Schoolplan 2014-2018 Almere College Dronten
2
Onze kernwaarden In de ontmoeting met elkaar zijn wij: actief in ons handelen, betrokken in de relatie, vakbekwaam op de inhoud en in de uitvoering en ondernemend met het oog op de toekomst.
Tekst: Pieter Delsing Vormgeving: Christa Lemmers Fotografie: Ray Haze Met dank aan alle collega’s die hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze publicatie.
3
Inhoudsopgave 1 Inleiding......................................................4 2 Invloed vanuit overheid en samenleving.........................................5 3 Kernwaarden en collectieve ambitie...................................7 4 Aansluiten bij het strategisch beleid koersplan 2014-2018............................10 5 Terugblik als mijlpaal voor de toekomst: schoolplan 2009-2013.............11 6 Leren en ontwikkelen...........................14 7 Van zorg- naar ondersteuningsstructuur......................20 8 Kwaliteitszorg en opbrengst gericht werken ......................................22 9 Organisatie en personeel.....................25 10 Beheer en financiën...............................29 11 Algemene informatie.............................31
4
1
Inleiding1 Het schoolplan 2014-2018 voor de vestiging Dronten maakt deel uit van de strategische beleidscyclus binnen het Almere College en sluit aan bij het strategisch beleid zoals door het bevoegd gezag beschreven in ‘Koersplan 2014-18: Samen leren, samen werken, samen leven’. Het schoolplan is door de schoolleiding vanuit haar integrale verantwoordelijkheid opgesteld, voorgelegd aan de Medezeggenschapsraad en vastgesteld door het bevoegd gezag.Tijdens de totstandkoming zijn de afdelingsteams bevraagd en zij hebben zo inbreng gehad op het resultaat. Door er met elkaar aan te werken, hebben we een herkenbaar schoolplan geschreven dat breed gedragen wordt.
Een schoolplan is een strategisch beleidsplan voor de middellange termijn, een planningsdocument voor schoolontwikkeling. Uitgangspunten en overwegingen in ons schoolplan zijn voor een deel abstractgeformuleerd zodat we steeds kunnen inspelen op zich aandienende kansen en kunnen anticiperenop de dynamiek van externe factoren. De beleidsvoornemens hebben we waar nodig concreet gemaakt en door middel van beelden verhelderd. Dit schoolplan wil ook een inspirerend document zijn. Een document dat weergeeft wie wij als Almere College in Dronten zijn, wat ons beweegt en waar we naartoe willen: een school met goede resultaten en vol ambitie, met oog voor kinderen en voor elkaar, een school waar leren en ontwikkelen voorop staan. Een school startklaar voor de toekomst!
Het schoolplan 2014-2018 geeft informatie over de school, onze drijfveren, de visie op leren en ontwikkelen en bevat de beleidsvoornemens op het gebied van onderwijs en ondersteuning, organisatie en personeel, beheer en financiën. Tevens geeft het schoolplan inzicht in de instrumenten die de school hanteert in het kader van de kwaliteitszorg en de kwaliteitsontwikkeling. In de communicatie over de school gebruiken we een tweetal documenten die beschrijven waar het Almere College voor staat en op welke wijze we dit willen bereiken: het schoolplan en de schoolgids. Deze beide documenten worden aangevuld door de website www.almerecollege.nl. Het schoolplan geeft de ‘dynamiek’ van de school weer in de beschrijving van ambities, voornemens en ontwikkeling voor de middellange termijn en de borging van de kwaliteit van onderwijs en organisatie. De schoolgids is informatief en beschrijft de school, zowel organiek als functioneel ten behoeve van een breed publiek. De website schetst een up-to-date beeld van de school in bedrijf en in ontwikkeling.
1
Voor ‘hij’ en ‘hem’ kan ook ‘zij’ en ‘haar’ gelezen worden.
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
2
5
Invloed vanuit overheid en samenleving De wereld om ons heen is in voortdurende ontwikkeling en verandering. Binnen die wereld bewegen wij ons als school voor voortgezet onderwijs. De samenleving verwacht van ons, nu en in 2018 nog steeds, dat wij een veilige leeromgeving bieden waar leerlingen voorbereid worden op hun en onze toekomst. Wij bieden onderwijs aan vanuit onze eigen idealen en ambities en laten ons aanbod en onze werkwijze aansluiten bij de wereld om ons heen. Het onderwijsaanbod stroomlijnen we aan de maatschappelijke ont wikkelingen en politieke eisen. Daar waar omgevingsfactoren van invloed zijn, houden we er rekening mee.
De overheid heeft de laatste jaren de positie ingenomen om richting te geven aan de inhouden van het onderwijs. Zij heeft een cognitieve kennis- en vaardighedenbasis geformuleerd, zoals bij het taalen rekenonderwijs, De overheid focust op opbrengsten zoals examenresultaten en legt ook een deel van de maatschappelijke verantwoordelijkheid in de vorm van burgerschap en ‘passend onderwijs’ bij de school. Daar waar de overheid het WAT bepaalt, krijgen de scholen eigen ruimte in het HOE , in de vormgeving van het onderwijs. Dit alles in een tijdbestek waarin de politiek minder middelen ter beschikking stelt en de vraag naar toekomstgericht en kwalitatief hoogstaand onderwijs toeneemt.
Het onderwijs in Dronten en specifiek voor het Almere College wordt direct of indirect beïnvloed door een aantal omgevingsfactoren: • Tot 2016 is er een lichte stijging van het totaal aantal twaalfjarigen in Dronten en omgeving, daarna stabiliseert dit. Het aantal kinderen dat ingeschreven staat bij het primair openbaar onderwijs is dalend. Dit betekent dat de ‘natuurlijke bron’ voor het Almere College, de openbare basisscholen, indroogt. • De overheid heeft bij de gemeenten een aantal taken neergelegd o.a. de transitie jeugdzorg. Het Almere College is partner in afstemming en uitvoering in relatie tot de invoering van ‘Passend Onderwijs’. • Met de komst van een station in Dronten heeft de gemeente ruimte gemaakt voor nieuwbouw in de omgeving van het station. Er komt o.a. een onderwijslocatie. Samen met het Ichthus College en Landstede MBO ontwikkelt het Almere College een centrum voor beroepsonderwijs voor de bbl/kbl-leerlingen met directe aansluiting op MBO niveau 1 en 2. In 2016 zullen de eerste leerlingen intrek nemen in het nieuwe gebouw. • Het Almere College denkt mee over de sociaal-economische agenda van Dronten. Kansen voor het onderwijs liggen er in de samenwerking met het bedrijfsleven en in leerlingen laten kennismaken met de nieuwste technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen in de regio, zoals in de agrarische en windmolenindustrie. • De provincie Flevoland is door de overheid gekenmerkt als een ‘risicoregio’. Dit betekent dat er in Flevoland op korte termijn een tekort aan gekwalificeerde docenten zal ontstaan. Anticiperend
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
6
daarop neemt het Almere College deel aan projecten zoals ‘Samen Opleiden’ en ‘Flevokans’ om meer en meer gekwalificeerde mensen voor het onderwijs te winnen. Een aantal thema’s raakt het onderwijs internationaal, zoals de razendsnelle ontwikkelingen binnen de informatietechnologie. De school staat voor de uitdaging de vernieuwingen op het gebied van digitale hardware en leermiddelen een plek te geven in het onderwijs. • Op neurobiologisch gebied wordt er steeds meer onderzoek gedaan naar de werking van het brein en we komen steeds meer te weten over hoe onze hersenen werken als we leren en ontwikkelen. Deze kennis en inzichten zullen binnen niet al te lange tijd invloed hebben op de inrichting en begeleiding van het leerproces. • Een ander thema dat op scholen aandacht vraagt, is ‘duurzaamheid’. Bewust omgaan
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
•
met de spaarzame middelen en bronnen vergt ander handelen en creatief denken. Het onderwijs moet daar op inspelen. Tenslotte: Als Nederland zich in een recessie bevindt, heeft dat direct en indirect invloed op het onderwijs. Minder middelen voor onderwijs vraagt meer inzet van de mensen. De kosten voor leermiddelen nemen toe en ouders hebben minder te besteden.
Al met al staat het Almere College in 2014 in een stabiele omgeving met een evenwichtige bevolkingssamenstelling. De school anticipeert de komende jaren op landelijke en politieke ontwikkelingen, zoekt daarin de eigen kracht, neemt haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Wij kijken vooruit vanuit de kernopdracht met “leren voorop” in het vizier en maken onze leerlingen “startklaar voor de toekomst” .
3
7
Kernwaarden en collectieve ambitie In dit schoolplan beschrijven we waar we voor staan, in welke richting we ons willen ontwikkelen en waar we op aangesproken willen worden. Aan de basis daarvan staat een vijftal kernwaarden: ontmoeting, actief, betrokken, vakbekwaam en ondernemend. Deze kernwaarden vormen de focus, samenhang en vooral de energie van waaruit wij als school met leerlingen en met elkaar werken en hoe wij met elkaar omgaan.
