départements nationaux du gouvernement qui s’occupent de la santé publique, de la politique agricole et de la politique alimentaire et devrait ainsi mettre en mesure les départements belges responsables en ce domaine de contribuer davantage à la politique européenne et aux activités scientifiques européennes. En effet, une enquête de consommation alimentaire au niveau individuel est un instrument indispensable servant de base à différents types d’évaluation, à l’analyse de risque et à la prise de décisions politiques dans le domaine de la sécurité alimentaire.
6. Dit project wordt beschouwd als zijnde van zeer hoge strategische waarde voor verschillende nationale departementen van de overheid, die zich bezighouden met volksgezondheid, landbouwpolitiek en voedselpolitiek en zou de Belgische verantwoordelijke departementen moeten in staat stellen om op een meer volwaardige wijze bij te dragen aan het Europese beleid en aan de Europese wetenschappelijke activiteiten in deze domeinen. Een voedselconsumptiepeiling op individueel niveau vormt immers een onmisbaar instrument dat dient als basis voor verschillende types van evaluatie, risicoanalyse en het nemen van politieke beslissingen in het domein van de voedselveiligheid.
DO 2003200421421
DO 2003200421421
Question no 172 de Mme Yolande Avontroodt du 4 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 172 van mevrouw Yolande Avontroodt van 4 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Assistance aux personnes victimes d’un arrêt cardiaque. — Défibrillateurs externes automatiques.
Redden van mensen met een plotselinge hartstilstand. — Automatische externe defibrillatoren.
Chaque année, de nombreuses personnes sont victimes d’un arrêt cardiaque subit, qui résulte la plupart du temps d’un trouble du rythme cardiaque susceptible d’entraıˆner la mort. Les chances de survie sont directement proportionnelles à la vitesse à laquelle on peut mettre fin à ce trouble. En pareil cas, une aide immédiate revêt une importance vitale, mais le délai dans lequel les équipes médicales d’urgence peuvent être sur place excède toujours cinq minutes, ce qui réduit drastiquement les chances du patient (chaque minute qui passe réduit d’environ 10 % les chances du patient).
Elk jaar worden heel wat mensen getroffen door een plotselinge hartstilstand, welke meestal het gevolg is van een levensbedreigende ritmestoornis. De kans op overleving is rechtstreeks evenredig met de snelheid waarmee deze stoornis kan worden aangepakt. Onmiddellijke hulp is in dergelijk geval van vitaal belang, doch de snelheid waarmee de medische urgentieteams ter plaatse kunnen zijn is altijd meer dan vijf minuten, wat de kansen van de patie¨nt drastisch doet slinken (elke minuut vertraging doet de kansen van de patie¨nt slinken met ongeveer 10 %).
Il existe des appareils, appelés défibrillateurs externes automatiques, qui sont simples à manier par tous (donc également par des personnes non formées se trouvant à proximité du lieu de l’incident) et graˆce auxquels de nombreuses vies humaines sont sauvées, dès lors que cet appareil permet de mettre fin au trouble du rythme cardiaque. L’effet positif de ces appareils sur les chances de survie a déjà été prouvé dans le cadre de différentes études menées à grande échelle.
Er bestaan toestellen, de zogenaamde automatische externe defibrillatoren, die eenvoudig te bedienen zijn door iedereen (dus ook door niet-opgeleide omstaanders) en waardoor vele mensenlevens gered worden doordat men met deze apparatuur de ritmestoornis kan herstellen. Het positief effect van dergelijke toestellen op de overleving werd reeds bewezen in verschillende grootschalige studies.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5759
Ces appareils sont utilisés dans de nombreux pays : ainsi, des avions en seront équipés, de nombreux casinos à Las Vegas en sont équipés (plusieurs des études publiées y ont été effectuées), l’appareil sera installé sur des vélos lors de manifestations et de festivals importants dans le Limbourg, et le Parlement européen en envisage également l’installation.
Deze toestellen worden in veel landen gebruikt : zo zullen vliegtuigen ermee uitgerust worden, veel casino’s in Las Vegas zijn ermee uitgerust (en verschillende van de gepubliceerde studies werden hier uitgevoerd), in Limburg zal de apparatuur op fietsen geı¨nstalleerd worden tijdens grote manifestaties en festivals, ook het Europees Parlement overweegt de installatie.
Chaque année aux Pays-Bas, 16 000 personnes sont victimes d’un arrêt cardiaque subit. Graˆce à la présence massive de défibrillateurs externes automatiques, 10 % des victimes survivent; en Belgique, ce chiffre est inférieur à 5 %.
In Nederland worden elk jaar 16 000 mensen getroffen door een acute hartstilstand. Dankzij de massale aanwezigheid van automatische externe defribrillatoren overleeft 10 %; in Belgie¨ is dit minder dan 5 %.
1. Eˆtes-vous disposé à examiner l’introduction générale de défibrillateurs externes automatiques ?
1. Bent u bereid de algemene introductie van automatische externe defribrillatoren te onderzoeken ?
2. Quelles mesures envisagez-vous de prendre, le cas échéant, pour aider à sauver des vies humaines au moyen d’appareils de ce type ?
2. Welke maatregelen overweegt u desgevallend te nemen om het redden van mensenlevens middels dergelijke apparatuur te bevorderen ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 172 de Mme Yolande Avontroodt du 4 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 172 van mevrouw Yolande Avontroodt van 4 mei 2004 (N.) :
J’ai le plaisir de transmettre à l’honorable membre la réponse suivante.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord toe te zenden.
L’introduction de la défibrillation automatique externe est en train de se réaliser dans notre pays auprès des secouristes-ambulanciers. Vous devez savoir que ce dossier comporte de nombreux aspects déontologique, médical, technique.
Thans is men in ons land bezig met de invoering van de automatische externe defibrillator bij de hulpverleners-ambulanciers. U moet weten dat dit dossier verschillende aspecten behelst, zoals daar zijn het deontologische, medische en technische aspect.
D’abord, il y a le choix de l’appareil de défibrillation. Celui-ci doit faire l’objet d’avis de spécialistes et il va de soi que le type d’appareil doit être standardisé. Ensuite, il y a le volet de la formation des secouristesambulanciers. Des sessions d’information et de formation ont déjà été organisées par le SPF Santé publique et doivent encore avoir lieu.
In de eerste plaats is er de keuze van de defibrillator. Hiervoor is het advies van specialisten nodig, en het spreekt vanzelf dat het hier om een gestandaardiseerd apparaat moet gaan. Vervolgens is er nog de opleiding van de hulpverleners-ambulanciers. De FOD Volksgezondheid heeft reeds een aantal informatie- en opleidingssessies georganiseerd en er volgen er nog.
Il importe également d’adapter le syllabus de formation des secouristes-ambulanciers. Cela est également en cours. Enfin, une étude épidémiologique est lancée pour vérifier le bienfondé de cet outil performant, ainsi que de démontrer le bénéfice sur la survie des personnes ayant subi une défibrillation.
Tevens is het belangrijk dat de opleidingssyllabus voor hulpverleners-ambulanciers wordt aangepast. Ook daar is men mee bezig. Ten slotte is men een epidemiologische studie gestart om de gegrondheid van dit performante instrument na te gaan, alsook om aan te tonen dat personen die gedefibrilleerd worden een grotere overlevingskans hebben.
Nous espérons de cette manière pouvoir généraliser l’usage de la défibrillation automatique externe dans l’ensemble du territoire et ce dans les meilleurs délais.
Wij hopen aldus het gebruik van de automatische externe defibrillator zo vlug mogelijk over het gehele land te kunnen uitbreiden.
Finalement, je tiens à vous informer que ces appareils, contrairement à ce que vous prétendez, ne peuvent en aucun cas être utilisés sur des patients par des personnes non formées à cet effet.
Ten slotte merk ik op dat, in tegenstelling tot wat u beweert, die toestellen in geen enkel geval door nietopgeleide omstaanders op patie¨nten mogen worden aangewend.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5760
DO 2003200421440
DO 2003200421440
Question no 175 de M. Jean-Luc Crucke du 5 mai 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 175 van de heer Jean-Luc Crucke van 5 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Augmentation du nombre de décès chez les patients en attente d’une greffe.
Toegenomen mortaliteit bij patie¨nten die wachten op een transplantatie.
Le 30 avril 2004 s’est tenu à Courtrai la « Deuxième ` cette occasion, on a Journée des transplantés ». A appris que le nombre de Belges qui décèdent alors qu’ils figurent sur une lise d’attente en vue d’un don d’organes a augmenté.
Op 30 april 2004 werd in Kortrijk de Tweede Dag van de getransplanteerden georganiseerd. Daar werd meegedeeld dat de mortaliteit bij mensen die op een wachtlijst voor een transplantatie staan in ons land toeneemt. E´én op de vijf Belgen die wachten op een nieuwe lever sterft vo´o´r de transplantatie, en bij kandidaten voor een longtransplantatie is dat één op vier.
Ainsi, une personne sur cinq en attente d’un foie décède et un sur quatre en ce qui concerne un poumon et cela avant d’avoir reçu la greffe. Cela peut s’expliquer par le fait que la demande augmente notamment en ce qui concerne des patients atteints de l’hépatite C concernant la greffe d’un foie. D’autre part, l’offre diminue puisque le nombre de personnes qui décèdent à la suite d’un accident de la route est en diminution et que la qualité des organes des donneurs est en baisse, par exemple le foie est trop abıˆmé par les graisses.
Die toegenomen mortaliteit kan worden verklaard door de stijgende vraag naar donororganen : zo is er een grote nood aan levertransplantaties bij hepatitis Cpatie¨nten. Anderzijds daalt het aanbod omdat het aantal verkeersdoden vermindert en de kwaliteit van de donororganen afneemt (vervette levers).
Pourriez-vous communiquer quelles seraient les pistes à suivre afin de sensibiliser la population à la problématique évoquée ci-dessus ?
Kan u aangeven welke maatregelen zouden kunnen worden getroffen om de bevolking voor dat probleem te sensibiliseren ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 175 de M. Jean-Luc Crucke du 5 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 175 van de heer Jean-Luc Crucke van 5 mei 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de porter à la connaissance de l’honorable membre les éléments de réponse suivants.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
L’honorable membre m’a interpellé sur l’augmentation du nombre de décès chez les patients en attente d’une greffe. L’honorable membre se réfère ici aux chiffres présentés lors de la Deuxième journée des transplantés, le 30 avril 2004 à Courtrai selon lesquels une personne sur cinq en attente d’une greffe hépatique décède et une sur quatre en attente de greffe de poumon alors que ces patients figurent sur une liste d’attente.
Het geachte lid heeft mij geı¨nterpelleerd over de stijging van het aantal sterfgevallen bij patie¨nten die wachten op een transplantatie. Het geachte lid verwijst hierbij naar de cijfers die werden gepresenteerd tijdens de Tweede Dag der getransplanteerden op 30 april 2004 te Kortrijk, waaruit blijkt dat één persoon op vijf die wacht op een levertransplantatie en één persoon op vier die wacht op een longtransplantatie sterft, terwijl die patie¨nten op een wachtlijst staan.
Dans ce contexte l’honorable membre suggère que cette situation peut s’expliquer, d’une part, par l’augmentation de la demande par exemple pour les greffes hépatiques chez des patients présentant une hépatite C et, d’autre part, car le nombre d’organes disponibles pour transplantation diminue suite à la diminution des décès lors des accidents de la route et suite à la diminution de la qualité des organes donneurs.
In die context suggereert het geachte lid dat die situatie enerzijds kan worden verklaard door de stijging van de vraag naar bijvoorbeeld levertransplantaties bij patie¨nten met hepatitis C en anderzijds doordat het aantal beschikbare organen voor transplantatie daalt wegens een dalend aantal sterfgevallen bij verkeersongevallen en een daling van de kwaliteit van de donororganen.
L’honorable membre me demande quelles sont les pistes à suivre pour sensibiliser la population à cette problématique.
Het geachte lid vraagt mij welke stappen moeten worden ondernomen om de bevolking van die problematiek bewust te maken.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5761
J’aborderai successivement les questions suivantes :
Ik zal achtereenvolgens de volgende vragen behandelen :
Question 1 : Dispose-t-on de données permettant de conclure qu’en Belgique il y a une augmentation du nombre de décès de patients en attente de greffe ?
Vraag 1 : Beschikt men over gegevens op basis waarvan kan worden geconcludeerd dat in Belgie¨ de sterfte bij patie¨nten die op een transplantatie wachten, toeneemt ?
Question 2 : Ce sentiment est-il basé sur le fait que la demande augmente pour certaines indications de transplantations ou sur le fait que le nombre d’organes disponibles pour une greffe diminue en Belgique ?
Vraag 2 : Is die indruk gebaseerd op het feit dat de vraag stijgt voor sommige transplantatie-indicaties of op het feit dat het aantal beschikbare organen voor een transplantatie in Belgie¨ daalt ?
Question 3 : Quelles sont les pistes à suivre pour sensibiliser la population à la problématique du don d’organe ?
Vraag 3 : Welke stappen moeten worden ondernomen om de bevolking bewust te maken van de problematiek van orgaandonatie ?
Concernant la disponibilité d’organes pour la greffe et l’augmentation du nombre de patients candidats à la transplantation, il est de l’avis des médecins spécialistes des greffes d’organes que la transplantation est victime de son succès : pour certains types de transplantations, principalement hépatique et pulmonaire, le nombre d’organes disponibles est insuffisant pour couvrir les besoins qui sont en augmentation car l’amélioration des résultats conduit à élargir les indications (par exemple chez les patients aˆgés). Il en résulte un allongement de la durée d’attente et le décès de 10 à 20 % des patients inscrits en liste d’attente.
Wat de beschikbaarheid van organen voor transplantatie en de toename van het aantal patie¨nten die kandidaat zijn voor een transplantatie betreft, zijn de geneesheren-specialisten in orgaantransplantatie van mening dat transplantatie het slachtoffer van haar succes is : voor bepaalde types van transplantaties, hoofdzakelijk lever- en longtransplantaties, is het aantal beschikbare organen ontoereikend om te voorzien in de behoeften, die trouwens een stijgende tendens vertonen aangezien de verbetering van de resultaten ertoe leidt dat de indicaties worden verruimd (bijvoorbeeld bij oudere patie¨nten). Hieruit volgt dat de wachttijd langer wordt en 10 tot 20 % van de patie¨nten op de wachtlijst sterft.
La Belgique a en tout cas pris toutes mesures en la matière tant du point de vue du législateur par la loi du 13 juin 1986 sur le prélèvement et la transplantation d’organes que sur le plan de l’organisation de la médecine de transplantation.
Belgie¨ heeft terzake in elk geval alle nodige maatregelen genomen zowel op wetgevend gebied door middel van de wet van 13 juni 1986 betreffende het wegnemen en transplanteren van organen als op het gebied van de organisatie van de transplantatiegeneeskunde.
Notre pays fait en effet partie d’Eurotransplant, avec la Hollande, l’Autriche, l’Allemagne et le GrandDuché de Luxembourg.
Ons land maakt immers deel uit van Eurotransplant, samen met Nederland, Oostenrijk, Duitsland en het Groothertogdom Luxemburg.
Les règles d’attribution des greffons sont fixées par une commission constituée de représentants nationaux élus par leurs pairs et approuvées par le Board d’Eurotransplant dans lequel siègent des représentants nationaux élus et les présidents des sociétés nationales de transplantation.
De regels voor de toekenning van transplantaten worden vastgesteld door een commissie bestaande uit nationale vertegenwoordigers die zijn verkozen door hun gelijken, en goedgekeurd door de Board van Eurotransplant, waarin verkozen nationale vertegenwoordigers en de voorzitters van de nationale transplantatieverenigingen zitting hebben.
Les règles d’attribution sont fondées exclusivement sur des critères médicaux tels que l’urgence et le groupe sanguin; à urgence égale, la priorité est donnée au patient en tête de liste.
De toekenningsregels zijn uitsluitend gebaseerd op medische criteria zoals hoogdringendheid en bloedgroep; in geval van gelijke dringendheid wordt voorrang gegeven aan de patie¨nt bovenaan de lijst.
Le don d’organes est gratuit; l’activité de prélèvement et de transplantation hépatique est financée par la Sécurité sociale.
Orgaandonatie is gratis; het wegnemen en transplanteren van de lever wordt door de Sociale Zekerheid gefinancierd.
Concernant la problématique de sensibiliser la population au don d’organe, il faut reconnaıˆtre que,
Wat de problematiek van de bewustmaking van de bevolking voor orgaandonatie betreft, moet worden
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5762
malgré diverses actions entreprises en Belgique pour sensibiliser le grand public au don d’organes, le taux de refus exprimé par les membres de la famille du premier degré est élevé (20 à 30 %) alors que seulement 2 % des Belges ont de leur vivant exprimé leur refus (et 0,2 % leur accord) qui est répertorié dans le Registre national consulté chaque fois qu’un candidat donneur est évalué au moment de son décès.
erkend dat ondanks diverse acties die in Belgie¨ zijn ondernomen om het publiek warm te maken voor orgaandonatie, er een groot aantal weigeringen is bij familieleden in de eerste lijn (20 à 30 %), terwijl slechts 2 % van de Belgen tijdens hun leven hun weigering (en 0,2 % hun akkoord) hebben laten registreren in het Rijksregister, dat wordt geraadpleegd telkens als een kandidaat-donor bij zijn overlijden wordt gee¨valueerd.
Il convient donc d’encourager vivement tous les citoyens belges à se rendre à leur maison communale pour y remplir un formulaire d’accord ou de refus et, ce faisant, s’assurer que leur propre volonté sera respectée au cas où ils deviendraient des donneurs potentiels d’organes. Cette démarche peut par exemple se faire lors de formalités administratives obligatoires comme le renouvellement de la carte d’identité. Selon les médecins spécialistes en transplantation, une initiative du ministère de l’Intérieur visant à rappeler cette possibilité par une note affichée dans les maisons communales serait la bienvenue dans ce domaine, initiative que je suis prêt à soutenir.
Alle Belgische burgers moeten dus worden aangemoedigd om bij hun gemeentehuis langs te gaan om er een toestemmings- of weigeringsformulier in te vullen en er zich op die manier van te vergewissen dat hun eigen wil zal worden gerespecteerd op het moment dat zij potentie¨le orgaandonoren zouden worden. Dat formulier kan bijvoorbeeld worden ingevuld in het kader van verplichte administratieve formaliteiten zoals de hernieuwing van de identiteitskaart. Volgens de geneesheren-specialisten in transplantatie zou op dat vlak een initiatief van het ministerie van Binnenlandse Zaken welkom zijn, waarbij er aan die mogelijkheid wordt herinnerd via affiches in de gemeentehuizen, een initiatief dat ik graag ondersteun.
D’autre part une enquéte menée par la section belge des coordinateurs de transplantation en 1998 et 1999 auprès de différentes tranches d’aˆge de la population belge a montré que seul un tiers des personnes interrogées se déclarent suffisamment informées sur les dons d’organes. Cette proportion diminue dans la catégorie d’aˆge inférieure.
Anderzijds heeft een enquête van de Belgische afdeling van de transplantatiecoo¨rdinatoren in 1998 en 1999 bij verschillende leeftijdsgroepen van de Belgische bevolking aangetoond dat slechts een derde van de ondervraagde personen zeggen voldoende geı¨nformeerd te zijn over orgaandonatie. Dat percentage daalt in de laagste leeftijdscategorie.
Néanmoins la majorité des citoyens est favorable au don d’organe, et serait d’accord de faire don de ses organes. Cette tendance diminue légèrement avec l’aˆge ou lorsqu’il s’agit de faire don des organes d’un proche.
Desondanks is de meerderheid van de burgers vo´o´r orgaandonatie en zou akkoord gaan om zijn organen af te staan. Die tendens daalt lichtjes met de leeftijd of indien het erom gaat organen van een verwant af te staan.
Près de quatre personnes sur dix questionnées, ignorent l’existence d’une loi sur les prélèvements et la transplantation d’organes. Pour les personnes qui affirment qu’il existe une loi sur les prélèvements, seule la moitié l’identifie correctement comme consentement présumé.
Bijna vier op tien ondervraagde personen weten niet dat er een wet betreffende het wegnemen en transplanteren van organen bestaat. Bij de personen die bevestigen dat er een dergelijke wet bestaat, interpreteert slechts de helft die correct in de zin van veronderstelde toestemming.
Cette enquête conforte ainsi les spécialistes de la transplantation d’approcher les familles dans chaque cas de don d’organe potentiel, puisque seule une minorité de citoyens connaissent les termes exacts de la loi.
Die enquête stimuleert aldus de transplantatiespecialisten om de families te benaderen in elk geval van potentie¨le orgaandonatie, aangezien slechts een minderheid van de burgers de exacte inhoud van de wet kent.
Ces résultats montrent que les futures campagnes d’information devraient donc être orientées en priorité vers les jeunes dans les écoles et vers les pensionnés.
Die resultaten tonen aan dat de toekomstige informatiecampagnes zich dus in de eerste plaats zouden moeten richten tot schoolgaande jongeren en gepensioneerden.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5763
DO 2003200421443
DO 2003200421443
Question no 177 de Mme Jacqueline Galant du 5 mai 2004 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 177 van mevrouw Jacqueline Galant van 5 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Administration de médicaments antidépresseurs aux enfants.
Toedienen van antidepressiva aan kinderen.
Selon les chiffres évoqués par la presse, entre sept et dix mille enfants et adolescents, en dessous de l’aˆge de 20 ans, sont soignés chaque année, en Belgique, avec des antidépresseurs. Or, plusieurs études aux E´tats-Unis et en Australie ont attiré l’attention sur le danger de l’administration aux enfants d’antidépresseurs notamment de la nouvelle genération. Ces études visent notamment les risques de suicide, ceci nonobstant l’inefficacité relative de ces traitements.
Volgens persberichten zouden in Belgie¨ jaarlijks zeven- à tienduizend kinderen en tieners, jonger dan 20, antidepressiva toegediend krijgen.
Au niveau européen, la commission chargée du controˆle des médicaments s’est intéressée à cette problématique et devrait exprimer un avis.
Op Europees niveau wordt dit probleem onderzocht door het European Agency for the Evaluation of Medicinal Products, dat weldra een advies uitbrengt.
Votre département interrogé quant à l’état de la question serait dans l’attente de cet avis tout en s’interrogeant sur l’efficacité réelle de cette médication.
Toen uw departement naar een stand van zaken werd gevraagd, werd meegedeeld dat men, in afwachting van het advies, nagaat in hoeverre die geneesmiddelen doeltreffend zijn.
Pouvez-vous nous informer quant à l’évaluation de la question évoquée ci-dessus et nous indiquer quelles sont en Belgique les études réalisées ou programmées à ce propos ?
Kan u ons meedelen hoe dit probleem wordt aangepakt en welke studies hierover in Belgie¨ zijn uitgevoerd of gepland ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 17 juin 2004, à la question no 177 de Mme Jacqueline Galant du 5 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 177 van mevrouw Jacqueline Galant van 5 mei 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de fournir à l’honorable membre les informations suivantes.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
En mai 2003, la firme GlaxoSmithKline à soumis aux autorités anglaises une demande d’extension des indications de sa spécialité Seroxat au traitement des troubles obsessionnels compulsifs, des troubles d’anxiété sociale et de la dépression majeure chez les enfants et les adolescents aˆgés de moins de 18 ans. La spécialité Seroxat contient de la paroxétine, une substance qui appartient à la classe des antidépresseurs. Lors de l’examen des résultats des études cliniques effectuées pour démontrer ces indications, les autorités anglaises ont exprimé des réserves quant à la sécurité d’emploi et à l’efficacité de la paroxétine dans ce groupe d’aˆge. Elles ont exprimé l’avis que la prescription de paroxétine chez les enfants et les adolescents de moins de 18 ans devrait être contre-indiquée.
In mei 2003 werd door de firma GlaxoSmithKline aan de Engelse autoriteiten een uitbreiding van indicaties gevraagd voor de specialiteit Seroxat, namelijk voor de behandeling van obsessieve compulsieve stoornissen, sociale angststoornissen en majeure depressie bij kinderen en adolescenten onder de 18 jaar. De specialiteit Seroxat bevat paroxetine, een stof die behoort tot de antidepressiva. Tijdens het onderzoek van de resultaten van de klinische studies, uitgevoerd om deze indicaties aan te tonen, hebben de Engelse autoriteiten een voorbehoud gemaakt voor wat betreft de veiligheid van het gebruik en de doeltreffendheid van paroxetine in deze leeftijdsgroep. Ze hebben het advies gegeven dat het voorschrijven van paroxetine bij kinderen en adolescenten onder de 18 jaar gecontra-indiceerd moet worden.
