Schoolplan. Dominicus College

Schoolplan Dominicus College 2012 – 2016

INHOUDSOPGAVE Voorwoord

1

1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6

INTRODUCTIE VAN HET DOMINICUS COLLEGE Onderwijsaanbod en –organisatie Bestuurlijke setting Het bestuursakkoord tussen de VO-raad en het ministerie OC&W Sociaal demografische ontwikkelingen Leerlingenpopulatie Dominicus College Identiteit

2 2 2 2 3 3 3

2

MISSIE EN KERNWAARDEN VAN HET DOMINICUS COLLEGE

4

3 3.1 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.2.4 3.2.5 3.2.6 3.2.7 3.2.8 3.2.9 3.2.10 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4 3.3.5 3.4 3.5

ONDERWIJSONTWIKKELINGEN Onderwijskundige uitgangspunten Onderwijskundige ontwikkelingen schoolbreed Verbetering examenrendement Implementatie referentieniveaus Taal en Rekenen Ruimte voor talentontwikkeling Differentiëren in de klas Onderzoek in opleiding Cultuureducatie Internationalisering Integratie regulier onderwijs DC en Monnikskap Herinrichting curriculum Wat willen we bereiken in 2016? Onderwijskundige ambities per afdeling HAVO onder- en bovenbouw Atheneum onderbouw Gymnasium onderbouw VWO bovenbouw Monnikskap ICT en onderwijs Wat willen we bereiken in 2016?

6 6 6 6 7 7 7 7 8 8 8 8 8 9 9 9 9 9 9 10 10

4 4.1 4.2 4.3

BEGELEIDING EN ZORG VOOR LEERLINGEN Organisatie van de leerlingenbegeleiding Ontwikkelingen Wat willen we bereiken in 2016?

11 11 11 12

5 5.1 5.1.1 5.1.2 5.2 5.3

ORGANISATIEONTWIKKELING Organisatie van het onderwijzend personeel Het afdelingsteam De vaksectie Organisatie van management en onderwijs ondersteunend personeel Wat willen we bereiken in 2016?

13 13 13 13 14 14

6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.10

PERSONEELSBELEID Uitgangspunten personeelsbeleid Taakbeleid Functiemix Beloningsbeleid Gesprekkencyclus Scholing Academische opleidingsschool Leeftijdsbewust personeelsbeleid Ziekteverzuimbeleid Wat willen we bereiken in 2016?

15 15 15 15 16 16 17 17 17 18 18

7 7.1 7.2 7.3 7.4

PR, COMMUNICATIE EN PARTICIPATIE Public relations Interne en externe communicatie Participatie Wat willen we bereiken in 2016?

19 19 19 20 20

8 8.1 8.2 8.3 8.4

MATERIEEL EN FINANCIEEL BELEID Huisvesting Schoolveiligheidsbeleid Financiën Wat willen we bereiken in 2016?

21 21 21 21 22

9 9.1 9.2 9.3 9.4

CYCLISCH WERKEN AAN KWALITEIT Uitgangspunten van cyclisch werken Uitvoering van de PDCA-cyclus De rol van het bestuur Wat willen we bereiken in 2016?

23 23 23 24 24

1. 2. 3.

BIJLAGEN Organogram Prestatiebox VO: Streefdoelen bestuursakkoord vertaald voor DC Overzicht relevante stukken

25 26 29

Voorwoord

In dit schoolplan worden de hoofdlijnen van het schoolbeleid van 2012 tot en met 2016 beschreven: de missie en kernwaarden van het Dominicus College, het onderwijsbeleid, het personeelsbeleid en het middelenbeleid. Het schoolplan geeft hiermee inzicht in de door de school gemaakte keuzes en in de kwaliteiten die door de school geaccentueerd worden. De hoofdlijnen sluiten aan bij beleidsdocumenten van de AlliantieVO en bouwen voort op beleidsdocumenten, plannen en regelingen die de school zelf heeft opgesteld. In de map “Beleid als Basis” zijn deze onderliggende documenten opgenomen. De ambities uit de onderwijsnota’s Beter Presteren en Leraar 2020 - een krachtig beroep!, die zijn vertaald in het Bestuursakkoord VO door het ministerie van OCW en de VO-raad, zijn richtinggevend geweest bij het opstellen van dit schoolplan. Oog voor kwaliteit en prestaties past in de schoolcultuur van het Dominicus College. Het streven naar kwaliteitsverbetering is niet alleen ingegeven door onze eigen behoefte om een goede school te willen zijn. Er is steeds meer autonomie om het onderwijs naar eigen inzicht in te richten en vorm te geven. Het ligt dan ook voor de hand dat de overheid, ouders en leerlingen meer zicht willen krijgen op onze kwaliteit. Met dit schoolplan leggen we verantwoording af over het beleid.

Ik wens alle geïnteresseerden veel genoegen bij lezen van dit schoolplan. Namens de directie, Marion Krabbenborg, rector

120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

1

1

INTRODUCTIE VAN HET DOMINICUS COLLEGE

1.1 Onderwijsaanbod en -organisatie Het Dominicus College is een havo/vwo school, gelegen in Nijmegen-West. Op 1 oktober 2011 telt de school 1087 leerlingen. Kenmerkend voor onze school is de verticale inrichting van het onderwijs naar onderwijsafdelingen vanaf het eerste leerjaar. Leerlingen starten in een eerste klas havo, havo/vwo, atheneum of gymnasium. Zij worden vanaf leerjaar één op hun eigen niveau aangesproken. Wij plaatsen de nieuwe leerlingen in goed overleg met de aanleverende basisschool, de leerling en de ouders op basis van de ingeschatte capaciteiten en ambities. De introductie van de 1-hv klas is een antwoord op de vele gemengde adviezen van basisscholen. Leerlingen starten in de 1-hv klas als er nog twijfel bestaat over welke opleiding het meest geschikt is. Na dit leerjaar wordt de leerling bij voldoende prestaties geplaatst in 2-havo of 2-atheneum. Uitzondering op de verticale inrichting vormt de onderwijsstructuur van de afdeling De Monnikskap. Deze landelijk unieke onderwijsafdeling is speciaal ingericht voor leerlingen met een fysieke beperking en/of chronische ziekte (cluster 3). In deze kleine afdeling met vijftig leerlingen wordt onderwijs op maat verzorgd in gemengde groepen havo/vwo. Vanwege het specifieke karakter kent De Monnikskap een eigen aannamebeleid. Door het individuele en aangepaste karakter van het onderwijsarrangement van De Monnikskap kunnen deze leerlingen een opleiding volgen, zonder in een sociaal isolement te raken. 1.2 Bestuurlijke setting Het Dominicus College is sinds 2002, samen met zes andere scholen voor voortgezet onderwijs in Nijmegen en omstreken, onderdeel van de stichting Alliantie voor Voortgezet Onderwijs. Deze scholen zijn: • het Citadel College • het Maaswaal College • het Mondial College • het Pax Christi College • het Stedelijk Gymnasium • de Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen Conform de richtlijnen van good governance (‘goed bestuur’) kent de Alliantie een Raad van Toezicht, een (eenhoofdig) College van Bestuur en zeven rectoren/algemeen directeuren die elk hun eigen school leiden en tevens deel uitmaken van een raad van Rectoren ten behoeve van vorming van het Alliantiebeleid. Deze raad is adviserend naar het College van Bestuur. De taken en bevoegdheden van de verschillende organen zijn uitgewerkt in de Statuten Alliantie Voortgezet Onderwijs. Binnen de AlliantieVO wordt gemeenschappelijk beleid ontwikkeld, uitgezet en ten dele ook uitgevoerd op de beleidsterreinen van personeel (waaronder opleiden in de school), financiën, kwaliteitszorg, huisvesting en gezamenlijke inkoop en distributie van schoolboeken. In toenemende mate wordt ook samenwerking gezocht en gevonden op andere beleidsterreinen, waaronder ICT en bedrijfsvoering (onder andere gezamenlijke inkoop schoonmaak en kopieerfaciliteiten). Het Strategisch Beleidsplan van de AlliantieVO Scholen met toekomst vormt de basis voor de schoolplannen van de Alliantiescholen. Beleidsuitgangspunten en keuzes in dit schoolplan zijn gebaseerd op dit Strategisch Beleidsplan. 1.3 Het bestuursakkoord tussen de VO-raad en het ministerie OCW De ambities en maatregelen uit de onderwijsnota’s Beter Presteren en Leraar 2020 - een krachtig beroep! uit deze kabinetsperiode zijn vertaald in een aantal afspraken tussen het ministerie en de VOraad voor de perioden 2012-2015. De gezamenlijke ambities zijn vervat in vijf landelijke speerpunten: 1. Leerlingen behalen goede prestaties op de kernvakken (Nederlands, Engels, wiskunde/rekenen) én worden breed gevormd. 2. Scholen werken systematisch aan het maximaliseren van prestaties van leerlingen, dat wil zeggen dat ze opbrengstgericht werken. 3. Leraren signaleren verschillen tussen leerlingen in de klas – niet alleen de gemiddelde leerlingen, maar ook de cognitief zwakkere en sterkere leerlingen – en gaan hier op een adequate wijze mee om. 4. Op scholen is sprake van een ambitieuze leercultuur waar excellentie wordt gestimuleerd en hoogbegaafdheid wordt ondersteund. 5. Op scholen is sprake van een lerende cultuur waarin het niet alleen draait om het leren van leerlingen, maar ook om het leren van leraren en schoolleiders. Goed HRM-beleid is daarvoor een voorwaarde.


2

Het Bestuursakkoord legt o.a. de gezamenlijk ambities voor de VO sector vast, gekoppeld aan meetbare streefdoelen, de facilitering (‘prestatiebox’), en de wijze van verantwoorden. In dit schoolplan zijn de diverse speerpunten uit het Bestuursakkoord verwerkt tot schoolbeleid. In de bijlage is een overzicht van afspraken en meetbare indicatoren per speerpunt opgenomen. 1.4 Sociaal-demografische ontwikkelingen Demografische ontwikkelingen in de regio Nijmegen zijn bepalend voor de leerlingenprognoses van scholen in deze regio. De prognose wordt aan de hand van de ontwikkeling van de basisgeneratie (gemiddeld aantal 12-/13-jarigen per gemeente) gegeven op basis van de rapportage Basisgeneraties en aantallen inwoners van de Nederlandse gemeenten 2009. In onderstaande tabel wordt de ontwikkeling van de basisgeneratie weergegeven.

Het valt op dat Nijmegen steeds een stabiel beeld heeft laten zien en dat ook voor de komende jaren laat zien. Eenzelfde beeld laten de gemeenten zien waar andere scholen staan. Vanaf 2017 treedt in de meeste gemeenten een lichte daling op. 1.5 Leerlingenpopulatie Dominicus College Na een topaanmelding in 2010 van 228 leerlingen, waarvan we uiteindelijk 189 leerlingen hebben kunnen plaatsen na loting, zien we een terugloop in het aantal aanmeldingen naar een gewenst en plaatsbaar niveau. Bij onze instroom merken we vanaf 2011-2012 met name een gevoelige daling uit de regio Beuningen. Overigens kan de in 2013 op te leveren brug ‘De Oversteek’ over de Waal naar Nijmegen-Noord betekenen dat we nieuwe instroom vanuit die regio kunnen gaan verwachten. Aanmeldingen Regio Druten e.o. Wychen Beuningen e.o. Nijmegen Overig Totaal

2010-2011 2011-2012 2012-2013 Aantal Percentage Aantal Percentage Aantal Percentage 32 14% 37 19% 30 17% 12 5% 14 7% 7 4% 81 36% 46 24% 50 28% 100 44% 91 48% 84 47% 3 1% 2 1% 8 4% 228 100% 190 100% 179 100%

1.6 Identiteit Het Dominicus College is een rooms-katholieke school, gesticht in 1856 door de Dominicaner Orde. De Orde staat bekend om haar voorliefde voor intellectuele inspanningen en grondige studie, kwaliteiten die het Dominicus College nog steeds hoog in het vaandel heeft staan. We hechten eraan dat leerlingen en medewerkers vrijheid van geloof, meningsvorming en meningsuiting respecteren en uitdragen. Op onze school is iedereen welkom die deze omgangsregels onderschrijft, ongeacht religieuze of culturele achtergrond. Hiermee realiseren we voorwaarden voor een veilige en geborgen leeren leefomgeving en verwachten dat iedereen daaraan bijdraagt. Een veilig en geborgen schoolklimaat is voor leerlingen een belangrijke voorwaarde voor leersucces.


