Schriftelijke reactie (beantwoording vragen) Inloophuis Pisa Agendapunt 4. Bezuinigingen op de gemeentelijke subsidies vanaf 2017 Algemene raadscommissie 1 december 2015 Geachte leden van de raad, geacht College, Inloophuis Pisa heeft de afgelopen weken de meeste fracties bezocht ivm de mogelijke stopzetting van de structurele subsidie. Uit die bezoeken zijn een aantal vragen gekomen. Deze hebben wij in bijgevoegde brief beantwoord. Als deze brief (met bijlage) nog vragen oproept kunt u mij uiteraard dit nog per mail laten weten. Dinsdag 1 december kan ik vragen nog per mail of telefonisch beantwoorden. Wij zullen 1 december ook inspreken tijdens de commissie vergadering. Hartelijk dank voor de tijd die door de fracties beschikbaar is gesteld. met vriendelijke groet, namens het bestuur van Inloophuis Pisa Helen Sijm, secretaris
voor mensen met kanker en hun naasten Aan de Leden van de Raad en het College van de gemeente Hoorn Postbus 603 1620 AR Hoorn Hoorn, 29 november 2015 Betreft: opzegging van de structurele subsidie Geachte Raadsleden, Als regionaal Westfries Inloophuis Pisa zijn wij als vrijwilligersorganisatie afhankelijk van donaties, opbrengsten van activiteiten, bijdragen van (landelijke) fondsen en subsidies van gemeenten. Nu lijkt het erop dat de gemeente Hoorn per 1 januari 2017 de structurele subsidie van 5.000 euro per jaar wil stopzetten. Op 1 december wordt dit in de commissie vergadering besproken. Het stopzetten van de subsidie heeft voor Inloophuis Pisa een aantal gevolgen: - Met 5.000 euro minder per jaar zullen we een aantal activiteiten die belangrijk zijn voor onze doelgroep niet kunnen organiseren. - Als de gemeente Hoorn, als onze ‘’thuis’’ gemeente, geen subsidie meer verstrekt geeft dat in onze ogen een verkeerd signaal af. De omliggende gemeenten zullen dit mogelijk als signaal zien om ook hun subsidie af te bouwen. Daarnaast kijken fondsen ook kritisch naar medefinanciering door de gemeente. Fondsaanvragen zullen daarom wellicht ook moeilijker gehonoreerd worden. - De mensen waar Inloophuis Pisa een belangrijke faciliteit voor is, zullen zich minder gesteund voelen door de gemeente. Gemeenten zelf hebben voor psychosociale ondersteuning aan mensen met kanker en hun naasten en nabestaanden geen gekwalificeerde voorzieningen. Inloophuis Pisa is aangesloten bij de landelijke koepel Inloophuizen en Psycho-oncologische centra Samenwerking en Ondersteuning (IPSO) en voldoet aan de kwaliteitseisen die landelijk gesteld zijn. Bij de meeste fracties hebben we ondertussen aan tafel gezeten om deze subsidie te bespreken. Naast gelukkig veel positieve reacties kwam daar ook een aantal vragen uit. Deze vragen worden in deze brief beantwoord. 1. Waarom heeft Inloophuis Pisa gekozen voor deze relatief dure locatie? a. Inloophuis Pisa heeft gekozen voor een plek die voor iedereen in West-Friesland makkelijk bereikbaar is, zowel per auto als per openbaar vervoer. Bovendien dicht bij het ziekenhuis, waar veel van onze bezoekers met enige regelmaat moeten zijn. b. Verder hebben wij ingezet op een warme, huislijke, vooral niet-medische plek waar mensen zich snel vertrouwd en veilig voelen, wat op zich al positief bijdraagt aan onze ondersteuning. c. Daarnaast is het een misverstand dat de locatie ‘’duur’’ is; in vergelijking met andere eventueel in aanmerking komende panden is de huur marktconform. 2. Waarom betaalt Inloophuis Pisa een coördinator en wordt niet al het werk door vrijwilligers gedaan? a. Inloophuis Pisa heeft kwaliteit hoog in het vaandel staan. Onze coördinator is iemand met een gedegen opleiding. Zij heeft veel ervaring in psychosociale ondersteuning van Draafsingel 59, 1623 LC Hoorn, Bankrek.: NL59 RABO 0148129439, Tel. 0229-758531, KvK: 37146398,
[email protected]
voor mensen met kanker en hun naasten
3.