Dans la mesure où la prescription de paroxétine est autorisée dans tous les pays de l’Union européenne, les
Voor zover het voorschrijven van paroxetine geautoriseerd is in alle landen van de Europese Unie, zijn
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Verscheidene studies in Australie¨ en de Verenigde Staten wijzen echter op het gevaar van het toedienen van antidepressiva, met name van de nieuwe generatie, aan kinderen. Uit deze studies blijkt namelijk dat de antidepressiva, die op zich relatief onwerkzaam zijn, de kans op zelfmoord doen toenemen.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5764
autorités anglaises ont initié le 12 juin 2003 une procédure d’arbitrage européenne pour confier l’examen des risques et des bénéfices de la paroxétine au Comité des spécialités pharmaceutiques (CSP), l’organe d’avis scientifique de l’Agence européenne pour l’évaluation des médicaments. Le CSP a conclu que la balance bénéfices/risques des médicaments contenant de la paroxétine reste positive pour ce qui est du traitement des adultes mais il recommande que des modifications soient apportées au niveau européen à l’information relative au médicament, à savoir : — un avertissement selon lequel la paroxétine ne peut pas être utilisée chez les enfants et les adolescents, — un avertissement à l’attention des prescripteurs selon lequel les patients présentant des tendances suicidaires doivent faire l’objet d’un suivi étroit, — un avertissement à l’attention des prescripteurs et des patients concernant le risque de réactions de sevrage. ` notre connaissance, il n’existe pas en Belgique A d’études réalisées ou programmées concernant la sécurité d’emploi et l’efficacité de la paroxétine. En Belgique, Seroxat ne possède pas d’indications thérapeutiques officiellement approuvées pour les enfants et les adolescents. Concernant le traitement de la dépression, le résumé des caractéristiques du produit de Seroxat mentionne que « Seroxat n’est pas indiqué chez les enfants et adolescents de moins de 18 ans. En particulier, les études cliniques controˆlées n’ont pas pu démontrer d’efficacité et ne supportent, dès lors, pas l’usage de la paroxétine dans le traitement de la dépression chez les enfants et les adolescents. » La rubrique « Effets indésirables » mentionne également que des idées suicidaires et des tentatives de suicide ont été observées lors des essais cliniques chez les adolescents souffrant de dépression. En janvier 2004, le Centre belge d’information pharmacothérapeutique, une ASBL agréée par le SPF Santé publique, Sécurité de la chaıˆne alimentaire et Environnement, a publié dans les Folia Pharmacoterapeutica un avertissement au sujet de certains antidépresseurs utilisés chez l’enfant. Les Folia sont distribués gratuitement aux médecins, pharmaciens et dentistes belges.
de Engelse autoriteiten een arbitrageprocedure gestart op 12 juni 2003 om het onderzoek van de risico’s en baten van paroxetine toe te vertrouwen aan het CPMP, het wetenschappelijk adviescomité van het Europees Agentschap voor de evaluatie van geneesmiddelen. Het CPMP heeft besloten dat de baten/ risicoverhouding positief blijft voor paroxetine bevattende geneesmiddelen bij de behandeling van volwassenen maar beveelt veranderingen aan voor de productinformatie van paroxetine op Europees vlak. Deze omvatten : — een waarschuwing dat paroxetine niet mag gebruikt worden bij kinderen en adolescenten, — een waarschuwing aan de voorschrijvers dat patie¨nten met een hoog risico van zelfmoordneigingen van dichtbij moeten gevolgd worden, — voorschrijvers en patie¨nten moeten gewaarschuwd worden voor de ontwenningsverschijnselen. Voor zover ons bekend, zijn er in Belgie¨ geen studies uitgevoerd of voorzien betreffende de veiligheid en de doeltreffendheid van paroxetine. Seroxat heeft in Belgie¨ geen officieel goedgekeurde therapeutische indicaties bij kinderen en adolescenten. Voor wat betreft de behandeling van depressie, vermeldt de samenvatting van de kenmerken van het product van Seroxat « Seroxat is niet geı¨ndiceerd bij kinderen en adolescenten onder de 18 jaar. In het bijzonder hebben gecontroleerde klinische studies geen doeltreffendheid kunnen aantonen en moedigen vandaar het gebruik van paroxetine bij de behandeling van depressie bij kinderen en adolescenten niet aan. » De rubriek « Bijwerkingen » vermeldt eveneens dat zelfmoordgedachten en zelfmoordpogingen werden waargenomen bij klinische studies met adolescenten die lijden aan depressie. In januari 2004 heeft het Belgisch Centrum voor farmacotherapeutische informatie, een VZW erkend door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu, in de Folia Pharmacotherapeutica een waarschuwing gepubliceerd betreffende het gebruik van bepaalde antidepressiva bij het kinderen. De Folia worden gratis verstuurd naar Belgische artsen, apothekers en tandartsen.
DO 2003200421492
DO 2003200421492
Question no 186 de M. Jo Vandeurzen du 13 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique : Patients en état comateux. — Centres hospitaliers d’expertise. — Agréments. Le ministre a entamé la procédure d’agrément de centres hospitaliers d’expertise pour les patients en
Vraag nr. 186 van de heer Jo Vandeurzen van 13 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid : Comapatie¨nten. — Beroepsdeskundige ziekenhuiscentra. — Erkenningen. De minister is ondertussen bezig met het erkennen van beroepsdeskundige ziekenhuiscentra in een persis-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5765
état neurovégétatif persistant ou en état paucirelationnel.
terende neurovegetatieve status of een minimum responsieve status.
1. Pourriez-vous me communiquer sur la base de quels critères ces agréments sont octroyés ?
1. Kan u meedelen welke criteria gebruikt worden bij het toekennen van de erkenningen ?
2. Des lits hospitaliers et des lits MRS existants entrent-ils en ligne de compte pour l’octroi de ces agréments ?
2. Worden er voor het toekennen van de erkenningen bestaande ziekenhuisbedden en RVT-bedden benut ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 18 juin 2006, à la question no 186 de M. Jo Vandeurzen du 13 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 18 juni 2006, op de vraag nr. 186 van de heer Jo Vandeurzen van 13 mei 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre les informations suivantes en réponse à ses questions.
Ik heb de eer het geachte lid volgende informatie mee te delen als antwoord op zijn vragen.
1. Les critères utilisés pour la sélection tant des centres hospitaliers d’expertise que des maisons de repos et de soins (MRS) ont été établis par le groupe de travail ad hoc créé par la Conférence interministérielle santé publique.
1. De criteria die worden gebruikt voor de selectie van zowel de deskundige ziekenhuiscentra als de rusten verzorgingstehuizen (RVT’s) zijn vastgesteld door de ad hoc-werkgroep van de Interministerie¨le Conferentie volksgezondheid.
Dans la circulaire d’appel aux hoˆpitaux volontaires dans le cadre du projet-pilote visant la création de centres hospitaliers d’expertise pour les patients en état neurovégatatif persistant (ENVP) ou en état pauci relationnels (EPR), il était noté que les services hospitaliers devaient répondre aux conditions suivantes et remettre un dossier circonstancié en vue d’être sélectionnés comme centre d’expertise pilote:
In de oproepingsbrief aan de ziekenhuizen die wensen deel te nemen aan het proefproject met het oog op de oprichting van deskundige ziekenhuiscentra voor patie¨nten in een persisterende neurovegetatieve status (PNVS) of een minimaal responsieve status (MRS) stond aangegeven dat de ziekenhuisdiensten aan de volgende voorwaarden moeten beantwoorden en een gedetailleerd dossier moeten indienen om als proefexpertisecentrum te worden geselecteerd :
1. disposer d’un minimum de cinq lits (quatre pour la Région de Bruxelles-Capitale) de revalidation neurologique (Sp affections neurologiques ou de lits hospitaliers spécialisés en revalidation qui répondent au moins aux normes des services S3) pouvant être consacrés exclusivement aux patients ENVP ou EPR;
1. beschikken over ten minste vijf bedden (vier voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) voor neurologische revalidatie (Sp neurologische aandoeningen of ziekenhuisbedden die in revalidatie zijn gespecialiseerd en minstens aan de normen voor S3-diensten beantwoorden) die exclusief aan PNVS- of MRS-patie¨nten kunnen worden gewijd;
2. assurer une permanence médicale;
2. een medische permanentie garanderen;
3. répondre strictement aux normes d’agrément de cet indice;
3. strikt beantwoorden aan de erkenningsnormen voor die kenletter;
4. faire la preuve qu’une équipe multidisciplinaire suffisante qualitativement et quantitativement peut être directement disponible pour le groupe cible (kinésithérapeute, ergothérapeute, logopède, diététicien, psychologue, travailleur social);
4. aantonen dat een multidisciplinair team dat zowel kwalitatief als kwantitatief voldoet, onmiddellijk beschikbaar kan zijn voor de doelgroep (kinesitherapeut, ergotherapeut, logopedist, die¨tist, psycholoog, maatschappelijk werker);
5. disposer d’un référent hospitalier pour la continuité des soins dont le fonctionnement peut être évalué sur la base d’un rapport annuel. Ce référent doit être disponible pour assurer la continuité des soins du groupe cible;
5. beschikken over een ontslagmanager, wiens werking kan worden beoordeeld op basis van een jaarverslag. Die manager moet beschikbaar zijn om de zorgcontinuı¨teit voor de doelgroep te waarborgen.
6. disposer d’un service de revalidation avec physiothérapeute ou neurologue avec un agrément de revalidation;
6. beschikken over een revalidatiedienst met een fysiotherapeut of een neuroloog met een revalidatieerkenning;
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
729
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5766
7. faire la preuve d’une expertise dans les soins aux patients ENVP/EPR sur la base d’un rapport d’activité basé sur un modèle type;
7. expertise aantonen op het gebied van verzorging van PNVS/MRS-patie¨nten aan de hand van een jaarverslag dat op het standaardmodel is gebaseerd;
8. disposer de collaborations fonctionnelles écrites avec des institutions pour soins chroniques (MRS, nursing home, institutions « AWIPH », SISD, ...)
8. beschikken over geschreven functionele samenwerkingsovereenkomsten met instellingen voor chronische verzorging (RVT’s, verpleegtehuizen, « AWIPH »-instellingen, GDT’s, ...)
9. disposer du matériel de soins en suffisance : soulèves personnes — saturomètres, matelas de prévention des plaies de décubitus de type alternating, baignoires à hauteur variable, fauteuils roulants, lits à hauteur variable, matériel d’aspiration bronchique, matériel de revalidation (standing bar, ...);
9. beschikken over voldoende verzorgingsmateriaal : patie¨ntenlift — saturatiemeters, matrassen van het type « alternating » ter preventie van doorligwonden, badkuipen met variabele hoogte, rolstoelen, bedden met variabele hoogte, materiaal voor bronchiale aspiratie, revalidatiemateriaal (standing bar, ...);
10. au niveau architectural : remettre le plan de l’unité ou du service proposé comme centre d’expertise;
10. op architectonisch vlak : de plattegrond van de eenheid of dienst overhandigen die als expertisecentrum wordt voorgesteld;
11. apporter un projet d’institution cohérent.
11. een coherent instellingsproject naar voor brengen.
Les centres pilotes ont été sélectionnés sur la base de ces 11 critères. Le critère déterminant étant l’expertise démontrée par les hoˆpitaux candidats. Les entités fédérées ont été associées à cette sélection et celle-ci a été confirmée par un protocole d’accord daté du 24 mai 2004. Une attention particulière a´ été portée à la dispersion géographique des centres afin de couvrir l’ensemble du territoire belge et de favoriser une accessibilité maximale.
De proefcentra zijn op basis van die 11 criteria geselecteerd. Het doorslaggevend criterium is de door de kandidaat-ziekenhuizen aangetoonde expertise. De deelgebieden werden bij die selectie betrokken, die door een protocolakkoord van 24 mei 2004 is bevestigd. Er ging een bijzondere aandacht uit naar de geografische spreiding van de centra teneinde het hele Belgische grondgebied te bestrijken en een maximale toegankelijkheid te bevorderen.
Les centres sélectionnés sont situés à Bruxelles, Tournai, Mons, Liège, Fraiture, Ottignies, Brasschaat, Gand, Hasselt, Pellenberg, Vlezenbeek, Roulers et Bruges.
De geselecteerde centra bevinden zich in Brussel, Doornik, Bergen, Luik, Fraiture, Ottignies, Brasschaat, Gent, Hasselt, Pellenberg, Vlezenbeek, Roeselare en Brugge.
2. Les hoˆpitaux et les MRS sélectionnés dans le cadre de ce projet, bénéficieront d’un financement complémentaire pour la prise en charge des patients ENVP/EPR.
2. De in het kader van dit project geselecteerde ziekenhuizen en RVT’s zullen een bijkomende financiering genieten voor de verzorging van PNVS/MRSpatie¨nten.
Pour les hoˆpitaux, ces moyens financiers seront, à titre expérimental, mis à disposition via la sous-partie B4 du budget des moyens financiers (7 820,50 euros par lit et par année). Ils permettront le financement supplémentaire de 0,165 ETP/lit pouvant être réparti par l’hoˆpital entre une ou plusieurs catégories de personnel suivantes : infirmier, personnel soignant, personnel paramédical, kinésithérapeute ou psychologue.
Die financie¨le middelen zullen bij wijze van experiment ter beschikking van de geselecteerde ziekenhuizen worden gesteld via onderdeel B4 van het budget van financie¨le middelen (7 820,50 euro per bed en per jaar). Ze maken de bijkomende financiering mogelijk van 0,165 VTE/bed, dat door het ziekenhuis kan worden verdeeld over een of meer van de volgende personeelscategoriee¨n : verpleegkundigen, verzorgenden, paramedisch personeel, kinesitherapeuten of psychologen.
De plus, un montant forfaitaire annuel de 1 875,00 euros leur sera octroyé (également via la souspartie B4) par lit spécifiquement réservé à l’accueil des patients ENVP/EPR pour la fonction de liaison externe (formation continue des intervenants du « long term care », avis spécialisé). Cette fonction de liaison est indispensable pour assurer la qualité et la continuité de la prise en charge entre le centre hospitalier
Bovendien wordt hun een jaarlijks forfaitair bedrag van 1 875,00 euro (eveneens via het onderdeel B4) per bed dat specifiek voorbehouden wordt voor de opvang van PNVS/MRS-patie¨nten toegekend voor de externe liaisonfunctie (permanente opleiding van de hulpverleners van de « long term care », gespecialiseerd advies). Die liaisonfucntie is onontbeerlijk om de kwaliteit en de continuı¨teit van de opvang tussen het deskundige
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5767
d’expertise et les institutions de longue durée ou le domicile.
ziekenhuiscentrum en de long term instelling of de thuisomgeving te waarborgen.
Pour les MRS, le financement se fera via le système d’équivalent Coma (Eq. Coma). Un Eq. Coma (15 311,54 euros) permettra le financement de la conversion d’un lit MRS déjà existant (forfait moyen) en un lit MRS spécialisé Coma. Ces moyens supplémentaires permettront le financement de la norme de personnel complémentaire, le financement du matériel courant de soins ainsi que le financement des investissements en gros.
Voor de RVT’s gebeurt de financiering via het systeem van Coma-equivalenten (Comaeq.). Een Comaeq. (15 311,54 euro) maakt de financiering mogelijk van de omzetting van een reeds bestaand RVT-bed (gemiddeld forfait) in een gespecialiseerd ComaRVTbed. Die bijkomende middelen maken het mogelijk de bijkomende personeelsnorm, het gewone verzorgingsmateriaal alsook de zware investeringen te financieren.
Tant pour les centres hospitaliers d’expertise que pour les MRS il n’y a pas d’ouverture de lits supplémentaires mais utilisation de lits existants pour l’accueil de patients ENVP/EPR moyennant un apport financier complémentaire.
Zowel voor de deskundige ziekenhuiscentra als voor de RVT’s worden geen bijkomende bedden geopend, maar worden bestaande bedden gebruikt voor de opvang van PNVS/MRS-patie¨nten en dit door middel van een aanvullende financie¨le bijdrage.
DO 2003200421493
DO 2003200421493
Question no 187 de M. Jo Vandeurzen du 13 mai 2004 (N.) au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 187 van de heer Jo Vandeurzen van 13 mei 2004 (N.) aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Soins transmuraux.
Transmurale zorg.
Ces derniers temps, une grande attention est accordée aux soins transmuraux et plus particulièrement à la demande d’hospitalisation, mais également à la gestion des sorties au sein des hoˆpitaux. En outre, un soutien est accordé à de nombreux projets destinés à améliorer la collaboration entre les médecins de famille et les hoˆpitaux. La problématique de la médication lors de la sortie de l’hoˆpital est, on le sait, également très importante.
Er wordt de jongste tijd heel wat aandacht besteed aan transmurale zorg. De verwijzing naar het ziekenhuis maar ook het ontslagmanagement in het ziekenhuis krijgt daarbij bijzondere aandacht. Er worden ook heel wat projecten ondersteund die de samenwerking van de huisartsen met de ziekenhuizen moeten verbeteren. Het is bekend dat ook de problematiek van de medicatie bij het ontslag uit het ziekenhuis toch wel erg belangrijk is.
Certains médicaments sont prescrits à l’hoˆpital. Dès la sortie de l’hoˆpital, la poursuite du traitement est assurée par le médecin de famille.
In het ziekenhuis wordt bepaalde medicatie voorgeschreven. Bij het ontslag is het terug de huisarts die deze behandeling voortzet.
1. Reconnaissez-vous l’importance d’une bonne coordination entre les hoˆpitaux et les officines hospitalières, d’une part, et le pharmacien d’officine habituel du patient, d’autre part ?
1. Onderkent u het belang van een goede afstemming tussen de ziekenhuizen en de ziekenhuisapotheken enerzijds en de vaste officina-apotheker van de patie¨nt anderzijds ?
2. Ne conviendrait-il pas également de stimuler des projets visant à promouvoir la qualité de cette collaboration ?
2. Moeten er ook geen projecten worden gestimuleerd waarbij de kwaliteit van deze samenwerking wordt ondersteund ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 18 juin 2004, à la question no 187 de M. Jo Vandeurzen du 13 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 18 juni 2004, op de vraag nr. 187 van de heer Jo Vandeurzen van 13 mei 2004 (N.) :
Je remercie M. Vandeurzen pour l’intérêt qu’il manifeste pour les soins transhospitaliers ainsi que pour les questions qu’il pose à ce sujet.
Ik dank de heer Vandeurzen voor zijn interesse in transmurale zorg en voor de vragen die hij stelt in dit verband.
Personnellement, je tiens à souligner que je ne suis pas favorable au concept de soins transhospitaliers car
Niettemin denk ik te moeten benadrukken dat ik persoonlijk geen voorstander ben van het begrip trans-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5768
certains partenaires du secteur des soins de santé estiment qu’il relève d’une approche hospitalocentrique. C’est la raison pour laquelle il me paraıˆt préférable de parler de « coordination des processus de soins afférents au patient ». Je rejoins l’honorable membre en ce qu’il souligne l’importance d’une coordination et d’une communication efficaces entre tous les prestataires de soins entourant le patient, quel que soit l’endroit où ces soins sont dispensés. En effet, la coordination des soins est considérée comme l’un des aspects prioritaires à améliorer et ce, tant par l’Institut américain pour la médecine que par l’Agence américaine Health Care Research and Quality. Je puis donc répondre positivement à la première question de M. Vandeurzen, bien qu’il faille signaler qu’en Belgique, le patient n’est pas tenu d’avoir un pharmacien d’officine fixe. Je suis également d’avis qu’une communication efficace en matière de consommation et de prescription de médicaments suppose que le patient puisse, y compris lors de son admission, fournir des renseignements précis sur sa ` cet consommation quotidienne de médicaments. A égard, le patient a un roˆle important à jouer, conjointement avec son médecin généraliste. Dés lors, il me paraıˆt que la collaboration ne doit pas se limiter aux pharmaciens, mais que les prescripteurs de médicaments, à savoir les médecins, et les consommateurs de médicaments, à savoir les patients, ont aussi un roˆle essentiel à jouer afin d’optimiser le transfert des informations en matière de consommation et de prescription de médicaments. Quant à la deuxième question, à savoir s’il est possible d’encourager des projets visant à promouvoir la qualité de cette collaboration, je puis fournir une réponse positive. Ce ne serait d’ailleurs pas une première. En effet, il y a quelques années, l’autorité fédérale a déjà encouragé la réalisation de projets pluridisciplinaires, dont un portant sur la planification de la sortie et la médication. Toutefois, je pense qu’il y aurait lieu d’élargir plus encore le problème et d’associer davantage de partenaires afin que ces projets ne concernent pas uniquement la planification de la sortie et les pharmaciens, mais s’étendent également à la circulation des informations afférentes à l’ensemble du processus de soins et ce, avec tous les partenaires concernés. Je me concerterai également avec les coordinateurs des projets visant à la promotion de la collaboration entre les médecins généralistes, les hoˆpitaux (qui, pour l’instant, ne sont pas liés aux pratiques de pharmaciens extra-hospitalières) et les projets de télématique, afin d’examiner dans quelle mesure le transfert d’informations concernant la consommation et la prescription de médicaments peut être retenue comme un thème prioritaire. Je demanderai également dans quelle mesure les pharmaciens hospitaliers peuvent y être associés. Pour cela, il faut, bien entendu, que le dossier pharmaceutique fasse partie intégrante du dossier de patient.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
murale zorg gezien dit voor sommige partners in de gezondheidszorgsector aanzien wordt als een hospitalocentrische benadering van gezondheidszorg. Het lijkt mij daarom ook beter te spreken over « coo¨rdinatie van zorgprocessen rond de patie¨nt ». Ik treed het geachte lid wel bij in het onderstrepen van het belang van een goede coo¨rdinatie en communicatie tussen alle betrokken zorgverstrekkers rond een patie¨nt onafhankelijk van de plaats waar deze zorg verstrekt wordt. Inderdaad wordt coo¨rdinatie van zorg zowel door het Amerikaanse Institute of Medicine als door het Amerikaanse Agency for Health Care Research and Quality weerhouden als één van de prioritaire domeinen van verbetering. Op de eerste vraag van de heer Vandeurzen kan ik dus een positief antwoord geven, hoewel ik dien te benadrukken dat het hebben van een vaste officina-apotheker geen verplichting is in Belgie¨ voor de patie¨nt. Ook meen ik dat een effectieve communicatie van medicatie-gebruik en medicatievoorschrift veronderstelt dat ook bij opname de patie¨nt duidelijke informatie kan ter beschikking stellen van zijn dagelijks medicatiegebruik en hierin heeft de patie¨nt samen met zijn huisarts een belangrijke rol te spelen. Het lijkt mij dus dat de samenwerking niet kan beperkt blijven tot de apothekers, doch dat de voorschrijvers van medicatie met name de artsen en de gebruikers van de medicatie met name de patie¨nten zelf een belangrijke rol te spelen hebben bij een optimalisering van transfer van informatie rond medicatiegebruik en medicatievoorschrift. Op de tweede vraag of het mogelijk is projecten te stimuleren waarbij de kwaliteit van deze samenwerking kan ondersteund worden, kan ik bevestigend antwoorden. Dit zou trouwens geen primeur zijn gezien enkele jaren geleden de federale overheid reeds multidisciplinaire projecten gestimuleerd heeft waaronder tevens een project rond medicatie-ontslagplanning. Wel geef ik de voorkeur aan het verbreden van de focus en de betrokken partners zodat deze projecten niet enkel ontslagplanning en apothekers betreffen doch informatiedoorstroming in het volledige medicatiezorgproces zouden beogen met alle betrokken partners. Ik zal tevens overleggen met de coo¨rdinatoren van de projecten ter bevordering van de samenwerking tussen huisartsen en ziekenhuizen (die momenteel niet gelinkt zijn met de extramurale apothekerspraktijken) en telematicaprojecten in hoeverre transfer van informatie rond medicatiegebruik en medicatievoorschrift kan weerhouden worden als prioritair thema en tevens zal ik de vraag stellen in hoeverre de ziekenhuis-apothekers hierbij kunnen betrokken worden. Dit veronderstelt natuurlijk dat het farmaceutisch dossier een integraal onderdeel uitmaakt van het patie¨ntendossier.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5769
` cet égard, je pense que la proposition qui figure A dans le projet d’accord élaboré conjointement par mes services et les associations de pharmaciens et qui prévoit d’autoriser le pharmacien à constituer un dossier de suivi pharmaceutique à partir de janvier 2006, est susceptible d’améliorer le transfert d’informations précité.
In ditzelfde kader en als hefboom voor verbetering in dit domein plaats ik ook de mogelijkheid die voorzien is voor apothekers in het ontwerpakkoord dat de apothekersbonden uitwerkten met mijn diensten om vanaf januari 2006 een dossier voor farmaceutische follow-up te kunnen aanleggen.
J’espère que les présentes informations auront été utiles à l’honorable membre.
Ik hoop het geachte lid hiermee van dienst geweest te zijn.
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
E´conomie
Economie
DO 2003200421379
DO 2003200421379
Question no 93 de M. Claude Eerdekens du 28 avril 2004 (Fr.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 93 van de heer Claude Eerdekens van 28 april 2004 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Instauration de la portabilité des numéros GSM.
Invoering van de overdraagbaarheid van GSMnummers.
Selon Test Achats (no 475 d’avril 2004), il n’est pas normal que, à la suite de l’instauration de la portabilité des numéros GSM, le consommateur ne sache toujours pas vers quel réseau il téléphone, contrairement à ce qui avait été promis par le précédent gouvernement.
Volgens Test Aankoop (nr. 475 van april 2004) is het niet normaal dat de consument na de invoering van de overdraagbaarheid van GSM-nummers nog altijd niet weet naar welk netwerk hij telefoneert, hoewel de vorige regering beloofd had die kwestie te zullen regelen.
1. Ou` en est ce dossier ?
1. Hoe zit het met dat dossier ?
2. Quelles initiatives éventuelles avez-vous prises pour que le consommateur sache vers quel réseau il téléphone ? Réponse de la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 17 juin 2004, à la question no 93 de M. Claude Eerdekens du 28 avril 2004 (Fr.) :
2. Welke eventuele initiatieven heeft u genomen om ervoor te zorgen dat de consument weet naar welk netwerk hij telefoneert ?
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre la réponse suivante.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord mee te delen.
1. L’impossibilité de conserver le numéro mobile existant lorsque l’on change d’opérateur mobile constitue un obstacle important au libre choix du consommateur et au développement d’une concurrence réelle sur le marché des télécommunications mobiles. C’est pourquoi la portabilité des numéros mobiles a été
1. De onmogelijkheid om het bestaande mobiele nummer te behouden wanneer men van mobiele operator verandert, is een grote belemmering voor de vrije keuze van de consument en voor de ontwikkeling van een daadwerkelijke mededinging in de mobieletelecommunicatiemarkt. Daarom werd conform het
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 93 van de heer Claude Eerdekens van 28 april 2004 (Fr.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5770
introduite en Belgique le 1er octobre 2002 conformément au cadre réglementaire européen. Une conséquence immédiate de cela est que le préfixe (par exemple : 0475) du numéro d’appel ne correspond plus nécessairement à l’opérateur auquel le bloc de numéros avait été attribué initialement (dans ce cas, Proximus), de sorte que l’utilisateur final ne sait plus au préalable vers quel opérateur un appel est réalisé, ce qui entraıˆne une diminution de la transparence tarifaire. Ceci résulte du fait que les opérateurs de GSM facturent généralement des tarifs plus favorables pour les appels au sein de leur propre réseau que les appels vers un autre réseau GSM. Pour remédier à ce manque de transparence, il a été inscrit dans l’arrêté royal relatif à la portabilité des numéros des utilisateurs finals des services de télécommunications mobiles offerts au public que tous les opérateurs de GSM sont tenus d’introduire ce que l’on appelle le signal de transparence. Ce signal active une tonalité qui prévient l’utilisateur de mobilophonie qu’il est connecté à un autre réseau que le sien, avant d’établir la connexion. L’appelant peut ainsi savoir qu’il téléphone à un tarif plus élevé et choisir de maintenir la connexion, de l’abréger ou de l’interrompre. Un consommateur qui souhaite en faire usage, doit pouvoir activer ces services et dans le cas contraire, les désactiver (à chaque fois gratuitement) en téléphonant à l’un des numéros courts gratuits suivants : 1299 (néerlandais), 1399 (français), 1499 (allemand) et 1450 (anglais). II existe en outre un site Internet avec les noms de domaine suivants www.1299.be (néerlandais), www.1399.be (français), www.1499.be (allemand) et www.1450.be (anglais) sur lequel un utilisateur final peut apprendre gratuitement à quel réseau appartient un numéro mobile. 2. Les mesures susmentionnées répondent suffisamment au souhait de certains utilisateurs de connaıˆtre le réseau auquel un numéro donné appartient. Par conséquent, aucune autre initiative ne doit être prise.