3

2

MISSIE EN KERNWAARDEN VAN HET DOMINICUS COLLEGE

Met de missie verwoorden we waar het Dominicus College voor staat. Onze missie is kort en bondig: Het Dominicus College: onderwijs met ambitie. Wij geven onze missie inhoud met de kernwaarden ‘ambitieus en gedegen’, ‘kleinschalig en persoonlijk’, en ‘open en verbindend’. •

Ambitieus en gedegen

Wij hebben hoge verwachtingen van onze leerlingen en bieden hen gedegen onderwijs. Zij worden vanaf het eerste leerjaar gestimuleerd het beste uit zichzelf te halen in de opleiding die bij hen past. Ons onderwijs is klassikaal georganiseerd en duidelijk gestructureerd. Wij zoeken, naast het beproefde en bewezen succesvolle onderwijsaanbod, naar nieuwe leerroutes, werkvormen en leermiddelen, omdat wij beseffen onderdeel te zijn van een lerende omgeving. Het Dominicus College wil bekend blijven staan als een school waar jongeren uitstekend opgeleid worden. Een school waar leerlingen gestimuleerd worden tot het leveren van goede prestaties. De docent stuurt het leerproces als deskundig begeleider en als degene die de leerlingen coacht en stimuleert. Wij staan voor pedagogisch en didactisch hoogwaardig onderwijs dat gegeven wordt door vakmensen die kritisch naar zichzelf en naar elkaar durven kijken. Beoogd effect Leerlingen en medewerkers pakken kansen om te excelleren in een betrouwbaar en stimulerend leeren werkklimaat. Zichtbaar gedrag Hoge verwachtingen hebben Initiatief nemen en proactief handelen Willen en kunnen reflecteren Omgaan met beperkingen Jezelf uitdagen •

Kennis- en leerstofgericht werken Oplossingsgericht handelen Gedrevenheid tonen Elkaar stimuleren Trots zijn

Kleinschalig en persoonlijk

Elk mens is uniek. Wij bieden extra uitdagingen aan talentvolle leerlingen en ondersteuning aan leerlingen die het (tijdelijk) moeilijk hebben. Leerlingen kunnen zich optimaal profileren dankzij persoonlijke aandacht en begeleiding op cognitief, sociaal en emotioneel gebied. Een overzichtelijk gebouw met uitstekende faciliteiten draagt hieraan bij. Medewerkers ervaren ruimte voor persoonlijke ontwikkeling binnen de kaders van de school. Zij kennen en erkennen elkaars kwaliteiten en weten deze te benutten. Door de kleinschaligheid van het Dominicus College wordt iedereen gezien, gehoord en gekend. Leerlingen en medewerkers voelen zich veilig en geborgen bij ons op school. Beoogd effect Alle DC‘ers voelen zich thuis in een plezierige, rustige en veilige leeren leefomgeving waarin persoonlijk ontplooiing volledig tot zijn recht komt. Zichtbaar gedrag Belangstelling tonen Verschillen erkennen en waarderen Ruimte bieden voor eigen ideeën Elkaar vriendschappelijk benaderen


Leerling-gericht werken Van elkaar willen leren Praten met elkaar, niet over elkaar Met plezier naar school gaan

4

Open en verbindend Het Dominicus College staat niet op zich zelf, maar staat midden in de maatschappij. Wij bieden onze leerlingen een stevige basis voor een succesvolle loopbaan en het leveren van een waardevolle bijdrage aan onze samenleving. Een gezonde nieuwsgierigheid en een ‘open mind’ stimuleren het leren en ervaren. Naast het verwerven van kennis en vaardigheden moeten zij leren omgaan met onzekerheden en veranderingen, en risico´s durven nemen. Wij begeleiden hen daarin. Leerlingen en medewerkers verwerven met een onderzoekende houding nieuwe inzichten en bruikbare oplossingen. Dat doen we niet alleen, maar samen met een breed netwerk van partners uit het bedrijfsleven, de hogeschool en de universiteit. Onze leerlingen en ouders zijn voor ons belangrijke gesprekspartners. Zij kennen de sterke en minder sterke kanten van onze school. We luisteren niet alleen, we ondernemen ook actie. Beoogd effect Wij profileren ons als een zichtbare, toegankelijke en aantrekkelijke partner voor onze omgeving. Zichtbaar gedrag Tonen van maatschappelijke Gebruikmaken van de omgeving Belanghouders serieus nemen Ambassadeurschap uitstralen

betrokkenheid Onderzoekende houding tonen Ondernemende houding tonen Buiten gebaande paden treden

Bovenstaande missie en kernwaarden scheppen verwachtingen en stellen eisen aan onze leerlingen, onze medewerkers en onze omgeving. In dit schoolplan zijn onze ambities en beleidsvoornemens voor de komende jaren op de verschillende beleidsterreinen nader beschreven.


5

3

ONDERWIJSONTWIKKELINGEN

Het Dominicus College heeft de afgelopen jaren in het kader van onderwijsontwikkeling en onderwijsprofilering de nadruk gelegd op het versterken van het bètaonderwijs. Het opnemen van de vakken NLT en universum in het curriculum zijn hier concrete voorbeelden van. Daarnaast is het talenonderwijs versterkt aangeboden in de vorm van Cambridge English, Goethe Deutsch en Delfjunior Frans, met het oog op het behalen van internationaal erkende certificaten. Door de omvangrijke investeringen in smartboards en LCD-schermen in de klaslokalen hebben veel secties aantrekkelijk aanschouwelijk en interactief lesmateriaal ontwikkeld. De ministeriële notitie Beter presteren maakt duidelijk dat de nadruk in het voortgezet onderwijs de komende jaren sterker komt te liggen op de kernvakken (Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen), op opbrengstgericht werken (ofwel het systematisch en doelgericht werken aan maximale leerprestaties van leerlingen) en op gedifferentieerd werken in de klas. Ook het stimuleren van excellentie krijgt extra aandacht. Ons onderwijsbeleid voor de komende jaren sluit hierop aan. 3.1 Onderwijskundige uitgangspunten Bij de inrichting van ons ‘onderwijs met ambitie’ zijn onderstaande uitgangspunten leidend: ¾ Ons onderwijs is eigentijds, uitdagend en activerend Dat betekent: • Ons onderwijs kenmerkt zich door veel variatie in activerende werkvormen • We zijn leerstofgericht en werken vanuit duidelijke kaders • Leren vindt plaats in een betekenisvolle context • Het curriculum gaat uit van toenemende eigen verantwoordelijkheid van de leerling • De inhoud van ons onderwijs wordt vakoverstijgend binnen de afdeling afgestemd • We werken in een ICT-rijke leeromgeving met optimaal gebruik van moderne media • We leiden op voor internationaal erkende (talen)diploma’s • We bieden geïntegreerd en toegepast bètaonderwijs • We zijn een actieve school met aandacht voor gezondheid, beeldende vorming en multimedia • We betrekken externe partners bij de uitvoering van ons onderwijs ¾ We halen het maximale uit de leerlingen met oog voor verscheidenheid in ambitie en talent Dat betekent: • De didactische aanpak sluit aan bij de leerlingenpopulatie van een afdeling • Leerlingen die het nodig hebben, krijgen bij ons extra ondersteuning • We bieden leerlingen die het aankunnen, verrijking en verdieping • We maken optimaal gebruik van ons leerlingvolgsysteem • We bereiden de leerlingen voor op vervolgonderwijs en maatschappelijke participatie • De leerlingbegeleiding ondersteunt effectief en efficiënt onderwijs • In onze school wordt iedereen gezien, gehoord en gekend • We bieden ruimte voor eigen ideeën

3.2

Onderwijskundige ontwikkelingen schoolbreed

3.2.1 Verbetering examenrendement De examenresultaten in het vwo vielen de afgelopen twee jaren tegen t.o.v. voorgaande jaren. De landelijke exameneisen worden geleidelijk aangescherpt en daardoor komt bij ongewijzigd beleid het examenresultaat onder druk te staan. Onze ambitie is om, ondanks de verscherpte exameneisen, de slaagpercentages van onze leerlingen op een bovengemiddeld regionaal en landelijk niveau te brengen en te behouden. We nemen de volgende streefcijfers als ijkpunt: havo 90% atheneum 93% gymnasium 96% We hebben voor het bereiken van deze ambitie een integrale aanpak uitgewerkt in diverse deelplannen zoals het aanscherpen van het overgangsbeleid, herziening van het toetsbeleid, het verbeteren van de determinatie in hv-klassen en de aansluiting onder- en bovenbouw, versterking van het mentoraat en didactische vernieuwing. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

6

In de notitie Deltaplan verbeteren examenresultaten (augustus 2011) zijn de verschillende deelplannen uitgewerkt. De reikwijdte en de diversiteit van deze deelplannen is dusdanig dat een groot aantal collega´s in verschillende afdelingen, jaarlagen en secties betrokken is bij onderzoek, formuleren van beleid en uitvoering in de komende jaren. 3.2.2 Implementatie referentieniveaus Taal en Rekenen Met de invoering van de Wet op Referentieniveau Taal en Rekenen per 1 augustus 2010 en de implementatie van deze referentieniveaus in de (centrale) examens van 2013-2014 is de noodzaak om expliciet vorm en inhoud te geven aan taal- en rekenbeleid sterk toegenomen. In 2013-2014 krijgen de examenkandidaten voor het eerst te maken met een apart CE voor Rekenen dat nadrukkelijk onderdeel wordt van de slaag-/zakregeling. Per 1 augustus 2011 zijn derhalve twee taalcoördinatoren en een rekencoördinator benoemd voor de voorbereiding en implementatie van beleid. In het schooljaar 2011-2012 ligt de nadruk op het uitvoeren van diagnostische toetsing en het opzetten van een ondersteuningslijn, te beginnen met 3 havo en 4 vwo; dat zijn de eerste leerjaren die met de centrale examinering te maken krijgen. Parallel aan deze activiteiten werken we aan een doorlopende leerlijn voor taal (te beginnen met leesvaardigheid) en rekenen. We nemen m.i.v. 20122013 aan het begin van het schooljaar in 4 havo en 5 vwo een diagnostische toets leesvaardigheid af. Consequentie van de toets is voor leerlingen die onvoldoende scoren, dat ze verplicht een ondersteuningsprogramma leesvaardigheid gaan volgen. Voor de erg zwakke leerlingen moet aanvullend (digitaal) oefenmateriaal beschikbaar worden gesteld. 3.2.3 Ruimte voor talentontwikkeling Het Dominicus College wil getalenteerde leerlingen uitdagen om meer uit zichzelf te halen, niet alleen door te excelleren in de lijn van de opleiding maar ook daarbuiten. In het kader van het actieplan van OCW Beter Presteren stimuleren we de beste 20% leerlingen tot opleidingsgerelateerde verdieping en verbreding. Dat zien we o.a. terug in het aanbieden van Cambridge English, Goethe Deutsch en Delfjunior Frans, in deelname aan de Pre-University en Bèta-Excellent. Dat vraagt van docenten dat zij in staat zijn gedifferentieerd te werken en zich daarin te scholen. Door de komende jaren te investeren in het herkennen, erkennen en stimuleren van talentontwikkeling in de brede zin willen we onze leerlingen ook op andere terreinen uitdagen en binden, waardoor zij (nog) gemotiveerder hun schoolloopbaan kunnen doorlopen. 3.2.4 Differentiëren in de klas Het Dominicus College kiest, met uitzondering van De Monnikskap, voor de inrichting van homogene lesgroepen vanaf leerjaar 1. De focus op het verrijkings- en ondersteuningsaanbod voor onze leerlingen ligt in eerste instantie buiten de klassikale setting: extra begeleiding voor leerlingen die (tijdelijk) extra ondersteuning nodig hebben, excellentieprogramma’s voor leerlingen die meer dan gemiddeld in hun mars hebben (zie 3.2.3.). Het Dominicus College start in 2013 met een tabletklas als pilot om ervaring op te doen met grotendeels digitaal aangeboden lesmateriaal. Wij voorzien dat hierdoor de flexibiliteit in inzet van leerstof tijdens de les toeneemt in niveau en reikwijdte en dat wij hiermee het differentiëren in de klas kunnen faciliteren en stimuleren. Doordat de elektronische leeromgeving tijdens de lessen continu toegankelijk is, zijn de verrijkings- en ondersteuningsmodulen altijd voorhanden. 3.2.5 Onderzoek in de opleiding Kennis en vaardigheden in het doen van onderzoek bieden onze leerlingen een goede voorbereiding op hbo en universiteit. Leerlingen in de bovenbouw hebben afgelopen jaren bij het maken van hun profielwerkstuk kennis kunnen maken met onderzoeksvaardigheden, doorgaans met contacten en begeleiding van experts uit het bedrijfsleven en uit (onderwijs)instellingen. In verschillende vaklessen is onderzoek opgenomen in het lesprogramma. Het systematisch toepassen van onderzoeksvaardigheden in het curriculum, beginnend in de onderbouw ter voorbereiding op het zelfstandig uitvoeren van onderzoek in de bovenbouw, staat nog in de kinderschoenen. In het kader van de Academische Opleidingsschool is een groep docenten geschoold in het doen en begeleiden van onderzoek. De begeleiding is in eerst instantie gericht op de onderzoeksvaardigheden van LIOers en stagiaires. Twee docenten uit deze onderzoeksgroep ontwerpen een handleiding voor docenten ter bevordering van een eenduidige toepassing van onderzoeksvaardigheden in ons onderwijs vanaf leerjaar 1. Het ontwikkelen van onderzoeksopdrachten die gekoppeld zijn aan één of meer vakken zal de komende jaren een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van meer didactische variatie. Daarbij maken wij gebruik van de vele contacten die docenten hebben met hbo, universiteit, bedrijven en instellingen. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