Kernwaarden
Het Almere College is een ontmoetingsschool. ‘Ontmoeting’ is de centrale kernwaarde van het Almere College, het hart van onze identiteit: “Wij zien jou, je bent wat, wij zien dat en je hoort erbij!” Werken, leren en ontwikkelen doen wij in de ontmoeting met de ander en is gericht op wederzijds respect, waarbinnen een kritische grondhouding, onderlinge verdraagzaamheid en mededogen worden gestimuleerd. Bij het Almere College staat ‘leren voorop’, op elk niveau, voor iedereen. Dit doen wij in een uitdagende leer- en werkomgeving waar ruimte is voor de eigen individuele ontwikkeling. Wij werken daarbij resultaatgericht en doen dit met elkaar. Bij ons halen leerlingen een diploma én wij vinden het onze taak om jonge mensen op te leiden en te begeleiden tot onderzoekende, zelfstandige, (zelf)bewuste en verantwoordelijke medemensen. Als medewerker leer, werk en ontwikkel je je bij ons binnen de ruimte van erkende ongelijkheid en in samenwerking met anderen. Het Almere College is een actieve en dynamische school, een school in beweging en in ontwikkeling. Wij richten ons onderwijs dynamisch in en er valt wat te kiezen. ‘Actief ’ is de grondhouding voor docenten en leerlingen tijdens het onderwijsleerproces. We zien kansen, maken ons onderwijs levensecht, zoeken samenwerking met anderen en er is ruimte voor initiatieven van leerlingen en medewerkers. Daar waar ‘actief’ richting geeft aan het handelen, geeft ‘betrokken’ inhoud aan de relatie: Bij het Almere College werken we vanuit betrokkenheid naar de leerlingen en naar elkaar. Wij willen samen ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
8
9
een doel bereiken, doen dit vanuit geloof en vertrouwen in elkaar en in een context waar leerlingen en medewerkers zich veilig voelen en zich herkend en erkend voelen. Wij zijn ook betrokken bij onze directe omgeving en dragen deze betrokkenheid uit in de samenleving. Op het Almere College werken vakbekwame mensen. Wij willen het beste uit iedereen halen. Daarom investeren wij in onze medewerkers en onze medewerkers investeren in zichzelf. Wij leiden leerlingen op die aansluiting kunnen vinden op de toekomstige arbeidsmarkt en op het vervolgonderwijs. Daartoe zetten we vakbekwame docenten in. ‘Vakbekwaam’ in de dubbele betekenis van het woord: vakbekwaam in een vak en vakbekwaam als coach. Docenten zijn kwalitatief sterk in hun vak, hebben passie voor het vak, kunnen maatwerk leveren en zijn betrokken bij de doelgroep. Bij ons werken collega’s die intrinsiek gemotiveerd zijn om aan de eigen ontwikkeling te blijven werken. Het Almere College is een ambitieuze en ondernemende school. ‘Ondernemen’ komt in al onze opleidingen aan bod en betekent voor ons mogelijkheden zien, kansen creëren en een bijdrage leveren. Bij ondernemen kijken we over grenzen en kijken we vooruit. ‘Ondernemen’ is voor ons het kompas richting de toekomst, ‘ondernemen’ is de beweging vooruit willen maken.
De collectieve ambitie
De kernwaarden vormen het uitgangspunt voor leren, werken en ontwikkelen op het Almere College in Dronten. Op basis daarvan hebben wij voor de periode 2014 - 2018 een collectieve ambitie geformuleerd. Deze ambitie geeft de energie, de focus en de samenhang voor de komende jaren weer: In deze school: Leren en ontwikkelen we in de ontmoeting met de ander. Creëren we samen een ondernemende en actieve leeromgeving voor iedereen. Werken vakbekwame mensen, die met leerlingen het maximale bereiken: Startklaar voor de toekomst!
Met deze collectieve ambitie spreekt het AlmereCollege te Dronten uit een succesvolle school te willen zijn. We willen met dit schoolplan de kwaliteit van onderwijs en organisatie naar een hoger plan tillen, opdat onze leerlingen in hun persoonlijke ontwikkeling en binnen hun leerproces ‘succesvol’ zijn en onze mede werkers in een prettige leer- en werkomgeving hun fascinatie voor kinderen en leren samen en in samenhang kunnen realiseren.
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
10
4
Aansluiten bij het strategisch beleid koersplan 2014-2018 Het voorliggende schoolplan is een uitwerking van het strategisch beleid zoals door het CvB van het Almere College is beschreven in Koersplan 2014-2018. In het Koersplan staat de visie geformuleerd waar het AlmereCollege binnen de diverse locaties voor staat. In Dronten geven wij, gedragendoor onze kernwaarden en gedreven door onze collectieve ambitie, aan deze visie de concrete invulling die past binnen wie wij als school zijn en willen worden.
De visie uit Koersplan 2014-2018 luidt:
“Iedere leerling leert op een eigen unieke manier en het Almere College biedt dan ook meerdere mogelijkheden om te leren, rekening houdend met diverse leerstijlen. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het eigen leren; de docent is regisseur van dit leerproces, rekening met niveau, tempo en leerstrategie. Het Almere College biedt de mogelijkheid om onafhankelijk van tijd of plaats te leren. Informatietechnologie (ICT) zal hierin een belangrijke rol spelen. De docent is de coach, de wegwijzer en de expert. Medeleerlingen zijn ondersteuning en stimulans, soms zelfs uitlegger. Want leren doe je samen!
De 21ste eeuw vraagt andere kennis en kunde; Naast de kennis van de vakken die we op de scholen geven, hebben de leerlingen voor hun verdere leven vooral vaardigheden nodig. De vaardigheden die voor de 21e eeuw nodig zijn, richten zich onder andere op samenwerken, kennisconstructie, creativiteit, planmatig werken, onderzoeken, zelfreflectie, probleem oplossen, zelfsturing, analyseren en burgerschap. Het Almere College zet in op het ontwikkelen van deze vaardigheden voor succes in het leven. Om ervoor te zorgen dat de leerling in het leren en opgroeien goed kan worden begeleid werken de scholen van het Almere College opbrengstgericht. De docent brengt de opbrengst van zijn/haar handelen bij de leerlingen in kaart om het effect te registeren en het eigen handelen daarop bij te stellen. Hierbij is “opbrengst” meer dan cijfers of een diploma.”
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
5
11
Terugblik als mijlpaal voor de toekomst: schoolplan 2009-2013 In de periode 2009-2013 heeft de school zich op alle aandachtsgebieden verder ontwikkeld en zijn de beoogde doelen uit Schoolplan 2009-2013 behaald. Daarmee samenhangend heeft ook de cultuur van de school een verandering ondergaan.Van een centraal geleide organisatie heeft de school in Dronten meer zeggenschap en integrale verantwoording gekregenen op zich genomen. We zijn professioneler geworden qua bedrijfsvoering en in de aansturing. Het hoge onderwijsniveau hebben we weten te behouden terwijl we open bleven staan voor ontwikkeling en vernieuwing. Het voornemen om teams leidend te maken rondom onderwijs en begeleiding is geslaagd.
De school was een naar binnen gerichte organisatie. Dat is veranderd. We hebben ons opgesteld als gemeenschap in de gemeenschap en maken actief deel uit van aan onderwijs gerelateerde netwerken. Niet alleen in Dronten, maar ook regionaal en landelijk. Met een veranderende samenleving is ook de school mee veranderd. De impact van het digitale tijdperk met mobieltjes, sociale media is ook in de school te merken: we hebben de basis voor de digitalisering van het onderwijs gelegd. Naast alle ver anderingen en ontwikkelingen is het goede behouden gebleven: de ontmoetingsgedachte. Je welkom voelen op school, de betrokkenheid naar elkaar en naar leerlingen hebben we met elkaar weten te behouden. Het blijkt in onze genen te zitten.
Wat is er allemaal gerealiseerd en waar kunnen we ons verbeteren?
Het praktijkonderwijs heeft een ware gedaanteverwisseling doorgemaakt.Van ‘pamperen naar peperen’ was het credo.Vanuit een toenemende professionaliteit en met behoud van de betrokkenheid zijn onderwijs en begeleiding op de schop genomen. Leerlingen en docenten zijn letterlijk naar buiten gegaan, naar de praktijk in de vorm van stages en het behalen van startkwalificaties. Het onderwijs is meer geïndividualiseerd, het IOP heeft een vaste plek in de begeleiding gekregen. Kroon op het werk van de afgelopen jaren was het inspectierapport waarin de inspectie deze ontwikkeling in haar positievebeoordeling heeft meegenomen. Het onderwijsaanbod is in algemene zin versterkt en verbreed. Het leerwerkhuis heeft een vaste plek gekregen in de vmbo-onderbouw. De tl/h-klas is ingevoerd en voldoet aan een behoefte bij leerlingen. In de bovenbouw vmbo is de afgelopen periode toegewerkt naar het Centrum voor Beroepsonderwijs. Een traject dat tussentijds vertraging op liep en uiteindelijk succesvol is geweest omdat de mensenvan de werkvloer mede invulling hebben kunnen geven aan het onderwijsconcept en de inrichting vanhet gebouw. In de gehele onderbouw zijn de talentprofielen ingevoerd. Deze talentprofielen zijn een voorbeeld voor hoe de school ook naar de toekomst toe wil werken. Er valt wat te kiezen voor leerlingen, de wereld buiten de school wordt nauw betrokken bij de invulling en uitvoering, leerlingen leren en ontwikkelen door te doen en door zelfverantwoordelijk te zijn voor het resultaat, de werkvormen ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
zijn divers en inspirerend, de resultaten en opbrengsten – veelal in de vorm van presentaties – zijn op niveau en verrassend.
te vruchten afgeworpen. Opmerkelijk was wel dat we één leerjaar bij de afdeling bouw hadden met 30 procent meisjes.
In de havo/vwo-afdeling was de ingrijpendste verandering de invoering van de vwo bovenbouw. Een team van gemotiveerde docenten heeft er voor gezorgd dat dit goed is verlopen en we ons niet meer voor de geest kunnen halen dat we het ooit zonder vwo-bovenbouw hebben gedaan. We hebben het gymnasium een eigen plek gegeven. Het beoogde leerlingenaantal is echter achtergebleven.We hebben Cambridge English als extra aanbod op het rooster gezet en het aantal leerlingen dat participeert is opvallend hoog. Minder sterk zijn we geweest in het realiseren van de aansluiting onderbouw naar bovenbouw. In de havo/vwo-afdeling wordt nu vanuit de datateams en gesprekken met secties daaraan een extra impuls gegeven, in het vmbo heeft het denken over onderwijs in een nieuw gebouw geleid tot een onderwijsconcept waar de aansluiting meteen is meegenomen. In algemene zin is de internationalisering niet van de grond gekomen. De aandacht en energie is uitgegaan naar vele andere ontwikkelingen en initiatieven, zodat deze ambitie even in de ijskast is gezet. Onze pogingen om meer meisjes richting beta en techniek te krijgen hebben niet de verwach-
Van oudsher hebben we binnen de school een aantal tradities en die hebben we weten te handhaven: de mogelijkheid voor leerlingen om hun talent voor kunst en cultuur en hun maatschappelijke betrokkenheid tot uitdrukking te brengen. We noemen de Grote Avond, het Lagerhuis, de kalenderjaarafsluiting en de maatschappelijke stages. Daarnaast zijn er nog tal van les- of mentoraatsgebonden activiteiten en initiatieven geweest.