Europees regelgevend kader de overdraagbaarheid van mobiele nummers in Belgie¨ ingevoerd op 1 oktober 2002. Een onmiddellijk gevolg hiervan is dat de prefix (bijvoorbeeld : 0475) van het oproepnummer niet noodzakelijk meer overeenstemt met de operator waaraan het nummerblok oorspronkelijk werd toegewezen (hier Proximus), zodat een eindgebruiker niet meer op voorhand weet naar welke operator een oproep wordt gemaakt, met als gevolg een vermindering van tarieftransparantie. Dit laatste wordt veroorzaakt doordat GSM-operatoren oproepen binnen hun eigen netwerk meestal goedkoper tariferen dan oproepen naar een ander GSM-netwerk. Om dit gebrek aan transparantie te verhelpen werd in het koninklijk besluit betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de eindgebruikers van de aan het publiek aangeboden mobiele telecommunicatiediensten ingeschreven dat alle GSM-operatoren het zogenaamde transparantiesignaal moeten invoeren. Door dit signaal wordt een kiestoon geactiveerd die de mobilofoongebruiker waarschuwt dat hij met een ander netwerk dan het zijne verbonden wordt, voordat de verbinding tot stand komt. Zo kan de oproeper weten dat hij belt tegen een hoger tarief, en ervoor kiezen de verbinding te handhaven, in te korten of te verbreken. Een consument die hiervan gebruik wenst te maken, moet deze diensten activeren en in het tegenovergestelde geval deactiveren (telkens gratis) door te bellen naar een van de volgende gratis korte nummers : 1299 (Nederlands), 1399 (Frans), 1499 (Duits) en 1450 (Engels). Daarnaast bestaat er een website met de volgende internetdomeinnamen www.1299.be (Nederlands), www.1399.be (Frans), www.1499.be (Duits) en www.1450.be (Engels) waar een eindgebruiker gratis kan vernemen tot welk netwerk een mobiel nummer behoort. 2. De bovenstaande maatregelen komen voldoende tegemoet aan de wens van bepaalde eindgebruikers om het netwerk te kennen waartoe een bepaald nummer behoort. Derhalve hoeven geen bijkomende initiatieven te worden genomen.
DO 2003200421445
DO 2003200421445
Question no 96 de M. Roel Deseyn du 5 mai 2004 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique : Bilan intérimaire des décisions du sommet de Lisbonne de 2000. En 2000, lors du sommet européen à Lisbonne, les chefs d’E´tat et de gouvernement européens avaient
Vraag nr. 96 van de heer Roel Deseyn van 5 mei 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Resultaten van de tussentijdse analyse van Lissabon 2000. De Europese staats- en regeringsleiders beloofden in 2000 in Lissabon van de Europese Unie tegen 2010 de 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5771
promis de faire, d’ici à 2010, de l’Union européenne l’économie de la connaissance la plus compétitive du monde. Quatre ans plus tard, le Forum économique mondial (World Economic Forum), basé en Suisse, a dressé un bilan intérimaire. Force est de constater que la Belgique se classe à une médiocre dixième place, en dessous de la moyenne de l’Union européenne. Les résultats sont surtout insuffisants dans le domaine de l’accès généralisé à la société de l’information.
meest concurrentie¨le kenniseconomie ter wereld te maken. Na vier jaar maakte het Zwitserse World Economic Forum een tussentijdse balans op. Belgie¨ noteert daarin een povere tiende plaats en onder het EU-gemiddelde. Vooral de peiler algemene toegang tot de informatiemaatschappij scoort slecht.
1. En ce qui concerne l’accès à la société de l’information, la Belgique accuse un recul relatif.
1. Relatief gezien gaan we achteruit in de toegang tot de informatiemaatschappij.
a) Comment ce recul s’explique-t-il ?
a) Hoe valt dit te verklaren ?
b) Quelles nouvelles mesures compte-t-on prendre ?
b) Welke nieuwe maatregelen zullen worden gelanceerd ?
2. a) Pouvez-vous faire l’inventaire des mesures déjà prises, avec mention du couˆt de ces mesures et de leurs effets ?
2. a) Kan u een inventaris voorleggen van de reeds genomen maatregelen, hun kostprijs en de effecten die deze maatregelen gesorteerd hebben ?
b) Dans la négative, quand allez-vous réaliser cet inventaire ? Réponse de la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 17 juin 2004, à la question no 96 de M. Roel Deseyn du 5 mai 2004 (N.) :
b) Zo neen, wanneer kunnen we deze verwachten ?
J’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre la réponse suivante.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord mee te delen.
Le second rapport « World Economic Forum » intitulé « The Lisbon Review — 2004 — An Assessment of Policies and Reforms in Europe » classe la Belgique en 10e position parmi les 15 pays de la première vague de l’Union européenne et ce, sur la base d’un indice « score » construit par les auteurs de ce rapport mesurant la performance de chaque pays en ce qui concerne l’implémentation de la stratégie de Lisbonne. L’indice en question est une moyenne non pondérée des scores individuels sur huit dimensions définies dans la stratégie et considérées comme étant importantes pour la compétitivité de chaque E´tat membre. Les huit dimensions étant : la création d’une Société de l’information pour tous; le développement d’un espace européen pour l’innovation, la recherche et le développement; la libéralisation; la mise en place des industries de réseau; la disponibilité des services financiers intégrés et efficaces; l’amélioration de l’environnement des affaires; le renforcement de l’inclusion sociale et la promotion d’un développement durable.
Het tweede rapport « World Economic Forum » met als titel « The Lisbon Review — 2004 — An Assessment of Policies and Reforms in Europe » rangschikt Belgie¨ als 10e onder de 15 landen van de eerste « generatie » van de Europese Unie op basis van een door de makers van dit rapport opgestelde « score »index die de prestaties van elk land op het vlak van uitvoering van de Lissabonstrategie meet. Deze index is een nietgewogen gemiddelde van de individuele scores voor acht aspecten die in de strategie werden vastgelegd en als belangrijk werden geacht voor de competitiviteit van elke lidstaat. Deze acht aspecten zijn : de oprichting van een Informatiemaatschappij voor iedereen; de ontwikkeling van een Europese ruimte voor innovatie; onderzoek en ontwikkeling; de liberalisering; het uitbouwen van netwerkindustriee¨n; de beschikbaarheid van geı¨ntegreerde en efficie¨nte financie¨le diensten; de verbetering van het zakenklimaat; de versterking van de sociale integratie en de bevordering van duurzame ontwikkeling.
Pour ce qui est de « la Société de l’information pour tous », la stratégie de Lisbonne comporte deux volets : le plan d’action eEurope 2002 et celui relatif à eEurope 2005.
Wat de « Informatiemaatschappij voor iedereen » betreft, bevat de Lissabonstrategie twee delen : het actieplan eEurope 2002 en dat inzake eEurope 2005.
Les actions envisagées, dans le cadre du 1er plan d’action, pour mettre à portée de tous les citoyens
De in het kader van het 1e actieplan vooropgestelde acties om de laatste ontwikkelingen op het vlak van
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 96 van de heer Roel Deseyn van 5 mei 2004 (N.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5772
européens les avancées de la société de l’information sont mesurables au travers d’une série d’indicateurs tels que :
informatiemaatschappij binnen handbereik van alle burgers te brengen, zijn meetbaar aan de hand van een aantal indicatoren, zoals :
— internet moins cher, plus rapide et plus sûr (taux de pénétration de l’internet, coût de l’accès à internet, ...);
— goedkoper, sneller en betrouwbaarder internet (internetpenetratiegraad, kosten voor toegang tot het internet, ...);
— investissement dans les hommes et les compétences numériques (nombre d’ordinateurs pour 100 élèves, pourcentage de la main-d’œuvre pratiquant le télétravail, nombre de terminaux publics d’accès à internet pour 1 000 habitants, ...);
— investering in mensen en digitale bekwaamheden (aantal computers per 100 leerlingen, percentage van de werknemers die telewerk doen, aantal publieke terminals voor toegang tot het internet per 1 000 inwoners, ...);
— stimuler l’utilisation de l’internet dans les domaines de e-commerce, e-govemment, e-health, ...
— bevordering van het internetgebruik e-commerce, e-government, e-health, ...
Le plan d’action eEurope 2005 repose, quant à lui, sur deux groupes d’actions qui se renforcent mutuellement. D’une part, il vise à stimuler les services, les applications et les contenus, couvrant à la fois les services publics en ligne et les affaires électroniques; d’autre part, il s’attaque aux problèmes des infrastructures à large bande sous-jacentes et aux questions de sécurité. D’ici à 2005, l’Europe devrait disposer des services publics en ligne modernes (e-governement, e-learning et e-health), d’un environnement dynamique pour les affaires électroniques (e-business). Pour faciliter le déploiement de ces services, la disposition massive d’un accès large bande à des prix compétitifs et la disposition d’une infrastructure sécurisée sont indispensables pour l’Europe.
Wat het actieplan eEurope 2005 betreft is deze gebaseerd op twee groepen acties die elkaar versterken. Enerzijds is het plan gericht op het bevorderen van diensten, toepassingen en inhoud en heeft het zowel betrekking op on line overheidsdiensten als op elektronisch zakendoen; anderzijds legt het zich toe op problemen in verband met de onderliggende breedbandinfrastructuur en beveiliging. Tegen 2005 moet Europa beschikken over moderne on line overheidsdiensten (egovernement, e-learning et e-health) en een dynamisch klimaat voor elektronisch zakendoen (e-business). Om deze diensten te verspreiden zijn de terbeschikkingstelling van een breedbandtoegang op grote schaal tegen competitieve prijzen en een beveiligde infrastructuur onontbeerlijk voor Europa.
1. a) Les résultats du rapport « World Economic Forum » classent les pays de l’Union européenne en trois grandes catégories : les pays du Nord de l’Europe, ceux du Sud de l’Europe et enfin ceux situés entre le Nord et le Sud. Malgré sa 10e place, force est de constater que la Belgique se trouve dans le groupe des pays situés entre le Nord et le Sud. Ce groupe comprend aussi le Royaume-Uni, les Pays-Bas, l’Allemagne, la France, ... Une telle position ne veut pas dire grand-chose, il importe d’analyser les forces et les faiblesses de la Belgique et voir « comment maximiser davantage ses forces et minimiser ses faiblesses ».
1. a) De resultaten van het rapport « World Economic Forum » deelt de landen van de Europese Unie in in drie grote categoriee¨n : de Noord-Europese landen, de Zuid-Europese landen en tot slot de landen die tussen Noord- en Zuid-Europa liggen. Ondanks zijn 10e plaats behoort Belgie¨ tot de groep van landen gelegen tussen Noord- en Zuid-Europa, waarvan ook het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Duitsland, Frankrijk, ... deel uitmaken. Die positie is niet veelzeggend; belangrijk is de sterke en zwakke punten te analyseren van Belgie¨ en na te gaan « hoe de sterke punten kunnen worden gemaximaliseerd en de zwakheden tot een minimum kunnen worden herleid ».
` cet effet, répondre à l’observation qui consiste à A dire que la Belgique occupe la 10e place dans le classement établi par « World Economic Forum », position qui s’explique largement par le mauvais score enregistré sur le plan de la Société de l’information doit se faire en parallèle avec un exercice d’évaluation comparative portant sur des indicateurs eEurope. Sur la base du rapport eEurope 2002 — Benchmarking de la Commission, on peut épingler quelques forces et faiblesses de la Belgique.
Daarom moet niet alleen iets worden gedaan aan het feit dat Belgie¨ slechts de tiende plaats inneemt in de door het « World Economic Forum » opgestelde, rangschikking, positie die hoofdzakelijk te wijten is aan de slechte score op het gebied van Informatiemaatschappij, maar dient er tevens een vergelijkende evaluatie te worden gemaakt inzake eEuropeindicatoren. Op basis van het rapport eEurope 2002 Benchmarking van de Commissie kunnen een aantal sterke en zwakke punten van Belgie¨ worden aangehaald.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
voor
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5773
Les points positifs de la Belgique sont :
De positieve punten van Belgie¨ zijn :
— le taux de pénétration de l’internet (bandes étroite et large) auprès des ménages belges (en 2001) est proche de la moyenne de l’Union européenne (UE). Les pays au dessus de la moyenne sont les Pays-Bas, la Suède, le Danemark, la Finlande, le Royaume-Uni, l’Irlande, l’Allemagne et le GrandDuché de Luxembourg (eEurope — 2002 Benchmarking Report http ://europa.eu.int/eurlex/en/ com/cnc/2002/com2002_0062en01.pdf);
— het feit dat de internetpenetratiegraad (smalband en breedband) bij de Belgische gezinnen (in 2001) dicht bij het EU-gemiddelde aanleunt. De landen die boven dat gemiddelde liggen zijn Nederland, Zweden, Denemarken, Finland, het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Duitsland en het Groothertogdom Luxemburg (eEurope — 2002 Benchmarking Report http ://europa.eu.int/eurlex/en/com/ cnc/2002/com2002_0062en01.pdf);
— la capacité d’accès des réseaux de recherche nationale;
— de toegangscapaciteit van de netwerken voor nationaal onderzoek;
— le taux de pénétration de l’internet dans les écoles (en 2001) est proche de la moyenne de l’UE;
— het feit dat de internetpenetratiegraad in scholen (in 2001) in de buurt van het EU-gemiddelde ligt;
— le pourcentage des télé-travailleurs dans le cadre du développement de la Société de l’information;
— het percentage telewerkers in het kader van de ontwikkeling van de Informatiemaatschappij;
— le taux de pénétration de l’ADSL en pourcentage de la population (Connecting Europe at High Speed : National Broadband Strategies-Annexes http ://europa.eu.int/eurlex/en/com/cnc/2002/ com2002_0062en01.pdf).
— de penetratiegraad van ADSL in percentage van de bevolking (Connecting Europe at High Speed : National Broadband Strategies-Annexes http :// europa.eu.int/eurlex/en/com/cnc/2002/com2002_ 0062en01.pdf).
Les points négatifs sont :
De negatieve punten zijn :
— le niveau de sécurité (le pourcentage des utilisateurs internet qui ont reçu des virus, le nombre de serveurs sécurisés par million d’habitants). La Belgique est très vulnérable pour les attaques de virus à cause de son meilleur taux de pénétration de la large bande;
— de beveiligingsgraad (het percentage internetgebruikers die virussen hebben gehad, het aantal beveiligde servers per miljoen inwoners). Belgie¨ is zeer kwetsbaar voor computervirussen wegens zijn hoogste breedbandpenetratiegraad;
— le pourcentage des travailleurs ayant suivi une formation en informatique;
— het percentage werknemers die een informaticaopleiding hebben genoten;
— le pourcentage des utilisateurs d’internet et celui des entreprises qui vendent en ligne restent en dessous de la moyenne européenne;
— het feit dat het percentage internetgebruikers en dat van ondernemingen die on line verkopen onder het Europees gemiddelde blijft;
— la disponibilité en ligne des services de base. Cependant, force est de constater que la Belgique commence à résorber progressivement son retard en la matière. En effet, d’après les résultats du quatrième rapport sur les services publics électroniques en Europe (On line Availability of Public Services : How is Europe progressing ? http :// europa.eu.int/information_society/eeurope/2005/ doc/highlights/whats_new/capgemini4.pdf), le pourcentage de services publics électroniques totalement disponibles en ligne a crû de manière significative entre octobre 2001 et octobre 2003, mais reste néanmoins en dessous de la moyenne européenne. Le retard de la Belgique s’explique par son choix stratégique consistant à axer prioritairement ses efforts sur le volet « back-office » et ce, en vue de développer des applications réellement efficaces pour les citoyens et les entreprises.
— de on line beschikbaarheid van basisdiensten. Toch wordt vastgesteld dat Belgie¨ op dat vlak zijn achterstand geleidelijk inhaalt. Volgens de resultaten van het vierde rapport over de elektronische overheidsdiensten in Europa (On line Availability of Public Services : How is Europe progressing ? http ://europa.eu.int/information_society/eeurope/ 2005/doc/highlights/whats_new/capgemini4.pdf) steeg het percentage elektronische overheidsdiensten die volledig on line beschikbaar zijn aanzienlijk tussen oktober 2001 en oktober 2003, maar blijft het desalniettemin onder het Europees gemiddelde. De achterstand van Belgie¨ is toe te schrijven aan zijn beleidskeuze die eerst en vooral gericht is op het « back-office »-aspect met het oog op de ontwikkeling van echt efficie¨nte toepassingen voor burgers en ondernemingen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
730
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5774
b) Une brochette de nouvelles mesures sont contenues dans la note « Politique belge relative à la large bande — Plan d’action 2005 ». On retiendra d’abord que dans le cadre de l’accord gouvernemental « Une Belgique créative et solidaire, du souffle pour le pays », le gouvernement fédéral a manifesté sa volonté de renforcer la position de la Belgique dans le domaine de l’infrastructure de la large bande et d’augmenter davantage la pénétration de la large bande. L’objectif du gouvernement est de faire en sorte que 2,5 millions de ménages et 500 000 PME et indépendants utilisent des services a´ large bande, d’ici 2006.
b) Een reeks nieuwe maatregelen zitten vervat in de nota « Belgisch beleid inzake breedband — Actieplan 2005 ». In het kader van het regeerakkoord « Een creatief en solidair Belgie¨, zuurstof voor het land » is de federale regering bereid de positie van Belgie¨ op het vlak van breedbandinfrastructuur te versterken en de breedbandpenetratiegraad te verhogen. Het doel van de regering is ervoor te zorgen dat tegen 2006 2,5 miljoen gezinnen en 500 000 KMO’s en zelfstandigen breedbanddiensten gebruiken.
La fracture sociale est bien un fait réel en Belgique et son pendant est la fracture digitale. Cette dernière est fonction de l’aˆge (jeune et personne aˆgée), du sexe, du statut professionnel, du revenu, de la zone d’habitation (urbain et rural), ... et elle renforce la fracture sociale. Lors du Conseil des ministres d’Ostende du 21 mars 2004, le gouvernement fédéral a chargé la ministre de l’Intégration sociale en collaboration avec le secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat de coordonner la rédaction d’un plan d’action national d’inclusion numérique et ce, en collaboration avec les ministres de l’E´conomie et de la Protection du consommateur. En ce qui concerne les initiatives pilotes de lutte contre la fracture numérique, la ministre de l’Intégration sociale voudrait, en partenariat avec cinq CPAS volontaires, créer dix parcs informatiques dans les maisons de retraites, les services d’insertion, ... Cette initiative pilote est connue sous l’appellation du projet « easy-e-space ». L’initiative appuierait l’indicateur « taux de pénétration de l’internet et celui de l’utilisation de l’internet auprès des ménages si et seulement si les parcs informatiques sont installés dans des maisons de retraites des CPAS ».
De sociale kloof is een realiteit in Belgie¨ en de tegenhanger ervan is de digitale kloof. Die laatste is afhankelijk van de leeftijd (jongere/bejaarde), het geslacht, het beroepsstatuut, het inkomen, het woongebied (stedelijk/landelijk), ... en versterkt de sociale kloof. Op de Ministerraad van Oostende op 21 maart 2004 belastte de federale regering de minister van Sociale Integratie en de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat met de coo¨rdinatie van een nationaal actieplan voor digitale integratie in samenwerking met de minister van Economie en de minister voor Consumentenzaken. Wat betreft de pilootinitiatieven die de strijd moeten aanbinden tegen de digitale kloof, wil de minister voor Sociale Integratie in partnership met vijf vrijwillige OCMW’s tien computerparken in rusthuizen, in integratiediensten, ... opzetten. Dit pilootproject is bekend onder de naam « easy-e-space ». Het initiatief zal de indicator « internetpenetratiegraad en het internetgebruik bij gezinnen alleen kracht bijzetten indien de computerparken in OCMW-rusthuizen worden geı¨nstalleerd ».
D’autre part, le Conseil des ministres a approuvé la proposition du secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat visant à rendre accessibles aux personnes souffrant d’un handicap de lecture les sites web des services publics fédéraux et des institutions fédérales. Ces sites devront se conformer aux exigences techniques du label « blindsurfer ».
Anderzijds heeft de Ministerraad het voorstel van de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat goedgekeurd waarbij de websites van de federale overheidsdiensten en instellingen toegankelijk worden gemaakt voor mensen met leesproblemen. Die sites zullen zich moeten houden aan de technische vereisten van het « blindsurfer »-label.
Augmenter le taux d’utilisation de l’internet large bande auprès des ménages et des entreprises ne serait possible que si les pouvoirs publics fédéraux jouent pleinement leur roˆle de « lead by example ». Les applications de la Carte d’identité électronique (CIE) orientées vers les vraies demandes des consommateurs et des entreprises permettraient à la Belgique de combler son écart par rapport à la moyenne européenne en ce qui concerne la disponibilité des services en ligne.
Het verhogen van het breedbandinternetgebruik bij gezinnen en ondernemingen zal enkel mogelijk zijn indien de federale overheid zijn rol van « lead by example » ten volle speelt. Door de toepassingen van de Elektronische Identiteitskaart (e-ID) af te stemmen op de ree¨le vragen van consumenten en ondernemingen zal Belgie¨ zijn achterstand op het gebied van beschikbaarheid van on line diensten ten opzichte van het Europees gemiddelde kunnen inhalen.
2. a) Le financement du projet « easy-e-space » sera entièrement pris en charge par le budget de l’Intégration sociale. En revanche, dès 2005, une
2. a) Het « easy-e-space »-project zal volledig worden gefinancierd met de begroting Sociale Integratie. Aan de andere kant zal vanaf 2005 een nieuwe
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5775
nouvelle ligne budgétaire sera créée au sein du budget Intégration sociale afin de financer tous les projets pilotes en matière de lutte contre la fracture numérique. Le projet « easy-e-space » a pour effets d’augmenter le nombre des points d’accès publics à Internet en vue de favoriser l’accès des personnes défavorisées (personnes à mobilité réduite, personnes émargeant des CPAS, ...) à la Société de l’information. Le coût unitaire de l’examen réalisé par Blindsurfer en vue de l’obtention du label est estimé à 1 000 euros. Le projet visant à rendre accessibles les sites web des services publics fédéraux aux personnes souffrant d’un handicap visuel s’inscrit dans le cadre de la lutte contre la fracture numérique qui touche spécifiquement les personnes handicapées qui, en raison de leur handicap, ont difficilement accès aux services de la société de l’information. Le ministre de l’Intérieur veillera à ce que tous les citoyens belges puissent bénéficier de leur carte d’identité électronique pour 2007. On sait que le prix de cette carte sera fixé par les administrations communales sachant que le fédéral leur demandera un montant de dix euros par carte. Par conséquent, on peut plus ou moins estimer les coûts de production de ces cartes. Les effets de la mise en place de cette carte d’identité électronique sont à mettre en rapport avec les applications diverses et nombreuses y afférentes. En effet, la carte permettra de commander, via le guichet électronique des communes différents documents administratifs (acte de naissance, carte de riverain, composition de ménage, ...) et pourrait être utilisée dans le cadre du commerce électronique comme outil d’identification et d’authentification. Elle permettra, d’une part, à tout contribuable de remplir en ligne sa déclaration d’impoˆt et de sécuriser le processus de transmission des données et, d’autre part, d’envoyer des courriers recommandés par voie électronique. On pourrait a´ terme intégrer la carte SIS dans la carte d’identité électronique. Les communes pourraient y intégrer aussi des clés d’accès aux bibliothèques, piscines, etc. Enfin, les entreprises privées pourraient faire de la carte d’identité électronique un accès sécurisé à leur baˆtiment, à leur réseau informatique, etc.
begrotingslijn worden opgesteld binnen het budget Sociale Integratie om alle pilootprojecten voor de strijd tegen de digitale kloof te financieren. Het « easy-e-space »-project moet leiden tot een stijging van het aantal openbare toegangspunten tot het Internet zodat minder begunstigde personen (personen met een beperkte mobiliteit, mensen die een beroep doen op OCMW’s, ...) gemakkelijker toegang krijgen tot de Informatiemaatschappij. De eenheidskosten voor het door Blindsurfer uitgevoerde onderzoek om het label te krijgen worden geschat op 1 000 euro. Het project dat gericht is op het toegankelijk maken van websites van federale overheidsdiensten voor personen met een visuele handicap sluit aan op de strijd tegen de digitale kloof die vooral gehandicapten treft die moeilijk gebruik kunnen maken van de diensten van de Informatiemaatschappij. De minister van Binnenlandse Zaken zal erop toezien dat de Belgische burgers hun elektronische identiteitskaart tegen 2007 kunnen gebruiken. De prijs van deze kaart zal door de gemeentebesturen worden bepaald; de federale overheid rekent hen tien euro per kaart aan. Bijgevolg kunnen de productiekosten voor die kaarten ongeveer worden geraamd. De impact van de invoering van die identiteitskaart gaat samen met de diverse en vele toepassingen ervan. Met die kaart kunnen via het elektronisch loket van de gemeenten verschillende administratieve documenten worden besteld (geboorteakte, bewonerskaart, gezinssamenstelling, ...). Zij kan tevens worden gebruikt in het kader van e-commerce als identificatiemiddel of authentificatiemiddel. Zij zal het mogelijk maken om enerzijds elke belastingplichtige ermee zijn belastingaangifte on line te kunnen doen en de gegevens veilig te kunnen doorzenden en anderzijds zullen aangetekende brieven elektronisch kunnen worden verzonden. Op termijn zou de SIS-kaart in de elektronische identiteitskaart geı¨ntegreerd kunnen worden. De gemeenten zouden tevens toegangssleutels tot bibliotheken, zwembaden, enzovoort eraan toe kunnen voegen. Tot slot zou de elektronische identiteitskaart ondernemingen een beveiligde toegang kunnen verschaffen tot hun gebouw, hun computernetwerk, enzovoort.