7

3.2.6 Cultuureducatie Het Dominicus College is, naast een gedegen school, ook een school waarin leerlingen worden uitgenodigd hun creatieve talenten aan te spreken en te ontwikkelen. We hebben geconstateerd dat de diverse culturele activiteiten en kunstuitingen evenwichtiger en meer in samenhang verdeeld kunnen worden over de leerjaren en binnen een schooljaar. In 2012-2013 wordt een cultuurprogramma voorbereid waarin leerlingen gedurende hun hele schoolloopbaan, waar mogelijk in een samenhangend curriculum, in contact komen met kunst en cultuur, zowel binnen de kunstvakken als bij overige vakken. Met inzet van cultuurworkshops krijgen leerlingen de gelegenheid zich te oriënteren op hun eigen culturele belangstelling. Door cultuureducatie zichtbaarder te maken beogen we bovendien meer meisjes te interesseren voor het Dominicus College, waardoor de verhouding jongens-meisjes een meer gelijkmatige verdeling laat zien. 3.2.7 Internationalisering Wij willen onze leerlingen voorbereiden op een beroepsmatige en maatschappelijke toekomst waarin grenzen vervagen. Het Dominicus College heeft afgelopen jaren grensoverschrijdende expertise opgebouwd, o.a. met een uitgebreid aanbod aan versterkt talenonderwijs en met het opnemen van een diversiteit aan buitenlandse activiteiten in het curriculum. Komende jaren zal m.b.t. buitenlandse activiteiten het accent worden verlegd naar uitwisselingsprogramma’s met buitenlandse scholen, bij voorkeur met verblijf van leerlingen in gastgezinnen. Met deze vorm van internationalisering komt taalgebruik en het leren van de cultuur het best tot zijn recht. In schooljaar 2011-2012 doen we ervaring op door de uitwisseling met een school in Darnetal (Frankrijk). 3.2.8 Integratie regulier onderwijs DC en De Monnikskap De Monnikskap en het reguliere onderwijs van het Dominicus College zijn sinds 2009 in één gebouw gehuisvest. Dat heeft de integratie op een aantal onderdelen versneld: - steeds meer docenten geven zowel op De Monnikskap als in het reguliere onderwijs les; - bij veel activiteiten doen de leerlingen van De Monnikskap en het reguliere onderwijs mee; - (onderwijs)beleid van De Monnikskap en het reguliere onderwijs is onderling afgestemd. We willen de komende jaren deze integratie verder versterken door lestijden gelijk te schakelen, verder te gaan met vermenging van het personeel en samen uitvoeren van onderwijsactiviteiten. De afgelopen jaren hebben echter uitgewezen dat dit niet onbeperkt mogelijk is, maar we stimuleren het samen kunnen werken en leren naar vermogen. 3.2.9 Herinrichting curriculum In het voorjaar van 2012 starten we met een heroverweging van de opbouw van het gehele curriculum. De aanleiding is divers: o.a. de vraag vanuit het actieplan Beter presteren om versterkte aandacht voor de kernvakken, de door ons gewenste versterking van het mentoraat, de toegenomen druk op de roosters, de gevoelde toetsen werkdruk bij leerlingen en de wens om meer en andere keuzemogelijkheden in de bovenbouw. Dit kan leiden tot herziene lessentabellen en PTA’s, aangepaste keuzemogelijkheden in de bovenbouw en gelijkgeschakelde lestijden van De Monnikskap en regulier DC per schooljaar 2013-2014. 3.2.10 Wat willen we bereiken in 2016? • Alle medewerkers richten hun werk in volgens de onderwijskundige uitgangspunten. • Het Deltaplan verbetering examenresultaten is volledig geïmplementeerd. • De examenresultaten van de leerlingen van het Dominicus College behoren tot de drie beste havo/vwo-cholen van Nijmegen e.o. • In 2014 slagen t.a.v. de leesvaardigheid in havo 5 minimaal 25% van de leerlingen op 3S en in vwo 6 minimaal 25% van de leerlingen op 4S. In 2016 zijn deze percentages opgehoogd tot 50% op beide afdelingen en in 2018 tot 75%. • 90% van de havo-leerlingen en 95% van de vwo’ers sluit het Rekenexamen af met een voldoende. • Alle docenten hebben kennis van methoden van didactische differentiatie en zijn in staat deze in te zetten. • Het systematisch toepassen van onderzoeksvaardigheden is vanaf de onderbouw in het curriculum opgenomen. • Alle leerlingen nemen minimaal één keer deel aan een internationaal (uitwisselings)programma. • Er staat een gelijkmatig gespreid cultuurprogramma dat goed is ingebed in het curriculum. • De herinrichting van het curriculum van alle opleidingen is volledig geïmplementeerd. • De integratieplannen t.b.v. de leerlingen van De Monnikskap zijn uitgevoerd. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

8

• De tevredenheid van leerlingen over het onderwijs op het Dominicus College is in 2016 met 10% gestegen t.o.v. de waardering in 2011. 3.3 Onderwijskundige ambities per afdeling In de opzet van de schoolorganisatie hebben de afdelingsteams hun eigen inbreng en hun ambities voor de komende jaren geformuleerd, aansluitend bij de onderwijskundige uitgangspunten van de school. 3.3.1 Havo onder- en bovenbouw De komende jaren gaat specifiek aandacht uit naar: • Verbeteren van het doorstroomrendement, o.a. door aanscherping van het aannamebeleid, meer gerichte aandacht voor studievaardigheden en intensievere begeleiding door de mentor. Dit moet in 2016 leiden tot maximaal drie doubleurs per leerjaar. • Aansluiting tussen onder- en bovenbouw verbeteren, o.a. door gedifferentieerd te werken in de tweede helft van leerjaar (leerlingen die een vak kiezen, krijgen een ander aanbod dan leerlingen die het vak laten vallen), scherpere advisering bij profielkeuze en het stellen van minimumeisen; herhaling van de basisvaardigheden in de eerste vier weken van leerjaar 4. • Professionalisering van docenten / mentoren, met name gericht op klassenmanagement en pedagogisch-didactische benadering van de havo-doelgroep. • Ontwikkeling van een verbredings- en verdiepingsprogramma voor de bovengemiddelde havoleerling. 3.3.2 Atheneum onderbouw De komende jaren gaat specifiek aandacht uit naar: • Verbeteren van de overgang van onder- naar bovenbouw door leerlingen beter voor te bereiden op de Tweede Fase; doel is minimaal het halveren van het aantal doubleurs, afstromers en switchers in leerjaar 4. • Systematisch belonen van goed gedrag en goede resultaten om presteren te stimuleren, motivatie te verhogen en een veilige leeromgeving te creëren. • Betere determinatie van de hv-klassen, o.a. door het ontwikkelen en inzetten van beter discriminerende toetsen en intensievere begeleiding om zo het aantal doubleurs en afstromers in leerjaar 2 minimaal te halveren. • Betere profilering van het atheneum door onderscheidende elementen in het curriculum en een op de specifieke doelgroep toegepaste didactiek. 3.3.3 Gymnasium onderbouw De komende jaren gaat specifieke aandacht uit naar: • Ontwikkelen en borgen van de masterclasses in leerjaar 1, 2 en 3. • Het inbedden van de zeven Artes Liberales in het lesprogramma van het gymnasium. • Differentiatie in het onderwijs, het benutten van de talenten van meerbegaafde leerlingen en het zoeken naar lesinhoudelijke uitdagingen. • Internationalisering gekoppeld aan een kunst- en cultuurprogramma.. 3.3.4 Vwo bovenbouw De komende jaren gaat specifieke aandacht uit naar: • Verbetering van de examenresultaten tot slagingspercentages in het atheneum en gymnasium in 2016 van respectievelijk 93% en 96%. • Optimalisatie van het mentoraat in de bovenbouw dat moet leiden tot twee goed functionerende mentorteams (4 vwo en 5-6 vwo) en een gedegen invulling van de mentorlessen in jaar 4. • Zorg dragen voor het meer laten excelleren van onze leerlingen, waarbij alle leerlingen d.m.v. een POP gericht werken aan uitbouw van hun talenten. • Een betere aansluiting tussen de onder- en bovenbouw, o.a. door het opnemen van een introductieweek in 4vwo, waarin leerlingen werken aan deficiënties om een goede overgang naar de bovenbouw te waarborgen. 3.3.5 De Monnikskap De komende jaren gaat specifiek aandacht uit naar: • Betere leerlingbegeleiding die zich o.a. uit in zorgvuldige registratie in Magister (incl. goed instroomdossier), sterk gedaald ziekteverzuim en een goede warme overdracht naar de vervolgstudie. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

9

• Een doorlopend curriculum van onder- naar bovenbouw met aandacht voor studievaardigheden, acceptatie van beperkingen en voorbereiding op een toekomst na De Monnikskap. • Verdere integratie Monnikskap en regulier onderwijs DC (bijv. door gelijkschakeling lestijden, inzet personeel en verscherpt excursiebeleid). • In het licht van Passend Onderwijs: uitbouw van De Monnikskap tot expertisecentrum binnen het samenwerkingsverband. • Professionalisering van docenten gericht op actuele kennis van relevante ziektebeelden. 3.4 ICT en onderwijs De mogelijkheden van ICT in het onderwijs groeien exponentieel en creëren een breed scala van nieuwe didactische werkvormen. Het vinden, arrangeren, ontwikkelen en gebruiken van digitale leermiddelen is een belangrijke activiteit van onze docenten geworden. De ICT-coach ondersteunt secties en individuele docenten hierbij. Door onderwijsmateriaal in de elektronische leeromgeving te plaatsen kunnen leerlingen plaats en tijd ongebonden de leerstof benaderen en hierover digitaal communiceren met de docent. Het Dominicus College start in 2013 met een tabletklas als pilot om ervaring op te doen met grotendeels digitaal aangeboden lesmateriaal en het continue beschikbaar hebben van de elektronische leeromgeving tijdens de lessen. De beschikbaarheid van kwalitatief hoogstaand digitaal lesmateriaal is nu nog beperkt. Uitgevers ontwikkelen vooral digitaal materiaal als aanvulling op paperbased methodes. Binnen het Dominicus College is het lesmateriaal bij een aantal vakken al volledig gedigitaliseerd (ANW, CKV, Nieuwe Media) en een aantal vakken (tekenen, wiskunde D) is hiernaar op weg. Bij de overige vakken is de inzet van digitale leermiddelen sterk wisselend, o.a. als gevolg van de diversiteit in ICT-vaardigheden van onze docenten. Vooruitlopende op de landelijke introductie nemen wij deel aan de pilot digitale rekenexamens. Om de huidige ICT-ambities waar te kunnen maken heeft de school afgelopen jaren geïnvesteerd in een moderne infrastructuur met een betrouwbaar en snel netwerk, in digiborden in alle lokalen en in ruim 200 vaste werkstations. De migratie naar Office 2010 / Windows 7, de aanleg van een draadloos netwerk en de selectie van de nieuwe ELO als opvolger van TeleTOP staan op de agenda. In het ICTbeleidsplan en leermiddelenbeleidsplan van het Dominicus College, opgeleverd in het najaar van 2011, staan de ICT-beleidsvoornemens voor de komende jaren verder uitgewerkt. Ook al is inzet van ICT een verrijking in het onderwijs, voorop staat dat ICT geen doel op zich is, maar daar wordt ingezet waar het onderwijskundig een meerwaarde oplevert. 3.5 Wat willen we bereiken in 2016? • Ieder medewerker is in hoge mate ICT-vaardig en op de hoogte van actuele ontwikkelingen. • Docenten maken gebruik van bestaand digitaal materiaal en passen dit, waar nodig, op maat aan; uitgevers blijven de voornaamste leveranciers van digitale leermiddelen die webbased beschikbaar zijn. • De schoolboeken zijn vervangen door schoollicenties in combinatie met de (deels) door de school gefinancierde tablet; paperbased leermiddelen beslaan nog slechts 25% van het leermiddelenbudget. • Schriftelijke toetsen zijn voor een substantieel deel vervangen door digitale toetsing. • We werken volledig draadloos, voorlopig met Wifi, in de toekomst met UMTS. • Iedere leerlingen en medewerker werkt met een tablet; we zetten deze tablets optimaal in ons onderwijs in • Het aantal softwarelicenties is t.o.v. 2012 gedecimeerd; de resterende pakketten voor bedrijfsvoering zijn integraal aan elkaar gekoppeld. • Informatieveiligheidsbeleid is geformuleerd en geïmplementeerd.