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
Qua facilitering voor het onderwijs is veel gebeurd wat op dit moment al vanzelfsprekend lijkt. We hebben in de vorm van de mediatheek ons beoogd open leercentrum gerealiseerd en ook de ict heeft qua infrastructuur en aansturing een grote verandering doorgemaakt. De afgelopen jaren is de achterstand ingelopen en zijn er voldoende basisvoorzieningen om de volgende stap te kunnen maken. Kijkend naar het onderwijs in de klas zien we dat ook de docenten zich hebben ontwikkeld. Waren de praktijkvakken al van oudsher sterk in activerende didactiek, we zien dat ook de AVO-vakken dit hebben opgepakt. De toetsing is verbeterd middels de RTTI-methodiek. De didactiek en het pedagogisch-didactisch klimaat
13
in de klas hebben we kunnen versterken door inbreng van het CPS2 en andere scholingen. In 2010 hebben we in Dronten de uitvoering het taakbeleid onder de loep genomen. Dit heeft o.a. geleid tot het versterken van het mentoraat binnen de school. In 2013 is Almere College breed een nieuw taakbeleid op tafel gelegd. Aanleiding daarvoor waren de toenemende bezuinigingen door de overheid. Al met al heeft dit geleid tot meer inzet door medewerkers met minder middelen. Als school hebben we de aansluiting gezocht bij diverse landelijke ontwikkelingen. We hebben onze verantwoordelijkheid genomen ten aanzien van de versterking van taal- en rekenonderwijs en burgerschap. Vanuit overheid en onderwijsveld is de laatste jaren gestuurd op kwaliteitszorg. Het Almere College heeft een kwaliteitszorgsystematiek ingevoerd. De schoolleiding is cyclisch en opbrengstgericht gaan werken. Dit heeft op alle niveaus een cultuurverandering opgeleverd met als kenmerk de toenemende professionaliteit. In de begeleiding van leerlingen zijn we van ‘zorg’ naar ‘ondersteuning’ gegaan. Ging de aandachtvoorheen uit naar indiceren en ‘zorgen voor’, op dit moment gaan we richting arrangeren en leerlingen helpen het zelf te doen. De afhandeling van pedagogische kwesties verloopt efficiënter doordat we de coördinatoren beter in positie hebben gebracht en omdat de lijnen docent-mentor-team-afdelingsleiding korter zijn geworden. Wat betreft passend onderwijs hebben we tot 2013 de basis gelegd om in 2014 startklaar te zijn. We zijn rondom passend onderwijs als partner voor onze omgeving betrouwbaar en betrokken. De afgelopen jaren zijn we een aantal partnerschappen aangegaan en hebben we onze netwerkactiviteiten uitgebreid. ‘Samen Opleiden’ en ‘Flevokans’ waarbij we met partnerscholen samenwerken om studenten op te leiden, om nieuwe docenten te vinden en om de compe-
tenties van eigen docenten te verbeteren. Ook de samenwerking met de gemeente Dronten en het Ichthus College is toegenomen met als katalysator onze eigen betrokkenheid naar de omgeving, het Centrum voor Beroepsonderwijs en landelijke ontwikkelingen als Passend Onderwijs en de Transitie Jeugdzorg. Al met al hebben twee lijnen de afgelopen jaren in ons handelen centraal gestaan. De wil en de noodzaak om de basis op orde te krijgen en te houden en de ambitie om vooruit te blijven kijken en de blik op de toekomst te houden.Via de jaarplannen en afdelingsplannen hebben we dit cyclisch laten terugkomen en gemonitord. We kunnen ons nog verbeteren in het opbrengstgericht werken. We werkten voorheen vooral vanuit plannen en ideeën en dachten minder in sturen op beoogde opbrengsten en resultaten. Ten aanzien van de arbeidsomstandigheden en lokaalinrichting hebben we de afgelopen jaren ook aanpassingen gedaan. De science-hoek in de 200-vleugel is aangepast. De 800-vleugel met vernieuwde lokalen voor biologie, aardrijkskunde en geschiedenis is gerealiseerd. Het machinepark bij de afdeling bouw en metaal is vrijwel geheel vernieuwd. Kleine aanpassingen bij de lokalen beeldende vorming zijn enkele voorbeelden. De personeelskamer in het hoofdgebouw is verbouwd, de entree van de school is verbeterd, de toiletten voor leerlingen zijn verbouwd, in het kleine gebouw is geschilderd. Voorbeelden van het streven om de middelen in te zetten ter verbetering van de arbeidsomstandigheden en het onderwijs. Aandachtspunt blijft de behoefte van docenten voor een eigen werkplek. Met invoering van de functiemix en het toekennen van LC- en LD-functies in de organisatie voldoen we aan de richtlijnen. Ontwikkelen en verbeteren van de professionaliteit wordt gemonitord in de functioneringsgesprekken, die inmiddels jaarlijks met medewerkers gevoerd worden.
CPS: landelijk scholingsinstituut
2
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
14
6
Leren en ontwikkelen Leren en ontwikkelen doen we allemaal: leerlingen en medewerkers3 ! “Leren en ontwikkelen” staan centraal in de school. Wij geven dit vorm en inhoud vanuit onze kernwaarden en onze doelen voor de komende jaren. Het leren van onze leerlingen staat daarbij voorop. Ook als organisatie zijn wij lerend en in voortdurende ontwikkeling. De belangrijkste taak van de school en de schoolleiding is het leren en ontwikkelen te faciliteren en met de beschikbare middelen optimaal in te richten.
Onderwijs: de AC-les
Succesvol leren begint bij de leerling en de docent in de klas. Wij zijn een school waar leerlingen hun schoolloopbaan afronden met een diploma en toegerust zijn voor het vervolgonderwijs: Succesvol zijn en startklaar voor de toekomst! Bij ons ontwikkelen leerlingen zich breed persoonlijk en maatschappelijk. Ze zijn in staat om actief, autonoom en bewust keuzes te maken in hun leer- en ontwikkelproces. Elk kind willen wij laten stralen! We ‘zien’ onze leerlingen, herkennen en erkennen ze. Wij doen in ons onderwijsaanbod recht aan verschillen en richten onze lessen daarop in. We zijn met onze leerlingen in gesprek over wat binnen de schoolcontext bij hen past en wat we voor hen kunnen betekenen. Met deze ambitie voor ogen maken we met elkaar afspraken hoe wij onze lessen inrichten en hoe wij onderwijzen. We noemen dat de “Almere College-les”. De AC-les heeft ‘een kop, een romp en een staart’, docenten handelen vanuit de 5 rollen van de leraar4 en er is variatie in activerende werkvormen. Deze elementen vinden we in elke les op school terug. In de AC-les vinden we de kernwaarden van de school terug: de ontmoeting met elkaar, actieve en betrokken leerlingen en docenten, het vakmanschap. De dynamiek en het verschil tussen de lessen zit in de diverse werkvormen en de manier waarop docenten en leerlingen ‘ondernemend’ zijn, d.w.z. kansen zien, buiten gebaande paden durven treden en onderwijs anders vormgeven. Elke AC-les is onderdeel van een groter geheel: de onderwijskundige doelen en leeropbrengsten die we met elkaar voor ogen hebben. Op elk niveau, in elk leerjaar werken docenten met hun leerlingen samen aan: • goede en voorspelbare resultaten. (als gevolg van:) • het aanleren van kennis, inzicht en vaardigheden en de toepassing daarvan in een betekenisvolle, levensechte context. • een actieve en betrokken coaching en begeleiding van leerlingen. • het herkennen, erkennen en honoreren van verschillen in leerstijlen. • toetsing5 en reflectie die aansluiten bij het leerproces. • een duidelijke samenhang binnen en tussen vakken binnen één leerjaar en door de leerjaren heen. • de balans tussen sturen en loslaten waarbij de leerling leert “het zelf te doen”. Leren en ontwikkelen van medewerkers wordt beschreven in het hoofdstuk Organisatie en Personeel
3
Gastheer, presentator, didacticus, pedagoog, afsluiter
4
Op basis van het RTTI-concept
5
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
15
De AC-les in de ogen van een leerling: 1. De les “gaat ergens over”: ik leer iets, ik doe iets, er wordt iets van mij verwacht. 2. Het is zinvol dat ik er ben: de les “doet er toe”. 3. Ik hoor er bij! Ik krijg bij mijn leraar het gevoel er bij te horen: hij weet wie ik ben, hij let op mij en ik mag er zijn. Ik voel me veilig in de klas. 4. Ik heb een goede leraar. Hij weet waar hij over praat, hij leert mij wat ik moet weten, wat ik moet kunnen, maar vooral leert hij mij het zelf te doen. Bij hem ga ik mijn diploma wel halen. 5. De lessen zijn leuk. Ik mag veel zelf doen en kiezen, we werken veel samen en ik kan wat ik geleerd heb toepassen in een échte situatie. 6. De lessen zijn duidelijk.We worden altijd welkom geheten, we weten wat we moeten doen en aan het einde kijken we terug. Er is orde in de les. 7. Ik heb ook huiswerk. Er is een werkplanner, ik kan vooruitwerken en de leraar loopt vaak rond en vraagt waar ik ben en of ik nog vragen heb. Ik word wel gecontroleerd, ja. 8. Op het Almere College werken leraren die er echt voor je zijn!