DO 2003200421482
DO 2003200421482
Question no 104 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique : Rapport de la Commission mondiale des barrages et Finexpo. Les grands barrages ont des impacts très controversés en matière de développement durable et
Vraag nr. 104 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Verslag van de Wereldcommissie voor dammen en Finexpo. Grote dammen hebben, vanuit het oogpunt van milieu en duurzame ontwikkeling, een erg omstreden 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5776
d’environnement. En 1998, la Banque Mondiale et l’Union Internationale pour la Conservation de la Nature (UICN) ont conjointement initié un processus qui a mené à la création de la « World Commission on dams » (Commission mondiale des barrages).
reputatie. In 1998 leidde een gemeenschappelijk initiatief van de Wereldbank en de World Conservation Union (IUCN) tot de oprichting van de « World Commission on dams » (Wereldcommissie voor dammen).
Pendant deux ans, un forum composé d’ingénieurs, d’écologistes, de représentants de gouvernements, d’indigènes, de financiers, de personnes affectées par les barrages et de chercheurs, s’est engagé dans un processus sans précédent de formulation de politiques publiques globales. Ils ont signé, à l’unanimité, un rapport final en novembre 2000 intitulé « Barrages et Développement : un nouveau cadre pour la prise de décision ». Ce rapport fournit l’analyse la plus complète et indépendante à ce jour sur la politique de construction des barrages. Il examine les performances technique, financière et économique des barrages, ainsi que leurs conséquences sociales et environnementales.
Gedurende twee jaar werkte een forum bestaande uit ingenieurs, vertegenwoordigers van de milieubeweging, van de regeringen, van de inheemse bevolking, financiers, mensen wier leven door de dammen wordt beı¨nvloed en onderzoekers aan het uitzetten van bakens voor een globaal overheidsbeleid. Zo’n denkoefening werd nooit voorheen gemaakt. In november 2000 keurde dit forum eenparig een eindrapport goed : « Dams and Development : A New Framework for Decision-Making ». Dit verslag bevat de tot op vandaag meest volledige en onafhankelijke analyse van het beleid inzake de bouw van dammen. Het bestudeert naast de technische, financie¨le en economische prestatie van de dammen ook hun sociale gevolgen en milieu-impact.
Le rapport contient des recommandations et des conclusions précises, notamment en matière de politique des agences de crédit à l’exportation, des agences d’aide bilatérales et des banques multilatérales de développement. Le rapport recommande l’établissement de procédures pour assurer que l’approbation du financement de projets de barrage émerge d’un processus de classement d’alternatives, tout en respectant les directives de la Commission mondiale des barrages.
Het rapport bevat een aantal duidelijke aanbevelingen en besluiten, met name met betrekking tot het beleid van de agentschappen voor exportkredieten en voor bilaterale hulp, en van de multilaterale ontwikkelingsbanken. Het verslag pleit voor het uitwerken van procedures om een rangorde van alternatieven op te stellen, waarbij de richtlijnen van de World Commission on dams in acht worden genomen.
1. Quelles mesures Finexpo a-t-il prises pour tenir compte du rapport final de la Commission mondiale des barrages ?
1. Welke maatregelen heeft Finexpo genomen om met het eindrapport van de Wereldcommissie voor dammen rekening te houden ?
2. a) Finexpo a-t-il adapté ses procédures de décision pour tenir compte de ce rapport ?
2. a) Heeft Finexpo hiertoe zijn besluitvormingsprocedure aangepast ?
b) De quelle manière ?
b) Op welke manier ?
3. a) Combien de dossiers de barrages Finexpo a-t-il approuvé dans la période 1993-2003 et pour quels pays ?
3. a) Hoeveel dossiers inzake dammen heeft Finexpo in de periode 1993-2003 goedgekeurd en voor welke landen ?
b) Quels sont les montants annuels qui ont été dégagés durant cette période ? Réponse de la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 17 juin 2004, à la question no 104 de Mme Zoé Genot du 12 mai 2004 (Fr.) :
b) Welke bedragen werden er tijdens deze periode jaarlijks vrijgemaakt ?
Je communique les éléments suivants à l’honorable membre. 1. Depuis la publication du rapport final de la Commission mondiale des barrages, Finexpo n’a reçu aucune requête pour le financement éventuel de ce type de projets.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 104 van mevrouw Zoé Genot van 12 mei 2004 (Fr.) : Ik kan het geachte lid het volgende meedelen. 1. Finexpo heeft sinds de publicatie van het eindrapport van de Wereldcommissie voor stuwdammen geen enkele aanvraag gekregen voor de eventuele financiering van dit type project. 2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5777
2. Après analyse, le secrétariat de Finexpo tiendra compte dans son processus de décision du rapport final mentionné ci-dessus. 3. Aucun.
2. Het secretariaat van Finexpo zal hier, na analyse, rekening mee houden in haar beslissingsprocedure. 3. Geen enkel.
DO 2003200421500
DO 2003200421500
Question no 107 de M. Carl Devlies du 13 mai 2004 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 107 van de heer Carl Devlies van 13 mei 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Tarification des services de taxis.
Tarifering van taxidiensten.
Un arrêté du Gouvernement flamand du 18 juillet 2003 relatif aux services de taxi et aux services de location de véhicules avec chauffeur génère une grande nervosité au sein des entreprises de taxis. L’arrêté du Gouvernement flamand devrait en principe entrer en vigueur le 1er juin 2004.
Een besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder zorgt voor grote onrust bij de taxiondernemingen. Het besluit van de Vlaamse regering zou in werking treden op 1 juni 2004.
Sur deux points, l’arrêté du gouvernement flamand se heurte à la législation fédérale. Premièrement, l’arrêté du Gouvernement flamand imposerait des tarifs maximums. Sur ce point, l’arrêté se heurte à l’arrêté ministériel du 11 janvier 2002 fixant les prix maximums pour le transport par taxis. Deuxièmement, l’arrêté flamand suppose une intervention du service de métrologie fédéral chargé d’assurer l’étalonnage des taximètres. La ministre fédérale de l’E´conomie aurait demandé l’annulation (partielle) de l’arrêté flamand devant le Conseil d’E´tat.
Het uitgebreide besluit van de Vlaamse regering raakt op twee momenten de federale regelgeving. Enerzijds zou het besluit maximumtarieven opleggen. Wat dat betreft botst het besluit met het bestaande ministerieel besluit van 11 januari 2002 houdende vaststelling van de maximumprijzen voor het vervoer met taxi’s. Anderzijds veronderstelt het Vlaamse besluit een tussenkomst van de federale metrologische dienst die moet zorgen voor de ijking van de taximeters.
1. a) Quand l’annulation de l’arrêté a-t-elle été demandée au Conseil d’E´tat ? ` quel stade en est-on dans la procédure ? b) A
1. a) Wanneer is de vernietiging van het besluit bij de Raad van State gevraagd ?
2. Quelles mesures prenez-vous afin que le secteur puisse savoir le plus rapidement possible à quoi s’en tenir ? Réponse de la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 18 juin 2004, à la question no 107 de M. Carl Devlies du 13 mai 2004 (N.) :
2. Welke maatregelen neemt u om de sector zo snel mogelijk de nodige duidelijkheid te verschaffen ?
L’honorable membre trouvera ci-après les éléments de réponse à sa question.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op zijn vraag.
1. a) J’ai décidé d’introduire auprès du Conseil d’E´tat un recours en annulation de l’arrêté du gouvernement flamand du 18 juillet 2003 relatif aux services de taxis et aux services de location de véhicules avec chauffeur.
1. a) Ik heb beslist een annulatieberoep in te stellen tegen het besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met een bestuurder.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
De federale minister van Economie zou de (gedeeltelijke) vernietiging van het Vlaamse besluit hebben gevraagd bij de Raad van State.
b) Wat is de stand van zaken in de procedure ?
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 18 juni 2004, op de vraag nr. 107 van de heer Carl Devlies van 13 mei 2004 (N.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5778
Le recours en annulation a été déposé au Conseil d’E´tat, le 18 novembre 2003. b) L’état de la procédure est le suivant :
Het verzoekschrift tot annulatie werd neergelegd bij de Raad van de State op 18 november 2003. b) De stand van zaken is de volgende :
— Mémoire en réponse de la Région flamande : le 20 février 2004;
— Memorie van antwoord van het Vlaams Gewest : 20 februari 2004;
— Mémoire en réplique de l’E´tat belge : le 30 avril 2004.
— Memorie van wederantwoord van de Belgische Staat : 30 april 2004.
La procédure écrite est terminée et le recours en annulation est actuellement examiné par la section Administration du Conseil d’E´tat, qui établira un rapport en la matière.
De schriftelijke procedure is afgesloten en het annulatieberoep wordt nu onderzocht door de afdeling Administratie van de Raad van State die terzake een verslag zal opstellen.
L’ASBL Groupement national des entreprises de taxis et des services de location de voitures avec chauffeur (GTL) ainsi que 31 entreprises individuelles de transport par taxis ont introduit, le 6 avril 2004, une action en référé devant le tribunal de première instance afin de rendre provisoirement inapplicables toutes les dispositions du chapitre II du titre II ainsi que l’article 82, alinéa 1er, de l’arrêté du gouvernement flamand du 18 juillet 2003, jusqu’à ce que le Conseil d’E´tat se soit prononcé sur le fond et de manière contraignante sur le conflit de compétences entre l’E´tat et la Région flamande, en ce qui concerne les dispositions susmentionnées en matière de transport par taxis.
De beroepsvereniging VZW Nationale Groepering van de taxiondernemingen en de diensten voor de locatie van voertuigen met chauffeur (GTL) en 31 individuele taxiondernemingen hebben op 6 april 2004 een beroep in kortgeding ingesteld voor de rechtbank van eerste aanleg om voorlopig alle bepalingen van hoofdstuk II van titel II en artikel 82, 1e lid, van het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 buiten toepassing te verklaren in afwachting dat door de Raad van State, ten gronde en op bindende wijze uitspraak wordt gedaan, over het bevoegdheidsconflict tussen de Staat en het Vlaams Gewest met betrekking tot voormelde bepalingen voor het taxivervoer.
En date du 14 mai 2004, le président du tribunal de première instance a toutefois déclaré recevable mais non fondé cette action, en raison de l’absence d’urgence. Le président est d’avis que les parties requérantes avaient largement le temps de saisir les instances judiciaires pour faire valoir leurs intéréts (publication au Moniteur belge le 19 septembre 2003).
Op datum van 14 mei 2004 heeft de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg evenwel dit beroep ontvankelijk doch ongegrond verklaard wegens gebrek aan urgentie. De voorzitter is van mening dat de eisende partijen ruimschoots de tijd hebben gehad om de passende gerechtelijke stappen te ondernemen met het oog op de vrijwaring van hun belangen (bekendmaking in het Belgisch Staatsblad op 19 september 2003).
Cette procédure n’aura donc pas d’incidence sur l’actuel conflit de compétences entre l’E´tat et la Région flamande.
Deze procedure zal bijgevolg geen invloed hebben op het huidige bevoegdheidsconfict tussen de Staat en het Vlaams Gewest.
2. E´tant donné que le président du tribunal de première instance n’a pas prononcé d’injonction, les dispositions de l’arrêté du 18 juillet 2003 entreront en principe en vigueur le 1er juin 2004, et parmi celles-ci, les dispositions abrogeant (pour la Région flamande) notamment, les arrétés ministériels du 25 juin 1975 fixant les périmètres pour le transport par taxis et du 11 janvier 2002 fixant les prix maxima pour le transport par taxis, jusqu’à ce que l’arrêt du Conseil d’E´tat soit rendu.
2. Aangezien de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg het verzoek tot schorsing niet heeft toegekend, zal tot de Raad van State een arrest wijst, het besluit van 18 juli 2003 in principe op 1 juni 2004 in werking treden, waaronder met name de opheffingsbepalingen (voor het Vlaams Gewest) met betrekking tot de ministerie¨le besluiten van 25 juni 1975 tot vaststelling der perimeters voor het vervoer met taxi’s en van 11 januari 2002 houdende vaststelling van de maximumprijzen voor het vervoer van taxi’s.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5779
DO 2003200421152
DO 2003200421152
Question no 109 de M. Geert Bourgeois du 17 mai 2004 (N.) à la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 109 van de heer Geert Bourgeois van 17 mei 2004 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid :
Augmentation du prix et remboursement du médicament Rilatine.
Prijsstijging en terugbetaling van Rilatine.
Le syndrome ADHD est une maladie qui touche les enfants. Les patients sont décrits comme hyperactifs, « difficiles », ne parviennent pas à se concentrer correctement, etc. Trop souvent, de surcroıˆt, ils se voient infliger des « punitions ». Depuis peu, heureusement, un traitement permet d’améliorer le comportement de ces enfants et de lutter contre les troubles de la concentration dont ils sont affectés. Ce traitement, à savoir le médicament Rilatine, est efficace pour de nombreux enfants et leur offre toutes leurs chances et leur permet de se développer pleinement.
ASHD is een ziekte die kinderen treft. Ze worden bestempeld als hyperactief, « lastig », ze kunnen zich niet goed concentreren, enz. Al te vaak worden ze daar bovenop nog « gestraft ». Sinds kort, gelukkig, is er een geneensmiddel dat het gedrag van deze kinderen in goede banen leidt en daarenboven helpt bij concentratiestoornissen. Vele kinderen ervaren een positieve invloed van dit geneesmiddel « Rilatine » : ze krijgen daardoor alle kansen en kunnen zich ten volle ontplooien.
Rilatine (Novartis Pharma) couˆtait par le passé 2,60 euros. Le prix est désormais de 6,52 euros, soit une augmentation de plus de 100 % !
Rilatine (Novartis Pharma) kostte vroeger 2,60 euro, nu 6,52 euro, een stijging van meer dan 100 % !
De nombreux enfants ont besoin de plus d’une dose (20 gélules) par semaine. Il n’est pas rare qu’un enfant consomme jusqu’à six doses par semaine : précédemment ce traitement couˆtait donc 6 × 2,60 euros = 15,60 ` présent il couˆte donc 6 × 6,52 euros = 39,12 euros. A euros.
Veel kinderen hebben meer dan één doos (20 pillen) nodig per week. Tot zes doosjes per week is geen uitzondering : vroeger kostte dit dus 6 × 2,60 euro = 15,60 euro, nu kost dit dus 6 × 6,52 euro = 39,12 euro.
1. Pour quelle raison le prix de ce médicament a-t-il connu une hausse aussi brutale ? Le ministre en a-t-il eu connaissance ?
1. Waarom werd de prijs van dit geneesmiddel bruusk verhoogd, had de minister daar geen weet van ?
2. Avez-vous négocié avec l’entreprise pharmaceutique pour tenter, dans le pire des cas, de limiter la hausse de prix ?
2. Heeft u onderhandeld met het farmaceutisch bedrijf om alsnog een poging te ondernemen de prijsstijging in het slechtste geval toch niet zo hoog te laten uitvallen ?
3. Envisagez-vous un remboursement afin que cette augmentation ne soit pas répercutée sur les parents ?
3. Overweegt u om in een terugbetaling te voorzien, zodat deze prijsstijging niet terecht komt op de kap van de ouders ?
Réponse de la ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique du 17 juin 2004, à la question no 109 de M. Geert Bourgeois du 17 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid van 17 juni 2004, op de vraag nr. 109 van de heer Geert Bourgeois van 17 mei 2004 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après les éléments de réponse à sa question.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te vinden op zijn vraag.
1. En date du 8 juillet 2003, Novartis Pharma a introduit auprès de la Division Prix et Concurrence une demande de hausse de prix pour la Rilatine 10 mg, 20 comprimés (médicament non remboursable), s’élevant à 150,77 % (de 2,60 euros à 6,52 euros prix publics).
1. Op datum van 8 juli 2003, heeft Novartis Pharma bij de Afdeling Prijzen en Mededinging een prijsverhogingsaanvraag ingediend voor Rilatine 10 mg, 20 tabletten (niet-terugbetaalbaar geneesmiddel) ten belope van 150, 77 % (van 2,60 euro à 6,52 euro publieksprijzen).
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5780
En date du 23 octobre 2003, j’ai accordé une hausse de prix de 107,48 %, ce qui correspondait à la hausse du prix de revient industriel (prix public de 5,39 euros).
Op 23 oktober 2003, heb ik een prijsstijging van 107,48 % toegekend, die overeenstemt met de verhoging van de industrie¨le kostprijs (publieksprijs van 5,39 euro).
Les critères d’ordre économique suivants ont motivé cette hausse de prix :
Deze prijsverhoging is gemotiveerd door volgende economische criteria:
— Suivant la structure de prix, le prix de revient industriel a augmenté de 107,48 %.
— Volgens de prijsstructuur is de industrie¨le kostprijs met 107,48 % verhoogd.
— Le prix ex usine demandé est plus bas que la moyenne européenne et plus bas que le prix le plus bas en Europe, à savoir le prix autrichien.
— De gevraagde prijs buiten bedrijf is lager dan de gemiddelde Europese prijs en lager dan de laagste Europese prijs, met name de Oostenrijkse prijs.
— La dernière hausse de prix en 2001 se chiffrait à 2,9 % sur un prix datant de 1994;
— De laatste in 2001 toegestane prijsstijging bedroeg 2,9 % op een prijs van 1994;
— Au niveau des comptes annuels, les résultats étaient négatifs : −15% sur chiffre d’affaires en 2001 et −10,6% en 2002.
— Wat de jaarrekeningen betreft, waren de resultaten negatief : −15% op omzetcijfers in 2001 en −10,6% in 2002.
2. Conformément à l’article 6, § 2, de l’arrêté ministériel du 29 décembre 1989 relatif aux prix des médicaments non remboursables: « En l’absence d’une décision dans les nonante jours, à compter de la réception par la Division prix et concurrence d’une demande complète, le demandeur est habilité à appliquer la hausse de prix demandée. » La firme est donc en droit d’appliquer le prix public demandé et a, par ailleurs, notifié le 13 octobre 2003 qu’elle appliquerait ce prix (6,52 euros) à partir du 20 octobre 2003.
2. Overeenkomstig artikel 6, § 2, van het ministerieel besluit van 29 december 1989 betreffende de prijzen van de niet-terugbetaalbare geneesmiddelen : « Bij ontstentenis van een beslissing binnen 90 dagen, te rekenen vanaf de ontvangst door de Afdeling prijzen en mededinging van de volledige aanvraag, is de aanvrager gerechtigd de gevraagde prijsverhoging toe te passen. » De firma heeft dus het recht de gevraagde publieksprijs toe te passen en heeft bovendien op 13 oktober 2003 ter kennis gebracht dat ze deze prijs (6,52 euro) zou toepassen vanaf 20 oktober 2003.
En date du 17 décembre 2003, la firme Novartis Pharma a introduit auprès de la Division prix et concurrence une demande de fixation de prix pour Rilatine 10 mg 20 comprimés en procédure remboursable (6,52 euros prix public).
Op datum van 17 december 2003 heeft Novartis Pharma bij de Afdeling prijzen en mededinging een prijsaanvraag ingediend voor Rilatine 10 mg 20 tabletten in de terugbetaalbare procedure (6,52 euro publieksprijs).
En date du 18 mars 2004, j’ai donné à Novartis Pharma l’autorisation d’appliquer le prix demandé.
Op datum van 18 maart 2004, heb ik Novartis Pharma toelating gegeven de gevraagde prijs toe te passen.
En effet, la firme a déjà été habilitée à appliquer ce prix depuis le 1er octobre 2003 en procédure non remboursable (6,52 euros prix public).
De firma had inderdaad reeds het recht deze prijs sedert 1 oktober 2003 toe te passen in de nietterugbetaalbare procedure (6,52 euro publieksprijs).
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5781
3. En ce qui concerne le remboursement de Rilatine par l’INAMI, je vous renvoie à la réponse faite par mon collègue Rudy Demotte. (Question no 149 du 17 mai 2004, Questions et Réponses, Chambre, 20032004, no 32, p. 4956.)
3. Aangaande de terugbetaling van Rilatine door het RIZIV verwijs ik u naar het antwoord van mijn collega Rudy Demotte. (Vraag nr. 149 van 17 mei 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 32, blz. 4956.)
Ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale
Minister van Mobiliteit en Sociale Economie
Mobilité
Mobiliteit
DO 2003200421022
DO 2003200421022
Question no 102 de M. Guido De Padt du 5 mars 2004 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale :
Vraag nr. 102 van de heer Guido De Padt van 5 maart 2004 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :
Politique de poursuite concernant la conduite sous influence. — Médiation pénale. — Classes de circulation.
Vervolgingsbeleid betreffende het sturen onder invloed. — Bemiddeling in strafzaken. — Verkeersklassen.
La directive ministérielle du 7 décembre 1998 relative à une politique uniforme des poursuites en matière de conduite sous influence prévoit la nécessité d’offrir une formation spécifique aux conducteurs de moins de 25 ans ayant présenté un taux d’alcoolémie d’au moins 0,35 mg/l sans atteindre 0,65 mg/l d’air alvéolaire expiré, ou, autrement dit, situé entre 0,8 g/l et 1,5 g/l de sang.
De ministerie¨le richtlijn van 7 december 1998 houdende een eenvormig vervolgingsbeleid betreffende het sturen onder invloed schrijft voor dat een aangepaste specifieke opleiding moet aangeboden worden aan bestuurders jonger dan 25 jaar met een alcoholconcentratie van ten minste 0,35 mg/l en minder dan 0,65 mg/l uitgeademde alveolaire lucht of ten minste 0,8 g/l en minder dan 1,5 g/l bloed.
Il s’agit ici d’une application de la « médiation pénale ». Les « classes de circulation » sont étroitement apparentées à la « médiation pénale ».
Het betreft hier een toepassing van « bemiddeling in strafzaken ». Nauw verwant met de « bemiddeling in strafzaken » zijn de « verkeersklassen ».
Pourriez-vous indiquer, pour les années 2002 et 2003, et par arrondissement judiciaire :
Kan u voor de jaren 2002 en 2003 en per gerechtelijk arrondissement meedelen :
1. combien de conducteurs de moins de 25 ans présentant un taux d’alcoolémie situé entre 0,35 mg/l et 0,65 mg/l d’air alvéolaire expiré, ou, entre 0,8 g/l et 1,5 g/l de sang, ont été verbalisés;
1. hoeveel bestuurders jonger dan 25 jaar met een alcoholconcentratie van ten minste 0,35 mg/l en minder dan 0,65 mg/l uitgeademde alveolaire lucht of ten minste 0,8 g/l en minder dan 1,5 g/l bloed, werden geverbaliseerd;
2. combien de fois, dans les cas en question, il a été fait usage de la médiation pénale;
2. hoeveel keren in voormelde gevallen gebruik werd gemaakt van voormelde bemiddeling in strafzaken;
3. combien de fois le système de « classes de circulation » obligatoires pour les « jeunes contrevenants » a été mis en œuvre ?
3. hoeveel keren het systeem van « verplichte verkeersklassen voor jeugdige overtreders » werd geı¨mplementeerd ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
731
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5782
Réponse du ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale du 18 juin 2004, à la question no 102 de M. Guido De Padt du 5 mars 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 18 juni 2004, op de vraag nr. 102 van de heer Guido De Padt van 5 maart 2004 (N.) :
1. La communication des données concernant ce point est de la compétence de la ministre de la Justice. (Question no 201 du 5 mars 2004.)
1. Het meedelen van de in dit punt gevraagde gegevens behoort tot de bevoegdheid van de minister van Justitie. (Vraag nr. 201 van 5 maart 2004.)
2. La directive ministérielle du 7 décembre 1998 de politique uniforme des poursuites en matière de conduite en état d’imprégnation alcoolique et d’ivresse ou dans un état analogue résultant notamment de l’emploi de drogues ou de médicaments, modifiée récemment par la circulaire COL 4/2004 du 27 février 2004 du Collège des procureurs généraux près des cours d’appel, prévoit la possibilité pour le ministère public de proposer, en vertu de l’article 216ter du Code d’instruction criminelle, des programmes de formation spécifiquement adaptés aux jeunes conducteurs. Il s’agit en l’occurrence d’une peine alternative dans le cadre de la procédure dite de médiation pénale.
2. De ministerie¨le richtlijn van 7 december 1998, recentelijk gewijzigd door de omzendbrief COL 4/ 2004 van 27 februari 2004 van het College van procureursgeneraal bij de hoven van beroep houdende een éénvormig vervolgingsbeleid betreffende het sturen onder invloed, in staat van dronkenschap of in een soortgelijke staat onder meer ten gevolge van het gebruik van drugs en geneesmiddelen, alsook betreffende het sturen onder invloed van andere stoffen, voorziet de mogelijkheid dat het openbaar ministerie voor jonge bestuurders aangepaste opleidingsprogramma’s kan voorstellen ingevolge artikel 216ter van het Wetboek van strafvordering. Het gaat hier om een alternatieve maatregel in het kader van de zogenaamde procedure van de bemiddeling in strafzaken.
Ci-après, vous trouverez le nombre de cas traités dans le cadre de la « médiation pénale » pour autant que la peine alternative consistait en un renvoi au programme éducatif de l’Institut belge pour la sécurité routière(IBSR). Pour une réponse complète, l’honorable membre voudra bien s’adresser au ministre de la Justice.
Hieronder volgt het aantal doorverwijzingen in het kader van de « bemiddeling in strafzaken » voor zover deze maatregel uitmondde in een verwijzing naar het leerproject van het Belgisch Instituut voor de verkeersveiligheid (BIVV). Voor een volledig overzicht dient de vraagsteller zich te wenden tot de minister van Justitie.
En 2002, 68 jeunes entre 18 et 25 ans ont été invités à suivre un cours de l’IBSR pour avoir conduit en état d’imprégnation alcoolique.