10

4.

BEGELEIDING EN ZORG VOOR LEERLINGEN

Het Dominicus College wil dat elke leerling met zijn eigen aanleg en geaardheid de mogelijkheid krijgt zich optimaal te ontplooien. Elke leerling moet zich prettig en veilig kunnen voelen. Wij verwachten dat iedereen vanuit zijn/haar overtuiging bereid is hier werk van te maken, omdat ieder inziet dat persoonlijk welbevinden het recht is van iedere leerling en ook voorwaarde is om tot optimaal leren te komen. Leerlingen met ontwikkelings- en gedragsproblemen willen wij passende begeleiding en zorg bieden, zodat zij hun schoolloopbaan positief kunnen afsluiten. Om dit te realiseren is een geïntegreerde leerlingbegeleiding opgezet met o.a. studiebegeleiding, keuzebegeleiding en sociaalemotionele begeleiding. Als gevolg van Passend onderwijs zal de noodzaak van goede begeleiding vanuit verschillende invalshoeken groter worden, en daarmee ook de noodzaak van en behoefte aan scholing om met een grotere diversiteit aan leerlingen om te kunnen gaan. 4.1 Organisatie van de leerlingenbegeleiding Het Dominicus College kent een goede begeleidingsstructuur bestaande uit een eerste-, tweede- en derdelijns begeleiding. Mede dankzij de relatieve kleinschaligheid kennen wij onze leerlingen goed en zijn we in staat snel in te grijpen als het met een leerling mis dreigt te gaan. Docenten kunnen daarbij rekenen op de steun van een goed intern begeleidingsteam en een daaraan gekoppeld uitgebreid netwerk buiten school. ¾ De eerste lijn heeft betrekking op het primaire proces. Het gaat om de medewerkers die in directe interactie staan met (groepen) leerlingen, waaronder de docent en de mentor. De verzuimcoördinator signaleert dagelijks het geoorloofd en ongeoorloofd verzuim en informeert alle betrokkenen. ¾ In de tweede lijn zijn collega´s actief met een specialisatie op een van de terreinen van leerlingbegeleiding. Het gaat om extra ondersteuning van (individuele) leerlingen. Vaak betreft het een een-op-een contact. De coördinator leerlingbegeleiding (CLB) is de spil in de organisatie van de communicatie over zorg. Het is de taak van de coördinator om vraag en aanbod van de zorg op elkaar af te stemmen. Het aanbod aan extra begeleiding en zorgondersteuning wordt geboden door o.a. decanen, tutoren, auticoaches, orthopedagoog, dyslexiecoach, en schoolmaatschappelijk werker. ¾ De derdelijns begeleiding betreft begeleiding met inzet van externe begeleiders of instanties, zoals schoolarts en sociaalverpleegkundige, een vertegenwoordiger van Bureau Jeugdzorg, ambulante begeleiders en de leerplichtambtenaar. Ten behoeve van adequate leerlingbegeleiding vindt overleg en afstemming plaats met verschillende voornoemde partijen in het Zorg&AdviesTeam (ZAT). In het Zorgplan DC 2010 is de begeleidingsstructuur en de werkwijze uitvoering beschreven. Door het inzetten van onze docenten vanuit de reguliere afdelingen op De Monnikskap wordt de expertise m.b.t. deze doelgroep langzaam maar zeker uitgebreid. We willen ons verder ontwikkelen van goed naar excellent als het gaat om de begeleiding van onze cluster- 3 leerlingen. Het Dominicus College is niet gespecialiseerd in de opvang en begeleiding van jongeren met gedragsproblemen en heeft ook geen ambities op dit terrein. Onze opgebouwde expertise met jongeren met een lichamelijke beperking en/of chronische ziekte willen we breder inzetten in en buiten de school, o.a. binnen het Samenwerkingsverband (SWV). 4.2 Ontwikkelingen Alle relevante ontwikkelingen van de komende jaren zijn te vangen onder Passend Onderwijs en de daaruit voortvloeiende consequenties: • Toename van het aantal leerlingen met een ondersteuningsvraag in het reguliere onderwijs: Passend Onderwijs is erop gericht dat het aantal leerlingen in het speciaal onderwijs afneemt en zoveel mogelijk leerlingen een plaats krijgen in het reguliere onderwijs. Dat zal de vraag naar tweede- en derdelijns ondersteuning doen toenemen en een groter beroep doen op de kwaliteiten van docenten en mentoren. • Afname van financiering voor de basiszorg: De bezuinigingen en de verevening leiden er toe dat het samenwerkingsverband VO in onze regio een flinke aderlating zal moeten doen. Na afroming van de budgetten voor het speciaal onderwijs blijft er aanzienlijk minder te besteden over voor de lichte zorg / basiszorg. In combinatie met de te verwachten toename van het aantal leerlingen met een ondersteuningsvraag is de opdracht voor het reguliere onderwijs de komende jaren duidelijk: meer doen met minder middelen.


11

•

•

•

Aanscherping onderwijszorgprofiel Dominicus College: Binnen het samenwerkingsverband zal de basiszorg van alle scholen gedefinieerd worden, aangevuld met schoolspecifieke breedte- en dieptezorg per school, wat moet leiden tot een dekkend ondersteuningsaanbod binnen het samenwerkingsverband. Door een helder profiel te formuleren ondervangen we dat we met onze kleinschaligheid en de afdeling Monnikskap een aanzuigende werking zullen hebben op leerlingen met een extra ondersteuningsvraag. Wegvallen van de speciale status en financiering van De Monnikskap: De bezuinigingen bij het ministerie van OCW leiden onherroepelijk tot een heroverweging van de speciale status en bekostiging van De Monnikskap. Het ligt in de lijn der verwachting dat De Monnikskap in de toekomst als cluster-3 school bekostigd zal gaan worden. Dit leidt tot een reductie in de financiering van deze speciale afdeling van onze school. Minder instroompotentieel voor De Monnikskap: Omdat de kosten van het speciaal onderwijs afgeroomd worden van het budget van het samenwerkingsverband VO zal vanuit het samenwerkingsverband druk worden uitgeoefend op het speciaal onderwijs om het aantal leerlingen te beperken. Bovenregionaal zullen afspraken gemaakt gaan worden met andere samenwerkingsverbanden over de financiering van buitenregionale leerlingen en ook van daaruit zal druk worden uitgeoefend om de instroom van leerlingen terug te dringen.

4.3 Wat willen we bereiken in 2016? • Alle docenten en mentoren zijn adequaat toegerust om ondersteuningsvragen te signaleren en te herkennen en leerlingen de passende eerstelijns begeleiding te bieden. • De leerlingen van het Dominicus College geven in onderzoeken een hoge waardering aan de eerste-, tweede- en derdelijns ondersteuning. Het DC behoort in een benchmark op dit terrein bij de drie beste scholen binnen het Samenwerkingsverband. • Uitgaande van voldoende financiële basis zal De Monnikskap een expertiserol vervullen binnen het samenwerkingsverband VO. Daarbij wordt nadrukkelijk de samenwerking gezocht met partners als AB, ziekenhuizen, woonvormen en jeugdzorg. • Het zorgprofiel voor het Dominicus College is gedefinieerd en ingevoerd.


12

5.

ORGANISATIEONTWIKKELING

Een helder organisatiestructuur waarin taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden duidelijk zijn belegd, dragen bij aan een positief en constructief werkklimaat. Dat creëert handelingsruimte binnen gestelde kaders en helderheid in wat je van elkaar mag verwachten. De notitie Organisatiestructuur Dominicus College (oktober 2010) gaat hier uitgebreid op in. Het organogram is separaat toegevoegd als bijlage. 5.1 Organisatie van het onderwijzend personeel Bij de inrichting van de teamstructuur zijn de vaksecties op het Dominicus College van meet af aan behouden. Secties zijn als expertisegroepen op het terrein van vakinhoud en vakdidactiek verantwoordelijk voor de inhoud van het onderwijs. Omdat we bij de inrichting van het curriculum de leerling centraal stellen, zijn de afdelingsteams leidend in het ontwikkelen van het curriculum. Zij zijn verantwoordelijk voor de organisatie en de kwaliteit van het onderwijs. We werken komende jaren aan het optimaliseren van het functioneren afdelingsteams en vaksecties o.b.v. van hun taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. 5.1.1 Het afdelingsteam Het fundament van de school en haar organisatie wordt gevormd door de onderwijsteams, verdeeld over vijf afdelingsleiders: teams onderbouw havo, atheneum en gymnasium, teams bovenbouw havo en vwo en team Monnikskap. De afdelingsleiders maken deel uit van het managementteam van de school. Zij geven leiding aan de docenten die deel uitmaken van hun team. Het onderwijsteam biedt onderwijs aan de leerlingen dat past op het leerlingenprofiel van de afdeling en dat aansluit bij de onderwijskundige en pedagogische doelstellingen van de school. Om dit te bereiken is het van belang dat docenten zich verbonden voelen met een afdeling en haar doelgroep. Uitgangspunten bij de samenstelling van de afdelingsteams: • Zo breed mogelijke vertegenwoordiging van vaksecties in de afdelingen. • Een evenwichtig verdeling van ervaren en minder ervaren docenten. • Het merendeel van de teamspecifieke werkzaamheden (60%) vervullen binnen de afdeling. • Drie jaren achtereen werkzaam binnen en vanuit dezelfde afdeling. Essentiële taken/verantwoordelijkheden van de afdelingsteams zijn o.a.: • Afstemmen van onderwijsinhoud en -didactiek tussen de verschillende vakken binnen de afdeling, inclusief inzet van lesmateriaal. • Vakoverstijgende samenwerking initiëren. • Adequate invulling van het mentoraat, passend bij de doelgroep. • Kwaliteit van het onderwijs en de leerlingenbegeleiding bewaken en zo nodig verbeteren. • Afstemming en organisatie van de toetsing conform toetsbeleid. • Zorg dragen voor een goede aansluiting met het toeleverend onderwijs (toeleverende scholen dan wel onderbouw) en het vervolgonderwijs (bovenbouw dan wel onderwijsinstituten voor vervolgonderwijs). • Zorg dragen voor een goede interne doorstroom inclusief bepalen en toepassen overgangsnormen. • Resultaten van kwaliteitsonderzoeken inzetten voor kwaliteitsverbetering. • Onderzoek doen naar oorzaken van positieve en negatieve resultaten en vervolgens verbeteracties formuleren 5.1.2 De vaksectie De sectie, o.l.v. een sectievoorzitter, draagt bij aan de ontwikkeling van het onderwijsbeleid en zorgt dat de koers die binnen de sectie gevolgd wordt, past binnen en bijdraagt aan het totale schoolbeleid en het specifieke afdelingsbeleid. Secties zijn expertisegroepen op het terrein van vakinhoud en didactiek..Vakdocenten binnen de teams opereren niet solistisch, maar betrekken de expertise van hun vakcollega’s in de ontwikkeling van het programma op teamniveau. De sectievoorzitter bewaakt de doorlopende leerlijn op vakinhoud, vaardigheden en toetsing in de verschillende jaarlagen van onderbouw en bovenbouw en stimuleert verbeteracties. De functionele aansturing van de sectievoorzitters ligt bij de conrector.