4.
5.
6.
7.
mensen die ziek zijn. Zij zorgt dat zowel alle gastvrouwen en –heren, als alle activiteitenbegeleiders goed getraind zijn en begeleid worden. Zij is tevens een gecertificeerd trainer, die ook medewerkers van andere inloophuizen traint. Vanuit deze professionaliteit weet zij goed in te schatten wat de behoeften zijn van onze bezoekers en past het aanbod daarop aan. Naast een aantal betaalde uren steekt zijzelf ook veel vrije tijd in het huis. Waarom wordt de zorg die Pisa biedt niet betaald door zorgverzekeraars? Bent u in gesprek hierover? a. IPSO, het landelijk overkoepelend orgaan is regelmatig in gesprek met het ministerie van VWS, met het KWF en met zorgverzekeraars. Dit soort gesprekken dienen landelijk gevoerd te worden, omdat dit met landelijk beleid te maken heeft. Zorgverzekeraars mogen volgens de huidige wetgeving dit soort zorg nu nog niet vergoeden. Wij volgen de ontwikkelingen op de voet en dringen er bij het IPSO ook op aan om dit onderwerp hoog op de agenda te zetten en houden. Waarom krijgt Pisa geen bijdrage uit collectes zoals die voor het KWF? a. Het KWF besteedt in principe al hun inkomsten aan onderzoek. Er zijn andere mogelijkheden, bijvoorbeeld bij Kanker in Beeld, maar hier wordt meestal over kortstondige ondersteuning van een project gesproken, en niet over structurele bijdragen. Waarom is Pisa er alleen voor mensen met kanker en niet voor mensen met bijvoorbeeld ALS? a. Kanker is een ziekte met een heel eigen problematiek en dynamiek. De ziekte geniet nog steeds een slechte reputatie, en wordt direct geassocieerd met de dood. De behandelingen zijn heftig en ook na de behandelingen is men niet “klaar”met het verhaal. Dan pas start de emotionele verwerking en de confrontatie met alle opgelopen beperkingen. Ook is de angst voor terugkeer van de ziekte bij vrijwel iedereen een item. Omdat er sprake is van een levensbedreigende ziekte is niet alleen de patiënt degene die wij ondersteunen, maar zijn wij er net zo zeer voor de naasten. “Kanker heb je niet alleen” is ons uitgangspunt, dus bieden wij ook steun aan de partners, de jonge kinderen, de pubers en adolescenten én aan nabestaanden. Wij bieden naast individuele ondersteuning ook groepen voor lotgenoten en zien hoe zeer mensen zich juist door de herkenning in andere verhalen gesteund voelen. b. Zoals al eerder kenbaar gemaakt is Inloophuis Pisa wel bereid om onder voorwaarden gebruik van het huis door andere lotgenoten- of patiëntengroepen mogelijk te maken op momenten dat er geen eigen activiteiten zijn. In het verleden is dat aanbod al gedaan aan de regionale afdeling van Zorgbelang en daar is toen ook gebruik van gemaakt. Zou een andere patiëntengroep in uw ogen ook recht hebben op een subsidie voor een inloophuis? a. Ja, als deze groep ook dezelfde of vergelijkbare impact ervaart die de ziekte op mensen en hun naasten heeft en voor die activiteiten een inloophuis nodig heeft. b. In Nederland zijn inmiddels ruim 80 inloophuizen voor mensen met kanker. Voor geen enkele andere patiëntengroep is dat het geval. U ondersteunt in feite één doelgroep (dit is ook het argument van het college). Hoe groot is die doelgroep in de gemeente Hoorn? En waar bestaat deze uit? a. Helaas krijgt 1 op de 3 mensen vroeg of laat in zijn leven kanker. Pisa richt zich met nadruk ook op de naaste omgeving: partner, kinderen, ouders, broers/zussen, naaste familie, vrienden, collega’s. Ook mensen die iemand hebben verloren aan kanker komen bij Pisa, evenals mensen die gehoord hebben dat zij niet te genezen zijn. Deze laatste groep wordt steeds groter, aangezien deze patiënten steeds langer blijven leven. Het is dan misschien ‘’maar’’ één doelgroep, maar wel een heel grote groep, want goed
Draafsingel 59, 1623 LC Hoorn, Bankrek.: NL59 RABO 0148129439, Tel. 0229-758531, KvK: 37146398,
[email protected]
voor mensen met kanker en hun naasten
8.