In 2002 zijn in totaal 68 jongeren tussen 18 en 25 jaar voor het rijden onder invloed van alcohol doorgestuurd naar de cursus van het BIVV.
Arrondissement
Nombre
Arrondissement
Aantal
Termonde ........................................................ Ypres ............................................................... Arlon ............................................................... Huy ................................................................. Liège ................................................................ Mons ............................................................... Neufchaˆteau ..................................................... Verviers ...........................................................
47 1 1 1 6 5 2 5
Dendermonde .................................................. Ieper ................................................................ Aarlen .............................................................. Hoei ................................................................. Luik ................................................................. Bergen .............................................................. Neufchaˆteau ..................................................... Verviers ...........................................................
47 1 1 1 6 5 2 5
Total Arr. Ned. ...............................................
48
Totaal Arr. Ned. ..............................................
48
Total Arr. Fr. ..................................................
20
Totaal Arr. Fr. .................................................
20
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5783
En 2003, le nombre de cas s’élevait également à 68.
In 2003 was dit aantal eveneens 68.
Arrondissement
Nombre
Arrondissement
Aantal
Termonde ........................................................ Gand ................................................................ Ypres ............................................................... Furnes .............................................................. Arlon ............................................................... Charleroi ......................................................... Mons ............................................................... Tournai ........................................................... Verviers ...........................................................
44 1 11 1 1 5 1 1 13
Dendermonde .................................................. Gent ................................................................. Ieper ................................................................ Veurne ............................................................. Aarlen .............................................................. Charleroi ......................................................... Bergen .............................................................. Doornik ........................................................... Verviers ...........................................................
44 1 11 1 1 5 1 1 13
Total Arr. Ned. ...............................................
57
Totaal Arr. Ned. ..............................................
57
Total Arr. Fr. ..................................................
11
Totaal Arr. Fr. .................................................
11
Comparé aux autres arrondissements, le nombre de cas à Termonde est élevé, parce que le parquet de Termonde a lancé en 2002 un projet spécifique. Dans les autres arrondissements, il s’agit plutoˆt d’exceptions.
Het aantal doorverwijzingen in Dendermonde is hoog, in vergelijking met de andere arrondissementen omdat het parket van Dendermonde in 2002 gestart is met een specifiek project. Bij de andere arrondissementen spreken we eerder over uitzonderingen.
Les cours donnés par l’IBSR dans le cadre des peines alternatives doivent être différentiés des « classes de circulation ». Celles-ci sont organisées au niveau local à l’initiative du parquet et de la police.
De cursussen die door het BIVV in het kader van de alternatieve maatregelen worden gegeven dienen onderscheiden te worden van de « verkeersklassen ». Deze worden lokaal, op initiatief van parket en politie, georganiseerd.
3. Les classes de circulation sont nées de la constatation qu’il existait une lacune dans la politique des poursuites pour cause d’infractions au code de la route commises par des mineurs de moins de 16 ans.
3. De verkeersklassen zijn ontstaan vanuit de vaststelling dat bij de meeste verkeersovertredingen van minderjarigen (jonger dan 16 jaar) een lacune bestaat inzake het vervolgingsbeleid.
Depuis très longtemps (bien avant l’introduction des peines alternatives pour adultes), différentes communes et villes ont organisé une classe de circulation le mercredi après-midi pour les contrevenants mineurs de 12 à 16 ans. Entre-temps, ce système a été largement étendu à diverses zones de police (essentiellement en Flandre). ` chaque fois, un protocole est signé entre la police A et le parquet de la jeunesse concerné. Lors de la verbalisation, il est proposé au mineur (et à ses parents) la possibilité de participer à une classe de circulation au lieu d’être poursuivi par le tribunal de la jeunesse. Seuls les verbalisés qui ne participent pas à cette classe de circulation, sont renvoyés au parquet de la jeunesse qui décidera de la mesure à appliquer.
Reeds lange tijd (nog vo´o´r het ontstaan van de alternatieve maatregelen voor volwassenen) waren er in verschillende gemeenten en steden projecten om 12- tot 16-jarigen voor een verkeersovertreding een verkeersklas aan te bieden op een woensdagnamiddag. Ondertussen is dit systeem ruim verspreid in de diverse (vooral Nederlandstalige) politiezones.
Vu l’aˆge des contrevenants et le moyen de transport utilisé (à savoir une bicyclette), il s’agit dans la plupart des cas, des infractions suivantes : brûler un feu rouge, rouler sans lumière et le mauvais usage de la chaussée.
Gezien de leeftijd en het door deze jongeren gebruikte vervoermiddel (namelijk een fiets) gaat het in de meeste gevallen over de volgende inbreuken : door een rood licht rijden, zonder licht rijden en onjuist gebruik van de rijbaan.
L’IBSR ne dispose pas de données concernant le nombre de classes de circulation ou de prestations de service dans ce cadre.
Het BIVV beschikt niet over de gegevens betreffende het aantal verkeersklassen of dienstverleningen in dit kader.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Steeds wordt er een protocol afgesloten tussen de politie en het betreffende jeugdparket. Bij de verbalisatie wordt aan de jongere (en zijn ouders) de mogelijkheid gegeven om in plaats van een vervolging voor de jeugdrechtbank een verkeersklas bij te wonen. Slechts die geverbaliseerden die deze verkeersklas niet volgen, worden doorgestuurd naar het jeugdparket dat dan overweegt welke maatregel getroffen zal worden.
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5784
DO 2003200410842
DO 2003200410842
Question no 112 de Mme Muriel Gerkens du 29 mars 2004 (Fr.) au ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale :
Vraag nr. 112 van mevrouw Muriel Gerkens van 29 maart 2004 (Fr.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :
Stations-essence vendant des boissons alcoolisées.
Benzinestations waar worden verkocht.
De nombreuses stations-services vendent et promotionnent des boissons alcoolisées, à savoir bières, vins et parfois spiritueux. Il est certes étonnant qu’après les « états généraux de la Sécurité routière », de telles pratiques soient autorisées.
In tal van benzinestations worden alcoholhoudende dranken, zoals bier, wijn en soms ook sterkedrank, verkocht en wordt de verkoop ervan gepromoot. Het is verwonderlijk dat zulks na de « staten-generaal van de Verkeersveiligheid » nog wordt gedoogd.
1. Quelle est la législation relative à la vente de boissons alcoolisées dans les stations-services ?
1. Welke wetgeving regelt de verkoop van alcoholhoudende dranken in benzinestations ?
2. Existe-t-il diverses licenses réglementant en Belgique la vente de boissons alcoolisées ?
2. Bestaan er in ons land diverse vergunningen met betrekking tot de verkoop van alcoholhoudende dranken ?
3. Avez-vous été interpellée à ce sujet par votre collègue le ministre de la Mobilité, Bert Anciaux ?
3. Heeft uw collega de minister van Mobiliteit, de heer Bert Anciaux, u daarover al aangesproken ?
Réponse du ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale du 15 juin 2004, à la question no 112 de Mme Muriel Gerkens du 29 mars 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 15 juni 2004, op de vraag nr. 112 van mevrouw Muriel Gerkens van 29 maart 2004 (Fr.) :
J’informe l’honorable membre que la réglementation concernant la vente des boissons alcoolisées ainsi que la délivrance de licences en la matière n’est pas de mon ressort.
Ik deel het geachte lid mee dat de reglementering betreffende de verkoop van alcoholhoudende dranken en het gebeurlijk vergunningssysteem in verband met de verkoop, niet tot mijn bevoegdheid behoren.
Ces matières ne sont réglementées ni par la loi concernant la police de la circulation routière, ni par arrêtés d’exécution de cette loi.
Die aangelegenheden worden namelijk niet behandeld in de wet betreffende de politie over het wegverkeer en ook niet in de uitvoeringsbesluiten van deze wet.
Je présume que la réponse sera donnée par les ministres compétents, respectivement pour la Santé publique (question no 152 du 29 mars 2004) et les Classes moyennes (question no 20 van 29 mars 2004, Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 30, p. 4674).
Ik neem aan dat het antwoord gegeven zal worden door de ministers die bevoegd zijn, respectievelijk voor Volksgezondheid (vraag nr. 152 van 29 maart 2004) en voor Middenstand (vraag nr. 20 van 29 maart 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 30, blz. 4674).
Dans le cadre de son programme d’action, le comité d’accompagnement des états généraux de la Sécurité routière a recommandé, en rapport avec la problématique de l’alcool, que, entre autres, la législation relative aux personnes qui servent des boissons alcoolisées soit plus appliquée et également adaptée.
In het kader van zijn actieprogramma heeft het begeleidingscomité van de staten-generaal van de Verkeersveiligheid, in verband met de alcoholproblematiek onder meer aanbevolen de wetgeving met betrekking tot personen die alcoholhoudende dranken serveren meer toe te passen en ook aan te passen.
Dans le cadre des mesures du comportement en matière d’alcool au volant, l’IBSR a interrogé des conducteurs ayant subi un alcootest positif (plus de 0,22 mg d’alcool par litre d’air expiré) sur l’endroit où ils ont consommé de l’alcool. Cette mesure non sélective (dans la nuit de samedi à dimanche, entre 22 heures et 4 heures) a été menée tant en 1998 qu’en 2000 auprès d’un millier de personnes environ.
Het BIVV ondervroeg, in het kader van gedragsmetingen met betrekking tot het rijden onder invloed van alcohol, bestuurders die een positieve alcoholtest aflegden (meer dan 0,22 mg alcohol per liter uitgeademde lucht) naar de plaats waar de drank werd verbruikt. Deze aselecte meting (in de nacht van zaterdag op zondag tussen 22 uur en 4 uur) vond zowel in 1998 als in 2000 plaats bij een duizendtal personen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
alcoholhoudende
dranken
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5785
En 2000, les résultats étaient les suivants :
In 2000 gaf dit volgend resultaat :
— horeca et assimilé: 59,4 %
— horeca en aanverwante : 59,4 %
— à la maison ou chez des amis : 27,1 %
— thuis of bij kennissen : 27,1 %
— sport et loisirs : 7,5 %
— sport en ontspanning : 7,5 %
— travail : 3,7 %
— werk : 3,7 %
— autres (notamment fête, réception) : 2,4 %.
— overige (onder andere feest, receptie) : 2,4 %.
Les résultats de 1998 sont du même ordre.
De resultaten in 1998 vertonen hetzelfde beeld.
Il est possible que les boissons alcoolisées aient été achetées dans une station-service, mais cela n’implique donc pas qu’elles aient été consommées sur place ou dans le véhicule.
Het is mogelijk dat alcoholhoudende dranken werden aangekocht in een benzinestation, maar dit betekent dus niet dat ze ter plaatse of in het voertuig werden verbruikt.
Soulignons également l’évolution sociale qui fait que les stations-services sont de plus en plus prisées comme magasin par les personnes qui effectuent leurs achats quotidiens (pour des raisons professionnelles ou autres) principalement en dehors des heures d’ouverture habituelles des magasins et grandes surfaces. Ceci s’est d’ores et déjà traduit par des accords de coopération entre les chaıˆnes de grands magasins et les marques d’essence, où la station service propose un assortiment de base de fournitures journalières comprenant également un choix réduit de boissons alcoolisées.
Er moet tevens gewezen worden op de maatschappelijke ontwikkeling waarbij benzinestations meer en meer als winkel in trek komen bij personen die hun dagelijkse inkopen (om professionele of andere redenen) vooral doen buiten de normale openingstijden van winkels en warenhuizen. Dit heeft al geleid tot samenwerkingsverbanden tussen warenhuisketens en benzinemerken, waarbij het basisassortiment van dagelijkse benodigheden in het benzinestation wordt aangeboden. Tot dit basisassortiment hoort ook een beperkt aanbod van alcoholhoudende dranken.
Les données disponibles ne permettent pas d’établir si la vente de boissons alcoolisées dans les stationsservices entraıˆne une augmentation de la conduite sous l’influence de l’alcool. Une recherche ciblée permettrait peut-être de fournir une réponse en la matière. Dans le cadre du suivi des indicateurs de sécurité routière, ceci pourrait être abordé comme un point prioritaire lors des mesures du comportement en matière de conduite sous influence régulièrement effectuées par l’IBSR.
Op basis van de beschikbare gegevens kan niet worden aangetoond dat de verkoop van alcoholhoudende dranken in benzinestations leidt tot meer gevallen van rijden onder invloed van alcohol. Een gericht onderzoek kan hier misschien uitsluitsel over geven. In het kader van de opvolging van de verkeersveiligheidsindicatoren kan dit als aandachtpunt worden meegenomen bij de gedragsmetingen rond rijden onder invloed die door het BIVV op regelmatige basis worden uitgevoerd.
Je demanderai à ce que ce point soit soumis pour avis à la prochaine réunion de la Commission fédérale pour la Sécurité routière.
Ik zal vragen dat dit punt op de eerstvolgende vergadering van de Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid voor advies wordt voorgelegd.
DO 2003200421262
DO 2003200421262
Question no 117 de Mme Marleen Govaerts du 13 avril 2004 (N.) au ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale :
Vraag nr. 117 van mevrouw Marleen Govaerts van 13 april 2004 (N.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :
Amélioration prévue du réseau ferroviaire dans le Limbourg.
Beloofde verbeteringen aan de spoorlijnen in Limburg.
Depuis plusieurs années déjà, le Limbourg est traité en parent pauvre au niveau des investissements ferroviaires.
Limburg wordt al jaren stiefmoederlijk behandeld wat betreft investeringen in het spoorwegnet.
1. La « boucle de Louvain » devrait enfin être réalisée, semble-t-il, de même que le dédoublement à
1. Eindelijk zou de zogenaamde « bocht van Leuven » gerealiseerd gaan worden en de ontdubbeling in
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5786
Landen. Ceci raccourcirait la durée du voyage entre Hasselt et Bruxelles. Pouvez-vous préciser quand ces aménagements auront lieu et en indiquer le couˆt ?
Landen zodat de reistijd tussen Hasselt en Brussel zou verkort worden. Kunt u meedelen wanneer dit werkelijk gaat gebeuren en hoeveel de kostprijs zal zijn ?
2. Quand la ligne 20, Hasselt-Maastricht, sera-t-elle remise en service ?
2. Wanneer gaat de lijn 20, Hasselt-Maastricht, terug in dienst gesteld worden ?
3. Quand la ligne Hasselt-Genk sera-t-elle prolongée vers le Maaskant ?
3. Wanneer wordt de lijn Hasselt-Genk doorgetrokken naar de Maaskant ?
4. Quand la ligne Hasselt-Neerpelt, avec raccordement au Rhin de Fer, sera-t-elle réouverte ?
4. Wanneer wordt de lijn Hasselt-Neerpelt met aansluiting op de IJzeren Rijn heropend ?
5. Quel a été le couˆt final du terminal TGV à Liège et à combien était-il estimé au départ ?
5. Hoeveel heeft het TGV-station Luik gekost en op hoeveel was het oorspronkelijk beraamd ?
6. Quel a été le couˆt final de la modernisation de la ligne Bruxelles-Liège et à combien était-il estimé au départ ?
6. Hoeveel heeft de nieuwe spoorbaan Brussel-Luik gekost en op hoeveel was dit beraamd ?
Réponse du ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale du 15 juin 2004, à la question no 117 de Mme Marleen Govaerts du 13 avril 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 15 juni 2004, op de vraag nr. 117 van mevrouw Marleen Govaerts van 13 april 2004 (N.) :
1. L’exploitation commerciale de la courbe de Louvain entre les lignes 35 et 36 débutera en décembre 2005. Le dédoublement de la ligne 21 entre Landen et Alken est prévu pour décembre 2012. Les coûts budgétisés de la courbe de Louvain et du dédoublement de la ligne 21 sont estimés respectivement à 15,1 et 40,2 millions d’euros.
1. De bocht van Leuven tussen de lijnen 35 en 36 wordt in commercie¨le exploitatie gebracht in december 2005. De ontdubbeling van de lijn 21 tussen Landen en Alken is gepland voor december 2012. De gebudgetteerde kostprijzen van de bocht van Leuven en van de ontdubbeling van de lijn 21 zijn geraamd op respectievelijk 15,1 en 40,2 miljoen euro.
2. Des négociations sont en cours avec la Région flamande en vue de la réouverture du tronçon de voie Lanaken-frontière néerlandaise (date prévue pour la mise en service : fin 2005). Il n’y a pas de perspectives en ce qui concerne l’autre partie entre Hasselt et Lanaken.
2 Op dit ogenblik wordt onderhandeld met het Vlaams Gewest voor de heropening van het spoorvak Lanaken-Nederlandse grens (streefdatum voor indienstneming : einde 2005). Voor het andere gedeelte tussen Hasselt en Lanaken zijn er geen vooruitzichten.
3. Cela a été examiné dans l’étude « Réouverture de six lignes ferroviaires » (1999) à la demande du ministre de la Mobilité. Cette étude a été fournie, mais est restée sans suite en termes de réalisation.
3. Dit werd bestudeerd in de studie « Heropening van zes spoorlijnen » (1999) op vraag van de minister van Mobiliteit. Deze studie werd afgeleverd maar bleef zonder gevolg met het oog op realisatie.
4. Le raccordement de la ligne Hasselt-Neerpelt au Rhin de fer sera examiné au moment de la mise en service du Rhin de fer. Pour l’instant, aucune perspective concrète n’est fournie à ce sujet.
4. De aansluiting van de lijn Hasselt-Neerpelt op de IJzeren Rijn zal onderzocht worden op het moment dat de IJzeren Rijn in dienst is. Voor het ogenblik zijn hieromtrent geen concrete vooruitzichten.
Le tronçon Neerpelt-Weert (Nl) possède actuellement le statut de ligne en exploitation simplifiée.
Het baanvak Neerpelt-Weert (Nl) heeft heden het statuut van lijn in vereenvoudigde exploitatie.
L’amélioration de ce tronçon dépend de l’exécution de travaux lourds sur le territoire néerlandais. Une procédure d’arbitrage est en cours entre la Belgique et les Pays-Bas en ce qui concerne la répartition du coût de ces travaux. Les décisions de cet arbitrage sont attendues pour septembre 2004.
De verbetering van dit baanvak is afhankelijk van de uitvoering van zware werken op Nederlands grondgebied. Een arbitrageprocedure tussen Belgie¨ en Nederland over de verdeling van de kostprijs van deze werken is aan de gang. De besluiten van deze arbitrage worden verwacht tegen september 2004.
` l’origine, le budget de la gare TGV à Liège 5. A était estimé à 6,5 milliards de francs (indice 1994).
5. Het budget voor het HST-station te Luik was oorspronkelijk geraamd op 6,5 miljard frank (index 1994).
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5787
Le budget s’élève aujourd’hui à 229 millions d’euros (indice 2004). Il inclut :
Het budget bedraagt vandaag 229 miljoen euro (index 2004). Hierin zijn verrekend :
— l’indexation entre 1994 et 2004;
— de indexatie tussen 1994 en 2004;
— les coûts supplémentaires pour les parkings et les zones commerciales (35 millions d’euros).
— de bijkomende kosten voor de parkings en de commercie¨le zones (35 miljoen euro).
Les 335 millions d’euros (indice 2004) souvent évoqués couvrent en outre un certain nombre de travaux en dehors de la gare, en particulier l’infrastructure pour le croisement des lignes 34 et 36 au pied du « plan incliné ».
De vaak geciteerde 335 miljoen euro (index 2004) dekken bijkomend een aantal werken buiten het station, in het bijzonder de infrastructuur voor de kruising van de lijnen 34 en 36 aan de voet van het « plan incliné ».
6. En dehors de la Région de Bruxelles-Capitale où les travaux TGV sont destinés aux branches en direction des Pays-Bas et de l’Allemagne, le coût des travaux destinés aux TGV entre Bruxelles (HarenSud) et Liège (compris) peut être estimé à 1 172 millions d’euros dont 612 millions d’euros en Flandre.
6. Buiten het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest waar de HST-werken dienen voor de takken naar Nederland en Duitsland kan de kostprijs van werken bestemd voor de HST tussen Brussel (Haren-Zuid) en Luik (inbegrepen) op 1 172 miljoen euro geraamd worden, waarvan 612 miljoen euro in Vlaanderen.
DO 2003200421364
DO 2003200421364
Question no 121 de M. Jean-Luc Crucke du 26 avril 2004 (Fr.) au ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale :
Vraag nr. 121 van de heer Jean-Luc Crucke van 26 april 2004 (Fr.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :
Interprétation de l’article 7.3 de l’arrêté royal du 1er décembre 1975.
Interpretatie van artikel 7.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975.
L’article 7.3 de l’arrêté royal du 1er décembre 1975 portant règlement général sur la police de la circulation routière et de l’usage de la voie publique dispose « qu’il est défendu de gêner la circulation ou de la rendre dangereuse, soit en jetant, déposant, abandonnant ou laissant tomber sur la voie publique des objets débris ou matières quelconques, soit en y répandant de la fumée ou de la vapeur, soit en y établissant quelque obstacle ».
Artikel 7.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement van de politie op het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg bepaalt dat « het verboden is het verkeer te hinderen of onveilig te maken door voorwerpen, zwerfvuil of stoffen op de openbare weg te werpen, te plaatsen, achter te laten of te laten vallen, hetzij door er rook of stoom te verspreiden, hetzij door er enige belemmering aan te brengen ».
1. Cet article peut-il s’appliquer au jet, dépoˆt ou abandon d’objets, encombrants ou non, sur l’assiette de la chaussée ou à proximité immédiate de celle-ci et qui sont susceptibles de se retrouver sur celle-ci ?
1. Geldt dit artikel ook voor het wegwerpen, plaatsen of achterlaten van al dan niet hinderlijke voorwerpen op de wegbaan of in de onmiddellijke nabijheid ervan zodat ze op de wegbaan kunnen terechtkomen ?
2. Dans l’affirmative, le mécanisme de perception immédiate peut-il être appliqué à l’encontre des contrevenants ? Réponse du ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale du 15 juin 2004, à la question no 121 de M. Jean-Luc Crucke du 26 avril 2004 (Fr.) :
2. Zo ja, is het systeem van de onmiddellijke inning op de overtreders van toepassing ?
1. L’article 7.3 du Code de la route est applicable sur la voie publique, c’est-à-dire sur la bande de circulation et sur les autres parties de la route tels, les trottoirs, la piste cyclable, les accotements, ...
1. Het geciteerde artikel 7.3 van het Verkeersreglement is van toepassing op de openbare weg, dit wil zeggen op de rijbaan en op de andere weggedeelten zoals trottoir, fietspad, bermen, ...
En outre, il est considéré que les comportements ou les actes doivent provenir d’un usager de la voie publi-
Voorts wordt aangenomen dat de handelingen of de daden uit moeten gaan van een gebruiker van de open-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 15 juni 2004, op de vraag nr. 121 van de heer Jean-Luc Crucke van 26 april 2004 (Fr.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5788
que : « L’interdiction consistant à empêcher la circulation ou à la rendre dangereuse, notamment en répandant sur la voie publique de la fumée ou de la vapeur, vaut pour tous les usagers de la voie publique, mais seulement pour eux. » (Cass. 1er avril 1987).
bare weg : « Het verbod het verkeer te hinderen of onveilig te maken, onder meer door over de openbare weg rook of stoom te verspreiden, geldt voor alle gebruikers van de openbare weg, maar enkel voor hen. » (Cass. 1 april 1987.)
Les comportements doivent en outre être de nature à empêcher la circulation ou à la rendre dangereuse. Il va de soi qu’il s’agit ici d’une situation de fait.
De handelingen moeten daarenboven van die aard zijn dat het verkeer er door gehinderd of onveilig wordt gemaakt. Het gaat hier vanzelfsprekend om een feitenkwestie.
2. Commis dans le cadre de l’article 7.3, ces comportements peuvent entraıˆner la perception d’une somme d’argent conformément à l’arrêté royal du 22 décembre 2003.
2. Gepleegd binnen de context van artikel 7.3, kunnen die handelingen aanleiding geven tot de inning van een geldsom zoals bepaald bij koninklijk besluit van 22 december 2003.
D’un autre coˆté, pour d’autres cas, il est fait application de l’article 552, 1o, du Code pénal qui prévoit que seront punis « ceux » qui auront jeté, exposé ou abandonné sur la voie publique des choses de nature à nuire, par leur chute ou par des exhalaisons insalubres. Dans ce cas-ci ce n’est pas seulement l’usager de la voie publique qui est visé.
Anderzijds kan, voor andere gevallen, soms toepassing worden gemaakt van artikel 552, 1o, van het Strafwetboek dat in bestraffing voorziet van « zij » die voorwerpen op de openbare weg neerwerpen, plaatsen of achterlaten, die door hun val of door ongezonde uitwasemingen kunnen schaden. Hier worden niet alleen de gebruikers van de openbare weg geviseerd.
DO 2003200421570
DO 2003200421570
Question no 125 de Mme Catherine Doyen-Fonck du 28 mai 2004 (Fr.) au ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale :
Vraag nr. 125 van mevrouw Catherine Doyen-Fonck van 28 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Mobiliteit en Sociale Economie :
SPF. — Place réservée aux femmes dans une fonction de management ou d’encadrement.
FOD. — Aantal vrouwen dat een management- of kaderfunctie bekleedt.
Suite à la réforme Copernic, il me revient que le nombre de femmes occupant une fonction à responsabilité, au sein de la Fonction publique, aurait sensiblement diminué.
Ik verneem dat het aantal vrouwen dat een verantwoordelijke functie bij een overheidsdienst uitoefent, sinds de Copernicushervorming aanzienlijk is gedaald.
1. Pourriez-vous communiquer le nombre de fonctionnaires de rang 17 et 16 occupés au sein de votre département avant la réforme Copernic en distinguant le nombre d’hommes et de femmes ?
1. Hoeveel ambtenaren van rang 17 en 16 — respectievelijk mannen en vrouwen — telde uw departement vo´o´r de Copernicushervorming ?
2. Pourriez-vous communiquer le nombre de topmanagers (N, N-1 et N-2) occupant une fonction de management et d’encadrement au sein de votre département en distinguant le nombre d’hommes et de femmes ? Réponse du ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale du 18 juin 2004, à la question no 125 de Mme Catherine Doyen-Fonck du 28 mai 2004 (Fr.) :
2. Hoeveel topmanagers (N, N-1 en N-2) met een management- en kaderfunctie — respectievelijk mannen en vrouwen — telt uw departement ?