13

Essentiële taken/verantwoordelijkheden van vaksecties zijn o.a.: • Inrichten van vakonderwijs met een doorlopende leerlijn (kennis en vaardigheden), passend binnen de onderwijsvisie van het DC. • Optimaliseren van didactische aanpak aansluitend bij de leerling-populatie van de afdelingen. • Leermiddelenkeuze: voorstellen doen t.b.v. het optimaliseren van inzet (ICT) leermiddelen, waaronder ELO, binnen gegeven financiële kaders. • Organiseren van vakspecifieke activiteiten, excursies, etc. binnen de vastgestelde jaarplanning. • Inrichten van PTO en PTA volgens de geldende kaders (bv aantal toetsen, soorten toetsen, weegfactoren, afstemming met andere (naaste) vakken). • Constructie van toetsen en schoolexamens. • Analyse op sectiespecifieke onderwijsopbrengsten (overgang, examenresultaten) en eventueel verbetervoorstellen formuleren en uitvoeren. • Het inbrengen van roosterwensen die ten behoeve van het vak van belang worden geacht. • Voorstel toedeling van lessen onder de collega´s van de sectie. • Het verzorgen van de begeleiding (SPD) van stagiaires en LIO-ers. 5.2 Organisatie van management en onderwijs ondersteunend personeel De directie bestaat uit de rector en de conrector, tevens plv rector. De schoolleiding c.q. het managementteam (het MT) wordt gevormd door de directie en de afdelingsleiders. Drie van de zeven MT-leden zijn vrouw. Het Dominicus College kent daarmee een evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding. Bij de inrichting van de organisatiestructuur zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: • Verantwoordelijkheden worden zo laag mogelijk in de organisatie gelegd. • Elke medewerker heeft één direct leidinggevende (hiërarchische lijn). Functionele aansturing door een andere functionaris dan door de leidinggevende is mogelijk. • De rector en conrector hebben, naast hun primaire taak van het leiding geven aan de school, enkele bovenschoolse portefeuilles op Alliantieniveau in bovenschoolse beleidsgroepen. • De afdelingsleiders hebben, naast hun primaire taak van leiding geven aan hun afdeling, teamoverstijgende portefeuilles op schoolniveau. Het succesvol uitvoeren van het primaire proces is onlosmakelijk verbonden met een adequate invulling van de verschillende beleidsterreinen en de bijbehorende organisatie van de ondersteunende diensten. De huidige verdeling van taken binnen de directie is gebaseerd op de volgende verdeling van beleidsterreinen: Rector • Personeel & Organisatie • Financiën • C & PR • Kwaliteitsontwikkeling • Huisvesting & Facilitair Conrector • Onderwijs (innovatie & logistiek) • Leerlingbegeleiding & zorg • ICT • Leermiddelen (SBA)

5.3 Wat willen we bereiken in 2016? • Afdelingsteams handelen in grotere mate als zelfverantwoordelijk teams door op de beleidsterreinen onderwijs en begeleiding naar eigen inzichten beleid te ontwikkelen binnen schoolbrede kaders. • Teamspecifieke budgetten in fte´s en geld zijn vastgesteld. • Secties brengen hun vakinhoudelijke en –didactische expertise ten behoeve van de opleidingen in, op eigen initiatief en op verzoek van de afdelingsteams. • De afdelingsteams zijn ingericht volgens de vier uitgangspunten. • Voor alle medewerkers en belanghebbenden van het Dominicus College is het duidelijk bij wie ze voor wat moeten zijn. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

14

6.

PERSONEELSBELEID

Het realiseren van onze schoolambities kan niet zonder een kwalitatief goed personeelsbestand. De steeds veranderende eisen aan het hedendaagse onderwijs vragen een flexibele houding en inzet van alle medewerkers. Het personeelsbeleid van het Dominicus College is in de komende jaren ontwikkelingsgericht en passend bij een lerende organisatie die hoogwaardig onderwijs nastreeft. 6.1 Uitgangspunten van personeelsbeleid Het personeelsbeleid bestaat uit verschillende facetten, waaronder het taakbeleid, de functiemix, de gesprekkencyclus, de teamontwikkeling en de scholing. Bij het opstellen en het uitvoeren van dit beleid nemen we onderstaande uitgangspunten telkens in ogenschouw: ¾ De docent is de spil van het onderwijs Dat betekent: • Talenten van docenten worden optimaal benut. • De docent heeft ruimte om eigen didactische keuzes te maken ter stimulering van het leerproces. • Onze docenten stralen passie uit, inspireren en motiveren. • We betrekken docenten nadrukkelijk bij de inrichting van ons onderwijs. • De docenten werken opbrengstgericht in teamverband. • De docent heeft invloed op de directe leeromgeving. • We investeren in de didactische, pedagogische en vakinhoudelijke ontwikkeling van docenten. • We zetten in op begeleiding en loopbaanontwikkeling van docenten. ¾ We werken in een professionele cultuur Dat betekent: • Goede en open communicatie is bij ons vanzelfsprekend. • We spreken elkaar rechtstreeks aan. • We reflecteren op ons functioneren en stellen het bij. • We respecteren erkende ongelijkheid; we hebben vertrouwen in elkaars kwaliteiten. • We waarderen elkaar en geven complimenten. • We zeggen wat we doen en we doen wat we zeggen. • We leren van en met elkaar. • We nemen leerlingen, ouders en collega’s serieus. 6.2 Taakbeleid Het Dominicus College is een school met ambities, wij leggen de lat hoog bij wat we willen bereiken. Dat betekent dat er veel gevraagd wordt van alle collega´s. Binnen de school is zichtbaar en voelbaar dat er hard gewerkt wordt en dat het voortdurend schipperen is tussen inzet en voldoening. Het is van groot belang om waardering te tonen en signalen over werkdruk serieus te nemen. De notitie Taakbeleid Onderwijspersoneel Dominicus College (april 2011) geeft een overzichtelijke uitwerking van de toedeling van jaartaken aan docenten. Transparantie en eenduidigheid in het toekennen van uren binnen de schoolorganisatie draagt bij aan het creëren van draagvlak onder de docenten voor de inzet van uren. Een goede spreiding van de werklast en het nivelleren van over- en tekorturen bij individuele docenten is een jaarlijks terugkerende opdracht. Maatregelen die leiden tot spreiding en vermindering van werkdruk, zoals inzet van externe surveillanten en onderwijsassistenten, worden komende jaren verder uitgewerkt. Vanwege de begrensde beschikbaarheid van middelen is een efficiënte en effectieve inzet van middelen gewenst en noodzakelijk. Om onze doelen te bereiken is het van belang dat de juiste taken worden uitgevoerd (doen we de goede dingen) en dat docenten voldoende ruimte hebben om taken goed uit te kunnen voeren (doen we de dingen goed). Het taakbeleid wordt tweejaarlijks geëvalueerd en eventueel aangepast aan o.a. de schoolontwikkeling. 6.3 Functiemix De term functiemix staat voor de verdeling van docentfuncties op een VO-school over de LB-, LC-, en LD-functies. Op het niveau van de individuele school zijn de streefpercentages vastgesteld op basis van een nulmeting per 1 oktober 2008. De functiemix is vastgelegd in de CAO-VO 2008-2010. De functiemix stelt dat in 2014 het aantal LC-functies in principe met minimaal 10% punt moet zijn gestegen t.o.v. de 0-meting, en het aantal LD-functies 11% punt.


15

Door gebruik te maken van een bandbreedte van maximaal 3% punt is het mogelijk om bijvoorbeeld meer LC-functies uit te reiken en daaraan gekoppeld minder LD-functies, of andersom. Voor het bereiken van een evenwichtige opbouw van de functiemix op onze school is een relatief grote groei van de LC-formatie gewenst. Wij maken maximaal gebruik van de bandbreedte door 6% punt extra groei in LC-functies te compenseren met een 3% punt geringere groei in LD-functies. Bijkomend voordeel is dat een groter aantal collega´s gebruik kan maken van het door de functiemix geboden carrièreperspectief. Met onderstaande streefpercentages voldoet het Dominicus College aan de afspraken uit de CAO. Tabel: Kengetallen functiemix 0meting

LB LC LD OP

Wtf 29,27 10,86 14,17 54,30

1-8-08 Feitelijk

% 53,90 20,00 26,10 100,00

Wtf 30,32 17,21 15,83 63,36

15-9-11 prognose

% 47,85 27,16 24,98 100,00

Wtf 25,00 21,00 18,00 64,00

1-1-13 prognose

% 39,06 32,81 28,13 100,00

Wtf 19,14 23,04 21,82 64,00

1-1-14 11<->13

% 29,90 36,00 34,10 100,00

Δ wtf -5,32 3,79 2,17

13<->14

08<->14

Δ wtf Δ%punt -5,86 -24,00 2,04 16,00 3,82 8,00

In de beleidsnotitie Carrièreperspectief voor Alliantiedocenten laten de Alliantiescholen zien dat ze de functiemix in willen zetten ter ondersteuning van persoonlijke ontwikkeling en schoolontwikkeling. Het Dominicus College onderschrijft dit beleid van harte en zal zich de komende schooljaren richten op een goede spreiding van de LC- en LD-docenten over de verschillende secties en teams, zodat ontwikkelde expertise van collega’s in de volle breedte ondersteunend aan onderwijsontwikkeling kan worden ingezet. Wij zijn in 2010 gestart met de invoering van de functiemix op basis van de sollicitatieprocedure. Vanaf 2012 vormt de gesprekkencyclus de basis voor een beoordeling en mogelijke benoeming in een LC- en LD-functie. De notitie Vervolg functiemix DC met gesprekkencyclus (april 2012) gaat hier uitgebreid op in. 6.4 Beloningsbeleid De functiemix wordt ingezet ten behoeve van schoolontwikkeling. De toedeling van een LC- of LDfunctie is niet bedoeld als waardering voor bewezen diensten, maar als opdracht om bepaalde onderwijskundige ontwikkelingen in gang te zetten of te houden. Om personeelsleden die bijzondere prestaties geleverd hebben te kunnen waarderen, kan het Dominicus College gebruik maken van het beloningsbeleid dat voor de Alliantiescholen ontwikkeld is. 6.5 Gesprekkencyclus De driejarige gesprekkencyclus van de Alliantiescholen is gebaseerd op de notitie Kaderregeling gesprekkencyclus Alliantie VO, bijgesteld in september 2011. Het Dominicus College is in 2010 gestart met het voeren van functioneringsgesprekken met bijna alle docenten. In 2012 vinden de eerste beoordelingsgesprekken plaats in het kader van deze gesprekkencyclus. Deze beoordelingen zijn vanaf 2012 bepalend voor mogelijke benoemingen in LC- of LD-functies. Daarmee krijgt de gesprekkencyclus de komende jaren een grote betekenis in het bijdragen aan schoolontwikkeling. Een essentieel onderdeel van de gesprekkencyclus is het persoonlijk ontwikkelingsplan. Dit plan staat niet op zichzelf, maar is gebaseerd op wat er in termen van gedragsindicatoren van medewerkers verlangd wordt om bij te kunnen dragen aan de uitvoering van het schoolbeleid en teambeleid. Zelfreflectie, intervisie, teambesprekingen, beoordelingsinstrumenten en de gesprekken uit de gesprekkencyclus moeten ieder personeelslid helpen bij het verhelderen van zijn/haar sterke punten en ontwikkelpunten. De ontwikkelpunten en ontwikkelwensen zijn uitgangspunt voor het persoonlijk ontwikkelplan. Op basis van dit ontwikkelplan worden scholingsafspraken gemaakt. Met het management en OOP is in begin 2011 gestart met het voeren functioneringsgesprekken. Ook zij worden geacht een persoonlijk ontwikkelplan op te stellen. Inzet van dit ontwikkelplan is de eigen kennis en vaardigheden zodanig te ontwikkelen, dat de eigen werkzaamheden goed uitgevoerd blijven worden en dat er ook een bijdrage geleverd kan worden aan de kwaliteitsontwikkeling van het werk. Door afspraken met het OOP over het behalen en bijhouden van BHV- en EHBO-diploma’s wordt er voor gezorgd dat het vereiste aantal gediplomeerden op dit gebied steeds in verhouding is met het aantal leerlingen en collega’s op school. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