Goede en voorspelbare resultaten
Onze cultuur is sterk op onderwijs en begeleiding gericht. De inzet van docenten en leerlingen, de begeleidingen de afspraken over toetsing en beoogde resultaten dragen bij aan goede en voorspelbare resultaten en succes in het vervolgonderwijs. Voor de komende jaren willen we een aantal zaken geregeld hebben: a. Leerlingen en collega’s weten wat ze moeten doen. Afspraken over de inrichting en uitvoering van de lessen worden vastgelegd en zijn terug te vinden. b. De kenmerken en kaders van de AC-les worden in alle lagen van de school gekend en erkend. Leerlingen herkennen de AC-les en kunnen hem beschrijven. c. Aanverwante vakken hebben specifieke vaardigheden (m.n. reken-, taal- en onderzoeksvaardigheden) op elkaar afgestemd. d. We brengen in kaart waar de secties staan, welke ontwikkelingen ze inzetten en hoe ze
e. f.
g.
h.
i.
de kwaliteit van inhoud en resultaten waarborgen, verbeteren en borgen Daarvoor gebruiken we de ‘vakchecklist’ om de afspraken in kaart te brengen en het vakwerkplan om de doorlopende leerlijn in beeld te brengen. Er is elk jaar tenminste één studiemiddag voor de sectie om te bezinnen op de koers en de kwaliteit van de vakgebied. De examenprotocollen en de PTA’s6 zijn altijd actueel, eenduidig en , transparant. Afspraken over toetsing en weging in de onderbouw zijn door secties in vakwerkplannen vastgelegd. Jaarlijks brengen we in kaart hoe en of sectiestoetsen volgens het RTTI-model7 opstellen en hoe er binnen de secties en afdelingen over toetsing gecommuniceerd wordt. Binnen het Praktijkonderwijs wordt het IOP8 versterkt door af te stemmen op het competentieprofiel voor deze doelgroep. Cyclische resultaatverantwoording: - De schoolleiding spreekt jaarlijks
6
PTA: Programma van Toetsing en Afsluiting
7
RTTI-model: afspraken over op welke wijze reproductie, toepassing en inzicht in een toets opgenomen en beoordeeld
worden. 8
IOP: individueel ontwikkelplan ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
16
De AC-les vanuit het perspectief van de rector: “Leerlingen willen iets kennen en kunnen, weten en begrijpen. Ze willen iets doen, liefst met een ander. Leerlingen willen weten waar ze aan toe zijn en wat er van hen verwacht wordt. Zij willen gezien en gehoord worden. Daarom maken wij afspraken over ons onderwijs en onze lessen, geen dogma of format, maar herkenbare elementen en kaders die ruimte bieden om ‘leren en ontwikkelen’ succesvol en plezierig te maken. In elke les- en leersituatie staat leren centraal: kennis en vaardigheden aanleren en deze toepassen in een betekenisvolle en activerende context. Een context die past bij het niveau van de afdeling waarin de leerlingzit. Het verwerven van kennis en vaardigheden en de ontwikkeling van inzicht en de begripsvorming hierbij, vormen de kern van onze lessen. De docent is de regisseur, de coach van het leerproces. Hij biedt structuur en begeleidt de leerling(en) bij het ontwikkelen van een effectieve leerattitude. Elke les heeft een begin, een middenstuk en een einde. Bij de meest succesvolle leermomenten geeft de docent directe feedback op de leerling of op de klas. De leerling leert bij ons hoe hij een eigen rol kan, soms moet nemen:Wij leren hem zelfstandig te werken en zijn eigen verantwoordelijkheid te nemen onder het motto “Leer mij het zelf te doen!”. Wij tillen kennis en vaardigheden boven het reproductieve niveau uit en bieden daarom onze leerlingen een context aan waarbinnen ze het geleerde op een actieve, betrokken en motiverende manier kunnen toepassen: “Leren door te doen!”. “Leren door te onderzoeken, te ontdekken, leren door te ontwerpen.” Die context is niet alleen vakgebonden.Wij streven ernaar vakoverstijgende, praktijkgerichte en samenhangende contexten aan te bieden: “Levensecht leren!”. Een les hoeft niet altijd plaats te vinden binnen de vier muren van het lokaal. Binnen de driehoek leerling-leerstof-docent heeft de docent een centrale rol.We gaan uit van het vakmanschap van de docent.Vanuit zijn expertise en met onze visie op leren en ontwikkelen als uitgangspunt is de docent leidend bij het bepalen van de leerstof en de didactiek. De kunst is om de leerling daarbinnen zijn eigen zelfstandigheid, zijn eigen talenten en zijn eigen verantwoordelijkheid te laten ontwikkelen. Er moet wat te kiezen zijn voor leerlingen. De leiding van het leerproces, de regie, ligt bij de docent. Het ware vakmanschap heeft daarbij oog voor de mens achter het kind, voor de relatie, voor de ontmoeting: kennen en kunnen in balans met gezien, erkend en herkend worden.” Pieter Delsing, november 2013
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
17
examenresultaten en discrepantie SE-CE met secties door; - Op basis van managementrapportage (Magister,Vensters voor Verantwoording) worden bij signalen ‘rood’ en ‘oranje’ gesprekkenmet secties gevoerd gekoppeld aan een plan van aanpak. - Aandacht voor goed presterende secties want we willen met elkaar ook onze successenvieren.
Aansturing van onderwijs en begeleiding: primair bij de afdelings teams
Secties en teams staan aan de basis van de kwaliteit van het onderwijs. In het spanningsveld tussen autonomie en bevoegdheid enerzijds en gedeelde en gezamenlijke verantwoordelijkheden anderzijds kiezen wij voor de volgende werkwijze: De afdelingsteams zijn leidend voor het onderwijsproces binnen hun afdeling. De secties geven vanuit hun vakgebied vorm en inhoud aan de gemaakte keuzes van de teams. De kaders, de ruimte en de algemene uitgangspunten zoals in dit schoolplan beschreven, geven de koers aan voor onderwijs en begeleiding. Het team, stelt onder verantwoordelijkheid van de afdelingsleider binnen de kaders vast hoe het onderwijs en de begeleiding er in de afdeling uit komen te zien. De teamleden, tevens ook mentoren, kennen de doelgroep en weten wat bij de leerlingen past om succesvol te kunnen zijn. Het team heeft verstand van zaken want onder hen zitten ook de vakmensen, die uiteindelijk uitvoeren wat er binnen de afdeling is afgesproken: de docenten. De afdelingsteams richten het onderwijs en de pedagogische aanpak binnen hun afdeling in aansluitend bij de gezamenlijke afspraken in de school. De vakdocenten zijn verantwoordelijk voor hun vakgebied en voor de uitvoering van de gemaakte afspraken binnen dit vakgebied. Binnen de jaarkalender is zowel overlegtijd voor teams als voor secties opgenomen. We denken daarmee een evenwicht te bereiken waarbij de verantwoordelijkheden voor de richting, inrichting en uitvoering van het onderwijs
daar komen te liggen waar ze thuishoren. Het schoolplan geeft de richting aan voor de hele school, het afdelingsteam legt onder leiding van de afdelingsleider de inrichting van het onderwijs vast in het afdelingsplan en docenten/ mentoren geven daaraan concrete invulling.
Onderwijs in ontwikkeling: “De school van morgen voor de kinderen van vandaag”
Het Almere College te Dronten ziet de school van 2025 als stip aan de horizon. De vijfjarige van nu zit in 2020 bij ons op school en zal er zo’n vier tot zes jaar verblijven. De wereld om ons heen zal de komende jaren veranderen en wij willen ons onderwijs en onze begeleiding daarop aansluiten. Wij profileren ons als een actieve, betrokken en ondernemende school en de periode 2014-2018 gaan wij de school klaar maken voor morgen, met de AC-les als basis en we staan open voor “ander onderwijs en onderwijs anders”. Wij pakken de volgende ontwikkelingen op en stellen ons als doel dat ze in 2018 een plek in ons onderwijs en in onze school hebben gekregen: De ‘21th century skills’ In een veranderende wereld zijn naast kennis en kunde ook andere en nieuwe vaardigheden nodig. De vaardigheden van de toekomst richten zich op samenwerking, kennisconstructie, planmatig werken, onderzoeken, zelfreflectie, probleemoplossend vermogen, zelfsturing, analyseren en burgerschap. In ons onderwijs van de komende jaren leggen we de verbinding met deze ‘skills’. Gepersonaliseerd leren Elk kind is uniek. We vinden dat we daarmee rekeningmoeten houden in de inrichting van ons onderwijs en in de keuze van onze werkvormen. We gaan ‘van confectie naar maatwerk’, er valt wat te kiezen en we organiseren onderwijs en begeleiding minder tijd- en plaatsgebonden dan nu. We gaan op zoek naar een systeem ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
18
dat de individuele leerontwikkeling van leerlingen in kaart kan brengen. Vernieuw(en)de leermiddelen Om onze onderwijsdoelen te behalen en aan te sluiten bij de leef- en leeromgeving van de leerlingen zetten wij de stap van papier naar digitaal. We gaan er daarbij vanuit dat in 2018 elke leerling een eigen ‘device’ heeft en richten daar onze ict-omgeving op in.Van papier naar digitaal betekent scholing voor docenten, gezamenlijke projecten en voldoende faciliteiten. De in 2012/13 gestarte iPadklas heeft tot gevolg dat in 2018 alle docenten in de klas kunnen werken met een iPad. Van papier naar digitaal betekent ook het terugbrengen van het aantal kopieën in de organisatie.