9.
10.
11.
beschouwd valt dan vrijwel iedereen onder de doelgroep van Pisa b. Vanaf 2009 is het aantal bezoeken gestegen van 851 tot 2039 in 2014. Deze lijn zet zich voort: in de eerste 3 kwartalen van 2015 zijn er al 1509 bezoeken geteld. c. Vanaf 2015 tellen we ook bezoeken per gemeente. We houden hierbij niet het aantal unieke bezoekers bij, maar wel wie er voor de eerste keer bij ons binnenkomt. d. Specifiek voor Hoorn zien we in 2015 dat tot nu toe (in de eerste 3 kwartalen) in totaal 1005 bezoeken zijn afgelegd. Waarvan 147 nieuwe bezoekers, dus mensen die voor het eerst binnenlopen of zich opgeven voor een activiteit. e. Helaas zullen er volgens de statistieken in 2016 weer 1020 nieuwe gevallen van kanker bijkomen in West-Friesland. Waarvan 350 alleen al in de gemeente Hoorn. (Bron: IKA kankerregistratie) Wat biedt het Inloophuis Pisa aan mensen met kanker? En aan hun naasten? En nabestaanden? a. Pisa staat voor Praten, Informatie, Steun en Aandacht. b. Inloophuis Pisa biedt elke dag van maandag tot vrijdag een dagdeel (3,5 uur) mogelijkheid tot inloop aan. Hier kunnen mensen binnenlopen voor een kop koffie en een goed gesprek met de gastvrouw en/of andere bezoekers. c. Daarnaast biedt Pisa een aantal activiteiten op het gebied van ontspanning aan: van wandelen tot yoga en van massage tot zingen. In een veilige omgeving waar niets hoeft te worden uitgelegd. d. Pisa biedt ook ondersteuning die gericht is op een bepaalde doelgroep binnen de groep bezoekers. Denk hierbij aan lotgenotencontact (bijvoorbeeld de partnergroep, de groep Leven met Uitzaaiingen, de Nabestaandengroep). Deze groepen worden geleid door onbetaalde professionele begeleiders. e. Daarnaast zet Pisa creativiteit in bij het verwerken van de gevolgen van kanker middels het zangkoor “Zingen voor je leven”, het creatief atelier, de Pisa Schrijfsalon en de speciaal voor onze doelgroep ontwikkelde cursus Krachtig Kwetsbaar Zijn. f. Heel belangrijk zijn de kinder- en jongerengroep, waar kinderen die zelf kanker hebben of ouders die kanker hebben of een ouder hebben verloren elkaar vinden. g. Voor meer informatie en de volledige lijst geplande activiteiten zie www.inloophuispisa.nl. Heeft Pisa een rol in de preventie? a. Mensen en hun gezinnen kunnen vastlopen door de hoeveelheid emoties en ervaringen die de ziekte met zich meebrengt. Inloophuis Pisa biedt door de verschillende activiteiten mensen de mogelijkheid om met hun verhaal te komen. Dit heeft absoluut een preventieve werking, hierdoor kan een bezoek aan maatschappelijk werk of psycholoog voorkomen worden. Wij treffen ook regelmatig bezoekers die constateren dat zij meer baat hebben bij de ondersteuning van Pisa, dan van de GGZ of andere professionele hulpverlening. Uiteraard verwijzen wij wel door als de problemen onze doelstelling overstijgen. Komen vrijwilligers van Pisa ook bij mensen thuis die het huis niet kunnen bezoeken? a. Nee, hier heeft Pisa geen mogelijkheden voor. Wel is telefonisch contact mogelijk. Voor 2016 staat nauwere samenwerking met het Westfries Gasthuis op de agenda. Wij onderzoeken of wij met onze vrijwilligers al op de dagbehandeling oncologie ondersteuning kunnen bieden aan patiënten. Wat doet Inloophuis Pisa zelf om inkomsten te verkrijgen? a. Uiteraard doen wij er zelf alles aan om het Inloophuis te financieren. Met allerlei grote en kleine evenementen (door onszelf of door anderen georganiseerd), sponsoring in natura, bedrijven en mensen die ons een warm hart toedragen en de stichting Vrienden van Pisa lukt zijn we erg blij. Niettemin is het ieder jaar weer een hele toer om er voor te zorgen
Draafsingel 59, 1623 LC Hoorn, Bankrek.: NL59 RABO 0148129439, Tel. 0229-758531, KvK: 37146398,
[email protected]