J’ai l’honneur de faire part à l’honorable membre des informations suivantes.
Hierbij kan ik aan het geachte lid de volgende gegevens mededelen.
1. Avant la réforme Copernic, le ministère des Communications et de l’Infrastructure, comptait 1 agent du rang 17 et 4 agents du rang 16, tous de sexe masculin.
1. Vo´o´r de Copernicushervorming telde het ministerie van Verkeer en Infrastructuur 1 personeelslid van rang 17 en 4 van rang 16, allen van het mannelijk geslacht.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de minister van Mobiliteit en Sociale Economie van 18 juni 2004, op de vraag nr. 125 van mevrouw Catherine Doyen-Fonck van 28 mei 2004 (Fr.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5789
2. Suite à la réforme Copernic, le service public fédéral Mobilité et Transports, compte actuellement :
2. Ingevolge de Copernicushervorming telt de federale overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer thans :
— 1 N, 4 N-1, 8 N-2 et 2 responsables d’une fonction d’encadrement, de sexe masculin;
— 1 N, 4 N-1, 8 N-2 en 2 verantwoordelijken voor een staffunctie, van het mannelijk geslacht;
— 2 N-2 et 1 responsable d’une fonction d’encadrement, de sexe féminin.
— 2 N-2 en 1 verantwoordelijke voor een staffunctie, van het vrouwelijk geslacht.
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Fonction publique
Ambtenarenzaken
DO 2003200421463
DO 2003200421463
Question no 60 de M. Jean-Jacques Viseur du 10 mai 2004 (Fr.) à la ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 60 van de heer Jean-Jacques Viseur van 10 mei 2004 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Exercice des missions octroyées aux titulaires des grades de rang 17 et 16.
Uitvoering van de opdrachten toegekend aan de titularissen van de graden van rang 17 en 16.
La loi-programme du 30 décembre 2001 instaure, en son article 96, la fonction de chargé de mission et transfère les titulaires des grades supprimés des rangs 17 et 16, qui ne sont pas titulaires d’un mandat de manager, dans une fonction de chargé de mission.
Artikel 96 van de programmawet van 30 december 2001 voert de functie van opdrachthouder in. Deze wordt toegewezen aan de titularissen van de afgeschafte graden van rang 17 en 16, die niet in een managementfunctie zijn aangesteld.
Il semble que le sort qui leur est réservé varie très ` cet égard, il me fort d’un département à l’autre. A revient que certains n’ont pratiquement pas d’activités, d’autres ont, par contre, reçu une mission d’étude ou de présidence d’une commission, d’autres encore exercent une fonction opérationnelle.
Hun situatie is blijkbaar erg verschillend van departement tot departement. Zo verneem ik dat sommigen vrijwel geen opdrachten worden toevertrouwd, terwijl anderen met een studieopdracht of het voorzitterschap van een commissie zijn belast, of een operationele taak vervullen.
Pourriez-vous communiquer si le fait qu’aux termes de la loi-programme du 30 décembre 2001, ils se sont plus intégrés dans la structure hiérarchique, fait-il obstacle à ce qu’ils puissent recevoir pour l’exercice de leur mission l’assistance de collaborateurs qui seraient mis à leur disposition par le président du Comité de direction ou du N-1 concerné ?
Ingevolge de programmawet van 30 december 2001 zijn deze ambtenaren beter in de hie¨rarchische structuur geı¨ntegreerd. Kan u meedelen of zij bij de uitoefening van hun functie evenwel op de hulp van medewerkers zouden kunnen rekenen, die door de voorzitter van het directiecomité of de betrokken N-1 ter beschikking zouden worden gesteld ?
Réponse de la ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 16 juin 2004, à la question no 60 de M. Jean-Jacques Viseur du 10 mai 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 16 juni 2004, op de vraag nr. 60 van de heer Jean-Jacques Viseur van 10 mei 2004 (Fr.) :
J’ai l’honneur de faire connaıˆtre à l’honorable membre qu’il n’existe aucun obstacle à ce que le prési-
Ik heb de eer het geachte lid te laten weten dat niets de voorzitter van het Directiecomité van een FOD
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
732
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5790
dent du Comité de direction d’un SPF mette des agents à la disposition d’un titulaire d’un grade de rang 17 ou 16 qui se serait vu confier une mission en vue de l’assister dans la réalisation de cette mission.
belet ambtenaren ter beschikking te stellen van een titularis van een graad van rang 17 of 16 die aangeduid werd als opdrachthouder om hem bij te staan bij de uitvoering van deze opdracht.
Je souhaite également informer l’honorable membre du projet de loi-programme qui, en ces articles 81 et 82, vise à intégrer, dans la nouvelle carrière des agents du niveau A, les agents des rangs 16 et 17.
Ik wil het geachte lid er tevens op wijzen dat de artikelen 81 en 82 van het ontwerp van programmawet tot doel hebben om de ambtenaren van rang 16 en 17 te integreren in de nieuwe loopbaan van de ambtenaren van niveau A.
L’article 81 vise à abroger l’alinéa 2 de l’article 96 de la loi-programme du 30 décembre 2001 qui plaçait hors hiérarchie les agents des rangs 16 et 17 et les chargeait d’une mission auprès du président du comité de direction. Comme dans le projet d’arreˆté royal visant à réformer la carrière des agents du niveau A, les agents des rangs 16 et 17 sont intégrés en tant qu’experts dans la classe A5 (c’est-à-dire la plus élevée), cette disposition n’a plus de raison d’être.
Artikel 81 heeft tot doel lid 2 op te heffen van artikel 96 van de programmawet van 30 december 2001, dat de ambtenaren van rang 16 en 17 buiten de hie¨rarchie plaatste en deze aanduidde als opdrachthouder bij de voorzitter van het directiecomité. Aangezien in het ontwerp van koninklijk besluit betreffende de hervorming van de loopbaan van de ambtenaren van niveau A de ambtenaren van rang 16 en 17 als deskundigen geı¨ntegreerd worden in klasse A5 (de hoogste klasse), heeft deze bepaling geen bestaansreden meer.
L’article 82 vise à faire coı¨ncider la réintégration des agents titulaires des rangs 16 et 17 avec la date d’entrée en vigueur de la nouvelle carrière du niveau A.
Artikel 82 heeft tot doel de reı¨ntegratie van de titularissen van rang 16 en 17 te doen samenvallen met de datum van inwerkingtreding van de nieuwe loopbaan van niveau A.
Il ne s’agit ici nullement de remettre en cause le système des mandats et des fonctions de management mais d’intégrer dans la nouvelle carrière des agents dont l’expérience et l’expertise sont précieuses pour relever les nombreux défis de la modernisation de l’administration fédérale.
Het is hierbij geenszins de bedoeling het systeem van mandaten en managementfuncties opnieuw in vraag te stellen, maar wel om de ambtenaren wier kennis en expertise van grote waarde zijn om het hoofd te bieden aan de talrijke uitdagingen die de modernisering van de federale administratie met zich brengt, te integreren in de nieuwe loopbaan.
DO 2003200421582
DO 2003200421582
Question no 64 de M. Bruno Van Grootenbrulle du 2 juin 2004 (Fr.) à la ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 64 van de heer Bruno Van Grootenbrulle van 2 juni 2004 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Brigades moteur de douanes. — Pensions.
Motorbrigades van de douane. — Pensioenen.
Les Brigades moteur de douanes sont généralement constituées d’équipes d’agents d’intervention, auxquels sont confiées des missions de controˆle de documents de transports, surveillance de mouvements de produits d’accises, controˆle de déchets, de stupéfiants et transports divers, etc., les considérant comme exerçant un travail particulier et dangereux.
De motorbrigades van de douane bestaan doorgaans uit interventieteams die belast zijn met de controle van vervoersdocumenten, het toezicht op het verkeer van accijnsproducten, de controle van afvalstoffen, verdovende middelen en diverse transporten, enz., waardoor men ervan kan uitgaan dat zij specifiek en gevaarlijk werk verrichten.
Or, les agents de niveaux 3 et 4 considérés comme faisant partie du « secteur actif » peuvent prendre leur pension au bout de 37,5 années de service. Il en va de même, semble-t-il pour l’inspecteur principal, chef de brigade, relevant du niveau 1.
De ambtenaren van de niveaus 3 en 4, die beschouwd worden als deel uitmakend van de « actieve afdeling » mogen na 37,5 dienstjaren met pensioen gaan. Naar verluidt is dat ook het geval voor de eerstaanwezend inspecteur, brigadechef, die een ambtenaar van niveau 1 is.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5791
Les agents de niveau 2 et 2+, sont, quant à eux, considérés comme faisant partie du « secteur bureau », et doivent par conséquent travailler pendant 42 ans pour prétendre à une pension complète. Cela concernerait près de 150 agents.
De ambtenaren van de niveaus 2 en 2+ worden daarentegen beschouwd als deel uitmakend van de « kantoorafdeling » en kunnen bijgevolg pas na 42 jaar aanspraak maken op een volledig pensioen. Dat zou gelden voor om en bij de 150 ambtenaren.
Pourriez-vous confirmer cet état de fait, préciser les critères qui ont prévalu à cette différence et m’informer des éventuelles mesures qui pourraient être prises pour rétablir un juste équilibre et faire en sorte que les agents de niveau 2 et 2+ puissent également prétendre à une carrière complète au terme de 37,5 années de prestations ?
Kan u bevestigen of dat klopt, preciseren op grond van welke criteria dat onderscheid wordt gemaakt en meedelen welke maatregelen eventueel kunnen worden getroffen om het evenwicht te herstellen en ervoor te zorgen dat de ambtenaren van de niveaus 2 en 2+ eveneens na 37,5 dienstjaren aanspraak op een volledig pensioen zouden kunnen maken ?
Réponse de la ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 17 juin 2004, à la question no 64 de M. Bruno Van Grootenbrulle du 2 juin 2004 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 17 juni 2004, op de vraag nr. 64 van de heer Bruno Van Grootenbrulle van 2 juni 2004 (Fr.) :
Je communique à l’honorable membre que la matière invoquée dans sa question ressortit de la compétence du ministre des Pensions. Pour la réponse, je vous renvoie à mon collègue Frank Vandenbroucke qui a les pensions dans ses attributions. (Question no 35 du 17 juin 2004.)
Ik deel het geachte lid mee dat de in zijn vraag aangehaalde materie onder de bevoegdheid valt van de minister van Pensioenen. Voor het antwoord verwijs ik u naar mijn collega Frank Vandenbroucke die de pensioenen onder zijn bevoegdheid heeft. (Vraag nr. 35 van 17 juni 2004.)
Intégration sociale
Maatschappelijke Integratie
DO 2003200421120
DO 2003200421120
Question no 42 de Mme Maggie De Block du 6 mai 2004 (N.) à la ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances :
Vraag nr. 42 van mevrouw Maggie De Block van 6 mei 2004 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
CPAS. — Registre des étrangers. — Aide sociale. — E´tablissement d’un dossier médical global.
OCMW’s. — Vreemdelingenregister. — Dienstverlening. — Aanmaken van een globaal medisch dossier.
Toute personne inscrite au registre des étrangers d’une commune peut prétendre à l’aide sociale octroyée par le CPAS local. Ce service inclut également la prise en charge des frais médicaux de l’intéressé.
Elke persoon die ingeschreven is in het vreemdelingenregister van een gemeente, heeft recht op de maatschappelijke dienstverlening verstrekt door het plaatselijke OCMW. Onder deze dienstverlening wordt ook verstaan het ten laste nemen van de medische kosten gemaakt door de betrokkenen.
Le CPAS concerné peut réclamer à l’E´tat le remboursement partiel de ces frais, notamment lorsqu’ils résultent de prestations médicales et pharmaceutiques en faveur des bénéficiaires du système.
Het betrokken OCMW kan een aantal van deze kosten terugvorderen van de Staat. Onder meer de kosten gemaakt ten gevolge van medische en farmaceutische verstrekkingen aan de begunstigden.
Lorsqu’ils sont amenés à soigner des étrangers inscrits au registre national, certains médecins ouvrent un dossier médical global qui porte le numéro de nomenclature 1027721, et sont indemnisés à cette fin
Sommige artsen openen bij het behandelen van deze mensen een globaal medisch dossier, nomenclatuurnummer 1027721. De artsen worden hiervoor vergoed door het RIZIV. De patie¨nt krijgt het integrale bedrag
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5792
par l’INAMI. Le patient se voit rembourser l’intégralité du montant de l’inscription par la mutualité à laquelle il est affilié.
van de inschrijving terugbetaald door de mutualiteit waarbij hij aangesloten is.
Or il n’en va pas ainsi pour de nombreux demandeurs d’asile et ce sont les CPAS qui doivent supporter les frais.
Maar bij vele asielzoekers is dit niet het geval, en dient het OCMW deze kosten ten laste te nemen.
Faut-il considérer l’établissement d’un dossier médical global comme une prestation de santé ?
Dient het aanmaken van een globaal medisch dossier als een geneeskundige verstrekking beschouwd te worden ?
Réponse de la ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances du 16 juin 2004, à la question no 42 de Mme Maggie De Block du 6 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen van 16 juni 2004, op de vraag nr. 42 van mevrouw Maggie De Block van 6 mei 2004 (N.) :
En réponse à ses questions, j’ai l’honneur de communiquer les éléments suivants à l’honorable membre.
In antwoord op zijn vragen heb ik de eer het geachte lid het volgende mede te delen.
Le remboursement de frais médicaux et pharmaceutiques à un CPAS dans le cadre de la loi du 2 avril 1965 relative à la prise en charge des secours accordés par les centres publics d’action sociale doit s’effectuer dans les limites fixées à l’article 11, § 1er, de cette loi.
De terugbetaling van medische en farmaceutische kosten aan een OCMW in het kader van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn dient te gebeuren binnen de grenzen zoals bepaald in het artikel 11, § 1, van deze wet.
Concrètement, un remboursement par l’E´tat peut donc avoir lieu si, pour la prestation ou l’acte en question, l’Institut national d’assurance maladie-invalidité a attribué un numéro de nomenclature. E´tant donné que ce type de numéro a été attribué pour la constitution d’un dossier médical global, à savoir le numéro 102771 (et non pas 1027721 comme vous le mentionnez erronément), ce coût peut être subventionné par l’E´tat pour les bénéficiaires qui ne sont pas affiliés à une mutualité.
Concreet betekent dit dat er een terugbetaling door de Staat kan gebeuren als er voor de betreffende verstrekking of handeling door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering een nomenclatuurnummer werd toegekend. Aangezien voor het aanmaken van een globaal medisch dossier een dergelijk nummer, namelijk 102771 (en niet 1027721 zoals u verkeerdelijk vermeldt), werd toegekend, kan deze kost door de Staat worden betoelaagd voor begunstigden die niet bij een ziekenfonds zijn aangesloten.
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
Minister van Middenstand en Landbouw
Agriculture
Landbouw
DO 2003200421568
DO 2003200421568
Question no 27 de M. Guido De Padt du 27 mai 2004 (N.) à la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture :
Vraag nr. 27 van de heer Guido De Padt van 27 mei 2004 (N.) aan de minister van Middenstand en Landbouw :
Pisciculture. — Aide financière de l’Union européenne.
Viskwekerij. — Financie¨le steun van de EU.
Depuis peu, les pisciculteurs perçoivent une aide financière fixe destinée aux améliorations de
Viskwekers kunnen sinds kort een fikse financie¨le steun krijgen voor milieuverbeteringen of andere ver-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5793
l’environnement ou à d’autres aménagements. Les ministres européens ont décidé d’affecter des budgets à cet effet.
nieuwingen. De Europese ministers hebben besloten budgetten hiervoor open te stellen.
Ledit subside vise à promouvoir les nouvelles techniques afin de lutter contre la pollution, notamment. De fait, à l’instar des autres animaux, les poissons produisent des excréments qui polluent les eaux usées. Cet argent servira également à réaliser une étude sur l’élevage d’autre espèces de poissons.
De subsidie moet nieuwe technieken helpen, onder meer om vervuiling tegen te gaan. Vissen produceren immers mest in het afvalwater, net als andere dieren. Met het geld is ook onderzoek mogelijk naar de kweek van andere vissoorten.
1. Quel intéreˆt la pisciculture belge présente-t-elle sur le plan économique (production, proportion de l’aquaculture au sein de l’Union européenne, emploi, chiffre d’affaires) pour chaque région ? ` combien s’élève le budget total réservé à la 2. A Belgique dans le cadre de l’Instrument de financement pour l’orientation de la peˆche (IFOP) ?
1. Welk economisch belang (productie, percentage aqua-cultuur in de Europese Unie, tewerkstelling, omzet) heeft de Belgische viskwekerij (opgesplitst per gewest) ?
3. Quel budget est-il dégagé pour la pisciculture et dans quelle mesure les autorités belges y participerontelles ?
3. Welk budget wordt er opengesteld voor de viskwekerij en in welke mate zal de Belgische overheid meebetalen ?
Réponse de la ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture du 8 juin 2004, à la question no 27 de M. Guido De Padt du 27 mai 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Middenstand en Landbouw van 8 juni 2004, op de vraag nr. 27 van de heer Guido De Padt van 27 mei 2004 (N.) :
J’ai l’honneur de transmettre ce qui suit à l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
Cette question relève de la compétence des régions.
Deze materie valt onder de bevoegdheid van de gewesten.
2. Wat is het totaalbudget dat beschikbaar is voor Belgie¨ binnen het Financieringsinstrument voor de orie¨ntatie van de visserij (FIOV) ?
Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable
Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling
Protection de la consommation
Consumentenzaken
DO 2003200421617
DO 2003200421617
Question no 50 de M. Roel Deseyn du 8 juin 2004 (N.) à la ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable :
Vraag nr. 50 van de heer Roel Deseyn van 8 juni 2004 (N.) aan de minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling :
Possibilité de bloquer l’accès aux sites de pornographie infantile sur internet.
Mogelijkheid tot blokkering van websites met kinderporno.
Dès la fin du mois de juin 2004, les abonnés de British Telecom (BT), un fournisseur britannique d’accès à internet, ne pourront plus accéder aux sites de pornographie infantile. Cette mesure résulte de
Vanaf eind juni 2004 zullen de abonnees van de Britse internetprovider British Telecom (BT) geen toegang meer hebben tot websites waarop kinderporno te zien is. De actie is een gevolg van de oproep
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5794
l’appel lancé par un des responsables du gouvernement britannique à tous les fournisseurs d’accès à Internet pour interdire de tels sites. D’autres fournisseurs d’accès prépareraient des mesures similaires.
van een Britse regeringsverantwoordelijke aan alle providers om sites met kinderporno te blokkeren. Andere providers zouden gelijkaardige maatregelen aan het voorbereiden zijn.
1. En Belgique, quelle procédure les fournisseurs d’accès à internet suivent-ils à l’heure actuelle pour bloquer les sites de pornographie infantile ?
1. Welke procedure wordt door Belgische providers momenteel gevolgd om kinderporno te blokkeren ?
2. a) Que pensez-vous de l’initiative britannique ?
2. a) Hoe staat u tegenover het Britse initiatief ?
b) Le gouvernement belge a-t-il l’intention de lancer un appel similaire ?
b) Zal de regering gelijkaardige oproepen lanceren ?
3. a) Quelles actions sont-elles mises en place dans le cadre de la lutte contre la pornographie infantile ?
3. a) Welke acties staan op stapel in de strijd tegen kinderporno op het internet ?
b) Certaines mesures ont-elles déjà été mises en œuvre ?
b) Welke zijn reeds in uitvoering ?
Réponse de la ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable du 17 juin 2004, à la question no 50 de M. Roel Deseyn du 8 juin 2004 (N.) : Cette matière relève de la ministre de l’E´conomie, de ´ l’Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique (Question no 121 du 17 juin 2004.), et de la ministre de la Justice. (Question no 296 du 17 juin 2004.)
Antwoord van de minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling van 17 juni 2004, op de vraag nr. 50 van de heer Roel Deseyn van 8 juni 2004 (N.) :
DO 2003200421656
DO 2003200421656
Question no 52 de M. Yves Leterme du 11 juin 2004 (N.) à la ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable :
Vraag nr. 52 van de heer Yves Leterme van 11 juni 2004 (N.) aan de minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling :
Ajout de protéines de bœuf aux produits de poulet. — Tromperie du consommateur.
Toevoeging rundereiwitten aan kipproducten. — Misleiding consument.
Notre pays importerait du Brésil une quantité assez importante de produits de poulet. Très souvent, ces produits à base de poulet sont dessalés en vue du transport et « traités » ensuite au moyen de protéines de bœuf et d’eau afin de compenser la perte de liquide. Votre prédécesseur a affirmé qu’il s’agissait là d’une « pratique légale » dans la mesure ou` le produit est étiqueté en tant que préparation de viande et ou` l’étiquette mentionne les substances utilisées. J’estime qu’il s’agit là d’une tromperie envers le consommateur et d’une concurrence déloyale vis-à-vis de nos propres éleveurs qui proposent les mêmes produits sans adjonction de telles substances.
In ons land blijken nogal wat kipproducten vanuit Brazilie¨ te worden ingevoerd. In vele gevallen worden deze kipproducten voor het transport ontzout en worden daarna « behandeld » met rundereiwitten en water om het verlies aan vocht te compenseren. Uw voorganger stelde dat dit een « wettelijke praktijk » is in de mate dat het product als vleesbereiding wordt gee¨tiketteerd en het etiket de gebruikte stoffen vermeldt. Ik ben van oordeel dat hier sprake is van misleiding van de consument en van oneerlijke concurrentie met de eigen kwekers die zuivere kipproducten aanbieden.
1. Trouvez-vous également normal que l’on puisse injecter, dans le poulet, des protéines de bœuf et vendre ce produit au consommateur si cela figure en petits caractères sur l’étiquette ?
1. Vindt u ook dat kip mag ingespoten worden met rundereiwitten en aan de consument worden verkocht indien dit in de kleine lettertjes van het etiket is weergegeven ?
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Deze materie behoort tot de bevoegdheden van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid (Vraag nr. 121 van 17 juni 2004.), en tot deze van de minister van Justitie. (Vraag nr. 296 van 17 juni 2004.)
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5795
2. a) Combien de controˆles ont-ils été effectués l’an dernier en ce qui concerne l’exactitude de l’étiquetage des produits de poulet importés ?
2. a) Hoeveel controles werden vorig jaar uitgevoerd op ingevoerde kipproducten op het vlak van de juistheid van de etikettering ?
b) A-t-on vérifié en l’occurrence si la quantité de protéines de bœuf ajoutées, telle qu’indiquée sur l’étiquette, correspondait à la réalité ?
b) Werd daarbij ook nagegaan of de aangegeven hoeveelheid toegevoegd rundereiwit strookt met de realiteit ?
c) Quel a été le résultat de ces controˆles ?
c) Wat was het resultaat van die controles ?
3. La réglementation en matière d’étiquetage estelle suffisante pour empêcher que le consommateur ne soit trompé ?
3. Volstaat de regelgeving inzake etikettering om de misleiding van de consument te voorkomen ?
4. a) Pouvez-vous confirmer que d’autres pays de l’UE tels que le Royaume-Uni procèdent à des controˆles de grande envergure pour lutter contre la fraude aux protéines de bœuf ajoutées ?
4. a) Kan u bevestigen dat in andere EU-landen zoals het Verenigd Koninkrijk grootscheepse controles georganiseerd worden om de fraude met toegevoegde rundereiwitten te bestrijden ?
b) La Belgique entend-elle mettre en œuvre un tel programme ?
b) Zal Belgie¨ ook dergelijk programma opzetten ?
Réponse de la ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable du 18 juin 2004, à la question no 52 de M. Yves Leterme du 11 juin 2004 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling van 18 juni 2004, op vraag nr. 52 van de heer Yves Leterme van 11 juni 2004 (N.) :
Cette matière relève de la compétence du ministre de la Santé publique. (Question no 227 du 18 juin 2004.)
Deze materie behoort tot de bevoegdheden van de minister van Volksgezondheid. (Vraag nr. 227 van 18 juni 2004.)
Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques
Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
DO 2003200421445
DO 2003200421445
Question no 16 de M. Roel Deseyn du 11 mai 2004 (N.) au secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 16 van de heer Roel Deseyn van 11 mei 2004 (N.) aan de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
Bilan intérimaire des décisions du sommet de Lisbonne de 2000.
Resultaten van de tussentijdse analyse van Lissabon 2000.
En 2000, lors du sommet européen à Lisbonne, les chefs d’E´tat et de gouvernement européens avaient promis de faire, d’ici à 2010, de l’Union européenne l’économie de la connaissance la plus compétitive du monde. Quatre ans plus tard, le Forum économique mondial (World Economic Forum), basé en Suisse, a
De Europese staats- en regeringsleiders beloofden in 2000 in Lissabon van de Europese Unie tegen 2010 de meest concurrentie¨le kenniseconomie ter wereld te maken. Na vier jaar maakte het Zwitserse World Economic Forum een tussentijdse balans op. Belgie¨ noteert daarin een povere tiende plaats en onder het
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5796
dressé un bilan intérimaire. Force est de constater que la Belgique se classe à une médiocre dixième place, en dessous de la moyenne de l’Union européenne. Les résultats sont surtout insuffisants dans le domaine de l’accès généralisé à la société de l’information.
EU-gemiddelde. Vooral de peiler algemene toegang tot de informatiemaatschappij scoort slecht.
1. En ce qui concerne l’accès à la société de l’information, la Belgique accuse un recul relatif.
1. Relatief gezien gaan we achteruit in de toegang tot de informatiemaatschappij.
a) Comment ce recul s’explique-t-il ?
a) Hoe valt dit te verklaren ?
b) Quelles nouvelles mesures compte-t-on prendre ?
b) Welke nieuwe maatregelen zullen worden gelanceerd ?
2. a) Pouvez-vous faire l’inventaire des mesures déjà prises, avec mention du couˆt de ces mesures et de leurs effets ?
2. a) Kan u een inventaris voorleggen van de reeds genomen maatregelen, hun kostprijs en de effecten die deze maatregelen gesorteerd hebben ?
b) Dans la négative, quand allez-vous réaliser cet inventaire ? Réponse du secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 16 de M. Roel Deseyn du 11 mai 2004 (N.) :
b) Zo neen, wanneer kunnen we deze verwachten ?