1 en 2-leerlingen. Deze school is het resultaat van de samenwerking tussen Landstede (Ichthus College en MBO-Harderwijk) en het Almere College. Wij willen met deze nieuwe voorziening voor deze doelgroep een doorlopende leerlijn aanbieden en een aantrekkelijke leer-, werk- en leefomgeving scheppen met als rode draad het leerloopbaanleren. Met het verplaatsen van een deel van de leerlingen naar een nieuw gebouw hebben we de mogelijkheid om het ‘oude gebouw’ her in te richten aansluitend bij onze ambities voor de toekomst. Beide veranderingen vereisen een extra inspanning van alle medewerkers. Een inspanning die zich uiteindelijk zal terugbetalen in enthousiasme voor de nieuwe situatie en nieuwe kansen.
Centrum voor Beroepsonderwijs in Dronten In 2016 staat er in Dronten bij het station een school voor bbl/kbl-leerlingen en MBO niveau
Passend Onderwijs Binnen het SWV9 Zwolle e.o. zijn afspraken gemaakt over de invoering van Passend Onder wijs. Samen met het Ichthus College willen we,
SWV: Samenwerkingsverband
9
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
19
aansluitend bij de ondersteuningsprofielen, elke leerling in Dronten een passend onderwijsaanbod kunnen aanbieden. We zoeken daarbij de samenwerking met het PO in verband met de doorlopende leer- en begeleidingslijn, met partners zoals CJG10 voor de afstemming van de ondersteuning én met partners als Eduvier daar, waar leerlingen en de school specifieke ondersteuning (arrangementen) nodig hebben. Doelstelling is dat de school eind 2014 startklaar is voor Passend Onderwijs en dat wij de beoogde doelstellingen vanuit het SWV halen. Rekenen en taal Vanuit de overheid en de maatschappij worden eisen gesteld aan het reken- en taalniveau van onze leerlingen, de referentiekaders. Wij richten ons onderwijs zo in dat onze leerlingen de beoogde referentieniveaus gaan halen. Opbrengstgericht werken De omgeving verwacht van ons goede resultaten. Steeds vaker willen we rekenschap afleggen van onze opbrengsten en resultaten. Aansluitend bij ons kwaliteitszorgsysteem en deze toenemende resultaatverantwoordelijkheid naar onze omgeving toe gaan we vanuit de schoolleiding eisen en verwachtingen stellen ten aanzien van resultaten en opbrengsten. We zetten daartoe data-teams en cyclische managementrapportage in om op basis van objectieve gegevens trends en ‘rode cijfers’ te benoemen en aan te kunnen pakken.Van betrokkenen vragen we om onderzoek, uitleg en een plan van aanpak. Omgevingsbewust handelen “Van buiten naar binnen, van binnen naar buiten”. In een steeds veranderende wereld en vanuit ons eigen ondernemerschap willen we de wereld om ons heen direct betrekken bij het onderwijs. Deze wereld biedt ook kansen voor vernieuwende vormen van onderwijs. Wij zoeken daarom actief naar partners in Dronten en de regio om ons onderwijs aan te vullen, te
10
vernieuwen en te versterken. De relaties met de huidige partners verstevigen we of bouwen we uit: De Meerpaal, XL-Theaters, Sportverenigingen, de CAH, partnerscholen in Flevoland. Gemeenschap in de gemeenschap Als ‘ontmoetingsschool’ willen wij onze betrokkenheid en gemeenschapszin ook naar buiten toe uitdragen en zo van betekenis zijn voor onze omgeving. Wij nodigen diezelfde omgeving dan ook uit om deel te nemen aan onze activiteiten en ons onderwijs. Zelf zoeken wij bewust naar mogelijkheden om onze betrokkenheid te laten blijken. Wij voelen ons verbonden met de landen om ons heen en willen de komende vier jaren tenminste één internationaal project opstarten met een partnerschool in een ander land. Versterking van het onderwijsaanbod Voor onze vmbo-populatie scheppen we met het Centrum voor Beroepsonderwijs een onderwijsaanbod met perspectief, voor de tl/ havo/vwo-leerlingen handhaven we het huidige aanbod met o.a. de tl/h-klas, het Leerwerkhuis, het vak technologie en de Talentprofielen. Ten aanzien van Cambridge English gaan we na of de huidige opzet in de toekomst betaalbaar blijft. Een inspirerende klus voor de komende vier jaren wordt de invoering van het technasium, waar we in 2014 mee willen starten. Wij bieden het technasium als concept voor de havo/vwo leerlingen aan en ontwikkelen een concept voor de tl-leerlingen dat daar op aansluit. We beoordelen hoe we de combinatie gymnasiumen technasium gestalte gaan geven. We gaan ons onderwijsaanbod breed houden door de balans tussen de alfa en gamma-pro fielen en de bèta-kant in evenwicht te houden. Met het geheel van ons onderwijsaanbod willen we niet alleen voor de omgeving een aantrekkelijke school zijn, maar vooral vorm en inhoud geven aan het doel om ‘de school van morgen voor de kinderen van vandaag’ te realiseren.
CJG: Centrum voor Jeugd en Gezin
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
20
7
Van zorg- naar ondersteuningsstructuur De invoering van Passend Onderwijs heeft het Almere College aan gegrepen om de bestaande zorgstructuur te herijken en onder de noemer ‘ondersteuningsstructuur’ nieuwe vorm en inhoud te geven. Voor dit ondersteuningsaanbod hebben we de volgende uitgangspunten gekozen: 1. “Leren” staat voorop. 2. We richten een ondersteuningsstructuur in die het leren van leerlingen faciliteert. 3. Medewerkers zien ondersteuning en begeleiding van leerlingen als onderdeel van hun kernopdracht en geven daar gevolg aan. 4. We zoeken de samenwerking met de partners in de omgeving om expertise te halen, te brengen en te delen. 5. Het ondersteuningsprofiel is afgestemd binnen het samenwerkingsverband waaronder het Almere College valt.
De uitvoering van de ondersteuningsstructuur binnen school heeft een directe relatie met interne en externe ontwikkelingen.
Interne ontwikkelingen
Bij “leren en ontwikkelen” doen docent en leerling er toe! De docent ondersteunt het leren van de leerling. Hij leert je wàt je moet leren en hòe je moet leren en studeren (cognitieve en metacognitieve vaardigheden). Hij heeft een signalerende taak bij pedagogische of sociaal-emotionele problemen en handelt vanuit eigen expertise bij leerbelemmeringen. Waar nodig weet hij de expertise elders te halen en is bereid zich deze eigen te maken. De komende jaren versterken en moderniseren we de ondersteuningsstructuur van het Almere College. Iedere schakel in de keten heeft zijn eigen taak en verantwoordelijkheid. De rode draad is de lijn docent – mentor – coördinator. De mentor is voor de leerlingen de spil in de begeleiding en de ondersteuning. De mentor is proactiefbetrokken bij de leerlingen en de klas als groep. ‘Luisteren naar’ wordt omgezet naar ‘er iets mee doen’ of ‘de leerling(en) op weg helpen er zelf iets mee te doen. Indien de mentor of de vakdocent handelingsverlegen zijn kunnen zij de hulp inroepen van de tweedelijnsvoorzieningen binnen onze school. In eerste instantie is dat de afdelingscoördinator. Waar nodig brengt de afdelingscoördinator de leerling in bij het ZAT11 of wordt er in samenspraak met de zorgcoördinator en/of mentor een handelingsplan in de vorm van een arrangement opgesteld. In het ZAT wordt bepaald of leerlingen specifieke hulp nodig hebben, of we die in huis hebben en waar we die eventueel vandaan halen. In school hebben we een ondersteuningsteam bestaande uit een zorgcoördinator, een pedagogisch medewerker, een studiebegeleider met dyslexie als aandachtsveld, een counselor, een orthopedagoog en twee leerlingbegeleiders. De uiteindelijke samenstelling van het ondersteuningsteam hangt samen met de uiteindelijke uitvoering van Passend Onderwijs binnen de school. ZAT: Zorgadviesteam
11
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
21
De overgang van zorg- naar ondersteuningsstructuur is geslaagd als we de volgende doelen hebben bereikt: 1. Het versterken van handelingsbekwaamheid in de school, bij docenten, mentoren, coördinatoren met als richtlijn dat we leerlingen zo ondersteunen dat ze het beste uit zichzelf halen. 2. Een slagvaardig ondersteuningsteam dat de omslag van ‘indiceren’ naar ‘arrangeren’ heeft gemaakt en daaraan uitvoering weet te geven. 3. Iedereen in de school weet waar hij terecht kan als een leerling of medewerker een ondersteuningsvraag heeft. 4. De ondersteuningsstructuur is ingebed in de Transitie Jeugdzorg binnen de gemeente Dronten en sluit aan bij de afspraken binnen het SWV-Zwolle e.o. 5. Het aantal leerlingen met een individuele ondersteuningsvraag neemt af omdat docenten handelingsbekwamer geworden zijn. 6. Passend Onderwijs heeft zichtbaar een plek gekregen in de klas.
ners. We erkennen onze verantwoordelijkheid op het gebied van ‘zorg’ en zoeken daarbij de samenwerking met anderen. Rondom passend onderwijs komen onze partnersuit het SWV-Zwolle e.o. en voor de Drontense situatie zoeken we de directe samenwerking met het Ichthus College en partnersals Eduvier Lelystad. Als school maken wij zelf ook deel uit van het CJG en zijn wij nauw betrokken bij de ontwikkelingen rondom Transitie Jeugdzorg binnen de gemeente Dronten. Met leerplicht en jeugdpolitie onderhouden wij goede contacten en voelen met elkaar de verantwoordelijk voor de school als een veilige en succesvolle leer- en leefomgeving. Met het PO12 gaan we onze krachten bundelen en daarmee een verbinding maken binnen het onderwijs. Waar nodig zullen we als één gesprekspartner naar buiten toe treden. De verbinding zal gemaakt worden van het ontwikkelen van een doorgaande lijn, de uitwisseling van expertise en ervaring tot aan het inkopen van gezamenlijke scholingen.