voor mensen met kanker en hun naasten dat er een sluitende begroting is wat betreft de inkomstenkant. Daarbij is ook de gemeentelijke subsidie voor ons heel belangrijk. b. Bezoekers betalen een kleine bijdrage bij deelnemen aan activiteiten of praatgroepen. Deze willen we wel zo laag mogelijk houden omdat kanker mensen vaak al voor hoge extra kosten zet. 12. Krijgen andere Inloophuizen ook gemeentelijke subsidie? a. Ja, een aantal huizen wel en een aantal huizen niet. Inloophuis Medemblik krijgt bijvoorbeeld gemeentelijke subsidie. b. Er zijn gemeenten in Nederland die ‘’hun’’ inloophuis ‘’WMO-proof’’ hebben verklaard en een substantiële subsidie vanuit de WMO geven. Met alle bij het IPSO aangesloten huizen is er regelmatig contact en we informeren elkaar over mogelijkheden Bijgaand vindt u een visie op het functioneren van inloophuizen binnen de WMO zorgketen in gedecentraliseerde vorm, zoals die door de brancheorganisatie IPSO (waarbij wij zijn aangesloten) is opgesteld. De visie is in eerste aanzet geschreven voor ons eigen gebruik met als doel positionering van het inloophuis in relatie tot de opdracht van de gemeente als verantwoordelijke instantie voor de WMO zorg, maar het geeft ook goed weer wat wij doen en hoe wij onze bijdrage zien. Uitgangspunt is het feit dat met een relatief beperkte (financiële) bijdrage de gemeente met de aanwezigheid van een inloophuis een groot resultaat kan realiseren. Wij stellen de raad en het college in feite drie vragen: - Wilt u de structurele subsidie niet opzeggen voordat bekend is of Pisa onder de WMO zou kunnen vallen en of daar dan ook vanuit de WMO budget tegenover staat? - Wilt u het college vragen de mogelijkheden met ons te onderzoeken voor deze WMO status? - Nog niet zo lang geleden besloot uw raad ons structurele subsidie te verlenen tegen de wens van het toenmalig college. Zijn uw argumenten van toen niet meer valide? Wethouder Douw heeft toegezegd om met ons in gesprek te gaan over mogelijkheden binnen de WMO en om kennis te nemen van alles wat Inloophuis Pisa biedt. Daar zijn we erg blij mee en dat zullen we op korte termijn ook regelen. Maar de raad bepaalt het beleid en beslist. Wij zijn bang dat, als de subsidie nu verdwijnt en de gemeente toch andere prioriteiten binnen de WMO stelt, we straks met lege handen staan. En u kent het spreekwoord ‘’Gooi geen oude schoenen weg voordat je nieuwe hebt”! Wij hopen op een positieve reactie en zullen inspreken tijdens de commissie vergadering van 1 december 2015. Met vriendelijke groet, namens het bestuur en de coördinator van Inloophuis PISA te Hoorn
Karin Zeeman, voorzitter
Helen Sijm, secretaris
Draafsingel 59, 1623 LC Hoorn, Bankrek.: NL59 RABO 0148129439, Tel. 0229-758531, KvK: 37146398,
[email protected]
Advies van IPSO; overkoepelende organisatie van inloophuizen in Nederland Positionering inloophuizen binnen de Wmo 2015 Met de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning doet de overheid een groot beroep op de zelfredzaamheid van mensen. Informele zorgnetwerken kunnen eraan bijdragen dat kwetsbare mensen (langer) zelfredzaam blijven. De doelstelling en werkwijze van inloophuizen sluiten op veel punten bij dit beleid aan. Op grond hiervan kunnen inloophuizen zich als Wmo-partner bij gemeenten presenteren. De (geest van de) Wet maatschappelijk ondersteuning 2015 De nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is op 1 januari 2015 in werking getreden, en vervangt de gelijknamige wet van 2007. Kort gezegd is het Wmo-beleid erop gericht de zelfredzaamheid en participatie van kwetsbare mensen te vergroten. De gedachte erachter is enerzijds dat ‘meedoen’ in de maatschappij bijdraagt aan het welbevinden van mensen, en anderzijds dat de zorgkosten kunnen worden teruggedrongen door mensen meer op eigen kracht te laten doen. (Sinds 1 januari 2015 zijn de gemeenten bovendien verantwoordelijk voor de zorg voor jongeren – van jeugdzorg tot passend onderwijs –, voor grote delen van de ouderenzorg én ze moeten met de invoering van de nieuwe Participatiewet jonggehandicapten en arbeidsongeschikten aan het werk zien te krijgen. Deze doelgroepen worden ook deels door inloophuizen ondersteund.) Eerst zelf oplossen Mensen met