En ce qui concerne le secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, j’ai l’honneur de répondre à l’honorable membre ce qui suit.
Wat betreft de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat kan ik aan het geachte lid het volgende antwoorden.
Avant tout, une remarque sur les progrès de l’Europe en général à l’égard des objectifs posés en 2000 à Lisbonne visant à faire de l’Europe d’ici la fin de la décennie « l’économie de la connaissance la plus compétitive et la plus dynamique du monde ». Nous devons malheureusement constater que la fracture entre l’Europe et les E´tats-Unis, sur le plan de l’économie de la connaissance, ne se réduit pas mais augmente depuis l’an 2000. Seuls les pays du Nord de l’Europe font aussi bien — et la Finlande meˆme mieux — que les E´tats-Unis. Tous les pays d’Europe occidentale et centrale obtiennent des résultats moyens et enregistrent un retard par rapport aux E´tats-Unis. La Belgique se situe au milieu de ce peloton. Le retard des pays méditerranéens est encore plus grand que le retard du peloton dans lequel se trouve la Belgique.
Eerst en vooral een opmerking in verband met de vooruitgang van Europa in het algemeen ten opzichte van de doelstellingen gesteld in 2000 te Lissabon om van Europa tegen het einde van de decade « de meest competitieve en dynamische kenniseconomie ter wereld te maken ». Wij moeten met spijt vaststellen dat de kloof tussen Europa en de VS, op het vlak van de kenniseconomie, sinds 2000 niet versmalt, maar verbreedt. Enkel de landen uit het noorden van Europa doen het even goed — Finland zelfs beter — dan de VS. Alle landen van West en Centraal Europa presteren matig en gaan er op achteruit tegenover de VS. Belgie¨ behoort tot de middenmoot van dit peloton. De achterstand van de landen rond de Middellandse Zee vergroot nog meer dan de achterstand van het peloton waarin Belgie¨ zich bevindt.
En général, la Belgique n’est donc pas pire mais pas non plus meilleure que nos pays voisins. Sur le plan de l’intégration sociale, la Belgique est meˆme meilleure que ses voisins.
Door de band genomen, presteert Belgie¨ dus niet slechter maar ook niet beter dan de ons omringende landen. Op het vlak van sociale integratie presteert Belgie¨ zelfs beter dan onze buurlanden.
1. a) En ce qui concerne le pilier « accès général à la société de l’information », le rapport n’explique nulle part sur quels critères on se base pour établir un classement « accès général à la société de l’information ». Nous ne pouvons que constater qu’ici aussi la Belgique se situe au milieu des pays européens, tout comme les Pays-Bas, l’Alle-
1. a) Wat betreft de peiler « algemene toegang tot de informatiemaatschappij ». Wordt in het rapport nergens uiteengezet op welke criteria men zich baseert voor het opstellen van een rangschikking « algemene toegang tot de informatiemaatschappij ». We kunnen enkel maar vaststellen dat ook hier Belgie¨ zich situeert in de middenmoot van
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 16 van de heer Roel Deseyn van 11 mei 2004 (N.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5797
magne, la France, l’Autriche et l’Irlande, avec des scores entre 4,95 et 4,08. La Finlande obtient le meilleur score, avec 5,78 et la Grèce le plus faible avec 3,16. Dans le peloton du milieu, les différences sont donc minces et il est difficile de savoir si, d’un point de vue relatif, nous sommes vraiment à la traıˆne.
Europa, in het gezelschap van Nederland, Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk en Ierland met scores tussen de 4,95 en de 4,08. Finland scoort het best met 5,78 en Griekenland draagt de rode lantaarn met 3,16. In het middenpeloton zijn de verschillen dus klein en is het moeilijk uit te maken of wij er — relatief gezien — werkelijk op achteruit gaan.
b) et 2. a) Permettez-moi surtout de présenter quelques actions et mesures que nous avons déjà prises au cours des dix derniers mois ou qui ont été prévues pour l’entrée de notre pays dans l’économie de la connaissance et qui peuvent nous faire progresser.
b) en 2. a) Sta mij toe vooral enkele acties en maatregelen voor te leggen die wij over de voorbije tien maanden reeds hebben genomen of die gepland zijn voor de intrede van ons land in de kenniseconomie en die ons hogerop stuwen.
1. Internet large bande « pour tous » : Le gouvernement fédéral plaide pour un accès bon marché à la large bande pour tous. En ce sens, la ministre de la Protection de la consommation et le secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat ont lancé à la fin de l’année passée un appel aux opérateurs concernés. Depuis, six fournisseurs de services internet (Versatel, Scarlet, UPC, Coditel, Telenet et Belgacom) ont lancé sur le marché une version « light » de leur offre de connexion à internet par l’ADSL ou le caˆble. La vitesse de navigation et le volume de téléchargement sont inférieurs, mais les possibilités restent les meˆmes pour environ la moitié du prix. Une version light de la large bande peut servir à donner l’impulsion nécessaire pour donner à plus de gens accès à l’ICT et, la démocratisation des prix de l’internet peut à son tour encore stimuler les ventes de pc en Belgique.
1. Internet breedband « voor iedereen » : De federale regering pleit voor een goedkope breedbandtoegang voor iedereen. In die zin lanceerden de minister van Consumentenzaken en de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat eind vorig jaar een oproep aan de betrokken operatoren. Intussen hebben reeds zes Internet Service Providers (Versatel, Scarlet, UPC, Coditel, Telenet en Belgacom) een « light »-versie van hun ADSL- of kabelaanbod op de markt gebracht. De surfsnelheid en het download volume liggen lager, maar de mogelijkheden blijven voorts hetzelfde aan ongeveer de helft van de prijs. Een breedbandlightversie kan voor de nodige impulsen zorgen om méér mensen toegang tot ICT te geven en een betaalbaar internet kan op zijn beurt de pc-verkoop in Belgie¨ nog stimuleren.
2. Nouvelle ouverture de la Banque-Carrefour des entreprises. Après les difficultés lors du lancement initial, la situation est à présent stabilisée. Graˆce à sa fonction carrefour unique et à l’interconnexion avec les back offices des différents services publics fédéraux et des régions et communautés, les entreprises débutantes — aussi et surtout dans l’économie de la connaissance — pourront démarrer leur entreprise en quelques jours et graˆce à la fonction « recherche libre », chercher des « partenaires de connaissances ».
2. Verdere ontsluiting van de Kruispuntbank van de ondernemingen. Na de moeilijkheden bij de initie¨le start is actueel de toestand gestabiliseerd. Dankzij haar unieke kruispuntfunctie en de interconnectie met de back-offices van de verschillende federale overheidsdiensten en de gewesten de gemeenschappen zullen starters — ook en vooral in de kenniseconomie — hun onderneming op een paar dagen tijd kunnen opstarten en dankzij de « free search » functie op zoek gaan naar « kennispartners ».
3. L’émission généralisée de la carte d’identité électronique (eID). Sur la base des expériences acquises dans les 11 communes pilotes, le Conseil des ministres extraordinaire d’Ostende des 20-21 mars 2004 a décidé de généraliser la diffusion de l’eID pour tous les citoyens du pays : une nouvelle contribution quantique à l’infrastructure d’un pays qui est nécessaire pour accéder à l’économie de l’information.
3. De veralgemeende uitrol van de elektronische identiteitskaart (eID). Op basis van de ervaringen opgedaan in de 11 pilootgemeenten besliste de superministerraad van 20-21 maart 2004 te Oostende tot de veralgemeende verspreiding van de eID aan alle burgers van het land : een nieuwe kwantumbijdrage tot de infrastructuur van een land noodzakelijk voor intrede in de informatie-economie.
4. Le portail fédéral et les nouveaux services interactifs comme l’e-mail pour tous. Bientoˆt, les services sur le portail fédéral seront élargis au moyen d’un canal de communication électronique « administration — citoyen individuel ». Toutes les personnes disposant d’une adresse e-mail connue pourront bientoˆt s’inscrire via le portail fédéral pour recevoir des infor-
4. Het federaal portaal en de nieuwe interactieve diensten zoals e-mail for all. Weldra wordt de dienstverlening langs het federaal portaal uitgebreid met een elektronisch communicatiekanaal « overheid-individuele burger ». Iedereen met een gekend e-mail adres kan zich weldra via het federaal portaal inschrijven om gericht informatie van de overheid te ontvangen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
733
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5798
mations ciblées de l’administration. Ceci aussi fait partie de l’infrastructure au profit de la société de la connaissance.
Ook dit maakt deel uit van de infrastructuur ten behoeve van de kennismaatschappij.
5. Les soins de santé : ici aussi, nouvelles infrastructures (ICT) pour la maıˆtrise des couˆts et l’amélioration de la qualité. Les Danois ont été parmi les premiers à « pratiquer la médecine électroniquement ». Nous aussi sommes preˆts à franchir ce pas. Avec mon collègue ministre de la Santé publique et des Affaires sociales, nous étudions actuellement la possibilité de mieux soutenir les soins de première ligne au moyen de nouvelles technologies et ainsi de faire renverser la relation entre les soins de première ligne et les soins spécialisés.
5. De gezondheidszorg : ook daar nieuwe (ICT) infrastructuren voor kostenbeheersing en verhoging van de kwaliteit. De Denen waren een van de eersten om een eerste stap naar het « elektronisch dokteren » doen. Ook wij zijn klaar om die stappen te zetten. Met collega-minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken bestuderen wij actueel de mogelijkheid om de eerste lijnszorg beter te ondersteunen met nieuwe technologiee¨n en zo de relatie tussen de eerste lijn en gespecialiseerde zorg te laten kantelen.
6. Endiguer la fracture numérique : La première phase du Sommet mondial sur la Société de l’information a eu lieu à Genève du 10 au 12 décembre 2003. Deux documents ont été approuvés : une Déclaration de principes et un Plan d’action.
6. Het indijken van de digitale kloof : De eerste fase van de Wereldtop over de Informatiemaatschappij vond plaats in Genève van 10 tot 12 december 2003. Er werden twee documenten goedgekeurd : een Principeverklaring en een Actieplan.
a) Afin que les propositions formulées dans ce cadre soient suivies et afin de renforcer la position de la Belgique dans le domaine de la lutte contre la fracture numérique, ainsi qu’en vue de la préparation de la seconde phase de ce Sommet qui se tiendra à Tunis à l’automne 2005, je rédigerai avec ma collègue ministre de l’Intégration sociale un plan d’action national visant à lutter contre la fracture numérique, en concertation avec les ministres et niveaux politiques concernés. Avant d’établir ce plan d’action, nous avons déjà, dans une phase préalable, établi et présenté lors d’une journée d’étude le 3 juin 2004 un inventaire des initiatives existantes au sein des autorités belges.
a) Opdat de voorstellen die in dat kader werden geformuleerd, worden opgevolgd en om de positie van Belgie¨ op het vlak van de strijd tegen de digitale kloof te versterken, alsook met het oog op de voorbereiding van de tweede fase van deze Top die zal plaatsvinden in Tunis in de herfst van 2005, zal ik samen met mijn collega-minister van Maatschappelijke Integratie een nationaal actieplan opstellen voor de bestrijding van de digitale kloof, in overleg met de betrokken ministers en beleidsniveaus. Alvorens dit actieplan op te stellen, hebben we reeds in een voorafgaande fase een inventaris van de bestaande initiatieven binnen de Belgische overheid opgesteld en voorgesteld op een studiedag 3 juni 2004.
b) Par analogie au projet réalisé à l’école primaire De Regent à Gingelom, j’ai présenté un nouveau projet ICT à l’école primaire Oefenschool à Herentals, en collaboration avec Kraft Foods, afin de l’élargir à l’ensemble de la Belgique. Le projet existe simplement sur la base de bonne volonté et connaıˆt un grand succès. Il a été demandé aux entreprises d’offrir gratuitement aux écoles de leurs quartiers leurs anciens ordinateurs ou ceux qui sont amortis. Les écoles s’assurent que les ordinateurs fonctionnent convenablement et les preˆtent ensuite gratuitement pendant une année scolaire aux élèves qui ne disposent pas de pc à domicile. Le but est de donner les meˆmes chances à tous les élèves d’améliorer leurs aptitudes informatiques et d’éviter qu’ils accusent un retard d’apprentissage parce que leurs parents, quelle qu’en soit la raison, ne possèdent pas d’ordinateur. En apportant un pc dans une famille, on enlève aussi toute une série de préjugés de sorte que les parents voient l’utilité d’un pc et se décident plus facilement à en acheter un.
b) Naar analogie met het project in de basisschool De Regent te Gingelom, werd door mij een nieuw ICT-project voorgesteld in de basisschool Oefenschool te Herentals, in samenwerking met Kraft Foods, met de bedoeling het uit te breiden naar heel Belgie¨. Het project bestaat louter op basis van goodwill en kent een groot succes. Aan bedrijven wordt gevraagd om hun afgeschreven of afgedankte computers gratis aan scholen in de buurt te schenken. De scholen zorgen ervoor dat de computers behoorlijk werken en lenen ze vervolgens één schooljaar lang gratis uit aan leerlingen die thuis over geen computer beschikken. De bedoeling bestaat erin om alle leerlingen gelijke kansen te geven om hun computervaardigheden aan te scherpen en te vermijden dat ze een leerachterstand oplopen omdat hun ouders, om welke reden ook, geen computer aanschaften. Door een pc in een gezin te brengen worden tevens een groot aantal vooroordelen weggenomen zodat ouders het nut inzien en gemakkelijker overgaan tot de aankoop van een pc.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5799
c) En décembre 2003, l’administration fédérale a obtenu le label BlindSurfer pour le site portail fédéral www.belgium.be. Le label de qualité est octroyé par Blindenzorg Licht en Liefde VZW et l’ONA (Œuvre nationale des aveugles ASBL) et prouve qu’un site web est accessible de manière maximale aux personnes souffrant d’un handicap de lecture. Afin que tout le monde puisse accéder à toutes les informations publiques sur internet, je continue à sensibiliser et à stimuler l’administration fédérale pour qu’elle adapte ses sites web avec la collaboration de FEDICT (service public fédéral ICT) en tant que coordinateur. En attendant, le Conseil des ministres des 20 et 21 mars 2004 d’Ostende a chargé les différents services publics fédéraux et institutions fédérales d’adapter leurs sites web aux exigences techniques et de faire effectuer d’ici fin 2004 l’examen des sites web afin d’obtenir le label.
c) In december 2003 ontving de federale overheid het label BlindSurfer voor de federale portaalsite www.belgium.be. Het kwaliteitslabel wordt uitgereikt door Blindenzorg Licht en Liefde VZW en ONA (Œuvre nationale des aveugles ASBL) en toont aan dat een website maximaal toegankelijk is voor mensen met een leeshandicap. Opdat iedereen toegang krijgt tot alle overheidsinformatie op het internet blijf ik de federale overheid verder sensibiliseren en stimuleren om, samen met FEDICT (federale overheidsdienst ICT) als coo¨rdinator, hun websites aan te passen. De Ministerraad van 20 en 21 maart 2004 te Oostende gaf inmiddels opdracht aan de verschillende federale overheidsdiensten en -instellingen om hun websites aan te passen aan de technische vereisten en de screening voor het bekomen van het label te laten uitvoeren tegen eind 2004.
En vue de l’augmentation du taux de pénétration de l’internet en Belgique, le bureau de conseils Insites Consulting a réalisé en janvier 2004, à la demande de ma cellule stratégique, une étude sur le nombre de familles disposant d’un pc sans internet et sur la mesure dans laquelle ces pc étaient preˆts à accueillir Internet.
Met het oog op het verhogen van de internetpenetratiegraad in Belgie¨ werd door het adviesbureau Insites Consulting, in opdracht van mijn beleidscel, in januari 2004 een studie gemaakt waarbij werd nagegaan hoeveel gezinnen over een pc zonder internet beschikken en in hoeverre deze pc’s internetklaar zijn.
Pour son étude, Insites a utilisé les données de la dixième enqueˆte Insites Belgian Internet Mapping (novembre 2003). Les principaux résultats sont les suivants (base : pourcentage de toutes les familles belges (4 362 000)) :
Voor haar studie maakte Insites gebruik van de gegevens uit het tiende Insites Belgian Internet Mapping onderzoek (november 2003). De voornaamste resultaten zijn de volgende (basis : percentage van alle Belgische gezinnen (4 362 000)) :
a) taux de pénétration pc général : 63 %;
a) algemene pc zonder internet : 63 %;
b) taux de pénétration pc sans internet : 12 %;
b) penetratie pc zonder internet : 12 %;
c) taux de pénétration pc avec internet : 51 %;
c) penetratie pc met internet : 51 %.
La Belgique obtient de bons résultats concernant le taux de pénétration des pc. Nous nous situons encore après les pays européens en teˆte (Scandinavie, PaysBas), mais nous enregistrons des progrès. En outre, les prix des nouveaux pc ont fortement diminué. Les personnes qui achètent un nouveau PC aujourd’hui, paient, pendant 3 ans, environ 17 euros par mois. Par contre, une connexion haut débit couˆte encore au moins 20 euros par mois. L’accès à internet est donc plus cher que le pc lui-meˆme.
Belgie¨ scoort goed wat pc-penetratie betreft. We zitten nog onder de toplanden van Europa (Scandinavie¨, Nederland), maar boeken vooruitgang. Bovendien is de prijs van nieuwe pc’s sterk gedaald. Wie vandaag een nieuwe pc koopt, betaalt daar over drie jaar gespreid, zo’n 17 euro per maand voor. Een breedbandaansluiting kost nog altijd minstens 20 euro per maand. De internettoegang is dan dus duurder dan de pc zelf.
Le rapport semestriel publié par Insites sur l’utilisation de l’internet en Belgique révèle que deux familles sur trois possèdent aujourd’hui un ordinateur, et que 80 % d’entre elles sont aussi connectées à internet. Par ailleurs, Insites à estimé à 300 000 le nombre de Belges étant passé d’une connexion classique à une connexion à large bande, surtout en raison des prix plus avantageux (cf. point 1).
Uit het nieuw halfjaarlijks rapport over het internetgebruik in Belgie¨ dat door Insites werd gepubliceerd in juni 2004, blijkt dat twee op de drie huisgezinnen vandaag een computer bezitten, en dat 80 % daarvan ook een internetaansluiting heeft. Bovendien word becijferd dat 300 000 Belgen overstapten van een klassieke inbelverbinding naar breedband, vooral door de gunstigere prijzen (cf. punt 1).
J’ai donné un aperçu de toute une série d’actions et de mesures visant à faire progresser la Belgique au
Ik heb een overzicht gegeven van een ganse reeks acties en maatregelen om Belgie¨ naar de voorste gele-
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5800
premier rang en ce qui concerne l’« accès général à la société de l’information ». Certaines de ces actions font partie intégrante de l’« Informatisation de l’E´tat ». Pour d’autres actions et mesures, je sers seulement de source d’inspiration pour des collègues, tant au niveau fédéral que sur le plan communautaire.
deren te stuwen voor wat betreft « Algemene toegang tot de informatiemaatschappij ». Sommige van deze acties maken integraal deel uit van « Informatisering van de Staat ». Voor andere acties en maatregelen ageer ik enkel als inspiratiebron voor collega’s zowel op federaal als op gemeenschapsvlak.
2. b) Pas d’application.
2. b) Niet van toepassing.
DO 2003200421570
DO 2003200421570
Question no 17 de Mme Catherine Doyen-Fonck du 28 mai 2004 (Fr.) au secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques :
Vraag nr. 17 van mevrouw Catherine Doyen-Fonck van 28 mei 2004 (Fr.) aan de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven :
SPF. — Place réservée aux femmes dans une fonction de management ou d’encadrement.
FOD. — Aantal vrouwen dat een management- of kaderfunctie bekleedt.
Suite à la réforme Copernic, il me revient que le nombre de femmes occupant une fonction à responsabilité, au sein de la Fonction publique, aurait sensiblement diminué.
Ik verneem dat het aantal vrouwen dat een verantwoordelijke functie bij een overheidsdienst uitoefent, sinds de Copernicushervorming aanzienlijk is gedaald.
1. Pourriez-vous communiquer le nombre de fonctionnaires de rang 17 et 16 occupés au sein de votre département avant la réforme Copernic en distinguant le nombre d’hommes et de femmes ?
1. Hoeveel ambtenaren van rang 17 en 16 — respectievelijk mannen en vrouwen — telde uw departement vo´o´r de Copernicushervorming ?
2. Pourriez-vous communiquer le nombre de topmanagers (N, N-1 et N-2) occupant une fonction de management et d’encadrement au sein de votre département en distinguant le nombre d’hommes et de femmes ? Réponse du secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques du 16 juin 2004, à la question no 17 de Mme Catherine Doyen-Fonck du 28 mai 2004 (Fr.) :
2. Hoeveel topmanagers (N, N-1 en N-2) met een management- en kaderfunctie — respectievelijk mannen en vrouwen — telt uw departement ?
En ce qui concerne le secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat et le service public fédéral Technologie de l’information et de la communication (SPF ICT), j’ai l’honneur de répondre à l’honorable membre ce qui suit.
Wat betreft de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat en de federale overheidsdienst Informatieen Communicatietechnologie (FOD ICT) kan ik aan het geachte lid het volgende antwoorden.
En réponse à votre question 1. FEDICT est un SPF récent, créé en 2001. Personne n’est employé aux rangs 17 et 16.
In antwoord op uw vraag 1. FEDICT is een recente FOD, opgericht in 2001. Er is niemand tewerkgesteld in rang 17 en 16.
En réponse à votre question 2. En ce qui concerne le nombre de top managers : — le président (N), — 4 directeurs généraux (N-1), — 1 directeur d’encadrement ICT. Tous les top managers sont des hommes.
In antwoord op uw vraag 2. Wat betreft het aantal topmanagers zijn er : — de voorzitter (N), — 4 directeurs-generaal (N-1), — 1 stafdirecteur ICT. Alle topmanagers zijn mannen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
Antwoord van de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven van 16 juni 2004, op de vraag nr. 17 van mevrouw Catherine Doyen-Fonck van 28 mei 2004 (Fr.) :
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5801
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Vice-première ministre et ministre de la Justice Vice-eerste minister en minister van Justitie 1
2003200410716 23- 1-2004
151
Bert Schoofs
Formulaires standard utilisés dans le cadre d’une enquête de moralité. Modelformulieren die worden aangewend in het kader van een moraliteitsonderzoek.
5633
1
2003200410771 10- 3-2004
208
Jos Ansoms
Perception d’amendes de roulage à la suite d’infractions commises par des conducteurs étrangers non domiciliés en Belgique. Inning van verkeersboetes voor overtredingen vanwege buitenlandse verkeersdeelnemers die hun woonplaats niet in Belgie¨ hebben.
5639
1
2003200421386 28- 4-2004
252
Yves Leterme
Code des sociétés. — Article 61, § 2. — Représentant permanent. Wetboek van vennootschappen. — Artikel 61, § 2. — Vaste vertegenwoordiger.
5643
1
2003200421401 30- 4-2004
255
Mme Catherine Doyen-Fonck
Attribution des emplois d’assistant technique judiciaire. Toekenning van de betrekkingen van gerechtelijk technisch assistent.
5645
8
2003200421104
6- 5-2004
264
Mw. Dalila Douifi
* Interception d’illégaux en transit à Zeebrugge. Aangetroffen illegalen op doorreis in Zeebrugge.
5609
8
2003200421446
6- 5-2004
265
Walter Muls
* Emploi des langues au sein des sections linguistiques de la Cour de cassation. Taalgebruik in de taalafdelingen van het Hof van Cassatie.
5610
8
2003200420923 20- 2-2004
267
Mw. Marleen Govaerts
* Augmentation du nombre de disparitions à SaintTrond. Stijging aantal verdwijningen in Sint-Truiden.
5611
8
2003200421453
7- 5-2004
268
Walter Muls
* Ordre de service de la cour d’appel et de la cour du travail de Bruxelles. Dienstregeling bij het hof van beroep en het arbeidshof te Brussel.
5612
8
2003200421456
7- 5-2004
270
François-Xavier de Donnea
* Lutte contre la traite des êtres humains. Bestrijding van de mensenhandel.
5613
8
2003200421464 10- 5-2004
271
Patrick Moriau
* Zones de police locale. — Systèmes d’enregistrement des communications téléphoniques. Lokale politiezones. — Systemen voor het opnemen van telefoongesprekken.
5613
8
2003200421465 10- 5-2004
272
Mw. Nahima Lanjri * Nombre de détenus dans les prisons belges. Aantal personen in Belgische gevangenissen.
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
5614
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5802
CA
DO
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2003200421523 18- 5-2004
281
Mw. Annelies Storms
Nouveaux centraux téléphoniques dans les prisons. — Utilisation du téléphone par les détenus. Nieuwe telefooncentrales in gevangenissen. — Telefoongebruik door gedetineerden.
5647
1
2003200421539 24- 5-2004
282
Alfons Borginon
Cultes reconnus. — Projet d’accord de coopération entre l’E´tat fédéral et les régions. Erkende erediensten. — Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen federale staat en gewesten.
5648
1
2003200421551 25- 5-2004
284
Alfons Borginon
Juges. — Sanctions disciplinaires. — Perte partielle des droits à la pension. — SPF Pensions. Rechters. — Tuchtsancties. — Gedeeltelijk verlies pensioenrechten. — FOD Pensioenen.
5649
Vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken 8
2003200421476 11- 5-2004
82
Mme Zoé Genot
* Ducroire. — Projet de l’oléoduc Bakou-TbilisiCeyhan. Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Bakoe-Tbilisi-Ceyhan.
5614
8
2003200421478 12- 5-2004
83
Mme Zoé Genot
* Ducroire. — Projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun. Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Tsjaad-Kameroen.
5615
8
2003200421480 12- 5-2004
84
Mme Zoé Genot
* Ducroire. — Commission mondiale des barrages. Delcredere. — World Commission on dams.
5615
8
2003200421481 12- 5-2004
85
Mme Zoé Genot
* Rapport de l’Agence de crédit à l’exportation anglaise (ECGD) et le Ducroire. Verslag van de Britse dienst voor exportkrediet (ECGD) en Delcredere.