Naast het ondersteuningsteam hebben we ook een aantal docenten dat op eigen wijze ondersteuning aan leerlingen kan bieden. Wij denken deze te kunnen vinden bij het Praktijkonderwijs en in het VMBO. Aangezien het team bbl/kbl-docenten op termijn verhuist naar het Centrum voor Beroepsonderwijs en het Praktijkonderwijs pas later volgt, zullen we de komende periode de expertise van de Praktijkschooldocenten waar nodig inzetten mede om te voorkomen dat er een leemte ontstaat.
De verbinding met onze partners buiten de school is geslaagd als we het volgende gerealiseerd hebben: 1. We hebben de benodigde expertise van buiten naar binnen gehaald. 2. De werkafspraken binnen de Transitie Jeugdzorg zijn helder en uitvoerbaar. 3. De samenwerking met Ichthus en Eduvier leidt tot afstemming over arrangementen voor leerlingen, docenten en teams. 4. De verbinding met PO heeft in de afstemming van de doorgaande ondersteuningslijn concrete vorm aangenomen. 5. De doelstellingen en targets van het SWV Zwolle e.o. worden jaarlijks gehaald.
Externe ontwikkelingen
Het Almere College heeft een open en functionele relatie met externe instanties en part-
PO: primair onderwijs / basisonderwijs
12
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
22
8
Kwaliteitszorg en opbrengst gericht werken Willen we met onze school succesvol zijn en onze collectieve ambitie realiseren, dan willen we ook weten of we onze doelen halen en hoe we onze opbrengsten en resultaten kunnen (waar)borgen.
We hebben daartoe binnen het Almere College een kwaliteitszorgsystematiek ingevoerd. Er zijn twee hoofdargumenten voor de school om deze kwaliteitszorgsystematiek te hanteren: • We willen zicht krijgen en houden op schoolontwikkeling, innovatie en verbeterpunten (de interne motivatie); • We willen en moeten ons kunnen verantwoorden naar derden zoals ouders en inspectie en willen een beeld krijgen van onze marktpositie (de externe motivatie). Kwaliteit mag geen toeval zijn en “eerder behaalde successen vormen geen garantie voor de toekomst”. In deze wetenschap ligt de uitdaging voor het Almere College Dronten. Wij willen weten waarom wij een goede school zijn en wij willen onze kwaliteit vasthouden. Om dat te bereiken stellen wij ons tot doel om actief, doelgericht, systematisch, cyclisch en integraal aan onze kwaliteit te blijven werken volgens de PDCA-methodiek .
Om een eerste diagnose te kunnen stellen hebben bestuur en schoolleiding van het Almere College schoolbreed (over beide locaties) gekozen voor een zogenaamd “early warning system”. Dit instrumentarium omvat een drietal indicatoren: 1. Resultaten: leeropbrengsten (SE/CE, rendement onderbouw en bovenbouw), ziekteverzuim, onderwijstijd en financiën; 2. Tevredenheid onder medewerkers, ouders, leerlingen; onderzocht wordt hoe aangekeken wordt tegen het pedagogisch klimaat en het pedagogisch-didactisch handelen, de begeleiding, de bedrijfsvoering (rooster, te laat komen, lesuitval, verzuimbeleid, groepsindeling) en buitenlesactiviteiten. Bij medewerkers brengen we ook de ervaren werkdruk in kaart. 3. Marktpositie: marktaandeel, doorstroom, trends, ontwikkelingen elders. Op basis van deze gegevens krijgt het Almere College een eerste indruk van de sterke en zwakke kanten van de organisatie. De komende jaren richten we ons in Dronten op opbrengsten en resultaten en zetten daartoe tot 2018 een actieve kwaliteitszorg in met de volgende doelstelling14: PDCA: Plan –Do – Check – Act, cyclische aanpak van planning, uitvoering, evaluatie en bijstelling.
13
De schoolleiding hanteert daarbij als referentiekader of de door de inspectie gehanteerde domeinen Opbrengst, Onderwijs
14
proces en Kwaliteitszorg voldoende zijn (Toezichtkader VO 2013) : In onze benadering en systematiek van deze drie domeinen hanteren wij steeds de volgende vijf kernvragen: doen we de goede dingen, doen we die dingen ook goed, hoe weten we dat, vinden anderen dat ook en wat gaan we met die wetenschap doen?
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
23
- We brengen in kaart wat de beoogde en behaalde opbrengsten en resultaten zijn en vinden daar iets van. - We willen weten waar onze kwaliteit binnen ons onderwijs en onze organisatie zit en waar verbeteringen nodig zijn. - We stellen vast hoe we de kwaliteit kunnen borgen en verbeteren en dat gaan we actief doen. Deze aanpak is niet alleen planmatig en cyclisch. We zetten voor de komende periode ook in op de versterking van de onderzoekende cultuur binnen onze school. Kern van de onderzoekende cultuur is dat we met elkaar steeds op zoek gaan naar wat werkt en waarom.Van ‘meten is weten’ maken we de stap naar ‘samen meten en analyseren is meer weten’. Onze aanpak sluit ook aan bij de definitie van opbrengstgericht werken zoals de overheid die hanteert: het systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van de onderwijsprestaties waarbij alle betrokkenen op basis van de verschillende prestatiemetingen gericht actie ondernemen om het onderwijs te verbeteren15. Concreet betekent dit dat we naar elkaar en naar leerlingen toe uitspreken welke verwachtingen we ten aanzien van de prestaties hebben. OGW betekent ook met elkaar vooraf concrete en uitdagende doelen vaststellen en de onderwijsprestaties volgen en meten en analyseren. Analyse leidt vervolgens tot actie en een systematische aanpak met als doel een vaste cyclus van doelen stellen, meten en bespreken. Onze doelstellingen tot 2018 rondom kwaliteitszorg en opbrengstgericht werken zijn bereikt als het volgende instrumentarium effectief is en als daarbij de PDCA-cyclus is ingezet: We brengen de opbrengsten en resultaten in kaart door naast de informatie vanuit de inspectie ook eigen onderzoek te doen met behulp van datateams, rapportage (Magister manage-
mentrapportage) en toetsing zoals CitoVas. De uitkomsten worden binnen de horizontale verantwoording gedeeld met de omgeving. Dit doen we o.a. via Vensters voor Verantwoording, de besluitvormingsorganen en panelgesprekken met ouders. De analyse van de gegevens vindt plaats binnen de betreffende geleding en daar wordt ook conform de PDCA-cyclus een plan van aanpak opgesteld. Als indicator dat er met deze plannen daadwerkelijk gewerkt wordt, zetten we de jaarplannen en afdelingsplannen in. We monitoren in welke mate onze leerlingen succesvol zijn in het vervolgonderwijs en organiserendaartoe o.a. terugkommomenten en enquêtes. In het schoolplan staat beschreven wat we, vanuit een visie op de toekomst op middellange termijn, met ons onderwijs en onze organisatie willen bereiken. In de jaarplannen geven we per schooljaar aan welke doelen en opbrengsten we uit het schoolplan willen realiseren. De bespreking van schoolplan en jaarplan van de vestiging heeft een cyclisch karakter en maakt onderdeel uit van de kwartaalgesprekken tussen College van Bestuur en de rector. In de afdelingsplannen wordt op uitvoeringsniveau de vertaalslag per team gemaakt. In de afdelingsplannen worden per schooljaar voor de betreffende doelgroep (leerlingen en docenten) activiteiten en opbrengsten beschreven gericht op onderwijs en begeleiding. De afdelingsplannen worden in kwartaal gesprekken tussen rector en afdelingsleider geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Daarnaast zijn er specifieke documenten die plannen en activiteiten beschrijven: de het vakwerkplan (secties), het zorgplan/ondersteuningsplan. Deze documenten worden jaarlijks tenminste één maal met betrokkenen besproken. Ook daar worden opbrengsten en resultaten vertaald naar een plan van aanpak voor een nieuw jaar.
Opbrengstgericht sturen door de schoolleiding. OGW in het VO door Juliette Vermaas. School aan Zet 2013
15
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
24
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
9
25
Organisatie en personeel Kernopdracht van het personeelsbeleid is een evenwicht vinden tussen aandacht voor het individu en het algemene schoolbelang. Het Almere College wil een organisatie zijn waarin medewerkers in een sfeer van respecten vertrouwen open met elkaar kunnen communiceren. We streven naar een personeelsbestand dat qua omvang en competenties voldoet aan de behoeften van leerlingen, ouders en maatschappij, en dat op alle niveaus een afspiegeling vormt van de regionale bevolking.
Met elkaar streven we naar optimale arbeidsomstandigheden en -voorwaarden voor de personeelsleden en denken zo een goede leer- en werkomgeving te creëren. Het Almere College is een lerende organisatie met een professionele cultuur. Het personeelsbeleid van het Almere College heeft de volgende kenmerken: • Er is aandacht voor werkklimaat, werksfeer en communicatie door goede overlegstructuren, transparante informatievoorziening, voldoende en adequate faciliteiten t.b.v. het onderwijs en een collegiale open werksfeer. • Uit de tevredenheidsonderzoeken en de functioneringsgesprekken die jaarlijks afgenomen worden blijkt dat het personeel zich voldoende herkend en erkend voelt in de eigen professionaliteit. Men is trots op het Almere College als “mijn school” en vindt dat er kwalitatief goed onderwijs gegeven wordt. • De uitkomsten van de tevredenheidsonderzoeken bevestigen de kernwaarden van het Almere College in Dronten. Medewerkers vinden zichzelf actief en betrokken bij de school, zijn trots op hun eigen vakmanschap en de resultaten. Ook zien medewerkers voldoende mogelijkheden om zich te kunnen ontplooien en te ‘ondernemen’. • Verbetering en daarmee de nodige aandacht verdient de communicatie binnen de school, waarbij medewerkers aangeven beter geïnformeerd te willen worden door de schoolleiding. • Het medewerkerstevredenheidsonderzoek en de functioneringsgesprekken maken deel uit van het cyclische kwaliteitszorgsysteem. De komende jaren wil het Almere College in Dronten een aantal accenten leggen om daarmee het IPB te realiseren en te integreren.