16

6.6 Scholing Scholing is een noodzakelijke voorwaarde om schooldoelen te kunnen realiseren op gebied van onderwijs, begeleiding en ondersteuning. Tegelijkertijd is scholing een belangrijk middel om de ontplooiing van alle medewerkers te faciliteren. Het Scholingsplan DC 2011-2012 (november 2011) geeft een uitgebreide onderbouwing bij de jaarlijkse scholingsactiviteiten. In lijn met de schoolambities krijgen de komende jaren de volgende aandachtsgebieden voor scholing prioriteit: • ICT-vaardigheden: het continu bijscholen van alle medewerkers op velerlei ICT-toepassingen; het aanstellen en trainen van ICT-coaches, experts op het gebied van het arrangeren,ontwikkelen en inzetten van digitaal lesmateriaal. • Didactische, pedagogische (mentoraat) en vakinhoudelijke kwaliteit van docenten, met het accent op inzet van eigen expertise onder het motto ‘leren van elkaar’: o didactisch afkijken in de klas in reële lessituaties of tijdens speciale daartoe vrijgemaakte studie(mid)dagen; o intervisie/peerview in teamverband; o individuele coaching, in eerst instantie voor nieuwe docenten, uit te breiden naar een bredere doelgroep; o maatwerktrainingen t.b.v. mentoraat en leerlingbegeleiding met externe expertise. • Differentiëren in de klas: aanknopingspunten zijn o.a. de ondersteuning bij Taal en Rekenen en de lessen op De Monnikskap. • Deskundigheidsbevordering in het kader van de Academische Opleidingsschool in zowel het begeleiden van het vakdidactisch opleiden als ook het doen van onderzoek. Invoeren van de functiemix: benoemingen van docenten in LC- en LD-functies dienen ter ondersteuning de schoolontwikkeling. De kans op succes neemt toe door enerzijds deskundigheidsbevordering van de benoemde kandidaten en anderzijds scholing van afdelingsleiders in het toepassen van een correcte procedure en het coachen en beoordelen van zijn/haar docenten. In de Regeling PrestatieboxVO wordt nog eens benadrukt dat een lerende cultuur in een school niet alleen betrekking heeft op leerlingen, maar ook op het leren van leraren en schoolleiders. Het inzicht in de beschikking over bekwaamheden en de acties voor behoud en verbetering ervan worden vastgelegd in een bekwaamheidsdossier. 6.7 Academische opleidingsschool Sinds december 2009 heeft het samenwerkingsverband van de zeven scholen van de Alliantie, de havo Notre Dame des Anges en ILS HAN en ILS RU officieel de status van Academische Opleidingsschool. Dit project kende een drietal doelstellingen: • De deelnemende scholen zijn professionele opleidingsscholen met een voorbeeldfunctie; o er bestaat van een helder opleidingsconcept. o er vindt samenhangend onderzoek plaats op het gebied van leren, werken, vernieuwen, onderzoeken. • De scholen dragen bij aan een eigentijds imago van het docentenberoep. • Opleiden in de school maakt structureel deel uit van het integraal personeelsbeleid. Jaarlijks ontvangen de scholen een groot aantal stagiaires/LIO-ers die begeleid worden in het verzorgen van goed onderwijs en het doen van onderzoek. Deze begeleiding wordt verzorgd door ervaren docenten die hiervoor speciaal zijn opgeleid. Met regelmaat neemt een aantal docenten van het Dominicus College deel aan het scholingsaanbod van de ILS-HAN om zich (verder) te bekwamen in hun begeleidingstaak, zoals de opleiding schoolpracticumdocent (SPD) en het begeleiden van onderzoek. De komende jaren willen wij met name het doen van onderzoek en het creëren van een onderzoekende houding bij docenten, stagiaires/LIO-ers en leerlingen meer benadrukken. Onderzoek leidt tot inzichten in relevante vraagstellingen en mogelijke oplossingsrichtingen. Doordat docenten zelf verantwoordelijkheid nemen en krijgen in bijvoorbeeld het opsporen van succesfactoren en het definiëren van een veranderstrategie is de kans op een succesvolle verandering meer gewaarborgd. Die onderzoekende, lerende houding is een belangrijk aspect van een professionele houding. Idealiter gaat het over nieuwsgierig zijn, open en kritische staan tegenover de eigen lespraktijk en die van collega´s. Deelname aan intervisie en collegiale consultatie sluiten hier goed bij aan.

6.8

Leeftijdsbewust personeelsbeleid


17

Het Dominicus College kent een scheve verdeling in haar personeelsopbouw. Onder de docenten zien we dat het aandeel jonge collega´s c.q. starters als ook het aantal ervaren medewerkers van 55 jaar en ouder relatief groot is. Door natuurlijk verloop in het docentenbestand en een toename van het aantal leerlingen heeft de school afgelopen jaren jong talent kunnen aantrekken. Naast het begeleiden van een groot aantal stagiaires en LIO-ers investeert de school in deze starters door de inzet van coaches voor ‘learning on the job’ en in het opleiden van schoolpracticumdocenten, zodat voldoende begeleidingscapaciteit voorhanden is. Daarnaast volgen we de CAO en verstrekken 20% reductie aan inzet binnen de formatieomvang voor deze starters. Bovendien kent het Dominicus College een relatief groot aantal medewerkers van 55 jaar en ouder. Zij maken merendeel, conform de huidige CAO, gebruik van hun recht op de Bapo-voorziening. Gezien het grote aantal starters en 55-plussers en de reductie aan ureninzet per medewerker is dit een aandachtspunt voor de financiering van het onderwijs in de nabije toekomst. Wij zijn van mening dat voor het behoud van hoogwaardig onderwijs een goede mix tussen meer en minder ervaren docenten en een goede mix van leeftijden in secties en teams van groot belang is. Dit vraagt enerzijds aandacht bij de werving en selectie van nieuw personeel, anderzijds vraagt dit specifieke inzet aan personeelszorg bij elke categorie medewerkers om ervoor te zorgen dat iedereen alert en vitaal blijft. Binnen de AlliantieVO is leeftijdsbewust personeelsbeleid een HRM-thema dat komende jaren nader wordt uitgewerkt, o.a. in verband met de toenemende interne mobiliteit tussen de Alliantiescholen. 6.9 Ziekteverzuimbeleid Het Dominicus College kent al een aantal jaren een laag ziekteverzuim van ongeveer 4%. Dat willen we graag zo houden. We blijven doen en verbeteren wat we afgelopen jaren deden: • investeren in een positieve en veilige sfeer binnen de school; • zorg voor een veilige en gezonde werkomgeving (Arbo); • persoonlijke betrokkenheid tonen als directie en onderlinge betrokkenheid tussen teamleden bevorderen; • tijdige ondersteuning en coaching bij de dagelijkse lespraktijk; • snel en regelmatig contact in geval van ziekte of afwezigheid van een collega; • goede afspraken en afstemming met de Arbo-arts. Met de inrichting van onze Arbo-organisatie in 2011 geven we structureel vorm aan het schoolveiligheidsbeleid waarin verschillende preventieve maatregelen in het kader van verzuimbeleid zijn opgenomen (zie ook 7.2). 6.10 Wat willen we bereiken in 2016? • De uitgangspunten van het personeelsbeleid zijn leidend in onze werkwijze en in de omgang met elkaar. • In het taakbeleid van docenten zijn werkdrukverminderende maatregelen optimaal benut binnen verantwoorde financiële kaders. • De functiemix is volgens procedure beleidsrijk ingevoerd en gecontinueerd o.b.v. de streefpercentages. • De uitvoering van de gesprekkencyclus en de inzet van persoonlijke ontwikkelingsplannen is een vanzelfsprekendheid voor alle medewerkers. • We beschikken over een bekwaamheidsdossier van alle medewerkers. • De onderzoekspoot van de Academische Opleidingsschool wordt gezien en erkend als essentiële toegevoegde waarde voor de school.


18

7.

PR, COMMUNICATIE EN PARTICIPATIE

7.1 Public relations De belangstelling voor het Dominicus College is groot. De school heeft een stevig imago en dat willen we graag behouden. Een relatief kleinschalige en overzichtelijke school, goed en gestructureerd onderwijs en een kwalitatief goed docentencorps zijn veel genoemde argumenten voor ouders om onze school te kiezen. De mond-tot-mond reclame van ouders en leerlingen is de beste pr voor de school. Om de school te profileren zet het Dominicus College de volgende pr-instrumenten in: • (vernieuwd) pr-materiaal en presentaties op de scholingsmarkten, • open dag en open lesavond met inzet van collega´s, leerlingen en ouders; • de website, met een speciale pagina voor groep 8; • sociale media zoals Hyves, Facebook en Twitter: de gebruiksmogelijkheden van sociale media als pr- instrument zullen komen jaren verder worden verkend en benut; • Schoolkompas (afgeleid van Venster voor Verantwoording), met vergelijkingsmogelijkheden over kenmerken en kwaliteit tussen scholen. Bestaande activiteiten die contacten met het basisonderwijs bestendigen, zoals terugkoppeling van informatie over leerlingen, creatieve wiskunde voor groep 8 en tutoring door goede leerlingen van het Dominicus College, blijven van groot belang en worden jaarlijks geëvalueerd en verbeterd. De profilering van het gymnasium vraagt komende jaren extra aandacht, zodat we jaarlijks in leerjaar 1 met twee gymnasiumklassen kunnen starten. In 2012-2013 organiseren de scholen van de AlliantieVO een positioneringsonderzoek waarin het imago en de identiteit van de individuele scholen onder de loep wordt genomen. Een dergelijk onderzoek heeft ook in 2008 plaatsgevonden. 7.2 Interne en externe communicatie Communicatie zorgt er voor dat collega´s, leerlingen en ouders op de hoogte blijven van relevante zaken. Dit is o.m. van belang voor het creëren van draagvlak en begrip voor allerlei schoolse aangelegenheden. Wij nemen de volgende uitgangspunten voor goede communicatie ter harte: • de communicatie is open en transparant van karakter; • de juiste informatie komt op het juiste moment bij de juiste mensen; • er mag doorgevraagd worden; • er komt op verzoek extra informatie als deze beschikbaar is; • we volgen korte lijnen: informatie bereikt mensen zonder omwegen • er wordt integer omgegaan met contacten: privacy wordt in acht wordt genomen en de inhoud is duidelijk en eerlijk; • communicatie is ieders verantwoordelijkheid: de school mag er van uit gaan dat haar medewerkers niet alleen maar informatie afwachten, maar dat zij ook actief op zoek gaan naar informatie die zij nodig hebben om goed te kunnen functioneren. • in de externe communicatie betonen de medewerkers van de school zich een waardig ambassadeur van de school. Bijna alle informatieverstrekking aan leerlingen, ouders en medewerkers door school gaat met digitale communicatiemiddelen: • Website www.dominicuscollege.nl: in plaats van het ouderbulletin ontvangen ouders iedere week een nieuwslink via de e-mail, waarin zij worden geattendeerd op actuele nieuwsitems en relevante informatie voor hun zoon/dochter, met een directe link naar de website. Collega´s ontvangen met regelmaat een verwijslink naar beleidsnotities die op de website zijn gearchiveerd. • Sociale media: gebruikers van Hyves, Facebook en Twitter worden uitgenodigd (o.a. via de website) om het Dominicus College te volgen via deze media: de gebruiksmogelijkheden van sociale media als communicatiemiddel zullen komen jaren verder worden verkend en benut. • Magister: de school gebruikt Magister momenteel voor de leerlingenadministratie, de cijferregistratie, de absentenregistratie en in beperkte mate als leerlingvolgsysteem. Leerlingen en ouders hebben met een inlogcode rechtstreeks toegang tot en inzage in de studieresultaten en de absenties. Het verder ontwikkelen en benutten van de informatie- en communicatiemogelijkheden van Magister wordt komende jaren onderzocht. • Teletop: deze elektronische leeromgeving is m.n. bedoeld voor de communicatie tussen leerlingen en docenten/medewerkers. Doordat Teletop is overgenomen, moet de komende jaren een afweging worden gemaakt met welke elo de school verder gaat.


19

• •

[email protected] voor kort en bondige berichten en informatie-uitwisseling; Monitoren in de aula voor korte en acute mededelingen aan leerlingen.