5616
Vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques Vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
Budget — Begroting 1
2003200410610
9- 1-2004
13
Servais Verherstraeten
Nomination des topmanagers en application de la réforme de la fonction publique. Benoeming van topmanagers in uitvoering van de ambtenarenhervorming.
5650
1
2003200421582
2- 6-2004
23
Bruno Van Grootenbrulle
« Brigades moteur de douanes ». — Pensions. Motorbrigades van de douane. — Pensioenen.
5651
Entreprises publiques — Overheidsbedrijven 1
2003200400097 23-10-2003
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
73
Jean-Jacques Viseur
2003
Départements. — SPF. — Conséquences du principe de l’« ancre ». Departementen. — FOD. — Gevolgen van het « ankerprincipe ».
2004
5652
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 CA
DO
5803
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2003200410852 10- 2-2004
158
Willy Cortois
Navigation. — Surveillance commune avec les pays voisins des activités frauduleuses de certains baˆtiments. Scheepvaart. — Gemeenschappelijk toezicht met buurlanden op sluikse activiteiten van bepaalde vaartuigen.
5653
1
2003200421224
2- 4-2004
181
Daan Schalck
SNCB. — Travaux d’aménagement de la ligne de chemin de fer entre Gand et Eeklo. NMBS. — Aanpassingswerken aan de spoorlijn tussen Gent en Eeklo.
5656
1
2003200421246 13- 4-2004
182
Olivier Maingain
Annuaire Promédia. — Emploi des langues. Promedia-telefoongids. — Taalgebruik.
5657
1
2003200421247 13- 4-2004
183
Bart Tommelein
SNCB. — Pénurie de matériel. NMBS. — Materiaaltekort.
5659
1
2003200421327 21- 4-2004
188
Guido De Padt
SNCB. — Resquilleurs. — Accompagnateurs de train. — Formulaires C170. NMBS. — Zwartrijders. — Treinbegeleiders. — Formulieren C170.
5660
1
2003200421412
3- 5-2004
199
Jan Mortelmans
SNCB. — Blaasveld. — Arrêt. — Parking. NMBS. — Blaasveld. — Opstapplaats. — Parking.
5661
8
2003200421466 10- 5-2004
202
Guido De Padt
1
2003200421476 11- 5-2004
203
Mme Zoé Genot
Ducroire. — Projet de l’oléoduc Bakou-TbilisiCeyhan. Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Bakoe-Tbilisi-Ceyhan.
5662
1
2003200421478 12- 5-2004
204
Mme Zoé Genot
Ducroire. — Projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun. Delcrederedienst. — Project van de oliepijpleiding Tsjaad-Kameroen.
5663
1
2003200421480 12- 5-2004
205
Mme Zoé Genot
Ducroire. — Commission mondiale des barrages. Delcredere. — World Commission on dams.
5664
1
2003200421481 12- 5-2004
206
Mme Zoé Genot
Rapport de l’Agence de crédit à l’exportation anglaise (ECGD) et le Ducroire. Verslag van de Britse dienst voor exportkrediet (ECGD) en Delcredere.
5665
1
2003200421591
217
Mme Marie Nagy
Exportation d’armes au Népal. Uitvoer van wapens naar Nepal.
5667
3- 6-2004
* SNCB. — Participations dans différentes sociétés. NMBS. — Participaties in vennootschappen.
5618
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken 1
2003200400124 29-10-2003
86
Filip De Man
Déclaration de l’ancien directeur du Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme. Verklaring van de voormalige directeur van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding.
5668
1
2003200410389
115
Filip De Man
Neutralité du Commissariat général aux réfugiés. Neutraliteit van het Commissariaat-Generaal voor de vluchtelingen.
5670
3-12-2003
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5804
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2003200420980
3- 3-2004
191
Mw. Sabien Lahaye-Battheu
Comptables spéciaux et secrétaires. — Accidents du travail. — Indemnités. Bijzondere rekenplichtigen en secretarissen. — Arbeidsongevallen. — Vergoedingen.
5671
1
2003200421137 22- 3-2004
220
Geert Bourgeois
E´quipement de la police dans la lutte contre le terrorisme. Toerusting van de politie in de strijd tegen het terrorisme.
5674
1
2003200421144 23- 3-2004
221
Yvan Mayeur
Loi sur les étrangers. — Interprétation de l’article 3bis de la loi du 15 décembre 1980. Vreemdelingenwet. — Interpretatie van artikel 3bis van de wet van 15 december 1980.
5676
1
2003200421213
1- 4-2004
229
Stijn Bex
Conseil d’E´tat. — Arriéré. — Nombre d’arrêts. Raad van State. — Achterstand. — Aantal arresten.
5679
1
2003200421228
5- 4-2004
232
Guido Tastenhoye
Nombre de nouvelles naturalisations. Aantal nieuwe naturalisaties.
5682
1
2003200421276 19- 4-2004
242
Hagen Goyvaerts
Utilisation de l’adresse figurant sur les cartes d’identité électroniques. Gebruik van de adresgegevens op de elektronische identiteitskaarten.
5685
1
2003200421277 19- 4-2004
243
Hagen Goyvaerts
Généralisation de la carte d’identité électronique. Algemene invoering van de elektronische identiteitskaarten.
5687
1
2003200421286 19- 4-2004
246
Bert Schoofs
Augmentation de la radioactivité dans le Limbourg occidental. Vaststelling van verhoogde nucleaire concentraties in West-Limburg.
5689
1
2003200421287 19- 4-2004
247
Jean-Luc Crucke
Manque de statistiques relatives aux incendies en Belgique depuis 1993. Al sinds 1993 niet meer bijgewerkte brandstatistieken in ons land.
5691
6
2003200421314 20- 4-2004
251
Guido De Padt
Accidents sur la voie publique impliquant des chevaux. Ongevallen op openbare weg waarbij paarden betrokken zijn.
5692
1
2003200421344 22- 4-2004
259
Filip De Man
Cour d’arbitrage. — Arrêt du 22 juillet 2003. — Police. — Introduction de nouveaux grades. Arbitragehof. — Arrest van 22 juli 2003. — Politie. — Invoering van nieuwe graden.
5693
1
2003200421347 23- 4-2004
262
Bart Tommelein
Organisation des appels aux services de dépannage. Organisatie voor het oproepen van takeldiensten.
5694
1
2003200421383 28- 4-2004
268
Bart Tommelein
Organisation des appels aux services de dépannage. Organisatie voor het oproepen van takeldiensten na een ongeval.
5696
1
2003200421402 30- 4-2004
270
Jan Mortelmans
Policiers. — Prime de proximité. Politiepersoneel. — Nabijheidstoelage.
5697
1
2003200421416
272
Roel Deseyn
Cybercriminalité. — Effectif du personnel de la FCCU. Computercriminaliteit. — Bezetting van de FCCU.
5698
3- 5-2004
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 CA
DO
5805
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2003200421417
3- 5-2004
273
Mark Verhaegen
Soutien financier apporté aux communes en vue des élections du 13 juin 2004. Financie¨le ondersteuning van de gemeenten voor de verkiezingen op 13 juni 2004.
5700
1
2003200421419
4- 5-2004
274
Roel Deseyn
Cybercriminalité. — Investissements dans la FCCU. — Cadre du personnel. Computercriminaliteit. — Investeringen in de FCCU. — Personeelsformatie.
5702
8
2003200421452
6- 5-2004
276
Mw. Trees Pieters
* Remboursement de contributions directes. — Compte financier. — Présentation ou remise d’une copie de la carte d’identité. Teruggaven van directe belastingen. — Financie¨le rekening. — Voorlegging of verstrekken van kopie van identiteitskaart.
5619
8
2003200421464 10- 5-2004
277
Patrick Moriau
* Zones de police locale. — Systèmes d’enregistrement des communications téléphoniques. Lokale politiezones. — Systemen voor het opnemen van telefoongesprekken.
5619
1
2003200421467 10- 5-2004
278
François-Xavier de Donnea
E´tudiants étrangers. — Demandes de regroupement familial. Buitenlandse studenten. — Aanvragen tot gezinshereniging.
5704
8
2003200421483 12- 5-2004
279
Jos Ansoms
1
2003200421489 13- 5-2004
280
Mark Verhaegen
Mesures d’aide en faveur des communes de très petite taille confrontées à des frais de police excessifs. Steunmaatregelen ingevolge exorbitante politiekosten voor de zeer kleine gemeenten.
5705
1
2003200421526 19- 5-2004
282
Melchior Wathelet
Absence d’uniformisation des formations dispensées par les différentes écoles de police du Royaume. — Nécessité d’une mise à niveau de la formation des lauréats par la Réserve générale de la police fédérale avant toute mobilité. Geen eenvormige opleidingen aan de onderscheiden politiescholen van het Rijk. — Noodzakelijke upgrading van de opleiding van de afgestudeerden door de Algemene Reserve van de federale politie voor er sprake kan zijn van mobiliteit.
5707
1
2003200421548 25- 5-2004
284
Mw. Nancy Caslo
Intervention du pouvoir fédéral dans le couˆt d’Astrid. Federale tegemoetkoming in de kosten van Astrid.
5708
* Signalisation des véhicules des services d’incendie. Signalisatie van brandweervoertuigen.
5620
Ministre de l’Emploi et des Pensions Minister van Werk en Pensioenen
Emploi — Werk 8
2003200421448
6- 5-2004
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
85
Jo Vandeurzen
2003
* Commission paritaire. — Centres logistiques. Paritair comité. — Logistieke centra.
2004
5620
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
734
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5806
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2003200421455
7- 5-2004
87
Mw. Maggie De Block
6
2003200421541 24- 5-2004
91
Jo Vandeurzen
* Secteur horeca. — Nouvelles mesures. — Campagne d’information. Horecasector. — Nieuwe maatregelen. — Informatiecampagne.
5621
Cumul des indemnités d’invalidité avec le revenu professionnel. Cumulatie van invaliditeitsvergoedingen met het beroepsinkomen.
5711
Pensions — Pensioenen 1
2003200421160 21- 4-2004
25
Mw. Greet Van Gool
8
2003200421468 10- 5-2004
28
Hagen Goyvaerts
1
2003200421430 21- 5-2004
29
Jo Vandeurzen
Paiement de la pension d’indépendant en cas de privation de liberté. Betaling van het pensioen van de zelfstandige bij vrijheidsberoving.
5711
* Paiement des pensions. — Délégation ou transfert par l’entremise d’un comptable. — Délivrance d’un « certificat de vie ». Uitbetaling van pensioenen. — Delegatie of overdracht via een rekenplichtige. — Leveren van een « bewijs van leven ».
5621
Mineurs. — Occupation en tant qu’indépendant. — Constitution de droits à la pension. Mijnwerkers. — Tewerkstelling als zelfstandige. — Opbouw van pensioenrechten.
5714
Ministre de la Défense Minister van Landsverdediging 1
2003200421268 15- 4-2004
76
Yves Leterme
Avenir de la base aérienne de Coxyde. Toekomst van de luchtmachtbasis van Koksijde.
5714
1
2003200421288 19- 4-2004
77
Bert Schoofs
Projet de fermeture de la caserne de Helchteren. Geplande sluiting van de kazerne te Helchteren.
5716
1
2003200421296 20- 4-2004
78
Staf Neel
Non-paiement des prestations de week-end. — Mise sur pied d’un groupe de travail. Niet-betalen van weekendprestaties. — Oprichting van een werkgroep.
5716
1
2003200421330 21- 4-2004
83
Staf Neel
Militaires à l’étranger. — Souscription d’une assurance-vie (complémentaire). Militairen in het buitenland. — Afsluiten van een (bijkomende) levensverzekering.
5718
1
2003200421384 28- 4-2004
84
Daan Schalck
Avenir de la frégate « De Wandelaar ». Toekomst van het schip « De Wandelaar ».
5719
1
2003200421429
4- 5-2004
87
Pieter De Crem
Rations de combat de l’armée belge. — Adjudication. Gevechtsrantsoenen voor het Belgische leger. — Aanbesteding.
5720
1
2003200421513 18- 5-2004
88
Philippe Monfils
Cours supérieur d’état-major. — Déséquilibre linguistique. Hogere stafcursus. — Taalonevenwicht.
5721
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 CA
DO
5807
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
Ministre des Finances Minister van Financie¨n 1
2003200400249 13-11-2003
129
Mw. Dalila Douifi
Cotisation obligatoire versée dans le cadre de l’assurance-dépendance instaurée en Flandre. — Déductibilité fiscale. Verplichte bijdrage voor de « Vlaamse zorgverzekering ». — Fiscale aftrekbaarheid.
5723
1
2003200410428
9-12-2003
181
Mw. Annelies Storms
Octroi automatique d’allocations d’études sur la base de l’impoˆt sur les revenus payé. Automatische toekenning van studietoelagen op basis van de inkomensbelastingen.
5723
1
2003200410442 31- 1-2004
244
Mw. Annelies Storms
Octroi automatique de bourses d’études en fonction de l’impoˆt sur les revenus. Automatische toekenning van studietoelagen op basis van de inkomensbelastingen.
5725
1
2003200421391 29- 4-2004
360
Jo Vandeurzen
Impoˆt des personnes physiques. — Fisc. — Notion de «droits d’auteur». Personenbelasting. — Fiscus. — Begrip « auteursrechten ».
5725
1
2003200421452
6- 5-2004
370
Mw. Trees Pieters
Remboursement de contributions directes. — Compte financier. — Présentation ou remise d’une copie de la carte d’identité. Teruggaven van directe belastingen. — Financie¨le rekening. — Voorlegging of verstrekken van kopie van identiteitskaart.
5726
1
2003200421461 10- 5-2004
373
Mark Verhaegen
Inspections (communes) Affaires sociales, Travail, Finances et Affaires économiques dans l’arrondissement de Malines. (Gezamenlijke) inspecties Sociale Zaken, Arbeid, Financie¨n en Economische Zaken in het arrondissement Mechelen.
5729
8
2003200421471 11- 5-2004
375
Carl Devlies
* Sociétés. — Non-exécution de l’obligation de déclaration à l’impoˆt des sociétés. Vennootschappen. — In gebreke blijven aangifteplicht vennootschapsbelasting.
5622
8
2003200421472 11- 5-2004
376
Carl Devlies
* Contribuables. — Non-exécution de l’obligation de déclaration à l’impoˆt des personnes physiques. Belastingplichtige personen. — Niet vervullen aangifteplicht personenbelasting.
5622
8
2003200421473 11- 5-2004
377
Carl Devlies
* Personnes et sociétés contribuables. — Absence de déclaration d’impoˆt. — Politique de l’administration. Belastingplichtige personen en vennootschappen. — Ingebreke blijven indiening aangiften. — Beleid administratie.
5623
1
2003200421475 11- 5-2004
378
Mme Zoé Genot
Projet de l’oléoduc Bakou-Tbilisi-Ceyhan. — Roˆle de la Banque mondiale et de la Banque européenne pour la reconstruction et le développement. Project van de oliepijpleiding Bakoe-TbilisiCeyhan. — Rol van de Wereldbank en van de Europese Bank voor wederopbouw en ontwikkeling.
5731
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5808
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2003200421477 12- 5-2004
380
Mme Zoé Genot
Projet de l’oléoduc Tchad-Cameroun. — Roˆle de la Banque mondiale et de la Banque européenne pour la reconstruction et le développement. Project van de oliepijpleiding Tsjaad-Kameroen. — Rol van de Wereldbank en van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling.
5735
@
2003200421479 12- 5-2004
382
Mme Zoé Genot
* Rapport de la Commission mondiale des barrages et attitude des banques internationales. Verslag van de Wereldcommissie voor dammen en houding van de internationale banken.
5623
8
2003200421485 12- 5-2004
387
Carl Devlies
* Dépoˆts d’épargne. — Débiteur du précompte mobilier. Spaardeposito’s. — Schuldenaar roerende voorheffing.
5624
8
2003200421486 12- 5-2004
388
Carl Devlies
* Comptes d’épargne. — Secret bancaire. Spaarrekeningen. — Fiscaal bankgeheim.
5625
1
2003200421505 17- 5-2004
392
Daan Schalck
Abattage illégal d’arbres. — Controˆle par les services des douanes. Illegale houtkap. — Controle douanediensten.
5738
1
2003200421520 18- 5-2004
395
Mme Anne Barzin
Délégation de pouvoirs du receveur de l’enregistrement. Delegatie van bevoegdheid door de ontvanger der registratie.
5740
1
2003200421618
413
Pierre-Yves Jeholet
Déduction des cotisations sociales des conjoints aidants. Aftrek van de sociale zekerheidsbijdragen van meewerkende echtgenoten.
5741
9- 6-2004
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Affaires sociales — Sociale Zaken 1
2003200421308 20- 4-2004
101
Jean-Luc Crucke
E´troitesse des budgets consacrés aux médicaments. Krappe geneesmiddelenbudgetten.
5742
1
2003200421439
5- 5-2004
106
Hagen Goyvaerts
Remboursement des traitements de pathologies urologiques par lasers. Terugbetaling van ingrepen door middel van urologische lasers.
5743
1
2003200421461 10- 5-2004
107
Mark Verhaegen
Inspections (communes) Affaires sociales, Travail, Finances et Affaires économiques dans l’arrondissement de Malines. (Gezamenlijke) inspecties Sociale Zaken, Arbeid, Financie¨n en Economische Zaken in het arrondissement Mechelen.
5744
Santé publique — Volksgezondheid 1
2003200421063 10- 3-2004
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
136
Mme Colette Burgeon
Lentilles de contact. — Fabricants. — Circulation de copies des produits sur le marché français. Contactlenzen. — Fabrikanten. — Op de Franse markt circulerende kopiee¨n.
2003
2004
5747
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 CA
DO
5809
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
4
2003200421128 22- 3-2004
146
Mme Muriel Gerkens
Situation de l’offre en médecine générale. Medisch aanbod in de huisartsgeneeskunde.
5748
1
2003200421238 13- 4-2004
155
François Bellot
Normes excessives de l’AFSCA pour les producteurs agricoles. Overdreven strenge FAVV-normen voor landbouwers.
5749
1
2003200421332 21- 4-2004
162
Guido De Padt
Obésité des enfants. Overgewicht bij kinderen.
5752
1
2003200421341 22- 4-2004
163
Mw. Annelies Storms
Enquête sur les habitudes alimentaires de la population belge. Onderzoek naar de voedingsgewoonten van de Belgische bevolking.
5754
1
2003200421421
4- 5-2004
172
Mw. Yolande Avontroodt
Assistance aux personnes victimes d’un arrêt cardiaque. — Défibrillateurs externes automatiques. Redden van mensen met een plotselinge hartstilstand. — Automatische externe defibrillatoren.
5758
1
2003200421440
5- 5-2004
175
Jean-Luc Crucke
Augmentation du nombre de décès chez les patients en attente d’une greffe. Toegenomen mortaliteit bij patie¨nten die wachten op een transplantatie.
5760
1
2003200421443
5- 5-2004
177
Mme Jacqueline Galant
Administration de médicaments antidépresseurs aux enfants. Toedienen van antidepressiva aan kinderen.
5763
8
2003200421320
6- 5-2004
179
Guido De Padt
* Zoophilie. — Caractère punissable. Seks met dieren. — Strafbaarheid.
5626
8
2003200421339
6- 5-2004
180
Mark Verhaegen
* Lutte contre l’épidémie de peste aviaire. — Montant total des couˆts. Bestrijding vogelpestepidemie. — Volledige som van de kosten.
5626
8
2003200421460 10- 5-2004
181
Guido De Padt
* Infections et intoxications alimentaires. Voedselinfecties en voedselvergiftigingen.
5627
8
2003200421462 10- 5-2004
182
Mw. Yolande Avontroodt
* Moratoire sur l’implantation d’officines. Moratorium inzake de vestiging van apotheken.
5628
8
2003200421396 11- 5-2004
183
Guido De Padt
* UE. — Introduction de la première variété de maı¨s génétiquement modifié. EU. — Introductie van de eerste genetisch gemanipuleerde maı¨ssoort.
5628
8
2003200421424 11- 5-2004
184
Jean-Luc Crucke
* Mise sur le marché de maı¨s génétiquement modifié BT11. In de handel brengen van genetisch gewijzigde BT11-maı¨s.
5629
8
2003200421432 11- 5-2004
185
Jean-Luc Crucke
* Hygiène des aliments pour animaux. — Commission européenne. — Nouveau règlement. Hygie¨ne van veevoeder. — Europese Commissie. — Nieuwe verordening.
5629
1
2003200421492 13- 5-2004
186
Jo Vandeurzen
Patients en état comateux. — Centres hospitaliers d’expertise. — Agréments. Comapatie¨nten. — Beroepsdeskundige ziekenhuiscentra. — Erkenningen.
5764
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5810
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse 1
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
2003200421493 13- 5-2004
187
Jo Vandeurzen
Soins transmuraux. Transmurale zorg.
5767
Ministre de l’E´conomie, de l’E´nergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid E´conomie — Economie 1
2003200421379 28- 4-2004
93
Claude Eerdekens
Instauration de la portabilité des numéros GSM. Invoering van de overdraagbaarheid van GSMnummers.
5769
1
2003200421445
5- 5-2004
96
Roel Deseyn
Bilan intérimaire des décisions du sommet de Lisbonne de 2000. Resultaten van de tussentijdse analyse van Lissabon 2000.
5770
8
2003200421474 11- 5-2004
99
Roel Deseyn
* Réduction prévue du nombre de cabines téléphoniques publiques. Geplande vermindering van het aantal publieke telefooncellen.
5630
1
2003200421482 12- 5-2004
104
Mme Zoé Genot
Rapport de la Commission mondiale des barrages et Finexpo. Verslag van de Wereldcommissie voor dammen en Finexpo.
5775
1
2003200421500 13- 5-2004
107
Carl Devlies
Tarification des services de taxis. Tarifering van taxidiensten.
5777
1
2003200421152 17- 5-2004
109
Geert Bourgeois
Augmentation du prix et remboursement du médicament Rilatine. Prijsstijging en terugbetaling van Rilatine.
5779
Ministre de la Mobilité et de l’E´conomie sociale Minister van Mobiliteit en Sociale Economie
Mobilité — Mobiliteit 1
2003200421022
5- 3-2004
102
Guido De Padt
Politique de poursuite concernant la conduite sous influence. — Médiation pénale. — Classes de circulation. Vervolgingsbeleid betreffende het sturen onder invloed. — Bemiddeling in strafzaken. — Verkeersklassen.
5781
1
2003200410842 29- 3-2004
112
Mme Muriel Gerkens
Stations-essence vendant des boissons alcoolisées. Benzinestations waar alcoholhoudende dranken worden verkocht.
5784
1
2003200421262 13- 4-2004
117
Mw. Marleen Govaerts
Amélioration prévue du réseau ferroviaire dans le Limbourg. Beloofde verbeteringen aan de spoorlijnen in Limburg.
5785
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
2003
2004
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004 CA
DO
5811
Question no Vraag nr.
Date Datum
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2003200421364 26- 4-2004
121
Jean-Luc Crucke
Interprétation de l’article 7.3 de l’arrêté royal du 1er décembre 1975. Interpretatie van artikel 7.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975.
5787
1
2003200421570 28- 5-2004
125
Mme Catherine Doyen-Fonck
SPF. — Place réservée aux femmes dans une fonction de management ou d’encadrement. FOD. — Aantal vrouwen dat een management- of kaderfunctie bekleedt.
5788
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’E´galité des chances Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen Fonction publique — Ambtenarenzaken 1
2003200421463 10- 5-2004
60
Jean-Jacques Viseur
Exercice des missions octroyées aux titulaires des grades de rang 17 et 16. Uitvoering van de opdrachten toegekend aan de titularissen van de graden van rang 17 en 16.
5789
6
2003200421582
64
Bruno Van Grootenbrulle
Brigades moteur de douanes. — Pensions. Motorbrigades van de douane. — Pensioenen.
5790
2- 6-2004
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie 1
2003200421120
6- 5-2004
42
Mw. Maggie De Block
CPAS. — Registre des étrangers. — Aide sociale. — E´tablissement d’un dossier médical global. OCMW’s. — Vreemdelingenregister. — Dienstverlening. — Aanmaken van een globaal medisch dossier.
5791
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture Minister van Middenstand en Landbouw Agriculture — Landbouw 1
2003200421568 27- 5-2004
27
Guido De Padt
Pisciculture. — Aide financière de l’Union européenne. Viskwekerij. — Financie¨le steun van de EU.
5792
Ministre de l’Environnement, de la Protection de la consommation et du Développement durable Minister van Leefmilieu, Consumentenzaken en Duurzame Ontwikkeling Protection de la consommation — Consumentenzaken 6
2003200421617
8- 6-2004
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
50
Roel Deseyn
Possibilité de bloquer l’accès aux sites de pornographie infantile sur internet. Mogelijkheid tot blokkering van websites met kinderporno.
2003
2004
5793
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 037 21 - 06 - 2004
5812
CA
DO
Date Datum
Question no Vraag nr.
Objet Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse 6
2003200421656 11- 6-2004
Page Blz.
* Vraag zonder antwoord 52
Yves Leterme
Ajout de protéines de bœuf aux produits de poulet. — Tromperie du consommateur. Toevoeging rundereiwitten aan kipproducten. — Misleiding consument.
5794
Secrétaire d’E´tat à l’Informatisation de l’E´tat, adjoint au ministre du Budget et des Entreprises publiques Staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven
8
2003200421371 27- 4-2004
15
Guido De Padt
* Envoi de 130 000 courriels aux citoyens belges souhaitant remplir leur déclaration d’impoˆt par internet. Uitsturen van 130 000 e-mails naar Belgen die hun belastingen via het internet willen invullen.
5631
1
2003200421445 11- 5-2004
16
Roel Deseyn
Bilan intérimaire des décisions du sommet de Lisbonne de 2000. Resultaten van de tussentijdse analyse van Lissabon 2000.
5795
1
2003200421570 28- 5-2004
17
Mme Catherine Doyen-Fonck
SPF. — Place réservée aux femmes dans une fonction de management ou d’encadrement. FOD. — Aantal vrouwen dat een management- of kaderfunctie bekleedt.
5800
2003
CHAMBRE • 2e SESSION DE LA 51e LE´GISLATURE
S.A. IMPRIMERIE
2004
E. GUYOT DRUKKERIJ N.V.
KAMER • 2e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
379