Inbedden van de professionele cultuur en professionaliteit
We gaan uit van een professionele cultuur, zoals beschreven door Van Emst16, en werken dagelijks aan de verwezenlijking daarvan. Binnen een professionele cultuur is er sprake van erkende ongelijkheid. We onderscheiden in de besluitvorming gezamenlijke en te onderscheiden verantwoordelijkheid, gaan uit van taakvolwassenheid bij de medewerkers. Waar nodig zetten we coachend, dan wel sturend leiderschap in. Afdelingsleiders zijn integraal verantwoordelijk voor onderwijs en begeleiding in hun afdeling. De medewerker gedijt omdat zijn kwaliteiten besproken en ingezet worden. Groeien en je bekwamen 16
Alex van Emst: Professionele cultuur in onderwijsorganisaties. APS 1998
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
26
zijn onderdeel van de professionele standaard. Implementeren van de professionele cultuur is een kwestie van vóórdoen en vóórleven. De kwaliteit van deze cultuur wordt bepaald door de systematische wijze waarop er aan gewerkt wordt. Afdelingsleiders, coördinatoren en personeels begeleider werken als team samen met de medewerkers middels intervisie, supervisie en coaching aan de borging en verbetering van professionele vaardigheden van de mede werkers.
Leren en ontwikkelen binnen de lerende organisatie
Wij zijn een lerende organisatie en dat betekent dat we onze medewerkers bij het vaststellen van doelen en ambities betrekken, ieder binnen zijn rol en zijn verantwoordelijkheid. Op basis van die doelen gaan we met elkaar aan de slag. Voor de komende periode stellen we ons de volgende doelen: • Met elke medewerker worden individuele leer- en ontwikkeldoelen vastgesteld. • Iedere medewerker heeft jaarlijks een functioneringsgesprek. De medewerker wordt samen met zijn direct leidinggevende in de gelegenheid gesteld te reflecteren op zijn eigen handelen, de leeropbrengsten en resultaten. De medewerker geeft tijdens het gesprek feedback op de schoolorganisatie. • We gebruiken voor elke docent een gedocumenteerd feedbackprogramma met tenminste twee van de volgende drie databronnen: leerlingenquêtes, lesbezoek, 360 gradenfeedback. • Sinds 2012 wordt in de functioneringsgesprekken ook nadrukkelijk aandacht besteed aan de functie-eisen en wordt voor onderwijzend personeel indien van toepassing een ondergrens voor het functioneren aangegeven. De functioneringsgesprekken zijn daarmee niet meer vrijblijvend. • Aansluitend op of tijdens het functioneringsgesprek wordt met elke medewerker in overleg met de direct leidinggevende de eigen ontwikkelbehoefte vastgesteld, aansluitend bij de schoolambitie en op basis ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
•
van de feedbackinstrumenten. Waar nodig zet de school middelen in zoals training, ontwikkelteams, externe experts en ondersteuning. Waar mogelijk, en dit zullen we de komende jaren stimuleren, zetten we de ervaring en expertise in die we zelf in huis hebben en zullen deze door scholing en professionele consultatie versterken.
Bij nieuw personeel maken we gebruik van een gedocumenteerd introductie- en begeleidingsprogramma door een getrainde begeleider. Dit programma wordt jaarlijks geëvalueerd en bijgesteld. We differentiëren naar behoefte en ervaring van de nieuwe personeelsleden. Na het eerste jaar krijgen de medewerkers begeleiding die aansluit bij de behoefte en de taakvolwassenheid. Coachingsinstrumenten zoals begeleiding binnen de sectie worden gedifferentieerd ingezet op basis van inhoudelijke en persoonlijke ontwikkeling.
Eenduidig en uitvoerbaar taakbeleid
In 2010 is onder de titel “Werk in Uitvoering” de uitvoering van het toenmalige taakbeleid onder de loep genomen en zijn in samenspraak met de MR (voorheen Vestigingsraad) afspraken vastgelegd. Aandachtspunten daarbij waren eenduidigheid, de positie van de parttimer, het inbedden van het mentoraat en de invulling van de ophoogfactor. In 2013 is door het CvB van het Almere College samen met de directies een nieuw taakbeleid opgesteld voor alle vestigingen van de organisatie. In samenspraak met GMR, MR en na bijeenkomsten met de teams is dit beleid in stemming gebracht en vastgesteld. Kenmerkend voor dit taakbeleid is dat we ‘meer moeten doen met minder middelen’, waarbij docenten bij een fulltime aanstelling met ingang van schooljaar 2013/14 in plaats van 25 contacturen 27 contacturen hebben. Voor de afspraken met medewerkers over de invulling van de jaartaak en de scholingstijd geldt op locatieniveau steeds de notitie van 2010. Dit taakbeleid wordt in 2015 in samenspraak met de MR opnieuw tegen het licht gehouden.
27
Met de invoering van Foleta als formatie-, lesverdelings- en taakverdelingssysteem kan de schoolleiding sinds 2013 beter sturen op de toedeling en afstemming van de jaartaken.
Arbeidsomstandigheden en ziekteverzuim
We streven naar goede arbeidsomstandigheden en welbevinden voor onze medewerkers. Waar nodig zetten we externe expertise in om de arbeidsomstandigheden te optimaliseren bijv. bij arbeidshandicap of re-integratie. Met het oog op doelgroepgericht personeelsbeleid houden we in het taakbeleid we rekening met nieuw personeel als ook met de senioren binnen het team. Aandachtspunt en doelstelling voor de komende jaren is het terugdringen van het ziekteverzuim. Naast het reguliere sociaal medisch overleg met bedrijfsarts en personeelszaken, wil de schoolleiding in Dronten een extra inspanning verrichten om een cultuuromslag te maken en het ziekteverzuimpercentage naar beneden te krijgen. Almere College breed volgen we daartoe een scholingstraject.
Monitoren, ontwikkelen en scholen
Er is een ontwikkelcyclus voor (O)OP en leidinggevenden.Voortgangsoverleg en functioneringsgesprekken tussen medewerker en de direct leidinggevende dienen zicht te geven op opbrengsten, ontwikkeling en doelen voor verdere ontwikkeling. We doorlopen met elkaar een cyclisch traject van voortgangsoverleg, functioneringsgesprek, persoonlijk plan van inzet/ aanpak tot scholing. Daarbij wordt de medewerker zo veel mogelijk in zijn kernkwaliteit ingezet. Scholing is erop gericht om de ‘gereedschapskist’ van onze medewerkers te vullen met gelijke ‘tools’ en draagt er toe bij dat we op alle niveaus rondom thema of aanpak dezelfde ‘taal’ spreken en begrijpen. Om dat te bereiken wordt groepen en teams centraal gestuurde scholing aangeboden. De afgelopen jaren zijn daartoe RTTI als scholing voor afstemming rondom toetsing ingezet en in samenwerking met het CPS ‘de 5 rollen van de leraar’ en ac-
tiverende didactiek met als doel de ‘AC-les’ als rode draad door de school te laten lopen. De door deze scholingen verworven versterking in het didactisch en pedagogisch handelen zal de komende jaren gemonitord blijven, waar nodig uitgebouwd worden en blijft voortdurend onderwerp van aandacht binnen de afdelingsteams. Als onderdeel van voorbeeldgedrag binnen de professionele cultuur (elkaar aanspreken, verschil in kwaliteit en het inzetten daarvan) heeft de schoolleiding het voortouw genomen in de afname van 360 gradenfeedback. Inmiddels gebeurt dit ook in de afdelingsteams en laten docenten bij hun leerlingen de Roos van Leary invullen. Een volgende stap is het stimuleren van de professionele consultatie en collegiale visitatie. Dit doen we o.a. in de vorm van het cyclisch bezoeken van elkaars lessen en daarop feedback geven. Daarnaast blijft het inbedden van variatie in activerende didactiek onderwerp van gesprek binnen de afdelingsteams. Kenmerkend voor de scholingen van de komende jaren zal zijn dat het vakmanschap naar een hoger plan getild gaat worden. Dit betekent dat we medewerkers in staat stellen, ja zelfs stimuleren, om een hogere bevoegdheid te halen. Daartoe zetten we ook externe middelen in als de lerarenbeurs en gelden uit Flevokans II (regionale stimuleringsproject). Ofschoon we ontwikkeling op individueel niveau stimuleren, geven wij de voorkeur aan teamgebonden ontwikkeling en versterking. Afdelingsteams en secties worden uitgenodigd om binnen de kaders van het schoolplan en opgenomen in jaarplannen en afdelingsplannen een eigen ontwikkeltraject in te gaan. Daarbij zetten we met name de expertise die we al in huis hebben in. Nieuw personeel wordt begeleid door een personeelsbegeleider. Centraal daarbij staan de ontwikkeling van klassenmanagement en van elkaar leren middels intervisie-gesprekken.