een beperking of met (chronische) psychische of psychosociale problemen die hulp of zorg nodig hebben, moeten deze eerst in hun sociale kring zoeken — familie, buren, vrienden en andere mantelzorgers. Ook kunnen zij een beroep doen op algemene voorzieningen*, zoals vrijwilligersorganisaties, buurthuizen of kerkelijke instanties. Wanneer ook hier niet aan de zorgvraag kan worden voldaan heeft de gemeente de taak om hierin te voorzien, waar nodig met maatwerkvoorzieningen*, afgestemd op de individuele situatie van de zorgvrager. Gemeenten hebben een regierol en werken samen met zorgaanbieders, zorgverleners en zorgverzekeraars om dicht bij huis in de zorgbehoefte te kunnen voorzien. Ze hebben tevens de taak om mantelzorgers en vrijwilligers te ondersteunen, lokale initiatieven die de sociale samenhang vergroten te stimuleren, en ze zijn verantwoordelijk voor algemene zorg- en welzijnsvoorzieningen en de zorg voor mensen die langdurige, zware of specialistische hulp nodig hebben. Kostenbesparing Voor de uitvoering van al deze taken is een kwart minder budget beschikbaar dan voorheen. De centrale overheid verwacht dat gemeenten efficiënter kunnen werken door informele hulp en professionele ondersteuning te combineren, de zorg te de-medicaliseren en met preventiebeleid te voorkomen dat mensen een beroep moeten op maatschappelijke ondersteuning of andere vormen van zorg. * De definities volgens de Wmo: Algemene voorziening: een aanbod van diensten of activiteiten dat, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers, toegankelijk is en dat is gericht op maatschappelijke ondersteuning. Hieronder vallen onder meer inloopactiviteiten voor mensen die zich eenzaam voelen, voorzieningen die burgers in staat stellen een zinvolle dan wel gestructureerde invulling te geven aan de dag, of een vorm van vervoer een algemene vervoersvoorziening die mensen met een lichamelijk gebrek in staat stelt om aan het maatschappelijke verkeer deel te nemen. Maatwerkvoorziening: een op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een persoon afgestemd geheel van diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen. Hoe past een inloophuis in het gemeentelijk Wmo-beleid? De doelstellingen en werkwijze van inloophuizen sluiten aan bij de kaders van het nieuwe beleid: Inloophuizen zijn vrijwilligersorganisaties (algemeen nut beogende instellingen). Inloophuizen bieden laagdrempelige ondersteuning: zonder verwijzing, zonder afspraak en zonder kosten.
Inloophuizen steunen mensen in een kwetsbare fase van hun leven: mensen met kanker, hun gezinnen, hun mantelzorgers of mensen die een dierbare hebben verloren aan kanker. Een brede doelgroep bestaande uit mensen van alle leeftijden, die in sommige inloophuizen nog wordt vergroot met mensen met een andere levensbedreigende ziekte. Inloophuizen bieden behoeftegerichte ondersteuning, met zelfregie en zelfredzaamheid als kernwaarden. Inloophuizen staan dichtbij de mensen en kunnen tijdig signaleren dat bijvoorbeeld een mantelzorger overbelast dreigt te raken, een gezin dreigt te ontsporen of een oudere vereenzaamt. In die zin vervullen zij ook een preventieve functie — een beroep op bijvoorbeeld jeugdzorg kan bijtijds worden gedaan of mogelijk worden voorkomen. Inloophuizen stimuleren en faciliteren lotgenotencontact, waardoor mensen niet alleen zichzelf maar ook elkaar helpen en ondersteunen. Dit laatste krijgt vaak nog een mooi vervolg wanneer mensen die eerst als gast binnenkwamen na verloop van tijd zelf als vrijwilliger aan de slag gaan en ‘teruggeven’ wat ze hebben ontvangen. Inloophuizen koppelen het vrijwilligerswerk aan een kwaliteitsnorm. Zij werken samen binnen brancheorganisatie IPSO. IPSO ondersteunt, adviseert en begeleidt bij het handhaven van kwaliteitscriteria op het gebied van organisatie, uitvoering en opleiding van de vrijwilligers. Deze kwaliteitscriteria zijn tot stand gekomen dankzij een door KWF Kankerbestrijding gefinancierd kwaliteitsproject.