Het inrichten, onderhouden, actualiseren van bovenstaande digitale media en het tijdig reageren op vragen en verzoeken is tijdrovend en vraagt om voortdurende zorgvuldigheid. Ondanks alle digitale ontwikkelingen blijven bijeenkomsten voor formeel en informeel overleg van grote betekenis. De verschillende overleggen ten behoeve van de bedrijfsvoering, de inzet van klankbordgroepen, de OOP- bijeenkomsten e.d. worden de komende jaren gecontinueerd en geïntensiveerd. 7.3 Participatie Positieve betrokkenheid van leerlingen en ouders bij school groeit als zowel leerlingen als hun ouders serieus genomen worden: door naar ze te luisteren, hun wensen zo mogelijk in te willigen en uitleg te geven indien daaraan niet tegemoetgekomen kan worden Inzicht verschaffen is dan essentieel. Uit onderzoek is gebleken dat de schoolloopbaan van leerlingen erg gebaat is met positief betrokken ouders bij het schoolleven en de schoolresultaten van hun kind. Wij nodigen leerlingen en ouders op diverse manieren uit om actief betrokken te zijn of zelfs te participeren in schoolzaken en -activiteiten. Leerlingen: • als tutor voor bijscholing aan leerlingen • als minimentor in de begeleiding van eerstejaars activiteiten • deelname in de Activiteiten (feest)Commissie • deelname aan pr-activiteiten • zitting in de leerlingenraad van de afdeling, in de centrale leerlingenraad en/of in de MR Ouders: • ouderthemabijeenkomsten (2 x per jaar) • presentatieavonden van school- en leerling-activiteiten • inzet van ouders als externe surveillanten in toetsweken • inzet van ouders bij begeleiding van activiteiten in de onderbouw • inzet van ouders als gastdocent • deelname aan pr-activiteiten • zitting in de Ouderraad en/of in de MR De medezeggenschapsraad (MR) is te beschouwen als een participatieorgaan bestaande uit vertegenwoordigers van personeel, ouders en leerlingen. De directie bespreekt met de MR essentiële financiële, personele en onderwijskundige vraagstukken waarop de MR instemmings- en adviesrecht heeft. De directie hecht veel waarde aan een goede samenwerking met de MR om betrouwbare feedback te ontvangen en het draagvlak voor beleid te toetsen. Het Dominicus College wil de contacten met oud-leerlingen en oud-medewerkers aanhalen. Oudleerlingen kunnen van grote betekenis zijn voor feedback op de kwaliteit van de school op de langere termijn. Zowel oud-leerlingen als oud-medewerkers kunnen hun inbreng hebben door bijv. gastlessen of door het inbrengen en begeleiden van praktijkopdrachten. 7.4 Wat willen we bereiken in 2016? • Het merk Dominicus College staat nog steeds als een huis; • De aanmeldingen zijn dusdanig dat de afdelingen havo, atheneum, gymnasium en De Monnikskap een volwaardig bestaan behouden. • De gebruiksmogelijkheden van sociale media worden optimaal ingezet in de pr en communicatie. • De uitgangspunten van goede communicatie zijn ingeburgerd in onze school. • De tevredenheid van leerlingen over inspraak op het Dominicus College is in 2016 met 10% gestegen t.o.v. de waardering in 2011. • Het aantal ouders dat andere ouders aanraadt om deze school voor hun kind te kiezen in 2016 met 10% gestegen t.o.v. de waardering in 2011. • Alumnibeleid voor oud-leerlingen en oud-medewerkers is vastgesteld en opgestart.


20

8.

MATERIEEL EN FINANCIEEL BELEID

8.1 Huisvesting Het Dominicus College is, inclusief de speciale afdeling de Monnikskap, gehuisvest op één locatie in een betrekkelijk nieuw gebouw. Het gebouw is fasegewijs opgeleverd tussen 2002 en 2010 en voorzien van de modernste onderwijsfaciliteiten. In schooljaar 2012-2013 wordt bij gelijkblijvende instroom het maximale aantal leerlingen c.q. te roosteren klassen bereikt. Het toegenomen leerlingenaantal maakt inbreiding van een aantal lokalen in het gebouw noodzakelijk. De overblijfruimten worden in 2012 efficiënter ingericht en er worden sfeeraanpassingen in aula en buitenruimte doorgevoerd. De school heeft voldoende middelen gereserveerd om de komende jaren het groot en klein onderhoud conform Planon uit te voeren. De bereikbaarheid van het DC is onderwerp van gesprek met de gemeente door de aanpassing van de Energieweg in 2012-2013. De school is in overleg met de gemeente en de buur “De Baron” over gezamenlijk gebruik van open afritten en de herinrichting van de parkeerterreinen. 8.2 Schoolveiligheidsbeleid In 2011 is het Dominicus College gestart met vastleggen van haar veiligheidsbeleid en de inrichting van de Arbo-organisatie op basis van het Arbo-beleidsplan van de Alliantie (april 2004). Het schoolveiligheidsplan geeft invulling aan de wijze waarop wij binnen onze school zorg dragen voor de veiligheid, gezondheid en het welzijn van leerlingen en medewerkers. Onderwerpen die aan de orde komen zijn o.a.: • risico inventarisatie en evaluatie (RI&E) + plan van aanpak (pva meerjaren en per jaar); • ziekteverzuimbeleid; • bedrijfshulpverlening (BHV); • registratie van ongevallen en beroepsziekten; • seksuele intimidatie, agressie en geweld, discriminatie; • calamiteiten. De Arbo-organisatie bestaat uit: • de Arbo-commissie o.l.v. de rector: is verantwoordelijk voor het opstellen, invoeren, monitoren,en evalueren van het Arbo-beleid ; • de Arbo-werkgroep o.l.v. de Arbo-coördinator: neemt de coördinatie en uitvoering van Arbobeleid ter hand, zoals het uitwerken van de RI&E en het verzorgen van de controle op gevaarlijke stoffen. Uit metingen blijkt dat medewerkers, leerlingen en ouders de school als zeer veilig beoordelen. 8.3 Financiën Het financiële beleid van het Dominicus College is erop gericht om de missie van de organisatie te waarborgen op de langere termijn. Dit betekent dat voldoende middelen beschikbaar moeten zijn voor het behoud van een kwalitatief goed docententeam, adequaat functionerende ondersteunende diensten, goede huisvesting en moderne (ICT-)voorzieningen. De inkomsten van het Dominicus College bestaan vrijwel geheel uit rijksmiddelen op basis van een vaste voet en het aantal leerlingen. Voor de financiering van de relatief dure afdeling De Monnikskap ontvangt het Dominicus College een verhoogde vaste voet. Deze extra middelen, die grotendeels besteed worden aan extra personele inzet, zijn voor 2012 nog gegarandeerd. Naast deze structurele bekostiging ontvangt de school jaarlijks geld uit de ouderbijdrage, LGF-gelden en projectsubsidies. Het Dominicus College kent geen inkomsten uit sponsoring. De school blijft zich de komende jaren inspannen voor het verkrijgen van projectsubsidies. Daarbij richt ze zich vooral op subsidies die bijdragen aan de ontwikkelingen die al gaande zijn. De extra financiering van De Monnikskap en de LGF-financiering zijn in het kader van Passend Onderwijs komende jaren onderwerp van discussie. Een efficiënte bedrijfsvoering is noodzakelijk om de middelen zoveel mogelijk ten goede te laten komen aan het primaire proces c.q. de leerling. Op basis van het schooljaarplan en de afdelingsplannen worden beleidskeuzes gemaakt voor de toekenning van de beschikbare middelen met een sluitende jaarbegroting als resultaat. De ontwikkelingen van de personele lasten en de voorgenomen bezuinigingen door het Rijk als gevolg van de financiële crisis dwingen ons om de verdeling van baten en lasten zorgvuldig te wegen. Een grotere mate van kostenbewustzijn in de schoolorganisatie is gewenst en noodzakelijk voor het behoud van een verantwoorde financiële positie. 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

21

De financiële kengetallen zoals liquiditeit, current ratio en weerstandsvermogen geven aan dat de huidige financiële positie van het Dominicus College goed is. In Alliantieverband is gestart met Naris voor het opstellen van een schoolspecifiek en Alliantiebreed risicoprofiel. Hierdoor kan tijdig worden gesignaleerd of beleidsaanpassingen nodig zijn om risico´s te vermijden of te beperken. 8.4 Wat willen we bereiken in 2016? • Goede afstemming van het aantal nieuw aan te nemen leerlingen, het onderwijsaanbod en de roostering op de huidige schoollocatie. • We hebben een volledig en actueel schoolveiligheidsplan dat op relevante onderdelen bekend is bij de medewerkers. • De Arbo-organisatie functioneert naar wens en zorgt minimaal voor de vereiste veiligheidsactiviteiten. • We behouden een score van 8,5 in de veiligheidsmetingen onder medewerkers, leerlingen en ouders. • We behouden een sluitende begroting. • We hebben met inzet van Naris goed zicht op de financiële risico´s van de school op langere termijn, inclusief de levensvatbaarheid van De Monnikskap, en stemmen ons financieel beleid hierop af. • De medewerkers zijn in grotere mate kostenbewust en financieel creatief.


22

9.

CYCLISCH WERKEN AAN KWALITEIT

Het Dominicus college streeft naar de hoogst haalbare kwaliteit en het behoud daarvan. Dit vraagt om een ambitieuze schoolcultuur die gekenmerkt is door de wil om beter te worden, te willen leren en te ontwikkelen. Dat kan niet zonder medewerkers die durf, zelfkritisch vermogen, ambitie en onderling vertrouwen tonen. Hierbij is inzicht in geleverde prestaties voorwaarde om een stap voorwaarts te kunnen zetten. Met de bereikte resultaten verantwoorden wij ons als VO-school in onze maatschappelijke functie, niet alleen omdat onderwijs gefinancierd wordt met publieke middelen, maar ook omdat wij een stevige bijdrage willen leveren aan een succesvolle toekomst van onze leerlingen. 9.1 Uitgangspunten van cyclisch werken Cyclisch werken vormt de basis voor opbrengstgericht werken en het verbeteren van de kwaliteit. Met cyclisch werken volgens de PDCA cyclus realiseren we dat voorgestelde verbeteringen onderbouwd zijn met een weloverwogen plan (plan), na invoering (do) worden geëvalueerd op proces en resultaat (check) en op basis van de evaluatie worden aangepast en geborgd (act). Belangrijke uitgangspunten van kwaliteitsverbetering en -borging zijn: • de kwaliteit van het primaire proces staat centraal en is leidend; • leren verbeteren en ontwikkelen doe je met elkaar; • kwaliteitszorg geldt voor iedereen en op alle niveaus (van school tot individu); • kwaliteitszorg is gericht op een open communicatie, intern en extern; • de kern van kwaliteitszorg is het doorlopen van de PDCA-cyclus. 9.2 Uitvoering van de PDCA-cyclus In een ambitieuze schoolcultuur waarin leren en ontwikkelen centraal staat, behoort cyclisch werken verankerd te zijn op alle niveaus in de schoolorganisatie: ¾ Op individueel niveau kennen we de gesprekkencyclus, waarin de sterke punten en de aandachtspunten van iedere medewerker aan de orde komen en verdere profilering en scholing in een persoonlijk ontwikkelingsplan worden uitgewerkt. ¾ Op het niveau van de klas of een leerjaar zijn collegiale besprekingen naar aanleiding van analyses van leerlingenresultaten en gedragskenmerken van belang om verbeteracties te kunnen formuleren. Ons leerlingvolgsysteem Magister is zodanig ingericht dat de afdelingsleiders, mentoren en docenten van adequate informatie worden voorzien. ¾ Op schoolniveau komt de PDCA -cyclus van het Dominicus College o.a. tot uitdrukking in de planvorming: • Eens per vier jaar wordt een schoolplan opgesteld dat de plannen voor de middellange termijn weergeeft; dit schoolplan heeft betrekking op de periode aug 2012- juli 2016. • Het schoolplan wordt jaarlijks vertaald in een beleidsagenda met verbeteracties die een looptijd van één tot twee schooljaren beslaan. Deze beleidsagenda is richtinggevend voor het concrete handelen in het betrokken schooljaar dat wordt vastgelegd in het schooljaarplan. • Afdelingen maken naast het schooljaarplan een afdelingsplan dat de belangrijkste afdelingsspecifieke acties voor één tot twee schooljaren bevat; het plan wordt in overleg met het afdelingsteam opgesteld. • Het schooljaarplan en de afdelingsplannen worden in een vast format opgesteld, met kort en bondig aandacht voor de volgende onderdelen: − evaluatie: een korte terugblik met de belangrijkste meetgegevens, zoals onderwijsresultaten en tevredenheidsmetingen − relevante in- en externe ontwikkelingen − schoolbrede c.q. afdelingsspecifieke acties gericht op de 5 kritische succesfactoren: tevredenheid leerlingen, tevredenheid ouders, tevredenheid medewerkers, examenresultaten en doorstroomrendement; de acties (SMART-geformuleerd) zijn gebaseerd op de evaluatie, meetgegevens en relevante ontwikkelingen • Twee keer per jaar bespreekt de directie met de afdelingsleider en een vertegenwoordiging van de afdeling de voortgang van de geplande acties, actuele meetresultaten en relevante nieuwe in – en externe ontwikkelingen. Naast het gebruik van harde gegevens, zoals doorstroomgegevens en examencijfers, zetten wij verschillende metingen uit voor reflectie en het signaleren van aandachtspunten. Deze variëren van vragenlijsten die leerlingen invullen over het functioneren van hun docenten tot het invullen van vragenlijsten door ouders en leerlingen over de leerlingbegeleiding en het schoolklimaat.