Functiemix en samenstelling personeel
Het Almere College heeft een beleid rondom de invoering van de functiemix ingevoerd. De ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
28
afgelopen jaren is een aantal LC- en LD-functies toegekend en per 1 augustus 2013 hebben alle eerstegraders die daarvoor in aanmerking komen een LD-functie gekregen. De betaalbaarheid van de functiemix blijft ook voor het Almere College een punt van aandacht en afhankelijk van de ontwikkelingen in het veld zal de school overgaan tot het toekennen van LC-functies. Daarnaast wil het Almere College haar onderwijsaanbod handhaven en mag de uitvoering van de functiemix niet leiden tot een verschraling van het aanbod en eventuele ongewenste personele consequenties. De school merkt inmiddels ook dat er voor bepaalde vakken slechts met grote moeite docenten te vinden zijn, vaak onervaren of onbevoegd. Indien we onbevoegde docenten aannemen dan doen we dat onder de condities van de CAO-VO en zoeken we naar externe middelen om medewerkers te laten scholen. De afgelopen jaren hebben we bereikt dat een substantieel aantal medewerkers (ook OOP17) een bevoegdheid heeft gehaald of studerende is. De school bezint zich op dit moment hoe de toppers onder de docenten ‘beloond’ kunnen worden. Op dit moment is dit maatwerk en uit zich met name in toekenning en ondersteuning van studieverlof ter verdieping of verbreding van het vakmanschap. Een andere weg om medewerkers te vinden en te binden is het project “Samen Opleiden”: Het Almere College is actief betrokken bij het begeleiden van studenten (stagiaires en LIO’s) van Windesheim. Samen met SVOL (VO-Lelystad) en Windesheim vormen we sinds 2010 een partnerschap en willen dit de komende jaren voortzetten en versterken. Onze inzet is om de goede studenten te inspireren om op termijn
OOP: onderwijs ondersteunend personeel
17
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
bij ons te willen komen werken. De samenwerking leidt o.a. ook tot scholing voor docenten als ‘vakcoach’ en een scholingsaanbod voor collega’s uit het partnerschap verzorgd door collega-expert. In schoolplan 2009-2013 is aangegeven dat er gezien de samenstelling van het personeel in Dronten rondom een aantal spilfuncties en taakgebieden een wijziging zou gaan optreden. De schoolleiding heeft dit opgepakt, heeft één formatieplaats ingeleverd en is tot een onderlinge portefeuilleverdeling gekomen. Daar waar nodig hebben medewerkers een specifieke taak gekregen, zoals het zorgcoördinaat, examensecretariaat, decanaat en de personeelsbegeleiding. Voor de komende jaren willen we de opzet en samenstelling van het middenmanagement (afdelingsleiders en coördinatoren) handhaven en de expertise van deze groep versterken en uitbreiden. We nemen ons wel voor om in de loop van 2015-2016 te onderzoeken, aansluitend bij de ingebruikname van het Centrum voor Beroepsonderwijs, of een andere manier van aansturing van de organisatie wenselijk of noodzakelijk is. Afhankelijk van de middelen en de ontwikkelingen rondom het Centrum voor Beroepsonderwijs zal de inzet en positie van het OOP opnieuw in kaart gebracht worden. Ook bij de herinrichting van het ‘oude gebouw’ zal nadrukkelijk gekeken worden naar een effectieve inzet en positionering van het OOP. Al met al zal de verhuizing van een deel van de populatie leerlingen en docenten gevolgen hebben voor de cultuur binnen het Almere College in Dronten. Dit vergt nadrukkelijke aandacht en zorgvuldigheid van alle betrokkenen.
1
10
29
Beheer en financiën Financieel en materieel beleid is een middel om de doelen ten aanzien van onderwijs, begeleiding en organisatie te realiseren. Het kader wordt bepaald door de middelen die de overheid jaarlijks en incidenteel verstrekt en door de daarbij behorende wet- en regelgeving.
Met de beschikbare middelen wil het Almere College zowel voor leerlingen als medewerkers een optimale leer-, leef- en werkomgeving realiseren waarbij de primaire functie van gebouw en directe omgeving “het Almere College is een school, waar onderwijs wordt gegeven”, voorop staat.
Integrale verantwoordelijkheid
Met de komst van een nieuw CvB is er gekozen voor andere aansturing van het management met als kenmerk de integrale verantwoordelijkheid van de rectoren voor hun vestiging verwoord in een managementstatuut. Voor de komende jaren willen we bereiken dat de integrale verantwoordelijkheid van de rectoren ten aanzien van financiën en personeelszaken geoptimaliseerd wordt. In Dronten zullen de afdelingsleiders met een portefeuille waar mogelijk en wenselijk ook budgetverantwoordelijk worden. In dezelfde verandering van de aansturing van het management is de positie van de ondersteunende diensten aangepast, van meer op afstand en ten dienste van het bestuur (Centrale Diensten) naar ondersteunend en faciliterend als Servicebureau. De scholen hebben in hun dagelijkse werk te maken met personeelszaken, facilitair, ict en financiën. Per 2014 zal facilitair en ict onder één eindverantwoordelijke binnen het Servicebureau vallen. Als gevolg daarvan hebben op de locaties de huismeesters (hoofdconciërges) een integrale verantwoordelijkheid gekregen voor onderhoud van de gebouwen, energie en schoonmaak. De komende jaren zullen de ontwikkeling en opbrengsten van deze aanpak gemonitord worden en waar nodig bijgesteld worden.
ICT
Bij modern onderwijs hoort een goede ict-infrastructuur. Sinds 2009 heeft het Almere College daarin grote sprongen voorwaarts gemaakt. Naast een goede infrastructuur, voldoende computers en smartboards, is inmiddels de weg ingeslagen richting individualisering van het onderwijs. De komende jaren zullen de gebouwen voorzien worden van wifi en de in 2013 ingezette beweging om tablets in te voeren zal in 2017-2018 voor alle nieuw instromende leerlingen gerealiseerd zijn. Het leermiddelenbeleid zal er op gericht zijn om digitale en flexibele leermiddelen in te zetten. Met de kennis van nu denken wij dat dit de toekomst voor de invoering van digitale leermiddelen zal zijn: een basisvoorziening in elk lokaal en anticiperen op het gegeven dat leerlingen zelf een ‘device’ mee zullen nemen naar school. Vanzelfsprekend zullen onze medewerkers in deze ontwikkeling meegenomen worden en waar nodig voorzien worden van de nodige ‘hardware’, ondersteuning en scholing. ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
30
Met een toename van digitale leermiddelen binnen de schoolgebouwen zal ook de ondersteuning vanuit het servicebureau veranderen. De school heeft behoefte aan een expert ter plekke. Knelpunt bij de realisatie van de ‘digitale ambitie’ zijn de middelen. Ict vergt hoge investeringen en met een wettelijke afschrijvingsperiode van drie jaren ook hoge afschrijvingslasten. We zullen in Dronten keuzes moeten maken en prioriteiten stellen. Als we ‘startklaar voor de toekomst’ willen zijn, is een investering in een draadloos netwerk voorwaardelijk.
Nieuwbouw en oudbouw
Met de realisatie van het gebouw voor het Centrum voor Beroepsonderwijs in 2016 zal de situatie rondom de gebouwen voor het Almere College Dronten ingrijpend veranderen. De bestaande inventaris voor de praktijkvakken vmbo zal overgeplaatst worden naar de nieuwe locatie bij het station. Criterium daarbij is dat de inventaris aansluit bij het onderwijsconcept en de realisatie van het examenprogramma mogelijk maakt. In 2010 is de inventaris bij de afdelingen Bouw en Metaal bijna geheel vernieuwd.Vermoedelijk zal niet het gehele machinepark herplaatst worden en we moeten daarom rekening houden met een verlies op de investeringen. De door de verhuizing vrijgekomen ruimte in het hoofdgebouw zal op basis van een plan heringericht worden. In het plan is opgenomen dat het ‘kleine gebouw’ op termijn overbodig wordt en alle tl/h/v-leerlingen verhuizen naar het hoofdgebouw.Van belang is dat we de verworvenheden en de aantrekkingskracht van het kleine gebouw weten te vertalen naar de herinrichting van het hoofdgebouw, zoals
ALMERE COLLEGE DRONTEN SCHOOLPLAN 2014-2018
bijvoorbeeld een eigen ingang en overblijfgebied voor de eersteklassers. Tevens biedt de herinrichting de mogelijkheid om aan te sluiten op de beoogde en de te verwachten onderwijskundige ontwikkelingen en ambities: de inrichting van een leerwerkhuisachtige opzet voor de tl/h/v-leerlingen en een aantrekkelijke inrichting aansluitend het technasiumconcept en het vak technologie. In zijn totaliteit zal het nieuwe ingerichte hoofdgebouw en de bijgebouwen in de 700 en 800-vleugel een weerspiegeling zijn van hoe wij als Almere College “de school van morgen voor de kinderen van vandaag” voor ogen hebben. De verschillende leerplekken in de school worden, leerlinggericht, thematisch en sfeervol vormgegeven en ingericht, zodat leerlingen daar graag vertoeven. Het Praktijkonderwijs blijft gehuisvest in het huidige gebouw en er zullen slechts marginale aanpassingen aan het gebouw plaatsvinden op basis van onderwijskundige ontwikkelingen en argumenten. In de nabije toekomst (na 2016) zal het Praktijkonderwijs namelijk mee verhuizen naar de locatie bij het station. Het Praktijkonderwijs zal een eigen gebouw krijgen en op basis van de onderwijsvisie gebruik maken van de faciliteiten van het Centrum voor Beroepsonderwijs. Naast aanpassingen en nieuwbouw worden de gebouwen systematisch onderhouden volgens een meerjarig onderhoudsplan. Een zorgenkindje is de energierekening. De gebouwen in Dronten daarop aanpassen is onevenredig duur. We zetten de komende jaren in op aanpassingen die direct kostenverlagend werken. De school c.q. de huismeester krijgt een taakstelling.
11
31
Algemene informatie De school Het Almere College is een ontmoetingsschool voor Praktijkonderwijs, LWOO,VMBO, HAVO en VWO (Atheneum en Gymnasium). De school heeft anno 2013 de volgende vestigingen in Kampen en Dronten.
In Kampen Locatie Marinus Postlaan LWOO,VMBO, HAVO en VWO leerjaar 1 en 2 HAVO en VWO leerjaar 3,4,5 en6 Marinus Postlaan 1 8264 PB Kampen Tel 038 3371230 Locatie VIA LWOO,VMBO leerjaar 3 en 4 Flevoweg 68 8265 PL Kampen Tel 038 8508383
In Dronten Locatie Educalaan PRO, LWOO,VMBO, HAVO,VWO Educalaan 6-8 8251 GC Dronten 0321 385050 Praktijkonderwijs: 0321 387000 Locatie De Vlieger School voor schakelonderwijs AZC Dronten Vossemeerdijk 40 8251 PN Dronten 0321 381078