Binnen het Wmo-traject kunnen inloophuizen derhalve worden aangeduid als een algemene voorziening, waarbij de nadruk ligt op zelfredzaamheid, participatie en preventie. Hoe breder het zorgaanbod en hoe breder de doelgroep van een algemene voorziening, hoe beter deze past binnen de Wmo. Verschillen en overeenkomsten Het staat iedere gemeente vrij om de maatschappelijke ondersteuning naar eigen inzicht vorm te geven en zelf te bepalen bij welke professionele zorgaanbieders zorg wordt ingekocht. Dit kan bij grote organisaties maar ook bij eenmansbedrijven zijn. Maar ook vrijwilligersorganisaties en mantelzorgorganisaties zijn nadrukkelijk in beeld. Het jaar 2015 is bestempeld als overgangsjaar, waarin wordt bezien welke zorginnovaties kunnen worden doorgevoerd en of de budgetten toereikend zijn voor de nieuwe taken. Vervolgens zullen regelingen voor langere tijd worden vastgelegd. De beleidsvrijheid van gemeenten zullen leiden tot lokale verschillen in de uitvoering van de Wmo. De uitgangspunten en doelstellingen, zoals door de regering in de wet zijn vastgelegd, zijn echter identiek. Gemeenten moeten op grond van de Wmo vrijwilligers en mantelzorgers ondersteunen en faciliteren. Daarnaast zal een gemeente bezien welke organisaties een rol kunnen spelen als algemene voorziening en welke als onderdeel van individuele maatwerkoplossingen. Bij dat laatste is de volgorde: • Wat kan de eigen bijdrage van de hulpvrager zelf zijn, en welke hulp kan uit zijn sociale kring worden betrokken? • Welk hulptraject is noodzakelijk voor de hulpvrager? • Welke algemene ondersteuning is voor de hulpvrager nodig? Afhankelijk van de hulpvraag kan een inloophuis fungeren als algemene voorziening in een gemeente, maar ook een rol spelen in een individueel maatwerktraject. Parallelle ontwikkeling: bezuinigingen op het basispakket Naast een verschuiving in het overheidsbeleid heeft Nederland te maken met een versobering van het basispakket van de zorgverzekering. De bezuinigingen in de (geestelijke) gezondheidszorg laten steeds minder ruimte voor niet-curatieve zorg. Inloophuizen bieden laagdrempelige, kosteloze psychosociale ondersteuning aan mensen met kanker en hun naasten, en voorzien hiermee in een ondersteuningsbehoefte die in toenemende mate niet kan worden geleverd in het reguliere zorgcircuit. Continuïteit van inloophuizen Vrijwel alle inloophuizen zijn opgericht door een of meerdere privépersonen die de behoefte aan laagdrempelige ondersteuning tijdens het ziekteproces rondom kanker onderkennen en daar actief in willen voorzien. Diverse grote en kleine fondsen dragen deze initiatieven een warm hart toe in de vorm van opstartsubsidies en kortlopende subsidies. De kale exploitatie wordt doorgaans uit incidentele giften en donaties van particulieren en bedrijven gefinancierd. De besturen van inloophuizen staan ieder jaar weer voor de uitdaging de begroting dekkend te krijgen. Een groeiend aantal inloophuizen wordt hierin, op grond van de Wmo, ondersteund door de gemeente waarin zij zijn gevestigd en/of omliggende gemeenten uit hun verzorgingsgebied.