23

Wij bespreken de gegevens met alle betrokkenen (medewerkers, ouders, leerlingen) en vertalen deze, afhankelijk van de van de uitkomsten van die besprekingen, in verbeteracties. De uitkomsten worden zo gebruikt ter ondersteuning van persoonlijke ontwikkeling en schoolontwikkeling; ze kunnen aanleiding geven tot nader onderzoek. Het Dominicus College maakt samen met de andere Alliantiescholen gebruik van vragenlijsten van Kwaliteitsscholen. Hierdoor is een breed scala aan meetinstrumenten beschikbaar die in een vast stramien jaarlijks of meerjaarlijks worden ingezet. Door de inzet van Kwaliteitscholen is benchmarking, d.w.z.vergelijking van de eigen prestaties met die van andere scholen, mogelijk. De Alliantie wil door deelname aan het project Vensters voor Verantwoording (incl. Schoolkompas) openheid voorstaan in het VO-onderwijs door kwaliteitsvergelijkingen op een vaste set van twintig indicatoren mogelijk te maken. 9.3 De rol van het bestuur Het bestuur (bevoegd gezag) bewaakt de kwaliteit van het Dominicus College door: • zorg te dragen en toe te zien dat het Dominicus College kwaliteitsbeleid ontwikkelt, vaststelt en uitvoert; • de jaarlijkse analyse en bespreking van de opbrengstenkaart van de Inspectie Voortgezet Onderwijs en het vastleggen van verbeterpunten in het managementcontract; • het bespreken van de analyse van uitkomsten van het inspectiebezoek; • toezien op deelname in Kwaliteitsscholen,vastgelegd in de meetkalender van de AlliantieVO; • toezien op deelname in Vensters Voor Verantwoording en Schoolkompas; • resultaten van opbrengstenkaart, inspectierapporten en overzicht van Vensters Voor Verantwoording tenminste eenmaal per jaar te agenderen voor de vergadering van de Raad van Toezicht; • schoolbezoek en frequent overleg met de schoolleiding. 9.4 Wat willen we bereiken in 2016? • De cultuur van opbrengstgericht werken is gemeengoed in onze school en biedt met inzet van de PDCA-cyclus de basis voor kwaliteitsverbetering. • Schoolplan, schooljaarplan en afdelingsplannen zijn in inhoud en vormgeving op elkaar afgestemd en zijn ‘levende‘ documenten, opgesteld en uitgevoerd met inzet van betrokkenen. • We leggen op een systematische en effectieve manier verantwoording af aan belanghebbenden (horizontale en verticale verantwoording). • We benutten dankzij het alumnibeleid de feedback van oud-leerlingen op de lange termijn prestaties van de school.


24

Bijlage 1


25

Bijlage 2 i.o.: Streefdoelen Bestuursakkoord vertaald voor DC April 2012 Prestaties op de kernvakken én brede vorming 2015 • Leerlingen slagen in 2015 met een gemiddeld 0,2 punt hogere score op het eindexamen voor de vakken Nederlands, Engels en Wiskunde dan in 2010. • Havo / vwo: Tenminste 55% van de havo/vwo-leerlingen kiest in 2015 voor een N-profiel. • (Vmbo-beroepsgericht: Tenminste 30% van de leerlingen kiest in 2015 voor techniek/Nsector.) • (Vmbo-TL/GL: Ten minste 50% van de leerlingen kiest in 2015 NASK.) DC: Wat doen we al of hebben we al als ambitie verwoord? • Onze ambitie is om, ondanks de verscherpte exameneisen, de slaagpercentages van onze leerlingen op een bovengemiddeld regionaal en landelijk niveau te brengen en te behouden. We nemen de volgende streefcijfers als ijkpunt: HAVO 90% 2011: 89% Atheneum 93% 2011: 81% (vwo) Gymnasium 96% • Profielkeuze huidige 3e jaars HAVO N=57 lln CM 7 lln 12.3% meisjes:6, jongens: 1 EM 17 lln 29.8% meisjes:6, jongens:11 NG 17 lln 29.8% meisjes:5, jongens 12 NT 16 lln 28.0% Meisjes:2, jongens:14 In totaal kiezen dus 33 van de 57 lln (58%) van de leerlingen voor een N-profiel bij de HAVO Onder deze 33 leerlingen zitten 7 meisjes (21%) VWO NT NG EM CM

N=122 lln 33 lln 53 lln 33 lln 3 lln

27.0 % 43.4 % 27.0 % 2.6 %

meisjes: 10, jongens: 23 meisjes: 39, jongens: 14 meisjes: 14, jongens: 19 meisjes: 3, jongens: 0

In totaal kiezen dus 86 van de 122 lln (70%) van de leerlingen voor een N-profiel bij de VWO. Onder deze 86 leerlingen zitten 49 meisjes (57%). Conclusie: Wij voldoen reeds aan de gestelde streefdoel van 2015 Systematisch werken aan het maximaliseren van prestaties van leerlingen 2013 • Alle scholen ontwikkelen zich aantoonbaar in opbrengstgericht werken, door te laten zien in welke fase van opbrengstgericht werken zij zitten en welke ontwikkeling daarin zichtbaar is • Leraren zijn in 2013 aantoonbaar in staat opbrengstgericht te werken. 2015 • 50% van de scholen werkt opbrengstgericht • Scholen die nog niet aan alle criteria voldoen, voldoen in 2015 wel aan meer criteria dan in 2011. • 100% van de leraren werken aantoonbaar opbrengstgericht. DC: Wat doen we al of hebben we al als ambitie verwoord? • In schooljaar 2011-2012 hebben 7 vwo bb docenten deelgenomen aan HAN-project “ Duurzaam vernieuwen van binnenuit”, gesubsidieerd door OC&W in het kader van opbrengstgericht werken. • PDCA cyclus ingevoerd op schoolniveau (planvorming en monitoring). • Systematische analyseren van resultaten op docentniveau is in ontwikkeling en aan de orde in de gesprekkencyclus 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

26

Verschillen tussen leerlingen signaleren – niet alleen de gemiddelde leerlingen, maar ook de cognitief zwakkere en sterkere leerlingen – en hier op een adequate wijze mee omgaan 2013 • De docenten die in 2012 nog niet kunnen omgaan met verschillen, volgen scholing om zich hierin voldoende te bekwamen. 2015 • Alle leraren stemmen de instructie, de verwerking en de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling van leerlingen. DC: Wat doen we al of hebben we al als ambitie verwoord? • Het Dominicus College kiest, met uitzondering van de Monnikskap, voor de inrichting van homogene lesgroepen vanaf leerjaar 1. De focus op het verrijkings- en ondersteuningsaanbod voor onze leerlingen ligt in eerste instantie buiten de klassikale setting: extra begeleiding voor leerlingen die (tijdelijk) extra ondersteuning nodig hebben, excellentieprogramma’s voor leerlingen die meer dan gemiddeld in hun mars hebben. Met de pilot “tabletklas” willen we ervaring op doen met grotendeels digitaal aangeboden lesmateriaal. Wij voorzien dat hierdoor de flexibiliteit in inzet van leerstof tijdens de les toeneemt in niveau en reikwijdte en dat wij hiermee het differentiëren in de klas kunnen faciliteren en stimuleren. Doordat de elektronische leeromgeving tijdens de lessen continue toegankelijk is zijn de verrijkings- en ondersteuningsmodulen altijd voorhanden. Ambitieuze leercultuur waar excellentie wordt gestimuleerd en hoogbegaafdheid worden ondersteund 2015 • De gemiddelde score op het eindexamen van de 20% best presterende vwo-leerlingen is gestegen met 0,2 punt ten opzichte van 2010 • In 2015 zijn er meer scholen met een uitgesproken profiel gericht op excellentiebevordering en talentontwikkeling. • Het percentage leerlingen dat in meer vakken examen doet dan minimaal is voorgeschreven, is in 2015 gestegen. • Het percentage leerlingen dat examen doet in een vak op een hoger niveau, is in 2015 gestegen. • In 2015 wordt aan nagenoeg alle excellente en hoogbegaafde leerlingen maatwerk geboden. DC: Wat doen we al of hebben we al als ambitie verwoord? • Het Dominicus College wil getalenteerde leerlingen uitdagen om meer uit zichzelf te halen, niet alleen door te excelleren in de lijn van de opleiding maar ook daarbuiten. In het kader van het actieplan van OCW ‘Beter Presteren’ stimuleren we de beste 20% leerlingen tot opleidingsgerelateerde verdieping en verbreding. Dat zien we o.a. terug in het aanbieden van Cambridge Englisch, Goethe Deutsch en Delfjunior Frans, in deelname aan de Pre-University en Bèta-Excellent. Door de komende jaren te investeren op het herkennen, erkennen en stimuleren van talentontwikkeling in de brede zin willen we onze leerlingen ook op andere terreinen uitdagen, binden en daardoor beter gemotiveerd hun schoolloopbaan laten doorlopen. • In 2014 slagen t.a.v. de leesvaardigheid in HAVO5 minimaal 25% van de leerlingen op 3S en in VWO6 minimaal 25% van de leerlingen op 4S. In 2016 zijn deze percentages opgehoogd tot 50% op beide afdelingen en in 2018 tot 75%. Lerende cultuur waarin het niet alleen draait om het leren van leerlingen, maar ook om het leren van leraren en schoolleiders 2013 • In 2013 heeft 60% van de scholen bekwaamheidsdossiers voor alle leraren. • In 2013 heeft 80% van de leraren minimaal 1 maal per jaar een formeel gesprek met de werkgever. • In 2013 is 60% van de beginnende leraren tevreden over de begeleiding. • In 2013 is de bekwaamheid van schoolleiders toegenomen ten opzichte van de 0-meting in 2011. • In 2013 zijn alle beginnende schoolleiders gestart met de basisopleiding schoolleiding. 2015 • 100%* van de scholen beschikt over bekwaamheidsdossiers voor alle leraren. • 100% van de leraren heeft minimaal 1 maal per jaar een formeel gesprek met de werkgever (bijvoorbeeld functioneringsgesprek, beoordelingsgesprek, gesprek over taken). 120604_Schoolplan DC 2012-2016 versie 7.2 Goedgekeurd door de MR d.d. 4 juni 2012

27

• •

80% van de beginnende leraren is tevreden over de begeleiding. 50% van de leraren is geregistreerd en leraren onderhouden hun bekwaamheden systematisch. • Van de schoolleiders voldoet 90% aan de geldende bekwaamheidseisen en alle beginnende schoolleiders volgen de basisopleiding voor schoolleider. DC: Wat doen we al of hebben we al als ambitie verwoord? • De uitvoering van de gesprekkencyclus en de inzet van persoonlijke ontwikkelingsplannen is een vanzelfsprekendheid voor alle medewerkers • We beschikken over een bekwaamheidsdossier voor alle medewerkers


28

Overzicht relevante stukken: “Bestuursakkoord VO” - Ministerie van OCW en VO-raad “Scholen met toekomst”: Strategisch Beleidsplan Alliantie VO “Beter Presteren en Leraar 2020 - een krachtig beroep!” - Ministerie van OC&W “Basisgeneraties en aantallen inwoners van de Nederlandse gemeenten 2009” Ministerie van OC&W “Deltaplan verbeteren examenresultaten” - Dominicus College “Organisatiestructuur Dominicus College” - Dominicus College “Taakbeleid Onderwijspersoneel Dominicus College” - Dominicus College “Carrièreperspectief voor Alliantiedocenten” - Alliantie VO “Vervolg functiemix Dominicus College met gesprekkencyclus” - Dominicus College “Kaderregeling gesprekkencyclus Alliantie VO” - Alliantie VO “Scholingsplan Dominicus College 2011-2012” - Dominicus College


29

Schoolplan. Dominicus College

Recommend Documents